qt ,q14r ,.!r.I,,
DE KOSTERSTEEN
"
DE KOSTERSTEEN Nummer 91 Februari 2005
Harselo, Belangwekkend archeologisch onderzoek in de Kraats Cees Heitink
Kasteel Harselo in 1731; pentekening van Pronck
Veel lezers en lezeressen van De Kostersteen zijn er al van op de hoogte: na een uitgebreide archeologische verkenning door vrijwilligers van de Archeologische Werkgemeenschap Nederland (A.W.N.) afdeling 17, is het sinds kort mogelijk geworden een reconstructie te maken van de ligging en de contouren van kasteel Harselo. De presentatie van het onderzoek op Open Monumentendag 2004 trok honderden bezoekers die de met linten uitgezette omtrek van het kasteel wel eens wilden bekijken. Velen werden daarbij verrast door de ontdekking dat het zo bekende Poortgebouw (Harsloweg 5) niet meer dan een (verbouwde) buitenpoort is van het kasteel. De werkelijke toegangspoort en het verdere complex ligt een stuk verderop in de wei. Drukkerij Modern te Bennekom
1
De contouren van het kasteel met torens worden ter gelegenheid van Open Monumentendag 2004 uitgezet met jalons (bakenstokken) en lint. Links op de foto is de schaapskooi zichtbaar en een gedeelte van het poortgebouw.
De voorbereidingen voor dit voor Bennekom belangrijke onderzoek zijn in 2002 in stilte gestart. Dit na een verzoek van de eigenaar van de weidegrond, Wim Kroesbergen, die via een tussenpersoon ondergetekende (ook A.W.N.-lid) benaderde. De familie wilde graag weten wat er nog aan overblijfselen restte en waar het kasteel nu precies gelegen heeft. Overleg met betrokkenen, formulering van de onderzoeksdoelstellingen en het opstellen van een programma van (kwaliteits-)eisen leidden uiteindelijk tot een concrete opdracht aan de plaatselijke (regionale) afdeling van de A.W.N. met als projectleider de ervaren Bennekomse amateur-archeoloog Wim Angenent.
2
Een uniek project, gezien de enige jaren geleden ingestelde regelgeving rond archeologie (de uitwerking van het zogenaamde Verdrag van Malta) waardoor zelfstandig archeologisch onderzoek alleen nog aan professionele archeologen is toegestaan. Voor de amateurs, hoe ervaren en erkend ook, is in deze constellatie alleen nog een ondersteunende rol weggelegd. Groot is dan ook de dank aan de adviseur archeologie van de gemeente Ede, mevrouw drs. S.J.H. van der A die de formele verantwoording voor het project op zich heeft genomen en zo de amateurs van de A.W.N. een kans heeft gegeven zich in de door het Verdrag van Malta ontstane nieuwe situatie te profileren.
Het veldwerk heeft plaatsgehad van juni 2003 tot december 2003, de aansluitende vondstverwerking en verdere uitwerking van de gegevens tot april 2004. Vijftien amateurs hebben meegeholpen met de boringen, een zestal anderen met het verwerken van alle vondsten, meer dan driehonderd zakjes met archeologisch materiaal en vele aantekeningen en schetsen van de bodemopbouw. Tenslotte zijn alle opgedane inzichten verwerkt in een uitgebreid onderzoeksverslag dat op Open Monumentendag 2004 tijdens een feestelijke bijeenkomst op het terrein van Harselo officieel is aangeboden. Of er in de toekomst nog
nader onderzoek gedaan zal worden en er wellicht fundamentresten zichtbaar kunnen worden gemaakt is nog onduidelijk. In ieder geval komt er, naar ik hoop, een paneel aan de rand van het weiland zoals dat bijvoorbeeld ook bij De Harn is neergezet. Maar ook dit moet nog opgepakt worden. Wim Angenent doet in het volgende artikel verslag van de belangrijkste bevindingen, met een reconstructietekening van de gevonden plattegrond. Wie benieuwd is naar het gehele onderzoeksverslag kan contact opnemen met W.C. Angenent (tel. 416275).
Kasteel Harselo , verdwenen , maar niet vergeten Wim Angenent
Om Harselo in een historisch perspectief te plaatsen, moeten we terug gaan naar de Karolingische tijd, ca.750 tot 900 na Chr., toen de Gelderse Vallei nog een onbegaanbaar gebied was. Er zijn archeologische vondsten gedaan in de omgeving van het latere kasteel Harselo, die wijzen op vaste bewoning in die tijd. De woongronden in het gebied tussen Wageningen en Lunteren met de oudste brinken op een aantrekkelijke hoogte van 14 m+ N.A.P. waren al in gebruik. Vermoedelijk zijn de bewoners van deze streek, een langzaam groeiende boerenbevolking, ook naar de lagere vlakke gronden van de Gelderse Vallei getrokken en hebben er het land ontgonnen. De ontginning van dit gebied heeft veel menselijke arbeid
gevraagd. Voor Harselo wordt over 30 tot 50 mensen gesproken. De mensen zijn gaan wonen tegen en op de dekzandruggen, die duizenden jaren geleden tegen de oostelijke stuwwal zijn opgewaaid. De oudste vermelding van Harselo dateert van 1301. Deze bron vermeldt “een zekere Brant van Herleslo als borg bij een tiend te Bennekom.” (Das, 1975). In de benaming Herleslo zou de persoonsnaam Hariso schuil kunnenen gaan, zodat Harselo kan betekenen “bos van Hariso”. De boeren die deze hoeven exploiteerden, waren verplicht tot leveranties aan de grootheer en het verrichten van handen spandiensten. Vermoedelijk zijn boerderijen als de Gampel, de Harn, Raven en Dickenes de opvolgers van deze hoeven.
3
Topografische situatie. Er zijn twee dekzandruggen; de Kraatsweg en de Krommesteeg lopen over de noordelijke rug, de Lange steeg over de zuidelijke rug.
Harselo had ook nog een verdedigingsfunctie tegenover de bisschop van Utrecht. Hier was de invloed van de Graaf van Gelre, die langdurig verwikkeld was in een strijd met de bisschop van Utrecht, duidelijk aanwezig. Rhenen was door zijn ligging aan de uiterste zuidoostpunt van het bisdom Utrecht geroepen om een grensvesting te bouwen. Hiervoor werd in 1158 het kasteel De Horst gebouwd, in opdracht van bisschop Godfried, tegen de aanvallen van Gelre. Ook een andere sterkte, de Levendaal of Laar, een kasteeltje ten Oosten van de Horst, was een vooruitgeschoven
4
post van het Sticht. Op een vergelijkbare wijze zijn er als tegenwicht aan de oostelijke kant van de Gelderse Vallei, de Kraats, vele versterkte boerderijen gebouwd, zoals Tarthorst en de hierboven genoemde Bennekomse boerderijen, soms met een stenen kamer die geborgenheid gaf (bijvoorbeeld De Harn). In deze context zijn Harselo en Hoekelum uitgegroeid tot kastelen. Voor Harselo wijst het A.W.N.-onderzoek 2004 in de richting van een eenvoudige versterkte houten hoeve met poort, toren en gracht. Wat Hoekelum betreft, denkt men aan een jachthuis, in een vroege verschijning.
