Programmaverantwoording en – rekening Deel A
2014
Programmaverantwoording
2014
A. Jaarverslag
2014
DEEL A
Inhoud A. JAARVERSLAG 1 Inleiding 2 Vooruit- en terugblik 3 Rekeningsaldo 2014 4 Auditing en control 5 Financiële positie 6 Aanwending post onvoorzien 7 Programma’s 7.1 Bevolking en bestuur 7.2 Openbare orde en veiligheid 7.3 Beheer openbare ruimte 7.4 Onderwijs 7.5 Cultuur en sport 7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid 7.7 Maatschappelijke voorzieningen 7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 7.9 Omgevingsrecht 7.10 Economische zaken en grondexploitaties 7.11 Algemene dekkingsmiddelen 8 Recapitulatie programma’s 9 Paragrafen 9.1 Inleiding paragrafen 9.2 Lokale heffingen 9.3 Weerstandsvermogen en risicobeheersing 9.4 Onderhoud kapitaalgoederen 9.5 Financiering 9.6 Bedrijfsvoering 9.7 Verbonden partijen 9.8 Grondbeleid 9.9 Kernenbeleid 9.10 Dienstverlening
3 7 19 29 37 49 53 55 63 69 81 89 103 111 125 133 139 153 165 169 171 175 179 185 189 203 209 231 239 243
Deel I - 1 -
Deel I - 2 -
1. Inleiding
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 3 -
Deel I - 4 -
1. Inleiding Jaarverslag Het jaarverslag bestaat uit het jaarverslag en de jaarrekening. In het verslag kijken we terug op de belangrijkste gebeurtenissen en ontwikkelingen in 2014. De jaarrekening gaat in op de financiële aspecten van de uitvoering van het beleid in 2014. In het verslag wordt per programma verantwoording afgelegd aan de hand van teksten uit de begroting. Daarna volgen de paragrafen met onder andere informatie over ons weerstandsvermogen, de bedrijfsvoering en het grondbeleid. Rekeningsaldo Het jaar 2014 sluit af met een positief rekeningsaldo van circa € 1.273.000. Bij de najaarsnota 2014 was dit saldo € 135.000 positief. Voor een toelichting op het saldo en de bestemming wordt verwezen naar hoofdstuk 3 van deze jaarrekening. Peildatum De jaarrekening 2014 is samengesteld in de eerste maanden van het jaar. Dit betekent dat de begeleidende teksten opgesteld zijn in de maanden januari tot en met maart. Omdat de
besluitvorming in de raad pas begin juli 2015 plaatsvindt, kan het vreemd overkomen dat bijvoorbeeld wordt gesproken over ‘in het tweede kwartaal van 2015 wordt….’ Terwijl dit kwartaal bij de besluitvorming al is afgelopen. Als peildatum van de tekstbijdragen dient voor deze jaarrekening 1 april 2015 aangehouden te worden. Toelichting belangrijkste verschillen Bij de programma’s zijn op hoofdlijnen de voornaamste verschillen toegelicht tussen de bedragen uit de kolom ‘bijgestelde begroting 2014’ en de kolom ‘rekening 2014’. Voor een toelichting op de verschillen tussen ‘primitieve begroting 2014‘ en ‘bijgestelde begroting 2014’ wordt verwezen naar met name de 1e en 2e bestuursrapportages 2014 en de overige begrotingswijzigingen welke in de vergaderingen van de gemeenteraad in 2014 zijn vastgesteld. Echt, mei 2015 College van Burgemeester en Wethouders van Echt Susteren
Deel I - 5 -
Deel I - 6 -
2. Terug- en vooruitblik
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 7 -
Deel I - 8 -
2. Terug- en vooruitblik Programma 1: Bestuur en bevolking Nieuwe gemeenteraad In maart 2014 hebben de gemeenteraadsverkiezingen plaatsgevonden, die hebben geleid tot een nieuwe gemeenteraad die op 27 maart 2014 is geïnstalleerd, en een nieuw college, waarvan de wethouders op 20 mei 2014 zijn benoemd. MER-samenwerking In 2014 hebben de drie colleges van de moedergemeenten van de MER besloten om de afdeling Sociaal Domein onder te brengen in het Servicecentrum MER. Dit besluit wordt geeffectueerd op 1 januari 2016. Het jaar 2015 wordt bestempeld als een overgangsjaar, waarin de voorbereidingen voor de nieuwe afdeling Sociaal Domein zullen worden getroffen. In 2014 is meegewerkt aan de ontwikkeling van integraal beleid in het totale sociale domein (3D) zowel in MER-verband (vanuit de vorming uitvoeringsorganisatie) als op Midden-Limburgse schaal. In het kader van de MER-ontwikkelingen wordt in 2015 het programmaplan Bedrijfsvoering opgesteld dat duidelijkheid moet geven hoe de ondersteuning van de bedrijfsvoerings- en dienstverleningstaken door het Servicecentrum MER georganiseerd gaat worden en welke maatregelen met bijbehorende kosten daarvoor gemaakt dienen te worden. Vooruitlopend daarop is reeds gestart met de voorbereidingen voor het samenvoegen van de applicaties voor het sociaal domein, de aanbesteding van een zaaksysteem en een telecommunicatieoplossing voor de MER-organisaties en wordt de MER-infrastructuur (4e omgeving) verder opgeschaald om ruimte te bieden aan dit zaaksysteem, de telecommunicatie en de applicaties sociaal domein. De consequenties hiervan, de kosten voor apparatuur en programmatuur, alsmede hiervoor extra benodigde menscapaciteit, worden in kaart gebracht en ter besluitvorming aan de raad voorgelegd. Overdracht begraafplaats Landricus In verband met de overdracht van de begraafplaats Landricus aan het parochiebestuur is in het laatste kwartaal van 2014 overeenstemming bereikt over de omvang van de afkoopsom. Voortaan voert het parochiebestuur van Landricus weer zelf de volledige exploitatie en regie over de begraafplaats.
Programma 2: Openbare orde en veiligheid Outlaw Motorcycle Gangs Vanaf begin 2014 was het onrustig in de wereld van Outlaw Motorcycle Gangs. Deze onrust had ook betrekking op onze regio. In maart 2014 hebben er twee aanslagen plaatsgevonden in Nieuwstadt. Deze aanslagen werden in verband gebracht met de OMG’s. De impact op de bevolking en de media-aandacht was enorm. Om de openbare orde te kunnen blijven garanderen zijn verstrekkende maatregelen genomen zoals een noodverordening, sluiting woning, verkeersmaatregelen en permanent cameratoezicht inclusief permanente bewaking door de politie. Helaas werd onze gemeente in mei en juni 2014 wederom opgeschrikt door een aanslag in respectievelijk Susteren en Pey. Ook deze aanslagen werden in verband gebracht met de OMG’s en ook hier was het noodzakelijk om de verstrekkende maatregelen te nemen om de openbare orde te kunnen garanderen. Integraal veiligheidsplan Om invulling te geven aan de regierol die de gemeente heeft met betrekking tot (integrale) veiligheid is het Integraal Veiligheidsplan 20152018 (IVP) opgesteld. In navolging van de eerste twee beleidscycli van het IVP is in dezelfde lijn het IVP 2015-2018 opgesteld. Doelstelling van de nota IVP is het vormgeven aan de integrale aanpak van veiligheid in Echt-Susteren. Het IVP geeft de mogelijkheid om weloverwogen keuzes te maken en geeft duidelijkheid over de doelen en inspanningen die nodig zijn om de veiligheidssituatie te optimaliseren. Het hierop gebaseerde uitvoeringsprogramma zal in de vorm van een veiligheidskrant ter kennis van de bevolking en de raad gebracht worden. Programma 3: Beheer openbare ruimte Infrastructurele projecten In 2014 is gewerkt aan de realisatie van een groot aantal infrastructurele projecten. Te noemen zijn: Herinrichting Wegen Centrum Echt fase 1 Herinrichting Kerkweg te Maria Hoop Inrichting Annendaalderweg en fietspad Boekhorstweg Herinrichting gedeelte Reinoud van Gelderstraat / omgeving sporthal te Susteren Reconstructie Sittarderweg – Op de Brug te Nieuwstadt Daalweg te Pey Reconstructie N 572, Kerkstraat te Koningsbosch, samen met de Provincie
Deel I - 9 -
Centrumplan Susteren, fase 1 Reconstructie Wilhelminalaan te Echt Herinrichting Jan Peterstraat te Roosteren Daarnaast is in 2014 gestart met de voorbereiding van o.a.: Herinrichting Wegen Centrum Echt fase 2 Herinrichting Caulitenstraat, plein en infra rondom gemeenschapshuis (DOP St. Joost), aanpak wateroverlast Bosweg St.Joost Revitaliseringsplan Handelsterrein Wolfskoul Snelfietsroute N 271, samen met gemeente Maasgouw Centrumplan Susteren, herinrichten parkeerplaats Swentiboldstraat. Herinrichting Bosstraat-Rijdtstraat te Susteren Afvalverwijdering en -verwerking De voorbereidingen voor de uitbreiding van de ondergrondse milieuparken zijn afgerond en de uitvoering start begin 2015. Vanaf 2014 wordt het kunststof uit het ingezamelde restafval gescheiden. Deze maatregelen dragen bij aan de landelijke doelstellingen voor het hergebruik van huishoudelijk afval. In 2014 bedroeg de doelstelling 60% hergebruik. In navolging van de herijking van de afvalinzameling heeft de raad de nieuwe afvalstoffenverordening 2015 vastgesteld. In 2014 is een opschoondag georganiseerd om mensen bewust te maken van zwerfvuil in hun leefomgeving. Uit onderzoek is gebleken dat 20% van de afvalbakken niet wordt gebruikt. In 2014 is gestart met de herschikking van deze afvalbakken, in 2015 zal dit worden afgerond. De gemeente neemt nu ruim één jaar deel aan de gemeenschappelijke regeling RD Maasland voor het gebruik van de milieuparken. Naast het milieupark in Montfort mogen de inwoners gebruik maken van alle milieuparken van RD Maasland en van de milieuparken van de gemeente Sittard-Geleen. Integraal bestek Halverwege 2013 is gestart met het slimmer uitvoeren van onderhoudstaken in de openbare ruimte. Dit is in 2014 voortgezet. Onder het mom van ‘Schoon, Heel en Veilig’ wordt integraal het onderhoud van openbaar groen, vegen van wegen, kolken reinigen, reinigen zwerfvuil en afvalbakken, klein herstel van verhardingselementen, bermen maaien en onkruidbestrijding van verharding uitgevoerd door Risse-Westrom Groen uit Weert. In 2014 heeft,
op basis van de evaluatie ‘onkruidbestrijding en groenstroken’, een pilot plaatsgevonden waarbij de bestrijding van onkruid op verhardingen naar tevredenheid is uitgevoerd met het biologische middel Ultima. Afhankelijk van richtinggevende ontwikkelingen ten aanzien van gebruik van bestrijdingsmiddelen op rijksniveau in 2016 zal deze techniek verder worden uitgebreid. Om het huidige kwaliteitsniveau te handhaven zal dit wel leiden tot een kostenverhoging. Dit wordt in 2015 nader uitgewerkt. Groen Binnen de reikwijdte van de majeure projecten zoals eerder vernoemd onder ‘Infrastructurele projecten’ is tevens een kwaliteitsverbetering in het openbare groen en boomstructuren doorgevoerd. Slecht groen is gerenoveerd, groen en/of bomen die van waarde zijn binnen een project blijven behouden of worden verbeterd. Ook is in 2014 het groen gelegen langs het Sportpad te Echt, Hoogstraat, Marktsingel te Slek en Pastoor Cramerstraat te Pey gerenoveerd. Middels ‘inboet’ bij bestaande beplantingsvakken worden ontbrekende beplanting aangevuld en/of (deels) slechte beplantingen vervangen. In 2014: Is gestart met de voorbereidingen herinrichting groenvoorziening Echt-Noord waarvan uitvoering medio 2015 staat gepland. heeft een VTA (Visual Tree Assessment) plaats gevonden. Hierbij zijn alle 26.000 bomen in gemeentelijk beheer geïnspecteerd op veiligheid. is een nieuw roekenbeschermingsplan vastgesteld met een looptijd tot 2019 . Hiermee kan de roekenoverlast in Nieuwstadt, worden bestreden. In 2015 zal gestart worden met het opstellen van een groenbeheerplan. Openbare ruimte In 2014 heeft de gemeente aansluiting gezocht bij de Buiten Beter app. Burgers en toeristen kunnen via deze app een melding maken over een tekortkoming in de openbare ruimte van de gemeente Echt-Susteren. Verkeer Het verkeersveiligheidsplan 2014 is geconcretiseerd middels een aantal maatregelen. Deze maatregelen zijn integraal ondergebracht in de infrastructurele projecten en deels zijn de verkeersmaatregelen apart uitgevoerd, zoals de oversteekplaats op de Diepstraat ter hoogte van de Abeelstraat, de nieuwe school-thuis
Deel I - 10 -
route voor de basisschool in Nieuwstadt en aanvullende veiligheidsmaatregelen voor de voetgangers in Roosteren. De blauwe zone rondom het centrum in Echt is in 2014 in procedure geweest en begin 2015 aangelegd en ingevoerd. Een onderzoek is uitgevoerd naar de huidige en toekomstige verkeersontwikkeling vanaf de A2 tot en met de Bovenstestraat. Hierin is meegenomen de VRI (verkeersregelinstallatie) Bovenstestraat-Zuiderpoort en de verkeersonveilige situatie ter hoogte van de winkel Action. Vanaf 2015 zal een aantal verbeteringen op dit wegvak worden uitgevoerd, een aantal verbeteringen worden meerjarig weggezet. In 2015 loopt het huidige verkeersveiligheidsplan ten einde en dient een nieuw verkeersplan te worden opgesteld. Verder wordt in 2015 gekeken naar mogelijke verkeersveiligheidsmaatregelen voor de Dieterderweg in Susteren. Annendaalderweg en Boekhorstweg in Maria Hoop Medio 2014 zijn de werkzaamheden ter plaatse van de Annendaalderweg en Boekhorstweg afgerond. Het betreft de wegreconstructie zelf, de aanleg van een transportriool vanaf Maria Hoop tot Pepinusbrug en de aanleg van ruim acht kilometer fietspad met verlichting. Programma 5: Cultuur en sport Sporthal en BMV De nieuwe Reinoudhal en de Brede Maatschappelijke Voorziening (BMV) D’n Hook zijn in januari 2014 in gebruik genomen. Restpunten van de nieuwbouw van de sporthal met BMV zijn in 2014 aangepakt. Programma 6: Sociale voorzieningen en werkgelegenheid Minimabeleid Met ingang van 2014 werken we samen met de Stichting Leergeld Westelijke Mijnstreek. In tegenstelling tot het verleden komt het geld terecht bij de kinderen en niet bij de ouders die dit ook op een andere manier konden aanwenden. Op deze manier kunnen kinderen zo optimaal mogelijk participeren. Koopkrachttegemoetkoming In 2014 hebben we eenmalig uitvoering gegeven aan de Wet koopkrachttegemoetkoming lage inkomens. Deze Rijksregeling was be-
doeld om minima in 2014 eenmalig te compenseren voor hun inkomensachteruitgang. BTW compensatie Naar aanleiding van een rechterlijke uitspraak is gebleken dat de toepassing van de BTW compensatie door het rijk op het reintegratiebudget de afgelopen jaren niet goed is toegepast. De compensabele BTW is teruggevorderd en er heeft eerste besluitvorming plaats gevonden op grond waarvan ons hiervoor over de jaren 2008 -2012 een compensatie is verleend. Het extra budget dat in 2014 diende te worden ingezet, is ingezet op de focus van de klant op werk (ken, zie en stuur de klant). Omdat wij de afgelopen twee jaar al pro-actief hebben geëxperimenteerd, binnen het beschikbare budget en volgens de geldende kaders voor re-integratiemiddelen vanuit het rijk, hebben we al veel zicht op hetgeen effectief en nog nodig is. De inzet vanuit het budget BTWcompensatie sluit daarbij aan. Deels door in te zetten en meer te structureren wat al resultaat heeft opgeleverd. Dit betreft dan systemen om competenties en profielen van cliënten in beeld te brengen, bestandsanalyses, extra inzet van trajecten, WWB dienstbetrekkingen en het werkgeversservicepunt. Deels door nieuw in te zetten op terreinen waarop we nog niet konden experimenteren, maar waar op basis van ervaringen elders (Divosa onderzoek) wel mogelijkheden gezien worden (opleiden van reintegratiespecialisme, projecten vrijwilligerswerk) De resultaten van deze inzet worden in de rekening over 2015 zichtbaar gemaakt.. Decentralisaties (3D) We hebben intensief samengewerkt aan de ontwikkeling van integraal beleid in het totale sociale domein (3D). Bij onze 3D-aanpak hebben we beleid afgestemd in regionaal verband. Voor Wmo en Jeugdhulp doen we dat met de gemeenten uit Midden-Limburg Oost en voor Participatie op Midden-Limburgse schaal. Er zijn diverse bijeenkomsten georganiseerd om de raad en burgers in de nieuwe ontwikkelingen mee te nemen. Tevens zijn we in MER-verband volop bezig geweest met de voorbereidingen voor een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie sociaal domein. Regionaal arbeidsmarktbeleid In de regionale uitvoeringagenda arbeidsmarktbeleid zijn de volgende vijf onderwerpen opge-
Deel I - 11 -
nomen, waar de arbeidsmarktregio MiddenLimburg in 2013 en 2014 prioriteit aan heeft gegeven: het inrichten van een werkgeversservicepunt de hervorming van het gemeentelijk reintegratiebeleid de hervorming van het Wsw-bedrijf en de voorbereiding op de fusie Westrom/Risse verknoping arbeidsmarkt en economie de aansluiting van arbeidsmarkt en onderwijs Cliëntenparticipatie In 2013 is de gemeente gestart met de evaluatie van de cliëntenraad Sociale Voorzieningen en het Wmo-platform. In 2014 heeft de raad besloten tot een participatieplatform Sociaal Domein. Hierbij is tevens eerdergenoemde evaluatie aan de orde geweest. De gemeente Echt-Susteren hecht sterk aan actieve betrokkenheid van burgers die met de Participatiewet, Wmo en Jeugdwet te maken hebben/krijgen. Gezien het bovenstaande is besloten om te komen tot één Participatieplatform, waar vertegenwoordigers uit het hele sociale domein bij betrokken zijn. Dit moet gaan leiden tot efficiënter maar ook een integraal advies. Binnen dit participatieplatform kunnen verschillende expertgroepen worden ingericht. Doorontwikkeling Participatiewet In 2015 zal verder gewerkt worden aan de vormgeving van de uitvoeringsorganisatie MER voor het sociale domein. Per 1 januari 2016 zal deze uitvoeringsorganisatie een feit moeten zijn en zullen de taken in dit kader uitgevoerd worden onder regie van deze uitvoeringsorganisatie. Zowel onze werkwijze (inrichting processen en systemen)als het inhoudelijk beleid zullen in dat kader de komende periode worden afgestemd op MER niveau. Het streven is om per 1 januari 2016 de uitvoering zoveel mogelijk gelijk te schakelen. Hierbij kan gedacht worden aan aanvraagprocedures, rapportages en beschikkingen.
De noodzakelijke verdere uitwerking en vormgeving van de participatiewet, waaronder bijvoorbeeld het beleid met betrekking tot beschut werken, loonkostensubsidie en ook handhaving zullen in dat kader ook gezamenlijk worden opgenomen. Per 1 juli 2015 zullen deze onderdelen gereed zijn.
Programma 7: Maatschappelijke voorzieningen Wmo Terugkijkend op 2014 heeft met name de transitie van de AWBZ naar de Wmo centraal gestaan. Alle voorbereidingen zijn getroffen. Nieuw beleid is geformuleerd op basis van de Wmo 2015 (Wmo-verordening, Wmo-besluit en Wmo-beleidsregels). De uitgangspunten die in het beleid zijn neergelegd, zijn vervolgens vertaald en doorgevoerd in de uitvoering. Er zijn nieuwe werkprocessen ingericht, documenten ontwikkeld en er heeft scholing plaatsgevonden. Daarnaast heeft er een aanbesteding plaatsgevonden met als resultaat het afsluiten van contracten met bestaande en nieuwe aanbieders. Tot slot is een aanpassing van de ICT doorgevoerd. De organisatie is volledig klaargemaakt om de nieuwe taak naar behoren uit te voeren. Los van de voorbereiding rondom de decentralisatie heeft er daarnaast een aanbesteding hulpmiddelen plaats gevonden en zijn er op het gebied van hulp bij het huishouden herindicaties uitgevoerd om de opgelegde rijksbezuiniging van 32% te realiseren. Daartoe is het normeringskader aangescherpt en zijn circa 600 cliënten geherindiceerd. Vooruitkijkend naar 2015 zal de doorontwikkeling van de transitie richting transformatie steeds meer vorm krijgen. Gedacht kan worden aan het ontwikkelen van algemene voorzieningen zoals een was- en strijkservice en een scootmobielpool, waardoor er minder dure maatwerkvoorzieningen hoeven te worden verstrekt. Rondom de hulp bij het huishouden zal de inkoop van extra uren huishoudelijke hulp in de praktijk worden vorm gegeven op basis van de door het Rijk extra beschikbaar gestelde middelen van de Huishoudelijke Hulp Toelage, die budgettair neutraal worden uitgevoerd. Ook zal er omtrent inkoop van zorg voor de nieuwe taken wederom een aanbesteding plaatsvinden. Omdat 2015 een overgangsjaar betreft, zullen alle cliënten met een indicatie op grond van de AWBZ uiteindelijk in de loop van het jaar moeten worden geherindiceerd op basis van de regels die zijn vastgesteld in de Wmo. Daarvoor wordt in MER-verband een herindicatieplan ontwikkeld. Leerlingenvervoer Terugkijkend op 2014 heeft een drietal ontwikkelingen centraal gestaan: er zijn herindicaties uitgevoerd
Deel I - 12 -
met ingang van 1 augustus 2014 is een nieuwe verordening vastgesteld er heeft een aanbesteding plaatsgevonden. Vooruitkijkend naar 2015 zullen de landelijke ontwikkelingen nauwgezet worden gevolgd rondom het leerlingenvervoer. Zo is er een wetsvoorstel ingediend dat tot doel heeft niet alleen leerlingen met een lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap, maar ook leerlingen die vanwege een psychische handicap niet zelfstandig met het openbaar vervoer kunnen een beroep kunnen doen op vervoersvoorzieningen van het leerlingenvervoer. De verwachte invoeringsdatum van de wetswijziging is voorzien voor 1 januari 2016. Zodra de wijzigingsdatum bekend is zal de verordening leerlingenvervoer aangepast dienen te worden. Zied (zorg in eigen dorp) Het project – met financiële ondersteuning van de Provincie Limburg – heeft tot doel het afstemmen van zorg en ondersteuning in de kern Koningsbosch, alsmede het verbeteren van de leefbaarheid teneinde het dorp aantrekkelijker te maken en zodoende de eigen inwoners de mogelijkheid te bieden er langer te wonen. De stichting Zorg in eigen Dorp heeft onder leiding van de zorgcoördinator diverse activiteiten opgepakt, en heeft vrijwilligers geworven. Er is een uitgebreide ‘dorpsraadpleging’ georganiseerd, om in beeld te krijgen aan welke voorzieningen en activiteiten behoefte bestaat. Het project duurt in totaliteit twee jaar, en loopt in principe tot medio 2015. Na afloop zal er een evaluatief document worden opgesteld. Pilots AWBZ/WMO In het kader van een pilot “doorlopende dagbesteding” is er in Nieuwstadt een onderzoek gedaan naar de mogelijkheden enkele bestaande dagbestedingsvoorzieningen te combineren tot een volwaardige nieuwe voorziening. Hiervan kunnen inwoners met en zonder indicatie gebruik maken. Er is een begin gemaakt met een basisteam sociaal wijkteam, waarvan inmiddels de eerste resultaten zichtbaar zijn. In samenwerking met OZO (organiseren zonder organisatie) is gestart met dagbesteding voor mensen met een verstandelijke beperking, terwijl het huiskamerproject is voorzien van op de doelgroep afgestemd meubilair.
Op deze manier (gefaseerde invoering, modulair systeem) is het voor de gemeente mogelijk kennis te maken met de nieuwe doelgroepen en producten, die voorheen geïndiceerd en uitgevoerd werden onder het regime van de AWBZ. De Wmo-consulenten kunnen in de praktijk kerngericht samenwerken met andere professionals (wijkverpleegkundigen en welzijnswerkers) en zo de noodzakelijke ervaring opdoen. Overeenkomsten inzake bruikleen, onderhoud en exploitatie van speeltuinen Met de 7 georganiseerde speeltuinen in onze gemeente; Sint Joost, Hingen, Berkelaar, Nieuwstadt, Susteren Heide, Susteren Middelveld (Gulickspark) en Koningsbosch is een overeenkomst gesloten inzake bruikleen van de gemeentelijke ondergrond, onderhoud en exploitatie van de speeltuin. Gemeenschapshuizen Door de ontwikkelingen in het sociaal domein, o.a. op het gebied van zorg, en de noodzaak te komen tot een participatiesamenleving zijn gemeenschapshuizen speerpunten geworden in het faciliterende sociale beleid van de gemeente. Het in 2012 door de gemeenteraad vastgestelde gemeentelijk beleid ten aanzien van gemeenschapshuizen is er op gericht in iedere kleine kern een gemeenschapshuis in stand te houden. In 2013 zijn reeds de renovaties van de gemeenschapshuizen in Koningsbosch, Maria Hoop en Nieuwstadt gerealiseerd. Ook is in Susteren een brede maatschappelijke voorziening (BMV) gerealiseerd bij de nieuwbouw van de sporthal. De sporthal en BMV zijn in 2014 in gebruik genomen. In 2014 zijn de renovaties van de gemeenschapshuizen in Illikhoven, het jeugdhuis H. Pius X en het buurthuis Echt-Noord gerealiseerd. Ten aanzien van het buurthuis St. Joris heeft de raad bovendien besloten, na realisatie van de renovatie, in 2015 het buurthuis uit te breiden met een 5 tal naastgelegen schoollokalen. De oplevering van de nieuwbouw van het gemeenschapshuis St. Joost heeft plaatsgevonden in december 2014. De voorbereiding van de nieuwbouw van het gemeenschapshuis in Dieteren is afgerond. De bouwwerkzaamheden van deze accommodatie gaan van start in het voorjaar van 2015. Het buurthuis St. Joris en het jeugdhuis H. Pius X zijn in het kader van de renovatie in eigendom overgedragen aan de gemeente. Het
Deel I - 13 -
nieuwe gemeenschapshuis St. Joost is gedeeld eigendom van de gemeente en WoonGoed2Duizend. Het nieuwe gemeenschapshuis in Dieteren wordt eigendom van de gemeente. Met de eigenaar van het gemeenschapshuis Illikhoven is een langlopende overeenkomst afgesloten over het gebruik van de accommodatie. Bovendien is aan de stichting voor onbepaalde tijd recht van opstal verleend voor het gebouw. Daarmee is ook de gemeenschap Illikhoven voor lange tijd voorzien van een ontmoetingsplek en een accommodatie voor zorgen ondersteuningsactiviteiten voor jong en oud. Met de eigenaar van het Trefcentrum Edith Stein is eind 2014 afgesproken dat in 2015 getracht wordt te komen tot een renovatieplan voor dit gemeenschapshuis. Een eerste stap daartoe is de oprichting van een beheerstichting, die het gebouw na renovatie gaat beheren en exploiteren. In december 2014 heeft de raad nog een aanvullend krediet beschikbaar gesteld van € 100.000 voor aanvullende voorzieningen waaronder airco-installaties in de gemeenschapshuizen van Roosteren, Maria Hoop en Koningsbosch. Deze worden in 2015 gerealiseerd. Krekelzank / nieuwbouw basisschool Burgemeester Willeme Na een intensieve periode van voorbereiding zijn de verschillende projectonderdelen in 2014 in uitvoering gekomen. Het betreft: de bouw van het kindcentrum; de aanleg van het park; de nieuwbouw van de tennisaccommodatie; het verkleinen van sporthal De Sjirp. Sporthal De Sjirp krijgt een inpandige upgrade, een functie welke past binnen het te realiseren kindcentrum en de sportbehoefte van het verenigingsleven van Nieuwstadt. Het overblijvende deel van de sporthal dient geschikt te zijn voor (gelijktijdig) gebruik door meerdere verschillende doelgroepen: verenigingen, school (bewegingsonderwijs), BSO (Buitenschoolse Opvang)-kinderen, senioren, etc. Programma 8: Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Structuurvisie Eind 2012 is door de gemeenteraad de structuurvisie 2012-2025 ‘Ontwikkelen met kwaliteit’ vastgesteld. In deze structuurvisie zijn in het uitvoeringsprogramma onder andere de speer-
punten stedelijk gebied opgenomen. De structuurvisie geldt als leidraad bij de uitwerking van projecten. In 2014 heeft een actualisatie plaatsgevonden van het uitvoeringsprogramma en de daar bijbehorende speerpuntprojecten. Dit is begin 2015 door de raad vastgesteld. In navolging op de vastgestelde structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving (raad december 2014) zal de structuurvisie ‘Ontwikkelen met kwaliteit 2012-2025’ medio 2015 nogmaals tegen het licht worden gehouden. Dit kan mogelijke gevolgen hebben voor één of meerdere speerpuntprojecten uit het uitvoeringsprogramma ( afvoer, deels herzien of zelfs toevoeging van nieuwe projecten). Duurzaamheid In 2014 is de aanzet gemaakt voor een aantal initiatieven op het gebeid van duurzaamheid: Energiescan particuliere woningen De raad heeft ingestemd met het beschikbaar stellen van budget voor een lokaal laagdrempelig initiatief dat het aanbrengen van energiebesparende maatregelen in bestaande particuliere woningen stimuleert. Particulieren kunnen een energiescan van hun woning laten uitvoeren. Na onderzoek aan de woning resulteert dit in verbeteradviezen. De gebouwde omgeving wordt hiermee verduurzaamd en de lokale werkgelegenheid gestimuleerd. Begin 2015 is gestart met een pilot, waarbij voor maximaal 200 woningen een energiescan wordt uitgevoerd. Gemeentelijke gebouwen Bij de realisatie/renovatie van gemeenschapshuizen is rekening gehouden met energiebesparende maatregelen en op enkele locaties zijn ook zonnepanelen aangebracht. Voor het gemeentehuis is in 2014 opdracht gegeven om een energiescan uit te voeren. Door de raad is budget beschikbaar gesteld om onder andere zonnecellen aan te leggen op het gemeentehuis. Dit wordt in 2015 gerealiseerd. Regionaal overleg De gemeente participeert vanaf 2014 in een regionaal overleg over energie en duurzaamheid. In dit overleg worden gemeentelijke praktijkvoorbeelden gedeeld en vindt afstemming plaats over op te stellen beleid inzake energie en duurzaamheid. Structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving In 2014 eindigde de looptijd van de regionale Woonvisie Midden Limburg - Oost 2010-2014.
Deel I - 14 -
In GOML-verband is in 2013 besloten een regionale structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving te realiseren voor geheel MiddenLimburg. De noodzaak om te komen tot een dergelijke structuurvisie komt voort uit demografische ontwikkelingen en de ontwikkelingen op de woningmarkt mede als gevolg van de economische crisis. In de structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving Midden Limburg is de gewenste ruimtelijke ontwikkelingsrichting ten aanzien van het beleidsveld ‘Wonen’ voor de korte termijn (2014 tot en met 2017) met een doorkijk naar de lange termijn (2018 tot en met 2023) vastgelegd. De provincie Limburg is nauw betrokken geweest bij het samenstellen van de structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving. De regionale afspraken uit genoemde structuurvisie zijn bovendien afgestemd met de herziening van het POL eind 2014. In de eerste helft van 2015 zal een uitvoeringsplan met betrekking tot de structuurvisie worden gemaakt, waarbij zowel plansanering als ontwikkeling van de woningbouw nader worden uitgewerkt. Programma 10: Economische zaken en grondexploitaties Kwaliteitsimpuls Maria Hoop In 2014 is de uitvoering van de deelprojecten van de kwaliteitsimpuls Maria Hoop voortvarend ter hand genomen. In verband met aangespannen procedures in het kader van de flora- en faunawet en de monumentale status van een van de deelprojecten heeft de uitvoering echter enige vertraging opgelopen. De Provincie Limburg heeft in haar subsidietoekenning gesteld dat de uitvoering van het volledige project Kwaliteitsimpuls Maria Hoop 31 december 2014 gereed en afgerekend diende te zijn. Naar aanleiding van de opgelopen vertraging is tijdig uitstel gevraagd. Hierop heeft de Provincie Limburg positief besloten. De nieuwe einddatum is nu definitief op 1 mei 2015 gesteld. Centrumplan Susteren De planologische kaders zijn eind 2013 vastgelegd in een bestemmingsplan ‘Centrumplan Susteren’. Daarnaast heeft de raad in dezelfde vergadering de financiële kaders vastgesteld. In 2014 is gewerkt aan de realisatie van het stedenbouwkundig plan. In juli 2014 is een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de ontwikkelaar die in ieder geval het gedeelte aan
de zijde van de PLUS-supermarkt mede zal ontwikkelen. De gemeente heeft overeenstemming kunnen bereiken over de aankoop van een groot gedeelte van voor de realisatie van het oostelijk plandeel benodigde vastgoed (aankoop gedeelten houthandel Peters) en ze heeft besloten de onteigeningsprocedure in gang te zetten ten behoeve van de verkrijging van een gedeelte van het voor de realisatie van het plangebied benodigde vastgoed (locatie ‘voormalige Jan Linders’). Daarnaast is in het najaar 2014 gestart met de aanleg van de infrastructuur van het westelijk deel van het plangebied. Het betreft de Feurtherpoort en gedeelten van de daarop uitkomende wegen, de Willibrordusstraat (het eerste deel van het toekomstige Willibrordusplein) en de Reinoud van Gelderstraat. Tot slot heeft de gemeente verweerschriften opgesteld tegen de door belanghebbende partijen bij de Raad van State ingediende beroepschriften tegen het vastgestelde bestemmingsplan en het exploitatieplan. De zitting bij en uitspraak op beroep door de Raad van State volgen in 2015. De herinrichting van de parkeerplaats en de uitbereiding van de PLUS supermarkt volgen in 2015 en uiteraard worden ook de onderhandelingen met relevante partijen voortgezet in 2015. Bocage Op 29 maart 2012 hebben Hurks vastgoedontwikkeling Eindhoven bv en de gemeente EchtSusteren de ‘Samenwerkingsovereenkomst “Bocage” te Echt’ getekend. De gemeente participeert voor 50% in de GEM Bocage. In 2012 heeft de gemeente het grootste gedeelte van de boekwaarde en de koopsommen van de binnen het plangebied gelegen gronden ontvangen. De resterende boekwaarde, bestaande uit de kosten voor het fiscaal bouwrijp maken van het bedrijfscomplex, de koopsom van de gronden van de zuidelijke parkeerplaats/Peutenweg en de planontwikkelingskosten, worden vergoed zodra het bedrijfscomplex fiscaal bouwrijp is. Dit zal naar verwachting medio 2015 zijn. De sloop, bodemsanering en grondwerken van Peutenweg 2 te Echt zijn in 2014 geheel uitgevoerd en afgerond. De bodem is schoon en geschikt voor het beoogde gebruik ‘Wonen’. De totale kosten voor sloop, bodemsanering, grondwerken, extra beheerkosten bouwplaats, de (juridische) advieskosten als gevolg van het
Deel I - 15 -
faillissement van de sloopaannemer en de nieuw gevoerde aanbestedingsprocedure passen binnen het door de raad beschikbare totaal krediet met als dekkingsmiddel de vordering op de Grondexploitatiemaatschappij Bocage CV krachtens de ‘Samenwerkingsovereenkomst Bocage’. In 2014 zijn de eerste woningen in fase 1b gebouwd en zijn 4 projectmatige woningen verkocht door Hurks vastgoedontwikkeling BV, waarvan de bouw medio 2015 naar verwachting zal starten. Tevens is na de sloop van het bedrijfscomplex gestart met de reconstructie van de Peutenweg, de aanleg van de geluidswal langs de spoorlijn en de groenaanplant bij de entree van het plan. Deze werkzaamheden worden in het 2e kwartaal 2015 geheel afgerond. Medio 2014 is gestart met het opstellen van het ‘Bestemmingsplan en Exploitatieplan Bocage’. Hiervoor is een groot aantal onderzoeken uitgevoerd. Afhankelijk van de resultaten van de onderzoeken en de zienswijze wordt het bestemmingsplan en exploitatieplan medio 2015 door de raad vastgesteld. Businesspark Midden-Limburg (BPML) Op 13 januari 2012 is de ‘Realiseringsovereenkomst bedrijventerrein St. Joost (de Berk II) te Echt’, thans genaamd Businesspark Midden Limburg , met Ontwikkelingsmaatschappij Midden Limburg (OML) getekend en zijn de gronden, gelegen binnen het exploitatiegebied, (fiscaal bouwrijp) geleverd aan OML BV. Met de overname van de grondexploitatie van Businesspark Midden-Limburg door OML BV zijn de risico’s ondergebracht in de regio waarvan onze gemeente deel uitmaakt. Overeenkomstig de met OML gesloten realisatieovereenkomst heeft de gemeente in 2014, op basis van de in 2013 aan Action verkochte 128.274 m² bouwgrond, een bijdrage in de door haar gerealiseerde aanleg infrastructuur (Westelijke Randweg) van € 757.740 en een bedrag van € 641.370 bijdrage Bovenwijkse Voorzieningen ontvangen. In augustus 2014 is Action gestart met de uitbreiding fase 2 van het distributiecentrum. Deze fase wordt begin april 2015 opgeleverd. In 2014 is ca. 8.000 m² bedrijfskavel door OML verkocht. Op dit perceel wordt het 2e bedrijf op BPML gebouwd. In januari 2015 heeft de gemeente overeenkomstig de met OML gesloten
realisatieovereenkomst een vergoeding verkochte bouwgrond ontvangen. Herstructurering bedrijventerreinen de Loop In 2014 is op dit terrein een Aldi gebouwd en is in een bestaand pand een Action-winkel geopend. Daarnaast is gestart met de bouw van een Boerenbond-winkel. Het perceel naast de Gamma is de enige resterende gemeentelijke kavel die nog te koop is. Momenteel worden onderhandelingen gevoerd met een kandidaat koper. De exploitatie van de Loop is grotendeels afgerond. De voorgestelde herstructureringsmaatregelen betreffen de gewenste invulling van de zichtlocaties aan de entree langs de Aasterbergerweg en Bellekeweg. Investeringen in privaat vastgoed en herontwikkeling van strategische kavels moeten de kwaliteit van het terrein en de entree opwaarderen. Herstructurering bedrijventerrein de Wolfskoul In 2013 is met het herinrichten van het deel Oude Rijksweg Noord ter hoogte van de Wolfskoul, de eerste aanzet van de revitalisering gedaan. Vervolgens is in 2014 op basis van het Masterplan het “Rapport revitalisering handelsterrein Wolfskoul” opgesteld. Binnen het revitaliseringsplan krijgen de speerpunten: inrichting openbaar gebied, handhaving en participatie bestaande bedrijven de nodige aandacht. Het terrein moet weer een eigen, herkenbare uitstraling krijgen, waarbij bedrijven goed bereikbaar zijn. Dit gebeurt middels het (waar nodig) opknappen van de wegen, de aanleg van “langs parkeerplaatsen”, het verruimen van bochten en het aanplanten van bomen en hagen. Een ander belangrijk onderdeel is het opknappen van het ‘eigen terrein’ van de bedrijven zelf. Hierin wordt van de bedrijven een positieve bijdrage verwacht. Middels het plaatsen van een tweetal portaalborden bij de entree van het handelsterrein, is op 22 september 2014, het startsein gegeven voor het uitvoeringstraject. Het uitvoeringstraject gebeurt in nauwe samenwerking met de ondernemersvereniging Wolfskoul en de gemeente. Verdere uitvoering zal in 2015 plaatsvinden. Herontwikkeling locatie voormalige schoolgebouw Heerweg In 2014 is de eerste fase van dit project gerealiseerd. Deze fase betreft de bouw van een woonbegeleidingscentrum voor 21 (jong)vol-
Deel I - 16 -
wassenen (3 groepswoningen met 7 wooneenheden) met een overwegend matige verstandelijke handicap. Tevens is de gehele infrastructuur aangelegd en het achterliggend terrein parkachtig ingericht. De bouw alsook de aanleg van de infra is voorspoedig verlopen en volgens de planning uitgevoerd. De oplevering heeft in december 2014 plaatsgevonden waarna de eerste bewoners hun intrek hebben genomen. Een officiële opening van deze 3 groepswoningen is in het voorjaar van 2015 voorzien. De tweede fase van dit project, de bouw van een mogelijk vierde groepswoning en 7 levensloopbestendige woningen is voorzien in 2016 (start). Voor deze fase dient nog een bestemmingsplanprocedure te worden doorlopen waarvoor de voorbereidingen in 2015, op initiatief van de ontwikkelaar, worden opgepakt.
8. Parcway A2 (ter hoogte van Businesspark
Midden-Limburg) 9. Knelpunten routestructuren (ontbrekende
schakels in het kader van het snelfietsnetwerk Sittard-Roermond-Venlo): Fietspad Heidestraat-Pissumerweg en Fietspad N271
In deze nieuwe samenwerkingsstructuur, opgetuigd als een netwerkorganisatie, zijn de aandachtspunten uit de eerdere evaluatie van GOML meegenomen. Hierdoor is snellere besluitvorming mogelijk, wordt ingezet op een grotere betrokkenheid van de gemeenteraden en krijgt het bedrijfsleven en het onderwijs op de voor hen belangrijke en relevante onderwerpen een duidelijkere rol. Ook ligt er een duidelijke link / koppeling met Keyport en de euregio.
Smalste stukje Nederland In 2013 is het nieuwe toeristisch profiel (“het smalste stukje Nederland”) uitgerold. Dit profiel fungeert als kapstok waaronder het aanbod op het gebied van verblijfs- en bezinningstoerisme (ontspanning, onthaasting, wellness, gastronomie en spiritualiteit) wordt bevorderd. Zowel ondernemers op het gebied van recreatie en toerisme, als instellingen op het gebied van religie en spiritualiteit zijn en worden door o.a. ondernemersbijeenkomsten nadrukkelijker betrokken bij de planvorming en het nieuwe toeristische profiel van de gemeente. Dit heeft er toe geleid dat ondernemers samen en zelfstandig succesvolle arrangementen ontwikkelen onder de noemer het smalste stukje Nederland. In september 2014 werd de Heiligdomsvaart gehouden in Susteren. Samen met stichting Heiligdomsvaart is overeengekomen dat bij alle uitingen namens de Heiligdomsvaart het logo van het smalste stukje Nederland gebruikt werd. Tijdens de reliekenstoet, die met maar liefst 25.000 bezoekers druk bezocht is, zijn flyers, brochures en boekjes van het smalste stukje Nederland uitgedeeld. Ook is hier gebruikt gemaakt van de gemeentelijke promotiebus. Verder hebben we ondernemers in contact gebracht met de stichting waardoor de ondernemers de mogelijkheid hebben gekregen om specifieke arrangementen te combineren met de Heiligdomsvaart.
Doel van de samenwerking is om MiddenLimburg verder te versterken en middels regionale samenwerking verder te bouwen aan een mooi en krachtig Midden-Limburg. Projecten die opgestart zijn in het GOML tijdperk zullen onder de vlag van SML tot een goed einde worden gebracht. Voor onze gemeente zijn de volgende projecten voor een regionale bijdrage in aanmerking gekomen: 1. Natuurtransferium/ Carpoolplaats 2. Knopen Lopen 3. Parcway A2 (ter hoogte van bedrijventerrein “de Berk”) 4. Ontwikkeling In de Bandert 5. Knelpunten routestructuren 6. Aanleg nieuw ruiterroutenetwerk 7. Zwembad Leisurepark de Bandert
De gemeente is in 2013 lid geworden van de “arbeitsgemeinschaft Neustadt in Europa”. Hierdoor is het mogelijk de gemeente in het algemeen en Nieuwstadt in het bijzonder, een duidelijkere plek op de Europese toeristische kaart te geven. Een bestuurlijk/ambtelijke afvaardiging van de gemeente heeft ook in 2014 weer promotie gemaakt voor het smalste stukje Nederland en Nieuwstadt tijdens de Vernissage- en Kunigundenmarkt in Neustadt an der Weinstrasse. Mede n.a.v. het succes van vorig jaar is ook een ondernemer meegegaan (Livar). Ook zijn "onze" streekproducten weer onder de aandacht gebracht (Livar, Kruijens Kracht, speciale kaas en Limburgse vlaaien) en heeft de gemeente veel positieve reacties gekregen.
Gebiedsontwikkeling Midden Limburg (GOML) Ter realisatie van bovengemeentelijke doelstellingen heeft onze gemeente zich aangesloten bij de Gebiedsontwikkeling Midden-Limburg (GOML). Dit samenwerkingsverband is met ingang van 1 januari 2015 opgegaan in Samenwerking in Midden-Limburg (SML).
Deel I - 17 -
Naast bestaande activiteiten en arrangementen is het de bedoeling om in 2015 het toeristisch profiel nog verder te ontwikkelen. Dit gebeurt door onder meer bij de NS stations in Echt en Susteren borden met de tekst "welkom in het smalste stukje Nederland" te plaatsen. Ook bij de gemeentegrenzen, op de hoofdwegen en meest bereden wegen van en naar onze gemeente, zijn inmiddels dergelijke welkomsborden geplaatst. Ook is het de bedoeling om het daadwerkelijk smalste stukje Nederland visueel uit te lichten. Dit kan bijvoorbeeld door aan de route banieren aan weerszijden van de weg te plaatsen. Omdat deze route grenst aan het meest westelijke deel van Duitsland (Westzipfelpunkt) wordt op deze manier meteen een (visuele) verbinding met dit Westzipfelpunkt gecreëerd. Tevens wordt een tweetalige (Duits en Nederlands) toeristische informatiebrochure ontwikkeld. In deze brochure komt uitgebreid de euregio aan bod en wordt dit gebied (regio smalste stukje Nederland en Westzipfelpunkt) toeristisch als één gebied gepromoot. In het verlengde hiervan wordt er een "vrijetijdskaart" ontwikkeld met daarop de toeristische hoogtepunten in deze regio, zodat bezoekers in één oogopslag zien wat er te beleven valt in deze unieke streek. Voor deze grensoverschrijdende samenwerking met der Selfkant (gemeente Selfkant, Waldfeucht en Gangelt) is bij de Euregio Rijn-Maas-Noord subsidie aangevraagd en toegekend. In 2015 zal een nieuw ruiterroutenetwerk gerealiseerd worden. Met de toevoeging van deze twee routestructuren heeft de gemeente voor de voornaamste doelgroepen recreatieve routestructuren (fietsen, wandelen, avontuurlijk fietsen en ruiters en menners). Ook zal in 2015 sterk worden ingezet om in aanmerking te komen voor het keurmerk Cittaslow. Dit is een internationaal keurmerk voor gemeenten die op het gebied van leefomgeving, landschap, streekproducten, gastvrijheid, milieu, infrastructuur, cultuurhistorie en behoud van identiteit tot de top behoren. Tot slot zal in 2015 en 2016 een zogenaamde Genussreise door Neustadt an der Weinstrasse georganiseerd worden, waarbij bezoekers uit die streek een aantal dagen kennis komen maken met al het goede dat Zuid Limburg in het algemeen en het smalste stukje Nederland in het bijzonder te bieden heeft. Deze reis is een van de voortvloeisels uit de nauwere samenwerking met Neustadt.
Deel I - 18 -
3. Rekeningsaldo 2014
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 19 -
Deel I - 20 -
3. Rekeningsaldo 2014 Resultaat rekening 2014 Het ongezuiverde resultaat van de jaarrekening 2014 bedraagt circa € 542.000 negatief. Het resultaat van alle mutaties met de reserves is circa € 1.815.000 (zie hieronder; meer onttrekkingen dan stortingen. Hierdoor is het gezuiverde resultaat circa € 1.273.000 positief.
Rekening van baten en lasten en overzicht van afwijkingen ten opzichte van de begroting Het saldo van de jaarrekening wordt grofweg als volgt gespecificeerd. Het betreft de grootste verschillen. Deze posten worden onder de tabel toegelicht.
Programma
Omschrijving
Bevolking en bestuur Beheer openbare ruimte Sociale zaken en werkgelegenheid Sociale zaken en werkgelegenheid Maatschappelijke voorzieningen Maatschappelijke voorzieningen Maatschappelijke voorzieningen
Leges bevolking Storting voorziening Vloedgraaf Diversen Meeneemregeling Leerlingenvervoer Voorbereiding 3D Onderschrijding welzijnsbudgetten Storting voorziening VVGB Bouwleges etc. Algemene uitkering Storting dubieuze debiteuren Kapitaallasten Personeel Automatisering Overige Overige posten
Omgevingsrecht Omgevingsrecht Algemene dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaats Kostenplaatsen Diverse programma’s
Positief
54.000 253.000 735.000 188.000 121.000 250.000 132.000 128.000 130.000 121.000 52.000 135.000 231.000 136.000 51.000 42.000 2.016.000
Saldo
Toelichting Programma Bevolking en bestuur Leges bevolking In totaliteit is op het onderdeel leges bevolking een nadeel gerealiseerd van € 54.000 ten opzichte van de ramingen in de begroting. Het nadeel is ontstaan op onderstaande onderdelen: Reisdocumenten Vanwege nieuwe regels omtrent reisdocumenten en gelet op de wijziging van de geldigheidsduur van reisdocumenten zijn er in 2014 meer reisdocumenten afgegeven. De uitgaven zijn € 17.000 hoger doordat meer reisdocumenten zijn afgegeven en daardoor meer rijksleges zijn afgedragen. Op het onderdeel reisdocumenten niet-ingezetenen zijn € 13.000 meer kosten gemaakt dan geraamd. Toch heeft dit niet ge-
Negatief
743.000
1.273.000
leid tot meer inkomsten ten opzichte van de begroting, omdat de inkomsten in de begroting te optimistisch waren geraamd. Per saldo is een nadeel te melden van € 14.000. Leges rijbewijzen Sinds 1 januari 2014 geldt een nieuw maximumtarief voor de aanvraag van een rijbewijs. De gemeente heeft in 2014 € 10.000 minder leges rijbewijzen ontvangen voor de afgifte van een nieuw rijbewijs. Programma Beheer openbare ruimte Voorziening Vloedgraaf Refererende aan de nota reserves en voorzieningen is in het verleden een voorziening bruggen Vloedgraaf gevormd, ter grootte van € 352.387. Deze voorziening wordt in het kader
Deel I - 21 -
van het BBV ten laste van de jaarrekening 2014 aangevuld te worden met € 252.893. Programma Sociale zaken en werkgelegenheid Diversen Hier volgt een opsomming van de diverse overschotten binnen het programma: Uitkeringen bijstand € 304.600 Uitkeringen Bbz € 74.800 Minimabeleid € 62.900 Koopkrachttegemoetkoming € 55.400 Inzet uren tlv re-integratie € 201.000 Diversen € 33.600 Meeneemregeling In de gewijzigde regelgeving is opgenomen dat voor zover de gereserveerde middelen voldoen aan de gestelde regels van de Wet participatiebudget, deze middelen vanaf 2015 vrij besteedbaar zijn door de gemeenten. Het maximaal te reserveren bedrag ten laste van budget 2014 blijft derhalve van toepassing, maar de besteding daarvan, voor zover deze in 2015 plaatsvindt, is voor de gemeente vrij. Voor onze gemeente is dit een bedrag van afgerond € 188.000. Programma Maatschappelijke voorzieningen Leerlingenvervoer Er zijn kosten bespaard door een nieuwe aanbesteding voor het schooljaar 2014/2015 en door de uitgevoerde herindicaties. De lagere kosten ad € 121.000 zijn met ingang van het nieuwe schooljaar (september 2014) zichtbaar geworden. Voorbereiding 3D In de 1e bestuursrapportage 2014 is er een bedrag van € 500.000 beschikbaar gesteld voor 3D. Dit bedrag was een indicatie van de te verwachte extra kosten. Er is voor een bedrag van € 250.000 uitgegeven aan tijdelijk personeel en samenwerking met Maasgouw en Roerdalen. Het overschot ad € 250.000 is nodig om de frictiekosten naar de MER in 2015 te kunnen opvangen. Onderschrijdingen welzijnsbudgetten De reserve algemeen jeugdbeleid wordt conform de nota reserves & voorzieningen 2013 gevoed door de onderschrijdingen op het budget algemeen jeugdbeleid en het budget voor jeugdgezondheidszorg. Echter deze reserve is
momenteel op peil, zodat de onderschrijdingen op genoemde budgetten van € 132.000 vrijvallen ten gunste van de algemene middelen. Programma Omgevingsrecht Voorziening VVGB Vanwege de overdracht van taken aan gemeenten op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) bij provinciale inrichtingen is voor de jaren 2014 tot en met 2017 een bedrag van € 40,758 miljoen en vanaf 2018 structureel € 46,700 miljoen aan het gemeentefonds toegevoegd. Het betreft voor onze gemeente een uitkering van € 140.521. Het Servicecentrum MER heeft nadere voorstellen gedaan over de invulling van deze taken die EchtSusteren betreffen. Tevens hebben ze aangegeven welk budget hiervoor nodig is. In 2014 is € 12.389 uitgegeven voor deze werkzaamheden. Het restant van € 128.132 is in 2015 en 2016 nodig om de kosten van het normalisatietraject te kunnen financieren. Derhalve is dit bedrag in een voorziening gestort. Bouwleges Door het hoge bouwvolume en een aantal grote projecten is de opbrengst bouwleges in 2014 € 130.000 hoger dan geraamd. Programma Algemene dekkingsmiddelen Algemene uitkering Algemene uitkering De algemene uitkering 2014 is per saldo € 74.000 negatiever dan geraamd. De lagere uitkering is een gevolg van de decembercirculaire 2014 waarin is aangegeven dat in de meicirculaire 2015 een bijstelling zal plaatsvinden van de algemeen uitkering 2014. In onze jaarrekening is deze bijstelling reeds verwerkt. Indien we ook de baten en lasten voorgaande jaren meenemen (zie onderstaande tekst) dan blijkt dat de algemene uitkering 2014 per saldo € 121.000 lager is dan de raming. Algemene uitkering voorgaande jaren De lasten voorgaande jaren zijn € 60.000 hoger dan geraamd omdat in 2014 een verrekening heeft plaatsgevonden over het jaar 2013. De baten voorgaande jaren zijn € 13.000 hoger dan geraamd, eveneens in verband met verrekeningen die achteraf door het rijk worden toegepast.
Deel I - 22 -
Voorziening dubieuze debiteuren In 2014 zijn er geen onttrekkingen geweest. De voorziening is gevoed met een bedrag ad € 32.000, waarmee de voorziening op niveau is om de thans voorziene oninbare vorderingen in 2015 te kunnen afboeken. Kostenplaatsen Kapitaallasten De afschrijvingslasten zijn in 2014 € 135.000 hoger dan geraamd. In 2014 werd uitgegaan werd van een onderuitputting van € 100.000 op de afschrijvingslasten, deze is echter voor € 165.000 gerealiseerd is. Daarnaast werd uitgegaan van de inzet van de reserve vermindering kapitaallasten die moest leiden tot lagere kapitaallasten ad € 200.000. In 2014 heeft echter geen inzet plaatsgevonden van de reserve vermindering kapitaallasten, waardoor dit in de jaarrekening 2014 niet geleid heeft tot lagere kapitaallasten in casu afschrijvingslasten. Personeel Het overschot op personeel bedraagt per saldo € 231.000 zijnde 1,74% van het totale beschikbare budget. Dit overschot bestaat uit diverse posten: Opleidingen € 71.000 Advieskosten € 13.000 Kosten functiewaardering € 12.000 Voormalig personeel € 105.000 Diverse overige budgetten € 30.000 Automatisering Op deze kostenplaats is een bedrag ad € 57.000 niet besteed. Een aantal investeringen in nieuwe functionaliteiten voor het KlantContactSysteem en daaraan gerelateerde (deel)systemen die oorspronkelijk waren begroot voor 2014 zijn uiteindelijk niet uitgevoerd omdat pas op de plaats is gemaakt met het oog op de beoogde aanschaf van een geheel nieuw, gezamenlijk zaak- en klantcontactsysteem voor de gemeenten Maasgouw, EchtSusteren en Roerdalen en het Servicecentrum MER. De bestedingen zijn beperkt gebleven tot het noodzakelijk onderhoud (upgrades e.d.) om de bestaande functionaliteiten te kunnen blijven gebruiken. Verder is er bij advieskosten en beveiliging een bedrag ad € 79.000 niet besteed. In samenhang met het pas op de plaats maken m.b.t. een aantal beoogde investeringen in nieuwe functionaliteiten voor het KlantContactSysteem en daaraan gerelateerde (deel)systemen zijn ook de advies- en beveili-
gingskosten lager uitgevallen dan begroot. Wel zijn conform begroting enkele verplichte beveiligingsaudits (bijv. op DigiD en DigiD-Buitenland) uitgevoerd door externe auditors en ten laste gebracht van dit budget. De uitkomsten van deze audits hebben niet geleid tot het doen van extra investeringen of aanvullende beveiligingsmaatregelen. Totaal overschot bedraagt derhalve € 136.000 Overige kostenplaatsen In 2014 zijn nieuwe voertuigen aangeschaft via lease contracten. De oude voertuigen zijn bij vervanging ingeruild en hadden een restwaarde van € 31.500. Verder is er op de kostenplaats huisvesting en facilitaire zaken een overschot van € 19.500. Totaal overschot overige kostenplaats is € 51.000 Bestemming saldo Voorgesteld wordt het positieve rekeningsaldo van € 1.272.634 als volgt te bestemmen: Toe te voegen aan: Reserve personeel en bestuur Reserve Wmo Reserve inkomensvoorz. en re-integratie Algemene reserve, versterken Weerstandscapaciteit Totaal
€ €
231.000 250.000
€
188.221
€ 603.413 € 1.272.634
Toelichting: Reserve personeel en bestuur, frictiekosten In verband met de overgang van bedrijfsonderdelen naar het Servicecentrum MER zullen er frictiekosten ontstaan in 2015 en 2016. De frictiekosten zullen veelal bestaan uit advieskosten en inhuur tijdelijk personeel. Reserve Wmo, frictiekosten Het overschot op het budget voorbereiding 3D ad € 250.000 is nodig om de frictiekosten en overheveling van bedrijfsvoeringstaken naar de MER in 2015 te kunnen opvangen. Reserve inkomensvoorzieningen en reintegratie In de gewijzigde regelgeving is opgenomen dat voor zover de gereserveerde middelen voldoen aan de gestelde regels van de Wet participatiebudget, deze middelen vanaf 2015 vrij besteedbaar zijn door de gemeenten. Het maximaal te reserveren bedrag ten laste van budget 2014 blijft derhalve van toepassing, maar de
Deel I - 23 -
besteding daarvan, voor zover deze in 2015 plaatsvindt, is voor de gemeente vrij. Voor onze gemeente is dit een bedrag van € 188.221. Algemene reserve, versterken weerstandscapaciteit Ten gevolge van de drie decentralisaties per 1 januari 2015 is het begrotingstotaal van onze gemeente gestegen tot boven de € 82 miljoen. Dit heeft effect op de minimum-omvang van ons weerstandsvermogen, die moet dan omhoog. We weten weliswaar (nog) niet welke risico’s aan de 3 decentralisaties verbonden zijn. Maar zeker is wel dat aan een operatie van een dergelijke omvang risico’s verbonden zijn, alleen zijn ze nog niet te kwantificeren.
