Notulen van de vergadering van de raad van de gemeente De Marne gehouden op dinsdag, 19 oktober 2010 om 20.00 uur in het gemeentehuis, R. Ritzemastraat 2 in Leens. Aanwezige raadsleden: de heer N. Bakker de heer M.A. Buikema de heer H. Gesink de heer H. van der Heide de heer S.M. Hielema mevrouw M.K. Leffers-Koning de heer R.W. Roffel de heer V. van der Veen de heer R.A. Veenwijk de heer J.P. van der Vis mevrouw J.H. Vogel de heer R. Vogel de heer T.M. de Vries de heer F.P. van der Zee Afwezig raadslid: de heer J.B. Schouten van Schagen Voorzitter:
de heer F.H. Wiersma
- tevens burgemeester
Griffier:
mevrouw M. Hegeman-van Eisden
Aanwezige leden burgemeester en wethouders: de heer K.P. Berghuis
- wethouder
de heer H.W. van Gelder
- wethouder
de heer L. Smook
- wethouder
1. Opening, vaststelling agenda en mededelingen.
De voorzitter opent de vergadering, heet de aanwezigen welkom en constateert dat de agenda wordt vastgesteld. Spreker deelt mee dat het college geen standpunt had bepaald inzake de door EDF aangevraagde gasopslag bij Pieterburen omdat zij het belangrijk vond dat de feitelijke informatie bekend was bij de inwoners. Gisteravond werd in Eenrum een emotioneel verlopen informatieavond gehouden waarbij geconstateerd kon worden dat er geen draagvlak was voor deze plannen en er weerstanden tegen waren. Hij waardeert de houding van de inwoners daarbij en hoe ze opkomen voor hun belangen. Het college heeft zich vanmorgen beraden over de zaak en vindt het plan een ongewenste ontwikkeling, de kwaliteit van het landschap wordt er door aangetast en het is in strijd met de doelstellingen van de gemeente inzake het toerisme. Bovendien zijn hieromtrent nog veel van de vragen onbeantwoord gebleven. Het college heeft haar standpunt meegedeeld aan Dorpsbelangen Pieterburen en de Actiegroep Tegengas en het zal middels een brief worden meegedeeld aan het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. De raad zal daarvan een afschrift krijgen. De heer Bakker lijkt het een goede zaak om in die brief ook de visie van de raad te betrekken. Het is onverstandig om daarmee te wachten tot de volgende raadsvergadering. De heer De Vries heeft de bijeenkomst bezocht en wil graag beschikken over alle informatie en wil zich daarover dan graag beraden met zijn raadsfractie. De voorzitter informeert of de raadsfracties in staat zijn om hun zienswijze te formuleren. De heer Van der Heide is het eens met de opmerking van de heer Bakker. De heren Vogel en Van der Veen willen zich eerst in de fractie beraden over deze zaak. De voorzitter zegt toe dat de betreffende informatie zo snel mogelijk wordt toegezonden aan de raad en dan in het presidium te bespreken hoe verder te handelen en constateert dat raad het daarmee eens is. De heer Van Gelder deelt mee dat aan de gemeente een prijs is uitgereikt door het OV Bureau vanwege de geleverde inzet voor het laten rijden van een tourbus op Lauwersoog sinds 2007. De heer De Vries dankt de raad voor de attenties en kaarten die hij kreeg vanwege een botbreuk. 2. Spreekrecht voor het publiek. Naar aanleiding van alle agendapunten wil de heer W.F. Olde Kalter te Pieterburen gebruik maken van het spreekrecht en daarbij tevens reageren op het collegestandpunt inzake de gasopslag in Pieterburen. De voorzitter legt uit dat alleen op de agendapunten 6 tot en met 15 kan worden ingesproken en verder niet. De heer Olde Kalter vindt inzake agendapunt 4 dat het gewenst is dat de notulen van de laatstgehouden vergadering op de website komen want de inwoners zijn niet in staat geweest
ervan kennis te nemen. De voorzitter wijst de heer Olde Kalter er nogmaals op dat op dit agendapunt niet kan worden ingesproken. De heer Olde Kalter wil vervolgens ingaan op een collegeadvies inzake Tussentijdse grondexploitatie waarbij na enige discussie met de voorzitter blijkt dat dit een bijlage is van agendapunt 6. Inspreker stelt dat dit duidelijker moet worden aangegeven. Hij geeft vervolgens aan de raad het advies om het college op te dragen dat de vrijwilliger die de 1e Berap heeft opgesteld de gemaakte kosten te betalen omdat dit nog niet is gebeurd. Het is schandalig dat mensen, die werkervaring opdoen van werk dat moet worden gedaan door ambtenaren, moeten wachten op hun geld. In agendapunt 8 wordt het onzalige idee geopperd om parkeergeld te heffen op het parkeerterrein in Pieterburen. Hij is er tegen dat in Pieterburen en de andere dorpen een parkeerheffing komt. Volgens hem is al besloten tot het invoeren van deze heffing. Het is onzinnig om een parkeerautomaat te plaatsen op een plek waar gemiddeld per dag 20 auto’s staan. Bovendien wordt de leefkwaliteit er door aangetast en daarom roept hij het college op om ideeën van ambtenaren voortaan kritischer tegen het licht te houden. Inzake agendapunt 10 vraagt hij zich af waarom de raad met een beeldkwaliteitsplan wil instemmen waarvan zij nu al weet dat het in de prullenbak belandt. Als je een ander winkelcentrum krijgt zal ook het Beeldkwaliteitsplan veranderen. Dit agendapunt kan beter worden afgevoerd en worden behandeld als bekend is wat er komt. Hij adviseert om de dossiers beter te bekijken en meer informatie in te winnen en niet op één bron af te gaan. Misleiding is de aperitief van de angst en angst is een slechte raadgever. De voorzitter vindt het ongepast om in te spreken op de wijze waarop de heer Olde Kalter dit doet en hij zou hem eigenlijk het woord willen ontnemen. De heer Olde Kalter verklaart dat er een spreekrecht is en met diens uitlating geeft de voorzitter aan dat hij ook angstig is. De voorzitter constateert na enige discussie met heer Olde Kalter dat hij zijn betoog heeft beëindigd. 3. Aanwijzen van de primus bij hoofdelijke stemming. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de raad wordt overgegaan tot aanwijzing van een primus. Daartoe wordt getrokken nummer 14, de heer Gesink. 4. Vaststellen notulen van de raadsvergadering van 28 september 2010 alsmede de lijst van toezeggingen. notulen 28 september 2010 De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. lijst van toezeggingen Hierover worden geen op- of aanmerkingen gemaakt.
