Evenementennota gemeente Drimmelen Versie

Evenementennota gemeente Drimmelen

Versie Datum Samengesteld door

: : :

Eindversie Februari 2007 M.E. van 't Zand

Evenementennota gemeente Drimmelen pagina 2 van 33

Inhoudsopgave 1

Waarom een evenementennota? 1.1 Inleiding 1.2 Proces 1.3 Doelstelling

4 4 5 5

2

Evenementen, wat is het en wanneer is een vergunning vereist? 6 2.1 Algemene Plaatselijke Verordening 6 2.2 Wijziging APV 7 2.3 Wanneer is een evenementenvergunning vereist? 7 2.4 Vrijstelling voor bepaalde categorieën evenementen 8

3

De evenementenvergunning 3.1 Vergunning aanvraag voor een evenement 3.2 Gang van zaken bij het aanvragen van een evenement 3.3 Termijnen voor het aanvragen van een evenementenvergunning 3.4 Toetsingsgronden voor een evenementenvergunning 3.5 Andere vergunningen dan evenementenvergunning 3.6 Op te nemen voorwaarden in een evenementenvergunning 3.7 Samenvallen met andere evenementen 3.8 Bezwaar en beroep 3.9 Acties na het verlenen van een evenementenvergunning

9 9 9 10 11 11 12 12 12 13

4

Soorten evenementen 4.1 Vrijgestelde evenementen 4.2 Vergunningplichtige evenementen

14 14 15

5

Maximering aantal evenementen per locatie 5.1 Circussen en kermissen 5.2 Gemotoriseerde wedstrijdevenementen 5.3 Evenemententerreinen

16 17 17 18

6

Ondersteuning gemeente 6.1 Hand- en spandiensten 6.2 Dranghekken en vlaggenmasten en bebording 6.3 Muziekkiosk 6.4 Tijdelijk verwijderen of omzetten van straatmeubilair 6.5 Vegen na evenementen 6.6 Nutsvoorzieningen 6.7 Algemene regels rondom hand- en spandiensten

19 19 19 19 19 20 20 20

7

Afval bij evenementen 7.1 Regeling 7.2 Afval bij carnavalsoptochten

20 21 22

8

Controle/handhaving 8.1 Algemeen 8.2 Brandveiligheid 8.3 Volksgezondheid/hygiëne 8.4 Eindtijden

22 22 22 24 25


8.5 Geluid bij festiviteiten en evenementen

25

9

Overige zaken 9.1 Verzekeringen 9.2 Verkeersregelaars 9.3 Evenementenkalender 9.4 Overige wetgeving

28 28 28 29 29

10

Kosten gemeente

30

11

Leges en precario

32

12

Subsidies (volgt)

13

Bijlagen

33


1. Waarom een evenementennota? 1.1 Inleiding De aandacht voor activiteiten en evenementen is de laatste jaren toegenomen. Door maatschappelijke ontwikkelingen zoals minder werken, eerder stoppen met werken, de vergrijzing en een toegenomen welvaart is de gemiddelde besteding bij evenementen en het aantal evenementen toegenomen. Bovendien is er een bewustwordingsproces dat activiteiten en evenementen een waarde hebben in de beleving van de gemeenten voor inwoners. Verder wordt de mogelijkheid om activiteiten en evenementen te gebruiken voor doeleinden op het gebied van versterking van saamhorigheid, sociale samenhang binnen de kernen door evenementen en gemeentepromotie buiten de kernen, onderkend. Deze ontwikkelingen leiden tot een toename in aantal en in omvang van activiteiten en evenementen. Evenementen hebben echter ook een keerzijde. Ze veroorzaken bij inwoners van de gemeente soms ergernis vanwege overlast die evenementen met zich mee kunnen brengen. Ook kunnen evenementen vervuiling, beschadiging aan straatmeubilair en groenvoorzieningen veroorzaken. Bovendien kunnen veiligheidsrisico’s ontstaan op plaatsen waar grote groepen mensen bijeen komen in een (tijdelijk) andere omgeving. De recente ervaringen rondom het trapincident in Utrecht, de hitte tijdens de vierdaagse van Nijmegen en Dance Valley benadrukken het belang van veiligheid bij evenementen. Meer aandacht voor de veiligheid bij evenementen betekent automatisch een grotere druk op evenementenorganisatoren maar ook op de gemeentelijke overheid om beleidsinstrumenten te ontwikkelen op het gebied van beheersbaarheid van evenementen. Deze beleidsinstrumenten moeten bovendien evenementen bevorderen en tegelijkertijd de negatieve kanten van evenementen minimaliseren en bijdragen aan zorgvuldigheid en gelijkheid. Kortom, een professionaliseringsslag ten aanzien van evenementen is noodzakelijk. In de gemeente Drimmelen vindt jaarlijks een groot aantal evenementen plaats. In 2005 ging het om ongeveer 160 grote en kleine evenementen. Het gaat hierbij om een groot aantal vaste evenementen, zoals de kermissen, de Vlaggetjesdagen in Drimmelen, de Havenfeesten in Lage Zwaluwe, de Traaierie en carnaval. Daarnaast wordt jaarlijks een groeiend aantal evenementen georganiseerd. Voor de gemeentelijke herindeling van 1997 hadden de drie voormalige gemeenten hun eigen, doorgaans lokale, evenementen en de daarbij behorende (vaak mondelinge) afspraken. Inmiddels groeit de behoefte, zowel ambtelijk als bij de organisaties, naar een eenduidig en integraal beleid op het gebied van evenementen ter voorkoming van ongelijkheid, willekeur en vrijblijvendheid. Het college en de commissie Algemeen Bestuur en Middelen hebben aangegeven te hechten aan het gelijkheidsbeginsel, het stimuleren van diversiteit en bevordering van de kwaliteit van evenementen.


1.2 Proces In het raadsprogramma 2003 – 2006 is reeds door de raad voorzien dat evenementenbeleid noodzakelijk is. In dit raadsprogramma was tot een van de doelstellingen benoemd: Het opstellen van evenementenbeleid. Het product dat volgens de planning gereed had moeten zijn in 2004 was een evenementennota. In 2003 is een start gemaakt met de totstandkoming van een evenementennota. Daaruit is duidelijk geworden dat voor het vormgeven van het evenementenbeleid een kader bepaald moet worden. De hoofdvraag daarbij is “Wat willen we als gemeente Drimmelen met evenementen?”. Om te voorzien in de behoefte aan integraal beleid en antwoord te krijgen op deze hoofdvraag is een startnotitie opgesteld. In deze startnotitie voor de Raad en het College van B&W, werd gevraagd standpunten in te nemen op een 11-tal onderwerpen. Eind 2005 hebben het college en de raadscommissie Algemeen Bestuur en Middelen op deze onderwerpen standpunten ingenomen. De standpunten zijn verwoord in opdrachten. Deze opdrachten zijn vervolgens intern uitgezet en hebben geleid tot deze nota. De opdracht ten aanzien van evenementenbeleid Op integrale wijze komen tot evenementenbeleid waarbij ongelijkheid, willekeur en vrijblijvendheid wordt voorkomen door eenduidig evenementenbeleid voor de gehele gemeente. Dit vanuit het oogpunt om alle partijen, de organisatoren, de gemeente en de bevolking, zoveel mogelijk op één lijn te krijgen. Hierbij zal worden getracht tussen de diverse belangen een juiste balans te vinden. Echter aan de veiligheid van evenementen in de gemeente Drimmelen mag niet getornd worden. Door wijziging van de APV omstreeks september 2006 heeft deze nota enige vertraging opgelopen aangezien de teksten moeten worden aangepast op de wijziging van artikel 2.2.2 van de APV. Zie verder hoofdstuk 2.2 1.3 Doelstelling In de inleiding zijn al argumenten genoemd waarom behoefte is aan een beleidsinstrument ten aanzien van evenementen. De gemeente is naast het verstreken van de vergunning, in de persoon van de burgemeester (artikelen 173/174 Gemeentewet, mede) verantwoordelijk voor de veiligheid, de controle op, en handhaving van de openbare orde. De gemeente is dus eindverantwoordelijk voor het beheersbaar, veilig en ordelijk laten plaatsvinden van evenementen. Daarnaast bepaalt artikel 3:2 Awb dat een besluit zorgvuldig moet worden voorbereid. Hieronder wordt verstaan dat de gemeente door het vergaren van relevante feiten en kennis, een zorgvuldige belangenafweging kan maken. Om de verantwoordelijkheid te dragen en een zorgvuldig besluit te kunnen nemen is een professionaliseringsslag voor wat betreft evenementen noodzakelijk.


Met deze nota wordt beoogd invulling te geven aan de navolgende doelen: Doelen van deze evenementennota • • • •

• •

•

Het stimuleren van diversiteit en bevordering van de kwaliteit van evenementen, met in achtneming van het gelijkheidsbeginsel. Vereenvoudiging van de regels. Het beschrijven van heldere procedures ten aanzien van gemeentelijke inzet en ondersteuning bij evenementen(aanvragen). Het verbeteren van de relatie tussen de gemeente enerzijds en evenementenorganisatoren anderzijds en daarmee de kwaliteit van vergunningverlening en evenementenorganisaties verhogen. Verbetering van de dienstverlening en advisering op het gebied van vergunningverlening en handhaving. De gemeente neemt nadrukkelijk de rol van vergunningverstrekker op zich met name ten aanzien van openbare orde, brand- en verkeersveiligheid en volksgezondheid en leefbaarheid. Het verkrijgen van volledig ingevulde vergunningaanvragen die het mogelijk maken juiste en volledige vergunning te verstrekken.

