Verslag van de vergadering van de raad der gemeente Amstelveen, gehouden in het gemeentehuis op woensdag 4 juli 2012 om 14.00 uur.
Aanwezig: Voorzitter Wethouders H.J.W. Raat Griffier Raadsleden: VVD
mr. J.H.C. van Zanen, burgemeester drs. J.P.W. Groot (tot 18.15 uur), mevr. mr. J.A. Koops-Scheele, J.E. Levie, mevrouw drs. P. Georgopoulou
SP OCA/VSP ChristenUnie
mr. J.G. Bulsing, drs. P.M. Feenstra, mr. V.L.M. Frequin, mevr. I.T. Gast, A.W. Lechner, mr. C.J. Noomen, T.P. Ponjee MSC, dr. M.M. Rietdijk, W.B. Vervenne dr. M.J. Alink, M. Becker, drs. F.P. Berkhout CMA CPC, A. Hendriksen, mevr. drs. C.L. de Leur, mevr. mr. M. Veeningen J.N. Brandes, G.F. Dennenbroek, C.P. Lionahr-Vernie, mevr. mr. E.C. Veenboer, drs. A.G.S.M. Veenboer A.A.M. Boomgaars, drs. A. Maarse, drs. S.E. Mager, mevr. D. Mijksenaar, mevr. drs. T.K. van Wijnen (vanaf 20.03 uur) P.A. Bot, D. de Jong, mevr. L. Roos, mevr. P.U.J. Vosters mevr. M. van Herteryck-Prinsen, mr. G.A. Janssen, ir. B.L. Jonker, mr. M.J. Lustenhouwer P.M.J. Adriaans, J. van Erp H.W.M. Fokkink mr. B. de Pijper
Afwezig:
-
D66 PvdA GroenLinks BBA CDA
-
Opening.
De voorzitter: Dames en heren, leden van de raad, ik open de vergadering van de gemeenteraad van Amstelveen. Hartelijk welkom allemaal. Hartelijk welkom ook aan de belangstellenden op de publieke tribune, de vertegenwoordigers van de media, de leden van het college en de medewerkers. Dit is de laatste vergadering voor het zomerreces. Vanmiddag, en wellicht ook vanavond, staat de Kadernota 2012 centraal. Daarom wordt vanmiddag om 14.00 uur gestart. De raadsvergadering wordt via internet en via RTV Amstelveen live uitgezonden. Daarom ook een welkom aan de luisteraars en de kijkers thuis. De raadsleden Bulsing, Van Wijnen en De Leur komen iets later. Ik nodig uit om tot het stembureau toe te treden mevrouw Lionahr-Vernie – zij is nog niet aanwezig, maar komt eraan –, de heer Bot en mevrouw Van Herteryck. Mevrouw Roos zegt dat de heer Bot er ook zo aan komt. Ik trek nu een nummer om de naam te bepalen van het raadslid dat als eerste de stem mag uitbrengen bij een eventuele hoofdelijke stemming. Dat is nummer 4, de heer Berkhout. Voor de agenda geldt een spreektijdregeling. De tijd per fractie kent u allemaal, dat is 30 minuten. Deze spreektijd geldt voor de gehele vergadering, inclusief de door u uit te spreken algemene beschouwingen. U kunt die tijd naar eigen inzicht inzetten. De tijd is te zien op twee monitoren. Ik nodig u desalniettemin uit om efficiënt te vergaderen. De tijd hoeft niet helemaal op. 1.
Afscheid raadslid de heer dr. A.H. Siegmann.
1
De voorzitter: Dit agendapunt betreft het afscheid van onze collega, het raadslid Arjen Siegmann. Mijnheer Siegmann, Herr Doktor. Het waren zes mooie jaren. U begon uw politieke loopbaan als duoraadslid in het stadsdeel De Baarsjes en vanaf 2006 was u gemeenteraadslid in Amstelveen. Een duidelijk stijgende lijn. Wie weet wat een volgende stap zal zijn. Tot 2010 was u lid van de commissie RWN (Ruimte, Wonen en Natuur), de projectcommissie A9 en de werkgroep Jonge honden. Vanaf 2010 tot nu was u lid van de commissie ABM (Algemeen Bestuur en Middelen). De heer Siegmann, Arjen, was een raadslid met een eigen geluid en een eigen stijl. Principieel, relativerend, met een stevige dosis onderkoelde humor. U kon beginnen aan een betoog en kwam na een enigszins wilde improvisatie – wellicht toch een beetje ingestudeerd – uiteindelijk toch wel tot de kern van de zaak. Ik herinner mij delen van uw betoog bij de behandeling van het golfbaaninitiatief. Het ging over boeren en/of agrariërs, en/of veehouders, over uw vrouw die Boers heet en over Boer zoekt vrouw. Naast uw vrouw hebben uw drie kinderen, die inmiddels 7, 9 en 12 jaar oud zijn, ook regelmatig een bijdrage geleverd aan een raadsdebat. Bijvoorbeeld bij de behandeling van de visie op Uilenstede miste u de visuele verlokkingen; en dat voor een CDA-er. U spoorde zowel het jongste als het oudste Siegmannetje aan en zij gingen tekeer met schaar, lijm, papier en een recente editie van The Economist. Ze maakten collages om het verhaal van hun vader te ondersteunen. Overigens was de fractie voor. Niet dat u altijd meestemde met de fractie. Een krachtige tegenstem was er in die dossiers, waarin u uitdrukkelijk uw principes voorop zette, zoals in het geval van de koopzondagen. Raadslid was u, naast uw gezin en uw baan als universitair hoofddocent aan de economische faculteit van de Vrije Universiteit, afdeling Financiering. Uw kennis en ervaring op dat terrein was in het heetst van de strijd van de discussie over Landsbanki, ook in deze raad, kwam u goed van pas. U had een voorspellende gave, al wilde niet iedereen dat op dat moment horen. U had ook nog tijd voor nevenfuncties, zoals ouderling-kerkrentmeester van de Pauluskerk, lid van Educatis – de vereniging voor reformatorisch primair onderwijs – en u was pianist van de H.D. Smith Band te Amsterdam. Deze band zal wel anders heten, maar dat maakt niet uit. Op een gegeven moment wordt het echter lastig om de totale aandacht te geven aan en de raad en het werk en het gezin. Zo heeft u ook tegen mij persoonlijk gezegd. Zoals u al in uw afscheidsbrief aan de gemeente hebt geschreven, ik citeer: "Gegeven dat het CDA een gezinspartij is", wilde u de daad bij het woord voegen en werkelijk aanwezig zijn voor uw vrouw en kinderen in deze drukke tijden. Dat is heel begrijpelijk. Een goed raadslid besteedt voldoende tijd aan zijn functie. Voor onze gemeente komt dat toch al gauw neer op twaalf en misschien zelfs wel zestien uur per week. Zo wilde u uw functie invullen: op een serieuze en goede manier. Dat past dan niet in de 24 uur die een dag maar heeft. Aan het begin van deze raadsvergadering nemen wij afscheid van u, met bloemen en een schilderij. Wij bedanken je voor je inspanningen voor Amstelveen en je grote collegialiteit in de raad. Veel succes. Ik weet bijna zeker, namens ons allemaal, tot ziens. (Applaus) (Overhandiging bloemen en schilderij.) De heer Siegmann: Mijnheer de voorzitter, collega 's. Ik wil stilstaan bij drie dingen die ik zal missen, drie dingen die ik niet zal missen en drie dingen die ik heb geleerd. Wat zal ik missen? Ten eerste de nachtelijke schorsingen. Ik weet nog hoe ik om 02.30 uur 's nachts achterin kamer 137 zat, om toe te horen hoe wij de scouting toch aan extra geld gingen helpen. De nachtelijke schorsingen waren toch wel het meest interessant, want daar gebeurt het. Dan zijn alle obligate verhalen afgeleverd. Het publiek is weg en wat overblijft is de vraag: wat is goed? De urgentie dat er echt een oplossing moet komen. Dus ja of nee, er is geen ontwijken meer aan. Dat zal ik missen. Wat zal ik ook missen? Agree to disagree. We hadden eens een lange discussie in de commissie RWN. Ik weet niet meer waarover de discussie ging, maar in het publiek zat een vrouw en wij gingen pauzeren en zij riep: "Wat is dit voor een bende? Daar komen ze in het bedrijfsleven niet mee weg." Dat intrigeerde mij. Je hoort namelijk wel vaker mensen
2
mopperen op de zogenaamde inefficiëntie van de politiek. Als we echter heel eerlijk politiek en bedrijfsleven vergelijken, dan zie je dit: de kracht van de gemeenteraad is dat wij het op een aantal vlakken fundamenteel oneens zijn, maar dat wij elkaar toch weer kunnen vinden in de uitwerking of dat wij zelfs samenwerken. Dat is een manier van werken die in veel andere instellingen niet mogelijk is of die zelfs ontmoedigd wordt. Het fundamenteel oneens zijn, maar toch praktisch samenwerken. Dat voert hier de boventoon. Dat zal ik echt missen. Ten derde: de retorica van de heer Bulsing. Het is jammer dat hij er nog niet is. In de loop van de tijd ben ik een bewonderaar geworden van het retorisch vernuft van de heer Bulsing. Of het nu gaat over de vraag of wateroverlast van boven of van beneden komt, of over het geen behoefte hebben aan een motie, of het lezen van de lokale weekbladen: de heer Bulsing weet mij altijd te treffen. Ik heb zelfs een redenering uitgedacht als eerbetoon. "Een motie die je niet wilt steunen, moet je eerst goed begrijpen. Om de motie te begrijpen, moet je er wel behoefte aan hebben om de motie te lezen. Als die ontbreekt, dan is er geen behoefte om de motie te steunen. Wat zegt u? Dat u het aan mij wilt uitleggen? Daaraan heb ik nu juist geen behoefte. Wij steunen de motie niet." Dat zal ik missen. Wat zal ik niet missen? De avonden van huis. Om het met Oscar Wilde te zeggen: het probleem van de democratie is dat het te veel avonden kost. Wat zal ik ook niet missen? E-mails met als onderwerp nieuwe wikipagina aanmaken (hilariteit) en het koekje bij de koffie bij commissievergadering, want dat was er namelijk niet. Wat heb ik geleerd? 1. De invloed van burgers is groot. Er wordt wel gezegd dat er een kloof zit tussen burgers en politiek, maar in Amstelveen heb ik dat niet zo ervaren. Heel veel inwoners en organisaties in Amstelveen weten ons en het college heel goed te vinden. Raadsleden zijn zo gemaild. Mensen komen op bezoek bij de fracties. Er is veel ruimte voor insprekers tijdens de vergaderingen; steeds meer zelfs. Die stemmen hebben invloed. Raadsleden zijn immers ook mensen. Als er een beroep op je gedaan wordt, dan wil je naar mensen luisteren en hen serieus nemen. De invloed van burgers die de moeite nemen om zich te verdiepen in de gang van zaken is daarmee heel groot. 2. De toekomst is onzeker. Dat weten we natuurlijk allemaal, maar zegt de datum 1 november 2007 u iets? Dat is de dag waarop de overeenkomst A9 werd getekend. Wij zouden zelf € 100 miljoen gaan bijdragen. Achteraf gezien markeerde dit het begin van het einde van een economische bloeiperiode, waarbij de echte klap kwam vanaf oktober 2008. Voor die tijd zei wethouder Hellendall dat het geld klotst tussen de bureaus. Sinds 2008 hebben we echter te kampen met neergang in de financiën en ziet ook het perspectief voor de tunnel er slecht uit. Ik wens u allen toe dat dit dossier zonder al te veel kleerscheuren tot een goed einde gebracht kan worden. Wat is de les van dit alles? Dat is voor mij dat het onmogelijk is om te voorzien hoe en wanneer er een einde komt aan goede tijden. Jozef voorspelde de farao zeven vette en zeven magere jaren. Die profetische gaven zijn ons echter niet gegeven, behalve mevrouw Roos die het al kan. Ook al zit je er bovenop en ben je je bewust dat er ook wel weer een mindere tijd zal komen; je kunt college geven over 'bubbles en questions', het komt toch onverwacht. Wij zagen dat met de beurs in 2000, de economie sinds 2008 en de volgende generaties zullen het opnieuw beleven. 3. Het laatste dat ik heb geleerd is de Jonker-doctrine: in de politiek moet je zeggen wat je wilt. Ik denk dan aan de moeilijke dossiers: het bestemmingsplan voor het Veenendaalplein of de golfbaan. Je voelt dan als woordvoerder aan den lijve hoe moeilijk de politiek kan zijn. Het voelt alsof je moet kiezen tussen twee kwaden. Heel veel luisteren naar mensen helpt dan niet altijd, getuige deze e-mail van mijn broer van 25 september 2006. "Heb je het verslag van de commissievergadering op de golfodramasite al gelezen?" Met name deze quote. "Wij hopen dat de heer Siegmann (CDA) zijn stukken beter gaat lezen. Zijn kennis over het onderwerp liet duidelijk te wensen over., hoewel het hem siert dat hij dit niet onder stoelen of banken steekt." Je kunt nog zo begripvol zijn, alle bijeenkomsten aflopen en naar iedereen luisteren, maar er komt een moment dat je positie moet innemen. Dat zijn de moeilijkste, de meest uitdagende, maar ook de meest leerzame momenten geweest in deze gemeenteraad. Besturen is keuzes maken.
3
Tot slot: ik zal u missen, als goede collega 's. Ik heb heel veel plezier gehad en ik heb heel veel geleerd, maar ik ga het met heel veel plezier iets rustiger aan doen. Het ga u goed. Ik wens u allen het allerbeste. Tot ziens. (Applaus) De voorzitter: Dames en heren, ik schors de vergadering. Schorsing van 14.16 uur tot 14.19 uur. De voorzitter: Dames en heren, ik heropen de vergadering. Dat was agendapunt 1. Daar ging hij met zijn hele familie het geluk tegemoet. 2.
Onderzoek geloofsbrieven nieuw benoemd lid van de gemeenteraad, de heer mr. M.J. Lustenhouwer.
De voorzitter: Voor een groot aantal van ons is de heer Lustenhouwer een goede bekende. Voor de vergadering is de commissie voor de geloofsbrieven bij elkaar geweest. Deze commissie bestaat voor deze keer uit de leden Lechner, Becker en Mijksenaar. Wat zijn de bevindingen van de commissie? Het woord is aan de voorzitter van de commissie, de heer Lechner. De heer Lechner: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben kennisgenomen van de vele stukken die dit dossier bevat. We hebben ze bekeken en allemaal akkoord bevonden. Wij adviseren de raad om de heer Lustenhouwer toe te laten tot de raad. 3.
Beëdiging en installatie nieuw benoemd lid van de gemeenteraad.
De voorzitter: Mag ik de nestor vragen het nieuw te benoemen lid binnen te vragen? Dag, mijnheer Lustenhouwer. Ik ga bij u de eed afnemen. Deze luidt als volgt: "Ik zweer dat ik, om tot lid van de raad benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk, enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de raad naar eer en geweten zal vervullen." De heer Lustenhouwer: Zo waarlijk helpe mij God Almachtig. De voorzitter: Van harte gefeliciteerd. Heel veel succes. Welkom terug. (Applaus) Ik schors de vergadering. Schorsing van 14.21 uur tot 14.25 uur. De voorzitter: Dames en heren, ik heropen de vergadering. Wilt u uw plaatsen weer innemen? Mijnheer Lustenhouwer, maak er iets van. Mijnheer en mevrouw Lustenhouwer senior, wees maar trots op hem. 4.
Mondelinge vragenronde ex artikel 34 Reglement van orde.
Er zijn geen vragen aangemeld. 5.
Verslag van de vergadering d.d. 13 juni 2012.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming stelt de raad het verslag van 13 juni 2012 ongewijzigd vast. 6.
Stand van zaken ingekomen stukken.
De voorzitter: U neemt als raad kennis van de stand van zaken. Als u dat wenst, kunnen
4
punten worden geagendeerd volgens de afgesproken procedures. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad overeenkomstig de voorgestelde wijzen van afdoening. 7.
Vaststelling bespreekpunten agenda.
De voorzitter: Het gaat hierbij om de inventarisatie van de te bespreken punten. De heer Adriaans van de SP heeft een punt. De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. De SP wil een ordevoorstel indienen. Het gaat om agendapunt 11. De SP is van mening dat het nu behandelen van de raadsvoorstellen over het Stadshart niet opportuun is. Er heeft nog geen inspraak plaatsgevonden voor alle inwoners en bedrijven, maar er zijn al wel concrete voorstellen gedaan die daarmee verwachtingen scheppen. De financiële onderbouwing is nog onduidelijk, maar doordat er verwachtingen gewekt worden, leggen we ons wel enigszins vast in de financiën. Door de voorstellen nu te behandelen, lopen wij in een fuik die leidt tot of veel teleurgestelde burgers of druk om plannen toch uit te voeren terwijl ze financieel niet haalbaar zijn. Het nu niet behandelen van de voorstellen wil niet zeggen dat het college de voorstellen helemaal niet kan gaan bespreken met inwoners, die daarnaast ook nog de ruimte hebben om zelf ideeën in te brengen. Met name door de inspraakronde die onzes inziens al gehouden had moeten zijn, kunnen veel beter onderbouwde plannen met een duidelijker financieel kader bij de raad terugkomen, met name door een inspraak te houden zoals die nu gevraagd wordt. De SP stelt dan ook voor om de voorstellen niet te behandelen. De voorzitter: Een ordevoorstel. Ik kijk de kring rond. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. De VVD heeft er geen behoefte aan. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. D66 heeft er totaal geen behoefte aan. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. GroenLinks heeft er geen behoefte aan. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. De PvdA heeft er geen behoefte aan. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. BBA heeft er geen behoefte aan. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Het CDA heeft er geen behoefte aan. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. De OCA heeft er geen behoefte aan. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. De ChristenUnie heeft er ook geen behoefte aan. De voorzitter: Mijnheer Adriaans, uw ordevoorstel is verworpen. Dan gaan wij vandaag dus wel over tot de bespreking van agendapunt 11. De agendapunten 8, Kadernota 2013, en 9, Eerste tijdvakrapportage 2012, kunnen tegelijk behandeld worden, maar ze worden natuurlijk wel apart in stemming gebracht. Dat geldt ook voor agendapunt 10, actualisering grondexploitaties ultimo 2011. Mijn voorstel is dus om de agendapunten 8, 9 en 10 gezamenlijk te behandelen, maar om de besluitvorming wel apart te laten plaatsvinden. Ik zie dat u daarmee instemt. Er is ook nog een extra agendapunt, maar daarvan moet u nog afwachten waarover het gaat. Dat ga ik nog niet verklappen. 8. Kadernota 2013 (voorstelnr. 45). 9. Eerste tijdvakrapportage 2012 (voorstelnr. 46). 10. Actualisering grondexploitaties ultimo 2011 (voorstelnr. 47). De voorzitter: Er zijn al enkele moties aangekondigd, maar dat is u bekend. Ik geef het woord aan de fractievoorzitter van de VVD, de heer Noomen.
5
De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. De Kadernota 2013, de eerste tijdvakrapportage 2012 en de grondexploitaties. Vandaag is het toch een beetje een feestdag, want vandaag viert Nederland de zogenaamde Tax Freedom Day. Ruim het eerste halfjaar werk je voor Den Haag en de rest van het jaar werk je eindelijk voor jezelf. Bron: het Financieel Dagblad. Omdat dit een gemiddelde is denk ik dat veel VVD-ers er nog wel een maandje aan vast moeten plakken. Ik hoop maar dat we volgend jaar om deze tijd hetzelfde kunnen zeggen, als ik tenminste de peilingen moet geloven. In elk geval is daarmee wel de vraag beantwoord bij welke partij waarschijnlijk de meeste socialisten zitten. Het gaat om diegenen die ruim meer dan de helft van hun inkomen moet inleveren voor het algemeen belang. En dan nog te bedenken dat dit buiten de btw en andere lokale heffingen is. U zult wel denken: wat heeft dit met Amstelveen te maken? Bij gebrek aan veel stof over deze kadernota en met de verkiezingen voor de deur leek het de VVD zeker op zijn plaats om hier toch even bij stil te staan. Er wordt altijd maar geroepen dat de gemeente niet gaat over inkomenspolitiek; dat is echter maar gedeeltelijk waar. Als straks de donkere wolken zich echt samenpakken en hard het mes wordt gezet in de algemene uitkering van het Gemeentefonds, dan hebben we maar twee mogelijkheden. Of de lokale overheid trek zich terug, de burgers moeten steeds meer zelf doen en valt er vervolgens aan een lokale lastenverhoging bijna niet meer te ontkomen. Dat willen wij natuurlijk proberen te vermijden. Daarom zijn wij nog elke dag blij met het huidige college. Zeker als je het stuk "De eerste helft" uit de kadernota leest, realiseren wij ons wat er allemaal is gedaan door dit college en daar zijn wij meer dan trots op. In het bijzonder wil ik hier toch noemen de inspanningen van de burgemeester voor onze veiligheid en de inbraakpreventie. Dat is eigenlijk het speerpunt van de VVD. Wij weten dat er nog een lange weg te gaan is, we zijn er nog lang niet, maar we zullen u op de voet blijven volgen en steunen waar dat nodig is. Ook de realistische benadering van het project Amstelveenlijn spreekt ons erg aan. Geen onbetaalbare NoordZuidlijn naar de Westwijk, maar wel een betaalbare hoogwaardige tramverbinding met Station Zuid en de binnenstad van Amsterdam. Blij zijn wij daarom met het ZuidasDok-akkoord, omdat Amstelveen en de regio hierbij profiteren van een goede onderlinge samenwerking. Verder willen wij zeker niet op de stoel van het college gaan zitten. Wij stemmen in met alle kleine eenmalige bedragen uit deze kadernota die u voor nieuw beleid uittrekt. Het is wel weer jammer dat u toch weer over het door u zelf gestelde budget heen gaat. Belangrijker is onze taak om ervoor te zorgen dat u niet uit de bocht vliegt en bij te sturen waar dat mogelijk is. Wij blijven ambitieus en zijn niet snel tevreden en zien zeker op een aantal punten nog wat bijsturing, zoals op het gebied van de woningbouw. De VVD vindt het belangrijk dat het college vaart maakt met het verkorten van de wachtlijsten voor sociale huurwoningen. De wachttijd van soms wel meer dan tien jaar is onze fractie een doorn in het oog. Dit kan zo echt niet langer. De VVD wil bij deze kadernota echter speciale aandacht vragen voor de mensen die in de allerhoogste nood zitten. Mensen die bijvoorbeeld vanwege ziekte of een moeilijke gezinssituatie niet langer kunnen wachten. De VVD wil hen graag een steuntje in de rug geven. Er komen straks meer woningen vrij voor Amstelveners doordat wij er minder aan de regio hoeven af te staan. Als de doorstroming en illegale onderhuur eindelijk worden aangepakt, komen hier nog eens honderden woningen bij. Kunt u aangeven hoe wij ervoor zorgen dat de allerzwaksten op de Amstelveense woningmarkt hiermee als eersten worden geholpen? Kunnen wij bijvoorbeeld de criteria voor het toewijzen van urgentiewoningen verruimen, zodat wij ook de mensen kunnen helpen die nu net buiten de boot vallen? Hoe meer mensen in nood wij kunnen helpen, hoe beter. Wij ontvangen graag voor de behandeling van de woonvisie in het najaar een discussiestuk over het optimaliseren van de toewijzing van urgentiewoningen. Hierin moet komen te staan hoe groot de doelgroep is, hoeveel afwijzingen er zijn en waar de kans voor verbetering ligt. Graag een toezegging op dit punt. Een andere groep die het moeilijk heeft in Amstelveen is de middenklasse. De bakker, de onderwijzer en de verpleegster in de wijk dus. Zij hebben op dit moment de grootste moei-
6
te het hoofd boven water te houden. Het schoolgeld, de doktersrekening, de boodschappentas: aan het einde van het loonzakje houden zij altijd een stukje maand over. Zij voelen de financiële crisis keihard in de portemonnee. Alsof dit nog niet genoeg is, kunnen zij in Amstelveen geen betaalbare woning vinden. Probeer maar eens een woninkje tussen de € 600 en € 800 te vinden. Daarom wil de VVD dat het college zo snel mogelijk met een actieplan middenklassewoningen komt en verzoekt het college deze uiterlijk te presenteren bij de behandeling van de woonvisie. Wij willen weten hoeveel woningen wij nodig hebben en hoe wij die kunnen realiseren. Nieuwbouw, oudbouw, huur of koop: het maakt ons niet uit hoe, zolang die woningen er maar komen. We hebben al lang genoeg gewacht. Als het om nieuwbouw gaat, is Middenwaard wat de VVD betreft een goede optie. De ontwikkeling van dit gebied laat lang op zich wachten. Kunnen wij dit niet lostrekken door de bouw van betaalbare middenklasse woningen? Middenwaard voor de middenklasse dus. Graag een reactie van de wethouder hierop. Vervolgens het beleid voor de inzameling van plastic. Dat is absoluut Amstelveen onwaardig. We zijn echter meer dan gelukkig met het doortastende optreden van de wethouder om zo spoedig mogelijk een pilot uit te voeren met plasticcontainers. Wij hopen ook een beetje op een dergelijk optreden van dezelfde wethouder in het kader van de sport. Beleidsmatig wordt hier een voortgang gemaakt, maar het echte probleem van de subsidieverlening aan de sport wordt niet opgelost. Het skippen van de mogelijke 1/3-regeling is weliswaar begrijpelijk, maar we komen daardoor eigenlijk alleen maar in moeilijker vaarwater. We moeten af van het ad hoc-beleid en willen dat het subsidiebeleid op normen gebaseerd wordt. Wij zijn blij dat u goed heeft geluisterd naar de VVD door nu voor 2013 al een bestemmingsreserve van € 10 miljoen op te nemen voor de A9. Wij weten dat u in een afrondende fase zit met het Rijk om de toezegging van € 100 miljoen van tafel te krijgen en zijn blij dat u nu een duidelijk schot voor de boeg geeft. Het zal niet uw eindbod zijn, maar het stemt ons wel een stuk geruster. Het is zeker nodig. Ik heb al vaker geroepen dat de VVD zich ernstige zorgen maken over de schuldenpositie van de gemeente. In de commissiebehandeling van vorige week is er echter door niet één andere partij bij stilgestaan. De ChristenUnie heeft een poging gedaan, maar daar bleef het bij; dat ging niet zozeer over de schuldenpositie, maar wel over de algemene reserve. Zien wij nu spoken of heeft Louis van Gaal toch gelijk: zijn wij nu zo slim, of … In 2009 hadden we nog geen langlopende leningen en volgend jaar is de prognose daarvoor € 86,9 miljoen. En dan te bedenken dat de A9 daar nog niet eens volledig bij zit. U heeft nu al aangegeven dat het Lenteakkoord Amstelveen € 2 tot € 5 miljoen extra gaat kosten en dat lagere overheden waarschijnlijk minder zullen moeten uitgeven. Vervolgens komt de schatkist er wel weer bij als wij geld over hebben, hetgeen ook nog eens negatief zal uitpakken voor Amstelveen. Tot overmaat van ramp heeft premier Rutte vorige week of de week ervoor geroepen dat we boven onze stand leven en dat extra bezuinigen in het volgende kabinet onvermijdelijk zijn. De belangrijkste vraag is: tot hoe ver laten wij de schuld oplopen? We kunnen geen krant openslaan of we lezen elke dag wel weer welke landen hun schulden niet meer kunnen betalen. Wie zijn wij dan om onze ogen hiervoor te sluiten? Wij roepen u dan ook vriendelijk doch dringend op om zo snel mogelijk inzichtelijk te maken wat al deze te verwachten maatregelen voor effect hebben voor Amstelveen. Verwerk daarin dan ook de A9. Alleen als mocht blijken dat bezuinigingen vanuit het Rijk minder hard doorwerken, kan pas de taakstelling worden ingezet voor vervangingsinvesteringen en nieuwe wensen. Ook vanavond krijgen we weer een heel scala van moties voorbij van allerlei wensen van eenieder. Wij gunnen iedereen zijn succes en 'finest hour' en doen daar ook gedeeltelijk zelf aan mee. Het is echter nooit: mag het een beetje minder of betaal het uit het bestaande budget, maar het is altijd maar meer, meer, meer. Dat geld hebben wij niet. Ik wil graag de discussie met de heer Van Erp aangaan in welke potje het aanwezige geld moet, maar niet over de vraag in hoeverre de schuld mag oplopen, want dan komen we er absoluut niet uit. Volgens de fractie van de VVD zullen wij dan ook moeten sturen dat eerst
7
de schuld gewoon naar nul gaat en dat er alleen geld wordt uitgegeven dat binnenkomt en geen euro meer. Anders zijn we binnen de kortste keren niet het Singapore aan de Amstel, maar Athene aan de Amstel. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. We zijn halverwege. Het college kijkt in een verantwoording terug en vooruit. Het collegeprogramma ligt volgens de kadernota op koers. Er is echter nog heel veel te doen. Er is dus geen tijd voor zelfgenoegzaamheid. Belangrijke zaken als de A9, de Amstelveenlijn, Vervoerscentrum, het ontwikkelen van sportbeleid, onderwijs en arbeidsmarktbeleid, de implementatie van de bezuinigingen, de vormgeving van het Wmo-beleid, de invoering van een nieuw parkeerbeleid, de kwestie verlevendiging Stadshart, de leegstand van kantoren en de financiële onzekerheden vragen om maatregelen en om actie. Ze vragen om het aan de dag leggen van een ambitieuze houding, ook in moeilijke tijden. Die ambitie wil de fractie van D66 – en ook wij leggen halverwege verantwoording af – uitstralen in deze bijdrage aan de Kadernota 2013. Wat ons betreft dus ook: lokaal, en nu vooruit. Het Stadshart krijgt in de context van de kadernota volop belangstelling: een strategische visie en voorstellen voor een opwaardering van het plein. Onze fractie heeft daarin voorop gelopen. Eerst was er het tienpuntenplan, in de vorige periode, vervolgens was er in deze periode een enquête en verschillende moties lieten onze ambities heel duidelijk zien. Verscheidene punten herkennen wij nu in de voorstellen die het college doet: een podium, speelmogelijkheden voor kinderen, een andere verlichting, groen en zitmogelijkheden, een ontmoetingspunt. Daarmee is een aanzienlijk bedrag gemoeid; dat moet gezegd worden. Echter, een college en raad die het grote belang van een goed functionerend Stadshart voortdurend benadrukken, staan nu voor de verplichting dat belang te onderstrepen met daden. Deelt het college en delen de andere partijen in deze gemeenteraad dit uitgangspunt of maken we, zoals de ChristenUnie nu doet, terugtrekkende bewegingen? Wat ons betreft: en nu vooruit. We hebben bij het Stadshart behalve deze vraag nog een drietal vragen. 1. Hoe is de stand van zaken ten aanzien van de parterre van de centrale bibliotheek? 2. Wat is er precies gebeurd met de motie plint Volksuniversiteit/Muziekschool van D66? 3. Welke instrumenten of welke extra instrumenten gaat het college inzetten bij de inspraak voor de inrichting van het plein? Nog een apart punt vormt de positie van de Kunstuitleen. Rechtsongelijkheid dreigt en dat moeten we zien te voorkomen. Als enige van de culturele instellingen zou de Kunstuitleen de huur moeten opbrengen. De positie van de Kunstuitleen is financieel in het geding. Wij vragen een nadere afweging in een gezamenlijk amendement met BBA en ik heb inmiddels gezien ook met andere partijen. BBA zal dat amendement straks indienen. Dat doen wij in het belang van de kansen voor de Kunstuitleen en in het belang van het Stadshart. Bij onderwijs is een verkenningscommissie werkzaam geweest voor het VWO. Dit naar aanleiding van een discussie over een categoriaal gymnasium in Amstelveen. De drie scholen voor voortgezet onderwijs staan daar, zoals nu is gebleken, afwijzend tegenover "gezien de kwaliteit van hun eigen gymnasiale afdeling". Toch werpt de fractie van D66 de vraag op of niet tussen gemeente en de scholen nader gesproken kan worden over de profilering van deze afdelingen. Waarom niet namens de scholen een brochure voor de ouders/leerlingen uitbrengen, waarin het gymnasium en de specifieke uitstraling van de betreffende gymnasiale afdelingen en scholen een plaats krijgen? Een schets van "Het gymnasium in Amstelveen": drie redenen – het gaat immers om drie scholen – om voor Amstelveen te kiezen. Dat is een uitdaging voor de scholen. Ik neem aan dat zij dat willen oppakken. Gaarne een reactie van de wethouder op dit voorstel. Voorts lezen wij in het kader van onderwijs af en toe over plannen en mogelijkheden voor de vestiging van een HBO-instelling in Amstelveen. Hoe concreet zijn die mogelijkheden inmiddels? Graag een nadere reactie van de wethouder hierop.
