COMMISSIE WELSTAND EN MONUMENTEN OOST 2014-13 Verslag van de Commissie Welstand en Monumenten Oost, gehouden op dinsdag 12 augustus 2014 in Utrecht Aanwezig: Afwezig :
T. Frantzen, voorzitter, de leden P. Diederen, J. Kamphuis, M. Reniers, K. Tedder, H. Vlaardingerbroek, C. Boogert (uitvoerend secretaris) de leden K. van Vliet en N. Eerens, M. Bracht (afdeling Stedenbouw), B. Van Santen (afdeling Erfgoed) en M. van der Wiel (secretaris)
OVERZICHT VERSLAG A
Ingekomen stukken en mededelingen
B
Notulen Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 15 juli 2014
C
Algemeen
D D1 D2 D3 D4 D5 D6 D7 D8 D9
Bouwplannen Eykmanlaan 431 Briljantlaan 5 en 7 – Rotsoord - De Trip Jutfaseweg 205 Zeedijk 5 Vredenburg 8 Voorstraat 36 Menno van Coehoornstraat nabij nummer 40 Victor Hugoplantsoen Westerkade 12
E E1 E2 E3
Nagekomen plannen Agnietenstraat 3 (Rijks- en gemeentelijk monument) Pearsonlaan1-103 en 2-104 AlbrechtThaerlaan 66 en 67
F
Overige bouwplannen Plannen met preadvies, lijsten d.d. 24/07 en 07/08 2014
G G1
Reclames Vismarkt 21
H
Rondvraag en sluiting
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
A
Ingekomen stukken en mededelingen Geen onderwerpen.
B
Notulen van de Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 15juli 2014 Het verslag is na een schriftelijke ronde vastgesteld.
C
Algemeen Geen onderwerpen.
D
Bouwplannen
D1 (R)
Eykmanlaan 431 Schetsontwerp gezondheidscentrum – De Nieuwe Prinsenhof Aanvraag: Protestantse Gemeente Utrecht Ontwerp : Bakers Architecten Aan het eind van een bebouwingsstrook, aan een knik in de Eykmanlaan, wordt het bestaande gebouw vervangen door een gezondheidscentrum met apotheek. Architect Bakers geeft een toelichting. Het plan past in het bestemmingsplan, heeft een rechthoekige plattegrond en twee bouwlagen. De begane grond loopt tot de oostelijke kavelgrens, de verdieping ligt daar circa 6.00m van terug. In kleurstelling en gevelindeling onderscheidt het ontwerp zich van de omgeving. De ruwe, zwarte metselwerkplint met een onregelmatig patroon van smalle, verticale vensters moet begroeien en opgaan in de groene omgeving. De bovenbouw is gedacht in witte baksteen met een regelmatig vensterpatroon, een reliëf in het metselwerk verwijst naar het bestaande gebouw. Op de zuidwesthoek is de plintgevel van glas, met daarboven een luifel met naamsvermelding. Een parkeerstrook ligt ten zuiden van de nieuwbouw, fietsparkeren is in de openbare groenstrook daarvoor gedacht. Afdeling Stedenbouw hecht aan continuïteit van de groenstrook langs de Eykmanlaan, met het fietsparkeren op eigen terrein en heeft een voorkeur voor meer openheid in de noordgevel. Reactie van de commissie De commissie waardeert de heldere planopzet en geeft voor de uitwerking enkele aandachtspunten mee. De hoogteplaatsing van de luifel, in combinatie met de belettering daarop, maakt de entreepui visueel erg laag en oogt daardoor minder vanzelfsprekend. Door het formaat van de verdiepingsvensters en de geslotenheid dreigt in de noordgevel een ‘achterkant’-uitstraling, terwijl deze zijde vanaf de Eykmanlaan gezien juist beeldbepalend is. De maaiveldindeling van het entreegebied is, mede in relatie tot de gewenste continuïteit van de groenstrook, voor verbetering vatbaar. De aanvraag omgevingsvergunning wordt tegemoet gezien.