2. Evenementen, wat is het en wanneer is een vergunning vereist? Voor het organiseren van een evenement zijn vaak diverse vergunningen vereist of zijn vrijstellingen mogelijk. Per gemeente kan dit anders zijn georganiseerd. In dit hoofdstuk wordt beschreven wat, ingevolge de APV een evenement is en wanneer vergunning is vereist. In hoofdstuk 3 is het proces beschreven van aanvraag tot afgifte van de vergunning. 2.1. Algemene Plaatselijke Verordening Wat zijn evenementen? De meeste gemeenten in Nederland maken gebruik van de Modelverordening van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Hierdoor is een behoorlijke standaardisatie ontstaan. Deze verordening dient als beheersinstrument voor de gemeenten, zodat er naast landelijke wetgeving, ook op lokaal niveau wetgeving is, afgestemd op de lokale situatie. Deze nota gaat over evenementen. Dat zijn publieksgerichte activiteiten, die vallen onder het bepaalde in artikel 2.2.1. van de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Drimmelen (APV). Dit artikel luidt als volgt:

Artikel 2.2.1 “In deze afdeling wordt onder evenement verstaan: elke voor publiek toegankelijke verrichtingen van vermaak, met uitzondering van:


a. bioscoopvoorstellingen; b. markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 5.2.4. van deze verordening; c. kansspelen als bedoeld in de Wet op de Kansspelen; d. het in een inrichting in de zin van de Drank- en Horecawet gelegenheid geven tot dansen; e. betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties; f. activiteiten als bedoeld in de artikelen 2.1.4.2, 2.1.4.3 en 2.3.3.1. van deze verordening; 2. Onder evenement wordt mede verstaan: a. een herdenkingsplechtigheid; b. een braderie; c. een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2.1.2.2, op de weg; d. een feest of wedstrijd op of aan de weg. 2.2 Wijziging APV Deze nota heeft vertraging opgelopen als gevolg van een nieuwe model APV die omstreeks september 2006 is uitgebracht door de VNG en onder andere een wijziging in de artikelen die betrekking hebben op evenementen inhoudt. Doel van deze wijziging is een vereenvoudiging aan te brengen in het vergunningenstelsel. Daarnaast moet deze wijziging leiden tot vermindering van administratieve lasten voor de burgers, evenementenorganisatoren en gemeenten. Deze wijziging sluit aan op de wens om te dereguleren. Op 14 december 2006 heeft de raad tot wijziging van de APV besloten.

2.3 Wanneer is een evenementenvergunning vereist? Artikel 2.2.2 Evenement 1. 2.

3. 4.

Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. De vergunning kan worden geweigerd in het belang van: a. de openbare orde; b. het voorkomen of beperken van overlast; c. de verkeersveiligheid of de veiligheid van personen of goederen; d. de zedelijkheid of gezondheid. De burgemeester kan vrijstelling verlenen voor door hem aan te wijzen categorieën evenementen. Het verbod van het eerste lid geldt niet voor de in het tweede lid, onder d, van artikel 2.2.1 voorziene gevallen, voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door artikel 10 juncto artikel 148 Wegenverkeerswet 1994.

Door de wijziging van artikel 2.2.2. APV van de modelverordening wordt het voor kleinschalige evenementen mogelijk vrijstelling van de vergunningplicht te verzoeken. Wij gaan werken met algemene voorwaarden die aan de vrijstelling worden gekoppeld. Er zijn verschillende situaties denkbaar waarvoor een evenementenvergunning aangevraagd moet worden. De begripsomschrijving van evenement in artikel 2.2.1. van de APV is ruim gehouden, gelet op de grote variatie in evenementen. Een


evenementenvergunning is in ieder geval vereist bij alles wat aan festiviteiten plaatsvindt in de openlucht en op openbaar gebied of plaatsen met een openbaar karakter die in principe niet voor deze festiviteiten bedoeld zijn, zoals sporthallen. Omdat de APV spreekt over “voor publiek toegankelijk” is het niet nodig een evenementenvergunning aan te vragen voor een evenement dat zich in besloten kring afspeelt (andere vergunningen of ontheffingen dan een evenementenvergunning kunnen wél nodig zijn). Aan de hand van informatie uit het aanvraag- of meldingsformulier zal per geval beoordeeld moeten worden of sprake is van een evenement. Indien voor het houden van een evenement een gedeelte van de weg afgezet moet worden en er een toegangsprijs wordt gevraagd betekent dit niet vanzelfsprekend dat het evenement niet voor publiek toegankelijk zou zijn. Ook het aantal te verwachten personen op een evenement is niet direct doorslaggevend om te bepalen of een evenement voor publiek toegankelijk is. Tot slot moet een organisator ook een evenementenvergunning aanvragen indien het evenement wordt gehouden op een locatie die normaal niet voor het publiek toegankelijk is maar tijdens het evenement wel voor publiek toegankelijk is, tenzij het evenement valt onder de vrijgestelde categorie. 2.4 Vrijstelling voor bepaalde categorieën evenementen Zoals eerder genoemd kan de burgemeester ingevolge artikel 2.2.2. derde lid, vrijstelling verlenen van de vergunningplicht aan de door hem aan te wijzen categorieën evenementen. De evenementen die voor vrijstelling in aanmerking komen op basis van artikel 2.2.2. lid 3 zijn evenementen waarbij gewoonlijk te verwachten is dat deze geen gevaar voor overlast of verstoring van de openbare orde teweeg brengen en de belasting voor de omgeving beperkt is. In deze evenementennota vindt een voorlopige uitwerking van de bevoegdheid van de burgemeester als bedoeld in lid 3 van artikel 2.2.2. plaats waardoor een onderscheid aangebracht wordt in vrijgestelde evenementen en vergunningplichtige evenementen. (zie hoofdstuk 4) Nadat intergemeentelijke afstemming heeft plaatsgevonden over de aanwijzing van vrijgestelde categorieën evenementen en de daar aan gekoppelde voorwaarden, zal de burgemeester voorgesteld worden, om een aanwijzingsbesluit nemen waarin, naast de voorwaarden genoemd in hoofdstuk 4 de volgende bepalingen worden opgenomen: • de burgemeester kan in bijzondere gevallen in het kader van openbare orde en veiligheid bepalen dat activiteiten in afwijking van het gestelde niet vergunningsvrij zijn; • de burgemeester kan in bijzondere gevallen in het kader van openbare orde en veiligheid aanvullende voorwaarden stellen aan het houden van een vergunningsvrij evenement. Een eenvoudig (verzoek) meldingsformulier voor evenementen die voldoen aan de vrijstellingsvoorwaarden is ontwikkeld. Dit formulier komt naast het bestaande evenementenaanvraagformulier.


3. De evenementenvergunning 3.1 Vergunningaanvraag voor een evenement Bij het doen van een aanvraag is de relatie tussen organisator en de gemeente als volgt: − De organisator hoeft niet precies te weten welke vergunningen nodig zijn. De gemeente bepaalt aan de hand van het evenementenaanvraag- of meldingsformulier welke vergunningen nodig zijn; − De organisator hoeft niet bij alle gemeentelijke diensten en afdelingen apart aan te kloppen; − De gemeente wil het evenement binnen de geldende regels en termijnen op een veilige en verantwoorde wijze laten plaatsvinden. − De gemeente verbindt voorschriften of beperkingen aan de vergunning of vrijstelling die strekken tot bescherming van het belang in verband waarmee de vergunning, vrijstelling of ontheffing is vereist (art. 1.4 APV) 3.2 Gang van zaken bij het aanvragen van een evenement •

De gemeente Drimmelen heeft twee formulieren ontwikkeld in verband met een evenementenvergunning. Een evenementenaanvraagformulier voor reguliere evenementen en een verzoek om vrijstelling vergunning evenementen. (zie hoofdstuk 4)

•

Voor organisatoren die over internet beschikken zijn deze evenementenformulieren te downloaden vanaf de gemeentelijke website: www.drimmelen.nl .

•

Het aanvraag (verzoek-)formulier leidt de organisator stap voor stap door de aanvraag. Wanneer het formulier volledig is ingevuld, beschikt de gemeente over alle benodigde informatie om een zorgvuldig besluit te kunnen nemen.

•

De evenementenorganisator stuurt de gemeente het ondertekende evenementenformulier toe zodat inzichtelijk wordt welke activiteiten de organisator wil ontplooien.

•

De gemeente beoordeelt, eventueel na advies te hebben ingewonnen van derden, of en hoe het evenement binnen de geldende regels op een veilige en verantwoorde wijze kan plaatsvinden; Het evenementenoverleg tussen gemeente en politie dat 2 wekelijks plaatsvindt is een wijze van beoordelen van een evenement tijdens dit overleg komen o.a. de volgende onderwerpen aan de orde: inzet van politie, risico’s, verkeersmaatregelen, inzet van verkeersregelaars.

Het bestaande evenementenaanvraagformulier is kritisch doorgenomen naar aanleiding van opmerkingen over de omvang en de wens om tot deregulering te komen. Daarbij is rekening gehouden met de bepaling van artikel 3:2 Awb die stelt dat een besluit zorgvuldig moet worden voorbereid. Gebleken is dat alle vragen, opgenomen in het huidige aanvraagformulier, relevant en noodzakelijk zijn om op een zorgvuldige wijze een vergunning te kunnen verstrekken. Voor eenvoudige evenementen kan echter met een verzoek worden volstaan. (zie hierna)

Dit beantwoordt bovendien de motie ingediend door de VVD-fractie op 18 mei 2006.


Indien het nodig wordt geacht zal met de organisator vooroverleg plaatsvinden aan de hand van het, door het college, vastgestelde plan van aanpak “Stimulering veiligheidsdenken bij evenementen”. In dit plan van aanpak zijn beschreven de wijze van vooroverleg, de evaluatie en aandachtspunten. Bovendien is een checklist ontwikkeld waarin alle essentiële zaken met betrekking tot evenementen zijn opgenomen. Uiteraard is de gemeente altijd bereid om de organisator te ondersteunen bij het op juiste wijze invullen van het aanvraagformulier; •

De afdeling Bestuurs- en management ondersteuning (BMO) handelt de evenementenaanvragen/-verzoeken af;

•

Als er geen gronden zijn om de vergunningaanvraag te weigeren krijgt de organisator een evenementenvergunning thuis gestuurd met daaraan gekoppeld een aantal voorschriften. Die voorschriften zijn het resultaat van het onderzoek en toetsing door de gemeente. Vergunningsvoorschriften kunnen betrekking hebben op bijvoorbeeld de brandveiligheid, de openbare orde, afzettingen, verkeersregeling en parkeergelegenheid.

