Raad
vanState 200907607/1/V2. Datum uitspraak: 21 december 2009
AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
appellante, tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage van 2 september 2009 in zaak nr. 09/8426 in het geding tussen:
en de staatssecretaris van Justitie.
200907607/1/V2
1.
2
21 december 2009
Procesverloop
Bij besluit van 23 februari 2009 heeft de staatssecretaris van Justitie (hierna: de staatssecretaris) een aanvraag van (hierna: de vreemdeling) om haar een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen afgewezen. Dit besluit is aangehecht. Bij uitspraak van 2 september 2009, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank 's-Gravenhage het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht. Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 30 september 2009, hoger beroep ingesteld. Deze brief is aangehecht. De staatssecretaris heeft een verweerschrift ingediend. Vervolgens is het onderzoek gesloten. 2.
Overwegingen
2.1. Hetgeen in het hoger-beroepschrift is aangevoerd en voldoet aan het bepaalde in artikel 85, eerste en tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000, kan niet tot vernietiging van de aangevallen uitspraak leiden. Omdat het aldus aangevoerde geen vragen opwerpt die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoording behoeven, wordt, gelet op artikel 9 1 , tweede lid, van deze wet, met dat oordeel volstaan. 2.2. Het hoger beroep is kennelijk ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd. 2.3.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
200907607/1/V2
3.
3
21 december 2 0 0 9
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende in naam der Koningin: bevestigt de aangevallen uitspraak. Aldus vastgesteld door mr. A . B . M . Hent, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. S. Z w e m s t r a , ambtenaar van Staat.
w . g . Hent lid van de enkelvoudige kamer
w . g . Zwemstra ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 21 december 2 0 0 9 91-631. Verzonden: 21 december 2 0 0 9 Voor eensluidend afschrift, de secretaris van de Raad van State, voor deze,
mr. H.H.C. Visser, directeur Bestuursrechtspraak
30/Û9/.2009 18:18
Körver & Sanchez Advocaten
(FAX ) + 3 1 7 0 5 1 4 59 3D
P. 0 0 2 / 0 1 9
uitspraak Sector bestuursrecht Afdeling 3, enkelvoudige kamer Reg.nr ; AWB 09/8420 BEPTDN UITSPRAAK ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) In het geding russen eiseres, V-nummer , woonplaats kiezende ten kantore van haar gemachtigde, mr. J. Groen, advocaat te Wassenaar, en de staatssecretaris van Justitie, verweerder. 1 PROCESVERLOOP I Eiseres heeft gesteld te zijn geboren op en de Kameroense nationaliteit te bezitten. Zij verblijft als vreemdeling in Nederland. Op 9 november 2007 heeft zij een aanvraag ingediend tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 van de Vreemdelingenwet (Vw) 2000. Verweerder heeft op 14 november 2008 eiseres schriftelijk mededeling gedaan van het voornemen de aanvraag af te wijzen. Eiseres heeft haar zienswijze op deze mededeling schriftelijk naar voren gebracht. Bij besluit van 23 februari 2009 heeft verweerder de aanvraag van eiseres afgewezen. 2 Bij schrijven van 11 maart 2009 heeft eiseres tegen dit besluit een beroepschrift ingediend bij de rechtbank. 3 Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken ingezonden en een verweerschrift ingediend. 4 De openbare behandeling van het beroep heeft plaatsgevonden op 23 juli 2009. Eiseres is aldaar in persoon verschenen, bijgestaan door mr. EX. Hamming, kantoorgenoot van haar gemachtigde. Verweerder beeft zich doen vertegenwoordigen door zijn gemachtigde mr. N. van Andel. Tevens was ter zitting aanwezig M.L. von der Assen"van Zonneveld,, tolk in de Engelse taal. Iï OVERWEGINGEN ! in dit geding dient te worden beoordeeld of het bestreden besluit in het iicht van de daartegen aangedragen beroepsgronden de toetsing aan geschreven en ongeschreven rechtsregels kan doorstaan.
