Programmarekening 2004 Gemeente Drimmelen
Vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Drimmelen in zijn vergadering van 30 juni 2005.
Programmarekening 2004
2
Programmarekening 2004
Aan de leden van de gemeenteraad van de gemeente Drimmelen
Datum
April 2005
Uw brief van Betreft
Aanbieding programmarekening 2004
Ons kenmerk Beh. door Doorkiesnummer
A.G.M. van de Lindeloof 0162-690256
Geacht raadslid, Voor u ligt de eerste programmarekening van de gemeente Drimmelen. Met deze jaarrekening legt ons college verantwoording af over het gevoerde beleid in 2004. Bij de aanbieding van de eerste programmabegroting wezen wij u op de drie rollen van de gemeenteraad in een duaal bestel t.w. de vertegenwoordigende, de kaderstellende en de controlerende. Lagen bij de begroting de accenten bij de eerste twee rollen, bij de jaarrekening geeft u invulling aan uw controlerende rol. Bij de programma’s in de begroting hebben wij vermeld wat we wilden bereiken, wat we ervoor zouden doen en wat het mocht kosten. Als verantwoordingsdocument hebben wij in deze jaarrekening getracht antwoorden te geven op de vragen wat hebben we in 2004 bereikt, wat hebben we daarvoor gedaan en last but not least wat heeft het gekost. De indeling van de programma’s in de jaarrekening wijkt af van de programmabegroting 2004. Medio 2005 hebben wij besloten een twaalfde programma toe te voegen middels een splitsing van het programma maatschappelijke samenhang. Deze indeling zoals die voor het eerst in de programmabegroting 2005 is gehanteerd hebben wij ook voor deze jaarrekening gebruikt. Deze werkwijze vergemakkelijkt vergelijkingen met toekomstige jaarrekeningen. Mede door de invoering van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten is het niet mogelijk om een zuivere vergelijking te maken tussen de jaarrekeningen van 2004 en 2003. Vooral bij producten waar voorheen mutaties in reserves werden opgenomen zijn de verschillen substantieel. Omdat dit een groot beslag zou leggen op de schaars beschikbare ambtelijke capaciteit hebben wij besloten om geen energie te steken in vergelijkende analyses tussen 2004 en voorafgaande jaren.
Met vriendelijke groet, Burgemeester en wethouders van Drimmelen,
mr. C.M.G.H. Wortel secretaris,
drs. G.L.C.M. de Kok burgemeester
3
Programmarekening 2004
4
Programmarekening 2004
Programmarekening 2004 Inhoudsopgave
Aan de Raad............................................................................................................................... 7 Programma’s ............................................................................................................................ 11 1.
Programma bestuurlijke vernieuwing ............................................................................ 13
2.
Programma veiligheid.................................................................................................... 16
3.
Programma openbare ruimte ........................................................................................ 20
4.
Programma verkeer en vervoer .................................................................................... 23
5.
Programma economische zaken................................................................................... 26
6.
Programma jeugd en jongeren...................................................................................... 30
7.
Programma wonen en woonomgeving ......................................................................... 34
8.
Programma ruimtelijke ordening ................................................................................... 37
9.
Programma zorg............................................................................................................ 40
10.
Programma milieu ......................................................................................................... 44
11.
Programma sociale infrastructuur................................................................................. 48
12.
Programma algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ............................................ 51
Paragrafen ................................................................................................................................ 55 Inleiding paragrafen.................................................................................................................. 56 §A
Weerstandsvermogen ................................................................................................... 57
§B
Lokale heffingen ............................................................................................................ 62
§C
Onderhoud kapitaalgoederen........................................................................................ 65
§D
Treasury......................................................................................................................... 68
§E
Bedrijfsvoering ............................................................................................................... 70
§F
Verbonden partijen ........................................................................................................ 72
§G
Grondbeleid ................................................................................................................... 75
Balans en toelichtingen ............................................................................................................ 80 Recapitulatie ............................................................................................................................. 81 Balans ....................................................................................................................................... 82 Toelichting op de balans .......................................................................................................... 84 Toelichtingen algemeen ......................................................................................................... 105
5
Programmarekening 2004
6
Programmarekening 2004
Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt : Raadsvergadering
30 juni 2005
Aan de Raad Agendapunt
Made, april 2005
Onderwerp
Programmarekening 2004
Voorstel
Akkoord gaan met de programmarekening 2004 gemeente Drimmelen en het exploitatiesaldo 2004 als volgt te bestemmen: 1. het nadelig saldo van het grondbedrijf ad. € 58.580 te onttrekken aan de algemene bedrijfsreserve van het grondbedrijf; 2. van het batige saldo van de algemene dienst van € 188.657 een bedrag van € 184.009 op te nemen als claims 2004
3. het resterende bedrag van € 4.649 te storten in de algemene reserve (vrij te besteden). Financiële gevolgen
Toelichting
Hierbij bieden wij u ter vaststelling de jaarrekening 2004 aan. Het door de accountant terzake uitgebrachte rapport hebben wij op de gebruikelijke wijze voor u ter inzage gelegd. Deze jaarrekening is behandeld in de vergadering van de onderzoekcommissie jaarrekening 2004 van 23 juni jl. Tijdens de vergadering zal mondeling verslag worden gedaan van de bevindingen van de commissie. Voor een inhoudelijke toelichting verwijzen wij u naar de jaarrekening. Wij stellen u voor deze jaarrekening vast te stellen inclusief het vorenstaande bestedingsvoorstel.
Burgemeester en wethouders van Drimmelen, Secretaris,
Burgemeester,
mr. C.M.G.H. Wortel
drs. G.L.C.M. de Kok
7
Programmarekening 2004
Bijlagen: Ter inzage: Ambtelijke coördinatie: afdeling: afdeling Middelen behandeld door: A.G.M. van de Lindeloof portefeuillehouder J.A. van Meggelen
8
Programmarekening 2004
De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. april 2005; gelet op de gemeentewet en het Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten;
Besluit: 1. De programmarekening 2004 gemeente Drimmelen vast te stellen. Made, 30 juni 2005
De raad voornoemd,
Griffier,
Voorzitter
mr. M.J.N. Schetters-Schuurbiers
drs. G.L.C.M. de Kok
9
Programmarekening 2004
10
Programmarekening 2004
Programma’s
11
Programmarekening 2004
12
Programmarekening 2004
1.
Programma bestuurlijke vernieuwing
Hoofdkenmerken Het programma omvat onze bestuurlijke (en ambtelijke) organisatie en de dienstverlening van de gemeente aan inwoners en bedrijven door middel van één aanspreekpunt, namelijk de frontoffice. Daarnaast wordt in dit programma ook aandacht besteed aan de randvoorwaarden voor een adequate gemeentelijke dienstverlening, zoals de gemeente als werkgever, ict-ontwikkelingen en huisvesting. Aan laatste deze onderwerpen wordt ook aandacht besteed in de paragraaf bedrijfsvoering. Bestaand beleid In 2002 is het dualisme ingevoerd voor alle gemeenten. Dit heeft onder andere geresulteerd in de aanstelling van een griffier in 2003. De verdere uitwerking van dualisme heeft onder meer middels deze programmarekening verder vorm gekregen in 2004. Dualisme invoeren blijft een groeimodel en zal ook nog in de komende raadsperiode verder gestalte krijgen. Aan burgers, bedrijven en overige organisaties en instellingen biedt onze gemeente producten en diensten aan. Wij zijn een dienstverlenende organisatie waarin de klant centraal staat, dit is ook de reden waarom de frontoffice duidelijk in één organisatorische eenheid, de afdeling publiekszaken, is ondergebracht. Wij streven een slagvaardig, betrouwbaar en kostenbewust imago na. Belangen afweging gebeurt op een duidelijke manier en in alle openheid. Als goed werkgever streven we ernaar dat onze medewerkers goed toegerust zijn om hun werk adequaat te kunnen uitvoeren. Dit betreft zowel de werkomgeving als de benodigde tools, maar ook de mogelijkheid tot ontwikkeling van de medewerkers. Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is, t/m 2004, vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Informatieplan 2000 + projectplan (2001)
Trends en knelpunten Wij streven een verdere ontwikkeling van de frontoffice gedachte na. Scholing en verdere implementatie binnen de organisatie is noodzakelijk om de één loket functie verder gestalte te geven. De fysieke frontoffice is niet het enige contact tussen de inwoners en de gemeente. Voorlichting in de breedste zin zorgt ook voor een verbetering van het contact met de inwoners. Een medium als het internet wordt steeds meer gebruikt als communicatiekanaal. Onze website krijgt steeds meer een interactief karakter. De gemeente Drimmelen wil een goed werkgever zijn. Een passende beloning en goede secundaire arbeidsvoorwaarden zijn hiervoor noodzakelijk. Gezien de druk die er wordt gelegd op de kwantiteit van het personeelsbestand zal er geïnvesteerd moeten worden in de kwaliteit. De organisatiestructuur is aangepast aan een moderne bedrijfsvoering. Er is ook geïnvesteerd in de gewenste cultuuromslag, waarbij klant centraal staat. Hiervoor is het project KSD, kwaliteit slag Drimmelen, opgestart. Ook de werkomgeving van onze medewerkers en de benodigde tools zijn van belang voor de kwaliteit van het werk. Noch de werkomgeving, noch de ict tools zijn van voldoende niveau, daarin zal fors geïnvesteerd moeten worden. Wat willen we bereiken? Op het terrein van bestuurlijke vernieuwing streeft de gemeente de volgende maatschappelijke doelen na: 1. Een betrouwbare partner voor burgers, bezoekers en ondernemers 2. Een aantrekkelijke werkgever Deze doelen resulteren voor 2004 in de hierop volgende acties.
13
Programmarekening 2004
Wat hebben we bereikt? Frontoffice/K.S.D. Binnen de frontoffice is de werkwijze verder geoptimaliseerd door opleiding van de medewerkers en realisering van een voorlichtingsbalie in de hal van het gemeentehuis. Door middel van het in november 2004 opgestarte project “Kwaliteitsslag Drimmelen” (kortweg KSD) zal de dienstverlening extra aandacht krijgen en zal voorrang gegeven worden aan een innovatief concept voor de frontoffice. Dit mede in relatie tot het project “vernieuwbouw gemeentehuis”. Voor dit laatst genoemde project heeft de raad in zijn vergadering van juli 2004 de (financiële) kaders vastgesteld. Inmiddels heeft de raad ook ingestemd met het Definitief Ontwerp waardoor realisering van de vernieuwbouwplannen vaste vorm begint te krijgen.
Gemeente als werkgever Er is een keuze gemaakt voor een nieuwe systematiek van beschrijven en waarderen van alle functies. Het gaat hierbij om generieke beschrijvingen van de functies, waarbij tevens sprake is van clustering in functiefamilies. Er is gekozen voor een moderne systematiek die aansluit op het reeds ingevoerde competentiemanagement. De competenties worden onder andere gebruikt bij de beoordeling van medewerkers en het toekennen van flexibele beloning. Dit omvangrijke project zal worden afgerond na de zomervakantie 2005. Aan het eind van het jaar zijn voor de eerste maal beoordelingsgesprekken gevoerd met de medewerkers. Aan de hand van in het begin van het jaar gemaakte afspraken over taken en competenties zijn de resultaten gewogen en is het instrument flexibele beloning toegepast. Naast deze vorm van flexibele beloning worden reeds enkele jaren (financiële) schouderklopjes bij buitengewone prestaties gegeven. De bezuiniging op personeelskosten ad 120.000,-- voor 2004 is gerealiseerd door (vervroegde) pensionering van een aantal medewerkers. Voor 2004 is deze bezuiniging gerealiseerd door de vrijval van de loonkosten van de ontstane vacatures, die niet meer zijn opgevuld. De werkzaamheden zijn op een andere wijze binnen de organisatie opgevangen. Deze bezuiniging is in de begroting 2005 verwerkt. De aandacht voor cultuurverandering is onder andere opgepakt door de start van het project Kwaliteitsslag Drimmelen. Dit aspect zal de komende jaren de nodige aandacht krijgen. In het kader van dit project is het INK managementmodel ingezet om de bedrijfsvoering en andere aspecten in het functioneren van de organisatie door te lichten. Hierbij is/wordt het bedrijfsconcept, het blauwe boekje ‘het gezicht van onze organisatie’ gehanteerd als drijfveer voor het handelen van de bestuurders, managers en medewerkers van de gemeente Drimmelen.
Imago van de gemeente Het imago van de gemeente is het beeld dat burgers/derden hebben van de gemeente Drimmelen. Natuurlijk streven wij er naar dat de burgers een goed/positief beeld van ons hebben, dat zij ervaren dat onze dienstverlening op een kwalitatief hoog peil staat. Uitgaande van deze doelstelling moeten wij er voor zorgen dat onze identiteit (dat wat we werkelijk zijn, doen en besluiten) op een lijn ligt met het beeld dat er over ons bestaat. Om dit doel te verwezenlijken maken we gebruik van de volgende instrumenten: Internet Het medium internet wordt ingezet voor het verstrekken van actuele, relevante informatie aan de doelgroepen van de gemeente Drimmelen. Denk hierbij aan burgers, overige overheidsinstellingen, toeristen enz.. Op dit moment wordt de website stapsgewijs uitgebouwd tot een interactief gebeuren. De webbezoeker wordt uitgenodigd tot interactie en dialoog. Er kunnen binnen afzienbare tijd online transacties worden verricht. Om dit alles te realiseren is in 2004 de werkgroep “verbetering Internet/intranet opgericht. Voor een adequaat beheer van de website is
14
Programmarekening 2004
een internetteam in het leven geroepen en zijn ijkpunten voor vorm en structuur/inhoud alsmede de uitstraling van de website vastgesteld. Wijkgericht besturen Het is een landelijk beeld dat inwoners van dorpen en steden zich steeds minder betroken voelen bij het wel en wee van hun eigen dorp of stad. Het doel van wijkbesturen is de individuele wijkbewoners, met een gezamenlijk probleem vraag of wens, met elkaar in gesprek te laten gaan. Het gezamenlijk aankaarten en aanpakken van problemen door buurtgenoten, gemeente en andere actoren is belangrijk om het begrip voor elkaar te bevorderen en problemen op te lossen. Informatie- en inspraakavonden Voor grotere projecten zijn er inspraak- en informatie-avonden. Op deze avonden kunnen inwoners hun invloed aanwenden om de plannen tot een goed einde te laten komen. De burgers worden in een vroegtijdig stadium betrokken bij de totstandkoming van het beleid over diverse zaken. Ook kunnen burgers inspreken tijdens de commissievergaderingen. Wat heeft het gekost? Realisatie 2003
Primitieve Begroting na begroting wijziging 2004 2004
Realisatie 2004
griffie samenwerking
444.013
485.504
491500
47.151
31.297
34088
32330
bestuursorganen bestuursondersteuning
788.726
833.878
904984
828216
573.576
508.287
548287
704755
voormalig personeel voorlichting
109.907
117.156
129189
127836
328.428
323.269
317866
293646
burgerzaken front-office burgerzaken back-office
598.581
309.583
304482
358586
230.087
234964
164403
2.890.382
2.839.061
2.965.360
2.961.005
griffie samenwerking
16.981
17.616
27358
29304
10.121
0
0
0
bestuursorganen bestuursondersteuning
26.269
2.269
2269
1248
16.981
17.616
27358
29304
0
0
0
0
11.965
0
0
0
279.415
251.195
240696
267623
Totaal lasten
voormalig personeel voorlichting burgerzaken front-office burgerzaken back-office
Totaal baten Totaal budget
451233
0
38.215
40715
38211
361.732
326.911
338.396
365.690
2.528.650
2.512.150
2.626.964
2.595.315
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma bestuurlijke vernieuwing heeft € 31.500 minder gekost dan begroot. 1. De ondersteuning van de griffie door de ambtelijke organisatie en door externen heeft minder inzet gevergd dan was voorzien; 2. Voor bestuursondersteuning is de ambtelijke inzet daarentegen behoorlijk hoger dan voorzien. Vooral de elementen projectbegeleiding bij projectmatig werken en juridische ondersteuning zijn qua activiteit sterk toegenomen; 3. De inzet van de ambtelijke organisatie op het gebied van voorlichting heeft minder tijd gevergd dan in het verleden; 4. Ook de per saldo lagere kosten van burgerzaken zijn terug te voeren op minder ambtelijke inzet dan geraamd. Resumerend kan gesteld worden dat in het programma bestuurlijke vernieuwing de inzet van ambtelijke uren afweek van de ramingen zonder dat sprake is geweest van substantiële wijziging in de uitvoering van taken.
15
Programmarekening 2004
2.
Programma veiligheid
Hoofdkenmerken Het programma veiligheid omvat alles wat de gemeente doet in haar regierol voor veiligheid. Dit zijn gemeentelijke taken van brandweer en rampenbestrijding, alsmede de bijdragen van onze gemeente aan politie en regionale brandweer. De laatste jaren staat de handhaving door de gemeente met name op verleende vergunningen sterk in de belangstelling. In dit programma wordt daarom centraal aandacht aan dit onderwerp besteedt, met name het streven van de gemeente Drimmelen om te komen tot integrale handhaving. Bestaand beleid Veiligheid is het aanwezig zijn van een zekere mate van ordening en rust in het publieke domein en bescherming van leven, gezondheid, en goederen tegen acute of dreigende aantastingen. Onveiligheid betreft alles wat hier inbreuk opmaakt. De gemeente zal in de meeste gevallen de regie op zich nemen als het gaat om de aanpak van onveiligheid. Deze onveiligheid is te verdelen in objectieve en subjectieve veiligheid. Het doel van de gemeente is om samen met haar partners te komen tot een structurele en efficiënte aanpak van onveiligheid zowel de objectieve als subjectieve veiligheid. Termen als integrale aanpak en ketenaanpak spelen hierbij een prominente rol. Naast de structurele aanpak van onveiligheid dient de gemeente flexibel te zijn en snel te kunnen in spelen op plotseling opkomende openbare orde en veiligheidsproblemen die op korte termijn opgelost moeten worden. Het bestaande Integraal Veiligheidsbeleid met als ondertitel wijkgerichte veiligheidszorg, is voornamelijk gericht op het inmiddels opgestarte wijkbesturen. De brandweer heeft een eigen taakstelling, vastgesteld in de Verordening brandveiligheid en hulpverlening. Daarmee ontstaat duidelijkheid over de taken die de gemeentelijke brandweer voor haar rekening neemt en welke activiteiten in regionaal verband moeten worden verricht. Leidraad vormt het vastgestelde beleidsplan Brandveiligheid en Hulpverlening 2000 – 2004. Het beleidsplan schetst de brandweerorganisatie en noemt de voorgenomen activiteiten op alle taakvelden van de veiligheidsketen te herleiden tot de twee producten voorkomen van incidenten (preventie) en beperken en bestrijden van incidenten (repressie). De politie wordt voor een deel aangestuurd door het rijk. Maar ook de gemeente heeft een inbreng in de taakstelling van de politie. Zowel in de lokale driehoek (burgemeester, officier van Justitie en politiechef) als de districtelijke driehoek worden afspraken gemaakt waar prioriteiten liggen. Om de politietaken dichter bij de burger te brengen zijn in onze gemeente 5 wijkagenten aangesteld. De gemeente is een van de belangrijke partners bij de rampenbestrijding. Naast politie, brandweer en geneeskundige hulp heeft de gemeente een coördinerende rol. De burgemeester is opperbevelhebber tijdens een ramp en de diverse gemeentelijke diensten hebben een taak in deze. Denk hierbij o.a. aan de opvang en registratie van slachtoffers en voorlichting naar de buitenwereld. De gemeente heeft een wettelijke taak in het kader van de vergunningverlening. Hierbij hoort een adequaat handhavingsbeleid. Trends en knelpunten Veiligheid staat hoog op de politieke agenda. De gemeente Drimmelen streeft naar een zo veilig mogelijke samenleving. Ingezet is op een integraal veiligheidsbeleid. De termen integraliteit en ketengericht werken zijn de trends op het gebied van veiligheid. De bedoeling van deze termen is dat de gemeente in gezamenlijkheid met de maatschappelijke partners zoals GGD, welzijninstellingen, politie, en justitie komen tot een sluitende aanpak van
16
Programmarekening 2004
veiligheidsvraagstukken. De vier belangrijkste knelpunten op het gebied van openbare orde en veiligheid voor de gemeente Drimmelen zijn: • De overlast veroorzaakt door de jeugd. Deze overlast bestaat uit het plegen van vernielingen en onveilig gedrag in het verkeer met bromfietsen/scooters. • Het evenementenbeleid moet worden aangepast inclusief een handhavingplan. • Toename van het gebruik van softdrugs onder jongeren. • Aandacht houden voor de veiligheid in de Biesbosch mede gezien de toename van de recreatieve functie van de Biesbosch. In het kader van de territoriale congruentie wordt één regionale brandweer Midden en WestBrabant gevormd. In het verlengde daarvan volgen de geïntegreerde meldkamer en de introductie van C2000, de digitalisering van het verbindingsnetwerk. De financiële consequenties zullen een behoorlijke impact hebben. Voor 2004 is het belangrijkste knelpunt voor onze gemeentelijke brandweer de huisvesting in de kern Made. Na de te betreuren grote rampen in de afgelopen jaren is rampenbestrijding landelijk hoog op de agenda gekomen. De gemeente is een van de belangrijke partners bij de rampenbestrijding. Naast politie, brandweer en geneeskundige hulp heeft de gemeente een coördinerende rol. De betrokken medewerkers dienen opgeleid en geoefend te zijn om de taken tijdens calamiteiten goed te kunnen uitvoeren. Binnen onze gemeentelijke organisatie lopen we aan tegen een versterking van de regelgeving op de diverse beleidsterreinen. Handhavingstaken komen hierdoor in de knel omdat vergunningverlening en handhaving door dezelfde medewerkers wordt uitgevoerd en het grootste belang van de klant bij de vergunningverlening ligt. Wat wilden we bereiken? Maatschappelijke doelen zijn op vele manieren te omschrijven als het aankomt op veiligheid, maar feitelijk streeft de gemeente en zijn organisatie dat ene hogere doel na: 1. Het continu garanderen van optimale veiligheid van zijn burgers en bezoekers Om dit doel dichterbij te brengen, worden de genoemde knelpunten in 2004 op de onderstaande wijze aangepakt.
Wat hebben we bereikt? Openbare Orde en Veiligheid Op dit beleidsveld zijn in 2004 de volgende items gerealiseerd respectievelijk in gang gezet: • Het convenant Sluitende Aanpak ketenregie is tot stand gekomen. • Het convenant met de politie voor extra inzet is volgens plan met ingang van 1-1-2004 beëindigd. • Drimmelen participeert in het project Huiselijk Geweld. • Brom-effe-normaal project is gestart. • Beveiligingsproject Brieltjenspolder is inmiddels in een vergevorderd stadium, alleen nog in afwachting van provinciale subsidie. • In de aanpak van en het toezicht op evenementen is structuur aangebracht. De toegezegde evenementennota is uitgesteld naar 2005. • Horecatoezicht is verscherpt en verbeterd. • Het politiekeurmerk Veilig Wonen zal in de gemeente geïmplementeerd worden. • De projecten in het kader van Integrale Veiligheid Biesbosch zijn opgestart en de eerste resultaten zijn succesvol. • Het samenwerkingsconvenant De veilige school regio Oosterhout is mede door de gemeente Drimmelen tot standgekomen.
17
Programmarekening 2004
Brandweer In het streven om een optimale brandweerzorg te garanderen is in 2004 het volgende gerealiseerd: • Er zijn voorbereidingen getroffen om met ingang van 1 januari 2005 te kunnen spreken over de regionale brandweer Midden en West Brabant die territoriaal congruent is aan de politieregio Midden en west Brabant. De oprichting van een gemeenschappelijke regeling veiligheidsregio Midden-en West Brabant is hier een voorbeeld van. (raadsbesluit 8 juli 2004) • In 2004 hebben we in de regio niet kunnen beschikkenen over het nieuwe communicatiesysteem van de hulpverleningsdiensten; het zogenaamde C-2000. Niet eerder dan september 2005 zal dit nieuwe digitale systeem operationeel zijn. • Het afgelopen jaar is hard gewerkt aan de realisatie van de nieuwe brandweerkazerne van post Made aan de Nieuwelaan. De aanbesteding is in 2004 afgerond. Begin 2005 is met de uitvoering van de bouwwerkzaamheden begonnen. Verwacht wordt dat medio 2005 de nieuwe brandweerkazerne in gebruik kan worden genomen. • In april 2004 heeft de brandweercommandant een functie elders aanvaardt. Deze functie is voor de rest van het jaar waargenomen door de plaatsvervangend commandant. Inmiddels is deze vacante functie ingevuld. • De samenwerking tussen de brandweerkorpsen van Geertruidenberg, Oosterhout en Drimmelen heeft verder gestalte gekregen en is verwoord in de nota 3 x rood. Het College heeft op basis van deze nota de intentie uitgesproken om de voorgenomen samenwerking tussen de genoemde brandweerkorpsen verder uit te werken.
Rampenbestrijding In 2004 hebben wij de interne rampenorganisatie weer een zet in de goede richting gegeven. Zo'n 10 medewerkers hebben een certificaat behaald van de basiscursus rampenbestrijding. Intern zijn er twee bijeenkomsten geweest voor alle medewerkers die een rol te vervullen hebben bij calamiteiten. Het nieuwe regionaal rampenplan heeft ook in 2004 weer vertraging opgelopen en is nog niet ingevoerd. Wel ligt er eind 2004 een duidelijk tijdpad voor het komende jaar en de implementatie van basisplan en deelplannen is voorgenomen voor 1 juli 2005.
Handhaving Door het rijk is het project “professionalisering van de handhaving” opgestart dit alles om de kwaliteit van de handhaving op een hoger peil te brengen. Ter uitvoering van dit landelijk project is door het college een handhavingsteam ingesteld met als doel uitvoering te geven aan een intergraal handhavingsbeleid. In de integrale handhavingsbeleidsnota 2004 van de gemeente Drimmelen is 3,25 fte beschikbaar gesteld voor de handhavingsactiviteiten. In 2004 zijn er een viertal projecten uitgevoerd nl. Brieltjenspolder; Havengebied Lage Zwaluwe; Precario en Stuivezand, waarbij in totaal 275 bedrijven zijn gecontroleerd. Door middel van een protocol is de samenwerking met handhavingspartners als politie; brandweer e.d. vastgelegd. Inmiddels is in de raadsvergadering van 27 januari 2005 het handhavingsuitvoeringsprogramma 2005 vastgesteld.
18
Programmarekening 2004
Wat heeft het gekost? Realisatie 2003 openbare orde en veiligheid A.P.V. brandrepressie brandpreventie rampenbestrijding
Totaal lasten openbare orde en veiligheid A.P.V. brandrepressie brandpreventie rampenbestrijding
Totaal baten Totaal budget
Primitieve Begroting na begroting wijziging 2004 2004
Realisatie 2004
106.155 55.418
105.077 57.079
75.889 57.079
375.457 67.606
884.314 155.878 106.105
803.857 209.204 104.424
873.813 195.131 98.612
839.231 116.212 110.755
1.307.870
1.279.641
1.300.524
1.509.261
8.098 7.298
0 49.074
11.260 19.074
8.227 16.197
10.139 27.358
4.740 17.575
8.393 18.100
8.865 19.044
0
0
0
0
52.893
71.389
56.827
52.333
1.254.977
1.208.252
1.243.697
1.456.928
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma veiligheid heeft € 159.000 meer gekost dan begroot. 1. Zoals in de begroting 2004 aangekondigd is medio 2004 het handhavingsteam opgericht. De hiervoor benodigde capaciteit is onttrokken aan andere programma’s. Dit betekent een forse verschuiving in de kosten van ambtelijke inzet tussen de diverse programma’s in deze rekening ten opzichte van de begroting; 2. Het project C2000 is vertraagd in de uitvoering.
19
Programmarekening 2004
3.
Programma openbare ruimte
Hoofdkenmerken Het programma openbare ruimte omvat de activiteiten van de gemeente voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte bestaande uit onder meer de wegen, straten, pleinen, groen, riolering. Het beleid dat hieronder ligt is natuurlijk gebaseerd op deze openbare ruimte, maar nog belangrijker is het gebruik ervan. De samenhang met (de kwaliteit van) het veiligheidsbeleid, de duurzame ontwikkeling, de leefbaarheid (woning en woonomgeving), participatie, sociale integriteit en zelfredzaamheid. Bestaand beleid Het beleid ten aanzien van het beheer van de openbare ruimte bevindt zich in een evolutieproces. Het wordt gestoeld op technische grondslagen zoals onderhoud- en beheerplannen, visuele inspecties, foto/video inspecties en technische onderzoeken. Op basis hiervan wordt eens per vier jaar het onderhoudsprogramma voor de diverse onderdelen van de openbare ruimte geactualiseerd. In de paragraaf ‘Onderhoud kapitaalgoederen’ wordt nader ingegaan op het aspect onderhoud en de onderhoudsplannen. Daarnaast krijgt de burger een steeds sterker wordende rol. Voor onderdelen van het onderhoudsplan in uitvoering worden genomen, met name daar waar het beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de woonomgeving van de burgers liggen, wordt steeds sterker en uitgebreider gewerkt volgens het principe “wijkgericht/ klantgericht”. De verantwoordelijkheden van de gemeente blijven gehandhaafd maar gevraagd wordt een slagvaardiger handelen en een sterker denken vanuit de behoefte van de burgers. Trends en knelpunten Het reeds eerder gememoreerde wijk en klantgerichte werken en denken kan als een trend worden aangemerkt. Binnen de gemeente Drimmelen is dit ondertussen uitgegroeid tot wijkgericht werken. Wel geven de ervaringen hiermee gelijktijdig met de goede ervaringen aanleiding tot het constateren van een aantal knelpunten. Het kost meer tijd, met name door de interactie met de burger, als aanvankelijk werd vermoed. We creëren in sommige gevallen een verwachtingspatroon waar we niet aan kunnen voldoen. En als laatste het tweezijdig snijdende mes: het wijkgericht besturen en werken is bedoeld als een proces waarin gemeente én burger waken over onder meer de openbare ruimte. Bij de start blijkt het vooral een kanaal via welke de burgers de gemeente en de gemeentelijke diensten aansporen meer en sneller te werken. Een van de aspecten die bijdragen aan een zekere mate van onbegrip bij de burgers over het onderhoud van de openbare ruimte is het feit dat wij niet genoeg inzichtelijk kunnen maken tot welk onderhoudsniveau een bepaald onderhoudsbudget kan leiden. Vooral nu de budgetten voor groen, wegen en openbare verlichting fors onder druk staan door onder meer de noodzakelijke bezuinigingen. Het actualiseren en completeren van de onderhoud- en beheerplannen blijft een continu punt van aandacht. Alsmede de uitvoering van deze plannen.
Wat wilden we bereiken? De maatschappelijke doelen voor de openbare ruimte van de gemeente Drimmelen zijn: 1. Handhaven van de kwaliteit van de openbare ruimte en voorkomen van kapitaalvernietiging 2. Het goed samenwerken met de burger middels wijkgericht werken Voor de genoemde knelpunten betekende dit de onderstaande acties.
20
Programmarekening 2004
Wat hebben we bereikt?
