Juryrapport Excellente Scholen 2015 Stedelijk College Eindhoven (vmbo), Eindhoven
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Schoolrapport Excellente Scholen 2015 (vo) 20BK-0 Stedelijk College Eindhoven (vmbo theoretische leerweg) Eindhoven Contactgegevens Naam contactpersoon
Mevr. I. van Zuijdam
Telefoonnummer
(040) 264 57 77
Emailadres
[email protected]
1. Motivatie van de school om zich kandidaat te stellen We verdienen het predicaat Excellente School om drie redenen. Allereerst behoren we tot de eerste scholen in Nederland die op de mavo tweetalig onderwijs aanbieden. Voor de ontwikkeling van tweetalig vmbo nemen we actief deel aan de landelijke netwerkbijeenkomsten. De eerste leerlingen van tweetalig mavo zitten nu in leerjaar 4 en boeken fantastische resultaten. Het Europees Platform was tijdens de tussentijdse evaluatie erg positief over de ontwikkeling van tweetalig mavo binnen het Stedelijk College Eindhoven. Ten tweede zijn wij trots op het primaire proces binnen de mavo-afdeling. Recentelijk is dit proces beoordeeld binnen Orionverband. Daarin scoorden we zowel pedagogisch als didactisch erg goed. “De mavo van het Stedelijk College mag met recht trots zijn op zijn docenten en leerlingen”, was het oordeel. En dat zijn we ook. De mavo-afdeling kenmerkt zich als derde door een sterke organisatie waarin het optimaal laten presteren van de leerlingen centraal staat. Dit komt tot uiting in ons slagingspercentage van 98%, waarbinnen ruim 86% van de leerlingen hun examen in zeven vakken heeft gedaan! Dit komt tot uiting in de zorg voor het sociaal-emotioneel welbevinden van de leerling en in de zorg voor doorstroom, opstroom en afstroom.
2.
Excellentieprofiel van de school
2.1 Beschrijving excellentieprofiel In haar aanmelding beschrijft het Stedelijk College Eindhoven het excellentieprofiel, de relatie met de algemene aanpak en de doelen die ze met het excellentiebeleid beoogt, als volgt. Het excellentieprofiel van de school Het excellentieprofiel van de mavo komt tot uiting in het aanbieden van tweetalig mavo, het aanbieden van zeven vakken in mavo 4 met bijzondere vakken als muziek, tekenen, LO2, drama en MA2, de aandacht voor het primaire proces en de aandacht voor door-, op- en afstroom. We behoren tot de eerste scholen in Nederland die op de mavo tweetalig onderwijs aanbieden. De reden voor invoering is tweeledig: op deze manier sluiten we aan bij de reeds bestaande afdelingen voor tweetalig havo en vwo. Daarnaast krijgen de mavoleerlingen hiermee de kans hun talige talenten verder te ontplooien, wat de kansen op de (internationale) arbeidsmarkt aanzienlijk vergroot. Zeker in Eindhoven en omgeving (Brainport) waar veel vraag is naar Engels sprekend personeel. Voor de ontwikkeling van tweetalig vmbo nemen we actief deel aan de landelijke netwerkbijeenkomsten. De eerste leerlingen van tweetalig mavo zitten nu in leerjaar 4 en boeken 1
- Jury Excellente Scholen 2015 -
fantastische resultaten. Het Europees Platform was tijdens de tussentijdse evaluatie dan ook erg positief. In aanvulling hierop zijn wij trots op het primaire proces binnen de mavo-afdeling. Recentelijk is dit proces beoordeeld binnen Orionverband. Daarin scoorden we zowel pedagogisch als didactisch erg goed. “De mavo van het Stedelijk college mag met recht trots zijn op zijn docenten en leerlingen”, was het oordeel. De mavo-afdeling kenmerkt zich door een sterke organisatie waarin het optimaal laten presteren van de leerlingen centraal staat. Dit komt, behalve via bovengenoemde punten, ook tot uiting in de zorg voor het sociaal-emotioneel welbevinden van de leerling en in de zorg voor doorstroom, opstroom en afstroom. Relatie van het profiel met de algemene aanpak door de school Binnen de school wordt gewerkt met vijf kernkwaliteiten: ontwikkelingsgericht, transparantie, veiligheid, respect en intercultureel gedrag. De vertaling van de kernkwaliteiten naar het schoolplan heeft tot doel de leerlingen voor te bereiden op de snel ontwikkelende, pluriforme maatschappij. Het aanbieden van tweetalig onderwijs op alle afdelingen maar ook de aandacht voor het primaire proces zijn hier voorbeelden van. Doelen die de school met het excellentieprofiel beoogt Het aanbieden van een zo breed mogelijk onderwijsaanbod dat leerlingen optimaal voorbereid op hun vervolgonderwijs en de plek in de maatschappij. De mavoleerlingen die kiezen voor een tto-opleiding vergroten daarmee hun kansen op de (internationale) arbeidsmarkt. Zeker in Eindhoven en omgeving (Brainport) waar veel vraag is naar Engels sprekend personeel. De aansluiting naar vervolgonderwijs (mbo en havo) wordt geoptimaliseerd door het aanbieden van zeven eindexamenvakken. Door het aanbieden van bijzondere vakken daarbinnen sluiten we aan bij de verschillende talenten van onze leerlingen. Leerlingen kunnen pas excelleren wanneer zij zich gezien en erkend voelen. De aandacht voor het primaire proces, het sociaal-emotioneel welbevinden en de zorg voor door-, op- en afstroom, hebben het mogelijk gemaakt deze doelen te verwezenlijken. Doelgroep Alle mavoleerlingen! Dit is ongeveer een kwart van de school. Daarbinnen kiest een kwart van de mavoleerlingen voor het volgen van tweetalig onderwijs. 2.2 Beschrijving aanpak, resultaten, borging en evaluatie Over aanpak, resultaten, borging en evaluatie van het excellentieprofiel meldt de school het volgende in haar aanmelding. Gehanteerde aanpak Mensen willen leren, omdat ze leergierig zijn en zich willen ontwikkelen. Ons onderwijs sluit hierbij aan en maakt gebruik van deze eigenschap. Om onderwijs op een ontwikkelingsgerichte manier te realiseren, moet het voldoen aan drie basisbehoeften.
-
2
Behoefte aan autonomie: leerlingen en docenten hebben behoefte om hun eigen leven vorm te geven. Zij willen vorm geven aan hun eigen ontplooiing. Zij ontwikkelen hun talenten en maken keuzes in hun leerproces. We laten leraren en leerlingen zo veel mogelijk zelf doen wat ze zelf kunnen.
- Jury Excellente Scholen 2015 -
-
De behoefte aan competentie wordt bevorderd doordat leraren en leerlingen elkaars zelfvertrouwen versterken en elkaar aanspreken op wat ze kunnen; we dagen leraren en leerlingen uit om te excelleren.
-
De behoefte aan relatie wordt bevorderd doordat leraren en leerlingen gekend en gehoord worden en zich veilig, aanvaard en gerespecteerd weten.
