2e JAARGANG
5 SEPTEMBER 1947
No. 28
MEDISCH CONTACT OFFIQEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST COMMISSIE VAN REDACTIE: G. C. HERINGA. Hoofdredacteut — F. WIBAUT — S. STURKOP REDACTIE EN ADM.: KEIZERSGRACHT 327. TEL. 36808 — AMSTERDAM INHOUD: Van bet Hoofdbestuur: Kort vetslag van de vergadeiing van het Hoofdbesmut, gehouden op Zaterdag 26 Juli 1947 te Utrecht, pag. 465; Medische keuting voot het rijbewijs, pag, 465. Van de Ovtrbeid: Uitzendingsmogelijkheid voor longpatienten naar het Nederlandsch Sanatorium te Davos, pag. 477; Adresverandering Inspecteur Volfcsgezondheid, pag. 478. Onderwi/s en Wetenschap: Ufliversiteitsdag Amsterdam, pag. 478; Synthetische bereiding van vitamine A, pag. 478; Artsencursus Amsterdam, pag. 478. 'Socials Geneeskunde: Het gemiddelde, pag. 481; Congres van Praenatale zorg, pag. 481. Inge^onden Stukken: Van de Redactie, pag. 481; Steunregeling ooriogsslachtoffers, pag. 482.
VAN HET HIOOFDBESTOOR KORT VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN HET HOOFDBESTUUR, GEHOUDEN OP ZATERDAG 26 JULI 1947 TE UTRECHT.
I. n.
in. IV.
Voorzitter: Dr. J. M. PLANTEYDT. Secretaris: Dr. F. WIBAUX. Opening der vergadering te elf uur precies. Met een enkele wijziging, verenigt het Hoofdbestuur zich met het door de K.N.A.C. aan de Minister van Waterstaat en Verkeer uitgebrachte rapport inzake keuringen rijbewijs. Dit zal aan de Minister worden medegedeeld. Het Hoofdbestuur bespreekt nog enkele regelingen, verband houdende met de a.s. Ziekenfondswet. Sluiting der vergadering te een uur.
MEDISCHE KEURING VOOR HET RIJBEWIJS. Inzake medische keuring voor het rijbewijs is door Dr. J. J. BRUTEL DE LA RIVIERE indertijd het hiervolgend advies aan de K.N.A.C. uitgebracht. Aan de Koninklijke Nederlandsche Automobieldub, Lange Vijverberg 10, 's-Gravenhage. Ingevolge Uw verzoek d.d. 20 April 1946, ons voorlopig antwoord d.d, 15 Mei. 1946, No. Fo.'3519/175 en de daarop gevolgde bespreking te Amsterdam op 22 Mei d.a.v., hebben wij de eer U onze inzichten inzake medische keuringen voor het rijbewijs mede te delen. 465
Ten aanzien van de veiligheid van het verkeer heeft de historisclie ontwikkeling in alle landen geleid tot het geven van voorschriften aan alle weggebruikers, waaronder begrepen het stellen van eisen aan de gebruikte voertuigen, en het nanen van maatregelen, teneinde het naleven van de verkeersvoorschriften te verzekei'en. Over de essentiele betekenis van een strikte navolging der verkeersregels door alle weggebrnikers voor de veiligheid van het verkeer, bestaat geen verschil van mening. De analyse van de oorzaken der verkeersongevallen toont echter telken jare, dat deze ongevallen voor een zeer groot percentage te wijten zijn aan het niet navolgen dezer regels en zulks, ondanks de energieke pogingen van Overheid en particulier initiatief tot instructie en opvoeding van het publiek. De analyse van de oorzaken der verkeersongevallen geeft een soliede basis voor het krachtig voortzetten van deze pogingen en toont verder overtuigend aan, dat de verkeerspolitie vooralsnog niet alleen een onontbeerlijke factpr is in de beschermende maatregelen, maar daf er alle aanleiding is de invloed van deze factor te versterken. Deze versterking zou kunnen worden bereikt door een intensivering van de verkeerspolitie en vooral — wegens de preventieve werking — door strengere bestraf fing van overtredingen, ook in die_ gevallen, waar de overtreding geen ernstige gevolgen heeft gehad. Een oorzaak van ongevallen, die noch met verkeersregels, noch met keuring direct verband houdt, is het in slaap vallen van bestuurders. De eigenrijders moeten dit risico zelf dragen. Voor alle beroepschauffeurs zal men in een rege. ling van werktijden een correctief moeten zoeken. Aaiigaande de beveiliging van het verkeer door keuring van, chauffeurs, kan allereerst worden opgemerkt, dat de boven gesignaleerde communis opinio ten opzichte van verkeersregels, ten aanzien van deze keuringen niet bestaat. Tevens kan worden vastgesteld, dat de analyse van de oorzaken van verkeersongevallen, welke zulk een soliede basis geeft aan maatregelen tot het bereiken van een strikte naleving der verkeersvoorschriften, ten enenmale ontbreekt, als basis voor voorschriften ten aanzien van lichamelijke en geestelijke gebreken van chauffeurs. Een ander argument voor het keuren van chauffeurs kan worden ontleend aan de keuring, welke noodzajcelijk geacht wordt voor machinisten en stuurlieden. Dit ogenschijnlijk krachtige argument heeft echter zeer geringe bewijskracht, omdat de keuring van machinisten en stuurlieden in alle landen geschiedt, maar de parallel ten aanzien van chauffeurs niet is getrokken. De conclusie uit het bovenstaande is deze, dat de keuring van die autorijders wordt aanbevolen op theoretische overwegingen. Er bestaan echter geen, aan de ervaring ontleende gegevens, welke de juistheid dezer overwegingen en de daaruit afgeleide noodzaak der keuring, aantonen. Ten aanzien van chauffeurs bij het personenvervoer en vrachtvervoer wordt bovendien als argument voor keuring aangevoerd, dat eventuele ongeschiktheid van deze categorie meer gevaar oplevert wegens de ernst der gevolgen, dan ongeschiktheid van particuliere rijders. Dit geldt zeer in het bijzonder voor buschauffeurs. .De genoemde theoretische overwegingen mogen, naar onze mening, geen aanleiding zijn tot het stellen van voorschriften, zolang de werkelijke waarde van de factor ongeschiktheid voor de veiligheid van het verkeer niet is aangetoond. Wij worden in deze mening versterkt door'de overeenkomstige opvatting op dit punt in het buitenland. " Het tweede argument weegt naar onze mening zwaarder en ook in dit opzicht wordt onze mening gesteund door de gedragslijn, welke te dien opzichte in sommige andere landen wordt gevolgd. Uit deze algemene beschouwingen volgt derhalve, dat vooralsnog geen aan466
leiding bestaat voor het keuren, c.q. verscherpt keuren van particuliere rijders en dat voor het keuren van beroepschauffeurs een steekhoudend, zij het niet dvvingend argument kan worden aangevoerd. De erkenning van het argument als steekhoudend, is voor ons reden niet aan te dringen op afschaffing van bestaande wettelijke of andere voorschriften, betreffende bepaalde categorieen van bestuurders. Het niet dwingende karakter van het argument noopt ons tot beperking in h^t voorstellen van nieuwe maatregelen. Deze beperking betreft in de eerste plaats de keuring van de thans rijdende bestuurders en de voorgestekle periodieke herkeuring. Deze keuring en herkeuring brengt zulke verstrekkende gevolgen met zich voor de bestaanszekerheid van de chauffeurs enerzijds, dat het ontbreken van gegevens omtrent de waarde dezer keuringen voor de verkeersveiligheid door ons vooralsnog als een afdoend bezwaar tegen de algemene keuring en de periodieke herkeuring wordt gezien. Ten opzichte van de keuring van alle rijdende chauffeurs geldt bovendien als practisch bezwaar dat de, voor een doeltreffende keuring benodigde, deskundige onderzoekers en het vereiste instrqmentarium niet beschikbaar zijn. Wegens de niet bewezen noodzaak ener keuring en, a fortiori, ener verscherpte keuring van alle bestuurders, wegens de practi|che bezwaren, verbonden aan het doorvoeren van zulk een verscherpte •— volgens moderne inzichten doeltreffende — keuring, en wegens de hieronder gegeven bezwaren tegen het onverwijld invoeren ener doeltreffende keuring, zelfs van de categoric bus-chauffeurs, wordt, naar onze mening, de veiligheid van het verkeer, voor zover deze afhankelijk is van de geschiktheid van bestuurders, vooralsnog het best gewaarborgd door het doen instellen van een onderzoek naar de geschiktheid in alle gevallen, waarin, door het veroorzaken van ongelukken of op andere wijze, twijfel rijst aan de geschiktheid van de bestuurder en wij menen, dat dit onderzoek niet beperkt dient te worden tot beroepschauffeurs, doch bij alle bestuurders van voertuigen in de genoemde omstandigheden dient te worden ingesteld. Aan het slot van deze beschouwing dient te worden vermeld, dat ook zonder voorschiiften van de Overheid factoren aanwezig zijn, welke van de zijde van bestuurders en eigenaars van motorvoertuigen de veiligheid van het verkeer bevorderen. Als zodanig noemen wij: 1. De zorg voor het eigen lijfsbehoud, welke ongeschikte personen er van terughoudt zich bloot te stellen aan het geyaar, dat zij als bestuurder lopen. 