PROVINCIE VLAAMS-BRABANT
OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN LUBBEEK
BELEIDSNOTA BUDGET 2010
1. INLEIDING De beleidsnota verwoordt het beleid dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn gedurende het jaar 2010 wenst te voeren. Overeenkomstig artikel 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1997 betreffende de nieuwe boekhouding (N.O.B.) werden met ingang van 01 januari 2001 volgende activiteitencentra in het OCMW van Lubbeek voorzien. NB Een activiteitencentrum is een entiteit binnen het OCMW dat instaat voor een verzameling van welbepaalde taken of activiteiten. Deze activiteitencentra worden ingedeeld in : 1. Algemene diensten Dit zijn de overkoepelende organen en de administratie ten behoeve van het geheel. A.C. 100 – Algemeen bestuur en centrale administratie 2. Lokaal Sociaal Beleid AC 200 – Samenwerking met gemeente en sociale actoren 3. Ondersteunende diensten Dit zijn diensten die voor twee of meer activiteitencentra werken. AC 139 – Centrale keuken De keuken is een ondersteunende dienst voor de "Thuisbezorgde maaltijden" en het "Dienstencentrum". 4. Operationele diensten Verstrekken rechtstreeks diensten aan de bevolking AC 832 – Sociale dienst AC 834 – Dienstencentrum Thuisdienstverlening aan bejaarden, zieken en gehandicapten AC 841 – Dienst voor gezinszorg
2
AC 844 – Thuisdiensten Deze omvatten : - Poetsdienst - Klusjesdienst - Thuisbezorgde maaltijden - Personenalarmsysteem - Organisatie van aangepast vervoer Thuisdienstverlening aan jonge gezinnen - Thuisopvang zieke kinderen - Onthaalgezinnen AC 924 - Serviceflats
Belangrijke bemerking : Van groot belang voor de volgende jaren is het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009. De werking van de zorgverlenende sector die gericht is op de oudere bevolking (65plus) moet niet enkel organisatieoverschrijdend zijn door bijvoorbeeld intensievere samenwerking van diensten voor bejaardenzorg, assistentiewoningen (voorheen serviceflats) en woonzorgcentra (voorheen rusthuizen), maar moet eveneens binnen het OCMW leiden tot een betere fijnafstemming tussen de AC‟s Dienstencentrum, Gezinszorg, Thuisdiensten en Serviceflats. De definitieve impact van dit decreet zal zich pas de volgende jaren laten gevoelen, onder meer als de uitvoeringsbesluiten voor de serviceflats (voortaan assistentiewoningen) zullen gekend zijn. We weten alvast dat in de volgende jaren zal moeten gekozen worden voor een verdere uitbreiding van de dienst Gezinszorg, dan wel dat budgettair zal moeten afgebouwd worden.
3
2. BESPREKING VAN DE BELEIDSDOELSTELLINGEN PER ACTIVITEITENCENTRUM 2.1. Algemeen bestuur en centrale administratie – AC 100 Het bestuur van het OCMW Lubbeek wordt uitgeoefend door volgende organen Raad voor Maatschappelijk Welzijn 8 leden + voorzitter Vast Bureau 2 leden + voorzitter Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst 4 leden + voorzitter Bijzonder Comité voor Dienstencentrum + Serviceflats 2 leden + voorzitter Bijzonder Comité voor Lokaal Sociaal Beleid 2 leden + voorzitter Deze organen komen éénmaal per maand samen, met uitzondering van het bijzonder comité voor Lokaal Sociaal Beleid dat vier keer per jaar vergadert.. In dit activiteitencentrum wordt ook het privaat patrimonium en het beheer van de landbouwgronden en de bossen van het OCMW opgenomen. Einde november 2007 werd het Lokaal Sociaal Beleidsplan voor Lubbeek goedgekeurd in de OCMW-raad. Dit beleidsplan is uiteraard geen star gegeven, maar zal de volgende jaren moeten opgevolgd en geëvalueerd worden door een commissie ad hoc, die naast vertegenwoordigers van het OCMW ten minste ook vertegenwoordigers van de gemeente bevat. Jaarlijks zal er een ontmoetingsnamiddag georganiseerd worden om de bewoners van Lubbeek tijdens een informeel samenzijn te laten kennismaken met de totaalwerking van het OCMW. Dit zal gebeuren door de 65, 70 en 75-jarigen, al dan niet per leeftijdsgroep uit te nodigen voor een samenzijn in het dienstencentrum. 2.2. Centrale keuken – AC 139 In 2010 * Blijven garanderen van kwaliteitsvolle en gezonde maaltijden door tussentijdse controle van de menu's. * Menu's controleren op het werken met seizoensgebonden en verse groenten. De mogelijkheden voor het gebruik van biologisch geteelde groenten zal hierbij onderzocht worden..
4
* Werken aan een schaalvergroting door promotie te voeren voor de maaltijden zowel voor de buitendienst als voor het restaurant. * De aankopen laten gebeuren volgens de wettelijke regels, waarbij ook de aankoop van “fair trade” producten positief zal onderzocht worden. 2.3. Sociale dienst – AC 832 2.3.1. Algemene sociale dienstverlening Doelstelling De taak van het OCMW vertrekt vanuit de organieke wet van 08 juli 1976. Volgende drie artikels zijn belangrijk als basis voor een kwalitatieve dienstverlening: Artikel 1: "Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening. Deze heeft tot doel eenieder in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid." Artikel 57§1: "Het OCMW heeft tot taak aan personen en gezinnen de dienstverlening te verzekeren waartoe de gemeenschap gehouden is. Het verzekert niet alleen lenigende of curatieve doch ook preventieve hulp. Deze dienstverlening kan van materiële, sociale, geneeskundige, sociaal-geneeskundige of psychologische aard zijn." Artikel 60§6 : "Waar de noodzakelijkheid zich voordoet, richt het OCMW desgevallend in het kader van een bestaande planning, inrichtingen of diensten op met een sociaal, curatief of preventief karakter, breidt deze uit en beheert deze." Het OCMW Lubbeek heeft tot taak om iedere inwoner van zijn gemeente in staat te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid, ongeacht leeftijd, geslacht, sociale achtergrond, nationaliteit, politieke of filosofische overtuiging. Daartoe heeft het OCMW instellingen gebouwd en diensten opgericht : - Instellingen: Dienstencentrum "De Sleutel" en Serviceflats "Prinses Astrid" - Sociale Dienst met de algemene en specifieke dienstverlening - Uitbouw van het concept Sociaal Huis - Sociaal beleid De gemeente en het OCMW Lubbeek willen een coherent sociaal beleid voeren dat gebaseerd is op een open communicatie met de bevolking en alle betrokken actoren. Via dit beleid willen we aan alle inwoners een kwalitatieve en geïntegreerde eerstelijnsdienst- en hulpverlening bieden: - door de realisatie van een sociaal huis met lage drempel - rekening houdend met regionale en lokale evoluties - met specifieke aandacht voor kwetsbare groepen die tegemoet komt aan de specifieke noden van de bevolking. In dit kader streeft het OCMW naar : Het realiseren van een basisinkomen
5
Het bieden van administratieve en juridische begeleiding Het opvangen van psycho-sociale problemen Het scheppen van werkgelegenheid Het aanbieden van huisvesting Schuldbemiddeling en budgetbegeleiding
Opties en middelen om deze doelstelling te verwezenlijken Het realiseren van een basisinkomen Verder zetten van de inspanningen om aan iedereen een basisinkomen te garanderen met alle wettelijke mogelijkheden die het OCMW ter beschikking heeft o.a.