5. Ingekomen stukken. opiniërende bespreking: Punt A2 Schrijven Provincie Groningen inzake verdaging raadsbesluiten De heer Van der Vis vraagt waarom het zo lang duurt dat wijzigingsbesluiten van de begroting worden ingediend bij de provincie. De heer Smook antwoordt dat onder agendapunt 14 deze besluiten worden gepresenteerd aan de raad. Hij heeft op het provinciehuis afgesproken dat een en ander voor de programmabegroting zou worden behandeld en weet niet waarom dit in de brief van de provincie terecht is gekomen. Aanstaande donderdag gaat hij er heen en zal er naar informeren.
6. Tweede bestuursrapportage 2010. opiniërende bespreking: De heer De Vries is positief gestemd over deze Berap. Bij de structurele kosten springen de pensioenen van wethouders er uit en verder valt het mee. Bij de incidentele posten vallen de inkomsten van het rijk behoorlijk tegen waar tegenover staat dat er minder bijstandontvangers zijn en de daaraan verstrekte uitgaven meevallen. De minimaregeling geeft een voordeel van € 25.000,-- en hij vraagt of er te veel is begroot of dat degenen die er voor in aanmerking komen niet worden bereikt. De algemene uitkering uit het gemeentefonds zal lager zijn maar het is de vraag of dit gecompenseerd kan worden van de in 2011 te ontvangen krimpgelden. Ten aanzien van de inhuur van personeel is een behoorlijke slag gemaakt. Voor de uitvoering dorpsspiegels is er een medewerker beschikbaar maar er is bij de dorpen weinig animo voor te bespeuren zodat hij zich afvraagt wat er staat te gebeuren. De heer Van der Veen is het op hoofdlijnen eens met de heer De Vries. Bij het voorstel om met krimpgelden om de ontstane tekorten te dekken, zet hij vraagtekens. De heer Buikema sluit zich aan bij de vorige sprekers. De financiële situatie komt steeds beter onder controle. Hoe verlopen de gesprekken over de overname van beheerstaken door sportverenigingen. Wanneer wordt verwacht dat de gemeente zich moet uitspreken over al of niet deelname aan het project inzake de N 361. Over de minimaregeling heeft hij dezelfde vraag als de heer De Vries. De gemeentelijke organisatie staat voor een enorme klus: Er vindt een reorganisatie plaats en tegelijkertijd een omvorming naar een regisserende gemeente. Daarbij is het erg belangrijk dat wordt geïnvesteerd in de vorming en opleiding van het personeel. Op het punt van de samenwerking krijgt hij de indruk dat een aantal zaken worden gestandaardiseerd maar daarbij dringt hij er op aan dat maatwerk geleverd moet worden. Er moet onderscheid worden gemaakt tussen beleid en uitvoering. Het beleidsmatige deel moet in de afzonderlijke gemeenten blijven en op het uitvoerende deel kan goed worden samengewerkt. Met DBF zou worden onderzocht of gekomen kan worden tot een sluitende begroting voor het Centrum voor Welzijn en Sport in Eenrum en is er benieuwd naar hoe de stand van zaken is. Welke conclusie verbindt het college aan het dalende aantal uitkeringstrekkers. De heer Van der Vis vraagt nadere uitleg over het punt dat enerzijds wordt gesteld dat de
incidentele posten een voordeel geven en anderzijds blijkt, zo heeft hij nagerekend, dat er een tekort is van € 34.000,--. Volgens hem zijn de krimpgelden er niet voor bestemd om financiële tekorten te financieren maar zijn ze er voor om te besteden aan het specifieke doel. Hoe staat het met de plannen voor het Sportcentrum in Eenrum en is er geld voor beschikbaar. Vorig jaar is geld geïnvesteerd voor nieuwe servers en een serverruimte in BMW-verband en nu leest hij dat er een nieuwe server in Winsum komt. Is het niet beter om die server hier te plaatsen. Over de achtergronden hiervan vraagt hij nadere tekst en uitleg. Er wordt voorgesteld een om inzake dit agendapunt een begrotingswijziging vast te stellen maar deze lag niet bij de raadsstukken. De heer Gesink vindt dat deze Berap goed is opgesteld en duidelijkheid verschaft. Over nieuwbouw in Ulrum door de woningbouwstichting moet men niet blijven nadenken maar er moet eens tot een besluit worden gekomen want anders ontstaat er door leegstand achteruitgang. Tot zijn tevredenheid zijn er minder bijstand-ontvangers dan was voorzien. Bij toenemende schuldhulpverlening vraagt hij zich af hoe het college daar tegenaan kijkt. Over de situatie rond beschoeiingen wil hij graag wat meer verduidelijking. De ondergrond is wellicht onstabiel en het is zinvol, vanwege de