8
Het Groen. Amstelveen gaat bij groen opnieuw deelnemen aan de competitie "De groenste gemeente van Nederland". Wij steunen het college in dit voornemen. Wij hebben inderdaad de kwaliteit in huis om eerste te worden; we moeten die ambitie nu waarmaken. Dat vereist onzes inziens echter wel een specifieke voorbereiding. We kunnen het ons niet permitteren een stap lager uit te komen. Daarom pleiten wij ervoor in de aanloop tot de competitie de benadering van de deelname breder te trekken. Laten we een aanvalsplan voor groen opstellen. Wij zien dan voor ons: 1. het beschrijven van de waarde van het Amstelveense groen; 2. de winstpunten van de afgelopen tijd een plaats te geven, mede in relatie tot de kritiekpunten die eerder zijn genoemd; 3. de maatschappelijke facetten duidelijk te maken die verband houden met groen: gezondheid, recreatie, milieu, sociale veiligheid en economie; 4. de ambities en de lijnen trekken naar de toekomst. Amstelveen zou zich op die manier kunnen onderscheiden van anderen. Dat is een geweldige uitdaging en stimulans voor een stad die terecht trots kan zijn op het groen, maar daarin ook een opgave ziet voor het waarborgen van de handhaving van de kwaliteit voor de langere termijn. Om het aanvalsplan mogelijk te maken vragen wij in een amendement, dat wij samen indienen met de VVD, eenmalig € 25.000 extra voor het plan zelf en voor presentatie- en promotiemateriaal. Dit laatste, de promotie van het groen en van de beleving van het groen voor inwoners en bezoekers – denk ook aan het bezoek van internationale gezelschappen – verdient absoluut extra aandacht en werd in de jurering vorige keer duidelijk kritisch benaderd. Wat we nodig hebben is kwaliteit in overeenstemming met de kwaliteit van ons groen. Amendement A1 (D66, VVD): aanvalsplan groen bij Entente Florale. De raad van de gemeente Amstelveen, in vergadering bijeen op 4 juli 2012, behandelende de Kadernota 2013; overwegende dat: Amstelveen in 2013 opnieuw gaat deelnemen aan de competitie in het kader van Entente Florale met de uitdrukkelijke bedoeling om goud te winnen; dat deze deelname een gedegen voorbereiding vereist in de presentatie van de kwaliteit van het Amstelveense groen; dat gezien de doelstelling van deelname(het winnen van goud) het de moeite waard is de benadering van de deelname breder te trekken en een "Aanvalsplan Groen" op te stellen waarin de volgende elementen een plaats krijgen: a. een beschrijving van de waarde van het groen in Amstelveen; b. de winstpunten van de afgelopen tijd ( ook in relatie tot de punten van kritiek van de vorige deelname); c. de maatschappelijke waarde van het groen (de verbinding met gezondheid, milieu, recreatie, sociale veiligheid en economie); d. de ambities voor de toekomst; dat een dergelijke bredere benadering( met name c en d ) niet alleen in de geest is van de organisatie Entente Florale en de kans op winst vergroot, maar ook een document van blijvende waarde oplevert voor de langere termijn; dat Amstelveen zich met zo'n opzet kan onderscheiden van andere gemeenten, van groot belang om de slag om de eerst plaats te winnen; dat het opstellen van dit document deels tot het huiswerk behoort, maar de geschetste opzet van dit "Aanvalsplan Groen" extra inspanning qua inhoud en presentatiemateriaal vergt: opstellen visiestuk, voorbereiding voor jurering, bevordering beleving, communicatie en promotie;
9
dat deze extra inspanning juist te rechtvaardigen is om die ene stap omhoog te maken en goud te winnen;
besluit: in het kader van deelname aan de Entente Florale een "Aanvalsplan Groen" mogelijk te maken en hiervoor eenmalig een bedrag van € 25.000 ter beschikking te stellen, te financieren uit de algemene reserve. De opheffing van de leegstand van kantoren vergt eveneens een ambitieuze doelstelling. In de kadernota wordt een extra bedrag uitgetrokken voor 'verticaal boeren'. Onze fractie is van oordeel dat transformatie tot woningen sneller moet worden aangepakt. In schriftelijke vragen hebben wij aandacht voor deze kwestie gevraagd en gewezen op de mogelijkheden die het Rijk in dit opzicht aan gemeenten biedt. Van het college verwachten wij in het verlengde van de schriftelijke vragen duidelijke voorstellen en concrete acties, met name gericht op de positie van jongeren en starters. Graag een reactie hierop van het college. De financiële positie van Amstelveen is iets gunstiger geworden, maar inderdaad: waakzaamheid blijft geboden. Onderwerpen als de A9, decentralisaties en mogelijke extra bezuinigingen die ons te wachten staan, geven daartoe alle aanleiding. Het college reserveert nu € 10 miljoen voor de A9 als risicobuffer. Waakzaamheid is op zijn plaats, maar dat betekent niet dat er geen nieuwe initiatieven ontwikkeld moeten kunnen worden: eenmalige uitgaven, zoals het college ook zelf in ruime mate doet. Ons initiatief om een beeldenroute in dat perspectief te plaatsen, lijkt mij logisch. Als we die beeldenroute realiseren, ligt er in 2014 bij het 50-jarig bestaan van Amstelveen een verbinding tussen het oude centrum en het nieuwe centrum, door kernpunten van Amstelveen als cultuur en groen verbonden. Dat lijkt mij een mooi plan. Het collegeprogramma mag op koers liggen, de fractie van D66 vindt dat als het gaat om participatie de zaak niet altijd op koers lag. Ik verwijs hierbij naar de Wmo, het parkeren en de kwestie van de zandbakken. Er is te veel onvrede ontstaan bij de inwoners van Amstelveen en dat vergt een koerswijziging. Onlangs is het WRR-rapport over de doe-democratie verschenen. De overheid moet volgens dit rapport vooral leren denken vanuit de burgers zelf. Hoe kunnen we optimaal gebruik maken van de kennis en ervaring van mensen? Anders gaan die mensen zich misschien definitief afkeren van de politiek. Schakel de burgers in, geef vertrouwen – dat is ook de titel van het rapport –; dat is de boodschap. Een vertaling naar het lokale vlak ligt voor de hand. Is het college dat van plan? Welke stappen kunnen wij verwachten? We zijn halverwege deze periode. College, evalueer ook eens de wijze waarop de participatie op belangrijke dossiers is verlopen of mis is gelopen. Reflectie is nodig en maakt sterker. Ik wijs op het feit dat in het verschiet grote verkeersaanpassingen liggen die in goed overleg met de betrokkenen uitgevoerd moeten worden. D66 zal ook zelf met initiatieven op dit onderdeel van participatie komen. Zonder voldoende betrokkenheid van de burgers is er immers geen sprake van een goed functioneren van onze democratie. De voorzitter: Het amendement A1 is voldoende ondertekend en maakt deel uit van de beraadslaging. Het amendement kan worden vermenigvuldigd en rondgedeeld. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter, beste collega's. Collega Maarse heeft in de commissie al de complimenten gegeven voor deze financieel solide kadernota. Dat herhaal ik hier graag nog eens, want kijkend naar hoe moeilijk andere gemeenten het hebben om de begroting rond te krijgen en zichzelf geconfronteerd ziende met heel heftige bezuinigingen, is dat voor Amstelveen gewoon een mooie prestatie. Als we echter naar de inhoud van de
10
kadernota kijken, en zeker naar de midterm terug- en vooruitblik die daarin opgenomen is, dan is ons ook duidelijk dat deze kadernota niet onze kadernota is. Wellicht dat andere fracties dat juist weer een compliment waardig vinden, maar u begrijpt dat wij daar net iets anders in staan. Ons viel in eerste instantie de opsomming van de acties van dit college op. Vrijwel elk raadsvoorstel dat geproduceerd is, wordt als een prestatie opgevoerd. Waren de eigen verwachtingen zo laag? Er is toch ook zoiets als gewoon je werk doen? Dan valt echter ook op dat er eigenlijk overal vooral beschreven staat wat er gedaan is en niet hoe het gedaan is. Het ontbreekt daarbij dus ook aan elke vorm van zelfreflectie over wat deze periode misschien wat tegenvalt, wat lastig is, waar de uitdagingen liggen. Een grote uitdaging is in elk geval om een rode draad te herkennen in de opsomming van activiteiten van dit college. Wat zijn nu de richtinggevende principes van dit college? Voor GroenLinks waren die bij de aanvang van dit college al onduidelijk en dat zijn ze nog. Beleidsinhoudelijk bekeken is deze kadernota zijn naam dan ook niet waardig. Want kaders, inhoudelijk? Wij zien ze bijna niet. Nee, dit college laat zich misschien het beste karakteriseren als een adhocratie. Het college baseert zijn sturing vaak niet zozeer op beleid, maar op hetgeen zich zoal aan gebeurtenissen voordoet. In een adhocratie is er veel plaats voor de onderbuik en wordt er minder belang gehecht aan argumenten en het grote plaatje. GroenLinks is natuurlijk een elitepartij vol hoogopgeleide en betweterige kosmopolieten, dus u heeft allang begrepen dat wij ons daar niet heel erg bij thuis voelen. Wij missen dus echt iets in deze kadernota. Kijkend naar de prestaties van het college tot nu toe en de uitdagingen voor de toekomst zouden wij u daarom drie leidende principes willen suggereren. Zie het maar als onze drie V's: vergroenen, verbinden, vertrouwen. Ik loopt ze even met u langs. Vergroenen. Grondstoffen en energie worden echt schaarser en duurder. Olieprijzen blijven stijgen. De omschakeling naar een duurzame economie is geen mooi ideaal meer, maar de enige weg voorwaarts in de eenentwintigste eeuw. De groene innovaties van vandaag zijn de renderende bedrijven van morgen. Niet plofkippen of watertomaten, maar duurzaam eten en zonnepanelen hebben de toekomst. Duurzaamheid zou dus eigenlijk niet de portefeuille moeten zijn van één wethouder, maar een leidend principe voor het hele college. Dan ontstaan er nog meer kansen voor vergroening van onze economie, voor vergroening van onze mobiliteit, voor vergroening van onze energievoorziening, vergroening van ons vastgoed en vergroening van onze voedselvoorziening, desnoods via verticaal boeren. Dan gaan we nog meer de maatschappelijke waarde van groen zien, erkennen en benutten. Zoals de waarde van groen voor gezondheid, milieu, recreatie, sociale cohesie, veiligheid, leefbaarheid, sfeer, welzijn en economie. Dit college lijkt groen nog vaak slechts te zien als aankleding van de stad en duurzaamheid als geldkostend hobbyisme in plaats van als waarde creërende kansen. Groenlinks zal in deze raadsperiode u dus blijven stimuleren en motiveren om verder en radicaal te vergroenen. De stap van vergroenen naar verbinden is snel gemaakt. Ik sprak net al over de verbindende kansen die groen biedt. Het denken in kokers, in portefeuilleverdelingen en in mijn en dijn is de grootste belemmering voor het grijpen van dit soort kansen. Verbindingen leggen tussen beleidsterreinen, maar ook verbindingen leggen tussen verschillende 'stakeholders' en tussen mensen onderling. Autonomie, vrijheid en zelfontplooiing zijn kernwaarden voor GroenLinks, maar met doorgeschoten individualisme hebben we helemaal niets. Zelfontplooiing veronderstelt voor ons ook juist inbedding in sociale verbanden. Vrijheid en verbondenheid zijn voor GroenLinks dus geen tegenpolen. Dat willen we tot uitdrukking brengen in ons sociale beleid, maar ook in hoe we als gemeente zelf handelen. GroenLinks ziet dus met lede ogen aan hoe de eenzijdige roep van dit college om zakelijkheid belangrijke maatschappelijke partners van de gemeente vervreemdt. We komen later dit jaar nog te spreken over het raadsonderzoek over Cardanus, maar het is voor ons een evident voorbeeld van hoe de gemeente een schrijnend onvermogen Iaat zien om zakelijkheid en partnerschap hand in hand te laten gaan. De kwaliteit van de verbindingen die de gemeen-
11
te aangaat met haar maatschappelijke partners is volgens ons de echte crux voor effectief en efficiënt beleid. Het is uiterst naïef om te denken dat we kwalitatief hoogwaardige verbindingen alleen zouden kunnen afdwingen met zakelijke contracten. Groenlinks heeft grote zorgen over de vraag of alle leden van dit college in staat zijn om echt de zo noodzakelijke verbindingen te leggen. Wij zullen u daar in de komende twee jaar heel, heel kritisch op volgen. Voor het leggen van verbinding is vertrouwen cruciaal. Vertrouwen hebben in de ander en vertrouwen geven aan de ander. Dat is het derde punt waar GroenLinks dit college soms ernstig tekort in vindt schieten. Vertrouwen in maatschappelijke partners stelt de gemeente in staat om zich wel verantwoordelijk te voelen voor het aanpakken van problemen, maar zichzelf niet automatisch één op één volledig verantwoordelijk te maken. Dit college lijkt nog vaak andersom te denken, dat als het zich ergens niet verantwoordelijk voor kan maken het zich er ook niet verantwoordelijk voor wil voelen en niet meer voor voelt. Het aanspreken op de eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van Amstelveners is een actieve handeling en kan nooit betekenen dat we zaken over de schutting gooien. GroenLinks pleit voor meer mentaal eigenaarschap. Vanuit vertrouwen kan de overheid in verbinding met de samenleving zaken oppakken of juist aan de samenleving overlaten. GroenLinks is ervan overtuigd dat we in Amstelveen vanuit dit perspectief nog heel veel anders en in onze stellige overtuiging ook beter kunnen organiseren. Het gaat echter evenzo om het vertrouwen in gewone Amstelveners. Slechts kleine groepen Amstelveners voelen zich nog aangesproken door de wijze waarop onze beleidsmakers hen pogen te betrekken. Onze beleidsmakers lijken op hun beurt weer weinig open te staan voor de nieuwe manieren waarop Amstelveners hun betrokkenheid uiten. Steeds meer Amstelveners nemen zelf het initiatief en omzeilen de gebruikelijke routes via politiek, belangenbehartigers en formele inspraakorganen die de beleidsmakers gewend zijn. Met als gevolg een steeds verdere verwijdering tussen Amstelveners en beleidsmakers. De speelbadjes, de zandbakken, het parkeerbeleid en de Wmo zijn stuk voor stuk onderwerpen waarbij veel Amstelveners zich betrokken voelen en voelden, maar waarbij dit college die betrokkenheid toch vooral in eerste instantie – en vaak ook in tweede instantie – als een probleem ervaren en benaderd heeft. Onze fractie heeft net als de heer Alink met veel interesse het WRR-rapport "Vertrouwen in Burgers'" gelezen , waarin geconstateerd wordt dat burgerparticipatie ook door veel andere gemeentebesturen als een hardnekkig probleem gezien wordt waarop in de afgelopen decennia verdomd weinig vooruitgang geboekt is. De kern van het WRR-advies is dat we als samenleving – overheid en burgers – met open vizier en in partnerschap naar nieuwe onderlinge verhoudingen moeten zoeken. Voor GroenLinks gaat burgerparticipatie niet alleen over interactieve instrumenten, projecten en methoden, maar vooral over een open, geïnteresseerde, luisterende houding en cultuur bij de gemeente. In Amstelveen lijkt het echter vaak vooral over procedures, bevoegdheden en structuren te gaan. GroenLinks maakt zich grote zorgen over het groeiend maatschappelijk onbehagen en de concentratie van onvrede en passiviteit bij verschillende groepen van onze burgers. Onze steeds complexer wordende samenleving stelt zowel burgers als beleidsmakers voortdurend voor nieuwe uitdagingen. Die huidige netwerksamenleving vraagt daarom echt om nieuwe spelregels. Wij nodigen de burgemeester daarom uit om vanuit dit Amstelveense perspectief een reactie te geven op het genoemde WRR-rapport "Vertrouwen in burgers". Misschien begint de noodzakelijke cultuurverandering wel bij het nooit meer over burgers te hebben, maar gewoon over Amstelveners. Ik rond af. Vergroenen, verbinden en vertrouwen zijn de leidende principes die GroenLinks graag centraal stelt in de komende periode. Die hadden dan ook niet misstaan in deze kadernota. Een gemiste kans voor u, een extra aansporing voor ons. U komt ons nog tegen.
12
De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter en mederaadsleden, toehoorders hier en ter land ter zee en in de lucht, we zijn hier weer voor de jaarlijkse bespreking van de kadernota. De presentatie en bespreking in deze raad van de kadernota is altijd een goede gelegenheid om de thermometer weer eens in de Amstelveense samenleving te steken. Hoe gaat het met de toegang tot de huisvesting? Hoe gaat het met onze jeugd? Hoe gaat het met de groep ouderen hier? Hoe gaat het met de Amstelveense economie? Hoe staat het met de mobiliteit in en rond Amstelveen? Ik wil deze zaken hier naar voren halen en dit tevens zien in het licht van de voorliggende kadernota. Ik wil dit uiteraard beperken tot voornamelijk Amstelveen. Op zich wil ik mij altijd graag bemoeien met heel Nederland, maar daar ga ik jammer genoeg niet over, laat staan over Europa en wat daar allemaal nog achter ligt. Ik heb begrepen dat ik weer guldens ga sparen om paard en wagen te kunnen bekostigen. Wonen in Amstelveen. Ook hier stagneert de woningbouw en niet alleen door het mismanagement bij Phanos. Wij hebben goede hoop dat de woningen in aanbouw afgebouwd zullen worden en dat de kopers er alsnog in kunnen en dat de geplande sociale woningen er komen. Dit college wil geen nieuwe sociale woningbouw laten bouwen, maar zet in op beleid rond doorstroming. Echter, de laatste cijfers laten zien dat de doorstroming de laatste jaren, vooral in Amstelveen, bijna tot stilstand is gekomen. In de Stadsregio doet Amstelveen het het slechtst van allemaal. We zijn kampioen wachtlijst. In 2010 zijn er nog 736 sociale huurwoningen verhuurd – 6,9% van de totale voorraad sociale woningen – en in 2011 nog maar 533 – 4,9% van de totale voorraad sociale woningen. De wachttijd voor doorstromers is in Amstelveen gestegen tot ruim twintig jaar en voor starters ruim tien jaar. Dat laatste ook als kampioen in de Stadsregio. In de kadernota staat een bedrag van € 1 miljoen voor Amsterdam, het Amsterdamse Bos, met onder meer het argument dat wij dan van Amsterdam meer lokale beleidsruimte krijgen. Woningen voor Amstelveners. Is dat zo? Ik heb begrepen dat wij lokale beleidsruimte krijgen omdat wij zo enorm achterlopen met die wachtlijsten en niet omdat wij € 1 miljoen betaald hebben. Hadden we anders niets gekregen? Hadden we voor € 500.000 de helft gekregen van de beleidsruimte? Nu dus van tijdelijk 30% naar 50%. Door de sterk verminderde doorstroming zijn dat echter maar 47 woningen meer voor lokaal beleid; en dat voor € 1 miljoen. Afgezien van het feit of je voor of tegen deze financiële ondersteuning bent, zijn we ongelukkig met de situatie om dit in de kadernota te stoppen. Voor een fractie van dat bedrag voor badjes/zandbakjes houden we terecht een hele discussie met vele insprekers. Het zou dit college sieren indien het zelf dit onderwerp, los van de besluitvorming hier, in de komende commissie ter bespreking/kennisgeving op de agenda laat zetten om inhoudelijk door te kunnen praten over dit onderwerp. Graag ontvangen wij hierover een antwoord van het college. Jeugd. Wat onze jeugd betreft gaat het de laatste vier jaar steeds beter. Vanaf 2008 zie je de cijfers van jeugdoverlast bijvoorbeeld sterk dalen. Wij hebben hier goed onderwijs; zowel het basisonderwijs als het voortgezet onderwijs hebben een hoge kwaliteit. In de kadernota staat een bedrag voor het Keizer Karel College (KKC) voor de uitbreiding van enkele jaren geleden. Jammer, het KKC had beloofd deze uitbreiding uit eigen middelen te bekostigen en niet bij de gemeente te zullen aankloppen – het gaat daarbij trouwens ook om gemeenschapsgeld door de doorbetalingsregeling –, maar wettelijk zijn we daartoe verplicht. De discussie houdt hier dus op. Het blijft wel jammer dat het zo gelopen is. Wij zijn blij dat dit college het ingezette beleid van vernieuwing van de schoolgebouwen onverminderd doorzet. Hulde. Aan het eind van mijn betoog zal ik nog een motie voorlezen met betrekking tot het aanzetten van bewegen door onze jongere jeugd. Ouderen. Ook met de ouderen in onze gemeente gaat het over het algemeen goed. Wel is er een groep ouderen die door ziekte en/of een gering inkomen onze aandacht behoeft. Laten we het beleid hieromtrent, voor de Wmo, de Amstelveenpas en andere onderdelen,
13
versterkt voortzetten. In de kadernota wordt € 20.000 gevraagd voor de versterking van sociale veiligheid voor ouderen. Ik weet niet wat je voor € 20.000 echt kunt doen. Als ik kijk naar wat bijvoorbeeld een zandbakje kost, dan kun je tegenwoordig hoogstwaarschijnlijk ergens een peertje indraaien. Ik heb het gevoel dat het heel weinig is. Wat ons betreft zou dit bedrag best hoger mogen zijn, gezien het belang van sociale veiligheid voor senioren. Onze economie. Amstelveen profiteert goed van haar ligging als voorstad met de dynamiek van de hoofdstad ernaast, vooral wat betreft de kenniseconomie. De kadernota geeft terecht aandacht aan de positie van de ZZP-er. Ik zie tenminste iets staan over de startende ondernemer en huisvesting. Wij vragen het college of hier ook de ZZP-er, werkzaam in zijn of haar eigen woning onder verstaan wordt. Dat zie ik namelijk niet staan. Mobiliteit. De Amstelveenlijn. Compliment voor het college voor de openheid van de discussie hierover in de commissie en de raad. We zullen met z'n allen nog genoeg moeten knokken om een goed openbaar vervoer te houden. Zoals al vaker gezegd heb ik mijn twijfels over de voorstellen van de binnenstedelijke verbinding van de Amstelveenlijnen naar het WTC. Met een perfecte overstap op het WTC naar Amstel en CS via een metro en met goede trams naar het Leidseplein is een verbinding zonder overstap eerder een verslechtering dan een verbetering. De A9 blijft mijn partij hoofdpijn bezorgen en niet alleen door de stank en de geluidsoverlast. In de komende tijd zullen wij er zeker op terugkomen. Dan nog enkele opmerkingen over de kadernota zelf. Wij zijn het eens met het college dat de risico's de komende jaren groot zijn en blijven, vooral door overheveling van taken van het Rijk naar de gemeente, zoals voor de Awbz, de jeugdzorg en de werkloosheidsregelingen, en dat dit tot gevolg moet hebben dat er nu geen claims worden gehonoreerd voor structurele uitgaven. Alleen incidenteel is dit mogelijk. Daarover heb ik al wat opmerkingen gemaakt. Samenvattend heb ik op drie punten vragen gesteld aan het college: over het Amsterdamse Bos en de woonruimteverdeling, over het geld voor de sociale veiligheid voor senioren en over de positie van de ZZP-er. Dan zal ik nu onze motie, gesteund door de VVD , GroenLinks, SP, en OCA, voorlezen. Motie M1 (PvdA, GroenLinks, OCA, SP, VVD): sport, kwaliteitsimpuls brede school. De raad van de gemeente Amstelveen, in vergadering bijeen d.d. 4 juli 2012; gehoord de beraadslaging; overwegende dat: de brede school een samenwerkingsverband is tussen partijen die zich bezig houden met opgroeiende kinderen; kinderopvang, welzijn, cultuur en ook SPORT een onderdeel van de brede school kan zijn; tijdens de visie op het primair onderwijs in december 2011 een amendement van de PvdA is aangenomen waardoor de brede school als speerpunt is opgenomen; in december 2011 incidenteel € 15.000 is toegezegd voor kwaliteitsimpuls voor de brede school; dit college deelname aan de (breedte)sport verder wil ontwikkelen; het college in de kadernota 2013 € 75.000 uittrekt voor sportstimulering zonder expliciete invulling; het belang van het kunnen bewegen in brede zin, zoals ook het "buitenspelen";
14
spreekt uit dat hij zich zorgen maakt: over kinderen met obesitas; dat het voor alle jeugd niet altijd mogelijk is mee te kunnen doen aan sportactiviteiten; over het slechts beperkt en eenzijdig aanbieden van sport binnen het onderwijs; verzoekt het college om: uit de post van € 75.000 voor sportstimulering € 15.000 voor 2013 en € 15.000 voor 2014 te oormerken voor sportactiviteiten binnen het onderwijs, ter stimulering van de breedtesport als kwaliteitsimpuls voor de brede school, zoals opgenomen als speerpunt door dit college. En gaat over tot de orde van de dag. De voorzitter: De motie M1 is voldoende ondertekend en maakt deel uit van de beraadslaging. De motie kan worden vermenigvuldigd en rondgedeeld. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Vandaag behandelen we de kadernota 2013, een heldere nota die doorzet op de ingeslagen weg, ondanks alle ontwikkelingen. In de afgelopen maanden is er het nodige veranderd op landelijk niveau. Desondanks is het college niet somber over de situatie van de gemeente. BBA wil dat het college de raad snel blijft informeren over de landelijke en regionale ontwikkelingen, opdat de gemeenteraad zijn kaderstellende rol kan uitvoeren. Vanaf de start van dit college heeft BBA in haar algemene beschouwingen aangegeven wat BBA wil. Daar staan we nog steeds helemaal achter. BBA wil dat Amstelveen een veilige en groene gemeente is waar alle inwoners, bedrijven en instellingen respectvol met elkaar kunnen werken en leven in een financieel gezonde, leefbare stad. De lijn waar BBA voor staat en wat in het coalitieakkoord is afgesproken, zien we ook terug in deze kadernota. In de terugblik op de eerste twee jaren zien we dat er op een moedige wijze invulling wordt gegeven aan de raadsopdracht om te bezuinigen, waarbij ook een aantal tussendoor bijgestelde kaders zorgvuldig worden ingevuld. Ook is er op participatiegebied een vernieuwend beleid ingevoerd, door een conceptvoorstel aan de burgers te presenteren. De bedoeling was/is dat de inwoners daar hun mening over konden/kunnen geven en dat daar waar mogelijk het beleid kon/kan worden aangepast. Helaas is deze nieuwe methode van werken niet bij iedereen overgekomen. Daar ligt nog een weg te gaan voor het college. Een nieuwe testcase zullen zijn het ontwerp van het Stadshart en de ontwikkeling van de A9. Ook hier is het van belang de inwoners van Amstelveen er vroegtijdig bij te betrekken, zodat zij hun wensen en ideeën tijdig naar voren kunnen brengen. Ook moet duidelijk gemaakt worden, dat niet iedereen zijn zin kan krijgen. Het is van belang dat het college en de raad een goede afweging maken wanneer zij een besluit nemen over de verschillende plannen en dat zij een langeretermijnvisie voor ogen houden. Het is niet van belang om op korte termijn te scoren, maar wel om een toekomstvast beleid voor te staan. Een voorbeeld hiervan is de ingezette koers om vroegtijdige uitval op het voortgezet onderwijs te voorkomen. Mede dankzij de inzet van onze collega Peter Bot komt er nu een pilotproject op het vmbo van het Amstelveen College om te voorkomen dat middelbare scholieren de school zonder startkwalificatie verlaten. Met betrekking tot de openbare orde en veiligheid is de laatste tijd de handhaving zeer naar voren gekomen. Vaak werden genoemd de foutparkeerders, fietsers en brommers die zich niet aan de verkeersregels houden. Wij gaan ervan uit dat dit de komende tijd goed wordt opgepakt.
15
Veiligheid is een belangrijk onderdeel. Wij verzoeken het college om bij scholen aandacht te vragen voor meer voorlichting over met name het mobiel bellen, sms-en en twitteren terwijl men aan het verkeer deelneemt, waaronder met name op de fiets of brommer. In Amerika wordt hier veel aandacht aan besteed om jong en oud via campagnes op de gevaren te wijzen. Dit naar aanleiding van het toenemen van ongelukken door toedoen van mobiele toestellen in het verkeer. Ook volwassenen maken zich hier schuldig aan; laat dat niet onbesproken blijven. Ook zou meer voorlichting moeten worden gegeven op het terrein van muziek luisteren wanneer men aan het verkeer deelneemt; het geluid via iPod inclusief oordoppen staat vaak zo hard dat ander verkeer niet kan worden waargenomen. Graag horen wij van het college of het dit ter hand wil nemen. In de afgelopen vergadering van de commissie RWN hebben wij aandacht gevraagd voor een goede verdeling van het openbaar vervoer. Het is jammer dat wij niet op korte termijn een oplossing kunnen vinden voor een aantal cruciale gevallen, zoals openbaar vervoer vanuit Nes en dan vooral voor de zaterdag en zondag; denk aan buslijn 149 die dan niet rijdt. Wij vragen het college te kijken of hier niet een oplossing voor is te vinden. Helaas wordt ook de lijn 300 niet veranderd van route en ook is er geen goede verbinding vanuit het Keizer Karelpark naar het ziekenhuis. Ook hiervoor vragen wij aan het college om samen met deskundigen en de Reizigersadviesraad en Rover naar een goede oplossing te zoeken. Graag zien wij eventuele ideeën tegemoet met betrekking tot de vraag hoe dit probleem op korte termijn kan worden opgelost. Met betrekking tot de lijnen 5 en 51 blijven wij kritisch. Een goede verbinding met de binnenstad van Amsterdam is voor inwoners van groot belang. We verwachten dan ook dat de kaders die de raad heeft gesteld goed worden uitgevoerd en behartigd door het college. Van de ruim 15.000 kantoren in Nederland staan er bijna 900 geheel leeg en nog eens 1900 gedeeltelijk leeg, zo meldt het ministerie. De structurele leegstand wordt vergroot door de recessie en de populariteit van het nieuwe werken, waardoor bedrijven minder kantoorruimte per werknemer nodig hebben. Van de leegstand is 40% geconcentreerd rond de vier grote steden. Overheden en marktpartijen ondertekenden woensdagmiddag na jarenlang overleg een convenant om de leegstand in kantoren te bestrijden. De komende twaalf maanden zullen partijen regionale visies formuleren, op basis van de leegstand in de meest urgente regio's, waaronder Amsterdam. Kantooreigenaren – vastgoedbeleggers – hebben toegezegd te zullen investeren in de verduurzaming en de kwaliteit van bestaande kantoren, in plaats van nieuwbouw, en concrete plannen te maken voor grote kantoren die al meer dan drie jaar grotendeels leeg staan. Ook moeten zij een systematiek ontwikkelen om de waarde van kantorenlocaties met veel leegstand bij te stellen tot meer realistische niveaus. Ontwikkelaars die een nieuw kantoor bouwen voor een huurder, moeten een visie ontwikkelen op het gebouw dat wordt achtergelaten. In regio's met veel leegstand mag niet worden bijgebouwd. BBA heeft hierover dan ook een motie voorbereid. Deze wordt mede ingediend door VVD, GroenLinks, ChristenUnie en CDA. Daarin wordt gevraagd om aan dit project mee te werken en actief mee te werken aan de regionale visie die de komende twaalf maanden wordt ontwikkeld. Ook is het belangrijk nog eens te kijken welke gebouwen beter vervangen kunnen worden door nieuwbouwwoningen en welke kunnen worden verbouwd tot woningen of appartementen. Dat brengt mij via een omweg dan toch bij de woonruimteverdeling. Bij vorige kadernota's hebben wij meerdere malen gevraagd meer sociale woningen voor de Amstelvener beschikbaar te stellen. Velen in de raad hebben toen de wens uitgesproken dat op zijn minst 90% van de beschikbare woningen naar Amstelveners moet gaan. In een brief die u naar de Stadsregio stuurt, spreekt u over een verhoging van 50%. We zijn dus wel een beetje teleurgesteld. Dit beleid zou dan twee jaar duren. Dat is absoluut niet voldoende om de wachtlijst in Amstelveen weg te werken. BBA heeft daar moeite mee, wij zijn van mening dat dit moet veranderen. Wij zien bij de zienswijze graag de tekst toegevoegd: "Dit beleid
16
duurt zo lang tot de ongelijkheid in wachtlijsten binnen de regio is weggewerkt." Ik hoor graag van het college of het dit overnemen. Verder wil ik duidelijk hebben of bij deze zienswijze afstand wordt genomen van het convenant in de verordening. Indien dit nog niet het geval is, verzoek ik het college om ook in de zienswijze mee te nemen dat wat betreft het convenant/de verordening deze regeling alleen geldt voor de woningbouwcorporaties. Met betrekking tot de financiële onzekerheden, waartoe de A9 behoort, vragen wij aan het college hoe de onderhandelingen gaan uitpakken. We weten nog steeds niets zeker. De € 100 miljoen is inmiddels al behoorlijk opgelopen naar € 120 miljoen, en dan te bedenken dat er nog geen spa in de grond is gezet. Dat is een heel groot bedrag. Natuurlijk wordt er door het college stevig onderhandeld en ik hoop dat ze zich in Den Haag realiseren dat je van een kale kip niet kunt plukken. Desondanks zijn we het wel met het college eens om een bestemmingsreserve van € 10 miljoen voor de A9 te vormen. In de commissie ABM is al veel gesproken over de Kunstuitleen. Mijn fractie is van mening dat de Kunstuitleen niet als gevolg van de huidige situatie in de markt en de eerder ingezette bezuinigingen het onderspit moet delven. Daarom hebben we samen met D66, PvdA, GroenLinks, VVD, ChristenUnie en CDA een amendement opgesteld, opdat de Kunstuitleen in elk geval de komende twee jaar een bescheiden subsidie zal blijven ontvangen. Mijn fractie is van mening dat de Kunstuitleen het waard is om kunst op een laagdrempelige manier beschikbaar te stellen. Wij zijn blij dat de kosten voor de inwoners niet omhoog zijn gegaan voor het rioolrecht en de afvalstoffenheffing. Er is bij de afvalstofheffing zelfs sprake van een verlaging voor eenpersoonshuishoudens. Ook zijn de parkeertarieven niet gestegen. Dit zijn de kanttekeningen die BBA plaatst bij deze kadernota. Wij kijken uit naar de reacties van de andere fracties en het college. De motie en het amendement luiden als volgt. Amendement A2 (BBA, D66, GroenLinks, ChristenUnie, CDA, PvdA, VVD): Kunstuitleen. De raad van de gemeente Amstelveen, in vergadering bijeen op woensdag 4 juli 2012, behandelende het raadsvoorstel 45, Kadernota 2013; overwegende dat: de Stichting Beeldende Kunst Amstelveen (Kunstuitleen) op een laagdrempelige wijze kans biedt aan alle Amstelveners gebruik te maken van kunst; gebleken is dat de Kunstuitleen met het volledig schrappen van haar subsidies onvoldoende zicht heeft op haar voortbestaan; de Kunstuitleen de afgelopen periode een groot deel van haar bezuinigingen heeft weten op te vangen; een verdere bezuiniging van het complete subsidiebedrag in de huidige economische tijden vermoedelijk niet op te vangen valt door de Kunstuitleen; besluit toe te voegen aan het gevraagde besluit: " 12. De korting van de subsidie op de Kunstuitleen van € 30.000 naar € 55.000 in 2013 en 2014 niet te laten plaatsvinden en dit te financieren uit de algemene reserve; Uiterlijk bij de kadernota 2015 beslist de gemeenteraad over de subsidiesituatie van de Kunstuitleen.
17
Motie M2 (VVD, BBA, GroenLinks, ChristenUnie, CDA): bestrijding leegstand kantoren. De raad van de gemeente Amstelveen, in vergadering bijeen op woensdag 4 juli 2012, behandelende de Kademota 2013; overwegende dat: overheden en marktpartijen op woensdag 27 juni jongstleden na jarenlang overleg een convenant hebben ondertekend om de leegstand in kantoren te bestrijden; partijen de komende tijd een regionale visie zullen formuleren op basis van leegstand in de meest urgente regio's, waaronder Amsterdam; spreekt als zijn mening uit dat: het voor een gemeente als Amstelveen van belang is meer woningen te creëren, daar bouwlocaties opraken; verzoekt het college van B&W: 1. een inventarisatie te maken van welke kantoren leegstaan; 2. te bekijken met de eigenaren welke plannen deze hebben en mogelijkheden in kaart te brengen voor hergebruik of herontwikkeling van kantoorlocaties ten behoeve van woningbouw; 3. de uitkomsten van deze onderzoeken in te brengen bij het formuleren van een regionale visie in het kader van de kantorentop en het afgesloten convenant. En gaat over tot de orde van de dag. De voorzitter: Het amendement A2 en de motie M1 zijn voldoende ondertekend en maken deel uit van de beraadslaging. Ze kunnen worden vermenigvuldigd en rondgedeeld. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. De Kadernota 2013 laat een solide beeld zien van de gemeentelijke financiën. Daarnaast stemt de uitvoering van het collegeprogramma 2010–2014 tot nu toe tot tevredenheid. Alle gestelde doelen zijn bereikt dan wel duidelijk onderweg naar een succes. Na schampere opmerkingen over een coalitie met slechts één stem meerderheid in april 2010 en de voorspelling dat dit niet lang stand zou houden, zitten er nu twee jaar op. Het CDA heeft alle vertrouwen dat ook de komende twee jaar afgemaakt zullen worden. Het binnenhalen van het uitstaande geld van Landsbanki heeft een belangrijke verhoging van de algemene reserve tot gevolg. Het niveau van de algemene reserve stemt evenwel nog niet tot vreugde. Daarom moet terughoudendheid betracht worden bij de uitgaven. In de kadernota 2013 wordt gelukkig behoedzaam omgesprongen met de beperkte beschikbare ruimte voor structurele en eenmalige uitgaven. De problemen met Phanos zijn in de eerste plaats een regelrechte ramp voor degenen, die bij deze projectontwikkelaar een woning gekocht hebben. Daarnaast is ook de bouw van sociale woningen dupe van het faillissement, omdat Phanos eerst de vrije koopwoningen is gaan bouwen om met een deel van de opbrengst hiervan de sociale woningen te bouwen. Er vindt druk overleg plaats tussen de curator, Woningborg als afbouwverzekeraar, de aannemers, de gemeente Amstelveen en de bank. Vermoedelijk zal de gemeente Amstelveen hierin ook een veer moeten laten. Voor het CDA is het het belangrijkste dat degenen die een woning gekocht hebben, zekerheid krijgen over de afbouw dan wel dat zij als de woning al gereed is op korte termijn de sleutel krijgen.
18
De forse afwaardering van de opbrengst van de ontwikkeling van het industriegebied de Loeten stemt niet tot vreugde. Amstelveen mag zich gelukkig prijzen dat er verder weinig geïnvesteerd is in de aankoop van grond. In de kadernota wordt voorgesteld om € 10 miljoen te reserveren als voorziening voor de A9. De onderhandelingen hierover met het Rijk en de overige contractpartners beginnen in de eindfase te komen. Diverse onderzoeken hebben aangetoond dat Amstelveen een bijdrage van € 100 miljoen niet kan betalen. De oplossing ligt vermoedelijk in het toepassen van een variant met verbreding en een aantal tunnels met een beperkte lengte – minder dan 250 meter – en bakken met horizontale geluidsschermen, zoals bij de A4 bij Leiderdorp. Veel Amstelveners maken gebruik van het Amsterdamse Bos, zoals wandelaars en sportbeoefenaars. De bijdrage van Amstelveen past dan ook volledig in dit beeld. Het CDA komt met een amendement om het beschikbare bedrag voor de startersleningen te verhogen. Dit amendement past in het huidige economische plaatje om de woningmarkt te stimuleren. Ook de stimulering middels de OZB-vrijstelling voor startende ondernemers en het stimuleren van beginnende ondernemers is bedoeld om de economische groei te bevorderen. Ondanks de economische teruggang is er sprake van een behoorlijke groei van het aantal arbeidsplaatsen in Amstelveen en in het bijzonder van zzp-ers. Er is lang gesproken over een opknapbeurt voor het Stadshart. Bij de laatste motie hierover heeft het CDA gesteld dat zonder een behoorlijke investering van de kant van de gemeente het nutteloos is om telkens moties aan te nemen. Gelukkig heeft de wethouder dit begrepen en is deze nu met een gedegen plan gekomen. Het plan vindt breed draagvlak. Voor het CDA is de gevraagde gemeentelijke bijdrage niet te hoog in verhouding tot wat er gebeurt. Er moet veel gedaan worden. Het CDA zet vraagtekens bij het hoge bedrag van €4,8 miljoen voor de buitenschoolse opvang. Het CDA begrijpt dat het moeilijk is om meerdere vastgoedeigenaren te hebben in één pand, maar het is de vraag of een buitenschoolse opvang past bij een school met een plein waarop alleen wat speeltoestellen staan. Nu moet de gemeente investeren, terwijl bij sportvelden de investeringen door derden gedaan worden en er alle ruimte is voor de kinderen om te ravotten. Ook de bijdrage in het expatcenter is, gelet op het grote aantal buitenlanders in de gemeente, belangrijk en noodzakelijk. In de nota wordt slim omgegaan met subsidies. Uitgangspunt is dat er sprake moet zijn van een aanzienlijke inzet van de ontvangende partij. Een goed voorbeeld is de Rotary met het project "Zangonderwijs terug op school". De organisatie ligt bij de Rotary en de schoolbesturen. De gemeente geeft een subsidie van € 20.000 en levert geen ambtelijke inzet. Verder zullen clubs meer moeten bijdragen aan de instandhouding en verbetering van hun accommodaties. Een mooi voorbeeld daarvan is het voorstel van HIC en RKAVIC waar in goed overleg HIC vanwege uitbreidingsnoodzaak kan beschikken over een trainingsveld van RKAVIC om hierop een hockeyveld aan te leggen en RKAVIC, om dit mogelijk te maken, een grasveld ombouwt naar een kunstgrasveld. Totale kosten € 800.000, waarvan de clubs zelf € 650.000 ophoesten en zij een gemeentelijke bijdrage van slechts € 150.000 vragen. Dat is 20% en dat is zelfs nog beter dan de eenderde-regeling. Mensen in de bijstand moeten een prestatie leveren. De wethouder zou eens moeten onderzoeken of deze mensen niet breder inzetbaar zijn, bijvoorbeeld bij sportverenigingen als trainer of in de kantine. Er staat zelfs een vergoeding van € 1.500 per jaar tegenover. De Stichting Kunstuitleen Amstelveen heeft zich gewend tot de raad met het verzoek om de subsidie niet volledig af te bouwen, maar om de huur als een subsidie te blijven ver-
19
strekken. Een amendement daartoe ingediend door BBA, D66 en andere partijen, om nog twee jaar subsidie voor de huur te verlenen wordt mede door het CDA ingediend. De Kunstuitleen is van groot belang voor de Amstelveense kunstenaars. Verder verschaft het werk. Het CDA verzoekt de betreffende wethouder om toch eens te kijken of de kortingen met de Amstelveenpas niet op een andere, meer efficiënte manier gegeven kunnen worden en of de mogelijkheden van de Amstelveenpas niet uitgebreid kunnen worden met bijvoorbeeld sportscholen en dansinstituten. Kan de wethouder via een notitie de raad informeren over het gebruik van de Amstelveenpas en waar het gebruik gering is met de betreffende organisaties in overleg treden om te kijken of korting op een andere manier gegeven kan worden? Het CDA is blij dat Cardanus ook in 2013 nog subsidie krijgt. Hiermee wordt gehoor gegeven aan de wens van Cardanus om ook aan de aanbesteding te kunnen deelnemen en zich daar terdege op te kunnen voorbereiden. Dit toont aan dat de coalitie bereid is om te luisteren naar de burgers en indien nodig haar beleid aan te passen. Nog zo'n aanpassing is het wijzigen van het beheer van de wijkcentra. Van het uitgangspunt om de wijkcentra te laten beheren door burgerraden heeft het college afgezien, nadat bleek dat hiermee het voortbestaan op termijn niet verzekerd was. Er komt nu een professionele organisatie om de wijkcentra te beheren. Pilots zijn mogelijk in wijken waar burgers toch het beheer willen voeren over een wijkcentrum. Het CDA betreurt dat de fiscalisering van een aantal parkeergereguleerde wijken toch is doorgezet. Bij een meeropbrengst van € 29.000 per jaar was het het CDA de onrust onder de inwoners niet waard. Het zou beter zijn geweest om eerst om de digitalisering door te voeren, de uitgifte van de vergunningen daardoor te vereenvoudigen en daarmee de huidige uitgifte van kosten van € 45 per vergunning aanzienlijk te verminderen. Er komt nog een bezuiniging van het Gemeentefonds. Van elke bezuiniging van het Gemeentefonds komt 0,5% voor rekening van Amstelveen. Zoals het er nu naar uitziet, komt er nog een extra bezuiniging van € 2 miljoen op Amstelveen af. Daarom moet Amstelveen zich de komende tijd beperken tot de kerntaken. Burgers zullen zelf meer moeten doen, maar dat betekent niet dat alles klakkeloos naar de burger moet worden afgeschoven. Waar professionaliteit vereist is, zullen professionals moeten worden ingezet. Amendement A3 (CDA, BBA, ChristenUnie, OCA, GroenLinks): eenmalige verhoging budgetplafond voor startersleningen. De gemeenteraad van Amstelveen, in vergadering bijeen op woensdag 4 juli 2012, behandelende raadsvoorstel nr. 45 inzake vaststelling van de Kadernota 2013; overwegende dat: algemeen aanvaard is dat de startersleningen zeker in de huidige huizenmarkt een belangrijk instrument vormen om starters de kans te bieden om een woning te kopen; via de startersleningen tevens de doorstroming wordt bevorderd, omdat degenen waarvan de starters een woning kopen een volgende stap op de woningmarkt kunnen zetten of de starters een sociale huurwoning verlaten, die dan weer beschikbaar komt voor de daarvoor bestemde doelgroepen; het in de begroting opgenomen budget voor startersleningen thans nog € 1,4 miljoen bedraagt, waarmee nog circa 45 leningen kunnen worden verstrekt, en dat dit budget naar verwachting medio 2013 zal zijn uitgeput;
20
naar verwachting in 2013 de huidige vastgoedcrisis nog niet voorbij zal zijn en er derhalve nog steeds een grote behoefte is aan startersleningen; er blijkens de Programmarekening 2011 een bedrag van € 470.000,-- is vrijgevallen dat bestemd was voor bebouwd parkeren bij sociale huurwoningen; gezien de relatie van dit vrijgevallen bedrag met volkshuisvesting en de Woonvisie wordt voorgesteld om het budgetplafond voor startersleningen voor 2013 en 2014 te verhogen met in totaal € 400.000 en de daarmee gemoeide rentedervingskosten van in totaal € 36.000 ten laste te brengen van de algemene reserves; de eerste terugbetalingen van eerder verstrekte startersleningen vanaf 2013 zullen plaatsvinden waardoor het budgetplafond in twee jaar weer kan worden teruggebracht tot het oorspronkelijke niveau;
besluit: aan het raadsbesluit inzake de vaststelling van de Kadernota 2013 beslispunt 12 toe te voegen, dat luidt als volgt: "12. het budgetplafond voor startersleningen voor 2013 en 2014 te verhogen met in totaal € 400.000 en de daarmee gemoeide rentederving van in totaal € 36.000,-ten laste van de algemene reserve te brengen". De voorzitter: Het amendement A3 is voldoende ondertekend en maakt deel uit van de beraadslagingen. Het amendement kan worden vermenigvuldig en rondgedeeld. De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. De beeldspraak van het college in deze kadernota is sport. Ik citeer: "De eerste helft is gespeeld en we kijken nu naar de resultaten en naar de verwachtingen. Het college spreekt over tactiek en offensief en gaat in deze bewoordingen nog een poosje verder met het stimuleren van spelers en dergelijke. Het college heeft een wedstrijd te winnen in 2014 en gaat die winnen tot vreugde van het Amstelveense publiek." De SP heeft voor dit college echter een hele andere beeldspraak. Dit college acteert als het Nederlands voetbalelftal tijdens de EK, alhoewel niet de speelstijl van de SP is de dadendrang van dit college bij het beginsignaal veelbelovend te noemen. Het trekt meteen volle raadszalen. Wel met protesterend publiek. Na een kwartiertje zakt het spel echter als een pudding in elkaar en na het laatste fluitsignaal in 2014 blijkt het Amstelveense publiek met lege handen te staan en, wat de SP betreft, het college op straat. Er is hoop. Gelukkig is de kwaliteit van het materiaal op de reservebank van dien aard dat we de jaren na 2014 met vertrouwen tegemoet kunnen zien. Financieel gezien komen we met lege handen te staan. Er wordt aan de ene kant driftig bezuinigd op de kleine zaken die grote gevolgen hebben voor de wijken. Zwembadjes en zandbakjes worden gesloopt, leegstand wordt gestimuleerd en in de hand gewerkt door het sluiten van bibliotheek en muziekschool. Van behoudend spel is geen sprake als het om de uitgaven gaat. Voor grote projecten en speeltjes van het college of collegepartijen is dit college genereus met het uitdelen: € 1,5 miljoen voor het Stadshart; € 1 miljoen voor de stadsschouwburg; € 1 miljoen voor het Amsterdamse Bos. Ik vraag mij dan af: betaalt Japan ook voor de Japanners die hier wonen en werken? Nee dus. Wat krijgen we hiervoor terug? We mogen meer woningen toewijzen aan eigen volk. Als elke gemeente in de regio dat gaat doen dan zit de woningmarkt weer net zoveel op slot als voor deze regeling. Ons advies aan de raad en dit college is: ga betaalbare woningen bouwen en reserveer het geld hiervoor. Het is ook nog eens goed voor de werkgelegenheid. We helpen mensen om aan de slag te komen. € 10 miljoen voor de A9. Voor iets wat we niet willen daar gaan we toch niet betalen? Zoals de SP al naar voren bracht in de commissievergadering: we nemen hier defini-
21
tief afscheid van de gedachte dat de ondertunneling kostenneutraal voor de gemeente Amstelveen uitgevoerd zouden kunnen worden. Dat is wel een belofte die destijds is gedaan door de collegepartijen. Wat zijn de gevolgen voor deze reservering bij de onderhandelingen? We geven met deze reservering een duidelijk signaal af aan de minister: het mag blijkbaar € 10 miljoen kosten. Neemt het college afstand van de motie M3 van 28 februari 2011? Hierin staat letterlijk: "De financiële verplichtingen kunnen niet van de gemeente Amstelveen verlangd worden". Of zijn deze onderhandelingen al afgerond en neemt u in dat licht voorzorgmaatregelen? € 6 miljoen te reserveren voor de Amstelveenlijn; € 25 miljoen voor de N201.
