JAARSTUKKEN 2013
Gemeente Schiedam
Inhoudsopgave Voorwoord 3 Inleiding 5 Kerngegevens 11 Jaarverslag I Programmaverantwoording 13 • Bestuur en dienstverlening 14 • Ruimtelijke ontwikkeling 24 • Sociale infrastructuur 36 • Stadseconomie 58 • Veiligheid 70 • Woonmilieu 78 • Financiën 90 • Wijkontwikkeling 94 II Paragrafen 101 • Bedrijfsvoering 102 • Financiering 104 • Grondbeleid 108 • Lokale heffingen 110 • Onderhoud kapitaalgoederen 114 • Verbonden partijen 120 • Weerstandsvermogen 128 • Stedenbeleid 135 • Investeringsplannen 138 • Verstrekte subsidies 144 III Interbestuurlijk toezicht • Staat van de gemeente
147 148
Jaarrekening IV Programmarekening en toelichting • Per programma de realisatie van de baten en lasten en saldo • Overzicht van de algemene dekkingsmiddelen • Resultaat incidentele baten en lasten • Analyse afwijkingen tussen begroting na wijziging en de rekening • Wet Normering Topinkomens • Mutaties onvoorzien V Balans en toelichting • Balans • Toelichting op de balans • Toelichting op de reserves en voorzieningen • Borg- en garantstellingen • Overzicht actieve en inactieve bouwgrondexploitaties
151 152 153 154 157 159 160 161 162 164 178 198 206
VI Overige gegevens • Overzicht van gerealiseerde baten en lasten per product • Verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen (SiSa)
209
VII Bijlagen • Afkortingenlijst
219 220
210 212
PROGRAMMAREKENING
1
Voorwoord
PROGRAMMAREKENING
3
Voorwoord De Jaarstukken 2013 markeren naast de verantwoording over 2013 tevens de afsluiting van het collegewerkprogramma 20102014 van het vorige college. In het verslagjaar is verder gebouwd aan een krachtige stad. Dat is een zaak van de lange adem en van doorzettingsvermogen. Op economisch gebied zijn wel lichtpuntjes zichtbaar, maar het herstel heeft in 2013 nog niet doorgezet. De heroverwegingsvoorstellen uit de begroting 2013 zijn gerealiseerd en hebben bijgedragen om tegenvallers op te vangen. Om verder te bouwen aan de stad tegen de achtergrond van bezuinigingen, is in de begroting 2013 focus aangebracht in de beleidsinzet aan de hand van drie dragers, namelijk: maatwerk in het sociaal-economische domein, benutten kansen stedelijke herontwikkeling (A4) en Schiedam als historische stadskern. In 2013 is de lastenverhoging voor burgers en bedrijven beperkt gebleven en is volop gewerkt aan de voorbereidingen voor de drie decentralisaties in het sociale domein. De stijging van het aantal mensen met een uitkering is beperkt gebleven. Schiedam is in beweging gekomen door kaders vast te stellen voor de herontwikkeling van sportterreinen en woninglocaties. En veel aandacht ging uit naar de historische stadskern. Zo is de entree van het Stedelijk Museum vernieuwd en is ‘het gele pand’ (Hoogstraat 85) een plaats voor initiatieven voor en door Schiedammers geworden. Daarnaast zijn initiatieven genomen om leegstand te bestrijden en zijn de eerste stappen gezet voor herontwikkeling van diverse locaties. De doorontwikkeling van de gemeentelijke organisatie naar een slankere en slagvaardigere gemeente heeft in 2013 verder gestalte gekregen. De samenwerking met vooral de gemeenten Vlaardingen en Maassluis is geïntensiveerd. De intentieverklaring om samen met de Waterweggemeenten te komen tot een geïntegreerd participatiebedrijf Stroomopwaarts is in dat verband een grote stap vooruit. Daarnaast is de voorbereiding gestart van de outsourcing van een aantal gemeentelijke uitvoeringstaken. Elke stap in dit proces wordt genomen met de nodige zorgvuldigheid voor de betrokken medewerkers. Een blijk van waardering voor deze medewerkers is op zijn plaats. Zij hebben - bovenop hun reguliere werkzaamheden - in 2013 flexibiliteit en inzet getoond om die omslag te realiseren, die van hen werd gevraagd. Het weerstandsvermogen van de gemeente is verder versterkt door het instellen van een risicoreserve. Over 2013 heeft de accountant een goedkeurende verklaring afgegeven. Schiedam sluit het jaar 2013 af met een voordeel van € 6,2 miljoen. De financiële positie van Schiedam is verder versterkt, zodat eventuele toekomstige tegenvallers kunnen worden opgevangen. De kracht van Schiedam blijkt ook op andere terreinen. Zo is de Koemarkt/Vromlocatie ingebracht in de ontwerpwedstrijd Europan 12, een internationale ideeënprijsvraag voor jonge ruimtelijke ontwerpers. In 2013 is de eerste paal geslagen voor het kindcentrum De Taaltuin/Ababil en is de eerste steen gelegd voor het nieuwe kindcentrum De Wieken. Het Maasboulevardfeest kende zijn 25-jarig jubileum en de Schiedam-tulp werd gepresenteerd. Deze bloem in de vorm van een jeneverglas is inmiddels overal in de stad te bewonderen. In het kader van het thema WINDKRACHT 13 hebben bewoners, ondernemers en de gemeente Schiedam in 2013 de krachten gebundeld, onder andere met het burgerplatform duurzame energie. Schiedam heeft op vele fronten laten zien wat de stad waard is, nu en in de toekomst. Het is nu zaak om koers te houden. Schiedam mei 2014 Het college van burgemeester en wethouders.
4
Inleiding
PROGRAMMAREKENING
5
Inleiding Voor u liggen de Jaarstukken 2013 van de gemeente Schiedam, waarin het college aan de raad verantwoording aflegt over het gevoerde beleid in 2013. Met de behandeling en goedkeuring door de raad verleent de raad decharge aan het college voor het gevoerde beleid in 2013. De Jaarstukken 2013 zijn naast de verantwoording over 2013 tevens het sluitstuk van de collegeperiode 2010-2014. Het collegewerkprogramma voor deze periode bestond uit een tiental strategische lijnen, 49 prestatiedoelstellingen en 164 activiteiten. De doelstellingen en activiteiten zijn voor het overgrote deel gerealiseerd. In de bestuursrapportage 2013 is hierover een uitgebreide voortgangsrapportage opgenomen. In de programmabegroting 2013 is vervolgens focus aangebracht in de beleidsinzet aan de hand van drie dragers: • Maatwerk leveren in het sociaal economische domein • Benutten van kansen voor stedelijke herontwikkeling (A4) • Schiedam positioneren als dé historische stadskern in de regio Rotterdam-Rijnmond. De drie dragers hangen onderling samen en zijn nauw verbonden met de uitgangspunten van sociale stijging van de Schiedammers en het binden van Schiedammers aan de stad. Daarbij wordt nadrukkelijk vermeld, dat de ontwikkelingen in de maatschappij ook andere eisen stelt aan de gemeente. We hebben in 2013 een begin gemaakt met een ingewikkelde operatie, waarbij van zowel de burger, het bestuur en de ambtelijke organisatie een omslag in denken en werken is vereist. Daarbij spelen de samenwerking met andere gemeentes en economische ontwikkelingen een grote rol. In het jaarverslag 2013 wordt per programma aangegeven wat we in 2013 hebben bereikt. De Jaarstukken 2013 zijn wederom bondiger dan vorig jaar. Door de essentie weer te geven en de programmateksten en paragrafen in te korten is de leesbaarheid en toegankelijkheid van de Jaarstukken verbeterd. De Programmabegroting 2013 is – zoals voorgeschreven, zowel wat betreft inhoud als presentatie, het uitgangspunt geweest voor de opstelling van de Jaarstukken 2013. De Jaarstukken 2013 bestaan uit twee delen. Het eerste deel is het jaarverslag, dat met name beleidsmatig van aard is. Het tweede deel is de jaarrekening, dat de financiële situatie per 31 december 2013 weergeeft.
6
Jaarverslag Programma’s In deel I van het jaarverslag wordt een verantwoording gegeven over de programma’s uit de beleidsbegroting. Hoewel deze vragen niet specifiek voorkomen, is bij de opzet van de teksten uitgegaan van de vragen: • Wat wilden we bereiken? • Wat hebben we daarvoor gedaan? • Wat heeft het gekost? Daarnaast worden de financiële afwijkingen tussen de gewijzigde begroting en de realisatie in ieder programma toegelicht. Deze toelichting is gericht op de belangrijkste afwijkingen van zowel de baten als de lasten. Bovendien bevat iedere programmatekst een overzicht van het totaal van de baten en de lasten van de producten in het betreffende programma. Paragrafen In de paragrafen komen de onderwerpen aan de orde die van belang zijn om inzicht te krijgen in de bedrijfsvoering en de financiële positie van de gemeente Schiedam. Ze geven op verschillende terreinen een dwarsdoorsnede uit de Jaarstukken. De nadruk ligt op de belangrijke beheerprocessen en het beleid dat daaraan ten grondslag ligt. Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) schrijft gemeenten voor welke paragrafen verplicht zijn en welke elementen minimaal aan bod moeten komen. Aanvullend op de verplichte paragrafen heeft het college drie extra paragrafen opgenomen te weten Stedenbeleid, Investeringsplannen en Verstrekte subsidies. Jaarrekening De Gemeentewet en de Provinciewet schrijven onder andere voor dat elke gemeente jaarlijks verantwoordingsstukken moet opstellen. Het BBV bevat de regelgeving daarvoor. In het BBV is opgenomen dat er een commissie voor het Besluit begroting en verantwoording (commissie BBV) is met als taak zorg te dragen voor een eenduidige uitvoering en toepassing van het BBV. Dit doet zij ondermeer door het beantwoorden van praktijkvragen en het uitbrengen van richtinggevende notities, waarin aanbevelingen en stellige uitspraken worden gedaan. De jaarrekening is samengesteld op grond van de betreffende artikelen uit het Besluit Begroting en Verantwoording en de notities van de commissie BBV.
Het jaarrekeningresultaat over 2013 vòòr bestemming bedraagt € 15,5 miljoen voordelig. Een aantal uitgaven en ontvangsten worden verrekend met Baten en lasten per programma (bedragen x € 1.000)
reserves. De verrekening met de reserves is per saldo € 9,3 miljoen. Het resultaat na bestemming bedraagt hierdoor € 6,2 miljoen voordelig. Rekening 2013 Lasten
Baten
Saldo
15.108
1.353
-13.754
Resultaat voor bestemming Bestuur en dienstverlening Ruimtelijke ontwikkeling Sociale infrastructuur Stadseconomie
22.987
4.842
-18.145
134.260
86.494
-47.766
42.551
40.615
-1.936
Veiligheid
10.232
179
-10.053
Woonmilieu
31.239
22.828
-8.411
6.809
8.470
1.660
Financiën Wijkontwikkeling Subtotaal programma’s Incidentele baten en lasten van de dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Totaal resultaat voor bestemming
2.770
28
-2.742
265.956
164.808
-101.148
6.927
2.094
-4.833
0
121.499
121.499
272.883
288.401
15.518
Mutaties reserves Bestuur en dienstverlening
829
904
75
3.726
3.129
-597
11.791
5.454
-6.337
1.556
896
-661
0
837
837
Woonmilieu
8.824
7.259
-1.564
Financiën
8.764
7.556
-1.209
81
271
190
35.571
26.305
-9.266
15.937
2.257
-13.680
Ruimtelijke ontwikkeling Sociale infrastructuur Stadseconomie Veiligheid
Wijkontwikkeling Totaal mutaties reserve Resultaat na bestemming Bestuur en dienstverlening Ruimtelijke ontwikkeling
26.714
7.971
-18.742
146.051
91.948
-54.103
Stadseconomie
44.107
41.510
-2.597
Veiligheid
10.232
1.016
-9.216 -9.975
Sociale infrastructuur
Woonmilieu
40.062
30.087
Financiën
15.574
16.025
451
2.851
299
-2.552
301.527
191.113
-110.414
6.927
2.094
-4.833
0
121.499
121.499
308.454
314.706
6.252
Wijkontwikkeling Subtotaal programma’s Incidentele baten en lasten van de dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Totaal resultaat na bestemming
Dit resultaat is voor een deel reeds begroot, zodat een afwijking ten opzichte van de begroting is ontstaan, die beperkter is van omvang. Een globale analyse van het resultaat wordt
verderop in deze inleiding gegeven. Per programma is een analyse opgenomen van de belangrijkste verschillen tussen de begroting en de uiteindelijke realisatie.
PROGRAMMAREKENING
7
Financieel resultaat 2013 Begroting 2013 na wijziging
(Bedragen x € 1 miljoen)
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
Lasten
262.131
272.883
-10.752
Baten
269.477
288.401
18.924
Resultaat voor bestemming
7.345
15.518
8.173
Toevoeging aan reserves
20.840
35.571
-14.732
Onttrekking aan reserves
15.937
26.305
10.368
saldo reservemutaties
-4.903
-9.266
-4.363
2.442
6.252
3.809
Resultaat na bestemming
Het resultaat na bestemming is vrij besteedbaar voor de gemeente. Hierbij is geen rekening gehouden met mogelijke budgetoverheveling van 2013 naar 2014. De raad kan immers besluiten om incidentele budgetten die in 2013 beschikbaar waren, maar in 2013 nog niet tot besteding zijn gekomen, beschikbaar te stellen voor 2014. Bij de vaststelling van de Jaarstukken 2013 stelt de raad vast hoe het resultaat wordt bestemd. De bedragen in de programmarekening zijn weergegeven in € 1.000, tenzij anders aangegeven. Wanneer bij bedragen in tabellen een ‘-‘ teken wordt gebruikt is sprake van een nadeel, namelijk een hogere last of een lagere baat. Het gerealiseerde resultaat na bestemming (€ 6,2 miljoen) is ten opzichte van het begrote resultaat na bestemming (€ 2,2 miljoen) toegenomen met € 3,8 miljoen. Dit is als volgt te verklaren: Begroot resultaat 2013
2,4
Rekening resultaat 2013
6,2
Toename resultaat
3,8
Verklaring toename: Extra opbrengsten
+
2,9
Vrijval voorziening
+
1,4
Lagere lasten
+
5,3
Hogere lasten
-
6,4
Totaal
8
3,2
De grootste afwijkingen die geleid hebben tot het extra resultaat vòòr bestemming van € 3,8 miljoen, zijn: Extra opbrengsten Programma Sociale Infrastructuur
Teruggave btw Participatiebudget
€ 0,961
Programma Stadseconomie
Precario voor buizen en leidingen
€ 0,265
Programma Stadseconomie
Erfpachtcanons en uitgifte
€ 0,684
Programma Financiën
Precario openbare ruimte
€ 0,614
Programma Financiën
Extra dividend Evides
€ 0,383
Programma Stadseconomie
voorziening omslagbijdrage regio
€ 0,784
Programma Financiën
voorziening btw compensatiefonds
€ 0,577
Programma Stadseconomie
Grondbeleid
€ 0,715
Programma Woonmilieu
Lagere onderhoudskosten riolering
€ 0,810
Programma Financiën
Algemene uitkering
€ 1,709
Programma Financiën
Bespaarde rente
€ 0,661
Programma Financiën
Salariskosten
€ 1,400
Programma Sociale Infrastructuur
Werkgelegenheidsbeleid
€ 1,145
Programma Financiën
Toevoeging voorziening dubieuze debiteuren
€ 5,236
Vrijval voorziening
Lagere lasten
Hogere lasten
Aan het slot van elk programma is een analyse van de afwijkingen tussen de begroting en de realisatie opgenomen met meer detailinformatie.
Financiële positie Algemene reserves De algemene reserve is in 2013 toegenomen met € 7,4 miljoen en bedraagt ultimo 2013 € 18,3 miljoen (exclusief het rekeningresultaat 2013). Dit eindsaldo is hiermee € 3,2 miljoen hoger dan in de begroting 2013 na wijziging werd verwacht. Dit wordt veroorzaakt, doordat een deel van de risicoreserve vrijvalt in verband met een lager risicoprofiel. Het verloop van de algemene reserve over de afgelopen vijf jaar (standen ultimo december exclusief resultaatbestemming) is als volgt:
25 20 15 10 5 0
18,3
13 31
-1 2
-2 0
12 -1 2
-2 0
11 -1 2 31
-2 0 -1 2 31
10,6
-2 0
10
09 -2 0 -1 2
10,4
10,2
31
10,8
31
Reservemutaties De raad heeft van een aantal reserves bepaald, dat deze op basis van realisatie mogen worden onttrokken of toegevoegd. Daardoor ontstaan verschillen tussen de begrote en gerealiseerde reservemutaties. In 2013 is het resultaat vòòr bestemming € 4,4 miljoen voordeliger, met name omdat een aantal begrote uitgaven die uit reserves bekostigd zouden worden, niet of slechts ten dele zijn gerealiseerd. Dat bedrag is per saldo toegevoegd aan de reserves. Deze posten zijn in de analyse van de afwijkingen per programma met een asterisk (*) aangegeven. In de toelichting op de reserves is per reserve te lezen, welke mutaties in de reserves zijn gedaan. De belangrijkste afwijkingen van de reservemutaties ten opzichte van de begroting zijn: - Toevoeging aan reserves (€ 14,7 miljoen) betreft onder andere de reserves: Afschrijvingen (€ 0,4 miljoen), Onderwijs (€ 0,5 miljoen), Parkeren (€ 0,5 miljoen), Riolering (€ 7,3 miljoen), ISV-3 (€ 1,4 miljoen), Kanteling Sociaal Domein (€ 0,8 miljoen), MBOP Openbare ruimte (€ 0,4 miljoen), MBOP Sport (€ 0,5 miljoen). - Onttrekkingen aan reserves (€ 10,4 miljoen) betreft onder andere de reserves: Onderwijs (-€ 0,9 miljoen), Riolering (- € 5,6 miljoen), Inkomensvoorziening (- € 1,6 miljoen) en MBOP Openbare ruimte (- € 1,2 miljoen).
bedrag in miljoen euro In de jaarrekening 2013 wordt de risicoreserve niet lager meer gepresenteerd als een bestemmingsreserve, maar als een afgezonderd deel van de algemene reserve. In de paragraaf weerstandsvermogen wordt nader ingegaan op de algemene reserve, de risicoreserve en het weerstandsvermogen. In de toelichting op de balans is onder andere een toelichting op de reserves gegeven, waar de mutaties in de reserves worden getoond. Bestemmingsreserves en voorzieningen Vergeleken met 2012 zijn de reserves afgenomen met € 7,2 miljoen. De risicoreserve is echter verplaatst naar de algemene reserve. Als dat buiten beschouwing wordt gelaten, blijken de bestemmingreserves te zijn toegenomen met € 18,3 miljoen. Zo is voor € 12 miljoen aan nieuwe reserves toegevoegd, met name de reserve MBOP uit het resultaat 2012 (€ 8,5 miljoen) en een aantal voor sociaal beleid (€ 5,9 miljoen). Nadere informatie is te vinden in de toelichting op de balans, onderdeel reserves. Het saldo van de voorzieningen is in 2013 afgenomen met € 2,8 miljoen. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de vrijval van de voorzieningen btw-compensatiefonds (€ 0,6 miljoen) en Omslagbijdrage regio (€ 0,8 miljoen), alsmede door realisatie van Toernooiveld (€ 0,5 miljoen) en Onderzoekskosten (€ 0,9 miljoen). Al met al is het college tevreden met de gerealiseerde resultaten en het op orde brengen van de financiën in 2013!
PROGRAMMAREKENING
9
10
Kerngegevens
PROGRAMMAREKENING
11
Kerngegevens Sociale structuur
Rekening 2013
Aantal inwoners
76.495
Inwoners 0 - 19 jaar
17.001
Inwoners 20 - 64 jaar
46.923
Inwoners 65 jaar en ouder
12.571
Fysieke structuur Oppervlakte gemeente (ha) Oppervlakte binnenwater (ha) Oppervlakte historische kern (ha) Aantal woningen
1.989 189 33 35.751
Oppervlakte wegen (in m2)
1.934.628
Oppervlakte fietspaden en -stroken (in m2)*
1.101.277
Gemeentelijke wegen (km) Rijkswegen (km) Lengte waterwegen (in m1)
215 20 98.500
Financiele structuur (bedragen x € 1.000) Totaal lasten (incl. toevoegingen aan reserves en voorzieningen) Algemene uitkering gemeentefonds Boekwaarde geactiveerde kapitaaluitgaven Eigen financieringsmiddelen Opgenomen langlopende leningen
12
308.454 95.240 576.638 62.501 282.988
Jaarverslag I Programmaverantwoording
Bestuur en dienstverlening Ruimtelijke ontwikkeling Sociale infrastructuur Stadseconomie Veiligheid Woonmilieu Financiën Wijkontwikkeling PROGRAMMAREKENING
13
Bestuur en dienstverlening 1. Doelstelling Het gemeentebestuur streeft naar een beter Schiedam. Een gemeente waar mensen zich prettig voelen, waar mensen kunnen wonen, werken, leren en zich ontwikkelen. Een Schiedam waar de gemeente de inwoners ten dienste is, waarbij we voorkomen dat mensen worden buitengesloten. Maar ook
een gemeente waarin we voorkomen en bestrijden dat bewoners regels overtreden en de stad onveiliger maken. In 2013 hebben gemeenteraad en college programma’s uitgevoerd om bovenstaande te bereiken en de leefbaarheid, kwaliteit, bereikbaarheid en de economie in de gemeente bevorderen.
Programma Bestuur en dienstverlening
Speerpunten
Algemene doelstelling
Vraag- en antwoordgericht, daadkrachtig bestuur van de wijken, de stad en de regio. Een bestuur dat participatie en betrokkenheid van burgers en ondernemers faciliteert, initiatieven stimuleert, bureaucratie wegneemt, zelf regie voert en voor wie dienstverlening aan burgers, ketenpartners en ondernemers centraal staat.
14
Verbeteren dienstverlening via: • Strategische opgave dienstverlening: uitvoering Masterplan Dienstverlening: • Invoering dienstverleningsconcept Antwoord©; • Realisatie NUP-voorzieningen; • Verbeteren van het gemeente-imago; • Vergroten van burgerparticipatie in de beginfase van beleids- en planvorming; • Schiedam als regiegemeente. Beleidsonderdeel
Doelstellingen:
Bestuur
1. De gemeente als lichaam van openbaar bestuur laten werken volgens bestuurlijke en juridische vereisten en protocollen. 2. Leefbaarheid en kwaliteit, maar ook bereikbaarheid en economie in de gemeente bevorderen voor burgers en ondernemers. 3. Een goede werkgever zijn.
Dienstverlening
1. Verbetering van de dienstverlening op basis van de behoeften en de logica van de burger; 2. Ontwikkeling van digitale dienstverlening; 3. Ketensamenwerking en uitwisseling van gegevens; 4. Terugdringen van administratieve lasten; 5. Regie van de burger over diens eigen gegevens.
Gemeentearchief
1. Toezicht op de naleving van Archiefwet 1995 en afgeleide regelgeving; 2. Beheer en beschikbaar stellen van historische informatie, bewaard in het Gemeentearchief Schiedam.
2. Uitgevoerde activiteiten en resultaten 2.1 Beleidsonderdeel Bestuur Doel 1: De gemeente als lichaam van een openbaar bestuur laten werken volgende bestuurlijke en juridische vereisten en protocollen Hiervoor is het volgende gedaan: In Schiedam is een koers uitgezet voor de bestuurlijke vernieuwing. Monistische patronen en rolvermenging maken dat het Schiedams bestuur nog niet de gewenste ontwikkeling heeft doorgemaakt na de invoering van het dualisme. Het uiteindelijke doel van de bestuurlijke vernieuwing is gericht op het zuiver, transparant en kwalitatief goed besturen van de stad, vanuit de juiste rolverdeling. Niet alleen de gemeenteraad, maar zeker ook het college en de ambtelijke organisatie hebben daarin een rol. Het proces van de weg ernaartoe raakt verschillende essentiële elementen. Het gemeentebestuur heeft in 2013 concrete stappen gezet het vertrouwen te herstellen, om Schiedammers beter te bereiken en meer ruimte te creëren voor dialoog. Daarom is hard gewerkt aan een nieuwe manier van vergaderen, met meer ruimte voor inwoners en voor debat. • Bestuurlijke vernieuwing – De cultuurverandering en bijbehorende structuur- en procesverandering is bestendigd door in te zetten op de pijlers bestuurlijke vernieuwing, politiek-bestuurlijke sensitiviteit, de basis op orde, (persoonlijk) leiderschap en de bevordering van integriteit van alle betrokkenen. Dit verstevigt de positie van de burger. • De rollen van gemeenteraad, college en ambtelijke organisatie zijn gedefinieerd. De raad heeft daarbij de volkvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende bevoegdheden en verantwoordelijkheden. • De bestuurlijke Kernwaardendiscussie is gestart. • Het besluitvormingsproces en de vergaderwijze van de gemeenteraad krijgen met BOB een meer herkenbare structuur: eerst beeldvorming (B), dan oordeelsvorming (O) en pas daarna besluitvorming (B). Fysieke verbeteringen en nieuwe vergaderlocaties en vergadervormen maken daarvan deel uit. Het onderwerp Integriteit loopt als rode draad door de bestuurlijke doorontwikkeling heen. • Communicatie en nieuwe media – Schiedam heeft de lijn tussen organisatie, bestuur, inwoners en bewoners nog korter en meer laagdrempelig gemaakt door nog meer op social media aanwezig te zijn, daar vooral te luisteren en waar nodig de dialoog aan te gaan. Inwoners en ondernemers weten de gemeente steeds vaker via social media te vinden.
Social media wordt ook als een extra klantcontactkanaal gebruikt. De gemeente is aanspreekbaar en geeft heldere informatie. Schiedam zet ook andere nieuwe media in om de interactie met de stad te vergroten, bijvoorbeeld via een platform voor de A4, Schiedams Doen en een speciaal forum voor het parkeerbeleid in Schiedam-Oost. Bezoekers spreken hun waardering uit voor deze digitale mogelijkheden. Ook leren ze de gemeente met een opbouwend kritische blik waar Schiedam het nóg beter kan doen. • Participatie en interactieve beleids- en planonwikkeling – Zie hiervoor hoofdstuk 8 Wijkontwikkeling. • Effectief en efficiënt werken – In 2013 is een gemeentebreed project Lean Management opgezet. De projectgroep stroomlijnt processen om daarmee zowel de kwaliteit te verbeteren als de efficiëntie te verhogen. Voor de volgende processen zijn de projecten afgerond: gehandicaptenparkeerplaats, verzoeken op grond van de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB), debiteurenbeheer, vergunningen op grond van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO), hondenbelasting, capaciteitsmanagement, leerlingenvervoer, ingebrekestelling op grond van de wet Dwangsom, inkoop en de planning- en controlcyclus. Daarnaast lopen er nog projecten rond: externe inhuur, vergunningen voor kabels en leidingen, adresonderzoeken op grond van de wet Gemeentelijke Basisadministratie (GBA), de afhandeling van berichten op het centrale e-mailadres en kwijtschelding. Doel 2: Leefbaarheid en kwaliteit, evenals bereikbaarheid en economie in de gemeente bevorderen voor burgers en ondernemers Hiervoor is het volgende gedaan: Schiedam streeft ernaar zich tot een regiegemeente te transformeren en binnen enkele jaren een flink aantal gemeentelijke taken aan derden uit te besteden of met andere gemeenten of ketenpartners uit te voeren. Deze uitbestedingen moeten in totaal leiden tot ongeveer 25% minder personeel. Verbetering van de efficiëntie van gemeentelijke werkwijzen moet nog eens 25% reductie opleveren. Omdat Schiedam blijft als opdrachtgever of deelnemer aan gezamenlijke regelingen verantwoordelijk voor de uitkomsten. Daarom besteedt Schiedam vooral aandacht aan de regie op de uitbestede taken. • Noodzakelijke voorwaarden – Schiedam heeft in 2013 een programma ‘Human Resource Development’ (HRD) opgezet om binnen de organisatie verandercapaciteit te ontwikkelen. Maar ook om medewerkers toe te rusten voor het werken in een voortdurend veranderende omgeving,
PROGRAMMAREKENING
15
waarin het steeds meer gaat om kwaliteit, regie en eigenaarschap. Schiedam kiest hierbij voor organische ontwikkeling van de organisatie en van het personele. Hiervoor is in 2013 een flinke (financiële) impuls gegeven aan opleiding en ontwikkeling, waardoor het mogelijk is om de competenties van medewerkers continu te verbeteren. • Samenwerking met partners – In 2013 zijn voorbereidingen getroffen om uitvoeringsonderdelen van het takenpakket van onder meer de teams van Gemeentelijke Belastingen, Ingenieursbureau, het gemeentearchief en Openbare Verlichting/Verkeersregelinstallaties uit te besteden. Daarnaast is het volgende gebeurd: • Optisport – In 2013 is Schiedam overeengekomen dat Optisport met ingang van 1 januari 2014 de volgende sportaccomodaties beheert: de sporthallen Zuid, Oost Groenoord en Margriet en de zwembaden Zuid en Groenoord. Optisport is een commerciële organisatie die sportaccomodaties door heel Nederland beheert. De gemeente voert de regie op de exploitatie en Optisport voert uit. • In 2013 is samenwerking van de gemeentelijke uitvoeringstaken over Leerplicht en leerlingenvervoer met Maassluis en Vlaardingen tot stand gekomen. • Stroomopwaarts – De gemeenten Maassluis, Schiedam en Vlaardingen werken onder de naam Stroomopwaarts aan één gezamenlijke regeling voor de gemeentelijke sociale diensten en de sociale werkvoorzieningen. In 2013 zijn hiervoor de nodige voorbereidingen getroffen. Stroomopwaarts gaat in 2014 van start. • Samenwerking ICT – De gemeenten Schiedam, Vlaardingen en Maassluis hebben in 2013 hun samenwerking op ICT-gebied geïntensiveerd. Door deze samenwerking worden kosten gedeeld en werkwijzen geharmoniseerd. Dat komt de verdere samenwerking ten goede. • Metropoolregio – De Metropoolregio Rotterdam Den Haag is een beoogd samenwerkingsverband van 24 gemeenten uit de stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. Centraal staat de samenwerking op de terreinen economische ontwikkeling en verkeer en vervoer. Dit jaar beslissen de betrokken gemeenteraden over de gemeenschappelijke regeling, de strategische agenda, de inrichting van de organisatie en de begroting. Per 1 januari 2015 moet de Metropoolregio van start gaan. • Het Nieuwe Werken – Door het afstoten van het bedrijvenverzamelgebouw Stationsplein zijn alle gemeentelijke teams in 2013 verhuisd naar het Stadskantoor, met uitzondering van Werk en Inkomen. De gemeente sorteert
16
hiermee voor op de geplande formatiereductie en boort mogelijk nieuwe geldstromen aan in de vorm van verhuurinkomsten. Het inhuizen van de medewerkers in het Stadskantoor heeft geholpen om het Nieuwe Werken verder in te voeren. Meer medewerkers weken op flexplekken binnen en buiten het Stadskantoor en het gebruik van de thuiswerk-applicatie ‘virtual desktop’ is verdubbeld. • Bekendheid raad – de inzet genoemd onder doel 1 draagt bij aan de bekendheid van de gemeenteraad als primair bestuurlijk orgaan in de gemeente. In 2013 is er geen onderzoek Imago en dienstverlening gehouden. Wel werd de tevredenheid van de inwoners van Schiedam gemeten via klanttevredenheidsonderzoeken, internetfora en het internetpanel. De resultaten hiervan maakten het bestuur en de organisatie mogelijk zich verder te verbeteren. Doel 3: een goede werkgever zijn Hiervoor is het volgende gedaan: In 2013 is veel aandacht besteed aan het verder ontwikkelen van medewerkers. Aan de ene kant werd zorgvuldig, nauwkeurig en empathisch omgegaan met medewerkers van te outsourcen onderdelen. Aan de andere kant is er een groter ontwikkel- en opleidingsbudget vrijgemaakt. Via een zogenoemde bottom-up aanpak wordt vorm gegeven aan cultuuraspecten als regie, kwaliteit en eigenaarschap en worden de kernwaarden van de organisatie en haar medewerkers verbeterd. Ook is het er een gewijzigde regeling op het gebied van ongewenste omgangsvormen, de Klachtenregeling Ongewenst Gedrag vastgesteld. Deze bestaat uit een klachtencommissie en een procedure van klachtenafhandeling. De nieuwe regeling komt in de plaats van het uit 2005 daterende ‘Reglement met betrekking tot de behandeling van klachten op het gebied van ongewenste omgangsvormen’. Voor de externe klachtenafhandeling is de gemeente Schiedam aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Ongewenst Gedrag (LKOG). Ook is in 2013 het Reglement Vertrouwenspersoon geactualiseerd. Verder wordt verwezen naar de paragraaf Bedrijfsvoering, onderdeel Personeel en Organisatie. 2.2 Beleidsonderdeel dienstverlening Doel 1: Verbetering van de dienstverlening op basis van de behoeften en de logica van de burger Hiervoor is het volgende gedaan: De ontwikkeling van de Schiedamse dienstverlening ligt op schema. De overall score van Schiedam in Benchmarking Publiekszaken (een vergelijking van de dienstverleningspres-
taties van alle deelnemende gemeenten) lag in 2013, net als daarvoor, iets boven het landelijk gemiddelde. Steeds meer producten zijn via het KCC verkrijgbaar en het callcenter beantwoordt 55,4% van telefonisch gestelde vragen direct inhoudelijk, zonder ruggespraak, doorverbinden of terugbellen. Overall score in Benchmarking Publiekszaken (percentage van maximaal aantal te behalen punten) 2010
2011
2012
2013
Score Schiedam
61,4%
58,6%
63,8%
59,8%
Landelijk gemiddelde
58,8%
60,3%
59,6%
59,6%
De klanttevredenheidscijfers laten een lichte verbetering zien voor de balie- en digitale dienstverlening en een teruggang
voor de telefonische dienstverlening. De wijzigingen voor balie en telefoon hangen vermoedelijk samen met de invoering van baliebezoek op afspraak (zie ook onder Activiteiten). Door deze werkwijze is de wachttijd aan de balie sterk bekort en heeft de baliemedewerker altijd voldoende tijd om de klant goed te helpen. Tegelijkertijd heeft de nieuwe werkwijze geleid tot een toename van het aantal oproepen in het callcenter van klanten die telefonisch een afspraak willen maken. Dit leidde in de startfase, waarin ook het tevredenheidsonderzoek plaatsvond, tot langere wachttijden in het callcenter. Na de startfase zijn de wachttijden weer teruggebracht tot normale waarden. Overigens weerspiegelt het rapportcijfer voor telefoon niet alleen de prestaties van het callcenter, maar ook die van ambtenaren in de backoffice na doorverbinden.
Tabel klanttevredenheid over gemeentelijke dienstverlening (rapportcijfers) Dienstverleningskanaal
Bron
2010
2011
2012
2013
Streefwaarde 2013
Balie
TNS NIPO*
7,5
7,7
7,6
7,7
7,7
Telefoon
TNS NIPO*
7,3
7,4
7,6
7,1
7,6
Totta Research*
Onbekend
Onbekend
6,9
7,0
6,9
Digitaal loket
* In het kader van Benchmarking Publiekszaken
Invoering van baliebezoek op afspraak – Klanten die willen langskomen aan de balie van het KCC moeten sinds 1 januari 2013 voor de meeste producten een afspraak maken. Uit een door het team Onderzoek en Statistiek uitgevoerde enquête blijkt dat de tevredenheid over de baliedienstverlening is toegenomen. Daarnaast blijkt uit de enquête dat vooral de respondenten die sinds de invoering van de nieuwe werkwijze de balie hebben bezocht zeer tevreden zijn. Zij beoordeelden de verschillende aspecten van de baliedienstverlening gemiddeld met een 8,1. • De knip tussen front- en backoffice – in 2013 zijn (onderdelen van) de processen rond de meldingen buitenruimte, gehandicaptenparkeerplaatsen en klachten overgedragen aan het Klant Contact Centrum. • Integratie postkanaal binnen het Klant Contact Centrum – Medio 2013 is het team Documentaire Informatievoorziening (DIV) opgeheven. Een deel van de DIV-medewerkers is toegevoegd aan het KCC om de inkomende post te openen, scannen, registreren en distribueren. Hiermee is het KCC voor alle kanalen de ingang naar de gemeente geworden: telefoon, balie, internet en nu ook post.
• Regiefunctie bij het Klant Contact Centrum – Steeds meer gemeentelijke producten zijn direct verkrijgbaar via het KCC en dus niet meer via een veelheid aan gemeentelijke vakteams. Het klantcontactsysteem ondersteunt de aanvraag en afhandeling. Dit stelt het KCC tevens in staat om de voortgang voor de klant te bewaken. Vakteams blijven verantwoordelijk voor de inhoudelijke afhandeling. Het KCC heeft de regie op klantcontact en voortgang. • Training en Professionalisering medewerkers – In de loop van 2013 heeft het KCC gewerkt aan verdere professionalisering van de medewerkers. Zo is er aandacht besteed aan houding en gedrag (aspecten van Hostmanship, een internationaal concept voor dienstverleningsvaardigheden). Ook zijn medewerkers ingezet om de processen die zijzelf uitvoeren, volgens de principes van Lean Management te stroomlijnen. • Servicenormen – Daarnaast zijn in de loop van 2013 forse verbeteringen gerealiseerd in de scores op de servicenormen. Deze scores staan in de periodieke verantwoording van individuele leidinggevenden aan de directie. Leidinggevenden en directie sturen op de scores en op verbetering van de dienstverlening.
PROGRAMMAREKENING
17
Tabel scores op servicenormen Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Resultaat 2013
Streefwaarde 2013
P
Lamson-Q
50% (2011)
100%
90%
Wachttijd balie afspraak < 5 minuten
P
Lamson-Q
80% (2011)
95%
90%
Afhandeling brieven < 6 weken
P
Corsa
66% (2011)
75%
90%
Wachttijd balie vrije inloop < 30 minuten
Telefoon beantwoorden < 30 seconden
P
ACD
80% (2011)
82%
80%
Terugbellen op verzoek < 2 werkdagen
P
eMAXX
59% (2011)
74%
90%
* E = effectindicator, P = prestatie-indicator
• Hostmanship – zie training medewerkers Doel 2: Ontwikkeling van de digitale dienstverlening Hiervoor is het volgende gedaan: Het aantal digitale transacties nam in 2013 toe met 50% ten opzichte van 2012 en het aantal berichten op het centrale e-mailadres met 45%.Ook het aantal oproepen op het centrale telefoonnummer nam toe. Tegelijkertijd namen baliebezoek en inkomende post af. Dit betekent dat 2013 als eerste jaar echt forse verschuivingen toont tussen de dienstverleningskanalen, in de beoogde richting van het programma Dienstverlening. De grafiek geeft een indruk van de ontwikkelingen. Grafiek ontwikkeling dienstverleningskanalen 2009-2013 (aantallen contacten) 120.000
Aantallen
100.000 80.000
Balie
60.000
Telefoon
40.000
Post
20.000
E-mail
0
Digitaal loket 2009 2010 2011 2012 2013
Uit Benchmarking Publiekszaken blijkt bovendien dat Schiedammers steeds meer gericht zijn op het digitale kanaal. Zo vindt 59% van de Schiedammers e-mail en internet een goed alternatief voor baliebezoek, terwijl landelijk gemiddeld 48% dit vindt. Verder zegt 88% van de Schiedammers die het digitaal loket heeft gebruikt dat zij dit weer gaan doen. Het digitale kanaal heeft dus groeipotentieel. Zoals beschreven onder 3.1 Beleidsonderdeel bestuur, trekt Schiedam in de ontwikkeling van de digitale dienstverlening steeds meer gezamenlijk op met Vlaardingen. Dit biedt kos-
18
tenvoordelen en bevordert verdere samenwerking. • Digitaal loket en e-formulieren – In mei 2013 heeft de gemeente een zogenoemde ‘usability-test’ laten uitvoeren, waarbij inwoners van Schiedam opdrachten kregen om zaken op te zoeken of te regelen via de gemeentelijke website. Onderzoekers volgden hun verrichtingen nauwkeurig via ‘eye-tracking’. Zo werden de sterke en zwakke punten van de website snel duidelijk. De deelnemers aan de usability-test beoordeelden de website met gemiddeld een 7,8. De gemeente gebruikt de uitkomsten om de website verder te verbeteren. • Digitale dienstverlening voor bedrijven – Sinds november 2013 maakt Schiedam gebruik van eHerkenning, een soort DigiD voor bedrijven. eHerkenning biedt nieuwe mogelijkheden om de gemeentelijke dienstverlening specifiek aan bedrijven verder te ontwikkelen. Dankzij eHerkenning kunnen uitvaartondernemers sinds december 2013 digitaal aangifte doen van overlijden. Dit bespaart de ondernemers jaarlijks een flink aantal reizen (circa 800) naar de balie. • Beheerorganisatie – in 2013 is een nieuwe beheerorganisatie opgezet om kennis gemakkelijk en uniform te kunnen delen. De zogenoemde kennisbeheerders beheren de informatie die via alle klantkanalen wordt gebruikt. • Digitalisering brondocumenten – In 2013 is een begin gemaakt met het digitaliseren van brondocumenten voor de GBA, zoals buitenlandse geboorteakten, huwelijksakten en bewijzen van nationaliteit. • Verdere integratie backofficesystemen – In 2013 is het zaaksysteem eMAXX gekoppeld aan het documentmanagementsysteem Corsa. Hierdoor zijn brieven en andere documenten direct in te zien via eMAXX. eMAXX is ook gekoppeld aan het meldingensysteem van Irado. Hierdoor worden meldingen buitenruimte die de gemeente registreert direct en geautomatiseerd doorgegeven aan Irado. Ook komt de gereedmelding van Irado direct en geautomatiseerd bij de gemeente terecht (zie ook hierna onder
Doel 3: Ketensamenwerking en uitwisseling van gegevens). Verder zijn de processen rond de gehandicaptenparkeerplaats en externe inhuur ingericht in het zaaksysteem. Doel 3: Ketensamenwerking en uitwisseling van gegevens Hiervoor is het volgende gedaan: In 2012 heeft Schiedam convenant gesloten met corporatie Woonplus voor het doorgeven van verhuizingen. In 2013 zijn de vervolgstappen hierop gezet met het uitwisselen van relevante gegevens en samenwerking met partners in het veld. • Eenmalige gegevensuitvraag – het beheren van privacygevoelige gegevens en ervoor zorgen dat alleen de juiste personen hiertoe toegang hebben, vraagt nauwkeurige en zorgvuldige omgang, risicobewustzijn en de nodige procesmatige en beveiligingstechnische checks & balances. In 2013 heeft Schiedam de verplichte periodieke audit op de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) behaald. In deze audit controleert een onafhankelijke, daartoe geaccrediteerde toetsingsorganisatie of de gegevenskwaliteit van de GBA voldoende is. Maar ook of de gemeente de procedures rond de GBA goed toepast en of de gemeente de privacy van haar burgers goed beschermt. Op alle drie de punten is Schiedam geslaagd. Ook heeft Schiedam in maart en november 2013 de iSpiegel toegepast. De iSpiegel is een instrument voor bestandsvergelijking, dat gemeenten ondersteunt bij de invoering van basisregistraties, het opsporen van incorrecte gegevens en het vermijden van de eventuele kosten die met deze fouten zijn gemoeid. Geconstateerde verschillen zijn onderzocht en indien nodig hersteld. Inmiddels heeft Schiedam een bovengemiddeld goede datakwaliteit. De score in de iSpiegel telt mee in Benchmarking Publiekszaken (zie onder Doel 1). • Signaleringsfunctie Klant Contact Centrum – In 2013 heeft de gemeente de intake van meldingen buitenruimte weer zelf ter hand genomen. De intake was uitbesteed aan Irado. De informatie die de melders geven is voor de gemeente zo belangrijk als input voor beleid, dat Schiedam dit klantcontact voortaan weer zelf onderhoudt. Irado blijft als samenwerkingspartner een belangrijke rol spelen in het oplossen van meldingen. Voor meldingen buitenruimte maakt Schiedam ook gebruik van BuitenBeter. Dat is een app voor smartphones die is ontwikkeld door derden en die het doen van een melding voor burgers nog gemakkelijker maakt. De meldingen via BuitenBeter komen automatisch in het Schiedamse klantcontactsysteem en worden daarna verder afgehandeld.
Doel 4: Terugdringen van administratieve lasten Hiervoor is het volgende gedaan: De gemeente bekijkt bij alle procesveranderingen, zoals het via het KCC aanbieden van producten en diensten of het (verder) automatiseren van taken, ook of de administratieve lasten voor burgers kunnen worden verminderd. Ook hierin is in 2013 een aantal nieuwe stappen gezet, die we hierna toelichten. • Producten en diensten via KCC – In 2013 zijn de meldingen buitenruimte overgedragen aan het KCC (zie doel 3). Voor deze producten kunnen burgers voortaan terecht bij de centrale ingang, het Klant Contact Centrum. Tevens zijn in 2013 voorbereidingen getroffen om ook de intake van klachten via het KCC te laten lopen. Deze overdracht vindt in 2014 plaats. • Lean Management – Bij het stroomlijnen van processen (zie doel 1 van beleidsonderdeel Bestuur) streeft Schiedam naast efficiëntere processen ook naar minder administratieve lasten voor burgers. • Eenmalige gegevensuitvraag en uitwisseling – Schiedam gebruikt steeds meer gegevens die al bij de gemeente of andere overheden zijn. Hierdoor vraagt de gemeente steeds minder naar de bekende weg en zijn er minder administratieve lasten voor burgers. Doel 5: Regie van de burger over zijn eigen gegevens Hiervoor is het volgende gedaan: Persoonlijke internetpagina ‘Mijn Loket’ - De mogelijkheden van de persoonlijke internetpagina Mijn Loket – het belangrijkste instrument om de regie van de burger over zijn eigen gegevens te verwezenlijken – zijn in 2013 verder uitgebreid: • Bezwaar maken – Mijn Loket bood al de mogelijkheid om op een veilige manier de eigen gecombineerde belastingaanslag en het taxatieverslag WOZ in te zien. Sinds 2013 is het ook mogelijk om direct vanuit de aanslag of het taxatieverslag bezwaar aan te tekenen, voorzien van een motivatie en eventuele bewijsstukken. • Persoonlijke gegevens beheren – het college heeft het mogelijk gemaakt dat inwoners persoonlijke gegevens, zoals bankrekeningnummer, telefoonnummer en e-mailadres, zelf kunnen wijzigen. • E-formulieren automatisch vullen – De door de burger zelf beheerde gegevens worden ook gebruikt om e-formulieren geautomatiseerd te vullen als de desbetreffende burger een gemeentelijk product aanvraagt.
PROGRAMMAREKENING
19
2.3 Beleidsonderdeel Gemeentearchief Doel 1: Toezicht op de naleving van Archiefwet 1995 en afgeleide regelgeving De gemeentelijke archiefinspecteur heeft geen rapportages uitgebracht. Dit kwam ook doordat men veel tijd kwijt was met de voorgenomen uithuisplaatsing van het Gemeentearchief. Doel 2: beheer en beschikbaarstelling van historische informatie, bewaard in het Gemeentearchief Schiedam Hiervoor is het volgende gedaan: • Vermindering van de dienstverlening via de studiezaal van het Gemeentearchief tot 24 uur per week (was 32). De vermindering is versneld ingevoerd wegens eerder vervallen van een fte.
• Uitbreiding van de dienstverlening via de webpagina’s door toename van beschikbare informatie, vooral door toevoeging van kranten en gegevens uit de Burgerlijke Stand. • Verder uitdragen van de historische identiteit van de stad via: • Educatieve activiteiten: 24 schoolklassen bezochten het archief. • Publicaties: Verborgen herinneringen. Zoektocht naar verhalen, bijzondere anekdotes en kostbare herinneringen van Schiedammers in samenwerking met Seniorenwelzijn. • Nieuwe thema’s in het fotoarchief: Windkracht 13 en Dag van de democratie. • Literaire wandeling, als uitbreiding van Schiedam op de kaart (www.schiedamopdekaart.nl)
Omschrijving
E/P*
Nulmeting (jaar)
2013 (begroting)
2013 (realisatie)
1.
Archieven van de overheid in goede, geordende en toegankelijke staat
P
82% (2011)
88%
74%
2. 3.
Burgerlijke stand via website
P
74% (2011)
88%
81%
Foto’s via website
P
17% (2011)
16%
18%
4.
Kranten via website
P
58% (2011)
69%
67%
5.
Bouwvergunningen via website
P
0% (2011)
66%
4%
6.
Bewegend beeld via website
P
41% (2010)
44%
36%
7.
Openstelling studiezaal per week
P
32 uur (2012)
28 uur
24 uur
8.
Bezoeken studiezaal
P
2.747 (2011)
2.700
2.019
9.
Bezoeken website**
P
61.441 (2011)
100.000
109.335
10.
Deelnemers aan lesprogramma
P
921 (2011)
1.465
923
* E = effectindicator, P = prestatie-indicator ** Dit betreft het totaal van bezoeken aan de webstek van het Gemeentearchief, SchiedamGen, het Fotoarchief en Schiedam op de kaart.
Toelichting op enkele afwijkingen 1. Het gerealiseerde percentage is lager door een nieuwe, geautomatiseerde wijze van gegevensverzameling. 2. Het streefcijfer is door de raad vastgesteld in de beleidsnota voor het Gemeentearchief (VR 2011/63), waarbij werd uitgegaan van aanvullende financiering. Deze is echter niet beschikbaar gekomen.
20
8. Het streefcijfer is vastgesteld in de beleidsnota. De bezoekcijfers aan de studiezaal vertonen al enkele jaren een dalende lijn bij toenemende dienstverlening via internet. De daling is groter dan gedacht. 10. Het streefcijfer is vastgesteld in de beleidsnota. De daling komt door teruglopende aantallen deelnemers uit het basisonderwijs.
3. Wat heeft het programma Bestuur en Dienstverlening gekost? (Bedragen x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming
Rekening 2012
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
15.611
13.835
14.151
15.108
-957
1.467
1.481
1.517
1.353
-164
-14.144
-12.354
-12.634
-13.754
-1.121
Toevoeging aan reserves
1.450
802
802
829
-27
Onttrekking aan reserves
780
892
1.092
904
-189
-670
90
290
75
-216
-14.814
-12.263
-12.343
-13.680
-1.336
Saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
4. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten
Baten
Saldo
Product Bestuurszaken College Een tussentijdse organisatiewijziging zou moeten leiden tot een herberekening van de overhead in een groot deel van de begroting. Vanwege het complexe karakter hiervan is ervoor gekozen om de begroting alleen aan te passen in het programma Financien, onderdeel Saldo Financieringsfunctie. Hierdoor is er overschot op het progamma Financien en op dit programma een tekort.
L
-854
In 2013 is minder uitgegeven voor Gemeente Nieuwe Stijl, omdat de activiteiten zoveel mogelijk in de lijn zijn uitgevoerd en het budget niet volledig nodig was.
L
116
L
91
De afdrachten aan het Rijk waren lager, omdat de omzet van paspoorten, rijbewijzen e.d. is teruggelopen.
L
122
In november en december 2013 heeft zich een niet-verwachte omzetdaling voorgedaan van de secretarieleges.
B
Een tussentijdse organisatiewijziging zou moeten leiden tot een herberekening van de overhead in een groot deel van de begroting. Vanwege het complexe karakter hiervan is ervoor gekozen om de begroting alleen aan te passen in het programma Financien, onderdeel Saldo Financieringsfunctie. Hierdoor is er overschot op het progamma Financien en op dit programma een tekort.
L
-249
Er waren in 2013 geen verkiezingen.
L
106
L
-324
*
Product Bestuurszaken Raad Op overige goederen en diensten van derden is een voordeel ontstaan, omdat minder werd uitgegeven aan notuleren van raadsvergadering en fractieondersteuning. Daarnaast is voor loonbetaling en sociale premies meer uitgegeven, doordat in de begrote raadsledenvergoeding een aantal jaren geen rekening is gehouden met ïndexering hiervan en tevens wegens vervanging door ziekte. Product Burgerzaken
-177
Product Archief Een tussentijdse organisatiewijziging zou moeten leiden tot een herberekening van de overhead in een groot deel van de begroting. Vanwege het complexe karakter hiervan is ervoor gekozen om de begroting alleen aan te passen in het programma Financien, onderdeel Saldo Financieringsfunctie. Hierdoor is er overschot op het progamma Financien en op dit programma een tekort. Overige verschillen programma Bestuur en dienstverlening Totalen programma Bestuur en dienstverlening
36
13
-957
-164
-1.121
Alle bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Dit overschot wordt verrekend met een reserve.
PROGRAMMAREKENING
21
5. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (bedragen x € 1.000)
Baten
Begroting 2013 Saldo
Rekening 2013
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
1001 Bestuurszaken college
5.597
3
-5.595
4.661
16
-4.645
5.409
34
-5.375
1002 Bestuurszaken raad
1.605
3
-1.603
1.537
0
-1.537
1.446
0
-1.446
1003 Bestuurszaken toezicht 1004 Burgerzaken 1007 Dienstverlening 1008 Archief Resultaat voor bestemming 1999 Mutatie reserves Resultaat na bestemming
22
Rekening 2012 Lasten
213
0
-213
236
0
-236
216
0
-216
5.145
1.439
-3.707
5.134
1.478
-3.656
5.128
1.301
-3.827
766
0
-766
389
0
-389
406
0
-406
2.284
22
-2.261
2.194
23,215
-2.171
2.502
19
-2.484
15.611
1.467
-14.144
14.151
1.517
-12.634
15.108
1.353
-13.754
1.450
780
-670
802
1.092
290
829
904
75
17.061
2.247
-14.814
14.953
2.609
-12.343
15.937
2.257
-13.680
PROGRAMMAREKENING
23
Ruimtelijke ontwikkeling 1. Doelstelling Het Programma Ruimtelijke ontwikkeling wil een belangrijke bijdrage leveren aan een leefbare en duurzame stad. Dat bereiken we met het opstellen van heldere, eenduidige kaders
die goed passen bij de ruimtelijk-functionele ontwikkelingen en bereikbaarheid van de gemeente Schiedam. Bijzondere aandacht gaat uit naar het behouden en bevorderen van de ruimtelijke kwaliteit en de kwaliteit van het milieu.
Programma Ruimtelijke ontwikkeling
Speerpunten
• Samenwerking met regiogemeenten met betrekking tot grensoverschrijdende projecten • Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer 2011-2015 • Opstellen en uitwerken visies (waaronder Harga, Beatrixpark, Oost) • Begeleiden en beoordelen plannen (Stedenbaan, bouwplannen, etc.) • Actualisatie bestemmingsplannen 2007-2013 • Opstellen en uitwerken milieubeleid
Algemeen doelstelling
Beleidsonderdelen
Ruimtelijke ontwikkeling
Realiseren van een goed functionerende, bereikbare en vitale stad door het opstellen van heldere, eenduidige kaders die goed passen bij de ruimtelijk-functionele ontwikkelingen en bereikbaarheid van de stad. Bijzondere aandacht gaat uit naar het behouden en bevorderen van de ruimtelijke kwaliteit en de milieukwaliteit.
Milieu
Verkeer en Vervoer
24
Doelstellingen 1. Verbeteren ruimtelijke en economische ontwikkeling op stedelijk niveau. 2. Versterken ruimtelijke kwaliteit, bebouwing en buitenruimte. 3. Juridisch planologisch mogelijk maken ruimtelijke ontwikkelingen. 4. Behoud archeologisch erfgoed. 1. Verbeteren ruimtelijke en economische ontwikkeling op stedelijk niveau. 2. Versterken ruimtelijke kwaliteit, bebouwing en buitenruimte. 3. Juridisch planologisch mogelijk maken ruimtelijke ontwikkelingen. 4. Behoud archeologisch erfgoed. 1. Behouden en versterken van de strategische bereikbaarheid in de Randstad. 2. Aantrekkelijke, verkeersveilige woonwijken. 3. Bevorderen van fietsen: Schiedam fietsstad. 4. Openbaar vervoer 5. Bevorderen mobiliteitsmanagement. 6. Bevorderen duurzame logistiek. 7. Goede bereikbaarheid over de weg. 8. Structurele parkeeroplossingen.
Programma Ruimtelijke ontwikkeling (vervolg) Algemeen doelstelling
Realiseren van een goed functionerende, bereikbare en vitale stad door kaders te stellen voor een goede inpassing van ruimtelijk-functionele ontwikkelingen met de bijbehorende infrastructuur. Daarnaast wil het programma de milieu- en ruimtelijke kwaliteiten bevorderen.
Beleidsonderdelen
Beheer en Onderhoud Openbare Ruimte
2. Uitgevoerde activiteiten en resultaten 2.1. Beleidsonderdeel Ruimtelijke ontwikkeling Doel 1: Verbeteren ruimtelijke en economische ontwikkeling op stedelijk niveau. De stad blijft zich doorontwikkelen, ook als het economisch minder gaat. Dit vraagt om een duidelijke visie op de gewenste ruimtelijke en economische ontwikkeling van de stad en het beoogde woon-, leef- en werkklimaat. Hiervoor is het volgende gedaan: • Uitvoeren Stadsvisie 2030 – versterken Binnenstad: Er is een beeldkwaliteitsplan gemaakt om de binnenstad te versterken. Dit plan vormt samen met de ‘Ontwikkelingsvisie voor de binnenstad’ en het detailhandelsbeleid de basis voor het te maken bestemmingsplan ‘Binnenstad 2014’. Concrete projecten in de binnenstad zijn de deelname aan Europan en het vernieuwen van de bruggen. • Uitvoeren Stadsvisie 2030 – ontwikkelingen A4: Regie is gevoerd op de ontwikkelingen die samenhangen met de aanleg van de A4. De externe partijen die Sportpark Kethel en Harga gaan ontwikkelen, hebben duidelijke kaders gekregen. Deze kaders bepalen de ontwikkeling van deze gebieden. Ze zijn opgenomen in de nota’s van uitgangspunten die onderdeel zijn van de te ontwikkelen bestemmingsplannen voor deze locaties. Hoe deze ontwikkelingen aansluiten op de rest van de stad is al ontworpen. • Uitvoeren Stadsvisie 2030 – Woonvisie 2030: Nadere (stedenbouwkundige) uitwerking van de projecten uit de Woonvisie 2030. • Uitwerken Visie openbare ruimte (2010) in integrale be-
Doelstellingen 1. Voortzetten van de objectieve beeldkwaliteit in de stad op basis van de besluitvorming. 2. Burgers ervaren de beeldkwaliteit en serviceverlening positief en voelen zich betrokken bij de leefomgeving. 3. Instandhouden en verbeteren van de functie en inrichting van de openbare ruimte. Voorrang wordt gegeven aan onveilige locaties. 4. Verbetering van de waterkwaliteit, het groen en de natuur in de stad. 5. Efficiënt afvalbeheer.
leidsvisies voor de stadsassen Poldervaart, Schie en Havenroute. • Stedenbouwkundige planvorming op wijkniveau: • Regie en begeleiding bij het vaststellen van de ruimtelijke kaders voor het aanbesteden van de ontwikkellocatie ‘Over het water’; • Kadernota stedenbouwkundige uitgangspunten en uitgangspunten openbare ruimte Wetenschapsbuurt. • Pilot particulier opdrachtgeverschap Oranjeburgh. • De belangen van Schiedam zijn bewaakt bij de actualisatie van de provinciale structuurvisie. Bijzondere aandacht gaat uit naar de economische componenten in het provinciale beleid (kantoren, bedrijven en detailhandel) en de milieukwaliteit (Rotterdam The Hague Airport). Doel 2: Versterken ruimtelijke kwaliteit bebouwing en buitenruimte. De ruimtelijke kwaliteit moet bij nieuwe ontwikkelingen behouden blijven en waar mogelijk worden versterkt. Het gaat daarbij zowel om kwaliteit in de bebouwing, als kwaliteit van (de belevingswaarde) van de openbare ruimte. Dit wordt bereikt door het opstellen van integrale omgevingsplannen die op onderdelen verder worden uitgewerkt. Hiervoor is het volgende gedaan: • Aanleg fietspad Harreweg in het kader van het ‘Perspectief Kethelpoort’. • Uitwerking visie stadsassen op onderdelen: • Stadsas Poldervaart: aanpassing tunnels onder de A20, aanleg fietspad langs de Poldervaart en inpassing warmteleiding Eneco.
PROGRAMMAREKENING
25
• Stadsas Schie: herinrichting Buitenhavenweg. • Stadsas Havenroute: kwalitatieve inkadering van het verkeersprogramma ten gevolge van de ontwikkelingen rond de afrit A4-Vijfsluizen. • Verbeteren stedelijke kwaliteit via het beeldkwaliteitsplan Binnenstad en de beeldkwaliteitsstrategie Spaanse Polder. • Met de deelname aan de architectuurprijsvraag Europan is Schiedam, en in het bijzonder de ontwikkeling van de binnenstad en Nieuw Mathenesse, internationaal op de kaart gezet. Het is een complexe opgave. Het prijsvraagtraject heeft veel kennis en deskundigheid opgeleverd en Schiedam heeft nu de warme belangstelling van de vakwereld. De internationale jury heeft twee winnaars aangewezen (een unicum). Binnenkort vinden de eerste gesprekken plaats met de prijswinnaars over het vervolg en de realisatie. Vanwege de bijzondere uitslag blijft de Europan-organisatie betrokken bij het vervolg. • Regionale afstemming en verbetering groen en stad-land verbindingen in het kader van Hof van Delfland. • Regie uitvoering MBOP op basis van het Handboek Openbare Ruimte. Doel 3: Juridisch planologisch mogelijk maken ruimtelijke ontwikkelingen. Met het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning maakt de gemeente ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk. Hiervoor is het volgende gedaan: • Project ‘Actualisatie bestemmingsplannen’ is afgerond en
de bestemmingsplannen ‘Polderwetering’, ‘Harga’, ‘Havens’ en ‘Nieuw-Mathenesse’ zijn vastgesteld. • Beroep is ingesteld voor de reactieve aanwijzingen van de provincie voor de bestemmingsplannen ‘Havens’ en ‘Nieuw-Mathenesse’. De Raad van State behandelt in 2014 de beroepen. • Voorbereiding actualisatie bestemmingsplannen ‘Binnenstad’ en ‘Abtswoude’. • Projectbestemmingsplan ‘Brandweerkazerne’ voor de bouw van een nieuwe brandweerkazerne aan de ’s-Gravelandseweg. • Omgevingsvergunningen met een projectafwijkingsbesluit zijn verleend voor het herontwikkelen van mouterij ‘De Goudsbloem’, de aanleg van een warmwaterleiding door Eneco, de aanleg van een glasvezelnetwerk, de bouw van een brug bij Schieveste en drie woningen aan de Barkentijn. • Op (boven)regionaal niveau heeft overleg plaatsgevonden in het kader van de provinciale structuurvisie, Hof van Delfland, herijking recreatieschap Midden-Delfland en Rivieroevers. • Met de gemeente Rotterdam vindt overleg plaats over de verdeling van de geluidsruimte op het bedrijventerrein Nieuw-Mathenesse/Merwe-Vierhavens. Met het Hoogheemraadschap vindt structureel overleg plaats over het verbeteren van de kwantiteit en de kwaliteit van het water in Schiedam.
Prestatie-indicatoren beleidsonderdeel Ruimtelijke Ontwikkeling, bestemmingsplannen Omschrijving
Bron
Percentage gemeentelijk grondgebied bedekt met actuele bestemmingsplannen
GBKN
Aantal vastgestelde bestemmingsplannen
SO-ROB
Doel 4: Behoud archeologisch erfgoed. De gemeente is verantwoordelijk voor het behoud en het beschermen van archeologische waarden en archeologisch erfgoed. Hiervoor is het volgende gedaan: • Toetsen van en adviseren bij omgevingsvergunningen,
26
Nulmeting (2007)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
39%
100%
100%
6
4
4
graafwerkzaamheden en gronduitgifte om archeologische waarden en erfgoed te beschermen. • Opstellen en beoordelen archeologische vooronderzoeken en rapportages en het nemen van selectiebesluiten. • Uitdragen archeologiebeleid via exposities en nieuwsbrieven.
Prestatie-indicatoren beleidsonderdeel Ruimtelijke Ontwikkeling, archeologie Omschrijving
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Beoordelen aanvragen om vergunning in verband met behoud archeologisch erfgoed
IV-VV
2009
75
65*
Opstellen archeologisch vooronderzoek en begeleiding vervolgonderzoek
Stadsarcheoloog
2009/2010
7
5
Beoordelen archeologische rapportages/nemen selectiebesluiten
Stadsarcheoloog
2009/2010
10
9
Advisering aanleg kabels en leidingen, gronduitgifte
Jaarrapportage bodem
2011
140
168**
* De beoordeling van vergunningaanvragen hangt af van het aantal ingediende aanvragen, waarbij grondroerende handelingen nodig zijn. ** Er zijn meer verzoeken om advies binnengekomen over de aanleg van kabels en leidingen. Dit komt door de uitvoer van grote projecten (Leiding over Noord, A4, aanleg glasvezel).
2.2. Beleidsonderdeel Milieu Doel 1: Versterken integraal milieu- en duurzaamheidsbeleid. Hiervoor is het volgende gedaan: • Voorbereiding actualisatie van het Milieubeleidsplan en Klimaatbeleidsplan. Doel 2: Integratie milieu en duurzaamheid in ruimtelijke ontwikkelingen. Hiervoor is het volgende gedaan: • De D/M-tuner is ontwikkeld als hulpmiddel om duurzaamheid en milieu nadrukkelijk te betrekken bij ruimtelijke ontwikkelingen, zoals de ontwikkeling van Sportpark Kethel. • Opstellen integrale milieuparagraaf voor de bestemmingsplannen. • Uitvoering Visie Externe Veiligheid 2010-2020 door integratie in bestemmingsplannen en toepassing bij ruimtelijke ontwikkelingen. Doel 3: Stimuleren klimaatvriendelijke maatregelen. Hiervoor is het volgende gedaan: • Ondertekening ‘Covenant of Mayors’. Daarmee is de gemeente aangesloten bij een netwerk van Europese steden, die het halen van de Europese klimaatdoelen (en hoger) in 2020 onderschrijven. • Ondertekening convenant Windenergie. Op basis hiervan wordt de haalbaarheid van twee windturbines onderzocht. Volgend hierop is het Plan van Aanpak Windenergie vastgesteld. Ook is besloten het Schiedams Energie Collectief in de gelegenheid te stellen een haalbaarheidsonderzoek uit te voeren.
• Ontwikkeling zonneatlas in stadsregionaal verband, die digitaal laat zien welke daken geschikt zijn voor zonneenergie. • Deelname aan de regionale zonnepanelenactie SamenZonneEnergie. • Opleiding en certificering van dertig milieucoaches. Op ‘t Meesterwerk heeft de milieucoachcursus geleid tot ruim vijftig voorlichtingsbijeenkomsten over energiebesparing. Maar ook in de vorm van kleine spreekuren. Van kleine groepen van vier personen tot groepen van zelfs twintig personen. • Deelname aan de intergemeentelijke energiebesparingwedstrijd ‘Energy Battle’. Doel 4: Afname aantal geluidgehinderden. Hiervoor is het volgende gedaan: • Afronding van de juridische sanering van de woningen aan de Oranjestraat in het kader van het ISV 2010-2014. • Voorbereiden fysieke sanering woningen Broersvest en Rotterdamsedijk. • Participatie in de voorbereiding van het nieuwe Luchthavenbesluit ‘Rotterdam The Hague Airport’. • Maken afspraken in het kader van de Duurzame Dialoog met het Havenbedrijf over het beperken van de geluidshinder van de havens in het Rijnmondgebied op de woongebieden. • Vaststellen Geluidskaarten 2012 en voorbereiding ‘Actieplan Geluid 2013-2017’ volgens de EU-richtlijn Omgevingslawaai.
PROGRAMMAREKENING
27
Doel 5: Verbeteren luchtkwaliteit (en geluidsbelasting). Hiervoor zijn de volgende activiteiten ondernomen: • In het kader van het ‘Actieplan Luchtkwaliteit 2007-2010’ is subsidie ontvangen van de stadsregio Rotterdam voor het realiseren van walstroomvoorzieningen. In 2013 zijn acht walstroomvoorzieningen geplaatst aan het Hoofdplein, de Voorhaven en Buitenhaven. • Uitbreiding aantal oplaadpunten voor elektrische voertuigen naar vijf (tien aansluitingen). Er zijn daarnaast zeven aanvragen voor oplaadpunten binnengekomen. De afhandeling daarvan is vertraagd door de stopzetting van het contract met E-laad voor het plaatsen van nieuwe palen. Eind 2013 is een contract met de stadsregio getekend voor het plaatsen van nieuwe palen. Doel 6: Verbeteren bodemkwaliteit. Hiervoor is het volgende gedaan: • Het ‘Gezamenlijk bodemsaneringsbeleid’ dat samen met de andere bevoegde overheden in de provincie Zuid-Holland is opgesteld, is geactualiseerd en wordt in het eerste kwartaal van 2014 vastgesteld. • De nota ‘Bodembeheer’ is op het gebied van bodembescherming parallel aan het bodemsaneringsbeleid geëvalu-
eerd en geactualiseerd en wordt in het eerste kwartaal van 2014 vastgesteld. • Om te voldoen aan de doelstelling dat alle gevallen van ernstige bodemverontreiniging in 2030 zijn gesaneerd of beheerst, is in 2013 een evenredige prestatie geleverd. De bodemkwaliteit is voor ongeveer 83.565 m² grondoppervlak (105 locaties variërend in oppervlakte) in beeld gebracht en/of geschikt verklaard voor het beoogde gebruik. • Schiedam telde op 1 januari 2013 zeven locaties waar sprake was van zodanige risico’s door bodemverontreiniging, dat met spoed (voor 2015) sanerende maatregelen moesten worden getroffen. Op 31 december 2013 waren dit er nog vijf. Voor al deze locaties worden sanerende maatregelen of beheersmaatregelen getroffen. • Kwalitatieve verbetering van grondverzet, doordat door de BOA’s van de DCMR aantoonbaar: • bij alle uitgevoerde bodemsaneringen (19) op kritische momenten toezicht is gehouden; • op alle meldingen van toepassing van grond en steenachtige materialen toezicht is gehouden; • bij gebiedstoezicht rekening is gehouden met adviezen die door het bevoegd gezag Wet bodembescherming zijn verstrekt over voorgenomen graafwerk of grondverzet.
Prestatie-indicatoren beleidsonderdeel Ruimtelijke Ontwikkeling, bodem Omschrijving
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Aantal meldingen van grondverzet op basis van het Besluit Bodemkwaliteit
Jaarrapportage bodem
40 (2011)
50
66
Aantal interne adviezen bodemkwaliteit (bij bouwen, slopen, gronduitgiftes, et cetera.)
Jaarrapportage bodem
275 (2011)
200
242
Aantal adviezen bodemkwaliteit aan makelaars
Jaarrapportage bodem
400 (2011)
400*
137*
Aantal locaties afgerond via van bodemonderzoek of sanering
Jaarrapportage bodem
45 (2011)
40
105
Afname werkvoorraad uitgedrukt in bodemsaneringsprestatie-eenheden (bpe)#
Jaarrapportage bodem
500.000** (2011)
500.000 (zacht)
502.306 (hard) 1.538.608 (zacht)
Bodemoppervlak dat vrijkomt voor het economische verkeer (in m2)
Jaarrapportage bodem
20.000 (2011)
20.000
83.655
# BPE = (m2 oppervlakte*1) + (m3 verwijderde grond*3) + (m3 gezuiverd grondwater*0,4). * Afname papieren adviezen door toename gebruik digitaal beschikbare bodeminformatie door makelaars. ** Betreft een rechtevenredige afname tot nul in het jaar 2030 (op basis van de werkvoorraad op 1 januari 2010). De economische recessie kan deze prestaties beïnvloeden.