2. De zorg van eigenaars van motorvoertuigen voor hun eigendom, v^aardoor ongeschikte chauffeut^s niet in dienst blijven. 3. De gedragslijn van verzekeringsmaatschappijen, hierin bestaande, dat, na het indienen van een claim, de verzekering wordt opgezegd. Keuringen. In medische kringen trekt het onderwerp keuringen van verschillende zijde sterk de aandacht. De gehele materie is in een stadium van snelle ontwikkeling. Algemeen aanvaard is de opvatting, dat keuren een speciale werkzaamheid is, welke geleerd moet worden. Het keuren door een niet geschoold arts geeft weinig waarborg, dat het doel der keuring wordt bereikt. In verjjand met het bovenstaande bestaat een streven naar centralisatie van keuringen, mede ook uit hoofde van een gevoelde behoefte aan normalisatie. Over het verrichteri van keuringen kan nog worden vermeld, dat deze niet 467
behoren te geschiedeu door de huisarts van de te onderzoeken persoon en wel omdat: 1. De huisarts gebonden is aan het beroepsgeheiin. 2. Het afgeven van verklaringen omtrent de gezondlieidstoestand van eigen patienten door de huisarts de relatie huisarts-patient stoort. Daarentegen kan de huisarts een zeer nuttige functie hebben in een systeem, hetwelk de voile verantwoordehjkheid vopr ongelukken op de veroorzaker legt, ook voor ongelukken, welke het gevolg zijn van lichamelijke of geestelijke gebreken. De huisarts kan in dit systeem optreden in zijn natuurlijke functie als adviseur van de patient. Deze adviezen kunnen een krachtige preyentieve werking hebben. Het boven opgemerkte omtrent het keuren als speciale werkzaamheid geldt in het bijzonder voor het practisch psychologisch (psycho-technisch) onderzoek. De toepassing van dit onderzoek op chauffeurs stuit op het volgende bezwaar: Het aantal deskundigen, die bovendien beschikken over de benodigde outillage en hun verdeling over het* land, is voorlopig geheel onvoldoende, om een algemene toepassing — zij het slechts op een bepaalde categorie van bestuurders, b.v. buschauffeurs — practisch uitvoerbaar te doen zijn. Het laat zich aanzien, dat binnen enkele jaren een aanmerkelijk groter aantal deskundigen, onderzoekers zal zijn opgeleid. Als bijkomstig bezwaar mag niet onvermeld blijven, dat de vereiste deskundigheid van de onderzoeker, de duur van het onderzoek en het benodigde, vrij kostbare instrumentarium met zich brengen, dat de kosten van het onderzoek vrij hoog zijn. Aangaande keuringsvoorschriften merken wij op, dat veelal in het bijzonder eisen worden gesteld aan functies, welke gemakkelijk voor onderzoek toegankelijk zijn. Daarentegen worden meestal niet gekeurd die functies, welke moeilijk te onderzoeken zijn, hoewel zij voor het beoogde doel van meer belang kunnen zijn. In de eerste rubriek valt de gehoor- en gezichtsscherpte, kleurenonderscheidingsvermogen en aperte kwalen en gebreken. In rubriek 2 : epilepsie, absences, migraine, flikker-scotomen, ziekte van Meniere, donkeradaptatie, en zien in het donker, de psychische c.q. psychologische gesteldheid. In dit opzicht zijn de eisen, welke de wegenverkeersbeschikking stelt aan het gezichts- en gehoorzintuig leerzaam (vergelijk het preciseringsrapport ZEEMAN—BURGEE—VAN DER HossT, uitgegeven door de Geneeskundige Kring Amsterdam 1935), evenals het formulier voor geneeskundig onderzoek model 1J5 (wegenverkeersbeschikking, art. 64, lid 2), waarin het practisch psychologisch (psycho-technisch) onderzoek beperkt is tot vraag 12: Maakt de candidaat een psychisch normale en evenwichtige indruk? Hebt gij redenen te vermoeden, dat het intellect onvoldoende is ? Deze opmerkingen mogen voldoende zijn om te doen uitkomen, dat bij een eventuele herziening van de wegenverkeersbeschikking bijzondere aandacht dient te worden geschonken aan de voorschriften, aangaande chauffeurskeuringen en dat bij het vaststellen van deze voorschriften de voorlichting van deskundige artsen en psychologen niet kan worden ontbeerd. In het bijzonder wijzen wij op de essentiele waarde, welke naar het oordeel van ter zake deskundigen voor het beoordelen der geschiktheid c.q. ongeschiktheid van een persoon als bestuurder van een motorrijtuig toekomt aan het psycho-technisch onderzoek. Met betrekking tot keuringsvoorschriften dient nog te worden vermeld, dat een aantal afwijkingen, welke een persoon ongeschikt maken voor bestuurder van een motorvoertuig, in hoofdzaak slechts door ondervraging van de persoon kunnen worden vastgesteld. Als zodanig worden vermeld: absences, migraine, flikkerscotomen, drank468
zucht. De keuringsvoorschriften behoren daarom tevens te omvatten het stellen van bepaalde vragen aan de te onderzoeken personen, zoals trouwens ook bij keuringen voor andere doeleinden gebruikelijk is. Wij zijn bereid desgewenst deze vragen te formuleren. ¥/aar de gehele materia der keuringen-organisatie, scholing der onderzoekers, inhoud der voorschrif ten en .categorieen van bestuurders in een stadium van ontwikkeling verkeert, is het gewenst in de wet geen details vast te leggen, maar deze in uitvoeringsbeskiiten te regelen, zodat soepele aanpassing van inzicht en opvatting aan veranderingen in alle richtingen mogelijk is. Samenvattende geven wij de hieronder volgende desiderata ter bevordering van de veiligheid van het verkeer. 1. Instructie van het publiek omtrent de verkeersvoorschriften. 2. Opvoeding van het publiek inzake naleving van deze voorschriften. 3. Streng politioneel toezicht op alle weggebruikers. 4. Voor beroeps-chauffeurs is een regeling van werktijden en vooral de handha-dng hiervan een belangrijke factor voor de veiligheid. 5. Onderzoek naar de mogelijkheid van statistische bewerking van de factpr: ongeschiktheid van de bestuurder als oorzaak van verkeersongevallen. 6. Keuring van alle bestuurders omtrent wie vermoeden van ongeschiktheid bestaat in de geest van punt 8, tweede zin. 7. In afwachting van een nadere regeling behoud van de thans bestaande eenvoudige keuring van alle auto-rijders, met toevoeging van enkele vragen. 8. Keuring van nieuwe bei^oeps-chauffeurs als proef in te voeren,.-voor buschauffeurs, voor zover de gelegenheid voor doeltreffend onderzoek aanwezig is. De voorschriften voor deze keuring vast te stellen in overleg met deskundige artsen en psychologen. 9. Uitbreiding van deze proef afhankelijk te stellen van de uitkomsten van een vergelijkend onderzoek naar de frequentie van het veroorzaken van verkeersongevallen door gekeurde en niet gekeurde chauffeurs. 10. Keuringen te, verrichten door ter zake geschoolde onderzoekers. 11. Regeling der keuringen te treffen in uitvoeringsbesluiten van de betreffende wet. De Voorzitter der Nederlandsche Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst, w.g. Dr. J. J. BRUTEL DE LA RIVIERE^ arts.
