OP DE HOOGTE Augustijns Centrum de Boskapel
Oktober 2008
“” ... bij tijd en wijle van mening verschillen zonder haat, alsof iemand het oneens was met zichzelf en juist door die schaars voorkomende onenigheid fleur geven aan de eensgezindheid van meestal ...” “ (Augustinus, Belijdenissen, IV,8,13,p.113) Colofon : Op de Hoogte is het bulletin van de Boskapelgemeenschap. Het biedt ruimte voor Boskapellers en andere bezoekers van de kapel om te schrijven of te lezen over zaken die de gemeenschap van de Boskapel of de kerkgemeenschap in het algemeen raken. Ook geeft het informatie over vieringen in de kapel en andersoortige informatie over activiteiten die vanuit de Boskapel worden ondernomen. Op de Hoogte verschijnt 10 maal per jaar. Redactie: Mechy Dolmans-van Oosterhout, Gerard Willems (beiden eindredactie), Chris Dijkhuis en Jan Garnier e-mail :
[email protected] +
[email protected] Schoutstraat 23, 6525 XR Nijmegen 024 3554903 Lay-out en druk: Helma Bertels, Myriam Devos, Hans Thoonen (e-mail
[email protected]) Abonnementen: Na schriftelijke aanmelding ontvangt u voor 9 euro een jaar lang Op de Hoogte thuis Adres Boskapel: Graafseweg 276 6532 ZV Nijmegen tel/fax 024-3776968 bgg 024-3726610 homepage: www.boskapel.nl e-mail:
[email protected] Postbank: 22.06.916, Rabobank: 15.78.32.856 t.n.v. Rector Boskapel
2
VOORWOORD “Maria Vrede” noemt Jomanda haar bedevaartsoord en healing centrum. Het is gevestigd in de kapel van het voormalige klooster van de Oblaten in Ravensbos in Zuid Limburg. Met een familielid, die op een steenworpafstand van het oude klooster woont, bezocht ik onlangs het “kerkje van Jomanda”. Het interieur is nog helemaal als vroeger. Jomanda heeft er eigen elementen en symbolen aan toegevoegd. Vanaf het oude hoofdaltaar verricht zij, als zelfverklaard genezend medium, haar handelingen. De 5 kleine altaren, ooit gebouwd ten behoeve van de vele priesters en hun dagelijkse missen, zijn nu volgestouwd met honderden Mariabeeldjes, foto’s en andere snuisterijen van Jomanda’s cliënten. Op het laatste Kapeloverleg hoorden we dat in Nederland per week 3 kerken komen leeg te staan! Die kerken worden afgebroken of krijgen een nieuwe bestemming, waarvan hier boven een sprekend voorbeeld! Wat staat de Boskapel te wachten? Het bestuur geeft ons o.a. de uitslagen van de onlangs gehouden enquête aangaande de verzelfstandiging van de Boskapel. Jan Garnier stuurde ons het verslag van de laatste bijeenkomst rond Kerk en Ambt van de regio Gelderland. Sommigen werden op vakantie geïnspireerd om in de pen te klimmen. Zo was Mieke Ankersmid deze zomer in Ladakh in het Noorden van India. Zij zou graag zien dat de boskapelgemeenschap iets zou doen aan de noden van de Tibetaanse vluchtelingen daar. Koen en Leonie van Rossum bezochten een Mariabedevaartsplaats in Münsterland. Het verslag van Koen doet ons weer bewust zijn dat we in een eeuwenlange traditie staan. En laat ons ook zien dat mensen al eeuwen hun verdriet en zorgen achterlaten op plaatsen waar zij heil en zegen verwachten.
3
Dan is er een interview met Hans Thoonen, wiens naam al jaren vermeld staat op het colofon van dit blad. Chris Dijkhuis gaat rustig verder ons “de Stad van God” voor te houden. Hoe Plato en de Neoplatonici Augustinus’ favorieten werden. Met hun filosofie kon Augustinus echt uit de voeten met zijn doordenken, uitwerken en verwoorden van het christelijke geloof. Het Amnesty-bericht dat vorige keer al was aangekondigd, vindt u in dit nummer! Tot slot doet Jacqueline Leisink een oproep voor vrijwilligers voor Kruispunt, het Straatpastoraat Nijmegen. Mechy Dolmans-van Oosterhout en Gerard Willems
4
LITURGIEKALENDER oktober 2008 27e tot en met 30e zondag door het jaar liturgische kleur: groen tijd van de vieringen: half 11 De komende zondagen horen we weer enkele parabels over het Koninkrijk van God. Nadenkend over dat Koninkrijk komen wij tot de gedachte dat dit iets is dat weliswaar nu al bestaat, maar tegelijk nog steeds groeit, om tenslotte voltooid te worden tot een allesomvattende, niet te omschrijven Werkelijkheid. Wie bv. in het Onze Vader bidt om de komst van het Koninkrijk van God, spreekt daarmee de bede uit dat God het centrum van zijn bestaan mag worden, dat hij niet langer zijn eigen kortstondige belangen nastreeft, maar naar Gods wil toegroeit. Zodra God mijn middelpunt is, is Hij Koning van mijn leven, is in mij het Koninkrijk van God gekomen. Terecht schrijven wij: zodra – want meestal zijn wij nog niet zover (tekst Rudolf van Dijk, o.carm). −
−
−
−
−