Kwaliteit van de openbare ruimte De kwaliteit van de openbare ruimte is in grote lijnen op te splitsen in een drietal onderdelen: a) de kwaliteit van wegen/straten/pleinen, b) de kwaliteit van het openbaar groen en c) de kwaliteit van alle andere elementen die een plaats hebben in de openbare ruimte, zoals openbare verlichting, verkeersborden, paaltjes, etc. Ad a) Het kwaliteitsniveau, zoals dat in het wegenbeheersplan wordt gehanteerd, is gehandhaafd. Vast gesteld moet worden dat handhaving steeds moeilijker gaat worden, met name onder invloed van areaalvergroting en prijsindexeringen. Dat geeft ook voeding aan de gedachte dat in het wegenbeheersplan een variabele in de vorm van prioriteiten moet kunnen worden ingebracht, waardoor onherstelbare schade, en daarmee kapitaalvernietiging kan worden vermeden. Op het gebied van zwerfvuil werd een tweede voertuig ingezet. Ad b) Het kwaliteitsniveau van het openbaar groen is gehandhaafd, op onderdelen verbeterd. Onderhoudscontracten zijn herzien en verbeterd. Er is meer controle op de kwaliteit en in het kader van het wijk/klant gericht werken worden kleinere klachten eerder opgepakt. -De inhoud van de onderhoudsplannen is geactualiseerd en gedigitaliseerd -Er is een Groenstructuurplan voor Terheijden/Wagenberg vastgesteld. -Er zijn beleidsstukken gemaakt voor de uitbreiding Algemene begraafplaats en de ruiming van de oude begraafplaatsen. -De onderhoudsbestekken voor gemeentelijke sportvelden zijn samengevoegd en aanbesteed. -Renovaties, na raadpleging bewoners, werden verricht in de volgende straten: Azaleahof, buurtpark Terheijden, Korteweg, Polanenstraat, DS. Jamesstraat, Onder de Toren, Heidehofnoord, Romboutstraat, Ruitersvaartseweg, Wagenstraat, Cyclaamstraat/Jasmijnstraat en in kleinere vorm op diverse andere plekken. Ad c) Het kwaliteitsniveau van de overige aspecten is eveneens gehandhaafd, en op sommige aspecten verbeterd. Na de sanering van overbodige en versleten speelplekken en de sanering van overbodige paaltjes, is de vervanging van speeltoestellen en het schilderen en rechtzetten van paaltjes aangepakt. Tevens is een extra accent gelegd bij het onderhouden en vervangen van verkeersborden.
Wijkgericht werken De werkwijze bij het wijkgericht werken in Terheijden is verder gestructureerd, middels vaste periodieke overleggen en een regelmatige inzet van een klussenteam. De samenwerking met de burger in het kader van het wijkgericht werken is nu ook geïntroduceerd in Hooge en Lage Zwaluwe en Wagenberg. Geconstateerd mag worden dat het een positieve invloed heeft op de kwaliteit van de openbare ruimte. Het wijkgericht werken in Drimmelen en Made moet nog goed vorm gaan krijgen.
21
Programmarekening 2004
Wat heeft het gekost? Realisatie 2003 wegen en verlichting waterkering natuurbescherming plantsoenen speelterreinen riolering begraafplaatsen
Totaal lasten wegen en verlichting waterkering natuurbescherming plantsoenen speelterreinen riolering begraafplaatsen
Totaal baten Totaal budget
Primitieve Begroting begroting na wijziging 2004 2004
Realisatie 2004
2.334.761
2.229.229
2.239.498
2.217
616
616
2.233.403 56
3.548
3.434
3.434
4.672
1.852.308
1.825.553
1.855.165
1.594.876
93.094
129.991
127.690
105.477
1.642.146
1.695.894
1.741.817
1.690.090
105.507
124.127
121.937
161.648
6.033.581
6.008.844
6.090.157
5.790.222
58.681
25.805
25.805
17.737
0
0
0
0
0
0
0
0
48.157
3.314
3.314
4.496
0
0
0
0
1.691.955
1.778.796
1.742.466
1.716.273
105.507
124.127
118.533
131.868
1.904.300
1.932.042
1.890.118
1.870.374
4.129.281
4.076.802
4.2 00.039
3.919.848
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma openbare ruimte heeft € 280.000 minder gekost dan begroot. 1. Op riolering is een onderuitputting op kapitaallasten te constateren (€ 112.000) door vertraging in het tempo van uitvoering ten opzichte van de onderliggende plannen waarop de begrotingsramingen zijn gebaseerd; 2. De kosten van plantsoenen zijn aanmerkelijk lager (€ 160.000) doordat hier veel minder uren van de ambtelijke organisatie aan zijn toegerekend dan was voorzien. In het kader van de bezuinigingstaakstelling openbare werken is de beschikbare menskracht voor plantsoenen met 2 fte’s verlaagd, ook is een verschuiving te constateren in kosten ambtelijke inzet van plantsoenen naar begraafplaatsen; 3. Op de onderdelen openbaar groen en bermen en sloten zijn minder kosten gemaakt dan was begroot. Per saldo levert dit een kostenbesparing op van € 59.000. Hieraan liggen diverse oorzaken ten grondslag zoals gunstigere aanbestedingen, minder inboet etc. 4. Tengevolge van het nieuwe BBV mogen de kosten van groenstructuurplannen, groenbeheersplannen en landschapsbeleidsplannen niet meer worden geactiveerd. Bij de marap-II is hiermee rekening gehouden. De uitvoering hield echter geen gelijke tred met de planning.
22
Programmarekening 2004
4.
Programma verkeer en vervoer
Hoofdkenmerken Het programma verkeer en vervoer geeft inzicht in de gemeentelijke acties op het terrein van verkeer en (openbaar) vervoer. Hoofdkenmerken in het beleid voor dit programma zijn de aandacht voor veiligheid in het verkeer volgens het principe duurzaam veilig, de aandacht voor leefbaarheid en de instandhouding van de bestaande vervoersvoorzieningen. Bestaand beleid Het bestaand beleid, neergelegd in het GVVP, blijft zich conformeren aan het begrip duurzaam veilig. De uitwerking daarvan bevindt zich in een overgangsfase. De fase waarin de categorisering, de herinrichting en de fysieke maatregelen belangrijke speerpunten waren, loopt op een eind. Aanvullende en corrigerende maatregelen als gevolg van (het ontbreken van) de maatschappelijke acceptatie mogen nog worden verwacht. Daarna breekt een periode aan waarin de verkeersveiligheid met “zachtere” middelen verder zal worden gediend: educatie en voorlichting zijn daarbij de sleutelwoorden. Het huidige beleid is er op gericht de bestaande voorzieningen minimaal te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Wel streeft de gemeente een verbetering na van de leefbaarheid langs de doorgaande wegen Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • GVVP
Trends en knelpunten De fysieke maatregelen uit het GVVP 1 worden maatschappelijk niet overal even sterk ondersteund, sterker: er is op meerdere locaties weerstand, met name tegen de lage toegestane snelheid (30 km/uur) op doorgaande wegen. Dat geeft aanleiding tot evaluatie van de ontstane situatie en voorstellen om daar enige correcties in aan te brengen. Deze evaluatie is ondertussen in april 2005 in de raad behandeld. Het parkeren wordt als een steeds groter probleem gezien. Een nog steeds toenemend autobezit, een steeds kleinere bereidheid om (beperkte) ruimte met elkaar te delen en een afnemende bereidheid om loopafstanden te accepteren zijn daarvan de oorzaak. Het probleem manifesteert zich met name rondom horeca, winkels en openbare gelegenheden. De verkeersoverlast langs doorgaande wegen als gevolg van sluip-, bestemmingsverkeer en verkeer als gevolg van activiteiten blijft zich manifesteren. In sommige gevallen lijdt dit tot hinder. De in stand houding van openbaar vervoer, met name voor de kleine kernen, kost steeds meer moeite. De mobiliteit van sommige dorpsbewoners wordt daardoor steeds beperkter. Het wordt als een knelpunt ervaren dat de gemeente daar een beperkte invloed op kan uitoefenen Wat wilden we bereiken? De maatschappelijke doelen voor dit programma zijn: 1. Het veilig gebruik van de gemeentelijke wegen garanderen voor langzaam en snel verkeer 2. Het handhaven en zo mogelijk verbeteren van het openbaar vervoer
23
Programmarekening 2004
Wat hebben we bereikt?
Veilig gebruik van gemeentelijke wegen Aan de hand van de verkeersongevallencijfers kan worden vastgesteld dat de gemeente Drimmelen ook in 2004 tot meest verkeersveilige gemeenten van de provincie Noord Brabant behoorde.
Openbaar vervoer Op het handhaven en zo mogelijk verbeteren van het openbaar vervoer heeft de gemeente slechts een beperkte invloed. Daar waar er mogelijkheden waren zijn die benut. In het kader van de verbetering van de dienstregeling en het reiscomfort openbaar vervoer is, na samenspraak met de concessiehouder, een aantal knelpunten in de rijroutes opgelost, m.n. daar waar het gaat over de aanpassing van busdrempels aan nieuwe herziene richtlijnen CROW.
GVVP Het afronden van het GVVP1 is ernstig vertraagd door het uitblijven van de akoestische rapportages van de RMD en het oordeel daarover van de Provincie Noord Brabant. De afronding heeft daardoor in 2004 niet zijn beslag gekregen. Als afgeleide hiervan werd ook geen nieuw beleidsplan voor verkeer en vervoer opgestart. Ondertussen is in april van 2005 de evaluatie doorgaande routes gemeente Drimmelen 30 of 50 km/u in de raad behandeld. Op basis van de besluitvorming daarover wordt het GVVP1 afgerond.
Parkeren Het ontwikkelen van beleid ten aanzien van parkeren maakt onderdeel (kan onderdeel uitmaken) van het nieuwe beleidsplan voor verkeer en vervoer. Ad hoc is desalniettemin op diverse plaatsen in de gemeente een oplossing geboden voor parkeerproblemen. In het kader van de contacten met het MKB is/wordt gekeken naar de volledigheid van bestaande parkeerverwijzingen
Verkeersoverlast De verbetering van de ontsluitingen voor de havens van de kernen Drimmelen en Lage Zwaluwe zijn beiden in 2004 niet tot stand gekomen. In het kader van de afronding GVVP1 is/wordt een plan gepresenteerd ter reductie van de overlast als gevolg van het verkeer in de kom Hooge Zwaluwe.
24
Programmarekening 2004
Wat heeft het gekost? Realisatie
openbaar vervoer verkeer
Totaal lasten openbaar vervoer verkeer
Totaal baten Totaal budget
2003
Primitieve begroting 2004
Begroting na wijziging 2004
Realisatie
11.078
11.252
11.252
11.678
600.769
583.653
579.579
530.324
611.847
594.905
590.831
542.002
2004
57
59
59
57
148.963
123.656
5.654
148.078
149.020
123.715
5.713
148.135
462.827
471.190
585.118
393.867
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma verkeer en vervoer heeft € 191.000 minder gekost dan begroot. 1. Van de provincie Noord-Brabant is subsidie toegekend in het kader van G.V.V.P. I (€ 90.000); 2. Door de verzekeringsmaatschappij is een schadebedrag toegekend aan een snelheidscamera (€ 34.000); 3. Ook hier is een forse afname te constateren van de begrote uren voor verkeer versus de werkelijke uren (€ 50.000); 4. Aan reconstructies is in 2004 € 12.000 minder uitgegeven dan begroot.
25
Programmarekening 2004
5.
Programma economische zaken
Hoofdkenmerken In dit programma staat de locale economie en de gemeentelijke invloed hierop centraal. Hoofdkenmerken: er zijn werkplekken voor ca 7800 personen dit aantal is de helft van de beroepsbevolking. 45% van de werkplekken betreft handel, horeca en commerciële dienstverlening; 20% de niet commerciële dienstverlening; 20% de industrie, bouw en 15 % de agrarische sector. Het aantal bedrijfsvestigingen bedraagt ca. 1500. Er is 36 ha aan bedrijventerreinen aanwezig. Bestaand beleid De gemeente profileert zich als watersportgemeente; de voorwaarden daarvoor zijn van nature aanwezig. Het versterken van het blauw/groene imago dient de komende jaren extra aandacht te krijgen. Centraal staat daarin het nationaal park de Biesbosch. Naast de ontwikkelingen in de havens van Drimmelen, staat ook een kwaliteitsimpuls voor de haven van Lage Zwaluwe nadrukkelijk op de agenda. De ondernemers in de gemeente worden daarbij nauw betrokken. In 2004 is gestart met de ontwikkeling van een plan voor de haven van Lage Zwaluwe. Via een projectaanpak, met een stuurgroep en een werkgroep zal tot realisatie van het plan worden gekomen De gemeentelijke dienstverlening naar ondernemers toe wordt, mede door de verdere ontwikkeling van een bedrijvenloket in de vorm van een vast aanspreekpunt voor bedrijven, verder worden vormgegeven en versterkt. Op deze wijze hoopt de gemeente de ontwikkelingskansen van bedrijven het best te dienen en de werkgelegenheid te stimuleren. Het beleid is gericht op een faciliterende opstelling in de dienstverlening. Met name de winkelvoorzieningen vergen een permanente aandacht in de concurrentie met Oosterhout en Breda. Het creëren van een aantrekkelijk winkelbestand stimuleert tevens in onze gemeente de werkgelegenheid. Het bestaande gemeentelijke beleid op bedrijfshuisvesting is er op gericht om milieuhinderlijke bedrijven uit de woonkernen te verplaatsen. Bestaande bedrijventerreinen moeten worden gerevitaliseerd. Via deelname aan het SES wordt op regionaal niveau het sociaal economisch beleid gecoördineerd. Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Distributie Planologisch Onderzoek
Trends en knelpunten Bij het versterken van het groenblauwe imago zijn een aantal trends/knelpunten te herkennen: • In het nationaal park de Biesbosch is bij iedere ontwikkeling sprake van een mogelijke aantasting van het broze evenwicht tussen natuur, landbouw en recreatie. • De ontwikkeling van de watersport en watersportgebonden bedrijvigheid kan een bedreiging zijn voor bedrijven die niet in deze categorieën passen. • Toerisme en watersport vragen om nieuwe impulsen. De nieuwe recreatief-toeristische voorzieningen moeten uitnodigen tot een langduriger en frequenter bezoek aan onze gemeente.
26
Programmarekening 2004
De ontwikkeling van het bedrijvenloket begint steeds meer vorm te krijgen. Vastgesteld moet worden dat nog onvoldoende gebruik van dit middel wordt gemaakt om ontwikkelingskansen te stimuleren. Oudere bedrijventerreinen zijn aan revitalisering toe. Niet alleen de ouderdom, maar ook nieuwe/herziene wet- en regelgeving en maatschappelijke ontwikkelingen vragen daarom. De bedrijvigheid in de agrarische sector neemt af. Vergrijzing en een door de ondernemers als slecht ervaren ondernemersklimaat zijn daarvan oorzaken. Wat wilden we bereiken? Voor het bedrijfsleven wenst de gemeente Drimmelen aantrekkelijke locaties, goede bereikbaarheid, met goede (parkeer-)voorzieningen. Op basis van het in 2002 vastgestelde gemeentelijk Distributie Planologisch onderzoek (DPO) zal naar een verdere versterking van het voorzieningen aanbod worden gezocht. In termen van maatschappelijke effecten worden de volgende doelen nagestreefd: 1. Het bevorderen van de werkgelegenheid in alle sectoren 2. Het verhogen van de leefbaarheid in onze kernen door aandacht voor de ontwikkelingsmogelijkheden van de detailhandel Wat hebben we bereikt? Bedrijvenloket
De gemeente blijft er naar streven om de dienstverlening naar ondernemers toe te verstrekken en verder vorm te geven. Het in 2003 daartoe ingestelde één loket voor bedrijven heeft in 2004 als vraagbaak, doorverwijsfunctie en probleemoplosser naar tevredenheid gefunctioneerd. Gebleken is dat veel bedrijven de weg naar het gemeentehuis weten te vinden. Naast regulier overleg met het verenigd bedrijfsleven (ondernemers platform Drimmelen) heeft de bedrijvencontact-functionaris in 2004, samen met het college van burgemeester en wethouders, wederom bedrijven bezocht.
Bedrijfsvestigingen In 2004 is gewerkt aan het bijdragen in de plannen van ondernemers voor een nieuwe of gewijzigde bedrijfslocatie. Het gaat daarbij onder meer om het Doeltje en Lidl in Terheijden, Van de Reijt in Wagenberg, Super de Boer in Lage Zwaluwe en van Gils in Made.
Revitalisering bedrijventerrein Stuivezand In 2004 heeft een inventarisatie plaatsgevonden naar de planvorming zoals die heeft plaatsgevonden voor het revitaliseren van het bedrijventerrein Stuivezand te Made. Deze is voorgelegd aan de commissie GGZ. Op grond van de inventarisatie is besloten om in het laatste kwartaal van 2004 door een externe partner (REWIN) een onderzoek (interviews met bedrijven) te laten uitvoeren naar het draagvlak c.q. interesse bij de zittende ondernemers naar een revitalisering van het bedrijventerrein. Samen met de inventarisatie vormt dit onderzoek mede de basis om het revitaliseringsproces nieuw leven in te blazen of een nieuwe koers uit te zetten.
27
Programmarekening 2004
Biesbosch Marina Drimmelen Zowel 2002 als 2003 hebben voornamelijk in het teken gestaan van het verrichten van de graafwerkzaamheden. Circa 1.300.000 kuub zand, grond en klei zijn verplaatst. In 2003 en 2004 is de nieuwe infrastructuur aangelegd. De nieuw gegraven haven, de Marina 2, is na de aanleg van de nieuwe super moderne steigers officieel door Watersportvereniging Drimmelen in gebruik genomen.
Haven Lage Zwaluwe In 2004 is een multidisciplinaire interne werkgroep van start gegaan om het toekomstbeeld havengebied Lage Zwaluwe en het resultaat van de toetsing van het draagvlak hiervoor (PPCadvies, advies HWB/Waterschap, advies Rijkswaterstaat en reacties informatieavond bevolking Lage Zwaluwe) tegen het licht te houden en om de vervolgacties richting een masterplan te bepalen. Er is vooral gekeken welke belemmeringen er zijn voor de geplande ruimtelijke ontwikkelingen op het vlak van Ruimtelijke Ordening en van Milieu (met name zonering als gevolg van productie geluid door aanwezige bedrijven).Gelet op de grote belangen en de complexiteit van de Milieuregelgeving is de RMD ingeschakeld om te adviseren en rapporteren inzake de milieuaspecten in relatie tot de voorgenomen ontwikkelingen in het havengebied.
Routegebonden recreatie De gemeente wil impulsen geven aan de toeristisch/recreatieve infrastructuur. Wandelen en fietsen is een belangrijke vorm van vrijetijdsbesteding, zowel voor de toerist als voor de eigen inwoners. Het grote groene buitengebied van onze gemeente leent zich uitstekend voor extensieve routegebonden recreatie. In 2004 is hard gewerkt aan het regiobreed invoeren van het fietsknooppuntensysteem, de tracés zijn definitief vastgesteld, de bordjes inmiddels geplaatst. In mei 2005 zal naar verwachting de officiële ingebruikneming van het fietsknooppuntensysteem plaatsvinden. Ook is in 2004 een start gemaakt om te komen tot een recreatief fietspad op de buitendijk tussen Drimmelen en Lage Zwaluwe. De benodigde bestemmingsplanprocedure is hiertoe opgestart. Het project “Drimmelen, fietspad op de buitendijk” is bij de provincie ingediend om voorgedragen te worden voor 50% co-financiering in het kader van het Europese Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP) 2005-2006.
Marketingactieplan voor de regio Biesbosch In 2004 hebben de gemeenten aan de Brabantse Biesbosch (Drimmelen, Geertruidenberg, Oosterhout en Werkendam) en het Natuur- en recreatieschap Nationaal Park de Biesbosch samen met betrokken partijen uit de regio een marketingactieplan opgesteld voor de regio Biesbosch. Met een forse financiële bijdrage vanuit REAP West-Brabant (regionaal economisch actieprogramma) is het project dat verder gaat als Brabant aan de Biesbosch feitelijk van start gegaan. Brabant aan de Biesbosch heeft tot doel om bezoekers langer in de regio vast te houden en om hen terug te laten komen. De projecten richten zich met name op het ontwikkelen van regionale streek-eigen arrangementen en op het profileren van de Biesbosch-regio als vakantiegebied.
28
Programmarekening 2004
Wat heeft het gekost? Realisatie
Begroting na wijziging 2004
Realisatie
2003
Primitieve begroting 2004
industriehaven markten en standplaatsen
11.377
15.222
15.222
10.045
48.285
38.310
38.309
41.692
bevordering bedrijf/ werk deelname nutsbedrijven
132.653
134.920
134.919
126.441
16.873
26.302
27.403
11.784
waterrecreatie recreatie
350.641
291.061
301.063
296.553
108.290
142.760
154.104
116.638
70.661
83.895
81.010
63.687
16.082
15.172
14.672
14.437
754.862
747.642
766.702
681.277
industriehaven
14.686
14.972
14.971
13.583
markten en standplaatsen bevordering bedrijf/ werk
24.184
25.653
29.682
26.625
136.134-
-
476.086
357.898
393.825
393.825
168.117
168.779
137.680
136.752
54.823
60.730
60.731
49.804
9.513
20.421
20.421
20.426
recreatieschap de Biesbosch mediazaken
Totaal lasten
deelname nutsbedrijven waterrecreatie recreatie recreatieschap de Biesbosch mediazaken
Totaal baten Totaal budget
2004
-
-
-
-
611.275
648.453
657.310
641.015
143.587
99.189
109.392
40.262
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma economische zaken heeft € 69.000 minder gekost dan begroot 1. Aan de diverse onderdelen van dit programma zijn minder uren besteed dan geraamd. Ook valt hier een verschuiving van uren te constateren naar het handhavingsteam 2. De inkomsten van kermissen en pontgelden zijn € 12.500 lager dan begroot. Hieraan is onder meer debet het slechte weer in het voorseizoen en motorperikelen van het voetveer
29
Programmarekening 2004
6.
Programma jeugd en jongeren
Hoofdkenmerken Het programma jeugd en jongeren is gericht op het toerusten van jongeren op een volwaardige deelname aan de maatschappij in de vorm van het aanbieden van onderwijs, welzijn, zorg, recreatie en sport. De gemeente heeft diverse taken op het gebied van onderwijs. Naast de bestuurlijke taak voor het openbaar onderwijs richt de gemeente zich op lokaal niveau onder meer op onderwijshuisvesting, het ontwikkelen van lokaal onderwijsbeleid en een netwerk van zorg en diensten in de omgeving van het onderwijs zoals opvang van jeugdigen, leerlingenvervoer en het bestrijden van schooluitval. Naast onderwijs is de gemeente verantwoordelijk voor het lokaal jeugd- en jongerenbeleid en de jeugdgezondheidszorg. De focus ligt hierbij op het vroegtijdig signaleren en voorkomen van probleemsituaties, het stimuleren van actieve deelname aan de maatschappij en het vergroten van de sociale competenties van jeugd en jongeren. Bestaand beleid Het gemeentebestuur vormt het bevoegd gezag voor het openbaar onderwijs in de Gemeente Drimmelen. Tevens is de gemeente verantwoordelijk voor de uitvoering van leerplicht en leerlingenvervoer. De beschikbare en noodzakelijke middelen voor onderwijshuisvesting worden vastgelegd in het Integraal HuisvestingsPlan onderwijs (IHP). In het basisonderwijs zijn de uitgangspunten van “Weer samen naar school” mede bepalend voor de onderwijsinhoud. De scholen voor speciaal onderwijs bevinden zich buiten Drimmelen. In regionaal verband wordt samengewerkt aan het terugdringen van het voortijdig schoolverlaten. Bij de onderwijsbegeleidingsdienst wordt “op maat” begeleiding en ondersteuning van leerlingen en leerkrachten ingekocht. Door middel van een jeugdmonitor worden de wensen en behoeften van jongeren in beeld gebracht, zodat jongeren daadwerkelijk betrokken kunnen worden bij gemeentelijke planvorming voor de jeugd in alle kernen van onze gemeente. De gemeente is verantwoordelijk voor de totale preventieve jeugdgezondheidszorg (JGZ) voor jeugd en jongeren tot 19 jaar. Het beleid binnen Drimmelen met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Integraal huisvestingsplan onderwijs (2003) • Lokaal onderwijsbeleidsplan (2000) • Rapport peuterspeelzaalwerk (2000) • Nota aanzet Jeugd en Jongerenbeleid (1998)
Trends en knelpunten Om de ontplooiingskansen van kinderen te vergroten en achterstand en uitval te voorkomen, is landelijk een trend zichtbaar met betrekking tot de ontwikkeling van brede scholen. Een brede school biedt de mogelijkheid om onderwijs in combinatie met andere functies en voorzieningen, zoals kinderopvang, peuterwerk en zorg, veelal samen onder één dak steeds meer een spilfunctie voor ouders en kinderen te laten zijn De budgetten die de gemeente heeft voor onderhoud, onderwijsvernieuwing en onderwijshuisvesting zijn niet toereikend. Voor nieuwe ontwikkelingen zullen creatieve oplossingen gevonden moeten worden. De gemeente blijft zelf verantwoordelijk voor de handhaving van de leerplicht. Op regionaal niveau zal echter een aantal taken moeten worden gebundeld. Tevens is het lokaal onderwijsbeleid aan een herijking toe.
30
Programmarekening 2004
De provincie en gemeenten in Noord-Brabant hebben najaar 2003 de intentieverklaring jeugdbeleid 2003-2007 ondertekend. Hierbij wordt aandacht besteed aan jeugd en veiligheid, jeugdproblematiek op het platteland, jeugdparticipatie en opvoedingsondersteuning. Met ingang van 2003 is de gemeente ook verantwoordelijk voor de jeugdgezondheidszorg voor kinderen van 0 tot 19 jaar. Een en ander krijgt nog verdere invulling door het bepalen van een basis- en een maatpakket jeugdgezondheidszorg voor Drimmelen. Wat wilden we bereiken? Het beleid van de Gemeente Drimmelen is gericht op het scheppen van voorwaarden zodat alle jongeren in onze gemeente op kunnen groeien tot volwaardige burgers. De gemeentelijke doelstellingen voor 2004 waren: • het vergroten van ontplooiingskansen van jeugd en jongeren en van deelname aan de maatschappij; • het voorkomen c.q. beperken van achterstand en uitval van jeugd en jongeren; • het bevorderen en beschermen van de gezondheid en de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van jeugd en jongeren.
Wat hebben we bereikt? Uitvoering Integraal Huisvestings Plan (IHP) In 2004 is prioriteit gegeven aan de uitvoering van het in 2003 geactualiseerde Integraal Huisvestingsplan onderwijs. • Vervangende nieuwbouw en brede school De Windhoek: Alle betrokken partners hebben in 2004 een visie op de brede school ontwikkeld en een programma van eisen opgesteld. De architect heeft opdracht gekregen voor het ontwerp van de nieuwbouw ter vervanging van 3 noodlokalen, waarbij een verbinding gemaakt wordt met de locactie van het peuterspeelzaalwerk. • Uitbreiding van het Dongemondcollege: Om de vestiging in Made de volledige instroommogelijkheden van 700 à 750 leerlingen te laten behouden is uitbreiding noodzakelijk. In 2004 is een voorbereidingskrediet verstrekt en zijn de nodige voorbereidingen getroffen voor de uitbreiding. • Vervangende nieuwbouw van De Zonzeel in Terheijden als onderdeel van de herontwikkeling van het Oranjeplein: In 2004 zijn de ruimtelijke en financiële mogelijkheden voor nieuwbouw van De Zonzeel in relatie tot de herschikking van gemeentelijke accommodaties rondom het Oranjeplein bezien. Voorbereidingen zijn getroffen voor de samenwerking met de woningbouwcorporatie en andere betrokken partijen voor de nieuwbouw van een multifunctionele school aan het Oranjeplein. • Brede school Hooge Zwaluwe: De onderhandelingen voor een brede school in Hooge Zwaluwe zijn in 2004 moeizaam verlopen, inmiddels zijn nieuwe afspraken met beide schoolbesturen gemaakt voor de nodige vervolgstappen in 2005. Het blijft immers van belang voor de leefbaarheid van Hooge Zwaluwe om tot een brede school met aanpalende voorzieningen in Hooge Zwaluwe te komen. In 2004 zijn de noodzakelijke voorzieningen getroffen bij de scholen in het kader van brandveiligheid. Voor de meeste scholen is inmiddels een gebruiksvergunning afgegeven.
Onderwijsbeleid: • De taakverdeling tussen de directie en het bevoegd gezag van het openbaar onderwijs is in 2004 aangescherpt en vastgesteld door het college.
31
Programmarekening 2004
• In 2004 is uitvoering gegeven aan het begin 2004 vastgestelde plan van aanpak door de gemeente Oosterhout, Geertruidenberg en Drimmelen voor een adequate aanpak van voortijdige schoolverlaters. • Verder is het contract leerlingenvervoer met Connexxion voor het schooljaar 2004-2005 verlengd. • Met de schoolbesturen en Edux zijn eerste afspraken gemaakt over de werkwijze per schooljaar 2005-2006 in het kader van de gewijzigde financieringssystematiek van onderwijsbegeleiding. De herijking van het lokaal onderwijsbeleid is opgeschoven naar 2005.
Jeugd- en jongerenbeleid • Het jeugd- en jongerenbeleid in onze gemeente was op grond van lokale, regionale en landelijke ontwikkelingen toe een herijking. Een belangrijke ontwikkeling is de regierol die de gemeente per 2005 heeft in het kader van de Wet op de Jeugdzorg. Eind 2004 heeft de gemeenteraad het beleid voor jeugd en jongeren vastgesteld en nadere prioriteiten gesteld gelet op het beschikbare budget. De resultaten van de jeugdmonitor zijn hierbij betrokken. • De kerntaken van Blitz zijn in de nota jeugd- en jongerenbeleid meegenomen. Het huidige subsidiebudget en personeelsformatie van SKW vroeg immers om een herbezinning op de taken van SKW ten behoeve van de jongeren in alle kernen van onze gemeente. • Het bleek in 2004 moeizaam om tot de realisatie dan wel behoud van Jongeren Ontmoetings Plekken (Jop) in Lage Zwaluwe en Terheijden te komen. Gebleken is dat de huidige locatie van de Jop in lage Zwaluwe op verzet stuit bij omwonenden. Het college heeft inmiddels besloten om de huidige locatie te handhaven en een bestemmingsplanprocedure aan te gaan. In 2004 is in overleg met alle betrokken partijen een locatie gezocht voor een Jop in Terheijden en is een bouwvergunning verleend. Verdere uitvoering vindt in 2005 plaats. • In 2004 heeft de gemeente Drimmelen bij de Provincie Noord-Brabant in het kader van sociaal beleid een projectaanvraag ingediend om vrijwilligerswerk onder jongeren te stimuleren. In 2004 zijn de subsidierelaties met de professionele organisaties, zoals Blitz en Trema gemoderniseerd op grond van het Beleidsgestuurde Contract Financiering (BCF). Op grond van opdrachten hebben de betreffende organisaties offertes uitgebracht en zijn beschikkingen “nieuwe stijl” opgesteld voor 2005.
Peuterspeelzaalwerk De gemeenteraad heeft begin 2004 aanvullend incidentele en structurele financiële middelen beschikbaar gesteld om het peuterspeelzaalwerk in alle kernen van onze gemeente te kunnen handhaven. Medio 2004 bleken nieuwe ontwikkelingen wederom tot financiële problemen te leiden. Uitgaande van het streven om in iedere kern een peuterspeelzaalvoorziening te houden, is een oplossing gevonden in de vorm van verruiming van de kwaliteitseisen. Peuterspeelzaalwerk is vanaf 2005 ook financieel een apart product geworden onder dit programma Jeugd en jongeren. Tot en met het jaar 2004 zijn de financiën verwerkt in het product kinderdagverblijven onder het programma zorg.
Jeugdgezondheidszorg Met de betrokken organisaties Mark en Maas en de GGD zijn in 2004 afspraken gemaakt over basis- en aanvullende pakketten op het gebied van jeugdgezondheidszorg voor 2005.
32
Programmarekening 2004
Wat heeft het gekost? Realisatie 2003
Prim. Begroting 2004
na wijziging 2004
Realisatie 2004
openbaar basisonderwijs bijzonder basisonderwijs
953.947 962.261
852.207 995.751
939.806 870.593
963.771 843.751
bijzonder voortgezet onderwijs onderwijsverzorging
117.493 854.487
123.795 838.574
126.939 835.461
113.244 834.587
jeugd- en jongerenwerk peuterspeelzalen
201.961 153.880
220.420 155.158
256.002 162.423
243.099 154.482
3.090.149
3.030.747
3.191.224
3.152.934
openbaar basisonderwijs bijzonder basisonderwijs
764.571 139.357
685.695 144.225
771.080 5.194
755.247 5.194
bijzonder voortgezet onderwijs onderwijsverzorging
47.118 130.264
49.485 119.356 95
116.243
121.615
Totaal lasten
jeugd- en jongerenwerk peuterspeelzalen
Totaal baten Totaal budget
95 1.715
13.819
8.830
8.830
13.819 7.720
1.083.120
1.007.686
915.166
903.595
2.007.029
2.023.061
2.276.058
2.249.339
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma jeugd en jongeren heeft € 20.000 minder gekost dan begroot. 1. In verband met de vijfjaarlijkse afrekening openbaar onderwijs was meer ambtelijke capaciteit vereist dan verwacht. De kapitaallasten van schoolgebouwen waren echter tot eenzelfde bedrag weer lager. 2. De afrekening kinderopvang alleenstaande ouders viel € 9.000 voordelig uit.
