Integraal handhavingsbeleid Gemeente Drimmelen
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
1
Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1. Aanleiding 1.2. Waarom handhaven 1.3. Waarom integraal handhavingsbeleid 1.4. Afbakening 1.5. Hoofd en subdoelen 1.6. Het handhavingsveld 2. Juridisch instrumentarium 2.1. Inleiding 2.2. Bestuurlijke instrumeneten 2.3. Strafrechterlijke handhaving 3. Algemeen handhavingsbeleid 3.1. Ambitieniveau 3.2. Beleidscyclus handhaving 3.3. Uitgangspunten handhaving 3.4. Handhavingsdoelen 3.5. Preventie 3.6. De aanpak van overtredingen 3.7. Aanpak niet handhaven 3.8. Aanpak bestaande illegale situaties 3.9. Flankerend beleid 3.10.Handhavingssamenwerking 4. Specifiek handhavingsbeleid 4.1.Inleiding 4.2. Overzicht handhavingsgebieden 1/7/03 4.3. Inventarisatie startsituatie 4.4. Reeds vastgesteld beleid 4.5. Gewenst aanvullend beleid 5. Organisatie gemeentelijke handhaving 5.1. Implementatie integrale handhaving 5.2. Beleidscyclus 5.3. Bestuurlijke aansturing 5.4. Ambtelijke aansturing 6. Middelen 6.1. Inleiding 6.2. Overzicht huidige personele capaciteit 6.3. Financiële middelen handhaving 6.4. Personele capaciteit handhaving
3 3 3 4 5 5 6 7 7 7 8 10 10 11 11 12 12 15 17 18 19 19 20 20 21 31 34 34 37 37 39 40 40 40 40 41 41 41
Bijlage 1 : Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4:
42 45 47 48
Juridisch instrumentarium Toetsingscriteria gedogen Referenties en bronnen Concept plan van aanpak
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
2
Nota integraal handhavingsbeleid Drimmelen 1 1.1
Inleiding Aanleiding
De overheidscultuur op het gebied van de handhaving kon tot voor kort worden omschreven als sterk gedogend: een weinig zichtbare overheid met te weinig oog voor de risico’s die daar het gevolg van zijn. Het roer moet om. Volgens landelijk onderzoek is een cultuurverandering nodig. Toch mag wel gesteld worden, dat de vuurwerkramp in Enschede, de cafébrand in Volendam en het parkeerdak in Tiel geleid hebben tot een indringender besef van de noodzaak tot verandering in de houding ten aanzien van de naleving van regels bij bouwen, wonen, milieu en veiligheid bij zowel burgers, bedrijven en instellingen als ook bij de overheid. De veranderde houding ten opzichte van naleving van regels heeft tot gevolg dat aan het integraal handhavingsbeleid prioriteit zou moeten worden gegeven. In een op te stellen handhavingprogramma dient de integraliteit van de verschillende disciplines in het kader van de handhaving centraal te staan. Dit betreft de regelgeving voor bouwen, ruimtelijke ordening, milieu, brandveiligheid, A.P.V. de drank en horecawet en de veiligheid in het algemeen. Hoewel ook andere regelgeving waaronder bijvoorbeeld de Leerplichtwet en de wetgeving in het kader van de sociale wetten regelgeving betreft waarop de (gemeentelijke) overheid dient toe te zien, wordt de handhaving van deze deelterreinen in deze Nota Integraal Handhavingsbeleid vooralsnog niet behandeld. Op termijn kunnen deze deelterreinen echter in dit integrale handhavingsbeleid worden geïntegreerd.
1.2 Waarom handhaven? Handhaving kan kort en krachtig worden gedefinieerd als het doen naleven van rechtsregels. Deze naleving is niet vanzelfsprekend. De ervaring leert dat ongeveer 20% van de bevolking uit zichzelf regels of voorschriften naleeft, terwijl 5% de regel niet zal naleven totdat deze bij hen daadwerkelijk wordt gehandhaafd. Ongeveer 75% van de bevolking leeft een regel alleen na indien zij zien dat deze bij anderen via sancties gehandhaafd wordt. Niet of onvoldoende handhaven leidt dus in feite tot het gedogen van overtredingen. Dit is onwenselijk. Wettelijke normen worden gesteld om belangen te beschermen (bijv. veiligheid), de samenleving te ordenen (ruimtelijke ordening), gedragsveranderingen (terugdringen overlast) teweeg te brengen of ten behoeve van het bereiken van bepaalde beleidsdoelstellingen (bijv. ‘de vervuiler betaalt’). Wetten bevatten daarom geen vrijblijvende normen en burgers mogen erop kunnen vertrouwen dat de overheid haar verantwoordelijkheid voor toezicht en handhaving neemt. Ook de bescherming van de rechtszekerheid en de rechtsgelijkheid van individuele burgers en bedrijven is een belangrijk doel van handhaving. Tenslotte wil de gemeente naar haar inwoners geloofwaardig en betrouwbaar overkomen. Dit betekent dat burgers goed geïnformeerd worden over gewenst naleefgedrag én de consequenties van ongewenst naleefgedrag. Dit betekent ook dat de gemeente duidelijk en zichtbaar aanwezig is en indien nodig resoluut en consequent optreedt. Het bestuursrecht kent geen algemeen artikel dat het bestuur een handhavingsplicht oplegt. Indien bijzondere wetten een handhavingstaak bij het bestuur leggen, gaat het in principe om een wettelijke bevoegdheid en niet om een plicht tot het opleggen van sancties. Daarmee laat de wetgever ook het bestuur de bevoegdheid onder omstandigheden af te zien van handhaven.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
3
Vooral ten aanzien van het bestuursrecht is het laatste decennium een beeld ontstaan van een brede gedoogpraktijk door bestuursorganen. Enkele jaren geleden heeft de Commissie Michiels het zogenaamde handhavingstekort onderzocht. In het rapport ‘Handhaven op niveau’ concludeerde de Commissie dat op veel beleidsterreinen sprake is van ofwel te geringe handhaving ofwel handhaving die op allerlei punten voor verbetering vatbaar is. Dit was voor het kabinet aanleiding een speciaal actieprogramma te starten met als doel handhaving te stimuleren. Dit is in de praktijk niet voldoende gebleken. In haar eindrapport naar aanleiding van de vuurwerkramp in Enschede spreekt ook de Commissie Oosting over ‘een bestuurscultuur van afzien van handhaven’. Een cultuuromslag wordt dan ook nog steeds noodzakelijk geacht. Dit geldt echter niet alleen voor de overheid. Van burgers en bedrijven mag worden verwacht dat zij wettelijke regels en vergunningvoorschriften naleven. Ook de bestuursrechter helpt een handje om de gedoogcultuur om te buigen. In recente jurisprudentie over handhavingsverzoeken wordt steeds vaker een beginselplicht tot handhaving bij het bestuur neergelegd.
1.3 Waarom integraal handhavingsbeleid? 1.3.1 Inhoudelijk beleid formuleren In de gemeente Drimmelen is het handhavingstekort door het bestuur in een relatief tijdig stadium onderkend. Het is zowel uit inhoudelijk als organisatorisch oogpunt wenselijk, dat de diverse handhavingstrajecten op elkaar worden afgestemd en dat het handhavingsbeleid wordt geactualiseerd. Ook zijn er taakvelden waarvoor nog geen specifiek handhavingsbeleid is vastgesteld, maar waar dit wel wenselijk is. Voorbeelden hiervan zijn de integrale veiligheid en de bestemmingsplannen. Zowel voor deze aanvulling als de gewenste actualisatie en de onderlinge afstemming van het inhoudelijk handhavingsbeleid is een beleidskader in de vorm van integraal handhavingsbeleid gewenst.
1.3.2 Uniformering handhavingsactiviteiten Door handhavingsstappenplannen en stroomschema’s kan de aanpak van handhavingsactiviteiten worden geüniformeerd. Dit komt zowel de efficiency als de zorgvuldigheid, de rechtszekerheid en de rechtsgelijkheid ten goede en versterkt de juridische positie van de gemeente bij de rechter.
1.3.3 Verantwoorde besteding financiële middelen Voor de handhavingsactiviteiten is in de begroting voor 2003 alleen zichtbaar structureel geld uitgetrokken bij het product milieu. Verspreid over verschillende begrotingsposten wordt aandacht gevraagd voor handhaving zonder hier het aantal beschikbare uren te vermelden. Uit de begroting kan dus geen totaalbudget handhaving worden gedestilleerd.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
4
1.3.4 Realiseren gewenst handhavingsniveau Elk jaar moeten op basis van de verschillende wettelijke taken een zeer groot aantal handhavingsactiviteiten worden verricht. Deze activiteiten variëren van eenvoudige controle tot gebiedsgerichte integrale handhaving, waarbij andere handhavingsinstanties zijn betrokken. De meeste handhavingsactiviteiten (milieu, bouwen, RO, APV, Drank- en Horecawet, brandveiligheid en algemene veiligheid) worden verricht binnen de eigen afdeling. Op dit moment is de totale hoeveelheid werk veel groter dan de voor handhaving beschikbare personele capaciteit. Dit probleem kan deels worden opgelost door een combinatie van prioriteitsstelling en het efficiënter organiseren van de eigen handhavingsinspanning. Voor een verantwoorde prioriteitsstelling moet het hele handhavingsterrein inzichtelijk worden gemaakt en zijn heldere selectiecriteria noodzakelijk. Ook de gewenste efficiencyverbetering kan niet worden gerealiseerd zonder een integrale benadering. Het handhavingswerk moet zoveel mogelijk zodanig worden georganiseerd dat per handhavingsactiviteit meerdere handhavingsaspecten kunnen worden meegenomen. Zo zou bijvoorbeeld bij een milieucontrole van een horecabedrijf tevens kunnen worden gecontroleerd op Drank- en Horecawet, brandveiligheid en de Wet op de kansspelen. Dit komt zowel de efficiency als de kwaliteit van de handhaving ten goede. Voor bedrijven en particulieren betekent een integrale aanpak minder (vaak) administratieve rompslomp. Gevolg van deze integrale aanpak is wel dat de medewerkers handhaving beter en breder moeten worden opgeleid en met meerdere terreinen bekend moeten zijn. Verder vraagt een goede organisatie van een integraal handhavingsbeleid het nodige aan coördinatie.
1.4 Afbakening Deze nota heeft betrekking op de handhaving bij bouwen, brandveiligheid, veiligheid en openbare orde, milieu, ruimtelijke ordening, Algemene Plaatselijke Verordening en de Dranken Horeca wet.
1.5 Hoofd- en subdoelen Hoofddoelen van deze nota zijn: 1. 2. 3.
Het vaststellen van een adequaat handhavingsniveau. Het organiseren en faciliteren van een adequaat handhavingsniveau. Het opzetten van een systeem voor het periodiek meten van het bereikte handhavingsniveau, nadat een handhavingstekort niet langer aan de orde is.
ad 1. Het vaststellen van een adequaat handhavingsniveau. • • • • • •
Handhavingsvisie. Bevorderen van rechtszekerheid en voorkomen van rechtsongelijkheid. Duidelijkheid bij bedrijven en burgers over gewenst naleefgedrag en mogelijke consequenties van ongewenst naleefgedrag. Heldere selectiecriteria voor het stellen van prioriteiten. Geloofwaardigheid. Actualisatie, coördinatie, integratie en aanvulling van specifiek handhavingsbeleid.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
5
ad 2. Het organiseren en faciliteren van een adequaat handhavingsniveau. • • • • • • • • • • • •
Goede verankering van handhaving in de reguliere beleidscyclus. Jaarlijkse programmering op basis van een voorafgaande prioriteitstelling. Heldere en goed handhaafbare regelgeving en voorschriften. Effectieve en efficiënte organisatie van de uitvoering van handhaving. Verbetering van de kwaliteit van handhavingsacties (vermindering juridische en financiële risico’s). Voldoende personele capaciteit. Voldoende juridische ondersteuning. Opzetten van een adequate aanpak van handhavingscommunicatie. Handhavingskennis op peil brengen. Handhaving zoveel mogelijk standaardiseren en uniformeren. Scheiding van vergunning en handhaving. Wederzijdse ondersteuning met regio gemeenten.
1.6 Het handhavingsveld 1.6.1 Inleiding In dit onderdeel wordt een overzicht gegeven van instanties, burgers, bedrijven en andere instellingen die op een of andere manier bij handhaving betrokken kunnen raken. Deze kunnen worden verdeeld in degenen die handhaven en degenen op wie handhavingsactiviteiten zijn gericht. De eerste groep bestaat voornamelijk uit handhavingsorganisaties waarmee regelmatig wordt samengewerkt. De tweede groep bestaat in principe uit burgers, bedrijven en instellingen, maar zeker de laatste tijd worden steeds vaker overheidsinstanties zelf onderwerp van handhavingsacties.
1.6.2 Bevoegd gezag en handhaving • • • •
Rijk Gemeenten (inclusief brandweer) Provincie Waterschap Brabantse Delta (vanaf 1-1-2004)
1.6.3 Handhaving • Politie • Openbaar Ministerie • VROM-Inspecties • Natuurbeheerinstanties • Algemene Inspectie Dienst 1.6.4 Ondersteuning •
Service punt hand having (Seph)
1.6.5 Onderwerp van handhavingsacties • • •
Instanties, bedrijven en instellingen Burgers Overheidsinstanties
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
6
2
Juridisch instrumentarium
2.1 Inleiding Handhaving kan worden onderscheiden in een preventief en een repressief traject. Preventieve handhaving geschiedt over het algemeen in de vorm van toezicht. Dit toezicht kan op verschillende manieren plaatsvinden: bedrijfsbezoeken en controle van bouwlocaties maar ook luchtfoto’s en de zogenaamde milieuvluchten zijn vormen van preventieve controle. Wordt tijdens het preventief toezicht een overtreding geconstateerd en deze kan ongedaan worden gemaakt dan wordt de overtreder in de regel voorgelicht over het gewenst naleefgedrag en worden afspraken gemaakt over het beëindigen van de illegale situatie. Worden deze afspraken niet (tijdig) nagekomen dan start het repressieve handhavingstraject. Dit traject is gericht op het beëindigen van de illegale situatie, het ongedaan maken van de gevolgen en het voorkomen van (nieuwe) overtredingen De gemeente beschikt hiervoor over een aantal administratiefrechtelijke en strafrechtelijke instrumenten.
2.2. Bestuursrechtelijke instrumenten 2.2.1. Toezicht Preventief toezicht of controle is van belang om te constateren of normen ook daadwerkelijk worden nageleefd. Dit op een moment dat nog geen vermoeden bestaat van een overtreding. Voorbeelden zijn onder meer controles bij bouw- en milieuwetgeving. Toezicht kan worden onderscheiden in preventief toezicht en repressief toezicht. Vindt een controle plaats naar aanleiding van een klacht van derden dan is er sprake van repressief toezicht. Er is dan al een vermoeden van een overtreding en de controle zal mogelijk leiden tot verdere maatregelen. Ambtenaren die zijn belast met toezicht moeten hiertoe door het bevoegd gezag bij of krachtens een (hogere) wettelijke regeling worden aangewezen. Indien zij ook zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar, kunnen toezichthoudende ambtenaren ook zijn belast met de strafrechtelijke opsporing van (bepaalde) strafbare feiten. Toezichthoudende ambtenaren beschikken op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) over verschillende bevoegdheden: het binnentreden, het vorderen van inlichtingen, het vorderen van inzage van gegevens, onderzoeken, opnemen of bemonstering, onderzoeken van vervoermiddelen en stilhouden van voertuigen. Deze bevoegdheden mogen worden uitgeoefend voor zover dit voor de taakvervulling redelijkerwijs nodig is. Ingevolge de Awb is een ieder verplicht alle medewerking te verlenen bij het uitoefenen van toezicht. Deze verplichting wordt beperkt door het redelijkheidsvereiste dat zich ook uitstrekt tot de termijn waarbinnen de medewerking moet worden gerealiseerd.