De wet op het recht op maatschappelijke integratie (RMI) van 26/05/2002 is een actievere visie van het recht op uitkeringen. Het leefloon vormt de tegenprestatie van het OCMW voor een verbintenis vanwege de betrokkene. Het recht op maatschappelijke integratie krijgt concrete vorm in hetzij een tewerkstelling, hetzij een toekenning van een leefloon, al dan niet gekoppeld aan een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie. Het subjectieve recht op maatschappelijke integratie wordt dus ingebed in een contract met de gemeenschap. De taak van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW's) moet er in bestaan te zoeken naar een participatie van iedereen aan de maatschappij. De tewerkstellingsopdracht van de OCMW's wordt door deze wet nogmaals bevestigd en versterkt. De versterking van gebruikersrechten op de volgende punten: - het recht op informatie; - de registratie en behandeling van de aanvragen; - de verplichtingen van het onbevoegde OCMW; - het recht van de aanvrager om gehoord te worden; - de motivatie van de beslissingen; - de verlenging van de termijnen voor het indienen van een beroep; - het recht op moratoire intresten in geval van vertraging.
Het toekennen van voorschotten op pensioenen, werkloosheidsuitkeringen, kinderbijslagen en geboortepremies, tegemoetkomingen voor gehandicapten, uitkeringen arbeidsongevallen en beroepsziekten, dringende financiële steun.
Het vrijwaren of verbeteren van de bestaanszekerheid van een aantal risicogroepen door o.a. - Budgetbegeleiding/-beheer - Uitbouw van de dienst schuldbemiddeling - Bemiddeling via de lokale adviescommissie van elektriciteit, gas en water - Aanvragen tegemoetkoming gehandicapten en bejaarden - Zorgverzekering - Hulpverlening bij uithuiszetting - Bestrijden van energie-armoede - Materiele en financiële steunverlening
6
Het OCMW Lubbeek gaat heel bewust om met de keuze van de sociaal meest verantwoorde steun; inzonderheid met de vraag of de geldelijke steun definitief verworven is door de steuntrekker, dan wel onderworpen aan terugbetalingmodaliteiten. Het bieden van administratieve en juridische begeleiding Administratieve begeleiding bij cliënten blijft een absolute noodzaak gezien het belang en het effect op de cliëntsituaties. Een formulier slecht ingevuld of laattijdig binnen, een attest vergeten, … kan zware gevolgen hebben, vandaar:
Administratieve hulp en informatieverstrekking naar de bevolking toe blijft een aandachtspunt.
Juridische informatie wordt door een advocaat gegeven. De eerste inlichtingen in de doolhof van wetten kan reeds een grote hulp zijn, vandaar de oprichting van een dienst rechtshulp. In samenwerking met de balie van Leuven wordt er elke eerste donderdag van de maand van 14.00 – 16.00 uur juridisch advies gegeven door een advocaat.
Dienst schuldbemiddeling doet steeds beroep op deze advocaten in het kader van de procedure voor collectieve schuldenregeling.
Cliënten met juridische problemen kunnen op afspraak steeds beroep doen op deze dienst.
Het opvangen van psycho-sociale problemen Het OCMW speelt op dit vlak een centrale rol en blijft zich voor alle inwoners met problemen op dit domein openstellen door: - Opvang in crisissituaties. - Samenwerking met eerste- en tweede lijnsdiensten (huisdokters, ziekenhuizen, instellingen, …). - Woonbemiddeling: hulp bieden bij het vinden van een geschikte woning en advies en bemiddeling in huurgeschillen. - Voorbereiding van cliënten en doorverwijzen naar gespecialiseerde hulp. - Opvolgen en nazorg opdat hervalling zou vermeden worden. Het scheppen van werkgelegenheid Daar tewerkstelling een belangrijke hefboom is om bestaanszekerheid blijvend te realiseren wil het OCMW voor de zwakkeren een brug slaan naar tewerkstelling door toeleiding naar de geëigende kanalen (begeleiding, bemiddeling- of door zelf initiatieven te nemen). De organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn voorziet in artikel 60§7 de mogelijkheid voor het OCMW om zelf als werkgever op te treden en een persoon te werk te stellen voor een bepaalde periode om een recht op een sociale uitkering te verwerven, inzonderheid het recht op werkloosheidsuitkeringen. De invoering van het leefloon voorziet een individueel contract voor integratie en werk. Iedere meerderjarige jongere krijgt voortaan recht op tewerkstelling van het OCMW. Werk wordt zeer breed opgevat en kan zowel in de reguliere sector, via begeleide
7
tewerkstelling, via wedertewerkstellingsprogramma's maar ook via het OCMW dat als werkgever kan optreden. Het OCMW moet een tewerkstelling zoeken die aangepast is aan de persoonlijke situatie van de jongere. Conform zijn opdracht zoekt het OCMW naar de meest gepaste hulp. Om de dienstverlening naar de cliënten op het vlak van tewerkstelling te bevorderen en te optimaliseren vaardigde het OCMW een vertegenwoordiger af in het dagelijks beheer van de lokale werkwinkel voor Lubbeek – Bierbeek - Holsbeek. Deze lokale werkwinkel, genaamd "De Drie Beken" brengt alle diensten samen die iemand moet raadplegen die op zoek is naar werk. Consulenten van VDAB, ATB, PWA, RVA, gemeente en OCMW participeren hier aan een zo ruim mogelijke dienstverlening op vlak van het lokaal tewerkstellingsniveau. Verder wordt er samengewerkt met PWA en de regionale tewerkstellingsbureaus van de overheid en interim-kantoren.
Het aanbieden van huisvesting aan personen met woonproblemen. Waar in de voorgaande jaren de problematiek van geschikte huisvesting zich vooral toespitste op asielzoekers, merken we dat ook de autochtone bevolking steeds meer geconfronteerd wordt met huisvestingproblemen. Het OCMW werd in 2008 lid van de huurderbond, waardoor cliënten er gratis terecht kunnen voor gespecialiseerd advies. Er werd in de loop van 2008 dan ook een personeelslid in het bijzonder gelast met het begeleiden van het cliënteel naar de gebruikelijke huurmarkt, en tegelijk werd getracht een weliswaar beperkt aanbod te creëren van woningen dat de cliënten moet toelaten een moeilijke periode te overwinnen. Het OCMW Lubbeek is toegetreden tot het Sociaal Verhuurkantoor Hageland. Een poging om alle huurhuizen op het grondgebied van Lubbeek over te dragen aan het Sociaal Verhuurkantoor is spaak gelopen.
