OP DE HOOGTE Augustijns Centrum de Boskapel
September 2007 Augustinus
"" ... bij tijd en wijle van mening verschillen zonder haat, alsof iemand het oneens was met zichzelf en juist door die schaars voorkomende onenigheid fleur geven aan de eensgezindheid van meestal ..."" (Augustinus, Belijdenissen, IV,8,13,p.113)
Colofon: Op de Hoogte is het bulletin van de Boskapelgemeenschap. Het biedt ruimte voor Boskapellers en andere bezoekers van de kapel om te schrijven of te lezen over zaken die de gemeenschap van de Boskapel of de kerkgemeenschap in het algemeen raken. Ook geeft het informatie over vieringen in de kapel en andersoortige informatie over activiteiten die vanuit de Boskapel worden ondernomen. Op de Hoogte verschijnt 10 maal per jaar.
Redactie: Mechy Dolmans-van Oosterhout, Louis de Mast, Gerard Willems, Chris Dijkhuis en Jan Garnier (eindredacteur) e-mail
[email protected] Einsteinstraat 125, 6533 NJ Nijmegen Lay-out en druk: Helma Bertels, Myriam Devos, Hans Thoonen (e-mail
[email protected]) Abonnementen: Na schriftelijke aanmelding: ontvangt u voor 9 euro een jaar lang Op de Hoogte thuis Adres Boskapel: Graafseweg 276 6532 ZV Nijmegen tel/fax 024-3776968 b.g.g. 024-3726610 homepage: www.boskapel.nl e-mail:
[email protected] Postbank: 22 06 916, Rabobank: 15 78 32 856 t.n.v. Rector Boskapel De redactie behoudt zich het recht voor ingezonden teksten te weigeren, in te korten, of anderszins redactioneel te bewerken. Copyright berust bij de auteurs van de bijdragen
VOORWOORD De vakanties zijn voorbij en we beginnen aan een nieuw seizoen van vieren, leren, dienen en gemeenschapsopbouw. Traditiegetrouw doen we dat door te openen met aandacht voor Augustinus. Bij hem vinden we de vier functies van de kerk op heel dynamische wijze. De Augustinuszondag vieren we plechtig met medewerking van beide koren. Op 24 september houdt Rein Vaanhold de Augustinuslezing. Joost Koopmans doet nog eens uit de doeken wat de Augustijnse beweging wil zijn. Dit artikel heeft hij eerder gepubliceerd in De Roerom, maar het lijkt de moeite waard dit ook in de kring van de Boskapel nog eens aan de orde te stellen. De zielzorger Augustinus verhaalt van de verslaving aan gladiatorengevechten van zijn vriend Alypius. Met deze vertaling uit de Belijdenissen won Koen van Rossum ooit een prijs. Men zou zich de vraag kunnen stellen of het wel aansluit bij de actualiteit om stil te staan bij mensen die elkaar tot bloedens toe (en erger) bevechten in een kooi. Maar misschien is de vraag stellen tegelijk haar beantwoorden. Dienen: de amnestygroep is weer present met een bijdrage en voor zondag 16 december wordt de agapèviering Door deze groep voorbereid. Mechy Dolmans-van Oosterhout vertelt wat er gebeurd als mensen hun dromen achterna gaan. Loslaten en opnieuw beginnen, het is een belangrijk christelijk levensthema. De theoloog Augustinus heeft zijn diepzinnigste gedachten neergelegd in ‘De Stad Gods’. Chris Dijkhuis doet zijn best om dat boek voor ons te ontsluiten. Dat is geen gemakkelijke kost, maar voor belangstellenden een waardenvolle leeservaring.