2.2.2. Bestuursdwang De gemeentelijke bevoegdheid tot het toepassen van bestuursdwang is in de Gemeentewet opgenomen en wordt nader geregeld in de Awb. Onder bestuursdwang wordt volgens de Awb verstaan ‘het door feitelijk handelen door of vanwege een bestuursorgaan optreden tegen hetgeen in strijd met bij of krachtens enig wettelijk voorschrift gestelde verplichtingen is of wordt gedaan, gehouden of nagelaten’. Het gaat bij bestuursdwang dus om handhaving door feitelijk handelen tegen regelgeving van een persoon of een rechtspersoon. De omschrijving van de wettelijke verplichtingen omvat ook een verbod om in strijd met een rechtsplicht te handelen. Een bekend voorbeeld is het bouwen zonder een bouwvergunning. Overtreding van verbodsbepalingen geven nogal eens aanleiding tot bestuursdwang. Bestuursdwang kan ook (beperkt mogelijk) preventief worden toegepast indien het vrijwel zeker is dat er een overtreding zal plaatsvinden. Een verdere uitwerking van dit juridisch instrument is in bijlage 1 opgenomen.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
7
2.2.3 Bestuurlijke dwangsom De Algemene wet bestuursrecht (Awb) biedt bestuursorganen die bevoegd zijn tot het toepassen van bestuursdwang de mogelijkheid om in plaats daarvan de overtreder een ‘last onder dwangsom’ op te leggen. Deze (bestuurlijke) dwangsom is de bevoegdheid de overtreder van wettelijk voorschrift een concrete uit die wettelijke verplichting voortvloeiende last op te leggen. Voldoet de overtreder vervolgens niet aan deze last, dan heeft dat tot gevolg dat hij een of meerdere geldsommen verschuldigd wordt aan het openbaar lichaam waartoe het bestuursorgaan behoort. De last kan gericht zijn op het ongedaan maken van een reeds gepleegde overtreding of op het voorkomen van voortzetting dan wel herhaling van de overtreding. De bestuurlijke dwangsom moet worden onderscheiden van de ook in het bestuursrecht bestaande mogelijkheid dat de rechter het bestuursorgaan een dwangsom oplegt die ertoe strekt het bestuursorgaan te dwingen een uitspraak van de bestuursrechter na te komen. Een verdere uitwerking van dit juridische instrument is opgenomen in bijlage 1
2.2.4 Intrekken vergunning of ontheffing Onder andere de Wet milieubeheer (Wm) geeft aan een bestuursorgaan de bevoegdheid tot het intrekken van een verleende vergunning als handhavingsmiddel. Hiertoe kan worden overgegaan indien in strijd met de vergunningvoorschriften wordt gehandeld. Het intrekken van een vergunning is een zeer ingrijpend handhavingsmiddel. Door de intrekking is een voortgezette bedrijfsvoering in strijd met de wet. De overtreding kan daarom voortduren. Intrekking van een vergunning heeft daarom alleen zin indien dit wordt gecombineerd met bestuursdwang of dwangsom.
2.2.5 Bestuurlijke boete De bestuurlijke boete zal binnen afzienbare tijd ook de gemeente de mogelijkheid geven om bij veel voorkomende eenvoudige delicten zelfstandig, dus zonder tussenkomst van het Openbaar Ministerie, een boete op te leggen. Het gaat hierbij om een combinatie van de bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving. Met dit instrument hoopt de wetgever de efficiency en de effectiviteit van de handhaving te verbeteren. De bestuurlijke boete is overigens geen nieuw fenomeen en wordt als sanctie reeds toegepast binnen onder meer het fiscaal en het sociaal verzekeringsrecht. Een algemene regeling hiervoor zal te zijner tijd worden opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De verdere uitwerking van dit juridische instrument is opgenomen in bijlage 1
2.3 Strafrechtelijke handhaving 2.3.1 Samenloop / flankerend beleid Voor de strafrechtelijke handhaving zijn de politie en het Openbaar Ministerie verantwoordelijk. De politie constateert de overtreding en maakt proces-verbaal op. Het Openbaar Ministerie besluit vervolgens al dan niet tot strafrechtelijke vervolging over te gaan. Deze aanpak is uitsluitend gericht op het corrigeren van een overtreder door leedtoevoeging en preventiegericht naar derden door de uitstraling van de aanpak; het maakt de overtreding zelf niet ongedaan. Dit is dan ook de reden dat een zuiver strafrechtelijke aanpak bijzonder zinvol is indien de overtreding niet meer is terug te draaien. Voor andere overtredingen kan het strafrecht een ondersteunende rol vervullen ten opzichte van de bestuursrechtelijke handhaving. Omdat samenloop van beide handhavingstrajecten
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
8
mogelijk is, kunnen strafrechtelijke instrumenten vaak bijzonder effectief in aanvulling op een bestuurlijke handhaving worden toegepast. Deze samenloop wordt met name bij de handhaving van milieuwetgeving onder de noemer ‘flankerend beleid’ toegepast. Naast het opleggen van straffen als hechtenis, dienstverlening en geldboete kan de strafrechter ook overgaan tot verbeurdverklaring of ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel. Het Openbaar Ministerie kan een verdachte een transactie aanbieden. Dit houdt in dat, indien de overtreder de transactie accepteert, het Openbaar Ministerie van verdere strafvervolging afziet. In de regel dient de verdachte dan een geldbedrag aan de Staat te betalen, maar de transactie kan ook inhouden dat op zijn kosten de onrechtmatige toestand wordt hersteld. Een andere mogelijkheid waarover het Openbaar Ministerie beschikt, is het zogenaamde voorwaardelijk sepot: indien de verdachte bepaalde voorwaarden vervult, wordt hij niet verder vervolgd.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
9
3 Algemeen handhavingsbeleid 3.1 Ambitieniveau Hieronder wordt de ambitie beschreven die de gemeente Drimmelen heeft op het gebied van de handhaving.Hiermee wordt tevens de gewenste situatie voor de gemeentelijke handhavingsinspanning vastgelegd. Het ambitieniveau is hoog en realisering ervan zal extra inspanning vergen, zeker daar het bestaande budget een randvoorwaarde is. Dat wil zeggen dat naar deze ambitie ofwel handhavingsinspanning toegegroeid moet worden. De landelijke kwaliteitscriteria handhaving zijn richtinggevend voor het functioneren van de handhavingsorganisatie. De gemeente Drimmelen handhaaft de wet- en regelgeving waarvoor zij bevoegd gezag is op een zo effectief en efficiënt mogelijke wijze. Preventie heeft daarbij prioriteit. De gemeente Drimmelen bevordert een goed naleefgedrag en richt zich op het voorkomen van zoveel mogelijk overtredingen. Burgers en bedrijven worden geïnformeerd over het gewenst naleefgedrag én over de consequenties van ongewenst naleefgedrag. Preventief toezicht wordt zoveel mogelijk integraal aangepakt:en er worden zoveel mogelijk handhavingsaspecten per bedrijfsbezoek of controle meegenomen. De toezichthoudende ambtenaren zijn deskundig en goed opgeleid en kijken tijdens controles ook zoveel mogelijk naar zaken die relevant zijn voor andere handhavingsgebieden. Indien noodzakelijk worden (her)controles tegelijkertijd door verscheidene ambtenaren van verschillende disciplines verricht. De gemeente zet in overleg met de politie ook minder alledaagse opsporingsmethoden in, zoals milieuvluchten en luchtfoto’s. Er is een klachtensysteem, waar derden overtredingen kunnen melden. Klachten worden snel onderzocht en de klagers worden op de hoogte gehouden van zowel de onderzoeksresultaten als de afdoening. De verschillende handhavingsdisciplines zijn georganiseerd in één handhavingsteam waarbinnen de onderlinge informatie-uitwisseling goed en gestructureerd plaatsvindt. Ook aan de informatie-uitwisseling met de externe handhavingspartners wordt de nodige aandacht besteed. Er is een functionele scheiding tussen beleid en uitvoering (vergunning) enerzijds en handhaving anderzijds. De gemeente maakt gebruik van goed toegankelijke geautomatiseerde systemen om handhavingsinformatie vast te leggen en te raadplegen. Aan de hand van vastgestelde thema’s en controlefrequenties wordt de handhaving uitgevoerd. Controleactiviteiten worden jaarlijks geprogrammeerd in een handhavingsprogramma. De uitvoering van het jaarprogramma wordt in een jaarverslag gerapporteerd waarbij zowel wordt ingegaan op de kwaliteit als de kwantiteit van de verrichte handhavingsinspanning. Overtredingen worden slechts in uitzonderlijke situaties gedoogd. Hiermee wordt zeer restrictief omgegaan. Overtredingen, die niet vrijwillig ongedaan worden gemaakt, niet gelegaliseerd kunnen worden en ook niet gedoogd hoeven te worden, worden met bestuursrechtelijke dwangmiddelen ongedaan gemaakt of beëindigd. Al naar gelang de aard en ernst van de overtreding wordt bekeken of ook via het flankerend beleid strafrechtelijke middelen worden ingezet. Het strekt tot aanbeveling dat het handhavingsteam hiertoe over tenminste twee toezichthouders met buitengewone opsporingsbevoegdheid beschikt. Met de politie worden hierover goede afspraken gemaakt. Bestuurlijke sancties worden goed voorbereid en indien zij zijn opgelegd ook daadwerkelijk geëffectueerd. Hierbij wordt een stappensysteem of strategie toegepast die bestuurlijk is vastgesteld.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
10
Zowel het (preventief) toezicht als de repressieve handhaving worden binnen de gemeentelijke organisatie centraal gecoördineerd. Het bestuur wordt op de hoogte gehouden van bijzonderheden en nieuwe ontwikkelingen. Er wordt actief samengewerkt met andere handhavende instanties. Centraal hierbij staat het driehoeksoverleg en de samenwerking rond de Bestuursovereenkomst milieuwethandhaving.Noord Brabant Naast deze gestructureerde samenwerking wordt ook inhoudelijk actief samengewerkt met de naburige gemeenten. Het gaat hierbij zowel om uitwisseling van informatie als om wederzijdse ondersteuning.
3.2 Beleidscyclus handhavingsbeleid De beleidscyclus van het integraal handhavingsbeleid verloopt als volgt: • • • • • •
Formulering van algemeen handhavingsbeleid dat van toepassing is op alle handhavingsgebieden. Per handhavingsgebied wordt vervolgens specifiek handhavingsbeleid geformuleerd. Hierbij wordt de huidige situatie in beeld gebracht. Voor ‘oude’ overtredingen wordt een saneringstraject geformuleerd. Jaarlijkse prioritering van handhavingsactiviteiten op basis van vastgestelde criteria. Jaarlijks handhavingsprogramma. Jaarlijkse verantwoording naar college en gemeenteraad in de vorm van een jaarverslag. Eventuele bijstelling van handhavingsbeleid aan de hand van evaluatie in het jaarlijks handhavingsverslag.
3.3 Uitgangspunten handhaving Burgers en bedrijven zijn primair zelf verantwoordelijk voor de naleving van regelgeving en voorschriften en voor de gevolgen van overtredingen. De overheid, dus ook de gemeente Drimmelen, is op haar beurt echter verantwoordelijk voor een goede informatievoorziening zodat burgers weten wat op dit gebied van hen wordt verwacht. Naast de verantwoordelijkheid voor goede communicatie is de gemeente Drimmelen ook verantwoordelijk voor controle op de naleving van wet- en regelgeving waarvoor zij het bevoegd gezag is. De gemeentelijke mogelijkheden tot handhaving zijn echter niet onbeperkt. Zij worden onder meer begrensd door beperkte financiële middelen, capaciteit, beperkingen in het beschikbare instrumentarium, rechtsbeginselen en niet te vergeten de rechtsbescherming. Inzicht in deze beperkingen is belangrijk. De gemeente Drimmelen heeft, rekening houdend met deze beperkingen, een inspanningsverplichting voor het realiseren van een hierboven geformuleerd adequaat handhandhavingsniveau. De prioriteiten voor het preventief toezicht worden jaarlijks vastgesteld. Hierbij geldt het uitgangspunt dat alle handhavingsgebieden periodiek een eerste prioriteit krijgen. Het beëindigen en ongedaan maken van overtredingen is vaak moeilijk, tijdrovend en duur. Het bevorderen van een goed naleefgedrag en het voorkomen van overtredingen hebben daarom prioriteit. Een absolute randvoorwaarde hiervoor is dat de gemeente Drimmelen naar burgers en bedrijven toe geloofwaardig overkomt. Geloofwaardigheid wordt onder meer verkregen door: • een consequente en consistente aanpak van overtredingen en door deze aanpak ook effectief te communiceren
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
11
• •
goede voorbeelden regelmatig in het zonnetje te zetten een evenwichtig handhavingspeil: De gemeente Drimmelen kan zich alleen al omwille van de geloofwaardigheid niet veroorloven om een of meerdere handhavingsgebieden voor langere tijd links te laten liggen.
3.4 Handhavingsdoelen Alvorens een handhavingsinstrument wordt gekozen dient eerst het handhavingsdoel te worden gekozen. Met andere woorden wat wil de gemeente Drimmelen in deze situatie bereiken. In het algemeen kunnen de volgende doelen worden onderscheiden: 1. Voorkomen van overtredingen; 2. Beëindigen van overtredingen; 3. Ongedaan maken van de gevolgen van overtredingen; 4. Afromen van het behaald voordeel; 5. Bestraffen van een overtreder; 6. Een combinatie van één over meer doelen. Bij het bepalen van het juiste handhavingsdoel (of een combinatie van doelen) wordt meestal gekeken naar het belang dat de te handhaven regeling of voorschrift beoogt te beschermen. Verder wordt gekeken naar zaken als tijddruk, de aard van de overtreding, de motieven (bijv. financieel voordeel) en de persoon van de overtreder (bijv. notoire overtreder), de beschikbaarheid van flankerend beleid en de hoogte van het door de overtreding behaalde voordeel. In het handhavingsprogramma zullen meetbare handhavingsdoelen worden gedefinieerd, zodat achteraf vastgesteld kan worden of de handhavingsinspanningen het beoogde effect hebben gehad.
3.5 Preventie 3.5.1 Inleiding. Preventie is een van de meest voor de hand liggende handhavingsdoelen. Preventie kan zijn gericht op voorkomen van een eerste overtreding dan wel op het voorkomen van een situatie dat een overtreder opnieuw regels overtreed. Dit verschil bepaalt mede de keuze van het in te zetten instrumentarium. Preventie kan op een aantal manieren worden uitgevoerd.
3.5.2 Goed handhaafbare regelgeving, beleidsregels en voorschriften Handhaving begint in feite al in een zeer vroeg stadium van de zogenaamde reguleringsketen. Deze reguleringsketen bestaat uit de volgende fasen: visie, beleid, regelgeving, vergunningen en ontheffingen, toezicht/handhaving en inzicht in naleefgedrag. Reeds vanaf het formuleren van beleid moet de handhaafbaarheid als een randvoorwaarde worden meegenomen. Niet alleen in absolute zin: is de regel überhaupt juridisch te handhaven, maar ook in kwalitatieve zin is de regel doelmatig te handhaven. De gemeentelijke regelgeving, beleidsregels en voorschriften moeten worden getoetst aan het criterium doelmatige handhaving. Hierbij kan met name worden gedacht aan de Algemene Plaatselijk Verordening (APV) en de bestemmingsplannen. In de praktijk blijkt dat vooral de voorschriften van de oudere bestemmingsplannen problemen opleveren bij de handhaving. Er wordt inmiddels aan actualisatie van deze plannen gewerkt. Tenslotte moet ook kritisch gekeken worden naar de handhaafbaarheid van voorschriften in vergunningen. Deze zijn niet altijd even eenduidig of zinvol. Dit kan het beste geschieden wanneer tijdens de voorbereiding van preventieve controles de vergunningvoorschriften worden doorgenomen. Indien daarbij niet of moeilijk te handhaven voorschriften worden aangetroffen moet hiervan aantekening worden gemaakt. Bij een toekomstige aanpassing van de vergunning kan de redactie van deze voorschriften worden verbeterd. Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
12
In de nota evenementenbeleid is dit een kernthema.