3.3 Termijnen voor het aanvragen van een evenementenvergunning •

•

•

•

•

In hoofdstuk 1, algemene bepalingen, van de Algemene Plaatselijke Verordening, zijn artikelen opgenomen die onder andere gaan over de beslistermijn van het bevoegd bestuursorgaan, het buiten behandeling laten van een aanvraag, de voorschriften en beperkingen, het persoonlijk karakter van een vergunning en intrekking of wijziging van de vergunning. De Algemene wet bestuursrecht kent ten aanzien van beslistermijnen bepalingen dat een beschikking dient te zijn afgegeven binnen een redelijke termijn. De afdeling BMO van de gemeente Drimmelen heeft tijd nodig om met diverse partijen te overleggen en alle noodzakelijke vergunningen af te geven en bekend te maken. (publiceren). Deze termijn is in ieder geval verstreken na een periode van 8 weken of indien het bestuursorgaan een tussen- of verleningsbericht heeft gedaan na deze nieuwe termijn (nogmaals 8 weken). Bij grotere evenementen is de termijn van 8 weken te kort. De gemeente verzoekt deze organisatoren tenminste 12 weken van tevoren hun aanvraag in te dienen. Bij grotere of nieuwe evenementen is het ook mogelijk dat de organisatie ruimschoots van tevoren de datum en een overzicht van de activiteiten van het evenement aanmeldt bij de gemeente. De gestelde termijn is nodig om te zorgen dat overige partners/diensten tijdig op de hoogte worden gesteld. Hierbij kan gedacht worden aan politiediensten en geneeskundige diensten maar ook de buitendienst van de gemeente. Bovendien wordt de datum van het evenement al op de evenementenkalender gereserveerd. (zie ook hoofdstuk 6.7, hand- en spandiensten en hoofdstuk 9.3) Indien de gemeente niet binnen de hierboven gestelde termijnen een aanvraag ontvangt is het mogelijk dat de aanvraag voor een vergunning buiten behandeling gelaten wordt omdat de tijd te kort is om te komen tot een afgifte van een evenementenvergunning. In bijzondere gevallen kan in overleg met de gemeente worden afgeweken van bovenstaande termijnen (bijvoorbeeld bij een huldiging).

De• standaardtermijn voor het indienen van een aanvraag of melding bedraagt tenminste 8 weken voor de dag waarop het evenement zal plaatsvinden. Voor grote of nieuwe evenementen is het raadzaam om 12 weken voorafgaand aan het evenement de aanvraag in te dienen of ruimschoots van tevoren de datum en de geplande activiteiten aan te melden bij de gemeente. Dit is van belang voor de betrokken (overheid-) instanties en in het belang voor de evenementenorganisator om de datum vast te leggen.


3.4 Toetsingsgronden van een evenementenvergunning In het eerdergenoemde artikel 2.2.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Drimmelen is opgenomen aan welke gronden de gemeente de vergunningaanvraag zal toetsen. Deze weigeringsgronden zijn tevens de gronden voor het verbinden van voorschriften aan de vergunning. De gemeente kan een aanvraag om een evenementenvergunning weigeren: A. In het belang van de openbare orde; B. In verband met het voorkomen of beperken van overlast; C. In verband met de verkeersveiligheid of de veiligheid van personen of goederen; D. In verband met de zedelijkheid of gezondheid.

3.5 Andere vergunningen dan evenementenvergunning Een evenementenvergunning wordt verleend voor het organiseren van het evenement. Voor veel deelactiviteiten is vaak nog een specifieke vergunning of ontheffing vereist. De overige vergunningen en ontheffingen kunnen zijn: Een gebruiksvergunning op basis van de bouwverordening of de brandbeveiligingsverordening (bijvoorbeeld i.v.m. het tijdelijk gebruik van een inrichting waar meer dan 50 personen tegelijk aanwezig zijn); Een standplaatsvergunning op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening voor bijvoorbeeld de verkoop van ijs; Een tijdelijke verkeersmaatregel zoals een afsluiting of een omleidingroute; Een ontheffing op basis van de Zondagswet; Een ontheffing op basis van de Drank- en Horecawet voor het verstrekken van zwak alcoholhoudende dranken buiten een horeca-inrichting; Een vergunning voor plaatsen voorwerpen of stoffen op, aan of boven de weg op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening; Een vergunning voor het houden van snuffelmarkten op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening (artikel 5.2.4. APV); Een loterij-, bingo- of kienvergunningen op basis van de Wet op de kansspelen; Toestemming voor ballonvaarten, helikopter opstijgingen, etc. (Luchtvaartwet); Een ontheffing om vuur te stoken op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening; De afdeling BMO zal alle vergunningen en ontheffingen voor zover de bevoegdheid bij hetzelfde bestuursorgaan ligt, zoveel mogelijk integreren in de evenementenvergunning zodat, kan worden volstaan met één document.


3.6 Op te nemen voorwaarden in een evenementenvergunning Zoals aangegeven in hoofdstuk 3.1 verbindt de gemeente voorschriften of beperkingen aan de vergunning of vrijstelling die strekken tot bescherming van het belang in verband waarmee het vergunningvereiste is gesteld. Deze voorschriften kunnen betrekking hebben op bijvoorbeeld de reiniging van het terrein, het hebben van toezichthouders of beveiligingsfunctionarissen, het informeren van omwonenden, het hebben van openbare toiletvoorzieningen, het voorhanden hebben van deugdelijke communicatiemiddelen en verzekeringen. Deze voorwaarden zijn doorgaans vastgesteld in samenspraak met bijvoorbeeld GHOR en politie.

Een nieuwe voorwaarde die aan de vergunningen zal worden toegevoegd is: De organisator dient ervoor te zorgen dat het evenement volledig toegankelijk is voor minder validen, tenzij de organisator kan aantonen dat dit in fysieke zin (omgevingsfactoren van de locatie, dan wel aard van het evenement) of financiële zin (de aanpassingskosten in relatie tot het evenement) niet haalbaar is.

3.7 Samenvallen met andere evenementen Soms komt het voor dat twee of meer evenementen op een gelijk moment plaatsvinden. Het samenvallen van evenementen op zichzelf is geen weigeringgrond Door het samenvallen van evenementen kunnen echter situaties ontstaan waarbij de belasting van de leefomgeving te zwaar wordt of de openbare orde in gevaar komt. Dit kan een aanleiding zijn om bij gelijktijdigheid van evenementen, een evenementenvergunning te weigeren, dan wel het evenement te verplaatsen naar een andere locatie of datum. Bij de beoordeling van een aanvraag voor een evenementenvergunning zal de gemeente nagaan of het evenement samenvalt met een ander evenement of evenementen in dezelfde kern. Tot slot hanteert de gemeente bij het samenvallen van evenementen als uitgangspunt dat een jaarlijks terugkerend evenement vóór een nieuw te organiseren evenement gaat. In alle andere gevallen geldt het principe van volgorde van binnenkomst van de aanvraag. Het is dan ook voor organisatoren van grote evenementen aan te bevelen ruimschoots van tevoren de datum en geplande activiteiten bij de gemeente aan te melden. (zie ook hoofdstuk 3.3) Bij gelijktijdigheid van evenementen, kan een evenementenvergunning geweigerd worden op grond van de geldende weigeringsgronden. Bij het samenvallen van evenementen hanteert de gemeente als uitgangspunt dat een jaarlijks terugkerend evenement voor een nieuw te organiseren evenement gaat. In alle andere gevallen geldt het principe van volgorde van binnenkomst van de aanvraag. 3.8 Bezwaar en beroep Indien de gemeente beslist op de evenementenaanvraag en de vergunningverkrijger of een belanghebbende het niet eens zijn met het besluit van de gemeente, dan kan de


belanghebbende op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar aantekenen tegen het genomen besluit. Het bezwaarschrift dient binnen de termijn van zes weken na de verzenddatum van de brief/beschikking te worden ingediend bij het bestuursorgaan dat de beslissing heeft genomen (de burgemeester of college van burgemeester en wethouders). Indien er spoed is bij de behandeling van een bezwaarschrift dan kan de bezwaarmaker een verzoek om voorlopige voorziening indienen bij de voorzieningenrechter en vragen op korte termijn een uitspraak te doen. Indien de burgemeester of het college van burgemeester en wethouders het advies van de bezwaarschriftencommissie afwijst, kan de bezwaarmaker beroep aantekenen bij de rechtbank. Organisatoren van evenementen moeten zich bewust zijn van het feit dat op last van de voorzieningenrechter, het zo kan zijn dat het evenement geen doorgang kan vinden dan wel in aangepast vorm mag plaatsvinden.

3.9 Acties na het verlenen van een evenementenvergunning Bij de verlening van een evenementenvergunning of het ontvangen van een melding wordt een afschrift hiervan gestuurd naar: De regiopolitie/waterpolitie evenementenvergunning);

(zij

ontvangen

ook

de

weigering

van

een

De afdeling Middelen ten behoeve van de inning van de leges van de vergunningverlening; Voorts wordt afhankelijk van de aard van het evenement een afschrift verstuurd naar onder andere: De preventiemedewerker van de brandweer; De afdeling Openbare werken; Afdeling verkeer, wanneer verkeersmaatregelen worden getroffen; Openbaar vervoersorganisatie, bij afsluiting van busroutes; GHOR; In de vergunning wordt steeds vermeld aan wie een afschrift is verstuurd. Indien aangevraagd wordt, na verlening van de evenementenvergunning, een aankondiging van het evenement geplaatst op de gemeentepagina’s in het huis-aanhuisblad en op de gemeentelijke website.