1
LITURGIEKALENDER September 2007 22e t/m 26e zondag door het jaar tijd: half 11 liturgische kleur: groen - zondag 2 september: Lucas 14, 1+7-14: ‘de laatste plaats’ - zondag 9 september: Lucas 14, 25-33: ‘wie kan leerling van Jezus zijn?’ - zondag 16 september: Amnestyzondag: ‘Make some noise against discrimination’ agape-viering voorbereid en uitgevoerd door de Amnestygroep - zondag 23 september: Lucas 16, 1-13: ‘leren van de slimme rentmeester’. Vredeszondag - zondag 30 september: Lucas 16,19-31: ‘arm en rijk’ gastkoor Our Choice uit Weurt in de hoogte gestoken en bevestigen wij het beluisterde met een uitroepteken. Het is dan ook jammer als de toelichting bij de Lezingen Het Evangelie vormt in elke Eucharistieviering het ijkpunt. Het inhoudelijk thema van de viering wordt bepaald door de evangelielezing van die dag. De eerste lezing wordt gekozen met het oog op de tekst van het evangelie. Deze lezing is meestel een gedeelte uit het Oude (1e) Testament en behoeft vaak een inleidend woord om het in zijn contekst te plaatsen. In augustijnse kring komt de eerst lezing ook wel uit de werken van Augustinus. Voorheen werd er in de Boskapel ook vaak een alternatief gezocht uit eigentijdse literatuur. 2
Maar omdat het Nieuwe Testament wortelt in het Oude is het goed dat we de Oudtestamentische lezingen in ere hebben hersteld. Er bestaat dus een harmonische overeenkomst tussen de beide lezingen. Die overeenkomst wordt nog versterkt door een toepasselijke psalm of een tussenlied dat bij het thema past. Het evangelie wordt verwelkomd met een alleluiazang. Lange tijd werd dit in de Boskapel weggelaten en zongen we het alleluia alleen in de paastijd. Jammer, omdat de opstanding van Christus elke zondag gevierd wordt. Daarom brandt ook de paaskaars het hele jaar door. Het alleluia-gezang (vaak met evangelievers) heeft iets vrolijks en geeft tegelijkertijd aan het evangelie een entree. Bij de acclamatie na de evangelielezing wordt het boek acclamatie traag op gang komt. Dan mist het uitroepteken zijn effect! Joost Koopmans osa AUGUSTIJNSE BEWEGING ‘Het mag een wonder heten dat er in het Nederlandse taalgebied belangstelling blijft bestaan voor preken van zestien eeuwen oud en uit het Latijn vertaald. En dan nog wel preken van een bisschop uit Noord Afrika’. Zo begint de inleiding op één van de boeken met preken van Augustinus over de evangelies vertaald door het Augustijns Instituut in Eindhoven. Onlangs sloot zij met een elfde boek (De weg komt naar u toe, Damon 2007)haar project van nog niet eerder vertaalde Augustinusteksten af. In tien jaar tijd elf succesvolle Augustinusboeken!
3
Verwonderd, dat waren ook de augustijnen toen in de negentiger jaren mensen die geïnteresseerd waren in de spiritualiteit van Augustinus bij hen aanklopten met de vraag hoe zij daar als leken gestalte aan konden geven. Ze zochten aansluiting bij de bestaande conventen. Om te weten hoe de Orde daar mee is omgegaan hoef ik geen augustijn te interviewen, omdat ik er zelf een ben. Zoekers In 1970 hadden de augustijnen al eens geprobeerd om tot een eigentijds religieus leven te komen, samen met leken. Misschien te vroeg, want er bleef niet veel van over. Dat mensen na de grote kerkverlating alsnog een groeiende belangstelling aan de dag legden voor Augustinus en de augustijnen kwam dan ook als een verrassing. Augustinus heeft naast mooie teksten toch ook een negatieve visie op de mens doorgegeven? En moet een Orde zich in de nadagen van haar bestaan niet kunnen neerleggen bij het feit dat ze haar tijd gehad heeft? Hoe dan ook, de zoekers naar zin klopten ook bij ons aan. Het zijn mensen die in onze jachtige maatschappij naar religieuze en christelijke wortels zoeken die het leven hier en nu kunnen verdiepen. Onder hen zijn ook jongeren die veel minder last hebben van de rancunes van ouderen over de kerk van toen met al haar verplichtingen. Als zij ook bij ons aankloppen, moeten we hen dan maar doorsturen, of openen we de deur? We hebben toch ook ons eigen gezicht? Spiritualiteit In 1995 ontstond er een breed overleg om een antwoord te vinden op de getoonde belangstelling. We waren het er over eens dat het ons niet te doen was om het oude kloosterleven
4