Wijze waarop doelen worden gerealiseerd In het onderwijs willen we de zelfstandigheid van leerlingen en hun verantwoordelijkheid voor het eigen leerproces vergroten. Bovendien willen we dat leerlingen leren van samenwerking met andere leerlingen en dat zij actief leren. Gericht pedagogisch-didactisch handelen van docenten is nodig om de zelfstandige en actieve rol van leerlingen te bevorderen. Docenten moeten zicht hebben op verschillen tussen leerlingen, bijvoorbeeld in leerstijlen, zodat zij daarop kunnen inspelen. Dit vraagt om gevarieerde didactische werkvormen en relevante keuzemogelijkheden voor leerlingen binnen de les. Een veilig en uitdagend leer- en leefklimaat zien we als voorwaarde voor het leerproces. In het leerproces is de interactie met de docent belangrijk. De docent spreekt leerlingen zo veel mogelijk aan op hun intrinsieke motivatie, maar dat kan niet zonder extrinsiek motiverend handelen. Naast de aandacht voor het leerproces is gerichtheid van docenten op de inhoud van de leerstof van belang. Leerstof wordt aangeboden in samenhang met bestaande kennis, andere vakken en de maatschappelijke context. Mate waarin doelen zijn gerealiseerd In hoge mate. Een kwart van de mavoleerlingen kiest momenteel voor het volgen van tto-opleiding en doet dit (zeer) succesvol. Alle leerlingen doen primair eindexamen in zeven vakken. Het slagingspercentage is 98%, en 86% heeft dit in de zeven vakken gehaald. Ongeveer 10% van deze leerlingen heeft gekozen voor een doorstroom naar havo. Dit aantal is stijgend. Door het aanbieden van bijzondere vakken binnen de eindexamenvakken sluiten we aan bij de verschillende talenten van onze leerlingen. Leerlingen kunnen pas excelleren wanneer zij zich gezien en erkend voelen. De aandacht voor het primaire proces, het sociaal-emotioneel welbevinden en de zorg voor door-, op- en afstroom hebben het mogelijk gemaakt deze doelen te verwezenlijken. Het docentenverloop is laag, zeker binnen mavo. Er heerst een positieve, ambitieuze cultuur die uitvoerig wordt besproken in de gesprekkencyclus. Dit alles wordt bevestigd in de tevredenheidsonderzoeken en diverse audits. Borging De resultaten worden geborgd door de sterke teamstructuur met een teamleider, een docentencoach en een leerlingcoördinator. Het zijn kleine teams (minder dan vijftien personen). Er is weinig verloop in het team (docenten voelen zich thuis en eigenaar van de onderwijsontwikkeling). De docenten maken een bewuste keuze voor het team. De professionalisering van de docenten wordt geborgd door de POP’s (persoonlijke ontwikkelingsplannen) die de docenten maken, eventueel ondersteund door een coach. Dit POP wordt samen met de teamleider in de gesprekkencyclus besproken, geëvalueerd en bijgesteld. De ontwikkelingen worden gespiegeld aan de uit het schoolplan gedestilleerde KPI's (Key Performance Indicators). 3
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Evaluatie De aanpak wordt ieder jaar geëvalueerd door de zelfevaluatieverslagen van de teams en de secties. De tevredenheidsonderzoeken, de ouder-resonansgroepen en de interne en externe audits geven daarnaast een continue onafhankelijke waardering. 2.3 Ontwikkeling van het excellentieprofiel De school noemt in haar aanmelding de volgende plannen voor de verdere ontwikkeling van het excellentieprofiel. We hebben KPI's geformuleerd waar de POP-gesprekken aan zijn gerelateerd, waardoor het excellentieprofiel, zoals het door de school is geformuleerd, verder kan worden ontwikkeld. Wegens een tekort aan technisch geschoold personeel in de regio Eindhoven oriënteren we ons op het versterken van de sector techniek door middel van het introduceren van een technologieroute binnen de mavo. Er is een denktank van zeven collega’s gevormd om te kijken of en hoe het vak 3D Design binnen deze route past. We hebben ook de aanbevelingen van de Jury Excellente Scholen 2014 ter harte genomen en daarbij kritisch naar onze afdeling gekeken. Daaruit zijn drie acties naar voren gekomen: 1. onderzoek naar de thuistaal van de leerlingen; 2. vergaderingen van verschillende geledingen over aanpak van taal binnen mavo; 3. onderzoek naar de invloed van het zevende vak op de examenresultaten. Zoals eerder uitgelegd kiezen we bewust voor het aanbieden van zeven vakken, ook al heeft dit effect op de resultaten. Voor wat betreft de resultaten van het vak Nederlands en taalbeleid in het algemeen, zijn de eerste stappen reeds gezet in het ontwikkelen van mavo-specifiek taalbeleid. Dit zal de komende jaren verder uitwerking krijgen. 2.4 Erkenning In haar aanmelding beschrijft de school de volgende voorbeelden waaruit blijkt dat het profiel van de school wordt erkend. Erkenning binnen de eigen omgeving Ontwikkelingen zoals tweetalig mavo, het invoeren van bijzondere vakken en het eindexamen in zeven vakken worden breed gedragen. Voorafgaand aan deze ontwikkelingen is zorgvuldig onderzoek gedaan naar het draagvlak onder docenten, maar ook onder leerlingen. Tweetalig mavo is in vier jaar een levensvatbare opleiding geworden. De bijzondere vakken worden veel gekozen, mede door de aansluiting van deze vakken binnen het mbo en havo. Er is weinig verloop in het team. Het hart van de docenten ligt bij de leerling. De leerlingen geven aan zich gezien en erkend te voelen. De erkenning van docenten en leerlingen vinden wij terug in de tevredenheidsonderzoeken. Erkenning van buiten de school Er is een open schoolklimaat dat door externen wordt herkend (score 7,5 in audit van 11 maart 2015). Dit uit zich ook in de tevredenheidsonderzoeken onder ouders en resonansavonden met ouders en de teamleiders (driemaal per jaar). Het Europees Platform, waarbinnen wij actief participeren, is enthousiast over de ontwikkelingen. Er zijn twee subsidies toegekend vanuit het programma Aanval op schooluitval. Eén is bestemd voor het doorontwikkelen van de maatschappij en economie/maatschappij en natuur en gezondheid/natuur en techniek. De tweede is voor het tegengaan van vroegtijdig schoolverlaten. Er is een docent benaderd om een mavo-specifieke vertaling te schrijven van een biologieboek dat een aantal jaar voor tto is ontwikkeld. 4