zondag 5 oktober: Matteüs 21, 33-43: “de misdadige wijnbouwers”. Pater Bert van Balkom sdb. Zondag 12 oktober: Matteüs 22, 1-14: “uitgenodigd op de bruiloft”. Pater Joost Koopmans osa zondag 19 oktober: Matteüs 22, 15-21: “evenwicht zoeken tussen God en keizer”. Het is vandaag WERELDMISSIEDAG. Jan Broeders gaat voor in een agapèviering met als thema: missie doe je samen. Zondag 26 oktober: Matteüs 22, 34-40: “het voornaamste gebod”. Pater Joost Koopmans osa OP ZONDAG 2 NOVEMBER VIEREN WE ALLERHEILIGEN/ALLERZIELEN
LITURGIE EN PASTORAAT IN DE TOEKOMST De Boskapel is een centrum dat gedragen wordt door een actieve geloofsgemeenschap. Vanaf de opening in 1963 tot nu toe zijn de 5
pastores van deze gemeenschap augustijnen geweest. Vijfenveertig jaar lang dus! Aan mij de twijfelachtige eer de laatste augustijnse pastor te zijn, omdat onze Orde in Nederland vergrijsd is. En ook mijn pensioen komt in zicht. Op 27 januari 2009 word ik vijfenzestig! Ik hoop nog een aantal jaren de pastorale zetel te bezetten. Tegelijkertijd werk ik mee aan een plan voor een verzelfstandigde Boskapel. In dit en de komende nummers van Op de Hoogte wil ik uiteenzetten wat dit plan betekent voor de liturgie en het pastoraat. Hoe zou de Boskapel zichzelf in pastoraat en voorgangerschap kunnen voorzien? Pastorale taakvelden Laat ik eerst eens al deze velden genummerd op een rijtje zetten. − viering op zon- en feestdagen − doopvoorbereiding en uitvoering − communievoorbereiding − huwelijksvoorbereiding en uitvoering − ziekenbezoek, communie en ziekenzalving − uitvaarten − liturgiegroep − groep ter voorbereiding van de kindernevendienst − aandacht voor jongeren − gesprekken − vorming Het verdelen van deze velden Op nummer 11 na (vorming) was ik op al deze velden tot nog toe de spil. Maar op de meeste velden kon en kan ik rekenen op de medewerking van toegewijde Boskapellers. Voor de naaste toekomst is het van belang dat al deze taakvelden worden behartigd door een pastoraatsgroep. En het zou te wensen zijn dat één van hen een pastor-van-professie is. Daarover de volgende keer meer. Joost Koopmans 6
VAN DE BESTUURSTAFEL……. Schoonmaakactie 15 november 2008 Op 15-11-2008 wordt de jaarlijkse schoonmaakactie gehouden. Om 8.30 uur wordt de schoonmaak begonnen met een kopje koffie. Hierbij doet het bestuur een oproep voor deelname aan de schoonmaakactie. Meld u aan bij de bestuursleden Ank van Balkom of Ans van de Ven. Kapeloverleg 3 november 2008 Op 3-11-2008 wordt het reguliere kapeloverleg gehouden. Het overleg begint om 20.00 uur en vindt plaats in de koffiezaal van de Boskapel. Twee leden van het bestuur, namelijk Ans van de Ven en Jacques Janssen, zijn aftredend. Beide bestuursleden stellen zich herkiesbaar. Tegenkandidaten kunnen aangemeld worden bij Henny Peters, voorzitter van het Boskapel bestuur. De agenda wordt zo spoedig mogelijk bekend gemaakt. U wordt van harte uitgenodigd bij dit kapeloverleg, waarin natuurlijk ook de verzelfstandiging aan de orde zal komen. Uitkomsten enquête verzelfstandiging Tijdens het extra kapeloverleg van 2 september jl. zijn de uitkomsten van de enquête besproken. Onderstaand vindt u de gegevens van de enquête. Het enquêteformulier is door 93 personen ingevuld. De opbouw naar leeftijd is (waarbij 1 persoon geen leeftijd heeft ingevuld): Leeftijd 20-30 2
30-50 9
50-70 44
7
>70 37
totaal 93
Vraag 1. Huisvesting Hoe belangrijk is het gebouw van de Boskapel voor u? a. heel belangrijk; ik zou niet in een ander gebouw willen doorgaan, dan haak ik waarschijnlijk af b. belangrijk; ik ben hier thuis en zou moeite hebben om naar een andere kerk te moeten gaan c. niet zo belangrijk; de inhoud staat voorop en als die gehandhaafd blijft, vind ik het ook prima om ergens anders bijeen te komen d. helemaal niet belangrijk; als wij dezelfde vieringen onder een ander dak kunnen houden, dan ben ik ook van de partij A B C D Antwoord "huisvesting" 4 49 37 5 Vraag 2. Gewijde voorganger Hoe belangrijk vindt u het dat er regelmatig een gewijde voorganger is in de Boskapel? a. heel belangrijk; als er niet minstens 3x per maand een gewijde voorganger is, dan haak ik af b. belangrijk; ik zou er moeite mee hebben als er meer dan 2x per maand geen gewijde voorganger zou zijn c. niet zo belangrijk; de inhoud staat voorop en als die gehandhaafd blijft, vind ik het ook prima als er regelmatig vieringen zonder gewijde voorganger zijn d. helemaal niet belangrijk; het gaat om de gemeenschap en niet om wie er voorgaat. A B C D Antwoord "gewijde voorganger" 2 39 48 5 Vraag 3. Agapèvieringen Hoe vindt u het als we 1x per maand een Agapèviering houden? a. prima; ik raak er steeds meer aan gewend en vind het een mooi alternatief b. akkoord; beter een Agapèviering dan geen viering 8