te redden. Maar wel bestond er openheid om de nieuwe generatie van Godzoekers in contact te laten komen met onze traditie van ‘samen op weg naar God’. Immers: de augustijnse spiritualiteit kan men samenvatten als ‘het zoeken naar God door een gemeenschap waarin we elkaars geloof en leven delen en waarvan de liefdevolle dienst aan de kerk en de wereld een impuls en een aanmoediging krijgt,’ zo staat te lezen in het plan voor augustijnse vorming. Als mannen en vrouwen in onze gemeenschap willen meezoeken, kunnen de wijsheid en ervaring van ouderen wellicht een welkome en noodzakelijke bijdrage leveren, terwijl de interesse en inbreng van de andere kant ook ons nieuwe impulsen en inspiratie kan geven, zo werd gesteld. Familia Augustiniana Uiteindelijk groeide dit overleg uit tot de oprichting van een Familia Augustiniana waarin mannen en vrouwen zich in augustijns verband kunnen verdiepen in Augustinus en de augustijnse spiritualiteit. Haar doelstelling luidt: samen met allen die zich op dezelfde wijze aangesproken weten ons leven vorm geven één van hart en één van ziel in de geest van Augustinus op de weg die Jezus Christus wijst. Zij wil dit doel onder meer bereiken door - gemeenschappelijke bezinning en het organiseren van ontmoetingen - het bevorderen van onderlinge communicatie en het verzorgen van publiciteit - het aanbieden van vorming en studie - activiteiten op het gebied van vrede, gerechtigheid en eerbied voor Gods schepping - het onderhouden van verbondenheid en contact met augustijnen, gemeenschappen van de augustijnse familie, nationaal én internationaal
5
- waar mogelijk en wenselijk betrokken zijn bij augustijnse projecten. De Familia bestaat momenteel uit vijf gemeenschappen verspreid over Nijmegen (twee groepen), Eindhoven, Utrecht en Werkhoven. Gegroeide vormen van verbondenheid worden ceremonieel bevestigd bij gelegenheid van het Kapittel van de Provincie ten overstaan van de prior provinciaal en een afgevaardigde van het Generaal Bestuur van de Orde. Op 29 december 2006 werden de statuten getekend en heeft de Familia Augustiniana de vorm van een vereniging gekregen. Een brede waaier Het zijn niet alleen deze gemeenschappen die ‘iets’ met Augustinus hebben. Degenen die in Augustinus geïnteresseerd zijn vormen een brede waaier die over het hele land verspreid is. Het zijn de religieuzen die op grond van zijn Regel in een gemeenschap samenleven, maar ook degenen die zich wetenschappelijk in Augustinus verdiepen en bekendheid geven aan zijn gedachtengoed. En dan zijn er nog geloofsgemeenschappen die hun inspiratie putten uit het kerkbeeld van Augustinus. Augustijnse Beweging Enige jaren geleden riep de toenmalige Prior Provinciaal van de augustijnen Bob Bodaar al die in Augustinus geïnteresseerde en bij hem betrokken mensen samen om zich te buigen over de vraag of het mogelijk zou zijn om tot één Augustijnse Beweging te komen waarbinnen al wat we nu zijn en onder handen hebben op te vangen, een plaats te geven en deze een zekere toekomst te garanderen, ook als we zelf er niet meer zouden zijn. Na enkele vergaderingen kwam het beraad met een doelstelling waarin de verschillende geledingen elkaar konden vinden: De 6
Augustijnse Beweging wil een platform zijn waarin verschillende religieuze instituten, verenigingen en kerkelijke instellingen samenwerken, die hun inspiratie in belangrijke mate ontlenen aan de kerkvader Augustinus. Doel van het platform is initiatieven te ontwikkelen en te realiseren om aspecten van augustijnse spiritualiteit te behoeden, te verstevigen of te vernieuwen. Participanten De Augustijnse Beweging bestaat op dit ogenblik uit de volgende participanten: Nederlandse Provincie van de Augustijnen Vereniging Familia Augustiniana Nederland Augustijns Instituut Zusters Augustinessen van Heemstede Zusters Augustinessen van Sint Monica Kanunnikessen van het Heilig Graf Augustijns centrum de Boskapel Oecumenische Werkhofgemeenschap (in de voormalige kapel van de Monialen Augustinessen) Het platform staat open voor leden, die verwante instituten en instellingen vertegenwoordigen. Activiteiten De Augustijnse Beweging die in 2006 officieel is opgericht stelt zich voor om in den lande gemeenschappelijke bezinningsmogelijkheden aan te bieden rondom bijvoorbeeld de kerkvisie van Augustinus. Verder gaat ze brochures uitgeven met Augustinusteksten en korte getuigenissen over de augustijnse spiritualiteit. De verschillende participanten denken ook aan mogelijkheden elkaar van dienst te zijn bij het invullen van functies, bij het nadenken over belangrijke vragen die een bepaalde gemeenschap raken. Misschien kan
7
