DEZE THEMABIJLAGE WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET EN VALT NIET ONDER DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDACTIE VAN DE STANDAARD
Franchising Ondernemen op een gefundeerde basis
4
Start-ups Financial performance Een eigen zaak Financiële optimalisatie starten in onzekere tijd van de kmo
KMO
No. 8 / Nov. ’12
TIPS
VOOR EEN OPTIMALE WERKING
WORD JE EIGEN BAAS David Van Tongelen en Claudia Van Roy: “We sloten onze eigen horecazaak en openden een franchise supermarkt” FOTO’S: SHUTTERSTOCK & SPAR
Gratis te bestellen op
101 veelgestelde vragen over internationaal ondernemen
DE BESTSELLER TO SELL BETTER
IN HET BUITENLAND
www.flandersinvestmentandtrade.be of via
2 · NOVEMBER 2012
UITDAGING “Ondanks de negatieve berichten in de media, hoeven starters en bestaande ondernemers zich niet uit hun lood te laten slaan”, zegt Johan Lambrecht, Hoogleraar aan de Hogeschool-Universiteit Brussel en directeur van het Studiecentrum voor Ondernemerschap.
IN DE KIJKER
PAGINA 8
“Dringend cijfers in het juiste daglicht plaatsen”
B
ijna dagelijks worden de media bestookt met economische onheilsboodschappen: een recordaantal faillissementen, slechts veertig procent van de starters overleeft de eerste vijf jaar, faillissementen treffen vooral nieuwe bedrijven, ons land bevindt zich wellicht in een recessie,… Kandidaat-ondernemers kunnen zich door al dat slechte nieuws geremd voelen in hun ondernemersplannen. Ook bestaande ondernemers kunnen er moedeloos van worden. Toch hoeven zij zich niet uit hun lood laten slaan.
Cijfers juist interpreteren
Ten eerste kunnen starters zich optrekken aan het feit dat er talrijke voorbeelden van bekende bedrijven zijn die in zeer moeilijke economische tijden werden opgericht: Disney, IBM, Procter & Gamble, enzovoort. Ten tweede dienen de cijfers over faillissementen eindelijk eens in een juister daglicht te worden geplaatst. Het absoluut aantal faillissementen – waarmee maandelijks wordt uitgepakt als waren het records uit de sportwereld – geeft een vertekend beeld. Het aantal faillissementen stijgt inderdaad in België, maar dat is vooral een gevolg van een hoger aantal bedrijven in ons land. Daarom is de faillissementsgraad, de verhouding tussen het aantal faillissementen en het aantal actieve bedrijven, een juistere maatstaf. Sinds 2007 gaat die faillissementsgraad in stijgende lijn en de voorbije drie
1
jaar werd de kaap van 1 faillissement tegenover 100 actieve bedrijven nipt overschreden. De jaren vóór de financieel-economische crisis waren er gemiddeld 0,8 à 0,9 failliete bedrijven tegenover 100 actieve bedrijven. In Vlaanderen is de faillissementsgraad nog steeds kleiner dan 1. De resultaten van de faillissementsgraad maken duidelijk dat de alarmerende berichten over het aantal faillissementen op zijn minst moeten worden genuanceerd. Faillissementscijfers moeten dus niet absoluut, maar relatief worden geïnterpreteerd.
“De meeste jonge bedrijven die stoppen, zijn een succes op het ogenblik van stopzetting”
Het vijfde levensjaar
Dat vooral nieuwe bedrijven (jonger dan drie jaar) failliet gaan, is een hardnekkige mythe, die voortvloeit uit een verkeerde interpretatie van de statistieken. Diegenen die de mythe in stand houden, staren zich blind op het aandeel van de jongste bedrijven in het totaal aantal faillissementen. Om de kwetsbaarheid van jonge bedrijven te beoordelen, moet er worden gekeken naar het aandeel van de faillissementen in het totaal aantal jonge bedrijven. Jonge bedrijven onder de gefailleerden is immers niet hetzelfde als gefailleerden onder de jonge bedrijven. De statistieken leren dan dat de jongste bedrijven de laagste faillissementsgraad hebben en dat hun aandeel in het totaal aantal bedrijven groter is dan hun aandeel in het totaal aantal faillissementen. Het is wel juist dat heel veel nieuwe bedrijven het vijfde levensjaar niet halen, maar stopzetting mag niet worden verward met faling. De meeste jonge bedrij-
2
Get a life. Get WinBooks. www.winbooks.be
ven die stoppen, zijn een succes op het ogenblik van stopzetting.
Hoofd- en bijzaken
‘Crisissen zijn te kostbaar om te verspillen’, zei Rahm Emanuel, de vroegere stafchef van het Witte Huis onder president Barack Obama, ooit. Kmo’s moeten daarom meer dan ooit de juiste zaken juist doen. Dat wil zeggen dat ze hun unieke bestaansreden moeten formuleren en die vervolgens consequent, consistent, gedisciplineerd en gepassioneerd uitvoeren. Alleen wie over een strategie beschikt en die uitvoert, kan snel een onderscheid maken tussen hoofden bijzaken. In crisissituaties kan dat onderscheid het verschil maken tussen leven en dood. Kmo’ers moeten ook veel meer dan vroeger hun cijfers beheersen. Het is frappant dat veel ondernemers hun cruciale kengetallen, zoals marge, operationele kasstroom en cashflow niet kennen.
3
Beleidsmakers
Ook de beleidsmakers moeten efficiëntie (de zaken juist doen) ten dienste stellen van effectiviteit of doeltreffendheid (de juiste zaken doen). Politici en ambtenaren moeten niet zelf proberen om het ecosysteem van ondernemerschap te vormen; dat moeten ze overlaten aan de ondernemers. Beleidsmakers moeten daarentegen doen wat ondernemers overal ter wereld wensen: zorgen voor eenvoud, voor zekerheid en voor draaglijke belastingen. België moet bijgevolg dringend de loonkost aanzienlijk verlagen.
4
Johan Lambrecht Hoogleraar Hogeschool-Universiteit Brussel en directeur van het Studiecentrum voor Ondernemerschap FOTO: STUDIO DANN
“Bedrijfsbrede software voor de optimalisering van de KMO”
Received the award ”Best Accounting Software“
We make our readers succeed! KMO, ACHTSTE EDITIE, NOVEMBER 2012 Managing Director: Christophe Demir Editorial & Production Manager: Evi Vanparys Junior Production Manager: Daan De Becker Business Developer: Thijs Dely Project Manager: Tiffany Van Droogenbroeck Tel: +32 2 421 18 24 E-mail: tiffany.van.droogenbroeck@ mediaplanet.com Redactie: Bert Verbeke, Roosje Lowette, Els Jonckheere, Alexander Cornet Lay-out: I Graphic E-mail:
[email protected] Print: Corelio Distributie: De Standaard Mediaplanet contactinformatie: Tel: +32 2 421 18 20 Fax: +32 2 421 18 31 E-mail:
[email protected] D/2012/12.996/20 @MediaplanetBE /MediaplanetBelgium Mediaplanet ontwikkelt hoogwaardige bijlagen die zich richten op een specifiek thema en de daarbij behorende doelgroep. Zo brengen wij lezer en adverteerder dichter bij elkaar. Deze bijlage wordt gepubliceerd door Mediaplanet en valt niet onder de verantwoordelijkheid van de redactie van De Standaard.
1 TIP
INSPIRATIE
“Onze eigen zaak gesloten voor een franchise supermarkt” ZORG VOOR EEN SOLIDE BASIS
■ Vraag: Franchising van supermarkten biedt nieuwe ondernemers een mooie kans om zich te lanceren, maar is het hele verhaal wel haalbaar? ■ Antwoord: Dankzij een degelijke opleiding en nauwe begeleiding staan retailers nooit in de kou.
met psychologische vragen en een mondeling gesprek gaf duidelijkheid: we werden goed bevonden en mochten aan de opleiding beginnen. Normaal loopt die over zeven maanden, maar dankzij onze horeca-ervaring hadden wij maar zes weken nodig. Van retail daarentegen hadden we natuurlijk weinig kaas gegeten. Daarom liepen we mee in verschillende filialen. We kregen er uitleg over alle aspecten van de winkel, van het beheer ervan tot de aanpak per afdeling. Na zes weken gingen we aan de slag in onze eigen winkel, met ondersteuning
In mei 2011 namen David Van Tongelen en Claudia Van Roy een supermarkt over. In volle crisistijd besloten ze hun eigen horecazaak op te doeken en aan een nieuw verhaal te beginnen.Intussen bloeit hun supermarkt met elf vaste medewerkers en een paar jobstudenten. Van Tongelen kijkt terug op de gigantische stap en besluit dat het zonder meer de juiste keuze was.
