GEMEENTE
Projectplan Duurzaamheid gemeente Drimmelen
Versie Datum Samengesteld door
: : :
3 Oktober 2011 K.J. van derSpek-van den Burg
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 2 van 16
Inhoudsopgave 1
Inleiding
3
2
Aanleiding en achtergrond project
4
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Projectresultaat Projectopdracht/projectresultaat Doelstellingen Kwaliteitseisen resultaat Succesfactoren en risicofactoren
6 6 6 6 7
4
Projectfasering
9
5 5.1 5.2 5.3 5.4
Projectkader Voorwaarden Bestuurlijke besluitvorming Projectorganisatie Externe partners
10 10 10 10 11
6 6.1 6.2
Projectplanning Activiteitenplanning Middelenplanning
12 12 12
7 7.1 7.2 7.3
Bijlagen Bijlage 1: taakomschrijvingen projectorganisatie Bijlage 2: activiteitenplanning project Duurzaamheid Bijlage 3: raming benodigde capaciteit project Duurzaamheid
13 13 15 16
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 3 van 16
1
Inleiding
Voor u ligt het projectplan voor het project duurzaamheid in de gemeente Drimmelen. Aan duurzaamheid wordt door het gemeentebestuur een hoge prioriteit gegeven. Het is dan ook de bedoeling dat er een gemeentelijke visie op duurzaamheid en een duurzaamheidsbeleid komt. In dit projectplan wordt beschreven op welke wijze hier invulling aan wordt gegeven: • In hoofdstuk 2 wordt kort de aanleiding beschreven; • !n hoofdstuk 3 wordt het projectresultaat beschreven: projectopdrach^ doelstellingen kwaliteitseisen en succes- en risicofactoren; • In hoofdstuk 4 wordt de projectfasering toegelicht; • Hoofdstuk 5 beschrijft het projectkader: voorwaarden bestuurlijke besluitvorming4 projectorganisatie en externe partners; • In hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de activiteitenplanning en de middelenplanning. • In hoofdstuk 7 zijn de bijlagen opgenomen.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 4 van 16
2
Aanleiding en achtergrond project
Het besef is er dat de fossiele brandstoffen eindig zijn en dat het klimaat aan het veranderen is. Verder begint het langzaam door te dringen dat er iets moet gebeuren om het wonen en leven op onze planeet aantrekkelijk te houden. Daarom heeft duurzaamheid in brede zin op alle schaalniveaus grote aandacht: internationaal nationaal provinciaal en regionaal (West-Brabant). Ook de gemeente Drimmelen wil hieraan haar bijdrage leveren. De gemeente doet al een en ander op het gebied van duurzaamheid: • De gemeente heeft de Verklaring van Dussen (regio West-Brabant) ondertekend. Hiermee wil de regio een bijdrage leveren aan de rijksdoelstellingen met betrekking tot duurzame energie4 energiebesparing en CO2-reductie; • De gemeente neemt deel aan de SLOK-projecten ( S L O K : Stimuleringsregeling Lokale Klimaatinitiatieven) van de regio. Met het uitvoeren van deze projecten wordt een bijdrage geleverd aan de realisatie van de Verklaring van Dussen; • De gemeente is milleniumgemeente; • De gemeente heeft deelgenomen aan de pilot 'maak je verbouwing duurzaam' van de regio Breda; • De gemeente heeft in haar toeristisch beleid een passage opgenomen over duurzaam toerisme; • De gemeente heeft samen met de gemeenten Oosterhout en G e e r t r u i d e n b e ^ woningbouwcorporaties en enkele bouwbedrijven het Manifest Duurzaam Dongemond ondertekend. Dit manifest moet het duurzaam bouwen bevorderen. • Enzovoort. Het knelpunt hierbij is dat de samenhang ontbreekt. Daarnaast is in het coalitie-akkoord opgenomen dat men een duurzame leefkwaliteit wil bereiken en onderhouden in Drimmelen met als uitgangspunt het doelbewust nemen van een eigen verantwoordelijkheid. Dit wil men onder andere bereiken door het opstellen van een duurzaam klimaatbeleid4 nieuw beleid met betrekking