hoge kosten, daarvoor aandacht te vragen bij het rijk. Op het vlak van de ICT moet de vinger aan de pols worden gehouden en er moet voor gezorgd worden dat met de omliggende gemeenten gelijke programmatuur wordt aangeschaft. De heer Smook merkt op dat de control nog steeds aandacht heeft en nog voor verbetering vatbaar is. Voor rechthebbenden op minimagelden werkt het college eraan om de bereikbaarheid en het gebruik te vergroten. Het beschikbare budget zal nodig zijn om iedereen er zo goed mogelijk van te kunnen laten profiteren. Vorig jaar werd uitgegaan van 275 uitkeringsgerechtigden en dat aantal is minder dan 200. Waardoor deze daling wordt veroorzaakt is moeilijk te zeggen. Er wordt een behoorlijk beroep gedaan op schuldhulpverlening en het college verwacht dat dit in 2011 zal doorzetten. Het rijk wil gemeenten verantwoordelijk maken voor de schuldhulpverlening. Er wordt een plan opgesteld en het is te verwachten dat dit nog weer aan de orde zal komen. De daling van de uitkering uit het gemeentefonds en de ontvangst van krimpgelden houden elkaar in evenwicht. Dat is een trieste constatering maar het college ziet geen andere mogelijkheid om dit tekort te dichten. Het inhuren van personeel ontwikkelt zich positief maar er staan nog een aantal aanzienlijke budgetten in de begroting moeten worden benut voor het opvangen van een aantal tijdelijke kosten. Met de opmerking van de VVD over de incidentele- en de structurele posten is hij het met die fractie eens. Er staat vanwege overcapaciteit in Bedum een server die wellicht gebruikt kan worden in Winsum zodat dit uiteindelijk leidt tot een financieel voordeel. De Berghuis antwoordt dat er met de voetbalverenigingen twee gesprekken zijn geweest. Het college is gekomen met een voorstel waarover momenteel in de besturen wordt nagedacht. De gesprekken lopen goed en men heeft begrip voor de financiële situatie van de gemeente. Voor andere verenigingen staan gesprekken op stapel. Over de N 361 is weinig te zeggen. De bijdrage van De Marne ligt vast maar de ontwikkelingen in Winsum zijn nog onzeker. Zodra er nadere mededelingen gedaan kunnen worden zal de raad worden geïnformeerd. Volgende week zal gesproken worden over Sportdorp Eenrum met de betrokken clubs. De problemen met de beschoeiingen nemen behoorlijke vormen aan. De haalbaarheid van de suggestie om een beroep te doen op het gemeentefonds is twijfelachtig. Over de ontstane schade wordt momenteel overlegd met het Waterschap. De heer Van Gelder merkt op dat de krimpgelden worden meegenomen in de begroting. Dit bedrag valt weg tegen de kortingen op het gemeentefonds. In de begroting 2011 wordt een
paragraaf opgenomen inzake de krimp. Over de verdeling van de krimpgelden gaat Provinciale Staten op 15 december 2010 een besluit nemen. Na het krimpbeleidsplan wordt gekomen met een krimp actieplan waarin de financiering van allerlei projecten zal worden opgenomen. De voorzitter is het eens met de heer Buikema dat er aandacht moet blijven voor training en opleiding van personeel mede met het oog op de reorganisati. Het leveren van maatwerk heeft ook de aandacht. Het college blijft de ontwikkelingen op ICT-gebied scherp volgen. Het streven om te komen tot standaardisatie van software steunt hij en toch verbaast hij zich er over dat elke gemeente vaak gebruik maakt van eigen software. Over het onderdeel van de begrotingswijziging kan vanavond geen besluit worden genomen omdat deze niet bij de stukken aanwezig was en het college komt daar op een later tijdstip op terug. De heer Van Gelder zal nog bekijken hoe de burgerparticipatie een vervolg krijgt. Het zou mooi zijn als de ervaringen met de dorpsspiegels daar ook bij worden betrokken. De heer De Vries merkt op dat zich vier dorpen voor dit project hebben aangemeld en afgaande op de stukken concludeert hij dat de dorpsspiegels niet goed van de grond komen. De heer Van Gelder kijkt daar anders tegenaan. De dorpsspiegels en het project van de Hanzehogeschool dragen bij aan wat er verder nog wordt opgepakt. De heer Van der Zee merkt op dat er van de vier aangemelde dorpen voor de dorpsspiegels nog één over is. Waarom komt dit project niet van de grond want op die vraag wordt geen duidelijk antwoord gegeven. De heer Van Gelder merkt op dat op het vlak van de burgerparticipatie de gemeente is gestopt met de dorpsspiegels em wat er is gebeurd wordt