magazine 2013
Casparus in de prijzen Ouderpanels op Roland Holst College De Brink: aanpakkers welkom Sectormiddag succes op De Fontein Goois Lyceum: Excellente School Bèta boeit op Huizermaat Gooise Praktijkschool kiest voor leerteams Feestelijke heropening Vechtstede College
1
Kees Elsinga en Mark de Haas
magazine 2013 Gooise Scholen Federatie in 2013
Heel goed jaar Voor u ligt het vijfde GSF Magazine. Een tijdschrift waarin de acht scholen van de Gooise Scholen Federatie verantwoording afleggen aan ouders, medewerkers, partners en relaties van onze scholen. U leest hierin hoe onze scholen zich hebben ontwikkeld, wat anderen daarvan vinden en welke resultaten dit heeft opgeleverd. Het schooljaar 2012-2013 was voor de Gooise Scholen Federatie in veel opzichten een jaar van superlatieven. We lopen ze even langs:
En dan hebben we het nog niet eens over de vele andere bijzondere prestaties die er op onze scholen zijn geleverd. Want dat willen we benadrukken: als College van Bestuur zijn we trots op onze resultaten, maar nog veel trotser zijn we op al die prachtige voorbeelden van betekenisvol leren voor leerlingen. Dit magazine biedt daar opnieuw een staalkaart van. We hopen dat u er bij het lezen evenzeer van geniet als wij. College van Bestuur Kees Elsinga en Mark de Haas
4/5 100% motivatie
Portretten van ambitieuze leerlingen
8/9 ‘Zijn wij transparant genoeg?’
Rondetafelgesprek over integriteit
12/13 Bouwen aan onderwijs
6 projecten in beeld
16/17 Trots op hun vak 5 docenten om u tegen te zeggen 20/21 School = samen 5 dubbelinterviews 22/23 Feiten & cijfers
GSF is gezond
24
Kom kennismaken
Op onze open dagen!
verder in dit nummer:
6
A. Roland Holst College goes international
7
College De Brink bouwt aan mens & dienstverlenen
Tekst Truus Groenewegen Suzanne Visser Ontwerp & fotografie bakker+co, Amsterdam Drukwerk Graficiënt, Almere
10
De Fontein blij met succes sectormiddag
11
Goois Lyceum wil blijvend excelleren
14
SG Huizermaat investeert in bèta
15
Casparus College wint prijzen
Met dank aan alle geïnterviewde leerlingen en medewerkers.
18
Vechtstede College viert heropening
19
Gooise Praktijkschool gaat over op leerteams
COLOFON Gooise Scholen Federatie Magazine 2013 Dit magazine is een uitgave van de Gooise Scholen Federatie. Het biedt een terugblik in woord en beeld op het achterliggende schooljaar. De opgenomen gegevens hebben betrekking op het schooljaar 2012-2013. Met dit magazine legt de Gooise Scholen Federatie verantwoording af aan een breed publiek. Dit magazine wordt aan 8900 relaties beschikbaar gesteld in digitale/gedrukte vorm.
Gooise Scholen Federatie Burgemeester de Bordesstraat 82 • 1404 GZ Bussum Postbus 50 • 1400 AB Bussum 035 692 67 00
[email protected] www.gsf.nl
2
Op de opbrengstenkaart van de inspectie stonden alle afdelingen van al onze scholen in het groen. Dat wil zeggen dat de inspectie vertrouwen heeft in de kwaliteit van ons onderwijs. De examenresultaten op al onze scholen waren beter dan vorig jaar, en dat terwijl de exameneisen zijn verzwaard. Over vrijwel de gehele linie hebben onze scholen meer aanmeldingen dan vorig jaar. Financieel zijn we gezond, en dat in een tijd van economisch zwaar weer en opeenvolgende bezuinigingen. Het medewerkertevredenheidsonderzoek toont aan dat onze medewerkers zich zeer verbonden voelen met de organisatie. De GSF Academie, ons interne trainingsprogramma voor medewerkers, draaide een succesvol eerste jaar.
3
100% motivatie Betekenisvol leren is de ambitie van de Gooise Scholen Federatie. Veertien leerlingen vertellen waar zij zich dit jaar echt voor hebben ingezet.
Noa
Noa Vogel (13), mavo, klas 1D, De Fontein “Na voorrondes van de voorleeswedstrijden mocht ik naar de provinciale finale in Zaandam. Ik heb vooral geoefend op pauzes. Je moet zorgen dat je rustig leest, niet te snel. Maar te veel oefenen is niet goed. Het is wel voorlezen! Wat ik goed doe, is het publiek in kijken en verschillende stemmen nadoen, boos of verdrietig. Ik werd derde. In de klas zeggen ze wel: Noa, lees jij maar voor, jij bent de voorleeskampioen. Dat vind ik leuk.”
Paula Sienkiewicz (17), Internationale Schakelklas “Toen ik in Nederland kwam, hoorde ik dat je op de ISK in één jaar Nederlands kunt leren, en dat je daarna verder kunt op een Nederlandse school. In het begin was het lastig: ik kende niemand, verstond niets. Nu praat ik met de hele klas, ik heb Nederlandse vrienden en ik vind het leuker dan in Polen. Het was hard werken, maar nu mag ik naar 4 havo!”
Meidenband ‘Drummer gezocht’, brugklassen, Vechtstede College Noa (12): “Floor kwam vorig jaar met het idee: optreden op Koninginnedag. Drie nummers hadden we. Maar veel geld dat we ophaalden!” Floor (13): “Nu repeteren we elke vrijdag in de studio van de vader van Bo.” Loureen (13): “We spelen vooral oudere nummers. Hits van nu, daar heeft iedereen zo weer genoeg van.” Bo (13): “Optreden doen we op school, maar ook op feestjes. Kun je opschrijven dat we graag naar andere GSF-scholen komen?” Noa: “O, en we hebben nu een apparaat voor bas en drums, dus laat die drummer maar zitten.”
Paula
Annemarie en Iris
Ghislaine
9 x betekenisvol leren
Mariëlle Schilham (16), 5 vwo, Goois Lyceum “Dat ik hoge cijfers haal - voor bètavakken én voor talen - gaat niet vanzelf. Ik leer er hard voor. Ik vind het interessant te ontdekken hoe het zit met dingen die je uit ervaring al weet, dat olie niet mengt met water bijvoorbeeld. Soms studeer ik lang door totdat ik alles snap. Dan kan ik met een goed gevoel een toets ingaan. Mijn ouders zeggen wel: doe eens wat minder, maar ik wil gewoon het beste uit mezelf halen. Ook buiten school.”
Mariëlle
v.l.n.r. Loureen Scholte, Noa Foppen, Floor Gijzen en Bo van Hunnik
Mees Mees de Wit (15), 3e leerjaar handel & administratie, Casparus College “Links- of rechtsbuiten, dat is mijn plek. Toen ik zeven was, werd ik bij FC Weesp gescout door Ajax. Nu ga ik bij Ajax naar B2. Elke dag word ik om twee uur opgehaald van school. Voor het trainen gaan we eerst studeren. Gaat je school niet goed, dan mag je ook niet voetballen. Dat vind ik goed. Je moet later ook iets anders kunnen. Maar het liefst blijf ik natuurlijk voetballen. Na mijn diploma zoek ik een roc waar ik bij Ajax mag blijven. Daarna? Bayern München of Chelsea zou het mooist zijn.”
Drummer gezocht
4
Annemarie Eggen (17) en Iris Loonen (17), 6 vwo, SG Huizermaat “Ons profielwerkstuk ‘Adaptatie na amputatie’ gaat over hoe een lichaam de amputatie van ledematen ondergaat, over de behandeling van fantoompijn, over protheses en acceptatie. We hielden een enquête onder veertig geamputeerden en bezochten onder anderen een revalidatie-arts en een prothesemaker. Zij nam alle tijd en gaf ons zelfs studieboeken mee. Echt superfijn! Het was best lastig het behapbaar te houden, want we vonden alles zo interessant. Bij vroegere onderzoekjes bleven we hangen op ‘zo is het’. Nu kunnen we zeggen ‘het is zo, omdat…’ We leerden de samenhang zien.“
Ghislaine van den Boogerd (16), 5 atheneum, A. Roland Holst College “Het leren lukt allemaal wel, daardoor heb ik tijd over. Ik geef bijles aan vmboleerlingen. Daarnaast ben ik een uur of vier per week actief voor de leerlingenraad, de MR, de GMR en het Goois Scholierenoverleg. Het is belangrijk dat leerlingen iets te zeggen hebben, maar dan moet je ook wel je mening geven. Of ik later de politiek in ga? Veel mensen vragen dat. Misschien. Op dit moment denk ik dat techniek en ontwerpen beter bij mij passen.”
Ruben Ruben van der Graaf (13), persoonlijke oriëntatiefase, Gooise Praktijkschool “Op de Gooische muziekschool doe ik zingen en toneel. Laatst hebben we met ‘De drie musketiers’ opgetreden in ’t Spant. Daar had ik me ontzettend op verheugd. Later wil ik naar de toneelschool in Amsterdam. Als dat niet lukt, wil ik chocolatier worden. Op school hebben we geen dramalokaal, maar met Wim Kok, die muziek geeft, studeren we elke donderdagmiddag liedjes in. Als we echt goed zijn, gaan we misschien optreden in de Vorstin, een theater in Hilversum.”
Jacco en Jeffrey Jacco Gasper (17) en Jeffrey Wassenaar (17), vierdejaars horeca, College De Brink Jeffrey: “Voor de regionale culinaire vakwedstrijden hebben we zeker een maand lang hard getraind.” Jacco: “Je leert veel over je vak, maar het is ook gewoon lachen om zoiets als vrienden samen te doen, met een leuke leraar.” Jeffrey: “We wonnen het regionale kampioenschap en landelijk werden we derde. Het winnen op zich, daar gingen we voor, maar het scheelt ook als je werk zoekt: je bent blijkbaar goed, je hebt doorzettingsvermogen. Ik wil straks meer de businesskant op…” Jacco: “…en ik de keuken in. Samen een restaurant? Wie weet. Maar later hoor, veel later.”
Betekenisvol leren De Gooise Scholen Federatie streeft naar bovengemiddelde onderwijsresultaten. Goede prestaties banen de weg naar interessante opleidingen en uitdagende banen. Maar leren dat écht betekenis heeft, gaat over meer dan alleen maar cijfers. Het speelt in op de behoeften en talenten van iedere leerling. Onze samenleving vraagt veel van mensen: creatief zijn, kunnen vernieuwen, samenwerken, communiceren, reflecteren en blijven ontwikkelen. De scholen van de GSF geven hun onderwijs meer betekenis door de samenleving dichterbij te brengen. Als leerlingen zien waarom leren ertoe doet, werkt dat door in hun motivatie én hun resultaten.