3.5.3 Communicatie en voorlichting 3.5.3.1 Inleiding Communicatie is een van de belangrijkste en ook relatief goedkoopste instrumenten om een goed naleefgedrag te bewerkstelligen. Onwetendheid leidt tot overtredingen. Doelgroepen moeten daarom via heldere communicatie geïnformeerd worden over het naleefgedrag dat de overheid van hen verwacht. Communicatie versterkt ook de uitwerking van handhavingsacties. Als deze zichtbaar worden gemaakt, heeft een uitgevoerde controle niet alleen een positieve invloed op het naleefgedrag van de gecontroleerde maar ook op die van de niet-gecontroleerde. Geloofwaardigheid is hierbij echter zeer belangrijk. De gemeente moet ook doen wat zij communiceert. Gebeurt dit niet dan gaat de effectversterkende werking snel verloren. 3.5.3.2 Communicatiedoel Burgers en bedrijven zijn goed geïnformeerd over het gewenste nalevinggedrag en over de consequenties van ongewenst naleefgedrag. Ook zijn zij goed op de hoogte van de handhavingsactiviteiten van de gemeente, met name de acties die regelmatig gehouden worden. Om deze doelstelling te bereiken, worden doelgroepen onderscheiden en verschillende communicatiemiddelen ingezet. Hierbij worden meerdere fasen in het handhavingstraject onderscheiden. Dit zijn de volgende: • algemene informatie over handhavingsbeleid gemeente • specifieke informatie over handhavingsbeleid naar doelgroepen • aankondiging acties • evaluatie acties 3.5.3.3 Doelgroepen In het handhavingsproces kunnen verschillende doelgroepen onderscheiden worden. Deze kunnen worden onderverdeeld in externe en interne doelgroepen. Externe doelgroep • te controleren burgers, bedrijven en instanties • overige burgers, bedrijven en instanties • pers Interne doelgroep • collegeleden • raadsleden • eigen medewerkers Afhankelijk van de soort informatie, verschilt de doelgroep. Hierop kunnen de communicatiemiddelen worden afgestemd. De communicatiemiddelen zijn: • Brieven zijn persoonlijk en direct aan een persoon gericht en worden meestal ingezet om acties aan te kondigen. Ook is het een middel om informatie te verstrekken over regelgeving. • Brochure In een brochure wordt uiteengezet wat het beleid van de gemeente is en wat dat betekent voor bedrijven, burgers en instanties. • Website van de gemeente Drimmelen Op de website van de gemeente Drimmelen kunnen persberichten geplaatst worden, artikelen over acties en het algemene beleid. Nagedacht kan worden of dit interactief ingevuld kan worden.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
13
•
Regionale en lokale pers Naar de regionale en lokale pers en de regionale en lokale omroep (Omroep Brabant, SLOD) worden in bijzondere situaties ook persberichten gezonden, maar er kunnen in uitzonderlijke situaties ook afspraken gemaakt worden over uitzendingen over een handhavingsactie of interviews met bijvoorbeeld de verantwoordelijk portefeuillehouder. De gemeentelijke pagina’s in de lokale pers kunnen worden gebruikt voor informatie over dit thema
3.5.4 Toezicht Toezicht geschiedt in hoofdzaak door de zogenaamde preventieve controles. Toezicht geschiedt zowel actief als passief. In het eerste geval neemt de gemeente zelf het initiatief, in het tweede geval wordt gecontroleerd naar aanleiding van een klacht of een tip over een mogelijke overtreding. 3.5.4.1 Handhavingsprogramma De planning van de preventieve controles wordt jaarlijks vastgelegd in een handhavingsprogramma. In dit handhavingsprogramma worden ook de handhavingsprioriteiten uitgewerkt. Dit gebeurt enerzijds aan de hand van landelijke thema’s, gebiedsgericht, bedrijfsprofiel en vooraf vastgestelde controlefrequenties, zoals bij de milieucontroles en gebruikersvergunningen nu het geval is. Anderzijds worden voor sommige controles de aantallen op basis van ervaringsgegevens ingeschat. Dit laatste is onder meer het geval bij de bouwcontroles en de controles naar aanleiding van klachten. Het aantal aanvragen voor een bouwvergunning, het aantal vergunningvrije bouwwerkzaamheden of het aantal klachten kan immers vooraf niet met zekerheid worden vastgelegd. Een goede programmering van de preventieve handhaving heeft verschillende voordelen. Het programma geeft inzicht in de benodigde handhavingscapaciteit. Hiervoor worden de komende jaren voor de verschillende soorten controles kengetallen ontwikkeld. Het stelt handhavers voorts in staat werk met werk te maken door verschillende handhavingsaspecten in één controle te bundelen. Verder kunnen controles zoveel mogelijk gebied-, thema- dan wel doelgroepgericht worden georganiseerd. Ook dit biedt op den duur efficiencyvoordelen. 3.5.4.2 Prioriteiten Bij het stellen van prioriteiten bij het preventief toezicht gaat het vooral om het vaststellen van controlefrequenties: hoe vaak en hoe intensief wordt er op een bepaald handhavingsfacet gecontroleerd. De prioriteiten worden jaarlijks vastgelegd in het handhavingsprogramma. Het is wenselijk dat dit geschiedt aan de hand van vaste criteria. Criteria voor het stellen van prioriteiten in de controlefrequentie: • Risico voor gezondheid en/of veiligheid. • Risico voor het milieu. • Risico voor de geloofwaardigheid van de gemeente. • Risico voor rechtsgelijkheid en/of de rechtszekerheid van burgers en bedrijven. • Risico voor de aantasting van de leefomgeving of de ruimtelijke kwaliteit. • Handhavingsverzoeken van derden. De eerste twee criteria behoeven verder geen toelichting. Wat de geloofwaardigheid van de gemeente betreft gaat het hier op de eerste plaats om activiteiten die reeds een aantal jaren geen prioriteit hebben gekregen. De bescherming van de rechtsgelijkheid en de rechtszekerheid is belangrijk voor het draagvlak van regelgeving. Consequente handhaving is uitermate belangrijk voor het draagvlak van regelgeving. Bij bedrijven speelt ook nog het aspect van de oneerlijke concurrentie.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
14
Bij het vijfde criterium gaat het om de bescherming van het gemeentelijk ruimtelijk beleid en van belangen van derden op dit gebied. Handhavingsverzoeken van derden tenslotte vormen een waardevolle aanvulling op het preventief toezicht van de gemeente. De geloofwaardigheid van de gemeente is gediend met een zorgvuldige aanpak van dit soort verzoeken.
3.6 De aanpak van overtredingen: repressieve handhaving 3.6.1 Uitgangspunten Voordat een handhavingstraject wordt uitgestippeld, moet worden vastgesteld of legalisatie mogelijk is en vervolgens of de beginselen van behoorlijk bestuur, in het bijzonder het zorgvuldigheidsvereiste, verdere handhaving in de weg staan. Is dit niet het geval dan kan de overtreding repressief worden aangepakt. Bij het bepalen van de juiste aanpak gaat het met name om de keuze van het handhavingsdoel, de keuze van het juiste instrumentarium en het bepalen van de tijd die de overtreder krijgt om de overtreding te beëindigen of de gevolgen ongedaan te maken. Primaire handhavingsdoelen zijn het beëindigen van de overtreding en het ongedaan maken van de eventuele gevolgen van de overtreding. Hieronder valt ook herstel of vergoeding van eventuele schade. Secundaire doelen zijn het afromen van behaald voordeel en bestraffing van een overtreder. Bij relatief kleine, veel voorkomende overtredingen en bij overtredingen die niet meer ongedaan kunnen worden gemaakt, zal bestraffing overigens vaak een primair handhavingsdoel vormen.
3.6.2 Prioriteiten In principe worden alle geconstateerde overtredingen aangepakt. Soms kunnen echter niet alle zaken tegelijkertijd worden aangepakt. Moeten er qua tempo van aanpak keuzes worden gemaakt dan wordt de prioriteit met name bepaald door de ernst en de aard van de overtreding. Verder zijn ook de verwijtbaarheid, de mate van het verworven voordeel, de omvang van de schade, frequentie van de overtredingen en recidive, de aanwezigheid van een belanghebbende derde en de urgentie van het optreden relevant. De aanpak van ernstige overtredingen is altijd urgent. De aanpak van oude gevallen is minder urgent dan die van nieuwe gevallen.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
15
3.6.2. Toepassing instrumentarium In de onderstaande tabel zijn de uitgangspunten voor de toepassing van het handhavingsinstrumentarium nader uitgewerkt. Overtreding Handelen in strijd met vergunning- of meldingsplicht Handelen in strijd met de vergunning en/of vergunningvoorschriften Handelen in strijd met de voorwaarden van een gedoogverklaring
Ernstig Ja Nee Ja Nee Ja
Urgentie Aanpak Hoog Dwangsom, mogelijkheid strafrechtelijke vervolging onderzoeken Lager Dwangsom Hoog Bestuursdwang of dwangsom en/of intrekking van de vergunning, mogelijkheid strafrechtelijke vervolging onderzoeken Lager Dwangsom Hoog Bestuursdwang of dwangsom, mogelijkheid strafrechtelijke vervolging onderzoeken NB: optreden tegen de oorspronkelijke illegale situatie. Hoog Bestuursdwang of dwangsom Lager Bestuursdwang of dwangsom
Overtreding Ja voorschriften Nee bestemmingsplan Handelen in strijd met Ja Hoog Bestuursdwang of dwangsom, mogelijkheid andere wettelijke strafrechtelijke vervolging onderzoeken regelingen en/of voorschriften Nee Lager Bestuursdwang of dwangsom Nee Strafrechtelijke vervolging Lichte overtredingen met niet te herstellen gevolgen, veel voorkomende overtredingen De volgende factoren kunnen aanleiding geven tot verhoging van de urgentie en/of toepassing van flankerend beleid: • schade aan eigendommen van gemeente of derden; • de mate van het door de overtreding verworven voordeel; • de overtreding is gepleegd door een notoire overtreder; • een derde heeft een verzoek om handhaving ingediend.
3.6.3 Wanneer bestuursdwang? Het instrument bestuursdwang wordt in zeer beperkte mate toegepast, omdat het instrument dwangsom doelmatiger blijkt te zijn. Een scherpe scheiding tussen bestuursdwangsituaties en dwangsomsituaties is daardoor niet goed mogelijk. Zaken die zich in beginsel meer voor bestuursdwang lenen zijn de volgende. • Gevolgen van een overtreding moeten feitelijk ongedaan worden gemaakt. • De aard van de overtreding maakt zeer snel optreden noodzakelijk. • De overtreder is niet meer bij machte de overtreding ongedaan te maken, zijn rechtsopvolger is dat wel. (zie bijlage 1)
3.6.4 Wanneer dwangsom? • • •
Beëindigen voortduren van een overtreding. Voorkomen van herhaling van een overtreding. Afdwingen van rechtshandelingen. (zie bijlage 1)
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
16
3.7 Aanpak niet-handhaven 3.7.1 Beginselplicht handhaven Handhaving is een algemeen belang. Burgers hebben er in beginsel recht op dat overtredingen worden aangepakt. Een recht op handhaving dat te allen tijde kan worden afgedwongen bestaat niet, de gemeente moet echter zwaarwegende argumenten hebben om niet tot handhaving over te gaan.
3.7.2 Legaliseren Volgens vaste jurisprudentie moet de gemeente, alvorens de beslissing wordt genomen om te gaan handhaven, onderzoeken in hoeverre een overtreding kan worden gelegaliseerd. Het legalisatieonderzoek maakt dan ook onderdeel uit van de belangenafweging. Legalisatie kent verschillende vormen. Voorbeelden zijn het alsnog aanvragen en verlenen van een vergunning of aanpassing van voorschriften. Ook legalisatie onder een toekomstig wettelijk regime is mogelijk. Dit laatste komt nogal eens voor bij nieuwe bestemmingsplannen.
3.7.3 Gedogen Hierboven is reeds aangegeven dat handhaving een gemeentelijke bevoegdheid is. De gemeente mag in principe een illegale situatie of illegaal handelen gedogen. Echter, gedoogsituaties dienen zoveel mogelijk vermeden te worden en zijn mede vanuit het oogpunt van handhaving en geloofwaardige wetgeving onwenselijk. De bestuursrechter heeft deze bevoegdheid op een aantal punten geclausuleerd. Gedogen is slechts bij zeer hoge uitzondering aanvaardbaar: • In individuele gevallen Het categoriaal niet handhaven van bepaalde overtredingen wordt in beginsel niet door de bestuursrechter aanvaard. • Beperkt in tijd In de jurisprudentie wordt er tamelijk streng op toegezien dat het gedogen van illegale activiteiten een tijdelijk karakter heeft. Het tijdelijkheidvereiste betekent ofwel dat de illegale situatie binnen afzienbare tijd dient te kunnen worden gelegaliseerd ofwel dat er aan de feitelijke gedoogde situatie een einde komt. Overigens valt de termijn die een overtreder wordt gegund om de overtreding ongedaan te maken (de zogenaamde begunstigingstermijn) niet onder het begrip gedogen. • Beperkt in omvang: de nadelige gevolgen voor derden moeten door voorschriften zoveel mogelijk worden beperkt. Een belangrijke inhoudelijke eis die de rechter stelt bij een uitdrukkelijke gedoogverklaring, is dat daarin ook voorwaarden worden opgenomen, waardoor de belangen die vóór handhaving pleiten zomin mogelijk schade ondervinden. De gemeente moet regelmatig controleren of aan deze voorwaarden wordt voldaan. Worden deze niet nageleefd dan zal de gemeente tegen het oorspronkelijke illegale handelen bestuursdwang dan wel een dwangsom inzetten. • Alleen expliciet en na zorgvuldige afweging van alle belangen De beslissing tot gedogen wordt schriftelijk en gemotiveerd genomen. Dit kan in de vorm van een schriftelijke afwijzing van een handhavingsverzoek of een uitdrukkelijke schriftelijke gedoogverklaring. In deze beschikking dient inhoudelijk te worden ingegaan op de belangenafweging die geleid heeft tot het besluit om de illegale situatie te gedogen. De gemeente Drimmelen volgt het landelijke gedoogbeleidskader. De eisen over het bestuurlijk gedogen zijn vastgelegd in het ‘Gezamenlijk beleidskader’ met betrekking tot het milieurecht en de algemene nota ‘Grenzen aan gedogen’ van het kabinet. De toetsingscriteria zijn uitgewerkt in bijlage 2 Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
17
3.8 Aanpak bestaande illegale situaties 3.8.1 Inleiding Handhaving bij langer bestaande illegale situaties is vaak veel complexer dan die van nieuwe gevallen. Uitgangspunt is ook hier dat er in principe handhavend wordt opgetreden. Indien de gemeente echter lange tijd niet op een overtreding reageert, kunnen er bij de overtreder verwachtingen ontstaan die door de gemeente in de belangenafweging moeten worden meegenomen. De bestuursrechter stelt in ieder geval zwaardere motiveringseisen aan een handhavingsbesluit naar mate een illegale situatie langer bestaat. Daarbij wordt het voor de gemeente steeds moeilijker om het zware maatschappelijke belang aan te tonen dat handhaving noodzakelijk maakt. Dit kan ertoe leiden dat een rechter concludeert dat de gemeente haar rechten om tot handhaving over te gaan heeft verspeeld. Overigens lijkt de rechter de laatste jaren gemeenten een grotere vrijheid te gunnen om alsnog tegen oude overtredingen op te treden.
3.8.2 Inventarisatie Bestaande illegale situaties moeten in kaart worden gebracht en gecategoriseerd. Aldus ontstaat een duidelijk beeld van de totale problematiek. Dit wordt ook wel het vastleggen van een nulsituatie genoemd. Per geval moet worden vastgelegd waar de overtreding uit bestaat en wanneer en onder welke omstandigheden deze is ontstaan. De gemeente Drimmelen beschikt niet over een volledig actueel en compleet overzicht. Dit moet alsnog in kaart worden gebracht. Dit zal fasegewijs geschieden. De planning zal worden meegenomen in de jaarlijkse handhavingsprogramma’s. De gemeente moet over een totaaloverzicht van illegale situaties beschikken.
3.8.3 Rechtsverwerking door het uitblijven van handhavend optreden De hamvraag bij de aanpak van oudere illegale situaties is of er sprake is van opgewekte verwachtingen waardoor het recht om te handhaven is verspeeld. Uit de jurisprudentie blijkt dat enkel het verstrijken van tijd onvoldoende reden is om bij een overtreder gerechtvaardigde verwachtingen op te wekken. Bepalend is of deze er van uit kon gaan dat het bestuur van de overtreding op de hoogte was en willens en wetens heeft nagelaten maatregelen te treffen. Relevant hierbij is de omvang van de gemeentelijke controleinspanning die de overtreding aan het licht heeft gebracht of had kunnen brengen. Als de gemeente de overtreding heeft gesignaleerd en de overtreder hiervan op de hoogte heeft gesteld, maar verder niet tegen de overtreding is opgetreden dan zal een beroep op rechtsverwerking niet snel door een bestuursrechter worden gehonoreerd. Het is dus altijd zaak dat de gemeente snel schriftelijk op een overtreding reageert, ook al kan zij op korte termijn niet handhavend optreden.
3.8.4 Aanpak Na de inventarisatie moet worden bekeken in hoeverre de illegale situaties alsnog kunnen worden gelegaliseerd. Is dit niet mogelijk dan moet worden bezien welke gevallen nog in redelijkheid kunnen worden aangepakt. De nadelige gevolgen voor het algemene belang en/of de belangen van derden moeten worden afgewogen tegen de schade voor de overtreder. Hierbij moeten de ontstaansgeschiedenis en de periode waarin de illegale situatie is ontstaan, alsmede de periode van het niet-optreden, worden meegewogen. De begunstigingstermijn is hierop afgestemd en kan door deze omstandigheid ruimer zijn. In de gevallen waarin geconcludeerd wordt dat handhaving niet mogelijk is, zal zoveel mogelijk een uitsterfconstructie worden toegepast. De belangen van de overtreder krijgen dan voorrang. Degenen die hiervoor in aanmerking komen, worden hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Indien de overtreding door de overtreder wordt beëindigd, ontstaat een nieuwe situatie. Tegen een nieuwe overtreding of overtreder zal dan meteen worden opgetreden. Gevallen, waarbij de uitsterfconstructie wordt toegepast, moeten jaarlijks
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
18
worden gecontroleerd om te kunnen vaststellen of een illegale situatie inmiddels is beëindigd en er geen nieuwe is ontstaan. Het ligt voor de hand dat een actueel overzicht van uitsterfgevallen aan het bestuur wordt gerapporteerd.
3.9 Flankerend beleid Het strafrecht bevat waardevolle aanvullingen op het bestuursrechtelijke instrumentarium. De ervaring leert dat met name een gecombineerde aanpak een meerwaarde heeft. Vaak is een brief van het Openbaar Ministerie al voldoende om een einde te maken aan een illegale situatie. Over het algemeen zal de gemeente Drimmelen overtredingen in eerste instantie langs bestuursrechtelijke weg aanpakken. Het beleid van het Openbaar Ministerie is daarop ingesteld. Strafrechtelijk optreden geschiedt in de regel pas indien ook de gemeente bestuursrechtelijke maatregelen neemt. Strafrechtelijke vervolging van overtredingen van het bestemmingsplan en de bouwregelgeving komt (nog) niet vaak voor. Ook in de gemeente Drimmelen is dat beperkt. De laatste jaren worden landelijk echter onomkeerbare overtredingen op deze gebieden steeds vaker strafrechtelijk aangepakt. Strafrechtelijke handhaving kan ook een uitkomst bieden bij de handhaving van veel voorkomende overtredingen van geringere omvang. Hierbij kan met name worden gedacht aan de naleving van de APV, in het bijzonder de bepalingen over de veiligheid op de weg, overlast en baldadigheid, milieu en natuurschoon, afvalstoffen, ontsiering, geluid- en stankoverlast en parkeerexcessen. Door de relatieve geringe zwaarte en hoge frequentie van de overtredingen zijn bestuursdwang en het opleggen van een last onder bestuursdwang minder geschikt. In de praktijk blijkt dat juist dit soort overtredingen veel dagelijkse ergernis en leed veroorzaken. Een groot knelpunt bij de strafrechtelijke handhaving is het feit dat de politie in het algemeen niet voldoende toekomt aan de handhaving van kleine, veel voorkomende overtredingen. Een eigen gemeentelijke buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) kan dit probleem oplossen.
