STROEVE & LEMBERGER SINDS 1818
F u n d s ha re S t r o e v e Beheerd Bele ggen
januari 2015
Kwartaalbericht I NHOUD Samenvatting • De marktontwikkelingen in het vierde kwartaal van 2014
2
• Het beleggingsbeleid in het Groeifonds
4
• Het beleggingsbeleid in het Behoudfonds
6
• Het portefeuillemanagement
8
1
beleggingsbeleid
De marktontwikkelingen in het vierde kwartaal van 2014 De beleggingsresultaten
12,00
Koersontwikkeling Fondsen Groei en Behoud
De waarde van de participatie Fundshare Stroeve Beheerd Beleggen Groei ontwikkelde zich van € 10,74 eind 2013, naar € 11,81 aan het einde van het vierde kwartaal 2014, waarmee het netto beleggingsresultaat over 2014 uitkomt op 10,04%.
11,50
11,00
10,50
10,00
9,50 11-12
2-13
5-13
8-13
11-13 SBB Groei
2-14
5-14
8-14
11-14
SBB Behoud
Inleiding Het jaar 2014 was een goed beleggingsjaar, zowel voor aandelen als voor obligaties. De sterke Amerikaanse economie, het ruime geld- en rentebeleid van de Europese Centrale Bank en de resulterende opmars van de dollar tegenover de euro, zetten de beurzen hoger en lieten de rente in Europa dalen. De gebruikelijke onzekere factoren, zoals Griekenland, IS, Oekraïne en de sancties tegen Rusland, konden daar uiteindelijk geen afbreuk aan doen. Wij zijn optimistisch voor 2015, want ondanks de recente neerwaartse bijstelling van groeiramingen door een aantal internationale economische instituten, wordt op mondiaal niveau voor 2015 toch nog steeds een hogere economische groei verwacht dan in 2014. De divergentie in economische groei tussen Europa en Amerika neemt daarbij wel toe en voor de opkomende landen, zoals China, wordt wel een iets lagere groei verwacht. De lage rentes mede door de lage inflatie en de aanhoudende winstgroei van internationale bedrijven biedt goede kansen voor aandelenbeleggingen.
De marktontwikkelingen gedurende het vierde kwartaal In het afgelopen kwartaal hebben we grillige financiële markten gezien. Na een forse correctie medio oktober, volgde een zeer snel herstel van aandelenmarkten. Maar nadat begin december recordstanden werden bereikt op de internationale aandelenbeurzen, eiste de onzekerheid over de geopolitieke ontwikkelingen en de economische groei in Europa medio december opnieuw zijn tol. Per saldo waren de Amerikaanse aandelen, gemeten in euro, wederom de best presterende beleggingscategorie. Mede door de appreciatie van de dollar steeg die markt met ruim 8%, terwijl Europese aandelen nagenoeg onveranderd bleven. Ook de beurzen van de Emerging
2
De waarde van de participatie Fundshare Stroeve Beheerd Beleggen Behoud ontwikkelde zich van € 10,24 eind 2013, naar € 10,89 aan het einde van het vierde kwartaal 2014, waarmee het netto beleggingsresultaat over geheel 2014 uitkomt op 6,28%.
Markets registreerden een beperkt verlies van 0,3%. De vlucht van beleggers naar de veilig geachte havens drukte de rente op Duitse en Nederlandse obligaties opnieuw tot een historisch dieptepunt. Het rendement op 10 jarige Nederlandse staatsleningen daalde eind december naar het ongekend lage niveau van 0,7%. Staatsleningen in Europa konden dan ook 2% koerswinst laten zien, waarbij bedrijfsobligaties achterbleven. Op leningen met kortere looptijden is het effectief rendement op Duitse en Nederlandse staatsleningen zelfs negatief. Veel aandelenbeleggingen kennen een hoger dividendrendement, veelal van meer dan 2 procent. Zo had het aandeel Royal Dutch Shell medio december 2014, zelfs een dividendrendement van circa 6% op jaarbasis.
Prestaties in Euro's in %
Geheel 2013
Tweede halfjaar 2014
Vierde kwartaal 2014
Geheel 2014
Nederlandse staatsleningen
(2,08)
5,59
2,73
11,46
Europese staatsleningen in euro's
2,39
5,34
2,39
13,07
Aggregaat Europese obligatiemarkt (*IG)
2,17
4,77
2,20
11,10
Europese bedrijfsobligaties (*IG)
2,37
3,42
1,55
8,39
Internationale aandelen (MSCI World)
21,20
11,82
5,45
19,50 6,84
Europese aandelen MSCI
19,82
0,64
(0,15)
Aandelen in de eurozone
23,36
(1,22)
(0,21)
4,32
Amerikaanse aandelen
24,24
18,51
8,86
26,52
Aandelen Emerging Markets
(6,81)
4,27
(0,31)
11,38
6,54
4,58
6,53
23,07
Vastgoed Eurozone (EPRA) Grondstoffen (DJ UBS)
(13,49)
(12,32)
(8,24)
(5,53)
Fundshare SBB Groeifonds
6,16
5,07
4,31
10,04
Fundshare SBB Behoudfonds
0,77
1,41
0,71
6,28
* IG = Investment Grade
Ook Griekenland speelde in december weer een negatieve hoofdrol op de financiële markten. Er kon bij herhaling niet de benodigde meerderheid in het parlement worden gevonden voor het verkiezen van een nieuwe president. Daarom zijn voor 25 januari vervroegde verkiezingen uitgeschreven. Beleggers vrezen dat die verkiezingen gewonnen zullen worden door oppositiepartijen, omdat de bevolking bezuinigingsmoe is. Dit kan resulteren in heronderhandelingen met Europa en het IMF over de door hen opgelegde bezuinigingen.