Op het gebied van de participatie staat het publiek met lege handen. We hebben hier duidelijk niet te maken met een tweewegsysteem. Als de burger naar het gemeentehuis moet, gaat het blijkbaar goed. Op het gebied van de dienstverlening scoort Amstelveen het cijfer 7,9. Moet het gemeentebestuur echter naar de inwoners van Amstelveen om in gesprek te gaan en beleidsplannen te maken, dan gaat het hopeloos fout. Een paar voorbeelden zijn het parkeerbeleid en de nota "Bewoners aan zet", met protesterende inwoners in de raadszaal. Dat is iets anders dan hetgeen in de kadernota staat, namelijk dat de ervaringen ons hoopvol doen stemmen. De SP heeft hier duidelijk een andere mening over. Ook wat betreft de signalen die wij binnenkrijgen. Mensen verlaten de participatieraden omdat ze ontevreden zijn over de betrokkenheid van het college bij deze raden. Het college 'vergeet' nogal eens de raden te betrekken bij zijn plannen. Bewoners mogen, nadat de plannen zijn voorgekauwd, alleen nog toekijken en ergens een puntje of een komma wijzigen. Van werkelijke participatie is geen sprake. Hoe het wel kan? Eén voorbeeld, de SP brengt het in de praktijk. Met een testteam van Amstelveners met een beperking zijn we gaan kijken hoe het gesteld is met de toegankelijkheid van de tramlijnen, om zo ideeën te kunnen ontwikkelen voor de nieuwe Amstelveenlijn. Het is namelijk van groot belang dat bij de ontwikkeling van de nieuwe tramlijn niet dezelfde gebreken in het ontwerp worden gemaakt. Zo betrek je mensen bij het maken van plannen. Zo link je de plannenmakers met de gebruikers. Het projectbureau Amstelveenlijn was in elk geval positief gestemd over dit initiatief. Op het gebied van de Wmo en met name welzijn dreigen we met lege handen te komen staan. Pijler 3 "Bewoners aan zet" wordt gevierd als een gescoorde goal in de kadernota, maar het college is vergeten te scoren. Het resultaat is niet geboekt. Pijler 3 had in de eerste helft afgerond moeten zijn, maar de nota werd teruggestuurd omdat deze niet compleet was . Of de pijler 3 een succes wordt, zal later pas duidelijk worden. De SP is van mening dat het college te snel is met zijn beoordeling van Cardanus en vaak te negatief. Voor vrijwilligers en medewerkers van Cardanus heeft dit een verlammend effect en dat kan grote gevolgen hebben. Pas op: op deze manier gooit u het kind met het badwater weg. U bent niet bezig met een wedstrijd tegen Cardanus, maar met een wedstrijd voor een goede Wmo en een goed welzijnsbeleid. Dat kan met of zonder de organisatie Cardanus, maar dit kan nooit zonder vrijwilligers en medewerkers op de werkvloer. De leegstand. In deze kadernota komen we wat het bestrijden van de leegstand betreft niet verder dan een ander gebruik van leegstaande kantoorpanden: het verticaal boeren. Punt. Voor veel partijen is de leegstand een punt van zorg. 20% van de kantoren staat leeg in Amstelveen. Voor de SP is dat al jaren een doorn in het oog. Het is maatschappelijk gezien niet te verteren. De SP is de laatste jaren vaak op pad gegaan en heeft geconstateerd dat we lang niet altijd met alleen leegstaande kantoorgebouwen te maken hebben, maar dat er ook veel huizen leeg staan; deze zijn niet bewoond. Ze staan jarenlang leeg. In de Operabuurt, in Westwijk, enzovoort. Hoe is dit mogelijk? Mensen begrijpen niet dat hun kinderen niet aan een woning kunnen komen in Amstelveen en dat ze de stad uit worden gejaagd, terwijl er jarenlang huizen leeg staan. Hoe kan het bijvoorbeeld dat de wo-
22
ningcorporatie Eigen Haard hiermee kan wegkomen? Wat maakt het dat het voor woningbouwcorporaties blijkbaar lucratief is om huizen jarenlang leeg te laten staan? En nog veel belangrijker: welke maatregelen heeft de wethouder genomen om deze leegstand tegen te gaan? Het is al eens eerder in dit huis door de heer Veenboer aangegeven: we hebben niet alleen een anti-kraakwet, maar ook een anti-leegstandswet. Dus nog een keer: welke concrete maatregelen heeft de wethouder genomen en welke maatregelen gaat de wethouder nog nemen buiten dat verticaal boeren? Welke kaders stelt het college als het om leegstand gaat, zowel voor huizen als voor kantoren? De beslispunten. Over de € 10 miljoen kan ik kort zijn: de A9 is een rijksproject en de kosten dienen door het rijk opgehoest te worden. Dus geen gemeentegeld in de verbreding van de A9. Het doorsluizen van € 1 miljoen Amstelveens belastinggeld naar Amsterdam lost het probleem van de woningnood niet op. Daarvoor moet er gebouwd worden. Steek hier geld in. Dan een vraag voor de wethouder bij 5.1, de OZB-vrijstelling voor startende ondernemers:. profiteren hier ook de zzp-ers van? Ik wil positief eindigen. Eens heeft de SP in een motie gevraagd de voedselbank te steunen in de vorm van huisvesting. Destijds werd de motie weggestemd door de hele raad minus de SP. Ik constateer dat de motie stiekem toch uitgevoerd is. Dat is een mooie schijnbeweging van mevrouw Koops. Eens heeft de SP in een motie gevraagd de voedselbank te steunen met eenmalige middelen. Destijds werd de motie weggestemd door de raad minus de PvdA en de SP. Ik constateer dat de motie toch uitgevoerd is. Weer een prachtige schijnbeweging van mevrouw Koops? Als de SP bij de begroting een motie gaat indienen om de voedselbank structureel te ondersteunen is dit een voorzetje van de SP, waarbij we hopen dat de wethouder en de raad dan eens echt gaan scoren. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Om in de stijl te blijven van de kadernota: de eerste helft is voorbij en er zijn geen rode kaarten uitgedeeld. Dat in tegenstelling tot wat door enkelen aan het begin van deze raadsperiode werd gesteld over een uiterst smalle coalitiebasis, en wat misschien ook wel werd gehoopt. Als het aan mij ligt komt dit soort kaarten ook in de binnenkort effectief beginnende tweede helft niet tevoorschijn, althans niet wat betreft de coalitie en zeker niet ten aanzien van het college. Toch had er misschien wel een donkergele kaart moeten worden uitgereikt. Het is alleen de vraag aan wie. Door het lekken uit de begeleidingscommissie die het onderzoek deed naar de subsidiestromen is het vertrouwen dat men zich aan de afspraken zou houden en de gegevens alleen bij de commissieleden zouden blijven, namelijk geschonden. Daarmee is ook de integriteit van de raad in het geding gekomen. Dat is een uiterst pijnlijke zaak. Dit college heeft niet de gemakkelijkste tijd om te besturen. Landelijke chaos na het opstappen van de gedoogpartner – ja, die was daar wel – heeft voor nog meer onzekerheid gezorgd voor wat betreft het financieel meerjarenperspectief. Vooral het uitstellen van decentralisaties die op 1 januari 2013 zouden moeten ingaan, alsmede het terugdraaien van de huishoudinkomenstoets vereisen een andere aanpak, waarbij moet worden afgewacht wat er gebeurt na de komende landelijke verkiezingen. Dat desondanks onze begroting een solide basis biedt om de komende onzekere jaren tegemoet te gaan, is een prestatie van formaat. Zeker als daarbij in ogenschouw wordt genomen dat mogelijk nog meer ombuigingen nodig zijn als aan het EMU-saldo van 3% moet worden voldaan, hetgeen tot minder overheidsuitgaven zou moeten leiden en dat zou ook voor de lagere overheden
23
gelden. Dat zou gevolgen kunnen hebben voor het toch wel ambitieuze programma, waarmee dit college deze tweede helft wil ingaan. Onze financiële rekenmeesters voorzagen een structurele buffer van € 3 miljoen, maar kwamen na de juni-circulaire al tot de conclusie dat daarvan € 2 miljoen kon worden ingeleverd. En dan moeten we nog afwachten wat er na de verkiezingen op ons afkomt. Het wordt het college dus ook in deze tweede helft niet gemakkelijker gemaakt. De OCA kan zich dan ook vinden in het standpunt van het college dat nu geen besluitvorming over aanvullende ombuigingen en geen nieuw beslag op structurele middelen moeten plaatsvinden. Daarentegen zijn er wel mogelijkheden eenmalige middelen in te zetten voor incidentele beleidsintensiveringen, dan wel om beleid te kunnen continueren. De OCA kan zich vinden in de voorstellen met betrekking tot de investeringen voor het onderwijs. Dat op korte termijn al wordt begonnen met de uitvoering van het enkele weken geleden door deze raad vastgestelde uitvoeringsprogramma verkeer, stemt tot tevredenheid. Dat we het bij Landsbanki geparkeerde geld terugkrijgen versterkt de positie van onze algemene reserve. Met de bijdrage aan het Amsterdamse Bos stemt de OCA in, gelet op de gegeven motivatie. Of de € 10 miljoen voor de A9 voldoende is, is afhankelijk van de besprekingen die binnenkort weer gevoerd worden met het ministerie. We zijn er van overtuigd dat onze onderhandelaars met het best haalbare resultaat willen en zullen terugkomen. Dit college kwam eind 2010 met een omvangrijk pakket structurele ombuigingen. Daar waar het niet afhankelijk was van derden zijn die ombuigingen zo goed als gerealiseerd. Van de beoogde € 2 miljoen voor de eigen organisatie is driekwart ingevuld en volgt in 2014 het restant. Waar het echter ging om de speelplaatsen en zandbakken stuitte het op bezwaren. Eerst bij de raad, later ook bij de inwoners. Die hebben op een aantal plaatsen de verantwoording voor het onderhoud op zich genomen en daarvoor is een bijdrage beschikbaar gesteld. Ook de beoogde € 250.000 opbrengst bij de commerciële verhuur van de begane grond van de bibliotheek blijkt niet haalbaar. Andere tegenvallers waren de frictiekosten betreffende de harmonisatie peuterspeelzalen/kinderopvang, de bijdrage aan de Stadsregio – een niet gerealiseerde verlaging – en de dit jaar niet meer te realiseren ombuiging APVleges. Voor het onderhoud van het busstation is een structureel budget beschikbaar. De haltedisplays en het grote bord in het midden met vertrektijden zien er goed uit. Op elk van de vier haltes zijn een of meer abri's geplaatst. Die geven niet alleen beschutting tegen de wind, maar ook tegen de duiven. Mogelijk dat nog eens kan worden gekeken naar de abri op A-halte: dat is één langgerekte abri, waar de wind vrij spel heeft. Een ander zorgpunt is de (on)mogelijkheid om de OV-chipkaart op te laden als het GVBbusje er niet (meer) staat. Opladen in de bussen blijkt ook niet altijd mogelijk, want veel van die apparaten zijn buiten dienst. Dat geldt overigens soms ook voor de displays in de bussen die soms de meest vreemde routes aangeven en waarbij het omroepsysteem met de komende haltes vaak wordt uitgeschakeld. Nu we het toch over het OV hebben, wil ik nogmaals mijn verontrusting uitspreken over de aanvankelijk mogelijke wijzigingen in de busroutes die uiteindelijk weer zijn teruggedraaid. Vooral de bereikbaarheid in de avonduren van het ziekenhuis en het gemeentehuis laat te wensen over, terwijl het Keizer Karelpark in het geheel is geïsoleerd. Trouwens, de inwoners van Nes staan met name in het weekeinde wel heel erg in de kou. Er is extra geld nodig voor het sociale domein. De economische crisis leidt tot meer aanvragen voor een uitkering, schuldhulpverlening en een beroep op minimaregelingen. In vervolg op het verleden is ook voor 2013 extra budget en capaciteit nodig. Rijksbezuini-
24
gingen op re-integratiegelden en schuldhulpverlening nopen tot extra middelen, waardoor het hoge niveau dat nu bestaat kan worden gehandhaafd. Het invoeren van een klantvolgsysteem verbetert de kwaliteit van het Wmo-loket. Het desbetreffende voorstel 8.g kan dan ook op onze instemming rekenen. De OCA is blij dat het college het OCA-voorstel om startende ondernemers vrijstelling te verlenen van het gebruikersdeel van de OZB voor niet-woningen heeft overgenomen. Dat er voor de komende twee jaar een maximum geldt van € 20.000 per jaar is acceptabel. Dat er ook nog een bedrag is uitgetrokken voor ondersteuning bij huisvesting is uitstekend. Daarnaast vragen wij toch nog eens aandacht voor de woningnood die er zeker in het sociale element heerst. Er mogen dan voldoende sociale woningen zijn, bereikbaar voor de groep om wie het gaat zijn ze veelal niet. Wachttijden van tien jaar zijn natuurlijk niet normaal. Wij verwachten van het college dat niet alleen het scheefwonen wordt aangepakt, maar ook dat de woningcorporaties weer teruggaan naar hun oorspronkelijke doel: het bouwen van sociale huurwoningen. Begin vorig jaar werd gestart met de door ons voorgestelde alcoholpreventiecursus. Het blijkt een doorslaand succes. Eind juni werd het honderdste gratis rijbewijs, dat na het volgen van de cursus tegen inlevering van het cursuscertificaat kan worden verkregen, aan een rijexamenkandidaat die geslaagd was, uitgereikt. De belangstelling voor deelname is onverminderd hoog en we zijn blij dat deze pilot ook in 2013 doorgaat. Het college trekt € 20.000 uit voor versterking van het veiligheidsgevoel van met name senioren. Graag hoor ik van het college om welke specifieke aanpak het gaat. Dat het nog niet gedifferentieerde tarief voor de riolering in 2013 niet wordt verhoogd, is gelet op de economische crisis verheugend. Het OCA-voorstel om het verschil in tarief van de afvalstoffenheffing voor alleenstaanden in verhouding tot het tarief voor meerpersoonshuishoudens te vergroten is deels verwerkt. Omdat het tarief voor de meerpersoonshuishoudens niet hoeft te worden verhoogd, gelet op de omvang van de egalisatievoorziening, is helaas nog niet het beoogde percentage van 20% bereikt, zoals dat landelijk gezien wordt gehaald voor gemeenten van gelijke omvang. Ik nodig de wethouder uit om toe te zeggen dat bij een eventuele volgende verhoging c.q. bijstelling van het tarief het verschil tussen beide categorieën wel naar de 20% gaat. Als we het dan toch over afval of afvalstoffen hebben, zouden we het op prijs stellen als er – zoals ook aan de VVD is toegezegd in de commissie – toch een proef wordt genomen met ondergrondse dan wel bovengrondse inzameling van plastic. Ook vanuit mijn fractie zijn daartoe suggesties gedaan. De huidige regeling voor het ophalen van plastic afval faalt, vooral in gebieden waar uitsluitend hoogbouw staat. Daar is geen paal of plek waar eventueel die gevulde plastic zakken kunnen worden neergezet. We hebben inmiddels een aantal moties dan wel amendementen voorbij horen komen. Ik zal daar straks bij de bespreking ervan op terugkomen. Met hier en daar een kritische noot kan ik echter wel zeggen dat we met de voorgestelde voorstellen grotendeels instemmen. Dan gaan we nu nog even genieten van de rust, die wat langer duurt dan bij een wedstrijd gebruikelijk is. Maar of er van een echte rust sprake is? We staan aan de vooravond van een EK, dat voor Nederland hopelijk wat glorieuzer verloopt dan het toernooi waar we eigenlijk al kampioen waren nog voor we begonnen. Ik doel dan natuurlijk op het EK softbal dat op de EK-proof gemaakte velden van DVH in onze eigen gemeente zal plaatsvinden. Dan kijken we natuurlijk ook uit naar Londen, waar Nederland met een behoorlijk aantal kandidaten medailles gaat halen op de Olympische Spelen. Of zouden we ook hier weer de
25
verwachtingen vooraf te hoog hebben gesteld? Bij de aanvang van de politieke tweede helft zullen we het weten. Dan zal ook duidelijk worden in hoeverre de plannen van ons college gerealiseerd kunnen worden. Dat is immers ook afhankelijk van de landelijke politiek, waarmee we een vrij onzekere periode tegemoet gaan. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Vandaag de algemene beschouwingen met betrekking tot de kadernota 2013. Het is inmiddels de derde keer dat ik mijn verhaal over een kadernota achter deze katheder mag houden. Dat heeft wel iets speciaals, deze laatste vergaderdag voor de zomer. Persoonlijk vind ik deze dag wel iets weg hebben van de Haagse Prinsjesdag: de kadernota als een soort troonrede, alleen hij wordt niet voorgelezen. Een soort Prinsjesdag dus, maar dan voor Amstelveen. De dag waarop het beleid van het college voor het komend jaar wordt gepresenteerd en er over wordt gedebatteerd. Ik wijk even af van mijn route: als je het over Prinsjesdag hebt, mis ik alleen nog de hoedjes van de dames. Om een andere vergelijking te gebruiken: de kadernota 2013 als een soort "State of the Union". Maar dan de 'staat' van Amstelveen. Hoe staat Amstelveen er voor? Die staat is volgens de fractie van de ChristenUnie stevig en stabiel. De ChristenUnie vindt de kadernota 2013 een doorwrocht en stevig verhaal. Er wordt door het college een solide financieel beleid gevoerd en anderzijds zijn er een groot aantal beleidsvoornemens die een kwaliteitsverbetering voor de samenleving betekenen en met name aandacht hebben voor de leefwereld van senioren, kinderen en andere specifieke groepen in de samenleving en juist ook die mensen die aan de onderkant van de samenleving het hoofd boven water proberen te houden. De mensen uit onze stad die het moeilijk hebben, die zorg nodig hebben en die een nieuwe toekomst moet worden geboden; daar gaat deze kadernota voor. De kadernota 2013 valt in twee delen uiteen. Het eerste deel geeft een goed overzicht van hetgeen het college de afgelopen twee jaar op de rails heeft gezet en wat binnen de diverse programma's tot stand is gebracht en dat is heel wat. Dit college is in staat gebleken om in een periode van twee jaar de overheidsfinanciën van Amstelveen op de rails te zetten, na een situatie die twee jaar geleden nog desastreus was en grote gevaren voor de samenleving inhield. Door een vasthoudend beleid, waarbij dit college niet bang was om moeilijke besluiten te nemen, is een solide, stabiele financiële positie van onze stad tot stand gebracht. Bij het begin van deze collegeperiode dreigde de reservepositie van de gemeente nog door de raad vastgestelde bodem van € 17 miljoen te zakken. Nu is inmiddels de vertrekpositie van de algemene reserve € 20 miljoen, met de verwachting dat de reservepositie van de gemeente in het begrotingsjaar 2015 zal zijn opgelopen naar € 25 miljoen. Met het terugkomen van de Landsbanki-miljoenen gaat de reservepositie zelfs nog met € 10 miljoen extra omhoog. Voor een middelgrote gemeente als Amstelveen is dat in deze moeilijke economische tijden een uitgangspositie die een goed perspectief biedt voor de toekomst. De ChristenUnie roept het college met nadruk op voort te gaan met dit voorzichtige verstandige financiële beleid. De tweede helft van de kadernota bevat de plannen voor het tweede deel van deze collegeperiode. Wij zien met vertrouwen deze tweede helft van de collegeperiode tegemoet. Dit college is een stabiel college dat, wat de ChristenUnie betreft, zijn werk afmaakt tot de verkiezingen van 2014 en daarna nog verder gaat. Wij zijn ervan overtuigd dat de stabiliteit van een partij als de ChristenUnie eraan bijdraagt dat dit college als hechte eenheid functioneert om het coalitieakkoord van 2010 steeds verder in concreet beleid om te zetten, en dat in een periode van onzekere economische tijden en nieuwe bezuinigingen van het Rijk die op ons afkomen. Het college komt in de Kadernota 2013 met een groot aantal beleidsvoornemens die inhoud geven aan de bestendige beleidslijn waarvoor dit college heeft gekozen. Die bestendige beleidslijn is onzes inziens dat het college een stabiel verantwoord financieel beleid wil voeren, waarbij de kwaliteit van de Amstelveense samenleving gewaarborgd blijft en er
26
een vangnet is voor die mensen in de samenleving die het moeilijk hebben. Een kwalitatief goede samenleving op een stabiel financieel fundament: daar staat dit college voor, daar staat deze kadernota voor en daar staat zeker ook de ChristenUnie voor. Ik wil stilstaan bij een paar grote lijnen uit deze kadernota. Allereerst de ondertunneling van de A9. De ChristenUnie wil bij dit onderwerp direct de opmerking maken dat de strategie waarvoor dit college heeft gekozen een sterke strategie is gebleken. Met de keuze van het college om onderhandelingen met het Rijk te openen, zien wij dit zeer ingewikkelde dossier tot een goed einde komen. Wij zijn blij met het anticiperende beleid dat het college heeft gevoerd. Niet afwachten tot Amstelveen om de oren wordt geslagen met wurgbepalingen uit een contract dat weliswaar in een andere economische tijd is gesloten, maar waarvan we nu moeten constateren dat dit contract een slecht contract was voor Amstelveen. Nee, ervoor kiezen om nu al, zeer tijdig, actie te ondernemen om te zoeken naar een weg om er met het Rijk en de andere partners op een goede wijze uit te komen. Niet afwachten tot we overvallen worden met zware financiële claims, maar nu al een voorziening van € 10 miljoen treffen. Regeren is vooruitzien en daar doet dit college aan. Graag blijven we op de hoogte van de toekomstige ontwikkelingen. Wat de bijdrage voor de A9 betreft, ik zeg het nogmaals: regeren, oftewel reserveren, is vooruitzien. Dan kom ik bij de ontwikkelingen rond de kortingen van het Rijk, de kortingen van het Gemeentefonds en de decentralisaties. In de commissievergadering heb ik al een vraag gesteld over de consequenties voor Amstelveen van de Wet houdbare overheidsfinanciën. De wethouder heeft in het licht van nog onduidelijke ontwikkelingen in Den Haag gezegd dat op dit moment nog volstrekt onduidelijk is wat een en ander voor Amstelveen gaat betekenen. Wij kunnen dat goed begrijpen; immers, de datum van 12 september moet nog komen. Toch zouden we graag het komend jaar zo gauw er bepaalde ontwikkelingen zijn, door het college geïnformeerd willen worden. Ook wat er op dit gebied gaat gebeuren kan van grote betekenis zijn voor onze financiële ruimte en dan met name voor de bescherming van de minima in het sociale beleid dat wethouder Koops moet kunnen voeren. Ook hier geldt: regeren, oftewel tijdig reageren, is vooruitzien. Een ander belangrijk punt voor de ChristenUnie is de schuldhulpverlening, besluit 8.g uit de kadernota, en dan met name het bedrag van € 700.000 dat voor de jaren 2013 en 2014 hiervoor wordt vrijgemaakt. Het gaat hier met name om een uitbreiding van de uitvoeringscapaciteit binnen het sociale domein. Wij vinden dit een belangrijk punt. Een schuldenlast is niet alleen een financieel probleem, maar heeft voor degene die het aangaat een enorme impact. Het volgende las ik onlangs in het blad Leadership: "Schulden leiden ertoe dat werknemers minder effectief hun werk doen. Hun aandacht verslapt, ze melden zich vaker absent of komen gespannen op hun werk. Schulden creëren meer dan alleen financiële zorgen. Het gevaar is reëel dat er een negatieve spiraal ontstaat, waarin mensen uiteindelijk de regie over hun leven verliezen. De kwetsbaarheid van mensen met financiële problemen neemt toe en de weerstand en weerbaarheid nemen af. Schulden zorgen niet alleen voor ongewenste spanning, maar schulden kunnen ook leiden tot lichamelijke en psychische klachten. De gezondheidsproblemen variëren van hartziekten en diabetes tot maagzweren en hoge bloeddruk, maar ook psychische, psychosociale en zelfs psychiatrische verschijnselen kunnen het gevolg zijn. Dit kan voor werknemers aanleiding geven tot verminderd functioneren en zelfs uitval." Daarom vindt de ChristenUnie het zo belangrijk dat dit geld wordt vrijgemaakt voor mensen die een molensteen aan schulden om hun nek hebben hangen. Alles moet worden gedaan om deze mensen een nieuwe toekomst te bieden. Dat is niet alleen het belang van de mensen met schulden, maar dus ook het belang van hun werkgever, van hun omgeving en van de volksgezondheid zelf. Belangrijk vinden wij ook de inzet van het saneringskrediet, omdat dat zowel de schuldenaren als ook schuldeisers rust kan geven. Wij wachten de resultaten van het onderzoek af dat de
27
wethouder heeft toegezegd. Dan wil ik nog stilstaan bij enkele kleinere beleidsvoornemens uit de kadernota die wij belangrijk vinden. De inzet van een bedrag van € 20.000 voor de meldcode huiselijk geweld. Wat ons betreft worden alle middelen ingezet om huiselijk geweld, waarbij weerloze gezinsleden, veelal kinderen, het slachtoffer worden, te bestrijden. Wij zouden graag van het college vernemen hoe hieraan verder concreet invulling wordt gegeven. De inzet van een bedrag van € 20.000 om het veiligheidsgevoel van senioren te verbeteren. Wij verwachten dat het gevolg van deze maatregel zal zijn dat de beleving van de ouderen in onze gemeente vanr de veiligheid in hun directe omgeving zal verbeteren. Een bijdrage van € 10.000 voor RTV Amstelveen voor de aanschaf van drie camera's. Voor de ChristenUnie is een lokale omroep belangrijk om de doorsnee van de samenleving een platform te geven voor de hele stad. Wij juichen daarom deze bijdrage toe. Wij geven daarbij direct aan dat we deze bijdrage vanuit de overheid graag zien samenvallen met inspanningen van RTV Amstelveen om zelf ook meer particuliere sponsors binnen te halen. Wij zijn blij met dit college en het beleid dat dit college voert. Het beleid van dit college is goed voor de Amstelveense samenleving. Ik sluit mijn betoog af door het kader voor het bestuur van deze stad zoals de ChristenUnie dat ziet, aan te geven en ik gebruik daarvoor de woorden uit Psalm 127: "Als de Here het huis (de Amstelveense samenleving) niet bouwt, tevergeefs zwoegen de bouwlieden (wij als gemeenteraadsleden) hieraan. Als de Here de stad (Amstelveen) niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter (het college)." Ik wens ons, zoals we hier in deze zaal zitten, de Amstelveense samenleving en de stad Amstelveen zelf, dat toe. De voorzitter: Dank u wel. Dat was de eerste termijn van de gemeenteraad. Ik geef gelegenheid tot debat, als daar behoefte aan is. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. In mijn betoog heb ik gevraagd om een reactie van de fractievoorzitters op de plannen voor het Stadshart. Er worden nu indicatieve bedragen genoemd. Ze zijn echter toch wel richtinggevend. Straks komen wij er nader over te spreken. Ik zou het echter op prijs stellen als de fractievoorzitters hun mening hierover laten horen. Mijn tweede punt betreft de financiën. Ik heb mijn collega van de VVD horen spreken over risico's die verbonden zijn aan de financiële situatie. Hoe ziet hij dat concreet ten opzichte van hetgeen ons wordt voorgelegd? Als het gaat om eenmalige bijdragen – die doet het college nogal fors – zegt hij dat hij het ermee eens is. Hoe ziet hij concreet de omslag van het financiële risico dat hij schetst en hetgeen nu wordt gepresenteerd? Mijn derde punt: ik heb verschillende fracties, GroenLinks, BBA, horen spreken over de participatie. Ook de fractie van D66 heeft daarover gesproken. Het was een oproep aan het college om te evalueren. Zijn de fractievoorzitters het met ons eens dat er reden is om voor de komende twee jaar goed na te denken over de wijze waarop de participatie zal plaatsvinden? De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. Ik begin met de laatste vraag. Wij vinden het een goed idee om dat te gaan doen. De participatie is ook voor de SP ook een doorn in het oog. De heer Alink noemde de SP niet, maar volgens mij heb ik er ook iets over gezegd. In de inleiding heeft mijn collega al iets gezegd over het Stadshart. Ook ik heb iets gezegd over de hoogte van het bedrag van € 1,5 miljoen en waaraan dat beter kan worden besteed. Als we in zulke tijden als nu zitten, moeten we toch iets anders gaan denken over die bedragen.
28
De voorzitter: Ik stel wel voor dat wij de discussie over het Stadshart vandaag niet drie keer gaan voeren, maar één keer en het liefst straks. U stelt zelf de vragen. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Het Stadshart. Wij willen een Stadshart dat geupgrade wordt. Wat mag het kosten? De bedragen die in het raadsvoorstel staan zijn indicatief. Wij hebben er geen problemen mee als die worden vergeleken met wat andere dingen kosten. Als je de mensen wilt laten participeren, moet je niet denken dat die mensen zelf het ontwerp gaan maken. Er wordt een voorstel aan ons voorgelegd. Dat voorstel gaat het participatietraject in. Als mensen er commentaar op hebben, dan is dat goed. Wij zullen dat meenemen bij de beslissing erover. Ik denk echter niet dat al die mensen ineens ambtenaar geworden zijn die een raadsvoorstel gaan maken. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik begin met de participatie. In mijn betoog heb ik hierover al iets gezegd. Soms weten mensen niet goed hoe een procedure werkt. Daaraan moet je nog eerder werken dan aan de participatie zelf. We hebben een oud systeem ingevoerd. Vroeger hadden we de groenlichtprocedure; ik neem aan dat u dat nog weet. Deze procedure betekende dat men voor participatie de eerste ronde in ging. Mensen konden dan onder meer allerlei ideeën loslaten op het voorstel. Dat hebben wij ook gedaan met de parkeersituatie. Niemand begreep dat echter. Men begon er direct op te reageren alsof alles al vast lag. Hoe krijg je dat nu beter bekend? Daaraan moeten wij werken. Ik ben het met u eens. Straks krijg je het Stadshart, de A9 en meer zaken die belangrijk zijn voor onze inwoners. Je moet duidelijk maken dat je wel iets moet neerleggen om over te discussieren; je kunt niet zomaar in het luchtledige gaan kletsen met elkaar. Er moet een basis zijn. Van de andere kant moet men ook niet direct alle hakken in het zand zetten en denken dat het direct beleid is. Daar zit de crux: hoe moeten wij dat duidelijk maken? Het Stadshart. Zolang ik in de raad zit, is het Stadshart een steeds terugkerend verhaal geweest. Toen er ontwikkelingen waren, vond ik het helemaal niets. Dat heb ik nooit onder stoelen of banken gestoken. Nu proberen we iets te veranderen, waardoor het Stadshart aantrekkelijk wordt. Het gaat erom het plein aantrekkelijk te maken. Het gaat om heel leuke ideeën. Er wordt gezegd dat de cultuurstrip niet kan; dat kan ook niet, want er moet veel gebeuren voordat je dat kunt veranderen. Ik heb deze week ook gezegd dat het om simpele dingen gaat, zoals groen tegen de betonnen palen, maak wat meer groen op het veld. Dat kunnen wij eerst doen, omdat wij het plein willen veranderen. Denk aan gezellige overdekte terrassen met verwarming, zodat je daar ook 's winters lekker buiten kunt zitten. Dan maak je het aantrekkelijk. De rest is prima. Het is prima dat we het opknappen. De burgers kunnen erover meepraten. Het is ook hier een concept. Dames en heren die luisteren: het is gewoon een concept en u mag nog meepraten. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Om met de participatie te beginnen: daarover heb ik het nodige gezegd in mijn betoog. Ik geloof, anders dan mevrouw Roos die over procedures begint, niet in nog meer procedures of andere procedures. Het gaat de fractie van GroenLinks om een cultuur en een cultuuromslag. Het lijkt vaak alsof de gemeente geen tegenspel wil of aandurft. Ik denk dat het tegenspel juist iets is wat de kwaliteit van de stukken beter maakt. De heer Siegmann zei daarover iets in zijn afscheidsspeech. Het gaat er mij veel meer om de Amstelveners ruimte te geven en hen niet in te perken door te zeggen dat wij het zo doen en dat zij op een bepaald moment ook nog iets mogen zeggen en dat wij naar hen toe komen. Het gaat mij om luisteren in plaats van om uitleggen. Het rapport van de WRR geeft daarvoor een mooie basis. Ik heb de suggestie gedaan om dat rapport als basis te gebruiken om tot verdere ideeën daarover te komen. Wij gaan straks nog meer zeggen over het Stadshart, maar ik zeg nu alvast iets in heel algemene termen. Het gaat om een enorm bedrag, maar dat hebben wij er graag voor over.
29
Niet zozeer voor die hardware, omdat wij denken dat dat alleen maar een middel is. Voor ons gaat het erom dat mensen, Amstelveners of het bezoekend publiek, de kinderen die met hun ouders meegaan, de marktkooplui en de ondernemers ervoor moeten zorgen dat het Stadshart gaat bruisen. Als wij dat kunnen faciliteren met een betere infrastructuur, dan hebben wij dat ervoor over. Wij vinden de inspraak cruciaal. Dat is eigenlijk de echte participatie: mensen moeten daar laten zien dat dit is wat hen helpt om van het Stadshart hun Stadshart te maken, in plaats van (onverstaanbaar). De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Wij worden wel verleid om het punt van het Stadshart nu hier te gaan bespreken. Niet helemaal, want wij weten dat er nog andere dingen aan komen. De voorzitter: Ik leid u niet in verzoeking, want dat heeft de heer Alink al gedaan. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Het gaat mij er niet om de discussie nu te voeren, maar het gaat mij om een uitspraak van de fractievoorzitters over de lijn die het college nu heeft getrokken. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Dat hebben wij al uit en te na in de commissie gedaan. Ik kan mij daarin volledig vinden. Ik vind het zeer belangrijk dat wij daarin niet achter gaan lopen, maar dat wij voorop lopen door het plein continu te verbeteren. Ik heb er echter altijd moeite mee dat ieder raadslid architectje gaat spelen. Ik ben onder de indruk geraakt van de presentatie van de architect en van het feit hoe goed erover wordt en is nagedacht ten aanzien van allerlei onderdelen ervan. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik wil hier toch even ingrijpen: ik heb dat namelijk ook in de commissie gezegd. Als wij zestien jaar geleden architectje hadden gespeeld, dan hadden wij nu het Stadshart niet in deze mate hoeven op te knappen om het aantrekkelijk te maken. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Ik heb een redelijk hoge dunk van mijzelf, maar niet in die zin dat ik architect ben. Ik bemoei me vaak niet met dat soort discussies. Het is mooi om de redenering van deskundigen erachter te zien. Participatie vind ik altijd een ongelooflijk lastig onderwerp. We hebben er in de raad heel vaak over gesproken. Als je het mij specifiek vraagt, dan heb ik twee gevoelens. Aan de ene kant is de participatie zoals wij het altijd doen leuk en aardig. We weten ongeveer wat er uit komt. Het zijn ook vaak dezelfde mensen die inspreken en participeren. Het is niet gemakkelijk om er een panacee voor te bedenken, maar je moet er naartoe om er meer mensen bij te betrekken. Als voorbeeld noem ik het parkeren, waarbij de participatie op zich goed verloopt, maar waarbij toch op het 'moment suprème' er veel mensen toch anders over denken. Op de een of andere manier moet je die mensen in voldoende mate kunnen benaderen. Ik weet niet hoe je dat moet doen. Met de traditionele manier van participatie, hoe goed je het ook doet en hoe mooi je het ook kunt aankleden, bereik je toch maar een heel beperkt aantal mensen. Dat is lastig aan de participatie. Om de discussie wat te verbreden heb ik nog een vraag voor mevrouw Roos over de kantoren. In het verzoek aan het college staan drie punten: het maken van een inventarisatie, het bekijken van de plannen van de eigenaren en het formuleren van de uitkomst. Dat is prima, daar ben ik niet tegen. Ik heb echter wel een beetje het gevoel … Ik heb een aantal keren gezegd dat de Leegstandswet in deze drie punten een wettelijke basis geeft. Toen heb ik u niet gehoord. Blijkbaar is nu de werkelijkheid iets anders. Nu komt u opeens met dit verhaal. Dat is prima, ik zal het zeker steunen, maar het zou in die Leegstandswet een veel betere basis hebben gehad. Je kunt dan precies dezelfde drie dingen doen en dan heb je er ook nog de wettelijke mogelijkheden bij.