Slapeloze nachten
Van Tongelen: “Ons werk in de horeca verloor na twaalf jaar zijn glans en mijn vrouw en ik waren op zoek naar een nieuwe uitdaging. Toen ik voorstelde om een supermarkt over te nemen, moest ze even slikken. Vooral op financieel vlak zou het moeilijk worden. Jarenlang huurden we onze horecaruimte, maar een supermarkt moet je kopen. Nachten aan een stuk lagen we wakker: is dit wel de juiste beslissing? Gaan we het wel graag doen? Dankzij de duidelijke en geruststellende informatie van de franchisegever, hakten we de knoop door. Deze uitdaging wilden we met beide handen grijpen.”
Opleiding
“De goesting was er dus, maar waren we wel geschikt om een supermarkt uit te baten? Een test
David Van Tongelen en Claudia Van Roy Franchisenemers
VOORDELEN OP EEN RIJTJE ■ Je werkt als zelfstandige en bepaalt je eigen koers – ideaal voor je motivatie en persoonlijke inzet. ■ Je profiteert van het samenwerkingsverband en draait een hogere omzet dan een alleen werkende ondernemer. Bovendien dalen je kosten door
het hoge inkoopvolume van de keten. ■ Je kan altijd terugvallen op de knowhow en begeleiding van de franchisegever. ■ Dankzij de uniforme uitstraling van de keten, profileer je je als individuele winkel veel gemakkelijker.
van een gerant, promotoren en bedrijfsadviseurs. Drie weken lang beantwoordden ze al onze vragen en hielpen ze ons waar nodig. Per afdeling – vers, beenhouwerij en aardappelen, groenten & fruit – kregen we nog eens extra tips van de verantwoordelijke promotor.”
Dankzij de duidelijke en geruststellende informatie van de franchisegever, hakten we de moeilijke knoop door Eigen input
“Na drie weken intensieve ondersteuning werden we ‘gelost’. De gerant vertrok, de promotoren en bedrijfsadviseurs bezochten ons nog maar één keer in de week. Die periode stootten we nog geregeld op problemen en vonden we vaak geen antwoord. Maar dankzij de goede begeleiding liep dat toch vlot. En zo leer je natuurlijk ook het snelst. Ook meer dan een jaar later steunt de franchisegever ons nog altijd. We krijgen geregeld raad en voorstellen over de aanpak. Die moeten we in grote lijnen volgen, maar als wij over bepaalde zaken een andere mening hebben, mogen we onze zin doen. Sterker: geregeld wordt er ook naar onze input gevraagd. Wij staan zelf op de werkvloer, dus wie anders weet het beste waar er veranderingen nodig zijn?”
NOVEMBER 2012 · 3
Opleiding vol praktijk Midden januari 2013 worden Stijn Doom en zijn vrouw Xaviera Dujardin retailers van een supermarkt. Tot het zover is, maken ze hun opleiding af en bereiden ze zich helemaal voor op het nieuwe leven als franchisenemer. Doom: “De opleiding bestaat uit een beetje theorie, maar vooral veel praktijk. Om de twee weken gaan we aan de slag in een nieuw filiaal. Daar leer je de verschillende afdelingen beheren. Je komt er te weten hoe je bestelt en hoe je de producten uitzet. Maar ook hoe die bestelling toekomt en de manier waarop je dat moet aanpakken. Doordat je zelf meewerkt, krijg je het vak snel onder de knie. En door de afwisseling elke twee weken zie je ook welke verschillende aanpakken mogelijk zijn. Ik vind dat enorm interessant.”
Intensief
“De theorie wordt zoveel mogelijk gekoppeld aan de praktijk. Toch is pure leerstof af en toe ook nodig. We bekijken hoe we een planning maken en hoe we het financiële plaatje beheren. Hoe bereken je je marge? En hoe ligt je verkoop per vierkante meter?” “De opleiding duurt ongeveer zeven maanden en is best intensief: van maandag tot vrijdag zijn we in de weer. Soms werken we op een zaterdag om een drukkere dag mee te maken, en geregeld staan we op een zondag in de winkel. We worden hierin continu ondersteund en opgevolgd, dat maakt het enorm aangenaam.”
ROOSJE LOWETTE
[email protected]
Ik ben Luc. Sinds vorig jaar baas van een eigen, nieuwe Spar.
Stop met
zoeken. Word je eigen baas
Ik werk er met mijn familie en met een team dat ik zelf samengesteld heb. Op mijn mensen kan ik rekenen. We overleggen veel, samen staan we er echt. En voor de nodige ondersteuning kunnen we rekenen op Spar. ’t Is dus wel mijn eigen zaak, maar ik sta er niet alleen voor. Klaar voor een nieuwe uitdaging? Stop met zoeken. Surf naar sparretail.be.
4 · NOVEMBER 2012
2 TIP
INSPIRATIE
“Het zal nooit zomaar op rolletjes lopen” Er wordt weleens gezegd dat het de jongeren van vandaag aan wilskracht en de juiste attitude ontbreekt om een eigen zaak op te starten. Schoonheidsspecialiste Hélène Badts (25) bewijst dat het ook anders kan.
Gaatjes vullen
Met de paplepel
Als je bereid bent om hard te werken, kan je veel geld verdienen grootouders hebben hun eigen zaak. Vandaar wellicht dat de drang naar zelfstandigheid bij haar iets groter was dan bij de gemiddelde jongere.Toch zijn er volgens haar redenen genoeg om een eigen zaak op te starten.Meer nog: ze pleit ervoor dat ook pas afgestudeerden die niet in een ondernemersmilieu zijn opgegroeid, het idee in overweging zouden nemen. “Als je bereid bent om hard te werken, kan je veel geld verdienen”, vertelt ze. “Bovendien kan je de zaken aanpakken zoals jij het wilt. Je hoeft naar niemands pijpen te dansen en je beslist zelf wanneer en hoeveel je werkt. En in onze sec-
VOORDELEN VAN BUSINESS CENTERS genoeg klanten hebt om financieel te kunnen overleven.”
Gebeten door het virus van zelfstandig werken,begon Hélène meteen na haar opleiding een eigen schoonheidsinstituut. En hoewel het in het begin wat moeilijk ging, betreurt ze haar keuze niet. Integendeel. Het ondernemerschap werd Hélène Badts weliswaar met de paplepel ingegeven, want zowel ouders als
8
BLIJF GEMOTIVEERD
GETUIGENIS. Na haar opleiding als schoonheidsspecialiste, startte Hélène Badts FOTO: PRIVÉ onmiddellijk met een eigen zaak in haar ouderlijke huis.
tor is het financieel veel interessanter om als zelfstandige dan als werknemer aan de slag te gaan.”
In bijberoep
Toch moet iedereen bezinnen vooraleer aan het zelfstandige ondernemerschap te beginnen. “Eerst en vooral is het belangrijk om je goed te informeren: over het statuut, te ondernemen stappen, bedrijfsma-
nagement, boekhouding, ... Dat zijn allemaal dingen die je niet op school leert. Eigenlijk zou de overheid op dat vlak wel wat meer voorzieningen voor jongeren mogen voorzien, want het is niet zo eenvoudig om deze informatie te vinden. Daarnaast is het misschien aangeraden om toch eerst de zelfstandige activiteit in bijberoep uit te oefenen. Het duurt immers een tijdje vooraleer je
MINDER STARTERS ■ Volgens de cijfers van Analyst.Be werden er van januari tot juni dit jaar ruim 74.000 startende ondernemers geregistreerd. ■ Tegen eind 2012 verwachten ze een totaal van +/- 118.000, wat een flink pak minder is dan vorig jaar. ■ Volgens de cijfers van
Graydon gingen er tussen januari en oktober echter ook 7.959 bedrijven failliet, wat 4,5% meer is dan in dezelfde periode vorig jaar. ■ Het grootste aantal faillissementen deed zich voor in het Vlaams Gewest (+9,24 %), terwijl er in Wallonië een daling was (-2,4 %).
