Notulen van de vergadering van de raad van de gemeente De Marne gehouden op dinsdag, 24 juni 2008 om 16.10 uur in het gemeentehuis, R. Ritzemastraat 2 in Leens.
Aanwezige raadsleden:
de heer K.P. Berghuis mevrouw E.P. van den Broek de heer H.W. van Gelder de heer H. Gesink de heer M.H.J. Halsema de heer H. van der Heide de heer W.G.J. Limberger de heer J. Roffel de heer J.B. Schouten van Schagen de heer L. Smook de heer J.P. van der Vis mevrouw J.H. Vogel
aanwezig tot de schorsing om 18.30 uur
de heer T.M. de Vries de heer B.S.H. Wiertsema de heer F.P. van der Zee
Afwezig raadslid: mevrouw J.H. Vogel
Voorzitter:
afwezig na de heropening om 19.40 uur
mevrouw J.A.J. Stam
Griffier:
mevrouw M. van Bergen
Notulist:
de heer J. Russchen
- tevens burgemeester
Aanwezige overige leden burgemeester en wethouders:
de heer N. Bakker
- wethouder
de heer M. van Dijk
- wethouder
de heer J.L. Hiemstra
- wethouder
mevrouw A. Imminga
- wnd. gemeentesecretaris
1. Opening, vaststelling agenda en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. De heer Van der Vis stelt voor om als agendapunt 6a een motie van VVD te behandelen inzake de N 361. De voorzitter constateert dat de agenda met inachtneming daarvan wordt vastgesteld.
2. Spreekrecht voor het publiek. De voorzitter brengt een brief van de Voetbalvereniging PWC onder de aandacht. Voor de inhoud: Zie bijlage I Mevrouw Borchert te Pieterburen zegt het volgende: “Graag wil ik namens de Vereniging Dorpsbelangen Pieterburen gebruik maken van het inspreekrecht op deze gemeenteraadsvergadering van 24 juni, om mijn zorg en ongenoegen te uiten over het voorstel in de Kadernota om de gemeentelijke bijdragen in het sportonderhoud van de voetbalvereniging Pieterburen Westernieland Combinatie stop te zetten (pagina 12). Deze actie moet de gemeente vanaf 2010 jaarlijks een besparing van € 10.000 opleveren. De bijgaande argumentatie is, dat PWC een minimum aantal leden heeft. En dat is waar. Sterker nog, PWC is de kleinste club van voetballende leden in Nederland, zoals dat vorig jaar nog is gememoreerd tijdens het jubileum van het 40-jarig bestaan. De club kent dus al een lange historie: de samenvoeging destijds, nog uniek in Nederland, is geslaagd. En elke thuiswedstrijd is het veld naast de spelers en trainer gevuld met supporters uit beide dorpen. Het hele jaar door zijn bestuur, kantinepersoneel en vrijwilligers bezig met de organisatie eromheen; leden en donateurs krijgen iedere maand het krantje waarin meer nieuws staat dan
alleen de wedstrijden; en de jaarlijkse barbecue is een zomers treffen van jong en oud met kinderactiviteiten voor de jeugd. Ik kan dus met een gerust hart zeggen dat PWC een verbindende factor is voor zeker 150 dorpsgenoten uit Pieterburen en Westernieland en dus veel meer is dan een voetbalvereniging met een minimum aantal leden dat voor de gemeente een doorslaggevend argument blijkt te zijn. Inhoudelijk ben ik verder nogal kritisch over de ingeschatte besparing. De gemeente levert een bijdrage in gas en elektriciteit, de verlichting en de groenvoorziening (het grasmaaien). En dat laatste is waarschijnlijk de grootste kostenpost maar is niet direct inbaar. Ik zou het daarom op prijs stellen indien de wethouder dit bedrag nader wil toelichten. Tot besluit Juist de gemeente De Marne heeft de leefbaarheid in de dorpen, dus ook van de kleinere kernen zoals Pieterburen en Westernieland hoog ik het vaandel staan. Daar past deze maatregel, gezien mijn toelichting hierboven op het verbindende element van PWC, dus niet in. Het effect zal diep ingrijpen op onze sociale context en zoveel hebben wij niet over. Bezuinig dus s.v.p. niet op de enige sportfaciliteit van Pieterburen en Westernieland”. De voorzitter stelt voor om hetgeen is gesteld in de brief (bijlage I) en door de inspreekster te betrekken bij de behandeling van agendapunt 6.
3. Aanwijzen primus bij hoofdelijke stemming. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de raad wordt overgegaan tot het aanwijzen van de primus en daartoe wordt getrokken nummer 1 de heer Berghuis.
4. Vaststelling jaarverslag en gemeenterekening 2007. opiniërende bespreking: De heer Smook verwijst, als voorzitter van Auditcommissie, naar het schrijven dat inzake de rekening 2007 is gericht aan de raad. De heer Gesink heeft het gevoel dat deze stukken zuiver een product van de afdeling financiën zijn en eigenlijk horen ze een product te zijn van de hele organisatie. Dat kan gezien worden als een gemiste kans. Het is inhoudelijk een goed stuk maar heeft als tekortkoming het aspect van de rechtmatigheid. Zodra de financiën worden gedragen door de hele organisatie heen, wordt ook voldaan aan die eis. Dat is nodig en de wethouder is optimistisch in zijn streven dat dit het komende jaar lukt maar spreker hoopt dat dit de komende twee jaar lukt. Het is nodig dat de knop wordt omgezet en dat er inzicht in de organisatie komt van de financiële situatie. Zodra men dat heeft komt er vanzelf een goede Berap. Op de vraag waarom geplande investeringen niet hebben plaatsgevonden, is vanuit de organisatie geen antwoord op gekomen en dat wordt veroorzaakt door hoe financiën in de organisatie ligt. Er kunnen goede redenen voor zijn maar nu weet hij het niet. Op het punt van de communicatie met de krant valt op te merken dat des te luier de organisatie is des te hoger het positief resultaat wordt want om een zo hoog mogelijk saldo te krijgen moet je eenvoudigweg minder gaan doen. Het lijkt hem dat daarin een slag moet worden gemaakt op het punt van de
voorlichting want de burger vraagt zich nu af waarom de tarieven worden verhoogd terwijl er sprake is van een positief resultaat. We zijn het er over eens dat we financieel achteruit zijn geboerd. We hoeven geen geld te sparen maar er moeten taken worden verricht en in dat opzicht is hij redelijk tevreden. De heer De Vries constateert dat op het punt van de betrouwbaarheid deze rekening kan worden vastgesteld. Ten aanzien van de rechtmatigheid moet er bij de andere afdelingen meer betrokkenheid worden nagestreefd. Hiervoor is een plan opgesteld en het college wordt succes gewenst om dat dit jaar tot een goed eind te brengen. De heer Van der Vis complimenteert het college er mee dat een en ander ruim op tijd klaar is. De stukken zijn duidelijk en goed leesbaar. Voor verbetering vatbaar is dat per programma wordt aangegeven wat de verschillen zijn, wat er is mis gegaan enzovoorts. De afwijkingen zijn groot en er kan niet worden herleid waardoor en waarom dat zo is. Het resultaat (door niet doorgegane investeringen enzovoorts) valt ruim € 190.000,-- mee waardoor de pers meedeelt dat er geld over is gebleven. De zaken moeten duidelijker worden gepresenteerd want er is fors bijgepast uit de algemene reserve. Het positieve resultaat wordt zuiver door meevallers (aandelen ESSENT) veroorzaakt. Het verschil tussen de begroting- en rekeningcijfers is ongeveer 4 %. De accountant vindt dat die marge moet komen te liggen tussen 1 en 3 %. Hieruit blijkt dat de planning en control niet goed op orde zijn, er beter moet worden begroot en zaken beter op elkaar aan moeten sluiten. Gelet op mededelingen van het college gaat hij er van uit dat hier dit jaar verbetering in komt. Het aspect van de rechtmatigheid baart zorgen en als dat verbetert zal dit automatisch leiden tot betere financiële resultaten. De heer Smook complimenteert de organisatie met de geleverde inzet. Hij heeft de indruk dat er hard wordt gewerkt en dat er geen sprake van luiheid is. Voor de opstelling van de rekening is één persoon verantwoordelijk. Hij heeft veel werk verzet en het gepresenteerde is duidelijk. Vorig jaar was de budgetoverheveling erg hoog en er was toen ook een behoorlijk groot verschil met de laatste Berap. Er werd toen toegezegd dat budgetoverhevelingen, die op programmaniveau hoger zijn dan € 25.000,--, zouden worden toegelicht. Deze rechtmatigheidtoetsing is helaas niet op alle punten gelukt en het lijkt er zelfs op dat dit in 2007 niet wezenlijk is verbeterd. Het is jammer dat het overschot van € 1.000.000,-- zo laat wordt gemeld want eigenlijk kun je daar niet zo veel meer mee. Hij heeft het gevoel dat een aantal zaken eerder in de Berap meegenomen had kunnen worden. Het is dan mogelijk om daarop te sturen en dat is belangrijk. In 2009 moet de procedure rond de Berap nader tegen het licht worden gehouden. Volgens de accountant zijn niet alle financiële risico’s geactualiseerd en het is zinvol dat dit binnenkort gebeurt. De overheveling van € 395.000,-- is veel minder als vorig jaar. Diverse investeringen voor 2007 zijn nog niet gerealiseerd en doorgeschoven. In bepaalde gevallen is hij benieuwd naar de verklaring daarvan: de onderwijshuisvesting, ELO Grunn en voor infrastructuur (beschoeiingen). Het is jammer dat de toelichtingen per programma niet zijn verbeterd (ook de accountant stelt dit) en hij hoopt dit verbetert. De rechtmatigheidtoetsing is helaas in 2007 niet op orde gekomen. De accountant wijst hierop en er is een aanvalsplan opgesteld zodat hij er op vertrouwt dat dit voor volgend jaar is verbeterd. Hij neemt aan dat bij de begroting ook een nota reserves en voorzieningen wordt gepresenteerd. Hij is er tevreden over dat de reserve voor herstructurering behoorlijk is gespekt en hij is er benieuwd naar of het college hiervoor al bezig is met plannen. Slot-conclusie is dat de planning en control niet op orde is en het is belangrijk dat dit verbetert want dan kan de raad daarop beter gaan sturen. De heer Van Gelder vindt ook dat er beter moet worden gestuurd. Er zit een groot contrast
tussen het persbericht inzake het overschot op de rekening 2007 en de opmerkingen van de accountant op het punt van de rechtmatigheid en van de provincie over de begroting. De opmerkingen van de accountant over de rechtmatigheid zijn ernstig want daarin wordt gesteld dat als de situatie dit jaar niet op orde komt dat dan de opdracht terug wordt gegeven. Het college wordt sterkte gewenst om dat dit jaar te realiseren maar er wordt op gewezen dat al enkele jaren had moeten zijn voldaan aan deze eis. Al enkele jaren stelt de wethouder dat er voor bepaalde plannen geen geld is en dat blijkt ook uit de Berap maar bij de vaststelling van de rekening blijkt dit anders te zijn. Het afgelopen jaar had voor € 500.000,-- kunnen worden uitgevoerd. Met gebruikmaking van cofinanciering had meer dan € 1.000.000,-- geïnvesteerd kunnen worden. Dat is niet gebeurd omdat we geen greep hebben op onze financiële situatie. Daarom dient spreker namens GroenLinks de volgende motie M1 in: M1
De gemeenteraad De Marne in vergadering bijeen op 24 juni 2008.