30
Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik wil er toch even op reageren. Ik vind de Leegstandswet prima voor de woningen, maar voor de kantoren heb je er weinig aan. De heer Veenboer: Die geldt ook voor kantoren. Mevrouw Roos: Nee, maar daar heb je gewoon weinig aan. Je kunt ze niet ombouwen en je kunt ze niet gaan gebruiken als woningen. De heer Veenboer: Weet u wat de Leegstandswet in dit geval inhoudt? Mevrouw Roos: Dat ervoor gezorgd wordt dat er iemand in komt. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Ik begin met het Stadshart. Ik wil zeker niet het gras voor de voeten van mevrouw Gast wegmaaien, want zij zal uitgebreid stilstaan bij dit onderwerp. Dan de financiële toestand van de gemeente. Wij zijn eigenlijk de enige partij die erover begint. Ik ben het volledig eens met de heer Alink. Ik heb in mijn betoog gezegd dat wij er net zo hard aan meedoen. Over het algemeen gaat het echter om kleine, eenmalige bedragen. Het enige grote bedrag betreft de starterslening, waar zo overheen gestapt wordt. Daarnaast halen wij heel veel binnen met het collegeprogramma, waarin grotendeels onze wensen zijn vervat. Onze grote zorg is natuurlijk de A9. Daar gaat het om. Daarbij gaat het echt over geld. Als wij dat oplossen, kunnen wij in elk geval een stuk rustiger slapen. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Ik wil de heer Noomen erop wijzen dat de kosten van de starterslening maar € 36.000. Het bedrag van € 400.000 betreft geld dat ter beschikking wordt gesteld, wordt uitgeleend en terugkomt. Dat is iets anders dan de suggestie dat wij € 436.000 uitgeven. De heer Noomen: Mijnheer Jonker, dat heb ik helemaal niet gezegd. Ik heb gezegd dat het om het grootste bedrag gaat. De heer Jonker: Die € 36.000 is altijd nog minder dan het bedrag dat nodig is voor het raadsvoorstel voor biodiversiteit à € 75.000. Die € 36.000 valt in het niet bij de andere bedragen. De heer Noomen: Goed, ik ga verder met de participatie. In wezen zit ik hier vanwege de participatie. Een aantal jaren geleden, toen ik de politiek in ging, heb ik gesprekken gevoerd met de wethouder gevoerd. Eigenlijk weet je dat er toch gebeurt wat de wethouder wil. Er wordt toch niet naar je geluisterd. Als je het daar niet mee eens bent, moet je de politiek ingaan. Dat heb ik gedaan. Dan probeer je van de andere kant te bekijken hoe het nu werkt. Een burger vindt – en dat idee heb ik ook – dat het nooit goed gebeurt bij de gemeente en dat het moet gebeuren zoals jij dat wilt. Dat gaat natuurlijk niet altijd. Zeker aan deze kant zie ik dat de dingen anders gaan. We hebben een parlementaire democratie, waarbij wij hier namens de burgers zitten en wij geacht worden te weten wat er moet gebeuren. De heer Mager zei zojuist dat hij wil luisteren. Als je echter luistert en vervolgens toch doet wat je zelf wilt, dan hebben de mensen nog een slechter gevoel dan voor die tijd. Dan kun je soms misschien beter niet naar hen luisteren. Ik wil van u het volgende horen. U hebt beiden het rapport gelezen. Ik denk dat wij het rapport allemaal moeten gaan lezen, maart het is heel interessant. Wat staat nu als cruciaal punt genoemd ten aanzien van wat hier moet gebeuren? Als ik ernaar kijk, concludeer ik dat er slecht wordt geluisterd naar mensen, dat de mensen te laat op de hoogte zijn, of dat zij de kranten niet lezen. Wat moet nu cruciaal anders? Als je mensen toch uiteindelijk
31
hun zin niet geeft, dan blijven zij natuurlijk boos. Dat gevoel kun je heel moeilijk wegnemen. Wat je ook doet, je zult het nooit goed doen. Ik koppel daaraan meteen de volgende vraag voor de hoogopgeleide kosmopoliet van GroenLinks. Ik heb zijn betoog met veel belangstelling gelezen en ik heb met belangstelling naar hem geluisterd. Als ik het betoog zo lees, dan zegt u: "U komt ons nog tegen en wij komen erop terug." Ik had echter een aantal voorbeelden van hem verwacht, zeker over het vergroenen. Het is uw vak; u weet er heel veel van. Ik weet daar zelf te weinig van, ik zie het zelf vaak als een kostenverslindend hobbyisme. Zelf ben ik ook bezig met zonnepanelen. Ik weet dat het vijftien jaar kost om deze terug te verdienen. Geef ons nu eens wat voorbeelden. Een aantal jaren geleden kwam u met amendementen en moties over biodiversiteit. Waarom geeft u nu geen voorbeelden en zegt u niet: "Laten wij het eens zo gaan doen en het kost zo veel en wij halen het daar en daar vandaan." U doet nu een schot voor de boeg en zegt dat het anders moet, maar ik wil zo graag horen wat nu werkelijk anders moet. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Eerst even over de participatie. Ik heb niet de indruk dat er ergens een 'silver bullet' klaarligt, waarmee wij het in een keer oplossen. De heer Veenboer zei dat ook al. Het blijft een hardnekkig probleem. Dat heeft te maken met representativiteit, met hoe wij georganiseerd zijn en met het feit dat je het inderdaad niet iedereen altijd naar de zin kunt maken. Voor mij gaat het om een cultuurverandering, veel meer dan om een procedureverandering. Dat betekent dat wij bijvoorbeeld veel eerder naar mensen toe moeten gaan. Dus wij moeten niet alleen als iets af is nog eens even toetsen. Ook in het beginstadium moeten wij mensen uitnodigen om mee te denken. Het heeft voor mij echter ook veel te maken met het actief ondersteunen van initiatieven die in de samenleving genomen worden. Ook dat is namelijk een vorm van participatie. Er is gevraagd waarom wij nu niet weer een hele waslijst aan moties en amendementen indienen. Wij hebben inmiddels geleerd dat het zo niet werkt. Ik kan er hier wel tien indienen, maar dan wordt er misschien maar één gegund. Vaak wordt dat allemaal keurig afgestemd. Daarom doseren wij. Maakt u zich echter geen zorgen: vanavond gaan wij het over biodiversiteit hebben. De heer Maarse heeft ook in de commissie met wethouder Groot gesproken over zonnepanelen. Dat is iets waarmee het college goed bezig is. Wij hebben gezegd dat daar nog wel iets bij zou kunnen. De heer Alink heeft het ook over vergroenen en over de maatschappelijke waarde. Dat ligt precies in onze lijn. Wij komen echt nog wel met een aantal dingen. Het is echter mijn ervaring dat ik er verstandiger aan doe om ze over twee jaar uit te smeren en zo steeds een beetje erbij te halen, dan ze nu allemaal in te dienen en vervolgens te horen krijgen dat wij dan maar hadden moeten proberen in het college te zitten. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Als het gaat om de betrokkenheid van de burgers heb ik als eerste een suggestie gedaan aan het college om te evalueren. Sommige dingen zijn goed gegaan en sommige dingen zijn niet goed gegaan. Van de dingen die niet goed zijn gegaan kun je leren. Dat betekent dat je de bereidheid moet hebben om in elk geval je nog eens een keer intern af te vragen of het anders had gekund. Dat hoeft niet om dikke boeken te gaan. Ten tweede denk ik dat het in de raad ligt zoals de heer Mager heeft geschetst. We moeten proberen om de burgers eerder in te schakelen dan nu het geval is en te profiteren van hun ervaringen en kennis. Dat betekent misschien dat er af en toe een nieuwe vorm moet worden gekozen, niet in de zin van dat de burger het nu allemaal gaat bepalen en dat de burger nu gaat beslissen, enzovoort, en roept u maar. We moeten echter wel van meet af aan een vorm vinden waarin de mensen kunnen meedenken en waardoor er stappen gezet worden die zij kunnen meemaken. Daarover moeten wij nadenken. Dat kunnen wij in de volgende twee jaar in sommige opzichten beter doen.
32
De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Volgens mij heeft in Amsterdam de PvdA voorgesteld dat alle burgers in de stad een eigen e-mailadres krijgen. Via dat e-mailadres gaat alle correspondentie naar de burger toe. Dat zou iets kunnen zijn waardoor mensen altijd geïnformeerd zijn. Het is nu vaak zo dat mensen het te laat zien. Vaak is het de bus door de straat en de zandbak voor de deur die weg zijn; allemaal kleine dingen. Dan ben je vaak al te ver en dan is het werk vaak al gebeurd. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Ten aanzien van de grote parkeeroperaties gaan er nog veel problemen aan komen. Daarbij moeten wij van meet af aan de mensen zo inschakelen dat zij inzien dat de aanpassingen moeten plaatsvinden, met alle overlast van dien, maar dan zodanig – daarvoor moeten wij ons best doen – dat die mensen het gevoel hebben dat zij erbij zijn betrokken, dat het aanvaardbaar is en dat zij het kunnen begrijpen. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Ik heb nog één opmerking: heel veel burgers zijn teleurgesteld, omdat zij hun zienswijze wel naar voren kunnen brengen, maar dat zij hun zin niet krijgen. Ik vraag mij af hoe je dat kunt oplossen. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Het is inderdaad niet zo dat je alle burgers hun zin kunt geven. Dat wordt algemeen ingezien. Dat neemt echter niet de plicht voor ons als gemeenteraadsleden weg om ons te buigen over datgene wat er gebeurd is, die onvrede te constateren en daaraan iets te doen. De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. In mijn betoog heb ik een voorbeeld gegeven van hoe het kan. Ik heb voorgesteld de mensen waarover het gaat bij de hand te nemen en te laten zien hoe het gebeurt. Breng hen naar de plannenmakers toe en maak een plan. Dan kunnen de mensen zien wat er in de ontwikkelingen wordt meegenomen. Dat gaat nu volgens mij fout. De mensen worden nu niet meegenomen in de ontwikkelingen van de plannen en haken op een gegeven moment af. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Laat ik twee voorbeelden noemen waarbij dit lastig is. We hebben in onze oneindige wijsheid met z'n allen besloten om minder badjes te hebben in Amstelveen. Ik noem maar iets: van de twintig badjes gaan er vijf weg. Dan krijg je bij die vijf badjes nooit de handen op elkaar. Je kunt dan participeren tot je een ons weegt, maar de inwoners rond die vijf badjes zijn tegen. Punt. Dat zou ik ook zijn als ik daar woonde. Dat maakt het lastig. Wat doe je dan? Je kunt alleen zeggen dat je het nog een keer gaat uitleggen. Dat moet je als raadslid of als collegelid nooit doen, omdat men het al wist en dan alleen maar bozer wordt doordat het nog een keer wordt uitgelegd. Je wint daardoor nooit. Het andere voorbeeld betreft het parkeren. Ik ben van mening dat het college de participatie hiervoor goed heeft uitgevoerd, maar op de een of andere manier heb je het draagvlak dat je voor het parkeren nodig hebt, zodanig nodig dat als er weerstand komt – een zekere mate van weerstand is prima, maar het is anders als het tot een bepaalde hausse komt – je dan niet je eigen beleid verliest. In dat geval is het nog belangrijker om die participatie te organiseren. Desnoods moeten we langs de deuren gaan en de inwoners expliciet vragen stellen over het beleid. Je hebt die mensen hard nodig om het beleid überhaupt te kunnen dragen. Er zijn twee situaties: aan de ene kant kun je geen kant op en aan de andere kant moet je alles inzetten om de mensen in voldoende mate te horen. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. In de drie jaar dat ik nu in de raad zit, heb ik steeds bij de algemene politieke beschouwingen deze discussie over de participatie gehoord. Volgens mij was de heer Alink meestal degene die hierover vragen stelde. Ik moet constateren dat ik vind dat inspraak een goede zaak is. Participatie van burgers is ook een goede zaak. Een aantal sprekers heeft het al gezegd: er zal echter altijd een aantal men-
33
sen zijn dat het er niet mee eens is en dat zich niet gehoord voelt. Ik vraag mij af wat wij nu nog wezenlijk moeten gaan veranderen in die participatie. Daarover wil ik het idee van de heer Alink wel eens horen. Het Stadshart: de heer Alink zal niet verbaasd zijn dat de ChristenUnie het een slecht raadsvoorstel en veel te duur vindt. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Met enige aarzeling verzoek ik de heer Alink om een deel van zijn eerste betoog terug te nemen. Ik was namelijk onaangenaam verrast om hem een voorschot te horen nemen op de rapportage van de Verkenningscommissie onderwijs. Nu weet ik dat een lid van zijn fractie in die verkenningscommissie zit en dat hij enige voorkennis heeft. Juist daarom zou ik verwachten dat hij het fatsoen zou hebben om die verkenningscommissie eerst zijn werk te laten afmaken, voordat hij er in deze raad een voorschot op neemt. Ik vind dat bijna niet meer integer. Ik hoop van harte dat, als hij het zelf niet terugneemt, de wethouder dan in elk geval niet zal reageren voordat de verkenningscommissie zijn werkt heeft afgemaakt en wij er allemaal kennis van hebben kunnen nemen. Daarna kunnen wij er een debat over voeren. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Dat ziet de heer Mager toch echt helemaal verkeerd. Binnen onze fractie is natuurlijk gesproken over dat rapport. Wij hebben ons gerealiseerd dat het rapport niet verschenen is. Daarom hebben wij juist geen vragen gesteld die te maken hebben met het rapport. Het is ons wel duidelijk geworden, maar dat is helemaal niet in verband te brengen met het rapport, maar dat hebben wij zelf kunnen constateren. Van meet af aan hebben bijeenkomsten met de drie scholen plaatsgevonden. Zij hebben van meet af aan duidelijk gemaakt dat zij een gymnasium niet zien zitten. Er zijn allerlei persberichten verschenen, waarin dat duidelijk is geworden. De link tussen de vraagstelling en het rapport is absoluut niet aanwezig. Wij hebben ons gerealiseerd dat wij dat niet kunnen doen, omdat het rapport niet is verschenen. Wat dat betreft zou de heer Mager zijn woorden moeten terugnemen. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Nee, er is een verkenningscommissie aan het werk gezet en die commissie heeft nog niet gerapporteerd. De fractie van D66 heeft dat rapport, maar ik heb het niet, ondanks het feit dat mijn vader nota bene voorzitter is van die commissie, laat ik daarover ook heel helder zijn. De heer Alink: Mijnheer Mager, ik heb het rapport helemaal niet ter beschikking. De voorzitter: Er is een verschil tussen of je het verstandig vindt om het te doen terwijl de commissie nog bezig is – dat is iets heel anders; dat is een politiek oordeel – of dat iemand lekt uit een vertrouwelijk rapport dat diegene niet heeft. De heer Mager: Dat zei ik niet. Ik zei alleen dat ik het niet fatsoenlijk vind om nu een voorschot te nemen op die discussie als de rapportage nog niet verschenen is en de commissie zijn werk nog niet heeft afgemaakt. De heer Alink: Nogmaals, dat zijn zaken die allang in de pers zijn verschenen. Die had u ook kunnen weten. U had kunnen weten hoe het standpunt van de scholen is ten aanzien van de gymnasia. Je hoeft je maar op de hoogte te stellen bij de scholen om te weten hoe dat ligt. Nogmaals: D66 lekt hier niet uit een rapport. Anders zou de verkeerde indruk kunnen ontstaan dat D66 hier inderdaad aan het lekken is. De voorzitter: Ik constateer dat er behoefte is aan een schorsing. Ik schors de vergadering tot 16.45 uur. Schorsing van 16.27 uur tot 16.46 uur.
34
De voorzitter: Dames en heren, ik heropen de vergadering. Ik geef het woord in eerste termijn van de algemene beschouwingen op de kadernota 2013 aan de wethouder Financien, de heer Raat. Wethouder Raat: Mijnheer de voorzitter. Dank aan de gemeenteraadsleden voor al hun bijdragen. Ik begin met het financiële kader. Ik dank het college en iedereen voor het solide verhaal dat hier ligt. Het is heel mooi om te zien dat met name de structurele kant – dat wil zeggen: doe voorzichtig aan – niet alleen bij de coalitie of de oppositie ligt, maar dat deze raadsbreed wordt onderschreven. Dat houdt in dat wij allemaal het beste voor hebben met Amstelveen en dat wij politiek gezien niet al te opportunistisch bezig willen zijn. Dat vind ik erg fijn. Er is het nodige gezegd over de A9. De heer Noomen en anderen hebben hierover gesproken. Die € 100 miljoen staat er. Het is een loden last. Wij proberen er echt alles aan te doen om dit tot een goed einde te brengen, niet alleen aan de financiële kant, maar ook voor wat betreft een oplossing voor de stad qua leefbaarheid en hoe onze stad er in de komende jaren uit gaat zien. Er moet voor worden gezorgd dat de overlast die zo'n wegverbreding met zich meebrengt, tot goede proporties wordt teruggebracht. Wij zitten daar middenin. Alles wat ik erover zeg kost geld. Dat ga ik dus gewoon niet doen. We hopen u daarover snel te informeren met een goed resultaat. De heer Pijper en de heer Noomen, maar ook anderen, hebben gevraagd of, zo gauw er weer andere cijfers uit Den Haag komen die het beeld slechter maken, wij dit aan de raad willen laten weten. Dat zullen wij zeker doen. Dat doen wij ook altijd. Ons afdelingshoofd, de heer Huizenga, zit de hele dag achter de computer om alles na te kijken wat er binnenkomt. Zo snel wij iets weten en mocht de situatie verslechterd zijn of verbeterd, dan hoort u van ons. De heer Alink sprak over het onderwijs en stelde een vraag over de categoriale gymnasia. Wij hebben inderdaad die verkenningscommissie aan het werk gezet. Vorige week heb ik een gesprek gehad met de voorzitter van die commissie. Het rapport ligt nu bij de rectoren van de verschillende scholen. Ondanks het feit dat er al wat dingen in de pers hebben gestaan, wil ik hun reactie even afwachten en daarna met u en anderen in discussie gaan in de commissievergadering. Het is vanuit mijn rol als opdrachtgever – ik heb gevraagd om het nu eens breed op papier te zetten – het beste om vanaf die kant verder te praten. Als het gaat om het HBO en misschien het universitair onderwijs: als je € 80 miljoen investeert in deze stad in de onderwijsgebouwen, dan mag je met recht zeggen dat Amstelveen de onderwijsstad van de regio is. Als Amsterdam niet oppast, dan halen wij Amsterdam in. Daar hoort natuurlijk wel een HBO- of andere voorziening bij. Vanuit verschillende invalshoeken hebben wij daarover gesprekken. Het is goed om daarover na de zomervakantie in de commissie eens wat breder te praten. Ik ben het helemaal met de heer Alink eens dat het voor Amstelveen natuurlijk fantastisch zou zijn, echt fantastisch, als wij zo'n instelling hier kunnen krijgen, zeker gelet op de discussie over de 20% van de kantoren die leegstaat. Dan zie je bijna iets moois verschijnen, als het op een goede manier bij elkaar gebracht wordt. De burgemeester zal iets zeggen over de participatie. Het project Zangonderwijs van de Rotary. De heer Noomen en ook anderen vroegen of er nu niet te veel van die kleine incidentele dingen zijn. Is het dan een beetje politiek of is het hobbyisme? De rode draad is toch wel dat initiatieven uit de stad beloont wordt. Bij de € 150.000 voor de kwaliteitsplannen voor het onderwijs moeten de scholen er iets voor
35
doen en de Rotary doet er ook iets voor. We proberen echt de initiatieven een handje te helpen, met een gepaste financiële bijdrage. GroenLinks noemde drie zaken waardoor je je kunt laten leiden. Zij miste dat een beetje bij het college. Wij hebben dat ook wel. Misschien is het goed als wij daarop bij de volgende begroting dieper ingaan. Verantwoordelijkheid, veiligheid en vertrouwen zijn de drie kernthema's voor ons. Wij hopen dat die terugkomen in de verschillende beleidsonderdelen. Laten wij de discussie daarover eens goed gaan voeren bij de begroting. Duurzaamheid. Wij vinden dat je niet echt van die dogma's mag hebben. Natuurlijk zijn we voor vergroening. Onlangs hebben wij een discussie gevoerd bij een motie waarin staat dat ervoor moet worden gezorgd dat een school 100% energieneutraal is. Wethouder Groot is er echt dag en nacht mee bezig om ervoor te zorgen dat dit tot een goed einde komt. Soms is het echter zo dat net die laatste paar procent zo veel geld moet kosten, dat je je afvraagt of die paar ton niet in een beter project kan worden gestopt voor duurzaamheid of vergroening. Dit is wel goed voor de discussie: natuurlijk zijn wij voor duurzaamheid en voor vergroening, maar wij zijn niet voor dogma's. Wethouder Levie: Mijnheer de voorzitter. Als ik beluister wat er allemaal is gezegd, dan is het duidelijk dat raad en college allemaal op eenzelfde lijn zitten. Over de invulling zijn wel enkele verschillen van mening. Amstelveen moet als het kan nog mooier, beter, veiliger en socialer worden. In dat kader van mooier en beter, en hopelijk daardoor ook socialer, heeft het college besloten mee te doen aan de Entente Florale in 2013. Of wij eerste worden? Ik mag het van harte hopen. Wij zitten al in een kopgroep, want alle anderen melden zich niet aan. Wij moeten ons wel realiseren dat er meer dan 400 gemeenten zijn in Nederland. In onze groep doen er volgens mij vier mee. Het is belangrijk voor de Amstelvener, het is belangrijk voor Amstelveen als geheel. Het amendement van D66 zou dat alleen maar kunnen versterken. Als wethouder Groen kan ik daarmee alleen maar heel gelukkig zijn als uw raad zou besluiten dit te laten doorgaan. Het geeft nog meer mogelijkheden en wij kunnen het dan nog beter doen. We hopen dan dat de raden van de andere gemeenten niet zo genereus zijn geweest en dat het ons helpt. In datzelfde kader zit de beeldenroute. Die beeldenroute zal wel degelijk meegewogen worden, want de jury kijkt heel nadrukkelijk naar de buitenruimte, de verbindingen en dat soort zaken. Het zou ons dus alleen maar kunnen helpen. Dan iets trivialer: de Middenwaard. Hierover sprak de fractie van de VVD. In principe komt het onderwerp Middenwaard in september aan de orde in de raad. Daarbij wordt wel degelijk over middeldure en middenklasse woningen gesproken. Het komt eraan. De PvdA. Ik denk dat wij ons allemaal – de hele raad en het hele college – zorgen maken over bewegen, obesitas en zaken die daarmee verband houden. Daar zit helemaal geen licht tussen. Niet iedereen weet dat, maar er gebeurt overigens al heel veel voor de jeugd, de scholen, de sport en de combinatie daarvan. Wat dat betreft vervult de SAS (Stichting Amstelveens Sportbedrijf) een heel belangrijke rol, samen met de STAV (Stichting Topsport Amstelveen). Ik zal u via RaadsWeb een update doen toekomen over wat er allemaal gebeurt voor de schooljeugd in Amstelveen. De SAS zal dat graag voor ons op een rij zetten. Het enige waarmee ik problemen mee heb in deze motie is dat er uit eenmalig geld voor 2013 voor twee jaar € 15.000 gereserveerd wordt. Dat betekent per saldo voor 2013 dat dat bedrag van € 75.000 met € 15.000 omlaag gaat. Dat is jammer. Als het echter betekent dat die € 15.000 er vanaf gaat omdat u volgend jaar opnieuw incidenteel geld aan sport wilt geven, dan zou dat fantastisch zijn. De fractie van BBA vroeg iets aan het bellen en het gebruik van de iPod en dergelijke op de fiets te doen. We doen heel veel aan verkeerseducatie voor de jeugd. Ik zal dit punt opne-
36
men met Veilig Verkeer Nederland. Als het nog niet in het programma zit, dan zal ik bekijken of het erbij kan. In dat kader zal ik ook vragen of wij diezelfde educatie ten aanzien van modellen aan volwassenen in auto's kunnen geven. Voor € 60 heb je namelijk een prima handsfree systeem aan je zonneklep zitten en hoef je niet met je telefoon in de hand te zitten. De OCA heeft een vraag gesteld over het afval en de 18%. Dat percentage is geen 20% geworden. Daarover hebben wij al gesproken in de commissie. Ik hoop eigenlijk dat wij naar een verlaging van 20% kunnen gaan. Of dat lukt, laat ik u nog weten. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Ik begin bij de opmerkingen van de heer Noomen van de VVD. Hij heeft een aantal vragen gesteld over het woondossier. Ik ben het helemaal met hem en andere sprekers eens die zeggen dat de wachtlijst voor sociale woningbouw echt te lang is. Daar moeten wij veel aan doen. Het is een hardnekkig en taai probleem. We hebben in de Woonvisie vrij veel maatregelen opgenomen die wij proberen uit te voeren. Ik kom hierop terug in de voortgangsrapportage van de Woonvisie. Deze zullen wij na het najaar naar de raad sturen. Dat geldt ook voor de andere onderdelen als woonfraude en woonoverlast en voor hetgeen wij doen om de wachtlijst te verkorten. Een van de maatregelen is extra beleidsruimte die wij kunnen inzetten voor de lokale voorrang. Ik kom dan ook graag terug op uw opmerking over de middeninkomens. Wij willen zeker meer gaan bouwen voor de middeninkomens. Dat doen wij ook. Wij praten er ook over met beleggers om daarin te investeren en wij komen er ook op terug bij de voortgangsrapportage. De fractie van D66 sprak over het Stadshart. Wij komen daarover zeker nog te spreken. Bedankt voor uw steun die u uitsprak over de uitvoering van de motie. Wij hebben geprobeerd die zo goed mogelijk uit te voeren. Wij verwachten vrij snel na de zomer terug te komen op het onderwerp bibliotheek. De cultuurstrip. Ik dacht dat u zei dat u dat graag morgen wilde. Graag. Ik zou het ook graag morgen willen doen. Het is gewoon een stuk lastiger om het meteen te doen. Dat heeft natuurlijk te maken met de instellingen die daarbij vertegenwoordigd zijn. Dat niet alleen, het heeft ook puur te maken met de uitvoering van het project waar het gaat om de volgtijdigheid van wat je kunt doen. Vanwege de verkeersafwikkeling moet je integraal de schouwburg en de garage doen en dan pas kun je verder met de cultuurstrip. Dat is puur een praktische overweging. Dat neemt niet weg dat wij de voorbereidingen daarvoor wel degelijk treffen. Wij vinden het namelijk heel belangrijk dat wij daarmee van start gaan. Niet alleen met het plein, maar ook met de cultuurstrip. Wij zetten de inspraak volgens mij goed in, ook via de website. In de commissie hebben wij ook gesproken over de vraag hoe je de inspraak over dit onderwerp zo goed mogelijk vorm kunt geven. De heer Alink sprak ook over de leegstand van de kantoren. Daarop kom ik zo terug. De heer Veenboer heeft vrij veel gezegd over woningbouw en sociale woningbouw. Wij hebben hierover vaker gesproken in de raad en in de commissie. Ik denk dat wij daar toch anders in staan. Dat kunnen wij netjes benoemen; politiek gezien staan wij er anders in. U zegt: bouw er nu sociale woningen bij, omdat dat de enige mogelijkheid is om … De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Dat heb ik niet gezegd, hoor. Ik heb dat bewust niet gezegd. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. De heer Veenboer zei dat het college geen sociale woningbouw wil en dat het vooral wil inzetten op doorstroming. Dat klopt.
37
De voorzitter: Ik denk dat de heer Van Erp wil zeggen dat hij dat wel gezegd heeft. Wethouder Groot: De inzet van het college en van de coalitie is als volgt. In de afgelopen jaren hebben wij veel sociale woningbouw bijgebouwd. Toch zijn de wachtlijsten niet verkort en is de doorstroming niet bevorderd. Die ene maatregel werkt dus niet. Dan moeten wij andere maatregelen zoeken en vinden om die doorstroming te bevorderen. Dat niet alleen: stel je zou er sociale woningen bij bouwen, dan kost dat heel veel geld. Wij praten per woning over een onrendabele top van ongeveer € 80.000. Ik houd even het aantal van 50 aan, dat u in uw betoog aanhaalde, en je zou dat maal 50 doen, namelijk de extra ruimte die wij kunnen krijgen via die vrije beleidsruimte – die overigens hoger kan zijn op het moment dat je meer verhuur hebt per jaar – dan is dat € 4 miljoen. Als je dat twee jaar doet vanwege de afspraak over de extra vrije beleidsruimte, dan praten wij over € 8 miljoen aan gemeenschapsgeld. Dat is nogal wat. Je hebt dat geld nodig om die sociale woningen te realiseren. Die afweging vinden wij heel zwaar. Wij kijken dus inderdaad naar heel veel maatregelen om die doorstroming te bevorderen en om de wachtrij te verkorten. Het gaat erom dat de mensen met een lager inkomen in aanmerking kunnen komen voor een sociale woning. De fractie van BBA heeft aandacht gevraagd voor de bereikbaarheid met het openbaar vervoer van het Keizer Karelpark en het ziekenhuis, alsmede Nes. Wij zetten daarop in, met name op het Keizer Karelpark en het ziekenhuis. Wij hebben daarover uitgebreid gesproken in de commissie. Wij komen er na de zomer op terug. Dan de leegstand van kantoren en de motie van de verschillende fracties. Deze motie willen wij heel graag uitvoeren. Sterker nog: wij zijn al bezig met punt 1 en 2 van de motie. Punt 3 pakken wij ook op, want het landelijke convenant is net gesloten. Dat pakken wij heel graag op, want daarin zien wij ook kansen. Wij komen hierop uitgebreid terug. Ook zullen wij de vragen van D66 hierover beantwoorden. Wij streven ernaar om beantwoording te laten plaatsvinden voor ons zomerreces, samen met een uitgebreide inventarisatie van wat wij hebben gedaan en wat wij gaan doen. Wij zien dit als een steun in de rug voor ons beleid. BBA vroeg naar de vrije beleidsruimte en naar onze reactie op de brief van de Stadsregio. Ik wil de brief graag aanpassen met de opmerking – daar ging het u volgens mij om – dat wij dit beleid willen inzetten om de kansen voor Amstelveners minimaal op het niveau van het regionale gemiddelde te brengen. Dat zou veel eerlijker zijn, want dan heb je net zo veel kansen als iemand anders uit de regio Die zin wil ik graag opnemen in de brief, zodat die ook naar de Stadsregio toe gaat. Mevrouw Roos: (zonder microfoon) Wethouder Groot: Dat is de inzet en dat wil ik graag bereiken. Wij denken dat wij met die vrije beleidsruimte en de uitbreiding op die 70% kunnen komen. Dat moet de toekomst nog uitwijzen. De fractie van de SP sprak ook over de leegstand van kantoren. Daarover heb ik al het een en ander gezegd. U informeert naar woningen die lang leeg staan. Ik ben het helemaal met u eens. Ik vind het ook zeer pijnlijk als huurwoningen van de corporatie lang leeg staan. Dat is niet verantwoord. Heel veel mensen zoeken namelijk een woning en aan de andere kant staan woningen leeg. Wij vinden elkaar op dat punt dus zeer. Ik heb de corporaties daarop meerdere keren indringend aangesproken. Wij praten hier over een op zichzelf geïsoleerd probleem in een bepaalde buurt. Het is natuurlijk nog steeds een kwalijke zaak. Ik hoop zeer zeker dat de woningen snel verhuurd worden.
38
De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. Wat zou de wethouder ervan denken om een leegstandsverordening op te zetten? Daarin staat dan dat wij het niet kunnen tolereren. De Leegstandswet is een instrument om de leegstand te bestrijden. Wat vindt de wethouder daarvan? Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben daarover eerder gesproken. Een leegstandsverordening klinkt wel mooi, maar in feite krijg je daarmee als overheid een titel om een marktpartij te beboeten op het moment dat kantoren of woningen langer leeg staan. Dat klinkt aardig, maar daarmee is de woning of is het kantoor nog niet verhuurd na de boete. Je registreert; je krijgt een titel om te registreren en je kunt een boete opleggen, maar dan gebeurt er verder nog niets qua verhuur. Uiteindelijk heb je een huurder nodig, zowel voor het kantoorpand als voor de woning. Wij denken dat wij met name bij de kantoren – dat is toch een heel andere situatie dan bij de woningen – met de set maatregelen die wij nu treffen veel meer kunnen bereiken. Wij gaan namelijk specifiek in gesprek met marktpartijen. Wij kijken naar de kansen van transformatie, sloop, et cetera. Wij zien kansen. Ik kom erop terug. Wij kunnen verwachten dat wij echt concreet resultaat boeken. Je probeert de markt dan in feite te prikkelen om te investeren dan wel de markthuur te verlagen of af te waarderen, et cetera. Het kan gaan om tal van maatregelen. Dan hoop je inderdaad een nieuwe huur te krijgen, waardoor de leegstand effectief minder wordt. Dat heb je niet op het moment dat je alleen beboet, opvordert of opeist. Dat opeisen zou een mogelijkheid kunnen zijn, maar opeisen betekent nog niets. Wie gaat er huren? Er is dan nog steeds geen huurder. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik wil iets toevoegen. Toen ik de motie schreef, hebben wij ook het convenant doorgenomen. In het convenant staat onder meer dat erover gesproken wordt om realistische huren te vragen. Ik denk dat het ook een item is om dat met het gesloten convenant ook nog een keer aan de orde te stellen en mee te nemen bij de inventarisatie. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Aan de orde stellen: ja. Uiteindelijk is er de eigenaar van de panden. De markt bepaalt zelf de huur. Daarin heeft de overheid geen zeggenschap. Natuurlijk kunnen wij partijen oproepen om af te waarderen. Dat doen wij bij sommige partijen al. Wij hebben echter geen titel in handen om dat te doen. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Die marktpartijen hebben om de tafel gezeten. Zij hebben dit convenant ondertekend. Daar staat het in. Ik neem dus aan dat zij het serieus nemen om over die huren te praten. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Dat ben ik met mevrouw Roos eens. Sterker nog: zij zijn bereid om geld in te leggen voor een regionaal fonds. De partijen zijn bereid om te bewegen. Dat is een heel goed punt. Ik dacht eigenlijk dat de heer Van Erp en mevrouw Roos bedoelden dat wij partijen op individueel niveau zouden kunnen dwingen om de huur te verlagen. Dat kunnen wij niet. Mevrouw Roos: Ik heb het niet over de Leegstandswet, maar over het convenant waarin dat is opgenomen. De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. Nog een keer over de leegstandsverordening. De wethouder heeft het over marktpartijen. Marktpartijen zijn volgens mij het beste te prikkelen met geldprikkels. Dan dwing je ze om om de tafel te komen zitten. Ik zou zeggen: tuig dat nu op. Dan kunt u alsnog naar oplossingen zoeken met de marktpartijen, maar dwing hem om de tafel te gaan zitten.
39
Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Ik heb bedragen gezien die je als overheid zou kunnen opleggen als boete. Die bedragen zijn echter zo laag dat de marktpartij niet als gevolg van de boete gaat bewegen. Die marktpartij bekijkt gewoon wat de huurinkomsten zijn die hij jaarlijks moet verantwoorden, wat de opbrengsten daarvan zijn en wat het betekent als hij die leegstand nog een paar jaar laat doorlopen. Dat zijn afwegingen die zij maken. Die kun je volgens ons sturen door nadrukkelijk met hen in gesprek te gaan over de kansen van de gebouwen, over het transformeren van een gebied en om het bestemmingsplan aan te passen, et cetera. Daarmee kun je volgens ons veel meer doen dan met een leegstandsverordening. Tot slot kom ik bij het betoog van de OCA. Er is gesproken over de kiosk in het busstation. Wij geven deze week een vergunning af. Dan kan de kiosk verbouwd worden. Ook kan dan het oplaadpunt worden geregeld. Wethouder mevrouw Koops: Mijnheer de voorzitter. Er is een aantal vragen gesteld door de fracties van CDA, ChristenUnie en VVD. Deze zal ik beantwoorden. Het CDA vraagt om een onderzoek naar de tegenprestatie die een persoon in de Wwb moet leveren en of dit ook kan bij sportkantines. De notitie over tegenprestaties is een aantal maanden geleden opgesteld. We zijn nu aan het inventariseren waar wij die tegenprestatie kunnen inzetten. Ik zal de vraag over de sportkantines meenemen in dat onderzoek. Het CDA vroeg ook een notitie te maken over het gebruik van de Amstelveenpas. Die toezegging wil ik graag bij dezen doen. De ChristenUnie heeft een vraag gesteld over de concrete invoering van de meldcode bij huiselijk geweld. Wij zullen u daarover informatie toesturen. Die meldcode gaat in per 1 januari 2013. We hebben dus nog even de tijd. Verder had de ChristenUnie een aangrijpend verhaal over de schuldenlast die als een molensteen om de nek van schuldenaren hangt. Het college is blij dat wij daarvoor extra geld hebben kunnen uittrekken. De VVD vroeg om een discussiestuk over de woonurgenties. De huidige beleidsregels over de woonurgentie zijn vastgesteld op 15 november 2011. Dat is ook aan de commissie gestuurd en het onderwerp is op 30 november 2011 in de commissie behandeld. Het gaat om nieuwe regels. Ik stel voor dat wij deze een jaar gebruiken en dat wij daarna evalueren. In december of januari kan het discussiestuk dan naar u toe komen. De heer Mager neemt het voorzitterschap over. De voorzitter: Het woord is nu aan burgemeester Van Zanen. Burgemeester Van Zanen: Mijnheer de voorzitter. De heer Noomen van de fractie van de VVD heeft gezegd dat hij het college op de voet gaat volgen waar het gaat om de veiligheid en de woninginbraken. Dat is maar goed ook, want ik kan wel een beetje steun gebruiken. Dat geldt overigens voor meer mensen hier in de raad. Drie fracties, bij monde van de heren Veenboer, Fokkink en De Pijper, hebben gesproken over senioren en veiligheid. De heer Veenboer heeft werkelijk vanuit mijn hart gesproken door te vragen of € 20.000 voldoende is en of het niet wat meer moet zijn. Ik ben het helemaal met hem eens, maar het is wel kiezen of delen. Ik herhaal nog maar even – ik zeg dit met name tegen de heer Fokkink – dat ik in de commissie uitvoerig ben ingegaan op wat wij gaan doen voor deze middelen. Het was toen een vraag van mevrouw Van Mourik. Als het gaat om senioren en voorlichting kon ik dat vroeger met de kwaliteitsimpuls gemakkelijk doen. Nu moet ik voor alle extra dingen wat middelen vragen. Ik zal de wereld
40
niet verbeteren, zo moet ik helaas zeggen tegen de heer De Pijper, maar de voorlichting aan senioren, die zich kenmerkt door laagdrempeligheid, het vaak herhalen, acteren, actief zijn naar de mensen toe bij voorlichting omtrent de babbeltrucs, bij de dingen die juist met senioren mis gaan en waarvan wij er een heleboel hebben, moeten wij gewoon voortzetten. De senioren zijn lang niet allemaal kwetsbaar, maar een aantal van hen is wel kwetsbaar. Ik doe het voor die € 20.000. Als ik niet voldoende heb aan dat bedrag, dan kom ik via het college bij u terug. Het is namelijk een kwetsbare groep die een aanpak op maat vergt. Zoals gebruikelijk krijgt u de overzichten over het meldpunt huiselijk geweld van wat er nieuw is en waarvoor wij het geld nodig hebben. Juist omdat er zo veel sprake is, ook in Amstelveen, van huiselijk geweld, hebben wij daarvoor ook reguliere middelen – gelukkig maar – en een succesvolle aanpak. Nu is er nieuwe wetgeving die maakt dat er een aandachtsfunctionaris en een speciaal protocol zijn die daarvoor zaken kunnen regelen. Daarvoor hebben wij eenmalig middelen nodig. Juist vanuit de zorgvuldigheid is dat nodig. Ik weet zeker dat u ons daarbij wilt steunen. Mevrouw Roos, de heer Alink, de heer Mager en de heer Van Erp hebben op verschillende manieren aandacht gevraagd voor het thema participatie. Ik ben de portefeuillehouder van het proces van participatie. Er is inderdaad veel over te zeggen. Geachte raad, ik refereer hierbij aan de nieuwe afspraken die niet alleen in het coalitieakkoord, maar ook na uw evaluatie en aan het begin van deze periode in afspraken, met steun van iedereen, van u en van degenen die erover gingen – de ambtenaren, de medewerkers, noem maar op, rond de ruimtelijke participatie en dus de ruimtelijke inspraak – zijn gemaakt, de participatie door de participatiegroepen en de nieuwe afspraken rond de wijkplatforms. Ik houd namens het college staande dat die ervaringen tot nu toe, niet in de eeuwigheid, hoopvol stemmen. De afspraken die zijn vastgelegd, ook samen met u, stemmen dus nog steeds hoopvol. Dat durf ik ook te zeggen, omdat wij net als college ons jaarlijkse bezoek en onze ontmoeting met de wijkplatforms hebben gehad. Dat zegt echter niets over de opmerkingen die u en anderen gemaakt hebben. Als het gaat om de afspraken die wij hebben gemaakt, gaat er wel eens iets mis. Ook van onze kant en ook bij inwoners en medewerkers en zelfs bij het bestuur. Het is niet juist als u, mijnheer Alink, zou veronderstellen dat wij op dit terrein nooit aan zelfreflectie doen. U leest er misschien niets over, maar die veronderstelling is niet juist. Dat neemt niet weg dat er soms dingen fout gaan en dat neemt ook niet weg – en dat vind ik toch iets anders – dat aan de ene kant geldt dat je natuurlijk procedurele fouten maakt en dat je elkaar daarop kunt bevragen, en terecht, zeker als het een overheidslichaam betreft, maar dat de wet van Jonker hier wel opgaat. Het gaat mis en het wordt erg kwetsbaar, hoe goed je het ook doet, vastlegt en afspreekt en er ik weet niet hoeveel geld, inzet en avonden in worden gestoken. Het gaat mis als je inspraak/participatie of het werk in een wijkplatform verwart met "ik wil mijn politieke zin krijgen". Als dat het uitgangspunt is, worden wij het nooit eens, hoe het ook zij. Nu het derde punt. Daarvoor hebben zowel de heer Alink, de heer Mager als mevrouw Roos aandacht gevraagd. Mevrouw Roos heeft gevraagd of het denkbaar is om nog eens iets te organiseren, of dat nu gaat om foldermateriaal of op een andere manier, zodat de mensen geïnformeerd kunnen worden. We moeten echt vanaf het begin af aan melden wat wel en wat niet kan. Dan voorkom je latere teleurstellingen. De heer Alink en de heer Mager brengen echter nog een ander element in, namelijk de cultuuromslag, het nieuwe denken van het geven van vertrouwen aan de burgers. Nu heb ik aan mevrouw De Leur rond dit proces al eerder toegezegd dat ik niet na een jaar, een evaluatie en nieuwe afspraken opnieuw ga evalueren. Dat ga ik dus niet toezeggen aan de heer Alink. Ik kom echter wel mijn toezegging aan mevrouw De Leur na dat ik aan het einde van het jaar, aan de hand van een korte notitie, zal aangeven wat er is afgesproken, wat er misging, wat goed ging en wat verbeterd moet worden.
