februari 2003 32e jaargang Uitgave van de Nederlandse Vereniging van Toerzeilers. Verschijnt 7x per jaar. ISSN 1384-9492
184
NEDERLANDSE VERENIGING VAN TOERZEILERS SECRETARIS: A. F. Marks,
PENNINGMEESTER: J.A.W. Havelaar, postgiro 2803380 t.n.v. Nederlandse Vereniging van Toerzeilers Postbus 50223, 1305 AE Almere contributie: € 27,- p.j. LEDENADMINISTRATIE: G. de Dreef, Nederlandse Vereniging van Toerzeilers, Postbus 380, 3830 AK Leusden, e-mail
[email protected] Aanmelden of afmelden lidmaatschap bij de Ledenadministratie. BEMANNINGSBANK: R.M. Lichtveld, REGIO/COMMISSIE VOORZITTERS Noord: I.F. Witteveen, Zuid: H. Korver, West: J.J. Scholte, Oost: R. Beute, Randstad: G. van Voorbergen,
UIT DE STUURKUIP
2
VAN DE KAMPANJE
3
BESTUURSMEDEDELINGEN
4
VERENIGINGSNIEUWS
4
* Attachment rally’s zomer 2003
PLANOLOGIE
6
* Kort planologisch nieuws * Natuurontwikkeling IJsselmeergebied * Wordt de pleziervaart van het water gedrukt?
ZEEMANSCHAP EN NAVIGATIE 10 * Mededelingen Commissie Z&N * Uitschieters bij de GPS! * Dubbel Tij varen
TECHNIEK AAN BOORD
14
* Vuilwatertank * Grootzeilrever * Vochtmeting
LEDENADMINISTRATIE
19
* Nieuwe leden
Centrum: Mevr. K. van Roosmalen-Bakker,
CORRESPONDENTIE
Uiterton: A.F.M. Verbraak,
* Reactie op artikel Hans Bijleveld in TZ 182
Technische Commissie: H. Rooze,
REISVERSLAGEN
20
21
* Reisverslagen op NVvT-website Commissie Zeemanschap & Navigatie: J. Kos, Planologische Commissie: W.P. van Erven Dorens, WEBSITE NVvT: http://www.toerzeilers.nl VERENIGINGSARTIKELEN Mevr. K. van Roosmalen – Bakker, Girorek. 280 3380. HOOFDREDACTIE Peter H. Paternotte, e-mail
[email protected] REDACTIESECRETARIAAT Fokko van Steenwijk, e-mail
[email protected] REDACTIECOMMISSIE Marjolein Brandt, Beatrice van der Bijl, Marc Couwenbergh, Peter Paternotte en Fokko van Steenwijk Namen en adressen van de bestuursleden, gegevens over regio- en kenniscommissies, de ledenservice, bemanningsbank en verenigingsartikelen vindt u in de Leden- en Schepenlijst. Druk: Anraad, Nieuwegein.
ERVARINGEN
21
* Driemaal is scheeepsrecht, niet in Boulogne! * Het strand van Hemmeland
BOEKEN
24
VARIA
24
* * * * * *
Melkfett Winterklusje Chaos op zee Buitenboordmotorenmuseum Hollandia, zeilend door de Historie Register TZ 2002
EVENEMENTENBULLETIN
30
ADVERTENTIES
41
INFORMATIE VOOR AUTEURS
42
ATTENTIE
43
NAGEKOMEN:
44
* Antifouna controle
1
UIT DE STUURKUIP Peter Paternotte Geen Decembernummer
2003
In het colofon van het vorige nummer was de foutieve vermelding van de verschijningsmaand aan de aandacht ontglipt. Tweemaal een oktobernummer is wat veel van het goede dus – sorry - als u de oude nummers zuinig bewaart zult u met de pen een correctie moeten aanbrengen.
Na dit wat luchtige begin een wat serieuzer vooruitblik in het komende jaar. Economisch gezien begin het somberder te worden en oorlogsdreiging in het MiddenOosten lijkt snel dichterbij te komen. Als dat echt gebeurt zal het ons ook raken en neveneffecten op onze economie hebben. In hoeverre dat de watersport raakt zult u zich wellicht afvragen. De meest directe uitwerking zal zichtbaar worden in de prijs van goederen en diensten. In samenhang met terughoudende bestedingen zullen aanbieders hun kosten moeten dekken. Misschien dat het zover komt dat de varkenscyclus gaat werken bij een verder teruglopende economie, maar in eerste instantie verwacht ik eerder prijsstijgingen dan prijsconcurrentie. Veel watersportvoorzieningen zijn niet echt vrij te kiezen. Je wilt in diè jachthaven liggen, van diè winterstalling gebruik maken en als passant bezoek je de havens waar je graag naar toe gaat en niet die waar de prijs wat lager is. Je wilt je geliefde vaartuig voorzien van precies die uitrustingsstukken en geen andere en bij vervanging is het beste maar net goed genoeg. Per saldo hebben we het natuurlijk over luxeproblemen, daar waar mensen in serieuze problemen kunnen komen door een economische recessie.
Scheepsnamen Waar ik ook kom en zeiljachten te vinden zijn neem ik even een kijkje, onder andere om mijn collectie bizarre scheepsnamen uit te breiden. De laatste zakentrip naar Australië afgelopen december leverde er weer twee op die ik aantrof bij de Hastings Marina ten zuiden van Melbourne.
Zoals bijna altijd is de aanleiding tot de naamkeuze moeilijk te achterhalen. De ene eigenaar heeft misschien bij de marine gevaren en mist zijn dubbelloops luchtafweerkanon, de andere ziet een overeenkomst tussen zijn boot en een rok ‘waarvan de rand ruim boven de knie uitkomt’ althans volgens de Webster Dictionary of English. De waterlijn zat zo te zien op de normale hoogte, anders lag daar nog een aanknopingspunt.
2
Dat neemt echter niet weg dat wij in onze samenleving de spanning tussen werk en vrije tijd of – in een meer algemeen kader die van het leven in een hectische samenleving als de onze mede opvangen met onze zeilhobby. In die zin wordt dat alleen maar belangrijker als de spanning toeneemt. Als redactie van TZ wensen wij u derhalve veel zeilplezier en ontspanning in het komende seizoen.
Radarreflectie Een opmerkelijke email van de leveranciers van de Speedseal (www.speedseal.com), het dure maar slimme snel afneembare afdekplaatje van de koelwaterpomp De ‘SEA-ME’ zoals het apparaat wordt genoemd is een actieve radarreflector met de volgende claims: * Detectie op grote(re) afstand; * Consistente reflectie * Betere reflectie bij regen en golven (‘clutter’) * Beter reflectie onder helling * Automatische waarschuwing bij detecteren van scheepvaart De prijs is ‘stiff’ (ca. £ 430,-), maar het Engelse watersporttijdschrift Practical Boat Owner gaf in het decembernummer 2002 een goed rapportcijfer.
Gelet op de zeer matige prestaties van zelfs de beste radarreflectoren die in de watersporthandel verkrijgbaar zijn lijkt dit toch wel dè oplossing in onze drukke kustwateren, naast uiteraard het zelf gebruiken van een radar. Met allebei kan het bijna niet meer misgaan, tenzij er echt iemand zit te slapen! Lees erover op www.sea-me.co.uk
Tenslotte Nog een week of wat te gaan totdat we er weer op uit kunnen, april moet toch wel lukken voor de vroege vogels. Probeer het maar, vaak zijn dit schitterende perioden om rond te varen…………..
VAN DE KAMPANJE J.H.J. Andriessen Terwijl ik dit schrijf giet het van de regen, daalt de temperatuur naar het vriespunt en voorspellen de weerberichten NW storm. Ideaal weertje dus om thuis bij de kachel te zitten en dit stukje te schrijven. Toch was het nog slechts twee dagen geleden, dat bij een helder blauwe lucht en stralend zonnetje de eerste gedachten al weer opkwamen over ‘de boot’ en alles wat daarbij behoort. Ja, zelfs begon ik weer het een en ander bij elkaar te zoeken en de eerste aankoop is alweer gedaan. Vandaag echter laat ik elke gedachte aan de boot en toebehoren weer ver achter me en neem me voor om straks een begin te maken met het lezen van het nieuwe boek van Henk de Velde (die overigens een uitstekende lezing over zijn ‘Russische’ avontuur hield in de ‘Rode Hoed’ te Amsterdam) Ik zag daar tot mijn grote genoegen weer een fors aantal NVvT-leden bijeen. De gedachte kwam bij me op dat Henk de
Velde eigenlijk een super-toerzeiler is en wie weet krijgen we hem nog eens zo ver dat hij aan boord de NVvT-vlag gaat voeren. Als u dit leest is de toestand in de wereld mogelijk totaal veranderd. Vandaag hoorde ik president Bush met vastberaden stem zijn plannen met betrekking tot Irak aankondigen. Het is hier zeker niet de plaats om daarover een oordeel uit te spreken maar duidelijk is, dat ons en de gehele wereld mogelijk zeer moeilijke tijden te wachten staan. Ik kan dan ook niet verhelen daar toch wel wat somber over te zijn. Inmiddels is het bestuur weer bijeen geweest en zijn de plannen voor de nabije toekomst weer gesmeed. Het Woudschoten weekend is – als altijd – weer een groot succes geworden en dit vooral ook dankzij de grote inzet van organisatoren en docenten. Een woord van dank en waardering is daarbij zeker op zijn plaats.
3
Ik wil van deze gelegenheid tevens gebruik maken mijn mede-bestuursleden hartelijk te danken voor hun inzet en niet aflatende vriendschap getoond gedurende mijn ziekte en afwezigheid tijdens de vergaderin-
gen. Tenslotte hoop ik dat het jaar 2003 voor u allen een goed jaar zal zijn en dat onze NVvT moge blijven groeien en bloeien.
BESTUURSMEDEDELINGEN Kees Dik Ledenadministratie
Ledenpas en acceptgiro
Het ligt in de bedoeling dat op korte termijn de taak van de huidige ledenadministrateur zal worden opgesplitst. Een drietal leden heeft zich bereid verklaard elk een deel van deze taak op zich te nemen. Zo zal Gerard de Greef zich vooral bezig houden met het invoeren van nieuwe leden en de mutaties in het ledenbestand. Erna Scholte zal de nieuwe penningmeester ondersteunen met het invoeren en beheren van de contributiebetalingen. Hans Groenestein verzorgt dan het aanleveren van adresbestanden en andere gegevens onder andere ten behoeve van Toerzeilen en de Leden & Schepenlijst. Hij is bovendien samen met Ruud van Vliet de ontwikkelaar en beheerder van ons nieuwe ledenadministratieprogramma. Waar nodig kunnen Gerard en Hans elkaars werkzaamheden tijdelijk overnemen. De voor u belangrijke nieuwe adressen zijn in het colofon van TZ te vinden.
Zoals u merkte, heeft u bij TZ183 de ledenpas en de acceptgiro voor 2003 ontvangen. Helaas is door een storing bij de drukker een aantal ledenpassen niet goed gedrukt en is daardoor het adres op de pas buiten het kader gekomen. Omdat op de pas wel de naam en het lidnummer staan, heeft het bestuur besloten geen nieuwe passen rond te zenden. Het bestuur vraagt hiervoor uw begrip.
Contributie 2003 Het bestuur is blij dat veel leden hun contributie al zeer snel na ontvangst van de acceptgiro hebben overgemaakt. Mocht u dit nog niet hebben gedaan (statutair dient dit te gebeuren vóór 15 februari) wilt u dit dan meteen doen! Het gironummer is nog steeds 2803380 t.n.v. NVvT, Almere. U bespaart hiermee het bestuur en Erna Scholte veel onnodig extra werk.
VERENIGINGSNIEUWS Frits Birkhoff VOORSTEL ATTACHMENT RALLY’S ZOMER 2003 Informatiebijeenkomsten over varen in – en naar Denemarken, maar ook de Belgische/kust en de Engelse Oost en Zuidkust trekken al jarenlang volle zalen. Het vaargebied blijft evenwel voor veel (gezins)bemanningen – ook in de vakanties – dikwijls beperkt tot de Waddenzee, IJsselmeer of het Deltagebied. Prachtig (en voor ons onmisbaar) vaargebied, maar het water achter de kim, zoals Belgische/Franse kust, de Oostzee, de Engelse Zuidkust of verder, komt elk jaar scherper in beeld maar blijft voor menigeen toch nog een droombeeld of een nog te nemen drempel. De attachment formule kan daar mogelijk verande-
4
ring in brengen. Zomer 2001 en 2002 zeilden respectievelijk veertien en zes toerzeilschepen in dagtrajecten gezamenlijk (in attachmentverband) richting Oostzee. Gelet op het enthousiasme van de bemanningen voor deze manier van aanhaken, worden ook in het vakantieseizoen 2003 deze attachment rally’s weer opgezet.