hervormingen. Wij achten de kans op een positieve uitkomst van die besluitvorming, die eind maart plaats moet vinden, gering.
De Amerikaanse economie Voor de Verenigde Staten is het plaatje veel rooskleuriger. Men is daar nu 5 jaar uit de recessie. De acceleratie van de economische groei tot boven 3%, een laagblijvende inflatie (mede door technologische ontwikkelingen en een lagere olieprijs/shale gas) en een daling van het overheidstekort naar 2,6%, zorgen voor een positieve uitgangssituatie. Ook een verdere winstgroei van bedrijven draagt bij aan positieve vooruitzichten voor aandelen. De Amerikaanse beurs is niet goedkoop meer, maar de meeste maatstaven geven aan dat waarderingen ook niet excessief zijn. Natuurlijk mist de markt de steun van een expansief beleid van de Federal Reserve, de Amerikaanse centrale bank. En natuurlijk vreest de markt een herhaling van mei 2013, toen alleen al de aankondiging van het afbouwen van de marktsteun door de Federal Reserve leidde tot fors hogere rentes, wat op de beurs tot een schrikreactie leidde. Zolang, wat wij verwachten, het in 2015 bij een beperkte rentestijging blijft (in 2014 daalde de rente zelfs tegen eerdere verwachtingen in) als reactie op onveranderd positieve groeicijfers en zolang de inflatie onder controle is, zijn de uitgangspunten voor 2015 onveranderd positief.
De Europese economie In Europa ligt de consensus voor de economische groei voor 2015 juist boven 1%. De vooruitzichten zijn daarmee veel minder rooskleurig dan een jaar geleden, toen werd aangenomen dat ook Europa uit het economische dal zou klauteren. Het IMF schat de kans op een terugval in een recessie op 35-40%. De Europese Commissie voorzag begin december voor de eurozone een groei in 2015 van 1,0% (die eerder al was verlaagd van 1,7% naar 1,1%). De inflatie ligt beneden 0,5%, ruim onder het doel van 2% van de Europese Centrale Bank. In bijvoorbeeld Spanje is al langere tijd sprake van deflatie. Italië, als derde Europese economie, is weer in recessie. Frankrijk, de tweede economie, kent stagnatie, waarbij de noodzakelijke structurele aanpassingen uitblijven. En Duitsland, dat eerder als motor fungeerde, heeft last van de sancties tegen Rusland. Kortom, het gevaar is dus dat Europa afglijdt van een gematigde groei, naar een Japanscenario van langdurige stagnatie. De vraag is hoe politici hiermee omgaan, om te voorkomen dat Europa weer in een crisis belandt. Het Verenigd Koninkrijk en Griekenland zullen in 2015 de krantenkoppen zeker weer gaan halen. Zelfs een uittreden van Griekenland, hoewel dit een breuk zou zijn met het beleid dat enkele jaren geleden is ingezet, zal het voortbestaan van de euro niet in gevaar brengen. Wel zal de onzekerheid de markten tijdelijk parten kunnen spelen. Er zijn recent voor Europa twee positieve ontwikkelingen te melden. De olieprijs maakt dat de consument meer aan andere zaken te besteden heeft. De Eurozone zal door de lagere euro voorts profiteren van een herstel en verdere groei van de export. Dat maakt de Eurozone sterk van het buitenland afhankelijk, tenzij de politiek alsnog tot een Europees stimuleringsbeleid besluit in combinatie met structurele
Change from a year earlier in consumer-price indexes
De economie van de Emerging Markets Het IMF verwacht een economische groei van 5% in 2015. Hoewel de fundamentals gemiddeld gesproken dus goed zijn, tekent zich ook bij de Emerging Markets een tweedeling af tussen landen met overschotten op de betalingsbalans en de landen die van buitenlands kapitaal afhankelijk zijn. Vooral de tweede groep heeft het moeilijk bij dalende grondstoffenprijzen en een sterkere dollar. Veel Aziatische landen profiteren als netto-importeur van olie echter wel van de lagere energieprijzen en in die landen krijgt de economische groei een nieuwe impuls. China lijkt een harde landing te vermijden, maar een trend naar een lager groeipad met een maximale groei van 7 procent, mede ingegeven door hervormingen, lijkt onvermijdelijk. Politieke onzekerheid, problemen met funding en kapitaalbewegingen, kunnen voor aanzienlijke volatiliteit op de markten zorgen.