I Augustus 1946. Nadien is door de Maatschappij en de K.N.A.C. ingesteld een medisch psychologisch verkeerstechnisch college, waarin namens het Hoof dbestuur zitting hadden de heren Dr. M. C. COLENBRANDER, oogafts te Delft; G. F. G. 'VAN DooRN, arts te 's-Gravenhage en Dr. F. H. GLASTRA VAN LOON, zenuwarts te 's-Gravenhage. Dit college heeft d.d. i Juli 1.1. onflerstaand rapport ingediend bij de Minister van Verkeer en Waterstaat.
469
Admes van het Medisch Psychologisch Verkeerstechnisch College (ingesteld door de Ned. Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst en de K.N.A.C.) betreffende de medische keuring voor het rijbe-mjs. Gezien het advies van de Nederlandsche Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst d.d. i Augustus 1946; gelet op de betreffende internationale enquete van de K.N.A.C. d.d. 17 September 1946, waaruit o.m. bUjlit, dat omliggende landen als Belgie, Frankrijk, Zwitserland en Engeland geen van alle een geneeskundige keuring voor heerrijders kennen; Voorts in aanmerking nemende, dat: le. over het aantal ongevallen, welke worden veroorzaakt door lichamelijke en geesteHjke afwijkingen van bestuurders zeer w^einig bekend is; 2e. de eisen voor de medische keuring, zoals deze in de Wegenverkeersbeschikking zijn vastgelegd, veel verder gaan dan door de practijk van het wegverkeer wordt gerechtvaardigd en dan 00k van de noodzakeHjkheid van een geheel nieuw en ingewikkeld systeem van medische keuring voor de honderdduizenden bestuurders van verschlilende categorieen van motorrijtuigen, overeenkomstig de beschikking niet gebleken is; 3e. de kosten, welke zijn verbonden aan de regeling van de keuringen en herkeuringen voor alle bestuurders onevenredig hoog zouden zijn en in "deze tijd van noodzakehjke versobering niet te verantwoorden; 4e. het practisch onuitvoerbaar zou ^ijn alle motorvoertuigbestuurders aan een serieuze medische keuring en periodieke herkeuring te onderwerpen, wordt door in hoofde genoemd College geadviseerd de medische keuring als volgt te doen regelen: le. de Wegenverkeerswet in dier voege te doen wijzigen, dat aan hen, die om medische dan wel rijtechnische redenen bijzondere aandacht verdienen een voorlopig rijbewijs, geldig voor een jaar kan worden uitgereikt, waarop aantekening dient te worden gemaakt van alje waarschuwingen en straffen, welke de betreffende candidaat heeft bekomen. Aan dfi invoering van een „voorlopig rijbewijs" moet grote „preventieve" en statistische waarde worden toegekend. Na vervanging door een definitief kan het voorlopig rijbewijs worden gebruikt ter verkrijging van statistische gegevens. 2e. Motorvoertuigbestuurders te doen indelen in de 2 volgende groepen: A.
Heerrijders en bestuurders van twee- en driewielige motorrijtuigen.
B. en C. beroepschauffeurs. 1. De medische keuring ad A. • De candidaat dient de in het formulier gestelde vragen (zie model 135 A) in te vuUen. De verantwoordelijkheid berust dus bij de candidaat zelf. Het voldoen aan bovengenoemde vragen impliceert, dat voor wat betreft de groep heerrijders enz. zal zijn voldaan aan de eisen betreffende lichamelijke en geesteHjke gesteldheid zoals genoemd in de wet (art. 16 ad 3). " 470
De mogelijkheid moet worden opengesteld om een bestuurder van deze groep, die wordt betrokken bij een ongeluk, onafhankelijk van de schuldvraag te kunnen onderwerpen aan een keuring voor categorie B eventueel met psychotechnisch onderzoek. Zo waren b.v. op deze wijze de volgende meningen te verifieren. a. personen met onvoldoende gecorrigeerde brekingsafwijkingen onderschatten de snelheden van hun mede-weggebruikers; b. eike bril heef t de tendenz de aandacht in te perken tot binnen de rand, speciaal wanneer die rand opvallend is; c. personen, die hun linker cog missen, zijn er beter aan toe dan personen, die hun rechter oog misSen, aangezien het verkeer van rechts voorrang heeft. 2.
De medische keuring ad B en C.
(Bestuurders van vrachtauto's, bussen, taxi's, huurauto's en zij, die het beroep van chauffeur uitoefenen). ', I.v.m. de practische uitvoerbaarheid en de niet gebleken noodzakelijkheid alle chauffeurs in deze categorie te onderwerpen aan een strenge keuring en gelet ook op de bepalingen dienaangaande in aangrenzende landen, adviseert het College deze te splitsen in 2 groepen, t.w.: B.
bestuurders van bussen (later eventueel uit te breiden);
C. overige beroepschauffeurs. Beide groepen dienen de verklaring te tekenen (bijlage A) en zich te onderwerpen aan een geneeskundig onderzoek (bijlage B), terwiji grbep I zich bovendien dient te onderwerpen aan een psychotechnisch onderzoek. Aan zoo'n psychotechnisch onderzoek waren op practische overwegingen vooreerst alleen de buschauffeurs te onderwerpen (zie advies Ned. Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst d.d. i Augustus 1946). Deze psychotechnische keuring zou, nadat daarmede de nodige ervaring zal zijn verkregen, kunnen worden uitgebreid tot bestuurders v^n zware vrachtauto's enz. De kwestie van het psychotechnisch onderzoek moet met de nodige voorzichtigheid worden gehanteerd. Monopolisering dient te worden vermeden, aangezien het psychotechnisch onderzoek annex aan een medische keuring, nog verkeert iu een stadium van research. De keuring volgens bijlage B kan geschieden door iedere arts, behalve de huisarts, terwiji het psychotechnisch onderzoek dient te geschieden door een specialist. In verband met bovenstaand advies waren de artikelen 60 e.v. van de Wtgenverkeersbeschikking als volgt te wijzigen: Art. 60. I. Hij, die afgifte van een rijbewijs verlangt, richt een schriftelijke, door hem ondertekende aanvraag tot de Commissaris der Koningin in de provincie zijner woonplaats, of, ingeval hij niet in Nederland woont, tot de Minister van Waterstaat. 2. Daarbij wordt opgegeven voor het besturen van well<e categorie of categorieen van motorrijtuigen een rijbewijs wordt verlangd, worden naam, voornamen en woonplaats medegedeeld en worden overgelegd: a. een uittreksel uit het geboorteregister, het bevolkingsregister of enig ander bewijsstuk betreffende datum van geboorte van de aanvrager; . 471
h. twee afdrukken van een welgelijkend fotografisch portret van de aanvrager van ongeveer 4 cm hoogte en ongeveer 3 cm breedte, op de achterzijde waarvan zijn naam is vermeld; c. een verklaring volgens model 135, waaruit blijkt, van een niet vroeger dan drie maanden voor de aanvraag gehouden geneeskundig onderzoek van de aanvrager; d. behoudens in de gevallen, bedoeld in artikel yj, eerste en tweede lid, een verklaring van het onder c. bedoelde bureau, dan wel van een door de Minister van Waterstaat aan te wijzen deskundige, Vs^aaruit blijkt van een onderzoek naar de rijvaardigheid van de aanvrager tot het besturen van motorrijtuigen van de categorie (categorieen), waarop de aanvraag betrekMng heeft (model 139 of model 140). 3. In de aanvraag meet zijn opgenomen een verklaring van de aanvrager, dat het in het tweede lid onder b. bedoelde portret hem voorstelt. 