33
Programmarekening 2004
7.
Programma wonen en woonomgeving
Hoofdkenmerken Het programma wonen en woonomgeving omvat het gemeentelijk woningbouwbeleid alsmede de concrete activiteiten op dit terrein middels het grondbedrijf. Kernachtig samengevat wordt de situatie in Drimmelen als volgt gekenmerkt: - In relatie met landelijke cijfers, zijn er voldoende woningen. - Het aantal woningen voor starters, ouderen en kleine huishoudens is te krap en de woningen die er zijn, zijn voor deze categorieën te groot en/of te duur. - Er is nauwelijks doorstroming, waardoor in deze verhoudingen weinig verandering komt. - Voor starters en senioren is sinds 6 jaar nagenoeg niets meer gebouwd. Bestaand beleid In het Volkshuisvestingsplan “Wonen in Drimmelen in de 21e eeuw” wordt een aanvang gemaakt met het verleggen van de aandacht van een kwantitatief woningbouwbeleid naar een kwalitatief beleid. In de nota “Drimmelense woonvisie” is een verdere uitbouw van deze ontwikkeling opgenomen naar een kwalitatieve beleving van het totale wonen, welzijn, zorg. Daarnaast worden in de Drimmelense woonvisie de landelijke tendensen afgezet tegen de plaatselijke cijfers. Het woningbouwbeleid tot op heden kent slechts een beperkt sturingsmechanisme. Gemeente en woningbouwstichting hebben geen grondpositie. Bouwprojecten worden aangedragen door projectontwikkelaars. Door hen aangegeven nieuwe projecten betreffen (bijna) allemaal inbreidingslocaties, die duur verworven zijn. Op deze locaties is het bouwen voor doelgroepen (starters en senioren) vanuit financieel oogpunt geen uitgangspunt. Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Nota: Wonen in Drimmelen in de 21 e eeuw • Woonvisie 2004+ (12-04)
Trends en knelpunten Er zijn landelijk een aantal belangrijke tendensen te onderkennen die ook voor Drimmelen opgeld doen, zoals het stimuleren door het rijk van de groei van de grote steden, de ontgroening en vergrijzing van de bevolkingsopbouw en de sterk gestegen prijzen op de woningmarkt waardoor het voor starters moeilijk is betaalbare huisvesting te vinden. Specifiek voor Drimmelen zijn de volgende knelpunten te herkennen: De vraag van (jonge) starters en het streven om ouderen langer zelfstandig te huisvesten roept ook de vraag op naar, op deze groepen toegespitste, kwalitatieve woningbouw i.c. voor kleinere (1- en 2-persoons) huishoudens. De volkshuisvesting betreft niet alleen de fysieke woningen (volkshuisvesting in enge zin) maar strekt zich in feite ook uit over de gehele woonsituatie: het wonen. Daartoe behoort ook de woonbeleving, niet alleen de leefbaarheid van de omgeving maar eveneens de consequenties van verstrekking van de zorg in geval van behoefte hiernaar (zorg op maat). Ook daarom vormt de seniorenproblematiek een belangrijk aspect van het volkshuisvestingsbeleid. In de gegeven omstandigheid dat we zelf weinig grondpositie hebben zullen we proberen toch maximaal te bouwen voor onze doelgroepen. Een aantal plannen is reeds in procedure/ontwikkeling. Het betreft Zandstraat/Blockmekerstraat, Adelstraat, voormalig Bowltechterrein, gemeentewerf Lage Zwaluwe, Kruisstraat/Onderstraat, Rabo-bank Lage Zwaluwe, Postweg. Bij het burg. Smitsplein streven we naar een kwaliteitsimpuls voor de woonomgeving. In 2004 zullen de inspanningen gericht zijn op verdere planontwikkeling.
34
Programmarekening 2004
Naast ontwikkeling van herstructurerings- en inbreidingslocaties zal ook gebruik moeten worden gemaakt van de mogelijkheden die rijks- en provinciaal beleid (provinciale bestuursakkoord) ons biedt om ook uitbreidingslocaties te ontwikkelen. Wat wilden we bereiken? In termen van maatschappelijke effecten streeft de gemeente Drimmelen de volgende doelen na 1. Voldoende huisvestingsmogelijkheden voor de inwoners van de gemeente Drimmelen 2. Naast het bieden van een passende woonsituatie ook het bieden van een goede woonbeleving, met name voor de ouderen in onze gemeente die daar behoefte aan hebben (zorg op maat) Wat hebben we bereikt? Woonvisie 2004+ In 2004 heeft de afronding plaatsgevonden van de gemeentelijke beleidsnota “Woonvisie 2004+, waarin het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid is neergeschreven. Omdat de gemeente een volkshuisvestingsbeleid wil voeren, een nieuwbouwprogramma wil realiseren dat aansluit bij de behoeften in de gemeente, is begin 2004 een woningmarktonderzoek gehouden. Op deze wijze is een integraal beeld ontstaan van de omvang en de samenstelling van de woningbehoefte in de kernen voor zowel huur als koop. De resultaten van het woningmarktonderzoek zijn vervolgens betrokken bij de discussie over de inhoud van de gemeentelijke woonvisie. Naast relevante doelgroepen zijn ook de woningstichtingen nadrukkelijk bij de totstandkoming van de Woonvisie 2004+ betrokken. Deze samenwerking met de corporaties is belangrijk omdat er in Drimmelen een belangrijke opgave ligt op het gebied van sociale huisvesting. Voor een effectieve uitvoering van het woonbeleid wil de gemeente prestatieafspraken maken met de Drimmelense corporaties, op basis van gelijkwaardigheid en vanuit ieders eigen verantwoordelijkheid, die jaarlijks worden geëvalueerd. Eind 2004 is het overleg hierover opgestart en deze zijn aan de commissie Grondgebiedzaken van 22 maart 2005 ter advisering voorgelegd. In 2004 is de woningvoorraad met 114 nieuwbouwwoningen gegroeid en met 60 wooneenheden voor mindervaliden.
Regionale projecten Omdat de woningmarkt de grenzen van de gemeente overstijgt, vindt de provincie het belangrijk dat gemeenten in subregionaal verband samenwerken op het vlak van wonen. In 2004 is daarom in samenwerking met het regiobureau en de gemeenten Geertruidenberg en Moerdijk verder gewerkt aan het opstellen van een regionale woonvisie. Begin 2005 zal het plan ter bestuurlijke besluitvorming worden aangeboden.
Woningbouwprojecten In 2004 is planvormend gewerkt aan het project Burgemeester Smitsplein, Markstraat 31, Plukmadestraat, De Ligne, Kastanjelaan, allen te Made. Voorts aan de Dorpsstraat in Drimmelen, het Oranjeplein en Zeggelaan te Terheijden, Rabobank te Wagenberg en de Postweg in Lage Zwaluwe. De bestemmingsplannen Zandstraat / Blockmekerstraat, voormalig Bowltechterrein, Pastoriestraat, Amalia van Solmsstraat, Antonius Abt, Dreef en Rabobank in Lage Zwaluwe zijn in procedure gebracht. Voorts is in 2004 na een ronde van inspraak (informatieavond) een ideeënschets voor Lage Zwaluwe-west opgesteld. Deze vormt de basis voor de verdere uitwerking tot een stedenbouwkundig plan wat in het voorjaar van 2005 zal worden gepresenteerd.
35
Programmarekening 2004
Bouw- en woningtoezicht In tegenstelling tot hetgeen werd verwacht heeft de verwachte vermindering van het aantal bouwaanvragen zich niet voorgedaan. Het aantal bouwaanvragen is zelfs toegenomen. Gekoppeld aan personele omstandigheden (ziekte, vermindering personele capaciteit) heeft dit geleid tot een langere doorlooptijd van bouwvergunningaanvragen en een hoge werkdruk bij het cluster bouw- en woningtoezicht. (Beperkte) externe uitbesteding van werkzaamheden heeft hierin enige verlichting gegeven.
Wat heeft het gekost? Realisatie 2003
Primitieve Begroting Realisatie begroting na wijziging 2004 2004 2004
klokken en uurwerken monumenten
10.259
14.823
14.823
8.507
109.428
81.945
75.608
69.517
woningbouw volkshuisvesting
11.725
103.518
103.517
32.787-
120.964
100.534
130.305
171.268
422.026
357.582
385.324
422.708
68.526
50.226
47.806
57.129
42.214
44.388
44.388
43.666
785.142
753.016
801.771
740.008
bouwzaken woonwagencentra huursubsidie
Totaal lasten klokken en uurwerken monumenten woningbouw volkshuisvesting bouwzaken woonwagencentra huursubsidie
Totaal baten Totaal budget
14.096
4.403
4.403
2.381
9.644
11.589
11.589
10.936
144.941
119.735
119.735
110.479
406.172
313.261
369.261
401.762
17.083
12.044
12.044
10.640
25.375
20.010
20.010
25.189
617.311
481.042
537.042
561.387
167.831
271.974
264.729
178.621
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma wonen en woonomgeving heeft € 86.000 minder gekost dan begroot. 1. In het product woningbouw is een inkomstenpost begrepen van € 49.038 wegens verzekeringspenningen i.v.m. een brand in de gemeentelijke eigendommen aan de Prinsenpolderstraat. 2. De overige verschillen binnen dit programma hebben betrekking op inzet van ambtelijke capaciteit en de bijbehorende overhead.
36
Programmarekening 2004
8.
Programma ruimtelijke ordening
Hoofdkenmerken Het programma ruimtelijke ordening gaat in op het gemeentelijke ruimtelijke ordeningsbeleid, dorpsvernieuwing en grondzaken. Dit programma heeft sterke raakvlakken met het programma wonen en woonomgeving. De belangrijkste kenmerken voor Drimmelen zijn: Een inrichting die recht doet aan de gebiedsspecifieke kwaliteiten van natuur, landschap en cultuurhistorie en aan de wensen om er goed te kunnen wonen, werken en recreëren. Nieuwe ontwikkelingen moeten hierbij passen en liefst bijdragen aan het groen/blauwe profiel van de gemeente Drimmelen. Bestaand beleid Eind 2001 heeft de gemeenteraad de Structuurvisie Plus vast gesteld, waarmee richting wordt gegeven aan de toekomst van de gemeente en haar inwoners, op de wijze zoals dat bij de hoofdkenmerken is aangegeven. Deze Structuurvisie Plus en de vigerende bestemmingsplannen vormen het planologisch kader voor het ruimtelijk ordeningsbeleid. Naast actualisering van bestemmingsplannen (niet ouder dan de wettelijke termijn van 10 jaar) streeft de gemeente naar een vermindering van het aantal bestemmingsplannen en het in digitale vorm beschikbaar en toegankelijk hebben ervan. Op West-Brabantse schaal werkt de gemeente Drimmelen samen met andere gemeenten in West-Brabant aan de toekomst van het landelijk gebied. Met het oog hier op werkt de gebiedscommissie Wijde Biesbosch, in opdracht van de provincie Noord-Brabant, aan de revitalisering van het landelijke gebied. Duurzaamheid en vitaliteit staan hierbij voorop. De zgn. “Ruimte voor Ruimte-regeling”, een regeling waarbij agrariërs die hun intensieve veehouderij willen beëindigen en hun stallen willen slopen, ter compensatie de mogelijkheid wordt geboden een bouwkavel te ontwikkelen in bepaalde delen van de randen van de kernen. In het programma Wonen en woonomgeving wordt het woningbouwprogramma cq –beleid omschreven, dit heeft sterke raakvlakken met dit programma. Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Structuurvisie Plus • Welstandsnota
Trends en knelpunten De mogelijkheden voor de gemeente op het gebied van de ruimtelijke ordening worden beperkt door het Streekplan. Hier kan de gemeente weinig aan veranderen, slechts trachten de beschikbare ruimte zo goed als mogelijk te gebruiken, met name voor het revitaliseringsproces. Waar gemeenten voorheen een dominante rol hadden als gevolg van hun eigendomsposities, zijn zij nu slechts één van de vele partijen op de grondmarkt. Steeds vaker hebben projectontwikkelaars gronden in eigendom, met name bij herstructurerings- en inbreidingslocaties is dit het geval. Dit is zeker gelet op het verhaal van de door de gemeente gemaakte kosten, niet altijd een gewenste situatie. De beoordelingen door de welstandscommissie worden regelmatig als niet transparant of objectief ervaren. De gemeente heeft nog geen welstandsbeleid als onderlegger daarvoor. De gemeente wil en moet adequate bestemmingsplannen hebben die voldoen aan de wettelijke eisen, zoals niet ouder dan 10 jaar.
37
Programmarekening 2004
Wat wilden we bereiken? In termen van maatschappelijke effecten streeft de gemeente Drimmelen de volgende doelen na: 1. Het versterken van de groen/blauwe identiteit van onze gemeente 2. Een verhoging van de kwaliteit van de leef- en woonfunctie van de Drimmelense kernen 3. Verbetering van maatschappelijke acceptatie van gemeentelijke regelgeving Wat hebben we bereikt? Bovenregionale projecten In 2004 is veel aandacht besteed aan het bepalen van de gemeentelijke positie rondom de planontwikkeling in de Zuiderklip. In samenwerking met de provincie en de Dienst Landelijk Gebied (DLG) is eind 2004 een start gemaakt met het opstellen van een nieuw bestemmingsplan Zuiderklip.
Revitalisering van het landelijk gebied Ook in 2004 is onder de noemer revitalisering van het landelijke gebied met provincie en partners gewerkt binnen de gebiedscommissie Wijde Biesbosch aan een concept-gebiedsplan. In het najaar van 2004 is het gebiedsplan door het college van Gedeputeerde Staten vastgesteld. Vanaf het 3e kwartaal 2004 loopt de wettelijke inspraakprocedure. De planning is er op gericht om in het voorjaar van 2005 het gebiedsplan door Provinciale Staten vast te laten stellen. In overleg met onder meer de agrarische sector, de natuur- en milieuorganisaties en het waterschap is in 2004 reeds een start gemaakt met het opstellen van uitvoeringsplannen.
Streekplan In 2004 is in samenspraak met de provincie, waterschappen en de gemeenten Geertruidenberg en Moerdijk verder gewerkt aan een concept-uitwerkingsplan van het streekplan. Het conceptuitwerkingsplan geeft uitwerking aan het ruimtelijke beleid voor de thema’s wonen en werken in de landelijke regio Moerdijk en omgeving. Op 21 december 2004 is uitwerkingsplan door het college van Gedeputeerde Staten vastgesteld. Het definitief vastgestelde uitwerkingsplan fungeert als toetsingskader op grond waarvan ruimtelijke plannen en initiatieven zullen worden beoordeeld.
Bestemmingsplannen In 2004 is verder gewerkt aan de actualisering van de bestemmingsplannen Terheijden en Hooge Zwaluwe. Op 3 mei 2004 is het voorontwerp-bestemmingsplan Terheijden ter inzage gelegd. Het verwerken in het plan van de ontwikkelingen rond het Oranjeplein (brede school) is er de oorzaak van dat het plan nog niet definitief is vastgesteld. Het ontwerp-bestemmingsplan voor Hooge Zwaluwe is op 27 januari 2005 ter inzage gelegd. Na het horen van de indieners van een zienswijze tegen het plan zal het bestemmingsplan in het voorjaar van 2005 ter vaststelling aan de raad worden aangeboden. Eind 2004 is gestart met de voorbereiding (inventarisatie) voor de actualisatie van het bestemmingsplan buitengebied voor Hooge en Lage Zwaluwe + Helkant. Gelet op het groot aantal woningbouwprojecten waarvoor omwille van de snelheid veelal afzonderlijke vrijstellingsprocedures worden gevolgd, is besloten om pas in 2005 te starten met de actualisatie van het bestemmingsplan kern Made. In 2004 is na een ronde van inspraak een ideeënschets voor Lage Zwaluwe-west opgesteld. Deze vormt de basis voor de verdere uitwerking tot een stedenbouwkundig plan wat in het voorjaar van 2005 zal worden gepresenteerd.
38
Programmarekening 2004
Welstandsnota Op 27 mei 2004 is door de raad de Welstandnota vastgesteld. Deze nota vormt de basis van het gemeentelijke welstandsbeleid. Het feitelijke welstandstoezicht wordt door een externe instantie, Welstandszorg Noord-Brabant, verzorgd. Jaarlijks, voor de eerste maal in het 3e kwartaal van 2005, zal een evaluatie van het welstandsbeleid plaatsvinden en zonodig zal het beleid worden bijgesteld.
Grondbedrijf Voor de ontwikkelingen in het grondbedrijf alsmede het onderzoek dat door Deloitte in 2004 is gedaan naar zowel de exploitaties van het grondbedrijf als voor de opzet van een nieuwe grondnota wordt verwezen naar paragraaf G Grondbeleid.
Wat heeft het gekost? Realisatie Prim. Begroting na wijziging Realisatie 2003 2004 2004 2004 kadaster ruimtelijke ordening stads- en dorpsvernieuwing grondzaken
Totaal lasten kadaster ruimtelijke ordening stads- en dorpsvernieuwing grondzaken
Totaal baten Totaal budget
18.149 844.253
25.434 517.203
25.434 561.020
15.414 493.050
27.927 2.026.553
19.924 205.481
17.712 205.480
17.094 2.809.407
2.916.882
768.042
809.646
3.334.965
559
559
112
430.941
81.182
101.665
135.106
2.015.975
161.144
115.766
2.734.780
2.446.916
242.885
217.990
2.869.998
469.966
525.157
591.656
464.967
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma ruimtelijke ordening heeft € 185.000 minder gekost dan begroot. 1. Conform de wens van de gemeenteraad is terughoudend omgegaan met inschakeling van externe adviseurs waardoor ca. € 20.000 werd bespaard; ook werden minder uren en daardoor overhead (€ 92.000) gespendeerd aan ruimtelijke ordening 2. Door het grondbedrijf is op basis van tijdregistratie een grotere bijdrage (€ 92.500) in de administratie- en beheerskosten geleverd dan begroot. 3. Het resultaat 2004 van de grondexploitatie is als volgt samengesteld: Afwaardering agrarische gronden € 582.649 Winstnemingen div. plannen € 394.757 Opslagen reserve grote werken uit Grondverkopen - 36.281 Bijgeschreven rente op boekwaarde van gronden - 49.852 rentebate belegde gelden gemeente - 29.507 ov. niet aan plannen toe te rekenen - 52.155 - 562.552 Nadelig exploitatiesaldo € 20.097
39
Programmarekening 2004
9.
Programma zorg
Hoofdkenmerken De gemeente Drimmelen heeft de zorg voor kwetsbare inwoners die onvoldoende in staat zijn om zelfredzaam te opereren vanwege onder andere gezondheid, financiën en leefomstandigheden en draagt derhalve zorg voor een vangnet op het gebied van inkomen en werk, zorg en welzijn. De gemeentelijke taken richten zich op uitvoering van sociale wetgeving, begeleiding van uitkeringsgerechtigden naar betaald werk, het bieden van volwasseneducatie, collectieve preventieve gezondheidszorg, maatschappelijke begeleiding, schuldhulpverlening en vluchtelingenzorg. Bestaand beleid De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van sociale wetgeving en begeleiding van uitkeringsgerechtigden naar betaald werk (WWB, bijzondere bijstand, WVG). Op het terrein van schuldhulpverlening wordt in de vorm van een meldpunt Schuldhulpverlening Drimmelen samengewerkt met de Gemeentelijke Kredietbank Breda en de Stichting Markenlanden. Opvang en begeleiding van vluchtelingen en nieuwkomers is neergelegd bij Vluchtelingenwerk Drimmelen. Het Regionaal Opleidingscentrum draagt zorg voor activiteiten op het gebied van volwasseneducatie en inburgering. De taken van de gemeente op het gebied van zorg zijn veelal in de vorm van gemeenschappelijke regelingen vormgegeven (kleinschalig collectief vervoer/WVG, openbare gezondheidszorg, sociale werkvoorziening). De gemeente heeft tot taak om beleid op het gebied van zorg en welzijn te ontwikkelen en uit te voeren. Een belangrijk instrument is hierbij subsidiëring van diverse organisaties op het gebied van ouderenzorg, maatschappelijke dienstverlening en gezondheid (onder meer Swo, Markenlanden). Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Algemene subsidieverordening (2000) en diverse beleidsregels • Nota kinderopvang (2001) • Beleidsplan Sociale Zaken (2003) en diverse verordeningen en beleidsr egels op het gebied van Sociale Zaken
Trends en knelpunten De Algemene bijstandswet is per 2004 vervangen door de nieuwe Wet Werk en Bijstand. Bij invoering van de nieuwe wet is tevens de financiering gewijzigd in een 100% lumpsumvergoeding. De gemeente is hiermee volledig verantwoordelijk geworden voor de zorgtaken (uitkering) en de uitstroom(werkvoorziening/reïntegratie). De kosten in het kader van de gemeenschappelijke regelingen met betrekking tot de openbare gezondheidszorg, de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) en het RIO zijn de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen. Bij de vaststelling van de Kadernota 2004 is besloten tot bezuinigingen per 2004 op onder andere de WVG, vluchtelingenwerk en per 2005 op de kinderopvang. De raad heeft besloten het budget voor de Stichting Welzijn Ouderen (SWO) en de ouderenbonden vooralsnog voor het komende jaar op het huidige niveau te handhaven in afwachting van een integraal ouderenbeleid
Wat wilden we bereiken? Het beleid van de Gemeente Drimmelen is gericht op het voorkomen van uitval en het bestrijden van achterstanden bij kwetsbare groepen in onze gemeente. Onder kwetsbare groepen wordt verstaan de bewoners die onvoldoende in staat zijn om zelfredzaam te opereren vanwege onder andere gezondheid, opleiding, financiën en leefomstandigheden. Een verhoogd risico hebben
40
Programmarekening 2004
onder meer de volgende groepen: ouderen, gehandicapten, uitkeringsgerechtigden en asielzoekers en nieuwkomers. Voor mensen die in onze gemeente onvoldoende mee kunnen komen, moet een vangnet zijn in de vorm van zorg en welzijn. De gemeentelijke doelstellingen voor 2004 waren: • Het behouden van zelfredzaamheid van mensen in een kwetsbare positie; • Het vroegtijdig signaleren, beperken en terugdringen van problemen; Wat hebben we bereikt? Sociale Zaken • De Algemene bijstandswet is per 2004 vervangen door de nieuwe Wet Werk en Bijstand (WWB). De gemeenteraad heeft begin 2004 ingestemd met het beleidsplan Wet Werk en Bijstand, najaar 2004 zijn diverse verordeningen vastgesteld (fraude, reïntegratie, maatregelen en cliëntenparticipatie). De WWB kent een gefaseerde invoering, waarbij de gemeente de tijd krijgt tot 2006 om de WWB volledig in te voeren.Door het inbouwen van een subsidieplafond bij de reïntegratieverordening wordt een eventueel financieel risico voor de gemeente bij de uitvoering van haar reïntegratietaken vermeden. • De gemeenten Oosterhout, Geertruidenberg en Drimmelen hebben medio 2004 een intentieverklaring getekend gericht op het verkennen van de mogelijkheden tot samenwerking op het gebied van Sociale Zaken. Het rijk heeft voor deze verkennende fase een stimuleringssubsidie toegekend. Najaar 2004 is gestart met het onderzoeken van de samenwerkingsmogelijkheden en – wensen. • In 2004 zijn de nodige stappen gezet met betrekking tot de vervanging van het huidige automatiseringspakket van Sociale Zaken. Het college heeft gekozen voor het automatiseringspakket van Centric en het in samenwerking met Oosterhout uitvoering geven aan beheer en onderhoud van het nieuwe pakket. • De Gemeente Drimmelen heeft subsidie ontvangen in het kader van de Tijdelijke Stimuleringsbijdrage Hoogwaardig Handhaven gericht op het juist benutten en toepassen van wet- en regelgeving. In 2004 is uitvoering gegeven aan het door het college vastgestelde activiteitenplan. Tevens is uitvoering gegeven aan de stimuleringsregeling klantmanagement. • Per 2004 is uitvoering gegeven aan de bezuinigingstaakstellingen met betrekking tot de WVG van € 155.000,--. De totale taakstelling voor 2004 is gehaald, weliswaar gedifferentieerd met betrekking tot de diverse onderdelen. In 2004 heeft tevens een aanbesteding plaatsgevonden van de hulpmiddelen WVG.
Welzijn en opvang • Begin 2004 heeft de raadscommissie Inwonerszaken aan de hand van een startnotitie hoofdlijnen geformuleerd voor een integraal ouderenbeleid in de Gemeente Drimmelen. Op grond van deze hoofdlijnen is in 2004 een conceptnota ouderenbeleid opgesteld. Besluitvorming en uitvoering vindt in 2005 plaats • In 2004 zijn de subsidierelaties met de professionele organisaties, zoals Markenlanden, SWO, Mark en Maas en Vluchtelingenwerk gemoderniseerd op grond van het Beleidsgestuurde Contract Financiering (BCF). Op grond van opdrachten hebben de betreffende organisaties offertes uitgebracht en zijn beschikkingen “nieuwe stijl” opgesteld voor 2005. • Per 2005 is de nieuwe Wet Kinderopvang in werking getreden. Eind 2004 zijn de nodige voorbereidingen getroffen, zoals het opstellen van een verordening en het laten vaststellen van een register Kinderopvang. Ten behoeve van de bekostiging van de kinderopvang op grond van een sociaal medische indicatie is het budget voor 2005 verhoogd.
41
Programmarekening 2004
Zorg • In 2004 heeft het Rijk besloten om per 2005 de integrale onafhankelijke indicatiestelling voor zorgvragen over te hevelen van het Rio naar het landelijke Centraal Indicatieorgaan Zorg (CIZ). De verantwoordelijkheid van de gemeente is daarmee komen te vervallen. De subsidierelatie met het Rio is per 2005 opgezegd, de opheffing van de GR vindt plaats na financiële afwikkelingen over 2004. • Begin 2004 is het lokaal volksgezondheidsplan door de gemeenteraad vastgesteld, verdere uitvoering heeft in 2004 plaatsgevonden. • Met de GGD zijn op grond van een productencatalogus in 2004 onderhandelingen gevoerd over het af te nemen basis- en aanvullende pakket. Afronding vindt begin 2005 plaats. • Het Rijk is voornemens per 2006 de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) in te voeren. De WMO komt in plaats van de Welzijnswet, de WVG en enkele aanspraken uit de AWBZ. In 2004 zijn eerste voorbereidingen getroffen voor de WMO. • In 2004 zijn verdere stappen gezet gericht op herbezinning van de bestaande gemeenschappelijke regelingen. Zo is op initiatief van de Gemeente Drimmelen een bestuurlijke werkgroep geformeerd gericht op het stellen van financiële kaders voor de huidige gemeenschappelijke regelingen. • Eind 2004 is het rapport Wonen, Zorg en Welzijn in Hooge Zwaluwe gepresenteerd en is een start gemaakt met het onderzoeken van de mogelijkheden voor een steunpunt in combinatie met ouderen- en zorgwoningen in Hooge Zwaluwe.
Wat heeft het gekost? Realisatie 2003
Prim. Begroting 2004
na wijziging 2004
Realisatie 2004
512.753 2.316.717
496.322 2.415.994
515.181 2.243.153
522.147 2.212.610
835.826 494.643 256.728
553.119 504.507 208.203
559.118 455.507 196.885
846.309 445.012 196.840
1.439.401 277.160
1.426.450 293.261
1.436.452 281.105
1.319.027 272.552
212.906 351.591
203.249 64.892
175.846 64.892
183.381 82.599
2.187 1.080.104
13.140 1.055.840
10.691 1.139.715
1.686 1.154.277
7.780.016
7.234.977
7.078.545
7.236.440
505.462 1.969.915
489.207 1.909.944
508.065 1.869.526
517.116 1.781.780
werkeloosheid-/werkgelegenh inkomensvoorziening
736.917 452.816
419.069 455.135
419.069 406.135
427.941 432.825
maatschappelijke begeleiding wet voorzieningen gehandicapten ouderenzorg
74.005 206.128 1.021
166.647 1.430
169.244 1.430
173.339 1.193
vluchtelingenzorg kinderdagverblijven
176.211 248.881
178.551
143.054 116.135
163.127 125.018
zorg voor gehandicapten gezondheidszorg
2.516 327.920
6.508 301.179
4.058 315.196
1.675 315.196
4.701.792
3.927.670
3.951.912
3.939.210
3.078.224
3.307.307
3.126.633
3.297.230
volwassenen-/basiseducatie bijstandsverlening werkeloosheid-/werkgelegenh inkomensvoorziening maatschappelijke begeleiding wet voorzieningen gehandicapten ouderenzorg vluchtelingenzorg kinderdagverblijven zorg voor gehandicapten gezondheidszorg
Totaal lasten volwassenen-/basiseducatie bijstandsverlening
Totaal baten Totaal budget
42
Programmarekening 2004
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma zorg heeft € 164.000 meer gekost dan begroot. 1. Mede ten gevolge van een actiever debiteurenbeleid is het saldo van vorderingen op bijstandscliënten afgenomen. De voorziening voor dubieusheid kon hierdoor met € 26.000 worden verlaagd. 2. In dit programma zijn grote verschuivingen te constateren in de geraamde uren en overhead tussen de diverse producten. 3. Het aantal gehonoreerde aanvragen voor uitkeringen, leenbijstand en bijstand chronisch zieken is lager dan begroot. Een gedeelte hiervan is gestort in een reserve om de financiële gevolgen van een mogelijke toekomstige toename van het aantal cliënten op te kunnen vangen. 4. Het werd noodzakelijk geacht om een voorziening risico verbonden partijen t.b.v. GO!/Wava te vormen tot het bedrag van de achtergestelde lening oftewel € 287.000.
43
Programmarekening 2004
10.
Programma milieu
Hoofdkenmerken Het programma milieu omvat het milieubeleid en -beheer van de gemeente, waaronder ook de zorg voor afvalstoffen. De hoofdkenmerken van deze beleidsterreinen zijn: duurzaamheid en zorg voor de fysieke leefomgeving en zorg voor de relaties burgers/ milieu én bedrijven/ milieu. Bestaand beleid De raad heeft op 12 juni 2003 het Milieubeleidsplan 2003-2006 vastgesteld. Naast vastlegging van het beleid voor wat betreft milieuaspecten, is als onderdeel van het plan hier de basis gelegd om te komen tot een verbetering van de handhaving van de fysieke leefomgeving in brede zin. (zie voor integrale handhaving programma Veiligheid) De vraag of in meer of mindere mate maatregelen nodig zijn om de professionele kwaliteit van de handhaving te halen, kon pas op een verantwoorde manier worden beantwoord na een meting. Eind 2002, begin 2003 heeft daarom een zgn. nulmeting plaatsgevonden voor alle handhavingsorganisaties in Nederland. De nulmeting is vooral bedoeld om alle handhavingsorganisaties een spiegel voor te houden en van daaruit een intern proces in gang te zetten om te groeien naar een overeengekomen kwaliteitsniveau. Voor al deze organisaties geldt dat er verbeterpunten zijn. Met als basis een verbeterplan zal voor 2003 en voor 2004 een verbetertraject worden ingezet. Het jaar 2004 was het tweede jaar dat de afrekening van de huishoudelijke afvalstoffen middels het systeem van diftar liep. Daarnaast is de milieustraat in Terheijden geheel vernieuwd, er is een scheiding tussen de gratis afvalstromen en betaalde afvalstromen, via een weegbrug met een tarief per kilo. Een eerste evaluatie van dit beleid staat voor begin 2004 op de planning. Het beleid binnen de gemeente Drimmelen met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Milieubeleidsplan 2003-2006
Trends en knelpunten De afgelopen jaren is gebleken dat handhaving, ondanks inspanningen op diverse terreinen, een zwakke schakel is bij de lagere overheden. Maatschappelijk groeit ook het onbehagen over het gedoogbeleid. We constateren op dit moment een capaciteitsprobleem om intensiever te kunnen handhaven op diverse beleidsterreinen. Het proces om te komen tot een professionele handhavingsorganisatie zal organisatorische - en elders misschien financiële consequenties hebben. Een knelpunt inherent aan de invoering van diftar is dat de kans op zwerfvuil of illegale dumpingen van afval toeneemt. Wat wilden we bereiken? In termen van maatschappelijk effecten willen we de volgende doelen bereiken: 1. Een eenduidige handhaving waardoor een verdere rechtsgelijkheid ontstaat 2. Meer aandacht voor duurzaamheid en bescherming van de fysieke leefomgeving 3. Het beperken van de hoeveelheid afval die de burgers aanbieden 4. Tevredenheid over de inzamelmethodiek bij de burgers Het eerste doel wordt met name in programma 2 Veiligheid verder uitgediept, daar heeft handhaving een centrale plaats in de programbegroting gekregen.
