VAN EN VOOR MENSEN MET EEN HART- OF VAATZIEKTE Regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
Vijf vragen over zout in voedsel Sport, de sleutel tot een goed humeur Angst van hartpatiënten voor seks is ongegrond Vaker hartfalen bij kinderen van te dikke moeders
December 2013
advertenties binnenvoor
COLOFON
INHOUD
Regionieuws Noord-Holland boven het Noordzeekanaal verschijnt één keer in de drie maanden.
Voorwoord
2
29 september Dress Red Day in WfG
3
Wat doet sport voor hart- en vaatpatiënten
5
Vijf vragen over zout in voedsel
6
Trombose en longembolie
7
Meten is weten
9
Correspondentieadres: Pietie Snoodijk-de Klerk Noorderkade 516 1823 CJ Alkmaar tel.: 072-5122307 / 0611126704 e-mail:
[email protected] Contributie: Minimaal € 20,- per jaar.
Angst van hartpatiënten voor seks is ongegrond
10
Contactpersoon Lotgenotencontacten: Adri Drubbel tel.: 020-6910782
Zwemmen houdt me fit
11
Contactpersoon Reanimatiecursussen: Hans Anderson tel.: 072-5715130 / 06-53296474
Wentelteefjes van Kerststol
Contactpersoon Leefstijl en Bewegen: Bernard van Ruiven tel.: 072-5742791 / 06-42474124 Website: www.hartenvaatgroep.nl Layout en druk Nolin Uitgevers B.V. www.nolin-binnenhofprojecten.nl De uitgever en de vereniging zijn niet verantwoordelijk voor de inhoud van de advertenties. Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd en/ of verspreid zonder schriftelijke toestemming van de uitgever en/of de vereniging.
Sport, de sleutel tot een goed humeur 13 15
NVVC, richtlijn voor laatste levensfase 16 Spataderkeurmerk
17
Dress Red Day in MCA
18
Mantelzorg
21
Zetmeelproducten
22
Steeds meer mensen overleven hartinfarct
23
Voorlichtingsbijeenkomst over ICD
25
Respijtzorg
27
Vaker hartfalen bij kinderen van te dikke moeders 29 Hart- en vaatproblemen en sport
30
Ook vrijwilliger worden?
31
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
1
VOORWOORD Beste Hartvrienden, Zo aan het einde van het jaar is er altijd een moment dat je terugkijkt naar wat achter je ligt, maar vooral vooruit kijken naar wat het nieuwe jaar je zal brengen. We zijn in 2013 gestart met een nieuw regioteam, met het gebied Noord HollandNoord. Dat is alles boven het Noordzeekanaal met daarbij ook Texel. Ook binnen het regioteam hebben enkele mutaties plaats gevonden, waar we zeer blij mee zijn. We hebben nog enkele vacatures, en we hopen die in 2014 in te kunnen vullen. De meesten van ons zijn in de herfst van ons leven, want we hebben de groei van de lente de bloei van de zomer achter ons, en de herfst is een periode die prachtig en kleurrijk is. Ik hoop van harte dat we deze periode van ons leven ook als zodanig kunnen ervaren. Dat we het gevoel hebben dat er nog veel kleur in ons leven is en vooral dat we ervan kunnen en mogen genieten. Daarom wens ik al onze Hartvrienden voor de komende periode gezellige en kleurrijke Kerstdagen en een nieuw jaar met alle mooie kleuren die het leven ons te bieden heeft. En vooral een goede gezondheid!
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
2
CARDIOZIEKENHUISBEZOEKGROEP IN HOORN Zondag 29 september was onze reguliere bezoekdag in het Westfriesgasthuis in Hoorn. Dat kwam ontzettend goed uit want niet alleen was het Wereldhartdag maar ook Dress Red Day. Op die dag roept de Hartstichting alle vrouwen op om iets roods te dragen om zo aandacht te vragen voor hart- en vaatziekten, wereldwijd doodsoorzaak nummer één bij vrouwen. Greet Hoffman-Weijtze,Trees van Dam-Hof en Nancy Evers gingen die dag, gekleed in het speciaal ontworpen T-shirt voor die dag, naar de afdeling Cardiologie. Van te voren was er al contact geweest met het verplegend personeel, waren de flyers voor deze dag al overal opgeplakt en had een ieder zondag "iets" roods aan. Een rode ketting, rood T-shirt, rode schoenen..... Greet,Trees en Nancy gingen met rijk gevulde mandjes met attenties de afdeling op. Het aantal patiënten opgenomen op de afdeling Cardiologie die dag bedroeg 21 en daarvan waren er 7 vrouw. De meeste vrouwen waren op de hoogte van deze speciale dag en verheugd met onze gesprekken. Een gerepareerde hartklep, omleidingen of hartritmestoornissen en een cardioversie, allemaal wilden ze hun speciale verhaal kwijt. Natuurlijk hebben we de mannen niet overgeslagen..... Kortom deze dag was er weer één om niet snel te vergeten. Afgesproken is in ieder geval om volgend jaar wederom stil te staan bij deze dag. Met hartelijke groet, Greet, Trees en Nancy Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
3
advertenties 1
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
4
WAT DOET SPORT VOOR HART- EN VAATPATIËNTEN? Dat sporten goed is voor uw lichaam, is al lang bekend. Maar wat gebeurt er met uw lichaam tijdens het sporten? En waarom is sporten eigenlijk zo goed voor hart- en vaatpatiënten? Tijdens het sporten gaan mensen sneller ademen, omdat spieren en organen meer zuurstof nodig hebben. De zuurstof komt via de longen in het bloed terecht. De longader vervoert het zuurstofrijke bloed naar het hart. Het hart neemt zuurstof op, de rest van de zuurstof wordt via de aorta naar de rest van uw lichaam vervoerd. Spieren gebruiken de zuurstof om te werken. Het hart gaat sneller slaan, omdat het bloed sneller door uw lichaam stroomt. Sporten en uw bloeddruk Sporten is goed voor uw bloeddruk. Want tijdens het bewegen gaan uw bloedvaten meer openstaan, waardoor het bloed zich over een groter vatenoppervlak verdeelt. Als u regelmatig beweegt, ontstaan er nieuwe bloedvaatjes. Daardoor kan er meer bloed en zuurstof getransporteerd worden. Meer voedingsstoffen worden opgeslagen in de spieren. Ook neemt de elasticiteit van de bloedvaten toe, waardoor de druk van het bloed beter wordt opgevangen. Heeft u hoge bloeddruk, win dan eerst advies in bij uw arts, voordat u start met sporten. Sporten en uw cholesterolgehalte Cholesterol bestaat uit een (negatief) LDL-gehalte en een (positief) HDL-gehalte. Een hoog LDL-gehalte vergroot de kans op hart- en vaataandoeningen. LDL vervoert in het bloed vet naar de weefsels en spieren toe. Als het LDL niet gebruikt wordt kan het de vaatwanden beschadigen en in een later stadium dicht laten slibben. Tijdens en na het sporten stijgt het HDL in het bloed. HDL schraapt als het ware vetplekken van de vaatwand af en breekt de vetplekken af. Hierdoor kan het bloedvat minder snel dichtslibben.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
5