Bodemkundige situatie. Duidelijk zijn de dikke esdekken op de twee dekzandruggen zichtbaar Daaromheen liggen de dunnere beekeerdgronden Helemaal linksonder zien we de echte veengronden. Opvallend is de ‘hap’ in het esdek waar Harselo ligt. Aan de noordzijde van dit esdek vinden we overigens een soortgelijke ‘hap’.
Deze ‘kastelen’ werden meestal niet door de heer zelf bewoond, maar door een boer of jagermeester, die de status van pachter had. Harselo, waarvan de buitenpoort (het zogenaamde poortgebouw) nog aanwezig is, was een allodiaal bezit, hetgeen betekent dat de bezitter geen leenhulde verschuldigd was aan een andere adellijke persoon, bijvoorbeeld de hertog van Gelre. Maar in 1389 werd het goed eigendom van de heer van Doorwerth en in leen gegeven. Het nog aanwezige (buiten)poortgebouw aan de Harsloweg dateert in z’n huidige verschijningsvorm niet uit de Middeleeuwen. Het is opgebouwd uit rode bakstenen die plaatselijk in het begin van de 18e eeuw werden gebruikt. De in- en
uitgangspoort zijn slordig dichtgemetseld met hergebruikte bakstenen die oorspronkelijk uit de 16e eeuw stammen. Het dichtmetselen van de poorten is dus later gebeurd, wellicht na de afbraak van het kasteel. Het poortgebouw bevat een half ingegraven kelder, met daarboven een opkamer. Het kasteel is rond 1814 afgebroken. Vanzelfsprekend bestaan er dus geen foto’s, maar er zijn wel verschillende tekeningen van het Harselo in de 18e en de 19e eeuw. In het Kijk en Luistermuseum bevindt zich een haardsteen, met zes figuren uit de geschiedenis van de heilige Susanna, en ook een gevelsteen die evenals de haardsteen aan het kasteel wordt toegeschreven. In de 14e eeuw breidde het grondbezit van Harselo zich uit. Volgens Das (1975)
5
wordt in 1393 een windmolen aangekocht, staande op de Laar in Bennekom. Deze windmolen heeft eeuwenlang op deze plek gestaan. Ze werd omstreeks 1902 afgebroken. In de Oude Kerk te Bennekom ligt voor een deur in de noordelijke zijbeuk een grafzerk die kennelijk te groot was om dienst te doen als soort stoep, om welke reden men er een stuk vanaf heeft gehakt. Laat daar nu net de inscriptie op staan. Gelukkig is er nog een tekening bewaard gebleven, waar de namen van Arend toe Boecop van Harselo en zijn vrouw Gerberich van Lennep opstaan, uit 1548.
Opzet en methode van het onderzoek. Wat is er nu eigenlijk in het veld gebeurd, de afgelopen periode? En wat moet er eerst gedaan worden voordat een archeologisch onderzoek van deze omvang kan beginnen? Allereerst moeten vrijwilligers, ondanks de 30-jarige lange ervaring van de A.W.N. afdeling 17, net als de beroepsmensen aan de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (K.N.A.) voldoen. Om die reden had de gemeentearcheologe van Ede, mevr.drs. S van der A, vooraf een “Programma van Eisen” opgesteld die wij in acht moesten nemen. Ik wil niet in dit artikel diep op de technische details ingaan, maar wel enkele belangrijke punten noemen waar ik als veldwerkleider mee te maken kreeg. - Door wet- en regelgeving van het “verdrag van Malta” moest het onderzoek onder supervisie van een beroepsarcheoloog staan. Dat moest eerst geregeld worden.
6
De heer W.C. .Angenent overhandigt het onderzoeksverslag aan mevr. S. v.d. A, archeologe van de gemeente Ede - We moesten, vanzelfsprekend, literatuur- en documentatieonderzoek doen. - Er moesten vergunningen komen voor het booronderzoek, veiligheid, kabels en verontreinigingen (KLIK melding). - Het via de grondboringen verkregen materiaal moest aan bepaalde eisen voldoen. De boringen moesten tot een afgesproken diepte en al het materiaal diende per 10 cm gezeefd te worden, daarna in vondstzakjes worden opgeslagen om vervolgens onderzocht te worden. - De bodemlagen moesten bovendien in samenstelling beschreven worden. - De stratigrafische opbouw van het terrein diende bekeken te worden en in hoogte te worden opgemeten. - Er diende een tekening met de boorplaatsen van het te onderzoeken terrein te
Reconstructie van het grondplan van kasteel Harselo naar de situatie van 1723 – 1732. We zien een hoofdgebouw van ongeveer 20 bij 15 meter en twee uitgebouwde hoektorens. Het voorhof meet ongeveer 44 bij 45 meter en is trapezevormig. De reconstructietekening laat zien dat de toegangspoort van het kasteel op een aanmerkelijke afstand ligt van het huidige poortgebouw aan de Harsloweg. De kleine cirkels op de rasterpunten zijn grondboringen.