3
beleggingsbeleid
De olieprijs daalde de afgelopen maanden zeer fors. De prijzen van ruwe Amerikaanse olie en Brentolie daalden in 2014 met meer dan 40%! De lagere olieprijs heeft te maken met de combinatie van Amerikaanse productie van olie- en schaliegas en de onderlinge onenigheid van OPEC-leden die niet tot een productieverlaging kunnen besluiten. Hoewel de meeste economen het erover eens zijn dat goedkope olie uiteindelijk de wereldwijde economische groei ten goede komt, de gemiddelde schatting ligt inmiddels op +0,5%, baarde de vrije val van de olieprijzen beleggers medio december vooral zorgen. Terwijl de westerse sancties de toegang van Rusland tot buitenlands kapitaal beperkt, trok de lage olieprijs een zware wissel op de energie-afhankelijke Russische economie en kwam de roebel in een vrije val.
B e h e e r d B e l e g g e n G ro e i
Beleggingsbeleid Stroeve Beheerd Beleggen Groei De koers van het Groeifonds steeg in het vierde kwartaal met 4,31% tot € 11,81. Hierdoor kwam de performance van het Groeifonds voor het gehele jaar 2014 uit op 10,04%. Het belegde vermogen bedroeg eind 2014 € 7,8 miljoen tegenover € 6,9 miljoen een jaar eerder. De aandelenbeurzen in het vierde kwartaal Ook in het vierde kwartaal was de Amerikaanse aandelenbeurs (+8%) de koploper qua performance gemeten in euro. De stijging van de dollar was daar voor de helft debet aan. In Europa bewogen de beurzen per saldo zijwaarts en in de Emerging Markets kon de valuta de verliezen op de aandelen niet helemaal goed maken. Een dergelijk korte samenvatting laat niet het meest kenmerkende zien van wat zich afspeelde. De beurzen toonden zich namelijk sterk beweeglijk. Bijvoorbeeld, de AEX, de Nederlandse beursindex, stond eind september op een niveau van 421. Vervolgens vond binnen 3 weken een daling plaats tot 366 op 16 oktober, een stijging tot 431 op 5 december, een daling tot 396 medio december, om het jaar te eindigen op 424. Dergelijke forse bewegingen van vele procenten, zo kort op elkaar, lijken een fenomeen waar we ook in 2015 rekening mee zullen moeten houden.
Het beleggingsbeleid in de groeiportefeuille en de vooruitzichten voor 2015 In het vierde kwartaal van 2014 bleef de nadruk van de aankopen liggen op de Verenigde Staten. Naast de hieronder genoemde individuele aandelen werden tevens de posities opgehoogd in enkele ETF’s. Deze richten zich op momentumaandelen en op aandelen van bedrijven die actief eigen aandelen inkopen. De onderweging in Europese aandelen werd iets teruggebracht door aankoop van een brede Europese marktindex (Stoxx 600). Daarentegen werden de posities in de Emerging Markets flink verminderd op het moment dat, door de geopolitieke onzekerheden, kapitaal uit die landen werd weggetrokken. Aan het einde van 2014 bleef de portefeuille nagenoeg vol belegd. De liquide middelen bedroegen 4%. Bij de aandelenbeleggingen lag de nadruk op de VS (44%), gevolgd door Europa (23%) en Emerging Markets (15%), wereldwijde aandelen (13%). Resteert een kleine positie van 1% in commodities. Aandelen blijven ook in 2015 onze favoriete beleggingscategorie. Aangezien de divergentie in de economische vooruitzichten tussen landen groter wordt en de markten minder dan voorheen steun zullen ondervinden van de centrale banken, voorzien we een uitdagend beursklimaat. We zien dat de volatiliteit toeneemt, zeker bij small- en midcap als winstverwachtingen neerwaarts worden bijgesteld. In onze
4
Onderverdeling in Regio
Geen regio (4.1 %)
Opkomende Markten (14.6 %)
Europa (23.4 %)
Overig (14.1 %)
Noord Amerika (43.7 %)
aandelenselectie voor 2015 zullen we, uitgaande van het centrale scenario van ongelijke economische groei, cyclische aandelen onderwegen. Bedrijven met een eigen niche, die minder gevoelig zijn voor de stand van de economie (noem het “all weather”-aandelen), hebben onze voorkeur. We denken dan vooral aan sectoren als technologie en health care en aan grotere ondernemingen met veel liquide middelen, die de mogelijkheid hebben om dividend te verhogen of aandelen in te kopen. Wij blijven ook vasthouden aan een ruime selectie van Amerikaanse aandelen, die over het algemeen een sterker winstmomentum kennen dan Europese aandelen. De wat hogere waarderingen in de VS, ten opzichte van Europese aandelen, achten wij gerechtvaardigd.