Gehoord hebbende de beraadslagingen, constaterende dat: de betrouwbaarheid van de planning en control-cyc1us te wensen overlaat. De accountant constateert in het rapport van bevindingen dat de resultaten in de jaarrekening 4% afwijkt van de begroting; overwegende dat: de begroting en de jaarrekening belangrijke sturingsinstrumenten voor de raad zijn; dat deze instrumenten alleen effectief door de raad kunnen worden gebruikt als ze betrouwbare informatie geven; constaterende dat: de accountant een percentage van 1 - 3% afwijking tussen begroting en rekening acceptabel acht; vraagt het college om: volgend jaar met een jaarrekening te komen, waarvan de afwijking met de begroting kleiner is dan 3%, conform de norm van de accountant. en gaat over tot de orde van de dag. De heer Van Dijk geeft toe dat het streven om te voldoen aan de rechtmatigheideis niet is gelukt. Op dat punt ligt er een brief van de accountant bij de stukken en er is een aanvalsplan opgesteld. Aan die eis moet dit jaar wat worden gedaan. Er hebben zich het afgelopen jaar organisatorische problemen voorgedaan waardoor niet meer kon worden gedaan dan dat wat nu voorligt. Hij heeft niet het gevoel dat de raad in dezen op het verkeerde been is gezet. De planning en control, bestuursrapportages en beschrijvingen moeten worden verbeterd. Hij kan begrijpen dat er een wens is om bij te sturen als daartoe aanleiding is maar de consequentie daarvan is dat er dan iets als een zigzagbeleid gaat ontstaan. Er moet naar worden gestreefd dat bij de begrotingsvaststelling wordt bepaald binnen welke kaders wordt geopereerd en dat
dit vervolgens zo wordt uitgevoerd. Omdat we te maken hebben met doorlopende processen waarmee vroeger danwel later wordt gestart, zal het steeds zo zijn dat de uitvoering en afwikkeling doorschuift naar volgende jaren. Er is een tekort maar door de dividenduitkering van ESSENT is de gemeente niet in de rode cijfers beland. Het college is het eens met de kritische kanttekeningen van de raad. Alle zaken die zijn doorgeschoven naar het volgende dienstjaar zijn in de stukken genoemd. Er wordt naar gestreefd om binnen de organisatie de tekortkomingen onder de aandacht te brengen. Alles wat moet worden gedaan is neergelegd in de organisatie. Voor alles wat er meer moet, moet personeel worden ingehuurd. Wat kon worden uitgevoerd is gebeurd en daar moeten we tevreden mee zijn. In de communicatie naar de pers verkiest het college een positieve insteek. In zijn algemeenheid heeft de pers een houding dat men het liefst negatief gestelde persberichten weergeeft. Het college probeert persberichten zo positief mogelijk te formuleren omdat ze meent dat de gemeente daar het beste mee is gediend. De heer Gesink legt uit dat de luiheid waarover hij sprak zich richt op het college en beslist niet op de ambtelijke organisatie. Als het college niets doet dan leidt dat ook tot een positief financieel resultaat. Vorig jaar heeft de wethouder hoog van de toren geblazen door te stellen dat in 2007 zou worden voldaan aan de rechtmatigheideis. Het was toen al duidelijk dat dit niet zou lukken en dat is uitgekomen. Spreker daagt de wethouder uit om dat het volgend jaar te klaren en hij steunt hem bij dat streven maar denkt dat hem dat niet lukt. Het gevoel bekruipt hem dat de wethouder denkt dat de raad niet met geld kan omgaan en dat dit alleen is voorbehouden aan het college. Dat kan de reden zijn waarom positieve ontwikkelingen niet worden gemeld. Kennelijk is men bang dat de raad het dan zo snel mogelijk wil gaan uitgeven. Er mag van worden uitgegaan dat binnen de raad hetzelfde besef van verantwoordelijkheid aanwezig is als bij het college. Waarom wil het college positief nieuws wel melden aan de pers en niet aan de raad? Zo lang het zo gaat, gaan we niet goed met elkaar om. De raad moet weten wanneer het wel en wanneer het niet goed gaat want zij is daarvoor verantwoordelijk en ze wil dat ook blijven. Als het hele jaar door negatieve ontwikkelingen zijn gemeld aan de raad en er aan het slot positieve berichten naar de pers gaan dan weet de raad niet hoe zij hiermee moet omgaan. De duidelijkheid is er mee gediend als op gelijke wijze naar buiten wordt getreden naar zowel de pers als de raad. De heer De Vries wil graag in zijn reactie de visie van het college weten op motie M1. De heer Van Dijk is het volledig eens met de visie van de accountant inzake het verschil tussen de begroting en rekening. Als spreker stelt dat volgend jaar de rekening niet meer dan 3 % mag afwijken van de begroting dan kan hij zichzelf hierdoor enorm in de problemen brengen. Het streven is daar wel op gericht maar hij kan daar geen garanties voor geven. Het gaat hier om een norm die de accountant hanteert en het staat niet in de regelgeving dat dit beslist moet. Het is dus niet zo dat met het afwijkingspercentage van 4 % niet aan de regels wordt voldaan. De heer Van Gelder zegt dat men moet beseffen dat wat moet gebeuren moet plaatsvinden voorafgaand aan de vaststelling van de rekening. Hij is het eens met de heer Gesink dat het verhaal van het college zodanig duidelijk moet zijn dat de raad weet waar ze aan toe is. Met dat feit voor ogen is motie M1 ingediend. De heer Van der Vis vindt dat de pers beter moet worden voorgelicht over het financiële reilen en zijlen. Vaak moeten zaken worden verduidelijkt aan inwoners door raadsleden en dat moet niet nodig zijn.
De heer Smook heeft de neiging zich in dezelfde geest te uiten als de heer Gesink. Door het dividend van ESSENT mag het zo zijn dat de gemeente niet in de rode cijfers komt maar er worden ook een aantal bedragen gereserveerd. Als dat niet was gebeurd dan was er ook een positief resultaat geweest. Het positieve resultaat van € 240.000,-- op grondverkopen had volgens hem al rond september gemeld kunnen worden en dat geldt ook voor de € 128.000,-- op de post onvoorzien. Hij wil afspreken om in december te spreken over de post onvoorzien en hoeveel geld er dan overblijft zodat er dan nog een bestemming aan kan worden gegeven. De heer Wiertsema vraagt of de PvdA vindt dat het geld moet worden opgemaakt. De heer Smook vindt dat de raad op de mee- en tegenvallers moet sturen zodat er in de rekening geen verrassingen meer zitten. Het is wezenlijk dat je wat doet met de middelen die je hebt. De wethouder vindt het eigenlijk helemaal niet vreemd dat geplande investeringen een jaar later worden uitgevoerd. Dat bevreemdt hem en het is ook niet logisch want dan was het beter geweest om het ook een jaar later te ramen. Hij ging er van uit dat dit kwam door werkdruk, tegenvallers in de planning enzovoorts. Waarom is een belangrijke investering voor onderwijshuisvesting niet uitgevoerd? Als wordt gesteld dat zaken als deze normaal zijn dan kan hierover in oktober al melding worden gemaakt. Hij wil graag nader worden geïnformeerd over de herstructureringsreserve van € 150.000,--. Het komende jaar moet worden voldaan aan de rechtmatigheideis en de planning en control moeten aantoonbaar zijn verbeterd. Over hoe de raad wil dat er moet worden gerapporteerd, moet worden nagedacht. Motie M1 oogt heel sympathiek en het doel wordt door hem onderschreven maar hij vraagt zich af of het zo hard aan het college kan worden opgelegd. Als in januari het gemeentefonds tegenvalt komt alles op losse schroeven te staan en hij weet niet of motie M1 in de voorgestelde vorm zo moet worden overgenomen. De heer Van Dijk legt uit dat we als gemeente aan de financiële grenzen zitten en moeten uitkijken. Spreker heeft zelf het gevoel dat zowel positieve als negatieve ontwikkelingen direct door hem zijn gemeld. We zitten niet ruim in het geld en er zijn behoorlijk wat projecten aangepakt wat een behoorlijk beslag heeft gelegd op de budgetten. Er moet een voorzichtig financieel beleid worden gevoerd terwijl we nog wel het nodige willen doen (winkelcentrum Leens, MFA enzovoorts). De opmerkingen over rechtmatigheid van het CDA en van de accountant zijn terecht. Als een en ander niet lukt dan raken we volgend jaar bij de controle in de problemen. Hij weet niet welke problemen er dan ontstaan maar het is nu noodzakelijk dat er wat aan gebeurt. Op de planning en control en de wijze van rapporteren wordt nu een verbeterslag gemaakt en hij verwacht dat door te voldoen aan de verplichtingen we helder in beeld krijgen wat we uitvoeren en wat het kost. Vooral bij infrastructurele werken is het logisch dat daarvan een aantal doorloopt naar het volgende kalenderjaar. Het maakt uit waarop een positief verhaal in de krant gebaseerd is. Het college probeert meevallers te betrekken bij projecten en te verwerken in tarieven. Volgens hem krijgt de pers de beschikking over relevante informatie. Zij heeft verder vrijheid van handelen en daar behoort niet op te worden ingegrepen. De reserve voor herstructurering is een aantal jaren geleden gevormd omdat een aantal plekken in de gemeente hiervoor in aanmerking kwam. Er is tot nu toe niet veel mee gebeurd maar dat gebeurt de komende jaren wel. De vorige vergadering werd in dit verband de Spoorstraat in Ulrum genoemd. Er zijn nog een aantal plannen zodat de aanwezige reserve vlot is uitgeput. De heer Smook legt uit dat hij graag wilde worden geïnformeerd over eventuele projecten.
Het was niet de bedoeling aan deze reserve een andere bestemming te geven. De heer Bakker merkt op dat het bedrag dat beschikbaar is gekomen van het ministerie voor onderwijs wordt uitgesmeerd over een aantal jaren. De heer Van Gelder stelt het duidelijk is dat er financiële problemen zijn en dat het college hiervoor een oplossing zoekt. De mate waarin de rekening afwijkt van de begroting is omgekeerd evenredig aan de mate waarin de raad sturing heeft op de zaak. De heer Berghuis merkt op dat de wethouder stelde dat het college een probleem zou hebben als de zaak volgend jaar op het punt van de rechtmatigheid niet op orde zou hebben. Hij vindt het niet juist om daarbij terloops ook de verantwoordelijkheid van de raad te betrekken. De heer Van Dijk verklaart dat hij het volledig eens is met de visie die de heer Gesink heeft verwoord over de verantwoordelijkheid die de raad in dezen heeft en hij wil beslist niet in de problemen komen. De raad en het college staan samen voor deze klus en dragen daarvoor een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De heer Van der Vis vraagt welke maatregelen de raad nu moet ondernemen. De heer Van Dijk antwoordt dat de raad hieraan heeft voldaan door het college op haar taak te wijzen. Gedurende het jaar kan de raad vragen aan het college hoever ze is gevorderd. De heer Van der Zee merkt op dat we nu halverwege het begrotingsjaar zitten en vraagt hoe ver het college nu heen is. De heer Van Dijk antwoordt dat de heer Van der Zee dit kan bepalen door de stukken te raadplegen. De heer Gesink zegt dat hij daarvan kennis heeft genomen en hij heeft daarover de nodige twijfels zodat hij zich afvraagt of men ver genoeg gevorderd is. De heer Smook stemt in met motie M1 zodat het college een stok achter de deur heeft. De heer Van Dijk verklaart het eens te zijn met motie M1 zodat deze wat hem betreft overbodig is. De heer Van Gelder vindt de motie niet overbodig en handhaaft deze. De heren Berghuis, Van der Vis en De Vries achten de motie overbodig en zullen deze niet steunen. besluitvorming: Bij stemming bij handopsteken blijkt dat motie M1 met 7 stemmen voor (heren Van Gelder, Van der Heide, Limberger, Roffel, Schouten van Schagen, Smook en mevrouw Van den Broek) [fracties PvdA en GroenLinks] en 8 tegen [fracties ChristenUnie, CDA en VVD] is verworpen. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het jaarverslag en de rekening 2007 vastgesteld.
De heer Halsema neemt het voorzitterschap over van mevrouw Stam.
5. Burgerjaarverslag. opiniërende bespreking: De heer Wiertsema vindt dat, blijkens dit verslag, veel dingen zijn verbeterd. Hij vestigt de aandacht op de toename van het aantal meldingen naar 1466 inzake de openbare ruimte. In de Veiligheidsmonitor oordelen 461 burgers over het functioneren van de gemeente en 40% vindt dat de gemeente ze niet betrekt bij de aanpak van veiligheid. Verder is 39% niet tevreden over de informatie die ze krijgen bij de aanpak van leefbaarheid en veiligheid en 39% vindt dat de gemeente niet doet wat ze zegt. De beoordeling van 4,8 voor het functioneren van de gemeente is een onvoldoende en ligt zelfs onder de 5,1 van de 18 kleine gemeenten in onze provincie. Er zit dan ook een tegenstelling tussen het gestelde in het burgerjaarverslag en hetgeen in de Veiligheidsmonitor staat. Hij mist de ambitie waar de gemeente met de volgende Veiligheidsmonitor wil uitkomen en zou graag in de programmabegroting zien welke scores de gemeente nastreeft. De heer Van der Zee vindt het verslag een goed en duidelijk stuk. Het blijkt dat er veel dingen goed gaan en er wordt aan gewerkt om daar waar het niet goed loopt deze te verbeteren. De telefonische bereikbaarheid van de gemeente moet worden verbeterd en ook de reactiesnelheid op gestelde vragen. Positieve ontwikkelingen zijn dat de afgifte van bouwvergunningen sneller is geworden en dat geldt ook voor de avondopenstelling van burgerzaken. Zorgelijk is dat het aantal bouwvergunningen dat van rechtswege moet worden verleend is toegenomen. De heer Roffel heeft waardering voor het verslag want er wordt een goed beeld in geschetst van de vorderingen, van de in 2007 gemaakte afspraken, de vorm moet nog wat worden aangepast, er kunnen wat minder cijfers in, het moet toegankelijk worden voor de burger en communicatie kan worden verbeterd. Voor 2008 zijn eigenlijk de niet ingeloste afspraken van 2006 en 2007 blijven liggen waarbij het gaat om de dienstverlening verder te optimaliseren. Dat een aantal burgers in het verslag melden wat zij vanwege hun professie bijdragen aan de gemeente kan gezien worden als een vormverbetering van het burgerjaarverslag. Het is een gemiste kans dat de raad niet wil participeren in de totstandkoming van het verslag en de PvdA blijft er bij de andere fracties op aandringen om dat standpunt het heroverwegen. De raad hoort thuis in dit verslag en wellicht wil het presidium zich hierop beraden. De burger kan niet worden aangemerkt als een klant die in dezen kan gaan shoppen maar ze is participant. Door participatie kan de dienstverlening vergroot wat vervolgens leidt tot grotere tevredenheid. Vervolgens kunnen burgers een grotere verantwoordelijkheid nemen. Dat is nodig als je als kleine gemeente ons eigen stelsel wil handhaven al zal er op termijn niet ontkomen kunnen worden aan verdergaande samenwerking en/of herindeling. De elektronische dienstverlening is summier en een visie en uitleg over wat het oplevert en wat het kost mag hem volgend jaar niet ontbreken. De heer Schouten van Schagen vindt de dienstverlening naar de burger erg belangrijk. Dit verslag maakt naar buiten toe zichtbaar wat de gemeente doet in de relatie burger – bestuur. Hij vraagt om dit verslag breder te verspreiden onder de inwoners en op internet beschikbaar worden gesteld. Het in het voorwoord gestelde dat een goede communicatie erg belangrijk is bij de oplossing van problemen en ongenoegen wordt door hem gesteund.