30/09/2009 18:18
Körver S Sanchez Advocaten
(FAX) U I 7 0 5 H 5 H O
P. 00 3/019
Reg. Nr. AWB 09/8426 BEPTDN
2
2 Eiseres heeft ter onderbouwing van haar aanvraag - voor zover van belang en samengevat - het navolgende aangevoerd. Eiseres verblijft sedert augustus 2001 in Nederland. In haar land van herkomst was zij werkzaam op een EHBO post Een hoge militair die bij de EHBO post kwam, dwong eiseres hem een injectie te geven omdat hij zich beroerd voelde en het raadplegen van een arts achterwege wilde laten omdat hij dan zou moeten wachten. De hoge militair reageerde verkeerd op de injectie en overleed. Eiseres is toen naar de politie gegaan, waar zij een week is vastgehouden voor zij naar de gevangenis werd gebracht. Eiseres is op het politiebureau zwaar mishandeld waaraan zij vele medîsshe-k!achten heeft overgehouden. Ehefës-tâ ontsnapt met behulp van , waarna zij naar Nederland is gevlucht 3 Verweerder heeft met verwijzing naar artikel 3 1 , eerste lid, van de Vw 2000, in samenhang met het bepaalde in het tweede lid, aanhef en onder c,d en f, van dat artikel, de aanvraag afgewezen. Verweerder heeft daarbij geconcludeerd dat aan het asielrelaas geen geloof kan worden gehecht. 4 frrberoep heeft eiseres nog het volgende aangevoerd. De gewapende militairen die in het gezelschap van de overleden hoge militair verkeerden, verweten eiseres zijn dood en hebben haar met de dood bedreigd. Zij hebben eiseres meegenomen naar een detentiecentrum, haar ernstig mishandeld waaraan ^ij littekens heeft overgehouden en zij hebben eiseres vele malen verkracht Eiseres wordt in haar land van herkomst gezocht, hetgeen blijkt uit een zestal arrestatiebevelen. Het Bureau Documenten van verweerder stelt weliswaar dat die documenten hoogst waarschijnlijk niet door de bevoegde instanties opgemaakt en afgegeven zijn, doch dat houdt in dat de documenten ook echt kunnen zijn. Het heeft bevestigd dat eiseres lijdt aan tal van ziektes die heef goed het gevolg kunnen zijn van de mishandelingen. Dat maakt haar asielrelaas geloofwaardig. Eiseres wordt in het behandeld voor een HJ V virus dat zij door de verkrachtingen heeft opgelopen. Bovendien ziet eiseres slecht waarvoor zij wordt behandeld door een oogarts. Eiseres dient in ieder geval in aanmerking te worden gebracht voor een verblijfsvergunning op grond van het trau mata be leid. 5 Ingevolge artikel 29, eerste lid, aanhef en onder a, b, c, en d, van de Vw 2000 kan een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 van de Vw 2000 worden verleend aan He vreemdeling: a die verdragsvluchteling is; b die aannemelijk heeft gemaakt dat hij gegronde redenen heeft om aan te nemen dat hij bij uitzetting een reëel risico loopt om te worden onderworpen aan folteringen, aan onmenselijke of vernederende behandelingen of bestraffingen; c van wie naar het oordeel van Onze Minister op grond van klemmende redenen van humanitaire aard die verband houden met de redenen van zijn vertrek uit het land van herkomst, in redelijkheid niet kan worden verlangd dat hij terugkeert naar het land van herkomst; d voor wie terugkeer naar het land van herkomst naar het-oordèeTva"n'-Oii£e Minister van bijzondere hardheid zou zijn in verband met de algehele situatie aldaar. Ingevolge het Vluchtelingenverdrag is sprake van vluchtelingschap in het geval dat de betrokkene, uit gegronde vrees voor vervolging wegens ras, godsdienst, nationaliteit,
*'
30/09/2009 18:19
Körver & Sanchez Advocaten
(FAX)+31705145930
P.004/019
Reg. Nr. AWB 09/8426 BEPTDN
politieke overtuiging of het behoren tot een bepaalde sociale groep, zich bevindt buiten het land waarvan hij de nationaliteit bezit, en hij de bescherming van dat land niet kan of, uit hoofde van bovenbedoelde vrees» niet wil inroepen. Ingevolge artikel 31, eerste lid» van de Vw 2000 wordt een-aanvraag-tot-het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 afgewezen indien de vreemdeling niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn aanvraag is gegrond op omstandigheden die, hetzij op zichzelf, hetzij in samenhang met andere feiten, een rechtsgrond voor verlening vormen. Ingevolge artikel 31, tweede lid, aanhef en onder c, van de Vw 2000 wordt bij het onderzoek naar de aanvraag mede betrokken de omstandigheid dat de vreemdeling ter staving van zijn aanvraag geen reis- of identiteitspapieren