er samenwerking groeien op het terrein van sociale, diaconale of religieuze activiteiten. Toekomst Hoe zal de Nederlandse Augustijnenprovincie er in de naaste toekomst uitzien? Op de eerste plaats is daar het klooster Mariënhage in Eindhoven. Het gebouw wordt op het ogenblik aangepast met voorzieningen voor de oude dag. Maar het belangrijkste doel van de verbouwing is dat dit huis een thuis kan worden voor alle Nederlandse augustijnen waar provincie-bijeenkomsten gehouden worden zoals feestelijke en droevige gebeurtenissen, bezinnende en studieuze bijeenkomsten. Vanouds zijn ook de bibliotheek en het Augustijns Instituut aan Mariënhage verbonden, terwijl ‘de Paterskerk’ sinds 2006 onder het bestuur van de Binnenstadsparochie valt. Dan is er het Augustinusconvent in Utrecht, waaraan het provincialaat gevestigd is. Vanaf 1840 bedienen de augustijnen daar ook de neo-barokke Augustinuskerk die tegenwoordig deel uitmaakt van de binnenstadsparochie. Tot slot hebben we nog de Boskapel te Nijmegen, die zich de laatste tien jaar steeds meer profileert als Augustijns Centrum. Het besef van samen-kerk-zijn, herontdekt tijdens het Tweede Vaticaanse Concilie, sluit aan bij het denken van Augustinus voor wie de kerk geen instituut maar een gebeuren is. De Boskapel laat er zich door inspireren. In een tijd dat de herwonnen kerkbeleving van Gods volk onderweg door neoclercalisme verdonkeremaand wordt, ziet een kapel als deze haar geloofsgemeenschap groeien door trouw te zijn aan haar charisma van samen-kerk-zijn. De Orde dringt echter aan op verzelfstandiging van dit centrum, omdat zij geen opvolger meer heeft voor de huidige pastor. Een stuurgroep werkt aan een adviesnota waarin voorstellen worden geformuleerd om 8
deze vitale plek als centrum voor augustijnse spiritualiteit te behouden en verder uit te bouwen. Een andere groep onderzoekt de mogelijkheden van een augustijnse leefgroepnieuwe-stijl rondom de Boskapel. Het gaat door Tot slot laat ik de jongste (61!) Nederlandse augustijn, Ton Tromp, aan het woord die vanuit zijn levendige missiepost in Papua schrijft: ‘Het heeft niet veel zin om ons bezig te houden met de vraag wanneer het is afgelopen. Samen met degenen die zich bij ons betrokken voelen, blijven we doen wat gedaan moet worden op de plekken waar we wonen en werken. De augustijnen zijn er altijd goed in geweest om mensen rondom zich heen te verzamelen. Ik hoop dat we onze drie plekken in Eindhoven, Nijmegen en Utrecht kunnen behouden en van daaruit bezig blijven met ons charisma van gemeenschapsvorming.’ En even verder zegt hij: ‘Als er een eind komt aan onze provincie, betekent dat nog niet het einde van de Augustijnse Beweging. Ik zie bij jullie toch overal tekenen van aanwezigheid en groepsvorming rondom de augustijnse spiritualiteit. Er wordt nagedacht over andere vormen van augustijns leven dan de klassieke en die vormen worden ook uitgeprobeerd. Het is goed om niet alles van te voren vast te leggen. De Familia is daarvan een voorbeeld. De statuten werden tijdens het Kapittel van 2006, na een ervaring van tien jaar, aangeboden. Laten we de huidige augustijnse gemeenschapsvorming open houden. Regels en structuren mogen groeien uit de praktijk. En contacten met de eerste Orde kun je nog altijd zoeken op wereldwijd niveau, zoals dat nu al gebeurt met de internationale jongerendagen en het lekencongres.’ Joost Koopmans
9
OPENING NIEUW SEIZOEN De Stuurgroep Augustijns Centrum heeft voor u weer een programma van lezingen samengesteld, zodat u ook op een doordeweekse dag zich kunt verdiepen in maatschappelijke, theologische of filosofische onderwerpen in het Augustijns Centrum de Boskapel. Wij zijn bij het opstellen van het programma in de gelegenheid geweest sprekers te benaderen voor enkele onderwerpen die Boskapellers zelf hebben aangegeven, dat zij het boeiend vinden hier iets over te horen; sprekers die landelijke bekendheid genieten zoals bijvoorbeeld ziekenhuispastor Marinus van den Berg of moraaltheoloog Prof. Frans Vosman, maar ook enkele Boskapellers zijn weer bereid gevonden hun bijdrage aan het programma te leveren. Traditiegetrouw begint het seizoen met de Augustinus-lezing op maandag 24 september door, voor Boskapellers bekende pater Rein Vaanhold. De titel van de lezing luidt: Augustinus, herder of manager? Voor zij die Rein Vaanhold zich nog herinneren zullen het met me eens zijn dat het een onderwerp is dat geheel bij hem past…… uit het hart gegrepen! De kruisheren, de kloosterorde waartoe Rein Vaanhold behoort, leven ook volgens de Regel van Augustinus. Hij laat zich in zijn doen en laten, en dus ook in de vele bestuursfuncties die hij heeft bekleed, graag leiden door bisschop Augustinus. Herder of manager …….. u komt er op deze avond achter.