De heer Berghuis zegt het volgende: “In het burgerjaarverslag wat voor ons ligt geeft de burgemeester, samen met de wethouders een overzicht van allerlei zaken die in 2007 de revue hebben gepasseerd. Afspraken die waren gemaakt voor 2007 en of die al niet gerealiseerd zijn.Uit het overzicht mogen we de conclusie trekken dat heel veel zaken op de rails staan. Maar dat nog niet alles is gerealiseerd. Misschien is het voor de komende burgerjaarverslagen goed om aan te geven wanneer iets wel zal worden gerealiseerd. Als CDA fractie denken we dat als er termijnen genoemd worden het minder vrijblijvend is. Afspraken maak je om na te komen. Communicatie is één van de belangrijkste zaken in het burgerjaarverslag. Op het gebied van communicatie zijn al wel een aantal zaken op de rails gezet, maar hier is nog best een verbeter slag te maken, wat u ook zelf in het verslag onderkent. Trouwens we moeten ook constateren dat er op dat gebied al veel verbeterd is en dat mag ook gezegd worden. Het terugdringen van regelgeving is en blijft een moeizaam proces. In het verslag kunnen we lezen dat u daar in 2008 verder vorm aan zal worden gegeven. De eerste informatie op dat gebied hebben we onlangs gehad. We zijn dan ook benieuwd, wanneer de terugdringing daadwerkelijk een feit wordt. De doorlooptijd van vergunningen is wederom verkort. Een gunstige ontwikkeling maar wij denken dat het nog beter en sneller kan in de simpele gevallen. Wat het afsprakenlijstje voor 2008 betreft, daar kunnen wij ons in vinden waarbij we de nadruk willen leggen om te zorgen voor een duidelijke en goede communicatie met betrokkenen, correcte afhandeling van brieven en telefoontjes dat voorkomt heel veel ergernis bij de burgers en de verenigingen. Kortom informeer de burger of vereniging over de gang van zaken en wanneer dat iets wordt afgehandeld. Een overzicht van de ziekteverzuimcijfers van het personeel wordt in dit stuk gemist”. Mevrouw Stam antwoordt dat de stijging van het aantal meldingen komt doordat er een betere registratie van is. Veel klachten komen via de website binnen. Graag willen we een hoger cijfer scoren op het punt van het veiligheidsgevoel. Ze wil volgend jaar de ingekomen meldingen beter gaan specificeren zodat kan worden nagegaan waarop het slechte presteren van de gemeente daarin is gebaseerd. Ten aanzien van de telefonische bereikbaarheid en het concreter reageren op vragen moet een verbeterslag worden gemaakt. Het burgerjaarverslag blijkt niet alleen te werken als een verslag naar buiten maar ook een instrument naar binnen want we weten beter wat goed en fout loopt en er daar kan beter op worden gestuurd. Het klopt dat de burger geen klant is maar een participant waardoor je minder klachten krijgt en een grotere tevredenheid gaat scoren maar de gemeente is ook een dienstverlenende instelling met een bepaald monopolie die moet leveren wat wordt gevraagd. De heer Hiemstra antwoordt dat hard wordt gewerkt aan de verbetering van de elektronische dienstverlening en aan de bijbehorende visie en aan een tijdpad. Hierover kan volgend jaar meer informatie worden gegeven. Mevrouw Stam vindt dat ziekteverzuimcijfer meer thuishoren in het jaarverslag. Ze denkt nog na over de mogelijkheid om het burgerjaarverslag op te nemen in de gemeentegids. Het wordt
geplaatst op de website, neergelegd in bibliotheken en toegestuurd aan verenigingen dorpsbelangen. De heer Van der Zee vindt het niet acceptabel dat door verloop van de termijn bouwvergunningen van rechtswege worden verleend en is benieuwd naar de oorzaak. De heer Hiemstra is het er mee eens dat dit niet mag voorkomen. Er moet hiertoe een systeem komen zodat het niet weer gebeurt. Het gaat hier om 3 reguliere en 7 lichte bouwvergunningen en dat probleem is gemakkelijk op te lossen. De heer Van der Vis vraagt of het systeem dat hiervoor al is aangeschaft niet goed functioneert. De heer Van der Zee vraagt of het al is onderzocht want er is intussen al weer een half jaar verlopen. Het is vreemd dat zoiets gebeurd. De heer Hiemstra kan een overzicht geven van de gevallen waarin het is voorgekomen. Het systeem heeft niet goed gefunctioneerd en hij doet zijn best er achter te komen waardoor dat komt zodat het niet weer gebeurt. De heer Roffel wil graag een reactie horen van andere fracties op zijn oproep om te participeren bij de totstandkoming van het burgerjaarverslag. Als ze dat niet willen verneemt hij graag hun reden. De heer Berghuis antwoordt dat de heer Roffel zelf al heeft aangegeven dat dit zou kunnen via het presidium. Hij vindt dat er een termijn moet worden gesteld aan het lijstje van zaken waar de burgemeester mee bezig is enzovoorts zodat het minder vrijblijvend is. Mevrouw Stam zegt toe dat, ondanks praktische problemen, ze haar best zal doen het zo concreet te maken. besluitvorming: Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Mevrouw Stam neemt het voorzitterschap over van de heer Halsema. De voorzitter schorst kort de vergadering. Na heropening wordt aan de orde gesteld:
6. Kadernota 2009-2012. opiniërende bespreking: De heer Van der Heide zegt namens de PvdA het volgende: “Geheel in de lijn met de wens van de PvdA wordt ingezet op het voltooien van de lopende projecten. Met recht kunnen we spreken van een ambitieuze gemeente. Maar daar te zeer op gefocust kan de aandacht voor kleine projecten in het gedrang komen. Wij willen daarvoor wel oog hebben, voorzitter. Een ambitieuze gemeente, een ambitieus college, zo zeer zelfs dat ze voor de ruimte die er is voor nieuw beleid zelf met voorstellen zal komen. Een ambitieuze raad echter, kan hier alleen maar kritische kanttekeningen bij plaatsen, want het primaat voor nieuw beleid hoort bij de raad te liggen.
En natuurlijk, de ambities van de raad moeten niet zo ver gaan dat ze de bestuurders van de toekomst met onverantwoorde lasten opzadelt. Dat alles staat los van onze plicht te zorgen dat we steeds moeten blijven reageren op wijzigende inzichten en omstandigheden. Goede bereikbare en adequate voorzieningen vinden we belangrijk. Daar moeten we continue aan werken. Onze wensen m.b.t. de steunpunten zijn duidelijk en zullen de komende tijd zeker weer aan de orde komen. Een centrale bibliotheek is nog niet aan de orde omdat onderzoeken hiernaar nog volop gaande zijn. Het gaat hierbij voor ons niet om bezuinigingen maar om het op termijn hebben van een bibliotheek die aan alle huidige eisen voldoet, ook qua openstelling. Daarbij blijven ook de steunpunten een belangrijke rol vervullen. Over de bezuinigingen in de sportvoorzieningen (privatisering) hebben we al eens kritische geluiden laten horen. We vinden de in de Kadernota genoemde bezuinigingen wel erg eenzijdig. Als we met elkaar al besluiten te moeten bezuinigen of wel op een andere manier invulling geven aan het geld voor de sport, dan zal dat voor de PvdA gemeentebreed moeten worden gedragen. Het is overigens de verwachting, gezien onderzoek Zeester-UVV’70 dat genoemde bezuiniging / besparing niet realistisch is (29.500,00 en 10.000. PWC). Is de ingeboekte bezuiniging op sportvoorzieningen dus wel realistisch?
Er wordt overwogen hiertoe een motie in te dienen
Onze kansen Goede invulling geven aan mogelijkheden om voorzieningen niet alleen op peil te houden maar om te verbeteren moet de uitdaging zijn. Groeimogelijkheden zitten terecht genoemd voornamelijk in de ontwik-keling recreatie en toerisme. Het besef voorzitter, dat daar onze mogelijkheden liggen moet nog meer tot uitdrukking komen. Het werken aan die projecten vinden nog te vaak plaats in het toeristenseizoen en zorgen voor overlast. Daar dient een betere afstemming plaats te vinden (Zoutkamp / Trekweg Ulrum) Ook belemmeringen in genoemde sector moeten daadkrachtiger worden aangepakt richting verantwoordelijken zoals b.v. H.D. Louwessluis Zoutkamp. Toeristische ontwikkelingen zullen met verhoging toeristenbelasting extra geld genereren, extra mogelijk-heden om ook berekend te zijn op meer toeristen door aanpak van onze wegen in de gemeente. De ontwikkelingen in en rondom het Lauwersmeergebied zal de komende jaren extra aandacht vragen van de gemeente en provincie. Aan de reeds lang gekoesterde wens van de dorpen Leens en Ulrum om het Trekpad te herstellen werken we samen met het CDA. We hopen hiermee een aantrekkelijk plan voor te kunnen dragen voor het Waddenfonds eind dit jaar en hopen daarbij ook op de steun van de andere fracties. Hoe gaat college verruiming en ondernemerschap in deze sector stimuleren? Haaks op de eerder genoemde groeimogelijkheden recreatie en toerisme is het terugschroeven
van de post inzet gebiedsontwikkelingsprojecten naar € 50.000 in plaats van € 100.000. Een onlogische actie voorzitter, en niet passend bij onze doelstelling. Het is gepland voor enkele jaren. Wij stellen voor dat dit wordt heroverwogen en dat wordt bekeken of we de meevaller uit de meicirculaire voor 2009/2010 daarvoor niet kan worden ingezet.
·
We overwegen hiervoor een amendement in te dienen
We praten inmiddels al enkele jaren over het fietspad Eenrum-Baflo en hoewel de wethouder aangaf hier volop mee bezig te zijn in het kader van de provinciale plannen voor de N361 vindt onze fractie het verstandig om richting provincie en Winsum een duidelijk signaal te geven door hiervoor alvast geld voor opzij te zetten.
·
We overwegen hiervoor een amendement in te dienen
Ook voorzitter, willen we nu graag duidelijkheid omtrent de jeugdsoos Eenrum. Hier heeft uw college toch inmiddels verwachtingen gewekt? Wanneer bent u anders van plan deze in te willigen? Nu niets meenemen in de Kadernota vinden wij niet logisch. Onduidelijkheid in deze duurt te lang.