D2 Briljantlaan 5 en 7 – Rotsoord - De Trip 14-14535 (Ont) Aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen van 3 gebouwen met 255 woningen en commerciële ruimtes en het maken van in-/ uitritten Aanvraag: Jebber Ontwerp : VMXArchitects/VanWilsumVanLoon (notulen 05/07 2011, 18/12 2012, 01/07 en 15/07 2014) Architect Van Wilsum toont monsters van de voor de drie gebouwen voorgestelde gevelmaterialen met beelden van de toepassing. Aansluitend op het commissieadvies is het contrast tussen de ‘Helling’ en de ‘Briljant’ vergroot. Formaat en verwerking van de baksteen voor de gevels van de ‘Kade’ zijn nog in onderzoek. De binnengevels van de drie gebouwen zijn bekleed met halfmat, wit, verlijmd plaatmateriaal. Reactie van de commissie Planinhoudelijk zijn er geen wijzigingen in de ontwerpen van de drie gebouwen ten opzichte van de in de vorige commissievergadering besproken plannen. De noordzijde van gebouw de ‘Helling’ voldoet daarmee niet aan de door de afdeling Stedenbouw opgestelde randvoorwaarden, waarin om een aantrekkelijke en levendige plint aan de noordzijde van het gebouw wordt gevraagd. In functies, noch in gevelindeling en -materialisering wordt hier een relatie met de openbare ruimte aangegaan. De uitstraling van de gevel is die van een monoliet; introvert, gesloten en somber. Zorg bestaat bovendien over het verouderingsproces van de toegepaste gevelplaat. Door de
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
2
voorgestelde akoestische bekleding van de onderzijde van de galerijen aan de binnenzijde van dit blok dreigt hier een armoedige uitstraling. De commissie blijft derhalve bij haar bezwaar ten aanzien van dit gebouwenontwerp. Zij kan zich wel vinden in het ontwerp voor de ‘Briljant’ en de voorgestelde gevelmaterialen. Bij het ontwerp voor de ‘Kade’ roept de vormgeving van de gevel, met metselwerkvlakken die ten opzichte van elkaar in diepte verspringen, vragen op. Onvermijdelijke, onregelmatige gevelvervuiling, tengevolge van de veelvuldig voorkomende, horizontaal liggende metselwerkranden is in de detaillering niet voorkomen. De gewenste duurzaamheid van het voorgestelde gevelbeeld zal daarmee niet worden bereikt. Conclusie - De constatering dat gebouw de ‘Helling’ niet voldoet aan de stedenbouwkundige randvoorwaarden wordt bestendigd door de optelsom van negatieve factoren in ontwerp en gevelmaterialisatie. Dit leidt tot de constatering dat het ontwerp niet aan redelijke eisen van welstand voldoet. - Ontwerp en toepaste gevelmaterialen van gebouw de ‘Briljant’ voldoen aan redelijke eisen van welstand. - Het baksteenmetselwerk in relatie tot de detaillering geeft onvoldoende vertrouwen in de gewenste duurzame kwaliteit van de gevels van gebouw de ‘Kade’. Dit aspect, gevoegd bij de nog niet afgeronde steenkeuze en de verwerking daarvan, maken dat het ontwerp op dit onderdeel nog niet voldoet aan redelijke eisen van welstand. - De commissie verwacht dat de inrichting van de openbare ruimte in een later stadium zal worden toegelicht zoals door afdeling Stedenbouw gewenst en door initiatiefnemers is toegezegd. Samenvattend moet de aanvraag vooralsnog van een negatief advies worden voorzien. D3 (O)
Jutfaseweg 205 14-09247 Aanvraag omgevingsvergunning voor het verbouwen van een kantoorgebouw ten behoeve van starterswoningen Aanvraag: MidNed Projectontwikkeling Ontwerp : Strandnl Van het bestaande samenstel van twee kantoorvolumes wordt de gevelbeplating, die beoogde de gebouwdelen te verbinden, vervangen door nieuwe. Architect Hekstra geeft in zijn toelichting aan dat door motief en tint van de gevelbekleding de volumes nu juist worden verzelfstandigd. De nieuwe beplating zal worden verlijmd. Binding tussen de gebouwdelen ontstaat door de groene invulling van de daken met dakterrassen, voorzien van uniforme haagafscheidingen. Conclusie Er bestaat geen bezwaar tegen de voorgestelde vervanging van de gevelbekleding. De te bereiken beeldkwaliteit is sterk afhankelijk van de zorgvuldigheid van detaillering van met name gevelhoeken en kozijnaansluitingen. Het Bureau CWM wordt verzocht de nog aan de aanvraag toe te voegen geveldetails nader te beoordelen. Met deze kanttekening wordt de aanvraag van een positief advies voorzien.