dan wel andere bescheiden kan overleggen die noodzakelijk zijn voorde beoordeling van zijn aanvraag, tenzij de vreemdeling aannemelijk kan maken dat het ontbreken van deze bescheiden niet aan hem is toe te rekenen. Daartoe dient de vreemdeling zich onverwijld te vervoegen bij een ambtenaar befast met de grensbewaking of het toezicht op vreemdelingen en daar kenbaar te maken dat hij asiel wenst. Eiseres is reeds in augustus 2001 naar Nederland gereisd en heeft zich eerst op 24 oktober 2007 bij het bevoegd gezag gemeld. Van verschoonbare omstandigheden ïs niet. gebleken . Eiseres heeft weliswaar verklaard-dat zij bang was voor de politie en vreesde uitgezet te worden en ook niet wist dat zij asiel kon aanvragen, doch uit de verklaringen van eiseresjs niet gebleken dat zij niet in de gelegenheid is geweest zich.te melden. Nu eiseres niet heeft betwist dat zij zich niet onverwijld heeft gemeld en van haar redelijkerwijs had mogen worden verwacht zich uit eigen beweging zo snel mogelijk te melden, heeft verweerder aan eiseres op goede gronden het bepaalde onder artikel 31, tweede lid, aanhef en onder c, van de Vw 2000 tegengeworpen. 6 De rechtbank stelt voorop dat blijkens de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRS), onder meer de uitspraak van 27 januari 2003 (UN: AF5566), de beoordeling van de geloofwaardigheid van de door de vreemdeling in zijn asielrelaas naar voren gebrachte feiten tot de verantwoordelijkheid van verweerder behoort en die beoordeling door de rechter slechts terughoudend kan worden getoetst. Aan de orde is derhalve de vraag of verweerder, gelet op de motivering neergelegd in het voornemen en het bestreden besluit, bezien in het Jichtvan-ds verslagen van'du gehouden gehören, de daarop aangebrachte correcties en aanvullingen en het gestelde in de zienswijze, in redelijkheid tot zijn oordeel over de geloofwaardigheid van het relaas kon komen. In de Vreemdelingencirculaire (Vc) 2000, hoofdstuk Cl4/3.3, heeft verweerder als beleid neergelegd dat het relaas in beginsel geloofwaardig, wordt bevonden, indien de asielzoeker op alle vragen zo volledig mogelijk heeft geantwoord, het relaas innerlijk consistent en niet onaannemelijk is en strookt met wat er over de algemene situatie in het land van herkomst bekend is. Indien zich een van de omstandigheden van artikel 31, tweede lid, a tot en met f, van de Vw 2000 voordoet, doet dit afbreuk aan de geloofwaardigheid van het relaas en rust op de asielzoeker een zwaardere bewijslast. Er mogen dan in het relaas geen hiaten, vaagheden, ongerijmde wendingen en tegenstrijdigheden op het niveau van de relevante bijzonderheden voorkomen. Van het relaas moet dan een positieve overtuigingskracht uitgaan.
30/09/2009 18:20
Körver S Sanchez Advocaten
(FAX) + 317051 '15930
P. 005/019
Reg. Nr. AW8 09/8426 BEPTDN 4
De rechtbank is van oordeel dat eiseres vage en tegenstrijdige verklaringen omtrent haar asielrelaas heeft afgelegd. Zo heeft zij tegenstrijdige verklaringen afgelegd omtrent de verwondingen die zij heeft opgelopen en omtrent de wijze waarop zij met het HIV virus is besmet. De eerst in beroep aangevoerde stellingen dat eiseres meerdere malen is verkracht door militairen en als gevolg daarvan is besmet met het HIV virus treffen geen doel. Zowel in het eerste gehoor als het nader gehoor heeft eiseres weliswaar verklaard dat militairen haar met een stok hebben getracht vaginaal en anaal te verkrachten maar dat geen sprake is geweest van seksueel misbruik tijdens haar detentieperiode. Verder hééft' eiseres tijdens het nader gehoor verklaard dat zij injecties heeft gehad tengevolge waarvan zij wellicht geïnfecteerd is geraakt met het HIV virus. Die verklaring is in tegenspraak met hetgeen zij in beroep heeft verklaard, namelijk dat zij door de verkrachtingen van de militairen besmet is geraakt. Omtrent hetgeen ter zitting nog is aangevoerd namelijk dat de gemachtigde eiseres verkeerd had begrepen en dat eiseres niet is verkracht en dat zij de HIV infectie ten gevolge van eeni •.^,.:'., i.^.v.cg.^,...., w .w r.