c. het maakt me niet uit; ik begrijp dat het wellicht in de toekomst niet anders kan d. een slecht plan; beter geen viering dan een Agapèviering A B C D Antwoord "Agapèvieringen" 37 45 5 2 Vraag 4.Overwegingen gehouden door verschillende personen Hoe vindt u het dat in de toekomst verschillende personen (allemaal Boskapellers, die daarvoor gekwalificeerd zijn en begeleid worden) de overweging zullen houden? a. uitstekend; we hebben veel kwaliteit in huis en kunnen ons voortbestaan op deze manier minder afhankelijk maken van één voorganger. b. akkoord; ik vind het wel jammer dat Joost dan niet meer de vaste persoon is, maar er zijn ook andere mensen die aansprekende overwegingen kunnen houden c. het maakt me niet uit; als er maar een viering is met een aansprekende preek d. een slecht plan; als Joost niet preekt, dan kom ik niet Antwoord "overwegingen gehouden door verschillende personen" A B C D 39 47 9 1 Vraag 5. Plaats in de rooms katholieke kerk Hoe kan de Boskapel in de toekomst het beste een plaats in de wereldkerk behouden? a. laten we aansluiting zoeken bij het bisdom, dan horen we tenminste ergens bij b. laat de Orde voor ons de koepel blijven waaronder we vallen, of anders de Augustijnse beweging c. laat ons vrij bewegen – ook in oecumenische richting met de Gemeenschap van Werkhoven als voorbeeld d. anders, namelijk: A B C D Antwoord "plaats in de rooms katholieke kerk"6 66 26 2 9
Vraag 6. De toekomst van de Boskapel Hoe ziet u de toekomst van de Boskapel in de situatie dat een andere partij (waarschijnlijk een zorgaanbieder) de eigenaar is? a. rooskleurig; als we goede afspraken maken, kan de vitaliteit van de Boskapel gemeenschap juist groter worden door samen te werken met de nieuwe eigenaar b. neutraal-positief; als we voldoende ruimte krijgen om te blijven doen wat wij belangrijk vinden, dan komt het wel goed c. neutraal-negatief; we zullen minder vrijheid hebben dan nu en dat maakt het moeilijker om te doen wat wij belangrijk vinden d. somber; we zullen gedoogd worden en op termijn eruit gewerkt A B C D Antwoord de toekomst van de Boskapel 16 69 7 2 Afgelopen kapeloverleg van 2 september Het kapeloverleg, dat op 2 september 2008 werd gehouden, werd bezocht door 56 Boskapellers. Het kapeloverleg was geheel gewijd aan het onderwerp "verzelfstandiging". Het verslag van dit kapeloverleg vindt u op de tafel in de Boskapel. Nieuwe boekhouder Vanwege drukke werkzaamheden heeft Michiel van de Loo zijn taak als boekhouder van de Boskapel moeten neerleggen. Zijn opvolger heeft zich inmiddels aangediend. Han Jacobs, voormalig penningmeester van het bestuur, heeft zich bereid getoond om deze taak per direct op zich te nemen. Vanaf deze plaats bedanken wij Michiel voor zijn diensten en wensen wij Han veel succes. Henny Peters, voorzitter Boskapel bestuur 10
KERK EN AMBT, HOE VERDER? (3) Verslag bijeenkomst rond Kerk en Ambt regio Gelderland d.d. 6 september 2008 Nadat Joost Koopmans als gastheer eenieder welkom heeft geheten en Rinus Bal als voorzitter het verloop van de middag heeft toegelicht is het woord aan spreker Aad de Jong. Aad de Jong gaf colleges Kerkopbouw aan de HTP in Heerlen en KUN Nijmegen. Zijn eigenlijke vak is Catechetiek. Belangrijke ervaringen deed hij op in zijn kerkbestuursperiode in Heerlen, tijdens studiereizen naar Kenya (small christian communities), de Philippijnen (small ecclesian communities, meer kerkelijk ingekapseld) en Sri Lanka (small communities door mensen van diverse godsdiensten). Aad wil graag iets bemoedigends brengen over kerkopbouw. Diagnose: We hebben momenteel te maken hebben met een conflicterende statustoewijzing binnen de Nederlandse RK kerkprovincie, resulterend in aan elkaar tegengestelde opvattingen over wat de rechten en plichten zijn van priesters, pastoraal werkenden, mannen en vrouwen. Daarbij spelen mee de conflicterende opvattingen over de territoriale parochiestructuur. Als ‘partijen’in deze kan men vooral verstaan de officiële kerkleiding versus de moderne theologie. In de kern gaat het hier om een veel dieper probleem: de kerkstructuur heeft een totalitair karakter dat het individualistische karakter van de westerse wereld steeds duidelijker tegenover zich vindt. De vraag wordt dan, hoe kan men zowel het totalitarisme van de kerk als het particularisme dat vanaf 60-er jaren vooral opgeld doet, overwinnen? Hoe vind je een oplossing? In de Eerste Petrusbrief staat dat we allen deel zijn van een groter geheel en dat we allen deel hebben aan het goddelijk leven. Thomas van Aquino, Paul Tillich en …Nickels hebben dit verder uitgewerkt in hun geschriften. Uiteindelijk gaat het om het participeren als individu aan het geheel, om als enkeling mee te werken aan collectieve doelen. Dat vraagt om coöperatieve vaardigheden en de bereidheid om 11