D4 Zeedijk 5 IA-14-14982 (R/O) Indicatieaanvraag voor het bouwen van 109 woningen (Zijdebalen, fase 1) Aanvraag: Zijdebalen Beheer Ontwerp : Mulleners Architecten De eerste fase van de herontwikkeling van het project Zijdebalen vormt een gesloten blok met de bestaande bebouwing aan de Kaatstraat en ligt tussen de Oudenoord/Westerdijk en de Zeedijk. Het bouwblok reikt tot aan de recente nieuwbouw aan de Oudenoord. Architect Mulleners licht toe dat deze fase volgens een rationeel bouwsysteem wordt ontwikkeld en van de Oudenoord/Westerdijk tot de Zeedijk uit een drietal, centraal ontsloten volumes bestaat opgedeeld in architectonische eenheden. Aan de Zeedijk bestaat de bebouwing uit beukbrede panden. Bergingen en parkeerplaatsen liggen half verdiept onder de bebouwing en het dek in het binnenterrein. Een deel van de bergingen ligt op het dek, evenals de tuinen van de aanliggende woningen. De collectieve tuin op het dek is vanaf de centrale stijgpunten bereikbaar. De beuken aan de Oudenoord en de Zeedijk krijgen vanaf straatniveau een verdieping van anderhalve laag, in de volumes aan de tussenstraat liggen, naast de centrale entrees, de voordeuren van een aantal
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
3
appartementen op straatniveau ter bevordering van de levendigheid. Door de maximale benutting van de in het bestemmingsplan gegeven bebouwingshoogten, ontstaat variatie in de verschijningsvorm van de bebouwing door de bovenbeëindiging met en zonder kapverdieping, de vorm- en groottevariatie van de gevelopeningen, de materialisatie en kleurstelling, en de detaillering. Hierin zijn nog geen definitieve keuzes gemaakt. Reactie van de commissie De commissie constateert dat in de herontwikkeling de ambities zijn bijgesteld, maar waardeert dat de doelstelling van de architect overeind is gebleven: het maken van een gevarieerde stad, die verwijst naar het verleden en met een parcellering die op de stedenbouwkundige situatie is toegesneden. Om het rendement van dit streven bij een beperkt budget zo groot mogelijk te maken wordt aanbevolen de aandacht vooral te richten op de aanhechting van de plintlaag op het maaiveld en de variatie in entrees en de gevelopeningen daarin. Met deze eenduidige bouwstructuur is de suggestie van een historische stad niet langer aan de orde. Daarbij waarschuwt de commissie voor een te grote uniformiteit in vorm en (kleine) afmetingen van gevelopeningen, die tot gesloten eentonigheid van de straatwanden kan leiden. Zij wijst er tevens op dat rationalisatie mogelijk is, maar dat een hoog kwaliteitsniveau bij de uitwerking (materiaalkeuze en detaillering) nodig blijft. D5 (B)
Vredenburg 8 Ontwerp wijziging winkelpui Aanvraag: Esprit Ontwerp : Atelier Juliette Status : collegiaal overleg De bestaande onderbouwgevel wordt in het voorstel van architect Jespers aangepast. De brede vouwpuien aan weerszijden van de middenkolom worden vervangen door twee draaideurstellen, geflankeerd door etalages. Voor de ontsluiting van de verdiepingen is in het ontwerp een entreeportaal met voordeur opgenomen. Binnen het bestaande gevelkader zijn de dichte geveldelen tot en met de borstwering van de eerste verdieping en de voordeur bekleed met horizontale houten lamellen. De metalen puien en de middenkolom zijn donkergrijs. De reclame bestaat uit de ketennaam in losse doosletters op de gevelstrook boven de puien en een rechthoekig paneel haaks op de gevel, ter hoogte van de verdiepingsvensters. Reactie van de commissie In de oorspronkelijke bioscoopgevel, een ontwerp van Rietveld, vormden onder- en bovenbouw een eenheid, ondanks kleurcontrasten. Kenmerkend was daarbij de vlakheid van de toegepaste materialen, inclusief de naamsaanduiding en reclame-uitingen, die in het gevelvlak lagen. In het voorstel wordt de oorspronkelijke eenheid niet hersteld, maar het verschil juist vergroot. Dit wordt versterkt door de keuze voor hout als decoratief gevelmateriaal, de driedimensionale naamsaanduiding en de positie daarvan. Uitgangspunt voor een ontwerp zou de analyse van de oorspronkelijke Rietveldgevel moeten zijn. Daaruit zijn mogelijkheden te destilleren die zowel recht doen aan het grafische spel in het oorspronkelijke ontwerp, als de samenhang tussen onder- en bovenbouw herstellen.