3.10 Handhavingssamenwerking 3.10.1
Driehoeksoverleg
Het zogenaamde Driehoeksoverleg bestaat uit de burgemeester (korpsbeheerder), het hoofd van het politieteam Geertruidenberg-Drimmelen (korpsleiding) en de officier van justitie. In de ‘driehoek’ worden onder meer handhavingsproblemen besproken. Op dit moment ligt het zwaartepunt bij problemen rond criminaliteit en openbare orde. Ook problemen op andere handhavingsgebieden waarbij een strafrechtelijke aanpak gewenst is, kunnen in principe worden ingebracht.
3.10.2
Bestuursovereenkomst Milieuhandhaving Noord-Brabant
De gemeente Drimmelen heeft in 1999 door het ondertekenen van de Bestuursovereenkomst aangegeven te willen samenwerken met een aantal andere handhavingspartners. Deze samenwerking beperkt zich overigens niet alleen tot milieu, maar betreft ook andere handhavingsthema’s zoals natuur- en landschap, water en ruimtelijke ordening. Hiermee is in feite al een eerste aanzet gegeven tot integrale handhaving. Voor de feitelijke ondersteuning is een Servicepunt Handhaving (Seph) gerealiseerd.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
19
4 Specifiek handhavingsbeleid 4.1 Inleiding Specifiek handhavingsbeleid kent een drieledige aanpak. Op de eerste plaats wordt de illegale situatie op het betreffende gebied, alsmede de specifieke handhavingsproblematiek, inzichtelijk gemaakt (nulsituatie en peilmoment). Vervolgens worden beleidsregels geformuleerd die een slagvaardige aanpak handhaving van nieuwe gevallen mogelijk maken. Hiermee én met een duidelijke en open communicatie richting de burgers wordt er toe bijgedragen dat nieuwe illegale en ongewenste situaties ontstaan. Tenslotte worden beleidsregels geformuleerd voor het saneren van de bestaande illegale situaties.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
20
□ □
Illegale stort openbaar groen
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
Wettelijke regel: Beleid: {beleidsdocument}
Wettelijke regel: Beleid: {beleidsdocument}
□ □
Wettelijke regel: Wet Milieubeheer
Illegale stort bossen
□
Illegale stort bedrijven
Wettelijke regel: APV Beleid: Maatregelen voor het tegen gaan van illegale afvaldumpingen
Wettelijke regel: Beleid: {beleidsdocument}
□ □
Zwerfafval particulieren
Wettelijke regel: APV Beleid: Maatregelen voor het tegen gaan van illegale afvaldumpingen
Beleid: Maatregelen voor het tegen gaan van illegale afvaldumpingen
Vergunningen oud □ □ papier
□ □
□
Afval/zwerfvuil
Wet / Verordening / Beleid
Straatvoorziening en
Diftar
Omschrijving
(excl. sociale zaken en leerplicht)
Openbare Werken
Openbare Werken
Grondgebied
Grondgebied
Openbare werken Grondgebied
Openbare werken Grondgebied
Grondgebied
Afdeling
Provincie
Politie
Partner
Controle / toezicht Vervolg
Controle / toezicht Vervolg Controle / toezicht Vervolg
Vervolg Controle / toezicht Vervolg
Vervolg Controle / toezicht
Vervolg Controle/toezicht
Controle/toezicht
Activiteit
4.2 Overzicht handhavingsgebieden op 1 juli 2003 Totaal (uren)
1 vergunning
45 meldingen 100 ton illegale stort en zwerfvuil
250 straatafvalbakken, 0 ondergrondse restafvalcontainers, 46 glas, 7 textiel ( verspreid over 25 locaties )
10.400 woningen
Omvang handhaving
21
Wet / Verordening / Beleid
□
□
□
□
□
□
□
□
□
□
Wettelijke regel: Gemeentewet Beleid: wordt aangepast
Wettelijke regel: Gemeentewet Beleid: {beleidsdocument}
Wettelijke regel: Gemeentewet Beleid: {beleidsdocument}
Wettelijke regel: Gemeentewet Beleid: {beleidsdocument}
Wettelijke regel: Gemeentewet Beleid: {beleidsdocument}
Wettelijke regel: Wet Ruimtelijke Ordening. Beleid: Bestemmingsplannen
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
Gebruiksvoorschri □ ften bestemmingsplan □ nen.
Bestemmingsplannen
Precariobelasting
Rioolrechten Aansluitrecht
Afvalstoffenheffin g
Hondenbelasting
Onroerend zaak belasting
Belastingen
Omschrijving
Grondgebied
Middelen
Middelen
Middelen
Middelen
Middelen
Afdeling
Partner
Vervolg
Controle / toezicht
Vervolg
Vervolg Toezicht / controle
Toezicht / controle
Vervolg
Vervolg Toezicht / controle
Vervolg Toezicht / controle
Toezicht / controle
Activiteit
Totaal (uren)
20 bestemmingsplannen waarvan 10 verouderd. 60 meldingen/ tips/ eigen waarneming
10.450 aansluitingen
10.400 aansluitingen
Uitbesteed 2300 honden
2500 huurwoningen 7900 koopwoningen
Omvang handhaving
22
Wet / Verordening / Beleid
□ □
□ □ □
□
Bouwvergunningen
Sloopvergunningen
Aanlegvergunning
□
Wettelijke regel: Woningwet
Wettelijke regel: Wet Ruimtelijke Ordening Beleid: bestemmingsplannen
Wettelijke regel: Woningwet Beleid: Bouwverordening Asbest
Wettelijke regel: Woningwet Kwaliteit woningen
Wettelijke regel: bouwstoffenbesluit
Wettelijke regel: bouwbesluit.
□ □
□
Wettelijke regel: APV Beleid: districtelijk coffeeshopbeleid
Wettelijke regel: brandbeveiligingsverordening.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
Drugsbeleid
Drugs
Brandveiligheid tijdelijke bouwsels
Brandveiligheid
Controle bestaande bouw
□
Toezicht bouwstoffenbesluit
□
□
Brandveiligheid
Bouw- en Woningtoezicht
Omschrijving
BMO
BMO
Grondgebied
Grondgebied
Grondgebied
Grondgebied
Grondgebied
Grondgebied
Afdeling
Politie OM
Politie
Partner
Controle / toezicht
Controle / toezicht Vervolg
Vervolg Controle / toezicht Vervolg
Vervolg Controle / toezicht
Vervolg Controle / toezicht
Controle / toezicht Vervolg Controle / toezicht
Controle / toezicht Vervolg
Activiteit
uur politie drugs totaal
.
Totaal (uren)
geen coffeeshops
25 evenementen in tenten
200 bouwen zonder vergunning
80 vergunningen
400 bouwvergunningen
50 controles
80 controles
Omvang handhaving
23
Wet / Verordening / Beleid
□ □
Kermis
Wettelijke regel: n.v.t. Beleid: Verhuurvoorwaarden kermis
Wettelijke regel: APV Beleid: geluidsnormen bij horeca-inrichting gebonden festiviteiten en bij evenementen
□
Wettelijke regel: Wetboek van Strafrecht
Wettelijke regel: Brandbeveiligingsverordening
□ □
Wettelijke regel: APV Beleid: Hondenbeleid
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
Hondenpoep
Hondenbeleid
□ Controle Gebruiksvoorwaar den
Gebruiksvergunningen
Geweld op straat
Geweld op straat
□ □
Evenementen
Evenementen
Omschrijving
Openbare Werken
BMO Grondgebied
BMO
Grondgebied Openbare werken
BMO
Afdeling
Politie
Politie
Partner
Vervolg
Controle / toezicht
Controle / toezicht Vervolg
Controle / toezicht Vervolg
Toezicht tijdens Vervolg
Vervolg Toezicht opbouw
Controle / toezicht
Activiteit
Vervolg Totaal (uren)
2300 honden
114 vergunningen 50 in behandeling
8 PV’s
8 kermissen
50 Verleende verg.
Omvang handhaving
24
□
Geluidsoverlast
□
Drank- en horecavergunning
Wettelijke regel: Bijzondere wetten Drank en Horeca wet
Wettelijke regel:
Wettelijke regel: Wet Milieubeheer ( horeca ) Beleid: Regeling geluidsnormen bij horecainrichting gebonden festiviteiten en evenementen
Wettelijke regel: APV
Wettelijke regel: Drank- en Horecawet
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
□
□ □
Brandveiligheid
□
□
+
□
Wet / Verordening / Beleid
Exploitatievergunning
Drank- en horecavergunning
Horeca
Omschrijving
BMO Grondgebied
BMO
Grondgebied BMO
BMO
BMO
Afdeling
Politie
Politie
Keurings dienst van Waren Politie
Partner
Vervolg Vervolg
Vervolg Controle object / toezicht
Vervolg Controle / toezicht Vervolg
Controle / toezicht Vervolg Controle / toezicht
Controle / toezicht
Activiteit
Totaal (uren)
100 controles op technische eisen vergunningen.
preventieve controles i.s.m. politie. 20 Afhandeling van klachten
Geen exploitatievergunningen ?
63 vergunningen. Nieuwe afgifte en wijzigingen 12 per jaar
Omvang handhaving
25
□
Standplaatsen
□
Juridische handhavingproce dures
□
Wettelijke regel: Wet Milieubeheer
Wettelijke regel: Wet milieubeheer. Beleid: Milieumelding 8.19 Milieumelding 8.40
Wettelijke regel: Milieuvergunningen en meldingen hoofdstuk 8 Wet milieubeheer.
Wettelijke regel: Wet milieubeheer.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
Behandeling meldingen
□
Bedrijfscontroles
□ □
□
Milieu algemeen
Milieuvergunningen
□
Weekmarkt
Wettelijke regel: APV / marktverordening. Standplaatsverordening
Wet / Verordening / Beleid
Markten
Omschrijving
Grondgebied
Grondgebied BMO
Grondgebied
Grondgebied
Openbare Werken BMO Grondgebied
Afdeling
Politie
Partner
Vervolg
Vervolg Toezicht / controle
Vervolg Toezicht / controle
125 Hercontroles
Toezicht / controle Cat. 1 35 Cat. 2 50 Cat. 3 60 Cat. 4 6
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Activiteit
Totaal (uren)
Aantal klachten 90 per jaar
8 aanschrijvingen per jaar, ca. 4 dwangsom / bestuursdwangprocedures
1032 inrichtingen categorie 1. 13vergunningpl. 381 AMvB Categorie 2. 138 vergunningpl. 385 AMvB Categorie 3. 49 vergunningpl. 60 AMvB Categorie 4. 6 vergunningpl. Totaal: 206 vergunningplichtig 826 AmvB
52 x 3 markten per jaar 4 jaarmarkten 14 standplaatsen
Omvang handhaving
26
Wet / Verordening / Beleid
Wettelijke regel: Monumentenwet Beleid: Monumenten verordening
□
□
Illegale vellingen
Toezicht flora & faunawet
Wettelijke regel: Beleid: {beleidsdocument}
Wettelijke regel: Flora en Faunawet
Wettelijke regel: Boswet /APV
Wettelijke regel: APV Beleid: Kapverordening
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
Landschapseleme □ nten illegale snoei □
□ □
Kapvergunningen
Natuurbeheer
□
□
Monumenten
Omschrijving
Openbare Werken
Openbare Werken
Openbare Werken
Openbare Werken
Grondgebied
Afdeling
Toezicht / controle 15 controles Vervolg
Vervolg
Toezicht / controle
Activiteit
Vervolg
Vervolg Toezicht / controle
Handhav Toezicht / controle ing Provincie Vervolg Toezicht / controle
Partner
Totaal (uren)
20 controle herplant 10 2e controle 4 controles APV
150 kapvergunningen
Subsidieaanvragen: 3 283 gemeentelijk 53 rijksmonumenten
Omvang handhaving
27
Wet / Verordening / Beleid
Wettelijke regel: APV
Wettelijke regel: Wet op de kansspelen
Wettelijke regel: Wet op de kansspelen
Wettelijke regel: Wet op de kansspelen
Wettelijke regel: APV
Wettelijke regel: APV
Wettelijke regel: APV
□
Kledinginzameling □
□
□
Loterijvergunning en
Kienbevestigingen □
□
Collectes
Speelautomaten
Vergunning spandoek
Muziekvergunning □ en
Infostandplaatsen
Wettelijke regel: APV
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
□
Wettelijke regel: APV
□
Speelvergunning circus
Wettelijke regel: APV
□ □
Terrassen
Wettelijke regeling: APV / bijzondere wetten
□
Bijz. wetten / algemeen
Openbare orde en veiligheid
Omschrijving
BMO
BMO
BMO
BMO
BMO
BMO
BMO Grondgebied
BMO
BMO
BMO Openbare werken
BMO
Afdeling
Politie
Politie
Politie
Partner
Vervolg Toezicht / controle Vervolg Toezicht / controle Vervolg Toezicht / controle Vervolg
Toezicht / controle
2 keer per jaar
40 vergunningen
6 vergunningen
34 vergunningen
8 vergunningen
Vervolg Toezicht / controle Vervolg
12 vergunningen
15 verzoeken 1 vergunning
23 meldingen 1 aanvraag landelijk 4 aanvragen lokaal
3 vergunningen 12 verzoeken
9 vaste vergunningen 6 bij evenementen
Omvang handhaving
Toezicht / controle
Vervolg
Vervolg Toezicht / controle
Vervolg Toezicht / controle
Vervolg Toezicht / controle
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Activiteit
Totaal (uren)
28
Wet / Verordening / Beleid
□ □
Wettelijke regel: vergunningen telecom/nuts, verg. straatwerk, verg. riolering
Wettelijke regel:
Wettelijke regel: Wet Openlucht recreatie / bestemmingsplannen.
□
Wettelijke regel: APV.
Wettelijke regel: Wetboek van Strafrecht.
Wettelijke regel: Wetboek van Strafrecht.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
□
Parkeren
Vandalisme / graffiti
□
Overlast jeugd
□
Openlucht recreatie
□ Handhaving Openbare Werken
Illegaal ingebruikname gemeentegrond.
Openbare ruimte
Omschrijving
Openbare Werken
BMO
BMO
Grondgebied
Openbare Werken
BMO
Afdeling
Politie
Politie
Politie
Partner
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle 100
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Activiteit
Totaal (uren)
xxx bekeuringen: Wet Mulder xx
58 verwijzingen HALT
6 Kleinschalig kamperen
50 vergunningen Telecommunicatie/nuts/ straatwerken
Omvang handhaving
29
□
□
Laden en Lossen Scooters in woonwijken
Verkeersmaatreg elen Ontheffing inrijverbod
Wettelijke regel: APV / wegenverkeerswet
Wettelijke regel: APV / wegenverkeerswet
Wettelijke regel: Wegen Verkeerswet
Wettelijke regel: APV / landschapsverordening Beleid: nota reclamebeleid
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
□
Verkeersonveilige situaties
Verkeer
□
□
Reclame
□ □
Wettelijke regel: APV Beleid: Prostitutienota
Wet / Verordening / Beleid
Prostitutie
Omschrijving
Openbare Werken
Openbare Werken
Openbare Werken
Grondgebied Openbare Werken en BMO
BMO
Afdeling
Vervolg
Toezicht / controle
Activiteit
Politie
Politie
Politie
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Vervolg
Toezicht / controle
Provincie Toezicht / controle in buitenge bied Vervolg
Politie
Partner
Totaal (uren)
40 ontheffingen
11 Slachtoffers ziekenhuis 0 dodelijk
5 klachten /tips/ eigen waarneming
1 legaal bedrijf
Omvang handhaving
30
4.3. Inventarisatie startsituatie per handhavingsgebied Om te komen tot een adequaat handhavingsplan is het noodzakelijk de huidige situatie te inventariseren.
4.3.1. Milieu De preventieve handhaving van de milieuwetgeving wordt jaarlijks vrij gedetailleerd geprogrammeerd in het milieu werkplan. Begin 2002 stelden de minister van VROM, provincies (IPO), gemeenten (VNG) en waterschappen (UvW) vast dat verbetering van de milieuhandhaving nodig is. Zij spraken daarom af daartoe fasegewijs stappen te zetten tot professionalisering van de milieuhandhaving, waartoe een nulsituatie van de uitvoeringskwaliteit van de handhavingsorganisatie wordt vastgelegd.