gemeenschappelijke doelen te realiseren. In de kerk speelt vooral het gemeenschappelijke doel maar er is te weinig ruimte voor het individu die zijn plek opeist. De sleutel tot de oplossing is: Vrij gekozen participatie onderbouwd door open communicatie. Deze open communicatie is van wezenlijk belang. Niet te onderschatten is, hoe moeilijk dat kan zijn: elkaar proberen te verstaan door jezelf verstaanbaar te maken.Je moet daartoe ook echt bereid zijn. Aad vertelde hoe mensen in Kenya onbevangen met elkaar communiceerden. In het westen, in Nederland zijn we niet gewend om dat wat ons werkelijk ter harte gaat, vooral het religieus beleven, met een ander te delen. Dit uitwisselen is niet gemakkelijk maar kan wel inspirerend werken. De voorwaarden daarvoor zijn: - dat men vertrouwd is met elkaars achtergrond – dat men voldoende vaardigheid heeft om met de ander te communiceren en dat men in staat is om woorden te vinden die religieuze beleving uitdrukken. Motivatie is een andere belangrijke voorwaarde voor communicatie. Heel praktisch: aansluiten bij de verlangens en emoties van de mensen, bij de eigen geschiedenis, kan mensen motiveren om intensief mee te willen doen. Het gaat dus om effectieve participatie; dat betekent op voet van gelijkwaardigheid. Een top-down-hiërarchie.werkt hier niet evenmin als een territoriale parochiestructuur. In beide gevallen is er immers geen sprake van een ‘wij-gevoel’ en kan er nauwelijks sprake zijn van participatie op basis van communicatie. Bovendien is men binnen de territoriale parochies veel te afhankelijk van de personele bezetting. Het is raadzaam om kleine autonome groepen te vormen die op vrijwillige basis met elkaar in zee willen gaan, willen samen werken. Dit is niet gebonden aan territoriale parochiestructuren. Deze kleine groepen kunnen samenwerken met andere groepen waar ze zaken niet zelfstandig kunnen realiseren. Zo ontstaan er netwerken, gedragen door communicatie en participatie. Kleine basisgroepen die elkaar erkennen over en weer, die zich samen tot 12
een groter geheel vormen en hopelijk later door de grote Kerk worden gezien en erkend: ook dit is noodzakelijk voor de verbondenheid met de Wereldkerk en voor de continuïteit van/met het grote geheel door de eeuwen heen. Voorwaarde en noodzaak bij dit alles is: bereidheid om te communiceren met alle betrokkenen, ook naar ‘boven’. Wederzijdse bereidheid. Kerk en Ambt zou effectiever zijn geweest als een inhoudelijk gesprek met de bisschoppen hierdoor op gang was gekomen. Er leeft aan beide zijden ‘angst’, beter gezegd: een wederzijds wantrouwen. Juist daarom is een open emotionele communicatie van groot belang, noodzaak. ‘Totalitaire structuur van de kerk’: mag je dat zo zeggen? Ja, want de kerk is principieel totalitair van structuur: handhaaft strikt de eeuwenoude structuur, houdt controle op de uitoefening van functies en uitvoering van regels en bekleedt/bevestigt de priesters en bisschoppen formeel met macht. Hartekreten uit de groepen -De uitleg van Aad de Jong klinkt als een herkenbare hartekreet: geeft zicht op het totalitaire systeem van de kerk. Er zijn gelukkig kleine groepen waar men zich thuis voelt, maar hoe continueren we dit? -Beginnen aan de basis, kerk als gemeenschap, open en democratisch zowel liturgisch als diaconaal. Volk van God worden en niet Volk van Rome. -We kunnen veel van elkaar in onze diversiteit leren door uitwisseling. Dat geeft bemoediging. Deze bijeenkomsten 2 maal per jaar continueren. -Gooi de territoriale gemeenschappen/parochies niet weg, voorkom dat mensen uit de boot vallen. -Er heerst spanning tussen territoriale gemeenschappen en groepen/gemeenschappen waarin je je thuis voelt.Eigen gemeenschap niet in de steek laten: verwijzing naar het boekje van Joost Koopmans: Zo gaat het door met Godsvolk onderweg ( € 12.-) 13