5
a. roland holst college • mavo • havo • vwo • 1424 leerlingen
Begrijpelijk én foutloos communiceren Een boodschap kunnen overbrengen en begrijpen, dat staat voorop in de manier waarop de leerlingen van de onderbouwstroom Quest moderne vreemde talen leren. Maar ook in een begrijpelijke boodschap kunnen grammaticafouten storend zijn. Hoe leer je leerlingen dus begrijpelijk én correct communiceren? Die vraag is uitgangspunt voor het promotieonderzoek van
Marrit Hoeks, docente Duits en vakdidactica aan de Universiteit van Amsterdam. De GSF maakt samen met de universiteit dit onderzoek mogelijk, omdat het belangrijk is dat wetenschappelijk onderzoek de school in komt. Dat werkt inspirerend en de nieuwe kennis verspreidt zich als een olievlek. Hoeks ziet dit in de praktijk gebeuren: “Vanuit de theorie weet ik nu veel meer over het belang
van goede feedback en over de kenmerken die opdrachten moeten hebben om effectief te zijn. Daar worden mijn lessen en die van mijn collega met wie ik het onderzoek uitvoer (Paul Halma) duidelijk beter van. Bovendien geef ik kennis door aan collegataaldocenten, en geef ik lezingen op school en workshops op GSF-conferenties. Het waaiert dus uit en dat is heel stimulerend.”
Alles is anders op de activiteitendagen Wat begon met een dag of vier voor de zomervakantie, is uitgegroeid tot tien tot vijftien dagen in plukjes verspreid over de jaarkalender: de Roland Holst activiteitendagen. In de hele school maken alle gewone lessen plaats voor leuke en zinvolle activiteiten. Van startdag tot sportdag,
van museumbezoek tot muziekworkshop, van klassenkamp tot werk aan praktische opdrachten. Activiteiten bundelen is handig, legt coördinator Peter Boonstra uit. “We hebben minder lesuitval gedurende het jaar. Ook zijn alle docenten beschikbaar, waardoor het makkelijker is projecten
ARHC goes international Het buitenland komt op het A. Roland Holst College regelmatig de school in. Anderstalige gastsprekers in de les, werkweken over de grens, een leerling die deelneemt aan een internationaal programma. Maar van georganiseerde leerlingenuitwisselingen was geen sprake. Toch is juist een-op-een-contact in schoolverband de moeite waard, vindt teamleider mavo/havo onderbouw Frank van Haitsma. “Als je leeftijdgenoten ontmoet, groeit niet alleen je talenkennis, maar ook het begrip voor elkaar.” Sinds twee jaar heeft Van
Haitsma tot taak de internationalisering nieuw leven in te blazen. Niet bovenop een toch al vol programma, maar aansluitend bij bestaande interesses en projecten. “We doen bijvoorbeeld veel aan debatteren en dus hebben we vorig schooljaar voor het eerst gestreden om een plaats in het Europese Jeugdparlement. En voor het gecombineerde vak Nederlands en maatschappijleer gaat mavo-3 meedoen aan het programma Tien voor Europa, wat uitmondt in hun sectorwerkstuk.” Het afgelopen jaar is Van Haitsma boven-
met meer vakken samen te doen. Maar de activiteitendagen stimuleren ons ook om nieuwe activiteiten te bedenken, zoals dit jaar de goededoelendagen waar brugklassers in actie kwamen voor een goed doel van hun keuze. Een groot succes!”
dien op zoek gegaan naar uitwisselingsmogelijkheden. “Er bestaan veel interessante Europese programma’s, dikwijls met subsidie. Komend schooljaar gaat minstens één onderbouwklas een uitwisseling aan met een klas op een school ergens in het buitenland. Voor de bovenbouw is mijn ambitie om binnen drie jaar deel te nemen aan een breder uitwisselingsprogramma, zes tot zeven scholen in evenzoveel landen. Internationalisering is inspirerend voor leerlingen, maar ook voor docenten. De wereld is groter dan een klaslokaal.”
‘Niet alleen je talenkennis groeit, ook het begrip voor elkaar’ 6
College De Brink
Geslaagd 2012-2013 mavo 97% havo 88% vwo 93%
A. Roland Holst College
Het A. Roland Holst College in Hilversum leidt op voor het examen mavo, havo of vwo. Leerlingen leren ook zelfstandig werken, onderzoek doen, samen leren en presenteren: aspecten die voor succes bij een vervolgstudie net zo belangrijk zijn. De school is verdeeld in kleinschalige teams. Mensen kennen elkaar en gaan respectvol en ontspannen met elkaar om. In de onderbouw heeft het team Quest een innovatieve, eigen werkwijze. Leerlingen werken bij Quest in dagdelen en vakken zijn geclusterd tot leergebieden.
college de brink • isk • lwoo • vmbo-b • vmbo-k • mavo • 966 leerlingen College De Brink in Laren heeft een breed aanbod van beroepsgericht onderwijs, van lwoo tot en met mavo. De school leidt op tot een vak; leerlingen leren door te doen. College De Brink is een duidelijke school met een uitdagende leeromgeving. Een school die rekening houdt met verschillen en zich richt op het hoogst haalbare niveau voor iedere leerling. Geslaagd 2012-2013 vmbo-b: 98% vmbo-k: 94% mavo: 95%
Nieuw: SDV
Sport, dienstverlening, veiligheid (SDV), zo heet de nieuwste opleiding van College De Brink. Leerlingen worden er voorbereid op beroepen als sporttrainer, brandweerman of militair. Dienstverlenende beroepen buiten de gezondheidszorg dus. “Daarom is SDV zo’n mooie aanvulling op bestaande opleidingen in de regio”, vindt Maarten
van Luttervelt, die in de aanloop naar de start de regie voerde. Maanden van onderzoek en voorbereiding gingen eraan vooraf. Zo werd (en wordt) het landelijke lesmateriaal door drie docenten speciaal op maat gemaakt voor College De Brink. Geïnteresseerde leerlingen waren er genoeg. “Een voorwaarde is dat leerlingen
Aanpakkers welkom! Op het vakcollege staat het vmbo helemaal in het teken van de praktijk. Dat dit ideaal is voor leerlingen die van aanpakken houden, blijkt wel uit de belangstelling voor het vakcollege techniek bij College De Brink. Maar ‘doeners’ zijn er natuurlijk ook buiten de techniek. Daarom ging in september 2012 het vakcollege mens & dienstverlenen
van start. Het is bedoeld voor leerlingen die weten dat ze met mensen willen werken en die bovendien zelfstandig zijn, van samenwerken houden en stevig in hun schoenen staan. “Deze leerlingen kun je om een boodschap sturen. Daardoor leren ze het meest”, vertelt docent Ingrid de Gooijer, die ook bij de landelijke ontwikkeling van het nieuwe
Sssst…. onderzoek in uitvoering Onderzoek kan een verrassend licht werpen op lastige onderwijsvragen. Daarom brengt College De Brink het onderzoek de school in. Drie docenten volgen naast hun werk een opleiding tot docent-onderzoeker aan de Hogeschool Utrecht. Het bijbehorende onderzoek voeren ze – samen met studenten – uit op College De Brink. De hoop is dat dit ook andere docenten stimuleert om op een onderzoekende manier naar hun lespraktijk te kijken. Froukje Hoekmeijer is een van de drie genoemde docenten. Zij doet op de vakcol-
leges techniek en mens & dienstverlenen onderzoek naar intelligentie en schoolprestaties. Ze legt uit dat het totale IQ van een leerling niet altijd een goed beeld geeft. Soms kan een leerling uitstekend praten en redeneren, maar veel minder goed toepassen en uitvoeren. Zo’n leerling wordt snel overschat: hij of zij kan het immers goed vertellen. Dat het aan de uitvoering schort, maakt de leerling onzeker en dat wordt nogal eens verborgen achter ongewenst gedrag. Het omgekeerde komt ook voor: leerlingen die goed zijn in het praktisch
sportiviteit combineren met verantwoordelijkheidsgevoel”, zegt Van Luttervelt. “Dat dienstverlenende moet er wel in zitten. Daar hebben we bij de selectie dus op gelet.” Zo’n 25 gelukkigen konden in september 2013 met de opleiding beginnen.
vakcollege betrokken is. Dankzij goede afspraken met MBO College Hilversum kunnen de leerlingen van het vakcollege mens & dienstverlenen vlot doorstromen naar een mbo-diploma in een vergelijkbare richting. In september 2013 is de tweede jaargang mens & dienstverlenen gestart met ruim dertig nieuwe leerlingen.
omgaan met kennis en vaardigheden, maar het moeilijk onder woorden kunnen brengen. Voor hen is het lastig om duidelijk te maken wat ze allemaal in huis hebben: het zit er wel in, maar het komt er niet uit. Dat kan heel frustrerend zijn. Hoekmeijer: “Ik onderzoek nu hoe vaak en waar in de eerste drie leerjaren van de vakcolleges deze onevenwichtigheden binnen het IQ voorkomen. Op termijn hoop ik collega’s betere handvatten te kunnen geven om dit te herkennen en leerlingen te helpen.”
‘Deze leerlingen kun je om een boodschap sturen’ 7
Willem Schnitfink, voorzitter (G)MR en docent aan het A. Roland Holst College
Rondetafelgesprek:
‘Zijn wij transparant genoeg?’ De misstanden bij het onderwijsbestuur Amarantis hebben het vertrouwen in onderwijsbestuurders en toezichthouders geschaad. Hoe zorgt de Gooise Scholen Federatie dat zoiets bij haar nooit kan gebeuren? En hoe krijgt de nieuwe integriteitscode handen en voeten? Een gesprek met een ouder, docent, directeur, bestuurder en toezichthouder.