4. Soorten evenementen De belasting die evenementen voor de omgeving vormt, is bepalend voor het onderscheid in twee soorten evenementen: evenementen die vallen onder de vrijstelling van artikel 2.2.2. lid 3 APV (de vergunningsvrije evenementen) en de vergunningplichtige evenementen. 4.1 Vrijgestelde evenementen Als gevolg van de wijziging van de APV is aan artikel 2.2.2. een derde lid toegevoegd op grond waarvan de burgemeester vrijstelling kan verlenen voor door hem aan te wijzen categorieën evenementen. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan kleinschalige evenementen zoals buurten straatfeesten, -barbecues, sportdemonstraties, school gerelateerde evenementen en rommelmarkten die georganiseerd worden door verenigingen of stichtingen, die voldoen aan de gestelde voorwaarden voor het verkrijgen van vrijstelling. Ten aanzien van deze evenementen is een nieuw meldingsformulier ontwikkeld. De melding moet worden gericht aan de burgemeester. De melder ontvangt standaard voorschriften waaraan het evenement moet voldoen. Onderstaande criteria/voorwaarden ter bepaling of sprake is van een evenement dat voor vrijstelling in aanmerking komt, zijn nog onder voorbehoud. Zoals eerder aangehaald in hoofdstuk 2.3 vindt hierover nog intergemeentelijk overleg plaats om een grote lijnen dezelfde criteria te hanteren. De burgemeester zal hierover nog een aanwijzingsbesluit nemen. De onderstaande criteria/voorwaarden zouden afhankelijk van het uiteindelijke aanwijzingsbesluit kunnen gelden om in aanmerking te komen voor vrijstelling: -

-

Het evenement omvat hooguit twee straten, niet zijnde gemeentelijke hoofdroutes; maximaal circa 100 gelijktijdige deelnemers/bezoekers; het betreft een eendaags evenement; incidenteel karakter (een of een enkele keer per jaar); tijdsduur tussen 10.00 en uiterlijk 22:00 van zondag tot vrijdag en tot 24.00 uur op vrijen zaterdag geluidsbelasting < 50 resp. 45 dB(A) voor de dag- respectievelijk avondperiode, gemeten op (2 meter uit) de gevels van geluidsgevoelige objecten; (alternatief: het evenement geen overmatige geluidshinder veroorzaakt) bij gebruik van een tent mogen er niet meer dan 50 personen tegelijkertijd in de tent aanwezig zijn; er mogen slechts beperkte nevenactiviteiten gehouden worden; het evenement vindt niet plaats op een doorgaande busroute of hoofdroute van de brandweer;


4.2 Vergunningplichtige evenementen Vergunningplichtige evenementen zijn evenementen waarvan de gemeente op basis van de plannen van de organisator voorziet dat ze complex zijn of een meer dan algemeen aanvaarde belasting kunnen vormen voor de leefomgeving. Gesteld kan worden dat vergunningplichtige evenementen, alle evenementen zijn die niet onder de vrijstellingsbepalingen vallen.

Vergunningplichtige evenementen zijn evenementen waar één of meerdere van de volgende zaken aan de orde komen: • Het betreft een meerdaags evenement; • Er wordt versterkte muziek ten gehore gebracht; • Er komen meer dan 100 deelnemers/bezoekers op af; • Er worden alcoholische dranken buiten een reguliere horeca-inrichting geschonken; • Het evenement omvat meerdere straten; • Er vinden veel verkeersbewegingen plaats; • Het evenement eindigt van zondag tot vrijdag later dan 24:00 uur en op vrijen zaterdag 01:00 uur; • Er dienen verkeersmaatregelen genomen te worden; • Er is sprake van afsluiting van doorgaande wegen/ hoofdroutes; • Er is sprake van tijdelijke bouwsel(s); • Er vinden meerdere nevenactiviteiten plaats; • Het betreft een eenmalig evenement met een bijzonder karakter;

Vaak zijn dit jaarlijks terugkerende evenementen. Voorbeelden van vergunningplichtige evenementen zijn: Top 100, Terheijdense zomerfeesten, Zwaluwse havenfeesten, Vlaggetjesdagen, Made’s Powerweekend. De burgemeester bepaalt aan de hand van de aan hem verstrekte gegevens, met in achtneming van de hiervoor gestelde criteria, of het een evenement betreft dat voor vrijstelling in aanmerking komt dan wel een vergunning is vereist. Bij vergunningplichtige evenementen vindt vaak vooroverleg plaats tussen de evenementenorganisator, politie, brandweer, eventueel GHOR en gemeente. Na het evenement vindt indien nodig een evaluatie plaats. Dit alles volgens de procedure zoals omschreven in het vastgestelde plan van aanpak “Stimulering Veiligheidsdenken bij evenementen”. Voor deze evenementen moet het aanvraagformulier worden ingevuld. Voor de aanvraag- en meldingsformulieren wordt verwezen naar de bijlagen bij deze nota.


5. Maximering aantal evenementen per locatie Het inventariseren en het maximeren van evenementen per locatie is moeilijk uit te voeren. Veel evenementen vinden plaats over een groter gebied. Voorbeelden zijn braderieën en kermissen. Bovendien is een groot deel van de evenementen niet statisch. Hierbij moet gedacht worden aan sportevenementen zoals wielerronden, prestatielopen en carnaval. Daarnaast zijn er kernen met een beperkt aantal geschikte locaties. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan het van den Elsenplein in Wagenberg. Eén van de factoren om een evenement tot een succes te maken is dat het evenement plaatsvindt op een, voor dat specifieke evenement, geschikte locatie. Een locatie is geschikt als er voldoende ruimte is, deze goed bereikbaar is voor publiek en hulpdiensten, er zo min mogelijk mensen overlast ervaren en waar het evenement breed door de omgeving gedragen en geaccepteerd wordt.

Het leven in een centrum van een kern brengt met zich mee dat enige mate van overlast als gevolg van evenementen erbij hoort. Voor evenementen buiten het centrum van een kern en buiten de bebouwde kom geldt dit criterium in mindere mate. Ten aanzien van het centrum van alle kernen dienen omwonenden rekening te houden met enige mate van overlast van evenementen.

De gemeente er zich van bewust dat het houden van een evenement voor menigeen gezelligheid oplevert. Getracht moet worden een juiste balans te vinden tussen die gezelligheid en het beperken van overlast voor omwonenden. De gemeente heeft hierbij tot taak ervoor te waken dat overlast disproportionele vormen aanneemt. De locaties waar van oudsher de jaarlijks terugkerende evenementen plaatsvinden blijven in principe gehandhaafd. Ieder nieuw evenement zal door de burgemeester beoordeeld worden op de weigeringsgronden zoals genoemd in hoofdstuk 3.4, met name in relatie tot de omgeving. De locaties waar van oudsher de jaarlijks terugkerende evenementen plaatsvinden blijven gehandhaafd. Ieder nieuw evenement zal door de burgemeester beoordeeld worden op de weigeringsgronden zoals genoemd in hoofdstuk 3.4.

De geschiktheid van de aangevraagde locatie, de gedragenheid van het evenement en het belang dan wel meerwaarde in cultureel, toeristisch en/of economisch opzicht spelen voor de gemeente een belangrijke rol in de afweging. Voor nieuwe evenementen of voor nieuwe initiatieven geldt dat initiatieven vanuit de gemeente Drimmelen de voorkeur genieten boven die van buiten de gemeente.


Een waterbed-effect dient te worden voorkomen. Met waterbed-effect wordt bedoeld dat evenementen die om wat voor reden dan ook worden geweigerd in andere gemeenten, terechtkunnen in de gemeente Drimmelen. Vandaar dat de gemeente Drimmelen uitbreiding van evenementen niet uitsluit, maar toestaat binnen zekere grenzen. Opgemerkt dient te worden dat wanneer geen weigeringsgronden van toepassing zijn op een aanvraag de gemeente het evenement niet kan weigeren. In de gemeente Drimmelen dreigt de druk op de omgeving op en aantal locaties groot te worden waardoor het draagvlak bij de bevolking voor evenementen daalt. Een voorbeeld is het havengebied van Lage Zwaluwe. Met de toename van evenementenactiviteiten in het havengebied constateert de gemeente eveneens een toename van het aantal klachten. Getracht moet worden de succesvolle bestaande evenementen te handhaven en ten aanzien van nieuwe evenementen kritisch te zijn. Om de overlast bij de buurtbewoners te voorkomen en de veiligheid te waarborgen wordt in principe niet toegestaan dat op één dag op twee verschillende locaties in één kern een grootschalig evenement wordt georganiseerd. Locaties die minder dan 100 meter van elkaar zijn gelegen worden als één locatie worden gezien.

De gemeente bepaalt wanneer hiervan sprake is. Het niet toestaan voorkomt het op en neer lopen van publiek van het ene naar het andere evenement. Daarnaast kunnen onder andere brandweer en politie zich oriënteren op één locatie. Bovendien kan in geval van een calamiteit onduidelijkheid ontstaan over de aansprakelijkheid. De vrijgestelde evenementen met uitzondering van circussen en kermissen, mogen per locatie maximaal 5 keer per kalenderjaar worden georganiseerd. 5.1 Circussen en kermissen Het aantal te houden circussen en kermissen wordt vanwege het minimaliseren van overlast, beperkt tot maximaal 2 per locatie per jaar, per kern. Dit wil dus zeggen 2 circussen per jaar en 2 kermissen per jaar. Het buitengebied wordt toegerekend aan de desbetreffende kern. Hiervoor wordt het postcodegebied gehanteerd. De weigeringgrond voorkomen of beperken van overlast ligt hieraan ten grondslag. 5.2 Gemotoriseerde wedstrijdevenementen In de gemeente Drimmelen vindt een achttal gemotoriseerde (wedstrijden) evenementen plaats. Deze geven niet of nauwelijks aanleiding tot klachten van omwonenden. Dit vindt voor een belangrijk deel zijn oorzaak in het gegeven dat het evenementen zijn die van oudsher binnen de gemeente plaatsvinden en breed gedragen worden en buiten de bebouwde kom plaatsvinden. Het is de vraag of een uitbreiding van het aantal gemotoriseerde evenementen gedragen wordt en gewenst is. Ook voor gemotoriseerde evenementen geldt dat de gemeente Drimmelen uitbreiding niet uitsluit maar toestaat binnen zekere grenzen. (mate van te verwachten overlast)) Het beperken van overlast (overlast van geluid en uitstoot van uitlaatgassen) kan een overweging zijn om randvoorwaarden te stellen aan het aantal gemotoriseerde evenementen in de gemeente Drimmelen.