4.3.2. Ruimtelijke ordening Handhaving op gebied van ruimtelijke ordening spitst zich toe op het gebruik van gronden en gebouwen én het uitvoeren van werken en werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning nodig is. Met name voor de handhaving van het gebruik van gronden en gebouwen moet nog het nodige specifieke beleid worden geformuleerd. Illegaal gebruik van woningen en/of bijgebouwen, alsmede strijdig gebruik van (voormalige) bedrijfsgebouwen wordt redelijk actief gehandhaafd. In het buitengebied van de gemeente Drimmelen zijn waardevolle natuurgebieden zoals het nationaal Park “de Biesbosch”, de Worp, Weidegebied Zonzeelsche Polder en de eendenkooi in de Zeggepolder. Gelet op het toenemende belang dat wordt gehecht aan het behoud van landschappelijke waarden én het behoud van de kwaliteit van het buitengebied in Drimmelen, zou handhaving geïntensiveerd kunnen worden. De aandacht en zorg voor het buitengebied blijkt onder meer uit het gegeven, dat het buitengebied van de gemeente deel uitmaakt van de ecologische structuur en dat het buitengebied een landelijk handhavingsthema is voor de komende jaren. Voorstellen voor de handhaving tot behoud van landschappelijke waarden en aanpak van strijdig gebruik in het buitengebied zullen in de komende jaren uitgewerkt worden. De handhaving van de Wet op de openluchtrecreatie valt, bezien vanuit het perspectief van ruimtelijk gebruik en ruimtelijke inpassing, ook onder het handhavingsgebied ruimtelijke ordening. Ook bestaat er een samenhang met het recreatiebeleid. De wet maakt het mogelijk om ontheffingen en vergunningen te verlenen voor het houden van campings en minicampings. In het buitengebied van Drimmelen zijn enkele kampeerterreinen. De vergunning/ontheffingverlening en het handhavingstoezicht worden tot dusver niet ter hand genomen. Er bestaat geen duidelijk inzicht of de terreinen aan de normaal te stellen eisen voldoen. Ontheffingen/vergunningen behoren echter op een aantal punten te worden gecontroleerd: • Maximaal aantal te plaatsen kampeermiddelen. • De aanwezigheid van stacaravans. • De uitvoering van een onderzoek naar de hygiëne, gezondheid en veiligheid door de GGD.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
31
In de ontheffing c.q. vergunning behoren voorschriften opgenomen te worden voor drinkwater, toiletten, afvalwater, afval, beplanting en overige bepalingen. Deze zaken kunnen aan de hand van de rapportage van de initiatiefnemer over hygiëne, gezondheid en veiligheid worden gecontroleerd. Tot dusver is de verantwoordelijkheid primair bij de initiatiefnemer neergelegd. De controles zullen geëntameerd moeten worden. Tevens past in dit geheel het handhaven van het verbod op permanente bewoning van recreatiewoningen.
4.3.3. Bouwen Op jaarbasis worden er in Drimmelen ongeveer 350 bouwvergunningen verleend of bouwmeldingen geaccepteerd en worden er voorts circa 50 sloopvergunningen en heel wat meldingen afgehandeld. Uitgangspunt voor de handhaving is dan ook dat wat nodig en noodzakelijk is daadwerkelijk wordt gecontroleerd door een medewerker bouwtoezicht. Het toezicht door de bouwkundig medewerker is een toezicht op de bouwkundige realisering van een bouwwerk. De nadruk ligt daarbij op de veiligheid (constructie), gezondheid, energiezuinigheid en bruikbaarheid van het bouwwerk. Dit preventief toezicht maakt deel uit van het vergunningstraject. Indien tijdens de bouw illegale situaties worden geconstateerd, wordt een repressief handhavingstraject ingezet. Dit bouwtoezicht maakt onderdeel uit van het feitelijk bouwen en de bouwkundige kwaliteit en behoort bij de bouwvergunningen en de realisering van vergunningvrije bouwwerken. Overigens is op 1 januari 2003 de gewijzigde Woningwet in werking getreden waardoor het systeem van meldingen is vervallen en er meer vergunningvrije bouwwerken gerealiseerd worden. De meeste aandacht gaat uit naar de vergunningverlening. De klant verwacht eerder een vergunning dan op handhaving hiervan. Versterking van de handhaving is hier echter ook van groot maatschappelijk belang en versterkt de uitstraling van een consequent opererende gemeente. De handhaving bestaat uit het opsporen van illegale bouwwerken en illegale sloop en er zal bij eventuele illegaliteiten repressief worden optreden. De bouwcontroles hangen af van het bouwobject, kwaliteit van de aannemer en de aard van de werkzaamheden. Structurele controles zijn wenselijk, omdat het bij bouwactiviteiten van groot belang is dat eventuele afwijkingen of strijdigheden in een zo vroeg stadium worden geconstateerd. Daarbij dient ook te worden gekeken naar minimum kwaliteitseisen waaraan de controle van bouwvergunningen zou moeten voldoen. In het handhavingsprogramma 2004 zal een inschatting worden opgenomen van het aantal bouwcontroles. Ook moet worden onderzocht hoe deze controles op de beste wijze ook qua tijd en bemensing kunnen worden ingepland en welke hulpmiddelen hiervoor nodig zijn. Daarnaast zal in nauwe samenwerking de brandveiligheid gecontroleerd worden. Overigens vindt nu al bij de behandeling van bouwaanvragen afstemming met de brandweer plaats. Dit heeft als doel de inbreng van specifieke brandrepressieve kennis van de uitvoering van een brandveilige constructie en inrichting van bouwwerken, met name als deze later een gebruikvergunning brandveiligheid nodig hebben; 1. controle van specifieke brandbeveiligingsinstallaties en vluchtwegen; 2. versterking van de lokale bekendheid van objecten met complexe brandveiligheidsvoorzieningen. Voorts zijn er nog landelijke ontwikkelingen over de bouwhandhaving. Het kabinet wil snel de kwaliteit van toezicht, controle en handhaving versterken, zowel preventief, tijdens de bouw als later in de gebruiksfase van een gebouw.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
32
4.3.4. Veiligheid en openbare orde De notitie over integrale veiligheid zal in het derde kwartaal van 2003 worden aangeboden. Deze notitie vormt onder andere de basis voor de discussie in het Driehoeksoverleg over de gewenste politie-inzet in Drimmelen. Momenteel ligt het zwaartepunt van het veiligheidsbeleid bij criminaliteitspreventie, tegengaan van vandalisme, overlast en het beperken van geweldsdelicten en verkeersongevallen. Bij de brandveiligheid ziet de brandweer toe op de naleving van de voorschriften in gebruiksvergunningen en de APV-vergunningen voor tijdelijke evenementen. Bij evenementen waar veel drukte wordt verwacht wordt met extra nadruk gecontroleerd op brandveiligheid. De gebruiksvergunningen zijn begin 2004 op het gewenste niveau.
4.3.5. Drank- en Horecawet De horeca wordt, met uitzondering van de gebruiksvergunningen, niet structureel gecontroleerd. Er bestaat geen duidelijk inzicht of de horecagelegenheden voldoen aan de inrichtingseisen die de Drank- en Horecawet stelt. De controles op dit punt moeten gecombineerd worden uitgevoerd. Toezicht betreft de milieuregelgeving, de gebruiksvergunning brandveiligheid, de kansspelvergunning, de inrichtingseisen en het terrassenbeleid. Indien illegaliteiten worden vastgesteld zal repressief worden opgetreden. Dit heeft tevens een verband met de invoering van precario voor terrassen en reclameobjecten op openbare grond.
4.3.6. Algemene Plaatselijke Verordening 2003 (APV) Momenteel wordt de preventieve handhaving van de APV niet structureel opgepakt en beperkt tot controles van evenementenvergunningen die door de afdeling BMO zijn verleend. Daarnaast wordt er af en toe gecontroleerd op oneigenlijk gebruik van openbare ruimte en het illegaal uitoefenen van het cafebedrijf. Tijdelijke evenementen, waarvoor een APV-vergunning is vereist, leggen veelal een groot beslag op het gebruik van de openbare ruimte. Dit mag echter niet ten koste gaan van de bereikbaarheid en toegankelijkheid voor de nood- en hulpdiensten. De brandweer controleert daarom kort voor de start van dergelijke evenementen de toegankelijkheid. Voor het overige vindt (repressieve) handhaving plaats naar aanleiding van klachten, verzoeken en meldingen van burgers of medewerkers van de gemeente. Hierbij wordt afhankelijk van de concrete situatie ondersteuning van de politie ingeroepen. Bij kleine, veel voorkomende overtredingen is een strafrechtelijke aanpak via een proces-verbaal verreweg het meest effectieve handhavingmiddel. Voorbeelden zijn overlast van honden, parkeeroverlast, geluidhinder, vandalisme, misbruik van groenvoorzieningen, zwerfvuil en dergelijke. Een algemeen knelpunt is dat de strafrechtelijke ondersteuning door de politie vaak beperkt wordt door capaciteitsproblemen of andere prioriteiten. Een eigen gemeentelijke buitengewone opsporingsbevoegdheid kan hiervoor een oplossing bieden.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
33
4.4. Reeds vastgesteld beleid Het is noodzakelijk op specifieke deelterreinen beleid te formuleren die een slagvaardig aanpak van de handhaving mogelijk maakt. Vanwege de wettelijke verplichtingen zijn nu reeds enkele beleidsdocumenten voor de gemeente Drimmelen vastgesteld. In deze beleidsdocumenten zoals het milieubeleidsplan is een hoofdstuk over handhaving opgenomen.
4.5. Gewenst aanvullend beleid 4.5.1. Inleiding Hoewel in een aantal gevallen specifieke strijdige feiten bekend zijn, wordt de handhaving niet altijd uitgevoerd. De voornaamste redenen hiervan zijn capaciteitsgebrek en onvoldoende prioriteit. Specifieke beleidsnota’s met een handhavingsparagraaf gaan niet of onvoldoende in op de personele en financiële consequenties en blijven daardoor ‘papieren beleid’. Voor de daadwerkelijke effectuering van handhavingsbeleid is het absoluut noodzakelijk dat de personele en financiële consequenties inzichtelijk worden gemaakt en dat deze middelen ook beschikbaar komen. Handhavingsactiviteiten moeten vervolgens zo veel mogelijk gedetailleerd worden ingepland. Dit zal met ingang van 2004 geschieden via een jaarlijks handhavingsprogramma.
4.5.2. Welstandsbeleid In de wijziging van de Woningwet die op 1 januari 2003 in werking is getreden, wordt bepaald dat gemeenten een welstandsnota moeten opstellen binnen anderhalf jaar na inwerkingtreding van de nieuwe Woningwet. Het ontwikkelen van een welstandsbeleid voor de gemeente Drimmelen is gepland voor 2003. Het welstandsbeleid moet onder andere leiden tot meer transparantie in de welstandscriteria en is een belangrijke voorwaarde voor het handhaven van de esthetische kwaliteit van de bebouwde omgeving binnen de gemeente Drimmelen. Gekozen is voor een gebiedsgerichte aanpak waarbij gebieden en objecten worden aangewezen waarvoor zwaardere of juist lichtere eisen gelden. Door binnen het nieuwe welstandsbeleid heldere en handhaafbare criteria te formuleren, kunnen via de procedure voor de bouwvergunning eventuele welstandsproblemen tijdig in beeld gebracht en opgelost worden. Monumentenbeleid Doel van een gemeentelijk Monumentenbeleid is het in stand houden van het culturele erfgoed in de gemeente Drimmelen. In 1998 is een inventarisatie van dit erfgoed in Drimmelen uitgevoerd en zijn de gemeentelijke monumenten vastgesteld. Er bestaat steeds meer aandacht en zorg voor het historische en archeologische erfgoed van de gemeente. Voor de bescherming van het erfgoed is een subsidieverordening vastgesteld en zijn middelen in de begroting gereserveerd. Beleid moet worden ontwikkeld waarbij een handhavingsparagraaf wordt opgenomen.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
34
4.5.3. Milieu Het landelijke project professionalisering van de handhaving’ betekent dat provincies, waterschappen en gemeenten van de minister tot 1 januari 2005 de tijd hebben gekregen om de kwaliteit van de handhaving vanuit de beschreven uitgangssituatie op het gewenste niveau te brengen. Dat moet gebeuren via kwaliteitscriteria, zelfevaluatie en ondersteuning. Dit project strekt zich overigens ook uit tot vergunningverlening. Een slechte vergunning is immers niet te handhaven. Een van de kwaliteitscriteria is dat er een probleemanalyse moet zijn, die onder meer in beeld brengt wat de kans op normovertreding is, wie de overtreders zijn, wat de risicobedrijven en -activiteiten zijn en de mate en ernst van mogelijke gevolgen Onder meer op basis van dit document kunnen bestuurlijke afwegingen en prioriteitskeuzen worden gemaakt.
4.5.4. Inventarisatienota ruimtelijke situatie In de Inventarisatienota wordt ingegaan op een aantal concrete situaties die in strijd zijn met de vigerende bestemmingsplannen. Het gaat hier om illegaal gebruik van gebouwen, bouwwerken en gronden, zoals bijvoorbeeld de bewoning van een schuur, het uitoefenen van een bedrijf op gronden of in gebouwen waar dat niet is toegestaan, het hebben van illegale opslag of het bouwen van al dan niet tijdelijke bouwwerken op plaatsen waar dat niet is toegestaan.
4.5.5. Handhavingsplan illegale situaties Het handhavingsplan is een uitwerking van de geïnventariseerde illegale situaties. Bij alle nieuwe gevallen wordt gehandhaafd. De enkele gevallen, waarbij een uitsterfconstructie is toegepast, worden aan het bestuur ter kennis gebracht en beschrijft de wijze hoe hiermee kan worden omgegaan. Het plan gaat in op de relevante regelgeving, het handhavingsinstrumentarium, de uitwerking van de planmatige handhaving, de omvang van het toezicht en doet een aantal aanbevelingen. Een handhavingsplan voor de ruimtelijke ordening met een koppeling naar milieu is een goed voorbeeld van een integrale, vooral gebiedsgerichte benadering van handhaving. De handhavingsactiviteiten worden opgenomen in een handhavingsprogramma. In de beleidsnotitie wordt het illegale gebruik beschreven en wordt een aanpak geformuleerd. Deze aanpak bestaat kortweg hieruit dat gevallen, ontstaan vóór een nader te bepalen (peil)datum, worden gelegaliseerd of gedoogd, terwijl gevallen van na die datum via repressieve handhaving worden aangepakt. Bij alle nieuwe gevallen wordt gehandhaafd. De enkele gevallen, waarbij een uitsterfconstructie is toegepast, worden aan het bestuur ter kennis gebracht.
4.5.6. Afvalnota Vanwege de invoering van Diftar in de gemeente Drimmelen is een plan van aanpak opgesteld om te zorgen dat in het eerste jaar na invoering (2003) voldoende communicatie plaats vindt met de inwoners ,maar dat ook handhavend wordt opgetreden indien men afval aanbiedt op een andere wijze dan de voorgeschreven bakken of de milieustraat. Waar nodig zal de regelgeving in de Afvalstoffenverordening worden aangepast en zal handhaving nodig blijven in de komende jaren. Een inschatting van de handhavingsactiviteiten op basis van ervaringsgegevens wordt verwerkt in het handhavingsprogramma 2004.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
35
4.5.7. Nota Integrale Veiligheid De nota integrale veiligheid wordt in het derde kwartaal van 2003 aangeboden. In de nota worden de belangrijkste veiligheidsproblemen (met uitzondering van brandweer en rampenbestrijding) behandeld, beleidsvoornemens geformuleerd en prioriteiten gesteld. De nota biedt aanknopingspunten om op diverse beleidsterreinen nadere afspraken te maken met de politie over de gewenste inzet. In 2004 wordt het integrale veiligheidsbeleid nader uitgewerkt, zodat in de loop van 2004 diverse plannen van aanpak kunnen worden gepresenteerd. In 2003 verschijnt ook de evenementennota waarin alle elementen zijn verwerkt ook met betrekking tot de vergunning verlening en de handhaving bij evenementen. Het is wenselijk om aanvullend beleid te formuleren voor de integrale veiligheid van de horeca in Drimmelen, waarbij de nadruk ligt op de aspecten veiligheid en openbare orde. Het beleid betreft onder meer de Drank- en Horecawet, de Wet op de kansspelen, terrassen, geluidsnormen en ontheffingen, evenementen, brandveiligheid, openbare orde, sluitingstijden, wildplassen, drugs en handhaving van de openbare orde. Daarnaast wordt de interne en externe coördinatie tussen de betrokken vergunningverlenende en toezichthoudende instanties geregeld.
4.5.8. Aanpak risicosituaties Naar aanleiding van de gebeurtenissen in Enschede en Volendam wordt momenteel nieuwe landelijke regelgeving voor de aanpak van externe risico’s voorbereid. In 2002 heeft VROM het concept ‘Registratiebesluit externe veiligheid’ en het ‘Besluit kwaliteitseisen externe veiligheid’ in de Staatscourant gepubliceerd. Deze Besluiten hebben betrekking op de centrale registratie van risicovolle situaties zoals bepaalde Wet milieubeheer inrichtingen en op veiligheidscontouren. Overigens zijn van rijkswege al risicocontouren vastgelegd in het nieuwe Vuurwerkbesluit. Er komt een provinciale digitale risicokaart op internet die risicosituaties inzichtelijk maakt. De hiervoor benodigde gegevens zijn door de gemeente aangeleverd. De meerwaarde van de risicokaart (contouren) en de registratie is het grootste voor de ruimtelijke ordening, maar daarnaast ook voor milieu en het gemeentelijk rampenplan. In de nabije toekomst zullen de veiligheidscontouren in ruimtelijke plannen worden vastgelegd. Het kleine aantal risicobedrijven en –activiteiten in onze gemeente wordt overigens intensief gecontroleerd op de naleving van de milieuvoorschriften die betrekking hebben op veiligheid.