Het geven van een lokale mantelzorgpremie. Vanaf 2008 ontvangen inwoners vanaf een bepaalde leeftijd, en die net niet kunnen genieten van de Vlaamse mantelzorgpremie, van een lokale premie (binnen de gestelde criteria.). Deze premie is een aanvulling op de doelstellingen van de thuisdiensten om mensen zo lang als mogelijk in hun vertrouwde thuisomgeving te laten verblijven. (zie verder). Sinds de inwerkingtreding van dit reglement werden aanpassingen doorgevoerd inzake een automatische toekenning vanaf een leeftijdsgrens (geen verder onderzoek inzake zelfredzaamheid) en een versoepeling van de voorwaarden in de BEL schaal (geen aparte voorwaarden inzake activiteiten dagelijks leven (adl). Anderzijds wordt enkel nog de BEL-schaal aanvaard als indicatiestellend insgtrument. Tenslotte heeft het OCMW van Lubbeek zelf een dienstenchequebedrijf opgericht. Ook bij de poetsdiensten in dit systeem wordt voorrang gegeven aan het helpen van de hulpbehoevenden in Lubbeek.
8
2.3.2. Vluchtelingenbeleid Vaststelling De OCMW‟s worden ertoe aangespoord om asielzoekers op te vangen op het grondgebied van de gemeente waaraan ze worden toegewezen. Bij arrest van 27 juni 2003 heeft de Raad van State de ministeriële omzendbrief van 24/06/2002, betreffende de ten laste neming door de Staat van de maatschappelijke dienstverlening, geannuleerd. Dit betekent dat het OCMW de terugbetaling van de steunverlening van 100 % kan bekomen wanneer de asielzoeker op het grondgebied van de gemeente woont ofwel aan de hand van een overtuigend geïndividualiseerd dossier kan aantonen dat er effectief inspanningen werden geleverd om de asielzoeker op eigen grondgebied te huisvesten. De POD Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu herleidt de terugbetaling van de steun tot 50 % wanneer een asielzoeker niet in Lubbeek gehuisvest is. Waar het de voorbije jaren, gelet op het stijgend aantal ontvankelijk verklaarde vluchtelingen, aangewezen was om uit te kijken naar huisvesting voor de opvang van kandidaat politiek vluchtelingen op grondgebied Lubbeek, is de situatie nu, einde 2009, ernstig veranderd door het opschorten van het spreidingsplan in 2008. De verwachting dat het aantal mensen met het statuut van kandidaat-vluchteling dat steun ontvangt van het OCMW Lubbeek, in 2009 tot nul zou herleid worden, is niet bewaarheid door het terug invoeren van een spreidingsplan. Het quotum voor de gemeente Lubbeek ligt aan de ene kant hoger dan vroeger, aan de andere kant is de toestroom van nieuwe kandidaat politiek vluchteling tot einde 2009 zeer beperkt te noemen. Deze terugval van het aantal steuntrekkende kandidaat politiek vluchtelingen had uiteraard financiële gevolgen, die vooral hun weerslag hadden en hebben inzake de uitgaven voor de vluchtelingen waarvoor de FOD slechts 50% van de kosten terugbetaalt aan het OCMW. Mocht het spreidingsplan zich terug sterker laten gevoelen, zullen budgettaire aanpassingen zich wellicht opdringen. Opties en middelen om deze doelstelling te verwezenlijken - Twee personeelsleden werden in het verleden vrijgesteld om uitsluitend aan de opvang en begeleiding kandidaat politiek vluchtelingen te doen. Gezien de afname van het aantal toegewezen vluchtelingen, werd deze personeelsinzet meer dan gehalveerd in de loop van 2008. (het aldus vrijgesteld personeelslid richt zich op een bredere woningnood (zie hierboven), terwijl het andere in de loop van 2008 ook belast werd met het beheer van de klusjesdienst). - Het voorschieten van huurwaarborgen aan asielzoekers, indien de asielzoeker niet op het grondgebied verblijft om reden van gebrek aan beschikbare en geschikte huurwoningen in de gemeente Lubbeek. - Individueel wordt onderzocht in hoeverre een steun, gelijkwaardig aan een equivalent leefloon, kan worden toegekend aan kandidaat politiek vluchtelingen bij hun aankomst bij het OCMW.
9
- Asielzoekers in regel stellen met de ziekteverzekering door ze aan te sluiten bij een mutualiteit naar keuze. Bij gebrek aan keuze wordt de asielzoeker bij een neutraal ziekenfonds aangesloten. Dit alles om de uitgave aan medische en farmaceutische kosten te beperken. - Asielzoekers informeren over het aanbod van Nederlandse taallessen door hen door te verwijzen naar de VDAB, taallessen van SIAL, open school, onthaalhuizen, Huis van het Nederlands,… - Bevorderen van de tewerkstelling van ontvankelijk verklaarde asielzoekers door contacten te leggen met de VDAB, wonen en werken, … Samen met de asielzoekers een sollicitatiebrief en een CV opstellen. - Samenwerken met SIAL, deelnemen aan informatieve vergaderingen. - Samenwerken met tolken en vertaalbureau voor de vertaling van documenten & formulieren. - Opvolgen van het inburgeringbeleid. 2.4. Lokaal dienstencentrum "De Sleutel" – AC 834 MISSIE VAN HET DIENSTENCENTRUM DE SLEUTEL Het lokaal dienstencentrum is een open huis waar iedereen terecht kan voor: o ontspanning: u vindt er recreatieve activiteiten en een ontmoetingsplaats met uw medemens; o vorming: zodat u kan bijleren en ontwikkelen; o informatie: u kan er terecht met al uw vragen en problemen. Het lokaal dienstencentrum tracht bestaande dienstverlening te coördineren en biedt zelf diensten aan waar nodig. Zo zorgt het lokaal dienstencentrum voor een sociaal vangnet en zorgt het ervoor dat mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen. KERNOPDRACHT Het lokaal dienstencentrum De Sleutel zorgt ervoor dat alle inwoners van GrootLubbeek zo lang mogelijk zelfstandig en kwaliteitsvol in hun eigen omgeving kunnen wonen met aandacht voor de geïntegreerdheid in de gemeenschap. Algemeen zal gestreefd worden de nadruk nog sterker te leggen op de cliënten van de thuiszorg en hun specifieke noden. Tegelijk zal in de communicatie met de buitenwereld de nadruk gelegd worden op de werking van dienstencentrum De Sleutel, die niet gebonden is aan de financiële situatie van de cliënt.
10
ERKENNINGVOORWAARDEN De erkenningvoorwaarden waaraan een lokaal dienstencentrum moet voldoen staan beschreven in het thuiszorgdecreet van 14 juli 1998. Verder dient het lokaal dienstencentrum te beantwoorden aan de voorwaarden betreffende de kwaliteitszorg gevat in het ministerieel besluit van 22 maart 2002. INVULLING VAN DE ERKENNINGSVOORWAARDEN Voorwaarden betreffende de hulp- en dienstverlening 2.4.1. Activiteiten van recreatieve aard Een lokaal dienstencentrum organiseert activiteiten ten behoeve van een individuele gebruiker of een groep gebruikers, die gericht zijn op ontmoeting, ontspanning en zinvolle tijdsbesteding, en tot doel hebben het sociaal netwerk te versterken.