Toelichting op de aankoop van individuele aandelen De volgende aandelen zijn in het vierde kwartaal van 2014 aangekocht en waren aan het einde van het kwartaal nog in de portefeuille aanwezig.
De halfgeleiderindustrie gaat voort op de weg van miniaturisatie, waarbij de complexiteit van de technologie nog steeds verder toeneemt en ook de kosten fors stijgen. ASML weet vooruitgang te boeken in dit proces door de Extreme Ultraviolet, EUV-technologie. Na een lange ontwikkelperiode slaagt de chipsmachinefabrikant ASML er waarschijnlijk in
Het is echter niet waarschijnlijk dat de Franse regering Vinci voor het hoofd zou willen stoten. Daarnaast zullen Europese overheden, om de economische groei wat meer te stimuleren, hun investeringen in infrastructuur uitbreiden. Daar zullen de cyclische bouwactiviteiten van Vinci zeker van profiteren. De recente correctie van de koers van het aandeel, beschouwden wij als een gunstig instapmoment.
Nielsen Holding is een informatie- en databasebedrijf dat consumentenvoorkeuren, mediagebruik en de effectiviteit van marketingacties in beeld brengt in meer dan 100 landen, onder meer door ratings. Naast de traditionele media (tv e.d.) richt Nielsen zich ook steeds meer op de interactieve, mobiele wereld. In het laatst gerapporteerde kwartaal liet Nielsen een groei van de omzet van meer dan 13% zien, ten opzichte van dezelfde periode in het voorafgaande jaar. Daarbij werden de winsttaxaties van analisten opnieuw overtroffen.
Micron Technology Inc is een Amerikaanse specialist in het maken van geavanceerde RAM chips, semiconductors en levert daarnaast netwerkoplossingen aan bedrijven. Het bedrijf heeft een marktkapitalisatie van 36 miljard dollar en behoort daarmee tot de NASDAQ 100. Dit aandeel heeft ten opzichte van de peers binnen de sector, een relatief lage koerswinstverhouding van 11,77 en een k/w voor eind 2015 van $ 9,02. De winstgroei wordt geraamd op 49% voor dit jaar en daarmee laat het bedrijf dus een forse groei zien. Ook de omzet neemt dit jaar toe met 11%. Het bedrijf heeft 84% eigen vermogen, wat betekent dat het weinig schulden heeft. Analisten geven een gemiddeld koersdoel van $ 42,42 en de huidige koers is $ 33,77. Daarmee is Micron Technology een value- en groeiaandeel tegelijk en om die reden erg aantrekkelijk.
Cerner richt zich op de ICT in de zorgsector, onder meer met het beheer van elektronische patiëntendossiers. Cerner richt zich met de verwerking van Big Data op personalized health en op de toename van de productiviteit in de zorgsector. Het Amerikaanse Cerner is op dit gebied al één van de grootste ondernemingen ter wereld. Cerner heeft in 2014 de afdeling Health Services (HS) van Siemens overgenomen en daarmee kan het haar positie in Europa verder vergroten. Door het Amerikaanse zakenblad Forbes wordt het concern als één van de meest innovatieve ondernemingen gezien. De groeiperspectieven en de waardering van het aandeel zijn aantrekkelijk.
Ecolab is een van oorsprong Amerikaanse, wereldwijde leverancier van watermanagement- , hygiëne- en energietechnologieën en leverancier van diensten aan de voedingsindustrie, horeca en gezondheidszorg, de energiesector en industriële markten. Vanwege de relatie met de energiesector kwam de koers van het aandeel in december onder druk te liggen, maar wij achten dat een instapkans. Het aandeel heeft uitstekend gepresteerd ten tijde van de recessies. Ecolab heeft sinds 1985 ieder jaar het dividend verhoogd, de afgelopen 5 jaar met gemiddeld 15%.
Het van oorsprong Franse Vinci SA is het grootste bouwbedrijf ter wereld, dat ook buiten de bouwnijverheid veel activiteiten onderneemt. De activiteiten variëren van het beheer van allerlei typen vastgoed zoals de Autoroutes, parkeergarages, de exploitatie van vliegvelden, openbaarvervoervoorzieningen, tot energievoorzieningen. Vinci weet, ondanks de malaise in Europa en Frankrijk, een groei van de winst per aandeel van zo’n 3% à 4% te realiseren. Aan de trend van neerwaartse bijstellingen van omzet- en winstramingen lijkt een einde te komen. Het aandeel kwam recent onder druk vanwege geruchten dat de Franse overheid zou willen heronderhandelen over de concessies van de tolmaatschappijen en deze mogelijk zou willen renationaliseren.
De volgende aandelen die aan het eind van het derde kwartaal in de portefeuille aanwezig waren, zijn door de beheerder in de loop van het kwartaal verkocht. Het betreft IBM, Amazon.com, Sanofi, Prosafe, Qualcomm en SES.