Het idee in een notendop In het seizoen 2003 zijn twee vakantiebestemmingen vastgesteld te weten: De Oostzee (Denemarken) en Zuidwaarts richting Belgische/Franse kust of Engelse Zuidkust. De aanloop naar die gebieden worden in dagtrajecten gevaren. Toerzeilers die gekozen hebben voor de attachment formule komen op de afge-
sproken vertrekdatum bijeen in de vertrekhaven aan de Friese, respectievelijk Hollandse kust. Tijdens informatiebijeenkomsten zijn, nog voor het vaarseizoen, afspraken gemaakt over de voorwaarden waaronder wel of niet wordt gevaren (windsterkten en -richting, het weer en weersverwachtingen en te varen dagtrajecten). In de haven van vertrek wordt verder kennisgemaakt en het eerste te varen traject doorgenomen. Bent u geïnteresseerd in het attachment idee dan kunt u zich, bij voorkeur zo spoedig mogelijk, aanmelden bij de regiocoördinator. Bij voldoende belangstelling worden één of enkele informatiebijeenkomsten gearrangeerd. Tijdens de informatiebijeenkomsten aan het eind van het winterseizoen – de eventuele vakantiedata nog kunnen dan mogelijk nog worden aangepast – worden enkele verzamel/vertrektijdstippen vastgesteld (bijvoorbeeld midden juni, begin juli, midden juli en begin augustus?). Vanzelfsprekend moet bij het vaststellen van data rekening worden gehouden met de tijdstippen van eb en vloed, daar in dagtrajecten wordt gezeild. In de bijeenkomsten worden onder meer de criteria besproken waarbij er NIET buitengaats wordt gevaren. (bijvoorbeeld wind vanaf 5 Bf. uit ongunstige richting, mist) Deze criteria kunnen, zonodig in een daaraan volgende bijeenkomst, verder worden gedetailleerd. Deze voorwaarden worden vastgelegd. Duidelijk vastgestelde afspraken houden de rust in het flottielje, u vaart voor uw plezier! Vóór het vertrek uit de thuishaven ontvangen de attachment schippers een lijst van de schepen die op de gekozen vertrekdatum in de haven van vertrek liggen / aankomen met daarbij onder anderen de mobiele telefoonnummers (gsm) van de schippers. Doordat men elkaar al eens heeft ontmoet op de informatiebijeenkomsten, in de haven van vertrek de kleurige NVvT-wimpels zeer herkenbaar zijn, de scheepsnamenlijst en natuurlijk de mobiele telefoon, kan het met elkaar contact zoeken en een afspraak maken voor een palaver, geen moeite meer zijn. Zijn de condities zodanig dat er gevaren kan worden, dan wordt afgesproken op welk(e) tijdstip(pen) wordt losgemaakt en op welk VHF kanaal men standby is en/of overschakelt. Het moge duidelijk zijn dat dit slechts
enkele zaken zijn waarover heldere afspraken kunnen/moeten worden gemaakt en in de voorbesprekingbijeenkomst(en) zullen er ongetwijfeld veel meer punten zijn waarover duidelijkheid moet komen. Daar het aantal vakantieweken en einddoel per bemanning verschilt, zijn er voor de terugreis lastig definitieve afspraken te maken. De trajecten zijn evenwel al door de heenreis enigszins verkend en de terugtocht wordt daardoor ook met meer vertrouwen in het eigen kunnen afgelegd.
Eenzaam maar niet alleen Het gevoel van ‘iemand in de buurt’ is een schijnveiligheid, maar de mogelijkheid om af en toe contact te hebben met ‘lotgenoten op weg’ via Marifoon of GSM heeft, naar de ervaring leert, zeker een moreelverhogende en drempelverlagende uitwerking op de veelal gezinsbemanningen. Maar, laten we eerlijk zijn, het is toch ook aardig om na een dag varen in een vreemde haven aangekomen, met een clubgenoot op de rand van de kuip en een goed glas binnen handbereik, na te praten of een route door te nemen voor een volgend traject. Dat weerhoudt natuurlijk geen enkele schipper om ook in de vakantie blijvend met één of enkele toerzeilers mee op te koersen. Integendeel zelfs, maar denk dan wel aan het motto: Vrijheid - Blijheid. Let wel, het is geen van het begin tot het einde georganiseerde vakantietocht, dus met andere woorden: geen tocht met het (soms dwingende) samen uit samen thuis principe.
Tenslotte maar niet in het minst: Vrijheid – Blijheid Staat deze manier van varen na één traject al tegen, ga dan gewoon op eigen kiel door of blijft nog een dagje liggen. Zie het als een opstapje om eens wat verder te kunnen komen en… het zijn allemaal Hollanders met een eigen mening, stronteigenwijze beterweters en wars van adviezen. Accepteer dus de eigenaardigheden van enkele meeliggers als deze wijze van ‘onder zeil’ gaan u aanspreekt. Op deze wijze op vakantie gaan opent nieuwe vaargebieden en geeft veel leuke contacten met gelijkgestemde schippers en bemanningen. Uw reactie zie ik met spanning tegemoet. E-mail:
[email protected]
5
PLANOLOGIE A.W. de Ruyter van Steveninck KORT PLANOLOGISCH NIEUWS Nadat de provincie Friesland in eerste instantie een algeheel verbod voor waterscooters op de Friese meren, ingaande 2003, had afgekondigd, is men daarop onder druk van de HISWA teruggekomen en heeft men het besluit twee jaar uitgesteld. In die periode zullen scooters worden geduld op aangewezen delen van Sneekeren Heegermeer. Daarna moeten belangenorganisaties en gemeenten het eens worden over snelvaren op zandputten. (Leeuwarder Courant, 15 januari 2003). Onlangs is door de directie IJsselmeergebied van Rijkswaterstaat een startnotitie Milieu Effect Rapportage ter inzage gelegd naar aanleiding van de noodzaak de spuicapaciteit in de Afsluitdijk te vergroten. Zie TZ177 en TZ169: ‘Waterhuishouding in Het Natte Hart’. Naar aanleiding daarvan zal worden gesproken over de mogelijkheid een brakwater zone te realiseren waardoor de ‘harde’ scheiding tussen IJsselmeer en Waddenzee ongedaan wordt gemaakt. (IJsselmeerberichten, november 2002). De grote zeesluis in Muiden gaat vermoedelijk in oktober 2003 tot juni 2004 dicht, wegens een grote renovatie. (Schuttevaer, 9 november 2002). De statencommissie van de provincie Noord-Holland heeft bezwaar tegen het voorstel van Gedeputeerde Staten om het aantal ligplaatsen in de jachthavens van Uitdam en Volendam uit te breiden. Ook de VBIJ en Natuurmonumenten overwegen bezwaar aan te tekenen. (HISWA Magazine, 8 november 2002). De beschoeiing in de jachthaven bij Schardam is in slechte staat en moet worden vernieuwd. De plaatselijke watersportvereniging wil bij de renovatie het aantal ligplaatsen verdubbelen tot 80. De bewoners van Schardam verzetten zich tegen deze plannen. (IJsselmeerberichten, november 2002). Een stuurgroep van de provincies ZuidHolland, Noord-Brabant en Zeeland heeft in een rapport ‘De Delta in Zicht’ een visie gepresenteerd over mogelijkheden om de
6
nadelige effecten van de Deltawerken het hoofd te bieden. Krammer, Volkerak en Zoommeer zijn als gevolg van een explosieve ontwikkeling van blauwalgen ecologisch in grote nood. Er zou bijvoorbeeld een doorlaatmiddel naar de Oosterschelde moeten komen om het fosfaatrijke zoete water uit de rivieren kwijt te kunnen raken en omgekeerd zout water en getijdewerking in dit gebied toe te laten. Nog een doorlaatmiddel in nodig in de Grevelingendam. Samen met de bestaande spuisluis in de Brouwersdam moet via doorstroming en verversing de overmatige plantengroei in het Grevelingenmeer worden teruggedrongen. De waterkwaliteit is het Veerse Meer moet worden verbeterd door het graven van een kanaal door Noord-Beveland naar de Oosterschelde. Zie TZ174. Overigens is een verzilting van Krammer en Volkerak strijdig met de belangen van land- en tuinbouw die momenteel het zoete water daaruit gebruiken. Binnenkort wordt beslist over een aantal proefprojecten. (Schuttevaer, 26 oktober 2002). De Zeeuwse natuurbeweging stelt dat een afdoende aanpak van de ernstige blauwalg problemen in Krammer, Volkerak en Zoommeer slechts kan worden bestreden door herstel van een flinke getijdenbeweging. Een beetje eb en vloed is geen oplossing. Een getijverschil van drieënhalve meter wordt noodzakelijk geacht. Er zal daarom moeten worden gekeken naar het (gedeeltelijk) openbreken van de compartimenteringdammen. Teneinde het als gevolg hiervan afnemende getijverschil op de Oosterschelde te compenseren is het nodig de doorstroming door de stormvloedkering te vergroten. (Provinciale Zeeuwse Courant, 20 december, 2002). Vertegenwoordigers van de WSV Burghsluis hebben de studie van het onderzoeksbureau Alterra over het welzijn van de zeehonden in de Oliegeul bekritiseerd. Zie TZ 181. Op grond van deze studie blijft de Oliegeul gesloten voor de watersport tussen 1 april en 1 oktober. Sinds november 2001 zijn er echter geen zeehonden meer gesignaleerd. Het zandbankje voor de
blokkendam waarop de zeehonden bij laagwater plachten te rusten valt niet meer droog zodat de dieren zijn vertrokken. Er zijn evenmin jonge dieren geboren. Het verzachtende argument dat de Oliegeul
toch al minder interessant is geworden wegens verzanding is volgens deze bronnen een fabel. (Provinciale Zeeuwse Courant, 3 december, 2002).
A.W. de Ruyter van Steveninck NATUURONTWIKKELING IJSSELMEERGEBIED Eind 2002 is door de ministeries van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en Verkeer en Waterstaat een projectenplan gepresenteerd voor natuurontwikkeling op het IJsselmeer in de periode 2002-2010. Dit plan is van belang voor de watersport omdat waar mogelijk zal worden gestreefd naar recreatief medegebruik. Er is een bedrag beschikbaar van circa 45 miljoen (tot 2010) dat afkomstig is uit aardgasbaten. Het primaat ligt zoals gezegd op natuurontwikkeling. Bij herhaling wordt de Vogelrichtlijn genoemd als het leidend principe en veel van de plannen zijn gericht op het aanleggen van ondiepten, moerassen en luwtezones die voor vogels wel, maar voor zeilers niet zo interessant zijn. Aan de hand van een tevoren opgesteld conceptrapport over reeds bestaande plannen en projecten zijn door de ministeries in het voorjaar van 2002 enkele bijeenkomsten georganiseerd met belanghebbende organisaties (waaronder ook afgevaardigden van de watersport), met het doel te komen tot een zo breed mogelijk gedragen plan. Ook de NVvT was daarbij vertegenwoordigd. Jammer genoeg zijn bij deze discussies enkele voor watersporters aantrekkelijke opties gesneuveld. Niettemin is er genoeg van de oorspronkelijke plannen overgebleven en voor zover van belang voor zeilers zullen die hierna kort worden beschreven. In alle gevallen gaat het om vaardoelen met sobere voorzieningen die een minimum aan verstoring met zich meebrengen, zoals eenvoudige steigers of ankerboeien. De volgende projecten zijn het vermelden waard. Kamperhoek In de hoek van de Ketelbrug met Flevoland wordt een rustgebied voor vogels aangelegd met ten ZO daarvan, in de luwte bij W. winden, een twintigtal aanlegplaatsen voor wat grotere schepen.
IJsselmonding In het Oostelijk deel van het Ketelmeer, bij de monding van de IJssel, is al enkele jaren geleden het project ‘Natuurontwikkeling IJsselmonding’ van start gegaan. Hierop wordt voortgebouwd door de aanleg van moerasachtige (schier)eilanden bij de Ketelmond, met daartussen vaargeulen. Er zijn circa 100 aanlegplaatsen gepland aan eenvoudige steigers. Houtribdijk Deze dijk tussen Enkhuizen en Lelystad heeft aan beide zijden ondiepe delen die zich lenen voor natuurontwikkeling met recreatief medegebruik. Alles bij elkaar wordt dit project circa 1.000 ha groot. Men wil strek- en luwtedammen en verondiepingen aanleggen met aan beide zijden nog niet gepreciseerde aanlegplaatsen, tenminste 100 in getal. Oostvaardersdijk In het kader van de noodzaak om uit overwegingen van veiligheid de Oostvaardersdijk op te hogen (deze was immers niet bedoeld als een permanente waterkering zolang werd uitgegaan van de aanleg van de Markerwaard) wil men een luwtegebied langs de dijk realiseren door de aanleg van dammen op een afstand van minimaal 100 meter van de dijk. Daarbinnen komen steigers goed voor 20 aanlegplaatsen, met de mogelijkheid aan land te gaan, naar een aan te leggen uitkijkpunt over de Oostvaardersplassen. Hoornse Hop Dit project, tussen Schardam en Scharwoude, heeft als voornaamste doel de verbetering van het rust- en foerageergebied voor watervogels, door het aanleggen van een aantal dammen evenwijdig aan de kust, op 250 meter er vandaan, met slibvangputten aan de binnenzijde. Hierdoor ontstaat een luw gebied met relatief helder water, waarin waterplanten en driehoeksmosselen beter gedijen. Er wordt gedacht over de mogelijkheid verder noordelijk circa 20 aanlegplaatsen te
7
realiseren, wellicht in de vorm van ankerboeien. Oude Zeedijk Venhuizen Evenals in het geval van de Oostvaardersdijk wordt uit overwegingen van veiligheid versterking van het dijktraject Hoorn-Enkhuizen noodzakelijk geacht. Het Hoogheemraadschap van Uitwaterende Sluizen ontwikkelt hiertoe plannen. Het aanleggen van voorlanden dient zich hier als oplossing aan en dit biedt mogelijkheden voor natuurontwikkeling. Gezocht wordt om in het kader van een te ontwikkelen project 20 aanlegplaatsen te realiseren waarbij een goede zonering wel noodzakelijk is. Eventueel is het vergroten van de capaciteit van de vluchthaven van Wijdenes een optie. Kreupel Op de ondiepte ‘de Kreupel’ in het IJsselmeer ter hoogte van Medemblik is onlangs een vogelrustgebied gerealiseerd. Het is de bedoeling om ten Oosten hiervan enkele luwtedammetjes aan te leggen (Kreupel fase 2), met circa 20 aanleg- en/of ankerplaatsen. Het vogelrustgebied blijft daarbij ontoegankelijk. Wieringervlaak Deze ondiepte, ook Oude Zeug en Nieuwe Zeug geheten, leent zich goed voor het creëren van natuurontwikkeling. Daartoe wil men een halfcirkelvormige leidam aanleggen ten Oosten van de ondiepte waardoor riet en waterplanten vaste voet kunnen krijgen en het gebied geschikt wordt voor vissen en driehoeksmosselen en daarmee voor diverse vogelsoorten. Oorspronkelijk was een dertigtal aanlegplaatsen gedacht aan de O. zijde dan de dam, maar omdat in het gebied regelmatig schietoefeningen vanuit Breezanddijk worden gehouden, zijn deze nu gepland naar een minder aantrekkelijke locatie, evenwijdig aan de Afsluitdijk.