VIJF VRAGEN OVER ZOUT IN VOEDSEL 1) Waarom voegt de industrie zout toe aan voedingswaren? Zout in bijvoorbeeld vleeswaren conserveert en geeft smaak. Al in 1968 adviseerde de Voedingsraad echter het zoutgehalte in bewerkt voedsel te verlagen. In 2007 kwam er daartoe een ”Taskforce Zout” en in 2011erkende minister Edith Schippers van Volksgezondheid dat er nog te weinig verbeterd was. Ze dreigde met wettelijke maatregelen als de situatie niet zou verbeteren. 2) Waarom is teveel zout slecht voor de gezondheid? Zout verhoogt de bloeddruk en zo kunnen hart- en vaatziekten ontstaan, alsmede beroertes. Ook worden de nieren zwaarder belast bij hoge zoutconsumptie. Meer dan 85% van de Nederlanders krijgt meer zout binnen dan de door de Gezondheidsraad aanbevolen 6 gram per dag. Mensen voegen zelf 20 % van hun zoutconsumptie toe aan voedsel; de rest zit in producten als vlees, brood, sauzen en soepen. Volgens de Consumentenbond, de Hartstichting en de Nierstichting is het advies van de Gezondheidsraad dan ook “onuitvoerbaar”. 3) Wat is er tot dusver gedaan om het zoutgehalte te verlagen? Onder druk van het dreigement van Schippers is de zoutconsumptie volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu in 2012 met 3% gedaald. Die daling komt echter vrijwel geheel voor rekening van de broodbakkers, die met wettelijke maatregelen te maken kregen. Het Centraal Bureau Levensmiddelen en de Vereniging voor de Nederlandse Vleeswarenindustrie hebben dit voorjaar een convenant gesloten, waarin ze beloven binnen twee jaar voor 10% minder zout en 5% minder verzadigd vet in vleeswaren te gaan zorgen. De industrie en de supermarkten vrezen wetgeving en tonen zich nu van hun beste kant. Ook willen ze geen al te grote verschillen in smaak tussen soortgelijke producten. “Buitenlandse vleeswaren” vallen buiten het convenant. 4) Zijn de al genomen maatregelen voldoende? Minister Schippers wilde vorig jaar nog niet ingrijpen. De Consumentenbond, de Hartstichting en de Nierstichting zijn daar zeer teleurgesteld over. Zij wijzen er bijvoorbeeld op dat 1 gram zout minder per dag per persoon ervoor zorgt dat er jaarlijks zestig mensen minder een niertransplantatie of dialyse moeten ondergaan. Dialyseren kost op jaarbasis € 90.000,- en er is een groot tekort aan nierdonoren. De drie organisaties hebben de handen ineen geslagen om de Tweede Kamer achter zich te krijgen. Op 30 mei hebben zij een “zoutontbijt” geserveerd op het plein naast het Kamergebouw in Den Haag, waar ze hebben gepleit voor overheidsingrijpen.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
6
5) Wat dient er nu te gebeuren? Het bedrijfsleven wil vooral met rust gelaten worden. De antizoutlobby is de “smoezen” van de industrie echter beu en eist wettelijke normen. Producenten moeten laten weten hoe ver ze zijn met zoutreductie. Als derde eis stellen de Consumentenbond, de Hartstichting en de Nierstichting dat overheid en industrie moeten beloven binnen 10 jaar voor 40% minder zout te zorgen. Voor de smaak hoeven consumenten volgens hen niet te vrezen: onderzoek van de Universiteit Wageningen toonde aan dat brood met de helft minder zout net zo graag wordt gegeten. Bron: De Gelderlander
TROMBOSE EN LONGEMBOLIE Jaarlijks lijden in ons land naar schatting zo’n 20.000 mensen aan diep veneuze trombose, een stollingsziekte in de aders, ook wel venen genoemd. Dit moet niet worden verward met arteriële trombose, een vorm die kan optreden in de slagaders. Diep veneuze trombose, kortweg trombose, ontstaat door bloedstolsels die zich vastzetten aan de vaatwand. Een gedeelte van het bloedstolsel kan loslaten van de vaatwand en via de bloedstroom naar andere delen van het lichaam worden gevoerd. Indien het stolsel in de long terecht komt is er sprake van een longembolie. Tot voor kort werden diep veneuze trombose en longembolieën beschouwd als aparte aandoeningen, maar recentelijk is gebleken dat het één en dezelfde ziekte is. Reden om u kort te informeren over de oorzaken en mogelijke behandelingen. Ontstaan en verschijnselen van trombose en longembolie. Het stromen van bloed is een levensvoorwaarde. Maar ook het stollen ervan is onmisbaar om teveel bloedverlies bij verwonding te voorkomen. Bloedplaatjes en stollingseiwitten spelen een belangrijke rol in het stollingssysteem. Een antistollingssysteem zorgt ervoor dat de stolling in de hand wordt gehouden door stolsels op te lossen of stollingsfactoren af te breken. Het proces van bloedstolling en antistolling bestaat uit reacties van enzymen op andere stoffen. Wanneer deze systemen niet meer met elkaar in evenwicht zijn kan trombose optreden. Er ontstaat dan zonder dat er een wond is een bloedstolsel dat zich hecht aan de wand van een bloedvat en de bloedstroom belemmert. Dit treedt meestal op in de benen of het bekken en heet dan diep veneuze trombose. Een losgelaten deel van het stolsel kan echter ook met het bloed worden meegevoerd naar andere delen van het lichaam en heet dan ‘embolus’. Als dit stolsel via het hart in een bloedvat van de longen terechtkomt en dit afsluit, ontstaat een longembolie. Hierdoor wordt een deel van de long uitgeschakeld en kan in het ergste geval afsterven.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
7
Bij afsluiting van een ader in het been door een bloedstolsel kan de kuit of het hele been opzwellen, vaak warm aanvoelen en rood-paars van kleur zijn. Het been is vaak pijnlijk. De verschijnselen van trombose zijn echter niet altijd merkbaar. Bij afsluiting van een bloedvat in een long krijgt een deel ervan geen zuurstof en ontstaan klachten als kortademigheid en pijn. Zowel bij trombose als bij longembolie zijn de symptomen niet specifiek en kunnen zij ook het gevolg zijn van een andere aandoening. Oorzaken Trombose kan dus ontstaan door belemmeringen in de bloedstroom, veranderingen in de samenstelling van het bloed en/of beschadiging van de vaatwand. Langdurig stil liggen na een operatie of in de kraamperiode of een te strak aangelegd drukverband zijn een veel voorkomende oorzaak van trombose. Ook een verandering in de samenstelling van het bloed kan een verhoogd risico op trombose veroorzaken. Te denken valt dan aan de invloed van hormonen, ziekte, medicijnen en erfelijkheid. Trombose als gevolg van een beschadiging van de vaatwand kan optreden bij een ongeval of een operatie. Onderzoek en behandelingen De verschijnselen van trombose en longembolie zijn niet specifiek en dienen in een ziekenhuis nader te worden onderzocht. Trombose kan worden aangetoond met echografie (geluidsgolven) of een röntgenonderzoek. Bij vermoeden van een longembolie wordt een longscan gemaakt of vindt een echografie van de benen of een angiografie (longkatheterisatie) plaats. Trombose in benen of bekken is vaak de oorzaak van een longembolie. Longembolie en trombose worden behandeld met antistollingsmiddelen, hetzij in een ziekenhuis hetzij door de trombosedienst. Ingeval van trombose in een been wordt ook een - goed aangemeten - steunkous voorgeschreven voor gebruik overdag. Gevolgen van en leven met trombose Het bovenstaande is ontleend aan de brochure ‘Trombose en longembolie’. Indien u uitvoeriger informatie wenst over dit ziektebeeld, over de gevolgen ervan en hoe er in het dagelijks leven het beste mee om te gaan, kunt u deze brochure aanvragen bij de Hart&Vaatgroep, Postbus 300, 2501 CH Den Haag,
[email protected] of www.hartstichting.nl, tel. 0900.3000.300. Riet Alaverdy-van der Knijff
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
8
METEN IS WETEN Bloeddruk: Een gezonde bloeddruk meet 120/80. De bloeddruk is te hoog wanneer deze boven de 140/90 is. Nieuwe bloeddruknorm: Bij het vaststellen van hoge bloeddruk geldt voortaan enkel de bovendruk. Die wordt gemeten op het moment dat het hart samentrekt en bloed pompt. Dat hebben Europese cardiologen afgesproken in de nieuwe richtlijn voor de behandeling van hoge bloeddruk.Tot nu toe namen artsen zowel de boven- als de onderdruk op. Van hoge bloeddruk is sprake als de bovendruk hoger is dan 140 millimeter kwikdruk (mm Hg). (Bron: consumentenbond, oktober 2013). Cholesterol: Voor cholesterol geldt de 5-3-1-regel. Dat wil zeggen: het totale cholesterol moet lager dan 5 zijn, het slechte cholesterol lager dan 3, en het goede juist boven de 1. Bloedsuiker: De glucosewaarde moet nuchter tussen de 5 en 7 liggen. Boven de 8 is niet goed. Bovendruk, onderdruk; wat is het nu eigenlijk? Wilt u weten hoe het zit of thuis de bloeddruk meten? Kijk voor een lijst van betrouwbare meters en meer informatie op www.hartstichting.nl.