Enerzijds dienen we jaarlijks minstens 75 groepsactiviteiten van recreatieve aard te organiseren, en dit verspreid over minstens 5 verschillende soorten. Anderzijds moet er in de ontmoetingsruimte ten allen tijde een vrijblijvend aanbod van recreatieve activiteiten beschikbaar zijn. Om aan deze voorwaarde te voldoen organiseert het lokaal dienstencentrum volgende activiteiten: -
In het cafetaria zijn er steeds enkele gezelschapsspelen die onze bezoekers kunnen spelen. Dansnamiddagen, optredens en feesten zoals: diner-dansants, optredens in samenwerking met Cubido, carnavalnamiddagen, moeder- en vaderdagfeesten, … Eetdagen zoals: mosselfeest, pannenkoeken, kaas en wijn,… Gezelschapsspelnamiddagen zoals: kaartspel, vlaaienloten, quiz,… Uitstappen: culturele uitstappen naar musea, stadsbezoeken, bedrijfsbezoeken, … Recreatieve hobbyactiviteiten zoals: club-creatief, groepshandwerk
2.4.2. Activiteiten van vormende aard Een lokaal dienstencentrum biedt activiteiten aan die gericht zijn op de persoonlijke ontwikkelingen en de verrijking op vlak van kennis en/of vaardigheden van de gebruikers. Jaarlijks dienen er 100 vormende groepsactiviteiten georganiseerd te worden gespreid over minstens 5 verschillende soorten. Om aan de voorwaarden te voldoen organiseert het lokaal dienstencentrum volgende activiteiten van vormende aard: -
Taalcursussen: Spaans, Engels, Duits, Italiaans, Frans.
11
-
Computercursussen: beginnerscursus, internet en E-mail, Word, Word voor gevorderden, Excel, … Hobbycursussen: bloemschikken, kantklossen, keramiek bruchen, … Bijscholingscursussen: vingers aan de knoppen, Nederlands de nieuwe spelling, … Varia: ontspanningstechnieken, geheugentraining, tai-chi, …
2.4.3. Activiteiten van algemeen-informatieve aard Deze activiteiten zijn erop gericht, aan een individuele gebruiker of een gebruikersgroep, informatie over te dragen over onderwerpen die relevant zijn voor het behoud of de verhoging van de zelfstandigheid of de emancipatie van de gebruiker. Deze informatie draagt bij tot de integratie van de gebruiker in de lokale leefgemeenschap. Hiervoor dient het lokaal dienstencentrum: Een werking uit te bouwen waarbij de bewoners van de lokale leefgemeenschap uitgenodigd worden om advies en informatie te vragen; Jaarlijks 10 vormende activiteiten in te richten voor een gebruikersgroep; Op minstens 3 andere wijzen aan de bewoners van de lokale leefgemeenschap algemene informatie aanbieden; In staat zijn de gebruikers door te wijzen naar de meest geschikte persoon of voorziening. Het dienstencentrum “De Sleutel” tracht aan deze voorwaarde te voldoen door volgende activiteiten aan te bieden of volgende initiatieven te nemen: Bij nieuwe, relevante informatie voor de gebruikers van het lokaal dienstencentrum en de inwoners van onze lokale leefgemeenschap wordt deze informatie in het tweemaandelijkse gemeentelijk informatieblad en in de brochure van het dienstencentrum gepubliceerd. Verspreid over het jaar organiseert het lokaal dienstencentrum 10 informatiemomenten voor gebruikersgroepen. Het gaat hier dan vooral om: - medische informatie omtrent gezondheid en gezondheidspreventie, - informatie omtrent sociale maatregelen zoals bijvoorbeeld verwarmingstoelagen e.d, - actuele problematieken zoals: Wat is een pandemie?, CO-vergiftiging, e.d. - juridische informatie - regionale culturele informatie. Het lokaal dienstencentrum zorgt ervoor dat bewoners kunnen gebruik maken van het internet. De gebruikers kunnen gratis het internet consulteren en indien nodig hierbij geassisteerd worden door één van de medewerkers van het lokaal dienstencentrum. Bedoeling is deze computerruimtes uit te rusten met nieuwe laptops, verbonden met een draadloos internet. In het lokaal dienstencentrum bevindt zich een informatiezuil van de Vlaamse gemeenschap waarin bezoekers tal van informatiebrochures vinden. In het lokaal dienstencentrum beschikken we over een sociale kaart welke wij kunnen consulteren via het internet. Verder werken wij steeds onze zelf
12
samengestelde informatiegids bij. Gebruikers kunnen op eenvoudige vraag de delen van deze gids opvragen om zo hun hulpvraag te beantwoorden. Het gaat hier enerzijds over adressen van huisdokters, pedicuren, ziekenhuizen, rustoorden, serviceresidenties. Anderzijds wordt er informatie doorgegeven over welke instelling welke soort dienstverlening biedt, brochures omtrent wonen en aanpassing van de woning, zorgverzekering, dienstencheques, thuiszorg, en nog veel meer. 2.4.4. Optionele werkzaamheden Als lokaal dienstencentrum dienen we 5 van de 9 hieronder opgesomde optionele werkzaamheden uit te voeren. Namelijk: Aanbieden van warme maaltijden Aanbieden van hulp bij boodschappen Aanbieden van hulp bij huishoudelijke klussen Aanbieden van buurthulp Nemen of ondersteunen van initiatieven die de mobiliteit van de lokale bewoners tot stand brengen of verhogen; Uitlenen van personenalarmtoestellen; Organiseren van de dienstverlening van een personenalarmcentrale; Organiseren van activiteiten voor specifieke doelgroepen. Aanbieden van hulp bij activiteiten van het dagelijkse leven, inzonderheid hygiënische zorg. Het lokaal dienstencentrum De Sleutel koos voor volgende optionele activiteiten: Aanbieden van warme maaltijden Aanbieden van hulp bij huishoudelijke klussen Aanbieden van initiatieven die de mobiliteit verhogen Uitlenen van personenalarmtoestellen. Aanbieden van hulp bij boodschappen Activiteiten van het dagelijks leven inzonderheid hygiënische zorg Wassalon Administratieve hulp Strijkatelier 2.4.5. Activiteiten betreffende hulp in het dagelijkse leven Een lokaal dienstencentrum biedt hulp aan bij activiteiten in het dagelijks leven. Deze hulp dient aangeboden te worden onder minstens 3 vormen. Het dienstencentrum De Sleutel koos hier voor: - een wassalon - administratieve hulp - strijkatelier (sinds 2006) 2.4.6. Kwaliteitsplanning Jaarlijks dient het lokaal dienstencentrum een kwaliteitsplan in te dienen met hierin gevat verbeterpunten op het vlak van kwaliteit die in het volgende jaar zullen gerealiseerd worden.