De beschreven projecten worden in de komende jaren uitgewerkt en aan de hand van de voortgang, het beschikbare budget en ontwikkelingen in het IJsselmeergebied wordt jaarlijks een meerjarenplanning opgesteld. Het is mogelijk dat daarbij de projectenlijst zal worden aangepast. Enkele opmerkingen onzerzijds. Zoals in het begin opgemerkt, ligt het primaat op natuurontwikkeling. Dat is uitstekend. Maar de overeenkomst tussen de ministeries vermeldt ook uitdrukkelijk de mogelijkheid van recreatief medegebruik, en dat komt, wat betreft de watersport, toch niet zo erg uit de verf. Van de zestien vermelde projecten zijn er slechts acht waarin wordt gesproken over het realiseren van aanlegplaatsen. In het rapport wordt melding gemaakt van de aanleg van circa 1.000 extra aanlegplaatsen (tot 2015), aanzienlijk meer dan in de beschreven projecten. In veel gevallen heeft recreatief medegebruik voor zover genoemd dan ook betrekking op het realiseren van vogelkijkhutten. Verder wordt veelvuldig de noodzaak van zonering beklemtoond; de aan te leggen natuurgebieden zijn zelden toegankelijk voor recreanten. Dat is spijtig voor toerzeilers die over het algemeen rustige vaarders zijn en zeer geïnteresseerd in een schoon milieu, een fraaie natuur en vogels. Vermoedelijk is om dit soort overwegingen ook het plan gesneuveld voor de aanleg van een twintigtal aanlegplaatsen bij de monding van de Goot, nabij het Zwarte Meer. Maar misschien komen hierin verbeteringen in de in de loop van de jaren aan te passen projectenlijst. In elk geval zijn de aangekondigde plannen, hoe vaag ze soms ook zijn, interessant voor een vereniging waarvan ongeveer de helft van de leden zijn boot aan of bij het IJsselmeer heeft liggen.
W.P. van Erven Dorens WORDT DE PLEZIERVAART STEEDS MEER VAN HET WATER GEDRUKT ?
blijkt te kennen. Maar met zijn conclusie ben ik het niet eens.
Wim Geradts vindt van wel in zijn artikel in ‘Toerzeilen’ 183. Uit zijn relaas blijkt de ware liefde voor zeilen, landschap, natuur en stilte in ons prachtige land, dat hij ook nog heel goed
Ruimtegebruik
8
Door toenemende bevolking, welvaart en mobiliteit neemt het beslag op ruimte voor wonen, werken en verplaatsen sterk toe. Sommigen stellen zelfs dat Nederland vol
is, maar dit beslag bedraagt thans ongeveer 20% van het landoppervlak. De natuurbeweging, die in het begin van de twintigste eeuw op gang kwam, ziet deze ontwikkeling en streeft naar het veiligstellen van de nog overgebleven natuurgebieden (circa 10%: de rest is agrarisch gebied). Daartoe zijn veel wettelijke maatregelen genomen, zoals ondermeer de Natuurbeschermingswet, Ruimtelijke Ordening met Nota’s, PKB’s, Streek- en Bestemmingsplannen en laatstelijk de Europese Vogelen Habitatrichtlijnen.
Natuurbeweging De natuurbeweging is geen homogeen blok met duidelijke doelstelling en beleid, maar bestaat uit vele groepen met uiteenlopende doelen, varieerend van ‘Natuur voor de mens, mens voor natuur’ tot ‘Behoud van korenwolf, das, zeehond, rugstreeppad of vul maar in’. Door sommige radicale groepen wordt ‘zonering’ – een ambtelijk eufemisme voor afsluiten van gebieden voor de mens, of althans een deel van de mensen – als vrijwel het enige instrument voor hun doelen gezien. De waterrecreatiesector werd overrompeld door plotselinge aanwijzing van 80% van het binnenwater als ‘Speciale Beschermingszone’ (SBZ) met een beschermingsregime vergelijkbaar met de Natuurbeschermingswet. Aanwijzing van overmatig grote SBZ’s is een dodelijk wapen in de handen van radicale splintergroepen en kwaadwillende individuen om elke verandering of activiteit te dwarsbomen. Er waren dan ook duizenden bezwaarschriften en enkele belangengroepen zetten de procedure nu door tot de Europese rechter. Dat kost veel geld. Hopelijk wordt de omvang van de aanwijzing belangrijk gereduceerd. Maar met ‘Natuurmonumenten’ en de ‘Provinciale Landschappen’ is het gesprek over bescherming van de natuur en tegelijkertijd toegankelijkheid voor de recreant zeer goed mogelijk gebleken. Zo werd bijvoorbeeld een gezamenlijk ‘Projectenplan Natuurontwikkeling IJsselmeergebied’ opgesteld, waarin naast 18.000 extra vaste ligplaatsen tot 2030 ook 6.000 hectare (van de 160.000) natuurontwikkeling met inpassing van de waterrecreatie wordt voorgesteld. Dat betekent mogelijkheden voor landelijke aanleg- en ankerplaatsen – die Wim Geradts zo waardeert – tegen een gering verlies aan vaarwater, dat vanwege de diepgang voor de meeste kieljachten
toch al niet bevaarbaar is. En er zijn meer voorbeelden van natuurontwikkeling in goed overleg met de recreant. Tenslotte zijn natuur en landschap van eminent belang voor de beleving van de watersport.
Recreatievoorzieningen Recreatievoorzieningen in den lande hebben een groot probleem: het beheer ervan. Staatsbosbeheer (SBB) heeft de ervaring dat – zonder dagelijks toezicht – zelfs eenvoudige voorzieningen op recreatieterreinen worden vernield. Ook onder watersporters schuilen genoeg vandalen om het voor ons allen te verknoeien. SBB heeft daarom alle voorzieningen als toiletten, waterpompen en afvalcontainers op eilanden verwijderd, omdat er geen geld is voor permanent toezicht. Alleen in Fryslan zijn provincie en gemeenten bereid de hoge beheerskosten van de ‘Marrekrite’ te subsidieeren. Bij het Veerse Meer en de Grevelingen zit men nog met grote problemen. Op de Randmeren zoekt men beheerderstoezichthouders bij nabijliggende jachthavens, die dan een (bescheiden) liggeld mogen vragen ter dekking van de kosten. Maar een watersporter, die liggeld moet betalen, stelt vervolgens eisen aan de voorzieningen, waardoor de landelijke aanlegplaatsen steeds verder in de richting van een passantenhaven (met walstroom) opschuiven. Wie echt eenzaam in de vrije natuur wil liggen, zal moeten ankeren, maar ook ‘oppertjes’ en baaien met goede ankergrond zijn helaas schaars. Naar mijn mening zullen we het bij inpassing van de watersport in natuurontwikkelingsprojecten vooral in die richting moeten zoeken. Mogelijk zijn meerboeien of “‘moorings’ nog een haalbaar alternatief.
Antwoord van de watersport Het antwoord op ‘overtrokken natuurbeheer’ ligt voor de watersport in gezamenlijke belangenbehartiging. Daarbij moet zij ook aansluiting zoeken met andere groepen waterrecreanten als hengelaars, duikers, schaatsers en commercieele organisaties als HISWA, RECRON en Kamers van Koophandel. Samen vormt men een groot blok waar de politiek wel naar moet luisteren. Het is dan wel van belang, dat de waterrecreatie haar onderlinge tegenstellingen weet te overbruggen. Schimpen op motorboten, hengelaars, zwemmers en windsurfers draagt daar niet toe bij. Het speelt de
9
gewraakte zonering in de kaart, ook als die eigenlijk niet nodig is. Een tweede belangrijk punt is dat de waterrecreatie haar stem laat horen in een zo vroeg mogelijk stadium van het plannenmaken. Onder aanvoering van de ‘Vereniging tot Behoud van het IJsselmeer’ (VBIJ) wisten wij zo, na jaren actievoeren, het plan voor de ‘Markerwaard’ voorgoed te doen schrappen. Ook deed het Watersportberaad prima werk door de ‘Beleidsvisie Recreatie Toervaartnet Nederland’ (BRTN) tot stand te doen komen. Standaardisatie van diepgang, doorvaarthoogte en brugbedieningstijden voor een toervaartnet van 4.000 kilometer. Jaarlijks worden met een geringe stimuleringssubsidie tientallen miljoenen Euro’s uit andere subsidiepotten in de opheffing van knelpunten gestoken. Denk maar aan het naviduct bij Enkhuizen en aquaducten bij Harderwijk en in Friesland. Ook werd onlangs een onderzoek gedaan naar het economisch belang van de waterrecreatie voor Nederland.
Het bleek, dat deze sector even belangrijk is als bijvoorbeeld de binnenvaart, de visserij of de verblijfsrecreatie, namelijk ongeveer 4 miljard euro per jaar. Overheden zijn buitengewoon gevoelig voor economische argumenten. Veel zaken worden ook in Den Haag of Brussel bedacht en besloten, maar tot nu toe ontbreekt een sterke lobby van de waterrecreatie. Bij een bezoek aan het Europees Parlement mocht ik vernemen, dat er ruim 4.000 geaccrediteerde lobbyisten op een paar honderd parlementsleden inpraten, die de geboden expertise hard nodig hebben voor hun werk. Er is duidelijk oververtegenwoordiging van landbouw, visserij, natuur en milieu, en dat is goed te merken aan de Europese wetgeving. Versterking van de stem van de waterrecreatie in Haagse en Brusselse kringen is daarom van groot belang. Ja, er zijn veranderingen in natuur en landschap, en lang niet altijd in ons voordeel. Nee, we moeten niet in nostalgisch pessimisme vervallen, want de pleziervaart wordt zeker niet van het water gedrukt !
ZEEMANSCHAP EN NAVIGATIE Nora Schram MEDEDELINGEN VAN DE COMMISSIE ZEEMANSCHAP EN NAVIGATIE Diploma TKN internationaal erkend De KNWV meldt dat nu ook het diploma Theoretische Kustnavigatie (TKN) internationaal erkend is en recht geeft op uitreiking van een Internationaal Certificaat van Competentie (ICC). De Commissie Zeemanschap en Navigatie onderzoekt of het mogelijk is de leden te assisteren bij het behalen van dit examen. In ieder geval is er nu een eind gekomen aan de merkwaardige situatie dat een zeezeiler alleen een ICC kon krijgen door o.a. het Rijnvaart Politiereglement uit zijn hoofd te leren.
Alternatief voor de Reeds Almanak De Reeds Almanak 2003 kost zelfs bij de discount zaken € 49,95, tegen ± € 35, vorig jaar. Er zit nu wel een handig boekje bij met waypoints en kaartjes van marina’s, maar dat lijkt toch geen reden voor een prijsverhoging van bijna 50%. Het Nederlandse omslag is overigens nep,
10
de binnenkant is gewoon Engels. Een mogelijk alternatief is de nieuwe Cruising Almanac, een gezamenlijke uitgave van de Cruising Association en Imray. De prijs is ongeveer gelijk, maar de almanak is twee jaar bruikbaar omdat de getijtafels van 2004 òf 2005 na insturen van een briefkaart gratis worden toegezonden.
Geen oorzaak gevonden van de ramp met de Tuila De Marine Accident Investigation Branch (MAIB) onderzoekt alle soorten ongelukken op zee, dus ook met recreatievaartuigen. In de laatste Safety Digest staat onder andere een verslag van het onderzoek naar het vergaan van de Twister Tuila. Er kon geen duidelijke oorzaak worden gevonden, maar er wordt wel een aantal aanbevelingen gedaan. Nuttige lectuur voor zeezeilers.
Tricolor Sinds het zinken van de Tricolor zijn al twee grote schepen op het wrak gevaren. Er
circuleert een verhaal dat de roerganger van één van de schepen op het advies “Turn left, sir” antwoordde “Right” en pardoes op het wrak voer. Laat dit in ieder geval een les zijn voor die zeilers die serieus verwachten dat een schip op volle zee wel voor ze zal uitwijken, zoals de regels dat aangeven.
PC aan boord De laptop moet als boordcomputer steeds meer plaats maken voor compacte PC’s en LCD beeldschermen. Daarbij is het erg gemakkelijk dat de LCD schermen genoegen nemen met 12V. Een zichzelf respecterend systeem voor digitale kaarten projecteert radarbeelden en getijstromen op de kaart en met een telefoonverbinding ook weerkaarten. Apple en Linux gebruikers komen er helaas nog steeds bekaaid af als het gaat om nautische programmatuur. Garmin komt met een handcomputer met geïntegreerde GPS ontvanger voor een aantrekkelijke prijs.