4.5.9. Hondenpoep Een van de vele ergernissen is de problematiek van de hondenpoep in onze gemeente. Voor deze problematiek is een beleidsnota HUP opgesteld. Via een regulerend en stimulerend spoor, de hondenuitlaatplaatsen, kan het probleem enigszins worden gekanaliseerd. Gelet op de veelheid van taken van de politie en de daardoor noodzakelijkerwijze prioriteitstellingen kan worden overwogen het preventieve toezicht te laten uitvoeren door een gemeentelijk buitengewoon opsporingsambtenaar.
4.5.10.
Conclusies
Door wettelijke verplichtingen moet het specifieke handhavingsbeleid voor onze gemeente verder ontwikkeld worden. Onder meer het welstandsbeleid, de aanpak van strijdig gebruik, de integrale veiligheid en de afvalproblematiek binnen Drimmelen moeten nader worden uitgewerkt. Voor de inventarisatie van illegale situaties zal een nulsituatie worden vastgelegd en voor de aanpak een handhavingsplan worden gemaakt.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
36
5 Organisatie gemeentelijke handhaving 5.1
Implementatie integrale handhaving
5.1.1 Integrale programmering en uitvoering van handhavingsactiviteiten In hoofdstuk 1 is reeds ingegaan op de redenen waarom handhaving meer integraal moet worden aangepakt. Deze nota vormt in feite de start van het integratieproces. Het verdere integratieproces concentreert zich op twee punten. Het gaat hierbij om de integrale programmering in de vorm van een jaarlijks handhavingsprogramma (output) en de organisatie van een meer integrale uitvoering van dit handhavingsprogramma (structuur- en procesgericht). 5.1.1.1 Integrale uitvoering Nadat het handhavingsprogramma bestuurlijk is vastgesteld, moet het ook zo integraal mogelijk worden uitgevoerd. Daarbij moet rekening worden gehouden met het uitgangspunt van functiescheiding in de ambtelijke organisatie tussen enerzijds beleid en uitvoering en anderzijds handhaving. Dit wordt gerealiseerd door het formeren van een handhavingsteam. Het overgrote deel van het handhavingsprogramma wordt door deze cluster Handhaving uitgevoerd. Deze cluster bestaat uit een handhavingsteam dat per 1 januari 2004 operationeel is. Hiermee wordt ook invulling gegeven aan de één-loketgedachte met betrekking tot veiligheid en handhaving. Cruciaal voor een goed functionerende handhavingsorganisatie is dat deze is toegerust met voldoende deskundige medewerkers. De medewerkers van het handhavingsteam van Drimmelen zijn specifiek belast met preventieve en repressieve handhavingstaken. Hiervoor worden goede afspraken gemaakt met onder meer de vergunningverleners. Het handhavingteam wordt functioneel aangestuurd door een coördinator handhaving en vormt een belangrijke stap in de richting van de gewenste professionalisering van de handhaving door de gemeente Drimmelen. Het handhavingsteam moet uitgroeien naar een team waarbij teamleden op meerdere handhavingsgebieden deskundig zijn. Zodat door een teamlid integraal kan worden gehandhaafd. Dit vraagt wel om de nodige extra opleiding en begeleiding. 5.1.2 Coördinatie Integrale handhaving kan niet worden gerealiseerd zonder afdelingsoverstijgende coördinatie. Dit geldt, zoals reeds hierboven is aangegeven, voor de inhoudelijke voorbereiding van het handhavingsprogramma maar ook voor het gehele implementatieproces van integrale handhaving. Daarom wordt voorgesteld om tijdelijk een begeleidingsgroep integrale handhaving in het leven te roepen onder voorzitterschap van het afdelingshoofd BMO en verder bestaande uit het afdelingshoofd Grondgebied en de brandweercommandant . Deze begeleidingsgroep moet het implementatieproces begeleiden en gaande houden door tijdig knelpunten te onderkennen en daarvoor oplossingen aan te dragen. De huidige werkgroep vergunning en handhaving kan de inhoudelijke aspecten en het handhavingsprogramma verder uitwerken. De inhoudelijke afstemming van concrete handhavingsactiviteiten vindt plaats binnen een op te richten lokaal handhavingsoverleg waar ook externe handhavende instanties als politie en het Waterschap Brabantse Delta in zijn vertegenwoordigd.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
37
5.1.3 Technische hulpmiddelen en infrastructuur Een absolute vereiste voor effectieve en efficiënte handhaving is het beschikken over volledige, actuele en goed toegankelijke basisinformatie (informatie over vergunningen, meldingen, vastgoedinformatie, kaarten enz). Geconstateerd moet worden dat de beschikbare informatiesystemen momenteel onvoldoende functioneel zijn. Zo moet het bestaande milieu-informatiesysteem voor inrichtingen voor alle handhavers toegankelijk worden gemaakt. Ook is het wenselijk dat het systeem voor bouwvergunningen door handhavers kan worden geraadpleegd. Daarnaast is het wenselijk dat op één plaats alle informatie over illegale situaties of handelingen en gemeentelijke handhavingsactiviteiten wordt vastgelegd. Nagedacht zou kunnen worden of het mogelijk is gebruik te kunnen maken van het gemeentelijke intranet. Bijzondere aandacht vraagt de procesbewaking bij repressieve handhavingsactiviteiten waarbij gebruik gemaakt wordt van bestuursdwang of dwangsom. Deze kan worden bewaakt via het creëren van een zogenaamd handhavingsregister. 5.1.4 Uniformering: projecten, draaiboeken, stappenplannen en checklists Een zoveel mogelijke uniforme uitvoering van zowel preventieve als repressieve handhaving biedt grote voordelen. Te denken valt aan meer efficiency en tijdwinst, minder kans op fouten en een eenduidig optreden naar burgers. Uniformering kan op verschillende niveaus worden gerealiseerd. Op de eerste plaats worden grotere handhavingsacties altijd voorbereid aan de hand van een projectplan. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van een draaiboek. Op dit moment zijn hiervan via het Servicepunt handhaving al enkele voorbeelden beschikbaar. Concrete handhavingsactiviteiten kunnen worden uitgewerkt aan de hand van stappenplannen en checklists. Deze zullen opgesteld worden. 5.1.5 Technische en juridische ondersteuning, samenwerking Doeltreffende handhaving vraagt het nodige aan zowel technische als juridische deskundigheid. Bij het realiseren van een verantwoord handhavingsniveau kan worden verwacht dat het aantal handhavingsactiviteiten en -procedures waarbij deskundigheid nodig is, flink zal toenemen. De behoefte aan ondersteuning kan, zoals reeds eerder is aangegeven, voor een gedeelte ook worden ingevuld in de vorm van gemeentelijke samenwerking. Een eerste stap is de versterking van de onderlinge contacten tussen ambtenaren die met handhaving zijn belast met als doel het uitwisselen van ervaringen. Daarnaast kunnen afspraken worden gemaakt over een zekere mate van specialisatie met als doel onderlinge ondersteuning. Consequente en geloofwaardige handhaving houdt in dat het aantal verzetsprocedures bij de rechtbank wegens dwangsomprocedures toenemen.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
38
5.1.6. Het vangnet: klachten en handhavingsverzoeken Klachten en handhavingverzoeken betreffende (mogelijke) illegale situaties of handelingen vormen voor de gemeente uit oogpunt van handhaving een belangrijke potentiële informatiebron. Het gaat hierbij immers om (mogelijke) illegale situaties of handelingen die tot dan aan de aandacht van de gemeente zijn ontsnapt. Daarnaast vormen de klachtenpatronen, die uit de registratie van klachten en handhavingsverzoeken kunnen worden afgeleid, zeer relevante informatie voor de bepaling van handhavingsprioriteiten, kengetallen enz. Een goede bereikbaarheid van de gemeente, alsmede een heldere klachtenregeling en consequente registratie van de behandeling van klachten en handhavingsverzoeken, zijn van groot belang voor zowel de klager als de degene over wie geklaagd wordt. Snel en adequaat reageren op klachten bevordert ook de geloofwaardigheid van de gemeente. Om de bereikbaarheid van de gemeente te verbeteren, wordt gedacht aan het openstellen van een apart telefoonnummer of e-mail adres voor klachten. Deze mogelijkheid zal nog nader moeten worden uitgewerkt. Soms zijn de procedures voor de behandeling van handhavingsverzoeken wettelijk geregeld. Dit is onder meer het geval in de Wet milieubeheer. Voor de toekomst moet worden gestreefd naar een geautomatiseerde klachtenregistratie voor alle handhavingsgebieden, die toegankelijk is voor alle medewerkers die met handhaving zijn belast. 5.2
Beleidscyclus
5.2.1 De reguleringsketen De reguleringsketen bestaat uit de volgende fasen die in feite een kringloop vormen: • Ontwikkelen van een beleidsvisie (bijv. gemeentelijke structuurvisie Drimmelen) • Vertalen van de beleidsvisie in beleid • Uitwerken van het beleid in (nadere) regels en voorschriften (bijv. in bestemmingsplannen) • Implementatie van de regelgeving via vergunningen, ontheffingen en/of vrijstellingen (bijv. regeling bijgebouwen burgerwoningen in agrarisch gebied) • Toezicht en (repressieve) handhaving • Inzicht in naleefgedrag via monitoring Handhaving moet eerder in beeld komen dan pas bij de vijfde fase. Zo moet zowel bij het maken van beleid, bij regelgeving en het verlenen van vergunningen en ontheffingen goed worden nagedacht over de consequenties voor de handhaving van dit alles. Hierbij zijn onder meer de volgende vragen relevant: • Wat zijn de financiële en personele consequenties van de handhaving? • Is de voorgestelde regeling doelmatig te handhaven? • Wat betekent het voorstel voor de uitvoering van het bestaande handhavingsprogramma? Ieder voorstel met beleidsregels, regelgeving of voorschriften zou daarom een handhavingsparagraaf moeten bevatten waarin de handhaafbaarheid kort wordt behandeld.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
39
5.2.2 Monitoring Het handhavingsteam zal zich de eerste jaren richten op de implementatie van het handhavingsbeleid en het handhavingstekort. Het monitoren wordt jaarlijks verantwoord in een handhavingsverslag. In deze rapportage wordt zowel in kwalitatieve als in kwantitatieve zin verslag gedaan van de uitvoering van het handhavingsprogramma. Tussentijdse verantwoording over de stand van zaken rond de uitvoering van het programma vindt plaats via de reguliere tussenrapportages. Eventuele knelpunten worden gemeld. En de prioriteiten kunnen tussentijds worden bijgesteld. 5.3 Bestuurlijke aansturing De bestuurlijke aansturing van de implementatie van het integraal handhavingsbeleid geschiedt zowel door de burgemeester (openbare orde, integrale veiligheid en portefeuillehouder ‘handhaving’) als door het college. Deze aansturing geschiedt op verschillende manieren. Binnen het cyclische beleidsproces vindt sturing jaarlijks plaats bij het vaststellen van de handhavingsprioriteiten en het handhavingsprogramma. Aan de hand van de tussenrapportages kan het handhavingsprogramma tussentijds worden bijgestuurd. Via het jaarlijks handhavingsverslag wordt verantwoording afgelegd. Deze verantwoording bevat weer informatie die gebruikt kan worden voor de volgende cyclus. Daarnaast vindt sturing vooral plaats aan de hand van concrete handhavingszaken die voor bestuurlijke besluitvorming worden voorgelegd. Ook hier wordt informatie verkregen die relevant is voor de prioritering en programmering. 5.4 Ambtelijke aansturing De ambtelijke aansturing van de implementatie van het integraal handhavingsbeleid geschiedt door een tijdelijke begeleidingsgroep integraal handhavingsbeleid In 2004 neemt het hoofd van de afdeling BMO de aansturing over. Via onder meer de tussenrapportages en het handhavingsverslag wordt aan burgemeester en wethouders gerapporteerd.
6
Middelen
6.1
Inleiding
Het realiseren van het verantwoord handhavingsniveau, zoals dit in hoofdstuk 3 is beschreven, vraagt om de nodige personele capaciteit en financiële middelen. Het implementatietraject en de voorbereiding van het handhavingsprogramma zullen op 1 september 2003 worden gestart vanuit de thans beschikbare personele capaciteit en financiële middelen. De eventuele noodzaak voor verdere personele capaciteit en/of financiële middelen zal in 2004 nader worden onderbouwd en via de Kadernota worden ingebracht in de volgende begrotingscyclus.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
40
6.2
Overzicht huidige personele capaciteit Handhavingscapaciteit in fte
structureel
Waarvan Boa
Coördinatie Juridische ondersteuning Bouwen/ ruimtelijke ordening Milieu Brandveiligheid (Brandweer) APV, Drank en horeca
p.m. 1,5 1 0,5 0,25
1
Totaal
Extra
Vrijwilligers brandweer bij evenementen
3,25
Formatief zijn er 3,25 fte beschikbaar voor handhavingsactiviteiten. In werkelijkheid worden in totaliteit slechts 2 fte hiervoor ingezet excl. de vrijwillige brandweer bij evenementen.
6.3. Financiële middelen handhaving In de begroting 2003 zijn structureel middelen uitgetrokken voor handhaving, verspreid over de verschillende begrotingsposten. Onder meer voor personele lasten en externe adviezen. Om de handhavingstaken een extra financiële impuls te geven wordt voorgesteld de ingevorderde dwangsommen ten behoeve van de handhavingstaak in te zetten. Bovendien zijn enkele beleidsinitiatieven opgenomen die in flankerende zin aan de handhavingsinspanning ten goede komen. Het gaat hierbij met name om het Integrale Veiligheidsbeleid, de juridische kwaliteitszorg, alsmede de inventarisatie van bestaande situaties in het kader van de bestemmingsplanactualisatie.
6.4. Personele capaciteit handhavingsteam Om een goede start te maken met een handhavingsteam is het noodzakelijk om aan de hand van de werkelijk te verrichten inspanningen het aantal fte te berekenen. In bijlage 4 zijn de handhavingsactiviteten per beleidsveld uitgewerkt. Hieruit kan geconcludeerd worden dat een minimum van 4 fte noodzakelijk is om een handhavingsteam samen te stellen. Willen we als gemeente Drimmelen gelijk op het gewenste niveau gaan handhaven is een team van vijf handhavers noodzakelijk waarvan er twee zijn opgeleid als boa. Tevens dient rekening gehouden te worden met extra juridische ondersteuning.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
41
Bijlage 1 Juridisch instrumentarium Bestuursdwang Bestuursdwangbesluiten kunnen worden gericht aan een tweetal adressanten. Dit zijn: • de overtreder van een wettelijk voorschrift; • de rechthebbende op het gebruik van een zaak, zoals de eigenaar, de huurder, de pachter of de vruchtgebruiker; Een besluit tot bestuursdwang dient een zogenaamde begunstigingstermijn te bevatten waarbinnen de adressant zodanige maatregelen kan treffen dat daadwerkelijke toepassing van bestuursdwang niet nodig is. Deze termijn kan ook gefaseerd worden vastgesteld of worden gekoppeld aan activiteiten. De termijn mag niet te kort zijn. In zeer spoedeisende gevallen kan een begunstigingstermijn achterwege blijven. Indien de noodzaak om terstond op te treden vaststaat, kan de gemeente achteraf het handhavingsbesluit schriftelijk vastleggen en bekend maken. Dit moet wel zo spoedig mogelijk geschieden. De gemeente moet in het besluit tot bestuursdwang de te treffen maatregelen voldoende nauwkeurig beschrijven, zodat de overtreder duidelijkheid heeft over de activiteiten die hij moet verrichten om bestuursdwang te voorkomen. Bestuursdwang kan niet worden toegepast indien al een dwangsom is opgelegd. Dit geldt ook andersom. Gelijktijdigheid is niet mogelijk, na elkaar kan wel. Kostenverhaal en invordering. De gemeente kan de kosten van bestuursdwang verhalen op een overtreder of een gerechtigde tenzij deze redelijkerwijs niet of niet geheel voor zijn rekening behoren te komen. De kosten kunnen worden ingevorderd bij dwangbevel. Bij deze kosten zijn de kosten van de invordering inbegrepen. Tegen het dwangbevel kan verzet worden aangetekend bij de civiele kamer van de rechtbank. Deze oordeelt vooral over de hoogte van de kosten, maar het komt ook voor dat de civiele rechter ingaat op andere aspecten voor zover daarover nog niet door de bestuursrechter is geoordeeld. Verzet schorst de uitvoering van het dwangbevel maar de rechter kan op verzoek de schorsing opheffen. Een verplichting om een rechtshandeling te verrichten, zoals het aanvragen van een vergunning, valt niet onder feitelijk handelen en kan dus niet via bestuursdwang worden afgedwongen.