“Zelf ben ik meteen volledig zelfstandig geworden, maar dat kon ik omdat ik mijn zaak in het ouderlijke huis kon opstarten. Niettemin heb ik nog drie jaar als hostess gewerkt om de ‘gaatjes te vullen’. Je moet dus niet denken dat het allemaal meteen op rolletjes zal lopen. Vandaar dat het ook belangrijk is om een marketingplan op te stellen. Zelf heb ik dat niet gedaan en zowat in het wilde weg advertenties geplaatst. Maar de kostprijs/rendabiliteit hiervan was zeker niet in balans. Gaandeweg heb ik geleerd dat het efficiënter is om een ‘dynamische’ website te hebben, mailings te doen en gerichte acties te plaatsen.”
Barrières
Hoewel haar schoonheidsinstituut nu op kruissnelheid zit, heeft Hélène geen ambitie om uit te breiden. “Werken met personeel is een heel grote stap, en dit zowel op het vlak van administratie als qua verantwoordelijkheid en kosten”, vertelt ze. “Dat jaagt me veel meer schrik aan dan zelfstandige worden. Misschien is dit wel dé grote barrière waarom zo weinig jonge mensen nog een eigen zaak beginnen.Want in veel sectoren is het natuurlijk niet zo evident om als eenmansbedrijf te overleven.” Wel zal Hélène in het voorjaar een groter pand betrekken, om nog meer behandelingen te kunnen aanbieden.
!
Meer informatie:
[email protected] ELS JONCKHEERE
Een business center verleent gepersonaliseerde diensten aan starters,kmo’s of internationale bedrijven. Denk aan postassistentie (het ontvangen en/of scannen van inkomende post), consultancy, virtual offices en modern uitgeruste kantoren en vergaderzalen. Bedrijven hebben verscheidene doorgroeimogelijkheden: van postadres tot permanent kantoor, van coworking tot 100m² eigen werkruimte en omgekeerd indien nodig. Sommige zakencentra hebben zusterkantoren over de hele wereld. Wie houdt van charme, kiest voor een business center in een gerenoveerd herenhuis. Ook hier vind je de nieuwste technologieën, zoals met videoconferencing uitgeruste vergaderzalen. Naast een flexibele contractduur bieden veel zakencentra de vrijheid om de kantoren en diensten zelf samen te stellen en naar wens in te richten. Door de schaalvergroting worden heel wat faciliteiten of diensten goedkoper (bv.energiefactuur of bedrijfsrestaurant). Naast het delen van de kosten slaan bedrijven eveneens de handen in elkaar op vlak van workspace en organiseren ze samen bedrijfsevenementen en tentoonstellingen. Dat is goed voor een dynamische werksfeer en meer persoonlijk contact. Veel zakencentra houden er een groene visie op na. Naast een vlot bereikbare locatie,duurzame materialen en energie-efficiente maatregelen beschikken ze vaak over een tuin of groenwand.
1
2
3 4
5 6 7
8
[email protected]
THE BEST OF BOTH WORLDS BY VIPOFFICES
The BesT of BoTh Worlds: a situation or setting in which the advantages of two very different things are combined to gain on all levels.
TRADITION
starteo
optimeo www.fonds.org
Geef uzelf de middelen om te groeien! U oefent een zelfstandig of vrij beroep uit of u runt een KMO. U start uw activiteit of u wilt deze uitbreiden. INNOVATION
U hebt een project en wilt dit doen slagen.
Participatiefonds de Lignestraat 1 1000 Brussel 02 210 87 87
Starteo en Optimeo, leningen die uw onderneming laten groeien.
Niets houdt u nog tegen.
WITH PRICES STARTING FROM 199€/MONTH, A VISIT IS WORTH YOUR TIME.
BUSINESS ADDRESS • VIRTUAL OFFICES • TAILORMADE OFFICES • APPLE EQUIPPED MEETING ROOMS • CORPORATE, CULTURAL & PRIVATE EVENTS • VIDEOCONFERENCING • PRIVATE 250m² GARDEN • ALLIANCE MEMBER [OFFICES IN NEW YORK, LONDON, PARIS, ABU DAHBI, ...] VIPOFFICES.com • Boulevard St Michel 47 • 1040 Brussels • Belgium •
[email protected] T +32[0]2 400 00 00 | F +32[0]2 400 00 32 | www.vipoffices.com | www.47connect.com
NOVEMBER 2012 · 5
NIEUWS
Betaalterminal is niet meer weg te denken ■ Vraag: Waarom een betaalterminal huren of kopen? ■ Antwoord: Omdat deze u als handelaar heel wat voordelen kan bieden. De tijd waarin men enkel elektronisch kon betalen in de grote winkelketens, is voorgoed voorbij. Tegenwoordig kan je in liefst 140.000 Belgische verkooppunten met een bankkaart terecht. Ook de lokale kruidenier kan de betaalterminal niet langer wegdenken. Voor zowel de consument als de verkoper biedt de terminal immers interessante mogelijkheden,want de klant hoeft geen cash geld meer mee te zeulen en de verkoper heeft minder administratieve zorgen.
Vereenvoudigde administratie
Voor de handelaar betekent het gebruik van een betaalterminal echt een drastische vereenvoudiging van zijn administratie. Alle elek-
3
SOORTEN BETAALKAARTEN
tronische betalingen worden door de terminal geregistreerd en in een database bijgehouden zodat de verkoper steeds een goed overzicht kan behouden van zijn inkomsten. Dat bespaart ook zijn boekhouder heel wat werk.
klant a l s handelaar dus opnieuw hun voordeel.
kan worden. Gebruikmaken van een betaalterminal lijkt hier niet meer dan logisch.
Elektronisch betalen biedt verhoogde veiligheid en meer inkomsten
Zet aan tot kopen
Veilig
Ook voor handelaars die aan thuisverkoop doen, is de betaalterminal uiterst handig. Waar vroeger tussen klant en verkoper een omslachtige factuur moest worden opgemaakt, die het betaalproces vertraagde, kan de betaling nu in een oogwenk met de elektronische kaart worden uitgevoerd. Ook hier komt dus geen overbodige administratie meer bij kijken. Met de mobiele betaalterminal doen zowel
Wie cash betaalt, is zich doorgaans goed bewust van de precieze bedragen die hij uitgeeft. Wie een bankkaart gebruikt, is daar echter iets minder mee bezig. Het is bewezen dat mensen gemakkelijker geld uitgeven als ze met hun kaart betalen, of als ze met andere woorden het geld niet in hun portefeuille horen rinkelen.Vooral als het over grotere bedragen gaat, zal de klant gemakkelijker naar zijn bankkaart grijpen. Niemand loopt immers graag met grote sommen baar geld over straat. De handelaar doet er dan ook goed aan om ook van buitenaf duidelijk te communiceren dat er in zijn winkel met de kaart betaald
De debetkaart is de kaart waarmee u uw reguliere verrichtingen doet. Deze is ideaal om veilige en snelle transacties mee uit te voeren. In België is deze kaart het meest gebruikte elektronische betaalmiddel.
1
Net als de consument zit ook de handelaar liever niet met een lade vol geld. Dieven of inbrekers kunnen immers geen betaalterminal maar wel de kassa openbreken. Daarom is de betaalterminal ook op vlak van veiligheid een interessante oplossing. Het inkomende geld wordt meteen bij ontvangst overgeschreven naar de bankrekening en dit bespaart de handelaar meteen ook de riskante onderneming om een hoop cash geld naar zijn bankier te moeten vervoeren.
De kredietkaart stelt de gebruiker in staat om zijn betaling uit te voeren zonder dat het bedrag onmiddellijk van zijn rekening afgaat. Vooral voor grotere uitgaves is deze kaart interessant, omdat de koper zich geen zorgen hoeft te maken over het saldo dat hij nog op zijn rekening heeft.