10
11
Het volledige programma is opgenomen in het inmiddels bekende boekje van het programmaoverzicht activiteiten Augustijns Centrum de Boskapel – dit seizoen geel – en is natuurlijk ook op de website terug te vinden. Middels de flyers die per lezing worden gemaakt en achter in de kapel liggen, kunt u zich op gemakkelijke wijze inschrijven voor een lezing. Natuurlijk kan dit ook via de email of mondeling zondags na de viering. Wij hopen ook ú een keertje tijdens de lezingen te ontmoeten. Namens de Stuurgroep Augustijns Centrum Annemieke Pacilly AUGUSTINUS OVER ZIJN VRIEND ALYPIUS In het hieronder volgende fragment uit zijn Belijdenissen (Boek VI, 8) haalt Augustinus een herinnering op aan zijn vriend Alypius en diens avontuur in het amfitheater. Een schokkende en herkenbare gebeurtenis. Precies in het spoor van de levensweg die zijn ouders voor hem hadden uitgestippeld was Alypius, eerder dan ik, naar Rome vertrokken om er rechten te studeren. Daar is hij meegesleept door een ongelofelijke hartstocht voor het gladiatorenspel – iets wat ik niet voor mogelijk had gehouden. Weliswaar hield hij zich verre van dergelijke spelen en verfoeide ze, maar toen hij toevallig een paar vrienden en jaargenoten na hun lunch tegenkwam, werd hij door hen ondanks zijn verweer en tegen zijn zin met zacht geweld naar het amfitheater meegenomen. Daar werden in die dagen de wrede en bloedige gladiatorenspelen gehouden.
12
“Jullie kunnen nu wel mijn lichaam naar die plaats slepen en daar deponeren”, zei hij, “maar mijn geest en mijn ogen kunnen jullie toch niet op dat schouwspel richten ? Ik zal er dus bij zijn alsof ik afwezig ben, en op die manier zal ik zowel jullie als die vertoning de baas blijven”. Ze aanhoorden deze woorden wel, maar namen hem desondanks met zich mee, wellicht uit nieuwsgierigheid of hij deze bewering zou waarmaken. Toen ze waren aangekomen gingen ze zitten op de plaatsen die ze nog konden bemachtigen. Het hele amfitheater was één bruisende menigte, belust op bloed.Alypius zat erbij met gesloten ogen, zijn geest gebiedend zich niet met zulk kwaad in te laten. Had hij echter ook maar zijn oren dichtgestopt ! Op een zeker moment in de strijd werd hij namelijk opgeschrikt door ontzaglijk geschreeuw van alle toeschouwers. Uit nieuwsgierigheid opende hij zijn ogen, als het ware klaar zittend om wàt zich ook maar aan zijn blik zou vertonen te verachten en te trotseren. Het letsel dat zijn ziel toen opliep was ernstiger dan de wond in het lichaam van de zwaardvechter, het doelwit van zijn nieuwsgierigheid. Zijn nederlaag was meer te betreuren dan die van de zwaardvechter, om wiens val het geschreeuw begonnen was. Het was door zijn oren binnengekomen, en had hem zijn ogen doen openen, met het gevolg dat zijn ziel – eerder vermetel dan sterk – getroffen en geveld werd; met des te minder weerstand van zijn kant naarmate hij eerder zijn vertrouwen op zichzelf dan op U, o God, gesteld had, zoals hij had moeten doen. Toen hij eenmaal bloed had zien vloeien, dronk hij meteen een dosis onmenselijkheid in en wendde zich niet af, maar bleef kijken. Hij nam zonder het te beseffen de razernij in zich