Hoe zit het precies? Een hartstilstand is niet hetzelfde als een hartinfarct. Bij een hartstilstand staat de bloedsomloop stil en pompt het hart geen bloed meer rond. Bij een hartinfarct, in de volksmond ook wel hartaanval genoemd, is er een verstopping van een kransslagader, waardoor een deel van het hart geen zuurstof meer krijgt en afsterft. Bij hartfalen tenslotte, is de pompkracht van het hart verminderd. De oorzaak van een hartstilstand of hartfalen kan een hartinfarct zijn, maar dat hoeft niet. Er kan ook sprake zijn van een langdurige hoge bloeddruk.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
9
"ANGST VAN HARTPATIËNTEN VOOR SEKS IS ONGEGROND" Mannen en vrouwen, die een hartinfarct hebben gehad, zijn meestal erg bang weer seksueel actief te zijn. Onnodig, zo zal blijken op de wetenschappelijke sessies op 2 september tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de European Society of Cardiology in Amsterdam (ESC Congress 2013). De nieuwe aanbevelingen van Europese Raad van Hart- en Vaatziekte Verpleegkundigen, is de eerste wetenschappelijke verklaring die een gedetailleerde leidraad biedt voor patiënten. Zo moet elke patiënt van zijn behandelend arts, na een hartprobleem, advies krijgen over geslachtsgemeenschap na hart- en vaatziekten. Arts en patiënt moeten samen bepalen of de patiënt gezond genoeg is om seksuele activiteiten te hervatten. Artsen zouden een actieve rol moeten spelen bij de advisering van aanbevolen seksstandjes, en hoe intimiteit ook zonder geslachtsgemeenschap een rol kan spelen in een relatie. Problematisch gesprek "Er zijn veel barrières of misvattingen die het gesprek over seks in de weg staan. Sommige zorgverleners geloven dat de patiënten deze informatie niet zouden willen ontvangen. Om ook dat te bespreken moet het initiatief bij de arts komen. Het is makkelijker voor de zorgverlener om het gesprek aan te gaan, dan dat de patiënt deze kwestie aankaart", zegt Tiny Jaarsma, registered nurse (RN), Nurse Fellow of the European Society of Cardiology NFESC, covoorzitter van de taskforce van de European Society of Cardiology. Onderzoek "Tijdsdruk of gewoon verlegenheid mag geen excuus zijn om gesprekken over deze thema's te vermijden, die zijn essentieel voor de geestelijke en lichamelijke gezondheid van de hartpatiënt", aldus Jaarsma. Inspanningsonderzoek wordt aanbevolen voor sommige patiënten om te bepalen of het hart sterk genoeg is om seksuele activiteit te hervatten. Bron: 8/08/13 - ANP
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
10
“ZWEMMEN HOUDT ME FIT” Akke Bruin-Sneekes is trouw lid van zwemvereniging “De Hartvrienden”. “Iedere zaterdag en maandag ga ik nog met veel plezier naar het zwembad”, vertelt Akke Bruin-Sneekes (90) uit Schagerbrug enthousiast. Ze is dan wel 90 jaar, maar neemt nog elke week een duik in zwembad Campanula in Sint Maartensvlotbrug. “Dit doe ik bij zwemvereniging De Hartvrienden. Een gezellige club mensen en bovendien houdt het zwemmen me fit.” “Ik denk dat ik nu zo’n 22 jaar lid ben van de zwemvereniging. Misschien een jaartje korter of langer, maar als je 90 bent mag je er wel een jaartje naast zitten toch?”, zegt ze met een lach. “Door de hartproblemen van mijn man kwam ik in contact met de familie Blankenstijn die al lid waren van De Hartvrienden. Mijn man houdt niet van zwemmen, maar ik ging graag mee. Nu zwem ik nog steeds elke zaterdag. Het water is heerlijk warm en je spreekt nog eens iemand. Indien mogelijk blijf ik dit nog lang volhouden. Op maandag zwem ik ook, maar dat is via de ANBO.” Hartvrienden “Akke is één van de trouwste leden en slaat bijna nooit over”, vertelt penningmeester Bart Hoekman van zwemvereniging De Hartvrienden. “Ze is ons oudste lid en ons jongste lid is 44 jaar. Onze vereniging telt zo’n 70 leden en bestaat inmiddels 27 jaar. De Hartvrienden is ooit opgericht door Truus Michielse.” Naast Bart bestaat het bestuur uit voorzitter Peter Michielse, net als zijn vrouw Truus erelid van de vereniging, en secretaris Ellie de Vogel. Het doel van onze vereniging is het beoefenen en bevorderen van zwemmen voor (ex)hartpatiënten. Tevens kunnen personen met vaatziekten lid worden van de vereniging. Partners van (ex)hartpatiënten mogen eveneens lid worden”. Leden “De groep in Campanula zit vol, maar voor de groep in zwembad De Wiel hebben we nog voldoende ruimte voor nieuwe leden.” Zelf is Bart sinds 1997 aangesloten bij de zwemvereniging. “Dit was tijdens mijn revalidatie van hartproblemen. Ik ging in die tijd met 4 mensen naar de proefles en ben eigenlijk blijven hangen. Het is een gezellige vereniging en bovendien organiseren we elk jaar diverse activiteiten, zoals onder meer een barbecue.” Nieuwe leden kunnen zich altijd melden bij de club. Kijk voor meer informatie op www.zwemverenigingdehartvrienden.nl.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
11
advertenties 2
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
12
SPORT, DE SLEUTEL TOT EEN GOED HUMEUR Hoe meer we bewegen, hoe beter ons moreel! Dat is de conclusie van enkele studies die de invloed van sporten op het humeur hebben onderzocht. Een stukje uitleg. • •
Waarom krijgen we van sporten een goed humeur. Leve de sport, gedaan met de neerslachtigheid.