44
Programmarekening 2004
Wat hebben we bereikt? Milieucommunicatie In 2004 is een nieuw milieucommunicatieplan vastgesteld dat als beleidskader dient voor de jaren 2004-2006 op het terrein van milieucommunicatie. Een plan dat ook aansluit bij het milieubeleidsplan 2003-2006, omdat milieucommunicatie een belangrijke pijler vormt voor de uitvoering van het gemeentelijk milieubeleid. Aan het beleidsplan is een uitvoeringsplan voor 2004 en 2005 gekoppeld dat aangeeft welke concrete activiteiten op het terrein van natuur- en milieucommunicatie en –educatie worden uitgevoerd.
Diftar In de gemeente Drimmelen is per 1 januari 2003 een systeem van tariefdifferentiatie ingevoerd waarbij de burgers betalen naar rato van het aantal aanbiedingen van de gft- en restcontainers. Om de effecten van diftar op het scheidingsgedrag en de beleving van de bewoners te kunnen meten is in maart 2004 door een extern bureau een (bewoners)onderzoek gehouden. Uit het onderzoek is een aantal effecten naar voren gekomen alsmede een aantal verbetermaatregelen. De evaluatie is aan de orde geweest in de commissie Grondgebiedzaken. Voor wat betreft de inzamelresultaten valt te melden dat in 2004 ongeveer 7% meer huishoudelijk afval en 0,5% meer gft-afval aangeboden in vergelijking met 2003. In vergelijking met 2002 (géén Diftar-jaar) is er in 2004 19% minder huishoudelijk afval en 34% minder gft-afval aangeboden. De aanbiedfrequentie van de restafval- en gft-containers was door het hogere aanbod voor 2004 iets te laag ingeschat. Naast een verminderd afvalaanbod (uitgaande van 2002 als peiljaar) heeft de invoering van Diftar geresulteerd in een beter scheidingsgedrag. Wel is er sprake geweest van een vrij constant ontwijkgedrag (illegale dumpingen, zwerfafval). Met name Grof huishoudelijk afval en puin wordt illegaal gedumpt. Behoudens dat er in 2004 meer rest- en gft-afval is aangeboden dan in 2003, wat te verklaren is aan de gewenning van Diftar, is het scheidingsgedrag ten opzichte van 2003 verbeterd. Er is in 2004 4% meer oud papier en karton, 15% meer textiel en 14% meer grof huisvuil ingezameld. De overige monostromen liggen qua hoeveelheid ongeveer gelijk aan die van 2003. Mede door in 2004, voor enkele monostromen zoals Bouw- en Sloopafval en B- en C-hout, aanzienlijk goedkopere afzet te hebben gevonden, is het resultaat van de jaarrekening 2004 met een positief saldo van circa € 190.000,- zeer gunstig uitgevallen. Net als in 2004 zal in 2005 (2-maandelijkse rapportage aan college en 4-maandelijkse rapportage aan commissie Grondgebiedzaken) worden gemonitoord hoe de ontwikkelingen met betrekking tot de afvalverwijdering zijn, zowel ten aanzien van de hoeveelheden als van de financiële consequenties.
Ondergrondse afvalcontainers Aan de gemeentelijke havens van Terheijden, Lage Zwaluwe en Drimmelen, maar ook aan de Nieuwe Jachthaven (Biesbosch Marina) te Drimmelen, zijn ondergrondse afvalcontainers geplaatst. Hierdoor is een aanzienlijke financiële besparing (ten opzichte van de bovengrondse verzamelcontainers) gerealiseerd. In 2005 wordt onderzocht om de ondergrondse voorzieningen ook bij de hoogbouwlocaties in de diverse kernen toe te passen (staan nu nog bovengrondse verzamelcontainers).
Energie In 2004 is met de gemeenten in de regio Breda in samenwerking met het Inkoopbureau WestBrabant het collectieve inkooptraject (Europese aanbesteding) voor een nieuwe energie
45
Programmarekening 2004
leverancier afgerond. Met ingang van 1 juli 2004 is een contract voor de levering van energie afgesloten met Intergas. Het betreft het energieverbruik voor de gemeentelijke rioolen poldergemalen, de openbare verlichting, de verkeersinstallaties en de gemeentelijke gebouwen.
Bodembeheersplan Hoewel het de bedoeling was het gemeentelijk bodembeheersplan in 2004 vast te kunnen stellen is het vanwege personele omstandigheden niet mogelijk gebleken om deze planning te realiseren. Wel is in het vierde kwartaal van 2004 een start gemaakt met de werkzaamheden. In het voorjaar van 2005 zal het bodembeheersplan worden afgerond.
Geluidswal A59 In 2004 is overleg aangaande de geluidsoverlast van de A59 overleg gevoerd met het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Op basis van de uitkomsten van dit overleg is aan adviesbureau Grontmij opdracht gegeven een nader onderzoek te doen naar de geluidsoverlast van de A59. In week 14 van 2005 wordt het definitieve rapport verwacht en zal in commissie- c.q. raadsverband gediscussieerd worden.
Hondenoverlastbestrijding In 2004 is het een nieuw beleidsplan voor hondenoverlast bestrijding vastgesteld. Alvorens tot het definitief vaststellen van het beleid te komen is op interactieve wijze, te weten het houden van informatieavonden in drie kernen, gediscussieerd over het in te voeren beleid. Op onderdelen heeft dit geleid tot het aanpassen van het beleid. Het aangepaste beleid komt neer op: plaatsen afvalbakken, het schoonmaken van gebieden met een sociaal-maatschappelijke functie, uitbreiding verboden gebieden, aanlijn- en opruimplicht binnen de bebouwde kom handhaven en het aanwijzen van enkele losloopterreinen. In september 2004 zijn de bakken geplaatst. Sindsdien is het nieuwe beleid in werking getreden, met uitzondering van het aanwijzen van losloopterreinen. Dit is nog in procedure. Verder is er over het nieuwe beleid regelmatig gecommuniceerd via artikelen in ’t Carillon, Rondom de Toren en op de gemeentelijke website.
Handhaving Vanaf 1 januari 2004 is het gemeentelijk handhavingsteam operationeel geworden. Omdat in het uitvoeringsplan voor 2004 geen prioriteit kon worden gegeven aan handhaving van het buitengebied is besloten om dan ook te wachten met het produceren van een nota handhaving buitengebied.
46
Programmarekening 2004
Wat heeft het gekost? Realisatie 2003 reiniging hondenoverlast bestrijding milieu ongediertebestrijding destructie
Totaal lasten reiniging hondenoverlast bestrijding milieu ongediertebestrijding destructie
Totaal baten Totaal budget
Primitieve Begroting Realisatie begroting na wijziging 2004 2004 2004
2.762.468 171.619
2.388.243 170.219
2.258.587 167.618
2.424.643 161.465
418.871 66.313 1.788
488.313 46.263 2.320
527.264 46.262 2.320
283.582 49.899 2.418
3.421.059
3.095.358
3.002.051
2.922.007
2.623.194 171.619
2.261.804 170.219
2.042.575 170.219
2.274.203 160.809
31.587 6.870
122 4.145
23.354 4.145
35.149 6.345
0
0
0
0
2.833.270
2.436.290
2.240.293
2.476.506
587.789
659.068
761.758
445.501
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma milieu heeft € 316.000 minder gekost dan begroot. 1. In het programma Milieu zijn de consequenties van het instellen van een handhavingsteam het grootst omdat het team voor een belangrijk deel geformeerd is uit medewerkers van het cluster milieu. Aan het programma milieu worden € 177.000 minder loon- en overheadkosten toegerekend dan geraamd. Daarnaast is ook een medewerker geheel vrijgemaakt voor het projectleiderschap van het professionaliseringsproject handhaving (programma 2 orde en veiligheid) en een andere wegens zwangerschap langere tijd met verlof zijn er aan het product milieu belangrijk minder uren besteed dan eerder was geraamd. 2. Aan reinigingsrechten is € 111.000 meer ontvangen doordat er meer huishoudelijk restafval en GFT is ingezameld dan was begroot. 3. De toevoeging aan de egalisatievoorziening reiniging tot een bedrag van € 215.000 was niet geraamd. Terwijl de doorberekende uren en overheadkosten voor het onderdeel huisvuil € 77.000 lager waren dan geraamd. De aan de inzameling van Kca toegerekende loon- en overheadkosten waren daarentegen € 77.000 hoger.
47
Programmarekening 2004
11.
Programma sociale infrastructuur
Hoofdkenmerken Burgers van Drimmelen maken dagelijks gebruik van een groot aantal voorzieningen op het gebied van vrije tijd, sport, zorg, sociale zaken, opvang en welzijn. Deze sociale infrastructuur vormt het fundament voor de sociale samenhang in de zes kernen van de gemeente Drimmelen. Een kwalitatief goede sociale infrastructuur draagt bij aan participatie van burgers, verhoogt de leefbaarheid en bevordert de maatschappelijke integratie. Bestaand beleid De gemeente ontwikkelt en voert beleid uit op het gebied van sport, cultuur, vrijwilligerwerk en leefbaarheid. Om sport, ontmoeting en recreatie mogelijk te maken stelt de gemeente in alle kernen sport- en sociaal culturele accommodaties beschikbaar en subsidieert diverse organisaties (Amadeus, Bibliotheek Drimmelen, Vrijwilligers Platform Drimmelen en vele vrijwilligersorganisaties in onze gemeente). Het beheer van diverse accommodaties is op grond van overeenkomsten uitbesteed aan diverse exploitanten. Het beleid binnen Drimmelen met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Algemene subsidieverordening (2000) en diverse beleidsregels • Exploitatieovereenkomsten met Sportfondsen, ESG en andere exploitanten
Trends en knelpunten Begin 2003 hebben alle gemeenten in West-Brabant en de Provincie de intentieverklaring sociaal beleid ondertekend met als doel versterking van sociaal beleid in West-Brabant. Drimmelen neemt deel aan de pilot “normen voor de sociale infrastructuur”. De gemeenten in de regio hebben de intentie uitgesproken om te komen tot een basisbibliotheek voor het Dongemondgebied. Op grond van een visiedocument en de financiële randvoorwaarden moet in 2004 een definitief besluit genomen moeten worden over de daadwerkelijke oprichting van een basisbibliotheek. Met inzet van een stimuleringsbijdrage van het Rijk wordt het project Versterking vrijwilligerswerk in onze gemeente door het Vrijwilligers Platform Drimmelen uitgevoerd. 2005 is het laatste projectjaar en hierna is er geen rijkssubsidie meer beschikbaar is. Op grond van de evaluatie zal verdere besluitvorming moeten plaatsvinden over de toekomst van het vrijwilligersbeleid in onze gemeente. Nieuw beleid met betrekking tot kunst is niet mogelijk, gelet op de recente bezuinigingen bij de nulmeting in 2002. Wat wilden we bereiken? Het beleid van de Gemeente Drimmelen is gericht op het behouden en versterken van de sociale infrastructuur in de gemeente. Onder sociale infrastructuur wordt verstaan het totaal aan formele en informele voorzieningen die het mogelijk maken dat mensen kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven. De gemeentelijke doelstellingen voor 2004 waren: • het bevorderen van de leefbaarheid en veiligheid; • het bevorderen van de sociale cohesie; • het bevorderen van participatie en integratie.
48
Programmarekening 2004
Wat hebben we bereikt? Cultuur • In 2004 zijn verdere stappen gezet op weg naar een basisbibliotheek. Gedurende enige tijd kon onze bibliotheek geen sluitende begroting overleggen en was toetreding tot de basisbibliotheek nog onzeker. Nadat het stichtingsbestuur op grond van het taakstellende budget tot een sluitende begroting is gekomen, is eind 2004 het convenant met de Dongemondgemeenten ondertekend en was Theek 5 een feit. • Begin 2004 is de evaluatie van diverse beleidsregels afgerond en heeft geleid tot een stevige basis voor de subsidiegrondslag van vrijwilligersorganisaties de komende jaren. • De bezuinigingen op de culturele verenigingen per 2004 met een korting op de subsidie van 10% zijn geëffectueerd. • In 2004 zijn de subsidierelaties met de professionele organisaties, zoals Amadeus gemoderniseerd op grond van het Beleidsgestuurde Contract Financiering (BCF). Op grond van opdrachten hebben de betreffende organisaties offertes uitgebracht en zijn beschikkingen “nieuwe stijl” opgesteld voor 2005.
Sport • In 2004 zijn de beleidsregels sport geëvalueerd en opnieuw vastgesteld. Hierna is uitvoering gegeven aan de uitvoering van de tweede fase bezuinigingen van 5% (10%) m.b.t huurtarieven, heffingen OZB en onderzoek naar een mogelijke overname van de kleedlokalen van Sportvereniging Voetbal Terheijden • In 2004 zijn verdere voorbereidingen getroffen voor de startnotitie sport, opstelling en vaststelling van de sportnota vindt in 2005 plaats. Onderzoek naar mogelijkheden voor privatisering van de buitensportaccommodaties wordt hierin meegenomen. • In 2004 is gewerkt aan verdere planvorming voor een nieuwe sporthal in Lage Zwaluwe ter vervanging van sportzaal ’t Nieuwlandt als onderdeel van de ontwikkeling van Lage Zwaluwe West.
Sociaal Culturele accommodaties • In 2004 is het huidige beleid m.b.t. het accommodatiebeleid gecontinueerd. De huurovereenkomsten met diverse exploitanten en huurders zijn geüniformeerd en gemoderniseerd.
Vrijwilligerswerk • In 2004 is verdere uitvoering gegeven aan het project “versterking vrijwilligerswerk” door het Vrijwilligers Platform Drimmelen.
Sociale Infrastructuur • In 2004 heeft de Gemeente Drimmelen deelgenomen aan het project “normen voor de sociale infrastructuur”, afronding vindt plaats in 2005 is in beeld gebracht in hoeverre de Gemeente Drimmelen op dit moment voldoet aan de vastgestelde normen.
49
Programmarekening 2004
Wat heeft het ge kost? Realisatie 2003 openbaar bibliotheekwerk
Primitieve Begroting na begroting wijziging 2004 2004
Realisatie 2004
503.683
479.225
484.684
482.016
7.590
11.328
34.028
40.425
muziekonderwijs
115.633
116.839
119.499
121.719
volksontwikkeling
135.395
108.250
108.251
91.562
zwembaden
649.391
472.257
476.172
469.374
binnensport accommodaties
730.939
764.489
742.978
708.238
buitensportaccommodaties
537.181
556.562
519.156
468.557
sportzaken
149.342
141.066
137.067
138.277
kunst
22.780
33.089
34.994
31.977
oudheidkunde
25.660
27.322
27.322
24.874
volksfeesten/evenementen
77.006
60.727
73.727
76.589
emancipatie
accomm. Soc.cultureel werk
Totaal lasten openbaar bibliotheekwerk emancipatie muziekonderwijs volksontwikkeling
684.444
728.639
720.605
702.686
3.639.044
3.499.793
3.478.483
3.356.294
73.162
36.787
42.711
38.931
5.275
0
22.700
32.700
490
408
408
408
22.824
0
0
0
zwembaden
100.000
2.233
2.233
0
binnensport accommodaties
262.403
282.933
287.899
287.314
buitensportaccommodaties
78.311
84.410
83.022
83.014
45
51
51
42
sportzaken kunst
3.889
0
0
0
oudheidkunde
7.522
7.635
7.635
7.635
volksfeesten/evenementen accomm. Soc.cultureel werk
Totaal baten Totaal budget
0
0
0
0
171.617
176.755
166.072
162.023
725.538
591.212
612.731
612.067
2.913.506
2.908.581
2.865.752
2.744.227
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma sociale infrastructuur heeft € 122.000 minder gekost dan begroot. Er bleken minder uren benodigd voor o.a. de beleidsregel muziekverenigingen, buitensport en door het uitstel van de renovatie van ’t Nieuwlandt a.g.v. de planontwikkeling in Lage Zwaluwe. Daarnaast ontstonden vele kleine veelal positieve resultaten bij energie-afrekeningen, verzekeringen, klein onderhoud en afwikkeling van subsidies over voorgaande jaren.
50
Programmarekening 2004
12.
Programma algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Hoofdkenmerken De belangrijkste bronnen van financiering voor de gemeentelijke taken zijn de lokale belastingen en de bijdragen van het rijk. Hiervan zijn de onroerende zaak belastingen en de algemene uitkering de belangrijkste. Deze middelen kennen in tegenstelling tot heffingen als het rioolrecht of de afvalstoffenheffing geen vooraf bepaald, verplicht bestedingsdoel. De niet vrij aanwendbare heffingen worden, evenals de ontvangsten van specifieke uitkeringen, in de betreffende programma’s onder de baten verantwoord. In dit programma wordt verder aandacht besteed aan de post onvoorzien. In de paragraaf lokale heffingen wordt een totaalbeeld gegeven van de lokale heffingen, dus ook die niet vrij aanwendbaar zijn, en wordt ingegaan op de lastendruk voor onze inwoners. Bestaand beleid De algemene uitkering is rechtstreeks gerelateerd aan de uitgaven van het rijk, in de primitieve begroting 2004 is deze gebaseerd op de septembercirculaire van 2003. De begroting is gedurende het jaar bijgesteld met de informatie uit de juni- en septembercirculaires van 2004. Van de algemene uitkering wordt op voorhand ruim 1,5% achtergehouden, voor het geval de uitgaven van het rijk in werkelijkheid minder zijn als vooraf begroot. De zogeheten behoedzaamheidsreserve. Wij houden er in onze begroting rekening mee dat 50% van deze behoedzaamheidsreserve toch wordt uitgekeerd, deze beleidslijn wordt ook in de septembercirculaire aangegeven. Pas na afloop van een jaar is duidelijk hoeveel werkelijk wordt uitgekeerd. Vanaf 2004 neemt de algemene uitkering uit het gemeentefonds voor onze gemeente met ruim 1,5 miljoen af door de uitname in verband met het BTW-compensatiefonds. Hier tegenover staat dat gemeenten vanaf 2004 betaalde btw kunnen terugvorderen. In 2003 is de uitname in verband met het BTW-compensatiefonds achterwege gebleven. Uit deze rijksmiddelen is in 2003 een voorziening gevormd waaruit nadelige effecten van invoering van het BTWcompensatiefonds in de komende jaren kunnen worden bestreden. Hiermee wordt bereikt dat de invoering van het BTW-compensatiefonds budgettair neutraal is voor de gemeente. Na de verhoging van de OZB vorig jaar met 35% wordt voor de komende jaren alleen de vastgestelde prijscorrectie toegepast op de tarieven van de OZB. Dit betekent dat voor 2004 en komende jaren een verhoging van 1,5% is gecalculeerd, verder is rekening gehouden met een groei van het aantal woningen met 100 stuks per jaar, aansluitend op de doelen in het programma wonen en woonomgeving. Als post voor onvoorziene uitgaven ramen wij sinds halverwege 2002 overeenkomstig de provinciale richtlijnen 0,6% van de algemene uitkering (na correctie met de behoedzaamheidsreserve en de inkomstenmaatstaf OZB). Het blijkt dat dit bedrag voldoende ruimte geeft voor onvoorziene uitgaven, derhalve is deze beleidslijn voor 2004 en de meerjarenraming voortgezet. Dit komt voor 2004 neer op € 4,02 per inwoner. Voor uitgaven ten laste van deze post is een beleid vastgesteld. De uitgaven moeten voldoen aan de drie O’s: onvoorzienbaar-onvermijdbaar-onuitstelbaar, daarnaast moeten het eenmalige, en dus geen structurele, kosten zijn. Het bestaand beleid met betrekking tot deze programmalijn is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: • Beleid post onvoorzien (2002)
Trends & knelpunten De algemene uitkering uit het gemeentefonds betreft begrotingstechnisch 46,3% van de inkomsten. De algemene uitkering is bedoeld voor het bekostigen van de gemeentelijke overheidstaken. De algemene uitkering in 2004 is ca. € 500.000 lager als eerder verwacht. Dit
51
Programmarekening 2004
betreft met name een algemene verlaging in navolging van de bezuinigingen op rijksniveau, waarvan een belangrijk onderdeel is de voorloper op de afschaffing van de zalmsnip in 2005. Het belangrijkste beleidsitem is de beperking van het gemeentelijk minimabeleid. De afschaffing cq forse versobering hiervan, in samenhang met de invoering van de Wet Werk en Bijstand levert een korting van ruim € 165.000. Gezien het minimale niveau van de bijzondere bijstand en kwijtschelding in onze gemeente, is deze korting niet op die beleidsterreinen te realiseren. Dit betekent dat de totale afname van de algemene uitkering middels bezuinigingen in de begroting opgevangen moest worden. Gelukkig waren er ook nog een aantal positieve ontwikkelingen te melden: De tijdelijke stimuleringsmaatregel AMV werd overgeheveld naar het gemeentefonds en er werden extra middelen ter beschikking gesteld. Per saldo betekende dit een stijging van de algemene uitkering met ca. € 19.000. Een toevoeging voor de gemeentelijke kosten voor dualisme leverde per saldo een bedrag op van ca. € 8.000. De belangrijkste maatregelen waarmee vanaf 2005 rekening gehouden moet worden, zijn: • de afschaffing van de gebruikersbelasting OZB op woningen, die wordt gecompenseerd via het gemeentefonds in 2005. In onze begroting wordt rekening gehouden met een voordelig effect voor Drimmelen omdat het OZB tarief onder het rekentarief van de algemene uitkering ligt. (schatting € 50.000,-) • de afschaffing van de € 45,38-maatregel, of de zalmsnip in 2005; Dit zal een verhogend effect hebben op ons tarief afvalstoffenheffing waar nu de zalmsnip als korting in is verwerkt. • maximering van de stijging van de OZB bij andere onderdelen (eigenarenbelasting op woningen en OZB op niet-woningen) na overleg met de gemeenten; • de vereenvoudiging van de WOZ-taxaties, te realiseren in 2006; Wat wilden we bereiken? De maatschappelijke doelstelling voor dit programma is 1. Het garanderen van een financieel gezonde gemeente nu en in de toekomst 2. Het heffen van verantwoorde belastingen Dit vertaalt zich in een structureel sluitende gemeentebegroting voor 2004 en de komende jaren. Waarbij het bestaande beleid van alleen inflatiestijging voor de ozb en handhaving van het budget voor onvoorzien overeind gehouden wordt. Wat hebben we bereikt? Bezuinigingen Bij de kadernota zijn verschillende bezuinigingsvoorstellen vastgesteld. De uitwerking van deze bezuiniging zijn bij de betreffende programma’s meegenomen. Hieronder worden een paar overige maatregelen toegelicht - Harmonisatie tarieven liggelden Er is een inventarisatie uitgevoerd naar de mogelijkheden (op korte termijn) om de tarieven gelijk te schakelen en gelijktijdig marktconform te maken. Gelet op diverse juridische belemmeringen (lopende contracten, verschillende contractsvormen) is van een harmonisatie op korte termijn nagenoeg niets te verwachten. Het college heeft aanvullend verzocht om een nader onderzoek te verrichten. - Beheer haven Terheijden beperken (doel is € 15.000) Een aantal bezuinigingstaakstellingen zijn op haalbaarheid onderzocht. Geconstateerd moet worden dat voor het beheer van de haven in Terheijden diverse mogelijkheden daartoe zijn bezien maar deze slechts zeer beperkt bezuinigingen opleveren. Met name de inkomsten kunnen wat worden verhoogd door efficiëntere indeling van de ligplaatsen. Bezuinigen op uren va de havenmeester is in met het oog op een goed beheer van de haven niet wenselijk. - Verkoop openbare gebouwen (doel is € 10.000)
52
Programmarekening 2004
In 2004 is getracht om de woning aan de Prinsenpolder 21 te Made te verkopen. Uiteindelijk is dit niet gelukt omdat de huurovereenkomst met de huidige bewoner van het pand gerespecteerd diende te worden. In uitvoering is een onderzoek naar de mogelijkheden van verkoop van het mortuarium aan de Leeuwerikstraat te Made. Een voorstel hiertoe zal in het vierde kwartaal aan het college worden voorgelegd.
Extra middelen algemene uitkering De specifiek aan de algemene uitkering toegevoegde gelden die een relatie hebben met nieuwe taken of taakintensiveringen zijn vorig jaar gereserveerd voor de betreffende producten. Dit betrof in 2004 met name:
Budgetcyclus Het jaar 2004 is het eerste jaar dat we een programmabegroting en hierbij een programmarekening maken. Ook de 2e bestuursrapportage sloot zoveel als mogelijk aan bij de programmabegroting en gaf een vooruitblik over de realisatie van de diverse programma’s. Begin 2005 is een werkgroep van de raad gestart die tot taak heeft de betrokkenheid van de raad bij de diverse p&c producten te vergroten en ook de kwaliteit van deze producten voor de raad te vergroten.
Wat heeft het gekost? Realisatie
Beleggingen Plaatselijke belastingen Algemene uitkeringen Algemene baten en lasten Mutatie reserves Saldo kostenplaatsen Exploitatiesaldo
Totaal lasten Beleggingen Plaatselijke belastingen Algemene uitkeringen Algemene baten en lasten Mutatie reserves Saldo kostenplaatsen Exploitatiesaldo
Totaal baten Totaal budget
Begroting na wijziging 2004
Realisatie
2003
Primitieve begroting 2004
72.579
77.076
116.042
123.523
2004
440.978
321.962
321.963
287.412
1.475.329
18.703
18.702
7.044
49
109.270
1.636
45
0
0
651.722
1.298.601
108.383
342.414-
590.953-
109.020
62.486
0
0
49.073
2.159.804
184.597
519.112
1.874.718
410.472
390.415
497.325
993.699
3.867.833
3.789.360
3.770.369
3.805.535
15.488.784
13.980.410
13.469.529
13.337.343
176-
0
0
74-
0
0
1.325.103
1.654.258
31
185
19.837-
138
773.425
242.116
128.419
0
20.540.369
18.402.486
19.170.908
19.790.899
18.380.565-
18.217.889-
18.651.796-
17.916.181-
Analyse verschillen begroting/jaarrekening Het programma algemene dekkingsmiddelen heeft € 735.000 minder opgebracht dan begroot.
53
Programmarekening 2004
1.
2. 3.
4.
5.
6.
54
hogere opbrengsten beleggingen € 496.000 tengevolge van een gewijzigde renteberekening. Deze hogere opbrengst geeft bij andere onderdelen hogere lasten dus moet als budgettair neutraal worden beschouwd. lagere kosten van plaatselijke belastingen € 35.000 wordt veroorzaakt door tal van kleine, niet substantiële, afwijkingen hogere storting in reserves € 647.000 waarvan de belangrijkste zijn € 550.000 ten behoeve van de bouw brandweerkazerne Made en € 89.000 ten behoeve van reserve GGVP saldo kostenplaatsen € 700.000 lager. Dit betreffen administratieve aanpassingen tijdens begrotingsbehandeling en/of managementrapportages. In de jaarrekening worden deze posten waar mogelijk functioneel verwerkt. algemene uitkering € 132.000 lager. Bijstelling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds vindt periodiek plaats in het rekeningjaar en de daaropvolgende jaren. Begrotingstechnisch wordt de algemene uitkering berekend op basis van de medio oktober laatst bekend zijnde gegevens i.c. de septembercirculaire hogere onttrekkingen aan reserves € 329.000 waarvan de belangrijkste zijn € 550.000 ten behoeve van de bouw brandweerkazerne Made. Aan de reserve BCF wordt € 207.000 onttrokken. De financiële afwikkeling met de gemeente Geertruidenberg op grond van de Wet Arhi vergde € 49.000 en voor de Wava werd een reserve voor dubieusheid gevormd ter grootte van € 297.000
Programmarekening 2004
Paragrafen
55
Programmarekening 2004
Inleiding paragrafen In het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten is in artikel 9 bepaald dat de begroting naast het programmaplan paragrafen dient te bevatten waarin de beleidslijnen worden vastgelegd met betrekking tot beheersmatige aspecten en de lokale heffingen. Paragrafen zijn ingesteld om een dwarsdoorsnede van de begroting te geven van onderwerpen die versnipperd in de begroting staan. De paragrafen maken een goede beoordeling van de financiële positie van de gemeente op de korte en langere termijn mogelijk. Actuele beleidsnota’s kunnen onderdeel uitmaken van de toelichting. In deze gevallen wordt verwezen naar de relevante beleidsnota’s.
56
Programmarekening 2004
§A
Weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente Drimmelen om niet-structurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde zijn taken te kunnen voortzetten. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit (zijnde de middelen waarover de gemeente beschikt cq. kan beschikken om niet begrote kosten te dekken) en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente nu en in de toekomst. Beleid De raad heeft in oktober 1997 de nota “Heroriëntatie reservepositie gemeente Made vastgesteld. In die nota zijn de diverse reserves en voorzieningen geanalyseerd en heeft een herschikking plaatsgevonden. Deze nota werd geactualiseerd in de notitie herijking reserves en voorzieningen van 6 maart 2000. In de vergadering van de commissie Algemeen Bestuur en Middelen van 24 maart 2005 werd een nieuwe actualisatie behandeld. In de raadsvergadering van 14 april 2005 is deze vastgesteld. In deze actualisatie is de algemeen gangbare norm, die mede door de provinciaal toezichthouder wordt gehanteerd, bepaald op 5 maal de minimumnorm zoals deze is bepaald in artikel 12 van de Financiële Verhoudingswet. Deze minimumnorm bedraagt 2% van de som van het totaal van alle verdeelmaatstaven en de (tot 100% herrekende) inkomstenmaatstaf ozb van de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Concreet is dit 10% van € 17.522.000 oftewel afgerond € 1.750.000. Het bestaande beleid voor deze paragraaf is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: 1. Nota heroriëntatie reservepositie gemeente Made (1997) 2. Notitie herijking reserves en voorzieningen (2000) 3. Reserves en voorzieningen actualisatie 2005
Weerstandscapaciteit De berekening van de weerstandscapaciteit van Drimmelen geschiedt op basis van de volgende actoren: onvoorzien, de algemene reserve, de onbenutte belastingcapaciteit en de stille reserves. Als stille reserves zijn aan te merken investeringen die geheel afgeschreven zijn maar nog wel een restwaarde bij verkoop hebben, maar ook het verschil in balanswaardering en marktwaarde van aandelen, zoals van de nutsbedrijven en de BNG. Om een indicatie van de omvang van de stille reserves te geven; de aandelen Intergas bleken een verkoopwaarde te vertegenwoordigen van € 16,5 miljoen. Complicerende factor is overigens dat dergelijke aandelen niet vrij verhandelbaar zijn. De bouwgrondexploitatie waarvoor fondsen zijn gevormd blijven in deze berekening buiten beschouwing. Aan grondbeleid wordt een aparte paragraaf geweid.