Solas V De Engelse Kustwacht (Maritime CoastGuard Agency) neemt het nieuwe Solas V verdrag zeer serieus. In een folder getiteld ‘Solas V for Pleasure Craft’ wordt een duidelijk overzicht gegeven van de verplichtingen waaraan de jachtschipper vanaf 1 juli 2002 moet voldoen. Een andere folder bevat de ‘Life Saving Signals’ die op ieder schip aanwezig moeten zijn. Het is te hopen dat de Nederlandse autoriteiten op dit gebied ook wat aan voorlichting zullen doen, anders ontstaat er net zo’n onduidelijke situatie als rond de Vreemdelingenwet. Websites: KNWV: www.knwv.nl MAIB: www.maib.dft.gov.uk Garmin PDA met GPS: www.garmin.com/products/iQue3600 Engelse Kustwacht: www.mcga.gov.uk
W.E. Janze, Stuurman kleine zeilvaart, nautisch docent UITSCHIETERS BIJ DE GPS! In TZ 183 benadrukt Jaap Kos de nauwkeurigheid van het GPS (Global Positioning System) en hij belicht een aantal fouten die kunnen ontstaan als het apparaat en de zeekaart(en) niet dezelfde rekenmodellen hanteren. (GPS-kaartdatum, zoals WGS84, ED50 ed) Dit verhaal gaat zowel over de nauwkeurigheid, als de onnauwkeurigheid van een goed op elkaar afgestemd (GPS & Kaart, nu meestal WGS84) systeem. Er gaat een verhaal over iemand met een afgeronde zeevaartschoolopleiding die een schip van drie miljoen gulden mocht wegbrengen. Een schip met de beste apparatuur aan boord, dus hij toetst de coördinaten van een boei in als waypoint, zet de stuurautomaat in werking en kruipt een paar uur in de kooi ….zonder uitkijk. Door een enorme dreun tegen het schip wordt de man wakker en blijkt empirisch te hebben vastgesteld hoe nauwkeurig een GPS kan werken. Hij is midden op de betreffende boei gevaren. Het schip zonk en de man heeft nooit meer schepen hoeven wegbrengen… Een paar jaar geleden reed ik na 40 jaar weer tussen de metershoge heggen van de
Zuid Engelse kronkelige landweggetjes, waar twee auto’s elkaar nauwelijks kunnen passeren. Zeer vermoeiend, want er komt ‘nooit’ een tegenligger en toch rijd ik daar bij elke bocht - en dat zijn er nog al wat alsof er een Rolls Royce op me af komt. Anticiperen, want eens per 100 bochten is er inderdaad een tegenligger en in de statistiek spreken we dan van R99. Voor elke bocht in Engeland geldt dan dat je 99% kans hebt dat er geen tegenligger op je af komt…dus rij maar raak? Het in London zetelende IMO (International Maritime Organisation) bedenkt internationale regels voor de scheepvaart op zee. In 1972 bedachten zij het BVA, Bepalingen ter Voorkoming van Aanvaringen op zee. In 1977 kwam het ‘Standard Marine Vocabulary’ tot stand, welbekend bij mensen met een Marcom B(eperkt) opleiding. Ook resolutie 815, die bepaalt dat een positiesysteem op de oceanen een (on)nauwkeurigheid mag hebben van 2-4 M.(R95). Om efficiënt de oceanen te bevaren schrijft men een (on)nauwkeurigheid voor van 500 meter en in (aanloop)geulen en havens een R95 van 10 meter of minder. De 21 (+drie reserve) GPS-satellieten (lanceringen 1978-1993) zenden onder commando
11
van een grondstation drie verschillende codes uit: 1 P-code (P = Precision), waarbij in 95% van de berekeningen het schip zich binnen de 17 meter van de werkelijke positie bevind. (Militair gebruik); 2 C/A-code (C/A = Clear/Acquisition) met een R95 van 38 meter; 3 C/A-code met SA (SA = Selective Availability)*, die in 95% van de gevallen nauwkeuriger is dan 70 meter (de Amerikaanse overheid garandeert 100 meter) De DGPS (Differential Global Positioning System) die veel nauwkeuriger is, heeft slechts een bereik van 120 M’ en laat ik hier buiten beschouwing. De triomf van de techniek maakt dat mensen een blind vertrouwen krijgen in de GPS en zo ziende ‘blind’ worden. In 95% van de gevallen zit u met de C/A-code met SA binnen de 70 meter van de werkelijke
positie (proefondervindelijk in 1994 en 1997 vastgesteld), maar in 4,99% van de gevallen is de fout 300 meter en in één op de 10 000 metingen zit de GPS er meer dan een halve kilometer naast… De moraal, Wim Sonneveld zou dat zo gezegd hebben: 4 Toets nooit de precieze coördinaten in van een boei, maar blijf daar 0,2 minuut van weg; 5 Look out, de uitkijk, blijft essentieel, want ook met deze marge kunt u in één op de meer dan 10.000 keer vierkant op een boei varen. Ondanks alle techniek blijft goed zeemanschap (BVA vs 2, BPR 1.04 & 1.05) geboden. Literatuur: ‘GPS’ van Y.Draaisma (Waterwinkel ledenprijs € 9,08) * De SA is inmiddels afgeschaft – redactie
Hans van Laar DUBBEL TIJ VAREN Bij ‘dubbel tij varen’ kies je de vertrektijd zodanig dat je de stroom mee krijgt en je na verloop van tijd een kenterpunt bereikt. Daarna vaar je verder, met opnieuw stroom mee. Op bij voorbeeld bij de route Den Oever – Vlieland-haven, 43 mijl, is het mogelijk de hele reis stroom mee te hebben. Hierbij is het van belang rond de tijd van Harlingen HW + 5 uur (overeenkomend met de tijd van Den Helder LW + 1) de zuidpunt van Texel gepasseerd te zijn. De verheid is ± 12,5 mijl maar, rekening houdend met stroom mee komt de vertrektijd in Den Oever-buiten uit op rond de tijd van Harlingen HW + 3 uur. Een ander voorbeeld van ‘dubbel tij varen’ is de route Kornwerderzand - zuidpunt van Texel ( ± 25 mijl) - noordpunt van Vlieland (± 31 mijl) en verder naar Harlingen (± 15 mijl), Totaal ± 71 mijl, tevens bekend als het ‘Rondje Texel – Vlieland’. Ook op deze route is het mogelijk de hele reis stroom mee te hebben. Bij een beschikbare tijd van ± 12 uur is de benodigde vaart over de grond gemiddeld 71 M : 12 h = 5,9 knopen. Er is dus geen tijd om te treuzelen. Ook op deze tocht is het van belang rond de tijd van Harlingen HW + 5 uur de zuid-
12
punt van Texel gepasseerd te zijn. Daaruit volgt, afhankelijk van de windverwachting, een vertrektijd te Kornwerderzand van rond de tijd van Harlingen HW. Op de Noordzee bij Texel begint rond de tijd van Harlingen HW + 51/2 uur de noordoostgaande stroom te lopen. Om deze route in een ‘dubbel tij’(± 121/2 uur) te kunnen uitvoeren is het zaak optimaal stroomprofijt na te streven (stroomoptimalisatie). Daarom kan worden overwogen deze tocht bij springtij uit te voeren. Verder is de stroomsterkte het grootst in het midden en in de buitenbochten van de stroomgeulen. Omdat het een ‘Rondje’ betreft zullen niet alle rakken bezeild zijn. Bij het naderen van een niet bezeild rak rijst de vraag of de beschikbare tijd het toelaat om te kruisen. Als de resterende tijd aan de krappe kant is kan worden besloten op (gereefd) grootzeil en motor verder te gaan (vissermanvaren). Ook op de bezeilde rakken is het zinvol van tijd tot tijd na te gaan of de motor bij gezet moet worden om op een redelijke tijd in Harlingen te arriveren. Rondje Texel en Vlieland, ± 70 mijl. Vertrek te Kornwerderzand, aankomst te Harlingen. Datum: zaterdag 14 juni 2003. Zon onder ± 22.00 uur. Donker rond 22.30 uur.
De afstanden / verheden en de namen van tonnen, weergegeven in onderstaande tabel, zijn gebaseerd op kaart 1811, editie
2002. Op kaart 1811, editie 2003 zouden de afstanden / verheden en de namen van de tonnen hiervan kunnen afwijken.
Trajecten Van Kornwerderzand, N.card. BO9/KZ2 Texelstroom T20 Marsdiep T6/MK1 Marsdiep T2 Molengat MG2 Noordzee N.card. ZS1 Zuider Stortemelk VL 1 Vliestroom N.card. BS1/IN2 Blauwe Slenk
Naar Texelstroom T20 Marsdiep T6/MK1 Marsdiep T2 Molengat MG2 N.card. ZS1 Zuider Stortemelk VL 1 Vliestroom N.card. BS1/IN2 Blauwe Slenk N.card. P9/ BO 44 Harlingen
Stroombeeld vaarwaters, ref. haven Harlingen. Datum: za. 14 juni 2003. Harlingen. HW 1030 en 2300. (Den Helder LW 1445). Als praktijkvoorbeeld is voor zaterdag 14 juni 2003 het overzicht van het stroombeeld in de diverse vaarwaters weergegeven in de tabellen ‘Stroombeeld’. Een indicatie van de vaartijd is te geven door per rak de mijlen te delen door een geschatte vaart over de grond. De vet gedrukte tijden geven bij benadering aan
Mijlen 16,0 06,6 02,3 05,2 19,4 06,8 04,5 10,0
Mijlen 16,0 22,6 24,9 30,1 49,5 56,3 60,8 70,8
welke tonnen/route-punten (ook vet gedrukt) bereikt zouden moeten zijn om niet al te laat in Harlingen te arriveren. Deze gegevens vormen tijdens de vaart tevens een indicatie om voortgang te beoordelen. Bij achterblijvende voortgang kan worden besloten de motor bij te zetten. Omdat de methodiek van de tabellen steeds dezelfde is, na schatting van de vaart over de grond, wordt hier volstaan met de eerste twee en de laatste tabel. De volledige set is uiteraard op te vragen bij de auteur,
[email protected]
Dove Balg en Texelstroom, van Kornwerderzand, N.card. BO9/KZ2 tot T20, 16,0 mijl. -6 E
-5 E
-4 E
-3 E
-2 E
6,0 M : 6,4 kn = 21/2h
-1 E 0930 0900 1000
HW W 1030 1000 1100
+1 W 1130 1100 1200
Vertrek
+2 W 1230 1200 1300
+3 W 1430 1300 1400
+4 +5 +6 W W W 1530 1400 1500 1600 1500 1600
T20
Texelstroom, van T20 tot T6/MK1, 6,6 mijl. -6
-5
-4
-3
-2
-1
HW
+1
+2
+3
+4
+5
+6
NE
NE
NE
NE
NE
NE
SW
SW
SW
SW
SW
SW
NE
0930 1030 1130 1230 1330 1430 1530 1630 0900 1000 1100 1200 1300 1400 1500 1600 1000 1100 1200 1300 1400 1500 1600 1645 6,6 M : 6,6 kn = 1 h.
T20
T6/MK1
13
Blauwe Slenk en Vaargeul langs Pollendam, van N.card. BS1/IN2 tot N.card. P9/BO44 bij Harlingen, 10,0 mijl. -6
-5
-4
-3
-2
-1
HW
+1
+2
+3
+4
+5
+6
W
E
E
E
E
E
E
W
W
W
W
W
W
1700 1800 1900 2000 2100 2200 2300 1645 1730 1730 1830 1930 1930 2030 1730 1830 1930 2030 2130 2130 2230 BS1/ P9/ 10 M : 5,0 kn = 2 h. 10 M : 6,7 kn = 11/2 h. IN2 BO44 Aankomst rond 2130. Zon onder 2200, donker ± 2230. Alhoewel bovenstaande tabellen ‘Stroombeeld’ een samenvatting vormen van getijtafel en stroomatlas is het toch aan te bevelen de betreffende tijden (met potlood) vóór vertrek in te vullen op de betreffende stroomkaarten van de stroomatlas (HP33 / HP 17). De stroom wordt geacht te lopen van 1/2 uur vóór tot 1/2 uur na het tijdstip bij de getijstatus. De methodiek van het gebruik van de tabellen Stroombeeld is toegelicht in TZ 179, blz. 7.
Bijzonderheden Uitzendtijden weerberichten zie Boordboek TZ. Op de Waddenzee geldt VHF10. Nood-verkeer VHF16 ‘Den Helder Rescue’. In VTS-gebied Den Helder geldt VHF 12, ‘Verkeers-centrale Den Helder’. Op VHF 12 hoor je de communicatie van de Verkeerscentrale met in- en uitvarende schepen en
met de veerboten ‘Molengat’ en ‘Schulpengat’ die, varend van Den Helder naar Texel v.v. het Marsdiep kruisen. In de nacht van zondag op maandag uitvarende visserschepen. Op donderdag, vrijdag en zaterdag thuisvarende vissersschepen. Deze varen met hoge snelheid en geven daardoor hoge boeg- en hekgolven. Op werkdagen kunnen schietoefeningen worden gehouden in het Zeegat van Texel (VHF12). Op de Noordzee VHF16. Intrekkende stroom bij de Eierlandse Gronden. Ten westen van Vlieland kunnen op werkdagen schietoefeningen uit vliegtuigen worden gehouden. (Observatiepost Cornfield, VHF74). Voor schietoefeningen zie ook Teletekst pagina 724. Op Noordzee begint op de breedte 53°16,0’ VTS-gebied Terschelling. Hier geldt VHF2, ‘Verkeerscentrale Brandaris’. VHF2 eindigt bij het begin van de Blauwe Slenk. Op de Blauwe Slenk en verder naar Harlingen geldt VHF 10. Havendienst Harlingen VHF 11.
TECHNIEK AAN BOORD Chris van Deuzen VUILWATERTANK Doelstelling Een zo eenvoudig mogelijke oplossing om in de haven en op een ankerplaats het boordtoilet te gebruiken.
Werking Zonder de vuilwatertank is het de gewone aansluiting zoals deze wordt voorgeschreven door de fabrikanten van boordtoiletten. Wanneer men het toilet wenst te gebruiken, zet men beide afsluiters open.
14
Wanneer we in de haven zijn en dit met z’n allen doen, wordt het toch een smeerboel. Als we nu een vuilwatertank hebben boven de waterlijn en gemonteerd als op tekening 1 staat aangegeven, kunnen we in haven of ankerplaats toch gebruik maken van het pomptoilet. We sluiten de uitlaat en zetten de inlaat open en bewaren we onze restproducten. De volgende dag op de rivier of op groot water lozen dit door de afsluiter open te zetten. We zien dan een bruin spoor achter ons als we goed opletten. We maken de bak schoon door er
het toilet nog even goed te spoelen met de uitlaatafsluiter dicht en ‘klaar is Kees’.
Opmerking: Bijkomend voordeel is dat we de uitlaat afsluiter op zee gewoon dicht kunnen houden en dat niemand aan de afsluiters hoeft te komen bij gebruik van het pomptoilet.
Realisering/problemen 1 De vuilwatertank begon na het in gebruik nemen van de installatie te stinken in de boot. Wij dachten het op te lossen met dubbele slangen klemmen. Na heel wat inspecties en mogelijke oorzaken kwam ik er achter dat de vuilwaterzak die Vetus daar voor speciaal levert de oorzaak is. Hij ‘zweet’. De oplossing die
Vetus ons aanreikte was een vuilniszak er om te doen!! We hebben toen besloten een tank te maken van hout en epoxy. 2 Ook dit gaf na verloop van enige weken wat stank. Wel een stuk minder maar toch. Dit kwam door een te kleine ontluchting. Dat had tot gevolg dat als we pompten een grote overdruk op de tank kwam te staan en door het inspectieluikje lekte.
3 Als we de wc op de boot niet regelmatig gebruiken, doen we een beetje vloeistof voor faecalientank in het toilet en spoelen dit door naar de tank. We hebben er nu drie seizoenen zonder problemen mee gevaren. Opmerking: Ik heb de dekdop zelf niet uitgevoerd.
Renko Siemons (bewerking Marc Couwenbergh) “IK HAD HET JAREN EERDER MOETEN DOEN” Een grootzeilrever die werkt als de alom bekende rolfok. Dat systeem bouwde voormalig scheepswerktuigkundige Renko Siemons (70) in 2000 op zijn kottergetuigde ‘Watermusic’, een stalen knikspant van 9,1 meter, waarmee hij en zijn vrouw op zee zeilen.