41
In de tweede plaats vindt volgende week een raadsconferentie plaats. Volgens mij gaat het daarbij ook over dat thema. Ik wil volgende week extra goed opletten wat wij daar met elkaar bespreken en ophalen aan ideeën. In de derde plaats heb ik aan het wijkplatform Stadshart, in zijn oude samenstelling, al toegezegd dat ik in het najaar met hen wil spreken en iets wil organiseren naar aanleiding van de teksten van de ombudslezing "Geef vertrouwen". Dat heb ik gedaan. Die ombudslezing is gebaseerd en mede geïnspireerd op het rapport "Vertrouwen in Burgers" van de WRR. Het gaat niet om dikke nota's en dure conferenties. Niets staat ons in de weg om met behoud van gemaakte afspraken, met de erkenning dat als je het er niet mee eens bent je nooit een goede procedure kunt hebben, het denken erover en de cultuuromslag, het gebruikmaken van nieuwe methodieken en het anders werken waar het kan inspireren, daarover te spreken. Dat zal ik betrekken bij de aantekening van mevrouw De Leur. De voorzitter: Burgemeester Van Zanen. Terwijl u terugloopt naar uw voorzittersplek geef ik graag de raad de gelegenheid voor een tweede termijn. De burgemeester neemt het voorzitterschap over. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Ten eerste richt ik mij tot de wethouder Sport. Ik had gevraagd naar het subsidiebeleid voor de sport, gebaseerd op normen. Daarop is hij niet teruggekomen. Vervolgens hebben wij een lezing gehad van de heer De Pijper over de schuldenpositie en wat dit privé doet met mensen. Dat was zeer aangrijpend. Helaas is dat betoog niet van toepassing op de gemeente en ook niet op gemeenteraadsleden. Dat is jammer, want eigenlijk gaat het om geld van ons allemaal. Blijkbaar wordt het niet zo gevoeld dat het geld van ons is. Ik hoop dat ik in de toekomst ongelijk krijg, maar wij maken ons er toch ernstige zorgen over. Het is ook jammer dat niemand daarover begint en dat iedereen alleen maar bezig is met geld uitgeven en dat niemand denkt: "Die schuld stapelt zich maar op." We gaan elkaar natuurlijk gewoon een keer tegenkomen. Dat weten we zeker, maar dat zal in een andere periode zijn met andere mensen. Dat blijft het probleem in de politiek. Verder had ik een toezegging gevraagd over de optimalisering van urgentiewoningen. Dit is besproken. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik wil toch iets vragen aan de heer Noomen. Als ik de amendementen zo zie, dan geeft ook hij graag geld uit, aan de beeldenroute of in elk geval aan kunst en sport. Wat dat betreft doet hij er ook aan mee. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Als mevrouw Roos goed had geluisterd, had zij gehoord dat ik in mijn betoog zei dat wij er zelf ook aan meedoen. Het gaat om kleine visjes. Soms moet je een spierinkje uitgooien om een walvis binnen te halen, zoals de A9. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik weet het niet, maar vroeger werd tegen mij gezegd dat alle kleine beetjes één grote vormen. Daar moet je ook zuinig op zijn. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Wij zijn in elk geval de enige partij die het onderwerp benoemt en mevrouw Roos benoemt het punt helemaal niet. Zij gaat ook gewoon maar door. Er is helemaal niemand die het benoemt. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Volgens mij kosten onze amendementen of moties geen geld, behalve die over de Kunstuitleen, maar dat amendement is door bijna alle fracties ingediend.
42
De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Ik had gevraagd om een discussiestuk over de optimalisering van urgentiewoningen. De wethouder heeft gezegd dat het is besproken en dat wij het een jaar aanzien. Dat is een beetje kort door de bocht. We willen graag inzage in hoe het nu gaat, hoe het in het verleden is gegaan, wat toegewezen wordt, wanneer het toegewezen wordt en hoe wij er in de toekomst mee omgaan. Verder heeft de wethouder gezegd dat er bij de Woonvisie een actieplan komt over de middenklassewoningen. Wat is het plan en hoe wordt dit probleem in de toekomst opgelost? Dan de moties en amendementen. Motie M1 hebben wij mede ingediend, alsmede motie M2. Het amendement A1 dienen wij ook mede in, evenals amendement A2. Wij doen niet mee met het amendement A3, maar de heer Jonker heeft zojuist uitgelegd wat het gaat kosten. Ik hoop dat de heer Jonker zelf voor de incasso gaat zorgen. Het kan eventueel misgaan. We hebben net weer € 250.000 aan extra voorziening genomen voor de sociale voorzieningen. Soms is er het probleem dat het geld niet terugkomt. Wij gaan er echter van uit dat het geld terugkomt. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Ik kan de heer Noomen niet volgen. Hij stemt voor fiscalisering van het parkeren. Dat betekent dat wij zelf alle boetes innen, terwijl dit nu wordt gedaan door een financieel incassobureau. Nu klaagt hij erover dat ik ineens zou moeten zorgen voor het innen van de starterslening. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. De heer Jonker heeft mij ervan overtuigd dat wij dat amendement moeten steunen, omdat het zo weinig geld kost. Er blijft altijd een risico dat het geld niet terugkomt. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. De heer Noomen zag daar bij de parkeerboetes helemaal geen probleem in. Ik begrijp dus niet waarom … De voorzitter: Laat het nu zitten, want hij is om. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Wij zullen het amendement A3 steunen. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Ik heb enkele opmerkingen. Het Stadshart. Ik heb begrepen dat het merendeel van de fractievoorzitters de lijn van het college volgt. Het lijkt me van belang om dat vast te stellen en het door te zetten naar november. Ik heb met vreugde gehoord dat wij na de zomer komen te spreken over een HBOinstelling in Amstelveen, misschien wel in concretere vorm. Dat zie ik tegemoet. Ik heb er met blijdschap kennis van genomen dat de wethouder Groen het groen en de beeldenroute met elkaar in verbinding brengt. Deze twee dingen zijn goed te combineren en geven extra waarde. De 'plintmotie' blijft voorlopig staan, omdat wij die op dit moment niet kunnen uitvoeren. Ik maak de wethouder er wel op attent dat die plintmotie op een gegeven moment een gevolg heeft gekregen door opnieuw een motie, waarin over versnelling van de plintmotie werd gesproken. Nu moet ik opnieuw wachten. Ik begrijp het argument wel dat de wethouder naar voren brengt, maar vanuit ons gezichtspunt blijft de motie hard staan, ook met het oog op datgene wat het mogelijk oplevert voor de culturele instellingen. De beantwoording van de vragen over leegstand zie ik tegemoet, ook aan de hand van de schriftelijke vragen die inmiddels door D66 zijn ingediend. Participatie. Ik heb niet de opmerking gemaakt dat er binnen het college nooit wordt nagedacht of dat er nooit reflectie aan bod is. Ik heb alleen gezegd dat de manier waarop de
43
onvrede de laatste tijd in Amstelveen geconstateerd kan worden, aanleiding moet zijn om te reflecteren over de manier waarop wij de inspraak laten verlopen. Van belang is dat de burgemeester in dit opzicht zegt dat de evaluatie er komt naar aanleiding van het verzoek van mevrouw De Leur. Hij is ook bereid om in dat opzicht nader in te gaan op de cultuuromslag, waarover de heer Mager en ik hebben gesproken. De moties en amendementen. Amendement A1 is door ons ingediend, samen met de VVD. Amendement A2 zullen wij vanzelfsprekend steunen. Dat geldt ook voor amendement A3. Misschien kan de wethouder nog ingaan op de onzekerheden die in het amendement A3 worden genoemd en op de vraag of hij die onzekerheden nog kan wegnemen. Wij staan er echter positief tegenover. Wij zullen motie M1 steunen. Ik denk dat dit in verhouding kan worden gezien met de initiatieven die de klankbordgroep Sport nog gaat doen. Het hoeft niet in strijd te zijn met elkaar; het ligt waarschijnlijk in elkaars verlengde. Motie M2 ligt in het verlengde van de schriftelijke vragen van D66. Ook die motie zullen wij steunen. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Ik sloot de debatronde af met enige aarzeling. Ik vind het belangrijk eerst nog even te benadrukken dat ik absoluut niet de integriteit van een persoon ter discussie heb willen stellen aangaande de opmerkingen over de verkenningscommissie Onderwijs. Ik ben wel de wethouder zeer dankbaar voor zijn correcte reactie op het voorschotje dat de fractie van D66 daarop dacht te nemen. Ik ga verder met de reactie van wethouder Raat. In onze zoektocht naar de leidende principes van dit college heeft hij de handschoen opgepakt en meteen drie eigen V's geformuleerd: verantwoordelijkheid, veiligheid en vertrouwen. Die V van vertrouwen hadden wij ook. Dat is een van de drie; dat schept ambities voor de toekomst. Het is tegelijkertijd natuurlijk onze constatering dat die twee andere voor ons zo belangrijke V's van verbinden en vergroenen niet zo manifest terugzien in dit college als wij graag zouden willen. De opmerkingen van wethouder Raat dat duurzaamheid geen dogma zou moeten zijn, is ons uit het hart gegrepen. Het is mijn fractie een lief ding waard dat wij samen aantonen dat duurzaamheid werkt. Dat is niet een kwestie van het via symboolpolitiek en met eindeloze subsidies te doen en het doen van dingen die even leuk scoren in de krant. Het gaat ons om het resultaat dat wij daarmee boeken. Als ik het heb over radicaal vergroenen, dan gaat het ons om de inzet die wij plegen vanuit de overtuiging dat vergroening heel wel mogelijk is. Dat betekent meteen dat het voor ons dus niet om de laatste paar procenten gaat bij de energieneutrale of klimaatneutrale school. Wij willen slim investeren, wij willen die investeringen terugverdienen, om daarmee aan te tonen dat duurzaamheid echt loont en werkt. Wat dat betreft zitten we volgens mij veel meer op een lijn dan wij misschien zouden denken. De burgemeester heeft gesproken over het vertrouwen in de Amstelveners. Ik dank hem voor zijn toezegging hoe hij met de door ons aangereikte suggesties zou willen omgaan. De amendementen en moties. Op een van de amendementen en motie staat niet onze naam en ons logo. Dat betreft amendement A1 over het aanvalsplan groen. Ik moet u zeggen dat onze fractie daarmee wel enigszins in haar maag zit. De Entente Florale als wedstrijd zegt ons niet zo heel veel. Het gaat ons er niet om de beste te zijn. Het gaat ons om de maatschappelijke waarde van het groen. Het is een beetje lastig dat in dit amendement de Entente Florale het vehikel is om die maatschappelijke waarde van het groen centraler te stellen. In mijn eerste termijn heb ik gesproken over vergroenen. Ik heb gesproken over het belang van de waarde van het groen. Dat zien wij hierin terug als een ambitie om ons groenbeleid meer daarop te focussen. Dat vinden wij heel positief. Tegelijkertijd
44
hebben wij een aarzeling om € 25.000 te spenderen aan alleen maar het schrijven van een plan. Ik heb de heer Alink ook goed beluisterd. Een belangrijk deel ervan zit in het beter voor het voetlicht brengen van de kwaliteit van ons groen en van het beleven van groen. Daarin zien wij tegelijkertijd weer een belangrijke verbinding met ons initiatiefvoorstel over biodiversiteit, dat nota bene heet "Biodiversiteit is (be)leven". Dat gaat ook over groenbeleving. Wij hebben het raadsvoorstel van dat voorstel op suggesties van fracties in de commissie gewijzigd en het bedrag met € 25.000 naar beneden gebracht. Je zou kunnen zeggen dat die € 25.000 weer staat in het amendement van D66 en VVD, om te investeren in de beleving van groen. Zo wikken en wegen wij nog een beetje met dit laatste amendement waarop ons logo niet staat vermeld. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. In de eerste plaats kom ik terug op de discussie die wij kort hebben gevoerd met de wethouder over de Woonvisie. Laat ik het nu eens anders verwoorden. Als duidelijk te zien was dat er een goede doorstroming was in Amstelveen, dan had u ons niet gehoord over het bouwen van sociale woningen. Daar zou ik namelijk helemaal niet voor zijn. Het gaat uiteindelijk om het resultaat. Voor mij is het bouwen van sociale woningen geen dogma, maar het niet bouwen van sociale woningen is ook geen dogma voor ons. Het gaat mij echt om het resultaat. Waarover ik – en ik weet ook alle andere fracties hier met mij – mij zorgen maak, is dat de doorstroming eerder behoorlijk vermindert in Amstelveen dan dat deze vermeerdert. Daardoor lopen de wachttijden enorm op en hebben wij een steeds groter probleem. De oplossing wil ik met alle betrokken partijen zoeken. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik vind het heerlijk om die discussie met de heer Veenboer aan te gaan, want ik moet zeggen dat het niet zo heel simpel is. Wij zitten nu ook in een bepaalde economische situatie die niet erg denderend is. Veel mensen blijven dan in een hoek zitten, gewoon om veilig te bekijken wat uw partijen straks gaan doen bij de verkiezingen. Gaat de hypotheekrente weg? Hoe gaat het huurbeleid eruit zien? Dat zijn dingen die de boel nu op slot zetten. Daar heb je dus ook mee te maken. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Uiteraard is er geen gemakkelijke oplossing te bedenken voor dit soort problemen. Ik constateer echter dat Amstelveen het slechter doet dan de regiogemeenten. Wij moeten er dus wel onze vinger op leggen waar nu de pijn zit. Dat weet ik op dit moment namelijk ook niet precies. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik denk dat dit heel gemakkelijk te zeggen is: wij zijn zeer populair, want iedereen in de regio wil hier dolgraag komen wonen. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Dat zou betekenen dat alle vijftien gemeenten in de Stadsregio anders dan Amstelveen niet aantrekkelijk zijn. Dat vind ik te kort door de bocht. Wij verstaan elkaar goed ten aanzien van de visie op het wonen. Nogmaals: voor ons is het geen dogma om ze wel te bouwen, maar ook geen dogma om ze niet te bouwen. De heer Jonker diende het amendement over de startersleningen in. Wij zullen dit amendement wel steunen, maar ons pijnpunt – dat weet u ongetwijfeld ook – zit daarin dat door een andere situatie op de woningmarkt en voor de banken de mogelijkheid van lenen van bijvoorbeeld € 40.000 zeer beperkt is. We kunnen wel zeggen dat we dan nog de starterslening hebben, dat is iets meer, maar voor dat iets meer krijg je in Amstelveen nog steeds drie keer niets. Ik zeg het nu even gechargeerd, maar u kunt er niets aan doen en ook wij kunnen er niets aan doen. Het blijft een lastig punt. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. In elk geval biedt de gemeente de mogelijkheid aan de mensen om iets te doen. Aan dat andere punt, het frustrerende, kunnen wij niets
45
doen. Elk kwartaal wijzigt de situatie. Het geld is pas vanaf midden 2013 nodig. Misschien ligt de situatie dan heel anders; laten wij het hopen. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Dat ben ik volstrekt eens met de heer Jonker. Vandaar dat wij het amendement zeker zullen steunen. Het geeft echter wel het lastige aan van dit soort situaties. Ik heb nog één opmerking met betrekking tot een vraag die niet is beantwoord. Volgens mij had ook nog een andere fractie gevraagd naar de positie van de zzp-ers. Zitten zij wel in het voorstel of zitten zij er niet in? Graag krijg ik hierop nog een antwoord. De moties en amendementen. Amendement A1 gaat over het aanvalsplan groen en Entente Florale. Ik leer elke keer weer. Ik wist niet dat het bestond, maar het zal wel aan mijn domheid liggen. Het klinkt in elk geval mooi. Het klinkt Frans. De Tour de France is ook aan de gang. Waar zal ik mij nu druk om maken? Wij zullen deze motie steunen, omdat er niet om een structurele bijdrage wordt gevraagd. Ik ben zeer benieuwd hoe het gaat uitpakken. Amendement A2 over de Kunstuitleen hebben wij mede ondertekend. Over amendement A3 over de startersleningen heb ik zojuist iets gezegd. Motie M1 hebben wij zelf ingediend. Motie M2 over de bestrijding van de leegstand van kantoren zullen wij ook steunen. Wij hebben even een discussie gehad over de vraag of wij misschien een keer praten over de Leegstandswet. Het gaat niet zozeer om de Leegstandswet alleen, maar als het over boetes gaat, geeft dat de mogelijkheid om samen aan tafel te gaan zitten om te praten over de leegstand van woningen en kantoren. In zekere zin is er wel de wettelijke mogelijkheid van een boete, maar ik ben het met de wethouder eens dat je daarmee de slag niet wint. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. In de eerste plaats dank ik wethouder mevrouw Koops dat zij onderzoek gaat doen naar de effectiviteit van de kortingen van de Amstelveenpas en aan de hand van de vraag of er ook andere mogelijkheden zijn om een korting in te vullen. Het amendement A1 van D66 gaat over het aanvalsplan groen en de Entente Florale. Het delen van de ervaring van de eerste Entente Florale van wethouder Alink met zijn opvolger stellen wij erg op prijs. Het toen gebruikte aanvalsplan zou ook nu weer gebruikt moeten worden. Het CDA is van mening dat de hiervoor benodigde middelen gewoon in de begroting voor Groen gevonden moeten worden. Het is een begroting van € 9 miljoen. Wij zien niet in waarom daarvoor apart € 25.000 gezocht moet worden. Er is gewoon een budget binnen Groen voor die Entente Florale. Of wilde Groen daarvoor helemaal geen inspanning leveren? Dat is mijn vraag voor wethouder Levie. Is er extra geld nodig? Uit het antwoord van wethouder Levie krijg ik dat idee. Waarom heeft de wethouder zelf geen bedrag opgenomen in de kadernota? Voor een dubbeltje zit je namelijk niet op de eerste rij. Motie M1 van de PvdA over sportstimulering begint met de tekst: "sport, kwalititeitsimpuls brede school". Toen is het CDA op het verkeerde been gezet. Er is namelijk ook een bedrag bestemd voor de kwaliteitsimpuls van scholen, zijnde € 150.000. Wij dachten dat het geld uit dat bedrag moest komen. Nader onderzoek van de tekst in de kadernota leert dat het geld niet daarvoor bestemd is, maar onder meer voor zorgkinderen. De € 15.000 die gevraagd wordt betreft een voortzetting van het bedrag dat in december 2011 is opgenomen voor de brede school. Kennelijk moet dat ook gaan gelden voor 2012, 2013 en 2014, elk jaar voor € 15.000. Wij kunnen hiermee niet instemmen.
46
Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ten aanzien van het amendement A1 over het aanvalsplan groen is die € 25.000 natuurlijk heel sympathiek. Ik heb ook het bericht van de wethouder gelezen. Ik moet zeggen dat hij eigenlijk aangeeft dat hij al die dingen al doet. De fractie van BBA vindt dat we toch een beetje op de kleintjes moeten letten. Als de wethouder zelf al zegt dat hij die dingen al doet, dan heb je die € 25.000 niet nodig. Wij zullen dit amendement niet steunen. Amendement A2 gaat over de Kunstuitleen. Dat amendement is ingediend door onszelf. Ik bedank iedereen voor het mede indienen. Amendement A3 betreft de startersleningen. Wij hebben hierover toch nog even kritische vragen gesteld aan de wethouder. Ik ben blij dat de wethouder ons nog wat informatie heeft gegeven. Het ging mij erom of wij sommige mensen hierdoor juist niet de schuldhulpverlening in helpen door hen deze starterslening te geven? Je bent namelijk toch met een bepaalde groep bezig die qua inkomen misschien net een beetje te krap zit. Wij hebben van de wethouder informatie gekregen over hoeveel procent daarvan werkelijk last heeft gehad. Dat percentage was zo laag dat wij kunnen meegaan in dit amendement. In het begin hebben wij dus sterk getwijfeld, maar wij zijn erin meegegaan. Motie M2 over de bestrijding van leegstand van kantoren is door onze fractie ingediend. Motie M1. Mijn buurtgenoot gaat over sport. Hij wil toch even iets zeggen over de motie kwaliteitsimpuls brede school. Zijn hart bonst aan alle kanten. De heer Bot: Mijnheer de voorzitter. De motie klinkt heel sympathiek, maar al deze doelen worden allemaal al gehaald door het sportbedrijf via de programma's JUMP-in op de basisscholen en het voortgezet onderwijs, het lesprogramma DO-it, over bewegen in combinatie met gezonde voeding, de JAP (Jeugd Activiteiten Pas), de naschoolse sportprogramma's en de sportclinics onder schooltijd. Volgens mij is deze motie overbodig. Daarbij komt dat het budget van € 100.000 is verlaagd naar € 75.000. Als wij daarvan nu nog € 30.000 af halen, dan blijft er voor het komende jaar maar € 45.000 over voor alle goede initiatieven die in dat jaar ontplooid worden. Dat lijkt mij te weinig. Dan zouden wij erop achteruit gaan in de sport. Dat lijkt mij niet de bedoeling van deze motie. De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. Ik kom even terug op de leegstand. Ik heb gevraagd aan de wethouder hoe hij erover denkt om een leegstandsverordening op te zetten. Dat idee wijst hij af. De motie die er ligt gaat alleen over kantoren. Wij willen er heel graag de woningen bij betrekken. Ook willen wij naar buiten toe graag het signaal afgeven dat deze gemeenteraad het niet accepteert dat woningen langdurig leeg staan en dat er niets gebeurt met kantoren. Met een leegstandsverordening wordt een heel mooi signaal afgegeven. U kunt boetes opleggen, maar het hoeft u er niet van te weerhouden om met de marktpartijen om de tafel te gaan zitten. Ik ga dus toch in een motie om die leegstandsverordening vragen, omdat iedereen zo bezorgd is om die leegstand. Laten wij er dan maar eens een uitspraak over doen hoe de gemeenteraad er in staat. Wij accepteren geen leegstand. Deze motie dien ik hierbij in. Motie M3 (SP): aanpakken die leegstand! De gemeenteraad van Amstelveen, in vergadering bijeen op woensdag 4 juli 2012, behandelende het raadsvoorstel Kadernota; gehoord de beraadslaging; overwegende dat: de aanpak van leegstand een belangrijk punt is voor onze gemeente; de Wet Kraken en Leegstand middels een leegstandsverordening de gemeente de instrumenten biedt om actief leegstand te bestrijden;
47
verzoekt het college: een leegstandsverordening op te stellen; de modelverordening van de VNG als basis te gebruiken en in elk geval de mogelijkheden van bindende voordracht en boete over te nemen; deze verordening tijdig aan de raad voor te leggen, zodat deze uiterlijk 1 januari 2013 van kracht kan zijn; deze verordening na aanname door de raad ook actief in te zetten en hierop te handhaven. En gaat over tot de orde van de dag. Dan neem ik nu de overige moties en amendementen door. Onze afweging om voor of tegen te stemmen is elke keer om na te gaan wat het kost – de VVD zal hier heel blij mee zijn – en of het noodzakelijk is om het op dit moment zo te doen in deze crisistijd. Op die gronden gaan wij niet mee met het amendement A1 over het aanvalsplan groen. Wij kunnen ook niet meegaan met het amendement A2 over de Kunstuitleen, omdat wij denken dat hiervoor andere oplossingen te vinden zijn. Er staat een bibliotheek leeg, er staat een muziekschool leeg, het Cobra-museum ontvangt per jaar € 1 miljoen aan subsidie: daar zou de Kunstuitleen in terecht kunnen. Niet nodig, niet doen. Amendement A3 steunen wij niet om dezelfde redenen: het kost te veel en het levert te weinig op. Motie M1 steunen wij wel. Wij hebben deze motie mede ingediend. Motie M2 gaat over de bestrijding van de leegstand; die motie steunen wij. Het is namelijk een stap in de goede richting. De voorzitter: Motie M3 is voldoende ondertekend en maakt deel uit van de beraadslaging. De motie kan worden vermenigvuldigd en rondgedeeld. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ik dank het college voor de gegeven antwoorden. Over het veiligheidsgevoel is gezegd dat als het meer moet gaan kosten, de wethouder bij de raad terugkomt. Daar wachten wij rustig op. Wij vinden het een harde zaak voor de mensen om daaraan in elk geval de nodige aandacht te besteden. Ik denk dat wij over de afvalstoffenheffing een klein verschil van mening hebben met de wethouder. Op dit moment vraag ik niet meer om terug te gaan naar een percentage van 20%. Ik vraag de wethouder alleen om bij een volgende verhoging of een bijstelling van het tarief het verschil dan naar 20% te laten gaan. Dat vraag ik en daarvoor wil ik vanavond graag een harde toezegging. De moties en amendementen. Motie M1 hebben wij zelf ondertekend, dus die steunen wij. Motie M2 steunen wij ook. Amendement A1 steunen wij niet. Amendement A2 steunen wij wel. Amendement A3 is mede door ons ingediend, dus dat is duidelijk. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Onze vragen in de eerste termijn zijn beantwoord. Dank voor de toezeggingen die wij op enkele punten hebben gekregen. Ik ga daarom direct door naar de amendementen en de moties. Amendement A1 gaat over het aanvalsplan groen bij de Entente Florale. Wij hebben toch wel moeite met het hele verhaal. Wat de heer Mager zei, voel ik ook wel aan bij het op deze manier met groenbeleid omgaan. Ik heb een beetje het idee dat Amstelveen altijd op de eerste rij moet zitten en met allerlei prijzen en acties meedoen. Het gaat nu om een investering van € 25.000. Moeten wij nu altijd op deze manier bezig zijn en moeten wij niet veel meer in het reguliere groenbeleid zijn? De heer Jonker zei het al: we moeten voor een
48
dubbeltje op de eerste rang zitten. Dat punt spreekt ons wel aan. Wij zullen dit amendement niet steunen. Amendement A2 over de Kunstuitleen hebben wij mede ingediend, dus dat amendement steunen wij wel. Amendement A3 over een eenmalige verhoging van het budgetplafond voor startersleningen hebben wij mede ingediend. Ik heb alleen de communicatie gemist. Wordt er rond die startersleningen genoeg gedaan aan de communicatie? Dat is een belangrijk punt. Motie M1 gaat over het inzetten van sport als speerpunt in de brede school. Ik ben toch wel gevoelig voor het verhaal dat ik van de heer Bot heb gehoord. Wat voegt deze motie toe? Laten wij het budget voor de sport echt voor sport gebruiken en voor de activiteiten op een andere wijze, zoals de sportiviteit voor jeugd en de brede school. De activiteiten die de heer Bot noemt, zijn heel reëel. Wij zullen deze motie dus niet steunen. Motie M2 gaat over de leegstand van kantoren. Die hebben wij mede ingediend. Dat vinden wij een goede zaak, dus die motie zullen wij steunen. De SP heeft zojuist motie M3 over de leegstandsverordening ingediend. Hierover willen wij graag de reactie van wethouder Groot horen. Wat zijn precies de consequenties en mogelijkheden? De voorzitter: Voor ik nu overga tot de tweede termijn van het college, mag ik u verzoeken om uw stembriefjes in te vullen. In de pauze kunnen de leden Lionahr-Vernie, Van Herteryck en Bot, die in de stemcommissie zitten, de stemmen tellen. Wilt u alstublieft de twee stembriefjes invullen? De bodes komen de briefjes straks ophalen. Dan is nu het woord in tweede termijn aan het college. Wethouder Raat: Mijnheer de voorzitter. Ik pas even. Wethouder Levie: Mijnheer de voorzitter. De fractie van de VVD stelde nog een vraag over het subsidiebeleid. Tot mijn spijt had ik in de eerste termijn niet begrepen dat het om een vraag ging. In het collegeprogramma staat nadrukkelijk dat wij de eenderde-regeling zouden onderzoeken. Dat hebben wij gedaan. Dat zou wel tot gelijkheid, maar ook tot het einde van een aantal verengingen leiden. Dat was ook niet de bedoeling. In de commissie en in de raad is dat besproken. Op basis daarvan wordt voor de nieuwe sportnota er direct bij betrokken via de sportwoordvoerders, naast een klankbordgroep die wordt ingesteld. Ik hoop dat ik daarmee de vraag beantwoord. Ik wil toch wel iets zeggen over de aarzeling over de Entente Florale en het extra geld, naast het belang voor de maatschappelijke waarde. Het gaat om veel meer dan alleen om het beleven van het plan en het genieten. Het is ook een meetlat waarlangs je je als gemeente laat leggen. In 2005 waren er nog wat zaken over de samenhang van de dingen, over de communicatie en over de werkwijze. Er zijn nogal wat dingen naar voren gekomen. Aan de hand daarvan is veel gedaan. Vandaar dat we nu mee durven doen. In dit geval, hoewel je natuurlijk altijd wilt winnen, is meedoen misschien wel belangrijker dan winnen. De afdeling zelf heeft een budget ter beschikking van ongeveer € 10 à € 15.000; dit als antwoord op de vraag van de heer Jonker. Daarnaast is er ook nog een enorm enthousiasme en inzet aanwezig op de afdeling. Dat wordt niet altijd in geld uitgedrukt. Er gebeurt al het nodige binnen de afdeling. Vorige keer is er al een opmerking gemaakt over het buitengebied. De fractie van GroenLinks weet, net als de raad, hoe actief het college is, bijvoorbeeld binnen Amstel-Vecht, om juist dat gebied te verbeteren en recreatief verder te openen en erbij te betrekken. Dat is een belangrijke zaak. Er wordt gewoon heel veel mee gedaan. De OCA vroeg naar de 20% de volgende keer. Ik dacht dat ik dat al had toegezegd. Als dat niet duidelijk was, dan bij dezen.
49
Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. De heer Alink stelde vragen over de startersleningen, onder meer of er onzekerheden zijn over de startersleningen en over de financiering ervan. Dat ben ik nagegaan. Mevrouw Roos heeft er al een antwoord op gegeven. De leningen worden geborgd door de NHG (Nationale Hypotheek Garantie). Dat geeft al veel zekerheid voor ons. Als je toch nog even verder kijkt en vraag wat er in de afgelopen tijd is gebeurd met de startersleningen, dan worden er landelijk gezien op jaarbasis ongeveer 4000 leningen verstrekt. Daarvan is er bij zo'n tien tot twintig leningen sprake van executies. Een heel beperkt deel van de mensen komt dus in de problemen. Wij zien dus weinig onzekerheden, in de eerste plaats vanwege de NHG. Ik ben het helemaal eens met de heer Veenboer: het gaat om de resultaten. Mevrouw Roos zei het al: door de economische situatie heeft de woningmarkt het moeilijk. Daardoor krijg je minder verhuringen. Dat zet de boel op slot en dat maakt het moeilijker. Desalniettemin vind ik het gerechtvaardigd dat wij kijken naar bevordering van doorstroming, ook van doorstroming vanuit de sociale voorraad, waardoor er in die voorraad woningen vrijkomen. Dat proberen wij te bereiken, ook door te bouwen. Te bouwen precies voor die mensen die daarvoor in aanmerking komen. Dan kun je mensen hopelijk toch verleiden om te gaan verhuizen. Dat is een van de maatregelen, maar er zijn natuurlijk tal van maatregelen. Inderdaad, we zijn heel populair. Mevrouw Roos noemde dat feit. Dat heeft te maken met het feit dat de huurmarkt gereguleerd is. De huurniveaus liggen gelijk. Je kunt echter niet alle gemeenten uit de Stadsregio met elkaar vergelijken. De verhuisbewegingen zijn bekend. Wij zien dat mensen hier graag naartoe komen en dat de wachtlijsten bij ons langer zijn dan in de regio. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Uiteraard, dat is zeker zo, maar het is wel opvallend dat het percentage verhuur van sociale woningenper jaar bij ons en in Aalsmeer als enige gemeenten echt terugloopt en dat het bij alle andere gemeenten in de regio niet het geval is. Dat maakt het wel lastig om daarvoor echt een gemakkelijke verklaring te vinden. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Dat maakt het inderdaad wel lastig, maar ik denk dat mevrouw Roos gelijk heeft dat veel mensen hier dan toch graag willen blijven wonen en blijven zitten. Daar komt het op neer. Dan de vraag over de zzp-ers. Ja, zij komen in aanmerking voor de vrijstelling op het moment dat zij een kantoorruimte gaan benutten. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Is dat niet jammer? Het is natuurlijk een kenmerk van de zzp-ers in Amstelveen dat zij veelal starten vanuit hun eigen woning, voordat zij in staat zijn om buiten hun eigen woning iets te huren. Zij zijn hier wel eens aanwezig geweest in een commissievergadering en er is toen over gesproken. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Op het moment dat zij echter in hun woning ook werken, betalen zij sowieso OZB-belasting voor de woning. Dat blijf je houden. Het wordt pas interessant op het moment dat de mensen gaan verhuizen naar kantoorruimte. Dan betalen zij ook OZB voor de kantoorruimte. Daarvoor kunnen zijn dan een vrijstelling krijgen. Daarmee hopen wij natuurlijk ook te bewerkstelligen dat meer mensen een kantoor gaan benutten. Het heeft vooral te maken met een kwestie van groeien. De SP sprak over de leegstandsverordening. De heer Van Erp gaf in zijn betoog onder meer aan dat het goed en belangrijk is dat wij gaan praten met marktpartijen. Dat ben ik helemaal met hem eens. Daarvoor hebben wij die verordening niet nodig. Integendeel zelfs, dat kun je zonder die verordening doen. Wij doen dat maximaal. Daarop zetten wij veel in, met extra capaciteit. Wij huren ook kennis in van buiten. Dat vinden wij van groot belang.
50
De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. De cijfers laten iets anders zien: 20% van de kantoren staat leeg. Wij komen in wijken en er staan woningen leeg. Je kunt dan niet zeggen dat wij succes hebben. Er is geen succes. Die leegstandsverordening zou een heel mooi signaal zijn om partijen te dwingen naar het college toe te gaan en om de tafel te gaan zitten. Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Nogmaals, ik denk dat de verordening niet meteen de oplossing zal zijn. Amsterdam heeft wel een verordening, maar daar staat meer leeg dan in Amstelveen. Het is misschien een mooi middel, maar het is zeer de vraag of het effectief is. Ik wil de heer Van Erp ook in overweging geven dat, als wij een verordening opstellen, dit ons dat behoorlijk wat ambtelijke capaciteit en bestuurscapaciteit kost. Die zet ik veel liever in op acties om die leegstand direct en effectief aan te pakken. Wij komen er uitgebreid op terug in de rapportage naar aanleiding van de vraag van mevrouw Veeningen. Die rapportage heb ik al in concept klaar. Wij besteden veel tijd, ook nu in papier, om te rapporteren. Het is vervolgens van groot belang dat wij volop doorgaan met acties. Ik kan u verzekeren dat er altijd veel tijd in gaat zitten om met verschillende marktpartijen te praten en om te kijken wat je kunt doen qua bestemmingsplannen, qua parkeren. Ik kan nog veel meer dingen opnoemen waarmee wij rekening moeten houden als het gaat om herbestemming of transformatie. Tot slot de vraag van de heer De Pijper van de ChristenUnie. Jazeker, communicatie rondom de startersleningen is heel belangrijk. Wij gaan dat uiteraard hierop inzetten en doorvoeren. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Het is maar een klein idee en ik weet niet of het helpt. Het is een idee voor de wethouder. We spreken over 55-plus- en seniorenwoningen. In Amstelveen voelt niemand zich volgens mij echter met 55 jaar vallen onder de senioren. Als wij die leeftijd nu eens verhogen, krijgen we dan niet meer woningen vrij voor de andere sociale huurders? Wethouder Groot: Mijnheer de voorzitter. Ik wil er graag naar kijken. Wethouder mevrouw Koops: Mijnheer de voorzitter. Ik had nog een vraag of een verzoek van de VVD om niet een jaar na het invoeren van de nieuwe beleidsregels te wachten, maar om er in het najaar mee te komen. Ik bespeur daarbij enige urgentie bij de VVD. Ik kan dit wel toezeggen. De voorzitter: Geweldig. Ik denk dat wij kunnen overgaan tot besluitvorming. De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. Ik verzoek om een schorsing van vijf minuten. De voorzitter: Dan kan meteen de stemcommissie aan de slag. Ik schors de vergadering. Schorsing van 17.58 uur tot 18.04 uur. De voorzitter: Dames en heren, ik heropen de vergadering. Ik geef de heer Van Erp de gelegenheid ons mede te delen wat de schorsing heeft opgeleverd. Of zal dat bij de stemming tot uitdrukking komen? De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. Voor een aantal partijen gaat het iets te snel. Wij hebben een afweging gemaakt tussen de voordelen en de nadelen van die verordening. Ik verzoek de wethouder daarom een notitie te maken, waarin deze afweging tussen voorde-
51
len en nadelen van de leegstandsverordening is opgenomen en dit onderdeel te laten uitmaken van de woonvisie. Dan houden wij de motie aan. De voorzitter: Motie M3 is ingetrokken. Ik stel voor over te gaan tot besluitvorming. Wij beginnen met de moties. Motie M1 gaat over sport, kwaliteitsimpuls brede school. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval. De raad aanvaardt motie M1 bij handopsteken. Tegen de motie hebben gestemd de fracties van BBA en ChristenUnie. De voorzitter: Motie M2 gaat over de bestrijding leegstand kantoren. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval. De raad aanvaardt motie M2 bij handopsteken. De voorzitter: Wij gaan over tot stemming over de amendementen. Amendement A1 gaat over het aanvalsplan groen bij de Entente Florale. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. De fractie van het CDA was erg sceptisch over dit amendement. Het antwoord van de wethouder heeft ons teleurgesteld. Dat betekent gewoon dat wij voor een dubbeltje op de eerste rij willen zitten. Het budget om eraan deel te nemen is er eigenlijk niet. Daarom zullen wij met pijn in het hart voor dit amendement stemmen. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Een dubbeltje op de eerste rang: voor ons is het de vraag welke kant het dubbeltje op valt. Nogmaals, wij hebben niets met de Entente Florale, maar wij zien wel de waarde van een dergelijke visie op de waarde van het groen in en ook van meer inzet op het beleven. Met die argumentatie kunnen wij dit amendement steunen. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ook ik was aanvankelijk op het verkeerde been gezet. De uitleg van de wethouder heeft mij doen besluiten om dit amendement te steunen. De raad aanvaardt amendement A1 bij handopsteken. Tegen het amendement hebben gestemd de fracties van BBA, ChristenUnie en SP. De voorzitter: Amendement A2 gaat over de Kunstuitleen. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval. De raad aanvaardt amendement A2 bij handopsteken. Tegen het amendement heeft gestemd de fractie van de SP. De voorzitter: Amendement A3 betreft de eenmalige verhoging van het budgetplafond voor startersleningen. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval. De raad aanvaardt amendement A3 bij handopsteken. Tegen het amendement heeft gestemd de fractie van de SP. De voorzitter: Dan volgt nu besluitvorming over de raadsvoordracht Kadernota 2013 zelve. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen?