Totaal resultaat voor bestemming
Door van het batig rekeningsaldo 2014 € 603.413 toe te voegen aan de algemene reserve wordt het weerstandsvermogen aanzienlijk versterkt. Gelet op alle onzekerheden die ons nog te wachten staan is dit noodzakelijk, willen we als gemeente een gezonde financiële basis kunnen houden. Resultaat begroting 2014 De begroting 2014 had een ongezuiverd positief resultaat van € 705.596. Via diverse mutaties op reserves was het gezuiverde resultaat nihil. In onderstaande tabel staan de mutaties in reserves vermeld: €
Mutatie reserve
705.596 Toevoeging
Algemene reserve Reserve ROA / VVTV en vluchtelingenwerk Reserve inkomensvoorzienigen en re-integratie Reserve Wet Maatschappelijke Ondersteuning Reserve algemeen jeugdbeleid Reserve uitvoering recreatief toeristisch beleid Reserve Soc. Werkvoorz. Reserve Personeel & Bestuur Reserve riolering Reserve afbouw bijdrage SNS-bank Reserve huisvesting onderwijs AZC Egalisatiereserve evenemententerrein Bandert Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve stedebouwkundige adviezen Reserve Cultuur Reserve verkiezingen Reserve BTW-Compensatiefonds Reserve wegen Algemene reserve Grondbedrijf
€
247.351
€
39.200
€ €
414.500 250.862
Totaal
€ €
1.381 69.605
Onttrekking € € € € € € € €
101.381 9.617 157.000 285.000 150.000 75.000 191.000 412.400
€ € €
65.600 614.190 2.959 166.200 12.500 28.000 101.700 50.000 231.000
€
28.000
€ €
213.460 683.592
€ € € € € €
€
1.947.951
€
2.653.547
Saldo
€
705.596
Totaal resultaat na bestemming
€
Gedurende het jaar 2014 zijn er (onder meer via de beide bestuursrapportages 2014 diverse mutaties geraamd die betrekking hadden op stortingen in en onttrekkingen aan reserves. In
-
totaal werd er ruim € 2.841.000 meer onttrokken aan de reserves dan er in werd gestort. Een compleet overzicht treft u op de volgende bladzijde aan:
Deel I - 24 -
Bedragen x € 1.000
Algemene reserve Reserve ROA / VVTV en vluchtelingenwerk Reserve inkomensdeel WWB Reserve Wmo Reserve hoogwaardige handhaving Reserve Regiofonds Reserve algemeen jeugdbeleid Reserve uitvoering recreatief toeristisch beleid Reserve DOP Koningsbosch Reserve sociale werkvoorziening Reserve Personeel & Bestuur Reserve verbetering recr. padenstructuur Reserve riolering Reserve project Montfort-Maria Hoop Reserve automatisering Reserve natuurcompensatie Reserve afbouw bijdrage SNS-bank Reserve huisvesting onderwijs AZC Reserve vermindering kapitaallasten Egalisatiereserve Evenemententerrein Reserve deelneming OML BV Reserve Bovenwijkse voorzieningen Reserve stedenbouwkundige adviezen Reserve Cultuur Reserve verkiezingen Reserve Dops Reserve welzijnsbeleid Reserve BTW-Compensatiefonds Reserve dienstverlening Reserve wegen Reserve investeringssubsidies welzijn Reserve afvalverwijdering en -verwerking Algemene reserve Grondbedrijf
stortingen Begroting Wijzigingen 247
39
Totaal begroot 247
645 170
645 209
166
166
onttrekkingen Begroting WijziginTotaal gen begroot 101 10 157 285
492 465 88 2 1.649
593 10 622 373 2 1.649 150 75
113 - 21 742 98
113 170 1.154 98
185 358 15 66 614
185 358 15 66 614
3
3
150 75
415
415
251
251
562 1 70
28
271 323
2 2
562 1 271 393
30 2
191 412
355 166 13 28
12
35
355 166 24 28
213
623 133
623 347
50
573 336 95
35 102 573 386 95
684
115 - 27
115 656
231
234
465
Totaal
1.948
2.985
4.933
2.654
5.825
8.479
Saldo
706
2.841
3.546
102
Deze tabel geeft aan dat er op begrotingsbasis een saldo van € 706.000 in de begroting zat (meer onttrekkingen dan stortingen). In de loop van het jaar zijn er nog meer onttrekkingen dan stortingen geraamd. Per saldo resulteerde dit in een resultaat van € 3.546.000 (meer onttrekkingen dan stortingen).
De hoofdmoot hiervan bestaat uit onttrekkingen uit de algemene reserve, het regiofonds, de reserve personeel en bestuur en reserve huisvesting AZC. Verder waren er stortingen in de algemene reserve, reserve personeel en bestuur, reserve riolering, reserve deelneming OML, reserve afvalverwijdering en reserve vermindering kapitaallasten.
Deel I - 25 -
Andere grote verschillen worden veroorzaakt door het inbrengen van de restant investeringskredieten 2013 en nieuwe investeringen welke uit reserves worden gedekt, bijvoorbeeld diverse investeringen infrastructuur. Voor een totaal Bedragen x € 1.000 Algemene Reserve Reserve Goedkoper Duurzaam Wonen Reserve ROA / VVTV en vluchtelingenwerk Reserve inkomensvoorzieningen en re-integratie Reserve Wet Maatschappelijke Ondersteuning Reserve hoogwaardige handhaving Reserve regiofonds Reserve algemeen jeugdbeleid Reserve uitvoering recreatief toeristisch beleid Reserve DOP Koningsbosch Reserve Soc. Werkvoorz. Reserve Personeel & Bestuur Reserve regionale woonvisie Reserve verbetering regionale padenstructuur Reserve riolering Reserve project Montfort-Maria Hoop Reserve automatisering Reserve natuurcompensatie Reserve afbouw bijdrage SNS-bank Reserve huisvesting onderwijs AZC Reserve vermindering kapitaallasten Egalisatiereserve evenemententerrein Bandert Reserve deelneming OML Reserve detachering jeugdzorg Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve stedebouwkundige adviezen Reserve cultuur Reserve verkiezingen Reserve Dop’s Reserve welzijnsbeleid Reserve BTW-Compensatiefonds Reserve dienstverlening Reserve wegen Reserve investeringssubsidies welzijn Reserve afvalverwijdering en -verwerking Algemene reserve Grondbedrijf Reserve deelneming GEM Bocage
overzicht van deze mutaties verwijzen wij u naar de toelichting op de balans. De werkelijke mutaties op de reserves waren in 2014 als volgt:
stortingen totaal begroot werkelijk
onttrekkingen totaal begroot werkelijk
247
3.443 7
645 209
645 352
166
210
415
28 18 599 2
593
472
10 622 373 2 1.649 150 75 113 170 1.154
10 573 82
98
1.649 101 28 170 908 10
251 27
562 1 271 393
30 2
522 1 271 9 377 40 30 55
623 347 115 656
Totaal
4.933
Saldo
3.546
623 375 82 115 732 225 8.789
185 358 15 66 614
112 66
3
3
355 166 24 28
354 116 24 28
35 102 573 386 95 465
35 102 186 128 80 72 1.665
8.479
6.974
1.815
Deel I - 26 -
Voor een toelichting op het saldo tussen het begrote en werkelijke resultaat op deze functie wordt verwezen naar de toelichting op de reserves. Daarnaast zijn een aantal door de raad genomen besluiten vertaald in een mutatie op de reserves (conform de door raad vastgestelde verordening artikel 212 Gemeentewet), zonder dat hier een begrotingswijziging tegenover staat. Verder zijn ook een aantal kredieten nog niet volledig uitgevoerd, terwijl in de begroting hiervoor wel het totale krediet is opgenomen. Deze kredieten zullen in de loop van 2015 verder worden afgewikkeld.
Deel I - 27 -
Deel I - 28 -
4. Auditing en control
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 29 -
Deel I - 30 -
4. Auditing en Control 4.1 Terminologie Doeltreffendheid Doelmatigheid Rechtmatigheid Getrouwheid
wordt het beoogde doel/resultaat gerealiseerd? wordt het beoogde doel/resultaat met zo min mogelijk middelen gerealiseerd? wordt het beoogde doel/resultaat binnen de geldende wet- en regelgeving gerealiseerd? geeft de verantwoording een tijdig, juist en volledig beeld?
In onze gemeente wordt in het spraakgebruik ook de zgn. Accountantscommissie tot het audithuis gerekend. Deze raadscommissie fungeert namens de raad als aanspreekpunt voor de externe accountant, maar voert zelf geen onderzoeken inzake doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid en/of getrouwheid uit. Daarom wordt de Accountantscommissie in dit hoofdstuk verder buiten beschouwing gelaten. 4.2 Inleiding In onze gemeente doen diverse organen onderzoek naar de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van het gevoerde bestuur, beleid en beheer, en naar de getrouwheid van de verantwoording die daarover wordt afgelegd. Het uitvoeren van dergelijke onderzoeken wordt doorgaans aangeduid met de Engelse term ‘Auditing’. De organen die deze onderzoeken uitvoeren worden gezamenlijk aangeduid als het ‘audithuis’. In paragraaf 4.3. wordt ingegaan op de onderzoeken die door, namens of in samenwerking met organen van het audithuis zijn uitgevoerd in 2014. Onze gemeente wil ‘in control zijn’, dat wil zeggen de bedrijfsprocessen zodanig beheersen dat er geen onverwachte en/of ongewenste resultaten optreden. Naast auditing zijn in 2014 diverse andere activiteiten uitgevoerd om het ‘in control zijn’ te verbeteren. Hierop wordt in paragraaf 4.3 nader ingegaan.
Orgaan Rekenkamercommissie
Externe accountant
Juridisch kader Artikel 182 Gemeentewet Verordening op de Rekenkamercommissie Gemeente EchtSusteren d.d. 22 december 2004. Artikel 213 Gemeentewet Controleverordening ex art 213 Gemeentewet d.d. 25 september
4.3 Auditing Auditing betekent in feite ‘nazien’ of ‘verifieren/ toetsen aan de norm’. Auditing is een instrument om de organisatie beheersbaar te houden en is gericht op het toetsen van alle belangrijke processen, aspecten en organisatieonderdelen. Daarbij worden de opzet, bestaan en werking van processen en organisatie beoordeeld om een antwoord te verkrijgen op de vraag of de gemeente in control is, dat wil zeggen. of er sprake is van grip op de beleidsvoorbereiding en -uitvoering, de besluitvorming, de verantwoording en de bedrijfsvoering. Kort gezegd wordt getoetst of de beheersing van de gemeente voldoet aan de eraan te stellen eisen en spelregels. Auditing is hiermee een impuls voor doorlopende verbetering. In de gemeente vindt auditing plaats door diverse organen die gezamenlijk aangeduid worden als het audithuis. De organen van het audithuis voeren onderzoeken uit naar de doeltreffendheid, doelmatigheid, rechtmatigheid van het gevoerde bestuur, beleid en beheer, en naar de getrouwheid van de verantwoording die daarover wordt afgelegd. Elk orgaan vindt zijn oorsprong in een specifiek juridisch kader dat aangeeft namens welk orgaan er wat onderzocht moet worden. Dat betekent dat ieder orgaan in beginsel een eigenstandige rol, bevoegdheid en verantwoordelijkheid heeft en aan een specifieke opdrachtgever rapporteert. In onderstaande tabel wordt de opbouw van het audithuis samengevat: Onderzoeksrichting
Opdrachtgever
Doelmatigheid Doeltreffendheid Rechtmatigheid
Raad
Getrouwheid Rechtmatigheid
Raad
Deel I - 31 -
Orgaan
Concerncontroller
Cluster Interne Controle
Juridisch kader 2003 Artikel 213a Gemeentewet Verordening ex art 213a Gemeentewet Echt-Susteren d.d. 25 september 2003 Financiële Verordening ex art 212 Gemeentewet EchtSusteren d.d. 23 december 2010
De organen van het audithuis rapporteren primair aan hun respectievelijke opdrachtgever, maar uiteindelijk staan zij allen ten dienste van de gemeente Echt-Susteren als geheel, van de continue verbetering van de gemeente in de brede zin. Daarom vindt er, onverlet ieders eigenstandige rol, bevoegdheid en verantwoordelijkheid, ook regelmatig afstemming plaats tussen de organen van het audithuis. Deze afstemming heeft betrekking op de onderwerpen, de planning, de aard en omvang/diepgang van de onderzoeken, wederzijdse steunverlening etc. In de volgende subparagrafen wordt ingegaan op de onderzoeken die door, namens of in samenwerking met organen van het audithuis zijn uitgevoerd in 2012. 4.3.1 Rekenkamercommissie Conform artikel 182 van de Gemeentewet onderzoekt de rekenkamer de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Door dit onderzoek probeert de rekenkamercommissie zichtbaar te maken waar de gemeente haar geld aan besteedt, wat er van die bestedingen terechtkomt en hoe zich dit verhoudt tot het door de gemeenteraad geformuleerde beleid. In 2014 is één onderzoeksrapport aan de raad gepresenteerd: 10e onderzoeksrapport: De kaderstellende en controlerende rol van de gemeenteraad Echt-Susteren (oktober 2014) De rekenkamercommissie heeft onderzoek uitgevoerd naar de invloed van de gemeenteraad op de jaarcyclus van begroting tot de rekening: de mate waarin de raad actief invulling geeft aan zijn kaderstellende en controlerende rol en de
Onderzoeksrichting
Opdrachtgever
Doelmatigheid Doeltreffendheid
College
Getrouwheid Rechtmatigheid
Management
mate waarin hij daarbij wordt gefaciliteerd door het college. De rekenkamercommissie wil met het onderzoek tevens inzicht bieden in het aantoonbaar aanwezig zijn van helder geformuleerde kaders.' Het onderzoek is in de periode januari-juni 2014 uitgevoerd aan de hand van bestudering van schriftelijke stukken, interviews met raadsleden, college, ambtelijke organisatie, enkele externe partners en de observatie van een raadsvergadering. 4.3.2 Externe accountant Conform artikel 213 van de Gemeentewet wijst de raad een of meer accountants aan belast met de controle van de jaarrekening en het daarbij verstrekken van een controleverklaring en het uitbrengen van een rapport van bevindingen. De accountant controleert dus, in opdracht van de raad, de jaarrekening en verstrekt een verklaring waarin hij een oordeel geeft over het getrouwe beeld en de rechtmatigheid. De raad geeft in het controleprotocol aan binnen welke kaders de controle door de accountant plaats dient te vinden. Het controleprotocol 2014 is door de raad op 12 december 2013 vastgesteld. De accountant voert in de loop van het dienstjaar twee controles uit om tot een eindoordeel over de jaarrekening te komen, te weten: De interimcontrole: op basis van deze controle stelt de accountant de kwaliteit van de beheersorganisatie van de gemeente vast. Het primaire doel van deze controle is vast te stellen dat de beheersorganisatie voldoet aan de minimumvereisten opdat de kans op fouten in de jaarrekening zo klein mogelijk is. Over de uitkomsten van deze controle brengt de accountant een managementletter uit.
Deel I - 32 -
De eindejaarscontrole: op basis van deze controle stelt de accountant vast of de jaarrekening een getrouw beeld geeft over de baten, lasten en balansposities en of deze rechtmatig zijn, d.w.z. in overeenstemming zijn met geldende wet- en regelgeving. Over de uitkomsten van deze controle brengt de accountant een rapport van bevindingen uit, en op basis van de uitkomsten geeft hij een verklaring omtrent getrouwheid en rechtmatigheid af. Interimcontrole: Managementletter 2014 In de Managementletter 2014 geeft de accountant de uitkomsten van zijn interimcontrole weer. Zoals aangegeven is de interimcontrole primair gericht op de beheersorganisatie. Daarom is de managementletter ook primair gericht aan het College van Burgemeester en Wethouders en aan het management, om hen in de gelegenheid te stellen om waar nodig bij te sturen op de beheersorganisatie opdat de kans op fouten in de jaarrekening zo klein mogelijk is. Op basis van de interim-controle 2014 constateert de account dat de gemeente continu werkt aan de verbetering van de organisatie. De organisatie heeft opvolging gerealiseerd ten aanzien van de bevindingen die de accountant t vorig jaar heeft gerapporteerd. Voorbeelden hiervan zijn het consequenter gebruik van het startformulier bij aanbestedingen, de tijdige uitvoering van de interne controlewerkzaamheden en de afstemming tussen budgethoudersregeling en treasurystatuut met het mandaatregister. Toch constateren zij ook nieuwe aandachtpunten op het gebied van de intern controle van de aanbestedingen, de inrichting van de interne controlefunctie en de controle van de rechtmatigheid van kosten sociale zaken en Wmo-uitgaven. Evenals in 2013 stelt de accountant vast dat de processen grotendeels op orde zijn. Maar er blijven ook aandachtpunten bestaan die met name gericht zijn op het gebeid van zichtbare vastlegging van de controlewerkzaamheden, alsmede de wijze van uitvoering van de controles sociale zaken en de volledigheidstoets ten aanzien van de aanbestedingen. Deze aandachtspunten zijn niet ingegeven op basis van geconstateerde omissies maar op basis van aangescherpte controlerichtlijnen ten aanzien van deze onderwerpen. Als gevolg hiervan wordt voor zowel de verbijzonderde interne controle als
van de externe accountant een extra controle-inspanning vereist voor de jaarrekeningcontrole. Eindejaarscontrole: Rapport van bevindingen en Accountantsverklaringen In het Rapport van bevindingen geeft de accountant de uitkomsten van zijn eindejaarscontrole weer. Hij vermeldt dat de in de programmarekening opgenomen balans en rekening van baten en lasten een getrouwe weergave laten zien van de financiële positie en het resultaat van de gemeente Echt-Susteren. En tevens dat het jaarverslag en de jaarrekening in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording zijn ingericht. Op basis van deze bevindingen geeft de accountant voor 2014, evenals in voorgaande jaren, een goedkeurende controleverklaring met betrekking tot de getrouwheid alsmede een goedkeurende verklaring met betrekking tot de rechtmatigheid. 4.3.3 Concerncontroller Ingevolge artikel 213a Gemeentewet en de daaruit voortvloeiende Verordening ex art 213a Gemeentewet Echt-Susteren d.d. 25 september 2003 moet het college periodiek onderzoek doen naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door hem gevoerde bestuur. Deze onderzoeken worden uitgevoerd door de concerncontroller, door derden in samenwerking met of gecoördineerd door de concerncontroller of door derden anderszins. De concerncontroller is gepositioneerd als staffunctionaris onder de gemeentesecretaris/algemeen directeur. Hij mag zich in zijn rol echter volledig onafhankelijk opstellen waardoor voldoende objectiviteit is gewaarborgd. In 2014 zijn diverse onderzoeken uitgevoerd die naar hun aard en/of inhoud gelabeld kunnen worden als onderzoeken in het kader van artikel 213a Gemeentewet en de Verordening ex art 213a Gemeentewet Echt-Susteren d.d. 25 september 2003, en dus (direct of indirect) gericht waren op de doelmatigheid en/of doeltreffendheid. De belangrijkste daarvan worden hierna kort toegelicht. Onderzoek doorontwikkeling Servicecentrum MER De opdracht doorontwikkeling Servicecentrum MER kan worden opgesplitst in drie onder-
Deel I - 33 -
zoeksopdrachten: (1) bedrijfsvoering, (2) uitvoering sociaal domein en (3) beheer openbare ruimte. Onderzocht is of met de samenwerking op een taakgebied in het Servicecentrum aan een of meerdere doelen van de samenwerking wordt voldaan. Onderzoek grijs-groen (participatie)bedrijf Het onderzoek grijs-groen (participatie)bedrijf was eerst een op zich zelf staande opdracht, maar maakt nu onderdeel uit van de programmaopdracht Sociaal Domein. Deze projectopdracht heeft betrekking op het onderzoek naar mogelijke samenwerkingsvarianten op het gebied van de buitendiensten voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Daarnaast wordt onderzocht of hieraan participatieprojecten gelinkt kunnen worden. Onderzoek participatiegelden In het kader van het traject Horizontaal Toezicht en het TAX Control Framework heeft onderzoek plaatsgevonden naar de juiste labeling van de BTW inzake de re-integratietrajecten. Beoordeeld is of BTW die in het verleden als niet compensabel gold, wel gecompenseerd kan worden. In onze administratie is de BTW op de reintegratie trajecten volledig kostprijsverhogend gelabeld. Eerdere fiscale toetsen door zowel de fiscalisten van Deloitte als van Ernst & Young hebben dit als juist aangemerkt. Echter door wijziging in wetgeving blijkt nu dat een deel van de kostprijsverhogende BTW alsnog als compensabel kan worden aangemerkt. Dit heeft tot gevolg dat de gemeente hier een fiscaal/ financieel voordeel uit kan halen omdat een gedeelte van de re-integratiekosten (de trajectkosten) compensabele btw betreft (BCF). Er is een volledige analyse van de re-integratie trajecten over de jaren 2008 t/m 2012 voor de gemeente Echt-Susteren uitgevoerd. 4.3.4 Cluster Interne Controle Ingevolge de Financiële Verordening ex art 212 Gemeentewet Echt-Susteren d.d. 2 oktober 2014 dient er ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties jaarlijks interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de rechtmatigheid van de beheerhandelingen plaats te vinden. De uitvoering hiervan is in de lijn belegd bij het cluster Interne Controle van het team Financiën.
Ten aanzien van deze positionering wordt het volgende opgemerkt. Naar aanleiding van de notitie ‘Fijnstructurering: invulling nieuwe hoofdstructuur’, de Managementletter 2011 en de tussentijdse evaluatie van het Strategisch Verbeterplan, is in 2012 overwogen of het taakgebied Interne Controle, en daarmee ook het cluster Interne Controle overgeheveld moet worden naar Concerncontrol dan wel behouden moet blijven binnen het Team Financiën. Op basis van een intern onderzoek is besloten om het taakveld en het cluster te behouden binnen het Team Financiën. In 2014 heeft het cluster Interne Controle conform een daartoe opgesteld jaarplan interne controle uitgevoerd over de financiele bedrijfsprocessen. De diepgang en frequentie van de controles werd bepaald op basis van een risicoanalyse over de betreffende processen en het financieel belang ervan. Periodiek is aan het management gerapporteerd over de voortgang van de interne controle werkzaamheden, de uitkomsten ervan en de opvolging van geconstateerde tekortkomingen. De kwaliteit van de interne controles in 2014 was zodanig dat de accountant heeft aangegeven dat hij bij de uitvoering van zijn jaarrekeningcontrole kon steunen op het werk van het cluster Interne Controle. 4.3 Control Algemeen De term ‘control’ heeft betrekking op de beheersing van de bedrijfsprocessen. Een control, ook wel beheersingsmaatregel genoemd, is een instrument om ervoor te zorgen dat de activiteiten leiden tot het verwachte en/of gewenste resultaat. Met ‘in control zijn’ wordt dan bedoeld dat de bedrijfsprocessen zodanig worden beheerst dat er geen onverwachte en/of ongewenste resultaten optreden. In de gemeentelijke visie op de control over de bedrijfsprocessen wordt onderscheid gemaakt in eerstelijns en tweedelijns control. De eerstelijns control wordt uitgevoerd door de afdelingshoofden en team- en projectleiders die verantwoordelijk zijn voor het betreffende bedrijfsproces of project. Voorbeelden hiervan zijn financial control over de financiële processen, legal control over de juridische processen, HRcontrol over de personele processen, project-
Deel I - 34 -
control over de projecten etc. De tweedelijns control wordt uitgevoerd door de concerncontroller en bestaat uit het geven van een onafhankelijk oordeel over de uitvoering van de eerstelijns control, het gevraagd en ongevraagd adviseren en/of rapporteren hierover en het bewaken en afstemmen van de onderlinge samenhang tussen de diverse eerstelijns controls. Activiteiten ter verbetering van ‘in control zijn’ Naast de in de vorige paragraaf genoemde onderzoeken van het audithuis zijn in 2014 diverse andere activiteiten uitgevoerd om het ‘in control zijn’ verder te verbeteren. Het betreft met name de volgende activiteit: De doorontwikkeling van de nieuw ingerichte programmabegroting 2015 waardoor de raad beter in staat gesteld wordt om te kunnen sturen op hoofdlijnen. Daarnaast zijn nog diverse andere activiteiten ter verbetering van het ‘in control zijn’ uitgevoerd. Deze zijn benoemd in de toelichting op de programma’s en in de paragrafen. Verder wordt nog opgemerkt dat er diverse verbeterpunten/aanbevelingen uit de onderzoeken van de organen van het audithuis zijn uitgevoerd, hetgeen eveneens bijdraagt aan de verbetering van het ‘in control zijn’.
Deel I - 35 -
Deel I - 36 -
5. Financiële positie
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 37 -
Deel I - 38 -
5. Financiële positie Inleiding Dit hoofdstuk bevat een overzicht van de ontwikkeling van de reservepositie op basis van de jaarrekeningen van de laatste jaren. De reservepositie geeft inzicht in de vermogenspositie van de gemeente. Hoe meer eigen vermogen (vrije reserves) de gemeente heeft hoe beter de gemeente in staat is financiële tegenvallers op te vangen. Daarnaast wordt de belastingdruk met andere gemeenten vergeleken en wordt een beReserves en voorzieningen Gemeente
Algemene reserve € € €
Rekening 2012 Rekening 2013 Rekening 2014
rekening gemaakt van de aanwezige weerstandscapaciteit. De gemeente stond in 2014 net als voorgaande jaren onder het repressieve toezicht van de provincie, onder andere omdat er in de begroting 2014 en de daarop volgende jaren geen incidentele dekkingsmiddelen zijn gebruikt om de begroting sluitend te maken. Repressief toezicht is de lichtste vorm van toezicht.
Bestemmingsreserve € € €
149 130 223
Totale reserves € € €
1.264 1.227 1.144
Voorzieningen € € €
1.413 1.357 1.367
172 182 242
Tabel 1: bedragen gemiddeld per inwoner (rekening: per 31/12 van het jaar)
Het aantal inwoners per 1 januari 2014 bedroeg 31.975. Per 31 december 2014 was dit 31.969.
Er zijn geen benchmarkgegevens van andere (Limburgse) gemeenten voorhanden.
reserves en voorzieningen
1600
1413
1400
1264
1200
1227
1357
1367
1144
1000 800 600 400 200
149
223
172
130
242
182
0 Alg. res.
Best. Res.
Tot. Res. 2012
De beschikbare weerstandscapaciteit is het totaal van alle middelen waarover de gemeente kan beschikken om niet begrote kosten die onverwacht en substantieel zijn te dekken. Binnen de gemeente worden daartoe de volgende elementen gerekend: 1. Reserves (algemene en bestemmingsreserves) 2. Onbenutte begrotingsruimte (stelposten en nieuw beleid)
2013
Voorz.
2014
3. Onbenutte investeringsruimte 4. Onbenutte belastingscapaciteit 5. Stille reserves Elk element zal hieronder nader worden toegelicht en onderbouwd.
Deel I - 39 -
Reserves Conform het BBV worden de reserves ingedeeld in algemene reserves en bestemmingsreserves.
Dit betekent dat inzet van de algemene reserve altijd structurele gevolgen heeft, immers de rente die normaal gesproken wordt ingezet in de begroting, valt weg.
Algemene reserves Bij de algemene reserve wordt binnen de gemeente Echt-Susteren geen onderscheid gemaakt tussen: algemene reserve waarvan rente wordt toegevoegd aan de reserve (balans); bij deze reserve wordt de rente aan de reserve toegerekend en kan daardoor volledig tot de beschikbare weerstandscapaciteit worden gerekend; algemene reserve waarvan rente wordt toegevoegd aan exploitatie; bij deze reserve wordt de rente structureel toegevoegd aan de exploitatie (inkomensfunctie).
Bestemmingsreserves Indien noodzakelijk kan de raad de bestemming van een bestemmingsreserve wijzigen en zou als gevolg van die mogelijkheid de betreffende reserve beschikbaar komen voor de weerstandscapaciteit. Echter een bestemmingsreserve is niet zonder reden afgezonderd van de algemene reserves en zal bij aanwending als weerstandscapaciteit negatieve consequenties voor bestaande voorzieningen of dienstverlening hebben (bijv. financieel technische bestemmingsreserves). Daarom worden de bestemmingsreserves binnen de gemeente niet gerekend tot de weerstandscapaciteit. In onderstaande tabel wordt beknopt de samenstelling van de totale omvang aan reserves van de gemeente weergegeven.
De rente van de algemene reserve wordt in zijn geheel toegevoegd aan de exploitatie. Omschrijving reserve
Rekening 2013
Rekening 2014
1. Algemene reserve 2. Bestemmingsreserves 3. Geblokkeerde reserve Essent
€ € €
4.153.000 25.960.000 13.267.000
€ € €
7.124.000 23.299.000 13.266.000
Totaal
€
43.380.000
€
43.689.000
Tabel 2. Samenstelling reserves gemeente Echt-Susteren per 31-12
Dat de bestemmingsreserves niet worden meegerekend als onderdeel van de beschikbare weerstandscapaciteit wil nog niet zeggen dat deze ook niet ingezet kunnen worden. Dit is bij ernstige calamiteiten wel degelijk mogelijk, want onder druk wordt alles vloeibaar. Voorzieningen Bij de bepaling van de weerstandscapaciteit worden voorzieningen niet meegenomen. Voorzieningen zijn gevormd om onder meer de verrekening van toekomstige verplichtingen, waarvan de omvang en tijdstip redelijkerwijs is in te schatten, te kunnen waarborgen. Ze worden verplicht gevormd door het nemen een last en hebben een verplichte bestedingsrichting. Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen behoort
Een voorziening heeft de omvang van de verplichting. Uiteraard dient het financiële effect van het risico vervolgens te worden uitgesloten van bepaling van de omvang van de benodigde weerstandscapaciteit. Het gaat bij de weerstandscapaciteit uiteindelijk om het afdekken van risico’s waarvoor geen voorziening is getroffen. Een vraag die gesteld kan worden is wanneer voor een risico een voorziening moet worden gevormd. Een voorziening moet worden getroffen bij een zekere gebeurtenis met een nog onduidelijk gevolg. Bijvoorbeeld: dat groot onderhoud moet worden gepleegd is zeker alleen wanneer en hoeveel het exact gaat kosten is nog onduidelijk. Bij risico’s is de kans dat een gebeurtenis zich voordoet en de mate waarin het gevolg zich voordoet onzeker. Naarmate een risico tendeert naar een 100% zekerheid van optreden met een naar 100%
Deel I - 40 -
zekerheid tenderende mate van gevolg zal een voorziening moeten worden gevormd. Validiteit reserves gemeente De reserves zijn één van de belangrijkste elementen van de beschikbare weerstandscapaciteit. Periodiek moet er aandacht worden gegeven aan de validiteit van de reserves. Zowel het college als de raad zal vanuit haar/zijn rol periodiek willen kunnen beoordelen welke reserve er wordt aangehouden, of het doel en het motief voor instelling nog relevant zijn en hoe de verwachting van het verloop (voeding en onttrekking) in de komende perioden eruit zal zien. Om de validiteit van de betreffende reserve te beoordelen wordt de begroting als instrument gehanteerd. In de 2-jaarlijkse nota reserves en voorzieningen wordt uitgebreid vermeld, wat het doel van de reserve is. De nota is in het najaar 2013 opnieuw aan de raad aangeboden (raad 7 november 2013). De volgende update van de nota vindt plaats in het najaar 2015. Per reserve wordt aangegeven: doel/motief reserve (incl. raadsbesluit); benodigde omvang/volume; voeding/dotatie; onderbouwing; aangegane verplichtingen/claims; tijdspad besteding. Onbenutte begrotingsruimte (stelposten en nieuw beleid) Men spreekt van begrotingsruimte indien de begroting een overschot vertoont (meer baten dan lasten). Begrotingsruimte kan eveneens aanwezig zijn bij een sluitende begroting. Er zijn altijd wel onderdelen aan te wijzen die beïnvloedbaar zijn. Indien beïnvloeding van deze onderdelen leidt tot extra vrijval van middelen, zonder dat dit een substantiële wijziging in het beleid tot gevolg heeft, dan kan dit deel worden beschouwd als onderdeel van de weerstandscapaciteit (de zogenaamde flexibiliteit van de begroting). Het past in een verantwoord financieel beleid om met beschikbaar geld eerst de bestaande problemen op te lossen alvorens de middelen aan nieuw beleid worden besteed. Oftewel “eerst verdienen en dan pas uitgeven” en “geen plannen zonder geld”.
Als vervolgens de ruimte wordt ingezet voor een specifiek risico (bijvoorbeeld door het instellen van een reserve of voorziening) dan is het risico afgedekt en telt de onbenutte begrotingsruimte niet meer mee voor de beschikbare weerstandscapaciteit (ter voorkoming van een dubbeltelling). In onze begroting is helaas geen onbenutte begrotingsruimte aanwezig. Onbenutte investeringscapaciteit Ons investeringsprogramma is heel concreet. Er zijn gemeenten die werken met een zogenaamd voorportaal investeringen. De kapitaallasten van deze investeringen zijn dan wel financieel gedekt, maar er kan eventueel geschoven worden met dit soort investeringen. Dit wordt dan benoemd als de onbenutte investeringsruimte. In ons investeringsprogramma is deze ruimte niet aanwezig. Onbenutte belastingcapaciteit De onbenutte belastingcapaciteit zijn de extra structurele middelen die gegenereerd kunnen worden door de gemeentelijke belastingen (OZB, hondenbelasting, etc.) en rechten (rioolrechten, afvalstoffenheffing en de leges) te verhogen. De onbenutte belastingcapaciteit kan worden berekend door de tarieven van de gemeente te vergelijken met de maximaal toegestane tarieven (wettelijke beperkingen voor verhogingen). Deze potentiële extra opbrengsten kunnen worden gerekend tot de beschikbare belastingcapaciteit. Voor bepaalde tarieven gelden wettelijke kaders en daarnaast zal moeten worden vastgesteld of het politiek wenselijk is de tarieven te verhogen. Hoofdlijnen van de wettelijke kaders zijn: Belastingen: De toegestane gemeentelijke belastingen zijn opgenomen in de gemeentewet. Gemeenten zijn vrij om het tarief te bepalen. Rechten: Zijn gemaximeerd op het niveau kostendekkend. Belastingen Echt-Susteren kent op dit moment vijf belastingen, waarvan de jaarlijkse opbrengst in de begroting wordt verantwoord:
Deel I - 41 -
Belastingen
Rekening 2013
Onroerende zaakbelasting Hondenbelasting Toeristenbelasting *) Precariobelasting Baatbelasting (Bovenste Straat) Totaal
Rekening 2014
€ € € € €
5.247.000 176.000 283.000 3.000 13.000
€ € € € €
5.536.000 175.000 175.000 2.000 13.000
€
5.722.000
€
5.901.000
*) Toeristenbelasting zie voor toelichting blz. 175 Tabel 3. Belastingen gemeente Echt-Susteren
In het coalitieprogramma 2010 – 2014 en het akkoord over het collegeprogramma 2014 – 2018 wordt een verhoging van de algemene lastendruk acceptabel geacht als alleen bezuinigingen niet voldoende blijken te zijn. Al jaren slaagt de gemeente er in de algemene lastendruk in vergelijking tot het provinciale gemiddelde binnen de perken te houden. Bij een onverhoopte financiële calamiteit kan op hetgeen in het coalitieprogramma is afgesproken worden teruggekomen en kan een zeker bedrag worden meegerekend bij de bepaling van de weerstandscapaciteit. De onbenutte belastingcapaciteit OZB is structureel. Dat wil zeggen dat, indien de tarieven worden verhoogd, het betreffende bedrag van de verhoging structureel beschikbaar is. Ook de overige belastingen (honden-, toeristen-, precario- en baatbelasting) kunnen bijdragen aan de onbenutte belastingcapaciteit. Dit hangt af van het beleid dat wordt gevoerd. In het kader van de beschikbare weerstandscapaciteit zou met een bepaalde jaarlijkse opbrengststijging rekening kunnen worden gehouden. Indien deze stijging om bepaalde redenen (meestal politieke) niet volledig wordt benut is het verschil te beschouwen als onbenutte belastingcapaciteit. Er bestaat een relatie tussen de OZB en de Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds. De financiële verhoudingswet regelt onder meer de verdeling van de Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds over gemeenten. De Algemene Uitkering wordt over de gemeenten verdeeld met behulp van verdeelmaatstaven die verschillen in kosten weerspiegelen en ook verschillen in belastingcapaciteit. De belastingcapaciteit is een afge-
leide van de waarde van onroerende zaken. Gemeenten met veel waardevol onroerend goed ontvangen een lagere uitkering dan soortgelijke gemeenten met minder waardevol onroerend goed. Van de waarde van woningen wordt 80% meegerekend en van de waarde van niet-woningen 70%. Hierop wordt het zogenaamde rekentarief toegepast. Dit rekentarief is globaal afgeleid van het gemiddelde landelijke OZB-tarief. Het resulterende bedrag wordt gekort op de Algemene Uitkering van de betreffende gemeente. Het OZB-tarief dat de gemeente hanteert, heeft geen enkel effect op deze aftrekpost. Het rekentarief voor 2014 is aangepast vanwege het begin van een nieuw WOZ-tijdvak per 1 januari 2014 met waarde peildatum 1 januari 2013. Bij aanpassing van de rekentarieven in verband met herwaarderingsoperaties wordt in principe altijd dezelfde werkwijze toegepast. De rekentarieven voor 2014 zijn door het Rijk aangepast aan de landelijke waardeontwikkeling. De rekentarieven voor 2014 zijn: 0,01085% voor OZB woningen eigenaren, 0,1430% voor OZB niet-woningen eigenaren en 0,1153% voor OZB niet-woningen gebruikers. Naast de rekentarieven kennen we ook nog de zogenaamde artikel 12 norm. Jaarlijks wordt in een van de gemeentefondscirculaires het redelijk peil voor het eerstvolgende jaar gepubliceerd. Voor 2014 is het percentage van de waarde van de onroerende zaken vastgesteld op 0,1651%. Vanuit dit gegeven kan de onbenutte belastingcapaciteit 2014 worden berekend:
Deel I - 42 -
Soort tarief
Eigenaren woningen Eigenaren niet-woningen Gebruikers niet-woningen
Percentage 2014
Normtarief artikel 12
0,13461% 0,19005% 0,15193%
0,1651% 0,1651% 0,1651%
Rechten Echt-Susteren kent op dit moment vier soorten rechten: Rechten
Rekening 2014
Afvalstoffenheffing Rioolrecht Leges Begrafenisrechten
€ € € €
2.589.000 3.845.000 1.333.000 76.000
Totaal
€
7.843.000
Tabel 4. Rechten gemeente Echt-Susteren
In het tarief van de begrafenisrechten zit nog enige ruimte die nog niet benut is. Het bedrag van € 76.000 welk in 2014 verantwoord is niet kostendekkend. De tarieven zullen in vier jaar naar kostendekkendheid groeien. De ruimte die er nog in zit bedraagt ca. € 74.000. Samenvattend geeft de onbenutte belastingcapaciteit een indicatie van de mogelijkheden, die de gemeente heeft om de tarieven te verhogen. Let wel, er kunnen politieke en wettelijk belemmeringen zijn om op korte termijn deze capaciteit te benutten. Stille reserves Stille reserves zijn de meerwaarden van activa die tegen een lagere waarde op de balans worden gewaardeerd dan de opbrengstwaarde (economische waarde) en direct (binnen 1 jaar) verkoopbaar zijn zonder dat het bedrijfsproces hierdoor negatief wordt beïnvloed. Bijvoorbeeld aandelen waarvan de marktwaarde hoger is dan de verkrijgingwaarde of een pand waarvan de marktwaarde hoger is dan de boekwaarde en zonder enig invloed op het bedrijfsproces kan worden afgestoten.
Verschil
0,02832% -0,02600% 0,01010%
Waarde (in mln.) € € €
2.139 442 418
Onbenut
€ € €
606.000 42.000
€
648.000
Er zijn verschillende soorten activa waarbij stille reserves kunnen voorkomen: 1. financiële vaste activa 2. materiele vaste activa Ad1) Financiële vaste activa bestaan uit leningen, deelnemingen en bijdragen aan activa in eigendom van derden. Uitstaande leningen bevatten geen stille reserve omdat de boekwaarde gelijk is aan de werkelijke waarde. Deelnemingen kunnen een stille reserve bevatten maar deze zijn niet inzetbaar voor de weerstandscapaciteit. Deelnemingen zijn namelijk beperkt of niet verhandelbaar en de opbrengst is dan moeilijk te realiseren. Daarnaast leveren sommige deelnemingen rendement op (bijv. dividend). Bij verkoop van deze deelnemingen vervallen de opbrengsten en ontstaat er een gat in de begroting. Het bedrijfsproces wordt hierdoor negatief beïnvloed en heeft geen toegevoegde waarde voor de weerstandscapaciteit. Ad2) Materiële vaste activa bestaan uit activa met maatschappelijk nut en activa met economisch nut. Activa met maatschappelijk nut zijn niet verhandelbaar en leveren daarom geen middelen op voor de weerstandscapaciteit. Activa met economisch nut maken deel uit van de aanwendbare stille reserves indien ze op korte termijn (binnen 1 jaar) verkoopbaar zijn en de bedrijfsvoering door de verkoop niet wordt aangetast. Met name de waardegroei op de vastgoedmarkt van de afgelopen jaren is een belangrijke factor bij de huidige meerwaarde van vastgoed objecten op de balans. Daarnaast zijn
Deel I - 43 -
er in het verleden investeringen met economisch nut gepleegd die direct ten laste van de exploitatie zijn geboekt (wel of niet met een eenmalige putting uit een reserve of voorziening) en niet hebben geleid tot registratie van een financiële bezitting op de balans (zijnde niet uit de balans blijkende bezittingen). Deze twee factoren zouden een bedrag aan stille reserves kunnen opleveren bij de bepaling van de weerstandscapaciteit. Bij de jaarlijkse bepaling van niet uit de balans blijkende bezittingen zou van dit bedrag een aanname gemaakt moeten worden. Op dit moment is deze waardebepaling niet vastgesteld. Bij stille reserves wordt gedacht aan grote verschillen tussen de actuele waarde en de boekwaarde van niet-bedrijfsgebonden bezittingen, zoals in pacht uitgegeven landbouwgronden. Aangezien wij in het verleden nogal eens bestemmingsreserves hebben afgeboekt op activa, zijn er vele verschillen tussen de actuele waarde en de boekwaarde van diverse activa.
Gezien de hoeveelheid landbouwgronden die de gemeente heeft en het belang bij transparantie ter zake de uitgifte van landbouwgronden worden ten aanzien van dit item relatief veel beleidsregels gesteld. Naast voornoemde landbouwgronden heeft deze gemeente ca. 285 ha natuurgebied in bezit waarvan 268 ha bos. Er kan worden uitgegaan worden van een gemiddelde opbrengst van € 2 per m² landbouwgrond. De totale opbrengst zou derhalve kunnen zijn: 881 ha. x € 2 per m² = € 17,62 miljoen. De waarde van het natuurgebied wordt op p.m. geraamd. Het BBV schrijft voor dat activa gewaardeerd moet worden tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Waardering zal moeilijk zijn omdat de historische verkrijgingsprijs in veel gevallen niet meer te achterhalen is. De landbouwgronden zijn alle vele tientallen jaren in gemeentelijk bezit. Op basis van het bovenstaande kan worden geconcludeerd dat de omvang van de stille reserve op dit moment niet bekend is.
Een aantal van de verspreide percelen heeft geen boekwaarde. De totale werkelijke waarde is onbekend, maar we veronderstellen dat deze (aanzienlijk) hoger is dan de boekwaarde. De overwaarde vertegenwoordigt een stille reserve, voor zover binnen een jaar verkoopbaar. Voor de overige stille reserves wordt verwezen naar de paragrafen “weerstandsvermogen” en “verbonden partijen”.
Nader onderzoek zal moeten uitwijzen hoe groot de stille reserves daadwerkelijk zijn. Er kunnen opbrengsten gegenereerd worden met verkoop gemeentelijke eigendommen, echter ten aanzien van de opbrengsten zijn reeds besluiten genomen deze toe te voegen aan een reserve of voorziening of de opbrengst is reeds geraamd in de meerjarenbegroting. Het leidt dus niet tot extra exploitatieruimte.
Landbouwgronden Per ultimo 2014 heeft de gemeente circa 881 ha. landbouwgrond in bezit. Het overgrote deel van deze gronden zijn regulier verpacht en hierover kan de gemeente derhalve niet vrij beschikken. De boerenbedrijven hebben gezien de voortgaande schaalvergroting belang bij uitbreiding van hun bedrijfsoppervlakte. Voor zover gronden pachtvrij komen, hopen derhalve meerdere bedrijven om voor deze gronden in aanmerking te komen. Helaas kunnen gronden maar een keer toegedeeld worden en dit leidt tot teleurstellingen onder de agrariërs.
Alternatief is om het verkoopbeleid ten aanzien van alle pachtgronden te herzien. Indien we pachtgronden verkopen missen we de pachtopbrengsten. Momenteel is de pachtopbrengst ongeveer gelijk aan de te ontvangen rentevergoeding, indien de opbrengst verkoop pachtgronden wordt weggezet op de bank. Echter het risico bestaat dat de opbrengst niet bij de bank gestald blijft, maar wordt geconsumeerd. Bovendien is grond waardevaster dan geld.
Deel I - 44 -
Element
Onderdeel
Waarde Incidenteel Structureel
Algemene reserve Algemene (exploitatie) reserves Bestemmingsreserves Onbenutte begrotingsruimte Onbenutte investeringscapaciteit Onbenutte belastingcapaciteit
Algemene reserve Geen Geen Geen Geen Onroerende zaak belasting Begrafenisrechten Nader te bepalen
€ 7.124.000
Weerstandscapaciteit
€ 7.124.000
Stille reserves
€ €
648.000 76.000 PM
€
724.000
PM
Tabel 5. Beschikbare weerstandscapaciteit
Benodigde weerstandscapaciteit Zie hiervoor de paragraaf weerstandsvermogen. Belastingdruk Alhoewel dit jaarverslag uiteraard over het jaar 2014 gaat, voegen we ter indicatie en voor de informatiewaarde toch ook de al bekende cijfers 2015 toe. De gepresenteerde cijfers op de komende bladzijden zijn afkomstig van de provincie Limburg Bron: Belastingoverzicht 2015:
tarieven en lastendruk van OZB, rioolrecht en afvalstoffenheffing van de Limburgse Gemeenten (samensteller: Provincie Limburg Afdeling Bedrijfsvoering, cluster Financiën). Gemiddelde economische waarde Het betreft de gemiddelde economische waardes van de woningen waarmee in 2013, 2014 en 2015 gerekend is. De peildatum is telkens 1 januari van het jaar daarvoor (dus 1 januari 2014 is peildatum voor de waarde van 2015).
Inwonersklasse 2013
Economische waarde 2014
2015
Echt – Susteren Maasgouw Roerdalen
€ € €
187.578 192.108 186.790
€ € €
178.848 184.598 183.502
€ € €
176.050 182.305 177.951
Inwonersklasse 20.001 – 50.000 Gemiddeld Limburg
€ €
188.574 174.953
€ €
172.487 166.683
€ €
172.487 161.567
Peildatum
1-1-2012
1-1-2013
1-1-2014
Deel I - 45 -
ozb-lastendruk eigenaren woningen 300 250
236 241
254 222 209 216
192 195 200
200
245 233 237
249 237 243
inwonersklasse
Limburg
150 100 50 0 Echt-Susteren
Maasgouw
Roerdalen 2013
OZB De ozb-lastendruk voor eigenaren van woningen was in onze gemeente nagenoeg gelijk aan het provinciale gemiddelde. Gemiddeld betaalde een inwoner in 2014 € 241 ten opzichte van € 243 voor de gemiddelde Limburger. De lastendruk 2015 is iets boven het Limburgse gemiddelde.
2014
2015
Rioolrecht Er zijn gemeentes in Limburg waarin het rioolrecht wordt geheven van de eigenaar (13 gemeentes, zoals Echt - Susteren) of van de gebruiker (10 gemeentes) van een woning en er zijn gemeentes waarin de eigenaar én de gebruiker elk een deel betaalt (10 gemeentes). Het totaal aantal gemeenten 2014 was 33. Het tarief in Echt-Susteren lag in 2014 boven het provinciale gemiddelde (€ 245 ten opzichte van € 204). In 2015 is dit ook het geval.
rioolrecht
300 250
253 237 245
200
224 226 231 202 190 196
190 195 200
Maasgouw
Roerdalen
199 204 209
150 100 50 0 Echt-Susteren
2013
Afvalstoffenheffing Het tarief in Echt-Susteren is al jaren ruim lager dan het gemiddelde van de provincie (2014:
2014
Inwonersklasse
Limburg
2015
€ 206 ten opzichte van € 220); het tarief 2015 is € 214 en daarmee nog onder het provinciale gemiddelde.
Deel I - 46 -
afvalstoffenheffing
238
250 206 206
214
212 190
200
181 174
166 163
220 222 200 201
155
150 100 50 0 Echt-Susteren
Maasgouw
Roerdalen 2013
Lastendruk gebruiker Onderstaand wordt gekeken naar de lastenontwikkeling voor de gebruiker (d.w.z. de bewoner van een huurhuis). De huurder betaalde in 2014 gemiddeld € 308 per huishouden. In onze gemeente betaalde de huurder gemiddeld € 206.
2014
inwonersklasse
Limburg
2015
Dit is alleen de afvalstoffenheffing. Doordat er gemeenten zijn waarbij de huurder ook het rioolrecht of een gedeelte daarvan bij de huurder in rekening brengt is het gemiddelde in Limburg fors hoger dan de huurderslast in EchtSusteren.
lastendruk gebruiker
400
355 358 355
350
315 291 284 280
300 250
328 296 302
308 315
206 206 214
200 150 100 50 0 Echt-Susteren
Maasgouw
Roerdalen
Inwonersklasse
Limburg
x 1.000 inwoners 2013
2014
2015
Deel I - 47 -
Lastendruk eigenaar/gebruiker Als we kijken naar de totale lastendruk per gemeente en nagaan wat de eigenaar, tevens bewoner, van een huis betaalt dan zien we de volgende ontwikkeling:
De gemiddelde lastendruk in Limburg was in 2014 € 666. Onze gemeente had een gemiddelde lastendruk van € 692. In 2014 is dit boven het provinciale gemiddelde. In 2015 is dit toegenomen, Echt-Susteren € 721 en opzichte van € 680 gemiddeld in Limburg.
lastendruk eigenaar - gebruiker
800 700
679 692
721
600
572 572 575
565 574 576
Maasgouw
Roerdalen
669 663 677
674 666 680
Inwonersklasse
Limburg
500 400 300 200 100 0 Echt-Susteren
2013
Conclusie financiële positie Wat betreft het belastingniveau heeft onze gemeente tot in 2013 onder of gelijk aan het provinciale gemiddelde gepresteerd. Vanaf 2014 is dit niet meer het geval en is de lastendruk € 30 hoger dan het gemiddelde. In 2015 € 41 hoger. Op het gebied van reserves en voorzieningen zijn er op dit moment geen benchmarkgege-
2014
2015
vens voorhanden. In voorgaande jaren was onze reservepositie onder het provinciale gemiddelde.
Deel I - 48 -
6. Aanwending post onvoorzien
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 49 -
Deel I - 50 -
6. Aanwending post onvoorzien Overzicht post onvoorziene uitgaven 2014 €
100.000
-
€
15.000
-
€ € € € € €
19.500 21.000 2.500 2.100 7.000 12.200
€
24.900
Primitieve begroting Uitzendingen raadsvergaderingen 2014 Begrotingswijziging 14: 2e bestuursrapportage Juridische kosten Beveiliging (inhuur personeel) Vuurwerk en reclameborden kermis Krekelzank Goedkoper duurzaam wonen K+advies Asbest scouting Maria Goretti Saldo 31-12-2014
-
Deel I - 51 -
Deel I - 52 -
7. Programma’s
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 53 -
Deel I - 54 -
7.1 Bevolking en bestuur Doelstelling Het komen tot een optimale dienstverlening aan de inwoner waarbij uitvoering wordt gegeven aan de wettelijke taken die onze gemeente moet uitvoeren alsmede het betrekken van de inwoner bij het gemeentelijk beleid en beleidvoornemens.
Reikwijdte Het programma bevolking en bestuur omvat de volgende producten: 1. Bestuur (gemeenteraad) 2. Bestuur (college) 3. Verkiezingen 4. Burgerlijke stand (inclusief begraafplaatsen) 5. Basisregistratie personen (incl. reisdocumenten niet-ingezetenen) Daarnaast maakt de begroting van de raad deel uit van dit programma.
Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies Gemeente Reglement Burgerlijke stand Privacyreglement uitsluiting kiesrecht Tarieventabel leges 2014 Privacyreglement gezagsadministratie GBA (Gemeentelijke Basisadministratie) beheerregeling Privacyreglement curatele administratie Privacyreglement registratie rijbewijzen Privacyreglement verklaringen omtrent het gedrag Rechtspositieregeling voor babs1) van de gemeente Echt-Susteren Tarieventabel bij verordening regelende de heffing en de invordering van rechten voor het gebruik van de algemene begraafplaatsen in de gemeente Echt-Susteren 2014
1
Deel I - 55 -
) Buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand (babs)
7.1 Bevolking en bestuur 1. Bestuur (gemeenteraad)
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.W. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Bestuurlijk besluitvormingsproces Op 27 maart 2014 is de nieuwe gemeenteraad geïnstalleerd. In mei 2014 zijn ook Meer aandacht van de raad voor de leden van de nieuwe rekenkamercommissie, accountantscommissie en werkgekaderstelling verscommissie griffie benoemd, alsmede zijn de 1e en 2e plaatsvervangend voorzitter van de raad aangewezen. Naar aanleiding van het eindrapport Kader stelling en controle door de gemeenteraad van de rekenkamercommissie heeft de raad eind 2014 een discussie gevoerd over kaderstelling en informatievoorziening aan de raad. Doel is dat de handreiking kaderstelling, die als bijlage bij het rekenkamerrapport was gevoegd, zal worden vastgesteld door de raad, en dat het college de handreiking gebruikt bij het opstellen van nieuwe raadsvoorstellen. In 2014 zijn door de nieuwe raad nog geen kaderstellende conceptnota’s (kadernota’s) besproken. Beleid- en budgetcyclus In tegenstelling tot eerdere voornemens heeft de raad in het vierde kwartaal nog Meer aandacht van de raad voor de geen raadsbijeenkomst willen organiseren over de voorbereiding van de Kadernota B&B-cyclus in zijn geheel 2016. Werkwijze raad Na de installatie van de nieuwe raad heeft de raad een nieuw Reglement van Orde Een deels vernieuwde werkwijze van alsmede de nieuwe Verordening op de commissies vastgesteld, waarmee de raad de raad deels voor een nieuwe werkwijze heeft gekozen voor de raad en zijn commissies. Er zijn 3 commissies ingesteld, waarbij ervoor is gekozen om hierin enkel raadsvoorstellen te bespreken, en voor bespreking van thema’s aparte raadsconferenties te houden.
Najaar 2014
De raad heeft ervoor gekozen om voor ieder raadslid een I-pad ter beschikking te krijgen in 2014, waardoor de raad nu is beland in de laatste fase van de voorbereiding voor het digitaal werken. De raadsleden hebben instructie-avonden gevolgd maar willen ook nog blijven beschikken over papieren stukken. Doel is dat in 2015 de koppeling definitief wordt gerealiseerd waardoor digitaal werken mogelijk wordt. Ontwikkeling raad De raad heeft in zijn eerste jaar van de regeerperiode een uitgebreid kennismaEen meer opgeleide en toegeruste kings- en opleidingstraject gevolgd. Meteen na de benoeming van de nieuwe raad is raad een tweedaags heidagprogramma gevolgd, waarbij naast het teambuildingselement, ook de nodige inhoud op het gebied van bestuurlijke besluitvorming, spelregels binnen de raad, integriteit en communicatie aan bod kwamen. Vervolgens is tijdens
Medio 2014
Deel I - 56 -
n.v.t.
Juni 2014
Zomer-najaar 2014
7.1 Bevolking en bestuur 1. Bestuur (gemeenteraad)
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.W. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
aparte data in de zomer/het najaar ingegaan op o.a. de gemeentelijke financiën, de 3 D’s, regionale samenwerking en dienstverlening, alsmede zijn diverse projecten binnen de gemeente bezocht.
Indicatoren/kengetallen
Raadsbudgetten Rekenkamercommissie (advieskosten) Commissies Fractieondersteuning Opleiding Werkbezoeken/teambuilding raad Abonnementen Representatie raad Uitzending raadsvergaderingen Accountantskosten Huisvestingskosten *) Personeelskosten griffie *) Wedden raadsleden *) Doorbelasting van ondersteunende diensten waaronder info&services Totaal
Deel I - 57 -
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
Raming 2014
Werkelijk 2014
25.000 22.500 15.000 2.500 5.000 1.000 4.000 15.000 2.000 88.271 161.718 303.745 421.927
25.488 9.531 10.713 2.241 5.880 1.082 6.733 16.625 3.770 81.950 171.329 252.207 424.608
1.067.661
1.012.157
7.1 Bevolking en bestuur Over het jaar 2014 is in totaal een overschot van € 12.051 te constateren. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een groot overschot op de post presentiegelden (bijna € 13.000; de commissievergaderingen hebben na vaststelling van de nieuwe vergaderstructuur pas vanaf september kunnen plaatsvinden) en nog ontvangen (terugbetaalde) gelden fractiegelden over 2013 en het eerste kwartaal 2014 (ruim € 4.000). Tekorten waren er vooral op de post representatie (ruim € 2.500 wegens de verzorging van extra feestelijke vergaderingen bij zowel afscheid van de oude/welkom van de nieuwe gemeenteraad, evenals de installatie van de nieuwe wethouders) en op de post accountantskosten (ruim € 1.500 wegens de controle fractiegelden).
2. Bestuur (college)
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.W. Hessels
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Meer transparantie.
Communicatie (inwoners) In 2014 is op het gebied van communicatie ingezet op een verdere digitalisering van de communicatie. Een actiever persbeleid, een hogere media-exposure en het zichtbaar maken van diverse projecten zijn daardoor gehaalde doelen. Met betrekking tot de website is in 2014 het waarmerk ‘Drempelvrij’ verkregen (dat betekent dat de website toegankelijk is voor de gehele bevolking). Bovendien is in 2014 gestart met de voorbereidingen voor een verdere optimalisering van de website. De uitwerking daarvan is gepland voor 2015. Om bovenstaande doelen te bereiken, is ingezet op het verspreiden van begrijpelijke, toegankelijke en gemakkelijk bereikbare informatie voor een brede doelgroep via een aantal basis communicatiemiddelen bestaande uit de gemeentepagina, de digitale gemeentekalender, de website en de afvalapp. Bovendien heeft in 2014 een uitbreiding plaatsgevonden van de digitale middelen door het opstarten van een Facebookpagina en een Twitteraccount namens de gemeente Echt-Susteren.
Deel I - 58 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
7.1 Bevolking en bestuur
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
3. Verkiezingen
Begroting 2014
Realisatie 2014
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
De gemeenteraadsverkiezingen en de verkiezingen van het Europees Parlement zijn goed verlopen.
De verkiezingen zijn doelmatig georganiseerd. Er zijn geen onregelmatigheden ge- 19 maart 2014 en weest. 22 mei 2014
Indicatoren/kengetallen Opkomst gemeenteraadsverkiezingen Opkomst verkiezingen Europees Parlement
Deel I - 59 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013 n.v.t. n.v.t.
Begroting 2014 n.v.t. n.v.t.
Realisatie 2014 59,79% 34,83%
7.1 Bevolking en bestuur 4. Burgerlijke stand ( Inclusief begraafplaatsen)
Wat hebben we bereikt?
Optimale dienstverlening omtrent burgerlijke stand. Efficiënter beheer begraafplaatsadministratie.
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
De verwachte dienstverlening omtrent burgerlijke stand is tijdig en kwalitatief goed geleverd. De kwaliteit van de begraafplaatsadministratie is verbeterd; applicaties zijn uitgebreid en achterstanden zijn weggewerkt. Het proces voor het verlengen van grafrechten is sterk verbeterd.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Aantal kosteloze huwelijken/geregistreerde partnerschappen Aantal huwelijken Aantal geboorteakten Aantal erkenningen Aantal overlijdensakten
5. Basisregistratie personen ( inclusief reisdocumenten niet-ingezetenen)
Wat hebben we bereikt?
De gegevens in de BRP (Basisregistratie personen) geoptimaliseerd.
Deel I - 60 -
Begroting 2014 51 111 25 102 225
Continu Continu
Realisatie 2014 40 120 25 102 225
35 109 29 114 266
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we ervoor gedaan?
De Zelfevaluatie Basisregistratie Personen 2014 is uitgevoerd. Het resultaat voldoet aan de gestelde norm van voldoende.
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? continu
7.1 Bevolking en bestuur 5. Basisregistratie personen ( inclusief reisdocumenten niet-ingezetenen)
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
De Zelfevaluatie Reisdocumenten 2014 voor ingezetenen en niet-ingezetenen is uitgevoerd. Ook hiermee voldoen wij aan de gestelde norm van 90%, met een percentage van respectievelijk 92% en 93%. In het kader van de jaarlijkse zelfevaluatie paspoorten en NIK (Nederlandse identiteitskaart) is in november 2014 in onze gemeente een steekproef gehouden voor de uitgifte van paspoorten en NIK voor niet-ingezetenen. Doel van de steekproef was om te toetsen of de antwoorden van de zelfevaluatie overeenkwamen met de feitelijke situatie. Uit het resultaat van de steekproef blijkt dat in onze gemeente de antwoorden overeenkomen met de feitelijke situatie. De pilot voor het aanvragen van een DigiD voor niet-ingezetenen is succesvol verlopen en is verlengd tot in 2015. Het project ‘Naar Betrouwbare Persoonsgegevens’ is succesvol verlopen en loopt door tot in 2015. Het bewustzijn van het belang van beoordeling van buitenlandse brondocumenten is toegenomen.
Indicatoren/kengetallen Rijbewijzen Paspoorten Nederlandse Identiteitskaart (Nik) Nik t/m 17 jaar Nik niet-ingezetenen Nik niet-ingezetenen t/m 17 jaar Paspoort niet-ingezetenen Uittreksel BRP Afschrift burgerlijke stand Verklaring omtrent gedrag (VOG) Deel I - 61 -
Realisatie 2013 2.070 2.541 2.547 374 659 169 1.975 1.136 454 895
Begroting 2014 1.800 2.900 2.900 350 700 200 2.000 1.000 400 900
Realisatie 2014 2.366 2.655 2.850 516 617 178 1.846 1.020 499 634
7.1 Bevolking en bestuur Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
3.647.582 752.400 2.895.182
6.121.901 877.400 5.244.501
5.820.188 836.107 4.984.081
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
28.000 28.000 0
30.000 28.000 2.000
30.000 28.000 2.000
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
3.675.582 780.400 2.895.182
6.151.901 905.400 5.246.501
5.850.188 864.107 4.986.081
Deel I - 62 -
7.2 Openbare orde en veiligheid Doelstelling Dit programma gaat over een veilige leefomgeving voor de burger als onderdaan.
Reikwijdte Het programma Openbare orde en veiligheid omvat de volgende producten: bijzondere wetten; integraal veiligheidsbeleid; rampenbestrijding; brandweer (incidentbestrijding); brandweer (risicobeheersing); nazorg.