De zeven huidige gemotoriseerde evenementen in de gemeente Drimmelen zijn: − − − − − −

Made’s Powerweekend, te Wagenberg; Motorcross van stichting DVO te Wagenberg; Trekkerbehendigheidswedstrijd van de oldtimer tractor club; Autocross te Hooge Zwaluwe van autovereniging de Kempen; Waterski wedstrijden om de Amer tijdens de Zwaluwse havenfeesten; Ploeg-/tractorbehendigheidswedstrijden in Lage Zwaluwe;

−

Motorcross in Lage Zwaluwe; Rondgang verlichte landbouwvoertuigen;

−

5.3 Evenemententerreinen Vanuit de commissie ABM is eind 2005 de startnotitie aangevuld met een onderzoeksvraag. Deze vraag luidde: onderzoek de mogelijkheden voor het aanwijzen van een terrein waar evenementen kunnen plaatsvinden. De eerste vraag die dan gesteld dient te worden is: aan welke voorwaarden dient zo’n terrein te voldoen? Globaal zou een geschikt evenemententerrein moeten voldoen aan de navolgende voorwaarden: • Het zou een egaal terrein moeten zijn met geen of weinig obstakels; • Enerzijds centraal gelegen in de kern, anderzijds zodanig gelegen dat overlast voor de omgeving beperkt blijft; • Het terrein moet voldoende ruimte bieden; (gemiddeld statisch evenement heeft al gauw 5000 m 2 nodig) • Er moeten voorzieningen zijn aangebracht of op eenvoudige wijze aan te brengen zijn zoals, evenementenkast (krachtstroom, 220 V, water) afvoer, eventueel verlichting; • De locatie moet goed bereikbaar zijn zowel voor publiek als voor de hulpdiensten; • Er moet voldoende parkeerruimte beschikbaar zijn. Opgemerkt moet worden dat de meeste evenementen in de gemeente Drimmelen plaatsvinden op een ‘vaste’ locatie. Thans is bij de evenementenorganisatoren geen duidelijke behoefte aan een evenemententerrein. Bovendien is tot op heden niet of nauwelijks sprake geweest van weigering van een evenement vanwege het gebrek aan een geschikt terrein. Binnen de gemeente Drimmelen is geen terrein te vinden die voldoet aan de voorwaarden van een geschikt evenemententerrein. Los daarvan staat de vraag of evenementenorganisatoren bereid zijn hun evenement te verplaatsen naar een ander ‘aangewezen’ terrein.


6. Ondersteuning gemeente 6.1 Hand- en spandiensten De hand- en spandiensten die door de gemeente worden geleverd ten behoeve van evenementen in de gemeente bestaan uit: • Het halen en brengen van dranghekken en vlaggenmasten; • Het treffen van verkeersmaatregelen zoals het plaatsen van omleiding- en verkeersborden; • Het plaatsen en opbouwen van de muziekkiosk; • Het tijdelijk verwijderen of omzetten van straatmeubilair; • Het vegen na grootschalige evenementen op de openbare weg; • Beschikbaar stellen van nutsvoorzieningen; (evenementenkasten) Op het onderwerp afval wordt ingegaan in hoofdstuk 7. Na de gemeentelijke herindeling zijn de lokaal bestaande evenementen op dezelfde voet verder gegaan, uitgaande van de (vaak mondelinge) afspraken die gemaakt waren met de toenmalige gemeenten. Gevolg is nu, een grote ongelijkheid en het ontbreken van eenduidigheid in de afspraken met de evenementenorganisatoren. De onderstaande regels moeten de eenduidigheid bevorderen zodat helder is, wat van de gemeente verwacht kan worden omtrent het leveren van hand- en spandiensten. Uitgangspunt is de zelfwerkzaamheid van de evenementenorganisator de bevordering daarvan en gelijkheid. 6.2 Dranghekken, vlaggenmasten en bebording De gemeentelijke materialen worden door de gemeente op een vooraf afgesproken, centrale, plaats afgeleverd en weer opgehaald. De organisator zorgt voor het uitzetten. De gemeente plaatst de borden in overleg met de organisator. De gemeente controleert of de wegafzettingen goed zijn uitgevoerd. Op het aanvraagformulier dient door de aanvrager duidelijk te worden vermeldt hoeveel gemeentelijke materialen (vlaggenmasten, hekwerken e.d.) nodig zijn. 6.3 Muziekkiosk De gemeente Drimmelen heeft de beschikking over een muziekkiosk. Deze dient door de gemeente te worden gebracht en weer opgehaald, opgezet, afgebroken, opgeslagen en onderhouden. Voor het ter beschikking stellen van de muziekkiosk wordt € 50,00 in rekening gebracht. 6.4 Tijdelijk verwijderen of omzetten van straatmeubilair Het tijdelijk verwijderen of omzetten van straatmeubilair vindt alleen plaats als er geen alternatief is. Voorafgaand aan deze werkzaamheden zal altijd overleg plaatsvinden tussen gemeente en evenementenorganisator.


6.5 Vegen na evenementen De gemeente veegt machinaal na grootschalige evenementen en carnavalsoptochten de openbare weg. Bij alle andere evenementen verzorgt de organisator de veegwerkzaamheden. De gemeente veegt op de eerst werkdag na het grootschalig evenement. Na ieder evenement dient de organisator in eerste instantie de openbare weg schoongeveegd op te leveren. Een uitzondering wordt gemaakt voor vuurwerkresten op nieuwjaarsdag. Het grove vuurwerkafval wordt de volgende ochtend onmiddellijk, ongeacht op welke dag dit valt, opgeruimd. In de vergunningvoorwaarden staan, in het geval dat een evenement op de openbare weg plaatsvindt, voorwaarden opgenomen met betrekking tot het schoon achterlaten van “evenemententerreinen”. Zie verder hoofdstuk afval. 6.6 Nutsvoorzieningen Op plaatsen waar evenementenkasten aanwezig zijn, kan stroom en water worden geleverd door de gemeente. De organisator betaalt de verbruiksvergoeding op basis van de daadwerkelijke verbruikte hoeveelheid stroom en water. Voor het gebruik van evenementenkasten dient altijd contact opgenomen te worden met de gemeente. 6.7 Algemene regels rondom hand- en spandiensten

-

-

-

Hand- en spandiensten van de gemeente zijn voor alle verenigingen, natuurlijke personen en stichtingen gratis, met uitzondering van het ter beschikking stellen van de muziekkiosk. Voor hand- en spandiensten aan bedrijven of professionele evenementenorganisatoren, niet zijnde een vereniging of stichting, zullen de werkelijke kosten in rekening worden gebracht; Wanneer de gemeente niet voldoende materiaal beschikbaar heeft dient de organisator op eigen kosten zorg te dragen voor de huur van extra materiaal. Het is dan ook belangrijk om tijdig contact op te nemen met de gemeente voor het vastleggen van de benodigde materialen. Op = op; Ook gemeenten moeten op de kleintjes letten. Daarom worden hand- en spandiensten zo efficiënt mogelijk verleend;

7. Afval bij evenementen Sinds de invoering van Diftar worden door de gemeente Drimmelen weliswaar de zogenaamde groene en grijze afvalcontainers ter beschikking gesteld voor het afval dat vrijkomt bij een evenement, maar de gemeente neemt geen afval in. De organisator dient zelf zorg te dragen voor de afvalverwijdering. Hiertoe dient de organisator afspraken te maken met een erkende afvalinzamelaar.


In een beperkt aantal gevallen levert dit echter het probleem op dat daarmee het doel van het evenement wordt gefrustreerd, in die zin dat de kosten van de afvalverwijdering zodanig zijn dat de opbrengst die met het evenement gegenereerd wordt nagenoeg teniet wordt gedaan. Gedacht moet dan worden aan rommelmarkten georganiseerd door scholen, muziek- en sportverenigingen met als doel het spekken van de school- of verenigingskas. Ook bij vrijmarkten georganiseerd door oranjeverenigingen doet dit probleem zich voor omdat de opbrengst rechtstreeks aan de kinderen toekomt. Bij het ontbreken van een regeling bestaat het risico dat standplaatsgeld gevraagd moet worden, dan wel het risico aanwezig is dat de vrijmarkt verdwijnt. De regeling genoemd bij 7.1 geldt daarom ook, naast de genoemde rommelmarkten, voor vrijmarkten.

7.1 Regeling

Om te ontmoedigen dat men van de gelegenheid gebruik maakt en de vrijmarkt/rommelmarkt beschouwt als een goedkope manier om van het grof huishoudelijk afval af te komen en toch tegemoet te komen aan de genoemde doelgroepen zal de gemeente per rommelmarkt 1 container van 10 m3 ter beschikking stellen aan de organisator. Na afloop van de rommel- of vrijmarkt zal de gemeente zo snel mogelijk de container ophalen en zorgdragen voor de verdere afvoer en verwerking. De kosten die hiermee samenhangen komen ten laste van de gemeente. Hiervoor worden in de vergunning of in de vrijstellingsvoorwaarden voorschriften opgenomen. Deze regeling beperkt zich tot één rommelmarkt/vrijmarkt per muziek-, sport- of oranjevereniging/school per jaar. Op commerciële organisatoren van rommelmarkten is deze regeling niet van toepassing. De gemeente zal per rommelmarkt, georganiseerd door scholen, verenigingen of stichtingen 1 container van 10 m3 ter beschikking stellen. Deze regeling beperkt zich tot één rommel-/vrijmarkt per muziek-, sport- of oranjevereniging of school per jaar. Voor alle overige evenementen geldt dat organisatoren zelf zorg moeten dragen voor de inzameling en afvoer van afval en daarmee gepaard gaande kosten. In de vergunning worden over het algemeen de navolgende bepalingen opgenomen: −

Indien het terrein achtergelaten.

−

Het is verboden afval op te slaan anders dan in daartoe geschikte containers c.q. bakken. Deze dienen 24 uur na beëindiging van het evenement te zijn afgevoerd;

openbare

weg

betreft,

dient

deze

schoon

te

worden


7.2 Afval van carnavaloptochten Carnaval is in Noord-Brabant een cultuur/historisch feest/evenement dat breed gedragen wordt door de inwoners van de gemeente Drimmelen. De carnavalsoptochten die door de kernen van de dorpen trekken laten echter afval achter. Door in de vergunning voorwaarden op te nemen over onder andere het uitstrooien van materialen zoals papiersnippers en confetti wordt getracht de hoeveelheid afval te verminderen dan wel te voorkomen dat strooimateriaal wordt gebruikt dat lastig op te vegen is of milieubelastend is. Zoals vermeld in het hoofdstuk 6, hand- en spandiensten zal de gemeente na carnavalsoptochten zo snel mogelijk machinaal en handmatig de carnavalsroute vegen. Ten behoeve van het aanbieden van afval van carnavalswagens stelt de gemeente, speciaal voor de carnavalsorganisaties, jaarlijks na de carnaval, 3 dagdelen de milieustraat in Terheijden open. Papier en ijzer afkomstig van carnavalsbouwsels kunnen dan kosteloos worden ingeleverd.