28
Doel 7: Realiseren duurzaam, schoon, heel en veilig watersysteem. Hiervoor is het volgende gedaan: • Opstellen waterparagraaf voor bestemmingsplannen met aandacht voor waterkwantiteit, waterkwaliteit en waterveiligheid. 2.3 Beleidsonderdeel Verkeer en Vervoer Doel 1: Behouden en versterken van de strategische bereikbaarheidspositie in de Randstad. Hiervoor is het volgende gedaan: • Participatie in (boven)regionale infrastructurele projecten, zoals de aanleg van de A4 Schiedam-Delft, het programma Hoogfrequent Spoor en de ombouw van de Hoekse Lijn naar een lightrail-verbinding. Doel 2: Aantrekkelijke, verkeersveilige woonwijken. Hiervoor is het volgende gedaan: • Uitwerking Binnenstadsvisie voor de toegankelijkheid en verkeerscirculatie in de Binnenstad en de herinrichting van de Lange Haven. • Planontwikkeling voor de herinrichtingprojecten Bernhardlaan en Drie Lanen. Doel 3: Bevorderen van fietsen: Schiedam fietsstad. Hiervoor is het volgende gedaan: • Fietspaden gerealiseerd op Nieuw Mathenesserstraat. • Asfaltering fietsverbinding tussen de De Brauwweg en het metrospoor. • Haalbaarheidsonderzoek fietsverbinding ’s-Gravelandseweg naar bedrijventerrein Noordwest. • Kunsttoepassing en sociaal veilige vormgeving tunnelverbindingen tussen de noordelijke en zuidelijke stadsdelen. • Uitbreiding fietsvoorzieningen door plaatsing circa veertig nieuwe fietsnietjes bij OV-haltes. Doel 4: Openbaar vervoer. Hiervoor is het volgende gedaan: • Aanpassing drie haltes voor de bereikbaarheid van mindervaliden. • Uitwerking plannen maatwerkvervoer (integratie Wmo en OV) in samenwerking met Argos Flexvervoer. • Verzet tegen de vermindering van de frequentie van tramlijnen 21 en 23 in de avonduren en op zondagen.
Doel 5: Bevorderen mobiliteitsmanagement. Hiervoor is het volgende gedaan: • Afsluiting aanpak mobiliteitsmanagement Vijfsluizen. • Opstarten aanpak mobiliteitsmanagement s’-Graveland en Spaanse Polder • Opstarten initiatieven maatwerkvervoer Nieuw-Mathenesse. Doel 6: Bevorderen duurzame logistiek, duurzaam goederenvervoer. Hiertoe is het volgende gedaan: • Verlening subsidie duurzame stedelijke distributie Binnenstad voor de start in 2014. • Lean-and-Green Award Linde Gas voor duurzame logistiek. • Plan van Aanpak duurzame logistiek Mammoet. Doel 7: Goede bereikbaarheid over de weg, aanpak gebiedsontsluitingswegen. Hiervoor is het volgende gedaan: • Realisering verkeersontsluiting Schieveste. • Reconstructie ’s-Gravelandseweg. • Vervanging Proveniersburg. • Vervanging en modernisering 3 verkeersregelinstallaties Nieuwe Damlaan en Churchillweg met prioritering voor fietsers. • Aanpassing verkeersregelinstallatie ter plaatse nieuwe brandweerkazerne met prioritering bij uitruk van brandweerkazerne • Vervanging verkeerdoseerinstallatie Harreweg. • Ruimtelijke en verkeerskundige verkenning bij de op- en afrit Vijfsluizen voor de aanleg van de A4 Schiedam-Delft. • Integrale planontwikkeling aanpassing Hargalaan en Laan van Bol’Es als gevolg van de aanleg van de A4 SchiedamDelft. • Integrale planontwikkeling stadsassen Churchillweg Nieuwe Damlaan en ’s-Gravelandseweg. • Verkenning extra ontsluiting Schiedam-Noord richting A13 in het kader van de regionale wegennetstudie. Doel 8: Structurele oplossingen voor het parkeren. Hiervoor is het volgende gedaan: • Realisatie extra parkeerplaatsen Algerastraat en Admiraal Trompstraat. • Realisatie extra parkeerplaatsen Prinses Beatrixlaan. • Realisatie extra parkeerplaatsen Faassenplein/Heijermansplein.
PROGRAMMAREKENING
29
• Definitieve planvorming uitbreiding parkeerplaatsen Botenbuurt. • Definitieve planvorming uitbreiding parkeerplaatsen Kethel Oost. • Besluitvorming ‘weren bedrijfsbusjes’ is voorbereid. Na reacties op en na een Stadserfbijeenkomst (insprekers, raadsleden) is de geplande pilot in West niet uitgevoerd. Er wordt nu onderzocht of een pilot in een andere wijk wel op steun kan rekenen. • Buurtraadpleging via internet over uitbreiding betaald parkeren in Plantage. Buurt bleek in meerderheid tegen. • Als experiment is in de wijk Oost het parkeerbeleid geëvalueerd via een internetforum. De eerste indruk is dat meer mensen hebben gereageerd dan in een klassieke vorm van beginspraak en inspraak. Een volledige evaluatie van het gebruikte middel en een verslag van inhoudelijke resultaten worden ter informatie naar de raad gezonden. • Er is overleg met marktpartijen om te onderzoeken of er bereidheid is tot het realiseren van een parkeergarage aan de Westmolenstraat met een volume van 300-350 parkeerplaatsen en een aanvullend woonprogramma van circa veertig groepsgebonden woningen in het middelhoge segment. • Deelname aan ideevorming binnen de gemeente over het inzetten van gebouwde parkeervoorzieningen bij herstructurering van bedrijventerreinen. Uitgangspunt hierbij is dat er geen parkeergarages in gemeentelijk eigendom gerealiseerd worden, omdat de omvang van het gemeentelijk vastgoed juist wordt teruggebracht; per locatie en situatie wordt bekeken of dit uitgangspunt te handhaven is. Voor een optimale invulling van de regiefunctie op parkeren is een gemeentelijke rol in de exploitatie wel nodig. 2.4 Beleidsonderdeel Beheer en Onderhoud Openbare Ruimte Doel 1: Continueren van de objectieve beeldkwaliteit in de stad op basis van de besluitvorming. Hiervoor is het volgende gedaan: • De onderhoudsopdracht aan dienstverleningsbedrijf Irado is hoofdzakelijk een prestatiecontract, waarbij niet de inzet maar de te realiseren beeldkwaliteit is vastgelegd. De realisatie van de afgesproken beeldkwaliteit wordt tien keer per jaar geëvalueerd. • De afgesproken beeldkwaliteit is in 2013 op hoofdlijnen gerealiseerd. Onderschrijdingen zijn geanalyseerd op noodzaak tot maatregelen.
30
• Het ambitieniveau voor wat betreft onkruidverwijdering op verhardingen is in verband met de beperkt beschikbare middelen naar beneden bijgesteld. • De werkzaamheden van de voormalige wijkserviceteams zijn ingepast in de reguliere werkzaamheden van Irado. Hierdoor wordt er nu efficiënter gewerkt. Doel 2: Burgers ervaren de beeldkwaliteit en serviceverlening positief en voelen zich betrokken bij de leefomgeving. Hiervoor is het volgende gedaan: • De afdeling Beheer Openbare ruimte (BOR) voert jaarlijks een groot aantal projecten in de openbare ruimte uit. De participatie van belanghebbenden is hierbij van groot belang. Gewerkt wordt met een vast en herkenbaar stramien, zodat alle partijen weten waar ze aan toe zijn. Dit stramien is vastgelegd in het ‘Participatieprotocol BOR’. • Lesprogramma zwerfvuil en afvalscheiding voor het basisonderwijs en voortgezet onderwijs. • De intake van meldingen over problemen in de buitenruimte loopt sinds eind 2013 via de gemeente. Meldingen voor Irado worden via het KCC naar hen doorgezet. Per melding wordt een afhandeltermijn bepaald. • ‘De IradoKrant’ is twee keer verschenen met daarin concrete informatie over het onderhoud van de openbare ruimte. • Structurele samenwerking vindt plaats met de werkgroepen buitenruimte in de wijken West, Oost en Nieuwland. • De educatieve tuinen zijn versoberd door het opheffen van het perceel intercultureel tuinieren op Vijfsluizen en het perceel Landvreugd ten behoeve van het ouderen tuinieren. Het ouderen tuinieren is naar tevredenheid verhuisd naar de Kindertuinen aan de Harreweg. Voor de vrijgekomen percelen zijn burgerinitiatieven genomen om te starten met stadslandbouw. • Vrijwilligers spannen zich in om de Heemtuin, waarvan de beheerder is wegbezuinigd, haar natuur- en educatieve waarde te laten behouden. • Burgerinitiatieven gerealiseerd voor het planten en zaaien van bij-vriendelijke bloemen en planten in de Plantage en langs de Slimme Watering en het op grote schaal overzetten van padden in het voorjaar.
Doel 3: Instandhouding en verbetering van de functionaliteit van de inrichting van de openbare ruimte, met prioriteit bij de locaties waar de veiligheid in het geding is. Hiervoor is het volgende gedaan: • Het opstellen van het Beheerplan Kades is in uitvoering genomen. In het beheerplan wordt gekeken bij welke kades de gemeente een onderzoeksverplichting heeft. Daarnaast is een quick-scan uitgevoerd naar de kwaliteit van de kades langs de zeehavens. • Een gebiedsgerichte integrale aanpak wordt gebruikt om de openbare ruimte te verbeteren onder het motto ‘Alles in één keer goed!’. Naast kwalitatieve normen (veiligheid, bereikbaarheid, leefbaarheid en comfort) wordt ook gekeken naar de functionaliteit van de gebieden in de stad en de mogelijkheden deze te verbeteren. Uitgangspunt is dat bij afronding van de werkzaamheden in een gebied voor een periode van twintig jaar geen grote onderhoudswerkzaamheden meer vereist zijn. Voor de uitvoering van het MBOP wordt verwezen naar de paragraaf ‘Onderhoud kapitaalgoederen’. • Samen met Irado is een efficiencyslag gemaakt voor wegen en straatmeubilair door alle kleine opdrachten binnen het contract door Irado op te lossen en een deel van de taken van de beheercoördinator wegen door Irado uit te laten voeren. • In samenwerking met de gemeenten Maassluis, Vlaardingen, Westland en Midden-Delfland, Rijkswaterstaat en het Hoogheemraadschap van Delfland is de OAS De Groote Lucht tot een aantal concrete projecten gekomen. Gestart is met het communicatieplan ‘Goed rioolgebruik’ met daaraan gekoppeld de open riooldag. • Het ‘Speelruimteplan 2008-2011’ is afgerond en geëvalueerd. De Kindergemeenteraad kwam met het initiatief voor het uitschrijven van een keurmerk voor de kwaliteit van speelvoorzieningen in de stad. Het merendeel van de speelplekken is inmiddels goedgekeurd en voorzien van de keurmerksticker. • Het beheer en onderhoud van Openbare Verlichting is door Vlaardingen en Maassluis in de markt uitgezet. Samenwerking met deze gemeenten op dit vlak is daarmee voorlopig niet aan de orde. • De gemeente heeft in de woonwijk ’De Velden’ een test gedaan met verschillende LED oplossingen. De keuze is gemaakt om de woonwijk in zijn geheel te voorzien van LED verlichting. Het betreft hier ruim 200 armaturen. Dit heeft een energiebesparing opgeleverd van zo’n 50% en
een reductie in exploitatiekosten van > 65% De NieuwMathenesserstraat en de Buitenhavenweg zijn ook voorzien van LED verlichting; de besparingen daar zijn van het gelijke niveau als bovenstaand. • Voor het uitvoeren van werkzaamheden aan installaties (openbare verlichting, verkeerslichten) is een risicoinventarisatie en -evaluatie uitgevoerd. Tevens is een opleidingsprogramma opgesteld. De medewerkers OVL-VRI-PS hebben de opleiding met goed resultaat afgerond en zijn daarmee gecertificeerd tot december 2014. Doel 4: Toename van de kwaliteit van water, groen en stadsnatuur in de stad. Hiervoor is het volgende gedaan: • Diverse parken zijn gerenoveerd, zoals het Julianapark die weer in oude glorie hersteld is. Het voormalige baggerdepot ten noorden van de stad is heringericht tot een natuurpark dat aansluit op het recreatiegebied Midden-Delfland. De reconstructie van het Beatrixpark is op grote schaal verder uitgevoerd om het park veiliger en aantrekkelijker te maken, met behoud van de aanwezige natuurwaarden. • Burgerinitiatieven zijn breed ondersteund en hebben geresulteerd in stadslandbouw ter plaatse van Landvreugd en ter hoogte van volkstuinencomplex Vijfsluizen. Op het braakliggende terrein van het Wibautplein is samen met bewoners een tijdelijke natuurspeelplek gerealiseerd. • Ongeveer 1,5 kilometer aan beschoeiing is aangelegd. Belangrijkste project was het beschoeien van de Stadhouderslaan. • Aan de Parkweg-Oost is ruim 350 meter aan natuurvriendelijke oevers gerealiseerd langs de nieuw gegraven waterpartij aan de kant van het spoor. • Het plas-dras gebied ter plaatse van de voormalige landijsbaan is gerenoveerd zodat het weer optimaal aan de natuurdoelstellingen voldoet. • In het kader van inboet en vervanging zijn 156 bomen geplant. Vanuit diverse projecten zijn 401 bomen aangeplant. Verdeeld over bijna 50 locaties is 15.540 m² plantsoen vervangen, vaak door een meer onderhoudsarme beplanting. • De actualisering van de Groenvisie is meegenomen in het later vast te stellen groenblauwe structuurvisie. • De uitvoering van de Natuurmonitor heeft zich beperkt tot het actueel houden van de gegevens. De monitor is een belangrijk hulpmiddel bij de toetsing van plannen in de openbare ruimte. • Het grootste project dat uit het Bomenbeheerplan is uitgevoerd was de renovatie van de beplanting aan de Churchill-
PROGRAMMAREKENING
31
weg. Boompaspoorten zijn opgesteld en gebundeld voor de monumentale bomen in het openbaar gebied. De bomeninspecties (VTA) zijn voorgezet en zwakke of onveilige bomen zijn aangepakt. Geconstateerd is dat, ondanks enkele zware stomen, de stormschade aan bomen relatief beperkt is gebleven. • De ‘Entente Florale’ is perfect verlopen. Zowel lokaal, regionaal als nationaal is een groen Schiedam heel positief op de kaart gezet, met als resultaat een derde plaats in de landelijke competitie en een vergrote aandacht bij de burger voor het stedelijk groen. De resultaten van het gedetailleerde juryrapport wordt onder mee gebruikt bij de uitgangspunten van de nieuwe groenblauwe structuurvisie. • De gemeente is verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) op te stellen. Het GRP 2014-2018 wordt het integrale beleidsplan waarin de strategie en de bekostiging van de gemeentelijke watertaken wordt verwoord. In 2013 is het ambitieniveau voor het GRP vastgesteld, dat nader wordt uitgewerkt in een strategie.
Doel 5: Doelmatig afvalbeheer. Hiervoor is het volgende gedaan: • De Afvalstoffenverordening, het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening en de beleidsnota ‘Verbetering afvalscheiding’ zijn vastgesteld. • Twee belangrijke wijzigingen in de inzamelstructuur zijn doorgevoerd: door de inzameling van minicontainers restafval/gft-afval tweewekelijks plaats te laten vinden en door het toepassen van toegangscontrole op de ondergrondse verzamelcontainers voor restafval. De openingstijden van het afvalbrengstation zijn ingeperkt. Met deze maatregelen is een besparing op de kosten van inzameling gerealiseerd. • Extra grondstoffencontainers (vooral kunststof) zijn geplaatst om de afvalscheiding te verbeteren. Aanvullend is een communicatiecampagne gestart. • De verouderde bovengrondse cocons zijn/worden vervangen door (soms deels) ondergrondse restafvalcontainers met toegangscontrole.
Prestatie- en effectindicatoren beleidsonderdeel Beheer Openbare Ruimte Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Mate waarin openbare buitenruimte voldoet aan vastgesteld beeldkwaliteitsprofiel
P
Kwaliteitsplan OR
81% (2007)
90%
96%
% waarin kwaliteitswaarde ‘D’ voorkomt in onderhoud
P
Kwaliteitsplan OR
4% (2007)
< 1%
3%
Mate van tevredenheid bewoners over de kwaliteit van onderhoud (verhardingen)
E
Leefbaarheids- en veiligheidsmonitor
28% (2008)
70%
57% (2012)
% klachten en meldingen die door BOR binnen de behandeltermijn worden verholpen
P
Melddesk Irado
--- (2008)
80%
96%
Aantal storingen openbare verlichting (OVL)-lampen
E
Landelijke kengetallen
750
400
375**
Aantal storingen OVL-armaturen
E
Landelijke kengetallen
150
125
115
Aantal storingen OVL-aansluitingen
E
Landelijke kengetallen
310
300
574***
* E = Effectindicator en P = Prestatie-indicator ** De gemeente vervangt de OVL-lampen aan het eind van de verwachte technische levensduur. Dit gebeurt per wijk/gebied/ouderdom. Zo voorkomen we voortijdige uitval en zijn er minder storingen. Bij het vervangen plaatsen we de nieuwste lamptypes. *** Netbeheerder Stedin zorgt voor het beheer en onderhoud van de OVL-aansluitingen. Ze doen geen onderhoud op voorhand. De hoge uitval heeft waarschijnlijk te maken met het slechte en zeer koude en vochtige voorjaar. Hierdoor zijn er waarschijnlijk veel meer aansluitingen kapot gegaan. Helaas is dit niet te veranderen.
32
3. Wat heeft het programma Ruimtelijke Ontwikkeling gekost? (Bedragen x € 1.000)
Rekening 2012
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
48.576
21.942
23.682
22.987
695
Lasten Baten
13.009
3.709
4.431
4.842
411
-35.567
-18.233
-19.251
-18.145
1.106
Toevoeging aan reserves
2.707
1.636
2.024
3.726
-1.702
Onttrekking aan reserves
2.434
720
2.252
3.129
878
-273
-916
227
-597
-824
-35.840
-19.149
-19.024
-18.742
282
Resultaat voor bestemming
Saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
4. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Beheer Openbare Ruimte Door opbreking van bestrating door bijvoorbeeld nuts- en telecombedrijven, is bestrating eerder dan gebuikelijk toe is aan onderhoud of vernieuwing. Voor deze degeneratie betalen deze bedrijven een vergoeding. In 2013 zijn minder werkzaamheden uitgevoerd.
B
-72
Er zijn minder kapitaallasten geboekt voor regulier onderhoud aan wegen, straten, pleinen, fietsbeleid en bruggen. De kapitaallasten zijn lager, omdat investeringen later worden gerealiseerd dan gepland (bijvoorbeeld de Proverniersbrug), waardoor de afschrijving naar latere jaren verschuift.
L
437
*
Bij het project ’s Gravenlandsepolder fase 4 zijn de kosten hoger door milieuverontreiniging.
L
-236
Irado heeft in 2013 een positief bedrijfsresultaat voor de kosten van reiniging van wegen, straten en pleinen. In het verleden werd dit als winst bij Irado in de jaarrekening opgenomen. Met ingang van 2013 wordt het uitbetaald, omdat dit buiten de winstverdeling van gemeente Schiedam en Vlaardingen valt.
L
124
De herstelwerkzaamheden in de wijk Sveaparken lopen langer door dan gepland, waardoor een deel pas in 2014 wordt gerealiseerd.
L
95
*
De lasten van de projecten Proveniersbrug en Bruggen Beatrixpark zijn hoger, omdat het voor sommige onderdelen nodig was ze te vervangen, in plaats van revisie.
L
-557
*
De kosten voor het noodzakelijk onderhoud van straatmeubilair waren hoger.
L
-81
Vanwege de lange winter in het voorjaar 2013 is er meer gestrooid.
L
-65
Voor een aantal ISV-projecten, zoals de projecten Beatrixpark, Stepping Stones en Wijkplan West is de besluitvorming vertraagd, onder andere als gevolg van inspraakprocedures. De ISV gelden hiervoor blijven beschikbaar.
L
518
Door een aanrijding tegen de doseer-installatie op de Harreweg is schade ontstaan, die is hersteld. Het proces om de schade te verhalen in in gang gezet.
L
-70
Door verschillende omstandigheden zijn vier installaties in 2013 niet vervangen: • VRI-605 en 606 zijn uitgesteld door gelijktijdigheid met project ’s-Gravelandseweg. Het bestek zal in januari 2014 in de markt gezet worden. Verwacht wordt dat de VRI’s in het tweede kwartaal 2014 gerealiseerd zullen worden; • VRI-308 is uitgesteld door werkzaamheden Schieveste; • VRI-102 is uitgesteld door uitstel van project Drie Lanen. Deze verkeersinstallatie moet in 2014 vervangen worden. Dit kan in combinatie met project Aanpassing Rotterdamsedijk/Van Deventerstraat; • Voor de VRI-502 aan de Laan van Bol’Es ligt een verzoek tot onderzoek voor een alternatief. De installatie is inmiddels definitief uitgeschakeld. • Ook voor de VRI-607 Mozartlaan is een verzoek tot onderzoek voor een alternatief ingediend.
L
576
*
*
Product Verkeer
*
Product Openbaar Vervoer Dit betreft een nagekomen bijdrage uit 2012 van de stadsregio Rotterdam voor het toegankelijk maken van bushaltes.
B
110
PROGRAMMAREKENING
33
Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Planontwikkeling Binnen het product planontwikkeling worden diverse projecten uitgevoerd. Omdat de kosten per onderdeel worden geregistreerd, tonen sommige projecten een overschrijding, bij sommige wordt een voordeel gemeld. Het totale budget van dit product kent echter een klein voordeel. Het betreft de volgende projecten: Betreft de kosten voor het project Woonrijp maken Kwartet.
L
Betreft ontvangen vergoedingen in 2013 voor kosten die grotendeels in 2012 zijn gemaakt en niet waren begroot voor project Woonrijp maken Kwartet.
B
-58
Dit betreft ambtelijke kosten 2012 en 2013 voor de aanleg van de warmteleiding door Eneco vanaf de Maasvlakte over Schiedams grondgebied. Deze zijn declarabel bij Eneco.
L
Dit betreft een ontvangen vergoeding van ambtelijke kosten 2012 en 2013 voor de aanleg van de warmteleiding door Eneco vanaf de Maasvlakte over Schiedams grondgebied.
B
De voortgang van het project Hof van Noord is in 2013 in heroverweging genomen.
L
Betreft voorbereidingskosten voor het project Schieoevers.
L
-92
Om de twee jaar wordt Europan (een Europese architecten prijsvraag voor jonge architecten en stedenbouwers) georganiseerd in gemiddeld vijftien Europese landen. In 2013 is besloten om de locaties Koemarkt en VROM-terrein aan te dragen als studiegebied voor Europan. De kosten voor deelname worden voor 50% gedekt door een onttrekking uit de reserve Vastgoed Binnenstad.
L
-88
Het betreft kosten van een milieukundige sloop van lokalen en schoolgebouw voor het project De Wildestraat 42 en 65.
L
-80
214 -72 80 112 *
Product Parkeren De opbrengsten uit het betaald parkeren zonder vergunning bleven achter. Oorzaken zijn het verdwijnen van de tijdelijke vestiging van Bas v.d.Heijden op de Buitenhavenweg en tijdelijk gratis parkeren als tegemoetkoming van de slechte bereikbaarheid van het centrum (bijvoorbeeld afsluiting Proveniersbrug). Daarnaast heeft de lange, mooie zomer een rol gespeeld. Er wordt dan minder gebruik gemaakt van de auto en dus van betaald parkeren.
B
Al enige jaren wordt te weinig begroot voor onderhoud aan parkeerareaal en automaten. Als gevolg hiervan zijn de werkelijke uitgaven hoger.
L
-135
-336
*
*
Product Havens Het Havenbedrijf Rotterdam int het zee- en binnenhavengeld namens de gemeente Schiedam. Het in de begroting opgenomen bedrag is enige jaren geleden bepaald en wordt jaarlijks geïndexeerd. De daadwerkelijke hoogte van de gelden is afhankelijk van de hoeveelheid bezoekende schepen, de grootte van die schepen en de hoeveelheid overslag. In de gehele Rotterdamse haven neemt de hoeveelheid schepen weliswaar de afgelopen jaren af, maar de overslag neemt toe. Deze factoren hebben bijgedragen aan een hoger bedrag aan geïnde havengelden.
B
131
Omdat de aanbestedingsprocedure meer tijd kostte, is de opdracht voor het baggeren van de Wilhelminahaven (buitenhaven) later verstrekt en zijn minder werkzaamheden in 2013 uitgevoerd dan gepland. Daarnaast blijven de kapitaallasten achter, omdat investeringen zijn uitgesteld.
L
197
Er zijn minder werkzaamheden uitgevoerd voor de binnenhavens, onder andere door vertraging van de werkzaamheden aan de Lange Haven. Hierdoor blijven de kapitaallasten achter bij de begroting.
L
98
De kosten voor het noodzakelijk onderhoud van afwatering en waterkwantiteit zijn hoger dan begroot door het van extra maaien van ruw gras en oeverbeschoeiing.
L
-65
Het project Baggeren Hoogheemraadschap is vertraagd, doordat extra zorgvuldigheid in acht moest worden genomen in het aanbestedingstraject.
L
393
*Δ
Product Waterbeheer
Overige verschillen programma Ruimtelijke ontwikkeling
-54
83
Totalen programma Ruimtelijke ontwikkeling
695
411
1.106
De bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Twee posten, gemerkt met een Δ betreffen (tevens) een onderschrijding op de kapitaallasten (6). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Deze overschrijding of onderschrijding wordt verrekend met een reserve.
34
5. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (bedragen x € 1.000)
Lasten
Rekening 2012 Baten
Saldo
Lasten
Begroting 2013 Baten
Saldo
Lasten
Rekening 2013 Baten
Saldo
2001 Beheer openbare ruimte
30.355
8.824
-21.531
11.452
657
-10.795
11.293
602
-10.691
2002 Verkeer
3.407
62
-3.344
2.178
10
-2.168
1.666
39
-1.627
2003 Openbaar vervoer
4.458
148
-4.310
203
119
-84
189
229
40
2004 Ruimtelijke ontwikkeling
2.044
0
-2.044
1.996
0
-1.996
1.988
0
-1.988
2005 Planontwikkeling
3.048
302
-2.747
3.652
96
-3.556
3.910
397
-3.512
2006 Parkeren
1.172
2.551
1.379
740
2.523
1.783
1.084
2.378
1.294
2007 Havens
1.850
1.120
-730
2.143
975
-1.168
1.867
1.145
-722
2008 Waterbeheer
2.241
2
-2.239
1.318
51
-1.267
991
51
-940
48.576
13.009
-35.567
23.682
4.431
-19.251
22.987
4.842
-18.145
Resultaat voor bestemming 2999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
2.707
2.434
-273
2.024
2.252
227
3.726
3.129
-597
51.283
15.442
-35.840
25.706
6.682
-19.024
26.714
7.971
-18.742
PROGRAMMAREKENING
35
Sociale infrastructuur 1. Doelstelling Het programma Sociale Infrastructuur is gebouwd op drie pijlers: 1. Eigen kracht en burgerkracht. 2. Het versterken van de keten van zorg voor kwetsbare Schiedammers. 3. Sociale stijging en maatschappelijke carrière. Deze drie pijlers moeten in onderlinge samenhang worden bekeken. Ze zijn allemaal even belangrijk. De gemeente fa-
ciliteert de eigen kracht en een betere maatschappelijke positie, voor Schiedammers. Daardoor neemt het beroep op de zorgketen af. In 2013 is volop gewerkt om Schiedam voor te bereiden op de nieuwe taken die met de decentralisaties op de gemeente afkomen. Schiedam wordt verantwoordelijk voor nieuwe doelgroepen, terwijl de gemeente hiervoor minder geld krijgt van het Rijk. In 2013 heeft de gemeente de zorg anders vormgegeven. Schiedammers zijn meer in de gelegenheid gesteld om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leven.
Programma Sociale infrastructuur
Speerpunten
36
• Meer Schiedammers aan het werk. • Minder Schiedammers in de bijstand. • Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt. • Inrichten van een vrijwilligerssteunpunt. • Afsluiten pilot Wijkondersteuningsteam (WOT) en continuering WOT. • Zorgen voor een sluitende coördinatie en registratie WOT, Zorg Advies Team (ZAT), Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), Gemeentelijke Organisatie Sluitende Aanpak (GOSA) Veiligheidshuis. • Ontwikkelen van collectieve zorgarrangementen om de (duurdere) individuele begeleiding te ontlasten. • Ontwikkeling naar integrale kindcentra. • Uitvoering van nulmeting en formuleren tussendoelen voor zowel de voor – als vroegschoolse educatie. • Afspraken maken met schoolbesturen van het primair onderwijs inzake de verbetering van de onderwijsopbrengsten. • Versterken cultuurparticipatie. • (Plan)ontwikkeling moderne, multifunctionele, optimaal gebruikte sportparken • Vitalisering sportverenigingen. • Duurzaam borgen van sport- en beweegstimulerende activiteiten bij maatschappelijke partners. • Opstarten derde wijksportvereniging. • Renovatie zwembad Zuid.
Programma Sociale infrastructuur (vervolg) Algemene doelstellingen
Beleidsonderdelen
Doelstellingen
Pijler 1: versterken van eigen kracht en burgerkracht. Vrijwilligersbeleid
1. Het versterken van de sociale samenhang en een veilig leef- en opgroeiklimaat door Schiedammers te stimuleren hun eigen talenten te ontwikkelen.
Pijler 2: versterken van de keten van zorg voor kwetsbare Schiedammers.
• Schiedammers kunnen zo lang mogelijk zelfstandig in de Schiedamse samenleving functioneren en participeren. • Schiedammers kunnen zich in voldoende mate ontwikkelen en ontplooien en daarmee een sterke maatschappelijke positie bereiken (sociale en maatschappelijke stijging). • Op wijkniveau is er een goede sociale samenhang en een veilig en gezond leef- en opgroeiklimaat. • Schiedammers voelen zich actief betrokken bij de Schiedamse samenleving en willen zich zo nodig inzetten voor anderen (versterken en mobiliseren van de eigen kracht van Schiedammers).
Integraal jeugdbeleid
2. Het realiseren van een sluitende aanpak voor de jeugd van 0 tot 23 jaar (en hun gezin). 3. Het realiseren van de decentralisatie jeugdzorg. 4. Het bevorderen van jeugd- en jongerenparticipatie.
Maatschappelijke ondersteuning
5. Het vergroten van de zelfredzaamheid van de Schiedammers.
Gezondheidszorg
6. Het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de Schiedammers.
Pijler 3: sociale stijging en maatschappelijke carrière.
Brede school
7. Het verhogen van de effectiviteit van de voor- en vroegschoolse educatie. 8. Het realiseren van integrale kindcentra voor nul tot twaalfjarigen. 9. Het opnieuw vormgeven van de brede school in het voortgezet onderwijs. 10. Het vergroten van de ouderbetrokkenheid in de voor- en vroegschoolse educatie.
Onderwijs
11. Het verbeteren van de opbrengst van het Schiedamse onderwijs. 12. Het versterken van de zorg van het Schiedamse onderwijs. 13. Het tegengaan van voortijdig schoolverlaten en het behalen van de startkwalificatie van alle Schiedamse jongeren bevorderen. 14. Het realiseren van een aanbod van voldoende onderwijsvoorzieningen in goede schoolgebouwen waarin meerdere functies verenigd zijn.
Participatie, re-integratie, arbeidsmarktbeleid en inburgering
15. Het versterken van cultuurparticipatie. 16. Schiedammers stimuleren aan het werk te gaan door een activerend arbeidsmarktbeleid (= werkgever als klant). 17. Het bevorderen van het tijdig halen van het inburgeringexamen. 18. Het bevorderen van uitstroom naar werk. 19. Het aansluiten van onderwijs op de arbeidsmarkt.
PROGRAMMAREKENING
37
Programma Sociale infrastructuur (vervolg) Doelstelling • Schiedammers kunnen zo lang mogelijk zelfstandig in de Schiedamse samenleving functioneren en participeren. • Schiedammers kunnen zich in voldoende mate ontwikkelen en ontplooien en daarmee een sterke maatschappelijke positie bereiken (sociale en maatschappelijke stijging). • Op wijkniveau is er een goede sociale samenhang en een veilig en gezond leef- en opgroeiklimaat. • Schiedammers voelen zich actief betrokken bij de Schiedamse samenleving en willen zich zo nodig inzetten voor anderen (versterken en mobiliseren van de eigen kracht van Schiedammers).
Beleidsonderdelen
Pijler 3: sociale stijging en maatschappelijke carrière. (vervolg)
Schuldhulpverlening en armoedebeleid
20. Het scheppen van voorwaarden voor een beter toekomstperspectief omtrent het hebben van een voldoende besteedbaar inkomen en volwaardige maatschappelijke participatie. 21. Het voorkomen van (terugval in) schulden. 22. Het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de schuldenaar.
Sport
23. Het verhogen van het aantal Schiedammers dat voldoet aan de norm gezond bewegen. 24. Het verhogen van het aantal Schiedammers dat minimaal twaalf keer per jaar sport. 25. Het op peil houden en optimaal benutten van sportvoorzieningen. 26. Het verbeteren van de lokale organisatie van sport.
Integratie en diversiteit
27. Het tegengaan van discriminatie en sociale uitsluiting op welke grond dan ook. 28. Het stimuleren van de emancipatie en participatie van alle Schiedammers.
Dierenwelzijn
29. Het bevorderen van de gezondheid van huisdieren, hobby- en productiedieren en vrij levende dieren.
2. Uitgevoerde activiteiten en resultaten Pijler 1: versterken van eigen kracht en burgerkracht 2.1 Beleidsonderdeel vrijwilligersbeleid Doel 1: Het versterken van de sociale samenhang en een veilig leef- en opgroeiklimaat door Schiedammers te stimuleren hun eigen talenten te ontwikkelen. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is één vrijwilligerssteunpunt gerealiseerd waarin vraag
38
Doelstellingen
en aanbod met elkaar in balans zijn, zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht. • In de wijk Nieuwland zette de gemeente een Wijkondersteuningsteam (WOT) op dat zich richt op het benutten van vrijwilligers in ondersteuningstrajecten en het mobiliseren van netwerken in de directe leefomgeving van bewoners die hulp nodig hebben. • Bewoners zijn gestimuleerd om hun eigen talenten te ontwikkelen, door gebruik te maken van het aanbod aan vrijwilligerswerk, als opstap naar betaald werk.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren vrijwilligersbeleid Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 1: Het versterken van de sociale samenhang en een veilig leef- en opgroeiklimaat door Schiedammers te stimuleren hun eigen talenten te ontwikkelen. Inrichten van één vrijwilligerssteunpunt waarin vraag en aanbod met elkaar in balans zijn, zowel in kwalitatief als kwantitatief opzicht.
P
2012: 1
1
1
Het doorontwikkelen van het bestaande Wijkondersteuningsteam en het vormen van nieuwe Wijkondersteuningsteams die zich richten op het benutten van vrijwilligers in ondersteuningstrajecten en het mobiliseren van netwerken in de directe leefomgeving van bewoners die hulp nodig hebben.
P
2012: 1
2
1
Bewoners stimuleren hun eigen talenten te ontwikkelen door gebruik te maken van het aanbod aan vrijwilligerswerk als opstap naar betaald werk (Buurtkrachtprojecten).
P
2012: 1
2
1**
* Effect-/Prestatie-indicator ** In 2013 is besloten het project Buurtkracht uit te rollen over de hele stad. In Nieuwland wordt de verbinding met het WOT gelegd.
Pijler 2: versterken van de keten van zorg voor de kwetsbare Schiedammers. 2.2 Beleidsonderdeel integraal jeugdbeleid Doel 2: Het realiseren van een sluitende aanpak voor de jeugd van 0-23 jaar (en hun gezin). Hiervoor is het volgende gedaan: • Schiedam startte met succes de coördinatie van de zorgverlening voor 0-23 jarigen. Dit gebeurde volgens het principe ‘één gezin, één plan, één regisseur’. in het CJG en de regisseur van het Gemeentelijke Organisatie Sluitende Aanpak (GOSA) en de regisseur Maatschappelijke Ondersteuning (MO). Deze manier van werken is de norm voor de toekomst. De gemeente geeft dit in 2014 verder vorm. Dit betreft de lokale taken. • Er is ee eerste aanzet gemaakt voor een sluitende coördinatie en registratie tussen het Zorg Advies Team (ZAT), CJG, het GOSA, het WOT en het Veiligheidshuis. Hierdoor wordt een overlap in hulpverleningstrajecten gerealiseerd. • Er is een gecombineerd onderwijs- en zorgtraject ingevoerd, waaronder opvoedingsondersteuning en kinderopvang voor tienermoeders (Plusvoorziening New LIFE). • Er is een Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) ketenregie jongeren 18-23 uitgevoerd. Dit is een wettelijke taak. Doel 3: Het realiseren van de decentralisatie jeugdzorg. Hiervoor is het volgende gedaan: • Het regionaal Programmaplan 2012-2015 dat in stadsregionaal verband is opgesteld, wordt uitgevoerd. Via werkgroepen en proeftuinen wordt gewerkt naar een adequate uitvoe-
ring van alle gedecentraliseerde taken. Schiedam participeert in de proeftuin die in MSV-verband wordt uitgevoerd. • In 2013 is een begin gemaakt met de vertaling van de gemeentelijke visie op het sociale domein in relatie tot de subsidies. Dat betekent dat Schiedam afspraken maakt met gesubsidieerde instellingen over de inzet van eigen kracht en het betrekken van vrijwilligers. • Er is een begin gemaakt met het opstellen van de contourennota Jeugd. Daarin komt de visievorming voor een nieuw Schiedams jeugdstelsel aan de orde. Ook wordt de regionale proeftuin jeugdbeschermingplein en jeugdreclassering uitgevoerd. • Het Regionale Implementatieplan ‘Acht is meer dan Duizend’ is vastgesteld in het voorjaar van 2013. Dit plan wordt nu uitgevoerd. In dit verband zijn onder meer afspraken gemaakt met de regionale aanbieders van jeugdzorg. • Het Regionaal Transitiearrangement is vastgesteld in december 2013. Hierin zijn afspraken vastgelegd tussen de gemeenten in de stadsregio en de zorgaanbieders over de wijze waarop de jeugdzorg in 2015 wordt aangeboden, hoe wordt omgegaan met frictiekosten, hoe de bezuinigingen worden opgevangen en hoe de rechten van de jongeren worden geborgd. • De regionale inkoop van jeugdzorg via de Gemeenschappelijke Regeling is voorbereid voor besluitvorming. • De regionale proeftuinen jeugdzorg worden uitgevoerd in subregios’s.
PROGRAMMAREKENING
39
• Schiedam neemt deel in regionale werkgroepen rondom diverse deelterreinen, zoals de jeugd- en kinderbescherming, justitiële trajecten, de verbinding tussen kindermishandeling en aanpak van huiselijk geweld, de continuïteit van zorg, overgangsmaatregelen en de ombouw van Bureau Jeugdzorg. • De pilot ‘Voorlopersaanpak in het onderwijs’ verbindt jeugdzorg met onderwijs. Doel 4: Het bevorderen van jeugd- en jongerenparticipatie. Hiervoor is het volgende gedaan: • Uit elke wijk in Schiedam neemt minstens één kind uit groep zeven van het basisonderwijs deel aan de kindergemeenteraad. Deze raad bestaat uit 24 kinderen en vertegenwoordigt 24 scholen. De gemeente heeft de scholen gestimuleerd gebruik te maken van speciale lesbrieven over verschillende beleidsterreinen. De kinderraad adviseerde over de woonvi-
sie en vroeg aandacht voor techniek in het onderwijs. Dit heeft onder meer geleid tot de start van TechnetKring. De kinderraad wilde ook meer aandacht voor speelplekken in de stad. Naar aanleiding daarvan heeft een schouw plaatsgevonden bij de speelplekken in de stad. • Stichting Kik’r verzorgde twee lessen op de scholen. Tevens hebben twee scholen speciale commissies ingesteld die zich specifiek richten op het beleidsterrein milieu en economie. • Leden van de subcommissie Jeugd hebben scholen benaderd om een specifieke rol te spelen in het wegwijs maken van jongeren in het politieke systeem en gemeentelijk beleid. Er is een aantal gastlessen gegeven als voorbereiding op een debat in de klas. Er zijn nog geen scholen ‘geadopteerd’ door de subcommissie Jeugd. • Er is een debat georganiseerd in juni. Vijftig jongeren hebben hieraan deelgenomen. Een aantal jongeren heeft een plan gemaakt om een vervolgdebat te organiseren.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren integraal jeugdbeleid Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 2: het realiseren van een sluitende aanpak voor de jeugd van 0-23 jaar (en hun gezin). Coördineren van de zorgverlening voor 0-23 jarigen volgens het principe één gezin, één plan, één regisseur.
P
OW
2011: 230
245
243
Uitvoeren van een gecombineerd onderwijs- en zorgtraject, waaronder opvoedingsondersteuning en kinderopvang voor tienermoeders (Plusvoorziening New LIFE).
P
OW
2012:10
10
23 **
Uitvoeren regionaal Programmaplan 2012-2015.
P
OW
2012: 1
-
-
Uitvoeren proeftuin jeugdbescherming en jeugdreclassering.
P
OW
2012: 1
1
1
Bevorderen dat uit elke wijk in Schiedam ten minste één kind uit groep 7 van het basisonderwijs deelneemt aan de kindergemeenteraad. In totaal nemen vijftien tot zeventien kinderen deel, verdeeld over twintig scholen. Scholen worden gestimuleerd deel te nemen en gebruik te maken van speciale lesbrieven over verschillende beleidsterreinen.
P
OW
2012: 14
20
24
Uitvoeren van een enquête onder jongeren, over onderwerpen over de politiek en de gemeente Schiedam.
P
OW
2012: 1
1
0 ***
Leden van de subcommissie Jeugd adopteren scholen voor voortgezet onderwijs. Het is de bedoeling dat deze scholen twee keer per schooljaar worden bezocht. Tijdens deze bezoeken wordt met de jongeren gepraat over het gemeentelijk beleid en hun mogelijke inbreng en rol hierin.
P
OW
2012: 0
4
0 ****
Tweemaal per jaar wordt een debat georganiseerd met en voor jongeren.
P
OW
2012: 0
2
1
Doel 3: het realiseren van de decentralisatie jeugdzorg.
Doel 4: het bevorderen van kinder- en jongerenparticipatie.
* Effect-/Prestatie indicator. ** Er zijn meer plaatsen, omdat de Plusvoorziening een regionale voorziening is geworden. *** De enquête is eind 2012 uitgevoerd en daarom niet opnieuw in 2013. De resultaten zijn input geweest voor het jongerendebat. **** Er zijn geen scholen geadopteerd, er is wel voorlichting gegeven.
40
2.3 Beleidsonderdeel maatschappelijke ondersteuning Doel 5: Het vergroten van de zelfredzaamheid van de Schiedammers. Hiervoor is het volgende gedaan: • Als mogelijk alternatief voor duurdere individuele voorzieningen begon de gemeente met de ontwikkeling van nieuwe collectieve voorzieningen, zoals de Regiotaxi, Buurtkracht en de Boodschappenplusbus. Deze nieuwe collectieve voorzieningen zijn aanvullend op bestaande collectieve voorzieningen. • Op basis van hun persoonlijke situatie verstrekte de gemeente individuele voorzieningen aan inwoners die beperkingen ervaren in hun zelfredzaamheid. Het aantal voorzieningen is wel gedaald als gevolg van in 2012 ingevoerde bezuinigingen en effecten van de kanteling. De tevredenheid over de bijdrage die deze voorzieningen leveren aan het verbeteren van de zelfredzaamheid is toegenomen. Via de oproepcentrale van de Argos zorggroep zijn mantelzorgers tijdelijk ontlast in hun taken. Daarmee wordt overbelasting voorkomen.
• Het WOT Nieuwland is eind 2012 van start gegaan. In 2013 is het team daadwerkelijk gaan werken volgens de nieuwe werkwijze. Hiermee wordt de dienstverlening aan de Schiedammers meer integraal uitgevoerd en gericht op eigen kracht en inzet van vrijwilligers. De evaluatie van de pilot was eind 2013 voorzien, maar is uitgesteld naar het voorjaar 2014. Afhankelijk van de uitkomsten van deze evaluatie wordt het WOT Nieuwland voortgezet. De hulp is geleverd volgens het principe ‘één gezin, één plan’. Door betere benutting van eigen mogelijkheden van burgers en de inzet van vrijwilligers, zijn minder (dure) individuele arrangementen ingezet. • De decentralisatie van de extramurale begeleiding uit de AWBZ is voortgezet door te participeren in regionale werkgroepen in MVS-verband. In deze werkgroepen komen onderwerpen aan bod als het gezamenlijk inkopen van de zorg en het organiseren van de toegang van de zorg. Ook is opdracht gegeven aan zorgaanbieders en welzijnsorganisaties om nieuwe, collectieve arrangementen te organiseren als alternatief voor het duurdere, individuele aanbod.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren maatschappelijke ondersteuning Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 5: het vergroten van de zelfredzaamheid van de Schiedammers. Aanbod collectieve voorzieningen Wmo Aantal ontmoetingsplaatsen voor ouderen.
P
JV SW/Frl
10 (2011)
8
10
Aantal visiteclubs(plus) voor ouderen.
P
JV SW/Frl
15
15
20
Aantal laagdrempelige ontmoetingplaatsen voor kwetsbare Schiedammers.
P
JV SWS
5 (2012)
4
4
Organisatie van ontmoeting voor mantelzorgers: mantelzorgcafé – Alzheimercafé – Parkinsoncafé
P
JV MZ
3
3
3
Aantal deelnemers aan Verwendag voor mantelzorgers.
P
JV MZ
80 (2012)
80
57
Aantal deelnemers uit Schiedam aan Boodschappenplusbus.
P
JV Argos
416 (2011)
416
**
Aantal deelnemers uit Schiedam aan ErOpUit-programma.
P
JV Argos
1282 (2011)
1282
778 ***
Aantal aanvragen voor individuele voorzieningen (vervoer, huishoudelijke hulp en dergelijke).
P
JV ROG plus
3.092 (2011)
3.100
2.514
Aantal positieve beschikkingen voor individuele voorzieningen (vervoer, huishoudelijke hulp en dergelijke).
P
JV ROG plus
3.619 (2011)
3.600
2.572
Bijdrage leveren aan individuele voorziening om zelfstandig te kunnen blijven wonen (woningaanpassinge, huishoudelijke hulp en dergelijke (ROGplus)
E
CTO ROG plus
82% (2011)
80%
83% (2012)
Bijdrage leveren aan individuele voorziening om mee te kunnen doen in de maatschappij (vervoersvoorzieningen ROGplus).
E
CTO ROG plus
78%
80%
79% (2012)
Aanbod individuele voorzieningen Wmo
PROGRAMMAREKENING
41
Omschrijving (vervolg)
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Aantal klantcontacten ouderenadviseurs.
P
Aantal huisbezoeken bij 80-jarigen.
P
Werkelijke waarde 2013
JV SW
1.200
1.200
1000
JV SW
140
140
90 ****
Aantal eenmalige contacten maatschappelijk werk.
P
JV MD NW
668 (2011)
650
Nnb
Aantal afgeronde hulpverleningstrajecten maatschappelijk werk.
P
JV MD NW
548 (2012)
550
Nnb
Aantal plekken nachtopvang voor Nieuwe Waterweg Noord (NWN).
P
JV Vld
20 (2012)
20
20
Aantal plekken sociaal pension voor NWN.
P
JV Vld
20 (2012)
20
20
Aantal contacten bij consulent mantelzorg Schiedam.
P
JV MZ
745 (2011)
745
529 *****
Aantal Wijkondersteuningsteams.
P
MO-OW
1
2
1
Invoering methode integrale afstemming.
P
MO-OW
1
1
1
Monitoring/effectmeting Wijkondersteuningsteam.
P
MO-OW
1
1
1
Doorontwikkeling Wijkondersteuningsteam(s)
Voorbereiding van de decentralisatie AWBZ-begeleiding in 2013 Opstellen van een plan van aanpak: invoering 2012/begin 2013.
P
MO-OW
1
-
-
Uitvoering plan van aanpak: invoering 2013 en verder.
P
MO-OW
1
1
1
* Effect-/Prestatie indicator ** De activiteiten van Argos ErOpUit worden uitgevoerd door de Boodschappenplusbus. Daarom kan hiervoor geen aparte opgave van deelnemers worden gegeven. *** Het lagere aantal deelnemers aan de activiteiten van Argos ErOpUit en de Boodschappenplusbus is volgens de uitvoerder het gevolg van de crisis en de bezuinigingen in de zorg. **** Er is als gevolg van bezuinigingen minder formatie beschikbaar voor ondersteuning van ouderen. Dit vertaalde zich in 2013 in minder huisbezoeken aan ouderen en minder klantcontacten van de ouderenadviseurs. Hierbij moet worden opgemerkt dat het voorlopige cijfers betreft. ***** Dit doel is gebaseerd op de cijfers van 2011. In 2012 is de uitvoering overgegaan naar een andere organisatie, die een ander registratiesysteem en andere normen hanteert. Bovendien is er tijd geïnvesteerd in de ontwikkeling van expertise. De cijfers zijn daarom niet vergelijkbaar.
2.4 Beleidsonderdeel gezondheidszorg Doel 6: Het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de Schiedammers. Hiervoor is het volgende gedaan: • De gemeente startte vanaf september 2013 met een aanpak om specifieke problemen op te lossen in wijken waar burgers kampen met extra gezondheidsrisico’s. • In 2013 heeft Schiedam 85 voorlichingsbijeenkomsten
42
gegeven over preconceptiezorg. Hiermee zijn 972 Schiedammers bereikt, waarvan 113 mannen. De bijeenkomsten werden georganiseerd om de babysterfte in Nieuwland en Oost terug te dringen. Vijfduizend vrouwen tussen 18 - 41 jaar met een kinderwens in Oost en Nieuwland ontvingen een uitnodiging voor het kinderwensspreekuur, een nieuwe zorgvoorziening. Vijftien burgers hebben hiervan gebruikgemaakt.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren gezondheidszorg Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
-
N.v.t.
Doel 6: het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de Schiedammers. OW
Realiseren van een wijkgerichte aanpak van gezondheidsbeleid in gebieden met extra gezondheidsrisico’s. Terugdringen van de babysterfte in Nieuwland en Oost naar het Schiedams gemiddelde.
E
Stichting Perinatale registratie Nederland
2008 38% boven het landelijk gemiddelde
33%
Deze cijfers worden pas aan het eind van het onderzoek Healthy pregnancy 4All bekend.
Bereiken van vrouwen in de leeftijd 18-41 jaar met een kinderwens in Oost en Nieuwland.
P
Erasmus MC (Project HP4ALL)
700 vrouwen tijdens de totale duur van het project
350
972 **
* Effect-/Prestatie indicator ** Er zijn veel meer vrouwen bereikt met de voorlichting doordat Schiedam gebruik kon maken van een zeer gemotiveerd team van voorlichters uit de doelgroep. Dit team kon snel aan de slag: deze voorlichters waren al actief in Rotterdam en konden hun werkgebied eenvoudig uitbreiden. In andere steden – waar ook op deze manier is gewerkt – waren er meer opstartproblemen bij het werven en trainen van deze voorlichters.
Pijler 3: sociale stijging en maatschappelijke carrière 2.5 Beleidsonderdeel brede school Doel 7: Het verhogen van de effectiviteit van de vooren vroegschoolse educatie. Hiervoor is het volgende gedaan: • Het aantal dagdelen integraal peuterspeelzaalwerk is uitgebreid van vier naar vijf dagdelen. • De gemeente is begonnen met opleidingstrajecten om het opleidingsniveau van minimaal één van de twee pedagogisch medewerkers die een peuterspeelzaalgroep begeleiden te verhogen van mbo- naar hbo-niveau. • Er zijn taalcursustrajecten gestart voor beroepskrachten die werkzaam zijn in de voor- en vroegschoolse educatie en nog niet over het vereiste Nederlandse taalniveau beschikken. • De invoering van opbrengstgericht werken in de voor- en vroegschoolse educatie door subsidiëring van scholing is gefaciliteerd met scholing op maat. • De voorschoolse educatie aan peuters van het onderwijsachterstandenbeleid is uitgebreid via het peuterspeelzaalwerk. Voor de kinderopvang is dit nog niet gerealiseerd. • Er is een nulmeting uitgevoerd voor de voor- en vroegschoolse educatie. Het formuleren van de tussendoelen is in 2013 nog niet gerealiseerd.
Doel 8: Het realiseren van integrale kindcentra voor nul tot twaalfjarigen. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is een visie ontwikkeld op de brede school in het basisonderwijs na overleg met de schoolbesturen en overige partners. Deze is opgenomen in de beleidsnota ‘Lokaal onderwijsbeleid Schiedam 2013-2016’, vastgesteld in juli 2013. • Er is een aanbod gecreëerd van naschoolse en tussenschoolse opvang en inloopactiviteiten voor kinderen van vier tot en met twaalf jaar op het gebied van sport, muziek, cultuur en techniek. • De combinatiefuncties brede school, sport en cultuur zijn gehandhaafd (6,9 fte). Deze combinatiefuncties hebben als doel verbindingen tot stand te brengen tussen sport – en cultuuractiviteiten binnen de school en daarbuiten, in de wijk en bij instellingen en verenigingen. Doel 9: Het opnieuw vormgeven van de brede school in het voortgezet onderwijs. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is een visie ontwikkeld op de brede school in het basisonderwijs na overleg met de schoolbesturen en overige partners. Deze is opgenomen in de beleidsnota ‘Lokaal
PROGRAMMAREKENING
43
onderwijsbeleid Schiedam 2013-2016’, vastgesteld in juli 2013. • Schiedam organiseerde activiteiten voor kwetsbare jongeren, zoals het Lentiz Life-project waarin wordt samengewerkt met het onderwijs, de bibliotheek en Stichting Welzijn Schiedam om brede vorming te bevorderen. En het Plus project waarin onder meer tienermoeders worden geholpen met opvang voor hun kinderen zodat zij hun onderwijstraject kunnen afmaken en niet voortijdig de school verlaten.
Doel 10: Het vergroten van de ouderbetrokkenheid in de voor- en vroegschoolse educatie en het onderwijs. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is één bijeenkomst georganiseerd met het thema ouderbetrokkenheid, in overleg met het onderwijsveld. • Er is een gezamenlijke visie op ouderbetrokkenheid opgenomen in de beleidsnota ‘Lokaal onderwijsbeleid Schiedam 2013-2016’, vastgesteld in juli 2013. • Ouderbetrokkenheid is als voorwaarde opgenomen in de beleidsregels om in aanmerking te komen voor subsidie voor de voor- en vroegschoolse educatie, aanvullende voorzieningen in de integrale kindcentra en de brede school in het voortgezet onderwijs.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren brede school Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 7: het verhogen van de effectiviteit van de voor- en vroegschoolse educatie.
44
Uitbreiden van het aantal dagdelen integraal peuterspeelzaalwerk voor peuters van vier naar vijf dagdelen (maximaal aantal integrale peuterspeelzaalgroepen gebaseerd op de beschikbare middelen).
P
OW
2012: 40,5
41
42,5
Verhogen van het opleidingsniveau van minimaal één van de twee pedagogisch medewerkers die een peuterspeelzaalgroep begeleiden: van mbo- naar hbo-niveau. (Aantal hbo-ers in de voorschoolse educatie).
P
OW
2012: 0
11
7 **
Garanderen dat alle beroepskrachten die werkzaam zijn in de vooren vroegschoolse educatie het vereiste Nederlandse taalniveau bezitten (aantal beroepskrachten met voldoende taalniveau in de voor- en vroegschoolse educatie).
P
OW
2012: 10
32
23 ***
Faciliteren van de invoering van opbrengstgericht werken in de voor- en vroegschoolse educatie
P
OW
2012: quickscan van de stand van zaken alle locaties
Inhaalslag scholing huidig personeel.
Uitbreiden van voorschoolse educatie aan peuters van het onderwijsachterstandenbeleid via het peuterspeelzaalwerk en de kinderopvang.
P
OW
2012: 390
450
323 ****
Uitvoeren van een nulmeting en formuleren van (tussen)doelen voor de voor- en vroegschoolse educatie.
P
OW
2012: geen
Gerealiseerd en geïmplementeerd
De nulmeting is uitgevoerd, tussendoelen zijn nog niet geformuleerd.
Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
2012: 0
1
1
Doel 8: het realiseren van integrale kindcentra voor nul tot twaalfjarigen. Ontwikkelen van een nieuwe visie op de brede school in het basisonderwijs in overleg met de schoolbesturen en overige partners in het bestuurlijk overleg over de Lokale Educatieve Agenda. De visie is medio 2013 gereed.
E
OW
Het bieden van naschoolse activiteiten/ tijdens schoolse activiteiten en inloopactiviteiten voor kinderen van vier tot en met twaalf.
p
OW
1500
Ingezet op de brede scholen, cijfers volgen naar aanleiding van de jaarrapportage in april 2014
Continueren van de combinatiefuncties brede school, sport en cultuur (aantal fte’s).
P
OW
6,9
6,9
1
1
1020
Onbekend
Doel 9: het opnieuw vormgeven van de brede school in het voortgezet onderwijs. 2012: 0
Ontwikkelen van een nieuwe visie op de brede school in het voortgezet onderwijs in overleg met de schoolbesturen en overige partners. Deze visie was medio 2013 gereed. Het organiseren van activiteiten voor kwetsbare jongeren.
P
OW
Doel 10: het vergroten van ouderbetrokkenheid in de voor – en vroegschoolse educatie en het onderwijs. Organiseren van één bijeenkomst met als thema ouderbetrokkenheid, in overleg met het onderwijsveld.
P
Opnemen van een gezamenlijke visie op ouderbetrokkenheid binnen de op te stellen lokale visie op onderwijs. Opnemen van ouderbetrokkenheid als voorwaarde voor het verkrijgen van subsidie voor voor- en vroegschoolse educatie, aanvullende voorzieningen in de integrale kindcentra en de brede school in het voortgezet onderwijs.
E
OW
2013: 1
1
Gerealiseerd
OW
2013: 1
1
Gerealiseerd
OW
Gerealiseerd
* Effect-/Prestatie-indicator ** Opleidingsniveau pedagogisch medewerkers van mbo- naar hbo-niveau: vanwege een faillissement van een aanbieder van de scholing is het streefcijfer in 2013 niet gehaald. Daarnaast zijn in 2013 minder hbo-ers benoemd in vacatures. *** Taalniveau beroepskrachten: van de 95 pedagogisch medewerkers en onderwijsassistenten die zijn getoetst, hebben 23 deelnemers de toets met goed gevolg afgelegd. De overige deelnemers zijn in 2013 gestart met een taalcursus. Naar verwachting zal een deel van de deelnemers aan een taalcursus in het eerste kwartaal van 2014 ook hun diploma halen. **** Voorschoolse educatie aan peuters via de kinderopvang: 323 peuters nemen deel aan peuterspeelzalen, elf aan de kinderdagopvang. Deze afwijking komt door minder deelname aan de kinderopvang en door de vertraging van de invoering van kinderopvang bij één van de instellingen.
PROGRAMMAREKENING
45
2.6 Beleidsonderdeel onderwijs Doel 11: Het verbeteren van de opbrengst van het Schiedamse onderwijs. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is een gezamenlijke onderwijsvisie van gemeente en schoolbesturen. • Er zijn aanvullende voorzieningen ingezet om de brede vorming van kinderen te stimuleren voor scholen/doelgroepen in het primair onderwijs die dit het meest nodig hebben, zoals: • Natuur– en milieueducatie; • Cultuureducatie; • Muziekonderwijs; • Sport. • De gemeente heeft ouders zijn actief geïnformeerd over het inspectieoordeel over de Schiedamse scholen door ze te attenderen op de website van de onderwijsinspectie. • De opbrengsten van het basisonderwijs zijn gemonitord. In 2013 is het Cool-onderzoek niet uitgevoerd, omdat dit eenmaal per drie jaar plaatsvindt. • De pilot Verlengde Leertijd is gecontinueerd door basisscholen te subsidiëren voor onderwijstijdverlenging. De pilot is voortgezet met negen basisscholen. • Er zijn afspraken gemaakt met de schoolbesturen van het primair onderwijs over de verbetering van de onderwijsopbrengsten. Op 30 oktober 2012 heeft het college de notitie ‘Kwaliteitsaanpak basisonderwijs Schiedam’ vastgesteld. De schoolbesturen hebben begin 2013 vijf basisscholen aangemeld voor deze kwaliteitsaanpak. • Er is gewerkt aan verbetering van leeropbrengsten via workshops, werkgroepen en trajecten binnen scholen. In 2013 is het aantal zwakke scholen (richtingen) in het voortgezet onderwijs in Schiedam verminderd naar vier. Doel 12: Het versterken van de zorg binnen het Schiedamse onderwijs. Hiervoor is het volgende gedaan: • De Zorg Advies Teams (ZAT’s) zijn volledig ingevoerd op alle basisscholen, inclusief het schoolmaatschappelijk werk. • Er is een start gemaakt met logopedie in de voorschoolse educatie en de groepen één en twee van het basisonderwijs, afhankelijk van de schoolpopulatie. • De pilot ‘Voorloperaanpak’ werd regionaal uitgevoerd in MVS-verband. De voorbereiding van de pilot kostte meer tijd dan oorspronkelijk was gepland. De uitvoering van de pilot wordt daarom in 2014 voortgezet. Dit betekent dat de
46
overgang van ZAT’s naar ondersteuningsteams (OT’s) is vertraagd. In de loop van 2014 wordt besloten wanneer de overstap van ZAT’s naar OT’s wordt doorgevoerd. • De zorg in het voortgezet onderwijs is versterkt doordat de gemeente subsidie heeft verleend aan de Stichting Zorg Voortgezet Onderwijs Nieuwe Waterweg Noord. Deze stichting voert taken uit op het gebied van leerlingzorg, begeleiding, onderwijsopvangvoorzieningen, doorstroom, toetsing, plaatsing en deskundigheidsbevordering. Doel 13: Het tegengaan van voortijdig schoolverlaten en het behalen van de startkwalificatie van alle Schiedamse jongeren bevorderen. Hiervoor is het volgende gedaan: • Het convenant voortijdig schoolverlaten regio Rijnmond is verder ingevoerd • De taken in het kader van de Regionale Meld – en Coördinatiefunctie (RMC) en kwalificatieplicht zijn uitgevoerd met als doel het terugdringen van het aantal jongeren dat zonder startkwalificatie het onderwijs verlaat. • Er is voorlichting gegeven aan ouders en leerlingen over de leerplichtwet. • De regionalisering van de leerplichtfunctie in de regio Nieuwe Waterweg Noord is in 2013 voorbereid. Doel 14: Het realiseren van een aanbod van voldoende onderwijsvoorzieningen in goede schoolgebouwen waarin meerdere functies verenigd zijn. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is gezorgd voor een goede spreiding van onderwijsvoorzieningen in de stad. • De gemeente heeft in overleg met de schoolbesturen beoordeeld waar een integraal kindcentrum het meest wenselijk en kansrijk is. Ouders moeten de mogelijkheid hebben om hun kinderen binnen redelijke afstand in hun eigen of naastgelegen wijk naar de school van hun keuze te laten gaan. De bij het kindcentrum betrokken scholen dienen wel een bepaalde omvang te hebben. Uitgegaan wordt van scholen van circa 250 leerlingen. • De nieuwbouw voor Lyceum Schravenlant is met ingang van het schooljaar 2013/2014 in gebruik genomen. Het integraal kindcentrum Het Talent aan de De Wildestraat is in oktober 2013 opgeleverd en het integraal kindcentrum Nieuwe Damlaan is in aanbouw (basisscholen Ababil en De Taaltuin, oplevering in 2014). Deze centra zijn in Nieuwland gevestigd.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren onderwijs Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 11: het verbeteren van de opbrengst van het Schiedams onderwijs. Realiseren van een gezamenlijke onderwijsvisie van gemeente en schoolbesturen.
P
OW
2013: 1
1
1
Inzetten van aanvullende voorzieningen die de brede vorming van kinderen stimuleren aan de scholen/doelgroepen in het primair onderwijs die dit het meest nodig hebben, zoals natuur – en milieueducatie, cultuureducatie, muziekonderwijs en sport.
P
OW
2013:
ntb
Zie toelichting
Actief informeren van ouders over het inspectieoordeel over de Schiedamse scholen.
P
OW
2013
ntb
N.v.t
Monitoren van de opbrengsten van het basisonderwijs (uitbrengen van de onderwijsmonitor primair onderwijs).
P
OW
2012: 1
1
0
Uitvoeren van het driejaarlijkse Cool- onderzoek.
P
OW
2012: 1
-
-
Voortzetten van de pilot Verlengde Leertijd door basisscholen te subsidiëren voor onderwijstijdverlenging (aantal basisscholen met onderwijstijdverlenging).
P
OW
2012: 3
9
9
Afspraken maken met de schoolbesturen primair onderwijs over de verbetering van de onderwijsopbrengsten (kwaliteitsaanpak).
P
OW
2013
4
5
Werken aan verbetering van leeropbrengsten via workshops, werkgroepen en interne trajecten op school. Dit is een speerpunt in het directeurenoverleg van het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs Nieuwe Waterweg Noord.
P
OW
2012
Volledig invoeren van Zorg Advies Teams (ZAT’s), inclusief schoolmaatschappelijk werk op alle basisscholen.
P
OW
2012:
Opnieuw invoeren van de logopedie in de voorschoolse educatie en de groepen één en twee van het basisonderwijs, afhankelijk van de schoolpopulatie (aantal screeningen).
P
OW
Uitvoeren van de pilot ‘Voorloperaanpak’, waarbij de onderwijszorg en de zorg voor de jeugd in de ZAT’s verder wordt versterkt. In 2013 aanpassen van de ZAT’s op basis van de resultaten van de pilot (aantal pilots).
P
OW
N.v.t.
Doel 12: het versterken van de zorg in het onderwijs.
2012
22
22
800
890 **
4
7
Versterken van de zorg in het voortgezet onderwijs door subsidiëring van de stichting Zorg Voortgezet Onderwijs Nieuwe Waterweg Noord. Deze stichting voert taken uit op het gebied van leerlingzorg, begeleiding, onderwijsopvangvoorzieningen, doorstroom, toetsing, plaatsing en deskundigheidsbevordering.
PROGRAMMAREKENING
47
Omschrijving (vervolg)
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 13: het tegengaan van voortijdig schoolverlaten en het behalen van de startkwalificatie van alle Schiedamse jongeren bevorderen. Implementeren van het nieuwe convenant voortijdig schoolverlaten regio Rijnmond. • Aantal begeleide zorgleerlingen bij het Steunpunt Onderwijs (16-).
P
OW
629
600
667
• Aantal begeleide zorgleerlingen bij het Steunpunt Onderwijs (16+).
P
OW
585
450
883***
• Vermindering aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters (landelijke doel).
P
OW
1-10-12: 260
210
N.n.b. ****
• Totaal aantal voortijdig schoolverlaters (oud en nieuw).
P
OW
1-1-12: 885
797
N.n.b. ****
Uitvoeren van de taken in het kader van de Regionale Meld – en Coördinatiefunctie (RMC) en kwalificatieplicht • Aantal begeleidingstrajecten RMC (18-23 Jaar).
P
OW
661
408
362
Voorlichting geven aan ouders en leerlingen.
P
OW
629
600
605
Aantal overbelaste jongeren plusvoorziening New LIFE.
P
OW
85
50
59
Aantal overbelaste jongeren dat hun startkwalificatie haalt via New LIFE.
E
OW
37 (streven is 80%)
40
53
Regionaliseren van de leerplichtfunctie in de regio Nieuwe Waterweg Noord (regionaal leerplichtbureau).
P
OW
2013
1
1
Doel 14: het realiseren van een aanbod van voldoende onderwijsvoorzieningen in goede schoolgebouwen waarin meerdere functies verenigd zijn. Realiseren van nieuwbouw voor Lyceum Schravenlant, Integraal kindcentrum De Wildestraat (basisschool De Wieken, oplevering in 2013) en integraal kindcentrum Nieuwe Damlaan (basisscholen Ababil en De Taaltuin, oplevering in 2014), allen in Nieuwland gevestigd.
P
OW
2
2
* Effect-/Prestatie-indicator. ** In 2013 nam het aantal contactmomenten bij schoollogopedie toe in de voorschoolse educatie. *** Het aantal begeleide zorgleerlingen van zestien jaar en ouder is fors gestegen. Door het afnemende aantal vacatures overwegen meer jongeren terug te keren naar het onderwijs. **** De cijfers van de aantallen voortijdig schoolverlaters zijn aangeleverd via de Dienst Uitvoering Onderwijs en zijn – landelijk – nog niet bekend.
2.7 Beleidsonderdeel cultuur Doel 15: Het versterken van cultuurparticipatie. Dit doel is in de begroting ook opgenomen in het programma Stadseconomie, waar dit onderwerp ook thuis hoort. Dit verantwoording over dit beleidsdeel is daarom daar opgenomen. Zie het programma Stadseconomie, paragraaf 2.3, doel 2. 2.8 Beleidsonderdeel participatie, re-integratie, arbeidsmarktbeleid en inburgering Doel 16, 18 en 19: Schiedammers stimuleren aan het werk te gaan door een activerend arbeidsmarktbeleid (= werkgever als klant). Het bevorderen van uitstroom naar werk. Het aansluiten van onderwijs op de arbeidsmarkt. Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is een regionale (MVS)-visie ontwikkeld op de uitvoering van de Participatiewet met belangrijke kaders op het
48
gebied van werkgeversdienstverlening, het toeleidingsproces van de klant (signalering, intake en diagnose) en de gemeentelijke inzet voor de begeleiding naar werk voor de verschillende doelgroepen. Binnen deze kaders ontwikkelt de gemeente strategisch beleid voor verschillende onderwerpen. • De MVS-gemeenten hebben een besluit genomen over het regionale participatiebedrijf Stroomopwaarts, dat wordt gevormd door een samenvoeging van de sociale diensten en sociale werkvoorziening uit de drie gemeenten. De hoofdlijnen van deze nieuwe organisatie zijn vastgelegd in de nota Stroomopwaarts • Het regionale project Baanbrekend (een samenwerking tussen de MVS-gemeenten en Randstad) is voortgezet. Dit is een project voor werkzoekenden met een bijstandsuitkering en nieuwe aanvragers met een korte afstand tot de arbeidsmarkt. Het aantal plaatsingen dat Baanbrekend in
2013 moet realiseren is bijgesteld naar 600 voor de drie gemeenten. Omdat Baanbrekend een regionaal project is, is het lastig een nauwkeurige vertaling te maken naar het aantal te realiseren plaatsingen voor Schiedam. Grosso modo zouden dit circa 300 plaatsingen moeten zijn. Hiervan is 80% gerealiseerd. • Ook het regionale project Startpunt Go is voortgezet; voor ondersteuning van jongeren die werk zoeken of een opleiding willen volgen. • Er zijn groepstrainingen georganiseerd voor mensen met een middelgrote afstand tot de arbeidsmarkt. De kracht van deze aanpak is dat er een groepsdynamiek ontstaat, waardoor mensen elkaar gaan helpen en elkaar motiveren. In de groepstrainingen wordt de individuele voortgang van klanten besproken en worden vervolgstappen afgesproken. Voor de deelnemers kan dit betekenen dat zij opdrachten krijgen om uit te voeren, of dat zij zelfstandig ondersteuning moeten organiseren bij bijvoorbeeld schuldhulpverlening of maatschappelijk werk. • Er is extra werkgelegenheid gecreëerd door met opdrachtnemers afspraken te maken over de inzet van werkzoekenden in het kader van ‘social return’ (onder andere in de zorg, groen en bouw). Dit betreft vooral mensen met een middelgrote afstand tot de arbeidsmarkt. • Er zijn samenwerkingsovereenkomsten afgesloten met werkgevers die werkervaringsplekken met behoud van uitkering beschikbaar stellen voor mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Deze mensen krijgen begeleiding op de werkplek en worden in staat gesteld om gerichte trainingen te volgen. Dat vergroot de kans op (behoud van) regulier werk.