Bestuurlijke dwangsom De last onder dwangsom wordt voor onbepaalde tijd opgelegd en betreft alle toekomstige herhalingen van de overtreding van de last. Indien de gemeente kiest voor een dwangsom per tijdseenheid of per overtreding moet zij tevens een maximumbedrag vaststellen waarboven geen dwangsom meer zal worden verbeurd. Bij het kiezen van een variant, het bepalen van de hoogte van de dwangsom alsmede het maximum van de te verbeuren som heeft de gemeente beleidsvrijheid. Het bedrag van de dwangsom moet wel in redelijke verhouding staan tot de zwaarte van de overtreding. De bestuursrechter zal de hoogte van de dwangsom echter terughoudend toetsen.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
42
Ingeval van tijdelijke of blijvende onmogelijkheid voor de overtreder om aan de verplichtingen te voldoen, kan de dwangsom worden opgeheven dan wel opgeschort. Ook kan de dwangsom worden opgeheven op verzoek van de overtreder indien de beschikking een jaar van kracht is geweest zonder dat de dwangsom is verbeurd. De last onder dwangsom kan uitsluitend worden opgelegd aan de overtreder. Verkeert deze in een faillissement dan moet vanaf het moment van de faillietverklaring de dwangsom worden opgelegd aan de curator. Wanneer er verscheidene overtreders zijn dan moet worden vastgesteld wie het in zijn macht heeft om de overtreding te beëindigen. De wet kent drie vormen waarop de dwangsom kan worden bepaald: een bedrag ineens, een bedrag per tijdseenheid of een bedrag per overtreding. Wanneer er sprake is van een voortdurende overtreding moet worden gekozen voor een dwangsom per tijdseenheid. De gemeente heeft een zekere vrijheid om per geval de hoogte van de dwangsom vast te stellen. Het is niet toegestaan om in het verleden behaald voordeel af te romen. De rechter kan de hoogte van de dwangsom corrigeren. In de dwangsombeschikking moet het overtreden voorschrift worden vermeld. Een preventieve dwangsom is gericht op het voorkomen van een overtreding. Deze kan alleen worden opgelegd indien zeer waarschijnlijk is dat op zeer korte termijn een overtreding zal worden gepleegd die tot ernstige schade kan leiden. De overtreding moet in de dwangsombeschikking voldoende duidelijk worden omschreven. Een dwangsom wordt verbeurd wanneer na het passeren van de begunstigingstermijn een overtreding wordt begaan. De verbeurde dwangsommen moeten binnen zes maanden via een dwangbevel worden geïnd en komen toe aan het openbaar lichaam waartoe het bestuursorgaan behoort dat de dwangsom heeft opgelegd, anders verjaart de vordering. De regeling van de invordering van de kosten van bestuursdwang is van overeenkomstige toepassing.
Bestuurlijke boete Vooruitlopend op de wetgeving zijn er plannen om de bestuurlijke boete eerder in te voeren bij de handhaving van milieuwetgeving. Aangezien besturen nog nauwelijks ervaring hebben met zelfstandige strafrechtelijke handhaving, is besloten dat gedurende tweeënhalf jaar een aantal bestuurlijke partners samen met het Openbaar Ministerie experimenteren met dit instrument. Deze experimenten lopen bij enkele pilot-gemeenten. De experimenten worden in 2003 geëvalueerd.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
43
Op rijksniveau is in november 2002 een nieuw pleidooi gedaan voor de bestuurlijke boete als instrument voor de gemeenten voor handhaving in het publieke domein. De aanpak van kleine ergernissen is hierbij het primaire uitgangspunt. De bestuurlijke transactie in de praktijk. Een buitengewoon opsporingsambtenaar constateert een overtreding waarvoor het bestuur de mogelijkheid heeft gekregen een bestuurlijke transactie aan te bieden. Het gaat daarbij in het algemeen om een eenvoudige overtreding die niet tot ernstige schade heeft geleid. Indien de overtreding niet wordt betwist door de verdachte kan de ambtenaar namens het bestuur direct een transactie aanbieden, dan wel de betrokkene een aanzegging geven waarin staat vermeld van welk feit hij wordt verdacht en wat hem nu te wachten staat. Door de buitengewoon opsporingsambtenaar wordt nu een verkort proces-verbaal opgemaakt. Dit proces-verbaal wordt vervolgens naar het Centraal Justitieel Incassobureau gezonden, dat er voor zorgt dat de verdachte binnen drie werkdagen een acceptgiro ontvangt. De verdachte heeft vervolgens zes weken om de transactie te betalen. Indien hij betaalt, is de zaak daarmee afgerond. Doet hij dit niet dan neemt het Incassobureau contact op met het bestuur met het verzoek een volledig proces-verbaal op te maken. Dit procesverbaal wordt vervolgens met het complete dossier naar het parket van de officier van justitie gezonden. De officier zal na beoordeling van het proces-verbaal in principe direct dagvaarden. De zaak wordt tenslotte voor de politierechter gebracht.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
44
Bijlage 2
Toetsingscriteria gedogen Uit het landelijk beleidskader over gedogen in het milieurecht komen toetsingscriteria voort. Deze zijn in het landelijk onderzoek ‘Gedogen met beschikkingen’ van september 2002 vermeld en zijn in de volgende drie paragrafen aangehaald. Zoals al eerder is aangegeven sluit Drimmelen zich hierbij aan. Gedoogsituaties Uitgangspunt bij het gedogen in het milieurecht dient het uitzonderlijk karakter te zijn. Slechts in bepaalde gevallen mag er worden overgegaan tot gedogen. Tot deze gevallen worden in ieder geval gerekend: 1. overgangs- en/of overmachtssituaties 2. gevallen waarin een zwaarder wegend belang noopt tot het afzien van handhavend optreden. Met name een gerechtvaardigd beroep op een rechtsbeginsel kan in een dergelijk geval tot gedogen aanleiding geven. Procedurele vereisten Indien de milieusituatie op bovenstaande gronden voor gedogen in aanmerking komt, dienen de volgende procedurele vereisten in acht te worden genomen: 1. Indien op de situatie van toepassing (met name bij overgangssituaties) dient aan het gedogen een ontvankelijke vergunningaanvraag ten grondslag te liggen. 2. Er kan alleen na een kenbare belangenafweging tot gedogen worden overgegaan. 3. In beginsel geschiedt het gedogen uitdrukkelijk en schriftelijk. 4. Het gedoogbesluit dient aan alle relevante vereisten uit de Algemene wet bestuursrecht te voldoen. Daarbij zal het bestuur met name de procedurele vereisten inzake het horen en de bekendmaking in acht moeten nemen. 5. De te gedogen activiteit dient regelmatig te worden gecontroleerd door de gedogende instantie. 6. Voorafgaand aan de te nemen beslissing dient de Inspectie milieuhygiëne in de gelegenheid te worden gesteld een adviserende reactie te geven op de conceptgedoogbeschikking. 7. Het Openbaar Ministerie dient op de hoogte te worden gebracht van de ontstane gedoogsituatie. Desgewenst (op instigatie van het Openbaar Ministerie) dient over de gedoogbeslissing te worden overlegd. 8. In de beschikking wordt aangegeven dat de gedoogde activiteit geheel voor eigen risico van de overtreder plaatsvindt. De beschikking dient te vermelden dat het de handhavingsbevoegdheden van andere organen dan het gedogende orgaan onverlet laat.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
45
Inhoudelijke eisen Naast de hierboven beschreven procedurele vereisten aan een gedoogbesluit, is het zaak inhoudelijk een juiste beslissing te nemen. Daarbij gelden de volgende randvoorwaarden: 1. Waar nodig dient de gedoogbeschikking te worden voorzien van milieubeschermende voorwaarden. 2. Bij niet-naleving van de gedoogvoorwaarden zal tot naleving moeten worden gemaand. Indien dit niet het gewenste effect heeft, dient alsnog handhavend te worden opgetreden tegen de onderliggende overtreding. Daartoe zal allereerst de gedoogbeschikking moeten worden ingetrokken. 3. De situatie mag slechts tijdelijk worden gedoogd. Dit betekent dat er een concrete eindtermijn moet worden genoemd. De totale tijdspanne waarover wordt gedoogd, moet zo kort mogelijk zijn. 4. De aan de beslissing ten grondslag liggende belangenafweging moet zorgvuldig zijn. Ook de inhoudelijke vereisten die krachtens de Algemene wet bestuursrecht aan het gedogen kunnen worden gesteld, dienen in acht te worden genomen.
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
46
Bijlage 3: Referenties en bronnen -
Nota ‘Met recht verantwoordelijk!’ van het ministerie van VROM maart 2001 (Kamerstukken II, 2000 – 2001, 27 664, nr. 2) Rapport ‘Handhaven op Niveau’ van de commissie Bestuursrechtelijke en privaatrechtelijke handhaving (commissie Michiels) Kabinetsstandpunt van 18 april 2000 ‘Handhaven op Niveau’ (TK 1999 – 2000, 26 800 VI, nr. 67) Rapport van de Commissie Oosting, De overheid die haar verantwoordelijkheid niet nam (Enschede 2001) Bestuursovereenkomst milieuwethandhaving, Commissie Onderzoek Cafébrand Nieuwjaarsnacht 2001 van 21 juni 2001 (commissie Alders) Beleidsnota van de gemeente Moerdijk Beleidsnota van de gemeente Bergeijk Beleidsnota van de gemeente Pijnacker-Nootdorp Beleidsnota van de gemeente Venray Beleidsnota van de gemeente Eindhoven ‘Gezamenlijk beleidskader inzake het terugdringen van het gedogen van milieuovertredingen’ van 10 oktober 1991 (TK 1991 – 1992, 22 343, nr. 2) nota ‘Grenzen aan gedogen’, Kabinetsstandpunt van 1996 (TK 1996 – 1997, 25 085, nrs. 1-2) Onderzoekrapport ‘Gedogen met beschikkingen’ van VROM-inspectie, september 2002 (2002/03) Project ‘Professionalisering van de handhaving’ 2002 Informatie van het handhavingsteam Rotterdam
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
47
Bijlage 4. Plan van aanpak handhavingsactiviteiten per beleidsveld. Prioriteit hoog Beleidsveld
Milieuvergunningen en meldingen Wet milieubeheer
Afdeling Handhavingsdoel
□
Kernbepalingen
□ □ □ □
Ambitie / Nalevingsniveau
□ □
Werkwijze
□ □
□ □
□ □
Sanctiebeleid
□ □
Grondgebied Naleven voorschriften uit milieuvergunning / milieumelding In beeld brengen en houden actuele bedrijfsactiviteiten gekoppeld aan soort bedrijf Externe veiligheid Gevaarlijke stoffen / situaties Bedrijvigheid conform Categorale Bedrijfs Indeling ( = CBI ) Behandeling meldingen Gedragsverandering. 100% naleving van de bepalingen betreffende externe veiligheid, gevaarlijke stoffen / situaties en bedrijvigheid conform CBI. Categorisering bedrijven opnieuw vaststellen. Reguliere controles conform norm VNG. Controle op alle van toepassing zijnde voorschriften: Categorie 1 1 x 10 jaar; Categorie 2 1 x 5 jaar; Categorie 3 1 x 2 jaar; Categorie 4 1 x per jaar Informatie betreffende bedrijven verzamelen en actueel houden. Gegevens WOZ, Kamer van Koophandel, berichtgeving media, etc. Overdracht van vergunningverlener naar handhaver. Opleveringscontroles in principe door handhaver. In enkele gevallen opleveringscontrole door vergunningverlener en handhaver eventueel op locatie. Een werkwijze hier omtrent moet nog ontwikkeld worden. Overtreding externe veiligheidsvoorschriften bekeuring, bestuursdwang en dwangsom Overtreding overige voorschriften aanschrijven, hercontrole, bestuursdwang en dwangsom
Raming capaciteit Controles 4 uur □ 151 reguliere controles = 604 uur □ 20 opleveringscontroles waarvan 20 met vergunningverlener op locatie = = 80 uur □ Totaal 684 uur
Follow up □ □ □
125 Hercontroles 50 % = 250 uur Juridische procedures 150 uur Totaal 400 uur
Actueel houden bedrijvenbestand □
Jaarlijks onderhoud 200 uur
Afhandeling meldingen □
Randvoorwaarden Partner(s)
300 uur
Totaal 1684 uur □ Geautomatiseerd gegevenssysteem □ Werkafspraken betreffende overdracht vergunningverlener naar handhaver □ Politie □ BMO
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
48
Beleidsveld
Bouw- en woningtoezicht incl. brandveiligheid en monumenten
Afdeling
□
Handhavingsdoel Kernbepalingen
□
Ambitie / Nalevingsniveau
□ □
Werkwijze
□ □ □
Sanctiebeleid
Raming capaciteit
Randvoorwaarden
□ □ □
Grondgebied en BMO Waarborgen constructieve veiligheid en brandveiligheid Regelgeving Bouwbesluit m.b.t. Veiligheid; brand-, gebruiks- en constructieve veiligheid Gezondheid; lucht, licht en wering van vocht en geluid M.b.t. nieuwbouw: 100% naleving van de kernbepalingen M.b.t. bestaande bouw: te bepalen na vaststelling basisniveau
Nieuwbouw: Klein tot € 25.000,- afhandeling meldingen Middelgroot € 25.000 tot € 250.000 steekproefsgewijs. 80% controle van alle aanvragen op veiligheid en gezondheid en 60 % controle van de aanvragen op overige regelgeving Bouwbesluit □ Groot v.a. € 250.000,- 100% controle van alle aanvragen en naleving alle onderdelen Bouwbesluit □ De bestaande bouw is niet goed in beeld. Alleen afhandeling meldingen. De brandveiligheid is niet zichtbaar en er vindt illegale bouw plaats. Ook wijzigingen in gebruik, die van invloed kunnen zijn op de brandveiligheid, zijn niet in beeld. Basisniveau voor bestaande bouw moet worden vastgesteld alvorens projectmatig verdere actie kan worden ondernomen. Inventarisatie middels langsrijden. □ Zicht op kamerverhuur is er niet en een juridisch instrument ontbreekt. □ Jaarlijks rijks- en gemeentelijke monumenten digitaal vastleggen M.b.t. nieuwbouw: □ Stilleggen bouw, bestuursdwang M.b.t. bestaande bouw: □ Bij signalering onder basisniveau: opname maken gehele pand. Brief aan eigenaren ter informatie, met verzoek opknappen. □ Bij niet opknappen vooraanschrijving, zienswijze, aanschrijving met bestuursdwang. M.b.t. nieuwbouw: □ 600 uur □ M.b.t. bestaande bouw: 940 uur □ Afhandeling meldingen 250 uur □ 6 procedures per jaar niet voldoen aan basisniveau; totale procedure incl. bezwaar beroep per pand 16 uur = 96 uur □ Digitaal vastleggen monumenten 50 uur □ Bouwbesluitcontroles 200 uur □ Totaal 2146 uur □ Kamerverhuurverordening maken en vaststellen □ Vaststelling basisniveau bestaande bouw
Partner(s)
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
49
Beleidsveld Afdeling
Verkeer en parkeren □
Handhavingsdoel
□ □
Kernbepalingen
□ □ □ □
Ambitie / Nalevingsniveau
□ □
Werkwijze
□ □
Openbare Werken, BMO en Politie Beïnvloeding onveilig verkeersgedrag Aanpak verkeergerelateerde ergernissen Parkeren Laden en lossen scooters in woongebieden en op fietspaden Inrijden autoluw gebied Substantiële vergroting bewustwording risico’s verkeersonveilig gedrag 100% naleving op terreinen laden en lossen, (brom)fietsers scooters, inrijden autoluw gebied Bewustwording verkeersgedrag middels campagnes van 3V0 en inzet verkeershandhavingsteam politie Intensivering controle en aanstellen parkeercontroleurs inzet van de politiesurveillanten. Verbaliseren conform sanctiebeleid Wegen Verkeerswet en APV
Sanctiebeleid
□
Raming capaciteit
□
Randvoorwaarden
□
Aanpak verkeersgerelateerde ergernissen middels inzet politiesurveillanten en aanstellen parkeercontroleurs. 400 uur Boa’s inschakelen als parkeercontroleurs
Partner(s)
□ □
Bewustwording via 3V0 Samenwerking gemeente met politie
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
50
Beleidsveld Afdeling Handhavingsdoel Kernbepalingen
Ambitie / Nalevingsniveau
Werkwijze
Sanctiebeleid
Raming capaciteit Randvoorwaarden Partner(s)
Gebruiksvergunningen BMO Brandveilig gebruik van gebouwen □ Vrije nooduitgang □ Nood / transparantieverlichting in orde □ Gekeurde blusmiddelen □ Brandbare versieringen / wandbekleding dienen aantoonbaar te voldoen aan Nen normering brandklasse: □ Papier / karton Nen norm 6065 □ Textiel Nen norm 1722 □ Compartimentering dient conform bouwtekening te zijn uitgevoerd □ 100% naleving van de gebruiksvoorschriften m.b.t. nooduitgang, noodverlichting, blusmiddelen en brandbare versieringen. □ M.b.t compartimentering: afwijking van bouwvergunning melding aan afdeling Grondgebied □ Alle gebruiksvergunningen (164) worden volgens een schema afhankelijk van de gevarenklasse gecontroleerd; □ Specifieke situaties ( voorgenomen sloop / verbouwing) maatwerk. □ Bij risicodragende horeca gerelateerde evenementen twintig extra controles; □ Voor specifieke instellingen (met niet-zelfredzame personen ), maatwerk. □ Bij potentiële vergunningsplichtigen één keer per twee jaar globale check of object niet alsnog voor vergunning in aanmerking komt; □ Specifieke acties bij carnaval, kermis en kerst door vakafdeling. □ Vluchtwegen: bij overtreding: boete via boa vervolgens hercontrole. Indien het dan nog / wederom niet in orde is: sluiting tot technische voorziening gerealiseerd is; □ Noodverlichting: bij overtreding boete □ Gebruik materialen: vooraf goede communicatie, boete bij overtreding en direct verwijderen. □ Deurdrangers / vastgezette deuren 1e constatering waarschuwing, 2e constatering verplichting tot installatietechnische aanpassing □ 3 uur per controle, totaal 480 uur □ Bestanden vergunningsplichtigen actueel houden. □ Boete mogelijkheden via BOA organiseren □ Grondgebied □
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
51
Beleidsveld
Illegale stort afval / zwerfvuil
Afdeling Handhavingsdoel
□
Kernbepalingen Ambitie / Nalevingsniveau
□
Werkwijze
□ □
□
□
□
□ □
Sanctiebeleid Raming capaciteit
□ □ □
Randvoorwaarden
□
Partner(s)
□
Openbare werken. Leefbare en schone leefomgeving door voorkomen van zwerfvuil en het illegaal storten van afval. Zwerfvuil en illegaal storten van afval. Het terugdringen van zwerfvuil en illegaal storten van afval. Burgers voorlichten over gevolgen en risico’s van zwerfvuil en illegale stort in de leefomgeving. Met burgers communiceren over de inhoud van het handhavingsbeleid. Het Vastgestelde handhavingsbeleid een plaats geven in het nog op te stellen afvalstoffenbeleidsplan 2004-2008 Inzicht verschaffen in alle voorkomende afvalstromen en de wijze waarop en wanneer deze ingezameld en afgevoerd worden binnen de gemeente. Actief handhaven in het veld door het opensnijden van zakken, het posten en lik op stuk. Praktijkervaringen uit het veld en verbetermogelijkheden terugkoppelen naar de afdeling die verantwoordelijk is voor het beleid (Grondgebied) de afdeling Openbare Werken. Zwerfvuil en illegaal storten afval, proces verbaal via BOA. 100 uur voor fysieke controles zoals posten, zakken opensnijden ed. en de administratieve afwikkeling (uitbesteed) 400 uur controle en handhaving Het is wenselijk om de geconstateerde illegale stort niet af te voeren samen met het gewone straat- en zwerfvuil. Dit om te kunnen monitoren of er resultaat geboekt wordt. Politie en Communicatie
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
52
Beleidsveld Afdeling
Drugs □
Handhavingsdoel
□ □
Kernbepalingen
□ □
Ambitie / Nalevingsniveau
□ □
Werkwijze
□
□ □
□
Sanctiebeleid
□
Raming capaciteit Randvoorwaarden
□
Partner(s)
□
Politie en BMO Correcte uitvoering districtelijk coffeeshopbeleid. Sociale kwaliteit leefomgeving behouden / versterken door middel van gerichte acties op illegale verkoop van drugs. Illegale verkoop softdrugs Verkoop harddrugs Actieve aanpak alle illegale verkooppunten. Geen verkoop van harddrugs Beeld van de eventuele illegale coffeeshops en huisleveranciers is niet aanwezig. Geen problemen met verkoop van harddrugs. Wel sprake van drugsgerelateerde criminaliteit, met name winkeldiefstal en autoinbraken Intensivering van het toezicht is niet noodzakelijk. Bij constatering van illegale verkoop vanuit horecagelegenheden strafrechtelijk en bestuursrechtelijk traject. Posten, bewijsvergaring inclusief afvangen door politie. Bij drie verklaringen overdragen aan gemeente Huisdealers: intensief traject middels toezicht / controle door politie. Bij 7 verklaringen overdracht aan gemeente. Gemeente schrijft aan. Politie post opnieuw / afvangen en bewijs ten behoeve van het doorzetten van de aanschrijving. Na 7 verklaringen weer signaal. Gemeente voert aanschrijving uit. In geval van overlast sluiting van het pand op basis Wet Victoria. In geval van horeca gaat gemeente direct tot sluiting van de inrichting over.