Deel I - 63 -
Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies Gemeente Integraal veiligheidsbeleid; Algemeen Plaatselijke Verordening (APV); Regionaal Crisisplan; Rampenbestrijdingsplan hoogwater Maas; Jeugdgroepen in beeld; Prostitutiebeleid; Coffeeshopbeleid; Opleidings- en oefenactiviteitenplan; Jaarplan Veiligheidshuis; Jaarplan buurtbemiddeling; Uitvoeringsplan Burgernet; Procesbeschrijving Tijdelijk Huisverbod; Evenementenbeleid; Horecaconvenant; Convenant geïntegreerde aanpak georganiseerde misdaad; Damoclesbeleid; BIBOB-beleid; Beleidsregel aanpak overlast Beleidsplan Veiligheidsregio Limburg-Noord Dekkingsplan Veiligheidsregio Limburg-Noord; Visie brandweerzorg 2011-2015 Veiligheidsregio Limburg-Noord AOV-regeling Limburg Noord; Preventie Activiteiten Plan (PREVAP); Wet Veiligheidsregio’s; Continuïteitsplan grieppandemie; Burenhulpovereenkomst met Selfkant en Waldfeucht;
7.2 Openbare orde en veiligheid 1. Bijzondere wetten
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het bestuurlijk aanpakken van het overtreden van de Opiumwet.
In het kader van het Damoclesbeleid (overtreding Opiumwet) is 27 keer de waarschuwingsbrief uitgegaan dat bij een volgende overtreding tijdelijke sluiting van het pand zal volgen.
Continu
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Percentage bestuursrechtelijke maatregelen uitgevoerd naar aanleiding van overtredingen van de Opiumwet. O.a. afhankelijk van de door de politie geconstateerde overtredingen.
2. Integraal veiligheidsbeleid
100%
Begroting 2014
Realisatie 2014
100%
100%
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Handhaven van de aanpak huiselijk geweld. Bemiddeling onder leiding van twee onpartijdige bemiddelaars bij ruzies tussen buren of personen uit een woonkern is. Dat alleen nog aanvaardbare jeugdgroepen binnen Echt-
Naar aanleiding van een huiselijk geweld situatie is 7 keer een tijdelijk huisverbod opgelegd aan de pleger. Buurtbemiddeling is ingezet in 28 gevallen.
Continu
Op basis van samenwerking, afstemming en overleg is binnen het Jongerenoverleg Echt-Susteren (JOES) structureel geïnvesteerd door betrokken partijen om overlast
Continu
Deel I - 64 -
Continu
7.2 Openbare orde en veiligheid 2. Integraal veiligheidsbeleid
Wat hebben we bereikt?
Susteren zijn. Uitvoeren (3 keer) van een Bibobtoets ten behoeve van een vergunningaanvraag.
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
en riskant gedrag terug te dringen. In samenwerking met het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) zijn lokale risico’s in kaart gebracht en aangepakt met als doelstelling het voorkomen dat criminelen door de overheid worden gefaciliteerd, voorkomen dat vermenging onderwereld-bovenwereld ontstaat en dat economische machtsposities doorbroken worden die zijn opgebouwd met kapitaal dat met criminele activiteiten is verdiend. In totaal hebben 35 bestuurlijke interventies plaatsgevonden (o.a. sluiting woning op basis van artikel 174a Gemeentewet, waarschuwingsbrieven in het kader van overtredingen van de Opiumwet). Behandeling van 32 casussen bin- Gewerkt aan een persoonsgerichte levensloop- benadering van de doelgroepen nen het Veiligheidshuis. binnen het veiligheidshuis, doordat sleutelfunctionarissen (justitie- en zorg keten) onder één dak (ook fysiek) zijn gebracht. Deze manier van samenwerken moet leiden tot het effectiever terugdringen van de veel voorkomende criminaliteit en door burgers ervaren overlast. De doelgroepen zijn veel- en meerplegers, exgedetineerden en huiselijk geweld casussen. Dat 16 % van de inwoners lid is In 2014 is verder geïnvesteerd in het vergroten van de burgernetdichtheid. Op verschilvan Burgernet. lende momenten hebben er publiciteitscampagnes plaatsgevonden om inwoners lid te maken van Burgernet. Verder hebben alle inwoners van Echt-Susteren een persoonlijke uitnodiging ontvangen om lid te worden van burgernet. Met het behalen van een resultaat van 16% is het gestelde doel van 10% behaald. Het Integraal Veiligheidsbeleid 2015- Samen met onze veiligheidspartners is het Integraal Veiligheidsbeleid 2011-2014 geëva2018 is vastgesteld. lueerd. Op basis van veiligheidsgegevens van onze veiligheidspartners en een bevolkingsonderzoek is de actuele veiligheidssituatie in kaart gebracht. Op basis van de evaluatie en de veiligheidsanalyse is het Integraal Veiligheidsbeleid 2015-2018 opgesteld en vastgesteld. Via een Veiligheidskrant zal dit met de raadsleden en alle inwoners worden gecommuniceerd. Bestuurlijke aanpak georganiseerEr hebben een aantal incidenten plaatsgevonden in relatie tot OMG’s (Outlaw Mode criminaliteit torcycle Gangs). Het was noodzakelijk om naar aanleiding van deze incidenten extra beschermende maatregelen te nemen (o.a. noodverordening, sluiting woning, permanent cameratoezicht, verkeersmaatregelen. Daarnaast is een café gesloten).
Deel I - 65 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Continu
Continu
Continu
4de kwartaal 2014
Op meerdere momenten in 2014
7.2 Openbare orde en veiligheid Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Percentage bewoners dat zich vaak onveilig voelt in de eigen woonbuurt
Begroting 2014
Realisatie 2014
1%
0%
Percentage bewoners dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen woonbuurt
18%
<15%
Percentage Bibob-toetsen naar aanleiding van beleidsuitgangspunten. O.a. Afhankelijk van aangevraagde (risico) vergunningen. Aantal hinderlijke-/overlastgevende-/criminele jeugdgroepen Aantal casussen aanpak georganiseerde criminaliteit in het Lokaal Overleg Percentage bewoners dat deelneemt aan burgernet Aantal casussen Veiligheidshuis Percentage succesvolle bemiddelingen buurtbemiddeling Aantal inbraken in gemeente
100%
100%
Geen resultaten bekend, het volgend onderzoek is in 2018. Geen resultaten bekend, het volgend onderzoek is in 2018. 100%
1 99
0 100
0 56 ¹)
9%
10% ≥26 75% <150
16% 32 73% 123
74% 150
¹) in verband met zwaarte casussen lager dan begroot
3. Rampenbestrijding
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het operationeel zijn van een regio- Het afronden van een professionaliseringsslag, door ervoor te zorgen dat de gemeenten 4de kwartaal 2014 nale crisisorganisatie Bevolkingszorg. in de Veiligheidsregio Limburg-Noord over een robuuste crisisorganisatie Bevolkingszorg beschikken. Welke in voldoende mate is geborgd en voldoet aan de wettelijk kaders. Sleutelfunctionarissen lokaal en Doordat besluitvorming binnen de Veiligheidsregio over de inrichting van de lokale 4de kwartaal 2014 regionaal zijn deels opgeleid. (Oecrisisorganisatie pas laat in 2014 heeft plaatsgevonden hebben in 2014 nog geen feningen hebben niet plaatsgevon- rampenoefeningen kunnen plaatsvinden. In 2015 zullen alle sleutelfunctionarissen den.) verder opgeleid en geoefend worden. Deel I - 66 -
7.2 Openbare orde en veiligheid Indicatoren/kengetallen Aantal rampenoefeningen bevolkingszorg Aantal rampenoefeningen sleutelfiguren Aantal opleidingen bevolkingszorg
Realisatie 2013
Begroting 2014 0 0 0
Realisatie 2014 1 5 10
0 0 16
Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
2.344.256 78.200 2.266.056
2.419.409 59.200 2.360.209
2.256.802 64.769 2.192.033
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
2.344.256 78.200 2.266.056
2.419.409 59.200 2.360.209
2.256.802 64.769 2.192.033
Deel I - 67 -
7.2 Openbare orde en veiligheid
Deel I - 68 -
7.3 Beheer openbare ruimte Doelstelling Het doel is het aanleggen en zo optimaal mogelijk beheren, onderhouden en reinigen van wegen, andere openbare verhardingen, straatmeubilair, groen- en landschapsvoorzieningen, rioleringen en waterlopen met bijbehorende kunstwerken. Het optimaliseren van de inzameling en verwerking van de afvalstoffen. Het stimulering van scheiding aan de bron van de afvalstoffen. Gebiedsgericht werken in de buitendienst Door te werken volgens het principe 'dicht bij de burger', worden de dagelijkse onderhoudswerkzaamheden in het openbaar gebied snel, klantgericht en efficiënt uitgevoerd. Om deze werkwijze te kunnen volgen, is het grondgebied verdeeld in drie gebieden Echt, Susteren en het buitengebied. Per gebied is een gebiedsopzichter aangewezen die overzicht heeft van alle werkzaamheden in zijn gebied. De gebiedsopzichters van de buitendienst nemen direct contact met de inwoners op bij klachten en meldingen. Voor de vakdisciplines wegen, groen, riolering en afval zijn toezichthouders aangewezen. Hierdoor neemt het toezicht op werken door derden in de openbare ruimte toe. De kwaliteit zal hierdoor verbeteren. De dagelijkse onderhoudswerkzaamheden in het openbaar gebied worden verricht door de serviceteams van de gemeente in combinatie met Westrom. De integrale onderhoudstaken in het openbaar groen worden verricht door Risse Westrom Groen. Algemeen Er vindt afstemming plaats van de beheerprogramma’s van wegen, riolering en het meerjaren investeringsprogramma met het verkeers- en vervoersbeleid.
Deel I - 69 -
Reikwijdte Het programma Beheer Openbare Ruimte omvat de volgende producten: 1. wegen 2. riolering en waterhuishouding 3. verkeer 4. openbaar groen 5. natuur en landschap 6. openbare verlichting 7. civieltechnische kunstwerken 8. gladheidbestrijding 9. rioolheffing. 10. afvalverwijdering en –verwerking; 11. afvalstoffenheffing en reinigingsrecht. Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies Gemeente Structuurvisie Echt-Susteren 2012-2025 Ontwikkelen met kwaliteit Openbare verlichting: Beleidsplan Openbare Verlichting 2013 – 2017 . Verkeer: Verkeersplan Echt-Susteren 2006-2016 (vastgesteld in de raad 14 december 2006). Civieltechnische kunstwerken: Uitvoeringsplan civieltechnische kunstwerken 2011- 2015. Wegen: Wegbeheernota 2012-2016; Meerjaren Investeringsplan 20152018. Groen: Bomennota Echt-Susteren december 2007, APV, herziening kapbeleid 2008, waardevolle bomenlijst juni 2008, nota groenstructuren Echt-Susteren 2009, IBOR Beleidsnotitie 2012-2016 Riolering en Water: Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2016 en het gemeentelijk (afval)waterplan. Beeldkwaliteitsplan Openbare Ruimte is door de raad op 1 november 2007 vastgesteld. Afvalstoffenverordening 2015 is vastgesteld op 29 oktober 2014, voor het merendeel van 2014 gold de Afvalstoffenverordening 2004; Algemeen Plaatselijke Verordening (APV);
7.3 Beheer openbare ruimte
Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten; Regeling kwijtschelding gem. belastingen; Nota Heffingen 2010.
1. Wegen
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het veilig en verantwoord gebruik Uitvoeren van de door de raad vastgestelde Wegbeheernota 2012-2016. Doelmatig maken van de wegen door de weg- en planmatig onderhouden van openbare verhardingen zowel elementen- en asfaltgebruikers, welke in beheer en on- verhardingen als wegmarkeringen en bebording. derhoud zijn bij de gemeente.
Indicatoren/kengetallen Meldingen groot onderhoud verhardingen Meldingen klein onderhoud bestrating/stoep/verhardingen Meldingen urgente schade onderhoud wegen Meldingen werkzaamheden kabels/leidingen
Gedurende het hele jaar.
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
17 126 221 10
<17 <126 <221 <10
*) *) *) *)
*) Door wijzigingen van de organisatie en de onderliggende systemen kan op dit moment geen volledige registratie van ingekomen en afgehandelde meldingen worden gegeven.
Deel I - 70 -
7.3 Beheer openbare ruimte 2. Riolering en waterhuishouding
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Waarborgen van de doelmatige inzameling en transport van afvalwater binnen de gemeentegrenzen, onder andere om de volksgezondheid te beschermen; Inzameling en verwerking van afstromend hemelwater met een zo beperkt mogelijke overlast voor de burger; Minimaliseren van vervuiling van bodem, grondwater en oppervlaktewater.
Doorlopend
Middels preventieve en curatieve maatregelen het bestaande stelsel van vuil- en regenwaterriolen en randvoorzieningen onderhouden: Het reinigen van kolken; Het repareren van aansluitleidingen; Het reinigen en inspecteren van riolen; Het maaien van hemelwaterbuffers; Het onderhouden van rioolgemalen; Het repareren van hoofdriolen; Het verwijderen van wortels uit de riolering; Afkoppelen van verhard oppervlak Kerkweg Mariahoop; Afkoppelen verhard oppervlak en vervangen riolering Echt centrum fase 1; Afkoppelen verhard oppervlak en vervangen riolering Op de brug Nieuwstadt;
Indicatoren/kengetallen Meldingen riolering Riool in gemeente (totaal vuil- en schoon water) Riool te vervangen (vuil water) Aanleg schoon water riool Aanleg vuil water riool
2014 2014 2014
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
111 250 km 3,4 km 4,2 km
<111 254,2 km 1,4 km 1,4 km 2,5 km
*) 258 km 1,4 km 1,4 km 2,5 km
*) Door wijzigingen van de organisatie en de onderliggende systemen kan op dit moment geen volledige registratie van ingekomen en afgehandelde meldingen worden gegeven. Deel I - 71 -
7.3 Beheer openbare ruimte 3. Verkeer
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder P.H.M. Ruijten Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Een bijdrage leveren aan de verbete- Monitoren en vervolgens aanpakken van knelpunten. ring van de verkeersveiligheid (mid- Het uitvoeren van de maatregelen en actieprogramma’s uit het verkeerveiligheidsdels terugdringen van onveilige ver- plan zoals: keerssituaties), bereikbaarheid en Blauwe zone leefbaarheid in de gemeente Echt- Routing parkeervoorzieningen centrum Echt; Susteren. Veiligheidsmaatregelen Roosteren – Oevereind; Oversteken Bandertlaan.
Indicatoren/kengetallen Meldingen verkeer
2014 3e kwartaal 2014 4e kwartaal 2014 → 2015 1e kwartaal 2014 4e kwartaal 2014 → 2015
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
117
<117
135
4. Openbaar groen
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Kwaliteitsverbetering openbaar groen
Renoveren groen Hoogstraat-Marksingel-Past. Cramerstraat Inboet plegen vakbeplantingen Het onderhoud is uitgevoerd conform het vastgestelde kwaliteitsniveau
3e kwartaal 2014
De gemeentelijke bomen (26.000 stuks) zijn op veiligheid geïnspecteerd middels een vitaliteitscontrole ofwel VTA (Visual Tree Assessment). Hieruit voortkomende
3e en 4e kwartaal 2014
Onderhoud openbaar groen / integraal bestek Het doelmatig beheren van het gemeentelijk bomenareaal Deel I - 72 -
Continu 2014
7.3 Beheer openbare ruimte 4. Openbaar groen
Wat hebben we bereikt?
Roekenbeschermingsplan 20142019 opgesteld
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
maatregelen zijn eind 2014 gestart. In het kader van rijksbeleid (Flora-en faunawet) zijn roeken bij wet beschermd. Om de overlast op de locaties Meylaertsweg, Halfeweg, Elsenewal te Nieuwstadt, adequaat aan te pakken is hiervoor een nieuw roekenbeschermingsplan opgesteld en is daarbij benodigde ontheffing aangevraagd en verkregen.
Indicatoren/kengetallen Meldingen openbaar groen Meldingen eiken processierups
3e en 4e kwartaal 2014
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
340 4
< 340 < 10
*) *)
*) Door wijzigingen van de organisatie en de onderliggende systemen kan op dit moment geen volledige registratie van ingekomen en afgehandelde meldingen worden gegeven.
5. Natuur en landschap
Portefeuillehouder Wethouder drs. P.H.J. Pustjens
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Er is een beheerovereenkomst gesloten met Westrom-BosWerkt BV voor het beheren van onze 289 hectare bos- en natuurterreinen gedurende de periode 2014-2019.
Op basis van de inhoud van de eerdere beheerovereenkomst met de Bosgroep Zuid Nederland is de inhoud bepaald van deze nieuwe beheerovereenkomst met BosWerkt BV. Als grote meerwaarde is daaraan toegevoegd dat de benodigde werkzaamheden grotendeels uitgevoerd worden door Westrom. Verder worden er nieuwe producten uit de bossen gegenereerd die naast werk ook opbrengsten genereren.
De overeenkomst is op 5 juni 2014 ondertekend
Deel I - 73 -
7.3 Beheer openbare ruimte 5. Natuur en landschap
Portefeuillehouder Wethouder drs. P.H.J. Pustjens
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Er is een Bosbeheerplan opgesteld voor de beheerperiode 2014-2019
Na het aangaan van de beheerovereenkomst is door BosWerkt BV een beheerplan uitgewerkt. Het beheer is aan de hand van een onderverdeling in functiezones bepaald. De volgende functiezones worden onderscheiden; Natuurbos, Productie bos, Recreatie bos en Landschappelijk bos.
Het beheerplan is in het laatste kwartaal van 2014 opgeleverd.
Indicatoren/kengetallen Aantal identiteiten landschapstypen
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
6
6
6
6. Openbare verlichting
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
Dat de gebruikers van de openbare In 2014 is uitvoering gegeven aan de doelstellingen welke zijn vastgelegd in het ruimte zich veilig voelen, na het in- Beleidsplan Openbare Verlichting 2013 t/m 2017, waardoor een adequaat verlichvallen van de duisternis. tingsniveau ontstaat dat doelmatig en efficiënt beheerd wordt. Dit betekent concreet het vervangen van oude armaturen door nieuwe armaturen met een LED lichtbron. De LED verlichting wordt in de nachtelijke uren gedimd met als voordeel dat energie wordt bespaard en desondanks een gelijkmatig verlichtingsniveau blijft.
Deel I - 74 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Gedurende het hele jaar
7.3 Beheer openbare ruimte Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Meldingen openbare verlichting Energieverbruik masten (Kwh) Totaal aantal lichtmasten: Zonder Led Met Led
Begroting 2014
Realisatie 2014
291 1.609.834
< 291 < 1.250.000
6.753 941
< 6.700 > 1.000
*) 1.200.500 6.496 1.264
*) Door wijzigingen van de organisatie en de onderliggende systemen kan op dit moment geen volledige registratie van ingekomen en afgehandelde meldingen worden gegeven.
7. Civieltechnische kunstwerken
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het handhaven van een verantwoor- We hebben uitvoering gegeven aan het uitvoeringsplan civieltechnische kunstwerde staat van de civieltechnische ken 2011-2015 door aan enkele kunstwerken doelmatig en planmatig onderhoud te kunstwerken. plegen.
Indicatoren/kengetallen Aantal bruggen
Deel I - 75 -
2e en 3e kwartaal 2014.
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
45
45
45
7.3 Beheer openbare ruimte 8. Gladheidsbestrijding
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Verkeersveilige wegen ook onder winterse omstandigheden conform het gladheidsbestrijdingsplan.
Het gladheidbestrijdingsplan laten vaststellen door het college. Strooiroutes zijn op de gemeentelijke website gepubliceerd. Bewaken van de weersomstandigheden, gedurende het winterseizoen, door middel van een contract met weerbureau Meteoconsult en door gebruik te maken van het gladheid meldsysteem (GMS). In 2014 12 keer uitgerukt om de gladheid te bestrijden (waarvan 10 keer preventief en 2 keer voor sneeuw). In 2014 heeft het Gladheid meldsysteem 5 keer preventief gewerkt waardoor 5 strooibeurten bespaard zijn.
Winterseizoen.
Indicatoren/kengetallen Zoutgebruik €** Tonnage zoutgebruik Meldingen gladheidbestrijding Aantal uitrukken*
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
€ 41.500 600 ton 15 44
€ 15.100 200 ton < 19 20
€ 5.700 80 ton 5 12
*Afhankelijk van de weersomstandigheden
9. Rioolheffing
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het voor 100% dekken van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn
28 februari 2014
Deel I - 76 -
Het heffen van een directe belasting van de eigenaar van het object. Verzenden van de aanslagen 2014 onder dagtekening 28 februari 2014;
7.3 Beheer openbare ruimte 9. Rioolheffing
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
aan de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, de zuivering van huishoudelijk afvalwater en de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.
Indicatoren/kengetallen Aantal objecten Tarief rioolrecht Kostendekkendheid
Deel I - 77 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Opleggen van het vast recht conform het in de raad van 27 juni 2013 vastgestelde GRP 2013-2016. Dit bedroeg in 2014 € 244,65, zoals vastgesteld in de vergadering van de raad van 12 december 2013; Verlenen van kwijtschelding aan belastingplichtigen met een uiterst laag inkomen en Kwijtschelding is verleend buitengewoon hoge lasten. Automatische kwijtschelding wordt verleend aan belasting- in de periode na de aanplichtigen (met een bijstandsuitkering of AOW uitkering kwijtschelding) die de laatste slagoplegging drie jaar volledige kwijtschelding hebben ontvangen. Ook is er een vereenvoudigde aanvraagprocedure voor klanten met een bijstandsuitkering (WWB) die niet in aanmerking komen voor automatische kwijtschelding. Aangezien rioolrecht wordt geheven van de eigenaar is kwijtschelding slechts sporadisch aan de orde. Over het belastingjaar 2014 is voor een bedrag van € 734 kwijtschelding verleend.
Realisatie 2013 15.712 € 236,95 99%
Begroting 2014 15.700 € 244,65 97%
Realisatie 2014 15.729 € 244,65 100%
7.3 Beheer openbare ruimte 10. Afvalverwijdering en verwerking
Portefeuillehouder Wethouder P.H.M. Ruijten
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Verdere optimalisatie van het gescheiden inzamelen en hergebruiken van aangeleverde materialen.
Voorbereidingen getroffen voor de uitbreiding van de ondergrondse milieuparken. Contract afgesloten voor het nascheiden van het kunststof uit het ingezamelde restafval. De bestaande afvalbakken efficiënter ingezet zodat minder zwerfafval ontstaat. Een opschoondag georganiseerd om bewustwording te creëren om zwerfafval tegen te gaan. Mogelijkheid gecreëerd van aanleveren afval bij meerdere milieuparken.
4e kwartaal 2014
Indicatoren/kengetallen Hergebruik (%) Meldingen afvalinzameling
2e kwartaal 2014 2e kwartaal 2014 2e kwartaal 2014 1e kwartaal 2014
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
60 255
60 < 255
60 *)
*) Door wijzigingen van de organisatie en de onderliggende systemen kan op dit moment geen volledige registratie van ingekomen en afgehandelde meldingen worden gegeven.
Deel I - 78 -
7.3 Beheer openbare ruimte 11. Afvalstoffenheffing
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Het voor 97% dekken van de kosten verbonden aan het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen.
Het op 28 februari 2014 heffen van een directe belasting van degene die in de gemeen- 28 februari 2014 te feitelijk gebruik maakt van het perceel waarvoor volgens de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijk afval bestaat. De verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing is op 12 december 2013 door de gemeenteraad vastgesteld. Het up-to-date houden van het containerbestand van alle aansluitingen afvalstoffenheffingen en reinigingsrechten en de daaraan gekoppelde gebruikers en een actuele geredigeerde belastingverordening voeren. Verlenen van kwijtschelding aan belastingplichtigen met een inkomen op bijstandsni- Kwijtschelding wordt verleend in de periode na de veau. In 2014 is een bedrag van € 73.689 kwijtgescholden. aanslagoplegging
Indicatoren/kengetallen Tarief eenpersoonshuishouden Tarief meerpersoonshuishouden Aantal eenpersoonshuishoudens Aantal meerpersoonshuishoudens Aantal bedrijven Kostendekkendheid
Deel I - 79 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013 € 137,40 € 206,16 3.695 10.019 119 100%
Begroting 2014 € 137,40 € 206,16 4.292 9.980 120 98%
Realisatie 2014 € 137,40 € 206,16 3.726 9.920 119 97%
7.3 Beheer openbare ruimte Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
13.388.323 6.867.156 6.521.167
14.432.970 7.301.589 7.131.381
14.488.980 7.258.222 7.230.758
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
464.322 50.000 414.322
712.632 385.555 327.077
490.438 199.636 290.802
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
13.852.645 6.917.156 6.935.489
15.145.602 7.687.144 7.458.458
14.979.418 7.457.857 7.521.560
Deel I - 80 -
7.4 Onderwijs Doelstelling Het programma omvat het toezicht op het openbaar onderwijs, de zorg voor de onderwijshuisvesting, het ontwikkelen van lokaal onderwijsbeleid, het stimuleren van persoonlijke ontwikkeling van diverse doelgroepen, het verbeteren van kansen op de arbeidsmarkt van bepaalde groepen (jong)volwassenen. Ten aanzien van het speciaal basisonderwijs en het voortgezet onderwijs heeft de kern Echt een bovenlokale verzorgingsfunctie, die behouden en daar waar nodig versterkt dient te worden. De gemeente Echt-Susteren beoogt als maatschappelijk effect: Gelijke kansen op onderwijs voor jongeren binnen de gemeente EchtSusteren en; binnen de regio in een breed spectrum van aanbod passend bij de vraag; middels het aanbieden van een breed onderwijsaanbod, gehuisvest in bijdetijdse schoolgebouwen; verbeteren van het leef- en vestigingsklimaat voor burgers en bedrijven; een goede positie op de arbeidsmarkt voor de inwoners van de gemeente.
Reikwijdte Het programma Onderwijs omvat de volgende producten: 1. Openbaar basisonderwijs 2. Onderwijshuisvesting 3. Onderwijszorg 4. Volwasseneducatie 5. Aanvullend lokaal beleid 6. Kinderopvang
Deel I - 81 -
Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies Gemeente Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid; Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente EchtSusteren 2010; Integraal huisvestingsplan primair en voortgezet; Verordening materiële en financiële gelijkstelling gemeente EchtSusteren 2012; Beleids- en uitvoeringsplan Leerplicht; Subsidieverordening peuterprogramma gemeente Echt-Susteren 2013.
7.4 Onderwijs 1. Openbaar basisonderwijs
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Een voldoende aantal scholen voor openbaar basisonderwijs, verspreid over de gemeente, in casu in Echt (basisschool ‘De Driepas’) en Susteren (basisschool ‘De Springdonk’).
De verantwoordelijkheid voor het bestuur van de twee in Echt-Susteren gelegen scholen lag in handen van de Stichting Kindante. De gemeente hield hierop toezicht, middels het bespreken van de jaarstukken met het schoolbestuur en de door de gemeente benoemde vertegenwoordiger in de Raad van Toezicht. De Begroting 2014 en de Jaarrekening en het Jaarverslag 2013 van de Stichting Kindante zijn middels raadsinformatiebrief van 5 september 2014 ter kennis gebracht van de gemeenteraad.
Continu
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Aantal scholen openbaar basisonderwijs Aantal leerlingen
2. Onderwijshuisvesting
Wat hebben we bereikt?
Adequate huisvesting voor de in de gemeente gelegen scholen voor primair en voortgezet onderwijs.
Deel I - 82 -
Begroting 2014 2 557
Realisatie 2014 2 515
2 541
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens Wat hebben we ervoor gedaan? Partiële vervanging riool basisschool ‘’t Keuninghöfke’, Karel V-straat 45 te Koningsbosch. Partiële vervanging riool basisschool ‘Maria Goretti’, Kantstraat 1 te St. Joost. Vervangen asbesthoudende dak basisschool ‘Patricius’, Hubertusstraat 1 te Pey. Gedeeltelijk herstraten schoolterrein/speelplaats en vervanging buitenberging ba-
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Februari 2014 Maart 2014 Mei 2014 Mei 2014/Februari 2015
7.4 Onderwijs 2. Onderwijshuisvesting
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
sisschool ‘De Bolleberg’, Annendaalderweg 14 te Maria Hoop. Onderhoud (o.a. dak, gevels, cv-installatie) gebouw basisschool ‘De Driepas’, locatie Pepinusbrug. Nieuwbouw basisschool ‘Burgemeester Willeme’ te Nieuwstadt.
Indicatoren/kengetallen Aantal scholen openbaar basisonderwijs Aantal schoolgebouwen openbaar basisonderwijs Aantal leerlingen openbaar basisonderwijs Aantal scholen bijzonder basisonderwijs Aantal schoolgebouwen bijzonder basisonderwijs Aantal leerlingen bijzonder basisonderwijs Aantal scholen speciaal basisonderwijs Aantal schoolgebouwen speciaal basisonderwijs Aantal leerlingen speciaal basisonderwijs Aantal scholen voortgezet onderwijs Aantal schoolgebouwen voortgezet onderwijs Aantal leerlingen voortgezet onderwijs
Deel I - 83 -
Realisatie 2013 2 3 557 10 10 1.770 1 1 131 1 2 1.756
Begroting 2014 2 3 515 10 10 1.747 1 1 128 1 2 1.700
Februari 2015 Februari 2015
Realisatie 2014 2 3 541 10 10 1.755 1 1 118 1 2 1.755
7.4 Onderwijs 3. Onderwijszorg
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Onderwijsachterstanden Onderwijsachterstanden Het in samenspraak met schoolbe- In overleg met de schoolbesturen en kinderopvangorganisaties is uitvoering gege- Continu sturen en kinderopvangorganisaties ven aan de navolgende projecten: realiseren van voorzieningen om Schakelklas (ondergebracht bij basisschool De Driepas) bedoeld voor basisonderwijsachterstanden bij leerlingen schoolleerlingen (doorgaans leerlingen die uit het buitenland komen) die een groin het basisonderwijs en bij jonge te achterstand in de Nederlandse taal hebben. Deze leerlingen ontvingen extra kinderen (jonger dan 4 jaar) vroegtijtaalonderwijs om de taalachterstand zo snel mogelijk in te lopen. dig te signaleren en te bestrijden. Vroeg- en voorschoolse educatie (VVE). Het aanbieden van voorschoolse educatie (peuterprogramma) aan kinderen in de leeftijd van 2 en 3 jaar. Extra aandacht hierbij kregen peuters met een geïndiceerde achterstand in de Nederlandse taal (VVEpeuters). Onderwijsbegeleiding Onderwijsbegeleiding Het faciliteren van activiteiten van In 2014 kwamen activiteiten/projecten binnen de navolgende thema’s voor subsidie in Continu onderwijs & zorg (basisonderwijs) aanmerking: waar de gemeente een wettelijke Voorkomen van schooluitval; zorgplicht, dan wel een gedeelde Voorkomen van en verminderen van taalachterstanden; verantwoordelijkheid heeft. De beTaalontwikkeling; leidsthema’s en activiteiten worden Een doorlopende leerlijn van voorschoolse naar vroegschoolse educatie; voorafgaande aan het schooljaar in Afstemming onderwijszorg en jeugdzorg in een zo vroeg mogelijk stadium; overleg met de schoolbesturen beKwaliteitsimpuls bewegingsonderwijs en cultuureducatie. paald. Leerplicht/RMC Leerplicht/RMC Adequaat toezicht op de leerplicht en Onze gemeentelijke leerplichttaken werden in een regionaal samenwerkingsverband uit- Continu het voorkomen van voortijdig school- gevoerd. De afgesproken beleidsontwikkelingen en maatregelen, zoals de Convenant verlaten. ‘Aanval op de Uitval’ en maatregelen tegen voortijdig schoolverlaten, werden ingevuld door het regionaal bureau Leerplicht te Roermond.
Deel I - 84 -
7.4 Onderwijs Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Aantal schakelklassen Aantal deelnemers schakelklas Aantal peuters met VVE-aanbod i.v.m. taalachterstand Dekkend aanbod VVE voor peuters met taalachterstand
Begroting 2014
1 14 13 (Start per 1 sept) 28%
4. Volwasseneducatie
Wat hebben we bereikt?
Realisatie 2014
1 14 46 100%
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Een aanbod van volwassenenedu- Bij het ROC Gilde Opleidingen zijn - samen met de gemeenten Maasgouw en Roercatie afgestemd op de behoefte en dalen - diverse cursussen en op diverse niveaus ingekocht, te weten: binnen de financiële kaders van Cursussen Alfabetisering (NT1), t.b.v. laaggeletterden; het rijk. Onder volwassenenonderCursussen Nederlands als tweede taal (NT2), t.b.v. nieuwkomers. wijs wordt verstaan: opleidingen taal en rekenen; opleidingen Nederlands als tweede taal (NT2).
Indicatoren/kengetallen Aantal deelnemers Alfabetisering (NT1) Aantal deelnemers Nederlands als Tweede taal (NT2)
Deel I - 85 -
1 20 53 100%
Realisatie 2013
Begroting 2014 3 12
Continu
Realisatie 2014 3 12
2 16
7.4 Onderwijs 5. Aanvullend lokaal beleid
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Diensten geleverd ter bevordering of ter verbetering van het onderwijs, dan wel voor het wegnemen van belemmeringen.
Leerlingenvervoer bewegingsonderwijs basisonderwijs Ten behoeve van scholen zonder eigen gymlokaal of een sportaccommodatie in de buurt, werd het leerlingenvervoer verzorgd naar de sportaccommodaties. Buurtaal en internationalisering De inrichting van een loketfunctie t.b.v. scholen aan de Taalacademie Nederland.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Aantal scholen waarvoor vervoer wordt georganiseerd (gedurende 40 weken per jaar) Aantal retourritten per week
6. Kinderopvang
Wat hebben we bereikt?
Bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen (met name taalvaardigheden en sociale vaardigheden) ter voorbereiding op het basisonderwijs, alsmede signaleren en doelgericht aanpakken van Deel I - 86 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Begroting 2014
Continu
December 2014
Realisatie 2014
6
6
6
25
25
25
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het aanbieden van voorschoolse educatie (peuterprogramma) aan kinderen in de Continu leeftijd van 2 en 3 jaar. Toezicht en handhaving op kindercentra en gastouderopvang in samenwerking met de GGD.
7.4 Onderwijs 6. Kinderopvang
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
(dreigende) taalachterstanden. Een goede kwaliteit van kindercentra en gastouderopvang.
Indicatoren/kengetallen Dekkend aanbod VVE voor peuters met taalachterstand
Realisatie 2013
Begroting 2014
(Start per 1 sept) 28%
100%
Realisatie 2014 100%
Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
2.588.855 156.637 2.432.218
2.537.450 172.740 2.364.710
1.840.320 1.311.331 528.989
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
2.588.855 156.637 2.432.218
2.537.450 172.740 2.364.710
1.840.320 1.311.331 528.989
Deel I - 87 -
7.4 Onderwijs Toelichting verschil ‘bijgestelde begroting 2014’ en ‘rekening 2014’: De geraamde middelen voor de onderhoudswerkzaamheden van het AZC (asielzoekerscentrum) zijn niet in 2014 besteed zijn, maar begin 2015. Hierdoor wordt zowel aan de uitgaven- en inkomstenkant een bedrag van € 614.000 onderschreden. Door een vrijval van de voorziening bouwkundig buitenonderhoud schoolgebouwen ontstaat er een verschil aan de batenkant tussen de bijgestelde begroting 2014 en de rekening 2014. De raad heeft hiertoe besloten in haar vergadering van 17 december 2014. Bovendien zijn er kosten rechtstreeks ten laste van deze voorziening gebracht. Voor een toelichting wordt verwezen naar Hoofdstuk 3 rekeningsaldo 2014.
Deel I - 88 -
7.5 Cultuur en sport Doelstelling Cultuur en sport dragen bij aan een attractief en leefbaar Echt-Susteren. Cultuur en sport bieden mogelijkheden voor ontplooiing en ontmoeting en dragen daarmee bij aan actieve participatie van burgers in de maatschappij. Cultuur geeft aan mensen de mogelijkheid om zich te uiten, creativiteit te ontwikkelen, zich te organiseren en actief te zijn. Dat kan op verschillende terreinen zoals muziek, dans en dramatische expressie. We vinden het belangrijk dat alle inwoners de mogelijkheid hebben om cultuur te beleven. We willen graag dat alle kinderen in aanraking komen met cultuur en stimuleren dit onder meer door cultuureducatie met kwaliteit en muziekonderwijs. De focus van de inspanning op het gebied van sport ligt op verhoging van de sportdeelname van de inwoners waardoor onder andere de gezondheid, de sociale binding en de leefbaarheid verbetert. Sport scoort, ook in EchtSusteren! Daarnaast nemen inwoners deel aan recreatieve en culturele activiteiten. Dit draagt bij aan talentontwikkeling. Doelgroepen In algemene zin richten wij ons met ons beleid op de volgende prioritaire doelgroepen: Jeugd tot 23 jaar Senioren 55+ Mensen met minimum inkomen Mensen met beperking Hierbij hebben wij bijzondere aandacht voor de doelgroep 55+ gelet op de demografische ontwikkelingen en prognoses (in vijftien jaar tijd 23% meer 55+). De voortgang van bovengenoemde Indicatoren/kengetallen wordt structureel onderzocht.
Deel I - 89 -
Reikwijdte Het programma Onderwijs omvat de volgende producten: 1. Bibliotheek 2. Muziekonderwijs 3. Museum 4. Verenigingen en activiteiten 5. Monumentenzorg 6. Kerkgenootschappen 7. Sportstimulering en –ondersteuning 8. Binnensportaccommodaties (zwembad, sporthallen en overige binnensportaccommodaties) 9. Buitensportaccommodaties (voetbal, tennis en overig)
Wet- en regelgeving en beleidskaders
Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies
Gemeente Beleidsnota Wmo gemeente Echt-Susteren 2012-2015; Uitvoeringsprogramma kunst en cultuur 2012-2013; Algemene subsidieverordening Gemeente Echt-Susteren 2012 en diverse subsidieverordeningen; Uitvoeringsovereenkomsten met Menswel, BiblioNova, Myouthic en Museum van de Vrouw; Investeringsbijdrage monumentale en niet monumentale kerken; Leefbaarheidsvisie; Sportvisie 2020; Echt-Susteren leefbaar en sportief; Uitvoeringsprogramma Sport 2013-2014; Projectplan combinatiefuncties 2011 t/m 2014; Werkplan combinatiefuncties 2013; Huur- en uitvoeringsovereenkomst Menswel Sportbedrijf inzake binnensportaccommodaties; Uitvoeringsovereenkomst combinatiefuncties; Samenwerkingsconvenant Huis voor de Sport Limburg.
7.5 Cultuur en sport Subsidies Door de gemeente wordt aan vele instellingen en organisaties subsidies verstrekt om hun activiteiten te ondersteunen en in stand te houden. Op de verstrekking van subsidies zijn een aantal wettelijke regelingen van toepassing, te weten: de Algemene wet bestuursrecht; de Algemene subsidieverordening Echt-Susteren 2012; de diverse separate subsidieverordeningen voor de diverse werksoorten zoals door de raad vastgesteld. Voor de professionele en overige instellingen zijn subsidies verleend op grond van artikel 4.23, lid 3 onder c. van de Algemene wet bestuursrecht.
1. Bibliotheek
Portefeuillehouder Wethouders Drs. P.H.J. Pustjens
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Een lokaal bibliotheeknetwerk waar inwoners terecht kunnen voor lezen en literatuur, alsmede voor objectieve en betrouwbare informatie en kennis voor onder meer studie, beroep, kunst & cultuur, gezondheid en vrijetijdsbesteding.
Een uitgebreide bibliotheekvoorziening in Echt (Plats 1), een afhaalpunt in Susteren (Zorgcentrum Vastrada) en een schoolbibliotheek in de basisscholen. Vanwege een groei aan leerlingen ontbrak voor basisschool Patricius in 2014 de ruimte voor een schoolbibliotheek. De bibliotheek zal worden gerealiseerd, zodra het kan.
Continu
Indicatoren/kengetallen Aantal bibliotheeklocaties Aantal afhaalpunten Aantal schoolbibliotheken
Deel I - 90 -
Realisatie 2013
Begroting 2014 1 1 9
Realisatie 2014 1 1 13
1 1 12
7.5 Cultuur en sport 2. Muziekonderwijs
Portefeuillehouder Wethouders Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Het aanbieden van een basiscursus muziek (algemene muzikale vorming/instrument-voorbereidend muziekonderwijs) voor leerlingen in het basisonderwijs en een muziekopleiding hafabra (harmonieën, fanfares en brassbands) voor leden van de plaatselijke harmonieën, fanfares, brassbands en fluit- en trommelcorpsen conform de landelijke normen voor deze vorm van onderwijs door een erkende instelling voor muziekonderwijs.
Aan de Stichting Myouthic is voor 2014 een subsidie van € 155.680 verleend voor het Continu verzorgen van muziekonderwijs in de gemeente Echt-Susteren. Dit bedrag moet nog worden vastgesteld. De subsidie over 2014 is gebaseerd op 240 cursisten instrumentopleidingen en 20 cursisten IVM/AVM (Instrumentaal Voorbereidend Muziekonderwijs/Algemene Muzikale Vorming). Ten opzichte van 2013 is het aantal cursisten uit de gemeente Echt-Susteren, in tegenstelling tot de regionale tendens, toegenomen. Met de Stichting heeft in 2014 per kwartaal een voortgangsoverleg plaatsgevonden. Per kwartaal
Indicatoren/kengetallen Aantal cursisten instrumentopleidingen Aantal cursisten instrumentvoorbereidend muziekonderwijs
Deel I - 91 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013
Begroting 2014 232 28
Realisatie 2014 240 20
Nog niet bekend Nog niet bekend
7.5 Cultuur en sport 3. Museum
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. P.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Het leveren van een bijdrage aan het in stand houden van de Stichting Museum van de Vrouw in een multifunctionele omgeving, het oude raadhuis aan de Plats te Echt
In het kader van de Voorjaarsnota 2010 is de subsidie ten behoeve van het Museum van Gehele jaar 2014 de Vrouw structureel gekort met een bedrag van € 50.000. De bijdrage voor 2014 bedroeg € 137.000. Met de Stichting hebben in 2014 drie voortgangsoverleggen plaatsgevonden
Indicatoren/kengetallen
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
Aantal bezoekers Aantal exposities
4.403 1
6.500 1
5.477 1
4. Verenigingen en activiteiten
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Het ondersteunen en/of faciliteren van een cultuur- en sportaanbod dat een bijdrage levert aan het in stand houden van een vitaal verenigingsleven en de leefbaarheid in de kleine kernen. Tevens samen met de regio-
Subsidies algemeen Hele jaar 2014 De gemeente onderneemt zelf geen directe activiteiten die bijdragen aan het verwezenlijken van de doelstellingen. De gemeente subsidieert verenigingen, activiteiten en evenementen, die bijdragen aan het realiseren van bovengenoemde doelstelling. In het kader van het gemeentelijk subsidiebeleid wordt jaarlijks in het laatste kwartaal op de ontvangen aanvragen een besluit genomen over subsidies, die in het komend jaar
Deel I - 92 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
7.5 Cultuur en sport 4. Verenigingen en activiteiten
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
gemeenten beleid ontwikkelen om de aantrekkingskracht van de regio op het gebied van sport en cultuur te vergroten.
worden verstrekt. De financiële kaders voor dit besluit zijn vastgelegd in de gemeentebegroting. De subsidies aan de vrijwilligersorganisaties worden verleend op grond van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene Subsidieverordening 2012 en de bijbehorende separate subsidieverordeningen. Voor de subsidies die op grond van de separate subsidieverordeningen worden verleend zijn in de begroting 2014 plafonds gesteld.
Indicatoren/kengetallen EHBO verenigingen informele zorginstellingen Ouderenverenigingen Vrouwenorganisaties Contactbladen (huis aan huis papieren info) Basiswaardering organisaties Sportverenigingen Jeugd- en jongerenorganisaties Natuur en cultuurhistorische verenigingen Toneelverenigingen Zangverenigingen, harmonieën, fanfares en schutterijen Oranjevieringen Culturele vorming aan basisscholen Speeltuinorganisaties Kerncontactgroepen Evenementen Incidentele subsidies Aantal aanvragen investeringskosten in sociaal-culturele- en sportaccommodaties
Deel I - 93 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013 5 11 14 12 4 71 30 13 6 2 29 9 3 7 8 25 4
Begroting 2014
Realisatie 2014 4 10 14 12 4 73 30 13 6 2 29 9 3 7 9 25 7
4 10 14 11 4 73 30 13 6 2 29 9 3 7 8 25 7 4
7.5 Cultuur en sport 5. Monumentenzorg
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
De zorg voor de instandhouding van het cultureel erfgoed en het versterken van de cultuurhistorische waarden in de omgeving.
Hoewel de gemeente geen monumentenbeleid in de vorm van een nota heeft vastgesteld, wordt bij de vaststelling en uitwerking van het planologisch kader evenwel rekening gehouden met cultuurhistorische waarden van het betreffende gebied. De werkgroep ‘Thesaurus Romanus Peyensis’ zorgde op 19 oktober 2014 voor een 19 oktober 2014 boeiende presentatie van een unieke Romeinse schatvondst in het Gemeentehuis. Bij deze gelegenheid is een fraai monument nabij de vindplaats te Pey-Slek onthuld. De Open Monumentendag heeft in overleg met het gelijknamige Comité geen doorgang gevonden. Door het comité is medewerking verleend een de presentatie van de Romeinse schatvondst. De Stichting Kruisen en Kapellen Echt heeft over 2014 een gemeentelijk subsidie van € 1.955 ontvangen. Deze subsidie is bedoeld voor de instandhouding van dit religieus erfgoed.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Rijksmonumenten
Begroting 2014 68
6. Kerkgenootschappen
Wat hebben we bereikt?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2014 68
68
Portefeuillehouder Wethouders Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het leveren van een bijdrage aan het Op basis van de in 2013 door de raad vastgestelde Subsidieverordening parochiebestu- 2014 in stand houden van de kerkgebou- ren Echt-Susteren 2013 hebben parochiebesturen over 2014 een bijdrage ontvangen, Deel I - 94 -
7.5 Cultuur en sport 6. Kerkgenootschappen
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouders Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
wen en de geloofsgemeenschappen bestaande uit een vast bedrag van € 1.000 alsmede € 0,45 per inwoner per kern, verdeeld in de verschillende parochies in de over het aantal in die kern aanwezige kerken. gemeente Echt-Susteren. Het subsidieplafond 2014 voor de parochiebesturen is vastgesteld op € 25.750. Voor elke, voor subsidieverlening in aanmerking komende parochiebesturen, is het subsidiebedrag 2014 berekend. Volgens deze berekeningen is er een bedrag van € 26.691 nodig om aan alle parochiebesturen het berekende subsidiebedrag te verlenen. Omdat het plafond hiermee wordt overschreden wordt op de berekende subsidiebedragen een evenredige korting van 3,52% toegepast om binnen het gestelde subsidieplafond te blijven. Voor de instandhouding van zowel monumentale als niet monumentale kerkgebouwen wordt door de gemeente jaarlijks een budget van € 11.300 beschikbaar gesteld. In de kosten van buitengewoon herstel, géén regulier onderhoud zijnde, wordt een bijdrage toegekend op basis van vaste bestuurspraktijk. In 2014 is dit budget besteed aan de subsidiëring (€ 497) van de kosten van herstelwerkzaamheden en de restauratie van de parochiekerk Pey over de instandhoudingsjaren 2013 en 2014 (in het kader van goedgekeurd instandhoudingsplan 2011-2016).
Indicatoren/kengetallen Aantal gesubsidieerde kerkgenootschappen
Deel I - 95 -
Realisatie 2013
Begroting 2014 10
Realisatie 2014 10
10
7.5 Cultuur en sport 7. Sportstimulering en -ondersteuning
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
De gemeente voert samen met ande- De door de gemeenteraad vastgestelde sportvisie 2020 ‘Echt-Susteren leefbaar en spor- Gehele jaar 2014 re partijen, een eigentijds, ontwikke- tief 2020’ is leidend voor de uitvoering van het sportbeleid op langere termijn (“stip op de lingsgericht sportbeleid. horizon”). De leefbaarheidsvisie is als basis genomen voor de effectuering van het sportbeleid op korte/middellange termijn. In de sportvisie 2020 ‘Echt-Susteren, leefbaar en sportief‘ zijn een groot aantal (meetbare) doelstellingen geformuleerd. Er is geen tussenstand gemeten maar zonder meer kan gesteld worden dat we goed op weg zijn. Doelgroepen In algemene zin richten wij ons met ons beleid op de volgende prioritaire doelgroepen: Jeugd tot 23 jaar December 2014 Senioren 55+ Mensen met minimum inkomen Mensen met beperking Hierbij hebben wij bijzondere aandacht voor de doelgroep 55+ gelet op de demografische ontwikkelingen en prognoses (in vijftien jaar tijd 23% meer 55+). De voortgang van bovengenoemde indicatoren wordt structureel onderzocht. Combinatiefuncties/buurtsportcoaches De regeling Combinatiefuncties (de landelijke Impulsregeling 'Brede scholen, sport en cultuur") richt zich op (brede) scholen en (sterke) sportverenigingen. Met de Stichting Menswel is voor de duur van 4 jaren (2011 t/m 2014) een overeenkomst gesloten voor de inzet van de combinatiefuncties. De Impulsregeling is inmiddels uitgebreid met het Programma Sport en Bewegen in de Buurt, welk de inzet van extra combinatiefuncties (buurtsportcoaches) mogelijk maakt. Aan dit programma wordt eveneens deelgenomen. Eind 2014 heeft het college besloten de inzet van combinatiefuncties en buurtsportcoaches voor 2015 te handhaven en in lijn te brengen met de ontwikkelingen binnen het sociale domein. De inzet van combinatiefunties/buurtsportcoaches voor 2016 zal onderwerp zijn van integrale onderhandelingen met Menswel.
Deel I - 96 -
7.5 Cultuur en sport Indicatoren/kengetallen Aantal FTE’s Financiering combinatiefunctionarissen (rijk/gemeente)
8. Binnensportaccommodaties 9. Buitensportaccommodaties
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
5,7 40/60
5,7 40/60
5,7 40/60
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Minder maar betere sportvoorzieningen met accent op kwaliteit, multifunctionaliteit en duurzaamheid. Gewerkt volgens een gebiedsgerichte aanpak. Bij een aantal voorzieningen is een clustering en concentratie bereikt.
Eigendom en groot onderhoud van deze accommodaties berust bij de gemeente. De Stichting Menswel is contractueel verantwoordelijk voor exploitatie en beheer van de gemeentelijke binnensportaccommodaties. Binnensportaccommodaties Voor de periode 2012 tot en met 2015 is met de Stichting Menswel een exploitatieover- Exploitatiejaar 2014 eenkomst aangegaan. De Stichting is conform deze overeenkomst gehouden binnen 5 maanden na afloop van het kalenderjaar een jaarverslag in te dienen. Exploitatie en beheer gedurende de periode 2012 tot en met 2014 zijn in het vierde kwar- 4e kwartaal 2014 taal van 2014 geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie dient in het eerste kwartaal 2015 een besluit te worden genomen over eventuele voortzetting van de overeenkomst per 1 januari 2016. Zwembad Inde Bandert Nu het einde van de technische levensduur van het zwembad “In de Bandert” in zicht komt, dient zich de vraag aan of instandhouding van het zwembad wenselijk is en, zo ja, in welke vorm. Uit onderzoek is renovatie van het bad haalbaar gebleken. De reeds toegezegde provinciale en regionale subsidies alsook de daartoe specifiek opgebouwde reserves kunnen hiervoor worden ingezet. In de vergadering van 17 december 2014 is de raad akkoord gegaan met de voorgestel-
Deel I - 97 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Exploitatiejaar 2014
7.5 Cultuur en sport 8. Binnensportaccommodaties 9. Buitensportaccommodaties Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
de aanpak van het zwembad. Voor de financiering van deze aanpak is een krediet van € 5.100.000 beschikbaar gesteld. In 2012 is aan het zwembad het keurmerk ‘Veilig en Schoon’ toegekend. Het beheer van Ingebruikname 1 januari deze accommodaties voldoet dankzij de inspanningen van Stichting Menswel Sport hier- 2014 mee aan strenge eisen welke landelijk worden gesteld ten aanzien van hygiëne en veiligheid voor openbaar toegankelijke binnensportvoorzieningen. In 2014 heeft in het kader van vorenbedoeld keurmerk een audit plaatsgevonden. Hierbij zijn (wederom) géén knelpunten geconstateerd. Sporthal Susteren In 2013 is gestart met de bouw van een nieuwe sporthal en een Brede Maatschappelijke Voorziening (BMV) aan de Reinoud van Gelderstraat te Susteren. Sporthal en BMV zijn 2e helft 2014 met ingang van 1.1.2014 in gebruik genomen. Beheer en exploitatie van deze voorzieningen wordt contractueel verzorgd door de Stichting Menswel. De gevolgen van deze inegbruikname voor de exploitatie van de binnensportaccommodaties en daarmee de jaarlijks hierin te verstrekken exploitatiebijdrage worden in 2015 in beeld gebracht. Sporthal de Sjirp In 2013 heeft de gemeenteraad in het kader van besluitvorming over het project sportpark Krekelzank ingestemd met ons voorstel om sporthal de Sjirp met het oog op een gezonde Maart t/m december 2014 bezetting van de gemeentelijke binnensportaccommodaties, terug te brengen van 3/3 naar 2/3 halvak. Hierbij is rekening gehouden met het overbrengen van wedstrijdsportactiviteiten van een aantal gebruikers naar de nieuwe Reinoudhal te Susteren. In de tweede 2014 is gestart met de werkzaamheden. De aldus aan te passen accommodatie wordt met ingang van het schooljaar/seizoen 2015-2016 in gebruik genomen. Albertzaal Roosteren De Roosterse Badmintonclub wil het beheer en de exploitatie van de Albertzaal van de gemeente overnemen. Met de vereniging en de huidige exploitant, Menswel Sport, zijn in 2014 hierover constructieve gesprekken gevoerd. De met de vereniging in principe gemaakte afspraken zijn vastgelegd in een conceptDeel I - 98 -
Gehele jaar 2014
7.5 Cultuur en sport 8. Binnensportaccommodaties 9. Buitensportaccommodaties Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
intentieverklaring. Formele overdracht vindt per 1.1.2015 plaats middels een ingebruikgevingsovereenkomst. Huisvesting turnvereniging Na beëindiging gebruik van de voormalige LTS-gymzaal aan de Kerkveldsweg heeft Turnvereniging Patrick tijdelijk onderdak gevonden in een ruimte in Evenementenlocatie All in Echt. De huurkosten van deze ruimte zijn door het college in subsidietechnisch opzicht gelijk gesteld met de gebruiksvergoeding van een gemeentelijke sportzaal. De vereniging blijft ondertussen op zoek naar een permanente oplossing van het huisvestingsprobleem. Buitensportaccommodaties Onderhoud buitensportaccommodaties In 2014 is het onderhoudsbudget voor de buitensportaccommodaties als gevolg van niet voorziene omstandigheden met een bedrag van ca. overschreden. Via de 2e bestuursrapportage is deze overschrijding reeds gesignaleerd Alle voetbalvelden en tennisbanen zijn 2014 geïnspecteerd door ISA Sport. ISA Sport heeft geconstateerd de het onderhoudsbeeld van de velden overwegend redelijk tot goed is.
Onderhoudsjaar 2014
Renovatie velden sportpark Suëstra Op verzoek van Sportclub Susteren heeft eind 2013 een kwaliteitsonderzoek plaatsgevonden naar de onderhoudstoestand van de voetbalvelden in Sportpark Suëstra. Op ba- Raadsbesluit 19 oktober sis van de resultaten van dit onderzoek heeft de raad in de vergadering van 19 oktober 2014 2014 besloten voor de uitvoering van optie 2 van de business case (omvormen 1 natuurgrasveld naar kunstgras, renovatie 2 natuurgrasvelden, afstoten 1 natuurgrasveld) de benodigde financiële middelen (€ 658.000) beschikbaar te stellen. Uitgangspunt is dat de velden in Sportpark Suestra met ingang van het competitieseizoen 2015-2016 in gebruik kunnen worden genomen.
Deel I - 99 -
7.5 Cultuur en sport 8. Binnensportaccommodaties 9. Buitensportaccommodaties Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Verplaatsing tennisaccommodatie sportpark Krekelzank In het kader van het project sportpark Krekelzank is door de gemeenteraad onder meer besloten de tennisaccommodatie van Tennisclub Nieuwstadt te verplaatsen naar de directe omgeving van de sporthal, nieuwbouw school en accommodatie FC RIA. In de tweede helft van 2014 is met de bouw van een nieuw clubhome en de aanleg van drie nieuwe gravelbanen gestart. De nieuwe tennisaccommodatie wordt met ingang van het seizoen 2015-2016 in gebruik genomen.
Indicatoren/kengetallen Aantal zwembaden Aantal sporthallen Aantal sportzalen Aantal gymnastieklokalen Aantal voetbalvelden Aantal tennisbanen Aantal handbalvelden
Deel I - 100 -
Realisatie 2013
Begroting 2014 1 3 2 2 27,5 22 2
Tweede helft 2014
Realisatie 2014 1 3 2 2 27,5 22 2
1 3 2 2 27,5 22 2
7.5 Cultuur en sport Wat heeft het gekost?
Lasten Baten Saldo voor bestemming
Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
3.500.627 223.400 3.277.227
3.802.368 244.162 3.558.206
3.659.436 252.372 3.407.064
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
12.500 -12.500
24.000 -24.000
40.000 24.000 16.000
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
3.500.627 235.900 3.264.727
3.802.368 268.162 3.534.206
3.699.436 276.372 3.423.064
Deel I - 101 -
7.5 Cultuur en sport
Deel I - 102 -
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid Doelstelling Het beroep op de sociale uitkeringen zo gering mogelijk te laten zijn en uitkeringsgerechtigden zo snel mogelijk door werk in hun eigen levensonderhoud te laten voorzien. Het bieden van inkomensondersteuning daar waar mensen niet zelfstandig in hun bestaan kunnen voorzien. Inwoners met een inkomen tot 110% van de geldende bijstandsnorm in staat te stellen in de maatschappij te participeren. Een snelle inburgering van inburgeraars die voor 1 januari 2013 een verblijfsvergunning hadden. Op grond van het overgangsrecht heeft de gemeente alleen nog een verantwoordelijkheid voor deze groep.
Reikwijdte Het programma Sociale voorzieningen en werkgelegenheid omvat de volgende producten: 1. Arbeidsparticipatie en inkomensvoorzieningen 2. Minimabeleid 3. Inburgering
Deel I - 103 -
Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincie. Gemeente Toeslagenverordening WWB 2013 Afstemmingsverordening WWB 2013 Afstemmingsverordening IOAW en IOAZ 2013 Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive 2013 Verordening bestrijding misbruik en oneigenlijk gebruik WWB, WIJ, IOAW en IOAZ gemeente Echt-Susteren 2010 Re-integratieverordening WWB 2013 De verordening bevorderen maatschappelijke participatie kinderen 2013 Verordening persoonlijk participatiebudget 2013 Verordening Wet inburgering 2007 Verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ gemeente Echt-Susteren 2010 Verordening Wet Kinderopvang gemeente Echt-Susteren 2006 Uitvoeringsregeling gesubsidieerde arbeid 2012 Nota minimabeleid 2013-2017 Plan schuldhulpverlening 2012-2016 Debiteurenprotocol 2013 Visiedocument re-integratie regio Midden-Limburg Uitgangspuntennotitie Participatiewet Beleidsregel koopkrachttegemoetkoming 2014
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid 1. Arbeidsparticipatie en inkomensvoorzieningen
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het laten dalen van het aantal uitkeringsgerechtigden en de uitgaven van de uitkeringsverstrekking zijn binnen het beschikbare rijksbudget gebleven
Tegen de landelijke trend in, stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden als gevolg van de economische crisis, is het ons gelukt het aantal uitkeringsgerechtigden te laten dalen ten opzichte van 2013. Dit hebben we bereikt door uitvoering te geven aan de actieplannen handhaving, re-integratie en werkprocessen via onderstaande acties: De uitstroom naar werk is vergroot en de instroom is verkleind. Onder andere door het organiseren van meer focus op re-integratie (vereenvoudiging van werkprocessen, jobhunting en matching). Tevens hebben we meer ingezet op parttime werk. Met het regionale arbeidsmarktbeleid is meer ingezet op werkgeversbenadering en op het creëren van werk. Door het optimaliseren van het werkgeversloket, social return, regionale aanpak van de bestrijding van jeugdwerkloosheid zijn er meer vacatures beschikbaar gekomen voor uitkeringsgerechtigden. Inzet op voormalig asielzoekers binnen onze doelgroep, door een aparte analyse van het bestand en specifieke actie van een aandachtsfunctionaris voor de reintegratie van deze doelgroep. Naast de reguliere trajecten, hebben we ook ingezet op extra instrumenten om een (taal)barrière op te heffen, door inzet op vrijwilligerswerk en het opdoen van taalervaring (via een speciaal hierin werkzaam bureau hebben we hierop ingezet). Extra inzet op fraudebestrijding. Situaties waarin sprake was van een verhoogd risico zijn onderzocht. Fraudesignalen zijn digitaal geregistreerd en gemonitord. Hierbij hebben we ook ingezet op ‘tegenhoudingen aan de poort’ om zo oneigenlijk gebruik voor te zijn. Deze aanpak is duidelijk terug te zien bij de indicatoren terugverdienbedrag fraudebestrijding en tegenhoudingen aan de poort. Daar waar het terugverdienbedrag fraudebestrijding enkel iets zegt over achteraf geconstateerde fraude, laten we de indicator tegenhoudingen aan de poort zien wat de resultaten zijn van preventie en controle. Het vakmanschap van de consulenten Sociale Zaken is verder doorontwikkeld op hun rol op het gebied van bemiddeling naar werk en fraudebestrijding. Hiervoor is onder andere een opleiding op specifieke competenties voor reintegratieconsulenten door Bijstand naar Werk ingezet, evenals een training huis-
Continu
Deel I - 104 -
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid 1. Arbeidsparticipatie en inkomensvoorzieningen
Wat hebben we bereikt?
Uitkeringsgerechtigden en hun partners stappen laten zetten op de participatieladder
Mensen met een beperking binnen de door het rijk opgelegde taakstelling, hebben een baan gekregen binnen de Wet sociale werkvoorziening.