13
In 2010 willen we verder aandacht besteden aan de procedure rond inspraak, de procedure rond permanent aanspreekpunt en de klachtenprocedure. Dit houdt in dat de beschikbare procedures verder worden uitgewerkt en onder aandacht van de gebruiker van het lokaal dienstencentrum worden gebracht door een gerichte promotiecampagne omtrent de uit te werken procedure. Op deze wijze wordt ook tegemoet gekomen aan de vereisten terzake van het nieuwe Woonzorgdecreet.
2.5. Thuisdienstverlening aan bejaarden, zieken en gehandicapten Doelstelling De verschillende thuisdiensten van het OCMW hebben als doel hun cliënten in de mogelijkheid te stellen om zo lang mogelijk in de beste omstandigheden in hun thuissituatie te verblijven. Deze doelstelling sinds jaren wordt in het Lokaal Sociaal Beleidsplan als topprioriteit naar voor geschoven. Onze diensten voldoen alsnog aan de voorwaarden van het nieuwe Woonzorgdecreet. Tegen 2015 zal deze dienst echter moeten uitbreiden naar ten minste 10 FTE‟s, wat inhoud dat er een tweetal voltijdse krachten zal moeten bijkomen in vergelijking met het effectief op 1 januari 2010. Het is momenteel echter nog niet volledig duidelijk welke financiële gevolgen hieraan zullen verbonden worden. Opties en middelen om deze doelstelling te realiseren 2.5.1. Dienst voor gezinszorg – AC 841 De dienst voor gezinszorg is reeds erkend 1 januari 1994 met erkenningsnummer 32100. De dienst is voor 12.332 uren gesubsidieerd. Doelstelling De dienst voor gezinszorg biedt hulp aan gezinnen, bejaarden en minder-validen die niet of onvoldoende in staat zijn de gewone dagelijkse gezins-, huishoudelijke en verzorgde taken te vervullen. De hulp die geboden wordt kan preventief, herstellend, verzorgend of palliatief zijn. Kaderend in de regelgeving van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap wil de dienst zich bij voorkeur richten tot: * hoogbejaarden * alleenstaanden of cliënten met weinig of geen mantelzorg * intensief zorgbehoevenden * personen met specifieke problemen (dementie, palliatieve situatie, …) Op de dienst voor gezinszorg werken momenteel 8,4 VTE verzorgenden waarvan één voltijds personeelslid eveneens ingeschakeld wordt in de thuisopvang van zieke kinderen. 2.5.2. Andere thuisdiensten – AC 844
14
2.5.2/1 Poetsdienst In de poetsdienst werken 11,3 VTE helpsters (in grote meerderheid gesubsidieerde contractuelen). De dienst is aldus in staat om maximaal 125 cliënten per week te bedienen (1 cliënt per halve werkdag). Omwille van de vergrijzing is de vraag soms groter dan het aanbod, waardoor mensen op een wachtlijst moeten geplaatst worden. Deze mensen wordt eveneens de mogelijkheid geboden over te schakelen op het aanbod van poetsdienst met dienstencheques. Vanaf 1 januari 2009 werden de tarieven aangepast. Het is de bedoeling een verdere differentiatie door te voeren voor de hogere inkomens. Het blijft dan ook waarschijnlijk dat een aantal cliënten zullen opteren om te betalen met dienstencheques (zie verder 2.8.1.). Een evenredig aantal personeelsleden zal dan in deze dienst verder tewerkgesteld worden. 2.5.2/2 Klusjesdienst Door de uitbreiding van de klusjesdienst met een derde klusjesman, momenteel in een contract art. 60, nadien mogelijk met een seizoenscontract tijdens zomerperiode, kunnen mensen sneller geholpen worden bij het uitvoeren van een klus. 2.5.2/3 Dienst warme maaltijden In twee simultane maaltijdrondes kunnen de maaltijden bij iedere cliënt geleverd worden tussen 11u en 13u. 2.5.2/4 Dienst teletoezicht – Personenalarmsysteem (via werking Dienstencentrum) Plaats binnen de dienstverlening Deze dienstverlening is een onderdeel van de optionele activiteiten van het lokaal dienstencentrum „De Sleutel‟ en kadert verder in de thuishulpverlening van het OCMW Lubbeek. Doelgroep Deze telealarmsystemen zorgen ervoor dat inwoners van Groot-Lubbeek die alleenstaand zijn of vaak alleen zijn en het fysiek moeilijker hebben toch zelfstandig kunnen blijven wonen. Bij deze bevolkingsgroep bestaat er steeds een risico op het vlak van toezicht. Deze mensen vallen vaak makkelijker of voelen zich onveilig. Het telealarmsysteem zorgt ervoor dat zij in een noodsituatie op een eenvoudige wijze beroep kunnen doen op een hulpverlener. Teleserv Sinds 2002 doet het OCMW Lubbeek een beroep op de firma Teleserv – Telealarm voor de organisatie van de personenalarmcentrale en de plaatsing van de alarmsystemen bij de inwoners van Groot-Lubbeek.
15
De firma Teleserv zorgt dus voor een 24/24 uur permanentie zodat elke hulpvraag of alarmoproep van de gebruikers kan beantwoord en afgehandeld worden. Werking van het alarmsysteem Het telealarm bestaat uit enerzijds een alarmzendertje dat aan de pols of de hals gedragen kan worden. Hiermee kan een er een alarmsignaal gestuurd worden naar het ontvangsttoestel. Het ontvangsttoestel wordt aangesloten via de telefoonlijn. Dit toestel ontvangt de alarmmelding van de zender en geeft dit via de telefoonlijn door aan de oproepcentrale. De operator die de oproepcentrale bediend kan onmiddellijk een conversatie voeren met de gebruiker. Zo kan men nagaan van welke aard de noodsituatie is. De operator verwittigd dan een van de contactpersonen van de gebruiker en indien nodig de hulpdiensten of de huisarts van de gebruiker. De operator blijft verbonden met de gebruiker tot de hulpverlener hem heeft bereikt. Op dit ogenblik zijn er 10 mensen verbonden met ons tele-alarmsysteem. 2.5.2/5 Organisatie van aangepast vervoer Plaats binnen de dienstverlening Deze dienstverlening is een onderdeel van de optionele activiteiten van het lokaal dienstencentrum „De Sleutel‟ en kadert verder in de thuishulpverlening van het OCMW Lubbeek. Doelgroep De dienstverlening wordt georganiseerd voor inwoners van Groot-Lubbeek die minder mobiel zijn. Personen dus die niet of nauwelijks gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer of andere beschikbare vervoersmiddelen. Werking van de dienst aangepast vervoer Voor deze dienst „aangepast vervoer‟ is er een busje aangekocht door het OCMW Lubbeek waarmee er sinds 2006 vervoer georganiseerd wordt. Het busje zorgt ondermeer voor het vervoer van inwoners van Groot-Lubbeek naar: de activiteiten van het lokaal dienstencentrum De Sleutel tweewekelijkse vaste uitstappen naar de winkel of een markt kleine groepsuitstappen met gebruikers van het lokaal dienstencentrum of bewoners van de serviceresidentie Prinses Astrid
2.6. Thuisdienstverlening aan jonge gezinnen Doelstelling De combinatie werken/gezin is in onze huidige maatschappij niet meer weg te denken. Kwaliteitsvolle kinderopvang is hierdoor een noodzaak geworden. Met onderstaande initiatieven wil het OCMW een zo kwalitatief mogelijke opvang, verzorging, begeleiding en dienstverlening bieden aan de jonge gezinnen en hun
16
kinderen. Opties en middelen om deze doelstelling te realiseren 2.6.1. Dienst opvanggezinnen In 1990 gestart in samenwerking met de dienst onthaalgezinnen van de Stad Tienen wensen wij de volgende jaren deze samenwerkingsovereenkomst te houden.