13
op en verlustigde zich in het misdadige gevecht, dronken van het bloedige genot. En hij was zichzelf niet meer sinds zijn komst, maar één uit de massa waarbij hij zich gevoegd had, en in wezen verbonden met degenen die hem meegevoerd hadden. Wat zal ik er nog meer van vertellen ? Hij keek toe, schreeuwde, liep warm en raakte zó door het dolle heen dat hij ertoe gedreven werd terug te komen, niet alleen met zijn vrienden die hem eerst hadden meegetroond, maar vooroplopend en anderen met zich meevoerend. En toch hebt Gij hem met krachtige en barmhartige hand uit de diepte getrokken, en hem geleerd zijn vertrouwen niet op zichzelf, maar op U te stellen. Dat geschiedde echter veel later. (Vertaling: Koen van Rossum) STAPVOETS, SOMS IN DRAF. “In vele ogen die we onderweg hebben ontmoet zagen we een twinkeling…een twinkeling van hun eigen droom, die ze nooit hebben durven uitvoeren en waarvoor het misschien nog niet te laat was." Bastiaan Na de Agapè-viering van 1 juli, die met het toepasselijke verhaal van Christoffel in het teken stond van vakantie en reizen, hadden een aantal Boskapellers nog een lang gesprek met Erik, die wel een heel bijzondere reis voor de boeg had. Op 22 juli j.l is hij met zijn vrouw Ineke op bedevaart vertrokken en wel met paard en woonwagen! De bedoeling is
14
om via diverse bekende Europese bedevaartplaatsen Rome en het Heilige Land te bezoeken en vandaar naar Mekka te gaan. Behalve de Boskapel bezoekt Erik ook regelmatig moskeeën en synagogen. Op al die plaatsen die hij onderweg zal aandoen wil hij bidden met de gelovigen daar. Ze zijn voor onbepaalde tijd vertrokken, maar als alles naar wens verloopt denken ze twee jaar onderweg te zijn. Op een koetsierscursus hadden ze elkaar ontmoet, Erik en Bastiaan, want met paard en wagen de weg op kan niet zonder diploma. Ze zagen de twinkeling in elkaars ogen. Erik: “hier zie ik iemand die gewoon gaat doen waar ìk al zolang van droom: reizen per huifkar!”Huifkarren en woonwagens koop je niet om de hoek, die moet je voornamelijk zelf maken. Zo was Bastiaan de hele vorige zomer aan het sleutelen: boven op een wel honderd jaar oud onderstel bouwde hij geleidelijk zijn huisje op wielen. En het werd een juweel! Aan de zijkant van de huif werd een zonnepaneel bevestigd dat de nodige energie moest leveren voor verlichting, richtingaanwijzers en voor het opladen van telefoon en laptop. Er werd een paard gekocht, dat bij ons in een stukje bos kwam te staan en van tijd tot tijd ons gazon mocht afgrazen. Proefritten werden gemaakt met familie, vrienden en de schoolklas van de kinderen. De voorbereiding alleen al was een feest en niet alleen voor de plannenmakers. Op 5 mei j.l.vertrokken ze : Bastiaan, Laura, hun 2 zonen van 10 en 6 jaar oud en hun hond. “Op blote voeten naar Zweden”, zoals ze het zelf noemden, omdat hun paard Torden op eigen sterke hoeven, dus zonder ijzers eronder, de tocht zou afleggen. Wat werd het plotseling leeg bij ons! Zij hadden 14 jaar met ons samengewoond en gingen zich nu in Zweden vestigen. Erik en Ineke en 2 van hun kleinkinderen vergezelden hen die eerste dag met hun paard en karretje.