«vg>. uw i^miAiiift. ûai iiei ùe verklaringen van'eiseres' " '~ daarmee niet overtuigender of meer consistent doet zijn. Gelet hierop heeft verweerder zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat van het asielrelaas geen positieve overtuigingskracht uitgaat. Gelet op het vorenoverwogene heeft verweerder zich terecht op het standpunt gesteld dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij gegronde vrees voor vervolging als bedoeld in het Vluchtelingenverdrag heeft en derhalve niet in aanmerking komt voor een . verblijfsvergunning op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw 2000. ' 7 Gelet op de vorige rechtsoverweging heeft verweerder zich terecht op het standpunt gesteld dat evenmin aannemelijk is gemaakt dat eiseres bij gedwongen terugkeer naar Kameroen een reëel risico loopt te worden onderworpen aan foltering, dan wel aan een onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing. Bij uitzetting dreigt dan ook geen schending van artikel 3 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). De door eiseres aangevoerde medische omstandigheden kunnen evenmin leiden tot de - --conclusie dat sprake Is van schending van artikel 3 van het EVRM. Uit jurisprudentie van het EHRM is af te leiden dat uitzetting alleen onder uitzonderlijke omstandigheden en wegens dwingende redenen van humanitaire aard kan leiden tot schending van artikel 3 van het EVRM. Van belang voor de onderhavige zaak is dat uit het BMA advies van 24 oktober 2008 niet is gebleken dat eiseres zich in een vergevorderd en direct levensbedreigend stadium van een ongeneeslijke ziekte bevindt. Eveneens is uit het advies gebleken dat in Kameroen medische behandeling en medicatie voor eiseres voor handen zijn. Gelet hierop heeft verweerder de door eiseres gestelde omstandigheden in redelijkheid niet als zodanig ernstig aangemerkt. Eiseres komt derhalve niet in aanmerking voor een verblijfsvergunning op grond van artikel 29, eerste lid, aanhef en onder b, van de Vw 2000. 8 Evenmin is gebleken van klemmende redenen van humanitaire aard, die verband houden met de redenen van het vertrek van eiseres uit het land van herkomst Daartoe wordt overwogen dat het asielrelaas van eiseres "ongeloofwaardig moet worden geacht, zodat het beroep op het traumatabeleid, zoals neergelegd in C2/4.2 van de Vc 2000 dient te falen.
30/09/2009 18:21
Körver S Sanchez Advocaten
(FAX)+31705145930
P.Ö06/0Ï9
Reg. Nr. AWB 09/8426 BEPTDN
Verweerder heeft zich derhalve in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat eiseres niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 29, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vw 2000. 9
Verweerder heeft gelet op het voorgaande de aanvraag terecht afgewezen.
I0
Het beroep is derhalve ongegrond.
II
Er zün Èeen teraifin nanwr-ritr ur^r»«* „*««..i—r.*—•——-»-»;--
III
BE5USSUNU
____
De rechtbank ls-Gravenhage RECHTDOENDE: verklaart het beroep ongegrond. Aldus vastgesteld door mr. M.M,F. Holtrop,'mtegenwoordigheid van de griffier. .
/
Uitgesproken in het openbaar op 2 september 2009.
RECHTSMIDDEL " Partijen kunnen tegen deze uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt vier weken na verzending van de uitspraak door de griffier. By het beroepschrift dient een kopie van deze uitspraak te wórden overgelegd. Het beroepschrift dient een of meer grieven tegen de uitspraak van de rechtbank te bevatten en moet geadresseerd worden aan de Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak, Hoger beroep vreemdelingenzaken, .Postbus 16/13,2500 BC Den Haag (nadere informatie: www.raadvanstate.nl).
Afschrift verzonden op:
" * SEP. 2009
Körver k Sanchez
30/09/2009 18:17
Advocaten
Körver
FAX) f31705145930
P. 001/019
Sanchez advocaten
I Van Zuylen van Nîjeveltsiraai 110 | 2242 AT Wassenaar | Tel.:070-517 65 89 | Fax:070-514 59 30 | Postbus 2139 2240 CC Wassenaar I
[email protected] | www.ksadvocaten.nl |
RAAD VAN STATE Raad van State Afdeling bestuursrechtspraak Hoger beroep vreemdelingenzaken
INGEKOMEN
3 0 SEP 2009 ZAAKNis.aXX)Q^^hQ^ BEHANDELD: D D : R ^ PAR:
Per telefax verzonden: 070 365 13 80
Wassenaar, 30 september 2009 Inzake: /IND Dossiernr.: Uw réf.: 09/8426 BEPTDN V153 3C G66
Mr J. Groen advocaat
[email protected]
r:\Kammlng\Zakan\Lopmcl« Zaken\Amadou\BrlavenM80909 B3 lïogir beroep.doe
Geacht College, Bijgaand treft u aan een h oger-beroep schrift dat zich richt tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage d.d. september 2009, tevens verzonden op 2 september 2009, met het kenmerk 09/8426 BEPTDN VI53 3C G66. Afschrift van de aangevallen uitspraak gaat hierbij.