8. Controle/handhaving Zoals genoemd in de inleiding vormt veiligheid bij evenementen een belangrijk aspect. De in artikel 2.2.2 tweede lid van de APV gemeente Drimmelen (hoofdstuk 3.4) vermeldde weigeringsgronden hebben allen direct te maken met veiligheid in de brede zin van het woord. Naast de beoordeling van de evenementenaanvraag en het eventueel gehouden vooroverleg volgens het plan van aanpak “Stimulering veiligheidsdenken bij evenementen”, vormt de controle en handhaving van de regels en voorschriften, samen met de evaluatie, het sluitstuk van de procedure rondom evenementen. Bij grootschalige evenementen of bijzondere evenementen zal de gemeente zoveel mogelijk trachten een controle bezoek te plannen. Bij vrijgestelde evenementen zullen controles steekproefsgewijs plaatsvinden. De controles worden bepaald aan de hand van eerdere ervaringen, klachten of bijzonderheden. Waarop wordt gecontroleerd dan wel gehandhaafd?

8.1 Algemeen Naast de voorwaarden verbonden aan de vergunning wordt specifiek gecontroleerd op: • Indeling en algemene bereikbaarheid van het terrein en in het bijzonder de bereikbaarheid voor de hulpdiensten; • De aanwezigheid van gevaarlijke voorwerpen en materialen; • Het voldoende aanwezig hebben van afvalvoorzieningen; • (Eventueel) aangeboden waren; • Toegankelijkheid voor minder validen.


8.2 Brandveiligheid Brandpreventie is een taak van de gemeente (art. 1, vierde lid Brandweerwet 1985). In verband hiermee is in bepaalde gevallen voor een evenement een gebruiksvergunning vereist. De voorwaarden die in een gebruiksvergunning worden gesteld zijn primair gericht op de veiligheid van mensen en de omgeving van het bouwwerk. Zo’n gebruiksvergunning is persoonsgebonden. Bij evenementen zijn twee typen gebruiksvergunningen mogelijk: • Een gebruiksvergunning op grond van de (model)bouwverordening. Het evenement vindt in dat geval plaats in een gebouw waarbij het gebruik in afwijking is van het normale gebruik van dat gebouw; • Een gebruiksvergunning op grond van de brandbeveiligingsverordening. Hierbij betreft het een (tijdelijke) inrichting. Een gebruiksvergunning voor evenementen is noodzakelijk wanneer meer dan vijftig personen tegelijk aanwezig zullen zijn in een bouwwerk of (tijdelijke) inrichting, daaronder begrepen een tent. Bepaalde evenementen dan wel bij evenementen voorkomende handelingen, kunnen leiden tot brandgevaar. Diverse rampen in het land hebben doen beseffen dat brandveiligheid een belangrijk onderdeel moet zijn van te verlenen evenementenvergunningen. Afhankelijk van het specifieke gebruik van het gebouw of soort inrichting worden in de gebruiksvergunning voorschriften opgenomen. Men kan hierbij denken aan voorschriften met betrekking tot: A. Stoffering en versiering; B. Het gebruik van uitgangen en vluchtwegen; C. Het in de (tijdelijke) bouwsels aanbrengen van brandpreventieve voorzieningen, zoals blusapparatuur, noodverlichting, nooduitgangen en dergelijke; D. Standbouw, podia, kramen e.d; E. Verbrandingsmotoren; F. Verbod voor open vuur en vuurwerk; G. Bewaking en controle; H. Ventilatie en werkzaamheden; I. Opstellingsplannen; J. Maximaal aantal toegestane personen. K. De plaatsing van voorwerpen ten opzichte van de omliggende bebouwing en beplanting; L. Het vrijhouden van aan- en afrij routes voor brandweervoertuigen in de omgeving van het evenement; M. Het bereikbaar houden van de bluswatervoorziening voor de brandweer; N. Het soort materiaal waaruit tijdelijke bouwsels worden opgetrokken; O. Het gebruik van en keuringseisen aan bak- en braadapparatuur en verwarmingsapparatuur; In bijzondere gevallen is het gewenst dat tijdens een evenement brandweerbewaking aanwezig is, bijvoorbeeld bij het bezigen van vuurwerk of het aanleggen van een groot vuur. Indien brandweer bewaking vereist is, zal hierover een voorschrift worden opgenomen in de tijdelijke gebruiksvergunning. Brandweerbewaking kan bestaan uit een blusvoertuig met personeel of één of meerdere brandwachten.


Voor een gebruiksvergunning is een apart aanvraagformulier ontwikkeld dat als bijlage met het evenementenaanvraagformulier aan de gemeente kan worden toegezonden. Voor brandweerbewaking en de kosten hiervan kan contact worden opgenomen met de brandweer Drimmelen. 8.3 Volksgezondheid/hygiëne Diverse typen evenementen of bij evenementen voorkomende handelingen dragen het risico van lichamelijk en/of psychisch letsel in zich. Verder kunnen handelingen bedreigingen inhouden voor de hygiëne en het milieu. Voorschriften ten aanzien van deze aspecten kunnen worden opgenomen in de evenementenvergunning. (hoofdstuk 3.4) Bij de beoordeling van een vergunning voor een evenement wordt in het kader van de gezondheid aandacht besteed aan: • Het vrijhouden van aan- en afrij routes voor ambulances in de omgeving van het evenement. • Het inzetten van EHBO-personeel, het treffen van voorzieningen of maatregelen ten aanzien van de hygiëne; • Het aanwezig zijn van sanitaire voorzieningen (inclusief voorzieningen voor minder validen); Legionella besmetting Voorts moet aandacht besteed worden aan de voorkoming van legionella besmetting. Voor het ontstaan van de legionella bacterie zijn twee omstandigheden noodzakelijk. Ten eerste een watertemperatuur tussen de 20 en 55 graden Celsius en ten tweede een (vorm van) verneveling van het water. Voorbeelden van verneveling zijn douches, fonteinen en bubbelbaden. Ook andere handelingen kunnen verneveling van water tot gevolg hebben. Als aan beide voorwaarden wordt voldaan dan bestaat er gevaar voor legionella besmetting en ontstaat er daarmee een potentieel gevaar voor de volksgezondheid. Ervaringen in het land hebben (helaas) geleerd dat legionella besmetting een niet te onderschatten risico is. Reden van een hoger risico zou kunnen zijn dat de meeste evenementen doorgaans in de zomermaanden plaatsvinden zodat aan één van de voorwaarden voor een potentieel gevaar voor besmetting wordt voldaan. Indien er aanleiding voor is zal met de GGD contact worden opgenomen om vast te stellen of er sprake is van een gevaar voor de volksgezondheid, dan wel of er nadere voorschriften moeten worden opgenomen ten aanzien van het te gebruiken water. EHBO De organisator kan verplicht worden te beschikken over een bemande EHBO-post of EHBO-surveillance uitgevoerd door mensen van de EHBO verenigingen en/of het Nederlandse Rode Kruis. De organisator dient zelf aan te kloppen bij de bovengenoemde instanties. Het bureau Technische Hygiëne Zorg (THZ) van de GGD West-Brabant/GHOR West-Brabant kan ingeschakeld worden om met alle betrokken partijen vooraf na te gaan of aan alle eisen voldaan kan worden. De GGD heeft, als bewaker van de volksgezondheid, een taak om te controleren, inspecteren en adviseren. De gemeente is in staat om op grond van de GHOR handreiking


“Gezondheidsrisico’s bij evenementen” en het beschikbare GGD-score-formulier te komen tot een beoordeling van het evenement ten aanzien van de noodzaak van de aanwezigheid van EHBO-voorzieningen. 8.4 Eindtijden Tot nu toe werden bij gebrek aan vastgestelde eindtijden, eindtijden voor evenementen ad hoc vastgesteld. Voor organisatoren, controleurs/handhavers en burgers is dit onduidelijk en dit leidde wel eens tot klachten. Vanuit het beginsel van gelijkheid (en rechtszekerheid) wenst het college van B&W vaste eindtijden/normering te hanteren. Voorgesteld wordt om als stelregel de volgende eindtijden ten aanzien van vergunningplichtige evenementen te hanteren: Van zondag tot vrijdag, 23:00 uur einde muziek, 23:30 tap dicht, einde evenement 24:00 uur; Vrijdag en zaterdagnacht 01:00 uur einde muziek, 01:30 tap dicht, einde evenement 02:00 uur.

In bijzondere gevallen kan de burgemeester besluiten af te wijken van de voorgestelde eindtijden, zoals voor evenementen met een langdurige geluidsbelasting voor de omgeving. Een voorbeeld is het Made’s Powerweekend, waarbij de eindtijd van de wedstrijden teruggebracht is naar 22:00 uur om de geluidsoverlast voor de omgeving te beperken. Met name de politie zal controleren op de naleving van de eindtijden en de constateringen doorgeven aan de gemeente. 8.5 Geluidsnormen bij evenementen en festiviteiten Geluidsnormen/-voorschriften dienen realistisch en handhaafbaar te zijn, met respect voor nachtrust. In de praktijk is er tot op heden weinig behoefte aan standaard geluidsvoorschriften voor evenementen. Voor bijzondere situaties moet er een uitzonderingsmogelijkheid zijn t.a.v. tijden, geluidsnormering en aantal evenementen (groot draagvlak lokale bevolking, economisch/toeristisch belang voor de gemeente).

Dit voorstel ten aanzien van geluid geeft allereerst een overzicht van de verschillende soorten ontheffingen op het gebied van geluid met betrekking tot evenementen. Hierbij is vermeld wat de mogelijkheden voor ontheffing zijn en welke aspecten daarbij van belang zijn.