Monique Wittebol, lid Raad van Toezicht
en bestuurder van BINK Kinderopvang Gooise Scholen Federatie
Kees Elsinga, voorzitter College van Bestuur
Kunnen problemen zoals bij Amarantis zich ook voordoen bij de GSF? Bestuurder Kees Elsinga: “Nee, want ten eerste is onze ambitie heel anders. Wij hebben bewust gekozen voor betekenisvol onderwijs en daaromheen onze organisatie ingericht. Onze ambitie ligt niet in vastgoed of ongebreidelde groei. Het tweede verschil is de schaalgrootte. Aan Amarantis zie je dat almaar groeien niet tot meer efficiency leidt. Het gaat juist ten koste van de verbinding en de communicatie. Niemand weet meer precies wie waarvoor verantwoordelijk is. Dat kan bij de GSF niet gebeuren. Ik zeg niet dat wij nooit fouten maken, maar als bestuur doen wij ons uiterste best om niet losgezongen te raken van de werkelijkheid op de scholen. Met acht scholen is het goed mogelijk die verbinding te houden. Mark de Haas en ik” (samen het bestuur van de GSF, red.) “hebben niet alleen veel contact met de rectoren en directeuren, maar brengen ook regelmatig werkbezoeken aan de scholen en geven af en toe zelf les. Ik vind dat de GSF op dit moment de optimale schaal heeft. Op dit moment hebben wij geen behoefte aan uitbreiding met meer scholen.” Toezichthouder Monique Wittebol: “In elk onderwijsbestuur gaat veel geld om, ook in de GSF. De financiële commissie van de Raad van Toezicht ziet daar actief op toe. Het feit dat de accountant ergens mee akkoord gaat, is voor ons niet voldoende. Ook volgen wij of het financiële beleid in lijn is met de visie van de GSF. Als het bestuur zegt dat de ontwikkeling van leerlingen voorop staat, moet dat blijken uit het financiële beleid. En dat dóet het gelukkig ook. Daarnaast gaat de GSF voorzichtig om met reserves.” Is de GSF voldoende transparant? Ouder Jaap Jan Bakker: “Ik werk zelf in de publieke sector en de reden dat ik me bij de GSF als een vis in het water voel, is dat ik in het handelen hier dezelfde transparantie herken. Het treasurybeleid, dat gaat over financieel beheer, ligt bijvoorbeeld echt open op tafel.” Monique Wittebol: “Als Raad van Toezicht spreken wij niet alleen met het College van Bestuur en de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR), maar ook, tijdens schoolbezoeken, met rectoren, docenten en leerlingen. Het valt ons telkens weer op hoe open er gesproken wordt over de dingen die goed gaan en de dingen die
8
beter kunnen. Wat wij horen, ligt bovendien meestal in lijn met wat wij al hebben gehoord van het College van Bestuur. Dat is belangrijk. Grote verschillen zouden reden tot zorg zijn.” Maar zijn cijfers altijd een maatstaf voor integer handelen? Bij Amarantis is weinig strafbaars gebeurd en toch voelt iedereen aan dat er zaken niet door de beugel konden. Jaap Jan Bakker: “Er blijft altijd een werkelijkheid áchter de cijfers. Voor mij gaat het om de vraag: als wat ik vandaag heb gedaan, morgen met vette letters in de Telegraaf staat, kan ik het dan verantwoorden? Kan ik het uitleggen, zonder enig risico verkeerd begrepen te worden?” Kees Elsinga: “Als GSF-bestuurders zitten wij in een glazen huisje en dat realiseren wij ons goed. Integriteit begint bij de top. Wij zijn de rolmodellen, wij moeten het voorbeeld ge-
ven. Daarom zijn er dingen die wij vermijden, dingen waar eigenlijk niets op tegen is, maar die we toch niet doen, om elke schijn te voorkomen. Een andere vraag is of we daarover voldoende open zijn.” Directeur Raymond Kok: “De tijd dat het onderwijs een gesloten bolwerk was, is naar mijn mening definitief voorbij. Als school zoeken wij echt wel de verbinding met de samenleving.” Kees Elsinga: “Ja, dat past ook bij betekenisvol onderwijs. Maar is het genoeg? Over de openheid naar de Raad van Toezicht en de GMR maak ik me geen zorgen. Dat hebben we goed geregeld en móchten we als bestuurders toch tunnelvisie vertonen, dan trekken zij wel aan ons jasje. Want zo is de cultuur hier: elkaar aanspreken, op de zaak gericht, zonder veel aanzien des persoons. Maar de transparantie naar buiten? Ik vind dat we de komende jaren nog meer de dialoog met onze maatschappelijke omgeving moeten aangaan. Laten zien waar de GSF voor staat, maar ook inbreng van de samenleving vragen om te weten
of we met de goede dingen bezig zijn.” Hoe dan? Er is toch niet voor alle ouders plaats in de medezeggenschapsraad? Monique Wittebol: “Nee, die medezeggenschapsstructuur is er juist om te zorgen dat ouders zich goed vertegenwoordigd weten. Je bent als ouder niet in de positie om alle financiële stukken te lezen. Dat gebeurt via de medezeggenschap, daar moet je op kunnen vertrouwen.” Jaap Jan Bakker: “Dat neemt niet weg dat wij als oudergeleding in de (G)MR misschien meer kunnen doen. Wij beschikken wél over die informatie en op basis daarvan hebben wij vertrouwen in het bestuur en toezicht
bij de GSF. Dat zouden we meer naar andere ouders kunnen communiceren.” GMR-voorzitter en docent Willem Schnitfink: “Dat is belangrijk, want al die ouders zijn ambassadeurs van de school. De GSF beschikt sinds kort over een integriteitscode. Wat is dat? Monique Wittebol: “Het zijn gedragsregels voor eerlijk en betrouwbaar handelen. Ze bieden kaders: gaat iemand over de grens, dan spreken we elkaar daarop aan en indien nodig wordt er ingegrepen. Als Raad van Toezicht vinden we het belangrijk dat er een integriteitscode is. Nog belangrijk vinden we dat de naleving
‘We willen een open en transparante cultuur waar ‘elkaar aanspreken op gedrag’ erbij hoort’ ‘Als GSF-bestuurders zitten wij in een glazen huisje en dat realiseren wij ons goed’ wordt geborgd. Daarover spreken wij met het College van Bestuur.” Jaap Jan Bakker: “Het is een bruikbare code, al vind ik het ontbreken van regels voor ouders een gemis. Wat we van medewerkers verwachten, staat in deze code, wat we van leerlingen verwachten, staat in het leerlingstatuut, maar de school mag ook wat van ons als ouders verwachten. Ik zou het een goed idee vinden als uit de integriteits-
code een top 5 van gouden regels gemaakt wordt waarmee ouders uit de voeten kunnen. Dat is sowieso de vraag: hoe krijgen we die code los van het papier?” Kees Elsinga: “Dat lukt alleen door er veel met elkaar over in gesprek te gaan. Ik weet dat dit op de scholen gebeurt; daarover hebben we onlangs met alle rectoren en directeuren gesproken.”
Raymond Kok:“Op mijn school ga ik dat gesprek inderdaad aan. Het lastige is dat het moment waarop iemand uit de pas loopt, niet de aangewezen gelegenheid is. Bovendien zit je dan in een spanningsveld tussen openheid en privacy. Wat je eigenlijk wilt, is dat regels onderdeel worden van de dagelijkse omgang met elkaar. Dat er een open en transparante cultuur groeit waar ‘elkaar aanspreken op gedrag’ erbij hoort. Dus moet je het erover hebben op momenten dat je praat over de school en het onderwijs. Alleen: hoe bereik ik dat mensen zo’n code kunnen vertalen naar hun onderwijspraktijk?” Willem Schnitfink: “Toen we in de GMR moesten beoordelen of wij ons in de code konden vinden, stonden we voor diezelfde vraag. Kijk, over de normen is iedereen het wel eens. Maar hoe je die vertaalt in regels… Integriteit is zelden een kwestie van zwart of wit. Wat kan en wat niet kan, kun je alleen verkennen door het er aan de hand van voorbeelden over te hebben. In de GMR hebben we de code daarom beoordeeld aan de hand van cases. Dat is misschien ook op de scholen een goede manier om uit te kristalliseren waar de grenzen liggen.”
Jaap Jan Bakker, voorzitter ouderraad College De
Brink en lid (G)MR, werkzaam bij het Gewest Gooi en Vechtstreek
‘Wij kiezen voor betekenisvol onderwijs. Onze ambitie ligt niet in vastgoed of ongebreidelde groei’ Raymond Kok, directeur College De Brink
9
Geslaagd 2012-2013 mavo 97%
Loopbaanoriëntatie stimuleert leerlingen Om zich op hun toekomst te oriënteren, krijgen leerlingen in de bovenbouw sectormiddagen. De eerste acht weken maken ze in groepjes, onder begeleiding van een mentor/coach, een sectorwerkstuk. Ze doen onderzoek naar een werkgebied en presenteren de resultaten. Die presentaties waren dit jaar voor het eerst voor de hele school te zien. Op de eerste verdieping was een soort markt ingericht, waarvoor ouders en andere belangstellenden waren uitgenodigd. Dat leverde enthousiaste reacties op, vertelt Marcel Hazewindus, een van de coördinatoren van de loopbaanoriëntatie. De tweede serie sectormiddagen werkten
leerlingen aan een opdracht die past bij een opleiding van hun keuze. Voor zo’n opdracht werd een plan van eisen opgesteld, zoals een externe opdrachtgever dat zou doen. Docenten kropen in de rol van bijvoorbeeld een bankdirecteur, die een analyse nodig had van het jaarverslag, of een oliesjeik die geld wilde investeren in een hotel. Aansluitend bij de opleiding onderwijsassistent was er een groepje dat echt de stap naar buiten zette. Zij maakten een prentenboek voor de kleuters van hun oude basisschool. Die lijn, derden van buiten de school bij de opdrachten betrekken, kan volgend jaar verder worden doorgetrokken,
Beloning voor schone omgeving “Dat we de ZAP-(Zwerf afval pakker)speld kregen, is een aardig toeval”, zegt directeur Adriaan Nagel. “De buurt nomineerde ons zonder dat wij het wisten. Wel zijn we heel bewust bezig om voor die buurt de omgeving prettig te houden. Bij veel scholen kun je de route naar de dichtstbijzijnde winkel
vinden door de snoeppapiertjes te volgen. Om dat te voorkomen, surveilleren wij in de pauzes ook buiten het schoolhek.” De oorkonde die bij de ZAP-speld hoort, symboliseert een rol van de school die Nagel graag breder trekt. “Dat we als school een goede buurtgenoot willen zijn,
In actie voor een ander Nouryt Prinsze, klas 2a: “Voor Serious Request hebben we rondjes om de sportvelden gerend. Eerst gingen we de deuren langs om sponsoren te krijgen. Met veel geld ophalen, kon je prijzen winnen, maar
dat vond ik niet zo interessant. Zo’n actie is oké. Ik vind dat wij het goed hebben en dan kun je niet níets doen. Als jij in zo’n situatie zat, zou je ook willen dat anderen iets voor jou doen.”
denkt Hazewindus. Een bijzonder initiatief van dit jaar wil hij nog noemen. Twee leerlingen vroegen tot zijn verbazing of ze hun presentatie in de aula mochten houden. Voor hun onderzoek naar elektrische auto’s hadden ze contact gezocht met een garage in de buurt, die op de afgesproken dag netjes een show-auto kwam afleveren bij school. Deze opdrachten maken volgens Hazewindus duidelijk dat leerlingen veel meer kunnen dan ze normaal gesproken doen: “Ze gaan een drempel over, ontdekken dat ze zelf dingen voor elkaar kunnen krijgen.”
laten we ook zien door ’s avonds ruimte beschikbaar te stellen voor bijvoorbeeld verenigingen van eigenaren.” Om de zorg voor de leefomgeving te verbinden met (betekenisvol!) leren, komt er een project waarin leerlingen van leerjaar 3 getraind worden als ‘buurtwatcher’.
Goois Lyceum
De Fontein is een kleinschalige school voor mavo, waar iedereen elkaar bij naam kent. Leerlingen komen er graag en voelen zich veilig. De Fontein staat voor levensecht leren. Dat geeft het onderwijs betekenis!
goois lyceum • havo • atheneum • gymnasium • technasium • 1147 leerlingen
de fontein
de fontein • mavo • 424 leerlingen
De kwaliteit van het onderwijs op het Goois Lyceum is hoog. Leerlingen krijgen uitdagend onderwijs en vinden snel hun plek. Het Goois Lyceum biedt vier onderwijsstromen: gymnasium, technasium, kunst & media en geschiedenis & omgeving. Leerlingen krijgen betekenisvol onderwijs, gericht op het ontwikkelen van 21e-eeuwse vaardigheden. Geslaagd 2012-2013 havo 95% vwo 95%
Ouderbetrokkenheid 3.0 “Het is niet meer van deze tijd om tegen ouders te zeggen: vertrouw maar op ons, het komt allemaal goed”, zegt teamleider Rob Schuurmans. “Ouders goed informeren is belangrijk, maar daar willen we niet in blijven hangen.” Het Goois Lyceum probeert daarom een nieuwe vorm van ouderbetrokkenheid uit. Op initiatief van de ouderraad is het concept ‘actieteam’ bedacht. In een actieteam gaan ouders en medewerkers aan de slag met een thema dat beide groepen raakt. Om snel te kunnen beslissen in lijn met het schoolbeleid
zit ook iemand van de schoolleiding in zo’n actieteam. Schuurmans: “Met de actieteams zetten we een stap verder naar, zeg maar, ouderbetrokkenheid 3.0. We willen ouders heel direct betrekken, het echt samen doen. Als school maken we zo ook gebruik van expertise die ouders hebben. Het is aanvullend op de tienminutengesprekken, de nieuwsbrief voor ouders, het ouderportaal op de website en de ouderklankbordgroepen die we voor onze vier onderwijsstromen hebben.”
