TECH-ART
INGENIEURSMEDEDELINGEN
M A A N D B L A D
VA N
D E
V L A A M S E
I N G E N I E U R S K A M E R
adreswijzigingen: VIK, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem jaargang 39 • nummer 6, juli 2001 verschijnt niet in juli en augustus afgiftekantoor Overpelt 1
Vlaamse Ingenieurskamer v.z.w. De Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) wil de belangen van de industrieel ingenieur in Vlaanderen verdedigen en zijn permanente vorming waarborgen. Met een kwalitatief hoogstaand en veelzijdig aanbod van publicaties, activiteiten en vormingsprogramma's bereikt de Vlaamse Ingenieurskamer 15.000 leden en duizenden cursisten en bedrijven. De kwaliteit van ons vormingsaanbod (langlopende en kortlopende programma's, standaard of op maat) wordt algemeen gewaardeerd door het bedrijfsleven en is een cruciale peiler van onze organisatie. Naast een team van vaste medewerkers zorgen 160 kaderleden op vrijwillige basis voor het realiseren van onze opdracht. Om onze dienstverlening verder uit te bouwen hebben wij volgende vacante functies voor hooggemotiveerde mannen of vrouwen:
Product Manager Vorming (m/v) Deze functie omvat: ■ het zo breed mogelijk promoten en vermarkten van het totaalaanbod opleidingen; ■ de opleidingsbehoeften uit de diverse bedrijfssectoren in concrete projecten omzetten; ■ de definitie van een marketingplan, samen met uw collega’s en het bestuur vorming; ■ de voorbereiding en het realiseren van strategische allianties; ■ de redactie van artikels voor onze diverse publicaties op uw domein; ■ het opstellen van een mediaplan dat u jaarlijks evalueert en bijstuurt; ■ samen met uw collega’s, waaronder de vormingsconsulent, verfijnt u de productstrategieën; ■ u rapporteert rechtstreeks aan het bestuur vorming; ■ u wordt het commerciële gezicht van het vormingsinstituut; ■ u bent resultaatgericht, prospectie maakt integraal deel uit van uw taak; ■ u kan op uitvoerend – en directieniveau specifieke opleidingsbehoeften onderhandelen; ■ wij kijken uit naar een flexibel en luisterbekwaam persoon, een actieve teamspeler; ■ vormingsmanagement is uw werk maar ook uw passie! ■ u weet wat trendgevoelige en actuele opleidingspakketten inhouden; ■ vormings-, trainings- en opleidingsmanagers vinden in u een gelijkgestemde ziel; ■ uw academisch niveau en ruime, relevante ervaring laten u toe ons divers klantenpubliek gepast te adviseren. Wij bieden een motiverende werkomgeving met veel ruimte voor initiatief, een gepaste verloning, deels op basis van uw resultaten en een zeer afwisselend takenpakket met veel interne en externe contacten.
Vormingsconsulent (m/v) Meer informatie over ons opleidingsaanbod gewenst? Surf naar www.vik.be. Beantwoordt u aan het gestelde profiel van een van nevenstaande functies en wil u met ons het VIK-vormingsinstituut verder uitbouwen, richt dan uw handgeschreven en gemotiveerde kandidatuur vergezeld van uw c.v. en een recente foto aan: Vlaamse Ingenieurskamer vzw, t.a.v. Ing. Jan Van Opstal, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel. 03-259 11 11 of e-mail:
[email protected].
Deze consulent legt zich binnen het departement vorming toe op het verbreden, uitdiepen en kwalitatief versterken van het VIK opleidingsaanbod; ■ vernieuwing van open en langlopende programma’s; ■ selectie en coaching van lesgevers; ■ uitbouwen van integrale kwaliteitszorg voor het VIK-vormingsaanbod; ■ tweedelijnsbegeleiding voor cursisten; ■ uitwerken van maatprogramma’s i.s.m. bedrijven en openbare diensten. Wij verwachten dat deze medewerker aan volgend profiel beantwoordt: ■ ervaring als vormingsconsulent en/of als lesgever; ■ een communicatieve teamspeler met zin voor creativiteit; ■ een resultaatgerichte en leergierige doorzetter; ■ kennis van didactiek en pedagogie; ■ kennis van (direct) marketing is een plus. Wij bieden een uitdagende werkomgeving waarin je initiatief kan ontplooien, met ruime kansen om het allernieuwste in training en leermanagement toe te passen.
Maandblad van de VIK, Vlaamse Ingenieurskamer
TECH-ART
INGENIEURSMEDEDELINGEN
EDITORIAAL M A A N D B L A D
VA N
D E
V L A A M S E
I N G E N I E U R S K A M E R
adreswijzigingen: VIK, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem jaargang 39 • nummer 6, juli 2001
Jaargang 39 Nummer 6 juli 2001
verschijnt niet in juli en augustus
Het onderwijsdossier op het VIK-kaderweekeinde
afgiftekantoor Overpelt 1
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Ing. Etienne Beernaerts E. Claeslaan 29, 9051 Sint-Denijs-Westrem HOOFDREDACTEUR Ing. Ivan Born REDACTIERAAD Ing. E. Aelbrecht Ing. E. Beernaerts Ing. I. Born Ing. B. Demol Ing. H. Derycke Ing. N. Lagast Ing. G. Roymans Ing. L. Van Bouwel REDACTIESECRETARIAAT Francine Demaret Eddy De Winter SECRETARIAAT VIK Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem Tel. +32-3-259 11 00 Fax +32-3-259 11 01 URL: http://www.vik.be E-mail:
[email protected] Doorlopend open van 08u30 tot 17u00 U kan lid worden door betaling op rekening 406-0098501-56 van de VIK te Wommelgem 50,00 € (2.017 BEF) voor technisch en industrieel ingenieurs, die meer dan drie jaar gediplomeerd zijn; voor geassocieerde leden 25,00 € (1.008 BEF) voor hen, die 3 jaar of minder dan drie jaar gediplomeerd zijn; voor een samenwonend lid (1e lidmaatschap tegen 50,00 €) of voor gepensioneerden 12,50 € (504 BEF) voor studenten-industrieel ingenieur 65,00 € (2.622 BEF) voor leden woonachtig in het buitenland 350,00 € (14.119 BEF) voor bedrijven, scholen, instellingen, enz. met meer dan 250 werknemers
Tijdens het VIK-kaderweekeinde in mei gaf Marc Luwel, adjunct-kabinetschef van onderwijsminister Vanderpoorten een stand van zaken over de evoluties in het 2-cycli-onderwijs. Marc Luwel voorziet dat de Europese onderwijsronde in Praag de wereld niet zal veranderen. “Praag is meer hype dan inhoud”, zo stelde Marc Luwel boudweg. Volgens Luwel moet kwaliteitszorg de belangrijkste zorg blijven, met accreditering als instrument en visitatiecommissies als tool. In Vlaanderen hebben hogescholen altijd veel aandacht aan kwaliteitszorg besteed. De mate van kwaliteitszorg is in andere Europese landen erg verschillend. Vlaanderen verliest z’n voorsprong als het moet wachten op de trage landen. Het academiejaar 2002-2003 wordt voor Vlaanderen een scharnierpunt, want dan wil Onderwijs de bachelor-masterstructuur invoeren. “Op dat ogenblik zullen we nog niet-geaccrediteerde bachelor- en mastergraden hebben, maar de initiatiefnemers engageren zich om internationale accrediteringsdossiers in te dienen. Vanaf het academiejaar 2002-2003 worden alle universitaire en hogescholen-opleidingen van twee cycli in Vlaanderen bekrachtigd met een master-diploma.” Nederland wil een accrediteringssysteem Vlaanderen-Nederland. Er zitten echter hindernissen in de onderwijswetgevingen en er zijn in Nederland dezelfde spanningen tussen universiteiten en hogescholen als in Vlaanderen. Nederland wil het systeem er al voor 1/1/2002 doorkrijgen. Accreditering zal een invloed hebben op de financiering en wordt gegeven voor opleidingen (niet scholen) en voor bepaalde termijnen (5 of 6 jaar). 2-cycli-opleidingen kunnen zo ingeschaald worden dat ze opleidingen aanbieden, ingebed in universitaire standaards en onderzoeksprogramma’s – de zgn. ‘associaties’. Competente 2-cycli studenten kunnen zo de onderzoeksmiddelen van universiteiten gebruiken. Ingenieurs zouden onderzoeksopdrachten kunnen waarnemen zonder te doceren. De 2-cycli opleidingen zouden zo in competitie treden met de universiteiten als het gaat om O&Ofinanciering - ingenieurs worden zelf promotor van hun eigen basisonderzoek. Hiervoor is echter een mentale omschakeling nodig in universitaire middens. Wat de financiering betreft moeten we afstappen van het enveloppensysteem voor hogescholen, met jacht op studenten en kwaliteitsvermindering tot gevolg. Er dienen stabiele enveloppes per hogeschool toegekend tot 2006. Er moet gedacht worden aan een fonds waarbij op basis van resultaatverbintenissen financies worden verstrekt aan hogescholen en aan het academiseren van de 2-cycli-opleidingen. O&O wordt het ijkpunt om hogescholen te financieren. Opleidingen die niet voldoen aan een bachelorniveau krijgen een afzonderlijke inschaling via modulaire systemen (postsecundair onderwijs).
200,00 € (8.068 BEF) voor bedrijven, scholen, instellingen, enz. met minder dan 250 werknemers DRUKKERIJ & LAY-OUT
In dit nummer:
Drukkerij SLEURS nv, Overpelt Tel +32-11-80 90 90 Fax +32-11-80 90 95 Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers (U.U.P.P.)
Open-deur VIK-huis Voor de ondertekende artikels zijn alleen de auteurs aansprakelijk.
13
Collega in de kijker Dr. Ing. Tony Verbeuren 24
Tech-art prijzen 2001 30
GRAAD EN DIPLOMA
Een eeuw van hervormingen
Academisering van industrieel Radio, televisie en kranten berichten de laatste weken steeds meer over de hervormingen van het hoger onderwijs. De berichtgeving is vaak fragmentarisch en verdwijnt als een soort van "faits divers" onder de andere nieuwsfeiten. Hervormingen zijn er altijd geweest, sinds er in 1889 voor het eerst sprake was van het diploma van "ingénieur industriel", jawel industrieel ingenieur. Het was de eerste school voor technisch hoger onderwijs, de Ecole Polytechnique van Glons nabij Luik, die voor deze primeur zorgde. De titel was weliswaar niet officieel erkend en veeleer gekozen omdat de eerste afgestudeerden voorbestemd waren voor de industrie. De school was een initiatief van de stad Luik. De tweede oudste school van ons land was een initiatief van de Aalmoezeniers van de Arbeid. Zij richten in 1898 te Pierrard bij Virton het "Institut des Arts et Métiers" op. De afgestudeerden noemden men "les Ingénieurs des Arts et Métiers". Archiefdocumenten leren ons dat het studieprogramma van hoog niveau was en alle gelijkenissen vertoonde met dat van de Franse "Ecoles des Arts et Métiers" waaruit de "Grandes Ecoles" voor ingenieurs zijn gegroeid. In Wallonië ontstonden in deze periode nog enkele scholen voor "Ingénieurs des Arts et Métiers". Dit was ook het geval in 1915 met de oprichting van de ECAM, l’Ecole Centrale des Arts et Métiers". Op initiatief van Kardinaal Mercier werd in 1922 in Mechelen de eerste school voor technisch ingenieurs opgericht. De studieduur bedroeg 4 jaar en het studieprogramma was geëint op dat van de ECAM. De graad van "Ingénieur des Arts et Métiers" kreeg voor het eerst een officieel karakter met het KB van 31 maart 1920. De eerste Nederlandstalige scholen, zoals deze van Mechelen, Aalst en Oostende, reikten respectievelijk in 1926, 1929 en 1931 de eerste diploma’s uit van technisch ingenieur. Dit was een vertaling van "ingénieur technicien" waarmee een paar scholen in Wallonië hadden uitgepakt. Aan de opkomende wildgroei van titulatuur stelde de wet van 11 september 1933 een einde. De titel "Ingénieur des Arts et Métiers" was niet langer toegestaan. Van
4 I.M.-
JUNI - JULI 2001
1933 tot 1977 bleef het gebruik van de titulatuur van technisch ingenieur ongewijzigd. De studies van technisch ingenieur waren echter al die jaren nooit bij wet geregeld. De Schoolpactwet zorgde bovendien voor een ongebreidelde toename van het aantal scholen in ons land, in totaal 53. Begin der jaren zeventig kwamen de eerste problemen in verband met de erkenbaarheid en herkenbaarheid van de diploma’s in het buitenland. De Raad van Europa deed aan de Europese Commissie een voorstel om richtlijnen op te stellen die de uitwisselbaarheid van de diploma’s ten goede zou komen. Maar veel concreets kwam er niet in huis. Toch was het niet helemaal een maat voor niets geweest. De internationalisering zorgde immers in de meeste landen van de EU voor een eerste hervorming van het hoger onderwijs. Van uniformisering was er weliswaar nog geen sprake, integendeel. In ons land werd het aantal scholen afgebouwd van 53 tot 23 en in 1977 werd de graad van industrieel ingenieur ingesteld. Industrieel ingenieurs werden opgeleid aan industriële hogescholen. Ze werkten als autonome instellingen. De graad werd als van academisch niveau wettelijk erkend. De toestand bleef ongewijzigd tot in 1994. Dan zorgde een decreet voor een fusie van de één en twee-cycli opleidingen. De "industriële hogescholen" verdwenen van de kaart. Binnen een hogeschool werden ze omgevormd tot een departement. Weliswaar werd de opleiding van industrieel ingenieur decretaal vastgelegd als zijnde van academisch niveau. In de internationale context was de hele fusie-operatie voor de industrieel ingenieurs een mislukking. Internationaal werd de herkenning van de graad niet alleen ondoorzichtiger, maar bovendien leidde de erkenning aan geloofwaardigheid. Een opleiding van academisch niveau die niet aan een universiteit gebeurt, was een Belgische uitvinding. Ons land is met zijn drieledig hoger onderwijssysteem nog steeds een buitenbeentje. België belooft beterschap en engageert zich daarmee met andere landen.
Doelstellingen van de hervormingen het leesbaar maken van de Europese diplomastructuur. De opleidingen worden daartoe gestructureerd in een "undergraduate" en een "graduate" cyclus, met respectievelijk een bachelor’s en master’s titel als einddiploma; het aanbieden van een geheel van studiekeuzen op Europees niveau; het aanmoedigen van de mobiliteit van de studenten; het bevorderen van de erkenning van de diploma’s.
male standaarden voor accreditering, de mogelijkheid krijgen om de titel van bachelor uit te reiken. De tweede cyclus van de opleidingen aan de universiteiten en de hogescholen leiden tot een master’s titel. Academische twee-cycli-opleidingen De inhoud van de opleidingen en bijgevolg de accreditering ervan vormen de kern van het Bolognaproces. Het Concept van Nota aan de Vlaamse Regering (01.05.01) stelt dan ook dat in een Europese context het bestaande
van het hoger onderwijs: ingenieur naar Bachelor en Master Internationale accreditering De onderlinge erkenning van diploma’s impliceert het maken van afspraken over minimale standaarden waaraan de verschillende opleidingen binnen Europa moeten voldoen. De standaarden dienen een permanente stimulans te vormen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren.
onderscheid in het Vlaams tertiair onderwijslandschap tussen academische twee-cycli-opleidingen van academisch niveau aan de hogescholen niet langer houdbaar is. Dit houdt meteen verregaande implicaties in voor de structuur van het tertiair onderwijs. Met andere woorden de twee-cycli-opleidingen van de hogescholen dienen geacademiseerd te worden.
Bachelor en Master De Bologna-verklaring beveelt de structurering aan van de tertiair onderwijsopleidingen in 2 cycli: 1. De "undergraduate" cyclus met een minimum studieduur equivalent met 3 studiejaren, leidend tot de titel van Bachelor. 2. Een "graduate" cyclus leidend tot een Master’s titel.
Financiering De invoering van een bachelor-masterstructuur en de academisering van de twee-cycli-opleidingen van de hogescholen zal in het kader van de 5 associaties "universiteithogeschool" een herziening geven van de regelgeving van de financiering van de hogescholen. Er komen ook student-onafhankelijke "financierings-enveloppen".
Concreet betekent dit dat de één-cyclus-opleidingen van de Vlaamse hogescholen, mits te voldoen aan de mini-
Ing. Noël Lagast
Op het VIK-kaderweekeinde op 12 en 13 mei in Elewijt, stelde de adjunct-kabinetschef van minister Vanderpoorten dat de bestaande twee-cycli-opleidingen aan hogescholen en universiteiten heringericht dienen te worden in een undergraduate en graduate programma. Vanaf het academiejaar 2002-2003 zullen alle einddiploma’s de nieuwe benamingen invoeren. Alle tweecycli-opleidingen eindigen dan met de graad van "Master", alle één-cyclus-opleidingen van de hogescholen krijgen de graad van Bachelor. Binnen een termijn van 5 jaar moeten alle hogeschool- en universitaire opleidingen de accrediteringsprocedure doorlopen hebben. Instellingen die ondermaatse opleidingen aanbieden lopen de kans hiervoor geen accreditering te krijgen of een voorwaardelijke accreditering. De undergraduate wordt daarbij afgesloten met een bachelor’s titel. Deze bachelorgraad is in de eerste plaats een graad die voorbereidt op een graduate opleiding, die tot een mastertitel leidt.
Maar, stelde adjunct-kabinetschef Marc Luwel, "een opleiding die leidt tot de graad van Master dient gekenmerkt te zijn door een enge verwevenheid van onderzoek en onderwijs, zowel in hoofde van het programma als van de docenten".
5 I.M.-
JUNI - JULI 2001
GRAAD EN DIPLOMA
Alles heeft
Met als thema "Alles heeft zijn prijs" vond onlangs in Kortrijk de vierde ontmoetingsdag plaats in verband met de internationalisering van het hoger onderwijs in Nederland en Vlaanderen. De ontmoetingsdag werd georganiseerd door het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Onderwijs (AHOWO, Administratie Hoger Onderwijs, Wetenschap en Onderzoek), de Nederlandse NUFFIC, de VLIR en de VLHORA. De gastinstellingen waren de Hogeschool West-Vlaanderen en de Katholieke Hogeschool Zuid-West-Vlaanderen (KATHO).
6 I.M.-
JUNI - JULI 2001
In de marge van de bachelor-master structuur
zijn prijs. Wie zal dat betalen? In zijn welkomstwoord schetste Roland Vermeersch, algemeen directeur van de Hogeschool WestVlaanderen, de tendensen i.v.m. de internationale hervormingen van het hoger onderwijs: 1. een open, transparante Europese ruimte; 2. de invoering van de bachelor-master structuur; 3. het realiseren van een creditsysteem, zowel internationaal als in de tijd. Vermeersch stelde zich de vraag wie dat zal betalen. "Voor mij is het duidelijk" aldus de algemeen directeur, "niet enkel de internationalisering maar ook de structurele en onderwijskundige veranderingen die Bologna en Praag zullen inhouden zullen een investering waard zijn, willen we op een blijvende kwaliteitsvolle manier het Europees hoger onderwijs op de wereldkaart handhaven". "… Als de internationalisering voor de happy-few wordt, zij die het kunnen betalen, dan hebben we ons doel gemist. Als de nieuwe bachelor-master structuur een scheiding veroorzaakt op basis van financiële mogelijkheden van de student en zijn directe omgeving, dan hebben we ons doel gemist". Maar, zei Vermeersch, "ik heb geen geruchten gehoord dat de student zelf zijn master zou moeten bekostigen. Welk hoger onderwijs bieden wij dan in Europa aan? Want heeft het hoger onderwijs ook niet een emancipatorische opdracht? Of zal men in de toekomst, meer nog dan nu, de intelligentie van de instroom meten aan zijn betaalvermogen? … Indien de toekomstige open ruimte van het Europees hoger onderwijs niet nog meer openstaat voor alle maatschappelijke geledingen, dan zijn wij medeplichtig niet enkel aan een duaal hoger onderwijs, maar ook aan een duale maatschappij, met alle gevolgen vandien", aldus Roland Vermeersch. Geen self-supporting bedrijf Vermeersch pleitte helemaal niet voor een etatisme of een gemakkelijk consumptiegedrag vanwege de instellingen van het hoger onderwijs, die met om het even welke nood bij de politieke bewaarders van de schatkist gaan bedelen. De maatschappelijke opdracht van het hoger onderwijs kan immers alleen maar gemaakt worden in
een partnership met de maatschappelijke actoren: de staat, de privésector en een publieke sector. Maar, beklemtoonde Vermeersch, "indien in het Europa van morgen het hoger onderwijs verandert in een self-supporting bedrijf, waar de inkomsten enkel uit de inschrijvingsgelden en de wetenschappelijke en maatschappelijke dienstverlening komen, dan glijden we af naar een soort privé-onderwijs, dat verplicht is in de eerste plaats privé-inkomsten en winst te genereren om zichzelf staande te houden, en waar dus de studenten zullen binnenkomen of mogelijkheden krijgen op basis van hun betaalkracht". De multinationale informaticaleiders Vermeersch focusseerde in zijn welkomstwoord de multinationale informaticaleiders "die eigen standaarden aanleggen en dan de samenwerking met de overheid én het hoger onderwijs van welke aard ook (volwassenen onderwijs, vormingsinstituten, opleidingen van werklozen, enz.) aanspreken om, tegen fikse betaling, hun privé getuigschriften te mogen afleveren, terwijl in de reguliere basisopleidingen soms hetzelfde wordt aangeboden, maar dan niet onder de naam van Cisco of enig Microsoft-pakket. Trouwens hoe het in de informatiecawereld van de ene op de andere dag kan verkeren hebben wij hier in Zuid-West-Vlaanderen tot onze schande en spot mogen ondervinden. Internationale mobiliteit Vermeersch wees er op dat in de recentste jaren de internationale mobiliteit in Vlaanderen is afgenomen. Als een van de oorzaken vernoemde hij de huidige krapte op de arbeidsmarkt. "Wie zijn contract al onder de arm heeft voor hij zijn diploma op zak heeft, is minder geneigd om nog een extra inspanning in het buitenland te doen. Daarbij komt dat voor anderstalige studenten het Nederlands niet de wereldtaal is waar studenten in hun verdere loopbaan zullen kunnen van gebruik maken. Huidige en toekomstige internationale modules of opleidingen staan nu al voor de zware kost van de anderstalige aanbieding". Vermeersch pleitte dienaangaande voor enige soepelheid van de decreetgever, maar is er desalniettemin van overtuigd dat internationalisering een meerwaarde betekent voor de deelnemers. Ing. Noël Lagast
Begin mei werd bij het Vlaams Parlement door de zogenaamde democratische Vlaamse partijen een motie ingediend waarin naar aanleiding van het creëren van een Europese hoger-onderwijsruimte aandacht wordt gevraagd voor het behoud en een aanpassing van het stelsel van de studiebeurzen. De indieners stellen dat Bologna het studeren in andere landen aanmoedigt en dat dit ook moet mogelijk worden gemaakt voor jongeren uit alle sociale lagen van de bevolking. N.L.
7 I.M.-
JUNI - JULI 2001
GRAAD EN DIPLOMA
Belgisch hoger onderwijs is eiland
Hogescholen en universiteiten zullen in de toekomst associëren. Dit is een van de gevolgen van de
Vlaamse invulling van de Bologna-verklaring. Voor studenten en onderwijzend personeel is dit een goede zaak. De knowhow van de hogescholen en universiteiten kan daardoor breder en ook beter benut worden. Associëren betekent dat men een verbintenis aangaat. Niemand doet dit zonder enig belang, ook de hogescholen en universiteiten niet. Het idee is echter niet nieuw. Begin 1976 stelde een commissie van de decanen van de faculteiten voor toegepaste wetenschappen de oprichting voor van een associatie tussen de opleidingen tot industrieel- en burgerlijk ingenieurs.
Een nieuwe poging
8 I.M.-
JUNI - JULI 2001
Rechtstreekse aanleiding was de hervorming van de studies van technisch- tot industrieel ingenieur. De faculteiten voor toegepaste wetenschappen reikten toen een oplossing aan voor het probleem van de internationale erkenning van een graad van universitair niveau die niet onder de koepel van een universiteit viel. De commissie van de decanen had een voorstel van een amendement gemaakt op een van de wetsontwerpen die de reorganisatie van het hoger onderwijs zou regelen. Uit deze tekst citeren we een merkwaardig deel dat vandaag weer actueel wordt. "Het universitair niveau van de studies leidend tot de graad van industrieel ingenieur, zoals voorgesteld in de kaderwet van 7 juli 1970, wordt gewaarborgd door de associatie van het technisch- en agrarisch hoger onderwijs met de overeenkomstige faculteiten van de universiteiten. Ieder hoger instituut dient zich te associëren met een faculteit voor toegepaste wetenschappen die een of meer gelijkaardige afdelingen heeft. De benaming industriële hogeschool dient te worden vervangen door hogere industrieel instituut". De hogescholen wuifden dat voorstel toen weg. Elke hogeschool had daarvoor een eigen reden. De instandhouding van mini-structuren primeerde op het algemeen belang van de studenten en de afgestudeerden. Het voorstel om te associëren verdween even vlug als het gekomen was. De 53 mini-scholen voor technisch ingenieur waren er niet rijp voor. Toch was het idee van de associëring niet helemaal een maat voor niets geweest. Onrechtstreeks leidde het tot een versnelde rationalisering van de 53 scholen naar 23 (12 Nederlandstalige en 11 Franstalige). (n.v.d.r.: zie IM mei 2001, Geschiedenis van de Ingenieur, deel 23). De doelstelling van de recente associatiegedachte gaat verder. Internationaal is België met zijn drieledig onderwijssysteem (universiteit en twee verschillende studietrajecten binnen de hogeschool) uniek. Dat is voor de studenten en afgestudeeren eerder een nadeel dan een voordeel. De opleidingen van twee cycli aan de hogescholen zijn overigens van academisch niveau. Dit leidt internationaal tot een abnormale situatie. Onderwijs van academisch niveau wordt immers in alle landen verstrekt aan een universiteit. De internationale erkenning van het academisch niveau van industrieel ingenieurs, architecten en bepaalde opleidingen tot licentiaat, wordt daardoor mogelijk. België sleept het probleem al enkele tientallen jaar met zich mee. Minister Marleen Vanderpoorten wil er een oplossing aan geven. Het nakende Belgisch voorzitterschap van de EU is de directe aanleiding.
is er één van. Op Vlaams niveau is zo’n accreditering niet zinvol. Internationaal biedt het meer waarborg voor de kwaliteit van de opleidingen. Over de nieuwe onderwijsstructuur is men het in het algemeen eens. Bachelors en Masters worden wellicht over een paar jaar ook bij ons een feit. De meeste studenten die via Europese uitwisselingsprogramma’s aan de hogescholen en universiteiten in Vlaanderen verblijven, spreken reeds volop in deze nieuwe termen. Ze hebben bijvoorbeeld een BSc (Bachelor of Science) achter de rug of studeren al voor Master of Science (MSc). Vlugger dan we wel zouden vermoeden wennen we aan deze nieuwe terminologie. Correcte benamingen dienen op hun beurt voor internationale herkenbaarheid van de opleidingen. Evenzeer hebben de adjectieven die men aan de benaming Bachelor en Master toevoegt hun internationaal belang. Die toevoeging mag geen formalisme zijn, laat staan een of andere Vlaamse "uitvinding" of "versiersel". Bij opleidingen die door wetten en decreten erkend zijn als van wetenschappelijk en academisch niveau moet internationaal het adjectief "Sc" (Science) staan. Dit is onder meer het geval voor de studies van industrieel ingenieur. De op til staande internationale hervorming van het hoger onderwijs is een boeiende uitdaging. Van beleidsmensen wordt verwacht dat ze orde op zaken stellen. Dit geldt zeker voor de drieledige structuur van het hoger onderwijs. Opleidingen van 2 cycli zouden het best geïntegreerd worden in de universiteiten. Integratie betekent niet noodzakelijk een fysieke verplaatsing van instellingen. Wie dit vandaag zou prediken, riskeert zich een leger van behoudsgezinden op de hals te halen. Integratie zou waardevolle netwerken tussen hogescholen en universiteiten kunnen creëren. Behoedzaam zoekt Vlaanderen nog naar een gepaste formulering. We zijn altijd al een volk Vandaag noemen we het daarmee alleen maar de integraties willen we (nog)
van compromissen geweest. nog "associatie" en herhalen geschiedenis. Van fusies en niet horen.