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Bevindingen van de Jury Excellente Scholen ten aanzien van het excellentieprofiel De school is op dinsdag 17 november 2015 bezocht door twee leden van de Jury Excellente Scholen. Hieronder beschrijven zij hun bevindingen met betrekking tot het excellentieprofiel van de school. Het excellentieprofiel van de school De school heeft een helder en voor de school relevant excellentieprofiel. Het Stedelijk College Eindhoven is een school voor vmbo-t, havo en vwo en heeft voor alle drie de afdelingen het predicaat Excellente School aangevraagd. Dit rapport gaat over de vmbo-t-afdeling. Het excellentieprofiel van de school is zeer breed en divers. De school biedt binnen alle afdelingen en over de afdelingen heen veel extra onderdelen aan de leerlingen. Er is een veelheid aan programma’s en een extracurriculair aanbod. Hierdoor is in eerste instantie het beeld van het excellentieprofiel voor de hele school misschien fragmentarisch. Een goed voorbeeld waaruit de brede aanpak blijkt, is het feit dat de school tweetalig onderwijs aanbiedt (sinds 2012) op alle afdelingen. De school kan aantonen dat haar oud-leerlingen beter presteren binnen het vervolgonderwijs, dankzij de tweetaligheid. Tijdens gesprekken die de jury voert met de schoolleiding, teamleiders, docenten, leerlingen en ouders blijkt dat er naast een schoolbreed excellentieprofiel ook een specifiek excellentieprofiel voor iedere afdeling wordt gehandhaafd. Alle betrokkenen kunnen dit goed verwoorden en illustreren met voorbeelden per afdeling. Wanneer de jury vraagt het excellentieprofiel schoolbreed te benoemen, geven de schoolleiding en de teamleiders los van elkaar aan dat het excellentieprofiel van de hele school in één woord samen te vatten is: ontwikkelingsgerichtheid. Dit concept komt in verschillende bewoordingen terug in de gesprekken met de docenten en leerlingen, waaruit de jury concludeert dat het excellentieprofiel breed gedragen wordt en als stevige basis aanwezig is in de school. De leerling en zijn ontwikkeling staan centraal op het Stedelijk College Eindhoven. Leerlingen binnen alle afdelingen geven aan dat hun docenten er alles aan doen hen zo goed mogelijk te begeleiden op een manier die bij hen en hun ontwikkelbehoeften past. “Het verhaal van elke leerling staat centraal.” Je zou kunnen stellen dat de school ontwikkelingsgerichtheid niet als abstract visie-uitgangspunt hanteert maar als principe van de begeleiding, zowel didactisch als vakinhoudelijk. Ze heeft het organiseren van het leren onder dit doel weten te brengen. Ook de dialoog tussen docent en leerling blijkt te focussen op ontwikkeling. Docenten geven bijles en ondersteuning in hun eigen tijd, bereiden leerlingen goed voor op vervolgonderwijs of op het doorstromen naar een hoger niveau. De leerlingen merken dit op en zijn zich ervan bewust dat dit bijzonder is. Zij geven aan heel blij te zijn met hun docenten. Aanpak, resultaten, borging en evaluatie De school heeft een weloverwogen aanpak met betrekking tot het excellentieprofiel. De school kent drie zuilen (mavo, havo, vwo) met daarbinnen het onderscheid tussen regulier en tweetalig onderwijs. De overlegstructuur binnen de zuilen is helder van opbouw en vormt de basis van waaruit diverse ontwikkelingen worden ingezet. In de gesprekken met de jury weten de betrokkenen, ook de leerlingen, te benoemen hoe een project of aanpassing op school ingezet wordt. In de vmbo-t-afdeling, die vorig jaar geen predicaat kreeg op grond van achterblijvende resultaten op onder andere het vak Nederlands, heeft de school direct actie ondernomen. Een specifiek onderdeel van het excellentieprofiel is hier versterkt taalonderwijs. Er is onderzoek gedaan naar de 5
- Jury Excellente Scholen 2015 -
achtergrond van de leerlingen, waarbij bleek dat 30 procent thuis geen Nederlands sprak. Het taalbeleid is daarop verscherpt. Leerlingen werken met woordenboeken in de klas, maken eigen woordenlijsten en in tussenuren maken ze geen huiswerk meer, maar lezen ze boeken. De leerlingen die de jury spreekt, weten van de interventie en kunnen ook vertellen waarom het taalbeleid aangescherpt is. Ze zijn het eens met de aanpak van de school. De school heeft inmiddels kunnen aantonen dat de nieuwe aanpak van het taalbeleid heeft geleid tot onder meer hogere resultaten bij het vak Nederlands. Ook op andere afdelingen houdt de school resultaten goed bij en onderneemt ze tijdig acties om bij te sturen waar nodig. Uit alle gesprekken met de jury blijkt dat men dit vanzelfsprekend vindt en dat geeft de jury het vertrouwen dat dit onderdeel stevig ingebed is in de school. De ontwikkeling van het excellentieprofiel De school heeft concrete plannen om het excellentieprofiel verder te ontwikkelen. De school komt in aanmerking voor deelname aan het traject regelluwe scholen van het ministerie van OCW. Hierbinnen wil het Stedelijk College Eindhoven het schoolbrede excellentieprofiel verder uitbreiden. Vanuit haar ‘ontwikkelingsgerichtheid’ wil de school bijvoorbeeld leerlingen (zoals hoogbegaafden) met andere scholingsbehoeften dan waarin de school kan voorzien, de ruimte geven om deze scholing op een andere manier en buiten school te vinden. Onder begeleiding en voor zover nodig. Het Stedelijk College Eindhoven wil de competentie hebben om bevoegdheden te verlenen (er zijn zeer bekwame en actieve docenten vanuit andere landen zonder bevoegdheid) en examens in Engels af te nemen. De school heeft een geschiedenis in het opzetten, goed monitoren, evalueren en bijsturen van projecten, waardoor een stevige basis is gelegd voor vernieuwing. De kwaliteitsbasis en -borging zijn op orde en dat geeft de school de rust om gefundeerd verder te ontwikkelen. Dit blijkt uit het portfolio van de school en de wijze van borging in de gesprekkencyclus met docenten en leerlingen. In 2018 krijgt de school een nieuw schoolgebouw. De jury vindt het essentieel de expliciete pedagogische en didactische missie als uitgangspunt te nemen voor het ontwerpproces. In het eindgesprek geeft de schoolleiding aan dat zij de actieve dialoog hierover gaat starten. Erkenning excellentieprofiel Het excellentieprofiel van de school wordt zowel intern als extern erkend. Tijdens de gesprekken op school vertellen alle betrokkenen hetzelfde eenduidige verhaal over het excellentieprofiel van de school en de eigen afdeling. Het vmbo-t heeft expliciet gekozen voor een stevige en duidelijke gemeenschappelijke opbouw van de lessen, zij wil focussen op rust, duidelijkheid en regelmaat en vanuit die basis de leerlingen de mogelijkheid te bieden zich optimaal te ontwikkelen. Zowel ouders als leerlingen ervaren deze nadrukkelijke aandacht als positief. De school heeft het tto-seniorcertificaat, omdat zij al sinds 1992 meedoet aan tweetalig onderwijs. Haar expertise wordt op die manier landelijk erkend. Ook blijkt dat de schoolleiding actief is buiten de school. Zo is de schoolleider coach voor het landelijke coachingstraject van de VO-raad, waar zij startende schoolleiders coacht en is zij voorzitter van de regio voor de WON-scholen. Voor de bètakant is er het initiatief 3D Design, dat ook duidelijk gericht op de omgeving waarin de school zich bevindt. Het Stedelijk College Eindhoven heeft meegedaan aan de pilot inspectiebeoordeling en kreeg daarbij de toekenning ‘goed’.