Waarom krijgen we van sporten een goed humeur door het vrijkomen van endorfines in het lichaam Er bestaan verschillende theorieën die het positieve effect van sport op het humeur proberen te verklaren. De bekendste is nog altijd het weldoende effect van het vrijkomen van endorfines. Deze hormonen worden bij inspanningen door het lichaam aangemaakt en hebben een effect dat lijkt op dat van morfine. Ze verzachten pijn en wekken een gevoel van lichte euforie op dat bij atleten bekend staat als "runner's high" (de roes van de loper). Maar dat fenomeen treedt niet alleen op bij het joggen. Elke vorm van lichaamsbeweging is een uitstekende manier om het moreel op te krikken. Uit onderzoek is gebleken dat het endorfinegehalte in het bloed dan stijgt tot soms vijf keer de waarde in rusttoestand. Dat hoge gehalte blijft nog tientallen minuten na de inspanning behouden. Tot in de hersenen Maar wat er in de hersenen gebeurt is iets ingewikkelder. Tot voor kort waren er nog geen harde bewijzen dat er endorfines vrijkwamen in het hart van het centrale zenuwstelsel. Een experiment door een team van Duitse wetenschappers leverde onlangs het bewijs. Neurologen van het ziekenhuis van Bonn spoten in het bloed van tien joggers een radioactieve stof in die zich kan binden aan de hersenreceptoren van de endorfines. Dankzij de technieken van nucleaire beeldvorming konden ze het ontstaan van deze elementen visualiseren en zo direct bewijzen dat er aan het einde van een trainingssessie endorfines in de hersenen drongen. Leve de sport, gedaan met de neerslachtigheid! Er zullen na deze ontdekking zeker nog nieuwe volgen. Hopelijk kunnen we dan binnenkort het positieve effect van sport op het humeur beter begrijpen - bij Jan Modaal, maar ook bij depressieve patiënten. Heel wat studies wijzen namelijk op de weldoende effecten ervan in de marge van een medicamenteuze behandeling of van een psychotherapie. Maar dat gebeurt niet alleen door een verhoogde afscheiding van endorfine.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
13
Noradrenaline en serotonine De diagnose van een depressie steunt dan wel niet op een 100% onweerlegbare biologische test, maar de staat van permanente neerslachtigheid die een depressie typeert gaat toch vaak gepaard met een ontregelde hersenfunctie en meer bepaald een tekort aan noradrenaline en serotonine. Sporten stimuleert net de productie van deze neurotransmitters. Resultaten vanaf de eerste sportsessie Er zijn allicht nog andere factoren in het spel. Zo’n tien jaar geleden bijvoorbeeld wees het team van professor Attila Szabo (Universiteit van Nottingham) op de aanwezigheid van een kleine hoeveelheid fenylethylamine (PEA) in de hersenen, een stof die cruciaal is voor ons psychisch evenwicht. Uit onderzoek blijkt dat bij de meerderheid van de depressieve patiënten (60%) dat PEA erg laag is en dat een sportsessie volstaat om het gehalte ervan te doen stijgen. Slotsom: het menselijk brein is blijkbaar met verschillende systemen uitgerust om het niveau van problemen waar we in de loop van de dag op botsen nauwgezet te meten en als reactie de productie van deze ‘moleculen van de liefde’ aan te passen. Door het nietsdoen waar veel mensen zich toe veroordeeld voelen, raakt de machine ontregeld, en sporten zou die terug in gang helpen krijgen. Marion Garteiser
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
14
WENTELTEEFJES VAN KERSTSTOL Natriumbeperkt recept Benodigdheden Hoeveelheden voor 8 personen. •
8 sneetjes kerststol
•
2 eieren
•
300 ml. melk
•
25 gram suiker
•
halve theelepel kaneelpoeder
•
50 gram boter
Bereidingswijze Laat de sneetjes kerststol op een snijplank 30 minuten uitdrogen als ze vers zijn. Halverwege de tijd even omdraaien. Klop de eieren met de melk in een kom los. Wentel de sneetjes door het melk-ei mengsel en leg ze op een stapeltje op een diep bord. Schenk de rest van het mengsel erover. Meng de suiker met het kaneelpoeder. Verhit een derde deel van de boter in een ruime koekenpan en bak de sneetjes met drie tegelijk. Houdt ze warm in de oven (75°C) of leg ze op een afgesloten bord, dus het tweede bord ondersteboven op het eerste bord. Bestrooi naar wens met de kaneelsuiker. Eventueel met een lepel vanillevla.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
15
NEDERLANDSE VERENIGING VOOR CARDIOLOGIE Persbericht - 23 mei 2013 Nieuwe richtlijn ICD/Pacemaker voor hartpatiënten in de laatste levensfase. Op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie is een nieuwe richtlijn “ICD/pacemaker in de laatste levensfase” voor zorgprofessionals opgesteld. Deze richtlijn geeft duidelijkheid voor de betrokken zorgprofessionals over het beleid bij terminale patiënten met een ICD (een implanteerbare defibrillator) of pacemaker. De richtlijn bewerkstelligt ook tijdige communicatie tussen professionals en patiënt over de mogelijkheid en wenselijkheid van het uitschakelen van de ICD of pacemaker. In Nederland zijn 80.000 pacemaker patiënten en 30.000 patiënten met een ICD (Implantable Cardioverter Defibrillator). De belangrijkste punten die de richtlijn aan de orde stelt zijn: 1. Deactivatie (uitschakelen) van ICD’s voorkomt ongewenste shocks en onnodig lijden bij patiënten in de terminale levensfase. 2. Deactivatie van pacemakers is in het algemeen niet nodig en niet wenselijk. 3. Bespreking met de patiënt van de mogelijkheid van deactivatie moet al in een vroeg stadium. ICD’s worden geïmplanteerd bij patiënten die een verhoogde kans hebben op ernstige hartritmestoornissen. Als deze zich voordoen geeft de ICD één of meerdere shocks af die vaak als pijnlijk worden ervaren. In de laatste fase van het leven is het afgeven van shocks vaak niet meer gewenst. Naar schatting 10% van de ICD patiënten krijgt in deze laatste levensfase desondanks toch nog shocks die het stervensproces verstoren. De directe verzorgers kunnen dit niet stoppen, omdat daar speciale apparatuur voor nodig is die alleen in het ziekenhuis aanwezig is. Met de nieuwe richtlijn is er duidelijkheid over het beleid wanneer de shockfunctie moet worden uitgeschakeld, voordat patiënten in de laatste levensfase komen. Pacemakers zijn apparaten die zorgen dat het hartritme steeds boven een bepaald geprogrammeerd minimum blijft. Ze kunnen geen shocks afgeven en veroorzaken in de terminale fase geen ongewenste verstoring. Deactivatie van pacemakers brengt het risico met zich mee dat de patiënt op onaangename wijze overlijdt als de patiënt op dat moment een te laag hartritme heeft. Geadviseerd wordt dan ook om pacemakers niet uit te schakelen. Goede voorlichting door zorgprofessionals aan patiënten vanaf moment van implantatie van ICD/pacemaker tot aan de laatste levensfase is van groot belang.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
16
De richtlijn adviseert dat ICD deactivatie al plaatsvindt als de patiënt nog mobiel is, zodat in de terminale fase de patiënt niet bang hoeft te zijn voor ongewenste shocks. Deze richtlijn is tot stand gekomen dankzij de Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten (SKMS) en in samenwerking met andere wetenschappelijke verenigingen, de Orde van Medisch Specialisten en de KNMG. Meer informatie: Richtlijn ICD/pacemaker in de laatste levensfase Patiëntenfolder
DE HART&VAATGROEP INTRODUCEERT SPATADERKEURMERK Mensen met spataderen weten nu waar de beste zorg wordt geboden. De Hart&Vaatgroep overhandigde in december aan 111 ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra het Spataderkeurmerk. Dit keurmerk maakt duidelijk welke ziekenhuizen en behandelcentra de beste spataderzorg aanbieden. Bewoners van de regio “Noord-Holland Noord” hebben de keuze uit een aantal ziekenhuizen en behandelcentra. Op www.hartenvaatgroep.nl/kiesuwvaatzorg is te zien om welke het gaat. Als patiëntenorganisatie vindt De Hart&Vaatgroep het belangrijk dat mensen met spataderen weten waar de beste zorg geboden wordt. Het keurmerk is voor patiënten heel zinvol, vertelt spataderpatiënt Anne Jansen: “ik heb al zo’n 25 jaar last van spataderen en ben hier diverse keren voor behandeld. Gelukkig is er nu een keurmerk, zodat mensen kunnen kiezen voor goede spataderzorg. Als geen ander weet ik hoe belangrijk dit is.” In september jl. heeft De Hart&Vaatgroep de Vragenlijst Spataderkeurmerk 2012 uitgezet om het zorgaanbod voor spataderen en (ernstige) chronische veneuze insufficiëntie in ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra te inventariseren. 85 Procent van de organisaties vulden de lijst in, 62 procent van alle ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra ontvangen het Spataderkeurmerk. Doel van het onderzoek is het stimuleren van kwaliteitsverbetering en het informeren van patiënten, hun verwijzers en de zorgverzekeraars over de kwaliteit van de spataderzorg in ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra. Niet alle ziekenhuizen en behandelcentra voldoen bijvoorbeeld aan het criterium dat patiënten schriftelijk geïnformeerd worden over een aantal belangrijke onderwerpen. De Hart&Vaatgroep hoopt dat dit in de toekomst door elk ziekenhuis of behandelcentra wordt verbeterd.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
17
De dertien kwaliteitscriteria zijn zorgvuldig bepaald en afgestemd met vertegenwoordigers van de Nederlandse Vereniging voor Vaatchirurgie en de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie. De kwaliteitscriteria geven aan wat verwacht mag worden van de zorg voor mensen met spataderen en gaan over zaken die voor hen belangrijk zijn. De 111 organisaties die het Spataderkeurmerk ontvangen, voldoen aan alle dertien criteria.Voor inhoudelijke informatie over onder andere het Spataderkeurmerk kunnen mensen op werkdagen tussen 9 en 13 uur bij de Infolijn Hart en Vaten tel. 0900- 300 300 terecht.