·
We overwegen hiervoor een amendement in te dienen
We moeten onze ogen niet sluiten voor de bevolkingsdaling. Ook De Marne behoort tot de krimp-gemeenten. Zie het voornamelijk als uitdaging om te onderzoeken wat de wensen van de burgers zijn. Evenzo de wijze waarop zorgelijk over de vergrijzing wordt gesproken. Heb het liever over het benutten van de verzilvering. Velen die in hun werkzame leven onze gemeente verlieten willen graag terug: dat zijn kansen. Onderzoek samen met de woningbouwcoöperatie Wierden en Borgen de behoefte aan woningen voor deze groep. De kansen om jeugdigen vast te houden liggen voornamelijk in het hebben van voldoende arbeidsplaatsen en natuurlijk Starterswoningen. Ook dat samen met Wierden en Borgen onderzoeken. In het overleg dat nog komt met Wierden en Borgen zal dat ook zeker aan de orde komen. Wensen van de burgers spelen een steeds belangrijker rol als het gaat om beleving van hun woonklimaat. De discussie in deze raad over de dorpsspiegel hadden we graag wat meer uitgediept. Het sociaal kapitaal kan opgebouwd worden met “vitale coalities’ van dorpsvertegenwoordigers en de sociale spelers zoals Wierden en Borgen, scholen, welzijnswerk en politie. Een uitdaging waar wij verder aan zullen werken. Wij hebben al aangegeven waar dit project kan starten. Ulrum, Kloosterburen en Westernieland. We vinden overigens voorzitter, dat als we het hebben over bezuinigingen veel van onze burgers wel op het verkeerde been zijn gezet middels het persbericht. Enerzijds wordt wel duidelijk gemaakt wat de bezuinigings-doelstellingen zijn maar anderzijds lijkt er een miljoen
over te zijn. Ook belangrijk is de discussie over vergaande samenwerking. Onze fractie heeft nog vele onbeantwoorde vragen waarvan een groot deel bij het college bekend zijn. Formatievermindering college van B&W Zo’n besluit lijkt ons een beetje als voor te troepen aanlopen en willen regeren over deze raadsperiode heen. Is het niet aan de volgende bestuurders na de verkiezingen om hierover een besluit te nemen. Hij geeft het college in overweging om dit voorstel terug te nemen.
·
We overwegen hiervoor een amendement in te dienen
Er is eerder al gesteld dat op het punt van de bezuinigingen de burgers op het verkeerde been zijn gezet want het bewuste persbericht was onduidelijk.
Lasten burgers algemeen OZB / afvalstoffenheffing
Het college stelt voor om het rioolrecht en de afvalstoffenheffing te verlagen, omdat de kosten lager uitvallen. Tegelijk wil het college voor hetzelfde bedrag de OZB verhogen, zodat de totale lastendruk voor de burgers gelijk blijft, maar onze begroting er € 116.000 beter van wordt. Wij kunnen dit billijken aangezien het college anders bezuinigingen zou moeten bedenken die de voorzieningen voor onze burgers verder zouden aantasten. En daar zit ook niemand op te wachten. Fracties die er voor pleiten de OZB niet te verhogen, moeten dan ook maar aangeven waar dan wel op bezuinigd kan worden.
Aanvullend Kadernota pag. 15
Ik ben begonnen met te zeggen dat de ambities van dit college erg ver gaan als het gaat om nieuw beleid voor de raad in te gaan vullen. Ik ben vooral verder gegaan met de ambities van de PvdA in de gemeente. Een positief verhaal vooral over het benutten van kansen. Op pagina 15 van de Kadernota onder aanvullend kunnen we lezen (overleg SoZa): “op 8 april zijn de resultaten van die keuzes voorgelegd aan de raad tijdens een gezamenlijke informatieavond in “De Beurs” waarbij de raad gevraagd is om deze werkwijze voort te zetten en te continueren”. Dat ook is een voorbeeld van een sluipende verwatering van de bevoegdheden van de raad van De Marne. We blijven een pracht gemeente, straks wellicht naast gebied dat op de Werelderfgoedlijst staat en mogelijk zelfs grenzend aan één van de natuurlijke zeven wereldwonderen. Wij zijn benieuwd naar de reactie van het college”.
De heer Berghuis zegt namens het CDA dat geen moties en amendementen worden ingediend. Hij gaat ervan uit dat het college goed luistert naar zijn inbreng en dit betrekt bij de begroting. Hij vervolgt te zeggen: “De Kadernota 2009-2012 is een nota geworden, die er veel beter uit ziet dan het vorig jaar. Het is geen nota meer met losse kreten zonder een toelichting. Het is voor de raad op deze manier een nota waar we wat mee kunnen. Het college gaat volgens de Kadernota voor financieel borgen en afmaken hetgeen we onder handen hebben. Oftewel een zeer terughoudend financieel beleid, zonder echt nieuwe zaken op te pakken. Financieel gezien is dit ook best te verklaren. In de Kadernota schrijft u, dat de nota toekomst gericht is en niet slaat op het begrotingsjaar 2008. Op zich zelf kunnen wij ons daar in vinden strikt formeel gesproken. Maar het is wel verstandig om ook naar de huidige situatie te kijken en dat mee te nemen in de Kadernota om niet voor verrassingen kon1en te staan. Wij betreuren het dan ook ten zeerste dat de eerste Berap 2008 nog niet gereed is en zijn van mening, dat zoiets niet kan. De eerste Berap had vandaag op de agenda moeten staan, zodat we dit in de bespreking van de Kadernota mee konden nemen. Wij vragen aan het college de toezegging, dat het volgend jaar bij de bespreking van de Kadernota de eerste Berap ook klaar is en meegenomen kan worden bij de bespreking. Ik volg de opzet van de Kadernota voor onze opmerkingen;
Realisatie van de huidige ambities.
Twee zaken zijn momenteel nog aan de orde, de ander genoemde projecten zijn zo goed als afgerond. Winkelconcentratie in Leens staat goed op de rails en zal de kon1ende tij d nog de nodige mankracht vragen van de organisatie. Over de vordering van de MFA zijn wij minder tevreden, de raad hoort hier vrij weinig over. Wij willen dan ook graag van het college weten wat op dit moment de stand van zaken is. Als laatste wil ik noemen het project Zoutkamp en met name de financiële afwikkeling. Hoe groot schat het college het risico in, dat er een gedeelte van subsidie gelden verrekend moet worden. De bezuinigingen die voor 2008 zouden worden uitgewerkt, daar hebben wij tot op heden nog niets van gemerkt. Graag hier meer duidelijkheid over. Tot op heden zijn het wel woorden, maar nog geen daden.
Uitgangspunten begroting 2009.
Het uitgangspunt om de begroting structureel in evenwicht te hebben, heeft onze instemming evenals eventuele tekorten uit de lopende begrotingen te halen. Op deze wijze krijg je een eerlijk beeld van de begroting en de jaarrekening. Het uitgangspunt om de CPB norm te volgen en niet een trendmatige verhoging voor de belastingen en tarieven heeft onze instemming. Wat ons verder opvalt dat over samenwerking etc. niets wordt geschreven in deze Kadernota, terwijl dit vorig jaar ook viel onder bezuinigingen op termijn en wil daar graag meer over weten.
Onvermijdbare maatschappelijke ontwikkelingen.
Onder dit kopje staat als onvermijdbare maatschappelijke ontwikkeling een inflatoire stijging van lokale belasting. Deze hoort niet in dit rijtje thuis, dit is gewoon een verhoging van de belastingen door het college. Ik kom hier straks nog op terug. Een punt die hier genoemd wordt is de prijsstijging voor twee jaar bevriezen. Hier hebben wij grote twijfels bij of dit een realistisch idee is. Je zadelt zo de organisatie op met iets, waarvan je van tevoren weet dat dit niet haalbaar is. Het college onderkent dit ook en wil de gevolgen van de prijsstijgingen in de begroting van 2011 en 2012 verwerken oftewel een nieuw college met het probleem opzadelen en zelf rustig achterover leunen. Gewoon onbehoorlijk bestuur.
Concrete bezuinigingsvoorstellen.
De hoofdmoot van de voorstellen liggen op het personele vlak, waarbij wordt aangegeven om voor de begroting 2009 dit nader uit te werken. Onze vraag is kan het college al meer duidelijkheid geven over met name de formatievermindering want de uitwerking van de begroting van 2009 zal binnen niet al te lange tijd al moeten zijn afgerond. Ook in de begroting 2008 stond een post bezuiniging van personeelslasten waar wij tot op heden nog niets van hebben teruggezien. De post sluiting sportaccommodaties is ook zo'n post wat een zeer twijfelachtige is. De fusie van Zeester en UVV is voor zover wij weten nog geen voldongen feit. Alleen het college gaat er wel financieel mee aan de haal. Wat ons verbaasd is dat de centralisatie van de bibliotheken uit de begroting 2008 wordt gehaald en nu zelfs over de verkiezingen heen wordt getild. Komt niet erg betrouwbaar over en je krijgt het idee, dit ligt te gevoelig en moeten we maar over de verkiezingen heen tillen om geen kiezers te verliezen. De post gebiedsontwikkeling wordt gekort voor twee jaar met € 50.000. Eén van de redenen is te weinig ambtelijke capaciteit. Merkwaardig als we mogen constateren dat het college fors wil bezuinigen op de ambtelijke capaciteit. Wij zijn dan ook geen voorstander om te bezuinigen op deze post, omdat we in het kader van onder andere de Waddenfondsgelden, nu moeten trachten projecten binnen te halen, zodat ook onze burgers optimaal kunnen profiteren van deze gelden. Samen met de PvdA zijn wij bezig met voorstellen voor de opwaardering van het trekpad Ulrum-Leens, wat al een lang gekoesterde wens is van vele inwoners van Ulrum en Leens. In het kader van de Wadden-fondsgelden zal de gemeente ook aan cofinanciering moeten doen. Formatievermindering van de griffie is een zaak van de raad en niet van het college. Wij stemmen in ieder geval daar niet mee in. Om de raad goed te kunnen laten functioneren heeft de raad in het kader van dualisme een goede ondersteuning nodig. Uw conclusie dat het dualisme en de hiermede in verband staande processen grotendeels goed zijn ingevuld, delen wij absoluut niet met u. Ook een aardige in dit rijtje is de formatievermindering van het college van B&W. Zoiets noemen besturen over je graf. Als het college van mening is dat dit kan, dan geven wij het advies om woorden om te zetten in daden en dit met onmiddellijke ingang in te voeren.
Lastenverschuiving rioolrechten en afvalstoffenheffing naar de OZB.
Dat het college kijkt naar omliggende gemeenten voor de hoogte van de tarieven is een goede zaak. U constateert dat de vaste kosten te hoog zijn en ziet kans om deze te verlagen, zodat de tarieven van rioolrechten en afvalstoffenheffing met plm. € 116.000 kunnen worden verlaagd. Vervolgens straft u de burger met een verhoging van de OZB met hetzelfde bedrag oftewel plm. 9 % + een extra verhoging van 2 % + inflatie van plm. 2 % is samen plm. 13 %. Dit is geen lastenverlichting maar lastenverschuiving en zelfs een behoorlijke lastenverzwaring. U zult begrijpen, dat wij hiermede niet compleet akkoord gaan.
Nieuwe financiële situatie Uw inzet om de begroting van zowel 2009 als 2010 sluitend te maken zonder een greep in de kas heeft onze instemming. Zoveel ruimte heeft de algemene reserve ook niet meer om daar nog een grote greep in te doen. Als laatste wordt een aantal suggesties gedaan voor de inzet van de extra middelen van de Mei-circulaire: De extra 2 % OZB hieruit te bekostigen
€ 50.000 extra naar de gebiedsontwikkeling
€ 250.000 compensatie prijsstijging
€ 250.000 tekort wegwerken
€ 25.000 minder onvoorzien
€ 30.000 sport eenvoudigweg schrappen (Zeester/UVV/PWC)”.
De heer Wiertsema zegt namens ChristenUnie het volgende: “Voor ons ligt de Kadernota 2009. Een nota waaruit duidelijk blijkt dat de financiële situatie voor onze gemeente niet rooskleurig is. Om de financiën gezond te maken zijn er een paar mogelijkheden, namelijk minder geld uitgeven = bezuinigen, meer geld binnen halen en een combinatie van die beiden. De Kadernota gaat van deze combinatie uit. In hoeverre is dit een juiste keuze?
Dat de financiën – en zeker op de wat langere termijn – gezond moeten zijn, staat voor ons buiten kijf. Alleen de weg daarheen kent bij ons twijfels.