meegenomen bij de burgerparticipatie. De dorpen zijn gevraagd inbreng te leveren en de raad is aan zet om daar verder vorm aan te geven. De heer Roffel vraagt inzage over hetgeen er in dit verband op papier is gezet. De heer Van Gelder merkt op dat in Ulrum en Westernieland de rapporten van de Hanzehogeschool aanwezig zijn. De heer De Vries kijkt ietwat anders aan tegen de dorpsspiegels als de wethouder maar voor het overige is hij het eens met diens reactie. De heer Buikema sluit zich aan bij de woorden van de heer De Vries en hij verwacht dat het college zich sterk zal maken om het geld van het minimafonds op de goede plek te krijgen. De heer Van der Vis lijkt het beter om investeringen voor de ICT te richten op één plek. De heer Roffel vraagt of het onderzoek van de Hanzehogeschool het enig tastbare resultaat is van wat er tot stand is gekomen. De heer Smook antwoordt dat het ingezette minimabeleid wordt doorgezet en het bereik vergroot. Hij is met de heer Van der Vis eens dat de automatisering zo veel mogelijk geconcentreerd moet worden op één plek en dat signaal zal hij overbrengen aan de ingestelde
projectgroep. Zolang we nog in een overgangssituatie zitten kan van dat uitgangspunt worden afgeweken. De heer Van Gelder merkt op dat naast de rapporten uitvoerig door de raad is gediscussieerd over de dorpsspiegels. Hij raadt aan om alle informatie daarbij te betrekken als over dit onderwerp wordt gesproken. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten met dien verstande dat de hierop betrekking hebbende begrotingswijziging niet wordt vastgesteld. 7. Centrum voor jeugd en gezin. opiniërende bespreking: De heer Roffel constateert dat meermalen het MBO hierbij niet wordt betrokken terwijl dit nog valt onder de leerplicht. Het is van belang dat dit wel gebeurt. Ook vraagt hij nadere opheldering over links op de website die zal worden ingericht. Vallen de kosten van de website onder de Brede Doeluitkering en zo ja dan wil hij graag weten waarom dit zo bijzonder veel moet kosten. Hij wil graag nadere uitleg van het gestelde over het minimafonds (op blz. 8) en over de aspecten kindpartners en ketenpartners (in bijlage 2) en is er benieuwd naar wie gaat fungeren als coördinerend wethouder. Wat wordt de plaats van het afstemmingsoverleg waarbij de zorg voor jeugd een rol gaat spelen. Tot slot vraagt hij hoe wordt omgegaan met de effecten van het aantreden van het kabinet Rutte en of de bestaande structuur gehandhaafd blijft. De heer Van der Veen staat positief tegenover de voorgestelde structuur en het uitgangspunt dat het kind weer gewoon kind moet zijn. Probleempunt is de wijze waarop registratie plaatsvindt van hele geringe opvoedingsvragen. Wanneer vindt er een persoonlijke registratie plaats van vragen en hoe scherp ligt daarbij dan de grens. Dat aspect kan juist een drempel gaan vormen om contact te gaan zoeken terwijl je ook vindt dat deze dienstverlening laagdrempelig moet zijn. Mevrouw Vogel vond de informatieavond erg informatief en duidelijk. Wordt de financiering die in de Berap staat, overgenomen door het CJG en blijft dan dezelfde begeleiding bestaan. Waar komt in deze gemeente de front-office en is te verwachten dat de kosten welke staan aangegeven nog hoger uitpakken. Mevrouw Leffers vindt dat de taken die door de wet worden gesteld moeten worden uitgevoerd. Het gezin is de basis waar kinderen worden opgevoed en grootgebracht. Er moet worden voorkomen dat ouders voordat er kinderen komen een handleiding krijgen hoe zij daarmee moeten omgaan. Er moet ruimte voor zijn dat kinderen kunnen spelen en nog kind kunnen zijn. Evenals GroenLinks vindt ze de wijze van registratie van vragen een aspect dat zorgelijke aspecten in zich heeft. Voor de kleine groep kinderen waarvoor het zojuist gestelde niet geldt is het belangrijk dat deze voorziening er komt en adequate hulp geboden wordt. Bij de kostenverdeling geldt dat het aantal kinderen uitgangspunt is maar wordt daarbij ook de mate waarin er gebruik van wordt gemaakt nog verdisconteerd. Er moet op worden toegezien dat effectief met het besteedde geld wordt omgegaan. Groei moet niet te nadrukkelijk worden nagestreefd en kosten moeten binnen de perken blijven ook omdat vanaf 2012 de financiering van het rijk onzeker is. De samenwerking van instanties in de back-office is belangrijk en er moet niet naast elkaar langs worden gewerkt.