4. De aanvrager van een Rijbewijs VII moet, behoudens het bepaalde bij artikel 77) tweede lid onder h, op overeenkomstige wijze als in het volgend M omschreven, aantonen, dat hij in het bezit is van een geldig rijbewijs V of rijbewijs VI. 5. In de gevallen, bedoeld in artikel yy, eerste en tweede lid, wordt bij de aanvraag 'tevens opgegeven het gezag, door het'.velk, het jaar waarin en het nummer waaronder het betreffend rijbewijs werd uitgereikt. Indien het rijbewijs werd uitgereikt door een ander gezag dan dat, tot hetwelk de aanvraag wordt gericht, moet bij de aanvraag bovendien desgevorderd worden overgelegd een verklaring van het gezag, dat het rijbewijs uitreikte, waarbij de opgaven van de aanvrager worden bevestigd, tenzij het betreffend rijbewijs wordt overgelegd. Art. 61. Het geneeskundig onderzoek, resp. de gezondheidsverklaring, bedoeld in artikel 60, tweede lid onder c, gaat, behoudens het bepaalde bij artikel 69, vooraf aan het onderzoek naar de rijvaardigheid, bedoeld in artikel 60, tweede lid onder d, voor zover dit laatste moet geschieden. Art. 62. De Minister van Verkeer en Waterstaat wijst aan de leden van de keuringsraden, die voor de keuringen en herkeuringen van groep A, bedoeld in art. 64 en voor de herkeUringen, bedoeld in art. 79 en 80. Een keuringsraad bestaat uit een arts, een oogarts en een psycholoog-psychofechnicus. Art. 63. I. Een aanvraag om verklaringen, als bedoeld in artikel 60, tweede lid onder c. en d., moet schriftelijk worden gericht aan het daarbedoelde Bureau. 2. In de aanvraag moet worden medegedeeld: a. welke arts of artsen, huisarts of behandelend arts van de aanvrager zijn of in de laatste vijf jaren geweest zijn; b. voor het besturen van welke categorie of categorieen van motorrijtuigen de aanvrager een rijbewijs wenst te ontvangen en of hij reeds in bezit van een zodanig rijbewijs was. Tevens stort hij het door de Minister van Waterstaat nader vast te stellen bedrag op de postrekening van het Bureau. 3. Bij de aanvraag worden overgelegd drie afdrukken van een fotografisch portret van de aanvrager van ongeveer 4 cm hoogte 3 cm breedte, op de achterzijde waarvan zijn naam is vermeld. In moet zijn opgenomen een verklaring van de aanvrager, dat het voorstelt. 472
welgelijkend en ongeveer de aanvraag portret hem
Art. 64. I. De eisen betreffende lichamelijke en geestelijke geschiktheid bedoeld in art. 16 ten derde der Wegenverkeerswet, vallen uiteen in 3 groepen. Groep C bevat de eisen voor bestuurders van autobussen (later eventueel uit te breiden). Groep B bevat de eisen voor alle andere beroepschauffeurs. Groep A bevat de-eisen voor alle overige motorvoertuigbestuurders. Voor alle groepen gelden een aantal vragen, vervat in model 135 A, welke de aanvrager dient te beantwoorden. De arts, die de keuring verricht, overtuige zich van de identiteit van de aanvrager. Hij zendt het formulier behoorlijk ingevuld, gedagtekend en ondertekend aan het Bureau. Voor Groep B is een geneeskundig onderzoek vereist, vervat in model 135 B. Dit onderzoek kan worden verricht door iedere arts, behalve door hem, die huisarts of behandelend_arts van de aanvrager is of in de laatste 5 jaren is geweest. Voor groep C is naast een lichamelijke keuring een psychotechnisch onderzoek vereist.. Het gehele onderzoek wordt verricht door een keuringsraad zoals bedoeld in artikel 62a. Art. 65. De in art. 62 bedoelde keuringsraden zijn bevoegd de aanvrager voor een ander onderzoek te verwijzen naar een door hen aan te wijzen specialist. Art. 66. I. Indien de keurende arts of de keuringsraad van oordeel is, dat niet is gebleken van lichamelijke of geestelijke ziekten of gebreken, welke de aanvrager ongeschikt zouden maken tot het besturen van motorrijtuigen, reikt het hem een verklaring uit overeenkomstig model 136, indien hij reeds in het bezit was van een rijbewijs voor het besturen van de categorie of categorieen van motorrijtuigen als waarop zijn aanvraag betrekking heeft. Is dit niet het geval, dan zendt het Bureau de aanvrager een oproeping tot het in artikel 71 bedoelde onderzoek. 2. Is het Bureau, op grond van bepaalde gebreken van de aanvrager, van oordeel, dat deze uitsluitend geschikt is tot het besturen van een motorrijtuig, dat voldoet aan de door het Bureau te stellen eisen, dan reikt het de aanvrager, indien deze het uitdrukkelijk wenst, een verklaring uit overeenkomstig model 137 en zendt hem een oproeping tot het in artikel 71 bedoelde onderzoek. Artikel 69 vindt alsdan toepassing. , , 3. In de overige gevallen reikt het Bureau de aanvrager een verklaring uit overeenkomstig model 138. Art. 67. Bij de toepassing van de artikelen 64, 65 en 66 wordan de volgende richtlijnen in acht genomen. Wat betreft het gezichtsorgaan: I. Bij niet reagerende pupillen wordt nader onderzocht op symptomen van tabes of dementia paralytica — bij nystagmus op die van multiple sclerose — bij exophthalmus op uitgesproken M. Basedow!, daar deze aandoeningen de patient ongeschikt maken voor het besturen van motorrijtuigen. Dubbel beelden veroorzaken eveneens ongeschiktheid. Voor groep B. Betreffende gezichtsscherpte. a. bij de eerste keuring: na correctie met ten hoogste 4 D een gezichtsscherpte van ten minste % op het beste en % op het andere oog. b. bij herkeuring na goedkeuring na correctie met ten hoogste 6 D een gezichtsscherpte van ten minste % op het beste en VM op het andere oog. Wanneer 473
de gezichtsscherpte zonder correctie deze laatste waarden niet bereikt, is voor goedketiring het dragen van een bril verplicht. Kleurenblindheid is toegestaan. De gezichtsvelden van beide ogen opgenomen met handbewegingen moet temporaal nninstens tot 9 0 % reiken, bij herkeuring minstens tot 80 %. Bij het vermoeden van een adaptatie stoornis moet een oogheelkundig onderzoek plaats vinden. 2.
Voor groep C.
Betreffende de gezichtsscherpte:. a. bij de eerste keuring zonder correctie een gezichtsscherpte van ten minste I op het beste en V2 op het andere oog; b. bij herkeuring na goedkeuring na correctie van ten hoogste 2 D een gezichtsscherpte van ten minste % op het beste en % op het andere oog. Kleurenblindheid maakt ongeschikt; kleurenzwakheid is toegestaan. Het onderzoek op kleurenblindheid dient te geschieden met de pseudo-isochromatische kaarten van Stilling en Ishihara. De gezichtsvelden van beide ogen, opgenomen met een perimeter moeten temporaal minstens tot 9 0 % reiken, bij herkeuring minstens tot 80 fo. De donkeradaptatie, onderzocht met een adaptatietoestel, dient normaal te zijn. 3. Wat beti-eft het gehoor: het horen van de f luisterstem (geen sisklanken) bij de eerste keuring op 4 m afstand voor beide oren afzonderlijk; bij herkeuring na goedkeuring voor een oor op 2 m voor groep B en op 4 m voor groep C. 4. Stuwingsverschijnselen bij klepvliesgebreken aan het hart (stuwirigslever, stuwingsbrochitie, oedemen) veroorzaken ongeschiktheid naast aneurj'sma, aortitis, luetica, aanzienlijke -arteriosclerose, angina-pectoris, ernstige longafwijkingen, vooral indien deze gepaard gaan met cyanose. Ascites veroorzaken eveneens ongeschiktheid. 5. Het vermoeden op de mogelijkheid van acute hartdood (myocardites of coronarsclerose) en het bestaan van sterke tachycardie, boven 200 leidt tot afkeuring. Bij het onderzoek wordt de bloeddruk opgenomen. Voor groep B mag de systolische bloeddruk bij de eerste keuring ten hoogste 175 mm bedragen; bij herkeuring na goedkeuring ten hoogste '250 mm. Voor groep C zijn deze waarden '150 resp. 200. Zeer lage bloeddruk en neiging tot syncope leidt tot afkeuring. 6.