komen en zo mogelijk een reconstuctietekening van de plattegrond van het kasteel Harselo. - Eindrapportage moest volgens voorschrift worden uitgebracht naar de gemeentearcheoloog, provinciale archeo-
loog, de rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek en de wetenschappelijke bibliotheken. Na alle voorbereidingen startte het werk in het veld. Hiervoor zijn we ons, met
7
hulp van de fam. Kroesbergen, eerst gaan verdiepen in de ligging van het 4 ha grote beoogde terrein, een stuk weiland op enige afstand ten oosten van het poortgebouw. Volgens mevrouw Kroesbergen was te zien waar een stuk gracht gelegen had. Ook kwamen zo hier en daar de baksteenresten boven het maaiveld uit. Bij het uitzetten van het onderzoek was het prachtig zomerweer. De koeien, schapen en Bas de hond liepen om ons heen, toen we begonnen met het uitmeten van het boorpatroon, Noord-Zuid gericht. De boorlijnen stonden 10 m. uit elkaar waardoor er ca.100 boorplaatsen ontstonden. We boorden van 0.5 meter tot 3 meter diep, naar gelang we op baksteen stuitten (kan een fundering zijn), maar ook tot 2,5 meter diep in de gracht of in een put. Dit leverde ons een schat aan gegevens op over de ligging van het kasteel en de bijgebouwen en over de gracht. Onder andere over hoe het kasteel tegen de dekzandrug aanlag, met de gracht in het wat lager gelegen gebied. En bij de familie Kroesbergen waren we iedere keer weer welkom en kregen we soep of een frikadel op koude dagen. Met al deze gegevens, - er zijn ook driehonderd plastic zakjes met gezeefd archeologisch materiaal geanalyseerd -, hebben we de contouren en de juiste plaats van het kasteel, zoals dat rond 1723 aanwezig was, boven het maaiveld kunnen halen, inclusief een woongedeelte
8
van ca. 20 x 15 m.,de twee vierkante torens van 6 x 6 m., de bijgebouwen en een gracht. Een prachtig resultaat dat een waardevolle reconstructietekening opleverde, die bij dit artikel is afgedrukt. Om het wat aanschouwelijk te maken, zijn we in de gelegenheid gesteld om op Open Monumentendag 2004, in september jl., de contouren van het kasteel in het weiland met rood-wit lint weer te geven. Veel belangstellenden kwamen in de weide van de fam. Kroesbergen kijken en luisteren naar de uitleg over de geschiedenis van en het onderzoek naar het verdwenen kasteel. Op dezelfde dag konden we het eindrapport aan de familie Kroesbergen, aan wethouder Angelique Jonker en aan gemeente-archeologe Suzanne van der A aanbieden. Een waardige afsluiting van een bijzonder onderzoek. Zo hebben wij, plaatselijke A.W.N.’ers van afdeling 17, in een tijdsbestek van een half jaar, met de sinds Malta strenge nieuwe regelgeving, toch gezamelijk op een gezellige ouderwetse manier, een wetenschappelijk onderzoek kunnen doen, naar het oude kasteel Harselo. Het is nu gevonden. Literatuur. Das, J., (1975) Brief als archivaris aan Hr. H. van Marsbergen betreffende het goed Harselo. Ede 18 juli 1975 W.C. Angenent, D. Beyer en M.J. Houkes, Archeologische inventarisatie van het terrein van het verdwenen kasteel Harselo te Bennekom. September 2004
Brieven over G.J. Mulder Arno van der Valk
In de Kostersteen, nr.90 (oktober 2004) publiceerde ik twee brieven van G.J. Mulder aan Nicolaas Beets. Hier volgen twee brieven van zijn huishoudster Mina Meijer aan Marie Porreij in Indië die gedetailleerd vertellen hoe het in Mulders villa toeging. Antonetta Wilhelmina Meijer werd op 10 juli 1836 in Veenendaal geboren. Nadat Mulder op 6 oktober 1868 in Bennekom was komen wonen, werd zij 14 oktober bij de Burgerlijke stand ingeschreven als zijn dienstmeid. Het is haast onvoorstelbaar met hoeveel toewijding deze ongehuwde vrouw de hulpbehoevende Mulder bijna twaalf jaar lang dag en nacht heeft verzorgd. Hij bedankt haar dan ook in de inleiding van zijn Levenschets voor haar toewijding.1 Na Mulders dood verhuisde zij naar Zeist (23 november 1880). Op 7 november 1877 vroeg Mulder aan Nicolaas Beets of hij Marie Porreij onder zijn hoede wilde nemen, omdat hij dacht dat zijn levenseinde naderde. Een week eerder schreef Mina Meijer aan Marie Porreij een brief waaruit blijkt hoe het op dat moment met Mulder was gesteld en hoeveel opoffering zij zich heeft getroost aan zijn ziekbed.
Bennekom 30 October 1877 Lieve Marie! Waarlijk mijne intentie om u te schrijven, zelfs om u dikwijls en veel te schrijven is goed, maar de gelegenheid kort voor mij meer en meer in. In de laatste weken is
de schrijfjufvrouw er bijna niet geweest en reeds vroeger was hare komst minder en minder omdat onze beste vriend [Mulder] de geringe beweging niet verdragen kan, die de komst van een ander mensch toch altoos medebrengt.2 En nu blijft zij geheel weg hetgeen samenvalt met haar weldra te voltrekken huwelijk. Dat ik weinig tijd ter vrije beschikking heb, kan u zonder mijne woorden wel duidelijk zijn lieve; uitgaan doe ik nooit en deed ik hier nooit dan om de vrije lucht te hebben en vroeger naar de kerk te gaan waarin ik nu de laatste drie jaren niet heb kunnen komen. Toen de schrijfjufvrouw hier was kon ik een enkele maal uwe moeder [Sophia Neirinckx te Ede] bezoeken, wat mij nu mede onmogelijk is en zelf onmogelijk zijn zou indien er iemand bij den Professor wezen zou, want hij kan geen voet verzetten lieve Marie en zulks zoo weinig bewegen dat hij zijn eten dun nemen moet, zodat hij het uit een kop kan drinken; een lepel te gebruiken gaat niet meer. Meer is nu niet noodig beste om mij bij u over mijn niet schrijven te verontschuldigen en ook niet meer, om u van den toestand alhier kennis te doen dragen. Ik wijd er thans niet over uit, ik deed het in mijn laatste schrijven aan u en gij kunt
9