Stroeve Beheerd Beleggen Groei SBB Groei kent een offensief profiel, gericht op een zo hoog mogelijk rendement. SBB Groei belegt in meerdere beleggingscategorieën zoals aandelen in Europa en Amerika, Emerging Markets-aandelenfondsen, vastgoedbeleggingsfondsen, grondstoffenfondsen en goud. De portefeuille wordt actief beheerd en daarbij vindt een brede spreiding plaats om de risico’s te beperken. Afhankelijk van onze marktvisie, scenarioanalyse en relatieve waardering zullen activa, regio’s of valuta binnen de portefeuille een groter tactisch gewicht krijgen ten opzichte van de strategische (normale) allocatie en wordt ingespeeld op de financiële marktomstandigheden. De nadruk zal in dit fonds evenwel altijd liggen op het beleggen in aandelen en aandelenfondsen. Na uitvoerige analyse van macroeconomische indicatoren en trends zoals ‘flow of funds’, wordt daarbij ook gekeken naar bottom-up-signalen, door analyse van bedrijfsresultaten en naar de waardering van individuele aandelen uit diverse regio’s. In de regio’s Europa en de VS wordt veelal direct in aandelen belegd, bij beleggingen in Emerging Markets en in grondstoffen wordt gebruik gemaakt van de specifieke expertise van fondsmanagers.
5
B e h e e r d B e l e g g e n G ro e i
om deze technologie in 2016 commercieel naar de markt te brengen. ASML heeft wereldwijd een zeer sterke marktpositie en het heeft zeer nauwe banden met enkele grote afnemers, zoals Intel en Samsung, die beiden ook investeren in de R&D van ASML. De verwachting is dat ASML tegen 2020 de omzet gaat verdubbelen en dat ook de winst per aandeel opnieuw heel sterk zal gaan groeien.
Beheerd Beleggen Behoud
Beleggingsbeleid Stroeve Beheerd Beleggen Behoud De risicomijdende Behoudportefeuille kon ook het vierde kwartaal van 2014 met een positief resultaat afsluiten. De koers steeg met 0,71% zodat het jaarresultaat op 6,28% uitkwam. Het vermogen onder beheer Verdeling portefeuille in de risicomijdende sfeer, steeg verder en bedraagt eind 2014 € 6,7 miljoen. Stroeve Beheerd Beleggen Behoud per 30 september Inleiding
verwachtingen in) als reactie op onveranderd positieve groeiOok in het vierde kwartaal daalde de rente in de VS en in cijfers en zolang de inflatie onder controle is, zien wij, mede op Europa. Het effectieve rendement op 10 jaars staatsleningen historische gronden, geen forse schikreactie op de rentemarkt. in de VS daalde met 0,3% tot 2,2%. In Europa was de rentedaling nog wat groter. In Nederland liep de rente op 10 jaars Verdeling portefeuille in de risicomijdende sfeer, staatsleningen terug van 1,1 naar 0,7%. De rentedaling is Stroeve Beheerd Beleggen Behoud per 30 september 2014 vooral in de VS opmerkelijk. De Amerikaanse centrale bank, de Bedrijfswaarden ( 3,8% 6,6% Federal Reserve, heeft inmiddels het additioneel opkopen van Bedrijfswaarden H 1,5% Verdeling portefeuille in de risicomijdende sfeer, 20,0% Stroeve Beheerd Beleggen Behoud per 30 september 2014 obligaties beëindigd en de markt mist nu die steun. Verder Bedrijfswaarden I 30,3% Bedrijfswaarden I heeft zij in het laatste perscommuniqué de bewoordingen Europese Staatsle 7,3% gewijzigd. Waar eerst werd gesproken over “considarable Verdeling portefeuille in de risicomijdende sfeer, Garantienote 100 time” tot de eerstkomende renteverhoging, spreektStroeve menBeheerd Beleggen Behoud per4,5% 30 september 1,3%2014 Note met beperkt nu over “patient”. De markt verwacht daarom dat binnen de 2,9% 4,9% Emerging Markets komende 6 maanden de eerste renteverhoging een feit zal zijn 16,9% Bedrijfswaarden (via indexbeleggingen) 3,8% 6,6% Liquiditeiten en dat de rente eind 2015 met 1% tot 1,5% zal zijn gestegen. Bedrijfswaarden High Yield Euro (via index) 1,5% 20,0% 30,3%
Ook in Europa wijzigde de terminologie van de centrale 3,8% 6,6% bank zich. Men omschreef de mogelijkheid van het opkopen 1,5% 20,0% van staatsleningen eerst met het woord “expected” waar nu “intended” wordt gebruikt. De markt verwacht dat de kans op 7,3% 4,5% De 1,3%rentedaling in een dergelijke actie daarmee is gestegen. 2,9% het vierde kwartaal was overigens vooral het gevolg16,9% van de 4,9% toegenomen politieke onzekerheden in de wereld. Belangrijk waren de ontwikkelingen in Rusland en in Griekenland waarover al eerder in dit verslag is geschreven. De flight naar safety op de markten speelde bij de rentedaling een belangrijke rol.