Excellent zijn en blijven Het Goois Lyceum behoort tot de selecte groep scholen die van een onafhankelijke landelijke jury het predicaat ‘excellent’ heeft gekregen. Maarten Frissel, coördinator van het excellentieprogramma, vertelt hoe grondig de jury onderzoek heeft gedaan op school. Natuurlijk keken de juryleden naar opbrengsten en bedrijfsvoering, maar daarnaast voerden ze uitgebreide gesprekken met leerlingen, docenten en ouders. De feedback en het oordeel van de jury waren voor de school in eerste instantie de belangrijkste motivatie om de procedure te doorlopen. Wat de jury wilde achterhalen, kwam in essentie neer op:
‘Wat doe je? Waarom doe je dat? Wat levert het je op?’ En die vragen geven school en medewerkers handvatten om de eigen kwaliteit te blijven verbeteren. Het predicaat ‘excellente school’ moet overigens elk jaar weer worden verdiend, al geldt dan wel een verkorte procedure. Zo’n predicaat is een stimulans voor de school. Veel docenten, merkte Frissel, zijn blij met de erkenning. De school heeft bij aannemen van nieuwe docenten tegenwoordig ruim de keus. Tegelijkertijd relativeert Frissel. In vergelijking met andere scholen is het Goois Lyceum misschien vrij ver, maar het kan beter. Docenten
Als eerste thema is gekozen voor communicatie. Het actieteam gaat kijken hoe de communicatie verbeterd kan worden, van school naar ouders en andersom. Weten ouders bij wie ze waarvoor terecht kunnen? Is aan beide kanten, docenten en ouders, duidelijk wat de verwachtingen zijn over bijvoorbeeld de toon in de communicatie? Wanneer de nieuwe werkwijze bevalt, kijkt de school welke andere thema’s zich lenen voor een actieteam.
zelf willen graag steeds beter lesgeven en kennis over de factoren die bij goed onderwijs een rol spelen, kan hen daarbij helpen. Leidende vraag in het excellentieprogramma is daarom: ‘Wat maakt ons een goede school?’ De twee belangrijkste elementen zijn: goede lessen geven en rekening houden met verschillen. Nieuwe ontwikkelingen bouwen daarop verder. Zo wordt gewerkt aan extra aanbod voor goede leerlingen bij alle vakken. Verdieping moet behalve in de aparte stromen ook mogelijk zijn in de reguliere lessen.
‘We willen ouders heel direct betrekken, het echt samen doen’
‘We zijn heel bewust bezig om voor de buurt de omgeving prettig te houden’ 10
11
Bouwen aan onderwijs Een goede leeromgeving bevordert leerprestaties. De Gooise Scholen Federatie kiest niet voor overdaad, maar wel voor kwaliteit. Zes scholen kregen onlangs een facelift of zelfs nieuwbouw.
A. ROLAND HOLST COLLEGE, SG HUIZERMAAT, HUIZEN HILVERSUM Wat: Restyling aula Jonkerweg tot café, loungeplek, vergaderruimte, theaterpodium en lokaal ineen. Waarom: Ongezellige, gedateerde inrichting. Eerste stap op weg naar een algehele interieurmetamorfose. Plaatsvervangend rector Louis van Kaam: “De leerlingen hebben vanaf het begin meegedacht en daardoor is het een plek geworden waar ze echt graag blijven hangen. Samen met een interieurarchitect en een meubelontwerper hebben we net zo lang gezocht tot we sfeervolle en praktische oplossingen hadden die precies het juiste gevoel oproepen.” Bijzonderheden: Projectcoördinator Joop van Drie liet leerlingen via de elektronische leeromgeving stemmen op de ontwerpen van hun keuze.
12
Wat: Vernieuwing van de vleugel voor biologie, scheikunde en natuurkunde. Waarom: Na 35 jaar was de inrichting verouderd, de technisch onderwijsassistenten (toa’s) zaten ‘weggestopt’ in kleine kabinetjes. Docent biologie Jeroen Wiegeraad en docent natuurkunde Peter van Wijlick: “De inrichting van de sciencevleugel is helemaal van deze tijd en zal de verdere integratie van de bètavakken stimuleren.” Bijzonderheden: De vier lokalen zijn voorzien van de modernste apparatuur. Het hart van de sciencevleugel is een open werkplek voor toa’s en docenten, waar leerlingen praktische opdrachten kunnen uitvoeren en aan hun profielwerkstuk werken.
Goede relatie met gemeenten
Door verantwoorde financiering en strakke planning kan de GSF de bouw en verbouw van scholen doelmatig uitvoeren én voldoen aan moderne eisen. De goede relatie met gemeenten is daarbij van groot belang. Dat zegt Mark de Haas, lid van het College van Bestuur, die als stuurgroepvoorzitter bij bijna alle (ver)bouwprojecten betrokken is. “Volgens de wet wordt
nieuwbouw volledig gefinancierd door de gemeente en verbouwingen ‘binnen de muren’ door de scholen zelf. Er is een grijs gebied, zoals een aanbouw, en daar zijn we tot nu toe altijd in goed overleg uitgekomen.” Ook bij vergunningaanvragen werken gemeenten meestal goed mee. Dat tijdens verbouwingen de lessen bijna altijd konden doorgaan, is vooral te dan-
VECHTSTEDE COLLEGE, WEESP
CASPARUS COLLEGE, GOOIS LYCEUM, WEESP BUSSUM
Wat: Uitbreiding met 600 m2, nieuwe entree. Waarom: Ruimtegebrek en ‘rommelig’ gebouw door eerdere, kleine uitbreidingen en sloop van de oudbouw. Plaatsvervangend rector Paul Baartman: “Een deel van de latere toevoegingen slopen en een verdieping erbovenop, daar zouden we zelf niet aan hebben gedacht. Maar het heeft grote voordelen. Een gebouw uit één stuk is mooier. De logistiek – looproutes, centrale entree – is beter. En tijdens de bouw konden de lessen doorgaan.” Bijzonderheden: Leden van de leerlingenraad hielpen bij het ontwerp van de inrichting van de leefverdieping voor de leerlingen op de begane grond.
Wat: Metamorfose van drie praktijklokalen voor de nieuwe vmbo-programma’s techniek, commercie en dienstverlening. Waarom: Het bedrijfsleven vraagt van leerlingen bredere vaardigheden, een goed zelfbeeld en een realistisch beroepsbeeld. Casparus-leerlingen maken straks kennis met negen werkvelden en kiezen er drie (uit minstens twee programma’s). Paul Blonk, directeur: “Voor de zomer waren de lokalen leeg, na de zomer stonden er negen professionele leer/werkstations. Apparatuur, uitstraling, belichting: alles is en voelt ‘echt’! Fantastisch.” Bijzonderheden: Van de scholen die proefdraaien met de nieuwe programma’s, is het Casparus College de eerste met lokalen die helemaal volgens deze nieuwe programma’s zijn ingericht en vormgegeven. De projectleiding was in handen van drie competente vrijwilligers/senioren.
Wat: Verbouwing mediatheek tot vijf lokalen, aanleg extra trappenhuis en realisatie van een nieuwe mediatheek in de hal. Waarom: Groeiend aantal leerlingen en daardoor opstoppingen in de gangen, behoefte aan meer lokalen. Sandra Schipper en Nancy van Weelden, medewerkers mediatheek: “We zijn overal in gekend en hebben zelf ideeën aangedragen. Het was woekeren met de ruimte, maar dat is wonderwel gelukt, het resultaat is mooi en functioneel.” Bijzonderheden: De mediatheek heeft een strakke, frisse uitstraling. Er zijn meer computerwerkplekken en up-to-date techniek. De trap is multifunctioneel met zitplekken en een klein podium.
ken aan de goede samenwerking tussen de school en de aannemers. Vanwege geluidsoverlast en bouwverkeer wordt het werk zoveel mogelijk in de zomer en andere vakanties gepland. “Maar ook omvangrijke, langdurige verbouwingen, blijken we goed te kunnen managen.”
GOOISE PRAKTIJKSCHOOL, HILVERSUM Wat: Nieuwbouw. Veel licht, natuurlijke materialen en kleuren. Kleine lokalen, een soort huiskamer met dito meubilair, sluiten aan bij het onderwijsconcept. Waarom: De Gooise Praktijkschool ontstond door fusie van twee scholen die beide gehuisvest waren in verouderde basisscholen die op afstand van elkaar stonden. René Knoester, teamleider en coördinator bij de bouw: “Je merkt dat leerlingen heel trots zijn. In school hangt een rustige sfeer en het gebouw wordt nauwelijks beschadigd of beklad.” Bijzonderheden: De school was – samen met de Annie M.G. Schmidtschool voor speciaal basisonderwijs – genomineerd voor de Hilversumse architectuurprijs. In de uitstraling valt de verwantschap op met de stijl van Dudok.
13
sg huizermaat • mavo • havo • vwo • 930 leerlingen
Bèta in beweging Vakkenintegratie, een open sciencelab en masterclasses voor de eerste twee leerjaren: SG Huizermaat maakt het bètaonderwijs nog aantrekkelijker. Integratie van vakken
In het vak nlt (natuur, leven en technologie) krijgen vwo-leerlingen in de bovenbouw modules waarin onderwerpen vanuit verschillende invalshoeken en in een combinatie van bètavakken behandeld worden. In de
Open sciencelab
“Veel van onze leerlingen kiezen een bètaprofiel en landelijk gezien halen ze goede resultaten bij de bèta-examens”, vertelt Jeroen Wiegeraad. Vandaar dat in september met trots de nieuwe sciencevleugel in gebruik genomen is. Door samenvoeging van onder meer drie kabinetjes voor technisch onderwijsassistenten (toa’s) is een ‘open sciencelab’ ontstaan. Leerlingen werken in dat lab onder toezicht van de toa’s aan hun praktische opdrachten. “Ze doen
Masterclasses vwo 1 en 2
De sciencevleugel wordt ook gebruikt door leerlingen uit klas 1 en 2 die bètamasterclasses volgen. “Met de masterclasses komen we eraan tegemoet dat sommige kinderen méér willen en maken we gebruik van speciale expertise van docenten”, zegt Peter van Wijlick. “Zelf geef ik onder meer de masterclass sterrenkunde. Dat vind ik heel bijzonder. Je krijgt geïnteresseerde kinde-
startmodule ‘Forensisch onderzoek’ zijn dat concepten uit de scheikunde en de biologie. “Leerlingen krijgen elke les nieuwe kennis, die ze kunnen gebruiken om een volgend stukje van de puzzel te leggen”, zegt Jeroen Wiegeraad, docent biologie, natuur, leven
& technologie (nlt), algemene natuurwetenschappen (anw) en mentor van een vwo+-klas. De samenhang tussen de bètavakken is ook duidelijk in het vak anw.
dat daar zichtbaar voor iedereen en dat zal inspirerend werken”, verwacht Wiegeraad. Zelfstandig onderzoek van leerlingen kan het bètaonderwijs nog meer inhoud geven. “Als het goed is, straalt de nieuwe open ruimte uit: hier kun je onderzoeken, zelf denken en uitproberen”, zegt Peter van Wijlick, docent natuurkunde in de bovenbouw. “Een open werkplek, dat is symbolisch. Alle spullen zijn bij elkaar gevoegd. Voor leerlingen wordt nog duidelijker dat de vakken met elkaar samenhangen.”