niet beseffen wat er in mij omgaat indien ik naar waarheid medeleef met hetgeen ik dagelijks zie en bijwoon en reeds zoo veel jaren zag al klimmende tot dat klimmen weldra zijn toppunt zal bereikt hebben. De beste man die zoo oneindig veel lijdt verlangt geen ogenblik naar zijn dood, maar ook geen ogenblik naar de verlenging van zijn leven: niet eenmaal heb ik een van beiden hem hooren uitspreken. dat kan alleen de vrucht zijn van de innige overtuiging dat God regeert. Dit staat hij vurig bij u voor en houdt het mij onophoudelijk voor oogen. Ik ben er zeker van dat hij niet anders spreken zal in zijn laatste levensuren. Gij weet dat hij de volle overtuiging heeft, dat ook hij als alle menschen Gods genade behoeft en hij beveelt dan ook zijn geest aan in de liefde van den Almagtigen. Over benauwdheden mort hij niet en klaagt niet over het zware leven dat hem de aarde gegeven heeft; ook in de dagen van zijn grootsten voorspoed. Uit al deze oogpunten is er hier geen bezwaar: de bezwaren die er zijn kunt gij u denken in het hart van mij dat al deze dingen beleeft en weldra zal zien eindigen. Daar over nu behoef ik niet te schrijven. Ik voeg hierbij een kleinigheid voor uw verjaardag [21 december]. Onder degenen die ik bekomen kon van enkel goud, waren er genen zoo lief als deze waaraan ook een weinig zilver zit. Dit zal u niet hinderen. Ik hoop dat gij de figuurtjes lief zult vinden. Het is niet veel, maar gij en ik zouden geheel en al verkeerd doen, elkander geschenken van waarde te geven. Neem deze knoopjes aan met die hartelijkheid waarmede zij u worden
10
toegezonden, door uwe hartelijk liefhebbende zuster Mina, Wees hartelijk omhelsd en veel geluk met uw verjaardag. [P.S.] De boeken welke Gij thans voor uw verjaardag van onzen vriend ontvangt waaronder de Gedichten van Beets zullen u zeker zeer veel genoegen geven, hartelijk gegroet. Bijna 30 maanden later, vlak na Mulders laatste brief aan Nicolaas Beets (12 april 1880) waarin hij schreef elf maanden aaneengesloten aan zijn bed gekluisterd te zijn geweest, schreef Mina een tweede brief aan Marie Porreij. Behalve over Mulders laatste levensdagen schreef zij hoezeer zij haar werkgever liefhad.3 Bennekom 22 April 1880 Lieve beste Marie! Mogt ik u voor 14 dagen nog eenige hoop geven dat wij onzen lieven vriend zouden behouden, heden kan ik dat niet doen. Daar het de lieve God behaagd heeft hem uit zijn lijden en strijden op te roepen naar het Vaderland waar hij zoo dikwijls over sprak. Hij is heen gegaan zoo kalm en zacht met een nikje [hikje] als een kind. De laatste dagen was de lieve besten zelfs moedig en at ook meer om wat bij krachten te komen. Vrijdag 16 April zat ik als gewoonlijk den gehelen dag bij den brave, en hij was zoo helder en frisch, ik las hem voor uit het Leven en bedrijf van Luther, door Lublink Weddik en wel uit het tweede deel, waar Luther voor den
Rijksdag staat.4 Met groote belangstelling luisterde hij en pinkte telkens een traan weg en zeide: ‘Welke een geest.’ Toen wij genaderd waren tot bladzijde 70 scheiden wij eruit, ik ging eten en onze beste viel in een diepen slaap, welke echter kort duurde, toen werd hij wakker en at wat worteltjes en een beetje rijst met caneel en suiker. Ik zat bij zijn bed en de lieve praatte zoo best en sprak zoo helder, ik gaf hem een kopje thee, en om half zeven a zeven uur wilde hij opstaan om verbed te worden. En kwam op, en roemde zijn toenemen in krachten en zijn geluk dat zijn beenen hem geen pijn meer deden. Ik hielp hem weder te bed en toen zeide de lieve’ Ik word zoo duizelig het gaat niet over’, ik zat bij hem en hij viel een ogenblik in vasten slaap. Werd toen wakker en braakte, sprak halve woorden en lag verder stil. Ik nam zijn hand in den mijnen en hij drukte dien nog stevig, maar zeide niets meer. Toen sliep mijn beste in en zoo vast den gehelen nacht door snurkend vreeselijk, tot des morgens halfnegen, toen vroeg ik, drink eens, neen, half verstaanbaar zeide de lieve goede dit en zoo lag de beste tot middags drie uur en begon toen weder te snurken
en te hoesten en de keel werd zoo [onleesbaar], dit duurde tot elf a 12 uur. Toen ging de adem al zachter en zachter en zondag morgen om 5 uur blies de lieve met een nikje den laatsten adem uit. O lieve Marie hij lag als een beeld zoo rustig er was geen zweem van benauwdheid op zijn gelaat ik moest telkens naar hem gaan zien en dan meende ik altijd nog dat zijn lieve mond zich bewoog, maar o God die mond zal nooit meer tot mij spreken. Gij kunt denken welk een leegte en welk een doodsche stilte een dag is mij als zus. Ik zal u over veertien dagen weer schrijven. Vele goede menschen hebben mij lieve brieven gezonden, maar mijn verlies is ontzettend. Het antwoord op den laatsten brief van hem aan u, heb ik hem nog voorgelezen. God sterke u het zal u ook zwaar vallen, houd het oog op God, Hij alleen weet wat goed is. Hij rust van al zijn moeite en strijd, zijn leed is hier voorbij en dwaze menschen die zijn edelen geest niet konden verstaan kunnen hem niet meer deren. Ik omhels u hartelijk, uwe bedroefde Mina
1
G.J. Mulder, Levensschets van G.J. Mulder, door hem zelven geschreven en door drie zijner vrienden uitgegeven. 2 dln. (Utrecht 1883). 2
Omdat Mulder blind was geworden, kwam er aanvankelijk wekelijks iemand om zijn brieven en geschriften op te nemen. 3
In haar emotie laat zij interpunctie nagenoeg achterwege. Dit is nergens gecorrigeerd.
4
Het leven en bedrijf van Dr. M. Luther / bew. door B.T. Lublink Weddik, 1838-1839, Amsterdam : Portielje (2 dln).
11
Agenda voor de Algemene Ledenvergadering op 9 maart 2005 in zalencentrum De Brink, Brinkstraat 3, om 19.30 uur. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Opening Mededelingen Verslag van de ledenvergadering van 3 maart 2004 (zie p. 12) Verslag van de secretaris over 2004 (zie p. 14) Financieel verslag over 2004 (zie p.19) Verslag kascommissie Benoeming kascommissie Begroting 2005 Contributie. Het bestuur stelt voor de contributie voor het jaar 2006 vast te stellen op € 13,50. 10. Benoeming bestuursleden. Mevr. Hoogkamer en de heren Hoekstra en Nooij zijn statutair aftredend. Mevr. Hoogkamer en de heer Nooij stellen zich herkiesbaar. De leden kunnen op de vergadering tegenkandidaten stellen, mits de kandidatuur gesteund wordt door tenminste tien ter vergadering aanwezige leden. 11. Rondvraag 12. Sluiting.
Na afloop van de vergadering – naar verwacht om 20.15 uur – zal de Mevr. Groustra een voordracht houden over domeingoederen. Zie voor verdere informatie pag. 21 van deze Kostersteen.
Verslag van de Algemene Ledenvergadering van de Historische Vereniging Oud-Bennekom, gehouden op woensdag 3 maart 2004. De Algemene Ledenvergadering wordt gehouden in zalencentrum De Brink en begint om 19.30 uur. De presentielijst wordt getekend door 86 leden. 1. Opening. De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen van harte welkom. Een bijzonder welkom geldt de aanwezige ereleden van de vereniging: de heren H. Gijsbertsen en A. van Steenbergen. De voorzitter memoreert het 50-jarig lidmaatschap van de dames Bos-Plette en Goedewaagen.