De heer Van Gelder merkt op dat men in andere landsdelen zich verbaast over de wijze waarop in BMWE-verband deze materie is gestructureerd en dat geldt dan vooral op het punt van de deelname van scholen. Bij dit groeimodel wordt gestart met drie elementen: een inlooppunt (in deze gemeente in Eenrum bij het consultatiebureau), het opzetten van een website en bij de GGD onderbrengen van een telefonische hulpdienst. Dat kan gezien worden als de voordeur van een groot complex van hulpverlening aan jeugd zodat probleemgevallen naar de goed plek worden geleid. In de meeste gevallen lopen de zaken goed en daarvoor moet ook oog zijn. Spreker vraagt de heer Roffel er mee in te stemmen dat de door hem gestelde vragen op ambtelijk niveau worden beantwoord. Op verzoek van de heer Roffel schorst de voorzitter vervolgens de vergadering. Na heropening deelt de heer Roffel mee dat hij er mee instemt dat de gestelde vragen binnen twee weken worden beantwoord. De uitgaven zijn zodanig afgedekt dat dit voor de gemeente geen kosten meer met zich meebrengt. Met het gepresenteerde voorstel en de onderliggende nota stemt hij in. De heer Van der Veen wil nog graag geïnformeerd worden op het punt van de registratie van gegevens. Mevrouw Vogel vraagt of er risico is dat de kosten hoger worden dan de genoemde € 11.000,-- en ze is er benieuwd naar hoe invulling wordt gegeven aan de werkzaamheden die er in dezen nu plaatsvinden. De heer Van Gelder zegt toe dat twee keer per jaar er een evaluatie zal worden gepresenteerd zodat de raad het functioneren kan volgen. Het aspect van de registratie is iets waar je je zorgen om kunt maken. Zodra je belt wordt er in het Elektronisch Kinddossier een aantekening gemaakt. Ook al vraag je om dat niet te doen dan gebeurt dat toch. In het streven dat gevallen tussen de mazen van het net doorglippen brengt dat een bepaald spanningsveld met zich mee. Het is een goede zaak dat dit de aandacht heeft. De pilot gezinsbegeleiding mag niet zomaar uit de BDU worden bekostigd. Daartoe wordt een afzonderlijk collegevoorstel gepresenteerd. De kosten van de website zijn in eerste aanleg erg hoog omdat er allerlei teksten moeten worden gekocht en de wens om de site te bouwen met inbreng van de jeugd, brengt ook extra kosten met zich mee. Omdat deze website moest aansluiten bij de ICT welke wij hier in huis hebben moest worden omgezien naar een andere websitebouwer dan aanvankelijk de bedoeling was. De heer Roffel vraagt of er voor het eind van het jaar een memo kan komen over de voortgang. De heer Van Gelder zegt dit toe. De heer Van der Veen vraagt of er in het EKD een aantekening komt als er gevraagd wordt door een ouder dat hij/zij een kind niet naar bed kan krijgen. Als dat zo is dan is dat ongewenst is er sprake van een doorgeschoten registratiedrift. De heer Van Gelder merkt op dit eenmaal zo werkt. Als er over dezelfde zaak 20 keer wordt gebeld dan is er wel degelijk iets aan de hand. Desalniettemin deelt hij de zorgen welke zijn
geuit over dit aspect. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 8. Beleidsnotitie Belastingen en WOZ, looptijd 2010-2014. opiniërende bespreking: De heer Bakker wijst de inspreker er op dat er nu geen besluit wordt genomen over de invoering van parkeerbelastingen. De heer Hielema vraagt of onder de lijst van bedrijven bij de toeristenbelasting ook Bed- en Breakfast bedrijven vallen. Is er de afgelopen periode contact geweest met de toeristische sector. Is er een volledige lijst met bedrijven waar toeristenbelasting geheven gaat worden en vindt daarop toezicht en handhaving plaats. De heer De Vries stemt in met de notitie. De accountant heeft de aandacht gevestigd op de kostendekkend-heid van de tarieven. Kunnen de tarieven nog wijziging ondergaan vanwege een verbeterde urenregistratie. Bij de bepaling van de tarieven is het van belang welke kostenfactoren worden meegenomen. Er is toegezegd dat er over de lijkbezorgingsrechten nog een memo zou verschijnen en vraagt wanneer deze wordt gepresenteerd. De heer Smook wijst er op dat niet wordt besloten tot de invoering van parkeerbelasting maar dat terzake een onderzoek wordt ingesteld. Daarover kan vervolgens van gedachten worden gewisseld. De Bed- en Break-fastbedrijven vallen onder de toeristenbelasting evenals alle andere commerciële overnachtingsbedrijven. Daarvan zal een lijst worden opgesteld. Hij gaat er van uit dat op alle bedrijven toezicht wordt uitgeoefend en zal middels een memo hieromtrent meer informatie geven. Met de urenregistratie moet nog worden bezig gegaan wat zal worden gedaan voor de begroting 2012. Dit kan leiden tot verschuivingen van de tarieven maar er wordt naar gestreefd deze zo klein mogelijk te houden. Het moment van de verschijning van een memo over de lijkbezorgingsrechten zal hij schriftelijk kenbaar maken. De heer Hielema vraagt of de lijst met daarop alle overnachtingsbedrijven gepubliceerd kan worden. Het is dan mogelijk voor bedrijven die deze belasting betalen om te controleren wie dat niet doen. Als er geen handhaving plaatsvindt dan wordt deze belasting ontdoken terwijl zeker moet zijn dat iedereen meebetaalt. Het hele scala aan mogelijkheden van belastingheffing rond toerisme moet worden onderzocht. De heer Smook is het met de heer Hielema eens maar hij moet nagaan of publicatie van de betreffende lijst haalbaar is en zal daarop zo snel mogelijk terugkomen. Bij de informatieavond over de begroting is nog gesproken over een vermakelijkhedenrecht. Hij wil bekijken of de haalbaarheid daarvan een optie is en zal daar zo snel mogelijk op terugkomen. De heer Hielema vraagt of de betreffende lijst aan de raad beschikbaar kan worden gesteld. De voorzitter lijkt het onwaarschijnlijk dat dergelijke lijsten kunnen worden gepubliceerd. Het is wel mogelijk om de raad vertrouwelijk inzage daarin te geven. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten.