-Er is een groot verlangen naar oecumene. Oecumenische netwerken oprichten voor leerhuis en diaconie (buitenterritoriaal).Open blijven staan naar de eigen parochies. Voorkomen dat we elitair worden. Practisch: -attentie voor het symposium van de Mariënburgvereniging in Amersfoort op 18 oktober a.s.: iedereen is van harte uitgenodigd! -Vraag om het draagvlak voor de organisatie te verbreden: graag enkele vrijwilligers die mee willen denken en doen. Concreet is de secretariaatszetel vacant. Wie gaat hier op zitten? -Aandacht voor een vrijwillige bijdrage ter bestrijding van de onkosten -Aandacht voor de boekentafel. -Volgende bijeenkomst: 24 januari 2009 Ans Metz (ingezonden door Jan Garnier)
OP BEDEVAART IN MÜNSTERLAND Niet ver van de Oostgrens ligt in het Oldenburger Münsterland een aantrekkelijk hoogveengebied met heidevelden, loofbossen en riviertjes. Ook is er een groot stuwmeer dat door de Thülsfelder Talsperre in bedwang gehouden wordt. Op kruispunten van landwegen of zo maar in een voortuin vind je talloze wegkruisen en Mariakapelletjes. Wij waren er een week in september, toen de hei al bijna uitgebloeid was. Want de hei bloeit in katholieke streken tussen Maria hoog en Maria laag: tussen het feest van Maria ten hemelopneming (15 augustus) en Maria geboorte (8 september). Het feest van Mariä Geburt wordt in die streek uitbundig gevierd, en wij waren erbij toen in de bedevaartplaats
14
Bethen een plechtige eucharistieviering werd gehouden in de open lucht, met honderden pelgrims om ons heen. Bethen is al eeuwen lang een plaats waar Maria vereerd wordt, speciaal als de Moeder van Zeven Smarten. Het middelpunt van deze devotie is een eikenhouten Gnadenbild, een pieta uit het eind van de 14e eeuw. Het staat in de bedevaartskapel, die op last van de toenmalige bisschop van Münster, Christoph Bernhard von Galen, in 1669 gebouwd werd. Deze kerkvorst behoorde tot het adellijk geslacht Von Galen waaruit ook de bekende Clemens August Graf von Galen (1878-1946) stamt; de bisschop die het nationaal-socialisme in Duitsland bestreed en aldus de erenaam “de leeuw van Münster” kreeg. In de geschiedenis van de bedevaartplaats komen periodes voor dat de devotie uitdoofde, zoals in de tijd dat de reformatie opkwam en in tijden van oorlog. Een nieuwe bloeitijd brak aan in de jaren van de eerste wereldoorlog, toen de moeders en echtgenoten van de soldaten aan het front bij de Moeder van Smarten om troost en hulp kwamen bidden. In de kapel staat vóór het Gnadenbild een kruik. Die verwijst naar het verhaal van de bruiloft van Kana, waarin kruiken een belangrijke plaats innemen. De rol van Maria als middelares bij de vervulling van ‘s mensen vurigste gebeden wordt op die wijze treffend verbeeld. Iedere pelgrim kan op een briefje haar of zijn intenties (“Waarvoor wil ik danken, Wat wil ik vragen, Wat kan ik er zelf aan bijdragen ?”) opschrijven, en het briefje dan in de kruik werpen. Tweemaal per maand wordt tijdens een pelgrimsmis gebeden voor die intenties, waarna de briefjes verbrand worden. Op de zondag waarop in Lourdes herdacht werd hoe Maria 150 jaar geleden verschenen zou zijn aan Bernadette, werd in het Oldenburger Münsterland de jaarlijkse processie naar het bedevaartsoord Bethen gehouden. Een kleurrijke stoet, gevormd door vaandeldragers die de vele plaatselijke broederschappen en 15
andere religieuze verenigingen vertegenwoordigden. Daar hadden zich de bedevaartgangers bij aangesloten, gekleed op hun zondags en van tijd tot tijd Marialiederen zingend. Zij legden een afstand van ruim vier kilometer af. In Bethen zelf voegden zich een lange rij misdienaars met kandelaars en vaantjes, en de voorgangers, zes in getal, in hun ambtsgewaden bij de stoet. Een klassieke mis onder de blauwe hemel naast de kapel volgde daarop. In de herfstwind verspreidde zich de wierookgeur boven de hoofden van het volk. Alles bij elkaar een snuifje van het rijke Roomse leven ! Bethen ligt iets ten noorden van de stad Cloppenburg, en daar werd in de middag de Mariä-Geburtsmarkt gehouden. Ook daar waren veel mensen op de been, al of niet op de vlooienmarkt. Want een volksfeest wordt hoog en laag gevierd. Het was er niet alleen bedevaartszondag, maar ook koopzondag. Wie ook nog in een profaan historisch weetje geïnteresseerd is: Rond Cloppenburg tref je de familienaam Peek herhaaldelijk aan. Uit het toentertijd arme veengebied moet ene Peek weggetrokken zijn om elders carrière te maken. Zou hij, vóór zijn vertrek uit de heimat, ook een briefje in die kruik van Bethen gestopt hebben ? Koen van Rossum TIBETAANSE VLUCHTELINGEN. Ladakh, India Ladakh ligt in het noordwesten van India aan de westkant van het Himalaya gebergte. Er is van oudsher een verscheidenheid aan culturen gehuisvest. Sinds het begin van de tiende eeuw na Christus, was dit gebied een bastion van de Tibetaans Boeddhistische cultuur, daarom wordt het 'Klein Tibet' genoemd.