12
2. Mededelingen. De voorjaarslezing zal plaatsvinden op dinsdag 27 april; de heer E. Mulder zal spreken over: de biowinkel van de Dinkel. De voorjaarsexcursie is op woensdag 12 mei naar Overdinkel en Denekamp. Donderdag 3 juni wordt een bezoek gebracht aan het archief van de gemeente Ede. Nadere mededelingen over deze activiteiten zijn te vinden in het komende nummer van de Kostersteen. 3. Verslag van de ledenvergadering van 5 maart 2003. De voorzitter meldt dat de voorgenomen statutenwijzigingen zijn gerealiseerd. Het verslag wordt onder dankzegging aan de secretaris goedgekeurd. 4. Verslag van de secretaris over het jaar 2003. De voorzitter geeft aan dat we kunnen terugzien op een vruchtbaar jaar. Bij de behandeling van het verslag blijkt dat bij het punt Lezingen de zin ‘Bestuurslid A. T. J. Nooij en gemeentearchivaris P. van Beek’ aangevuld moet worden met ‘hebben dit verzorgd’. Het verslag wordt daarna onder dankzegging aan de secretaris goedgekeurd. 5. Financieel overzicht over 2003. De penningmeester meldt dat van het kasstelsel is overgegaan naar het baten/lastenstelsel. Nog te betalen posten zijn nu in dit boekjaar als lasten opgenomen en nog te ontvangen posten zijn reeds als baten geboekt. Voorts geeft hij een toelichting op diverse begrotingsposten en concludeert dat de reserve bijna het gewenste niveau heeft, n.l. één maal
de jaarkosten. Uit de vergadering komen geen nadere vragen of opmerkingen. 6. Verslag kascontrolecommissie. De commissie heeft op 13 februari 2004 de financiële bescheiden over het jaar 2003 gecontroleerd. Er zijn geen op- of aanmerkingen. De boekhouding ziet er zeer verzorgd uit. Op voorstel van de commissie besluit de vergadering de penningmeester décharge te verlenen. De voorzitter dankt de leden, de dames Goedewaagen en Mantel, voor hun werkzaamheden. 7. Benoeming van de kascontrolecommissie. Mevrouw Th. Goedewaagen treedt af als lid van de kascontrolecommissie. Mevrouw E. Mantel is tijdens de vorige jaarvergadering voor twee jaar benoemd tot lid van de commissie. De voorzitter stelt voor reservelid van de commissie, de heer P. B. Elzenga, te benoemen tot lid van de commissie; de vergadering gaat hiermee akkoord. Tevens vraagt de voorzitter aan de vergadering iemand voor te dragen als reservelid. De heer G. J. van der Velden wordt benoemd tot reservelid. 8. Begroting 2004. De penningmeester geeft een toelichting op de begrotingsposten. Opmerkelijk is de vermindering van de drukkosten van De Kostersteen. Een aanzienlijke kostenreductie kon worden bereikt door de omslag voor de nummers van de komende twee jaar vooruit te laten drukken. Een voorstel om de Kostersteen door leden van de vereniging zelf te laten rondbrengen wordt om praktische redenen niet
13
overgenomen. De vergadering gaat akkoord met de begroting 2004. 9. Contributie en donatie. De vergadering stemt in met het voorstel de contributie voor 2005 op grond van de consumentenprijsindex vast te stellen op 13,30 euro. Het minimum voor een donatie wordt bepaald op een bedrag gelijk aan één maal de jaarcontributie. 10. Benoeming bestuurslid. Tijdens de behandeling van dit agendapunt treedt vice-voorzitter T. J. Hoekstra op als voorzitter. De heer A. J. Lever is statutair aftredend en stelt zich herkiesbaar voor de functie
van voorzitter. De heer Hoekstra stelt een herbenoeming van de heer Lever voor. De vergadering gaat hiermee akkoord. 11. Rondvraag. Op een vraag van de heer Bodlaender naar een overzicht van verschenen publicaties over Bennekom wordt gewezen op het zoeksysteem dat beschikbaar is in het museum. In dit verband wijst de heer Van Hattem op het Gelders archief waar ook zoekfaciliteiten beschikbaar zijn. 12. Sluiting. De voorzitter dankt de aanwezigen voor hun bijdragen aan de besluitvorming en sluit de vergadering om 20.15 uur.
Verslag van de secretaris over het jaar 2004 Bestuur In het verslagjaar kwam het bestuur van de Historische Vereniging OudBennekom vier maal bijeen, namelijk op 7 januari, 7 april, 22 juni, en 5 oktober. De vereniging is vertegenwoordigd in het bestuur van het Kijk- en Luistermuseum en neemt deel aan de beraadslagingen van de gemeentelijke commissie Open Monumenten. Door vertegenwoordiging in de regionale bijeenkomsten wordt contact onderhouden met andere historische verenigingen. De samenstelling van het bestuur bleef in het verslagjaar onveranderd en is als volgt: A.J. Lever voorzitter, T.J. Hoekstra vice-voorzitter, W. Hol secretaris, W.C.L. van Kalleveen penningmeester, A. Dirksen, mevrouw G.M. Hoogkamer–
14
Weijman, A.T.J. Nooij, mevrouw M.S. de Vos. De algemene ledenvergadering werd gehouden op 3 maart. Aan het eind van 2004 telde de vereniging 307 individuele leden en 236 leden in gezinsverband. Dit brengt het totaal aantal stemgerechtigde leden op 779. (Op 31 december 2003 was dit aantal 747). In het verslagjaar kon de vereniging 52 nieuwe leden verwelkomen, waarvan 28 individueel en 12 in gezinsverband. Door overlijden of bedanken werd het lidmaatschap van 20 leden beëindigd. In het verslagjaar verschenen vier nummers van “de Kostersteen”, alsmede de
boekjes “Straatnamen in Bennekom” en “Bennekom tweevoudig in Beeld”. Drie goedbezochte lezingen vonden plaats en de excursiecommissie organiseerde een drietal aantrekkelijke excursies. De vereniging was actief op de Vlegeldag, de Open Monumentendag en de Open Archievendag. De Kostersteen In het verslagjaar was de redactie als volgt samengesteld: C.A. Heitink, A.T.J. Nooij (eindredacteur), H.J. van den Oever en P. Smit. Een redactievergadering vond plaats op 17 augustus; tijdens deze vergadering zijn recent verschenen nummers van de Kostersteen geëvalueerd en werd in globale zin de inhoud van de komende nummers bepaald. In het verslagjaar verschenen de nummers 87 t/m 90. In de Kostersteen nr. 89 van augustus is het door de monumentencommissie van de vereniging ontwikkelde programma afgedrukt voor de Bennekomse activiteiten in het kader van Open Monumentendag. Deze extra pagina’s zijn door de gemeente Ede gefinancierd. In de Kostersteen zijn op historisch onderzoek gebaseerde artikelen gepubliceerd van: Piet Hak, Cees Heitink, Wout Hol, Riet Hoogkamer-Weijman, Bert Lever, Ad Nooij, Frans van Oort, A. Roza, Piet Smit en Arno van der Valk. Bovendien zijn artikelen en mededelingen over de activiteiten van de vereniging opgenomen. Lezingen Na afloop van de jaarvergadering op 3 maart hield de heer F.G. van Oort een