6
- Jury Excellente Scholen 2015 -
De school is actief op zoek naar samenwerking, zowel binnen de zuilen als buiten de school. Zij werkt samen met de Brainport Regio Eindhoven, met bedrijven als Philips en TU/e. De jury heeft diverse referenten gevraagd of zij het excellentieprofiel van het Stedelijk College Eindhoven herkennen en de algemene onderwijskwaliteit onderschrijven. De referenten omschrijven de school als excellent. Tevens hebben de referenten de indruk dat de school haar kennis en ervaring deelt met derden. Duurzaamheid excellentieprofiel Het excellentieprofiel van de school is toekomstbestendig. De school staat stevig in haar schoenen en heeft de laatste jaren laten zien dat zij het excellentieprofiel steeds heeft uitgebreid. Hoewel er verschillende onderdelen zijn, is het overkoepelende excellentieprofiel verankerd in de praktijk van alledag (begeleiding, onderlinge evaluatie- en gesprekkencycli en ambitie 2016). De jury ziet dat de onderliggende gedachte van het brede aanbod binnen het excellentieprofiel van de school gestoeld is op ontwikkelingsgerichtheid en dat dit de onderlegger vormt voor alle ontwikkelingen binnen school. Daarnaast staat de leerling altijd centraal. De jury constateert ook dat alle betrokkenen enorm trots zijn op de school, op elkaar en op zichzelf. Dit kan een valkuil zijn, omdat het de blik naar buiten kan belemmeren. De schoolleiding onderkent dit probleem. Dit gezegd hebbend, lijkt het de jury verstandig als de school start met een actieve dialoog over de visie achter het concept ontwikkelingsgerichtheid, om zodoende meer coherentie te bereiken in alle lessen en onderwijsactiviteiten. De schoolleiding zegt dit gesprek te zullen aangaan. De school heeft een stevige traditie van goede ontwikkelingen, de schoolleiding heeft goed zicht op de ontwikkelingen binnen school en het excellentieprofiel en heeft hier concrete plannen voor, onder andere door middel van het regelluwe traject, en heeft aangegeven de dialoog over onderwijs op de school aan te gaan. Dat alles geeft de jury voldoende vertrouwen dat het excellentieprofiel van de school toekomstbestendig is. De school heeft het onderzoeken van eigen resultaten en het bestuderen van de data stevig georganiseerd en het reflectievermogen is goed verankerd.
3.
Onderwijskwaliteit
3.1 Resultaten In haar aanmelding geeft het Stedelijk College Eindhoven de volgende toelichting bij haar resultaten. Komend jaar verwachten wij een stijging in de resultaten voor het vak Engels. In 2014 lag het gemiddelde al 0,3 boven het landelijk gemiddelde, maar in 2015 doen de eerste leerlingen die tweetalig mavo hebben gevolgd eindexamen. De resultaten van de Anglia-examens die deze leerlingen eerder dit jaar hebben gedaan, beloven veel goeds voor het centraal schriftelijk eindexamen. De resultaten voor het vak Nederlands blijven al jaren wat onder het landelijk gemiddelde. Gezien het openbare karakter van de school trekken wij veel leerlingen met een andere culturele of etnische achtergrond. Hoewel veruit de meeste leerlingen in Nederland geboren zijn, hadden wij het vermoeden dat de thuistaal een andere taal dan het Nederlands is. Navraag bij alle mavoleerlingen leert dat ongeveer 30% van de leerlingen primair geen Nederlands spreekt thuis! Bijna 15% van de leerlingen spreekt Nederlands als tweede taal. Dat wil zeggen dat ongeveer 15% 7
- Jury Excellente Scholen 2015 -
van de leerlingen thuis helemaal geen Nederlands spreekt. 40% van de leerlingen spreekt thuis in ieder geval meerdere talen. Dit heeft naar onze mening niet alleen invloed op de resultaten bij het vak Nederlands maar ook op talige vakken zoals geschiedenis en aardrijkskunde. Binnen de mavoteams is een start gemaakt met het ontwikkelingen van mavospecifiek taalbeleid aan de hand van het werkboekje Taalbeleid dat recentelijk ontwikkeld is voor de hele school. Verder willen wij hier benadrukken dat al onze leerlingen primair examen doen in zeven vakken. In 2014 hadden we wederom een prachtig slagingspercentage van 98% en daarbinnen heeft ruim 86% van de leerlingen dit in zeven vakken gedaan! Daar zijn we trots op. Het feit dat onze leerlingen hun tijd, aandacht en energie verdelen over zeven vakken in plaats van zes kan naar onze mening wel van invloed zijn op de gemiddelden van alle vakken. Wanneer we bijvoorbeeld voor alle leerlingen het (zevende) vak geschiedenis weghalen (indien dat cijfer onder het landelijk gemiddelde ligt), gaat het gemiddelde voor dit vak 0,5 punten omhoog. Hetzelfde geldt voor aardrijkskunde. We willen dit echter principieel niet doen. Voor ons blijkt de excellentie uit het feit dat onze leerlingen in groten getale in staat zijn succesvol eindexamen te doen in zeven vakken. Onderwijsresultaten In haar aanmelding noemt de school de volgende gebieden waarop ze zeer goede resultaten heeft geboekt. Zie hierboven. Context waarbinnen de school werkt De school beschrijft in haar aanmelding de volgende omstandigheden waarbinnen ze haar werk doet. We hebben een hoog percentage leerlingen dat meerdere talen spreekt of Nederlands niet als eerste taal. De positie van de mavo binnen een school met havo en vwo betekent dat wij graag een goede aansluiting bieden naar havo. Daarnaast willen we onze leerlingen met een zo breed mogelijk pakket hun diploma laten behalen, zodat de doorstroommogelijkheden voor een mbo-opleiding zo optimaal zijn. Daarom is er een bewuste keuze gemaakt voor het werken met zeven vakken, ondanks dat dit heeft invloed kan hebben op andere resultaten. 3.2 Onderwijsproces Over aanbod, zicht op ontwikkeling, didactisch handelen en ondersteuning schrijft de school het volgende in haar aanmelding. Aanbod Eigen oordeel aanbod: Goed Naast de tweetalige opleiding hebben wij een gedifferentieerd aanbod voor al onze mavoleerlingen. Het aanbod bereidt de leerlingen goed voor op vervolgonderwijs en samenleving, omdat de kerndoelen zijn gewaarborgd door de vakwerkplannen van de secties, de teamplannen van de teams en het overkoepelende schoolplan waaruit KPI’s zijn gedestilleerd. Daarnaast is er een notitie Taal- en rekenbeleid, zijn er plusuren voor taal en rekenen voor klas 1 en 2 en spreekuren voor leerlingen vanaf leerjaar 3. Burgerschap komt terug in vakken als maatschappijleer 2 en MultiCultural Studies. Naast deze mogelijkheden kunnen leerlingen ook kiezen voor Frans en/of Duits, of bijzondere vakken als muziek, drama, LO2 en tekenen. In al deze vakken kan ook examen worden gedaan.