DRESS RED DAY Op 29 september was het behalve “Wereldhartdag” ook “Dress Red Day”, dat wil zeggen: draag rode kleding en vraag daarmee speciale aandacht voor hart- en vaatziekten bij vrouwen. In het Medisch Centrum Alkmaar werd er dit jaar uitgebreid aandacht aan besteed met een informatiemarkt overdag en een lezing ’s avonds. 29 September viel dit jaar op zondag, daarom werden deze activiteiten verplaatst naar maandag 30 september. Zowel in de centrale hal als bij de ingang aan de Metiusgracht stond een informatiestand met folders over hart- en vaatziekten. Vrolijke stands versierd met rode en witte ballonnen, ondanks het toch niet zo leuke onderwerp. Het langskomend publiek kon het wel waarderen en er was ruime belangstelling voor de aangeboden informatie. Daarbij komen er al gauw verhalen los die pijnlijk duidelijk maken hoeveel vrouwen last hebben van hart- en vaatklachten. Lezing ’s Avonds werd er een informatielezing gegeven over dit onderwerp, verzorgd door het MCA en de Hart&Vaatgroep. Ook hier de informatiestands bij de lezingzaal. Vóór en na de lezing en in de pauze werden er vele brochures over diverse hart- en vaatziekten meegenomen door de aanwezigen. Dhr. P. Michielse, voorzitter van Hart&Vaatgroep in de regio “Noord-Holland boven het Noordzeekanaal” begon de avond met informatie over de Hart&Vaatgroep en het binnenkort samengaan met de Ned. Hartstichting. Hij benadrukte het belang van de vrijwilligers in deze regio en het tekort hieraan. Hij riep de aanwezigen dan ook op om zich aan te melden als vrijwilliger om de lege gebieden in Noord-Holland op te vullen.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
18
Daarna was het aan dr. A.E.R. Arnold, cardioloog in het MCA, om een presentatie met lichtbeelden te geven aan de ongeveer 90 aanwezige vrouwen (en een enkele man). De informatie was duidelijk: Vrouwen zijn zich steeds meer gaan gedragen als man, met de daarbij behorende ongezonde gewoontes als roken, hard werken en stress. Bovendien bewegen we minder, eten te veel en vooral te vet, drinken te veel alcohol en na ongeveer het vijftigste jaar bij het begin van de menopauze, valt ook nog bij vrouwen de bescherming van oestrogenen weg. Erfelijkheid en diabetes verhogen bovendien de kans op hartproblemen. Vrouwen ervaren hartklachten vaak anders dan mannen, waardoor een arts, maar ook de vrouwen zelf, niet zo snel denken aan hartproblemen. Het gevolg van dit alles is, dat er nu meer vrouwen sterven aan hartinfarcten dan mannen. Gelukkig zijn de ontwikkelingen in de cardiologie ook vooruitgegaan. In 20 jaar tijd is het sterftecijfer bij een hartinfarct met maar liefst 75% gedaald. Maar de vergrijzing gaat door. Met het toenemen van de ouderen, neemt ook het aantal ziektegevallen toe en daarmee ook de zorgkosten. We kunnen er zelf ook het één en ander aan doen. Preventie is altijd nog het beste. Dus dames (en heren):- niet roken (ook niet ‘mee’roken), - bewegen (pak de fiets in plaats van de auto als het even kan), - niet meer dan 1 glas alcohol per dag, - wordt niet te dik, - let op signalen in je lichaam (bij twijfel naar de arts of 112 bellen). Na de pauze beantwoordde dr. Arnold vragen uit het publiek, bijgestaan door Annemiek Jimmink (zij is verpleegkundig specialist in opleiding op de afd. cardiologie en bezig met een onderzoek naar “vrouw en hart- en vaatziekten”). Er werden veel vragen gesteld en ook persoonlijke verhalen verteld. Veel vragen over bloeddruk, cholesterol en voeding. De antwoorden waren helder. Dr. Arnold werd met een prachtig boeket bedankt voor zijn duidelijke en informatieve uitleg. Ook mevr. Jimmink en dhr. Michielse werden in de bloemetjes gezet. Veel dank is bovendien verschuldigd aan de vrijwilligers achter de informatiestands, zij zijn van ’s morgens 9.00 uur tot ’s avonds 21.30 uur in het MCA aanwezig geweest. We weten zeker dat de aanwezigen met meer kennis van zaken naar huis zijn gegaan en hopen dat velen van hen hun levenswijze enigszins aanpassen. Daarvoor is het nooit te laat!