Bezuinigingen Kijkend naar de bezuinigingen dan gaat de hoofdmoot om vermindering van de formatie. Onze gemeente kent een relatief groot ambtenarenapparaat. Deze keuze voor personeelsvermindering onderschrijven wij ook. Maar zijn de voornemens wel te realiseren? Gedwongen ontslagen zijn niet aan de orde, dus moet het door natuurlijk verloop plaatsvinden. Idealiter zou zijn wanneer dit verloop plaats vindt op een dusdanige wijze dat eventueel door herschikking van taken, de gewenste taken op het gewenste niveau uitgevoerd kunnen worden. De praktijk is vaak een andere, namelijk dat veelbelovend jong talent vertrekt, iets wat slecht voor iedere organisatie is. Ook mensen die slecht gemist kunnen worden vanwege hun kennis, kunde en vaardigheden vertrekken nog wel eens. Natuurlijk verloop laat zich ook slecht dwingen. Leeftijdontslag is bekend, maar vertrek naar een andere werkgever is veel slechter te beïnvloeden. Wanneer de noodzakelijke taken niet uitgevoerd kunnen worden, wordt vaak externe capaciteit ingehuurd, hetgeen een bezuiniging weer ongedaan maakt. Op dit moment is ook nog niet goed duidelijk in hoeverre de formatievermindering geen nadelige invloed heeft op de te verrichten taken en de kwaliteit van dienstverlening. Een voorbeeld is VROM: het Burgerjaarverslag vermeldt dat er in 2007 in totaal 57 lichte en 94 reguliere bouwvergunningen zijn verstrekt en dat er 10 vergunningen van rechtswege zijn verstrekt, dus 7 % van de aanvragen is door termijnoverschrijding van rechtswege verstrekt. We vragen ons af wanneer de formatie met 2 FTE’s wordt verminderd of dit een en ander niet verder onder druk zet. Bezuinigingen op formatie zijn wat ons betreft akkoord, maar wel met behoud van de kwaliteit van de dienstverlening naar burgers en bedrijven. De reactie van de OR op de Kadernota vinden we ook niet bemoedigend, wanneer men de claim meer bij de burgers wil neerleggen. In hoeverre wordt daarmee het belang van de burger gediend? Het lijkt alsof de burger de oorzaak van de tekorten is, maar juist de burger heeft hierin geen keuze! Naast de bezuinigingen in de formatie wordt een aantal zaken genoemd, waarbij duidelijk de kaasschaaf-methode wordt gebruikt. Rigoureuze keuzen worden niet gemaakt. Kijkend naar voorzieningen als sport-accommodaties. Waar ligt de grens als het gaat om de bijdragen die belastingplichtigen moeten bijtellen bij het kostendekkend maken van bepaalde voorzieningen die door een beperkt aantal burgers wordt gebruikt. Echte keuzen hierin worden in de Kadernota niet gemaakt. Dat is jammer, immers op de langere termijn heeft men er baat bij nu te investeren in kwalitatief goede voorzieningen. Kwaliteit kan dan ten koste gaan van de kwantiteit. Het college wordt opgeroepen samen met besturen e.d. nog eens kritisch te kijken naar de gewenste kwaliteit en in relatie daarmee naar de kwantiteit en omvang van dergelijke voorzieningen. Een ander punt is de centralisatie van bibliotheekwerk. We hebben hier al vaker over gesproken. De ChristenUnie is van mening dat er eerst een duidelijk plan dient te zijn, voordat een bezuinigingsbedrag kan worden ingevuld en dus niet omgekeerd. Op voorhand stemmen we daarom nu niet met het genoemde bedrag in.
Ook kunnen we op voorhand niet instemmen met de formatievermindering van de griffie. Kern is dat de gewenste griffietaken goed worden uitgevoerd. Niet duidelijk is hoe deze werkzaamheden bij een doorgevoerde bezuiniging dan wel worden ingevuld. Kijkend naar de huidige praktijk, dan valt hierin zelfs nog het nodige in te verbeteren, bijvoorbeeld het tijdig aanleveren van stukken aan de raad.
Opbrengsten Het vergroten van de opbrengsten wordt bij de burger weggehaald. Deels bij de toerist, waar wij geen moeite mee hebben en deels bij een beperkt aantal inwoners van de gemeente, iets waar wij wel moeite mee hebben. Er wordt geconstateerd dat er op de rioolrechten € 78.000,bespaard kan worden door het rioolonderhoud efficiënter te organiseren. Het is dus kennelijk wel mogelijk dit efficiënter te doen. Waarom nu pas en niet al veel eerder iets waartoe wij al jaren oproepen? Het huidige GRP loopt dit jaar af en in de loop van 2008 komt er een nieuw GRP. Duidelijk is dat veel riolering nog vervangen moet worden. Verder is er meer onder de verantwoordelijkheid van de gemeente gebracht, namelijk naast de zorgplicht voor het afvalwater en hemelwater is de gemeente nu ook zorg-plichtig voor het grondwater. De GRP dient dus voor dit laatste verbreed te worden. Het is ook volstrekt duidelijk dat deze extra taak ook extra geld kost (laatste raadsvergadering hebben we € 20.000 uitge-trokken voor drainage te Lauwersoog, wat uit het verbrede GRP 2009 betaalt moet worden). Het verbrede GRP zal tot hogere tarieven leiden. De efficiëntiewinst dient naar onze mening dan niet naar de OZB-kant worden overgeheveld, maar ingezet worden voor demping van de tarieven in de overgang naar GRP 2009 en volgende. De kosten voor rioolrechten en afvalstoffenheffing zijn nu nog niet zeker. Uit onderzoek blijkt namelijk dat de kostendekkendheid niet goed vastgesteld kan worden. Er is onzekerheid over de toegepaste uurtarieven en de aan de tarieven toegerekende kosten. Het college heeft aangegeven de aanbevelingen van o.a. de rekenkamercommissie over te nemen. Deze zijn echter nog niet uitgevoerd en daarom is dit nu nog onzeker. Principieel kan er niet verschoven worden van rioolrechten en afvalstoffenheffing naar de OZB. De OZB is een belasting en voor de beide andere wordt een product geleverd, die volledig door de burgers wordt betaald. Dat deze 3 als woonlasten worden gezien doet daaraan niet toe of af. Kijkend welke extra opbrengst de OZB dient op te leveren, dan wordt de OZB met 13,28% structureel verhoogd (wanneer € 25.000 gelijk staat voor 2%). Deze belasting wordt aan de eigenaren van woningen doorberekend en kan in sommige gevallen, afhankelijk van de WOZwaarde, tientallen procenten stijgen. In het collegeprogramma is afgesproken om de woonlasten in verhouding met vergelijkbare gemeenten gunstiger te laten scoren en dat de belasting en tarieven zo laag mogelijk worden gehouden. Uitgangspunt voor vergelijking dient het inkomen per huishouding te zijn. De armoedemonitor van de provincie Groningen gaf vorig jaar aan dat 1/3 de huishoudens moeite hebben om de eindjes aan elkaar te knopen. In de gemeente De Marne ligt dit aantal vermoedelijk nog hoger. Hierin ligt dus ook een opgave voor de gemeente de woonlasten zo laag mogelijk te houden. Voor het begrotingsjaar 2007 stond de gemeente De Marne op de 8e plaats (van boven) van Groninger gemeenten, voor het jaar 2008 al weer een plaats hoger.
Uitgaande van het collegeprogramma en het inkomen per huishouding zou ons gemeente niet boven het gemiddelde in de provincie Groningen uit moeten komen, dus de 13e plaats. Een ander zorgpunt zijn de tarieven voor lijkbezorgingrechten. Een gebruikelijk enkel graf kost nu € 3.153 en gaat naar € 3.824 in 2011 (van 45 naar 55% kostendekkendheid). Begraven in onze gemeente dient ook mogelijk te blijven voor mensen met een smalle beurs. Zij hebben vaak moeite de eindjes aan elkaar te knopen en een begrafenisverzekering is één van de bezuinigingen die men vaak noodgedwongen toepast. Kortom: Hoewel wij het uitgangspunt onderschrijven dat we een gezonde financiële situatie moeten nastreven, hebben we zorgen om het realiseren van de aangegeven bezuinigingen en zijn wij nog niet overtuigd dat de tarieven aangepast moeten worden zoals in de Kadernota is omschreven. In de begroting 2009 wordt dit feitelijk vastgesteld. We roepen het college op om alles in het werk te zetten te zoeken naar mogelijkheden de tarieven die burgers van onze gemeente moeten betalen slechts trendmatig te verhogen. Hiervoor kan een deel van de voordelen van de Meicirculaire worden gebruikt, andere bezuinigings- of ombuigingsoperatie enzovoorts”. De heer Van der Vis vindt namens de VVD dat deze Kadernota in het teken staat van bezuiniging. Als we doorgaan op de al enkele jaren ingeslagen weg dan geraken we in een financieel ongewenste situatie. Er is veel geld geïnvesteerd in een aantal grote projecten (MFA en winkelcentrum Leens, Pieterburen en Lauwersoog) en die trekken een zware wissel op de financiën. Iedereen is het er mee eens dat ze nodig zijn om de leefbaarheid in stand te houden. Het is niet erg om eens fors te bezuinigen en de stofkam door de begroting te halen. In het collegeprogramma staat dat de lasten in ieder geval niet zullen stijgen. Zoals de zaken nu liggen, stijgen de lasten erg fors voor bepaalde groepen inwoners. Het is terecht dat de rioolrechten en afvalstoffenheffing dalen omdat ze kostendekkend horen te zijn. Hiertegenover staat een verhoging van de OZB zodat de lasten verschuiven naar woningeigenaren en dat is tegen zijn principe. Het takenpakket van de GRP wordt uitgebreid en hij vraagt of hiermee rekening is gehouden in de lagere tarieven voor rioolrechten. Bij de voorgestelde bezuinigingen voor sportvoorzieningen zet hij op het punt van de haalbaarheid de nodige vraagtekens. Het is zaak dat het college ook gaat kijken naar andere mogelijkheden tot bezuiniging. Naast de verschuiving van lasten naar de OZB van € 116.000,-- wil het college de OZB inflatoir laten stijgen met 2 %. Blijkens de Mei-circulaire pakt de verhoging uit het gemeentefonds volgend jaar € 657.000,-- hoger uit dan is begroot. Hij is het met het college eens om dit ten goede te laten komen aan de algemene reserve zodat die op peil blijft met het oog op mogelijke tegenvallers (afrekening Zoutkamp en tendens van stijgende rentestand). Spreker vindt niet dat een extra verhoging van de OZB moet plaatsvinden en dient daarom motie M2 in:
M2 De raad van de gemeente De Marne in vergadering bijeen op dinsdag 24 juni 2008 De raad, gehoord de beraadslaging,
Constaterende dat:
de Kadernota laat zien dat er, zelfs met de voorgestelde bezuinigingen, een tekort op de begroting voor 2009 en 2010 ontstaat;
Overwegende dat:
we niet willen tornen aan de voorgestelde bezuinigingen;
Constaterende dat::
De bezuinigingsvoorstellen leiden tot onevenredig zware stijging van de lastendruk voor de burger;
Constaterende dat:
De meicirculaire een meevaller voor de jaren 2009 en 2010 vertoont;
Overwegende dat:
Dit ruimte biedt om de burger in de lastendruk enigszins tegemoet te komen.
Verzoekt het college:
Niet over te gaan tot een extra verhoging van de OZB met 2% zoals gesteld in de Kadernota 2009 op blz. 14 onderaan. Het resterende bedrag van de meevaller in de meicirculaire ten gunste te laten komen van de algemene reserve;
en gaat over tot orde van de dag.
Namens de VVD-fractie: J.P. van der Vis
Spreker vervolgt te zeggen dat al jarenlang wordt gerept over onderhoud van wegen en bruggen. Met de aanpak van bruggen is een begin gemaakt maar voor wegen zijn nog geen plannen gemaakt. Dat is wel nodig want herstel van beschadigde wegen kost meer als het onderhoud. Ook wordt al jarenlang gesproken over het in goede banen leiden van het landbouwverkeer. Het lijkt hem goed toe om met LTO te onderzoeken om dit te realiseren met inzet van middelen uit het Waddenfonds. Dit fonds is immers bestemd voor de versterking van de economische structuur.