tot duurzame energie met een focus op windenergie en een visie op de gemeente Drimmelen als een energieneutrale gemeente in 2030. Verder moet ook aandacht worden besteed aan biodiversiteit4 het verlenen van medewerking aan de realisatie van de milleniumdoelstellingen en aan het opnemen van duurzaamheid in alle raadsvoorstellen. In de op 24 februari 2011 door de gemeenteraad vastgestelde toekomstvisie '2040 Drimmelen in z i c h ^ het blauwgroene perspectief' staat duurzaamheid ook centraal. Dit moet een begrip worden dat niet meer weg te denken is uit het gemeentelijk beleid. Met duurzaamheid wordt een ontwikkeling bedoeld die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in het gevaar te brengen. In de meest ideale situatie is er sprake van een balans tussen e c o l o g i s c h ^ economische en sociale belangen. Alle ontwikkelingen die op technologisch^ economisch^ ecologisch^ politiek of sociaal vlak4 bijdragen aan een gezonde aarde met welvarende bewoners en goed functionerende ecosystemen zijn duurzaam.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 5 van 16
Uit bovenstaande blijkt dat inzicht gewenst is in hetgeen reeds gebeurt op het gebied van duurzaamheid4 wat de relatie tussen de verschillende activiteiten is en wat de relevante ontwikkelingen zijn. Daarnaast wil de gemeente op het gebied van duurzaamheid belangrijke stappen zetten. En dan gaat het om duurzaamheid in brede zin. Omdat duurzaamheid breed ofwel een containerbegrip is het noodzakelijk om duidelijke ambities op te stellen van wat men als gemeente op het gebied van duurzaamheid wil bereiken. Vervolgens kunnen deze ambities worden uitgewerkt in een uitvoerbaar beleidsplan. Met dit project wordt uitvoering gegeven aan het opstellen van de duurzaamheidsambities en het beleidsplan duurzaamheid.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 6 van 16
3
Projectresultaat
3.1
Projectopdracht/projectresultaat
Eindresultaat c.q. projectopdracht: Beleidsplan duurzaamheid gemeente Drimmelen 2013-2016 met ambities voor 2040, leidende principes voor duurzaamheid en doelstellingen voor 2016. Toelichting: Gekozen is voor het jaar 2040 voor de ambities omdat voor het realiseren van duurzaamheidsdoelstellingen vaak een lange tijd nodig is. Bovendien sluit dit ook aan bij de toekomstvisie. Vervolgens worden doelstellingen voor 2016 geformuleerd. Door het realiseren van deze doelstellingen komt het realiseren van de ambities in 2040 ook dichterbij. Tevens kan dan beter worden ingespeeld op nieuwe relevante ontwikkelingen. Ofwel het beleidsplan kan, indien nodig, tijdig worden bijgesteld. Het plan gaat dus uit van lange termijndenken (ambities 2040), hetgeen bij duurzaamheid cruciaal is. Maar door de looptijd van 4 jaar voor het plan zelf kan snel ingespeeld worden op nieuwe ontwikkelingen. Het beleidsplan duurzaamheid is als volgt opgebouwd: 1. Definiëring duurzaamheid. 2. Bestuurlijke visie (coalitie-akkoord en toekomstvisie). 3. Leidende principes duurzaamheid. 4. Per duurzaamheidsthema: a. Ambities voor 2040; b. Doelstellingen voor 2016; c. Projecten/activiteiten (opsomming). Deze sluiten aan bij reeds lopend beleid/lopende activiteiten/projecten bij gemeente en externen en bij hetgeen op gemeente en externen afkomt. 5. Globale uitwerking projecten/activiteiten in projectbladen: a. Projecttitel; b. Duurzaamheidsdoelstelling project/activiteit; c. Resultaten; d. Korte beschrijving aanpak; e. Uitvoerder/betrokken partijen; f. Planning; g. Capaciteit en kosten. 3.2
Doelstellingen