Een "confederale bestuursvorm" is nog net haalbaar willen we de gemoederen niet op stang jagen. Maar de tijdsgeest is veranderd. Wat studenten en afgestudeerden vooral bekommert is hun toekomst in een internationale wereld. De toegang daartoe wordt meer en meer bepaald door de internationale waarde van hun diploma.
Ing. Noël Lagast
Wie de internationale erkenning van zijn graad en diploma wil dient zich te schikken naar de nieuwe internationale spelregels. Accreditering van de uitgereikte graden
(Dit artikel verscheen in de rubriek "Opinie" van De Standaard, 25 mei 2001).
9 I.M.-
JUNI - JULI 2001
GRAAD EN DIPLOMA
Vlaamse ingenieursstudenten op grootste bouwwerf ter wereld in China
Op de Yang Tse of Blauwe Rivier, de kroonslagader
van hartje China, bouwen 60.000 mensen de grootste stuwdam ter wereld: de bijna 2 km brede Sanxia Dam oftewel Three Gorges Project. Daar liepen in
de paasvakantie 30 studenten van Groep T Hogeschool Leuven op plaatsen waar buitenstaanders normaal geen toegang krijgen. Als toekomstige elektromechanische ingenieurs hadden ze daar onder meer oog voor de turbinegeneratoren die ruim 10% van China’s stroomvoorziening zullen leveren. Dat is zoveel als 18 courante kerncentrales. En zonder de milieuvervuiling van steenkoolcentrales. Tevoren waren de Groep T studenten al gebriefd in het Instituut voor Geologie en Beijing. En dat door de directeur van het Geo-engineering Center himself, Professor Dr. Wu Faquan, die de Sanxia Dam in een breder perspectief plaatste. Zo brengt deze dam niet alleen een gigantische "stroomstoot" voor China, maar ook beheersing van het overstromingsgevaar en een spectaculaire verbetering van de bevaarbaarheid, zodat grotere vrachtschepen ook grotere economische welvaart in hartje China zullen kunnen brengen. Op de bouwwerf werden de jonge Vlamingen rondgeleid door ingenieur Dr. Yan Fuzhang, die jaren geo-ingenieur op die werf geweest is. Daardoor mochten ze er zowat overal rondlopen, wat voor buitenstaanders normaal
10 I.M.-
JUNI - JULI 2001
strikt verboden is. Dat kon enkel door de internationale relaties van professor Dr. Dany Vanbeveren, Groep T docent en VUB-onderzoeksleider in astrofysica. Als coauteur van het boek "Piramides in de ruimte" vergelijkt hij deze bouwwerf met de site van Gizeh bij Cairo, en natuurlijk ook met de Chinese Muur oftewel The Great Wall. "Even the Greatest Wall can’t keep us apart" stond er overigens tweetalig (Engels en Chinees) op de sweaters van alle 100 Groep T studenten tijdens hun studiereis in China. De elektronica-ingenieurs in spé waren in Beijing en Shanghai. De chemie- en biochemie-ingenieurs ook, maar die namen er nog Hangzhou bij. Kwestie van cultuur- en bedrijfsbezoeken oordeelkundig te mixen. Ook de leraarstudenten van Groep T hadden er een eigen programma: cultuur en schoolbezoeken in Beijing, en een bezoek aan China’s oude hoofdstad Xian, met de honderden levensgrote krijgers van gebakken klei, uit het graf van China’s eerste keizer. Al die Vlaamse studenten verbleven in Beijing op de campus van bevriende universiteiten, zodat ze er het studentenleven volop meebeleefden. Ze zijn er alvast geslaagd voor het vak wereldburgerschap. Yves Persoons
GRAAD EN DIPLOMA
Master of Science (Msc) in Electronic System Design Geaccrediteerd door Leeds Metropolitan University, Engeland De Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende organiseert een opleiding "Master of Science (MSc) in Electronic System Design", geaccrediteerd door Leeds Metropolitan University, Engeland en dit in het kader van voortgezette opleiding en permanente vorming. Duur: 2 jaar op part-time basis (1 namiddag + avond per week). Modules: Micro-elektronica: VLSI-desigh & HW/SW Co-design Digitaal signaalverwerking & beeldverwerking Computerwetenschappen
Opto-elektronische systemen, sensoren en transducers Sensoren en transducers Toegepaste wiskunde, artificiële intelligentie.
Voor verdere inlichtingen en inschrijvingen kan men zich in verbinding stellen met Prof. Jozef Vanneuville of Ing. Dorine Gevaert, KHBO, Departement IW&T, Zeedijk 101, 8400 Oostende, tel.: 059-56 90 18, fax: 05956 90 01, e-mail:
[email protected] of
[email protected].
ACTUEEL Ingenieurs bieden hun diensten aan 01013: Ing. (Bouwkunde, 1997). Vrij: na 6 weken opzeg. Talen: F,E. Ervaring: projectleiding in zowel aannemerswereld als ingenieursbureau. Belangstelling: projectleiding in de bouw, ook als ontwerpingenieur. Verkiest Antwerpen, Vlaams-Brabant, Oost-Vlaanderen. 01014: Ing. (Elektronica, 1995). Vrij: onmiddellijk. Talen: N,E,F, noties D. Ervaring: Ea-ontwerpen en -testen; technical writing; product-, project-, personeels-, aankoop-, contractmanagement. Belangstelling: ICT; O&O; strategisch-, technologie-, kennismanagement. Verkiest Brabant, Antwerpen. 01015: Ing. (Bouwkunde, 1975). Vrij: onmiddellijk. Talen: N,F,E,D. Ervaring: bedrijfsleiding; projectmanagement; verkoopleiding; internationale context; HR; commercieel; financieel; organisatorisch. Verkiest bouw en aanverwante; buitenlandse handel; internationaal management. Werkgevers die in verbinding wensen te komen met één of meer van deze ingenieurs, kunnen zich wenden tot het VIK-secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel.: 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01. Leden die een dienstaanbieding willen laten opnemen in de ingenieursmededelingen sturen het inschrijvingsformulier (zie achteraan in dit tijdschrift) naar het VIK-secretariaat, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected]. Dit is een gratis dienst van uw Vereniging. Maak er gebruik van.
11 I.M.-
JUNI - JULI 2001
ACTUEEL Berichten uit de samenleving Ingenieur als knelpuntberoeper
Schaf de vakanties af!
Uit een onderzoek van Cevora rond knelpuntberoepen in België blijkt dat ingenieurs in 2000 op de derde plaats staan, na directiesecretaresse en boekhouder. In 1999 stonden ingenieurs nog op de zevende plaats. Dat we een hogere plaats bekleden op dit lijstje valt bezwaarlijk te beschouwen als een prestatie. Informatici zijn niet meer zo gegeerd in 2000: ze tuimelden van de derde (1999) naar de achtste plaats. (E.D.)
Werknemers slagen er niet in te ontstressen tijdens hun verlof, zo blijkt uit een onderzoek van Travelocity.com, een on-line reisorganisatie. Vooral mannelijke managers hebben absoluut niks aan hun verblijf onder de palmbomen. Ze kunnen het werk niet loslaten. Amper een week terug aan de slag is de energie die ze opdeden tijdens het verlof als sneeuw voor de zon gesmolten. Meer nog: werknemers zijn bang om al te lang hun job aan de kant te schuiven. Ze zijn bang voor hun stoel én voor de berg werk die wacht. Gevolg: angst voor de werkdruk beïnvloedt steeds meer de wijze waarop we werken én de manier waarop we verlof nemen. (HRM-city.com)
Jobhopper moet afdokken Een informaticus is door het Brusselse arbeidshof veroordeeld wegens ‘jobhoppen’. Volgens de rechter maakte de computerspecialist misbruik van het ontslagrecht. De man in kwestie had een contract getekend, maar belde kort voor de aanvangsdatum simpelweg af. Hij had een betere en leukere job gevonden, zo wist hij te melden. De werkgever liet het er echter niet bij zitten en trok naar de rechtbank. Het Hof veroordeelde de IT’er tot betaling van 125.000 BEF opzegvergoeding en een boete van 100.000 BEF (HRM-city.com).
Burn-out treft ook jongeren Burn-out treft ook jongere werknemers. Dat blijkt uit een reeds drie jaar durend onderzoek van IDEWE (Interdisciplinaire Dienst voor Welzijn op het Werk) bij 11.000 werknemers in Vlaanderen. Burn-out treedt vooral op bij jongeren in de ‘niet-contactuele’ beroepen. Change management verhogen de kans op burn-out. Alleen: jongeren branden niet stilletjes op. Ze imploderen explosief, zo blijkt. (HRM-city.com)
Re-recruiting als wapen tegen leegloop na afslanking Wie in een plots opwellende downsizing-euforie een pak medewerkers de laan uitstuurt riskeert dat niet enkel de geviseerde medewerkers verdwijnen maar ook diegenen die absoluut moesten blijven. In het kielzog van zij die ontslagen worden blijkt namelijk ook een niet onaanzienlijk deel van de ‘blijvers’ het binnen de kortste keren voor bekeken te houden. Hun vervanging in een krappe arbeidsmarkt kost veel geld. Een ander blijkt uit een studie die werd gepubliceerd in Harvard Business Review. Volgens de studie leidt collectief ontslag meestal tot het vertrek van 10 tot 15% van de ‘overgeblevenen’. Waarom houden die het voor bekeken in de afgeslankte onderneming? Omdat hun vertrouwen danig geschaad is en omdat ze ervan overtuigd zijn bij de eerstvolgende downsizing zelf slachtoffer te worden. Tegenover de leegloop van de onderneming na de afslankingsronde helpt maar één strategie: de ‘re-recruiting’ van de blijvers. Dat is wat personeelsselectiebureau Perman Willits Langone ervan denkt. (HRM-city.com)
12 I.M.-
JUNI - JULI 2001
Kwaliteit van hoger onderwijs twistappel in Praag Het gevoeligste punt op de agenda van de onderwijsministers in Praag was het Belgisch-Nederlandse voorstel om kwaliteitscriteria op te stellen waaraan Europese opleidingen moeten voldoen. Het voorstel werd enkel als proefproject weerhouden omdat het begrip ‘kwaliteit’ voor heel wat Oost-Europese landen als bedreigend wordt ervaren. België en Nederland willen regio’s met sterke hogescholen en universiteiten als Catalonië en Noordrijn-Westfalen betrekken in het project. De volgende conferentie vindt plaats in Berlijn, in het najaar van 2003. (E.D)
Ingenieurs van laag naar hoog De ingenieursstudenten blijken als geen ander komaf te maken met het watervalsysteem dat het onderwijs sinds decennia teistert. De opleiding tot industrieel ingenieur is een academische opleiding, wat betekent dat ook de docenten uit de hogescholen aan wetenschappelijk onderzoek zullen moeten doen (zie edito I.M. mei). Maar er is meer. Waar vroeger studenten eerst een jaartje burgerlijk probeerden en, na een faling, dan maar de studies industrieel ingenieur begonnen, wordt het parcours nu in de omgekeerde weg afgelegd. Jongeren met een technologieknobbel verzekeren zich nu eerst van een graduaatsdiploma en beginnen dan aan de verkorte opleiding tot industrieel ingenieur. Concreet halen ze in drie jaar hun graduaatsdiploma en na een bijkomende twee jaar het – academische - diploma van industrieel ingenieur. De hogescholen spelen op deze trend in: aan de Hogeschool Gent vormen de gegradueerden reeds een vijfde van de aspirant-ingenieurs; aan de Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende al een derde. Opmerkelijk in deze evolutie is dat de graduaatstudenten daarmee het Verdrag van Bologna reeds in de praktijk brengen, nog lang voor het er is. Het Verdrag voorziet een bachelordiploma na drie jaar en na twee bijkomende jaren een masterdiploma. De opmerking dat dergelijke industrieel ingenieurs een beentje zouden voor hebben omwille van hun bijkomende praktijkervaring opent meteen weer het debat over alternerend leren. De bedrijven zijn vragende partij voor alternerend leren. (HRM-city.com)
VERENIGINGSNIEUWS
U I T N O D I G I N G O Pvoor E alle NVIK-leden DEU RDAG en hun familie ZATERDAG 8 SEPTEMBER 2001 van 11u00 tot 17u00
OFFICIËLE OPENING DOOR DE HEER W. VAN DER PLAETSEN, BURGEMEESTER WOMMELGEM RONDLEIDING NIEUWE LOKALEN ANIMATIE VOOR DE KINDEREN HAPJES EN DRANKJES Voorafgaandelijke inschrijving is noodzakelijk en dit vo’ o’ r 15 augustus. Stuur een mailtje naar
[email protected] met vermelding van volgende gegevens: naam deelnemers, leeftijd kinderen en uur van aankomst. Telefonisch inschrijven kan ook op tel.nr. 03-259 11 09, of per fax: 03-259 11 01.
13 I.M.-
JUNI - JULI 2001
VERENIGINGSNIEUWS
VIK-kaderweekend van 12 en 13 mei Thema: de instroom van ingenieurs Tijdens de VIK-kaderweekends worden banden tussen Limburgse en Westvlaamse, jonge en niet meer zo jonge, mannelijke en vrouwelijke, research en salesingenieurs aangehaald. Er wordt lekker gegeten en gedronken. Maar er wordt ook ernstig nagedacht over het beroep. Want wat stond er nog op het programma?
In het ASO is er nog steeds een nagenoeg volledige afwezigheid van technologie in het lesprogramma, en dit niet in het minst omdat de ingenieurs als lesgever in ASOonderwijs zo goed als afwezig zijn. Hoe jonge mensen boeien zonder levend voorbeeld? De tekst van Ing. André De Clercq elders in deze Ingenieursmededelingen legt de vinger pijnlijk op de wonde. Er is nood aan een radicaal nieuw concept om technologie op de maatschappelijke en politieke agenda te plaatsen.
Cijfers In het hoger onderwijs studeren dit academiejaar 157.009 studenten, 54,1% zijn meisjes. De hogescholen zijn goed voor 100.958 studenten. 75% volgt een opleiding van 1 cyclus. Het 2-cycli-onderwijs is goed voor 25.846 studenten, waarvan er thans 9.439 de richting industriële wetenschappen en technologie volgen (7.588 mannen en 1.851 vrouwen) gespreid over de vier jaren. Het jaar 2000 was een dieptepunt wat betreft uitstroom van industrieel ingenieurs – toen slaagden 1569 studenten. Als alle laatstejaars dit jaar slagen zouden er zo’n 1.800 nieuwe industrieel ingenieurs bijkomen in Vlaanderen. Nog lang niet voldoende, maar hopelijk is dit jaar een scharnierpunt en het begin van een opwaartse trend.
Als we ons realiseren dat techniek en technologie voor jonge mensen een spel is waar ze even creatief en gepassioneerd mee kunnen omgaan als met pakweg sport, muziek of talen, is het verwonderlijk dat het bètagebeuren niet meer spelers lokt. Er zijn initiatieven genomen door onderwijs, overheid en industrie...maar echt succes hebben ze niet gehad. Tijdens het kaderweekend hebben de VIK-bestuursleden een namiddag het hoofd gebroken over dit probleem. Vraag die voorlag: wat kan de Vlaamse Ingenieurskamer doen?
De brainstorm maakte al vlug duidelijk dat er bij de VIKingenieurs geen sprake is van enige corporatistische reflex of eigenbelang: geen van de aanwezige ingenieurs wilde de eigen marktwaarde veilig stellen door de hekkens te sluiten voor nieuwkomers. Het promoten van technologie in zijn algemeenheid beschouwt de Vlaamse Ingenieurskamer als één van haar belangrijkste opdrachten, dus ook het opengooien van de toegang tot technische studies en het dichten van het watervaleffect in de beroepskeuze naar technische richtingen. De VIK heeft al heel wat inspanningen geleverd om de ingenieursinstroom terug op gang te krijgen, maar de VIK kan als Eerste kandidatuur Industrieel Ingenieur beroepsorganisatie deze proVlaamse hogescholen blematiek niet alleen aan. Denken we maar aan het 5005 4940 4853 (achterhaalde) onderscheid 4776 bediende/arbeider, dat mee de 4631 4424 beroepskeuze bepaalt, maar 4109 4063 dat in andere cenakels dient uit3694 geklaard. Denken we maar aan 3533 de povere instroom van meis3157 3135 3172 3089 +3000 jes, waar een gelijke-kansenmi2811 2782 2941 nister een beleid kan op richten.
Het is ondertussen bekend: personeelsdirecties hebben de last van hun leven om een industrieel ingenieur te strikken. De inspanningen van bedrijfsleven, beroepsfederaties, en allerlei overheden ten spijt blijven ingenieurs witte raven. Ingenieursfuncties staan al twintig jaar op de lijst van de knelpuntberoepen en de laatste jaren voeren ze die lijst – met stip – zelfs aan. Gevolg: delocalisatie, productievertraging en toenemende maatschappelijke afhankelijkheid.
6000
5000
AANTAL STUDENTEN
4000
3145
3000
3211
2807 2696
2641
2000
1000
14 I.M.-
JUNI - JULI 2001
2000
1999
1998
1997
1996
1995
1994
1993
1992
1991
1990
1989
1988
1987
1986
1985
1984
1983
1982
1981
1980
1979
1978
0
De VIK-Afdeling Limburg heeft op dit ogenblik haar eigen project ‘Technologische Opleidingen in de Kijker’. Het richt zich naar humaniorastudenten en wil niet alleen de instroom van industrieel ingenieurs, maar ook de instroom
passies. Een zichtbare afwijzing van techniek in de omgeving van een kind doet zijn latere kansen onrecht. Mogelijkheden en potenties bevriezen en sterven af. Er ontstaat een blinde vlek voor techniek zodat mogelijkheden voor het beroepsleven niet worden waargenomen (in welke mate ligt dit proces aan de bijzonder povere instroom van vrouwelijke ingenieurs? – is dit misschien de reden van de vlucht uit technische richtingen tijdens de laatste decennia?). Men gaat zich enigszins gehandicapt door het leven bewegen als men essentiële vaardigheden als technisch inzicht ‘delegeert’ naar ‘dienstverleners’ waar men afhankelijk van wordt.
van graduaten en burgerlijk ingenieurs verhogen door zich te richten naar leerkrachten secundair onderwijs in het ASO: ingenieurs van vlees en bloed gaan in humaniora’s over hun job en hun bedrijf vertellen. Leerkrachten uit het TSO getuigen immers elke dag over de waarde van technologie. De discussie tijdens het VIK-kaderweekend nam een wending toen men opperde dat ontwikkelingspsychologisch onderzoek heeft vastgesteld dat mensen belangrijke beroeps- en levenskeuzes maken door de beelden die ze als kind hebben meegekregen. Sterke beelden en krachtige voorbeelden wekken later sterke interesses en
Kortom: zowel positieve beïnvloeding, heroriëntering van onderwijs naar techniek en het aantrekkelijk maken van het beroep zijn aan de orde. En deze acties dienen zich te richten naar zo jonge kinderen. In de VIK-rangen bevinden zich ingenieurs die ervaring hebben met diverse onderzoeken en projecten wat dit betreft. Na de problematiek langs alle kanten bekeken te hebben werd besloten een VIK-werkgroep te starten die partners zoekt (universiteiten, industrie, scholen) om de gezamenlijke energie zo rendabel mogelijk te investeren in heel specifieke projecten. Contacten: Ing. Roland Mortier,
[email protected] en
[email protected].
Ed De Winter
VERENIGINGSNIEUWS Zelfkleverslag Maandelijks delen we met de stickeractie een aantal prijzen uit. Kleef uw VIK-sticker op een leuke plaats (auto, fiets, brievenbus, enz.) neem een foto en stuur hem op. De beste foto wordt beloond. Zonder foto’s gaat het ook: u kan in de prijzen vallen als een attente collega uw sticker opmerkt en ons dat meldt. Werd uw nummerplaat gepubliceerd in een vorige uitgave van de Ingenieursmededelingen dan kan u nog steeds reageren. Ing. Jaak Blocken (nummerplaat BBP 404) uit Oostakker merkte de nummerplaat van zijn wagen op in de Ingenieursmededelingen van april. Zijn boekenbon werd inmiddels opgezonden. Uit de nummerplaten die onze fulltime speurploeg doorseinde, lootten we de volgende nummers:
PJZ 716
NPN 669
LFK 173
WO 244
ERS 241
Als een van deze nummerplaten de uwe is, stuur dan een kopie van het inschrijvingsbewijs en van uw VIK-lidkaart (een fotootje mag ook altijd !) op naar het VIK-secretariaat, t.a.v. Francine Demaret, Herentalsebaan 643 Wommelgem, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected] Succes!
15 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN BEROEP
TIEN VOOR TAAL
TIEN VOOR
Leonardo’s Multilingual Engineers Project - Multicultural Communication in Europe (LEOMEP-MULTI). Europa wordt dan misschien wel één, maar het continent blijft toch nog een soort Babel, met zijn tientallen talen en duizenden dialecten. Elk beroep gebruikt dan nog eens zijn eigen jargon. Op de taaltoren zouden ingenieurs wegens hun gebrek aan meertaligheid de onderste trappen bevolken... Klopt dit wel? Er zijn toch taalcursussen? Elke ingenieur kan toch kiezen uit taalopleidingen te kust en te keur? Zoals voor alle opleidingen blijft de hamvraag echter: sluit de cursus wel aan bij de behoefte? Levert de investering in langdurige taalcursussen wel op wat een ingenieur ervan verwacht? Een tapa bestellen in Salamanca is nog iets anders dan met een ingenieur in Hannover telefonisch een technische onderhandeling voeren over de levering van fijne meetapparatuur. Het LUC-project LEOMEP-MULTI biedt binnenkort net dié taalmodules die je als ingenieur nodig hebt in je specifieke functie. Snel, gericht en zonder ballast. En waar wordt dat taalproject ontwikkeld? In Vlaanderen natuurlijk. Toch niet in West-Vlaanderen?! Nee, in Limburg. En wie is mede-organisator? De Vlaamse Ingenieurskamer. Aan de overkant van de KHLim in Diepenbeek ligt het Limburgs Universitair Centrum onder de mastentoppen te stralen. Daar werkt Martine Verjans, van oorsprong romaniste. Martine zit bij de vakgroep Frans aan de faculteit TEW waar ze onder andere Zakelijk en Economisch Frans doceert aan handelsingenieurs en TEW’ers. Martine is een praktische geest en stuurt haar studenten de boer op naar bedrijven in Tours en Blois, niet om te zwijgen en te luisteren maar om te discussiëren met Franse bedrijfsleiders. Haar aanpak is niet evident voor romanisten, die veelal in academische biotopen leven. "Het is niet de bedoeling om het gebruik van de puntkomma in de verzamelde werken van Voltaire te onderzoeken," grapt Martine. "CTTL (Centrum voor Taalonderwijs en Toegepaste Linguïstiek) wil vooral onderzoek doen dat relevant is voor de omgeving – we willen het bedrijfsleven een oplossing aanreiken bij hun internationale contacten in vreemde talen. Daarom zijn we in ’98 samen met de universiteiten van Dunkerque (F), Limerick (IRL) en Madrid (E) met het Europese Leonardo da Vinci-project Leonardo’s Multilingual Engineers Project (Leomep) gestart. De resultaten van de wetenschappe-
16 I.M.-
JUNI - JULI 2001
lijke onderzoeksfase waren het uitgangspunt voor Leonardo’s Multilingual Engineers Project - Multicultural Communication in Europe (LEOMEP-MULTI). Dat wil een praktisch antwoord geven op de talenbehoefte van Europese ingenieurs. Tussen 2001 en 2003 zullen we 18 leerpakketten voor vreemde talen ontwikkelen." Haar vakgroep ressorteert onder het interfacultaire departement MMC (Mens, Maatschappij en Communicatie). Samen met prof. Clijsters richtte ze de onderzoeksgroep CTTL op. De onderzoeksgroep publiceert regelmatig erg bruikbare taalmethodes waar studenten en bedrijfsmensen écht wat aan hebben. Maar LEOMEP(-MULTI) gaat veel verder. Van behoefte naar onderzoek en niet andersom "Kijk, ik ben nooit een ivoren-torenwetenschapper geweest. Voor mij staat praktische toepasbaarheid op de eerste plaats: wat is maatschappelijk relevant - wat is hier en nu nodig? Ik kan genieten van gedichten, maar bruikbaar zijn ze ten enen male niét," start Martine. Sinds 1998 doet ze onderzoek naar de opleidingsbehoeften van ingenieurs (industrieel, burgerlijk, bio, architecten). In dat kader werkt ze ook aan een doctoraat. Aan Martine hoef je geen vragen te stellen. Ze legt het zelf wel uit. "Prof. Clijsters en ikzelf gaven gedurende jaren een intensieve cursus zakelijk onderhandelen in het Frans voor directie- en managementsfuncties waar men ons regelmatig taalproblemen van op de werkvloer signaleerde. We hadden dus wel een idee van wat er nodig was maar we wilden dat zo wetenschappelijk mogelijk onderzoeken om de resultaten perfect te laten aansluiten op de behoeften. Immers, dikwijls start men dure projecten op basis van natte-vingerwerk. Uiteindelijk blijf je dan achter met een hoop papier waar niemand in de buitenwacht wat aan heeft. Zo ontstond het LEOMEP-idee: via feed-back uit de bedrijfswereld en via signalen van onze studenten. Bovendien, bij analyse van vacatures voor hoger technisch personeel bleek dat men steeds meer vroeg naar ingenieurs die minstens drie talen spreken. Bedrijven meldden ons daarentegen dat talenkennis bij ingenieurs een probleem bleef." Drie talen en meer "Ik ben begonnen met diepte-interviews met bevoorrechte getuigen, dus hoger technisch kaderpersoneel, meestal ingenieurs, met ervaring, die hun taalbehoeften omschreven. Naast talige communicatie werd ook naar cultuurverschillen en commercieel onderhandelen gepeild. We hebben de studiegidsen van álle opleidingen die meestal leiden tot een functie binnen het hoger technisch kaderpersoneel (ingenieurs, technische graduaten…) vergeleken om te achterhalen welke taalgerelateerde activiteiten deel uitmaakten van de curricula van
INGENIEUR EN BEROEP
TIEN VOOR TAAL
TIEN VO
Leonardo’s Multilingual Engineers Project - Multicultural Communication in Europe (LEOMEP-MULTI). Europa wordt dan misschien wel één, maar het continent blijft toch nog een soort Babel, met zijn tientallen talen en duizenden dialecten. Elk beroep gebruikt dan nog eens zijn eigen jargon. Op de taaltoren zouden ingenieurs wegens hun gebrek aan meertaligheid de onderste trappen bevolken... Klopt dit wel? Er zijn toch taalcursussen? Elke ingenieur kan toch kiezen uit taalopleidingen te kust en te keur? Zoals voor alle opleidingen blijft de hamvraag echter: sluit de cursus wel aan bij de behoefte? Levert de investering in langdurige taalcursussen wel op wat een ingenieur ervan verwacht? Een tapa bestellen in Salamanca is nog iets anders dan met een ingenieur in Hannover telefonisch een technische onderhandeling voeren over de levering van fijne meetapparatuur. Het LUC-project LEOMEP-MULTI biedt binnenkort net dié taalmodules die je als ingenieur nodig hebt in je specifieke functie. Snel, gericht en zonder ballast. En waar wordt dat taalproject ontwikkeld? In Vlaanderen natuurlijk. Toch niet in West-Vlaanderen?! Nee, in Limburg. En wie is mede-organisator? De Vlaamse Ingenieurskamer. Aan de overkant van de KHLim in Diepenbeek ligt het Limburgs Universitair Centrum onder de mastentoppen te stralen. Daar werkt Martine Verjans, van oorsprong romaniste. Martine zit bij de vakgroep Frans aan de faculteit TEW waar ze onder andere Zakelijk en Economisch Frans doceert aan handelsingenieurs en TEW’ers. Martine is een praktische geest en stuurt haar studenten de boer op naar bedrijven in Tours en Blois, niet om te zwijgen en te luisteren maar om te discussiëren met Franse bedrijfsleiders. Haar aanpak is niet evident voor romanisten, die veelal in academische biotopen leven. "Het is niet de bedoeling om het gebruik van de puntkomma in de verzamelde werken van Voltaire te onderzoeken," grapt Martine. "CTTL (Centrum voor Taalonderwijs en Toegepaste Linguïstiek) wil vooral onderzoek doen dat relevant is voor de omgeving – we willen het bedrijfsleven een oplossing aanreiken bij hun internationale contacten in vreemde talen. Daarom zijn we in ’98 samen met de universiteiten van Dunkerque (F), Limerick (IRL) en Madrid (E) met het Europese Leonardo da Vinci-project Leonardo’s Multilingual Engineers Project (Leomep) gestart. De resultaten van de wetenschappe-
16 I.M.-
JUNI - JULI 2001
lijke onderzoeksfase waren het uitgangspunt voor Leonardo’s Multilingual Engineers Project - Multicultural Communication in Europe (LEOMEP-MULTI). Dat wil een praktisch antwoord geven op de talenbehoefte van Europese ingenieurs. Tussen 2001 en 2003 zullen we 18 leerpakketten voor vreemde talen ontwikkelen." Haar vakgroep ressorteert onder het interfacultaire departement MMC (Mens, Maatschappij en Communicatie). Samen met prof. Clijsters richtte ze de onderzoeksgroep CTTL op. De onderzoeksgroep publiceert regelmatig erg bruikbare taalmethodes waar studenten en bedrijfsmensen écht wat aan hebben. Maar LEOMEP(-MULTI) gaat veel verder. Van behoefte naar onderzoek en niet andersom "Kijk, ik ben nooit een ivoren-torenwetenschapper geweest. Voor mij staat praktische toepasbaarheid op de eerste plaats: wat is maatschappelijk relevant - wat is hier en nu nodig? Ik kan genieten van gedichten, maar bruikbaar zijn ze ten enen male niét," start Martine. Sinds 1998 doet ze onderzoek naar de opleidingsbehoeften van ingenieurs (industrieel, burgerlijk, bio, architecten). In dat kader werkt ze ook aan een doctoraat. Aan Martine hoef je geen vragen te stellen. Ze legt het zelf wel uit. "Prof. Clijsters en ikzelf gaven gedurende jaren een intensieve cursus zakelijk onderhandelen in het Frans voor directie- en managementsfuncties waar men ons regelmatig taalproblemen van op de werkvloer signaleerde. We hadden dus wel een idee van wat er nodig was maar we wilden dat zo wetenschappelijk mogelijk onderzoeken om de resultaten perfect te laten aansluiten op de behoeften. Immers, dikwijls start men dure projecten op basis van natte-vingerwerk. Uiteindelijk blijf je dan achter met een hoop papier waar niemand in de buitenwacht wat aan heeft. Zo ontstond het LEOMEP-idee: via feed-back uit de bedrijfswereld en via signalen van onze studenten. Bovendien, bij analyse van vacatures voor hoger technisch personeel bleek dat men steeds meer vroeg naar ingenieurs die minstens drie talen spreken. Bedrijven meldden ons daarentegen dat talenkennis bij ingenieurs een probleem bleef." Drie talen en meer "Ik ben begonnen met diepte-interviews met bevoorrechte getuigen, dus hoger technisch kaderpersoneel, meestal ingenieurs, met ervaring, die hun taalbehoeften omschreven. Naast talige communicatie werd ook naar cultuurverschillen en commercieel onderhandelen gepeild. We hebben de studiegidsen van álle opleidingen die meestal leiden tot een functie binnen het hoger technisch kaderpersoneel (ingenieurs, technische graduaten…) vergeleken om te achterhalen welke taalgerelateerde activiteiten deel uitmaakten van de curricula van
OOR TAAL ΤΙΕΝ ςΟΟΡ ΤΑΑΛ hogescholen en universiteiten. Dat deden we samen met partneruniversiteiten uit 4 landen: België, Frankrijk, Spanje en Ierland. Het resultaat bleek erg pover te zijn, ook in België. Dus hebben we onze getuigen gevraagd waar ze hun taalopleiding dan wel vandaan hadden. In Vlaanderen bleek dat een deel zichzelf ‘op de werkvloer’ had opgeleid, met vallen en opstaan, maar dat het overgrote deel taalopleidingen gevolgd hadden waarvan de getuigen oordeelden dat de inhoud onvoldoende relevant was voor de uitoefening van de job. Men leerde wel een taal, maar pikte weinig op over cultuurverschillen en commercieel onderhandelen. Dus redenen te meer om een groot Europees project op te zetten rondom deze problematiek. Europa zag het nut en we hebben met onze partneruniversiteiten in Limerick (Irl.), Dunkerque (Fr) en Madrid (E) een grootschalig survey-onderzoek op het getouw gezet. Elke universiteit had een eigen ingenieursvereniging of werkgeversorganisatie achter zich. In 1999 verstuurden we zo in heel Vlaanderen naar een representatieve steekproef van bedrijven een enquête waarvan de respondent moest behoren tot het hoger technisch kaderpersoneel. Hiervoor verleende de VIK haar medewerking, zowel bij de samenstelling van de steekproef als bij de telefonische opvolging. Tegelijk begonnen de universiteiten in onze drie partnerlanden hier ook mee. In Vlaanderen had 80% van de bevraagden een ingenieursopleiding gevolgd en 20% een andere basisopleiding, maar zat wel in een ingenieursfunctie.