52
De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Ik kom terug op een punt dat collega Maarse in de commissie heeft benoemd. Dat gaat om beslispunt 4, de € 1 miljoen voor het Amsterdamse Bos. Wij vinden dit niet de manier om dit te besluiten. Wij willen graag aangetekend hebben dat wij tegen dat beslispunt zijn. Voor het overige zijn wij voor. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Hetzelfde punt. Wij stemmen voor de kadernota, ook op dit punt, maar ik wil graag alsnog het college uitnodigen om het punt nog een keer te bespreken in de commissie. De voorzitter: Daar neem ik nu kennis van. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Ten aanzien van het punt over het Amsterdamse Bos plaatsen wij een kritische kanttekening, gezien het feit dat dit niet op de normale manier is gebeurd en dat wij liever hadden gezien dat dit in een normaal raadsbesluit aan de orde zou zijn gekomen. De voorzitter: U stemt desalniettemin in met de kadernota? Dat is het geval. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het voorstel, met de aantekening dat de fractie van de SP geacht wordt tegengestemd te hebben en met inachtneming van de stemverklaringen. De voorzitter: Voor ik overga tot de eerste tijdvakrapportage 2012, geef ik de heer Alink gelegenheid om een persoonlijke mededeling te doen. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Het is geen dramatische mededeling. Ik wil echter wel aankondigen dat dit de laatste dag is dat ik als fractievoorzitter van D66 in deze gemeenteraad zal optreden. Er komen landelijke verkiezingen en er komen ook gemeentelijke verkiezingen aan. Het leek ons als fractie goed om het stokje nu over te dragen aan iemand binnen onze fractie die daarvoor volledig geschikt is. Dat is Maaike Veeningen. Maaike, van harte gefeliciteerd. Hierover zal natuurlijk een klein persbericht verschijnen. Zij is een kei, ook in de sociale media. Ik zie nu al dat, terwijl het persbericht nog maar nauwelijks is verstuurd, dat er een tweet is te vinden van mijn goede vriend Wasili Wasiloch uit Sint Petersburg. Hij tweet het volgende: "(Russische tekst wordt voorgelezen, hetgeen zo veel betekent dat ook mijn goede vriend uit Sint Petersburg de hartelijke felicitaties overbrengt en dat hij tegelijkertijd zegt dat het leven van Maaike Veeningen er vanaf morgen heel anders uitziet. (Hilariteit) De voorzitter: Een tijdperk wordt afgesloten. Mevrouw Veeningen, ook in uw nieuwe rol vanaf morgen, inclusief de groeten uit Sint Petersburg: heel veel succes met uw nieuwe functie. Wij gaan nu niet schorsen om u te feliciteren. Dat doen wij iets later wel. Wij zijn nu bijna klaar. Mijnheer Alink, bedankt voor uw mededeling. Wij gaan nu over tot besluitvorming over agendapunt 9, de eerste tijdvakrapportage. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het voorstel. De voorzitter: Ten slotte besluiten wij over agendapunt 10, over de actualisering van de grondexploitaties ultimo 2011. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval.
53
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het voorstel. De voorzitter: Nu brengen wij de twee benoemingen aan de orde, de agendapunten 15 en 16. 15. Benoeming bestuursleden Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Amstelveen (Amstelveen College) (voorstelnr. 53). De voorzitter: Wenst iemand het woord te voeren over het feit van de benoeming? Dat is niet het geval. Ik geef het woord aan de het Bot voor het meedelen van de uitslag. De heer Bot: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben twee stemmingen gehouden. Ik lees u daarvan graag de uitslag voor. Ten eerste van de benoeming van de bestuursleden van de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Amstelveen. Er zijn 36 stembriefjes ingeleverd. Op de heer Limper zijn uitgebracht 36 stemmen. Op de heer Meijerman zijn uitgebracht 35 stemmen en 1 blanco stem. Wij stellen u voor beide heren te benoemen. 16. Benoeming leden van de Raad van Toezicht van Amstelwijs, stichting voor openbaar primair onderwijs (voorstelnr. 54). De voorzitter: Wenst iemand het woord te voeren over het feit van de benoeming? Dat is niet het geval. De heer Bot deelt de uitslag mee. De heer Bot: Mijnheer de voorzitter. Ten tweede gaat het om de benoeming van de leden van de Raad van Toezicht van Amstelwijs. Er zijn 36 stembriefjes ingeleverd. Op de heer Vos zijn uitgebracht 35 stemmen en 1 blanco stem. Op mevrouw Wooldrik zijn uitgebracht 36 stemmen. Op mevrouw Van Hest zijn uitgebracht 35 stemmen en 1 blanco. Op de heer Mens zijn uitgebracht 35 stemmen en 1 blanco stem. Op de heer Démoed zijn uitgebracht 34 stemmen en 2 blanco stemmen. Wij stellen u voor deze personen te benoemen. De voorzitter: Ik stel voor de voorstellen van de stemcommissie te volgen. Daarmee zijn alle personen benoemd. Van harte gefeliciteerd. De heer Bot: Mijnheer de voorzitter. Ik heb nog een heel kleine toevoeging. Zou u aan de collega-raadsleden willen vragen of zij het stembriefje voortaan één keer dubbel willen vouwen en niet drie keer. De voorzitter: Dames en heren, daarmee is een einde gekomen aan het middagprogramma. De gemeenteraad vergadert om 20.00 verder, zoals ook bekend is bij het publiek. Wij beginnen dan met de innovatie van het Stadshart. Ik wens wethouder Groot, maar met name zijn zoon, heel veel goeds vanavond. Wethouder Groot is er, zoals u weet, vanavond niet bij. Ik schors de vergadering. Schorsing van 18.15 uur tot 20.03 uur. De voorzitter: Dames en heren, leden van de raad, ik heropen uw vergadering. Hartelijk welkom terug. Ook een welkom aan de belangstellenden, de medewerkers, de leden van het college en de vertegenwoordigers van de pers. We zijn vanmiddag begonnen en we gaan nu door met agendapunt 11. Welkom aan mevrouw Van Wijnen. 11. Innovatie Stadshart. 11.1. Visie Stadshart Amstelveen 2025 (voorstelnr. 48). 11.2 Verlevendiging Stadsplein Amstelveen (voorstelnr. 49). 11.3 Startnotitie Uitbreiding Binnenhof ter hoogte van Pieter Lastmanweg (voorstelnr. 50).
54
De voorzitter: Zoals in de commissie afgesproken worden deze raadsvoorstellen integraal besproken. De besluitvorming, net als vanmiddag bij de Kadernota, zal per voorstel plaatsvinden. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. De totale visie van het Stadshart Amstelveen 2025, als totaal verhaal van hoe wij het Stadshart naar de toekomst toe willen inrichten, vinden wij een goed verhaal. Wij zijn het daarin volledig eens met het college, met één uitzondering, waar het gaat over het Stadsplein zelf. Daarop hebben wij een andere visie. Over het voorstel Verlevendiging Stadsplein Amstelveen merk ik het volgende op. Dit raadsvoorstel bevat niet de ideeën die de ChristenUnie voor ogen heeft als wij het hebben over de verlevendiging van het Stadsplein. Het raadsvoorstel is voor ons in deze vorm onverteerbaar. Wij hebben de overtuiging dat dit niet het plan is waarop de doorsnee Amstelvener zit te wachten als het gaat om de verlevendiging van het Stadsplein. Daarnaast vinden wij de totaal geprognosticeerde kosten van € 1,25 tot € 1,5 miljoen buitenproportioneel. Wij vinden dit raadsvoorstel veel te duur. Tijdens de behandeling in de commissie RWN heb ik al gezegd dat wethouder Groot de ChristenUnie niet heeft kunnen overtuigen dat dit het voorstel voor de verlevendiging van het Stadsplein is waarop Amstelveen zit te wachten. Het college stelt voor om op het Stadsplein een podium neer te zetten van € 450.000 en een artpodium van € 100.000. Deze uitgavenposten zijn werkelijk van de gekke. De ChristenUnie vraagt zich af of het wel verstandig is om activiteiten, zoals optredens door bands en orkesten, te organiseren op het Stadsplein. Waarvoor heb je anders een podium nodig? Hoe denkt het college om te gaan met geluidsoverlast voor de bewoners rondom het Stadshart en het Stadsplein? Hoe denkt het college te gaan optreden tegen de veiligheidsrisico's door de komst van grote aantallen belangstellenden? Als er dan een keer een podium zou moeten komen, kan dat dan niet een tijdelijk podium zijn dat gemakkelijk is op te zetten en af te breken? Laat duidelijk zijn: de ChristenUnie kiest voor andere activiteiten op het Stadsplein dan concerten of optredens van artiesten. Ik kom daarop nog terug. Waarom moet er een artpodium komen van € 100.000 om de cultuur te verlevendigen? Wat ons betreft is er al cultuur op en rond het Stadsplein. Er zijn het Cobramuseum, de twee koffiekanbeelden en de uitstraling van het gebouw van de bibliotheek en de gebouwen aan de cultuurstrip. De ChristenUnie vindt een investering van € 100.000 voor een artpodium weggegooid geld. Amstelveen zit hierop niet te wachten. Dan de aanpak van de verlichting, die maar liefst € 400.000 tot € 600.000 moet gaan kosten. Ik zou bijna zeggen: dat moet dan blijkbaar een verlichting zijn die je in half Amstelveen kunt zien. Dat moeten wij toch niet willen? De ChristenUnie begrijpt werkelijk niet waarom aan de verbetering van de verlichting een dergelijk prijskaartje moet hangen. Kan het een onsje minder? Ten slotte moeten er kinderspeelplekken met bijzondere speelelementen komen van € 120.000 en bijzondere zitmogelijkheden voor € 100.000. Samengevat: de ChristenUnie heeft de overtuiging dat dit aanpassingen van het Stadsplein zijn waarop de gemiddelde Amstelvener niet zit te wachten. Dit plan is 'over the top'. Daarnaast vinden wij ook dat dit plan veel te veel geld kost in een tijd waarin het college – en dat juicht de ChristenUnie zeer toe – een heel verstandig en solide financieel beleid voert. Van dit voorstel moeten wij toch zeggen dat dit niet past in het verstandige beleid waar dit college voor heeft gekozen. Dit college heeft de euvele moed gehad om bezuinigingen door te voeren in de subsidies van maatschappelijk en culturele organisaties, die veel pijn deden. Laat duidelijk zijn dat de ChristenUnie als coalitiepartij, die nooit bestuursverantwoordelijkheid uit de weg gaat, daarvoor verantwoordelijkheid heeft willen nemen. Daarom vinden wij dit voorstel niet uit te leggen aan onze achterban, en breder aan de gehele Amstelveense bevolking. De ChristenUnie staat met deze stellingname voor het belang van de gewone Amstelveense burger. De ChristenUnie staat dus een heel andere verlevendiging van het Stadsplein voor. Wat ons betreft moeten er veel meer bankjes en groenvoorzieningen komen, ook midden op het plein, zodat er meer gezellige zitjes kunnen ontstaan met gezellige speelplekken voor de kinderen en moet er uitbreiding van de terrassen plaatsvinden, ook meer naar het mid-
55
den van het plein. Dan moet er toch een oplossing te vinden zijn voor de markt. Volgens mij zijn er meerdere stadspleinen in Nederland, waarop gemakkelijk demonteerbare bankjes kunnen worden verplaatst voor een activiteit. Voor ons geen organisatie van grootschalige evenementen waarvoor een podium nodig is, maar een promotiefacilitering van veel kleinschalige evenementen. Het kan daarbij onder meer gaan om markten, boekenmarkten, braderieën, cultuurmarkten en markten waar sport- en culturele organisaties uit de stad, uit ideële of levensbeschouwelijke organisaties, waar de gewone Amstelveners voor willen gaan, zich kunnen presenteren aan de bevolking. Er moeten wij nog een paar dingen van het hart. Ik heb mij gestoord aan sommige opmerkingen van andere fracties in de commissie RWN, die van mening waren dat met betrekking tot het realiseren van kinderspeelplaatsen vraagtekens moeten worden geplaatst – PvdA – of sterker nog: dat de realisatie niet wenselijk is – OCA –. Ik vraag aan die fracties of dit betekent dat ouders hun kinderen niet meer mogen meenemen naar het Stadsplein. De ChristenUnie, als echte gezinspartij, vindt deze opmerkingen heel erg. Het Stadsplein moet wat ons betreft een plein blijven voor alle Amstelveners, inclusief kinderen. Ook heb ik gehoord over het plein dat men spreekt van een A-locatie, een bovenregionale functie en een internationale uitstraling en dat soort termen. Dat het Stadsplein in de regio op de kaart staat, is prima. Dat mag echter nooit ten koste gaan van de Amstelveense bevolking. Het Stadsplein moet het plein zijn waarvan de Amstelvener zegt: "Dat is ons plein, dat is mijn plein." De ChristenUnie heeft grote twijfels of dat met dit raadsvoorstel het geval is. De ChristenUnie wil een helder signaal met een ander geluid afgeven. Wij willen aan de raad een duidelijke keuze voorleggen. Een verlevendiging van het Stadsplein, zoals in het raadsvoorstel staat, of een andere, alternatieve verlevendiging, zoals neergelegd in het amendement dat de fractie van de ChristenUnie indient. Amendement A4 (ChristenUnie): een andere verlevendiging van het Stadsplein. De raad van de gemeente Amstelveen, in vergadering bijeen d.d. 4 juli 2012; gehoord de beraadslaging; overwegende dat: de huidige voorstellen uit het raadsvoorstel niet passen bij de belevingswereld van de doorsnee Amstelvener om tot een verlevendiging van het Stadshart te komen; de kosten van het raadsvoorstel uitkomen op een bedrag tussen ca. € 1.250.000 en € 1.500.000 en daarmee in een tijd waarin door het college een verstandig financieel beleid wordt gevoerd, veel te hoog zijn; van oordeel dat als gevolg van de bovenstaande overwegingen: het voorgestelde podium en artpodium uit de voorstellen vervallen; er een veel eenvoudiger uitvoering van de groenvoorzieningen en zitmogelijkheden moet komen; er een veel goedkopere en sobere uitvoering van de aanpak van de verlichting tot stand moet komen; de bijzondere speelelementen, waarmee de kinderspeelplekken worden ingericht, worden vervangen door speelelementen die passen bij een doorsnee speeltuin; van mening dat de verlevendiging van het Stadsplein op een veel soberder wijze vorm kan worden gegeven dan voorgesteld in het raadsvoorstel door: de plaatsing van bankjes en aanbrengen van groenvoorziening ook midden op het Stadsplein; het tot stand brengen van een kinderspeeltuin op het Stadsplein;
56
het promoten van activiteiten als de wekelijkse markt, een boekenmarkt, braderie, presentatie van sport- en culturele organisaties en organisaties met een ideëel of levensbeschouwelijk doel;
besluit: 1. kennis te nemen van de notitie 'Verlevendiging Stadsplein'. 2. in te stemmen met het nader uitwerken van de ontwerpen, technische aspecten en financiële aspecten van de volgende onderdelen uit de notitie: de plaatsing van bankjes en aanbrengen van groenvoorziening, ook midden op het Stadsplein; het tot stand brengen van een kinderspeeltuin op het Stadsplein; het promoten van activiteiten als de wekelijkse markt, een boekenmarkt, braderie, presentatie van sport- en culturele organisaties en organisaties met een ideeel of levensbeschouwelijk doel; 3. voor de plannen een bedrag van maximaal € 250.000 beschikbaar te stellen; 4. het college te verzoeken om eerst de inspraakperiode af te wachten, alvorens met de definitieve plannen te komen; 5. het college te verzoeken om bij de behandeling van de begroting 2013 in november 2012 met uitgewerkte voorstellen te komen. De voorzitter: Het amendement A4 is voldoende ondertekend en maakt deel uit van de beraadslaging. Het amendement kan worden vermenigvuldigd en rondgedeeld. Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. "Het is nu zo kaal, zo leeg en saai. Het plein moet intiemer worden gemaakt. Ik wil op een bankje kunnen zitten, en dat niet alleen bij de horeca op het terras. Amstelveen is toch een groene gemeente? Hoort dit plein wel bij Amstelveen? Wat vaker evenementen of wat muziek; dat zou leuk zijn." Dit zijn veelgehoorde uitspraken. Niet alleen tijdens de enquête die D66 in het afgelopen najaar hield over het Stadshart. Deze week waren de vele negatieve reacties ook op RTV Amstelveen te zien. Kaal, leeg, saai. Dat is hoe het Stadsplein wordt gekarakteriseerd. Nu liggen er voorstellen om daaraan iets te doen. Door een podium, bankjes, groen en sfeervolle verlichting. Dat is een goed begin om tot een levendig Stadshart te komen. D66 is dan ook verheugd over deze voorstellen en steunt deze van harte. Met deze voorstellen zijn we er echter nog niet. Bij een bruisend Stadshart hoort ook een succesvolle ontwikkeling van de cultuurstrip. De voornemens zijn er al een tijdje, maar de concrete uitwerking moet nog volgen. Het is nog onduidelijk wat de ontwikkeling van de cultuurstrip voor de gemeente gaat betekenen. Kan de wethouder op dat punt al een grove inschatting maken van de kosten? Dan onze Amstelveense ondernemers. Uit onze enquête bleken bezoekers van het Stadshart niet alleen grote winkelketens te willen. Juist kleine lokale winkels zijn reden om specifiek voor een bezoek aan het Stadshart te kiezen. Daar ligt het onderscheid met de omliggende winkelcentra. De laatste jaren verdwenen deze winkels juist steeds meer uit het Stadshart. D66 vraagt de wethouder hiervoor aandacht te houden. Ondernemers vormen ook de groeiende groep zzp-ers. Mensen die op verschillende plekken werken of op zoek gaan naar plaatsen waar zij andere zzp-ers kunnen ontmoeten. Verschillende disciplines samen, een mix van ideeën, nieuwe concepten, nieuwe werkgelegenheid. D66 ziet een open werklocatie graag vorm krijgen in het Stadshart. Het biedt kansen voor zzp-ers, 'young professionals' en met zijn bedrijvigheid ook voor het Stadshart. Nu is het eerst tijd om de inspraak te starten. Kaal, leeg, saai is het plein. De Amstelveners geven dit keer op keer aan. De betrokkenheid van onze inwoners bij dit onderwerp is groot. Dat is al meerdere malen gebleken. In de commissie heeft D66 daarom opgeroepen de inspraak digitaal via een website mogelijk te maken. Wij horen graag of de wethouder hierover al uitsluitsel kan geven.
57
Kaal, leeg, saai. Het zijn woorden die wij straks niet meer hopen te horen over het Stadsplein. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Het Stadsplein van Amstelveen, een plein om trots op te zijn. Dat is wat deze visie probeert neer te zetten. Tevens is het het doel van de motie die de VVD een paar maanden geleden heeft ingediend. De VVD denkt dat het is gelukt. Complimenten aan de wethouder en de ambtenaren dat men dit in zo'n kort tijdsbestek voor elkaar heeft gekregen. Wij zijn blij met de volgende punten uit de visie: naast grote winkelformules is er ook ruimte voor kleinere, meer karakteristieke winkels; het Stadsplein moet in de avonduren ook aantrekkelijk zijn. Zo zou de horecafunctie beter tot zijn recht moeten komen. Het is verstandig dat in deze tijd, waarin we worden beconcurreerd door andere winkelgebieden en er veel winkels failliet gaan, er in de visie niet meer dan 5.000 m2 nieuw winkeloppervlak bij komt. Het gaat dus maar om een bescheiden winkelgroei ten opzichte van de ambitie van een paar jaar geleden. In de commissie heeft de VVD vragen gesteld over de belangrijkheid van de ontwikkeling van de cultuurstrip. De wethouder heeft ons verzekerd dat deze integraal deel uitmaakt van het plan, maar dat er meer onderzoek nodig is, ook voor de verdere uitwerking van de kosten en dat deze pas op langere termijn uitvoerbaar is. Tevens heeft de wethouder bevestigd dat de cultuurstrip zal worden ontwikkeld, onafhankelijk van de uitkomsten van de haalbaarheidsstudie van de bioscoop. Zo staat dat trouwens niet in het voorstel. Wij horen graag meer over de uitwerking van de cultuurstrip. Volgt de wethouder de ideeen van de architect daarin dat er een soort winkels en overdekte horecagelegenheden voor de cultuurstrip worden geplaatst en dat de weg komt te vervallen. Als hij zich bij die visie van de architect aansluit, hoe denkt hij dit dan te gaan financieren? De tekeningen van de nieuwe inrichting van het hele Stadshart vinden wij een mooie oplossing voor de ambitie om een A-locatie te zijn en te blijven. Voor ons zijn de ontwikkeling van de cultuurstrip en het weghalen van de weg essentieel om het plein een gezelliger uitstraling te geven. Dit heeft tot gevolg dat wij bang zijn om nu ja te zeggen of, als de begroting er is, ja te zeggen tegen kosten van € 1,2 miljoen om het plein op te leuken, terwijl de kosten voor de cultuurstrip nog niet in kaart zijn gebracht. Die € 1,2 miljoen, die geraamd is voor verlichting, podium, bankje, speeltoestel en sokkel, zijn stuk voor stuk items die het plein kunnen helpen. Als de raad stap 2 niet neemt of we het over een paar jaar niet meer kunnen betalen, dan denken wij dat wij dan hetzelfde effect bereiken als destijds met de fontein. Er werd toen namelijk veel geld uitgegeven voor een druppel op een gloeiende plaat. Wij zien verlichting vooral als belangrijk voor de aantrekkelijkheid in de avonduren. Bankjes en groen zien wij ook als belangrijke onderdelen. Die hoeven echter geen € 1,2 miljoen te kosten. De wethouder heeft in de commissie betoogd dat Unibail-Rodamco rond de € 6 miljoen investeert en dat die € 1,2 miljoen van de gemeente toch moet kunnen voor het plein. Het probleem is dat ten aanzien van deze bedragen appels met peren worden vergeleken. Unibail gaat namelijk € 6 miljoen uitgeven aan de wintertuin, de parkeergarage en de lichtstraat, maar alleen de lichtstraat is een project op korte termijn. Dit terwijl de kosten van € 1,2 miljoen, die nu voor de gemeente worden berekend, alleen gelden voor zaken op korte termijn. De raming voor de cultuurstrip die voor een lange termijn staat gepland, is daarin nog niet meegenomen. Oftewel: wij hebben moeite met de € 1,2 miljoen voor bijzaken, terwijl we nog geen raming hebben voor de hoofdzaken. Wij pleiten ervoor om de helft van die € 1,2 miljoen nu uit te geven voor het opleuken van het plein en de andere € 600.000 als taakstellend budget te reserveren om de cultuurstrip later aan te pakken. Consequentie hiervan is dat er keuzes gemaakt moeten worden voor wat wij wel en niet uitvoeren voor die € 600.000. Voor ons zijn de verlichting, de bankjes, het groen en de speeltoestellen belangrijker dan het podium en de sokkel. In deze moeilijke economische tijden is de kans groot dat er nu geld is voor het plein, maar dat er straks geen geld meer is voor de andere zaken. Daarom moeten wij nu een pas op de plaats maken om uiteindelijk de goede, juiste investeringen te kunnen betalen en het plein gezelliger te maken. Een plein voor alle Amstelveners, om trots op te zijn. Wat is de reactie van de wethouder op
58
deze zienswijze? Daarnaast hoor ik ook graag van de andere fracties wat zij daarvan vinden. De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. De SP is voor een aanpak van het Stadshart, en zeker ook voor een verlevendiging van het Stadshart. Het opheffen van het flyerverbod zou het al een stuk levendiger maken. (Hilariteit) De plannen die nu voorliggen, brengen in de ogen van de SP twee vragen met zich mee. Enerzijds is er een aantal heel concrete voorstellen die de indruk wekken dat de beslissingen al genomen zijn en de inspraak meer gaat berusten op de vraag of speelplekken blauw of wit geverfd moeten worden of dat het podium rond of recht moet worden, enzovoort. Anderzijds is er financiële vaagheid. De VVD refereerde daar ook al aan. Het nu al inbrengen in de inspraak schept wel degelijk verwachtingen bij mensen. Als straks blijkt dat het financieel niet mogelijk is, zullen mensen teleurgesteld worden. Dat geldt overigens ook als mensen tijdens de inspraak andere nieuwe plannen willen inbrengen die niet gehonoreerd worden omdat de raad al voorgesorteerd heeft op de inhoud. De SP is en blijft van mening dat deze voortstellen te vroeg behandeld worden. Omdat ze nu toch behandeld worden, wil de SP middels een motie er in elk geval voor zorgdragen dat de inspraak geen wassen neus wordt en dat met reële verwachtingen wordt begonnen aan de inspraakronde. Dat betekent dat een duidelijk kader moet worden gesteld voor de financiering door de gemeente. Dan weten de mensen wat zij van de gemeente kunnen verwachten. Daarnaast moet er een open houding zijn ten opzichte van de inbreng van nieuwe ideeën; er moet niet koste wat kost worden vastgehouden aan de eigen ideeën. Het is soms lastig om je eigen kindjes los te laten, maar het gaat om het beste idee en niet om het feit of het idee al langer bestond. In deze motie maximeren wij de gemeentelijke bijdrage op € 250.000. Dat is nog steeds een fors bedrag in deze moeilijke tijden. Dat wil echter niet zeggen dat projecten niet kunnen doorgaan, maar dat er andere kanalen van financiering gevonden moeten worden. Ook hier kan de inspraak helpen. Resumerend: het vaststellen van financiële kaders wordt verricht door de raad. In de inspraak gaan we de plannen verder invullen. Dat laten wij niet hier in de raad, maar dat doen wij met de inwoners samen. Motie M4 (SP): echte inspraak Stadshart De gemeenteraad van Amstelveen, in vergadering bijeen op woensdag 4 juli 2012, behandelende het raadsvoorstel Verlevendiging Stadsplein Amstelveen; gehoord de beraadslaging; overwegende dat: de huidige voorstellen uit het raadsvoorstel niet allemaal passen bij de belevingswereld van de doorsnee Amstelvener om tot een verlevendiging van het Stadshart te komen; de kosten van het raadsvoorstel hoog zijn gezien de financieel onzekere toekomst van onze stad; er nog geen inspraak heeft plaatsgevonden voor alle burgers en bedrijven; uit deze inspraak ook heel andere goede voorstellen moeten kunnen komen; verzoekt het college: om voor de begrotingsbehandeling 2013 met een nieuw raadsvoorstel Verlevendiging Stadsplein Amstelveen te komen; hiervoor eerst een inspraakronde te houden en deze te verwerken in de plannen; vooralsnog de in het raadsvoorstel genoemde voorstellen, ook na mogelijke amendering, te beschouwen als denkrichtingen, zodat de inspraakronde ook de ruimte biedt om andere plannen in te dienen;
59
de gemeentelijke bijdrage voor de uiteindelijke plannen te maximeren op € 250.000; op zoek te gaan naar sponsoren voor de plannen.
En gaat over tot de orde van de dag. De voorzitter: Motie M4 is voldoende ondertekend en maakt deel uit van de beraadslaging. De motie kan worden vermenigvuldigd en rondgedeeld. De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Ik refereerde er in de commissie RWN ook al aan. Ik verdenk een provinciegenoot, Guus Meeuwis, ervan dat hij een bekend lied van hem hier geschreven heeft, toen hij schreef: "Ik loop hier alleen in een te stille stad." Dan doel ik met name op de avonduren op het Stadsplein. Zonder gekheid: het gaat hier al jaren over. Nu is er een motie aangenomen, met een grote ondersteuning van de raad. Dat heeft geleid tot een uitwerking via het college. Er is een goed doordacht plan van een terzake deskundig internationaal bekende architect gepresenteerd. Wij moeten er nu voor waken dat wij er niet weer elementen uit gaan halen of dat wij er te veel in gaan shoppen. Er zit namelijk een bepaalde samenhang in. Als je daar elementen uit gaat halen, dan tast je de kwaliteit aan. Dat is uiteindelijk ook niet goed voor de aantrekkelijkheid en de concurrentiekracht van het Stadshart. Dat betekent echter niet dat we daar niet kritisch op moeten zijn. De kosten zijn indicatief. Wij vragen aan de wethouder dus een zware inspanningsverplichting om, zonder nu direct afbreuk te doen aan de kwaliteit, in elk geval heel kritisch te zijn op de kosten en meerdere offertes op te vragen, hetgeen voor zich spreekt. Wij wachten de plannen af tot in het najaar, misschien bij de begroting, om te zien wat de concrete uitwerking is. Mocht het dan echt te gek worden, dan kunnen we misschien als het qua kosten uit de hand loopt, nog iets schrappen. We kunnen dan bijvoorbeeld een podium niet realiseren; ik noem maar wat. Of misschien komt er onverhoopt nog een bezuinigingsmaatregel vanuit Den Haag en moeten we dan weer andere afwegingen maken. Laten wij nu echter niet op voorhand al dit plan geweld aan willen doen. Laten wij de concrete uitwerking van de kosten afwachten en er dan eventueel een keuze in maken, mocht dat onverhoopt nodig zijn. Verder hebben wij er geen enkele twijfel over dat de eigenaar van het Stadshart ook een substantiële bijdrage wil leveren. We hechten er echter wel aan om die afspraken in een goede intentie, in een goede overeenkomst, met duidelijke termijnen, vast te leggen. Verder zijn wij het eens met D66 dat ook, hoewel het een vrije markteconomie is, er toch gekeken moet worden naar de lokale ondernemers, zodat wij niet alleen maar internationale ketens hebben. De invloed van de gemeente daarin is maar beperkt, dat realiseren wij ons. We hebben ook wel vragen over de ontwikkeling van de cultuurstrip. Wat is daarover in elk geval nu het voorlopige standpunt van het college? De gemeente is bereid te investeren. Rodamco is bereid om vanuit zijn kant ook een forse investering te doen. Wij doen een oproep aan de winkeliersverenigingen en horecaondernemers om dit positieve signaal vanuit de overheid en het bedrijfsleven op te pakken en daaraan ook qua evenementen iets te gaan doen. Met alleen maatregelen kom je er niet. Het verlevendigen van het Stadsplein moet ook door de mensen zelf gebeuren. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. De laatste zin die de heer Janssen van het CDA uitsprak over de oproep aan de ondernemers is mij uit het hart gegrepen. Het is inderdaad niet alleen aan ons, maar ook aan de mensen die daar zitten om er iets van te maken. Ik kan voor een deel meegaan met het betoog van de VVD. Het gaat dan vooral over de cultuurstrip. Die komt pas als laatste aan de orde in het plan. Daar hebben wij moeite mee. Het plein is inderdaad leeg en saai. Men vergeet één ding: het is er ook tochtig. Wij
60
zouden graag iets zien als tussenopvulling. Ik denk dat het onmogelijk is om de cultuurstrip en de weg gelijk aan te pakken en het dan toch aantrekkelijk te maken. Is het mogelijk om tussentijds iets op een simpele manier te realiseren, met weinig kosten, bijvoorbeeld door de pilaren te bekleden met groen, de terrassen iets meer te overkappen, of door verrijdbare plantenbakken op het plein te plaatsen, zodat je in elk geval tussentijds iets meer groen en bankjes hebt? Als de wethouder dat toezegt, dan ben ik al een stuk gelukkiger. Ik wil niet al die jaren afwachten met een leeg plein, totdat wij eens aan die cultuurstrip beginnen. Er werd net een geintje gemaakt over de kinderen die in het Stadshart spelen. Dat klinkt prima, maar dit moet wel worden gecentreerd. Ik zou zeggen: centreer ook een ouderenhangplek, bij wijze van spreken. We hebben heel veel ouderen, meer ouderen dan kinderen. Denk daarover ook eens na. U moet het echter niet allemaal serieus nemen. De voorzitter: Waarvan akte. De heer De Pijper: Een ouderenhangplek? Dan gaat het om 55-plus, neem ik aan? Mevrouw Roos: Voor de ouderenhangplek? Nee, we gaan die leeftijd verhogen naar 65, 67, gelijk met de pensioengrens. Dan komen we aardig in de buurt. Een aantal dingen moet wel haalbaar zijn. Ik ben het ermee eens om de visie verder uit te werken. Ik zou graag tussentijds het plein iets meer aangekleed willen zien. Daarbij komt het podium, waarvan ik en mijn partij denken dat dit op de verkeerde plek gerealiseerd gaat worden. Dit podium zou meer tussen de cultuurstrip en de bestaande terrassen moeten liggen, zodat je daar leuk iets kunt organiseren in gezamenlijkheid met het cultureel centrum dat daar haar optredens kan houden. Ik ben het totaal niet eens met de ChristenUnie. Ik vind dat er best leuke optredens gehouden kunnen worden. Dat wil niet zeggen dat het allemaal om die dreunmuziek moet gaan. Op een gegeven moment kwam in het reclameonderzoek naar voren dat er veel te weinig gedaan wordt voor mensen van 45-plus. Er wordt veel te veel aandacht gegeven aan jongeren, die een veel kleinere groep vormen. De onderzoekers hebben aangetoond dat de doelgroep van ouderen veel meer te besteden heeft, veel meer vrije tijd heeft en het geld op een andere manier besteden. Daarop moet ingezet worden. Dat laten wij liggen. De horeca en het bedrijfsleven in het Stadshart moeten daarop inspelen. Dat doen zij veel te weinig. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Denkt mevrouw Roos bij de mensen van 45-plus aan het Concertgebouworkest of aan het filharmonisch orkest? Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Mag ik even een variatie daarop noemen? Ik noem bijvoorbeeld een jazzavond of het concertgebouw. Het is heel erg in om de oude muziek van de jaren '60 of '70 in te zetten; dat trekt ook heel veel mensen. Je kunt op een heel leuke manier variëren. Ook met een bostheater, maar dan op het plein. Mevrouw Van Wijnen: Mijnheer de voorzitter. Ik ben mij toch een beetje zorgen te maken over al die voorstellen voor leeftijdssegregatie op het plein van ons allen. GroenLinks heeft in de commissie al aangegeven enthousiast te zijn over dit voorstel. Wij hebben meerdere moties mee-ingediend om het Stadsplein aantrekkelijker te maken. Wij vinden wel dat als je het dan toch doet, je het goed moet doen. Dan geef je lokale activiteiten en verenigingen een mooi podium waar zij eenvoudig iets kunnen doen. Dan maak je de terrasjes functioneler door de licht -dip weg te halen. Dan zorg je dat er verlichting is in de avonden, waardoor het gezellig wordt, dan zorg je voor aantrekkelijk groen en voor modern speelmateriaal.