Glucosurie en albuminurie leiden tot afkeuring.
7. Uitgebreide spieratrophieen, caries van de wervelkolom, ankylosering van gewrichten leiden tot afkeuring, indien zij het besturen van een motorrijtuig belangrijk bemoeilijken. 8. Bij vermoeden van psychiatrisch neurologische afwijkingen, dient speciaal te worden gelet op symptomen, welke op tabes, sclerose en plaques, syringomyelic, dem. praecox, apoplexie, Parkinsonisme, psychosen zouden wijzen, welke alle tot ongeschiktverklaring leiden. 9. Het congestieve uiterlijk, de. chron. conjunctivitis, eventueel alcoholneuritis, kunnen aanleiding geven tot een onderzoek naar chron. alcoholisme. Sufheid of traagheid bij het beantwoorden van vragen kan leiden tot een onderzoek naar misbruik van verdovende middelen (luminal bij epilepsie, veronal bij slapeloosheid enz.) en eventueel tot afkeuring. 474
10. De aanvrager moet psychisch evenwichtig zijn om over een voldoende intellect te beschikken. Art. 69. De keuringsraad kan bepalen, dat de arts, die het onderzoek voor de keuringsraad verrichtte of een door de raad aan te wijzen specialist, bij het onderzoek naar de rijvaardigheid aanwezig is en zijn beslissing mede afhankelijk stellen van de uitslag van dat onderzoek. Bij toepassing van artikel 68 komt deze bevoegdheid aan de Minister van Verkeer en Waterstaat toe. Art. 'j'j. Na de laatste alinea toevoegen: voor het vernieuwen van een geldig rijbewijs is geen hernieuwd geneeskundig onderzoek, resp. gezondheidsverklaring nodig, indien de aanvrager niet ouder is dan 65 jaar voor groep A, 50 jaar voor groep B en 45 jaar voor groep C, tenzij op het rijbewijs uitdrukkelijk anders is vermeld. Het Medisch Psychologisch Verkeerstechnisch College is bepaaldelijk van mening, dat vorenbedoeld voorstel moet worden opgevat als een leidraad, welke aan de hand van practische ervaringen ware te wijzigen c.q. aan te vuUen. Tot zover het rapport van het Verkeerstechnisch College. Het Hoofdbestuur kan zich met dit rapport verenigen, behoudens de verklaring 13S A. Volgens de mening van het Hoofdbestuur wordt de arts door de medeondertekening —• zij het niet formed, dan toch in feite — min of meer medeverantwoordelijk voor de inhoud der verklaring, zonder dat hij, tenzij hij een onderzoek instelt, deze verantwoordelijkheid kan dragen. Op grond hiervan heeft het Hoofdbestuur aan de Minister van Verkeer en Waterstaat bericht, dat het dit rapport aanvaardt met wijziging van formulier 135 A, als hierbij is afgedrukt en overeenkomstige wijziging van de hierop betrekking hebbende passages in het rapport. Zie Bijlagen. De Secretaris-Penningmeester, F . WlBAUT.
M O D E L 135 A Verklaring van de candidaat omtrent zijn gesondheidstoestand (artikel 64, lid 2). Naam en voornamen van de aanvrager
„
wonende te geboren de a. b. c.
d. e.
te
_
;
Vragen te beantwoorden door de candidaat. Lijdt gij aan toevallen (vallende ziekte en flauwtes) ? Lijdt gij aan evenwichtsstoornissen ? Zijt gij vroeger verpleegd geweest in een krankzinnigengesticht of een inrichting voor verpleging van zenuwziekten ? Zo ja waar, wanneer en hoe lang? Zijt gij voor zoveel bekend lijdende aan enige andere ziekte (b.v. nierlijden, suikerziekte, verhoogde bloeddruk enz.)? Zijt gij in behandeling (geweest) voor misbruik van alcohol of verdovende middelen ? Ondergetekende verklaart bovenstaande vragen naar waarheid te hebben beantwoord. 475
M O D E L 135 B Gen^eslmndig rapport. 1. Kent gij de candidaat? Zo niet, hoe hebt gij U van diens identiteit overtuigd? 2. Pleeft de candidaat een gezond uiterlijl: ? 3. Hoe is het resultaat van het oogonderzoek, wat betreft de pupilreactie ? Neemt gij bijzondere oogafwijkingen vvaar, b.v. nystagmus, exophthalmus, een oogspierverlamming ? Is het gezichtsveld opgenomen met handbewegingen naar beide kanten normaal ? Is de geziclitsscherpte eventueel met bril minder dan % (letters ter grootte van 0.006 maal de afstand tot het cog) ? Is de gezichtsscherpte eventueel met bril tussen %, en % en derhalve het onderzoek van een oogarts nodig? De candidaat kan worden goedgekeurd 'mits de gezichtsvelden van beide ogen norrriaal zijn, storend zijficht de gezichtsscherpte niet abnormaal vermindert en er geen progressieve gebreken zijn; Het gezichtsveld, opgenomen met handbewegingen reikt naar rechts tot graden en naar links tot graden. De gezichtsscherpte van het rechteroog bedraagt zonder glazen ' en met een correctie van spherisch, gecombineerd met cylindrisch; De gezichtsscherpte van het linkeroog bedraagt zonder glazen en met een correctie van spherisch, gecombineerd met cylindrisch 4. Hoe is de fluisterstem ? Rechteroor: Linkeroor: Bestaan er verschijnselen, die op otitis media wijzen of een vermoeden op de ziekte van Meniere doen ontstaan? 5. Hoe hoog is de systolische en diastolische bloeddruk ? 6. Bevat de in Uw tegenwoordigheid geloosde urine eiwit, suiker of de suikerhoudende urine aceton? Wordt de candidaat met insuline behandeld? 7. Is de patellair reflex normaal? Is het verschijnsel van Romberg aanwezig? Bestaan er aanzienlijke paresen, paralysen of sterke tremoren (intentie tremor) ? 8. Zijn er belangrijke afwijkingen aan de extremiteiten ? (Verkortingen, ankylose, afwezigheid van lichaamsdelen) ? 9. Vermoedt gij misbruik van alcohol, morphine, cocaine, slaapmiddelen of opwekaminen ? 10. Maakt de candidaat een psychisch normale en evenwichtige indruk? 11. Vindt gij een ander specialistisch onderzoek noodzakelijk ? Zo ja, voor welk specialisrne ? 12. Vindt gij nog andere.(niet in bovenstaande vragen aangeduide). afwijkingen of gebreken, die een bezwaar zouden kunnen opleveren bij het chauffertn ? 476
13. Meent gij, dat bij een rijproef bijzondere aandacht geschoiilcen moet worden aan een bepaalde, hiernevens te vernielden, door U geconstateerde afwijking, aandoening of misvorming? Zo ja, vefzoeke dit nader te motiveren. 14. Kunt gij adviseren het rijbewijs uit te reiken? Zijn er naar Uw mening redenen om een eenjarig rijbewijs uit te reiken? Indian gij slechts meent te mogen goedkeuren voor het besturen van motorrijtuigen, die aan bepaalde voorwaarden voldoen, welke zijn dan deze Toorwaarden ? Is het dragen van een bril tijdens het besturen verpliclit? Of vindt gij hem (haar) absoluut ongeschikt? Zo ja, op grond waarvan? Ondergetekende verklaart van bovengenoemde persoon niet de huisarts of behandelend geneesheer te zijn of in de laatste vijf jaren te zijn geweest en bovenstaande vragen naar beste weten te hebben beantwoord. , de (handtekening van de keurende geneesheer).