Tussen haakjes, als taalkundige verbonden zijn aan een faculteit TEW heeft een groot voordeel… je kunt gemakkelijk terecht bij deskundigen uit totaal andere disciplines zoals statistici! Het multidisciplinaire karakter van het soort onderzoek dat wij doen heeft daar natuurlijk ook iets mee te maken. Toegegeven, het combineren van diverse onderzoeksdomeinen is geen sinecure, maar des te interessanter. Dit geldt zowel voor ons, onderzoekersdocenten, als voor de professionele wereld buiten de universiteit, onder meer de bedrijven." Brutale resultaten 100% van de ingenieurs heeft extern of intern regelmatig contacten in vreemde talen. Engels wordt door ingenieurs meest gebruikt, daarna Frans en dan Duits. 70% heeft een talenopleiding gevolgd na het secundair onderwijs. Van die 70% heeft slechts 10% de opleiding tijdens zijn hoger onderwijs gevolgd en 90% nadien, op vrijwillige basis. De meesten studeren eerst Frans, dan Duits, dan Engels, en in mindere mate Spaans en Italiaans. Bij het uitoefenen van hun beroep ondervinden ingenieurs de meeste problemen met Frans en Duits. Engels levert de minste problemen op (daarom is Engels als doeltaal niet opgenomen in de modules). 84% van de bedrijfscontacten gebeurt mondeling. 90% van de contracten wordt mondeling afgesloten. Bij deze contacten wordt vrijwel nooit een tolk gebruikt. Slechts bij het residu aan schriftelijke communicatie, bevestiging van offertes, bestellingen enz., doet _ beroep op een vertaler of collegamedewerker. 60% zegt behoefte te hebben aan een algemene talenkennis en 90% verklaart bovendien technischcommerciële talenkennis nodig te hebben. 85 % zegt behoefte te hebben aan het begrijpen van technische en technischcommerciële documenten en aan het voeren van technische face-to-face gesprekken en technische telefoongesprekken. Dit zijn eerder receptieve situaties.
18 leermodules (7brontalen - 3 doeltalen)
17 I.M.-
JUNI - JULI 2001
TIEN VOOR TAAL
60% verklaart vooral behoefte te hebben aan talenkennis in productieve situaties: 60% verklaart technisch-commerciële face to face gesprekken en documenten te moeten voeren en opstellen.
Pech "Maar wat houdt dat juist in, zo’n ‘technisch commercieel gesprek’? Met een schriftelijke enquête krijg je hier geen duidelijk antwoord op. Dat zou te omvangrijk worden en de respons negatief beïnvloeden. Daarom ging ik terug naar de bedrijven. Deze keer om half-gestructureerde interviews af te nemen. Bij vorige projecten werden bovendien telefoongesprekken opgenomen. Maar door de wetgeving op de bescherming van persoonsgegevens zijn de bedrijfsleiders - terecht - wat kopschuw geworden en willen ze geen recorders meer op hun werkvloer hebben. Ter vervanging hebben we aan onze bevoorrechte getuigen gevraagd om de gesprekken die ze in andere talen voerden uit te schrijven. Een aantal ingenieurs heeft dat heel consciëntieus gedaan en hebben er ontzettend veel tijd in gestoken. Zowel uit de interviews als uit de transcripties van de telefoongesprekken bleek dat het inhoudelijk meestal draaide rond diverse fasen van de handelstransactie, namelijk offerte-aanvragen en besprekingen (verkoopsvoorwaarden, leveringstermijnen e.d.) en klachtenbehandeling. Zo is er een constante terugkoppeling geweest naar de praktijk en wisten we met zekerheid welk soort materiaal we in de leermodules moesten verwerken." Monsieur la madame "We hebben ook gepeild naar de communicatie-aspecten waar ingenieurs het moeilijk mee hebben. Het is pas wanneer je de behoefte in verband brengt met de problemen dat je weet waar je het meeste belang aan moet hechten bij het ontwikkelen van de leermodules. Blijkt dat ingenieurs op de eerste plaats problemen ondervinden met accenten (onderhandel je bijvoorbeeld vooral met Zwitsers, met Québecois of Parijzenaars?). Op de tweede plaats is nuanceren een probleem: tijdens onderhandelingen wil je iets duidelijk maken, maar het komt anders over omdat je zelf de nuance niet kan leggen en de nuance van een ander niet begrijpt. Gevolg: de boodschap komt wel over, maar ze komt verkeerd over. Op de derde plaats kan het spreekritme een probleem zijn: de ander praat te snel. Ten vierde kan de commerciële benadering moeilijkheden opleveren. Als wij in het Nederlands bijvoorbeeld een verzoek inleiden door "Wilt u…", dan zijn we beleefd. Als we dit letterlijk vertalen en een Fransman aanspreken met "Voulez-vous..." dan is dat niet meer helemaal het geval, want in het Frans is de voorwaardelijke wijs "voudriez-vous…" heilig, en ten tweede gebruikt men in het Frans hier meestal het werkwoord ‘pouvoir’, omdat de connotatie met ‘vouloir’ eerder wordt opgevat als ‘m’n Nederlandstalige gesprekspartner denkt misschien dat ik denk dat hij niet wil…’ Zo zie je dat cultuurverschillen wel degelijk een invloed kunnen hebben op taalgebruik en dat deze cultuurverschillen aanvoelen in woordkeuze belangrijker is dan het losjes
18 I.M.-
JUNI - JULI 2001
TIEN VOOR
debiteren van social talk. Ander voorbeeld: in het Duits worden vrouwen normaliter met een vrouwelijke titulatuur aangesproken. Het kan beledigend overkomen indien men een vrouwelijke Duitse directeur ’Direktor’ noemt. In Frankrijk is ‘Madame la directrice’ dan weer niet zoals het hoort. Daar hoor je te zeggen ‘Madame le directeur’. Voel je ‘m? Als je onderhandelt over een product kan de transactie mislukken door dit soort cultuurverschillen. Spreekritme kan, zeker in het Frans een probleem geven - een Fransman kan salvo’s woorden uitbraken in no time. Uit het onderzoek blijkt dat technisch jargon en informele gesprekken voor Nederlandstaligen slechts weinig moeilijkheden opleveren, terwijl er dikwijls verondersteld wordt dat dit de meeste problemen geeft. Het heeft dus weinig zin een technisch woordenboek te gaan opstellen voor alle industriële sectoren van de zeven brontalen van de leermodules van LEOMEP-MULTI, omdat daar het probleem niet ligt. Wel hebben we een basislexicon samengesteld van technische begrippen die alle sectoren in alle taalgebieden gemeenschappelijk hebben, zoals maten en gewichten (voor bijvoorbeeld stalen pijpleidingen). Zo hebben we ook een reeks oefeningen ontworpen voor het snel begrijpen van getallenreeksen in andere talen." Bron- en doeltalen "Het onderzoeksluik (LEOMEP) werd dus tussen 1998 en 2000 gelijktijdig uitgevoerd in vier landen, inhoudelijk geleid vanuit Limburg. De ontwikkeling van een multimediaal leerplatform voor browseromgeving met hierin leermodules, gebaseerd op deze onderzoeksresultaten, was het doel van het multiplicatorproject LEOMEP-MULTI (2001 - 2003). Maar bij de voorbereiding van dit multiplicatorproject voelde we er veel voor nog meer hoger technisch personeel, namelijk met nog andere moedertalen, hulp te bieden. Daarom werden er Duitsland, Hongarije en Polen bijgehaald. Bovendien had één van onze medewerkers goede contacten in deze landen. Zestien partners in zeven landen, de coördinatie is inderdaad een hele klus, maar levert een enorme interculturele ervaring op! Wij hebben onze ‘moeder-leermodule’ Nederlands-Frans, ontwikkeld door Anouk Gelan, navorser CTTL en mezelf, doorgenomen met onze partners en zij nemen telkens hun eigen brontaal voor hun rekening. Voor de zes andere brontaallanden liggen de behoeften telkens iéts anders. De modules worden dan ook aangepast. De doeltalen Nederlands, Frans en Duits worden ontwikkeld door het LUC, in samenwerking met Duitsland en Frankrijk. Uiteindelijk zullen we een taalmodule hebben die hogere technische kaders van zeven brontalen naar drie doeltalen kan opleiden (Frans, Nederlands en Duits). Dat zijn dus achttien leerpakketten voor zelfstudie. Een hoop tekst, klank en beeld, maar bedenk wel: geen enkele ingenieur zal alles gebruiken en kan instappen vanaf het niveau waarop hij zich bevindt. Elke taalmodule is zo opgesteld dat je je eigen parcours kan bewandelen en kan kiezen uit thema’s, ritme, accenten en cultuurnuances, naargelang de behoefte die je in je eigen job ondervindt."
Leonardo’s Multilingual Engineers Project - Multicultural Communication in Europe
TAAL
TIEN VOOR TAAL
Hou het praktisch asjeblief "De oefeningen zijn ultiem nog eens gevalideerd door ingenieurs. Immers, ingenieurs zijn kwantitatieve geesten. We wilden het praktische nut naar voor halen en de oefeningen laten direct laten aansluiten bij de denkwereld van ingenieurs. Naargelang de tips die we terugkregen hebben we het programma nog een laatste keer herwerkt. De thema’s zijn handelstransacties: offerte-aanvragen, offertes en levering van technische producten - inleidende besprekingen, omschrijvingen, klachtenbehandeling tussen ingenieurs, deelname aan beurzen, bedrijfsvoorstellingen, tafelgesprekken… Voor elke doeltaal zijn er zijn telkens hyperlinks naar uitspraak, grammaticale toelichting en uitleg over culturele verschillen in vergelijking met de brontaal. Ook andere achtergrondinformatie – neem nu de verschillen in vennootschapsvormen - worden aangestipt. De module heeft links naar social talk, ingenieursspecialisatie, ISOnormen, bedrijfsomzet, HR. De moedermodule is nu inhoudelijk klaar. Ze moet enkel nog in een browseromgeving worden geïmplementeerd. CTTL ontwikkelde hiertoe samen met ZEUS Software Engineering (een spin-off van het LUC) Lingu@Tor, een softwareplatform voor internetomgeving specifiek op talen gericht, waaraan ook een discussieforum voor gebruikers gekoppeld wordt. Tussen haakjes: De Nederlandstalige modules zullen worden gecommercialiseerd door ZEUS. De andere landen hebben eigen commerciële partners."
Pikante vooroordelen "Leuk detail: we hebben ervaringsdeskundige, internationale ingenieurs gepolst naar hun perceptie van andere nationaliteiten. De vraag was: welke tips zou je een jongere collega die onderhandelt met Spanje, Polen, Hongarije…meegeven? We waren een beetje verwonderd om de bestaande vooroordelen bevestigd te zien. Fransen blijven blijkbaar chauvinistisch en retorisch. Tip: leer hun taal om respect af te dwingen en positioneer jezelf tijdens een zakenlunch als iemand die respect verdient. Het spreekt voor zich dat we al onze onderzoeksresultaten steeds ook verwerken in onze colleges Frans aan de faculteit TEW. Zo geven we bijvoorbeeld de LUCstudenten de opdracht om federaal Vlaanderen politiek, economisch en cultureel te plaatsen. Dat is niet gemakkelijk, zelfs niet in het Nederlands. Maar als je dat in het Frans helder kan uitleggen dwing je respect bij je Franse partner en kan je ‘entre le fromage et la poire’ het contract bedingen. Dat zijn bijvoorbeeld de cultuuraspecten waar we het daarnet over hadden. De enquêteresultaten in de andere landen zijn wat dit betreft dezelfde: in andere landen werden de klassieke vooroordelen eveneens bevestigd. Anderzijds moet je ook in rekening brengen dat de meeste vooroordelen bevestigd worden voor de talen waar men de meeste moeilijkheden mee heeft. Er is dus een verband tussen de perceptie van een cultuur en het vlot praten van die taal, zeg maar een soort van mentaal verzet." Taalgevoel "Inhoudelijk kan er niet veel zo veel veranderen. Bovendien zal het systeem vlot te updaten zijn. Taal evolueert natuurlijk. Maar ook daar hielden we rekening mee. In het begin van de ontwikkeling van de moedermodule zat ik met een dilemma: de normatieve grammatica of vocabulaire dicteert dikwijls iets anders dan wat het levend taalgebruik zegt. Ik heb resoluut gekozen voor taalgebruik door native speakers, eerder dan de onderwijzer te willen uithangen en aan taalfilisterij te doen", besluit de praktische Martine Verjans. Ed De Winter
19 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN BEROEP
Hans De Backker, Maintenance Manager van het Jaar 2001
VIK-ingenieur Hans De Backker, maintenance manager bij Janssen Pharmaceutica, is door Bemas uitgeroepen tot Maintenance Manager van het Jaar 2001. De Backker werd gekozen uit een groep van drie die eerder al genomineerd werden door een vakjury. De twee andere genomineerden waren: Alain Lycops van Solvay en Antoon Oyen van Philips Metal Components. Bemas, de Belgian Maintenance Association, is een vzw die werkt rond het thema onderhoud. Het is de vierde keer dat de verkiezing ‘Maintenance Manager van het Jaar’ wordt georganiseerd. Hans De Backker werd laureaat op basis van een dossier en een audit. De Backker is Manager Technische Dienst Farmaceutische Productie bij Janssen Pharmaceutica in Beerse en verpersoonlijkte volgens de jury als beste het hedendaagse onderhoudsbeleid. De jury was onder de indruk van de resultaten van de vooruitstrevende maintenance strategie binnen Janssen Pharmaceutica en de wijze waarop Hans De Backker deze beheert. Hij slaagt erin een onderhoud gericht op de optimale beschikbaarheid van de productiemiddelen te combineren met belangrijke kostenreducties, zonder toegevingen op vlak van veiligheid of milieu. Mede hierdoor kan de vestiging in Beerse zijn positie als rendabele productieplant binnen de Johnson&Johnson Group vrijwaren. Hans De Backker (37) is industrieel ingenieur Elektromechanica en behaalde dit diploma aan de Katholieke Hogeschool Kempen in Geel. Zijn eerste werkervaring deed hij op in zijn geboortegemeente Turnhout bij Organon Teknika België als service engineer. Hierbij was hij verantwoordelijk voor het testen en uitvoeren van herstellingen aan medische apparatuur en stond hij in voor de opleiding van het onderhoudspersoneel. In 1987 heeft De Backker Turnhout ingewisseld voor een functie als onderhoudsingenieur bij Agfa Gevaert in Mortsel. In die functie kreeg hij de opdracht om het onderhoudsgebeuren in een nieuwe productieafdeling te ontwerpen en te organiseren in de meest brede betekenis. Naast onderhoud en al wat daarmee verband
20 I.M.-
JUNI - JULI 2001
hield, stond De Backker ook in voor kleinere investeringsprogramma’s of verbeteringen, voor de dagelijkse productieopvolging en voor de coördinatie met engineering, instrumentatie, enz. In 1995 nam De Backker de wijk naar Janssen Pharmaceutica in Beerse waar hij eerst ruim een jaar Hoofd Decentraal Onderhoud Chemie was en momenteel Manager Technische Dienst Farmaceutische Productie. Steeds blijft hij in zijn functie verantwoordelijk voor onderhoudsen installatiewerken. En ziet hij toe op de feilloze werking van de productieplants binnen Janssen Pharmaceutica Beerse.
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ
Preventie arbeidsongevallen Belgische en Europese Awards Het
Europees
Agentschap
voor
Veiligheid
en
Gezondheid (Bilbao) op het werk reikt dit jaar voor de tweede maal Europese Awards uit voor goede praktijken op het gebied van veiligheid en gezondheid op het werk. De Awards willen bedrijven en instellingen met originele programma’s ter preventie van arbeidsongevallen in de kijker plaatsen.
Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk
De Belgische genomineerden dingen mee voor de Europese Awards. Die worden op het einde van het jaar tijdens het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie uitgereikt in Brussel. Het Europees Agentschap voor Veiligheid en Gezondheid op het werk is mede-organisator. Wie kan deelnemen? alle private en openbare bedrijven. Alle goede-praktijkvoorbeelden voor de preventie van arbeidsongevallen zijn welkom:
nieuwe methoden; preventie van slippen, uitglijden en vallen; management van de preventie van arbeidsongevallen; ongevalpreventie in bouw, landbouw en visserij; trainingsprogramma’s ter preventie van arbeidsongevallen; reïntegratie en tewerkstelbaarheidsmaatregelen; netwerken of partnerships ter preventie van arbeidsongevallen.
Vijf Belgische Awards Er zijn drie bedrijfscategorieën: groot (+ 200 werknemers); middelgroot (50-200 werknemers); klein (- 50 werknemers). Daarnaast zijn er twee speciale prijzen: een ‘goede-praktijkprijs’ gericht op de aanpak van stress als oorzaak van bedrijfsongevallen en een ‘genderprijs’ die bedrijven beloont die in hun preventiebeleid rekening houdt met sexeverschillen. Criteria van de jury Verbetering van werkomstandigheden, voldoen aan wettelijke voorschriften, overleg van alle betrokkenen, integratie in bedrijfsbeleid, mogelijkheid tot overname van het concept in KMO’s, in andere bedrijven in andere Europese lidstaten. Kandidaten kunnen een dossier indienen voor 1 augustus. Dit dossier kan aangevraagd worden bij Focal Point – tel. 02-643 44 54 –
[email protected] – meer info: http://be.osha.eu.int/ew2001.
21 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ
Onze maatschappij in 2010 Roland Duchâtelet Het VIK-Centrum Industrie wil kruisbestuivend werken tussen en technische vakgebieden en sectoren. Maar het zijn niet alleen technische realisaties die inspiratie leveren. Ook sociale en zelfs politieke projecten kunnen stof tot nadenken geven. Daarom werd Roland Duchâtelet, ingenieur (ICT), ondernemer (Melexis) en politicus (Vivant) gevraagd om zijn ideeën eens uit de doeken te doen. Op 31 mei voorspelde hij voor hij een volle aula ingenieurs waar techniek, economie en politiek met ons allen op af stevenen. Life Style Trends De waarde van het menselijk leven zal stijgen. Door de ontwikkelingen in de medische wetenschap wordt de kans op overlijden kleiner en leven mensen langer. Een mensenleven wordt (ook nu al) uitgedrukt in harde Euro’s of dollars. De tolerantie tegenover de dood wordt kleiner. Er komt meer aandacht voor levenskwaliteit in plaats van de materiële omkadering van het leven. Men zal een andere houding ontwikkelen tegenover het leven, en dus ook tegenover de dood. Men zal meer geld en energie spenderen aan ‘plezier’ dan aan ‘producten’. Dit brengt mogelijk een lagere waardering voor techniek met zich mee, tenzij die techniek geleverd wordt in de context van levensvreugde of genot. Mobiliteit Vandaag ligt de variabele kost van autogebruik lager dan die van openbaar vervoer. Dus nemen automobilisten een rationele beslissing door nu de auto te gebruiken. Openbaar vervoer zal beter uitgebouwd worden onder druk van het onmogelijke autoverkeer. Overlijden door auto-ongevallen zal niet meer worden geaccepteerd. Risico-factoren van autogebruik zullen worden gereduceerd door technische innovaties. Toch zal de auto, in combinatie met degelijk openbaar vervoer, een vaste waarde blijven. Communicatie Zoals elektriciteit honderd jaar geleden onze levenswijze veranderde en het leven aangenamer maakte, doet internet dat nu. Internet levert ‘instant satisfaction’ met een overweldigend aanbod. Internet is geen voorbijgaande hype. Door internet ontstaan er nieuwe mondiale ‘sociale’ groepen op basis van gedeelde interesses.
22 I.M.-
JUNI - JULI 2001
Er komt een kwalitatief hoogstaande digitale breedband internet-TV met een vervaging van het onderscheid tussen TV en computer. Draagbare communicatie zal meer en meer behoren bij een persoon, niet bij zijn woning. Gevolgen van de communicatietechnologie Minder zakelijke en routineverplaatsingen (videoconferencing). Verplaatsingen waarbij body-language en emoties belangrijk zijn, dikwijls geïnspireerd door internet-contacten, zullen wel blijven. Bouw van werkcellen aan de stadsrand (‘nerdistans’) in plaats van gecentraliseerde hoofdkwartieren, wat zijn gevolgen zal hebben voor de huisvesting, de onroerend goedmarkt en mobiliteit. Gezondheid De evolutie naar nieuwe en goedkopere medicamenten is reeds begonnen. Er komt een rationelere organisatie van de zorgdiensten en permanente monitoring van risico-patiënten door technische snufjes. De levenscyclus wordt langer, wat zijn effect heeft op ethisch-filosofische vragen als: wil ik wel 140 jaar worden? Wat is ‘kwalitatief leven’? Veiligheid Het gerecht zal beter moéten werken want wat dit betreft zit België op een dieptepunt. IT kan een deel van de oplossing leveren om de veiligheid te verhogen (elektronische identificatie en lokalisatie misdadigers) maar de archaïsche attitude van het gerecht moet veranderen. De bevolking zal beter worden opgeleid om op te voeden. Het is immers aberrant om vast te moeten stellen dat men wel hogere studies aan moet vatten om de kost te verdienen maar dat er geen vorming of opleiding voorzien is om een belangrijke maatschappelijke taak als het ouderschap op te nemen. Economie We zijn aan het einde gekomen van de industriële periode. De productiviteit ligt op dit ogenblik erg hoog: met 1 uur werken koopt men nu 30 keer zoveel eieren als in 1900. Er zal wereldwijd minder vraag zijn naar ongeschoolde werkkrachten. Dit betekent dat we de regelgeving in verband met arbeid moeten herzien naar een dienstenmaatschappij toe. Die regelgeving is nog geënt op de logica van de industriële samenleving. Echter: de productiviteitsstijging gaat alleen op voor de bedrijfswereld, niet voor de overheid. Op dit ogenblik werken 2 keer zoveel mensen voor de overheid als 50 jaar geleden. De modale burger krijgt hiervoor echter niet 2
Nostradamus achterna in het VIK-Centrum Industrie
keer meer service. Het aantal ambtenaren moet verminderen (o.a. door e-government).
per is. Maar ga je daarna nog verder delokaliseren naar een nog goedkopere regio? Zelfs Ford betaalde z’n arbeiders hogere lonen omdat hij besefte dat die arbeiders de afnemers zouden worden van de auto’s die ze zelf produceerden. Het is de consument die de economie doet draaien. De controle van de economie is onmogelijk via het manipuleren door de nationale banken van één parameter, namelijk de intrestvoet, waarmee men denkt zo verschillende sociaal-economische processen als inflatie, werkloosheid, investeringen… in de hand te houden. Dit ongeregelde en ontregelde economische systeem kan elk ogenblik ontploffen. We zitten met z’n allen op een tijdbom. Nieuwe economische spelregels zijn noodzakelijk. Belastingen In 1938 was er zo goed als geen belasting op arbeid. Anno 2000 ligt de loonkost in België schrikbarend hoog. De hoge sociale zekerheidsbijdragen en belastingen op loon weerhouden werkgevers en werknemers om te investeren in arbeid terwijl belastingen op kapitaal verwaarloosbaar zijn. Er dringt zich dus een aanpassing van het sociale zekerheids- en het belastingstelsel op.