Na drie seizoenen gevaren te hebben met de mogelijkheid om het grootzeil vanuit de kuip in te nemen, is Siemons alleen nog maar enthousiaster geworden over zijn vinding: “Ik had het jaren eerder moeten doen.” “Het bevalt zo ontzettend goed”, zegt Siemons. “Het functioneert optimaal. Ik hoef niet meer in de haven al een keuze te
15
maken om een rif te zetten. Buiten gaat dat net zo makkelijk. Ook bij het aanlopen van een haven hoef ik niet per se een opsteker te maken. Ik kan mijn grootzeil wegrollen zelfs bij een koers bijna voor de wind.” Siemons had drie criteria voor een grootzeilrever: allereerst moet het probleemloos werken; ten tweede moet het ook voor een kleine beurs betaalbaar zijn en als derde moet de boot lekker blijven zeilen. Hij stelt dat zijn vinding ruimschoots aan de criteria voldoet. In drie seizoenen heeft het systeem niet een keer gehaperd en het werkt net zo simpel als de rolfok. Giek- en mastreefconstructies die in de handel verkrijgbaar zijn, zijn volgens hem duurder. En zijn schip ‘Watermusic’ is er zelfs beter mee gaan zeilen. “Een vaartje van 6,5 knoop bij windje 3 is voor een jacht als de ‘Watermusic’ een leuke snelheid. Van het vooroordeel ‘met zo’n zeil loopt het voor geen meter’, klopt dus niets. In elke haven waar we komen, spreken mensen ons geïnteresseerd aan.”
Zijn vinding overtreft de gangbare constructies stelt Siemons. “Bij de mij bekende giekreefsystemen, één ervan heeft zelfs een HISWA-Award gekregen, wordt het grootzeil om de giek gedraaid. Aan het voorlijk van dat zeil is een pees bevestigd die hoe dan ook bij het hijsen in een mastgroef moet. Bij het reven wordt die pees een grote knoedel met als gevolg een beroerd staand zeil. Bij het ontreven moet je maar hopen dat die pees weer soepel in de groef gaat. In ieder geval moet je in de wind gaan liggen.
16
Bijkomend nadeel is dat bij dit systeem je de giek niet kunt trimmen met een neerhouder. Wat mij betreft is dit systeem ‘afgekeurd’.” “Verticale systemen waarbij het grootzeil in de mast rolt, of in een containerachtig geval dat tegen de mast gemonteerd kan worden, zijn beter. Maar dan moet je een nieuwe, dure mast kopen, of in het tweede geval ontstaat er iets wat niet fraai is. Bovendien gaat het zeil nat erin en krijgt het bij elke regenbui weer nieuwe nattigheid te verwerken. Bij deze systemen moet je ook altijd in de wind draaien. De schoothoek blijft altijd in weer en wind hangen. Deze systemen vielen voor mij ook af. Dus kwam ik uit bij het monteren van een gewone fokroller.” Voor het oplossen van alle mogelijke vragen en twijfels over zo’n constructie, de degelijkheid, bedieningsgemak en effect op de zeileigenschappen, schakelde Siemons ervaren zeilmakers en tuigers in: respectievelijk De Vries uit Lemmer en Rolf Verhey in Medemblik. Beiden stelden dat het idee van Siemons te realiseren moest zijn. “Omdat het grootzeil niet meer dan 16 m2 is, is de kleinste Rotostay roller voldoende, want die kan tot 22 vierkante meter aan. De rek is geen probleem. Een massief stag met doorsnee van vij millimeter is voldoende sterk en rekt zelfs minder dan een acht millimeter stag van 1x19. Omdat de trommeldiameter twaalf centimeter is, moet de hartlijn van de roller op zeven centimeter afstand van de mast. Nooit is de rol tegen de mast aangekomen. De zelfgemaakte houten mast is ook sterk genoeg, want die is berekend op 6.000 kilo knikkracht. Hoe de onderwanten zijn gesitueerd, is heel belangrijk, want als het rolsysteem tussen mastvoet en masttop wordt gemonteerd, heeft de mast de neiging om als een boog krom te gaan staan. Er moeten dus onderwanten naar achteren trekken. Dit is in feite de essentie van de constructie.” “Maar er is meer. Zeillatten, zeker horizontale, kunnen niet meer. De tien procent uitbouw van het zeil moest eraf. Het achterlijk moest zelfs iets hol worden gesneden. Het onderlijk moest iets opgesneden worden. De halshoek mag niet groter zijn dan 84 graden. Het onderlijk moet dus als het ware iets schuin omhoog lopen. Daardoor rolt het zeil mooi op en komen er geen dubbelingen door de zoom, en het staat in
de gereefde stand ook beter. In ons geval heb ik de halshoek iets laten zakken om het verlies aan zeil te compenseren. De reeftrommel zit zo laag mogelijk boven het dek. Voor als we langer in een haven liggen heb ik een hoes die net als bij de rolfokken om het grootzeil wordt gehesen.” “Giek en lummelbeslag zijn een verhaal apart. Ik heb een constructie bedacht die is afgeleid van de boomfok. Het lummelbeslag aan een beugel die bevestigd is op de garage voor het schuifluik en tevens aan de mastkoker. Een probleem dat bij de totale ombouw speelde, was dat ik iets moest bedenken om de mast strijkbaar te houden. Dat is gelukt door die beugel en door het onderste ‘puttingijzers’ aan de mast gemakkelijk demontabel te maken.
Doordat de giek in zijn geheel naar achteren kwam te zitten kon er aan de achterlijkzijde van het zeil weer enige centimeters bij, waardoor het verlies aan zeil wordt gecompenseerd. De balans van grootzeil en fok heeft er beslist niet onder geleden.” “Op de achterste helft van de giek heb ik een ‘genuarail’ met slede gemonteerd waarop met een blokje en nog wat vernuft het schootoog van het grootzeil verstelbaar vastgezet kan worden. In plaats van een officiële neerhouder die de giek opwaarts moet drukken als er gereefd wordt, kan dat ook met de kraanlijn. Let op, de kraanlijn moet in de masttop zo opgehangen zijn dat die niet mee opgerold wordt. Het trimmen van de giek met een neerhouder is bij moderne tuigen een noodzaak. Op onze ‘Watermusic’ had ik al een dubbele neerhouder die ook als bulletalie werkte. En die constructie heb ik zo gelaten, hetgeen een gouden vondst bleek. De stand van de giek wordt bepaald door drie lijnen die elk in een andere richting trekken: de kraanlijn omhoog; de schoot naar beneden en het midden; een neerhouder naar beneden en naar opzij. Alle mogelijkheden om te trimmen dus. Bolling kan ik naar believen regelen met de slede op de giek.” “De roller en het giekbeslag hebben me ongeveer €1.600 gekost. Enkele hulpstukken als het mastbeslag en de beugel, heb ik zelf in elkaar gelast. Daarbij kwamen nog de kosten van het vermaken van het zeil. In het begin was ik vooral nieuwsgierig naar het uitwaaien van de roller van het grootzeil. Dat bleek inderdaad mee te vallen, maximaal een centimeter of acht bij windkracht 7. Nooit kwam er enig onderdeel van de roller tegen de mast. Positieve bijkomstigheid van dat uitwaaien is dat het zeil in lijn staat met de aanstroming van de wind, net als bij Oud-Hollandse jachten. Ik heb het zeil nooit meer zien killen. Door het traploos kunnen regelen van de hoeveelheid zeil kan de zeilbalans zo worden afgesteld dat sturen letterlijk met de pink kan. Mijn conclusie: als je bedieningsgemak, veiligheid en het traploos regelen van de zeiltrim ook tot de zeileigenschappen rekent, is deze grootzeilrever een grote verbetering.” Wie meer wil weten over deze grootzeilrever kan het adres van Renko Siemons vinden in het Boordboek. Eerder publiceerde ‘Zeilen’ over de grootzeilrever van Siemon.
17
Technische Commissie VOCHTMETING Aan de expertisebank is een veel gestelde vraag of het mogelijk is om van een polyester romp vast te stellen in hoeverre het onderwaterschip ‘nat‘ blijkt. Bij aankoop en verkoop van een polyester jacht, is een indicatie van ‘nat ‘of ‘droog‘ dikwijls een onderdeel van de prijsonderhandeling. Ook bij het voornemen om een osmosepreventie systeem aan te brengen is het resultaat van de behandeling volkomen afhankelijk van de vochtigheid in het laminaat op het moment van het aanbrengen van de waterdampdichte laag. Het aantonen van ‘droog of nat‘ is nog steeds een subjectief gegeven bij de vraag of als een jacht nat is dat ook een gerede aanleiding kan zijn tot het binnen afzienbare tijd ontstaan van osmose*. Een eenvoudig hulpmiddel waarmee vocht in het laminaat kan worden vastgesteld is de methode met het bekende stukje plasticfolie. In het kort: verwijder op enkele plaatsen van het onderwaterschip de antifouling tot op de gelcoat; stukjes van circa vijftien bij vijftien centimeter. Plak een stukje plastic folie van veertien bij veertien centimeter met tape direct op de gelcoat. Hierbij alle randen van de folie geheel met tape over de gelcoat afplakken. Enkele dagen laten zitten. Is er na enkele dagen aan de binnenzijde van de folie condens zichtbaar, dan kan redelijkerwijs worden gezegd dat het laminaat nat is. Dit hulpmiddel kan alleen worden toegepast als het schip enkele weken - maar bij voorkeur enkele maanden - droog staat (winterstalling). Het moge duidelijk zijn dat dit uitsluitend aangeeft of er vocht aanwezig is. Inmiddels is er meetapparatuur op de markt waarmee vocht gemeten kan worden in GRP, glass reinforced polyester. Gelet op de regelmatig terugkerende vraag over vochtmeeting heeft de Technische Commissie sinds kort de beschikking over een vochtmeter, een Tramex SKIPPER moisture meter. De SKIPPER kan in de volgende situaties worden gebruikt: – Hout • vochtmeting om vast te stellen of nieuw of bestaand hout droog is; • controle van de houten romp, boven en onder de waterlijn, dek en inbouw. ➛ Een extreem hoog vochtgehalte kan leiden tot houtrot.
18
➛ Het opsporen van lekkages in houten
jachten. – Polyester • Het tijdig vaststellen van het vochtgehalte in een polyester romp bij aankoop of verkoop. Een hoog vochtgehalte zou de oorzaak kunnen zijn voor het mogelijk ontstaan van osmose. Let vooral op zou kunnen. • Het volgen en controleren van het drogingproces van de romp voordat een osmoseherstel wordt uitgevoerd. • Meting om vast te stellen of het laminaat droog is ten behoeve van het aanbrengen van een osmosepreventie systeem. De SKIPPER is een vochtmeter die gebruik maakt van de ontwikkelingen in de elektronische technologie om niet destructieve vochtmetingen te verrichten in hout en in met glasvezel versterkt polyester. Aan de meter zitten twee elektrodes van geleidend rubber. Wanneer de elektrodes tegen het te meten oppervlak worden gedrukt zendt het apparaat laag frequente AC signalen uit. De SKIPPER meet de weerstand tussen deze twee signalen. De gemeten weerstand is een maat voor de vochtigheid: hoe hoger de weerstand, hoe lager de vochtigheid van de gemeten plek. Bij een vochtige ondergrond vermindert deze weerstand. De SKIPPER is uitgerust met verschillende meet bereiken. Zoutwater geleid een elektrisch signaal beter dan zoet water. Bij metingen in hout kan de vochtigheid in gewichtsprocenten worden afgelezen. De metingen in polyester schepen zijn relatief; de meter is niet ontwikkeld om absolute waardes in polyester te verkrijgen.
Beheer van de Skipper Gelet op de kwetsbaarheid van de vochtmeter is en blijft de meter in beheer bij de Technische Commissie. Wilt u een meting laten verrichten dan neemt u contact op met de Hans Rooze, e-mail:
[email protected], voorzitter van de TC. Tijdens dit contact geeft u aan waar en op welke datum en tijdstip de meting gewenst is. Een door het NVvT bestuur en TC gecommitteerd NVvT lid verricht de metingen. De gecommitteerde bevestigt uw verzoek, dan wel spreekt zonodig een ander dag/tijdstip af. De aan de meting verbonden kosten komen ten laste van de aanvrager en
betreffen een vergoeding van de reiskosten ( € 0,20 per gereden km.) en een bijdrage ten behoeve van de afschrijving van de meter ad € 5,–. Houdt er bij de afspraak rekening mee dat het jacht bij voorkeur al enkele weken op de wal moet staan, waardoor de meting een reëlere indicatie geeft van de aanwezigheid van vocht in het laminaat. Ook aan een, door bijvoorbeeld regen veroorzaakt, nat schip is het meten van vocht in het laminaat niet betrouwbaar.
* Door onderzoek aan polyester jachten is de mening van enkele polyester reparatiebedrijven aan het wankelen of blaarvorming alleen veroorzaakt wordt door het natuurkundig verschijnsel osmose. Bij oudere jachten zijn soms ook de verwerkte materialen als glasvezels, oplosmiddelen/harssoorten en bouwwijzen mede oorzaak van ‘blistering‘ en gebruikt men de term hydrolise in plaats van osmose.
LEDENADMINISTRATIE Kees Dik Nieuwe leden van 28-10-2002 tm 16-01-2003:
19
CORRESPONDENTIE Grietje Veenstra REACTIE OP HET ARTIKEL ‘ANGST’ VAN HANS BIJLEVELD IN TZ182 Beste Hans, Jouw artikel over angst heeft mij zeer aangesproken, ik hoop je enkele tips te kunnen geven met mijn onderstaande epistel. Tevens moet ik zeggen dat het heel moedig is om dit onderwerp aan te snijden, door te schrijven over jouw persoonlijke ervaringen hiermee.
Angst Angst is een natuurlijk beschermingsmechanisme, door bepaalde hormonen af te scheiden komen we op scherp te staan: de zogenaamde ‘vecht en vlucht’ toestand, hierdoor kunnen we adequaat op een noodtoestand reageren. Wanneer het gevaar voorbij is komen we weer in de toestand van voor het gevaar. Bovenstaande omschrijft in het kort de normale situatie, maar er zijn zoals altijd uitzonderingen: de angsttoestand kan niet voorbij gaan en ook kunnen angsten ontstaan zonder dat daar een reden voor lijkt te bestaan.
20
Lichaam en geest vormen samen een eenheid, die we niet kunnen scheiden, het lichaam reageert bijvoorbeeld met het produceren van hormonen als reactie op een gevoel zoals angst. De geest maakt geen onderscheid tussen zaken die bijvoorbeeld in het verleden zijn gebeurd en werkelijk bestaande toestanden. Tijdens een situatie in het heden komen de beelden en gevoelens van soortgelijke gebeurtenissen in het verleden terug in je gedachten en kunnen maken dat je bijvoorbeeld opnieuw diezelfde angst van toen ervaart, je geest heeft dit allemaal keurig opgeslagen en maakt je hierop attent: ‘Weet je nog wel toen en toen’? Omdat de situatie van het heden een andere is dan van die van vroeger, moet je de situatie opnieuw beoordelen, want misschien is je angst wel niet reeel op dit moment. In de psychologie noemt men dit Rationeel Emotieve Training (RET) en je kan dit op allerlei onderwerpen toepassen.