VAN DE OVERHEID UITZENDINGSMOGELIJKHEDEN VOOR LONGPATIENTEN NAAR H E T NEDERLANDSCH SANATORIUM T E DAVOS. De Geneeskiindig Hoof dinspecteur voor de Volksgezondheid' verzoekt plaatsing voor de volgende mededeling: Na de bevrijding heeft het Nederlandsch Sanatorium te Davos enkele gebouwen in gebruik .genomen, die nocUg waren om de vefe patienten, die steun ontvingen van de „Don Suisse", op te nemen. Die steun loopt met September a.s. ten einde. . Er is thans nog een tekort aan opnemingsmogelijkheid in Nederland en het is derhalve niet raadzaam de gelegenheid in Davos ongebruikt te laten. Het ligt in de bedoeling een dee! der ingerichte hulpsanatoria tot voorjaar 1951 onder de leiding van de Geneesheer-Directeur van het Nederlandsch Sanatorium in gebruik te houden. Daarom is een nationale hulpactie in het leven geroepen, teneinde de verpleging mogelijk te maken van' een aantal patienten, dat, inclusief die, welke in het hoofdgebouw zelf verpleegd worden, op 300 komt. De beperkende bepalingen van de „Don Suisse" betref fende opneming zijn nu vervallen, zodat ook iets ernstiger'patienten voor opneming in aanmerking komen. Verzoeken tot opneming moeten vergezeld zijn van een beoordeling van een leider van een consultatiebureau, en gericht worden aan het Bureau van het Nederlandsch Sanatorium, gevestigd in Nederland, Dr. Kuyperstraat 10 te 's-Gravenhage. Het merendeel der patienten zai de voile verpleegprijs niet kunnen betalen. De hulpactie wil nu een suppletie vormen, om het prijsverschil tussen Zwitserland en Nederland op te vangen. Hetgeen op de gewone wijze bijeengebracht moet worden, is dan niet of weinig meer dan voor sanatoria in Nederland, nl. / 5,— per dag. 477
ADRESVERANDERING INSPECTEUR VOLKSGEZONDHEID. De Geneeskundig Inspecteiir der Volksgezondlieid voor Noord-Brabant, Dr. P. J. V. VAN WESEMAEL, deelt mede, dat van i Mei 1947 af zijn bureau gevestigd is: Baronielaan 46 te Breda, nieuw telefoonnummer 9389.
,
ONlDERWIjS EN WETENSCHAP
UNIVERSITEITSDAG AMSTERDAM. Op 20 September a.s. zal voor het eerst een Amsterdamse Universiteitsdag worden gehouden, waarop oud-Ieerlingen en studenten zuUen samenkomen, des morgens cm een voor alien bestemd college van Prof. Dr. J. M. ROMEIN over „Universiteit en Maatschappij in de loop der tijden" bij te wonen, des middags om zich in de verschillende faculteiten in eigen of aanverwante vakken te verdiepen. In de Faculteit der Geneeskunde zal het prograinma inhouden colleges van: Prof. Prof. Prof. Prof.
Dr. P. FORMIJNE: ;,Klinische demonstraties". Dr. I. BOEREMA: „Klinische demonstraties". M. A. VAN BouwDijK BASTIAANSE: „Het uterus carcinoom". Dr. L. VAN DER HORST: „Demonstratie van patienten".
Tussen de middag bestaat, voor zover de ruimte dit toelaat, gelegenheid tot koffiedrinken in de Mensa der studenten in de Nes; des avonds kunnen de deelnemers zich verenigen aan een maaltijd in Hotel Krasnapolsky (menu / 5.—). S Y N T H E T I S C H E 'BEREIDING VAN V I T A M I N E -A. Namens het H.B. was ondergetekende aanwezig bij de persconferentie, 18 Augustus te Den Haag, waar door Dr. EVERSE namens de N.V. Organon mededeling werd gedaan van de synthese van vitamine A door Dr. ARENS en Dr. VAN DORP.
Een hartelijke gelukwens met het slagen van dit belangrijk wetenschappelijk werk mag niet achterwege blijven aan deze beide verdienstelijke jonge chemici en aan de N.V. Organon, die hun in haar laboratoria werkmogelijkheid gaf. Moge het de chemici onzer Nederlandse firma gelukken de gevonden bereidingswijze spoedig in een technisch procede uit te werken. HERINGA. ARTSENCURSUS AMSTERDAM. De redactie ontving ter publicatie het programma van de Artsendag 1947—1948:
478
d ;2 +J
a
CO
ft
c8
ft
.£ ri
.S "^
CD
T3
< .S'o
CO
CO
a a o
0
(D
P P
<
ii
.-a >
>
e . en Q QQ
o w ^ o aoh: o
^
^ 2 ^^ m
3
O
C^
CD
-(J c« d
3 '.^ O
i3
ft
O -i-f ' en
o O
00
CO
o
CO
CO CO
•3 CO
o
3
0
'f^
CO
0
ho d 3 0 •9 13 fq H
w
)H
0 0
^
CO 0> lO
^
3 00-f a oD CD
CO u-l
CD
fl 0 0
CD 1—1 CD
dH
^< 20 CD 3 13 W H
)H CD
cd ,£1
-d 0 CO + J
p.°
6JO
c«
T)
0
d 0
P
-a 5 .Bo «
l-t
H
3 > .3
0
P ^
1
'^ o ID
ft
1
1 1
o 4J
<; ^ 'd
ft o
;H
u
^
^6
o
Q ID N O
U
U
en _ o
o o o S
O
•«
o !D
'3 8 O cfi
o rfl
(D
% M
ss
^6
aj
03
03
r-'
jH
O
0
u
a
ao a (a O N O
^o
.2 "-0 iH
Oj
T3 S
U O
'd
'0
1—1
•»-<
MK
2 .fl
o
©
0)
a '3 Q 3
%
(D
f°
bo u 3
^
'a -^
"B
*•— in^ erf +J
SS
s
_. ^
r
1 1
0
>4
V)
&
1 1
0
V< OH
1 1
1
1
1
N
•
U Q
•<
.•
~^^~^-^-'
hi
Ok Q
OU
Q
CO l O
1 1
1
•
;s^ CO
1
1 1 1 1
1
^CO
u->
,
1
1 1
1 1
—^'~~/-^-^
0
.5 [a
Oi t^
M 4-> CO
O ;3
M o
TO
MM
a -^ en" cfi +-1
J5 SJO
O
A
O
"o ^ cj Q «
OS
^
S
o
rj
n3
"—'
3
(D
0
•S 0 •3 o be g
:i2
,c
ID
S
CD
^H
-3 o o Q • t^
n-3
1-1 "^
>
o
fi
•s S rl o
_r
be S
>^ m
o3
cS
bo b o
ai
W) "K
bo tS ai cS •a ts
tS 13
PS
.3 p
1^
CO
03 oj
bO t l
"3
bo c ;
(M
"o 'o
o. o cc
l§
o3 ' S
^
(D
0 O ^ U CQ O ^
M
C
03 0°
-1 O
OJ •w
0 1
'—1
60 -3
03 Id
cS !«
bo a
-d
ci.
oi T)
P
o
P
^
"
CO
p ;?
b ft
0 U
CD
J m w c '5 i> ^ I iH o3 C«
o o >
0)
0
'>2
,
"cD
bo " 03 IH
-d
ft
•si p %
r f
^ ); -^
.3.2T »H
iH
O
0
>,i
% Co ca +J iH
t;
O
0
-rH t1
N D ^
H, f^
^4^ a
^tlC
O 2 o -go "5 CO oi bo C R O CD O r3 MH
3 03 03 "3 J 1-1 12
§ iJ .s
bo .T3 cS b •d ft
o3 ' S —3 fl^
2'^'3 a -
P4 OJ
« N fe
O -t-J
c^ ' ^
§<1
• P
^
p ^
u
ill
a a 61)
,£)
->
C ni 2
u •M
bo O oi
"1 43u CI C!