Naar de onthaalmoeders (momenteel gedaald tot 1) toe zal de startpremie / Sinterklaasaktie behouden blijven met o.a.: * aankoop van speelgoed * toekenning van premie bij deelname aan vormingsavonden en studiedagen i.v.m. kinderen Tevens zal aandacht besteed worden opdat deze onthaalmoeders zullen blijven beantwoorden aan alle professionele vereisten die aan hen gesteld worden door de hogere overheid (vb EHBO-vorming) 2.6.2. Thuisopvang voor zieke kinderen Deze dienst wordt verzekerd door 1 voltijds kinderverzorgster die eveneens ingeschakeld wordt in de dienst gezinszorg indien er geen aanvragen voor thuisopvang zijn.
2.7. Serviceflats – AC 924 MISSIE VAN DE SERVICERESIDENTIE PRINSES ASTRID De serviceresidentie Prinses Astrid is een door de Vlaamse overheid erkende, beschermde woongelegenheid voor senioren die moeilijkheden ondervinden om in hun huidige woonsituatie zelfstandig te blijven wonen. De organisatie staat open voor iedere senior die, ongeacht hun herkomst en hun ideologische, filosofische of godsdienstige overtuiging, behoefte heeft aan beschermd wonen en streeft naar het behoudt van zijn zelfstandigheid. De serviceresidentie biedt woongelegenheid aan senioren, voortaan overeenkomstig de bepalingen van het Woonzorgdecreet vanaf 65 jaar, die niet constante medische begeleiding of toezicht nodig hebben en die nog onafhankelijk willen zijn maar dit in hun huidige woonsituatie niet meer kunnen. . Onze serviceresidentie biedt aan zijn bewoners een geïndividualiseerd verblijf met aandacht en respect voor iedere persoon. De serviceresidentie verstrekt aan zijn bewoners een aangepaste woonomgeving. De bewoners kunnen een beroep doen op een aantal ondersteunende diensten zoals: poetsdienst, dienst voor gezinshulp, klusjesdienst, warme maaltijden, wassalon en
17
boodschappendiensten, noodoproepsysteem in elke flat, zodat het zelfstandig wonen eenvoudiger wordt gemaakt. Aangezien iedere bewoner vrij is zijn verblijf in onze residentie in te richten naar zijn wensen en noden, treden de ondersteunende diensten slechts op wanneer er een duidelijke hulpvraag wordt gesteld. De onmiddellijke nabijheid van het dienstencentrum verschaft daarenboven recreatieve, vormende en informatieve activiteiten. Om aan zo veel mogelijk noden en wensen van de bewoners te voldoen wordt er ook samengewerkt met externe diensten. Zo trachten wij te streven naar een actueel dienstaanbod en een permanente verbetering van onze werking. De zelfstandigheid van onze bewoners houdt ook in dat zij recht hebben op informatie over onze serviceresidentie en dat zij inspraak hebben in beslissingen omtrent onze residentie. We trachten ook de familieleden en de directe kennissen van onze bewoners te betrekken in onze werking en houden ons eraan hun vragen correct te beantwoorden. KERNOPDRACHT Onze organisatie ziet het als zijn kernopdracht ervoor te zorgen dat onze bewoners zelfstandig en kwaliteitsvol kunnen blijven wonen, met of zonder de ondersteuning van hulpverlenende diensten. Serviceresidentie Prinses Astrid wil een organisatie zijn die respect opbrengt voor de individuele persoonlijkheid van zijn bewoners en aandacht heeft voor de relaties van onze bewoners. Waar gewenst of nodig zal onze residentie de nodige ondersteuning aanbieden. ERKENNINGSVOORWAARDEN De erkenningsvoorwaarden waaraan een serviceresidentie moet voldoen staan beschreven in het besluit van de Vlaamse regering van 17 juli 1985 Verder dient de serviceresidentie te beantwoorden aan de voorwaarden betreffende het kwaliteitszorg gevat in het ministerieel besluit van 10 december 2001. Als enig onderdeel van het Woonzorgdecreet zijn de bepalingen inzake de “assistentiewoningen” (vervangt de reglementering van de serviceflats) nog niet van toepassing. Voorlopig is het ook nog niet geheel duidelijk hoe de interactie tussen de vroegere en nieuwe regeling zal geschieden. INVULLING VAN DE ERKENNINGSVOORWAARDEN 2.7.1. Vormen van hulpverlening De bewoners van de serviceresidentie Prinses Astrid kunnen via het OCMW Lubbeek en het lokaal dienstencentrum „De Sleutel‟ een beroep doen op volgende dienstverlening: Poetsdienst Gezinshulp
18
-
Klusjesdienst Warme maaltijden in de serviceflat Warme maaltijden in het restaurant van het dienstencentrum Noodoproepsysteem Boodschappendienst
Verder kunnen de bewoners ook gebruik maken van hulp op administratief en praktisch vlak. Ze kunnen hiervoor terecht bij de dagelijks verantwoordelijke van de serviceresidentie. Buiten de hulp- en dienstverlening aangeboden door het OCMW kunnen de bewoners van de serviceresidentie steeds gebruik maken van aanvullende of vervangende dienstverlening van andere hulpverleningsorganisaties bijvoorbeeld: thuisverpleging door wit-gele kruis, gezinszorg door familiehulp. Zij hebben de vrije keuze om gebruik te maken van elke hulp- en dienstverlening aangeboden door de organisaties van hun keuze. 2.7.2. Aangepast huisvesting De serviceresidentie Prinses Astrid bestaat uit 40 serviceflats die zo ontworpen zijn dat oudere personen met kleine fysieke problemen geen hinder ondervinden bij het verplaatsen. De deuren zijn breder, er zijn geen drempels in de flat, er is een lift aanwezig, e.d. De gebruikte materialen in de serviceflat zijn zodanig gekozen dat de bewoner zo lang mogelijk zelf kan instaan voor het onderhoud ervan. De inrichting van de flat draagt ertoe bij dat de bewoner langer zelfstandig kan zorgen voor zijn persoonlijke hygiëne en voor de bereiding van zijn eigen maaltijden. 2.7.3. Beschermde woonomgeving Vele senioren die de keuze voor een serviceflat maken ervaren thuis een gebrek aan toezicht. Ze zijn alleenstaand, buren en kinderen zijn gedurende de dag uit werken zodat ze veel alleen zijn. Zo ontstaat er een gebrek aan sociaal contact, sociale controle en een onveiligheidsgevoel. In een serviceflat bevinden ze zich tussen leeftijdsgenoten zodat het sociaal contact wordt verhoogt. Doordat er zich 40 flats in hetzelfde gebouw bevinden is er ook een gezonde vorm van sociale controle. Het vernieuwde alarmsysteem van de serviceresidentie, welk 24 uur op 24 wordt beantwoordt door de OCMW administratie of de inwonende conciërge, draagt bij tot een algemeen veiligheidsgevoel. Ook de toegangsdeur die enkel door de bewoners van de serviceresidentie kan geopend worden versterkt dit gevoel.