16
Door de Olympische Spelen dit jaar in China was er veel aandacht voor Tibet. Op het moment van de opening van de Spelen op 8 augustus was ik in Ladakh (Noord-India) getuige van een ‘peacewalk’ voor Tibet. “What we want, we want freedom” zongen de Tibetaanse vluchtelingen die in kleurige klederdracht voorbij liepen. Die vrijheid zijn zij al heel lang kwijt.Omdat Ladakh cultureel en godsdienstig erg op Tibet lijkt, zijn vanuit Tibet veel vluchtelingen hier gaan wonen. Nog steeds komen er Tibetanen naar India of Nepal. Zij hebben vaak onder barre omstandigheden deze moeilijke tocht gemaakt, met risico van gevangenschap en marteling door de Chinezen. Onze chauffeur Jigmey, die ons vaak van A naar B vervoerde is Tibetaan. Hij is ruim 40 jaar geleden geboren in kamp 4 (vluchtelingenkamp in N-India) en woont daar nog steeds, met ouders, broers, zussen en vrouw & (5) kinderen. Hij is statenloos – heeft geen Indiaas, maar ook geen Tibetaans paspoort. De vluchtelingen krijgen geen ondersteuning van de regering; en kunnen bijvoorbeeld ook geen leningen bij de bank krijgen om hun bedrijfsactiviteiten te financieren. In 10 kampen rond Leh, de grootste plaats van Ladakh, wonen deze vluchtelingen, zonder uitzicht op werk, of betere status. De Ladakhi's zelf hebben het al niet breed, en deze toeloop maakt het er niet beter op. Maar met hun boeddhistische achtergrond blijven ze werken aan een betere toekomst. Er komen regelmatig Nederlanders naar Ladakh en – zoals velen van ons blijkbaar toch een beetje eigen is – we trekken ons het lot aan van mensen die het minder hebben en starten activiteiten om hulp te bieden. Zo is Ad van Beckhoven (reisleider) een project begonnen om m.n. de leefomstandigheden en het onderwijs in de kampen te verbeteren en te ondersteunen; informatie daarover vind je op: www.pranaplanet.nl. PranaPlanet komt elk jaar in Ladakh, dankzij een combinatie van reizen die al enkele jaren georganiseerd worden. Door de vele mensen die ze daar in die tijd leerden kennen, kunnen ze heel 17
praktisch en efficiënt hulp bieden. Praktisch, omdat ze door de jaren heen weten welke hulp en waar de hulp het beste naar toe kan. En efficiënt is het omdat er nauwelijks kosten aan verbonden zijn voor de stichting. Dit lijkt mij een prachtig doel om eens een Boskapelcollecte aan te wijden. Dus daarvoor zou ik bij deze willen pleiten. Mieke Ankersmid
INTERVIEW met: Hans Thoonen Hans is geboren op 22 juni 1963 in Nijmegen Oost. Achteraf bezien in hetzelfde jaar waarin de Boskapel werd geopend! Hij ging naar het atheneum op het Dominicus College in Nijmegen en volgde daarna de HEAO-opleiding in Arnhem. Momenteel werkt hij als specialist vennootschapsbelasting bij de Belastingdienst in Nijmegen. Hij is getrouwd met Sonja. Zij hebben 2 kinderen: Marlie (5 jaar) en Ellen (2 jaar). Sinds juni van dit jaar wonen ze in Weurt, in het voormalige huis van zijn ouders. Zijn hobby’s zijn motorrijden en modelbouw. Hoe ben je in de Boskapel terecht gekomen? “Ik groeide op als de op één na jongste in een katholiek gezin met 2 zussen en 3 broers. Het hele gezin ging zondags naar de Christus Koningkerk. In 1970 verhuisden we naar Dukenburg en stapten we over naar de Johannes en Jacobuskerk aldaar. De diensten daar bevielen mijn ouders minder. Bovendien begonnen mijn oudere broers en zussen tegen te stribbelen. We probeerden 18
allerlei kerken uit en kwamen uiteindelijk bij de Boskapel terecht. Daar hadden ze een prachtig jongerenkoor. Je moest wel ruim op tijd komen wilde je nog een plaats hebben! Ik was toen 13 jaar, sindsdien ben ik naar de Boskapel blijven gaan. Later kwam ik er met Sonja, die van huis uit Nederlands Hervormd is, maar katholiek is geworden vóór ons trouwen in 1987. We zijn in de Boskapel getrouwd en onze kinderen zijn hier gedoopt. Mijn moeder is vorig jaar overleden, mijn vader woont in Doekenborg. Af en toe gaat hij nog met ons mee naar de Boskapel. Ik ben de enige van het gezin die nog met grote regelmaat naar de kerk gaat, de andere broers en zussen hebben afgehaakt.” Wat boeit je in de Boskapel? “De ongedwongen en persoonlijke sfeer. De inhoud van de dienst is hier belangrijker dan het verrichten van een vast patroon van gebeden en handelingen. Dat merk ik als ik eens een andere kerk bezoek, dan waan ik me weer terug in onze oude parochiekerk. Omdat ik hier al zo lang kom, voelt de Boskapel voor mij vooral als zeer vertrouwd. Ik vind hier wekelijks een rustpunt in een overigens hectische wereld. Ik probeer een uurtje bewust bezig te zijn met mijn geloof en hoop daar dan iets van te laten doorklinken in het leven van alledag. Om te geloven, om goed te zijn en rekening te houden met een ander, hoef je niet per se naar de kerk te gaan. Wat is het nut van de kerk? Dit is wat mijn collega’s en andere leeftijdgenoten zeggen. Als je vertelt dat je wekelijks naar de kerk gaat heb je tegenwoordig heel wat uit te leggen! Maar ik denk als je niet naar de kerk gaat, het geloof al gauw verwatert en je geloof in praktijk brengen wordt er ook niet makkelijker op. Welvaart en geloof gaan moeilijk samen!” Jouw naam staat al jaren vermeld in het colofon van Op de Hoogte. Hoe kom je erbij om je hiervoor in te zetten? “Toen Joost in de 90er jaren van de vorige eeuw de nieuwe pastor van de Boskapel werd, was er grote behoefte aan nieuwe vrijwilligers. Er werd steeds benadrukt dat wij sámen de 19