lezing met veel beeldmateriaal over ontwikkelingen in het Binnenveld. Op 27 april verzorgde de heer E. Mulder een boeiende lezing met als titel: Biowinkel van de Dinkel. De najaarsbijeenkomst vond plaats op 2 november en stond in het teken van “vergeten eten”. De heer J. Nijskens van landgoed Rijkel te Beesel vertelde aan de hand van dia’s veel interessante zaken met betrekking tot oude groenterassen. Excursies De excursiecommissie bestaat uit de dames P. van Amerongen - Budding, H. Gijsbertsen - Vogel en M.S. de Vos. Voorjaarsexcursie Op woensdag 12 mei vond de jaarlijkse dagexcursie plaats. Om 8 uur ’s morgens vertrok de bus richting Twente en rond 10 uur werd een groep van 57 personen verwelkomd met koffie en krentenwegge in Saksenstal Gerrit in Overdinkel. Met de bus werd de smokkelroute gereden door het Twentse landschap en de Duitse grensstreek. Na de lunch was er gelegenheid een kijkje te nemen in het grenshistorisch Smokkel & Textielmuseum. ’s Middags werd vervolgens een bezoek gebracht aan museum Natura Docet in Denekamp. Dit museum is het oudste natuurhistorische museum van Nederland. Tot slot werd nog wat gedronken in het sfeervolle restaurant Watermolen De Singraven. Avondexcursie gemeentearchief Op donderdag 3 juni werd met een groep van 31 personen een bezoek gebracht aan het gemeentearchief te Ede. De heer Peter van Beek, gemeentearchivaris, hield
15
een inleiding. Vervolgens werden de belangstellenden rondgeleid in het archief en er was gelegenheid tot het stellen van vragen. De ontvangst van de gemeente was, met hapjes en drankjes, uiterst hartelijk. Avondexcursie Drukkerij Modern Op donderdag 23 september vond de najaarsexcursie naar Drukkerij Modern plaats. De 25 deelnemers werden welkom geheten door mevrouw Heij en werden ontvangen met koffie en koek. Na een korte inleiding werd een rondleiding gegeven door de werkruimten, langs de machines en apparaten. Het was leuk om weer een keer een kijkje te nemen achter de voordeur van een Bennekoms bedrijf. Vlegeldag Traditiegetrouw was Oud-Bennekom op de laatste woensdag van augustus present op de Vlegeldag. De thema’s dit jaren waren Open Monumentendag en Advertentie-materiaal van Bennekomse Winkeliers; vroeger en nu. Beide thema’s trokken door respectievelijk foto’s en tentoongesteld materiaal veel publiek. De publiekstrekker dit jaar was echter de verkoop van het boekje “Straatnamen in Bennekom. Herkomst en betekenis van straatnamen” geschreven door Henk Gijsbertsen. Open Monumentendag Het thema voor de Open Monumentendag 2004 was Verdediging, en in het bijzonder Militaire verdedigingswerken. De werkgroep Monumenten van de Historische Vereniging Oud-Bennekom heeft een fietstocht uitgezet die voerde langs bouwwerken die door oorlogshan-
16
delingen zijn verdwenen. Van de verdwenen gebouwen was ter plekke een foto op A-3 formaat opgesteld. Ook werd aandacht besteed aan kasteel Harselo, waar kort voordien de archeologische opgravingen waren voltooid. De contouren van het oude kasteel waren in het veld uitgezet. Met medewerking van de vereniging van monument-eigenaren werd tevens ruime aandacht besteed aan de bunker aan de Harsloweg, die onlangs tot gemeentelijk monument is verklaard. Open Archievendag Op zaterdag 30 oktober was Oud-Bennekom present op Open Archievendag in het Gemeentehuis te Ede. Een doorlopende diapresentatie van foto’s uit de fotocollectie van Oud-Bennekom trok veel bekijks.
Werkgroepen. Behoud oudste gedeelte Bennekomse Begraafplaats Leden zijn: C.A. Heitink (voorzitter), H. Alberts, R. Heij, D. van Kampen, A.J. Lever, en J. de Nooij. In oktober 2004 is gestart met het herstel van het graf van J.Onnes en het graf van de zusters Alida Gijsberta en Johanna Louisa de Gooijer, beiden jonggestorven dochters van Cornelis de Gooijer die van 1894 tot 1919 als Gereformeerd predikant in Bennekom stond. De restauratie van de graven van H.W. Dros ( de huizen Calluna en Erica) en van dr. C.A.L. Jacobse Boudewijnse (dorpsdokter) is in 2004 voorbereid. Uitvoering: voorjaar 2005. Deze graven worden beide omvat door hekwerken. Ook in het voorjaar van
2005 worden een aantal kenmerkende muurtjes aan de Ericaparkzijde hersteld. In 2004 zijn contacten gelegd met de familie Van Wassenaer. Er is gesproken over de restauratie van zowel de grafkelder als het bijbehorend grafmonument dat een centrale plaats inneemt in het beschermde gedeelte. De verwachting is dat er in 2005 concrete plannen zullen worden voorgelegd. Geschiedenis van Bennekom Leden zijn: A.J. Lever (voorzitter), M. Aartsen, K.B.A. Bodlaender, G. Breman, H. Gijsbertsen, C.A Heitink, T.J. Hoekstra, M. Koudijs, M. van de Leeuw, W.P. Mantel, J. de Nooij, A.T.J. Nooij, H. van den Oever, F.G. van Oort, mevrouw M. van Rooijen, A van Silfhout, P. Smit, A. van der Valk en J.A. Zijlstra. De Werkgroep Geschiedenis komt twee maal per jaar bijeen. Tijdens de bijeenkomsten wisselen de leden informatie uit over de projecten waar zij mee bezig zijn en geven elkaar onderling adviezen. De bijeenkomsten vonden dit jaar plaats op 18 mei en 8 november, zoals gebruikelijk in de kantine van de Fa. De Nooij. De Kostersteen is voor de leden een podium voor de publicatie van hun onderzoeksresultaten. Binnen de werkgroep is dit jaar het idee ontstaan om te komen tot een nieuw boek over de geschiedenis van Bennekom. Hiervoor is een redactie gevormd die zich gebogen heeft over de inhoud en die een verkennend onderzoek uitvoert naar de (on)mogelijkheden van een dergelijke publicatie. Monumenten Leden zijn: T.J. Hoekstra, W. Hol en A.T.J. Nooij.
Op verzoek van het bestuur van de Historische Vereniging Oud-Bennekom heeft het college van B&W van Ede de bunker aan de Harsloweg op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. Het kersverse monument - eens onderdeel van de uit de Tweede Wereldoorlog stammende Duitse Pantherstellung - trok op Open Monumentendag veel bezoekers. De plannen met betrekking tot de herinrichting van de Oude Kerk zijn - mede door de bemoeienis van Oud-Bennekom aangepast. Verwacht wordt dat men in 2005 met het werk kan beginnen. Omdat er nog ruimte was op de lijst van mogelijk te beschermen panden uit de tijd 1850-1940 heeft de werkgroep in korte tijd een aantal haars inziens daarvoor in aanmerking komende gebouwen uit die periode aan de gemeente Ede doorgegeven. Boerderij De Hul aan de Maanderdijk 3 is - helaas zonder al te veel omhaal gesloopt. Daarentegen zijn na een lange tijd van leegstand of tijdelijke bewoning, zowel villa De Berk en villa ’t End aan particulieren verkocht. Foto- en beeldmateriaal Bennekom De werkgroep bestaande uit mevrouw G.M. Hoogkamer en de heren A. Dirksen (voorzitter), K.B.A. Bodlaender, H. Gijsbertsen, F.G. van Oort, D. Poot en A.J. Welgraven heeft belangrijke bijdragen geleverd bij de totstandkoming van het in het verslagjaar uitgegeven boekje “Bennekom tweevoudig in Beeld”.