Met de meeste hoogachting, /)
Wo
'"
J. Groen \S
Bijl.
Stichting Beheer Derdengelden Kórvef S 5anche; Advocaten te Wassenaar Rabobankrokeningnr 14 42 66 040 ledere aansprakelijkheid is beperkt l o t het bedrag dat in het desbetreffende geval door onze beroeosaansprakelijkheidsverzekeraar wordt uitbetaald. Any arid all liability shall be limited to the amount which m ihe martet concerned can be claimed under our professional liability insjrance.
3O/D9/201)9 18:22
Körver ft Sanchez Advocaten
(FAX) H l 7051 459 30
P. 00 7/0 19
anchez advocaten
Kosteloos ingevolge toevoeging aangevraagd bij de Raad voor Rechtsbijstand te 's-Gravenhage d.d. 24 september 2009 Hoger beroepschrift Vreemdelingenzaken
"Geeft eerbiedig te kennen mevrouw *
Aan de Raad van State Afdeling Bestuursrechtspraak (nierna:
'), wonende te 's-Gravenhage te dezer zake woonplaats kiezende (2242 AT) te
Wassenaar, aan de Van Zuylen van Nijveltstraat 110, ten kantore van de advocaat mr J. Groen die door haar bepaaldelijk is gevolmachtigd om dit hoger beroepschrift bij Uw Raad in te stellen en haar ter zake rechtsbijstand te verlenen; Dat zij kennis neemt van de uitspraak van de rechtbank VGravenliage d.d. 2 september 2009 verzonden aan ondergetekende op die datum; Dat zij een kopie overlegt van de uitspraak van 2 september 2009; Dat zij zich met die uitspraak niet kan verenigen en dat zij daarvan deswege in hoger beroep komt op de navolgende gronden. 1. De rechtbank stelt ten onrechte dat
niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij.
gegronde vrees voor vervolging heeft. De rechtbank baseert zich hierbij ten onrechte op het standpunt van verweerder namelijk dat van het asielrelaas van
geen positieve
overtuigingskracht uitgaat. 2. Van het relaas gaat een positieve overtuigingskracht uit wanneer in het asielrelaas geen hiaten, vaagheden, ongerijmde wendingen en tegenstrijdigheden voorkomen. De rechtbank is ten onrechte van oordeel dat asielrelaas heeft afgelegd.
Körver
Sanchez advocaten
vage en tegenstrijdige verklaringen omtrent haar
30/09/2009
18:22
Körver & Sanchez Advocaten
(FAX J + 3 1 7 0 5 1 ^ 5 9 3 0
3. heeft direct nadat zij door het naar ondergetekende is doorverwezen een aanvraag voor een verblijfsvergunning op grond van artikel 28 Vreemdelingen Wet ingediend. Tijdens het nader gehoor van 14 februari 2008 heeft geantwoord op de vraag of ze seksueel misbruikt was tijdens haar detentie op het politiebureau: "Ze gebruikten stokken, die ze in mijn poepertje stopten. Ik bloedde overal. Ze wilden me dood maken. Ik weet niet of het kwam door de spuitjes die ze me gaven, maar nu heb ik HIV/Aids." Op de vraag of ze'in de~ gevangenis, waar zij na het politiebureau terecht kwam, seksueel misbruikt is, antwoordde ze: "Nee, dat deden ze niet in de gevangenis. Als ze met me wilden praten dirigeerden ze met een stok. Ze vonden dat ik stonk. Ik heb gevochten, zodat ze de stok niet in mijn vagina of anus konden doen.. Ze wilden dat de stok van onderen door mijn mond naar buiten kwam. Daar heb ik me tegen verzet, ik heb nu wonden daarvan." 4. In het beroepschrift van d.d. 26 maart 2009 heeft ondergetekende zich vervolgens verschreven. Bij het beschrijven van hetgeen zich in Kameroen heeft voorgedaan, omschreef ondergetekende de situatie zoals deze in mijn herinnering, meer dan een jaar geleden, door aan ondergetekende was verteld. Gezien de intensieve behandeling die krijgt voor haar H]V/Aids ziekte en het continue bloeden uit haar vagina trok ondergetekende al schrijvende de meest logische conclusie, namelijk dat deze aandoeningen het gevolg zijn van seksuele verkrachting. "Zij hebben haar bedreigd met de dood, haar meegenomen naar een detentiecentrum en daar hebben ze haar ernstig mishandeld, zoals ik in de zienswijze al uiteen