Visie op de rentemarkt in 2015 In de Verenigde Staten mist de markt de steun van een expansief beleid van de Federal Reserve, de Amerikaanse centrale bank. En natuurlijk vreest de markt een herhaling van mei 2013, toen alleen al de aankondiging van het afbouwen van de marktsteun door de Federal Reserve tot fors hogere rentes aanleiding gaf, wat op de beurs tot een schrikreactie leidde. Zolang, wat wij verwachten, het in 2015 bij een beperkte rentestijging blijft (in 2014 daalde de rente zelfs tegen eerdere Rente 10-jarige leningen (in %)
ult. Dec. 2013
ult. Juni 2014
Nederlandse Staat
2,23
1,48
1,09
0,69
Duitsland
1,93
1,25
0,95
0,54
Italie
4,13
2,85
2,33
1,89
Spanje
4,15
2,66
2,14
1,61
USA
3,03
2,53
2,49
2,17
6
ult. Sept. 2014
ult. Dec. 2014
7,3% 4,5%
1,3%
Bedrijfswaarden (via indexbeleggingen) Bedrijfswaarden High Yield Euro4,9% (via index) 16,9% Bedrijfswaarden Individueel Euro Bedrijfswaarden Individueel USD Europese Staatsleningen (via index) Garantienote 100% Note met beperkte hoofdsomgarantie Emerging Markets Loc.Currency Bonds Liquiditeiten Achtergestelde leningen Var.rentende lening
2,9% 30,3%
Bedrijfswaarden Individueel Euro Bedrijfswaarden Individueel USD
Europese Staatsleningen (via index)
Achtergestelde le Var.rentende lenin
Garantienote 100% Note met beperkte hoofdsomgarantie Emerging Markets Loc.Currency Bonds Liquiditeiten Achtergestelde leningen Var.rentende lening
ECB-watchers menen dat de aankoop van staatsobligaties door de ECB in 2015 onvermijdelijk is, omdat andere maatregelen tot dusver onvoldoende effect sorteerden. Zo viel in december ook de omvang tegen van de tweede veiling van de zogenoemde TLTRO-leningen, ofwel ‘Targeted Longer Term Refinancing Operations’. Ook dit programma van de ECB is bedoeld om banken aan te sporen meer krediet te verstrekken. Banken kunnen bij de TLTRO-faciliteit leningen tot eind september 2018 krijgen tegen een gunstige rente van 0,15%. De tegenvallende inschrijvingen is een reden om in de eerste helft van 2015 een grootschalig opkoopprogramma van staatsobligaties op te starten. Een andere reden voor de aankopen zijn de aanhoudend lagere inflatiecijfers en de haperende economische groei, al is die laatste factor niet iets waar de ECB zich officieel mee bezighoudt. In het jargon van economen wordt deze aankoop van staatsobligaties ‘QE’ of kwantitatieve verruiming genoemd, maar je zou ook kunnen zeggen dat dit een eufemisme is voor het ‘het laten draaien van de geldpers’. De president van de ECB, Mario Draghi, heeft gezegd de balans van de ECB met € 1000 miljard te willen vergroten naar circa € 3000 miljard. Er wordt dan door de centrale banken voor honderden miljarden geld bijgedrukt om de staatsleningen op te kopen. Sommige markpartijen
Rendement in %
2013
3e kwartaal 2014
1e drie kwartalen 2014
Aggregat Europese bedrijfsobligaties (IG*)
2,37
8,40
1,55
(Markit iBoxx-index) Euro Bedrijfsobligaties High Yield
7,85
4,03
0,53
(10,56)
(4,65)
(5,13)
Barclays Em. Markets Local Currency Staatsleningen in USD (Barclays-index) EuroAgg Treasury
13,13
2,76
11,46
2,74
Europese staatsleningen
2,39
13,07
2,39
Netherlands Cash Indices 1 maands LIBOR
0,08
0,13
0,00
Netherlands Cash Indices 1 maands LIBOR
0,14
0,21
0,01
rekenen op een aankoop van 20-25% van de uitstaande Duitse staatsleningen met een middellange looptijd. Tegenstanders van deze maatregel stellen dat de verkopers van die leningen hun geld alleen maar herbeleggen in ander vastrentend papier en aandelen, en niet, zoals de ECB zegt te beogen, gebruiken om de kredietverlening uit te breiden. Zij zien alleen maar de prijzen van aandelen en vastrentend papier omhoog schieten. Ondanks deze hoge inflatie op de vermogensmarkten, blijft de gewone inflatie (van de reële economie) toch nog steeds dalen. Met het nieuwe geld wordt de economie niet aangezwengeld, omdat de banken eerder nog minder dan meer krediet verlenen, hoe goedkoop het geld voor hen ook is. Tot nu toe werd de kredietverlening steeds afgeremd door de hogere kapitaalbuffers die banken moeten aanhouden. Inmiddels is de ECB, vanaf november 2014, ook de toezichthouder voor de grootste banken van de eurozone. In dit