2
De geldbeugel Proton is een elektronische portemonnee waarmee men gemakkelijk kleine uitgaves tot 15 euro kan verrichten, zonder dat men telkens op zoek moet gaan naar het precieze bedrag in muntjes.
3
ALEXANDER CORNET ALEXANDER CORNET
[email protected]
[email protected]
Ondernemen wordt nog leuker als u op de nodige steun kunt rekenen
Meer weten over subsidies en regelgeving? Wilt u gebruikmaken van de ecologiepremie of andere overheidsmaatregelen voor uw onderneming? Hebt u vragen over de regelgeving rond milieu of energie, of zoekt u een geschikte locatie? Wilt u meer inzicht in administratieve formaliteiten? Bel dan gratis 0800 20 555 voor een helder antwoord of een afspraak met een van onze medewerkers in uw buurt.
Het aanspreekpunt voor ondernemers, samen met onze partners
[email protected] www.agentschapondernemen.be
Antwerpen
I Hasselt I Gent I Leuven I Brugge I Brussel
6 · NOVEMBER 2012
3 TIP
NIEUWS
Verminderde loonlast voor eerste werknemers
INVESTEER IN HR
■ Vraag: Welke voordelen genieten startende werkgevers met betrekking tot de werkgeversbijdragen van de sociale zekerheid? ■ Antwoord: Sinds kort geven de eerste, tweede en derde aanwerving recht op een bijhorende vermindering. Sinds 1 oktober 2012 krijgen startende werkgevers voor hun eerste, tweede en derde aanwerving het recht op een bijhorende forfaitaire vermindering van de werkgeversbijdragen van de sociale zekerheid, telkens met een eigen basisbedrag en aantal toepassingskwartalen. Gedurende een periode van vijf jaar beslist de werkgever vrij in welke kwartalen en voor welke werknemers hij de eerste, tweede en derde vermindering toepast.
Wat is nieuw?
Verminderingen die ingaan ten vroegste op 1 oktober 2012 vallen onmiddellijk onder de nieuwe regelingen. Verminderingen die ingingen voor 1 oktober 2012 vallen tot en met het vierde kwartaal van 2012 onder de vroegere regeling, en worden vanaf 1 januari 2013 verdergezet onder de nieuwe regeling. De aanwerving van een eerste, tweede en derde werknemer door de nieuwe werkgever opent voor elk van die drie aanwervingen een periode van twintig kwartalen die begint met het kwartaal waarin de aanwerving gebeurt. Gedurende die twintig kwartalen (of vijf jaar) kan de werkgever de vermindering aanvragen naar eigen goeddunken.
De verminderingen
Voor de eerste werknemer geniet de werkgever een vermindering van 1.500 euro per kwartaal gedurende vijf kwartalen, 1.000 euro tijdens de volgende vier kwartalen en dan nog eens 400 euro tijdens de daarop volgende vier kwartalen. In het ou-
de model was dit bedrag lager: 1.000 euro gedurende vijf kwartalen en 4.00 gedurende acht kwartalen. Voor de tweede werknemer geniet de werkgever een vermindering van 1.000 euro per kwartaal gedurende vijf kwartalen, en daarna nog eens 400 euro tijdens de vol-
DE BIJDRAGEVERMINDERING VOOR 50-PLUSSERS IN CIJFERS LEEFTIJD OP LAATSTE DAG VAN HET KWARTAAL
50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65+
BASISBEDRAG VAN DE VERMINDERING TOT 31.12.2012
VANAF 01.01.2013
€ 50,00 € 100,00 € 150,00 € 200,00 € 250,00 € 300,00 € 350,00 € 400,00 € 450,00 € 500,00 € 550,00 € 600,00 € 650,00 € 700,00 € 750,00 € 800,00
€ 400,00 € 400,00 € 400,00 € 400,00 € 1.000,00 € 1.000,00 € 1.000,00 € 1.000,00 € 1.500,00 € 1.500,00 € 1.500,00 € 800,00
BRON: HTTP://PARTENAHR.BE/S_INFOFLASH_DETAIL.ASPX?ID=23270
gende acht kwartalen. Ook hier is dit een fikse verhoging, want voordien kreeg de werkgever een vermindering van 400 euro per kwartaal gedurende dertien kwartalen Voor de derde werknemer geniet de werkgever een vermindering van 1.000 euro per kwartaal gedurende vijf kwartalen,en telkens 400 euro voor de volgende vier kwartalen. Ter vergelijking: in het oude systeem was dit 400 euro per kwartaal gedurende negen kwartalen.
Wat blijft ongewijzigd?
Alle toepassingsmodaliteiten van deze vermindering blijven doorlopen, zoals de mogelijkheid tot optimalisatie gedurende vijf jaar, door de keuze van werknemers en kwartalen;de voorwaarden die gekoppeld worden aan de ingang en toepassing van de verminderingen; de beperking tot dezelfde technische bedrijfseenheid; en de combinatie met een tussenkomst in de administratiekosten sociaal secretariaat voor de eerste werknemer. Met de forfaitaire vermindering van de werkgeversbijdragen van de sociale zekerheid voor deze eerste aanwervingen kunnen nieuwe werkgevers hun loonlast verlichten. Ook werkgevers die gedurende vier kwartalen geen personeel in dienst hebben gehad, kunnen van dit voordeel genieten. De vermindering geldt wel enkel voor de aanwerving van een eerste, tweede en derde werknemer. Ze is niet persoonsgebonden en kan dus worden overgedragen op een andere werknemer. BARBARA VANDENBUSSCHE
Minder bijdragen voor oudere werknemers Vanaf 1 januari 2013 moeten werkgevers minder bijdragen betalen voor oudere werknemers. De overheid wil de impact van deze vermindering verhogen en verandert daarom de bedragen. Sinds 2004 wordt de loonkost van 50-plussers lager gehouden via een specifieke bijdragevermindering, die moet helpen om oudere werknemers beschikbaar te houden voor de arbeidsmarkt. Tot einde 2012 gaat het om een relatief kleine kwartaalvermindering, die lineair oploopt met de leeftijd.
Wat is nieuw?
Om een hogere impact te bereiken en tegelijk zoveel mogelijk te verschuiven naar de leeftijdsgroep die het dichtst de pensioenleeftijd nadert,wordt de vermindering vanaf 1 januari 2013 pas toegekend vanaf het kwartaal van de 54ste verjaardag (zie kadertje cijfers). Er zijn geen overgangsmaatregelen. Het nieuwe basisbedrag geldt voor alle werknemers die vanaf het einde van het eerste kwartaal 2013 voldoen aan de leeftijdsvoorwaarde ongeacht hun aanwervingsdatum. De groep van 50- tot 53-jarigen verliest de vermindering.
Wat blijft ongewijzigd?
Alle andere toepassingsmodaliteiten van deze vermindering blijven doorlopen, zoals de beperking tot werkgevers uit de profitsector (categorie 1 structurele vermindering), en de voorwaarde dat het kwartaalloon van de werknemer de hoge loongrens van de structurele vermindering niet mag overschrijden (12.240 euro tegen einde 2012).
[email protected]
Nieuwe wetten en regels? Partena informeert en helpt u meteen. • Onze infoashes brengen u onmiddellijk op de hoogte en onze toonaangevende juridische publicaties informeren u gedetailleerd. • Uw payroll consultant informeert u proactief, zodat u tijdig de juiste keuzes kunt maken. • Onze juridische dienst kan dieper ingaan op specieke uitzonderingsvragen voor uw bedrijf. • Onze softwarepakketten zijn steeds aangepast aan de meest recent gepubliceerde wijzigingen. • Wilt u zelf geen sociaaljuridische rompslomp? U kunt tegen een commercieel tarief uw HR-beheer volledig uitbesteden aan een specialist van onze HR Service Desk. Een formule speciaal voor kmo’s. Meer weten? Ontdek onze producten en diensten op www.partenaHR.be
NOVEMBER 2012 · 7
NIEUWS
DEFINE
analyseer de huidige situatie met een winstgevendheidsanalyse en value levers
WAT IS DE MEERWAARDE VAN FPM?