1. Een duidelijke visie op wat we als gemeente (organisatie èn samenleving) willen bereiken op het gebied van duurzaamheid in 2040. 2. Een duurzaamheidsplan met en voor de samenleving van de gemeente Drimmelen 3. Een realistisch beleidsplan op het gebied van duurzaamheid, waarvan de uitvoering een grote kans van slagen heeft. 4. Zowel intern als extern betrokkenen dragen duurzaamheid een warm hart toe en geven actief vorm aan het beleid. 3.3
Kwaliteitseisen resultaat
Het beleidsplan duurzaamheid moet helder zijn en tevens een afbakening inhouden van wat we op het gebied van duurzaamheid gaan oppakken en wat niet. Er moet een duidelijk eindpunt aan de horizon worden geformuleerd ofwel waar willen we als gemeente in 2040
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 7 van 16
staan met betrekking tot duurzaamheid. Daarnaast moet het beleidsplan realistisch zijn, zodat het verwezenlijken van het plan een grote kans van slagen heeft. Vandaar dat gekozen is voor het formuleren van ambities voor 2040 en doelstellingen voor 2016. Bepaalde ontwikkelingen kunnen echter niet wachten op het beleidsplan, bijvoorbeeld het nieuwe inkoopbeleid met het onderdeel duurzaam inkopen, windenergie en overige vormen van duurzame energie. Deze zaken moeten vooruitlopend op het totale duurzaamheidsbeleid worden opgepakt. De wens van de gemeenteraad is ook dat er daadwerkelijk een en ander wordt gerealiseerd op het gebied van duurzaamheid. Wel zal door B&W moeten worden bezien of het onderdeel vooruitlopend op het totale duurzaamheidsbeleid kan worden opgepakt. Zo ja, dan wordt dat onderdeel als input bij het duurzaamheidsbeleid meegenomen. 3.4
Succesfactoren en risicofactoren
Succesfactoren bij dit project zijn: 1. De tijd is gunstig. Op alle schaalniveaus (internationaal, nationaal, provinciaal, regionaal en lokaal) is duurzaamheid momenteel een hot item. Dit heeft tot gevolg dat ook het bedrijfsleven zich meer en meer richt op duurzaamheid en dat meer burgers bewuster bezig zijn met onderwerpen van duurzaamheid. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door alle aandacht voor het opraken van fossiele brandstoffen en klimaatverandering en anderzijds door de economische crisis. Met duurzaamheid kan namelijk in de toekomst worden bespaard. Tevens kan het zorgen voor werkgelegenheid. Door deze ontwikkelingen is de slagingskans van het opstellen van een beleidsplan en de uitvoering hiervan groter. 2. Binnen de gemeente Drimmelen heeft het opstellen van een duurzaamheidsnota een hoge prioriteit. Dit is gunstig voor de uitvoering van de opdracht. Het beleidsplan duurzaamheid past ook goed in de toekomstvisie en in de gemeente Drimmelen als blauwgroene gemeente. Risicofactoren bij dit project zijn: 1. 'Duurzaamheid' is heel breed (containerbegrip). Een duidelijke begripsbepaling en afbakening in het beleidsplan van wat we als gemeente wel en niet doen op het gebied van duurzaamheid is daarom noodzakelijk. Gebeurt dit niet, dan verzanden we in eindeloze discussies en wordt er niets bereikt. 2. Duurzaamheid is nauwelijks afdwingbaar met wet- en regelgeving. Ofwel er is geen stok achter de deur. Dit kan ertoe leiden dat de medewerking door intern en extern betrokkenen teveel gebaseerd wordt op vrijwilligheid. De rollen, taken en verwachtingen van de intern en extern betrokkenen moeten daarom beschreven zijn en duidelijk zijn, zodat eenieder weet wat van hem of haar wordt verwacht. Verder moet de intern benodigde capaciteit worden ingepland. Hiervoor is het noodzakelijk dat gemeentebestuur en MT achter de aanpak staan. Tot slot is het belangrijk dat de projectleider de voortgang goed bewaakt. 3. Door de werkdruk intern kan vertraging ontstaan in de uitvoering. De benodigde capaciteit zal daarom moeten worden vrijgemaakt en worden ingepland.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 8 van 16
4.