In 1940 bedroegen de overheidsuitgaven zo’n 10% van het BNP. Nu liggen die uitgaven boven de 50%. (vgl. Japan: 30%). 2/3 van de belastingen zijn belasting op arbeid, niet op kapitaal. Als je daar de BTW bijtelt, gaat 75% van de inkomsten van een kaderlid op aan belastingen. Ook voor bedrijven is dit een reden om te delokaliseren. Kenniswerkers (en tegelijk dragers van fiscale waarden) zullen dat ook doen. Regio’s zullen concurreren via hun belastingsystemen. De 50% overheidsbeslag op het BIP zal moeten dalen naar 35% waarvan 25% gaat naar herverdeling en sociale voorzorg. Sociale zekerheid De huidige sociale zekerheid (pensioen, kindergeld, ziektevergoedingen…) en het belastingstelsel zijn gebaseerd op het gezin als samenlevingsverband. Echter, op dit ogenblik daalt het aantal huwelijken en bedraagt het aantal echtscheidingen nog steeds zo’n 60%. Het klassieke gezin is dus niet meer de norm. De sociale zekerheid moet zich aan de maatschappelijke realiteit aanpassen en dient geïndividualiseerd te worden. Tijdbom De wereldeconomie is niet meer ‘onder controle’ door gebrek aan sociale zekerheid bij de nieuwe deelnemers in de wereldeconomie en door de demografische problematiek. Als je de wereldinkomsten uit arbeid in z’n totaliteit beschouwt daalt die door delokalisatie. Je kan delokaliseren naar een land waar de arbeidskracht goedko-
Alternatief De loonkost bestaat op dit ogenblik uit 55% bijdragen sociale zekerheid en belastingen, bijeengebracht door werkgever en werknemer. Een nettoloon wordt zodoende gereduceerd tot 45 %. Burgers worden door de overheid wel gewaardeerd als productiefactor maar niet als mens. De vrijheid om keuzes te maken, waarbij arbeid en arbeidstijd worden aangepast aan de noden in een bepaalde levensfase, is onmogelijk met de huidige regulering. Men is beperkt in z’n levenskeuzes door de uniformiteit van productieprocessen en de wetgeving die ermee verband houdt. In de praktijk is de keuze: werk ik 100% of werk ik niét? Waarom zouden we niet overwegen om elke burger een basisinkomen te geven, waarop ieder kan bijverdienen naargelang de behoefte? Waarom de directe belastingen op arbeid niet afschaffen en enkel indirecte belastingen heffen op consumptiegoederen? Dient het gezegd dat tijdens de receptie nog stevig gebakkeleid werd over deze thema’s?
Ed De Winter
23 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ EEN COLLEGA IN DE KIJKER Dr. Ing. Tony Verbeuren Ph.D., directeur van de afdeling angiologie van het onderzoeksinstituut Servier in Suresnes-Parijs
Een getuigenis voor jonge collega’s die willen doctoreren Tony Verbeuren studeerde destijds voor technisch ingenieur scheikunde, werkte 9 jaar aan de Universitaire Instelling Antwerpen (UIA) en doctoreerde in Frankrijk aan de befaamde Université Pierre et Marie Curie-Paris 6. Daarna ging hij een zestal maanden werken in het Mayo-ziekenhuis in Rochester, een van de belangrijkste medische centra van de U.S.A. Hij keerde gedurende 7 jaar terug naar de UIA en zette vanaf 1988 zijn loopbaan verder aan het Centre de Recherches de Suresnes, bij Parijs, een van de Onderzoekscentra van de Groep Servier. Hij is er directeur van de afdeling Angiologie (bloed en lymfvaten). Tony Verbeuren is "reviewer" voor een 12-tal gerenomeerde wetenschappelijke tijdschriften en lid van een 6-tal wetenschappelijke commissies. Hij heeft 27 patenten en 273 abstracten op zijn naam en ontving voor zijn wetenschappelijk werk twee belangrijke "awards". Voor deze collega in de kijker gingen we hem in Suresnes opzoeken, bezochten het onderzoekscentrum en noteerden niet enkel zijn merkwaardige loopbaan maar ook hoe een Vlaming Parijs ervaart. Studeren voor technisch ingenieur Tony Verbeuren werd in 1946 in Wuustwezel geboren. "Correctie, " zegt hij onmiddellijk "voor de mensen die dit zullen lezen houd ik eraan te preciseren dat ik in het gehucht Gooreind ben geboren." Vanaf het begin van het interview valt op dat onze gesprekspartner met de eigenheid van een wetenschapper nauwkeurig de feiten ventileert. Na het college in Brasschaat ging hij voor technisch ingenieur richting scheikunde studeren aan het Stedelijk Instituut voor Hogere Technische Studies aan de Paardenmarkt in Antwerpen. In 1970 behaalde hij er zijn graad en diploma. Na zijn middelbaar onderwijs wist hij eigenlijk niet goed wat hij verder zou studeren. "Maar..", zegt hij, "er was toch wel iets waar ik later mijn zinnen wilde op zetten. Ik wilde namelijk onderzoek doen. Begrijp me goed, ik had daarvan slechts een vaag idee. Ik was
24 I.M.-
JUNI - JULI 2001
nieuwsgierig hoe de zaken in mekaar zaten. Als men mij vroeg wat ik later wilde doen, dan was mijn antwoord steeds ‘aan onderzoek doen’. De richting natuurkunde aan de universiteit lag een beetje voor de hand. Maar dat werd een misrekening. In wiskunde was ik niet goed genoeg. Iemand van onze familie had voor technisch ingenieur gestudeerd. Ik spiegelde me aan hem. Voordien was bij mij nooit het idee opgekomen om voor technisch ingenieur te studeren. Goed, ik volgde zijn voorbeeld. Ik ging naar de school op de Paardenmarkt. Waarom daar? Simpel, die school was niet ver van huis. Zo ging dat destijds. Tijdens mijn studies bleef ik het idee om aan onderzoek te doen koesteren. De opleiding gaf me ook de gelegenheid om proeven te doen in het labo chemie, om te experimenteren en dingen te ontdekken. ’t Was allemaal wel heel bescheiden, maar de basis was gelegd." Of hij een ‘goede student’ was? "Ach, helemaal niet. Ik was eerder een middelmatige student, behalve in het laatste jaar. Toen werd ik ineens een goede student." (lacht uitbundig). "De eerste jaren technisch ingenieur waren nogal theoretisch. Komt daarbij dat ik tijdens de blokperiode in het tweede jaar moest geopereerd worden. Gevolg, ik had een tweede zit aan mijn broek. Ik had een beetje pech. Maar in het laatste jaar wilde ik de top bereiken." Een portret Tony Verbeuren komt uit een gezin van zelfstandigen. Zijn vader was aannemer van schrijnwerk. In de buurt werkte hij voor aannemers. Zijn moeder had een winkel van verfwaren. Tony is de oudste van drie kinderen. Zijn tweelingzussen zijn drie jaar jonger. "Mijn ouders waren bijzonder actief," vertelt Tony "als zelfstandigen moesten ze hard werken, maar ze genoten niettemin van een zekere vrijheid die het zelfstandig
beroep met zich meebrengt. Kinderen van zelfstandigen worden daardoor beïnvloed. Ja, ik denk met genoegen terug aan mijn jeugd." Tony Verbeuren is een aangename verteller met een intellectuele verfijning en gevoel voor humor en relativering. Zijn hart ligt op zijn tong. Energiek en ambitieus overschrijdt hij gedurende het hele gesprek nooit de grens van de bescheidenheid. Open, vriendelijk en optimistisch ventileert hij met enkele tussendoorse lachsalvo’s een ‘joie de vivre’, de trigger van zijn spontane vertelstijl. Het enthousiasmerend associatief en analytisch vermogen pareert de gedrevenheid van deze cerebrale collega. Zonder enthousiasme zijn grote prestaties immers onmogelijk en is er geen ruimte om vooruit te komen. Dit geldt heel zeker in de wereld van hoog wetenschappelijk onderzoek, het domein van onze collega. Werken als arbeider Kort na zijn studies voor technisch ingenieur trouwde Tony met zijn Cecil, een hartelijke vrouw, zo mochten we tijdens ons verblijf in Parijs ondervinden. Voor de legerdienst was het voor technisch ingenieurs moeilijk om werk te vinden. Dit ondervond ook Tony. "Mijn lief Cecil", zegt Tony, "werkte toen bij Vander Elst, de sigarettenfabrikant. Na mijn studies had ik links en rechts gesolliciteerd, maar zonder resultaat. Ik klopte aan bij de personeelsdirecteur van Vander Elst. ‘Ben je op zoek naar werk?’, vroeg hij me ‘morgen mag je hier beginnen als arbeider’. Ik mocht de vrachtwagens volladen met dozen sigaretten. Ik werkte van halfacht ’s morgens tot vier uur in de namiddag. Okee, fysisch was het zwaar werk, maar mijn geest kon rusten. Ik kon ’s avonds studeren. Na deze job deed ik één jaar legerdienst. Dat was me toen nog al een tijd, hoor. Maar mijn job als arbeider vond ik interessant…" Solliciteren Tony postuleerde een paar keer na zijn legerdienst. Uiteindelijk begon hij op 1 november 1972 te werken aan de pas geopende Universitaire Instelling Antwerpen (UIA), in die tijd een overkoepeling van het RUCA en het UFSIA, waar enkel, behalve voor de economie-afdeling, de kandidaturen werden onderwezen. Daarna werd aan de UIA (nu UA) de overkoepeling gecreëerd voor de licentiaatsopleiding en doctoraten.
Via de examens die hij tijdens zijn legerdienst had afgelegd, werd hij aangeworven. Er waren heel wat kandidaten voor een functie aan de UIA. "Dat was nogal competitief, " zegt Tony "ik had een drietal jobs op het oog buiten deze aan de UIA. Eén van de jobs waarvoor ik had gesolliciteerd had te maken met productie. Maar dat wilde ik niet. Gezien mijn microbe om aan onderzoek te doen koos ik voor de UIA." Onderzoek aan de UIA Tony Verbeuren startte zijn loopbaan aan de UIA in de dienst fysiopathologie van het departement geneeskunde bij prof.Dr. Paul Vanhoutte, het eerste jaar dat men lessen gaf aan de universiteit. Er was toen nog geen universitair ziekenhuis. De clinici hadden hun diensten in de omliggende ziekenhuizen. "Fysiopathologie is de studie van de ziekten vanuit een fysiologisch standpunt, m.a.w. alles wat te maken heeft met de toestand van het lichaam dat tot ziekte kan leiden." Dr. Vanhoutte was benoemd tot professor voor de faculteit geneeskunde. Hij werkte in Amerika en kwam op 1 december 1972 in dienst aan de UIA. "Ik was al een maand in het labo aan het werk vooraleer mijn professor toekwam." (lacht) Tony Verbeuren zal van 1972 tot 1981 bij prof. Vanhoutte werken. Daarna keert prof. Vanhoutte terug naar het Mayo-ziekenhuis in Rochester. Tony werkte in die periode als technisch ingenieur in het labo, niet als doctoraatsstudent. Hij was tamelijk vroeg betrokken bij het uitvoeren van proeven. Als technisch ingenieur bekleedde hij in het labo de hoogste technische functie. Hij leidde het labo op technisch vlak. In het begin lag zijn taak in de richting van de analytische scheikunde. Hij deed eerst veel analysen. Daarna begon hij geleidelijk ook proeven te doen. Het labo werkte ook met studenten-stagiairs. De stap naar het doctoraatswerk Tony Verbeuren: "prof. Vanhoutte waardeerde wellicht wat ik in het labo deed. Hij was toen nog een jonge professor (°1940) en als geneesheer gevormd aan de universiteit van Gent. Na zijn studies ging hij onderzoek doen in de US. prof. Vanhoutte is iemand met een open visie, een echte wetenschapper, iemand die doorzet en zijn medewerkers weet te motiveren. Dat is heel belangrijk. Ik heb voor hem steeds een enorme waardering gehad. Ik dacht, als ik hier iets meer van mijn job zal willen terecht brengen dan zal ik continu literatuur moeten doornemen en blijven studeren. Ik heb dat zelf moeten aanpakken. Zoiets leer je niet als technisch ingenieur. Stapje voor stapje werd ik door mijn professor opgemerkt. In de jaren zeventig kwamen steeds meer studenten-stagiairs en "visiting profs" uit de US werken in het labo. De Amerikaanse profs hadden een eigen programma. Vanuit technisch standpunt werd ik betrokken bij de bouw van de apparatuur. Er ontstond een natuurlijk contact met hen. Maar de bouw van de apparatuur gebeurde altijd wel onder leiding van prof. Vanhoutte. Na enige tijd volgden de eerste publicaties. Vanaf 1974 werd ook mijn naam vermeld. Bon, dat was iets dat niet evident was voor technisch ingenieurs. Maar prof. Vanhoutte was niet iemand die geschenkjes uitdeelde. Op dat vlak was hij allerminst vrijgevig (lacht). Na verloop van tijd zei hij me ‘Tony, schrijf nu maar een keer wat je hebt gerealiseerd.’ Ik was wel ingenomen met zijn opdracht. Ik
25 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ maakte me nochtans de bedenking dat, gezien de aard van mijn diploma, het spijtig was dat ik niet hoger op kon in het wetenschappelijk werk." Tony Verbeuren speelde een tijdje met het idee om terug aan de universiteit te studeren en op basis van deze studies de stap te zetten naar het doctoraat. Hij vond het spijtig dat zijn diploma van technisch ingenieur een rem was om te doctoreren. De hervorming van de studies van technisch- naar industrieel ingenieur (Wet van 18.02.1977) gaven hem opnieuw hoop. Maar de vele argumenten en bewijsmateriaal die prof. Vanhoutte bij de Belgische universiteiten had ingediend draaiden op niets uit. De droom om in eigen land te doctoreren ging voorbij. Tony Verbeuren gaf nochtans de moed niet op. Hij studeerde ’s avonds en zette dan zijn experimenten van tijdens de dag op papier. "Overdag moest er hard gewerkt worden in het labo. Er was geen tijd om aan een bureau te zitten om te studeren of te schrijven." Doctoreren in Frankrijk Tony Verbeuren had de vaste wil om te doctoreren. De academische problemen in eigen land waren onoverkomelijk. ‘Ik heb daarvoor nog al wat brieven geschreven " zegt Tony "Dat resulteerde in een dik gestoffeerd dossier. Steeds was het antwoord van onze universiteiten negatief, zo van, we willen wel, maar het kan niet. Zo ging dat in de periode 1978-1980. Maar prof. Vanhoutte bleef me aanmoedigen, al kon hij zelf niets ondernemen voor mijn doctoraat in België. Op een dag zei hij me ‘mits nog wat bijkomende realisaties kan je toch een schitterende thesis schrijven over je werk?’ Dat gaf me een kick. Iemand die bij Janssen Pharmaceutica in België had gewerkt gaf me het idee om in Frankrijk te doctoreren. Nadat hij enkele jaren in Frankrijk had gewerkt, behaalde hij er een doctorat d’Université. Voor mijn geval nam prof. Vanhoutte eerst contact op met zijn collega in Parijs. Die zou dan in Frankrijk mijn promotor worden terwijl prof. Vanhoutte hier in België optrad als promotor. In de praktijk kwam het er op neer dat ik mijn doctoraatswerk in Antwerpen deed terwijl ik me voor één academiejaar liet inschrijven aan de Universiteit Pierre et Marie Curie van Paris 6. Ik werkte ongeveer 5 jaar aan mijn doctoraatsthesis". De thesis werd in het Frans opgesteld en behandelde de invloed van het zenuwstelsel op de bloedvaten. "prof. Vanhoutte ben ik nog steeds zeer dankbaar voor al wat hij voor mij heeft gedaan. Hij deed een enorme inspanning om de thesis grondig te lezen en te verbeteren. Zoiets vraagt uren werk".
26 I.M.-
JUNI - JULI 2001
Mentale ingesteldheid Tony Verbeuren: "Sommigen hebben een verkeerd idee over het doctoreren. Wie wenst te doctoreren moet zich daarop goed mentaal voorbereiden. Het is een stresserend werk. Je moet een grote belangstelling voor onderzoekswerk hebben. Het werk moet ook origineel zijn. Belangrijk is dat je een promotor hebt die voor honderd procent achter je staat. Doorzetten en nooit de moed laten zakken is de boodschap die ik wens mee te geven aan alle kandidaten die wensen te doctoreren. Je moet ook een natuurlijke aanleg hebben voor talen. In mijn geval was dat Frans en Engels. Dit vergemakkelijkt de contacten met wetenschappers uit andere landen." Open Franse mentaliteit Hoe kijken de Franse universiteiten aan tegen buitenlanders die er komen doctoreren? "Ach" zegt Tony "als je een diploma hebt van een bepaald studieniveau dan vormt dat in Parijs geen probleem om je te laten registreren voor een doctoraat. Er bestaan geen vooroordelen over buitenlanders. Bedenk dat de Universiteit Pierre et Marie Curie van Paris 6 tot ’s werelds bekendste universiteiten behoort. Dit is niet zo maar een universiteitje. Ik meen dat je je zelf daarom hebt kunnen overtuigen bij een van je bezoeken hier. Hier studeren en doctoreren veel mensen van allerlei nationaliteiten." Voordracht en verdediging Of hij iets wil vertellen hoe het allemaal in de praktijk verloopt? "Ik kan misschien mijn geval nemen. Je stuurt normaal alles in maar ik ben wel met mijn thesis zelf naar Parijs getrokken. De universiteit zorgt voor de multiplicatie ervan en zorgt dat het ter lezing bij de juiste personen terecht komt. Dan kwam de grote dag van de verdediging in de universiteit Pierre et Marie Curie. De jury bestaat uit een voorzitter en uit profs. Bij mij was er een prof uit Straatsburg (prof. J.C. Stoclet) en twee profs van Paris 6. Natuurlijk waren mijn promotoren prof. Vanhoutte en zijn Franse collega prof. P.Meyer er ook. Verrassend genoeg waren er ook heel veel collega’s uit Antwerpen afgezakt. Ze hadden een bus ingelegd. Ik had dat niet verwacht en het deed me veel plezier. Mijn voordracht was in het Frans, zo’n driekwart uur. Daarna werden er vragen gesteld. Alles samen duurt dit 1,5 tot 2 uur. Daarna volgt het resultaat". Slagen met de hoogste graad We polsen voorzichtig naar het resultaat. Tony Verbeuren neemt een bocht rond de vraag en begint met te zeggen dat elke kandidaat op voorhand al is geselec-
EEN COLLEGA IN DE KIJKER
Dr. Ing. Tony Verbeuren Ph.D. teerd. "Er zijn weinig kandidaten die op het ultieme moment van de verdediging niet slagen. Dat zou immers voor de promotor een flinke blaam betekenen." We dringen nog even aan. "Wel" zegt hij bescheiden "ik ben voor mijn doctoraat geslaagd met de hoogste graad. Dat noemen ze in Frankrijk "avec les félicitations du jury. In België kan je dit vergelijken met de grootste onderscheiding". Op zijn naamkaartje staat ‘Dr. Tony J. Verbeuren Ph.D, Docteur èn Sciences’.
Naar Amerika en terug naar de UIA Na zijn doctoraat in juli 1981 ging Tony een half jaar werken in het departement voor physiologie en biofysica in het Mayo-ziekenhuis in Rochester, de kliniek waar ook prof. Vanhoutte werkte. Hij keerde terug naar de UIA en begon bij farmacoloog prof. A.G. Herman, die prof. Vanhoutte was opgevolgd. "En hoewel ik tevreden was met mijn situatie aan de UIA was ik misschien een beetje té tevreden. Ik speelde met het idee om naar Amerika te verhuizen". In Amerika begon zoon Dirk (°1975) zijn eerste studiejaar van het lager onderwijs. "De aanpassing op die leeftijd gaat nog vrij vlot. Kinderen leren spelenderwijs Engels lezen en schrijven, iets wat in zijn latere leven goed van pas is gekomen." Naar het onderzoekscentrum Servier in Parijs Van 1982 tot 1988 was Tony verbonden aan de UIA, bij prof. A.G. Herman. De dienst werkte ook samen met het Franse farmaceutisch bedrijf Servier. De Fransen waren erg tevreden met het werk van het team van prof. Herman. Vaak ging het over heel specifieke problemen. Via een van de Belgische Servier-vertegenwoordigers vernam Tony dat Servier zijn onderzoeksactiviteiten in Parijs ging uitbreiden. Een gelegenheid om te postuleren. "Servier volgde een strikte aanwervingsprocedure" zegt onze gesprekspartner.
Zoiets moet je toch grote voldoening geven? "Jaja, heel zeker. De champagnefles werd opengetrokken hoor." (lacht uitbundig). Het was een hele opluchting na een zeer stresserende periode." Verslaggevers Zelf zetelt Tony regelmatig in de jury voor doctoraatsthesissen. In Frankrijk bestaat een doctoraatsjury uit een voorzitter, diverse leden en twee verslaggevers. Hij toont een thesis die een van de volgende dagen verdedigd wordt. Hij is één van de twee ‘rapporteurs’. "Wat moet ik als rapporteur doen? Ik schrijf een document waarin wordt vermeld wat goed is en wat niet goed is aan de thesis. Dit zal bepalen of de persoon al of niet wordt toegelaten tot de verdediging. Als verslaggever moet je voldoende kritisch zijn en vragen stellen." Kan je in menselijke taal iets kwijt over de inhoud van je thesis? "Ik zei je reeds dat mijn doctoraatswerk over de invloed ging van het zenuwstelsel op de activiteit van onze bloedvaten. Het draait allemaal rond het verschijnsel van het samentrekken of ontspannen van de bloedvaten. De bloedvaten hebben op een zeer lokaal niveau uitlopers van de zenuwen. Wij bestudeerden de wisselwerking tussen de zenuwen en de activiteit van de bloedvaten, m.a.w. op dat samentrekken en ontspannen van de bloedvaten. We bestudeerden eveneens de reeds bestaande medicamenten die daarop een invloed kunnen uitoefenen. Dat was mijn thesis. Bemerk dat in die tijd de biochemie een belangrijke rol begon te spelen in de studie van de fysiologie. Wat nu leidt tot een explosie van de moleculaire biologie die de genetica nu kenmerkt, stond toen in de beginfase. De basiskennis biochemie die ik als technisch ingenieur had meegekregen kwam goed van pas."
In januari 1988 begon hij te werken als "research associate" in het onderzoekscentrum van Servier in Puteaux, Frankrijk. Hij startte zijn loopbaan in het labo dat zich bezighield met de microcirculatie van kleine bloedvaten. "Mijn opdracht was anders dan die aan de UIA. In de farmacologie aan de universiteit bestudeert men de medicamenten vanuit wetenschappelijk oogpunt. Men wil er zoveel mogelijk over te weten komen. In een onderzoekscentrum van de farmaceutische industrie is het werk vooral gericht op het ontdekken van nieuwe medicamenten, al wordt ook wel aan pure wetenschap gedaan. Chef du project Tony Verbeuren werd in maart 1989 in het Servier onderzoekscentrum in Suresnes aanvaard als ‘chef du project’. "Eigenlijk is die functie niet strikt omschreven. Ik kwam in het labo binnen, kreeg een opdracht, kocht apparatuur aan…Je weet hoe dat gaat hé. Bon, daar stond ik dan…ik dacht, jongen, begin er nu maar aan…Stilletjesaan bouwde ik het labo uit. Tien maanden later had ik al drie mensen in dienst." Daarna verhuisde Tony naar het labo dat geleid werd door Michel Laubie. Van ‘Chef du project’ naar ‘Directeur de division’ Tony: "Mijnheer Laubie is een merkwaardig man. Een geboren Brusselaar die naar Bordeaux verhuisde en dan naar Parijs. Hij werkte al 30 jaar bij Servier. Er zijn zeven medicamenten op de markt die door hem werden ontdekt. Ik ken niemand die een dergelijke prestatie op zijn naam heeft. Een van deze medicamenten zorgt voor het grootste zakencijfer bij Servier. Na enkele maanden nam mijnheer Laubie me apart en vertelde me dat ik zijn opvolger zou worden. Daarna is alles snel gegaan." In maart 1992 werd Tony Verbeuren in Suresnes ‘Directeur de Division d’Angiologie’, na de algemeen directeur de hoogste post van het onderzoekscentrum. Een afdelingsdirecteur is verantwoordelijk voor het onderzoek in een bepaalde tak, voor Tony werd het bloedvatenonderzoek.