Deel I - 105 -
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we ervoor gedaan?
bezoeken. Wij hebben vanaf september 2014 extra acties gericht op re-integratie kunnen inzetten vanwege de middelen BTW-compensatie die we hebben ontvangen. De acties die we hebben ingezet zijn onder andere: een opleiding voor reintegratieconsulenten, bestandsanalyses, projecten vrijwilligerswerk, extra inzet van trajecten voor 50-plussers én voor mensen met een taalachterstand . Deze resultaten worden in de rekening over 2015 zichtbaar gemaakt. Wij hebben klanten in re-integratie positie 4, 5 en 6 verder geactiveerd. Via een bestandsanalyse door een extern bureau (Bijstand naar Werk), is een gesystematiseerde en actuele, meer objectieve analyse gemaakt van een deel van ons bestand. Op basis daarvan is de aanpak aan de individuele klant ingevuld. Door inkoop van trajecten naar regulier werk bij meerdere re-integratiebedrijven konden uitkeringsgerechtigden doorstromen naar een reguliere baan. Voor een aantal 50plussers hebben we werkervaringsbanen ingezet via Westrom. Dit betekende dat mensen regulier aan de slag gingen bij werkgevers, tegen een te betalen inleenvergoeding. Deze mensen deden werkervaring op waarmee de stap naar regulier werk kleiner werd. Mensen in re-integratiepositie 1 en 2 zijn gestimuleerd om zoveel mogelijk te participeren in de maatschappij. In samenwerking met Menswel zijn het project vrijwilligerswerk en het project zorgvrijwilliger ingezet. Via deze projecten zijn uitkeringsgerechtigden ingezet op vrijwilligerswerk in onze gemeente. Omdat het een doelgroep betreft die een grote afstand heeft tot de arbeidsmarkt, was er begeleiding vanuit Menswel. Tevens is voor deze groep ingezet op een bestandsanalyse, door Competensys. Zij hebben in beeld gebracht óf, en zo ja, welke mogelijkheden er zijn richting re-integratie voor deze zorgklanten. De Midden-Limburgse gemeenten hebben ingezet op de voorbereiding van hervorming van de Wsw-bedrijven Westrom en Risse richting werkontwikkelbedrijf voor het creëren van een beschermde werkomgeving voor uitkeringsgerechtigden. Een fusie-onderzoek Westrom/Risse heeft in dat kader plaatsgevonden. In 2015 worden de resultaten aan de raad voorgelegd.
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Continu
Continu
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid Indicatoren/kengetallen Aantal uitkeringsgerechtigden per 31 december Taakstelling Wsw-arbeidsplaatsen Aantal beëindigingen door uitstroom naar werk Terugverdienbedrag fraudebestrijding Tegenhoudingen aan de poort Vermindering uitgaven door inkomsten uit parttime werk
2. Minimabeleid
Wat hebben we bereikt?
Met het minimabeleid hebben we ingezet op het bereiken van de mensen die dit het hardst nodig hebben
1
2
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
477 239 71 89.314 47%/97 423.675
412 1) 229 56 185.700 1) 45% 426.000 1)
467 227 81 88.220 42%/169 2) 346.107
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
We hebben de koers minimabeleid doorgezet. Burgers voor wie uitval, eenzaamheid of uitsluiting dreigde, konden een beroep doen op het minimabeleid als vangnet. Om kinderen zoveel mogelijk de kans te geven om mee te doen, onafhankelijk van de financiële positie van hun ouders, is ingezet op samenwerking met de stichting Leergeld. Leergeld bekijkt samen met de aanvragers wat de mogelijkheden zijn om bijvoorbeeld lid te worden van een (sport)vereniging, de benodigde (sport)kleding aan te schaffen of bijvoorbeeld deel te kunnen nemen aan schoolreisjes. Door hun inzet is er meer zicht op het feit dat de middelen ook daadwerke-
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Continu
De begrotingsindicatoren zijn afgeleid van de aanvraag voor een meerjarig aanvullende uitkering (MAU). In deze aanvraag, die dateert uit 2012, zijn doelstelling geformuleerd om het toenmalig tekort naar beneden te brengen. Hoewel het in 2014 gelukt is om het aantal uitkeringsgerechtigden te laten dalen en we volop inzetten op het voorkomen van instroom en het bewerkstelligen van uitstroom, zijn niet alle streefcijfers voor 2014 haalbaar/reëel gebleken. Wij merken, net als veel andere gemeentes, de gevolgen van de hardnekkige economische crisis. Tevens speelt een rol dat uitkeringsgerechtigden langer in de uitkering blijven ten gevolge van het verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd. Het aantal beëindigen naar werk laat echter wel zien dat er volop sprake is geweest van doorstroom van uitkeringsgerechtigden naar de arbeidsmarkt. Het totaal aantal meldingen voor een uitkering in 2014 was 407. In 169 gevallen heeft de melding niet geleid tot een daadwerkelijke uitkeringsaanvraag. Daarbij was sprake van recht op andere voorliggende voorzieningen, bemiddeling naar werk, tegenhouden als gevolg van handhaving/fraudeaanpak.
Deel I - 106 -
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid 2. Minimabeleid
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
lijk terecht komen bij de kinderen. Om inwoners goed te informeren over de mogelijkheden van de minimaregelingen hebben we gebruik gemaakt van publicaties en de gemeentelijke website. Via een structureel overleg met netwerkpartners zoals het Algemeen Maatschappelijk Werk en de gemeentelijke schudhulpverlener Plangroep is afgestemd met betrekking tot de aanpak bij zorgklanten. Naast het bieden van adequate schuldhulpverlening, hebben we ook ingezet op preventie zoals door middel van het aanbieden van een training kiezen in geldzaken. In 2014 hebben we éénmalig uitvoering gegeven aan de Wet koopkrachttegemoetkoming lage inkomens. Deze Rijksregeling was bedoeld om minima in 2014 éénmalig te compenseren voor hun inkomensachteruitgang. Het verbinden van de keukentafelgesprekken met minimamaatwerkgesprekken is in afwachting van de MER-samenwerking doorgeschoven naar 2015-2016.
Indicatoren/kengetallen Toekenningen minimaregelingen 3): Categoriale bijzondere bijstand premie Persoonlijk participatiebudget Alle kinderen doen mee budget 3
Realisatie 2013
Begroting 2014
183 325 119
106 4) 290 n.v.t.
Realisatie 2014
219 314 n.v.t.
) De cijfers in de jaarrekening 2013 waren de aantallen aanvragen, om een beter beeld te geven hebben we er nu voor gekozen om de aantallen toekenningen te noemen. 4 ) Het in de begroting 2014 genoemde cijfer is het begrote aantal toekenningen. Het gerealiseerde cijfer aan toekenningen in 2014 kunnen we systeemtechnisch niet in beeld brengen. Het hier genoemde cijfer is het aantal personen dat recht had op de vergoeding. In het geval van een echtpaar is er sprake van een toekenning aan twee personen. Conclusie kan dus zijn dat in ieder geval het begrote aantal is gehaald. Vergelijking van de realisatiecijfers over 2013 en 2014 laat zien dat er sprake is van een stijging in het gebruik van deze regeling. De realisatie ten opzichte van de begroting is moeilijk te vergelijken. Omdat het hier ook echtparen betreft kan in ieder geval gesteld worden dat het begrote cijfer is gerealiseerd.
Deel I - 107 -
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid Indicatoren/kengetallen Leergeld Maatschappelijk actief bonus Intakes schuldhulpverlening
Realisatie 2013 n.v.t. 21 79
3. Inburgering
Wat hebben we bereikt?
Voor de inburgeraars die voor 1 januari 2013 een verblijfsvergunning hadden, heeft de gemeente het nog lopende inburgeringstraject betaald uit het participatiebudget.
Indicatoren/kengetallen Gestarte trajecten
Deel I - 108 -
Begroting 2014
Realisatie 2014 180 20 81
193 17 76
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Personen die verplicht moeten inburgeren, zijn vanaf 1 januari 2013 zelf verantwoordelijk voor hun inburgering. Indien nodig en onder voorwaarden kunnen zij voor het inburgeringstraject een lening afsluiten bij Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). We hebben in 2014 ingezet op de reeds lopende inburgeringstrajecten van de inburgeraars die voor 1 januari 2013 een verblijfsvergunning hadden. Deze inburgeraars hebben op grond van de rijksregelgeving, afhankelijk van de individuele situatie, tussen de 3,5 en 5 jaar de tijd om het inburgeringstraject af te sluiten.
Continu
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
9
Niet vermeld
18
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
16.567.422 12.428.530 4.138.892
18.786.401 14.476.611 4.309.790
17.782.823 14.612.294 3.170.528
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
0 348.000 - 348.000
644.922 794.580 - 149.658
662.618 743.052 - 80.434
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
16.567.422 12.776.530 3.790.892
19.431.323 15.271.191 4.160.132
18.445.441 15.355.346 3.090.095
Toelichting verschil ‘bijgestelde begroting 2014’ en ‘rekening 2014’: Het overschot op dit programma is door een samenloop van verschillende oorzaken ontstaan. De belangrijkste zijn als volgt: met name de daling in het aantal uitkeringsgerechtigde en een eenmalig forse aflossing op een Bbzlening heeft er voor gezorgd dat we een overschot op de uitkeringen bijstand hebben van € 380.000. Verder heeft binnen minimabeleid de samenwerking met de Stichting Leergeld geleid tot behalen van het doel om het geld voor de kinderen daar ook daadwerkelijk terecht te laten komen. Dit heeft geleid tot een vermindering van de uitgaven. In 2014 hebben we eenmalig uitvoering gegeven aan de regeling Wet koopkrachttegemoetkoming lage inkomens. Het van het Rijk ontvangen bedrag is maar voor de helft nodig gebleken. Het totaal overschot op minimabeleid bedraagt € 120.000. Verder hebben betaalde BTW over de jaren 2008 -2012 terug ontvangen. Het extra budget hebben we voor een groot gedeelte ingezet op extra acties gericht op re-integratie. Verder is er voor ingezette uren van de consulenten bij sociale zaken een bedrag van € 201.000 ten laste van dit budget gebracht. Dit brengt een voordeel van genoemd bedrag met zich mee bij de doorverdeling van de uren bij sociale zaken. Verder is het maximaal te reserveren bedrag van € 188.000 bij re-integratie meengenomen naar 2015.
Deel I - 109 -
7.6 Sociale voorzieningen en werkgelegenheid
Deel I - 110 -
7.7 Maatschappelijke voorzieningen Doelstelling
Reikwijdte
‘Meedoen', dat is de kortst mogelijke samenvatting van het maatschappelijke doel van het onderhavige begrotingsprogramma. Het meedoen geldt voor iedereen, jong en oud, ongeacht zijn maatschappelijke of economische positie, ongeacht of iemand beperkingen ondervindt of niet. De gemeente wil dat mogelijk maken door ruimte te bieden aan het particuliere initiatief om elkaar te ondersteunen. Als mensen en hun omgeving dit niet zelf kunnen neemt de gemeente de verantwoordelijkheid deze ondersteuning te organiseren of te faciliteren.
Het programma Onderwijs omvat de volgende producten: 1. Maatschappelijk werk 2. Opbouwwerk / samenlevingsopbouw 3. Jeugd- en jongerenwerk 4. Wet maatschappelijke ondersteuning 5. (Wmo)-voorzieningen 6. Allochtonenwerk 7. Ouderenbeleid 8. Volksgezondheid 9. Leerlingenvervoer
Beleidsontwikkeling en beleidsvoorbereiding ten aanzien van de onder dit programma ressorterende producten gebeuren door de gemeentelijke organisatie. De uitvoering van diverse werkzaamheden is voornamelijk uitbesteed aan de plaatselijke welzijnsinstelling: de Stichting Menswel en diverse regionaal opererende instellingen waarmee ook in regionaal verband afspraken zijn opgenomen met betrekking tot de instandhouding. Menswel fungeert in dit kader in feite als verlengstuk van het gemeentelijk apparaat. De keuze voor deze werkwijze biedt vele voordelen omdat zo onder andere optimaal gebruik gemaakt kan worden van externe financieringsbronnen. Bovendien is een deel van de uitvoerende werkzaamheden, onder andere jeugd- en jongerenwerk, buurtbemiddeling, Meer Bewegen voor Ouderen en dergelijke, gezien hun aard beter uit te voeren in een niet-ambtelijke setting. In het kader van dit programma zijn en worden de eerder genoemde beleidsnota’s geformuleerd, geëvalueerd en vertaald in uitvoeringsprogramma’s, activiteiten en verordeningen. Doelgroepen In algemene zin richten wij ons met ons beleid op de volgende prioritaire doelgroepen: Jeugd tot 23 jaar. Senioren 65+. Mensen met minimum inkomen. Mensen met (een) beperking(en). Hierbij hebben wij bijzondere aandacht voor de doelgroep 65+ gelet op de demografische ontwikkelingen en prognoses (in vijftien jaar tijd 23% meer ouderen).
Deel I - 111 -
Wet- en regelgeving en beleidskaders
Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies
Gemeente Meerjarig beleidsplan Wmo 2012-2015; Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning (Wmo); Besluit nadere regels Wmo; Beleidsregels individuele Wmo-voorzieningen; Regionaal Plan van aanpak Centrum Jeugd en Gezin ; Programma van eisen Centrum Jeugd en Gezin; Speelruimtebeleid Echt-Susteren 2012-2020 ‘’speelruimte voor de jeugd van Echt-Susteren’’; Gemeentelijke Nota Gezondheidsbeleid; Algemene subsidieverordening en diverse subsidieverordeningen; Uitvoeringsovereenkomsten gesubsidieerde professionele instellingen; Verordening leerlingenvervoer schoolbezoek gemeente Echt-Susteren 2014; Convenanten en afspraken met de regiogemeenten betreffende AMWML; Subsidieprogramma; Plan van aanpak Kernenbeleid; Dorpsomgevingsprogramma’s; Gebiedsvisie Susteren.
7.7 Maatschappelijke voorzieningen Subsidiebeleid Door de inzet van financiële middelen werden activiteiten en de ontwikkeling van activiteiten voor specifieke doelgroepen op het terrein welzijn breed door vrijwilligersorganisaties (speelruimte, recreatie en zorg) gestimuleerd. Professionele organisaties werdenop die terreinen waar de gemeente een wettelijke taak heeft dan wel waarop de gemeente wil sturen (onderwijs, zorg, doelgroepen) gefaciliteerd. Naar aanleiding van de in 2009 gehouden evaluatie van het subsidiebeleid zijn in 2011 nieuwe verordeningen vastgesteld. Vanaf het subsidiejaar 2012 zijn de nieuwe regels voor de jaarlijkse subsidies van kracht. Met het nieuwe subsidiebeleid werden verbeteringen doorgevoerd die de werklast voor gemeente en vrijwilligers verminderen (synchroniseren van de budgetcyclus, vereenvoudigen van de verantwoordingslast voor vrijwilligers)
Deel I - 112 -
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 1. Maatschappelijk werk
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouders Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Verbeteren van de “hardware”, i.c. het updaten, verbouwen of opnieuw bouwen van gemeenschapshuizen in de kernen. Ondersteunen (d.m.v. subsidies en advisering) aan het verenigingsleven en burgerinitiatieven. Het instandhouden van wijksteunpunten in Nieuwstadt en Echt-Noord. Het opzetten van vernieuwende Het ondersteunen van het initiatief Zorg in eigen Dorp Koningsbosch. voorzieningen en activiteiten ter voorbereiding op de decentralisaties in het sociale domein. Verbeteren van cliëntondersteuning. Beschikbaarstellen van loket (gemeentehuis), subsidies aan Menswel en MEE. Vullen en bijhouden digitale sociale kaart Echt-Susteren. Ondersteuning mantelzorgers. Organiseren van informatiebijeenkomsten, verstrekken van een mantelzorgcompliment, verstrekken van informatie en advies bij het steunpunt Menswel. Organisatie van de waarderingsavond voor mantelzorgers en kampioenen. Toewijzen van respijtzorg, uitgeven van een periodiek informatiebulletin. Ondersteuning vrijwilligers. Beschikbaarstellen van middelen aan vrijwilligerssteunpunt bij Menswel. Ook in 2014 is zorggedragen voor een vrijwilligersverzekering. Versterking 0-de lijn. In 2014 is verder gewerkt aan de voorbereidingen voor de transities in het sociale domein, met vooral veel aandacht voor algemene voorzieningen en kerngericht werken. Het Centrum voor Jeugd en Gezin Medio 2014 hebben de Midden-Limburgse gemeenten besloten het CJG onder te (CJG) maakt onderdeel uit van het brengen bij het AMW ML. Vanaf november is een aparte stichting CJG MiddenAlgemeen Maatschappelijk Werk Limburg opgericht en is gestart met het inrichten van de nieuwe organisatie die vanMidden-Limburg (AMW ML) af 2015 de toegang tot de Jeugdhulp voor de Midden-Limburgse gemeenten uitvoert. Verbeteringen t.a.v. de leefbaarheid in de kernen.
Deel I - 113 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Hele jaar 2014 Hele jaar 2014 Hele jaar 2014 Hele jaar 2014
Hele jaar 2014 Hele jaar 2014 November 2014 Hele jaar 2014 Hele jaar 2014
Najaar 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen Indicatoren/kengetallen Totaal aantal inwoners geholpen
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
925
925
885
2. Opbouwwerk/samenlevingswerk
Portefeuillehouder Wethouders Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
De gemeente heeft door het initiëren en in stand houden van sport- en gemeenschapsaccommodaties de inwoners en burgerinitiatieven gefaciliteerd voor hun activiteiten om de kernen leefbaar te houden.
De raad heeft in 2012 nieuw beleid vastgesteld ten aanzien van de gemeenschapshuizen. Zie de paragraaf kernenGemeenschapshuizen worden gezien als belangrijke voorzieningen, die inwoners in staat beleid. stellen actief te werken aan de leefbaarheid in hun wijk of kern. Het gemeentelijk beleid is er op gericht in iedere kleine kern een gemeenschapshuis in stand te houden. In de grotere kernen kan er sprake zijn van meerdere gemeenschapshuizen. Dit is het geval in de kern Echt en Peij. Zie voor het uitvoeringsprogramma de paragraaf kernenbeleid.
Indicatoren/kengetallen Aantal gemeenschapshuizen Renovatie Nieuwbouw Gerealiseerd In voorbereiding
Deel I - 114 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013
3 0 3 6
Begroting 2014
Realisatie 2014
3 2 4 3
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 3. Jeugd- en jongerenwerk
Portefeuillehouder Wethouder P.H.M. Ruijten
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
In 2014 is een nieuw jeugdhulpstelsel ingericht dat vanaf 2015 uitgaande van preventie en versterking van de eigen kracht van burgers binnen hun sociale netwerk de toegang vormt tot alle vormen van hulp en ondersteuning van jeugdigen.
In 2014 is uitvoering gegeven aan de actiepunten uit het door de Midden-Limburgse gemeenten vastgestelde Beleidsplan Jeugdhulp 2015-2016, waarbij het volgende is gedaan: Positioneren van het Centrum voor Jeugd en Gezin Midden-Limburg (CJG) als uitvoeringsorganisatie vanaf 2015 voor de nieuwe jeugdhulp. Hiertoe is per november 2014 een aparte stichting CJG opgericht, onder de paraplu van het Algemeen Maatschappelijk Werk Midden-Limburg. Voor 1 november is de Verordening Jeugdhulp 2015 Echt-Susteren ter vaststelling aan uw raad voorgelegd en hebben wij op basis hiervan begin december 2014 nadere regels voor de uitvoering van het jeugdhulpbeleid bepaald. Ook is vanaf medio 2014 gestart met de voorbereiding voor de aanbesteding van het jeugdhulpaanbod in 2015 in Midden-Limburg. In het najaar heeft dit geleid tot besluitvorming over de jeudghulpaanbieders die in 2015 in deze regio diensten aan jeugdigen mogen aanbieden. Naast het afsluiten van inkoopcontracten zijn met een aantal voormalige provinciale jeugdzorgaanbieders ook subsidieafspraken gemaakt voor dienstverlening in 2015. In het najaar is tevens een aantal zaken geregeld zoals het actualiseren van de verwijsindex en het vastleggen hiervan in een samenwerkingsafspraak met betrokken partners, het vastleggen van de samenwerking met de Raad voor de Kinderbescherming, het mandateren van het CJG voor het doen van zorgmeldingen bij het Raad voor de Kinderbescherming, het inrichten van Veilig Thuis als nieuw geïntegreerd meldpunt voor Huiselijke geweld en Kindermishandeling, het maken van subsidieafspraken met Jeugdzorg Plus voor de zogenaamde bovenregionale (gedwongen) jeugdhulp. In 2014 is de pilot generalisten geëvalueerd en in het najaar succesvol beëindigd. De ervaringen die opgedaan zijn in de pilot hebben als basis gediend voor de inrichting van het nieuwe CJG vanaf 2015. Besloten is eind 2014 om het CJG subsidie te verlenen voor het uitvoeren van de toegang tot alle vormen van jeugdhulp vanaf 2015. Het CJG is gestart met het werven van jeugd- en gezinswerkers en is erin geslaagd deskundigheid van bestaande jeugdhulpaanbieders zoals MEE en Bureau Jeugdzorg in te bedden in de eigen nieuwe organisatie.
Continu in 2014
Voortzetten van het beleid op het gebied van Maatschappelijke stages en het activeren Deel I - 115 -
Medio 2014 besluit positie CJG
Vóór 1 november
Tweede helft 2014
Oktober/ november
Vierde kwartaal 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 3. Jeugd- en jongerenwerk
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder P.H.M. Ruijten Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
van jongeren voor vrijwilligerswerk.
Continu
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
4. Wet maatschappelijke ondersteuning
Begroting 2014
Realisatie 2014
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Uitvoering lopende werkzaamheden in het kader van Wmo 2007. Gemeente Echt-Susteren gaat voorbereid vanaf 2015 de nieuwe taken oppakken, en voert de oude taken op de nieuwe manier uit.
In de gemeentebegroting 2014 is de wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) per prestatieveld beschreven. In deze jaarrekening 2014 is deze indeling niet meer gehanteerd. Hiervoor is gekozen omdat de negen prestatievelden (uit de Wmo 2007) volledig zijn losgelaten, en dus ook niet meer zijn opgenomen in de Wmo 2015. De verdeling in prestatievelden was erg gekunsteld, en deed ook geen recht aan de integrale aanpak in het sociale domein. Bovendien heeft de nieuwe beschrijving van de hoofdstukken in de gemeenterekening 2014 geen consequenties voor de wijze van verantwoording op het vlak van budgetten en taken. De nieuwe teksten zijn korter, overzichtelijker en daarmee duidelijker.
Hele jaar 2014
In 2014 is op de “oude Wmo-wijze” gewerkt met indicatiestelling en verstrekking van individuele Wmo-voorzieningen. In 2014 zijn de belangrijkste documenten t.b.v. de decentralisatie AWBZ/Wmo Deel I - 116 -
Oktober 2014
November 2014
November/december 2014 September 2014 Hele jaar 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 4. Wet maatschappelijke ondersteuning
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
door gemeenteraad en college vastgesteld. Het betreft het beleidsplan, de Wmoverordening, de Wmo-beleidsregels, de verordening op het participatieplatform, en het financieel besluit Wmo. Ook heeft een intensief inkooptraject Jeugd en Wmo plaatsgehad, met als resultaat dat de producten voor de (veelal) nieuwe taken vanaf 2015 aan geïndiceerde inwoners kunnen worden verstrekt. Daarnaast zijn vier informatiebijeenkomsten m.b.t. de 3 decentralisaties georganiseerd (Susteren, Pey, Echt, Roosteren/Dieteren). Er is in 2014 in de kernen Koningsbosch en Nieuwstadt een start gemaakt met pilots sociale wijkteams. Er is begonnen met het uitbreiden van het arsenaal algemene en collectieve Wmo-voorzieningen. Er zijn opleidingstrajecten voor betrokken werknemers en ketenpartners opgestart.
5. (Wmo)-voorzieningen
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Invoering wmo 2015
Continu
Deel I - 117 -
Voorbereiding decentralisatie Wmo, transitiekosten Wmo In 2014 zijn alle voorbereidingen getroffen om de decentralisatie van extramurale begeleiding AWBZ per 1 januari 2015 uit te voeren. Nieuw beleid is vastgesteld op basis van de Wmo 2015 (Wmo-verordening, Wmo-besluit en Wmo-beleidsregels). De uitgangspunten die in het beleid zijn neergelegd, zijn vervolgens vertaald en doorgevoerd in de uitvoering. Er zijn nieuwe werkprocessen ingericht, documenten ontwikkeld en er heeft scholing plaatsgevonden. Daarnaast heeft er een aanbesteding plaatsgevonden met als resultaat het afsluiten van contracten met bestaande en nieuwe aanbieders. Tot slot is een aanpassing van de ICT doorgevoerd. De organisatie is volledig klaargemaakt om de nieuwe taak naar behoren
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 5. (Wmo)-voorzieningen
Wat hebben we bereikt?
Het zoveel mogelijk toeleiden van inwoners met een beperking naar algemene/ collectieve voorzieningen en zo nodig het verstrekken van maatwerkvoorzieningen teneinde inwoners met een beperking te compenseren en hen optimaal te laten participeren, op een budgettair neutrale manier.
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Deel I - 118 -
uit te voeren. Herindicaties hulp bij het huishouden Vanwege de door het Rijk opgelegde bezuiniging van 32% voor 2015 op hulp bij het huishouden, is de gemeente genoodzaakt om al in 2014 maatregelen te nemen om de budgetkorting te realiseren. Er is gekozen om de bezuiniging te realiseren door middel van het aanpassen van het normeringskader. Dit scenario heeft voor zowel aanbieders, gemeente als cliënten de minste impact. De herindicaties zijn grotendeels uitgevoerd door middel van huisbezoeken, waarin aan cliënten is uitgelegd wat de reden is van de herindicatie. Dat heeft ertoe geleid dat er van de ruim 600 uitgevoerde herindicaties, maar 49 bezwaarschriften zijn ingediend, waarin slechts in 6 gevallen aanleiding was tot een wijziging van de indicatie. Hulp bij het huishouden Vanwege het aangescherpte normeringskader dat op 8 juli 2014 door het college is vastgesteld, zijn nieuwe aanvragen vanaf die datum beoordeeld aan de hand van het nieuwe normeringskader. Convenant woningaanpassingen Er is een overeenkomst gesloten tussen de gemeente en alle woningcorporaties met als doel kortere doorlooptijden en marktconforme prijzen bij woningaanpassingen in huurwoningen. Er zijn in 2014 geen concrete werkafspraken gemaakt vanwege het feit dat er weinig aanvragen zijn geweest voor aangepaste woningen en er met de corporaties in het verleden al werkafspraken zijn gemaakt op ieder individueel niveau. Het maken van nadere afspraken die toepasbaar zijn voor alle cliënten, heeft mede door alle voorbereidingen die nodig zijn geweest voor de invoering van de nieuwe taken extramurale begeleiding, in 2014 niet de prioriteit gehad. Aanbesteding medische advisering Het contract medische advisering is met een jaar verlengd. De beperkingen van cliënten worden objectief vastgesteld door een onafhankelijke arts die een medisch advies uitbrengt, waardoor de gemeente op basis van het medische advies een individuele voorziening op maat kan verstrekken. De tevredenheid over de constructie dat een arts bij de gemeente voor een bepaald aantal uren per week
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Derde en vierde kwartaal 2014
Continu
Eerste kwartaal 2014
Vierde kwartaal 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 5. (Wmo)-voorzieningen
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
zit gedetacheerd heeft ertoe geleid dat er geen nieuwe aanbesteding heeft plaatsgevonden. Ook is gebleken dat er in MER-verband nog lopende contracten omtrent medische advisering bestaan, die eind 2015 aflopen. Vanwege de MERsamenwerking zal in de loop van 2015 een aanbesteding medische advisering worden gestart met als doel het afsluiten van een gezamenlijk contract.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Hergebruik t.o.v. inzet nieuwe hulpmiddelen Aantal cliënten (2560) met maatwerkvoorziening t.o.v. totaal aantal inwoners (31.971) Uitgaven aan maatwerkvoorzieningen per cliënt
6. Allochtonenwerk
Wat hebben we bereikt?
Begroting 2014
73% 9,8%
80% 10,0%
76% 8,0%
€ 1.224
€ 1.300
€ 1.236
Portefeuillehouder Burgemeester J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Statushouders gehuisvest op basis Instrueren en begeleiden van statushouders. De gemeenten krijgen ieder half jaar van inwonertal. van het Rijk een taakstelling met betrekking tot het aantal te huisvesten statushouders. Realisatie van de taakstelling heeft plaatsgevonden mede vanwege het feit dat er werkafspraken, die goed worden nageleefd, zijn gemaakt met de betreffende wooncorporaties. Daar in het verleden niet door alle gemeenten de taakstelling wordt gerealiseerd, vindt er geregeld overleg plaats met diverse ketenpartners; provincie, het COA en omliggende Midden-Limburgse gemeenten, om zo te bekijken Deel I - 119 -
Realisatie 2014
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Hele jaar 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 6. Allochtonenwerk
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Burgemeester J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
hoe de taakstelling gerealiseerd kan worden
Indicatoren/kengetallen Taakstelling huisvesting vergunninghouders
7. Ouderenbeleid
Wat hebben we bereikt?
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
22
31
31
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Oudere inwoners in staat gesteld In 2014 zijn door welzijnsorganisatie Menswel ouderenadviesgesprekken gevoerd. langer verantwoord in de eigen om- De gemeente heeft Menswel in staat gesteld in de kernen Koningsbosch, Maria geving te blijven wonen en participeHoop, Nieuwstadt, Echt-Noord en Susteren een huiskamerproject te hebben. ren. D.m.v. een subsidiebedrag en daadwerkelijke ondersteuning hebben de Koepel Seniorenverenigingen en diverse seniorenverenigingen de activiteiten Meer Bewegen voor Ouderen georganiseerd. Menswel verzorgt voor het werkgebied Echt voor tientallen ouderen de maaltijdvoorziening.
Deel I - 120 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Hele jaar 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
8. Volksgezondheid
Wat hebben we bereikt?
Begroting 2014
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Vroegsignalering, gezondheidsop- Uitvoering wettelijke taken en aanvullende taken Jeugdgezondheidszorg door GGD. voeding. Planmatige aanpak stimuleren ge- Voorbereiden besluitvorming nota lokaal gezondheidsbeleid. zondheid. Gezondheidswinst en verbeteren Voorbereiden besluitvorming Preventie- en Handhavingsplan alcohol. veiligheid d.m.v. Meerjarenplan Preventie en Handhaving alcohol.
Indicatoren/kengetallen
Deel I - 121 -
Realisatie 2014
Realisatie 2013
Begroting 2014
Hele jaar 2014 Raadsbesluit oktober 2014 Raadsbesluit oktober 2014
Realisatie 2014
7.7 Maatschappelijke voorzieningen 9. Leerlingenvervoer
Portefeuillehouder Wethouder Drs. P.H.J. Pustjens en Drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
De zelfredzaamheid en de eigen mogelijkheden van de leerling vergroten, hetgeen gezondheids- en ontwikkelingsbevorderend werkt en een kostenreductie is bewerkstelligd.
Met ingang van het begin van het schooljaar 2014/2015 zijn alle leerlingen met een indicatie voor aangepast vervoer geherindiceerd en is beoordeeld wat hun mogelijkheden zijn om al dan niet onder begeleiding met het openbaar vervoer dan wel met een (brom)fiets te reizen, waardoor de zelfstandigheid, zelfredzaamheid en participatie van de leerling optimaal wordt benut. De herindicaties zijn voor het merendeel uitgevoerd door de vaste formatie personeel en is er slechts één consulent ingehuurd voor het doen van de reguliere werkzaamheden. Er hebben grotendeels huisbezoeken plaatsgevonden, waarin aan ouders van de leerlingen is uitgelegd wat de reden is van de herindicatie. Dat heeft ertoe geleid dat er 86% minder bezwaarschriften zijn ingediend dan verwacht. Als gevolg van de herindicaties maken er met ingang van schooljaar 2014/2015 minder leerlingen gebruik van het aangepast vervoer (99 na de herindicaties ten opzichte van 112 leerlingen voor de herindicaties) en reizen er meer leerlingen met het openbaar vervoer en fiets, al dan niet onder begeleiding (25 leerlingen na de herindicaties ten opzichte van 11 leerlingen voor de herindicaties). Vanwege het aflopen van het bestaande contract met de vervoerders, heeft er een nieuwe aanbesteding leerlingenvervoer plaatsgevonden, welke met ingang van schooljaar 2014/2015 van start is gegaan. Als gevolg van de aanbesteding is de prijs per uur per beladen voertuig gedaald (taxi, taxibus en rolstoeltaxi). De uitkomst van de herindicaties waardoor minder leerlingen gebruik maken van het aangepast vervoer, in combinatie met het afsluiten van nieuwe contracten met de vervoerders als gevolg van een aanbesteding, hebben geleid tot een forse besparing. Bovenstaande maatregelen hebben geleid tot een totale kostenbesparing van € 121.300.
Tweede kwartaal 2014
Uitvoering gegeven aan het leerlingenvervoer conform vastgesteld beleid.
Deel I - 122 -
7.7 Maatschappelijke voorzieningen Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Begroting 2014
83,1 % 1
Aangepast vervoer i.h.k.v. leerlingenvervoer
Realisatie 2014 75%
74%
Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
12.161.311 700.123 11.461.188
12.226.412 1.097.866 11.128.546
10.824.275 1.168.214 9.656.061
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
39.200 444.617 - 405.417
210.873 776.227 - 565.354
525.974 308.526 217.448
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
12.200.511 1.144.740 11.055.771
12.437.285 1.874.093 10.563.192
11.350.249 1.476.740 9.873.509
Toelichting verschil ‘bijgestelde begroting 2014’ en ‘rekening 2014’: Het verschil tussen lasten van de bijgestelde begroting 2014 en de rekening 2014 wordt veroorzaakt door onderschrijdingen op diverse posten. Het betreft jeugdgezondheidszorg, jeugd- en jongerenwerk, subsidies en doorverdeling uren.
1
Afwijkend van de begroting 2014 wordt er bij het percentage realisatie niet meer uitgegaan van een schooljaar, maar wordt er gekozen voor een momentopname op 31-122014.
Van het totale leerlingenvervoerbestand maakt 74 % in 2014 gebruik van aangepast vervoer. De overige 26% zijn leerlingen die bijvoorbeeld een vergoeding krijgen om te reizen met het openbaar vervoer, met de fiets of met eigen vervoer (ouders brengen hun kind dan naar school met auto en krijgen daarvoor een tegemoetkoming).
Deel I - 123 -
7.7 Maatschappelijke voorzieningen
Deel I - 124 -
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Doelstelling Het bevorderen van een evenwichtige ruimtelijke ontwikkeling van het grondgebied van de gemeente Echt-Susteren, onder meer tot uitdrukking komende in het (mede) opstellen van beleid en plannen ten behoeve van het stimuleren van de leefbaarheid in de diverse kernen, van het behoud en herstel van waarden in het landelijk gebied, van bedrijvigheid en van woningbouw (kwantitatief en kwalitatief).
Reikwijdte Het programma ruimtelijke ordening en volkshuisvesting omvat de volgende producten: 1. Ruimtelijke plannen 2. Volkshuisvesting
Wet- en regelgeving en beleidskaders
Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies
Regio Regiovisie Het oog van Midden-Limburg; Regiovisie Westelijke Mijnstreek. Regionale woonvisie (tot december 2014); Regionale structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving (vanaf december 2014) Gemeente Structuurvisie Echt-Susteren; Gebiedsvisie Susteren Plus; diverse bestemmingsplannen; Nota Regionale functie kern Echt; Nota Hecht Clusteren; Handboek bestemmingsplannen; Beleidsnota inwoning; Woonwagenbeleid; Beleidslijn recreatiewoningen; Beleidsnotitie inzake aan huis verbonden beroepen en bedrijven; Beleid inzake GSM zendinstallaties.
Deel I -125 -
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 1. Ruimtelijke plannen
Portefeuillehouder Wethouder J.M.C. Wackers
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het blijven beschikken over actuele, digitaal raadpleegbare en digitaal uitwisselbare bestemmingsplannen Het waar mogelijk nog verder actualiseren, reparaties van geconstateerde omissies, en beperken van het aantal bestemmingsplannen, dit uit het oogpunt van uniformiteit en efficiëntie. Implementatie van Structuurvisie in bestemmingsplannen.
Het verder gestalte geven aan het beheer van digitale ruimtelijke informatie. Het blijvend actueel houden van de bestemmingsplannen, het wijzigen en uitwerken van bestemmingsplannen, het verlenen van omgevingsvergunningen en ontheffingen en het opstellen van sectorale beleidsnota’s. In 2014 is gestart met de reparatie van de in 2013 vastgestelde bestemmingsplannen. Daarnaast is gestart met het bestemmingsplan cultuurhistorie wat als parapluplan over alle bestemmingsplannen gaat gelden.
Continu Continu
Vertalen van de uitgangspunten van de structuurvisie in de bestemmingsplannen. Uitgangspunten zoals versterking van de distributie planologische structuur in de gemeente, versterking van de landschappelijke kwaliteiten in het buitengebied. Het in samenwerking met provincie, regio en andere instanties gestalte geven aan een lokaal en regionaal omgevingsbeleid. Sluitstuk van afgeronde ruimtelijke planvorming, (zoals vastgestelde bestemmingsplannen en genomen projectbesluiten) en verleende ontheffingen is het afwikkelen van planschadeclaims en het behandelen van bezwaar- en beroepschriften.
Continu
Het verbeteren van de woon- en leefomgeving in de gemeente.
Indicatoren/kengetallen Aantal te actualiseren bestemmingsplannen Participeren regionale en provinciale overleggen Bijhouden handboek bestemmingsplannen Opstellen en actualiseren beleidsnota’s Ontwikkelingen (Heerweg, LTS school en LTS gymzaal)
Deel I -126 -
Realisatie 2013 10
Begroting 2014 3 5 1 5
Continu
Continu
Realisatie 2014 4 8 1 3 3
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 2. Volkshuisvesting
Portefeuillehouders Wethouder J.M.C. Wackers
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het bevorderen van doorstroming op de woningmarkt en het verruimen van de mogelijkheden op de lokale woningmarkt voor met name starters.
Algemeen Om de woningbouwmarkt opnieuw op gang te helpen is het van belang dat met name de doelgroepen senioren en starters gestimuleerd worden om een start te maken op de woningmarkt of om door te stromen naar levensloop bestendige woningen. Startersleningen In september 2013 is de verordening startersleningen inwerking is getreden. In 2013 en 2014 heeft de raad per jaar € 100.000 beschikbaar gesteld voor uitvoering van deze verordening. In 2014 zijn 15 startersleningen verstrekt. Met name in 2014 valt een stijgende belangstelling voor de regeling te constateren. Stimuleringsbeleid In het kader van de programmalijn wonen is gewerkt aan een kwalitatieve opwaardering van de gemeentelijke planvoorraad, waarbij de eerder genoemde doelgroepen een belangrijke rol spelen. Voorstellen daaromtrent zijn vastgelegd in de regionale structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving. In 2014 is - ondanks de voortdurende economische recessie - getracht verdere uitvoering te geven aan het bestaande woningbouwprogramma van de gemeente. Met de woningcorporaties WoonGoed2-Duizend, ZO Wonen en andere ontwikkelaars is gewerkt aan de verdere voorbereiding of uitvoering van eerder overeengekomen woningbouwprojecten:
2014 doorlopend
Kern Echt Heerweg In de kern Echt is de bouw van de 3 groepswoningen aan de Heerweg (fase 1) in maart 2014 gestart en in december van dat jaar is zowel de bouw als de bijbehorende infra opgeleverd. LTS Woongoed 2-Duizend heeft in 2014 op de voormalige LTS-locatie 34 appartementen voor de huursector gerealiseerd. Tevens is de bestaande aan de overzijde van de Kerkveldsweg gelegen gymzaal omgebouwd naar 10 individuele woningen incl. wijksteunpunt voor de zorginstelling MetGGZ. De eerste bewoners Deel I -127 -
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 2. Volkshuisvesting
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouders Wethouder J.M.C. Wackers Wat hebben we ervoor gedaan?
zijn in januari 2015 in het complex gaan wonen, dat mede mogelijk is gemaakt met subsidie van de provincie Limburg. Bocage Met de ontwikkeling van het woningbouwproject Bocage in de kern Echt is in het najaar van 2012 met de sloop van het voormalige bedrijfspand van Via Systems begonnen. Deze werkzaamheden liepen in 2013 vertraging op door faillissement van het slopersbedrijf. In 2014 werd de sloop echter alsnog voltooid en werd de eerste fase van het project bouwrijp gemaakt. Binnen het project is in 2014 één woning gerealiseerd en de bouw van een 2e woning gestart. Tevens is een 4-tal woningen verkocht, waarvan de bouw medio 2015 zal starten.
Kern Peij ‘t Thaal In het project ’t Thaal werden in 2014 23 woningen gerealiseerd, van 12 woningen is de bouw in uitvoer gegaan. Kern Susteren Met ZOWonen zijn afspraken gemaakt over de bouw van 16 appartementen op de voormalige WBC-locatie. In 2013 en 2014 heeft de voorbereiding van dit project plaatsgevonden. De uitvoering is in het najaar van 2014 gestart. De Kompenie, die tot 2014 fungeerde als verenigingsgebouw, is verkocht en de nieuwe eigenaar heeft in 2014 het gebouw gerenoveerd en verbouwd tot 7 luxe zorgappartementen met ruimten voor dagbesteding. Overige kernen Voor meerdere locaties in Susteren en Nieuwstadt zijn plannen, die in een vergevorderd stadium van voorbereiding verkeren echter nog niet tot uitvoering hebben geleid. Het gaat dan met name om locaties in het centrum van Susteren en in Nieuwstadt om de locaties van de voormalige Burg. Willemeschool, die vrijkomt na gereedkoming van de nieuwbouw van de basisschool en verplaatsing van de locatie tennisvelden. De realisatie van deze voorzieningen nadert de voltooiing (begin 2015). Deel I -128 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 2. Volkshuisvesting
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouders Wethouder J.M.C. Wackers Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Ook aan de ontwikkeling van woningbouwprojecten in Koningsbosch, St. Joost en Maria Hoop is gewerkt. Dit heeft echter nog niet geleid tot concrete plannen. In alle gevallen betrof het heroriëntatie op bestaande plannen en nieuwe gesprekken met projectontwikkelaars. Particuliere Woningbouw In 2014 zijn door particulieren in totaal 11 woningen gerealiseerd in de kernen Echt, Susteren, Peij, Roosteren en Dieteren. Een bijdrage geleverd aan het Deelname zowel ambtelijk als bestuurlijk aan de programmalijn Wonen van de gezamenlijke volkshuisvestingsGOML. Binnen deze programma lijn is in 2014 de structuurvisie Wonen, Zorg en beleid van de regio Midden LimWoonomgeving ontwikkeld, die een belangrijk instrument vormt voor het woningburg. bouwbeleid van de regio Midden Limburg in de komende jaren, met name waar het gaat om het opnieuw in balans brengen van de woningbehoefte en de planvoorraad. De regionale structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving is in 2014 door alle gemeenteraden van de deelnemende gemeenten vastgesteld. Afstemming van de woningvoorDe gemeente Echt-Susteren moet op basis van de bevolkingsprognoses en prognoraad op de huishoudensse huishoudensontwikkeling zijn plancapaciteit tot 2023 terugbrengen met 325 woontwikkeling en het opnieuw afningen. Samen met de gemeenten in de regio Midden Limburg is de regionale strucstemmen van de woningtuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving ontwikkeld. Deze structuurvisie geeft de voorraadbehoefte en de planvoorgemeenten een aantal instrumenten om de plancapaciteit in de woningbouw in raad. overeenstemming te brengen met de woningbehoefte. De structuurvisie verdeelt de regionale woningbehoefte over de deelnemende gemeenten. Daardoor kan de gemeente Echt-Susteren tot het jaar 2023, 290 woningen meer bouwen dan de lokale behoefte. Het totaal aantal woningen dat Echt-Susteren tot het jaar 2023 mag bouwen is daardoor bepaald op 590 woningen. Voldaan aan de door het rijk opge- De taakstelling huisvesting verblijfsgerechtigden voor de gemeenten, is door de toelegde taakstelling op het gebied name van het aantal vluchtelingen, dat in Nederland wordt toegelaten, in vergelijking van huisvesting verblijfsgerechtig- met voorgaande jaren sterk verhoogd. Desondanks zijn we er in geslaagd volledig den. aan de taakstelling van 31 huisvestigingen te voldoen. De overdracht van woonwagens en Inzake de woonwagens en standplaatsen van de voormalige gemeente Susteren standplaatsen aan zittende huurresteren nog 8 standplaatsen (inclusief 2 aan de Pissummerweg) en 5 woonwaders c.q. woningstichtingen. gens, die niet door huurders zijn/worden gekocht. Het ligt in de bedoeling deze over te dragen naar woningstichting ZO Wonen om door te exploiteren in de huursector. Deel I -129 -
2014
2014-2023
2014
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 2. Volkshuisvesting
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouders Wethouder J.M.C. Wackers Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Er is overeenstemming bereikt over de parameters die gebruikt zullen worden bij de bedrijfswaardeberekening. Een onafhankelijk adviesbureau heeft de opdracht een bedrijfswaardeberekening te maken, waarna de besluiten over overdracht door beide partijen genomen kunnen worden. Over deze overdracht heeft in 2014 veelvuldig overleg plaatsgevonden, maar dit heeft nog niet geresulteerd in daadwerkelijke afspraken. Voor de twee woonwagenstandplaatsen in Echt (Groensebos en Oude Baan) is in 2012 een aanvang gemaakt met het normalisatie- cq. verkoopproces overeenkomstig de werkwijze en procedure die in Susteren is toegepast. In 2014 heeft woningcorporatie de reeds ingezette besprekingen ten behoeve van overdracht tijdelijk stopgezet om eerst overdrachten elders in haar bestand te kunnen evalueren. Na de evaluatie in 2016 zal het gesprek weer worden opgepakt. Om een aantal lopende zaken en het proces van overdracht te versnellen wordt in 2015 extra capaciteit ingezet op woonwagenzaken.
Indicatoren/kengetallen Woningvoorraad Echt-Susteren Aantal huishoudens Woningvoorraadbehoefte Leegstand Planrealisatie Plancapaciteit Sloop Startersleningen Huisvesting verblijfsgerechtigden Woningtransacties
Deel I -130 -
Realisatie 2013 14.238 14.180 917 519 29 888 0 1 22 192
Begroting 2014 14.268 14.270 590 507 30 858 5 15 20 258
Realisatie 2014 14.280 Nog niet bekend 548 Nog niet bekend 42 846 8 15 31 Nog niet bekend
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Wat heeft het gekost?
Lasten Baten Saldo voor bestemming
Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
992.929 207.343 785.586
1.078.851 216.343 862.508
981.859 229.144 752.714
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
166.200 - 166.200
166.200 - 166.200
9.319 115.544 - 106.226
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
992.929 373.543 619.386
1.078.851 382.543 696.308
991.178 344.689 646.489
Deel I -131 -
7.8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
Deel I -132 -
7.9 Omgevingsrecht Doelstelling
Reikwijdte
De doelstelling is dat door het verlenen van vergunningen en ontheffingen, het houden van toezicht op naleving van regels en waar nodig het afdwingen daarvan de overlast wordt beperkt, de kwaliteit van de leefomgeving wordt behouden en waar mogelijk verbeterd en de veiligheid zo veel mogelijk wordt gewaarborgd. Dit zijn de achterliggende doelstellingen van de wetten en regels die gelden binnen het Omgevingsrecht+.
Het programma omgevingsrecht omvat de volgende producten: 1. Vergunningverlening 2. Toezicht 3. Handhaving 4. Milieu 5. Kermissen en markten
Voldoen aan de eisen die per 1 januari 2015 voor het Vergunningen, Toezicht en Handhaving( VTH) -werkveld wettelijk verplicht worden gesteld voor alle gemeenten, vastgelegd middels het Beleidsplan Omgevingsrecht en Uitvoeringsprogramma MER Omgevingsdienst 2013/2014 voor onze gemeente. Het creëren en in stand houden van een goed, gezond en verantwoord woon- en leefklimaat, waarbij de landelijke regelgeving bepalend is voor het milieubeleid. Het scheppen van de randvoorwaarden voor het realiseren van een belangrijke culturele (kermis)traditie en voor het (laten) voortbestaan van de diverse weekmarkten in onze gemeente.
Deel I - 133 -
Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies Gemeente Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) Nota bodembeheer regio Maas & Roer 2012–2022, Echt-Susteren (inclusief de daarbij behorende bodemkwaliteitskaart) Diverse bestemmingsplannen; Bouwverordening, laatstelijk vastgesteld door de gemeenteraad d.d. 30 september 2010; Welstandnota, vastgesteld door de gemeenteraad d.d. 13 mei 2004, laatstelijk gewijzigd in 2011; Gemeentelijk verkeersbeleid, zoals ontheffingen, (tijdelijke) verkeersmaatregelen, parkeerplaatsen voor gehandicapten; Verordening naamgeving en nummering (straatnamen en huisnummering); vastgesteld door de gemeenteraad d.d. 20 mei 2010; Bomennota, vastgesteld door de gemeenteraad d.d. 2 oktober 2007; het laatst gewijzigd d.d. 18 november 2008
7.9 Omgevingsrecht 1. Vergunningverlening
Portefeuillehouder Wethouder J.M.C. Wackers
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Binnen de wettelijke termijnen zijn de ingediende aanvragen omgevingsvergunning voor diverse activiteiten, alsmede de ingediende aanvragen op basis van de APV en bijzondere wetten, afgehandeld.
Noodzakelijke procedures gevoerd op basis van de relevante wetgeving. Adviezen ingewonnen bij de specialistische medewerkers en de daaraan voorafgaande dan wel de daaruit voortvloeiende klantcontacten afgehandeld. Bezwaren en beroepen afgehandeld, welke tegen de beschikkingen zijn ingesteld.
Continu.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Aantal verleende WABO-vergunningen Aantal verleende vergunningen APV / bijzondere wetten
2. Toezicht
Wat hebben we bereikt?
Het naleefgedrag bij bedrijven en instanties is verbeterd. Een verbetering van het veiligheidsgevoel bij burgers. Een upgrading van de leefkwaliteit in de openbare ruimte. Deel I - 134 -
Begroting 2014
Realisatie 2014
306 708
363 507
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Er zijn op basis van een opgestelde planning integrale bedrijfscontroles uitgevoerd. Ingediende klachten / meldingen zijn tijdig afgehandeld. Er heeft gebiedsgericht toezicht in de openbare ruimte plaatsgevonden door BOA’s.
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Continu. Continu. Continu
7.9 Omgevingsrecht Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Integrale controles RUD-bedrijven Integrale controles MER-bedrijven Afgehandelde klachten / meldingen (incl. BOA meldingen)
3. Handhaving
Wat hebben we bereikt?
Een beter naleefgedrag van wettelijke regels bij burgers en bedrijven, een verbeterd leefklimaat in het openbaar gebied en een verbeterde relatie tussen burgers onderling. Het verbeteren van de gezondheidskwaliteit bij jeugdigen door het terugdringen van alcoholgebruik.
Indicatoren/kengetallen Last onder dwangsom Last onder bestuursdwang
Deel I - 135 -
Begroting 2014
Realisatie 2014
126 37 560
126 37 587
Portefeuillehouder Burgemeester Drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het uitvoeren van handhavingsmaatregelen. Het afhandelen van bezwaar en beroep, dat is ingesteld tegen handhavingsbesluiten.
Continu
Het opstellen van een lokale nota ter uitvoering van de Drank- en Horecawet. De in deze nota voorgestelde maatregelen zullen in 2015 uitgevoerd worden.
Continu
Realisatie 2013
Begroting 2014
Realisatie 2014
10 2
12 2
7.9 Omgevingsrecht 4. Milieu
Wat hebben we bereikt?
Een verbeterde milieukwaliteit ten aanzien van de aspecten bodem, geluid en externe veiligheid / risicobeheersing.
Indicatoren/kengetallen
Deel I - 136 -
Portefeuillehouder Wethouder J.M.C. Wackers Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het beoordelen van bodemonderzoeken conform de wettelijke richtlijnen in het kader van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Het uitvoering geven aan het vastgestelde bodembeleid. Evaluatie van het raamsaneringsplan De Loop. Het beoordelen van geluidsonderzoeken conform de wettelijke richtlijnen in het kader van vergunningverlening, toezicht en handhaving, alsmede de advisering ten aanzien van het aspect geluid in het kader van ruimtelijke plannen en projecten. Actualiseren geluidszone bestemmingsplan De Loop. Beheer geluidzone industrieterrein De Berk. ISV 3 (geluidsanering woningen). Het beoordelen van onderzoeken op het gebied van externe veiligheid conform de wettelijke richtlijnen in het kader van vergunningverlening, toezicht en handhaving, alsmede de advisering met betrekking tot externe veiligheid / risicobeheersing in het kader van ruimtelijke plannen en projecten. Het uitvoering geven aan de beleidsvisie externe veiligheid. Het uitvoeren van het bluswateronderzoek in samenwerking met de veiligheidsregio.
Realisatie 2013
Begroting 2014
Continu
Realisatie 2014
7.9 Omgevingsrecht 5. Kermissen en markten
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder P.H.M. Ruijten Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
De kermissen in de diverse kernen Het faciliteren en financieel ondersteunen van de reclamecommissie die zorg draagt van onze gemeente zijn in stand voor promotie en reclame ten behoeve van de kermis van Echt. Daarnaast zijn actigebleven en zijn kwalitatief ten minste viteiten georganiseerd rond deze kermis. op gelijk niveau gebleven. De instandhouding van de weekHet in stand houden van geschikte marktpleinen voorzien van de noodzakelijke markten in Echt en Susteren en het nutsvoorzieningen. voortzetten van losse standplaatHet benaderen van marktlieden om een zo breed mogelijk aanbod op de markten sen in diverse andere kernen. te realiseren waardoor de aantrekkelijkheid voor publiek en klanten vergroot wordt, onder andere via advertenties in het vakblad.
Indicatoren/kengetallen
Deel I - 137 -
Realisatie 2013
Begroting 2014
Continu
Continu
Realisatie 2014
7.9 Omgevingsrecht Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
3.099.967 540.300 2.559.667
3.627.409 543.800 3.083.609
3.620.432 627.459 2.992.973
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
0 0 0
0 0 0
0 0 0
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
3.099.967 540.300 2.559.667
3.627.409 543.800 3.083.609
3.620.432 627.459 2.992.973
Toelichting verschil ‘bijgestelde begroting 2014’ en ‘rekening 2014’: de hogere baten worden veroorzaakt door een toename van de opbrengst bouwleges.
Deel I - 138 -
7.10 Economische zaken en grondexploitaties Doelstelling
Reikwijdte Het programma Economische zaken en grondexploita-
Het programma economische zaken en toerisme is erop gericht om het bedrijfsleven op economisch, recreatief en toeristisch gebied zodanig te faciliteren dat tenminste de werkgelegenheid in Echt-Susteren behouden blijft. Bovendien is het programma gericht op het stimuleren van maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen. Het programma bevordert een goed ondernemersklimaat voor bestaande en nieuwe bedrijven en het bevordert een goede economische structuur en werkgelegenheid alsmede de ontwikkeling van recreatie en toerisme in de gemeente.
ties omvat de volgende producten: 1. Beheer en exploitatie van eigendommen 2. Plattelandsvernieuwing 3. Recreatie en toerisme 4. Werkgelegenheid en economie 5. Grondexploitaties
Wet- en regelgeving en beleidskaders Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies Gemeente Structuurvisie Gemeente Echt Susteren 2012-2025 (raadsbesluit 12 december 2012); Grondnota Echt–Susteren (raadsbesluit 17 december 2014); Nota Kostenverhaal, (raadsbesluit 29 juni 2011); Toeristisch profiel gemeente Echt-Susteren, (collegebesluit 2 april 2013);
Deel I - 139 -
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 1. Beheer en exploitatie van eigendommen
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Verbetering van de landbouwstrucHet actualiseren van pacht- en jachtovereenkomsten tuur. Het vastleggen van alle aangegane overeenkomsten in de contractadministratie Strategische inzet van gemeente- Aan- en verkoop van gronden, inzet pachtvrije gronden ten behoeve van projecten lijke eigendommen ten behoeve van realisatie van ruimtelijke doelen. Verkoop van overhoeken. Verzoeken tot aankoop van overhoeken afgewikkeld.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Aantal ha verpachte landbouwgrond
Een duurzaam en gevarieerd platteland waar ruimte bestaat voor wonen en leven, agrarische activiteiten, landschap en natuur, recreatie en toerisme.
Deel I - 140 -
Continu
Continu
Begroting 2014 881
Realisatie 2014 881
2. Plattelandsvernieuwing
Wat hebben we bereikt?
1 x per jaar
881
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
Verdere uitvoering gegeven aan de structuurvisie buitengebied. Hiertoe is in het kader van deze structuurvisie een projectenkaart opgesteld waarin onder meer de doelen van het voormalige integrale project Montfort – Maria Hoop zijn verwerkt. Uitvoering middels onderstaande deelprojecten kwaliteitsimpuls Maria Hoop a. Landschapsherstel Marissen / Kranenbroek b. Schrevenhof / Reigersbroek
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
a. Maart 2015 b. Maart 2015
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 2. Plattelandsvernieuwing
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
c. d. e. f.
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Motte Bolleberg Versterking leefgebieden vleermuizen (N2000) Steilrand Echterboschbaan zichtbaar maken Dorps-ommetje Maria Hoop
Indicatoren/kengetallen
Maart 2015 December 2014 Maart 2015 September 2014
Begroting 2014
Realisatie 2014
Uitvoering deelprojecten kwaliteitsimpuls Maria Hoop
6 (a – f)
2 (d en f)
3. Recreatie en toerisme
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels
Wat hebben we bereikt?
Het positioneren van de gemeente als toeristische gemeente in het smalste stukje Nederland, waarbij de gemeente gepositioneerd wordt als goed bereikbare uitvalsbasis om tot rust te komen/te onthaasten en zich prima leent voor een kortdurend verblijf in combinatie met een dagje Maastricht, Roermond e.d. Deel I - 141 -
Realisatie 2013
c. d. e. f.
Wat hebben we ervoor gedaan?
De samenwerking met de VVV Zuid-Limburg is gecontinueerd en met name op het promotioneel gebied verder versterkt. Dit heeft onder meer geleid tot extra aandacht op de website van de VVV, een advertentie in de wegwijzer en deelname aan de 50+ beurs te Utrecht. Verder uitwerking gegeven aan het toeristisch profiel, om de mogelijkheden en het aanbod op het gebied van met name religie, bezinning, spiritualiteit, wellness, ontspanning, onthaasting en gastronomie (streekproducten) verder te bevorderen. Het verder completeren van de website, www.hetsmalstestukjenederland.nl zodat dit steeds een actueel prima podium biedt dat aandacht geeft aan onze toeristi-
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Continu April 2014 September 2014 Continu
Continu
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 3. Recreatie en toerisme
Wat hebben we bereikt?
Het aanbieden van een aantrekkelijk en bij dit profiel passend pakket aan toeristisch-recreatieve voorzieningen, met name op het vlak van ontspanning, cultureel erfgoed, wellness en gastronomie en bezinning.
Een aantrekkelijke gemeente voor een kortdurend verblijf.
Deel I - 142 -
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan? sche ondernemers en bovengenoemde thema’s (sinds mei 2013 door bijna 20.000 unieke gebruikers bezocht). Zowel ondernemers op het gebied van recreatie en toerisme, als instellingen op het gebied van religie en spiritualiteit nadrukkelijk te blijven betrekken bij de uitwerking van het toeristisch profiel om zo te komen tot goede product markt combinaties, passend binnen dit toeristisch profiel. Dit hebben we onder meer gedaan door het organiseren van ondernemersbijeenkomsten. Dit heeft onder andere geleid tot de ontwikkeling van een kortingenboekje, waarin veel toeristische ondernemers worden samengebracht en iedere ondernemer een aantrekkelijk korting biedt voor de bezoeker. Ook heeft dit geleid tot de organisatie van een beleefweekend. Een weekend waarin speciale arrangementen, acties, rondleidingen en kortingen worden aangeboden door toeristische ondernemers. Ook de zichtbaarheid van het smalste stukje Nederland komt steeds meer terug bij ondernemers. Bij veel bedrijven staat een gepersonaliseerde banner of beachflag met daarop het logo en de huisstijl van het smalste stukje Nederland in combinatie met een foto van het betreffende bedrijf inclusief een bijpassende slogan. De stadsgidsen hebben een kledingpakket van het smalste stukje Nederland gekregen, bestaande uit een bodywarmer, een poloshirt en een paraplu. Op deze manier wordt op een leuke manier promotie gemaakt voor het smalste stukje Nederland. Zowel de gidsen als de bezoekers zijn enthousiast hierover. In 2014 is de Heiligdomsvaart in Susteren gehouden. Samen met stichting Heiligdomsvaart is overeengekomen dat bij alle uitingen namens de heiligdomsvaart het logo van het smalste stukje Nederland gebruikt werd. Tijdens de reliekenstoet, die met maar liefst 25.000 bezoekers druk bezocht is, zijn flyers, brochures en boekjes van het smalste stukje Nederland uitgedeeld. Ook is hier gebruikt gemaakt van de promotiebus. Verder hebben we ondernemers in contact gebracht met de stichting waardoor de ondernemers de mogelijkheid gekregen om specifieke arrangementen te combineren met de heiligdomsvaart. In samenwerking met de Golfbaan Echt-Susteren heeft de gemeente in het kader van het smalste stukje Nederland deelgenomen aan het fietsevenement de Niederrheinischer Radwandertag. In totaal zijn 140 fietsers gestart vanaf de golfbaan. Iedere fietser kreeg bij de start een tasje van het smalste stukje Nederland
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Continu
Mei 2014
September 2014 Continu
Juni 2014
September 2014
april 2014
Juli 2014
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 3. Recreatie en toerisme
Wat hebben we bereikt?