CONTROL
MEASURE
gebruik de informatie voor mogelijke aanpassingen
rapporteer
DE AANDEELHOUDERSWAARDE
SYSTEMATISCH
Financial performance management drijft de aandeelhouderswaarde van een bedrijf door de free cashflow te verhogen en een verhoogde return op het geïnvesteerde kapitaal te bewerkstelligen.
VERHOGEN MET ACTIEGERICHTE INFORMATIE
ANALYZE
leg de kernoorzaak bloot en kom tot procesgedreven actiegerichte informatie
IMPROVE neem actie
“Ondernemen is een verhaal van voortdurend bijsturen” ■ Vraag: Hoe kan je de werking en efficiëntie van je bedrijf verbeteren en de winstgevendheid vergroten? ■ Antwoord: Via financial performance management kan je verlieslatende en minder winstgevende posten opwaarderen en nog meer de nadruk leggen op winstgevende activiteiten. Financial performance management (FPM) is erop gericht een bedrijf systematisch te analyseren om de winstgevendheid op lange termijn te verbeteren (zie kolomartikel). Expert ter zake Luc Vancampenhout licht toe: “Essentieel om aan FPM te doen, is het verzamelen van actiegerichte informatie en op basis daarvan regelmatig bij te sturen op alle organisatorische niveaus. Via een projectaanpak verankeren we dit in de bedrijfsprocessen.” “Ik vergelijk het graag met tuinieren: als je steeds enkele maanden wacht vooraleer je onkruid te wieden, heb je dubbel zoveel werk dan als je elke week vijf minuutjes van je tijd investeert. Die lijn kan je doortrekken naar het bedrijfsleven: je kan beter op regelmatige basis een controle uitvoeren en bijsturen waar nodig. Financial performance management moet dagdagelijks gebeuren, het moet verankerd zitten in de cultuur van het bedrijf.”
Alle businessunits
“Om dit concreet te maken, is het noodzakelijk dat het hele bedrijf de eerder genoemde actiegerichte
“Financial performance management moet verankerd zitten in de cultuur van het bedrijf” Luc Vancampenhout financial performance expert, Noble House for Finance
informatie ontvangt. Alle business units moeten weten waarom ze iets doen. Een voorbeeld: de salesafdeling moet proberen om een zo gunstig mogelijke betalingstermijn te verkrijgen zodat de klant zo snel mogelijk betaalt. Daarbij moet de crediteurenadministratie goed op de hoogte zijn van de gemaakte afspraken, zodat zij proactief te werk kunnen gaan om de openstaande vorderingen zo snel mogelijk te innen. Hoe sneller de klanten immers betalen, hoe groter de
cashflow en hoe performanter de onderneming.” “Veel problemen of onduidelijkheden bij bedrijven ontstaan door een gebrekkige communicatie tussen de verschillende departementen. Iedereen moet op eenzelfde lijn zitten: wat is het doel van de onderneming en hoe kunnen we dit doel samen bereiken? Het is dus cruciaal dat op elk organisatieniveau, over de departementen heen, duidelijk gecommuniceerd wordt waarom een dergelijke pro-
PROJECTAANPAK IN ZEVEN STAPPEN Vooraleer echt van start te gaan, gebeurt er een zogenaamd intakegesprek met de potentiële klant. Op basis hiervan worden de uitdagingen en doelstellingen geformuleerd. Er volgt een offertevoorstel met een beschrijving van de context en uitdagingen, gevolgd door een overzicht van mogelijke oplossingen. Dankzij de nulmeting krijgen alle partijen een
1 2 3 4
duidelijk overzicht van de huidige situatie waarin het bedrijf zich bevindt. Er wordt een implementatieplan opgemaakt, eventueel opgedeeld in verschillende fasen. Toepassing en realisatie van dit implementatieplan. Mentaliteit van voortdurende opvolging en bijsturing moet deel uitmaken van de bedrijfscultuur.
5 6 7
Dat alles gebeurt op basis van actiegerichte informatie: cijfers, data en informatie die aanzetten tot actie op alle organisatieniveaus. De actionable information maakt het mogelijk om de juiste conclusies te trekken en zodoende ook de juiste beslissingen te nemen om de bedrijfsprocessen te optimaliseren.
actieve houding van levensbelang is. Werknemers die weten waarom ze iets doen, zijn vaak dubbel zo gemotiveerd”,aldus Vancampenhout.
Projectaanpak
“Een belangrijke maatstap bij FPM is de nulmeting. Dit wil zeggen dat je moet vertrekken vanuit de vraag: waar staat het bedrijf vandaag op het gebied van winstgevendheid én FPM ? Dankzij een goed inzicht in de actuele situatie kan een financial performance expert samen met de klant de huidige cijfers verklaren, naar oorzaken en oplossingen zoeken en uiteindelijk via een concreet plan actie ondernemen.” “Dat overleg met de klant is een belangrijk aspect. Het heeft weinig zin om als externe expert een hele hoop wijzigingen door te voeren die ingaan tegen de bedrijfscultuur. In theorie kan je heel wat afdelingen herschikken, maar dat is in de praktijk niet altijd de beste oplossing. Vaak is aan het bestaan van een bepaalde business unit een belangrijke emotionele factor verbonden of zijn er andere redenen die iemand van buiten het bedrijf moeilijk kan inschatten. Toch is ook het omgekeerde waar: de rol van een externe expert is net om een objectieve en neutrale blik te werpen op de bedrijfsstructuur. Bovendien is het ook algemeen bekend dat mensen sneller iets accepteren van een buitenstaander dan van iemand binnen het bedrijf”,besluit Vancampenhout.
Je haalt die informatie uit je onderneming door: ■ een databank van de winstgevendheid te bouwen ■ value levers te onderscheiden die bijgestuurd kunnen worden om de aandeelhouderswaarde te verhogen in functie van de competitieve voordelen ■ het koppelen van niet-financiële aan financiële informatie ■ procesgedreven informatie te distilleren
Kort samengevat kunnen bedrijven door anders te gaan werken hun winsten systematisch verhogen zonder extra investeringen. Het houdt dus niet op bij een eenmalige doorlichting van het bedrijf. Het is dan ook essentieel dat financial performance management systematisch wordt ingepland. Dat kan enkel door de aanpak te verankeren in de bedrijfsprocessen. DAAN DE BECKER
DAAN DE BECKER
[email protected]
[email protected]
8 · NOVEMBER 2012
INZICHT
Alex Dossche
FOCUS
Functie: Evangelist strategische informatiesystemen
EXPERTISE
Vraag: Waarop moet je letten als je bedrijfsbrede software wilt implementeren? Antwoord: Bereid de implementatie goed voor en begin met het definiëren van de doelstellingen.
Kansen blijven onbenut
E
r doen nogal wat horrorverhalen de ronde over het implementeren van bedrijfsbrede softwarepakketten.“Vandaar dat veel kmo’s liever verder blijven sukkelen met aparte pakketjes, zelf gefabriceerde oplossingen en een waaier aan verschillende spreadsheets. En het woord sukkelen is hier wel degelijk op zijn plaats. Want werken zonder geïntegreerde software leidt alleen maar tot tijdverlies en fouten.Bovendien bieden de applicaties totaal geen toegevoegde waarde om meer business te genereren, een goede service te bieden en/of de competitiviteit aan te scherpen”,zegt Dossche. “Bedrijven laten veel opportuniteiten liggen omdat ze gewoonweg niet beseffen welke functionaliteit dergelijke pakketten bieden. Denk maar aan de uitgebreide mogelijkheden om analyses te maken van het zakencijfer, de verkoop van producten, het koopgedrag van klanten, het rendement van kortingen, de productiviteit per medewerker, de hoeveelheid gebruikte grondstof per product,...”
Financiële plaatje
“Het gaat nog verder, want dergelijke softwarepakketten bieden ook een toegevoegde waarde aan de manier waarop er wordt gewerkt. Voorbeelden hiervan zijn voorraad-
beheer, klanten/klachtenopvolging, productieplanning, ingrediëntenbeheer,traceerbaarheid,transportplanning en e-facturatie.” “Er zijn echter nog andere redenen waarom kmo’s aarzelen om in bedrijfsbrede pakketten te investeren. Eerst en vooral is er de kostprijs, alhoewel die voor de software meestal best wel haalbaar is.Het is immers voornamelijk een slechte voorbereiding van zo’n project die een financiele kater oplevert. Een tweede reden is dat het vaak nodig is dat één of zelfs meerdere personeelsleden voor langere tijd uitsluitend met het project bezig zijn,en dat is niet altijd evident in een kmo.Tot slot is er nog de weerstand van de medewerkers,vooral als het gaat om functionaliteiten die op de werkvloer wordt gebruikt.”