9. Aanpassing verordeningen in verband met invoering Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). opiniërende bespreking: De heer Roffel stemt in met de voorstellen. De op de website geplaatste versie van de APV moet worden bijgewerkt en hij vraagt een toezegging dat dit gaat gebeuren. De heer Berghuis zegt toe dat op heel korte termijn zal gebeuren. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 10. Beeldkwaliteitsplan reclame winkelcentrum De Marren te Leens. opiniërende bespreking: De heer Van der Veen denkt dat hetgeen wordt beoogd in dit voorstel wellicht niet in lijn zijn met onze ambities op het vlak van de openbare verlichting in deze gemeente. Met het oog daarop gaat hij over tot het indienen van de volgende motie: Constaterende dat, in het Beeldkwaliteitsplan geen beperkingen zijn opgenomen om het in werking hebben van lichtreclames in de nacht te verbieden. van oordeel dat, lichtreclames zijn bedoeld de aandacht van passanten te trekken. Tussen 0.00 uur en 06.00 uur is dit effect uiterst gering en weegt het niet op tegen de negatieve effecten als lichthinder en onnodig energieverbruik. verzoekt het college van burgemeester en wethouders te onderzoeken om het in werking hebben van lichtreclames niet toe te staan tussen 0.00 uur en 06.00 uur en wanneer dit mogelijk is, dit op te nemen in het Beeldkwaliteitsplan reclame winkelcentrum De Marren. De heer Hielema vraagt of deze motie zich beperkt tot De Marren of dat het zich ook richt op de hele gemeente. Is dit voorstel bedoeld voor de hele gemeente en hoe zit het dan met de handhaving. De heer Berghuis constateert dat GroenLinks instemt met het voorstel maar dat ze onderzocht wil hebben om de verlichting te beperken en de PvdA vindt eigenlijk dat dit aspect gemeentebreed moet worden opgepakt. Hij zegt toe dat hij een en ander nader wil onderzoeken voor de hele gemeente en omstreeks maart/april 2011 de uitkomst daarvan zal presenteren. Dit kan beschouwd worden als een uitbreiding van de motie. De heer Van der Veen stemt in met de toezegging van de heer Berghuis wat inhoudt dat hij de ingediende motie weer intrekt. De heer Hielema vraagt of een aantal specifieke zaken voor De Marren gaan gelden voor de hele gemeente. Gaat dit plan een apart onderdeel worden van het totale beleid.
De heer Berghuis antwoordt dat dit voorstel zich in eerste instantie beperkt tot De Marren. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 11. Beheer- en uitvoeringsplan openbare verlichting 2010-2019. opiniërende bespreking: Mevrouw Leffers vindt het jammer dat de gemeente aanloopt tegen achterstallig onderhoud omdat de afgelopen jaren weinig geld daarvoor is vrijgekomen. Met de voorgestelde plannen is zij het eens en ze vraagt alert te zijn op energiebesparing en duurzaamheid. Het is de vraag of de ontwikkeling van de LED in 2011 zo ver is dat het beheersplan moet worden herijkt. Daar waar het nodig moet er verlichting zijn en waar mogelijk is donkerte gewenst. Als dat kan worden bereikt met bepaalde armaturen dan is dat prima maar misschien kan op basis van een inventarisatie worden bepaald waar geen verlichting hoeft te branden. Dit mag geen afbreuk doen aan de veiligheid en de leefbaarheid. Het zal nog 10 jaar duren voor het achterstallig onderhoud is weggewerkt en is dan het reguliere onderhoud ook geregeld. Het college moet alert blijven op de kosten en op alle ontwikkelingen die zich voordoen. De heer Bakker is het eens met de ambities die in het plan staan. Tegen LED-verlichting bestaat bij hem geen bezwaar. Voor 2010 en 2011 is twee keer € 100.000,-- beschikbaar gesteld voor achterstallig onderhoud. Nu wordt voorgesteld om eenmalig € 450.000,-beschikbaar te stellen en structureel € 32.000,-- en dat gaat hem te ver. Volgend jaar komt er duidelijkheid over het al jarenlang lopende contract inzake de lantaarnpalen. Het ziet er naar uit dat dit leidt tot een financieel resultaat en er komt eind 2011 ook een nieuwe scan. Het is beter om voor de jaren 2010 en 2011 twee keer € 100.000,-- beschikbaar te stellen zodat er dan met de nieuwe contractant nadere afspraken kunnen worden gemaakt. Het is gebleken dat inwoners het acceptabel vinden dat er wat minder verlichting brandt omdat de aanwezige donkerte wordt beschouwd als kwaliteitswaarde van dit gebied. Ook tussen de dorpen kan er minder verlichting komen. Met die aspecten kan met de toekomstige contractant worden overlegd. Hij stemt er wel mee in om nu twee keer € 100.000,-- beschikbaar te stellen en in 2011 op basis van een nadere rapportage een besluit te nemen over het vervolg. De heer Van der Veen vraagt of met