APV en geluid De milieudienst SRE, die de gemeente adviseert ten aanzien van geluid, wijst op het feit dat rekening gehouden moet worden met cumulatie van (individuele) ontheffingen. In hoofdstuk 3.7 en hoofdstuk 5 wordt dit eveneens aangehaald. Met name ten aanzien van het voorkomen van geluidshinder moet voorkomen worden dat in de zomermaanden meerdere evenementen in korte tijd plaatsvinden in dezelfde omgeving. In verband met het respecteren van de nachtrust doet de SRE een aanbeveling om “uiterste” eindtijden (hoofdstuk 8.4) en geluidsnormen voor (muziek-)geluid bij evenementen vast te stellen. Een veel gebruikte nota waarin geluidsnormen zijn opgenomen is de nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” opgesteld door de Inspectie Milieuhygiëne Limburg. Voor de normstelling voor muziekgeluid wordt in deze nota rekening gehouden met spraakverstaanbaarheid en nachtrust. De hoogst toelaatbare geluidsniveaus ter plaatse van woningen zouden te allen tijde de spraakverstaanbaarheid in een woning moeten garanderen. Daarnaast dient ’s nachts het geluidsniveau ter plaatse van woningen zo laag te zijn dat de nachtrust gerespecteerd wordt. Hierbij kan de aanvang van de nacht (normaliter: 23:00 uur), voor dagen waarop een vrije dag volgt, 1 á 2 uur worden opgeschoven. In de genoemde nota wordt een normstelling afgeleid zoals weergegeven in navolgende tabel.

Voorgesteld worden voor de gemeente Drimmelen deze normstelling toe te passen: Tabel Hoogst toelaatbare geluidsnormen bij evenementen (één-minuut LAeq) Periode (tijdstip)

Maximaal Gevelisolatie Maximale gevelbelasting binnenniveau 70 tot 75 dB(A) Spraakverstaanbaarheid 50 dB(A) 20 tot 25 dB(A) Voorwaarde

Dag (07:00 tot 19:00) Avond (19:00 tot Spraakverstaanbaarheid 70 tot 75 dB(A) 50 dB(A) 20 tot 25 dB(A) 23:00 uur 65 tot 70 dB(A) Nacht (23:00 tot Spraakverstaanbaarheid 45 dB(A) 20 tot 25 dB(A) 1 X uur) 1 Nacht (X tot 45tot 50 dB(A) Nachtrust 25 dB(A) 20 tot 25 dB(A) 07:00 uur) 1. Afhankelijk van de situatie en dag: 23:00of 01:00 uur 2. Bij bepaling van geluidsniveaus dient rekening te worden gehouden met een straftoeslag voor muziekgeluid van 10 dB(A)

Toelaatbaarheid van evenementen Er moet rekening worden gehouden met de wens van burgers, bedrijven en instellingen, om evenementen te organiseren. Evenementen vinden in veel gevallen plaats in de openlucht of in een feesttent. Geproduceerd (muziek-)geluid zal dan gauw in de omgeving hoorbaar zijn en zal mogelijk hinder geven en leiden tot klachten. Naarmate de geluidhinder veroorzaakt door een evenement of festiviteit hoger is, is een betere motivatie nodig voor een ontheffing (4.1.5. lid 2 APV). In hoeverre


geluidhinder toelaatbaar is hangt af van een aantal aspecten dat vooraf inzichtelijk moet zijn: a. Hoe groot is de hinder in aantallen decibellen en op welke tijden is sprake van geluidhinder?; b. Van hoeveel gehinderde bewoners of woningen is sprake?; Maar ook: c. Hoeveel personen of bezoekers ervaren plezier aan/bezoeken het evenement? d. Is er sprake van verbinding van het evenement met de omgeving ofwel is er draagvlak voor en acceptatie van het evenement? Met betrekking tot verbinding en draagvlak kan gedacht worden aan een buurtfeest, een evenement dat historisch gezien verbonden is met een bepaalde plek (traditie) of een evenement met een economisch of toeristisch belang. Naar mate a en b (de hinder) kleiner zijn en punten c en d (het plezier of belang) groter, kan een evenement eenvoudiger worden toegestaan. Bij het verlenen van een ontheffing moet tenminste sprake zijn van een evenwicht tussen de hinder enerzijds en het plezier of belang anderzijds. Per situatie kan een afweging worden gemaakt; te veel hinder betekent dat hinderbeperkende maatregelen moeten worden getroffen of dat het evenement niet (in die vorm) kan worden toegestaan. (weigeringsgronden, art. 2.2.2. APV) Om deze afweging goed te kunnen maken is het van belang dat gebruik wordt gemaakt van het vastgestelde aanvraagformulier. Hierop moet worden ingevuld de soort muziek, het tijdstip enz. De afweging van toelaatbaarheid speelt in de praktijk vooral een rol bij nieuwe evenementen. In hoofdstuk 3.6 staat vermeld dat als voorwaarde in de vergunning wordt opgenomen het informeren van de omgeving. Naast de afweging van toelaatbaarheid is het van belang duidelijk te communiceren over mogelijk hinderlijke activiteiten en (eind-) tijden daarvan. Ervaring leert dat mensen (bewoners) willen weten waar ze aan toe zijn, kortom goede communicatie is van belang om draagvlak bij omwonenden te creëren. Zie ook hoofdstuk 9.3. Ontheffingen t.a..v de horeca Voor horeca-inrichtingen zijn ontheffingen mogelijk ten aanzien van geluidhinder. De soorten ontheffing die onderscheiden kunnen worden zijn: − Ontheffingen voor collectieve festiviteiten (artikel 4.1.2. APV); − Ontheffingen voor individuele festiviteiten (artikel 4.1.3. APV) Artikel 4.1.4. APV verbiedt het houden van een individuele festiviteit in een horecainrichting, wanneer de burgemeester de festiviteit verboden heeft omdat naar zijn oordeel de woon- en leefsituatie in de omgeving of de openbare orde op ontoelaatbare wijze wordt beïnvloed. Artikel 4.1.5. APV verbiedt het in werking hebben van toestellen of geluidsapparaten of handelingen te verrichten op een zodanige wijze dat voor omwonende of overigens voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt. Ingevolge het tweede lid kan het college voor dit verbod ontheffing verlenen.


Collectieve festiviteiten Ontheffing voor collectieve festiviteiten zijn ontheffingen zoals bedoeld in voorschrift 1.1.9, onder a in het “Besluit Horeca-, sport, en recreatie milieubeheer”. Een collectieve festiviteit is een festiviteit die niet specifiek aan één of een klein aantal (lees: horeca-)inrichtingen is verbonden. Hiervoor kan gedacht worden aan carnaval, kermis of koninginnedag. Deze collectieve activiteiten vinden niet binnen één inrichting plaats, maar kunnen wel tot gevolg hebben dat meerdere horeca-inrichtingen meer geluidhinder geven dan in normale situaties. Het maximum aantal collectieve ontheffingen dat kan worden toegestaan is niet vastgelegd door het rijk. Deze collectieve festiviteiten worden jaarlijks door het college van B&W in december vastgesteld. Individuele festiviteiten Ontheffingen voor individuele festiviteiten zijn ontheffingen zoals bedoeld in voorschrift 1.1.9, onder b in het “Besluit Horeca-, sport, en recreatie milieubeheer”. Een individuele festiviteit of activiteit vindt plaats binnen de (lees: horeca-) inrichting. Het maximaal aantal ontheffingen dat in de gemeente Drimmelen wordt aangewezen in de APV bedraagt per inrichting 5 dagen per jaar 1. Maximaal mogen er in de gemeentelijke verordening per inrichting 12 dagen worden aangewezen. 1

Een festiviteit (gedurende ten hoogste 24 uur) plaatsvindend zowel vóór als na 0:00 uur, mag worden gerekend als plaatsvindend op één dag.

9 Overige zaken 9.1 Verzekeringen In de vergunningvoorwaarden is opgenomen dat de organisatoren verplicht zijn een verzekering af te sluiten voor het organiseren van een evenement. Men moet minimaal een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. Andere verzekeringen zijn het overwegen waard zoals: een evenementenverzekering voor tegenvallende bezoekersaantallen, een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering, een ongevallenverzekering en een annuleringsverzekering. 9.2 Verkeersregelaars Bij iedere activiteit op de openbare weg, waarbij het verkeer voor de veiligheid van de deelnemers en weggebruiker geregeld moet worden met behulp van stop- of oprijtekens, zijn verkeersregelaars vereist. Of er verkeersregelaars moeten worden ingezet wordt bepaald in het evenementenoverleg tussen de gemeente en politie.(hoofdstuk 3.2) Aan de hand van de opgegeven route wordt, zonodig in samenspraak met de organisatie, het aantal verkeersregelaars vastgesteld. Het werven van verkeersregelaars is een verantwoordelijkheid van de evenementenorganisatie. De meeste evenementenorganisatoren kunnen gezien de opgedane ervaringen nu zelf een nauwkeurige opgave van het aantal benodigde verkeersregelaars.


De gemeenten Geertruidenberg en Drimmelen organiseren jaarlijks in samenwerking met het politieteam Geertruidenberg/Drimmelen instructieavonden voor verkeersregelaars (6 tot 8 maal per jaar) Deze instructie is 14 maanden geldig. De verkeersregelaar mag uitsluitend optreden wanneer hij/zij de instructie heeft gevolgd en aangesteld is door de burgemeester. Een verkeersregelaar mag alleen tekens geven wanneer hij/zij is gekleed in een oranje fluorescerende hes met daarop het woord “verkeersregelaar”, zowel op voor- als achterzijde. Deze hesjes kunnen door de organisatie worden geleend bij de gemeente tegen betaling van een borgsom van €50,00. Vanaf 1 januari 2006 is de verzekeringsplicht voor verkeersregelaars opgeheven. 9.3 Evenementenkalender Om de inwoners, bezoekers en evenementenorganisatoren te informeren over evenementen in de gemeente Drimmelen, zal de gemeente een evenementenkalender bijhouden en bekendmaken via het huis-aan-huisblad en op de website van de gemeente. In het melding- en aanvraagformulier is de vraag opgenomen of men bezwaar heeft tegen het opnemen van het evenement op de evenementenkalender. Indien gewenst, kan de organisator van een evenement zelf een korte tekst aanleveren. Aansprakelijkheid voor de inhoud hiervan berust bij de organisator van het evenement. De gemeente kan niet aangesproken worden op de inhoud van de tekst en behoudt zich overigens het recht voor de tekst niet over te nemen. De aangeleverde tekst zal maximaal voor de duur van twee weken voorafgaand aan het evenement geplaatst worden op zowel de gemeentelijke website als op de gemeentepagina’s in het huis-aan-huisblad. Direct na afloop van het evenement worden de aankondigingen van de website verwijderd.