Je bent wat je voelt! Je gaf zelf al aan, dat wanneer je dan op
het water bent de angst verdwijnt, dit is omdat je dan de realiteit ziet en je niet meer wordt beïnvloed door je gedachten over vroeger. Je kan zoals de naam RET aangeeft, dit trainen, bijvoorbeeld door voorlopig niet te veel, niet te lang en bij rustig weer wat rond te zeilen in de buurt die je heel goed kent, geniet van de golven, de wolken de vogels, het zijn op de boot en evalueer elke keer je ervaringen. Dit is belangrijk omdat dit weer wordt opgeslagen door je geest in de vorm van positieve ervaringen. Je vraagt jezelf af of dit ook
met de leeftijd te maken heeft, hoe ouder je wordt des te meer ervaringen en des te meer angst je kán ervaren, zonder ervaringen geen angst, kijk maar naar een kind. Over het eventueel innemen van middelen: je kan een tijdelijk tekort hebben aan bijvoorbeeld bepaalde vitamines, vitamines zijn noodzakelijk voor het opbouwen van allerlei hormonen, door een tekort aan vit .B complex kan stress ontstaan, wanneer je dit aanvult kunnen die klachten soms al binnen een week over zijn.
REISVERSLAGEN Redactie REISVERSLAGEN OP NVVT-WEBSITE De aankondiging in TZ183 voor wat betreft de reisverslagen 11b, 12 en 12b van de Onderneming van Jan Willem de Koning en Annet de Haan is inmiddels werkelijkheid geworden. Op de website www.toerzei-
lers.nl zijn deze reisverslagen inmiddels integraal te lezen/downloaden. Ook is op de website het verslag gezet van een reis rond Engeland (ruim vier maanden) die Anneke en Piet Admiraal afgelopen zomer maakten.
ERVARINGEN Grietje Veentra DRIEMAAL IS SCHEEPSRECHT GELDT NIET IN BOULOGNE! Na een paar weken rondgezeild te hebben langs de Engelse zuidkust, nemen we het besluit om langs de Franse kust naar Nederland te zeilen.
Te weinig wind Eigenlijk willen we vanaf Wight de oversteek maken naar Cherbourg, hiervoor alle voorbereidingen getroffen, helaas laat de wind ons in de steek en we hebben als regel dat we ons zoveel mogelijk laten leiden waar de wind ons voert, dus niet naar Cherbourg, dan maar iets oostelijker en we zeilen en motoren met goed weer en magnifiek uitzicht op de kust, intussen ettelijke verkleedpartijen: bloot, t-shirt, vest, dasje om, sokken en het rijtje weer terug. Naar Eastbourne waar we in het donker afmeren aan kopsteiger. Dag erna wind blijft ongunstig we maken een schitterende tocht vlak onder de prachtige rotsen van Beachy Head en de Seven Sisters naar Newhaven. We liggen daar met slechts drie passanten lekker gedeeltelijk in de blubber!
Dik van mist Volgende poging is naar Ouistreham, al voor het weerbericht vertrekken we, het water valt snel, het is een beetje mistig, maar het zicht is toch nog behoorlijk. Totdat we al dichtbij het verkeerscheidingstelsel zijn, dan plots dik van mist, spookachtige beelden levert dat op en komen ze nu wel of niet op ons af, die trawlers die net even door een mistflard zichtbaar zijn, ze kómen onze kant op, overstag, we wijzigen onze plannen en varen langs het VSS naar het oosten, hierbij moeten we de baan van de Transmanche veerboot nog kruisen en ja hoor,hóór daar komt ie. Het is nu echt allemaal wit, je weet niet wat je ziet: je ziet niets! Het geluid komt dichterbij, je kan het goed volgen, het is behoorlijk dichtbij, hoor het geluid verandert het gaat van ons af, hij is voorbij. Ik zou doodsangsten uitstaan als ik op die veerboot het Kanaal moest oversteken. Dan doemt vlakbij een ander zeilschip op, wit met witte zeilen. Beachy Head hóren we nu alleen maar en we zitten er slechts één mijl vanaf. De ponden vliegen eraf hier, dus nog maar eens scones met clotted cream gekocht als troost.
21
Het gaat dit keer lukken Half the price, twice the fun? Op naar lekkere wijn en brood enzovoort, goed zicht, matig windje maar het gáát, 06.00 uur dus op naar Boulogne. Druk in het VSS, maar heel goed zicht. We varen de haven in van Boulogne, ik zie nog niemand en wil een ligplaats nemen (plaats genoeg), maar daar komt al een meisje aanschreeuwen, ze probeert ons wanhopig duidelijk te maken dat de haven de hele week gesloten is wegens één of ander evenement, we weten niet wat we horen, eerst denk ik van: dit heb ik niet goed verstaan, je moet toch even overschakelen, maar het is echt zo! We moeten nog anderhalf uur wachten (rondvaren), we mogen zelfs niet even aanleggen, dan (18.30 uur inmiddels) kunnen we naar de nieuwe jachthaven achter het lock en morgen om 07.00 uur móeten we in de sluis liggen en wegwezen! Met een grote groep zijn we (bijna allemaal Nederlanders). Wij maken een kant- en klaarmaaltijd, niks geen lekker brood, wijn en enzovoort, we
duiken de kooi in, maar worden om half tien opgetrommeld om te betálen voor al dit moois: €18,-, we geven de juffrouw de boodschap voor haar werkgever, dat we deze handelswijze zeer grof vinden. Zondag 28 juli: 07.00 uur een sluislading vol, leuk gesprekje met Engelsman over de Oostkust, we proberen niet te mopperen, maar iedereen báált hiervan, buiten gekomen is het weer behoorlijk mistig, ik voel me een vluchteling, uitgespuugd! Hoe kunnen wij als Nederlands Vereniging van Toerzeilers iets aan zo een misstand doen, stel nou eens dat dit een van je eerste reizen buitengaats is, wat moet je beginnen? • Veilig een oversteek maken kon niet wegens de mist • De diesel in diverse havens was toen al op ( Duinkerken) • Richting Duinkerken had je maximale stroom tegen Heel graag reacties!
Rudy Volbeda HET STRAND VAN HEMMELAND Het is 26 oktober als ik besluit om nog een paar dagen naar de boot te gaan. Op 3 november gaat de mast plat en 4 november gaat ie eruit. Dus misschien kan ik nog een paar dagen zeilen. Hoewel het weer erg onbetrouwbaar is. En er wordt nog slechter voorspelt. Misschien blijf ik dan wel gewoon in de haven. Ben ik er toch een paar dagen uit. Lekker wandelen, lezen, tekenen of schrijven. En op de steiger loop ik altijd wel iemand tegen het lijf voor een buurtbabbel. Die avond drink ik de koffie in de kuip. Het is bijna volle maan. Jack aan want het is koud. Bladstil. De maan glinstert in de trage bewegingen van het water. Voor zover ik kan zien zijn er geen andere bootbewoners. Hemmeland is prachtig. Ik speur de sterrenhemel af boven het zwarte silhouet van de bomen. Wat weet ik toch weinig af van al die sterren en planeten. Het oranjegele licht van de lantaarnpalen langs de haven overstemt de sfeer. Als ik een geweer had, gingen ze eraan, bedenk ik me ineens.
De maan is de baas Een paar jaar geleden viel in mijn woonplaats op een avond spontaan het elektriciteitsnet uit. De hele wijk zonder licht.
22
Terwijl Janny op zoek ging naar wat kaarsen, liep ik naar buiten voor een wandeling in het donker. Ook toen was het volle maan. Het blauwe heldere licht van de nacht overviel me, want ik wist niet hoe de wereld er uit zag zonder kunstlicht. Die avond was de maan de baas. Er waren geen andere schaduwen dan die, door de maan werden veroorzaakt. Dus zo zagen de nachten er uit in de middeleeuwen, bedacht ik. Logisch dat het leven van de mensen werd overheerst door mystiek. Het genieten was van korte duur. Toen ik thuis kwam, stond de televisie alweer aan. Er glijdt een wolk voor de maan. Het wordt te koud in de kuip. De natuur toont tegenwoordig maar weinig van z’n oorspronkelijke kracht, bedenk ik, terwijl ik mijn kajuit in ga. Ik nestel me met een boek en een paar kussens op de bank. Het kacheltje zoemt behaaglijk. Het goudgele licht van de olielamp schommelt heen en weer en de schaduwen schommelen mee op de warme houten kajuitwand. Om vijf over elf kraakt de elektronische stem van de Nederlandse kustwacht door de marifoon: “Marken zuidwest acht tot negen, krimpend west tot noordwest tien”. Het klinkt bijna niet echt. Die nacht slaap ik wat onrustig. Geklots tegen de romp. Gejank in het want.
Zwaaiende masten Op zondagochtend laat ik mezelf altijd graag wekken door het radioprogramma Vroege Vogels. Daar kun je zo lekker bij uitslapen. Zo niet vandaag. Mannenstemmen op de steiger maken me nieuwsgierig. Bed uit. Even geen douche. Regenjack over trui en broek. En meteen aan de bak, want de boot licht ruim een meter lager dan gisteren. Extra lijnen aan loef, doorzetten met de lier. Lijnen vieren aan lij. In de loop van de dag neemt de waterstand verder af en de wind toe. Als ik de navigatie-instrumenten inschakel, gilt het ondiepte-alarm en meet ik 46 knopen wind, ondanks de hoge bomen van Hemmeland. Zet maar weer uit. Kiel en roer zuigen vast in de blubber, terwijl de haven vorige winter nog is uitgebaggerd. Via de preekstoel klim ik omhoog op de steiger. Masten zwaaien heen en weer. Dekzeilen gaan ervandoor. Oorverdovend lawaai als een genua spontaan uitrolt. Redden wat er te redden valt. Verontruste booteigenaars hollen over de steigers met extra lijnen, want enkele boten hangen al. Vandaag is de wind de baas. Zelfs het water wijkt. Ik wandel door het bos, langs het water en kijk over de Gouwzee. Het water stuift als zand en ontneemt het zicht op Marken. Zwanen moeten zwoegen. Ineens zie ik een zandplaat…en nog één, bedekt met stenen. Vlakbij steekt een soort oud dijkje boven het water uit, aan het eind het wrak van oude sloep. Als ik bijna van de gladde basaltkeien af glijd, loop ik op een strand, waar nooit een strand was.
De schelpen knarsen onder mijn laarzen en langs de waterlijn bubbelen luchtbellen uit het zand. Meeuwen hoeven niet lang te zoeken naar pieren. Net als op het Wad. Ruik ik de zilte lucht van de zee? Ben ik op Terschelling? Of is het tij terug op de Gouwzee? Ineens weet ik hoe het was, toen heel lang geleden, eb en vloed het beeld bepaalden van de Zuiderzeekusten. Logisch dat de Monnickendammers ontzag hadden voor de zee. Nog even struin ik over het Hemmelandse strand, want de wind gaat ruimen en dan komt het water zo weer terug. En dan is de Gouwzee weer gewoon de Gouwzee. Als ik mijn natte kleren in de kajuit weer uittrek, denk ik; vandaag heeft de natuur weer wat van z’n oorspronkelijke kracht laten zien.
23
BOEKEN Redactie In aansluiting op de recensie in TZ183 van Jaap Molenaar’s boekje ‘De VOC-loodsman voor de Zuiderzee’ vermeldden we dat Jaap, nu de evenementen voorbij zijn, voor belangstellende Toerzeilers nog enkele van die gidsjes heeft (gratis thuis te bezorgen). Alleen al vanwege de reproductie van de fraaie Waghenaer-kaart achterin – waarvan hier het Marsdiep detail – de moeite waard!
VARIA J.R. Borchers MELKFETT In het Duitse watersportblad Palstek (nr.5/02) is een artikel opgenomen over antifouling, dat belangwekkend is. Daarin bericht iemand dat naar aanleiding van een veel eerder bericht, hij met veel scepsis ‘melkfett’ op zijn onderwaterschip heeft gesmeerd, voorzichtigheidshalve eerst nadat hij de gebruikelijke antifouling had aangebracht. Na een jaar in de Middellandse Zee gevaren te hebben, bleek in mei
2002 de aangroei slechts uit wat slijmerige algen te bestaan. Hij heeft toen moed gevat om voor het volgende seizoen wederom ‘melkfett’ te gebruiken, nu zonder een ondergrond van antifouling. Dit ‘melkfett’ is verkrijgbaar bij landbouworganisaties, kost amper iets. Wij hebben ons in Duitsland nu ook een doos van dit spul gehaald en dat wordt nu op het onderwaterschip gesmeerd. Eind volgend jaar zullen wij u weer berichten hoe de resultaten daarvan zijn.
J.R. Borchers WINTERKLUSJE Op het klussenlijstje stond vermeld: ‘vuilwatertank nazien’. Dit omdat de tank af en toe niet leegliep. Dus, teiltje eronder, slang losgenomen... en er gebeurde nagenoeg niets. Dat deugt dus niet. Een mooie lange schroevendraaier gepakt en in de tank gepord. En nu gebeurde er wèl wat. En hoe.. Van pure schrik liet ik de schroevendraaier vallen. Asjeblieft, asjeblieft, laat de stroom smurrie ophouden. Dat deed het ook op het moment dat het teiltje zou overlopen. Heel, heel voorzichtig met het teiltje de trap op, de kuip door en overboord met de inhoud. Het laatste wat ik zag, was mijn mooie schroevendraaier. Dat was van later zorg. Nu eerst aandweilen, soppen.
24
Een klein maar sterk magneetje had ik aan boord. Daaraan een lijntje en dippen maar. Wat kwam er niet allemaal boven, schroeven, boren, you name it, (wat gooien mensen niet allemaal overboord, daar zult u van opkijken). Toch de moed niet opgeven en doorgaan. Op een gegeven moment kwam het lijntje boven zonder magneetje. Sj. De havenmeester heeft misschien ook wel een magneet. Ja, dat was goed geraden. Deze magneet (leek wel een landmijn), zou je de spijkers uit de schoenen kunnen trekken, aldus de havenmeester. Het zou dus moeten lukken nu. Na een paar maal dippen, kwam het kleine magneetje inderdaad mee naar boven. Dat was al wat. Maar, u raadt het, ook hier kwam de lijn naar boven zonder grote magneet.