heb gezet (..) toont haar hele lichaam de meest vreselijke littekens, ze hebben haar over haar hele lichaam gekerfd en hebben de militairen haar vele male verkracht." Verderop in datzelfde beroep beschrijft ondergetekende de ziektes waaraan lijdt en de behandelingen die zij voor haar ziektes onderging. Ondergetekende schreef:. "Ten gevolge van de verkrachtingen heeft zij een HIV/Aids virus opgelopen" en vertelt vervolgens bij welke ontving. Het moge duidelijk zijn dat ondergetekende niet over verkrachtingen schreef in een poging de rechter te overtuigen van seksueel misbruik van , De mishandelingen van zijn al ernstig genoeg. De definities van verkrachting verschillen van land tot land (productie 1). In Nederland is in onder andere het arrest van de Hoge Raad d.d. 21 april 1998, 107006, NJ 1998,-781 bepaald dat verkrachting niet alleen doof her met de penis binnendringen van het lichaam gebeurd. Een stok in je vagina en in je anus is dus ook verkrachting. Maar dit is niet wat ondergetekende beoogde duidelijk te maken in het beroepschrift. Ook in de zienswijze schrijft ondergetekende niet over verkrachtingen. Er was
Körver
Sanchez advocaten
P. 0 0 8 / 0 1 9
30/09/2009
18:23
Körver & Sanchez Advocaten
(FAX) H 1 7 0 5 M 5 9 Ü J
LJIQ9/Q11
t^örvcr
advocator!
bij het schrijven van het beroepschrift sprake van een schrijffout van ondergetekende, heeft ia hei eersie gehoor en in het nader gehoor niet "over verkrachtingen gesproken. Zij heeft als antwoord op de vraag of er penetratie heeft plaatsgevonden zelfs expliciet geantwoord: "Nee, ze hebben me niet gepenetreerd in de vagina. In de ruimte tussen de vagina en de anus is een gezwollen plek, dat is verwond." 5. heeft tijdens de zitting d.d. 23 juli 2009 bovengenoemde verschrijving van ondergetekende naar voren gebracht. Ten onrechte overweegt de rechtbank dat de verklaringen van
daarmee niet overtuigender of meer consistent doet zijn.
6. De conclusie dat hetgeen in het beroepschrift is geschreven met zich meebrengt dat het gehele asielrelaas van ongeloofwaardig is, is veel te kort door de bocht. Nogmaals, is vanaf het begin van haar aanvraag eerlijk en open geweest over wat haar is aangedaan. had zelf geen idee van haar HIV/Aids infectie mede doordat bij de geboorte van haar jongste dochter in 1999 nog getest is op HIV/Aids en zij het virus niet had. Pas in 2007 werd zij in het ziekenhuis in Nederland wederom op HIV/Aids getest en bleek zij besmet te zijn met het virus. Aangezien haar haren uit het hoofd zijn getrokken en met scheermesjes van haar hoofd zijn gesneden en geschoren, kan het goed zijn dat zij door de vieze mesjes met het HIV/Aids virus besmet is geraakt. Ook de injectiespuiten die in haar lichaam gestoken kreeg kunnen besmet zijn geweest met het HIV/Aids virus. Dit is dan ook wat. tijdens de gehören heeft verteld. 7. De verschrijving heeft niet het doel gehad 'seksudeverkjachtingeri,'toe te voegen aan het asielrelaas van , zo blijkt "uit de context van het beroepschrift. Tot slot is ter terechtzitting de verschrijving recht gezet. Het kan toch niet zo zijn dat deze omstandigheden afbreuk doen aan de geloofwaardigheid en de consistentie van het asielrelaas van en daarmee haar hele asielrelaas onderuit halen. Daaraan toegevoegd spelen de volgende bewijzen ter ondersteuning van het asielrelaas van een rol. 8. Het -ziekenhuis heeft-bevestigd dat lijdt aaii tal van ziektes die heel goed het gevolg kunnen zijn van de mishandelingen. Ik wijs u nogmaals op de grote hoeveelheid littekens verspreid over het gehele lichaam van . Deze kunnen niet veroorzaakt zijn door een val van een trap. Bovendien, zo wist ondertekende terecht nog even te vertellen, zijn er geen trappen in het dorp waar woonde in
Körver
Sanchez advocaten
30/0 9/2009 18:2'!