De heer Van Gelder zegt namens GroenLinks dat de Kadernota in het teken staat van bezuiniging. De nota is meer tot de provincie gericht dan tot de gemeente. Daar moet zichtbaar worden gemaakt hoe we de zaak op orde denken te krijgen. Daardoor komen een aantal zaken die van belang zijn voor de gemeente maar summier aan bod. De bezuiniging in de collegeformatie en op de griffie doen hem denken aan een cartoon in de NRC waarin stond dat regeren moest worden gezien als vooruitschuiven. Voor het in stand houden van voorzieningen en de vitaliteit van het gebied zijn grote plannen ontwikkeld wat heeft geleid tot een omvangrijke ambtelijke organisatie zodat daar op moet worden ingegrepen. Paradoxaal is dat in de Kader-nota aandacht wordt gemist om op het punt van de wat kleinere zorg waarbij het er om gaat iets extra’s te betekenen voor de inwoners. In het geval van PWC heeft de bezuiniging een breder effect dan alleen het voetballen, voor de groep mensen die afhankelijk is van een subsidie ingevolge de WMO moet gezorgd worden dat ze niet buiten de boot vallen en bij de subsidie Oud en Nieuw staat hier tegenover de inzet om een enorme kostenpost te laten dalen. Er spelen hierbij keuzes waar de Kadernota simpelweg aan voorbij gaat. Bij de bezuiniging op gebiedsontwikkeling gaat het niet alleen om een verlaging van € 50.000,-- maar als neveneffect kan niet in aanmerking worden gekomen voor een veel groter subsidiebedrag. Met de formatievermindering van de griffie is hij het niet eens en het is voorbarig om te stellen dat het stelsel van het dualisme min of meer een afgesloten iets is. De heer Van Dijk antwoordt in algemene zin dat het uitgangspunt van de Kadernota is, dat in gang gezette projecten met de voorhanden zijnde organisatie worden gerealiseerd. Qua grootte van de gemeente is er een te groot personeelsbestand. Er wordt geprobeerd financiële ruimte te scheppen zodat we nog zo’n twee jaar vooruit kunnen met de lopende projecten. Het blijkt dat in 2011/2012 er weer wat financiële ruimte ontstaat. Het is de bedoeling voldoende ruimte te houden om ook in de toekomst nog zaken ter hand te nemen en niet alles op te souperen en onszelf dan niet klem te zetten. Deze nota is deels gericht op de visie van de provincie en dat is terecht want de begroting ging te veel uit van taakstellingen. Dit stuk is intussen voorgelegd aan de provincie en besproken met de Gedeputeerde. Het is de bedoeling dat met deze Kadernota de financiële positie gezond wordt maar ook dat de vitaliteit en leefbaarheid in tact blijft door de projecten waarmee we bezig zijn. Bij ongewijzigd beleid ontstaat er een enorm tekort en ver beneden het weerstandsvermogen uitkomen. Dat wil het college niet want daarmee zijn we ook de financiële greep kwijt op de situatie. Het college wil inspelen op de ontwikkelingen die zich voordoen en naar wat we aankunnen waarbij het hem verantwoord lijkt om nu tijdelijk € 50.000,-- te bezuinigen op het budget voor Gebiedsontwikkeling. Er is nagegaan hoe gekomen kon worden tot een gezonde mix waarbij gekeken is of bezuinigd kon worden op voorzieningen, mogelijkheden van kostenbesparing, de eigen organisatie en het bestuur (college en griffie). Het is niet de bedoeling geweest om over het eigen graf heen te regeren maar naar hoe het college denkt dat het zou kunnen. Ook is gekeken naar het genereren van extra inkomsten en naar de lastendruk (naar de verschuiving van rioolrechten en afvalstoffenheffing naar OZB en naar de toeristenbelasting). Over dit pakket is meermalen gesproken en het is een verantwoord geheel op de ambitie die er voor dit gebied is en willen houden. Dit houdt in dat er keuzes moeten worden gemaakt. Bij de opstelling hiervan had het college nog niet de beschikking over de Mei-circulaire. Er is nadrukkelijk gesteld dat als er extra middelen zouden komen dat dit moet worden ingezet de dekking van het begrotingstekort in 2009 en 2010. Ten tijde van de vaststelling van de begroting kan dit nog worden bekeken maar het is nu onverstandig om het bedrag al in te boeken voor bezuinigingen die niet doorgaan. Uitgangspunt is een gezonde financiële situatie waarbij de leefbaarheid en vitaliteit op orde wordt gehouden en in gang zijnde projecten
worden afgerond. Volgens het college zijn de gepresenteerde voorstellen reëel. De heer Smook vraagt of alle plannen die het college nog wil realiseren tot 2012 zijn meegenomen in het overzicht. De realisatie van een jeugdsoos in Eenrum stond er niet tussen. De heer Van Dijk antwoordt dat er nog € 36.000,-- ruimte is op nieuw beleid. Het gaat hier om relatief kleine investeringen die binnen dat budget gerealiseerd kunnen worden. Er is afgesproken om wel de posten te noemen waarop wordt bezuinigd en geen onderwerpen te noemen waaraan nog geld wordt uitgegeven. Het gaat om zogenaamd kruimelwerk en dit is hiervan een voorbeeld evenals ook onderwijs enzovoorts. De heer Van Gelder vraagt hoe het gesprek met de gedeputeerde is verlopen. De heer Van Dijk deelt mee dat hij recent de gedeputeerde heeft bezocht. Er is toen mededeling gedaan van de stand van zaken en er is kennisgenomen van de Kadernota waarover eerst het oordeel van de raad wordt afgewacht. Bij dit gesprek werd gesteld dat de zaak goed wordt aangepakt en dat het vertrouwen aanwezig is dat we op de goede weg zijn. In september vindt het volgende gesprek plaats. Tot slot deelt spreker mee dat hij het met het gestelde eens is dat de 1e Berap er eigenlijk al had moeten zijn. De voorzitter schorst om 18.30 uur de vergadering waarna mevrouw Vogel de vergadering verlaat. Na heropening van vergadering om 19.40 uur wordt het woord gegeven aan de heer Van Dijk. Vanwege de financiële situatie zijn ombuigingen noodzakelijk om zo in de nabije toekomst nog ambities te kunnen houden. Door de provincie wordt aangedrongen op een gezonde financiële situatie en er is nagegaan hoe dit kan worden gerealiseerd. De grootste kostenpost is het personeel en dat komt in de voorstellen duidelijk tot uitdrukking en het college denkt dat de voornemens vóór 2012 haalbaar zijn. Voor 2008 was dit voor een deel taakstellend al gebeurd. Verder worden bezuinigingen voorgesteld op het vlak van welzijns-accommodaties en worden er lastenverhogingen doorgevoerd. Het is noodzakelijk dat er bereidheid is om te bezuinigen. Er wordt naar gestreefd om uit te gaan van concrete bedragen, harde financiële gegevens en er moet beter gestuurd kunnen worden. Deze Kadernota kan gezien worden als een begin zodat gesteld kan worden dat hier sprake is van een trendbreuk. De exactheid in dit stuk krijgt een doorvertaling naar de begroting waarbij rekening wordt gehouden met de inbreng van de raad (zoals gesteld door het CDA). Inclusief ombuigingen en bezuinigingen geeft deze nota heel duidelijk de, volgens het college, juiste koers aan. Het is niet de bedoeling om zaken door te schuiven maar nog lopende zaken moeten worden uitgevoerd. Op het vlak van Gebiedsontwikkeling moet er enerzijds gelegenheid zijn om in voorkomende en passende gevallen geld te investeren en anderzijds moet er een pas op de plaats worden gemaakt. De Kadernota is ook een aanzet om zaken die naar 2008/2009 zijn doorgeschoven aan te pakken zodat er uiteindelijk reëlere begrotingen en rekeningen komen. Voor 2008 zijn vacatures gedeeltelijk niet weer ingevuld en voor 2009 en 2010 moet dit nog worden uitgewerkt. Daarbij wordt er niet vanuit gegaan dat we alles op hetzelfde niveau kunnen houden. De directe dienstverlening blijft wel in tact maar op het ambitieniveau moeten er aanpassingen komen. Het streven is om eerst de in gang zijnde projecten af te maken en pas dan met nieuwe te beginnen. De heer Smook vraagt of nog financiële ruimte aanwezig is op bijvoorbeeld de post onvoorzien als zich in de toekomst een leuk plan aandient op het vlak van de
Gebiedsontwikkeling. De heer Van Dijk denkt het wel maar dan moet het wel om iets interessants gaan. In zo’n geval zal het worden voorgelegd aan de raad. Er is nog ruimte aanwezig voor “kruimelwerk”. Mocht er iets acceptabels komen waarin de gemeente geen kans ziet om daarin mee te financieren dan zal dat moeten worden afgewogen waardoor de kans er inzit dat we dan de ontwikkeling van het gebied tegengaan. De heer Gesink merkt op dat als er geen bedrag voor staat gereserveerd dat dan niet op zulke ontwikkelingen kan worden ingespeeld. Dit kan schadelijke gevolgen hebben want daardoor kan het gebeuren dat we bepaalde kansen laten lopen. De heer Van Dijk heeft hier geen angst voor want de afgelopen jaren hebben hem geleerd dat hierop in de praktijk goed kan worden ingespeeld. In 2009 en 2010 wordt rekening gehouden met een lager budget om zo de achterstand wat in te lopen en in 2011 wordt het weer opgehoogd naar € 100.000,--. Bij de bezuiniging (tussen € 10.000,-- en € 30.000,--) voor sportaccommodaties wordt gekeken naar mogelijk-heden voor privatisering. Het gaat beslist niet om opheffing van verenigingen maar met de verenigingen wordt bekeken hoe met de betreffende accommodaties moet worden omgegaan en het zo te regelen dat beide partijen er voordeel van hebben. Naar de gemeente moet dit een financiële vertaling krijgen en de verenigingen moeten het als een uitdaging zien om meer zelf te gaan doen. Het gaat er om dat bij verenigingen verantwoordelijkheid wordt neergelegd wat een positief effect hebben naar de saamhorigheid. De heer Berghuis merkt op dat in de Kadernota staat dat er sportaccommodaties gesloten worden. Dat is iets anders als wat nu wordt gezegd. De heer Van Dijk antwoordt dat er staat afstoting onderhoud van het PWC-complex en dat is geen sluiting. Het kan gezien worden als een keuzemoment om als vereniging te gaan overwegen bepaalde dingen voortaan zelf te gaan doen. De heer Smook vraagt of vanwege de ingekomen brief en door de inbreng van de inspreekster er nog overleg mogelijk is. De heer Van Dijk antwoordt dat financieel gezien deze bezuiniging vastligt. De heer Bakker zegt dat in gesprek wordt gegaan met de verenigingen. De verhouding tussen dat wat de gemeente inbrengt en wat het opbrengt ligt in de gegeven situatie volledig scheef. Als je een en ander in stand wil houden dan is het mogelijk om zelf bepaald onderhoud te gaan doen of dat men probeert eigen inkomsten te krijgen (oud papier). Het is de bedoeling om daarover in gesprek te komen. De heer Van Gelder vindt dat een goede insteek maar hij wijst er op dat de gemeente zichzelf bij de start al behoorlijk op achterstand heeft gezet en dat de vereniging hiertegen behoorlijk in actie is gekomen. Daar komt bij dat de communicatie met het verenigingsleven in Eenrum ook moeilijk verloopt. Dat de kosten volledig scheef liggen kan worden uitgelegd maar door de wijze van formuleren veroorzaakt het college zelf problemen. De heer Bakker vindt het belangrijk dat de raad het college steunt bij de richting welke wordt
nagestreefd want er moet € 30.000,-- worden bespaard op een totale uitgave van € 550.000,--. De heer Van Dijk merkt op dat de tarieven die voortvloeien uit het GRP ongeveer gelijk zullen blijven. De hogere toeristenbelasting (verhoging naar € 0,75 per persoon per nacht) wordt door de grootste ondernemer geaccepteerd mits hem dit tijdig wordt meegedeeld. De effecten op de totale lastendruk zijn bekeken en geconstateerd is dat de eigenaar van een woning met een waarde van € 125.000,-- onder het voorgestelde regiem € 1,-- duurder uit is (van € 264,-- naar € 265,--) en iemand die wat kapitaalkrachtiger is en een woning heeft van rond € 300.000,-- is € 21,-- duurder uit (van € 232,-- naar € 253,--). Dat zijn geen spectaculaire verhogingen, ze zijn goed uit leggen en voor mensen met een laag inkomen kunnen andere voorzieningen worden getroffen. De heer Van der Vis vindt dat het ongelijk is verdeeld want de bewoners van huurwoningen gaan er op vooruit. De heer Van Dijk vervolgt te zeggen dat het financiële voordeel van de Mei-circulaire wordt toegevoegd aan de reserve omdat de financiële situatie op peil moet worden gebracht en om een voorziening te hebben voor mogelijke risico’s. Als we de ingeslagen weg vervolgen en de doelstellingen van de voorgestelde Kadernota halen dan steunt de provincie ons maar als er financiële gaten in worden geschoten niet meer. De heer Van der Zee vindt dat het de omgekeerde volgorde is om voor de nota te bespreken met de raad hierover een oordeel te vragen van de provincie. Door deze werkwijze wordt de raad voor het blok gezet. Eerst had het moeten worden besproken met de raad en dan pas had naar Gedeputeerde Staten gestapt kunnen worden. De raad beseft terdege dat er wat moet gebeuren. De heer Van Dijk zegt dat er conceptstukken zijn uitgewisseld om af te tasten hoe er tegen bepaalde aspecten werd aangekeken. De provincie benadrukt dat zij uitgaat van het besluit van de raad. Wij zitten voor een ombuiging en er is geconstateerd dat we bezig zijn met een aantal projecten die het gebied ten goede komen. Op het vlak van sociaal beleid (uitvoering WWB en WMO) blijkt dat we het als gemeente erg goed doen. We zijn nu aangekomen op een punt om dat ook voor de toekomst zeker te houden. De heer Van der Heide is niet tevreden met de gegeven antwoorden. Er is gesteld dat zijn fractie zich redelijk kan vinden in de voorgestelde bezuinigingen. Voor een aantal zaken valt de reactie van de wethouder tegen en spreekt het college zichzelf tegen. Daarom zijn er amendementen / moties voorbereid. Voorgesteld wordt om pas op de plaats te maken waarna we over een paar jaar weer geld hebben voor bepaalde projecten maar we zetten onszelf zo op achterstand en maken ons daarmee niet geloofwaardig. Dat geldt ook voor de privatisering van sportvoorzieningen. De ene wethouder wil gaan praten maar door de andere wordt verenigingen het mes op de keel gezet. Met bewondering heeft hij de fusieplannen van UVV en Zeester in ogenschouw genomen en hoe de beide sportcomplexen gebruikt gaan worden. Daar komt niets van terecht want het is de bedoeling van de gemeente dat één voorziening wordt gesloten om zo te komen tot een bezuiniging. PWC heeft weinig leden maar de inspreekster maakt er melding van dat deze vereniging een breed draagvlak heeft en veel activiteiten aan dag legt. Als daarop wordt bezuinigd dan raak je op termijn meer voorzieningen en inwoners kwijt en werk je zelf de terugloop in de hand. Hij dient namens de PvdA de volgende motie M3 in:
M3 De raad van de gemeente De Marne in vergadering bijeen op dinsdag 24 juni 2008 te Leens,
gelet op:
het voorstel van het college om de bezuiniging op sport te realiseren door te besparen op het gebruik van de sportaccommodaties van UVV en Zeester en door het onderhoud van het PWC-complex af te stoten;
overwegende:
dat de sportorganisaties in de gemeente zich in positieve zin ontwikkelen. Er is een toename van het gebruik van voetbalsportvelden, door samenwerking van bijvoorbeeld PWC en Eenrum;
constaterende:
dat er vele positieve ontwikkelingen van burgerinitiatieven zijn, zoals in Westernieland, om de leefbaarheid te vergroten;
van menig zijnde:
- dat de bezuiniging niet enkel gedragen kan en moet worden door de drie in de toelichting genoemde voetbalverenigingen;
- dat in overleg met alle gebruikers bezien moet worden wat de hoogte kan zijn van gemeentelijke bijdragen;
dat er daartoe eerst overleg nodig is met alle belanghebbende partijen.