R
-P oi 2
S^S ^ %h0
ft^"^
>>> 0) CJ
o
0
0)
^3 ts a erf
2 M
>§
42 cp
l*
S '*' m ei
RH
^
N ta :PPM ID CO w
bo
oih 60 .
S;:
HQ bo
(D bD w •.
1^ 4-> bo ^s eo CJ • d Sg i3C
03 «
3
"8
o t i Ui 0
o 'd p 0 IH +^
O
O A
a
o! ri C3
ftd
O
a o g
O H
a 13
W
r-;
S P
• OJ
S
m Iz;
,-H 1 — > „ 03 M t«
•'"'
m
k^
O CO t^
ft M A
O -O
0. "^ r!
CD
'^-^ Zi^ ^
o
ft c^
m ro 03 <x
03
^ '^ "S
!5 <^ §
_
P
5in bo^ CO
C^
W .2 m g Iz5 0
p p
- ^
oT xn 0 '3 0
^% > > W W H-l J M W
" 'a
0)
0»
o W)
^ - R
il
QQ
>
M^>
" fe
h
>i-)
rl
a; cc! d c<
,^ ~ 0 h
C^b
CO »0
1 1
N
00
.2^
b o ^ C +3 cJ ^^ o3
ti g
o V
1 1
1
.
0
)H 1H
k(
01
M
• ^ PJ ID X)
-M
SOX
N
CD oJ
2 -at;
s .
QQ
S Q
1
>A 1)
3>
•
s ^ •
(1)
« S
... ^ a
1 1
a
G 1. CO aj 0 P
°
S
s
(0 CO "O
1-1
3
^
1 CD
d "
CO
• IN
(k Oi
"
2
W A
. y >
O 0
CO
u
)i
"^A o ft
,a 7j
•g'S) ° S3 cl N
4>.
(8
Vi
O cu U
5; • «
ft
a
r-r +-•
0)
5«
tS
rQ
s
§ §
a Tj •d +:
o o w w
o ^
"cS
aH
to
u
o
c/} OS CD t CD VO
p;
>
a a
(D
fl c
.^
4->
U
D
g
'to
4^ 03
I ft
^—
o3
«
•^g Q 0
pq Z
SOCIALE (G]ENE]ESK1U[N]DE , H E T GEMIDDELDE. Verbetering. In het artikel van Dr. F. WIBAUT is in de forraules op pag. 453 een storende drukfout ingeslopen. Telkens, waar staat S a inoet dit zijn S x. Ook moet achter de formule regel 14 van onder een punt staan.
CONGRES VAN PRAENATALE ZORG. Op 9, 10 en II October zal in het gebouw van de Jaarbeurs te Utrecht het eerste Congres voor Praenatale Zorg gehouden worden. Dit Congres gaat uit van de Sectie van Praenatale Zorg van de Nederlandse Bond ter Bescherming van Zuigelingen, kleuters en praenatale Zorg, en heeft ten doel de gynaecologen met de huisartsen en de vroedvrouwen samen te brengen orn door gezamelijk overleg te komeri tot de zo noclige uitbreiding der praenatale zorg en een betere oi-ganisatie daarvan. , Om aan de discussies een reele grondslag te verzekeren, heeft het congresbestunr een commissie ingesteld, die rapport heeft uitgebracht over de huidige stand der praenatale zorg in ons land en van de verloskundige hulp in het algemeen, en een aantal deskundigen aangezocht, die behalve over zuiver vroedkundige ondenverpen als het voorkomen van kraamstuipen, kraamvroMvsrenkoorts, liggingsafwijkingen enz., o.a. zullen berichten over de voeding in de zwangerschap, de betekenis van geslachtsziekten en andere infectiezielrten, de zorg van het gebit enz. enz.. Daarnaast zullen zowel de huisartsen als de vroedvrouv/en ieder van hunkant het vraagstuk der praenatale zorg bezien en is ook de medewerking der kruisverenigingen en van de instellingen voor kraamhulp verkregen. Voeg ik daar dan nog bij, dat Zijne Excellentie de Minister van Sociale Zaken het congres zal openen, dat vooraanstaande verloskundigen uit Engeland, Zwitserland, Belgie en Scandinavie een overzicht zullen geven van de organisatie der praenatale zorg in die landen, en dat de hoofdinspecteur der Vollisgezondheid persoonlijk een samenvattend overzicht zal geven van de verkregen resultaten, dan is het duidelijk, dat het Congres belooft te worden een mijlpaal in de ontwikkeling der verloskundige verzorging in ons land in het algemeen en van de praenatale zorg in het bijzonder. Aanmelding als deelnemer aan het Congres bij de secretaris Dr. R. E. WiERiNGA, Willem de Zwijgerstraat 25, Utrecht. Op verzoek zal een programma worden toegezonden. Utrecht.
Prof. K. DE SNOG.
INGEZONDEN STUKKEN (Buiten veranki'oordeiijkheid der^, Redactie, Ongephatste copie wordt niet teruggezonden). VAN DE REDACTIE. Het ingezonden stuk van Dr. HEEEING in het No. van 5 Augustus 1947, heeft nog aanleiding gegeven tot eenige ingezonden stukken, waarin de bezwaren van Dr. HEERING en dus tevens die der Redactie tegen het stuk van collega VAN 481
DuYVENDijK werden aangevallen. De Redactie vindt hierin aanleiding nog eens te verklaren, dat zij, met alle respect voor vrijheid van woord en opvatting, moet blijven eisen, dat de artikelen en de ingezonden stukken in Medisch Contact vrij blijven van terminologieen en uitdrukkingswijzen, die vallen buiten lietgeen gangbaar is en een objectief en waardig betoog. De Redactie kan zicli niet weerhouden op te merken, dat nog te veel op de rubriek Ingezonden Stukken een beroep wordt gedaan voor het uiten van emotionele zeer subjectieve appreciaties. De Redactie meent, dat plaatsing hiervan weinig nut brengt en in tegendeel schade doet aan de oplossing van de talrijke problemen, waarvoor de artsenstand en de Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst in deze tijd geplaatst is. De Redactie doet een dringend beroep op de artsen te helpen het karakter van het of ficieel orgaan der Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst hoog te houden. HERINGA. STEUNREGELING OORLOGSSLACHTOFFERS. Het zij mij vergund enige opmerkingen te maken in verband met het artikel van coUega DE GROOT te Santpoort in Medisch Contact van 5 Augustus en vrel de vdlgende: a. Acht collega DE GROOT de voorgestelde steunnomien principieel te hoog (of alleen relatief) en zo ja, zou hij de gehele opleiding van een student willen bekostigen van een bedrag kleiner dan / 1500 bij het tegenwoordige prijspeil? Hij moge het proberen. b. Ongetwijfeld zuUen er coUegae zijn, die geen kans zien het genoemde bedrag voor de studie van hun kinderen te fourneren of hun weduwe een behoorHjke dekking na te laten. Theoretisch is zelfs denkbaar, dat er coUegae zijn, die het zout in de pap niet verdienen, maar dat is nu eenmaal het risico van het vrije beroep, dat men reeds bij zijn beroepskeuze accepteert. Ik maak mij echter sterk, dat collega DE GROOT dit niet als een ideale tdestand ziet, noch als iets, waarbij de steunnomien dienen te worden aangepast. Bovendien is het niet juist dit bedrag van / 1500 te projecteren op het voordorlogse prijspeil; wat vroeger met / 1000 gedekt was, is nu met jf 1500 nie{ te betalen (hoogstens zijn dus de honoraria niet voldoende bij het gestegen prijspeil aangepast). Dat ook de dekking van vele weduwfen van coUegae veel te virensen overlaat kan niet ontkend worden, dit wil echter geenszins zeggen, dat het voorgestelde steunbedrag voor nabestaanden van oorlogsslachtoffers te hoog ligt en voor zover het inkomen der eerste categoric ook bij het vooroorlogse prijspeil niet voldoende was, moet dit toch teruggebracht worden, zo al niet tot gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel, dan toch tot een weinig vooruitziende blik der echtelieden, immers ook voor de pas beginnende medicus, die geen enkel risico kan dragen, is het mogelijk (m.i. zelfs noodzakelijk) door het betalen van een draagbare risicopremie het overlijdensrisico binnen zekere grenzen te dekken, non deplaise, de coUegae circusacrobaten, die het risico van vroeg overlijden wensen te negeren. c. Ik heb mij afgevraagd, welk doel coUega DE GROOT met zijn artikel kan hebben gehad, want iets zal hem toch voor ogen geschemerd hebbeh ? Een wijziging van deze door de Algemene Vergadering als redelijk geaccepteerde normen? Dat ware al te nai'ef. Het lukt mij dan ook niet iets anders dan nadelen van dit artikel te zien, datgene nl., wat bij een protestloze aanneming van deze steunregeling door de betrokkenen gezien kan en gezien moet worden als een hen toekomerid iets; wordt bij een protest tot een node te accepteren aalmoes, dat wat een groot gebaar moet zijn, wordt tot een klein gepeuter.482