kader is in oktober 2014 een grootschalig balansonderzoek afgerond, waaruit voor slechts een beperkt aantal banken een kapitaaltekort bleek. Veel beleidsmakers hopen dat QE, ondanks genoemde bezwaren, toch voor meer consumptie en investeringen zorgt. Bijkomend effect van QE is ook dat de euro goedkoper zal worden. Vanwege de hogere prijzen buiten de eurozone ‘importeer’ je ook direct inflatie en krijgt de export uit de eurozone de wind in de rug. De Duitsers zijn steeds tegen de aankoop van staatsobligaties geweest vanwege de zogenoemde ‘moral hazard’. Door deze financiële bijstand verdwijnt de prikkel voor de Zuid-Europese landen en Frankrijk om hun economie te hervormen. De overige Europese landen werpen echter tegen dat Duitsland zelf meer zou moeten doen om de binnenlandse consumptie te stimuleren. Duitsland stevent echter zelf af op een begrotingsoverschot in 2015 en het heeft ook een fors overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans (exporten minus importen). Ondertussen slaagt Frankrijk er niet in het begrotingstekort terug te dringen, komt men begrotingsafspraken niet na, blijven wezenlijke structurele hervormingen ook nog steeds achterwege en wordt de roep om een stimulerend beleid steeds luider. Voor de Europese rentemarkt zijn er dus twee tegengestelde tendensen. Aan de ene kant de Europese Centrale Bank die de rente laag wil houden. Aan de andere kant steeg de rente in Europa nagenoeg altijd mee met die in de Verenigde Staten, zij het op afstand. Wij denken dat, door de aankopen van de
Daarnaast zullen, vanwege de zoektocht naar rendement, hoger renderende obligaties in de belangstelling van de belegger blijven staan op momenten dat de volatiliteit beperkt is. Emerging Markets obligaties zijn op momenten dat de markt nadenkt over een rentestijging in de VS uit de gratie. We hebben dat tussen mei en september 2013 gemerkt toen er een flinke uitstroom van kapitaal uit die regio plaatsvond. High yield obligaties in Europa blijven aantrekkelijk in tegenstelling tot die in de VS waar die markt een nauwe band heeft met de oliesector. Als uw beheerder zullen wij ook in 2015 de mogelijkheden benutten die de markten ons ongetwijfeld zullen bieden. Als veiligheid vooropstaat blijven staatsleningen interessant. Als de rente in de VS sterk gaat stijgen zijn leningen met een variabele coupon koopwaardig. De rente zal met de huidige inflatie wel laag blijven, dus voor inflation linked bonds lijkt het nog wat te vroeg. En voor de hoogrentende (high yield) obligaties en bedrijfsobligaties zal het additionele rendement dat hier te behalen is zeker de belangstelling van de markt houden.
Stroeve Beheerd Beleggen Behoud De voornaamste doelstelling van SBB Behoud is een buffer te vormen die bescherming biedt in tijden dat aandelenmarkten slecht presteren. Een andere belangrijke doelstelling is om inkomen te genereren met de beleggingen. Een strakke risicobeheersing staat voorop. Dit betekent dat wij in tijden van lage effectieve rendementen op leningen ons niet volledig kunnen richten op riskante obligaties in het zogeheten ‘high yield’-segment, of op obligaties uit de Emerging Markets om een hoger rendement te behalen. In een breder gespreide portefeuille vinden wij beleggingen in deze categorieën, mits begrensd, wel acceptabel. SBB Behoud belegt in staatsobligaties, maar ook in bedrijfs- en bancaire obligaties, waarbij de keuze afhankelijk is van de aantrekkelijkheid van de risico-opslag (‘spreads’), afgezet tegen de additionele (debiteuren)risico’s. Ook kan worden belegd in zogeheten ‘Inflation-linked bonds’ en in variabel rentende leningen. Een voordeel van SBB Behoud is dat we voor onze cliënten veelal in individuele namen, vermogenstitels, kunnen beleggen, dus ook in ‘institutionele’ obligaties met coupures van meer dan €100.000,- bij uitgifte kunnen handelen. Wij werken bij het beheer met een visie op de renteontwikkeling en op looptijden (‘modified duration’) en wij houden ook nauwlettend de vraag en aanbod-verhoudingen (‘flow of funds’) in het oog. Kort samengevat, het behoud van vermogen en een stabiel rendement staan voorop bij het beheer van dit fonds.