57
Programmarekening 2004
Berekening weerstandscapaciteit per 31-12-2004
(bedragen in duizenden euro’s)
Onbenutte belastingcapaciteit OZB (i.h.k.v. artikel 12 fvw) ,, ,, Leges en andere heffingen Totaal onbenutte belastingcapaciteit (Weerstandscapaciteit exploitatie) Weerstandscapaciteit vermogen Vrij aanwendbare deel algemene reserve Vrij aanwendbare deel bestemmingsreserves Stille reserves Weerstandscapaciteit vermogen Totale weerstandscapaciteit
1.272 nihil 1.272
2.243 1.585 pm 3.828 5.100
Risico’s De risico’s voor de gemeente kunnen worden ingedeeld naar de herkomst van het risico. Hiervoor is de volgende indeling gekozen: • risico’s voortvloeiende uit eigen beleid; • risico’s voortvloeiende uit het beleid van een hogere overheid; • risico’s voortvloeiende uit de samenwerking met andere gemeenten of instanties; • risico’s voortvloeiende uit het doen/nalaten van derden; • risico’s voortvloeiende uit niet te beïnvloeden (autonome) ontwikkelingen. Voor een groot deel van de hierna vermelde risico’s zijn geen voorzieningen gevormd. Het is in deze gevallen ook niet mogelijk om het risico te kwantificeren. Er wordt vooralsnog niet gerekend op financiële tegenvallers. Onverhoopte aanspraken uit de vermelde risico’s worden afgedekt uit het financiële weerstandsvermogen van de gemeente. Risico’s voortvloeiende uit eigen be leid Grondbedrijf Het grondbedrijf vormt een financieel risico voor de exploitatiebegroting van de algemene dienst. In het verleden zijn binnen de grondexploitatie reserves gevormd waaruit tegenvallende resultaten kunnen worden gedekt. De risico’s verbonden aan de grondexploitatie sec. worden toegelicht in de paragraaf grondbeleid en blijven hier buiten beschouwing. Open eind regelingen Wet Voorziening Gehandicapten In de loop der jaren is het aantal verzoeken om verstrekkingen in het kader van de WVG fors gegroeid. Gelet op het open einde karakter van deze regeling is het budgettaire beslag op de exploitatie moeilijk vooraf te voorspellen. Bij de kadernota 2004 zijn op dit beleidsterrein bezuinigingen doorgevoerd te weten beperking collectief vervoer, verzwaring van de indicatieeisen voor scootmobielen, het invoeren van een eigen bijdrage voor overige vervoersvoorzieningen en versobering van het verstrekkingenbeleid woonvoorzieningen. Leerlingenvervoer Mits voldaan wordt aan de gestelde criteria in de verordening kan een aanvraag in het kader van leerlingenvervoer niet worden afgewezen. De gemeente kan geen enkele invloed uitoefenen op het aantal aanvragen. Door het invoeren van een drempelbijdrage kunnen uitgaven die verband houden met verstrekking van individuele vergoedingen worden verlaagd terwijl de inkomsten toenemen.
58
Programmarekening 2004
Sociale uitkeringen De uitgaven zijn afhankelijk van het aantal mensen dat een beroep moet doen op sociale uitkeringen. In de huidige tegenvallende economische omstandigheden moet er rekening mee worden gehouden dat het aantal aanvragen toe zal nemen. De gemeente wordt in dat geval geconfronteerd met hogere uitgaven. In het kader van de nieuwe wet Werk en Bijstand zal hier gericht beleid op ontwikkeld gaan worden. Kwijtscheldingsbeleid Het is onbekend of iedereen die voor kwijtschelding in aanmerking komt deze ook daadwerkelijk aanvraagt. Een neergaande conjunctuur zal leiden tot een toename van het aantal aanvragen om kwijtschelding. Planschade De gemeenten worden in toenemende mate geconfronteerd met verzoeken om planschade t.g.v. bestemmingsplanwijzigingen. Omdat de gemeente Drimmelen verhoudingsgewijs meer woningbouw realiseert middels herstructurering en inbreiding is het risico van planschade evenredig hoger. Momenteel wordt onderzocht of er mogelijkheden zijn om een drempel in de procedure voor aanvraag planschade in te bouwen. Risico’s voortvloeiende uit het beleid van een hogere overheid Behoedzaamheidsreserve De behoedzaamheidsreserve is een afgezonderd deel van de algemene uitkering die, afhankelijk van de ontwikkeling van de financiële positie van het rijk, al dan niet wordt uitgekeerd. In de begroting werd, op basis van de septembercirculaire 2003, ervan uitgegaan dat 50% van de behoedzaamheidsreserve uiteindelijk zou worden uitgekeerd. Uit de maartcirculaire van 2005 blijkt dat de behoedzaamheidsreserve 2004 voor 89% wordt uitgekeerd. Decentralisatie Het Rijk tracht meer taken te decentraliseren richting gemeenten. In aanvang worden daarvoor in de regel voldoende middelen ter beschikking gesteld. In de praktijk blijkt dat op termijn de rijksvergoeding achter blijft bij de ontwikkeling van de uitgaven. BTW-compensatiefonds Per 1 januari 2003 is het BTW-compensatiefonds ingevoerd. Berekeningen wijzen niet op nadelige effecten. Omdat deze complexe materie sterk afhankelijk is van het investeringspatroon van de gemeente zal e.e.a. in de praktijk nog bewezen moeten worden. C 2000 De financiële consequenties van de invoering van het C2000 systeem zijn nog niet bekend. De maximale gemeentelijke bijdrage is € 80.000. Het Rijk en de VNG zijn nog in onderhandeling over de kostenverdeling. De gemeentelijke bijdrage aan dit systeem zal via het RAV en de regionale brandweer lopen. Risico’s voortvloeiende uit de samenwerking met andere gemeenten of instanties Gemeenschappelijke regelingen De gemeente heeft zich verplicht bij te dragen in eventuele nadelige saldi van een aantal gemeenschappelijke regelingen. De structuur van deze regelingen is veelal zo dat de gemeente individueel slechts beperkte invloed uit kan oefenen op de uitgaven. Inhoudelijk wordt op de gemeenschappelijke regelingen ingegaan in de paragraaf verbonden partijen. Wel willen wij u expliciet wijzen op de gemeenschappelijke regeling WAVA die hieronder wordt toegelicht.
59
Programmarekening 2004
Achtergestelde geldlening WAVA Bij de herstructurering van de Wava per 1 januari 2000 is een financieel kader vastgesteld dat bestaat uit de volgende drie componenten: • Aanzuivering van het (destijds bestaand) negatief eigen vermogen; • Verstrekking door de deelnemende gemeenten van een achtergestelde lening die opvraagbaar wordt met rente vanaf 2006; en • Afbouw in 10 jaar van de jaarlijkse gemeentelijke bijdrage. Ondertussen heeft het bedrijf over de jaren 2000 en 2001 door diverse oorzaken forse verliezen geleden. Om de ontwikkeling te keren is er eind 2002 een ingrijpende saneringsoperatie in gang gezet. Deze operatie heeft echter niet kunnen voorkomen dat er in 2003 en naar verwachting ook nog over 2004 verliezen zullen zijn. Hierdoor is het eigen vermogen wederom negatief geworden. Voor de provincie was dit voldoende reden om bij brief van 17 januari 2005 aan WAVA te verzoeken de begroting 2005 aan te passen. Welke maatregelen worden voorgesteld is op dit moment nog niet duidelijk. Wij achten het wenselijk hier niet op vooruit te lopen en de voorstellen van het bestuur af te wachten. Gezien de geschetste situatie sluiten wij niet uit dat er weer aan de deelnemende gemeenten zal worden gevraagd om de helpende hand te bieden. Dit kan op verschillende manieren bv. door uitstel van de aflossing van de achtergestelde lening, door aanzuivering van de tekorten in het eigen vermogen en door de verdere afbouw van de gemeentelijke bijdrage te beëindigen. Combinaties hiervan zijn uiteraard ook mogelijk. Voor de beeldvorming: Het aandeel van onze gemeente in de achtergestelde lening bedraagt ca. € 300.000. Ons aandeel in het negatief eigen vermogen bedraagt per 31-12-2004 ongeveer € 322.000. In de jaarrekening is vooruitlopend op besluitvorming een voorziening gevormd ten bedrage van € 297.423 Winstuitkeringen Van een aantal bedrijven, respectievelijk instellingen ontvangt de gemeente jaarlijks een winstuitkering. Naast dividend van nutsbedrijven ontvangt de gemeente dividend van de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten. Het dividend is afhankelijk van het behaalde resultaat bij deze bedrijven en instellingen. Dit kan fluctueren, zeker als rekening gehouden wordt met de consequenties van een verdere liberalisering van de energiemarkt. Overigens zijn de in 2004 ontvangen dividenden op het geraamde peil ontvangen Wet onroerende zaken kostenvergoeding derden Sinds de invoering van de wet onroerende zaken moet de gemeente een voorgeschreven aantal gegevens up to date houden en doorleveren aan de belastingdienst en het waterschap. Van de kosten die de gemeente hiervoor heeft gemaakt in 1998 tot en met 2002 betalen deze afnemers een vastgesteld percentage. Deze kosten worden door de Waarderingskamer beoordeeld op redelijkheid, maar het Waterschap en de belastingdienst kunnen zelf ook hiertegen bezwaar aantekenen. Daarnaast heeft het Waterschap een aantal gemeenten, waaronder Drimmelen, aansprakelijk gesteld voor de, in hun ogen, onvoldoende kwaliteit van deze gegevens in de eerste jaren, en de kosten van herstel. Hierover loopt al geruime tijd een procedure.
Risico’s voortvloeiende uit het doen/nalaten van derden Aansprakelijkheidsstellingen Steeds vaker worden wij geconfronteerd met schadeclaims. Deze tendens wordt landelijk ook waargenomen. De gemeente is verzekerd tegen het aansprakelijkheidsrisico. Veelal is er sprake van eigen risico’s die voor rekening van de gemeente blijven. Gemeentegaranties De gemeente heeft zich, ter bevordering van het eigen woningbezit, in het verleden garant gesteld voor een aantal geldleningen. Deze garantstelling is overgenomen door het
60
Programmarekening 2004
Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Het risico is hiermee afgenomen. Alleen verliezen boven een bepaalde drempel kunnen leiden tot een financiële bijdrage door de gemeente. Ook aan de in de gemeente opererende woningbouwverenigingen hebben wij garantstellingen verleend. Ook de hieraan verbonden risico’s achten wij laag. Daarnaast staan wij garant voor enkele geldleningen van sportverenigingen. De omvang van deze geldleningen is zodanig dat wij aanspraken in de nabije toekomst onwaarschijnlijk achten. Risico’s voortvloeiende uit niet te beïnvloeden (autonome) ontwikkelingen Renteontwikkeling De rentetarieven zijn sedert een aantal jaren stabiel op een relatief laag niveau. De rente van het huidige leningenpakket is dan ook laag te noemen. Stijging van de rentetarieven leidt tot hogere exploitatiekosten waarmee nu geen rekening is gehouden. Wachtgeldverplichtingen Ten aanzien van de huidige wachtgeldverplichtingen aan ambtelijke medewerkers hebben zich in 2004 geen wijzigingen voorgedaan. In 2004 zijn door een tweetal bestuurlijke mutaties wachtgeldverplichtingen ontstaan, waardoor het budget gewezen wethouders / bestuurders uiteindelijk met een bedrag van 15.905,- is overschreden. Ook hebben medio 2004 twee ambtelijke medewerkers vervroegd gebruik gemaakt van de regeling FPU. Overigens zijn de hiermee samenhangende lasten verwerkt in het meerjarenperspectief.
61
Programmarekening 2004
§B
Lokale heffingen
Onder lokale heffingen worden alle gemeentelijke belastingen en retributies begrepen. In deze programmarekening zijn overzichten van de diverse heffingen opgenomen. Per heffing wordt verder ingegaan op onder meer de bezwaren in het afgelopen jaar.. Onroerende zaakbelastingen en Wet WOZ 2003 zakelijk recht woningen per € 2.268 zakelijk recht niet-woningen per € 2.268 feitelijk gebruik woningen per € 2.268 feitelijk gebruik niet-woningen per € 2.268 Totaal woningen Totaal niet-woningen
€ € € € € €
2,32 3,03 1,87 2,44 4,19 5,47
2004 € € € € € €
2,36 3,08 1,90 2,48 4,26 5,56
Mutatie in% 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5
nominaal € € € € € €
0,04 0,05 0,03 0,04 0,07 0,09
Het jaar 2004 was het laatste jaar van het WOZ tijdvak 2001-2004 met als waardepeildatum 1-11999. Dit was tevens het laatste vierjarige tijdvak. Begin 2005 zijn nieuwe WOZ waarden van kracht geworden, met als peildatum 1-1-2003. De waarden zijn gebaseerd op de marktwaarden en voor de woningen voor onze gemeente laten die een stijging van bijna 55% zien. Het jaar 2004 heeft met name in het teken gestaan van deze hele herwaardering in samenwerking met een extern taxatiebureau. Voor de WOZ, de waarde van woningen, zijn het afgelopen jaar slechts een klein aantal bezwaarschriften ontvangen, hiervan zijn er twee gegrond verklaard, eenzelfde aantal ongegrond en drie niet-ontvankelijk. Er resteren nog twee af te handelen bezwaren. In 2004 zijn 80 bezwaren over de ozb ontvangen Dit betrof in totaal 91 objecten of panden. Nagenoeg alle ozb bezwaren zijn zogeheten subjectbezwaren. Andere eigenaar of gebruiker. Hiervan zijn voor 73 panden de bezwaren gegrond verklaard en voor 18 panden niet gegrond of gedeeltelijk gegrond. In de begroting 2004 was een extra opbrengst, bezuiniging, voor ozb geraamd, ervan uitgaande dat de geraamde groei van het aantal panden, objecten volledig gehaald zou worden. Dit is echter niet het geval geweest, zeker al omdat deze groei niet op 1 januari, de peildatum voor de ozb, was gerealiseerd. Hondenbelasting 2003 Belasting per hond Belasting per kennel
€ 65,40 € 237,00
2004 € 72,96 € 264,36
Mutatie in% 11,6 11,5
nominaal € 7,56 € 27,36
In 2004 is het honden(overlast)beleid opnieuw vastgesteld, wat betekent dat de kosten omlaag gaan vanaf 2005 en daarmee ook de tarieven. In 2005 zijn we terug op het peil 2003. Eind 2004, begin 2005 heeft een controle op de hondenbelasting plaatsgevonden in de gemeente. Deze controle was aangekondigd. Zowel de aankondiging als de controle heeft een redelijk aantal nieuwe aanmeldingen opgeleverd. Deze zijn met name vanaf 2005 van toepassing. Er zijn 2 bezwaarschriften ontvangen op de hondenbelasting in 2004. Dit betrof bezwaren tegen het fenomeen hondenbelasting. Deze bezwaren zijn niet gegrond verklaard. Doordat hondenbelasting per maand wordt berekend, ontvangt de gemeente gedurende het gehele jaar veel tussentijdse aan- en afmeldingen. Deze worden in de administratie verwerkt en in de heffingen betrokken. Inwoners waarvan de hond is overleden, krijgen na een verzoek met overleggen van bewijs de teveel betaalde hondenbelasting retour.
62
Programmarekening 2004
Rioolrechten 2003 vast tarief - waterverbruik 0 – 250m³ : per m³ - waterverbruik 251 – 500m³: € 90/ € 92,50 + per m³ - waterverbruik 501 – 1000m³: € 150/ € 155 + per m³ - waterverbruik >1000m³: € 175/ € 180 + per m³
€ 111,60 € 0,36 € 0,24 € 0,05 € 0,02
2004 € 116,40 € 0,37 € 0,25 € 0,05 € 0,02
Mutatie in% 4,3 2,8 4,2 -
nominaal € € €
4,80 0,01 0,01 -
De inning van de rioolrechten, alsmede de afvalstoffenheffing, geschiedt door Brabant Water, naar onze tevredenheid. Hier zijn in 2004 3 bezwaren op binnengekomen, deze hadden met name betrekking op de toepassing van de regeling voor agrariërs en een zeer laag waterverbruik door beperkt gebruik van een ruimte. Afvalstoffenheffing 2003 vastrecht tarief - per lediging gft container-inhoud 25 ltr - per lediging gft container-inhoud 140 ltr - per lediging ov.huish.afvalst. cont.-inh. 40 ltr - per lediging ov.huish.afvalst. cont.-inh. 240 ltr - per perceel bij verzamelcontainers Inzameling grove huishoudelijke afvalstoffen - per aanvraag - per 0,5 m³ Inzameling grof tuinaanval - per aanvraag Aanbieding op de milieustraat - grove huishoudelijke afvalstoffen per kg. - bouw- en sloopafval per kg. - schoon puin per kg. -autobanden per stuk
2004
Mutatie in% 21,8 5,6 5,0 5,8 5,3 6,3
nominaal
€ 98,05 € 0,54 € 2,42 € 0,86 € 4,14 € 65,90
€ 119,40 € 0,57 € 2,54 € 0,91 € 4,36 € 70,08
€ 15,00 €` 25,00
€ 15,00 € 25,00
-
-
€ 20,00
€ 20,00
-
-
€ € € €
€ € € €
0,16 0,16 0,03 2,27
0,16 0,16 0,03 2,30
1,3
€ 21,35 € 0,03 € 0,12 € 0,05 € 0,22 € 4,18
€ 0,03
In 2003 is de gemeente Drimmelen gestart met Diftar. De afgelopen twee jaar waren te tarieven gebaseerd op: g.f.t. 140 liter tarief 2003: 7x per jaar tarief 2004: 8,5x per jaar restfractie 240 liter tarief 2003:12x per jaar tarief 2004: 11,5x per jaar Het blijkt dat de werkelijke frequenties van aanbieden in 2004 hoger lagen als geraamd. Met deze hogere gemiddelden is ook voor de tariefstelling 2005 rekening gehouden. Deze hogere frequenties zorgden ook voor hogere rekeningen bij onze inwoners. Daarnaast houden veel inwoners zelf bij wanneer zij een container ter lediging aanbieden. Inwoners die bij de eindafrekening van Brabant Water een verschil ontdekken in de aantallen ledigingen maken veelal bezwaar bij de gemeente. Voor elk bezwaar wordt bij de inzamelaar nauwlettend nagegaan of de chip wel overeenkomt met de bak van de betreffende inwoner en of de in rekening gebrachte ledigingen inderdaad door de inzamelwagen zijn geregistreerd. Dit leidt eind maart tot de volgende stand in de bezwarenafhandeling: Over de afrekeningen eind 2004/ begin 2005 zijn 79 bezwaren ontvangen. Hiervan zijn er 22 gegrond verklaard, 23 zijn ongegrond of gedeeltelijk gegrond verklaard. Er zijn nog 34 bezwaren af te handelen, deze hebben met name betrekking of de kernen Terheijden en Wagenberg waar de eindafrekening op 29 januari 2005 is geweest.
Zalmsnip De lastenverlichting voor de huishoudens, € 45,23, was in 2004 verrekend als korting in de tarieven afvalstoffenheffing, zowel in het vastrecht als in de ledigingbedragen van de containers.
63
Programmarekening 2004
Lastendruk De gemiddelde lastendruk per huishouding kan als volgt schematisch worden weergegeven: Belastingsoort
lastendruk 2003
lastendruk mutatie 2004 in%
nominaal
Onroerende zaakbelastingen
€ 276,00
€ 280,60
1,6%
€ 4,60
Rioolrechten
€ 152,00
€ 159,60
5%
€ 7,60
Afvalstoffenheffing (gemiddeld)
€ 163,95
€ 189,48
16%
€ 25,53
€ 31,87
€ 17,60
-45%
-€ 14,27
€ 623,82
€ 647,28
3,80%
€ 23,46
milieustraat (gemiddeld) Totaal gemiddeld per huishouden
Bij de berekening van de lastendruk is de waarde van een woning voor de onroerende zaakbelastingen gesteld op € 150.000. Daarnaast zijn de rioolrechten en de afvalstoffenheffing een gemiddeld tarief voor een huishouden in onze gemeente, gebaseerd op het aantal huishoudens en de totaal verwachte inkomsten. Kwijtschelding Als een belastingplichtige niet beschikt over vermogen en/of voldoende betalingscapaciteit kan er geheel of gedeeltelijk kwijtschelding van de opgelegde belastingen worden verleend. In de gemeente Drimmelen kan kwijtschelding worden aangevraagd voor de onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing en rioolrechten. De gemeente volgt hierbij de landelijk te hanteren normen voor vermogen en inkomen. Over 2004 hebben 164 personen kwijtschelding aangevraagd. Hiervan zijn 145 aanvragen volledig toegewezen, 5 aanvragen zijn gedeeltelijk toegewezen en 14 aanvragen zijn afgewezen. Het totaal bedrag dat is kwijtgescholden over 2004 bedraagt € 59.200,=, dat is als volgt onderverdeeld over de belastingen: begroot werkelijk Onroerende zaakbelastingen € 8.000 € 11.400 Rioolrechten € 18.000 € 22.000 Afvalstoffenheffingen € 29.000 € 25.800 totaal kwijtschelding € 55.000 € 59.200 De kwijtschelding van onroerende zaakbelasting komt voor rekening van de gemeente. De bedragen die worden kwijtgescholden voor rioolrecht en afvalstoffenheffing zijn in de tariefstelling meegenomen. Dit betekent uiteindelijk dat de kwijtschelding voor rioolrecht en afvalstoffenheffing door de overige belastingbetalers wordt opgebracht.
64
Programmarekening 2004
§C
Onderhoud kapitaalgoederen
De gemeente Drimmelen beheert circa 385 hectare aan openbare ruimte. Elke burger, bezoeker en werknemer in de gemeente Drimmelen maakt gebruik van deze openbare ruimte, voor vele diverse activiteiten zoals wonen, werken en recreëren. Voor deze activiteiten zijn veel kapitaalgoederen nodig: riolering, wegen, kunstwerken, groen, verlichting en gebouwen. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud er van zijn bepalend voor kwaliteit van de openbare ruimte en ook de hoogte van de jaarlijkse lasten. De voorgenomen bezuinigingen werden verwerkt in de begroting en de onderhoudsmaatregelen zijn daarop afgestemd. Het bestaande beleid voor deze paragraaf is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: 1. Wegenbeheersplan 2004-2008 (nog niet vastgesteld) 2. Operationele planning onderhoud wegen 2004. 3. GemeentelijkVerkeersVeiligheidsPlan 1 (2000) 4. Gemeentelijk RioleringsPlan 2003-2007 5. Groenstructuurplan Made, Natuurlijk doen! 1997-2012. 6. Onderhoudsplannen groen: plantsoenen 2002-2004, grasbestek 2002-2004, bermen en sloten 2003-2005. 7. Gebouwenbeheerplan 2003-2005.
Wegen en verlichting In 2004 is een nieuw geactualiseerd Wegenbeheerplan 2004-2008 gemaakt, op basis van beeldkwaliteiten voor de gemeente Drimmelen. Het plan, dat was gebaseerd op gegevens uit 2003, wordt inmiddels gekoppeld aan de meest recente gegevens anno 2005 en moet nog aan de raad worden voorgelegd. Uitgangspunten als, handhaving onderhoudsniveau, het voorkomen van kapitaalvernietiging, extra aandacht voor de zwakke weggebruiker (voetgangers, fietsers) werden, voor zover en zoveel mogelijk, daarin mee genomen. Straatmeubilair en bewegwijzering
Vandalisme en schadegevallen zonder daders hebben ook in 2004 in sterke invloed gehad op het te besteden budget voor vervanging en vernieuwing. In het driehoeksoverleg wordt daar aandacht voor gevraagd. Straatvegen Het straatvegen en het afvoeren van veegvuil geschiedt volgens een vastgesteld programma. Er wordt daarbij rekening gehouden met evenementen. Calamiteiten op het gebied van verkeersveiligheid, afwatering en/of volksgezondheid kunnen leiden tot het aanpassen van het veegprogramma. Onkruidbestrijding verharding De onkruidbestrijding op verhardingen geschiedt gedeeltelijk op chemische basis en gedeeltelijk op mechanische basis. Bij ontwerp, aanleg en onderhoud wordt getracht door preventieve maatregelen de bestrijding tot een minimum te beperken. In 2004 is een onderzoek opgestart naar de mogelijkheid om tot volledige chemische bestrijding over te gaan. In het voorjaar 2005 wordt het onderzoek afgerond en zullen voorstellen dienaangaande worden gedaan. Gladheidbestrijding Het gladheidbestrijdingsplan werd in het najaar 2004 opnieuw vastgesteld en gepubliceerd. Openbare Verlichting In de gemeente staan momenteel 5.061 lichtmasten. Door een keuze voor de groepsremplace was er sprake van een teruggang te zien in het aantal storingen. Dit verschijnsel wordt thans weer gecompenseerd door de verdergaande veroudering van masten en armaturen. Een beleidsplan voor beheer en onderhoud zou inzichtelijk moeten maken wat er zou moeten gebeuren en wat daarvan de kosten zijn. Binnen het product zijn daarvoor echter geen middelen.
65
Programmarekening 2004
Riolering Het vigerende beleidsplan is het Gemeentelijk Rioleringsplan 2003-2007 (vastgesteld in de raadsvergadering van 12/12/02). Dit onderhoudsplan voor rioleringen is gebaseerd op 60 jaar, de gemiddelde levenscyclus van rioleringen. Doordat het gros van de gemeentelijke rioleringen is aangelegd vanaf de jaren “60, moet de komende jaren rekening worden gehouden met een vervangingspiek. In het GRP is een financiële paragraaf opgenomen die de basis is voor het te heffen rioolrecht. Door de egalisatiereserve worden schommelingen in de werkzaamheden, en daarmede in het tarief, voorkomen. Het rioolrecht is voor de planperiode dekkend. Recent werd besloten de kosten, samenhangend met de plaatsing van iba’s, te verdisconteren in het rioolrecht en deze als gevolg daarvan te verhogen. De definitieve verhoging zal aan het einde van het project worden vast gesteld aan de hand van de werkelijk gemaakte kosten. Concreet werden in het afgelopen jaar de volgende inspanningen/werkzaamheden verricht: opstarten van een gestructureerd riooloverleg Ca 300 m rioolvervanging in de Emmastraat (€ 120.000,--) Drukriolering aangelegd voor 31 panden buitengebied (€ 250.000,--) Aanleg drukriolering Thijssenweg/Vogelstraat (€ 71.000,--) Inventariseren bemalingsgebieden. Maatregelen kolken (1.650,--) Bouwrijpmaken Onderstraat/Kruisstraat (€ 97.500,--) Maken van gemaal manuals voor onderhoudsteams. Plannen voor de opheffing van risicovolle overstorten. Vrijvervalaansluitingen binnen 40 m ( € 3.350,--) Bepaling verhard oppervlak in de gemeente. Aanschaf rioolontstopper (€ 23.400,--) Extra persleiding capaciteit glastuinbouwgebied ( € 11.700,--) Groenbeheer Het groenbeleid is er na de gemeentelijke herindeling op gericht geweest om op basis van gedegen onderhoudsplannen het groenbeheer te structureren. Er is tevens beleid ontwikkeld voor het opnieuw inrichten van plantsoenvakken (omvormen groen) die vanwege slijtage, representativiteit of functieverandering niet meer voldoen. Elders in deze programmarekening vindt u daarvan een aantal voorbeelden van straten die op deze wijze zijn gerenoveerd. Hierdoor ontstaat groen dat beter en efficiënt (goedkoper) te onderhouden is, waardoor de algemene indruk van het plantsoen en de buurt sterk verbetert. Het groenbeleid is gebaseerd op duurzaam kwaliteitsgroen en wordt op een ecologische basis beheerd, waarbij in het plantsoen geen gebruik wordt gemaakt van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen. Om het onderhoud verder te beperken wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van bodembedekkende beplanting, en bij plantsoenen die daarvoor geschikt zijn wordt een bepaalde mate van kruidengroei geaccepteerd. Op het gebied van het planmatig beheer zijn een aantal beleidsmatige stukken verschenen: de actualiseerde onderhouds- en beheerplannen, waarbij voor het eerst beeldbestekken werden geïntroduceerd, groenstructuurplannen per deelgebied, de uitwerking van het eerste uitvoeringsplan begraafplaatsen en een eerste aanzet voor een landschapsbeleidsplan. Gebouwen Het beheer van de gemeentelijke gebouwen is vastgelegd in het onderhoudsplan gebouwen. Met behulp van planon zijn voor alle gebouwen in de gemeente Drimmelen de onderhoudslasten en de investeringsplanning in beeld gebracht met als uitgangspunt de staat van onderhoud in het jaar 2002. Middels dit gebouwenbeheersysteem zijn de onderhoudsfondsen en investeringen (renovatieonderhoud) per gebouw tot 2005 vastgesteld. Tevens zijn de onderhoudsplanningen van de schoolgebouwen, welke tot 2002 werden beheerd door de afdeling maatschappelijke zaken, samengevoegd met de overige gemeentelijke gebouwen. Het gebouwenbeheersysteem, planon, is er op gericht het onderhoud van de gemeentelijke eigendommen te waarborgen op een situatie waarbij sprake is van een normale onderhoudscyclus en waarbij achterstallig onderhoud wordt voorkomen. Dit betekent dat het
66
Programmarekening 2004
gebouw (of delen ervan) niet toe is aan vervanging als gevolg van achterstallig onderhoud en waarbij er geen sprake is van noodzakelijke renovatie van (delen van) het gebouw door achterstallig onderhoud. Onderstaand geven wij u per gebouw een opsomming van de grootste verschillen tussen de planning en het werkelijk in 2004 gerealiseerde Gymlokaal “De Romboutsstraat” Conform afspraken gemaakt met de afdeling Maatschappelijke Aangelegenheden wordt de gymzaal in stand gehouden, dus aan het gebouw wordt minimaal onderhoud gepleegd. Echter is de dakbedekking op het hoofdgebouw vervangen omdat deze in zeer slechte staat verkeerd. De overschrijding is ontstaan doordat deze werkzaamheden niet gepland waren in het gebouwenbeheerssysteem. Toren N.H.-kerk Hooge Zwaluwe De toren is in 2004 geschilderd. In het gebouwenbeheersysteem was een post opgenomen voor het steigerwerk echter tijdens de uitvoering is gebleken dat het steigersysteem waarvoor gekozen was in het gebouwenbeheerssysteem niet toegepast kon worden. De afstempeling op de dakruiter was niet mogelijk omdat door deze manier van afstempelen het demonteren van de ophangconstructie van de wijzerplaten niet mogelijk was. Basisschool “de Lage Weide” De overschrijding is ontstaan door vandalisme.. Basisschool “St Jan School” In 2004 is het schoolplein voor een gedeelte gerenoveerd. Op diverse plaatsen was de bestrating van het schoolplein verzakt of omhoog gekomen door wortelgroei, waardoor er een onveilige situatie was ontstaan. In het gebouwenbeheerssysteem was een inschatting gemaakt hoeveel m2 herbestraat zou moeten worden. Echter tijdens de uitvoering bleek de inschatting te laag om de onveilige situatie ongedaan te maken. Basisschool “Willibrordus” Het groot onderhoud van het dak en kozijnvervanging stonden gepland in 2004/2005. In overleg met de school is besloten om een aantal werkzaamheden te clusteren. Hierdoor zijn de volgende werkzaamheden uitgevoerd: 1) Vervangen dakbedekking van het gehele complex; 2) Kozijn vervangen centrale verbindingsgang. Ad 1): Vervangen dakbedekking: Opgenomen in het gebouwenbeheerssysteem voor het vervangen van de dakbedekking van het gehele complex € 106.272,95 incl. Btw. De dakwerkzaamheden zijn uitgevoerd voor € 71.995,00 en het vervangen van de boeidelen voor € 54.946,74. De overschrijding van € 20.668,79 is ontstaan doordat het regelwerk achter de boeidelen in zijn geheel vervangen is wegens de zeer slechte staat van dit regelwerk. In het gebouwenbeheerssysteem was rekening gehouden met vervanging van 25% van het regelwerk. Ad 2) Kozijn vervangen centrale verbindingsgang: Opgenomen in het gebouwenbeheerssysteem voor het vervangen van de kozijnen centrale hal € 46.245,00 incl. Btw. De werkzaamheden zijn uitgevoerd voor € 20.738,16. De werkzaamheden zijn uitgevoerd in oktober-december 2004 en voor een groot gedeelte gefactureerd in 2004. Hierdoor is een negatief resultaat ontstaan in 2004 echter gezien over 2004-2005 zijn de werkzaamheden binnen het budget gebleven.