61
Ik zal de kritische opmerkingen die ook al in de commissie zijn gemaakt over de financiën en de plint hier niet herhalen. Wij delen die natuurlijk wel. Voor ons wordt de echte proeve van kunne de inspraakronde die met het aannemen van dit stuk zal starten. Voor ons wordt het wel heel belangrijk hoe de inwoners en de bedrijven rondom het Stadshart tegen dit plan gaan aankijken. Delen zij ons enthousiasme? Dat is voor ons vitaal. Wij willen het plein niet aantrekkelijker en gezelliger, zodat wij kunnen zeggen dat wij een aantrekkelijk en gezellig Stadsplein gerealiseerd hebben, maar het moet ook echt aantrekkelijker en gezelliger gevonden worden. Wij zijn heel benieuwd wat daar uit komt. Ik heb meerdere partijen horen zeggen dat de plannen niet passen bij de doorsnee Amstelveners. Wij laten hen dat heel graag zelf bepalen. Wij zouden graag nog iets meer horen over het tijdspad dat nu voor de plint gezien wordt. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Ik luisterde met stijgende verbazing naar de heer De Pijper en concludeerde dat wij wellicht in een andere commissievergadering hebben gezeten. Volgens de heer De Pijper ben ik namelijk tegen kinderspeelplaatsen. Dat heb ik niet gezegd en dat heb ik niet bedoeld. Misschien hebben we toch echt andere vergaderingen meegemaakt. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Ik heb hier het verslag van de vergadering RWN. Hierin staat bij de heer Veenboer dat hij zo zijn vraagtekens heeft als het gaat om het realiseren van kinderspeelplekken. Dat is volgens mij heel duidelijk. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Dat is mijn makke. Het kan tot de eigenschap van mijn doelgroep horen dat ik die verslagen nooit meer teruglees. Ik bedoelde met die woorden dat wij er wel even over hebben gesproken of het gaat om een goede plek voor de kinderspeelplaatsen. Ook heb ik gezegd dat wij een paar weken boven de bibliotheek daaroverr een goede presentatie hebben gehad met de architect. Ik merk wel dat de architect goed nagedacht heeft over de plannen en dat hij veel ideeën heeft ten aanzien van dat soort projecten. Ik herhaal wat ik in de commissie heb gezegd, niet om de burgemeester dwars te zitten, maar om de raad duidelijk te maken dat wij allemaal hebben gekozen, dat wij een Stadshart gepland en gemaakt hebben en dat dit ontzettend veel zweet, tranen en gedoe heeft gegeven voor wat betreft een bovenregionaal Stadshart. Dat heeft z'n consequenties. Dat wisten we en dat weten we nu ook wel. Dan moet je toch naar de concurrentie kijken en er flink in investeren. Het Stadshart dat wij nu hebben, is te groot voor Amstelveen, laten wij daarover eerlijk zijn. We hebben de Bijenkorf niet omdat Amstelveen zo leuk is, maar omdat wij bovenregionaal zijn. Daardoor hebben wij die aantrekkelijkheid en daardoor is er ook een soort verplichting gekomen om te investeren. We hebben allemaal gezegd – D66 heeft daarin het voortouw genomen – dat het plein saai is. De architect zei dat de mensen zo vlug over het plein heen naar de andere kant toe gaan doordat het plein niet uitnodigt om daar langer te zijn dan strikt noodzakelijk; dat was mij uit het hart gegrepen. De plannen spreken aan. Het geeft ook wel aan dat je als gemeente moet zeggen dat wij ook ons deel doen. Wij kunnen niet voor een dubbeltje op de eerste rang zitten. We moeten niet architectje spelen en zeggen dat het podium ergens anders gaat komen omdat dat beter is. Ik merk dat er ontzettend goed over nagedacht is en dat wij heel goede argumenten moeten hebben om dingen te veranderen. Die heb ik niet. Tegen de ChristenUnie zeg ik dat wij moeten oppassen om niet heel zuinig te zijn op het ene deel en geen enkel woord vuil te maken aan het andere deel van de kadernota, bijvoorbeeld de € 1 miljoen voor het Amsterdamse Bos. Je moet ook in dit soort gevallen als gemeente kleur bekennen en zeggen dat wij best die investering willen doen. Ik heb hierover een vraag voor het college. Hoe zeker is het dat als wij a zeggen, de eigenaar b zegt,
62
zodat wij het hele plan kunnen uitvoeren? Er is sprake van een aantal calamiteiten bij de bioscoop; als er geen exploitant is, komt er geen bioscoop. Ik heb echter hoop dat er wel een bioscoop komt. Tegen mevrouw Gast van de VVD zeg ik dat ik er bang voor ben dat haar weg leidt tot een soort 'self-fulfilling prophecy' en we in een spiraal komen waarin wij niet willen komen, zonder dat we dat op dat moment echt voor ogen hebben gehad. Ik vind het lastig. Ik kan haar redenering best volgen, maar ik vind het lastig om daarin mee te gaan. De PvdA heeft gezegd: laten wij die investering doen. Laten we als gemeente zeggen dat wij er echt voor gaan. We maken er iets moois van. Ik wil van het college weten of het gevolgen heeft voor de eigenaar, maar ik neem dat wel zo aan. Zo zitten wij erin. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Er is al veel over gezegd, ook in de commissie. Ik ga die punten niet herhalen. Ik verbaas mij een beetje over het amendement van de ChristenUnie, waarin wordt voorgesteld om een kinderspeeltuin aan te leggen op het Stadsplein. Dat is leuk, maar als we het nu eens bij een glijbaan of een klimelement laten? Die speeltuin zie ik niet zitten. Bovendien begrijp ik uit het door de ChristenUnie ingediende amendement dat zij het voorstel vandaag eigenlijk van de agenda wil halen. Het college wordt namelijk verzocht om eerst de inspraakperiode af te wachten, alvorens met definitieve plannen te komen. Dat zou dan bij de begroting van 2013 moeten plaatsvinden. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Dat is onjuist. Wat mij betreft gaat het om de vraag of het raadsvoorstel met een prijsindicatie van € 1,25 miljoen de inspraak ingaat, of dat wij uiteindelijk met een heel ander voorstel dat maar € 250.000 verder gaan. Als de raad ervoor zou kiezen om het raadsvoorstel af te stemmen en het amendement aan te nemen, dan moet er een nieuw voorstel komen vanuit het college. Dat moet dan de inspraak in. Dat is dan een voorstel dat maximaal € 250.000 kost. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ik hoor de PvdA zojuist zeggen dat het gaat om een bovenregionaal stadsplein. Dat wisten wij van tevoren. Daarom hebben wij onder meer de Bijenkorf in Amstelveen. Ik weet dat de discussie over de vraag of de Bijenkorf hier wel of niet zou komen een hele tijd gaande is geweest. Aan de andere kant moet worden geconstateerd dat BCC, een van de grotere zaken in zijn vakgebied, is vertrokken van het Stadsplein naar Gelderlandplein. Het is een beetje discutabel welke richting we nu eigenlijk op gaan met het plein. De heer Veenboer: Ter interruptie. Daar heeft u ongetwijfeld gelijk in. Ik zeg alleen maar dat de Bijenkorf als eerste vertrekt als wij het bovenregionale karakter onvoldoende kunnen waarmaken. BCC vertrokken, maar dat had meer te maken met de logistiek van de winkel dan met het feit dat het Stadshart ongeschikt zou zijn. De heer Fokkink: De vraag is natuurlijk wat de eigenaar investeert en wat Amstelveen daaraan zou moeten bijdragen. Ik vind de € 1,2 miljoen vrij veel. De manier waarop het Stadsplein verlevendigd zou moeten worden, staat ook bij ons een klein beetje ter discussie. De volgorde waarin de onderdelen van het plan zijn genoemd, geven een prioriteitsvolgorde aan. Dat is niet onze prioriteitsvolgorde. Wat dat betreft ben ik het eens met de ChristenUnie over het permanente podium en het artpodium; daarbij zetten wij een groot vraagteken. Ik ben wel heel erg voor de aanpak van de verlichting en de zitmogelijkheden. Als je uiteindelijk op zo'n groot plein een paar boompjes hebt met wat zitbankjes er omheen, die eenvoudig zijn op te bergen en die vanwege een stadsmarkt gemakkelijk zijn te verplaatsen, dan zou het al een stuk gemakkelijker zijn. Ik moet wel zeggen dat hoe je het ook bekijkt, het een kaal en tochtig plein is en dat het op dit moment nog een saai plein is.
63
Tochtig zal het voorlopig wel blijven. Het zal moeilijk worden er enige aantrekkelijkheid in aan te brengen. De OCA staat sceptisch tegenover de investering. Wij staan achter de ideeën dat er iets moet gebeuren. Ik vraag mij echter af of het op deze manier moet. Ik ben er nog niet uit of ik voor het voorstel zal stemmen. De voorzitter: Ik geef gelegenheid tot debat. Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. Er zijn verschillende verzoeken ingediend om het bedrag te verlagen, voordat het voorstel de inspraak in gaat. Wij hebben daar sowieso moeite mee. Ik zou graag in elk geval van de VVD en de ChristenUnie willen weten waarom zij het wel acceptabel vinden dat er € 1 miljoen aan Amsterdam wordt gedoneerd, waarvoor wij tijdelijk, voor twee jaar, wat meer sociale huurwoningen te verdelen krijgen en dat zij de € 1 miljoen voor het Stadshart niet acceptabel vinden, waar de Amstelveners jarenlang plezier van hebben. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Wij vinden dat het hier om twee totaal verschillende onderwerpen gaat. Ik zou het ene onderwerp totaal niet naast het andere onderwerp leggen. Het Amsterdamse Bos brengt ons op ambtelijke basis en diplomatiek gezien veel meer dan alleen maar een paar sociale woningen. Verder wil ik het graag aan de fractievoorzitter laten om hierop nog iets te zeggen, want het is meer zijn onderwerp. Die € 1,2 miljoen is heel veel geld voor de vijf, zes dingen die wij ervoor krijgen. Dat is op zich prima, als wij dan maar zeker weten dat het plein dan perfect is. Het probleem is dat wij die garantie niet krijgen en dat er nog een heleboel investeringen zullen moeten volgen om deel 2 te gaan doen. Ik ben heel erg bang dat wij nu zeggen dat wij € 1,2 miljoen investeren en dat, als wij over een paar jaar voor een heel grote rekening staan, er dan toch raadsleden onder ons zijn die zeggen dat die € 1,2 miljoen al zo veel was en dat men nu weer begint over zoiets. Dat is dan wel een consequentie. Nu kunnen wij nog zeggen dat we nu een deel doen en dat wij een deel kunnen opzeggen, reserveren en later bekijken. Ik vind het podium ook een heel leuk idee, maar dat wil niet zeggen dat het om iets essentieels gaat; er zijn essentiëlere dingen. We hebben wel op de centen te passen. Behalve van de heer Veenboer heb ik nog niet echt antwoord gehad op de vraag wat men vindt van mijn plan om te beginnen met € 600.000 voor de belangrijkste zaken, die wij nog moeten definiëren, en de rest te reserveren. Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. Wij vinden dat een wat voorbarige vraag, omdat in de stukken gesproken wordt over indicatieve bedragen. Natuurlijk vinden wij dat de wethouder, dat het college, moet gaan bekijken of het uiteindelijk echt nodig is en of het misschien goedkoper kan. Tegelijkertijd moeten wij dit niet half doen. Dan geven wij straks een bak met geld uit – € 600.000 is veel geld – en als wij het maar half doen, hebben wij nog steeds dat kale, lege, saaie plein met drie extra bankjes. Dat is onze bedoeling in elk geval niet. Dan maar liever meer geld met echt resultaat met sfeervolle verlichting en duidelijke verbeteringen. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik had net even een discussie met mijn buurman over het tussentijds aankleden van het plein, omdat voor de cultuurstrip de weg verplaatst moet worden en er veel dingen aan vast zitten. Toen zei ik: "Geef mij maar € 10.000 en dan kleed ik het plein wel aan." Toen zei mijn buurman: "Voor dat geld kun je dat niet doen." Ik heb net even gegoogled. Er zijn plantenbakken met verlichting en een plant erin voor € 1.200. Als wij vier van die plantenbakken midden op het plein zetten, dan geven die dus gelijk licht en er zitten grote planten in. Dan hebben we al een heel ander Stadshart.
64
De heer Veenboer: Als we nu wachten tot de drie dwaze dagen, dan hebben we ze voor de helft. Het klinkt alsof u meegaat met de motie van de heer De Pijper. Mevrouw Roos: Nee, ik ga absoluut niet mee met de motie van de heer De Pijper, want het gaat erom dat ik ook best iets anders wil met dat plein; dat roepen wij ook al tijden. Ik heb het nooit zo gewild, maar wij blijven constructief denken. Je wilt er heel graag iets leuks van maken, maar niets gaat zonder de medewerking van de uitbaters die rond het Stadshart zitten. Die moeten ook initiatief tonen en die moeten er ook iets van maken. Zij moeten leuke projecten ontwikkelen. Ik heb meerdere zomers met die uitbaters daar gezeten en er is nooit iets uit gekomen. Dat vind ik een beetje jammer. Het moet altijd van één kant komen. Het moet zowel van de eigenaren als van de gemeente komen. Dat zou ik meer gestimuleerd willen zien. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Mevrouw Veeningen wacht volgens mij nog op een antwoord van de ChristenUnie. Ik vind de vergelijking met het Amsterdamse Bos een vergelijking van appels met peren. Bij de kadernota heb ik al gezegd dat het college uitblinkt in goed onderhandelen. Ik denk dat het college omtrent het Amsterdamse Bos een goede deal heeft gesloten. Zo simpel is het. Wij vinden het bedrag van meer dan € 1 miljoen voor het Stadsplein een belachelijk bedrag, laat ik het maar ronduit zeggen. Het gaat hier niet om een beetje minder of om de vraag of er misschien een onsje vanaf kan. Wij willen een principieel andere keuze. Dat houdt in: het podium eruit, het artpodium eruit; gewoon een gezellig plein dat niet meer leeg is, maar gevuld wordt met bankjes, een speeltuin, boompjes en wat verlichting, zodat de gemiddelde modale Amstelvener ervan kan genieten. De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Als de heer De Pijper zo veel vertrouwen heeft in de onderhandelingskwaliteit van het college, en daar volg ik hem in, waarom heeft hij dan geen vertrouwen dat het college goed kan onderhandelen met allerlei opdrachtnemers over de indicatieve bedragen? Daardoor kan het bedrag van € 1,2 miljoen misschien nog wel eens een stukje lager uitvallen. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Ik denk dat het college goed kan onderhandelen. Daarmee ben ik het helemaal eens. Dat is echter precies het punt waar het mij om gaat. Het gaat er niet om dat er iets van af gaat, maar wij willen een principieel andere keuze bij de invulling van het plein. Dat is iets anders dan goed onderhandelen door het college of een goede deal maken. De heer Noomen: Mijnheer de voorzitter. Mevrouw Gast verweest even naar mij ten aanzien van de A9. De wethouder heeft in de commissie ABM gezegd dat als je 50 sociale huurwoningen zou moeten bouwen, je dat ongeveer € 3 miljoen kost. Zo snel verdient u geen geld. Er is uitgelegd dat wij steun kunnen verwachten van Amsterdam in het A9dossier. Als hij het voor het dubbele had moeten doen, hadden wij ook die steun gegeven. De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Even terug naar de basis, naar de vragen van het begin. Wij roepen allemaal al jarenlang dat het Stadsplein verlevendigd moet worden. Het CDA is het daarmee helemaal eens. Die motie hebben wij destijds van harte gesteund. Ik vind de discussie die daarover ontstaat een heel erg Nederlandse discussie. Die discussie is niet vreemd in de gemeenteraad in Nederland, maar je moet er wel wat voor over hebben. Dat wil dus niet zeggen dat die indicatieve € 1,2 miljoen precies op dat bedrag moet uitkomen: het is indicatief. In de eerste termijn hebben wij nadrukkelijk aan de wethouder gevraagd om met een zware inspanningsverplichting dat bedrag flink naar beneden te krijgen, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit. We moeten voorkomen dat wij nu het goed doordachte plan, waarvoor wij een terzake deskundige hebben ingehuurd, door allerlei elementjes eruit te halen helemaal gaan uitkleden, waardoor er toch weer een vleesch-
65
noch-visch-oplossing overblijft. Ik kan de heer Veenboer daar wel een aardig eind in volgen, evenals mevrouw Veeningen. Laten wij eerst de concrete uitwerking in de begroting afwachten. Dan kunnen wij altijd nog zeggen of er dingen geschrapt moeten worden of dat het te duur wordt. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Ik heb toch nog een vraag voor mevrouw Roos. Eerst echter een reactie voor mevrouw Gast van de VVD. Zij heeft aan de overige fracties gevraagd wat zij vinden van die € 600.000/€ 600.000. Laat ik eerlijk zijn: wij zeggen daar nee tegen. Wij vinden die eerste € 600.000 al een veel te hoog bedrag. Wat ons betreft blijft het gewoon bij de € 250.000. Wij vinden dat daarvoor een goed plan kan worden neergelegd. Dan mijn vraag voor mevrouw Roos. We hadden net even de discussie dat er geen bands hoeven te spelen op het plein. Het kan ook gaan om 45-plus muziek. Ik houd eigenlijk ook wel van bands – ook al ben ik 45-plusser, maar dat terzijde –, het Concertgebouworkest of optredens van het Bos Theater en dat soort dingen. De argumenten zijn dan toch precies hetzelfde? Het punt blijft dan dat er geluidsoverlast is voor de bewoners en door de wanden waar het geluid tegenop klinkt. Daarnaast is er het veiligheidsprobleem als er, dat mag ik toch verwachten, veel bezoekers naar die optredens komen. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ten aanzien van de veiligheid merk ik op dat wij nu ook al evenementen organiseren in het weekend. Daarop komen misschien ook veel mensen af. Daarover maak ik mij niet zo erg druk. Ook wij hebben meerdere malen gesproken over de geluidsoverlast en dat je daarop moet letten. Je zou iets kunnen doen met een gedeeltelijke overkapping in het midden. Ik noem het een soort groot prieel, waardoor het geluid eronder blijft. Dat zou nog eens bekeken kunnen worden. Er wordt echter ook meer groen geplaatst, waardoor de weerkaatsing, de holheid, van het plein wordt weggenomen. Daarom pleit ik zo voor groener wonen. Daarop zou ik graag nog een reactie horen van het college. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Ik heb zojuist van de heer De Pijper begrepen dat hij geen vragen voor mij had. Dat is dus mooi. Ik ben mijn vraag voor de heer Janssen vergeten. Ik denk er nog even over na. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Ik ben even kwijt wat nu precies de crux is van de reden waarom de ChristenUnie zegt dat het niet meer dan € 250.000 mag kosten. Heeft die fractie een visie hoe zij het plein wil zien? Ik ga niet spreken over welke muziek er komt. Als het college slim is en zou zeggen welke muziek er komt, heeft het zo een meerderheid. Wij gaan het college echter niet wijzer maken dan het al is. Welke visie heeft de ChristenUnie voor het plein? De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben een visie op dat plein, met zaken waaraan de gewone Amstelvener veel meer behoefte heeft. De heer Veenboer: Wat is dan de gewone Amstelvener? De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Als ik hoor wat mensen graag willen op dat plein, dat gaat dat niet om concerten en niet om optredens, maar om een gezellige markt, een braderie, een boekenmarkt, een cultuurmarkt. Zij willen een presentatie van hun verenigingen kunnen horen. Culturele verenigingen kunnen zich daar presenteren, zodat er bijvoorbeeld een presentatie van de muziekschool kan plaatsvinden. Dat soort zaken kunnen op het plein plaatsvinden. Verder willen de mensen daar overdag en 's avonds gewoon gezellig kunnen zitten en dat de terrasjes uitgebreid worden. Het komt meerdere malen
66
voor dat de terrassen vol zijn. Dan gaat het om een veel kleinschaliger geheel dan om megalomane concerten die daar moeten plaatsvinden. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Ik weet de vraag weer. Ziet de heer Janssen in deze economische tijd die € 1,2 miljoen niet als heel veel geld om uit te geven voor deze fase en voor dit onderdeel van het plan, terwijl wij niet weten wat de kosten van fase 2 zullen zijn? Gaat hij straks niet zeggen dat het podium van € 450.000 misschien toch wel een erg luxe uitgave was, als hij weet dat hij nog € 3 miljoen te gaan heeft over een paar jaar? De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Een vriend van mij is betrokken geweest bij de herontwikkeling van het centrum van Enschede. Hij zat als ambtenaar dicht op die ontwikkelingen. Ik vertelde hem over die € 1,2 miljoen. Natuurlijk is het objectief gezien veel geld, maar voor een totale investering in de stad en een centrumplan vond hij dat wel meevallen. Dat is natuurlijk ook maar een mening, maar als u mij goed beluisterd had, heb ik niet gezegd dat wij akkoord gaan met die € 1,2 miljoen. Wij hebben nadrukkelijk aan de wethouder gevraagd om met een stevige inspanningsverplichting te bekijken hoe wij de kosten zo laag mogelijk kunnen houden, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit die wij allemaal willen om het plein te upgraden. Het CDA heeft vanaf het begin gezegd dat het de plannen voor de verlevendiging van het Stadsplein natuurlijk zeker steunt. Dat betekent echter ook dat je weliswaar kritisch, maar wel met geld over de brug moet durven komen en niet voor een dubbeltje op de eerste rang moet willen zitten. Mevrouw Van Wijnen: Mijnheer de voorzitter. Is het bij de VVD duidelijk dat dit geld op dit moment nog helemaal niet geïnvesteerd wordt? Er wordt telkens gezegd dat wij gaan investeren, maar het gaat om een indicatief bedrag op een concept dat nu de inspraak in gaat. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Daar heeft mevrouw Van Wijnen helemaal gelijk in. Ik vind het echter een beetje raar om nu te zeggen dat wij het plan fantastisch vinden en vervolgens bij de begroting zeggen dat ik de helft wil uitgeven en de rest niet. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Wij praten nu veel over de details. Wat wordt er nu eigenlijk van ons gevraagd? Er wordt ons gevraagd kennis te nemen van de conceptvisie, om deze vrij te geven voor inspraak zodat de burger kan meepraten en in te stemmen met de voorbereiding van de opstelling van de intentieovereenkomst. Ik vind het prima hoor, om een eigen mening te geven … De voorzitter: U heeft zelf de plantenbakken laten zien. Kom op. (Hilariteit) Mevrouw Roos: Daarmee ben ik het helemaal eens. Ik ben al voor de inspraak. Dit is mijn inspraak. Ik denk dat ik namens mijn fractie kan vragen om het nu eens uit te werken en ermee aan de slag te gaan. De voorzitter: Heeft iemand nog iets nieuws te melden of vragen? Dat is niet het geval. Ik stel voor dat het debat nu voorbij is. Ik geef het woord aan het college. Wethouder Levie: Mijnheer de voorzitter. Na dit alles is één ding duidelijk: iedereen is het erover eens dat het Stadshart saai en kaal is. Dat is de unanimiteit die ik heb kunnen ontdekken. Waar hebben we het over? Het spitst zich toe op de verlevendiging van het Stadsplein. Wij vragen u alleen om in te stemmen met de notitie, om ermee in te stemmen deze nader uit te werken en ervoor te zorgen dat dit stuk de inspraak in kan gaan. Daarin neemt het college de raad mee.
67
Het voorstel komt terug, zoals blijkt uit punt 4, waar staat: "Het college te verzoeken om bij de behandeling van de begroting 2013 in november 2012 met uitgewerkte voorstellen te komen". Daar staat een indicatief bedrag bij. Dat geld hoeft absoluut niet op. Het is wel zo dat als je het Stadshart aanpakt, je het wel goed moet doen. Dat doet de eigenaar van het Stadshart, Unibail-Rodamco, ook. Het stopt er vier tot vijf maal het bedrag in dat Amstelveen erin stopt. Dan hebben we het alleen maar over de korte termijn en de buitenruimte. De wintertuin is het verbeteren van wat nu de buitenruimte is: naar en guur. Ook daar waait het altijd als het via de Rembrandtweg die kant uit waait. Daarover hebben wij het. Om dan nu te zeggen dat het minder moet zijn of dat wij het in twee keer gaan doen, is niet groots en meeslepend, maar het is ook niet wat je moet willen als je zo'n Stadshart in orde wilt maken voor de komende tien tot twintig jaar, waarbij je een regionale functie hebt en je een Stadshart wilt hebben dat leuk is voor de Amstelveners en voor Amstelveen. In dat kader is het goed te weten dat Unibail wel degelijk een afwisseling wil maken van grotere winkels – en dan niet de geëigende winkels die je op elke plek in Nederland tegenkomt, maar ook andere, wat internationalere ketens – en heel kleine winkels. Dat beeld zie je ook in andere winkelcentra, bijvoorbeeld in Frankrijk, waar zelfs hypers hun eigen centrum er omheen bouwen, juist met kleine winkels, om de aantrekkelijkheid van het er naartoe gaan te vergroten. Unibail bestaat uit professionals, dus men weet daar heel goed waarover men het heeft. De wintertuin is net als de inrichting van het Stadsplein een korte termijn actie. Dat zou geweldig veel doen. Als je zou wachten tot je zo ver bent met de bioscoop en de parkeergarage, en vervolgens de cultuurstrip, dan wil je eigenlijk een klein beetje, maar de facto niets in de komende jaren. Dat betekent dat we nu al afglijden van een winkelcentrum dat je zo veel jaar later mag oppeppen met de cultuurstrip en met uitbreidingen. Dan heb je de zaak gewoon laten verlopen in die tijd. Dan is het afgegleden. Dat moeten wij in Amstelveen niet willen. De inspraak is een aantal keren ter sprake gekomen. Wat is er tot nu toe gebeurd en wat zijn de vervolgstappen? Het is goed om dat even te melden. Er heeft overleg plaatsgevonden met zeer veel partijen die hierbij betrokken zijn, onder meer met het wijkplatform, de winkeliers, de culturele instellingen uit de omgeving. Er is uitvoerig met hen gesproken. Nu willen wij graag de inspraak van de bewoners inzetten, breed uitgezet vanaf woensdag 11 juli. Er komt een gemeentepagina, een inspraakpagina via de homepage voor de inspraak voor het Stadshart, met de regionale betrokkenen. Het wijkplatform moet er goed bij worden betrokken. Alles ligt ter inzage in het gemeentehuis. De raad wordt geïnformeerd over het inspraaktraject; u krijgt er lopende het traject tussentijds informatie over. Dat beperken wij niet tot de gebruikelijke zes weken, maar de inspraakperiode wordt verlengd, omdat wij weten dat de inspraak anders midden in de zomerperiode zou vallen. Er worden inspraakavonden georganiseerd over de visie en de verlevendiging; dat is al gepland voor 4 en 11 september. Daarna wordt het net opgehaald en worden de zienswijzen verwerkt. Dit ten aanzien van de communicatie. De cultuurstrip en de weg die daarvoor moet komen. Er is gevraagd wat daar precies mee gebeurt. Het is de bedoeling die weg zo snel mogelijk te doen verdwijnen en deel te laten uitmaken van het Stadsplein. Die weg ligt er heel ongelukkig, met die straat waar sommige mensen doorheen rijden. Daarvoor moet wel een voorziening worden getroffen voor de parkeergarage, ook voor de kortere termijn. Het is echter de bedoeling de weg zo snel mogelijk af te sluiten en daarmee de veiligheid te vergroten. Wij zijn uiteraard kritisch ten aanzien van de kosten. Dat heb ik eerder gezegd. Er komt een intentieovereenkomst met Unibail, waarin alles duidelijk vastligt en waarin Unibail zich ook vastlegt voor die wintertuin, met een geschat bedrag van € 5 tot € 6 miljoen, en het weghalen van de lichtstraat bij de parkeergarage, bij de terrassen, waardoor die terrassen
68
groter worden. Dat is voorzien. Dat heeft u volgens mij ook bij de presentatie kunnen zien. De terrassen worden naar voren gehaald. Dat was immers de winst: de barrière is dan weg, er kunnen overkappingen komen en er is dan een mogelijkheid om het daar enorm te verlevendigen. Daarbij is het een suggestie om ook te bekijken wat er mogelijk is met groen rond die terrassen en alle steen die er is. Dat is een uitstekende gedachte, net als de gedachte om los bomen op het plein te zetten die weggehaald kunnen worden als er markt is. Het is zeker de bedoeling dat de markt daar blijft. Om te antwoorden op de vraag van de heer De Pijper of het plan en de kosten helemaal 'over the top' zijn: nee, het is gewoon heel goed. Het is groot, dat ben ik met u eens. Het gaat om heel veel geld, maar het is wel iets waarmee je de toekomst in kunt. De uitgaven zou ik niet willen betitelen als van de gekke. Het is bekend bij u, maar ik zeg het nog een keer: het is de bedoeling van de cultuurstrip dat eerst de parkeergarage en de bioscoop gerealiseerd worden en dat daarna begonnen wordt met de cultuurstrip. Mocht dit niet gaan en mocht de bioscoop er niet komen, dan zal er wel iets met de parkeergarage en het vervoerscentrum moeten gebeuren. De cultuurstrip komt daar achteraan. Het gaat een aantal jaren duren. Volgens mij heeft wethouder Groot daarover ook iets gezegd. Dan de vragen van mevrouw Van Wijnen. Ik maak mij een beetje zorgen over de leeftijdssegregatie. Ik deel de zorg van de heer Veenboer hierin, want ook ik voel mij zeer aangesproken. Wat kan er allemaal? Tegen de heer De Pijper zeg ik: we hadden het over een concert en u zag er niet zo veel in. U bent dan waarschijnlijk niet geweest bij bijvoorbeeld het blazersensemble van het Concertgebouw. Dat klinkt ontzettend 'highbrow' en oninteressant voor de gemiddelde Amstelvener – het optreden vond plaats op zondag om 12.00 uur – maar het plein was hartstikke vol en het klonk heel erg goed. Er kunnen dus veel meer dingen. Met de PvdA wil ik zeggen: ja, het college wil er graag voor gaan, maar wel met uw toestemming. De eigenaar wil er ook voor gaan, dat is helder. Dat komt in de intentieovereenkomst te staan. Wat betreft BCC denk ik dat wij daar de zaak wat door elkaar gooien, los van het feit dat het pand onmiddellijk weer verhuurd is. BCC kocht Polectro aan de Buitenveldertselaan, dus niet op het Gelderlandplein. Dat is een heel grote winkel en daar is BCC ingetrokken. Ik kan mij voorstellen dat men niet op twee, drie kilometer van elkaar twee grote winkels wil hebben, waarvan de een veel groter is. De voorzitter: Ik geef gelegenheid aan de raad voor de tweede termijn. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Laat ik het gewoon nog eens heel duidelijk zeggen: 1. wij kiezen voor een heel andere inrichting van het plein; 2. wij vinden dat er te veel geld wordt uitgegeven. Deze twee zaken aan elkaar gekoppeld zorgen ervoor dat wij kiezen voor een alternatief plan voor maximaal € 250.000. De wethouder noemde de door ons uitgesproken uitdrukking dat de plannen 'over the top' zijn. Het zal best om een goed kostenplaatje gaan, maar wij vinden voor de plannen die de Amstelvener in onze ogen zou willen hebben, dit plan 'over the top'. Daarom kiezen wij voor iets anders. Inderdaad, wij vinden het van de gekke dat je op het plein een podium en een artpodium zou plaatsen. Wij kiezen voor heel andere plannen. Daarom vraag ik: waarmee gaan wij de inspraak in? Is dat het plan van het college van € 1,25 miljoen, of gaan we met een heel ander plan, van maximaal € 250.000 de inspraak in? Dat is ook precies de reden dat ik problemen heb met de motie van de SP. Bij de motie van de SP gaat men bij nul beginnen.
69
Je begint dus met niets, vervolgens is er de inspraak en dan moet het college met een voorstel komen. De gemeenteraad heeft een mandaat; wij zitten hier niet zomaar. Het college heeft een eigen verantwoordelijkheid en wij hebben een eigen verantwoordelijkheid. Wij geven kaders aan en vervolgens ga je de inspraak in. De ChristenUnie verschilt met het college van mening over het beginpunt of over de vraag met welke kaders je de inspraak in gaat. Ik ben blij te constateren dat na de PvdA en de OCA kinderen welkom zijn op het plein en dat er speeltuinen kunnen komen. Dat is heel bemoedigend. Naar onze overtuiging zit de gewone Amstelvener daar op te wachten. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ik hoor de heer De Pijper weer praten over de speeltuin. Wij hebben dat uitdrukkelijk afgewezen. Ik heb gezegd dat er wel een paar speelobjecten kunnen komen, maar geen speeltuin. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Tijdens een cursus hebben wij GroenLinks een keer over wipkippen gehoord en of men die wel of niet wilde. Laten we het zo zeggen dat de ChristenUnie denkt dat de Amstelveense kinderen prima spelen op een aantal wipkippen, rekken en dat soort zaken. Dat is een prima speeltuin. Als de OCA daarover een andere mening heeft, dan is dat prima. Wij vinden echter dat het prima op deze manier kan. Mevrouw Van Wijnen: Mijnheer de voorzitter. Ik wil graag een verhelderende vraag stellen. Het moet allemaal kunnen voor € 250.000. Vindt de heer De Pijper dan wel dat de partner in dit project, Unibail-Rodamco, zich wel aan die € 4 à € 5 miljoen moet houden die het hier tegenover stelt? De heer De Pijper: Ja, waarom niet? Ik denk dat we dan een reëel kostenplaatje hebben voor de totale inrichting van het Stadshart. Er is namelijk nog veel meer. De ChristenUnie vindt de totale visie een goed idee. Het gaat er ons echter om dat wij vraagtekens plaatsen bij de inrichting van het Stadsplein. Het is een goede zaak als het college gaat onderhandelen met Unibail-Rodamco om een goede invulling te geven aan het Stadshart, conform de kaders van de visie die is neergelegd. De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Ik heb ook een verhelderende vraag voor de heer De Pijper. Hij heeft het elke keer over die € 250.000 en hij koppelt daaraan dat de Amstelvener niet zit te wachten op de voorliggende plannen. Heeft hij een enquête gehouden of heeft hij onderzoek laten doen? Waarop is die stelling gebaseerd? Hij zegt ook dat Unibail-Rodamco wel alles moet investeren, maar dat de gemeente zo min mogelijk moet investeren. Dan vind ik toch dat hij voor een dubbeltje op de eerste rang wil zitten. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Voor Unibail-Rodamco gaat het om het totale Stadshart. Dat is een heel ander verhaal dan de inrichting van het Stadsplein zelf. Ik wil daarin een onderscheid maken. Daarom zeggen wij ook dat alles wat het college heeft voorgesteld voor het Stadshart zelf en het aanbod daar van culturele voorzieningen en de doorstroming van verkeer, alle plannen die in de visie zijn opgenomen voor het Stadshart, een goed verhaal vormen. Daar hebben wij niets tegen. Het is een goede zaak als het college daarin met Unibail-Rodamco tot goede afspraken kan komen. De heer Janssen zegt dat wij voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten. Ik weet helemaal niet of wij voor een dubbeltje op de eerste rang zitten. Wij denken dat de Amstelvener, in elk geval de achterban die ik ontmoet, goed uit de voeten kan met ons voorstel. Ik heb fora gezien op internet waarin hetzelfde standpunt wordt verkondigd.
70
Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik denk dat we er niet uit komen. De meningen blijven verschillend. Ik heb een andere achterban die anders denkt over het plein. Ik denk dat we het moeten overlaten aan de burgers. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Ik heb nog één opmerking. Mevrouw Roos sprak over de concerten. Of het nu om klassieke muziek gaat, om popmuziek of welke muziek dan ook, ik hoor dat er nog wel eens een probleem is rond de concerten en dat de stilteruimte van de bibliotheek niet te gebruiken is als er concerten plaatsvinden. Mevrouw Roos: Volgens mij is de bibliotheek 's avonds om die tijd allang dicht. Wij zitten nu echter van alles in te vullen, maar dat wordt helemaal niet gevraagd van ons. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Ik zet hier alleen een punt neer wat bij de organisatie van concerten speelt. Ik ben het helemaal eens met mevrouw Roos, dat een en ander nog verder moet worden ingevuld. Wij kiezen niet voor concerten. Wij denken dat het op een heel andere manier zou moeten. Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. Zoals ik net al zei, zijn wij van mening dat je moet uitkijken met het inperken van het bedrag. Om te beginnen omdat je geen halfbakken maatregelen kunt nemen. Als je nu iets gaat doen, doe het dan goed, voordat er weer veel geld is weggegooid en het plein nog steeds kaal is. Wij moeten echter met name uitkijken met het inperken van het bedrag, omdat je nu de inspraak in gaat. Wij hebben resultaten uit een enquête, wij hebben mensen gezien op RTV Amstelveen. Op basis daarvan hebben wij alleen maar reacties gehad dat het plein verlevendigd moet worden. In die zin zijn wij dan ook verbaasd om bijvoorbeeld van de ChristenUnie te horen dat de gewone Amstelvener dit niet wil. Aan alle kanten zijn andere geluiden te horen. De heer De Pijper: Mevrouw Veeningen, hoe weet u dan dat die enquête van D66 wel zo representatief is? Ik hoor in deze raad, ook van andere politieke partijen, te veel over enquêtes, polls en wat dies meer zij, die als representatieve gegevens worden aangekondigd. Ik heb daar mijn vraagtekens bij. Gaat u dan ook de uitkomsten voor uw kant claimen? Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. Ik ben ontzettend blij dat de heer De Pijper mijn volgende punt inleidt. Dat is namelijk dat wij het belangrijkste vinden dat het voorstel nu de inspraak in gaat. Het is nu het moment om naar de bevolking te luisteren. Wij vinden het buitengewoon voorbarig om daarover nu bij voorbaat al een oordeel te hebben. Dat voor wat betreft de kosten. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Het is prima dat het voorstel de inspraak in gaat, maar de vraag is opnieuw, en ik zeg het ook opnieuw, wat er dan de inspraak in gaat. Wat ons betreft is dat niet het raadsvoorstel. Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. Het lijkt mij duidelijk wat er nu de inspraak in gaat. Dat zijn de onderhavige voorstellen. Wij beslissen erover dat die de inspraak in gaan. Ik vraag mij af wat het voor zin heeft om nu al te beperken wat er de inspraak in gaat. Dan hebben wij een inspraak die niets voorstelt. Doe het dan niet. Natuurlijk moet het raadsvoorstel de inspraak in. Als daaruit nu blijkt dat spontaan heel Amstelveen de kriebels krijgt van deze plannen, dan neem ik aan dat de wethouder daarmee iets doet en de plannen wijzigt. Dat is het idee van inspraak. Ik heb het al een aantal keren gezegd: het voorstel gaat de inspraak in. We moeten luisteren naar wat er uit komt en ervaren wat de Amstelvener ervan vindt. Dat moet leidend zijn. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. De wethouder zegt dat Unibail vier tot vijf keer zo veel gaat betalen dan de gemeente. Dat weet hij helemaal niet, want hij weet nog niet wat
71
wij gaan betalen voor fase 2 en voor de cultuurstrip. De vergelijking blijft niet correct. Ik vind ook niet dat de wethouder moet volhouden dat die wel correct is. Daarvoor hebben wij meer gegevens nodig. De wethouder heeft niet mijn vraag beantwoord wie de cultuurplint gaan betalen en wat de inschatting daarvan is. Uiteindelijk zal het besluit vallen bij de begroting. Wij behouden ons het recht voor om ook daar weer kritisch te zijn op de kosten. We hopen op een goede onderhandeling met Unibail. Dat lijkt ons voor nu het meest belangrijke. Zo gauw de wethouder meer informatie heeft over de plint, dan horen wij dat heel graag. De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Eerst zou ik een pleidooi willen houden voor D66 en haar enquête. De SP heeft er wel vertrouwen in dat die enquête goed is uitgevoerd. Dat is iets wat partijen horen te doen. Daarnaast is dat ook nog altijd de achterliggende gedachte bij onze motie: het gaat ook om de inspraak en de verwachtingen die je schept. Als je indicatieve budgetten aanbrengt van ongeveer € 1,2 miljoen, dan schep je daarmee verwachtingen bij mensen. Onze zorg is dat wij op dit moment een pas op de plaats moeten maken en moeten zeggen dat dit te veel is om nu te doen. Ik ben het er wel helemaal mee eens dat wij vervolgens niet alles moeten dichttimmeren en zeggen wat wij gaan doen. Dan moet het bedrag worden gemaximeerd en voor dat bedrag gaan wij de inspraak in. Dat schept duidelijkheid naar de inwoners toe en dat schept geen onrealistische verwachtingen. De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Of het nu representatief is of niet, in elk geval heeft D66 de meningen gepeild. Ik heb van de heer De Pijper geen antwoord gehad op mijn vraag hoe de ChristenUnie haar oordeel dan baseert op de mening van de Amstelvener. Hij heeft niet gezegd of zijn fractie een enquête of interviews heeft gehouden, maar dat terzijde. Op dit moment ligt een concept voor. Wij willen dat vrijgeven voor inspraak. Wij zeggen: laat de Amstelvener nu maar zijn mening geven. Ik heb nog geen antwoord gehad van de wethouder op de vraag of hij in elk geval de inspanningsverplichting op zich neemt, zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit, om de kosten zo laag mogelijk te houden. Die concrete uitwerking zien wij bij de begroting. Na het resultaat van de inspraak plus de concrete uitwerking komen wij met ons definitieve oordeel. Op dit moment kunnen wij in elk geval groen licht geven voor dit concept. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik ben het helemaal eens met de vorige spreker. De heer Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Ik denk dat de kern de visie is op het Stadshart en de functie die deze zou moeten hebben in het Stadshart. De SP en de ChristenUnie hebben duidelijk een andere mening; dat is prima. Zij zien een ander soort Stadshart voor zich. Dat is wat mij betreft volstrekt legitiem. Ik hoop wel en ik weet ook dat mevrouw Gast van de VVD, D66 en PvdA en anderen dezelfde visie hebben. Ik hoop dat zij mee stemmen. Ik kan meevoelen met hun bedenkingen. Ik maak even een andere afweging door te zeggen: laten wij toch gaan voor hetgeen wij allemaal willen. Ik weet ook dat de VVD dat wil. Laten wij het college daarin in voldoende mate steunen. Het nadeel van sociale media is dat er van alles getwitterd wordt. Dat triggert mij dan weer om de vraag te stellen of het college in dit geval echt met één mond praat. De voorzitter: Ik snap wat u bedoelt. Mevrouw Van Wijnen: Mijnheer de voorzitter. Ik wil nog even kort reageren op het amendement van de ChristenUnie. Ik word niet enthousiast van doorsnee speeltuinen voor doorsnee Amstelveners. Ik heb geen enkel beeld bij de doorsnee Amstelvener. Voor zo ver ze bestaan, mogen zij zelf bepalen wat zij graag zien op het Stadshartplein. Wij zijn heel
72
erg benieuwd wat er uit de inspraak naar voren komt. Wij hebben er vertrouwen in dat we hier een mooi plan voorleggen, dat tot stand komt in samenwerking met alle relevante partners. De PvdA heeft het punt ook al genoemd: het is ook voor Amstelveen belangrijk om dit een aantrekkelijk winkelcentrum te laten blijven. Het heeft een bovenregionale functie, het moet veel mensen aan kunnen trekken. Amstelveners hebben er direct belang bij dat wij een grote markt kunnen bieden met een divers winkelaanbod. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Als welk voorstel dan ook – ik ga er even van uit dat dit het voorliggende voorstel is en dat het niet gaat om het voorstel van de ChristenUnie – de inspraak in gaat, dan vraag ik mij of de mensen dan ook de plannen van Rodamco erbij te horen krijgen, zodat zij een idee hebben hoe het Stadshart er straks uit zal gaan zien. Er is al met een groot aantal mensen en instellingen gesproken. Anders krijgen wij een gedeelte, zoals het nu voorligt, met € 1,2 miljoen aan onderdelen en komt er daarna nog weer een ander voorstel. Ik neem aan dat bij de inspraak ook het plan van Rodamco voor de mensen ter discussie kan komen te staan. Als uit de inspraak blijkt dat er meer dan € 1,2 miljoen nodig is, wat gaan we dan doen? De voorzitter: Dan is nu het woord voor de tweede termijn aan het college. Wethouder Levie: Mijnheer de voorzitter. Het plan van € 250.000 is niet het plan van het college. Dit zou ik willen zeggen tegen de heer De Pijper, om een verdere discussie te voorkomen. De cultuurstrip valt nadrukkelijk buiten deze € 1,2 miljoen. De vraag is wie die cultuurstrip dan betaalt. Die investering denken wij terug te verdienen uit de opbrengsten uit de verhuur in de cultuurstrip. Die zijn immers niet voor de culturele instellingen die wij zelf subsidiëren, maar voor de commerciële partijen. Daar moet het uit komen. Hoe zit het dan? Wanneer gaat het gebeuren? Eerst komt de parkeergarage aan bod; die wordt onderzocht. Meteen daarna komt de cultuurstrip aan bod. Mocht de bioscoop niet doorgaan en daarmee en hele 'reshuffle', dan gaan we meteen door naar de cultuurstrip. Als u vanavond groen licht geeft, dan kunnen we morgen met de planstudie beginnen. Zo simpel is het. Mevrouw Van Wijnen: Mijnheer de voorzitter. De wethouder zegt dat er dan morgen met de planstudie kan worden begonnen. Kan hij een tijdindicatie geven hoeveel tijd die planstudie in beslag gaat nemen? Kunnen we bij de behandeling van de begroting 2013 een beter beeld krijgen van hoe die plint er dan uit komt te zien en wat deze gaat kosten, et cetera? Wethouder Levie: Mijnheer de voorzitter. Dat zou ik graag willen toezeggen, maar ik doe het niet omdat ik het niet weet. Ik kan het u niet toezeggen, want het is niet zeker. Het is geen planstudie voor iets kleins. Het gaat om een heel groot project. Weken, maanden?. Ik kan het u echt niet toezeggen, hoe graag ik dat ook zou willen. Er wordt dan echt verder gekeken en berekend. Tegen de SP zeg ik dat de inspraak gaat over plannen. De raad gaat over het geld. De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Dat begrijp ik. Daarom zeggen wij ook dat het voorstel de inspraak in moet. Wij willen daarin echter wat minder indicatieve budgetten opgenomen zien. Wethouder Levie: Mijnheer de voorzitter. OK, ik beluister wat u zegt. Tegen de heer Janssen zeg ik, ik dacht dat ik het al eerder had gezegd, dat die € 1,2 of € 1,3 miljoen dan ook echt het maximum moet zijn. Uiteraard proberen wij de kosten om-
73
laag te krijgen, zoals iedereen probeert de inkoop omlaag te krijgen. Wij zouden een slechte organisatie zijn als wij daaraan niet vlijtig zouden werken. Ik kan u nu niet vertellen hoe hoog of hoe laag een en ander ingeschat is. Uiteraard proberen wij alles zo goed mogelijk te doen, maar wel voor de laagste prijs. De PvdA stelde een vraag. Dit voorstel betreft een collegebesluit. Wethouder mevrouw Koops heeft daarbij haar bedenkingen geuit. Voor zo ver ik weet staat dat voorbehoud ook op de openbare lijsten. Wat betreft Twitter en andere sociale media kan ik alleen maar zeggen dat iedereen zelf verantwoordelijk is voor zijn/haar daden. De voorzitter: Ik stel voor over te gaan tot besluitvorming. Ik stel eerst aan de orde motie M4, echte inspraak Stadshart. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval. De raad verwerpt motie M4 bij handopsteken. Voor de motie heeft gestemd de fractie van de SP. De voorzitter: Ik stel voor over te gaan tot besluitvorming over amendement A4, een andere verlevendiging van het Stadsplein. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Alhoewel wij het jammer vinden dat hier een voorsortering op de voorstellen gedaan wordt, vinden wij de maximering van het bedrag belangrijk en zullen wij daarom voor het amendement stemmen. De raad verwerpt amendement A4 bij handopsteken. Voor het amendement hebben gestemd de fracties van SP en ChristenUnie. De voorzitter: Dames en heren, wij gaan in drie delen een besluit vormen over dit agendapunt. Het gaat om drie raadsvoordrachten. Als eerste is aan de orde het voorstel Visie Stadshart Amstelveen 2025. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Wij zullen voor dit voorstel stemmen, met uitzondering van die delen die betrekking hebben op het Stadsplein. Het geheel kunnen wij verder steunen. Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. De VVD kan voor het voorstel stemmen. Wij maken echter wel een voorbehoud om bij de begroting met een lager bedrag akkoord te gaan of om eventueel de prioriteiten van het Stadshart, dus de volgorde van uitvoering, anders te willen zien. De voorzitter: Even voor de zekerheid; dit kan allemaal netjes genotuleerd worden. Het is één agendapunt, maar het gaat om drie raadsvoorstellen. Aan de orde is nu het raadsvoorstel dat heet Visie Stadshart Amstelveen 2025. Daarin staan drie besluiten. Geldt dit voor de heer De Pijper? Ja, geldt het ook voor mevrouw Gast? Mevrouw Gast: In de visie wordt verwezen naar dat andere raadsvoorstel. U kunt het een helaas niet los zien van het andere. De voorzitter: Prima.