gemeenschap moesten maken en ja misschien kon en wilde ik ook wel een steentje bijdragen! Ik meldde me aan voor de kascommissie, maar werd toen door het eveneens nieuwe bestuur voor enkele andere taken gevraagd. Ik heb zo’n 4 jaar de financiële jaarstukken van de kapel gemaakt en nu werk ik al zo’n 10 jaar mee aan de lay-out en het drukklaar maken van Op de Hoogte.” Hoe zie jij de toekomst van de Boskapel? “Ik wil die vooral positief blijven zien en ik ben reuze blij dat er zoveel mensen zijn die de Boskapel draaiende houden. Maar als ik de leeftijdsopbouw van onze gemeenschap bekijk, komen er wel wat twijfels in me op. Ik hoop dat de Boskapel er ook nog voor onze kinderen zal zijn. Zolang al die mensen het niet op geven blijft er hoop!” Mechy Dolmans-van Oosterhout VOOR U GELEZEN: AUGUSTINUS’ DE STAD VAN GOD, BOEK VIII (2) Na in de hoofdstukken 3 en 4 van boek VIII Socrates en Plato besproken te hebben vraagt Augustinus zich af waarom hij nog andere filosofen zou moeten napluizen dan Plato’s leerlingen, de neoplatonici, want “nulli isti propius accesserunt”, geen enkele filosofenschool staat dichterbij ons. Geen mythische theologie dus, geen staatstheologie en ook de natuurfilosofen die vocht (Thales) of lucht (Anaximenes) of vuur (Stoïcijnen) of atomen (Epicurus) als beginsel zagen, ook die filosofen kunnen buiten beschouwing blijven. De neoplatonici, zegt Augustinus, hebben begrepen dat niets materieels God kan zijn, niets dat aan verandering onderhevig is. Zij hebben ingezien dat God niet alleen alles gemaakt heeft, maar dat Hij ook zelf door niemand gemaakt is kunnen worden. Hun overweging was dat al wat 20
bestaat ofwel een materieel iets is ofwel een leven is; dat verder een leven iets voortreffelijkers is dan een materieel iets, en dat de vorm van iets materieels sensibel, die van een leven intelligibel is. Daarbij is sensibel wat kan worden waargenomen met het lichamelijk gezicht en de lichamelijke tastzin, intelligibel wat door het schouwen van de geest begrepen kan worden. Die geest is veranderlijk, de ene is begaafder, geleerder of meer geoefend dan de andere. Daaruit hebben ze geconcludeerd dat de allereerste vorm niet te vinden is in wezens waarin de veranderlijkheid van de vorm wordt aangetoond. Er moet dus een wezen zijn waar het begin van alles ligt, het beginsel dat zelf niet is geworden en waardoor alles is geworden. Ook in de logica, de filosofie van het redelijk denken, overtreffen de neoplatonici de overige filosofenscholen en dan is er ook nog de morele filosofie, de ethica. In de ethica wordt de vraag gesteld naar het hoogste goed waar wij al ons handelen op betrekken en als wij dat goed bereiken, zoeken wij verder ook naar niets anders meer om gelukkig te zijn. Dit gelukkig-makend gevoel komt volgens sommige filosofen van het lichaam, volgens anderen van de geest, volgens weer anderen van geest en lichaam beide. Er zijn er zelfs die uiterlijke goederen zoals eer, roem en geld als gelukkigmakend goed hebben toegevoegd. Maar, zegt Augustinus, alles moet wijken voor de mening van Plato dat het hoogste goed in een deugdzaam leven ligt en dat dit goed alleen maar ten deel kan vallen aan iemand die God kent en navolgt en dat deze ook om geen andere reden gelukkig is. Plato, aldus Augustinus, twijfelt er dan ook niet aan dat filosoferen bestaat in het liefhebben van God, wiens wezen immaterieel is. Hierbij moet echter wel aangetekend worden dat in Plato’s werk geen bepaalde plaats aan te wijzen valt waar deze mening zo wordt uitgesproken. Plato’s gedachten komen dus het dichtst bij het christelijk geloof. De mogelijke invloed van Israël op deze gedachten wordt onderzocht en daarmee volgt Augustinus de mening van christelijke apologeten vanaf 150 n.Chr. dat aan bepaalde filosofen de Mozaïsche wetgeving bekend zou zijn geweest. 21
Plato
Alle lof en hulde die Plato en de neoplatonici van Augustinus krijgen toegezwaaid nemen niet weg dat hij ook kritische kanttekeningen zet. Ook de neoplatonici zijn vele goden blijven vereren en ze hebben bedenkelijke theorieën ontwikkeld over demonen. Ze zeggen dat de gezamenlijke levende wezens die met een redelijke ziel begaafd zijn, in drie groepen verdeeld kunnen worden: de goden. de mensen en de demonen. De goden nemen de hoogste plaats in, de mensen de laagste en de demonen staan in het midden. De goden zijn in de hemel, de mensen op aarde en de demonen in de lucht. Met de goden hebben de demonen de onsterfelijkheid van hun lichaam gemeen, met de mensen de passies van hun ziel. Augustinus gaat zeer uitvoerig (hoofdstuk 14 tot en met 24) op de demonen in. Het is moeilijk in te schatten in hoeverre zijn dagelijkse contacten met de mensen hem daartoe aanleiding gaven. Hij wijst demonen en hun rol als bemiddelaars tussen goden en mensen categorisch af en gebruikt daarbij termen als ‘absurditas’, onzinnigheid en ‘indignitas’, onwaardigheid. Wellicht is het eind van hoofdstuk 24 de reden: “Zij kunnen namelijk onder geen beding de vrienden zijn van die goede goden die wij aanduiden als heilige engelen”.... “door hun geestelijke gesteltenis staan zij van deze wezens even ver af als de ondeugden van de deugden, als de boosheid van de goedheid. Onder geen beding mogen wij door dit soort bemiddeling weldaden proberen te krijgen” .... “Dat moeten wij doen door op die engelen in hun goede wil te lijken.” De laatste twee hoofdstukken wijdt Augustinus aan een vergelijking tussen de heidense cultus van de doden en de christelijke verering van de martelaren. Hij verweert zich tegen mensen die zeiden dat de heidenen goden vereerden die gestorven mensen waren en dat de christenen dat met hun martelaren doen. 22