Afspraken met woningstichting maken betreffende verkoop van drugs en veroorzaken overlast vanuit huurwoningen. Overwegen sancties m.b.t. het telen van drugs in dit convenant meenemen Politie en OM
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
53
Beleidsveld Afdeling
□
Geweld op straat
Handhavingsdoel
□
Sanctiebeleid
□
Politie en BMO Tendens betreffende toename aantal aangiften bedreiging en mishandeling keren Uitgaan moet leuk blijven, agressie o.a. vanwege overmatig alcoholgebruik tegengaan Bedreiging Openlijke geweldpleging Mishandeling Alcoholmisbruik Het aantal aangiften betreffende bedreiging, openlijke geweldpleging en mishandeling gerelateerd aan het uitgaansleven dient de komende 4 jaren met 40 % af te nemen Samen met de horeca opstellen van een convenant Veilig uitgaan Stimuleren van slachtoffers om aangifte te doen bij politie. Enerzijds beeld compleet voor politie wat waar plaatsvindt anderzijds strafrechtelijk vervolgen. Controles door Keuringsdienst van Waren op verkoop aan minderjarigen Strafrechtelijke handhaving zoveel mogelijk via snelrecht
Raming capaciteit Randvoorwaarden Partner(s)
□
de politie met ondersteuning van 100 uur
□
Kernbepalingen
□ □ □ □
Ambitie / Nalevingsniveau
□
Werkwijze
□ □
□
□ □
Keuringsdienst van Waren
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
54
Beleidsveld Afdeling Handhavingsdoel
Bestemmingsplannen □ □ □
□ □
Kernbepalingen
□ □ □
Ambitie / Nalevingsniveau Werkwijze
□ □ □ □ □
Sanctiebeleid
□
Raming capaciteit
□ □
Randvoorwaarden Partner(s)
□
Grondgebied Voorkomen / beëindigen permanente bewoning van recreatiewoningen. Zicht krijgen op agrarische sector en gebruik bijgebouwen bij voormalige agrarische bedrijven, gebruik in overeenstemming brengen met bestemmingsplan. Voorkomen vestiging niet-agrarische bedrijvigheid in buitengebied Voorkomen weglekken detailhandel van centrum naar bedrijventerreinen. Gebruik bijgebouwen voormalige agrarische bedrijven en recreatiewoningen in overeenstemming met bestemmingsplan Niet toegestane detailhandel op de bedrijventerreinen Niet-agrarische bedrijvigheid in buitengebied 100 % naleving van kernbepalingen Aanpak van reeds geconstateerde overtredingen in buitengebied Gebruik meenemen in bedrijfscontroles milieu Onderzoek van advertenties om te zien of nieuwe bedrijven zich vestigen Steekproef in gedeelte van het buitengebied naar het gebruik van voormalige agrarische bedrijfsruimten om na te gaan of huidige werkwijze “waterdicht” is. Uit evaluatie van de steekproef moet blijken of intensiever toezicht op het gebruik noodzakelijk is. Ter voorkoming van beroepen op het gelijkheidsbeginsel en legalisering door middel van het overgangsrecht is stringente handhaving noodzakelijk. Handhavingsmiddel aanschrijving met dwangsom. 20 trajecten van 8 uur handhavingsinzet= 160 uur. 200 uur controle en hadhaving regulier Capaciteit reserveren / realiseren voor langdurig lopende acties.
□
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
55
Beleidsveld
Hondenbeleid
Afdeling Handhavingsdoel
□
Kernbepalingen
□ □
Ambitie / Nalevingsniveau
□
□ □
□
Werkwijze
□ □ □
□ □
Sanctiebeleid Raming capaciteit Randvoorwaarden
□
Partner(s)
□
□ □ □
Openbare Werken en Grondgebied Bestrijden overlast hondenpoep in de openbare ruimte. ( Hondenpoep is een van de grootste irritatiefactoren van burgers ) Uitlaten honden op de daarvoor aangewezen uitlaatstroken Bij zich hebben van een opruimmiddel op alle andere locaties Geen overlastmeldingen hondenpoep meer op speelterreinen en rondom scholen. 80 % van de hondenbezitters heeft een opruimmiddel bij zich. Evalueren ingezet hondenbeleid; Afhankelijk van uitkomst evaluatie: Drimmelen wordt geheel voorzien van uitlaatstroken voor honden (conform aanwezig plan) Bij niet doorzetten ingezet beleid dan hondenbeleid in zijn totaliteit afschaffen; geen hondenbelasting meer heffen en volledige opruimplicht voor eigenaren. Nadruk bij handhaven binnen de bebouwde kom, met extra aandacht voor speelterreinen. Uitvoerig communicatietraject opzetten (criminaliseren van de hondenbezitter, hond = vervuiler; handhavingstraject, etc.). Verbaliseren op basis van APV 50 uur BOA Evaluatie hondenbeleid Bij niet continueren huidig beleid geheel afblazen en hieromtrent communiceren. Politie
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
56
Beleidsveld Afdeling Handhavingsdoel Kernbepalingen
Ambitie / Nalevingsniveau
Werkwijze
Sanctiebeleid
Raming capaciteit
Randvoorwaarden
Partner(s)
Horeca Politie, BMO □ Bestrijden / beperken overlast horecabezoek □ Toezien op legale horeca-exploitatie ( ca. xxx bedrijven ) □ Geluidsoverlast □ Overlastgevend gedrag horeca bezoekers □ Horecavergunning □ Terrassenbeleid □ Speelautomatenbeleid □ Overlast zoveel mogelijk voorkomen en waar deze zich voordoet bestrijden □ Bestuursrechtelijk optreden tegen illegale bedrijfsexploitatie ( incl. paracommercie) en speelautomaten M.b.t. Geluidsoverlast: □ Vier keer per jaar controle door de boa en politie □ Afhandeling meldingen M.b.t. bezoekersgedrag: □ Er is geen convenant tussen horeca, politie en justitie. Horeca moet zich bewust worden dat zij mede verantwoordelijk zijn voor bezoekers. In voorkomende gevallen verplicht aanstellen van een toezichthouder. □ Zoveel mogelijk exploitanten betrekken bij convenant □ Extra surveillance politie tijdens uitgaansavonden en evenementen M.b.t. terrassen: □ Indien geen legalisatie mogelijk is, optreden tegen terrassen zonder of in strijd met vergunning met name indien veiligheid in gedrang is, zoals doorgang belemmering voor voetgangers die uit moeten wijken naar rijbaan. □ Bij meldingen over geluidsoverlast bezien of sluiting van terras om bijvoorbeeld 12.00 uur een oplossing is. M.b.t. Geluidsoverlast: □ Overtreding: strafrechtelijke vervolging □ Recidive: geluidsbegrenzer of andere bestuursrechtelijke middelen M.b.t. bezoekersgedrag: □ Strafrechtelijke vervolging dader □ Opleggen verblijfsverbod □ Bestuursrechtelijke middelen exploitant M.b.t. terrassen: □ Controle door Boa. Bij overtreding strafrechtelijke vervolging of bestuursrechtelijke middelen b.v. dwangsom □ M.b.t. Geluidsoverlast: 80 uur □ M.b.t. overige overlast: 80 uur □ M.b.t. horecavergunningen: 200 uur □ M.b.t. terrassen en speelautomaten: 100 uur □ Convenant “Veilig uitgaan “, overleg met betrokkenen, opleggen voorschriften / aanvullende eisen □ Mogelijkheden tot opleggen verblijfsverbod in APV opnemen □ Politie en horecaondernemers □
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
57
Beleidsveld Afdeling
□
Openbare ruimte
Handhavingsdoel
□
Kernbepalingen
□ □
Ambitie / Nalevingsniveau
□
Werkwijze
□ □
□
□
□
Sanctiebeleid
□
Raming capaciteit Randvoorwaarden
□ □ □
Openbare Werken Beperken illegaal gebruik openbare ruimte van zowel tijdelijke als permanente aard zowel binnen als buiten de bebouwde kom. Tijdelijke ingebruikname openbare ruimte door plaatsen van containers, bouwmaterialen etc. Permanente ingebruikname door plaatsing erfafscheidingen etc. alle fysiek gevaarlijke situaties opheffen; daar waar van trottoir en rijbaan gebruik wordt gemaakt, maar ook daar waar het uitzicht wordt belemmerd voor verkeersdeelnemers moet het worden opgeruimd en/of legalisatie waardoor kwaliteit leefomgeving wordt verbeterd. Acties en maatregelen n.a.v. meldingen en waarneming ter plaatse. Bij jaarlijkse lage prioriteitsactie wordt permanent ingebruikname gemeentegrond die niet tot gevaarlijke situaties lijkt meegenomen en bij constatering volgt brief: wilt u de grond verlaten. Volgend jaar volgt controle of u weg bent. Ingebruikname gemeentegrond die wel tot gevaar leidt: aanschrijven en effectueren. Verschil met lage prioriteit is dat na constatering bij jaarlijkse controle aanschrijving volgt. Voor het overige doen we een beroep op alle ogen en oren op de straat. Bij elke bouwvergunning formulier toevoegen van OW waarmee die afdeling alle basis informatie verstrekt die nodig is om tijdelijk gebruik openbare ruimte te reguleren. Bij de verstrekte vergunning zit een voorlichtingsbrochure over tijdelijk gebruik openbare ruimte. Heffing van precariorechten overwegen om kosten van handhaving te dekken Geen gevaarlijke situatie brief sturen. Wel gevaarlijke situatie aanschrijven en effectueren Meenemen in handhavingsactie 2 x per jaar Totaal 300 uur Communicatie, helderheid omtrent regelgeving verschaffen en op papier zetten Kosten – baten analyse invoering heffing precariorechten maken
Partner(s)
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
58
Beleidsveld
Natuurbeheer
Afdeling Openbare werken en politie Handhavingsdoel Kernbepalingen
Ambitie / Nalevingsniveau Werkwijze
Sanctiebeleid Raming capaciteit Randvoorwaarden Partner(s)
Voorkomen verwijderen bomen en beplantingen zonder vergunning □ Kapvergunningen/APV □ Boswet □ Landschappelijke elementen □ Geen bomenkap buiten de vergunningverlening om. □ Instandhouding areaal incl. bijbehorende natuurwaarden □ Geen ongewenste snoei gemeentelijke eigendommen M.b.t. kapvergunningen / APV: □ Actieve controle op negatieve beschikkingen □ Meldingen illegale vellingen direct actie ondernemen □ Controle op herplant M.b.t. Boswet: □ Kapmelding = kapaanvraag afhandelen □ Illegale vellingen in samenwerking met provincie afhandelen □ in samenwerking met provincie controle herplantverplichtingen □ compensaties en weigeringen actief controle in samenwerking met provincie □ bij te niet gaan van bomen aanschrijven eigenaar (kopie provincie) M.b.t. landschappelijke elementen: □ illegale snoei aan gemeentelijk singels: daders achterhalen en aanspreken □ Strafrechtelijke geldboete (op termijn bestuurlijk) en herplantplicht. □ Nodig: 300 uur □ Communiceren over het handhavingsbeleid □ Onderzoeken of bekeuren via Boa mogelijk is. □ Provincie (A.I.D.) en politie □
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
59
Beleidsveld Afdeling
Evenementen □
Handhavingsdoel Kernbepalingen Ambitie Nalevingsniveau
□
Werkwijze
□
□ □
□ □ □
Sanctiebeleid
□ □ □
Raming capaciteit Middelen
□
Partner(s)
□
□
BMO Beperken geluidsoverlast evenementen Geluidsoverlast Het aantal meldingen m.b.t. geluidsoverlast gerelateerd aan evenementen dient in 2006 40 % afgenomen te zijn De voorschriften gekoppeld aan de evenementenvergunning worden in geval van de grote evenementen ( 10 per jaar ) op de kernbepalingen volledig gecontroleerd. De kleine evenementen ( ca. 50 per jaar ) worden steekproefsgewijs, 10 % van het aantal vergunningen op de kernbepalingen gecontroleerd. Bij ( geluidsdeskundige) is 20 uur geraamd voor geluidsadvies ( voorbereiding, geluidsmeting rapport en overleg ) t.b.v. evenementen. Controle en toezicht op m.n. luidruchtige evenementen in overleg tussen BMO, Grondgebied en de Politie structureren Vrijwillige brandweer controleert op brandveiligheidsaspecten Bij 1e keer overtreding van kernbepalingen schriftelijke waarschuwing + verscherpt toezicht bij volgend evenement. Bij 2e keer overtreding geen verstrekking evenementenvergunning voor nader te bepalen tijd. In geval van meerdaags evenement kan na meerdere waarschuwingen en afhankelijk van de situatie de vergunning voor de volgende dag ingetrokken worden. 400 uur Regeling geluidsnormen, Evenementennota en de strafrechtelijke en bestuursrechtelijke sanctiemiddelen Grondgebied, Politie, RMD en organisatoren evenementen
Handhavingsbeleid Drimmelen augustus 2003
60