19
2.7.4. Kwaliteitsplanning Jaarlijks dient de serviceresidentie een kwaliteitsplan in te dienen met hierin gevat de verbeterpunten op het vlak van kwaliteit die in het volgende jaar zullen gerealiseerd worden. In 2010 willen we verder werken aan de procedure rond klachtenprocedure en de procedure rond verwerven en doorgeven van informatie. Deze procedures zullen andermaal onder de loep worden genomen tijdens de trimesteriele bewonersraad. Na de bewonersraad worden de besproken punten via een nieuwsbrief nog ten ieders attentie gebracht. Voor de serviceresidentie Prinses Astrid plannen we jaarlijks ook een bewonersenquête waarop zij kunnen aangeven wat er voor hen vorig jaar goed of fout verlopen is. Deze enquête wordt op zijn beurt besproken op een bewonersraad. De opvolging van de enquête en de acties die ondernomen dienen te worden kunnen ook zo ter kennis gebracht worden. 2.7.5. Doelstellingen voor 2010 - maandelijks worden er ontmoetingsmomenten georganiseerd met de bewoners waarop ook de verjaardagen van de bewoners worden gevierd. - inrichting van de gangen van de serviceresidentie - tweewekelijkse winkeluitstappen of marktuitstappen 2.7.6 Uitbreiding aantal flats Ook in Lubbeek is er duidelijke nood aan bijkomende huisvesting, aangepast aan de specifieke noden van de oudere inwoners. Het OCMW onderzoekt dan ook momenteel, in overleg met de gemeente, of, hoe en waar bijkomende serviceflats kunnen gebouwd worden. Deze plannen kennen voorlopig nog geen weerslag in het budget, maar zullen desgevallend geconcretiseerd worden in de vorm van nieuwe investeringsprojecten ter grootte van ongeveer 6 miljoen euro, die bij wijze van begrotingswijziging zullen mogelijk gemaakt worden. De huidige werkhypothese betreft de bouw van bijkomende flats in 3 bouwlagen van 10 appartementen op de huidige site. Hiertoe werd reeds een stedenbouwkundig attest nr 2 verkregen.
2.8. Nieuwe diensten 2.8.1. Dienstencheques In 2005 werd de dienst “dienstencheques” opgestart. Op 17 mei 2004 werd het OCMW van Lubbeek erkend als onderneming in het kader van de dienstencheques met erkenningsnummer 01394.
20
Het OCMW van Lubbeek heeft momenteel 6,3 VTE personeelsleden in dienst die een aantal uren per week bij de aanvragers huishoudelijke taken mogen uitvoeren. Budgettair werd de mogelijkheid geschapen tot een verdere uitbreiding van dit aanbod. Bovendien zullen een aantal personeelsleden vermoedelijk de overstap maken vanuit de reguliere poetsdienst, dit in navolging van hun cliënten (zie punt 2.5.2./1).
3. FINANCIELE BESCHOUWING 3.1.
Het exploitatiebudget Het exploitatiebudget, zijnde een raming van kosten en opbrengsten, is opgemaakt volgens de dienstenstructuur, zoals die door de Raad werd goedgekeurd bij de opstart van de NOB, ter gelegenheid van de vastlegging van de diverse activiteitencentra. Per activiteitencentrum (AC) wordt een exploitatiebudget opgemaakt, subanalytisch onderverdeeld in functie van de op te volgen opbrengsten en kosten. Ten einde het budget 2010 sluitend te maken is een gemeentelijke bijdrage nodig van € 1.904.517. Het budget 2010 beantwoordt aldus aan de normen zoals bepaald in de meerjarenplanning 2007 – 2010, waarin voor 2010 een gemeentelijke bijdrage gepland was van 1.960.014 euro. Deze werd zoals afgesproken in het Overlegcomité tussen gemeente en OCMW verminderd met het saldo van de vorige jaren ten bedrage van 55.497 euro.
3.1.1. Activiteitencentrum 100: Algemene administratie Kosten: : € -703.463 Opbrengsten: € +195.477 Boekhoudkundig resultaat: € - 507.986 Dit activiteitencentrum omvat alle kosten en opbrengsten welke betrekking hebben op het algemeen bestuur. In dit activiteitencentrum wordt ook het privaat patrimonium en het beheer van de landbouwgronden en de bossen van het OCMW opgenomen. Ten opzichte van 2009 blijven de kosten quasi gelijk. De opbrengsten in dit activiteitencentrum stijgen met 14.450 euro. 3.1.2. Activiteitencentrum 139: Centrale keuken Kosten: : € -236.970 Opbrengsten: € +234.524 Boekhoudkundig resultaat: € -2.446 Ten opzichte van 2009 wordt een forse verbetering van de werkingsresultaten verwacht, zij het vooral omwille van interne facturatie. 21
3.1.3. Activiteitencentrum 200: Lokaal Sociaal Beleid Kosten: : € -14.815 Opbrengsten: € +0 Boekhoudkundig resultaat: € - 14.815
Dit activiteitencentrum is gecreëerd in akkoord met de gemeente, en heeft als doel een financieel beeld te geven van de administratieve werking van het lokaal sociaal beleid, en het realiseren van de doelstellingen ervan. In dit activiteitencentrum worden de uitgaven geboekt van de werking die aan gezamenlijke werking van gemeente en OCMW (met eventueel aanvulling van andere partners) kunnen worden toegeschreven. Het budget werd aangepast aan de kosten van de lopende overeenkomsten. De zitpenningen werden overgeheveld naar AC 100. Als voorlopig hoogtepunt van het Lokaal Sociaal Beleid mag verwezen worden naar de opening van het Sociaal Huis op 8 mei 2009. Naast de principiële taak om als eenvormig loket te dienen tot alle sociale diensten voor de inwoners van Lubbeek (in de vorm van één virtueel en twee materiële loketten in respectievelijk het gemeentehuis en het OCMW-gebouw) wordt er hier verder gewerkt aan samenwerking met andere diensten. Deze samenwerking kan gebeuren in de vorm van het ter beschikking stellen van bureelruimten aan bijvoorbeeld ziekenfondsen. De financiële weerslag van dit laatste is echter verwaarloosbaar. 3.1.4. Activiteitencentrum 832: Sociale Dienst Kosten: : € -1.286.413 Opbrengsten: € +751.021 Boekhoudkundig resultaat: € - 535.392 Ten opzichte van 2009 dalen de kosten licht. De opbrengsten stijgen dan weer relatief sterk. Beide zijn verbonden met enerzijds een afname van het aantal cliënten in een rusthuis waarvoor betalingsverbintenissen lopen. Tegelijk is er een hogere recuperatie van deze kosten op de onderhoudsplichtigen. 3.1.5. Activiteitencentrum 834: Dienstencentrum Kosten: : € -393.331 Opbrengsten: € +169.940 Boekhoudkundig resultaat: € - 223.391 De verhoging van de vergoedingen voor de vrijwilligers (waaronder een belangrijk deel van de lesgevers) laten zich voelen. 3.1.6. Activiteitencentrum 841: Dienst voor gezinszorg Kosten: : € -479.011
22
Opbrengsten: € +401.125 Boekhoudkundig resultaat: € -77.886 In de kosten is voorzien in een mogelijke bijkomende aanwerving, waar niet echt meer gesubsidieerde uren tegenover staan. Anderzijds is er in 2009 een gevoelige toename geweest van het aantal gesubsidieerde uren, wat zich nog moet verderzetten in 2010.