Het verder versterken van de banden met onze buurgemeenten en met name de euregionale contacten met partnerstad Wegberg (Duitsland) en Maaseik (België)en de partners in Euromosa (Maaseik, Selfkant, Gangelt en Waldfeucht), met als doel gezamenlijk onze toeristische en recreatieve functies/ voorzieningen ook euregionaal te versterken. De gemeente in het algemeen en Nieuwstadt in het bijzonder een duidelijkere plek op de Europese toeristische kaart geven.
Deel I - 143 -
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
met een aantal leuke gadgets. Zowel de fietsers als ook de ondernemer waren positief over dit fietsevenement. Promotie middels advertenties in Beleef Limburg, het Uit-magazine en een Abricampagne (52 plekken in de hele regio (gemeenten Leudal, Roerdalen, Maasgouw, Roermond, Sittard-Geleen en Echt-Susteren)) hebben geleid tot positieve reacties. Van alle mensen die de afgelopen vijf jaar voor recreatieve doeleinden in EchtSusteren zijn geweest (naar schatting zo'n 1,3 miljoen), voornamelijk om te fietsen of op doortocht naar een andere bestemming, heeft 80% van deze bezoekers het recreatieve bezoek als (zeer) positief ervaren. Bron: de zogenaamde ‘één-meting’ door onderzoeksbureau ‘Flycatcher’ De Duitse gemeenten Selfkant, Waldfeucht en Gangelt werken op toeristisch gebied samen in het zogenaamde Zweckverband der Selfkant. Dit Zweckverband, met als meest aansprekende het "Westzipfelpunkt (meest westelijke deel van Duitsland) grenst precies aan het smalste stukje Nederland. Dit was de reden om deze twee unieke punten met elkaar te verbinden en dus intensiever samen te werken. Hiervoor is een projectvoorstel opgesteld, waarvoor door de Euregio Rijn Maas Noord € 25.000 subsidie aan is toegekend. Deze samenwerking behelst onder meer het bij elkaar brengen van ondernemers aan weerszijden van de grens en gezamenlijk promoten van deze unieke euregio. In het kielzog wordt ook de gemeente Maaseik meegenomen in dit project, om het smalste stukje Nederland nog meer “body” te geven. Een bestuurlijk/ambtelijke afvaardiging van de gemeente heeft ook dit jaar weer promotie gemaakt voor het smalste stukje Nederland en Nieuwstadt tijdens de Vernissage- en Kunigundenmarkt in Neustadt an der Weinstrasse. Mede n.a.v. het succes van vorig jaar is ook een ondernemer meegegaan (Livar). Ook dit jaar zijn "onze" streekproducten weer onder de aandacht gebracht (Livar, Kruijens Kracht, speciale kaas en Limburgse vlaaien) en hebben we weer zeer veel positieve reacties gekregen. Er is zelfs tot tweemaal toe een artikel verschenen in “Die RheinPfalz”, een van de belangrijkste regionale kranten in deze regio. De genußreise, die in 2015 zal plaatsvinden, is inmiddels volgeboekt. Ook is er een afzetmarkt gecreëerd voor onze streekproducten.
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
3e kwartaal 2014
Continu
Mei 2014
November 2014
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 3. Recreatie en toerisme
Wat hebben we bereikt?
Het in stand houden en verbeteren van de goede bereikbaarheid en ontsluiting van toeristische voorzieningen.
Portefeuillehouder Burgemeester drs. J.W.M.M.J. Hessels Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Het fietsknopensysteem en het wandelroutenetwerk worden steeds up to date gehouden, zodat goede bereikbaarheid en ontsluiting van toeristische voorzieningen gewaarborgd blijft. Realisatie ATB route (i.s.m. Bosgroep Zuid), waarmee de gemeente ook beschikt over meer avontuurlijke fietsroutes. Het voor 2014 realiseren van het ruiterroutenetwerk is omwille van gebrek aan capaciteit doorgeschoven naar 2015.
Indicatoren/kengetallen Geregistreerde verblijven in hotels, B&B’s en op campings Naamsbekendheid ‘smalstestukjenederland’
Realisatie 2013 136.600 3%
Begroting 2014 150.000 10%
Continu 4e kwartaal 2014
Realisatie 2014 Nog niet bekend ¹) 5%
¹) BsGW voert nog controles uit en legt pas medio 2015 de definitieve aanslagen 2014 op. Dan pas is het totaal aantal verblijven bekend.
Deel I - 144 -
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 4. Werkgelegenheid en economie
Wat hebben we bereikt?
Het in stand houden en versterken van het economisch ondernemersklimaat en het in stand houden en waar mogelijk creëren van werkgelegenheid.
Deel I - 145 -
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
De gemeente heeft zich aangesloten bij het Samenwerkingsverband Midden-Limburg (SML) met als doel, om namens de deelnemende gemeenten, te komen tot regionale afstemming van werklocaties (retail, bedrijventerreinen en kantoorlocaties) en stimulering en uitvoering van (grote) projecten op deze terreinen met een bovengemeentelijk karakter. Dit ter versterking van de (regionale) economie inclusief de werkgelegenheid. In dit kader zal o.a. uitvoering worden gegeven aan de Economische Uitvoeringsagenda Keyport-2020 en het project Leisurepark In de Bandert (zie paragraaf ‘Grondbeleid’). De gemeente Echt-Susteren neemt deel in en werkt samen met Ontwikkelingsmaatschappij Limburg BV (OML) voor de realisering en verkoop van bedrijfskavels op Businesspark Midden-Limburg. Het voortzetten bij bedrijfsbezoeken van het ter sprake brengen van de mogelijke inzet bij de bedrijven van mensen met een uitkering, ter invulling van het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid. Het versterken van de centrumfunctie van de kernen Echt en Susteren door verder uitvoering te geven aan de gemeentelijke structuurvisie en bestemmingsplannen voor de centra. De gemeente heeft zich ingezet tot het aantrekken van winkels en daarmee gepaard gaande werkgelegenheid en het mogelijk maken van schaalvergroting van bestaande winkels. Facilitering op het terrein van de vergunningverlening, overleg met eigenaren, verhuurders en makelaars zijn de instrumenten die daarvoor werden toegepast. Voor de herinvulling van leegstaande winkelpanden en in het belang van de werkgelegenheid is in samenwerking met de verhuurders/eigenaren, winkeliersverenigingen en andere partijen permanent een grote inspanning verricht voor het aantrekken van nieuwe exploitanten. Het inzetten van de bedrijfscontactfunctionaris als eerste aanspreekpunt / bedrijfsloket voor ondernemers en acquisitie. Daarnaast heeft deze zich o.a. bezig gehouden met het intensiveren van de contacten en het voeren van periodieke overleggen met de ondernemers- en winkeliersverenigingen van het centrum van Echt en Susteren en de ondernemersverenigingen van de bedrijfsterreinen. De (digitale) dienstverlening verder uitgebouwd, middels: het actualiseren van de informatie op de gemeentelijke website;
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden? Eind 2014
Continu
Continu
Continu
Continu
Continu
7.10 Economische zaken en grondexploitaties 4. Werkgelegenheid en economie
Wat hebben we bereikt?
Het stimuleren en ondersteunen van startende ondernemers en faciliteren en ondersteunen van bestaande bedrijven.
Zorg gedragen voor een voldoende, kwalitatief goed en gedifferentieerd bedrijventerreinenaanbod
Deel I - 146 -
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
het verwerken van ingekomen berichten van bedrijven in de Berichtenbox van Antwoord voor Bedrijven. Uitvoering is gegeven aan de functie van het ondernemersloket. Veel tijd is gestoken in het faciliteren en begeleiden van (startende) ondernemers inzake de verkoop van bedrijfskavels, vergunningaanvragen, ontheffingen, mogelijke subsidies, etc. Accountwerkzaamheden zijn verricht door het uitvoeren van bedrijfsbezoeken (ca. 35) en het faciliteren van de bedrijven bij vergunningaanvragen, procedures, etc. Aandacht is besteed aan het verbeteren en intensiveren van de informatieverstrekking aan ondernemers (o.a. rijkssubsidiemogelijkheden), aan kleine zelfstandigen. Participatie in OML BV door o.a. realisatie Businesspark Midden-Limburg en facilitering en verwijzing inzake acquisitie van bedrijfskavels; Vooruitlopend op de vaststelling eind 2014 van het POL (Provinciaal Omgevingsplan Limburg) door de provincie is in 2014 in regionaal verband gestart met het opstellen van een regionale visie op werklocaties (retail, bedrijventerreinen en kantoorlocaties). In het POL zijn hiervoor de kaders vastgelegd. Verkoop van de resterende bedrijfskavels op Bedrijventerrein De Berk (zie ook paragraaf ‘Grondbeleid’) en het doorleiden van kandidaten naar huurobjecten op de bedrijventerreinen in het kader van de gemeentelijke werkgelegenheid, Participeren in de revitalisering van Bedrijventerrein “De Wolfskoul”, in het kader van de Gebiedsvisie Susteren, in samenwerking met de gevestigde ondernemers en hun belangenvereniging. Het door de raad vastgestelde Masterplan ‘herstructurering bedrijventerrein de Wolfskoul’ en het uitvoeringsplan zijn hiervoor de basis. Het Plan van Aanpak behorende bij de certificering van het “Keurmerk Veilig Ondernemen Bedrijvenpark de Berk” is per kwartaal geactualiseerd samen met de ondernemersvereniging, politie, brandweer en particulier beveiligingsbedrijf.
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Continu Continu
Continu Continu
continu Start medio 2014
Continu
Start medio 2014
Actualisatie ieder kwartaal
7.10 Economische zaken en grondexploitaties Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Niet-werkende werkzoekende Aantal bedrijven op bedrijventerreinen Aantal bedrijven in winkelcentra Aantal verkochte m2 gemeentelijke grond bedrijventerrein Aantal bedrijfsbezoeken
5,8 % (dec)
1.150
Begroting 2014 7,5 % 315 500 2.500 40
5. Grondexploitaties
Wat hebben we bereikt?
Het versterken/verbeteren van de ruimtelijke structuur en kwaliteit in de kernen (d.m.v. projectontwikkeling op het gebied bedrijven en woningen).
Deel I - 147 -
Realisatie 2014 6,1% (dec) 315 502 4.809 35
Portefeuillehouder Wethouder J.J.M. Dijcks Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Uitvoering gegeven aan projecten zoals omschreven in de onderstaande tabel. De grondexploitatiecomplexen worden nader toegelicht in de paragraaf Grondbeleid.
Zie onderstaande tabel.
7.10 Economische zaken en grondexploitaties Onderstaande projecten zijn conform de projectenlijst 'Speerpunten stedelijk gebied' zoals opgenomen in de structuurvisie 2012-2025. Voor wat betreft de bijbehorende overzichtskaart van onderstaande projecten verwijzen wij u naar de projectenkaart van deze structuurvisie. Daarnaast zijn een aantal projecten in onderstaande tabel opgenomen welke niet als zodanig in de structuurvisie zijn opgenomen ('Overige stedelijke ontwikkelingen'). SV nr.
Speerpuntprojecten Stedelijk gebied
Projectfase Kern I
V
U
A
Doorlooptijd 2014
2015
prioriteit (laag/midden/hoog)
2016 2017ev
1.
Centrum Echt
Echt
2.
De Valk
Echt
3.
Voormalige LTS Echt
Echt
hoog
4.
Herstructurering woningbouwloc. Pr. Bernardstraat/ de Graaf
Echt
hoog
5.
Voormalige LHNO-school hoek Julianastraat/Emmastraat
Echt
6.
Bocage
Echt
Locatie voormalig schoolgebouw Heerweg
Echt
Locatie hoek Heerweg - Kerkveldsweg-Oost
Echt
9.
Voormalige dakpannenfabriek Cuypers
Echt
10.
Apollo
Echt
11.
Expo
Echt
12.
Clarastraat (Kern Pey, onderdeel Biej Oalders)
Peij
13.
’t Thaal
Peij
14.
Weyenpasweg
Hingen
15.
Op de Baant/Op de Kamp
St. Joost
16.
Centrum St .Joost (zie DOP St, Joost nr. OVS30)
St. Joost
Verbouw en nieuwbouw Kloosterhoeve
St. Joost
Brugweg Ruimte-voor-Ruimte
Peij
19.
Star Potato
Slek
20.
Herstructurering kern Maria Hoop
Maria Hoop
21.
Schellaertstraat (valt onder nr. 20)
Maria Hoop
22.
Diergaarderstraat/Schellaertstraat (valt onder 20)
Maria Hoop
23.
Molenweg
Koningsbosch
7. 8.
17. 18.
Deel I - 148 -
midden hoog
laag hoog hoog laag laag midden laag midden hoog laag laag hoog hoog n.v.t. laag hoog n.v.t. n.v.t. laag
7.10 Economische zaken en grondexploitaties SV nr.
Speerpuntprojecten Stedelijk gebied
Projectfase Kern I
V
U
A
2014
Kloostercomplex Koningsbosch (initiatief derden)
Koningsbosch
25.
Klooster Koningsbosch
Koningsbosch
26.
Koningsbosch
28.
Verlengde Karel V-straat (zie DOP Koningsbosch nr. OVS20) Herstructurering hofje Karel V-straat (zie DOP Koningsbosch nr. OVS20) Koningsplein Koningsbosch (zie DOP Koningsbosch nr. OVS20)
29.
Op den Driessen
Koningsbosch
30.
Zorglocatie Mariaveld/ Hospice Susteren (hospice = gereed)
Susteren
Reinoud van Gelderstraat (locatie Reinoudhal, Kompenie)
Susteren
32.
Reinoud van Gelderstraat (locatie Majoor Evansschool/ gezinsvervangend tehuis), (Maj. Evansschool = gereed)
Susteren
33.
Winkelhart Susteren
Susteren
34.
Oude Rijksweg Noord
Susteren
Middelveld
Susteren
Koppelveld
Dieteren
Vleutstraat
Dieteren
38.
Kerkstraat Dieteren
Dieteren
39.
Steenakker Roosteren
Roosteren
40.
Hoogveld Roosteren
Roosteren
41.
Hoeffaert
Roosteren
42.
Hoekstraat Roosteren
Roosteren
43.
Bronnenberg
Maria Hoop
Herstructurering schoollocatie burg. Willemeschool
Nieuwstadt
Kloppend hart Nieuwstadt
Nieuwstadt
46.
Elsenewal
Nieuwstadt
47.
Witham
Nieuwstadt
48.
Krekelzank / Nieuwbouw basisschool Burg. Willem
Nieuwstadt
24.
27.
31.
35. 36. 37.
44. 45.
Deel I - 149 -
Doorlooptijd 2015
prioriteit (laag/midden/hoog)
2016 2017ev
laag laag midden
Koningsbosch
midden Koningsbosch
midden laag laag hoog hoog hoog
gereed laag laag laag laag laag laag laag gereed laag midden laag laag midden hoog
7.10 Economische zaken en grondexploitaties SV nr.
Speerpuntprojecten Stedelijk gebied
Projectfase Kern I
V
U
A
2014
Haverterstraat
Koningsbosch
50.
Flecken
Susteren
51.
Olmstraat
Echt
52.
Herstructurering bedrijventerrein De Wolfskoul
Susteren
53.
Herstructurering bedrijventerrein Dieterderweg
Susteren
54.
Herstructurering bedrijventerrein De Loop
Echt
55.
Ontwikkeling diverse bedrijfslocaties
55
Businesspark ML (OML)
St. Joost
56.
Ontwikkeling In de Bandert
Peij
57
De Berk (viel onder 55,1) Overige stedelijke ontwikkelingen (OVS) niet in de structuurvisie opgenomen
Echt
49.
OVS
OSV20 DOP Koningsbosch (zie SV 26,27,28)
Koningsbosch
OSV30 DOP St. Joost (zie SV 15, 16,17)
St. Joost
OSV40 Gebiedsvisie Susteren
Susteren
OSV50 Gebiedsvisie A2
Echt
Fasering: I = initiëren, V = voorbereiden, U = uitvoeren, A = afronden
Deel I - 150 -
Doorlooptijd 2015
prioriteit (laag/midden/hoog)
2016 2017ev
laag laag gereed hoog laag midden
hoog hoog
hoog
hoog hoog hoog midden
7.10 Economische zaken en grondexploitaties Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
4.188.517 3.639.604 548.913
11.452.136 10.674.125 778.011
8.732.907 7.427.078 1.305.829
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
753.197 306.000 447.197
1.485.820 2.841.320 - 1.355.500
1.842.319 3.706.595 - 1.864.277
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
4.941.714 3.945.604 996.110
12.937.956 13.515.445 - 577.489
10.575.225 11.133.673 - 558.448
Toelichting verschil ‘bijgestelde begroting 2014’ en ‘rekening 2014’: In 2014 is er sprake van een onderschrijding aan zowel de baten als de lastenkant van dit programma. Deze onderschrijdingen zijn hoofdzakelijk te wijten aan de grondexploitaties, te weten de grondexploitatie “Centrumplan Susteren”. Uitgangspunt is, dat de diverse grondexploitaties jaarlijks worden geactualiseerd. Besluitvorming door de raad inzake de actualisatie van “Centrumplan Susteren” heeft echter plaatsgevonden in de vergadering van januari 2015, vandaar dat de begroting 2014 afwijkt van de rekening 2014. De grondexploitaties zijn trouwens budgettair neutraal verwerkt in onze begroting, de afwijking “saldo na bestemming” is derhalve marginaal.
Deel I - 151 -
7.10 Economische zaken en grondexploitaties
Deel I - 152 -
7.11 Algemene dekkingsmiddelen Doelstelling
Reikwijdte
Het voeren van een gezond financieel beleid. Hiermee wordt bedoeld het mijden van financiële risico’s en structurele uitgaven dekken met structurele inkomsten. Tevens dient er een integrale afweging plaats te vinden tussen beschikbare middelen en gewenste bestedingen waarbij het belastingniveau op een gemiddeld niveau blijft. Gezien de financiële en economische omstandigheden is het meer dan ooit van belang de financiële ontwikkelingen beheersbaar te houden. Daarvoor moet de raad in de positie gebracht worden tijdig een integrale afweging te maken tussen de politieke wensen en de beschikbare middelen. Om de keuzes van de raad goed uit te kunnen voeren, is begrotings- en budgetdiscipline noodzakelijk. Om het hoofd te kunnen bieden aan onvoorziene situaties, wordt gezorgd voor een solide reservepositie en een structurele buffer voor onvoorziene lasten. Mede gelet op de diverse taakstellingen die de gemeente van rijkswege worden opgelegd is het duidelijk dat de komende jaren niet ontkomen kan worden aan verdere bezuinigingen c.q. ombuigingen om het gezonde financieel beleid dat tot dusverre werd gevoerd, te kunnen blijven uitvoeren. Verhoging van de algemene lastendruk is aanvaardbaar onder de voorwaarde dat de lastenverhoging voor de burger reëel blijft.
Algemene dekkingsmiddelen omvat de volgende producten: Algemene gemeentelijke belastingen Algemene uitkering gemeentefonds Beleggingen Taxaties wet WOZ (Waardering Onroerende Zaken)
Deel I - 153 -
Wet- en regelgeving en beleidskaders
Vigerende wet- en regelgeving van Rijk en Provincies
Gemeente Normenkader Verordeningen conform artikel 212, 213 en 213a Gemeentewet Jaarlijkse belastingverordeningen Nota afschrijvingenbeleid Nota reserves en voorzieningen Financieringsstatuut Nota risicomanagement Nota weerstandsvermogen
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 1. Algemene gemeentelijke belastingen en financiële positie
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Heffen van verantwoorde gemeenschappelijke lasten.
Verordeningen zijn 12 december 2013 vastgesteld door de raad.
Bewerkstelligen van een gezonde financiële positie.
Deel I - 154 -
In de raadsvergadering van 12 december 2013 zijn de belastingverordeningen 2014 en daarmee ook de tarieven van de rechten, heffingen en belastingen over het jaar 2014 vastgesteld. De gemeentelijke rechten en heffingen zijn gebaseerd op het principe van kostendekkendheid. Voor de belastingen geldt het uitgangspunt dat jaarlijks een aanpassing plaatsvindt voor de inflatie. Een uitzondering geldt voor de opbrengst van de onroerend zaakbelasting. Bij deze belasting is ieder jaar een stijging voorzien van 4%. Dit bestaat uit de reguliere (circa) 2%, zijnde de inflatiecorrectie en 2% als autonome stijging. Ieder jaar worden de woonlasten geijkt aan die van de andere gemeenten binnen de provincie Limburg en wordt er naar gestreefd de lastendruk reëel te houden, conform het coalitieakkoord uit 2014. Meer gedetailleerde informatie over rechten, heffingen en belastingen is te vinden in de paragraaf Lokale heffingen van deze programmabegroting. Jaarlijks publiceert de provincie Limburg in het voorjaar een vergelijking tussen de tarieven en woonlasten van de gemeenten uit de provincie. Over het jaar 2014 is die lastendruk gemiddeld € 692 per huishouden. Het provinciale gemiddelde bedroeg € 667. Bij de vaststelling van de begroting 2015 heeft de raad er op aangedrongen dat het college met voorstellen komt, zodat de gemeentelijke lastendruk weer dichter bij het provinciale gemiddelde komt te liggen. Het tarief van de toeristenbelasting is met € 0,10 per persoon per overnachting verhoogd naar € 1,30 in 2014. Bij de vaststelling van de verordening 2014 heeft de gemeenteraad een motie aangenomen waarin het college de opdracht kreeg te onderzoeken, hoe arbeidsmigranten betrokken kunnen worden in de belastingheffing. In eerste instantie werd uitgegaan van een niet-ingezetenenbelasting, maar na overleg met BsGW is gebleken dat met een kleine aanpassing van de verordening toeristenbelasting, dit de meest praktische oplossing is. De raad is hierover via een raadsinformatiebrief geïnformeerd.. Naar aanleiding van het door de provincie Limburg uitgevoerde verdiepingsonderzoek 2014 heeft de gemeente Echt-Susteren een rapport ontvangen. Provincie Limburg maakt als het ware een foto van de financiële positie en financiële functie. Op basis van dit rapport doen Gedeputeerde Staten (GS) van Limburg een uitspraak over de toezichtvorm voor vier jaar. De gemeente komt in aanmerking voor
Medio 2014
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 1. Algemene gemeentelijke belastingen en financiële positie
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Deel I - 155 -
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
meerjarig repressief toezicht voor de jaren 2014 tot en met 2017. Om het meerjarig toezicht te behouden tot het eind van de periode is het essentieel dat EchtSusteren de voorwaarden zoals vermeld in het rapport realiseert. Derhalve is een plan van aanpak opgesteld, waarin wordt aangegeven in hoeverre reeds aan de voorwaarden c.q. aanbevelingen wordt voldaan en welke acties nog moeten gebeuren. Het financieel verdiepingsonderzoek van onze gemeente laat zien dat de financiele positie en functie voldoende zijn. De provincie stelt wel dat uit het onderzoek naar voren is gekomen dat er onzekerheden zitten in een aantal ramingen en dat het voor de handhaving en versteviging van de financiële positie van de gemeente noodzakelijk is dat de gemeente een aantal voorwaarden realiseert. Deze voorwaarden zijn: 1. Zorg voor een materieel sluitende begroting 2015, 2016 en 2017 inclusief meerjarenraming (tenminste tot en met 2017; 2. Realiseer de taakstellingen. Indien deze niet realiseerbaar zijn, zorg dan tijdig voor alternatieven. Er is een sluitende begroting 2014 en meerjarenraming 2015-2017 gepresenteerd. Bij bezuinigingen is de rekening niet zonder meer bij de burger neergelegd. Er wordt een stringent begrotingsbeleid gevoerd. Overschrijdingen van budgetten worden niet toegestaan, eventuele onvoorziene tegenvallers moeten binnen de bestaande begroting opgevangen worden. Dit betekent dat er in deze gevallen keuzes gemaakt moeten worden. Beheersen van alle risico’s. Omdat in de gemeente een aantal omvangrijke bedrijventerreinen en grondexploitaties in (toekomstige) ontwikkeling zijn, wordt hier goed de vinger aan de pols gehouden. Het actualiseren van deze exploitaties heeft dan ook een hoge prioriteit. In juni 2011 is de nota risicomanagement en de nota weerstandsvermogen vastgesteld door de raad. Besparen van renteverliezen tot een minimum door het voeren van een actief treasurybeleid. Hiervoor worden de te verwachten geldstromen, zowel de uitgaven als de inkomsten goed in beeld gebracht. Invulling gegeven aan de algemene taakstelling uit de begroting 2014 en de overige taakstellingen. In juni 2014 heeft de raad de Kadernota 2015 vastgesteld. In
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
November 2013
Continu
Continu
Continu
De invulling van de taakstelling vindt plaats
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 1. Algemene gemeentelijke belastingen en financiële positie
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
deze kadernota is de richting aangegeven waarmee deze taakstellingen ingevuld kunnen worden.
Incidenteel gebruik gemaakt van € 100.000 in de begroting ten behoeve van onvoorziene uitgaven. Op het einde van 2014 resteerde nog € 33.000.
Indicatoren/kengetallen
Realisatie 2013
Tarief toeristenbelasting Tariefstijging ozb Gemiddelde lastendruk per inwoner ¹) Gemiddelde provinciale lastendruk per inwoner
2. Algemene uitkering gemeentefonds
€ € €
1,20 4% 678 672
Begroting 2014 € € €
conform de in de kadernota 2015 opgenomen planning. Gedurende het jaar.
Realisatie 2014 €
1,30 4% 692 667
€ €
1,30 4% 692 666
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Een juist beeld geschetst van de ontwikkeling van de algemene uitkering voor het begrotingsjaar en de daarop volgende jaren.
In het jaar worden diverse circulaires van het rijk ontvangen inzake de bijstellingen in het gemeentefonds, die gevolgen hebben voor onze algemene uitkering. De circulaires zijn financieel vertaald binnen onze begroting. In de decembercirculaire 2014 is melding gemaakt van onderuitputting op het gemeentefonds.
N.v.t.
Opm. De gemeente heeft zelf geen invloed op de hoogte van de alge-
Onderuitputting 2014 Door het vervallen van de maart-circulaire is normaliter de september-circulaire het
Deel I - 156 -
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 2. Algemene uitkering gemeentefonds
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
mene uitkering. Deze wordt op rijksniveau bepaald.
laatste bijstelmoment voor de accressen. Mogelijke onderuitputting wordt dan vervolgens verwerkt in de meicirculaire van het jaar T + 1. In de december-circulaire 2014 wordt niet gerept over een onderuitputting. Toch blijkt dat er wel degelijk sprake is van onderuitputting met een omvang van ruim € 300 miljoen Netto Gecorrigeerde Rijksuitgaven. Het effect daarvan op het gemeentefonds is 18%, dus € 60 miljoen. Bij een gemiddelde van € 12 miljoen per punt uitkeringsfactor betekent dit 5 punten uitkering. Voor onze gemeente betekent dit een bedrag van ongeveer (5 x € 19.000 =) € 95.000 dat nog in onze jaarrekening 2014 is verwerkt. De werkelijke afrekening kan anders zijn (zowel positief als negatief). Bij de komende meicirculaire 2015 zal het exacte bedrag bekend zijn en dan verrekend worden.
Indicatoren/kengetallen Nominale groei Algemene uitkering in % o.b.v.: Meicirculaire 2014 Septembercirculaire 2014
Deel I - 157 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Realisatie 2013
- 0,3% -
Begroting 2014
2,9% -
Realisatie 2014
2,78%
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 3. Beleggingen
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Compenseren van het wegvallende dividend vanuit het aandelenbezit Essent na de verkoop in 2009. Beperken van het risico tot een minimaal niveau.
Uitvoeren van een overheidstaak door het aandelenbezit van Enexis en BNG.
Indicatoren/kengetallen Dividend Enexis en EPZ Aantal aandelen Enexis en EPZ Dividend BNG Aantal aandelen BNG
Deel I - 158 -
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Beleggen van de oorspronkelijke € 24 miljoen welke zijn ontvangen na de verkoop van Essent. Hiervoor zijn obligaties aangekocht welke in 4 tranches vrijvallen. Hiervan resteert momenteel € 22 miljoen. De volgende tranche van € 4 miljoen valt vrij in 2016. Beperken van het risico door alleen te beleggen in obligaties welke, in overleg met vermogensbeheerder APG en een aantal andere Limburgse gemeenten, zijn aangekocht op basis van een zorgvuldig samengesteld programma van eisen. Afgeven van een discretionaire bevoegdheid aan APG waarmee zij in het geval van een dreigend risico obligaties per direct kunnen afstoten. Het aanhouden van de aandelen BNG en Enexis. Na de verkoop en splitsing van Essent waren voor de aandeelhouders de dividenden van Enexis, Attero en EPZ van belang. In 2014 zijn de aandelen van Attero verkocht. Voor de overige twee bedrijven is een dividend ontvangen van € 0,7983 per aandeel. In totaliteit correspondeert dit met een bedrag van circa € 444.046. De BNG heeft in 2014 25% van de winst over 2013 na belasting uitgekeerd. Het dividend bedroeg € 1,27 per aandeel van nominaal € 2,50. De gemeente bezit 21.411 aandelen. Het dividend bedroeg over 2013 derhalve 21.411 x € 1,27 = € 27.192. Het dividend is in 2014 uitgekeerd..
De aankoop heeft in 2009 plaatsgevonden. De eerste trance ad € 2 miljoen is in 2013 vrijgevallen. In 2016, 2019 en 2026 vallen de volgende tranches vrij.
Realisatie 2013
Realisatie 2014
€ €
0,78 556.200 1,27 21.411
Begroting 2014 € €
0,78 556.200 1,15 21.411
Dividenden van het voorgaande jaar worden doorgaans in mei/juni van het daarop volgende jaar uitgekeerd.
€ €
0,7983 556.200 1,27 21.411
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 4. Taxaties wet WOZ (Waardering onroerende zaken)
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we bereikt?
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
Taxateren van de woningen en niet-woningen zodat deze een marktconforme waarde vertegenwoordigen.
Taxaties vinden gedurende het gehele jaar door.
Deel I - 159 -
Jaarlijkse taxatie van de WOZ-objecten. Deze werkzaamheden worden vanaf 2013 voor de gemeente verzorgd door BsGW te Roermond (Belastingsamenwerking Gemeenten en waterschappen). In de eerste acht weken van ieder jaar stelt BsGW namens de gemeente bij WOZ-beschikking de waarde vast van alle onroerende zaken in de gemeente. BsGW maakt de opgestelde taxatie officieel bekend aan burgers en bedrijven via het aanslagbiljet gemeentelijke belastingen. Daarop kunnen burgers en bedrijven eventueel bezwaar maken. De WOZ-waarde is bepalend voor de belastingen die gemeenten, maar ook de Rijksoverheid en waterschappen treffen. De peildatum voor de taxaties 2014 bedroeg 1 januari 2013. Bijhouden van een volledige WOZ-administratie door BsGW, waardoor alle veranderingen van woningen, niet-woningen en ongebouwde objecten binnen de gemeente zo accuraat mogelijk worden meegenomen in de WOZ-taxaties. Uitvoeren van marktanalyse door BsGW via bureau- en veldanalyse. De permanente marktanalyse van woningen en niet-woningen is een belangrijk deelproces binnen de uitvoering van de Wet WOZ. Het is van belang dat de gemeente (BsGW) de koopprijzen van woningen en niet-woningen en de huurprijzen van niet-woningen goed vastlegt in het waarderingssysteem en de vraagprijzen gebruikt om te controleren of de modelwaarden aansluiten op de markt. Gebruik maken van een modelmatige waarderingsapplicatie voor het taxeren van woningen, niet-woningen en agrarische objecten. Hanteren van taxatiewijzers voor diverse typen objecten, zoals scholen, ziekenhuizen, etc. Deze taxatiewijzers geven op basis van uitgevoerde marktanalyses kengetallen en rekenmethoden voor het bepalen van de WOZ-waarde. De taxatiewijzers dragen bij aan de uniforme en kwalitatief goede waardering van deze objecten. Afhandelen van bezwaren en beroepen binnen de wettelijk gestelde termijnen. Informatie leveren aan het Waterschap, de belastingdienst en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Medio 2014 werd door de Waarderingskamer een negatief beeld opgeroepen over de kwaliteit van de WOZ-bestanden. Volgens de waarderingskamer zouden gemeenten de kwaliteit van hun bestanden in de afgelopen jaren hebben laten ‘versloffen voorafgaand aan de overgang naar BsGW door gebrek aan motivatie’. Dit
7.11 Algemene dekkingsmiddelen 4. Taxaties wet WOZ (Waardering onroerende zaken)
Wat hebben we bereikt?
Portefeuillehouder Wethouder drs. G.H.C. Frische
Wat hebben we ervoor gedaan?
Wanneer heeft realisatie plaatsgevonden?
beeld wordt bestreden. BsGW waardeert jaarlijks zo’n 460.000 objectbestanden. Naar aanleiding van reguliere jaarlijkse inspectie en controle is door de waarderingskamer een voorbehoud gemaakt voor de beschikking 2015 van een aantal gemeenten binnen het samenwerkingsverband BsGW. Dit betreft de voortgang van de WOZ-waardering naar 2015 tie en heeft géén betrekking op de WOZwaardering van 2014 zoals die in dat jaar heeft plaatsgevonden. Om ook in de toekomst aan deze criteria te voldoen, heeft BsGW, in afstemming met de Waarderingskamer, een verbeterplan ingesteld. Wanneer dit verbeterplan in zijn geheel en binnen de termijn wordt uitgevoerd, wordt het voorbehoud dat medio 2014 door de Waarderingskamer is gemaakt, teniet gedaan. Inmiddels is op 26 januari 2015 bericht ontvangen van de Waarderingskamer dat zij hebben ingestemd met het bekend maken van de WOZ-waarden per peildatum 1 januari 2014 welke gelden voor het belastingkaar 2015.
Indicatoren/kengetallen Gemiddelde waarde woningen E-S ¹) Gemiddelde waarde woningen Limburg Aantal woningen Totale WOZ-waarde niet-woningen
Deel I - 160 -
Realisatie 2013 € € €
187.276 173.721 14.884 620.412.000
Begroting 2014 € € €
179.016 166.469 14.908 630.997.000
Realisatie 2014 € € €
178.848 166.683 14.922 630.997.000
7.11 Algemene dekkingsmiddelen Wat heeft het gekost? Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Rekening 2014
Lasten Baten Saldo voor bestemming
1.510.760 37.691.260 - 36.180.500
1.558.240 38.833.680 - 37.275.440
1.538.576 38.710.467 -37.171.891
Storting reserves Onttrekking reserves Mutaties van de reserves
663.232 1.298.230 - 634.998
1.848.290 3.462.686 - 1.614.396
5.188.158 3.985.246 1.202.913
Totaal lasten Totaal baten Saldo na bestemming
2.173.992 38.989.490 - 36.815.498
3.406.530 42.296.366 - 38.889.836
7.999.368 42.695.712 - 34.696.344
Toelichting verschil ‘bijgestelde begroting 2014’ en ‘rekening 2014’: de verschillen worden veroorzaakt door de mutaties in de reserves. Voor een toelichting wordt verwezen naar Hoofdstuk 3 rekeningsaldo 2014.
Deel I - 161 -
7.11 Algemene dekkingsmiddelen Inkomsten (x € 1 miljoen)
Rekening 2013
Begroting 2014
Rekening 2014
Algemene uitkering van het rijk Vergoeding rijk bijstandsuitkeringen Rijksbijdrage WSW Integratie-uitkering WMO Onroerende zaakbelastingen Afvalstoffenheffing Rioolrechten Dividend/rente belegging Economische zaken en grondexploitaties Onttrekkingen reserves Diversen
€ € € € € € € € € € €
25,7 7,6 6,3 3,8 5,2 2,6 3,7 1,7 3,1 10,3 9,1
€ € € € € € € € € € €
25,7 7,0 5,5 3,8 5,5 2,6 3,8 2,4 3,0 2,6 4,0
€ € € € € € € € € € €
25,7 7,5 6,0 4,1 5,5 2,6 3,8 2,3 6,6 7,0 10,5
Totaal
€
79,1
€
65,9
€
81,6
reserves ez
rijk
wmo
diversen riool wsw
Deel I - 162 -
afval
ozb
div/rente
bijstand
7.11 Algemene dekkingsmiddelen Uitgaven (x € 1 miljoen)
Rekening 2013
Begroting 2014
Rekening 2014
Bevolking en bestuur (bev) Openbare orde en veiligheid (oov) Beheer openbare ruimte (bor) Onderwijs Cultuur & sport (c&s) Sociale voorzieningen/werkgelegenheid (soc) Maatschappelijke voorzieningen (mv) Ruimtelijke ontwikkeling/ volkshuisvesting Omgevingsrecht (or) Economische zaken en grondexploit. (ez) Algemene dekkingsmiddelen (ad)
€ € € € € € € € € € €
4,0 5,2 14,4 2,9 4,1 18,2 10,7 1,6 3,8 5,5 8,7
€ € € € € € € € € € €
3,7 2,3 13,9 2,6 3,5 16,5 12,2 1,0 3,1 4,9 2,2
€ € € € € € € € € € €
5,8 2,3 15,0 1,8 3,7 18,4 11,4 1,0 3,6 10,6 8,0
Totaal
€
79,1
€
65,9
€
81,6
bev 7%
ez 13%
mv 14% soc 23%
Deel I - 163 -
oov 3%
c&s 5%
or div 4% 3%
ad 10%
bor 18%
7.11 Algemene dekkingsmiddelen (bedragen in duizenden euro’s) Alg. dekkingsmiddelen Alg. uitkering gemeentefonds
Rekening 2013
Begroting 2014
Rekening 2014
25.690
25.693
25.690
5.247 13 176 283 3
5.439 13 165 195 4
5.536 13 175 175 2
-
100
-
Rente van kapitalen Dividend BNG Belegging APG Rente bruglening Enexis Dividend Enexis, Attero
32 931 302 480
25 931 180 410
27 931 180 449
Saldo begroting voor bestemming
- 14
- 705
542
Mutaties met reserves Onttrekking aan reserves Toevoegingen aan reserves Saldo reserves (980)
10.287 8.164 2.123
2.653 1.948 705
6.974 8.789 - 1.815
Saldo begroting na bestemming
- 2.137
-
- 1.273
Algemene belastingen Onroerende zaakbelasting Baatbelasting Hondenbelasting Toeristenbelasting Precariobelasting Onvoorzien Onvoorziene uitgaven algemeen
Deel I - 164 -
8. Recapitulatie
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 165 -
Deel I - 166 -
Recapitulatie van de programma's rekening 2014 Programma Bevolking en Bestuur Openbare orde en veiligheid Beheer openbare ruimte Onderwijs Cultuur & Sport
Bedrag begroot primitief uitgaven
Bedrag begroot uitgaven
Bedrag werkelijk uitgaven
Bedrag begroot primitief inkomsten
Bedrag begroot inkomsten
Bedrag werkelijk inkomsten
Saldo
3.675.582
6.151.901
5.850.188
780.400
905.400
864.107
4.986.081
2.344.256
2.419.409
2.256.802
78.200
59.200
64.769
2.192.033
13.852.645
15.145.602
14.979.418
6.917.156
7.687.144
7.457.857
7.521.560
2.588.855
2.537.450
1.840.320
156.637
172.740
1.311.331
528.989
3.500.627
3.802.368
3.699.436
235.900
268.162
276.372
3.423.064
Sociale voorzieningen en werkgelegenheid
16.567.422
19.431.323
18.445.441
12.776.530
15.271.191
15.355.346
3.090.095
Maatschappelijke voorzieningen
12.200.511
12.437.285
11.350.249
1.144.740
1.874.093
1.476.740
9.873.509
992.929
1.078.851
991.178
373.543
382.543
344.689
646.489
Omgevingsrecht
3.099.967
3.627.409
3.620.432
540.300
543.800
627.459
2.992.973
Economische Zaken en grondexploitaties
4.941.714
12.937.956
10.575.225
3.945.604
13.515.445
11.133.673
-558.448
Algemene dekkingsmiddelen
2.173.992
3.406.530
7.999.368
38.989.490
42.296.366
42.695.712
-34.696.344
65.938.500
82.976.084
81.608.057
65.938.500
82.976.084
81.608.057
0
Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
Totaal
Deel I - 168 -
9. Paragrafen
Programmaverantwoording
2014 Deel I - 169 -
Deel I - 170 -
9.1 Inleiding paragrafen en andere documenten informatie te vinden, maar deze informatie is versnipperd. Gegeven het belang van de betrokken onderwerpen en vanwege het feit dat de raad in een duale stelsel kaders stelt en controleert, is het van belang dat de raad een overzicht heeft van de betrokken onderwerpen en voor die onderwerpen een instrument heeft om de kaderstellende en controlerende taak uit te voeren. Daartoe dienen de paragrafen. De paragrafen en de programma's Er is een relatie tussen de programma's en de paragrafen. Deze relatie is in het onderstaande schema weergegeven:
…
programma openbare orde en veiligheid enzovoort
paragraaf bedrijfsvoering
paragraaf verbonden partijen
De paragrafen bij de begroting en de jaarstukken geven een dwarsdoorsnede van de financiële aspecten van de begroting en de jaarstukken bezien vanuit een bepaald perspectief. Het gaat hierbij om onderdelen van de financiële functie die betrekking hebben op de beleidslijnen van beheersmatige aspecten. Die kunnen grote financiële impact hebben. Mogelijk ook is hun politieke betekenis groot, of zijn ze van belang voor de realisatie van de programma's. Het gaat bijvoorbeeld om het aangeven van het beleid met betrekking tot het weerstandsvermogen: Wat denkt de raad dat een verstandige spaarpot is voor toekomstige tegenvallers? Over de onderwerpen van de paragrafen is momenteel veelal in de begroting, jaarstukken
programma beheer openbare ruimte
enzovoort …
Zoals het schema aangeeft, is er enige overlap tussen de paragrafen en de programma's. Bijvoorbeeld indien een gemeente heeft gekozen voor het instrument kwaliteitshandvesten dan zal deze keuze worden opgenomen en uitgewerkt in de paragraaf bedrijfsvoering. Indien een van de kwaliteitshandvesten het parkeerbeleid betreft (een wielklem wordt binnen één uur na melding verwijderd) dan kan dit ook een onderdeel vormen van het programma beheer openbare ruimte.
te gaan. Een vergelijkbare redenering gaat op voor de andere paragrafen. Een eenduidige richtlijn is hier niet makkelijk te geven, omdat per gemeente en per begrotingsjaar de situatie kan verschillen. Elke gemeente zal haar eigen 'maatwerk’ moeten vinden. Een duidelijk markeringspunt is wel dat de programma's direct gericht zijn op de burgers en de paragrafen indirect; het zijn kaders die de raad voor het college stelt voor het beheer en de uitvoering.
De mate waarin onderwerpen zowel in de bedrijfsvoeringparagraaf als in een programma terugkomen, hangt ook af van het politieke gewicht dat het onderwerp heeft in het programma. Is in genoemd voorbeeld het kwaliteitshandvest parkeerbeleid maar van marginale betekenis in het programma beheer openbare ruimte, dan kan in het programma met een korte verwijzing worden volstaan. Is het een cruciaal onderdeel in het programma, dan ligt het in de rede daar op het kwaliteitshandvest in
Het hoofddoel van de paragrafen is dus de raad in staat te stellen de beleidslijnen van de diverse onderdelen van de financiële functie vast te stellen en de hoofdlijnen van de uitvoering te controleren. Daarnaast betekenen de paragrafen ook dat de raad meer zelf gaat regelen. De raad wordt niet alleen beter in staat gesteld de kaderstellende en controlerende functie uit te voeren, de raad heeft ook een plicht tot kaderstellen en controleren. Het gaat vooral om zaken waarbij gemeenten te zeer
Deel I - 171 -
verschillen om normen verplichtend op te leggen. Een standaardnorm voor het weerstandsvermogen is immers niet goed mogelijk, gezien de verschillen tussen gemeenten. Daar staat tegenover dat transparantie essentieel is voor de raad zelf, maar ook voor de burgers en voor de toezichthouders, dus voor het algemeen belang. Om voldoende transparantie te verkrijgen is het van belang dat de raad zelf aangeeft wat hij onder bijvoorbeeld de weerstandscapaciteit en risico's verstaat en wat zijn beleid betreffende het weerstandsvermogen is. Bovenstaande geeft eigenlijk al aan dat de paragrafen, niet alleen van belang zijn voor raad en burger, maar ook voor de toezichthouder. Die heeft een toegenomen behoefte aan informatie voor het beoordelen van de financiele positie van gemeenten. Redenen hiervoor zijn de complexer wordende samenleving, ontwikkelingen op het gebied van financiering en vormen van verzelfstandiging. Daarnaast hebben gemeenten, via decentralisatie meer taken en meer verantwoordelijkheden gekregen. Een belangrijk deel van de informatiebehoefte van de toezichthouder wordt opgevangen door de voorgestelde paragrafen bij de begroting en de jaarstukken. Waarom, welke paragrafen? Zeven paragrafen zijn verplicht gesteld bij het Besluit Begroten & Verantwoorden (BBV). Alle paragrafen zijn, ieder op hun eigen manier, van belang voor het inzicht in de financiële positie. Hieronder wordt kort beschreven welke paragrafen voorgeschreven zijn en wat het specifieke belang van de desbetreffende paragraaf is. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Deze paragraaf is een verder ontwikkelde risicoparagraaf. Nieuw is dat de paragraaf ook de weerstandscapaciteit dient te bevatten. Met weerstandscapaciteit wordt bedoeld: al die elementen waarmee tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden. Het weerstandsvermogen is de weerstandscapaciteit in relatie tot de risico's. De paragraaf weerstandsvermogen geeft aan hoe robuust de begroting is. Dit is van belang wanneer zich een financiële tegenvaller voordoet. Aandacht voor het weerstandsvermogen kan voorkomen dat elke financiële tegenvaller dwingt tot bezuinigen. Onderhoud kapitaalgoederen Dit onderdeel gaat met name in op de onderhoudstoestand en de kosten van wegen, riole-
ring, gebouwen, kunstwerken, en dergelijke. Onderhoud van kapitaalgoederen beslaat een substantieel deel van de begroting. Een goed overzicht is daarom van belang voor een juist inzicht in de financiële positie. Bedrijfsvoeringparagraaf Bedrijfsvoering bestaat uit de onderdelen personeel en organisatie, informatisering, automatisering, en documentaire informatievoorziening (DIV). Bedrijfsvoering is van belang voor het verwezenlijken van de taken van gemeenten. De bedrijfsvoeringparagraaf dient inzicht te geven in de stand van zaken en de beleidsvoornemens omtrent de bedrijfsvoering; met het oog op het uitvoeren van de programma's in het programmaplan en met het oog op de continuïteit van de gemeente. Verbonden partijen De paragraaf verbonden partijen moet inzicht geven in de relaties van de gemeente in derde rechtspersonen waarin bestuurlijke invloed wordt uitgeoefend en financiële belangen gemoeid zijn. Verbonden partijen zijn een manier om een bepaald beleidsvoornemen uit te voeren; het aangaan van verbonden partijen komt altijd voort uit het publiek belang. Gezien de veelheid aan verbonden partijen en hun financiële en bestuurlijke belang is het voor het inzicht van de raad van belang dat de relatie tussen verbonden partijen en het publieke belang, zoals geconcretiseerd in de programma's in hoofdlijnen aan worden gegeven. Daarbij dient apart stilgestaan te worden bij de voornemens omtrent verbonden partijen. Grondbeleid De hoofdlijnen van het grondbeleid komen in deze paragraaf aan de orde. De paragraaf grondbeleid geeft de visie op het grondbeleid in relatie tot de uitvoering van de doelstellingen, zoals opgenomen in het programmaplan. Via grondbeleid kan een nadere invulling aan het uitvoeren van bepaalde beleidsvoornemens worden gegeven. Gedacht kan worden aan volkshuisvesting. Gezien het grote financiële belang van grondbeleid is een overzicht van het grondbeleid van belang voor de raad. Treasuryparagraaf De treasuryparagraaf (ook wel de financieringsparagraaf genoemd) is sinds 2001 verplicht bij begroting en jaarverslag. Het doel van deze paragraaf is de uitvoering van de treasuryfunctie te volgen.
Deel I - 172 -
Overzicht lokale lasten Het overzicht lokale heffingen, maakt deel uit van het programmaplan van het overzicht algemene dekkingsmiddelen. Bij de uitwerking van de lokale heffingen kan naast de algemene dekkingsmiddelen, zoals de OZB, ook worden ingegaan op lokale heffingen die bij een programma horen. Zo worden de rioolrechten op een programma, bijvoorbeeld volksgezondheid of infrastructuur, geboekt als baten. Het overzicht lokale heffingen heeft betrekking op de belastingen en op de heffingen. Het overzicht bevat de beleidsvoornemens voor de lokale lasten en een overzicht op hoofdlijnen van de diverse belastingen en heffingen. De belastingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van gemeenten. De lokale lasten zijn een integraal onderdeel van het gemeentelijk beleid. Een overzicht van de lokale heffingen en daarmee meer inzicht is daarom van belang voor de raad. De uitgangspunten van het beleid, de tarieven, de kostendekkendheid, kwijtschelding en 'lastenplaatjes' zijn de centrale onderwerpen van dit onderdeel. Extra paragrafen Naast de voorgeschreven paragrafen hebben wij in onze begroting nog een drietal extra paragrafen opgenomen te weten de paragrafen kernenbeleid, dienstverlening en bevolkingskrimp. Deze laatste is nieuw met ingang van het begrotingsjaar 2011. De onderwerpen in deze paragrafen zijn dermate belangrijk voor onze gemeente, dat wij daar extra paragrafen wel voor op zijn plaats vinden. Kernenbeleid Het gemeentelijk kernenbeleid heeft tot doel de leefbaarheid in de 9, door de gemeenteraad in 2003, benoemde kernen te handhaven en/of te bevorderen. De afgelopen jaren hebben we gepoogd door middel van Dorpsontwikkelingsprogramma’s (DOP) dit doel te bereiken. Een dorpsontwikkelingsprogramma omvat een integrale inhoudelijke aanpak binnen een kern van de beleidsterreinen: wonen (volkshuisvesting) werken (economie) welzijn (maatschappelijke voorzieningen, onderwijs, sport, cultuur en zorg) infra (openbaar gebied, recreatie, wegen, groen, riool) Inmiddels is gebleken dat demografische ontwikkelingen (vergrijzing en ontgroening), de economische situatie en maatschappelijke tendensen dermate grote gevolgen hebben
voor het maatschappelijk en economisch leven dat alle hierboven genoemde beleidsterreinen aan herbezinning toe zijn en niet los van elkaar te beschouwen zijn. Dienstverlening Gemeenten staan voor een grote opgave om de ambities op het vlak van dienstverlening waar te maken. Rijk, gemeenten en de Manifestgroep (de gezamenlijke uitvoeringsorganisaties) hebben de visie omarmd dat het gemeentelijke KlantContactCentrum (in onze gemeente binnen de afdeling dienstverlening) een herkenbare ingang voor de burger naar de hele overheid wordt. Welk kanaal de burger hierbij kiest (fysiek loket, telefoon, website of via de papieren weg) hij krijgt steeds hetzelfde betrouwbare antwoord en kan de overheid houden aan overheidsbrede kwaliteitsnormen voor afhandeltijd, juistheid en vriendelijkheid. Het gedachtegoed van de klantgerichte gemeente die haar dienstverlening en organisatie daarvan afstemt op de behoefte van de klant vormt de opdracht voor de afdeling dienstverlening. De paragrafen en de planning en control cyclus Van de programma's is gezegd dat een gemeente een reeks van beleidscycli kent, met elk hun eigen beleidsprocessen en een eigen, veelal meerjarige tijdshorizon. De begroting kan daarom worden gezien als de beleidsmatige en budgettaire neerslag van meerjarige beleidscycli die betrekking hebben op één kalenderjaar. De raad gebruikt in deze visie de begroting als een instrument van planning en control om het voortschrijden van de uitvoering van de (beleids-)programma's (bij) te sturen en te controleren. Ook voor de onderwerpen van de paragrafen geldt dat ze veelal een meerjarige tijdshorizon hebben en voor de raad een instrument van planning en control zijn. In dat licht zijn er twee manieren om met de paragrafen om te gaan. De eerste optie is dat in de paragraaf bij de begroting de beleidskaders worden vastgesteld. Het gevaar hiervan is dat de paragrafen al snel het karakter krijgen van een jaarlijkse beleidsnota en uitdijen tot omvangrijke onderdelen, herhalingen bevatten en daardoor minder effectief zijn. De tweede optie is dat de gemeente uitgaat van een nota voor het terrein van de desbetreffende paragraaf. Zo'n nota geeft dan bijvoor-
Deel I - 173 -
beeld ontwikkelingen die van belang zijn, uitgangspunten, een visie, een lange termijn aanpak en prioriteiten. De nota's, die net zoals bij de beleidsnota's voor de programma's een neerslag kunnen krijgen in een collegeprogramma, zijn dan leidend bij het opstellen van de paragrafen. De paragrafen behandelen dan voor het desbetreffende onderwerp de voortgang van de beleidsuitvoering, zoals aangegeven in de nota, de nieuwe ontwikkelingen en de vraag of de inhoud van het beleid nog steeds van toepassing is. De paragrafen krijgen op die manier, evenals de programma's, een functie in de planning en control van de raad. De paragrafen kunnen in deze aanpak meer to the point zijn en kort zijn, zeker indien er geen duidelijke beleidswijzigingen nodig zijn. Ook is het bij deze benadering van belang dat de desbe-
treffende nota actueel blijft door deze bijvoorbeeld een keer in de vier jaar bij te stellen. De tweede benadering verdient de voorkeur. Een vereiste is wel dat de paragrafen zelfstandig leesbaar zijn. Dat betekent onder meer dat er kort wordt samengevat wat in de nota is bepaald. Ook het onderwerp van de paragraaf is van invloed op de inhoud en de omvang. Een paragraaf weerstandsvermogen bijvoorbeeld zal als regel omvangrijker zijn dan een paragraaf verbonden partijen. Het eerste onderwerp heeft namelijk een dynamischer karakter dan het tweede. Indien de tweede benadering niet gekozen wordt, dan zal als regel de paragraaf langer (moeten) zijn dan in het geval er met een nota gewerkt wordt.
Deel I - 174 -
9.2 Paragraaf lokale heffingen Verordening 212: In de paragraaf lokale heffingen bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten in ieder geval op: a. de mate van kostendekkendheid van de rioolrechten en de afvalstoffenheffing; b. het aantal en het bedrag aan kwijtscheldingen; Rekening 2013
OZB Afvalstoffenheffing Rioolheffing Hondenbelasting Toeristenbelasting
€ € € € €
5.247.000 2.589.000 3.722.000 176.000 283.000
Toelichting OZB Vanwege een hogere economische waarde, dan welke bij de vaststelling van de belastingtarieven werd geprognosticeerd, is de opbrengst ozb hogere dan werd geraamd. Afvalstoffenheffing Het aantal eenpersoonshuishoudens blijkt lager te zijn dan het aantal waarmee werd gerekend bij de vaststelling van de tarieven. Rioolheffing Het aantal objecten welk werd aangeslagen is hoger dan bij de vaststelling van de belastingverordening werd aangenomen. Hondenbelasting BsGW voert periodiek controles uit op het hondenbezit. Het aantal geregistreerde honden is nagenoeg gelijk aan het aantal dat ook in 2013 stond geregistreerd. Toeristenbelasting De teruggang in opbrengst toeristenbelasting ten opzichte van 2013, heeft te maken met veranderde berekeningsmethodes en niet met meer of minder toeristen. De in de jaarrekening 2013 verantwoorde opbrengst van € 283.000 is te hoog gebleken. Deze was gebaseerd op prognoses van BsGW op basis van een forfaitaire berekening. Na het afsluiten van de gemeentelijke jaarrekening 2013 heeft BsGW deze prognose fors naar beneden bijgesteld omdat campinghouders hebben
c. de waardeontwikkeling van onroerende zaken. Deze paragraaf bevat verder informatie over het tarievenbeleid voor de gemeentelijke heffingen, de ontwikkeling van de lokale heffingen en het kwijtscheldingsbeleid van de gemeente.
Begroting 2014 € € € € €
5.439.000 2.641.000 3.808.000 165.000 195.000
Bijgestelde Begroting 2014 € € € € €
5.457.000 2.672.000 3.808.000 165.000 180.000
Rekening 2014 € € € € €
5.536.000 2.589.000 3.845.000 175.000 175.000
gekozen voor de daadwerkelijk verantwoording van het aantal toeristen. Via de 2e Bestuursrapportage 2014 is voorgesteld om de te hoog geraamde opbrengst van 2013 voorlopig te verminderen met € 45.300. De definitieve vaststelling van de opbrengst toeristenbelasting 2014 kan pas medio 2015 worden bepaald, wanneer BsGW de controles heeft afgerond en de definitieve aanslagen 2014 zijn opgelegd. Lokale heffingen Visie en uitgangspunten In het jaar 2014 zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Kostendekkendheid: het eerste uitgangspunt dat wordt gehanteerd is dat de gebruiker betaalt. De gemeenteraad is vrij om de hoogte van het tarief vast te stellen met een kostenonderbouwing als basis, waarbij het Rijk een aantal grenzen heeft gesteld waaronder een maximale kostendekkendheid van 100%. De hoogte van de tarieven en de kostendekkendheid van de tarieven is op 12 december 2013 door de raad vastgesteld. In het hoofdstuk “Uniforme methode van berekening van tarieven” van de “Nota Heffingen 2010” staat de methode beschreven die gehanteerd wordt voor het bepalen van de kosten en die inzicht geeft in de totstandkoming van de tarieven doordat beleidskeuzes zichtbaar worden vastgelegd. Het huidige pakket van belastingen en rechten is voorlopig voldoende gebleken voor de gemeente om haar taken uit te voeren. Het
Deel I - 175 -
uitgangspunt is dan ook geweest om het huidige pakket te handhaven en niet over te gaan tot het introduceren van nieuwe belastingen en rechten of het laten vervallen van bestaande belastingen en rechten. De precariobelasting is niet uitgebreid met bijvoorbeeld reclamebelasting. De reden hiervoor is dat de perceptiekosten (o.a. de kosten handhaving) in geen verhouding staan tot de opbrengsten. Overigens wordt reclame aan lantaarnpalen/lichtmasten op basis van een privaatrechtelijke overeenkomst tussen gemeente en ondernemers betaald. In het coalitieakkoord 2010 - 2014 is een verhoging van de algemene lastendruk acceptabel geacht als alleen bezuinigingen niet voldoende blijken te zijn. Ook de ozb zou dan verhoogd kunnen worden. Omdat de gemeente in februari 2011 een Waterplan heeft vastgesteld en de kosten van uitvoering via de rioolheffing plaatsvindt, stijgt ook deze heffing. Getracht zal worden de algemene lastendruk in vergelijking met het Limburgse gemiddelde binnen de perken te houden. In 2014 lag de gemiddelde lastendruk € 25 hoger dan het provinciale gemiddelde. Vanaf 2011 en de volgende jaren is telkens een ozb-stijging voorzien van 4%. Dit bestaat uit de reguliere (circa) 2%, zijnde de inflatiecorrectie en 2% waarover de raad een besluit heeft genomen bij de voorjaarsnota 2010 in het kader van de bezuinigingsoperatie. Het college heeft bij de begrotingsvergadering 2015 de toezegging gedaan dat in 2015 wordt onderzocht of de ozb-stijging in 2016 minder dan 4% kan bedragen. Een discussie over de verlichting van de lastendruk kan worden gevoerd als het college voorstellen doet omtrent de inhoud van de kadernota 2016. Wat betreft de afvalstoffenheffing geldt er vanaf medio 2012 een apart tarief voor eenpersoons- en meerpersoonshuishoudens. Overeenkomstig het in de raad van 27 juni 2013 vastgestelde GRP 2013-2016 wordt het tarief voor rioolheffing jaarlijks verhoogd met 3,25%. Het tarief voor de toeristenbelasting bedroeg in 2014 € 1,30 per persoon per overnachting. Dit tarief wordt de komende jaren telkens met € 0,10 verhoogd totdat het in 2016 € 1,50 bedraagt. De raad heeft op 12 december 2013 een motie aangenomen om te bewerkstelligen dat vanaf 2015 ook arbeidsmigranten in be-
lastingheffing kunnen worden betrokken. Dit zal worden uitgevoerd via de toeristenbelasting. De grafrechten van openbare begraafplaatsen zijn berekend op 35% kostendekkendheid. Op 21 februari 2013 is hier door de raad opnieuw over gesproken en heeft de raad kennis genomen van het beleidsuitgangspunt dat de tarieven van begraven en asbestemming verhoogd worden en de kosten voor beheer en onderhoud verlaagd om daarmee 75% kostendekkendheid van ”het product” begraafplaatsen te behalen.