74
De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben hetzelfde probleem. Wij zouden de volgorde van de verlevendiging graag anders willen zien. Op dat punt zullen wij niet met het voorstel instemmen. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het voorstel "Visie Stadshart Amstelveen 2012", met de aantekening dat de fractie van de SP geacht wordt tegengestemd te hebben en met inachtneming van de stemverklaringen van de fracties van de ChristenUnie, VVD en OCA. De voorzitter: Ik stel nu aan de orde de raadsvoordracht Verlevendiging Stadsplein Amstelveen. Wie wenst hierover een stemverklaring af te leggen? Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Dat is hetzelfde. Wij zijn voor het plan, maar wij maken het voorbehoud om bij de begroting met een lager bedrag te komen en een andere visie te hebben over de volgorde van uitvoering. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ik sluit mij aan bij de VVD. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het voorstel "Verlevendiging Stadsplein Amstelveen", met de aantekening dat de fracties van de SP en de ChristenUnie geacht worden tegengestemd te hebben en met inachtneming van de stemverklaringen van de fracties van de VVD en OCA. De voorzitter: De derde raadsvoordracht bij dit agendapunt betreft de Startnotitie Uitbreiding Binnenhof ter hoogte van Pieter Lastmanweg. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen? Mevrouw Gast: Mijnheer de voorzitter. Wij zijn voor dit voorstel, mits er goed wordt gekeken naar de horecaondernemer die daar zit en daar een goede regeling voor wordt getroffen. De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Wij zijn ook voor het voorstel, alleen willen wij dat er goed gekeken wordt naar de nooduitgangen die nu uitkomen op de straat achter de horecaondernemer. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Ik sluit mij bij beiden aan. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ik sluit mij aan bij de verklaringen van het CDA, BBA en VVD. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het voorstel "Startnotitie Uitbreiding Binnenhof ter hoogte van Pieter Lastmanweg", met de aantekening dat de fractie van de SP geacht wordt tegengestemd te hebben en met inachtneming van de stemverklaringen. 12. Vaststellen bestemmingsplan "2e herziening Wester Amstel - Landgoed Tulpenburgh" (voorstelnr. 51). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad overeenkomstig het voorstel. 13. Initiatiefvoorstel van de fractie D66 voor een kunstroute Stadshart-Oude Dorp-Oude Dorp-Stadshart (voorstelnr. 37).
75
De voorzitter: Na de behandeling in de commissie in de vorige ronde heeft de fractie extra informatie toegestuurd. Nu ligt het voorstel voor ter besluitvorming. De heer De Jong: Mijnheer de voorzitter. Mag ik aan de raad vragen of de heer Frequin mij wellicht voor mag gaan, want hij heeft een wat meer dringende mededeling hierover. De voorzitter: Wie zou ik zijn, om vijf over half tien, om dit charmante gebaar van de heer De Jong, omdat de heer Frequin vanmiddag u wilde laten voorgaan, niet te honoreren? De heer Frequin: Mijnheer de voorzitter. Ik had een kort overleg met de heer De Jong. In goed overleg hebben wij afgesproken dat ik de start zou maken. De VVD heeft, zoals ook in de commissie besproken, waardering voor het voorstel dat absoluut sympathieke kanten heeft. Daarbij kijken wij met een positieve grondhouding naar het voorstel. Echter – nu komt het moeilijke bericht – wij hebben besloten om er in de vorm, zoals het nu geformuleerd is, geen steun aan te geven. Dan moet ik even uitleggen waarom wij het wel sympathiek vinden, maar wij er toch geen steun aan geven. Dat is met een paar woorden uit te leggen. Wij zijn van mening dat op het moment dat er zo'n voorstel wordt gedaan en er aan de gemeente gevraagd wordt wat zij ervoor over heeft en als er gezegd wordt dat de gemeente het moet betalen, dan zijn wij daarop principieel tegen. Wij vinden dat een dergelijk voorstel, hoe sympathiek ook, altijd van de kant van het bedrijfsleven, inclusief de musea, gesteund moet worden met in elk geval een aanzienlijk bedrag waarmee je een start kunt maken. Men moet dan niet eerst aan de overheid vragen of de overheid dit wil betalen. Het tweede punt is dat wij, ook gezien de andere uitgaven die wij vanavond gedaan hebben – er is al het een en ander gezegd over zuinigheid – de afweging hebben gemaakt ten aanzien van de extra uitgaven die wij doen voor de Kunstuitleen. Wij hebben gemeend daaraan prioriteit te moeten geven boven dit voorstel. Het derde punt is dat in het voorstel van D66 ook een zeker structureel element zit. Dit structurele element zouden wij graag koppelen aan sponsoring vanuit het bedrijfsleven. Mevrouw Van Herteryck: Mijnheer de voorzitter. Een gelijkluidende reactie van het CDA. Wij vinden het voorstel op zich leuk. Wat ons echter teleurstelt is dat het initiatief door de gemeente moet worden uitgevoerd. Wanneer dit initiatief gedragen wordt door de musea en de kunstenaars, dan zou je toch verwachten dat het op de weg ligt van de musea en de kunstenaars om met dit initiatief te komen. Wij kunnen ons wel voorstellen dat aan de gemeente wordt gevraagd om ondersteuning te bieden op het gebied van de vergunningen en het plaatsen van sokkels voor de beelden. Wij hebben er nog eens goed over nagedacht. Wij zijn van mening dat dit soort initiatieven vanuit de samenleving moeten komen en dat er een grotere bijdrage zou moeten worden geleverd door musea en kunstenaars. Bovendien moeten wij goed afwegen wat wij met ons geld doen en waaraan wij het uitgeven. Er zijn meer belangrijke zaken die onze aandacht vragen; de heer Frequin zei het al. De belangen naar aanleiding van de problemen rond de korting van de subsidie van de Kunstuitleen wegen volgens ons zwaarder. Om die reden hebben wij het amendement mede ingediend. Wij kunnen het initiatiefvoorstel dan ook niet steunen. De heer De Jong: Mijnheer de voorzitter. De fractie kan zich heel goed vinden in hetgeen mevrouw Van Herteryck en de heer Frequin hebben gezegd. Het is een heel sympathiek idee. Hij lijkt ons hartstikke leuk dat alsnog van de grond kan komen, al dan niet met andere bijdragen, maar om dit geheel door de gemeente te laten doen, dat gaat mijn fractie een paar bruggen te ver. Vandaar dat wij er niet zo om staan te springen. De heer Boomgaars: Mijnheer de voorzitter. In de commissie gaven wij al aan dat wij graag wat extra informatie wilden over het voorstel. Wij waren er toen niet zwaar principieel op tegen, maar wij wilden gewoon kijken welk beeld je eraan overhoudt. We zijn er dus nooit sec op tegen geweest, maar we hebben er ook nooit heel sterke gevoelens over gehad. Als je nu kijkt naar de structurele kosten en naar wat de heer Frequin en anderen hebben aangestipt over wat wij onder andere al voor cultuur hebben gedaan, vandaag en op andere vlakken, is het dit ons qua kosten niet zozeer waard. Er werden al suggesties
76
gedaan om te kijken naar sponsoring en dat soort zaken. Daar zijn wij absoluut vatbaar voor. Het plan is leuk, maar niet op deze manier. Mevrouw Veenboer: Mijnheer de voorzitter. De PvdA is enthousiast over dit initiatiefvoorstel. Het gaat om een verbinding van twee Amstelveense musea door een andere bijzonderheid, namelijk een heempark; dat is een prachtig plan. In de commissievergadering van 30 mei werd dit voorstel behandeld. De commissieleden vroegen nadere uitleg, met name over de financiering. Die is keurig toegestuurd. In verband met het feit dat deze cyclus niet doorging in de commissie B&S, hebben wij er niet meer verder over kunnen spreken in een commissie. Dat is jammer, want ondanks ons enthousiasme hadden wij wel enkele kanttekeningen die we wellicht daar al hadden kunnen adresseren. Dit voorstel gaat in beginsel uit van incidentele uitgaven. Er kleeft echter toch een structurele component aan. Daarop geef ook de extra informatie geen antwoord. Daarnaast worden er naar de mening van de PvdA te weinig bijdragen geleverd door de musea zelf, alsmede een bijdrage van bedrijven en organisaties in Amstelveen, omdat de gemeente alle kosten op zich neemt. Het zou ook jammer zijn als het project na twee jaar zou eindigen. Dan staan er allemaal lege sokkels. Dat lijkt ons ook niet de bedoeling. De PvdA zou het jammer vinden als dit voorstel sneuvelt en zou graag van D66 horen hoe zij onze zorgen kan wegnemen. De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Ik zal het kort houden. Ik heb al het een en ander gezegd in de commissie B&S. Ik sluit mij nu aan bij datgene wat er door VVD, CDA en BBA is gezegd. Dat wil zeggen dat ik het voorstel niet zal steunen. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben in de commissievergadering al gezegd dat wij hierover niet enthousiast zijn. Het cultuurbudget kun je op een bepaalde wijze uitgeven. Je kunt daarin bepaalde voors en tegens hebben. Voor ons geeft zo'n cultuurroute/kunstroute geen meerwaarde. Wij zijn er nog steeds niet enthousiast over. Wij zullen tegen stemmen. De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Ik zei het ook al in de commissie: er zit een structurele component aan. Het gaat om geld waarvan wij denken dat dit niet een prioriteit is waaraan wij dat geld moeten uitgeven, hoe sympathiek het voorstel verder ook is. De voorzitter: De raad heeft erover gesproken. Voor een reactie geef ik gelegenheid aan de initiatiefnemers. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Het is wel belangrijk dat ik eerst vaststel dat wij niet meer spreken over € 1,5 miljoen, ook niet meer over € 250.000, maar dat wij nu spreken over € 25.000. Ik heb de fracties in de gemeenteraad goed aangehoord. Men vindt het een sympathiek voorstel met interessante aspecten. Het zou jammer zijn als het inderdaad van de baan zou zijn. Er is een suggestie van D66 gevraagd hoe dit kan worden opgelost. Ik doe de suggestie om het in het vervolg als volgt aan te pakken: van de € 25.000 neemt de gemeente – dat gaat om de begeleidingskosten en het plaatsen van de sokkels, enzovoort – de helft voor haar rekening, dat is € 12.500. De andere helft laten wij dan financieren door het bedrijfsleven. Dat betekent dat de fractie van D66 een inspanning moet leveren om die € 12.500 bij het bedrijfsleven los te krijgen. Dan is het fifty-fifty. Ik stel voor dat als men dat een goede gedachte vindt – ik hoor het graag van u – ik vervolgens het voorstel voorlopig intrek, dat wij die inspanning zullen leveren en dat wij terug zullen komen met de € 12.500 van het bedrijfsleven, met de vaststelling dat dan die € 12.500 van de gemeente wel is blijven staan.Wat zijn de reacties van de overige fracties hierop? De voorzitter: Dat begrijp ik heel goed. Eigenlijk gaat het dan zo: u wilt nu horen dat als D66 straks € 12.500 kan leveren, of de raad dan bereid is om, als D66 het voorstel dan opnieuw indient, er € 12.500 naast te legen. Dat is nu het idee. Als het niet zo is, dan laat u het desnoods afstemmen of trekt u het alsnog in. Ik geef gelegenheid voor de tweede termijn. De heer Frequin: Mijnheer de voorzitter. Ik denk dat D66 op deze manier tegemoetkomt aan het principiële bezwaar dat men eerst naar de overheid loopt om dit soort dingen te
77
financieren. Wat de heer alink zegt, spreekt mijn fractie aan. Uiteraard moeten wij beslissen op het moment dat het voorstel dan in stemming wordt gebracht. Op het moment dat de fractie van D66, eventueel geholpen door anderen, dit geld vanuit het bedrijfsleven op tafel legt, praat je al over een andere vraagstelling richting de gemeenteraad. Dan denk ik dat het inderdaad op een beter gehoor kan rekenen. Mevrouw Van Herteryck: Mijnheer de voorzitter. Mijnheer Alink, als u dan komt met een nieuw voorstel, zou ik daarin ook graag opgenomen zien wie het beheer gaat doen, hoe het zit met de ambtelijke inzet en de structurele component. De heer De Jong: Mijnheer de voorzitter. Als er een nieuw voorstel komt, met de uitwerking waarover mevrouw Van Herteryck nadere details vraagt, dan is het aan dat moment om het voorstel op zijn merites te beoordelen. Het gaat mijn fractie te ver om op voorhand een ja te geven. Mevrouw Veenboer: Mijnheer de voorzitter. Het neemt een aantal zorgen die wij eerder hebben genoemd zeker weg. Het initiatief ook bij anderen te leggen dan de gemeente, spreekt ons zeer aan. Wij maken ons echter nog wel zorgen over de vraag wat wij doen als die eerste twee jaar voorbij zijn. Hoe gaan wij dat dan financieren? De heer Fokkink: Mijnheer de voorzitter. Het gemak waarmee de waarde van een voorstel gereduceerd wordt tot 50%, is mij iets te eenvoudig. Op hetzelfde moment kan ik ook vragen of men die andere 50% er ook niet bij kan krijgen. Dan is er helemaal geen geld nodig van de gemeente. Ik blijf dus een beetje sceptisch tegenover de bedragen die door de gemeente beschikbaar moeten worden gesteld. Er is in eerste instantie gezegd dat de voetstukken voor de beelden ter beschikking zouden kunnen worden gesteld. De rest moet dan maar van de beeldhouwers en D66 komen of van de sponsoren. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Ik ben ook blij met hetgeen de heer Alink heeft gezegd. Wij zullen te zijner tijd de argumenten goed tot ons nemen en te zijner tijd tot een besluit komen. De heer Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Ik sluit mij aan bij het betoog van de PvdA en het CDA. Wat doen wij na de twee jaar? Er zit ook een structurele component aan. Op het moment dat het geld gehalveerd wordt en er ook een initiatief buiten de gemeenteraad ligt, staan wij wel al een stuk positiever ten opzichte van het voorstel. De heer Boomgaars: Mijnheer de voorzitter. We willen ons van tevoren niet per se vastpinnen op een bedrag. Het mag van ons ook best meer zijn dan 50%. Als de heer Alink echter zegt dat er gezocht wordt naar een substantiële bijdrage van andere mensen die de financiën kunnen leveren, dan staan wij daar absoluut positief tegenover. De voorzitter: Dit was de tweede termijn van de raad. Het woord is aan de initiatiefnemer, de heer Alink van D66. De heer Alink: Mijnheer de voorzitter. Het lijkt mij goed om het volgende te doen, uitgaande van hetgeen hier is uitgesproken over die gedeelde verantwoordelijkheid, van de gemeente en het bedrijfsleven. D66 gaat pogingen ondernemen om een substantieel bedrag van het bedrijfsleven te verkrijgen. Als wij terugkomen met het voorstel – want dat trek ik op dit moment in – zal ik ook rekening houden met hetgeen mevrouw Van Herteryck heeft gezegd over de structurele component: wat gaan wij daarmee doen? Wij komen dus met een nieuw voorstel. Ik calculeer wel in dat hier een heel positieve grondhouding is. Vanuit verschillende fracties is naar voren gekomen dat de gedeelde verantwoordelijkheid ons aanspreekt. De voorzitter: Het voorstel is ingetrokken. 14. Initiatiefvoorstel Groenlinks "Biodiversiteit is (be)leven!" (voorstelnr. 52).
78
De voorzitter: Naar aanleiding van de commissievergadering is er een erratum opgesteld. Het besluit is aangepast. Het erratum vindt u op uw tafel. De heer Mager, de initiatiefnemer, heeft als eerste het woord. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Ik heb als eerste het woord gevraagd, omdat wij het voorstel inderdaad nog gewijzigd hebben. Een korte toelichting. In mijn algemene beschouwing heb ik gesproken over vergroenen en verbinden. Ik heb gezegd dat u ons nog tegenkomt. Nou, daar zijn we al. GroenLinks wil met dit voorstel bereiken dat er expliciete aandacht en acties komen voor biodiversiteit. In onze opvatting is verscheidenheid van planten en dieren niet alleen mooi en leuk, maar ook cruciaal. Cruciaal voor de weerbaarheid van onze planeet en voor heel veel diensten waarvan wij afhankelijk zijn. Wij willen die expliciete aandacht voor en die acties op biodiversiteit. Wij zijn u dan ook erkentelijk voor de uitgebreide discussie die in de commissie RWN met mijn collega mevrouw Van Wijnen gevoerd is. Wij hebben echt ons best gedaan om de kritiek, de opmerkingen en de suggesties te verwerken in een aangepast raadsbesluit. U heeft dat vandaag aangetroffen op uw tafel. Ik heb het ook gemaild aan de fractievoorzitters. Ter verheldering: het enige dat is aangepast in het raadsbesluit op uw tafel, staat op pagina 5. Het echte raadsbesluit op pagina 5 is gewijzigd. Dus denk niet: de bedragen op pagina 1 zijn nog hetzelfde. Ik vind het belangrijk de wijzigingen met u door te nemen. Als eerste hebben wij het incidentele bedrag dat wij gevraagd hebben verlaagd. Collega's hebben terecht aangegeven dat een App goedkoper zou kunnen. Ik heb mij laten informeren dat de App van www.nu.nl maar € 50.000 gekost heeft. Dan kunnen wij het zeker met minder doen. Er is ook aangegeven dat als wij die informatiefunctie al doen, dit in elk geval soberder kan. Wij hebben net bij de kadernota ook een amendement van D66 aangenomen over groenbeleving. Dat biedt ook weer mogelijkheden om daarmee iets te doen. Het incidentele bedrag is dus verlaagd. Wij hebben nog verder willen benadrukken hoe belangrijk de rol van vrijwilligers en van natuur- en milieuorganisaties in Amstelveen is. Het stond wel in het voorstel zelf, maar niet goed in het raadsbesluit. In mijn betoog over de kadernota heb ik gezegd dat de gemeente zich vaker verantwoordelijk mag voelen, zonder die verantwoordelijkheid helemaal op zich te nemen. Wij hebben juist met dit voorstel willen aangeven dat al die mensen die een passie hebben voor natuur, planten en dieren in Amstelveen, moeten worden gemotiveerd. Zij moeten worden geïnspireerd om voor de nulmeting de data aan te leveren. Het is dus niet ons beeld dat ambtenaren dat allemaal zouden moeten doen. Ook daarmee zou een verdere reductie gerealiseerd kunnen worden. Ons derde punt is dat wij in dit voorstel bij de mogelijkheden voor sponsoring, fondswerving en subsidies verder benadrukken om de gemeentelijke bijdrage waar mogelijk verder te verlagen. Ten slotte bieden wij ruimte aan de wethouder om biodiversiteitbevorderende maatregelen in te bedden in, mee te laten lopen met en te dekken binnen het bestaande groenbeleid. Wij willen blijvende aandacht voor en focus op biodiversiteit. Als het initiatiefvoorstel van ons nu met deze extra middelen en met deze impuls dat bereikt, dan kunnen wij ons heel goed voorstellen dat op termijn de structurele middelen, het kleine bedrag van € 15.000, niet meer nodig zijn. Eerst zien, dan geloven. Wij hechten daarom aan die kleine bijdrage voor structurele middelen. Wij hebben met de wethouder gesproken. Hij ziet mogelijkheden om dat op termijn in te laten lopen. Wij zien dat graag. Ik hoop echt dat wij hiermee tegemoet zijn gekomen aan de terechte opmerkingen van de de andere fractie in de commissie RWN. Wat ons betreft staat de ambitie nog fier overeind, met een aantal aanpassingen in het raadsbesluit. Wij hopen op uw brede steun. De heer Feenstra: Mijnheer de voorzitter. Vergroenen, verbinden. Wij hebben ook twee V's in onze naam. Dat zijn ook mooie V's. Ik wil GroenLinks complimenten maken voor het initiatief om hier een initiatiefraadsvoorstel voor te leggen. Het is een buitengewoon actueel onderwerp. Wij hebben niet alleen
79
een Tax Freedom Day, maar vorige maand hadden wij ook een heuse wereldbiodiversiteitsdag. Biodiversiteit is heel waardevol. Je moet het echter niet heel erg overdrijven. Wat mij betreft moeten wij niet proberen dinosauriërs terug te brengen, maar moet wij wel het veulen, de egel, de vleermuis en de bijen beschermen. Dat vind ik een nobel doel. Dat verdient steun. Toch hebben wij kanttekeningen geplaatst. In de commissie RWN heb ik forse kanttekeningen gemaakt. Ik ben blij te zien dat de initiatiefnemers voor een groot deel tegemoet zijn gekomen aan mijn eerdere bezwaren. Die bezwaren hadden inderdaad betrekking op de proportionaliteit. Dat betekent vooral dat de App goedkoper kan. Overigens heb ik geprobeerd dat ding te scannen. In de echte notitie zit een voorbeeld van zo'n 'quick response' plaatje. Als ik dat scan, krijg ik daarop wel een heel teleurstellende reactie op mijn telefoon. Ik heb een aantal vragen. Kunnen de initiatiefnemers die toelichten? 1. Amstelveen is geen eiland. Hoe is de regio betrokken bij dit initiatief? De tweede vraag is ruimer. 2. Wie is er allemaal betrokken en wie doet wat? Het is mijn zorg dat het ambtenarenapparaat wordt belast met bijvoorbeeld de nulmeting, met het bijhouden of met andere taken. 3. De heer Mager noemde dit al in zijn inleiding. Kan hij bevestigen dat zo veel mogelijk gezocht gaat worden naar de inzet van vrijwilligers? Dat geldt niet alleen voor de structurele dingen, maar ik vind ook dat dit voor de fondsen moet gelden. Ook daar graag de bevestiging dat er een inspanningsverplichting is om zo veel mogelijk te kijken of er financiering kan worden gevonden in de vorm van subsidies door fondsen. Onder die toezeggingen ben ik bereik het voorstel te steunen. Mevrouw Veeningen: Mijnheer de voorzitter. D66 heeft in de commissie al aangegeven enthousiast te zijn over dit voorstel. Wij vinden groen belangrijk en wij vinden de beleving van de inwoners van het groen belangrijk. Daarmee vinden wij dit een zeer sympathiek voorstel. Wij steunen dit voorstel dan ook. De heer Dennenbroek: Mijnheer de voorzitter. Biodiversiteit: ik denk dat het mensen weinig zal zeggen. Als je het over parkjes en gazonnetjes hebt, dan is het allemaal nog wel redelijk te behappen. Als je het over verwildering hebt, denken mensen dat de boel verwaarloosd wordt. Biodiversiteit is een bijzonder begrip. De heer Feenstra zei al dat de dinosauriërs niet terug hoeven te komen. Daar gaat het niet om. Het gaat er juist om dat je dingen in stand houdt met biodiversiteit. Dat is op zich een heel belangrijk punt. Het is mooi als je Amstelveen als biotoop inricht en dat wij daarmee de biodiversiteit in Amstelveen in stand kunnen houden. Natuurlijk zijn er kosten. De kosten voor een App zijn inderdaad aan de maat. Ik zat zomaar ineens te bedenken: misschien kun je van het in elkaar zetten van zo'n App wel een stageproject maken. Veel van die jongens vinden het tegenwoordig heel mooi om Apps in elkaar te knutselen. Dan ga je nog weer een stuk omlaag met de kosten. Het is maar een idee. Voor de rest staan wij positief tegenover dit voorstel. Mevrouw Roos: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben er in de commissie heel veel over gezegd. Ik geef ook een compliment aan GroenLinks. We hebben die fractie een beetje op de huid gezeten over het verlagen van de kosten en dat soort dingen. Ik vind dat GroenLinks het keurig heeft gedaan; ik kan niet anders zeggen. Ik neem aan dat GroenLinks nog verder op deze manier invulling kan geven aan het geheel, ook met vrijwilligers. Wij liepen al even met mevrouw Van Wijnen door het Thijssepark. Daar staan huisjes die we misschien kunnen gebruiken voor voorlichting of iets anders. In elk geval gaan deze door de gemeente beschikbaar gesteld worden, tegen weinig kosten.
80
Nog even voor de goede orde: ik zou het niet alleen houden bij egels, vleermuizen en dergelijke. Wij hebben een veel rijkere biotoop. Ik wens de fractie van GroenLinks veel succes met het initiatief. De heer Janssen: Mijnheer de voorzitter. Net als andere partijen hebben wij waardering voor het initiatief en de inzet die GroenLinks voor dit voorstel heeft gepleegd. Het CDA vindt biodiversiteit zeker belangrijk, hoewel wij ons wel het volgende afvragen. Er is al een hele lappendeken aan wetgeving en plannen, die dit soort zaken stimuleert. Er is bijvoorbeeld de Flora- en Faunawet die daarin vrij streng is en waardoor je een ontheffing moet vragen voordat je kunt bouwen. We hebben natuurlijk ook het Groengebied Amstelland, de Amstelscheg en noem maar op. Het zijn allemaal plannen die toch proberen om de natuur zo veel mogelijk in de oude staat te herstellen en om dus ook de biodiversiteit te stimuleren. Wij blijven echter moeite houden met de structurele component en de ambtelijke inzet die daaraan onvermijdelijk verbonden is, hoewel men hier al meer inspeelt op het inschakelen van vrijwilligers. Dit blijft toch een punt. Wij zouden toch vooral het initiatief bij de instellingen, bijvoorbeeld bij het IVN of andere organisaties willen laten. Wij zouden als overheid meer zien in het faciliteren daarvan, door bijvoorbeeld een doelsubsidie of een doeluitkering te geven. Voor de rest moet het toch meer aan het maatschappelijk middenveld worden overgelaten. De heer Van Erp: Mijnheer de voorzitter. De SP staat positief tegenover dit initiatiefvoorstel over biodiversiteit. Het is goed om aandacht te besteden aan de natuur en de diversiteit die dicht bij ons aanwezig is. De SP heeft gepleit voor een zuinige inzet van vooral incidentele middelen. Daarin is men ons tegemoetgekomen. Deze keer sluit ik mij geheel aan bij de vragen van de VVD. Als GroenLinks daarin nog tegemoet kan komen, dan gaan wij met het voorstel mee. De heer De Pijper: Mijnheer de voorzitter. Wij vinden het ook een goed voorstel. De ChristenUnie vindt het beheer van groen en het beheer van de natuur ook heel belangrijk. Wij vinden het een goede zaak dat veel van de punten uit het voorstel door vrijwilligers kunnen worden gedaan en dat de overheid daarin een beperkte ondersteuning kan geven. De samenwerking tussen kapitaal uit giften en een bijdrage van de overheid is een goede zaak. Wij zijn blij met de nadere toelichting van de heer Mager. Dat is voor ons aanleiding het voorstel te steunen. De voorzitter: Tot slot antwoordt de heer Mager op de gestelde vragen. De heer Mager: Mijnheer de voorzitter. Ik bedank mijn collega's voor de positieve woorden. Meestal is het een Judaskus als mensen je voorstel sympathiek noemen, maar het lijkt zowaar de goede kant op te gaan. Ik reageer op de vragen van de heer Feenstra. Amstelveen is geen eiland; nee, zeker niet als het gaat over biodiversiteit. Vogels, beesten, maar ook planten, kennen geen grenzen en zeker geen stadsgrenzen. Ik ben het zeer met hem eens. Ik bedank hem dat hij hierop de aandacht vestigde. Wij hebben met dit voorstel willen doen wat in onze invloedssfeer ligt. In aanvulling op allerlei ander beleid dat er landelijk en regionaal en in metropoolregioverband is. Wij denken dat wij dit zouden moeten doen, maar wij moeten zeker niet nalaten om, als wij die mentaliteitsverandering doormaken, daarmee ook anderen te motiveren. Wij willen natuurlijk niet het ambtenarenapparaat belasten. In mijn toelichting heb ik geprobeerd duidelijk te maken dat wij vinden dat de prioriteit zou moeten liggen bij vrijwilligers, bij de natuur- en milieuorganisaties, bijvoorbeeld door het aanleveren van data. De ambtenaren moeten niet met turfboekjes de stad in gaan. Vanuit mijn contacten met de betreffende organisaties weet ik dat zij er graag aan willen bijdragen. Sommige hebben al eens aangegeven dat zij zouden willen dat de gemeente meer zou doen met de kennis die zij in huis hebben. Dat willen wij hiermee faciliteren. In mijn toelichting heb ik gezegd dat verantwoordelijkheid voelen voor biodiversiteit niet betekent dat de gemeente er volledige verantwoordelijkheid voor moet nemen. Wij denken juist dat je het op deze manier, in verbinding met alle maatschappelijke partners, goed kunt oplossen, juist zonder een ernstige belasting van het ambtelijk apparaat. Tegelijkertijd willen wij echter ook kwaliteit. We den-
81
ken wel dat daar een rol voor de gemeente ligt om dat goed te faciliteren. Daarmee heb ik ook al iets gezegd over de inzet van vrijwilligers. Ik denk inderdaad dat er een inspanningsverplichting ligt om die er heel nadrukkelijk bij te betrekken. Idem voor die fondsen. Wij hebben juist gezegd dat de fondsen cruciaal zijn en dat de aanvulling moet komen op datgene wat er uit fondsen en subsidies komt, en niet andersom. D66 staat enthousiast tegenover het voorstel en vindt het sympathiek. De PvdA doet de suggestie van een stageproject voor de App. Ik ben alleen maar blij met elke suggestie om de kosten te verlagen en de kwaliteit voorop te houden. Mevrouw Roos heeft gezegd dat het over meer gaat dan alleen de egel en de bij. Daarom gaat het elk jaar om drie specifieke maatregelen. Ik heb heel wat contacten gehad met mensen die zeiden dat wij het ook nog moeten hebben over heel andere dier- of plantensoorten. Die mogelijkheid is er, omdat we elk jaar nieuwe prioritaire soorten kunnen aangeven. Het CDA heeft gesproken over de structurele component. Die is zeer beperkt. Ik hoop van harte dat zal blijken dat die structurele component op termijn niet meer nodig is, omdat wij hiervoor echt structurele aandacht hebben gekregen en dat het meeloopt in het groenbeleid. Ik heb al iets gezegd over de ambtelijke inzet. Daarmee heb ik ook de vraag van de SP beantwoord. De voorzitter: Is er behoefte aan een tweede termijn? Dat is niet het geval. Ik stel voor over te gaan tot besluitvorming. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? De heer Jonker: Mijnheer de voorzitter. Het CDA heeft heel veel moeite met de coördinerende taak die de gemeente opgelegd krijgt. Wij vinden dat de coördinatie zou moeten liggen bij een natuurorganisatie in Amstelveen, bijvoorbeeld het IVN, en dat de gemeente zich daarmee zo min mogelijk bemoeit, of het moet ingepast worden in het milieuplan. Om die reden zullen wij tegen dit initiatiefraadsvoorstel stemmen. Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad hierna overeenkomstig het initiatiefvoorstel, met de aantekening dat de fractie van het CDA geacht wordt tegengestemd te hebben. 17. Afscheide van de heer H. Petrie. De voorzitter: Dames en heren, er is nog een extra agendapunt. Dat gaat over iemand die ons al jaren bijstaat, maar ons binnenkort gaat verlaten. Om het speels te zeggen: het gaat om de laatste bode van Amstelveen, de heer Hans Petrie. Lieve mijnheer Petrie, beste Hans, geachte laatste bode van Amstelveen. Op 1 oktober van dit jaar gaat de heer Hans Petrie met FPU, na 37 dienstjaren. Het was vandaag zijn laatste raadsvergadering. Daar wil ik, namens u allen, even kort bij stilstaan. De heer Petrie begon in 1975 bij de dienst Cultuur van de gemeente Amstelveen. Hij was toen assistent-toneelmeester en belichter en later was hij werkzaam als chef techniek. Van het Cultureel Centrum ging hij in 1997 naar de directie Bestuursinformatie en Facilitaire Zaken als bode. Toen in 2000 de bodedienst werd opgeheven en de taken werden verdeeld over verschillende afdelingen of werden uitbesteed, bleef de heer Petrie als enige bodetaken doen. Mijnheer Petrie, ik heb speciaal voor deze gelegenheid gekeken naar uw allereerste functiebeschrijving. Daar staat, let op: • Het opbouwen van het decor van het optredend gezelschap. • Het aanbrengen van verlichting en afregelen van de geluidsinstallatie. • Het begeleiden van de voorstelling door bediening van de technische installaties. • Het afbreken van het decor na de voorstelling. Zoals u ziet, dames en heren, er is niet veel gewijzigd in de taken sindsdien, alleen het toneel van het 'optredend gezelschap' is verplaatst naar de raadszaal. De competenties van toen gelden nog steeds: stressbestendigheid, klantgerichtheid, improvisatievermogen en resultaatgerichtheid.
82
Mijnheer Petrie, u was altijd de hardwerkende en vasthoudende medewerker die het iedereen naar de zin wilde maken. U zat altijd vol met ideeën en vond dat dingen anders en beter kunnen. Dankzij u is de site van Burgernet onder handen genomen. En inmiddels, een paar van onze wijkagenten – zo heten ze gelukkig weer bij de nationale politie – twitteren dankzij u. U was de meest technische en handige man binnen de gemeente. Het liep achter de schermen gesmeerd omdat u daarvoor zorgde. Daarop hebben wij als raad altijd kunnen vertrouwen. De raad gaat u missen. Niet alleen om wat u kon, maar ook om wie u was: een aimabele en betrouwbare medewerker. Namens de gehele raad hierbij een klein aandenken en veel waardering voor alles wat u voor onze gemeente Amstelveen heeft betekend. Als uw laatste burgemeester zeg ik u tenslotte: het ga u goed. (Applaus) (Overhandiging cadeau.) De heer Petrie: Ik bedank iedereen hartelijk. Ik heb het heel graag gedaan, samen met mijn collega. In het begin was het heel erg moeilijk om hier te beginnen, maar ja, net als in het theater zijn hier ook drama, komedie en ook serieuze stukken aan de orde. Ik heb het hier heerlijk gehad. Heel vriendelijk bedankt. (Applaus) -
Sluiting.
De voorzitter: Dames en heren, de vergadering is gesloten.
(Einde van de vergadering om 22.11 uur.)
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Amstelveen, gehouden op 19 september 2012. De griffier,
De voorzitter,
83