Sj. Sj...... Héél vervelend, want geleend en waar koop je zoiets. Er was nog één mogelijkheid namelijk een stevig schepnet in het voorschip. Dat ding, nu heel zorgvuldig aan de langste pikhaak bevestigd, kon net aan de bodem bereiken. Vanaf het schip van de buren, die wat lager was, eindeloos, ja werkelijk eindeloos, prut geschept (dat gaat met een net beter dan met een magneet). Maar eureka, het net werd zwaar en ja de
grote magneet zat erin en daaronder ook de schroevendraaier. Wat een opluchting. Nu de twee boten nog afgespoeld en geschrobd. De havenmeester zei “Ik zag u bezig en ik dacht: er zullen niet veel mensen zo’n geduld hebben zoals u”. Mag wel zijn, zei ik, maar als mijn vrouw vanavond vraagt: wat heb je eigenlijk gedaan vandaag, dan kan ik wel zeggen: eigenlijk niets.
Jan van Ree CHAOS OP ZEE Onlangs las ik een artikel in het NoordHollands Dagblad, dat luidde als volgt: Roestbakken varen uit met keurig afgestempelde documenten. Vals, maar geen scheepvaartinspecteur die het verschil ziet. Bovendien heeft de inspecteur echt de brandblussers en apparatuur gecontroleerd. Alleen is dat na zijn vertrek allemaal weer van boord gehaald. Op de brug staat een Oekraïense stuurman die niet met een ‘pak ‘m beet’ Liberiaanse of Japanse machinist kan communiceren. En de keurig nautisch Engels sprekende kapitein uit Holland verstaan ze helemaal niet. Een scenario voor chaos op zee.
Klassenbureaus Als wij met onze zeilbootjes een oversteek wagen naar bijvoorbeeld de Engelse kust, dan is het voor de Nederlandse kust een Kalverstraat met een eindeloze stroom schepen die voorbij vaart, volgens het Noord-Hollands Dagblad. Iedere dag passeren duizend schepen de Noord-Hollandse kust. Op deze schepen zijn de winstmarges klein, dus proberen reders overal op te bezuinigen. Schepen moeten goedkoop worden gebouwd, dus kies je het goedkoopste klassenbureau dat de scheepsconstructie berekent. Er zijn er zeven die tachtig procent van het scheepsbouwwerk doen. Stuk voor stuk goed. Maar de resterende twintig procent gebeurt door tientallen klassenbureaus die minder presteren.
Zo kun je als reder nog wat bijverdienen. Waar de ene staat drie man op de brug voorschrijft, zegt een ander daar niets over. En dus vallen er ieder jaar een paar kapiteins in slaap en hebben we iedere winter zo’n drie kustvaarders die in Engeland op de klippen lopen. Tijdens mijn nachtelijke zeiltochten op zee ben ik constant aan het turen naar de navigatielichten van schepen. Elke keer is het spannend draaien, de lichtjes nu wel of niet weg. Soms gebeurt dit snel en soms blijf je tot het allerlaatste moment in spanning zitten. Min of meer zijn wij machteloos tegenover deze grote gevaartes die met zo’n 20 mijl per uur op ons komen afstormen. Ontwijken is vaak moeilijk, je blijft natuurlijk het liefst je koers varen. Immers als je ineens van koers verandert kan dat verwarrend zijn voor de bemanning van het andere schip. Eigenlijk had ik voor ik dit artikel las, veel vertrouwen in de zeeschepen. Ze konden je met een goede radarreflector immers zien. Bij twijfel maken ze een peiling om aanvaring te voorkomen. Met als gevolg dat over het algemeen de lichtjes in de goede richting wegdraaien. Maar ik moet er niet aan denken dat op zo’n schip de kapitein in slaap is gevallen en ik zo’n enorm schip op mij ziet afstormen.
Elke keer spannend Dus kies je als reder voor de goedkoopste vlaggenstaat die met de minste klassenbureaus in zee gaat. Je gebruikt het dunste staal. En met de vlaggenstaat die het minste toezicht houdt, zet je een bemanning op je schip die aan minimale eisen voldoet.
25
Op een gegeven moment is uitwijken niet meer mogelijk. Ik heb eens uitgeprobeerd hoe lang het duurt om per fiets bij een geankerd schip voorlangs te gaan. Bij ons in de Coenhaven in Amsterdam kun je dat leuk uit proberen. De haven staat loodrecht op de weg. Je doet dan net of je met je bootje even snel een oversteek wilt maken. Je fietst dan ongeveer vijftien kilometer per uur en dat is ongeveer acht knopen. Menig zeiljacht haalt deze snelheid nog niet eens. Het schip ligt voor anker, niettemin duurt het enkele minuten voor je dit schip dan echt veilig gepasseerd bent voor de boeg. Zelf vaar ik veelal op mijn intuïtie en neem geen onnodige risico’s, en probeer altijd voor andere zeilboten tijdig uit te wijken. Voor de beroepsvaart heb ik een heilig ontzag. Ik stel mij netjes op, en geef ze altijd voorrang. Maar ‘s nachts op zee vind ik het vaak moeilijk in te schatten. Ik wil voor ze uitwijken en voorrang geven. Het is altijd weer een hele opluchting voor
mij als de witte lichtjes in de goede richting wegdraaien. Maar wat nu als op zo’n schip de brug onbemand is. Het schip oproepen per marifoon. Heb ik als test ook wel eens geprobeerd in zo’n goed mogelijk verstaanbaar nautisch Engels. Ik heb nog nooit antwoord gekregen. Het lijkt net of mijn marifoon op dat moment niet werkt. Of misschien klinkt het woord sailingship niet interessant genoeg om te antwoorden. Mijn ervaringen zijn in het algemeen heel positief over de bemanningen van zeeschepen. Meestal geven zij tijdig aan als het echt mis dreigt te gaan. En zie je ook vroegtijdig hun eventuele koersaanpassing. Een kleine koersverandering is al een grote opluchting voor mij. Alleen vanwege het feit dat ze mij dan hebben gezien!! Geruststellend is dat ik nog niet eerder gehoord heb van een aanvaring op de Noordzee tussen een vrachtschip en een zeilschip. Maar goed opletten is altijd geboden!!
F. van Steenwijk BUITENBOORDMOTORENMUSEUM Welke zeiler herinnert zich dat niet, dat eindeloos aan de startkabel van zijn buitenboordmotor trekken? Choke open, choke dicht, vette bougie schoonmaken, opnieuw proberen. ‘Mankennig’, Groningers hebben daar een treffend woord voor. Er was ook een tijd dat daar over in Toerzeilen artikelen stonden. Over het achteruitslaan, de plaats van de uitlaat, en de bbm in een bun. Wie deze nostalgie wil herbeleven, is bij dit museum te Zuidhorn aan het goede adres.
Ontwikkeling Het unieke museum is een uitvloeisel van passie voor de watersport van Wim Reindersma. “Al vanaf mijn jeugd in Friesland ben ik geïnteresseerd in alles wat daarmee te maken heeft. En toen ik als tiener een tweedehands buitenboordmotortje van voor de tweede wereldoorlog te pakken kreeg, was ik verkocht”, aldus Reindersma. Sindsdien verzamelt Reindersma buitenboordmotoren. Voor een groot deel van voor de oorlog. “Want die zijn, mede gezien hun historische ontwikkeling, het interessantst. Als je mijn collectie goed bekijkt, kun je een heel goed overzicht krijgen van de ontwikkeling van de buitenboordmotor. Je kunt zien dat ieder nieuw type motor het directe gevolg was van verbeteringen naar aanleiding van problemen met het voorgaande type. En problemen zaten voornamelijk in de bedrijfszekerheid, een gevolg van de blootstelling aan weer en wind van vochtgevoelige onderdelen.” Het oudste pronkstuk van de collectie dateert van 1910, het jongste van 1950. En met alle motoren daartussen, zo’n 70 volledig gerestaureerde exemplaren (en minstens evenveel die daarop wachten) van
26
verschillende fabrikanten, brengt dit de geschiedenis aardig in kaart. Het patent van de eerste bbm verscheen in Frankrijk in 1865 (‘motogodill’, in 1907 in Zweden ingevoerd onder de bijnaam ‘power-rudder’). In 1909 kwam er eentje van de uit Noorwegen afkomstige Amerikaan Ole Evinrude aan de markt in Noord-Amerika. Deze woog 30 kilo, ontwikkelde anderhalf pk en kostte honderd euro. De carburateur bestond nog uit twee aan elkaar gesoldeerde roodkoperen buisjes met een stelschroefje voor de benzine toevoer. De benzine werd de cylinder ingezogen via een klepje met een veertje door een versmalling in het buisje. Reindersma vertelt het verhaal in extenso, compleet met romantische details. Van het in elkaar geknutselde prototype waarmee tijdens een zeiltochtje indruk op Ole’s vriendinnetje moest worden gemaakt. Hoe hij daarin slaagde en hoe zij, jaren later en met Ole in de echt verbonden, met groot succes de marketing van de ‘Evinrude’ deed.
Verzamelen “Toen ik met mijn verzameling begon, stalde ik ze eerst hier thuis. Toen ze het huis uitpuilden, bracht ik ze bij een boer onder in de omgeving. Op een gegeven moment had ik mijn verzameling op vier adressen ondergebracht. Langzaam maar zeker is toen het idee ontstaan om er een museum van te maken.” Museumdirecteur Reindersma haalt zijn collectiestukken overal vandaan. “Ik snuffel constant als een detective rond. Heel vaak ga ik naar dorpen of steden waarvan ik vermoed, dat er gezien de historie van de plaats nog wel eens oude buitenboordmotoren kunnen zijn. Meestal begin ik gewoon op een bankje een praatje over vroeger met wat bejaarden. Van het een komt dan vaak het ander. Op die manier heb ik heel vaak op zolders verscholen exemplaren weten op te sporen. Vervolgens probeer ik op rommelmarkten en via andere kanalen oude tijdschriften of instructie-boekjes in handen te krijgen. dat zijn mijn gidsen voor een opknapbeurt.”
Incompleet De meeste buitenboordmotoren die Reindersma in handen krijgt, zijn incompleet. “Heel vaak heb ik twee exemplaren nodig om er weer een goed gerestaureerd motortje van te maken.” Een van de pronkstukken van het museum is een motortje dat in de Tweede Wereldoorlog gebruikt werd om boven de Noordzee neergeschoten piloten uit zee te redden. “Dat motortje zat midden op een houten vlot gemonteerd en werd vanuit een vliegtuig neergelaten op het water. De gebruiksinstructies waren in de motor gegraveerd zodat de piloot, als hij eenmaal het vlot bereikt had, zichzelf in veiligheid kon varen.” Mogelijk is het museum van Reindersma, dat tegen het Zuidhornse Gemeentehuis aanligt, ook het enige in zijn soort in Europa. “Ik heb wel contact met enkele verzamelaars van antieke buitenboordmotoren in Nederland en Amerika. Verder bestaat er, voor zover ik weet, niets op dit gebied.” Omdat Reindersma zich kan voorstellen dat de boodschap van deze collectie museum toch vrij technisch is, hebben hij en zijn vrouw Liza het museum uitgebreid met nog andere collecties waaronder een verzameling antieke poppen. “Dan hoeven de echtgenotes van de mannen die mijn museum bezoeken, zich niet te vervelen”, zo licht Reindersma het initiatief toe.
27
Informatie Er zijn meerdere musea waar historische scheepsmotoren te zien zijn. In Groningen kan men terecht bij het Noordelijk Scheepvaartmuseum, maar ook in Sneek (Fries Scheepvaartmuseum) of Amsterdam (Werf ‘t Kromhout). Voor de outboard naar Zuidhorn. Niet ver van de Frieschestraatweg, de traditionele verbinding tussen Groningen en Leeuwarden. Het adres van het museum is Oostergast 19 te Zuidhorn en is op telefonische afspraak te
bezoeken, tel. 0594 50 39 98. De toegang bedraagt €2,- pp., inclusief een kopje koffie en een persoonlijke rondleiding. Tot slot een oproep aan de lezers: heeft u een bruikbare of onbruikbare buitenboordmotor (geheel of gedeeltelijk) over, denkt u dan aan het museum! Ook technische informatie, ongewone verhalen, tekeningen en instructieboekjes zijn zeer welkom!
Jaap Kies HOLLANDIA, ZEILEND DOOR DE HISTORIE
Eeuwenlang hebben de kogges, karvelen, kraken en klippers, met zeilen rond en wit als wolken, de zeeën bevaren op weg naar bekende en onbekende kusten. Deze traditie wordt voortgezet met moderne zeiljachten. Met mijn zeiljacht de Hollandia zeil ik de routes na waar nog een vleugje nautische vaderlandse geschiedenis aan zit. Ik zoek naar verhalen van doldrieste avonturiers en ik speur naar de sporen van de aanwezigheid van rijk of arm geworden handelaren, onbekende gelukzoekers en invloedrijke personen. In de maanden mei, juni, juli en augustus 2003 zal ik een reis naar Sint-Petersburg maken. In het traject tussen Nederland en het einddoel liggen sporen van in ieder geval Peter de Grote, de Russische tsaar die
28
rond 1700 bezoeken bracht aan Nederland en in het bijzonder aan Zaandam. Om Denemarken heen voeren enkele eeuwen eerder de lompe kogges om in de Oostzee handel te drijven met de Hanzesteden. De Vikingen, die ook bij ons flink hebben huisgehouden, hebben hun handen ook niet van Rusland afgehouden. Als je weet dat de vertaling van de naam Rus eigenlijk Zweed is, dan zegt dat genoeg over hun betekenis voor dat land. Minder lang geleden is de val van het Communisme. Stammend uit een rood nest moeten in de landen aan de zuidkust van de Oostzee en de Finse Golf de overblijfselen van wat ik jeugdsentiment kan noemen, liggen. Zeilend naar Sint-Petersburg zal ik naar het verleden kijken en zal het verleden zeker terugkijken. Ik weet dat zo zeker omdat de reis al begonnen is. De voorbereiding is al bezig. Het aardige is dat u daar ook aan deel kunt nemen. Als u de website Hollandia, zeilend door de historie bezoekt, reist u mee. Het tsaar Peterhuisje in Zaandam is bezocht. De viking Rurik is al in Rusland. Mijn vader heeft zijn statement over het Communisme gemaakt. U kunt de kogge zien varen. De ontmoeting met ‘Een lekker wijf’ heeft plaatsgevonden. Dat alles en meer vindt u als u www.jachthollandia.nl intypt.