27 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ Trombose Dokter Servier, de grote baas van het centrum, vond dat er al genoeg medicamenten tegen hoge bloeddruk waren en dat er nog maar weinig medicatie bestond tegen tromboses. In de afdeling van Tony groeide dan ook geleidelijk het onderzoek ernaar. Er werden nieuwe medewerkers aangeworven en spoedig werkten er vijfentwintig mensen, waaronder een zevental Ph.D’s en vijf universiteitsstagiairs. De stageperiode voor deze mensen bedraagt zes tot zeven maanden. In België is de stageperiode volgens Tony veel te kort. Bovendien worden stagiairs in Frankrijk meestal vergoed. "Bij Servier worden stagiairs tamelijk goed betaald" zegt Tony "dokter Servier gaat er van uit dat al wie werkt daarvoor ook moet verloond worden…voor wat hoort immers wat." Werken in Parijs Waarschijnlijk geldt voor de workaholics wat voor veel andere mensen geldt. Ze bestaan al eeuwen, maar deze eenentwintigste eeuw heeft ze een naam gegeven en in wereldsteden, zoals Parijs, vallen ze wellicht ook meer op. In de metro, ’s ochtends vroeg en ’s avonds laat, kan je ze ontmoeten. De doffe blik in hun ogen, de laptop over de schouder, de symptomen van een jachtige maatschappij. "Sommige mensen werken zich suf" zegt Tony. "Maar ik denk niet dat dit een typisch verschijnsel is voor Parijs. Het leven valt hier blijkbaar nooit stil, want de Parijzenaar zit ook graag in zijn auto, van en naar het werk. Om het verkeer vlotter te laten verlopen had men hier de glijdende werktijden bedacht. Maar de spreiding om het werk te beginnen wordt zo soepel toegepast, dat je nu opstoppingen meemaakt van ’s morgens vroeg tot ’s avonds rond negen uur, al ondervind ik daar zelf niet veel hinder van". Tony Verbeuren woont immers in Vernouillet, 30 km te Westen van Parijs en het verkeer op de autosnelweg naar het onderzoekscentrum in Suresnes valt voor hem voorlopig nog wat mee. Wonen in Parijs Wie comfortabel wil wonen in Parijs moet behoorlijk wat centen neertellen. "Een comfortabel eigen huis of appartement is bijna niet te betalen. Je kan dus best een woonst nemen op enkele kilometers buiten de stad. Ik heb me hier met mijn familie vlug kunnen integreren." Zoon Dirk was 13 toen hij mee verhuisde naar Parijs. Hij deed zijn middelbare studies aan het Lycée International in St. Germain en Laye, het hoofdkwartier van de Nato voor het naar Brussel verhuisde. Er was een Nederlandstalige sectie. Ook andere landen hadden er een sectie. Alle buitenlandse kinderen volgden het Franse basisprogramma dat tot het baccalaureaat leidt. Ze kregen ook in hun eigen landstaal geschiedenis en lessen moedertaal. Zoon Dirk behaalde zijn baccalaureaat. "Niet evident," zegt Tony "voor kinderen die uit het Belgisch onderwijssysteem komen is het even aanpassen. Er bestaan nogal wat verschillen in de beide studieprogramma’s." Of zijn zoon ook de sporen van zijn vader volgde? "Helemaal niet. Na zijn middelbare studies ging hij muziek studeren aan het befaamde muziekinstituut MAI (Music Academy International) in Nancy, waar men
28 I.M.-
JUNI - JULI 2001
alle muziekgenres kan bestuderen. Hij koos voor moderne muziek." Inmiddels is Dirk een professionele drummer. Hij woont in Nancy en heeft zijn eigen muziekgroep Scarve waarmee hij in Frankrijk en in het buitenland op tournee gaat. Hij doceert in het conservatorium van Nancy, schrijft artikels in ‘Le Batteur’, doet interviews, componeert, neemt CD’s op en is veel bezig met computermuziek. "Mijn vrouw en ik wonen hier zeer graag. Onze directe omgeving in Vernouillet is internationaal georiënteerd. Er wonen mensen van uiteenlopende nationaliteiten. Dit geeft het leven kleur en er is altijd wel een of andere bijeenkomst. In Parijs is er zelfs een VIP, een Vereniging van Vlamingen in Parijs." Parijs, een internationale wereld Ervaart hij de Fransen als chauvinisten? Tony: "In het begin denk je dat de Fransen heel chauvinistisch en kortzichtig zijn. Dat klopt gedeeltelijk. Maar mijn vrouw, mijn zoon en ikzelf hebben ervaren dat ze gemakkelijk buitenlanders opnemen. In hun levenswijze en cultuur kan je snel integreren. Frankrijk heeft het grote voordeel dat het groot land is. Daarmee heb ik niet gezegd dat het in Frankrijk veel beter zou zijn dan elders. Het gras lijkt me niet groener dan in België. Hoe lang al hoor ik hier niet dat het moet veranderen. Men zegt hier bijvoorbeeld dat het onderwijssysteem en het baccalaureaat niet meer zijn aangepast aan de tijd. Ik wil maar zeggen dat er ook in een groot land met een lange geschiedenis, heel wat krachten leven die het vroegere systeem willen behouden. Anderzijds staken de Fransen, drie jaar geleden, het vuur aan de lont om een eenvormig en meer doorzichtig Europees onderwijssysteem uit te bouwen…en dat is goed. Vlamingen zetten eerder de puntjes op de i. We verplaatsen ons ook niet zo gemakkelijk. Mobiliteit is niet onze grootste troef." Internationalisering zorgde voor een forse groei van het zakencijfer Toen Tony Verbeuren in januari 1988 bij Servier begon te werken behoorde hij tot de eerste golf van buitenlanders die in het onderzoekscentrum werkten. In die jaren begon Servier aan zijn internationale expansie. Voordien werd 80% van het zakencijfer in Frankrijk gerealiseerd, 15% in het buitenland, hoofdzakelijk in België, en de rest van de contracten werd in Amerika verwezenlijkt. Vandaag kan men grossomodo stellen dat 70% voor de internationale markt wordt verwezenlijkt en 30% in Frankrijk. Tony: "De internationalisering zorgde voor de groei van de firma. Vanzelfsprekend bracht dit met zich mee dat ook de onderzoekscentra werden geïnternationaliseerd. Ons onderzoekscentrum telt 8 farmacologische afdelingen. Drie Engelse directeurs leiden elk een afdeling, respectievelijk voor het kankeronderzoek, het metabolismeonderzoek en neurologie. Twee andere directeurs zijn Fransen. Mijn afdeling heeft een Belgische directeur en die heet Tony Verbeuren. (lacht) In het "Institut de Recherche" werken 500 personen. Velen zijn buitenlanders. Eigenaardig genoeg, in mijn afdelingen zijn alle medewerkers Fransen. Maar in La Maison Servier, zoals ze dat hier noemen, zijn we bij wijze van spreken allemaal kinderen van dokter Servier."
EEN COLLEGA IN DE KIJKER
Dr. Ing. Tony Verbeuren Ph.D. Wat gebeurde er inmiddels met prof. Vanhoutte? "In 1987 was prof. Vanhoutte naar Houston gegaan. In 1994 werd hij bij Servier ‘Vice président de recherche et de développement’. Hij is dus weer mijn baas. Hij heeft zijn kantoor in het hoofdgebouw in het hartje van La Défense." Gastprofessor Occasioneel geeft Tony Verbeuren op zaterdag les. "Ik doe dit als ze het vragen, en als het niet te frequent is…" Een paar dagen na ons interview zal hij in het Georges Pompidou-ziekenhuis (het vroeger Broussais ziekenhuis in Parijs waar koning Boudewijn nog is behandeld) als gastdocent les geven aan een groep cardiochirurgen. Cardiochirurg prof. J.Fabiani vroeg Tony voor toelichting bij het bloedvatenonderzoek. De zorg voor de bloedvaten "Interessant college," zegt Tony na zijn lesopdracht "behoorlijke feedback. Da’s niet elke dag zo hoor. Maar met een goeie voorbereiding kan het niet mislukken." We polsen even hoe het komt dat bloedvaten aangetast worden. We zijn per slot van rekening toch bij een specialist. "Eén, onze levensstijl: we eten allemaal graag. De invloed van de voeding op de bloedvaten is belangrijk. Te veel
dierlijke vetten slibben de aders dicht. Twee: we worden alsmaar ouder. Het risico dat de bloedvaten worden aangetast neemt toe met de ouderdom. Er bestaan medicamenten die ons daartegen kunnen beschermen. Er worden ook nieuwe medicamenten ontwikkeld tegen trombose. We zijn daar mee bezig, maar het is nog de vraag of we die aan gezonde mensen moeten toedienen, dus aan mensen die nog geen symptomen vertonen. Van vitamine C vertelt men dat het goed is voor de bloedvaten. O.k., dat schijnt wel zo te zijn, maar heel zeker is dat nochtans niet. Drie: erfelijkheid. Als je vader en moeder aan een infarct overleden zijn dan heb je een ingebouwde risicofactor. Let dan extra op je voeding en levensstijl." Hobby’s? "Muziek beluisteren. In een vorig leven speelde ik gitaar. Maar de beste ontspanning vind ik in de natuur. Een flinke wandeling en werken in de tuin. Daar doe ik het lichte werk," zegt zijn vrouw. "En ik doe het zware!" vult Tony aan. We danken hen voor dit openhartig gesprek. Ongetwijfeld kan het een bron zijn voor inspiratie voor al wie wenst te doctoreren. Ing. Noël Lagast
SERVIER Servier is een pharmaceutisch bedrijf dat eind van de jaren vijftig werd opgericht door dokter Jacques Servier. De inmiddels 79-jarige Servier is de enige eigenaar van het bedrijf. Tien jaar geleden had de groep 3.700 mensen in dienst. Nu heeft ze wereldwijd 12.000 medewerkers. 33% van de medewerkers behoort tot het kader, waarvan de helft vrouwen. 90% van de 250 stagiairs die de groep jaarlijks opneemt vinden na hun stage werk in de firma. De groep ontwikkelt activiteiten in 5 continenten en 130 landen. Servier is in Frankrijk het eerste onafhankelijk bedrijf. Op de wereldranglijst van de pharmaceutische bedrijven staat de groep op de 27e plaats. De omzet bedraagt 10 miljard FF. In Gidy (Loiret) worden jaarlijks 200 miljoen doosjes met medicamenten gefabriceerd. Op 30 jaar liet het onderzoekscentrum voor 30 nieuwe medicamenten registreren. Een vierde van het zakencijfer wordt aan onderzoek en ontwikkeling besteed. Wereldwijd heeft Servier 10 onderzoekscentra: 3 in Frankrijk (Suresnes, Croissy sur Seine en Orléans) en 7 in het buitenland (Brussel, Londen, Madrid, Melbourne, Munchen, Rome en Tokio). De belangrijkste onderzoeksdomeinen zijn deze van diabetes, car
dio-vasculaire en osteo-articulaire pathologie, neurologie en kankeronderzoek.
Ing. Noël Lagast
29 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ
Tech-art prijzen 2001 Vlaanderen heeft een enorme potentieel aan technisch én artistiek talent. De Vlaamse Ingenieurskamer wil deze talenten helpen ontwikkelen. Daarom heeft de VIK, in samenwerking met KBC--Bank, de Vlaamse Regering, Vacature, Drukkerij Sleurs, firma Egemin, Ter Delft de Tech-Art prijzen in het leven geroepen. De Tech-Art prijzen 2001 zetten hoogstaande creaties op technisch en artistiek gebied, gerealiseerd in de loop van het voorbije jaar, in de kijker. De twee prijzen werden uitgereikt op vrijdag 18 mei 2001 in de KBC-Toren te Antwerpen. Belangrijk is dat de inzending uniek en origineel is en geen aanpassing van een bestaand product of idee. De inzending dienen maatschappelijk nut te hebben en mogelijke economische potentie hebben.
Tech-Art prijs Omer François Laureaat:Ing. Peter Deman (Mechelen): Bionische elektrode gesculpteerd naar de menselijke cochlea De jury heeft de technische prijs "Omer François" unaniem toegekend aan Ing. Peter Deman voor het project « bionische elektrode gesculpteerd naar de menselijke cochlea ». In dit project gerealiseerd aan de Universitaire Instelling Antwerpen (labo medische elektronica o.l.v. Prof.Dr.ir. Stefaan Peeters) werd voor de eerste keer de vorm van de menselijke cochlea gebruikt als dimensionele uitgangsbasis voor het ontwerp van een inplantelektrode.
Er waren dit jaar 45 inzendingen. Zes kandidaten bleven over voor de eindselectie. Ze verdedigden hun werk voor een voltallige jury. Er werd een technische en een artistieke winnaar geselecteerd. De winnaars ontvingen elk een geldprijs van 100.000 BEF en het ondertussen klassiek geworden Tech-Art kunstwerkje het vergulde ei op marmeren voet, symbool van vernieuwing en groei. De technische prijs draagt de naam "Omer François", naar de stichter van de VVTI. Het artistieke gedeelte is genoemd naar Hugo Van der Heyden, de bezieler van STI. Beide verenigingen liggen aan de basis van de huidige Ingenieurskamer.
Vlaamse
In zijn inleiding schetste VIK-voorzitter Leo Wezenbeek de historische symbiose tussen kunst en techniek van Da Vinci tot Panamarenko. Hugo De Geef, Brugge-2000 intendant, plaatste de Vlaamse culturele productiviteit op de wereldkaart, terwijl Kolonel Herman Candries belang en evolutie van de Tech-Art prijs toelichtte. Na de uitreiking konden laureaten en publiek nagenieten bij een erg mooi concert door Anne Cambier en Jan Vermeulen (sopraan-pianoforte). Tijdens de receptie kon het publiek kennis maken met de gelauwerden en hun werken.
30 I.M.-
JUNI - JULI 2001
Net zoals bij veel kunstvoorwerpen en gebruiksvoorwerpen staat de menselijke anatomie model, in het geval van een inplant is de nauwe interactie tussen mens en creatie echter nog veel belangrijker. Resultaat is een gevoelige verbetering van het gehoor bij geheel of gedeeltelijk dove patiënten. De productie van het inplant werd uitgevoerd door het Australische bedrijf Cochlear. Cochlear heeft sedert begin vorig jaar een "technology centre" met 30 ingenieurs en wetenschappers op de terreinen van de universiteit in Edegem. Ing. Peter Deman stuurde het ontwikkelproces van de elektrode van de eerste schetsen tot een klinisch inplanteerbaar product. Als tweede luik na de uitvoering van de elektrode zal hij in het kader van een doctoraatsthesis aan het Medisch Instituut St. Augustinus (departement geneeskunde UIA) de klinische evaluatie van dit product uitvoeren. De chirurgische haalbaarheid is intussen bewezen, daar het Antwerpse chirurgenteam (o.l.v. prof
TECH-ART
Dr. Erwin Offeciers) de elektrode reeds heeft ingeplant bij twee patiënten. De uitvoering van de eerste klinische prototypes vereiste de nodige expertise in mechanische microtechnologie, gekoppeld aan strenge voorwaarden wat betreft de gebruikte materialen. Het inplant heeft de complexe geometrische vorm van een menselijke cochlea enerzijds, en moet anderzijds contact maken met het zenuwstelsel. De kwaliteit van de afwerking bepaalt rechtstreeks de efficiëntie. Het Antwerpse team heeft aangetoond dat door verregaande samenwerking en bundeling van kennisdomeinen tot een maatschappelijk waardevol product leidt. Artistieke prijs Hugo Van der Heyden Laureaten: de broers Pieter en Toon Schuermans (Sint-Pieters-Rode): "Compositie voor blokfluitenkwartet, percussie en jongleur."
Gaandeweg ontdekten zij dat de interactie tussen het visuele en het auditieve een zeer complexe aangelegenheid is maar daardoor ook een onuitputtelijke bron van inspiratie. Hun interactie ontstaat niet enkel door het combineren van twee kunsten, maar vooral door de kunst van het combineren zelf. Op deze manier worden nieuwe expressieve mogelijkheden geboden. Artistieke interactie wordt hier een nieuwe kunstvorm die "moeilijk toegankelijke kunst" naar een breder publiek brengt. Bij de realisatie van de "Compositie voor blokfluitenkwartet, percussie en jongleur" konden beiden hun volle artistieke persoonlijkheid aanspreken en maakten ze een voorstelling die zowel de jongleur als de muziek in een zo abstract mogelijke vorm toonden. Zij slagen er hierbij in om een interactie in al haar facetten aan bod te laten komen. Symbioses tussen kunsten zijn niet evident. De symbiose tussen muziek en jonglerie is bij hen niet alleen een feit, maar bovendien ook een bijzonder creatieve act. Uniek hierbij is dat ze elke discipline haar eigenheid laten bewaren en ze hierbij niet verdubbelend tewerk gaan. Er wordt niet altijd een afgewerkt gesynchroniseerd product neergezet, maar het gaat om het suggereren van mogelijkheden die bij de toeschouwer een creatieve inleving laten ontstaan.
Genomineerden voor de Tech-Art prijzen 2001 Koen Beyers. Project: F1 rear wing assembly design – een nieuwe achtervleugel van een formule 1-wagen. Stefan Van Ouytsel. Project: Walk-mate navigatiemiddel voor blinden en slechtzienden.
Pieter is "meester in muziek" voor de opties instrument én compositie en voltooit momenteel aan het OrpheusInstituut een studie rond artistieke interactie. Het resultaat, "Looking through Eardrums", kan u meemaken in theater Backstage in Gent op 23 en 24 juni. Pieter geeft les, speelt in verschillende orkesten en ensembles en schreef de jongste 10 jaren reeds heel wat composities. In 2000 ontving hij de Prijs voor Muziekcompositie van de provincie Vlaams-Brabant voor zijn werk "Per flauto e chitarra". Toon studeerde aan de Ecole Supérieur des Arts du Cirque (Brussel) en aan het Centre National des Arts du Cirque (Châlons-sur-Marne), geeft jongleer-workshops en is lid van het jongleer-trio "Les Objets Volants". Met hun voorstelling "Impers et passas" treden ze op in binnen- en buitenland.
Hans Van Paesschen. Project: Elektroluminescerende veiligheidssignalisaties – met zeefdrukmethoden worden signalisaties gemaakt onder vorm van flinterdunne elektroluminescerende lampen. Arch P. Labarque en Dr. D. Huylebrouck. Project: Fysicart – een pedagogisch project om jongeren uit het kunstonderwijs te sensibiliseren voor exacte wetenschappen. Voor meer informatie over het prijzengebeuren kan men zich in verbinding stellen met Christine Malfeyt, tel. 03-760 33 54 of 052-46 17 82, fax: 052-46 37 84, e-mail:
[email protected]
Hun project is het resultaat van een jarenlange intensieve samenwerking. Reeds van kindsbeen af maakten de broers "voorstellinkjes" die tot doel hadden Toons jonglerie en Pieters muziek tot een synthese te brengen.
31 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN MAATSCHAPPIJ
Ontslag en opzeg Evenmin als mannen envrouwen een relatie altijd in volledige harmonie kunnen beëindigen, is dit bij het einde van een arbeidsovereenkomst gegeven aan werkgevers en werknemers. Wetgeving levert regels om brokken en groot onheil te voorkomen. Bij blijvende onenigheid is er natuurlijk nog altijd de arbeidsrechter (of de notaris). Misschien voorkomt de lectuur van wat volgt lastige en onvoorspelbare processen. Hieronder een paar belangrijke principes voor scheidende ingenieurs, zonder aanspraak op volledigheid. Elk ontslag heeft immers zijn eigen context. Een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur is een arbeidsovereenkomst die voortgezet wordt na een proefperiode (hierover meer in volgende I.M.). Een overeenkomst van onbepaalde duur kan steeds in onderling akkoord
32 I.M.-
JUNI - JULI 2001
worden beëindigd. Elke overeenkomst die niet kan beëindigd worden is volgens het Belgisch Burgerlijk Wetboek (hoofdletters) principieel nietig, want een vorm van slavernij. Werknemer en werkgever kunnen dus elk moment de onbepaalde duur bepalen. Zowel werkgever als werknemer kunnen het initiatief tot beëindiging nemen en in onderling overleg de manier vastleggen waarop hun overeenkomst een einde neemt. Bijvoorbeeld door overeen te komen om nog een bepaalde periode in dienst te blijven, met of zonder betaling van een premie door de werkgever, bijvoorbeeld door de eindigende overeenkomst te vervangen door een nieuwe, maar dan onder andere voorwaarden… Ze kunnen akkoorden maken over alle elementen die te maken hebben met hun contract (auto, overname groepsverzekering, gouden handdruk….) Periodes of premies die op deze manier overeengekomen worden zijn niet aan ‘opzeggingstermijnen’ of ‘opzeggingsvergoedingen’ in de juridische zin gebonden. Bij dit soort onderlinge akkoorden volstaat een mondelinge onderlinge overeenkomst. ‘Goede huisvaders’ (een enigszins bijbels juridisch begrip) leggen, gelet op de eventuele bewijsvoering achteraf een en ander schriftelijk vast.
Scheiden doet lijden Als de werkgever de arbeidsovereenkomst onmiddellijk beëindigt, zonder inachtname van een opzegtermijn, is dit een ‘verbreking’. Dat is een contractbreuk en ze geeft aanleiding tot het betalen van een vergoeding. Die is gelijk aan het loon dat zou zijn uitbetaald tijdens de normale opzegperiode. Deze vergoeding zou de schade moeten dekken die de werknemer lijdt door het onverwacht einde van het contract. We hebben het nu even niet over ontslag wegens ‘dwingende redenen’ (diefstal, fysiek geweld, moord…) Gewoonlijk wordt een arbeidsovereenkomst beëindigd door opzegging: de voorafgaande bekendmaking van de datum waarop de arbeidsovereenkomst een einde moet nemen en tot dewelke de werknemer zijn job verder uitvoert. Het initiatief tot opzegging kan uitgaan van werkgever of werknemer. De werknemer ontvangt tijdens de opzegperiode zijn gewone loon. Er is geen extra vergoeding verplicht na deze termijn. Ook als de werkgever niet aandringt op effectieve prestaties tijdens de opzegperiode dient hij de ‘opzegvergoeding’ te betalen, gelijk aan het loon dat zou zijn uitbetaald tijdens de normale opzegtermijn. De vergoeding wordt dus uitgedrukt in een aantal maanden loon. Bij deze vergoeding komt nog een pro rata deel van de 13e maand en het vakantiegeld voor het lopende en het volgende jaar. Bij opzeg is steeds een geschrift nodig. Als de werkgever opzegt dient de opzeggingsbrief bij aangetekende brief verstuurd aan de werknemer. De dag van betekening is de derde werkdag na de postdatum. Als partijen niet meer ‘on speaking terms ‘ zijn kan de werkgever een deurwaarder inschakelen. De dag van betekening is dan de dag waarop de deurwaarder aan de deur staat en het ‘exploot’ (veel papier met veel stempels) aanbiedt en laat aftekenen. Als de werknemer opzegt kan hij dit op dezelfde twee manieren doen als de werkgever. Maar hij kan de opzegging ook doen door afgifte aan de werkgever van een brief, op het werk, waarbij de handtekening van de werkgever of diens aangestelde (de personeelsdienst) op het duplicaat geldt als ontvangst. Dat is al heel wat sierlijker dan een deurwaarder inschakelen. De opzegging moet op straffe van nietigheid te vermelden: - dàt men de overeenkomst opzegt - de datum waarop de termijn begint te lopen – steeds de eerste dag van de volgende maand, met inachtname van een termijn van drie dagen. - de duur van de opzegtermijn, die beschouwd wordt als
voorwaardelijk tot hierover een definitief akkoord is - naam, datum en handtekening De opzegbrief dient géén redenen voor ontslag te vermelden. Als de opzeg van de werkgever uitgaat dient de opzeggingstermijn voor lagere bedienden (-988.000 BEF Bruto/j) minstens 3 maanden te bedragen voor elke begonnen anciënniteitsperiode van 5 jaar. Als de bediende z’n opzeg geeft is dat 1 _ maand per schijf van 5 jaar. Gezien de resultaten van de VIK-weddenenquête is deze regel op bijzonder weinig ingenieurs van toepassing. De opzeggingstermijn voor ‘hogere bedienden’ (988.000-1.976.000 BEF Bruto/j) dient bij overeenkomst te worden afgesloten, ten vroegste op het ogenblik waarop de opzegging wordt gegeven. Als de werkgever ontslaat mag de termijn niet korter zijn dan de termijn van de ‘lagere’ bedienden. Ingenieurs die een jaarloon verdienen van meer dan 1.976.000 BEF Bruto/j kunnen reeds bij de aanvang van de arbeidsovereenkomst een clausule in de arbeidsovereenkomst overeenkomen die de opzegmodaliteiten regelt. De filosofie achter deze verschillende regelingen is dat hoger opgeleiden - dus hogere verdieners volgens de wetgever van vorige eeuw - sterk genoeg zijn om hun engagementen en de communicatie naar de werkgever toe zelf te regelen. Als de werkgever de verbintenis heeft opgezegd en hij weigert de opzegtermijn te verkorten kan de werknemer schriftelijk een tegenopzeg geven waarbij de opzeg wordt ingekort tot één, twee of vier maanden, naargelang het jaarloon. Ondertussen kent u ook de loongrenzen gelezen die van toepassing zijn vanaf 1/1/2001: 988.000 BEF – 1.186.000 BEF – 1.976.000 BEF. Deze grenzen hebben niet alleen invloed op opzegvergoedingen maar ook op andere belangrijke elementen van de arbeidsovereenkomst zoals proeftijden, afwezigheid tijdens opzegtermijnen, geldigheid van concurrentiebeding en van scheidsrechterlijk beding.
Ed De Winter
33 I.M.-
JUNI - JULI 2001
PUZZELAAR NR. 59 Hoofdvraag: Psychologische selectieonderzoeken In psychologische selectieproeven is "validiteit" een sleutelbegrip. Een test heeft namelijk steeds een validiteit gelegen tussen "O" en "1". Een test met predictieve validiteit 1 houdt o.a. in dat als iemand hoog scoort op deze test, deze persoon het in de praktijk ook goed moet doen in de functie waarop de test van toepassing is. De validiteitswaarde heeft aldus betrekking op de voorspellende waarde van een test. Bij psychologische selectieonderzoeken is het heel gebruikelijk om met validiteitcijfers tussen 0,3 en 0,6 te werken (een validiteit groter dan 0,5 wordt maar zeer zelden bereikt). Er wordt daarom nogal eens geklaagd dat tests een te lage voorspellende validiteit bezitten. Echter met dit argument moeten we voorzichtig zijn.
Daarom vragen we u eens te rekenen. Stel dat een bedrijf 50 sollicitanten wil aanwerven. Hiervoor melden zich 100 kandidaten waarvan we weten dat er zich hieronder 50 bevinden die geschikt zijn. Het bedrijf opteert voor een intelligentietest met een validiteit 0,40 als selectie-instrument. Hoeveel geschikte kandidaten zullen, statistisch gezien, aangeworven worden? Bijvraag: hoeveel juiste antwoorden zullen we ontvangen? Stuur uw antwoorden naar: VIK-puzzelaar, p/a Ing. Roland Mebis, Tabaartstraat 23, 3740 Bilzen vóór 1 september 2001.
Oplossing VIK-puzzelaar nr. 57: standbeelden fotograferen In bijgaande tekening stelt AB de hoogte van het standbeeld voor. De B lijn L is de hoogte van de camera. Om de tophoek van de driehoek met basis A AB zo groot mogelijk te maken, trekken we een cirkel door A L en B die de lijn L raakt. Vanuit het raakpunt met C hebben we dan het wijdste zicht op AB. Immers voor alle punten van de grote cirkelboog geldt dat de tophoek van de driehoek met AB als basis dezelfde is. Anders gezegd: vanuit al die punten ziet men AB onder dezelfde hoek (de cirkel kan dus beschouwd worden als de grenskromme tussen de verzameling punten van waaruit AB kleiner lijkt en de verzameling punten van waaruit AB groter lijkt – een typische wiskundige manier om tegen een kromme aan te kijken).
Dit wiskundig vraagstukje werd voor het eerst in 1471 door Regiomontanus gesteld, weliswaar op volgende wijze: op welk punt van het aardoppervlak lijkt een loodrecht opgehangen staaf het grootst? Ook een analogie op dit basisvraagstuk is bijv. de plaats te bepalen in een schouwburg met een zo breed mogelijk zicht op het toneel. Tenslotte de resultaten. We ontvingen een goede oplossing van onze collega’s B.Laeremans (Rumst); L.Hautekeete (Ooigem); J.Wessels (Lier); T.Demets (Evergem); W.Bonte (Ichtegem); J.Doornaert (Wondelgem) en van de winnaars: Guy Peeters, Prins Albertlaan 49, 3800 Sint-Truiden (hij raadde op de kop 9 en ontvangt eerstdaags een boekenbon ter waarde van 1.000 BEF); Jozef Ooms, Bettestraat 29, 9190 Stekene en F. Vanherf, St.Trudostraat 2/b 401, 3800 SintTruiden raadden respectievelijk 8 en 10. Zij delen aldus de boekenbon en ontvangen bijgevolg elk eentje ter waarde van 500 BEF. Proficiat voor al de deelnemers.