Uitvoering van het beleidsplan behoort niet bij het project, maar is wel noodzakelijk voor het realiseren van de visie. De uitvoering kost tijd en geld. Niet alleen voor externe partijen, maar ook voor de gemeente. De gemeente heeft tenslotte een voorbeeldfunctie. Indien er geen personele en financiële middelen beschikbaar worden gesteld, wordt er uiteindelijk nog niets bereikt. 5. Het realiseren van duurzaamheid heeft lange tijd nodig. Van belang is daarom het beleidsplan uitdrukkelijk onder de aandacht te blijven brengen.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 9 van 16
4
Projectfasering
Het beleidsplan duurzaamheid wordt in één keer opgeleverd. Dit wordt gerealiseerd door: 1. Opzetten projectstructuur; 2. Statbijeenkomst; 3. Bijeenkomst(en) met extern betrokkenen; 4. Inventarisatie van hetgeen op het gebied van duurzaamheid al gebeurt; 5. Inventarisatie van relevante ontwikkelingen; 6. Formuleren duurzaamheidsambities en duurzaamheidsdoelstellingen; 7. Opstellen duurzaamheidsplan. In bijlage 2 (paragraaf 7.2) is een activiteitenplanning ten behoeve van de realisatie van het project opgenomen.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 10 van 16
5
Projectkader
5.1
Voorwaarden
In hoofdstuk 3.4 worden de risicofactoren genoemd. Om deze af te wenden, is een projectplan met planning en projectstructuur noodzakelijk. Voorwaarden voor het project zijn daarom: 1. Medewerking vanuit de gemeentelijke organisatie: benodigde capaciteit vrijmaken en inplannen en een MT die achter de aanpak staat. 2. Door het gemeentebestuur moeten financiële middelen beschikbaar worden gesteld om de uitvoering van het project te waarborgen. 3. Het gemeentebestuur moet achter de aanpak staan, dit ook uitdragen en het goede voorbeeld geven. Dit heeft een positieve werking naar de extern betrokkenen. 4. Een actieve opstelling van de extern betrokkenen. 5. Organisatie, bestuur en externen moeten zich houden aan de vooraf bepaalde en vastgestelde aanpak. Afwijken mag alleen indien hiervoor goede redenen zijn aan te voeren. We mogen ons dus niet laten leiden door de waan van de dag. 6. Onderwerpen die vooruitlopend op het totale duurzaamheidsbeleid moeten worden opgepakt, dienen na akkoord van B&W als input voor het duurzaamheidsbeleid. 5.2
Bestuurlijke besluitvorming
Naast regelmatig overleg met de ambtelijk opdrachtgever (MT-lid) heeft de projectleider ook regelmatig overleg met de bestuurlijk opdrachtgever. Het coördinatieteam grote projecten is de stuurgroep. Via het coördinatieteam zal terugkoppeling plaatsvinden en zal de gewenste aanpak worden besproken. De gemeenteraad zal worden geïnformeerd over dit projectplan (via een raadsbrief). Verder zal de gemeenteraad worden betrokken bij de definiëring van het begrip duurzaamheid, de leidende principes voor duurzaamheid en de ambities voor 2040. Dit gebeurt door enerzijds de raadsleden te betrekken bij bijeenkomsten voor externen en anderzijds door het inzetten van de informatieronde en opinieronde. Daarnaast 1. B&W: a. b. c.
2.