67
Programmarekening 2004
§D
Treasury
Voor de uitvoering van de diverse programma’s zijn financieringsmiddelen nodig. Onder de treasuryfunctie valt het zonodig aantrekken van financieringsmiddelen dan wel beleggen van (tijdelijk) overtollige financieringsmiddelen een en ander afgestemd op de financieringsbehoefte van de gemeente en daarmee van het tijdstip van ten uitvoering brengen van de diverse programma’s. De uitvoering van de treasuryfunctie vereist snelle beslissingen in een complexe geldmarkt. Dit heeft budgettaire gevolgen, onder meer afhankelijk van het risicoprofiel. Onder de treasuryfunctie valt niet het garanderen van rente en aflossing van geldleningen aan derden. Het bestaande beleid voor deze paragraaf is vastgelegd in de volgende beleidsnota’s: 1. Treasurystatuut (2000)
Algemene ontwikkelingen; rentebeleid De korte rente (looptijd < 1 jaar) en de lange rente (looptijd > 1jaar) waren in 2004 evenals de daaraan voorafgaande jaren stabiel. De korte rente is lager dan de lange rente. Het uitgangspunt in 2004 was daarom om de financieringsbehoefte te dekken met kort geld e.e.a. voor zover dat mogelijk is binnen de wettelijke normen van de kasgeldlimiet. Medio 2004 verviel een geldlening met een restantbedrag van € 2.500.000. Per 1 april is een nieuwe geldlening van € 3.000.000 afgesloten voor 20 jaar tegen een rentepercentage van 4,245. Risicobeheer; de kasgeldlimiet en rente -risiconorm In 2004 is de kasgeldlimiet niet overschreden, dit mede tengevolge van het tijdig consolideren van de vervallen vaste geldlening. Voor de rente-risiconorm was dit in 2004 wel het geval. Onderstaand treft u de berekeningen van deze normen op basis van enerzijds de relevante balansposten per 31 december 2004 en anderzijds de exploitatiegegevens 2004. Kasgeldlimiet De berekening van de kasgeldlimiet voor 2004 is als volgt: Exploitatietotaal: Het bij ministeriële beschikking vastgestelde percentage: Kasgeldlimiet
€ 30.546.000 8.5 % € 2.596.000
De kasgeldlimiet heeft betrekking op leningen met een looptijd tot maximaal 1 jaar en de rente-risiconorm op leningen met een looptijd vanaf 1 jaar. Het doel van deze normen uit hoofde van de wet Fido is te voorkomen dat bij herfinanciering van de leningen bij (aanzienlijk) hogere rente grote schokken optreden in de hoogte van de rente die de gemeente moet betalen. De normen beperken de budgettaire risico’s. Het niveau van de korte leningen, de kasgeldlimiet is gelimiteerd tot 8,5% van het totaal van de exploitatie-uitgaven. De rente-risiconorm houdt in dat maximaal 20% van het restantbedrag van de langlopende geldleningen per jaar afgelost mag worden. De norm beoogt een evenwichtige opbouw van de leningen in de tijd.
68
Programmarekening 2004
Renterisiconorm De berekening van de renterisiconorm op basis van de rekening 2004 is als volgt: Stand langlopende schuld Renterisiconorm Rente risico norm bedrag
€ 9.519.000 20% € 1.903.800
Herfinanciering 2004
€ 3.000.000
Overschrijding norm
€ 1.096.200
Omdat wij, anticiperend op de mogelijke verkoop van de aandelen Intergas, in februari 2002 een vaste geldlening van € 2.500.000 aangetrokken hadden voor een ongebruikelijke periode van 2 jaar waarop voorts ook niet werd afgelost werd de renterisiconorm overschreden. Door het aantrekken van een vaste geldlening in 2004 voor een langere periode (20 jaar) zal de norm de komende jaren niet meer worden overschreden. Kasbeheer Middels een liquiditeitenplanning werd bewaakt op welk moment grotere uitgaven en inkomsten te verwachten waren. Zoals voren vermeld werden in 2004 de uitgaven van de gemeente met kort geld gefinancierd. Een gedeelte van het jaar is zelfs sprake geweest van tijdelijk overtollige financieringsmiddelen die in deposito werden belegd. In 2004 is de kasgeldlimiet niet overschreden. Er is geheel voldaan aan het gestelde in het treasurystatuut en de Wet Fido.
69
Programmarekening 2004
§E
Bedrijfsvoering
Bedrijfsconcept De filosofie van ons bedrijfsconcept staat beschreven in de uitgave van “het gezicht van onze organisatie”. Omdat de ontwikkeling van een organisatie nooit af is, is eind 2004 een start gemaakt met het invoeren van het z.g. INK kwaliteitsmodel. Met dit model wordt een goed besturingsinstrument ingevoerd om de bedrijfsvoering van onze organisatie verder te verbeteren.Inmiddels zijn de eerste afdelingsfoto’s gemaakt ( lees: nulmeting) en zullen concernbreed prioriteiten worden gesteld welke verbeteractiviteiten het eerst ter hand zullen moeten worden genomen. Parallel aan dit traject wordt er gewerkt aan de ontwikkeling van het concept voor de nieuwe publiekshal.Gestreefd wordt naar een hoge mate van “ Klaar-terwijl-u-wacht producten” in deze nieuwe hal. En dat alles ondersteunt door een eigentijds ICT systeem. Bereikbaarheid. Een 24 uurs bereikbaarheid van de gemeentelijke organisatie is gegarandeerd zowel door het call-centrum als door de bestaande piketregeling van ambtelijke medewerkers. Huisvesting Bij het vaststellen van de Programmabegroting 2005 in november 2004 zijn tevens de financiële randvoorwaarden door uw raad herbevestigd waaronder het (ver) nieuwbouwproject van het gemeentehuis zich zal kunnen voltrekken. Inmiddels is het Definitief Ontwerp door uw raad vastgesteld en het benodigde krediet gevoteerd. De aanbesteding op basis van Europese richtlijnen zal naar verwachting in juli a.s zijn beslag krijgen. Personeel en organisatie Er is een keuze gemaakt voor een nieuwe systematiek van beschrijven en waarderen van alle functies. Het gaat hierbij om generieke beschrijvingen van de functies, waarbij tevens sprake is van clustering in functiefamilies. Er is gekozen voor een moderne systematiek die aansluit op het reeds ingevoerde competentiemanagement. De competenties worden onder andere gebruikt bij de beoordeling van medewerkers en het toekennen van flexibele beloning. Dit omvangrijke project zal worden afgerond na de zomervakantie 2005. Aan het eind van het jaar zijn voor de eerste maal beoordelingsgesprekken gevoerd met de medewerkers. Aan de hand van in het begin van het jaar gemaakte afspraken over taken en competenties zijn de resultaten gewogen en is het instrument flexibele beloning toegepast. Naast deze vorm van flexibele beloning worden reeds enkele jaren (financiële) schouderklopjes bij buitengewone prestaties gegeven. De bezuiniging op personeelskosten ad € 120.000,-- is gerealiseerd middels vrijval van loonkosten door diverse personele mutaties, waaronder (vervroegde) pensionering van een aantal medewerkers. De werkzaamheden en taken van deze personen zijn op andere wijzen binnen de organisatie ingevuld of opgepakt. De aandacht voor cultuurverandering is onder andere opgepakt door de start van het project Kwaliteitsslag Drimmelen. Dit aspect zal de komende jaren de nodige aandacht krijgen.
70
Programmarekening 2004
Automatisering In het afgelopen jaar is het nieuwe strategische informatieplan gemaakt. Eind 2004 heeft de gemeente tevens een quick scan naar de stand van zaken van automatisering en informatisering uit laten voeren door Egem. Een landelijk door het ministerie opgericht bureau met als doel gemeenten te ondersteunen op weg naar de ’andere overheid’. Gelukkig bevestigde de quick scan door Egem dezelfde reeds intern geconstateerde belangrijkste aandachtspunten voor de toekomst. Namelijk het verder structureren van gegevensbeheer in onze organisatie en het opzetten, en onderhouden, van procesbeschrijvingen. Deze items zijn als belangrijkste aandachtspunten weergegeven in het strategisch informatieplan dat begin 2005 gereed is gekomen en in de raad van 3 maart 2005 is goedgekeurd. Momenteel wordt gewerkt aan het vervolg, het operationeel plan. Hierna hebben de ontwikkelingen op ICT terrein niet stilgestaan in 2004. Voor 2004 is absolute voorrang gegeven aan de noodzakelijke vervanging van het financieel systeem en het systeem sociale zaken. Als basis voor deze systemen is een nieuw platform, SAP, geïntroduceerd. Hiervoor is een samenwerking opgestart met de gemeente Goirle. Wij maken gebruik van hun hardware en systeembeheer. Dit betekent feitelijk dat ons financieel pakket bij hen op een computer draait en wij via een beveiligde lijnverbinding daar op de computer werken. Sinds 1 januari draait de boekhouding, de verdere modules worden in het eerste halfjaar van 2005 gefaseerd ingevoerd. De vervanging van het systeem sociale zaken is één jaar opgeschoven in de tijd. Dit heeft onder meer te maken met de gewenste samenwerking met Geertruidenberg en Oosterhout (de CWI regio). Dit betekent dat enerzijds gekozen gaat worden voor dezelfde toepassing als deze gemeenten gebruiken en zo mogelijk ook voor gezamenlijk gebruik van hardware. Tegelijkertijd zijn wij lid geworden van het Mibri, het midden brabantse ict overleg. Binnen deze groep van gemeenten worden zoveel mogelijk ict ontwikkelingen die op gemeenten af komen gezamenlijk opgepakt en kennis gedeeld. De beveiligde lijnverbinding waarover eerder werd gemeld, is ook een gezamenlijk project van een aantal Mibri gemeenten en daarvoor wordt naar uitbreiding tot een totaal netwerk gestreefd. Financieel beheer, Planning en control Het jaar 2004 heeft voor financieel beheer in het teken gestaan van een tweetal zaken. Enerzijds het verder implementeren van alle gevolgen van het besluit verantwoording en begroting en andere verordeningen die volgen uit de dualisering. Zo is bijvoorbeeld de accountantscontrole op basis van de nieuwe verordening, overigens samen met een tiental andere gemeenten in een gezamenlijk traject, opnieuw aanbesteed. Anderzijds de vervanging van het financiële systeem en alle noodzakelijke voorbereidingen die dit vroeg in het jaar 2004. Budgethoudersregeling De nieuwe budgethoudersregeling is eind 2004 door B&W vastgesteld. Door dit late tijdstip in het jaar, wordt de nieuwe regeling feitelijk pas vanaf 2005 toegepast. In essentie komt hij overeen met de vorige budgethoudersregeling; een budgethouder is verantwoordelijk voor zijn producten, zowel voor de input: centen, uren en productiemiddelen als voor de output, de prestaties. De nieuwe regeling sluit natuurlijk wel aan bij onze huidige organisatievorm, dualisering, verordeningen en organisatieprincipes. Aanbesteding accountantscontrole In 2004 is, samen met een tiental andere gemeenten en onder begeleiding van het inkoopbureau West Brabant de accountantscontrole opnieuw aanbesteed. Het betrof een Europese aanbesteding. Vanuit onze gemeente is die begeleidt door een werkgroep bestaande uit raadsleden, wethouder en ambtenaren.
Er waren uiteindelijk vier inschrijvers. Na intensieve beoordeling heeft de gunning in de zomer van 2004 plaatsgevonden aan Deloitte. De accountantscontrole over de jaarrekening 2004 zal onder dit nieuwe contract worden uitgevoerd. 71
Programmarekening 2004
§F
Verbonden partijen
Vanwege de bestuurlijke, beleidsmatige en/of financiële belangen en risico’s is het gewenst dat in de begroting en de jaarrekening aandacht wordt besteed aan derde-rechtspersonen, waarmee de gemeente een band heeft. Concreet gaat het om deelnemingen (vennootschappen), gemeenschappelijke regelingen, stichtingen en verenigingen. Een gemeente kan grotendeels zelf bepalen hoe een bepaalde taak wordt uitgevoerd. Zij kan zelf de uitvoering ter hand nemen of juist de uitvoering regelen via een gemeenschappelijke regeling met een aantal regiogemeenten. Het belang van verbonden partijen is dat deze vaak beleid uitvoeren waar de gemeente verantwoordelijk voor is en in principe ook zelf kan doen. De gemeente heeft deze uitvoering echter, vaak samen met andere gemeenten, aan een verbonden partij gegeven omdat ze te klein is om deze taken zelf efficiënt en effectief uit te kunnen voeren. Sommige gemeenschappelijke regelingen zijn zelfs wettelijk verplicht. De gemeente houdt de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het realiseren van de beoogde doelstellingen van de programma’s. Kernvragen zijn of de doelstellingen van de gemeente via de verbonden partijen nog steeds overeenkomen met die van de gemeente en/of de doelstellingen van de gemeente via de verbonden partijen gerealiseerd worden. Een tweede belang betreft het budgettaire beslag en de financiële risico’s die de gemeente met verbonden partijen kan lopen. De gemeente zal steeds moeten afwegen welke aanpak de beste garantie geeft dat de taak wordt uitgevoerd op de wijze die de gemeente voor ogen heeft en op welke manier de gemeente voldoende inhoudelijk en financieel toezicht, invloed, heeft in het uitvoeren van een taak. Onze gemeente heeft met veel participanten een relatie die onder de verbonden partijen gerekend kunnen worden. In dit kader beperken wij ons in deze rapportage tot die partijen waarbij sprake is van een aanmerkelijk financieel en bestuurlijk belang. De belangrijkste verbonden partijen voor onze gemeente zijn: • • • • • • • • •
RIO Regio Breda Regionale Brandweer Breda Openbare Gezondheidszorg West-Brabant Regionaal Archief West-Brabant Werkvoorzieningschap Werk Voor Allen Havenschap Moerdijk Recreatieschap Nationaal Park de Biesbosch Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant Milieu en Afval Regio Breda
Voorts neemt de gemeente deel in het maatschappelijk kapitaal (aandelen) van N.V. Intergas, N.V. Brabant Water, N.V. Bank Nederlandse Gemeenten en Exploitatie maatschappij Jachthaven Drimmelen N.V.. In principe leidt het bezit van aandelen tot een jaarlijkse dividenduitkering. Het dividend van de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten is stabiel te noemen. De winst van N.V. Intergas is vanaf 2003 belast met vennootschapsbelasting waardoor het dividend overeenkomstig is verlaagd. N.V. Brabant Water, dat is ontstaan uit een fusie in 2002 tussen de waterleidingbedrijven West Noord-Brabant en Oost Brabant, keert tot 2006 geen dividend uit. Het meerderheidsbelang van de gemeente in de exploitatie maatschappij Jachthaven Drimmelen N.V.zal vooralsnog niet leiden tot dividenduitkeringen. De gemeente Drimmelen staat op het standpunt dat er een zo direct mogelijke relatie moet zijn tussen de leveringen/ diensten (de kwaliteit) en de prijs die betaald moet worden. Zolang dit niet kan, wil zij de verbonden partijen aan dezelfde financiële condities houden als de gemeente zelf. Namelijk de inflatiecorrectie uit de algemene uitkering, 1,5% voor de komende jaren. Hiermee is
72
Programmarekening 2004
in deze programbegroting voor de meerjarenraming ook rekening gehouden, ondanks dat een aantal G.R.’s een hogere bijdrage verwachten volgens hun begrotingen. De belangrijkste participaties op een rij: RIO Regio Breda Het RIO heeft tot doel het uitvoeren van gemeentelijke taken inzake indicatiestelling als bedoeld in de AWBZ alsmede het uitvoeren van overige taken die passen binnen of aansluiten op het traject van indicatiestelling voor zover opgedragen. Het RIO heeft de afgelopen jaren forse exploitatieverliezen geleden en is hier nog niet bovenop. Het RIO is dus zeker als risicofactor aan te duiden. Ook vanuit Den Haag (het rijk) wordt het RIO nu specifiek gevolgd, het voornemen is in 2005 het RIO bij het rijk onder te brengen. Regionale Brandweer Breda Het doel van de regionale brandweer is het bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde uitvoering van de werkzaamheden, bedoeld in artikel 1, zesde lid van de Brandweerwet 1985 en voorts het bevorderen van een goede hulpverlening bij ongevallen en rampen. Ontwikkelingen zijn de territoriale congruentie en C2000 met de gemeenschappelijke meldkamer GMK. Dit laatste gaat overigens samen met het RAV, onderdeel van de GR openbare gezondheidszorg en hiervoor zal een hogere bijdrage van de gemeente gevraagd worden. Openbare Gezondheidszorg West-Brabant De openbare gezondheidszorg West-Brabant heeft als doel het inhoud geven aan de voor de deelnemende gemeenten noodzakelijke en de door de deelnemende gemeenten gewenste samenwerking op het terrein van de openbare gezondheidszorg. Het samenwerkingsverband omvat de volgende activiteiten: - Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst West-Brabant (GGD) - Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie bij Ongevallen en Rampen (GHOR) - Regionale Ambulancevoorziening West-Brabant (RAV) - Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) Voor de GGD zijn er in 2004 geen risico’s, de GGD heeft aangegeven voor 2004 niet meer geld nodig te hebben dan voor 2003. Regionaal Archief West-Brabant Het regionaal archief is belast met het beheer van de naar de archiefbewaarplaats overgebrachte archiefbescheiden en het toezicht op het beheer van de niet overgebrachte bescheiden, alsmede met werkzaamheden verbonden aan de voorbereiding van de overbrenging en het vanuit een centrale archiefbewaarplaats bevorderen van lokaal- en streekhistorisch onderzoek. De gemeente Drimmelen participeert in de locatie Oosterhout. Het bestuur van deze locatie heeft, nadat gebleken was dat deze locatie (deze GR) voor de toekomst niet levensvatbaar was, het beleid erop gericht deze GR te ontbinden (via “doodbloeden”) en de archiefbescheiden over te brengen naar Tilburg. Hiervoor is met het Regionaal Historisch Centrum Tilburg een dienstverleningsovereenkomst gesloten. Werkvoorzieningschap Werk Voor Allen (WAVA) Het doel van het werkvoorzieningschap is het uitvoeren van de Wet Sociale Werkvoorziening in het rechtsgebied door op een zo doelmatig mogelijke wijze de taken en bevoegdheden op het terrein van de gesubsidieerde arbeid en de arbeidsreïntegratie te behartigen. Het werkvoorzieningschap heeft voor de uitvoering van haar taken de werkmaatschappij “GO!” opgericht en klimt momenteel uit een financieel dal.
73
Programmarekening 2004
Havenschap Moerdijk Het doel van het havenschap is het doen aanleggen en exploiteren van een complex industrieterreinen en havens in de gemeente Moerdijk. Het economische tij zorgt er mede voor dat de vooruitzichten voor het Havenschap somber zijn. Per 1 januari 2004 is de gemeente Drimmelen gezamenlijk met de gemeente Breda uitgetreden. De belangrijkste conditie verbonden aan het uittreden is een garantstelling voor tekorten gedurende de jaren 2004 tot en met 2008 van maximaal € 475.000 over de gehele periode. Recreatieschap Nationaal Park de Biesbosch Het recreatieschap heeft als doel het ontwikkelen van de recreatieve mogelijkheden in het gebied van het nationaal park De Biesbosch, het beschermen van het natuurschoon en het bewaren van het landschappelijk karakter. Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant Vanuit het in Breda gevestigde regiobureau wordt gewerkt aan een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde afstemming tussen de gemeenten op de sociaal economische beleidsterreinen in de ruimste zin van het woord. Milieu en Afval regio Breda
De gemeenschappelijke regeling milieu en afval heeft als doel het bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde afstemming tussen de gemeenten op de beleidsterreinen Milieu en Afval en de uitvoering van gemeenschappelijke taken op het gebied van afval, alsmede het behartigen van de belangen van de deelnemende gemeenten bij de nazorg van de Regionale Stortplaats Zevenbergen en de Afvalstoffenberging BavelDorst.
74
Programmarekening 2004
§G
Grondbeleid
Onder grondbeleid verstaan we het gehele instrumentarium dat de gemeente ter beschikking staat om de vastgestelde ruimtelijke, en deels ook economische, doelstellingen te realiseren. Een gemeente speelt bij de uitvoering van het grondbeleid een actieve of een faciliterende rol met uiteraard diverse gradaties daar tussen. Actualisering Grondnota Omdat de vigerende Grondnota uit 2001 dateert en deze qua opzet nog te veel beschrijvend en financieel werd ervaren en het aan concrete uitgangspunten en spelregels ontbrak is de behoefte ontstaan een nieuwe Grondnota op te stellen, die het beleidskader vormt waarbinnen activiteiten op het gebied van grondexploitaties plaatsvinden. Daarnaast maken ook externe factoren zoals de invoering van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en de wettelijke eisen op het gebied van rechtmatigheid dat een geformaliseerd beleidskader wenselijk is. In het tweede half jaar van 2004 is door bureau Deloitte een onderzoek verricht naar de mogelijkheden van een verbetering van de beheersing van de grondexploitatie in de gemeente Drimmelen. Het onderzoek richtte zich op drie onderdelen (3 afzonderlijke rapporten), te weten: 1. herziening van de huidige grondexploitaties 2. herijking van de grondnota 3. taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden en de omvang van de formatie binnen de cluster grondzaken van de afdeling Grondgebied De nieuwe Grondnota gaat in op de volgende onderwerpen: • strategische visie rondom de grondexploitaties • beleidsregels rondom winstneming • reservepositie • risico-inschatting • grondprijzen • (budget voor) strategische verwervingen • spelregels voor grondexploitaties • informatievoorziening • toerekening van apparaatskosten • control op het gebied van grondexploitaties • omgang met marktpartijen De gemeente Drimmelen heeft een forse ambitie op het gebied van de woonomgeving, wat met name resulteert in een taakstelling van 600 te bouwen woningen voor de periode 2005-2008 en voor de periode tot en met 2015 nog eens 425 woningen (in totaal 1025 woningen). Toch is het strategisch gezien voor de gemeente Drimmelen niet realistisch om te kiezen voor een actieve grondpolitiek, gezien de huidige grondmarkt en de gemeentelijke grondpositie. De gemeente bezit zelf weinig gronden die voor ontwikkeling in aanmerking kunnen komen en waarmee zij strategisch dominante positie in plannen kunnen innemen. Gelet op de financiële situatie van de gemeente is het daarnaast maar zeer de vraag of de gemeente voldoende financiële middelen (financiën en gronden) beschikbaar heeft om een actieve grondpolitiek vorm te geven. Projectontwikkelaars bezitten bovendien al diverse gronden binnen de gemeente omdat zij meer financiële armslag hebben om grondposities in te nemen bij het op de markt komen van gronden.
Gelet hierop is in de nieuwe grondnota opgenomen dat de gemeente Drimmelen kiest voor een facilitaire grondpolitiek, zich daarbij meer richt op het sluiten van overeenkomsten met derden
75
Programmarekening 2004
en uiteraard daar waar mogelijk eigen ontwikkelingen ter hand neemt (onder de in de grondnota bepaalde condities). Op 14 april 2005 heeft de raad de grondnota en de daarin genoemde beleidsregels c.q. spelregels vastgesteld. Het is zaak deze in 2005 en 2006 ook daadwerkelijk in de bedrijfsvoering te implementeren. Bouwactiviteiten in 2004 In 2004 zijn bouwactiviteiten ontplooid in Lage Zwaluwe, zowel in het bestemmingsplan Kruisstraat / Onderstraat als op het terrein van de voormalige gemeentewerf. Verder is gebouwd in Terheijden op het bedrijventerrein ’t Spijck. In 2004 is de exploitant begonnen om het voormalige Bowltechterrein in Made (Antwerpsestraat 4a) in ontwikkeling te brengen. Ten aanzien van de ontwikkeling van het Burg. Smitsplein hebben in 2004 diverse besprekingen plaatsgevonden. Eerst in de loop van 2005 wordt een verdere concretisering van de invulling van dit plan verwacht. Verder is in 2004 aandacht gegeven aan de ontwikkeling van een plan Lage Zwaluwe West. Financiële positie grondexploitatie Gelijk met het hiervoor onder ‘actualisering grondnota’ genoemde onderzoek is instrumentarium aangereikt om tot een financiële risicoafweging te komen voor de grondexploitatie. Dat omvat zowel de gronden die al in exploitatie zijn genomen, het zogenaamde onderhanden werk, als de gronden die nog niet in exploitatie zijn. Het gaat hierna om de plannen waarvoor gronden in eigendom zijn van de gemeente. Als aandachtpunten voor risico’s is onder meer te denken aan aspecten als fasering, waardering etc. Bij de risico-inschattingen wordt uitgegaan van drie mogelijke scenario’s, namelijk een gemiddeld risico, een laag en een hoog risico. Het gemiddelde scenario houdt rekening met de meest waarschijnlijke ontwikkeling van een plan. Bij een laag scenario wordt er van uitgegaan dat de kans dat een bepaald risico zich voordoet gering is, terwijl een hoog risico rekening houdt met een somber, maar niet geheel onrealistisch scenario. Daarbij is te bedenken dat de uitkomsten in alle gevallen afhankelijk zijn van een aantal aannames en uitgangspunten. Vooral bij de plannen die nog niet in exploitatie zijn, kan de gemeente bezien hoe de omvang van de risico’s alsnog te beperken is. Uiteraard leidt elk van de scenario’s tot uiteenlopende resultaten. Deze resultaten worden vervolgens afgezet tegen het aanwezige weerstandsvermogen. Bij dat laatste is te denken aan de omvang van de reserve grondexploitatie. Ten opzichte van de in september/oktober 2004 gemaakte risico-inschattingen heeft bij de samenstelling van de jaarstukken 2004 van de gemeente een actualisatie plaatsgevonden. De resultaten daarvan zijn hierna weergegeven. De resultaten zijn berekend tegen contante waarde per 1 januari 2005. De onderbouwingen van de risico-inschattingen zijn separaat beschikbaar.
Plannen Plannen nog niet in exploitatie Dorpsstraat / A. van Solmsstraat Af: reeds voorziening getroffen Aanvullend nodig Burg. Smitsplein Geraniumstraat Vogelstraat lll deel 2 en 3 H. Zwaluwe Resultaten plannen niet in exploitatie Plannen in exploitatie (onderhanden werk) Bedrijventerrein ‘t Spijck Af: reeds voorziening getroffen Te hoge voorziening (vooralsnog)
76
Resultaten risicoscenario’s per 1-1 2005 in € Laag risico Gemiddeld Hoog risico risico - 250.000 * - 332.000 - 367.000 250.000 250.000 250.000 - 82.000 - 117.000 - 430.000 - 646.000 - 953.000 - 55.000 - 157.000 - 183.000 3.000 - 45.000 - 110.000 - 482.000 - 930.000 - 1.363.000 Laag risico Gemiddeld Hoog risico risico - 50.000 - 62.000 - 65.000 82.000 82.000 82.000 32.000 20.000 17.000
Programmarekening 2004
Bedrijventerrein Brieltjenspolder Kruisstraat / Onderstraat L. Zwaluwe Kerkstraat Wagenberg Kerkstraat L. Zwaluwe V.m. Bowltechterrein (Antwerpsestrt 4a) Middelmeede / Patronaatstraat Resultaten plannen in exploitatie
329.000 1.067.000 716.000 222.000 348.000 90.000 2.804.000
256.000 1.039.000 711.000 215.000 321.000 90.000 2.652.000
13.000 1.015.000 705.000 209.000 294.000 90.000 2.343.000
Totale resultaten risicoscenario’s
2.322.000
1.722.000
980.000
* Met de bedragen die van een minteken zijn voorzien zijn nadelige saldi aangeduid. Het merendeel van de huidige plannen die in exploitatie zijn, zal naar verwachting in 2006 kunnen worden afgerond. Winstnemingen op deze plannen zullen, mits de omvang van de nog te maken kosten op acceptabele wijze wordt ingeschat, in principe in 2005 kunnen plaatsvinden. Duidelijk is dat op het totaal van de plannen een positief resultaat is becijferd. De variatie in uitkomsten tussen de verschillende scenario’s is bij een aantal plannen aanzienlijk. Gezien het feit dat de verwachte planresultaten in totaal positief zijn, is geen extra buffer nodig voor het afdekken van negatieve planresultaten. Veiligheidshalve is het nodig een reserve voor grondexploitatie aan te houden die gelijk is aan de negatieve planresultaten waarvoor nog geen voorziening is getroffen. Uit een oogpunt van voorzichtigheid wordt daarbij uitgegaan van het hoge risicoscenario. Het gaat dan om de volgende plannen: Dorpsstraat / Amalia van Solmsstraat (aanvulling op voorziening) Burg. Smitsplein Geraniumstraat Vogelstraat lll (delen 2 en 3) Totaal verwachte negatieve planresultaten
€
117.000 953.000 183.000 110.000 € 1.363.000
Als buffer dient de reserve grondexploitatie. Daarmee kunnen risico’s voortvloeiend uit de ondernomen activiteiten worden opgevangen. De omvang van de reserve grondexploitatie beloopt per 31 december 2004 € 3.478.000 Vooruitlopend op de besluitvorming over de dekking van het nadelige resultaat van de grondexploitatie over 2004 wordt er van uitgegaan dat aan de reserve wordt onttrokken € 90.000 Eerder gelegde claims op de reserve bouwgrondexploitatie bedragen 335.000 Negatieve planresultaten (zie hiervoor) 1.363.000 1.788.000 Totale vrije reserve per 31 december 2004 € 1.690.000 Daarnaast zijn op basis van het hoge scenario in de nabije toekomst nog positieve planresultaten te verwachten tot een bedrag van circa € 2,3 miljoen. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de grondexploitatie op dit moment een gezonde financiële positie heeft. Naast de genoemde afdekking van risico’s wordt een buffer aangehouden van € 1 miljoen voor het opvangen van eventuele tegenvallers. De overige beschikbare middelen kunnen worden gebruikt voor het realiseren van taakstellingen in het kader van de woningbouw of voor bedrijventerreinen. Deze speelruimte wordt nodig geacht om faciliterend op te kunnen treden op de grondmarkt. Daarbij valt te denken aan het leveren van een geldelijke bijdrage danwel het afdekken van lasten c.q. een strategische aankoop door de gemeente. Naast de hiervoor genoemde gronden die al of niet in exploitatie zijn, heeft de gemeente agrarische gronden in bezit die verpacht worden. In 2004 is de boekwaarde van deze gronden, die in totaal 21.28.27 ha beloopt, uit een oogpunt van voorzichtigheid afgewaardeerd naar € 2,50 per m2. Overigens zijn daarnaast meer gronden in eigendom, waaronder zogenaamde
77
Programmarekening 2004
restgronden. Momenteel heeft de gemeente nog geen sluitende registratie van de gemeentelijke eigendommen. Naast de reserve grondexploitatie beschikt de gemeente over een reserve ‘opslag grote werken’. Per 31 december 2004 beloopt deze reserve € 327.000. Naar verwachting zal daar via de resultaatbestemming in 2005 nog € 32.000 aan worden toegevoegd zodat de stand op € 359.000 uitkomt. De reserve wordt gevoed uit verkoop van gronden van diverse exploitaties of door specifieke bijdragen van derden. Het fonds is bedoeld voor het doen van uitgaven in de sfeer van plangerelateerde infrastructurele werken. Momenteel ontbreekt nog een onderbouwing van de benodigde omvang van de reserve.