het voorliggende plan tot de meest efficiënte besparing kan worden gekomen. Niet overal is dezelfde lichtintensiteit nodig; is het beslist nodig om lantaarnpalen te vervangen of is het beter dat ze verdwijnen om zo energie te besparen. Een vervolgvraag is dan wat er verder nog op kan worden bespaard mede gelet op het contract dat inzake de lantaarnpalen is gesloten. Wellicht kan in dezen worden opgetrokken met de gemeente Winsum om zo te komen tot een kostenbesparing. Op een locatie als het bedrijventerrein Ulrum kan worden volstaan met minder verlichting dan er nu is. De heer De Vries vindt het goed dat er een beheers- en uitvoeringsplan is want zo kom je niet voor financiële verrassingen te staan. Is het nodig om in 2011 € 450.000,-- beschikbaar te stellen. Als we overhaast de zaak vernieuwen dan is het de vraag of we kunnen aanhaken bij allerlei in gang zijnde ontwikkelingen met name op het vlak van de duurzaamheid. Wat zijn de financiële gevolgen als het contract inzake de lantaarnpalen wordt beëindigd. Hij is er voor om het beleid inzake donkerte te stimuleren. Het haventerrein en het terrein van de kazerne in het Lauwersmeergebied hebben overmatig veel verlichting. Op het haventerrein heeft de
gemeente zelf invloed en wellicht kan met Defensie worden overlegd om de donkerte meer kansen te geven. De suggestie wordt gedaan om in overleg met het LTO ook wat te doen aan verlichting bij en om boerderijen. De heer Berghuis legt uit dat een aantal van de gemaakte opmerkingen betrekking heeft op het beleidsplan dat vorig jaar is vastgesteld. De toen gemaakte opmerkingen zijn verwerkt in het uitvoeringsplan dat nu aan de orde is. Omdat rekening gehouden moet worden met het aspect veiligheid zal daar waar dit moet de zaak verlicht worden en waar dit overbodig is, gebeurt dat niet. Dat beleid wordt vormgegeven in overleg met verenigingen dorpsbelangen. Het is nu nog te vroeg om te investeren in LED-verlichting omdat over het rendement nog onzekerheid bestaat. Hij is bereid de zaak eind 2011 te evalueren en dan te bekijken wat de stand van zaken is. Het voorstel van de heer Bakker om nu € 200.000,-- te investeren lukt niet want men is nu volop bezig is en dit werk zal voor december zijn afgerond. De heer Bakker wijst er op dat dit afwijkt van hetgeen in het voorstel staat. De heer Berghuis legt uit dat er € 450.000,-- nodig is zodat volgend jaar de laatste grote achterstanden kunnen worden weggewerkt. Vorige week is hij gewezen op de overmatige hoeveelheid verlichting op het bedrijven-terrein in Ulrum en navraag heeft hem geleerd dat deze verlichting ’s nachts niet brandt. Hij zal nagaan of er nog mogelijkheden zijn om dit nog te verminderen. Er wordt onderzocht of in het Lauwersmeergebied een andersoortige verlichting kan komen. In overleg met LTO en provincie wordt onderzocht of wat gedaan kan worden aan verlichting van veestallen. Het college wil graag af van het contract inzake de lantaarnpalen maar over de stand van zaken inzake de rechtzaak en eventuele kosten is nog niets te zeggen. De heer Bakker stelt dat de genoemde € 200.000,-- nodig is voor noodzakelijk achterstallig onderhoud. Over de LED-verlichting en het contract is nog niets naders bekend. Datgene wat nu echt nodig is kan ter hand worden genomen en volgend jaar is het beter om dan een besluit te nemen over het vervolg. Er is dan inzicht in de mogelijkheden en het is onverstandig om vooruitlopend daarop nu al te besluiten. De heer Van der Veen is tevreden met de toezegging van de heer Berghuis inzake de verlichting van het bedrijventerrein. Omdat het college af wil van een contract ontstaat wellicht de mogelijkheid om samen met Winsum en eventueel andere partners een financieel voordeel te realiseren. Wellicht kan door het tempori-seren van de uitvoering alsnog worden meegelift op nieuwe technieken. De heer De Vries ziet wel wat in de visie van de heer Van der Veen. Niet alleen verlichting van veestallen behoeft aandacht maar ook allerlei strooiverlichting bij en achter boerderijen. De heer Berghuis zegt toe het de door de heer De Vries gedane verzoek te bespreken met het LTO. Het college wil beslist af van het genoemde contract dat is gesloten met alle Groninger gemeenten. Zodra er duidelijkheid is en we er van af kunnen zal met andere gemeenten en partners gezocht worden naar een passend alternatief. De allerergste en gevaarlijkste lantaarnpalen kunnen worden aangepakt met de € 200.000,-- maar er zijn nog meer masten die slecht zijn. Het lijkt hem niet dat er volgend jaar voldoende bekend is over LED-verlichting en een verder uitstel van dit project is ongewenst.