Rendabiliteit
“Het zijn allemaal drogredenen.Want met een goede voorbereiding is de kostprijs van een bedrijfsbreed pakket best haalbaar. Meer nog: de rendabiliteit van zo’n applicatie is heel erg hoog. Door een goede communicatie en training van de medewerkers wordt ook de weerstand snel weggenomen. Bij elke succesvolle implementatie wordt het steevast bewezen: eenmaal het personeel het pakket (juist) gebruikt, bevestigt het de vele voordelen. En na een tijdje kunnen de
medewerkers zich niet meer inbeelden dat ze het ooit zonder moesten doen. Toch slaagt niet elk project: omwille van het gebrek aan betrokkenheid door het management,verkeerde beslissingen over het soort pakket en vooral... het ontbreken van een visie over de procedures en doelstellingen van het bedrijf. Want als deze niet kunnen worden gedefinieerd, zal de software-ontwikkelaar niet weten hoe het pakket te parametriseren.”
Voorbereiding
“Het gevolg is een moeizame implementatie met vele aanpassingen, waardoor het budget wordt overschreden en de kmo op een gegeven moment zegt: we doen het wel met wat we hebben. Dit heeft als resultaat dat niet alle functionaliteit op punt staat, met als gevolg dat de gebruikers na enige tijd opnieuw hun toevlucht tot de vroegere oplossingen zoeken en de investering totaal de mist ingaat. Met andere woorden: wil je succes boeken? Bereid de implementatie dan goed voor. En begin met het definiëren van de doelstellingen. Een bedrijfsbrede software is geen doel, maar een middel om de targets te bereiken!”
Start met de boekhouding Als er één activiteit is binnen een bedrijf die prioriteit moet krijgen om te worden geautomatiseerd, dan is het zonder twijfel de boekhouding.
Ing Lee Njoo Expert boekhoudkundige software
“Met een speciaal pakket kan er niet alleen heel wat tijd worden bespaard,het is vaak ook een economisch interessante oplossing”,zegt Ing Lee Njoo, Expert Boekhoudkundige software. “Zo heeft de externe boekhouder minder werk omdat hij de facturen niet meer zelf moet inboeken. Er worden ook veel minder fouten gemaakt en veel zaken kunnen worden geautomatiseerd,zoals betalingen op datum,schuldvorderingsdossiers, aanmaningsbrieven, ... Bovendien bevatten boekhoudkundige pakketten functionaliteiten die je door het opstellen van je BTW- en belastingsaangifte gidsen.”
Managementtools
“Last but not least: ze zijn ideaal om op elektronische facturatie over te schakelen. Want binnen afzienbare tijd zal elke kmo op deze trein moeten springen: de Europese Unie voorziet immers dat een groot deel van alle facturatie elektronisch zal moeten verlopen. Met een boekhoudkundig pakket kunnen dergelijke facturen met een druk op de knop worden ingeboekt en uitgestuurd: nogmaals een grote tijdswinst. Met de huidige software kan veel meer worden gedaan dan enkel maar boekhoudkundige verrichtingen. Met hun talrijke rapporteringsmogelijkheden zijn het immers echte managementtools geworden.” ELS JONCKHEERE
*Het gratis e-book van Alex Dossche kan u downloaden op www.expert2expert.be/ebook
[email protected]
Twee keer meer kans op succes! Volledig geïntegreerde Business Software voor KMO’s
Sage BOB 50 Boekhoudkundig en financieel beheer
Sage DBFACT Algemene commerciële administratie
Informatie beheren, verspreiden, aanwenden en analyseren. Het zijn uitdagingen waar u als KMO elke dag voor staat. Met de Business Software van
DEZE PRIJS IS GELDIG TOT EN MET 31 DECEMBER 2012 VOOR HET GPRS MODEL.
Sage kunt u uw bedrijf efficiënt organiseren en heeft u steeds een transparant en duidelijk overzicht op uw dagelijks beheer. Dit zorgt er simpelweg voor dat u zich kunt focussen op uw core business en niet op de administratie ervan!
www.sage.be |
[email protected] | Tel. +32 (0)2 721 18 30 | +32 (0)4 343 77 46
NOVEMBER 2012 · 9
INZICHT “De appetijt van banken om ongebreideld investeringsprojecten te financieren is sinds het uitbreken van de schuldencrisis en de strengere Baselnormen zo goed als verdwenen”, zegt Wim Van der Meiren, Senior Consultant Corporate Finance. BASEL I, II EN III
Cruciale aspecten van een geloofwaardig financieringsdossier
B
asel III (zie kolom) verplicht banken om tussen 8 en 10,5% van de risicogewogen activa in eigen vermogen aan te houden. Ook al zou de invoering van Basel III een jaar op zich laten wachten (De Tijd, 11 oktober), maken banken zoals BNP Paribas Fortis er een erezaak van om als eerste de strengere normen toe te passen. De striktere liquiditeitsnormen van Basel III hebben eveneens een effect op de kredietverstrekking. Kijk maar naar het Dexia-debacle waar de langetermijninvesteringsportefeuille gefinancierd was met kortlopende schulden en Dexia op een bepaald ogenblik niet meer aan haar verplichtingen kon voldoen. Banken willen de herhaling van een dergelijk scenario ten alle koste vermijden.
Sceptischer
De vaststelling vanuit onze branche als financieel adviseur van bedrijven is dat enkel nog kwalitatieve investeringsprojecten met een voldoende eigen inspanning (doorgaans betreft het minimaal 30% van het investeringsbedrag) én een aangepaste zekerhedenstructuur in aanmerking komen. Uit onze ervaring op de overnamemarkt is gebleken dat banken sceptischer wor-
den en bepaalde factoren zwaarder komen door te wegen in de modaliteiten van de kredietbeslissing. Denk maar aan de afhankelijkheid van een grote klant of leverancier, dalende marges door een zwakke concurrentiepositie en de stijgende kost van diensten en personeel. Banken zullen de mogelijk nadelige effecten hiervan op de terugbetalingscapaciteit steevast bekijken in een scenario-analyse. Een dergelijke stresstest duidt de risico’s aan, welke dan worden opgevangen door enerzijds striktere zekerheden en anderzijds hogere tarifering. Bij de zekerheden is het bijvoorbeeld niet denkbeeldig dat een persoonlijke borgstelling wordt gevraagd, of dat zekerheden worden gevestigd op privé-onroerende goederen.
ZO GEZEGD
“Banken zijn heel wat sceptischer geworden met betrekking tot kredietverstrekking”
Financieringsdossier
Wil men voor investeringprojecten nog geschikte bankfinanciering verkrijgen, dan is vandaag – uiteraard naast een voldoende eigen inspanning – ook een professionele aanpak en voorbereiding ontontbeerlijk geworden. Kennis van de markt, analyse van de cijfers, een goed onderbouwd en realistisch businessplan,… zijn dé cruciale aspecten om een geloofwaardig financieringsdossier in te dienen. Dit is een proces dat enorm veel tijd en voorbereiding vergt. Veelal wordt hiervoor dan ook samenge-
Wim Van der Meiren Senior Consultant Corporate Finance
Meer invalshoeken, betere deals
Banken trekken spaargelden aan die ze daarna gedeeltelijk opnieuw aan kredietnemers uitlenen. Maar als deze laatste niet kunnen terugbetalen, zou daar een groot probleem ontstaan.
werkt met een professionele corporate financespecialist. Zij hebben de nodige expertise in huis om een gedetailleerd businessplan en bankmemorandum op te stellen, waarin alle aspecten van de investering/overname toegelicht worden. Het is namelijk de bedoeling dat de bankiers over alle benodigde informatie beschikken om een gefundeerd voorstel te formuleren naar hun kredietcomité toe. Een dergelijke aanpak wekt vertrouwen bij financiers en toont aan dat de ondernemer en zijn adviseur het project ten volle ondersteunen.