Nota heffingen In november 2009 heeft de gemeenteraad de nota heffingen 2010 vastgesteld. Het doel van deze nota is het vastleggen van de uitgangspunten (kaders) voor het heffen van belastingen en het tarievenbeleid. Deze kaders worden jaarlijks gehanteerd in de programmabegroting en bij de jaarlijkse vaststelling van de tarieven in de belastingverordeningen door de raad. De kaders omvatten de volgende onderwerpen: Samenstelling van het pakket gemeentelijke belastingen, rechten en regelingen; Uitgangspunten voor de belastingheffing en de randvoorwaarden; Laatste ontwikkelingen; Uniforme methode van berekening van tarieven; Belastingen, rechten en regelingen afzonderlijk toegelicht. Kostendekkendheid tarieven Het rioolheffing zal zich de komende jaren gelijkmatig conform het in 2013 vastgestelde gemeentelijk rioleringsplan (GRP) ontwikkelen. Rechten
Rekening 2014
Afvalstoffenheffing Rioolheffing Leges Begrafenisrechten
€ € € €
2.589.000 3.845.000 1.333.000 76.000
Totaal
€
7.843.000
1 2
Kostendekkendheid 97% 100% 100% 1 50% 2
Tarieven zijn extracomptabel berekend. Idem
Deel I - 176 -
Relaties met de programma’s De diverse belasting- en heffingenopbrengsten zijn verantwoord onder de volgende programma’s: Programma Bevolking en bestuur Leges Programma Openbare orde en veiligheid Leges Programma Beheer Openbare Ruimte Rioolheffing Afvalstoffenheffing Begrafenisrechten Leges Programma Omgevingsrecht Leges Programma Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Leges Programma Vergunningen, handhaving en taxaties wet WOZ Leges
BsGW voert het kwijtscheldingsbeleid uit. Ze maken hierbij gebruik van het Inlichtingenbureau (IB). Het Inlichtingenbureau toetst de gegevens van de aanvrager die nodig zijn voor eventuele kwijtschelding aan de criteria om voor kwijtschelding in aanmerking te komen. Het gaat hierbij om gegevens van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SoZaWe), de Belastingdienst en de Dienst Wegverkeer (RDW). Komt de aanvrager op basis van deze toetsing in aanmerking voor kwijtschelding, dan wordt deze automatisch toegekend en hoeft de aanvrager niet opnieuw een verzoek in te dienen. Om voor deze toetsing in aanmerking te komen is de toestemming nodig van de aanvrager. Die toestemming verleent hij door een handtekening te plaatsen op het formulier ’verzoek om kwijtschelding’. Kwijtscheldingen OZB Rioolrechten Afvalstoffen
2014 € € €
1.300 734 73.689
Programma Algemene dekkingsmiddelen Onroerende zaakbelastingen Toeristenbelasting Hondenbelasting Baatbelasting Precariorechten
Waardeontwikkeling onroerende zaken (waardepeildatum 1-1-2013; jaar 2014). Voor de woningen gold in 2014 een waardedaling van 2,9% Voor de niet-woningen gold in 2014 een waardedaling van 1,5%
Onroerende Zaak Belasting (OZB) Voor 2014 golden voor de aanslagen OZB de nieuwe, naar prijspeil 1 januari 2013, vastgestelde waarden van het onroerend goed.
Ontwikkeling lokale lasten In de onderstaande tabellen zijn de tarieven van de belangrijkste gemeentelijke heffingen (de OZB, de afvalstoffenheffing, het rioolheffing, de hondenbelasting en de toeristenbelasting) voor de periode 2011-2014 weergegeven.
Kwijtscheldingsbeleid De gemeente heeft eigen beleidsvrijheid voor de normbedragen bij het toekennen van kwijtschelding. De kwijtscheldingsnorm is in EchtSusteren 100% van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm.
Zie ook programma Algemene dekkingsmiddelen.
Deel I - 177 -
Tarieven
2011
2012
2013
2014
0,105464%
0,11626%
0,12568%
0,13461%
0,152880% 0,122220% 0,275100%
0,16775% 0,13411% 0,30186%
0,18000% 0,14390% 0,32390%
0,19005% 0,15193% 0,34198%
A Algemene dekkingsmiddelen OZB Woningen – eigenaarsdeel Niet-woningen – eigenaarsdeel – gebruikersdeel
Hondenbelasting e 1 hond e 2 en volgende hond Toeristenbelasting
€ € €
42,00 63,00 1,00
€
115,08
€ € €
42,00 63,00 1,10
€ € €
42,00 63,00 1,20
€ € €
137,40 206,16 n.v.t. € 236,95
€ €
42,00 63,00 1,30
B Overige lokale heffingen Afvalstoffenheffing Vast recht (per aansluiting)
Variabel tarief (per kg) Rioolheffing
€ €
0,18 219,49
€ 54,06 ¹) € 69,24 ²) € 103,86 ³) € 0,18 ¹) € 229,49
€ €
137,40 206,16 n.v.t. € 244,65
e
¹) 1 halfjaar 2012 vast recht ²) eenpersoonshuishouden (2012 half jaar) ³) meerpersoonshuishouden (2012 half jaar)
Deel I - 178 -
9.3
Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing
Inleiding Het college van B&W geeft in de paragraaf weerstandsvermogen de weerstandscapaciteit aan, alsmede de mate waarin schade en verliezen als gevolg van de risico's van materieel belang met de weerstandscapaciteit kunnen worden opgevangen. Tevens wordt in de paragraaf weerstandsvermogen een ‘risico-top-10’ aangegeven. Algemeen Het doel van een gemeente is om maatschappelijke doelstellingen te realiseren voor zijn klanten (burgers, ondernemingen, maatschappelijke instellingen, andere overheden etc.). Dit geldt ook voor onze gemeente. Bij het realiseren van deze doelstellingen loopt de gemeente risico’s. Deze risico’s zijn van uiteenlopende aard. Om zicht te krijgen op de aard, inhoud en omvang van de risico’s, alsmede op de mogelijke beheersmaatregelen, wordt risicomanagement toegepast. Het gemeentelijk risicomanagement is gericht op het opsporen en ondervangen van bedreigingen die aan het realiseren van de gestelde maatschappelijke doelstellingen in de weg kunnen staan. Verder geeft het risicomanagement inzicht in de mate waarin wij als gemeente in staat zijn om de financiële en niet-financiële gevolgen van risico’s op te vangen, (het zogenaamde weerstandsvermogen) alsmede in de financiele buffer die we daarvoor nodig en beschikbaar hebben (de zogenaamde weerstandscapaciteit). Beleidskader Het gemeentelijk beleid inzake risicomanagement en weerstandsvermogen is vastgelegd in enerzijds de Nota risicomanagement EchtSusteren 2011 en anderzijds de Nota weerstandsvermogen Echt-Susteren 2011. Beide nota’s zijn nauw met elkaar verbonden en moeten derhalve in onderlinge samenhang gelezen worden. Beleid inzake risicomanagement In de Nota risicomanagement Echt-Susteren 2011 is voor de uitvoering van het risicomanagement gekozen voor het zgn. COSO ERMplusmodel. Met behulp hiervan worden periodiek op een systematische wijze de risicodragende gebeurtenissen geïnventariseerd, de kans op optreden en het effect daarvan ingeschat, de reeds bestaande beheersmaatregelen in kaart gebracht en tenslotte het restrisico gekwantificeerd.
Dit restrisico is de grondslag voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit resp. het weerstandsvermogen. Hierover wordt in ieder geval in de begroting en jaarrekening, en indien nodig in de 1e en 2e bestuursrapportage, aan de raad gerapporteerd. Daarbij wordt tevens de noodzakelijk geachte omvang van het weerstandsvermogen voorgelegd. Het risicomanagement maakt daarmee regulier onderdeel uit van de gemeentelijke planning en control-cyclus en de berekeningen uit het risicomanagement-model geven de juiste omvang van de benodigde weerstandscapaciteit aan. Er wordt actief gestuurd op risicobeheersing om de risico’s zoveel mogelijk te beperken en voorkomen. Ook wordt het risicobewustzijn gestimuleerd doordat in ieder op te stellen bestuurlijk behandelvoorstel (B&W-voorstel, raadsvoorstel), iedere projectfile en in iedere projectenrapportage verplicht een risicoparagraaf opgenomen moet worden. Beleid inzake weerstandsvermogen In het hierna volgende wordt kort ingegaan op de belangrijkste beleidsmatige keuzes ten aanzien van weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit zoals deze voortvloeien uit de Nota weerstandsvermogen Echt-Susteren 2011. Bepaling weerstandscapaciteit Bij de weerstandscapaciteit moet onderscheid worden gemaakt tussen: beschikbare weerstandscapaciteit; benodigde weerstandscapaciteit. De beschikbare weerstandscapaciteit wordt bepaald door de optelling van: de algemene reserves; de onbenutte begrotingsruimte; de onbenutte belastingcapaciteit; de stille reserves in de materiële vaste activa’; de stille reserves in de niet uit de balans blijkende bezittingen. De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald door de optelling van de financiële restrisico’s uit het nettorisicoprofiel dat de resultante is van het risicomanagementproces zoals beschreven in de Nota Risicomanagement Echt-Susteren 2011. Bepaling weerstandsvermogen Bij het weerstandsvermogen moet onderscheid worden gemaakt tussen:
Deel I - 179 -
het relatieve weerstandsvermogen; het absolute weerstandsvermogen. Het relatieve weerstandvermogen is het verhoudingsgetal (ratio) tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit, en wordt berekend op basis van de volgende formule: Relatieve weerstandsvermogen = (beschikbare weerstandscapaciteit) (benodigde weerstandscapaciteit) Dit verhoudingsgetal is een maatstaf voor de mate waarin financiële restrisico’s kunnen worden opgevangen (‘robuustheid van de gemeentelijke financiële positie’). Voor de beoordeling van deze ratio wordt uitgegaan van de volgende tabel: Ratio
centage sluit aan bij de artikel 12 norm van de Financiële Verhoudingen Wet (Fvw). Het bedrag voor het absolute weerstandsvermogen wordt dus berekend op basis van de volgende formule: Absolute weerstandsvermogen = 1,02 x (0,8 x benodigde weerstandscapaciteit) Verder wordt vanuit het voorzichtigheidsbeginsel een ondergrens gesteld voor het absolute weerstandsvermogen. Voor deze ondergrens wordt wederom aansluiting gezocht bij de artikel 12 norm van de Fvw. Hierin wordt uitgegaan van 2% van enerzijds de Algemene Uitkering uit het gemeentefonds (AU) en anderzijds de OZB-capaciteit. Dit bedrag wordt vanuit het voorzichtigheidsbeginsel vermenigvuldigd met de factor 5. Het bedrag voor de ondergrens wordt dus berekend op basis van de volgende formule:
Kwalificatie Ondergrens absolute weerstandsvermogen = 5 x 0,02 x (AU + OZB-capaciteit)
>2 1,4 < X < 2 1,0 < X < 1,4 0,8 < X < 1,0 0,6 < X < 0,8 < 0,6
Uitstekend Ruim voldoende Voldoende Matig Onvoldoende Ruim onvoldoende
Als beleidskader is gesteld dat het relatieve weerstandsvermogen tenminste de kwalificatie ‘matig’ moet hebben. Met andere woorden: dat de ratio tenminste 0,8 bedraagt Het absolute weerstandsvermogen is een door de raad vastgesteld bedrag dat als financiële buffer wordt aangehouden voor het opvangen van financiële restrisico’s. Dit bedrag moet voorhanden zijn als beschikbare weerstandscapaciteit en is in het theoretisch ideaalmodel tenminste gelijk aan de benodigde weerstandscapaciteit. Maar omdat als beleidskader is gesteld dat het relatieve weerstandsvermogen tenminste 0,8 moet bedragen, volgt hieruit automatisch dat het absolute weerstandsvermogen tenminste gelijk moet zijn aan 80% van de benodigde weerstandscapaciteit. Ter afdekking van risico’s die op dit moment nog niet ingeschat zijn of kunnen worden, wordt dit bedrag verhoogd met 2%. Dit per-
De raad stelt als absolute weerstandsvermogen tenminste een bedrag ter grootte van de ondergrens vast. Berekening ondergrens, weerstandscapaciteit en weerstandsvermogen per 31-12-2014 Op basis van het gestelde in de Nota Risicomanagement Echt-Susteren 2011, de Nota Weerstandsvermogen Echt-Susteren 2011, de uitkomsten van het risicomanagementproces en de aan deze begroting ten grondslag liggende gegevens worden de weerstandscapaciteit en het weerstandsvermogen per 31-12-2014 als volgt berekend:
Deel I - 180 -
Ondergrens A B
Minimum relatieve weerstandsvermogen Normatieve ondergrens absolute weerstandsvermogen
Weerstandscapaciteit C Beschikbare weerstandscapaciteit D
Benodigde weerstandscapaciteit
Weerstandsvermogen E Relatieve weerstandsvermogen F Absolute weerstandsvermogen
Conclusies: 1. E is groter dan A, dus aan het minimumvereiste wordt voldaan; 2. De kwalificatie van E luidt: ‘ruim voldoende’; 3. F is kleiner dan B, dus aan de ondergrensvereiste wordt niet voldaan; 4. Derhalve wordt het absolute weerstandsvermogen per 31-12-2014 vastgesteld op de normatieve ondergrens B, dus op € 3.131.000.
Toelichting 0,80 Zie toelichting nota’s. 3.131.000 Zie toelichting nota’s: 5 x 0,02 x (AU + OZB-capaciteit), waarbij: Algemene Uitkering 2014: € 25.777.551 (op basis van specificatie nr. 12 d.d. 18-02-2015 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken) OZB-capaciteit 2014: € 5.536.000 (op basis van de jaarrekening 2014, paragraaf 9.2, pagina 175)
7.124.000 Op basis van de jaarrekening 2014, hoofdstuk 5, pagina 45, tabel 5 3.494.000 Op basis van het netto risicoprofiel als resultante van het risicomanagementproces
2,00 C gedeeld door D 2.851.104 1,02 x 0,8 x D
de kans van intreden en met de genomen beheersingsmaatregelen. De ‘Risico Top 10’ per 31-12-2014 is als volgt:
Opgemerkt zij dat, op basis van de per 31-122014 beschikbare informatie, van sommige onderkende risico’s niet precies bekend is óf en zo ja in welke omvang deze een financieel restrisico kennen. Dergelijke risico’s zijn dus wel in beeld en worden als zodanig bewaakt, maar zijn nog niet cijfermatig verdisconteerd in het weerstandsvermogen per 31-12-2014. Risico Top 10 Conform toezegging nr. 182 d.d. 29 juni 2011 wordt in de paragraaf weerstandsvermogen een ‘Risico Top 10’ opgenomen. Daarbij wordt voor de rangvolgorde uitgegaan van het netto risico, d.w.z. het financieel restrisico dat overblijft nadat rekening is gehouden met
Deel I - 181 -
Risico Top 10
Onderwerp
Brutorisico
Kans van intreden
1
Bocage: financiering CV/BV
7.500.000
50%
2
BPML / Bedrijventerrein St. Joost: borgstelling BNG
2.000.000
30%
3
Asbestproblematiek onderwijshuisvesting: totale kostenpost asbestsanering te verdelen tussen school en gemeente.
2.200.000
50%
4
Centrumplan Susteren: Vertragingsrisico en subsidies Centrumplan Susteren: Locatie B1
1.400.000
80%
713.000
70%
Bocage: grondexploitatie Centrumplan Susteren: Afnamerisico locatie B2
450.000
50%
482.000
50%
1.111.000
10%
200.000
50%
175.000
50%
5
6 7
8
9
10
Westelijke randweg: Inning bijdrage te leveren door OML BV Planschade’s actualisering bestemmingsplannen
Reinoud van Gelderstaat, locatie GVT Totaal
16.231.000
Getroffen beheersingsmaatregelen
Nettorisico
recht van hypotheek gegarandeerde grondopbrengst door Hurks van 1.500.000 voor Mommers-complex Extern lichaam, dus slechts in verwaarloosbare mate beïnvloedbaar via intensieve projectbewaking. Door de gemeenteraad is 603.000 (incl. 20.000 advieskosten) beschikbaar gesteld ten laste van de algemene reserve, waarvan 583.000 (basisbod gemeente) al is betaald aan school. Overleg met provincie m.b.t. gestelde voorwaarden. Niet aankopen zonder hoge mate van afnamegarantie.
750.000
Intensieve projectbewaking. Financiële positie potentiele afnemer monitoren in relatie tot risico verwerving. Intensieve projectbewaking.
225.000
Creëren voorzienbaarheid door vroegtijdige publicatie van plannen met daarin opgenomen de beleidsvoornemens. Intensieve projectbewaking.
100.000
600.000
497.000
448.000
249.000
121.000
111.000
88.000 3.189.000
Deel I - 182 -
Uit deze Risico Top 10 per 31-12-2014 blijkt dat: het in de meeste gevallen om financiële restrisico’s op projecten gaat; het totaal netto risico van deze Top 10 (€ 3.189.000) meer dan 91% vormt van de totale benodigde weerstandcapaciteit (€ 3.494.000); de grootste financiële restrisico’s vooral voortkomen uit een hoog bruto-risico in combinatie met een hoge kans van intreden; de grootste financiële restrisico’s voortkomen uit de projecten ‘BPML/Bedrijventerrein St. Joost’, ‘Bocage’ en ‘Centrumplan Susteren’ (samen € 2.393.000 oftewel 75% van het totaal netto-risico van deze Top 10). Omdat het totale gemeentelijke netto risicoprofiel als resultante van het risicomanagementproces voor een belangrijk deel voortvloeit uit projecten, wordt van alle projecten, dus ook die uit de Risico Top 10, nauwlettend de ontwikkeling van het risicoprofiel gevolgd om, indien noodzakelijk, tijdig nieuwe of aanvullende beheersmaatregelen te kunnen treffen. Dit gebeurt
zowel in het kader van het reguliere periodieke risicomanagementproces als in het kader van de periodieke projectenrapportage. Tot slot In deze paragraaf weerstandsvermogen is inzicht gegeven in de weerstandscapaciteit en het weerstandsvermogen, en is een Risico Top 10 behandeld. Via het risicomanagementproces dat deel uitmaakt van onze reguliere planning- en control cyclus wordt actief gestuurd op risicobeheersing om de risico’s zoveel mogelijk te beperken. Daarnaast is het zo dat in de praktijk niet alle risico’s zich zullen voordoen. Toch moeten we waakzaam blijven voor de mogelijke gevolgen van reeds ingezet en nieuw beleid, van ontwikkelingen in de projecten en van gevolgen die voortvloeien uit opgelegd rijksbeleid. Naast de risico’s genoemd in deze paragraaf zijn er ook nog risico’s benoemd in de toelichting op de programma’s en in de afzonderlijke paragrafen.
Deel I - 183 -
Deel I - 184 -
9.4 Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen Verordening 212: Bij de begroting en de jaarstukken neemt het college in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten in ieder geval op een overzicht van alsmede een stand van zaken met betrekking tot de geldende onderhoudsplannen. Algemeen Conform artikel 212 Gemeentewet doet het college in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallig onderhoud aan openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, straatmeubilair, riolering, gebouwen. De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen geeft een dwarsdoorsnede van de begroting. Uitgaven voor onderhoud komen door de gehele begroting voor. Met onderhoud van de kapitaalgoederen gaat een substantieel deel van de begroting om. Een goed overzicht is daarom van belang voor een goed inzicht in de financiële positie. De raad heeft met deze paragraaf de mogelijkheid om kaders te stellen in het onderhoud en de onderhoudstoestand van de diverse vakgebieden. Het gewenste niveau van het onderhoud is recht evenredig met de noodzakelijke kosten om dit niveau te bereiken en te handhaven. Het is gewenst om het onderhoudsniveau op alle vakgebieden in evenwicht met elkaar te hebben, zodat een goede keuze gemaakt kan worden tussen wat minimaal vereist is en de kosten die nodig zijn om een hoger onderhoudsniveau te handhaven. Riolering/waterhuishouding Het gemeentelijk rioleringsplan (GRP 2013 2016) werd door de raad op 27 juni 2013 goedgekeurd. Hierin zijn maatregelen opgenomen ter bescherming van de volksgezondheid en het verbeteren van de milieuhygiëne. Tevens is een doorkijk gemaakt naar de noodzakelijke ontwikkelingen op watergebied en worden hiervoor diverse onderzoeken uitgevoerd. De gemeentelijke rioleringszorg is vastgelegd in de wet Milieubeheer. In het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP), dat opgesteld is voor de jaren 2013-2016, is het gemeentelijke beleid betref-
fende het onderhoud en de gewenste verbeteringen van het gemeentelijke rioleringsstelsel vastgelegd. Aandachtspunten in het gemeentelijk beleid zijn onder andere: Het bestrijden van wateroverlast (Waterbeleid 21e eeuw en Nationaal bestuursakkoord Water) Het optimaliseren van de waterketen (OAS); Het opstellen van nieuwe doelen en maatregelen (Kader Richtlijn Water); Het aanpassen van de rioolheffing ter dekking van de kosten. Het opstellen van een onderhouds- en vervangingsplan voor de riolering, rekening houdende met de kostendekkendheid. Van belang hierbij is de relatie met de andere onderhoudsplannen wegen en groen. In 2015 wordt, binnen het samenwerkingsverband Limburgse Peelen , een nieuw Gemeentelijk Rioleringsplan met bijbehorend uitvoeringsprogramma opgesteld welk, in 2016 de raad ter vaststelling wordt aangeboden. Openbaar Groen Sedert 2008 werkt de gemeente met een waardevolle bomenlijst waarvoor in beginsel geen kapvergunning wordt afgegeven. Verder zijn gemeentelijke boomstructuren vastgesteld, bomen binnen deze structuren hebben dezelfde status. Overige bomen zijn gevrijwaard van een APV kapvergunning. In 2014 heeft een evaluatie van betreffende bomenlijst/bomennota plaats gevonden. De gemeentelijke structuurvisie bevat de thema’s en onderwerpen van het groenstructuur- en landschapsbeleidsplan. Daarnaast zal in 2015 een Groenvisie worden uitgewerkt. Deze Groenvisie zal de kaders vormen voor het nieuwe op te stellen en uit te werken groenbeheerplan 2015. Aan de hand van het groenbeheerplan zullen vervolgens werkplannen / bestekken worden uitgewerkt. Wegen Het beheer van wegen is het systematisch plannen, budgetteren, voorbereiden en uitvoeren van activiteiten die erop zijn gericht om de verhardingen hun functie te laten vervullen en voor lange termijn op economisch verantwoorde wijze mobiliteit, veiligheid en kwaliteit te waarborgen.
Deel I - 185 -
Momenteel wordt uitvoering gegeven aan de Wegbeheernota 2012-2016. In deze wegbeheernota is het kwaliteitsniveau van de verhardingen van de wegen vastgelegd en de te nemen onderhoudsmaatregelen worden in principe op het vastgestelde kwaliteitsniveau afgestemd. Het jaarlijkse onderhoud wordt met behulp van het beheerprogramma met afstemming van andere producten vastgesteld. Uitgangspunt blijft dat de verkeersdeelnemers veilig gebruik kunnen maken van de gemeentelijke verhardingen. Verkeer Het verkeersplan Echt-Susteren (in 2006 door de raad vastgesteld) fungeert enerzijds als een beleidslijn voor toekomstige plannen, anderzijds bevat het een uitvoeringsprogramma met concrete maatregelen voor de komende jaren. Bij de inrichting en beheer van de openbare ruimte en bij ontwikkelingen speelt verkeer een belangrijke rol, in verband met verkeersveiligheid en bereikbaarheid. In de gemeentelijke enquêtes heeft het vakgebied steeds een hoge prioriteit. Belangrijke facetten hierin zijn openbaar vervoer, verbeteringen fietsverbindingen (schooljeugd en recreatief), vergroting verkeersveiligheid, verbetering van de bereikbaarheid en leefbaarheid. Civieltechnische kunstwerken Aan de hand van een visuele inspectie is de toestand van de civieltechnische kunstwerken vastgelegd in het Uitvoeringsplan Civieltechnische Kunstwerken 2011-2015. De jaarlijkse onderhoudskosten ad € 30.000 zijn ondergebracht bij onderhoud wegen. Openbare Verlichting De kwaliteit van de openbare verlichting is van groot belang voor de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de leefbaarheid. Daarnaast spelen sfeer-, milieu- en energieaspecten een rol. Gezien de steeds verdergaande aansprakelijkheid van de gemeente is het belangrijk door middel van een beleidsplan het huidige beeld weer te geven en nieuw beleid te formuleren. De voornaamste uitgangspunten van het huidige beleidsplan zijn het vervangen van oude lichtmasten en oude armaturen. In de nieuwe armaturen worden in principe alleen maar lampen met een LED lichtbron toegepast.
Gemeentewerf Echt Na de grondige verbouwing van de centrale gemeentewerf Echt in 2013 is deze op 31 januari 2014 door burgemeester J. Hessels geopend. Gebouwen Het beheerplan 2011 heeft in 2014 een aantal mutaties ondergaan. Onttrokken aan het bestand van de gemeentelijke gebouwen zijn de gebouwen van de voormalige huishoudschool te Echt (gesloopt), het pand van de Kompenie in Susteren (verkocht), de voormalige lagere school Heerweg, de gemeentewerf in Susteren (verkocht) en de brandweerkazerne in Echt (overgedragen aan de veiligheidsregio). Toegevoegd aan het bestand van de gemeentelijke gebouwen zijn de nieuwe Reinoudhal te Susteren, BMV D’n Hook te Susteren, gemeenschapshuis Pius X te Echt en buurthuis St Joris te Echt-Noord. Algemeen Voor het onderhoud van de gemeentelijke gebouwen is er een voorzieningen te weten, de voorziening onderhoud gemeentelijke gebouwen en sportaccommodaties. Conform het besluit van de Raad zijn er jaarlijks dotaties aan deze voorziening. Daarnaast zijn de opbrengsten van De Kompenie en de gemeentewerf Susteren, na aftrek van de kosten verbonden aan de verkoop, toegevoegd aan deze voorziening. Voor de gemeenschapshuizen worden door de beheersstichting, als onderdeel van de exploitatie, middelen gereserveerd voor groot onderhoud. Klein onderhoud wordt door de beheersstichtingen uitgevoerd. De ter beschikking staande middelen voor het onderhoud van de gemeentelijke gebouwen zijn voldoende om de geplande werkzaamheden uit te voeren. Gezien het aantal mutaties wordt het meerjarenonderhoudsplan in 2015 aangepast. Onderhoud Ook in 2014 zijn de meerjarenonderhoudsplanningen van 2011 leidraad geweest bij de uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden. Door de verbouwing van de Sjirp is het onderhoud aan dit gebouw in 2014 uiteraard beperkt geweest. Omdat er geen huurder zit in het gemeentelijke pand Houtstraat 48 Echt is het onderhoud teruggebracht tot het hoogst noodzakelijke. De raad heeft eind 2014 besloten tot renovatie van zwembad De Bandert. De projectvoorbe-
Deel I - 186 -
reiding hiervan wordt in 2015 opgepakt. Onderhoudswerkzaamheden aan het zwembad wor-
Beheerplannen Plannen
Vastgesteld door de raad
den tot deze verbouwing beperkt tot het hoogst noodzakelijke.
Maand & jaar
Financiële vertaling begroting en meerjarenraming
Meerjarig investeringsplan (MIP) 2015-2018 GRP 1) Waterplan Gemeentelijke gebouwen inclusief sportaccommodaties Verlichtingsplan Onderwijshuisvesting Kunstwerken Gebouwen Structuurvisie Groenvisie
Ja
November 2014
Ja
Ja Ja Ja
Juni 2013 Februari 2011 December 2011
Ja Ja Ja
Ja Ja Nee Ja Ja
Ja Ja Ja Ja Nee Ja
Wegbeheerplan Groenbeheerplan
Ja
December 2012 December 2007 Juni 2011 December 2011 Januari 2015 Gepland: September 2015 Juni 2011 Gepland: December 2015
Ja Ja
Beschikbare middelen (excl. Doorverdelingen en kapitaallasten) Team Beheer openbare ruimte binnen en buiten Naam Rekening 2013 Begroting 2014 Openbare verlichting Beheer en onderhoud wegen en verkeer Openbaar groen Verkeer Beheer/onderhoud riolering en waterhuishouding Beheer gebouwen
Rekening 2014
€ €
589.136 1.845.426
€ €
444.450 2.113.587
€ €
504.825 2.023.766 2)
€ € €
882.683 123.866 957.113
€ € €
905.950 108.000 1.135.400
€ € €
880.015 125.284 883.104 3)
€
342.907
€
314.500
€
518.766 4)
1
) Gemeentelijk Rioleringsplan ) Overschot wordt gestort in reserve of voorziening 3 ) Idem 4 ) Inclusief opbrengst verkoop gemeentelijke gebouwen 2
Deel I - 187 -
Deel I - 188 -
9.5 Financieringsparagraaf Verordening 212: In de paragraaf financiering bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten in ieder geval op: a. de kasgeldlimiet; b. de renterisiconorm; c. de berekening van het emu-saldo (bij de begroting Algemeen Op 1 januari 2001 is de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) in werking getreden. De Wet fido stelt regels voor het financieringsgedrag van de decentrale overheden, met name gaat het om regels voor het beheersen van financiële risico’s, zowel op aangetrokken als op uitgezette middelen en voor het beheer van de treasury. In dit statuut is de beleidsmatige kant van de treasuryfunctie vastgelegd in de vorm van uitgangspunten, doelstelling, richtlijnen en limieten. In december 2012 is het Financieringsstatuut van de gemeente Echt-Susteren herzien en vastgesteld door het college. Kredietrisico op verstrekte leningen. Tot 1994 werden leningen ten behoeve van sociale woningbouw door de gemeente aangetrokken en verstrekt aan de woningcorporaties. Het saldo van de leningen aan de woningcorporaties bedraagt per 31-12-2014 € 2.786.358. Al deze leningen zijn ondergebracht bij de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Vanaf 1994 trekken woningcorporaties zelf geldleningen aan die eveneens worden ondergebracht bij het WSW. De gewaarborgde geldleningen voor een bedrag van € 3.557.001 ten behoeve van bejaardenoorden, verenigingen en gemeenschapshuizen betreffen leningen die toegestaan zijn volgens het Financieringsstatuut. Samenstelling lening portefeuille en spreiding renterisico. Volgens de staat van de vaste leningen, behorende bij de jaarrekening 2014 bedraagt de restant schuld, inclusief de leningen voor woningbouw per 31 december 2014 € 47.553.356. De lasten van rente in 2014 bedragen € 1.320.564. Het gemiddeld rentepercentage bedraagt derhalve 2,40%. Het effectief percentage bedraagt 2,30%. Dit is het percentage exclusief de leningen ter finan-
ciering van de woningbouw. De hieruit voortvloeiende lasten worden van de betreffende corporaties terugontvangen. Wanneer de markt daartoe aanleiding geeft en de bepalingen in de betreffende contracten de mogelijkheid bieden, zullen wij converteren waardoor er ruimte kan ontstaan voor te formuleren nieuw beleid zonder extra belasting voor de burgers. In 2014 zijn een tweetal nieuwe leningen aangetrokken van totaal € 24.000.000 ter consolidering van de kortlopende schuld. De twee leningen bestaan uit een lening ad € 10.000.000 met een looptijd van één jaar en één dag. Hiermee voldoet deze lening aan de definitie van een langlopende geldlening. Gekozen is voor deze optie omdat de rente historisch laag staat en op deze wijze optimaal gebruik wordt gemaakt van de lage rentestand. Het betekent wel dat in 2015 opnieuw een langlopende geldlening moet worden afgesloten. Opnieuw wordt beoordeeld op het verantwoord is te kiezen voor de minimale periode van één jaar en één dag of dat voor een langere periode wordt gekozen. De rente–ontwikkelingen worden hiertoe nauwgezet gevolgd. De tweede lening is een lening ad € 14.000.000 met een looptijd van 10 jaar. Renterisiconorm Voor de leningen is van belang de wettelijke renterisico norm. Door deze normstelling, zijnde 20% van het begrotingstotaal bij aanvang van het dienstjaar, wordt een kader gesteld om openbare lichamen tot een zodanige opbouw van de leningenportefeuille te laten komen, dat het renterisico uit hoofde van rente aanpassing en herfinanciering van leningen in voldoende mate wordt beperkt. Bij een gelijkmatige opbouw van de leningenportefeuille, waarbij niet in enig jaar een onevenredig groot deel van de leningenportefeuille geherfinancierd behoeft te worden, wordt het renterisico op de vaste schuld gespreid over de jaren. Een verandering van de rente werkt zodoende vertraagd door op de rentelasten en baten in enig jaar. Ten behoeve van de berekening van het renterisico dient onderstaande modelstaat B te worden opgesteld. Modelstaat B Renterisico vaste schuld over het jaar 2014 Gemeente Echt-Susteren Provincie Limburg
Deel I - 189 -
Toelichting: renterisico vaste schuld in relatie tot renterisiconorm Modelstaat B wordt eenmaal per jaar als onderdeel van de financieringsparagraaf bij de begroting en het jaarverslag naar de toezichthouder gezonden. Op deze staat wordt het renterisico van de komende 4 jaren gerapporteerd. Het renterisico heeft betrekking op de vaste schuld en op het bedrag waarover renterisico wordt gelopen. Naast de renteherzieningen zijn hiervoor ook de aflossingen van belang, want het renterisico wordt verkleind door aflossingen in de tijd te spreiden. Het renterisico heeft betrekking op het gehele openbare lichaam, zoals ook op de gemeentelijke krediet-
bank en op diensten zoals het grondbedrijf. Het renterisico wordt getoetst aan het bedrag van de renterisiconorm. De renterisiconorm heeft betrekking op het totaal van de begroting. Opmerking: De openingszin van Modelstaat B luidt dat deze eenmaal per jaar als onderdeel van de financieringsparagraaf bij de begroting en het jaarverslag naar de toezichthouder wordt verzonden. Als er geen substantiële wijzigingen zijn opgetreden ten opzichte van de staat, zoals die in de begroting is opgenomen over het bedoelde jaar, kan dit in het jaarverslag kort worden aangegeven en kan de staat in het jaarverslag achterwege blijven.
Modelstaat B (bedragen x € 1.000)
Stap
Variabelen Renterisiconorm
2014 begroot
1 2 3
Renteherzieningen Aflossingen Renterisico 1 + 2
4 5a = 4 > 3 5b = 3 > 4
Renterisiconorm Ruimte onder renterisiconorm Overschrijding renterisiconorm
2014 rekening
0 7.413 7.413
24.000 7.413 31.413
13.188 5.575
13.188 18.225
Berekening renterisiconorm 4a 4b 4 = (4a x 4b /100)
Begrotingstotaal Percentage regeling Renterisiconorm
65.939 20% 13.188
Kasgeldlimiet De begrenzing van de renterisico’s op de gemeentelijke kortlopende middelen vindt plaats door het vaststellen van een kasgeldlimiet. Dit is geconcretiseerd in de vorm van een maximum percentage van het begrotingstotaal dat gedurende enig jaar met kortlopende middelen mag worden gefinancierd. Het percentage voor gemeenten is voor onbepaalde tijd vastgesteld op 8,5%. De kasgeldlimiet moet worden berekend bij aanvang van elk kalenderjaar en bij wijziging van elk percentage
Begrotingstotaal 2014 Het bij ministeriele regeling vastgesteld percentage Kasgeldlimiet:
€ 65.939.000 x 8,5% =
€ 5.605.000
€ 65.939.000
8,5%
Deel I - 190 -
Toelichting kasgeldlimiet Vanaf 2009 is het insturen van de kwartaalopgaven aan de toezichthouder, door een wijziging van de wet Fido, komen te vervallen. Rapportage van over- c.q. onderschrijding vindt nu plaats via de financieringsparagraaf bij de Jaarrekening en bij de Begroting. Als in drie achtereenvolgende kwartaalrapportages de kasgeldlimiet wordt overschreden, wordt de toezichthouder daarvan op de hoogte gesteld, zo enigszins mogelijk ruim voorafgaand aan de derde overschrijding. In een plan van aanpak moeten we dan aangegeven hoe we opnieuw aan de kasgeldlimiet denken te zullen gaan voldoen. Dit plan behoeft de goedkeuring van Gedeputeerde Staten. De kwartaalrapportages 2014 zijn als bijlagen bij deze paragraaf gevoegd. Hieruit blijkt dat in het eerste en tweede kwartaal 2014 sprake was van een overschrijding van de kasgeldlimiet. in het derde kwartaal is een vaste geldlening afgesloten, zodat er weer sprake was van een onderschrijding van de kasgeldlimiet. In het vierde kwartaal was er wederom een overschrijding van de kasgeldlimiet. De oorzaak hiervan is dat het meerjarig investeringsplan voortvarend tot uitvoering wordt gebracht. Raamcontract BNG Bij het door onze organisatie afgesloten raamcontract met de BNG inzake de integrale dienstverlening wordt bij een eventuele debetstand, voor zover deze een bedrag van € 5,603 miljoen te boven gaat, gebruik gemaakt van een kasgeldlening. Bij een eventuele creditstand op de rekening-courant wordt geld afgeroomd en uitgezet. Restrictie bij deze vorm van dienstverlening is de bepaling dat bij het aantrekken van vaste geldleningen andere geldgevers pas in aanmerking komen indien deze t.o.v. de BNG een percentage offreren welke minimaal ca. 0,05% lager is. Voor zover het kredietmaximum werd c.q. dreigde te worden overschreden werd ter voorziening van de tijdelijke kredietbehoefte door onze gemeente gebruik gemaakt van het instrument kasgeldleningen. Saldo per
31-12-2003 31-12-2004 31-12-2005 31-12-2006 31-12-2007
Saldo vaste geldleningen € € € € €
20.917.166 19.244.746 29.089.252 42.194.328 45.439.751
Door de historisch lage rente voor kort geld is in 2014 ook de ruimte binnen de kasgeldlimiet gedekt middels het aantrekken van kort geld. Dit was gelet op de lage rente voordeliger, dan gebruikt te maken van de faciliteiten binnen de kasgeldlimiet. Voor kort geld betaalden we ongeveer 0,05% per maand voor rente binnen de kasgeldlimiet ongeveer 0,40% per maand. Gemeenteschuld Om een beeld te kunnen vormen van onze gemeentelijke schuldpositie kan men werken met diverse ratio’s. Vaak komen hier echter cijfers uit die wel van toepassing zijn voor het bedrijfsleven, maar in mindere mate geschikt zijn voor de lagere overheid. Derhalve wordt gekozen voor een andere insteek om toch een oordeel te kunnen vormen over onze gemeentelijke schuldenpositie. Men kan zich de vraag stellen: wanneer is de schuld te hoog? In zijn algemeenheid kan men zeggen dat de schuld te hoog is als deze meer bedraagt dan 150% van de exploitatie-uitgaven. Voorzichtigheid is geboden indien de schuld tussen de 100% en 150% van de exploitatie-uitgaven bedraagt. Schulden nemen door de rentelasten meerjarig begrotingsruimte in. Indien de rentelasten te hoog oplopen, wordt er te zeer beslag gelegd op de begrotingsruimte, waardoor er geen ruimte meer overblijft voor reguliere activiteiten. In onderstaande tabel zijn opgenomen de saldo van de geldleningen per 31-12 van het dienstjaar evenals de betaalde rente behorende bij deze geldleningen en de exploitatietotalen per 31-12 van het dienstjaar. In de laatste kolom wordt de verhouding weergegeven tussen de schuld en het exploitatietotaal. Geconcludeerd mag worden dat onze gemeente met een percentage schuld ad 72,13% in relatie tot het exploitatie totaal voor 2014 zich in de veilige zone bevind.
Betaalde rente
€ € € € €
1.000.952 1.014.778 1.401.178 1.380.907 1.748.731
Exploitatietotaal begroot € € € € €
48.454.000 55.273.000 54.851.000 49.601.000 50.280.000
Schuld exploitatietotaal in procenten 43,17% 34,82% 53,03% 85,06% 90,37% Deel I - 191 -
Saldo per
31-12-2008 31-12-2009 31-12-2010 31-12-2011 31-12-2012 31-12-2013 31-12-2014
Saldo vaste geldleningen € € € € € € €
42.319.016 57.338.748 62.438.985 51.523.928 33.493.729 54.967.283 47.553.356
Betaalde rente
€ € € € € € €
1.935.203 2.052.069 2.189.949 2.105.744 1.852.055 1.433.187 1.320.564
Exploitatietotaal begroot € € € € € € €
55.002.000 64.431.000 66.209.000 69.796.000 67.850.000 65.269.000 65.939.000
Schuld exploitatietotaal in procenten 76,94% 88,99% 94,31% 73,82% 49,36% 84,22% 72,13%
Deel I - 192 -
In onderstaand overzicht wordt de ontwikkeling van de schuld en de bijbehorende rentelasten
weergegeven.
Schatkistbankieren De wet schatkistbankieren is op 15 december 2013 van kracht geworden. De wet verplicht alle decentrale overheden om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. Het woord ‘overtollig’ verwijst naar alle middelen die decentrale overheden niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak. Een decentrale overheid behoudt, op basis van de wet Fido, de mogelijkheid om leningen te verstrekken en uitzettingen te verrichten uit hoofde van de publieke taak. Deelname aan schatkistbankieren verandert daar niets aan. Voor Echt-Susteren heeft het schatkistbankieren weinig gevolgen. Doordat er fors geinvesteerd wordt moeten er financiële middelen aangetrokken worden. Alleen in het tweede kwartaal is er tijdelijk sprake geweest van een positief saldo op onze liquide middelen. Er zijn geen overtollige middelen uit te zetten, behoudens de belegging van de Essent-opbrengst bij APG. Op het moment dat deze middelen vrijvallen, betekent dit, dat er minder geleend hoeft te worden.
Met de wet HOF zijn de Europese afspraken van het Stabiliteits- en Groeipact en het reeds bestaande Nederlandse budgettaire beleid vanaf 1 januari 2014 wettelijk verankerd. De Wet Hof bepaalt onder meer dat Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen een gelijkwaardige inspanning leveren bij het op orde brengen van de overheidsfinanciën. Daarmee worden de tekorten van gemeenten of provincies door de Europese Commissie meegeteld bij de berekening van het begrotingstekort, dat volgens de EUregels niet meer dan drie procent mag bedragen. Alle betrokken partijen hebben de intentie uitgesproken dat het tekort van de mede overheden in 2017 gaat dalen naar 0,2% van het nationale inkomen. Tegelijkertijd geeft het kabinet ook in de jaren 2014 en 2015 de mede overheden dezelfde tekortruimte als in 2013 is overeengekomen, namelijk -0,5%. Daarna daalt dit tekort in 2016 naar -0,4% en in 2017 naar- 0,3%. Deze twee percentages zijn in het akkoord tussen haakjes gezet. Eind 2015 zal worden bezien of deze daling mogelijk en verantwoord is op basis van de realisaties in de jaren hiervoor.
Wet houdbare overheidsfinanciën (wet Hof) Op 10 december 2013 is de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF) van kracht geworden.
Deel I - 193 -
Modelstaat A Liquiditeitspositie over het 1e kwartaal van het jaar 2014 Provincie Limburg Betreft: gemeente Echt-Susteren Berekening liquiditeitspositie Op deze staat dient eenmaal per kwartaal de gemiddelde liquiditeitspositie over het voorgaande kwartaal te worden ingevuld. Het gaat hierbij om de gemiddelde liquiditeitspositie van het gehele openbare lichaam, inclusief bedrijven en andere takken van dienst. Schuldverhoudingen tussen de algemene dienst en bedrijven of andere takken van dienst dienen niet te worden opgenomen. De staten dienen op kwartaalbasis te worden verstuurd naar de toezichthouder. De staten over de kwartalen van het afgelopen jaar worden tevens als onderdeel van de financieringsparagraaf in het
jaarverslag over het voorgaande jaar naar de toezichthouder gezonden. Bij het bepalen of een lening tot een korte schuld gerekend kan worden, dient rekening te worden gehouden met de gehanteerde derivaten. Uitgangspunt hierbij is dat het resultaat van de onderliggende lening en het derivaat telt. Een lange vastrentende lening waarop een derivaat wordt afgesloten, met als gevolg een variabele (bv. 3-maands) rente, heeft een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar en dient dus tot de korte schuld te worden gerekend.
Bedrag x € 1.000 € 4.580 € 9.923 € 9.013
(1) Vlottende (korte) schuld
maand 1 maand 2 maand 3
(2) Vlottende middelen
maand 1 maand 2 maand 3
€ € €
1.149 1.188 1.514
(3) Netto vlottende schuld (+) overschot vlottende middelen (-) (1-2)
maand 1 maand 2 maand 3
€ € €
3.431 8.735 7.499
(4) Gemiddelde netto vlottende schuld (+) Gemiddeld overschot vlottende middelen (-)
€
6.555
(5) Kasgeldlimiet (6a) Ruimte onder kasgeldlimiet (5-4) (6b) Overschrijding van de kasgeldlimiet (4-5)
€
5.605
€
950
€
65.939 8,5% 5.605
Berekening kasgeldlimiet De kasgeldlimiet moet worden berekend bij aanvang van elk kalenderjaar en bij wijziging van elk percentage (post 8). (7) Begrotingstotaal (8) Het bij ministeriele regeling vastgesteld percentage (9) Kasgeldlimiet: 7 x 8 : 100
€
Deel I - 194 -
Toelichting Post 1: het gezamenlijk bedrag van 1. de opgenomen gelden met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van korter dan één jaar; 2. de schuld in rekening-courant; 3. de voor een termijn van korter dan één jaar ter bewaring in de kas gestorte gelden van derden; 4. overige geldleningen die geen onderdeel uitmaken van de vaste schuld.
Post 2: het gezamenlijk bedrag van 1. de contante gelden in kas; 2. de tegoeden in rekening-courant; 3. de overige uitstaande gelden met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar. Post 7: stand van de begroting per 1 januari van het desbetreffende jaar
Deel I - 195 -
Modelstaat A Liquiditeitspositie over het 2e kwartaal van het jaar 2014 Provincie Limburg Betreft: gemeente Echt-Susteren Berekening liquiditeitspositie Op deze staat dient eenmaal per kwartaal de gemiddelde liquiditeitspositie over het voorgaande kwartaal te worden ingevuld. Het gaat hierbij om de gemiddelde liquiditeitspositie van het gehele openbare lichaam, inclusief bedrijven en andere takken van dienst. Schuldverhoudingen tussen de algemene dienst en bedrijven of andere takken van dienst dienen niet te worden opgenomen. De staten dienen op kwartaalbasis te worden verstuurd naar de toezichthouder. De staten over de kwartalen van het afgelopen jaar worden tevens als onderdeel van de financieringsparagraaf in het jaarverslag
over het voorgaande jaar naar de toezichthouder gezonden. Bij het bepalen of een lening tot een korte schuld gerekend kan worden, dient rekening te worden gehouden met de gehanteerde derivaten. Uitgangspunt hierbij is dat het resultaat van de onderliggende lening en het derivaat telt. Een lange vastrentende lening waarop een derivaat wordt afgesloten, met als gevolg een variabele (bv. 3-maands) rente, heeft een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar en dient dus tot de korte schuld te worden gerekend.
Bedrag x € 1.000 € 10.972 € 10.000 € 10.000
(1) Vlottende (korte) schuld
maand 1 maand 2 maand 3
(2) Vlottende middelen
maand 1 maand 2 maand 3
€ € €
1.590 2.948 5.836
(3) Netto vlottende schuld (+) overschot vlottende middelen (-) (1-2)
maand 1 maand 2 maand 3
€ € €
9.382 7.052 4.164
(4) Gemiddelde netto vlottende schuld (+) Gemiddeld overschot vlottende middelen (-)
€
6.866
(5) Kasgeldlimiet (6a) Ruimte onder kasgeldlimiet (5-4) (6b) Overschrijding van de kasgeldlimiet (4-5)
€
5.605
€
1.261
€
65.939
€
5.605
Berekening kasgeldlimiet De kasgeldlimiet moet worden berekend bij aanvang van elk kalenderjaar en bij wijziging van elk percentage (post 8). (7) Begrotingstotaal (8) Het bij ministeriele regeling vastgesteld percentage 8,5% (9) Kasgeldlimiet: 7 x 8 : 100
Deel I - 196 -
Toelichting Post 1: het gezamenlijk bedrag van 1. de opgenomen gelden met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van korter dan één jaar; 2. de schuld in rekening-courant; 3. de voor een termijn van korter dan één jaar ter bewaring in de kas gestorte gelden van derden; 4. overige geldleningen die geen onderdeel uitmaken van de vaste schuld.
Post 2: het gezamenlijk bedrag van 1. de contante gelden in kas; 2. de tegoeden in rekening-courant; 3. de overige uitstaande gelden met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar. Post 7: stand van de begroting per 1 januari van het desbetreffende jaar
Deel I - 197 -
Modelstaat A Liquiditeitspositie over het 3e kwartaal van het jaar 2014 Provincie Limburg Betreft: gemeente Echt-Susteren Berekening liquiditeitspositie Op deze staat dient eenmaal per kwartaal de gemiddelde liquiditeitspositie over het voorgaande kwartaal te worden ingevuld. Het gaat hierbij om de gemiddelde liquiditeitspositie van het gehele openbare lichaam, inclusief bedrijven en andere takken van dienst. Schuldverhoudingen tussen de algemene dienst en bedrijven of andere takken van dienst dienen niet te worden opgenomen. De staten dienen op kwartaalbasis te worden verstuurd naar de toezichthouder. De staten over de kwartalen van het afgelopen jaar worden tevens als onderdeel van de financieringsparagraaf in het jaarverslag
over het voorgaande jaar naar de toezichthouder gezonden. Bij het bepalen of een lening tot een korte schuld gerekend kan worden, dient rekening te worden gehouden met de gehanteerde derivaten. Uitgangspunt hierbij is dat het resultaat van de onderliggende lening en het derivaat telt. Een lange vastrentende lening waarop een derivaat wordt afgesloten, met als gevolg een variabele (bv. 3-maands) rente, heeft een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar en dient dus tot de korte schuld te worden gerekend.
Bedrag x € 1.000 € 8.500 € 0 € 0
(1) Vlottende (korte) schuld
maand 1 maand 2 maand 3
(2) Vlottende middelen
maand 1 maand 2 maand 3
€ € €
10.222 2.454 1.913
(3) Netto vlottende schuld (+) overschot vlottende middelen (-) (1-2)
maand 1 maand 2 maand 3
- € - € - €
1.722 2.454 1.913
€ - €
2.029
(4) Gemiddelde netto vlottende schuld (+) Gemiddeld overschot vlottende middelen (-)
(5) Kasgeldlimiet (6a) Ruimte onder kasgeldlimiet (5-4) (6b) Overschrijding van de kasgeldlimiet (4-5)
€ € €
5.605 7.634
€
65.939
€
5.605
Berekening kasgeldlimiet De kasgeldlimiet moet worden berekend bij aanvang van elk kalenderjaar en bij wijziging van elk percentage (post 8). (7) Begrotingstotaal (8) Het bij ministeriele regeling vastgesteld percentage 8,5% (9) Kasgeldlimiet: 7 x 8 : 100
Deel I - 198 -
Toelichting Post 1: het gezamenlijk bedrag van 1. de opgenomen gelden met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van korter dan één jaar; 2. de schuld in rekening-courant; 3. de voor een termijn van korter dan één jaar ter bewaring in de kas gestorte gelden van derden; 4. overige geldleningen die geen onderdeel uitmaken van de vaste schuld.
Post 2: het gezamenlijk bedrag van 1. de contante gelden in kas; 2. de tegoeden in rekening-courant; 3. de overige uitstaande gelden met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar. Post 7: stand van de begroting per 1 januari van het desbetreffende jaar
Deel I - 199 -
Modelstaat A Liquiditeitspositie over het 4e kwartaal van het jaar 2014 Provincie Limburg Betreft: gemeente Echt-Susteren Berekening liquiditeitspositie Op deze staat dient eenmaal per kwartaal de gemiddelde liquiditeitspositie over het voorgaande kwartaal te worden ingevuld. Het gaat hierbij om de gemiddelde liquiditeitspositie van het gehele openbare lichaam, inclusief bedrijven en andere takken van dienst. Schuldverhoudingen tussen de algemene dienst en bedrijven of andere takken van dienst dienen niet te worden opgenomen. De staten dienen op kwartaalbasis te worden verstuurd naar de toezichthouder. De staten over de kwartalen van het afgelopen jaar worden tevens als onderdeel van de financieringsparagraaf in het
jaarverslag over het voorgaande jaar naar de toezichthouder gezonden. Bij het bepalen of een lening tot een korte schuld gerekend kan worden, dient rekening te worden gehouden met de gehanteerde derivaten. Uitgangspunt hierbij is dat het resultaat van de onderliggende lening en het derivaat telt. Een lange vastrentende lening waarop een derivaat wordt afgesloten, met als gevolg een variabele (bv. 3-maands) rente, heeft een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar en dient dus tot de korte schuld te worden gerekend.
(1) Vlottende (korte) schuld
maand 1 maand 2 maand 3
(2) Vlottende middelen
maand 1 maand 2 maand 3
(3) Netto vlottende schuld (+) overschot vlottende middelen (-) (1-2)
maand 1 maand 2 maand 3
Bedrag x € 1.000 € 0 € 1.204 € 3.831 € € €
567 486 141
€ € €
567 718 3.690
(4) Gemiddelde netto vlottende schuld (+) Gemiddeld overschot vlottende middelen (-)
€
1.280
(5) Kasgeldlimiet (6a) Ruimte onder kasgeldlimiet (5-4) (6b) Overschrijding van de kasgeldlimiet (4-5)
€
5.605
€
4.325
€
65.939 8,5% 5.605
-
Berekening kasgeldlimiet De kasgeldlimiet moet worden berekend bij aanvang van elk kalenderjaar en bij wijziging van elk percentage (post 8). (7) Begrotingstotaal (8) Het bij ministeriele regeling vastgesteld percentage (9) Kasgeldlimiet: 7 x 8 : 100
€
Deel I - 200 -
Toelichting Post 1: het gezamenlijk bedrag van 1. de opgenomen gelden met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van korter dan één jaar; 2. de schuld in rekening-courant; 3. de voor een termijn van korter dan één jaar ter bewaring in de kas gestorte gelden van derden; 4. overige geldleningen die geen onderdeel uitmaken van de vaste schuld.
Post 2: het gezamenlijk bedrag van 1. de contante gelden in kas; 2. de tegoeden in rekening-courant; 3. de overige uitstaande gelden met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar. Post 7: stand van de begroting per 1 januari van het desbetreffende jaar
Deel I - 201 -
Deel I - 202 -
9.6 Paragraaf bedrijfsvoering Verordening 212: In de paragraaf bedrijfsvoering bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten in ieder geval op: a. de omvang, opbouw en ontwikkeling van het personeelsbestand; b. het percentage ziekteverzuim.de omvang, opbouw en ontwikkeling Inleiding In de begroting is melding gemaakt dat de samenwerking tussen de gemeente Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen (MER) in 2014 zou worden geïntensiveerd. Dat is ook het geval geweest, o.a. op het gebied van de nieuwe taken van het Sociaal Domein en de bedrijfsvoering. Dat neemt niet weg dat ook hier in ‘huis’ de dagelijkse werkzaamheden maar ook projecten gewoon zijn opgepakt. In die zin is het tweeledig geweest. Enerzijds: zorgen dat we in huis doen wat is afgesproken en anderzijds de blik naar buiten om te onderzoeken of we bepaalde onderdelen middels samenwerken nog beter en slimmer kunnen organiseren. MER-samenwerking Zoals gezegd hebben we in 2014 de nodige tijd en energie gestoken om te onderzoeken of en hoe we onderdelen slimmer en beter kunnen organiseren door samen te werken. Dit heeft erin geresulteerd dat er inmiddels een speciaal programma bedrijfsvoering is, dat zich hier mee bezig houdt. In dit onderzoek worden de volgende organisatie onderdelen meegenomen: financiën, P&O, I&A, DIV en inkoop. Daarnaast zijn ook vrijwel alle onderdelen actief betrokken bij de MER-samenwerking op verschillende manieren. Zo is een aantal I&A projecten opgestart, waarvan er één succesvol is afgerond: de informatiearchitectuur. De overige projecten zijn een aanbesteding van een zaaksysteem, telecommunicatie en ondersteuning van het sociaal domein. Tot slot is belangrijke rol weggelegd voor het DIV team als het gaat om het scannen van post en dossiers voor de omgevingsdienst. We zijn dus op alle niveaus (strategisch, tactisch en operationeel) actief betrokken bij de MER-samenwerking en dat wordt in 2015 alleen nog maar meer. Juridische zaken Op basis van een onderzoek van de Rekenkamercommissie eind 2013 is in 2014 gestart met de uitvoering van een aantal aanbevelingen. Zo heeft er vanuit Juridische Zaken met ieder team
een gesprek plaatsgevonden om de adviserende en ondersteunende rol bij het bewaken van de kwaliteit van de gemeentelijke producten onder de aandacht te brengen. In vergelijking tot voorgaande jaren is het aantal bezwaren redelijk stabiel gebleven met soms een uitschieter. Deze uitschieters zijn meestal het gevolg van beleids- en wetswijzigingen, zoals op het terrein hulp bij huishouden. Gezien het grote aantal herindicaties (ca. 600 ) is het aantal bezwaarschriften beperkt gebleven (49). Van deze bezwaarschriften zijn er 6 (gedeeltelijk) gegrond verklaard. Deze bezwaarschriften zijn middels het zogenaamde ‘ambtelijk horen’ snel, efficiënt en klantvriendelijk afgehandeld. Meer dan voorheen is ook ingezet op premediation wat in diverse gevallen tot een minnelijke oplossing dan wel het intrekken van het bezwaarschrift heeft geleid. Daarnaast zijn we overspoeld met veel oneigenlijke verzoeken op basis van de Wet Openbaarheid Bestuur (Wob), waarbij het gaat om het innen van dwangsommen en/of proceskostenvergoedingen als de gemeente niet tijdig of volledig aan hun verzoek tegemoet komt. De afhandeling heeft veel tijd en energie gekost. Vanuit het Rijk is men bezig om de wetgeving hierop aan te passen. Vanuit Juridische Zaken is inmiddels een effectieve procedure ontwikkeld die er in veel gevallen toe heeft geleid dat de verzoeken zijn ingetrokken dan wel buiten behandeling konden worden gesteld. Verder kan worden opgemerkt dat vanuit de organisatie en de MER-omgevingsdienst veelvuldig gebruik is gemaakt van de juridische vraagbaakfunctie. Hierdoor kunnen juridische risico’s al in de voorfase worden afgewend. Tot slot is er sprake van een lichte daling van het aantal ingediende schadeclaims. De goede communicatie voorafgaand aan het indienen van een claim over de (on)haalbaarheid heeft daaraan bijgedragen. HRM ontwikkelingen CAO Op 15 juli 2014 hebben de VNG en de vakbonden een principeakkoord gesloten voor een nieuwe CAO-gemeenten. Deze cao heeft een looptijd van 1 januari 2013 tot 1 januari 2016. In deze nieuw cao zijn naast salarisafspraken verder stappen gezet in de modernisering van de arbeidsvoorwaarden. De uitvoering van de nieuwe cao heeft gedeeltelijk plaatsgevonden in
Deel I - 203 -
2014. Een aantal onderdelen wordt in 2015 en de daaropvolgende jaren nog verder uitgewerkt. HR-visie en gezamenlijke arbeidsvoorwaarden In 2014 is een HR-visie tot stand gekomen met hierin als centraal thema de ruilrelatie waarbij er sprake is van goed werkgeverschap én goed werknemerschap. Zo is per 1 januari 2015 de verplichte tijdsregistratie vervallen en zijn er ruimere mogelijkheden ingevoerd om plaats- en tijdsonafhankelijk te werken. De voorbereidingen hierop zijn in 2014 getroffen. Het resultaatgericht werken is doorontwikkeld en verder geïntensiveerd. Verder zijn in 2014 belangrijke stappen gezet in het komen tot een gezamenlijk arbeidsvoorwaardenpakket voor de gemeente Maasgouw, Echt-Susteren, Roerdalen en het Servicecentrum MER. Een definitief akkoord met de medezeggenschapsorganen is in 2014 nog niet bereikt maar het vertrouwen bestaat dat dit in 2015 wel zal gebeuren. Opleiden en ontwikkelen Ook in 2014 is voortdurend geïnvesteerd in de ontwikkeling van de organisatie en de medewerkers die er werken. Naast individuele opleidings- en ontwikkeltrajecten zijn ook trainingen op teamniveau georganiseerd. Gelet op de grote veranderingen waar de organisatie voor staat zijn organisatie breed workshops georganiseerd met als thema ‘samen werken aan veranderen’. De resultaten uit deze workshops worden gebruikt om de verandering te faciliteren en zo als organisatie sterker, flexibeler en beter toegerust te zijn voor de toekomst. Uiteraard kan dit niet los worden gezien van de verdere doorontwikkeling van de organisatie in 2015. E-Learning Academie Op 1 januari 2015 geven wij uitvoering aan de uitgangspunten van hetgeen in de HRvisie omschreven staat als het verrijkte werken. Iedere medewerker is voorzien van een I-pad. Hiermee wordt een hulpmiddel aangeboden in de vorm van de Academie EchtSusteren. Met deze academie vergroten wij de inzetbaarheid en mobiliteit van onze medewerkers en houden zij regie over de eigen ontwikkeling. Door LMS (Learning Manage-
ment System) is het mogelijk inzage te hebben in de leervorderingen van de medewerkers en in de effecten van gerichte acties. De academie kan naast de individuele invulling ingezet worden bij teamactiviteiten. Wij gaan resultaatgericht werken en – sturen en wij voeren plaats- en tijdsonafhankelijk werken in. Ook hiervoor kan van de verstrekte I-pad gebruik worden gemaakt. Inzet beveiligers Van het interventieteam is het nooit de bedoeling geweest dat zij als een professioneel opgeleid team beveiligers zouden werken. In 2014 is geconstateerd dat de ernst en de omvang van het normoverschrijdende gedrag richting onze medewerkers toeneemt. Van vrijwilligers opererend in een interventieteam kan en mag een dergelijke inzet niet meer gevraagd worden. Daarnaast kon de bezetting van het interventieteam door personeelsverloop en een gebrek aan nieuwe aanwas, niet meer gegarandeerd worden. Deze twee factoren samen hebben ertoe geleid dat, in gezamenlijkheid met de resterende leden van het interventieteam, in juni 2014 is besloten om vooralsnog tijdelijk een professioneel beveiligingsbedrijf (Polygarde)in de arm te nemen. Na evaluatie zal in 2015 een definitief besluit hierover worden genomen. Ziekteverzuimpercentage onder norm Hoewel het ziekteverzuimpercentage ten opzichte van 2013 licht is gestegen, blijft het percentage van 4,41% onder het landelijke gemiddelde (CBS, bedrijfstak openbaar bestuur en overheidsdiensten) van 4,7%. Ook in 2014 is een actief verzuimbeleid gevoerd en is aandacht besteed aan een gezonde werkomgeving en gezonde medewerkers Het ziekteverzuimpercentage is het totaal aantal ziektedagen van medewerkers in procenten van het totaal aantal beschikbare werkdagen van medewerkers. Het aantal medewerkers is als gevolg van de overgang van medewerkers naar onder meer het Servicecentrum MER lager geworden. Vooral door het aantal langdurig zieken in 2013 en 2014 is de impact van het aantal langdurig zieken op het ziekteverzuimpercentage dus hoger en mede tot uitdrukking gekomen in een oplopend ziekteverzuimpercentage (zie tabel).