Verzoekt het college om voorgestelde bezuiniging "privatisering I sluiting sportaccommodaties" niet alleen te realiseren door besparing op het gebruik van de sportaccommodaties van UVV Ulrum en VV Zeester en het afstoten van het onderhoud van het PWC-complex maar de bezuiniging gelijker te verdelen over de sportclubs en daartoe met alle sportclubs in overleg te treden.
Namens de PvdA fractie Jakob Roffel
Vervolgens gaat spreker over tot het indienen van het volgende amendement A1 in:
A1
Ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
de voorgestelde bezuiniging met de omschrijving 'aanpassing inzet Gebiedsontwikkelings-projecten' in de Kadernota te schrappen en deze te handhaven op structureel € 100.000,00 per jaar.
Toelichting:
Het College van B&W geeft aan dat het inzetten van middelen voor cofinanciering optimaal dient te worden benut om een impuls te blijven geven aan economische ontwikkelingen alsmede aan investering van het leefklimaat. Dat gezien de omvangrijke plannen die we uitvoeren en de verminderde ambtelijke capaciteit het college het reëel acht de middelen voor 2009 en 2010 te beperken tot € 50.000,00.. Echter, de al omvangrijke plannen en de verminderde ambtelijke capaciteit kan geen reden zijn deze middelen voor 2009 en 2010 te beperken tot € 50.000,00. Het beperken van de middelen kan een aantal ontwikkelingen in gevaar brengen en de lokale economische ontwikkeling belemmeren Namens de PvdA fractie Hans van der Heide Luppo Smook
Spreker gaat akkoord met veel van de voorstellen. Voor kruimelwerk is er nog financiering mogelijk en zo is er geld voor de totstandkoming van een jeugdsoos in Eenrum. De reactie op zijn inbreng werd door hem als summier ervaren en hij wil graag dat na jaren praten het nu komt tot een concrete toezegging. Hetzelfde geldt ook voor de inperking van het college en de griffie. Dit is een slecht voorstel en daarom dient hij vervolgens amendement A2 en motie M4 in: A2
Ondergetekenden stellen het volgend amendement voor:
in de Kadernota een structureel bedrag van € 20.000 toevoegen als noodzakelijk nieuw beleid vanaf 2009 voor de bouw van de jeugdsoos Eenrum,
Toelichting:
gelezen de Kadernota 2009,
In het voorstel van het college Kadernota 2009 worden tot en met het jaar 2012 geen middelen bestemd voor een jeugdsoos in Eenrum. Richting betrokkenen zijn echter concrete verwachtingen gewekt. Namens de PvdA fractie Hans van de Heide Luppo Smook
M4 De raad van de gemeente De Marne in vergadering bijeen op dinsdag 24 juni 2008 te Leens,
gelezen de toelichting bij het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 juni 2008 aangaande het vaststellen van de Kadernota 2009,
gelet op de in de Kadernota in hoofdstuk 5. Concrete bezuinigingsvoorstellen aangegeven bezuinigingsvoorstel: Formatievermindering College van B&W, gelet op de toelichting van het College van B&W waarin voor deze bezuiniging wordt aangegeven dat door het terugbrengen van de formatie van wethouders na de verkiezingen in 2010 een bezuiniging kan worden gerealiseerd,
gelet op het feit dat het College van B&W niet voor deze raadsperiode voorstelt een bezuiniging toe te passen,
gelet op het feit dat de gegevens van de Mei-circulaire 2008 nog niet bij de gegevens van de Kadernota 2009 zijn betrokken,
is van mening dat de raad zich dient te onthouden van het vaststellen van de formatie van wethouders in een volgende raadsperiode;
en gaat over tot de orde van de dag.
Namens de PvdA fractie Hans van de Heide Jakob Roffel
Spreker wil ook graag het fietspad Eenrum-Baflo gerealiseerd zien en dient daartoe amendement A3 in:
A3
Ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
in de Kadernota een bedrag van € 50.000 op te voeren als noodzakelijk nieuw beleid in
2010 voor de aanleg van het fietspad Eenrum-Baflo.
Toelichting:
De raad wil het fietspad Eenrum-Baflo zo spoedig mogelijk realiseren, bij voorkeur in combinatie met het nieuwe tracé van de N361 tussen Abelstok en Winsum. De gemeente heeft de commissaris van de koningin tijdens zijn werkbezoek aan De Marne verzocht om dit tracé met voorrang uit te voeren.
Namens de PvdA fractie Hans van de Heide Luppo Smook
De heer Berghuis merkt op dat vóór de schorsing de wethouder al duidelijk maakte dat er weinig flexibiliteit mogelijk was. Er werd opgemerkt dat deze Kadernota een trendbreuk inhield. In vorige stonden vaak pro memorie posten en nu wordt concreet aangegeven op welke posten gaat worden bezuinigd. Het CDA komt niet met moties en amendementen maar in bepaalde opzichten kijkt het CDA en de raad tegen bepaalde zaken anders aan als het college. Er wordt vanuit gegaan dat de gemaakte opmerkingen nadrukkelijk worden meegenomen bij de begroting en zou graag zien dat de notulen van deze vergadering daarbij worden gevoegd. Als de wethouder bij de begroting mocht ingaan tegen hetgeen de raad heeft gezegd dan kan dat leiden tot problemen en hij gaat er van uit dat hij dan eieren voor zijn geld kiest. Aan het personeel wordt concreet opgelegd waar er gaat worden bezuinigd. Dit lijkt hem geen goede werk-wijze: Volgens hem moet er eerst te rade worden gegaan bij het personeel van laag tot hoog hoe tot bezuinigingen kan worden gekomen. Bij de begroting zal worden bekeken of deze vermindering goed is onderbouwd en anders wordt daarmee niet akkoord gegaan. Het college komt inzake de verschuiving van de belastingen met cijfers waaruit blijkt dat de effecten voor minder draagkrachtigen meevallen maar er zijn ook flink wat bedrijven waarvoor de OZB wel wordt gehandhaafd. Een aantal van hen betaalt geen rioolrechten zodat die categorie er mee te maken krijgt. Er wordt op aangedrongen om dit bij de tarief-stelling goed te bekijken. Op de extra verhoging van de OZB met 2 % is niet ingegaan maar hij handhaaft daarop zijn twijfels want volgens hem is daarin nog enige ruimte. Als je stelt dat sportvoorzieningen worden afgestoten dan kan worden verwacht dat verenigingen daartegen in actie komen. Als je dan zegt dat je met de verenigingen wil gaan spreken over de mogelijkheden dan had het hem beter geleken als daarmee vooraf in gesprek was gegaan. Er zijn meer verenigingen dan UVV/Zeester en PWC want nu wordt bij die twee laatste clubs € 30.000,-- weggehaald en hij is het met de PvdA eens dat gemeentebreed moet worden bekeken wat er mogelijk is. Het gestelde dat, als er een acceptabel plan is in het kader van de gebieds-ontwikkeling, de haalbaarheid dan wordt bekeken vindt hij maar mager. Er is geld hiervoor beschikbaar in het Waddenfonds (nog zo’n 18 jaar) en de gemeente heeft het niet geheel in eigen hand zodat er mogelijk cofinanciering moet plaatsvinden. Het is voor hem acceptabel dat dit geput wordt uit de post onvoorzien. In de nota wordt niet ingegaan op het aspect van de financiële risico’s en de problemen die daaruit kunnen voortvloeien en hij waarschuwt voor de afrekening van het plan Zoutkamp. Ook waarschuwt hij voor de financiële gevolgen van acceptatie van ingediende moties en amendementen. De heer Roffel stelt dat de raad bezig is met vaststelling van de financiële kaders voor de
begroting 2009. Er mag en kan niet worden verwacht van het college dat zij aan allerlei wensen tegemoet gaat komen door toezeggingen te doen op essentiële punten. Om wensen gerealiseerd te krijgen kan gebruik worden gemaakt van moties en amendementen. Hij vraagt aan het CDA of zij het recht van de kaderstelling inlevert voor een trouwverklaring die is gebaseerd op verwachtingen en beloftes. Volgens hem kan dat niet nadat de Kadernota is vastgesteld en mocht dat wel zo zijn dan zou het college zich onwaarachtig gedragen. Er moet vandaag nadrukkelijk worden vastgesteld dat thans de kaders worden gegeven. Het is vrij om amendementen en moties al dan niet te steunen. De heer Berghuis vindt dat je van alles kunt eisen middels moties en amendementen maar het college moet een en ander invullen. De raad is nu bezig met het geven van de kaders. Dat wat de PvdA doet is leuk en aardig. Men laat de invulling over aan het college zonder er middelen bij te leggen. De heer Roffel merkt op dat zijn fractie heeft aangegeven dat hiervoor geput kan worden uit de baten genoemd in de Mei-circulaire. Het college is vrij om dit nader te bekijken. Het CDA gaat er aan voorbij dat hier de Kadernota wordt vastgesteld. De heer Berghuis merkt op dat de begroting in november wordt vastgesteld. Er kan wel gebruik worden gemaakt voor de financiering van deze plannen van de Mei-circulaire maar voor het college ligt er nog een taak en die luidt dat zij voor 2009 de zaak financieel rond moeten krijgen. De PvdA komt met zaken waarvoor geen dekking wordt gegeven en het is de vraag of je dat moet aanmerken als besturen. De heer Van der Zee is het eens met de heer Berghuis en merkt op dat de PvdA voor € 100.000,-- aan plannetjes indient terwijl de Mei-circulaire ruimte biedt van € 80.000,-- en op het bedrag wat men tekort komt heeft hij nog niets naders gehoord. De heer Roffel kan zich voorstellen dat het college gebruik wil maken van financiering vanuit de Mei-circulaire maar het gaat nu om de periode tot 2012. Tussendoor komen er diverse verkiezingen en niemand weet wat er precies gaat gebeuren. Het gaat er om, om met moties en amendementen uiteindelijk tot een goed meerjarenperspectief te komen. Het is een bedenkelijke zaak dat het CDA zo weinig vertrouwen heeft in het college en nu al zo voorzichtig is. De heer Berghuis heeft het gevoel dat zijn fractie meer vertrouwen heeft in het college dan de PvdA. De heer Smook merkt op dat je als raad middels moties sturing kunt geven aan dat wat je graag wil. Je moet het college de ruimte geven om dit binnen de mogelijkheden te gaan verwerken. De heer Berghuis verkiest zijn wensen gerealiseerd te krijgen langs deze weg en hoopt dat het college goed heeft geluisterd. De eerste toezegging op een verzoek van zijn fractie aan het college is al binnen. De heer Smook heeft gekozen voor wat meer zekerheid en heeft zijn wensen vastgelegd. De heer Wiertsema vertrouwt er op dat het college luistert naar de wens van ChristenUnie om te proberen ruimte te zoeken om de voorgestelde tariefsverhogingen te verlagen. Hij is
tevreden met de toezegging dat er voor wordt gezorgd dat de dienstverlening in stand blijft. Bij de rioolrechten denkt hij dat de extra taak van de zorgplicht voor grondwater niet budgettair neutraal kan plaatsvinden. Op zijn voorstel om de aanwezige € 78.000,-- hiervoor te reserveren en niet over te hevelen naar het nieuwe GRP voor een verlaging van de OZB, vraagt hij een reactie en zo niet dan wordt daarbij een voorbehoud gemaakt. Het college moet de ruimte krijgen om in overleg met de verenigingen te bezuinigen op sportvoorzieningen. Op het vlak van de Gebiedsontwikkeling moeten keuzes worden gemaakt waarbij je moet accepteren dat niet alles kan. Gelet op de projecten die voor 2008 zijn gekozen mag wat hem betreft de voorgestelde bezuiniging in stand blijven. Hij had liever gehad dat geld was besteed aan onderhoud van wegen dan voor ecologisch beheer van het Pieterbuurster Maar. De wens van de PvdA om de aanleg van het fietspad langs het trekpad tussen Leens en Ulrum hieruit te putten is acceptabel. Hij vindt dat een toekomstig college de vrijheid moet houden en dat het voorbarig is om nu al voor het volgende college bezuinigingen vast te leggen. De OZB stijgt met 13 % maar hij is er niet van overtuigd dat een extra verhoging reëel is. Hij dringt er op aan om te bekijken of er nog andere mogelijkheden zijn. Het college wordt meegegeven om de voorgestelde bezuiniging op sportvoorzieningen in een breder perspectief te plaatsen dan alleen te kijken naar de nu genoemde verenigingen. De financiële ruimte van € 36.000,-- die er is voor “kruimelwerk” moet nu niet direct worden ingevuld maar daarmee moet worden gewacht tot de begrotingsbehandeling. De heer Van der Vis vindt dat we ons nu niet moeten bemoeien met bezuinigingen voor een toekomstig college. Het budget voor Gebiedsontwikkeling mag van hem gedurende twee jaar op een wat lager peil. De toezegging om in voorkomende gevallen te zoeken naar extra financiële ruimte is voor hem voldoende. Met de toezegging om bezuinigingen voor sportvoorzieningen in een breder perspectief te plaatsen dan alleen bij UVV/Zeester en PWC is hij het eens. Met de toezegging dat de realisatie van de jeugdsoos in Eenrum uit een post “kruimelwerk” mogelijk is stemt hij in. Er moet rekening worden gehouden met een aantal financiële tegenvallers (Zoutkamp). Als die zich voordoen kan dit anders leiden tot lastenverzwaring. Bij het GRP moet rekening worden gehouden met de extra opgelegde taakstellingen. De heer Van Gelder is er mee ingenomen dat het met deze Kadernota komt tot een trendbreuk. De omvang van de organisatie houdt verband met de ambities die je hebt. Er zit hierin een paradox want de ambities worden niet minder en toch moet er worden bezuinigd op het personeel. De gestelde ambitie begint met de zorg voor de vitaliteit van het gebied en terugloop van voorzieningen. Het lijkt er hierbij op dat dit ten koste gaat van de aandacht voor kleine kernen. Hij is tevreden met de gedane toezegging maar maakt zich over de communicatie met de sportverenigingen de nodige zorgen. De wijze waarop deze communicatie is geopend merkt hij aan als een slechte start. Bij alle gerezen problemen waar we tegenaan lopen, blijkt steeds dat de communicatie een zwak punt is. De heer Wiertsema vult nog aan dat voor de OZB geen maximumtariefsverhogingen meer gelden. Er geldt wel een macronorm voor de OZB en het is de vraag of dit nog tot problemen leidt. De voorzitter schorst de vergadering om 20.45 voor college- en fractieberaad.