• Er zijn in het kader van het project ‘Work First’ afspraken gemaakt met een werkgever over het beschikbaar stellen van arbeidsplaatsen voor mensen die door een negatieve houding en gedrag niet aan de slag komen. Het doel van deze interventie is niet om mensen te ‘straffen’, maar door middel van een gerichte aanpak een verandering in houding en gedrag te bewerkstelligen. Hierdoor zijn er betere kansen op doorstroming naar regulier werk. • Er zijn stappen gezet in de integrale aanpak met onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven om de mismatch tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verkleinen. Zo heeft Schiedam besloten om deel te nemen aan de Technetkring. Doel van Technetkring is een aanzienlijke toename van de instroom en gediplomeerde uitstroom van leerlingen in de technische opleidingen. Het resultaat hiervan is voldoende goed opgeleid personeel op de regionale arbeidsmarkt. Ook nam Schiedam deel aan de zogenoemde Kennisalliantie die de maritieme sector op de kaart wil zetten. • Het project Buurtkracht is opgezet. Daarmee wordt invulling gegeven aan de vooralsnog vrijwillige tegenprestatie. Vrijwilligers met een bijstandsuitkering doen maatschappelijk nuttig werk, zoals licht huishoudelijke hulp, hulp bij boodschappen of klusjes in en om het huis. • Het dienstverleningsconcept Talentontwikkelplein (waarin de verbinding wordt gemaakt tussen arbeidsmarkt, onderwijs en maatschappelijke zorg) is niet verder doorontwikkeld in verband met de regionale vorming van Stroomopwaarts. Er is wel een variabel ‘instrumentenboek’ met interventies op het gebied van re-integratie, zorg en welzijn.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren werk & inkomen Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 16, 18 en 19: zoveel mogelijk Schiedammers aan het werk. Totaal aantal beëindigde uitkeringen in verband met werkaanvaarding, waarvan
P
MO – W/I
2011
550
432
• door inzet Baanbrekend (inclusief werkzoekenden die geen bijstand hebben ontvangen).
P
MO –W/I
2011
400
243
• door inzet social return.
P
MO –W/I
2012
50
85
• door inzet van overige activiteiten.
P
MO –W/I
2011
100
104
* E = Effectindicator en P = Prestatie-indicator
PROGRAMMAREKENING
49
inburgeringtermijn tussen 1 januari 2007 en 1 januari 2013 is gestart. De gemeente zal er bij de inburgeringplichtigen op aandringen dat zij het inburgeringexamen binnen de vastgestelde termijn halen. Wanneer dit door hun eigen toedoen niet lukt, wordt een bestuurlijke boete opgelegd. Het doel is om het aantal boetes te minimaliseren door effectief te sturen op een succesvolle afronding van de trajecten.
Doel 17: Het bevorderen van het tijdig halen van het inburgeringexamen. Hiervoor is het volgende gedaan: • De lopende inburgeringtrajecten worden afgerond. De gemeente heeft sinds 2013 niet langer de wettelijke taak om nieuwe inburgeringtrajecten aan te bieden. • Handhaving ten aanzien van de inburgeraars waarvoor de Tabel effect- en prestatie indicatoren werk & inkomen Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 17: het bevorderen van het tijdig halen van het inburgeringexamen. Totaal aantal afgeronde trajecten inburgering
P
MO – W/I
2011
280
99
Totaal aantal opgelegde boetes
P
MO – W/I
2011
0
0
* E = Effectindicator en P = Prestatie-indicator
2.9 Beleidsonderdeel schuldhulpverlening en armoedebeleid Doel 20: Het scheppen van voorwaarden voor een beter toekomstperspectief omtrent het hebben van een voldoende besteedbaar inkomen en volwaardige maatschappelijke participatie. Hiervoor is het volgende gedaan: • In de ‘Nota intensivering armoedebeleid gemeente Schiedam 2013’ is nieuw beleid vastgesteld om kwetsbare doelgroepen extra te ondersteunen. De gemeente vormt bijvoorbeeld een kindpakket, in lijn met een recent rapport van de Kinderombudsman. Op deze wijze wordt de participatie van kinderen uit arme gezinnen gestimuleerd. Ook wordt het voorzieningenpakket voor chronisch zieken en gehandicapten met een laag inkomen verstevigd en zijn middelen vrijgemaakt voor schuldpreventie en kwijtschelding van gemeentelijke heffingen voor kleine ondernemers. • De gemeente voerde ook in 2013 specifieke minimaregelingen uit voor ondersteuning van kwetsbare Schiedammers. Zo declareerden scholen en verenigingen 1459 waardebonnen voor sport, cultuur en schoolactiviteiten in het kader van het Schiedamse Jeugdfonds. De compensatieregeling voor chronisch zieken en gehandicapten is ook in 2013 uitgevoerd. Deze tegemoetkoming van € 310 is 660 maal toegekend. De inkomenstoeslag is 980 maal toegekend. Doel 21 en 22: Het voorkomen van (terugval in) schulden. Het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de schuldenaar.
50
Hiervoor is het volgende gedaan: • Er is een Netwerk Schuldpreventie opgezet waarin verschillende maatschappelijke organisaties samenwerken om mensen met schulden zo snel mogelijk het meest geschikte traject aan te bieden. Essentieel in deze samenwerking is de inzet van vrijwilligers. Zij kunnen mensen helpen met bijvoorbeeld het op orde krijgen van de financiële administratie. • Er zijn afspraken gemaakt met Woonplus over het voorkomen van huisuitzettingen. Zo worden mensen met een (kleine) huurachterstand in een vroegtijdig stadium doorverwezen naar het Netwerk Schuldpreventie. Als de financiële situatie al ernstig is, worden deze mensen direct doorverwezen naar de gemeentelijke schuldhulpverlening. De gemeente is dan bereid om afspraken te maken over huurdoorbetaling vanuit de uitkering tot er een schuldenregeling is getroffen. Deze afspraken worden in een samenwerkingsovereenkomst vastgelegd. • De gemeente heeft extra middelen vrijgemaakt voor een pilot met financiële coaching van jongeren met problematische schulden. Goede begeleiding is van doorslaggevend belang om taakvolwassenheid en doorzettingsvermogen te bevorderen. Vooralsnog gaat het om een groep van 25 tot 30 personen. • Naast schuldpreventie is op het curatieve vlak budget vrijgemaakt waaruit acute hulp geboden wordt aan personen en gezinnen die deze hulp nodig hebben. De (financiële) hulp wordt uitsluitend verleend op basis van wederkerigheid en alleen dan als er geen andere (voorliggende) voorziening voorhanden is. Een voorbeeld van acute hulp is de
ondersteuning van mensen die door omstandigheden in een sterk vervuilde woning leven. • De gemeentelijke schuldhulpverlening wil graag aanslui-
ten op de ontwikkelingen in het Wijkondersteuningsteam. Daarom is een budgetconsulent voor een aantal uren per week in dit team gedetacheerd.
Tabel effect- en prestatie indicatoren werk & inkomen Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 21: het voorkomen van (terugval) in schulden. Doel 22: het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de schuldenaar. Aantal deelnemers budgetadviesgesprekken.
P
MO – W/I
geen
250
395
Percentage van de crisissituaties waarin wordt voorkomen dat woningontruiming, en afsluiting gas, elektra en water plaatsvindt.
E
MO – W/I
geen
70%
62% (88 van de 142 crisissituaties)
Het aantal geslaagde schuldregelingen is hoger of gelijk aan het landelijk gemiddelde in dat jaar.
P
MO – W/I
(2011)
44%
* E = Effectindicator en P = Prestatie-indicator
2.10 Beleidsonderdeel sport Doel 23 en 24: Verhogen van het aantal Schiedammers dat voldoende sport en/of beweegt. Hiervoor is het volgende gedaan: • Sport en beweegaanbod voor alle doelgroepen – In 2013 heeft Schiedam in nauwe samenwerking met veel maatschappelijke partners het sport- en beweegaanbod in de stad verder ingevuld. Het sport- en beweegaanbod is (zowel financieel als qua uitvoering) zoveel mogelijk bij maatschappelijke partners ondergebracht. Schiedam vervult vooral de regierol. Mooie voorbeelden hiervan zijn: • Buurtsport (Streetrulez). Met ingang van 1 mei 2013 is het project Streetrulez overgedragen aan SWS Welzijn. SWS Welzijn is opdrachtnemer van het project. De gemeente is opdrachtgever en regisseert, monitort en evalueert het project. Het aantal sportcoaches is inmiddels uitgebreid: van dertien naar vijfendertig. In 2013 vonden activiteiten plaats op diverse buurtsportlocaties en in binnensportaccommodaties. • Borging schoolsporttoernooien. Lentiz Life College nam in 2013 de organisatie van een groot deel van de schoolsporttoernooien over van de gemeente. Dit past prima binnen hun curriculum en het biedt de studenten de mogelijkheid om in de praktijk ervaring op te doen, waarbij de combinatiefunctionarissen als ‘externe adviseurs’ de kwaliteit bewaken. In 2013 zijn de toernooien over het algemeen zeer goed verlopen. Binnen een stuurgroep, waarin alle partijen zijn vertegenwoordigd, wordt de
voortgang van de toernooien besproken. Daarnaast was er veel aandacht voor de naschoolse activiteiten voor de jeugd (onder meer wijksportverenigingen in het basisonderwijs en schoolsportverenigingen in het voortgezet onderwijs). • Schoolsportvereniging voortgezet onderwijs (SSV). De Schoolsportvereniging (SSV) is een samenwerking tussen de gemeente Schiedam, HBSS, KNVB en de onderwijsinstellingen. Er is eerst gestart met zaalvoetbal. Later worden ook andere sporten en leeftijdsgroepen hieraan toegevoegd, zoals basketbal en badminton. In de werkgroep zitten de contactpersonen van de desbetreffende organisaties regelmatig bij elkaar om de gang van zaken te bespreken. De zaalvoetbalcompetitie in de onderbouw van het voortgezet onderwijs omvat vijf teams. De wedstrijden worden wekelijks gespeeld in sporthal Groenoord. • Sport in de wijk – In het kader van buurtgericht werken nam de gemeente deel aan het programma Sport in de Buurt. Dit programma zet in op wijksportverenigingen en sportcoaches op de speelpleinen bij de scholen (zie het project Streetrulez) en overige sportlocaties in de buurt. • Sportevenement – In 2013 organiseerde de gemeente het aansprekende sportevenement ‘Schiedam cricketstad’, om Schiedam te profileren als ‘Schiedam Sportstad’. Dit heeft er mede toe geleid dat Schiedam in 2013 is uitgeroepen tot de cricketstad van Nederland.
PROGRAMMAREKENING
51
Doel 25: Op peil houden en optimaal benutten van sportvoorzieningen. Hiervoor is het volgende gedaan: • Sportaccommodaties en sportparken – In 2013 is het groot- en klein onderhoud aan de sportaccommodaties uitgevoerd. In de zomer van 2013 heeft een grootschalige renovatie van zwembad Zuid plaatsgevonden. In 2013 heeft de aanbesteding plaats van de exploitatie en het beheer van de zwembaden, sporthallen en sportzalen plaats gevonden. De accommodaties zijn overgedragen aan Optisport Exploitatie BV. Tevens zijn de gemeentelijke gymnastieklokalen overgedragen aan Stichting PRIMO Schiedam. In deze overdracht zijn randvoorwaarden en uitgangspunten opgenomen om het huidige kwaliteitsniveau van de accommodaties te waarborgen. Beide exploitaties zijn per 1 januari 2014 operationeel. In het kader van het project in Schiedam in Beweging heeft de gemeente de eerste fase van de ontwikkelvisie uitgewerkt. In het kader van de herinrichting Harga-Noord en realisatie Park A4 sprak de gemeente met betrokken verenigingen over inrichting, organisatie, beheer en exploitatie van deze sportaccommodaties. Voor de locatie HargaNoord heeft Schiedam in juli een intentieovereenkomst getekend, waarin partijen hebben vastgelegd, afspraken te maken over inrichting, beheer en organisatie van de nieuwe sportaccommodaties. Halverwege 2013 is gestart met de herinrichting van de hondensportlocatie, die begin 2014 wordt afgerond. Dit wordt gefinancierd uit de beschikbare
middelen van het Meerjarenonderhoudplan (MBOP) buitensportaccommodaties. • Buurtsportlocaties – In 2013 zijn drie buurtsportlocaties gerealiseerd: één Cruijff Court en twee Krajicek Playgrounds. De sportcoaches hebben gezorgd voor een optimale benutting hiervan. Ook zijn vier schoolpleinen omgevormd tot algemene sportpleinen via het project Schoolplein 14. • Bezettingsgraad sporthallen – In 2013 bleef de bezettingsgraad van de sporthallen op niveau. In het aanbestedingstraject zijn stappen gezet om vanaf 2014 de bezettingsgraad te verhogen met een nieuwe gespecialiseerde exploitant. • Burgertevredenheid sportaccommodaties – Schiedam maakte in 2013 een flinke kwaliteitsslag met de renovatie van zwembad Zuid. Daarnaast heeft de gemeente het MBOP uitgevoerd, waardoor de accommodaties op niveau zijn gebleven. Doel 26: Verbeteren van de lokale organisatie van sport. Hiervoor is het volgende gedaan: • Vitalisering verenigingen – Mede in relatie tot het project Schiedam in Beweging is de gemeente in 2013 verder gegaan met de vitalisering van sportverenigingen. In 2013 voerde adviesbureau Koerseigen in opdracht van de gemeente gesprekken met sportverenigingen op basis van de resultaten van het vitaliteitsonderzoek uit 2012. Hierna gaat de gemeente de vitale sportverenigingen in 2014 faciliteren als onderdeel van het uitvoeringsprogramma Sociaal Domein.
Doelrealisatie: kengetallen Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde
Werkelijk
2013
2013
Doel 23 en 24: verhogen van het aantal Schiedammers dat voldoende sport en/of beweegt.
52
Aantal inwoners dat voldoet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB)
P
S&R
61% (2011)
+ 2%
N.n.b.
Percentage Schiedamse bevolking dat minimaal twaalf keer per jaar aan sport doet
P
S&R
58% (2011)
+ 2%
N.n.b.
Burgertevredenheid sportaanbod
E
S&R
6,9 (2011)
6.8
6.9
Aantal sportpleinen
P
S&R
0 (2009)
1
4
Aantal wijksportverenigingen
P
S&R
0 (2010)
2
2
Aantal georganiseerde sportevenementen in Schiedam die een bijdrage leveren aan de profilering van Schiedam als sportstad
P
S&R
0 (2009)
1
1
Omschrijving (vervolg)
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde
Werkelijk
2013
2013
Doel 25: op peil houden en optimaal benutten van sportvoorzieningen. Uitvoeren MOP-sportaccommodaties
S&R
2008
100%
100% **
Burgertevredenheid sportaccommodaties
E
S&R
6,8 (2011)
6.9
n.n.b.
Bezettingsgraad sportaccommodaties
P
S&R
58% (2010)
58%
58%
E
S&R
2012/2013
60%
***
Doel 26: verbeteren lokale organisatie van sport. Percentage verenigingen waar de vitaliteit verbeterd is
* E = Effectindicator en P = Prestatie-indicator ** In 2011 zijn voor de binnensportaccommodaties nieuwe MBOP’s opgesteld, waaruit bleek dat er aanzienlijk lagere onderhoudskosten gemaakt moeten worden. Het groot onderhoud aan de buitensportaccommodaties wordt daarnaast in nauwe afstemming met ‘Schiedam in beweging’ afgestemd. *** In 2012 heeft er onderzoek plaatsgevonden naar de vitaliteit van de Schiedamse sportverenigingen. Dit onderzoek heeft in 2013 verder gestalte gekregen. Er is een grove indeling van drie soorten verenigingen opgesteld, te weten de kwetsbare sportvereniging, de basis sportvereniging en de vitale sportvereniging. Een kwart van de sportverenigingen kan worden aangemerkt als vitaal. De helft van de verenigingen wordt gezien als basisvereniging en een kwart valt in de categorie kwetsbaar.
2.11 Beleidsonderdeel integratie & diversiteit Doel 27: Het tegengaan van discriminatie en uitsluiting op welke grond dan ook. Hiervoor is het volgende gedaan: • In 2013 is het wettelijke verplichte meldpunt opgericht waar Schiedammers advies en ondersteuning kunnen krijgen bij klachten over (vermoede) discriminatie. Dit meldpunt wordt uitgevoerd door RADAR. • RADAR heeft in 2013 klachten geregistreerd conform de Regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA), het Besluit gemeentelijke antidiscriminatie-voorzieningen en de ministeriële regeling. Daarover is de gemeente geïnformeerd. Deze rapportage is aan de gemeenteraad gezonden. De rapportage gaf in 2013 geen aanleiding voor aanvullende maatregelen. • In 2013 zijn diverse maatschappelijke instellingen geïnterviewd over diversiteit. Ook vond het tweede Schiedams Integratiediner plaats. Dit vormt de input voor een visie met minimaal de volgende uitgangspunten:
• De gemeente verbetert haar toegankelijkheid voor alle doelgroepen. • De gemeente stimuleert de verbetering van de toegankelijkheid van maatschappelijke organisaties. • Stimulering van activiteiten die de leefbaarheid en het onderling begrip in de eigen leefomgeving verhogen. • De gemeente voerde het lokaal emancipatiebeleid lesbiennes, homoseksuelen, biseksuele en transgenders uit. Schiedam heeft als een van de 41 koplopergemeenten een bijdrage geleverd aan de emancipatie van deze doelgroep. Doel 28: Het stimuleren van de emancipatie en participatie van alle Schiedammers. Hiervoor is het volgende gedaan: • Vluchtelingenwerk Maasdelta bood in 2013 maatschappelijke en juridische begeleiding en integratieactiviteiten aan vluchtelingen. • Het Uitvoeringsplan Arbeidsmigranten uit Midden- en Oost Europa 2012-2013 is uitgevoerd en gemonitord.
PROGRAMMAREKENING
53
Tabel effect- en prestatie-indicatoren beleidsonderdeel integratie & diversiteit Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Doel 27: het tegengaan van discriminatie en uitsluiting op welke grond dan ook Uitvoeren van een meldpunt waar Schiedammers advies en ondersteuning kunnen krijgen bij klachten over (vermoedde) discriminatie.
P
OW
2013
1
1
Registratie van klachten conform de WGA en het Besluit gemeentelijke antidiscriminatiewetvoorzieningen, de Ministeriële Regeling en de jaarlijkse rapportage daarvan aan de gemeente.
P
OW
2013
1
1
In 2013 hebben interviews plaatsgevonden met diverse maatschappelijke instellingen over diversiteit. Ook heeft in 2013 het tweede Schiedams Integratiediner plaatsgevonden. Dit vormt de input voor een nog uit te werken visie, die minimaal de volgende uitgangspunten bevat: • De gemeente verbetert haar toegankelijkheid voor alle doelgroepen. • De gemeente stimuleert een betere toegankelijkheid van maatschappelijke organisaties. • De gemeente stimuleert activiteiten die leefbaarheid en onderling begrip in de eigen leefomgeving verhogen.
P
OW
2013
-
-
Doel 28: het stimuleren van de emancipatie en participatie van alle Schiedammers. Bieden van maatschappelijke en juridische begeleiding en integratieactiviteiten aan vluchtelingen.
P
OW
Implementatie van het Uitvoeringsplan arbeidsmigranten uit Midden- en Oost Europa 2012-2013
P
OW
2.12 Beleidsonderdeel dierenwelzijn Doel 29: Het bevorderen van de gezondheid van huisdieren, hobby- en productiedieren en vrij levende dieren. In de begroting 2013 is aangeven dat er geen extra activiteiten in dit kader worden uigevoerd. Wel is er sprake van staand beleid. Dit lichten we hieronder toe. • In 2013 gaf de gemeente een hondenfolder uit als sluitstuk van het hondenbeleid. Deze folder wordt in het voorjaar van 2014 verspreid. De folder geeft aan wat de regels zijn voor hondenbezitters wat van hen verwacht wordt (honden altijd aangelijnd, behalve in losloopgebieden en hondenpoep opruimen, behalve in losloopgebieden en hondentoiletten) en waar de losloopgebieden, hondentoiletten en afvalbakken in de gemeente te vinden zijn. • Alle gemeenten in de regio hebben een brief van de Dierenbescherming Rijnmond ontvangen waarin staat dat de Dierenbescherming hoge exploitatietekorten opbouwt. Dit komt onder meer doordat gemeenten een te lage bijdrage
54
vragen voor het opvangen van de zwerfdieren. Dit is het gevolg van afspraken die de Dierenbescherming heeft gemaakt en die niet kostendekkend blijken te zijn. De gemeente is wettelijk verplicht zwerfdieren minimaal twee weken op te vangen. Deze wettelijke taak wordt in de regio Rotterdam-Rijnmond uitgevoerd door de Dierenbescherming Rijnmond. Hierdoor zouden de kosten voor Schiedam extreem toenemen vanaf 2014, het jaar dat de dienstverleningsovereenkomst afloopt: twee en een half maal zoveel als het bedrag dat in de begroting staat. Om als regio een gezamenlijk standpunt in te nemen is een werkgroep, ingesteld onder voorzitterschap van mevrouw P. Bouvy-Koene (burgemeester Bernisse). Deze werkgroep heeft onderzoek gedaan naar de alle facetten rondom de wettelijke verplichting om zwerfdieren op te vangen, inclusief de kosten die daarmee zijn gemoeid. Dit onderzoek was de basis voor de onderhandelingen met de Dierenbescherming-Rijnmond. In 2013 hebben deze onderhandelingen nog niet tot concrete afspraken geleid.
3. Wat heeft het programma Sociale Infrastructuur gekost? (Bedragen x € 1.000)
Rekening 2012
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
138.219
128.100
131.214
134.260
-3.046
Lasten Baten
84.908
70.836
83.735
86.494
2.759
Resultaat voor bestemming
-53.311
-57.264
-47.479
-47.766
-287
Toevoeging aan reserves
4.440
60
9.977
11.791
-1.815
Onttrekking aan reserves
5.277
158
2.668
5.454
2.759
837
98
-7.309
-6.337
972
-52.474
-57.166
-54.788
-54.103
685
Saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
4. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Onderwijsbeleid Aan Onderwijsachterstandenbeleid (Brede School, Peuterspeelzaalwerk, Schakelklassen) werd minder uitgegeven. De besteding van de gemeente volgt een ander patroon dan de inkomsten die we van het rijk ontvangen.
L
Van het rijk zijn middelen verkregen voor de uitvoering van het Onderwijsachterstandenbeleid. De ontvangsten lopen niet synchroon met de besteding door de gemeente aan daadwerkelijke projecten.
B
Het budget voor decentralisatie onderwijshuisvesting is niet volledig ingezet.
L
414
*
-486 150
* *
Product Primair Onderwijs Extra inkomsten zijn met name ontstaan door verhuur van schoollokalen aan aanbieders van buitenschoolse opvang en hele dagopvang.
B
121
Het budget voor tijdelijke huisvesting van zowel het openbaar als het bijzonder primair onderwijs is niet volledig ingezet.
L
318
Afschrijving van de resterende boekwaarden van basisscholen De Taaltuin en de Wieken, waarvoor vervangende nieuwbouw heeft plaatsgevonden.
L
-591
L
-353
* *
Product Voortgezet onderwijs Afschrijving van de resterende boekwaarden van het Lyceum Schravenlant, waarvoor vervangende nieuwbouw heeft plaatsgevonden. Product Sportaccomodaties De tijdelijke sluiting in verband met de renovatie van Zwembad Zuid heeft geleid tot minder inkomsten.
B
-134
De gemeente verstrekte tot 1 januari 2014 jaarlijks een exploitatiebijdrage aan Sportfondsen Schiedam B.V. Na vaststelling van de jaarrekening 2011 heeft afrekening plaatsgevonden over de exploitatievergoeding betreffende de jaren 2005 t/m 2011.
B
104
Uit de in 2011 uitgevoerde analyse van de staat van onderhoud van de binnensportaccommodaties (sporthallen- en zalen en zwembad Groenoord) bleek, dat bepaalde onderhoudswerkzaamheden in 2013 nog niet uitgevoerd hoefden te worden.
L
473
Zwembad Zuid is grootschalig gerenoveerd gedurende de periode juli t/m september. Gedurende deze periode is het zwembad gesloten geweest voor publiek. De energielasten zijn hierdoor lager uitgevallen. Door de renovatie is minder uitgegeven aan regulier onderhoud.
L
58
L
101
L
51
L
145
*
Product Culturele Activiteiten Een deel van het subsidiebudget voor jeugdtheaterschool de Teerstoof is niet uitgegeven. Daarnaast is er nog een surplus uit 2012 van de subsidie aan het Wennekerpand.
*
Product Sociaal Cultureel Werk Er werden minder subsidies aangevraagd. Product Maatschappelijk werk Betreft de bijdrage ROGplus. Er is minder uitgegeven aan Huishoudelijke Verzorging en meer aan Voorziening Gehandicapten. Daarnaast zijn minder subsidies verstrekt aan de WMO instellingen. De kosten voor de WMO adviesraad zijn lager dan begroot.
PROGRAMMAREKENING
55
Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Kinderopvang Er zijn minder subsidies peuterspeelzaalwerk verstrekt. Ook zijn de kosten voor kinderopvang als gevolg van sociaal medische indicatie flink lager dan begroot.
L
99
Het aantal uitkeringsgerechtigden is gestegen tot 2.257 personen, terwijl in de Berap 2013 nog is uitgegaan van circa 2.200 uitkeringsgerechtigden. Voor de meerkosten hiervan wordt de reserve Inkomensvoorziening aangesproken. Daarnaast zijn de lasten voor de vakantietoeslag voor clienten niet begroot (€ 1.200)
L
-2.386
Belangrijkste oorzaak van de hogere opbrengst voor Werk en Bijstand is de ontvangst van het rijk voor uitbetaling van de vakantietoeslag voor cliënten (€ 1.200). Daarnaast is voor € 500 minder geïncasseerd op openstaande vorderingen, doordat debiteuren minder snel betalen.
B
560
Eind 2013 is besloten om de kassiersfunctie van de proeftuin jeugd NWN (Nieuwe Waterweg Noord) te vervullen. De lasten en baten hiervoor konden toen niet meer worden geraamd.
B
255
De lasten zijn tevens hoger doordat het budget voor structurering sociaal domein niet volledig benut.
L
581
Bij de behandeling van de begroting 2013 heeft de gemeenteraad van Schiedam een motie aangenomen omtrent de Rotterdampas. Aan het college is gevraagd te onderzoeken of de Rotterdampas vervangen zou kunnen worden door een volwaardig alternatief. Het college heeft dit alternatief niet gevonden en besloten, mede gelet op de financiële ruimte in het budget bijzonder bijstand, de Rotterdampas te continueren. Bij brief van 20 december 2012 (12UIT31623) is de gemeenteraad hierover geïnformeerd.
L
-119
Product inkomensvoorzieningen *
*
Product Werkgelegenheidsbeleid De hogere lasten zijn hoofdzakelijk het gevolg van het vormen van een voorziening voor de claim van de belastingdienst voor de lease-auto's bij BGS en een hogere omzet bij BGS. De hogere baten zijn het gevolg van een hogere omzet bij BGS.
L
-2.723
B
1.578
*
Product Volksgezondheid De exploitatiekosten van het Centrum voor Jeugd en Gezin voor jeugdgezondheidszorg (uniform- en maatwerkdeel) zijn lager uitgevallen. Tevens is de budgetsubsidie over 2012 aan CJG Rijnmond lager vastgesteld, waardoor een bedrag vrijvalt.
L
140
Product Participatiebudget Het voordelig saldo heeft betrekking op de vaststellingsovereenkomst met de belastingdienst. Overige verschillen programma Sociale infrastuctuur Totalen programma Sociale infrastuctuur
B
967 596
-206
-3.046
2.759
-287
Alle bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Deze overschrijding of onderschrijding wordt verrekend met een reserve.
56
5. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (bedragen x € 1.000)
Rekening 2012 Lasten
Baten
Begroting 2013 Saldo
Lasten
Baten
Rekening 2013 Saldo
Lasten
Baten
Saldo
3001 Onderwijsbeleid
9.123
6.599
-2.524
10.131
6.040
-4.092
9.518
5.653
-3.865
3002 Primair onderwijs
5.230
205
-5.025
4.694
116
-4.578
4.946
234
-4.712
3003 Voortgezet onderwijs
2.461
118
-2.342
2.904
78
-2.826
3.231
104
-3.127
2
0
-2
27
15
-12
7
0
-7
3005 Milieu educatie 3006 Sport en recreatie
1.052
43
-1.009
965
22
-943
891
14
-876
3007 Sportaccomodaties
6.014
1.982
-4.032
6.052
1.655
-4.397
5.521
1.626
-3.894
3008 Bibliotheekwerk
2.872
4
-2.868
2.568
0
-2.568
2.570
3
-2.567
3010 Culturele activiteiten
1.092
-35
-1.127
1.227
31
-1.196
1.070
12
-1.058
3011 Sociaal cultureel werk
4.145
14
-4.130
3.785
0
-3.785
3.641
20
-3.622
3012 Maatschappelijk werk
12.926
715
-12.211
12.069
329
-11.740
11.924
311
-11.613
896
40
-856
748
40
-708
649
44
-605
3013 Kinderopvang 3014 Inkomensvoorziening
50.154
43.945
-6.209
47.656
48.188
532
49.648
49.047
-600
3015 Werkgelegenheidsbeleid
24.258
22.188
-2.069
20.845
18.715
-2.130
23.567
20.293
-3.257
3016 Vormingswerk 3017 Volksgezondheid
432
0
-432
332
0
-332
331
0
-331
4.046
318
-3.728
4.197
0
-4.197
4.043
19
-4.023
3018 Wet op de lijkbezorging
81
10
-71
80
4
-76
88
8
-80
3019 K wijtschelding gemeentelijke belastingen
636
0
-636
656
0
-656
650
0
-650
3020 Dierenwelzijn
134
0
-134
130
0
-130
96
0
-96
3021 Participatiebudget Resultaat voor bestemming 3999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
12.668
8.762
-3.906
12.147
8.503
-3.645
11.870
9.107
-2.763
138.219
84.908
-53.311
131.214
83.735
-47.479
134.260
86.494
-47.766
4.440
5.277
837
9.977
2.668
-7.309
11.791
5.454
-6.337
142.659
90.185
-52.474
141.191
86.403
-54.788
146.051
91.948
-54.103
PROGRAMMAREKENING
57
Stadseconomie 1. Doelstelling Het programma Stadseconomie handelt over de economische, toeristische en culturele ontwikkeling van de stad. Doel is het sociaal economisch versterken van de stad door het verbeteren van het vestigingsklimaat en het versterken van de werkgelegenheid. De binnenstad krijgt in dit programma een hoge prioriteit, omdat hier belangrijke ontwikkelkansen liggen. De binnenstad beschikt over de bijzondere DNA kenmerken die de stad Schiedam hebben gevormd: de Schie, de molens, de monu-
menten uit het jeneververleden. Met deze bijzondere kenmerken, die de identiteit van de stad vormen, wil de gemeente haar imago versterken. Schiedam moet aantrekkelijker worden om te wonen, te ondernemen en te verblijven. Een ander belangrijk DNA kenmerk zijn de havens en de hieraan gerelateerde maritieme en offshore industrie. De industriële maakindustrie vormt ook een belangrijk onderdeel van de Schiedamse bedrijvigheid. Hierop wordt, vanuit de kansen die dit biedt voor de werkgelegenheid, sterk ingezet.
Programma Stadseconomie
Speerpunten
Algemene doelstellingen
De gemeente wil de sociaaleconomische structuur van de stad versterken door het verbeteren van het vestigingklimaat en het versterken van de werkgelegenheid.
58
• Versterken ondernemersklimaat • Revitalisering binnenstad • Versterken cultuurparticipatie • Een rol voor kunst en cultuur bij ruimtelijke ontwikkeling • Vergroten toeristisch bezoek aan de stad • Stadspromotie/citymarketing Beleidsonderdelen
Doelstellingen
Ruimte voor economische ontwikkeling
1. Versterken van het ondernemersklimaat. 2. Aantrekkelijk maken en houden aan bedrijventerreinen voor ondernemers. 3. Ontwikkelen bedrijfslocaties.
Stadspromotie
1. Versterken imago van de stad binnen de domeinen, wonen,werken en recreëren.
Ruimte voor cultuur en toerisme
1. Versterken van kunst en cultuur van de binnenstad. 2. Versterken van cultuurparticipatie. 3. Regie voeren op culturele instellingen. 4. Vergroten toeristisch bezoek en verlengen verblijfsduur bezoeker.
Binnenstad
1. Realiseren van een toename van het bezoek aan de binnenstad. 2. Verbeteren van uitstraling van de binnenstad.
2. Uitgevoerde activiteiten en resultaten 2.1 Beleidsonderdeel: Ruimte voor economische ontwikkeling Doelstelling 1: Versterken van het ondernemersklimaat. Hiervoor is het volgende gedaan. Accountmanagement De twee accountmanagers voor de bedrijventerreinen hebben samen met één of meer bestuurders in totaal 26 bedrijven bezocht in 2013. Daarnaast hebben de accountmanagers elk ongeveer 150 bedrijfsbezoeken afgelegd (inclusief meerdere bezoeken aan eenzelfde bedrijf). Acquisitie (beleidsimpuls uit de zomernota) Om nieuwe ondernemers en investeerders naar de binnenstad te trekken, heeft de gemeente twee externe partijen ingezet (lees hierover meer bij de kop ‘aanpak van leegstand’ op bladzijde 60). In 2013 is met behulp van een externe specialist (adviesbureau BCI) en in samenwerking met de stadsregio Rotterdam, een traject gestart om een concrete marketingstrategie te ontwikkelen voor effectieve acquisitie door de gemeente. Daarbij zijn de regionale en lokale economische ontwikkelingen en de unique selling points van Schiedam onderzocht. Ook zijn er doelgroepen van bedrijven en bedrijfsbranches vastgesteld waarvoor Schiedam een aantrekkelijke vestigingsplaats is. Aan de hand van de uitkomsten van dit onderzoek is gestart met de uitwerking van twee gerichte proposities voor Schieveste fase 2, waarmee de gemeente in 2014 bedrijven kan benaderen. Om bedrijven aan te trekken en te behouden is het belangrijk dat de gemeentelijke dienstverlening efficiënt en goed verloopt. Om het ondernemersklimaat te versterken is daarom in 2013 gestart met een traject dat de gemeentelijke dienstverlening aan ondernemers verbetert, het zogenaamde ‘bewijs van goede dienst’. De eerste fase is afgerond. In deze fase heeft de gemeente onderzocht hoe de gemeentelijke dienstverlening aan ondernemers verloopt, onder andere door dossieronderzoek naar tien gemeentelijke ‘producten’ (vergunningen, ontheffingen) en interviews met ondernemers. Op 16 oktober 2013 is tijdens het evenement ‘business op het water’ door het Kennisinstituut Nederlandse gemeenten (KING) het certificaat ‘bewijs van goede dienst’ uitgereikt aan de wethouder Economische Zaken. Eind 2013 is de tweede fase van het traject gestart, waarin concrete verbeteringen naar aanleiding van de aanbevelingen uit het onderzoek worden doorgevoerd.
Afstemming tussen onderwijs en arbeidsmarkt • In 2013 is een beleidsnotitie Onderwijs en arbeidsmarkt opgewerkt, die begin 2014 zal worden vastgesteld. • De gemeente is begonnen met de voorbereiding om in januari 2014 de TechNetkring NWN tot stand te laten komen. Dit is een netwerk van technische bedrijven, scholen en gemeenten. Het netwerk heeft als doel om meer studenten aan te trekken voor technische opleidingen en op die manier meer goed geschoolde technische mensen voort te brengen. De gemeente neemt daarnaast ook vanaf 2013 deel aan het regionale Maritime Delta van de Kennisalliantie. De pilot om burgers met technisch talent vanuit de bijstand aan een baan te helpen, is hier een onderdeel van. Deze pilot is in het vierde kwartaal van 2013 gestart. • Verder is in het kader van de beroepenoriëntatie een fotoproject gestart om (technische) beroepen in Schiedam onder breed publiek, vooral jongeren, te laten zien. Deze foto’s zal de gemeente ook in breder verband gebruiken in activiteiten rondom stadspromotie. • In 2013 begon de gemeente met het in kaart brengen van statistieken op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt. Bureau Onderzoek en Statistiek zal deze cijfers vanaf 2013 structureel aanleveren. • Regionaal begon Schiedam samen met Vlaardingen en Maassluis in 2013 met een constructief ‘triple helix’ overleg (overheid, onderwijs, ondernemers). Besloten is om in 2014 hier een bestuurlijk overleg aan toe te voegen. • Nieuw in 2013 was de Open Bedrijvendag in het kader van Duurzaam, Groen en Innovatief Ondernemen (Windkracht 13). Dit evenement was onder meer gericht op het laten kennismaken van geïnteresseerden in techniek met diverse technische bedrijven. Wijkeconomie Oost Vanuit het project ter stimulering van de wijkeconomie Oost werkte Schiedam in 2013 verder aan de herbestemming van het waterpompstation. De gemeente begon met een vergunningen procedure (inclusief advies van de Rijksmonumenten commissie) om de asbest uit het pand te verwijderen. Als dit is gerealiseerd, zal de gemeente het pand overdragen aan BOEi, een non-profit organisatie die zich bezighoudt met herbestemmen van industrieel erfgoed. Nieuwland Met de inzet van een winkelstraatmanager (aangesteld door de winkeliersvereniging Nolenslaan en gefinancierd uit WAP-budget) is extra ondersteuning gegeven aan onderne-
PROGRAMMAREKENING
59
mers in Nieuwland. De gemeente heeft intensief contact onderhouden over de diverse projecten en ontwikkelingen met de winkelstraatmanager.
Doelstelling 2: Aantrekkelijk maken en houden van bedrijventerreinen voor ondernemers Hiervoor is het volgende gedaan.
Aanpak leegstand De gemeente onderzocht in 2013 het instrumentarium van de leegstandsverordening op toepasselijkheid en de wijze van handhaving en ziet vooralsnog de nodige belemmeringen om hier actief een effectief mee aan de slag te gaan. Wel is in de subsidieverordening voor ‘Werk aan de Winkel 2.0’opgenomen, dat vastgoedeigenaren die in het bezit zijn van een leegstaand pand dat met subsidie is opgeknapt, moeten meewerken aan (tijdelijke) initiatieven voor het vullen van de winkels. In 2013 begon de gemeente met drie onderdelen van de revitaliserings en leegstandsaanpak van de binnenstad (en specifiek de Hoogstraat) door inzet van externe partijen op: 1) Acquisitie op kansrijke branches, winkelketens en winkels. Doel hiervan is het aantrekken van strategisch belangrijke spelers voor de detailhandelsstructuur, ofwel om ketens en filiaalbedrijven (weer) te interesseren voor Schiedam en hiermee de aantrekkingskracht van het centrum te vergroten. 2) Uitwerken en opstarten van ‘Tussentijd Schiedam Hoogstraat’, een strategie inclusief uitvoeringscomponent, die (langdurig) gericht is op het inzetten van (tijdelijk) leegstaand vastgoed, met als doel waardecreatie op niveau van pand, buurt en stad te realiseren. Dit initiatief is met name gericht op activeren en betrekken van het stakeholdersnetwerk (in het bijzonder de diverse vastgoedeigenaren in het gebied) en op duurzame vulling van grotere, meer courante winkelpanden. 3) Verrichten van (acquisitie-)activiteiten, die gericht zijn op het tijdelijk vullen van leegstaande winkels op de Hoogstraat met ‘pop-up’-initiatieven. De pop-up aanpak heeft als doel levendigheid en reuring te creëren en beweging te krijgen in (met name de minder goed in de markt liggende kleinere) leegstaande panden op de Hoogstraat.
Herstructurering Nieuw-Mathenesse De accountmanager voor bedrijventerrein Nieuw Mathenesse voerde in 2013 gesprekken met alle op Nieuw-Mathenesse gevestigde eigenaren en ondernemers van wie het erfpachtcontract is geëxpireerd of binnen afzienbare tijd zal expireren. De eerste fase van het project Buitenhavenweg (het stuk tussen Maasdijk en Bakkesstraat) is uitgevoerd en afgerond (herprofilering en kadeherstel).
Verder heeft Schiedam in de zomer van 2013 samen met de gemeente Vlaardingen, de KvK en de Rabobank een Retail2020-traject doorlopen. Daarbij hebben 12 winkeliers uit beide steden (waaronder zes winkeliers uit het centrum van Schiedam) in twee avondvullende workshops het Nieuwe Winkelen verkend.
60
Herstructurering Spaanse Polder ’s Graveland De accountmanager voor bedrijventerrein Spaanse Polder en ’s Graveland-Zuid faciliteerde in 2013 diverse ondernemers met bouw- en uitbreidingsplannen en heeft zorg gedragen voor spoedige afhandeling van ingediende plannen. In 2013 vond de eerste nieuwbouwrealisatie plaats, onder andere bij de bedrijven Applikon en Confidence. Andere plannen lopen nog. Doelstelling 3: Ontwikkelen bedrijfslocaties. Hiervoor is het volgende gedaan. Schieveste In het kader van de ontwikkeling van Schieveste begon Schiedam in 2013 aan de volgende projecten en zette ze de onderstaande stappen: • Aanleg ontsluitingsweg vanaf de rijksweg: de kruising ten behoeve van de ontsluitingsweg vanaf de rijksweg is gereconstrueerd. De ontsluitingsweg tussen kruising en Schie is aangelegd als bouwweg (deze weg zal geasfalteerd worden op het moment dat de werkzaamheden voor de bouw van de bioscoop zijn voltooid). • Aanleg autobrug over de Schie: de brug is aanbesteed en de aannemer is gestart met de voorbereidingen voor de bouw van de brug (wordt in 2014 gerealiseerd). • Aanleg langzaamverkeerbrug over de Schie: voor deze brug is een voorselectie gedaan. Actuele verwachting is dat de aanbesteding in het eerste kwartaal van 2014 zal starten. Met betrekking tot de aanleg van zowel de auto- als de langzaamverkeerbrug is de gemeente in discussie met het hoogheemraadschap over compensatie van waterberging. Dit heeft tot enige vertraging in het proces geleid. • Aanleg van de langzaamverkeerverbinding tussen station en Overschieseweg en de Schie.
• Inrichting Schieoevers tussen Proveniersbrug en Delflandbrug: de Stadregio Rotterdam verstrekte voor het project Schieoevers een subsidie (ca. € 7 ton) om een plus op de kwaliteit van het openbaar gebied te realiseren. Het oorspronkelijke concept van afsluiting van de Overschieseweg voor autoverkeer is na een politieke discussie in 2012 losgelaten. In 2013 is een nieuw ontwerptraject doorlopen. • Onderhandeling met een marktpartij heeft ertoe geleid dat er op hoofdlijnen een financieel akkoord is over het bouwen van een bioscoop en een parkeergarage op Schieveste fase 5. Daarnaast hebben gesprekken met de stadsregio Rotterdam geleid tot overeenstemming over het toevoegen van een P+R op Schieveste fase 5. • Er is concrete marktinteresse voor de realisatie van onder andere studentenhuisvesting op Schieveste fase 2. • Er is contact met NS rondom de acquisitie voor het programma in fase 2. • Er is een doorstart gemaakt met de ontwikkeling van de kop van de Singel. Vijfsluizen Voor de twee nog uitgeefbare kavels op bedrijventerrein Vijfsluizen is in 2013 door marktpartijen belangstelling getoond, maar onderhandelingen met deze partijen hebben niet tot uitgifte geleid. Wilhelminahaven In 2013 is gestart met een onderzoek naar de haalbaarheid van de herontwikkeling van het slibdepot en van de herstructurering van braakliggende aanpalende percelen. Het onderzoek loopt nog. Bedrijfsmatige ontwikkeling A4 In 2013 heeft de gemeente meegewerkt aan de plannen om een grootschalige detailhandelsvestiging op het terrein Harga-Noord te realiseren. Zie verder bij het programma- en beleidsonderdeel Ruimtelijke ontwikkeling. 2.2 Beleidsonderdeel: Stadspromotie Doelstelling 1: Versterken imago van de stad binnen de domeinen wonen, werken en recreëren. Hiervoor is het volgende gedaan. • Citymarketing: in 2013 is een gemeentebrede projectgroep, onder begeleiding van een externe deskundige, aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een citymarketingvisie. Belangrijkste onderdelen van deze visie zijn het vaststellen van de identiteit van Schiedam en het bepalen van de
positionering. In januari 2014 rondt de projectgroep deze fase af. Daarna volgt de implementatie (traject loopt nog). • Erfgoedprijs: in 2013 mocht Schiedam zich erfgoedstad noemen; Schiedam won de BNG Erfgoedprijs 2012. Uit het juryrapport: ‘Het is uitermate knap wat de gemeente Schiedam weet te doen met haar erfgoed. Schiedam gebruikt haar geschiedenis van werkstad, industriestad en jeneverstad als vitaliserende kracht voor de toekomst.’ • Stichting promotie Schiedam/campagne ontdekschiedam. nu: naast de reguliere promotionele uitingen, zoals: flyers, website, muppies, zette de stichting zich in 2013 extra in op samenwerking met diverse partners. Dit resulteerde in 2013 in een gezamenlijke campagne met het Centrummanagement gekoppeld aan de afsluiting van de Proveniersbrug en in verkennende gesprekken met RET en riviercruises Rotterdam over het opzetten van arrangementen. De woonpartners Woonplus, Rabobank en gemeente hebben afspraken over woonpromotie concreter gemaakt. Aan SPS is de opdracht verstrekt om de gezamenlijke woonpromotie uit te voeren. • Themajaar en uitbreiding imagoversterkende evenementen: het thema van 2013 was ‘Windkracht 13’. Er is één imagoversterkend evenement aan de jaarkalender toegevoegd. Zie verder onder beleidsonderdeel Ruimte voor cultuur en toerisme. 2.3 Beleidsonderdeel: Ruimte voor cultuur en toerisme Doelstelling 1: Versterken van kunst en cultuur van de binnenstad. In het kader van deze doelstelling is ingezet op: • Vergroten van de levendigheid in de binnenstad door het laten plaatsvinden van culturele activiteiten / evenementen, o.a. de Open Monumentendagen, Open Ateliers en Opera aan de Schie. Bijzonder was dit jaar de tentoonstelling Kaleidoscoop met diverse activiteiten in de Korenbeurs en het kunstproject Verborgen Stegen. Bewoners aan de Lange Haven openden de deuren van hun stegen voor kunstwerken van jonge kunstenaars. • Ondersteunen culturele activiteiten en ontwikkelen van producten die het DNA van Schiedam versterken en uitdragen: in 2013 organiseerde het CBK het eerste Fotofestival Schiedam. Dit was een maand lang een groot succes. In het CBK was de tentoonstelling van de nationale fotopersprijs de Zilveren Camera te zien en in andere aansprekende panden (Havenkerk, Monopole, Korenbeurs) waren fototentoonstellingen te zien.
PROGRAMMAREKENING
61
• Het op de kaart zetten van het Museumkwartier: de centrale ingang van het Stedelijk Museum Schiedam is verplaatst naar de Guidici Kapel, volgens het ontwerp van architectenbureau MVRDV. Het plan voor de realisatie van een tweede entree voor het Jenevermuseum aan de Hoogstraat dat in 2013 ontwikkeld is, zorgt voor een meer fysieke verbinding van het Stedelijk Museum met het Jenevermuseum. Maar ook inhoudelijk is er meer verbinding te leggen tussen de drie musea in het gebied. Samen met de musea is de ‘Visie positionering musea Schiedam’ ontwikkeld met als doel de diversiteit in aanbod van de musea te benadrukken en de fysieke ontwikkeling van Hoogstraat 89 en 91 te voorzien van een inhoudelijk programma. Daarbij is besloten een deel van het budget dat verbonden is aan de BNG Erfgoedprijs in te zetten voor de presentatie van de geschiedenis van Schiedam voor Schiedammers en bezoekers. • Subsidiëren van de culturele infrastructuur in de binnenstad: onder andere de Bibliotheek Schiedam, Stedelijk Museum Schiedam, Theater aan de Schie, Jenevermuseum Schiedam, Wenneker Cinema, Schiedamse Molens en Wennekerpand. • Verfraaiing van (de routes naar) de binnenstad met beeldende kunst: in mei 2013 is het kunstwerk Schielandiae Retrospectae van kunstenaar Brigitte Bot opgeleverd. Dit is een wandbetegeling op de betonconstructie van het spoorwegviaduct aan de ’s Gravelandseweg met fragmenten van een 17e eeuwse stadskaart van Schiedam. Het kunstwerk is een kwalitatieve verbetering van een van de belangrijkste entrees naar de Schiedamse binnenstad. Voor de herinrichting van de Schieoevers naast het station Schiedam Centrum is subsidie verkregen van de stadsregio. Doelstelling 2: Versterken van Cultuurparticipatie. Hiervoor is het volgende gedaan. • In 2013 zijn er in het kader van cultuur in de wijk diverse projecten en activiteiten samen met bewoners gerealiseerd die gericht zijn op actieve cultuurparticipatie, zoals ‘Buurt op je Bord’, ‘Hebbie Cultuur?’ (een kwartetspel over kunst en cultuur in Schiedam- Noord), het ‘Gorzen Groen Feest’,
62
het project Van Schreiershuisje tot Schrijvershuisje (een poëtisch kunstwerk in Schiedam-Zuid) etc. Daarnaast hebben bewoners het initiatief genomen om kunst in de openbare ruimte te realiseren. In dat kader is in 2013 het werk ‘Barrier Reef’ van kunstenaar Tanja Smeets opgeleverd in de Gele Woudhoek. Tevens is een wandgedicht van de Schiedamse dichter Ron Elshout geplaatst op een muur van een woning aan het Plein Eendragt. • In 2013 is de impact van de cultuurscouts in Schiedam geëvalueerd. Hieruit bleek dat de cultuurscouts goed weten wat er in de wijk leeft, een groot netwerk hebben en ideeën kunnen concretiseren in projecten samen met de inwoners van Schiedam. Het belangrijkste effect van het werk van de cultuurscouts is sociaal. Culturele activiteiten zijn een middel om de participatie van bewoners te verbeteren, kennis te maken met andere wijkbewoners en de betrokkenheid bij de wijk te vergroten. Door de talenten in de wijk in beeld te brengen krijgen de bewoners een positieve ervaring en groter gevoel voor eigenwaarde. Aanbevelingen ter verbetering: de gemeente moet beter prioriteiten stellen en de cultuurscouts kunnen beter rapporteren. Op basis van deze evaluatie is in de begroting 2014 – 2017 een groter budget voor cultuur in de wijk opgenomen. Hiermee kunnen de cultuurscouts meer uren maken. • In 2013 begon de gemeente met het vierjarige traject ‘Cultuureducatie met Kwaliteit’. Met subsidie van het Fonds voor Cultuurparticipatie wil de gemeente in vier jaar tijd de afstemming tussen vraag en aanbod verbeteren. Daarbij zet de gemeente in op expertisevergroting bij de scholen en ontwikkeling van een doorlopende leerlijn met de culturele instellingen. • In 2013 is aan 20 amateurkunstverenigingen subsidie verleend. Hiernaaststaande tabel is in de begroting 2013 opgenomen in het programma Sociale infrastructuur in het beleidsonderdeel Cultuur. Dit onderdeel is nu verplaatst naar het programma Stadseconomie. Daarom is de tabel ook verplaatst naar dit programma.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren cultuur Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
Inzet cultuurscouts
P
SORGEZTC
N.v.t.
N.v.t.
42 ***
Aantal culturele activiteiten
P
SORGEZTC
N.v.t.
N.v.t.
11 ****
Doel 2: versterken cultuurparticipatie
* Effect-/Prestatie–indicator. *** Het betreft hier het aantal activiteiten dat is uitgevoerd. **** Het betreft hier het aantal projectsubsidies dat is verleend aan diverse organisaties. Het beleid is er op gericht om activiteiten mogelijk te maken die niet het karakter hebben van een evenement of beeldende kunst, maar die wel van belang zijn voor Schiedam.
Doelstelling 3: Regie voeren op culturele instellingen. In het kader van deze doelstelling is in 2013 ingezet op: Code Cultural Governance (ten aanzien van aansturen en besturen van culturele instellingen) De gemeente wil een zakelijke relatie met de culturele instellingen. De regierol van de gemeente houdt in dat zij subsidies beschikbaar stelt die resultaat en prestaties opleveren, zoals dat in de landelijke richtlijnen staat beschreven. Daarvoor doet de gemeente het volgende: • Monitoren van prestaties die gericht zijn op publieksbereik, participatie en ondernemerschap. In de subsidiebeschikkingen zijn hierover prestaties opgenomen waar de instellingen aan moeten voldoen. Omdat de verantwoording van de subsidies nog niet is afgehandeld, is hier echter nog geen resultaat te benoemen. • Outcomesturing (een duidelijke koppeling tussen gemeentelijke doelen en prestatieafspraken met subsidierelaties). In 2013 is geoefend om de methodiek van outcomesturing op het subsidiebeleid toe te passen. In de huidige programmabegroting worden nog vooral de gewenste en directe resultaten benoemd (output) terwijl een gemeente in haar beleidsdoelstellingen juist gewenste maatschappelijke effecten (outcome) benoemt. Bij beleidsontwikkeling en subsidieverlening is het daarom van belang meer aandacht te hebben voor hoe output en outcome zich tot elkaar verhouden. Samenwerking • In 2013 hebben vier theaters in de regio, waaronder het Theater aan de Schie, onderzocht op welke onderdelen zij meerwaarde zien om met elkaar samen te werken. Dit zijn de onderdelen: ‘interne organisatie’ (backoffice), ‘inkoop’ en ‘presenteren’. Deze onderdelen worden gefaseerd in stappen met elkaar uitgewerkt en geïmplementeerd. Dit samenwerkingstraject loopt nog. • Intensivering van de samenwerking tussen het Theater aan de Schie en het Wennekerpand: in 2013 is het bestuur van
de Stichting Wennekerpand opgestapt. Het bestuur van Theater aan de Schie heeft de beschikbare functies overgenomen. Doelstelling van de Stichting blijft het algemene beheer van het cultuurverzamelgebouw en het borgen van het culturele concept. Dit concept is nog steeds in ontwikkeling. • Samenwerking musea: de historische partijen zijn gestart met de Werkgroep ‘de Geschiedenis van Schiedam’. Deze Werkgroep wil rondom het themajaar activiteiten organiseren waarbij ze gebruikmaakt van de historische collecties van de stad. Cultureel ondernemerschap • De gemeente wil jaarlijkse prestatieafspraken vastleggen in subsidiebeschikkingen om een meer zakelijke relatie met de culturele instellingen te bewerkstelligen. • In de subsidiebeschikkingen is per instelling een percentage van te behalen eigen inkomsten benoemd (bijvoorbeeld ten minste 17,5% voor het Stedelijk Museum Schiedam). • De gemeente wil het bedrijfsleven en cultuur laten samenwerken. 2013 stond in het teken van het maken een plan van aanpak hiervoor. Samen met de grote instellingen is hierover meermaals overlegd. Doelstelling 4: Vergroten toeristisch bezoek en verlengen verblijfsduur bezoeker. Hiervoor is het volgende gedaan. Uitvoeren evenementenbeleid In 2013 is Winterland Schiedam toegevoegd aan de jaarlijks terugkerende, imagoversterkende evenementen. Ook de Brandersfeesten en het Maasboulevardfeest vallen in deze categorie. In 2013 ondersteunde de gemeente 12 vitaliserende evenementen financieel, namelijk: • Wiekend (evenement Themajaar Duurzaamheid); • Blues Route; • Open Monumenten dag; PROGRAMMAREKENING
63
• Opera aan de Schie; • Intocht Sinterklaas; • Sinterklaas Paleis; • Schiedam Cricketstad; • Mantelpakjesavond; • Jenever 2013; • Suikerzoet Filmfestival; • Winterlicht; • De Grote Kerst Markt. Activiteiten in het kader van het themajaar Door jaarlijks een ander thema te kiezen wordt Schiedam steeds vanuit een ander perspectief belicht met als doel extra publiek naar de (binnen)stad te trekken en gerichte en diverse doelgroepen aan te trekken. Het themajaar 2013 had als titel Windkracht13. Dit thema kent de pijlers groen, duurzaam en innovatie. Concrete activiteiten die in dit jaar plaatsvonden: • Doop/presentatie van de Schiedam Tulp; • Deelname aan de Entente Florale; • Inrichten van pluktuinen in het Gat van Bolmers; • Installeren van milieuambassadeurs voor Schiedamse basisscholen; • Oprichten van burgerplatform energie; • Organiseren van de duurzame bedrijvendag.
64
Verbeteren informatievoorziening De gemeente heeft een plan uitgewerkt om historische en beeldbepalende panden te voorzien van nieuwe informatiebordjes. De gemeente heeft een inventarisatie gemaakt van gewenste objecten en heeft vervolgens afspraken met een ontwerper gemaakt. De uitvoering staat voor 2014 gepland. Versterken watertoerisme De provincie Zuid-Holland heeft subsidie verstrekt voor aanlegvoorzieningen voor pleziervaartuigen in de Lange Haven. De uitvoering daarvan is echter opgeschort vanwege het kadeherstel. In 2013 stelde de gemeente het projectplan Watertoerisme op. Dit plan vormt een herijking van het plan uit 2001 en bevat onder meer een aantal concrete projectvoorstellen voor onder andere de aanpassing van aanmeervoorzieningen in de Lange Haven en de openingstijden van de bruggen. Het recreatieschap realiseert het vaarknoopsysteem. De gemeente heeft een inventarisatie gemaakt van de locaties voor plaatsing van de borden. Stimuleren Bed & Breakfast In het ontwerp bestemmingsplan Binnenstad is ruimte voor de functie Bed & Breakfast gecreëerd door deze binnen de bestemming ’Gemengde doeleinden’ toe te staan.
Naast deze activiteiten was een aantal evenementen gericht op het themajaar: • Groene Hoogstraat; • Wiekend; • Rotary duurzaamheidsfestival; • Winterlicht; • Duurzaamheidsmarkt tijdens de Brandersfeesten.
Ontsluiting cultureel erfgoed In 2013 besteedde de gemeente aandacht aan tijdelijke ontsluiting van erfgoed. Bij het Fotofestival Schiedam dat het CBK organiseerde, zijn diverse historische locaties gebruikt als tentoonstellingsruimte, zoals: Havenkerk, Korenbeurs, Monopole. En natuurlijk waren alle erfgoeddeuren weer geopend tijdens de Open Monumentendagen.
Om de bewoners van Schiedam te informeren over al deze activiteiten is er vier keer in het jaar een flyer huis aan huis bezorgd, ingestoken bij het Stadsblad.
Recreatie In 2013 is uitgebreid gesproken over herijking van het beleid van het recreatieschap Midden-Delfland, alsmede over het toekomstig beheer van recreatiegebieden in breder verband. Definitieve conclusies ten aanzien hiervan verwacht de gemeente in 2014.
Tabel: Effect- en prestatie-indicatoren beleidsonderdeel Ruimte voor cultuur en toerisme Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (2008)
2010 realisatie
2011 realisatie
2012 realisatie
2013 streven
2013 realisatie
2014 streven
Toename toeristisch bezoek
P
CVO-bezoek per jaar
365.000
368.000 bezoekers 972.000 bezoeken
342.000 bezoekers 926.000 bezoeken
241.000 bezoekers 770.000 bezoeken
390.000
n.n.b. (verwacht april 2014)
420.000
Toename bezoekersaantallen musea
P
Jaarcijfers bezoek diverse musea
90.000
114.402
108.197 (streefwaarde 100.000)
103.575
120.000
111.332
120.000
Toename bezoekersaantallen Theater aan de Schie
P
Bezettingsgraad**
38%
46%
5%
55%
55%
P
Aantal bezoekers theater totaal
38.282
37.158
31.150
32.000
31.150
141
116
95
96
95
14.066
14.610
17.489 (23% van inwoners van Schiedam)
18.250
17.500
19.145 (24,9% van inwoners)
17.500
6,6 rapportcijfer
6,6
6,6
6,8
47.500
Aantal theater voorstellingen Aantal abonnementhouders bibliotheek
P
Jaarcijfers
Culturele voorzieningen en kunstaanbod
E
Onderzoek imago en dienstverlening
32.001
6,8
* E= Effectindicator en P= Prestatie-indicator. ** Bezettingsgraad was 65%, gezien de landelijke trends (afname bezoekers) is dit percentage teruggebracht naar een meer realistisch percentage namelijk 55* Uitleg kolom ‘2013 realisatie’ (jaarrekening): • Daling van bezoekersaantallen en bezoeken is een landelijke trend. De oorzaak is de crisis waardoor mensen minder vaak voor hun plezier op stedenbezoek gaan. • Met betrekking tot het aantal abonnementhouders van de bibliotheek: het betreft hier geen groei, maar een correctie ten opzichte van 2012, waar een verkeerde berekening is gemaakt van het aantal leden op scholen. • Het Jenevermuseum ontving 16% minder bezoekers dan het jaar ervoor. De tegenvallende bezoekersaantallen hebben mede te maken met de afwezigheid van het Jeneverfestival in 2013. • De cijfers van het Theater aan de Schie zijn een raming, de exacte cijfers volgen met de jaarrekening van het Theater aan de Schie.
2.4 Beleidsonderdeel Binnenstad Doelstelling 1: Realiseren van een toename van het bezoek aan de binnenstad. Hiervoor is het volgende gedaan. Evenementen Om meer publiek naar de binnenstad te trekken is ingezet op het organiseren van evenementen en activiteiten. Zie beleidsonderdeel 3.3, doelstelling 4 ‘Uitvoeren evenementenbeleid’.
Activiteiten Centrummanagement Vanuit het Ondernemersfonds, beheerd door het Centrummanagement, zijn diverse evenementen en activiteiten georganiseerd, onder andere themamarkten (boekenmarkt, versmarkt), Open terras, Dog day en voorjaarsmodeshow. Versterken samenwerking De samenwerking tussen de diverse partijen in de binnenstad, zoals: Centrummanagement, Stichting Promotie Schie-
PROGRAMMAREKENING
65
dam, culturele en recreatieve instellingen, is meegenomen in de tussentijdse evaluatie van het ondernemersfonds die in 2013 plaatsvond. Voor wat betreft de samenwerking tussen Stichting Centrummanagement Schiedam (SCS) en andere partners in de binnenstad is geconstateerd dat deze positief beïnvloed is doordat SCS vertegenwoordigd is in de diverse instellingen. Andersom heeft het feit dat de instellingen en organisaties vertegenwoordigd zijn in SCS ook een positieve invloed. Rond evenementen werken de organisaties het meest samen (in de vorm van meedenken tot deelnemen in elkaars projecten en publiciteit). SCS wordt gezien als de poort naar de ondernemers in de binnenstad om zo een groot publiek te bereiken. Doelstelling 2: Verbeteren van de uitstraling van de binnenstad. Met betrekking tot de (sleutel-)projecten, zoals benoemd in de ontwikkelingsvisie voor de binnenstad, zijn in 2013 de volgende stappen gezet: Werk aan de winkel 2.0 Medio 2013 vond de formele doorstart van het project ‘Werk aan de winkel’ plaats. Het programma heeft een budget van € 800.000 en loopt tot eind 2014. In 2013 is voor € 307.479 aan subsidie aangevraagd. Ook kunnen weer laagrentende leningen worden aangevraagd. Er is voor 3 panden een aanschrijvingstraject gestart. Belangrijke wijzigingen ten opzichte van het eerdere programma zijn: • Het project concentreert zich op de panden aan de Hoogstraat en de stegen tussen Hoogstraat en Lange Haven. • Een zwaardere inzet op de ‘zure’ aanpak (aanschrijven). • Eigenaren die voor de nieuwe regeling in aanmerking komen werken mee aan het bestrijden van leegstand door de winkel te verhuren dan wel beschikbaar te stellen voor tijdelijk gebruik. • De lifestyle-regeling is vervallen; er is nog wel een subsidie voor het samenvoegen van panden. • De subsidie voor schilderwerk is vervallen. Dit valt onder algemeen onderhoud. • Eigenaren kunnen voor het wegwerken van achterstallig onderhoud aan hun pand nog wel een laagrentende lening aanvragen met vijf procent korting op de marktrente (met een minimumpercentage van 1,5 procent).
66
Aanpak Lange Haven In 2013 is de realisatie van de kwaliteitsimpuls in het openbaar gebied (‘de plus’) integraal onderdeel geworden van het project Lange Haven. Door de complexiteit van de beoogde reconstructie zal pas in loop van het eerste halfjaar van 2014 duidelijkheid komen over de technische aanpak. Voor het realiseren van ‘de plus’ op de Lange Haven heeft de gemeente, als nadere uitwerking van de ontwikkelingsvisie voor de binnenstad, een ambitiedocument opgesteld. Dit is mede de basis geweest voor het Fonds Schiedam Vlaardingen om een financiële bijdrage te verlenen van € 2.380.486 (uit de beschikbaar gestelde middelen van € 10 miljoen voor revitalisering van de binnenstad). Hierin zijn de aanlegvoorzieningen en de mogelijkheid voor terrassen aan het water meegenomen. Proveniersbrug In 2013 renoveerde de gemeente de Proveniersbrug. De renovatie heeft de nodige tegenslagen gekend. Dat heeft geleid tot meerdere kort- en langdurige afsluitingen voor het verkeer. Dat had vervolgens consequenties voor de bereikbaarheid van de binnenstad. Eind 2013 is de Proveniersbrug weer opengesteld voor alle verkeer. Parkeergarage Westmolenstraat De sanering van het verontreinigde Edelweissterrein is op een unieke en innovatieve wijze uitgevoerd. Er zijn gesprekken gevoerd met marktpartijen en beleggers die de investering, het beheer en de exploitatie van de parkeergarage aan de Westmolenstraat voor eigen rekening nemen. De gemeente verwacht dat deze gesprekken in het eerste kwartaal van 2014 zullen leiden tot een intentieovereenkomst. Sleutelproject Museumkwartier Hoogstraat Midden: De panden van de Stichting Restauratie Hoogstraat Schiedam zijn opgeleverd en op één winkel na gevuld met huurders. Daarnaast heeft het Fonds Schiedam Vlaardingen en omstreken een financiële bijdrage toegezegd voor de restauratie en transformatie van de panden Hoogstraat 89 en 91 naar een bed&breakfast functie, waarmee in samenwerking met het Jenevermuseum eveneens een extra verbinding tussen Lange Haven en Hoogstraat wordt gerealiseerd (inclusief de realisatie van een entree voor het Jenevermuseum aan de Hoogstraat). Met de Stichting Restauratie Hoogstraat Schiedam II is een samenwerkingsovereenkomst afgesloten om deze panden te restaureren en een nieuwe bestemming aan te geven.
Appelmarkt De entree van het Stedelijk Museum is in 2013 verplaatst van de kelder naar de Guidicikapel en heeft qua inrichting een hele nieuwe en open uitstraling naar het plein gekregen. Deze ingreep is mede mogelijk gemaakt dankzij bijdragen van de Postcodeloterij en het Fonds Schiedam Vlaardingen en omstreken. De herinrichting van de Appelmarkt is een onderdeel van het Lange Haven plus project (zie onder aanpak Lange Haven).
verse evenementen en activiteiten vonden plaats in de Monopole en Havenkerk waaronder het fotofestival en Suikerzoet Filmfestival. In 2013 is de klokkenluiderswoning casco gerestaureerd en is de planvorming voor het interieur opgesteld. Het geven van een publieksfunctie aan de Waag (herlocatie VVV) volgt op de herbestemming van de Klokkenluiderswoning. Binnenstadsloket Medio 2013 is het pand Hoogstraat 85 geopend als binnenstadsloket. Met beperkte investeringen is het pand opgeknapt. Het pand wordt met veel enthousiasme gebruikt als ontmoetingsplek voor onder andere ondernemers, bewoners, en voor het organiseren van debatten, tentoonstellingen, evenementen en als uitvalsbasis voor Pop-up TV. De centrummanager beheert Hoogstraat 85. In 2014 zal de plek verder geprogrammeerd en gepromoot worden.
Herbestemming monumentale panden: Monopole, Havenkerk, Klokkenluiderwoning Voor de Monopole en de Havenkerk vonden in 2013 diverse gesprekken plaats met geïnteresseerde partijen. Deze lopen door in 2014. Voor de Havenkerk is een transformatiekader opgesteld en is de restauratie van het interieur onderzocht. De Monopole is in 2013 gebruikt als ‘Stand-up bibliotheek’. Di-
Tabel effect- en prestatie-indicatoren beleidsonderdeel Binnenstad Omschrijving
E/P*
Bron
Nulmeting (2008)
Veiligheid op straat
E
Onderzoek imago en dienstverlening
Bereikbaarheid Schiedam
E
Winkels Onderhoud openbaar gebied
E
2010 realisatie
2013 streefwaarde
2013 realisatie
6,1 rapportcijfer
6,1
6,2
6,3
Onderzoek imago en dienstverlening
7,0 rapportcijfer
7,3
7,3
n.o.
Onderzoek imago en dienstverlening
5,4 rapportcijfer
5,3
6,0
n.o.
Onderzoek imago en dienstverlening
4,8 rapportcijfer
5,3
5,5
6,4
28%
Koopkrachtoriëntatie binnenstad
E
Omnibus-onderzoek
28%
Leegstand winkels
E
Locatus
25%
n.b. 24%
* E= Effectindicator en P= Prestatie-indicator.
Toelichting: in 2012 en 2013 is het imago- en dienstverleningsonderzoek niet uitgevoerd. Ook is geen Omnibusonderzoek gedaan. De hier opgegeven (vergelijkbare) cijfers zijn afkomstig uit de Monitor leefbaarheid en veiligheid. 3. Wat heeft het programma Stadseconomie gekost? Rekening 2012
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
Lasten
56.855
45.819
39.218
42.551
-3.333
Baten
91.105
41.783
34.420
40.615
6.195
Resultaat voor bestemming
(Bedragen x € 1.000)
34.251
-4.036
-4.798
-1.936
2.862
Toevoeging aan reserves
2.339
51
247
1.556
-1.309
Onttrekking aan reserves
2.805
610
1.041
896
-146
466
559
794
-661
-1.455
34.717
-3.477
-4.004
-2.597
1.407
saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
PROGRAMMAREKENING
67
4. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Cultuurbeoefening Er zijn een aantal kunstopdrachten in het kader van Beeldende Kunst uitgevoerd.
L
-62
*
L
84
*
L
71
L
163
Product Kunst en Cultuur De kunstopdrachten onderdoorgangen A20 en A4 zijn vertraagd. Product Toerisme In 2013 is een gemeentebrede projectgroep onder begeleiding van een externe deskundige aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een citymarketingstrategie. Hierin is enige vertraging opgetreden, waardoor de uitgaven zijn achtergebleven. Product Economische Zaken Er is minder aanspraak gemaakt op het ISV budget voor Wijkeconomie. De ISV gelden hiervoor blijven beschikbaar.
*
Product Grondzaken Het voordeel is met name veroorzaakt door precariobelasting voor kabels, buizen en door onvoorziene erfpachtuitgifte.
B
265
De verkoop van de panden blijft achter bij de begroting, waardoor de kosten voor het verkoopklaar opleveren van deze panden niet volledig zijn gedekt. Daartegenover blijken de doorbelaste kapitaallasten lager. De lagere kapitaallasten worden met name verorzaakt door het uitblijven van de afschrijving van het Wennekerpand, doordat het krediet hiervoor nog niet is afgesloten.
L
Er is sprake van hogere opbrengsten door erfpachtcanons en extra opbrengsten gronduitgifte Nieuwe Waterwegstraat en kavels Barketijn.
B
De lasten van erfpacht exploitatie zijn hoger door hogere kapitaallasten. Deze zijn lastig te begroten.
L
-70
Incidenteel hebben een aantal verkopen (conversies) plaatsgevonden van erfpachtgronden. Daardoor zijn zowel de lasten als de baten hoger dan begroot.
L
-1.305
De bouwgrondexploitaties zijn, onder andere gebaseerd op geactualiseerde toekomstverwachtingen, herberekend. Als gevolg hiervan is per saldo een voordelig verschil ten opzichte van de begroting ontstaan van € 0,7 miljoen. Dit voordelig verschil wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een vrijval uit de voorziening dekking tekorten bouwgrondexploitaties van € 0,2 miljoen - waar in de begroting nog rekening werd gehouden met een storting van € 1,2 miljoen -, een hogere onttrekking aan reserves, lagere kapitaallasten en een hogere mutatie van de onderhanden werken. Voor een verdere toelichting en detaillering wordt verwezen naar het Meerjarenperspectief Grondexploitaties (MPG) 2014, de paragraaf Grondbeleid en het Overzicht van actieve en inactieve bouwgrondexploitaties in deze jaarstukken.