78
Programmarekening 2004
79
Programmarekening 2004
Balans en toelichtingen
80
Programmarekening 2004
Recapitulatie (* € 1.000) Raming begrotingsjaar vóór wijziging Omschrijving programma Programma 1 Bestuurlijke vernieuwing Programma 2 Veiligheid Programma 3 Openbare ruimte Programma 4 Verkeer en vervoer Programma 5 Economische zaken Programma 6 Jeugd en jongeren Programma 7 Wonen en woonomgeving Programma 8 Ruimtelijke ordening Programma 9 Zorg Programma 10 Milieu Programma 11 Sociale infrastructuur Sub-totaal programma's Omschrijving algemene dekkingsmiddelen Lokale heffingen Algemene uitkeringen Dividend (beleggingen) Saldo financieringsfunctie Overige algemene dekkingsmiddelen Sub-totaal algemene dekkingmiddelen Onvoorzien Programma 9 Zorg Programma 11 Sociale infrastructuur Programma 12 Algemene dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming Toevoeging onttrekking reserves Programma 1 Bestuurlijke vernieuwing Programma 2 Veiligheid Programma 3 Openbare ruimte Programma 4 Verkeer en vervoer Programma 5 Economische zaken Programma 6 Jeugd en jongeren Programma 7 Wonen en woonomgeving Programma 8 Ruimtelijke ordening Programma 9 Zorg Programma 10 Milieu Programma 11 Sociale infrastructuur Programma 12 Algemene dekkingsmiddelen Sub-totaal mutaties reserves Resultaat na bestemming
Baten
Lasten
Saldo
327 2.839 -2.512 71 1.280 -1.208 1.932 6.009 -4.077 124 595 -471 648 748 -99 1.008 3.186 -2.178 481 753 -272 243 768 -525 3.928 7.235 -3.307 2.436 3.095 -659 591 3.500 -2.909 11.790 30.007 -18.217 3.789 13.980 390 18.160 0 18.160 0
322 19 77 418 -233 185 107
3.467 13.962 313 17.742 233 17.976 -107
29.950 30.192
-242
Raming begrotingsjaar ná wijziging Baten
Baten
Lasten
Saldo
3.770 13.470 497 17.737 -20 17.717 0
322 3.448 3.806 287 3.518 19 13.451 13.337 7 13.330 116 381 994 124 870 457 17.281 18.137 418 17.719 -589 569 0 158 -158 -133 17.850 18.136 576 17.561 0 0 0 0 0 73 -73 5 -5 29 -29 29.141 29.943 -802 32.577 32.802 -226
113 214
-242
Saldo
338 2.965 -2.627 366 3.015 -2.649 57 1.301 -1.244 52 1.455 -1.403 1.890 6.090 -4.200 1.870 5.790 -3.920 6 591 -585 148 542 -394 657 767 -109 641 681 -40 915 3.191 -2.276 904 3.153 -2.249 537 802 -265 561 740 -179 218 810 -592 2.870 3.335 -465 3.952 7.079 -3.127 3.939 7.236 -3.297 2.240 3.002 -762 2.477 2.922 -446 613 3.478 -2.866 612 3.356 -2.744 11.423 30.076 -18.652 14.441 32.226 -17.786
24 286
29.950 30.192
Lasten
Realisatie 2004
77
160
95 120 140 267 110 28 11 332 1.325 652 30.466 30.595
24 209
2 550
550 -24 89
121 113 33 54 215 0 10 -25 158 -127 297 -8 82 3 -26 11 2 332 431 549 673 1.654 1.298 -129 34.231 34.100
De gepresenteerde cijfers betreffen het saldo van het programma. Een positief cijfer is per saldo een inkomstenpost. Een negatief cijfer is een kostenpost.
81
2 0 24 32 33 215 -10 -158 305 29 2 -118 356 130
Programmarekening 2004
Balans
Ultimo 2004
ACTIVA
Ultimo 2003
Vaste activa Immateriële vaste activa -Kosten verbonden aan het sluiten van geldlen. en het saldo van agio en disagio -Kosten van onderzoek en ontwikkeling Materiële vaste activa -Investeringen met een economisch nut -Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut Financiële vaste activa -Kapitaalverstrekkingen aan: -deelnemingen -gemeenschappelijke regelingen
-overige verbonden partijen -Leningen aan: -woningbouwcorporaties -deelnemingen -overige verbonden partijen -Overige langlopende leningen u/g -Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer -Bijdragen aan activa in eigendom van derden
228 228
286 286
36.291 29.139 7.152
36.689 29.069 7.620
1.915
1.930
816 5
827 5
519
531
297 264
297 266
14
4
Totaal vaste activa
38.434
38.905
941
2.884
Vlottende aciva Voorraden - Grond- en hulpstoffen -niet in exploitatie genomen bouwgronden -overige grond- en hulpstoffen -Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie -Gereed product en handelsgoederen -Vooruitbetalingen Vorderingen -Vorderingen op openbare lichamen -Verstrekte kasgeldleningen -Rekening-courantverhoudingen met niet financiële instellingen -Overige vorderingen -Overige uitzettingen Liquide middelen -Kassaldi -Bank- en girosaldi
3.256
3.068
-2.321 6
-191 7
3.451
2.965
1.000
0
2.451
2.965
1.100 1.100
246 246
Overlopende activa
1.741
938
Totaal vlottende activa
7.233
7.033
45.667
45.938
Totaal - generaal
82
Programmarekening 2004
-Bestemmingsreserves -Reserves van het grondbedrijf -Resultaat na bestemming -Algemene Dienst -Grondbedrijf Voorzieningen -Voorzieningen voor verplichtingen,verliezen en risico's -Onderhoudsegalisatievoorzieningen -Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwendingsrichting
9.818 3.806
9.290 3.860 130
189 -59
940 483 457
6.783 1.005 4.776 1.002
6.023 581 4.270 840
-Dubieuze debiteuren -Tekorten grondexploitatie Vaste schulden met een rentetypische looptijd van een jaar of langer -Obligatieleningen -Onderhandse leningen van: -binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen -binnenlandse banken en overige financiële instellingen -binnenlandse bedrijven -overige binnenlandse sectoren -Waarborgsommen -Verplichtingen uit hoofde van financial-lease overeenkomsten
9.528
10.077
9.519
10.068
9
9
Totaal vaste passiva
41.901
41.962
2.727
2.556
Vlottende passiva Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan een jaar -Kasgeldleningen -Bank- en girosaldi -Overige schulden
2 2.725
2.556
Overlopende passiva
1.039
1.420
Totaal vlottende passiva
3.766
3.976
Totaal - generaal
45.667
45.938
Gewaarborgde geldleningen Garantstellingen
26.603 71.743
21.458 76.207
83
Programmarekening 2004
Toelichting op de balans Alle in de balans vermelden bedragen zijn x € 1.000,-VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa De post immateriële vaste activa wordt onderscheiden in: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio Kosten van onderzoek en ontwikkeling Totaal
0 228 228
0 286 286
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden afgeschreven in 5 jaar. Dit is vastgesteld in het Besluit Begroting en Verantwoording. Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de immateriële vaste activa gedurende het jaar 2004: Boekwaarde
Investe-
Afschrij-
Bijdragen
Boekwaarde
01-01-2004
ringen
vingen
van derden
31-12-2004
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio Kosten van onderzoek en ontwikkeling Totaal
0
0
0
0
0
286 286
129 129
187 187
0 0
228 228
De belangrijkste investeringen staan in onderstaand overzicht vermeld. Per investering staat het ter beschikking gestelde krediet aangegeven, het in 2004 daadwerkelijk bestede bedrag en het totaalbedrag, dat tot en met 2004 ten laste van het krediet is gebracht. Beschikbaar
Werkelijk
Gecumuleerd
gesteld krediet
besteed in 2004
t/m 2004
Communicatie tbv invoering Diftar Uitvoering VOGM-taken : bodembeleidsplan Voorbereidingskrediet bouwproject 1 Diverse bestemmingsplannen Herziening volkshuisvestingsplan Opstellen welstandsnota Hertaxatie Wet W.O.Z. Kosten internetsite Invoering BTW compensatiefonds
150
30
114
7 45 38 14 23 13 18 20
19 2 6 35 22 1 6 8
19 42 18 35 34 3 22 14
Totaal
328
129
301
84
Programmarekening 2004
Materiële vaste activa De materiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:
Investeringen met een economisch nut Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut Totaal
Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
29.139
29.069
7.152 36.291
7.620 36.689
In het BBV artikel 59 is beschreven het onderscheid tussen investeringen met een (beperkt) economisch nut en investeringen met uitsluitend maatschappelijk nut in de openbare ruimte. Investeringen die op enigerlei wijze kunnen leiden tot of bijdragen aan het verwerven van inkomsten zijn investeringen met een economisch nut. Het is hierbij niet relevant of de investering in zijn geheel kan worden terugverdiend.
De investeringen met economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld: Boekwaarde ultimo
Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken Vervoersmiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Totaal
2004
2003
325 15.776 7.971 743 1.006 3.318 29.139
325 15.870 8.037 787 885 3.165 29.069
Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met economisch nut weer:
Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken Vervoersmiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Totaal
Boekwaarde
Investe-
Afschrij-
Bijdragen
Boekwaarde
01-01-2004
ringen
vingen
van derden
31-12-2004
325 15.870
765
816
43
325 15.776
8.037 787
350 104
376 133
40 15
7.971 743
885 3.165 29.069
283 529 2.031
162 376 1.863
98
1.006 3.318 29.139
Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen, die direct gerelateerd zijn aan de investering.
85
Programmarekening 2004
De belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen met economisch nut (> € 50.000) staan in onderstaand overzicht vermeld:
Aluminium kozijnen Den Duinschool Voorzieningen gebruiksvergunningen scholen Aanpassingen onderwijskundige vernieuwingen Den Duinschool Renovatiewerkzaamheden sporthal Amerhal Restauratie molen De Arend Voorbereidingskrediet nieuwbouw gemeentehuis Uitbreiding drukriolering 2001 Uitbreiding drukriolering 2002 Uitbreiding drukriolering 2003 Bestrijding legionella accommodaties Aanschaf hulpverleningsvaartuig Aanpassingen tbv gebruikersvergunningen Vervangen sanitairunits WWC Wagenberg Vastgoedsysteem W.O.Z. Posten < € 50.000
Totaal
Beschikbaar
Werkelijk
Gecumuleerd
gesteld krediet
besteed in 2004
t/m 2004
119 56
206 59
206 59
126 251 71
100 102 61
100 102 40
441 160 76 114 288 51 154 200 71 7.078
195 101 76 114 59 61 58 101 50 688
421 153 78 114 263 102 154 196 53 3.415
9.256
2.031
5.456
De investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:
Boekwaarde ultimo
2004
2003
Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken Vervoersmiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Totaal
171
171
0 4.213 0 327 2.441 7.152
0 4.489 0 347 2.613 7.620
86
Programmarekening 2004
Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut weer:
Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken Vervoersmiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Totaal
Boekwaarde
Investe-
Afschrij-
Bijdragen
Boekwaarde
01-01-2004
ringen
vingen
van derden
31-12-2004
171
171 0
4.489
347 2.613 7.620
32 32
276
4.213 0
20 204 500
327 2.441 7.152
0
De volgende investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut zijn in het boekjaar geactiveerd: Beschikbaar
Werkelijk
Gecumuleerd
gesteld krediet
besteed in 2004
t/m 2004
Uitvoering G.V.V.P.
3.108
32
2.816
Totaal
3.108
32
2.816
87
Programmarekening 2004
Financiële vaste activa De financiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:
Kapitaalverstrekkingen aan: deelnemingen gemeenschappelijke regelingen overige verbonden partijen Leningen aan: woningbouwcorporaties deelenemingen overige verbonden partijen Overige langlopende geldleningen u/g Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer Bijdrage aan activa in eigendom van derden Totaal
Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
816 5 0
827 5 0
519 0 297 264
531 0 297 266
0 14
0 4
1915
1930
Deze verdeling is op grond van artikel 36 BBV opgenomen in de balans.
Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de financiële vaste activa weer:
Kapitaalverstrekkingen aan: deelnemingen gemeenschappelijke regelingen overige verbonden partijen Leningen aan: woningbouwcorporaties deelenemingen overige verbonden partijen Overige langlopende geldleningen u/g Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer Bijdrage aan activa in eigendom van derden Totaal
88
Boekwaarde
Investe-
Afschrijv./
Bijdragen
Boekwaarde
01-01-2004
ringen
aflossingen
van derden
31-12-2004
827 5 0
11
816 5 0
531 0 297 266
12
2
519 0 297 264 0 14
0 4
13
3
1930
13
28
0
1915
Programmarekening 2004
De volgende investeringen inzake de financiële vaste activa zijn in het boekjaar geactiveerd: Beschikbaar
Werkelijk
Gecumuleerd
gesteld krediet
besteed in 2004
t/m 2004
Bijdrage huisvesting Schuttersgilde
23
13
10
Totaal
23
13
10
De verdere uitsplitsing van de kapitaalverstrekkingen / diverse leningen zijn als volgt:
Deelnemingen Deelneming NV Intergas Deelneming NV Waterleidingmij. Aandelenkapitaal Exploitatie Maatschappij Jachthaven Aankoop aandelen Beheersmij. Participatie Vliegveld Seppe Cum.pref.aandelen Bouwfonds Aandelen BNG Waardepapieren sociale Zorg Waarborgsom Inkoopbureau Totaal
Boekwaarde
Investe-
Afschrijv./
Bijdragen
Boekwaarde
01-01-2004
ringen
aflossingen
van derden
31-12-2004
123 120
2
116 361 1 3 83 10 9
9
827
Boekwaarde 01-01-2004
Gemeenschappelijke regelingen Deelname in de NV RWI
5
Totaal
5
Boekwaarde 01-01-2004
Woningbouwcorporaties Diverse bouw- en grondkosten
531
Totaal
531
121 120 0 116 361 1 3 83 10 0
0
Investeringen
11
Afschrijv./ aflossingen
0
Bijdragen van derden
816
Boekwaarde 31-12-2004
5 0
Investeringen
0
Afschrijv./ aflossingen
0
Bijdragen van derden
12 0
12
5
Boekwaarde 31-12-2004
519 0
519
89
Programmarekening 2004
Boekwaarde 01-01-2004
Overige verbonden partijen Vestrekk achterstallige lening WAVA
297
Totaal
297
Afschrijv./ aflossingen
Bijdragen van derden
Boekwaarde 31-12-2004
297 0
0
0
297
Boekwaarde
Investe-
Afschrijv./
Bijdragen
Boekwaarde
01-01-2004
ringen
aflossingen
van derden
31-12-2004
Overige langlopende leningen Lening muziekschool Halderberghe Vestrekking hypothecaire geldlening B Kosten verleende gemeentegaranties Lening ABN/AMRO ivm verkoop Bouwfonds Depotstorting PTT Made
228 4
Totaal
266
9 1 24
Boekwaarde 01-01-2004
Bijdrage aan activa in eigendom derden Bijdrage huisvesting Schuttersgilde Afkoopsom inv.kst. Den Domp
4
Totaal
4
90
Investeringen
2 1 -1
7 0 25 228 4
0
Investeringen
2
Afschrijv./ aflossingen
0
Bijdragen van derden
13
2 1
13
3
264
Boekwaarde 31-12-2004
11 3 0
14
Programmarekening 2004
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden De in de balans opgenomen voorraden (op grond van artikel 36 BBV) worden uitgesplitst naar de volgende categorieën: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Grond- en hulpstoffen, gespecificeerd naar: niet in exploitatie genomen bouwgronden overige grond- en hulpstoffen Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie Gereed product en handelsgoederen Vooruitbetalingen Totaal
3.256 0 -2.321 6 0
3.068 0 -191 7 0
941
2.884
Van de niet in exploitatie genomen bouwgronden kan het volgend overzicht worden gegeven:
Gronden in voorraad: Dorpsstraat / Amalia van Solmsstraat Drimmelen Burg. Smitsplein Made Vogelstraat lll deel 2 en 3 Lage Zwaluwe West Oranjeplein Terheijden Geraniumstraat Agrarische gronden Subtotaal Af: Voorzieningen voor Dorpsstrt. / A. v. Solmsstrt. Agrarische gronden Voorzieningen afwaardering
Totale boekwaarde
Boekwaarde
Investe-
Desinveste-
Boekwaarde
Verwervings-
01-01-2004
ringen
ringen
31-12-2004
prijs per m2
356 2.036
183 1.115 3.690
11 91 225 77 1
405
6
367 2.121 225 77 1 183 1.115 4.089
6
250 0 250
0
0
250 583 833
3.440
405
6
3.256
81,60 1.519,83 22,51
35,68 5,24
91
Programmarekening 2004
Ter toelichting is het volgende te vermelden: Dorpsstraat / Amalia van Solmsstraat Er is een globale exploitatieberekening en een stedenbouwkundig plan voor de Dorpsstraat. Het plan houdt rekening met uitbreiding t.o.v. de locatie die al eigendom van de gemeente is. Er zal overleg gevoerd worden met een marktpartij over de mogelijke realisatie van het plan. De Woningstichting Volksbelang zal in de Amalia van Solmsstraat drie huur- en twee koopwoningen bouwen in 2005. Ter afwaardering van de hoge boekwaarde van het plan (vanwege eerder gemaakte sloopkosten) was reeds een voorziening getroffen van € 250.000. Burg. Smitsplein De intentie is om 62 wooneenheden te realiseren waarbij tevens de herinrichting van het plein wordt betrokken. Onderhandelingen met een projectontwikkelaar zijn nog niet afgerond. Gezien de complexiteit wordt verwacht dat realisatie nog geruime tijd kan aanlopen. Verwacht wordt dat het plan verliesgevend zal zijn. De omvang van het verlies is gezien de onzekerheid inzake de planontwikkeling redelijkerwijs niet in te schatten. Vogelstraat lll deel 2 en 3 Bij dit plan gaat het om actualisatie van het reeds aanwezige bestemmingsplan met het oog op toekomstige uitbreiding. Vanuit het plan Vogelstraat lll deel 1, wat reeds geruime tijd geleden is voltooid, is rekening gehouden met inbreng van grond voor de plandelen 2 en 3. De inbreng is onder de investeringen verantwoord. Lage Zwaluwe West Het plan betreft de invulling van het gebied tussen de Ganshoeksingel en de Kruisstraat te Lage Zwaluwe. Het plan verkeert in de ontwerpfase en er is een globale financiële toets inzake de haalbaarheid. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat het plan binnen een sluitende exploitatie gerealiseerd kan worden. Er zal gebruik gemaakt worden van de ‘Ruimte voor Ruimte’- regeling van de provincie Noord-Brabant. Geraniumstraat Het perceel grond met een oppervlakte van 5.120 m2 dient als mogelijke ruilgrond bij ‘revitalisering’ van het industrieterrein ‘Stuivezand’. Momenteel is niet duidelijk of een dergelijke aanwending plaats zal vinden en zo ja op welke termijn. Gezien de relatief hoge boekwaarde per m2 wordt een verlies verwacht. De omvang is echter niet goed in te schatten. Agrarische gronden Aan agrarische grond met boekwaarde heeft de gemeente 21.28.27 ha in eigendom. Recent is gebleken dat met het oog op mogelijke verkoop een afwaardering naar € 2,50 per m2 nodig is. Om die reden is in 2004 ten laste van de exploitatie een voorziening getroffen van circa € 583.000, die op de boekwaarde van de gronden in mindering is gebracht. Op de agrarische gronden worden pachtopbrengsten gegenereerd.
92
Programmarekening 2004
Van de onderhanden werken, waaronder gronden in exploitatie kan het volgend overzicht worden gegeven: Boekwaarde
Investe-
01-01-2004
ringen
Gronden in exploitatie: Kruisstraat/Onderstraat 1e fase Vogelstraat lll deel 1 Kerkstraat Wagenberg Middelmeede/Patronaatstraat Kerkstraat Lage Zwaluwe Kuipershoek Drimmelen Raadhuisplein Made Antwerpsestraat 4a Made Bedrijventerrein 't Spijck Idem Brieltjenspolder Voorziening bedr. terr. 't Spijck Totaal onderhanden werk
-652 85 -603 -90 167 -54 -28 675 45 -358 -813 46 -859
164 -217 1 4 17 2
Inkomsten
Winst-
Boekwaarde
uitname
31-12-2004
719 132 96 323 1 676 138
182 52 29
72 10 -3 50
1.952
395
50
1.952
395
-1.207 0 -602 0 -139 0 0 71 -83 -361 -2.320 0 -2.320
Ter toelichting is het volgende te vermelden: Vogelstraat lll deel 1 Zoals hiervoor uit de toelichting op ' Vogelstraat lll deel 2 en 3' blijkt is dit plan gesplitst in een deel 1 wat al geruime tijd geleden gerealiseerd is en deel 2 en 3 waar plannen voor in ontwikkeling zijn. Dat heeft geleid tot inbreng van grond in deel 2 en 3 en vervolgens is deel 1 met een boekwinst van € 132.000 afgesloten. Middelmeede/Patronaatstraat, Kuipershoek Drimmelen en Raadhuisplein Made De voordelige saldi op deze plannen zijn als boekwinst verantwoord tot in totaal € 263.000 in 2004. Overigens is voor het plan Middelmeede/Patronaatstraat in 2005 nog een verkoop gerealiseerd van circa € 91.000 die in 2005 als boekwinst zal worden verantwoord. Bedrijventerrein 't Spijck Zoals hierna uit de vermelde prognose blijkt, wordt voor het bedrijventerrein 't Spijck een nadelig saldo van circa € 65.000 verwacht. Voor dit plan was al eerder rekening gehouden met een verlies van € 81.500 waarvoor een voorziening was getroffen. Vanwege de negatieve boekwaarde van het plan per 31 december 2004 is deze voorziening geheel onder de passiva van de balans opgenomen. Overigens is de omvang van de voorziening vooralsnog niet bijgesteld.
93
Programmarekening 2004
In de aanwezige exploitatieberekeningen van de gronden zijn de volgende ontwikkelingen uitgaande van de boekwaarden eind 2004:
Prognose Kruisstraat/Onderstraat 1e fase Kerkstraat Wagenberg Middelmeede/Patronaatstraat Kerkstraat Lage Zwaluwe Antwerpsestraat 4a Made Bedrijventerrein 't Spijck Idem Brieltjenspolder
Boekwaarde Te maken Verwachte Verwacht expl. Jaar van 31-12-2004 kosten opbrengsten resultaat* afsluiting -1.207.000 245.000 141.000 -1.103.000 2006 -602.000 24.000 176.000 -754.000 2006 0 91.000 -91.000 2005 -139.000 73.000 162.000 -228.000 2006 71.000 258.000 670.000 -341.000 2006 -83.000 148.000 65.000 2006 -361.000 12.000 -349.000 2006
* De negatieve bedragen in de prognose betreffen verwachte batige resultaten.
Er wordt vooralsnog vanuit gegaan dat de vorenstaande plannen uiterlijk 2006 afgesloten kunnen worden. Het verwachte batige resultaat beloopt dan in totaal circa € 2,7 miljoen, terwijl in 2005 nog rekening is gehouden met een voordeel van € 91.000. In 2004 zijn van de plannen waarvoor een prognose is opgenomen, afgezien van 'Middelmeede/Patronaatstraat', geen (tussentijdse) winsten verantwoord. In 2004 zijn namelijk nog niet alle gronden verkocht of zijn nog geen nauwkeurige (deel-)calculaties gemaakt. Overigens zijn de exploitatieberekeningen van de plannen gelijktijdig met de samenstelling van de jaarrekening 2004 wel geactualiseerd qua fasering etc. Daarbij is gebruik gemaakt van de aanwezige berekeningen van nog te maken voor bouwen/of woonrijpmaken die dateren uit 2003 en 2004. In de paragraaf grondbeleid in het jaarverslag zijn de verwachte resultaten berekend tegen contante waarde per 1 januari 2005. Daarbij is uitgegaan van uiteenlopende risicoinschattingen. De becijferde resultaten zijn afgezet tegen de omvang van het weerstandsvermogen. Deze inschattingen omvatten zowel de gronden in exploitatie als de gronden die nog niet in exploitatie zijn genomen.
Van de post gereed product en handelsgoederen kan het volgend overzicht worden gegeven: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Voorraad eigen verklaringen Voorraad rijbewijzen Voorraad parkeerkaarten
1 4 1
1 5 1
Totaal
6
7
94
Programmarekening 2004
Vorderingen De in de balans opgenomen vorderingen (op grond van het BBV) worden uitgesplitst naar de volgende categorieën: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Vorderingen op openbare lichamen Verstrekte kasgeldleningen Rekening courantverhoudingen met niet financiële instellingen Overige vorderingen Overige uitzettingen
0 1.000
0 0
0 2.632 0
544 2.965
Totaal
3.632
3.509
De verstrekte kasgeldleningen zijn twee uitgezette leningen bij de Bank voor Nederlandse gemeenten ten bedragen van € 400 en € 600 (x € 1.000). De overige vorderingen bestaan uit de volgende onderdelen: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Debiteuren -/- dubieuze debiteuren Verstrekte leenbijstand e.d. sociale zaken BCF-kredieten Nog te vorderen gemeentelijke belastingen Overigen
1.407 404 382 100 158
1.855 828 143 89 50
Totaal
2.451
2.965
Begin april was van het debiteurensaldo inmiddels € 368.846,40 ontvangen. In 2004 zijn de debiteuren op hun oninbaarheid getoetst. De vorderingen die als oninbaar konden worden beschouwd zijn afgeboekt en verwerkt in het exploitatiesaldo over 2004. Het betreft hier een bedrag van € 4.460,64 (hiervan heeft € 2.627,95 betrekking op belastingdebiteuren). De overige vorderingen zijn volwaardig. Ten behoeve van de debiteuren Sociale Zaken was reeds bij de jaarrekening 2003 een voorziening getroffen. Deze voorziening wordt per jaar getoetst en op het juiste noodzakelijke bedrag aangepast. De voorziening dubieuze debiteuren is in mindering genomen onder de post overige vorderingen. Dit naar aanleiding van het BBV. Voor overige vorderingen (m.u.v. belastingvorderingen) kan het oninbaar zijn van een forse nota een groot effect hebben op de exploitatie van een jaar. In het kader van risicobeheer is er een voorziening gevormd voor dubieuze debiteuren.
95
Programmarekening 2004
Liquide middelen Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:
BNG Rabobank Postbank ABN/Amrobank Overige Totaal
Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
934 94 50 21 1
-25 211 39 17 4
1.100
246
Overlopende activa De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Nog te ontvangen bedragen Vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen grondbedrijf
1.081 90 570
300 94 544
Totaal
1.741
938
96
Programmarekening 2004
VASTE PASSIVA Eigen vermogen Het in de balans opgenomen Eigen Vermogen bestaat uit de volgende posten: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Algemene reserve : exploitatie en bedrijfsreserves Bestemmingsreserves Reserves van het Grondbedrijf Resultaat na bestemming Algemene dienst Grondbedrijf
11.836 9.818 3.806
11.772 9.290 3.860
189 -59
483 457
Totaal
25.590
25.862
Het verloop in 2004 wordt in onderstaand overzicht per reserve weergegeven: Saldo Bestemm 01-01-04 resultaat 2003 Exploitatie- en bedrijfsreserves algemene dienst Vast kapitaal van de alg. dienst Algemene reserve (vrij aanwendbaar) Algemene reserve(beklemd) Reserve t.b.v. bedrijfsrisico's (vrij aanwendbaar) Reserve t.b.v. bedrijfsrisico's (beklemd) Exploitatiesaldi voorgaande boekjaren (vrij aanwbr) Exploitatiesaldi voorgaande boekjaren (beklemd) Reserve nog te realiseren beleidswensen (beklemd) Totaal exploitatie- en bedrijfsreserves Bestemmingsreserves Res.verbetering infrastr.haven L Zwaluwe (vrij aanwbr) Res.verbetering infrastr.haven L Zwaluwe (beklemd) Reserve huisvesting onderwijs (vrij aanwendbaar) Reserve huisvesting onderwijs (beklemd) Reserve behoud gem. monumenten Reserve GVVP (beklemd) Reserve nieuwbouw gemeentehuis (beklemd) Reserve nieuwbouw brandweerkazerne Made(beklemd) Reserve organisatievernieuwingstraject Reserve inconv.uitkering Intergas (beklemd) Reserve B.C.F. Reserve herziening bestemmingsplannen (beklemd) Totaal bestemmingsreserves Reserves van het grondbedrijf Algemene bedrijfsreserve grondbedrijf Reserve opslag grote werken Totaal reserves grondbedrijf Totaal reserves
8.251 1.672 550 783 70 350 28 68 11.772
422 61 483
Rente toevoegingen
Overige toevoegingen
50 16 16 2 23 1 4 112
160 208 16 3.125 43 1.422 1.206
5 6 1 94 1 43 36
139 980 1.991
4 29
Onttrekkingen
45 346 47
0
14 78 530
Saldo 31-12-04
8.251 1.722 521 453 25 795 15 55 11.837
219
120 929
620
164 212 17 3.197 55 1.441 1.230 550 120 927 1.784 120 9.817
457
0
38 38
550 550
3.478 327 3.806
940
331
967
1.700
25.460
2 160 10 89
181 113 12
550
9.290
0
3.021 839 3.860
457
24.922
23 82 207
Onder bestemming resultaat staan de toevoegingen vermeld uit hoofde van de bestemming van het resultaat van het voorgaand boekjaar
97
Programmarekening 2004
Toelichting exploitatie- en bedrijfsreserves algemene dienst Doelstelling vast kapitaal van de algemene dienst: Een structurele financierings- en inkomensfunctie voor de begroting van de gemeente. De rente over deze reserve ter grootte van 3% (€ 247.523) komt ten gunste van de exploitatie. Deze reserve is in zijn geheel beklemd en niet vrij besteedbaar. Tenzij er een alternatieve dekking is voor de verminderde rente-opbrengsten. Doelstelling overige exploitatie en bedrijfsreserves De exploitatie- of bedrijsreserves zijn in het verleden gevormd uit exploitatieresultaten. Zo zijn de positieve rekeningresultaten van de laatste jaren gestort in de reserve exploitatiesaldi voorgaande boekjaren. Deze reserves hebben tot doel het opvangen van exploitatietekorten, zoals eenmalige (geprognosticeerde) tekorten bij de (meerjaren)begroting of de afdekking van risico’s. Hiermee doen deze reserves dienst als primair dekkingsmiddel van rekeningsaldi. Bij de actualisatie 2005 van de reserves en voorziening (behandeling in de Raad van 14 april 2005) wordt voorgesteld deze reserves samen te voegen tot een drietal nieuw te vormen reserves. Bij goedkeuring door de Raad wordt dan bij de jaarrekening van 2005 rekening hiermee gehouden. Doelstelling bestemmingsreserves Overige bestemmingsreserves worden ingesteld voor een specifiek doel. Als er een beleidswijziging optreedt kan de gemeenteraad nog besluiten de bestemming te veranderen. Er zijn bestemmingsreserves gevormd voor enkele specifieke doeleinden zoals (ver)nieuwbouw gemeentehuis en brandweerkazerne, het monumentenbeleid, verkeersveiligheid, bestemmingsplannen etc. Deze bestemmingsreserves dienen idealiter in omvang een zelfde niveau te hebben als de omvang van de beoogde bestemming of investering en zijn hiervoor dan ook beklemd. Aan een bestemmingsreserve voor een investering wordt rente bijgeschreven tot het bedrag van de rentecomponent in de kapitaallasten die uit de investering voortvloeit. Dit komt bij een nieuwe investering uit op het bij de uitgangspunten voor de begroting vastgestelde rentepercentage en bij gedane investeringen op het rente-omslagpercentage tenzij expliciet een ander rentepercentage is vastgesteld. Verder wordt verwezen naar de nota van reserves en voorzieningen die in de raadsvergadering van 14 april is vastgesteld. Doelstelling reserves van het Grondbedrijf De reserve grondbedrijf dient als buffer om mogelijk nadelige gevolgen van de grondexploitatie op te vangen. Verwezen wordt ook naar hetgeen hierover is opgemerkt in de paragraaf grondbeleid van deze jaarstukken. In principe is de reserve opslag grote werken bedoeld ter bekostiging voor aan de grondexploitatie gerelateerde werken. Medio 2004 is gestart met de actualisering van de grondexploitaties. Deze zijn verwerkt in een actuele grondnota die op 14 april j.l.is vastgesteld door de Raad.