5.3 De 1. 2. 3.
zijn er besluitvormingsmomenten:
Het projectplan; De definiëring van duurzaamheid; De ambities voor 2040, de leidende principes voor duurzaamheid en de doelstellingen voor 2016; d. Het beleidsplan duurzaamheid gemeente Drimmelen. De gemeenteraad: a. Definiëring duurzaamheid, leidende principes duurzaamheid en ambities voor 2040; b. Het beleidsplan duurzaamheid gemeente Drimmelen. Projectorganisatie
projectorganisatie ziet er als volgt uit: Bestuurlijk opdrachtgever: Marijke Vos-Kroeze; Ambtelijk opdrachtgever: Hans Kramer; Projectleider: Kendra van derSpek-van den Burg;
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 11 van 16
4.
Projectgroep: a. Corina Segeren (ruimtelijke ordening); b. Thomas van der Pluijm (windenergie); c. Yvonne de Nijs (biodiversiteit, milieucommunicatie, Wet milieubeheer); d. Karel van Twist (bodem en afval); e. Michiel Oomen (gebouwbeheer); f. Martijn van der Graaf (bouwen); g. Monique Verschuren (volkshuisvesting); h. Catharina Wouters (economie en toerisme); i. Corné Welten (water); j. John Mandemakers (natuur en groen); k. Melissa Simons (mobiliteit); l. Hans Ribbers (wegen, openbare verlichting); m. Wies van Minderhout (inkoopbeleid); n. Rianne Oomen (sociale duurzaamheid: voorlopig, totdat duidelijk is welke rol afdeling MA kan spelen); o. Karly Tanczos (communicatie). 5. Stuurgroep: coördinatieteam grote projecten.
De samenstelling van de projectgroep is breed omdat duurzaamheid ook een breed begrip is. De samenstelling van de projectgroep kan er na het formuleren van de ambities voor 2040 anders uit zien. In bijlage 1 (paragraaf 7.1) zijn de taakomschrijvingen van de verschillende spelers binnen de projectorganisatie opgenomen. In de bijgevoegde projectplanning (bijlage 2, paragraaf 7.2) zijn de overleg- en rapportagemomenten aangegeven. Verder zal de organisatie via intranet en mail op de hoogte worden gehouden van de stand van zaken met betrekking tot het project. 5.4
Externe partners
Relevante externe partijen worden betrokken bij het bepalen van de ambities, de doelstellingen en de projecten (wat doen zij en wat komt er in de toekomst op hen af wat een relatie heeft met duurzaamheid?). De extern betrokkenen hebben een belangrijke rol in het proces, aangezien zij met name invloed hebben op de realisatie van de duurzaamheidsambities en de duurzaamheidsdoelstellingen. Bij de relevante externe partijen moet bijvoorbeeld worden gedacht aan: 1. bewoners (dorpsgericht werken); 2. bedrijven, brancheorganisaties, adviesbureaus; 3. toeristisch platform; 4. natuur- en milieu-organisaties; 5. scholen; 6. maatschappelijke organisaties; 7. betrokken organisaties bij de milleniumdoelstellingen; 8. woningcorporaties; 9. projectontwikkelaars; 10. regio West-Brabant (i.v.m. duurzame energie); 11. waterschap; 12. provincie. De externe partijen worden betrokken via enkele bijeenkomsten. De invulling van deze bijeenkomsten zal door de projectgroep worden bedacht. Op internet zal ook regelmatig worden gecommuniceerd over het project.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 12 van 16
6
Projectplanning
6.1
Activiteitenplanning
Met de uitvoering van het project wordt gestart in mei 2012. Het project duurt ongeveer een jaar. Bestuurlijke vaststelling van het beleidsplan duurzaamheid wordt daarom eind tweede kwartaal 2013 verwacht. In bijlage 2 (paragraaf 7.2) is de activiteitenplanning opgenomen. 6.2
Middelenplanning