8
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Om onze leerlingen goed voor te bereiden op hun keuze voor studie en beroep en de snel ontwikkelende pluriforme maatschappij, zij we binnen LOB (loopbaanoriëntatie en -begeleiding) dit jaar gestart met de M&N-route. Deze route maakt kinderen en ouders in een vroeg stadium bewust van de (on)mogelijkheden die onze leerlingen hebben. De zeven vakken verbreden de mogelijkheden voor doorstroom naar zowel het mbo als het havo. De lesontwikkeling zelf wordt (mede) gewaarborgd door de deelname aan lesobservatie-audits die binnen het samenwerkingsverband Orion worden georganiseerd. Zicht op ontwikkeling Eigen oordeel zicht op ontwikkeling: Goed Bij alle leerlingen uit leerjaar 1 vindt een uitgebreide dossieranalyse plaats, eventueel aangevuld met aanvullende toetsen en eigen observaties. Dit gebeurt door/onder begeleiding van een psychologenpraktijk die dit met alle mentoren uitgebreid doorspreekt. Hiervan worden leerlingbladen en groepsanalyses gemaakt. Wij maken al jaren gebruik van het ‘mentor als spil’model. Dit houdt ook voor de andere leerjaren in de praktijk onder andere in dat we wekelijks vergaderen met de mentoren van een bepaald leerjaar. We hebben tweewekelijks zorgoverleg en iedere zes weken overleg zorgadviesteam. Waar nodig kunnen verschillende vormen van begeleiding worden ingezet. Deze zijn terug te vinden op de zorgkaart. In schooljaar 2014/2015 zijn de reeds bestaande spreekuren ook opengesteld voor leerlingen van klas 3. Daarnaast is er de mogelijkheid van bijlessen door bovenbouwleerlingen. Voor leerlingen binnen de mavo bij wie de doorstroom in gevaar komt, wordt gewerkt met het formulier potentiële schoolverlaters. Dit formulier geeft concreet vorm aan gesprekken met ouders én leerlingen op de gebieden studievaardigheden, gedrag en sociaal-emotioneel functioneren, zowel op school als thuis. De mentoren gaan aan de hand van dit formulier al vroeg in het jaar (rond oktober) het gesprek aan met de leerlingen en laten hen meedenken over hun eigen functioneren en mogelijke aanpakken. We maken hierbij bewust de leerling (mede) probleemeigenaar om zo een verandering in studiehouding, inzet, gedrag et cetera te bewerkstelligen. Bij alle leerlingen van mavo 1 en 2 worden de Cito-VAS-toetsen (1 en 2) afgenomen. Voor Cito 2 gebeurt dit al enkele jaren, maar Cito 1 is dit jaar nieuw. De resultaten hiervan worden in de sectie Nederlands, Engels en wiskunde besproken en ze worden gebruikt bij de advisering aan het eind van het schooljaar. Voor de individuele docent valt meer winst te halen. Een van de pedagogischdidactisch medewerkers heeft hierover een notitie opgesteld. Deze wordt in schooljaar 2015/2016 geïmplementeerd. Daarnaast is ook een werkboekje Taalbeleid in ontwikkeling, mede door de aanbeveling van de Jury Excellente Scholen 2014. Implementatie zal plaatsvinden in schooljaar 2015/2016. Didactisch handelen Eigen oordeel didactisch handelen: Goed In onze jaarplannen, zowel per team als schoolbreed (schoolplan en KPI’s) wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan het primaire proces (doel, nut en samenhang van de les, activerende didactiek, differentiatie en inhoudelijke feedback). De docenten zijn geschoold in het scoren van lessen op basis van het inspectiewaarderingskader. Dit wordt ook gebruikt bij de Orion-audits. Uit de interne audit binnen Orion van 11 maart 2014 blijkt dat we goed scoren op zicht op doel, nut en samenhang van de les en activerende werkvormen. Met name de laatste score was nog niet eerder uitgedeeld! De tevredenheidsonderzoeken 2013 bevestigen dit beeld.
9
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Uit de audit blijkt verder dat er nog winst te halen is binnen differentiatie en het geven van individuele feedback. Dit staat de komende jaren dan ook hoog op de agenda van beide mavoteams. Ondersteuning Eigen oordeel ondersteuning: Goed Er is ondersteuning mogelijk op veel gebieden zoals binnen plusuren leerjaar 1 en 2, spreekuren vanaf leerjaar 3 of een dyslexiebegeleider. Sociaal-emotioneel is er begeleiding van minimentoren in klas 1, leerlingencoaches voor met name een groot aantal autistische leerlingen, leerlingbegeleiders, faalangstreductietrainingen en sociale-vaardigheidstrainingen. Het volledige ondersteuningsprofiel is terug te vinden in de zorgkaart van de school. 3.3 Schoolklimaat en veiligheid In haar aanmelding merkt de school het volgende op over het klimaat en de veiligheid op school. Schoolklimaat Eigen oordeel schoolklimaat: Goed We hebben een ambitieus en stimulerend schoolklimaat met ontwikkelingsgerichtheid en transparantie als twee van de kernkwaliteiten. Binnen de grote school is nagedacht over de best passende benadering van de leerling. Dit heeft onder andere geresulteerd in twee (kleine) mavoteams met docenten die bewust voor het lesgeven op de mavo hebben gekozen. De mavo heeft een eigen plek in het gebouw. Dit tezamen zorgt voor korte lijntjes en de leerlingen voelen zich gezien. De ontwikkelingsgerichtheid uit zich ook in de professionalisering van het personeel. Deze professionalisering is opgenomen in onze jaarplannen. De teamleiders worden bij de uitvoering ondersteund door een (team)coach en pedaccers. We hebben interne studiedagen (met eigen workshops en voorbeelden van ‘good practice’) en we zijn een opleidingsschool voor Fontys. Het open en transparante schoolklimaat wordt ook door externen waargenomen (score 7,5 in audit van 11 maart 2015). In de resonansgroep ouders die driemaal per jaar bij elkaar komt, krijgen we directe feedback op lopende ontwikkelingen. De tevredenheidsonderzoeken onder leerlingen, ouders en personeel geven daarnaast een tweejaarlijkse cyclische evaluatie van het schoolklimaat. Interventies naar aanleiding van de ontvangen feedback worden weer verwerkt in het schoolplan en de teamplannen. Veiligheid Eigen oordeel Veiligheid: Goed Veiligheid en respect zijn twee kernkwaliteiten van onze school. Deze veiligheid komt tot uiting door de eerder genoemde teamstructuur waarin een teamleider een klein kernteam aanstuurt, waarbij bijna alle teamleden ook mentor zijn. De mentor wordt ondersteund door een leerlingcoördinator. We volgen onze leerlingen door een uitgebreide verslaglegging van het wekelijks mentorenoverleg in de zogenoemde Leerlingeninfo, die gemiddeld eens per maand met alle lesgevende docenten (via Google) gedeeld wordt. Voor de begeleiding van de leerlingen hebben we ondersteuning van leerlingbegeleiders, een schoolmaatschappelijk werkster, een schoolpsycholoog en een zorgcoördinator/orthopedagoog. Er zijn vaste afspraken gemaakt met de GGD en leerplichtambtenaar. Dit zorgt voor nauwe en goede samenwerking met een sterk preventief karakter.