L
-176
Δ
684
B
1.456 -2.346
B
3.061
B
784
Product Ruimtelijke Ordening De stadsregio heeft zichzelf opgeheven en de Omslagverordening ingetrokken. Hierdoor valt de voorziening omslagbijdrage vrij. Overige verschillen programma Stadseconomie Totalen programma Stadseconomie
308 -3.333
-55 6.195 2.862
De bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Twee posten, gemerkt met een Δ betreffen tevens een onderschrijding op de kapitaallasten (6). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Deze overschrijding of onderschrijding wordt verrekend met een reserve.
68
5. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (Bedragen x € 1.000) 4001 Straatmarkten 4002 Cultuurbeoefening
Rekening 2012 Lasten
Baten
78
103
488
98
Begroting 2013 Saldo
Lasten
Baten
25
135
103
-390
240
0
Rekening 2013 Saldo
Lasten
Baten
Saldo
-32
169
86
-84
-240
299
0
-299
4003 Kunst en cultuur
1.558
0
-1.558
1.600
0
-1.600
1.546
0
-1.546
4004 Musea
2.998
5
-2.993
2.858
7
-2.851
2.877
22
-2.854
4005 Toerisme
1.408
0
-1.408
1.468
68
-1.400
1.410
68
-1.342
4006 Monumentenbescherming
378
9
-369
323
5
-318
329
8
-321
4007 Monumenten
474
21
-453
481
21
-460
468
43
-424
29
66
37
49
62
13
17
69
52
931
209
-723
891
230
-661
695
195
-500
46.491
90.540
44.049
29.143
33.828
4.685
32.703
39.289
6.586
385
0
-385
477
0
-477
476
784
308
4008 Recreatie 4009 Economische zaken 4010 Grondzaken 4011 Ruimtelijke ordening 4012 Evenementen 4013 Geo informatie Resultaat voor bestemming 4999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
395
3
-392
378
0
-378
384
-1
-385
1.241
51
-1.190
1.177
97
-1.081
1.178
50
-1.128
56.855
91.105
34.251
39.218
34.420
-4.798
42.551
40.615
-1.936
2.339
2.805
466
247
1.041
794
1.556
896
-661
59.193
93.910
34.717
39.465
35.461
-4.004
44.107
41.510
-2.597
PROGRAMMAREKENING
69
Veiligheid 1. Doelstelling Het vergroten van de subjectieve en objectieve veiligheid in Schiedam moet de stad aantrekkelijker maken en het welbevinden van bewoners vergroten. Schiedam wil ongewenst en
crimineel gedrag terugdringen, zowel gebieds- als persoonsgericht. Daarnaast wil de gemeente een veilige omgeving bieden. Bij voorkeur voert de gemeente preventief beleid.
Programma Veiligheid Algemene doelstellingen
Beleidsonderdelen
Doelstellingen
Het doel is om Schiedam veiliger te maken.
1. Veilige woonomgeving. 2. Jeugd en veiligheid. 3. Bedrijvigheid en veiligheid. 4. Fysieke veiligheid. 5. Integriteit en veiligheid.
1. Bevorderen veilige woon- en leefomgeving. 2. Terugdringen en beheersen van jeugdoverlast. 3. Veiliger ondernemen. 4. Goed voorbereid zijn op (dreigende) rampen, crises en grootschalige ordeverstoringen. 5. Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit voortzetten.
In het beleidsplan Integrale Veiligheid 2012-2015 zijn de veiligheidsvelden en de doelstellingen van de Schiedamse veiligheidsaanpak voor de periode 2012-2015 vastgelegd. Net als bij de landelijke methode ‘kernbeleid’ is het thema veiligheid in vijf velden verdeeld: • veilige woon- en leefomgeving; • jeugd en veiligheid; • bedrijvigheid en veiligheid; • fysieke veiligheid; • integriteit en veiligheid. In 2013 heeft de gemeente op het programma Integrale Veiligheid € 220.000 structureel kunnen bezuinigen. 2. Veiligheidsindex Schiedam De gemeente hanteert de Veiligheidsindex Schiedam. Deze index bestaat voor 50% uit objectieve gegevens (politiecijfers (25%), cijfers van Irado (18,75%) en brandweercijfers (6,25%)) en voor 50% uit subjectieve gegevens (Landelijke Veiligheidsmonitor). Alle objectieve en subjectieve aspecten zijn genormeerd en omgezet naar rapportcijfers. Deze rapportcijfers zijn na weging vervolgens opgeteld en gedeeld door een aantal aspecten. Op deze manier heeft de gemeente een gemiddeld rapportcijfer voor elke afzonderlijke wijk in Schiedam verkregen. Het jaar waarin de Veiligheidsindex verschijnt, bevat de cijfers van het voorafgaande jaar. De rapportcijfers zijn in vijf categorieën ingedeeld.
70
Indeling categorieën Veiligheidsindex Onveilige wijk
Lager dan 4,0
Probleemwijk
Van 4,0 tot 5,0
Bedreigde wijk
Van 5,0 tot 6,0
Aandachtswijk
Van 6,0 tot 7,0
Veilige wijk
7,0 en hoger
In 2013 is de Veiligheidindex ondanks de huidige economische ontwikkelingen nagenoeg gelijk gebleven met een score van 6,4. Hiermee heeft Schiedam het veiligheidsniveau kunnen vasthouden. Vorig jaar was er een stijging naar 6,5. Dit jaar is de Veiligheidindex weer terug op het niveau van de jaren daarvoor. Voor heel Schiedam en voor de afzonderlijke wijken geeft de Veiligheidsindex de volgende uitkomsten. Er is een daling in de wijken Oost (van 5,8 naar 5,5), West (van 7,0 naar 6,8) en Groenoord (van 7,1 naar 6,7). In de wijken Kethel (van 6,2 naar 6,8), Woudhoek (van 7,4 naar 7,6) en Spaland/Sveaparken (van 7,4 naar 7,6) is er juist sprake van een stijging van de index.
Tabel effectindicator Stad en Wijken Omschrijving Schiedam
Nulmeting
Realisatie
Streefwaarde
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
6,4
6,4
6,4
6,4
6,5
6,4
6,4
6,4
6,4
Centrum blijft een bedreigde wijk
5,4
5,3
5,4
5,6
5,8
5,7
5,6
5,6
5,6
Oost blijft een bedreigde wijk
5,8
5,8
5,7
5,6
5,8
5,5
5,6
5,6
5,6
West blijft een aandachtswijk
6,8
6,9
6,9
6,9
7,0
6,8
6,9
6,9
6,9
Zuid blijft een (redelijk) veilige wijk
7,1
7,0
6,9
7,1
6,8
6,7
7,1
7,1
7,1
Nieuwland blijft een bedreigde wijk
5,8
5,8
5,9
5,9
6,0
6,0
5,9
5,9
5,9
Groenoord blijft een aandachtswijk
6,4
6,4
6,7
6,9
7,1
6,7
6,9
6,9
6,9
Kethel blijft een aandachtswijk
6,1
6,4
6,1
6,3
6,2
6,8
6,3
6,3
6,3
Woudhoek blijft een (redelijk) veilige wijk
7,3
7,3
7,2
7,3
7,4
7,6
7,3
7,3
7,3
Spaland/Sveaparken blijft een (redelijk) veilige wijk
7,6
7,5
7,4
7,5
7,4
7,6
7,5
7,5
7,5
De wijken Centrum en Oost blijven in de categorie ‘bedreigde wijk’. In Centrum is er sprake van minder geweldsdelicten en vernieling. Daartegenover staat een stijging van meldingen bij Irado. In de beleving van bewoners komt dit naar voren door verslechterde scores voor verloedering, overlast en onveiligheidsgevoelens. Het rapportcijfer voor Oost daalt 0,3, vooral door matige belevingsscores voor verloedering, overlast, dreiging, sociale cohesie en onveiligheidsgevoelens.
In Kethel is de veiligheidsindexscore fors gestegen. Zo zijn de rapportcijfers over meldingen bij Irado en de brandweer evenals de subjectieve veiligheid sterk verbeterd. Ook het aantal meldingen bij de politie van vernielingen is sterk afgenomen (o.a. bij het wellness-cluster). Anderzijds was er wel sprake van een stijging van het aantal misdrijven (diefstal, geweld), met name in de omgeving van het winkelcentrum Hof van Spaland.
De wijken West en Groenoord gaan van (redelijk) veilige wijk naar aandachtswijk. In West is dit het gevolg van een toename van het aantal (woning)inbraken ten zuiden van de Burgemeester Knappertlaan. Subjectief gaat het om mindere scores op het gebied van verloedering. In het noordelijke deel van West vinden de bewoners ook dat de sociale cohesie en het gevoel van veiligheid zijn gedaald. In Groenoord hebben meer (woning)inbraken plaatsgevonden. Tevens zijn de bewoners van mening dat hun wijk minder veilig is geworden. Zij ervaren meer verloedering en overlast en er is sprake van een verminderde sociale cohesie.
Het rapportcijfer voor Woudhoek en Spaland/Sveaparken stijgt eveneens. Er zijn voor deze wijken veel minder misdrijven geregistreerd. In Spaland/Sveaparken is het opvallend dat er veel minder sprake is van vernieling. Hierdoor zijn er ook minder meldingen bij Irado. Dit is terug te zien in het cijfer voor verloedering.
In Zuid heeft de politie weliswaar feitelijk minder misdrijven geconstateerd, echter in de beleving van de bewoners is dit (nog) niet terug te zien. Bijna alle subjectieve indicatoren zijn gedaald. De sociale cohesie blijft redelijk hoog. In Nieuwland is het beeld wisselend. Aan de ene kant zijn er minder diefstallen, aan de andere kant zijn er meer vernielingen. Dat wisselende beeld geldt ook voor de belevingscijfers: meer overlast en dreiging, maar een betere sociale cohesie en minder verloedering.
3. Uitgevoerde activiteiten en resultaten 3.1 Veilige woon- en leefomgeving Doelstelling 1: bevorderen van een veilige woon- en leefomgeving. Schiedam wil ongewenst en crimineel gedrag terugdringen, zowel persoons- als gebiedsgericht. Prettig leven begint bij een veilige en leefbare woonomgeving. Deze woonomgeving kan verstoord worden door criminaliteit en overlastgevend gedrag van personen. 3.1.1 Persoonsgerichte aanpak in het Veiligheidshuis Huiselijk Geweld In 2013 is voor de gemeente Schiedam in totaal 35 maal een
PROGRAMMAREKENING
71
procedure tot een huisverbod opgestart. Dit heeft geresulteerd in 30 huisverboden. Dat is evenveel als in 2012. In vijf gevallen is uiteindelijk geen huisverbod opgelegd. Eenmaal was er sprake van recidive. Van de 30 huisverboden zijn er veertien verlengd. Er hebben twee rechtszaken plaatsgevonden: eenmaal bij de bestuursrechter en eenmaal bij de Raad van State (huisverbod uit 2012). In beide gevallen is de rechter tot de conclusie gekomen dat het beroep ongegrond was. In 2013 zijn bij het Steunpunt Huiselijk Geweld 391 meldingen van huiselijk geweld binnen gekomen. In 2012 waren er 408 meldingen.
In 2013 is 70 maal een Inbewaringstelling (IBS) afgegeven. In 2012 waren dat er nog 60. In één geval is in 2013 na een huisverbod een IBS afgegeven. Veelplegers/ex-gedetineerden Er is overleg met het Veiligheidshuis Rotterdam-Rijnmond over de persoonsgerichte aanpak. Schiedam wenst alle veelplegers een zorgaanbod te doen. Op dit moment worden de Zeer Actieve Veelplegers, de Stelselmatige Daders en de Hitters besproken in het casusoverleg. In 2013 zijn er twaalf meldingen in het kader van de BIJ binnengekomen. Eén hiervan betrof een PIJ-er (jeugd-TBS). Er waren geen bestuurlijke maatregelen nodig.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren Persoonsgerichte aanpak Omschrijving
Bron
Realisatie 2011
2012
2013
Huiselijk Geweld Aantal gevallen waarbij sprake is van recidive (herhalingsmeldingen bij meldpunt Huiselijk Geweld).
Monitor Huiselijk Geweld*
48 (van 349) is 14%
45 (van 500) is 7%
11%
Het aantal gevallen van huiselijk geweld, waarbij het geweld langer dan een halfjaar aanhoudt.
Monitor Huiselijk Geweld*
73 (100%)
73 (100%)
104 (van 161) is (65%)
*M et ingang van 2013 wordt er geen monitor Huiselijk Geweld meer samengesteld. In verband met de vorming van een Algemeen Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) zal een nieuwe regionale doelstelling worden geformuleerd.
3.1.2 Woonoverlast Woonoverlast is een ingrijpende vorm van overlast die het woongenot van bewoners en de leefbaarheid in wijken rechtstreeks aantast. Het kan dan gaan om ‘eenvoudige’ burenruzies, maar ook om overlast door overbewoning van naburige panden en door overlastgevende individuen. De gemeente zet zich in voor hulpverlening en handhaving achter de voordeur.
Dit wil zij doen door met het interventieteam 150 (overlastgevende) panden per jaar te bezoeken. De preventieve en repressieve aanpak van deze problematiek richt zich op het pand, de huiseigenaar, de bewoner en de woonomgeving. Het interventieteam heeft op 208 adressen aangebeld. Bij 153 adressen is daadwerkelijk contact geweest.
Tabel prestatie-indicatoren Woonoverlast Omschrijving Inzet interventieteam: aantal huisbezoeken (CWP-monitor 8.4)
Realisatie Registratie- en Informatiesysteem (RIS)
Streefwaarde
2011
2012
2013
2014
2015
269
149
153
150
150
In 2011 heeft de gemeenteraad eenmalig budget ter beschikking gesteld voor 100 extra huisbezoeken (totaal 250).
72
3.1.3 Toezicht en Handhaving Het team Toezicht en Handhaving Het nieuwe systeem van Permanente Her- en Bijscholing (PHB) is in november 2012 in werking getreden. Hieraan moeten alle buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s) van de gemeente Schiedam jaarlijks gaan voldoen. Voor de medewerkers van het team Toezicht en Handhaving gaat het nieuwe systeem in vanaf het verlopen van het huidige vijfjarige Boa-diploma. Van de 34 toezichthouders zijn er 33 gecertificeerd Boa. Van één toezichthouder is het certificaat in december 2013 verlopen. Die is momenteel in opleiding. Buurtpreventie In de volgende negen wijken is een team van buurtpreventisten actief, in samenwerking met de politie en het team Toezicht en Handhaving: Noord (Bachplein e.o., Sibeliusplein, Sveaparken), Oost, Nieuwland (Dalsland, Johan de Wittsingel), Tuindorp, Centrum en West. Van deze buurtpreventieteams zijn de teams in Nieuwland Johan de Wittsingel, Centrum en West in 2013 gestart en is het team Oost uitgebreid. Burgernet Burgernet is een samenwerkingsverband tussen burgers, gemeente en politie om de veiligheid in de woon- en werkomgeving te bevorderen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een telefonisch netwerk van inwoners en medewerkers van bedrijven uit de gemeente. In 2013 is het project over de hele
regio uitgerold. Er heeft een uitgebreid communicatietraject plaatsgevonden, zowel lokaal als regionaal en landelijk. In Schiedam is laat gestart met Burgernet. Daarom heeft het samenwerkingsverband nog een laag deelnemerspercentage. Cameratoezicht Na de evaluatie van het cameratoezicht op de Koemarkt heeft de gemeente een besluit tot verlenging tot 31 december 2014 genomen. In het kader van de vermindering van het aantal overvallen en straatroven heeft de gemeente op verzoek van de politie mobiele camera’s geplaatst op diverse plaatsen in Schiedam. De locaties wisselden op basis van analyses (o.a. hoeveelheid geweldsincidenten). Tijdens de periode van 20 december 2013 tot 3 januari 2014 heeft de gemeente tijdelijk extra mobiele camera’s geplaatst in verband met de viering van Oud en Nieuw. Veilige openbaar vervoer locaties De projectgroep bestaande uit NS, RET, politie en gemeente komt tweemaandelijks bij elkaar om onveilige openbaarvervoerlocaties aan te pakken. Het beeld op alle OV-stations is in 2013 onveranderd rustig. Het aantal fietsendiefstallen en met name op het station Schiedam Centrum is, nadat het toezicht daar vanwege de heroverwegingen is gestaakt, gestegen. De achterzijde van de fietsenstalling is in 2013 afgesloten met hekken, zodat er nog slechts één in- en uitgang (aan de zijde van het Stationsplein) overblijft.
Tabel prestatie-indicatoren Toezicht en Handhaving Omschrijving
Realisatie
Streefwaarde
2011
2012
2013
2014
2015
Toezicht en Handhaving
89%
81%
97%
98%
100%
Aantallen naheffingen
Toezicht en Handhaving
12.237
11.474
10.274
8.000
8.000
Bestrijden parkeeroverlast (CWP-monitor 8.5): Aantal processen-verbaal
Toezicht en Handhaving
5.542
7.006
7.319
5.000
5.000
Handhaven van het aantal gekwalificeerde handhavers en toezichthouders en deze medewerkers zo flexibel mogelijk inzetten: percentage BOAgecertificeerden (CWP-monitor 8.2) Bestrijden parkeeroverlast (CWP-monitor 8.5):
PROGRAMMAREKENING
73
3.1.4 Objectieve veiligheid Onder objectieve veiligheid wordt veelvoorkomende criminaliteit zoals fietsendiefstal, woninginbraak en geweldsdelic-
ten verstaan. Preventie op het gebied van fietsendiefstal, woningcriminaliteit en voertuigcriminaliteit is op een laag pitje gezet als gevolg van de heroverwegingen.
Woninginbraken Jaar Aangiften
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
481
291
296
314
373
331
386
406
In vergelijking met 2012 is er in 2013 sprake van een toenemend aantal woninginbraken met 5%. In 2013 is gestart met een inbraakpreventiebrief. Buurtbewoners worden met deze brief gewaarschuwd als er een woninginbraak in de wijk heeft plaatsgevonden en geïnformeerd over welke maatregelen zij zelf kunnen treffen tegen woninginbraken. Straatroof en overvallen In 2013 zijn er dertien overvallen en 58 straatroven gepleegd. In 2012 waren dat 32 overvallen en 101 straatroven. De gemeente Schiedam voert samen met de politie en de gemeenten Vlaardingen en Maassluis een actieprogramma uit dat bijdraagt aan de regionale doelstelling het aantal overvallen terug te dringen en het oplossingspercentage te verhogen. Voor dit actieprogramma zijn onder andere preventiebijeen-
komsten voor ouderen en ondernemers georganiseerd, potentiële daders persoonsgericht aangepakt en zijn er preventieve fouilleeracties gehouden. 3.2 Jeugd en Veiligheid Doelstelling 2: terugdringen en beheersen van jeugdoverlast Aanpak van problematische jeugdgroepen In 2013 kende Schiedam geen problematische jeugdgroep meer op basis van de Beke-analyse. Er was structureel aandacht voor de omgeving De Gorzen (het meerjarenzomer-actieprogramma) en het actieprogramma Krona en omgeving. Veilige school Eind 2013 is er ondersteuning gegeven aan een thema-avond over loverboys, welke door het CJG werd georganiseerd.
Tabel prestatie-indicatoren Jeugdoverlast Omschrijving Het aanpakken van een aantal problematische jongerengroepen.
3.3 Bedrijvigheid en Veiligheid Doelstelling 3: Veiliger ondernemen. Keurmerk Veilig Ondernemen Het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) ‘Nieuwe Passage’ is verlopen en in samenspraak met de winkeliers structureel omgezet naar een periodiek veiligheidsoverleg. De afspraken die zijn gemaakt om in aanmerking te komen voor het Keurmerk Veilig Ondernemen blijven van kracht. Op 25 april 2012 is de Eerste KVO-Ster uitgereikt op de Nolenslaan. In 2013 is het keurmerk onderhouden en is de aanvraag ingediend voor de tweede KVO-ster. Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan Vanuit de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan (KVU) zijn verschillende projecten opgestart en uitgevoerd om de veiligheid
74
Realisatie Afdeling Veiligheid
Streefwaarde
2011
2012
2013
2014
2015
3
1
0
3
3
van uitgaanspubliek en horecamedewerkers te verbeteren. De samenwerkingspartners van de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan hebben een actieprogramma opgesteld en uitgevoerd. Bij de afdeling Schiedam van Koninklijke Horeca Nederland (KHN) leeft de wens tot een breder overleg door samenvoeging van Horeca Overleg Schiedam en de KVU. Deze wens komt voort uit het feit dat er inmiddels goede resultaten zijn bereikt met de KVU (hulpstructuur). Vergunningen en ontheffingen 2013 De afgegeven vergunningen/ontheffingen op het gebied van evenementen, horeca en andere vergunningen, zoals ventvergunningen en standplaatsvergunningen, zijn in 2013 voor meer dan 90% binnen de geldende termijnen afgehandeld.
Oud en Nieuw aanpak Op de meeste plaatsen in Schiedam is de jaarwisseling rustig verlopen en heeft de dalende trend in schade als gevolg van vernielingen zich verder doorgezet. De voorbereidingen van de partners en de vele preventieve maatregelen hebben hieraan bijgedragen.De schade bedroeg € 58.000. Eén incident tijdens de jaarwisseling in de wijk Schiedam-Zuid heeft dit positieve beeld echter overschaduwd. De brandweer en politie zijn tijdens de uitoefening van hun taken bekogeld met zeer zwaar vuurwerk. Op preventief gebied heeft de gemeente, naast de gangbare maatregelen, het nieuwe instrument van de preventieve last onder dwangsom ingezet. De preventieve maatregelen hebben € 105.000 gekost.
3.4 Fysieke veiligheid Doelstelling: Goed voorbereid zijn op (dreigende) rampen, crises en grootschalige ordeverstoringen. De gemeente Schiedam is voorbereid op hulpverlening aan en bescherming van mensen, dieren, goederen en het milieu bij (dreigende) rampen, crises en grootschalige ordeverstoringen. Bij een crisis zal de gemeente vanaf het moment van de melding snel en daadkrachtig moeten optreden. Hiervoor werkt de gemeente samen met de Regionale Brandweer Rotterdam-Rijnmond en de ambulances van de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR). Tunnelveiligheid De gemeente draagt zorg voor een acceptabel niveau van veiligheid in de nieuw aan te leggen tunnel.
Tabel prestatie-indicatoren Fysieke veiligheid Omschrijving
Bron
Realisatie
Streefwaarde
2011
2012
2013
2014
2015
Brandweerzorg en Ambulancezorg % spoedgevallen, waarbij de brandweer binnen de normtijd van acht minuten ter plekke is.
Rapportage VRR
83%
81%
*
80%
80%
% spoedgevallen waarbij de ambulance binnen de normtijd van 15 minuten ter plekke is.
Rapportage VRR
96,2%
92%
*
90%
90%
2
2
2
2
2
Crisisbeheersing Aantal oefeningen crisisbeheersing.
OTO en afdelingsplan Veiligheid
*D e gerealiseerde aanrijtijden zijn nog niet bekend, maar de gezien ervaringen in voorgaande jaren, en de kwartaalrapportages, is de verwachting dat ze binnen de norm zijn.
3.5 Integriteit en veiligheid Doelstelling 5: Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit voortzetten. Integriteit heeft hoge prioriteit in Schiedam; zowel de integriteit van de interne organisatie als de integriteit van de gemeente naar buiten toe. De gemeente dient zich te wapenen tegen bijvoorbeeld ondermijning en het faciliteren van de onderwereld. Hiervoor worden diverse instrumenten ingezet, ingevoerd en ontwikkeld.
Polarisatie en radicalisering De gemeente Schiedam neemt pro-actief maatregelen voor het beperken dan wel voorkomen van maatschappelijke spanningen en voor het verduurzamen en versterken van de sociale netwerkkaart. Hierdoor kan het uitbreken van een sociale calamiteit of van maatschappelijke onrust tijdig worden voorzien en door ingrijpen voorkomen worden. Aanpak illegale hennepteelt (CWP) Er zijn 73 hennepkwekerijen ontmanteld, waarvan er 61 bestuursrechtelijk en 12 strafrechtelijk werden ontmanteld. De ontmantelingskosten lijken sterk te fluctueren. Het inningspercentage van de ontmantelingskosten is afhankelijk van het moment van factureren en vervolgens van het moment van betalen. Dit zorgt ervoor dat het effect van de inning pas na verloop van tijd bekend wordt.
PROGRAMMAREKENING
75
Tabel prestatie-indicatoren Georganiseerde Criminaliteit Omschrijving
Bron
Realisatie
Streefwaarde
2011
2012
2013
2014
2015
60
64
73
50
50
53,9%
18%
33%
35%
35%
Aantal ontmantelingen. Inzet interventieteam: aanpak hennep, (CWP-monitor 8.4)
RIS
Verhaalde ontmantelingskosten. Inzet interventieteam: aanpak hennep, (CWP-monitor 8.4)
Key2-Financiën
Wet Bevordering Integriteitsbeoordeling door het Openbaar Bestuur (BIBOB) Door toepassing van het BIBOB-instrumentarium zijn er op het beleidsterrein Horeca vergunningen geweigerd dan wel
heeft toepassing geleid tot intrekking van vergunningen. In 2013 hebben 3 BIBOB-onderzoeken door het landelijk bureau plaatsgevonden. Eén onderzoek heeft geleid tot verkoop van het betreffend horecabedrijf.
4. Wat heeft het programma Veiligheid gekost? (Bedragen x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
10.705
10.542
10.412
10.232
180
436
430
141
179
37
-10.270
-10.111
-10.270
-10.053
217
Toevoeging aan reserves
0
0
0
0
0
Onttrekking aan reserves
837
837
837
837
0
Saldo reservemutaties
837
837
837
837
0
-9.433
-9.274
-9.433
-9.216
217
Resultaat na bestemming
76
Rekening 2012
5. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Openbare orde en veiligheid In 2013 waren er meer incidenten waar een financiële bijdrage voor nodig was.
L
117
Er zijn in 2013 meer hennepkwekerijen ontmanteld.
L
-54
De kosten van deze ontmanteling kunnen worden verhaald op eigenaren/gebruikers. Dit heeft geleid tot extra opbrengsten.
B
Er is in 2013 een éénmalige extra rijksbijdrage beschikbaar gekomen voor het Steunpunt Huiselijk Geweld. Deze extra bijdrage is via de centrumgemeente Vlaardingen verrekend met het Steunpunt Huiselijk Geweld. Hierdoor zijn de lasten voor Schiedam éénmalig lager.
L
57 139
Overige verschillen programma Veiligheid
-22
-20
Totalen programma Veiligheid
180
37
217
De bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting.
6. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productomschrijving (Bedragen x € 1.000)
Rekening 2012 Lasten
Baten
Begroting 2013 Saldo
Lasten
Baten
Rekening 2013 Saldo
Lasten
Baten
Saldo
5002 Openbare orde en veiligheid
10.705
436
-10.270
10.412
141
-10.270
10.232
179
-10.053
Resultaat voor bestemming
10.705
436
-10.270
10.412
141
-10.270
10.232
179
-10.053
5999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
0
837
837
0
837
837
0
837
837
10.705
1.273
-9.433
10.412
978
-9.433
10.232
1.016
-9.216
PROGRAMMAREKENING
77
Woonmilieu 1. Doelstelling Schiedam wil met het programma Woonmilieu beleid ontwikkelen en uitvoeren dat gericht is op het creëren van een evenwichtige en kwalitatieve woningvoorraad in een optimale woonomgeving. Voor alle Schiedammers! Dat gebeurt in overleg met partners in de stad. Deze woonomgeving varieert van monumenten tot en met moderne architectuur en is te vinden in een sterk verstedelijkte, ruime en groene omgeving. De gemeente wil kansen bieden voor emancipatie, persoon-
lijke en maatschappelijke ontwikkeling. De economische crisis en de daarmee samenhangende crisis op de woningmarkt zijn echter belangrijke belemmeringen. Kopers, financierders en bouwers van woningen zijn de afgelopen jaren voorzichtig te werk gegaan. Zodanig dat de landelijke en regionale productie van nieuwbouwwoningen sterk is teruggevallen. Ook in Schiedam. Woningzoekenden hebben steeds minder te kiezen en sociaal-economische draagkrachtige gezinnen vertrekken. Niet alleen uit Schiedam, maar ook uit de stadsregio.
Programma Woonmilieu
Speerpunten
Algemene doelstellingen
Het programma Woonmilieu streeft naar een beleid dat gericht is op het creëren van een evenwichtige en kwalitatieve woningvoorraad in een optimale woonomgeving. Deze woonomgeving varieert van monumenten tot en met moderne architectuur, in een sterk verstedelijkte, ruime en groene omgeving. Daarnaast heeft het programma als doelstelling goede condities te scheppen om dit beleid te kunnen uitvoeren.
78
• Omgevingsvergunning. • Verbeteren luchtkwaliteit. • Realiseren van nieuwbouwwoningen. • Verbeteren van particuliere woningen. • Klimaatbeleid. Beleidsonderdelen
Doelstellingen
Wonen
1. Het mogelijk maken van een wooncarrière voor Schiedammers door het realiseren van een gevarieerde, evenwichtige en kwalitatief hoogwaardige woningvoorraad. 2. Stimuleren van de teruglopende markt van nieuwbouwwoningen. 3. Herontwikkelen van bestaande woonlocaties. 4. Herstructurering van de naoorlogse woningvoorraad krachtig voortzetten. 5. Verbeteren isolatie van woningen inzake geluid en energie. 6. Preventie en aanpak van dichtgespijkerde panden. 7. Sturen en bewaken van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV). 8. Een rechtvaardige en evenwichtige woonruimteverdeling. 9. Een verbeterd bestand van particuliere woningen (casco en fundering). De woningen in de binnenstad verbeteren en het wonen boven winkels bevorderen (onderdeel project Werk aan de Winkel). 10. Integrale handhaving in de gebouwde omgeving.
Programma Woonmilieu (vervolg) Algemene doelstellingen
Beleidsonderdelen
Doelstellingen
Monumenten
1. Een nauwere relatie tussen monumentenbeleid en ruimtelijke ordeningsbeleid bewerkstelligen, zodat cultuurhistorie kan worden benut voor versterking van de identiteit en de aanwezige kwaliteiten van de leefomgeving. 2. Een accurate, geactualiseerde en afgeronde gemeentelijke monumentenlijst. 3. Een gerestaureerd monumentenbestand dat duurzaam is en goed wordt onderhouden. 4. Passende herbestemming en herontwikkeling voor leegstaande of leegkomende monumenten. 5. Heldere communicatie met en begeleiding van eigenaren van monumenten. 6. Kennis over Schiedamse monumenten bij een breed publiek bevorderen.
Milieu
1. Bij nieuwbouw en renovatie van gemeentelijke gebouwen staan de principes klimaatneutraal en duurzaam centraal. 2. Ondernemers extra stimuleren maatregelen te nemen op het gebied van duurzaam en klimaatneutraal ondernemen. 3. Verwerving van het predicaat Millenniumgemeente. 4. Voortbouwen op het Milieubeleidsplan 2009-2013. 5. Stimuleren van klimaatvriendelijke maatregelen, zoals een bijdrage aan de CO2- reductie. 6. Samen met de markt het gebruik van elektrische auto’s stimuleren.
Het programma Woonmilieu streeft naar een beleid dat gericht is op het creëren van een evenwichtige en kwalitatieve woningvoorraad in een optimale woonomgeving. Deze woonomgeving varieert van monumenten tot en met moderne architectuur, in een sterk verstedelijkte, ruime en groene omgeving. Daarnaast heeft het programma als doelstelling goede condities te scheppen om dit beleid te kunnen uitvoeren.
PROGRAMMAREKENING
79
2. Uitgevoerde activiteiten en resultaten 2.1 Beleidsonderdeel Wonen Doelstelling 1: het mogelijk maken van een wooncarrière voor Schiedammers door het realiseren van een gevarieerde, evenwichtige en kwalitatief hoogwaardige woningvoorraad. Activiteiten: • Woonvisie 2030: er is een uitvoeringsprogramma Wonen 2013-2016 vastgesteld en de bijbehorende programmaorganisatie is in gang gezet. • Stimuleren eigen woningbezit: de herinvoering van de starterslening is voorbereid. Daarnaast zijn diverse aanbestedingen in gang gezet om koopwoningen te realiseren op de locatie Over het Water. Ook verkocht Schiedam kavels op locatie Oranjeburgh. Verder is de samenwerking met Stichting Promotie Schiedam op het gebied van woonpromotie in gang gezet. En er is een platform Wonen opgericht, met externe partners die bij het Wonen in Schiedam betrokken zijn om informatie uit te wisselen en kennis te delen. In het kader van de prestatieafspraken met vastgoedonderneming Woonplus is gesproken over de verkoop van huurwoningen. De prestatieafspraken werden in januari 2014 ondertekend. • Extra aandacht voor eengezins huur- en koopwoningen (CWP): bij het stimuleren van eigen woningbezit ligt de prioriteit bij eengezinswoningen. Met Woonplus maakte Schiedam prestatieafspraken over het percentage nieuwe eengezinswoningen. • Uitbreiding van het aantal aanleunwoningen en woongroepen voor ouderen (CWP): dit maakt deel uit van de aanpak voor de levensloopvriendelijke stad zoals vastgelegd in de startnotitie Levensloopvriendelijke stad. Er zijn nog geen concrete projecten gerealiseerd. • Meer toegankelijke woningen voor ouderen (CWP): deze doelstelling is al ruimschoots gehaald dankzij de grote inspanningen van Woonplus. Het gemeentelijk budget is uitgeput, waardoor er in 2013 geen activiteiten hebben plaatsgevonden. • Uitbreiding van het aantal duurdere woningen: de gemeente verkocht vrije kavels op locatie Oranjeburgh. Ook heeft besluitvorming plaatsgevonden rondom de ontwikkeling van de nieuwe locaties Kethel en Harga. • Realiseren van goede tijdelijke huisvesting: met Woonplus maakte Schiedam prestatieafspraken over maatschappelijke opvang. Het gaat om de realisatie van een zogenoemde plusvoorziening met extra (verplichte) begeleiding. De
80
voorziening is vooral bedoeld voor Schiedammers die met meerdere problemen kampen. In deze plusvoorzieningen worden huurwoningen beschikbaar gesteld door Woonplus. Aanvullend hierop zijn gesprekken gevoerd over het opzetten van een transitiehuis in Schiedam. Dit is een tussenopvang voor mensen die de eerste stap kunnen zetten naar zelfstandig wonen. • Uitbreiding van de wooncarrière in Schiedam: de gemeente voerde gesprekken met Woonplus om dit onderwerp mee te nemen in de meerjarenprestatieafspraken. Daarnaast zijn enkele aanbestedingen uitgevoerd om andere partijen voor Schiedam te interesseren. Tevens is het platform Wonen opgezet en vindt programmasturing plaats op nieuwbouwontwikkeling. • Herprogrammering woningbouwplanning: dit onderwerp is meegenomen in het traject van (sub)regionale woningmarktafspraken en in de programmasturing op het uitvoeringsprogramma Wonen. Dit heeft geleid tot herprioritering en bijstellen van de woningbouwplanning. • Uitvoeren uitvoeringsprogramma Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV): dit is opgenomen in het uitvoeringsprogramma Wonen. • Transformeren woningmarkt in het kader van het Grotestedenbeleid (GSB) en het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) door middel van de uitvoering van de herstructureringsopgave: Met Woonplus voerde de gemeente intensief overleg over de lopende herstructureringsopgave (‘afmaken wat we zijn begonnen’). Woonplus heeft de samenwerking met voor de locatie Over het Water opgezegd. Om deze locatie te ontwikkelen, zijn in 2013 nieuwe partijen gevonden. Met Woonplus overlegt de gemeente over mogelijkheden om het vervolg van de herstructurering te starten. • Monitoren, evalueren en bijstellen lopend woonbeleid (CWP): het monitoren van het huidige woonbeleid is onderdeel van reguliere rapportages voor de begroting en het CWP. Op basis hiervan is geconstateerd dat de uitvoering gedeeltelijk is vertraagd. Om de uitvoering weer op gang te krijgen, is het reservefonds woningmarkt ingesteld. • Uitvoeren startersleningen: de voormalige starterslening was in 2012 gestopt in verband met het intrekken van de financiering. Met de vaststelling van de zomernota en de begroting 2014 is echter besloten opnieuw budget beschikbaar te stellen. In 2013 is de besluitvorming voorbereid. • Verstrekken van vergunningen voor tijdelijke verhuur op basis van de Leegstandwet: in 2013 heeft een wetswijziging plaatsgevonden, waardoor de duur van de vergunning
is verlengd naar vijf jaar. Het aantal aanvragen is licht gestegen naar 67 aanvragen. De gemeente verleende zestig vergunningen. • Stimuleren van particulier opdrachtgeverschap: het grondtransport van dertien verkochte kavels heeft plaatsgevonden. Met zes particulieren, verenigd in CPO Anna van Burgen, is een reserveringsovereenkomst gesloten voor collectief particulier opdrachtgeverschap in Oranjeburgh. Daarnaast is de bouw gestart van drie patiowoningen voor senioren in het CPO-project Barkentijn. • Uitvoeren woonwagenbeleid: de gemeente is opdrachtgever voor het regulier onderhoud en de administratie, uitgevoerd door Nijbod Consultancy BV. Nijbod is een onafhankelijke organisatie gericht op beheer en onderhoud van woonwagenlocaties. Er is een inventarisatie uitgevoerd naar de staat van onderhoud van vijf bergingen op de locatie Bramengaarde. Herstel van de geconstateerde gebreken moet nog plaatsvinden. Doelstelling 2: stimuleren van de teruglopende markt van nieuwbouwwoningen. Activiteiten: • Aanjagen van geprioriteerde woningbouwprogramma’s: de gemeente heeft de stedelijke vernieuwing vormgegeven via (collectief) particulier opdrachtgeverschap en een vernieuwde methode van aanbesteding voor de locaties Over het Water en zusterhuis Oranjeburgh. Om kennis en ervaringen uit te wisselen hebben vervolgsessies van het stadslab plaatsgevonden met projectontwikkelaars. • Regie op samenwerking met gevestigde en nieuwe partners: in de tweede helft van 2013 vond een bijeenkomst plaats van het platform Wonen, gericht op kennisdeling en vergroten van betrokkenheid. Doelstelling 3: herontwikkelen van bestaande woonlocaties. Activiteiten: • Het maken van een afweging om woningen te slopen of te renoveren. Naar aanleiding van de voorgenomen verhuurdersheffing heeft Woonplus eind 2012 de ontwikkeling van een aantal projecten stilgelegd. In 2013 is met Woonplus gesproken over mogelijkheden om deze projecten daadwerkelijk uit te voeren. De VOF Toernooiveld en de Distilleerdersbuurt BV (vennoot in de VOF Toernooiveld) zijn eind vorig jaar ontmanteld. Er bestaat geen VOF en BV meer: gemeente en Woonplus zijn nu zonder tussenkomst van firma’s zelf eigenaar van de gronden.
• Bij herontwikkeling ligt nadruk op woningdifferentiatie en levensloopvriendelijke wijken: in de aanbestedingen is dit concreet meegenomen als doelstelling voor locatie Over het Water en het zusterhuis Oranjeburgh. In 2013 is de startnota levensloopvriendelijke stad vastgesteld. Deze startnota geeft inzicht in de realisatie van de Schiedamse plannen om een levensloopvriendelijke stad te worden. De gemeente heeft met sleutelpersonen en stakeholders in 2013 een externe verkenning uitgevoerd. De inzichten uit deze verkenning komen samen in een werkconferentie in 2014, waarin de gemeente samen met alle partijen een vervolgaanpak zal kiezen. • Met Woonplus gaat Schiedam als onderdeel van de meerjarenprestatieafspraken concrete afspraken maken over de (aanpak van) ontwikkellocaties: er zijn prestatieafspraken gemaakt over de uitvoeringslocaties Majoraanveld, Beatles, Notenbalk, Kwartet, Aleidastraat, Wibautplein en onderhoud Nolenslaan. Ook zijn afspraken gemaakt over locaties in onderzoek, te weten Oost, Fabriplein, Parkweg- van Heuven Goedhartstraat, MCM de Grootstraat, IJsselmonde-Lekstraat en Groenoord Zuid. Tevens zijn afspraken gemaakt over de doelstellingen uit de Woonvisie omtrent woningdifferentiatie en de bijdrage van Woonplus hierin (nieuwbouw, sloop en verkoop van huurwoningen). Doelstelling 4: herstructurering van de naoorlogse woningvoorraad krachtig voortzetten. Activiteiten: • Het maken van een afweging om woningen te slopen of te renoveren op hoog niveau (zie doelstelling 3). Bij herontwikkeling ligt de nadruk op woningdifferentiatie en levensloopvriendelijke wijken. • Waar mogelijk wordt rekening gehouden met combinaties van wonen, werken en recreëren. Dit is niet aan de orde geweest in 2013. • Begin 2013 is geconstateerd dat de realisatie van de doelstellingen uit de Woonvisie vertraging opliepen. In het traject van de zomernota zijn 3 scenario’s ontwikkeld om het Wonen in Schiedam te kunnen voortzetten. Met Woonplus zijn in de meerjarige prestatieafspraken concrete afspraken gemaakt over de herstructurering van de naoorlogse woningvoorraad (zie doelstelling 3). Doelstelling 5: verbeteren isolatie van woningen inzake geluid en energie. Activiteiten: • Aanpak geluidisolatie van woningen op de zogenoemde
PROGRAMMAREKENING
81
A-lijst. Zie voor dit onderdeel het programma Ruimtelijke Ontwikkeling. • Het verbeteren van de energieprestatie van woningen, onder meer door aan te haken bij de klimaatagenda van de stadsregio Rotterdam. In de stadsregio zijn afspraken gemaakt in het convenant Verbeteren Energieprestaties Nieuwbouw. Dit convenant geldt voor woningbouwlocaties van meer dan vijftig woningen en gaat uit van 25% minder CO2-uitstoot ten opzichte van het Bouwbesluit. • Geluid- en energieprestaties verbeteren, waar mogelijk in samenhang met de aanpak van particuliere woningverbetering. In de derde fase van particuliere woningverbetering zijn 967 energiebesparingadviezen gegeven, met als resultaat dat 14% van de investeringen is besteed aan energiebesparende maatregelen. Het ging hierbij voornamelijk om nieuwe CV-ketels, dakisolatie en dubbele beglazing. Deze aanpak heeft bijgedragen aan de juridische afhandeling van de geluidsanering van A-lijst woningen aan de Oranjestraat. Zie ook het programma Ruimtelijke Ontwikkeling. • Over geluid en energie zijn concrete afspraken gemaakt met Woonplus Schiedam. In de meerjarige prestatieafspraken zijn concrete afspraken gemaakt over de herziening van het energiebeleid in 2014. Doelstelling 6: preventie en aanpak van dichtgespijkerde panden. Activiteiten: • De planontwikkeling rondom dichtgetimmerde panden moet worden vlotgetrokken: er is een onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden van kluswoningen voor de dichtgetimmerde woningen op locatie Kortland en Gordonstraat. De realisatie van kluswoningen op deze locatie is haalbaar en wordt in 2014 verder opgepakt. • Voorafgaand aan sloop, gevolgd door nieuwbouw van dichtgetimmerde panden, zal helderheid zijn over de uitgangspunten inzake de gewenste ontwikkeling en plancoördinatie. Dit was in 2013 niet aan de orde. Wel is in de meerjarenplanning geld gereserveerd voor de aanpak van dichtgetimmerde panden.
82
Doelstelling 7: sturen op en bewaken van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV). Activiteiten: • Het sturen op en bewaken van het Uitvoeringsprogramma Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2010 t/m 2014 is opgenomen in het uitvoeringsprogramma Woonvisie 2013-2016. • Verstedelijkingsafspraken 2010-2020 met de stadsregio Rotterdam: er is overlegd over subregionale woningmarktafspraken 2014-2019. Dit heeft op 29 januari 2014 geresulteerd in nieuwe woningmarktafspraken. Doelstelling 8: een rechtvaardige en evenwichtige woonruimteverdeling (CWP). Activiteiten: • Regie voeren op de uitvoering van de regionale woonruimteverdeling, die is vastgelegd in de Huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam 2006 en de daarbij behorende overeenkomst Woonruimteverdeling stadsregio Rotterdam 2006. In 2013 is een traject doorlopen met de stadsregio om te komen tot een nieuwe ontwerpverordening woonruimtebemiddeling. Het college heeft in 2013 een reactie gegeven op de ontwerpverordening. • Monitoren, evalueren en bijstellen van het woonruimteverdelingbeleid. De slaagkans van de verschillende doelgroepen, zoals starters, doorstromers, ouderen, de BBSH-doelgroep (Besluit Beheer Sociale Huursector) en grote huishoudens worden gemonitord. Voor zover mogelijk stuurt de gemeente bij door middel van lokaal maatwerk. • Met Woonplus zijn nieuwe afspraken gemaakt in het kader van het Lokaal Maatwerk.
Doelstelling 9: een verbeterd bestand van particuliere woningen (casco en fundering); woningen in de binnenstad verbeteren; het wonen boven winkels bevorderen (onderdeel van het project Werk aan de Winkel). Activiteiten: • Particuliere woningverbetering afmaken in de wijken West, Oost Zuid en Centrum: in het CWP is als ambitie geformuleerd dat het casco van 75% van de woningen in 2014 moet zijn verbeterd. Dit percentage is gehaald. • In de derde fase particuliere woningverbetering stimuleerde de gemeente energiebesparing door eigenaren gericht te adviseren over energiebesparing. Maatregelen worden meegefinancierd in de goedkope lening voor woningverbetering. • Voor het eerst zette de gemeente handhaving in om projecten voor funderingsherstel tot uitvoering te brengen. Hierdoor zijn enkele projecten ook daadwerkelijk uitgevoerd. • In juni 2013 is het project Werk aan de Winkel opnieuw opgestart. Dit project werd eind 2011 stilgelegd omdat het budget was uitgeput. Bij de herstart is het project beperkt tot de Hoogstraat. Dit heeft in 2013 geresulteerd in negentien verbeterde panden. Het realiseren van woningen boven winkels is onderdeel van dit project om winkelstraten te verbeteren.
Doelstelling 10: integrale handhaving in de gebouwde omgeving. Activiteiten: • In april 2013 heeft het college de Kadernota Handhaving omgevingsrecht vastgesteld. Deze kadernota beschrijft de hoofdlijnen van de handhaving in de gebouwde omgeving. Naast de kadernota heeft het college de Risicomatrix handhaving vastgesteld. Op basis van deze risicomatrix zijn prioriteiten gesteld in de handhaving, waardoor onderstaande resultaten zijn geboekt: • Het uitvoeringsbesluit Kamerverhuur is uitgevoerd. In het kader van de overbewoning zijn in totaal 280 controles verricht (reguliere controles, interventieteam en wijkgerichte aanpak in Oost). Er zijn acht vooraankondigingen dwangsom verstuurd en twee definitieve dwangsombesluiten. • Er zijn 112 dossiers Particuliere Woningverbetering (PWV) overgedragen om te handhaven. Van deze dossiers zijn veertig ‘Vooraankondiging last onder dwangsom’ verstuurd en acht definitieve dwangsombesluiten. In veertig gevallen is er minnelijk overleg gevoerd. De overige 24 dossiers zullen in 2014 worden opgepakt. In één geval werd de bouw stilgelegd vanwege het ontbreken van de vereiste omgevingsvergunning. De gemeente heeft funderingsherstel voor twee locaties PWV uitgevoerd. De kosten worden verhaald op de eigenaren. • Op zestig adressen is spoedeisende bestuursdwang opgelegd in verband met het aantreffen van een hennepkwekerij.
PROGRAMMAREKENING
83
Tabel effect- en prestatie-indicatoren beleidsonderdeel Wonen Omschrijving Voorraadontwikkeling (A_B): A. Toevoegingen: 1. Aantal woningen nieuwbouw 2. Aantal nieuwbouwwoningen sociale huur 3. Hoog niveau renovatie * B. Onttrekkingen: 1 1. Sloop voor nieuwbouw Ontwikkeling wooncarrière: 1. Toename eigenwoningbezit 2. Toevoegen eengezinswoningen 3. Verkoop aantal sociale huurwoningen 4. Verbeteren toe- en doorgankelijkheid 5. Toevoegen meergeneratiewoningen/ woongroepen
Bron
2010 Nulmeting
Realisatie 2011
Realisatie 2012
Streefwaarde 2013
Werkelijke waarde 2013
35.519
35.586
35.646
---
35.689
Verstedelijkingsafspraken Prestatieafspraken
100
76
128
100
53
0
19
40
36
34
Prestatieafspraken
40
277
70
---
---
Verstedelijkingsafspraken
70
1
87
70
28
47,8% 30,4% 36 30
50,1% 30,5% 57 34
50,2% 30,6% 54 34
51% 30,7% 60 40
50,3% 30,8% n.b. 0
0
0
0
10
0
0
23
40
CWP CWP Prestatieafspraken Volkshuisvestingsplan II CWP
1
Isolatie van woningen: 1. A fmelden woningen A-lijst (geluidsanering)
MOP 3
Aantal te herstellen woningen
SO
240
740
320
240
350
Aantal te herstellen funderingen (per jaar)
SO
44
31
0
44
38
Aantal herstelde panden ‘Werk aan de Winkel’, per jaar
SO
35
36
19
35
10
Aantal verleende splitsingsvergunningen
SO
30
30
15*
Aantal aangevraagde onttrekkingsvergunningen
SO
15
15
41**
* Sinds 2013 is het niet meer mogelijk om een splitsingsvergunning aan te vragen. De verleende vergunningen 2013 zijn aangevraagd in 2012. ** Waarvan 38 verlengde vergunningen. Algemeen: Na invoering van het wettelijk instrumentarium BAG met een landelijke standaard, is het niet meer mogelijk om alle indicatoren, zoals opgenomen in de begroting, te meten.
2.2 Beleidsonderdeel Monumenten Doelstelling 1: een nauwere relatie tussen monumentenbeleid en ruimtelijke ordeningsbeleid bewerkstelligen, zodat cultuurhistorie kan worden benut ter versterking van de identiteit en de aanwezige kwaliteiten van de leefomgeving. Activiteiten: • Er is een bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de (ontwerp)bestemmingsplannen voor de Binnenstad en De Kethelse Venen. • Er is meegewerkt aan de uitwerking van het projectplan en de subsidieaanvraag voor het project Lange Haven+,
84
gericht op een passende herinrichting van de historische kades langs de Lange Haven. • Voor de prijsvraag voor Europan, een prijsvraag voor jonge professionals in architectuur en stedenbouw, stelde de gemeente een kadernotitie op met de historische ontwikkeling van het gebied rond de Koemarkt en de Buitenhavenweg. Doelstelling 2: een accurate, geactualiseerde en afgeronde gemeentelijke monumentenlijst. Activiteiten: • Er is doorgewerkt aan de actualisatie van de gemeentelijke
monumentenlijst. Er zijn belangrijke stappen ter voorbereiding van besluitvorming genomen, zoals het opstellen van de zogenoemde redengevende omschrijvingen. Het project heeft vertraging opgelopen, waarover de raad per brief d.d. 24 december 2013 (13UIT25701) is geïnformeerd. Doelstelling 3: een gerestaureerd monumentenbestand dat duurzaam en goed wordt onderhouden. Activiteiten: • De cascorestauratie van de Klokkenluiderswoning (Nieuwstraat 32, eigendom van de gemeente) is begeleid. • De herstelwerkzaamheden aan het lokaal van de Stadsarmenschool (Broersvest 113, eigendom van de gemeente) zijn begeleid. • Er is geadviseerd over en gewerkt aan een restauratieplan voor het interieur van de Havenkerk aan de Lange Haven 72 (verwachte start restauratiewerkzaamheden: 2014). • Schiedam startte met de voorbereiding van de restauratie van de panden Hoogstraat 89 en 91. • Er zijn meerjarenonderhoudsplannen opgesteld voor tien rijksmonumenten in gemeentelijk eigendom. Op basis hiervan zijn onderhoudssubsidies aangevraagd. Deze zogenoemde BRIM-regeling krijgt elk ieder jaar meer aanvragen dan gehonoreerd kunnen worden. Van de aangevraagde onderhoudssubsidies werden niettemin negen aan Schiedam toegekend. Voor de afgewezen aanvraag is bezwaar aangetekend (in 2014 dient de gemeente herhaalde aanvragen in). • Schiedam ontving provinciale subsidie (regeling Erfgoedlijnen) voor de restauratie van het Zakkendragersgildehuis. De restauratie wordt in 2014 uitgevoerd, zoals aan de raad medegedeeld per brief d.d. 28 januari 2014 (14UIT00046). • Het Schiedams Restauratiefonds honoreerde drie aanvragen voor laagrentende leningen voor eigenaren van beschermde gemeentelijke monumenten. Doelstelling 4: passende herbestemming en herontwikkeling voor leegstaande of leegkomende monumenten. Activiteiten: • Adviseren over de herbestemming van de Klokkenluiderswoning (aansluitend op de restauratie) en de Waag. • Binnen het project Groenweegje adviseerde de gemeente over de mogelijkheid van herbestemming van enkele beschermde monumenten in particulier eigendom. • Ook adviseerde de gemeente over de herinrichting van de kapel van het Stedelijk Museum Schiedam tot hoofdentree.
Doelstelling 5: heldere communicatie met en begeleiding van eigenaren van monumenten. Activiteiten: • Via de website van de gemeente krijgen eigenaren algemene informatie over het beschermen, onderhouden en financieren van beschermde monumenten. Daarnaast kunnen eigenaren voor specifieke vragen direct (telefonisch) contact opnemen met de gemeente. • Eigenaren van ruim zestig individuele monumenten zijn geïnformeerd en geadviseerd over allerlei aspecten rondom onderhoud, restauratie, verbouwingen en/of financiering. Vanuit de vergunningenprocedure zijn diverse grootschalige particuliere restauraties begeleid. Doelstelling 6: kennis over Schiedamse monumenten binnen een breed publiek. Activiteiten: • De BNG Erfgoedprijs 2012 is uitgereikt aan de gemeente Schiedam. Schiedam mocht zich daarom in 2013 ‘dé erfgoedgemeente van Nederland’ noemen. De prijs is een erkenning voor het succes van het gemeentelijk erfgoedbeleid uit de afgelopen jaren en was in 2013 aanleiding voor promotionele activiteiten, zoals het plaatsen van een bord langs de Rijksweg A20. In november vond in Schiedam de uitreiking plaats van de BNG Erfgoedprijs 2013. Dit werd gekoppeld aan een stadsexcursie voor de genomineerden. • In 2013 organiseerden de ambtenaren Monumenten in samenwerking met een geheel vernieuwd comité de Open Monumentendagen. Onderwerp was Macht en Pracht. Op verzoek van Stichting Stadspromotie Schiedam is besloten om het Open Monumentendagenboekje een permanent karakter te geven, zodat het boekje het hele jaar kan worden gebruikt voor promotionele activiteiten. • De provinciale cursus voor erfgoedprofessionals ‘Actualiteiten en Ontwikkeling’ vond in Schiedam plaats (georganiseerd door het Nationaal Restauratiefonds en het Erfgoedhuis Zuid-Holland, met een inhoudelijke bijdrage van de gemeente). De Vereniging Hendrick de Keyser organiseerde twee ledenexcursies in de binnenstad, waarbij de gemeente een presentatie gaf over Schiedams erfgoed uit de achttiende eeuw. Met de Historische Vereniging Schiedam en de eigenaren van de Sodafabriek verzorgde de gemeente een lezing over de geschiedenis van de panden aan de Makkersstraat.
PROGRAMMAREKENING
85
2.3 Beleidsonderdeel Milieu Doelstelling 1: bij nieuwbouw en renovatie van gemeentelijke gebouwen staan de principes klimaatneutraal en duurzaam centraal (CWP). Activiteiten: • Naar aanleiding van een haalbaarheidsonderzoek naar de mogelijkheden van toepassing van het Building Retrofit Concept/inschakeling van ESCo’s is gekeken of de gemeente met enkele gebouwen kan aansluiten bij het vervolg van het Rotterdamse project Groen Gebouwen. Een ESCo is een Energy Service Company, ofwel een energiedienstenleverancier. Dit is een bedrijf dat het energiebeheer op zich neemt. Het Stadserfcomplex wordt als meest kansrijk gezien. Er is voldoende besparingspotentieel aanwezig om in aanmerking te komen voor een dergelijke constructie. • De verschillende mogelijkheden voor het toepassen van zonnecollectoren op gemeentelijke gebouwen zijn verkend. Besloten is dat het Schiedams Energie Collectief zonnepanelen mag plaatsen op het Wennekerpand. De reële uitvoering is uitgesteld in afwachting van wijziging van de wetgeving die opwekken van zonne-energie op het ene pand en verbruiken op andere panden mogelijk maakt. Ook zijn er zonnepanelen geplaatst op het NME-centrum. Onderzoek naar andere panden heeft nog niet plaatsgevonden. Doelstelling 2: ondernemers extra stimuleren maatregelen te nemen op het gebied van duurzaam en klimaatneutraal ondernemen. Activiteiten: • De gemeente heeft mobiliteitsmanagement uitgewerkt. Zie verder het programma Ruimtelijke ontwikkeling. • Er is deelgenomen aan het stadsregionale project Stimuleren Energiemaatregelen bij Bedrijven. Er werden voorlichtingsavonden georganiseerd en er zijn milieubarometers en Kansen voor Verkassen-scans aangeboden. Ook heeft de DCMR tijdens controles extra veel aandacht besteed aan het milieudoelstelling energie. • De instrumenten Kansen bij Verkassen en de Milieubarometer zijn door de stadsregio kosteloos aangeboden aan bedrijven of instellingen die gevestigd zijn of zich gaan vestigen in de regio. In Schiedam zijn 29 bedrijven aan-
86
gesloten bij de Milieubarometer. Er zijn twee keer Kansen voor Verkassen-scans aangeboden. We zijn tevreden met dit aantal. De Milieubarometer is voornamelijk geschikt voor de middelgrote bedrijven. De Kansen voor Verkassenscan kan worden toegepast bij verhuizingen, zodat men in het nieuwe bedrijf meteen aandacht aan duurzaamheid kan besteden. In verband met de economische crisis loopt dit minder goed. Doelstelling 3: verwerving van het predicaat Millenniumgemeente (CWP). Activiteiten: • Er is besloten om dit predicaat niet meer te behalen. In plaats daarvan wordt vooral ingezet op duurzaamheid in eigen huis. Dit betekent aandacht voor onder andere duurzame inkoop met aandacht voor Fair Trade. In 2013 is een analyse van de huidige inkoopprocessen uitgevoerd en zijn er verbetervoorstellen gedaan. Deze moeten nog worden geïmplementeerd. Doelstelling 4: voortbouwen op het Milieubeleidsplan 2009-2013 met dien verstande dat de gemeente zich nadrukkelijker zal profileren op het gebied van milieu, duurzaamheid en klimaatbestendigheid. Hiertoe zullen meetpunten worden opgesteld waarmee wordt beoordeeld of er voldoende voortgang is (CWP). Voor dit onderdeel wordt verwezen naar het programma Ruimtelijke Ontwikkeling. Doelstelling 5: Stimuleren van klimaatvriendelijke maatregelen, zoals een bijdrage aan de CO2- reductie (CWP). Voor dit onderdeel wordt verwezen naar het programma Ruimtelijke Ontwikkeling. Doelstelling 6: Samen met de markt het gebruik van elektrische auto’s stimuleren (CWP). Activiteiten: • In het kader van het luchtkwaliteitsbeleid is een conceptbeleid opgesteld voor de inrichting van de oplaadinfrastructuur van elektrische auto’s.
3. Wat heeft het programma Woonmilieu gekost? (Bedragen x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming
Rekening 2012
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
33.278
30.996
33.519
31.239
2.281
22.819
22.792
23.023
22.828
-195
-10.459
-8.205
-10.496
-8.411
2.085 -8.234
Toevoeging aan reserves
2.496
629
590
8.824
Onttrekking aan reserves
2.704
642
1.402
7.259
5.858
208
13
812
-1.564
-2.376
-10.251
-8.192
-9.684
-9.975
-291
Saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
PROGRAMMAREKENING
87
4. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Natuur- en groenbeheer De kosten voor regulier onderhoud van openbaar groen waren hoger door diverse ziektes aan bomen, bestrijding van Berenklauw en stormschade. Verder zijn de onderhoudskosten door Irado hoger.
L
-199
Het onderhoud van het Volkspark wordt in overleg met Nolet, die hiervoor een bijdrage levert, uitgevoerd. De plannen voor het aanpassen/onderhoud zijn nog gedeeltelijk in ontwikkeling.
L
106
Het groot onderhoud aan het Beatrixpark is minder voorspoedig verlopen. De ISV gelden hiervoor blijven beschikbaar.
L
262
L
126
L
310
*
Product Milieu In de begroting was een budget opgenomen voor saneringskosten van de verontreinigde grond aan de Broersvest. Dit bleek elders ook begroot en daarom valt een deel van dit budget vrij. Product Afvalbeheer Er zijn minder verwerkingskosten van het afval gemaakt. Product Afvalstoffenheffing Er is meer afvalstoffenheffing ontvangen.
B
De verminderingen, die in 2013 werden toegekend op de afvalstoffenheffing, zijn niet begroot.
L
301 -284
Product Rioleringbeheer Betreft de bijdrage van Hoogheemraadschap van Delfland voor elektriciteitskosten en onderhoud 2009 t/m 2013 voor het gemaal Bijdorp.
B
210
Doordat zowel groot onderhoud, als investeringen zijn vertraagd, zijn uitgaven, alsmede de kapitaallasten lager.
L
810
Er zijn meer kosten gemaakt door toepassen van bestuursdwang op achterstallig onderhoud aan woningen.
L
109
De opbrengsten hiervoor blijven achter, omdat in 2013 nog geen kosten zijn gevorderd op de eigenaar. Dit gebeurt pas na afronding van de werkzaamheden.
B
Aan Bouw- en woningtoezicht werden per abuis meer kosten toegerekend dan was begroot en aan het product Volkshuisvesting minder kosten.
L
Over de laatste vier maanden 2013 zijn minder grote aanvragen binnengekomen en minder leges zijn in rekening gebracht dan werd verwacht. Eerdere inzichten, die zijn gebruikt bij de 4e Technische Aanpassing 2013 (beslispunt 34), zijn te optimistisch gebleken.
B
*Δ
Product Bouw- en woningtoezicht
-73 -194 -159
Product Volkshuisvesting Aan woningbouwbeleid werden per abuis minder kosten toegerekend dan was begroot en aan het product Bouw- en woningtoezicht meer.
L
240
Het voordelig verschil is ontstaan als gevolg van interne verrekeningen.
L
105
Een deel van het budget voor de Wet Uitbreding Bijzondere Maatregelen is bedoeld voor handhaving. In het najaar van 2013 is gestart met een pilot, uitgevoerd door Woonplus. In 2013 zijn alleen kosten voor procesvoering gemaakt.
L
256
Product Milieubeheer
88
De bijdrage van SOVOS in de kapitaallasten van de investeringen voor Duurzaam bouwen bij de nieuwbouw OSG Schravenlant is niet ontvangen.
B
-94
De facturatie voor de bodemsanering aan het Westmolenkwartier is nog niet afgerond en er is nog een geschil over de facturatie inzake het kwikincident aan de Broersvest.
L
328
*
Het afwerken van de A-gevelsaneringslijst wegverkeerlawaai en railverkeerlawaai heeft vertraging opgelopen.
L
151
*
Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Milieubeleid De uitvoering van de projecten ‘Realisatie walstroom Hoofdplein/Voorhaven/Buitenhaven’ en ‘Verbetering Luchtkwaliteit door duurzame logistiek en mobiliteitsmanagement’ zijn vertraagd. Daarnaast zijn de uitgaven in het kader van het milieubeleidsplan en overige werkzaamheden lager door vertraging van werkzaamheden.
L
Door de vertraagde projecten walstroom en luchtkwaliteit is de daarvoor beschikbaar gestelde subsidie niet volledig benut. Het niet bestede deel van de subsidie blijft beschikbaar.
B
Het project Groene Daken Poppark (Beatles) is niet uitgevoerd. De ISV gelden hiervoor blijven beschikbaar.
L
95
63 63
Overige verschillen programma Woonmilieu
-3
Totalen programma Woonmilieu
2.281
* -443 -195 2.085
De bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Twee posten, gemerkt met een Δ betreffen tevens een onderschrijding op de kapitaallasten (6). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Deze onderschrijdingen worden verrekend met een reserve.
5. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (Bedragen x € 1.000) 6001 Natuur- en groenbeheer 6002 Milieu 6003 Afvalbeheer 6004 Afvalheffingen 6005 Rioleringbeheer 6006 Riolering heffingen
Rekening 2012
Begroting 2013
Rekening 2013
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
5.981
376
-5.605
5.240
100
-5.140
5.088
101
-4.987
130
0
-130
221
0
-221
97
0
-97
8.790
112
-8.678
9.019
64
-8.955
8.729
71
-8.658
0
10.419
10.419
0
10.509
10.509
0
10.535
10.535
6.263
0
-6.263
6.912
-7
-6.919
6.102
203
-5.899
0
8.197
8.197
0
8.313
8.313
0
8.344
8.344
6007 Bouw- en woningtoezicht
2.399
675
-1.724
2.621
891
-1.731
2.928
653
-2.275
6008 Stadsvernieuwing
1.698
0
-1.698
1.113
0
-1.113
1.185
0
-1.185
6009 Volkshuisvesting
4.913
2.900
-2.013
4.875
2.680
-2.195
4.253
2.610
-1.642
38
0
-38
35
0
-35
22
0
-22
6010 V olkshuisvesting ISV programma 6011 Geluidshinder 6012 Milieubeheer 6013 Milieubeleid Resultaat voor bestemming 6999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
226
0
-226
156
0
-156
146
0
-146
2.550
123
-2.427
2.664
230
-2.434
2.186
130
-2.056
290
17,656
-272
663
242,84
-420
503
180
-323
33.278
22.819
-10.459
33.519
23.023
-10.496
31.239
22.828
-8.411
2.496
2.704
208
590
1.402
812
8.824
7.259
-1.564
35.775
25.523
-10.251
34.109
24.424
-9.684
40.062
30.087
-9.975
PROGRAMMAREKENING
89
Financiën 1. Doelstelling Programma Financiën
Speerpunten
Algemene doelstellingen
Schiedam is een financieel gezonde gemeente met een beheerste lastenontwikkeling voor burgers en bedrijven.
90
• Voeren van een solide en verantwoord financieel meerjarenbeleid. • Treffen van beleidsmaatregelen voor het beheersen van de ontwikkeling van de gemeentelijke schuldpositie. • Zorgen voor een robuuste reservepositie. • Doorontwikkelen van de kwaliteit van de programmabegroting. • Realiseren van de geplande meerjarige bezuinigingen. Beleidsonderdeel
Doelstellingen
Financiën en algemene dekkingsmiddelen.
1. Realiseren van een toekomstbestendige en materieel sluitende meerjarenbegroting. 2. Beheersen van de meerjarige ontwikkeling van de gemeentelijke schuldenpositie.
In dit programma legt de gemeente verantwoording af over de realisatie van de algemene dekkingsmiddelen. Deze middelen zijn vrij besteedbaar en niet gerelateerd aan een vooraf bepaald doel of programma. Ze zijn bestuurlijk afweegbaar door de raad. Ze bestaan hoofdzakelijk uit de algemene uitkering uit het gemeentefonds, algemene belastingen en dividenden. Daarnaast worden de bespaarde rente, het saldo van de kostenplaatsen en het budget voor onvoorzien op dit programma verantwoord. De besteding van de algemene middelen gebeurt door uitvoering van het beleid, zoals wordt verantwoord in de andere programma’s. Meer informatie over de algemene belastingen is te vinden in de paragraaf Lokale heffingen.
(HOF). De reservepositie is versterkt. De algemene reserve is opgehoogd en er is een aparte risicoreserve ingesteld. Het doorvoeren van de geplande stelselherziening erfpacht heeft hier met name aan bijgedragen. • De begroting is ontwikkeld tot een beter sturingsinstrument van de raad, door de Er-doelen daaraan toe te voegen. De tussentijdse rapportages aan de raad zijn verder ontwikkeld tot verantwoordingsrapportages (Bestuursrapportage) en tussentijdse bijstellingsmomenten (Technische Aanpassingen van de begroting). • De geplande meerjarige bezuinigingen zijn gerealiseerd. Het gaat om een bedrag van € 18 miljoen. Daarnaast is een buffer in de begroting ingebouwd om onvoorziene tegenvallers van rijksbeleid te kunnen opvangen.
In 2013 zijn de doelstellingen uit bovenstaande tabel gerealiseerd. Dit is gebeurd conform de genoemde speerpunten. • Om de gemeentelijke schuldenpositie beter te beheersen, stelde Schiedam een realistisch meerjarig investeringsprogramma op, inclusief een financiële uitvoeringsplanning. Andere activiteiten, die de gemeente in dit kader heeft ondernomen zijn de doorontwikkeling van de treasuryfunctie, het opstellen van een liquiditeitsbegroting en het uitwerken van de effecten van de Wet Houdbare Overheidsfinanciën
De realisatie van de algemene middelen in 2013 was als volgt: Begroot
Realisatie
Verschil
94,2
95,2
1,0
Dividenden
3,1
3,5
0,4
Bespaarde rente
6,1
6,8
0,7
Onvoorzien
0,7
0,4
0,3-
104,1
105,9
1,7
Algemene uitkering
De verschillen worden hieronder toegelicht. Algemene Uitkering De algemene uitkering ontwikkelde zich in 2013 als volgt: (Bedragen x € 1 miljoen)
Grondslag
Algemene uitkering (basis)
Decentralisatie uitkering
Totaal
Begroting inclusief eerste wijziging Begrotingswijziging
September 2012
81,9
14,0
95,9
Juni 2013
79,5
14,1
93,6
Bijstelling
September 2013
79,5
14,1
93,6
Bijstelling
December 2013
80,0
14,2
94,2
Realisatie jaarrekening 2013*
Opgave ministerie BZK december 2013
81,0
14,2
95,2
* In 2013 ontving Schiedam € 95,2 miljoen, waarvan € 94,9 miljoen voor 2013. Een bedrag van € 0,3 miljoen betreft een verrekening van oude jaren (2011 en 2012).
In 2013 ontving Schiedam € 0,4 miljoen meer aan dividend dan begroot. Oorzaak hiervan is het eindejaarsdividend van Evides. Dividenden (Bedragen x € 1 miljoen)
Begroting 2013 inclusief begrotingswijzigingen
N.V. ONS Houdstermaatschappij
Realisatie 2013
Verschil
-
N.V. Irado
0,8
0,8
0
N.V. Eneco Holding
1,2
1,2
0
B.V. GBE (Evides) N.V. BNG Totaal
Bespaarde rente In 2013 bedroeg de realisatie van de bespaarde rente € 6,8 miljoen. De gemeente had een bedrag begroot van € 6,1 miljoen (4,6%). De jaarrekening 2012 omvatte verschillende mutaties in de diverse reserves. Belangrijkste hiervan was de vorming van de risicoreserve. Als gevolg van deze mutaties is de bespaarde rente in 2013 € 0,7 miljoen hoger dan begroot. Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) staat toe
Bedragen x € 1 miljoen
0,6
1,0
0,4
0,49
0,49
0
3,1
3,5
0,4
dat de gemeente reserves en voorzieningen kan inzetten als financieringsmiddel. Daardoor hoeft de gemeente minder extern geld aan te trekken en minder externe rente te vergoeden. De rentekosten die hierdoor worden bespaard, worden aangeduid als ‘bespaarde rente’. Deze bespaarde rente mag voor de begroting worden ingezet als algemeen dekkingsmiddel. Schiedam heeft hiervoor gekozen. In één geval wordt de rente niet gebruikt als dekkingsmiddel, maar wordt de rente bijgeschreven op de reserve. Het gaat om de reserve Afschrijvingen.