De heer Bakker merkt op dat er is gezegd dat eind volgend jaar een evaluatie kon worden gehouden. De heer Berghuis antwoordt dat indien zich mogelijkheden voordoen deze zullen worden aangegrepen. Het college wil ook komen tot energiebesparing en dat is met dit voorstel al haalbaar. Het gaat om ongeveer 400 masten van de in totaal 2500 lantaarnpalen. Al met al houdt spreker vast aan het collegevoorstel. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten met dien verstande dat de voorgestelde begrotingswijziging vanwege het ontbreken daarvan bij de stukken niet wordt vastgesteld. Hierbij wordt aangetekend dat de fractie van de VVD (heren Bakker, Van der Vis en Van der Zee) worden geacht te hebben gestemd tegen het beschikbaar stellen van incidenteel € 450.000,-- en structureel € 32.000,--. 12. Controleprotocol accountantscontrole. opiniërende bespreking: De heer Van der Veen is er ontevreden over dat het inkoopbeleid en het subsidie-beleid buiten het normenkader van de accountant zijn geplaatst omdat dit nog niet op orde is. Ondanks dat een beleid is vastgesteld met een aantal ijkpunten voor 2010 blijkt dat daaraan niet kan worden voldaan. Hij zal er op toezien dat actie wordt ondernomen tegen deze tekortkomingen mede met het oog op het feit dat er financieel voordeel bereikt kan worden. De heer Smook kan zich het standpunt van de heer Van der Veen voorstellen. Inzake de subsidies worden bij de rechtmatigheidstoetsing wel de financiële aspecten getoetst maar niet de procedurele en inhoudelijke. Op korte termijn wordt gekomen met nieuw beleid. Bij de Europese aanbestedingen moet worden beoordeeld of wordt voldaan de Europese regelgeving en hij hoopt dat in 2011 dit op orde is. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 13. Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de auditcommissie. opiniërende bespreking: Hierop worden geen op- of aanmerkingen gemaakt. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen besloten. 14. Begrotingswijzigingen. opiniërende bespreking: De heer Van der Vis merkt op dat bij een aantal van de ingetrokken wijzigingen staat dat structurele dekking gezocht wordt in de begroting. Hoe worden deze uitgaven in 2010 gedekt. De heer Smook antwoordt dat een en ander op aanraden van de provincie zo plaatsvindt. Voor 2010 worden deze uitgaven meegenomen in de rekening en langs die weg gefiatteerd door de raad.
besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming worden de begrotingswijzigingen 2010, nummers 29 t/m 32 vastgesteld. 15. Verslaggeving vertegenwoordigers in organen van gemeenschappelijke regelingen enz. De heer Van der Vis deelt mee dat de Rekenkamercommissie de profielschets heeft vastgesteld voor de toekomstige voorzitter en de sollicitatieprocedure opgestart. 16. Rondvraag. (Opmerking notulist: Eerst wordt de schriftelijk gestelde vraag aangehaald en daarna wordt de beantwoording weergegeven) Vraag van de fractie van GroenLinks. Enkele weken geleden is er bij de politie een melding binnengekomen dat er in Kloosterburen een asbestdak werd afgebroken. Bij aankomst van de politie is de sloop stilgelegd, maar een dag later is alsnog het hele dak gesloopt. Dit alles heeft bij omwonenden geleid tot onrust over het mogelijk achterblijven van asbestresten in de omgeving. Met in herinnering de eerdere vragen van de PvdA-fractie rondom het aanbieden van asbest bij de milieustraat te Leens (22-06-2010), heeft de fractie van GroenLinks de volgende vragen met betrekking tot het verwijderen van asbest in gemeente De Marne: 1. is het asbest binnen de kaders van de bestaande regelgeving verwijderd en afgevoerd? Zo niet; 2. is er door de gemeente De Marne handhavend opgetreden? 3. heeft de gemeente of andere instanties onderzocht of er asbest in de omgeving achter is gebleven en wat zijn hiervan de resultaten? 4. op welke wijze zijn / worden deze resultaten gecommuniceerd met omwonenden, ten einde de ontstane onrust weg te nemen? 5. deelt het college de mening van GroenLinks dat de bekendheid / helderheid van de regelgeving met betrekking tot het verwijderen van asbest nader bekeken dient te worden en indien nodig verbetering behoeft? Antwoord: De heer Van Gelder zegt dat de vermoedelijk asbesthoudende dakbeplating zonder sloop-vergunning is gesloopt op 25 september 2010. Er is een sloopstop opgelegd en op last onder bestuursdwang is een asbest-inventarisatieonderzoek uitgevoerd door de overtreder. Inmiddels is de eerste uitslag bekend van het omgevingsonderzoek: In de omliggende woningen is geen asbest aangetroffen. Dit is telefonisch meegedeeld en er wordt een kopie verstrekt van het onderzoek. Het college vindt dat in de Gemeentegids duidelijk staat hoe men moet handelen als men van plan is asbesthoudend materiaal te verwijderen. Op dit moment zijn er geen redenen om de bekendheid van de regelgeving nader te bekijken. Opgemerkt wordt dat niet direct de sloop is stilgelegd maar een uur na het eerste bezoek. De veronderstelling dat na de stillegging alsnog sloop heeft plaatsgevonden klopt niet. Deze
kwestie staat uitgebreid in een memo en desgewenst kan de raad dit krijgen. De heer Van der Veen ziet deze memo graag tegemoet. 17. Sluiting. De voorzitter sluit de vergadering om 22.35 uur.