Foto- en diacollectie De beheerder van het foto- en beeldmateriaalarchief (H. Gijsbertsen) heeft ook
17
dit jaar weer foto’s aan de collectie kunnen toevoegen, verkregen door schenking en aankoop. De collectie is ondergebracht in het Kijken Luistermuseum. Voor de registratie en beschrijving van de foto’s en dia’s wordt gebruik gemaakt van de in het museum aanwezige computerapparatuur en software. Het digitaliseren van de fotocollectie door de heer C. Vos is vervolgd. Hartelijk dank aan al diegenen van wie wij fotomateriaal hebben ontvangen. De Historische collectie In samenwerking met het Kijk- en Luistermuseum wordt inhoud gegeven aan het collectioneringsplan waarin het beheer en behoud van de collectie centraal staan. Ook dit jaar zijn schenkingen ontvangen in diverse categorieën. Alle gevers hartelijk dank; ook in de toekomst zijn schenkingen van (Bennekoms) historisch materiaal van harte welkom. Bibliotheek De vereniging heeft een kleine collectie boeken met betrekking tot de geschiedenis van Bennekom, die zich bevindt in het Kijk- en Luistermuseum. Ook het museum bezit een collectie boeken, met name boeken over (mechanische) muziek, textiel, mode en klederdrachten. Een bibliotheekcommissie be-
18
staande uit mevrouw G.M. HoogkamerWeijman, mevrouw M.S. de Vos en de heer T.J. Hoekstra, houdt zich hiermee bezig. De collectie is ingevoerd in een documentatie- en zoeksysteem met de volgende categorieën: (cultuur)geschiedenis (waaronder ook genealogie, ambachten en huishouden); kinder-en schoolboeken; christelijke literatuur; tijdschriften en periodieken; achtergrond- en tentoonstellingsmateriaal; muziek; textiel, mode, handwerken, klederdrachten. Het komende jaar wordt een begin gemaakt met het ordenen van het losse materiaal dat vooral bestaat uit gegevens over Bennekomse personen, gebouwen, verenigingen enzovoort. Op afspraak kan de collectie worden geraadpleegd door leden van OudBennekom. Het meeste materiaal wordt ook uitgeleend. Voor een afspraak kan contact worden opgenomen met Riet Hoogkamer, tel. 0318-416180.
Dankwoord Het bestuur dankt allen die zich hebben ingezet voor de Historische Vereniging Oud-Bennekom. Hun enthousiasme maakt de Vereniging boeiend en Bennekom mooier
Financieel Verslag 2004 Resultaten 2004 Werkelijk Begroot Baten Contributies Boekverkopen Overige opbrengsten Bankrente
Lasten De Kostersteen Overige drukkosten Werkgroepen Lezingen en bijeenkomsten Secretariaat Ledenadministratie Overige bestuurskosten Contributies en abonnementen Diversen
Resultaten boekjaar Balans per 31 december 2004 Geldmiddelen Te vorderen / vooruitbetaald
Te betalen / vooruit ontvangen Reserves
Begroting 2005
7.681 14.346 1.280 114 ——— 23.421
6.500 p.m. 600 200 ——— 7.300
7.700 p.m. 600 50 ——— 8.350
4.876 11.114 976 572 58 127 56 158 73 ——— 18.010
4.643 p.m. 850 350 175 100 100 175 100 ——— 6.493
4.900 p.m. 1.000 400 175 100 50 175 100 ——— 6.900
5.411 =====
807 ====
1.450 =====
2.861 10.129 ——— 12.990 629 ——— 12.361
19
Nieuws van het Kijk- en Luistermuseum Kijk- en Luistermuseum Bennekom in actie voor slachtoffers Azië. Nadat de verschrikkelijke beelden uit Azië de huiskamers binnendrongen en de dramatische gevolgen duidelijk werden, ontstond bij de medewerkers van het Kijk- en Luistermuseum de behoefte om iets te doen voor de slachtoffers van de zeebeving. Niets is zo erg als machteloos toekijken De medewerkers van het Kijk en Luistermuseum in Bennekom slaan daarom daadwerkelijk de handen ineen, zij houden op donderdag 10 februari a.s. een modeshow in het museum waarvan de volledige opbrengst naar de slachtoffers van de ramp in Azië zal gaan. Er wordt kleding geshowd zoals die gedragen werd in de eerste helft van de vorige eeuw, streekdracht van rond 1900, lijfgoed, badmode tot en met de meer wereldse mode rond de charleston en bevrijding in 1945. We hopen op twee uitverkochte voorstellingen en als het nodig is organiseren we nog een "extra show”, aldus een van de enthousiaste medewerksters. Er zijn twee voorstellingen gepland: op donderdag 10 februari aanvang om 14.30 uur en 19.30 uur. Toegangskaarten á 5 euro (inclusief een kop koffie in de pauze) zijn vanaf woensdag 26 januari a.s. gedurende de openingstijden van het museum verkrijgbaar. U kunt ook telefonisch toegangskaarten bestellen. Het museum is in de wintermaanden geopend op woensdag en zaterdag van 14.00 uur tot 17.00 uur.
U vindt het Kijk en Luistermuseum aan de Kerkstraat 1 in Bennekom, tel. 0318414629. Meer informatie over het museum vindt u op onze website: www.kijkenluistermuseum.nl
Kijk en Luistermuseum wil uitbreiden! Het Kijk en Luistermuseum, gevestigd aan de Kerkstraat 1 te Bennekom, bestaat dit jaar 30 jaar. Het museum huisvest een historische collectie en een collectie mechanische muziekinstrumenten
20
De historische collectie, het KIJK-deel, omvat een textielwinkel uit de 19e eeuw, een schoolklas uit circa 1930 en een agrarisch deel met landbouwwerktuigen.De collectie mechanische muziekinstrumenten vormen het LUISTER-deel waaronder cilinderspeeldozen, schijvenspeeldozen, pianola en draaiorgels. Daarnaast zijn er jaarlijks vijf wisseltentoonstellingen te bezichtigen. In de loop van de jaren is het museum uitgegroeid tot een museum dat landelijke bekendheid geniet. Veel touroperators hebben het Kijk en Luistermuseum in hun reisgids opgenomen. Deze landelijke bekendheid is mede te danken aan de grote inzet van vrijwilligers die in alle jaren hun inzet en enthousiasme
hebben getoond. Om in de komende jaren het grote aantal bezoekers goed te kunnen ontvangen zoeken wij aanvulling van enthousiaste vrijwillige medewerkers die het leuk vinden bezoekers in het museum rond te leiden en een presentatie te verzorgen. Als rondleider werkt u in teamverband en voor een goede opleiding wordt gezorgd Bent u die enthousiaste vrouw/man die het een uitdaging vindt om onze collectie te presenteren, neem dan contact op met Marieke van den Hazel of Nico Meijboom, telefoon 0318-414629 of schrijf aan: Kijk en Luistermuseum, t.a.v. de directie, Kerkstraat 1, 6721 VA Bennekom
Domeinbesognes Redactie Aansluitend op de Algemene Ledenvergadering op 9 maart in zalencentrum De Brink zal mevr. A. Groustra een voordracht houden over: Domeinbesognes van de Gelderse hertogen in de late Middeleeuwen. Eeuwenlang werden de domeinen door de Gelderse vorsten beschouwd als hun privé-bezit en het financiële reilen en zeilen als privé-financiën. In deze zogenoemde domaniale fase kon de landsheer zijn uitgaven nog bekostigen uit de opbrengsten van de domeinen. Dat verandert aan het eind van de veertiende eeuw en zet zich voort in de vijftiende eeuw.