3.1.7. Activiteitencentrum 844: Thuisdiensten Kosten: : € -1.057.597 Opbrengsten: € +697.654 Boekhoudkundig resultaat: € - 359.943 Dit activiteitencentrum groepeert alle kosten en opbrengsten die betrekking hebben op de thuisdiensten o.m. de dienst warme maaltijden, klusjesdienst en poetsdienst. Ten opzichte van 2009 stijgen de kosten wat bijna uitsluitend het gevolg is van personeelskosten De opbrengsten stijgen gevoelig door een verdere overschakeling op poetsdienst met dienstencheques en hogere facturatiebedragen. Bovendien wordt budgettair de mogelijkheid geschapen voor de bijkomende aanwerving van poetspersoneel.
3.1.8. Activiteitencentrum 924: Serviceflats Kosten: : € -371.395 Opbrengsten: € +263.559 Boekhoudkundig resultaat: € - 107.836 Ten opzichte van 2009 stijgen de kosten ten gevolge van voorzieningen om groot onderhoud te laten doen aan vooral de ramen van het gebouw. De opbrengsten stijgen relatief licht.
3.2.
Het investeringsbudget Wat voorheen de buitengewone dienst werd genoemd, heet nu het investeringsbudget. Dit is, in tegenstelling met het exploitatiebudget, het beslissingsterrein gebleven van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn. De investeringen voor het jaar 2010 bevatten vooralsnog geen nieuwe initiatieven. Hierbij wordt duidelijk gesteld dat een begrotingswijziging in 2010 in het vooruitzicht wordt gesteld nadat duidelijkheid gekomen is over de kost en financiering van de nieuwe serviceflats.
23
Van de vorige jaren worden geen investeringsprojecten geschrapt. Op te merken valt dat door het OCMW-decreet van 19 december 2008, grotendeels in werking getreden op 1 juli 2009, de beperkte geldigheidsduur van een investeringskrediet haar rechtsgrond verloren heeft. Voortaan is ook een nog niet gebruikt investeringskrediet na drie jaar nog bruikbaar.
3.3.
Het liquiditeitenbudget en de berekening van de gemeentelijke bijdrage Het liquiditeitenbudget is het budget van de verwachte geldstromen in het OCMW. Het start bij de vermoedelijke toestand van de liquiditeiten bij het begin van het boekjaar waarop het budget slaat, aangevuld met alle geplande geldstromen van het boekjaar. Een goede liquiditeitenplanning is belangrijk, maar verre van eenvoudig daar alle geldstromen niet gemakkelijk voorspelbaar zijn. Het is echter zo dat de uitgaande geldstromen wel min of meer voorspelbaar zijn, doch dit voor de inkomende al heel wat moeilijker is. Dit is te wijten aan het feit dat wij als lokaal bestuur afhangen van tal van werkingssubsidies die nog al eens op zich laten wachten. Hoe lager de voorspelbaarheid van de liquiditeitenstromen, hoe hoger de noodzakelijke financiële buffer moet zijn om niet in liquiditeitenproblemen te geraken. Het model van het liquiditeitenbudget bevat ook de berekening van de cashflow en de gemeentelijke bijdrage, het financiële sluitstuk van het OCMW-budget. De gemeentelijke bijdrage is gedeeltelijk verplicht (bijdrage in het werkingstekort) en voor een deel facultatief (eventueel investeringsbijdrage en bijdrage in werkkapitaal). De berekening van de verplichte bijdrage vertrekt van het exploitatiebudget, maar corrigeert dat voor een aantal kosten en opbrengsten zonder kaseffect (vb. afschrijvingen, verrekeningen e.d.) en een aantal uitgaven en ontvangsten die geen kosten of opbrengsten zijn (vb. aflossingen). Mits er goede afspraken zijn tussen de Gemeente en het OCMW kan de gemeentelijke bijdrage een belangrijk middel zijn om tijdelijke liquiditeitstekorten op te vangen.
24
4. SLOTCOMMENTAAR Het budget is geen document dat op zichzelf staat, maar is de start van een nieuw budgettair en boekhoudkundig jaar. Het bepaalt de fundamentele krijtlijnen waarbinnen in het komende jaar kan gewerkt worden. Er mag niet meer uitgegeven worden dan in het budget is ingeschreven. Het is echter onmogelijk om perfect te voorspellen hoe de opbrengsten en de kosten zullen evolueren. Het budget wordt, met het advies van de budgetcommissie en na bespreking in het overlegcomité met het gemeentebestuur, definitief gestemd in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn om nadien ter kennisgeving aan de Gemeenteraad voorgelegd te worden, enerzijds, gelet op het unaniem gunstig advies in het Overlegcomité en anderzijds aangezien het budget opgemaakt is binnen de normen van de gemeentelijke bijdrage, zoals vastgelegd in de meerjarenplanning 2007-2010. De vaststelling van het budget door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn en de kennisgeving aan de Gemeenteraad slaat zowel op het geconsolideerde exploitatiebudget als op de exploitatiebudgetten opgesteld per activiteitencentrum (8 in aantal). De exploitatiebudgetten in detail (met opsomming van alle rekeningen) en de exploitatiebudgetten opgemaakt per subanalytische code worden als nuttige detailinformatie ter inzage of ter beschikking gehouden. Eén ding staat als een paal boven water: ons OCMW zal met de middelen die ons door de Gemeente worden toegekend in 2010 als een goed huisvader omspringen en anderzijds een bijzondere inspanning leveren om een dienstverlening te bieden, doordrongen van aandacht voor kwaliteit in de zorg en menselijkheid in de aanpak.
25