10
- Jury Excellente Scholen 2015 -
De tevredenheidsonderzoeken wijzen ook uit dat onze leerlingen zich veilig voelen. De twee meest recente onderzoeken zijn uit 2013, waarbij de school 3,1 (uit 4) scoort op veilige omgeving, en het mavoteam zelfs een 3,2. Gebruikt(e) instrument(en) en resultaat Tevredenheidsonderzoeken. De tevredenheidsonderzoeken wijzen uit dat onze leerlingen zich veilig voelen. De twee meest recente onderzoeken (ouders en leerlingen) zijn uit 2013, waarbij de school 3,1 (uit 4) scoort op veilige omgeving en het mavoteam zelfs een 3,2. 3.4 Kwaliteitszorg en ambitie In de aanmelding geeft de school de volgende toelichtingen over evaluatie en verbetering en de kwaliteitscultuur op de school. Evaluatie en verbetering Eigen oordeel evaluatie en verbetering: Goed Schoolbrede en teamspecifieke doelen staan geformuleerd in het Schoolplan 2014-2018. Daaruit hebben we KPI’s gedestilleerd waarvan de praktische vertaling weer terug te vinden is in de jaarlijkse teamplannen. Deze teamplannen worden jaarlijks geëvalueerd en van daaruit worden weer nieuwe teamplannen opgesteld. Er worden allerlei instrumenten ingezet om kwaliteit te meten of te ontwikkelen en borgen. Op macroniveau zijn dit bijvoorbeeld de lesobservatie-audits, de tevredenheidsonderzoeken, de CitoVAS-toetsen in leerjaar 1 en 2, de WOLF-besprekingen, Cambridge Checkpoint, de Angliaexamens, onderzoeken door pedaccers en Arjan van Delden, en bezoeken van het Europees Platform. Op leerlingniveau zijn er (vier) leerling-, rapport- en sectorbesprekingen, wekelijks mentorenoverleg en tweewekelijks zorgteams. Op docentniveau wordt er actief gewerkt met coaches en is er veel aandacht voor de gesprekkencyclus waarbinnen het POP en de deskundigheidsbevordering een prominente plaats hebben. Tevredenheidsonderzoeken (zoals opgegeven in de aanmelding) Afname
Jaar afname
Aantal respondenten
Gemiddelde van de school
Medewerkertevredenheid
Ja
2014
79
7,6
Oudertevredenheid
Ja
2013
206
7,3
7,3 VvV
Leerlingtevredenheid
Ja
2013
1010
7,3
6,8 VvV
11
Landelijke benchmark ---
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Kwaliteitscultuur Eigen oordeel kwaliteitscultuur: Goed Transparantie en ontwikkelingsgerichtheid zijn twee kernkwaliteiten van onze school. Dit komt tot uiting in professionalisering van het personeel, het schoolklimaat en het uitdragen van excellentie. De professionalisering is opgenomen in onze teamplannen. De teamleiders worden bij de uitvoering ondersteund door een (team)coach en pedaccers. De teamleider voert POP-gesprekken met de docenten van het team, waarbinnen deskundigheidsbevordering een prominente rol speelt. Het personeel is geschoold in het scoren van lessen op basis van het inspectiewaarderingskader. We hebben interne studiedagen met workshops verzorgd door eigen teamleden en voorbeelden van good practice. Ten slotte zijn we een opleidingsschool voor Fontys. Door de open schoolstructuur om wederzijds lesbezoek structureel in het schooljaar te laten plaatsvinden, zijn er lesobservatie-audits, tevredenheidsonderzoeken en resonansgroepen voor ouders. Bevindingen van de Jury Excellente Scholen ten aanzien van de algemene onderwijskwaliteit Toelichting werkwijze jury Bij het onderzoek naar de algemene onderwijskwaliteit worden de volgende aspecten betrokken: resultaten, onderwijsproces, schoolklimaat en veiligheid, en kwaliteitszorg en ambitie. Scholen hebben zichzelf beoordeeld op basis van een aantal kwaliteitsstandaarden. De kwaliteitsstandaarden behorend bij onderwijsproces, schoolklimaat en veiligheid, en kwaliteitszorg en ambitie zijn met toelichting opgenomen in de bijlage van het juryrapport. Het eigen oordeel van de school is opgenomen in hoofdstuk 3 van dit rapport. De jury voert geen eigen onderzoek uit naar de kwaliteit van deze standaarden. Wel toetst zij of in haar onderzoek naar het excellentieprofiel contra-indicaties naar voren komen die tot een oordeel leiden dat afwijkt van het eigen oordeel van de school. Tijdens het schoolbezoek is de jury gekomen tot de volgende bevindingen ten aanzien van de algemene onderwijskwaliteit van de school. Resultaten Eindresultaten verplicht curriculum: de leerlingen behalen cognitieve leerresultaten in examenvakken en resultaten in door- en uitstroom die gezien kenmerken en beginniveau van de leerlingen ten minste in overstemming zijn met wat van een goede school verwacht mag worden. De percentielscore van de vmbo-t en -gt met betrekking tot het slagingspercentage is hoog: beide 95. Voor Engels is de score zoals te verwachten erg hoog (93), maar ook voor Nederlands is deze hoog (77) . Wiskunde scoort erg goed met 74. Er zijn grote verschillen tussen de vakken, maar er is dan ook een groot verschil in de didactiek tussen de vakken. Differentiatie en activerende didactiek kennen verschillende benaderingen binnen de school; de school gaat werken aan meer convergentie. De aanpak met betrekking tot talen is erg sterk; de school heeft een grondige benadering om het leren uitspreken van correct Nederlands te stimuleren in verschillende vakken. Niet alleen de docenten Nederlands zijn hierbij betrokken maar in principe alle. Het ondernemen van actie op een gesignaleerd knelpunt is een kenmerk van een flexibele, lerende organisatie.
12
- Jury Excellente Scholen 2015 -
De leerlingen kunnen op maat bediend worden; er wordt daarbij geëxperimenteerd met digitale middelen, Flipping the Classroom en andere methoden om de leerling in de actieve stand te krijgen. Zo bereiden leerlingen lessen voor. De leerlingen die de jury spreekt, geven allemaal aan dat zij goed worden opgeleid voor vervolgonderwijs. De meesten willen doorstromen naar de havo en het hbo. Ze ontwikkelen een realistische kijk op hun mogelijkheden in de toekomst. Resultaten niet verplicht curriculum: de school kan op andere gebieden dan het verplichte curriculum het bereikte niveau zichtbaar maken. Omdat het Stedelijk College Eindhoven een WON-school is en tweetalig onderwijs biedt, wordt zij regelmatig bezocht voor audits om te kijken of zij alles nog op orde heeft en die titels mag dragen. Dit vraagt een continue kwaliteitsborging en ontwikkeling aan de hand van de uitgangspunten gesteld door WON en het Europees Platform. Ook kent de school visitaties door bevriende scholen. Ze geeft dan aan op welke onderdelen de visiteurs moeten letten en vraagt hen of ze ook willen aangeven of ze bepaalde zaken daadwerkelijk aantreffen, zoals actieve werkmethodes en het activeren van voorkennis in de lessen. Deze visitaties worden door leraren gedaan. De invloed van deze praktijken is op alle afdelingen merkbaar. Voor het vmbo zijn specifieke projecten als 3D Design relevant. Onderwijsproces Aanbod: het aanbod bereidt de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de school. Het uitgebreide excellentieprofiel van de school, het aanbieden van tweetalig onderwijs, het WON-project en de vele mogelijkheden op cultureel en creatief gebied geven de leerling voldoende ruimte om zich voor te bereiden op vervolgonderwijs en de samenleving. Alle leerlingen zeggen dat de decaan hen hierin goed begeleidt. Vanuit het grondbeginsel ontwikkelingsgerichtheid kijken docenten sterk naar de persoonlijke ontwikkelmogelijkheden van de individuele leerling. Leerlingen komen zelfverzekerd over in het verwoorden van hun eigen mogelijkheden voor de toekomst. Zij worden getraind in het evalueren en het stellen van prioriteiten. De leerling leert om goed naar zijn/haar eigen functioneren te kijken en om realistische verwachtingen te hebben. De open relatie met docenten maakt een eerlijke feedback mogelijk. Zicht op ontwikkeling: de leraren volgen en analyseren de ontwikkeling van alle leerlingen met als doel het onderwijs voor hen vorm te geven. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de school. De leraren volgen de leerlingen zeer actief en hebben een goed georganiseerd overleg in cycli. De insteek is de leerling op maat te bedienen, de zorg is excellent en de teams kunnen adequaat reageren op uitdagingen. De schoolcultuur is gericht op ontwikkeling en dat vormt de rode draad in het monitoren van leerlingen. Didactisch handelen: het didactisch handelen van de leraren stelt de leerlingen in staat tot leren en ontwikkeling. Dit is een interessant en langlopend thema voor de school. In eerdere juryrapporten van het traject Excellente Scholen en ook in het meest recente rapport van de onderwijsinspectie in 2015 wordt aangegeven dat activerende didactiek op deze school onvoldoende uit de verf komt en een 13