In de activiteitenplanning in bijlage 2 (paragraaf 7.2) is ook aangegeven wie verantwoordelijk is voor iedere activiteit. Om het project uit te kunnen voeren is capaciteit nodig vanuit de gemeentelijke organisatie. In bijlage 3 (paragraaf 7.3) is een raming van de benodigde capaciteit aangegeven. In totaal is vanuit de gemeentelijke organisatie 1.347 uur tot 1.397 uur nodig: • projectleider: 457 uur; • projectgroep (15 personen, incl. uren communicatie): 850 uur tot 900 uur; • overig (MT, wethouder e.d.): 40 uur. Afdeling Openbare Werken heeft als gevolg van de Kerntakendiscussie minder ruimte in haar capaciteit. Daarom start het project pas in mei 2012. Verder worden de werkzaamheden dusdanig georganiseerd dat de afdeling zoveel mogelijk wordt ontlast. Ook vanuit de externe partners is capaciteit nodig. In bijlage 3 (paragraaf 7.3) is hiervoor een raming gemaakt. Naast capaciteit is er ook een budget nodig voor het uitvoeren van het project: • Met de externe partners worden diverse bijeenkomsten georganiseerd. Getracht wordt deze bijeenkomsten te houden in het gemeentehuis en in de avonduren (tenzij overdag ook mogelijk is). Indien dit niet mogelijk blijkt, moeten er wellicht kosten worden gemaakt voor het huren van een ruimte of het regelen van broodjes e.d. Geraamd wordt dat hiervoor € 1.000,00 nodig is. • Ten behoeve van de communicatie moeten wellicht kosten worden gemaakt, bijvoorbeeld voor een huis-aan-huiskrant over duurzaamheid. De kosten voor de communicatie-activiteiten worden geraamd op € 4.000,00. Het benodigde projectbudget wordt, gelet op bovenstaande, ingeschat op € 5.000. Dit budget is opgenomen in de lijst 'nieuw beleid' voor de begroting 2012. Bij behandeling van de begroting 2012 door de raad is dit budget inmiddels gehonoreerd. Zowel in het kader van de kerntakendiscussie als bij de kadernota zal ook aandacht moeten worden besteed aan de uitvoering van het beleidsplan duurzaamheid vanaf 2013. In paragraaf 3.4 (succes- en risicofactoren) is aangegeven dat de uitvoering van het beleidsplan niet hoort bij het project, maar dat dit wel noodzakelijk is voor de visie. Deze uitvoering kost tijd en geld, ook voor de gemeente.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 13 van 16
7
Bijlagen
7.1
Bijlage 1: taakomschrijvingen projectorganisatie
Gemeenteraad: 1. Middelen beschikbaar stellen voor uitvoering project; 2. Meedenken over de begripsdefiniëring van duurzaamheid, de leidende principes voor duurzaamheid en de duurzaamheidsambities; 3. Besluitvorming over het beleidsplan duurzaamheid. B&W: 1. Beslissingen nemen; 2. Beslissingsbevoegdheid delegeren; 3. Opdrachten geven; 4. Projectplan beoordelen en goedkeuren; 5. Middelen beschikbaar stellen; 6. Overeengekomen tussenresultaten bewaken; 7. Tussenresultaten beoordelen en goedkeuren. Stuurgroep (coördinatieteam): 1. Breed draagvlak creëren voor het project in de staande organisatie en B&W; 2. Specialisatie op die gebieden die van belang zijn voor het project; 3. Verantwoordelijk zijn voor derden en hen vertegenwoordigen; 4. Controlerende en coördinerende taak tussen lijn- en projectorganisatie. 