Resultaat na bestemming Het resultaat na bestemming is gespecificeerd naar de algemene dienst en het grondbedrijf: Voor verdere uitsplitsing van het rekeningsaldo wordt verwezen naar de recapitulatie van de programmarekening en de verdere toelichtingen. Voor verdere toelichting op het resultaat van het grondbedrijf wordt verwezen naar het paragraaf grondbeleid in dit boekwerk alsmede bij de toelichting van de programmarekening.
98
Programmarekening 2004
VOORZIENINGEN
Het verloop van de voorzieningen in 2004 wordt in onderstaand overzicht weergegeven: Saldo Toevoe 31122003 gingen Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Voorziening wet APPA Voorziening gebruiksverg. brandweer Voorziening kunst Voorziening Streefbaarheid Wijde Biesbosch Voorziening bodemsanering Moerdijk
309
70
Aanwen- Saldo dingen 31122004 12
6 34
16 15
Voorziening stads- en dorpsvernieuwing Voorziening risico verbonden parijen
50
Voorziening tekorten grondexploitatie
367 6 34
109 42
Risicofonds woningbouw Voorz. verzelfst. hyp.gar. eigen woningen
Voorzieningen voor onderhoud Voorziening onderhoud gebouwen PLANON Voorzieningen buitensportaccomodaties
Vrijval
92
17 42 16 15
377
50 377
81
81
1.056 110
434 76
441 97
1.049 89
883 244
795 63
489
1.189 307
Egalisatievoorziening reiniging (beklemd) Egalisatievoorziening riolering (beklemd)
831 843
215 60
Egalisatievoorziening hondenoverlastbestrijding (beklemd) Egalisatievoorziening inkomensdeel WWB (vrij aanwbr)
22 170
13 14
93 19
3 1
104 43 7
24 20
20 2
2
Voorziening WIW/Vastbudget aanvull.kosten Voorziening scholings- en activeringsbudget 2001
77 126
26
Voorziening Nuggers en ANW-budget Voorziening meerjarensubsidie vrijwilligersbeleid
113 52
Voorziening groot onderhoud wegen Voorziening baggerfonds havens Egalisatievoorzieningen
Egalisatievoorziening inburgering (beklemd) Egalisatievoorziening begraafplaatsen (beklemd)
110
936 903 35 184
11 20
85 0
Onderwijs Voorziening mat. instandhouding openbare school Voorziening schoolbudget openbare scholen Voorziening W.S.N.S. openbare scholen Voorziening spaarverlof openbare scholen Reserve fre's openbare scholen (opgeheven)
31
2
97 63 7 22 0
Rijksgelden
Voorziening Hoogwaardig handhaven Voorziening ID-banen (RG)
57 9
Voorziening Wet basisvoorz. KOPV 2003 Voorziening WWB werkdeel
71
Voorziening stimulering klantmanagement Voorziening regel uitbr. kinderopvang min. VWS 01 Voorziening rijksgelden voortijdige schoolverlaters Totaal voorzieningen gemeenten
51
52 126 113 52
20
71 110
110 101 132 26
16
5.691
2.501
37 9
141
32 1
101 100 41
1.268
6.783
99
Programmarekening 2004
In de kolom vrijval zijn de bedragen opgenomen welke ten gunste van de rekening van baten en lasten zijn vrijgevallen. Alle aanwendingen van de voorzieningen zijn rechtstreeks ten laste van de voorziening gebracht. Voorzieningen worden op grond van artikel 44 BBV gevormd voor: • verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten en bestaande risico’s op balansdatum terzake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is • kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt maar de oorsprong hebben in het begrotingsjaar of een eerder begrotingsjaar en de voorziening strekt tot kostenegalisatie • Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moet worden. Alle voorzieningen zijn voor de daarvoor bestemde doelen in zijn geheel beklemd. Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Voor een verdere specificatie wordt verwezen naar de eerder vermelde staat. Deze voorzieningen zijn allen verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten en bestaande risico’s op balansdatum terzake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is Voorzieningen voor onderhoud Voor onderhoud van gemeentelijke gebouwen, sportaccommodaties, wegen en havens zijn voorzieningen ingesteld. De omvang van deze voorzieningen zijn gerelateerd aan het geplande onderhoudsprogramma per gebouw/actief. Periodiek wordt het onderhoudsprogramma en de benodigde normstorting bijgesteld. Deze voorzieningen worden gevormd door een viertal onderhoudsvoorzieningen. Egalisatievoorzieningen Deze dienen om ongewenste of niet gecalculeerde schommelingen op te vangen in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht of de exploitatiekosten die hieraan ten grondslag liggen. Deze voorzieningen waren bij de jaarrekening van 2004 opgenomen als egalisatiereserves. Door het Besluit Begroting en Verantwoording dienen deze nu als een voorziening opgenomen te worden. Bij de nota reserves en voorzieningen zijn deze nog behandeld als zijnde reserves, maar de commissie BBV heeft geoordeeld dat deze toch voorzieningen behoren te zijn. Tot deze voorzieningen behoren een zestal voorzieningen die in bovenstaand overzicht afzonderlijk worden vernoemd. Onderwijsvoorzieningen De voorzieningen onderwijs (voorheen gevormd onder de bestemmingsreserves, maar Ingevolge het BBV vallen deze reserves nu onder de voorzieningen) zijn gevormd door nog niet bestede rijksgelden voor specifieke doeleinden. Bij deze voorzieningen bestaat de mogelijkheid van terugbetalingsverplichting. Voorzieningen rijksgelden De voorzieningen rijksgelden (voorheen behorende onder de bestemmingsreserves) zijn gevormd door nog niet bestede rijksgelden voor specifieke doeleinden. Als deze gelden niet besteed worden geldt een terugbetalingsregeling aan het Rijk. Voor verdere toelichtingen en uitsplitsingen van de diverse doelen wordt verwezen naar de nota van reserves en voorzieningen die is vastgesteld door de Raad op 14 april 2005.
100
Programmarekening 2004
Voorziening tekorten grondexploitatie Deze tekorten bestaat uit een bedrag van € 81.500 ter dekking van mogelijke verliezen op de exploitatie van het bestemmingsplan ‘t Spijck, Terheijden. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het paragraaf grondbeleid.
101
Programmarekening 2004
VASTE SCHULDEN MET EEN RENTETYPISCHE LOOPTIJD VAN EEN JAAR OF LANGER Onder de vaste passiva behoren de vaste schulden met een rentetypische looptijd van een jaar of langer. Op deze post worden de geldleningen die zijn afgesloten ter financiering van de gemeentelijk activiteiten verantwoord, alsmede de waarborgsommen. De onderverdeling van de in de balans opgenomen langlopende schulden is als volgt: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Obligatieleningen Onderhandse leningen van: binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstell binnenlandse banken en overige financiële instell binnenlandse bedrijven overige binnenlandse sectoren Waarborgsommen Verplichtingen uit hoofde van financial-lease overeenk
0
0
0 9.519 0 0 9 0
10.068 0 0 9 0
Totaal
9.528
10.077
In onderstaand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden over het jaar 2004.
Saldo 01-01-2004
Vermeerderingen
Aflossingen
Saldo 31-12-2004
10.068 9
3.000
3.549
Waarborgsommen
9.519 9
Totaal
10.077
3.000
3.549
9.528
Onderhandse leningen
De totale rentelast voor het jaar 2004 met betrekking tot de vaste schulden bedraagt € 451.
102
Programmarekening 2004
VLOTTENDE PASSIVA Onder de vlottende passiva behoren de netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan een jaar en de overlopende passiva. Deze zijn als volgt opgenomen: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Schulden korter dan een jaar Overlopende passiva
2.727 1.039
2.556 1.420
Totaal
3.766
3.976
Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan een jaar De in de balans opgenomen kortlopende schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden: Boekwaarde 31-12-2004
Boekwaarde 31-12-2003
Kasgeldleningen Overige schulden
2 2.725
2.556
Totaal
2.727
2.556
De opgenomen kasgeldlening betreft de renteloze geldlening aan Concordia. De overige schulden bestaan uit de volgende onderdelen: Boekwaarde
Boekwaarde
31-12-2004
31-12-2003
Crediteuren Verstrekte leenbijstand e.d. sociale zaken W.V.G. Vooruitbetaalde kosten BCF-exploitatie Overigen Crediteuren grondbedrijf
2.098 9 36 431 151
1.829 434 90 83 38 82
Totaal
2.725
2.556
Medio april was van het crediteurensaldo inmiddels € 338.972,78 nog openstaand. De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt: Boekwaarde 31-12-2004
Boekwaarde 31-12-2003
Nog te betalen bedragen Vooruitontvangen bedragen
1.038 1
1.316 104
Totaal
1.039
1.420
103
Programmarekening 2004
WAARBORGEN EN GARANTIES Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte gewaarborgde geldleningen kan als volgt naar de diverse aard van instellingen gespecificeerd worden: Oorspronkelijk
Percentage
Restant begin
Restant eind
bedrag
borgstelling
jaar 2004
jaar 2004
Stichting de Wijngaerd Woningstichting Volksbelang Diverse overige woningstichtingen Exploitatiemij. Jachthaven Diverse sportverenigingen
4.213 18.923 3.046 11.186 310
Totaal
37.678
100% 100% 100% 100% 100%
2.562 15.613 2.805 285 193
2.304 14.986 2.768 6.371 174
21.458
26.603
Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte garanties (als achtervang bij de W.S.W.) kan als volgt naar de diverse aard van instellingen gespecificeerd worden:
Oorspronkelijk
Percentage
Restant begin
Restant eind
bedrag
borgstelling
jaar 2004
jaar 2004
Woningstichting Volksbelang Woningstichting Goed Wonen Stichting Veron Vitalis WSG Geertruidenberg Woonzorg Nederland
41.207 14.343 896 470 19.850 1.363
Totaal
78.129
104
100% 100% 100% 100% 100% 100%
41.697 11.438 1.958 311 19.850 953
40.015 11.779 0 0 19.082 867
76.207
71.743
Programmarekening 2004
Toelichtingen algemeen
Algemeen Per 1 januari 2004 is het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) van kracht geworden. Het BBV wijkt op fundamentele gronden af van de CV95. De inrichting van de administratie en de informatieverstrekking hieruit naar interne en externe organen is in de loop van het rekeningjaar 2004 aangepast aan de eisen van het nieuwe BBV. Bij het opstellen van deze jaarrekening is uitgegaan van de eisen die het BBV stelt aan de jaarrekening. Verloop bezuinigingsoperatie De uitkomsten van de kadernota 2004 gaven wederom reden om over te gaan tot verdergaande bezuinigingen. Bij de kadernota werden bezuinigingen vastgesteld tot een bedrag van € 559.000 in 2004 oplopend tot € 601.000 in 2007. Om een sluitende (meerjaren)begroting 2004-2007 te krijgen bleek het bij de vaststelling van de begroting 2004 noodzakelijk om ombuigingen te realiseren tot een bedrag van circa € 300.000. Doelmatigheid en rechtmatigheid M.i.v. de comptabiliteitsvoorschriften 1995 is de gemeente verplicht om te waarborgen dat de organisatie van de administratie en van het financieel beheer doelmatig en rechtmatig is. Binnen de organisatie is een adequaat stelsel van maatregelen en instrumenten ingesteld om de doelmatigheid en de rechtmatigheid van de administratie en het beheer te kunnen waarborgen. In een vaste cyclus gebruiken we hiertoe diverse bestuurs- en managementinstrumenten. De start vind plaats bij de jaarlijkse begroting met de meerjarenraming daarna gevolgd door tussentijdse managementrapportages in mei en oktober (marap) en tot slot de jaarrekening na afloop van het jaar. De budgethouders zijn inhoudelijk verantwoordelijk voor de aan hen toegewezen producten e.e.a. overeenkomstig de in 2004 hernieuwd vastgestelde budgethoudersregeling en de organisatieverordening. In de nieuwe Gemeentewet die op 7 maart 2002 in werking is getreden, wordt gemeenten de mogelijkheid geboden een rekenkamer in te stellen (artikel 81a), waarvan raads- en collegeleden geen deel mogen uitmaken dan wel moet de raad bij verordening regels stellen voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie (artikel 81o). De rekenkamerfunctie mag wel door een of meer raadsleden worden uitgeoefend. De gemeenteraad heeft op 6 november 2003 besloten tot het instellen van een rekenkamercommissie. De taken van de rekenkamercommissie zijn opgenomen in artikel 182 van de gemeentewet t.w.: 1. De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Een door de rekenkamercommissie ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het gemeentebestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213,2e lid van de gemeentewet. 2. Op verzoek van de raad kan de rekenkamer(commissie) een onderzoek instellen. In 2004 zijn er geen onderzoeken door de rekenkamercommissie verricht.
105
Programmarekening 2004
Rechtmatigheid Met de afkondiging van het besluit accountantscontrole provincies en gemeenten (afgekort BAPG) in 2001 is de rechtmatigheidscontrole als taak toegevoegd aan de jaarlijkse accountantscontrole. Pas sinds eind 2004/ begin 2005 is door informatie van Biza en het Nivra duidelijkheid gekomen over wat hiermee bedoeld wordt. In onze aanbesteding van de accountantscontrole het afgelopen jaar, is onder meer de BAPG als uitgangspunt genomen. Verder was onze vastgestelde controleverordening 213a uitgangspunt Dit betekent dat de jaarrekeningcontrole over het jaar 2004 op basis van het nieuwe contract is, voldoet aan de BAPG en de controleverordening. Maar daarmee zijn we er niet. Want dit jaar vind nog geen oordeel over rechtmatigheid plaats. Hiervoor moet onder meer duidelijk zijn waarop de accountant van de gemeenteraad moet controleren? De accountant meet zijn rechtmatigheidsoordeel af aan het controleprotocol van de gemeente. Dit protocol heeft Drimmelen nog niet. Op basis van dit protocol moeten wij als gemeente zelf inzichtelijk hebben welke regels van toepassing zijn en in hoeverre wij volgens deze regels handelen. Het verkrijgen van inzicht gebeurt door de regels of verordeningen te vergelijken met de praktijk van alledag. Rechtmatigheids-aspecten zitten in bijna alle processen van de gemeente, er kan echter een onderscheid worden gemaakt naar wel en niet financiële rechtmatigheid. De samenleving verwacht van ons dat wij op alle vlakken rechtmatig handelen. De accountant richt zich met name op financiële rechtmatigheid. Hier ligt daarom ook onze eerste prioriteit. Voor de financiële rechtmatigheid lig de nadruk vooral op interne beheersingsprocessen. Daar zitten de grootste, met name financiële risico’s, denk daarbij aan het betalen van salarissen of het betalen op facturen. Wij wensen over het jaar 2005 wel een uitspraak in het kader van rechtmatigheid van de accountant. Dit betekent dat voor de controle van de jaarrekening 2005 een aantal punten moeten worden opgepakt: 1) Inventarisatie van alle van toepassing zijnde wetgeving, verordeningen, regels waarin rechtmatigheidseisen staan. 2) Opstellen van een controle protocol 3) Uitvoeren van aanbevelingen vwb rechtmatigheid uit de interimcontrole 2004 Voor dit project is begin 2005 een plan van aanpak opgesteld dat ondertussen door B&W is goedgekeurd en dat nog voor de zomer van 2005 ter informatie naar de Raad zal gaan.
Exploitatiesaldo
Exploitatiesaldo 2004 Saldo van baten en lasten Saldo van baten en lasten grondbedrijf Batig saldo Bestemde/begrote mutaties Resultaat grondbedrijf onttrekking aan algemene reserve grondbedrijf Nog te bestemmen resultaat voor claims Claims op rekeningsaldo 2004 Nog te bestemmen
106
-/-
€ 188.657 € 58.580 € 130.077
-/-
€ 58.580 € 188.657 - 184.009 € 4.649
Programmarekening 2004
Voorgesteld wordt om het saldo van € 4.649 ten gunste te brengen van de reserve ‘Exploitatiesaldo voorafgaande boekjaren’. Tevens wordt voorgesteld om het nadelig exploitatiesaldo van het grondbedrijf (€ 58.580) te onttrekken aan de algemene bedrijfsreserve van het grondbedrijf. Het exploitatiesaldo is overeenkomstig de comptabiliteitsvoorschriften afzonderlijk op de balans vermeld.
Toelichting claims jaarrekening 2004 De claims betreffen gelden die in de begroting 2004 zijn opgenomen, maar als gevolg van verschillende oorzaken niet zijn besteed. In de begroting 2005 zijn hiervoor geen middelen beschikbaar terwijl het toch gewenst is deze budgetten beschikbaar te hebben om alsnog de voor 2004 geplande activiteiten in 2005 te kunnen uitvoeren. Hiervan kan de navolgende specificatie worden gegeven:
1.
Burgemeesterprocedure
€ 11.000
In 2004 zijn gelden begroot voor de kosten van vergaderfaciliteiten en het inhuren van een extern bureau i.v.m. de procedure voor de benoeming van een nieuwe burgemeester medio 2005.
2.
Stimulering jonge vrijwilligers
€ 10.000
In het kader van de stimuleringsregeling sociaal beleid is van de provincie Noord-Brabant een subsidiebedrag ter hoogte van € 10.000 ontvangen. Het project zou in 2004 van start zijn gegaan. Het aanzoeken van stagiaires/onderzoekers voor uitvoering van het project heeft langer geduurd dan verwacht, vandaar dat uitvoering in 2005 plaatsvindt (er zijn afspraken met de Wetenschapswinkel van de Universiteit van Tilburg m.b.t. het werven van een onderzoeker). Het subsidie is bedoeld voor onderzoek naar “jonge vrijwilligers” in Drimmelen. Waar zijn ze te vinden, wat bindt hen en hoe zou vrijwilligerswerk onder jongeren gestimuleerd kunnen worden.
3.
Realisering JOP Terheijden
€ 10.560
Op 14-09 2004 is het college akkoord gegaan met realisering van een jeugd opvang plek in Terheijden. Omdat eerst nog overleg gevoerd diende te worden met belanghebbenden, kon pas in januari 2005 offerte worden gevraagd. De kosten (excl. kosten aanpassing bestrating etc.) bedragen € 8.000 excl. BTW, zodat naar verwachting nagenoeg het volledige bedrag ingezet zal worden. De middelen zijn nog beschikbaar omdat de subsidie voor straathoekwerk lager was dan geraamd en de subsidie voor jongerenparticipatie niet tot uitbetaling kwam. Het gaat hier om een incidenteel positief saldo.
4.
Behoud gemeentelijke monumenten
€ 10.114
Een eventueel resterend saldo op het subproduct gemeentelijke monumenten wordt gestort in de voorziening behoud gemeentelijke monumenten voor uitvoering van restauraties in 2005 e.v. jaren.
5.
Landschappelijke beplanting
€ 11.571
Dit betreft het restantkrediet voor het opstellen van een Landschapsbeleidsplan Made en Drimmelen. In het kader van het BBV mogen dergelijke investeringen niet meer geactiveerd worden. Er is geen landschapsbeleids- c.q. landschapsontwikkelingsplan voor het totale buitengebied opgesteld. De startnotitie hiervan staat in de programmabegroting 2005 opgenomen voor de raadsvergadering van 29 september 2005.
107
Programmarekening 2004
6.
Verkeersveiligheid
€ 28.417
In verband met de afhandeling van de co-financieringsaanvraag in het kader van het regionale maatregelenpakket 2004-2005 is de uitvoering van het project Zeggelaan van 2004 naar 2005 overgeheveld. Hierdoor resteert in 2004 een bedrag van € 28.417. Inclusief het cofinancieringsbedrag van € 17.950 is het aangegeven restbedrag benodigd.
7.
Bebording en markering
€ 17.000
De noodzaak van een beheersprogramma bebording en markering ligt in het verkrijgen van inzicht in de kwaliteit van bebording en markering. Met het beheersprogramma kan planmatig worden gewerkt, kunnen kosten inzichtelijk worden gemaakt en zelfs worden gereduceerd (op langere termijn wordt 15% kostenbesparing voorspeld). De gemeente heeft op het gebied van bebording en markering diverse verantwoordelijkheden onder andere vanuit het oogpunt van wettelijke verplichtingen, maar ook ten behoeve van een verkeersveilig wegennet. Een gedeelte van het verzekeringsgeld dat is ontvangen voor een vernielde radarcamera wordt hiervoor ingezet.
8.
Onderzoek mogelijkheden samenwerking
€ 20.000
Op 28 juni 2004 is een stimuleringssubsidie ontvangen van het ministerie met betrekking tot het onderzoeken van mogelijke samenwerkingsgebieden met andere gemeenten. In de loop van 2004 hebben wij toenadering gezocht met Geertruidenberg en Oosterhout om mogelijkheden van samenwerking te onderzoeken. (o.a. op ict gebied en interne controle) Mogelijk dat op meerdere terreinen samenwerking tot stand kan komen. Inmiddels hebben wij een organisatiebureau in de arm genomen om de samenwerkingsgebieden in beeld te brengen. De stimuleringssubsidie van € 20.000 wordt gereserveerd voor vervolgopdrachten/onderzoeken in de loop van 2005.
9.
Implementatie WWB
€ 18.630
In de algemene uitkering uit het gemeentefonds is een bedrag opgenomen voor de implementatie WWB. Deze middelen zijn ingezet als algemeen dekkingsmiddel. Deze middelen zijn in 2005 nodig voor de herbeoordelingen van de huidige uitkeringen op grond van de WWB.
10.
Restant budget salariskosten en overige personeelslasten
€ 34.217
In 2004 zijn voor het oplossen van personele knelpunten financiële middelen ter beschikking gesteld uit de knelpuntenpot. Deze knelpunten lopen over het jaar heen.
11.
Vervanging brug Herengracht
€ 12.500
De brug aan de Herengracht te Drimmelen moet dringend vervangen worden, de staanders en leuningen zijn slecht en ook het brugdek. Het dragend metaalwerk vertoont sterke roestvorming. Het budget hiervoor is bij marap 2 2004 gevoteerd, aangezien dat de werkelijke uitgaven nog niet hebben plaatsgevonden wordt er een claim op gelegd. Het totaalbedrag aan claims bedraagt per balansdatum volgens bovenstaande specificatie € 184.009.
108
Programmarekening 2004
Analyse grote verschillen Het BBV stelt een analyse van verschillen verplicht tussen de begroting van het jaar en de rekening van het jaar. Onderstaand treft u de analyse op hoofdlijnen aan van de relevante verschillen (>€ 20.000) tussen de begroting 2004 (inclusief wijziging) en de jaarrekening 2004. Waar het van belang wordt geacht is een vergelijking met de jaarrekening 2003 gemaakt. Detailinformatie over alle substantiële afwijkingen per product is opgenomen in de beheerstoelichting.
Gemeenschappelijke meldkamer
€ 27.000
voordelig
De kosten waren € 27.000 lager door vertraging in de oplevering van de GMK/C2000.
Voorziening dubieuze debiteuren sociale zaken
€ 26.000
voordelig
De voorziening wordt ieder jaar bepaald o.b.v. van het debiteurensaldo ouder dan 1 jaar. Door afname van dit saldo kan een deel van de voorziening vrijvallen. In 2004 is een deel van de vorderingen bij een extern bureau ondergebracht waardoor het debiteurenbeheer intensiever wordt en naar verwachting het openstaande saldo zal afnemen.
Wet inschakeling werkzoekenden
€ 26.000
voordelig
In 2004 is gebleken dat in de vergoeding WWBwerkdeel een btwcomponent zit welke anderzijds via het btwcompensatiefonds wordt ontvangen. Dit levert op dit subproduct een voordeel op van € 26.000.
Bijzondere bijstand
€ 23.000
voordelig
Aan sociale uitkering is een voordeel van € 5.000 wegens een achterblijvende vraag van chronisch zieken en gehandicapten op de voorzieningen van de bijzondere bijstand. De overige aanvragen zorgden voor € 8.000 lagere kosten. M.i.v. 2005 zullen deze groepen actiever worden benaderd. Aan inkomsten is een voordeel ontstaan van € 10.000 doordat de bijzondere bijstand, die als lening is verstrekt in afwachting van andere niet direct beschikbare rechten, tot hogere terugbetalingen heeft geleid.
Advieskosten WVG
€ 13.000
voordelig
In 2002 is een bedrag aan advieskosten voor de GGD gereserveerd van € 13.000 wegens een bestuurlijke verplichting. Deze verplichting is met succes aangevochten waardoor dit voordeel in 2004 vrijvalt.
Verkeersveiligheid (kleine reconstructies)
€ 28.000
voordelig
In verband met aanvraag van 50% cofinanciering bij de provincie Noord Brabant is de uitvoering van dit project van 2004 naar 2005 overgeheveld. Hierdoor heeft de gemeente Drimmelen € 17.950 cofinanciering toegekend gekregen, hetgeen een besparing op de totaalraming van € 45.400 betekent. Het restbedrag á € 28.417 dat vanuit 2004 is blijven staan, wordt derhalve geclaimd om het bedrag á € 45.4000 compleet te maken en het project alsnog uit te voeren.
Openbaar Groen (cultuurbeplanting)
€ 30.000
voordelig
De onderschrijding wordt veroorzaakt door 'nog te betalen' posten uit 2003 (€ 11.000) welke lager uitvielen dan voorzien en anderzijds door minder uitgaven aan de inrichting van beeldbepalende locaties (€ 14.000) en 1,3% minder uitgaven aan onderhoud (€ 5.000).
Bouwvergunningen (bouwleges)
€ 36.000
voordelig
Bij marap II 2004 was een hogere opbrengst verwacht. Deze werd voornamelijk veroorzaakt door een grote opbrengst van € 78.000 (WSG). Voorzichtigheidshalve was een bedrag van € 56.000 bijgeraamd, achteraf blijkt dat de reguliere bouwvergunningen (legesopbrengst) gehaald zijn, derhalve geeft dit bij de jaarrekening een positief saldo.
109
Programmarekening 2004
Opleidingen
€ 19.000
voordelig
Het verschil van € 19.000 is met name ontstaan omdat geen/minder beroep is gedaan op het budget t.b.v. concernbrede trainingen, vanwege te veel andere activiteiten/prioriteiten.
Salariskosten
€ 24.000
voordelig
Minderkosten vrijwillige brandweer tot een bedrag van € 10.000 is het gevolg van minder kosten aan uitruk/cursussen etc. De meerkosten gewezen wethouders/bestuurders € 16.000 zijn ontstaan als gevolg van verplichtingen vanwege het vertrek van de burgemeester en een parttime wethouder in 2004. De minderkosten Publiekszaken € 10.000, Grondgebied € 17.000 en Middelen € 11.000 zijn ontstaan vanwege diverse personele mutaties in 2004. De meerkosten BMO € 16.000 en secretaris/bijzondere projecten € 5.000 zijn enerzijds het gevolg van mutaties in de personele formatie en anderzijds het gevolg van een tijdelijk uitbreiding van formatie van een der projectmedewerkers. Daarnaast vertoont de knelpuntenpot een saldo van € 8.000.
Jubilea
€ 24.000
nadelig
Meerkosten gratificaties € 24.000 mede ontstaan vanwege toekenning proportionele ambtsjubileumgratificaties aan een aantal versneld vervroegd uitgetreden medewerkers.
Beoordelingsbeleid
€ 31.000
voordelig
In 2004 is voor het eerst het nieuw vastgestelde beoordelingsbeleid uitgevoerd. De resultaten hiervan waren van dien aard dat € 31.000 van het beschikbare gestelde budget niet behoefde te worden aangewend.
Wervingskosten
€ 19.000
voordelig
Als gevolg van verminderde instroom van nieuwe medewerkers in de organisatie door personele bezuinigingen en het creatief invullen van bepaalde vacatures zijn de kosten voor werving € 19.000 lager dan begroot.
Onvoorzien In de primaire begroting 2004 is voor onvoorziene uitgaven een bedrag geraamd van waarop de volgende wijzingen zijn vastgesteld: extra bijdrage zorgloket Drimmelen/Moerdijk (1) € 3.120 eenmalige extra bijdrage SKW Drimmelen (1) - 12.000 extra bijdrage RIO regio Breda (1) - 58.445 bijdrage Drimmelen 60 jaar bevrijd (2) - 5.000 vrijval tbv tekort rekeningsaldo 2004 (3) - 29.069
Restant
€ 107.634
- 107.634 € 0
Ad. 1. Deze extra bijdragen hebben allen betrekking op het programma 9 : zorg. Ad. 2. Deze bijdrage heeft betrekking op het programma 11 : sociale infrastructuur. Ad. 3. Dit restantbedrag is bij de 2e bestuursrapportage 2004 vrijgevallen ten behoeve van het tekort rekeningsaldo 2004. Dit heeft dus betrekking op programma 12 algemene dekkingsmiddelen.
110
Programmarekening 2004
Incidentele baten en lasten In het rekeningsaldo zijn enkele incidentele posten verwerkt. De qua omvang belangrijkste posten zijn: Verzekeringsuitkering tengevolge van vernieling snelheidscamera ten gunste van Programma 4 verkeer en vervoer € 34.000; Verzekeringsuitkering tengevolge van brandschade Prinsenpolderstraat ten gunste van Programma 7 wonen en woonomgeving € 49.000; Afrekening met de gemeente Geertruidenberg op grond van de Wet Arhi ten laste van programma 12 algemene dekkingsmiddelen € 49.000. Restant kredieten Per saldo is voor de uitvoering van de restant kredieten 7,3 miljoen euro benodigd. Deze gelden zijn via raadsbesluiten beschikbaar gesteld. In onderstaand overzicht geven wij u per afdeling de stand van de kredieten per balansdatum. Afdeling Restant per 31-12-2004 Bestuurs- en managementondersteuning € 900.566 Publiekszaken € 36.115 Bijzondere projecten -€ 19.862 Maatschappelijke aangelegenheden € 211.107 Middelen € 579.587 Grondgebied € 879.647 Openbare werken € 4.695.299
Waarderingsgrondslagen De grondslagen voor waardering en resultaatbepaling van de onderscheiden posten en onderdelen van de jaarrekening zijn als volgt: De immateriële vaste activa betreffen activa die niet stoffelijk van aard zijn en evenmin als financiële vaste activa kunnen worden aangemerkt. Zij zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, verminderd met een eventuele subsidie en bijdrage van derden en uit reserves en/of voorzieningen, alsmede verminderd met de jaarlijkse afschrijvingen. De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, verminderd met eventuele subsidies en bijdragen van derden en bijdragen uit reserves en/of voorzieningen. Daarnaast zijn de jaarlijkse afschrijvingen op basis van geschatte gebruiks- of nuttigheidsduur in mindering gebracht. De hierboven beschreven zogenaamde netto-methode wordt nog gehanteerd voor investeringen gedaan tot ultimo 1998. Inmiddels wordt conform de nota afschrijvingsbeleid de bruto-methode gehanteerd. Als gevolg hiervan zullen beide methoden enige tijd naast elkaar bestaan. Afschrijving van de activa vindt plaats vanaf het moment, dat de investering nut oplevert. De afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. De waardering van de financiële vaste activa vindt als volgt plaats: de leningen u/g tegen de nominale waarden, verminderd met de aflossingen; de deelnemingen tegen verkrijgingsprijs; de bijdragen in activa in eigendom van derden tegen de nominale waarde verminderd met afschrijvingen.
111
Programmarekening 2004
De voorraden zijn gewaardeerd tegen historische kosten Vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voorzieningen voor dubieuze vorderingen worden in mindering gebracht op de vordering. Ook de liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De waardering van de reserves, de voorzieningen en de kortlopende schulden vindt plaats tegen nominale waarde. De leningen u/g worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met de aflossingen t/m 2003. Ook voor de verantwoording in de exploitatie is de nominale waarde als grondslag gehanteerd. De baten en lasten van het boekjaar worden in de jaarrekening opgenomen, onverschillig of zij tot ontvangsten en uitgaven in het desbetreffende boekjaar hebben geleid.
De indeling van de programma’s in deze jaarrekening wijkt af van de programma-indeling in de begroting 2004. Met ingang van het begrotingsjaar 2005 is het programma maatschappelijke samenhang gesplitst. Om vergelijking in de toekomst te vergemakkelijken hebben wij er voor gekozen om deze indeling ook al bij deze jaarrekening te hanteren. Bij de in deze jaarrekening opgenomen exploitatiecijfers over 2003 is geen rekening gehouden met een gewijzigde presentatie tengevolge van de invoering van het BBV.
112