D6 (B)
Voorstraat 36 IA-14-07035 Indicatieaanvraag voor het verbouwen van kantoorruimte tot woonruimte, het bouwen van een 3e verdieping met een mansardekap en het herstellen van de gevel Aanvraag: Nox West Ontwerp : Bureau Parmentier (notulen 20/05 2014) Architect Parmentier licht toe in het voorliggende ontwerp voor verzelfstandiging van de drie samenstellende panden te hebben gekozen; van de buitenste twee is het gevelstucwerk verwijderd en de plintinvulling en gevelbeëindiging zijn per pand verschillend. In de verdiepinggevels verschillen de vensterhoogten, maar is de indeling overigens sterk verwant. Reactie van de commissie Het voorliggende ontwerp slaagt er onvoldoende in de keuze voor individualisering waar te maken. Een verdeling van het bestaande samenstel in drie zelfstandige panden is voorstelbaar, maar stelt zeer hoge eisen aan de vormgeving en geveldetaillering en lijkt in
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
4
dit geval niet voor de hand te liggen. De benadering van de drie panden als onderdelen van één ensemble lijkt de commissie kansrijker, omdat dit aansluit op de huidige toestand en de functionele werkelijkheid. Een dergelijke aanpak schept ruimte voor een eenduidige kaptoevoeging en vraagt om een subtiele driedeling in de gevels van de bovenbouw, terwijl de plint juist een bindende rol kan spelen, met goed vormgegeven, gelijkwaardige entrees voor winkel en appartementen aan weerszijden. D7 (O)
Menno van Coehoornstraat nabij nummer 40 14-13290 Indicatieaanvraag voor het verbouwen van kantoorruimte tot woonruimte, het bouwen van een 3e verdieping met een mansardekap en het herstellen van de gevel Aanvraag: T.F. Verwoest Ontwerp : BK. Architecten (notulen 20/05 2014) In de aanvraag zijn de twee samenstellende bouwdelen van gelijke hoogte. De lagere, tussenliggende, gedraaide entreezone is verbreed en voorzien van een smalle, verticale glasstrook over de volledige hoogte. Het dichte geveldeel naast de glasstrook op de verdieping, bestaat uit een vlak betonpaneel, de gesloten voordeur daaronder is van staal. In de gemetselde gedeelten van de voorgevel zijn in tweetallen hoogtevarianten van hetzelfde kozijntype opgenomen. In de achtergevel markeert een smalle, verticale glasspleet de tweedeling van het blokje en is naar meer rust in de gevelindeling gestreefd. Conclusie De commissie ziet de aanpassingen in het ontwerp als verbetering en voorziet de aanvraag van een positief advies. Wel moet de bemonstering van het metselwerk nog worden voorgelegd en het Bureau CWM wordt gevraagd de geveldetaillering na te lopen.
D8 (O)
Victor Hugoplantsoen Definitief ontwerp school en fietsbrug Aanvraag: gemeente Utrecht Ontwerp : NEXTarchitects (notulen 25/03, 20/05 en 15/07 2014) Status : collegiaal overleg De westgevel van de school is op de brug omgezet in het verlengde van de brugbalustrade en begeleidt de fietsroute tot in het plantsoen. Een achterover hellend, transparant lamellenhekwerk scheidt het sportzaaldak met de zonnepanelen van het dakvlak op brugdekniveau. Door het verschuiven van de borstwering op het fietspad ontstaat op het dak van het eenlaagse bouwdeel langs de fietsroute een tussenniveau, dat verwijst naar de terrassen in de lus van de fietsroute. Afdeling Stedenbouw geeft aan dat waarschijnlijk ook ter plaatse van het eenlaagse bouwdeel een afscheiding met het fietspad moet worden toegevoegd. Reactie van de commissie De commissie heeft waardering voor de zorgvuldigheid waarmee gezocht wordt naar de integratie van fietsroute en schoolgebouw. Het omzetten van de gevel in het verlengde van de balustrade op de brug wordt als een goede ingreep gezien. Het lamellenhekwerk wordt echter ervaren als een noodgreep, waarbij overigens ook aan de effectiviteit ervan wordt getwijfeld. Dit gevoegd bij te verwachten extra voorzieningen ter plaatse van het lagere dak leidt tot de vraag aan de architect te streven naar een oplossing die alle noodzakelijke afscheidingen in één gebaar oplost.