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
19
advertenties 3
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
20
MANTELZORG Het boek “Dat doe je gewoon” is door Cornelie van Well samengesteld uit allerlei verhalen uit de dagelijkse praktijk van mantelzorgers. Er is veel uit dit boek te halen. Herkenning is er zeer zeker, maar ook veel tips, zoals: niet meer zorg in je huis toelaten dan nodig, want thuis wordt steeds minder thuis door al die hulpstukken en vreemde mensen. Of, als mantelzorger en zorgvrager ervoor kiezen om niet alleen met z’n tweetjes op vakantie te gaan, maar bijvoorbeeld samen met vrienden. Je deelt dan de zorgtaken en de mantelzorger heeft in dat geval ook meer vakantie. Het zijn waardevolle tips uit ervaringen van anderen. De auteur van het boek “Dat doe je gewoon” sluit haar boek krachtig af met een metafoor die gebruikt wordt bij een assertiviteitstraining, waarin mensen leren om voor zichzelf op te komen. Deze metafoor wil ik u niet onthouden, wat hij past fraai bij mantelzorgers, aldus Cornelie van Well. U bent waarschijnlijk bekend met de voorlichting die u krijgt in het vliegtuig voor het geval er iets gebeurt. De stewardess vertelt dat het voor ouders met jonge kinderen belangrijk is om te weten dat ze eerst zelf het zuurstofmasker moeten opzetten en zich daarna pas moeten ontfermen over hun kind. De kans dat de ouder in ademnood raakt en daarmee het kind niet meer kan helpen is levensgroot aanwezig. Het zuurstofmasker is een metafoor voor het gegeven dat jezelf wegcijferen vaak een averechts effect heeft. Dat je eerst voor jezelf zorgt en pas daarna voor degene die van je afhankelijk is, druist in tegen alle gevoelens van een ouder, maar ook van een mantelzorger. De moraal is: “wie goed voor de ander wil zorgen, moet eerst goed voor zichzelf zorgen.” De “zorgvrager” heeft vaak (en terecht) de hoofdrol thuis. Gelukkig is er ook dikwijls belangstelling voor de mantelzorgen en de vraag: “Hoe gaat het met jou? Je moet ook ontspannen hoor.” Ja, dat weet je ook wel, maar hoe? Er moet zoveel: het huishouden, je baan, de kinderen en dan ook nog mantelzorgen. Je sociale leven wordt behoorlijk ingeperkt. De sociale contacten worden minder en voor je het weet raak je geïsoleerd. Het is vaak een hoop geregel, maar zorg er voor dat u als mantelzorger, al is het maar één avond of één middag per week dingen kunt doen voor uzelf. Iets wat u ontspant en bij u past.Voor de één is dat sporten, voor de ander winkelen of lezen, vul maar in. Als u dit kunt doen zonder schuldgevoel (dat kun je leren), heeft dat de functie van het “zuurstofmasker” en houdt u het beter vol. Marjo Brouns Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
21
ZETMEELPRODUCTEN: GEZOND OF NIET? De plaats van zetmeelproducten in de voeding blijft bijzonder omstreden. Hoe staan we er tegenwoordig tegenover. Zetmeelproducten: een definitie. De term zetmeelproducten is niet erg wetenschappelijk. Hij slaat op voedingsproducten die vooral bestaan uit koolhydraten, maar niet “gesuikerd” zijn in de traditionele betekenis.We spreken ook van complexe koolhydraten, in tegenstelling tot enkelvoudige koolhydraten, die het product zijn zoete smaak bezorgen. Zetmeelproducten nemen een belangrijke plaats in bij onze voeding: • Graanproducten (of afgeleide producten, zoals meel of griesmeel) • Peulvruchten (gedroogde bonen, kikkererwten, linzen enz.) • Knolgewassen ((zoete) aardappelen, …). Het enige probleem is dat ze in de voorbije jaren een slechte reputatie hebben gekregen. Heel wat diëten bannen immers genadeloos alles wat ook maar lijkt op zetmeelproducten uit, en vervangen ze door eiwitrijke producten. Mogen of moeten we nu zetmeelproducten eten of niet? Waarom worden zetmeelproducten soms afgeraden in sommige diëten? Zetmeelproducten bevatten veel calorieën. Enfin, alles hangt ervan af waarmee je ze vergelijkt.Voor een gelijk gewicht houden ze het midden tussen vlees en groenten. Toch heeft het weinig zin om alleen maar calorieën te tellen. Zetmeelproducten danken hun reputatie als “dikmakers” vooral aan drie factoren: • Ze behoren tot de familie van de suikers, en onze suikerconsumptie ligt sowieso te hoog. • We eten graag geraffineerde zetmeelproducten (wit brood, witte rijst enz.). • Zetmeelproducten worden vaak gecombineerd met vette of gesuikerde producten: boterhammen met jam, deegwaren met kaas enz. Zetmeelproducten: alles hangt ervan af hoe we ze eten. Toch mogen we niet vergeten dat zetmeelproducten ook een hoge voedingswaarde hebben. Ze zijn immers een zeer doeltreffende energiebron. Meteen ook de reden waarom ze bijna overal ter wereld de basisvoeding vormen! Het is dan ook aan te raden om ze bij elke maaltijd te nuttigen, maar dan wel naar gelang uw eetlust, niet meer. Bovendien bevatten zetmeelproducten niet alleen complexe koolhydraten. Als we ze goed uitkiezen, kunnen ze ons veel vezels (in het geval van volkorengranen), vitamines en mineralen leveren, maar ook eiwitten (vooral peulvruchten bevatten er veel).
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
22
Zetmeelproducten: 4 tips om er het beste uit te halen. • De aanbevolen dosis zetmeelproducten wordt gemakkelijk overschreden. Stop er dus mee zodra u zich verzadigd voelt. • Verkies altijd volkorengranen boven geraffineerde granen. Brood, pasta en rijst zijn tegenwoordig makkelijk te vinden in volkorenversie: profiteer ervan! Ze hebben niet alleen een hogere voedingswaarde, maar ook een veel rijkere smaak. • Spring zuinig om met toevoegingen bij zetmeelproducten: boter, kaas, jam enz. • Beschouw zetmeelproducten als “garnituur”. Ze mogen ongeveer één vierde van uw maaltijd uitmaken, maar niet meer. Marion Garteiser
STEEDS MEER MENSEN OVERLEVEN EEN HARTINFARCT Een hartinfarct wordt steeds minder Nederlanders fataal. Elk jaar overleven duizenden mensen een acuut infarct, terwijl ze er vroeger hoogstwaarschijnlijk aan zouden zijn overleden. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Oorzaak is de verbeterde behandeling, zegt de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie. Bij een acuut hartinfarct stroomt er geen bloed meer naar een deel van het hart. Oorzaak is een verstopte slagader. Het gevolg is dat het hart het bloed minder goed door het lichaam kan pompen. Soms stopt het hart zelfs helemaal. Vorig jaar stierven 6195 mensen in Nederland aan zo'n acuut hartinfarct. Rond het jaar 2000 lag het aantal doden twee keer zo hoog. In de jaren 90 overleden elk jaar meer dan 15.000 Nederlanders door de aandoening, in de jaren 70 en 80 zelfs meer dan 20.000 mensen.
Gedotterd “Het aantal doden daalt doordat de behandeling beter is geworden. Steeds meer mensen worden gedotterd na een hartinfarct en de medicijnen zijn verbeterd”, zegt Victor Umans. Hij is voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC) en arts bij het Medisch Centrum Alkmaar. Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
23
Volgens Umans is het einde van de daling nog niet in zicht. Er is ruimte voor verbetering. Zo blijkt dat ouderen, met name vrouwen, vaak nog lang wachten na een infarct voor ze naar een arts gaan. Mensen op hogere leeftijd zijn over het algemeen minder fit dan jongeren en lopen daardoor meer gevaar. Reanimatiecursussen Umans ziet ook veel heil in reanimatiecursussen voor burgers. Er loopt een project waarbij vrijwilligers een sms ontvangen als iemand in de buurt een infarct krijgt, zodat ze te hulp kunnen schieten. ''Wie op straat een infarct krijgt en neervalt, heeft een slechte prognose. We willen mensen leren om te reanimeren. Zo hebben patiënten meer kans om in leven te blijven.'' Verder kan er meer worden gedaan om te voorkomen dat mensen een tweede infarct krijgen. Zo proberen cardiologen patiënten ervan te overtuigen anders te gaan leven. Zes op de tien mensen luisteren naar de adviezen. Ze gaan meer bewegen, eten minder zout en een deel van hen stopt met roken. Maar na verloop van tijd worden ze wat losser, merkt Umans. Begeleiding is daarom belangrijk, niet alleen medisch maar ook psychisch. Umans: ''Een infarct is erg ingrijpend. Heel veel mensen krijgen doodsangsten, zeker in de eerste weken erna. Een aanzienlijk deel komt in een depressie terecht.'' Andere landen Het aantal doden door een hartinfarct daalt ook in de ons omringende landen. Dat blijkt uit de statistieken. De meest recente cijfers uit Duitsland gaan over 2011.Toen stierven 55.286 mensen in de Bondsrepubliek aan een hartinfarct. Dat was 2 jaar eerder nog meer dan 60.000. In 2000 overleden zelfs 73.265 mensen aan een infarct. Sinds de eeuwwisseling is het aantal doden dus met een kwart gedaald. Het trieste dieptepunt in Duitsland was het jaar 1981. Toen kostten infarcten 92.860 mensenlevens. In Engeland overleden in 2010-2011 bijna 5000 mensen aan een hartinfarct. In 2001-2002 waren dat er nog bijna 8600. Dat komt neer op een daling van 42 procent in 10 jaar tijd. Ook in Denemarken, Noorwegen, Zweden, Ierland, Tsjechië, Finland, Spanje, Oostenrijk en Portugal daalt het aantal mensen dat overlijdt aan een hartinfarct. Bron: ANP