Ing. Roland Mebis
34 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN VORMING
Cursusoverzicht najaar 2001 vanaf september 2001 TECHNOLOGIE Bouwkunde Veiligheidscoördinatie bouw m.b.t. tijdelijke of mobiele bouwplaatsen Paalfundering: ontwerp, uitvoering en controle – Europese Normen Bouwgebreken Regelen van geschillen in de bouwsector Veiligheidspreventie voor architecten/ontwerpers Grondmechanica en funderingstechnieken Versterken van betonconstructies met gelijmde vezelcomposietwapening Betonrenovatie: nieuwe eisen en technieken
3A*A
04.10
4A*G 2N*A 1N*A
02.10 15.11 08.10
5A*G 6A*G
15.11 15.11
2D*A 4A*A
19.10 05.11
5N*A
24.10
Elektronisch sturen van wisselstroommotoren 7A*A Aardingssystemen (TT,TN,IT) in industriële elektrische installaties 3A*A Dimensionering van elektromechanische aandrijfsystemen 7A*A
02.10
Corrosie Corrosie
Elektriciteit- Elektronica
06.12 07.11
Energie - Koeltechnieken Toepassingen van zonne-energie Industriële koeling Ontwerpen klima-installaties Ontwerpen koelinstallaties
3A*A 9A*A 15A*A 8D*A
08.10 18.10 17.10 19.10
Kunststoffen Workshop: spuitgieten van kunststoffen 4D*A Film- en plaatextrusie 4N*A Profiel- en buisextrusie 4N*A Vezelextrusie 3N*A Compounderen en PVC-extrusie 4N*A Kunststofproducten en hun kostprijselementen 3D*A
07.11 03.10 07.11 05.12 09.01 07.11
Mechanica Mechanische dichtingen 2D*A Pompen 4V*A Piping & engineering 8A*A Hydrauliek: Componenten en basisschakelingen6V*A Productiviteit door een betere verspaningsproces 5D*A Basiscursus stans-, plooi- en dieptrekmatrijzen 6A*A Toegepaste vacuümtechniek 6D*A
35 I.M.-
18.10 17.111 04.10 06.10 29.11 07.11 04.10
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN VORMING Meet- en regeltechniek Meet- en regeltechniek in de praktijk Explosiebeveiliging
3N2D*G 14.11 2V*A 14.10
Scheikunde Stabiliteit van dispersies Chemische procesengineering Moderne scheidingstechnieken
6V*A 6V*A 3A*A
17.11 29.09 06.11
Textiel Kunststofvezels als textielvezels
8A*G
03.10
1N*A 2D*A 2N*A
17.10 11.12 16.11
Voeding HACCP: (Hazard Analysis Critical Control Points) Cleaning in Place (CIP) Verpakking van voedsel
BEDRIJFSKUNDE Algemeen Toegepaste bedrijfskunde
2N5NA*A
10.10
Arbeidsanalyse Productiviteitsverbetering in niet-productie en ondersteunendeprocessen 3A*A Werkmethodeverbetering in productieomgeving 5A*A FMEA (Failure Mode and Effects Analysis) 2A*A 5S–Werkplaatsorganisatie in 5 stappen 1A*A Mochi: verandering- en innovatiemanagement 4A*A
Ontwerp van fysico-chemische en biologische Afvalwaterzuiveringsinstallaties 9A*A EMAS/ISO 14001 Milieuzorg ook uw zorg ?...! 2D*A De interne milieu-audit 1D*A Afval- en emissiepreventie (AEP) 1N*A Turbiditeit: meting van helder tot troebel water 1D*A
03.10 20.11 11.12 10.10 14.11
Onderhoud Technische documentatie: noodzaak voor optimale bediening en onderhoud Implementeren van een computerondersteund onderhoudsbeheer Total Productive Maintenance Naar een efficiënt MRO-beheer Basiscursus onderhoudskunde en -management Maintenance Engineering
1D*A
09.11
1D*A 2D*A 2A*A
14.11 07.12 15.10
5D*A 3D*A
17.10 21.11
3D*A 4D*A 4D*A 4D*A 2D*A 1D*A
04.10 14.11 17.11 27.11 08.10 17.12
2D*A 1D*A 1D*A
21.11 07.12 30.11
Projecting Projectplanning en projectmanagement Projectbeheersing en projectmatig werken Projectbeheersing en projectmatig werken Projectbeheersing en projectmatig werken MS Project MS-project als bedrijfstool
Veiligheid 09.10 01.10 05.12 07.11 12.11
ADR in de praktijk Veiligheidsmanagement voor leidinggevenden Riskmanagement
INFORMATICA & COMMUNICATIE TECHNOLOGIE
Beheer van gebouwen Facility Management Gezonde gebouwen
5A*A 3A*A
02.10 29.11
Kwaliteit De nieuwe ISO 9001 1D*A Interne auditor 1D*A Het EFQM business excellence model 4N*A Het meten van klantentevredenheid 4N*A Integratie van SPC en EPC 1D*A Kleur en glansmeting in de kwaliteitscontrole 1D*A
16.10 19.10 22.11 04.10 12.10 10.10
Algemeen Van Datawarehousing & Mining naar Webwarehousing & Mining Hoe gebruiksvriendelijke interfaces bouwen?
2V*A 2D*A
13.10 25.10
2D*A 1D*A 1D*A
04.10 22.10 05.11
Networking Technologies 8A*A TCP/IP hands on 4D*A Information and Communication Technologies 9A*A TCP/IP in 2 avonden 2A*A VOIP in 2 avonden 2A*A
01.10 17.11 17.10 16.10 11.12
Internet Hoe gebruiksvriendelijke websites bouwen Een introductie tot de XML-standaard XML voor gevorderden
Netwerken & telecommunicatie Logistiek Materials Handling Magazijnbeheer Operationeel beleid Business Reoriëntation
15A*A 7D1N*A 4D*A 5A*A
25.09 05.10 06.11 02.10
Milieu Regenwatergebruik: omdat drinkwater een schaars goed is ...
36 I.M.-
JUNI - JULI 2001
PC-Trainingen 1N*A
26.11
Basiscursus LINUX Doorgedreven Visual Basic
6A*A 3D*A
04.10 04.10
Automatisering van MS Office Acces & het web Professionele Access oplossingen Programmeren met Visual Basic Database programmatie met Visual Basic (for applications) AutoCAD training AutoCAD training AutoCAD voor gevorderden Windows 2000 Networking Access for Windows Werken met Outlook Access voor gevorderden Visual C++ Basisopleiding Mechanical Desktop Basisopleiding Mechanical Desktop Basisopleiding Mechanical Desktop 3D Modelling
3D*A 3D*A 3D*A 3D*A
08.11 06.12 11.01 09.11
3D*A 3D*A 6A*A 5A*A 7A*A 2D*A 2V*A 2D*A 8A*A 8A*A 4D*A 4D*A 4A*G
07.12 07.10 03.10 21.11 06.11 23.10 06.10 22.11 22.11 30.10 17.09 19.11 08.01
Software ontwikkeling en toepassingen Geografische InformatieSystemen (GIS)
18.10
1D*A 3D*A 1D*A
07.11 03.12 30.11
Algemeen
Effectief leidinggeven
02.10
1D*A 2D*A 3D*A
23.10 06.12 06.11
4V*G 2D*A
10.10 28.11
4A*A 3D*A
27.11 07.12
5A*A 5A*A 8A*A 2NA*A
12.11 04.10 02.10 07.12
1N*A 2D*A 22N*A
14.11 09.10 XX.11
Persoonlijke Effectiviteit Brainmapping Invloed uitoefenen door persoonlijke kracht Assertiviteitstraining Ontwikkelen van emotionele intelligentie en positieve stresshantering Tijdsbeheer
Team Team Management Omgaan met groepsdynamiek
Verkopen voor ingenieurs Commerciële onderhandelingstechnieken Verkooptechnieken Inkooponderhandeling Commercieel denken en handelen van binnendiensten Onderhandelen voor managers De verkoop in al zijn facetten
04.12
A = avond (19u00 tot 22u00) N = namiddag (verschillend per cursus) D = dag (09u00 tot 17u00)
2D*A 4D*A 3A*A
13.11 02.10 04.10
*A = Antwerpen; *G = Gent; *B = Brussel;
4A*A 4D*B
04.10 20.11
2D*B
04.10
Human Resources People Management Werken met mensen Houden van functioneringsgesprekken met medewerkers
7A*A
Leidinggeven
2D*A
Financieel Basis in het balanslezen Basis in het financieel beleid Investeringsbeleid en -analyse
10.10 15.10
LEGENDE
Bedrijfsvoering Technieken voor succesvolle bedrijfsvoering
2D*A 5N*A
Verkoop
5A*A
MANAGEMENT Knowledge management d.m.v. de TINK methodologie Workshop "Industrial Engineering" Fraudepreventie voor de KMO
Technisch rapporteren Technisch Frans
Meer informatie over ons opleidingsprogramma kan men vinden op de VIK-website: http://www.vik.be of in de Gids Permanente Vorming najaar 2001. Contact: VIK-secretariaat, Noël Aelbrecht, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel. 03-259 11 05, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected]
SOCIALE EN PERSOONLIJKE VAARDIGHEDEN
De VIK-organiseert, in samenwerking met Aluminium
Communicatie
"VERVORMEN VAN ALUMINIUM. BUIGEN, PLOOI-
Presentaties in PowerPoint: een kunst De winnende presentatie Train the Trainer Service-ingenieur in de buitendienst Communicatievaardigheden voor young professionals
Center Vlaanderen, een symposium met als titel
1D*B 1D*A 2D*A 2D*A
10.10 12.12 16.11 06.11
2D*A
09.10
EN, DIEPTREKKEN EN BEWERKEN VAN DE UITEINDEN VAN ALUMINIUM PLATEN EN PROFIELEN". Datum: 8 november 2001. Meer informatie in een van onze volgende uitgaven.
37 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN VORMING Studiedag met Demonstraties:
"Weerstandslassen" Donderdag 4 oktober 2001 PRAKTISCH Programma 4 oktober 2001 Lezingen door: De Nayer Instituut, OCAS, Bosch, IDEAL, Weld Equip, AWL-Techniek, Belgium Welding en Brutsaert Ingenieurs N.V. Demonstraties van: Lastek Belgium N.V., AWLTechniek, Weld Equip, Brutsaert Ingenieurs N.V., Techno B, IDEAL 9 oktober Bedrijfsbezoek: Assenburg (Nl) en AWL (Nl) 11 oktober Bedrijfsbezoek: Hansa Mertens, DAF, MATINO
Plaats: Karel de Grote Hogeschool, Campus Hoboken, Salesianenlaan 30, 2660 Hoboken (Antwerpen) Organisatie: Belgisch Instituut voor Lastechniek, Karel de Grote Hogeschool, De Nayer Instituut, AWL-Techniek in samenwerking met CLUSTA, OCAS, UFSIA en de Vlaamse Ingenieurskamer Inlichtingen: Ing. Bart Verstraeten, EWE, Belgisch Instituut voor Lastechniek, St.-Pietersnieuwstraat 41, 9000 Gent, tel. 09-264 32 38, fax: 09-223 73 26, email: bart.verstraeten@soete 043.rug.ac.be De studiedag is ook een onderdeel van de Master in Productie-Automatisering, academiejaar 2001-2002.
Overzicht Masters en Langlopende opleidingen NAJAAR 2001
Master Master Master Master Master Master Master Master
in integraal onderhoudsmanagement toegepaste informatica in bouwmanagement in informatietechnologie in productie-automatisering in communication technology in logistiek management of Business Administration (MBA)
Aanvullende vorming voor preventieadviseurs, niveau 1 Aanvullende vorming voor preventieadviseurs, niveau 2 Aanvullende vorming voor preventieadviseurs, niveau 1 via het overgangsniveau Milieucoördinator, niveau A Milieucoördinator, niveau B Aanvullende vorming voor coördinatoren inzake het welzijn op tijdelijke en mobiele bouwplaatsen, niveau A Aanvullende vorming voor coördinatoren inzake het welzijn op tijdelijke en mobiele bouwplaatsen, niveau B
VOORJAAR 2002
Master in Internet & web development
Voor meer informatie: Ria Brughmans, tel. 03-259 11 06, e-mail:
[email protected].
38 I.M.-
JUNI - JULI 2001
M ASTER IN LOGISTIEK MANAGEMENT Logistiek of Integrale Goederenstroombesturing heeft het laatste decennium een enorme vlucht gekend. De ontwikkeling van het procesgericht systeemdenken, dwars door de functionele organisatie heen enerzijds, en anderzijds de behoefte naar een betere beheersing van de bedrijfsprocessen door integratie van de functionele schakels, heeft deze groei nog versneld. De huidige stand van de informatietechnologie, zowel op het gebied van hard-, soft- als orgaware heeft het mogelijk gemaakt logistieke als bedrijfskundige discipline te implementeren in alle bedrijfssectoren, ongeacht de grootte of typologie. Aangezien logistiek een flowsysteem is, brengt dit aanzienlijke problemen mee bij de implementatie ervan. Het vergt van de logistieke medewerkers kennis en praktische vaardigheden op het vlak van organisatiekunde, peoplemanagement en change-management. Vaak moet de hele organisatie gereëngineerd worden. Het unieke van dit programma ligt in het feit dat hierbij uitgegaan wordt vanuit de markt als "trekkende" kracht. Naast systemen en technieken wordt een bijzondere plaats ingeruimd voor de "Mens" als hoofdspeler in het logistiek gebeuren. Om een globaal, coherent en tegelijkertijd origineel beeld van deze Master te verkrijgen, werd door de Studiegroep Logistiek een "programmadiamant" ontwikkeld die de samenhang van de verschillende disciplines weergeeft. Het programma "Klantgericht werken met Logistiek" (Master in Logistiek Management) stelt zich tot doel de cursist een totaal beeld te geven over Logistiek Management en de Logistieke hulpmiddelen (tools). Naast een theoretische onderbouw zal de klemtoon vooral op praktische toepasbaarheid gericht worden. Het certificaat "Master in Logistiek Management" wordt verleend
op grond van de resultaten van een zelfgekozen case-studie (uitgevoerd in groepsverband) toegepast op een reële bedrijfssituatie en op de getoonde inzet tijdens deze opleiding.
Programma (Modulaire opbouw) Mastermodules Materials Handling Voorraadbeheer Fysieke distributie Materials Management Inkoop Symposia Klanten Bedrijfsprocessen Informatiesystemen Mensen Organisatie: de Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) en de Karel de Grote Hogeschool Aanvang: 18 september 2001 Wanneer: op dinsdagavond van 19u00 tot 22u00. Tijdens de schoolvakanties worden geen lessen gegeven. Einde: december 2002 plaats: Karel de Grote Hogeschool, Salesianenlaan 30, 2660 Hoboken. Prijs (excl. BTW): 3098,67 EURO (125.000 BEF) voor leden VIK/NIRIA/EYE/ afgestudeerden KdG, 3470,51 EURO (140.000 BEF) voor niet-leden. Cursusteksten en verfrissingen inbegrepen. Het aantal deelnemers is beperkt!
39 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN VORMING
M ASTER IN INFORMATIETECHNOLOGIE Het gebruik van de informatica als hulpmiddel is de laatste jaren niet meer weg te denken uit het bedrijfsleven. De stormachtige ontwikkeling van de informatica werkte een sterke specialisering in de hand, waarbij iedereen poogde om op zijn beperkt domein zo goed mogelijk de technologische evolutie te volgen. Dit ging echter ten koste van het algemeen inzicht in de globaliteit van de informatietechnologie. In de praktijk werd meestal gekozen voor de meest geschikte oplossing binnen de gekende technologie in plaats van voor de meest optimale. Dit masterprogramma biedt daarom zowel aan de verantwoordelijke van de verschillende sectoren als aan de informatici zelf een algemeen beeld van de complexe informatietechnologie. Door de bundeling van hun complementaire know-how hebben de Vlaamse Ingenieurskamer en de Katholieke Hogeschool Kempen een grote inspanning geleverd om aan de noden uit het bedrijfsleven tegemoet te komen. De "Master in Informatietechnologie" stelt zich tot doel om een blikverruimende opleiding te verstrekken. Het programma wil de deelnemers een totaalbeeld bieden van de huidige informatietechnologische ontwikkelingen. De opleiding, die wegens aanhoudend succes voor de negende maal van start gaat, wordt jaarlijks geactualiseerd en aangepast aan nieuwe evoluties. Het certificaat wordt verleend op grond van de resultaten van een scrip-
tie die voor een jury verdedigd wordt en de inzet tijdens de opleiding.
Programma * Hardware * Operating Systems * Databases * Software Ontwikkeling * Datacommunicatie * Netwerken * Toepassingen * Beheer Organisatie: De Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) en de Katholieke Hogeschool Kempen (KHK) Aanvang: 21 september 2001 Wanneer: op dinsdagavond van 19u00 tot 22u00 en zaterdagvoormiddag van 09u00 tot 12u00. Tijdens de schoolvakanties worden geen lessen gegeven. Einde: juni 2002 plaats: Katholieke Hogeschool Kempen, Campus HIKempen, Kleinhoefstraat 4, 2440 Geel Prijs (excl. BTW): 3098,67 EURO (125.000 BEF) voor leden VIK/NIRIA/EYE/afgestudeerden KHK-HIK-Geel; 3470,51 EURO (140.000 BEF) voor niet-leden. Cursusteksten en verfrissingen inbegrepen. Het aantal deelnemers is beperkt !!!
M ASTER IN BOUWMANAGEMENT De bestaande managementopleidingen benadrukken vooral de financiële beleidsaspecten, beter bekend als ‘Financial Management’. Enerzijds komen ingenieurs weinig of niet in contact met de management, financiële en juridische aspecten die nochtans een fundamenteel onderdeel van hun verantwoordelijkheid uitmaken. Anderzijds komen economisten in hun opleiding te weinig in contact met de typische productie (constructie) en logistieke aspecten van het bouwgebeuren. De snelle ontwikkelingen in planning-, beheer- en informatietechnologieën, gepaard gaande met een steeds toenemende druk gericht op een efficiënt bouwproces en kwalitatief beter eindproduct, stellen strengere eisen aan het Bouwmanagement. Meer en meer groeit de bewustwording dat de verschillende beleidsfuncties, zoals produc-
40 I.M.-
JUNI - JULI 2001
tie, werfbeheer, logistiek, financiën, veiligheids- en milieubeheer, marketing, personeel en informatica, onderling onverbreekbaar met elkaar zijn verbonden. Zo is het een algemeen fenomeen geworden dat de muur die tussen werf, diensten en administratie bestond, geleidelijk aan wordt neergehaald en dat alle afdelingen steeds meer en meer bij elkaar te rade gaan om bepaalde toepassingen en ideeën over te dragen op hun omgeving. De behoefte aan een geïntegreerde kijk op de managementfunctie in al haar aspecten laat zich dan ook alsmaar sterker voelen. Het programma heeft tot doel dit algemeen inzicht in het management te verhogen en een geïntegreerd beeld van het globale bouwmanagement te geven. Het programma
analyseert de productie(werf) en andere functies vanuit een managementbenadering, toont de bijdrage aan die ze leveren aan de concurrentiekracht van de bouwonderneming en bespreekt de raakvlakken en interacties met deze andere ondernemingsfuncties. Boven het verwerven van theoretische inzichten staat het ‘praktiseren’ van een polyvalente managementopdracht in de bouw centraal in deze totaalopleiding. Programma Algemeen strategisch management in de bouw Organisatorische aspecten Financiële aspecten Milieu Kwaliteitsbeleid in de bouw Aankoopbeleid Commercieel beleid Juridische aspecten Bouwprojecten in een internationale context Logistiek Human resources Informatica-aspecten Management van bouwprojecten Werforganisatie
Organisatie: de Vlaamse Ingenieurskamer (VIK), het De Nayer Instituut, de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) en het Sint-Lucas-Architectuurinstituut Aanvang: 22 september 2001 Wanneer: op vrijdagavond van 19u00 tot 22u00 en zaterdagvoormiddag van 09u00 tot 12u00. Tijdens de schoolvakanties worden geen lessen gegeven. Einde: juni 2002 plaats: De Nayer Instituut, Jan De Nayerlaan 5, 2860 St.-Katelijne-Waver Prijs (excl. BTW): 3098,67 Euro (125.000 BEF) voor leden VIK/NIRIA/VCB/EYE/afgestudeerden De Nayer/Sint-Lucas; 3470,51 Euro (140.000 BEF) voor niet-leden. Cursusteksten en verfrissingen inbegrepen. Het aantal deelnemers is beperkt!
M ASTER IN PRODUCTIE-AUTOMATISERING Meer dan ooit blijkt er in onze hedendaagse productiebedrijven een nood te bestaan aan degelijke kennis met betrekking tot automatisering. De scherpe concurrentie in de verschillende sectoren vergt immers van onze ondernemers aandacht voor kwaliteit, kostprijs en correcte levering. Eén van de middelen die hen kan helpen om aan deze eisen van de klant te voldoen, vinden we terug in het geheel of gedeeltelijk automatiseren van het productiegebeuren. De huidige vraag naar industrieel ingenieurs gespecialiseerd in productie-automatisering is dan ook enorm hoog. Het aanbod van gespecialiseerde ingenieurs in deze richting is evenwel te gering. De ‘Master in Productie-automatisering’ biedt enerzijds een deskundige verdieping en verbreding van de kennis van automatisering van discrete productieprocessen. Hij brengt anderzijds ook de nodige management-methodiek bij om volwaardig te kunnen participeren in multidisciplinaire projecten. De master is modulair opgebouwd. Zo komt de module ‘Management en methode’ tegemoet aan de noden van het management in het bedrijf. Samen met de andere modules (‘Technische middelen’ en ‘Uit de praktijk’) beantwoordt deze master aan de noden van de ingenieurs die actief wensen te zijn op het vlak van productie-automatisering. Niet alleen de ingenieurs die verantwoordelijk zijn voor het concept van de productie-automatisering, maar ook de ingenieurs-uitvoerders, de ingenieurs onderhoud en management zullen ongetwijfeld baat hebben bij het volgen van deze master. De master bestaat voor meer dan een derde uit praktische lessen en sluit af met een aantal ervaringen van
mensen die het invoeren van automatisering van nabij hebben meegemaakt in een reële bedrijfssituatie. Op het einde van de masteropleiding wordt van iedere deelnemer verwacht zijn kennis en kunde op het gebied van productie-automatisering te demonstreren aan de hand van een door hem uitgewerkte case.
Programma Management en methode Technische middelen Uit de praktijk Project De module ‘Management en methode’ en de module ‘Technische middelen’ kunnen losstaand van de master gevolgd worden. Organisatie: de Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) en de Karel de Grote Hogeschool in samenwerking met het VDAB-trainings- en opleidingscentrum van Vilvoorde. Aanvang: 25 september 2001 Wanneer: op dinsdagavond van 19u00 tot 22u00 en zaterdagvoormiddag van 09u00 tot 12u00. Tijdens de schoolvakanties worden geen lessen gegeven. Einde lessen: juni 2002 plaats: Karel de Grote Hogeschool, Salesianenlaan 30, 2660 Hoboken. Enkele sessies zullen omwille van de vereiste apparatuur op een andere locatie gegeven worden. Prijs (excl. BTW): 3098,67 EURO (125.000 BEF) voor leden VIK/NIRIA/EYE afgestudeerden KdG, 3470,51 EURO (140.000 BEF) voor niet-leden. Cursusteksten en verfrissingen inbegrepen. Het aantal deelnemers is beperkt!
41 I.M.-
JUNI - JULI 2001
INGENIEUR EN VORMING
M ASTER IN INTEGRAAL ONDERHOUDSMANAGEMENT Een nieuwe onderhoudsfilosofie. De tijd is voorbij dat het bedrijfsleven onderhoud puur als een kostenfactor beschouwde. Het topmanagement ziet onderhoud vandaag de dag meer en meer als een kritische succesfactor. Ondertussen is immers bewezen dat excellent onderhoud onder meer zorgt voor een hogere productiviteit en een hogere flexibiliteit. Vandaar het strategisch belang van onderhoud in de concurrentiestrijd. Die veranderde visie zorgt natuurlijk voor een opwaardering van de onderhoudsfunctie zelf. En voor een verandering van de inhoud. Zo moet de onderhoudsafdeling niet alleen oog hebben voor de technische aspecten van haar opdracht, maar ook voor de organisatorische kant. Onderhoud mag zich niet opstellen als een eiland in een industriële omgeving, maar als een meedenkende partner die streeft naar de hoogst mogelijke interne klantentevredenheid. De nieuwe onderhoudsmanager - een integrale aanpak De opwaardering van de onderhoudsfunctie betekent automatisch dat hogere eisen worden gesteld aan de onderhoudsmanager. Daarom deze opleiding tot Master in Integraal Onderhoudsmanagement, een getrouwe weerspiegeling van de nieuwe denkbeelden rond onderhoud. Belangrijk bijvoorbeeld is het woord 'integraal'. Het programma vertrekt namelijk vanuit een totaalvisie op de onderhoudsfunctie en haar relatie met de diverse afdelingen van het hele bedrijf. Praktijkvoorbeelden en casestudies verhogen de onmiddellijke bruikbaarheid van de opleiding. Bovendien heeft de programmacommissie bij de samenstelling rekening gehouden met de adviezen van diverse experts: zowel uit het bedrijfsleven zelf als uit de wereld van de consulting. We durven de cursussen dan ook zowel praktijkgericht als toekomstgericht noemen. Een ideale opleiding dus voor kaderleden uit productieafdelingen die vorming en/of vervolmaking ambiëren op het vlak van onderhoudsmanagement. We denken hier bijvoorbeeld aan verantwoordelijken onderhoud/technische dienst, maintenance managers, technische directeuren, plant managers, productiedirecteuren, managers engineering, ...
42 I.M.-
JUNI - JULI 2001
Programma Basisaspecten van integraal onderhoudsmanagement 1. Inleiding toekomstvisie 2. Onderhoudsfunctie en -visie 3. Onderhoudstechnisch beheer 4. Werkafhandelingsbeheer 5. Materiaalbeheer en -uitbesteding 6. Kostensystematiek en managementinformatie 7. Onderhoudsvriendelijk ontwerpen en aankopen Specifieke aspecten van het onderhoudsmanagement 1. Bedrijfscultuur 2. TQM - Total Quality Management 3. TPM - Total Productive Maintenance 4. Informatisering van onderhoud 5. Organisatie van onderhoud 6. Audit en onderhoudscase Perifere aspecten 1. Veiligheid 2. Milieu 3. Uitbestedingsaansprakelijkheid 4. Verzekeringen 5. Case study Organisatie: De Vlaamse Ingenieurskamer (VIK), de Hogeschool Gent, Cepovo en Amelior (het vroegere CKZWest-Vlaanderen) Aanvang: 5 oktober 2001 op vrijdagnamiddag van 14u30 tot 17u30 en op zaterdagvoormiddag van 09u tot 12u00. Tijdens de schoolvakanties worden geen lessen gegeven. Einde: juni 2002 plaats: Hogeschool Gent, Schoonmeerstraat 52, 9000 Gent Prijs: (excl. BTW): 3098,67 EURO (125.000 BEF). voor leden VIK/NIRIA/AMELIOR/EYE/afgestudeerden Hogeschool Gent; 3470,51 EURO (140.000 BEF) voor niet-leden. Cursusteksten en verfrissingen inbegrepen. Het aantal deelnemers is beperkt.
M ASTER IN COMMUNICATION TECHNOLOGY Ongetwijfeld is het einde van deze eeuw gekenmerkt door een explosieve toename van nieuwe ontwikkelingen op het vlak van de telematica. Door toepassing van de Informatieen Communicatietechnologie, kortweg ICT, verlopen technologische veranderingen alsmaar vlugger. Deze ICT-cultuur integreren in de eigen bedrijfsomgeving is van strategisch belang geworden om als bedrijf zijn concurrentiepositie veilig te stellen voor het volgend millennium. De snel evoluerende informatiesamenleving vereist dan ook een voortdurende actualisatie van de kennis. De liberalisering van de telecommarkt maakt bovendien dat zowel via de publieke als de privé-sector betrouwbare diensten met een hoge graad van toegankelijkheid worden aangeboden. De kennismaatschappij van morgen heeft daarom meer dan ooit nood aan specialisten in de communicatie technologie. De Master in Communicatie Technologie (MCT) vertrekt van deze vaststelling. Uniek is dat bij de samenstelling van de programma-inhoud de markt met zijn huidige noden als leidraad dient. Praktijkgerichtheid primeert zonder dat daarbij de noodzakelijke basistheorie wordt vergeten. Maar techniek alleen volstaat niet. Economische overwegingen en inzicht in de markt en haar aanbieders zijn noodzakelijk om met kennis van zaken verantwoorde beslissingen en investeringen te kunnen uitvoeren. Van het totaal urenpakket zijn er dan ook vele voorbehouden voor cases, er worden praktijksessies en bedrijfsbezoeken ingelast.