Na heropening van de vergadering om 21.25 uur antwoordt de heer Van Dijk dat ten aanzien van de belastingen nu het kader wordt bepaald hoe uitgaven moeten worden gefinancierd. Er kunnen zich tot de begrotingsbehandeling nog ontwikkelingen voordoen waardoor zaken wijzigen en daar wordt naar gekeken. Volgens beschikbare gegevens is de nieuw opgelegde zorgplicht voor rioolaanleg binnen de gestelde kaders haalbaar. Het nieuwe GRP zal een maand vóór de begrotingsbehandeling aan de orde komen zodat in de begroting met de effecten rekening kan worden gehouden. In de Kadernota worden de kaders uitgezet voor een toekomstige periode en die gaan over raadsperiodes heen. Als je als raad begint dan zit je na een jaar al over de dingen te praten die jouw zittingsperiode overstijgen en dat gebeurt nu ook. Van de raad mag worden verwacht dat zij rekening houdt met toekomstige ontwikkelingen zodat er in de toekomst mogelijkheden zijn om investeringen te doen om dit gebied leefbaar te houden. Over de formatiesterkte van het college wordt opgemerkt dat er genoeg vergelijkbare gemeenten zijn in grootte waar het college bestaat uit twee wethouders. Het dan zittende college is vrij om er dan over te beslissen. Met alle verenigingen wordt bekeken hoe er kan worden bezuinigd maar de omvang van het gestelde bedrag staat vast. Op het vlak van Gebiedsontwikkeling wil het college de bestaande plannen afronden en ze denkt dat het budget met € 50.000,-- kan worden verlaagd. In de Kadernota wil hij het gestelde bedrag van € 50.000,-- wel handhaven De PvdA wil het budget op € 100.000,-- houden. Hij zegt toe dat als er een acceptabel plan komt dat van belang is voor dit gebied, dit aan de raad wordt voorgelegd en er zal dan worden nagegaan hoe het kan worden gefinancierd. De jeugdsoos in Eenrum is bewust uit de Kadernota weggelaten omdat het al herhaaldelijk door de gehele raad is toegezegd dat het er komt. Er wordt in de begroting 2008 bekeken om hiervoor ruimte vrij te maken. Hiervoor staat een voorstel op stapel. Amende-ment A2 slaat een gat in de begroting terwijl het volgens de Kadernota niet nodig is. De heer Bakker zegt dat tijdens een hoorzitting in Eenrum de gedeputeerde nadrukkelijk heeft verklaard dat de consequenties van de aanpak van de N361 voor het fietsverkeer EenrumBaflo zouden worden onderzocht. Er is toegezegd dat zo nodig de provincie financieel en planologisch daaraan meewerkt en daarom ontraadt hij ten stelligste om daarvoor op voorhand geld beschikbaar te stellen. De heer Van Gelder refereert aan zijn vraag inzake de paradox inzake het inperken van personeel en de ambities welke de gemeente heeft. De heer Van Dijk antwoordt dat het beperken van de ambtelijk organisatie gevolgen heeft voor de uitvoering. Het college staat voor de dienstverlening maar er moeten keuzes worden gemaakt. Die dienst-verlening staat enigszins los van de ambities. Want daarbij gaat het vaak om projecten. De heer Van der Heide verklaart dat hij zich nog beraadt over de handhaving van de ingediende amendementen en moties. Hij stemt in met de reactie van wethouder Bakker inzake het fietspad Eenrum-Baflo en trekt amendement A3 in. Hij blijft, ondanks het pleidooi van de wethouder, bij zijn standpunt inzake het budget voor Gebiedsontwikkeling (amendement A1) en voorziet dat dit bij de behandeling van de begroting weer aan de orde komt. Met de zienswijze van het college op motie M3 (sportvoorzieningen) kan hij leven en hij houdt de wethouder aan zijn toezegging dat volgend jaar de bouw plaatsvindt van de jeugdsoos in Eenrum. Daarom trekt hij motie M3 en amendement A2 in. Motie M4 (formatie college) gaat pas in de toekomst spelen en wordt gesteund door meerdere fracties zodat hij deze handhaaft.
De heer Berghuis informeert wat er gebeurt met de motie M2 van de VVD. De heer Van der Vis vindt de toezegging van de wethouder voldoende en trekt daarom motie M2 (OZB) in. De heer Berghuis vindt de toezeggingen van het college voldoende. Het is gebleken dat door in overleg te gaan het niet nodig is om amendementen en moties in te dienen. De heer Wiertsema stemt in met de reactie van het college en ziet de uitwerking met vertrouwen tegemoet. De heer Van Gelder vindt dat er veel is gesproken over details. Deze Kadernota is sterk gericht op de visie van de provincie. Het grote verschil in de rekening 2007 maakt duidelijk dat je als raad niet goed greep hebt op de sturing. Het kleiner worden van dit verschil is een indicatie dat de situatie verbetert. De heer Van Dijk is het met de heer Van Gelder eens en hij verwacht dat het ingezette traject er toe leidt dat begrotings- en rekeningscijfers dichter bij elkaar komen te liggen en hoopt dat er meer op hoofdlijnen gestuurd gaat worden. De voorzitter constateert uiteindelijk na enige discussie dat behoudens motie M4 alle ingediende moties en amendementen zijn ingetrokken. De heer Roffel wenst motie M4 te handhaven. De voorzitter schorst de vergadering gedurende enkele minuten.
Na heropening van de vergadering zeggen de heren Van der Vis en Wiertsema dat zij motie M4 nu niet steunen want ze vinden dat de toekomstige raad en college hierover een besluit moeten nemen. De heren Berghuis en Van Gelder verklaren dat motie M4 door hen wel wordt gesteund. besluitvorming: De voorzitter constateert vervolgens na stemming met handopsteken dat het voorstel met 10 voor [(fracties CDA, GroenLinks en PvdA] en 4 tegen (de heren Van der Vis, De Vries, Wiertsema en Van der Zee) [fracties ChristenUnie en VVD] is aanvaard. Vervolgens wordt, rekeninghoudend met motie M4, zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel de Kadernota vastgesteld.
6a. Behandeling motie van de VVD inzake de N361. De heer Van der Vis zegt in het Dagblad van het Noorden te hebben gelezen dat de Gemeente Groningen tegen het geplande wegtracé van de N361 is en vraagt of het college hiervan op de hoogte is. Gelet op het belang dat de weg er komt is door de VVD motie M5 voorbereid en hij dient deze vervolgens in:
M5 De raad van de gemeente De Marne in vergadering bijeen op dinsdag 24 juni 2008
De raad, gehoord de beraadslaging,
Constaterende dat:
de gemeente Groningen opnieuw de discussie opstart over het wel of niet doorgaan van de nieuwe N361;
Overwegende dat:
het hier gaat om de ontsluiting van Noordwest Groningen;
Spreekt als zijn mening uit:
dat het voor de leefbaarheid en economische vitaliteit van dit gebied van essentieel belang is dat deze weg wordt aangelegd.
Roept het college op:
om in samenwerking met de colleges van de gemeenten Bedum en Winsum bij de Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen er op aan te dringen dat de zo noodzakelijke nieuwe weg met de meeste voortvarendheid wordt aangelegd.
Namens de VVD-fractie
J.P. van der Vis
F.P. van der Zee
De heer Roffel steunt deze motie. Hij merkt nog op dat ook de ondernemers van Sauwerd tegen het nieuwe wegtracé zijn. De heer Wiertsema steunt eveneens de motie. Het is voorstelbaar dat de Sauwerder ondernemers enerzijds graag zien dat er wat gebeurt aan de verkeersdruk en anderzijds graag nog wat verkeer in het dorp willen houden. Er is geopperd om het nieuwe tracé wat meer naar
oosten te schuiven waardoor wat meer verkeer het dorpscentrum van Sauwerd blijft aandoen. De heer Van der Vis meent dat men van plan is om een deel van het oude tracé op te ruimen. De heer Gesink verklaart dat hij anderszins hierbij is betrokken en daarom niet aan de discussie en besluitvorming hierover deelneemt. De heer Bakker steunt met graagte de strekking van deze motie. De gemeente Groningen wilde bewust niet meedoen aan het rapport en aan de MER-discussie over de ontsluiting van Noordwest Groningen omdat zij dat als haar probleem beschouwde. Nu van het geld dat beschikbaar komt wegens het niet doorgaan van de Zuiderzeelijn dit project wel in aanmerking komt en er minder is voor de ondertunneling van de Zuidtangent krijgt hij het gevoel dat de gemeente Groningen hierdoor wat rancuneus is geworden. De heer Van Gelder verklaart dat de fractie van GroenLinks de motie M5 niet steunt. besluitvorming: De voorzitter constateert dat motie M5 met 11 stemmen voor [fracties ChistenUnie, CDA, PvdA en VVD] 2 tegen (heren Van Gelder en Schouten van Schagen) [fractie GroenLinks] waarbij wordt geacht dat de heer Gesink (CDA) niet aan de besluitvorming heeft deelgenomen.
7. Sluiting.
De voorzitter sluit de vergadering om 22.00 uur. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 26 augustus 2008.