Om dit te vermijden, werd in 1988 het BASEL I akkoord gesloten. Dit hield in dat de banken zich tegen dit debiteurenrisico moesten indekken door bij de toekenning van een krediet een vast percentage van 8% van de gewogen vordering onder vorm van eigen vermogen opzij te zetten. In 2007 trad BASEL II in werking, waarbij de focus op een correcte weging van de kredietrisico’s in functie van het risicoprofiel van de betrokken onderneming lag. In concreto betekende dit dat hoe meer risico de bank nam,hoe meer eigen middelen moesten worden gereserveerd en hoe hoger de rentevergoeding lag.
Pandbrieven
Crisisbestendiger
De recente uitgifte van pandbrieven (schuldeffecten gewaarborgd door hypotheekportefeuilles) door Belfius en KBC is een signaal dat liquiditeit voor banken een belangrijk aandachtspunt geworden is. Ze putten zo immers liquiditeiten uit hun langlopende hypotheekleningen op meestal 20 à 30 jaar. Banken verdienen bovendien een mooie duit aan dergelijke obligaties: de geboden rente aan institutionele investeerders bedraagt amper 1 procent waardoor zeer goedkoop geld beschikbaar wordt.Afwachten of dergelijke uitgiftes en de beloofde kredietverlening van 1 miljard EUR via de regering Peeters onze economie de nodige zuurstof zullen kunnen geven.
Vanaf 2013 komen echter de BASEL III akkoorden in werking, die tegen 2019 volledig van kracht moeten zijn.Bedoeling is de banken crisisbestendiger te maken door hun kwetsbaarheid ten opzichte van marktrisico’s te beperken. In plaats van 8% eigen middelen, zullen ze vanaf 2016 10,5% eigen middelen moeten voorzien. Het is evident dat het voor kmo’s hierdoor nog moeilijker zal zijn om een krediet te verkrijgen. De banken zullen immers nog meer rekening houden met de activiteitssector, de grootte van het bedrijf en de levensfase waarin ze zich bevindt. Bovendien is de kans groot dat de rentevergoeding zal stijgen.
[email protected] www.vandelanotte.be
Of het nu om een overname, samensmelting, financiering of verkoop van een bedrijf of een activiteit gaat: het gaat om geld, veel geld. De specialisten bij Vandelanotte Corporate Finance staan u in alle discretie bij om die belangrijke financiële deals waar te maken. Zij bekijken uw project vanuit financiële, juridische, fiscale, verzekeringstechnische en sociaalrechtelijke hoek. Zo bent u zeker dat geen enkel belangrijk detail over het hoofd gezien wordt en houdt u er gegarandeerd een betere deal aan over.
Antwerpen + Brugge + Brussel + Deinze + Dendermonde + Doornik + Kortrijk
Accountancy + Audit + Corporate Finance + Fiscaliteit + Ondernemingsrecht + Persoonlijke Financiële Planning + Risk Management + Sociaal Recht + Talent Management
10 · november 2012
nieuws
Belgische bedrijven exporteren hun innovatie Omdat de lokale markt vaak te beperkt is, mikken Belgische bedrijven steeds meer op buitenlandse klanten. Om succesvol te zijn, is een innovatief product alleen niet meer voldoende, blijkt uit de ervaringen van Skyline Communications en Waterleau. Beide ondernemingen werden recent beloond met de ‘Leeuw van de export’. in de praktijk
Vlaamse export doet het goed
cases “Met ons familiebedrijf Skyline Communications zijn we wereldleider in multi-vendor management software. Het meest bekende product is DataMiner, een softwareoplossing voor netwerkmanagement dat gebruikt wordt door satellietbedrijven, telecomondernemingen en de televisiesector om de volledige keten van de informatiestroom te beheren”, vertelt medezaakvoerder Frederik Vandenberghe.
Internationale opdrachten “Buitenlandse opdrachten vertalen zich ook in het competentieprofiel voor een groot aantal medewerkers”, zegt Anissa Temsamani van Waterleau. foto: waterleau
Risico’s
In de maand juni alleen al exporteerde Vlaanderen voor een bedrag van €24,9 miljard. Ook met betrekking tot de Belgische uitvoer nam de regio Vlaanderen in de eerste helft van 2012 de zwaarste lasten op haar schouders. Haar totale aandeel bedroeg 83,1% van de totale Belgische export.
“De ontwikkeling van de DataMiner nam enkele jaren in beslag. Hoewel we op dat moment de nodige risico’s namen, bleek er toch wel een grote vraag naar onze software vanuit verschillende markten. Met DataMiner willen we dé referentie en een betrouwbare oplossing zijn. Intussen hebben wij meer dan 250 klanten in 65 landen. Wat betreft de verkoop opereren we vanuit ons hoofdkantoor in Izegem, maar daarnaast werken wij ook met een aantal strategische partners wereldwijd. Onder meer via beursbezoeken kunnen wij onze producten verder bekend maken. Personeelstekort is een bottleneck voor ons bedrijf en is dan ook iets waar we dagelijks mee bezig zijn via onder meer ‘employer branding’. Niettemin leggen wij de lat zeer hoog voor nieuwe medewerkers. Wij hebben voortdurend nood aan hoogopgeleide profielen, recent startten hier nog een aantal Portugese ingenieurs. Momenteel tellen we zeventigtal medewerkers en bouwen we aan een nieuw hoofdkwartier.” Anissa Temsamani VP International Relations & Public Affairs bij Waterleau
Frederik Vandenberghe Medezaakvoerder Skyline Communications
Vlaamse bedrijven exporteerden in de eerste zes maanden van 2012 al voor een recordbedrag van €148 miljard. Dat is een stijging van 3,2% in vergelijking met dezelfde periode in 2011.
Amerika
Human resources “Personeelstekort is een bottleneck voor ons bedrijf”, zegt Frederik Vandenberghe van Skyline Communications. foto: skyline communications
In de genen
Anissa Temsamani, VP International Relations & Public Affairs bij Waterleau vult aan: “Export van knowhow zit ons in de genen, de marketingstrategie en het personeelsbeleid zijn daar volledig op afgestemd. Waterleau is een innovatief milieutechnologiebedrijf dat een breed gamma aan duurzame en geïntegreerde oplossingen biedt voor waterbehandeling, luchtzuivering, slib- en afvalverwerking en het aanboren van hernieuwbare energiebronnen. We richten ons zowel op overheden als op industrie. In de buitenlandse markten zijn we on-
der meer actief in Afrika, LatijnsAmerika, China en India. Voor wat betreft de industrie focussen we vooral op food & bevarages met als speerpunt brouwerijen. Bij opdrachten voor overheden vindt er steeds een openbare aanbesteding plaats.”
Competentieprofiel
“De meeste opportuniteiten voor ons liggen in Afrika. We gaan ‘risicovolle’ opdrachten overigens niet uit de weg. In Irak zijn we momenteel actief met de bouw van een waterzuiveringstation. Buitenlandse opdrachten vertalen zich ook in het competentie-
profiel voor een groot aantal medewerkers. Wij verwachten van hen een flexibele instelling, zin in een buitenlands verblijf en makkelijke aanpassing aan andere culturen. Het aanwerven van dergelijke profielen is niet altijd even makkelijk.” “Ook in eigen land, op het hoofdkwartier in Herent, liggen nog volop mogelijkheden, want de R&D-afdeling en de aansturing van de onderneming gebeuren nog steeds vanuit België.”
Het hoogste groeipercentage voor de Vlaamse uitvoer werd in de eerste helft van 2012 geboekt op de Amerikaanse markten. De Verenigde Staten toonden belangstelling voor onze farmaceutische industrie en de totale export naar dat land steeg alles bij elkaar met maar liefst 34,6%. Naast de Verenigde Staten floreerde ook de handel met groeilanden als Brazilië (+22,3%) en Argentinië (23,9%). Voor Mexico ging het groeipercentage zelfs met 44,1% naar omhoog.