Naar verwachting stimuleert de vernieuwde sciencevleugel het team ook tot verdere integratie van de natuurwetenschappelijke vakken. Bij nlt en anw ontdekken docenten steeds meer wat daarbij werkt en wat niet werkt. Lastig blijft wel dat bij natuurkunde, scheikunde en biologie afzonderlijk naar een examen toegewerkt moet worden, maar beide docenten hebben goede moed: “In de nieuwe constellatie kom je elkaar meer tegen.”
ren in de masterclasses, die vaak heel veel vragen stellen. Bij jonge kinderen zou je heel voorzichtig moeten beginnen met formules voor afstand, snelheid en tijd. Maar als je ze iets geeft om zich op te storten, kunnen ze veel meer dan je verwacht. Na zo’n masterclass voel ik me echt opgeladen.” Jeroen Wiegeraad combineert in zijn masterclass entomologie (insectenkunde) theorie met praktische onderzoekjes naar
bijvoorbeeld sprinkhanen. “Al moet zo’n module wel op vwo-niveau zijn en iets toevoegen aan het curriculum, als docent krijg ik ook ruimte voor eigen creativiteit. Zelf vind ik insecten enorm fascinerend en daar kan ik kinderen gek mee maken. Ik weet dat het vorm/functie-denken uit deze masterclass kan bijdragen aan een beter begrip van biologie in de bovenbouw.”
‘Als je leerlingen iets geeft om zich op te storten, kunnen ze veel meer dan je verwacht’ 14
casparus college
Geslaagd 2012-2013 mavo 94% havo 85% vwo 97%
sg huizermaat
SG Huizermaat beschikt in de onderbouw over tweejarige mavo/havo- en havo/ vwo-klassen met daarnaast een vwo+-klas en een klas TalentHZM voor meer- en hoogbegaafde leerlingen. Met maatwerk en betekenisvol onderwijs bereidt SG Huizermaat de leerlingen goed voor op de toekomst en prikkelt ze om het beste uit zichzelf te halen. Er is ondersteuning voor wie dat nodig heeft en extra uitdaging voor wie dat aankan. Persoonlijke aandacht leidt bijna vanzelfsprekend tot uitstekende prestaties.
casparus college • vmbo-b • vmbo-k • gsf junior mavo • 305 leerlingen Het Casparus College is een kleine school die midden in de samenleving staat. De school leidt leerlingen op in drie beroepsrichtingen. Er is veel aandacht voor het individu. Leerlingen krijgen uitgebreid de kans zich voor te bereiden op het vervolgonderwijs. Casparus College, waar leren je werk wordt! Geslaagd 2012-2013 vmbo-b 98% vmbo-k 94%
1e Prijs GSF Volleybaltoernooi “Volleyballen? Dat konden we voor geen meter”, lacht conciërge Corry Waarhuis. “Als Casparus-medewerkers deden we voor de gezelligheid mee: je leert elkaar toch
2e Prijs Vakkanjers Als vmbo-leerling schuif je niet dagelijks aan bij een professioneel ontwerpteam. Voor een groep vierdejaars leerlingen techniek werd die droom echter werkelijkheid. Als deelnemers aan de Regionale Junior Vakkanjers-wedstrijd moesten zij een
U4Energy Award
De beste energiebesparende school van Nederland: die titel kreeg het Casparus College toen directeur Paul Blonk door een bewuster gebruik van installaties en apparatuur maar liefst 60 procent op gas en 15 procent op elektriciteit wist te bespa-
anders kennen. En toen wonnen we het toernooi! We waren echt verbaasd. Het zit in de saamhorigheid, denk ik. In een kleine school ben je echt op elkaar aangewezen.
Nou ja, en we waren best fanatiek. Maar nu hebben we een naam hoog te houden. Misschien dat we volgend jaar toch maar moeten trainen.”
fietstaxi bouwen. Docent Willem Liefting zocht een bedrijf dat hen wilde begeleiden; een bedrijf – zo zegt hij – ‘waaraan je kunt zien hoe leuk techniek is’. Dat werd Sea Level, ontwerpers en bouwers van luxe zeilen motorjachten in Muiden. De leerlingen
mochten met de Muidense ontwerpers om tafel zitten en mede-eigenaar Jeroen van der Knaap kwam wekenlang naar school om de leerlingen te coachen. Het resultaat: een prachtige tweede plaats. De fietstaxi is te bezichtigen in het nieuwe technieklokaal.
ren. Alleen al voor gas scheelt dat 25.000 euro per jaar! Een enorm bedrag, dat de school goed kan gebruiken voor onderwijs en onderhoud. De maatregelen pasten binnen een energiebesparingsprogramma op de hele Gooise Scholen Federatie.
Het Casparus College en de GSF wonnen hiermee de U4Energy Award: een prijs van de Europese Commissie voor scholen die hun energieverbruik fors weten terug te dringen.
‘Samenwerkers van het jaar’ Drie jaar achter elkaar veroverde Casparus het Muiderslot. Elk jaar opnieuw droeg het Weesper bedrijfsleven massaal bij om deze projectweek mogelijk te maken. Paul Blonk legt uit waar die betrokkenheid vandaan komt: “Als school kun je niet zomaar komen aankloppen op het moment dat jij iets nodig hebt. Je moet blijvende relaties aangaan. Relaties met ouders, die hun netwerk
meebrengen. Met organisaties zoals het Muiderslot. Met bedrijven in en om Weesp, waar vaak oud-leerlingen van ons te vinden zijn. In zo’n netwerk kun je veel voor elkaar betekenen. Heb ik een klus, dan kijk ik in eerste instantie daar. Andersom kan ik ook daar aankloppen. Overigens is nóg een factor van belang. Wij zouden kunnen denken: zo’n groot project is niks voor een
kleine school. Maar we kunnen onszelf ook in de plus-stand zetten. Natuurlijk gaat het lukken! Dat werkt aanstekelijk.” Zo aanstekelijk zelfs, dat het Casparus College in januari 2012 de prijs Samenwerker van het jaar in ontvangst mocht nemen, een initiatief van het gewest Gooi en Vechtstreek.
… Er is geen goed of fout / Wanneer is de tijd begonnen? …. Uit het gedicht waarmee Katja van Welie (1b) de derde prijs won in de gedichtenwedstrijd Kasteeljuweel
15
Trots op hun vak ‘het belangrijkste vind ik dat ze durven’
Betekenisvol onderwijs staat of valt met de professionaliteit van docenten. Vijf portretten van docenten die met bezieling hun werk doen.
‘de leerlingen stralen’
Tijdelijk sectieleider kunst & cultuur Anne de Vilder leidde project Troje, een pilot voor leerjaar 1 op het kunst- en cultuurplein van College De Brink. Op 20 maart was de voorstelling. “Vorig jaar deden we Odysseus, dit jaar Troje. Bijna honderd brugklasleerlingen maakten een houten paard, posters en tickets, ze tekenden vazen, verzorgden digitale muziek. En vooral: ze dansten! Ze waren heel trots en wilden er na afloop eigenlijk mee verder. Dat begrijp ik wel: zo’n project geeft het gevoel dat je echt iets neerzet. Het succes heeft ons als docenten bevestigd in het idee dat dit de vorm is waarin we op het kunst- en cultuurplein verder willen. De oudheid is een onuitputtelijke inspiratiebron. En er komt zoveel samen
16
in projectmatig werken! Het aanleren van vaktechnieken, samenwerkend leren, ruimte om leerlingen zelf te laten kiezen… Helemaal ‘af’ is het nog niet en daarom evalueren we zorgvuldig. Volgend jaar willen we bijvoorbeeld dat de inhoud nog beter uit de verf komt. Voor ons persoonlijk – we doen dit met zes docenten – is het eveneens een ontdekkingstocht. Ik stond versteld toen ik een collega binnen twee uur de hele aula zag stylen. Die onvermoede talenten zie je ook bij leerlingen. Het is keihard werken, maar je krijgt veel terug. De leerlingen strálen.”
‘ik houd van een beetje reuring’
Docent Engels Pesia Timesela werd door leerlingen gekozen tot ‘beste docent van het Casparus College’ in 2012. Tijdens het kerstgala kreeg hij de wisselbeker uitgereikt. “Iedereen heeft tegenwoordig de mond vol van ‘respect’, maar vaak blijft het daarbij. Met deze prijs laten de leerlingen echt iets van hun waardering zien en daarom doet het me wel wat. Het is geen populariteitsprijs, ze hebben verder gekeken dan een leuk uiterlijk. Ben je een goeie docent? Is
je uitleg goed, halen ze betere cijfers, heb je een goeie band met ze? De balans tussen leren en opvoeden is wat het vmbo in mijn ogen zo leuk maakt. Je brengt ze ook normen en waarden bij. Netjes groeten als je binnenkomt. Kauwgom uit je mond. Me aankijken als ik tegen je praat. Daar hecht ik waarde aan. Maar ik houd ook van een beetje reuring. Van mij hoeft een klas niet muisstil in de boeken te staren. Soms even lachen, dan weer hard werken. Als docent in het vmbo geef je veel van jezelf. Je rol als mens is groter dan je denkt. Uiteindelijk herinneren ze zich jou als persoon. Meer dan als degene die de grammatica uitlegde.”
David de Geus, docent muziek aan het Goois Lyceum, schept een klimaat waarin leerlingen hun plankenkoorts overwinnen. “Ik wil passie laten zien op een normale manier, leerlingen aansteken. Als ze de klas binnenkomen, zit ik aan de piano een liedje te zingen. Met dat zingen creëer je rust en respect onder elkaar. Sommige leerlingen raken getriggerd en daar ga ik dan op door. Het belangrijkste vind ik dat ze geluid durven maken, wat dat ook is: zingen, spelen of in een groepje optreden. Bij mij móet je iets doen en ik probeer het klimaat te scheppen waarin dat kan. Ieder stapt op z’n eigen niveau in. Ik duw ze wel een stukje verder, zeg gewoon ‘dat was vals’ en juist daarna gaat het vaak naturel. Ieder vindt z’n plek en voelt zich comfortabel. Ze hoeven niet door in de muziek, maar dat ze gewend zijn in de spotlights te staan, is handig voor andere situaties zoals spreekbeurten. Als jazzpianist heb ik in grote musicals meegedaan. Hier op school begeleid ik het vocale deel. Dit jaar hebben leerlingen Grease opgevoerd. Muzikaal gezien niet zo’n uitdaging, maar het was een vrolijke show en het publiek was heel enthousiast. Vooral bij ‘mijn’ eerste musical stond ik versteld van het niveau. We hebben zoveel talent, leerlingen die met gemak zo’n musical kunnen dragen.”