Programma Het totale Masterprogramma beslaat 180 uren en is onderverdeeld in 12 modules. De meeste worden afgesloten met een case of met een praktijksessie. In wat volgt worden steeds een aantal behandelde topics opgesomd. Introductie De technologische evolutie en de telecommarkt Transmissie Media Bekabelingsystemen, transmissielijnen en antennes Protocollen and Protocol Stacks Het OSI model als standaard. Komen o.a. aan bod: TCP-IP, SNA, LAT, DECNet SNA gateway... Telefonie Hier maakt men kennis met PABX, CTI, Call Centers (ACD, TAPI, Voice Over IP,º) Services (Voice Mail,º) en Videoconferencing Protocols (DPNSS, QSIG,º)
Local Area Networks Topologie, transmissiemedia en gestructureerde bekabeling Ethernet, Token Bus, Token Ring, FDDI Repeaters, Bridges, Routers, Switches Wide Area- & Metropolitan Area Networks Modems and muxes Network protocollen en architecturen De technologie van Packet switching, Frame Relay en ATM Telecom Operators X.25, N-ISDN, B-ISDN, PSTN Internet, Superhighways, SDH en PDH, DWDM Mobiele Communicatie Hier wordt verklaard wat GSM, GPRS, ERMES, DAB, UMTS inhouden Wireless LAN’s, Radio netwerken en Satellietsystemen (Network) Operating Systems Novell Netware, Microsoft Windows 2000, Unix / Linux VMS en MVS Applicaties Back Office Databases (Oracle, SQL,º) EDI, X.400 en E-mail Voice & Video technologies Groupware & workflow management (intranet, extranet) Netwerk Management Operations en Management Security Network Management: SNMP – RMO Telecom Operators and (Internet) Service Providers De Europese Markt en de geboden services De reglementen en wettelijke verplichtingen De Belgische wetten in een Europese context Organisatie: de Studiegroep "Telematica" van de Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) en het De Nayer Instituut Aanvang: 6 oktober 2001 Wanneer: op dinsdagavond van 19u00 tot 22u00 en zaterdagvoormiddag van 09u00 tot 12u00. Tijdens de schoolvakanties worden geen lessen gegeven. Einde: juni 2002 Prijs (excl. BTW): 3098,67 EURO (125.000 BEF) voor leden VIK/NIRIA/EYE/afgestudeerden De Nayer Instituut; 3470,51 EURO (140.000 BEF) voor niet-leden. Cursusteksten en verfrissingen inbegrepen. Het aantal deelnemers is beperkt!
43 I.M.-
JUNI - JULI 2001
STUDIEGROEPEN ELEKTRICITEIT Een korte kennismaking De geschiedenis van de Kabelfabriek Eupen gaat terug tot een vermelding in een oorkonde van het jaar 1747. Destijds exploiteerde de familie Borseaux een kleine werkplaats voor de fabricage van hennepkoorden en -touwen. De verkooporganisatie van de fabriek bereikt verschillende klantengroepen: handelsorganisaties; verwerkers; eindgebruikers. De kabelafdeling is het zwaartepunt en heeft het grootste deel van de productiecapaciteit van de onderneming. Zij produceert een uitgebreid gamma kabels: middelspanningskabel; laagspanningskabels; telefoonkabels; hoogfrequentiekabels; speciale kabels.
Bedrijfsbezoek Kabelwerk Eupen vrijdag 28 september 2001 De afdeling onderzoek en ontwikkeling werkt samen met de laboratoria die de strategieën en de doelstellingen van de onderneming verwerven. De taken van deze afdeling kunnen in twee hoofdgebieden worden opgesplitst: de ontwikkeling van nieuwe producten; de toepassing van de materiaalkennis. Om aan de huidig toegenomen eisen van de markt te kunnen beantwoorden, kan een onderneming zich niet alleen tot hoogwaardige producten beperken. Verder hebben zij nog andere specialiteiten: de kunststofbuizenfabriek; de schuimplasticfabriek.
PRAKTISCH Programma 10u00: 12u00: 13u30: 16u30-17u00:
Aankomst in EUPEN. Bezoek aan de Kabelfabriek. Lunch. Voordracht: "Het gebruik en toepassingen van kabels". Einde van het bezoek.
Plaats: Kabelwerk Eupen, Malmeyer Strasse, Eupen Datum: vrijdag 28 september 2001 aanvang 10u00 Kosten voor inschrijving: gratis voor de leden op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden betalen 300 BEF. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Het aantal deelnemers is beperkt tot max. 15 personen.
STUDIEGROEPEN MILIEU De Studiegroep Milieu van de VIK nodigt u uit voor een ontmoeting met Roland Moreau, Algemeen Directeur van Greenpeace Belgium. De avond ziet er als volgt uit: 19u30u – 19u35u: inleiding van de spreker door Ing. Peter Brughmans, Voorzitter Studiegroep Milieu. Opzet: de aanwezigen kunnen de inhoud van het debat mee bepalen. De variabele themasessies kunnen de zes Greenpeace campagnes behandelen: Klimaat en Energie; Nucleair; Genetisch Gemodificeerde Organismen; Toxische Stoffen; Bossen; Oceanen. De aanwezigen kunnen de onderwerpen selecteren aan de hand van vragen die aan de start van de avond schriftelijk gesteld worden. Mogelijke thema’s: Duurzaam Ondernemen en Ontwikkelen, de rol en legi-
44
I.M.- JUNI - JULI 2001
Bondgenoot of vijand van de industrie In samenwerking met de Afdeling Antwerpen timiteit van de NGO’s (NietGouvernementele Organisaties) in de samenleving alsook de zes Greenpeace campagnes vermeld staan. Elke sessie wordt in een positieve, confronterende debatsfeer gehouden zodat éénieder veel kan bijleren. 19u35 – 20u05u: Toelichting en werking Greenpeace. Een bondige uiteenzetting over de organisatie (internationaal karakter, financiën, werkmethodes, verwezenlijkingen,…) alsook enige confronterende ervaringen.
STUDIEGROEPEN MILIEU 20u05 – 20u35u: Vaste eerste sessie "Duurzaam ondernemen en ontwikkelen". De nieuwe Europese wettelijke principes zoals voorzorgsprincipes (de omkering van de bewijslast) en de substitutieprincipes. Duurzame ontwikkeling houdt rekening met het nodige evenwicht tussen milieu en sociale aspecten en de economie. Kunnen wij een ‘Ecolonomie’ opbouwen? Dit gaat elke Europese burger aan!
20u35 20u55 21u15 21u35
– – – –
20u55: 21u15: 21u35: 21u55:
Variable Variable Variable Variable
tweede sessie. derde sessie. vierde sessie. vijfde sessie.
Afsluiting van de avond door Ing. Peter Brughmans, voorzitter Studiegroep Milieu. Wij verwachten vele collega’s van overheid, industrie en onderwijs, die er samen met de gastspreker een boeiende avond van zullen maken.
PRAKTISCH Plaats: VIK-huis, Herentalsebaan 643, Wommelgem Datum: donderdag 11 oktober om 19u30 Spreker: de heer Roland Moreau, Algemeen Directeur Greenpeace Belgium Kosten voor inschrijving: gratis voor de leden op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden betalen 300 BEF Inschrijving vereist: VIK-secretariaat Curriculum Roland Moreau van 1975 tot heden 09.75-11.77 Assistant Product Manager bij Hartog N.V. en Marketing bij Iglo – Ola (Groep UNILEVER). 12.77-09.82 Attaché van de Directeur Generaal bij Sociéte Générale des Minerais s.a. (Groep UM). 10.82-12.84 Commercieel Directeur bij Sogerec s.a.. (Groep UM) gespecialiseerd bedrijf in recuperatie van non ferro metalen. 01.85-10.86 In de VS als Vice President Recycling Group van diverse filialen van Sogem Corporation te New York; als President de P.R.G. Ltd. te Philadelphia en Executive Vice-President van Sogem Precious Metals Corp. te Berkeley (allen van de Groep UM). 10.86-04.89 Adjuct-directeur Sogem International te Brussel (Groep UM). Bedrijf actief in de internationale handel van pri-
maire grondstoffen. 05.89-03.90 Chief Operating Officer van Sassoon Metals and Chemicals s.a. te Brussel. 04.90-11.91 Directeur-Generaal van NVX ets Paridans/Chantier Bodson/ Cometsambre te Arlon en Charleroi. Bedrijf actief in de verwerking en recyclage van Ferro en Non Ferro Metalen. 11.91-08.94 Commercieel Directeur van Almetal Holding N.V. (dochter van Sidmar, ALZ en Arbed) gespecialiseerd in de recyclage van ferro metalen. 09.94-02.99 Manager "Secundary Raw Materials". Verantwoordelijk voor de recyclage-afdeling en voor de verkoop van alle secundaire grondstoffen: papier, glas, kunststoffen, hout, metalen, …) bij de Watco-groep (Fabricom; Tractebel), marktleider in de verwerking van afval in België. Vanaf 03.99: Algemeen Directeur Greenpeace Belgium.
STUDIEGROEPEN MILIEU Bezoek aan Ytong donderdag 13 september 2001 Ytong werd in 1924 ontwikkeld door J.A. Eriksson, een Zweeds architect die op zoek was naar een bouwmateriaal met de goede eigenschappen van hout (isolatie, stevigheid en verwerkbaarheid) zonder de nadelen ervan (brandbaarheid en vergankelijkheid). Ytong (de naam is een samentrekking van "Yxhult", plaats van uitvinding, en "betong", Zweeds voor beton) beantwoordt perfect
aan al die eisen: Ytong is sterk, isolerend, makkelijk te verwerken, onbrandbaar en duurzaam. Omdat Ytong zo licht is en er bij de productie zo weinig grondstoffen nodig zijn, is Ytong ook uitermate licht voor het milieu. De basisgrondstoffen, zand, lucht en water zijn immers overvloedig in de natuur aanwezig. Daarenboven wordt bij het productieproces van Ytong zo’n 60 à 70 % minder energie verbruikt dan voor de aanmaak van andere bouwmaterialen. Bovendien is dit milieuvriendelijke bouwsysteem erg goedkoop.
45
I.M.- JUNI - JULI 2001
STUDIEGROEPEN MILIEU PRAKTISCH Plaats: Ytong N.V., Kruibeeksesteenweg 24, Burcht Datum: donderdag 13 september 2001 om 19u00 Spreker: de heer Jan Fieuw, Kosten voor inschrijving: gratis voor de leden op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden betalen 300 BEF Inschrijving vereist: VIK-secretariaat
STUDIEGROEPEN ONDERHOUD Op donderdag 27 september 2001 organiseert de Studiegroep Onderhoud samen met Bemas (de Belgian Maintenance Association) een bedrijfsbezoek aan Bosal in Oevel. Bij Bosal wordt erkend dat Maintenance één van de hoekstenen is van het succes dat door het bedrijf behaald is. Bosal werd in 1923 opgericht. Door meer dan 75 jaar ervaring en een consistente bedrijfsfilosofie veroverde de groep haar marktleiderschap op het gebied van de ontwikkeling en productie van complete uitlaatsystemen. Eén van de grootste uitlaatfabrieken in Europa staat in Oevel. Jaarlijks produceren 700 medewerkers 1,5 miljoen uitlaatsystemen uit 35.000 ton staal. De heer Wout Theuws, door Bemas in 2000 uitgeroepen als Maintenance Manager van het jaar, schetst het opzet. "Onderhoud wordt binnen Bosal opgesplitst in drie gebieden. Het eerste omschrijf ik als "The show must go on", waarbij Preventief denken en het Contingency Plan belangrijke aandachtspunten zijn. Vervolgens is er het continue verbeteren op het gebied van veiligheid, beschikbaarheid en kosten, alsook het leren uit de fouten en het besef dat medewerkers een belangrijke bron van verbetering zijn. Tenslotte is er het New Equipment wat staat voor het mee ontwikkelen en installeren van nieuwe processen.
Het onderhoudsconcept bij Bosal, ook succesvol in uw bedrijf? Donderdag 27 september 2001 De verdere doelstelling is te komen tot een nog betere machinebeschikbaarheid. Dit is voor ons tweeledig: het opvoeren van onze MTBF en het terugschroeven van onze MTTR. Hiervoor maken we gebruik van o.a. TPM en RCM". Tijdens de uiteenzetting leert u de filosofie en de approach van de weldoordachte maintenance-strategie bij Bosal. In een tweede deel gaan we dieper in op het strategisch belang van het onderhoudsbeheersysteem CMMS (Computerized Maintenance Management Software). Bosal implementeert wereldwijd het MP2pakket. De standaardisatie over alle vestigingen heen betekent een aanzienlijke kostenbesparing. De heer Guy Tuyaerts, consultant bij Datastream, leert u hoe u uw CMMS kunt gebruiken voor een nog efficiënter en rendabeler onderhoud. Tijdens een maintenance-gericht bedrijfsbezoek ziet u hoe Bosal de eerder besproken technieken in de praktijk toepast. We sluiten deze boeiende avond af met een drink en broodjes.
PRAKTISCH Programma 19u00: Ontvangst van de deelnemers. 19u20: Inleiding over de Bosal Group en de plant in Oevel 19u30: Het Maintenance Concept bij Bosal, de heer Wout Theuws, Plant Engineering Manager. 20u10: CMMS als basis voor efficiënt onderhoud, Ing. Guy Tuyaerts, Consultant bij Datastream en co-voorzitter van de Studiegroep Onderhoud. 20u45: Gericht bedrijfsbezoek met aandacht voor de eerder behandelde onderwerpen. 21u15: Afsluitdrink met broodjes.
46
I.M.- JUNI - JULI 2001
STUDIEGROEPEN MILIEU Plaats: Bosal, Nijverheidsstraat 12, Oevel Datum: donderdag 27 september 2001 om 19u00 Begeleiding: de heer Wout Theuws, Plant Engineering Manager & Guy Tuyaerts, Datastream Kosten voor inschrijving: gratis voor de leden op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden betalen 300 BEF Inschrijving vereist: VIK-secretariaat
STUDIEGROEPEN KUNSTSTOFFEN De VIK-STUDIEGROEP KUNSTSTOFFEN verheugt zich op de toenemende belangstelling van de hogescholen voor de richting kunststoffen. De HOGESCHOOL GENT verruimt de mogelijkheden met een pakket kunststofverwerking in de richting elektromechanica, iets waar de Vlaamse Ingenieurskamer jaren voor heeft gepleit. Voortaan kan je in Gent studeren voor
INDUSTRIEEL INGENIEUR met STUDIEKEUZE KUNSTSTOFFEN in de richting
CHEMIE
Studiekeuze KUNSTSTOFFEN (vanaf 1978; i.v.v. technisch ingenieur kunststoffen, sedert 1960)
o.a. Macromolec. Chemie (1 T + 0,5 O, 4 Stp) o.a. - Kunststoftechnologie (2 T + 2,5 O; 8 Stp) - Kunststof- & Composietmat. (1,5 T; 4 Stp) - Aanv. Kunststoftechnologie (1 T + 0,5 O; 3 Stp) - Chemie der kunststoffen (1 T; 3 Stp) - Eindwerk kunststoffen (20 Stp)
en voortaan ook in de richting
ELEKTROMECHANICA o.a.- Kunststoftechnologie (2 T + 2,5 O; 9 Stp) - Kunststof- & Composietmat. (1,5 T; 4 Stp) - Eindwerk kunststoffen (15 Stp)
Studiekeuze KUNSTSTOFFEN (NIEUW VANAF Academiejaar 2001 - 2002)
Info: Hogeschool Gent Departement Industriële Wetenschappen, Campus BMECTL, Schoonmeersstraat 52, 9000 Gent, tel. 09-243 87 87.
STUDIEGROEPEN PIJPLEIDINGEN Studiedag: "Flensverbindingen en pijpleidingen" Donderdag 11 oktober 2001 PRAKTISCH Programma: 08u30: Ontvangst, uitdelen documenten, mogelijkheid bezoek aan de tentoonstelling. 09u00: Verwelkoming, door de heer Roger Van de Peer, voorzitter VIKStudiegroep Pijpleidingen. 09u05: Inleiding, overzicht dichtingen en nieuwe normen.
47
I.M.- JUNI - JULI 2001
STUDIEGROEPEN MILIEU 09u30: Vezeldichtingen en grafiet, door de heer Sandy Van den Broeck, Frenzelit. 10u15: Koffiepauze en bezoek aan de tentoonstelling. 10u45: PTFE-dichtingen, door de heer Steven Hardewyn, Gore. 11u30: Metaal en metalloplastische dichtingen, door de heer Patrick De Letter, Kempchen. 12u30: Lunch. 14u00: Flenzen, bouten, door de heer Jan Van Ranst, Combori. 14u30: Flensmontage, door de heer Leo Geeraerts, BASF Antwerpen N.V. 15u00: Moeraanzetters, door de heer Peter Janssens, Atlas Copco. 15u30: Berekeningsmethoden (Duitstalige voordracht), door de heer Riedl, Gore, Duitsland. 16u15: Rondvraag. 16u30: Slotwoord. Voorzitter studiedag: de heer Leo Geeraerts, BASF Antwerpen N.V. Plaats: Ter Delft, Laar 42, Ekeren-Antwerpen Datum: donderdag 11 oktober 2001 om 08u30 Kosten voor inschrijving: 220,62 EURO (8.900 BEF) voor leden VIK/NIRIA/NUTI; 245,41 EURO (9.900 BEF) voor niet-leden; 110,31 EURO (4.450 BEF) voor leraars/studenten, lid VIK/NIRIA/NUTI. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat
STUDIEGROEPEN AGENDA BIJEENKOMSTEN Coördinatie Studiegroepen oktober 2001: Coördinatievergadering, VIK-huis, Wommelgem, 19u00
Studiegroep Bouwkunde 26 september 2001: Kernvergadering, VIK-huis, Wommelgem, 20u00 31 oktober 2001: Kernvergadering, VIK-huis, Wommelgem, 20u00 28 november 2001: Kernvergadering, VIK-huis, Wommelgem, 20u00
Studiegroep Elektriciteit 28 september 2001: Bezoek Kabelwerke, Eupen, 10u00
Studiegroep Haventechnologie 11 oktober 2001: Lezing: "Recruteren, selecteren en motiveren van personeel op een veranderende arbeidsmarkt", Schipperswelzijn, Antwerpen, 20u00
Studiegroep Kunststoffen 25 september 2001: Kernvergadering, VIK-huis, Wommelgem – 20u00
Studiegroep Milieu 13 september 2001: Bedrijfsbezoek Ytong, Burcht, 19u00 11 oktober 2001: Lezing Greenpeace, Roland Moreau directeur Greenpeace, VIK-huis, Wommelgem, 19u30 (i.s.m. Afdeling Antwerpen)
Studiegroep Onderhoud 27 september 2001: Bedrijfsbezoek Bosal, Oevel (i.s.m. Bemas) oktober 2001: Lezing en discussie: "Onderhoudssoftware en valkuilen van implementatie," Guy Tuyaerts, VIK-huis, Wommelgem, 20u00
48
I.M.- JUNI - JULI 2001
24 september 2001: Kernvergadering, VIK-huis, Wommelgem, 20u00 26 november 2001: Kernvergadering, VIK-huis, Wommelgem, 20u00
Studiegroep Pijpleidingen 18 september 2001: Lezing: "Pijpleidingen & Thermische Olie-installaties", VIK-huis, Wommelgem, 20u00 11 oktober 2001: Symposium "Flensverbindingen", Ter Delft, Ekeren 16 oktober 2001: Pijpleidingcafé: "Elasticiteit Rekenmethodes", 20u00, VIK-huis, Wommelgem. In het café is iedereen welkom, zonder aanmelding, voor een informele babbel. We houden er wel een thema op na
Studiegroep Regeltechniek 4 september 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00 2 oktober 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00 7 november 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00 4 december 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00
VIK-huis, VIK-huis, VIK-huis, VIK-huis,
Studiegroep Veiligheid 17 september 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00 15 oktober 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00 19 november 2001: Kernvergadering, Wommelgem, 20u00 17 december 2001: Kernvergadering,
VIK-huis, VIK-huis, VIK-huis, VIK-huis,
Voor inlichtingen en inschrijven: VIK-secretariaat, Katrien Van Vosselen, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel. 03-259 11 07, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected].
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN ZUID-WEST-VLAANDEREN
Hogedruksluis voor granulaat
LEZING: “PNEUMATISCH TRANSPORT” maandag 17 september 2001 Granulaten en poeders: PE, PP, PVC, melkpoeder, suiker, zout, actief kool, titaniumdioxide of een ander 'stortgoed', allen kunnen ze pneumatisch vertransporteerd worden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een gasvormig medium (meestal lucht) om producten over langere afstanden te transporteren.
Tweekanaalswissel voor granulaat en poeder Waeschle WZK
Er wordt afgesloten met een drankje en een hapje.
PRAKTISCH Programma Deel 1: algemeenheden ● voordelen van pneumatisch transport ● belangrijkste begrippen bij pneumatisch transport (beladingsgraad, luchtsnelheid,..) ● fasendiagramma van pneumatisch transport. Deel 2: voornaamste componenten bij een pneumatisch transport ● sluizen ● wissels Deel 3: definiëring pneumatisch transport Deel 4: vragen en antwoorden. Plaats: Hogeschool West-Vlaanderen, Graaf Karel de Goedelaan, Kortrijk Datum: maandag 17 september 2001 om 20u00 Spreker: Ing. Reint Berghmans, area sales manager Govatec Kosten voor deelneming: gratis voor de leden op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden betalen 300 BEF Inschrijving vereist: VIK-Secretariaat
ACTIVITEITENKALENDER 2001
ZUID-WEST-VLAANDEREN
17.09.2001:
Lezing: "Pneumatisch transport", Hogeschool West-Vlaanderen, Kortrijk
12.11.2001:
Lezing "Auto van de toekomst", Hogeschool West-Vlaanderen, Kortrijk
01.12.2001:
Optreden "Jummoo", De Spil, Roeselare (i.s.m. de Afdeling Noord-West-Vlaanderen)
Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling – Zuid - West – Vlaanderen, te gebeuren op volgend adres: VIK–secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel. 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected]
49
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN ANTWERPEN
DEGUSTATIE-AVOND SPAANSE WIJNEN Vrijdag 5 oktober 2001 Het programma van de degustatieavond ziet er uit als volgt. Om de avond te ‘openen' wordt een glaasje cava (= spaanse schuimwijn) geschonken. Vermits iedereen niet op hetzelfde moment arriveert kunnen we aldus wachten tot de ‘laatste’ aankomt. Natuurlijk graag iedereen op tijd. Wij starten de wijndegustatie met twee witte (blanco) Spaanse wijnen. Stilaan gechambreerd, kunnen wij daarna vijf rode (tinto) Spaanse wijnen proeven, keuren en beoordelen. De avond zal worden afgesloten met een oudere sherry.
chorizo, salchichón, lomo; queso uit Zamora, type manchego (harde schapenkaas of mengeling); pimientos de piquillo: kleine zachte paprika's om te bakken of om zo te eten met vulling olijven: zonder pit, gevuld met paprika, ansjovis, tonijn, enz. Ter verduidelijking zal de gastheer algemene informatie over Spanje verstrekken en bij elke wijn zal hij wat commentaar geven over de wijnstreek (origine), het wijnhuis (bodega), het wijntype, enz. Zo mogelijk zal een wijnkaart van Spanje worden meegegeven.
Als begeleiding van die lekkere wijnen en ook tussendoor, worden er een aantal hapjes (tapas) geserveerd:
Aan de ingeschreven deelnemers zal de gedetailleerde lijst van de geserveerde wijnen en een liggingsplan vooraf worden gestuurd.
jamón ibérico (pata negra) in zijn verschillende vormen: jamón,
PRAKTISCH Plaats: Puerta del Sol, Ter Rivierenlaan 118, Deurne (Antwerpen) Datum: vrijdag 5 oktober 2001 om 19u30 (stipt!) Kosten voor deelneming: 300 BEF voor VIK-leden (en eventueel partner) op vertoon van hun lidmaatschapskaart; niet-leden betalen 500 BEF per persoon Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Betaling voor 21 september 2001 via rek.nr. 414-3146851-13 van de VIK-Afdeling Antwerpen met vermelding van naam, VIK-lidnummer en aantal personen.
BEZOEK ACHTER DE SCHERMEN VAN DE ZOO IN ANTWERPEN 2 nieuwe data: 30 september en 14 oktober 2001!
50
Het bezoek achter de schermen van de zoo, gepland op 25 maart en 6 mei jongstleden werd, om reden van mond- en klauwzeer, afgelast. Wie ingeschreven was werd hiervan reeds op de hoogte gebracht. Ondertussen werden 2 nieuwe data voorbehouden, namelijk zondag 30 september 2001 en zondag 14 oktober 2001. Belangstellenden kunnen best vlug inschrijven: het aantal plaatsen is beperkt!
en huizen worden beantwoord.
Het bezoek achter de schermen belicht de hele infrastructuur van de ZOO. Alle vragen over de dagelijkse werking van een dierentuin waarin ca. 6.000 dieren van 750 verschillende soorten leven
Wij kunnen een kijkje gaan nemen in de dienstgangen, de keukens, de filterzalen,… kortom overal waar de gewone dierentuinbezoeker nooit toegang krijgen.
I.M.- JUNI - JULI 2001
Wat eten die dieren, waar halen de verzorgers al het voedsel vandaan, wat met zieke dieren, wat is een stamboek en hoe werkt dat ???
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN ANTWERPEN PRAKTISCH Plaats: Zoo, Koningin Astridplein 26, Antwerpen. Samenkomst/verzamelen te 13u00 (binnen, juist voorbij de ingang) Data: zondag 30 september 2001 en zondag 14 oktober 2001 telkens om 13.30 u. Het bezoek duurt ongeveer 2u15 Kosten voor deelneming: U betaalt de gewone individuele toegangsprijs van 490 BEF per persoon en 315 BEF voor deelnemers 60-plus (gewoon aan de kassa te betalen). Hiervoor kan u voor en/of na uw Zoo-schermenrondleiding ook nog (gewoon) de hele dierentuin bezoeken Inschrijving vereist: VIK-Secretariaat. Als u na inschrijven toch niet kan komen, wil dan tijdig afmelden, het aantal deelnemers is immers beperkt! Het bezoek is bestemd voor volwassenen (vanaf 16 jaar) en eventueel kinderen vanaf 12 jaar die hun ouders vergezellen. Het aantal deelnemers is beperkt tot max. 40 personen (2 groepen) per bezoek.
KOM, KIJK EN PROEF!
EEN WERELD OP ZICH
Donderdag 20 september 2001 Reeds in 1871 verspreidt Jan Leonard Moortgat zijn eerste blond bier in Breendonk en omstreken. Het gerstenat kent succes en weldra komen de zonen Albert en Victor meewerken in de brouwerijboerderij.
sche opslagtanks waar de lagering en de rijpingsfase plaatsvinden. De vergistbare suikers worden omgezet in alcohol, koolzuurgas en aroma’s die de typische geur en smaak geven aan dit befaamde bier.
Omstreeks 1923 creëert Albert een totaal nieuw brouwsel: een goudblond bier van hoge gisting met nagisting in de fles. DUVEL is geboren. De verkoop start met 3.000 kratten in 1926 maar dankzij de topkwaliteit van dit unieke bier, stijgt de omzet jaar na jaar. Vandaag de dag bedraagt de Duvel-jaarproductie meer dan 2.400.000 kratten en is het verkrijgbaar in alle werelddelen.
In de bottelarij ondergaan de flessen, kratten en vaten een grondige was- en steriliseerbeurt om dan met bier te worden gevuld. Tenslotte verblijven de flesjes een zestal weken in de kelders (Sst!.. hier rijpt de Duvel). Topproducten van brouwerij Moortgat zijn: Bel pils: veredelde, zachte pils met een hoge hopkwaliteit. Duvel: goudblond speciaalbier van hoge gisting, hergist in de fles. Het fijne aroma en de subtiele bitterkracht maakt dit bier uniek ! Maredsous: één naam, maar vier verschillende abdijbieren gebrouwen in perfecte harmonie. Twee goudkleurige bieren (6° en 10°) en twee romig schuimende donkerkleurige varianten (6° en 8°). Passendale: gelanceerd in augustus 2000, meer uitleg in de brouwerij.