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
24
VOORLICHTINGSBIJEENKOMST OVER ICD Op zaterdagochtend 2 november organiseerde de discipline cardiologie van het MCA in samenwerking met STIN (Stichting ICD dragers Nederland) een informatiebijeenkomst voor ICD dragers en hun naasten. De bijeenkomst werd gehouden in het Alkmaars ziekenhuis. De Hart&Vaatgroep was hierbij ook aanwezig met een informatiestand. Mevr. L. van de Weteling (ICD technicus) leidde de bijeenkomst en introduceerde de diverse sprekers. Allereerst was het woord aan dr. G.J.M. Tahapary, cardioloog in het MCA, met het onderwerp: “leadproblemen”. Hij liet met beelden zien hoe het komt dat er soms problemen met de bedrading van de ICD voorkomen. Na 6 jaar kan dit al het geval zijn en na 10 jaar komt er in 20% van de ICD draden breuk of slijtage voor. Dhr. P. van Hartingsveldt van het bedrijf Metronic, besprak de “Techniek, diagnostiek van de ICD, nu en in de toekomst”. De ICD heeft een pacemakerfunctie en een schokfunctie. De ontwikkeling van de ICD gaat door. Men stelt als doel: verlichten van pijn, verlengen van het leven, beter welbevinden en een geruststellend gevoel geven. Beter draagcomfort is ook belangrijk. Maar prioriteit nr. 1 is toch: veilig een ICD kunnen dragen. Een ICD moet in een paar seconden kunnen beslissen of een shock nodig is of dat de pacemakerfunctie voldoende is. De ICD wordt steeds kleiner en heeft een langere levensduur. Door de verbeterde analysefunctie worden onnodige shocks zo veel mogelijk voorkomen. In de toekomst zal het mogelijk zijn om met een ICD in het lichaam toch een MRI scan te laten maken. Mevr. M.A. Stegeman-Vermeulen vertelt haar indrukwekkende verhaal als ICD drager. Op 34-jarige leeftijd kreeg ze een hartstilstand waarna een ICD implantatie plaatsvond. Ze blijkt een familiaire genafwijking te hebben, die bij meer familieleden problemen veroorzaakt. De eerste jaren vielen niet mee met een aantal shocks. Maar nu heeft ze een evenwicht bereikt en kan weer sporten, werken en voor haar gezin zorgen en is ze blij met de bescherming van de ICD. Na de pauze is het de beurt van dr. G.P. Kimman, cardioloog in het MCA. Het onderwerp leek wat tegenstrijdig: “Wanneer kan de schokfunctie van de ICD worden uitgezet”. Dit speelt voornamelijk in de fase van palliatieve zorg. Dan geldt: de kwaliteit van leven is belangrijker dan verlenging van leven. Shocks krijgen in de laatste levensfase is bepaald niet prettig voor de patiënt. De pacemakerfunctie wordt in dat geval niet uitgezet. Deze functie geeft juist een rustiger gevoel. Let op: het deactiveren van de ICD valt niet onder de euthanasiewet, het behoort tot normaal medisch handelen.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
25
Er zijn ook nog andere redenen om de ICD uit te zetten, bijv. bij draadbreuk of bij wisselen van de ICD. In die gevallen verblijft de patiënt tijdelijk in het ziekenhuis tot de ICD functie weer is hersteld. Dhr. S. Tuinenburg (STIN), vertelt hoe op dit moment de wet- en regelgeving voor het autorijden met een ICD is geregeld. De ICD is steeds in ontwikkeling en daarmee ook deze regelgeving. Op dit moment geldt bij een ICD plaatsing of na een shock een wachttijd van 8 weken. Eerder duurde het 6 maanden voordat iemand die net een ICD had gekregen weer achter het stuur mocht. Ook heeft men de regels bij het klein vaarbewijs nu gelijk getrokken aan die van het rijbewijs. Het CBR en STIN hebben een goede samenwerking en een belangrijke stem in het steeds aanpassen van de wettelijke regels. Uitgebreide informatie over autorijden met een ICD kunt u vinden op de website van STIN: www.stin.nl. De historie van de ICD werd door dhr. F. Steinmetz vertelt, met oude foto’s en veel leuke informatie. De eerste ICD werd ontwikkeld door Michel Mirowski. Deze ICD had een levensduur van 3 maanden en woog 250 gram. Een soort baksteen die in de buik werd geplaatst, niet programmeerbaar was en alleen shocks kon afgeven. Nu weegt een ICD nog geen 40 gram. Het is eigenlijk ongelooflijk hoe snel de ontwikkeling van de ICD is verlopen en nog verloopt. Na de sprekers was er nog gelegenheid tot het stellen van vragen, waar dankbaar gebruik van werd gemaakt. Tot slot werd door de STIN aan alle bezoekers een lunch aangeboden.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
26
RESPIJTZORG? WAT IS DAT? Net zoals de term “mantelzorg” niet bij iedereen bekend is, is de term “respijtzorg” vooral iets wat door beleidsmakers bedacht is. Toch hopen wij met de vorige bijdrage duidelijk gemaakt te hebben dat het heel belangrijk is, om als je voor een ander zorgt zo nu en dan een adempauze te nemen, tijd voor jezelf.Want respijtzorg is eigenlijk niet meer en niet minder dan dat: een vorm van zorg die de mantelzorger respijt geeft. Dat kan op heel veel verschillende manieren. Soms hangt het er ook van af in hoeverre je degene waar je voor zorgt ook even alleen kunt laten. Dat wordt al moeilijker als de zorgvrager bijvoorbeeld Alzheimer heeft. Als je het geluk hebt om een groot netwerk te hebben, kan misschien iemand anders eens de zorg van je over nemen als je een paar uur weg wilt. En dat hoeft niet te zijn voor prozaïsche activiteiten als boodschappen doen, maar je kunt ook iets leuks gaan doen voor jezelf. Als de zorgvrager een PGB heeft voor de zorg kun je ook op gezette tijden iemand anders inhuren voor de zorg om zo zelf de deur uit te kunnen. Vaak is het ook mogelijk om via de steunpunten mantelzorg (zie bij Mezzo) een zorgvrijwilliger te vinden die de zorgvrager gezelschap komt houden of die iets leuks met de zorgvrager kan gaan doen, zodat je als mantelzorger even je handen vrij hebt. Maar dit zijn vaak de kortere momenten, dingen die je zo nu en dan eens regelt. Een meer structurele manier om tijd voor jezelf te krijgen is een vorm van dagopvang. Afhankelijk van de soort en de ernst van de aandoening kan het CIZ dit opnemen in de indicatie voor AWBZ-zorg. Ook dat is maar voor een deel een oplossing. Ook met dagopvang is de zorgvrager immers maar een paar uur de deur uit. Daarvoor en daarna ben je gewoon weer aan het zorgen, de rest van de 24 uur van die dag. Iemand met een betaalde baan heeft ook gewoon weekend, die hoeft ook niet 7 dagen in de week klaar te staan. Wil je als mantelzorger eens echt even bijkomen, of ben je zelf even uitgeschakeld door ziekte of iets dergelijks, dan heb je toch langer dan een dag nodig. Eigenlijk heb je zelfs minimaal een week nodig, want de eerste dagen ben je nog zo druk bezig met het loslaten van die zorg voor de ander dat de werkelijke ontspanning pas na een paar dagen komt. Ook dan zijn er meerdere opties. Zo bestaan er mogelijkheden om tijdelijk een vrijwilliger in huis te nemen die alle zorg overneemt die de mantelzorger normaal levert. Handen-in-huis coördineert dit. De meeste zorgverzekeringen vergoeden de kosten die hiermee samenhangen. Een andere mogelijkheid is om de zorgvrager tijdelijk in een verzorgingshuis of verpleeghuis te laten opnemen. Veel instellingen hebben de mogelijkheid voor een kort logeerverblijf, soms is er ook een zgn. wijkziekenboeg. Dit kun je meestal financieren uit de AWBZ. Als zo’n opname heel plotseling nodig is, is het handig om de huisarts hierbij in te schakelen.