‘het mooiste is dat je leerlingen naar zichzelf leert kijken’
Eva Lipke, leerkracht algemeen vormende vakken op de Gooise Praktijkschool, geeft samen met een collega leerlingen inzicht in hun gedrag. “Na mijn stage voor de pabo zes jaar geleden wilde ik hier niet meer weg. Bij deze doelgroep draai je niet alleen je lesje af, je kunt kinderen op een goede manier in het leven zetten, ze begeleiden bij het opgroeien. Ze zijn heel oprecht. Als je een band met ze hebt opgebouwd, stellen ze onvoorwaardelijk vertrouwen in je. Dat is heel speciaal. We proberen leerlingen te motiveren door duidelijk te maken dat ze bepaalde kennis, klokkijken bijvoorbeeld, nodig hebben. Zodra ze dat beseffen, krijgen ze dingen vaak snel onder de knie. Voor de lessen sociale vaardigheden nemen mijn collega Casper Weismuller en ik situaties uit de praktijk. Dan doen we alsof een conflict hebben en blazen dat op tot een grote scheldpartij. Dat werkt hilarisch en zo komen we in gesprek: waar gaat het mis? Wat kun je anders doen? Je hoort de gedachtesprongen van leerlingen en gaat hun gedrag beter begrijpen. Ze willen het graag goed doen, maar weten niet hoe. Het mooiste is dat je leerlingen echt inzicht geeft in hun gedrag en naar zichzelf leert kijken. En als je buiten de les zegt: ‘Je doet het weer’ weten ze meteen wat je bedoelt.”
‘het werkt, ook in het vmbo!’
Menne Meijs, docent op De Fontein, geeft haar lessen Engels helemaal in het Engels. “Door leerlingen in de taal onder te dompelen, gaan ze zich er vertrouwd mee voelen. Dat heeft bewezen positieve effecten. Sommige leerlingen voelen zich de eerste lessen radeloos. Ze begrijpen het niet, voelen zich incompetent. Tranen! Enkele collega’s zeiden: dit is vmbo, is het nu wel verstandig… Toch heb ik voet bij stuk gehouden. Wel vraag ik leerlingen die sterk in Engels zijn, om te vertalen en verwijs ik naar het boek. Tegen het eind van het jaar doen we een dramaproject gebaseerd op een sprookje. Daar komt zo’n maf verhaal uit! Ook leerlingen die niet durven spreken, gaan dan overstag en dragen een stukje voor op het podium. Feeling voor de kinderen kwam bij mij op de eerste plaats. Omdat ik direct contact met pubers wilde, stapte ik na één jaar hbo pedagogiek over op de lerarenopleiding. Een goede band met leerlingen en een veilige sfeer in de klas zijn het belangrijkste. Dat je de leerlingen kent en zij jou. Als ik niet lekker in mijn vel zit, benoem ik dat. Of ik geef voorbeelden uit mijn eigen leven. Ik ben er trots op dat ik Engels ben blijven spreken in de klas. Aan het eind van het jaar durven alle leerlingen te praten. Het werkt dus, ook in het vmbo.”
In memoriam Op 15 oktober 2012 is Dick Rozendaal, docent Nederlands op College De Brink, na een lang ziekbed overleden. Dick was vanaf 1 maart 2007 in dienst. Hij was de grote voortrekker van de Leerpleinlessen in het lwoo. Dick is 56 jaar geworden. Bram de Groote (62), docent Horeca op College De Brink, is op 15 augustus 2013 overleden. Bram heeft 23 jaar lang met veel passie en toewijding zijn vakkennis van brood en banket overgebracht. Hij was een bijzonder betrokken onderwijsman.
17
vechtstede college • mavo • havo • vwo • 1083 leerlingen
Ontbijtje
De metamorfose van het Vechtstede College was precies op tijd klaar voor de start van het nieuwe schooljaar. “Een jaar lang hebben we verbouwd terwijl de lessen gewoon doorgingen”, zegt rector Jan Verhulst. “Drukte, rommel en soms kou:
Leerlingenraad 2.0 Docent Marc Engelen kreeg van de schoolleiding de opdracht om de leerlingenraad nieuw leven in te blazen. Begin 2013 stuurde hij een mail naar alle leerlingen. Er kwam antwoord van Bonita van Es (17, zesde leerjaar tweetalig vwo), die nu de kersverse voorzitter van de leerlingenraad is. Bonita van Es: “Ik wil me graag inzetten voor de school. Als je dingen kunt verbeteren, moet je die kans ook pakken. Daarom ben ik er altijd wel bij als ik ergens mijn mening kan laten horen.”
Hello China!
In mei 2013 reisden coördinator tweetalig vwo Amy Geerts en afdelingsleider vwo bovenbouw Arianne Klein naar China om contacten te leggen met Chinese scholen. “Wij willen wereldburgers opleiden en China heeft de toekomst”, zegt Geerts. “Leerlingen zien dat, zij zijn heel geïnteresseerd.” Geerts en Klein sloten zich aan bij een delegatie van Nederlandse scholen
iedereen heeft het verdragen, met een prachtig resultaat. Dat is wel een feestje waard!” Geheel in Vechtstede-traditie kreeg de feestelijke opening een cultureel tintje. Leerlingen, medewerkers, genodigden en sponsors werden op de eerste school-
dag tijdens een ontbijt aan lange tafels vermaakt door muzikaal en artistiek talent. Na de officiële opening van de school was het tijd voor… de lessen. Jan Verhulst: “We zijn wel Vechtstede, hè.”
Marc van Engelen: “Jezelf durven laten zien, dat past bij de school. De cultuur is hier wel zo veilig dat leerlingen zich daar niet voor schamen.” Bonita van Es: “Met vijftien leden hebben we inmiddels genoeg mensen voor de raad. Ze komen uit alle leerjaren, alleen in de mavo is het wat lastiger. Nu ben ik aan het rondvragen wat leerlingen goede thema’s vinden om te bespreken. Het nieuwe schoolbeleid over drank en drugs bijvoorbeeld. Daar is te weinig over bekend.”
Marc van Engelen: “Het moet in de leerlingenraad gaan over inspraak op de lange termijn. Er zijn hier op school wel eens klankbordgroepen van leerlingen geweest, maar daar ging het vooral over wat leerlingen op dat moment inviel en dwars zat. Dit moet structureler zijn. Ik denk dat het gaat lukken. Nu al merk ik dat ik een stap terug kan doen en dat Bonita en de anderen zelf het stokje overnemen. Dat is een mooie bijkomstigheid: je ziet leerlingen ineens echt tot hun recht komen.”
die Beijing bezocht op initiatief van het Europees Platform. Ze kwamen terug met ‘ongelooflijk enthousiasme’ over de uitwisselingsmogelijkheden: “Vooraf hadden we wat vraagtekens bij het niveau waarop Chinese leerlingen het Engels beheersen – want dat moet toch de voertaal zijn – maar dat valt 100 procent mee. En we zijn met concrete resultaten thuisgekomen. In leer-
jaar 1 en 5 gaan we komend jaar via e-mail corresponderen met Chinese scholen. We overwegen om facultatief Chinese taal en cultuur te gaan aanbieden voor leerjaar 2 tot en met 5 havo, vwo en tweetalig vwo. En misschien ligt ook leerlinguitwisseling in het verschiet, al hangt daar natuurlijk een fors prijskaartje aan.”
‘Als je dingen kunt verbeteren, moet je die kans ook pakken’
18
gooise praktijkschool
Geslaagd 2012-2013 mavo: 98% havo: 98% vwo: 89%
vechtstede college
Het Vechtstede College is een dynamische en stabiele kwaliteitsschool met onderwijs op mavo-, havo-, vwoen tweetalig vwo-niveau. Het is een school waar leerlingen met plezier naartoe gaan, zeer goede resultaten boeken, sterk kunnen zijn in moderne vreemde talen, gestimuleerd worden in hun bèta-ambitie en aansprekende culturele activiteiten ondernemen. Het Vechtstede College maakt je wereld groter!
gooise praktijkschool • praktijkonderwijs • 266 leerlingen De Gooise Praktijkschool bereidt leerlingen voor op zelfstandig functioneren in de maatschappij. Het onderwijs is gericht op gaan werken, actief burgerschap, zelfstandig wonen en vrijetijdsbesteding. De Gooise Praktijkschool heeft als motto: ‘De leerling is de maat als leren niet vanzelf gaat’. Geslaagd 2012-2013 Getuigschrift praktijkonderwijs: 33 leerlingen (100 %) Brancheopleiding horeca-assistent: 3 leerlingen (100 %) Brancheopleiding motorvoertuigentechniek: 1 leerling (100 %) AKA mbo-niveau 1: 1 leerling (100 %) AKA groene ruimte: 3 leerlingen (100 %) Certificaat veilig werken met heftruck en stapelaar: 6 leerlingen (100 %)
Inspiratiereis Big Picture In navolging van de ‘Big Picture’-scholen in Amerika werkt de Gooise Praktijkschool volgens het principe ‘One kid at a time’. Startpunt is de passie, interesse van de leerling. Iedere leerling heeft een persoonlijk leerplan. De leerkracht speelt een belangrijke rol als coach en leren vindt zoveel mogelijk in de echte wereld plaats.
In mei gingen acht leerkrachten op studiereis naar Amerika. “Heel inspirerend hoe ze kinderen die onder moeilijke omstandigheden opgroeien, tot leren krijgen”, zegt René Herrebrugh, mentor en leerkracht lichamelijke opvoeding. “Door een sterke ‘community’ te vormen, bieden ze leerlingen veiligheid.” Verder viel hem op dat
Meer duidelijkheid met leerteams De Gooise Praktijkschool werkt sinds dit jaar in leerteams. Na de fusie en de invoering van een nieuw onderwijsconcept paste de oude structuur (onder- en bovenbouwteam) niet meer. Een leerteam is verantwoordelijk voor groepen van tien tot twaalf leerlingen, die tegelijk zijn ingestroomd in het eerste leerjaar. Het team gaat drie tot vier jaar met ze mee. Leerlingen doorlopen in hun eigen tempo vijf fasen: persoonlijke oriëntatie, stagevoorbereiding, beroepsoriëntatie, uitstroom en nazorg. In de uitstroomfase gaan leerlingen over naar een team dat gespecialiseerd is in de begeleiding van
onderwijs naar werk. De leerteams overleggen met elkaar over (een deel van) het onderwijsaanbod en de leerlingbegeleiding, over stages, activiteiten voor leerlingen en oudercontacten. Taken en rollen verdelen ze onderling. Ze vormen met de leerlingen en met elkaar een leer- en leefgemeenschap. Zo’n vaste groep, is het idee, zorgt voor sterke onderlinge relaties en daarmee voor veiligheid en een goed leerklimaat. De leerteams worden aangestuurd door de teamleider die samen met de directeur de schoolleiding vormt. Het onderwijsondersteunend personeel vormt een eigen leerteam.
Enthousiast over keuzekamp In leerjaar 2, 3 en 4 gaan leerlingen drie dagen op kamp: een ‘water’-kamp in Friesland, thuis slapen en activiteiten doen rond Hilversum of een driedaagse in de Ardennen. Han Hazelaar (14): “Mijn broer zei dat de Ardennen leuk was, dus koos ik
dat. Mountainbiken was leuk, je krijgt niet elke dag de kans om je zo vies te maken. Met raften gaf de begeleider met een peddel de richting aan en wij moesten met z’n allen tegelijk peddelen. Dat ging best goed. En het abseilen deden we niet van een
leerkrachten heel goed konden verwoorden hoe ze de dingen doen en waarom, en hoe gestructureerd ze de coaching aanpakken. “Hun leerlingen stellen eigen doelen, maken zelf een dag- en een weekplanning en worden daar op gecoacht. Daar kunnen wij van leren.”