D9 Westerkade 12 (B/St)Aanvraag omgevingsvergunning voor het vernieuwen van de pui op de beganegrond Ontwerp : Derks Architecten (notulen 24/09 2013) De bestaande onderpui is in de aanvraag vervangen door een invulling met gemetselde gevelkolommen, voorzien van een hardstenen plint, die de twee terugliggende entreedeuren aan weerszijden scheiden van een dubbele deur in het midden. Boven de twee entreeportiekjes en het deurstel zijn iets voor het gevelvlak uitstekende, doosvormige, vitrine-achtige elementen of bloemkozijnen gedacht met in de bodem opgenomen verlichtingselementen.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
5
Conclusie Aan de eerder geformuleerde voorwaarden is voldaan; er is voldoende binding met het maaiveld, boven- en onderbouw vormen een eenheid en het geheel voegt zich in de straatwand. De aanvraag wordt voorzien van een positief advies. E E1 (B)
Nagekomen plannen Agnietenstraat 3 14-14352 Aanvraag omgevingsvergunning voor het verplaatsen van de entree en het verbouwen van de kapel tot museumwinkel en expositieruimte Aanvraag: Stichting Centraal Museum Ontwerp : soda + (notulen 26/03, 21/05, 16/07 en 05/11 2013,08/04 en 15/07 2014) Bij de laatste bespreking van de plannen heeft de commissie bezwaar gemaakt tegen de vormgeving van de entree, in eerste instantie vanwege het verwijderen van bouwhistorisch belangrijk materiaal. Daarnaast zijn opmerkingen geplaatst ten aanzien van de balustrades. De aanpassing van de entree is uit de aangevraagde omgevingsvergunning gehaald en in een later stadium zullen hiervoor aangepaste plannen aan de commissie worden voorgelegd. De interieure ingrepen zijn aangepast conform de opmerkingen van de commissie. Conclusie In de omgevingsvergunning zijn door de aanpassing van de documenten de bezwaren van de commissie weggenomen. De aanvraag wordt voorzien van een positief advies.
E2 (O)
Pearsonlaan1-103 en 2-104 14-13709 Aanvraag omgevingsvergunning voor het renoveren en gedeeltelijk herindelen van twee woongebouwen met bijbehorende entrees en openbaar gebied Aanvraag: Mitros Ontwerp : Van Schagen architekten (notulen 20/05 en 03/06 2014) Het eerder besproken plan is in de aanvraag uitgewerkt. De nieuwe houten puien op de begane grond zijn in een passende kleur geschilderd. De zoektocht naar de gevelbetegeling zal binnen afzienbare termijn worden afgerond. Conclusie Met de aanpassingen in het uitgewerkte plan voldoet de aanvraag aan redelijke eisen van welstand en deze wordt van een positief advies voorzien. De commissie ziet de bemonstering van de gevelbetegeling nog ter beoordeling tegemoet. Het wordt als gemiste kans gezien dat niet is tegemoetkomen aan het verzoek de vormgeving van de dakrand, die oorspronkelijk een beeldbepalend onderdeel van het gebouw was, in de ontwerpopgave te betrekken.