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
27
advertenties 4
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
28
Die kan meestal opname binnen 24 uur regelen. Tot slot kan de zorgvrager tijdelijk elders gaan logeren. Op sommige plaatsen zijn al logeerhuizen of respijthuizen, soms is een zorghotel de meest geslaagde optie. Het moeilijkste is eigenlijk om een passende plaats te vinden. Natuurlijk zijn ook op dit gebied diverse websites beschikbaar, zoals de respijtwijzer. In sommige gevallen hebben mensen hun ervaringen met bepaalde locaties op deze website vermeld.
VAKER HARTFALEN BIJ KINDEREN VAN TE DIKKE MOEDERS Kinderen waarvan de moeder tijdens de zwangerschap overgewicht had, hebben een grotere kans op hart- en vaatziekten. Kinderen van obese (te dikke) moeders hebben maar liefst 35 procent meer kans te overlijden aan hartfalen vóór hun 55e. Dat blijkt uit een Brits onderzoek dat is gepubliceerd in het British Medical Journal. Dit komt mogelijk doordat deze kinderen in de buik van hun moeder te veel voeding kregen. Wetenschappers keken naar het BMI van bijna 30.000 vrouwen die tussen 1950 en 1976 in de Britse plaats Aberdeen een kind kregen. Ze legden dit naast gegevens van hun 38.000 kinderen, die op dat moment tussen 34 en 61 jaar oud waren, en zochten naar overlijdensaktes van de kinderen. Ziekenhuis Kinderen van moeders met een BMI van boven de 30 tijdens de zwangerschap, bleken 35 procent meer kans te hebben overleden te zijn aan hart- en vaatziekten dan kinderen van moeders met een normaal BMI. Ook bleek dat ze 42 procent meer kans hadden behandeld te zijn voor hart- en vaatziekten in een ziekenhuis. De onderzoekers erkennen dat het moeilijk is te achterhalen wat precies de oorzaak is van de hartproblemen bij de kinderen. Genetische factoren en omgevingsfactoren kunnen immers een rol spelen. In de buik Maar, zeggen ze, het is bekend dat ondervoeding tijdens de zwangerschap de kans op hartfalen en kanker vergroot. De onderzoekers denken dat te veel voeding krijgen in de buik ook kan zorgen voor problemen op de lange termijn. Van de moeders in het onderzoek was slechts 4 procent te dik. Nu heeft maar liefst 1 op de 5 vrouwen in Groot-Brittannië een BMI van boven de 30. Bron: NU.nl/Emma van der Wateren, d.d. 14 augustus 2013 Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
29
HART- EN VAATPROBLEMEN EN SPORTEN Intensief sporten is niet voor iedereen gezond. Bent u bang dat u klachten krijgt tijdens sporten, dan is sporten onder begeleiding misschien iets voor u. Heeft u last van: • Hartproblemen • Pijn op de borst • Hoge bloeddruk • Duizeligheid • Problemen met uw botten of gewrichten Dan is het verstandig om eerst advies te vragen aan uw huisarts of behandelend specialist of sporten/bewegen en in welke mate, voor u goed zal zijn. Hartrevalidatie Net na een hartinfarct, dotterbehandeling of hartoperatie is het mogelijk mee te doen aan hartrevalidatie. Hier leert u onder deskundige begeleiding om opnieuw uw (sportieve) grenzen te ontdekken en krijgt u tips welke sport voor u het meest geschikt is. Alle mensen die zijn behandeld voor een hartaandoening komen in principe in aanmerking voor hartrevalidatie. Het doel van hartrevalidatie is om te leren omgaan met de gevolgen van de hartaandoening. Positieve gevolgen van hartrevalidatie Uit onderzoek blijkt dat hartrevalidatie veel kan opleveren, zoals: • Verbetering lichamelijke fitheid • Vertraging snelheid slagaderverkalking • Vermindering aantal sterfgevallen door hartziekten • Vermindering risico op (nieuw) hartinfarct • Betere stemming, weer plezier hebben in het leven • Meer vertrouwen in de toekomst en minder zorgen • Weer deel kunnen nemen aan het sociale leven Bewegen onder begeleiding Ruim 250 sportorganisaties zijn aangesloten bij de Hart&Vaatgroep. Deze verenigingen bieden sport- en beweegactiviteiten aan onder deskundige begeleiding. U weet zeker dat er rekening wordt gehouden met uw aandoening en dat het beweegaanbod is afgestemd op uw mogelijkheden. Dat biedt zekerheid en veiligheid. Kijk voor een adres bij u in de buurt op www.beweegzoeker.nl. Op www.etalagebenen.nl staat een overzicht van het aanbod voor looptraining voor patiënten met etalagebenen (claudicatio intermittens).
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
30
OOK VRIJWILLIGER WORDEN? Ons regioteam heeft een enthousiaste groep mensen die zich inzet voor de hart- en vaatpatiënten in onze regio. Wilt u daar ook deel van uit maken? Meldt u aan! Wij kunnen nog wel wat hulp gebruiken. Dat kan telefonisch: 072-5122307 of per e-mail:
[email protected].
Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
31
DE HART&VAATGROEP Wat is De Hart&Vaatgroep? De Hart&Vaatgroep is de patiëntenorganisatie van en voor mensen met een hart- of vaatziekte. Wij werken op zowel landelijk als regionaal niveau aan informatievoorziening, lotgenotencontact, leefstijlbegeleiding en collectieve belangenbehartiging. De Hart&Vaatgroep is opgezet voor en door mensen die zelf een hart- of vaatziekte hebben of hun naasten. Ook mensen die (nog) niet ziek zijn en de risico’s uit eigen familie kennen, kunnen bij De Hart&Vaatgroep terecht. Wat biedt De Hart&Vaatgroep u? - Informatiebrochures over hart- en vaatziekten en daaraan gerelateerde onderwerpen - Een internetsite met onder meer een kennisbank met toegankelijke informatie - Het leefstijlmagazine ‘Vida’ met nieuws en achtergronden - Informatiedagen en themabijeenkomsten over uiteenlopende onderwerpen - Contact met mensen met hetzelfde ziektebeeld, zowel één op één als in groepsverband - Leefstijlactiviteiten zoals kookworkshops en sport- en beweegaanbod - Belangenbehartiging van alle hart- en vaatpatiënten Lid worden? Door uw steun kunnen wij ons inzetten voor hart- en vaatpatiënten. Kijk voor meer informatie over De Hart&Vaatgroep, het lidmaatschap (€ 20,-) of het donateurschap op onze internetsite www.hartenvaatgroep.nl. U kunt ook een e-mail sturen aan
[email protected] of bellen met het secretariaat 088- 1111600. U kunt meer informatie en het aanmeldingsformulier aanvragen door hieronder uw gegevens in te vullen en op te sturen naar: De Hart&Vaatgroep Postbus 300 2501 CH Den Haag --------------------------------------------------------------------------------------Graag ontvang ik meer informatie over De Hart&Vaatgroep. Naam:.............................................................................................................
Man/Vrouw*
Adres:..................................................................................................................................... Postcode/woonplaats:............................................................................................................. E-mail:.................................................................................................................................... Hart& Vaatgroep regio Noord-Holland boven het Noordzeekanaal
32
advertenties binnenachter
afz: P. Snoodijk-de Klerk Noorderkade 516 1823 CJ Alkmaar
Uitgave van:
van en voor mensen met een hart- of vaatziekte