Deel I - 204 -
HRM-kengetallen Aantal Fulltime Parttime
Totaal Totaal aantal medewerkers eind 2014 mannen vrouwen
Leeftijd
188 88 100
109 82 27
79 6 73
Percentage Fulltime Parttime 58% 93% 27%
42% 7% 73%
Leeftijdsopbouw per 31-12-2014 Aantal medewerkers
%
30 51 51 56
16% 27% 27% 30%
188
100%
< 35 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar > 55 jaar Totaal
Schaalbezetting Aantal medewerkers
Schaal
0 t/m 3 4 t/m 6 7 t/m 9 10 t/m 12 13 en hoger Totaal
%
1
0,5%
26 93 62 6
13,8% 49,5% 33,0% 3,2%
188
100,0%
Ontwikkeling ziekteverzuimpercentage 2011 2012 2013 2014
Gemiddeld 4,00 % Gemiddeld 3,17 % Gemiddeld 4,03 % Gemiddeld 4,41%
Normering Topinkomens Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. De wet verplicht onder meer tot jaarlijkse publicatie van de
daarin genoemde financiële arbeidsvoorwaarden van topfunctionarissen van de gemeente. Voor de secretaris en de griffier vindt publicatie plaats, ongeacht of zij de norm overschrijden.
Deel I - 205 -
Topinkomens 2014
GWT van Balkom
Functie Aard van de functie Beloning Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Werkgeversdeel van voorzieningen tbv beloningen betaalbaar op termijn Omvang dienstverband Motivering overschrijding norm
Gemeentesecretaris Topfunctionaris € 116.927 € 592 € 17.340
Griffier Topfunctionaris € 81.063 € 259 € 12.956
1,0 fte Niet van toepassing
1,0 fte Niet van toepassing
Binnen onze gemeenten zijn er geen medewerkers met een salaris die de Normering Topinkomens overschrijdt.
MMWHY Hermans
Automatisering (A) Automatisering vertegenwoordigt de aanbodkant. Zij moet de organisatie, haar interne klanten, zo goed mogelijk van dienst zijn. In 2014 zijn op dat terrein een aantal stappen gezet zowel technisch als organisatorisch. Op technisch vlak is de serveromgeving volledig vervangen, inclusief opslag. Dit om een stabiele werkomgeving te bieden aan de organisatie. Daarnaast is in het gehele gebouw draadloos internet (Wifi) aangelegd, zodat men op alle plekken ook kan werken/vergaderen met behulp van tablets en/of smartphones.
door de wetgever aangepast. De provincie had een specifieke rol op dit gebied. Het sturende toezicht is vervangen door een meer terughoudend toezicht achteraf. Dit noemt men horizontale verantwoording/toezicht. Het college moet zich nu in de eerste plaats verantwoorden voor de uitvoering van de taken aan de gemeenteraad. Om gemeenten hierbij te ondersteunen heeft de VNG een raamwerk van kritische prestatie indicatoren (KPI’s) ontwikkeld, die we hebben gebruikt. Deze KPI’s bieden een kapstok voor het verslag dat B&W aan de raad jaarlijks moet uitbrengen. Wat hebben we gedaan? In 2014 is dit onderzoek voor het eerst uitgevoerd. Middels een raadsinformatiebrief is de raad in december geïnformeerd over de uitkomsten van dit onderzoek. Met name ligt er een forse taak in het wegwerken van de achterstanden bij het archief en het investeren in kwalitatief goed archiefbeheer. We hebben hiervoor al een eerste krediet ontvangen en op basis daarvan zijn we gestart met het wegwerken van de achterstanden. Ook zijn we bezig om de kwaliteit een impuls te geven. Dit moet een concreet plan van aanpak opleveren, dat een antwoord geeft op de vraag hoe we de achterstanden gaan wegwerken. Wellicht dat hier nog een aanvullende kredietaanvraag uit voortkomt.
Digitalisering In 2014 zouden we volledig digitaal gaan werken. Op een team na is dit gerealiseerd, temeer omdat dit team ook overgaat naar het sociaal domein in de MER. Daarnaast worden de papieren documenten nu al wel bewaard in dag dozen, omdat het digitale proces leidend is.
Digitaal vergaderen In 2014 is er tijd en energie gestoken in het realiseren van een koppeling tussen ons documentmanagementsysteem, waarin alle vergaderstukken digitaal worden opgeslagen en een systeem wat specifiek is ontwikkeld om digitaal te kunnen vergaderen.
Horizontaal toezicht archief In de begroting was hier nog geen melding van gemaakt, maar dit is wel iets wat in 2014 is opgepakt: het horizontaal toezicht. Wat houdt het in? Tot voor kort gebeurde de inspectie van de archieven door de archiefinspecteur. Dit is
Processen In de begroting staat dat in 2014 een methodiek in gebruik zou worden genomen waar we processen mee kunnen beschrijven, modelleren, optimaliseren, etc. Dit hebben we niet afgerond omdat we dit inmiddels op MER schaal zijn
Informatie en Automatisering (I) Zonder de juiste informatie kunnen we geen goede beslissingen nemen. Informatie, met name ook digitale informatie wordt steeds belangrijker ook voor gemeenten en ook in de MER-samenwerking. In het verlengde daarvan worden ook steeds hogere eisen gesteld aan informatiebeveiliging. Eigenlijk gaan die hand in hand. Om dit allemaal te managen is informatiemanagement ingevoerd als link tussen vraag en aanbod.
Deel I - 206 -
gaan oppakken. Te beginnen binnen het sociaal domein. Deze manier van denken en werken zal ook zijn vertaling krijgen in de eigen organisatie. Want als we ons werk anders gaan organiseren kunnen we niet meer volstaan met een activiteit-, functiegerichte manier van werken. We zullen dan echt procesgericht moeten gaan werken. Financiën Voor het jaar 2014 is voor de eerste keer gewerkt met een programmabegroting waarbij de producten in tabelvorm zijn gepresenteerd. Dit
geeft per product een duidelijker antwoord op de W-vragen. Daarnaast zijn per product kengetallen en indicatoren benoemd. In de Programmabegroting 2015 is een verbeterslag aangebracht. Ombuigingen De omvang van de taakstellingen 2014 bedroeg per 1 januari totaal € 352.600. In de 1e en 2e bestuursrapportage zijn deze taakstellingen gerealiseerd voor een bedrag van respectievelijk € 134.600 en € 218.000.
Kostenplaats
Primitieve begroting 2014
Bijgestelde begroting 2014
Personeel Huisvesting Financiën Info & Services Kabinet Beheer buiten
€ € € € € €
13.001.123 680.924 18.800 1.689.506 114.330 295.940
€ € € € € €
13.741.339 694.974 18.800 2.464.208 99.330 276.440
€ € € € € €
13.079.686 689.028 18.351 1.696.750 83.934 245.152
€
15.800.623
€
17.295.091
€
15.812.901
Toelichting: In bovenstaand overzicht is geen rekening gehouden met de stortingen en onttrekking uit de reserves. Deze mutaties vinden plaats op programma 11 algemene dekkingsmiddelen. Op de kostenplaats personeel zien wij in 2014 een overschot van € 662.000. Rekening houdende met de door de raad ten laste van de reserve personeel en bestuur gevoteerde posten voor organisatieontwikkeling personeel ten bedrage van € 302.000 en niet bestede bedragen ten behoeve van medewerkerstevredenheidsonderzoeken én tijdelijk personeel ad € 129.000 zien wij een overschot van per saldo € 231.000 zijnde 1,74% van het totale beschikbare budget.
Rekening 2014
Op de kostenplaats Info & Services is een overschot van € 768.000. Er is echter een bedrag van € 632.000 niet onttrokken aan de reserve automatisering en reserve dienstverlening. Dit heeft met name te maken met een aantal investeringen in nieuwe functionaliteiten voor het KlantContactSysteem en daaraan gerelateerde (deel)systemen die oorspronkelijk waren begroot voor 2014 uiteindelijk niet zijn uitgevoerd omdat pas op de plaats is gemaakt met het oog op de beoogde aanschaf van een geheel nieuw, gezamenlijk zaak- en klantcontactsysteem voor de gemeenten Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen en het Servicecentrum MER. De bestedingen zijn beperkt gebleven tot het noodzakelijk onderhoud (upgrades e.d.) om de bestaande functionaliteiten te kunnen blijven gebruiken.
Deel I - 207 -
Deel I - 208 -
9.7 Paragraaf verbonden partijen Verordening 212: 1. In de paragraaf verbonden partijen bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten in ieder geval van elke verbonden partij op: a. de naam en vestigingsplaats; b. het financieel belang van de gemeente; c. de zeggenschap van de gemeente; d. het publiek belang dat wordt gediend met de deelname; e. de bestuursstructuur 2. Het beleid omtrent verbonden partijen wordt vastgelegd in de "Nota verbonden partijen. De raad stelt de nota vast. In de nota wordt aandacht besteed aan: a. De uitgangspunten voor het beleid ten aanzien van verbonden partijen; b. Het denkkader voor de uitvoering van taken middels verbonden partijen; c. De randvoorwaarden voor deelname in een-verbonden partij; d. Het beheer van en het toezicht op een verbonden partij. Inleiding In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan de zogenaamde ‘verbonden partijen’. Dit zijn rechtspersonen waarbij de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. De gemeente heeft een bestuurlijk belang, als ze een zetel heeft in het bestuur, of als ze stemrecht heeft. De gemeente heeft een financieel belang, als zij middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van een faillissement, of als financiële problemen bij de betreffende rechtspersoon verhaald kunnen worden op de gemeente. Een partij die jaarlijks een subsidie krijgt, maar waaraan geen andere financiële verplichtingen zitten met een juridische afdwingbaarheid door derden, is geen verbonden partij. Visie en beleid ten aanzien van verbonden partijen. De gemeente Echt-Susteren streeft ernaar om een bestuurlijk en financieel belang te houden in die organisaties die een bijdrage leveren aan het openbaar belang en waarvan de activiteiten aansluiten bij het beleid zoals dat door de gemeente Echt-Susteren wordt gevoerd. De Nota verbonden partijen 2011 is vastgesteld in de raadsvergadering van 15 december
2011. In deze nota is het beleid ten aanzien van verbonden partijen geformuleerd. In 2014 zijn er geen redenen geweest het vastgestelde beleid aan te passen. Algemeen Bij het aangaan en continueren van samenwerking met - of deelnemingen in - verbonden partijen, is het van belang om af te wegen: Wat de meest doelmatige manier is om de betreffende taak uit te voeren? In hoeverre is gegarandeerd, dat de verbonden partij bij de taakuitvoering de resultaten realiseert die de gemeente voor ogen staan? Heeft de gemeente voldoende inhoudelijk en financieel inzicht in de taakuitvoering? De gemeente Echt-Susteren heeft bestuurlijke en financiële belangen in diverse verbonden partijen, zoals gemeenschappelijke regelingen en vennootschappen. Deze verbonden partijen voeren beleid uit voor de gemeente. Uiteraard blijft de gemeente Echt - Susteren beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheden houden ten aanzien van deze partijen. Een belangrijke verbonden partij is de Veiligheidsregio Limburg-Noord. Daarnaast heeft de gemeente aandelen in Enexis BV, Publiek belang Elektriciteitsproductie BV en door de verkoop van de Essent in een groot aantal BV’s die door deze verkoop zijn ontstaan. Een volledig overzicht van de partijen waarin de gemeente bestuurlijk en/of financieel per ultimo 2014 participeerde treft u in deze paragraaf aan. Samenwerking is noodzakelijk. Alle taken die wij samen met anderen beter, efficiënter en effectiever kunnen doen dan alleen, komen daarvoor in principe in aanmerking. Alleen, hierbij dient iedere keer opnieuw de schaal in aanmerking genomen te worden. Een grotere schaal biedt vaak een groter draagvlak (economisch, kennis, distributie). Daarnaast kan uiteraard in bepaalde gevallen ook nog worden gekozen voor uitbesteden. Het niveau van samenwerking kan uiteraard ook verschillen. Samenwerking is mogelijk op gebied van gezamenlijke beleidsontwikkeling, als overlegplatform of voor uitvoerende taken. Voor de uitvoerende taken kan men ook kiezen voor andere uitvoeringsorganisaties. Verder kan samenwerking nog worden gesplitst in verplichte en vrijwillige samenwerking.
Deel I - 209 -
Verplichte samenwerking kent onze gemeente op het gebied “rood-wit-blauw”: brandweer, rampenbestrijding en politie. Voor wat betreft de vrijwillige samenwerking is dit aan de orde binnen de Veiligheidsregio Limburg-Noord. De regio concentreert zich in hoofdzaak op haar functie als overlegplatform en verricht een aantal wettelijk verplichte taken zoals de GHOR, de regionale brandweer en taken in het kader van de collectieve preventie volksgezondheid (GGD). Andere uitvoeringsinstellingen dan de regio zorgen voor Westrom Bedrijven (WSW) ambulancevervoer, RIO, HALT, WCL, VVV, algemeen maatschappelijk en sociaal cultureel werk, het milieupark, Vixia (uitvoering WSW), bestuur bibliotheek, bestuur openbare school en Omnibuzz (doelgroepenvervoer). Daarnaast bestaan op contractbasis samenwerkingsverbanden met de ons omringende gemeenten op velerlei gebied. MER staat voor de Midden-Limburgse gemeenten Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen. De gemeenschappelijke regeling die na grondige voorbereiding in het leven is geroepen richt zich op intergemeentelijke samenwerking bij de realisatie van diverse taken. Personeel van de aangesloten gemeenten kan in deze gemeenschappelijke regeling worden ondergebracht
zodra ook de bijbehorende taken overgaan naar de gemeenschappelijke regeling Per 1 september 2013 is de afdeling Omgevingsdienst als onderdeel van het Servicecentrum gestart. De overgang van vergunningen, toezicht en handhaving naar het Servicecentrum MER-Omgevingsdienst stelt de MER gemeenten in staat te voldoen aan door het rijk opgelegde kwaliteitsdoelstellingen. De missie voor de MER-Omgevingsdienst is meer kwaliteit van dienstverlening tegen minder kosten. In 2014 hebben de drie colleges besloten om de afdeling Sociaal Domein onder te brengen in het Servicecentrum MER. Dit besluit wordt geeffectueerd op 1 januari 2016. Het jaar 2015 wordt bestempeld als een overgangsjaar, waarin de voorbereidingen voor de nieuwe afdeling Sociaal Domein zullen worden getroffen. Daarnaast hebben de drie colleges besloten om het haalbaarheidsonderzoek Bedrijfsvoering verder uit te werken in een bedrijfsplan bedrijfsvoering. In dit bedrijfsplan zal aandacht worden besteed aan het bedrijfsvoeringconcept, de hoofdprocessen in de bedrijfsvoering en de organisatie van de bedrijfsvoering.
Veiligheidsregio Limburg-Noord Doel
De Veiligheidsregio Limburg-Noord geeft vorm en inhoud aan intergemeentelijke samenwerking op de schaal van Noord- en Midden-Limburg en heeft tot doel: I. De behartiging van de belangen van de gemeenten en hun ingezetenen op het gebied van: a) de brandweerzorg; b) de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen; c) de rampenbestrijding en crisisbeheersing; d) het bevorderen van de multidisciplinaire uitvoering van de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de bestrijding van zware ongevallen; e) het bevorderen van een samenhangend integraal veiligheidsbeleid in de regio.
Vestigingsplaats
II. De behartiging van die taken die door de wet- en regelgeving aan gemeenten zijn toegekend op het gebied van collectieve preventie volksgezondheid en maatschappelijke zorg en waarvoor samenwerking tussen gemeenten op de schaal van de regio uit het oogpunt van verhoging van efficiency en effectiviteit wordt vereist. Venlo Deel I - 210 -
Veiligheidsregio Limburg-Noord Deelnemers Bestuursstructuur
Limburgse gemeenten vanaf Echt-Susteren en noordelijker. Het aantal deelnemers aan de Veiligheidsregio Limburg-Noord bestaat per 1januari 2014 uit 15 gemeenten met in totaal 516.039 inwoners. Het algemeen bestuur bestaat uit de burgemeesters van de aan de gemeenschappelijke regeling deelnemende gemeenten.
De gemeenschappelijke regeling Regio NML is per 1 januari 2009 gewijzigd in de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord met daarbinnen een bestuurscommissie voor de aansturing van de GGD. Financiën De kosten worden gedragen door de deelnemende gemeenten naar rato van het aantal inwoners. Eigen vermogen begin € 4.891.537 dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde € 4.347.176 dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 48.856.803 begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 45.196.013 einde dienstjaar 2014 Solvabiliteit (EV / VV) (31-12-2013 -> 0,08) 31-12-2014 -> 0,10 Resultaat 2014 € 9.060 voordelig (voorlopig voor afloop accountanstcontrole) Risico De deelnemende gemeenten kunnen bij niet nakomen van financiële verplichting, als gevolg van aangetrokken geldleningen of verstrekte garanties, hoofdelijk worden aangesproken (art 32). Bij uittreding uit de gemeenschappelijke regeling regelt het algemene bestuur de gevolgen hiervan. Bij opheffing wordt een liquidatieplan opgesteld met daarin de gevolgen van de deelnemende gemeenten. Gemeenschappelijke regeling Westrom Doel
Vestigingsplaats Deelnemers
Bestuursstructuur
Westrom is een intergemeentelijke samenwerkingsverband van 5 MiddenLimburgse gemeenten en geeft uitvoering aan de sociale werkvoorziening en gesubsidieerde arbeid. De gemeenschappelijke regeling heeft als missie “Westrom is er voor hen, die ondersteuning nodig hebben in en op weg naar een passende baan op de reguliere of gesubsidieerde arbeidsmarkt”. Westrom heeft ten doel het aanbieden van passend werk in het kader van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) alsook in het kader van de Wet Werk & Bijstand (WWB). Daarnaast kan beheer van diverse contractactiviteiten bij Westrom worden ondergebracht. Westrom draagt zorg voor de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw), de Wet werk en bijstand (WWB) en andere regelingen op het gebied van de werkgelegenheid, voor de gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Roerdalen en Roermond. De sociale werkvoorziening is bestemd voor mensen die vanwege lichamelijke, verstandelijke of psychische beperkingen zijn aangewezen op werk onder aangepaste omstandigheden, voor zover deze aangepaste omstandigheden redelijkerwijs niet in het reguliere bedrijfsleven zijn te realiseren. Zij dienen in staat te zijn om een bij wet bepaalde minimale arbeidsprestatie te kunnen leveren. Roermond Per 31-12-2014 waren er de navolgende deelnemers: gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Roerdalen en Roermond Het aantal inwoners is 170.251. Er is een algemeen en dagelijks bestuur Deel I - 211 -
Gemeenschappelijke regeling Westrom Eigen vermogen begin dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde dienstjaar 2014 Vreemd vermogen begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 Financiën
Risico
€ 3.205.062 € 3.301.675 € 6.839.491 € 5.262.694 € 405.431 Gemeentelijke bijdrage naar rato van inwoneraantal, aantal wsw-ers. Voor de Wsw wordt een gemeentelijk budget van het ministerie ontvangen, dat volledig wordt doorgeboekt naar Westrom. De gemeente betaalt mee aan een eventueel exploitatietekort. De laatste jaren heeft Westrom exploitatietekorten gedekt uit de eigen reserves.
Euregio Rijn-Maas-Noord Vestigingsplaats Doel
Deelnemers
Bestuursstructuur
Mönchengladbach De Euregio Rijn-Maas-Noord zet zich sinds 1978 in om de Europese integratie tastbaar te maken voor de ca. 2 miljoen burgers in dit gebied. Ze wil het wederzijds begrip van de Nederlandse en Duitse inwoners van de Euregio versterken, de contacten verdiepen en samenwerking stimuleren. De Europese Unie, de deelstaat Nordrhein-Westfalen en de Nederlandse regering ondersteunen dit streven middels verschillende subsidieregelingen. Aantal Nederlandse gemeenten: 13 Beesel, Bergen, Echt-Susteren, Gennep, Horst aan de Maas, Leudal, Maasgouw, Peel en Maas, Roerdalen, Roermond, Venlo, Venray en Weert Aantal Nederlandse instellingen: 1 Kamer van Koophandel Limburg-Noord. Aantal Duitse participanten: 14 Mönchengladbach, Krefeld, het zuidelijk deel van de Kreis Kleve, Brüggen, Niederkrüchten, Straelen, Geldern, Nettetal, Wassenberg en Wegberg, de Kreis Viersen, de Rhein-Kreis Neuss, de Industrie- und Handelskammer Mittlerer Niederrhein KrefeldMönchengladbach-Neuss en de Niederrheinische Industrie- und Handelskammer in Duisburg Publiekrechtelijk openbaar lichaam naar Duits recht.
De gemeente is met 1 lid vertegenwoordigd in het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur. Met ingang van 2015 is burgemeester Hessels toegetreden tot het dagelijks Bestuur (als vertegenwoordiger van de regio MiddenLimburg. Eigen vermogen begin Dit samenwerkingsverband beschikt niet over een eigen c.q. vreemd verdienstjaar 2014 mogen. Eigen vermogen einde n.v.t. dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.v.t. begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.v.t. einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 n.v.t. Financiën De gemeente betaalde in 2014 een bijdrage van € 6.880
Deel I - 212 -
Waardevol Cultuur Landschap (WCL) Doel
Ons WCL Midden-Limburg is één van de 11 'Waardevolle Cultuur Landschappen' in ons land. Dit zijn gebieden die door de overheid zijn geselecteerd vanwege hun bijzondere landschappelijke, natuurlijke en culturele waarden. De WCL-gebieden krijgen een aantal jaren extra overheidssteun om hun land- en tuinbouw, bosbouw en recreatie op een goede manier te ontwikkelen, in harmonie met de historie en het karakter van het gebied, en niet ten koste van de natuur en het milieu. Deelnemers Per 31-12-2014 namen de volgende gemeenten deel aan het WCL: Gemeente Beesel, Gemeente Echt-Susteren, Gemeente Maasgouw, Gemeente Roerdalen, Gemeente Roermond Bestuursstructuur Voor de uitvoering van de WCL-regeling in Midden-Limburg is de Stichting Ons WCL opgericht. Binnen de organisatie zijn diverse bestuursorganen, advies- en overleggroepen actief, te weten: het algemeen bestuur, een sectorgroep Land- en Tuinbouw, een sectorgroep Recreatie en Toerisme, een sectorgroep Bosbouw, een sectorgroep Beheerders en gemeentelijke werkgroepen in elk van de deelnemende gemeenten. Eigen vermogen begin Dit samenwerkingsverband beschikt niet over een eigen c.q. vreemd verdienstjaar 2014 mogen. Eigen vermogen einde n.v.t. dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.v.t. begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.v.t. einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 n.v.t. Financiën De gemeente betaalde in 2014 een bijdrage van € 39.500
Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg Doel
De inspanningen zijn gericht op de opzet van een NV Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg met als doelen: het ontwikkelen, beheren en revitaliseren van bedrijfsterreinen in de regio; het fungeren als intermediair tussen bedrijfsleven en overheidsorganisaties; het uitvoeren van structuurversterkende projecten in de regio; het bevorderen van en het invullen van de één loket functie binnen de gemeenten.
Deelnemers
Aandeelhoudende gemeenten: 5 Echt-Susteren (725 aandelen), Leudal (799), Maasgouw (533 aandelen), Roerdalen (463 aandelen), Roermond (1.713 aandelen). Bestuursstructuur De OML is een onafhankelijke overheidsorganisatie met een eigen directie. De raad van commissarissen vormt het toezichthoudend orgaan op de OML BV. Per 4 juli 2012 zijn onafhankelijke commissarissen benoemd. Het is de bedoeling dat de raad van commissarissen toezicht houdt op het beleid en de algemene gang van zaken van de vennootschap. De raad van commissarissen zal ten allen tijde in het belang van het bedrijf moeten handelen. De algemene vergadering van aandeelhouders (de deelnemende gemeenten) vormt uiteraard het hoogste orgaan. Financiën De gemeente Echt-Susteren bezit 725 aandelen van € 3.722 = € 2.697.348 Eigen vermogen begin € 15.768.146 dienstjaar 2014 Deel I - 213 -
Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg Eigen vermogen einde € 15.772.764 dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 29.400.473 begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 29.121.158 einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 +/+ € 4.619 Risisco De deelnemende gemeenten staan samen garant voor een tweetal leningen. De ene lening is verstrekt door de BNG en de andere lening is als achtergestelde lening verstrekt door de provincie. Voor verdere toelichting verwijzen we naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.
Inkoopcentrum Zuid Doel
Per 5 juli 2013 is deze Stichting omgevormd tot het Inkoopcentrum Zuid, zijnde een Coöperatieve Vereniging met uitgesloten aansprakelijkheid. Het doel van het Inkoopcentrum Zuid bestaat uit 2 pijlers. De eerste pijler is de basisdienstverlening die bestaat uit diensten die direct voor alle deelnemers beschikbaar is i.c. de aanbieding van raamcontracten, de netwerkfunctie en de digitale helpdesk. De tweede pijler betreft het in opdracht van de deelnemers verrichten van aanbestedingen, contractmanagement, advisering, het maken van een digitale inkooptoolkit op maat en het invullen van (tijdelijke) inkoopfuncties. Deelnemers Dit zijn de gemeenten Echt-Susteren, Leudal, Roerdalen, Peel en Maas, Venray, Bergen, Gennep, Mook en Middelaar, Veiligheidsregio LimburgNoord en WML. Bestuursstructuur De coöperatieve vennootschap Inkoopcentrum Zuid kent een Algemene Ledenvergadering die bestaat uit door de deelnemers aan te wijzen leden (één per deelnemer) alsmede een uit en door de leden van Algemene Ledenvergadering gekozen Bestuur. Eigen vermogen begin Dit samenwerkingsverband beschikt niet over een eigen c.q. vreemd verdienstjaar 2014 mogen. Eigen vermogen einde n.v.t. dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.v.t. begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.v.t. einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 n.v.t. Financiën De lidmaatschapsbijdrage bedraagt € 7.500 per jaar, exclusief vergoedingen bij afname van diensten middels de raamcontracten en kosten van rechtstreekse opdrachten. Bijdrage 2014 Echt€ 7.500 Susteren
Deel I - 214 -
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) Doel
De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Volgens de statuten is de BNG ‘bankier ten dienste van overheden’, zoals gemeenten, provincies, gemeenschappelijke regelingen, politieregio’s en met overheden verbonden instellingen en bedrijven op het terrein van volkshuisvesting, openbaar nut, onderwijs en gezondheidszorg. Door middel van zo goedkoop mogelijke financiële dienstverlening biedt de bank toegevoegde waarde aan haar aandeelhouders en de Nederlandse publiek sector. Deelnemers Zie onder doel. Bestuursstructuur Naamloze Vennootschap Vestigingsplaats Den Haag Eigen vermogen begin € 3.430 miljoen dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde € 3.582 miljoen dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 127.721 miljoen begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 149.891 miljoen einde dienstjaar 2014 Resultaat 2013 Achtergestelde schul- € 23 miljoen den begin dienstjaar 2014 Achtergestelde schul- € 32 miljoen den einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 Over 2014 realiseerde de BNG een nettowinst na belastingen van € 126 miljoen (2013 € 282 miljoen). Financiën De gemeente Echt-Susteren bezit in totaal 21.411 aandelen met een balanswaarde van € 48.579, hetgeen neerkomt op een zeer beperkt belang. Ieder jaar wordt door de bank dividend uitgekeerd. In 2014 werd over het jaar 2013 een bedrag ad € 27.192 aan dividend uitgekeerd. Toekomstige verwach- De BNG Bank verwacht dat de omvang van nieuw verstrekte langlopende tingen leningen in 2015 licht lager zal uitkomen dan in het voorgaande jaar. De nieuwe verstrekkingen betreffen naar verwachting vooral herfinanciering van aflopende leningen. Het renteresultaat over 2015 zal naar verwachting lager uitkomen dan over 2014. De aanhoudend lage marktrente veroorzaakt een dalende trend van de renteopbrengst uit de eigen middelen van de bank. Het resultaat financiële transacties zal ook in de nabije toekomst gevoelig blijven voor de politieke en economische ontwikkelingen binnen de Europese Unie. Gezien de aanhoudende onzekerheden acht de bank het niet verantwoord een uitspraak te doen over de verwachte nettowinst 2015. Risico Het bedrag dat de bank jaarlijks aan dividend uitkeert is afhankelijk van de winst die de bank in enig jaar behaald. Bij een lage of geen winst, wordt ook geen dividend uitgekeerd. Herontwikkeling Bocage Doel
In het plangebied Bocage wordt een oude printplatenfabriek gesaneerd en een nieuw woningbouwgebied ontwikkeld voor ca. 215 woningen. Het plan moet zich onderscheiden van andere plannen om de concurrentie met andere plannen in de regio te kunnen doorstaan. Daarom wordt ingezet op een Deel I - 215 -
Herontwikkeling Bocage ruim opgezet, groen plan met kwalitatief hoogwaardige woningbouw. De ontwikkeling van dit plan geschiedt in samenwerking met Hurks Vastgoedontwikkeling Eindhoven (onderdeel van de Hurks groep). De concrete afspraken met betrekking tot deze samenwerking zijn uitgewerkt in de op 29 maart 2012 gesloten "Samenwerkingsovereenkomst Bocage te Echt". Het project wordt voor wat betreft de grondexploitatie door partijen uitgevoerd voor gezamenlijke rekening en risico in de vorm van een CV/BV structuur. Deelnemers Gemeente Echt-Susteren, Hurks Vastgoedontwikkeling Eindhoven B.V. en Hurks participatie echt BV. Bestuursstructuur Commanditaire vennootschap met als beherend vennoot een BV ( CV/BVconstructie) Eigen vermogen begin € 4.544.700 dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde € 5.454.303 dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 6.433.000 begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 6.879.969 einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 €0 Financiën Door beide participanten is inmiddels € 2.727.151,50 kapitaal gestort. Naar verwachting is daarmee het maximum bereikt. Dit werkkapitaal vormt (als risicodragend vermogen) de basis voor de verkrijging van het voor de planuitvoering noodzakelijke vreemd vermogen door de CV (Gemeente Echt-Susteren, Hurks participatie echt B.V. en GEM Bocage Beheer BV) De daarvoor noodzakelijke beheershandelingen worden uiteraard uitsluitend verricht door de beherend vennoot "GEM Bocage Beheer BV" waarin zowel de gemeente als Hurks (Hurks Vastgoedontwikkeling Eindhoven B.V.) als aandeelhouder participeren. Risico Het voeren van de grondexploitatie is, gezien de huidige economische situatie, niet zonder risico. De gevolgen van de economische ontwikkelingen, de situatie op de woningmarkt en de demografische ontwikkelingen zijn van invloed op het woningbouwprogramma, planning en looptijd van de Gebiedsontwikkeling. De bij dit project behorende financiële risico's zijn in het kader van het risicomanagement verdisconteerd in het weerstandsvermogen van de gemeente Echt-Susteren. Bureau Halt Roermond Doel
HALT staat voor Het ALTernatief. Onder Halt werkzaamheden verstaat het HALT-bureau allerlei methodes van bestrijding en preventie van vormen van veel voorkomende criminaliteit bij jeugdigen tot 18 jaar. Optreden tegen wetoverschrijdend gedrag van jeugdigen, heeft als doel dat herhaling van dat gedrag wordt voorkomen. Als er door de maatschappij niet op wordt gereageerd, kan dit door jeugdigen ervaren worden als legitimatie van dat gedrag. Het Halt-concept heeft een delict als uitgangspunt van werken. De reactie op dit delict gedrag van een jeugdige is het meest effectief als het de volgende vijf elementen bevat: een snelle reactie; de reactie wordt consequent uitgevoerd; in de reactie is een duidelijke relatie tussen het delict en de sanctie; Deel I - 216 -
Bureau Halt Roermond
in de reactie is aandacht voor de benadeelde(n)/slachtoffers; de afdoening (voorstel) wordt als terecht, rechtvaardig ervaren. De uitvoering van de Halt-afdoening en de Stop-reactie wordt gefinancierd door het ministerie van Justitie. Het ministerie heeft de uitvoering van de financiering gedelegeerd aan Halt Nederland. Halt Nederland wordt volledig gefinancierd door het ministerie van Justitie. De preventieve activiteiten van de Halt-bureaus worden grotendeels gefinancierd door de gemeentes.
Deelnemers Bestuursstructuur Eigen vermogen begin dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde dienstjaar 2014 Vreemd vermogen begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 Financiën
Adres: Piuslaan 74a, 5614 HR Eindhoven Alle gemeenten Veiligheidsregio Limburg-Noord Algemeen Bestuur (leden regionaal college/driehoek) n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. De bijdrage over 2014 was € 11.418
Euromosa Doel
Deelnemers Bestuursstructuur Eigen vermogen begin dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde dienstjaar 2014 Vreemd vermogen begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 Financiën
Het project Euromosa is gericht op het ontwikkelen van een sterke regio rondom Maaseik, Echt-Susteren, Waldfeucht, Selfkant en Gangelt, zowel voor de lokale bevolking – bijna 90.000 inwoners – als voor de vele toeristen en recreanten die het gebied jaarlijks bezoeken. Hierbij wordt met name ingezet op de thema’s : recreatie en toerisme veiligheid uitwisselingsprojecten van ambtenaren en bestuurders Voorts wordt altijd getracht om daar waar grensoverschrijdende kansen zich aandienen, in te springen op de actualiteit (bijv. glasvezelnetwerk). Postadres: Postbus 450, 6100 AL Echt Echt-Susteren (NL), Maaseik (B), Waldfeucht, Selfkant en Gangelt (D) Stuurgroep Dit samenwerkingsverband beschikt niet over een eigen c.q. vreemd vermogen. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. Naast mogelijke projectkosten betaalt iedere gemeente tot en met 2013 een jaarlijkse bijdrage van € 5.000 voor algemene kosten en nieuwe, grensoverschrijdende projecten te ontwikkelen. Per 1 december 2013 is een nieuwe samenwerkingsovereenkomst aangegaan voor de periode 1 december 2013 tot 30 november 2018. Hierbij is de afspraak gemaakt om in te teren op het bestaande werkbudget.
Deel I - 217 -
Vereniging Afvalsamenwerking Limburg (ASL), voorheen NV AVL Sturing Doel
De statutaire taak is het behartigen van de belangen van de Limburgse gemeenten ¹) bij het verwerken van het huishoudelijk afval en gft. Tot de taken behoort ook advisering aan de gemeenten en het deelnemen aan netwerken. ¹) behalve Mook-Middelaar dat is aangesloten bij Afvalverwerking Regio Nijmegen
Adres: postbus 950, 6000 AZ Weert Deelnemers Alle Limburgse gemeenten m.u.v. Mook-Middelaar Bestuursstructuur De vereniging heeft een driehoofdig dagelijks en een acht leden tellend algemeen bestuur. Het bestuur wordt ondersteund door een klein ambtelijk werkapparaat dat wordt betaald vanuit de contributie die de leden opbrengen. Dit apparaat werkt samen met een netwerk van deskundige ambtenaren uit diverse regio's in de provincie. Eigen vermogen begin n.b. dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde n.b. dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.b. begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.b. einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 n.b. Financiën De deelnemende gemeenten betalen jaarlijks € 0,10 contributie per inwoner. De gemeentelijke bijdrage over 2014 was € 3.207. Omnibuzz Doel
Omnibuzz is de organisatie die voor haar klanten (reizigers en gemeenten) uit het Heuvelland en de Westelijke Mijnstreek het vervoer met de Regiotaxi Limburg regelt. Omnibuzz regelt het vervoer voor reizigers die vallen onder het compensatiebeginsel van de gemeente en die een indicatie voor Regiotaxi Limburg hebben gekregen. Deze indicatie wordt aan inwoners die een beperking ondervinden m.b.t. het vervoer verstrekt door de gemeente. Omnibuzz verstrekt de vervoerspassen en verzorgt de administratieve afhandeling van het reizen. Voor reizigers betekent dit dat Omnibuzz informatie verstrekt over de Regiotaxi. Ook klachten over de Regiotaxi kan men indienen bij de klantenservice van Omnibuzz. Taken: administratie en beheer van het klantenbestand, de pasverstrekking, de klachtaanname en de advisering aan pashouders over het op maat maken van de vervoerswensen. Beleidsontwikkeling, planning en control, het maken van de financiële planning, de begroting, tussentijdse financiële overzichten en calculaties. Controle ritgegevens. Ontwikkeling van beleid. Clienten met een indicatie voor de regiotaxi hebben recht op maximaal 750 zones. Een uitzondering op het aantal zones kan worden gemaakt vanwege de persoonlijke situatie of vervoersbehoefte van de cliënt. Zo kan een uitzondering worden gemaakt indien: de partner van de cliënt in een instelling verblijft of bij frequent bezoek aan ziekenhuis/arts/fysiotherapeut. Bij het vaststellen van het aantal zones wordt gekeken naar de vervoersbeDeel I - 218 -
Omnibuzz
Deelnemers Bestuursstructuur
hoefte van de cliënt. Daarbij wordt ook gekeken naar de mogelijke aanwezigheid van andere voorzieningen of de leefsituatie van de cliënt. Daarbij kan gedacht worden aan de volgende mogelijkheden: scootmobiel, bewoning Wlz-instelling en indicatie huishoudelijk hulp voor het doen van boodschappen of aanwezigheid boodschappenservice. De gemeenten Beek, Echt-Susteren, Eijsden, Gulpen-Wittem, Margraten, Meerssen, Schinnen, Sittard-Geleen, Stein, Vaals, Valkenburg. Gemeenschappelijke Regeling. Er is een algemeen bestuur en een dagelijks bestuur. Het Dagelijks Bestuur van Omnibuzz wordt gevormd door 3 portefeuillehouders van deelnemende gemeenten (waarin bij voorkeur SittardGeleen vertegenwoordigd is).
Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de wethouders Verkeer en Vervoer of Wmo van de deelnemende gemeenten. Eigen vermogen begin € 1.661.029 dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde € 1.629.488 dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 378.726 begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 790.548 einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 € 752.292 Financiën Vanaf 1 juli 2011 betalen de deelnemende gemeenten naar rato van het gebruik (het werkelijke aantal zones die de geïndiceerde inwoners met Omnibuzz reizen). Ook wordt voor aanvullende wensen die een gemeente “afneemt” door die gemeente een toeslag betaald. Servicecentrum MER (Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen) Vestigingsplaats Doel
Deelnemers
Heel MER staat voor de Midden-Limburgse gemeenten Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen. De gemeenschappelijke regeling die na grondige voorbereiding in het leven is geroepen richt zich op intergemeentelijke samenwerking bij de realisatie van diverse taken. Personeel van de aangesloten gemeenten kan in deze gemeenschappelijke regeling worden ondergebracht zodra ook de bijbehorende taken overgaan naar de gemeenschappelijke regeling. De regeling richt zich op taken op het gebied van bedrijfsvoering en taken in de back-office van de dienstverlening. De front-office van de dienstverlening en externe beleidstaken zijn in de huidige opzet van de regeling uitgesloten. MER richt zich op het efficiënt en professioneel uitvoeren van deze taken. Door deze samenwerking kan de professionaliteit toenemen en op termijn bespaard worden op de uitvoeringskosten. De Gemeenschappelijke Regeling MER gaat uit van een groeimodel. In de loop der tijd zal het aantal taken worden uitgebreid. Het personeel blijft gehuisvest in de bestaande gemeentehuizen waardoor feitelijk sprake is van een reshuffeling van personeel over de gemeentehuizen. De gemeenten Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen.
Deel I - 219 -
Servicecentrum MER (Maasgouw, Echt-Susteren en Roerdalen) Bestuursstructuur Het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling MER wordt gevormd door de drie colleges van Burgemeester en Wethouders. Het dagelijks bestuur wordt gevormd door de drie burgemeesters. De burgemeester van Maasgouw is voorzitter. De directie van de MER-samenwerking wordt gevormd door de drie gemeentesecretarissen. Eigen vermogen begin € 70.112 dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde € 304.393 dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 1.190.391 begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 603.757 einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 € 259.195 Financiën Door overheveling van budgetten uit de begrotingen van de deelnemende gemeenten, beschikt de MER over een eigen begroting. Regionale Uitvoeringsdienst Limburg-Noord (RUD) Vestigingsplaats Doel
Venray De Regionale Uitvoerings Dienst (RUD) Limburg-Noord is per 1 januari 2013 opgericht en is een samenwerkingsorgaan van provincie en gemeenten. Met als doel een zo optimaal mogelijke kwaliteit te leveren op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving. In eerste instantie wordt hoofdzakelijk samengewerkt op milieugebied. Het werkgebied omvat heel Noord- en Midden-Limburg. De missie van onze RUD is tweeledig. Enerzijds is het streven om de kwaliteit van dienstverlening aan burgers, bedrijven en belanghebbenden te verbeteren bij de uitvoering van de vergunningverlening-, toezicht- en handhavingstaken (de zogenoemde VTH-taken). Anderzijds wordt beoogd de kwaliteit, veiligheid en gezondheid van de leefomgeving te verbeteren. Daarbij ligt de focus van de RUD hoofdzakelijk op het zicht en grip hebben op risicovolle inrichtingen, activiteiten en milieucriminaliteit. De RUD verwezenlijkt zijn doel en missie door - binnen de wettelijke kaders een professionele uitvoering van VTH-taken te waarborgen. Tevens wordt een slimme bundeling van capaciteit en deskundigheid nagestreefd, gebruikmakend van de nieuwste technologieën op het vlak van informatievoorziening en communicatie. De RUD werkt hierbij nauw samen met de ketenpartners. Deelnemers De gemeenten Mook en Middelaar, Gennep, Bergen, Horst aan de Maas, Venray, Maasgouw, Echt-Susteren, Roerdalen, Leudal, Weert, Nederweert, Roermond, Beesel, Peel en Maas, Venlo en de provincie Limburg. De gemeente Venray fungeert als gastheerorganisatie van de RUD Limburg Noord. Bestuursstructuur In de regio Noord- en Midden-Limburg is gekozen voor een regionale uitvoeringsdienst in de vorm van een netwerkorganisatie. De basis van de netwerkorganisatie is neergelegd in een bestuursovereenkomst waarin de wijze van samenwerking is beschreven. Het bestuur werd gevormd door het bestuurlijk overleg, waarin elke partner was vertegenwoordigd. Zij stelt de programmatische, organisatorische en financiële kaders vast. Eigen vermogen begin € 0 dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde € 0 dienstjaar 2014 Vreemd vermogen €0 begin dienstjaar 2014 Deel I - 220 -
Regionale Uitvoeringsdienst Limburg-Noord (RUD) Vreemd vermogen €0 einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 €0 Financiën De gemeentelijke bijdrage bedraagt in 2014 € 0,84 per inwoner. Voor 2014 derhalve een bedrag van € 27.200 Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) Doel
Vestigingsplaats Deelnemers
Bestuursstructuur
Financiën
De Gemeenschappelijke Regeling is getroffen in het belang van een zo doelmatig mogelijke uitvoering van enige wettelijke bepaling of beleidsregel betreffende de heffing en invordering van: a. Gemeentelijke belastingen, inclusief activiteiten in het kader van de Wet waardering onroerende zaken, zoals dit door de deelnemende gemeenten na bereikte overeenstemming daarover met het algemeen bestuur expliciet is bepaald. b. Waterschapsbelastingen en – als hiervan afgeleid belang – de werkzaamheden met betrekking tot de administratie van gegevens ten behoeve van bestuursverkiezingen in het beheersgebied van de deelnemers. De BsGW optimaliseert het maatschappelijk rendement door middel van de volgende doelstellingen: 1. het minimaliseren van de uitvoeringskosten; 2. het optimaliseren van de belastingopbrengsten; 3. het beperken en spreiden van de risico’s in de bedrijfsvoering en 4. het optimaliseren van de kwaliteit van haar dienstverlening aan de burger en haar deelnemers. Roermond Waterschap Peel en Maasvallei, Waterschap Roer en Overmaas, gemeente Venlo (vanaf 1 april 2011); gemeenten Bergen en Nederweert (vanaf 1 januari 2012);gemeenten Echt-Susteren, Maasgouw, Roerdalen, Beek, Leudal, Nuth, Peel en Maas, Roermond (vanaf 1-1-2013). BsGW heeft de ambitie om verder te groeien de komende jaren Openbaar lichaam, ingesteld bij gemeenschappelijke regeling (opgericht per 1-4-2011). Het bestuur van de regeling bestaat uit: a. het algemeen bestuur; b. het dagelijks bestuur; c. de voorzitter. Aan het hoofd van de regeling staat het algemeen bestuur. De raad van iedere deelnemende gemeente wijst één lid van het college aan als lid van het algemeen bestuur. Het algemeen bestuur van ieder deelnemend waterschap wijst één lid van het dagelijks bestuur aan als lid van het algemeen bestuur van BsGW. Het dagelijks bestuur bestaat minimaal uit drie en maximaal uit vijf leden uit het algemeen bestuur. Per deelnemer kan niet meer dan één lid van het dagelijks bestuur worden aangewezen. Het algemeen bestuur bepaalt wie van de leden van het dagelijks bestuur voorzitter respectievelijk vice-voorzitter is van de regeling. Voor de huidige periode is de portefeuillehouder Financiën en Belastingen van de gemeente Venlo aangewezen als voorzitter. De stemverhouding is gebaseerd op het aandeel van de deelnemer in de kosten van de regeling zoals die voortvloeit uit de begroting. De netto exploitatiekosten worden gedragen door de deelnemers. Om deze kosten over de deelnemers te verdelen, maakt BsGW gebruik van een methodiek waarbij de kosten worden toegerekend aan producten van dienstverlening. De verdeelsleutels voor de kosten zijn gebaseerd op de productieomvang van de deelnemers. De bijdrage van de gemeente voor 2013 wordt geraamd op € 396.000. Daarnaast wordt er in 6 jaar totaalbedrag aan goodwillvergoeding betaald van € 402.500. Deel I - 221 -
Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen (BsGW) Eigen vermogen begin dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde dienstjaar 2014 Vreemd vermogen begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 Risico
€ 792.000 € .617.000 € 2.572.000 n.b. € 35.000 negatief De bedrijfsvoeringsrisico’s van de Gemeenschappelijke Regeling komen voor rekening van BsGW. Daarnaast zijn er risico’s die voor rekening komen van de deelnemers, onder meer risico’s met betrekking tot de eigen belastingopbrengsten. BsGW heeft een risicoanalyse uitgevoerd op haar bedrijfsvoeringsrisico’s. Voor elk van de risico’s is de kans dat het zich voordoet realistisch ingeschat en de gevolgen benoemd met daarbij de omvang van de financiële impact. Het geïdentificeerde risico na het nemen van de beheersmaatregelen (het restrisico) leidt tot een weerstandsvermogen van € 385.000 per 31-12-2011.
Reinigingsdienst Maasland Statutaire naam Rechtsvorm Deelnemers
Reinigingsdienst Maasland Gemeenschappelijke regeling Per 1-1-2014 waren er de navolgende deelnemers: gemeenten Maasgouw, Roerdalen, Peel en Maas, Leudal. Op 1 januari 2014 is de gemeente Echt-Susteren formeel toegetreden. Vestigingsplaats Haelen (gemeente Leudal) Doel RD Maasland is een regionaal afval inzamelbedrijf dat op 14 januari 1963 is opgericht door de voormalige gemeenten Heel, Horn en Beegden. Nadien is, na diverse herindelingen en uitbreiding van de samenwerkingsregeling het huidige werkgebied ontstaan. De deelnemende gemeenten zijn naast eigenaar tevens de belangrijkste opdrachtgevers van RD Maasland. EchtSusteren is per 1 januari 2014 toegetreden tot de Gemeenschappelijke Regeling voor het onderdeel milieupark. Daarnaast voert RD Maasland diensten uit in opdracht van particulieren en bedrijven. RD Maasland heeft als doel om afval op een toonaangevende, veilige en duurzame manier in te zamelen en te verwerken. Samen met de inwoners wordt een bijdrage geleverd aan een beter milieu en een prettige leefomgeving in het groenrijke Midden-Limburg. Bestuurlijk belang Het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling MER wordt gevormd door de vertegenwoordigers uit de colleges van de deelnemende gemeenten. Het dagelijks bestuur wordt gevormd door drie wethouders uit de deelnemende gemeenten. Wethouder L.A.L. Lalieu van de gemeente Maasgouw is voorzitter. Wethouder Ruijten is lid van het Algemeen Bestuur Eigen vermogen begin € 750.000 (inschatting) dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde N.b. dienstjaar 2014 Vreemd vermogen € 9.250.000 (inschatting) begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.b. einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 n.b. Financiën Gemeentelijke bijdrage wordt naar rato van gebruik verdeeld. Deel I - 222 -
VVV Zuid-Limburg Doel
VVV Zuid-Limburg is een zogenaamde "intermediaire" organisatie die als ondernemingsmissie heeft: "Het bevorderen van het toerisme en recreatie in en náár Zuid-Limburg". VVV Zuid-Limburg is lid van de landelijke koepel VVV Nederland en uit dien hoofde ook verplicht om aan alle kwaliteitseisen die aan VVV's worden gesteld te voldoen. VVV Zuid-Limburg realiseert haar ondernemingsmissie door actief te zijn op de volgende taakvelden: informatieverzameling en -verstrekking reservering en bemiddeling productontwikkeling marktbewerking/promotie begeleiden van toeristisch/recreatieve projecten (mede) organiseren en coördineren van evenementen Rechtsvorm VVV Zuid-Limburg is een stichting zónder winstoogmerk. Deelnemers VVV Zuid-Limburg heeft twee belangrijke ‘doelgroepen’ waarvoor zij diensten verleent en die deze organisatie mede financieren: de ZuidLimburgse gemeenten én de Midden-Limburgse gemeente EchtSusteren en de ondernemers. Bestuursstructuur De gemeenten en ondernemers zijn representatief vertegenwoordigd binnen het bestuur van VVV Zuid-Limburg en in die zin dus ook continu vinger aan de pols houden inzake de ontwikkeling en de activiteiten van de organisatie. Op dit moment telt het VVV bestuur 13 leden, waarvan 6 afgevaardigden via de gemeenten/regio’s, een neutrale voorzitter, een neutrale financiële inhoudsdeskundige en 5 afgevaardigden vanuit ondernemers (groeperingen). Burgemeester Hessels maakt deel uit van het bestuur. Hij vertegenwoordigt in het VVV-bestuur de regio Midden-Limburg (waarvan alleen de gemeente Echt-Susteren aangesloten is bij de VVV Zuid-Limburg). Eigen vermogen begin n.b. dienstjaar 2014 Eigen vermogen einde n.b. dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.b. begin dienstjaar 2014 Vreemd vermogen n.b. einde dienstjaar 2014 Resultaat 2014 n.b. Financiën Voor 2012 t/m 2016 resp. € 58.554, € 53.753, € 54.828, € 55.924, € 57.043 Deelneming Enexis Holding N.V. Statutaire naam Rechtsvorm Vestigingsplaats Doel
Enexis Holding N.V. N.V. ‘s-Hertogenbosch Als gevolg van de invoering van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) in Nederland is Essent in 2009 gesplitst in een Netwerkbedrijf en een Productie- en Levering Bedrijf. Het Productie- en Levering Bedrijf (PLB) is per 1 oktober 2009 verkocht aan RWE. Op basis van de wet werden de publieke aandeelhouders van Essent voor exact hetzelfde aandelenpercentage aandeelhouder van het nieuwe zelfstandig opererende netwerkbedrijf, dat vanaf 2010 Enexis (Holding N.V.) heet. De vennootschap heeft ten doel: het (doen) distribueren en het (doen) transporteren van energie, zoals Deel I - 223 -
Deelneming Enexis Holding N.V. elektriciteit, gas, warmte en (warm) water; het in stand houden, (doen) beheren, (doen) exploiteren en (doen) uitbreiden van distributie en transportnetten in relatie tot energie; het doen uitvoeren van alle taken die ingevolge de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet zijn toebedeeld aan een netbeheerder zoals daarin bedoeld; het binnen de wettelijke grenzen ontplooien van andere operationele en ondersteunende activiteiten. Algemene vergadering van aandeelhouders. Bestuurlijk- c.q. De aandeelhouders zijn 6 provincies en 116 gemeenten. financieel belang Als voorzitter van de Vegal (Vereniging van gemeentelijke aandeelhouders Limburg) is burgemeester Hessels lid van de aandeelhouderscommissie. Participatie 0,37% (na splitsing) Eigen vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 3.370 miljoen - € 3.517 miljoen Vreemd vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 2.895 miljoen - € 2.900 Resultaat 2014 € 265,5 miljoen winst Verwachte omvang van het financiële resultaat € 200 miljoen van de verbonden partij begrotingsjaar 2015 Dividend over 2014 Over het dividendvoorstel, voor de gemeente Echt-Susteren € 493.468 (0,37% van € 132,8 miljoen), vindt in de AvA van 20 april 2015 besluitvorming plaats. Risico’s Het risico voor de aandeelhouders is relatief gering omdat Enexis opereert in een gereguleerde (energie)markt, onder toezicht van de Energiekamer. Daarnaast is het risico gering in relatie tot de waarde van Enexis Holding N.V. Het nominaal aandelenkapitaal van deze vennootschap bedraagt ongeveer € 150 mln. Daarmee zijn op grond van de wet (art 2.:81 BW) de verplichtingen en daarmee de aansprakelijkheid van de aandeelhouders in totaliteit jegens Enexis Holding N.V. ook beperkt tot dit bedrag. Deelneming Vordering op Enexis B.V. Statutaire naam Rechtsvorm Vestigingsplaats Doel
Vordering op Enexis B.V. B.V. ‘s-Hertogenbosch Als gevolg van de invoering van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON) in Nederland is Essent in 2009 gesplitst in een Netwerkbedrijf en een Productieen Levering Bedrijf. Voorafgaande aan deze wettelijk verplichte splitsing, heeft Essent eind 2007 een herstructurering doorgevoerd waarbij de economische eigendom van de gas- en elektriciteitsnetten binnen de Essent-groep zijn verkocht en overgedragen aan Enexis tegen de geschatte fair market value. Omdat Enexis over onvoldoende contante middelen beschikte om de koopprijs hiervoor te betalen is deze onverschuldigd gebleven en omgezet in een lening van Essent Nederland B.V. In de Wet Onafhankelijk Netbeheer staat opgenomen dat het niet wenselijk is dat na splitsing financiële kruisverbanden blijven bestaan en omdat het op dat moment niet mogelijk was om de lening extern te financieren is derhalve besloten om de lening (vordering) in 2009 niet mee te verkopen aan RWE, maar over te dragen aan de aandeelhouders. Op het moment van overdracht bedroeg de vordering € 1,8 mld. De aflossing hiervan is vastgelegd in een leningsovereenkomst, bestaande uit verschillende looptijden (tot en met 10 jaar). Het rentepercentage dat op deze lening wordt vergoed bedraagt initieel gemiddeld ongeveer 4,65%. Op basis van de Aanwijzing van de Minister van Economische Zaken is een bedrag van € 350 mln. geoormerkt als achtergesteld ten behoeve van mogelijke toekomstige conversie naar het eigen vermogen van Enexis.
Deel I - 224 -
Deelneming Vordering op Enexis B.V. Bestuurlijk- c.q. Algemene vergadering van aandeelhouders. financieel belang De aandeelhouders zijn 6 provincies en 116 gemeenten. Als voorzitter van de Vegal (Vereniging van gemeentelijke aandeelhouders Limburg) is burgemeester Hessels lid van de aandeelhouderscommissie. Participatie 0,37% Eigen vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 82.250 - € 65.628 Vreemd vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 862 miljoen - € 862 miljoen Resultaat 2014 € 16.621 verlies Dividend over 2014 De onderneming heeft alleen het beheer van de brugleningen als ondernemingsactiviteit en maakt derhalve geen winst. Er kan dan ook geen dividend over 2014 worden uitgekeerd. Risico’s a. Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is relatief gering en beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal van deze vennootschap (ongeveer € 20.000), art 2.:81 BW. b. Daarnaast loopt Vordering op Enexis B.V. beheerste risico’s op Enexis Holding B.V. voor de niet-tijdige betaling van rente en/of aflossing en, in het ergste geval, faillissement van Enexis Holding N.V. Toekomstige verwachVordering op Enexis B.V. loopt een beheerst geachte risico’s op tingen Enexis Holding N.V. voor de niet-tijdige betaling van rente en/of aflossing, in het ergste geval, faillissement van Enexis Holding N.V., waardoor de restantvordering ad € 137,1 miljoen verloren zou kunnen gaan. Deelneming Verkoop Vennootschap B.V. Statutaire naam Rechtsvorm Vestigingsplaats Doel
Verkoop Vennootschap B.V. B.V. ‘s-Hertogenbosch In het kader van de transactie met RWE hebben de verkopende aandeelhouders een aantal garanties gegeven aan RWE. Het overgrote merendeel van deze garanties is door de verkopende aandeelhouders op het moment van verkoop van Essent PLB aan RWE overgedragen aan deze deelneming, die vanaf het moment van oprichting dus ook aansprakelijk is mochten een of meer van deze garanties onjuist blijken te zijn. Ter verzekering van de betaling van eventuele schadeclaims heeft RWE bedongen dat een deel van de verkoopopbrengst door de verkopende aandeelhouders gedurende een bepaalde tijd op een aparte bankrekening zal worden aangehouden (in jargon: in escrow zal worden gestort). Buiten het bedrag dat in escrow zal worden gehouden, zijn de verkopende aandeelhouders niet verder aansprakelijk voor inbreuken op garanties. Daarmee is de functie van Verkoop Vennootschap B.V. dus tweeërlei. Als vennootschap die vrijwel alle garanties onder de verkoopovereenkomst heeft overgenomen van de verkopende aandeelhouders zal zij eventuele garantieclaim procedures voeren tegen RWE. Daarnaast treedt Verkoop Vennootschap B.V. op als vertegenwoordiger van de verkopende aandeelhouders met betrekking tot het geven van instructies aan de escrow agent wat betreft het beheer van het bedrag dat in escrow wordt gestort. Bestuurlijk- c.q. Algemene vergadering van aandeelhouders financieel belang Als voorzitter van de Vegal (Vereniging van gemeentelijke aandeelhouders Limburg) is burgemeester Hessels lid van de aandeelhouderscommissie. Participatie 0,37% Eigen vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 347,3 miljoen - € 363,3 miljoen Vreemd vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 98,1 miljoen - € 79,9 miljoen
Deel I - 225 -
Deelneming Verkoop Vennootschap B.V. De verwachte omvang van het eigen vermogen € 0 miljoen (naar verwachting wordt de vennootbegin en einde dienstjaar 2015 schap eind 2015, wellicht begin 2016, geliquideerd en valt een positief liquidatiesaldo vrij aan de aandeelhouders). De verwachte omvang van het vreemd ver€ 0 miljoen (naar verwachting wordt de vennootmogen begin en einde dienstjaar 2015 schap eind 2015, wellicht begin 2016, geliquideerd en valt een positief liquidatiesaldo vrij aan de aandeelhouders). Resultaat 2014 € 17,3 miljoen winst De verwachte omvang van het financiële resul- Naar verwachting wordt de vennootschap eind taat van de verbonden partij in het begrotings- 2015, wellicht begin 2016, geliquideerd en valt een jaar 2015 positief liquidatiesaldo vrij aan de aandeelhouders. Dividend over 2014 N.v.t. Risico’s a. Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is relatief gering en beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal van deze vennootschap (ongeveer € 20.000), art 2.:81 BW). b. Afhankelijk van mogelijke claims resteert ultimo 2014 een escrowvordering van € 71,3 miljoen, die voorzichtigheidshalve volledig is voorzien. Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is relatief gering. Toekomstige verwach- De looptijd van deze B.V. is afhankelijk van de periode dat claims onder deze tingen escrow kunnen worden ingediend en afgewikkeld. Op het beheerde geld van de tweede tranche van de General Escrow zal een rentevergoeding worden gerealiseerd en een eventueel overschot op het einde komt geheel ten goede aan de Verkopende aandeelhouders. Deelneming Publiek Belang Elektriciteitsproductie B.V. Statutaire naam Rechtsvorm Vestigingsplaats Doel
Publiek Belang Electricitetisproductie (PBE) B.V. B.V. ‘s-Hertogenbosch PBE B.V. heeft op 30 september 2011 de aandelen ERH en daarmee indirect het 50% belang in EPZ (kerncentrale Borssele) geleverd aan RWE. Daarmee is een einde gekomen aan de primaire opdracht van PBE, zijnde het behartigen van het 50%-belang in EPZ. PBE zal als tijdelijke vennootschap de resterende rechten en verplichtingen afwikkelen, in het bijzonder die rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het Convenant en aanvullend Convenant dat is overeengekomen met de Staat. Na een statutenwijziging in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 14 december 2011 is de inrichting van PBE aangepast naar de status van een SPV, vergelijkbaar met o.a. Verkoop Vennootschap. Bestuurlijk- c.q. Algemene vergadering van aandeelhouders. financieel belang Aandeelhouders zijn 6 provincies en 116 gemeenten. Als voorzitter van de Vegal (Vereniging van gemeentelijke aandeelhouders Limburg) is burgemeester Hessels lid van de aandeelhouderscommissie. Participatie 0,37% Eigen vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 1,6 miljoen - € 1,6 miljoen Vreemd vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 111.272 - € 107.847 Resultaat 2014 € 18.535 verlies Verwachte omvang van het financiële resultaat € 5.000 verlies van de verbonden partij begrotingsjaar 2015 Dividend over 2014 N.v.t.