Mij spijt het, dat het nodig is op deze steunnormen (zelfs het woord „steun" heeft m.i. hier reeds een ongewenste klank) te gaan loven en bieden, speciaal spijt mij dit voor zover het de nabestaanden betreft van slachtoffers van het verzet (mensen, wien het marchanderen verre is geweest en die toch zeker aanspraak mogen maken op een behoorHjke verzorging dier nabestaanden). Als er desondanks iets onredelijks is in de voorgestelde steunregeling, dan is het dit, dat de een vaak met vrij grata kosten de risico's, die hij zelf niet dragen kon heeft gedekt, voor zover mogeHjk ook het risico van overlijden door oorlogsgeweld, terwijl de ander die risico's heeft gelaten voor wat zij waren. Het ware echter dwaas hier de nabestaanden een verwijt van te maken. Deze opmerking heeft dan ook alleen de pretentie, om naar voren te brengen, dat het voor de goede orde wel gewenst zou zijn, wanneer de Maatschappij van Geneeskunde trachtte te bevorderen, dat ieder lid zich zo goed mogeHjk dekte tegen de onderhavige risico's. In gevallen van aantoonbare „force majeur" zou dan de Maatschappij van Geneeskunde op de duur ook kunnen bijspringen voor die nabestaanden van coUegae, die beneden een bepaald sociaal niveau terecht kwamen. „Force majeur" is b.v. geweest de „liquidatie" als verzetsman voor zover de verzekeringsmaatschappijen dit risico niet wensten te dekken (en het is bijna ergerlijk om te zien, hoe sonynige weduwen moeten marchanderen om aan te tonen, dat hun echtgenoot „niet" als verzetsslachtof fer is' gevallen.... bijna alsof dit een ontoelaatbare handeling zou zijn geweest!). Dat de Maatschappij van Geneeskunde dergelijke risico's ook in de toekomst voor de voile i o o % blijve dekken, spreekt wdhaast vanzelf. Amstelveen.
K. J. JAMES.
A D R E S S E N E N T E L E F O O N N U M M E R S V A N D E N E D . MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST. Bureau van het H . B . en het D.B., tel. 36808, na 7 u u r en Zondags: tel. 22140 Keizersgracht 327, van de Redactie van Medisch Contact, tel. 36808 Amsterdam-C. van de Landelijke Huisartsen Veteniging, tel. 34764 van de Landelijke Specialisten Vereniging, tel. 34916 Federatie „Verenigde Maatschappij Ziekenfondsen", tel. 20879, Utrecht, Nobelsttaar 2 b Secretatis van de Raad van Betoep, D r . A . HENDRIKS, Den Haag, Bazarstraat 14, tel. 112985.
ADVERTENTIEN De Rotterdamsche Stichting voor Rheumatiekbestrijding zoekt voor haar Consultatiebureaux
2 ASSISTENTEN. Salaris / 3.000.— p e r j a a r . Inlichtingen en soUicitaties bij D r . P . v . D. M E E R , H e e m r a a d s s i n g e l 2 4 b ,
R o t t e r d a m , T e l . 39421.
In het Sint Franciscus Gasthuis te Rotterdam wordt een chlrurgisch assistent gevraagd. Enige chirurg. ervaring strekt tot aanbeveling. Ervaren, gevestigd arts (Vrijzinnig), zoekt goede algemeene prakt^k ter' ovememing, daar waar M.O. gemakkelijk bereikbaar is. Brieven onder No. 1883 T.T. Adv.kant. de Bussy, Rokin 62, Amsterdam. Het Alg. Mij. Ziekenfonds ,,Drente en aangrenzende gebieden" roept gegadigden op voor de betreliking van controle-arts in volledige dienst. Aan deze functie is tevens verbonden. de controle voor het Ziekenhuisverplegingsfonds „Drente en aangrenzende gebieden". Br. met uitvoerige inllchtingen en verlangd salaris te richten aan het bestuur, Postbus 50, Meppel.
483
Vrouwelijk Arts, met jarenlange ervaring in Holland en Indie, zoekt rustige werkkring. Brieven onder No. 1884 T.U. Adv.kant. de Bussy, Rokin 62, Amsterdam. Overneming: Aangeboden een goede zenuwartsen praktijk. Brieven onder No. 1885 T.V. Adv.kant. de Bussy, Rokin 62, Amsterdam.
7^
De Maatschappij Auto-Polls biedt aan alle artsen in het land belangrijke voordelen voor verzekering tegen ALL-RISK en W.A. Inlichtingenbij de verzekeringsdienst van de Nederlandsche Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst, Keizersgr. 327, Amsterdam C , Tel. K 2900—34764.
GEMEENTE ROTTERDAM Bij de Gem. Geneeskundige en Gezondheidsdienst zijn te vervullen enige vacature8» van
Schoolarts in voUedige dienst. Wedde, (inclusief toelagen) behoudens ongehuwden-af trek, f 6723,75 - f 8300,—. Aanstelling kan geschieden boven het minimum, afhankelijk van leeftijd en ervaring. Diensttelefoon en vrtj tramvervoer voor dienstaangelegenheden. Eventueel vergoeding voor spreek- en wachtkamer. Voor kkxi der vacatures zal een kinderarts voorkeur genieten. Verplicht in Rotterdam te wonen. Inlichtingen te verkrijgen btj de directeur van genoemde dienst. Sollicitaties op zegel, met uitvoerige vermelding van levensloop en referenties te richten tot B. en W. van Rotterdam, ten spoedigste in te zenden aan Bur. Personeelvoorziening, kamer 331, Raadhuis, ond. No. 387.
GEMEENTE ROTTERDAM Bij de Gem. Geneeskundige- en Gezondheidsdienst is te vervullen een vacature van
Controlerend - Geneesheer in voUedige dienst. Wedde, (inclusief toelagen) behoudens ongehuwden-af trek, £ 6723,75 - f 8500,—. Aanstelling kan geschieden boven het minimum, afhankeItjk van leeftijd en ervaring. Vrij telefoon. Verplicht in Rotterdam te wonen. Inlichtingen te verkriigen bij de directeur van genoemde dienst. Sollicitaties op zegel, met uitvoerige vermelding van levensloop en referenties te richten tot B. en W. van Rotterdam, ten spoedigste in te zenden aan Bur. Personeelvoorziening, kamer 331, Raadhuis, ond. No. 386.
Advert, over 6en kolom/ 0.30 per m.m.; min. / 4.50. Te zenden aan adm. M.C., Keizersgr. 327, A'dam C. Gedrukt door N.V, Drukkerij en Uitgeverij J. H. de Bussy, Rokin 60—62, Amsterdam Centrum.