Körver & Sanchez Advocaten
(FAX) +317Ü51 459 JO
P.010/019
Eb advocaten
Naar mijn opvatting spreken die littekens zo voor zichzelf dat mijn cliënt-in aanmerking zon moeten komen voor een vergunning asiel op grond van het zogeheten traumatabeleid. Dat zich niet ogenblikkelijk bij de Nederlandse autoriteiten die asie! kunnen verlenen heeft gemeld, is haar niet kwalijk te nemen omdat - zo bevestigen de littekens, het bloeden en de HIV infectie -
niet alleen lijdt aan tal van ziekten maar ook lijdt aan een
posttraumatisch stress syndroom en dus eigenlijk nauwelijks voor haar eigen belangen kan opkomen. 9. Op het in het beroepschrift aangevoerde feit dat niet vast staat dat de 6 overlegde arrestatiebevelen niet echt zijn en niet door de bevoegde instanties zijn opgemaakt en afgegeven, is de rechtbank überhaupt niet ingegaan. Dat het Bureau Documenten kennelijk aanzienlijk acht dat de arrestatiebevelen zeer wel mogelijk niet echt zijn en hoogst waarschijnlijk niet door die bevoegde instanties opgemaakt en afgegeven zijn, betekent dat de arrestatiebevelen wel degelijk echt kunnen zijn. Ten aanzien van de 20 oproepen en het bericht kan niet worden vastgesteld of de documenten echt zijn maar deze documenten zijn volgens het Bureau Documenten hoogstwaarschijnlijk niet door de bevoegde instanties opgemaakt en afgegeven. Ik wees er al op in mijn beroep dat ook in andere zaken is gebleken dat het uitgeven van documenten in andere landen niet zo uniform gebeurt als in Nederland. Het is ondergetekende bekend uit de zaak Hesami (IND nummer 01.10.09.8035) dat een oproep om zich te melden in de provincie in
er anders uitziet dan die in.
. Onk
is het dus heel goed mogelijk dat er documenten worden uitgegeven die niet
passen in het model zoals bij het Bureau Documenten bekend. 10. Daarnaast heeft
nog tal van andere documenten die op haar betrekking hebben
opengelegd waaronder haar identiteitskaart, een oproep van de gendarmerie en haar geboorteakte waarvan aan de echtheid niet wordt getwijfeld.
is kortom aan alle
kanten-gedocumenteerd hetgeen sterk bijdraagt tot haar geloofwaardigheid. 11. Een verschrijving in het beroepschrift dat bovendien ter terechtzitting is rechtgezet, kan niet tot gevolg hebben dat de geloofwaardigheid van het gehele asielrelaas dat bovendien door tal van documenten ondersteund wordt, onderuit gehaaid wordt. 12. Het afwijzen van de aanvraag voor politiek asiel op grond van het zogeheten traumatabeleid zou ook in strijd komen met artikel 3 EVRM. Immers dat zou neer komen op
Körver
Sanchez advocaten
30/09/2009
I8:2TJ
Körver & Sanchez Advocaten
terugzending van
en dan zal
(FAX) Ml 70 r jM r j9 30
P, 0 1 1 / 0 1 9
opnieuw onmenselijk worden behandeld en
dat kan zij psychisch niet aan maar afgezien daarvan zou dat leiden tot haar dood. Aan is vanaf het begin al duidelijk gemaakt dat ze haar wilden doden en dat ze zich wilden wreken. Ook uit objectieve bronnen zoals het Amnesty International rapport over Kameroen van dit jaar, dat ik bij u bekend veronderstel, waarin verwezen wordt naar het VN rapport van de commissie inzake foltering en andere wrede, onmenselijke of mensonterende behandeling of bestraffing van 2004 blijkt dat er in Kameroen nog steeds mensen sterven door foltering en verwaarlozing in Kameroense gevangenissen. Het rapport wijst er ook op dat de daders in heel veel van die gevallen nog steeds niet gestraft worden voor dit soort daden. Het rapport beschrijft hoe in de smerige, overvolle, donkere, kleine gevangenissen zonder wc en vaak ook zonder eten en drinken of afhankelijk van familieleden voor eten, drinken en medicijnen mannen en- vrouwen worden geslagen, gemarteld en verwaarloosd. Geen verdediging, geen proces. Het rapport beschrijft soortgelijke situaties op politiestations in Kameroen. Situaties als die waar mevrouw