Beginbalans 1-1-2013
Balans inclusief begrotingswijzigingen
Eindbalans 31-12-2013
Verschil t.o.v. beginbalans
Reserves
83,7
92,5
105,9
+22,2
Voorzieningen
56,2
55,6
52,1
-4,1
PROGRAMMAREKENING
91
Onvoorzien Onvoorziene uitgaven moeten voldoen aan de volgende criteria: ze zijn onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar. Het college beschikt over de inzet van deze post. In de bestuurlijke rapportages wordt de besteding verantwoord aan de raad.
In 2013 was een bedrag voor onvoorzien opgenomen van € 0,7 miljoen. De besteding bedroeg € 0,4 miljoen. De werkelijke lasten zijn gerealiseerd op de functionele budgetten en dus niet binnen het programma Financiën.
Aanwending onvoorzien 2013 Mutaties
(Bedragen x € 1.000)
Bedrag
Begroting 2013
700
Adviesnota’s Onderzoek BGS en Plan van Aanpak herstel bedrijfsvoering BGS
170
Incidenteel budget wettelijke taken vergunningverlening project A4
140
Integriteitonderzoeken
50
Totaal bestedingen
360
Totaal - eindstand
340
2. Wat heeft het programma Financiën gekost? (Bedragen x € 1.000)
Rekening 2012
Lasten
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
8.003
5.316
7.095
13.736
-6.641
Baten
137.297
117.686
122.159
132.063
9.903
Resultaat voor bestemming
129.294
112.370
115.064
118.326
3.262
69.102
3.910
7.200
8.764
-1.564
Toevoeging aan reserves Onttrekking aan reserves Saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
30.487
3.530
6.285
7.556
1.271
-38.615
-380
-915
-1.209
-294
90.679
111.990
114.149
117.117
2.969
3. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Algemene Uitkering In 2013 is de hoogte van de algemene uitkering met oog op de aangekondigde bezuinigingen door het rijk zeer behoedzaam begroot. Pas later in het jaar 2013 werd duidelijk, dat deze bezuinigingen minder consequenties hadden voor het gemeentefonds.
L/B
1.709
Product Belastingen De uiteindelijk realisatie van de baten onroerende-zaakbelasting (OZB) is voor zowel het gebruikersdeel als het eigenaarsdeel per saldo iets hoger dan in de vierde Technische Aanpassing is geraamd.
B
314
Toelichting: In de vierde Technische Aanpassing van de begroting 2013 is besloten, dat de begrote meeropbrengst OZB van € 650 wordt gestort in een reserve en waarmee in 2014 een incidentele korting wordt geven op de OZB. Door de realisatie per 31 december is dat bedrag verhoogd met € 93. Er zijn minder kosten gemaakt voor WOZ- en Woningtaxaties, doordat bezwaarschriften niet zijn afgehandeld door een ingehuurde partij. Op grond van de samenwerkingsovereenkomst warmwatertransportleiding met Eneco is precariobelasting voor werkterreinen geheven. Deze baten waren niet begroot.
92
L
109 614
*
Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product Beleggingen In december 2013 heeft de AvA van de bv GBE (Evides) besloten tot uitkering van een interim dividend 2013. De begroting kon hier niet meer aan worden aangepast.
383
In de begroting 2013, die in 2012 is opgesteld, is uitgegaan van een verwachtte stand van reserves en voorzieningen per 1 januari 2013. Hierover is in de begroting een bespaarde rente opgenomen. De werkelijk bespaarde rente wordt berekend over de werkelijke stand van reserves en voorzieningen per 1 januari 2013. Omdat de uiteindelijke stand hoger is, is het bedrag aan bespaarde rente ook hoger.
661
Product onvoorziene uitgaven De post onvoorziene uitgaven is niet geheel nodig gebleken.
L
De kosten voor het verhalen van de kosten van aanmanen en dwanginvordering die op veroorzakers verhaald worden, is lastig te bepalen, omdat niet bekend is hoeveel aanmaningen en dwangbevelen in enig jaar de deur uit zullen gaan.
B
Er zijn kosten, die niet aan een specifiek product kunnen worden toegerekend. Het betreft hoofdzakelijk een nabetaling van afgedragen omzetbelasting van oude jaren, de herberekening van de pensioenvoorziening wethouders, alsmede een storting van een overgedragen pensioenvoorziening.
L
340 193
-615
De voorziening BCF voldoet niet aan de BBV voorschriften en is vrijgevallen
B
577
Ook zijn er baten, die niet aan een specifiek product kunnen worden toegerekend. Het betreft ontvangsten door bezwaarschriften over het Sportbesluit, een overgedragen pensioenvoorziening wethouders en de restitutie van diverse belastingen.
B
1.117
De voorziening dubieuze debiteuren is verhoogd met € 5.236 door een diepgaande analyse van de gemeentelijke debiteurenportefeuille. Daarbij is rekening gehouden met het historisch betaalgedrag van debiteuren, dat als gevolg van de financiële crisis is verslechterd. De huidige debiteurenportefeuille is hiermee op een meer realistisch niveau gebracht.
L
-5.236
Product saldo financieringsfunctie De hogere baten ontstaan door de systematiek van doorbelasting van de kostenplaatsen (+ € 3,6 miljoen), doorbelasting van de kapitaallasten (- € 1,6 miljoen). Deze plus en min worden in gelijke mate gecompenseerd door de hogere dan wel lagere doorbelasting aan de producten in de andere programma’s. Daarnaast is ten opzichte van de begroting een positief resultaat behaald op de kostenplaatsen van € 1,4 miljoen. Dit resultaat is met name het gevolg van de lagere salarissenlasten doordat terughoudend is omgegaan met het vervullen van vacatures.
B
3.375
Overige verschillen programma Financiën
-101
Totaal saldo programma Financiën
-6.641
Δ
-176 9.903 3.262
De bovenstaande begrotingsafwijkingen passen binnen het beleid van de raad (5). Twee posten, gemerkt met een Δ betreffen tevens een onderschrijding op de kapitaallasten (6). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Deze hogere baat wordt verrekend met een reserve.
4. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (Bedragen x € 1.000) 7001 Algemene uitkering 7002 Belastingen 7003 Beleggingen 7004 Onvoorziene uitgaven 7005 Saldo financieringsfunctie
Rekening 2012
Begroting 2013
Rekening 2013
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
0
99.149
99.149
0
93.531
93.531
1.138
96.377
95.240
1.819
14.570
12.752
1.948
15.054
13.106
1.880
15.995
14.115
813
12.245
11.433
853
9.240
8.387
853
10.264
9.411
1.318
5.412
4.094
340
191
-149
6.075
2.094
-3.981
16.968
5.920
-11.047
3.955
4.143
189
3.791
7.332
3.541
Resultaat voor bestemming
20.917
137.297
116.380
7.095
122.159
115.064
13.736
132.063
118.326
7999 Mutaties reserves
56.187
30.487
-25.701
7.200
6.285
-915
8.764
7.556
-1.209
Resultaat na bestemming
77.105
167.784
90.679
14.296
128.445
114.149
22.501
139.618
117.117
PROGRAMMAREKENING
93
Wijkontwikkeling 1. Doelstelling Het programma Wijkontwikkeling heeft als doel de kwaliteit van de woon- en leefomgeving in de wijken te bevorderen. In 2013 heeft de gemeente het accent gelegd op het faciliteren van bewonersinitiatieven. Dit gaat, naast de initiatieven in alle wijken in het kader van de wijkbudgetten, vooral om bijdragen aan het tot stand komen van diverse accommoda-
ties in eigen beheer: de Erker (West), Hof in Zuid (Zuid), doorontwikkeling Beethovenflat (Groenoord) en de nieuwe accommodatie ‘de Brug’ (Heijermansflat, Woudhoek). Het Zimmertje (Groenoord) en het Puttertje (Nieuwland) functioneren zelfstandig. Het Speeleiland in Nieuwland wordt steeds zelfstandiger, met een actieve vereniging.
Programma Wijkontwikkeling
Speerpunten
Algemene doelstellingen
De gemeente Schiedam wil de kwaliteit van de woon- en leefomgeving van haar inwoners verbeteren door middel van een wijkgerichte benadering.
94
• Een aantrekkelijk leefklimaat op wijk-, buurt- en straatniveau. • Wijkactieprogramma’s als regulier instrument in alle wijken. • Verbetering van burgerparticipatie en inspraak. • Een grotere betrokkenheid van bewoners bij elkaar en bij hun buurt. • Bijdragen aan ontwikkelingen en uitvoering van de visie ‘Schiedams maatwerk in het sociale domein’. Beleidsonderdelen
Wijkontwikkeling
Doelstellingen 1. Verzorgen van een basisinfrastructuur voor wijkgericht werken en participatie. Hierbij wordt extra aandacht besteed aan ondervertegenwoordigde groepen. 2. Burgers praten mee over beleidsvorming door de gemeente en over de uitvoering. De vraag van de burger staat hierbij centraal. 3. Versterken van eigen kracht en burgerkracht. 4. Faciliteren en stimuleren van bewonersinitiatieven en bewonersparticipatie. 5. Stimuleren en ondersteunen van vraaggerichte en wijkgerichte aanpak bij andere programma’s. Het fysieke, sociale en economische verbinden op wijkniveau. 6. Signaleren en agenderen van wat in de wijk speelt en waar nodig de inzet aanpassen (zowel intern als extern). Het verkleinen van de afstand tussen gemeente en bewoners en het vergroten van het wederzijds vertrouwen.
2. Uitgevoerde activiteiten en resultaten Doel 1: Verzorgen van een basisinfrastructuur voor wijkgericht werken en participatie. Hierbij wordt specifiek aandacht besteed aan ondervertegenwoordigde groepen. In alle wijken hebben zes wijkoverleggen en professionalsoverleggen plaatsgevonden, inclusief de daaraan gerelateerde werkgroepen en activiteiten. Het welzijnswerk is in 2013 meer wijkgericht aangestuurd. Dit draagt bij aan het versterken van de burgerparticipatie van ondervertegenwoordigde groepen. Doel 2: Burgers praten mee over beleidsvorming en over de uitvoering. De vraag van de burger staat hierbij centraal. In 2013 zijn het wijkactieprogramma (WAP) Groenoord en het WAP Zuid opgesteld en vastgesteld. Daarnaast is het wijkuitvoeringsprogramma 2013 (WUP) Oost opgesteld en vastgesteld, een uitwerking van het wijkactieprogramma dat loopt van 2012-2015. De programma’s zijn gezamenlijk opgesteld met bewoners, ondernemers en professionele organisaties (Woonplus, politie, welzijnsinstellingen, e.d.). Ook WAP Nieuwland en WAP West zijn in 2013 uitgevoerd. De toolkit participatie is vastgesteld en is met name bij projecten in de openbare ruimte al in praktijk gebracht. Het traject om de werkplannen van de welzijnsinstellingen op elkaar af te stemmen en in de wijkoverleggen te bespreken is geëvalueerd. Het is goed bevallen en wordt, met enkele aanpassingen, voortgezet. In 2013 zijn de werkplannen 2014 van Buurtprojecten (opbouwwerk), SOBO (bewonersondersteuning), SWS welzijn (jongerenwerk, wijkwerk en kinderwerk), seniorenwelzijn (ouderenadviseurs), sportcoaches en de cultuurscouts op elkaar afgestemd. Ze zijn in twee stappen besproken in de wijkoverleggen: eerst de inventarisatie van de behoeften (licht uitgevoerd) en vervolgens het bespreken van de conceptwerkplannen. Dit traject, het op elkaar afstemmen van de werkplannen, liep beter dan in 2012, toen dit voor het eerst gebeurde. Doel 3 en 4: Versterken eigen kracht en burgerkracht en faciliteren en stimuleren van bewonersinitiatieven en bewonersparticipatie. In 2013 is veel aandacht besteed aan het versterken van de eigen kracht en burgerkracht van (groepen) Schiedammers. Dit is gebeurd door het benutten van alle contacten en overleggen die er door het jaar heen zijn, door bij elk vraagstuk te bekijken wat Schiedammers zelf kunnen doen en waar eventueel
ondersteuning wenselijk is en door initiatieven die in de stad ontstaan actief te stimuleren. Dit heeft er onder andere toe geleid, dat voorbereidingen zijn getroffen, zodat een aantal accommodaties per 1 januari 2014 overgaan in eigen beheer. Voorbeelden hiervan zijn de Erker, Hof in Zuid en wijkcentrum de Brug. Er zijn verschillende regelingen om burgerinitiatieven te stimuleren en faciliteren: het besteden van de wijkbudgetten in alle wijken, en de uitvoering van het eerste jaar van de subsidieregeling ‘faciliteren vrijwilligers’. Al met al zijn er veel initiatieven op straat-, buurt- en wijkniveau uitgevoerd. Er is in 2013 veel gedaan om vrijwilligers in Schiedam beter te ondersteunen. Zo is het servicepunt vrijwilligers geopend: een fysiek loket in de bibliotheek voor alle vragen rondom vrijwilligers(werk). Vrijwilligers bemensen het servicepunt. De vacaturebank is geactualiseerd en er is een huisstijl ontwikkeld en uitgevoerd als onderdeel van een actief PR-beleid. De vrijwilligersacademie is van start gegaan en de eerste cursussen zijn aangeboden. Doel 5: Stimuleren en ondersteunen van vraaggerichte en wijkgerichte aanpak bij andere programma’s. Het fysieke, sociale en economische verbinden op wijkniveau. Er is veel overleg met collega’s over integraal werken en het benutten van hier en nu situaties om burgerparticipatie te versterken. Dit uit zich het sterkst in projecten in de openbare ruimte, en ook steeds meer in samenwerking met activiteiten van Welzijn (gezamenlijke werkplannen, eigen beheer van locaties, het koppelen van ad-hoc-aanvragen aan langer lopende activiteiten), Sport en Recreatie (zoals buurtsportcoaches, bewegen voor ouderen op buurtpleinen, etc.) en Werk & Inkomen (bijv. de introductie van de wijk bij cliënten van Werk & Inkomen en het actief bemiddelen van cliënten van Werk & Inkomen naar vrijwilligerswerk). Doel 6: Signaleren en agenderen van wat er in de wijk speelt en waar nodig de inzet aanpassen (zowel intern als extern). Het verkleinen van de afstand tussen gemeente en bewoners en het vergroten van het wederzijdse vertrouwen. Door wijkgericht te werken wordt beter zichtbaar wat er in de wijken speelt. Op deze manier kan de inzet beter worden gefocust en sneller worden aangepast. In 2013 is de inzet regelmatig aangepast op basis van signalen uit de wijk, bijv. een aanpassing in het werkplan of van een participatietraject.
PROGRAMMAREKENING
95
aantal indicatoren dat moeilijk beïnvloedbaar is, bijvoorbeeld werkloosheid en het aantal bijstandsuitkeringen. Betere resultaten zijn alleen te verwachten waar echt extra inzet plaatsvindt.
Tabellen effectindicatoren Wijkontwikkeling In tegenstelling tot voorgaande jaren hanteren we de inmiddels ontwikkelde monitor Sociale index als instrument. Bij onderstaande streefwaarden is rekening gehouden met een
Tabel effect- en prestatie-indicatoren Sociale index, indicator persoonlijke kansen Omschrijving
Nulmeting 2012
Waarde 2013
2014
2015
2016
Centrum
6,9
*
6,9
6,9
6,9
Groenoord
3,4
*
3,4
3,4
3,4
Kethel
7,8
*
7,8
7,8
7,8
Nieuwland
2,9
*
3,1
3,1
3,2
Oost
4,4
*
4,4
4,5
4,5
Spaland/ Sveaparken
8,1
*
8,1
8,1
8,1
West
6,2
*
6,3
6,3
6,3
Woudhoek
6,9
*
6,9
6,9
6,9
Zuid
4,3
*
4,3
4,3
4,3
Schiedam
6,0
*
6,1
6,1
6,1
Indicatorscore persoonlijke kansen
E/P E
Bron
Streefwaarde
O&S
E = Effectindicator en P = Prestatie-indicator. * cijfers 2013 zijn nog niet bekend.
Tabel effect- en prestatie-indicatoren Sociale index, indicator meedoen Omschrijving
Nulmeting 2012
Waarde 2013
2014
2015
2016
Centrum
6,9
*
6,9
6,9
6,9
Groenoord
4,5
*
4,5
4,5
4,5
Kethel
8,4
*
8,4
8,4
8,4
Nieuwland
5,1
*
5,2
5,2
5,2
Oost
5,1
*
5,2
5,2
5,2
Spaland/ Sveaparken
7,2
*
7,2
7,2
7,2
West
6,3
*
6,4
6,4
6,4
Woudhoek
6,4
*
6,4
6,4
6,4
Zuid
5,2
*
5,3
5,3
5,3
Schiedam
6,0
*
6,1
6,1
6,1
Indicatorscore meedoen
96
E/P E
Bron
Streefwaarde
O&S
Tabel effect- en prestatie-indicatoren Sociale index, indicator sociale binding Omschrijving
E/P
Bron
Nulmeting 2012
Waarde 2013
Indicatorscore sociale binding
E
O&S
Streefwaarde 2014
2015
2016
Centrum
6,3
*
6,3
6,3
6,3
Groenoord
6,8
*
6,8
6,8
6,8
Kethel
8,6
*
8,6
8,6
8,6
Nieuwland
4,8
*
4,9
4,9
5,0
Oost
3,8
*
3,8
3,9
3,9
Spaland/ Sveaparken
7,1
*
7,1
7,1
7,1
West
5,5
*
5,6
5,6
5,6
Woudhoek
7,5
*
7,5
7,5
7,5
Zuid
6,1
*
6,1
6,2
6,2
Schiedam
6,0
*
6,1
6,1
6,1
Tabel effect- en prestatie-indicatoren Sociale index, indicator leefomgeving Omschrijving
E/P
Bron
Nulmeting 2012
Waarde 2013
Indicatorscore leefomgeving
E
O&S
Streefwaarde 2014
2015
2016
Centrum
6,1
*
6,1
6,1
6,1
Groenoord
6,1
*
6,1
6,1
6,1
Kethel
7,7
*
7,7
7,7
7,7
Nieuwland
4,7
*
4,7
4,7
4,7
Oost
4,8
*
4,8
4,8
4,8
Spaland/ Sveaparken
7,3
*
7,3
7,3
7,3
West
6,1
*
6,1
6,1
6,1
Woudhoek
7,2
*
7,2
7,2
7,2
Zuid
5,9
*
5,9
5,9
5,9
Schiedam
6,0
*
6,0
6,0
6,0
3. Wat heeft het programma Wijkontwikkeling gekost? (Bedragen x € 1.000) Lasten Baten Resultaat voor bestemming
Rekening 2012
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Afwijking t.o.v. begroting na wijziging
3.652
2.568
2.840
2.770
70
153
0
50
28
-22
-3.499
-2.568
-2.790
-2.742
48
Toevoeging aan reserves
91
0
0
81
-81
Onttrekking aan reserves
1.008
100
360
271
-90
Saldo reservemutaties Resultaat na bestemming
916
100
360
190
-170
-2.583
-2.468
-2.430
-2.552
-123
PROGRAMMAREKENING
97
4. Analyse afwijkingen begroting na wijziging en realisatie Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten Baten Saldo
Product wijkontwikkeling In 2013 is met name in de wijken Oost en Nieuwland minder uitgegeven dan beschikbaar was. Dit komt vooral omdat een aantal subsidies lager zijn vastgesteld dan het toegekende bedrag.
L
54
*
Overige verschillen programma Wijkontwikkeling
16
-22
Totalen programma Wijkontwikkeling
70
-22
48
De bovenstaande begrotingsafwijking past binnen het beleid van de raad (5). Zie bladzijde 158 voor een nadere toelichting. * Deze onderschrijding wordt verrekend met een reserve.
5. Overzicht gerealiseerde lasten en baten Productnaam (Bedragen x € 1.000)
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
8001 Wijkontwikkeling
3.652
153
-3.499
2.840
50
-2.790
2.770
28
-2.742
Resultaat voor bestemming
3.652
153
-3.499
2.840
50
-2.790
2.770
28
-2.742
91
1.008
916
0
360
360
81
271
190
3.744
1.161
-2.583
2.840
410
-2.430
2.851
299
-2.552
8999 Mutaties reserves Wijkontwikkeling Resultaat na bestemming
98
Rekening 2012
Begroting 2013
Rekening 2013
PROGRAMMAREKENING
99
100
Jaarverslag II Paragrafen
Bedrijfsvoering
Verbonden partijen
Financiering
Weerstandsvermogen
Grondbeleid
Stedenbeleid
Lokale heffingen
Investeringsplannen
Onderhoud kapitaalgoederen
Verstrekte subsidies
PROGRAMMAREKENING
101
Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering is het geheel van in- en externe processen, die zich richten op de omzetting van middelen in resultaten. De bedrijfsvoering is naar behoren als deze zodanig is ingericht en zodanig werkt, dat de organisatie ‘in control’ is. Dat wil zeggen: er is sprake van een beheerste bedrijfsvoering, in de zin dat de gemeente aantoonbaar voldoet aan eisen van rechtmatigheid, doelmatigheid, vraaggerichtheid, transparantie en publieke verantwoording. Samen ook wel de normen van goed bestuur genoemd. Resultaten bedrijfsvoering in 2013 Administratie, sturing en verantwoording. De kwaliteit van de begroting en diverse verantwoordingsrapportages zijn is verder doorontwikkeld. De Zomernota 2014 is ingezet als het besluitvormingsdocument om duidelijke beleidskeuzes te maken. Deze keuzes zijn vertaald in een totaal vernieuwde Programmabegroting 2014. Deze heeft een andere opzet: er zijn concrete doelstellingen en activiteiten geformuleerd en de teksten zijn ingekort. De presentatie van het document is eigentijdser dan voorgaande jaren. Daarnaast is de planning- en controlcyclus geherdefinieerd. Er is gekozen voor één bestuursrapportage en vier technische rapportages. Andere concrete resultaten op het terrein van ‘de basis op orde’ zijn onder andere: • De Meerjarige Beheer- en Onderhoudsplannen (MBOP’s) zijn in financieel-technische zin vertaald in de begroting; • Het MBOP-ICT is uitgevoerd; • De methodiek van annuïtaire afschrijving is ingevoerd; • 64% van de lijst met verbeterpunten die de accountant in voorgaande jaren verzamelde, is in 2013 daadwerkelijk afgehandeld; • Van rijkswege zijn alle gemeenten onderworpen aan een audit op gebied van de informatiebeveiliging. De Digi-d Audit is voorbereid en uitgevoerd.
102
Bedrijfsvoering verankerd in de genen van het concern. Bedrijfsvoering is primair de verantwoordelijkheid van het concern en de lijnorganisatie. De bedrijfsvoeringsteams faciliteren. Deze denkrichting is in 2013 geïntroduceerd als tegenreactie op één van de door in het Van de Bunt-rapport geconstateerde hardnekkige cultuurpatronen in Schiedam, namelijk de ‘hang-trekverhouding tussen lijn en staf’. Ambtelijk is in 2013 de tweemaandelijkse rapportage ingevoerd, waarin teammanagers zich naar directie verantwoorden over inzet van middelen, risico’s, voortgang en kwaliteit van resultaten. Veel basiskennis op bedrijfsvoeringsgebied wordt beschikbaar gesteld via het nieuwe intranet Vibe (onder andere met leerprogramma’s en platforms). Deze functionaliteit wordt ook ingezet om de juridische kwaliteitszorg te verbeteren. Met hulp van het zogenoemde Lean-management is in 2013 gestart met het doorlichten en efficiënter inrichten van een aantal processen. Dit is een belangrijke stap in de verbetering van de bedrijfsvoering. Kwalitatief hoogwaardige medewerkers en management en een gezonde werkcultuur. In 2013 is sterk ingezet om een begin te maken met programmamanagement en programmasturing. Nieuwe programmamanagers leggen dwarsverbindingen in de organisatie en bevorderen de samenwerking. Deze transformatie is noodzakelijk om flexibel te kunnen sturen op gewenste effecten in de stad en concrete ER-doelen en projectresultaten uit de programma’s. Integriteit en bestuurlijke vernieuwing waren belangrijke gespreksonderwerpen met de leden van de gemeenteraad, het college B&W en de ambtelijke organisatie. Beide onderwerpen zijn randvoorwaarden voor de verdere doorontwikkeling van de gemeentelijke organisatie. Ze zullen in samenhang en in samenspraak in 2014 verder worden geoperationaliseerd. Een nieuwe gezamenlijke werkwijze moet leiden tot het nog beter voldoen aan de normen van goed bestuur.
Er is een actieve bijdrage geleverd aan transparant openbaar bestuur via de afhandeling van een groot aantal omvangrijke Wob-verzoeken en er is een instrument ontwikkeld waarmee de declaraties van de collegeleden actief openbaar worden gemaakt via de website van de gemeente. Om medewerkers te ondersteunen en regie, kwaliteit en eigenaarschap van medewerkers verder te ontwikkelen, is in 2013 een meerjarig Human Resource Development (HRD)programma opgezet en zijn hiervoor financiële middelen beschikbaar gesteld. Ter voorbereiding op een uitgebreid medewerkerstevredenheidsonderzoek in 2014 zijn diverse flitspolls gehouden over de onderwerpen houding en gedrag, organisatie in verandering en integriteit. Organisatie in harmonie met de tijdgeest. In 2013 heeft de doelstelling van een flexibele, slanke gemeentelijke organisatie centraal gestaan. Een organisatie die kan inspelen op de steeds veranderende maatschappij. Alle formatieve taakstellingen (54 fte) zijn in 2013 gerealiseerd. De meeste ‘Van Werk Naar Werk-’kandidaten werden naar tevredenheid herplaatst. Verder kwamen alle medewerkers per januari 2013 in algemene dienst. Met flankerend beleid is een breed pakket aan maatregelen beschikbaar gekomen om boventalligheid te voorkomen en arbeidsmobiliteit en interne doorstroming te stimuleren. Door deze acties is het aantal medewerkers met 5,5% afgenomen en is de organisatie dus in 2013 daadwerkelijk slanker geworden. De inhuur van externen is ten opzichte van 2012 stabiel gebleven.
Schiedam wil een regiegemeente zijn. Als gevolg daarvan zoekt Schiedam steeds meer de samenwerking met andere gemeenten en andere partijen om bepaalde gemeentelijke uitvoeringstaken te organiseren. In 2013 was dit het geval voor het beheer van de binnen- en buitensportaccommodaties en de uitvoering van de leerplicht. Er zijn voorbereidingen getroffen voor de inrichting van Stroomopwaarts, het toekomstige samenwerkingsverband voor de sociale diensten en sociale werkvoorzieningen van Maassluis, Vlaardingen en Schiedam. Op het gebied van ICT wordt al intensief samengewerkt met deze buurgemeenten. Ook het proces om te komen tot outsourcing van de inning van gemeentelijke belastingen en het ingenieursbedrijf is in gang gezet. Grip houden en sturen op de kwaliteit van op afstaand geplaatste onderdelen is prioriteit in de doorontwikkeling van de gemeentelijke kernorganisatie. Er is een belangrijk begin gemaakt met de doelmatige inzet van kantooroppervlak door de verhuizing van de medewerkers die werkzaam zijn in het Bedrijfsverzamelgebouw (BVG) naar het Stadskantoor (met uitzondering van Werk & Inkomen). In 2013 zijn tevens standaard thuiswerkplekken technisch gerealiseerd. Het nieuwe intranet Vibe maakt het mogelijk om plaatsonafhankelijk bestanden te raadplegen en te delen. Ook worden gemeentelijke bestanden steeds meer beschikbaar gesteld aan derden voor eigen gebruik en voor ontwikkeling van nieuwe toepassingen en initiatieven in de stad (Open data).
Er zijn diverse initiatieven genomen om in verbinding te komen met de stad en gebruik te maken van de energie in de stad. Veel initiatieven zijn door medewerkers bottom up gerealiseerd, zoals Schiedams Doen. Een mooi resultaat als gevolg van een nieuwe organisatiecultuur.
PROGRAMMAREKENING
103
Financiering In deze paragraaf wordt verantwoording afgelegd over de activiteiten, die in 2013 zijn uitgevoerd en die behoren tot de treasuryfunctie van de gemeente. De beleidskaders voor de treasuryfunctie waren als volgt (in volgorde van belangrijkheid): 1. de gemeente kan tijdig en te allen tijde aan de betaalverplichtingen voldoen. Oftewel: er staat voldoende geld op de gemeentelijke bankrekening; 2. de gemeente is risicomijdend bij het voorzien in kader 1 en het uitzetten van geldleningen; 3. de gemeente streeft naar zo laag mogelijke kosten en zo hoog mogelijke opbrengsten, met inachtneming van de kaders 1 en 2. Deze kaders zijn vastgelegd in het Treasurystatuut van de gemeente Schiedam. Per kader wordt bezien of de treasuryfunctie in 2013 daaraan heeft voldaan. Beleidskader 1: De gemeente kan tijdig en te allen tijde aan de betaalverplichtingen voldoen Om te voorkomen dat de gemeente te weinig liquide middelen heeft om aan directe verplichtingen te voldoen (ook wel het liquiditeitsrisico genoemd), wordt een liquiditeitsprognose opgesteld en continu (elke week twee keer) bijgewerkt. In deze prognose worden alle verwachte inkomsten en uitgaven van de gemeente tegen elkaar afgezet. Op deze manier wordt de vinger aan de pols gehouden. Als er een ‘dip’ in de betalingen zit, dan houden we geld over; als we meer betalen dan verwacht gedurende een periode, dan moet er mogelijk geld geleend worden. Deze analyse vindt continu plaats binnen de treasuryfunctie. Daarnaast wordt de prognose minimaal één keer per kwartaal besproken in het treasuryberaad. In dit beraad bepalen de betrokkenen (wethouder financien, teamleider financien, (concern)controller en treasurer) hoe om te gaan met de liquiditeitsprognose. In het beraad krijgt de treasurer het mandaat om bijvoorbeeld een korte lening aan te gaan, of de voorbereidingen te treffen voor een langjarige lening.
104
In 2013 is steeds sprake geweest van voldoende middelen om de lopende verplichtingen te voldoen. Kader 2: De gemeente is risicomijdend De risicomijdendheid wordt op twee manieren vormgegeven. Enerzijds volgt de gemeente een consistent beleid, zoals neergelegd in de rentevisie programmabegroting 2013. Anderzijds voldoet de gemeente aan de (wettelijke) regels die gelden voor de treasuryfunctie. a) Rentevisie In de rentevisie staat welk percentage de gemeente verwacht te betalen aan rente over nieuw aan te trekken geldleningen. Hierop wordt het beleid gericht. Deze rentevisie kan tussentijds worden bijgesteld in het treasuryberaad. Rentes fluctueren letterlijk van minuut tot minuut en het is geen exacte wetenschap om deze in te schatten. De rentepercentages voor de begroting 2013 zijn in juni 2012 ingeschat op basis van voorspellingen van drie gerenomeerde banken, te weten de Bank Nederlandse Gemeenten, de ING en de ABN-AMRO. In de volgende tabel is de rentevisie afgezet tegen de daadwerkelijke rentepercentages die onze gemeente heeft verkregen op geldleningen: Tabel: vergelijking rentevisie en gerealiseerde rente Soort lening
Percentage rentevisie 2013
Daadwerkelijk percentage 2013
Korte geldleningen
1,00 %
0,05 – 0,17 %
Lange geldleningen
3,20 %
2,93 – 3,10 %
Met name de grote afwijking (relatief gezien) voor het korte geld valt op. Deze afwijking heeft te maken met het feit, dat in 2013 buitengewoon lage rentes door centrale banken aan banken werden gerekend. Dit als gevolg van de kwakkelende economie. Het uitgangspunt daarbij is, dat lage rentes economische groei stimuleren. Wat deze percentages in geld voor de jaarrekening betekenen, wordt onder Kader 3 behandeld.
b) Regelgeving en risico’s De (wettelijke) regels zijn er in de eerste instantie voor, om te zorgen dat gemeenten zo min mogelijk risico lopen met betrekking tot de treasuryfunctie. Hieronder worden de regels een voor een kort toegelicht en tevens wordt aangegeven of er in 2013 aan is voldaan. Kasgeldlimiet (Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido)) Een hypotheek met een variabele rente kan op de korte termijn voordelig zijn voor een woningbezitter, maar kan in-
eens tot problemen leiden in zijn of haar huishoudboekje als de rente van de ene op de andere maand stijgt. De wetgever vindt dat een onacceptabel risico voor de gemeente, en heeft daarom gesteld, dat de omvang van korte geldleningen voor Schiedam in 2013 maximaal € 22,6 miljoen mocht zijn, en dat overschrijding van deze norm maximaal een half jaar lang is toegestaan. De berekening van de norm zit technischer in elkaar, maar het voert te ver om dat in de programmarekening tekstueel uit te werken. Zie voor de cijfermatige uitwerking de onderstaande tabel.
Tabel: Renterisico korte schuld 2013 Bedragen x € 1.000
Maand
1e kw
2e kw
3e kw
4e kw
1. Vlottende schuld
1
17.768
50.000
14.527
18.720
2
32.081
50.000
17.256
15.919
3
38.182
50.000
20.362
15.581
1
356
3.350
352
313
2
406
3.372
388
341
2. Vlottende middelen
3. Netto schuld (+) of overschot (-)
3
455
9.815
243
364
1
17.412
46.650
14.175
18.407
2
31.675
46.628
16.868
15.578
3
37.727
40.185
20.119
15.217
28.938
44.488
17.054
16.401
4. Gemiddelde van pt.3 5. Kasgeldlimiet 8,5% van € 266 miljoen
22.628
22.628
22.628
22.628
6. Ruimte: onder (-) of boven uitkomst punt 5
+6.310
+21.860
-5.574
-6.227
+28%
+97%
-25%
-28%
7. Idem als percentage
Schiedam heeft de norm in het eerste en tweede kwartaal overschreden, maar in de kwartalen drie en vier niet. Er is voldaan aan de norm die geldt voor de kasgeldlimiet. Renterisiconorm (Wet Fido). De norm legt vast, wat een maximaal gezonde verhouding is tussen de totale begrotingsomvang en welk gedeelte daar-
van wordt uitgegeven aan het aflossen van leningen. De norm stelt dat de gemeente maximaal 20% van de begroting aan aflossingen mag uitgeven. Concreet gevolg is, dat gemeenten niet onbeperkt leningen kunnen blijven afsluiten: de omvang aan aflossingen komt dan boven de norm uit. De score van Schiedam is als volgt:
PROGRAMMAREKENING
105
Renterisico op de lange schuld (bedragen x € 1 miljoen) Stap
Variabelen
2011 werkelijk
2012 Werkelijk
2013 Werkelijk
1
Renteherzieningen
---
---
---
2
Aflossingen
19,4
21,5
20,7
3
Renterisico
19,4
21,5
20,7
4
Renterisiconorm: totaal van de leningen 20% begrotingstotaal € 266 mln. (2013)
55,0
58,0
53,2
5
Ruimte onder (+) of boven (-) punt 4
35,6
36,5
32,5
6
Renterisiconorm Schiedam (ten opzichte van wettelijke 20%)
7%
7,4%
7,8%
Schiedam behaalt in 2013 een renterisiconorm van 7,8%. De conclusie is dan ook dat in 2013 voldaan is aan de renterisiconorm van de Wet Fido. Jaarmandaat De omvang van het aan te trekken bedrag aan geldleningen, is ook aan onze eigen grenzen gebonden. In de paragraaf Financiering in de Programmabegroting 2013 is een maximaal
aan te trekken bedrag van € 57,4 miljoen opgenomen. Dit is het zogenaamde jaarmandaat. Het college mag tot maximaal dit bedrag financieringsmiddelen aantrekken. Het jaarmandaat van € 57,4 miljoen is in 2013 als volgt benut:
Tabel: jaarmandaat aantrekken geldleningen Aantrekken van een langlopende geldlening bij de Nederlandse Waterschapsbank voor
€ 12,4 miljoen
Aantrekken van een langlopende geldlening bij de Bank Nederlandse Gemeenten voor
€ 21,6 miljoen
Toename van de kortlopende financiering ultimo 2013 ten opzichte van ultimo 2012
€ 22,6 miljoen
Totaal
€ 56,6 miljoen
Het aantrekken van financieringsmiddelen in 2013 past binnen het jaarmandaat 2013. Zie ook de tabel onder kader 3. Kredietrisico Dit risico dient benoemd en in de de peiling gehouden te worden. Het risico doet zich voor indien een partij die geld van de gemeente heeft geleend, de rente en aflossing niet betaalt. In 2013 hebben de tegenpartijen de betalingen aan de gemeenten tijdig en volledig verricht. Debiteuren, koers en valutarisico’s Het debiteurenrisico betreft het risico, dat een debiteur niet aan zijn verplichtingen voldoet. De gemeente beschikt over een aantal wettelijke mogelijkheden om debiteuren alsnog tot betaling te manen. Desondanks blijft een aantal debiteuren in gebreke, bijvoorbeeld in geval van faillissement, of vertrokken maar onbekend waarheen. Om deze risico’s af te dekken, beschikt de gemeente over twee voorzieningen. Dit zijn de voorziening ‘dubieuze debiteuren voor publiekrechtelijke en privaatrechtelijke vorderingen’ en de voorziening ‘vorderingen cliënten voor sociale diensten’.
106
In 2013 is in het kader van ‘de basis op orde’ de totale debiteurenportefeuille diepgaand geanalyseerd. Gebleken is, dat het niveau van de voorziening dubieuze debiteuren onvoldoende is in relatie tot de risico’s. Inmiddels zijn opschoningsactiviteiten gestart en zijn maatregelen genomen om het invorderingsproces aan te scherpen. Tevens zullen in 2014 voorstellen worden gedaan om toevoegingen aan de voorziening structureel op te nemen in de begroting (voor publiekrechtelijke vorderingen) en in de paragraaf Weerstandsvermogen (voor privaatrechtelijke vorderingen). Als in de toekomst een situatie ontstaat van overtollige middelen, dan zorgt het Treasurystatuut ervoor, dat aan alle voorwaarden van de Wet Fido wordt voldaan. In 2013 is deze situatie niet voorgekomen. Er zijn dus ook geen leningen uitgezet. Alle transacties in 2013 hebben plaatsgevonden in euro’s. Het koers- en valutarisico is daarmee niet aan de orde. Schatkistbankieren. Op 15 december 2013 is de wet financiering decentrale overheden (Fido) gewijzigd in verband met het rentedragend aan-
houden van liquide middelen in ’s Rijks schatkist. De wet verplicht alle decentrale overheden om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. Uiteraard kunnen deze gelden, wanneer ze nodig zijn, onmiddellijk weer worden opgevraagd. Per 31 december 2013 stond een bedrag van € 9,9 miljoen op de tussenrekening van Schiedam bij het ministerie van Financiën.
Kader 3: de gemeente streeft naar zo laag mogelijke kosten/zo hoog mogelijke opbrengsten, met inachtnemening van kader 1 en 2 Wat betekent al het bovenstaande in euro’s, afgezet tegen de begroting? In de tabel hieronder kunt u zien wat de omvang is van bestaande en nieuwe geldleningen, alsmede het geraamde en betaalde bedrag aan rente:
Omvang 1-1-2013 (in € mln)
Aangetrokken in 2013 (in € mln)
Bedrag aan aflossingen 2013 (in € mln)
Omvang 31-12-2013 (in € mln)
Geraamde rente 2013 (in € mln)
Betaalde rente 2013 (in € mln)
Voordeel / (-) nadeel t.o.v. begroting (in € mln)
Kort (< 1 jaar)
10
137,8
115,2
22,6
0,1
0,025
0,075
Lang (>1 jaar)
269,4
34,2
20,7
283
10,8
10,5
0,3
Soort lening
De gemeente heeft een rentevoordeel op de betaalde rente behaald van € 0,375 miljoen.
PROGRAMMAREKENING
107
Grondbeleid In de paragraaf Grondbeleid gaan we kort in op het grondbeleid en de uitvoering van het grondbeleid. Ook staat in deze paragraaf een samenvatting van de resultaten van de grondexploitaties, eventuele winstneming en verloop van reserves en voorzieningen. 1. Visie op het grondbeleid De strategische visie op het grondbeleid is beschreven in de nota Grondbeleid, tijdvak 2010-2014 (‘Opmaat tot een kansrijk vernieuwend Schiedam’). Het grondbeleid van de gemeente Schiedam is faciliterend aan de Stadsvisie 20102030. Hierin staan tien hoofdopgaven beschreven die de kaders van dit beleid vormen en sturing geven aan de huidige en toekomstige programma’s. De definitie van het grondbeleid van de gemeente Schiedam luidt: ‘Uitgaande van de locatie, de eigendomssituatie, het programma, de kwalitatieve eisen en de financiën wordt daar waar toereikend een passief (faciliterend) grondbeleid toegepast. Daar waar dat nodig en mogelijk is, wordt actief beleid toegepast. Met toereikend bedoelen we: volgens de eisen en wensen van de gemeente.’ 2. Uitvoering van het grondbeleid Voor gebiedsontwikkeling was 2013 een jaar met twee gezichten. Zo was het opnieuw een moeizaam jaar vanwege de economische recessie. Zowel bedrijven als consumenten zijn lastig te verleiden om in vastgoed te investeren. Hierdoor bleef het aantal grondverkopen beperkt. Gedurende 2013 werden de vooruitzichten beter. Zo is het de verwachting dat de prijsdaling in de woningmarkt in 2014 de bodem bereikt. Daarnaast wordt een economisch herstel voorzien. Dat heeft een gunstige invloed op de investeringen vanuit het bedrijfsleven. In 2013 heeft dit geleid tot een grotere interesse vanuit de markt voor grondposities, maar dit heeft nog niet tot aantrekkende grondverkopen binnen de grondexploitaties geleid. In het MPG 2014 wordt nader ingegaan op het verloop van de grondexploitaties gedurende 2013. De afsluiting van de bedrijventerreinen ’s Graveland Zuid / Spaanse Polder en Nieuw Mathenesse, zoals gemeld in de jaarrekening 2012 en het MPG 2013, is vertraagd en wordt in 2014 uitgevoerd.
108
De gemeente heeft in 2013 verder aangestuurd op het faciliteren en stimuleren van particuliere ontwikkelingen. Er is ook ingezet op het zoeken van samenwerking met particulieren over de ontwikkeling van binnenstedelijke gebieden, zoals de UTO locatie en Groenweegje. Een voorbeeld waarbij de samenwerking met de markt is gezocht, is de inzending naar Europan van de Koemarkt en het VROM-terrein (Nieuw Mathenesse). De inzending leidde tot een groot aantal visies en ontwerpen voor dit gebied. Binnen de actieve grondexploitaties Oranjeburgh en Over het Water (Nieuwland) zijn op basis van aanbestedingen aan verschillende partijen ontwikkellocaties toegewezen. In Oranjeburgh zijn tevens kavels voor Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) en Particulier Opdrachtgeverschap (PO) in de verkoop gegaan. Ook in het project Barkentijn zijn de kavels op basis van CPO verkocht. De deelnemingen VOF Toernooiveld en de Wijk Ontwikkelingsmaatschappij Groenoord (WOG) zijn het afgelopen jaar ontmanteld. 3. Resultaat op de grondexploitaties en verloop van de voorzieningen Met het MPG 2013 is € 19 miljoen aan investeringen (inclusief rente) en € 12,2 miljoen aan baten (inclusief rente) begroot. Het totaal aan gerealiseerde investeringen in 2013 bedraagt € 9,5 miljoen. Aan baten is in totaal voor € 6,0 miljoen gerealiseerd. Geconstateerd kan worden dat zowel de investeringen als de grondopbrengsten achterblijven bij de verwachtingen tijdens de vaststelling van het MPG. Voor een groot deel is dit een gevolg geweest van de uitblijvende en niet te sturen marktvraag. Bij uitblijvende grondopbrengsten worden vaak investeringen uitgesteld. De winstgevende grondexploitaties verbeteren met ongeveer € 0,5 miljoen (in de vorige herziening bedroeg de geprognosticeerde winst € 4,2 miljoen en per 1 januari 2014 € 4,7 miljoen). De verhoging wordt onder meer veroorzaakt door rentebaten. De verlieslatende grondexploitaties verbeteren met ongeveer € 6,2 miljoen ten opzichte van het in de vorige herziening geprognosticeerde tekort van € 30,5 miljoen. Van deze verbetering wordt €6,0 miljoen veroorzaakt door de afsluiting van
de grondexploitatie Over Het Water – Parkentree. Daarnaast verbetert het totale saldo op de overige verlieslatende grondexploitaties met ongeveer € 0,2 miljoen. Na herziening en
eliminering van de per 31 december 2013 afgesloten grondexploitaties, blijft er per 1 januari 2014 een geprognosticeerd tekort over van € 24,4 miljoen.
Tabel: Wijzigingen van grondexploitaties met een verwacht financieel tekort (negatief resultaat) (Bedragen x € miljoen) Broersvest
-0,8
Over het Water
1,0
Totaal voordelig effect op de voorziening in 2013:
0,2
Samenvattend verloop van de voorziening dekking tekorten bouwgrondexploitaties 2013: Voorziening dekking tekorten grondexploitatie per 1-1-2013 conform staat P
30,5
Afsluiten Over Het Water - Parkentree
-6,0
Vrijval naar aanleiding van herziening MPG
-0,2
Saldo voorziening conform staat P
24,4
PROGRAMMAREKENING
109
Lokale heffingen In de paragraaf lokale heffingen komen de volgende onderdelen aan de orde: • beleidsontwikkelingen; • schematisch overzicht gemeentelijke heffingen op hoofdlijnen; • realisatie opbrengst 2013; • Schiedam ten opzichte van de regio (bron: COELO-atlas 2013); • kwijtschelding.
Beleidsontwikkelingen Jaarlijks verhoogt Schiedam de gemeentelijke heffingen met een trendmatig percentage voor correctie van de inflatie (1,5%). De rioolheffing is verhoogd met 1,6% (kostendekkende heffing). Verder zijn de parkeerbelastingtarieven voor de tweede parkeervergunning voor bewoners en bedrijven in 2013 extra verhoogd met € 50,00 (conform Kadernota Parkeerbeleid).
Schematisch overzicht lokale heffingen op hoofdlijnen Heffing
Heffingsmaatstaf
Onroerende-zaakbelastingen (eigenaren woningen)
0,121%
per euro van de WOZ-waarde
Onroerende-zaakbelastingen (eigenaren bedrijven)
0,267%
per euro van de WOZ-waarde
0,209%
per euro van de WOZ-waarde
Onroerende-zaakbelastingen (gebruikers bedrijven)
110
Tarief 2013
Rioolheffing
€ 212,48
per aansluiting
Afvalstoffenheffing (huishouden één persoon)
€ 273,24
per perceel
Afvalstoffenheffing (huishouden meerdere personen)
€ 322,20
per perceel
Hondenbelasting per hond
€ 116,04
per hond
Realisatie belastingopbrengst 2013 De totale belastingopbrengst van de gemeente bedraagt € 39,2 miljoen (begroot: € 38,6 miljoen). Hiervan is € 15,1
miljoen (conform begroting) bestemd voor algemene dekking (zie programma Financiën). De overige belastingopbrengsten, € 23,5 miljoen, betreffen retributies en leges.
Heffing / belasting (bedragen x € 1.000)
Primaire begroting
Begroting na wijziging
Realisatie 2013
Verschil
956
956
901
-55
1
1
7
6
1.826
1.826
1.636
-190
698
698
709
11
24
24
23
-1
4
4
2
-2
Programma Bestuur en Dienstverlening Leges KCC* Leges archief Programma Ruimtelijke Ontwikkeling Parkeerbelastingen inclusief parkeerboetes Parkeerbelastingen vergunningen Woonschepenrechten Havengeld pleziervaartuigen Programma Stadseconomie Reclamebelasting**
115
115
88
-27
Bedrijven Investeringszonebijdrage (BIZ)***
107
107
101
-6
Marktgelden
103
103
99
-4
36
36
50
14
2
2
12
10
Leges Speelautomaten en bingo’s
15
15
5
-10
Leges Horecabeleid
18
12
15
3
7
7
8
1
Rioolheffing woningen
7.632
7.632
7.659
27
Rioolheffing bedrijven
681
681
684
3
Reinigingsrecht
447
120
129
9
Leges Wet bodembescherming
10
10
3
-7
Leges Huisvestingswet
13
13
31
18
959
800
617
-183
28
28
0
-28
Leges vastgoed Programma Veiligheid Leges Verkeer (RVV-ontheffing)
Leges Evenementenvergunning Programma Woonmilieu
Leges Wabo Leges splitsingsvergunningen Woonwagenrecht
36
36
33
-3
10.522
10.389
10.406
17
Onroerende-zaakbelastingen eigenaren woningen
6.630
6.782
6.851
69
Onroerende-zaakbelastingen eigenaren niet-woningen
4.169
4.644
4.807
164
Onroerende-zaakbelastingen gebruikers
2.792
3.068
3.148
80
407
407
420
13
Afvalstoffenheffing Programma Financiën
Hondenbelasting Precariobelasting Totaal
154
154
768
614
38.392
38.670
39.212
543
* Exclusief rijksleges ** Ondernemersfonds Binnenstad *** Ondernemersfonds Vijfsluizen
PROGRAMMAREKENING
111
De belastingopbrengsten zijn € 543.000 hoger dan begroot (na wijziging). Hieronder volgt een toelichting van de afwijkingen groter dan € 50.000: • Onroerende-zaakbelastingen – De meeropbrengst OZB bedraagt € 313.000. Overeenkomstig de afspraak bij de 4e Technische Aanpassing wordt bij het opmaken van de jaarrekening budget in het nieuwe begrotingsjaar beschikbaar gesteld om de kosten te dragen van de vermindering van aanslagen van voorgaande jaren. Er wordt een dotatie aan de Voorziening verminderingen oude jaren gedaan van € 221.000. Het restant van de meeropbrengst, € 93.000, wordt (conform afspraak) gestort in de Reserve meeropbrengst OZB 2013. • Leges Wabo – De ten tijde van de 4e Technische Aanpassing 2013 (Programma Woonmilieu: punt 34) geprognosticeerde opbrengst voor 2013 van € 800.000 bleek te optimistisch te zijn. Over de laatste vier maanden 2013 zijn minder grote aanvragen gedaan dan verwacht en dus kon er € 183.000 minder aan leges in rekening worden gebracht. Dit komt ten laste van het rekeningresultaat. • Parkeerbelastingen – De inkomsten uit parkeren waren € 190.000 lager dan begroot. Belangrijkste oorzaken zijn: • verhuizing van de supermarkt aan de Buitenhavenweg naar de binnenstad; • meerdere periodes van gratis parkeren in de garages; • een mooie zomer waardoor er minder geparkeerd werd en bijvoorbeeld meer gefietst; • het nieuwe handhavingssysteem (handhaving op kenteken). De lagere opbrengst wordt overigens verrekend met de reserve ‘parkeren’. Dit betekent dat deze lagere opbrengst geen effect heeft op het rekeningresultaat van de gemeente Schiedam. Gemeente Capelle a/d IJssel
• Leges Klant Contact Centrum (KCC) – De ontvangen leges burgerzaken zijn in 2013 € 55.000 lager uitgevallen dan begroot. De daling van de inkomsten deed zich met name voor in de maanden november en december. In 2014 zal het KCC de omzet blijven monitoren om vast te stellen of de dalende trend (die zich in november en december 2013 voordeed) structureel is. Deze minderopbrengst komt ten laste van het rekeningresultaat. • Precariobelasting – De meeropbrengst precariobelasting bedraagt € 614.000. Op grond van het Eneco project ‘Leiding over Noord’ kan voor het gebruik van gemeentegrond precariobelasting geheven worden. Als gevolg van deze baten (€ 632.000) is er een meeropbrengst. De meeropbrengst komt ten goede aan het rekeningresultaat. Schiedam ten opzichte van de regio Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) van de Universiteit Groningen brengt jaarlijks, in een zogenoemde ‘Atlas van de lokale lasten in Nederland’, de lokale lasten in kaart. Deze atlas geeft gedetailleerde informatie over het niveau van lokale heffingen. Daarbij ligt de nadruk op de woonlasten voor huishoudens. Voor alle gemeenten worden de onroerende-zaakbelastingen, de rioolheffing en de reinigingsheffingen (in Schiedam: afvalstoffenheffing) in kaart gebracht. Uit de Atlas 2013 blijkt dat de gemeente Schiedam landelijk gezien is gestegen op de ranglijst van de 245e plaats in 2012 naar positie 238 in 2013 (Nummer 1 heeft de laagste woonlasten, nummer 432 de hoogste). In een vergelijking met omliggende gemeenten volgt uit de Atlas over 2013:
Bruto woonlasten*
Rangorde COELO-positie (2013)*
Meerpersoons-huishouden
Eenpersoons-huishouden
€ 632
€ 565
70
Spijkenisse
€ 654
€ 654
104
Vlaardingen
€ 684
€ 617
160
Schiedam
€ 718
€ 669
238
Rotterdam
€ 720
€ 720
242
Maassluis
€ 723
€ 680
247
* Hieronder wordt verstaan: het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een gemeente betaalt aan onroerende-zaakbelastingen, rioolheffing en afvalstoffenheffing.
112
Kwijtschelding Burgers met een inkomen op bijstandsniveau kunnen kwijtschelding aanvragen voor de afvalstoffenheffingen en de onroerende-zaakbelastingen. Kwijtschelding voor afvalstoffenheffing is mogelijk tot 90% van het aanslagbedrag.
Kwijtschelding
In 2013 werd voor een bedrag van € 0,65 miljoen aan kwijtschelding verleend. Dit is conform begroting.
Realisatie 2012
Realisatie 2013
Verschil 2012-2013
990
1.318
+328
Geautomatiseerde kwijtschelding Ontvangen schriftelijke verzoeken
1.958
1.833
-125
% toegewezen schriftelijke verzoeken
68%
51%
afgenomen
% afgewezen schriftelijke verzoeken
29%
46%
toegenomen
% gedeeltelijk toegewezen schriftelijke verzoeken
3%
3%
stabiel
Aantal beroepschriften
112
132
+20
Over de toename van de aantallen geautomatiseerde kwijtscheldingen, van 990 in 2012 naar 1.318 in 2013, het volgende. Deze stijging heeft twee oorzaken. Ten eerste hebben in 2013 meer mensen voor het eerst kwijtschelding aangevraagd, waardoor in 2013 een grotere doelgroep voor toetsing door het Inlichtingenbureau in aanmerking kwam. Ten
tweede werden er, na toetsing door het Inlichtingenbureau, meer toekenningen verleend door betere toetsingsmogelijkheden (continu proces) van het Inlichtingenbureau. Doordat er meer mensen in de geautomatiseerde kwijtschelding zijn opgenomen, nam het aantal schriftelijke verzoeken af.
PROGRAMMAREKENING
113
Onderhoud Kapitaalgoederen De gemeente heeft een groot aantal kapitaalgoederen, zoals de openbare ruimte in de vorm van wegen, riolering, water en groen, gebouwen en accommodaties voor sport en recreatie. Deze kapitaalgoederen zijn nodig om beleidsdoelen te realiseren waarmee de gemeente diensten en goederen aan haar burgers kan verlenen. De paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen gaat in op diverse categorieën voor onderhoud: • Openbare ruimte; • Gebouwen, waarbij we onderscheid maken tussen gebouwen die permanent in bezit zijn van de gemeente en gebouwen die tijdelijk of verspreid in bezit zijn; • Accommodaties voor sport en recreatie; • Automatisering; • Stadskantoor. 1. Openbare ruimte Wegen De aanleg en het onderhoud van wegen vergen de meeste aandacht in de openbare ruimte. Daarom is het belangrijk dat alle werkzaamheden aan wegen integraal worden afgestemd. In de gebiedsgerichte integrale aanpak zijn de wegen binnen de meeste van de 217 beheergebieden leidend. Het effect van de gebiedsgerichte aanpak zien we nu al terug in het teruglopen van het aantal klachten en de burgers zijn steeds meer tevreden over het onderhoud aan onze wegen. De kosten voor het dagelijks beheer van wegen zijn ook minder geworden. Dit zijn de projecten die in 2013 zijn afgerond of begin 2014 worden afgerond: • Asfalteren aansluiting Vlaardingerdijk en Vijfsluizen op de A4; • Herinrichting Beatrixlaan; • Asfalteren paden Beatrixpark; • Reconstructie Admiraal Trompstraat e.o.; • Herbestrating Prins Bernhardlaan (laatste deel in 2014); • Reconstructie en ophogen Heijermansplein Faasenplein e.o.; • Reconstructie en ophogen Verzetsheldenbuurt; • Ophogen Hoppesingel Grimberg-Frenkelpad; • Reconstructie Colijnstraat; • Herbestrating ’s-Gravelandsepolder Fase I, II en III;
114
• Ophogen Voorberghlaan-De Lamarplein; • Asfalteren ’s-Gravenlandseweg (fase 3 in 2014). Vaste en beweegbare bruggen Het achterstallig onderhoud aan het areaal is in 2013 verder weggewerkt. In 2013 is het groot onderhoud aan de Proveniersbrug voor een belangrijk deel uitgevoerd. De vervanging van het bewegingswerk is nog niet afgerond. Aan de Westerhavenbrug zijn aanvullende onderzoeken uitgevoerd. Alle bruggen in het Beatrixpark worden opgeknapt. De gemeente begon daarmee in 2013 en rondt het werk in 2014 af. Een aantal voetgangersen fietsbruggen heeft geen of een onvoldoende slijtlaag en is daardoor glad. Een deel daarvan is in 2013 voorzien van een (nieuwe) slijtlaag. De rest van deze gladde bruggen wordt in 2014 aangepakt. Aan de Buitensluis zijn in 2013 een aantal reparaties uitgevoerd om de werking en veiligheid te blijven garanderen. Er is in 2013 meer inzicht verkregen in de constructieve staat van het areaal door diverse bruggen te toetsen aan de vigerende normen (herberekening toegestane lasten bruggen). Dit traject is in 2013 voor de Brandersbrug afgerond. De brug is als constructief veilig beoordeeld. Openbaar groen Het jaar 2013 stond in het teken van de verkiezing van de groenste stad van Nederland, de Entente Florale. Zowel lokaal, regionaal en nationaal is een groen Schiedam heel positief op de kaart gezet met als resultaat een eervolle derde plaats in de landelijke competitie en meer aandacht van de burger voor het stedelijk groen. Juist vanwege het grote aantal renovaties van parken en lanen en de inbreng van burgers, heeft de stad een goede indruk gemaakt. De resultaten van het gedetailleerde juryrapport gebruikt de gemeente onder meer in de uitgangspunten van het nieuwe groenstructuurplan. Met de inzet van meerjarige beheer- en onderhoudsgelden, kon Schiedam de renovatie van de stadsparken voortzetten. Dit jaar lag de nadruk op het Julianapark. De paden en de beplanting zijn gerenoveerd in een stijl die recht doet aan het klassieke park. Verder zijn de paden en de beplanting van Park Nieuwland en park Stricklede opgeknapt. Nadat in 2012 de kop van de Plantage was gereconstrueerd, heeft in 2013
groot onderhoud plaatsgevonden in het zuidelijk deel van de Plantage. Ook hier werden de versleten paden gerenoveerd en is de speelplek halverwege het park opgeknapt. Het voormalige baggerdepot in het recreatiegebied van Woudhoek-Noord is weer teruggegeven aan de recreant in de vorm van een wandelgebied tussen de voormalige kades en bloemrijke weides. Ook op gebied van bomenbeheer verzette Schiedam veel werk. De Rembrandtlaan heeft na de nodige inspraakrondes een nieuwe boombeplanting gekregen van bijna zestig rode esdoorns met daar onder een groenblijvende struikbeplanting. Hiermee kreeg de straat weer een nieuwe allure. De oude kastanjes, waarvan het merendeel was aangetast door kastanjeziekte, waren al in een eerder stadium gerooid. De bermen van de Churchillweg zijn, conform het Bomenbeheerplan, voorzien van ruim honderd lindebomen, met daaronder bolgewassen en bloemrijke kruiden. De buitenste bermen zijn aanvullend ingeplant met een opgaande beplanting in plaats van het overjarige bosplantsoen, dat een gevaar was voor het verkeer. In de middenberm van de Nieuwe Haven tussen de Oranjebrug en de BK-laan zijn de zieke essen vervangen door een rij platanen. Deze zijn afkomstig van de reconstructie van de ’s-Gravenlandseweg ten noorden van de Proveniersbrug. In het kader van de reconstructie van de Buitenhavenweg zijn de overjarige populieren langs de kade vervangen door een groot aantal iepen van een ziekte-resistente soort. Visual Tree Assessment (VTA) is in 2013 afgesloten. Dit project controleert bomen op hun veiligheid en voert maatregelen uit die daarop volgen, zoals snoei en boomvervanging. Met uitvoering van het project is de afgelopen jaren tegelijk veel achterstallig onderhoud weggewerkt. De VTA en de bijbehorende maatregelen zijn nu opgenomen in het reguliere beheer en onderhoud. Het groot onderhoud van het Beatrixpark is voortgezet met het maken van doorzichten, snoeien van beplantingen en asfalteren van de paden. Speelvoorzieningen Het Speelruimteplan is in 2013 afgerond. In het verlengde daarvan zijn nog diverse speelplekken aangelegd of ingrijpend opgeknapt, waaronder de speelvoorzieningen in het Marconiplantsoen en een speelparcours bij de speelplek aan het Faassenplein.
De kindergemeenteraad heeft het Keurmerk Spelen in het leven geroepen waarmee de kinderen de beleving en bruikbaarheid van speelplaatsen waarderen. Het overgrote deel van de Schiedamse speelplaatsen ontving dit keurmerk. Water en oevers In 2013 heeft de gemeente circa 1,5 kilometer beschoeiing aangelegd. Het belangrijkste project was het beschoeien van de Stadhouderslaan. Aan Parkweg-oost is ruim 350 meter natuurvriendelijke oever gerealiseerd langs de nieuw gegraven waterpartij aan de kant van de spoorlijn. Het plas-drasgebied bij de voormalige landijsbaan tussen de Beatrixlaan en het Beatrixpark is gerenoveerd zodat het gebied weer optimaal aan de natuurdoelstellingen voldoet. Riolering De raad heeft het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 20092013 op 29 januari 2009 aangenomen. Op 13 oktober 2011 heeft de gemeenteraad ingestemd met het Wijzigingsvoorstel 2011 van het Gemeentelijk Rioleringsplan Schiedam 20092013. Hierin zijn de financiële kaders van het gemeentelijk rioleringsplan gewijzigd. Dit was nodig, omdat de werkelijke kosten hoger bleken te zijn dan de voorgestelde budgetten in de kostenparagraaf van het GRP. Bij een ongewijzigd GRP kon een aantal taken op het gebied van hemel- en grondwater niet worden uitgevoerd. In 2012-2013 heeft de gemeente met het bijgestelde budget een inhaalslag gemaakt om het beheer van de riolering en het stedelijk water op een hoger niveau te brengen. Er is een extra beleidsmedewerker Stedelijk Water en Riolering aangetrokken. Daarnaast zijn het Basisrioleringsplan en het Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 opgesteld. In november 2013 heeft de gemeenteraad de kaders voor het Gemeentelijk Rioleringplan Schiedam 2014-2018 vastgesteld. Speerpunten zijn het treffen van milieumaatregelen en bewoners helpen bij het (zelf) oplossen van (grond)wateroverlast. Aan de raad werd in maart 2014 voorgesteld de eerder besloten kaders te toetsen en het Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 Schiedam vast te stellen. Tot slot heeft de gemeente een aantal extra werkzaamheden uitgevoerd, zoals het verbeteren van het beheer van pompen en gemalen, het verbeteren van de aanpak van verschillende (grond)waterproblemen en het intensiveren van de inspectie en reiniging van riolering. De samenwerking met het Hoog-
PROGRAMMAREKENING
115
heemraadschap van Delfland en met de buurtgemeenten in de Optimalisatie Afvalwater Studie (OAS) ‘De Groote Lucht’ en NAD (Netwerk Afvalwaterketen Delfland) is in 2013 verder geïntensiveerd. Naast het verbeteren van het beheer is het riool vernieuwd of gerepareerd. Dit is gebeurd in onder meer de volgende projecten: • Afkoppelen rioolsysteem ‘s-Gravelandseweg; • Heijermansplein Faasenplein; • Herstel riolering rondom Proveniersbrug; • Afkoppelen rioolsysteem in en rondom Oranjeburg; • Start vervanging pompen gemaal Marconi; • Uitvoeren hemelwateroverlastmaatregelen Liduinastraat en Smalleveltstraat. Openbare verlichting De gemeente werkte in 2013 verder aan het omzetten van het oude beheersysteem voor de openbare verlichting naar een geïntegreerd beheersysteem. Het vervangen van lampen is volgens een vaste planning preventief uitgevoerd. De schouw was de basis voor het tijdig en correct uitvoeren van het onderhoud. Er zijn in 2013 1000 lichtmasten geschilderd. Door een zorgvuldige technische afweging en bewonersparticipatie heeft de keuze voor de vervanging van het huidige areaal lichtmasten vertraging opgelopen. Naar aanleiding van de LED-pilot, is begin 2013 een keuze voor de armaturen gemaakt. Inmiddels is er LED-verlichting toegepast aan De Velden en is gestart met het plaatsen van LED-verlichting langs de Buitenhavenweg. De gemeente voerde in 2013 projecten openbare verlichting uit aan de Noordvestsingel, Scheepvaartweg, Laan van Spieringshoek, Burgemeester Gijssenlaan, Heijermansplein, Faassenplein, Prinses Beatrixlaan, Verzetsheldenbuurt en de P.J. Troelstralaan. Binnenhavens De afronding van de werkzaamheden aan de kademuur van de Nieuwe Haven is een mijlpaal in de aanpak van de kademuren. Daarnaast startte de gemeente met de vervanging van delen van de kademuur langs de Buitenhaven. De voorbereiding van de werkzaamheden aan de kade en omgeving van de Lange Haven is in 2013 gestart. In 2013 is begonnen met het opstellen van een Beheerplan
116
Kades. Dit wordt afgerond in 2014. In het kader van het beheerplan wordt uitgezocht welke kades in onderhoud zijn bij de gemeente en voor welke kades andere partijen verantwoordelijk zijn voor het onderhoud. Als begin van de baggercyclus voor de binnenhavens heeft de gemeente eind 2013 de waterdieptes gemeten om het baggervolume te bepalen. Zeehavens Er is in 2013 een quick-scan uitgevoerd naar de kwaliteit van de kades aan de zeehavens. Ook hier onderzoekt de gemeente de onderhoudsplicht. Op basis daarvan worden de eventuele kadeprojecten geprioriteerd en geprogrammeerd in de Meerjarige Beheer- en Onderhoudsplannen (MBOP). Er is in 2013 niet gebaggerd. De voor 2013 geplande baggerwerkzaamheden worden begin 2014 uitgevoerd. Straatmeubilair In 2013 is de gemeente in samenspraak met Irado gestart met het pro-actief beheren van het straatmeubilair binnen de bestaande budgetten. Voorheen werd het straatmeubilair alleen beheerd naar aanleiding van klachten en meldingen van burgers. Nu wordt er maandelijks een wijk geschouwd en het straatmeubilair in orde gemaakt. In de afgelopen jaren is al het overbodige straatmeubilair voor een groot deel verwijderd. Met het vrijkomende budget kunnen gemeentelijke objecten in de buitenruimte die nog niet beheerd werden, maar wel eigendom zijn van de gemeente, worden onderhouden. Denk aan gemetselde muurtjes, hondenroosters en straatnaamborden. Verkeersregelinstallaties In 2013 verving de gemeente vijf verkeersregelinstallaties. Drie automaten voldoen nog niet aan het noodzakelijke kwaliteitsniveau. Eén daarvan – de geregelde oversteek over de Laan van Bol’Es bij de Peter van Anrooylaan – is uitgeschakeld, omdat deze automaat niet meer veilig kon regelen. Het totale bestand is nu 29 automaten, inclusief de automaat in de oude brandweerkazerne die niet meer in functie is. Parkeersystemen Veel van de 72 parkeerautomaten zijn afgeschreven. De afschrijvingstermijn is tien jaar. De parkeerautomaten vertonen storingen als gevolg van slijtage. In 2013 is de vervanging van alle parkeerautomaten per 1 januari 2015 voorbereid.
Totaal MBOP programma 2013 MBOP-exploitatie Primaire begroting 2013
Begrotingswijziging 2013
Begroting na wijziging 2013
Realisatie 2013
Restant 2013
Wegen, straten, pleinen
786
612
1.397
1.629
-232
Bruggen/kades
202
124
326
883
-557
0
55
55
65
-10
Kabels en leidingen (alleen uitgaven)
342
10
352
332
20
Zeehavens
503
325
829
1.089
-260
0
0
0
9
-9
(x 1.000 euro’s)
Openbare verlichting
Binnenhavens Afwatering en waterkwantiteit Openbaar groen Speeltuinen en speelvoorzieningen
509
297
806
413
393
1.026
630
1.656
1.672
-16
149
91
240
273
-33
3.517
2.145
5.662
6.365
-704
Primaire begroting 2013
restant kredieten 2012
Begroting na wijziging
Realisatie 2013
Restant 2013
Wegen
4.819
-115
4.704
1.575
3.130
Bruggen/kades
3.284
426
3.710
3.460
250
Totaal
MBOP-Investeringskredieten (in hele euro’s)
Openbare verlichting Riolering Totaal Herstel kades Lange Haven TOTAAL MBOP
471
-89
382
272
110
1.539
1.531
3.070
685
2.386
10.112
1.754
11.867
5.991
5.875
3.440
2.166
5.606
266
5.340
17.069
6.065
23.134
12.622
10.512
In de programmabegroting was voor 2013 € 17,5 miljoen aan uitgaven voor het MBOP voorzien. In de laatste Bestuursrapportage (BERAP 2013) is een de prognose opgenomen dat de gemeente € 12,6 miljoen zou besteden aan projectmatig onderhoud. De daadwerkelijke besteding is uitgekomen op € 12,4 miljoen. Deze onderbesteding kunnen we voor een belangrijk deel verklaren door de onderbesteding bij de volgende grote projecten: • De start van de renovatie van de kademuren aan de Lange Haven heeft vertraging opgelopen, omdat de oorspronkelijke technische oplossing is afgewezen. De reconstructie van de kades wordt nu gelijktijdig uitgevoerd met de herinrichting die vanuit de ontwikkelingsvisie Binnenstad is gewenst. De verwachting is dat de werkzaamheden in het tweede kwartaal van 2015 aanvangen. Hierdoor is € 5,3 miljoen in 2013 niet uitgegeven (zie brief 13UIT16695, d.d. 01 augustus 2013). • Het project ’s-Gravelandseweg was gepland voor uitvoering in 2013, maar is door vertraging in de besluitvorming
later gestart. Hierdoor schuift € 0,2 miljoen door naar 2014 (zie brief 13UIT14314, d.d. 27 juni 2013). • Het project Kethel-Oost is vertraagd doordat een nieuw inrichtingsplan is opgesteld. Het project wordt nu in 2014 uitgevoerd. Hierdoor schuift € 0,6 miljoen door naar 2014 (zie brief 13UIT02251, d.d. 21 februari 2013). • De ophoging van de Botenbuurt is vertraagd, omdat in de technische voorbereiding is besloten alsnog de riolering te vervangen. • De reconstructie van de Van ’s-Gravensandestraat is afgerond. Er is een voordeel gerealiseerd doordat hier geen gebakken klinkers maar betonstraatstenen zijn toegepast. Daarnaast is een aanbestedingsvoordeel gerealiseerd. • Reconstructie Prinses Beatrixlaan en parkeerterrein: de eerste fase is afgerond, de tweede fase nadat er meer duidelijkheid is over de bouwplannen in het gebied. • Het project Verzetsheldenbuurt is afgerond, voorspoedig verlopen en goedkoper uitgevoerd dan oorspronkelijk geraamd.