REGISTER TOERZEILEN 2002 31E JAARGANG Redactie Trefwoord Beleving
Titel Pleziervaart steeds meer van het water gedrukt Boekrecensies VOC-Loodsman voor de Zuiderzee, Cultuurhistorische tocht GPS Geeft GPS altijd de juiste positie weer? Planologie Vereniging tot behoud van IJsselmeer - 30 jaar Verre reizen Bericht van de Onderneming (11b) Beleving Angst Beleving Je boot of je leven Beleving De rol van een boot in mijn leven Beleving Varen is fijner dan je denkt! Beleving Is de boot van ons of zijn wij van de boot? Boekrecensies Grote zeilvaart in foto's ICCY ICCY en Manneken Pis Interieur Groot, groter, grootst Interieur ETAP: tegenwoordig is het veel meer fragmentarisch zeilen Leefbaarheid Leefbaarheid aan boord Verre reizen Bericht van de Onderneming (11) GPS Overwegingen bij de aanschaf van een GPS Helgoland Helgoland Middellandse Zee Met de larvik naar de Med (2) Natuurbeheer Zeehonden in de Oosterschelde Navigatie Nacht kaartleeslampje Redactie Even voorstellen Satelliet Nieuwe ontwikkelingen rond satellietnavigatie Belevenissen Je boot verkocht en dan Beleving Zoals het water thuis bruist Boekrecensies Waypoint gids Noordzee ICCY ICCY programma 2003 Rusland Middellandse Zee Met de Larvik naar de Med (1) Milieu Antwoord Open brief Nora Poëzie De Zeiltocht, nautisch gedicht Stabiliteit Is statische stabiliteit echt zo belangrijk? Boekrecensies Schaduw over de Wadden Diesel Dieseltank (flexibel) Milieu Open brief Navigatie Comfortabel kustwateren zeilen of niet Navigatie Weerberichten via Navtex Navigatie Ervaringen met elektronische kaarten Stabiliteit Stabiliteit, standvastigheid Verre reizen Bericht van de Onderneming (9) Verre reizen Bericht van de Onderneming (10) Vreemdelingenwet Vreemdelingenwet in de praktijk Belevenissen Attachment vakantie Belevenissen Steppen, sokken brievenbussen Belevenissen Mijn eerste keer Boekrecensies Installatiehandleiding vacuümtoiletten, vuilwatersystemen
Auteur Geradts, Wim
Nummer 183
Paternotte, Peter
183
Kos, Jaap Steenwijk, Fokko van
183 183
Koning, JW de Bijleveld, Hans Alkema, Jan Delsman, Dirk Ree, Jan van Schram, Nora
183 182 182 182 182 182
Molenaar, Jaap Delsman, Dirk Bijl, Beatrice van der Brandt, Marjolein
182 182 182 182
Couwenbergh, Marc Koning, JW de Kos, Jaap
182 182 181
Ree, Jan van Wildeman, Jos Erven Dorens, W.P. van Alsemgeest, Joost Couwenbergh, Marc Kos, Jaap
181 181 181 181 181 181
Vos, Jack de Geurts, Fred Geneste, Sidney Mos, Robert Wildeman, Jos Erven Dorens, W.P. van Brattinga, Fred Udo, Fred Paternotte, Peter Gruisinga, Wubbo Schram, Nora Laar, Hans van Kos, Jaap Kos, Jaap Korver, Sven Koning, JW de Koning, JW de Schram, Nora Birkhoff, Frits Geurts, Fred Geurts, Fred Titulaar, Vincent
180 180 180 180 180 180 180 180 179 179 179 179 179 179 179 179 179 179 178 178 178 178
29
Trefwoord Boekrecensies Deskundigheid Motor, onderhoud Oostzee Oostzee Planologie Planologie Verre reizen
Titel Vaarwijzer Waddenzee Expertisebank Een kleine revisie Met Witte Beer naar Stockholm Met de Pavane naar Riga.. Wadden Friesland, beleidsnota recreatie en toerisme Bericht van de Onderneming (8)
Auteur Nummer Molenaar, Jaap 178 Boorsma, Marten 178 Alkema, J 178 Agt, Fam van 178 Delsman, D 178 Erven Dorens, WP van 178 Ruyter van Steveninck, A de 178 Koning, JW de
178
EVENEMENTENBULLETIN 2003 Onderstaand treft u het overzicht aan van het grote aanbod van activiteiten die de leden van de Regio- en Kenniscommissies voor dit verenigingsjaar met veel inzet en enthousiasme hebben vastgesteld. Tot en met augustus 2003 treft u het gedetailleerde programmaoverzicht aan. In Toerzeilen 185 en verder treft u het gehele, gedetailleerde Evenementenbulletin 2003 aan. Het kan voorkomen dat van enkele evenementen de datum en/of de locatie zich wijzigt. Ook kunnen nieuwe evenementen aan het bulletin zijn toegevoegd. Op onze website vindt u daarover informatie. Controleer voordat u op stap gaat naar een aardige en veelal unieke activiteit van een bloeiende zeilvereniging, of plaats en/of datum niet is gewijzigd. In het evenementenbulletin treft u regelmatig de vraag aan, u aan te melden voor – met name – instructieavonden. De reden daarvoor is dat een klassengrootte van 25 à 30 deelnemers, voor wat betreft nieuwe/lastige onderwerpen, doorgaans het maximaal aantal deelnemers kan zijn. Maar ook kan in sommige gevallen bij een aanzienlijke over-intekening een reservelijst worden samengesteld, waarna zomogelijk een tweede bijeenkomst kan worden gearrangeerd. EEN DRINGEND VERZOEK! Bent u geplaatst voor een evenement, maar toch verhinderd de bijeenkomst bij te wonen, meldt u zich dan ook af. In dat geval kan een toerzeillid op de reservelijst als nog worden uitgenodigd voor de bijeenkomst. Dat is ook vriendelijk naar het organisatieteam toe, dat met veel inzet onze activiteiten ontwikkelt en uitvoert.
MAART za. 1 zo. 2 maart HISWA AMSTERDAM (laatste 2 dagen) Openingstijden: za. en zo. 10.00 - 18.00 uur.
vr. 7 maart EEN BOEIENDE LEZING OVER HET WAD
za. 8 maart 2e HANDS BEURS VOOR WATERSPORTARTIKELEN IN EINDHOVEN
30
INFORMATIE VOOR AUTEURS *Kopij Leden van de NVvT worden van harte uitgenodigd hun ervaringen en bevindingen alsmede deskundige bijdragen op nautisch/technisch gebied op schrift te stellen en naar de redactie van TZ te sturen. Gaarne inzenden naar het redactiesecretariaat, bij voorkeur op diskette (Word of WP) en met (veiligheidshalve) een hardcopy bijgevoegd. Zorg bij een artikel van enige omvang voor een duidelijke indeling in hoofdstukken met korte subtitels. E-mail aanlevering desgewenst via
[email protected]. Mocht aanlevering via Word/WP/E-mail op bezwaren stuiten dan getypt insturen met goed contrast en zonder lijnen op het papier (t.b.v. scan). Handgeschreven teksten kunnen alleen worden verwerkt als ze ruim voor de sluitingsdatum (zie hierna) worden ingeleverd en de leesbaarheid geen problemen oplevert. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen in te korten en zo nodig grammatica/spelling te corrigeren. Vermeld op alle kopij (1e of laatste pagina) altijd volledige naam, adres, woonplaats, postcode en telefoonnummer van de auteur.
*Illustraties Lever illustraties (grafieken, tabellen, tekeningen) aan op aparte bladen (geen kopieën) en vermeld op de achterzijde de plaatsing in de tekst met een letter of cijfer. Vermeld dit in de marge van de tekst op de juiste plaats. Lever foto's afgedrukt op glanzend papier, met goed contrast en eveneens gemerkt aan de achterzijde etc. Digitale foto’s/illustraties op aparte diskette/CD-Rom met bescheiden omvang per foto/illustratie(30-50 kb). Bij voorkeur JPEG format. Zet de onder-/bijschriften op een apart vel/document. N.B. Ingezonden materiaal wordt met alle zorg omringd, maar geen verantwoordelijkheid wordt geaccepteerd voor beschadiging of vermissing.
*Eenheden Gebruik indien van toepassing genormaliseerde grootheden, eenheden (SI) en symbolen.
*Advertenties Voor leden van de vereniging worden advertenties kosteloos geplaatst, mits zij geen commercieel karakter hebben en er ruimte beschikbaar is. Inzenden naar redactiesecretariaat.
*Contacten met redactie De redactie wordt gevormd door leden van de vereniging. Zij verrichten hun redactionele activiteiten onbezoldigd, belangeloos en in hun vrije tijd. Als u telefonisch contact zoekt met redactieleden wordt u vriendelijk doch dringend verzocht dit in de vroege avonduren te doen en alleen over zaken die niet via de normale weg schriftelijk afgehandeld kunnen worden.
*Copyright Overname van publicaties uit Toerzeilen is alleen mogelijk met voorafgaande toestemming van de redactie. Auteurs die ingezonden kopij ook in andere publicaties willen plaatsen dienen dit vooraf aan de redactie kenbaar te maken. Auteurs die bezwaar hebben tegen opname van hun artikel op de TZ-Internetsite van de NVvT dienen dit vooraf kenbaar te maken.
*Publicatiedata/productieplanning TZ verschijnt in de laatste week van de even maanden. Kopij voor het aprilnummer 2003 (TZ185) dient uiterlijk woensdag 26 maart 2003 bij het redactiesecretariaat te zijn. Alleen zeer urgente kopij van beperkte omvang kan nog tot twee weken voor de verschijningsdatum worden opgenomen. Hiervoor dient men contact op te nemen met de hoofdredacteur (email:
[email protected]).
42
ATTENTIE -
Contributies dienen te zijn voldaan vóór 15 februari van het verenigingsjaar (Huishoudelijk Reglement Art. 10). Nieuwe leden worden geacht de contributie door middel van de acceptgirokaart binnen 30 dagen na de factuurdatum te voldoen. Statutair loopt het verenigingsjaar van 1 januari tot en met 31 december (art. 8.1.). Opzegging van het lidmaatschap van de vereniging kan volgens de statuten (art 6.1b) slechts door schriftelijke opzegging vóór 1 december van het lopende verenigingsjaar. Reguliere opzegging bij de Ledenadministratie wordt schriftelijk bevestigd.
NAGEKOMEN Via het Watersportberaad is een rondschrijven ontvangen van de VROM inspectie Noord aan “diverse andere handhavingsdiensten” waarin inspecties worden aangekondigd bij bedrijven (werven, jachthavens, verhuurders, exploitanten van winterberging enz.) op het gebruik of de inkoop en toepassing van verboden antifoulings. Aan de diensten wordt gevraagd ook bij particulieren te controleren, in het bijzonder ‘s avonds na vijf uur en in het weekend, omdat uit ervaring bekend is dat veel eigenaren van pleziervaartuigen dan bezig zijn met het onderhoud van hun schepen. In twijfelgevallen moeten de inspecteurs monsters nemen die vervolgens gratis door VROM zullen worden geanalyseerd. Een lijst van twee pagina’s met toegestane en verboden antifoulings is bijgevoegd.
Overzicht van verfsoorten 9-12-2002 (ten behoeve van handhaving) Volledige informatie over toegelaten middelen op de Bestrijdingsmiddelenbank: www.ctb-wageningen.nl
International International International International International International International International Sikkens Sikkens Epifanes Epifanes Epifanes Epifanes Gijsman Epoxy Producten Ecoline Coatings BV W.Heeren & Zn Sealcoat Nederland BV te Laren (NH)
Toegestane verf voor pleziervaart (d.w.z. altijd tin/koper vrij, vaak ook biocidevrij)
Toelatingsnummer van het College toelating Bestrijdingsmiddelen (CTB)
Interspeed kopervrij Prima VC 17 M biocidevrij Veridian Waterways future Cruiser future Micron kopervrij Intersleek 745 (staat op de IMO lijst als erkend TBT alternatief) Chloorrubber AF 2000 SeIfpolishing 3000 Foul Away Lefant TF (zoet- en brakwater) Lefant SPF (zoet- en zoutwater) Lefanty H2000 (zoet- en zoutwater) Seathan
12055N 10692N - 12055N n.v.t n.v.t n.v.t n.v.t 1 2374N (nieuw per 2/11/2002) n.v.t. 10692N n.v.t n.v.t n.v.t. n.v.t n.v.t n.v.t.
EcoSOLID Werdol Kopervrij Sealcoat
n.v.t. n.v.t. n.v.t.
43
Touwen & CO BV te ZaandaM
Tenco Bottom Coat Brons
n.v.t.
Voor de pleziervaart niet toegestane koperhoudende verf International International International International International International International
VC 17 M Micron CSC Cruiser Superior VC Offshore Interspeed extra strong Interspeed Interspeed system 2
11402N I0976N 10975N 11564N en 10452N 12023 N 1221 3N 10290N
International International International International International International International International Chugoku Paint BV Chugoku Paint BV Chugoku Paint BV Chugoku Paint BV JotunBV Jotun BV Jotun BV Jotun BV Jotun BV Jotun BV Hempel Coatings BV Hempel Coatings BV Hempel Coatings BV Hempel Coatings BV Sigma Sigma Sigma Sigma Ameron
Interspeed 340 Interclene Super BCA 400 Interclene 155 Intersmooth 210 Intersmooth 220 Interviron super tin-free SPC Vinylantifouling VC Acgua 12 AF Seaflo Ravax AF Sea-tender 10 Seatender 8 Seaguardian Seamate HB 22 Seamate HB 66 Seamate SB 33 Seaprince Seaflo 15 Combic 71 99B Combic 7699B Combic 76990 Nautic H1 7690 Pilot Ecol Ecol 1154 HB Antifouling Sigmaplane TA ABC#4 antifouling
11858N 10590N 12022N 11728N 11705N 12021N 11648N 10948N 11 064N 11 532N 12029N 12028N 10593N 12099N 12067N 12098N 11244N 11063N 11419N 11528N 11937N 09661N 11717N 11459N 11113N 09905N 12176N
Voor de pleziervaart niet toegestane tinhoudende verf: Reeds jaren zijn alle tinhoudende producten niet meer toegestaan op pleziervaartuigen Lijst niet limitatief
44