7
Beheerd Beleggen Behoud
2,24 (2,08)
Nederlandse staatsleningen
Europese Centrale Bank, de tijd van rentestijging hier nog zeker meer dan een jaar weg is en dat derhalve de Europese rentemarkt zich loskoppelt van de Amerikaanse. De divergentie in het rentebeleid zal dus vooral tot uitdrukking komen in een sterkere dollar. Daarbij zal de markt een voorkeur hebben voor staatsleningen op momenten dat er zich in Europa politieke spanningen manifesteren, bijvoorbeeld zoals in Griekenland.
P o rt e f e u i l l e m a n ag e m e n t
Met de fondsen Stroeve Beheerd Beleggen, FundShare SBB Groei en FundShare SBB Behoud, staat het eigen beleggingsbeleid van Stroeve & Lemberger Vermogensbeheer centraal. Met FundShare (www.fundshare.nl) heeft Stroeve & Lemberger een platform en een partner gevonden om dit te realiseren. FundShare heeft een state-of-the art infrastructuur, zodat de kosten van beleggen laag zijn en de fondsen volledig transparant zijn. Stroeve & Lemberger Vermogensbeheer heeft daarbij gekozen om niet voor ieder risicoprofiel een afzonderlijk fonds op te richten, maar voor een tweetal fondsen, een risicovol en een risicomijdend fonds. Iedere belegger kan dan een eigen keuze maken voor ieder gewenst risicoprofiel, door een combinatie van deze twee fondsen. Dit heeft als voordeel dat u meer flexibel bent en kunt schuiven afhankelijk van uw behoefte, uw risicobeleving of de vooruitzichten voor financiële markten. Stroeve & Lemberger beschikt over een vergunning van de AFM. Op de website www.stroevelemberger.nl/sbb treft u bij Stroeve Beheerd Beleggen alle informatie aan over de 2 beleggingsfondsen. Dat betreft de prospectus, de Factsheet en de Essentiele Beleggers Informatie.
Het portefeuillemanagement is in handen van Evert Zaat, Cok Inden, Tom Stroeve en Wim Zwanenburg. De algemene richting van het aan- en verkoopbeleid in de portefeuilles ligt bij Evert Zaat. Hij is binnen de directie van Stroeve & Lemberger verantwoordelijk voor het beleggingsbeleid. Voor het Behoudfonds wordt het dagelijks beleid mede bepaalt en uitgevoerd door Cok Inden. Voor het Groeifonds neemt Tom Stroeve die taak op zich. Wim Zwanenburg is adviseur van beide beleggingsfondsen. Hieronder treft u meer informatie aan over de portefeuillemanagers.
Evert Zaat, macro-econoom en MSc. verzekeringskunde en financial planning, begeleidt zijn cliënten en stuurt het beleggingsbeleid van Stroeve & Lemberger aan. Evert’s leerscholen waren het Ministerie van Financiën en De Nederlandsche Bank. Al zo’n 20 jaar bekleedt hij leidinggevende functies. Evert heeft grote belangstelling voor Behavioral Finance, de psychologie van de particuliere belegger. Daarom staan transparantie en communicatiekracht voor hem centraal in dit vertrouwensvak. Evert Zaat Directeur
Cok Inden is een snel denkende en schakelende, door alle ontwikkelingen in het effectenvak gevormde praktijkman. Hij stond vele jaren lang met beide voeten op de beursvloer: van zijn start als pure beginner, tot functies als directeur en (mede) - eigenaar van meerdere hoekmansbedrijven. Op 43-jarige leeftijd neemt Cok afscheid van het hoekmansvak om zijn loopbaan als beleggingsadviseur voort te zetten. Eerst bij Theodoor Gilissen Bankiers en sinds 2006, als senior beleggingssadviseur, voor Stroeve & Lemberger. Cok Inden Senior vermogensadviseur
Tom Stroeve, inmiddels als zevende generatie Stroeve werkzaam in het effectenvak, is sinds mei 2013 verbonden met Stroeve & Lemberger. Na zijn studie geschiedenis aan de UvA, kreeg Tom een gedegen opleiding in het beleggingsvak bij BinckBank. Tom was er actief als broker en coördinator van de Alex Academy, waar hij verantwoordelijk was voor alle klassikale- en onlinetrainingen. Tom Stroeve Beleggingsadviseur
De econoom Wim Zwanenburg is onze lead beleggingsstrateeg bij Stroeve & Lemberger. Een man met een helikopterview, een gepassioneerde professional en een zorgvuldige denker. Na zijn studie werkte hij enkele jaren in diverse beleggingsfuncties bij ABN Amro en Mees Pierson. Daarna was hij lid van meerdere beleggingscommissies van Bank Degroof. Als beleggingsstrateeg treedt Wim, namens Stroeve & Lemberger, regelmatig op bij BNR Nieuwsradio. Wim Zwanenburg Senior Beleggingsstrateeg Op deze publicatie is een disclaimer van toepassing. Deze kunt kunt u lezen op onze website www.stroevelemberger.nl/publicaties/disclaimer.
Stroeve & Lemberger Vermogensbeheer T +31 (0) 294 492 592 Weesp www.stroevelemberger.nl •
[email protected]
8