Augustinus verklaart heel beslist: “Al wat er door godsdienstige mensen aan eerbewijzen gebracht wordt op de gedenkplaatsen van de martelaren is huldebetoon aan hun nagedachtenis; het zijn geen ceremonies en geen offers die aan de gestorvenen als aan goden worden gebracht.” Boek IX, een van de kortere boeken van het kolossale werk, zet de discussie over demonen voort. Chris Dijkhuis VAN DE AMNESTYTAFEL In Op de Hoogte wordt u regelmatig verslag uitgebracht van de activiteiten van de Amnesty-groep van de Boskapel. Op gezette tijden zijn er activiteiten zoals de brievenacties, naar regeringen of groetenacties aan door politiek onrecht getroffen personen, en de speciale Amnesty viering of de verkoop van Amnesty spulletjes. Behalve voor leden van Amnesty Nederland is misschien niet helemaal duidelijk waar Amnesty precies voor staat en of de brievenacties eigenlijk wel succes hebben. Amnesty is de breedste mensenrechtenorganisatie die er is. Ze heeft in ons land 300.000 leden. Ze bekommert zich om mensenrechten overal ter wereld. Als er ergens mensenrechten worden geschonden wordt daar in de organisatie aantekening van gemaakt en vanuit dit documentatiecentrum wordt actie ondernomen. De laatste tijd is Amnesty regelmatig in het nieuws, maar het kan nog beter, bijvoorbeeld in het politieke debat. Scheidend voorzitter Bart Stapert vindt bijvoorbeeld dat Amnesty zich best meer had mogen mengen in het recente Fitna-debat en het lopende China debat in de context van de Olympische Spelen. Er zal meer moeten worden samengewerkt internationaal. U zult ook willen weten of en in hoeverre onze brievenacties resultaat opleveren. Heel precies is dat niet te zeggen. Veelal 23
bestaat het werk van Amnesty uit het via invloedrijke personen druk uitoefenen op regeringen van onder meer Sudan, Myanmar, China en ook de VS (Guantanamo Bay) met wisselend succes. De keren echter dat er mogelijkheden bestaan om van bijvoorbeeld onterecht (of zonder proces) in de gevangenis verkerende mensen reacties te krijgen op de groetenacties, zijn die bijzonder positief. De mensen zijn dankbaar voor de aandacht. Er zijn echter ook gevangenen vrijgelaten, zoals Mahmoud Salehi (prominent Iraans vakbondslid) waarvoor Amnesty actie voerde samen met de Internationale Federatie van Vakbonden via schrijfacties, of ze hebben gratie gekregen, zoals de Marokkaan Fouad Moetada en 17 anderen met hem. Amnesty beschouwde die 17 als gewetensgevangenen en pleitte voor hun vrijlating. Ook in Ethiopië zijn twee mannen, Daniel Bekele en Netsanet Demissie, beide prominente mensenrechtenadvocaten die beschuldigd waren van het “uitlokken en voorbereiden van overtredingen van de Ethiopische Grondwet” vrijgelaten. Zij kregen een presidentieel pardon, na het tekenen, overigens, van een brief waarin ze toegaven fout te zijn geweest. De acties van de Boskapelse Amnestygroep die door onze gemeenschap zo goed worden ondersteund, hebben dus zin, al is het resultaat misschien niet altijd meteen duidelijk. Gerard Willems
24
OPROEP. Heb je 1x per maand op zondagmiddag een paar uurtjes over en wil je deze zinvol besteden? Geef je dan op als gastvrouw of -heer van Stichting Kruispunt!
Stichting Kruispunt, het straatpastoraat van Nijmegen, biedt activiteiten aan voor dak- en thuislozen die gericht zijn op zingeving. Een van deze activiteiten is de zondagse inloop. Van 15:30 -17:30 is de kapel geopend en kan iedereen die wil koffie komen drinken, een boterham eten of een sigaretje roken. Van 16:00-16:45 is er een viering waarin we met elkaar spreken over de (on)zin van het leven, praten we bij over wat er op straat is gebeurd en worden er kaarsjes aangestoken voor elkaar. Werken als gastvrouw of -heer in de 'straatkerk' van Nijmegen is leerzaam, afwisselend en uitdagend. Je werk wordt gewaardeerd en je leert een heel andere kant van Nijmegen kennen. Je draait je dienst samen met een pastor. Rond 15:15 word je verwacht om koffie en thee te zetten. Vanaf 15:30 komen de bezoekers. Rond 17:15 ga je opruimen en om 17:30 is je dienst afgelopen. Je belangrijkste taak is gedurende de middag een luisterend oor te bieden aan de bezoekers. Als je het leuk vindt om vrijwilliger te worden, nodigen wij je uit voor een kennismakingsgesprek met de projectleider (en eventueel de pastor). Je kunt dan een keertje meedraaien op zondag. Als het wederzijds klikt, draai je een aantal (inwerk)diensten samen met een ervaren vrijwilliger. Lijkt het je leuk om vrijwilliger te worden? Neem dan contact op met de projectleider. Je kunt natuurlijk ook altijd een keer tijdens 25
de viering binnenlopen om de sfeer te proeven. Uiteraard kun je me ook een keer na de viering aanspreken voor meer informatie. Graag tot ziens! Jacqueline Leisink (projectleider)
[email protected] 06-47781786 www.kruispuntnijmegen.nl
26