15
Erik zorgde ook voor een Christoffelmedaille, die nog aan de huifkar bevestigd werd en later hielp hij zelf als een ware Christoffel paard en huifkar de Rijn oversteken bij Emmerich. Na 83 dagen en 1600 km is Bastiaan met zijn gezin aangekomen op hun plaats van bestemming in Zweden. De tocht is meer dan voorspoedig verlopen. Bastiaan geeft met zijn Stichting Kokopelli al jaren overlevingscursussen, waarbij wordt uitgegaan van het ideaal dat moeder Aarde je alles geeft wat je nodig hebt, als jij ook goed voor Haar bent. Met deze huifkartocht wilde hij met zijn gezin aantonen dat je ook langzaam kunt gaan en hoe verrijkend het is je reisomgeving aan alle kanten te proeven, te ervaren hoe afhankelijk je bent van die omgeving, van elkaar ook en van je paard. Elke avond zochten en vonden ze een plek bij een boer, want een paard loopt op gras. Steeds werden ze vol verbazing ontvangen maar die verbazing ging al gauw over in sympathie en behulpzaamheid. Ze hoefden nergens te betalen, hun verhaal was de mensen genoeg. Zelf zeiden ze het zo: “Al die goede dingen zijn als cadeautjes, die je met beide handen moet aannemen, want ze zijn voor jou bestemd!” Noem het Moeder Aarde of noem het God, die in alles wat je nodig hebt voorziet. Maar daarvoor moet je je wel eerst kwetsbaar durven opstellen, in een huifkar in dit geval. Vertrouwen hebben, dingen doen die niet gewoon zijn en waarvan iedereen geneigd is te zeggen: “vergeet het, dat kan nooit”. Maar dan: die twinkeling in al die ogen ! Hebben we niet allemaal onze dromen? Hoe heerlijk is het dan mensen te ontmoeten die hun dromen durven waar te maken. Misschien is het ook voor ons nog niet te laat! Erik en Ineke zijn voorlopig nog onderweg. Moge de God van Abraham, Isaak en Jacob hen beschermen door voldoende
16
engelen van mensen te sturen en Christoffels, die hen op de rug nemen als dat nodig mocht zijn. Mechy Dolmans-van Oosterhout. VAN DE AMNESTYTAFEL Amnesty is bij uitstek een organisatie die kennis levert .Kennis, feiten en gegevens over schendingen van de mensenrechten; de basis om die schendingen aan te pakken. Maar om succesvol te zijn is meer nodig. Want in onze globaliserende wereld met zijn razend ingewikkelde arrangementen en processen, en zijn overstelpende hoeveelheid informatie, ligt onverschilligheid over het lot van anderen op de loer. Daarom is het ook nodig dat wij ervoor zorgen dat mensen hier zich kunnen identificeren met mensen wier rechten geschonden worden. Anders gezegd: dat mensen geraakt worden door de situatie van medemensen, zodanig dat ze in actie willen komen om aan de strijd van die anderen bij te dragen. Aldus Eduard Nazarski, directeur van Amnesty Nederland in het maandblad “Wordt Vervolgd”. Zondag 16 sept. is weer de jaarlijkse Amnesty-viering. Dit jaar met het thema “Make some noise…”. Na afloop zullen er lijsten zijn waar U Uw handtekening kunt zetten. In de dienst hoort U daar meer over. Namens de Amnesty-groep Thea Schouten
17
STUDIEDAG AUGUSTIJNSE BEWEGING Op woensdag 17 oktober a.s. organiseert het platform Augustijnse Beweging de eerste bezinningsdag voor alle participanten. De dag vindt plaats in en rond het pastoraal centrum van de Utrechtse binnenstadparochie, Rozenstraat 1, 35611 BV Utrecht, tel.030-231845. Thema van de dag: Gast in huis. De dagindeling is als volgt: 10.00 u onthaal 10.30 u opening door de voorzitter van het Augustijns Platform, Bob Bodaar O.S.A. 10.45 u lezing door dr. Marcel Poorthuis (Faculteit Katholieke Theologische Universiteit van Tilburg in Utrecht) over gast zijn en gastvrijheid in joodse tradities. 11.45 u pauze 12.00 u groepsgesprekken 13.00 u eenvoudige lunch wordt aangeboden 13.45 u boekpresentatie door drs. Bernard Bruning O.S.A. (Augustijns Historisch Instituut Heverlee (B): Augustinus (Mercatorfonds), Brussel 2007. 14.30 u groepslezing van een augustinustekst over gastvrijheid 15.30 u pauze 16.00 u gebedsviering 16.30 u afsluiting Opgave vóór 10 oktober a.s. Door schriftelijke aanmelding aan Hans van Reisen, Augustijns Instituut, Augustijnendreef 15, 5611 CS Eindhoven of aan
[email protected]
18