9.4 Overige wetgeving Naast de evenementenvergunning is het ook noodzakelijk om reeds bij de aanvraag van een evenementenvergunning stil te staan bij andere wetgeving die van toepassing kan zijn bij de organisatie van een evenement. Denk hierbij aan: • het plaatsen of gebruik van milieugevaarlijke stoffen aan de Milieuwetgeving (bijvoorbeeld een melding of een vergunning en het voldoen aan voorschriften); • de aanwijzing van de provincie met betrekking tot het stiltegebied in de gemeente Drimmelen (Biesbosch); • bij evenementen die plaatsvinden in leefgebieden van dieren dient rekening te worden gehouden met artikel 11 van de Flora Faunawet (denk aan bijvoorbeeld een sky-beamer) en de Natuurbeschermingswet van 1 oktober 2005 (Vogel- en Habitatgebied Biesbosch); • Provinciale landschapsverordening in verband met het plaatsen van borden in het buitengebied; • Auteursrechtelijke toestemming voor de vertoning van tv-beelden bij evenementen, of vertonen van overige zaken waarop Auteurswet van toepassing is. • Ontheffingen voor collectieve festiviteiten dan wel melding maken van individuele festiviteiten t.a.v. geluid; • Toestemming/ontheffing van Rijkswaterstaat voor activiteiten op rijkswateren. • Een ontheffing voor winkelopenstelling op basis van de Winkeltijdenwet; • Verklaring van geen bezwaar voor het bezigen van vuurwerk; (provincie)


Het kan zijn dat overige wetgeving zodanige regels stelt dat aan het evenement nadere voorwaarden worden gesteld, waardoor het evenement wijzigingen ondergaat of het evenement zelfs onmogelijk wordt. Overigens zijn de hiervoor genoemde voorbeelden slechts een greep uit wetgeving die van toepassing zou kunnen zijn op evenementen. Daarnaast kan het voorkomen dat landelijke noodmaatregelen van toepassing zijn. Denk hierbij aan de maatregelen die het ministerie van LNV neemt in geval van uitbraak van dierziekten.

10. Kosten gemeente In dit hoofdstuk worden de kosten die de gemeente jaarlijks heeft aan evenementen onder elkaar gezet. De, in dit hoofdstuk opgenomen, cijfers zijn afkomstig uit de begroting 2007. Uren Ureninzet Ureninzet Openbare Werken (buiten) Overhead Ureninzet Openbare Werken (binnen) Overhead Ureninzet Maatschappelijke aangelegenheden Overhead 1 Schoonmaakwerkzaamheden Veegbeurten carnaval Veegbeurten Vlaggetjesdagen Veegbeurten incidenteel/aanvullend Geschatte stortkosten t.b.v. evenementen Afval braderieën e.d. 1 18,5 ton Afval carnaval 14 ton Inhuur containers 2 Materialen/activiteiten Onderhoud/vervanging materialen, w.o. vlaggen (-masten), borden, dranghekken Dranghekken ronde van Made Masten draaien carnaval Maaien Schans Terheijden Subtotaal Subsidies Subtotaal Ontvangen leges m.b.t. evenementen 2006 2 Ontvangen precario m.b.t. evenementen 2006 Totaal

Kosten in € 655

15.427

120

16.110 4.182

65

4.883 2.495 2.255 2.727 333 667 2.176 2.600 2.000 2.500 2.326

1.400 1.000 200 63.281 15.388 78.669 5.200 1.300 72.169


1

Zoals genoemd in hoofdstuk 7.1, de regeling voor afval bij evenementen, vinden er jaarlijks zo’n 6 tot 8 rommelmarkten, georganiseerd door sport, muziek, of oranjeverenigingen, plaats in de gemeente Drimmelen waarvan er 6 jaarlijks terugkeren. Dit zijn de rommelmarkten van: Frederik Hendrikschool, tamboerkorps Caecillia, harmonie Alliance, het Sovak, en de Madese Boys. De vrijmarkt van de Oranjevereniging vindt jaarlijks plaats in Made tijdens Koninginnedag. Incidenteel komt het voor dat een rommelmarkt deel uitmaakt van activiteiten rondom een jubileumviering van een sport- of muziekvereniging.

2

De ontvangen leges betreffen alleen de leges die in rekening zijn gebracht voor evenementen of voor, aan evenementen gerelateerde, vergunningen zoals ontheffingen Dranken Horecawet. Collectes, kansspelvergunningen, ventvergunningen, standplaatsvergunningen en vergunningen voor knalapparaten zijn buiten beschouwing gelaten. De uren en overheadkosten van de preventiemedewerker brandweer voor het afgeven van een gebruiksvergunning, de backoffice medewerkers, voor het verwerken en opmaken van evenementenvergunningen, de ambtenaar Openbare Orde en Veiligheid, voor het beoordelen, voorbespreken, evalueren en controleren van evenementen en de kosten voor het vervaardigen van omleidingborden zijn niet meegenomen in de kosten. Het is niet eenvoudig om deze uren te achterhalen en te specificeren. Ook de toekomstige kosten voor het plaatsen van artikelen in ’t Carillon over de te houden evenementen zijn niet opgenomen in de begrote kosten. (hoofdstuk 9.3) Totale begrote kosten 2007: Ureninzet/schoonmaakkosten/materialen/activiteiten Begroot subsidiebedrag

Ontvangen leges en precario 2006

€ 63.281 € 15.388+ € 78.669 € 6.500

De begrote kosten zijn exclusief de uren en overheadkosten van de afdeling BMO, het cluster brandweer en de kosten voor het plaatsen van artikelen in ’t Carillon.

De kosten die door de gemeente gemaakt worden in het kader van evenementen worden onder diverse kostenplaatsen geboekt. Hierdoor is moeilijk inzichtelijk te maken hoeveel kosten gemaakt worden ten aanzien van evenementen. Voorgesteld wordt om alle kosten die door de gemeente ten behoeve van evenementen worden gemaakt, inclusief de subsidiering, te boeken onder één kostenplaats bijvoorbeeld “volksfeesten/evenementen”, onafhankelijk van wie de uitvoering doet. Voorgesteld wordt om de kosten ten aanzien van evenementen zodanig te herschikken, dat beter inzichtelijk wordt, welke kosten de gemeente maakt ten aanzien van evenementen en wat de hoogte van die kosten jaarlijks bedraagt.


11. Leges en precario Huidige situatie. Op grond van de vigerende legesverordening zijn leges verschuldigd voor het in behandeling nemen van een vergunningaanvraag. De legesverordening kent geen vrijstellingsmogelijkheden. De leges voor evenementenvergunningen zijn, vanuit het beginsel dat ze kostendekkend dienen te zijn, bij de vaststelling van de Tarieventabel bij de legesverordening door de raad vanaf het jaar 2004 aanzienlijk verhoogd. Thans zijn in de verordening op de heffing en invordering van leges 2007 de volgende tarieven op genomen met betrekking tot evenementen; Meerdaags evenement, of met versterkte muziek of met meer dan 400 personen € 153,80 Eendaags evenement, niet zijnde een grootschalig evenement € 25,65 Hierin dient een wijziging te worden aangebracht. Alleen een leges bedrag voor vergunningplichtige evenementen dient in deze verordening te worden opgenomen. Naast deze leges worden leges in rekening gebracht voor het in behandeling nemen van een aanvraag gebruiksvergunning, voor een ontheffing op grond van artikel 35 Drank- en Horecawet, een loterijvergunning, een muziekvergunning en een ontheffing van het sluitingsuur. Op grond van de Precarioverordening kunnen in relatie tot evenementen voor de volgende zaken precario verschuldigd zijn: voor terrassen (banken, stoelen, tafels, tochtschermen) op de openbare weg, driehoeksborden en sandwichborden. De Precarioverordening kent in artikel 4 een aantal vrijstellingmogelijkheden. Geen belasting wordt geheven voor: a. het hebben van voorwerpen welke uitsluitend in een algemeen belang voorzien of welke uitsluitend worden gebezigd voor weldadige en ideële doeleinden; b. het hebben van voorwerpen, waarvan de aanwezigheid door de gemeente op grond van een overeenkomst of anderszins rechtens moet worden gedoogd; c. het hebben van voorwerpen of werken ten behoeve van eigendommen welke bij de gemeente of haar instellingen in gebruik zijn; d. het hebben van straatversiering, inclusief apparatuur ten behoeve van verlichting en/of geluidsweergave, mits niet permanent aangebracht en geen commerciële reclame of soortgelijke aanduiding bevatten.” Voor alle evenementen, indien van toepassing, met uitzondering van de leges voor de vrijgestelde evenementen, de leges en precariobelasting in rekening te brengen. De legesverordening moet worden aangepast waarbij de termen meerdaags en ééndaags evenement worden vervangen door vergunningplichtig evenement met daaraan gekoppeld een legesbedrag. Wel wordt er een hardheidsclausule ingebouwd, zoals hieronder staat beschreven.


Hardheidsclausule / afwijkingen van het beleid De belastingwetgeving (artikel 63 van de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen) kent ons College de bevoegdheid toe om een belastingplichtige met toepassing van een hardheidsclausule tegemoet te komen in onvoorziene situaties, waarin de wettelijke bepalingen tot een belastingschuld leiden die hoger is dan met doel en strekking van de wet of de verordening in overeenstemming kan worden geacht’. Vanwege de grote diversiteit van de te organiseren evenementen zullen zich situaties voordoen die toepassing van deze hardheidsclausule rechtvaardigen. Om hiervoor een drempel in te bouwen, maar toch slagvaardig te kunnen beslissen ligt het voor de hand dat de portefeuillehouder financiën van het College deze bevoegdheid namens de gemeente toepast. De gemeente zal over het gebruik van deze regeling jaarlijks achteraf aan de raad rapporteren, zodat beoordeeld kan worden of het beleid nog adequaat is.

12. Bijlagen 1. Aanvraagformulier evenementen 2. Verzoek om vrijstelling vergunning evenementen 3. Aanvraag formulier gebruiksvergunning Allen zijn in concept en moeten nog door het college worden vastgesteld.

In werkingtreding Deze beleidsnota treedt in werking na datum van vaststelling door de gemeenteraad van Drimmelen. Op alle evenementenaanvragen die na datum van vaststelling van deze nota worden ontvangen is deze nota van toepassing.

Evenementennota gemeente Drimmelen Versie

Recommend Documents