Afrika, Azië en China
Ook Afrika bleef in de eerste helft van dit jaar niet achter. De Vlaamse export naar het zwarte continent steeg met ruim 26%. Vooral vanuit Noord-Afrikaanse landen als Egypte, Libië en Tunesië was er veel vraag. Voor de regio van Azië en het Midden Oosten liet de Vlaamse export dan weer een veel bescheidenere vooruitgang van 3,8% optekenen. Uitzondering is China, waarvoor het exportpercentage met bijna 15% omhoog ging. Alexander Cornet
[email protected]
Bert Verbeke
[email protected]
NOVEMBER 2012 · 11
4 TIP
NIEUWS
MVO is meer dan kers op de taart Kmo’s moeten zich goed bewust zijn van het feit dat onze economie er over tien of twintig jaar helemaal anders zal uit zien. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) helpt hen om de vele uitdagingen het hoofd te bieden, maar alleen als het meer is dan een kers op de taart.
“We zitten in een cruciaal moment in de samenleving, waarin het debat gevoerd wordt over de transitie van onze economie”, vertelt professor Bernard Mazijn, afgevaardigd bestuurder van het Instituut voor Duurzame Ontwikkeling (IDO) en docent aan UGent. “Die ommekeer zal nodig zijn om de grote uitdagingen het hoofd te bieden: de problemen rond energiebevoorrading, grondstoffen, klimaatverandering,… En dit in een globaliserende economie waar snel opkomende economieën ook vragen om energie en grondstoffen én bijdragen tot klimaatveranderiing.” “Ondernemers moeten hiermee rekening houden, net als met lokale vraagstukken over vergrijzing, armoede, gezondheid en milieu. Een belangrijke vraag die moet beantwoord worden is: waar moet je met het oog op de toekomst dan in investeren?”
Tools
“Er bestaan geen kant-en-klare oplossingen want de ene kmo is de andere niet. Om te beginnen is er
“Heel wat ondernemers blijken nog niet op de hoogte van het MVO-verhaal of weten niet hoe eraan te beginnen” Professor Bernard Mazijn Afgevaardigd bestuurder Instituut voor Duurzame Ontwikkeling (IDO) en docent UGent
een heel verschil tussen een kleine kmo en eentje met 200 à 250 werknemers. “In die laatste zal het eerder mogelijk zijn om bij werknemers tijd en energie vrij te maken om MVO aan te pakken op een systematische en samenhangende manier. In kleine bedrijven moet de baas dit vaak zelf doen, of gebeurt dit op schaarse vrije momenten tussen het werk door.” Heel wat ondernemers blijken nog niet op de hoogte van het MVO-verhaal, of ze weten niet
goed hoe ze eraan moeten beginnen. Je moet ook in alle aspecten mee zijn om een degelijk beleid te kunnen voeren. “Een eerste stap is het vullen van je lege map (zie kader), maar er bestaan ook heel wat tools die je kunnen helpen. Als je onderneemt op de internationale markt, dan bestaan hiervoor specifieke instrumenten (hulpmiddelen voor ISO 26000, GRI …), maar ook in ons land worden tools ontwikkeld: Unizo werkt aan een roadmap met MVO-tool, de Vlaam-
IN ENKELE STAPPEN NAAR EEN MVO-BELEID ■ Als je van nul begint, vertrek je van een lege map. Maak zeven tussenbladen, met als titel elk van de zeven aandachtspunten (zie kolom). ■ Het uitwerken van een MVObeleid kost tijd. Reken enkele maanden tot twee jaar om een lege map te vullen. ■ In deze map vertrek je niet altijd van nul. Vraag je voor elk van
de elementen en voor elke P af wat je hiervan al doet, en documenteer dit op een samenhangende en systematische manier. ■ Kom je in een van de mappen veel stof te kort, dan weet je dat je daar een stap verder in moet zetten. ■ Instrumenten en software kunnen je hierbij helpen.
DENK AAN DE TOEKOMST
7
AANDACHTSPUNTEN VOOR MVO
se overheid heeft ‘start to MVO’, en wij vertrekken zelfs van een eenvoudige Excelfile om snel tot een eerste duurzaamheidsverslag te komen. Je hebt dus heel wat mogelijkheden om er werk van te maken en ermee uit te pakken.”
Opportuniteiten
Tot slot mag je niet vergeten dat het ook heel wat opportuniteiten biedt: “Naast de wettelijke verplichtingen en Europese richtlijnen wordt het vaak gebruikt – ook in onze buurlanden - als middel om de concurrentiepositie te verstevigen of voor reputatiemanagement. Het kan ook perfect gekoppeld worden aan managementsystemen zoals de ISO:9001-norm, ingezet worden voor het behalen van labels en keurmerken en heel wat overheidsopdrachten stellen eisen voor duurzaamheid. Een bekende troef is de kostenbesparing die milieuvriendelijke maatregelen met zich meebrengen, maar je krijgt ook minder klachten bij consumenten en leveranciers en een groter innovatiepotentieel. Wanneer je bovendien tijdig in het oog hebt wat er stroomopwaarts of –afwaarts met je onderneming kan gebeuren, dan kan je je daarop proberen voor te bereiden. Toeleveranciers van Ford Genk die zich van dit laatste bewust waren en voor een strategie van diversificatie hebben gekozen, worden minder zwaar getroffen door de sluiting.” BARBARE VANDENBUSSCHE
Er zijn bij Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 7 aandachtspunten die altijd terugkomen. In elk van de internationale normen zijn al deze punten terug te vinden: ■ De eigen organisatie en het management. ■ Mensenrechten ■ Arbeidsomstandigheden ■ Milieu ■ Eerlijk zakendoen of fair business: de relatie met toeleveranciers en afnemers ■ De relatie met de consument ■ De relatie met de gemeenschap, zowel de onmiddellijke buurt als de samenleving.
People, Planet, P…
De drie P’s,traditioneel omschreven als People, Planet, P…, kunnen in al deze elementen teruggevonden worden en vormen dus eerder een soort koepelbenadering die ondernemers kan helpen om hun ideeën en prioriteiten uit te werken. People (de mensen,en dus de sociale dimensie van ondernemen binnen en buiten de onderneming) en planet (de aarde,en de effecten op het natuurlijke leefmilieu) liggen voor de hand, maar over de derde P bestaat minder overeenstemming. Ondernemingen vertalen dit traditioneel als Profit, maar vanuit de internationale gemeenschap heeft men hier een andere betekenis aan gegeven, die vaak wordt vergeten. P staat voor hen voor Prosperity of welvaart. Er is dus een groot spanningsveld tussen het streven naar individuele winst en naar welvaart voor de collectiviteit van de samenleving.
[email protected]
FOTOTIP
DUURZAAM ONDERNEMEN?
Schakel over op groene energie Er zijn heel wat mogelijkheden om over te schakelen naar maatschappelijk verantwoord ondernemen. Één tip is alvast het overschakelen naar groene energie. Je kan zo investeren in zonnepanelen of overstappen naar een leverancier van groene energie.
INCREASING
Shareholder
VALUE
THROUGH
Verhoog systematisch de winstgevendheid van uw KMO met een totaalaanpak rond Financial Performance Management.
Actionable INFORMATION
Zonder extra investeringen en met een snel terugverdieneffect van de kosten.
PERFORMANCE MANAGEMENT
BUSINESS ANALYSE
Noble House for Finance Financial Performance Management services
RAPPORTERING ANALYTISCHE BOEKHOUDING
www.noblehouseforfinance.be
[email protected] 0471-125-156
ALGEMENE BOEKHOUDING & FISCALITEIT
Plan IS(B)KMO De hospitalisatieverzekering voor uw KMO Sinds jaren is DKV toonaangevend in hospitalisatieverzekeringen. Uw gezondheid verzekeren is ons vak. Wij bieden uw werknemers een optimale dekking, aangepast aan de noden van uw KMO*. Onze waarborg IS(B)KMO is een budgetvriendelijke hospitalisatieverzekering die makkelijk onderschreven kan worden. Dit extra-legaal voordeel scoort een hoge tevredenheid bij werknemers en draagt bij tot de retentie van uw medewerkers.
* Ondernemingen van 5 t.e.m. 19 werknemers
Voor meer informatie, aarzel niet contact op te nemen met uw verzekeringsbemiddelaar of met DKV op het nummer 02/287 64 11.