EN door overmaking van € 10,- per persoon op rekening 2509905 t.n.v. Augustijnse Beweging, Jacobskerkhof 2, 3511 BL Utrecht 0.v.v. 17-10-2007 + deelnemersnaam. BESTE BOSKAPELLERS, De komende tijd zult u mij niet meer zien in de Boskapel. Ik ga voor minimaal een half jaar wonen bij de Augustijnen in Gent te Belgie. Om in het kader van de opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening stage te lopen in de jeugdzorg aldaar. Elke week ben ik fulltime werkzaam in de jeugdhulpverlening. En ik wordt ook deelnemer aan het kloosterleven van de Augustijnen. Als geboren en getogen 'Nimwegenoar', is het een hele uitdaging voor me deze stap te zetten. In de aanloop naar deze periode, heb ik al kennisgemaakt met onze broeders in Belgie. En ik zie er naar uit samen met hen 'één van ziel en één van hart' op weg te zijn. Via de site www.louisingent.waarbenjij.nu houd ik u op de hoogte van mijn belevenissen. Het wachtwoord om deze weblog te volgen is: augustijn. Dat mag geen verrassing heten. Ik wens jullie allen vele inspirerende zondagen toe en tot weerziens, Louis de Mast
19
Voor u gelezen: DE STAD VAN GOD, INLEIDING (2) In het eerste deel van de inleiding op de reeks artikelen over ‘De Civitate Dei’ van Augustinus is een poging gedaan het werk te plaatsen in de tijd van het ontstaan ervan: de plundering van Rome door de Visigoten van Alarik. Ook is er een globale inhoudsopgave gedaan van de 22 boeken. Voordat die opgave boek voor boek nader wordt uitgewerkt komen hieronder nog enkele belangrijke aspecten aan de orde. Omvang We verkeren in de gelukkige omstandigheid dat we de kolossale omvang van De Civitate Dei wat duidelijker kunnen maken omdat we de beschikking hebben over de vertaling van de Confessiones in dezelfde serie, Ambo-Klassiek, van dezelfde vertaler, Gerard Wijdeveld. De volgende getallen spreken boekdelen: De Belijdenissen is verdeeld over 13 boeken, De stad van God over 22. De Belijdenissen beslaat 324 pagina’s, De stad van God 1159. De Belijdenissen heeft 20 pagina’s aantekeningen, De stad van God 54. De stad van God is bovendien voorzien van een register van namen en van bijbelplaatsen. Eruditie Afgezien van de omvang van De stad van God, imponeert het werk door de eruditie van Augustinus die door prof. dr. J. den Boeft ‘een top-intellectueel in de vroege 5e eeuw’ wordt genoemd. Hij wijst op Augustinus’ kennis van de filosofie en geschiedenis, maar ook van de natuurwetenschap,
20
tekstwetenschap, taalkunde, geografie en literatuur. Dat het werk van Augustinus bewaard is gebleven, is bovendien van historisch belang in die zin dat daarin bijvoorbeeld fragmenten van de Romeinse schrijver, redenaar en staatsman Cicero te vinden zijn van de Hortensius, een geschrift dat wél verloren is gegaan. De bijbel krijgt bij dat alles van Augustinus een centrale plaats in twee opzichten: de bijbel bepaalt denken en doen van de mens en is ook de maatstaf voor alle kennis. Twee steden De gedachte dat er twee steden zijn, een van God en een van de duivel, is grotendeels van Augustinus zelf. Hij beroept zich daarbij op de bijbel met citaten uit de Openbaring (het nieuwe Jerusalem tegenover Babylon), brieven van Paulus en de Psalmen. In zijn Retractationes, letterlijk terugtrekkingen, schrijft Augustinus aan het einde van zijn leven dat het inderdaad over twee steden gaat, maar... ‘titulum tamen a meliore acceperunt’, ze hebben de titel gekregen van de beste van de twee. Bij het schrijven van het tweede deel van de inleiding heb ik ook gebruik gemaakt van twee artikelen van prof. dr. J. den Boeft: De stad Gods in Hermeneus LXXIV/II themanummer Augustinus en Zedenverval met de vaart van een bergstroom: Sallustius als Augustinus’ getuige à charge in Augustiniana Neerlandica, Leuven 2005. Dit art ikel bevat een wonderlijke onduidelijkheid: ....”tijdens de eerste keizer, Gaius Iulius Caesar, die in 27 de eretitel Augustus kreeg en in 14 A.D. overleed” ... Dé Gaius Iulius Caesar is nooit keizer geweest en in 44 v. Chr. vermoord. De gegevens van het citaat zijn die van de eerste keizer Augustus, Caesars adoptiefzoon Octavius, die na zijn adoptie de naam Gaius Iulius Caesar Octavianus droeg. Chris Dijkhuis 21