- Jury Excellente Scholen 2015 -
punt van aandacht is. Ook deze jury neemt tijdens haar bezoek geen vormen van activerende didactiek waar in de geobserveerde lessen. De jury vraagt zich af of de school niet ook een inhoudelijke dialoog moet voeren over de vraag wat ze onder ‘activerende didactiek’ verstaat, uitgaand van haar ontwikkelingsgerichtheid. De indruk van de jury is dat in de bezochte lessen niet de leerling centraal staat, maar de docent. De docent vertelt en de leerling ontvangt. Waarschijnlijk betreft het hier een slecht voorbeeld, want in alle contacten met leraren en ouders en leerlingen blijkt dat de activerende didactiek overheerst. In het eindgesprek met de schoolleiding komt dit onderwerp langdurig aan de orde. De schoolleiding geeft aan dat activerende didactiek en didactiek in het algemeen al vier jaar lang speerpunt van de school zijn. In het gesprek met de directie merkt de jury op dat een eenduidige omschrijving van activerende didactiek nuttig is voor de school. De schoolleiding geeft aan dat zij dit onderwerp intensief gaat aanpakken en dat het haar aandacht heeft. Ook in de plannen die de jury ontvangt, staat dit aspect prominent genoemd. Ondersteuning: leerlingen die dat nodig hebben, ontvangen extra aanbod en ondersteuning. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de school. De zorgstructuur van de school is excellent. Leerlingen zeggen dat ze extra hulp ontvangen waar dat nodig is. Ook is er expertise in huis, onder andere psychologen, die hun inhoudelijke kennis uitwisselen met de docenten. Schoolklimaat en veiligheid Schoolklimaat: de school kent een ambitieus en stimulerend klimaat. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de school. De algehele sfeer op school is er een van trots. Men is trots op wat de leerlingen bereiken en trots dat de docenten de leerlingen daar goed in ondersteunen en begeleiden. Doordat bijvoorbeeld lessen in de bovenbouw van het vwo allerlei WON-aspecten bevatten, bereidt de school haar leerlingen goed voor op het doen van wetenschappelijk onderzoek. Met de vakken LO2, BSM (bewegen, sport en maatschappij), drama en muziek als eindexamenvak op de havo speelt de school in op de ‘doe-mentaliteit’ die over het algemeen bij havisten past. De mavo kent het taalprogramma en 3D Design en ook LOB (loopbaanoriëntatie en -begeleiding) en vakken als drama. De docenten worden getraind om goed naar leerlingen te kijken, de deskundigheidsbevordering van docenten is geborgd in goed gestructureerde cycli met POP- en HRM-methodieken. Ook de onderlinge feedback is georganiseerd. Veiligheid: schoolleiding en leraren waarborgen een veilige, respectvolle en betrokken omgeving voor leerlingen en leraren. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de school. De sfeer op school is open; zowel leerlingen als docenten geven aan dat ze makkelijk aanspreekbaar zijn, dat men elkaar helpt, klaarstaat voor elkaar. Leerlingen zeggen dat ze zich veilig voelen op school en dat ze zichzelf kunnen zijn. Expliciet wordt genoemd dat er aandacht is voor de leerling vanuit de docent en vanuit de school. Deze georganiseerde aandacht is wellicht een pijler van de veilige omgeving. De school gaat adequaat om met de gemêleerde samenstelling van de school en heeft interessante initiatieven met betrekking tot de multiculturaliteit, zoals het versterkt taalonderwijs bij alle vakken. 14
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Kwaliteitszorg en ambitie Evaluatie en verbetering: de school heeft vanuit haar maatschappelijke opdracht ambities en doelen geformuleerd, evalueert regelmatig de realisatie en verbetert op basis daarvan systematisch haar onderwijs. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de De jury vindt de manier waarop het Stedelijk College Eindhoven omgaat met de gemêleerde samenstelling van de school van grote waarde. Ouders worden expliciet uitgenodigd om te participeren in de school. Er is een plan om in contact te treden met de islamitische gemeenschap, waarbij vooral ouderbetrokkenheid centraal staat. Ook heeft de school het gezicht gericht op de samenleving; de omgeving van Eindhoven heeft bepaalde perspectieven en de school verbindt zich daaraan. De school wil ook de banden met het bedrijfsleven verstevigen. Kwaliteitscultuur: de school kent een professionele kwaliteitscultuur en functioneert transparant en integer. De jury heeft in haar onderzoek geen contra-indicaties aangetroffen voor het eigen oordeel van de school.
4.
Conclusie van de jury
Het Stedelijke College Eindhoven is de enige openbare middelbare school van de stad en bevindt zich op een kruispunt met aan de ene kant leerlingen uit gegoede dorpen als Son en Breugel en aan de andere kant leerlingen uit een ‘doorsneewijk’ in de buurt. De school kent dus een gemengde leerlingenpopulatie. De school biedt op alle afdelingen tweetalig onderwijs aan (op het vwo al sinds 1992). Ze zoekt veelvuldig samenwerking met bedrijven buiten school; de deelname aan Brainport Eindhoven is een voorbeeld van de externe gerichtheid. De school kenmerkt zich door een georganiseerde aandacht voor de leerling, uitgaand van de gedachte dat elke mens wil leren. De school faciliteert de ontwikkeling van elk kind. De ontwikkelingsgerichtheid is merkbaar in verschillende aspecten van de school. De leerlingen zijn uitermate helder over de realiteit van deze uitgangspunten en demonstreren de validiteit van de coherente benadering. Ze benadrukken de grote betrokkenheid van docenten bij de leerlingen en de gelijkwaardigheid en het respect van beide groepen jegens elkaar. De leerlingen spreken van een goede balans tussen wat moet en wat mag. Zij doen ook voorstellen voor verbeteringen van de school. Er is een sterk moreel klimaat dat de interactie tussen docent en leerling mede vorm geeft. De leerling kan nog veel meer eigenaar worden van het leerproces, en de differentiatie moet stevig worden aangepakt. De school heeft vergaande plannen en de jury heeft vertrouwen in de ontwikkeling van die plannen, door de cultuur die de school met alle betrokkenen heeft opgebouwd. De dialoog in de school kan leiden tot een meer geprononceerde visie op de kracht van de school, zoals verwoord in het concept ontwikkelingsgericht. De kennisdeling en de kruisbestuiving van verschillende projecten over en weer, de kritische evaluatie tussen docenten en de nadrukkelijke participatie van leerlingen in het vormgeven van het onderwijs zullen de kennisontwikkeling op alle fronten doen groeien.
15
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Alles overziende is de jury van oordeel dat het Stedelijk College Eindhoven op basis van de door de jury waargenomen kenmerken en gerapporteerde bevindingen het predicaat Excellente School vmbo-t toekomt.