De inkomsten drogen als voornaamste bron op door een 'ongezonde verkooppolitiek'. Om de lacunes op te vullen, gaan de hertogen ertoe over meer belastingen te heffen. Dat gaat met problemen gepaard. De onderdanen van de vier kwartieren: Arnhem, Zutphen, Nijmegen en Roermond wensen inspraak over de hoogte en de besteding van de heffing en inzage in de boekhouding. In de rekeningen van hertogelijke rentmeesters zijn bovengenoemde zaken te vinden. Aan de hand van bronnenmateriaal zal de lezing worden verteld
21
Raginhart of Oud-Vossenhol? (deel 2) C.A.Heitink In een reactie op mijn artikel in De Kostersteen van oktober 2004 over het OudVossenhol dat voor de huidige villa op dezelfde plek gestaan heeft, liet Arno van der Valk (auteur van ‘Bennekomse Brieven van G.J. Mulder (1802-1880)) mij weten dat hij zich moeilijk kan voorstellen dat uitgerekend Mulder deze naam aan zijn woonhuis gegeven zou hebben. Prof.dr. G.J. Mulder was een rechtgeaard christen en conservatief die, naar het oordeel van Arno, zijn woonhuis niet snel een naam zou geven met een Frankische oorsprong. Ik wil Arno hier graag in volgen. Ook ik heb geen bewijzen en weet niet precies wie de naam Raginhart heeft ingevoerd. Slechts Heinrich Witte, die doorgaans wel als betrouwbaar geldt, voegt bij de vermelding in zijn Wandelgids bij Raginhart de woorden toe ‘van-
ouds bekend als’. Het huis is na Mulder’s dood en de ombouw tot hotel-pension en de daaraan verbonden naamgeving OudVossenhol in handen geweest van de Amsterdamse koopman Abel Banting. Hij liet aan de overkant het huidige Klein-Vossenhol bouwen (twee woningen onder een dak) en gaf die huizen de namen Fundator en Foresta. Misschien dat hij bij verkrijging in 1880 het huis van Mulder en dus het latere OudVossenhol de naam Raginhart gaf. Voor Heinrich Witte lang geleden genoeg om de omschrijving ‘als vanouds’ toe te passen? Wie zal het zeggen. Feit is in ieder geval dat Arno van der Valk’s opmerking hout snijdt. Wanneer de naam Raginhart aan het huis is gegeven en door wie is niet zeker.
Mededelingen van het bestuur Nieuwe leden Het bestuur heet de volgende personen van harte welkom als nieuwe leden van de Historische Vereniging Oud-Bennekom: Mevrouw T. Cevat-Slijkhuis De heer A. de Haan Mevrouw K. Hoevenaar De heer en mevrouw C.I. Hokke
De heer H. Siebesma Dhr. H. Verwaal De heer A. de Wolf
Mutaties verzoeken wij u schriftelijk door te geven aan de ledenadministratie, mevr. G.M.Hoogkamer – Weijman, Emmalaan 33, 6721 ET Bennekom.
22
Agenda van de Historische Vereniging Oud Bennekom
•
•
•
Woensdag 9 maart 2005 19.30 uur in zalencentrum de Brink, Brinkstraat 39, Algemene ledenvergadering. Na afloop van de ledenvergadering zal mevr. A. Groustra een voordracht houden over Domeinbesognes van de Gelderse hertogen in de late Middeleeuwen Woensdag 27 april, eveneens in zalencentrum de Brink, Brinkstraat 39, zal de heer A. Nooij een voordracht houden over Bennekom in de Tweede Wereldoorlog, verteld door ooggetuigen. In het Kijk- en Luistermuseum zal van medio april tot medio mei een tentoonstelling worden ingericht met als thema: 60 jaar bevrijding. Woensdag 11 mei, voorjaarsexcursie. In de ochtend wordt een bezoek gebracht aan het schoenenmuseum in Waalwijk. Na de lunch staat een bezoek aan het tinmuseum in Alphen aan de Maas op het programma. Omdat de volgende Kostersteen pas begin mei zal verschijnen, is het raadzaam de excursie alvast in uw agenda te noteren indien u voornemens bent aan deze ecursie deel te nemen. In de tweede helft van april ontvangen de leden van de Historische Vereniging Oud-Bennekom een brief met nadere gegevens over de excursie en een opgaveformulier.
Bestuur van de Historische Vereniging Oud-Bennekom A.J. Lever, voorzitter T.J. Hoekstra, vice voorzitter W.Hol secretaris (tel.: 0318-416171) W.C.L.van Kalleveen, penningm. A. Dirksen, Mevr. G.M. Hoogkamer-Weijman, A.T.J. Nooij Mevr. M.S. de Vos
Prinsenlaan 2, Van Hoffenlaan 44, Pr.Bernhardlaan 19, Dikkenbergweg 72, Commandeursweg 136 Emmalaan 33, Hullenberglaan 4 Dikkenbergweg 8
6721 EC 6721 XE 6721 DN 6721 MB 6721 ZP 6721 ET 6721 AM 6721 AC
Bennekom Bennekom Bennekom Bennekom Bennekom Bennekom Bennekom Bennekom
Ledenadministratie Mevr. G.M. Hoogkamer-Weijman
Emmalaan 33,
6721 ET
Bennekom
Beheer foto- en diacollectie H. Gijsbertsen
Gasthuisbouwing 9A,
6721 XH Bennekom
Redactie Kostersteen A.T.J. Nooij, eindredacteur C.A. Heitink H.J. van den Oever P. Smit, acquisitie
Hullenberglaan 4, Brinkerpad 29, Edeseweg 117, Heelsumseweg 32,
6721 AM 6721 WJ 6721 JT 6721 GT
Bennekom Bennekom Bennekom Bennekom
23