Mensen waren al snel aan de leerteams gewend, vertelt directeur Erna van Dijk. Ze vinden de nieuwe werkwijze prettig, omdat die duidelijkheid schept over wie waarvoor aanspreekbaar en verantwoordelijk is. Dat geeft rust in de organisatie. In de toekomst zullen de leerteams zich ontwikkelen tot samenwerkende teams en, binnen de koers van de school als geheel, meer verantwoordelijkheid krijgen voor de dagelijkse onderwijspraktijk. Organisatie, werkwijze en onderlinge afstemming worden deels al doende doorontwikkeld.
vlakke muur, zoals hier, maar van de rotsen. Voor kampvuur was het te nat. Volgend jaar kies ik weer voor de Ardennen, omdat het zo’n succes was.”
‘Startpunt is de passie van de leerling’ 19
School
= samen
Onderwijs is geen soloproductie. Docenten, leerlingen, ouders, praktijkopleiders: op weg naar het diploma hebben ze elkaar dag in dag uit nodig.
Frank Joop en Peter Nelissen
Jan de Kock en Paul Spelde
De teamleider & de voorzitter De trainer & de cursist van de ouderraad Om ouders meer invloed te geven, bedacht het A. Roland Holst College het ouderpanel. Een teamleider gaat over een thema in gesprek met de contactouders van alle klassen die in zijn team vallen. Teamleider bovenbouw havo Frank Joop (FJ) heeft twee panelgesprekken achter de rug. Hij wisselt ervaringen uit met voorzitter van de ouderraad Peter Nelissen (PN).
FJ: “Ik was verrast te merken hoe ouders staan te popelen om iets voor de school te betekenen. Ook zitten er tussen ‘mijn’ ouders mensen met interessante deskundigheden waar ik geen weet van had.” PN: “Ouders denken zeker graag mee, maar wel op voorwaarde dat er iets mee gebeurt. Daarom is bij elk panel een ouderraadslid aanwezig. Die kan de follow-up na afloop bewaken.” FJ: “Vooraf was ik onzeker over de uitkomst. Als teamleider voer ik met ouders vooral de lastige gesprekken. Dus dacht ik nu ook: ouders, o jee… Maar als je ouders treft die verder kijken dan het belang van hun kind, kom je in een dialoog veel te weten.” PN: “Het helpt dat we werken met thema’s. Dan stijg je boven het persoonlijke uit. Alleen moet het gesprek ook weer niet gaan zweven. Je moet grote onderwerpen concreet maken.” FJ: “En je moet het gemeenschappelijke willen zoeken. Ook al gaat het school en ouders allebei om de leerling, toch voelt het soms als een ander belang. Dat moet je aan de kant zetten en samen zoeken naar wat er kan.”
20
Ervaren docent Jan de Kock (JK) van het Vechtstede College verzorgt aan de GSF Academie de training Praktisch Lesgeven. Beginnende docenten krijgen handvatten om een werkbare orde in de klas te krijgen. Docent Paul Spelde (PS) van De Fontein was een van de deelnemers.
PS: “De simulaties die we deden, waren heel leerzaam. Ik heb nu verschillende opties om een lastige groep stil te krijgen.” JK: “In zo’n simulatie pas je meteen de theorie toe en je krijgt heel direct te horen wat anderen waarnemen.” PS: “Dat is af en toe best pittig.” JK: “Je zoekt naar iets dat je nog nooit eerder hebt gedaan. Dat is confronterend.” PS: “Ik was te lang bezig met leerlingen op hun gemak stellen. Eerst liet ik alles gebeuren en dan ging ik er als een stoomwals overheen.” JK: “Hij wist best hoe hij zijn lessen wilde hebben, alleen moest hij dat de leerlingen nog duidelijk maken.” PS: “Nu is mijn doel de kids zo snel mogelijk in de leerstand te krijgen. Petjes af, tassen van tafel, stoelen aanschuiven. Ik weet welke houding ik van ze verwacht en dat snappen ze.” JK: “Eigenheid is belangrijk. Pauls aanpak is jongensachtig, met een grapje, en hij staat nu nog opener voor de klas.” PS: “Mooi dat collega’s op deze manier hun kennis delen.” JK: “Samen weten we veel en dat kunnen we aan elkaar doorgeven.”
Sharina Passaro en Carla van den Heuvel
De leerling & de praktijkopleider Sharina Passaro (14, leerjaar 3 zorg & welzijn) (SP) van het Casparus College liep een week lang maatschappelijke stage bij verzorgingshuis Amaris De Kuijer in Nederhorst den Berg. Carla van den Heuvel (CH) is daar praktijkopleider.
SP: “In het verzorgingshuis was het heel anders dan ik had verwacht. Minder saai: er is een heel activiteitenschema waar de ouderen uit kunnen kiezen. Ik liep elke dag met iemand anders mee. Koffie rondbrengen. Spelletjes spelen. Als je een praatje met de mensen maakte, vertelden ze over het verleden.” CH: “’Oudere mensen kunnen ons veel leren.’ Dat hoor ik vaak als ik na afloop vraag hoe de leerlingen het gevonden hebben.” SP: “Er was een vrouw die ik best lief vond, daar ging ik elke dag even kijken en dan maakte ik een broodje voor haar.” CH: “Leerlingen hebben vaak niks met ouderen als ze hier binnenkomen. Maar in zo’n week zie je dat ze leuk met de bewoners overweg kunnen. Het is een wisselwerking: de ouderen zijn er ook op gesteld om jonge mensen te ontmoeten. Ook voor ons is het dus de moeite waard.” SP: “Ik denk niet dat ik later met ouderen ga werken. Maar het was wel leuk om te zien hoe het is.” CH: “De meesten kiezen een andere richting, maar we hopen dat er een paar tussen zitten die enthousiast worden om het vak in te gaan. Of misschien melden ze zich nog eens als vrijwilliger.”
Luuk van Loon en Erik-Jan van Halewijn
Kim van Kesteren en Mieke Onderstal
De docent & de leerling De collega’s op het leerplein Luuk van Loon (LL) verzorgt lessen Cambridge Engels op SG Huizermaat. Erik-Jan van Halewijn uit 4 vwo (EH) is een enthousiaste deelnemer.
EH: “Engels vind ik belangrijk, omdat ik later veel wil reizen en internationaal werken. De wereld is zo groot. Waarom zou je in een dorp blijven?” LL: “Het ´advanced´ certificaat is een heel goede aanvulling op je cv. Tot veel buitenlandse universiteiten geeft het direct toegang, zonder dat je een taaltoets hoeft te doen.” EH: “De lesstof is veel beter, vind ik, omdat die in Cambridge is ontwikkeld. Je moet echt opletten, anders snap je het niet.” LL: “Bijzonder is dat wij Cambridge Engels schoolbreed aanbieden, voor mavo, havo en vwo. Het leuke is: al deze leerlingen ontstijgen het niveau, dus als ik praat, hoef ik over mijn taalniveau niet na te denken.” EH: “Thuis oefen ik op oude Cambridgeexamens. De gewone lessen vind ik nu veel makkelijker. Daarvoor heb ik nooit huiswerk, want ik heb alles al af.” LL: “Cambridge is een programma waarin je specifieke vaardigheden traint. Voor mij is het een uitdaging de lessen dynamisch te houden.” EH: “Ik vind het veel educatiever dan normale lessen. Je leert meer, het Engels is bovengemiddeld.” LL: “Wat me verbaast, is dat leerlingen trouw twee middagen tot kwart voor vijf naar school komen.” EH: “Het grote verschil is dat je het vrijwillig doet, je doet het voor jezelf.”
Mieke Onderstal (MO) en Kim van Kesteren (KK) werken samen op het leerplein van leerjaar 1 en 2 leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) bij College De Brink. Vijf uur per week maken de leerlingen daar opdrachten voor Nederlands, Engels, wiskunde, biologie en mens & maatschappij.
MO: “Er zijn voor deze vakken ook ‘gewone’ lessen, maar op het leerplein moeten de leerlingen zelfstandig werken, plannen, zelf keuzes maken. Straks in de bovenbouw moeten ze dat kunnen. We horen trouwens goede berichten van de docenten daar: ‘leerlingen pakken hun spullen, ze gaan zelf aan het werk’. Het werkt!” KK: “We staan als docenten altijd met zijn drieën op het leerplein. Zelf vind ik het erg leuk. Je kunt even sparren, en afspraken maken: als ik dit groepje help, houd jij dan orde. Eigenlijk loopt het vanzelf.” MO: “Dat komt ook wel doordat we vooraf veel aandacht aan de samenwerking hebben besteed. Komt er een nieuwe collega, dan is het even aftasten, maar je raakt snel weer op elkaar ingespeeld.” KK: “Al doende leer je bijvoorbeeld dat je je er niet in moet mengen als er iets speelt tussen een collega en een leerling. En dat ieder zijn eigen stijl heeft. Mijn ene collega legt alles eerst helemaal uit, terwijl leerlingen bij mij soms verbaasd zeggen: ‘o, zijn we al begonnen?’”
MO: “Zonder de onderwijsassistenten zou het trouwens niet lukken. De docenten wisselen, maar zij zijn er altijd. Door hun hand- en spandiensten kunnen wij ons op het onderwijskundige proces concentreren.” KK: “Goed kunnen coachen is op het leerplein wel belangrijk” MO: “En flexibel zijn, dat ook.”
21
&
cijfers
“Wie puur naar onze resultaten kijkt, ziet dat we in 2012 een bedrag van € 1,4 miljoen overhouden. Prachtig, zou je zeggen. Maar dan komt wel de vraag: waar waren de bezuinigingen op een aantal GSFscholen dan voor nodig? Dat wil ik graag toelichten. We hebben die 1,4 miljoen niet ‘overgehouden’ op onze lopende begroting. Verreweg het grootste deel bestaat uit incidentele inkomsten, waaronder een winst van ruim 300.000 euro op de verkoop van een conciërgewoning. Ook hebben we enkele onverwachte meevallers in de bekostiging gehad (soms zelfs met terugwerkende kracht). Een deel van de meevallers zal door het Rijk in 2013 alweer worden teruggehaald met bezuinigingen. Daarmee is de € 1,4 miljoen geen structureel gegeven. Dit is overigens iets waar veel schoolbesturen dit jaar mee te maken hebben. De echte vraag is dus: hoe staat de GSF er financieel voor als we die 1,4 miljoen buiten beschouwing laten? Ook dan is het antwoord: ‘heel goed’. Alle bedrijfseconomische graadmeters wijzen uit dat de GSF gezond is. Dat is een mooie conclusie in deze tijd van economische tegenwind. Daarmee is nog niet de vraag beantwoord waarom een aantal scholen dit jaar moest bezuinigen, sommige zelfs flink. De reden daarvoor ligt in ons uitgangspunt dat elke school de eigen broek moet kunnen ophouden. Lukt dat even niet, dan zijn we onderling solidair en houden we elkaars broek een tijdje op. Die solidariteit is natuurlijk goed, maar elkaars broek
De Gooise Scholen Federatie heeft een heel goed jaar achter de rug. Mark de Haas, lid van het College van Bestuur, licht de belangrijkste feiten & cijfers toe.