5. Voorbereiden bestuurlijke besluitvorming. Bestuurlijk opdrachtgever: 1. Beoordelen projectplan; 2. Voorzitten overleggen met externe partijen; 3. Vertegenwoordiging project in B&W, stuurgroep en gemeenteraad; 4. Afstemming tussen de projectorganisatie en het gemeentebestuur; 5. Leggen verbindingen tussen gemeentelijke organisatie en extern betrokkenen; 6. Tussenresultaten beoordelen en bewaken. Ambtelijk opdrachtgever: 1. Beoordelen projectplan; 2. Vrijmaken capaciteit voor projectleider en betrokken medewerkers van eigen afdeling; 3. Vertegenwoordiging project in MT; 4. Bevoegdheden projectleider bepalen; 5. Coördinatie tussen projectorganisatie en ambtelijke organisatie; 6. Verantwoordelijk voor bedrijfsvoeringsaspecten; 7. Toezien op uitvoering project. Projectleider: 1. Projectplan maken; 2. Taken en activiteiten voor de projectuitvoering verdelen; 3. Bevoegdheden en verantwoordelijkheden aan projectgroepleden toekennen; 4. Aansturen project; 5. Aansturen projectgroep en voorzitten overleggen projectgroep; 6. Voortgang bewaken aan de hand van het projectplan; 7. Status en voortgang van het project regelmatig terugkoppelen aan ambtelijk en bestuurlijk opdrachtgever; 8. Voortgangsrapportages opstellen en voorleggen aan de stuurgroep en het MT;
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 14 van 16
9. Adviseren en voorbereiden ambtelijke en bestuurlijke besluitvorming; 10. Samen met cluster communicatie de communicatie over het project en de uitvoering hiervan richting projectorganisatie, gemeentelijke organisatie en extern betrokkenen verzorgen; 11. Het organiseren van verschillende vormen van overleg ten behoeve van de uitvoering van het project (projectgroep, overleg extern betrokkenen); 12. Beslissingen nemen en opdrachten geven, binnen de grenzen zoals die zijn overeengekomen met de ambtelijk opdrachtgever. 13. Verantwoordelijk voor de kwaliteit van het project; 14. Verzorgen projectadministratie: a. Urenregistratie; b. Planning bewaken en bijstellen indien nodig; c. Projectdossier bijhouden; d. Budgetbeheer projectbudget; e. Eventueel: verslaglegging overleggen. Projectgroep: Is verantwoordelijk voor het realiseren van de beoogde resultaten, die aan de projectgroep zijn toebedeeld. Aan de projectgroep nemen medewerkers deel vanwege hun expertise. Projectmedewerker (lid projectgroep): 1. Een planning van de eigen werkzaamheden opstellen; 2. De aan hem/haar opgedragen taken uitvoeren, conform de planning van het project (projectleider); 3. Werkzaamheden uitvoeren vanuit zijn of haar expertise ofwel kwaliteit bieden; 4. Verantwoordelijk voor de aan hem/haar opgedragen taak. Dit betekent ook dat indien voor zijn/haar taak hulp nodig is van collega's de projectmedewerker zelf hierover afspraken maakt met de betreffende collega's. 5. Terugkoppeling stand van zaken en eventuele knelpunten naar de projectleider en in de projectgroep. 6. Terugkoppeling informatie naar zijn/haar afdeling. Extern betrokkenen: 1. Actief meedenken over de definiëring van het begrip duurzaamheid en de visie; 2. Goed voorbereiden op de bijeenkomsten; 3. Nakomen gemaakte afspraken. Voorwaarden: 1. Indien binnen het project extra werkzaamheden worden gevraagd ten opzichte van het projectplan, dan wordt dit teruggekoppeld naar de ambtelijk opdrachtgever zodat in de lijn hierover beslissingen kunnen worden genomen. Dit geldt ook voor het projectbudget. 2. Bij het niet nakomen van gemaakte afspraken, dient in eerste instantie de projectleider de betreffende persoon hierop aan te spreken. Indien dit niet werkt, neemt de projectleider dit op met de ambtelijk (indien het een medewerker uit de gemeentelijke organisatie betreft) of bestuurlijke (indien het gaat om een extern betrokkene) opdrachtgever.
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 15 van 16
7.2
Bijlage 2: activiteitenplanning project Duurzaamheid
Projectplan project duurzaamheid gemeente Drimmelen pagina 16 van 16
7.3
Bijlage 3: raming benodigde capaciteit project Duurzaamheid