PROGRAMMAREKENING
117
• De voorbereiding van het project Wegen west I is eind 2013 gestart. Het budget schuift grotendeels door. • Het project Hoofdstraat/Nieuwehaven is ondergebracht in het project van rivier naar stad. Er is een concept-projectplan van het project van rivier naar stad opgesteld. • De vervanging van de riolering Bokelweg is verschoven naar 2014 in verband met de aanleg van de warmteleiding. • In het project De Drie Lanen is gebleken dat het gekozen profiel voor de herinrichting niet haalbaar was. Er wordt een nieuw projectplan opgesteld. • Het project Ooivaarsbrug wordt pas uitgevoerd als de Proveniersbrug gereed is. Doordat de meeste projecten een lange voorbereidingstijd hebben, is het maar beperkt mogelijk vertragingen te compenseren door andere projecten naar voren te halen. Het proces van planvorming, participatie, afstemming met de stad, technische voorbereiding en het realiseren van werken moet zorgvuldig gebeuren. En dit kost tijd. Naast onderbestedingen waren er ook budgetoverschrijdingen: • Het ophogen Heijermansplein en Faasenplein is afgerond. Dit project heeft een aanbestedingsvoordeel. Tijdens de uitvoering is echter gebleken dat een aantal zaken niet goed in het bestek was opgenomen waardoor enkele extra werkzaamheden zijn uitgevoerd. Deze werkzaamheden hadden onder meer betrekking op een herstel van een rioolstreng en herstel van asfaltpaden binnen het projectgebied. • Het project Proveniersbrug loopt al een geruime tijd. In januari 2013 is de realisatiefase van het project gestart. Het project heeft een harde deadline en door de tijdsdruk en tegenslagen vraagt het project bijzonder veel extra tijd en aandacht. Er is inmiddels een overschrijding van het budget en de planning is uitgelopen. Naast het vele meerwerk als gevolg van fouten in de voorbereiding en het bestek zijn er ook aanzienlijke onvoorziene tegenvallers. Zo bleek tijdens de uitwerking de conditie van de hoofdliggers slechter te zijn dan verwacht. Deze zijn dan ook vervangen. Vanwege de vertraging in de uitvoering van de werkzaamheden is ervoor gekozen om de binnenstad bereikbaar te houden door het plaatsen van een extra noodbrug met als gevolg extra kosten. Er zijn ook extra kosten gemaakt voor de engineering en juridische kosten.
118
Deze overschrijding is gemeld in BERAP 2013. Om het financiële resultaat te verbeteren zijn in 2013 de volgende maatregelen doorgevoerd: • Enkele beheerprojecten zijn versneld uitgevoerd. • Permanente herijking van MBOP: theorie en werkelijkheid worden voortdurend met elkaar vergeleken. Dit leidt tot bijstelling en een groeiend realisme. • Er is een organisatieverandering binnen het domein stedelijke ontwikkeling doorgevoerd. Alle projectleiders zijn opgenomen in één team. Daarmee ontstaat een scherpe scheiding tussen het opdrachtgeverschap voor het MBOP (teamleider ROR) en de opdrachtnemer (teamleider Projecten, die verantwoordelijk is voor het realiseren van de planning). Dit is de eerste stap op weg naar verbetering. 2. Gebouwen In het kader van het afstoten van overtollig vastgoed heeft de gemeente drie objecten verkocht. Gebouwen in permanent bezit • In 2013 is het opstellen van de Meerjarenonderhoudsprogramma’s (MJOP) aanbesteed. De kosten hiervan worden meegenomen in het verbeterplan Vastgoed. • Technisch beheer: In 2013 is de overdracht voorbereid van het technisch (asset)beheer van de binnensportaccommodaties van de gemeentelijke dienst Sport en Recreatie naar de gemeentelijke afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling en Vastgoed per 1 januari 2014. De exploitatie en het dagelijks beheer van zes buitensportaccommodaties is in 2013 door middel een aanbesteding met ingang van 1 januari 2014 voor zes jaar gegund aan Optisport Schiedam b.v. De elf overige buitensportaccommodaties (gymzalen) worden in eigendom overgedragen aan Stichting Primo Schiedam. Enkele bijzondere panden • Stedelijk Museum – De onderhoudswerkzaamheden Fase 1 aan het Stedelijk Museum zijn in 2013 uitgevoerd overeenkomstig de opdracht. • Klokkenluiderswoning – Het casco van de Klokkenluiderswoning is in 2013 gerestaureerd. • Zwembad Zuid – De renovatie van Zwembad Zuid is uitgevoerd, op een wijze dat het zwembad nog tien jaar open kan blijven.
3. Accommodaties voor sport en recreatie De gemeente hanteert het uitgangspunt het realiseren en in stand houden van sportvoorzieningen die voldoen aan wet- en regelgeving en de maatschappelijke geaccepteerde sportnormen (onder meer die van het NOC*NSF en de VNG). Hiertoe zijn in 2008 MBOP’s opgesteld. De gemeente bekijkt echter jaarlijks welk onderhoud wordt uitgevoerd. Calamiteiten, weersinvloeden en bespelingintensiteit (bij buitensportaccommodaties), aangescherpte of nieuwe wet- en regelgeving of relevante actuele ontwikkelingen zijn hierbij bepalend. Binnensportaccommodaties De gemeente heeft in 2013 veel aandacht besteed aan het aanbestedingsproces van de sporthallen, sportzalen en zwembaden (zie ook onder de hiervoor genoemde gebouwen in permanent bezit, technisch beheer). In aansluiting op het MBOP heeft de gemeente (groot) onderhoud uitgevoerd om de sporthallen, sportzalen en gymnastieklokalen gebruiksklaar en in goede staat van onderhoud (conditiescore 2 conform NEN2767) over te dragen aan de nieuwe exploitant. Zwembaden In navolging op de kleinschalige herstel- en vervangingswerkzaamheden in zwembad Zuid in 2012, heeft de gemeente zwembad Zuid in de zomer van 2013 grootschalig gerenoveerd. Het ging onder meer om vervanging van plafonds, herstel en schilderen van wanden, aanbrengen van nieuwe vloeren, onderhoud aan enkele installaties (binnen) en herstel van dakbedekking en kozijnen (buiten). In zwembad Groenoord is conform het MBOP planmatig groot onderhoud uitgevoerd, met name gericht op vervanging van installaties.
Buitensportaccommodaties In het groot onderhoud voor de buitensportvelden is zoveel mogelijk rekening gehouden met de uitwerking van de plannen Schiedam in Beweging. Grote vervangingsinvesteringen voor de buitensportaccommodaties zijn herzien en het te plegen groot onderhoud is beperkt tot alleen het strikt noodzakelijke en afgestemd op het project Schiedam in Beweging. Om de velden op het juiste onderhoudsniveau te houden heeft de gemeente extra ingezet op regulier onderhoud. Het afgelopen jaar zijn de voorbereidingen gestart voor de realisatie van het kunstgrasveld op het complex van voetbalvereniging HBSS (2014). Met sportverenigingen die niet direct betrokken zijn bij de uitwerking van de eerste fase van Schiedam in Beweging heeft de gemeente in 2013 overlegd. Tijdens deze gesprekken is met de verenigingen gesproken over uitgangspunten en ontwikkelingen rondom de sportaccommodaties waar deze verenigingen nu gebruik van maken. Op basis van de uitkomsten van deze gesprekken zijn bijvoorbeeld de cricketvelden op sportpark Harga in september 2013 gerenoveerd. 4. Automatisering Als onderdeel van het MBOP heeft de raad voor 2013 een budget van € 350.000 toegekend voor de vervanging van de serverinfrastructuur. Op basis van een in 2012 afgeronde Europese aanbesteding zijn de servers in 2013 ingericht. Het project is inmiddels afgerond. 5. Stadskantoor In 2013 zijn, in afwachting van het nieuw op te stellen MJOP en de grote verhuizing in het vierde kwartaal, niet alle geplande onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd. De grootste werken die hierdoor niet zijn uitgevoerd, zijn de vervanging van de vloer van het theater en het aanpassen van de archiefruimte in de kelder van het stadskantoor.
PROGRAMMAREKENING
119
Verbonden partijen De gemeente Schiedam heeft bestuurlijke en financiële belangen in een aantal verbonden partijen (rechtspersonen) die een deel van het gemeentelijke beleid uitvoeren. De paragraaf verbonden partijen geeft inzicht in deze participaties. 1. Visie op verbonden partijen Het oprichten van of het deelnemen in een verbonden partij kan een manier zijn om een bepaalde publieke taak uit te voeren. Dit kunnen privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisaties zijn waarin de gemeente juridisch participeert en een bestuurlijk en een financieel belang heeft (BBV). Onder bestuurlijk belang wordt zeggenschap verstaan, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur, hetzij uit hoofde van stemrecht. Onder financieel belang wordt verstaan dat de gemeente aan de verbonden partij risicodragende financiële middelen ter beschikking heeft gesteld. Er wordt onderscheid gemaakt in: • Deelnemingen: participaties in naamloze of besloten vennootschappen via aandelenbezit. • Gemeenschappelijke regelingen: samenwerkingsverbanden tussen openbare lichamen. • Overige verbonden partijen waarin de gemeente een bestuurlijk of een financieel belang heeft. Voor nieuwe participaties gelden de wegingskaders die vermeld staan in de Kadernota verbonden partijen. Hierbij geldt – in overeenstemming met art. 160 lid 2 van de Gemeentewet – een voorkeur voor de publiekrechtelijke vorm als daarmee hetzelfde resultaat kan worden bereikt. 2. Realisatie van doelstellingen/ontwikkelingen 2013 In de Programmabegroting 2013 werden geen specifieke beleidsvoornemens geformuleerd. Ook werden geen nieuwe participaties of het beëindigen of wijzigen van bestaande participaties voorzien. De volgende ontwikkelingen hebben zich voorgedaan.
120
Vennootschappen • Vof Toernooiveld en Distilleerdersbuurt BV – Eind 2013 zijn deze participaties beëindigd. Het ging om de samenwerking met Woonplus voor de ontwikkeling van de voormalige Slachthuisbuurt. De resterende opgave zal in een andere samenwerkingsvorm met Woonplus plaatsvinden. De getroffen voorziening bleek bij de afwikkeling afdoende. • NV ONS Houdstermaatschappij – De activiteiten van de vennootschap bestaan voornamelijk uit het beheer van enkele deelnemingen en een aantal rechten en verplichtingen. Gestreefd wordt naar spoedige afbouw en opheffing van de vennootschap. Hiervoor is verkoop van de resterende activa noodzakelijk. Over de voorgenomen verkoop van de aandelen in de Duitse elektriciteitscentrale (TGH) en de installatie voor warmte-koude-opslag op Schieveste (WKO), zijn nog geen concrete ontwikkelingen te melden. • Eneco Holding NV – Inzake het dossier ‘gedwongen splitsing’ heeft Eneco in oktober 2013 kennis genomen van de uitspraak van het Hof van Justitie in Luxemburg. Het Hof stelt dat de splitsingswet een inbreuk is op de Europese regels van vrij verkeer, waarbij het de vraag is of deze gerechtvaardigd is. In het geding bij de Nederlandse rechter zal nu aangetoond moeten worden dat er geen alternatief was voor de splitsingswet en dat alleen met gedwongen splitsing de doelstellingen van deze wet bereikt kunnen worden. Naar verwachting zal de uitkomst hiervan nog jaren op zich laten wachten. Hoewel de uitspraak van het Hof geen definitief uitsluitsel geeft, ziet Eneco de vervolgprocedures met vertrouwen tegemoet. In het halfjaarbericht 2013 vermeldt Eneco dat de resultaten over geheel 2013 tenminste gelijk zullen zijn aan die van 2012. Namens alle aandeelhouders overlegt de aandeelhouderscommissie van Eneco met de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen over de toekomstige rol van de aandeelhouders. Hierover zijn nog geen resultaten bekend. In 2013 is van Eneco een dividendbedrag ontvangen van € 1,2 miljoen. • BV Gemeenschappelijk Bezit Evides (GBE) – GBE bezit 50% van de aandelen in Waterbedrijf Evides. De andere 50% van de aandelen zijn in bezit van NV DELTA (Nutsbedrijven) te Middelburg.
In de Drinkwaterwet zijn als kernpunten geformuleerd het publieke eigendom van de drinkwaterbedrijven, het borgen van de waterkwaliteit en maatschappelijk verantwoord ondernemerschap. In de aandeelhoudersvergadering van november 2013 is besloten om voor 2014 opnieuw uit te gaan van gelijkblijvende tarieven voor drinkwater (verbruik en vastrecht). In 2013 is van GBE een dividendbedrag ontvangen van € 1 miljoen. • NV Irado – Schiedam en Vlaardingen houden beide 50% van de aandelen. Irado is onder andere actief in de gemeenten Schiedam, Vlaardingen, Lansingerland en de deelgemeente Rozenburg. In het verslagjaar zijn de statuten van de vennootschap aangepast in verband met het voldoen aan de inbestedingseisen en aanpassingen in het kader van het strategisch bedrijfsplan en uitbreiding van de bevoegdheden van de aandeelhouders. Verder zijn in 2013 afspraken gemaakt over de kosten van dienstverlening aan de aandeelhouders. Hierdoor zijn de bijdragen aan het resultaat van de vennootschap in overeenstemming gebracht met de gerealiseerde omzet per aandeelhouder. In 2013 is van Irado een dividendbedrag ontvangen van € 820.000. • NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) – De financiële crisis heeft geleid tot aanscherping van de regelgeving voor financiële instellingen (Basel-III-richtlijnen). Het eigen vermogen van de bank is in het verslagjaar door inhouding van dividend versterkt. De winstgevendheid van de bank is onder druk komen te staan door de invoering per 1 oktober 2012 van de ‘bankenbelasting’. In 2013 is van BNG een dividendbedrag ontvangen van € 486.000. Gemeenschappelijke regelingen • Voor ontwikkelingen bij gemeenschappelijke regelingen wordt verwezen naar de toelichtingen bij de diverse programma’s. 3. Risicomanagement verbonden partijen De eventuele financiële consequenties van risico’s staan, voor zover er geen voorzieningen zijn getroffen, vermeld in de paragraaf Weerstandsvermogen. In de hierna volgende overzichten is per verbonden partij het risico op basis van de meest recente informatie uitgedrukt volgens de ‘stoplichtenmethode’. • De deelnemingen in nutsbedrijven en de BNG leveren geen concrete risico’s op. Wel zullen dividenduitkeringen moge-
lijk onder druk komen te staan. De ramingen in de gemeentebegroting zijn en worden hierop afgestemd. • De risico’s van de deelnemingen in Distilleerdersbuurt BV en Vof Toernooiveld zijn vervallen door de opheffing van deze vennootschappen ultimo 2013. De getroffen voorziening bleek afdoende. • In de tabel ‘overige verbonden partijen’ komt de Stichting Schiedamse Theaters voor met de aanduiding ‘oranje’ (enig risico). Dit houdt verband met de bestaande huurachterstand. Er is voortdurend aandacht voor opkomende risico’s voor de gemeente vanuit verbonden partijen. De volgende middelen zijn beschikbaar voor risico’s. • Algemene risicoreserve – Een algemene risicoreserve deelnemingen is aanwezig ter grootte van € 274.000 per ultimo 2013. • AVR – Bij de verkoop van de aandelen van NV AVR hebben de aandeelhouders garanties en vrijwaringen afgegeven. Hiervoor is een voorziening aanwezig van € 3 miljoen. Dit geldt voor de periode 2006-2016. De noodzaak om eventueel een voorziening in te stellen wordt jaarlijks bij de opmaak van de jaarrekening beoordeeld. Verder wordt een voorziening getroffen zodra een verlies concreet wordt. 4. Verbonden partijen gemeente Schiedam Hierna worden overzichten gegeven van alle partijen waarmee de gemeente Schiedam een verbintenis is aangegaan die valt onder de paragraaf Verbonden Partijen. In de laatste kolom van de tabellen is van iedere verbonden partij – in de vorm van de door de Rekenkamercommissie Schiedam-Vlaardingen (RKC) gehanteerde ‘stoplichtenmethode’ – op basis van de meest recente informatie aangegeven wat het huidige risico is voor de gemeente. Risico heeft in dit verband betrekking op financiële, bestuurlijke en informatieverstrekkende risico’s voor de gemeente. Hierbij staat ‘groen’ voor weinig of geen risico, ‘oranje’ voor enig risico en ‘rood’ voor risicovol. Van deelnemingen en gemeenschappelijke regelingen ontvangt de gemeente als deelnemer jaarstukken. Op basis van deze stukken worden het nettoresultaat over het jaar 2012 van de deelneming c.q. de gerealiseerde bijdrage 2013 aan de gemeenschappelijke regeling en het eigen vermogen ultimo 2012 vermeld. Voor zover er bij overige verbonden partijen sprake is van een gemeentelijke subsidie, is zoveel mogelijk het subsidiebedrag van 2013 vermeld.
PROGRAMMAREKENING
121
Tabel Deelnemingen gemeente Schiedam jaarrekening 2013 Naam / datum en nummer oorspronkelijk besluit tot deelname (bedragen in €)
Vestigingsplaats
Percentage aandelenkapitaal (zeggenschap)
Nominaal bedrag deelname (financieel belang)
Netto resultaat deelneming over het boekjaar 2012
NV ENECO 6-12-1993 VR 1993-253
Rotterdam
1,03%
€ 5.137.300
€ 233 miljoen
Bv Gemeenschappelijk Bezit Evides 25-10-1993 VR 1993-207
Rotterdam
3,88%
€ 3.589
€ 28 miljoen
Nv ONS Houdster-maatschappij 28-1-1991 VR 1991-35
Schiedam
100%
€ 6.375.000
€0
Nv Irado 4-11-2010 VR 2010-99
Schiedam
50%
€ 450.000 (boekwaarde = € 5.328.500)
€ 2,7 miljoen
Nv Bank Nederlandse Gemeenten Deelname vanaf oprichting in 1922.
Den Haag
0,59%
€ 815.880
€ 332 miljoen
Distilleerders-buurt bv 7-2-2006 VR 2006-10
Schiedam
100%
-
€ 1.848 negatief
Vof Toernooiveld (in samenwerking met Woonplus) 7-2-2006 VR 2006-10
Schiedam
n.v.t. (via 50% inbreng maatschappelijk kapitaal door Distilleerdersbuurt BV)
-
€0
* Hierbij staat ‘groen’ voor weinig of geen risico, ‘oranje’ voor enig risico en ‘rood’ voor risicovol.
122
Eigen vermogen deelneming per 31-12-2012 (voor winstverdeling)
Activiteiten / doelstelling van de deelneming/ publiek belang
In de begroting 2013 geraamd dividend
Ontvangen dividend in 2013
Risicoanalyse volgens de stoplichtenmethode*
E.V. € 4.447 miljoen V.V. € 4.357 miljoen
Productie, handel en distributie van energie c.a.
€ 1.204.183
€ 1.204.183
Groen
E.V. € 225 miljoen V.V. € 1,5 miljoen
Deelname (50%) in nv Evides; drinkwaterproductieen distributie
€ 600.000
€ 983.120
Groen
E.V. € 9,5 miljoen V.V. € 5,1 miljoen
Holding van enkele deelnemingen in energie- en warmte/ koude-bedrijven.
€0
€0
Groen
E.V. € 9,5 miljoen V.V. € 5,1 miljoen
Afvalbeheer en beheer openbare ruimte
€ 820.000
€ 820.000
Groen
E.V. € 2.752 miljoen V.V. € 139.476 miljoen
Bankactiviteiten voor met name gemeenten
€ 486.264
€ 486.264
Groen
E.V. € 448.145 negatief (incl. verliesvoorz. Toernooiveld) V.V. € 1.000.000
Deelname in vof Toernooiveld
-
-
Opgeheven per 30-12-2013
E.V. € 1.094.899 V.V. € 200.000
Ontwikkeling Toernooiveld
-
-
Opgeheven per 30-12-2013
PROGRAMMAREKENING
123
Tabel Gemeenschappelijke regelingen jaarrekening 2013 Naam gemeenschappelijke regeling, datum en nummer van het oorspronkelijke besluit tot deelname
Vestigingsplaats
Gemeenschappelijke regeling met een Openbaar lichaam
Deelnemers
Dienst Centraal Milieubeheer Rijnmond DCMR 2-2-1987 VR 1987-26
Schiedam
Ja
15 Rijnmondgemeenten en de provincie Zuid-Holland
ROGplus NWN 18-12-2006 VR 2006-123
Maassluis
Ja
3 Waterweggemeenten
Publieke Gezondheid Rotterdam - Rijnmond 18-12-2006/13-12-2012 VR 2006-119/VR 2012-106
Rotterdam
Ja (maar zonder eigen balans)
15 Rijnmondgemeenten en de gemeente Goeree-Overflakkee
Veiligheidsregio Rotterdam -Rijnmond 12-12-2005 VR 2005-172
Rotterdam
Ja
15 Rijnmondgemeenten en de gemeente Goeree-Overflakkee
Stadsregio Rotterdam 2010 4-2-2010 VR 2010-3
Rotterdam
Ja
15 Rijnmondgemeenten
Recreatieschap Midden Delfland 14-11-1988 VR 1988-180
Schiedam
Ja
Gemeenten Delft, Midden Delfland, Westland, Rotterdam, Maassluis, Vlaardingen en Schiedam en de provincie Zuid-Holland
Koepelschap Buitenstedelijk Groen 18-12-2006 VR 2006-128
Schiedam
Ja
14 Rijnmondgemeenten (Lansingerland niet) en de gemeenten Hendrik Ido Ambacht, Nederlek en Zwijndrecht alsmede de Provincie Zuid-Holland
Licht Gemeenschappelijke Regeling Schiedam-Rotterdam Archeologie Schiedam 27-5-2010 VR 2010-47
Schiedam
Nee
Gemeenten Rotterdam en Schiedam
* Hierbij staat ‘groen’ voor weinig of geen risico, ‘oranje’ voor enig risico en ‘rood’ voor risicovol.
124
Raming bijdrage 2013
Realisatie bijdrage 2013
Ja (weth. Grijzen)
€ 920.091
€ 919.168
Ja (weth. Grijzen)
Voorz. gehandicapten € 3.298.385
Voorz. gehandicapten € 3.355.677
Huish.verzorging € 6.547.362
Huish.verzorging € 6.485.019
€ 481.474
€ 481.474
Activiteiten / doelstelling / publiek belang
Deelname in algemeen bestuur
Uitvoering Wet milieubeheer
Uitvoering Wet maatschappelijke ondersteuning
Eigen en vreemd vermogen per ultimo 2012
Risicoanalyse volgens de stoplichtenmethode
E.V. Groen € 2.045.095 V.V. € 21.338.164 E.V. € 0 V.V. € 6.108.285
Groen
E.V. V.V. -
Groen
Volksgezondheidszorg via GGD gemeente Rotterdam
Ja (weth. Grijzen)
Regionale crisisbeheersing bij incidenten, rampen en crises
Ja (burgemeester)
€ 5.219.583
€ 5.234.522
E.V. Groen € 11.723.623 V.V. € 52.542.341
Diverse
Ja (burgemeester)
€ 351.000
€ 354.591
E.V. Groen € 68.006.407 V.V. € 489.198.792
Buitenstedelijke recreatie
Ja (weth. Gouweleeuw)
€ 342.000
€ 329.905
E.V. Groen € 8.503.990 V.V. € 16.785.373
Doelmatige kostenverdeling diverse regionale natuur- en recreatieschappen
Ja (weth. Groeneweg)
€ 259.575
€ 273.293
E.V. € 283.735 V.V. € 135.956
Uitvoeren van Wet archeologische monumentenzorg in Schiedam door Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam (BOOR) op basis van offerte en opdracht.
Nee
-
-
-
Groen
Niet van toepassing
PROGRAMMAREKENING
125
Tabel overige verbonden partijen jaarrekening 2013**
126
Naam / datum en nummer oorspronkelijk besluit tot oprichting of deelname
Vestigingsplaats
Deelnemers
Activiteiten / doelstelling / publiek belang
Deelname in algemeen bestuur
Subsidiebedrag van de gemeente in 2013 (afgerond)
Risicoanalyse volgens stoplichten*
Stichting PRIMO Schiedam 20-12-2010 VR 2010-117
Schiedam
Gemeente Schiedam
Verzorgen openbaar primair onderwijs in Schiedam
Nee, de gemeente benoemt wel de leden van de raad van toezicht
-
Groen
Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs SchiedamVlaardingen (OSVS) 9-6-2011 VR 2011-40
Schiedam
Gemeente Vlaardingen en gemeente Schiedam
Verzorgen openbaar voortgezet onderwijs in Vlaardingen en Schiedam
Nee, de gemeenten benoemen wel de leden van de raad van toezicht
-
Groen
Stichting Stedelijk Museum Schiedam 4-3-2008; VR 2008-8
Schiedam
Gemeente Schiedam
Stedelijk Museum
Nee, de gemeente benoemt leden in raad van toezicht
€ 2,4 miljoen
Groen
Stichting Bibliotheek Waterweg-Schiedam 12-12-2005 VR 2005-180
Schiedam
Gemeente Schiedam
Bibliotheek
Nee, de gemeente benoemt leden in raad van toezicht.
€ 2,5 miljoen
Groen
Stichting Muzikale Vorming NWN (Muziekcentrum OpMaat) In staat van faillissement per 27-8-2013.
Vlaardingen
Gemeenten Schiedam, Vlaardingen en Maassluis
Muziekonderwijs
Nee
€ 289.000 (alleen 1e halfjaar)
Groen
Sportfondsen Schiedam BV
Schiedam
Sportfondsen Nederland NV is houder van alle aandelen
Exploitatie zwembad Groenoord (huur van gemeente)
Nee, de gemeente benoemt leden in de raad van beheer.
€ 900.000 (exploitatievergoeding)
Groen
Stichting Schiedamse Theaters
Schiedam
-
Exploitatie theaters
Nee
€ 1,2 miljoen
Oranje
Stichting De Schiedamse Molens
Schiedam
-
Exploitatie molens
Nee
€ 277.000
Groen
Stichting Nat. Gedist. Museum De Gekroonde Brandersketel
Schiedam
-
Exploitatie jenevermuseum
Nee
€ 307.000
Groen
Stichting Promotie Schiedam
Schiedam
Gemeente Schiedam
Toerisme en stadspromotie
Nee
€ 365.000
Groen
Naam / datum en nummer oorspronkelijk besluit tot oprichting of deelname
Vestigingsplaats
Deelnemers
Activiteiten / doelstelling / publiek belang
Deelname in algemeen bestuur
Subsidiebedrag van de gemeente in 2012 (afgerond)
Risicoanalyse volgens stoplichten*
Stichting CJG Rijnmond
Rotterdam
15 Rijnmondgemeenten en de gemeente GoereeOverflakkee
Coördineren en verrichten van opvoedings- en gezinsondersteuning
Nee. Iedere gemeente levert een lid voor de raad voor het publiek belang. Deze raad benoemt de leden van het bestuur en de raad van toezicht.
€ 1,5 miljoen (uniform deel)
Groen
Stichting tot Behoud en Restauratie en Instandhouding van de Kerk aan de Lange Haven en omstreken B&W 16-11-2010, nr. 2
Schiedam
-
Instandhouding van monumenten, met name restauratie en instandhouding van de kerk aan de Lange Haven
Ja, de gemeente benoemt één van de bestuursleden.
-
Groen
Stichting Restauratie Hoogstraat Schiedam B&W 12-10-2010, nr. 6
Schiedam
Gemeente Schiedam en Stichting Beschermd Stadsgezicht Schiedam
Restauratie en herbestemming van panden aan de Hoogstraat en directe omgeving
Nee
-
Groen
* Hierbij staat ‘groen’ voor weinig of geen risico, ‘oranje’ voor enig risico en ‘rood’ voor risicovol. ** Hierbij kan gedacht worden aan rechtspersonen waarin de gemeente een zetel in het bestuur heeft én financiële risico’s loopt. Na de evaluatie in 2006 van deelnemingen en gemeenschappelijke regelingen, zijn in 2008 de overige verbonden partijen geëvalueerd. Vooralsnog zijn de volgende organisaties geselecteerd die grotendeels aan de criteria voldoen en waarbij er voor de gemeente financiële en maatschappelijke belangen van enige omvang zijn.
PROGRAMMAREKENING
127
Weerstandsvermogen In deze paragraaf geeft de gemeente aan of ze financieel in staat is tegenvallers op te vangen, zonder dat het beleid moet veranderen. Er wordt een relatie gelegd tussen de mogelijk te lopen risico’s en de benodigde omvang van de zogenoemde weerstandscapaciteit. Het beleid hiervoor staat in de Kadernota Weerstandsvermogen. In deze paragraaf schatten we de risico’s opnieuw in. Daarin is bepaald dat de benodigde weerstandscapaciteit bestaat uit: • het totaal aan risico’s, verhoogd met de factor 1,4 en • een vast normbedrag van € 10 miljoen. Deze extra buffer is ingebouwd om grote onvoorziene risico’s, zoals bijvoorbeeld risico’s in het sociale domein, op te vangen, mochten deze zich voordoen. Drie begrippen spelen een belangrijke rol: • Weerstandscapaciteit – Dit begrip heeft te maken de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten (tegenvallers) financieel te dekken. De weerstandscapaciteit kan bestaan uit reserves (algemene, vrije en stille), onbenutte belasting-
capaciteit en mogelijke bezuinigingen. • Risico’s – Een risico is de kans dat een positieve of negatieve gebeurtenis van materieel belang optreedt, die niet in de begroting van enig jaar is voorzien. Bij risico’s gaat het vaak om toekomstige verwachtingen over mogelijke gebeurtenissen en hun financiële impact, die niet op een andere manier te ondervangen zijn. Reguliere risico’s – risico’s die zich regelmatig voordoen en vrij goed meetbaar zijn – kunnen bijvoorbeeld ondervangen worden door het afsluiten van verzekeringen. Maar ook door het vormen van voorzieningen (min of meer onzekere verplichtingen, waarvan vaststaat dat deze in de toekomst daadwerkelijk leiden tot gelduitstroom). Deze maken dus geen deel uit van deze paragraaf. Bij risico’s is het mogelijk om bij te sturen (ze staan dus niet vast). Bij voorzieningen gaat het om gebeurtenissen uit het verleden. • Weerstandsvermogen – Dit is de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s die zich binnen de gemeente voordoen.
Schema weergave samenhang tussen weerstandscapaciteit, risico’s en weerstandsvermogen Risico’s
• Grondexploitatie • Subsidies • Open einde regelingen
Weerstandscapaciteit
• Reserves • Onbenutte belastingcapaciteit • Bezuinigingen
Beheermaatregelen • Verzekeringen • Interne controle • Enzovoort
Risico’s
Waarvoor geen maatregelen zijn getroffen.
128
Weerstandsvermogen
Is de gemeente in staat om risico’s op te vangen?
De gemeente loopt op tal van terreinen risico’s. Risico’s door economische ontwikkelingen, wereldwijd of in Europees verband, liggen buiten dit kader. Wel verwachten zowel het CBS als het CPB wordt voor 2014 een voorzichtig herstel en/of lichte groei. Deze verwachtingen zijn echter zeer kwetsbaar. Dat is de afgelopen jaren ook gebleken (financiële kwetsbaarheid van banken en overheden). De gemeente is voor een belangrijk deel financieel afhankelijk van de algemene uitkering vanuit het gemeentefonds en van de Decentralisatie uitkering (zie hiervoor programma Financiën). De gemeente heeft op dit terrein te maken met verlagingen, herijking en decentralisaties. Verwacht wordt dat de Algemene Uitkering wordt verlaagd en dat het Gemeentefonds verder integraal wordt herijkt. Er zijn berichten in de vakpers, waarin wordt uitgegaan van een nadeel van gemiddeld € 5 per inwoner voor middelgrote gemeenten, voor Schiedam betekent dat een bedrag van € 381.000. De wijzigingen, die in 2015 ingaan, betreffen slechts een kwart van de uiteindelijke herijking. De rest wordt doorgeschoven naar 2016. Hiermee is, voor zover mogelijk en bekend, in de begroting rekening gehouden. Ook is rekening gehouden met aanpassing van een aantal maatstaven die worden gebruikt om de hoogte van het Gemeentefonds te bepalen (zoals het aantal woningen). Deze effecten zijn ook meerjarig in de begroting verwerkt. Ook in de decentralisatie uitkeringen verandert veel. De gemeente krijgt op grond van nieuwe wetten (Wet maatschappelijke ondersteuning, de Jeugdwet en de Participatiewet) een brede integrale verantwoordelijkheid voor het sociale domein.
De decentralisaties gaan vergezeld van aanzienlijke ombuigingstaakstellingen. Er is nog discussie met het Rijk over de voorwaarden voor een verantwoording invoering (zoals budgettaire kaders). Voor Jeugdzorg geldt dat de decentralisatie op 1 januari 2015 gerealiseerd is. Het financiële risico hiervan is bovenlokaal afgedekt. Het is goed om deze risico’s te kennen. Telkens wanneer nieuwe ontwikkelingen zich voordoen, is het beleid erop gericht de financiële effecten direct te verwerken in de begroting. Voorop staat het voeren van een solide en verantwoord meerjarenbeleid, zoals verwoord in het Programma Financiën. Daarom is het niet nodig de effecten van genoemde verlagingen, herijking en decentralisaties als apart risicobedrag in de paragraaf Weerstandsvermogen op te nemen. Zowel centraal binnen de organisatie zelf, als op teamniveau is er aandacht voor de risico’s en de mogelijke financiële effecten hiervan en heeft dit onderwerp prioriteit. Op dit moment is er hoofdzakelijk aandacht voor risico’s, zijnde kansen dat een negatieve gebeurtenis van materieel belang optreedt. In 2014 zullen ook de kansen dat positieve gebeurtenissen zich voordoen (meer) aandacht krijgen. De kwaliteit van het weerstandsvermogen wordt twee keer per jaar gemeten. Eén keer tijdens het opstellen van de begroting en één keer bij het bepalen van de jaarrekening. De risico’s zijn dus nu opnieuw ingeschat en worden vergeleken met de inventarisatie zoals uitgevoerd bij de begroting 2014.
PROGRAMMAREKENING
129
Risico’s (bedragen x € 1.000)
Inventarisatie bij de begroting 2014
Inventarisatie bij de jaarrekening 2013 (maart 2014) Financieel risico
% kans
Opmerkingen (extra toelichting onder de tabel)
-
-
Is komen te vervallen.
Programma Bestuur en Dienstverlening 1
Verkiezingen
40
Programma Ruimtelijke Ontwikkeling 1
Risico’s grondexploitaties
3.877
2.990
-
Het saldo van risico’s en kansen, kleiner dan 50%, die niet in de grondexploitaties worden voorzien (conform MPG).
2
Claims private partijen buiten grondexploitaties
1.925
1.925
Diverse percentages
Verschillende claims van private partijen naar aanleiding van geschillen met gemeente. Basisbedrag € 10,4 miljoen.
3
Ontsluiting Schieveste
272
242
Diverse percentages
Risico’s van organisatorische, financiële, technische, juridische en maatschappelijke aard voor de aanleg van een autobrug en een langzaam verkeerbrug om Schieveste te ontsluiten
4
Schieveste fase 5
-
163
Diverse percentages
Risico’s van organisatorische, financiële, technische, juridische, maatschappelijke en ruimtelijke aard voor Schieveste fase 5.
5
Claim RET Scheepvaartweg/ Boeier
200
-
-
6
Boekwaarde grond De Wachters (voorheen VOF Toernooiveld)
400
382
80%
7
Schie-oevers
-
385
Diverse percentages
Het gaat hier om de risico’s van organisatorische, financiële, technische, juridische, maatschappelijke en ruimtelijke aard voor het opknappen van de Schie oevers (kades).
8
Verhuur gemeentelijk vastgoed
-
343
Diverse percentages
Het betreft het risico (zowel positief als ook negatief) van verhuur van bestaande ruimtes/panden en/of verwachte opbrengsten.
9
Bewegingswerk Proveniersbrug
-
250
25%
Nieuwe bewegingswerk van de brug voldoet niet en moet worden vervangen. Dispuut met de aannemer.
Vervallen. Is afgehandeld
Risico is verschoven van Programma Financiën naar Programma Ruimtelijke Ontwikkeling.
Programma Sociale Infrastructuur
130
1
Kinderopvang toeslag/ belastingdienst
-
465
80%
Het is onzeker of de gemeente de bijdrage van de belastingdienst of betrokken uitkeringsgerechtigden gaat ontvangen.
2
Berckenrode Groep Schiedam (BGS) - Plan verbeteren verdienvermogen
-
231
60%
De afgelopen jaren is sprake van teruglopende inkomsten uit productie. Er is een plan gemaakt om deze trend te stoppen.
3
Berckenrode Groep Schiedam (BGS) - Besluitvorming Capelse Bouw
-
240
60%
Beroepszaak richting Capelse Bouw.
Risico’s (bedragen x € 1.000)
4
Inventarisatie bij de jaarrekening 2013 (maart 2014)
Inventarisatie bij de begroting 2014
Financieel risico
% kans
-
95
50%
-
-
-
200
-
-
104
104
1%
Nog nader te bepalen
Nog nader te bepalen in 2014
-
Sociaal cultureel werk
Opmerkingen (extra toelichting onder de tabel)
SWS Welzijn heeft frictiekosten opgebouwd door het beëindigen van het project Thuis op Straat in 2012. De gemeente heeft de subsidierelatie in dat jaar beëindigd. In de beroepszaak van SWS Welzijn tegen de gemeente voor deze kwestie heeft de rechter in oktober 2013 geoordeeld dat de gemeente een nieuw besluit moet nemen over deze subsidieaanvraag. SWS Welzijn vraagt de gemeente om een subsidiebedrag van € 190.000.
Programma Stadseconomie Programma Veiligheid 1
Achterblijvende opbrengsten leges
Is vervallen. De begroting 2014 is aangepast, de leges zijn naar beneden bijgesteld.
Programma Woonmilieu Programma Financiën 1
Borgstellingen
2
Juridische risico’s
3
Vof Toernooiveld
4
Niet gehaalde bezuinigingen
5
6
Schuldresten op basis van informatie kredietinstellingen. Op dit moment is het juridische risico dat de gemeente mogelijk loopt, onvoldoende scherp in beeld. De gemeente is voornemens om een legal audit uit te laten voeren binnen het concern.
-
-
-
Risico verschoven naar Programma Ruimtelijke Ontwikkeling
3.420
-
-
Risico is vervallen.
NV ONS Houdstermaatschappij
-
500
50%
Dubieuze debiteuren (privaatrechtelijk)
-
Nog nader te bepalen in 2014
-
-
-
-
Risico over aanhoudende verliezen op het elektriciteitscontract met TGH, waardoor aandelenkapitaal en dividend-vordering niet volledig kunnen worden terugbetaald. De bewaking van de debiteuren zal worden aangescherpt. Het risico zal worden opgenomen in de risicoreserve.
Programma Wijkontwikkeling Het totaal aan risico’s
10.438
8.315
Ratio weerstandsvermogen
11.641
Factor (1,4) x risicobedrag
Vast normbedrag
10.000
Op basis van € 79 per inwoner (76.348 inwoners) en € 108 per woonruimte (37.591 eenheden).
RISICOPROFIEL
21.641
Benodigde weerstandscapaciteit
Het programma Schiedam in Beweging omvat de bouw van sport- en recreatievoorzieningen op het tunneldak van de snelweg A4 en daaraan gerelateerd het ontwikkelen van een aantal locaties in Schiedam. Aan de hand van een risicoanalyse zijn binnen dit programma verschillende risico’s geïdentificeerd. De gemeente beschikt over een buffer bij Rijkswaterstaat om eventuele kosten als gevolg van deze risico’s uit op te vangen. De omvang van deze buffer is op dit moment afdoende. Daarom is het niet nodig in het weerstandsvermogen rekening te houden met risico’s vanuit Schiedam in Beweging.
PROGRAMMAREKENING
131
Toelichting Programma Bestuur en Dienstverlening 1. Verkiezingen Dit risico is vervallen. Voor 2014 is budget geregeld. Programma Ruimtelijke Ontwikkeling 1. Risico’s grondexploitatie Het meerjarenperspectief grondexploitaties (MPG) wordt jaarlijks opgesteld en de risico’s en kansen hierin zijn geactualiseerd. Het beleid van de gemeente voor grondexploitaties is erop gericht om het saldo van risico’s (50% en kleiner) en kansen niet in de grondexploitatiebegrotingen te verwerken. Deze worden opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen. De risico’s in de grondexploitaties zijn per saldo afgenomen als gevolg van gerealiseerde aanbestedingsvoordelen en verkoopopbrengsten. 2. Claims private partijen buiten grondexploitatie Verschillende ondernemingen hebben bij de gemeente voor een totaal van € 10,4 miljoen aan claims neergelegd. Het betreft geschillen over het al dan niet betalen van wel of niet geleverde diensten en werken. Per claim is een inschatting gemaakt van de kans dat de gemeente in het ongelijk wordt gesteld. 3. Ontsluiting Schieveste Risico’s van organisatorische, financiële, technische, juridische en maatschappelijke aard voor de aanleg van een langzaam verkeerbrug en autobrug om Schieveste te ontsluiten van € 242.200. 4. Schieveste fase 5 Risico’s van organisatorische, financiële, technische, juridische, maatschappelijke en ruimtelijke aard voor Schieveste fase 5. In totaal een risico van € 163.000. 5. Claim RET Scheepvaartweg/Boeier Deze claim is vervallen, omdat deze zaak is afgehandeld. 6. Boekwaarde De Wachters Risico is verschoven van Programma Financiën naar Programma Ruimtelijke Ontwikkeling, omdat de deelneming is vervallen (VOF opgeheven). De grond is voor 50% geleverd aan de gemeente als gedeeltelijke voldoening van de lening die de gemeente aan de VOF heeft verstrekt. Het risico bestaat uit het feit dat niet de hele resterende verkregen boekwaarde van € 477.500 uit verkoopopbrengsten kan worden gerealiseerd. Omdat deze grond voor 50% eigendom is van de gemeente, wordt op dit moment niet overgegaan tot herwaardering.
132
7. Schie-oevers Het gaat hier om de risico’s van organisatorische, financiële, technische, juridische, maatschappelijke en ruimtelijke aard voor het opknappen van de Schie-oevers (kades). In totaal een risico van € 385.250. 8. Verhuur gemeentelijk vastgoed Het betreft hier het risico, dat we de bestaande ruimtes en panden niet meer kunnen verhuren, of dat de verwachte opbrengsten uit de verhuur van dit vastgoed mogelijk lager zijn. Aan de andere kant zijn er ook kansen dat bepaalde panden wel verhuurd worden of dat opbrengsten mogelijk hoger zijn. Deze kansen zijn ook meegenomen. 9. Bewegingswerk Proveniersbrug Na renovatie van de Proveniersbrug is gebleken dat het nieuwe bewegingswerk van de brug niet voldoet en moet worden vervangen. Met de aannemer bestaat een dispuut omtrent de vraag wie voor de kosten van deze vervanging op moet draaien. De kosten van het vervangen worden ingeschat op € 1,0 miljoen en de kans dat de gemeente deze kosten moet dragen wordt ingeschat op 25%. Programma Sociale Infrastructuur 1. Kinderopvang toeslag/Belastingdienst De gemeente heeft in de periode van 2006 t/m 2010 facturen van de kinderopvang voor uitkeringsgerechtigden (€ 1.085.000) betaald. Het is onzeker of de gemeente de bijdrage van de Belastingdienst c.q. betrokken uitkeringsgerechtigden zal ontvangen. In 2013 is van deze vordering € 42.912 verrekend. Op basis van de verrekeningen in 2013 is opnieuw de voorziening en het risico bepaald. In 2013 wordt voor een bedrag van € 460.988 een voorziening gevormd, het resterend bedrag (€ 581.346) wordt als risico opgenomen. De kans dat dit bedrag wordt ontvangen, is geschat op 20%. Deloitte onderzoekt in opdracht van de gemeente Schiedam of en welke mogelijkheden er voor de gemeente zijn om aanspraak te kunnen maken op toeslagen van de Belastingdienst. Hiervoor wordt een representatieve steekproef uitgevoerd voor dossiers van mogelijk nog te ontvangen toeslagen. Deze steekproef zal leiden tot een advies aan de gemeente, waarin de mogelijkheden worden aangegeven om kinderopvangtoeslagen te ontvangen van de Belastingdienst. De verwachting is dat dit advies in het eerste kwartaal van 2014 gereed komt. 2. Plan verbeteren verdienvermogen BGS De afgelopen jaren is sprake van teruglopende inkomsten uit productie. Er is een plan gemaakt om deze trend te stop-
pen. Dit plan ‘Verbeteren verdienvermogen’ geeft de volgende ambities aan: voor 2014 € 624.100, voor 2015 € 756.900, voor 2016 € 1.022.000 en voor 2017 € 1.282.200. In de werkbegroting is een toename van de opbrengst opgenomen van € 385.600. Het verwachte risico dat deze opbrengst niet wordt gerealiseerd bedraagt 60%. Het Plan Verbeteren verdienvermogen is geborgd in de P&C instrumenten bij BGS. De doelstellingen zijn opgenomen in de opdrachtbrieven aan productgroepleiders en de voortgang wordt maandelijks gevolgd. 3. Besluitvorming Capelse Bouw (BGS) Het gaat hier om een beroepszaak tegen Capelse Bouw. De opdracht aan Capelse Bouw bedraagt € 349.624. Ook moet er rekening worden gehouden met de wettelijke rente van € 50.000. 4. Sociaal cultureel werk Aan SWS Welzijn is gevraagd om op korte termijn een meerjarenbegroting in te dienen, op basis waarvan duidelijk wordt wat de financiële consequenties zijn van het niet toekennen van het gevraagde subsidiebedrag van € 190.000. Op basis van wet- en regelgeving kan de gemeente de subsidieaanvraag afwijzen. Afhankelijk van de financiële consequenties voor SWS Welzijn (die de afgelopen jaren al € 0,8 miljoen moesten bezuinigen) is het de vraag of de gemeente op een andere manier deze stichting kan/moet te ondersteunen (bijvoorbeeld door het verstrekken van ‘compenserende’ opdrachten). SWS Welzijn is immers een belangrijke partner binnen het Sociaal Domein. Programma Stadseconomie Geen risico’s. Programma Veiligheid 1. Achterblijvende opbrengsten leges Is vervallen. De begroting 2014 is aangepast, de leges zijn naar beneden bijgesteld.
Programma Financiën 1. Borgstellingen In het risicobedrag zijn alleen die borgstellingen verrekend, waarvoor een kans van 1% of hoger wordt geschat dat de gemeente het bedrag waarvoor zij garant staat, daadwerkelijk moet voldoen. 2. Juridische risico’s Binnen een organisatie waarin de basis op orde is en de risico’s beheerst worden, is het ook zaak dat de juridische risico’s voldoende scherp in beeld zijn. Op dit moment is dat onvoldoende het geval. Het plan is om in 2013 of begin 2014 een legal audit binnen het concern te laten uitvoeren. Eventuele risico’s zijn op dit moment nog niet bekend. 3. VOF Toernooiveld Dit risico is verschoven naar het programma Ruimtelijke Ontwikkeling. 4. Niet gehaalde bezuinigingen Dit risico is vervallen. Door het flankerend beleid zijn in 53,0 fte’s vertrokken (2013). Daarnaast is in de meerjarenbegroting financiële ruimte opgenomen om tegenvallers op te vangen. 5. NV ONS Houdstermaatschappij Dit gaat om het risico dat N.V. ONS Houdstermaatschappij bij gelijkblijvende omstandigheden door aanhoudende verliezen op het elektriciteitscontract met TGH het aandelenkapitaal en de dividendvordering niet volledig aan de gemeente kan terugbetalen. Het gaat hier om een inschatting van het mogelijke risico tot en met het jaar 2016. Of en in hoeverre er sprake is van een daadwerkelijk risico is volledig afhankelijk van de ontwikkelingen op de elektriciteitsmarkt en vooral in Duitsland. Het maximale bedrag van het risico bedraagt € 1,0 miljoen en het risico wordt geschat op 50%. 6. Dubieuze debiteuren (privaatrechtelijk) De bewaking van de debiteuren zal worden aangescherpt. Het risico zal worden opgenomen in de risicoreserve. In de programmabegroting 2014-2017 is in totaal een bedrag van € 10,4 miljoen aan risico’s opgenomen, exclusief de ratio en het vaste bedrag van € 10,0 miljoen. In de jaarrekening 2013 bedraagt het totaal aan risico’s € 8,3 miljoen, een afname met € 2,1 miljoen. Het verschil is als volgt te verklaren:
PROGRAMMAREKENING
133
Totaal aan risico’s bij de Programmabegroting 2014-2017
10.438
(bedragen x € 1.000) Vervallen Verkiezingen
40
Claim RET Scheepvaartweg/Boeier
-200
Boekwaarde grond De Wachters (voorheen VOF Toernooiveld)
-18
Achterblijvende opbrengsten (bouwleges)
-200
Niet gehaalde bezuinigingen
-3.420
Totaal vervallen
-3.878
Nieuw/opnieuw opgenomen/aangepast bedrag Risico’s grondexploitaties
-887
Ontsluiting Schieveste
-30
Schieveste fase 5
163
Schie-oevers
385
Verhuur Gemeentelijk Vastgoed
343
Kinderopvang toeslag/ Belastingdienst
465
BGS – Plan verbeteren verdienvermogen
231
BGS – Capelse Bouw
240
Sociaal Cultureel Werk
95
NV ONS Houdstermaatschappij
500
Totaal nieuw en opgehoogd
1.755
Totaal aan risico’s in de Jaarstukken 2013
8.315
In de Jaarstukken 2013 is het risicoprofiel berekend op € 21,6 miljoen. De risicoreserve per 31 december 2013 is € 24,9 miljoen. In de zomernota 2014 is besloten dat de risicoreserve minimaal de omvang van de risico’s moet hebben. Op basis van het herzien risicoprofiel is het verschil van € 3,2 miljoen
overgeboekt naar de algemene reserve. De algemene reserve bedraagt hierdoor per 31 december 2013 € 18,4 miljoen. Schematisch is de situatie omtrent het weerstandsvermogen als volgt:
Weerstandscapaciteit (Middelen en mogelijkheden waarover de gemeente kan beschikken) Per 1 januari 2014: Risicoreserve: € 21,6 miljoen Algemene reserve: € 18,4 miljoen
Risico’s berekend profiel 2013: € 21,6 miljoen.
Weerstandsvermogen (Het vermogen om tegenvallers op te vangen zonder dat de continuïteit van de gemeente in gevaar komt) Per 1 januari 2014: € 40,0 miljoen.
134
Stedenbeleid 1. Het nieuwe stedenbeleid Rijk heeft zich teruggetrokken In het stedenbeleid zijn geen rijksmiddelen meer voor de economische pijler. Ook is er flink bezuinigd op de fysieke pijler Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV). De overgebleven fysieke pijler ISV en de sociale pijler Sociaal, Integratie en Veiligheid (SIV) zijn gedecentraliseerd. De Brede doeluitkering Sociaal, Integratie en Veiligheid (BDU SIV) en de Brede doeluitkering Stedelijke Vernieuwing (BDU ISV) zijn in respectievelijk 2010 en 2011 omgevormd tot zogenoemde decentralisatie-uitkeringen (DU) als onderdeel van het Gemeentefonds alsmede één specifieke uitkering. Schiedam participeert actief in het netwerk van de G32, het samenwerkingsverband van in het stedenbeleid betrokken middelgrote steden. De G32 functioneert als een netwerk voor kennisuitwisseling en gezamenlijke belangenbehartiging. Strategisch perspectief De Stadsvisie Schiedam 2030 vormt het strategisch perspectief voor de ontwikkeling van de stad. Sociale stijging is het centrale uitgangspunt voor de uitvoering van de tien hoofdopgaven en acht ruimtelijke opgaven van de Stadsvisie Schiedam 2030. Het centrale uitgangspunt van sociale stijging en de hoofdopgaven van de Stadsvisie zijn in 2013 veel sterker verbonden met de programma’s van de Begroting 2014 – 2017 en vormen het strategisch kader van de Begroting 2014 – 2017. In 2013 is een start gemaakt met de evaluatie en actualisatie van de Stadsvisie Schiedam 2030. De evaluatie en actualisatie worden gedeeld met de stad en maken deel uit van het overdrachtsdossier voor de coalitieonderhandelingen in 2014. Andere rol gemeente In 2013 is gestart met een andere benadering van de gemeentelijke rol via het experiment Schiedams DOEN. Ambtenaren en Schiedammers dienen gezamenlijk voorstellen in om de onderlinge samenwerking en de stad te verbeteren. Doelen van het experiment zijn: • Schiedammers meer zeggenschap geven over hun eigen leefomgeving.
• De relatie tussen de Schiedammers en de gemeentelijke organisatie verbeteren. • De interne en externe dienstverlening verbeteren. De gemeente heeft zich gecommitteerd om in 2014 in ieder geval vijf voorstellen uit te voeren, samen met de indieners. Monitor Stapelingseffecten rijksbeleid Het Rijk en de G32 besloten de handen ineen te slaan om gezamenlijk en stapsgewijs een landelijke monitor Stapelingseffecten te ontwikkelen. Twee vragen staan daarbij centraal: • Hoeveel huishoudens raakt het? • Welke voorzieningen cumuleren bij welke groepen? Het CBS kreeg de opdracht deze monitor op te zetten. Hiervoor koppelde het CBS diverse nationale databestanden aan elkaar. Dit gegevensbestand is vervolgens aangevuld met gegevens die niet bij de rijksoverheid bekend zijn, maar wel bij de gemeenten. Op uitnodiging van het kennisinstituut Platform 31 is een klein aantal steden – waaronder Schiedam – als vertegenwoordigers van de G4 en G32 gevraagd om samen met het CBS hun expertise in te zetten. Dit betrof niet alleen het koppelen van gegevensbestanden maar ook het ontwikkelen van een handreiking die laat zien hoe de stapelingsinzichten gebruikt kunnen worden in het beleid en bij de beleidsvernieuwing op lokaal niveau. Eind 2013 is het eerste resultaat van deze samenwerking zichtbaar geworden in de vorm van een gegevensbestand dat gemeenten kunnen gebruiken voor eigen analyses. Daarin wordt per gemeente duidelijk hoeveel huishoudens gebruikmaken van regelingen en voorzieningen en in hoeverre er sprake is van stapelingseffecten. De gegevens zijn beschikbaar tot op buurtniveau en hebben betrekking op 2011. In de loop van 2014 is het monitorbestand beschikbaar dat op 2012 gebaseerd is. Dan komen tevens meer achtergrondkenmerken van de betreffende huishoudens beschikbaar (leeftijd, inkomen, etniciteit, etc.). De Schiedamse uitkomsten worden via factsheets gepresenteerd aan het bestuur en de gemeentelijke organisatie.
PROGRAMMAREKENING
135
2. Relaties en samenwerking Stedennetwerk G32 Schiedam heeft ook in 2013 bestuurlijk en ambtelijk actief geparticipeerd in de verschillende pijlers van de G32. Zo was de gemeente actief betrokken bij het G32-thema decentralisaties in het sociale domein, de economische pijler en de fysieke pijler (door onder andere deel te nemen aan de werkgroep ‘Woningmarkt en positie corporaties’). In het kader van het verwerven van gelden uit de Europese structuurfondsen participeert Schiedam actief in verschillende werkgroepen van de G32, op provinciaal niveau en op het niveau van landsdeel West, de organisatorische eenheid voor Europese gelden. Landsdeel West bestaat uit de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland.
Vlaardingen, Maassluis en Schiedam zijn daarin samen opgetrokken. De voorstellen hebben bij sommige gemeenten tot vragen en moties geleid. Van de 24 gemeenten in de Metropoolregio hebben in het verslagjaar zeventien gemeenteraden ingestemd met het treffen van een gemeenschappelijke regeling. Tegelijkertijd heeft het kabinet besloten de plusregio’s in Nederland af te schaffen. Dit zal een einde maken aan de stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. Het wetsvoorstel tot afschaffing van de plusregio’s zal naar verwachting in 2014 worden aangenomen. Bij voldoende steun van de raden is afgesproken de Metropoolregio te starten op de dag dat de stadsregio en het Stadsgewest in liquidatie zijn gegaan. De voorgenomen datum is 1 januari 2015.
Bovenlokale samenwerking Decentralisaties Sociaal domein Per brief (19 februari 2013) heeft minister Plasterk de gemeenten geïnformeerd over de samenhang tussen de voorgenomen decentralisaties op het terrein van ondersteuning, participatie en jeugd. In de brief werd gewezen op de uitvoeringskracht die dit van gemeenten vraagt. Het merendeel van de taken kunnen de gemeenten op lokaal niveau uitvoeren. Andere taken in het sociale domein zullen (boven)regionaal worden opgepakt. Gemeenten zullen daarvoor hun bestuurlijke, ambtelijke en financiële krachten bundelen in de vorm van samenwerkingsverbanden. Maassluis, Vlaardingen en Schiedam hebben in MVS-verband afspraken gemaakt om samen te werken op het brede terrein van het sociale domein (inclusief de decentralisaties) en op het gebied van ICT. Dit hebben de drie gemeenten op 28 mei 2013 per brief aan minister Plasterk aangegeven.
Stedenbeleid en Europa Om te bevorderen dat Schiedam ‘Europaproof’ werkt, vonden in 2013 twee grote bijeenkomsten plaats. Intern organiseerde het jongerennetwerk een drukbezochte scholing over staatssteun en samen met Europa Decentraal werd extern een studiedag georganiseerd over Europa en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. In 2013 is veel aandacht besteed aan de zogenoemde Europa 2020-strategie: in G32-verband, samen met de VNG en met de provincie Zuid-Holland. Ter voorbereiding van de EUprogramma’s voor regionale ontwikkeling werkte Schiedam vooral intensief samen met Leiden, Dordrecht, Delft, Vlaardingen en Rotterdam. In dit kader is onderzocht of Schiedam in de nieuwe periode in aanmerking kan komen voor EUbijdragen voor energiebesparende maatregelen. In 2013 ontving Schiedam een EU-bijdrage voor de verduurzaming van bedrijventerreinen. De actieve bijdrage van Schiedam aan Eurotowns – het Europese netwerk voor middelgrote steden – is bevestigd door de herbenoeming van Schiedam als vice-voorzitter voor de periode 2014-2016. In Eurotowns-verband heeft Schiedam in 2013 Europese middelen toegekend gekregen voor innovaties bij het archief en voor scholing op het gebied van de decentralisatie van de jeugdzorg. Met de komst van de nieuwe burgemeester heeft Schiedam de beschikking gekregen over diens netwerk binnen Europa (onder meer het Comité van de Regio’s en Council of European Municipalities and Regions CEMR).
Ontwikkelen Metropoolregio Rotterdam Den Haag In het licht van internationale economische concurrentieverhoudingen en de noodzaak door te gaan met investeringen op het gebied van verkeer en vervoer en bereikbaarheid, hebben de gemeenten van de stadsregio Rotterdam en Stadsgewest Haaglanden afgesproken de samenwerking tussen de 24 gemeenten in een Metropoolregio te versterken en te formaliseren. De gemeenteraden van de 24 regiogemeenten hebben zich in het najaar van 2013 uitgesproken over de voorstellen voor de vorming van de Metropoolregio. De raden van
136
3. Financiering stedenbeleid Uitvoering decentralisatie-uitkeringen sociale pijler in 2013 Voor de uitvoering van de decentralisatie-uitkeringen zijn prestatieafspraken opgesteld die opgenomen zijn in de CWPmonitor. Het beeld op 31 december 2013 is dat Schiedam goed op koers ligt voor wat betreft de prestatieafspraken van het peuterspeelzaalwerk en onderwijsachterstandenbeleid (dit betreft het aantal doelgroepkinderen aan de voor- en vroegschoolse educatie), de jeugd (daling aantal voortijdige schoolverlaters) en gezond in de stad (screening en activiteiten nul tot negentienjarigen in het kader van de aanpak van overgewicht). Uitvoering decentralisatie-uitkeringen fysieke pijler in 2013 De uitgaven van het ISV 2010 tot en met 2014 zijn gebaseerd op het uitvoeringsprogramma ISV. Van het ISV-budget van € 2,48 miljoen in 2013 is € 1,9 miljoen niet besteed. Dit laatste bedrag wordt toegevoegd aan de ISV-reserve.
In de vaststellingsbeschikking werden voor twee onderdelen middelen teruggevorderd: 1. Een terugvordering van € 604.946,00 (correctie inburgering nieuwkomers 2005) in verband met een volgens het Rijk te hoog verstrekt subsidievoorschot voor de inburgering nieuwkomers; 2. Een terugvordering van € 1.794.193,99 wegens volgens het Rijk niet gehaalde prestatieafspraken. Op basis van het besluit van de gemeenteraad van 26 september 2013 (VR 95/2013 ‘Terugbetaling i.v.m. de definitieve vaststellingsbeschikking Brede doeluitkering Sociaal Integratie en Veiligheid GSB 2005-2009’ zijn beide terugvorderingen aan het Rijk betaald. Tegen de definitieve vaststellingsbeschikking BDU SIV tekende de gemeente schriftelijk bezwaar aan bij het Rijk. Het bezwaarschrift van de gemeente is door het Rijk (brief d.d. 23 december 2013) ongegrond verklaard. Hiertegen is de gemeente Schiedam inmiddels in beroep gegaan bij de rechtbank.
Terugvorderingen BDU SIV Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de beschikking herstelafspraken 2010 en 2011 BDU SIV; Grotestedenbeleid 2005-2009 voor Schiedam vastgesteld op 1 augustus 2013.
PROGRAMMAREKENING
137
Investeringsplannen 1. Inleiding Het kader voor de investeringsplannen 2013 wordt, in regelgevende zin, gevormd door het Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten (artikelen 59 t/m 65), de Financiële verordening gemeente Schiedam 2009 en de Nota Investeren, Waarderen en Afschrijven 2011. De in de raadsvergadering van januari 2014 vastgestelde nieuwe versie van deze laatste nota gaat in per 2014, zodat over het jaar 2013 nog lineair wordt afgeschreven. In deze paragraaf komen de volgende onderwerpen aan de orde: • De investeringsplannen 2013; • Uitgaven op andere in 2013 gevoteerde kredieten; • Uitgaven op kredieten, gevoteerd vóór 2013; • Openstaande kredieten per 1 januari 2014; • De ontwikkeling van de kapitaallasten in 2013. 2. De investeringsplannen 2013 Bij het vaststellen van de begroting 2013 heeft de gemeenteraad de investeringskredieten 2013 gevoteerd, zoals die hieronder in de tabel staan weergegeven. Het gaat dan met name om de jaarschijf 2013: de voor 2013 beschikbare investeringsbedragen. Omdat ervan wordt uitgegaan, dat eenmaal
138
opgestarte projecten niet na één jaar kunnen worden stopgezet, zijn de nieuwe kredieten gevoteerd voor het totale bedrag van de investering, ook als de uitgaven worden gespreid over meerdere jaren. In een enkel geval zijn uitgaven, in principe voorzien voor latere jaren, naar voren gehaald om projecten zo veel mogelijk synchroon te laten verlopen. Hierdoor veroorzaakte ‘overschrijdingen’ worden in mindering gebracht op de in latere jaren beschikbare investeringsbedragen. Het totaal van de geraamde uitgaven voor de uitvoering van in de begroting 2013 opgenomen investeringsplannen voor 2013 en volgende jaren bedroeg € 32,5 miljoen. Voor het jaar 2013 alleen werden uitgaven ter hoogte van € 4,1 miljoen voorzien. Uitgegeven werd een bedrag van € 0,4 miljoen. In onderstaand overzicht staan die investeringen vermeld. Deze investeringen behoren tot het Meerjarenbeheer- en onderhoudsprogramma Openbare Ruimte, vallend in het programma Ruimtelijke ontwikkeling en zijn investeringen met een maatschappelijk nut. Dat geldt niet voor de laatste investering (behorend tot het programma Woonmilieu), een investering met economisch nut, die vooruitloopt op het nieuwe gemeentelijke rioleringsplan (GRP). Onder de tabel worden de grootste afwijkingen van de geraamde uitgaven op deze kredieten kort toegelicht.
Tabel Uitgaven investeringsplannen 2013 Omschrijving (bedragen x € 1.000)
M/E*
Totaal krediet
Gevoteerd 2013
Jaarschijf 2013
Uitgaven 2013
Programma Ruimtelijke Ontwikkeling Kredieten MBOP BOR Wegen West 1
M
3.437
3.437
344
15
Openbare verlichting diverse vervangingsprojecten (1)
M
1.136
936
-
-
Openbare verlichting fietspaden en parkeerterreinen West Frankelandsedijk (1)
M
40
5
-
-
Vervangen oeverconstructie Spuihaven tussen het bedrijf DHG en het gemaal (2)
M
2.078
1.663
-
-
Vervangen oeverconstructie Wilhelminahaven Oostzijde (2)
M
2.211
2.211
-
-
Vervangen oeverconstructie Wilhelminahaven (2)
M
394
315
-
-
Oeverconstructie Nieuwe Haven ts Hagastraat en Westerhavenbrug
M
964
771
142
133
Kademuur Noordvestgracht naast Spoelingbrug
M
52
48
16
1
10.312
9.386
502
149
Totaal MBOP BOR Nieuwe kredieten Herstel kades Lange Haven (3)
M
Totaal kapitaallasten nieuwe kredieten
18.810
18.810
3.440
266
18.810
18.810
3.440
266
Programma Woonmilieu Kredieten riolering 2013 – 2016 Riolering nog te voteren (4) Totaal kredieten riolering Totaal uitgaven investeringsplannen 2013
E
4.341
4.341
150
-
4.341
4.341
150
-
33.463
32.537
4.092
415
* M = maatschappelijk nut, E = economisch nut
Toelichting op de grootste verschillen tussen raming en realisatie: 1. De kredieten openbare verlichting zijn in de vierde technische aanpassing van 2013 herschikt. Vanwege een verschillende afschrijvingstermijn voor masten (30 jaar) en voor armaturen (20 jaar) zijn de bestaande kredieten voor openbare verlichting omgevormd tot twee (routine)kredieten. 2. Bij de fasering van de kredieten MBOP zijn de kredieten Zeehavens afgeraamd in afwachting van de resultaten van eerst een quickscan kades Zeehavens en vervolgens een onderzoeksplan op basis van de quickscan. Hierdoor wordt inzicht verkregen in de benodigde middelen voor toekomstige projecten. 3. Er is een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de kademuren en de oplossingsrichtingen voor het herstel van de kades van de Lange Haven. Op grond hiervan
wordt – na voorbereidende werkzaamheden in 2014 – het werk uitgevoerd in de jaren 2015 tot en met 2017. 4. Van de nog aan projecten toe te delen kredieten riolering is – in afwachting van het nieuwe gemeentelijk rioleringsplan (GRP) – in 2013 uiteindelijk alleen het krediet riolering Bokelweg als nieuw project aangewezen. 3. Uitgaven op andere in 2013 gevoteerde kredieten In de loop van het begrotingsjaar 2013 zijn daarnaast nog een aantal investeringen aan de raad voorgelegd. Daardoor zijn nieuwe kredieten door de gemeenteraad ter beschikking gesteld. Via begrotingswijzigingen zijn de bijbehorende kapitaallasten aan de desbetreffende programma’s toegevoegd. Bij elkaar ging het om een bedrag van € 5,8 miljoen. De uitgaven bedroegen € 2,2 miljoen.
PROGRAMMAREKENING
139
In onderstaande tabel worden deze kredieten weergegeven: Tabel uitgaven op andere in 2013 gevoteerde kredieten Omschrijving krediet (bedragen x € 1.000)
Kredietbedrag
Uitgaven 2013
Voorbereidingskrediet Schieveste fase 5
215
150
De Taaltuin - grondkosten (1)
920
32
Sociale infrastructuur
de Wieken - grondkosten (1)
511
94
Sociale infrastructuur
Ababil - grondkosten (1) Schravelant - grondkosten (1)
920
0
Sociale infrastructuur
1.931
0
Sociale infrastructuur
Uitbreiding Stedelijk Gymnasium
522
522
Sociale infrastructuur
Kunstgrasveld Harga
600
4
Sociale infrastructuur
Vervangen riolering Bokelweg
150
0
0
478
Stadseconomie
0
916
Stadseconomie
5.769
2.196
Gronden de Wachters (2) Gronden Parkentree
Toelichting op de grootste verschillen tussen raming en realisatie 1. De bouw en de inrichting van de buitenruimte van de scholen de Taaltuin, de Wieken, Ababil en Schravelant worden in 2014 afgerond. 2. Bij de ontmanteling van de VOF Toernooiveld medio december 2013 zijn de gronden van De Wachters in gezamenlijk eigendom gekomen van de Gemeente en Woonplus. De gronden van De Wachters zijn gestald in het gemeentelijke areaal. De verwerving is bekostigd uit de middelen die uit de VOF met het opheffen mee kwamen. Een krediet voor de gronden ‘de Wachters’ kon door het tijdstip van ontmanteling in 2013 niet meer gevoteerd worden.
140
Programma Ruimtelijke ontwikkeling
Woonmilieu
4. Uitgaven op kredieten gevoteerd vóór 2013 Uiteraard zijn er ook uitgaven gedaan ten laste van kredieten die nog openstonden nadat deze in een eerder jaar ter beschikking waren gesteld. Dit betreft nog openstaande kredieten en toevoegingen aan eerder verleende kredieten, bijvoorbeeld als een krediet over meerdere jaren ter beschikking is gesteld. Totaal ging het om een bedrag van € 30,0 miljoen, waarop uitgaven ten bedrage van € 23,6 miljoen werden verantwoord. Wanneer op deze kredieten in 2013 uitgaven zijn verricht boven de € 100.000 dan worden die uitgaven hieronder weergegeven.
Tabel uitgaven op kredieten gevoteerd vóór 2013 (groter dan € 100.000) Omschrijving krediet (bedragen x € 1.000)
Restantkrediet per 1 januari 2013
Uitgaven 2013
Programma
Vervanging HP-Unixservers
327
328
Financiën
Reconstructie en ophoging Heijermansplein en Faassenplein e.o.
113
113
Ruimtelijke ontwikkeling
Reconstructie en ophoging Verzetsheldenbuurt
187
155
Ruimtelijke ontwikkeling
Ontsluitingsweg Schieveste: wegdeel langs A20
1.685
1.593
Ruimtelijke ontwikkeling
Ontsluitingsweg Schieveste: brug over Schie
1.984
183
Ruimtelijke ontwikkeling
Asfalteren 's Gravelandseweg (Spijkerstraat t/m Poldervaart)
1.089
919
Ruimtelijke ontwikkeling
228
121
Ruimtelijke ontwikkeling
Vervangen klep Proveniersbrug (weg) Voorbereidingskrediet A4
2.487
1.406
Ruimtelijke ontwikkeling
Fietspad Nieuw Mathenesserstraat (2009)
1.754
347
Ruimtelijke ontwikkeling
Vervangen klep Proveniersbrug (brug)(1)
1.895
3.043
Ruimtelijke ontwikkeling
Openbare verlichting armaturen
137
Openbare verlichting masten
245
111
Ruimtelijke ontwikkeling
87
146
Ruimtelijke ontwikkeling Ruimtelijke ontwikkeling
Vervangen kademuren Nieuwe Haven Oeverconstructie Nieuwe Haven tussen Hagastraat en Westerhavenbrug
161* Ruimtelijke ontwikkeling
142
133
Nieuwbouw De Taaltuin (2007)
1.957
2.129
Sociale infrastructuur
Vervangende nieuwbouw gymnastieklokaal de Taaltuin
1.225
784
Sociale infrastructuur
Vervangende nieuwbouw BVO de Wieken
2.401
1.511
Sociale infrastructuur
Nieuwbouw 2e Islamitische school Ababil
3.808
1.789
Sociale infrastructuur
Nieuwbouw OSG Schravenlant(2)
4.731
5.387
Sociale infrastructuur
Duurzaam bouwen osg Schravenlant
1.002
890
Sociale infrastructuur
Cradle to cradle-concept frisse scholen osg Schravenlant
377
377
Sociale infrastructuur
Nieuwbouw RMPI school(2)
578
589
Sociale infrastructuur
Renovatie zwembad Zuid
482
445
Sociale infrastructuur
Riolering Geuzenplein
163
163
Woonmilieu
Riolering Heijermansplein en Faassenplein Herstructurering bedrijventerrein Mathenesse
0
337* Woonmilieu
967
488
30.051
23.648
Stadseconomie
* De overschrijding wordt gecompenseerd door beschikbare latere jaarschijven: het totale krediet is niet overschreden, maar kosten hebben zich eerder voorgedaan dan gepland.