Onderwijs ‘uitstekende prestaties’
Mark de Haas: “Op onderwijsgebied heeft de Gooise Scholen Federatie op alle vlakken een uitstekend jaar achter de rug. We zijn buitengewoon tevreden over de resultaten die onze scholen het afgelopen jaar hebben behaald. En als ik zeg: onze scholen, dan bedoel ik natuurlijk vooral leerlingen en medewerkers. Het is inspirerend om onder meer in dit magazine te zien hoe betekenisvol onderwijs leidt tot bijzondere prestaties. De resultaten onderstrepen dit beeld. Alle afdelingen op al onze scholen ‘staan op groen’ zoals dat heet: de inspectie heeft vertrouwen in de kwaliteit en houdt alleen basistoezicht. Dat is een hele prestatie. We hebben zelfs een excellente school in onze gelederen: de afdeling vwo van het Goois Lyceum. Er zijn op onze scholen ook meer leerlingen geslaagd dan vorig jaar, en dat terwijl de exameneisen opnieuw zijn aangescherpt. Verder was het verschil tussen de gemiddelde cijfers voor het schoolexamen en het centraal examen kleiner dan voorgaande jaren. Dat wil zeggen dat de zwaarte van de schoolexamens goed past bij die van de centrale examens. Over de hele linie hebben zich bij onze scholen ook nog eens meer leerlingen aangemeld dan ooit tevoren. En tot slot nog een belangrijk gegeven: ouders en leerlingen zijn tevreden over ons onderwijs.”
vm
lleg
waardering in cijfers van 1 tot 10
tevredenheid leerlingen tevredenheid ouders
TEVREDEN? hoe tevreden zijn leerlingen en ouders
Op de scholen van de GSF werken medewerkers met plezier en presteren de leerlingen uitstekend
5,5% 5% 4,5% 4% 3,5%
verzuim landelijk
13
12
12 / 20 20
11 / 20 20
/20
11
verzuim gsf
10
verzuim in %
t eD eB Ca rin sp k ar u sC Ve olle ch ge tst ed eC Go olle ois ge eP r akt A. ijks Ro ch lan oo dH l ols tC olle g
aa rm
landelijk gemiddelde 6,7 landelijk gemiddelde 7,2
vw
GESLAAGD?
Co
Hu
ize
Lyc e SG
ois
Go
De
8,0 7,0 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0
percentage geslaagden
gsf 2011/2012
gsf 2012/2013
landelijk 2011/2012
100% 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
o
gsf 2011/2012
gsf 2012/2013
landelijk 2011/2012
vo
gsf 2011/2012
ha
bo
-t/
gl
gsf 2012/2013
landelijk 2011/2012
gsf 2011/2012
gsf 2012/2013
landelijk 2011/2012
bo
-k
gsf 2011/2012
vm
bo
-b
gsf 2012/2013
landelijk 2011/2012
Fo n
tei
n
um
e
Verzuim
bedragen x 1.000
vm
blijven ophouden is niet de bedoeling. Ook al begrijpen we waardoor de ene school het moeilijker heeft dan de andere, elke school moet het eigen huishoudboekje op orde krijgen. Natuurlijk proberen we in deze tijd van teruglopende overheidsbekostiging wel zo veel mogelijk te besparen. Dat doen we door gezamenlijke inkoop, energiebesparende maatregelen en collectieve, goed gestructureerde aanbestedingen. Toch kan het niet anders dan dat ook bij het personeel bezuinigingen voelbaar worden. In dit verband is het ook goed te weten dat de GSF geen onnodige reserves wil aanhouden. We zijn voorzichtig en willen voldoende reserves hebben om de voortgang van het onderwijs ook bij een samenloop van ongewenste omstandigheden op al onze scholen te kunnen garanderen. Maar hoeveel is ‘voldoende’? Dat hebben we laten uitrekenen. Alle risico’s zijn met een bijbehorend financieel plaatje in kaart gebracht. We hebben vervolgens berekend hoe groot onze vermogenspositie moet zijn, als deze risico’s zich zouden voordoen. Dat noemen we ons weerstandvermogen. De reservepositie van de GSF is op dit moment hoger dan dit weerstandvermogen. Uit dat extra vermogen willen we de komende jaren gaan investeren in onderwijskwaliteit, ICT, huisvesting, en ondersteuning voor innovatieprojecten. Want geld dat we krijgen voor onderwijs, wenden we ook daarvoor aan. Maar dit kan natuurlijk alleen als ons meerjarenperspectief dit toestaat!”
‘zonder meer tevreden’
“Kijkend naar de mooie resultaten kun je zeggen dat onze medewerkers eer van hun werk hebben. Bij de GSF vragen we veel van onze mensen. En onze mensen zijn ook bereid om hard te werken, omdat ze een enorme betrokkenheid hebben. Op een enquête naar medewerkerstevredenheid kwam dit jaar een respons van meer dan 75%, dat is ongekend hoog. En de uitkomsten zijn zeer positief. 95% van de medewerkers is trots op hun school. Meer dan 90% voelt zich prettig in zijn werk. Meer dan 90% is tevreden over de invulling van zijn eigen functie. En bijna 100% is tevreden over de samenwerking met collega’s. Een vergelijkbare enquête drie jaar geleden liet al mooie uitkomsten zien, maar die scores zijn nu zelfs nog verbeterd (bij een ook nog eens hogere respons). Natuurlijk zijn er ook wel aandachtspunten. Het ziekteverzuim is vergeleken met het landelijk gemiddelde nog steeds laag, maar wel iets hoger dan vorig jaar. En ook de werkdruk wordt vaker als hoog ervaren dan drie jaar geleden. Deels komt dat denk ik voort uit die enorme betrokkenheid. Onze medewerkers willen hun werk graag heel goed doen. Maar dit thema is ook voor ons een punt van aandacht. Een ander verbeterpunt is dat de samenwerking met GSF-collega’s buiten de eigen school nog in de kinderschoenen staat. En dat de ICT-voorzieningen te wensen over laten. Daarin gaan we zoals gezegd investeren.”
Balans per 31 december Exploitatierekening
percentage geslaagde leerlingen
22
Personeel
‘bestand tegen tegenwind’
20
Feiten
Financiën
2012 2011
2012 2011
vaste activa baten materiële vaste activa 5.743 5.970 rijksvergoedingen ocw 49.999 48.451 financiële vaste activa 3.476 3.475 overige rijksbijdragen 495 671 overige baten 2.654 2.471 vlottende activa totaal baten 53.148 51.593 vorderingen 1.424 1.457 liquide middelen 8.416 6.420 lasten personeelslasten 41.908 40.756 totaal activa 19.059 17.322 afschrijvingen 1.240 1.193 huisvestingslasten 1.834 2.612 passiva overige lasten 6.998 7.129 eigen vermogen 9.548 8.140 totaal lasten 51.980 51.690 voorzieningen 3.000 2.679 kortlopende schulden 6.511 6.503 saldo baten en lasten 1.168 97 totaal passiva 19.059 17.322 totaal financiële baten 243 316 totaal financiële lasten 3 13 saldo financiële baten en lasten 240 303 resultaat 1.408 206
Financiële positie
norm
gsf 2012 gsf 2011
solvabiliteit > 20% 66% 62% liquiditeit 0,5 - 1,5 1,51 1,21 rentabiliteit 0 - 5% 2,64% 0,40%
gsf 2010 52% 1,11 0,78%
23
Kom kennismaken met de scholen van de Gooise Scholen Federatie!
1
2
3
4
Casparus College Directeur: de heer drs. P.R. Blonk Talmastraat 40 1381 NE Weesp 0294 80 52 00
[email protected] • open dag voor ouders en leerlingen: za 18 jan, 12.00-15.00 uur • activiteitenmiddag nieuwe leerlingen: wo 22 jan, 15.00-19.00 uur • informatieavond GSF Junior Mavo & Sportklas: do 30 jan, 19.30 uur
Vechtstede College Rector: de heer drs. J.W. Verhulst Bezoekadres: Amstellandlaan 1A, 1382 CD Weesp Postadres: Postbus 211, 1380 AE Weesp 0294 80 52 50
[email protected] • open huis voor ouders en leerlingen: vr 10 jan, 16.00-21.00 uur • informatieavond tweetalig vwo voor ouders en leerlingen: wo 15 jan, 19.30-21.30 uur • presentatie en rondleiding voor ouders en leerlingen: wo 19 feb, 13.00-14.15 uur • minilessen voor leerlingen: wo 19 feb, 14.35-16.05 uur
SG Huizermaat Rector: de heer drs. J.J. Doove Monnickskamp 7 1273 JP Huizen 035 528 70 21
[email protected] • voorlichtingsavond TALENT voor ouders van meer- en hoogbegaafde leerlingen: 6 nov 2013, 20.00 uur • open dag voor ouders en leerlingen: za 25 jan,10.00-13.00 uur • TALENT-dag voor meer- en hoogbegaafde leerlingen: ma 3 feb, 9.00-14.00 uur • open lesmiddag voor leerlingen: wo 5 feb, 14.00-16.00 uur • informatie-avond voor ouders: do 6 feb, 20.00 uur
Goois Lyceum Rector: de heer drs. H. Lenselink Vossiuslaan 2A 1401 RT Bussum 035 693 32 94
[email protected] • informatieavond voor ouders: di 28 jan, 19.00-22.00 uur • open dag voor ouders en leerlingen: za 1 feb, 10.30-14.00 uur • kennismakingslessen voor leerlingen groep 8 wo 12 feb, 14.00 uur
10 A. Roland Holst College Rector: de heer J. Smolenaars Bezoekadres: Jonkerweg 31, 1217 PM Hilversum Postadres: Postbus 555, 1200 AN Hilversum 035 624 78 63
[email protected] • open avond voor ouders en leerlingen (gebouwen Jonkerweg en Schuttersweg): vr 10 jan, 19.00-21.00 uur • open dag voor ouders en leerlingen (gebouwen Jonkerweg en Schuttersweg): za 11 jan, 10.00-14.00 uur • informatieavond voor ouders: wo 15 jan, 19.30-21.30 uur • kennismakingslessen voor leerlingen groep 8: wo 5 feb, 14.15-16.15 uur
Diemen
Amsterdam Z.O.
21
Muiderberg
Weesp Naarden
4 56
Bussum
‘s-Graveland
10 9
Huizen
3
24
College van Bestuur (CvB) en Onderwijs Ondersteunende Dienst Voorzitter CvB: de heer drs. C.J. Elsinga Lid CvB: de heer drs. M.G.M. de Haas Bezoekadres: Burgemeester de Bordesstraat 82, 1404 GZ Bussum Postadres: Postbus 50, 1400 AB Bussum 035 692 67 00
[email protected]
Blaricum
78
Laren
Eemnes
Hilversum Loosdrecht
5
6 De Fontein Directeur: de heer A. Nagel Aagje Dekenlaan 2 1403 HH Bussum 035 692 76 76
[email protected] • open dag voor ouders en leerlingen: za 25 jan, 10.00-14.00 uur • voorlichtingsavond voor ouders: wo 29 jan, 19.00-21.00 uur • proeflessen voor leerlingen: wo 5 feb, 13.30-15.30 uur en wo 19 feb, 13.30-15.30 uur
9
8
7
Gooise Praktijkschool Directeur: mevrouw E.M. van Dijk Laapersboog 5 1213 VC Hilversum T 035 626 40 40 E
[email protected] • open dag voor ouders en leerlingen: wo 5 feb, 15.30-19.30 uur
ISK Het Gooi Directeur: de heer R. Kok Bezoekadres: Kerklaan 6, 1251 JT Laren Postadres: Postbus 171, 1250 AD Laren 035 692 00 95
[email protected]
College De Brink Directeur: de heer R. Kok Bezoekadres: Kerklaan 6, 1251 JT Laren Postadres: Postbus 171, 1250 AD Laren 035 539 92 99
[email protected] • voorlichtingsavond ouders groep 8: di 14 jan, 19.30-21.00 uur • open huis voor ouders en leerlingen: wo 22 jan, 15.00-21.00 uur