E3 (R)
AlbrechtThaerlaan 66 en 67 14-14602 Aanvraag omgevingsvergunning voor het vergroten van een dakkapel aan de voorkant van twee woningen Aanvraag: n.v.t. Ontwerp : n.v.t. De aanvraag betreft het vergroten van de bestaande, gekoppelde dakkapel, zowel in lengte als in hoogte. Deze is geplaatst op een bouwblok met een relatief gaaf dakvlak. In 2005 en 2006 zijn aanvragen ingediend om de dakkapel aan de voorzijde te vergroten, maar vanwege de gaafheid van het dakvlak en het originele karakter van de geschakelde dakkapel heeft de commissie negatief geadviseerd (zie notulen 03/01 2006). In de aanvraag zijn foto’s opgenomen van brede dakkapellen op bouwblokken in de nabije omgeving. Met betrekking tot dakkapellen wordt echter per bouwblok geadviseerd, afhankelijk van ondermeer de architectuur en de bestaande situatie. Conclusie Het dakkapellenbeleid is sinds de invoering van de welstandsnota in 2004 niet meer gewijzigd. De advisering die in 2005 en 2006 van kracht was, geldt nog steeds. Het bestaande specifieke ritme van de kleinschalige dakkapellen is beeldbepalend voor dit bouwblok. Enig mogelijke verruiming is een beperkte verlenging van de bestaande dakkapel tot maximaal 50% van het dakvlak per woning, conform de criteria voor dakkapellen. Aanvraag wordt in deze vorm derhalve voorzien van een negatief advies.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
6
F
Overige plannen De plannen, genoemd in de lijsten d.d. 24 juli en 7 augustus 2014, zijn met een preadvies van de secretaris aan de commissie voorgelegd. De leden van de commissie hebben besloten de advisering over te nemen. De preadvisering is verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden criteria, zoals vastgelegd in de welstandsnota. Samenvattend: Open : Verandering en handhaving zijn beide mogelijk, zowel naar structuur als naar architectuur. Respect : Essentiële eigenschappen van de aanwezige bebouwings- en omgevingskarakteristiek worden gerespecteerd. Behoud : Behoud en herstel van het aanwezige bebouwingsbeeld en versterken van de bestaande of historisch bepaalde karakteristiek van stedenbouwkundige, architectonische, landschappelijke of cultuurhistorische aard. Stimulans: Het gebied vraagt vanwege zijn bijzondere of markante karakter extra aandacht voor versterking en stimulering van het beeld. Indien van toepassing, zijn de aanvragen getoetst aan de (welstands)criteria, zoals geformuleerd in de welstandsnota. De lijstenzijn ter inzage op het secretariaat en in te zien via de website http\\www.welstandutrecht.nl.
G (B)
Reclames Vismarkt 21 14-11341 Aanvraag omgevingsvergunning voor het plaatsen van een reclamebord Aanvraag: R.A. Colin Ontwerp : onbekend In de aanvraag wordt een (reeds gerealiseerde) reclame aangevraagd, een galgconstructie tegen de werfmuur met een reclame-uiting. Conclusie Voor de reclame-uitingen aan de werven van de Oudegracht is in het verleden besloten, vanwege de hoogmonumentale waarde van de werven met de werfmuren, een uniforme uiting voor reclames te hanteren, in een kwalitatief hoogwaardige uitvoering. Hierdoor ontstaat een passend beeld van reclames in de historische binnenstad, zorgvuldig tot stand gekomen en vormgegeven. Onderhavige aanvraag betreft ook een galgconstructie maar mist in alle opzichten de kwaliteit die vereist is in deze omgeving: de bestaande galg maakt wat betreft constructie en uitvoering (inclusief de bevestigingen) een armoedige indruk en zelfs met mogelijke aanpassingen zoals verven, het verwijderen van de lichtlijn en de bevestigingspunten wijzigen, blijft de kwaliteit onvoldoende. Ook het reclamebord zelf sluit niet aan op de gevraagde kwaliteit. Voorkomen moet worden dat er een ongewenst precedent ontstaat. Aanvraag wordt voorzien van een negatief advies.
H
Rondvraag en sluiting De volgende commissievergadering vindt plaats op 9 september 2014.
De voorzitter,
De secretaris,
T. Frantzen
M. van der Wiel
Per 1 juli 2004 wordt de welstandsadvisering verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden criteria zoals geformuleerd in de welstandsnota 'De schoonheid van Utrecht' (vastgesteld door de raad van de gemeente Utrecht d.d. 24 juni 2004). (O) = open (R) = respect (B) = behoud (St) = stimulans (Ont) = ontwikkelingsgebied
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 12 augustus 2014
7