Toelichting op de grootste verschillen tussen raming en realisatie 1. De overschrijding op het project vervangen (klep) Proveniersbrug wordt toegelicht in de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen. 2. De overschrijding op de projecten nieuwbouw OSG Schravenlant en nieuwbouw RMPI school zijn het gevolg van de verhoging van de btw van 19 naar 21%. Deze projecten zijn afgerond. 5. Openstaande kredieten per 1 januari 2014 Zonder rekening te houden met de investeringsbedragen die
na 2013 nog beschikbaar komen, resteert op de tot en met 2013 gevoteerde kredieten nog een bedrag van € 36,3 miljoen. De in 2013 beschikbare kredieten – overgeheveld dan wel nieuw verleend – tellen op tot € 61,1 miljoen, terwijl het totaal aan investeringsuitgaven uitkomt op € 26,8 miljoen. Dit leidt tot een totaal van € 34,3 miljoen aan nog beschikbare kredieten na afloop van het jaar 2013. In die telling komen een aantal kredieten voor, die zijn overschreden en dus als negatief restantkrediet meetellen. Eliminatie van deze posten levert een totaal op van € 36,3 miljoen aan openstaande kredieten.
PROGRAMMAREKENING
141
In onderstaande tabel is het een en ander op een rijtje gezet: Tabel openstaande kredieten per 1 januari 2014 Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Kredietbedrag
Uitgaven 2013
• uitgaven in 2013 > € 100.000 (zie onderdeel 4)
30.051
23.648
• uitgaven in 2013 < € 100.000
21.236
526
Totaal openstaand per 1 januari 2013
51.287
24.174
4.092
415
Nog openstaande kredieten per 1 januari 2013
Investeringsprogramma 2013 (zie onderdeel 2) Nieuw gevoteerde kredieten in 2013 (zie onderdeel 3)
5.769
2.196
Totaal kredieten 2013
61.148
26.785
Uitgaven 2013
26.785
Totaal nog openstaande kredieten per 1 januari 2014
34.363
Correctie overschrijdingen
1.972
Openstaande kredieten per 1 januari 2014
36.335
6. De ontwikkeling van de kapitaallasten in 2013 Ter afsluiting van deze paragraaf wordt kort ingegaan op de ontwikkeling van de kapitaallasten in 2013. Een investering is een uitgave van enige omvang, waarvan het nut zich over meerdere jaren uitstrekt. Daarom is het logisch ook de kosten (het bedrag van de investering) over meerdere jaren te verdelen. Dit gebeurt door af te schrijven. Deze afschrijving en de rente over de boekwaarde per 1 ja-
nuari van enig jaar vormen samen de kapitaallasten. De kapitaallasten zijn gedekt binnen de exploitatie van de gemeente. De geraamde en de gerealiseerde kapitaallasten over 2013 worden in onderstaande tabel tegenover elkaar gezet. In totaal kwamen de kapitaallasten in 2013 circa € 2 miljoen lager uit dan geraamd. Deze kapitaallasten waren als volgt over de verschillende programma’s verdeeld:
Tabel ontwikkeling kapitaallasten in 2013 Programma (bedragen x € 1.000) (excl. BGS)
Geraamd na wijziging
Werkelijk
Totaal programma Bestuur en Dienstverlening
31
22
9
Totaal programma Ruimtelijke Ontwikkeling
1.984
1.108
876
Totaal programma Sociale Infrastructuur
6.576
6.507
69
17.021
16.595
426
0
0
0
Totaal programma Woonmilieu
6.016
5.684
332
Totaal programma Financiën
4.378
4.059
319
0
0
0
36.006
33.975
2.031
Totaal programma Stadseconomie Totaal programma Veiligheid
Totaal programma Wijkontwikkeling Totaal
142
Verschil
De kapitaallasten van alle tussentijds gevoteerde kredieten zijn aan de begroting toegevoegd via begrotingswijzigingen. Dit gebeurde na vaststelling van de programmabegroting 2013 in november 2012. Na de toevoeging van deze kapitaallasten werd er rekening gehouden met een totaalbedrag van € 36 miljoen aan kapitaallasten in 2013. De werkelijke kapitaallasten vallen echter lager uit: deze bedragen ongeveer € 34,0 miljoen.
Tenzij een andere fasering bekend is, wordt ervan uitgegaan, dat een krediet in het jaar van voteren ook geheel wordt uitgegeven, zodat het jaar daarna kan worden begonnen met afschrijven. Immers, pas in het jaar na oplevering van een project wordt voor het eerst afgeschreven. Maar kredieten mogen in principe worden uitgegeven tot twee jaar na het jaar van voteren. Een latere uitvoering leidt tot een latere eerste afschrijving. Zolang een project nog niet is opgeleverd, bestaan de kapitaallasten alleen uit rentekosten (over de boekwaarde per 1 januari).
PROGRAMMAREKENING
143
Verstrekte subsidies 1. Doel De gemeente Schiedam heeft verschillende doelen die in de afzonderlijke programma’s beschreven staan. Om deze doelen te bereiken, voert de gemeente zelf taken uit of laat zij andere partijen activiteiten uitvoeren. Voor dat laatste gaat de gemeente verschillende relaties aan met derden. Dat doet zij bijvoorbeeld door opdrachten te verlenen of een gemeenschappelijke regeling of subsidierelaties aan te gaan. Instellingen of individuen krijgen subsidie als zij activiteiten ontwikkelen, die bijdragen aan het bereiken van de gemeentelijke doelen. Subsidies worden binnen de bestaande kaders (zoals de ASV 2012 en de verschillende kadernota’s binnen het sociale domein) verstrekt. Aan deze kaders is in 2013 niets veranderd. In de programmabegroting 2013 staan twee doelen die te maken hebben met het subsidiebeleid van de gemeente: Doel 1: verbetering van de sturing op het subsidieproces op tijdigheid, juistheid en volledigheid Verbetering van sturing op het subsidieproces is een lange termijndoelstelling en heeft continu de aandacht. In 2013 is het gebruik van het systeem CorsaCase verder ingebed in de organisatie. Via dit systeem wordt het proces van subsidieverlening en –vaststelling met een workflow ondersteund. Sturing op het subsidieproces is in 2013 belegd bij een integrale ambtelijke werkgroep, waarin zowel aandacht is voor de beleidsmatige- als de beheersmatige kant van het subsidieproces. Doel 2: transformatie van de gemeente Schiedam naar een regiegemeente Zoals in de begroting 2013 is aangegeven, heeft de gemeenteraad van Schiedam naar aanleiding van het Rekenkameronderzoek uit 2013 gevraagd om een duidelijker toetsingskader, dat meer ingaat op de outcome van subsidies. Hiervoor is een stappenplan ontwikkeld. In 2013 is een aantal stappen uit dit plan deels of geheel doorlopen. Zo is in 2013 de program-
144
mabegroting verbeterd. In de begroting 2014 zijn de doelen die de gemeente nastreeft veel concreter vastgesteld. Deze begroting vormt de basis voor de gewenste outcomesturing via subsidies. In het verlengde hiervan is een andere ambtelijke werkgroep van start gegaan met het formuleren van een nieuw beleidskader op het terrein van subsidieverstrekking. Tot slot is in 2013 geoefend met het formuleren van outcome in specifieke subsidierelaties. In 2014 vindt de verdere invulling hiervan plaats. 2. Verstrekte subsidies In onderstaande tabel staan per programma de verstrekte subsidies met het bijbehorende subsidieplafond. De subsidieplafonds 2013 zijn ten opzichte van de primaire begroting enigszins aangepast. Het gaat om de volgende wijzigingen: • Ophoging van het subsidiebedrag op het beleidsterrein Sociaal-cultureel werk met € 226.837. Dit heeft te maken met de extra subsidie voor de exploitatiekosten van wijkcentrum de Erker. Dit is besloten bij het vaststellen van het uitvoeringsprogramma Sociale Infrastructuur (project 15). • De evenementennota is in 2012 vastgesteld, maar nog niet in de primaire begroting 2013 verwerkt. Hierin is een subsidieplafond van €395.000 vastgelegd in plaats van de in de programmabegroting 2013 genoemde € 142.405. Het totaal aan verstrekte subsidies in 2013 bedraagt € 23,1 miljoen. Dit is ruim € 4 miljoen hoger dan in 2012. In de programmarekening 2012 laat de totaaltelling van de in dat jaar verleende subsidies een bedrag zien van €18,9 miljoen. De verklaring hiervoor ligt vooral in het al dan niet opnemen van subsidies waar specifieke baten vanuit het Rijk of een ander overheidslichaam tegenover staan. Het gaat hierbij met name om het beleidsterrein Onderwijsachterstanden, zie (*) in de tabel, dat in 2013 voor een bedrag van € 5,3 miljoen is gedekt uit middelen van het Rijk en de stadsregio Rotterdam. In 2012 ging het om een bedrag van € 4,3 miljoen. Dat bedrag is in 2012 echter niet in de tabel opgenomen.
Tabel verstrekte subsidies 2013 Programma (bedragen x € 1.000)
Beleidsonderdeel
Subsidieplafond 2013
Realisatie 2013
Bestuur en dienstverlening
Bestuurlijke samenwerking en internationale contacten
3
0
Ruimtelijke ontwikkeling
Parkeren
1
0
Sociale infrastructuur
Bibliotheekwerk
2.522
2.522
237
262
Emancipatie en integratie Evenementen Jeugd- en jongerenwerk Kinderopvang op Sociaal Medische gronden (SMI)
Geen subsidieplafond
36
436
332
Maatschappelijke Dienstverlening
680
607
6.203
6.499
800
754
Ouderenwerk Sportverenigingen
86
84
Volksgezondheid en welzijn
2.492
2.355
Sociaal-cultureel werk
2.790
2.790
6
6
Dierenwelzijn
Veiligheid
Woonmilieu
Kunst en cultuur
4.159
4.136
Stadspromotie en toerisme
226
235
Evenementen
395
283
Monumenten en bodemsanering (incl. molens)
313
300
Stimulering economie
226
217
Veiligheid- integraal veiligheid- en horecabeleid/ persoonsgerichte aanpak
265
261
Aanpak huiselijk geweld
105
76
Woningbouw
1
2
Natuurbescherming (KNNV)
5
4
Geen subsidieplafond
218
65
62
190
190
Project werk aan de winkel Wijkontwikkeling
0 328
Kunst en cultuur Onderwijsachterstanden (*)
Stadseconomie
9 380
Wijk- en bewonersondersteuning Bewonersinitiatieven (wijkbudgetten) SOBO Buurtprojecten (opbouwwerk) Faciliteren vrijwilligers
28
28
215
215
115
109
Sociale Wijkaanpak
Geen subsidieplafond
89
Bewonersinitiatieven in eigen beheer
Geen subsidieplafond
104
22.954
23.103
Totaal
Toelichting op de grootste verschillen tussen het subsidieplafond en de realisatie 2013 • In de begroting was voor de volgende vier onderdelen geen subsidieplafond opgenomen: kinderopvang op medische gronden, project werk aan de winkel, sociale wijkaanpak en bewonersinitiatieven in eigen beheer (totaal ongeveer € 230.000).
• Op het beleidsterrein Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) is het plafond met € 295.898 overschreden. Dit heeft te maken met het ontplooien van nieuwe initiatieven, die betaald worden uit de reserve OAB. • Bij Kunst en cultuur in het domein Sociale Infrastructuur is een onderschrijding ontstaan. Dit komt door het faillissement van muziekcentrum Opmaat.
PROGRAMMAREKENING
145
146
Jaarverslag III Interbestuurlijk toezicht
Staat van de gemeente
PROGRAMMAREKENING
147
Staat van de Gemeente Algemeen De Wet Revitalisering Generiek Toezicht vereenvoudigt het stelsel van interbestuurlijk toezicht. Het eerste uitgangspunt is dat de provincie in principe de enige verticale toezichthouder op de gemeente is. Het tweede uitgangspunt is dat de volksvertegenwoordiging de wettelijke medebewindstaken van haar eigen bestuur zoveel als mogelijk zelf controleert. Inmiddels heeft de provincie Zuid-Holland met alle gemeenten in de provincie een bestuursovereenkomst gesloten. Op 24 februari 2014 is de overeenkomst met Schiedam gesloten. De gemeente spreekt in deze overeenkomst af, dat zij jaarlijks door middel van de Jaarstukken informatie aan de provincie verschaft over de stand van zaken met betrekking tot de taakbehartiging op de volgende zes wettelijke domeinen: financiën, ruimtelijke ordening, huisvesting verblijfsge-
148
rechtigden, omgevingsrecht, externe veiligheid en archief- en informatiebeheer. Dit resulteert voor Schiedam in een zogeheten ‘Staat van de Gemeente’ als onderdeel van het verslag bij de jaarrekening. In de Staat van de Gemeente geeft het college van B&W, gelet op het in de bestuursovereenkomst opgenomen toezichtkader, per thema aan of het thema geheel op orde is (groen), op één of enkele aspecten na (oranje) of op meerdere aspecten niet op orde (rood). Deze informatie geeft inzicht in de prestaties van de gemeente op de wettelijk verplichte medebewindstaken en is voor de raad van belang om te beoordelen of de gemeente aan zijn verplichtingen uit medebewind heeft voldaan.
Staat van de Gemeente Onderwerp 1. Financiën De begroting is materieel in evenwicht (2014). De meerjarenbegroting is materieel in evenwicht (2015-2017). 2. Ruimtelijke Ordening De provinciale ruimtelijke belangen zijn opgenomen in de gemeentelijke ruimtelijke plannen.
Kleur
Toelichting
Groen
Gedeputeerde staten van de Provincie Zuid heeft geconstateerd, dat de begroting 2014 voldoet aan de criteria voor repressief toezicht. Het weerstandsvermogen is voldoende. De jaren 2015 en 2016 zijn materieel in evenwicht. Alleen 2017 kent nog een gering incidenteel tekort.
Groen
Oranje
• Voorontwerp: 5 bestemmingsplannen (Binnenstad, Kethelse Venen, NieuwMathenesse, Havens, Harga). Voor 4 plannen is aangegeven dat deze in strijd zijn met het provinciaal ruimtelijk beleid, alleen Binnenstad akkoord. • Ontwerp: 3 bestemmingsplannen (Nieuw-Mathenesse, Havens, Harga). Voor alle drie de plannen is aangegeven dat deze in strijd zijn met het provinciaal ruimtelijk beleid. • Vaststelling: 5 bestemmingsplannen (Polderwetering, Brandweerkazerne, Nieuw-Mathenesse, Havens, Harga). Voor Havens en Nieuw-Mathenesse is aangegeven dat deze in strijd zijn met het provinciaal ruimtelijk beleid wat geleid heeft tot een reactieve aanwijzing. De overige plannen voldeden wel.
Bestemmingsplannen
3. O mgevingsrecht (Toezicht, handhaving en vergunningverlening milieu, bouwen en wonen) Er is een door de gemeenteraad vastgestelde zelfevaluatie.
Groen
De zelfevaluatie is als onderdeel van het B&W advies over de samenwerking met de gemeenten Vlaardingen en Maassluis behandeld door het college op 19 november 2013. Er is hierbij de intentie uitgesproken om een gemeenschappelijke Wabodienst op te richten met de gemeenten Vlaardingen en Maassluis. Samen wordt gewerkt aan een verbeterplan. Na de gemeenteraadsverkiezingen zal het nieuwe college de raad informeren over de zelfevaluatie, het verbeterplan en de samenwerking met de gemeenten Vlaardingen en Maassluis.
Groen
Voor kwetsbare objecten geldt: alles is actueel en geautoriseerd. Voor risicovolle objecten geldt: nog niet alles is actueel, alles is geautoriseerd.
Oranje
Het oordeel is gebaseerd op het oordeel van de gemeentearchivaris over de Archief Kritieke Prestatie Indicatoren (Archief KPI’s) uit 2012 (B&W 18-9-2012 nr. 9) en de daarop volgende reactie van Gedeputeerde Staten, 13INK17491 van 9-10-2013. De door de gemeentearchivaris en Gedeputeerde Staten geconstateerde achterstanden zijn niet alle opgelost, maar de meeste indicatoren zijn groen (4,5) of oranje (7). De IPO’s 4, 8, 13a, 14, 17 (4,5) zijn rood. Verbeterplannen worden aan de provincie gestuurd.
Er is een door de gemeenteraad vastgesteld verbeterplan. Vanaf 1-1-2015: er is een door de gemeenteraad vastgestelde eindmeting. 4. Externe Veiligheid De gemeente levert actuele en volledige informatie voor de provinciale risicokaart. 5. Archief- en Informatiebeheer Het archief- en informatiebeheer op orde.
6. Huisvesting verblijfsgerechtigden Er is volledig voldaan aan de halfjaartaakstelling en er is geen achterstand. Er is tijdig voldaan aan de halfjaartaakstelling en er is geen achterstand.
Met de Provincie Zuid-Holland wordt een juridische discussie gevoerd over het toepassingsbereik van het onderdeel ‘detailhandel’ uit de provinciale verordening. Dit ligt thans voor bij de Raad van State.
Groen
Groen
PROGRAMMAREKENING
149
150
Jaarrekening IV Programmarekening
Per programma de realisatie van de baten en lasten en saldo Overzicht van de algemene dekkingsmiddelen Resultaat incidentele baten en lasten Analyse afwijkingen begroting na wijziging en rekening Wet Normering Topinkomens Mutaties onvoorzien PROGRAMMAREKENING
151
Baten en lasten per programma (Bedragen x € 1.000)
Begroting primair 2013
Begroting na wijziging 2013
Rekening 2013
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
13.835
1.481
-12.354
14.151
1.517
-12.634
15.108
1.353
-13.754
Resultaat voor bestemming 1. Bestuur en dienstverlening 2. Ruimtelijke ontwikkeling
21.942
3.709
-18.233
23.682
4.431
-19.251
22.987
4.842
-18.145
128.100
70.836
-57.264
131.214
83.735
-47.479
134.260
86.494
-47.766
4. Stadseconomie
45.819
41.783
-4.036
39.218
34.420
-4.798
42.551
40.615
-1.936
5. Veiligheid
10.542
430
-10.111
10.412
141
-10.270
10.232
179
-10.053
6. Woonmilieu
-8.411
3. Sociale infrastructuur
30.996
22.792
-8.205
33.519
23.023
-10.496
31.239
22.828
7. Financiën
3.803
4.616
813
5.902
4.143
-1.759
6.809
8.470
1.660
8. Wijkontwikkeling
2.568
0
-2.568
2.840
50
-2.790
2.770
28
-2.742
257.605
145.648
-111.957
260.938
151.461
-109.478
265.956
164.808
-101.148
1.513
191
-1.322
1.193
211
-982
6.927
2.094
-4.833
Subtotaal programma’s Incidentele baten en lasten van de dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming
0
112.879
112.879
0
117.805
117.805
0
121.499
121.499
259.118
258.718
-400
262.131
269.477
7.345
272.883
288.401
15.518
802
892
90
802
1.092
290
829
904
75
Mutatie reserves 1. Bestuur en dienstverlening 2. Ruimtelijke ontwikkeling
1.636
720
-916
2.024
2.252
227
3.726
3.129
-597
3. Sociale infrastructuur
60
158
98
9.977
2.668
-7.309
11.791
5.454
-6.337
4. Stadseconomie
51
610
559
247
1.041
794
1.556
896
-661
5. Veiligheid
0
837
837
0
837
837
0
837
837
629
642
13
590
1.402
812
8.824
7.259
-1.564
3.910
3.530
-380
7.200
6.285
-915
8.764
7.556
-1.209
0
100
100
0
360
360
81
271
190
7.089
7.489
400
20.840
15.937
-4.903
35.571
26.305
-9.266
1. Bestuur en dienstverlening
14.637
2.373
-12.263
14.953
2.609
-12.343
15.937
2.257
-13.680
2. Ruimtelijke ontwikkeling
23.578
4.429
-19.149
25.706
6.682
-19.024
26.714
7.971
-18.742
6. Woonmilieu 7. Financiën 8. Wijkontwikkeling Mutatie reserves Resultaat na bestemming
128.160
70.993
-57.166
141.191
86.403
-54.788
146.051
91.948
-54.103
4. Stadseconomie
3. Sociale infrastructuur
45.870
42.393
-3.477
39.465
35.461
-4.004
44.107
41.510
-2.597
5. Veiligheid
10.542
1.267
-9.274
10.412
978
-9.433
10.232
1.016
-9.216
6. Woonmilieu
31.626
23.434
-8.192
34.109
24.424
-9.684
40.062
30.087
-9.975
7.713
8.146
433
13.103
10.429
-2.674
15.574
16.025
451
7. Financiën 8. Wijkontwikkeling Subtotaal programma’s Incidentele baten en lasten van de dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Resultaat na bestemming
152
2.568
100
-2.468
2.840
410
-2.430
2.851
299
-2.552
264.694
153.137
-111.557
281.778
167.397
-114.381
301.527
191.113
-110.414
1.513
191
-1.322
1.193
211
-982
6.927
2.094
-4.833
0
112.879
112.879
0
117.805
117.805
0
121.499
121.499
266.207
266.207
0
282.971
285.413
2.442
308.454
314.706
6.252
Overzicht algemene dekkingsmiddelen Omschrijving (bedragen x 1.000)
Rekening 2012
Begroting 2013 na wijziging
Rekening 2013
• gebruikersdeel
2.908
3.068
3.148
• eigenarendeel
11.056
11.426
11.659
424
407
421
Baten Onroerendzaakbelasting:
Hondenbelasting Precariobelasting
183
154
768
99.148
93.531
95.240
Saldo financieringsfunctie
5.555
6.110
6.770
Overige algemene dekkingsmiddelen
4.995
211
2.094
124.269
114.906
120.099
375
486
486
Evides
1.102
600
983
ONS
3.549
-
-
Algemene uitkering gemeentefonds
Dividend uitkeringen: BNG
Irado Eneco
Totaal baten
610
820
820
1.054
1.204
1.204
6.690
3.110
3.494
130.959
118.016
123.593
813
1.193
6.927
130.146
116.824
116.665
Lasten Onvoorziene uitgaven Saldo
PROGRAMMAREKENING
153
Overzicht werkelijke incidentele lasten en baten Het provinciaal toezicht kan repressief of preventief zijn. Bij preventief toezicht dienen de begroting en begrotingswijzigingen eerst door Gedeputeerde Staten te worden goedgekeurd, voordat tot uitvoering kan worden overgegaan. Om voor repressief toezicht in aanmerking te komen dient de begroting materieel in evenwicht te zijn. Dat geldt ook voor de jaarrekening. Er is sprake van materieel evenwicht indien op basis van het bestaande beleid en het aanvaarde vastgestelde nieuwe beleid, de structurele lasten tenminste worden gedekt door structurele baten; de incidentele lasten mogen worden gedekt door incidentele baten. Om te kunnen vaststellen of dit het geval is, dient het overzicht van incidentele lasten en baten te worden opgenomen in zowel de begroting als de jaarrekening. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de richtlijnen voor de incidentele lasten en baten die zijn opgenomen in de notitie van de commissie BBV van januari 2012. Het saldo van de incidentele lasten en baten in 2013 bedraagt € 12,3 miljoen. Dit saldo bestaat uit meer incidentele lasten dan incidentele baten. Geconcludeerd kan worden dat de jaarrekening 2013 in evenwicht is. Zie onderstaande tabel. Meerjaren overzicht incidentele baten en lasten INCIDENTELE LASTEN Omschrijving (Bedragen x € 1.000)
INCIDENTELE BATEN Begroot
Rekening
Omschrijving
Begroot
Rekening
Gemeente Nieuwe Stijl
200
84
Geen verkiezingen in 2013
110
4
Masterplan Dienstverlening, verrekening met bestemmingsreserve
389
406
80
53
832
313
Nagekomen bijdrage stadsregio 2012 bushaltes
-
110
1040
464
Ontvangen vergoedingen voor kosten 2012 voor project Woonrijp maken Kwartet
-
214
5.438
5.513
5.438
5.513
897
839
Tijdelijke sluiting van Zwembad Zuid heeft geleid tot minder inkomsten
339
205
-
911
Extra inkomsten door verhuur van schoollokalen voor buitenschoolse opvang en dagopvang
-
121
60
536
Vaststellingsovereenkomst btw participatiebudget leidt tot incidenteel voordeel
-
967
Programma Bestuur en dienstverlening
ISV3-projecten Programma Ruimtelijke ontwikkeling Vertraging ISV3-projecten, zoals Beatrixpark, Stepping Stones, en Wijkplan West Verkeersregelinstallaties, uitgaven worden gedekt door onttrekking aan bestemmingsreserve Programma Sociale infrastructuur Onderwijsachterstandenbeleid (Brede School, Peuterspeelzaalwerk, Schakelklassen) Tijdelijke sluiting van Zwembad Zuid heeft geleid tot lagere energielasten en reguliere onderhoudskosten Ophoging voorziening belastingclaim leaseauto's Onderschrijding budgetten tijdelijke onderwijshuisvesting, gestort in bestemmingsreserve
154
Onderwijsachterstandenbeleid, rijksbijdrage
Omschrijving (vervolg) Lagere uitgaven ROG-plus en structurering sociaal domein. Te storten in bestemmingsreserve
Afschrijvingsrestant boekwaarde diverse scholen i.v.m. nieuwbouw
Begroot 700
Rekening
Omschrijving
1.511 Hogere inkomsten Inkomensvoorziening, waarvan € 4,2 miljoen is gestort in bestemmingsreserve Inkomensvoorziening, € 1,2 miljoen in bestemmingsreserve Tijdelijke uitbreiding W&I/BGS cf Berap 2013
-
944
Lagere uitgaven participatiebudget o.a door vertraging in het opzetten van een Talentontwikkelplein. Daarom is de onderbesteding gestort in de reserve Participatiewet voor toekomstige uitgaven.
368
127
Hogere opbrengsten vanuit erfpachtcanons en gronduitgifte Nieuwe Waterwegstraat en kavels Barketijn
18
1.323
-
10
407
101
367
228
ISV-3 Natuur en groen, Milieu
662
22
Bijdrage Hoogheemraadschap van Delfland inzake gemaal Bijdorp 20092013
Budget voor Wet Uitbreiding Bijzondere Maatregelen Grootschalige Problematiek
350
94
Bodemsanering, gestort in bestemmingsreserve
Uitgaven restzettingen Sveaparken. Wordt gecompenseerd door onttrekking aan bestemmingsreserve
175
80
Bodemsanering, verrekening met bestemmingsreserve
247
247
ISV3 bodemsanering, verrekening met bestemmingsreserve
150
120
Particuliere woningverbetering, overbesteding gedekt vanuit bestemmingsreserve
953
999
Begroot
Rekening
5.787
6.347
3.100
3.100
-
685
70
1.526
Programma Stadseconomie ISV3-projecten Wijkeconomie werden niet volledig gerealiseerd Hogere lasten door incidentele verkopen van erfpachtgronden Filmhuis, onderschrijding te storten in bestemmingsreserve
Restwerken grondexploitatie, verrekening met bestemmingsresrve
Incidentele verkopen van erfpachtgronden
784
Als gevolg van de beeindiging van de stadsregio is de Omslagverordening ingetrokken. De voorziening omslagbijdrage wordt opgeheven en valt vrij
Programma Veiligheid Eenmalige extra Rijksbijdrage voor Steunpunt Huiselijk Geweld. Hierdoor zijn de lasten eenmalig lager Programma Woonmilieu -
210
58
58
PROGRAMMAREKENING
155
INCIDENTELE LASTEN Omschrijving (vervolg)
INCIDENTELE BATEN Begroot
Rekening
Omschrijving
Begroot
Rekening
Ophogen van de pensioenvoorziening wethouders
-
559
Restitutie btw-compensatiefonds
-
371
Herrekening van afgedragen (omzet) belasting van oude jaren
-
279
De voorziening BCF voldoet niet meer aan de BBV voorschriften en is vrijgevallen
-
577
Ophoging van de voorziening dubieuze debiteuren door herziening debiteurenportefeuille
-
5.236
Op grond van de samenwerkingsovereenkomst warmwatertransportleiding kan in 2013 en 2014 precariobelasting voor werkterreinen geheven worden.
-
614
32
10
Herrekening van afgedragen (omzet) belasting van oude jaren
-
567
11.692
18.869
Programma Financien
Uitgaven control, processen op scherp. Wordt gecompenseerd door onttrekking aan bestemmingsreserve ISV3 Frictiekosten organisatiewijzigingen Gemeente Nieuwe Stijl, verrekening met bestemmingsreserve
536
536
1.950
1.746
200
84
Programma Wijkontwikkeling Wijkactieprogramma's
189
189
16.543
24.103
5.002
3.006
Mutaties algemene reserve
4.226
3.918
Mutaties bestemmingsreserves
13.811
16.929
Mutaties bestemmingsreserves
8.742
8.935
Totaal incidentele lasten reserve
18.813
19.935
Totaal incidentele baten reserves
12.967
12.854
Saldo incidentele lasten
35.356
44.038
Saldo incidentele baten
24.659
31.723
Totaal incidentele lasten programma Mutaties reserves Mutaties algemene reserve
Totaal incidentele baten programma Mutaties reserves
Toelichting Toevoegingen aan en onttrekkingen uit de reserves worden als incidenteel beschouwd, tenzij het gaat om reguliere onttrekkingen aan financieringsreserves c.q. dekkingsreserves (kapitaallasten) of om onttrekkingen uit een daartoe toereikende (bestemmings)reserve gedurende een periode van minimaal 3 jaar met als doel het dekken van structurele lasten.
156
Verschil tussen de gewijzigde begroting 2013 en de realisatie 2013 Programma (Bedragen x € 1.000)
Begroting na wijziging 2013 Lasten
Baten
Saldo
Rekening 2013 Lasten
Baten
Verschil Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Resultaat voor bestemming 1. Bestuur en dienstverlening
14.151
1.517
-12.634
15.108
1.353
-13.754
-957
-164
-1.121
2. Ruimtelijke ontwikkeling
23.682
4.431
-19.251
22.987
4.842
-18.145
695
411
1.106
131.214
83.735
-47.479
134.260
86.494
-47.766
-3.046
2.759
-287
39.218
34.420
-4.798
42.551
40.615
-1.936
-3.333
6.195
2.862
3. Sociale infrastructuur 4. Stadseconomie 5. Veiligheid
10.412
141
-10.270
10.232
179
-10.053
180
37
217
6. Woonmilieu
33.519
23.023
-10.496
31.239
22.828
-8.411
2.281
-195
2.085
7.095
122.159
115.064
13.736
132.063
118.326
-6.641
9.903
3.262
2.840
50
-2.790
2.770
28
-2.742
70
-22
48
262.131
269.477
7.345
272.883
288.401
15.518
-10.752
18.924
8.173
7. Financiën 8. Wijkontwikkeling Resultaat voor bestemming Overzicht resultaatbestemming (mutatie in reserves)
802
1.092
290
829
904
75
-27
-189
-216
2. Ruimtelijke ontwikkeling
1. Bestuur en dienstverlening
2.024
2.252
227
3.726
3.129
-597
-1.702
878
-824
3. Sociale infrastructuur
9.977
2.668
-7.309
11.791
5.454
-6.337
-1.815
2.786
972
247
1.041
794
1.556
896
-661
-1.309
-146
-1.455
0
837
837
0
837
837
0
0
0
4. Stadseconomie 5. Veiligheid 6. Woonmilieu 7. Financiën 8. Wijkontwikkeling Resultaatbestemming
590
1.402
812
8.824
7.259
-1.564
-8.234
5.858
-2.376
7.200
6.285
-915
8.764
7.556
-1.209
-1.564
1.271
-294
0
360
360
81
271
190
-81
-90
-170
20.840
15.937
-4.903
35.571
26.305
-9.266
-14.732
10.368
-4.363
-1.336
Overzicht resultaat na bestemming 1. Bestuur en dienstverlening
14.953
2.609
-12.343
15.937
2.257
-13.680
-984
-353
2. Ruimtelijke ontwikkeling
25.706
6.682
-19.024
26.714
7.971
-18.742
-1.007
1.289
282
141.191
86.403
-54.788
146.051
91.948
-54.103
-4.860
5.545
685
4. Stadseconomie
39.465
35.461
-4.004
44.107
41.510
-2.597
-4.642
6.049
1.407
5. Veiligheid
10.412
978
-9.433
10.232
1.016
-9.216
180
37
217
3. Sociale infrastructuur
6. Woonmilieu
34.109
24.424
-9.684
40.062
30.087
-9.975
-5.953
5.663
-291
7. Financiën
14.296
128.445
114.149
22.501
139.618
117.117
-8.205
11.174
2.969
2.840
410
-2.430
2.851
299
-2.552
-11
-112
-123
282.971
285.413
2.442
308.454
314.706
6.252
-25.483
29.293
3.809
8. Wijkontwikkeling Resultaat na bestemming
PROGRAMMAREKENING
157
Analyse afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de realisatie Op grond van artikel 28, lid a van het Besluit Begroting en Verantwoording dient bij de programmarekening een toelichting te worden opgenomen, die een analyse geeft van de afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de programmarekening. In het jaarverslag is deze analyse per programma reeds opgenomen. In de jaarrekening wordt daarom volstaan met een verwijzing naar de programmaverantwoording in het jaarverslag. De raad stelt met de vaststelling van het controleprotocol beleid en regels vast inzake begrotingsafwijkingen met betrekking tot de vraag in hoeverre de accountant deze moet meewegen in zijn oordeel. Namelijk: 1. Kostenoverschrijdingen die geheel of gedeeltelijk worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten, bijvoorbeeld via subsidies of kostendekkende omzet weegt de accountant niet mee als onrechtmatigheid. 2. Kostenoverschrijdingen bij open einde (subsidie) regelingen. Vaak blijkt vanwege dit open karakter in het kader van het opmaken van de jaarrekening een (niet eerder geconstateerde) overschrijding. Deze overschrijdingen weegt de accountant niet mee als onrechtmatigheid. 3. Begrotingsoverschrijdingen als gevolg van verschuivingen van budgetten tussen jaarschijven voor grondexploitaties weegt de accountant niet mee als onrechtmatigheid. 4. Begrotingsoverschrijdingen als gevolg van realisatie van in de jaarlijks door de gemeenteraad vast te stellen grondexploitaties benoemde risico’s weegt de accountant niet mee als onrechtmatigheid. Uiteraard wordt de gemeenteraad wel geïnformeerd over het zich daadwerkelijk voordoen van deze risico’s. 5. Begrotingsafwijkingen die passen binnen het beleid van de raad betrekt de accountant niet bij zijn beslissing of al dan niet een goedkeurende verklaring kan worden afgegeven. 6. Kostenonderschrijdingen op de kapitaallasten worden niet als begrotingsonrechtmatigheid beschouwd. In de analyse van de afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de programmarekening is een kolom opgenomen met de reden van de afwijking. Het getal in die kolom refereert aan de bovenstaande zes punten. Uit deze toelichting per begrotingsafwijking blijkt dat deze niet strijdig zijn met het budgetrecht en daarom niet door de accountant als onrechtmatig worden beschouwd.
158
Wet Normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) Wet Normering Topinkomens (WNT) Op 15 november 2012 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector, kortweg Wet Normering Topinkomens (WNT) gepubliceerd. Met deze wet worden per 1 januari 2013 beperkingen gesteld aan de bezoldiging van topfunctionarissen in deze sectoren. De wet is het gevolg van de Balkenendenorm, en een vervolg op de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt), die is ingetrokken. De WNT verbiedt, dat bestuurders in de (semi)publieke sector meer verdienen dan 130 procent van het ministerssalaris. Deze grens (de zogenoemde WNT-norm) bedraagt in 2013 € 228.599 en is opgebouwd uit salaris (€ 187.340), onkostenvergoeding (€ 8.069) en pensioenbijdrage wergever (€ 33.190). Voor medewerkers (bijvoorbeeld niet-bestuurders) geldt geen verbod, maar instanties zijn wel verplicht deze salarissen openbaar te maken. Daarnaast stelt de wet, dat zittende bestuurders (2013) nog maximaal vier jaar hun huidige salaris kunnen behouden, daarna gaat het salaris in drie jaar stapsgewijs omlaag naar de WNT-norm. De wet regelt ook een maximering van een gouden handdruk. Onderstaand wordt de betreffende wettelijk vereiste informatie van de gemeente Schiedam gepresenteerd.
Beeindigingsuikeringen
Jaar Beeindiging
1,11 ft
93.746
7.541
2.811
16.162
0
0
120.261
Ginkel van JC
Gem.Secr/ Algemeen Directeur
01-01-2013 t/m 31-12-2013
1 ft
120.691
8.734
0,00
22002
0
0
151.427
Functie
Naam
Totaal
Belastbare kosten -vergoedingen
01-01-2013 t/m 31-12-2013
Motivering
Door werkgever betaald SV-premies
Griffier
Voorzieningen betaalbaar op termijn
Beloning
Gordijn.J
Duur dienstverband
Omvang dienstverband
Topfunctionarissen
Vergoeding bij beëindiging dienstverband Functie
Soort beeindigingsuitkering
Ineens of in termijnen
Bedrag
Motivering
Loopbaan en Mobiliteitsadviseur
Ontslagvergoeding
ineens
€ 80.000
Eenmalige ontslaguitkering
Programmmamanager
Stimuleringspremie
ineens
€ 80.256
Stimuleringspremie
Beleidsadviseur
Mediationovereenkomst
Ineens
€ 92.000
Als compensatie voor gederfde inkomsten
Directeur
Ontslagvergoeding
ineens
€ 200.000
Wegens gederfde inkomsten. Ziet af van het aanvragen van WW-uitkering
PROGRAMMAREKENING
159
Mutaties onvoorzien Jaarlijks wordt in de begroting een bedrag voor onvoorzien geraamd. Met ingang van het begrotingsjaar 2013 is hiervoor een bedrag van € 0,7 miljoen geraamd (was € 0,9 miljoen). In 2013 is voor € 0,36 miljoen afgeraamd (d.w.z. gebruikt als dekking voor een functioneel verantwoorde last), zoals in onderstaand overzicht is weergegeven. Omschrijving (bedragen x € 1.000)
Raadsbesluit
Mutatie
Geraamd 2013 (primaire begroting)
Saldo 700
Programma Sociale infrastructuur Plan van aanpak herstel bedrijfsvoering BGS
VR 69/2013
-100
(zie tweede Technische Aanpassing 2013) -100 Programma Financiën Due dilligence onderzoek BGS
VR 31/2013
-70
Integriteitsonderzoeken
B&W 18-12-2013
-50
Wettelijke taken vergunningsverlening project A4
B&W 18-12-2013
-140 -260
Het totale saldo onvoorzien is in 2013 afgeraamd met Saldo onvoorzien per 31 december 2013
160
-360 340
Jaarrekening V Balans en toelichting
Balans en grondslagen Toelichting op de balans Toelichting bij de staat van reserves en voorzieningen Borg- en garantstellingen Overzicht actieve en inactieve bouwgrondexploitaties
PROGRAMMAREKENING
161
Balans ACTIVA (bedragen x € 1.000) VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa • Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen • Kosten van onderzoek en ontwikkeling Materiële vaste activa • Investeringen economisch nut • gronden uitgegeven in erfpacht • overige investeringen econ.nut • Investeringen openbare ruimte met een maatschappelijk nut Financiële vaste activa • Kapitaalverstrekkingen aan: • deelnemingen • Leningen aan: • woningbouwcorporaties • deelnemingen • overige verbonden partijen • Overige langlopende leningen u/g • Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd > 1 jaar • Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal vaste activa
12
24 24
473.549 289.075 158.536 25.939
459.391 289.412 150.918 19.060
71.335
72.654
17.660
18.238
30.591 17.069 5.882 132
31.288 17.239 5.742 148
5.584 10.357 40
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar • Vorderingen op openbare lichamen • Rekening courant verhoudingen niet-financiële instellingen • Overige vorderingen
13.586 9.903 14.826
Overlopende activa
Ultimo 2012
12
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden • Grond- en hulpstoffen • niet in exploitatie genomen bouwgronden • overige grond en hulpstoffen • Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie • Overigen
Liquide middelen • Kassaldi • Bank- en girosaldi
162
Ultimo 2013
544.897
532.069
15.981
13.926 5.298 8.594 33
38.315
31.155 13.382 0 17.773
8.905 12 8.892
358 21 337
5.366
3.407
Totaal vlottende activa
68.567
48.845
TOTAAL-GENERAAL
613.464
580.915
PASSIVA (bedragen x € 1.000) VASTE PASSIVA Eigen vermogen • Algemene reserve • Risicoreserve • Bestemmingsreserve • Resultaat na bestemming Voorzieningen • Voorziening voor verplichtingen, verliezen en risico’s • Door derden beklemde middelen met specifieke aanwendingsrichting • Arbeidsgerelateerde kosten Vaste schulden met een rentetypische looptijd >1 jaar • Onderhandse leningen van: • binnenlandse banken en overige financiële instellingen • overige binnenlandse sectoren • Waarborgsommen • Vooruitontvangen erfpachtsommen
Ultimo 2013 112.146 18.347 21.641*
Overlopende passiva • Van overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel • Overige overlopende passiva
Totaal vlottende passiva TOTAAL-GENERAAL
96.628 10.645 0 73.068 12.914
65.906 6.252 12.946 5.645 2.600 4.702
15.663 7.664 3.738 4.261
425.446 282.988 0 62 142.397**
Totaal vaste passiva VLOTTENDE PASSIVA Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar • Kasgeldleningen • Bank- en girosaldi • Overige schulden
Ultimo 2012
416.835 269.454 0 83 147.298**
550.538
529.126
42.410 22.600 6.202 13.608
28.265 0 17.768 10.497
20.515
23.523
4.003
5.496
16.513
18.027
62.925
51.789
613.464
580.915
* In de begroting 2013 is de algemene reserve gesplitst in een algemene reserve en een risicoreserve. De presentatie in de balans 2013 is hierop aangepast. ** De commissie BBV heeft de aanbeveling gedaan om bedragen die worden ontvangen in verband met de afkoop van voortdurende erfpacht onder de vaste schulden op de balans op te nemen. De presentatie van de balans 2012 is op dit punt ook aangepast en wijkt daarom af van jaarrekening 2012. Niet uit balans blijkende verplichtingen 1. Gewaarborgde geldleningen (zie de paragraaf Verbonden partijen) 2. Lease- en huurcontracten grafische apparatuur 3. Claim bouw Fokkerstraat 4. Mogelijke claim verantwoording btw-compensatiefonds
431.765 435 350 800
386.129 691 0 0
PROGRAMMAREKENING
163
Toelichting op de balans De balans omvat de afzonderlijke administraties van: • Gemeente Schiedam • Berkenrode Groep Schiedam De bedragen in de toelichting op de balans zijn afgerond op € 1.000. 1. Waarderingsgrondslagen ACTIVA Vaste activa Voorzover niet anders vermeld, zijn de activa gewaardeerd op nominale waarde, respectievelijk tegen verkrijging- of vervaardigingprijs. De verkrijgingprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en overige kosten (onder andere toegerekende uren van het ingenieursbureau), welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. Wanneer sprake is van een duurzame waardevermindering, wordt het actief afgewaardeerd tot de lagere waarde. Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgingprijs verminderd met de afschrijvingen. De gehanteerde afschrijvingssystematiek wordt verderop in deze tekst toegelicht onder het kopje ‘Resultaatbepaling’. Materiële vaste activa De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgingof vervaardigingprijs verminderd met afschrijvingen en bijdragen van derden (voor zover er een directe relatie bestaat met het actief) en beschikkingen over reserves (voor zover het investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut betreft). Voor de in erfpacht uitgegeven gronden geldt, dat deze zijn gewaardeerd op aanschafwaarde. Er vindt geen herwaardering plaats. Indien erfpacht wordt afgekocht, wordt de opbrengst hiervan in mindering gebracht op de aanschafwaarde. De investeringen in activa in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut zijn geactiveerd en afgeschreven op basis van het gestelde in de nota Investeren, waarderen en afschrijven dan wel op basis van afzonderlijke raadsbesluiten. Als hoofdlijn wordt daarbij - op grond van artikel 64 lid 4 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) - de vol-
164
gende gedragslijn gehanteerd: • op materiële vaste activa met een maatschappelijk nut wordt stelselmatig afgeschreven op basis van levensduur; • op materiële vaste active met een maatschappelijk nut mag daarenboven resultaatafhankelijk extra worden afgeschreven. Financiële vaste activa Onder financiële vaste activa worden niet alleen verstaan de aandelen welke de gemeente Schiedam in haar bezit heeft uit hoofde van van kapitaalverstrekking, maar ook leningen, vorderingen en bijdragen in activa in eigendom van derden. Uitzettingen met een oorspronkelijke looptijd van langer dan één jaar worden gedurende de gehele looptijd onder de financiële vaste activa opgenomen. Uitzettingen met een looptijd korter dan één jaar worden opgenomen onder de vlottende activa. Kapitaalverstrekkingen, leningen, overige langlopende leningen en overige uitzettingen (deelnemingen) worden gewaardeerd tegen verkrijgingprijs, respectievelijk nominale waarde, onder aftrek van eventuele aflossingen en zonodig onder aftrek van een voorziening voor oninbare bedragen. De bijdragen in activa in eigendom van derden worden gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdrage verminderd met afschrijvingen.
Vlottende activa Voorraden De bouwgronden worden gewaardeerd tegen verkrijgingprijs, vermeerderd met bijkomende kosten (onder andere bouwrijp maken) en rente over de geïnvesteerde bedragen, verminderd met opbrengsten en bijdragen van derden. Bij de waardering van het onderhanden werk, zijnde gronden in exploitatie, wordt rekening gehouden met voorzienbare toekomstige verliezen. Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) worden gewaardeerd door de marktwaarde op basis van taxatie te bepalen en hierop de historische kostprijs in mindering te brengen. Indien de raad een andere bestemming voor een NIEGG vaststelt, wordt de waarde bepaald op basis van een nieuwe taxatie minus de historische kostprijs. Overige voorraden worden gewaardeerd tegen verkrijgingprijs dan wel lagere marktwaarde. Vorderingen De vorderingen op debiteuren worden gewaardeerd op de nominale waarde. Voor oninbaarheid wordt een voorziening dubieuze debiteuren gevormd, die jaarlijks bij de jaarrekening wordt bijgesteld. De voorziening dubieuze debiteuren wordt
in mindering gebracht op de totale waarde van de debiteuren. Wanneer een vordering oninbaar blijkt, wordt de vordering oninbaar verklaard en afgeboekt van de voorziening. In 2013 is de wijze, waarop de hoogte van de voorziening voor dubieuze debiteuren wordt bepaald, gewijzigd. Daarbij zijn de oude openstaande vorderingen tot en met 2011 en de vorderingen vanaf 2011 van debiteuren, die zijn vertrokken onbekend waarheen (VOW) of failliet zijn verklaard, voor 100% voorzien. Voor de openstaande vorderingen over 2012 en 2013 wordt een percentage van 2% over het totale nominale bedrag voorzien. Daarbij vindt voor vorderingen boven de € 10.000 een individuele toets op inbaarheid plaats. Wanneer een vordering die is voorzien toch word betaald, wordt de voorziening ten gunste van het begrotingsresultaat (deels) afgeboekt. Van de debiteuren sociale zaken wordt 81% voorzien. Dit percentage is gebaseerd op het historisch betaalgedrag van deze debiteuren. PASSIVA Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserves, de risicoreserve, de bestemmingreserves en het resultaat na bestemming volgend uit de jaarrekening. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd ter afdekking van: Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs is in te schatten. Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten. Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren. Verkregen middelen die door derden beschikbaar zijn gesteld aan de gemeente, en dienen te worden besteed aan specifieke doelen. De van de EU, Rijk en Provincie ontvangen uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel worden verantwoord als vooruitontvangen middelen (vlottende passiva). In de toelichting op de balans is onder de vlottende passiva, op basis van artikel 52a BBV, een overzicht opgenomen waarin het verloop van deze uitkeringen is weergegeven.
Vaste schulden met een rentetypische looptijd ≥ één jaar De vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met aflossingen. Vlottende passiva De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Resultaatbepaling Algemeen De baten en lasten worden bepaald met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde grondslagen voor waardering en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. Verliezen worden in aanmerking genomen in het jaar waarin deze voorzienbaar zijn. Materiële vaste activa De afschrijvingen op materiële vaste activa geschieden lineair op basis van de verwachte levensduur. De afschrijvingsperiode vangt aan op 1 januari volgend op het jaar van ingebruikname. De volgende afschrijvingstermijnen worden gehanteerd conform de richtlijnen vastgelegd in de nota Investeren, waarderen en afschrijven in de openbare raadsvergadering van 17 januari 2011. Omschrijving
Afschrijvingstermijn
IVA Kosten van agio de disagio
4
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen
niet activeren
Kosten van onderzoek en ontwikkeling
4
MVA Begraafplaatsen: aanleg en uitbreiding
40
Bodemsanering
20
Grond in erfpacht
75
Gronden en terreinen
niet afschrijven
Grondkosten
75
Woonwagenlocaties: aanleg
20
Woonruimten: aankoop, renovatie en restauratie
25
Woonruimten: nieuwbouw
40
Woonruimten: tijdelijk/nood
10
PROGRAMMAREKENING
165
Omschrijving
Afschrijvingstermijn
Woonwagens
15
Riolering, aangelegd ten noorden van de A20
30
Bedrijfsgebouwen: nieuwbouw
40
Riolering, aangelegd ten zuiden van de A20
48
Bedrijfsgebouwen: nieuwbouw BGS
30
Sluis- en tunnelcomplexen
40
40
Speelgelegenheden (kleiner): aanleg
Bedrijfsgebouwen: oudbouw BGS Bedrijfsgebouwen: kassen en semi permanent BGS Bedrijfsgebouwen: BGS arbeidsintegratie
3
Afschrijvingstermijn
5
Speelterrein onderwijs: ophogen
5
Speelterrein: aanleg verharding
10
Spoorwegen (banen, emplacement, kunstwerken)
50
Bedrijfsgebouwen: tijdelijk/nood
10
Sportvelden: aanleg
20
Bedrijfsgebouwen: semi permanent
20
Sportvelden: drainage
25
Bedrijfsgebouwen: aankoop, renovatie en restauratie
25
Sportvelden: onderbouw kunstgras
30
Bedrijfsgebouwen: veiligheidsvoorzieningen
10
Sportvelden: toplaag (kunst) gras
10
Gymnastieklokalen
25
Sportvelden c.q. volkstuinen: verbetering
10
Monumenten: restauratie
25
Straten en pleinen: algehele reconstructie
20
Onderwijsgebouwen: nieuwbouw
40
Straten en pleinen: aanleg
30
Onderwijsgebouwen: noodlokalen/noodgebouwen
10
Straten en pleinen (doorgaand): aanleg
25
Onderwijsgebouwen: renovatie
20
Terreinen en wijken: op peil brengen
20
Sporthallen
25
Terreinvoorzieningen
15
Verbeteringen incidenteel
10
Terreinvoorzieningen BGS
20
Verbouwingen klein
10
Terreinwerken (tijdelijk): aanleg
10
Welzijnsaccommodaties
40
Trambaan
30
Zwembaden: aanleg
25
Tunnels: aanleg
40
Zwembaden: renovatie
25
Viaducten: aanleg
40
Bruggen
40
Volkstuinen: aanleg
20
Bruggen: herstel
20
Busbanen
20
Fietspaden: aanleg
20
Grasmatten: herstel e.d.
5
Gravellagen e.d.
10
Groenvoorzieningen en speelplaatsen: aanleg
20
Groenvoorzieningen en speelplaatsen: ophogen Groenvoorzieningen en speelplaatsen: verbetering/herstel
5 5/10
Havens, haventerreinen en kades
25
Kademuren (incl vernieuwing)
40
Kunstwerken te water (hout)
30
Kunstwerken te water (staal/beton)
40
Milieuvoorzieningen (wijkverbeteringen)
20
Oevervoorzieningen
40
Openbare verlichting armaturen
15
Openbare verlichting masten
30
Parkeerterreinen
30
Parkeerterreinen: tijdelijk Parken en grote speelgelegenheden: aanleg
166
10/20
Omschrijving
5 20
Aanhangwagens
5
Auto
5
Automateriaal zwaar
10
Motorvoertuigen licht
5
Schuiten
5
Transportmiddelen BGS Transportmiddelen zwaar Brandbeveiliging onderwijs
4/5/10 5 5
Centrale verwarming: aanleg en vernieuwing
15
Communicatieapparatuur
10
Hardware (o.a. p.c.'s, servers en netwerkhardware) Installaties BGS Installaties BGS arbeidsintegratie
5 10/20 3
Installaties: duurzame inrichting
20
Installaties (technisch) in bedrijfsgebouwen
15
Machines, motoren
10
Machines BGS
3/4/5/7
Machines DSR
15
Parkeermeters
10
Telefooninstallaties
5
Omschrijving
Afschrijvingstermijn
Verkeersregelinstallaties
10
Abri's
10
Bebording
10
Bekabeling t.b.v. data of communicatie
10
Containers Inventarissen BGS Inventarissen BGS arbeidsintegratie
10 4/5/7/10 3
Kantoorinrichting, inventaris, meubilair
10
Leermiddelen
10
Museumverzameling (voor zover bestemd voor verkoop)
75
Muziekinstrumenten
10
Olieopslagtanks
10
Onderwijs: leermiddelen Onderwijs: inrichting Radio- en tv-toestellen
3 20 5
FVA Bijdrage aan activa in eigendom van derden
afhankelijk van type activum
Geldleningen aan woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden partijen
looptijd lening
Geldleningen: overig langlopend
looptijd lening
Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen, gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen
-
Uitzettingen (overig) met een rentetypische looptijd van één jaar of langer
looptijd lening
Verder zijn onderstaande specifieke regels van toepassing, conform de financiële verordening: Op gronden en terreinen wordt niet afgeschreven. Extra afschrijving is toegestaan op investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut. Ten aanzien van afwijkingen op de hierboven genoemde afschrijftermijnen geldt daarnaast dat het college deze afwijkingen vaststelt met inachtneming van: a. het Besluit Begroting & Verantwoording; b. relevante notitie’s en beantwoording op vragen aan de commissie BBV; c. vorenstaande afschrijftermijnen; d. reeds vastgestelde afwijkende afschrijftermijnen. Riolering Voor rioleringswerken een afschrijvingstermijn van 30 jaar ten Noorden van de A20 en 48 jaar ten zuiden van de A20. Immateriële vaste activa Immateriële vaste activa worden als volgt afgeschreven: De kosten voor het sluiten van geldleningen worden niet geactiveerd, maar komen rechtstreeks ten laste van de exploitatie. Overige immateriële vaste activa: deze volgen de afschrijvingsduur van de respectievelijke materiële vaste activa waarvoor het onderzoek is uitgevoerd.
PROGRAMMAREKENING
167
2. Toelichting per balanspost ACTIVA Vaste activa Immateriële vaste activa De immateriele vaste activa bestaat uit de volgende onderdelen: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief (BGS)
12
24
Totaal
12
24
Verloop van de boekwaarde van de immateriële vaste activa: Boekwaarde 31.12.2012
Investeringen
Desinvestering
Afschrijvingen
Bijdragen van derden
Boekwaarde 31.12.2013
Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een nieuwbouw huisvesting
24
12
12
Totaal
24
12
12
Materiële vaste activa De materiele vaste activa bestaat uit de volgende onderdelen: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
In erfpacht uitgegeven gronden
289.075
289.412
Overige investeringen met een economisch nut
158.536
150.918*
25.939
19.061**
473.549
459.391
Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
11.969
10.922
107
118
105.989
97.874
29.825
30.287
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut Totaal
* De overige investeringen met een economisch nut zijn als volgt onderverdeeld: Gronden en terreinen Woonruimten Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Totaal
168
55
92
7.079
7.742
3.513
3.883
158.536
150.918
Verloop van de boekwaarde van de overige investeringen met een economisch nut: Boekwaarde 31.12.2012
Investeringen
Desinvestering/ correctie
Afschrijvingen
10.922
1.170
106
17
Gronden en terreinen* Woonruimten
118
Extra afschrijvingen
Bijdragen van derden
Boekwaarde 31.12.2013 11.969
11
107
Bedrijfsgebouwen
97.874
14.192
1.633
4.445
105.989
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
30.287
1.046
8
1.500
29.825
92
11
47
55
Machines, apparaten en installaties
Vervoermiddelen
7.742
508
87
1.084
7.079
Overige materiële vaste activa
3.883
23
64
329
3.513
150.918
16.949
1.898
7.434
Totaal
0
0
158.536
Belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen met economisch nut: Beschikbaar gesteld krediet
VR
Werkelijk besteed 2013
Cumulatief besteed t/m 2013
0
rek2013
577
577
Vervangende nieuwbouw de Taaltuin
3.140
VR119/2010
2.129
2.235
Vervangende nieuwbouw gymnastieklokaal de Taaltuin
1.225
VR119/2010
784
784
Vervangende nieuwbouw de Wieken
2.151
VR119/2010
1.511
1.511
Nieuwbouw Ababil
3.295
VR119/2010
1.789
1.789
Nieuwbouw OSG Schravelant
9.127
VR119/2010
5.387
9.256
522
VR17-2013
522
522
1.002
VR24/2011
890
890
Grond de Wachters
Uitbreiding Stedelijk Gymnasium Duurzaam bouwen OSG Schravelant
377
VR24/2011
377
377
Nieuwbouw RMPI school
Cradle to cradle OSG Schravelant
1.399
VR119/2010
589
1.409
Renovatie zwembad Zuid
650
begr2012
445
613
Rioleringswerken Heijermansplein/Faassenplein
840
VR96/2011
337
726
15.337
20.689
Totaal
27.090
** De overige investeringen met een maatschappelijk nut zijn als volgt onderverdeeld: Boekwaarde 31.12.2013 Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Overige materiële vaste activa Totaal
Boekwaarde 31.12.2012
59
95
25.728
18.962
152
3
25.939
19.061
PROGRAMMAREKENING
169
Verloop van de boekwaarde van de overige investeringen met een maatschappelijk nut: Boekwaarde 31.12.2012 Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
Desinvesteringen
Afschrijvingen
95
Extra afschrijvingen
Bijdragen van derden
Boekwaarde 31.12.2013
2.877
25.728
36
18.963
9.877
235
2
150
1
19.059
10.028
Overige materiële vaste activa Totaal
Investeringen
0
59
151
272
0
2.877
25.939
Belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen met maatschappelijk nut: Beschikbaar gesteld krediet
VR
Werkelijk besteed 2013
Cumulatief besteed t/m 2013
Asfalteren 's Gravelandseweg bocht Spykerstraat
1.469
begr2011
919
1.027
Vervangen klep Proveniersbrug
3.038
begr2012
3.043
3.466
Ontsluitingsweg Schieveste - kruispunt
2.900
VR87/2009
1.593
2.808
1.973
VR101/2006
347
565
Herstel kades Lange Haven
Fietspad Nieuwe Mathenesserstraat
18.810
begr2013
266
389
Herstructurering Mathenesse
4.000
VR87/2009
488
2.521
5.600
VR62/2011
Voorbereidingskrediet inpassing A4
37.790
1.406
4.019
8.062
14.795
Financiële vaste activa De financiële activa zijn als volgt onderverdeeld: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
Kapitaalverstrekkingen
17.660
18.238
Leningen
30.591
31.288
Overige langlopende leningen
17.069
17.239
5.882
5.742
Overige uitzettingen > 1 jaar Bijdragen in activa van derden Totaal
132
148
71.335
72.654
Verloop van de financiële activa: Boekwaarde 31.12.2012
Investeringen
desinvestering
Aflossingen
Boekwaarde 31.12.2013
-450
1.028
17.660
Kapitaalverstrekkingen aan: • deelnemingen*
18.238
Leningen aan: • woningbouwcorporaties
31.288
697
30.591
Overige langlopende leningen
17.239
170
17.069
Overige uitzettingen > 1 jaar Bijdragen in activa van derden Totaal
5.742
143
4
143
-446
148 72.654
5.882 15
132
1.909
71.335
* De deelnemingen aan de VOF Toernooiveld en de Distilleerdersbuurt BV zijn beëindigd. De eerder opgenomen voorziening Toernooiveld (€ 450) is hiervoor aangewend en daardoor opgeheven. Zie de paragraaf Verbonden Partijen voor nadere informatie.
170
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
5.584
5.298
10.357
8.594
Grond- en hulpstoffen: • niet in exploitatie genomen bouwgronden Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie Overigen Totaal
40
33
15.981
13.926
De gronden in exploitatie hebben per 31 december 2013 een boekwaarde van € 34.708. Voor de afdekking van de risico’s in de actieve grondexploitaties is een voorziening gevormd van € 24.351. Voor nadere informatie, waaronder het verloop van de waardering, is het overzicht van actieve en inactieve bouwgrondexploitaties opgenomen. Uitzettingen korter dan 1 jaar De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van kleiner dan 1 jaar kunnen als volgt gespecificeerd worden: Boekwaarde 31.12.2013
Voorzieningen
Balanswaarde 31.12.2013
Balanswaarde 31.12.2012
13.586
0
13.586
13.382
9.903
n.v.t.
9.903
0*
Overige vorderingen
29.813
14.986
14.826
17.773**
Totaal
53.301
14.986
38.315
31.155
Vorderingen op openbare lichamen Rekening courant verhoudingen niet-financiële instellingen
* Deze post is nieuw in 2013 als gevolg van het verplichte schatkistbankieren. Het vermelde boekwaarde betreft het saldo van Schiedam op de tegenrekening bij het ministerie van Financiën per 31 december 2013. ** Voor de afdekking van de risico’s van uitzettingen korter dan 1 jaar zijn de volgende voorzieningen getroffen: voor het afschrijven van dubieuze debiteuren (€ 8.243), voor 40 % vordering clienten (€ 6.282) en voor kinderopvang (€ 461)
Effecten Er worden geen effecten aangehouden uit beleggingsoogpunt. Liquide middelen Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten: Kassaldi Banksaldi Girosaldi Totaal
Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
12
21
8.679
106
213
231
8.905
358
Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
Overlopende activa De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden: Vooruitbetaalde bedragen
1.149
320
Nog te ontvangen bedragen
3.869
2.489
Overige overlopende activa
347
470
0
119*
5.366
3.407
Vooruitbetaalde bedragen: beklemde middelen EU, Rijk en provincie Totaal
* Specificatie en verloop van de vooruitbetaalde bedragen; beklemde middelen EU, rijk en provincie in 2013. (zie volgende bladzijde)
PROGRAMMAREKENING
171
Saldo 31.12.2012
Besteding
Vrijval
Ontvangen bedragen
Saldo 31.12.2013
Vooruitbetaald DRIS stadsregio*
119
119
0
Totaal
119
119
0
* Hiermee is deze post afgerond.
PASSIVA Vaste passiva Eigen vermogen Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
18.347
10.645
Algemene reserve Risicoreserve
21.641
0*
Bestemmingsreserves
65.906
73.068
6.252
12.914
112.146
96.628
Resultaat na bestemming Totaal
* In de begroting 2013 is de algemene reserve gesplitst in een algemene reserve en een risicoreserve. De presentatie in de balans 2013 is hierop aangepast door de risicoreserve separaat te presenteren. De bestemmingsreserves zijn hiermee verlaagd.
Het verloop in 2013 wordt in onderstaand overzicht per algemene reserve weergegeven.
Algemene reserve Algemene reserve BGS Risico reserve Totaal
Saldo 31.12.2012
Toevoeging
Onttrekking
mutatie risicoreserve
Bestemming resultaat vorig jaar
9.745
4.006
3.399
3.234
4.380
900
Vermindering ter dekking van afschrijving
Saldo 31.12.2013 17.966
519
381
0
25.480
605
(3.234)
10.645
29.486
4.524
0
21.641* 4.380
0
39.988
* In het besluit over de begroting 2013 is opgenomen om in 2012 een risicoreserve te vormen gebaseerd op het financiële risicoprofiel. De presentatie in de balans 2013 is hierop aangepast. De mutatie in de kolom ‘toevoeging’ is daarom geen echte toevoeging, maar is de overboeking van de bestemmingsreserve. Zie de paragraaf Weerstandsvermogen voor nadere informatie.
172
Het verloop in 2013 wordt in onderstaand overzicht per bestemmingsreserve weergegeven.
Reserve afschrijvingen Reserve instandhouding Schiedams erfgoed Reserve onderwijs (incl. cm)
Onttrekking
6.243
1.403
544
7.102 3.509
1
0
4.439
536
1.466 46
103
2.388
1.918
1.312
149
Reserve parkeren
842
Reserve schuldvrij maken erfpachtgronden
Saldo 31.12.2013
Toevoeging
Reserve beeldende kunst Reserve renteschommelfonds
Bestemming resultaat vorig jaar
Vermindering ter dekking van afschrijving
Saldo 31.12.2012
39
1
39
0*
1.603
1.603
Reserve culturele activiteiten
15
15
Reserve fractieondersteuning
30
Reserve milieubeheer erfpachtgronden
30
1.250
33
1.217
Reserve compensatie vm erfpachtinkomsten
123
81
204
Reserve grondfonds
645
122
767
Reserve grootonderhoud gemeentelijk og
381
381
Reserve deelnemingen
274
274
Reserve omgevingswerken sveaparken Reserve bijzondere bijstand
80
80
5
5
Reserve vastgoedbeheer binnenstad
3.646
276
3.607
Reserve onderhoud verkeersinstallaties
1.657
464
1.193
Reserve actualisering bestemmingsplannen
219
75
144
Reserve dienstverleningsconcept
761
819
744
Reserve extra inzet begroting 2009
22
Reserve rechtmatigheid
66
Reserve verhuizing/huisvest.Filmhuis
14
Reserve centra jeugd en gezin (WMO) Reserve sportfonds Reserve personeelsvoorziening Reserve volkshuisvestingsfonds
22
0*
10
56*
20
34
150
150 1.206
100
100
250 1.120
Reserve riool
4.516
Reserve dekking meerjarentekort 2011-2013
802
1.206
Reserve restzettingen Reserve opstellen geluidskaart en plan
237
0*
0* 250
7.268
80
1.040
5.899
5.885
233
233 1.535
0*
Reserve mjp bodemsanering
269
58
327
0*
Reserve DU bodemsanering
528
642
563
Reserve ISV-3 bodemsanering
508
216
120
604
Reserve ISV-3
4.598
1.960
1.552
5.005
Reserve WAP Nieuwland
1.188
184
1.004
29
111
Reserve wijkbudgetten bewonersinitiatieven
1.535
60
81
607
Reserve WAP Oost
269
52
217
Reserve vouchers Nieuwland
230
5
225
Reserve wijkbudget IOBS
79
79
Reserve kanteling sociaal domein
1.204
1.511
Reserve frictiekosten heroverwegingen
1.457
1.600
2.715 1.746
1.311
PROGRAMMAREKENING
173
Saldo 31.12.2013
Toevoeging
Onttrekking
Reserve restwerken afgesloten grexen
408
306
408
306
Reserve Gemeente Nieuwe Stijl
566
106
459
Reserve particuliere woningverbetering
773
46
727
1.564
2.636
Reserve Inkomensvoorziening Risicoreserve
0
4.200
25.480
Bestemming resultaat vorig jaar
Vermindering ter dekking van afschrijving
Saldo 31.12.2012
25.480
Reserve MBOP Openbare Ruimte
0
1.169
Reserve MBOP S&R
0
826
826
Reserve tijdelijke uitbreiding W&I en BGS
0
1.223
1.223
Reserve participatiewet
0
3.100
3.100
Reserve intensivering opleidingsfaciliteiten
0
1.000
1.000
Reserve meeropbrengst OZB 2013
0
743
69.231
31.493
46.757 15
-
3.629
72
488
73.068
31.566
47.261
Subtotaal reserves: Reserve BGS, WSW Reserve BGS, afschrijving nieuw/verbouw Totaal
1.243
0** 8.534
8.461
743
208
8.534
0
62.501
0
0
3.213
8.534
0
65.906
192
In de toelichting mutaties reserves en voorzieningen worden de aard en de reden van elke reserve toegelicht, alsmede de afzonderlijke mutaties per reserve. * Reserve is hiermee opgeheven. ** In de jaarrekening 2012 is de risicoreserve ten onrechte gepresenteerd als bestemmingsreserve. In de begroting 2013 is de algemene reserve gesplitst in een algemene reserve en een risicoreserve. De presentatie in de balans 2013 is daarom aangepast. De mutatie in de kolom ‘onttrekking’ is dus geen echte onttrekking, maar is de overboeking naar de algemene reserve.
Voorzieningen De onderverdeling van de in de balans opgenomen voorzieningen is als volgt: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s
5.645
7.664
Door derden beklemde middelen voor specifieke aanwending
2.600
3.738
Arbeidsgerelateerde kosten
4.702
4.261
12.946
15.663
Totaal
174
Het verloop van de voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s in 2013 wordt in onderstaand overzicht weergegeven. Saldo 31.12.2012
Toevoeging
Vrijval
Aanwending
577
863
Saldo 31.12.2013
voorziening BCF
1.440
Voorziening garantie verkoop aandelen avr
3.150
3.150
0
Voorziening claims projecten
1.060
1.060
voorziening BGS, gevolgkosten onderzoek
381
381
voorziening BGS, kosten onderzoekscie
540
540
*0
Voorziening belastingclaim leaseauto's
445
911
16
**1.340
Voorziening groot onderhoud BGS
11
76
27
59
Voorziening financiele risico's BGS
639
17
619
36
7.664
1.003
2.446
5.645
Aanwending
Saldo 31.12.2013
Totaal
577
*0
* Voorzieningen zijn aangewend en worden opgeheven. ** De voorziening is verhoogd in verband met het boekenonderzoek door de belastingdienst bij BGS.
Het verloop van de voorzieningen voor nog te besteden doeluitkeringen in 2013. Saldo 31.12.2012 Voorziening turnkey
Toevoeging
Vrijval
681
681
Voorziening terugbetaling Wwb-inkomen
1.919
1.919
Voorziening omslagbijdrage regio
1.138
-106
1.032
Totaal
3.738
-106
1.032
*0 0
2.600
* De stadsregio Rotterdam zal worden opgeheven. Het bestuur van de stadsregio heeft hiertoe een liquidatieplan goedgekeurd. De omslagverordering zal worden ingetrokken. Daarmee is de grondslag van deze voorziening vervallen en valt de voorziening vrij.
Het verloop van de voorzieningen arbeidsrelateerde kosten in 2013. Saldo 31.12.2012
Toevoeging
Voorziening pensioenverplichting wethouders
4.261
559
Totaal
4.261
559
Vrijval
Aanwending
Saldo 31.12.2013
119
4.702
119
4.702
0
In de toelichting mutaties reserves en voorzieningen worden de aard en de reden van elke voorziening toegelicht, alsmede de afzonderlijke mutaties per voorziening.
Vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar De onderverdeling van de in de balans opgenomen langlopende schulden is als volgt: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
282.988
269.454
62
83
Onderhandse geldleningen: • binnenlandse banken en overige financiele instellingen Waarborgsommen Vooruitontvangen erfpacht: • Erfpacht: vooruitontvangen erfpachtsommen*
223.285
• Erfpacht: vrijgevallen erfpachtsommen*
-80.888 subtotaal erfpacht:
Totaal
223.908 -76.610 142.397
147.298
425.446
416.835
* De commissie BBV heeft de aanbeveling gedaan om bedragen die worden ontvangen in verband met de afkoop van voordurende erfpacht op de balans onder de vaste schulden op te nemen. De presentatie van de balans 2012 is op dit punt ook aangepast en wijkt daarom af van de jaarrekening 2012.
PROGRAMMAREKENING
175
In onderstand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden over het jaar 2013: Onderhandse leningen banken en fin.instellingen
Saldo 31.12.2012
Vermeerdering
Aflossingen
Saldo 31.12.2013
269.454
34.214
20.680
282.988
83
31
52
62
Waarborgsommen Erfpacht: vooruitontvangen erfpachtsommen
223.908
651
1.274
223.285
Erfpacht: vrijgevallen erfpachtsommen
-76.610
26
4.304
-80.888
Totaal
416.835
34.921
26.310
425.446
Voor een toelichting over de onderhandse geldleningen wordt verwezen naar de paragraaf Financiering in het jaarverslag. De totale rentelast voor het jaar 2013 met betrekking tot de vaste schulden bedraagt € 10,5 miljoen. VLOTTENDE PASSIVA Kortlopende schulden De in de balans opgenomen kortlopende schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
Kasgeldleningen *
22.600
0
Bank- en girosaldi
6.202
17.768
Overige schulden
13.608
10.497
Totaal
42.410
28.265
* Het financieringsbeleid is i.v.m. de historisch lage rente gericht op kortlopende leningen. Zie paragraaf Financiering.