Deel I - 226 -
Deelneming Publiek Belang Elektriciteitsproductie B.V. Risico’s Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is relatief gering en beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal van deze vennootschap (ongeveer € 1,5 mln.) (art 2:81 BW). Binnen PBE B.V. is nog vanaf medio 2012 een bedrag tussen de € 1,5 en € 2,0 mln. achtergebleven (beschikbaar) om mogelijke zaken die uit de verkoop voortkomen af te wikkelen. Toekomstige verwach- Publiek Belang Electriciteitsproductie (PBE) B.V. is na de Besloten Algemetingen ne Vergadering van Aandeelhouders op 14 december 2011 verworven tot een SPV, die nog een aantal lopende zaken moet afwikkelen. Het aandeelhouderschap wordt aangehouden omdat PBE, als gevolg van gemaakte afspraken met de Staat en vastgelegd in een Convenant, rechten en verplichtingen heeft voor een periode van 8 jaren na ondertekening van de EPZ SPA (30 september 2011). Deelneming CBL Vennootschap (CBL) B.V. (Cross border leases) Statutaire naam Rechtsvorm Vestigingsplaats Doel
CBL Vennootschap B.V. B.V. ‘s-Hertogenbosch De functie van deze CBL Vennootschap B.V. is dat zij de Verkopende Aandeelhouders zal vertegenwoordigen als medebeheerder (naast RWE, Enexis en Essent) van het CBL Fonds en in eventuele andere relevante CBLaangelegenheden en zal fungeren als "doorgeefluik" voor betalingen namens aandeelhouders in en uit het CBL Fonds. Ter voorkoming van misverstanden: het CBL Fonds zelf is niets meer dan een bankrekening die wordt aangehouden bij een gerenommeerde bank waarop het afgesproken bedrag is gestort en aangehouden. Voor zover na beëindiging van alle CBL’s en de betaling uit het CBL Fonds van de daarmee corresponderende voortijdige beëindigingvergoedingen nog geld overblijft in het CBL Fonds, wordt het resterende bedrag eveneens in de verhouding 50%-50% verdeeld tussen RWE en Verkopende Aandeelhouders. Bestuurlijk- c.q. Algemene vergadering van aandeelhouders. financieel belang De aandeelhouders zijn 6 provincies en 116 gemeenten. Als voorzitter van de Vegal (Vereniging van gemeentelijke aandeelhouders Limburg) is burgemeester Hessels lid van de aandeelhouderscommissie. Eigen vermogen begin/einde dienstjaar 2014 $ 9,88 miljoen - $ 9,81 miljoen Vreemd vermogen begin/einde dienstjaar 2014 $ 103.732 - $ 106.574 Resultaat 2014 € 66.740 verlies De verwachte omvang van het financiële resul- Naar verwachting wordt de vennootschap eind taat van de verbonden partij in het begrotings- 2015, wellicht begin 2016, geliquideerd en valt een jaar 2015 positief liquidatie-saldo vrij aan de aandeelhouders. Dividend over 2014 N.v.t. Risico’s Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is relatief gering en beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal van deze vennootschap (ongeveer € 20.000), art 2:81 BW). Met de voortijdige beëindiging van alle CBL-contracten is alleen nog sprake van een risico en daarmee aansprakelijkheid voor de aandeelhouders van een bedrag tot de hoogte van het thans resterende bedrag ($ 20 mln.) in het CBL Escrow Fonds. Hieruit dienen nog de advies- en andere afwikkelingskosten te worden voldaan, die overigens als gering worden ingeschat. Dit betekent dat een groot deel van het restantbedrag van $ 20 mln. uiteindelijk in de verhouding 50%50% zal kunnen worden uitbetaald aan de aandeelhouders en dat het fonds daarna geliquideerd kan worden.
Deel I - 227 -
Deelneming CBL Vennootschap (CBL) B.V. (Cross border leases) Toekomstige verwach- Naar verwachting zal deze BV in 2015 worden ontbonden. tingen CSV Amsterdam B.V. (voorheen Claim Staat Vennootschap B.V.) Statutaire naam Rechtsvorm Vestigingsplaats Doel
Bestuurlijk- c.q. financieel belang
Claim Staat Vennootschap B.V. B.V. ‘s-Hertogenbosch In februari 2008 zijn Essent en Essent Nederland B.V., met toestemming van de publieke aandeelhouders, een procedure begonnen tegen de Staat der Nederlanden waarin zij een verklaring voor recht vragen dat bepaalde bepalingen van de splitsingwetgeving onverbindend zijn. Als gevolg van deze, in de ogen van Essent, onverbindende splitsingwetgeving (en de als gevolg daarvan doorgevoerde splitsing) lijden haar aandeelhouders schade. Inmiddels heeft de Rechtbank te 's-Gravenhage de vordering van Essent afgewezen. Essent heeft tegen deze uitspraak hoger beroep aangetekend. Vanwege praktische moeilijkheden met betrekking tot de overdracht van deze procedure aan de individuele aandeelhouders van Essent N.V. hebben Essent en RWE afgesproken dat de onderliggende (declaratoire) procedure over de vraag of (delen van) de splitsingswetgeving onverbindend zijn, ook na afronding van de transactie met RWE door Essent blijft worden gevoerd. Essent en RWE zijn echter overeengekomen dat de eventuele schadevergoedingsvordering van Essent op de Staat der Nederlanden die zou kunnen ontstaan als de rechter inderdaad van oordeel is dat (delen van) de splitsingswetgeving onverbindend zijn wordt gecedeerd aan de aandeelhouders (en dus niet achterblijft binnen de Essent groep), die deze vordering gebundeld zullen gaan houden via de deelneming (de "Claim Staat Vennootschap BV"). In het kader van afronding van de verkoop van de aandelen in het kapitaal van Essent N.V. aan RWE wordt de Claim Staat Vennootschap BV verkocht en geleverd aan alle aandeelhouders in Essent N.V. die participeren in de verkoop van RWE, alsmede aan die aandeelhouders in Essent N.V. die hun aandelen in het kapitaal van Essent N.V. niet aan RWE verkopen, maar toch aandelen in het kapitaal van Claim Staat Vennootschap BV willen kopen. Naast het feit dat deelname in Claim Staat Vennootschap BV de noodzakelijke randvoorwaarden creëert voor maximalisatie van de verkoopopbrengst van Essent en een optimale (financiële) risico-afdekking voor eventuele aansprakelijkheid van de publieke aandeelhouders, is het deelnemen door de aandeelhouders in Claim Staat Vennootschap BV is in het openbaar belang om redenen van flexibiliteit, eenvoudiger coördinatie en beheersbaarheid. Het spreekt voor zich dat het voor de aandeelhouders (en ook voor RWE) eenvoudiger, beter en goedkoper is om gezamenlijk via de band van Claim Staat Vennootschap BV te procederen dan dit ieder voor zich te moeten doen (met alle kosten en moeilijkheden die met de onderlinge afstemming dan gepaard zouden gaan). Inmiddels blijkt dat Essent beroep heeft ingesteld tegen de uitspraak van de Rechtbank. In 2014 is de naam van Claim Staat Vennootschap B.V. gewijzigd in CSV Amsterdam B.V. Tevens zijn de statuten aangepast in die zin dat de vennootschap bevoegd is de verkoop van de aandelen Attero Holding N.V. aan Waterland af te wikkelen en de gevormde escrow, namens de verkopende aandeelhouders te beheren. Algemene vergadering van aandeelhouders. De aandeelhouder zijn 6 provincies en 116 gemeenten. Als voorzitter van de Vegal (Vereniging van gemeentelijke aandeelhouders Limburg) is burgemeester Hessels lid van de aandeelhouderscommissie. Deel I - 228 -
CSV Amsterdam B.V. (voorheen Claim Staat Vennootschap B.V.) Participatie 0,37% Eigen vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 52.387 - € 8.541 Vreemd vermogen begin/einde dienstjaar 2014 € 12.484 - € 36.057 Resultaat 2014 € 43.846 verlies Verwachte omvang van het financiële resultaat € 3 miljoen verlies van de verbonden partij begrotingsjaar 2015 Dividend over 2014 De vennootschap keert geen dividend uit. Risico’s Het risico en daarmee de aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is relatief gering en beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal van deze vennootschap (ongeveer € 20.000), art 2.:81 BW). Toekomstige verwach- In 2010 heeft het Europese Hof in Den Haag uitspraak gedaan over een ontingen derdeel de Wet Onafhankelijk Netbeheer en hierbij het groepsverbod onverbindend verklaard. Wat de consequenties (in financieel opzicht) zullen zijn voor Claim Staat Vennootschap B.V. is nog altijd onduidelijk. Deze deelneming wordt tijdelijk aangehouden om de verkoop van Essent aan Deze deelneming wordt tijdelijk aangehouden om de verkoop van Essent aan RWE af te wikkelen alsmede de verkoop van Attero aan Waterland.
Deel I - 229 -
Deel I - 230 -
9.8
Paragraaf Grondbeleid 2014
Verordening 212: 1. In de paragraaf grondbeleid bij de begroting en de jaarstukken neemt het college naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden provincies en gemeenten in ieder geval op: a. de verwerving van gronden; b. de te ontwikkelen en in ontwikkeling genomen projecten. 2. Het grondbeleid van de gemeente EchtSusteren wordt vastgelegd in de "Grondnota". De raad stelt de nota vast. In de nota wordt aandacht besteed aan: a. de strategische visie van het toekomstig grondbeleid van de gemeente; b. beheer en uitgifte van gemeentelijke eigendommen; c. grondbeleid gericht op verandering van het grondgebruik; d. de uitgangspunten voor prijsstelling van de verkoop van gronden. 3. 3. De uitgangspunten voor kostenverhaal door de gemeente Echt-Susteren worden vastgelegd in de "Nota Kostenverhaal". De raad stelt de nota vast. Visie gemeentelijk grondbeleid Algemeen Het grondbeleid levert een bijdrage aan zowel (integrale) ruimtelijke plannen als specifieke beleidsvelden die voor de gemeente Echt-Susteren van belang zijn, zoals leefbaarheid, wonen, werken, groen, verkeer en financiën. De beoogde doelstellingen van de ruimtelijke plannen en specifieke beleidsvelden zijn verwoord in de verschillende programma’s uit de begroting. Het betreft hier dan met name de thema’s binnen de programma’s Economische zaken en grondexploitaties (werkgelegenheid, economie en recreatie & toerisme), Maatschappelijke voorzieningen (sportstimulering en ondersteuning, zwembad, sporthallen en overige binnen- en buitensportaccommodaties), Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting (leefbaarheid kernen, behoud en herstel landschappelijke waarden, bedrijvigheid en woningbouw). De doelstellingen welke centraal staan binnen deze thema’s worden voor een belangrijk deel verwezenlijkt door realisatie van de (grondexploitatie)projecten.
Uitvoering Grondbeleid De gemeenteraad heeft haar beleidskader wat betreft het (te voeren) grondbeleid vastgelegd in de Grondnota 2014 (vastgesteld 17 december 2014) en de Nota kostenverhaal 2011 (vastgesteld 30 juni 2011). De missie van gemeentelijk grondbeleid is: indirect en direct met financiële en juridische instrumenten bijdragen aan een evenwichtige en duurzame ontwikkeling van de gemeente in kwaliteit en kwantiteit. Het grondbeleid staat ten dienste aan de verwezenlijking van deze ruimtelijke doelstellingen danwel eerder vernoemde specifieke beleidsvelden. Deze ruimtelijke doelstellingen zijn verwoord in de door de raad vastgestelde structuurvisie 2012-2025 (december 2012) welke weer vertaald zijn in een projectenlijst 'Speerpunten stedelijk gebied' en 'Kwaliteitsverbeterende projecten'. Als algemeen uitgangspunt voor het gemeentelijk beleid geldt dat de gemeente, de regie wil voeren over (de kwaliteit van) de ruimtelijke ontwikkelingen, van eigen maar ook particuliere locaties. Afhankelijk van omstandigheden en grondposities zal per ontwikkeling bepaald worden voor welke vorm van grondbeleid gekozen wordt. Vormen van grondbeleid zijn: actief grondbeleid, passief (faciliterend) grondbeleid en mengvormen tussen actief en passief grondbeleid (publiek private samenwerking (PPS). Per situatie zal worden bezien welke vorm van grondbeleid het beste past bij de te realiseren doelen van het ruimtelijke beleid. De gemeente Echt-Susteren kan dus, binnen aanvaardbare risicoprofielen, ervoor kiezen om winstgevende ontwikkelingen zelf ter hand te nemen (actief grondbeleid). Deze winstgevende ontwikkelingen leveren dekking op voor ontwikkelingen met een voorzienbaar tekort. Het (financieel) beleid is om verworven inkomsten uit commercieel opgezette exploitaties (bouwgronden) in te zetten voor het realiseren van algemeen maatschappelijke doelen. Uitgangspunt is een situatie waarbij de exploitatie over het te voeren grondbeleid voor de gemeente tenminste kostendekkend is. Dat wil zeggen dat over een periode van enkele jaren de te maken kosten in balans zijn met de opbrengsten.
Deel I - 231 -
Prioriteitstelling Via een gebiedsgerichte aanpak wenst de gemeente te komen tot een afgewogen integraal samenhangend ruimtelijk beleid. Als speerpuntprojecten had het college voor de collegeperiode 2010-2014 benoemd: Doorontwikkeling en realisatie Gebiedsvisie Susteren (zie paragraaf Kernenbeleid); Realisatie DOP Koningsbosch (zie paragraaf Kernenbeleid); Realisering van de A2- visie (opwaarderen van de beeld/kwaliteit van Echt-Susteren langs de A2).
te bouwen aan een mooi en krachtig MiddenLimburg. Projecten die opgestart zijn in het GOML tijdperk zullen onder de vlag van SML tot een goed einde worden gebracht. Voor onze gemeente is dit onder meer: uitwerking van de A2-visie, met o.a. hieruit voortvloeiende projecten zoals de realisatie van de Parcway A2, ter hoogte van bedrijventerrein “de Berk” (2013); project Leisurepark in de Bandert; realisatie van een regionaal ruiterroutenetwerk; realisatie van een aantal fietsverbindingen zwembad Leisurepark “In de Bandert”
Structuurvisie In december 2012 is de structuurvisie 20122025 ‘Ontwikkelen met kwaliteit’ door uw raad vastgesteld. Voor zowel ons buitengebied als stedelijk gebied formuleert de structuurvisie een aantal ambities die er voor moeten zorgdragen dat onze gemeente een aantrekkelijke gemeente is (en blijft) om prettig te wonen, te werken en te recreëren. Dit resulteert in zogenaamde 'speerpuntprojecten stedelijk gebied' en 'kwaliteitsverbeterende projecten' conform onze structuurvisie (uitvoeringsprogramma). De structuurvisie is (intern) bindend voor de gemeente en zal worden gebruikt als leidraad bij toekomstige beslissingen. Voor inwoners en ondernemers geeft de visie inzicht in de ontwikkelingsmogelijkheden die er zijn binnen bepaalde gebieden van onze gemeente. Er is dus definitieve duidelijkheid over welke projecteninitiatieven we als gemeente ambiëren en welke niet. Eind 2014 is het uitvoeringsprogramma geactualiseerd en begin 2015 door de raad vastgesteld.
Daarnaast neemt de gemeente Echt-Susteren o.a. deel in (is aandeelhouder van) en werkt samen met Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg BV (OML) met name wat betreft Business Park Midden-Limburg (BPML).
Volkshuisvesting De behoefte aan woningbouw is vastgelegd in de (nieuwe) regionale structuurvisie Wonen Zorg en Woonomgeving welke door de gemeenteraad is vastgesteld d.d. 17 december 2014. De Regionale woonvisie Midden-Limburg Oost 2010-2014' is hiermee komen te vervallen. Bovengemeentelijke doelstellingen Ter realisatie van bovengemeentelijke doelstellingen heeft onze gemeente zich aangesloten bij de Gebiedsontwikkeling Midden-Limburg (GOML). Dit samenwerkingsverband is met ingang van 1 januari 2015 opgegaan in Samenwerking in Midden-Limburg (SML). Doel is om Midden-Limburg verder te versterken en middels regionale samenwerking verder
Grondexploitaties Algemeen Initiatieven vanuit de markt, passend binnen onze structuurvisie, om gronden in exploitatie te brengen komen mondjesmaat binnen. De onderhandelingen en daarbij horende processen in het voortraject om van een initiatief daadwerkelijk tot een project over te gaan nemen veel tijd in beslag. Er zijn uiteraard ook initiatieven welke uiteindelijk geen resultaat / project opleveren. Daarnaast heeft het (nieuwe) beleid van het kabinet ten aanzien van de woningcorporaties ook gevolgen voor de initiatieven van de corporaties in zijn algemeenheid en in het bijzonder voor de projecten in het kader van de dorpsontwikkelingsplannen in onze gemeente. De mogelijkheden van de corporaties tot investeren in woningbouwprojecten, maatschappelijk vastgoed en leefbaarheid zijn sterk afgeremd en zullen nog verder afnemen. De bestaande deelname van WoonGoed 2-Duizend in het kader van de dorpsontwikkelingsplannen Koningsbosch, St. Joost en Nieuwstadt zijn door middel van samenwerkingsovereenkomsten veilig gesteld. Stand van zaken en prognoses grondexploitaties Per 31-12-2014 zijn alle complexen die daarvoor in aanmerking komen in exploitatie genomen. In onderstaande tabel worden de in exploitatie zijnde projecten weergegeven.
Deel I - 232 -
Opgenomen hierin zijn de boekwaarden per 3112-2014 en de verwachte eindresultaten.
De verwachte eindresultaten, vloeien voort uit de laatst vastgestelde herzieningen c.q. herberekeningen van deze grondexploitaties.
Nr.
Complexen in exploitatie
B03 B05 B22 B27 B31 B32 B33
De Berk Herstructurering de Loop Bocage Businesspark Midden Limburg (OML) Witham Ontwikkeling In de Bandert1) Reinoud van Gelderstraat, locatie Maj. Evansschool (Gezondheidscentrum Susteren) 1) Voormalige locatie LTS DOP Koningsbosch, Koningsplein 1) DOP Koningsbosch, verlengde Karel V straat1) Centrumplan Susteren Herontwikkeling locatie vm schoolgebouw Heerweg
B35 B36 B37 B38,39 B40
1)
Boekwaarde 31-12-2014 (in euro’s)
Verwacht eindresultaat (in euro’s)
-€ -€ € € -€ -€ -€
755.483 86.662 1.126.783 546.982 1 111.038 20.407
-€ -€ -€ € -€ € -€
4.911.760 345.982 7.008 0 210.300 770.4921) 1.674
-€ € € € -€
404.878 0 709.725 304.423 135.360
€
0 N.v.t. 348.3631) 1.181.7551) 0
€ € €
betekent een positief resultaat (opbrengsten hoger dan kosten) De gepresenteerde verwachte eindresultaten, zijn de resultaten rekening houdend met subsidies en eventuele bijdragen uit het meerjareninvesteringsplan Voor deze geprognotiseerde verliezen is een voorziening getroffen, zie ‘voorziening verliezen grondexploitaties’.
Toelichting complexen in exploitatie B03 De Berk In 2014 is ca 5.000 m² bouwgrond verkocht. Per 31-12-2014 is nog ca. 4,7 ha. grond uitgeefbaar. In december 2014 heeft de raad de geactualiseerde exploitatiebegroting van bedrijventerrein de Berk vastgesteld en heeft er conform deze exploitatiebegroting een winstneming plaatsgevonden van € 300.000 ten gunste van de algemene reserve grondbedrijf.
In de exploitatie van de Loop dient nog rekening gehouden te worden met mogelijke uitbreiding van nutsvoorzieningen. Door de vestiging van nieuwe bedrijven in dit gebied zijn ook de verkeersbewegingen gewijzigd en onderzocht wordt of de verkeerstructuur, als onderdeel van deze exploitatie, aangepast moet worden. Bij afsluiting van de grondexploitatie wordt een positief eindresultaat verwacht.
B05 Herstructurering bedrijventerrein ”de Loop” De exploitatie van de Loop is grotendeels afgerond. Het perceel naast de Gamma is de enige resterende gemeentelijke kavel die nog te koop is. Momenteel worden onderhandelingen gevoerd met een kandidaat koper. Door Aldi zijn in 2014, conform afspraak, 40 gemeentelijke parkeerplaatsen gerealiseerd. In ruil daarvoor neemt de gemeente de komende 10 jaar de beheer- en onderhoudskosten van de nieuwe Aldi-parkeerplaatsen voor haar rekening. De financiële verwerking hiervan zal in 2015 plaatsvinden.
B22 Bocage In 2012 hebben Hurks vastgoedontwikkeling BV en de gemeente Echt-Susteren de ‘Samenwerkingsovereenkomst “Bocage” te Echt’ getekend. Na de uitwerking van de statuten is in september 2012 de ‘Grondexploitatiemaatschappij Bocage CV’ (GEM Bocage) opgericht. In 2012 heeft de gemeente het grootste gedeelte van de boekwaarde en de koopsommen van de binnen het plangebied gelegen gronden ontvangen. De resterende boekwaarde, bestaande uit de kosten voor het fiscaal bouwrijp maken van het bedrijfscomplex, de koopsom van de gronden van de zuidelijke parkeer-
Deel I - 233 -
plaats/Peutenweg en de planontwikkelingskosten, worden vergoed zodra het bedrijfscomplex fiscaal bouwrijp is. Dit zal naar verwachting medio 2015 zijn. Tevens ontvangt de gemeente nog een vergoeding ambtelijke uren en een vergoeding van € 5 per m² verkochte bouwgrond, die conform de nota reserves en voorzieningen, wordt gestort in reserve bovenwijkse voorzieningen. De sloop, bodemsanering en grondwerken van Peutenweg 2 te Echt zijn in 2014 geheel uitgevoerd en afgerond. De totale kosten voor sloop, bodemsanering, grondwerken, extra beheerkosten bouwplaats, de (juridische) advieskosten als gevolg van het faillissement van de sloopaannemer en de nieuw gevoerde aanbestedingsprocedure passen binnen het door de raad beschikbare totale krediet met als dekkingsmiddel de vordering op de Grondexploitatiemaatschappij Bocage CV krachtens de ‘Samenwerkingsovereenkomst Bocage’. Genoemde kosten worden verrekend middels de bij de samenwerkingsovereenkomst gevoegde koopovereenkomsten voor bebouwde en onbebouwde percelen. B27 Businesspark Midden Limburg Op 13 januari 2012 is de ‘Realiseringsovereenkomst bedrijventerrein St. Joost (de Berk II) te Echt’, thans genaamd Businesspark Midden Limburg , met Ontwikkelingsmaatschappij Midden Limburg (OML) getekend en zijn de gronden, gelegen binnen het exploitatiegebied, (fiscaal bouwrijp) geleverd aan OML BV. Met de overname van de grondexploitatie van Businesspark Midden-Limburg door OML BV zijn de risico’s ondergebracht in de regio waarvan onze gemeente deel uitmaakt. Overeenkomstig de met OML gesloten realisatieovereenkomst heeft de gemeente in 2014, op basis van de in 2013 aan Action verkochte 128.274 m2 bouwgrond, een bijdrage in de door haar gerealiseerde aanleg infrastructuur (Westelijke Randweg) van € 757.740 en een bedrag van € 641.370 bijdrage Bovenwijkse voorzieningen ontvangen. In augustus 2014 is Action gestart met de uitbreiding fase 2 van het distributiecentrum. Deze fase wordt begin april 2015 opgeleverd. B31 26 Witham Het plan behelst de bouw van 26 grondgebonden koopwoningen (deels patiowoningen, deels (half)vrijstaand geschakelde woningen).
Het overblijvende deel van de huisweide heeft in 2014 een groene impuls gekregen, passend bij de functie en de sfeer van de plaats en de omgeving. Als gevolg van de economische crisis stagneert de verkoop van de woningen. Van de 26 woningen dienen er nog 13 te worden verkocht en gerealiseerd. B32 Ontwikkeling in de Bandert In mei 2011 heeft de raad de strategische visie voor het leisurepark In de Bandert vastgesteld en voor de uitvoering daarvan krediet beschikbaar gesteld. Tevens is dit project door de Gebiedsontwikkeling (GOML) aangemerkt als een van de structuurversterkende projecten van Midden-Limburg en heeft de GOML een bedrag van € 770.000 subsidie toegekend aan dit project. In het laatste kwartaal van 2013 en het eerste kwartaal van 2014 zijn de twee algemene parkeerterreinen gereconstrueerd. Verder is in 2014 sterk ingezet op de sociale infrastructuur op het park. Ondernemers en verenigingen zijn en worden regelmatig bij elkaar gebracht. Het doel is om dit verder uit te bouwen. B33 Reinoud van Gelderstraat, locatie Maj. Evansschool (Gezondheidscentrum Susteren) Op 29 juni 2011 heeft de raad ingestemd met de exploitatiebegroting voor het herontwikkelen van een deel van het terrein van de voormalige Majoor Evansschool in Susteren. In 2012 is door de projectontwikkelaar gestart met de bouwwerkzaamheden en inmiddels is het project gereed. De gemeente is in de afrondende fase van haar deel in de gemeentelijke exploitatie: de inrichting van het openbaar gebied. Bijstelling van de exploitatiebegroting heeft in de voorjaarsnota 2012 en in de 2e bestuursrapportage 2013 plaatsgevonden. In de 1e bestuursrapportage 2014 heeft wederom bijstelling plaatsgevonden, resulterende een positief exploitatieresultaat van € 1.673, welk bedrag wordt doorgesluisd naar de reserve Dop’s. Afsluiting van de grondexploitatie kan pas definitief plaatsvinden nadat een definitieve beschikking/afrekening van de provincie is ontvangen voor haar bijdrage vanuit de ISV2subsidie. Aangezien dit een subsidie betreft waarin naast het openbaar gebied rondom het medisch centrum, ook het openbaar gebied in het centrum is gesubsidieerd, zal de definitieve beschikking/afrekening naar alle waarschijnlijkheid pas in 2016 plaatsvinden.
Deel I - 234 -
B35 Voormalige locatie LTS Woningcorporatie Woongoed 2-Duizend heeft in 2014 op de voormalige LTS-locatie 34 appartementen voor de huursector (met en zonder zorg) gerealiseerd. Tevens is de bestaande, aan de overzijde van de Kerkveldsweg-West gelegen gymzaal, omgebouwd naar 10 individuele woningen voor zorgverlener “Met ggz”. De eerste bewoners zijn in januari 2015 in het complex gaan wonen. Dit project is mede mogelijk gemaakt met subsidie van de provincie Limburg. B36 Koningsplein (dop Koningsbosch) Het Koningsplein is door de gemeente heringericht en de infrastructuur is zowel bovengronds als ondergronds vernieuwd. Daarbij is rekening gehouden met de bouw door WoonGoed 2Duizend van 1 buurtsuper en 4 woningen. Na het bouwrijp maken van het plein is het bouwperceel conform overeenkomst door de woningcorporatie van de gemeente gekocht. De eindafrekeningen van de aannemer betreffende het Koningsplein zijn in oktober 2014 ontvangen. Op basis hiervan kan deze grondexploitatie worden afgesloten, verwezen wordt tevens naar de slotbegrotingswijziging 2014. Ten behoeve van deze grondexploitatie is in 2013 een bedrag van € 686.953 toegevoegd aan de voorziening verliezen grondexploitaties (zijnde het op dat moment gecalculeerde verlies), vanuit de eerder door de raad hiervoor beschikbaar gestelde middelen. De werkelijke cijfers resulteren in een (kleiner) verlies, zijnde € 591.520. Genoemde meevaller (€ 95.433) vloeit terug naar de reeds eerder door de raad beschikbaar gestelde middelen. B37 Verlengde Karel V straat (dop Koningsbosch) Op de verlengde Karel V-straat zijn in het kader van het DOP Koningsbosch 14 woningen gepland bestaande uit 2 gezinswoningen in de koopsfeer langs de Prinsenbaanzijde en 12 woningen (waarvan 6 seniorenwoningen in de huursfeer en 6 starterswoningen in de koopsfeer) aan de zijde van de gymzaal. In het vigerende bestemmingsplan Koningsbosch is in dit plan voorzien en de woningen maken tevens onderdeel uit van de “harde” gemeentelijke plancapaciteit. De infrastructuur verlengde Karel V-straat is uitgesteld totdat er zekerheid is over de realisatie van genoemd bouwplan. De gronden zijn enkele jaren geleden door de gemeente verworven. Krachtens de overeenkomst DOP Koningsbosch tussen de gemeente en Woon-
Goed 2-Duizend heeft de woningcorporatie een afnameplicht van de gronden, na bouwrijp maken door de gemeente. Inmiddels is duidelijk dat het betreffende plan in zijn huidige vorm niet realiseerbaar is. Woongoed 2-Duizend en de gemeente beraden zich over een aanpassing van het plan, waarbij er gedacht wordt aan de bouw van minder woningen (enkel in de huursfeer en uitsluitend voor de doelgroep senioren). Het in 2013 geprognosticeerde verlies bedroeg € 281.142, met als dekking de voorziening verliezen grondexploitaties, welke destijds gevuld is vanuit de eerder door de raad hiervoor beschikbaar gestelde middelen. In afwachting van de uitwerking van het nieuwe plan is de grondexploitatie Karel V straat – voorshands op basis van het oude plan – in 2014 geactualiseerd, resulterende in een geprognosticeerd (groter) verlies zijnde € 348.363. Aanvulling van de voorziening verliezen grondexploitaties (met € 67.221) is derhalve nodig, vanuit de door de raad hiervoor beschikbaar gestelde middelen (en verwerkt in deze jaarrekening). B38, 39 Centrumplan Susteren De planologische kaders zijn eind 2013 vastgelegd in een bestemmingsplan ‘’Centrumplan Susteren’’. Daarnaast heeft de raad in dezelfde vergadering de financiële kaders vastgesteld. In 2014 is gewerkt aan de realisatie van het stedenbouwkundig plan. In juli 2014 is een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de ontwikkelaar die in ieder geval het gedeelte aan de zijde van de PLUS-supermarkt mede zal ontwikkelen. De gemeente heeft overeenstemming kunnen bereiken over de aankoop van een groot gedeelte van voor de realisatie van het oostelijk plandeel benodigde vastgoed (aankoop gedeelten houthandel Peters) en er is besloten de onteigeningsprocedure in gang te zetten ten behoeve van de verkrijging van een gedeelte van het voor de realisatie van het plangebied benodigde vastgoed (locatie “oude Jan Linders“). Daarnaast is in het najaar 2014 gestart met de aanleg van de infrastructuur van het westelijk deel van het plangebied. Het betreft de Feurtherpoort en gedeelten van de daarop uitkomende wegen, de Willibrordusstraat (het eerste deel van het toekomstige Willibrordusplein) en de Reinoud van Gelderstraat. Tot slot heeft de gemeente verweerschriften opgesteld tegen de door belanghebbende partijen bij de Raad van State ingediende beroepschriften tegen het vastgestelde bestemmings-
Deel I - 235 -
plan en het exploitatieplan. De zitting bij en uitspraak op beroep door de Raad van State volgen in 2015. De herinrichting van de parkeerplaats en de uitbereiding van de PLUS supermarkt volgen in 2015 en uiteraard worden ook de onderhandelingen met relevante partijen voortgezet in 2015. B40 Locatie voormalige schoolgebouw Heerweg In 2014 is de eerste fase van dit project gerealiseerd. Deze fase betreft de bouw van een woonbegeleidingscentrum voor 21 (jong)volwassenen (3 groepswoningen met 7 wooneenheden) met een overwegend
matige verstandelijke handicap. Tevens is de gehele infrastructuur aangelegd en het achterliggend terrein parkachtig ingericht. De bouw alsook de aanleg van de infra is voorspoedig verlopen en volgens de planning uitgevoerd. De oplevering heeft in december 2014 plaatsgevonden. De tweede fase van dit project, de bouw van een mogelijk vierde groepswoning en 7 levensloopbestendige woningen is voorzien in 2016. Voor deze fase dient nog een bestemmingsplanprocedure te worden doorlopen.
Winst- en verliesnemingen, voorziening en reserves grondexploitaties.
Winstnemingen Winstneming bij grondexploitaties geschiedt bij realisatie, rekening houdend met nog te maken kosten en bij afsluiting van de projecten. Het is echter mogelijk om op verantwoorde wijze volgens het voorzichtigheidsprincipe (conform BBV) al vooruitlopend op de afsluiting, een deel van de winst te nemen. Voorwaarde is dat er daadwerkelijk sprake moet zijn van gerealiseerde winsten in de grondexploitatie én dat die uit oogpunt van verantwoorde bedrijfsvoering (rekening houdend met nog te realiseren kosten en opbrengsten) ook kunnen worden genomen.
Winstneming 2014 B03
De Berk
€ 300.000
Totaal
€ 300.000
Verliesnemingen Indien tekorten worden geconstateerd of worden voorzien, wordt op basis van het voorzichtigheidsprincipe de voorziening verliezen grondexploitaties (aan)gevuld ter hoogte van het (te verwachten) verlies. In 2014 heeft onderstaande verliesneming plaatsgevonden:
Deel I - 236 -
Verliesneming 2014 B36 Koningsplein (dop Koningsbosch) Totaal
€ 591.520 € 591.520
De voorziening verliezen grondexploitaties dient voldoende groot te zijn om in de exploitatietekorten te voorzien. Voeding geschiedt vanuit de algemene reserve grondbedrijf, maar kan ook vanuit andere reserves cq middelen plaatsvinden. Ultimo 2014 is er sprake van de navolgende verliesgevende complexen:
Voorziening verliezen grondexploitaties Complexen
Verlies
B32 Ontwikkeling In de Bandert B37 Verlengde Karel V straat (dop Koningsbosch) B38,39 Centrumplan Susteren
€ € €
770.492 348.363 1.181.755
Totaal
€
2.300.610
Genoemde verliezen vloeien voort uit in 2014 bijgestelde exploitatiebegrotingen
De voorziening verliezen grondexploitaties bevat € 2.300.610 aan middelen. Reserves grondexploitaties De grondexploitatie gerelateerde reserve is met name de algemene reserve grondbedrijf De algemene reserve grondbedrijf dient als buffer voor de grondexploitaties. Winstnemingen, al dan niet tussentijds, worden toegevoegd aan de Algemene Reserve Grondbedrijf. Ook wordt er jaarlijks rente toegevoegd aan deze reserve. Verder kunnen nog andere reserves zoals de reserve bovenwijkse voorzieningen, reserve
natuurcompensatie en reserve parkeerfonds gevoed worden vanuit de grondexploitaties. Verwezen wordt naar de Nota reserves en voorzieningen. Meerjarig verloop algemene reserve grondbedrijf Op basis van geactualiseerde grondexploitaties en herberekeningen worden in onderstaand overzicht de te verwachte winstnemingen weergegeven. Daarnaast wordt, ook rekening houdend met onttrekkingen, claims en toevoegingen/stortingen, tevens een prognose gemaakt van de algemene reserve grondbedrijf voor de jaren 2015 t/m 2018.
Deel I - 237 -
Bedragen in €
per 01-01
Stand Algemene Reserve Grondbedrijf (ARG) PROJECTEN
2014
(1)
2.934.223
De Berk Herstructurering BT de Loop Bocageb) BPML / BT St. Joost Gebiedsvisie Susteren: - CP Susteren / Winkelhart deelplan 1 (cfm rbsl. 12 december 2013) - CP Susteren / Winkelhart deelplan 2 (cfm rbsl. 12 december 2013) DOP Koningsbosch (BMV, Koningsplein / Karel V straat c)) DOP St. Joost Ontwikkeling In de Bandert d) Herontwikkeling locatie vml schoolgebouw Heerweg
2017
2.302.915
2.299.031
2018 2.359.993
-300.000 -881.755
-65.000
Totaal toevoeging ARG door afgeronde projecten betreffend jaar (=4) (2 minus 3 = 4 of som van (3)) (4) Reeds genomen winst- /verliesnemingen van afgeronde projecten betreffend jaar (=5) (5) Mutatie ARG. n.a.v. resultaten afgeronde projecte in betreffend jaar ( 4 minus 5 = 6) (6)
ONTREKKINGEN / CLAIMS
-881.755
545.982
135.000
200.000
150.000
-881.755
545.982
135.000
200.000
150.000
2014
Representatie grondbedrijf Div. kosten (bijv. prijzenboek) Voorbereidingskrediet grondexploitaties Echt-Zuidoost:dekkingstekort kapitaalstorting en aanv. finan. kapitaalstorting, inhuur externe deskundigheid conform rbsl. dec. 2011 Financieringskosten deelneming OML (7)
TOEVOEGINGEN / STORTINGEN
2015
2016
2017
2018
3.133 7.051 140.085 225.233
18.000 5.000 100.000 93.311
18.000 5.000 100.000
18.000 5.000 100.000
18.000 5.000 100.000
108.000
108.000
108.000
108.000
108.000
483.501
324.311
231.000
231.000
231.000
2014
Rentetoevoeging over de stand per 01-01 e) Terugstorting uit ontvangen bovenwijkse voorzieningen BPML t.b.v. (tijdelije) dekking CP Susteren Terugstorting uit ontvangen bovenwijkse voorzieningen BPML t.b.v. (tijdelije) dekking promotie en acquisitiekosten TOTAALTOEVOEGINGEN / STORTINGEN
2.001.196
2016
2014 2015 2016 2017 2018 VAN PROJECT- VAN PROJECT- VAN PROJECT- VAN PROJECT- VAN PROJECTRESULTAAT RESULTAAT RESULTAAT RESULTAAT RESULTAAT NAAR ARG NAAR ARG NAAR ARG NAAR ARG NAAR ARG 300.000 200.000 200.000 200.000 150.000 345.982
afgerond per 31 december:
TOTAAL ONTREKKINGEN / CLAIMS
2015
2015
117.369
2016
2017
2018
80.048
92.117
91.961
91.961
432.229
80.048
92.117
91.961
91.961
2.001.196
2.302.915
2.299.031
2.359.993
300.000 14.860
(8)
PROGNOSE ARG (= 1 plus 6 minus 7) per 31-12
2014
2015
2016
2017
a) Betreft de stand van de ARG. per 31-12-2013 conform de jaarrekening 2013 (€ 2.934.223) b) Een (positief ) resultaat / afdracht naar de ARG wordt pas na 2018 verwacht. c) De te maken kosten voor dit project worden gedekt uit andere middelen dan de ARG. d) Vanuit deze projecten zal er geen ontrekking of storting uit de ARG worden gedaan. e) Conform de nota 'Reserves en voorzieiningen 2013' heeft er een rentetoevoeging plaatsgevonden aan de ARG met een rentepercentage van 4%. f) Naast reserveringen zijn er nog projecten in initiatieffase waarvoor reeds kosten zijn gemaakt / boekwaarden op rusten. Van projecten in initiatieffase welke geen doorgang vinden dienen deze (gemaakte) kosten / boekwaarde van de ARG in mindering te worden gebracht. - de opbrengsten van de Weijenpasweg zijn gelabeld aan de uitvoering van de gebiedsvisie St. Joost-Hingen-Pey, conform het raadsbesluit d.d. 10 juni 2010 Het complex is per 31-12-2012 gesaneerd met een “verlies” van € 209.087, hetgeen ten laste wordt gebracht van de voorziening verliezen grondexploitaties. Deze voorziening is aangevuld door inzet van de algemene reserve grondbedrijf met € 209.087. Indien een nieuw project Weijenpasweg tot stand komt, zal het projectresultaat in eerste instantie worden aangewend om deze reserve weer met het onttrokken bedrag aan te vullen.
Deel I - 238 -
2.370.954 f) 2018
9.9 Paragraaf Kernenbeleid Verordening 212: De paragraaf kernenbeleid informeert de raad op hoofdlijnen over de activiteiten, die in het afgelopen begrotingsjaar in het kader van het kernenbeleid in de verschillende kernen zijn opgepakt respectievelijk de beleidsvoornemens die voor de komende periode te verwachten zijn. Het gemeentelijk kernenbeleid heeft tot doel de leefbaarheid in de 9, door de gemeenteraad in 2003, benoemde kernen te handhaven en/of te bevorderen. Onder leefbaarheid verstaat de gemeente: “ het wonen in een prettige en veilige omgeving met de mogelijkheid om thuis of in de buurt gebruik te kunnen maken van (eenvoudige) zorg-, welzijn- en gemaksdiensten”. De gevolgen van de demografische ontwikkelingen (vergrijzing en ontgroening), de economische situatie en maatschappelijke tendensen hadden ook in 2014 hun weerslag op de gemeentelijke beleidsterreinen, waaronder het gemeentelijk kernenbeleid. Op het gebied van volkshuisvesting valt te constateren dat ondanks een lichte stijging in het aantal woningtransacties de woningmarkt nog steeds op slot zit en er de komende jaren een reductie van de voorraad aan woningbouwplannen moet plaatsvinden. Het is duidelijk dat het bestaande volkshuisvestingsbeleid en de daaruit voortvloeiende planvoorraad achterhaald zijn. Een andere visie, gebaseerd op de hedendaagse problematiek is noodzakelijk en nieuwe initiatieven om de woningmarkt vlot te trekken moeten ontwikkeld worden. Hierbij moet rekening gehouden worden met lokale gemeenschappen met minder inwoners, minder voorzieningen, minder jonge mensen en een verdubbeling van de bevolkingscategorie ouderen. Het zal in de toekomst gaan om woningbouwplannen van beperkte omvang met kleinere woningen voor een of tweepersoonshuishoudens. Doelgroep, kwaliteit en duurzaamheid worden bepalende factoren voor de levensvatbaarheid van projecten. Beleid Volkshuisvesting In 2012 heeft de gemeenteraad de structuurvisie Echt-Susteren “Ontwikkelen met Kwaliteit” vastgesteld, waarin nieuwe beleidsuitgangspunten op tal van terreinen zijn benoemd. Deze structuurvisie is het spoorwegboekje voor het ruimtelijk beleid in het komende decennium.
In regionaal verband, binnen de GOML, is in 2013 en 2014 gewerkt aan de ontwikkeling van een vergelijkbare structuurvisie op het gebied van Wonen, Zorg en Leefomgeving. In 2014 is deze structuurvisie Wonen, Zorg en Leefomgeving door de afzonderlijke Midden-Limburgse gemeenteraden vastgesteld. Hierdoor zijn instrumenten beschikbaar gekomen om, zoals hiervoor beschreven, de gemeentelijke voorraad aan woningbouwplannen te actualiseren en te baseren op nieuwe woningmarktbehoeften. Op grond van deze visie heeft de gemeente Echt-Susteren een tweeledige uitdaging. Enerzijds moet de planvoorraad met 330 woningen, worden teruggebracht waarvan 130 in de periode tot 2018. Anderzijds mag Echt-Susteren, door de herverdeling van de regionale woningbehoefte op grond van de prognose huishoudensontwikkeling over de 7 gemeenten in Midden-Limburg, tot 2023 nog 590 woningen bouwen. Dit is aanzienlijk meer ( 320) dan de lokale behoefte in die periode op grond van de huidige prognose van de huishoudensontwikkeling in Echt-Susteren. (270). Een deel van de toegekende bouwcapaciteit (235 wooneenheden) moet voor 2018 zijn gerealiseerd. Beleid Gemeenschapshuizen Maatschappelijke voorzieningen moeten meerdere doelen dienen en multifunctioneel en effectiever gebruikt kunnen worden. De raad heeft in 2012 nieuw beleid vastgesteld ten aanzien van de gemeenschapshuizen. Gemeenschapshuizen worden gezien als belangrijke voorzieningen, die inwoners in staat stellen actief te werken aan de leefbaarheid in hun wijk of kern. Het gemeentelijk beleid is er op gericht in iedere kleine kern een gemeenschapshuis in stand te houden. In de grotere kernen kan er sprake zijn van meerdere gemeenschapshuizen. Dit is het geval in de kern Echt en Peij. In de regel worden bestaande gemeenschapshuizen gerenoveerd. In uitzonderlijke gevallen kan de raad besluiten tot nieuwbouw van een gemeenschapshuis. Dit is gebeurd in St. Joost en in Dieteren. De renovaties van het gemeenschapshuis Illikhoven, het buurthuis St. Joris in Echt-Noord en het jeugdhuis H. Pius X in Echt-centrum zijn in 2014 gerealiseerd. Ten aanzien van het buurthuis St. Joris heeft de raad aanvullend besloten
Deel I - 239 -
naast renovatie het buurthuis uit te breiden met een 5 tal naastgelegen schoollokalen. Dit gaat plaatsvinden in 2015. Het buurthuis en het jeugdhuis zijn als gevolg van de renovatie in eigendom overgedragen aan de gemeente. Het gemeenschapshuis Illikhoven is in 2014 gerenoveerd. Met de eigenaar van het gemeenschapshuis Illikhoven is een langdurige overeenkomst afgesloten over het gebruik van de accommodatie. Bovendien is aan de stichting voor onbepaalde tijd recht van opstal verleend voor het gebouw, dat gebouwd is op grond die eigendom is van de gemeente. Daarmee is ook de gemeenschap Illikhoven voor lange tijd voorzien van een ontmoetingsplek en een accommodatie voor zorg- en ondersteuningsactiviteiten voor jong en oud. De nieuwbouw van het gemeenschapshuis St. Joost is gestart in het voorjaar van 2014 en het gebouw is eind 2014 opgeleverd. De officiële Ingebruikname vindt plaats na vervanging van de inventaris in maart 2015. Het nieuwe gemeenschapshuis is gedeeld eigendom van de gemeente en WoonGoed2-Duizend. In 2014 is in samenwerking met de stichting Gemeenschapsbelangen Dieteren en de gebruikers van dit gemeenschapshuis een definitief ontwerp gemaakt voor de nieuwbouw van een gemeenschapshuis in Dieteren. De raad heeft hiertoe in december 2014 een aanvullend krediet beschikbaar gesteld van bijna € 285.000. Dit was noodzakelijk om de nieuwbouw te kunnen voorzien van een ruimte voor zorgactiviteiten en dagbesteding voor ouderen en het buitenterrein van het nieuwe gemeenschapshuis opnieuw in te richten en te voorzien van parkeerplaatsen. De sloop en nieuwbouw van de Koppel in Dieteren start in april 2015 en zal voor het einde van het jaar 2015 worden gerealiseerd. Met de eigenaar van het Trefcentrum Edith Stein is eind 2014 afgesproken in 2015 te trachten te komen tot een renovatieplan voor dit gemeenschapshuis. Een eerste stap daartoe is de oprichting van een beheerstichting, die het gebouw na renovatie gaat beheren en exploiteren. Tot slot valt te vermelden dat de raad in december 2014 nog een aanvullend krediet beschikbaar gesteld heeft van € 100.000 voor aanvullende voorzieningen waaronder aircoinstallaties in de gemeenschapshuizen van
Roosteren, Maria Hoop en Koningsbosch. Deze worden in 2015 gerealiseerd. Beleid Sociaal Domein Zoals bekend gaat als gevolg van de 3Dtransities het sociaal domein in Nederland volledig veranderen. Dit geldt niet alleen voor de zorg, de jeugdzorg en de participatiewet. De rol van de overheid in het sociale domein zal in zijn algemeenheid veranderen van een sturende rol naar een faciliterende rol. De sturing in het sociale domein komt bij de inwoners, de gemeenschappen zelf te liggen. Dit heeft grote gevolgen voor het gemeentelijk kernenbeleid. De bewoners zijn namelijk aan zet, de gemeente faciliteert en ondersteunt bewonersinitiatieven. Het beschikbaar stellen van een gemeenschapshuis is een belangrijk aspect in deze ondersteuning. Daarnaast faciliteert de gemeente sociale wijkteams in de kernen, dagbestedingsprojecten voor ouderen en de oprichting van sociale coöperaties, die het vrijwilligerswerk binnen de gemeenschappen herschikken en opnieuw organiseren. Sociale wijkteams zijn in 2014 als pilotprojecten gestart in Koningsbosch en Nieuwstadt. Het nadenken over het oprichten van een sociale coöperatie is in 2014 op gang gekomen in de gemeenschappen van Koningsbosch en Maria Hoop. Stand van zaken diverse projecten In het kader van de dorpsontwikkelingsplannen en de gebiedsvisie Susteren zijn in 2013 een aantal projecten in uitvoering gegaan en/of afgerond. Onderstaand wordt de stand van zaken en de ontwikkelingen in 2014 van de belangrijkste projecten per kern genoemd. Echt In de kern Echt is de bouw van de 3 groepswoningen aan de Heerweg (fase 1) in maart 2014 gestart en in december van dat jaar is zowel de bouw als de bijbehorende infra opgeleverd dat mede mogelijk is gemaakt met subsidie van de provincie. Woongoed2-Duizend heeft in 2014 op de voormalige LTS-locatie 34 appartementen voor de huursector gerealiseerd. Tevens is de bestaande aan de overzijde van de Kerkveldsweg-West gelegen gymzaal omgebouwd naar 10 individuele woningen voor zorgverlener “Met ggz”. De eerste bewoners zijn in januari 2015 in het complex gaan wonen, dat mede mogelijk is gemaakt met subsidie van de provincie Limburg.
Deel I - 240 -
De 1e fase van het project Bocage is bouwrijp gemaakt. Binnen het project is in 2014 één woning gerealiseerd en de bouw van een 2e woning gestart. Tevens zijn 4 woningen verkocht, waarvan de bouw medio 2015 zal starten. Susteren De planologische kaders zijn eind 2013 vastgelegd in een bestemmingsplan ‘’Centrumplan Susteren’’. Daarnaast heeft de raad in dezelfde vergadering de financiële kaders vastgesteld. In 2014 is gewerkt aan de realisatie van het stedenbouwkundig plan en is een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de ontwikkelaar over het gedeelte aan de zijde van de PLUS-supermarkt. De gemeente heeft overeenstemming kunnen bereiken over de aankoop van een groot gedeelte van voor de realisatie van het oostelijk plandeel benodigde vastgoed. Tevens is besloten een onteigeningsprocedure in gang te zetten ten behoeve van de verkrijging van een gedeelte van het voor de realisatie van het plangebied benodigde vastgoed (locatie “oude Jan Linders“). In het najaar 2014 gestart met de aanleg van de infrastructuur van het westelijk deel van het plangebied. (Feurtherpoort en gedeelten van de daarop uitkomende wegen). Tot slot heeft de gemeente verweerschriften opgesteld tegen de door belanghebbende partijen bij de Raad van State ingediende beroepschriften tegen het vastgestelde bestemmingsplan en het exploitatieplan. Het nieuwbouwplan Sporthal Reinoudhal met BMV is in 2013 gerealiseerd. Oplevering heeft plaatsgevonden in december 2013 en de sporthal / brede maatschappelijke voorziening (bmv) zijn in het eerste kwartaal van 2014 opnieuw in gebruik genomen. Restpunten van de nieuwbouw zijn in 2014 aangepakt. De toegekende Europese subsidie van € 100.000 is in 2014 verantwoord en volledig ontvangen. Met de belastingdienst is overeenstemming bereikt omtrent de Btw afdracht van de verschillende onderdelen van de bouw. De beoordeling van de definitieve afrekening ligt nog ter beoordeling bij de accountant. De Kompenie is in 2014 overgegaan in particulier eigendom. Het gebouw is gerenoveerd en biedt thans ruimte voor wonen in combinatie met zorg.
Met ZoWonen zijn in 2012 reeds afspraken gemaakt over de bouw van 16 appartementen op de voormalige Woon BegeleidingsCentrumlocatie (voormalig gezinsvervangend tehuis). De uitvoering van het project is vertraagd door bezwaar- en beroepsprocedures in het kader van de bestemmingsplanprocedure. In 2014 is met de bouw van het nieuwe complex gestart. Bij de herinrichting van Mariaveld is ook het gebouw van de voormalige bibliotheek aangekocht. Dit is in september in gebruik genomen voor de voorbereiding van de Heiligdomsvaart in Susteren. Besloten is om het gebouw na de Heiligdomsvaart te slopen en het gebied bij het park te trekken. In 2014 zijn de voorbereidingen voor de sloop conform de planning na de Heiligdomsvaart gestart. Nieuwstadt In 2012 zijn in samenwerking met het schoolbestuur Kindante de plannen met betrekking tot de nieuwbouw van de Burg. Willemeschool vorm gegeven. Er is een plan ontwikkeld dat naast een nieuwe basisschool, voorziet in een nieuwe sportvoorziening en ruimten voor kinderopvang. De sporthal de Sjirp wordt hiervoor gedeeltelijk gesloopt en gerenoveerd en het tenniscomplex wordt verlegd naar het sportpark van voetbalvereniging FC Ria. De uitvoering van genoemde projecten heeft in 2014 grotendeels plaatsgevonden. De nieuwe school is in 2014 nagenoeg voltooid en er is begonnen met het verplaatsen van de tennislocatie en het aanpassen van de sportzaal. De projecten worden in 2015 voltooid. Koningsbosch Het DOP Koningsbosch is nagenoeg afgerond. De door de provincie Limburg verleende OSK subsidie is verantwoord en conform verlening vastgesteld (OSK = Ontwikkelingsmaatschappij Sociale Kwaliteit). Alleen de woningbouwprojecten van het Koningsplein en de verlengde Karel V-straat stagneren, hetgeen te wijten valt aan de situatie op de woningmarkt als gevolg van demografische ontwikkelingen en economische crisis. Doelgroep en samenstelling (huur/koop) van de geplande woningen op genoemde locaties moet worden herzien, hetgeen gevolgen heeft voor de overeengekomen grondexploitatie. In 2014 is er nagedacht over de herziening van de plannen, hetgeen nog niet geleid heeft tot een nieuw haalbaar bouwplan. Het klooster Koningsbosch is eind 2014 door WoonGoed 2-Duizend verkocht aan een ont-
Deel I - 241 -
wikkelmaatschappij. Of de nieuwe eigenaar er in slaagt een passende functie voor het complex te vinden wordt afgewacht. Gesprekken daaromtrent zijn begin 2015 gestart. St. Joost Naast de start van de bouw van het gemeenschapshuis is in 2014 een aanvang gemaakt met de uitvoering van de 2e fase van het DOP St. Joost. De raad heeft ingestemd met een visie, die met betrekking tot de infrastructurele aspecten van de herinrichtingen van de gebieden gemeenschapshuis en omgeving, kerkplein en locatie achter de school is opgesteld. Na realisatie van de nieuwbouw van het gemeenschapshuis zal gestart worden met de inrichting van de locatie rond het gemeenschapshuis, gevolgd door het plein en naderhand de locatie achter de basisschool. Bovendien heeft de Raad een krediet beschikbaar gesteld voor het oplossen van de rioolproblematiek op de Caulitenstraat / Bosweg. In samenwerking met WoonGoed2-Duizend wordt de wateroverlast opgelost door realisatie van een overstort bij de Hoeve de Kloosterhof. In genoemde monumentale kloosterhoeve is door de eigenaar in 2014 een Thomashuis en Herbergier gerealiseerd. De provincie heeft voor renovatie en herbestemming van de kloosterhoeve een subsidie beschikbaar gesteld, die in 2015 moet worden verantwoord.
Deel I - 242 -
9.10 Paragraaf Dienstverlening Verordening 212 De paragraaf dienstverlening informeert de raad op hoofdlijnen over de activiteiten, die in het afgelopen jaar in het kader van de dienstverlening aan inwoners en bedrijven zijn ondernomen respectievelijk de activiteiten die voor de komende periode te verwachten zijn. Inleiding De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in de doorontwikkeling van dienstverlening van overheidsorganisaties, met als resultaat dat de dienstverlening ook aantoonbaar is verbeterd. De ontwikkelingen richtten zich vooral op de interne gemeentelijke processen en de achterliggende systemen. Mede vanuit het programma Operatie NUP is gezorgd voor een solide basis waarop verder gebouwd kan worden. De komende jaren zal de focus meer en meer komen te liggen op de verbetering van organisatie overstijgende dienstverlening. Dit komt door landelijke ontwikkelingen als toenemende e-dienstverlening, bezuinigen, decentralisaties en toenemende informatisering van de overheid. Efficiënte en vraaggerichte dienstverlening krijgt vorm wanneer deze wordt benaderd vanuit de keten. Sterke schakels en intensievere samenwerking tussen de uitvoerders van dienstverlening zijn daarom noodzakelijk. De gemeentelijke organisatie en met name dienstverlening zal hierbij steeds meer als opdrachtgever en regisseur gaan opereren. Operatie NUP Op 31 december 2014 is Operatie NUP afgelopen. Operatie NUP (programma van het KwaliteitsInstituut Nederlandse Gemeenten (KING) in opdracht van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) ) heeft gemeenten ondersteund bij de uitvoering van de overheidsbrede implementatieagenda dienstverlening en eoverheid (i-NUP). Vanuit Operatie NUP zijn de afgelopen periode de volgende onderdelen gerealiseerd en/of geïmplementeerd: Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT); Basisregistratie Kadaster (BRK); Koppeling tussen Basisregistratie Gebouwen (BAG) en de registratie Waardering Onroerende Zaken (WOZ); Digikoppeling in combinatie met het Generieke Berichten Platform; Enterprise Servicebus (ESB).
Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) Met het afronden van de programma’s i-NUP en Operatie NUP is een groot gedeelte van de i-NUP-basisinfrastructuur implementeerbaar gemaakt en is het merendeel van de aansluitingen gerealiseerd. Daarmee vormt het de opmaat naar een Generieke Digitale Infrastructuur (GDI), die onder regie van de ‘Digicommissaris’ (Nationaal Commissaris Digitale Overheid) verder vorm zal krijgen. Enkele voorbeelden van onderdelen van de GDI zijn: MijnOverheid Berichtenbox; E-Herkenning; Handelsregister en Digimelding BeperkteLaagdrempelige Terugmeldvoorziening (BLT) Digilevering in combinatie met Handelsregister; Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) Doorontwikkeling Dienstverlening Naast de projecten die voortvloeien uit het programma NUP hebben in het kader van de doorontwikkeling van onze fysieke en digitale dienstverlening de volgende ontwikkelingen plaatsgevonden: Hernieuwde klantvraaganalyse Upgrade van het zaaksysteem en KCS; Diverse nieuwe koppelingen met het zaaksysteem en het KCS; Uitbreiding e-Formulieren Uitbreiding Werken op afspraak Veilige Dienstverlening Integere en veilige dienstverlening Gemeenten krijgen helaas vaak te maken met allerlei vormen van wangedrag. Zeker in het geval van agressie gaat dat ten koste van de veiligheid en het welzijn van de medewerkers. Maar ook minder extreem wangedrag is een probleem. Wangedrag belemmert immers de gemeente in een effectieve en efficiënte uitvoering van zijn publieke taak: het zet besluitvorming onder druk en verhindert dat medewerkers hun werk goed doen. De integere en veilige dienstverlening komt dan in gevaar. Om dit tegen te gaan participeert onze gemeente samen met het Openbaar Ministerie, politie en andere overheidsinstellingen en publieke dienstverleners in het programma Veilige Publieke Taak. In dat kader is in 2014 een Nota Integere en veilige dienstverlening Gemeente Echt-Susteren 2014 vastgesteld, Deze nota beschrijft de te hanteren uitgangspunten voor een professionele aanpak van wangedrag. Deel I - 243 -
Kerngedachte achter het beleid is: als klanten de normen van de gemeente overschrijden, staakt de gemeente in het uiterste geval de dienstverlening. Uiteraard niet zo maar, maar op basis van een escalatiemodel dat bekend staat als de Divosa-methode. In 2014 zijn enkele gevallen van wangedrag door klanten met succes aangepakt volgens dit escalatiemodel. Beveiliging van persoonsgegevens De gemeente Echt-Susteren is volop bezig met het organiseren van haar informatiebeleid en het daaraan gekoppelde informatiebeveiligingsbeleid. Een integrale benadering is hierbij steeds het uitgangspunt. Als gevolg van een aantal landelijke incidenten rondom misbruik van persoonsgegevens als gevolg van kwetsbaarheden in DigiD systemen, heeft de rijksoverheid bepaald dat alle organisaties die DigiD gebruiken, moeten voldoen aan een beveiligingsnorm. Nadat organisaties zelf hebben vastgesteld dat de noodzakelijke maatregelen zijn getroffen om aan de norm te voldoen, moeten zijn een toetsing (‘ICTbeveiligingsassessment’) laten doen door een Register EDP-auditor.
Ook onze gemeente maakt gebruikt van DigiD als authenticatiemiddel voor haar digitale loket. Om de veiligheid van ons digitale loket te kunnen garanderen hebben er het afgelopen jaar diverse overleggen met onze software leverancier plaatsgevonden met als resultaat uitbreiding van het gemeentelijk beveiligingsbeleid, diverse softwarematige upgrades van het digitale loket, aanpassingen in systemen en verscherping van diverse interne en externe beveiligingsprocedures. De inspanningen hebben geleid tot een succesvolle afronding van het verplichte ICT-beveiligingsassessment in 2014. Het ICT-beveiligingsassessment is een jaarlijks terugkerende verplichting. Door de gedane inspanningen van het afgelopen jaar is een solide basis gelegd, waar we als gemeente de komende jaren de vruchten van plukken. De gemeente kan nu namelijk gebruik maken van zogenaamde TPM verklaringen, waarmee een groot gedeelte van het verplichte ICTbeveiligingsassessment al wordt afgedekt. Het resterende gedeelte wordt middels nieuwe procedures en rapportages periodiek gecontroleerd en kan tijdens een audit eenvoudig aangetoond worden.
Deel I - 244 -