over vertelde toen er eindelijk iemand
had uitgelegd dat.ze politiek asiel kan aanvragen na dat soort mensonterende ervaringen. U. kunt zich bovendien wel voorstellen hoe de omstandigheden in de gevangenissen'en op de politiestations in Kameroen zullen zijn voor iemand die, per ongeluk, een officier heeft omgebracht. 13. Tot slot stelt de rechter dat verweerder terecht de omstandigheden voor
in
Kameroen niet als zodanig ernstig heeft aangemerkt. Uit het BMA rapport van 24 oktober 2008 zou blijken dat de behandelingen die
nodig heeft in Kameroen te verkrijgen
zijn. Deze behandelingen, waarvan 1 in een privé kliniek en alleen die ander openbaar, kosten in beide gevallen heel veel geld. Zoals
zegt zijn de ziekenhuizen voor dit soort
behandelingen alleen bereikbaar voor 'mini stars'. Gewone mensen zoals
kunnen
daar niet terecht. Objectieve bronnen bevestigen dit. De gezondheidszorg in Kameroen is voor velen onbetaalbaar. Ziektekostenverzekeringen bestaan er niet. De gezondheidszorg in Kameroen is wel toegankelijk maar over het algemeen niet betaalbaar. Daarom moeten medische kosten contant betaald worden. Om deze reden komen Kameroeners pas in een laat stadium naar het ziekenhuis. De ziekte heeft dan vaak al ernstige vormen aangenomen^ waardoor medische hulp niet meer mogelijk is. Bovendien woekert het- IIIV/AIDS ook in Kameroen nog hevig. In dit kader wil ik u graag wijzen op uitspraken van de Rechtbank 'sGravenhage nevenzirtingsplaatsen Den Bosch en Amsterdam en een uitspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens inzake Mourad Rebhi uit 2006 waar
Körver
Sanchez advocaten
30/09/2009
18:25
Körver S Sanchez Advocaten
(FAX)131705 J 4 5 9 3 0
P.012/019 mCÖrver
Candies advocator*
doorslaggevende waarde werd toegekend aan de daadwerkelijke toegankelijkheid van de m0.Aïc^uo ->^rn y nr . r H<* KptTpffffnHp hffhnnHelino in het land van herkomst. Het BMA rapport wijst er namelijK eveneens op üat ïnüien ue uenanueimg mei MUI 'wuiw,n uuui 6 v^i, m ^v« degelijk een noodsituatie zal ontstaan voor haar. 14. Ten aanzien van het BMA rapport wil ik er nogmaals op wijzen dat dit rapport is opgesteld in oktober 2008. In het rapport adviseert het BMA dat, mocht er binnen 6 maanden na het uitbrengen van het advies aangetoond zijn dat de medische situatie van betrokkene wezenlijk veranderd is, er een nieuw, adviesverzoek wordt.ingediend. De behandelend arts van heeft verteld haar situatie verslechtert. Uit onderzoeken in juli en augustus blijkt dat de medicatie voor de behandeling voor het HIV/Aids virus moet worden veranderd. De heer , de behandelend arts van voor haar HIV/Aids virus in het ziekenhuis, zal naar aanleiding van de afspraak met op 29 september jl. een brief aan ondergetekende schrijven over de noodzaak voor nieuwe medicijnen voor en het stadium van de behandeling van het HIV/Aids virus waarin zich nu verkeert. Zodra ik deze brief heb ontvangen, zal ik deze doorsturen aan Uw Raad. Het risico bestaat dus dat het BMA rapport van oktober 2008 gebaseerd is op een situatie die niet meer bestaat. Ik wijs u in dat kader ook op de uitspraak van de Rechtbank 's-Gravenhage in de zaak Youmbisi toendertijd d.d. september 2007, waarin de rechter de zaak heeft aangehouden totdat de uitslagen van het onderzoek bekend waren. Ik verzoek u in deze zaak hetzelfde te doen. Redenen waarom: zich wendt tot Uw Afdeling met het eerbiedig verzoek de uitspraak waartegen het hoger beroep is gericht te vernietigen en verweerder te veroordelen in de proceskosten van het onderhavige geding. Kostenrechtens, Wassenaar, 30 september 2009
J.Gro
Körver
Sanchez advocaten