Overlopende passiva De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt*: Boekwaarde 31.12.2013
Boekwaarde 31.12.2012
Vooruitontvangen bedragen: beklemde middelen EU, Rijk en provincie
4.003
5.496
Overige vooruitontvangen bedragen
1.350
688
Nog te betalen bedragen
15.162
17.339
Totaal
20.515
23.523
* De vooruit ontvangen erfpacht is verplaatst naar de vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar.
176
Het verloop van de vooruitontvangen bedragen; beklemde middelen EU, Rijk en provincie in 2013. Saldo 31.12.2012
Toevoeging
Participatiebudget (voorheen WWB werkdeel)
435
6.708
Vooruitontvangen regiosubsidie jeugdw
172
HGGA regeling Kwalificatieplicht
Vrijval
Aanwending
Saldo 31.12.2013
5.892
1.252 172 *
4
4
0*
17
17
0*
Stim. Regeling wingbouwprojecten
672
Vooruitontv. WBB deel mjp wet bodemsanering
127
Vooruitontv. poldervaartroute
219
219
0*
1.794
1.794
0*
Vooruitontv. GSB SIV Vooruitontvangen binnenklimaat huisv prim onderw Vooruitonvt. realisatie Walstroom (stadsregio) Vooruitontv. Onderwijsachterstandenbeleid 2011-2014
Totaal
0 **
64
64 170
44
4.941
2.263
5.438
13
Vooruitontv. Digitalisering Cultureel Erfgoed
254
214 1.766
Vooruitontv. Veiligheidshuis Nieuwe Waterweg Nrd.
418 127
13
0
20
5.496
12.167
127
0*
0*
2
18
13.533
4.003
* Deze ontvangen subsidies zijn hiermee afgerond. ** Het resterende bedrag hoeft niet te worden terug betaald en valt vrij.
Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen (x € 1.000) 1. Gewaarborgde geldleningen, zie overzicht Borg- en garantstellingen
431.765
Een specificatie is verderop in de jaarrekening opgenomen. 2. Lease- en huurverplichtingen
435
Betreft grafische apparatuur bij BGS met een looptijd varierend van 2 tot 6 jaar 3. Claim bouw Fokkerstraat
350
Er is een geschil met de aannemer die het gebouw aan de Fokkerstraat heeft verbouwd. In 2013 heeft de rechtbank de gemeente in het gelijk gesteld. De aannemer is in beroep gegaan. 4. Mogelijke claim verantwoording btw-compensatiefonds
800
De belastingdienst kan een boekenonderzoek uitvoeren. Voor gevonden fouten wordt een vast bedrag gerekend. De voorziening hiervoor is tijdens de accountantscontrole vervallen. In 2014 zal een externe partij de controle m.b.t. de fiscaliteit uitvoeren.
PROGRAMMAREKENING
177
Toelichting mutaties reserves en voorzieningen 000. Algemene reserve Doel:
Het afdekken van de risico's uit reguliere bedrijfsvoering en reserveren van middelen voor onverwachte uitgaven.
Ingesteld:
VR 58/1993 Herindeling/opheffing reserves Begroting 2013
Realisatie 2013
Saldo 01.01.2013
Stand 9.745
VR55/2013 Rekeningresultaat 2013 budgetoverheveling regulier
4.380
Subtotaal
14.126
Toevoegingen Primaire begroting 2013 VR076/2013 Jaarstukken ROG 2012 VR128/2013 TA 4 Buffer AU beslispunt 39 Herziening risicoreserve
2.000
2.000
302
302
1.704
1.704
0
3.234 7.240
Ontrekkingen Primaire begroting 2013 VR94/2013 Eerste begrotingswijziging VR55/2013 Budgetoverheveling 2012-2013
1.605
1.605
626
626
1.168
1.168 3.399
Saldo 31.12.2013
17.966
001. Algemene reserve BGS Doel:
Enerzijds egalisatie van het jaarresultaat van de kostenplaats BGS en het afdekken van bedrijfsvoeringsrisico's en anderzijds het reserveren van vrij te besteden middelen.
Ingesteld:
VR 228/1988 Contractmanagement-budgetfinanciering BGS Saldo 01.01.2013
900
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen Bijdrage aan het jaarrekeningsresultaat BGS 2013
826
519 519
Saldo 31.12.2013
178
381
002. Risicoreserve Doel:
De risicoreserve is gevormd in het kader van een sterke financiële positie en is gebaseerd op de omvang van het risicoprofiel. Dat profiel wordt jaarlijks bij de begroting en bij de jaarrekening herijkt. Het verschil als gevolg van herijking wordt met de algemene reserve verrekend. Zie ook bij de paragraaf Weerstandsvermogen.
Ingesteld:
Begroting 2013-2016 VR93 /2013 Saldo 1-1-2013
25.480
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen VR95/2013 BDU SIV Terugbetaling inburgering Nieuwkomers Herziening risicoreserve
605
605
0
3.234 3.839
Saldo 31-12-2013
21.641
100. Afschrijvingen Doel:
Het reserveren van bestemde middelen bedoeld voor het dekken van kapitaallasten van investeringen.
Ingesteld:
Vaststelling jaarrekening 2004 Saldo 01.01.2013
6.243
Toevoegingen Primaire begroting 2013/
311
311
VR108/2012 Berap 2012 Brandweer kazerne
196
196
VR17/2013 Uitbreiding stedelijk gymnasium
522
522
0
375
Parkentree over het water
1.404 Ontrekkingen Primaire begroting 2013/ onttrekking op basis van realisatie
567
544 544
Saldo 31.12.2013
7.102
102. Reserve Instandhouding Schiedams erfgoed Doel:
Het reserveren van opbrengsten uit de verkoop van waarborgzegels voor Schiedamse jenever en moutwijn voor het behoud en herstel van het Schiedams historisch erfgoed.
Ingesteld: Saldo 01.01.2013
1
Toevoegingen Primaire begroting 2013/ werkelijke opbrengst jenerzegels
5
0 0
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31.12.2013
1
PROGRAMMAREKENING
179
107. Reserve onderwijs Doel:
Reserveren van overschotten t.b.v. de onderwijshuisvesting.
Ingesteld:
Vaststelling jaarrekening Saldo 01.01.2013
4.439
Toevoegingen Primaire begroting 2013/ storting tijdelijke huisvesting onderwijs op basis van realisatie
60
536 536
Ontrekkingen VR17/2013 Uitbreiding stedelijk gymnasium Afboeking restwaarde diverse scholen in verband met nieuwbouw
522
522
0
944 1.466
Saldo 31.12.2013
3.509
109. Reserve beeldende kunst (gemeentelijk deel) Doel:
Uitvoering van het beeldend kunstbeleid. Het fonds is bedoeld om een voorziening op de gemeentebegroting te creëren waarmee voorkomen wordt dat er weglekeffecten ontstaan en waardoor het mogelijk wordt projecten met een langere looptijd dan een begrotingsjaar te realiseren.
Ingesteld:
VR 179/1994 Hoofdlijnen beelden kunstbeleid 1994 - 1996. Saldo 01.01.2013
149
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen Onttrekking op basis van realisatie
0
46 46
Saldo 31.12.2013
103
112. Reserve parkeren Doel:
Egaliseren van het jaarrekeningresultaat op de producten ‘Parkeren’ (214.000), Parkeren Stadswinkel (214.001) en Baten parkeerbelasting (215.000).
Ingesteld:
VR 178/1995 Parkeerplan binnenstad Saldo 01.01.2013
842
Toevoegingen Primaire begroting 2013/ storting op basis van realisatie
1.636
2.388 2.388
Ontrekkingen Primaire begroting veiligheid 2013
837
837
Primaire begroting 2013/ onttrekking op basis van realisatie
720
1.081
Saldo 31.12.2013
1.918 1.312
115. Reserve renteschommelfonds Doel:
Het saldo van de kostenplaats Kapitaallasten gaat ten laste of komt ten gunste van deze egalisatiereserve.
Raadstukken:
VR 58/1993 Herindeling/opheffing reserves Saldo 01.01.2013
39
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR128/2013 TA 4 Opheffing reserve
39
39 39
Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven
180
0
118. Reserve schuldvrijmaken erfpachtsgronden Doel:
Deze reserve is ingesteld om in de toekomst de kosten te dekken, die voortvloeien uit het beëindigen van erfpachtcontracten. Hierbij moet met name gedacht worden aan het uitbetalen van opstalvergoedingen.
Ingesteld:
Vaststelling jaarrekening Saldo 01.01.2013
1.603
Saldo 31.12.2013
1.603
120. Reserve culturele activiteiten Doel:
Het reserveren van incidentele bijdragen van derden als bijdrage aan bepaalde of nog te bepalen culturele activiteiten binnen de gemeente.
Ingesteld:
B&W-besluit nr. 19 d.d. 28 augustus 2001 Saldo 01.01.2013
15
Saldo 31.12.2013
15
125. Reserve Raadsfractieondersteuning Doel:
Reservering van het overschot op de subfunctie Fractie Ondersteuning. De reserve mag niet groter zijn dan 30% van de bijdrage die de fractie in het voorgaande kalenderjaar toekwam.
Ingesteld:
VR 13/2003: Fractieondersteuning en ambtelijke ondersteuning. Saldo 01.01.2013
30
Saldo 31.12.2013
30
129. Reserve milieubeheer erfpachtgronden Doel:
Het dekken van kosten voor bodemsanering in geval van het beëindigen van erfpachtovereenkomsten.
Ingesteld:
Vaststelling jaarrekening Saldo 01.01.2013
1.250
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen Primaire begroting 2013/onttrekking op basis van realisatie
44
5
VR31/2013 TA 1
28
28 33
Saldo 31.12.2013
1.217
131. Reserve compensatie vm erfpachtinkomsten Doel:
Het compenseren van de wegvallende erfpachtinkomsten wegens de omzetting van erfpacht naar eigendom.
Ingesteld:
Vaststelling jaarrekening 2004 Saldo 01.01.2013
123
Toevoegingen Storting op basis van CVE 2013
0
81 81
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31.12.2013
204
PROGRAMMAREKENING
181
132. Reserve grondfonds Doel:
Reserveren van de opbrengst uit de verkoop van percelen grond wat niet noodzakelijk is voor compensatie van wegvallende erfpachtinkomsten.
Ingesteld:
Jaarrekening 2004 Saldo 01.01.2013
645
Toevoegingen Resultaat verkoop van erfpachtgronden
0
122 122
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31.12.2013
767
138. Reserve Grootonderhoud gemeentelijk onroerend goed Doel:
Reserveren van middelen ter egalisering van de kosten voor het grootonderhoud van vastgoed in gemeentelijk bezit.
Ingesteld:
VR42/2006 (Vaststellen jaarrekening 2005) Saldo 01.01.2013
381
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen Primaire begroting 2013
159
0 0
Saldo 31.12.2013
381
148. Reserve Deelnemingen Doel:
Algemene risicoreserve deelnemingen.
Ingesteld:
VR113/2010 Saldo 01.01.2013
274
Saldo 31.12.2013
274
151. Reserve omgevingswerken realisatie SVEA-parken Doel:
Om het door Kommum BV uitgekeerde dividend deelneming Sveaparken conform het B&W-besluit nr. 4 d.d. 5 november 2002, beschikbaar te houden voor omgevingswerken realisatie Sveaparken.
Ingesteld:
VR 112/2006 (Berap) Saldo 01.01.2013
80
Saldo 31.12.2013
80
152. Reserve Bijzondere bijstand Doel:
Het beschikbaar hebben van middelen t.b.v. niet voorziene cq nieuwe activiteiten ihkv bijzondere bijstand.
Ingesteld:
VR 112/2006 (Berap) Saldo 01.01.2013
5
Toevoegingen N.v.t
0
0
5
5
0
Ontrekkingen VR128/2013 TA 4 Opheffing reserve
5 Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven.
182
0
154. Reserve Vastgoed binnenstad Doel:
Verbeteren van de vastgoedsituatie (= technische staat bebouwing, haalbaarheid projecten, omgevingskwaliteit en het investeringsklimaat) in de Schiedamse binnenstad. Zowel door te investeren in vastgoed en het stimuleren van de verbetering daarvan, als door het creëren van gunstiger vestigings- en investeringsomstandigheden.
Ingesteld:
VR 51/2007 Instellen reserve Vastgoed Binnenstad Saldo 01.01.2013
3.646
Toevoegingen Storting speerpunten vastgoed binnenstad
0
237 237
Ontrekkingen VR89/2013 TA3 werk aan de winkel/ onttrekking op basis van realisatie
150
90
VR123/2013 TA4 werk aan de winkel/ onttrekkng op basis van realisatie
160
186 276
Saldo 31.12.2013
3.607
156. Reserve Onderhoud verkeersinstallaties Doel:
Onderhoud verkeersinstallaties.
Ingesteld:
Voorjaarsnota 2008 Saldo 01.01.2013
1.657
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR89/2013 TA3 VRI/ onttrekking op basis van realisatie
1.040
464 464
Saldo 31.12.2013
1.193
157. Reserve Actualisatie bestemmingsplannen Doel:
Actualisering bestemmingsplannen.
Ingesteld:
Voorjaarsnota 2008 Saldo 01.01.2013
219
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR89/2013 TA3 Welstandnota/ onttrekking op basis van realisatie
75
75 75
Saldo 31.12.2013
144
159. Reserve Dienstverleningsconcept Doel:
De financiering van de voorbereidingskosten en concretisering van het dienstverleningsconcept.
Ingesteld:
VR 122/2008 (Berap) Saldo 01.01.2013
761
Toevoegingen Primaire begroting 2013
802
802 802
Ontrekkingen Primaire begroting 2013/ onttrekking op basis van realisatie
892
819 819
Saldo 31.12.2013
744
PROGRAMMAREKENING
183
160. Reserve Extra inzet begroting 2009 Doel:
Financiering extra inzet begroting 2009.
Ingesteld:
VR 63/2008 Zomernota 2009. Saldo 01.01.2013
22
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR89/2013 TA3
22
22 22
Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven.
0
164. Reserve Rechtmatigheid Doel:
Financiering project rechtmatigheid.
Ingesteld:
VR 76/2008 Aanpassing Zomernota 2009. Saldo 01.01.2013
66
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR89/2013 TA3 extra budget opleiding/ onttrekking op basis van realisatie
28
10 10
Saldo 31.12.2013
56
165. Reserve Verhuizing/huisvesting Filmhuis Doel:
Financiering van de verhuizing/huisvesting van het Filmhuis.
Ingesteld:
VR 122/2008 Berap 2008 II. Saldo 01.01.2013
14
Toevoegingen Toevoeging op basis van realisatie tbv filmdoeken
0
20 20
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31.12.2013
34
169. Reserve Centra voor Jeugd en Gezin onderdeel WMO Doel:
Dekking van de kosten terzake van het preventief jeugdbeleid, opvoedondersteuning, alsmede de realisatie van de Centra voor Jeugd en Gezin.
Ingesteld:
VR 122/2008 (Berap) Saldo 01.01.2013
150
Saldo 31.12.2013
150
170. Reserve Sportfonds
184
Doel:
Reserve voor de uitvoering van de Strategische kadernota Sportbeleid 2009-2014 ‘Een Leven Lang Sporten en Bewegen’.
Ingesteld:
VR2/2009 Saldo 01.01.2013
1.206
Saldo 31.12.2013
1.206
171. Reserve personeelsvoorziening Doel:
Als deelnemer aan het voormalige IZA heeft de gemeente Schiedam een bedrag ontvangen. De gelden vloeien indirect terug naar het personeel door de gemeentebrede projecten: Opleiding en Ontwikkeling, ontwikkelkosten a.g.v. organisatiewijziginen, specialistische kennis m.b.t. verandermanagement.
Ingesteld:
VR114/2009 instellen reserve personeelsvoorziening Saldo 01.01.2013
100
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen Bij primaire begroting opgeheven en toegevoegd aan frictiekosten.
100
100 100
Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven.
0
172. Reserve Volkshuisvestingfonds Doel:
Verlaging van het woningtekort in bepaalde segmenten, meer kwaliteit en doorstroming, bundeling en optimaal gebruik van de ruimte, extra impulsen, energiebesparing in de nieuwbouw.
Ingesteld:
VR107/2009, Oprichten Volkshuisvestingfonds Saldo 01.01.2013
250
Saldo 31.12.2013
250
173. Reserve restzettingen Sveaparken Doel:
Ontvangen vergoeding van de GEM Sveaparken voor eventuele restzettingen.
Ingesteld:
VR 114/2009 Saldo 01.01.2013
1.120
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR69/2013 TA 2 Restzettingen/ onttrekking op basis van realisatie
175
80 80
Saldo 31.12.2013
1.040
174. Reserve riolering Doel:
Voor bestemming van het jaarlijks exploitatieresultaat op rioleringen. Hiermee blijft jaarlijks inzichtelijk wat het resultaat op riolering is.
Ingesteld:
VR 7/2009 Vaststelling Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2009-2013 Saldo 01.01.2013
4.516
Toevoegingen Werkelijke Inkomsten rioolheffing
0
7.268 7.268
Ontrekkingen Begrote uitgaven Rioolheffing/ Onttrekking op basis van realisatie
296
5.899 5.899
Saldo 31.12.2013
5.885
175. Reserve uitv opstellen geluidskaart en actieplan Doel:
Reserveren van inkomsten van het ministerie van VROM voor het opstellen van een geluidsbelastingkaart en een bijbehorend actieplan.
Ingesteld:
VR67/2010 Vaststelling Gemeenterekening 2009 Saldo 01.01.2013
233
Saldo 31.12.2013
233
PROGRAMMAREKENING
185
176. Reserve dekking meerjarentekort 2011-2013 Doel:
Reserve ter dekking van meerjarentekort 2011-2013.
Ingesteld:
VR124/2010 Vaststelling Derde Financiele Rapportage 2010 Saldo 01.01.2013
1.535
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen Primitieve begroting 2013
1.535
1.535 1.535
Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven
0
177. Reserve uitvoering MJP Bodemsanering Doel:
Uitvoering meerjarenplan Bodemsanering. Voorheen een voorziening. Naar aanleiding van BBV-regelgeving omgezet in een bestemmingsreserve.
Ingesteld:
Jaarrekening 2010 Saldo 01.01.2013
269
Toevoegingen Primaire begroting 2013
20
20
VR128/2013 TA4 Bodemverontreiniging
38
38 58
Ontrekkingen Vrijval toegevoegd aan reserve DU Bodemsanering
0
327 327
Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven
0
178. Reserve DU Bodemsanering Doel:
Ontwikkeling en uitvoering bodemsaneringsbeleid (decentralisatie-uitkeringen). Was in eerste instantie een voorziening. Naar aanleiding van BBV-regeling omgezet in een bestemmingsreserve.
Ingesteld:
Jaarrekening 2010 Saldo 01.01.2013
528
Toevoegingen Primaire begroting 2013 Storting vrijval van reserve MJP Bodemsanering
316
316
0
327 643
Ontrekkingen Primaire begroting 2013
288
288
VR69/2013 TA 2 Sanering Edelweiss
275
275 563
Saldo 31.12.2013
608
179. Reserve ISV3 bodemsanering Doel:
Ontwikkeling en uitvoering bodemsaneringsbeleid (geldstroom ISV3). Was in eerste instantie een voorziening. Naar aanleiding van BBV-regelgeving omgezet in een bestemmingsreserve.
Ingesteld:
Jaarrekening 2010 Saldo 01.01.2013
508
Toevoegingen Primaire begroting 2013
216
216 216
Ontrekkingen VR89/2013 TA 3 Sanering Broersveld/ onttrekking op basis van realisatie
150
120 120
Saldo 31.12.2013
186
604
180. Reserve ISV3 Doel:
Middelen ten behoeve van ISV3-projecten Ruimtelijke Ontwikkeling.
Ingesteld:
Eerste Financiele Rapportage 2011 Saldo 01.01.2013
4.598
Toevoegingen VR128/2013 TA4 Budgetten 2010-2014/ Toevoeging op basis van realisatie
536
1.960 1.960
Ontrekkingen Primaire begroting 2013 heroverweging VR 89/2013 2e TA / onttrekking op basis van realisatie VR90/2013 Berap meicirculaire
100
100
1.348
1.452
72
0 1.552
Saldo 31.12.2013
5.005
181. Reserve WAP Nieuwland Doel:
Middelen ten behoeve van Meerjarenprogramma WAP Nieuwland.
Ingesteld:
Bestuursrapportage 2011 Saldo 01.01.2013
1.188
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen Primaire begroting 2013
100
54
VR89 en 128/2013 TA 3 en 4 Aanpassen Nolenslaan
130
130 184
Saldo 31.12.2013
1.004
182. Reserve wijkbudgetten bewonersinitatieven Doel:
Reserve is bestemd voor wijkbudgetten bewonersinitiatieven. Bij de jaarrekening 2010 heeft de accountant aangegeven dat de afhandeling van deze budgetten op basis van de regelgeving via een reserve dient te verlopen.
Ingesteld:
Derde Financiele Rapportage 2011 Saldo 01.01.2013
60
Toevoegingen Onttrekking op basis van realisatie
0
81 81
Ontrekkingen Onttrekking op basis van realisatie
0
29 29
Saldo 31.12.2013
111
183. Reserve WAP Oost Doel:
Middelen ten behoeve van Meerjarenprogramma WAP Oost.
Ingesteld:
Derde Financiele Rapportage 2011 Saldo 01.01.2013
269
Toevoegingen VR 80/2012 financiering WAP Oost
80
0 0
Ontrekkingen VR69/2013 TA 2 Correctie WAP oost/onttrekking op basis van realisatie
75
52 52
Saldo 31.12.2013
217
PROGRAMMAREKENING
187
184. Reserve vouchers Nieuwland Doel:
Rijksmiddelen bestemd voor vouchers in Nieuwland tot 2017.
Ingesteld:
Derde Financiele Rapportage 2011 Saldo 01.01.2013
230
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR108/2012 Berap 2012/ onttrekking op basis realisatie
45
5 5
Saldo 31.12.2013
225
185. Reserve wijkbudget IOBS Doel:
De tegoeden op de voormalige bankrekeningen van het voormalig Instituut Ondersteuning Bewoners in Stadsvernieuwingsgebieden Schiedam (IOBS) worden ten goede van de bewoners besteed.
Ingesteld:
Derde Financiele Rapportage 2011 Saldo 01.01.2013
79
Toevoegingen N.v.t.
0
0 0
Ontrekkingen VR108/2012 Berap 2012/ onttrekking op basis van realisatie
10
0 0
Saldo 31.12.2013
79
189. Reserve kanteling sociaal domein Doel:
Om de veranderingen (kanteling) in het sociaal domein te realiseren is een reserve nodig voor de herschikking van wijkactiviteiten, een proef met een wijkondersteuningsteam en een uitwerkingsopdracht maatschappelijk aanbesteden. De investering is nodig voor competentieontwikkeling van professionals, die niet zorgen ‘voor’ maar zorgen ‘dat’, voor begeleiding van projecten, herinrichtingen van locaties in wijken, inzet van externe expertise. De kosten die met deze kanteling zijn gemoeid zullen naar verwachting nodig zijn over de periode 2012-2015.
Ingesteld:
Eerste Bestuursrapportage 2012 Saldo 01-01-2013
1.204
Toevoegingen VR128/2013 TA4 Herziening raming ROG Toevoeging op basis van realisatie sociaal domein
700
700
0
811 1.511
Ontrekkingen N.v.t.
0
0 0
Saldo 31.12.2013
2.715
190. Reserve frictiekosten heroverwegingen Doel:
De te verwachten mobiliteitskosten ivm structurele afname van personeelsomvang op te vangen en te onttrekken aan deze reserve.
Ingesteld:
Berap 1 VR 84/2013 Beslispunt 20. Saldo 01-01-2013
1.457
Toevoegingen Primaire begroting 2013
1.600
1.600 1.600
Ontrekkingen VR128/2013 TA4 frictiekosten werk naar werk
1.950
1.746 1.746
Saldo 31.12.2013
188
1.311
191. Reserve restwerken afgesloten grondexploitaties Doel:
Afgesloten grondexploitaties die een positief resultaat hebben, maar waarvoor nog wel een aantal lopende restverplichtingen moeten worden afgehandeld.
Ingesteld:
Jaarrekening 2011 en budgetoverheveling VR 55/2013 Saldo 01.01.2013
408
Toevoegingen Over het water parkentree
0
306 306
Ontrekkingen VR128/2013 TA4 Restwerken
408
408 408
Saldo 31.12.2013 Deze reserve wordt opgeheven
306
192. Reserve gemeente nieuwe stijl Doel:
Via intergemeentelijke samenwerking met de omliggende gemeenten kan de uitvoering van gemeentelijke taken efficienter en de slagkracht worden bevorderd. Nader onderzoek zal plaatsvinden naar de mogelijkheden van intergemeentelijke samenwerking op het gebied van de gemeentelijke Piofach-functies. Deze kosten voor deze onderzoeken komen ten laste van deze reserve.
Ingesteld:
Berap 2 VR108/2012 Saldo 01.01.2013
566
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen VR31/2013 TA1
200
106 106
Saldo 31.12.2013
459
193. Reserve particuliere woningverbetering Doel:
Voor het verstrekken van laagrentende leningen en het bieden van begeleiding van een particulier woningverbeteringsproject. Door een storting te doen in een reserve is voor deze meerjarige aanpak geen jaarlijkse budgetoverheveling meer nodig.
Ingesteld:
Berap 2 2012 VR108/2012 Saldo 1-1-2013
773
Toevoegingen N.v.t
0
0 0
Ontrekkingen Onttrekking op basis van realisatie
0
46 46
Saldo 31-12-2013
727
194. Reserve inkomensvoorziening Doel:
Deze reserve is ingesteld om fluctuaties op te vangen in de directe uitgaven en opbrengsten in de inkomensvoorziening. De reserve is gemaximeerd op 10% van de doeluitkering van een lopend boekjaar. Dit percentage is gebaseerd op het maximale financiële risico dat Schiedam loopt.
Ingesteld:
Berap 2 VR108/2013 Saldo 1-1-2013
0
Toevoegingen VR108/2012 Berap 2012-II
1.900
1.900
VR90/2013 Berap
2.300
2.300 4.200
Ontrekkingen Onttrekking op basis van realisatie
0
1.564 1.564
Saldo 31-12-2013
2.636
PROGRAMMAREKENING
189
195. Risicoreserve Hoort onder de categorie algemene reserve en heeft daardoor nieuw nummer gekregen: 002 Risicoreserve.
196. Reserve MBOP Doel: Ingesteld:
Reserve ter financiering van het MBOP 2011-2015 voor het groot onderhoud openbare ruimte. Vaststelling jaarrekening 2012 VR55/2013 Saldo 01-01-2013
0
Vaststelling jaarrekening 2012 VR55/2013
8.534
Toevoegingen VR69/2013 TA2 Aanleg glasvezel/ toevoeging op basis van realisatie
388
426
VR128/2013 TA4 extra inkomsten/ toevoeging op basis van realisatie
350
743 1.169
Ontrekkingen VR128/2013 TA4 schilderwerk openbare verlichting Onttrekking op basis van realisatie
55
55
0
1.187 1.242
Saldo 31-12-2013
8.461
197. Egalisatiereserve MBOP S&R Doel: Ingesteld:
Ter financiering van groot onderhoud van sportaccomodaties. Vaststelling jaarrekening 2012 VR55/2013 Saldo 01-01-2013
0
Toevoegingen VR89/2013 TA3 MBOP Sport/ toevoeging op basis van realisatie
311
826 826
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31-12-2013
826
199. Reserve tijdelijke uitbreiding W&I en BGS Doel:
Het dekken van kosten die gemaakt worden voor een succesvol re-integratiebeleid voor kwetsbare groepen.
Ingesteld:
Berap 2013 VR90/2013 Saldo 01-01-2013
0
Toevoegingen VR90/2013 Berap
1.223
1.223 1.223
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31-12-2013
190
1.223
200. Reserve participatiewet Doel:
Is bestemd voor innovatie op het terrein van participatie, incidentele kosten voor de samenwerking en tijdelijke overbrugging van begrote tekorten op WSW-subsidies.
Ingesteld:
Berap 2013 VR90/2013 Saldo 01-01-2013
0
Toevoegingen VR90/2013 Berap
3.100
3.100 3.100
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31-12-2013
3.100
201. Reserve Intensivering opleidingsfaciliteiten Doel:
Ter dekking van kosten voor opleiding, training en vorming in 2014 tot en met 2016. De reserve zal, op basis van realisatie, worden onttrokken om het exploitatietekort voor OTV in die jaren aan te vullen.
Ingesteld:
VR128/2013 TA4 Saldo 01-01-2013
0
Toevoegingen VR128/2013 TA4 Opleidingsfaciliteiten
1.000
1.000 1.000
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31-12-2013
1.000
202. Reserve mutaties meeropbrengst OZB 2013 Doel:
De meeropbrengst OZB 2013 wordt in de reserve gestort, zodat deze middelen in 2014 ingezet kunnen worden om de OZB-tarieven 2014 te verlagen (als gevolg van motie 21-2014).
Ingesteld:
VR128/2013 TA4 Saldo 01-01-2013
0
Toevoegingen VR128/2013 TA4 OZB
650
743 743
Ontrekkingen N.v.t
0
0 0
Saldo 31-12-2013
743
Reserve BGS, WSW Doel:
Vrij te besteden budgetwinsten.
Ingesteld:
VR 228/1988 Contractmanagement-budgetfinanciering BGS Saldo 1-1-2013
208
Toevoegingen N.v.t.
0
0
0
15
Ontrekkingen Ter dekking van afschrijvingslasten agv diverse aanpassingen van Berckenrodestraat
0 15
Saldo 31-12-2013
192
PROGRAMMAREKENING
191
Reserve BGS, afschrijving activa Doel:
Dekking van afschrijvingslasten van de nieuwbouw Fokkerstraat en verbouw Van Berkenrodestraat.
Ingesteld:
VR 81/2008 Saldo 1-1-2013
3.629
Toevoegingen Ter dekking van afschrijvingslasten agv diverse aanpassingen van Berckenrodestraat
0
72 72
Ontrekkingen Afschrijvingslasten 2013
0
488 488
Saldo 31-12-2013
192
3.213
Voorzieningen 603. Voorziening dubieuze debiteuren Doel:
Een voorziening treffen tegen de financiële nadelen van aanslagen en andere inkomsten die door omstandigheden niet kunnen worden ingevorderd.
Ingesteld:
VR 100/2000 Vaststelling Gemeenterekening 1999 Saldo 01.01.2013
2.852
Vermeerderingen Primaire begroting 2013
34
5.236 5.236
Verminderingen Primaire begroting 2013
34
-1 -1
Saldo 31.12.2013
8.089
604. Voorziening vorderingen cliënten inkomen Doel:
Het dekken van de financiële nadelen van aanslagen en andere inkomsten die door omstandigheden niet kunnen worden ingevorderd.
Ingesteld:
2004 (Vaststelling jaarrekening 2003) Saldo 01.01.2013
6.260
Vermeerderingen Toevoeging op basis van berekening inbaarheid
0
130 130
Verminderingen Primaire begroting 2013
200
107 107
Saldo 31.12.2013
6.283
605. Voorziening dekking tekorten bouwgrondexploitatie Doel:
Dekking van tekorten op lopende grondexploitaties met een verwacht negatief resultaat.
Ingesteld:
2005 (Vaststelling jaarrekening 2004) Saldo 01.01.2013
30.539
Vermeerderingen Primaire begroting 2013/ storting ivm Parkentree over het water
1.267
172 172
Verminderingen Vermindering in verband met uitgaven Parkentree over het water
0
6.360 6.360
Saldo 31.12.2013
24.351
PROGRAMMAREKENING
193
607. Voorziening btw-compensatiefonds Doel:
Deloitte heeft een berekening gemaakt van het risico op mogelijke claims in het kader van de verantwoording van het btw-compensatiefonds.
Ingesteld:
2006 (Vaststelling jaarrekening 2005) Saldo 01.01.2013
1.440
Vermeerderingen N.v.t.
0
0 0
Verminderingen Belastingdienst BCF 2009
0
237
Belastingdienst BCF 2008
0
626 863
Vrijval Tijdens accountantscontrole vervallen. Zie: niet uit balans blijkende verplichtingen.
577
Saldo 31.12.2013
0
608. Voorziening pensioenverplichting wethouders Doel:
Voldoende middelen beschikbaar hebben om de aan voormalige wethouders te betalen pensioenen te kunnen voldoen.
Ingesteld:
Jaarrekening 2005 Saldo 01.01.2013
4.261
Vermeerderingen Aanvulling op basis van pensioenberekeningen
0
559 559
Verminderingen Vermindering als gevolg van pensioenuitkeringen
0
119 119
Saldo 31.12.2013
4.702
610. Voorziening garanties verkoop aandelen NV AVR Doel:
Dekking van eventuele aanspraken door de kopers van de aandelen op bij verkoop afgegeven garanties en vrijwaringen gedurende een periode van maximaal 10 jaar (2006-2016). Omvang voorziening bij vorming in 2006 € 4.431.460 en na gedeeltelijke vrijval en restitutie in 2006 per 31-12-06 een omvang van € 3.149.535.
Ingesteld:
B&W besluit nr 4 d.d. 14.02.2006: Verkoop aandelen AVR Saldo 01-01-2013
3.150
Saldo 31.12.2013
3.150
617. Voorziening Toernooiveld Doel:
Ter dekking van exploitatieprognose.
Ingesteld:
B&W besluit nr 14 d.d. 8 februari 2009 Saldo 01.01.2013
450
Vermeerderingen N.v.t
0
0 0
Verminderingen Opheffen VOF Toernooiveld
0
450 450
Saldo 31.12.2013 Deze voorziening wordt opgeheven
194
0
620. Voorziening claims projecten Doel:
De gemeente loopt bij ontwikkelingen van locaties niet zijnde grondexploitaties risico's op claims van private partijen. In de risicoparagraaf zijn deze risico’s apart benoemd. Wanneer risico’s echter zich met een hoge mate van zekerheid van 90% of meer zullen voordoen, dient hiervoor een voorziening te worden getroffen.In de afgelopen periode hebben zich in enkele zaken ontwikkelingen voorgedaan, waardoor de waarschijnlijkheid op het uitbetalen van een vergoeding door de gemeente is toegenomen.
Ingesteld:
VR108/2012 Berap 2 2012 Saldo 01.01.2013
1.060
Saldo 31.12.2013
1.060
621. Voorziening Kinderopvang Doel:
Het is onzeker of de gemeente de bijdrage van de belastingdienst c.q. betrokken uitkeringsgerechtigden gaat ontvangen.
Ingesteld:
VR55/2012 Jaarrekening 2012 Saldo 01.01.2013
467
Vermeerderingen Vrijval i.v.m. alsnog ontvangen bedragen
0
-6 -6
Verminderingen N.v.t.
0
0 0
Saldo 31.12.2013
461
622. Voorziening gevolgkosten onderzoek Doel:
In 2013 heeft het college als gevolg van meldingen vertrouwenspersoon Klokkenluidersregeling en vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen een onderzoek ingesteld aangaande integriteitschendingen bij BGS. Deze voorziening is ingesteld om financiële gevolgen van de uitkomsten van het onderzoek te kunnen opvangen. Voor de onderzoekskosten is nu een aparte voorziening getroffen.
Ingesteld:
VR55/2013 Jaarrekening 2012 Saldo 01.01.2013
381
Vermeerderingen N.v.t.
0
0 0
Verminderingen Gerealiseerde uitgaven
0
381 381
Saldo 31.12.2013 Voorziening wordt opgeheven
0
623. BGS, kosten onderzoekscommissie Doel:
In 2012 heeft het college als gevolg van meldingen vertrouwenspersoon Klokkenluidersregeling en vertrouwenspersoon Ongewenste omgangsvormen een onderzoek ingesteld aangaande integriteitschendingen bij BGS. Hiervoor is een onafhankelijke commissie ingesteld. Deze voorziening is ingesteld om de onderzoekskosten te kunnen opvangen.
Ingesteld:
VR55/2013 Jaarrekening 2012 Saldo 01.01.2013
540
Vermeerderingen N.v.t
0
0 0
Verminderingen Gerealiseerde uitgaven
0
540 540
Saldo 31.12.2013 Voorziening wordt opgeheven
0
PROGRAMMAREKENING
195
732. Voorziening Turn Key Doel:
De gemeente heeft een gerechtelijke procedure gestart inzake subsidieafwikkeling Turn Key. Later heeft de gemeente het bezwaar ingetrokken. Het risico dat de gemeente het geld zou moeten terugbetalen bestaat nog steeds.
Ingesteld:
1-1-2011 (n.a.v. accountantscontrole jaarrekening 2010) Saldo 01.01.2013
681
Saldo 31.12.2013
681
733. Voorziening Gedeeltelijke terugbetaling WWB Inkomen Doel:
Het beschikbaar hebben van financiële middelen om de terugbetaling te financieren.
Ingesteld:
Jaarrekening 2006 Saldo 01.01.2013
1.919
Saldo 31.12.2013
1.919
740. voorziening omslagbijdrage regio Doel:
Voorziening is bestemd voor bijdragen aan de regionale, aan de woningbouwopgave gerelateerde, infrastructuur en grote regionale groenprojecten.
Ingesteld:
Tweede Bestuursrapportage 2008 Saldo 01.01.2013
1.138
Vermeerderingen Regiobijdragen 80 niet- gerealiseerde woningen
0
-106 -106
Verminderingen Afdracht omslagbijdrage aan de regio
0
248
Vrijval i.v.m. liquidatie regio; en opheffen voorziening
0
784 1.032
Saldo 31.12.2013 Voorziening wordt opgeheven
0
749. Voorziening belastingclaim leaseauto's Doel:
Het voorzien van de belastingclaim inzake leaseauto's.
Ingesteld:
VR55/2013 Jaarrekening 2012 Saldo 01.01.2013 Vermeerderingen
445 0
911
Ophoging voorziening in verband met belastingclaim BGS 911 Verminderingen Advisering loonbelasting leaseauto's
0
16 16
Saldo 31.12.2013
1.340
Voorziening BGS groot onderhoud Doel:
Voorziening voor het meerjarenonderhoudsplan van de BGS. Dit plan is in 2008 opgesteld en heeft een looptijd van 20 jaar.
Ingesteld:
2008 Saldo 01.01.2013
11
Vermeerderingen
0
76
Verminderingen
0
27
76 27 Saldo 31.12.2013
196
59
Voorziening BGS financiele risico's Doel:
Ter dekking van financiele risico's BGS 2012.
Ingesteld:
Jaarstukken 2012 BGS Saldo 01.01.2013
639
Vermeerderingen
0
17
Verminderingen
0
619
17 619 Saldo 31.12.2013
36
PROGRAMMAREKENING
197
Borg- en garantstellingen per 31 december 2013 Categorie (bedragen in €)
Datum en nr. B&W raadsbesluit
Geldnemer
Sport
14-9-2010; 3
Asvion SSV
Sport
24-3-2009; 6
Hermes-DVS
Totaal Sport Aanpassing i.v.m. handicap
particulier
Totaal aanpassing i.v.m. handicap Zorg
Argos Zorggroep
Zorg
Argos Zorggroep
Zorg
Argos Zorggroep
Zorg
Argos Zorggroep
Zorg
Argos Zorggroep
Totaal zorg Monument & verbetering
particulier
Totaal monument & verbetering Ouderen huisvesting
Stg. Zorg.v.Ouderen Schiewaegh
Ouderen huisvesting
Stg. Zorg.v.Ouderen Schiewaegh
Ouderen huisvesting
Stg. Zorg.v.Ouderen Schiewaegh
Ouderen huisvesting
St. Jacobsgasthuis
Totaal ouderen huisvesting
198
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Vestia Groep
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Vestia Groep
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Vestia Groep
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Mooiland Vitalis
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Mooiland Vitalis
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
Geldgever
ABN AMRO Bank N.V. Coöp. Rabobank Schiedam-Vlaardingen
Oorspronkelijk hoofdsom
Looptijd lening in jaren
Hoofdsom = Percentage borgstelling =
Restant hoofdsom begin 2013
Restant hoofdsom eind 2013
180.000,00
10
100%
69.750,00
60.750,00
270.000,00
30
100%
223.875,00
210.375,00
293.625,00
271.125,00
100%
1.815,06
0,00
1.815,06
0,00
1.708.514,25
1.657.377,73
450.000,00 St.Pensioenfonds Woningbouw SPW (via APG)
18.266,92 18.266,92
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.081.895,00
100%
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
1.429.407,71
100%
1.048.232,35
1.000.585,43
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.382.346,21
40%
1.928.565,98
1.815.120,92
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
907.560,46
40%
771.426,39
726.048,37
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
1.429.407,71
40%
1.089.072,55
1.021.005,51
6.545.811,52
6.220.137,96
56.137,69
53.172,95
56.137,69
53.172,95
8.230.617,09 STICHTING NATIONAAL RESTAURATIEFONDS
89.973,73
100%
89.973,73 N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.913.143,64
100%
1.897.713,97
1.751.011,44
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
388.368,35
100%
256.358,79
237.769,81
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
388.017,57
100%
264.670,52
245.786,12
1.678.986,80
100%
ABN AMRO Bank N.V.
5.368.516,36
735.177,00
0,00
3.153.920,28
2.234.567,37
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.173.607,24
50%
2.173.607,24
2.173.607,24
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.644.109,08
50%
2.415.000,00
0,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
2.860.299,22
50%
3.004.000,00
3.004.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
2.500.000,00
50%
2.500.000,00
2.500.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
5.750.000,00
50%
5.750.000,00
5.750.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
1.815.000,00
50%
1.815.000,00
1.815.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.382.346,13
50%
680.000,00
522.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.030.666,47
50%
578.000,00
444.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.099.318,88
50%
2.235.000,00
2.153.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
16.838.422,48
50%
16.838.000,00
16.838.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.176.000,00
50%
226.000,00
0,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
3.854.862,94
50%
2.476.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
1.222.030,12
50%
1.086.000,00
0,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
1.246.000,00
50%
1.108.000,00
0,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
1.552.000,00
50%
1.380.000,00
0,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
4.460.000,00
50%
3.966.000,00
0,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,16
50%
0,00
4.537.802,16
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
11.255.000,00
50%
10.224.000,00
10.061.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
6.807.000,00
50%
6.807.000,00
6.807.000,00
PROGRAMMAREKENING
199
Categorie (bedragen in €)
200
Datum en nr. B&W raadsbesluit
Geldnemer
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
Geldgever
Oorspronkelijk hoofdsom
Looptijd lening in jaren
Hoofdsom = Percentage borgstelling =
Restant hoofdsom begin 2013
Restant hoofdsom eind 2013
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
9.075.604,32
50%
3.630.000,00
3.267.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,25
50%
1.634.000,00
1.452.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,17
50%
3.086.000,00
2.920.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,17
50%
3.022.000,00
2.853.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,16
50%
3.017.000,00
2.847.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,16
50%
3.083.000,00
2.916.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
6.806.703,24
50%
4.408.000,00
4.142.014,94
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
6.000.000,00
50%
6.000.000,00
6.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.000.000,00
50%
4.000.000,00
4.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
8.000.000,00
50%
8.000.000,00
8.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
1.658.969,65
50%
1.104.000,00
1.026.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
9.075.604,32
50%
9.075.604,32
9.075.604,32
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
5.000.000,00
50%
5.000.000,00
5.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
5.000.000,00
50%
0,00
5.000.000,00
12.450.000,00
50%
12.450.000,00
12.450.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.808.414,67
50%
4.021.000,00
3.869.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.538.000,00
50%
4.538.000,00
4.538.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.537.802,16
50%
1.634.000,00
1.452.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.630.241,73
50%
3.630.241,73
3.630.241,73
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
5.000.000,00
50%
5.000.000,00
5.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
10.000.000,00
50%
10.000.000,00
10.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
9.646.261,06
50%
8.043.000,00
7.818.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
6.000.000,00
50%
6.000.000,00
6.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
8.000.000,00
50%
8.000.000,00
8.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
8.000.000,00
50%
8.000.000,00
8.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
8.000.000,00
50%
8.000.000,00
8.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
10.000.000,00
50%
10.000.000,00
10.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.630.241,73
50%
3.630.241,73
3.630.241,73
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.000.000,00
50%
3.000.000,00
3.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
6.000.000,00
50%
6.000.000,00
6.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
10.000.000,00
50%
10.000.000,00
10.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
7.000.000,00
50%
7.000.000,00
7.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
4.500.000,00
50%
4.500.000,00
4.500.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
11.000.000,00
50%
11.000.000,00
11.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
11.000.000,00
50%
11.000.000,00
11.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
7.000.000,00
50%
7.000.000,00
7.000.000,00
N.V. Nederlandse Waterschapsbank
10.000.000,00
50%
10.000.000,00
10.000.000,00
Gemeente Schiedam
16.074.000,00
50%
10.014.000,00
9.394.000,00
Gemeente Schiedam
2.673.000,00
50%
1.908.000,00
1.832.000,00
Gemeente Schiedam
19.365.000,00
50%
19.364.758,00
19.365.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
7.000.000,00
50%
7.000.000,00
7.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
12.000.000,00
50%
12.000.000,00
12.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
1.048.584,34
50%
226.439,38
0,00
FMS-WM Serving Company
PROGRAMMAREKENING
201
Categorie (bedragen in €)
Datum en nr. B&W raadsbesluit
Geldnemer
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
St.Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang)
Stg. Woonplus Schiedam
Totaal St. Waarborgfonds Sociale Woningbouw (achtervang constructie) Toelichting: de borgstelling is 100% door het fonds maar mocht deze in liquidteitsproblemen komen dan moeten de gezamenlijke gemeenten voor 50% in het liquidteitstekort voorzien (het Rijk voor de andere 50%) door het verstrekken van renteloze leningen aan het fonds. De gemeenten die als 'schadegemeente' worden aangemerkt dienen op basis van een formule een hoger aandeel in de te verstrekken leningen te leveren. In 2012 zijn enkele leningen ten onrechte niet opgenomen (hebben nu beginstand 'nul') waardoor er schijnbaar een forse toename is te constateren. Ten opzichte van de beginstand 2012 is het in lijn.
202
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.915.040
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.908.370
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.907.730
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.930.449
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.937.184
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.922.926
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.923.604
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.915.520
Geldgever
Oorspronkelijk hoofdsom
Looptijd lening in jaren
Hoofdsom = Percentage borgstelling =
Restant hoofdsom begin 2013
Restant hoofdsom eind 2013
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten; nr. 40.84459.01
2.178.144,99
50%
0,00
1.452.096,66
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten; nr. 40.84461.01
2.178.144,99
50%
0,00
1.452.096,66
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.779.573,70
50%
0,00
2.853.037,98
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.782.456,56
50%
0,00
2.847.172,04
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.307.163,44
50%
0,00
3.868.643,51
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
4.719.314,28
50%
3.630.241,75
3.267.217,58
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
2.389.912,01
50%
0,00
2.152.738,45
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.684.683,24
50%
3.082.962,36
2.916.490,47
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
3.685.717,26
50%
3.085.683,69
2.919.522,50
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
11.094.658,63
50%
0,00
10.061.476,02
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
829,749,76
50%
679.525,96
521.821,01
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
705.515,04
50%
577.783,58
443.691,09
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
8.500.000,00
50%
8.500.000,00
8.500.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
9.500.000,00
50%
9.500.000,00
9.500.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
6.806.703,24
50%
4.408.078,85
4.142.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
5.300.000,00
50%
0,00
5.300.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
1.026.054,02
50%
0,00
1.026.054,02
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
10.000.000,00
50%
0,00
2.000.000,00
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
7.817.791,37
50%
0,00
7.817.791,37
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten
16.838.422,48
50%
0,00
16.838.422,48
366.745.168,59
416.462.783,96
491.706.158,10
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
24.050,35
100%
12.794,34
11.636,98
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
68.067,03
100%
32.142,61
0,00
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
90.302,26
100%
36.072,89
30.977,28
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
8.531,07
100%
4.623,87
4.274,61
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
70.789,71
100%
21.563,95
18.551,32
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
36.302,42
100%
10.808,04
8.418,09
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
31.310,83
100%
17.538,15
16.248,07
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
83.041,78
100%
44.041,87
40.418,46
PROGRAMMAREKENING
203
Categorie (bedragen in €)
Datum en nr. B&W raadsbesluit
Geldnemer
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.942.714
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.915.806
Woningverbetering
particulier/leningnr. 3656.916.152
Totaal woningverbetering Projectontwikkeling
6-7-2010; 8
V.o.f. Toernooiveld
Jenevermuseum
09-11-93
Stg. De Gekroonde Brandersketel
Jenevermuseum
1986
Stg. De Gekroonde Brandersketel
Onderwijs
07-05-13
Stg. OSVS
Totaal overigen Gemeentegaranties / borgstellingen van vòòr 1-1-1995 (risico gemeente is afgekocht bij St. WEW in 1995) Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (St. WEW = Nationale Hypotheek Garantie; NHG); van 1-1-1995 tot 1-1-2011 *
Diverse particulieren 24-10-1994; 188
Totaal eigen woningbezit Totaal generaal *B etreft NHG achtervangfunctie van de gemeente met het Rijk (ieder voor 50%) voor Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (St. WEW) d.m.v eventuele verstrekking van renteloze leningen aan de stichting waarvan de hoogte wordt bepaald door een contractuele berekening welke gerelateerd is aan door St. WEW in Schiedam verstrekte borgstellingen en in Schiedam gerealiseerde verliezen. Vanaf 1-1-2011 wordt het risico van achtervang voor nieuwe borgtochten volledig door het rijk gedragen. Voor de in de periode 1-1-1995 tot 1-1-2011 door St. WEW verstrekte borgtochten blijft de bestaande risicoverdeling bestaan. Het risico dat voortvloeit voor de gemeente dat aan St. WEW renteloze geldleningen moeten worden verstrekt en dat deze niet terugbetaald worden, is zeer beperkt (derhalve percentage gesteld op 1%).
204
Geldgever
Oorspronkelijk hoofdsom
Looptijd lening in jaren
Hoofdsom = Percentage borgstelling =
Restant hoofdsom begin 2013
Restant hoofdsom eind 2013
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
24.050,35
100%
9.273,59
8.025,29
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
58.991,43
100%
8.829,34
4.963,63
COOP.RABOBANK SCHIEDAMVLAARDINGEN
65.752,75
100%
9.435,33
4.745,73
561.189,98
100%
207.123,98
148.259,46
300.000,00
1
50%
300.000,00
0,00
ABN AMRO Bank
73.402,00
20
100%
4.587,67
0,00
ABN AMRO Bank
66.388,00
28
100%
2.963,72
0,00
2.600.000,00
2
50%
0,00
0,00
307.551,39
0,00
8.817.807,68
6.375.364,37
48.354.516,94
8.817.807,68
6.375.364,37
557.819.029,12
386.128.961,19
431.765.411,07
N.V. Bank Ned. Gemeenten
Ministerie van Financiën voor schatkistbankieren met een maximum hoofdsom zoals vermeld. In 2013 is niets opgenomen.
3.039.790,00 Diverse geldgevers
48.354.516,94
1% 1%
PROGRAMMAREKENING
205
Overzicht actieve en inactieve bouwgrondexploitaties Grondexploitaties Complex (Bedragen x € 1.000)
POSITIEF Geprognosticeerd resultaat per 1-1-2013
NEGATIEF Geprognosticeerd resultaat per 1-1-2013
Actieve Bouwgrondexploitaties
(Contante waarde)
(Contante waarde)
(€)
-
720
1.328
Binnenstad: Broersvest Bedrijvenpark Vijfsluizen
Boekwaarde per 1-1-2013
Vermeerderingen 2013
Verminderingen 2013
Interne overboekingen
(€)
(€)
(€)
161
-62
-
3.388
-
-1.095
8
-50
-
Industrieterrein 's-Graveland-Noord 1
-
64
8.746
763
-802
-
Bedrijvenpark Schieveste
-
8.532
7.000
417
-43
-
Kop van de Singel
-
35
220
20
-
-
Oranjeburgh
-
5.047
10.226
1.523
-2.739
-
Buurt 15 Daltonstraat 2-22
-
2.727
608
132
-
-
s'-Graveland-Zuid / Spaanse polder
53
-
-2.000
364
-133
-
herstructurering Mathenesse
728
-
579
4.069
-2.162
-
Vastgoedbeheer Binnenstad
-
-
300
31
-
-
Over het water
-
13.413
13.221
1.710
-
-7.632
4.169
30.538
39.133
9.198
-5.991
-7.632
Binnenstad; Westmolenstraat
-
-
1.550
71
-
-
Mathenesse: Gustoterrein
-
-
3.748
215
-
-
Totalen niet actieve bouwgrondexploitaties
-
-
5.298
286
-
-
4.169
30.538
44.431
9.484
-5.991
-7.632
Totalen actieve bouwgrondexploitaties Niet actieve Grondexploitaties
Overigen Totaal Bouwgrondexploitatie
* Hierin begrepen is € 305.588, welke is opgenomen in de reserve restwerken voor nog te maken kosten Over het Water Parkentree.
206
Mutatie boekwaarde
Boekwaarde per 31-12-2013
Nog te maken kosten
Nog te realiseren opbrengsten
POSITIEF Geprognosticeerd resultaat per 1-1-2014
NEGATIEF Geprognosticeerd resultaat per 1-1-2014
Afdekken door Voorziening
(€)
(€)
(€)
(€)
(Contante waarde)
(Contante waarde)
(Contante waarde)
99
1.427
453
273
-
1.482
1.482
-42
-1.137
703
3.791
3.598
-
-
-39
8.707
4.541
13.011
-
202
202
374
7.374
18.357
11.498
-
8.442
8.442
20
240
806
978
-
61
61
-1.216
9.010
6.843
9.521
-
5.180
5.180
132
740
3.041
683
-
2.638
2.638
231
-1.769
24.886
23.718
436
-
-
1.907
2.486
12.205
15.452
623
-
-
31
331
-5.922
7.299
-4.425
34.708
165 5.208 * 77.208
495
-
-
-
4.443
-
6.346
6.346
83.863
4.657
24.351
24.351
71
1.621
-
-
-
-
-
215
3.963
-
-
-
-
-
286
5.584
-
-
-
-
-
-4.139
40.292
77.208
83.863
4.657
24.351
24.351
PROGRAMMAREKENING
207
208
Jaarrekening VI Overige gegevens
Overzicht van gerealiseerde lasten en baten per product Verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen (SiSa)
PROGRAMMAREKENING
209
Overzicht van gerealiseerde lasten en baten per product
210
Productnummer en -naam (bedragen x € 1.000) 1001 Bestuurszaken college 1002 Bestuurszaken raad 1003 Bestuurszaken toezicht 1004 Burgerzaken 1007 Dienstverlening 1008 Archief Resultaat voor bestemming 1999 Mutatie reserves Resultaat na bestemming
Rekening 2012 Lasten Baten Saldo 5.597 3 -5.595 1.605 3 -1.603 213 0 -213 5.145 1.439 -3.707 766 0 -766 2.284 22 -2.261 15.611 1.467 -14.144 1.450 780 -670 17.061 2.247 -14.814
Begroting 2013 Lasten Baten Saldo 4.661 16 -4.645 1.537 0 -1.537 236 0 -236 5.134 1.478 -3.656 389 0 -389 2.194 23,215 -2.171 14.151 1.517 -12.634 802 1.092 290 14.953 2.609 -12.343
Rekening 2013 Lasten Baten Saldo 5.409 34 -5.375 1.446 0 -1.446 216 0 -216 5.128 1.301 -3.827 406 0 -406 2.502 19 -2.484 15.108 1.353 -13.754 829 904 75 15.937 2.257 -13.680
2001 Beheer openbare ruimte 2002 Verkeer 2003 Openbaar vervoer 2004 Ruimtelijke ontwikkeling 2005 Planontwikkeling 2006 Parkeren 2007 Havens 2008 Waterbeheer Resultaat voor bestemming 2999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
30.355 3.407 4.458 2.044 3.048 1.172 1.850 2.241 48.576 2.707 51.283
8.824 62 148 0 302 2.551 1.120 2 13.009 2.434 15.442
-21.531 -3.344 -4.310 -2.044 -2.747 1.379 -730 -2.239 -35.567 -273 -35.840
11.452 2.178 203 1.996 3.652 740 2.143 1.318 23.682 2.024 25.706
657 10 119 0 96 2.523 975 51 4.431 2.252 6.682
-10.795 -2.168 -84 -1.996 -3.556 1.783 -1.168 -1.267 -19.251 227 -19.024
11.293 1.666 189 1.988 3.910 1.084 1.867 991 22.987 3.726 26.714
602 39 229 0 397 2.378 1.145 51 4.842 3.129 7.971
-10.691 -1.627 40 -1.988 -3.512 1.294 -722 -940 -18.145 -597 -18.742
3001 Onderwijsbeleid 3002 Primair onderwijs 3003 Voortgezet onderwijs 3005 Milieu educatie 3006 Sport en recreatie 3007 Sportaccomodaties 3008 Bibliotheekwerk 3010 Culturele activiteiten 3011 Sociaal cultureel werk 3012 Maatschappelijk werk 3013 Kinderopvang 3014 Inkomensvoorziening 3015 Werkgelegenheidsbeleid 3016 Vormingswerk 3017 Volksgezondheid 3018 Wet op de lijkbezorging 3019 Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 3020 Dierenwelzijn 3021 Participatiebudget Resultaat voor bestemming 3999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
9.123 5.230 2.461 2 1.052 6.014 2.872 1.092 4.145 12.926 896 50.154 24.258 432 4.046 81 636
6.599 205 118 0 43 1.982 4 -35 14 715 40 43.945 22.188 0 318 10 0
-2.524 -5.025 -2.342 -2 -1.009 -4.032 -2.868 -1.127 -4.130 -12.211 -856 -6.209 -2.069 -432 -3.728 -71 -636
10.131 4.694 2.904 27 965 6.052 2.568 1.227 3.785 12.069 748 47.656 20.845 332 4.197 80 656
6.040 116 78 15 22 1.655 0 31 0 329 40 48.188 18.715 0 0 4 0
-4.092 -4.578 -2.826 -12 -943 -4.397 -2.568 -1.196 -3.785 -11.740 -708 532 -2.130 -332 -4.197 -76 -656
9.518 4.946 3.231 7 891 5.521 2.570 1.070 3.641 11.924 649 49.648 23.567 331 4.043 88 650
5.651 234 104 0 14 1.626 3 12 20 311 44 49.047 20.293 0 19 8 0
-3.867 -4.712 -3.127 -7 -876 -3.894 -2.567 -1.058 -3.622 -11.613 -605 -600 -3.274 -331 -4.023 -80 -650
134 12.668 138.219 4.440 142.659
0 8.762 84.908 5.277 90.185
-134 -3.906 -53.311 837 -52.474
130 12.147 131.214 9.977 141.191
0 8.503 83.735 2.668 86.403
-130 -3.645 -47.479 -7.309 -54.788
96 11.870 134.260 11.791 146.051
0 9.107 86.494 5.454 91.948
-96 -2.763 -47.766 -6.337 -54.103
Productnummer en -naam (bedragen x € 1.000) 4001 Straatmarkten 4002 Cultuurbeoefening 4003 Kunst en cultuur 4004 Musea 4005 Toerisme 4006 Monumentenbescherming 4007 Monumenten 4008 Recreatie 4009 Economische zaken 4010 Grondzaken 4011 Ruimtelijke ordening 4012 Evenementen 4013 Geo-informatie Resultaat voor bestemming 4999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
Rekening 2012 Lasten Baten 78 103 488 98 1.558 0 2.998 5 1.408 0 378 9 474 21 29 66 931 209 46.491 90.540 385 0 395 3 1.241 51 56.855 91.105 2.339 2.805 59.193 93.910
5002 Openbare orde en veiligheid Resultaat voor bestemming 5999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
10.705 10.705 0 10.705
436 436 837 1.273
-10.270 -10.270 837 -9.433
10.412 10.412 0 10.412
141 141 837 978
-10.270 -10.270 837 -9.433
10.232 10.232 0 10.232
179 179 837 1.016
-10.053 -10.053 837 -9.216
Saldo 25 -390 -1.558 -2.993 -1.408 -369 -453 37 -723 44.049 -385 -392 -1.190 34.251 466 34.717
Begroting 2013 Lasten Baten 135 103 240 0 1.600 0 2.858 7 1.468 68 323 5 481 21 49 62 891 230 29.143 33.828 477 0 378 0 1.177 97 39.218 34.420 247 1.041 39.465 35.461
Saldo -32 -240 -1.600 -2.851 -1.400 -318 -460 13 -661 4.685 -477 -378 -1.081 -4.798 794 -4.004
Rekening 2013 Lasten Baten 169 86 299 0 1.546 0 2.877 22 1.410 68 329 8 468 43 17 69 695 195 32.703 39.289 476 784 384 -1 1.178 50 42.551 40.615 1.556 896 44.107 41.510
Saldo -84 -299 -1.546 -2.854 -1.342 -321 -424 52 -500 6.586 308 -385 -1.128 -1.936 -661 -2.597
6001 Natuur- en groenbeheer 6002 Milieu 6003 Afvalbeheer 6004 Afvalheffingen 6005 Rioleringbeheer 6006 Riolering heffingen 6007 Bouw- en woningtoezicht 6008 Stadsvernieuwing 6009 Volkshuisvesting 6010 V olkshuisvesting ISV programma 6011 Geluidshinder 6012 Milieubeheer 6013 Milieubeleid Resultaat voor bestemming 6999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
5.981 130 8.790 0 6.263 0 2.399 1.698 4.913 38
376 0 112 10.419 0 8.197 675 0 2.900 0
-5.605 -130 -8.678 10.419 -6.263 8.197 -1.724 -1.698 -2.013 -38
5.240 221 9.019 0 6.912 0 2.621 1.113 4.875 35
100 0 64 10.509 -7 8.313 891 0 2.680 0
-5.140 -221 -8.955 10.509 -6.919 8.313 -1.731 -1.113 -2.195 -35
5.088 97 8.729 0 6.102 0 2.928 1.185 4.253 22
101 0 71 10.535 203 8.344 653 0 2.610 0
-4.987 -97 -8.658 10.535 -5.899 8.344 -2.275 -1.185 -1.642 -22
226 2.550 290 33.278 2.496 35.775
0 123 17,656 22.819 2.704 25.523
-226 -2.427 -272 -10.459 208 -10.251
156 2.664 663 33.519 590 34.109
0 230 242,84 23.023 1.402 24.424
-156 -2.434 -420 -10.496 812 -9.684
146 2.186 503 31.239 8.824 40.062
0 130 180 22.828 7.259 30.087
-146 -2.056 -323 -8.411 -1.564 -9.975
7001 Algemene uitkering 7002 Belastingen 7003 Beleggingen 7004 Onvoorziene uitgaven 7005 Saldo financieringsfunctie Resultaat voor bestemming 7999 Mutaties reserves Resultaat na bestemming
0 1.819 813 1.318 16.968 20.917 56.187 77.105
99.149 14.570 12.245 5.412 5.920 137.297 30.487 167.784
99.149 12.752 11.433 4.094 -11.047 116.380 -25.701 90.679
0 1.948 853 340 3.955 7.095 7.200 14.296
93.531 15.054 9.240 191 4.143 122.159 6.285 128.445
93.531 13.106 8.387 -149 189 115.064 -915 114.149
1.138 1.880 853 6.075 3.791 13.736 8.764 22.501
96.377 15.995 10.264 2.094 7.332 132.063 7.556 139.618
95.240 14.115 9.411 -3.981 3.541 118.326 -1.209 117.117
3.652 3.652 91
153 153 1.008
-3.499 -3.499 916
2.840 2.840 0
50 50 360
-2.790 -2.790 360
2.770 2.770 81
28 28 271
-2.742 -2.742 190
3.744 397.525
1.161 397.525
-2.583 0
2.840 282.971
410 285.413
-2.430 2.442
2.851 308.454
299 314.706
-2.552 6.252
8001 Wijkontwikkeling Resultaat voor bestemming 8999 M utaties reserves Wijkontwikkeling Resultaat na bestemming Totaal
PROGRAMMAREKENING
211
Overzicht SiSa Departement Nummer
Specifieke uitkering / Juridische grondslag / Ontvanger
OCW
Onderwijsachterstandenbeleid 2011-2014 (OAB)
D9
I N D I C A T O R E N
Besteding (jaar T) aan voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid WPO).
Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO).
Gemeenten
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 02
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01 SZW
G1
Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Gemeentedeel 2013 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of er in (jaar T) geen, enkele of alle inwoners werkzaam waren bij een Openbaar lichaam o.g.v. de Wgr.
SZW
G1A
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_totaal 2012 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C-1) na controle door de gemeente.
€0
€ 1.443.427
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners van uw gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (jaar T).
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Aard controle R Indicatornummer: G1 / 01
Aard controle R Indicatornummer: G1 / 02
635,75
19,33
Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen.
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (T-1); inclusief deel openbaar lichaam
0606 (Schiedam)
212
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 02
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1A / 01 641,50
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa I N D I C A T O R E N
Besteding (jaar T) aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO).
Opgebouwde reserve ultimo (jaar T-1).
Aard controle nvt Indicatornummer: D9 / 04
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 03 € 3.497.560
€ 1.765.900
Volledig zelfstandige uitvoering ja/nee Zie toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1 / 03 nee Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam
inclusief deel openbaar lichaam
inclusief deel openbaar lichaam
30,31
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 05
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 04
Aard controle R Indicatornummer: G1A / 03 494,61
5,58
PROGRAMMAREKENING
213
Departement Nummer
Specifieke uitkering / Juridische grondslag / Ontvanger
SZW
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_gemeente 2013
G2
Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
I N D I C A T O R E N
Besteding (jaar T) algemene bijstand
Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 01 € 33.561.090
€ 1.127.521
Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Gemeente
Gemeente
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Aard controle R Indicatornummer: G2 / 08
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 07 SZW
G3
Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_ gemeente 2013 Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
€ 28.394
€ 6.686
Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob)
Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 01 € 100.321
€ 4.000
Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 08
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 07 €0
214
€0
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa I N D I C A T O R E N
Besteding (jaar T) IOAW
Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) IOAZ
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
€ 1.117.930
€ 3.762
Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Gemeente
Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze.
I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
€ 71.234
€ 1.388
Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
Besteding (jaar T) Bob
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 10
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 09 €0
Ja
Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk)
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 03 € 22.509
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 06
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G2 / 03
€ 28.591
€ 57.719
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 06 €0
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3 / 09 Ja
PROGRAMMAREKENING
215
Departement Nummer
Specifieke uitkering / Juridische grondslag / Ontvanger
SZW
Wet participatiebudget (WPB)_ gemeente 2013
Het aantal in (jaar T) bij een ROC ingekochte contacturen
Wet participatiebudget (WPB)
Let op: Dit is de enige gelegenheid om verantwoording af te leggen over deze taakuitvoering
G5
Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
I N D I C A T O R E N
Let op: Deze verantwoording kan niet door een gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd, ongeacht de keuze van de gemeente bij indicator G5/02
Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 01 2.542 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Besteding (jaar T) participatiebudget
De zelfstandige uitvoering betreft de indicatoren G5/03 tot en met G5/07 Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5 / 02 Ja
216
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 03 € 6.341.281
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa I N D I C A T O R E N
Waarvan besteding (jaar T) van educatie bij roc's
Baten (jaar T) (niet-Rijk) participatiebudget
Besteding (jaar T) Regelluw
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s
Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing op gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk
€ 409.744
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 06
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 04 € 454.072
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 07
€ 15.108
PROGRAMMAREKENING
217
218
Jaarrekening VII Bijlagen
Afkortingenlijst
PROGRAMMAREKENING
219
Afkortingen ASV - Algemeen subsidieverordening Schiedam AWBZ - Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten BAG - Basisregistraties voor Adressen en Gebouwen BBSH - Besluit beheer sociale huursector BBV - Besluit Begroting en Verantwoording BDU SIV - Brede doeluitkering Sociaal, Integratie en Veiligheid BDU ISV - Brede doeluitkering Stedelijke Vernieuwing BERAP - Bestuursrapportage BGS - Berckenrode Groep Schiedam BIBOB - Wet bevordering integriteitbeoordeling door het openbaar bestuur BIZ - Bedrijven Investeringszone BNG - Bank Nederlandse Gemeenten Boa - Buitengewoon Opsporingsambtenaar BOR - Beheer Openbare Ruimte BWS - Besluit woninggebonden subsidies B&W - Burgemeester en wethouders CBS - Centraal Bureau voor de Statistiek CJG - Centrum voor Jeugd en Gezin COELO - Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden CPO - Collectief Particulier Opdrachtgeverschap CVO - Continu Vakantie Onderzoek CWP - Collegewerkprogramma DIV - Documentaire Informatievoorziening DRIS - Dynamisch Reizigers Informatiesysteem Schiedam Centrum EMU - Europese Economische en Monetaire Unie ESCo - Energy Service Company EZ - Economische Zaken Fido - Wet financiering decentrale overheden GBA - Gemeentelijke Basisadministratie GBE - B.V. Gemeenschappelijk Bezit Evides GHOR - Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen GNS - Gemeente Nieuwe Stijl GOA - Stichting Gemeentelijk Onderwijsachterstandenbeleid Schiedam GOSA - Gemeentelijke Organisatie Sluitende Aanpak GRP - Gemeentelijk Rioleringsplan GSB - Grote stedenbeleid HOF - Houdbare Overheids Financiën HRD - Human Resource Development IBS - Inbewaringstelling
220
IOAW
- Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers IOAZ - Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen ISV - Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing JCO - Justitieel Casusoverleg JGZ - Jeugdgezondheidszorg KCC - Klant Contact Centrum KHN - Koninklijke Horeca Nederland KVO - Keurmerk Veilig Ondernemen KVU - Keurmerk Veilig Uitgaan MBO - Middelbare Beroepsopleiding MBOP - Meerjarige Beheer- en Onderhoudsplannen MJOP - Meerjarenonderhoudplan MOE-landers - (arbeids)migranten uit Midden- en OostEuropa MOP - Meerjarenontwikkelingsprogramma MPG - Meerjarenperspectief Grondbedrijf MRDH - Metropoolregio Rotterdam Den Haag MVS - Maassluis, Vlaardingen en Schiedam MTO - Medewerkerstevredenheidsonderzoek NIEGG - Niet Actieve Bouwgrondexploitaties NME - Natuur- en Milieu Educatie NNGB - Nederlandse Norm Gezond Bewegen NUP - Nationaal Uitvoeringsprogramma e-overheid en dienstverlening NWN - Nieuwe Waterweg Noord OM - Openbaar Ministerie OR - Openbare ruimte OTO - Opleiden, Trainen en Oefenen OVL - Openbare verlichting OZB - onroerendezaakbelasting O&S - Onderzoek en Statistiek PGA - Persoonsgerichte aanpak PHB - Permanente Her- en Bijscholing PIJ - Plaatsing in jeugdinrichting P&O - Personeel en organisatie PO - Particulier Opdrachtgeverschap PWVB - Particuliere Woningverbetering RKC - Rekenkamercommissie SchiedamVlaardingen RMC - Regionale Meld- en Coördinatiefunctie Ruddo - Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden RVV - Reglement verkeersregels en verkeerstekens
SMI SOBO SPS TOS VNG VRI VRR VTA VVE Vve W&I Wabo WAP WGA WGA Wmo WNT
WOB WOG Wopt
WOT WOZ Wsw Wwb WWS ZAT
- Sociaal Medische Indicatie - Schiedams overleg Bewonersorganisaties - Stichting Promotie Schiedam - Thuis op Straat - Vereniging van Nederlandse Gemeenten - Verkeersregelinstallatie - Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond - Visual Tree Assessment - Vereniging Van Eigenaren - voor- en vroegschoolse educatie - Werk en Inkomen - Wet algemene bepalingen omgevingsrecht - Wijkactieprogramma - Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten - Wijkgerichte Aanpak - Wet maatschappelijke ondersteuning - Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector - Wet openbaarheid van bestuur - Wijkontwikkeling Groenoord - Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (Wopt) - Wijkondersteuningsteam - Waardering onroerende zaken - Wet sociale werkvoorziening - Wet werk en bijstand - Woningwaarderingssysteem - Zorg- en adviesteams
PROGRAMMAREKENING
221
Uitgave Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Schiedam Postbus 1501 3100 EA Schiedam Telefoon 010 219 11 11 Eindredactie, vormgeving en productie Afdeling Financiën & Ondersteuning Advies en druk Van Horssen OJ Service bv, Waardenburg Foto’s Paul Meuldijk
222