16
- Jury Excellente Scholen 2015 -
Bijlage – zelfevaluatie algemene onderwijskwaliteit Voortgezet onderwijs en praktijkonderwijs Scholen hebben zichzelf beoordeeld op basis van onderstaande kwaliteitsstandaarden met bijbehorende omschrijving. Scholen kregen het verzoek hun oordeel te waarderen op deze standaarden en dit oordeel te onderbouwen. Deze inbreng is opgenomen in het juryrapport over de school. 1. ONDERWIJSPROCES 1.1 Aanbod Het aanbod bereidt de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving. De leraren bieden een breed, eigentijds en op de kerndoelen gebaseerd aanbod; het eigenaarschap van het aanbod ligt bij het team. Het is dekkend voor de examenprogramma’s. Binnen de kaders van de wet maken zij keuzen in het aanbod, waardoor zij deze afstemmen op de onderwijsbehoeften die kenmerkend zijn voor de leerlingenpopulatie. De school heeft bovendien een aanbod voor de referentieniveaus taal en rekenen. Het aanbod sluit aan op het niveau van de leerlingen bij binnenkomst van de school en bereidt hen voor op het aanbod bij de start van het vervolgonderwijs. Daar tussenin verdelen de leraren de leerinhouden evenwichtig en in samenhang over de leerjaren en ze geven de leerlingen voldoende tijd om zich het aanbod eigen te maken. Er gaat geen lestijd onnodig verloren en leerlingen benutten het geboden onderwijsprogramma maximaal. Het aanbod draagt bij aan de basiswaarden van de democratische rechtsstaat. 1.2 Zicht op ontwikkeling De school volgt en analyseert de ontwikkeling van alle leerlingen met als doel het onderwijs voor hen vorm te geven. De leraren verzamelen voortdurend systematische informatie over de ontwikkeling van hun leerlingen. Zij gaan regelmatig na in welke mate de leerlingen profiteren van het geboden onderwijs en hoe de ontwikkeling van leerlingen verloopt uitgaand van de eigen capaciteiten en ten opzichte van leeftijdgenoten. Wanneer leerlingen het onderwijs niet genoeg lijken te benutten, gaat de school na waar de ontwikkeling stagneert en wat mogelijke verklaringen hiervoor zijn. De leraren gebruiken al deze informatie vervolgens om het onderwijs af te stemmen op de onderwijsbehoeften van zowel groepen leerlingen als individuele leerlingen. De leraren hanteren daarbij een cyclische aanpak. 1.3 Didactisch handelen Het didactisch handelen van de leraren stelt de leerlingen in staat tot leren en ontwikkeling. De leraren plannen en structureren hun handelen met behulp van de informatie die zij over de leerlingen hebben, en stimuleren een brede ontwikkeling. Het team handelt op basis van een samenhangend en consistent pedagogisch-didactisch concept. De leraren zorgen voor effectieve instructies: aansprekend, doelmatig en interactief. Ze geven blijk van hoge verwachtingen en reageren positief op de inbreng van leerlingen, waardoor deze zich ondersteund en uitgedaagd voelen. Bij de instructies en opdrachten gebruiken de leraren passende vakdidactische principes en werkvormen. Ook zorgen zij ervoor dat het niveau van hun lessen past bij het beoogde eindniveau. Zij stemmen de instructies en opdrachten af op de behoeften van groepen en individuele leerlingen, zodat alle leerlingen actief, gemotiveerd en betrokken zijn en de 17
- Jury Excellente Scholen 2015 -
beschikbare tijd effectief besteden. Tijdens de (leer)activiteiten gaan de leraren na of de leerlingen de leerstof en de opdrachten begrijpen. Daarbij geven de leraren de leerlingen directe en individuele feedback op hun werken en leren. 1.4 Ondersteuning Leerlingen die dat nodig hebben, ontvangen extra aanbod en ondersteuning. De school heeft voor leerlingen met bijzondere ondersteuningsbehoeften extra aanbod en begeleiding gepland. Deze ondersteuning is gericht op het (ontwikkelings)perspectief van de leerling. Voor de leerlingen die structureel onderwijsaanbod krijgen op een ander niveau dan de leeftijdsgroep of extra bekostigd worden vanuit het samenwerkingsverband, stelt de school een (ontwikkelings)perspectief op. De school evalueert regelmatig of de extra ondersteuning het gewenste effect heeft en stelt deze zo nodig bij. 2. SCHOOLKLIMAAT & VEILIGHEID 2.1 Schoolklimaat De school kent een ambitieus en stimulerend klimaat. De schoolleiding en de leraren creëren een stimulerend en ambitieus pedagogisch en didactisch klimaat. Er zijn duidelijke regels en er heerst een voorspelbaar en betrouwbaar positief klimaat waarin afspraken nagekomen worden. Schoolleiding en leraren kennen een focus op persoonlijke ontwikkeling en leren, waarin alle leerlingen gezien worden en zich betrokken voelen bij de schoolgemeenschap. Het schoolklimaat is ondersteunend voor de cognitieve en sociale ontwikkeling. Voor elke leerling is een leraar beschikbaar die zijn/haar ontwikkeling volgt en aanspreekpunt is bij problemen (mentor). 2.2 Veiligheid Schoolleiding en leraren waarborgen een veilige, respectvolle en betrokken omgeving voor leerlingen en leraren. Schoolleiding en leraren waarborgen de veiligheid van de school en de omgeving voor alle leerlingen en het personeel. Leerlingen, leraren, schoolleiding en overig personeel gaan respectvol en betrokken met elkaar om. De leraren brengen leerlingen sociale competenties bij en tonen voorbeeldgedrag. Schoolleiding en leraren voorkomen pesten, agressie en geweld in elke vorm en treden zo nodig snel en adequaat op. De school heeft daarvoor een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen, registreren, afhandelen en evalueren van incidenten. Het beleid voorziet ook in een regelmatige meting van de veiligheidsbeleving van de leerlingen en het personeel. De school heeft een vertrouwenspersoon. Alle betrokkenen kennen dit beleid. 3. KWALITEITSZORG EN AMBITIE 3.1 Evaluatie en verbetering De school heeft vanuit haar maatschappelijke opdracht ambities en doelen geformuleerd, evalueert regelmatig de realisatie en verbetert op basis daarvan systematisch haar onderwijs. De school weet – rekening houdend met haar maatschappelijke opdracht en kenmerken van de leerlingenpopulatie – waarin zij zich wil onderscheiden, c.q. profileren, en heeft daaruit toetsbare doelen afgeleid voor de korte en middellange termijn. De kwaliteitszorg heeft in elk geval betrekking op de resultaten, het onderwijsproces waaronder het aanbod, het schoolklimaat en de veiligheid. De schoolleiding en de leraren beoordelen systematisch maatregelen en instrumenten om te waarborgen dat het personeel bekwaam is en deze bekwaamheid onderhoudt. De school betrekt onafhankelijke deskundigen en belanghebbenden bij deze beoordeling en analyseert de 18
- Jury Excellente Scholen 2015 -
relatie tussen de resultaten en de financiële voorzieningen en wettelijke vereisten. De evaluaties leiden tot toegankelijke managementinformatie. Waar nodig voert de school planmatig verbeteringen door die voldoende ambitieus zijn en aansluiten bij de evaluaties. 3.2 Kwaliteitscultuur De school kent een professionele kwaliteitscultuur en functioneert transparant en integer. Het beleid van de school om haar visie op de onderwijskwaliteit en ambities te realiseren, wordt door de leraren breed gedragen. Er is een grote bereidheid om gezamenlijk het onderwijs te verbeteren. Het bestuur en de schoolleiding vertonen onderwijskundig leiderschap en kwaliteitsbewustzijn. Er wordt gehandeld vanuit een duidelijke verantwoordelijkheidsverdeling tussen alle geledingen in de instelling. De schoolleiding, leraren en het ondersteunend personeel werken gezamenlijk aan een voortdurende verbetering van hun professionaliteit. Leraren en andere betrokkenen bij de school werken resultaatgericht, zijn aanspreekbaar op gemaakte afspraken en zijn zich bewust van de effecten van hun handelen op de onderwijskwaliteit en op de ontwikkeling van de leerlingen. De school werkt vanuit een transparante en integere cultuur waarin sprake is van zichtbaar zorgvuldig handelen.
19