Bierbrouwen is een goddelijk proces (cfr.Duvel !) van zuiver bronwater, hop en vergiste gerstkiemen. Hoe dat leidt tot zo’n verduveld lekker product heeft alles te maken met Breendonkse keukengeheimen, een grote dosis geduld en vooral veel liefde (Duvel lovers are better lovers)! Tijdens het geleid brouwerijbezoek volgen wij stap voor stap de schepping van dit goudgele klassebier. Na de bedrijfsfilm gaan wij naar de brouwzaal waar de gemalen mout in de beslagkuip wordt gemengd met water. Tijdens het kookproces wordt de beste hop toegevoegd. Dat brouwsel gaat dan naar de gistkuip. Het verschil tussen hoge en lage gisting wordt uitgelegd. Wij komen dan bij de cilindroconi-
Een brouwerijbezoek afsluiten met een droge keel zou pas zonde zijn. Na de rondleiding krijgen wij de kans de producten te degusteren (Nunc est bibendum !) en kunnen wij een kijkje nemen in de Duvelshop met geschenkjes voor de thuisblijvers.
PRAKTISCH Plaats: Brouwerij MOORTGAT, Breendonkdorp 58, Breendonk (Puurs). Is gelegen aan de autoweg A12 Antwerpen- Brussel. Komende van Antwerpen (in richting Brussel) aan de rechterkant van de A12, voorbij Willebroek en de kruising met de N16 (Mechelen –St. Niklaas) en voorbij het fort van Breendonk (dat aan de linkerkant ligt). Komende van Brussel (in richting Antwerpen) voorbij Londerzeel en dan gelegen aan de linkerkant van de A12. Datum: donderdag 20 september 2001 om 18u30 stipt ! Kosten voor deelneming: gratis voor de leden (en eventuele partner) op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden betalen 300 BEF Inschrijving vereist: VIK-Secretariaat. Als u nà inschrijven toch niet kan komen wil dan direct het secretariaat inlichten! Het aantal deelnemers (en het aantal dorstigen) is beperkt !
51
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN ANTWERPEN DOBBEL SHIFT Toneelvoorstelling in 2 delen op 16 en 23 november 2001 Dobbel Shift vertelt het verhaal van ceelbaas (die zorgt voor de scheepsbevrachting) Cois Seghers, zijn familie en zijn collega’s van International Stevedoring aan kaai 333 van de Antwerpse haven. Cois Seghers heeft een zoon Toby, uit zijn huwelijk met Lisette en een dochter Monique, uit zijn huwelijk met de veel jongere Maria. Monique heeft op haar beurt een zoontje Kenny, uit een korte, heftige relatie met een Joegoslaaf. Aan de haven werkt hij o.a. samen met Hugo Verbraecken chef markeur, Theo Timmermans natiebaas en Wardje, een op zijn zachtst uitgedrukt olijke foreman. Op zekere dag daagt een nieuwe directeur op van International Stevedoring, Philip Jaspart, aan kaai 333 en meteen zit het typische Antwerpse havenspel op de wagen. Dat wil zeggen dat de "nieuwe" met scha en schande, maar vooral via een flinke portie hilarische toestanden de stiel moet leren en zich de eigenheden en codes van het karakteristie-
ke wereldje van de Antwerpse haven moet eigen maken. Tegelijkertijd verloopt de relatie die Monique sinds enige tijd heeft met de wat dubieuze John niet zoals het zou moeten. Maar Cois, die ontzettend veel "dobbel shiften" draait, heeft al lang geen vat meer op zijn dochter en als hij dan eens tijd heeft voor zijn gezin gaat al zijn aandacht naar zijn oogappel, kleinzoontje Kenny. Onnodig te vertellen dat Alex Van Haecke met deze ingrediënten, aangevuld met dokwerkers, baanchauffeurs, douane-beambten, vakbondsafgevaardigden, politieagenten en iemand als mevrouw Conny Ahrelsen, echtgenote van Philip Jaspart, die over alles pas echt de scepter zwaait, met veel passie voor zijn stad, haar haven en haar mensen een authentiek, pakkend, spannend, komisch, ontroerend, realistisch en documentair bijzonder sterk geschraagd theaterepos kon schrijven en regisseren.
PRAKTISCH Plaats: Theater Zeemanshuis, Falconrui 21, Antwerpen. Samenkomst ter plaatse Datum: vrijdag 16 november: deel I; vrijdag 23 november: deel II, telkens om 20u00 Kosten voor deelneming: 450 BEF per persoon per voorstelling (dus 900 BEF voor de twee) voor VIK-leden (én ook eventueel partner en gezinsleden); niet-leden betalen 600 BEF. Bedrag te betalen voor 1 oktober op rek.nr. 414-3146851-13 van de VIK-Afdeling Antwerpen, met de vermelding "Toneelvoorstelling Dobbel Shift, het lidnummer, aantal voorstellingen en aantal personen". Voordelen voor VIK-leden: voordelig groepstarief; gereserveerde goede plaatsen (2de, 3de en 4de rij); samenzijn in groep. Inschrijving vereist: VIK-Secretariaat met de vermelding van de gekozen datum.
ACTIVITEITENKALENDER 2001
ANTWERPEN
20.09.2001:
Bezoek Duvel-Moortgat, Breendonk – 18u30
30.09.2001:
Bezoek achter de schermen van de Zoo, Antwerpen – 13u00
05.10.2001:
Degustatieavond Spaanse wijnen, Deurne – 19u30
11.10.2001:
Greenpeace-avond: lezing & debat, VIK-huis Wommelgem, 20u00 (i.s.m. Studiegroep Milieu)
14.10.2001:
Bezoek achter de schermen van de Zoo, Antwerpen – 13u00
16.11.2001:
Toneelvoorstelling: "Dobbel Shift" deel I, Theater Zeemanshuis, Antwerpen – 20u00
23.11.2001:
Toneelvoorstelling: "Dobbel Shift" deel II, Theater Zeemans, huis, Antwerpen – 20u00
Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling Antwerpen, te gebeuren op volgend adres: VIK-secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel.: 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected].
52
I.M.- JUNI - JULI 2001
S T UNIEUWS D I E G R VAN O E PDE E NAFDELINGEN NOORD-WEST-VLAANDEREN BEZOEK PERSGROEP
De VIK-Afdeling NoordWe s t - V l a a n d e r e n donderdag 4 oktober 2001 organiseert een bezoek aan De Persgroep, uitgever van Het Laatste Nieuws en De Morgen. Kennismaking met een efficiënt gestuurd bedrijf dat elke dag een nieuw product met zeer beperkte
houdbaarheid op de markt brengt. De volgende dag is een krant reeds verouderd. Voor de krantenmakers is het elke dag een uitdaging om telkens opnieuw de race tegen de klok af te werken.
PRAKTISCH Programma Video De Persgroep Bezoek aan de redactie Bezoek aan de Pre Press Bezoek drukkerij – distributie – verzending Afscheid Plaats: De Persgroep, Brusselsesteenweg 347, Asse (Kobbegem). Wegwijzer: neem de E40 richting Brussel – uitrit 20 Ternat richting Asse – in Asse richting Zellik Brussel (N9) – voorbij het verkeersbord Kobbegem merkt u een ESSO-station rechts van de weg – De Persgroep ligt links van de weg Datum: donderdag 4 oktober 2001 om 20u00 (ontvangst vanaf 19u30, einde rond 23u00) Kosten: gratis. Alleen voor VIK-leden met partner en voor ingenieursstudenten. Voorrang aan deelnemers uit regio Noord-West-Vlaanderen Inschrijving: voor 1 september 2001 op het VIK-secretariaat. Aantal deelnemers beperkt tot 30 personen
ACTIVITEITENKALENDER 2001
NOORD WEST-VLAANDEREN
04.10.2001: Bedrijfsbezoek "De Persgroep", Asse 18.10.2001: Lezing: "Barco Vision", Kortrijk 13.11.2001: Studenten-info, KHBO, Oostende 01.12.2001: Optreden Jummoo, De Spil, Roeselare (i.s.m. de Afdeling Zuid-West- Vlaanderen) Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling NoordWest-Vlaanderen, te gebeuren op volgend adres: VIK-secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel.: 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected].
S T UNIEUWS D I E G R VAN O E PDE E NAFDELINGEN KEMPEN
ACTIVITEITENKALENDER 2001
KEMPEN
16.10.2001:
Algemene Ledenvergadering + bezoek Avery Dennison
06.11.2001:
Lezing "Spraaktechnologie" door Peter Moens van Lernout & Hauspie, KHK-Geel
04.12.2001:
Bezoek VITO – Expertisecentrum voor teledetectie en atmosferische processen
Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling Kempen, te gebeuren op volgend adres: VIK-secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem , tel.: 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected].
53
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN OOST-VLAANDEREN
ENAME: WAAR DE TOEKOMST HET VERLEDEN ONTMOET In Ename, op de rechteroever van de Schelde, laat de Duitse keizer rond 974 een verdedigingspost bouwen. Immers, aan de overzijde van de rivier lonken de Franse koning en zijn vazal, de graaf van Vlaanderen, naar dit gebied. In het spoor van de soldaten ontwikkelt zich een handelsnederzetting. Die evolutie wordt brutaal afgebroken als de graaf van Vlaanderen Ename in 1050 in handen krijgt. Hij vestigt op de ruïnes een benedictijnenabdij om de rust te herstellen. De abdij zal meer dan 750 jaar het leven in Ename bepalen, tot de Franse revolutionairen haar afschaffen en de abdij een steengroeve wordt. Op een warme zaterdagmiddag zijn veertig VIKleden met hun familie uit het gehele Vlaamse land afgezakt naar het Oost-Vlaamse dorpje Ename om zich onder te dompelen in het rijke verleden van deze omgeving. Het Provinciaal Museum t' Ename is een ideale startplaats. Een korte film, waarin op één dag de duizendjarige geschiedenis van Ename aan bod komt, geeft een algemeen beeld over Ename en zijn bevolking. Daarna komt een van de paradepaardjes van het museum aan beurt: de tijdlijnruimte. Hier kunnen we aan de hand van virtuele maar erg realistische beelden doorheen de duizendjarige geschiedenis wandelen. Met een druk op het scherm wordt een link gelegd met de tentoongestelde vondsten. Het vervolg van de rondleiding is al even ingenieus als interessant: doorheen de geschiedenis wordt heel educatief het verband gelegd tussen de opgravingen en de plaatselijke bevolking en hun gewoontes.
handen uit de mouwen kan steken en zich verdiepen in de archeologie. Als tweede luik van de rondleiding bezoeken we de Sint-Laurentiuskerk. Deze kerk is het enige gebouw uit het duizendjarige verleden van Ename dat overeind is gebleven. Het is een vroeg-Romaanse Keizerlijke kerk die het prestige en de macht van haar bouwheer aan de rijksgrens bevestigt. In 1992 is een merkwaardige vroeg-11de-eeuwse muurschildering blootgelegd, gemaakt in puur Byzantijnse stijl. De kerk is momenteel gesloten voor restauratiewerken en een grootschalige opgraving, waarna ze in haar oorspronkelijke staat zal worden hersteld. Heel uitzonderlijk mocht de VIKAfdeling Oost-Vlaanderen al een kijkje nemen. De rondleiding wordt afgesloten op het Provinciaal Archeologisch Park. Vijf vaste archeologen en hun medewerkers verrichten sinds 1978 monnikenwerk op dit uitgestrekte terrein om de grondvesten van de abdij en het oude havenstadje bloot te leggen. Na meer dan twintig jaar opgravingen is reeds een groot gedeelte gerealiseerd (de abdij en de handelsnederzetting). Aan de hand van het multimediale tijdsvenster, dat reeds verschillende prijzen gewonnen heeft, en de deskundige uitleg van de gids komt het labyrint van oude stenen tot leven. Deze bijzonder leerrijke tocht in het verleden werd afgesloten op een zonnig terrasje waar we genoten van het plaatselijk streekbier dat ons aangeboden werd door Icdien bvba, Syndicus van flatgenouwenImmobiliën uit Gentbrugge. In goede stemming togen we huiswaarts, uitkijkend naar een nieuwe VIK-uitstap. Ing. Peter Vanderbiesen
Het bezoek aan het museum wordt afgesloten in een soort laboratorium waar de bezoeker zelf de
IN MEMORIAM Collega Georges Van den Berghe (12.12.1909- 31.01.2001) is niet meer In 1929 behaalde Georges (Geo) Van den Berghe het diploma van "ingénieur technicien, specialité chimie" aan de toenmalige Nijverheidsschool (de huidige "Hogeschool Gent") aan de Lindelei in Gent. De IM-redactie was drie jaar geleden bij hem te gast (zie Ingenieursmededelingen, oktober 1998). Collega Van den Berghe, geboren in 1909, was één van de 18 technisch ingenieurs van de eerste promotie die afstudeerde aan de toenmalige
54
I.M.- JUNI - JULI 2001
"Nijverheidsschool" te Gent. Als technisch ingenieur scheikunde voerde hij van in het begin mee de strijd om het diploma technisch ingenieur als volwaardig te doen aanvaarden.
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN OOST-VLAANDEREN Georges begon als scheikundige bij de firma Metagra bij de productie van cliché’s. In 1947 begon hij bij de firma "Promed" in Brussel, een firma gespecialiseerd in medische instrumenten en toestellen. Daar werkte hij tot aan zijn pensioen in 1977.
Hij speelde meer dan 40 jaar toneel bij "Geluk in 't werk". Georges Van den Berghe was ononderbroken actief lid van ATIG en later van de VIK. Ing. Etienne Beernaerts
ACTIVITEITENKALENDER 2001 22.09.01:
OOST-VLAANDEREN
Bezoek aan het HST-station Brussel-Zuid (i.s.m. de Afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde)
Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling OostVlaanderen, te gebeuren op volgend adres: VIK-secretariaat, Afdeling Oost-Vlaanderen, p/a Ing. Ludo Verhegghe, Langenakkerlaan 36, 9080 Lochristi, tel. en fax: 09-355 19 40, e-mail:
[email protected]. De activiteiten van de VIK-Afdeling Oost-Vlaanderen kan men steeds raadplegen op de VIK-website onder: URL: http://gallery.uunet.be/vik-ovl.
S T UNIEUWS D I E G R VAN O E PDE E NAFDELINGEN LEUVEN
NIEUWE WERKING Momenteel werken de VIK-regio’s Leuven–Hageland en Mechelen samen. Het is echter de bedoeling om de regio Leuven–Hageland opnieuw zelfstandig te laten functioneren. Daarom deze oproep. LeuvenHageland vraagt nieuwe bestuursleden om de regionale werking van de VIK in de regio uit te bouwen. Het bestuur heeft een voorzitter, een vice-voorzitter, een secretaris, een penningmeester en een feestbestuurder. Een aantal activiteiten zijn reeds in voorbereiding. Het bestuur organiseert zowel ludieke als technische evenementen en behartigt de beroepsbelangen, speelt informatie door naar jongeren en onderhoudt contacten met de hogescholen in de regio.
We zijn nog op zoek naar nieuwe leden die de ploeg willen vervoegen. Alle ingenieurs uit de regio zijn welkom. Geïnteresseerd? Informatie bij Ing. Bart Van Orshoven, Vlasselaar 10, 3221 Nieuwrode, 016 58 24 70 (na 19u30),
[email protected]. Op donderdag 11 oktober 2001 om 20u is er een algemene vergadering waarop de nieuwkomers worden verwelkomd en we van gedachten wisselen hoe we de werking verder zullen uitbouwen.
PRAKTISCH Plaats: De Lange Trappen, De Layensplein, Leuven Datum: donderdag 11 oktober 2001 om 20u Verwittigen als je komt bij:
[email protected]; tel. 03-259 11 09
55
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN LEUVEN-MECHELEN-HAGELAND
GASTRONOMISCH WEEKEND 8, 9 en 10 februari 2002 De VIK-Afdeling Leuven–Mechelen–Hageland organiseert op 8, 9 en 10 februari 2002 een gastronomisch weekend in de Ardennen.
In het prachtige Maissin in de provincie Luxemburg, kan je genieten van een heerlijk en ontspannend weekend. We verblijven in het prachtige 3-sterren-hotel Chalet-sûr-Lesse.
PRAKTISCH Programma Vrijdag 8 februari: Aankomst en aperitief 4-gangendiner Zaterdag 9 februari: Uitgebreid ontbijtbuffet. In de namiddag is er een wandeling voorzien met de keuze tussen 2 afstanden: 8 km: wandeling naar het dorpje Lesse; 15 km: wandeling in de Lessevallei. De avond wordt afgesloten met een uitgelezen gastronomisch 6-gangen-diner. Zondag 10 februari: We genieten van een uitgebreid ontbijtbuffet gevolgd door een prachtige wandeling om het weekend waardig af te sluiten. Plaats: Chalet-sûr-Lesse, Avenue Bâtonnier Braun 1, Maissin. Een routebeschrijving wordt opgestuurd na inschrijving. Datum: vrijdag 8 februari (late namiddag) tot 10 februari Kosten voor deelname: 6.150 BEF per persoon voor 2 nachten Inlichtingen en inschrijvingen: Ing. Bart Van Orshoven, tel. 016-58 24 70 of via e-mail:
[email protected].
BEZOEK AAN SYLVANIA LIGHTING vrijdag 12 oktober 2001 De VIK-Afdeling Leuven-Mechelen-Hageland brengt op vrijdag 12 oktober 2001 een bezoek aan Sylvania Lighting. Sylvania N.V., gehuisvest in Tienen, behoort tot de Groep SLI Inc., een Amerikaans bedrijf met hoofdzetel in Massachusetts, U.S.A. De Groep vertegenwoordigt 33 bedrijven in 13 verschillende landen rondom de globe. Het is een volledig geïntegreerd verlichtingsbedrijf waar zowel lampen, armaturen en voorschakelapparaten worden ontwikkeld en geproduceerd.
PRAKTISCH Programma: 14u00 – 14u30: Introductie 14u30 – 17u00: Rondleiding in de productieafdelingen Plaats: Sylvania nv., Industriepark 13, Tienen Datum: 12 oktober 2001 om 14 uur Inschrijving vereist: VIK-secretariaat Het aantal plaatsen is beperkt tot maximum 20 personen
56
I.M.- JUNI - JULI 2001
Sylvania Tienen is het "centre of excellence" voor alle halogeen- en hoge druk ontladingslampen. In het bedrijf te Tienen werken ongeveer 800 zeer gekwalificeerde medewerkers en er worden zowel nieuwe producten, processen als nieuwe "state of the art" machines ontwikkeld. De missie van het bedrijf is duidelijk: "To be the n°1 Lighting Supplier in Innovation, Quality and Customer Service". Het bedrijf voldoet aan en produceert reeds sinds jaren volgens de kwaliteitsnorm ISO 9001 en de milieunorm ISO 14001.
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN LIMBURG
NACHT VAN DE INGENIEUR: HERHALING EN UITBREIDING WEGENS GROOT SUCCES ! Het jongerenteam van de VIK-Afdeling Limburg organiseerde op maandag 30 april 2001 de eerste "Nacht van de Ingenieur" in de Fitlink te Diepenbeek. Tweeduizend (2000!) ingenieurs en ingenieuses waren komen opdagen en maakten er een geweldige megaparty van. Het evenement kon rekenen op de sympathie van pers, industrie en hogescholen. Het Idee Er is een groot tekort aan ingenieurs op de arbeidsmarkt. Bedrijven doen enorme inspanningen om ingenieurs aan te trekken. De Vlaamse Ingenieurskamer doet wat ze kan om de instroom te vergroten. Slogan van het jongerenteam
De VIK-Afdeling Limburg wil haar steentje bijdragen door jongeren te sensibiliseren voor het technologisch avontuur en jonge ingenieurs op een ontspannen manier in contact te brengen met bedrijven. Voor de organisatie werden lokale studentenverenigingen als Kerberus, ASG en ABVG ingeschakeld. De VIK beperkte de bedrijfsdeelname bewust tot acht bedrijven: KPN Orange, Tractebel Engineering, Polydesign, Philips, ACE, Expectra, Ensysta en Heraeus Electro-Nite. De Nacht 08u00 Het begin van een lange dag en een nog langere nacht. De studenten zorgen voor de opbouw van licht, geluid, cocktailbar, togen en sponsoraanwezigheid in de zaal. De VIK-Afdeling Limburg overkoepelt het zaakje en verhelpt de problemen in een oogwenk op ingenieuze wijze. 19u00 Sponsorende bedrijven sijpelen binnen met materiaal voor het jobforum. Ze kunnen met studenten en jonge ingenieurs persoonlijke contacten leggen. De (toekomstige) ingenieurs peilen in hoeverre ze zichzelf zien functioneren in de bedrijven. Hier en daar begint iemand met een contract in z’n achterzak alvast aan een horlepijp.
De presentatie van de bedrijven in de zaal tijdens de fuif
22u00 Het jobforum loopt op zijn einde. Een lange nacht begint. De volumeknop wordt in de goeie richting gedraaid
en de fuif kan beginnen. Om 23u00 komt de stroom goed op gang. Om middernacht is de zaal goed gevuld, soms is het drummen. Ondertussen zijn de vertegenwoordigers van de bedrijven samen met de mensen van de VIK in de VIP-ruimte beland. De bedrijven worden bedankt met een fles champagne. De vrouwelijke leden van de studentenverenigingen serveren met de glimlach toastjes en snacks. Ondertussen zijn jonge collega’s van het Duitse VDI gearriveerd. Ze komen speciaal uit Aken om van het Belgische spektakel te genieten. 02u00 De muziek draait op volle toeren. De zaal is gevuld met 2000 knappe bollen die uit de knappe bol gaan. Iedereen fuift er op los. Het succes is een feit.
Een sfeerbeeld in de zaal
04u00 Met mondjesmaat verdwijnen de mensen in de duisternis. De echte fuifnummers weten van geen ophouden. De zaal zit nog goed vol. Hier en daar ontstaan lege plekjes. Ze worden prompt ingenomen door fuifnummers die veel plaats nodig hebben. Maar zelfs die raken leeggedanst. Om 05u00 gaat het licht aan. Is het al zo laat? 05u00 De eerste VIK-Nacht van de Ingenieur zit er op. Wakker blijven en zaal opruimen. De studentenverenigingen leveren fantastisch werk terwijl de VIK met de praesessen van de studentenverenigingen de financies doornemen. De eerste balans ziet er goed uit. Winst maken doet deugd. En wat wil een mens nog meer als je bovendien van 2000 mensen positieve reacties hebt gekregen…een bed natuurlijk! 09u00 Iedereen heeft zijn uiterste best gedaan. De zaal ziet eruit zoals ze er een etmaal geleden uitzag. Iedereen zoekt z’n bed op. Ondertussen is het 1 mei, feest van de… De Toekomst De reacties zijn zo positief dat de VIK volgend jaar de Nacht van de Ingenieur wil uitbreiden en de Nacht op dezelfde datum in verschillende provincies wil organiseren. Er wordt een live-stream verbinding gemaakt tussen de zalen. In elke zaal zal men op een reuze scherm kunnen zien hoe ingenieurs in de andere provincies fuiven. Hieraan wordt een groot bedrijvenforum gelinkt. Volgend jaar groter en nog beter! Ing. Raf Creemers
57
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN LIMBURG "ALLE HOOGTEPUNTEN VAN CHINA" DOND. 4 OKTOBER 2001 Peking - Chengde - Xian - Kunming - Yangshuo - Suzhou - Shanghai Het reisbureau Alk Reizen te Alken Lic. 1995 (gekend voor zijn verzorgde chinareizen onder leiding van Sinologen), organiseert, exclusief voor de VIK-Afdeling Limburg, een 14-daagse rondreis "Hoogtepunten van China" en dit van zondag 31.03.2002 tot en met zaterdag 13.04.2002 (tijdens de Paasvakantie). Programma Dag 1: Brussel – Peking. Vertrek in de vroege avond vanuit Brussel voor een rechtstreekse vlucht naar Peking met China Eastern Airlines. Dag 2: Peking Aankomst te Peking in de voormiddag. Ontvangst op de luchthaven en transfer naar het hotel voor check in. Hotel New World Courtyard by Marriott 4*. Lunch in een lokaal restaurant. Namiddag bezoek aan het Zomerpaleis. Hierna brengen we een bezoek aan het Yuanmingyuan (een op Versailles geïnspireerd zomerpaleis). Deze eerste dag in China sluiten we af met een heerlijke diner in ons hotel, uw eerste kennismaking met de echte Chinese keuken. Indien mogelijk passeren we ook nog langs het Verbiest-planetarium. Dag 3: Peking - Chengde Na het ontbijt vertrekken we richting Chengde. Onderweg stoppen we om de grote muur in de buurt van Simatai te bezoeken. Dit wordt een mooie onderbreking op onze busreis van ca. 250 km. Na het bezoek van de muur genieten we van een Chinese Barbecue. Daarna zetten we onze reis verder naar Chengde (Jehol, de oude zomerresidentie van de Pekingregeringen). Zoals in het Zomerpaleis te Peking vindt u ook hier talrijke meertjes, paviljoentjes en kiosken waar de locale bevolking thee komt drinken. Na deze uitstappen genieten we een heerlijk specialiteitendiner in ons hotel het Quiang Yang hotel 4* Dag 4: Chengde - Peking Na het ontbijt bezoek aan de hemelse tempel, ook gekend als de tempel van universele vrede. Deze werd opgericht ter herdenking van de overwinning van Qianlong op de Mongolen. Daarna brengen we een bezoek aan de kleine Potala, kopie van het paleisklooster van Lhassa en de grootste Boeddhistische tempel van de stad. Deze constructie domineert het vreedzame landschap van Chengde. Retour naar Peking. Maaltijd in Dai Village een restaurant met typische dansen en voedsel uit Yunnan. Dag 5: Peking Na het ontbijt zetten we koers naar het Tiananmenplein, het grootste plein ter wereld (440.000 m ) met een bezoek aan het Maomausoleum. Van daaruit gaat het verder naar de Verboden Stad (Gugong). Na dit uitgebreid bezoek lunchen we in een lokaal restaurant. In de namiddag bezoeken we één van de mooiste tempels van Peking, de
58
I.M.- JUNI - JULI 2001
Lamatempel. ‘s Avonds speciaal diner met gelakte eend, gevolgd door Peking Opera. Dag 6: Peking - Xian In de ochtend bezoeken we het meest gefotografeerde monument van Peking namelijk Tiantan of de Hemeltempel. Hierna gaan we naar Liulichang, het oude antiekstraatje. U kan ofwel per autocar terug naar het hotel of hier flaneren tot we ons naar het station moeten begeven. In de vroege avond reizen we per nachttrein naar Xian in 1ste klasse, couchettes per 4 personen. Avondmaal op de trein. Dag 7: Xian In de vroege ochtend komen we aan te Xian, transfer naar ons hotel Grand New World 4*, na het ontbijt vertrekken we naar het Terracottaleger. Maar eerst brengen we een bezoek aan een lokale medicijnenmarkt, met allerlei kruiden, planten en typisch Chinese bereidingen (gedroogde slang, salamander ...). In de Lintongsite bezoeken we minimum 2 putten en het museum met de bronzen wagen. s‘ Avonds een speciaal Jiaozidiner, gevolgd door een voorstelling van Tangdansen. Dag 8: Xian - Kunming Na het ontbijt transfer naar de luchthaven voor de vlucht naar Kunming. Na aankomst brengen we bezoek aan de westelijke heuvels, waar we opklimmen tot de drakenpoort van waaruit we een mooi zicht hebben op het Dianchi. We eindigen deze dag in het oude stadsgedeelte van Kunming met zijn oude houten huisjes en de vogelmarkt. We overnachten in het hotel Courtyard by Marriott 4*. Dag 9: Kunming - Yangshuo In de vroege ochtend gaan we op weg naar het beroemde Stenen Woud terwijl we de streek van Chenggong doorkruisen, die bekend is omwille van haar fruit en bloemen. Het stenen woud is één van de meest indrukwekkende landschappen van China. In dit park van 80 ha. maken we een mooie wandeling tussen rotsformaties met poëtische namen zoals "Neushoorn die naar de maan kijkt" of "Eeuwige Paddestoel". Lunch
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN LIMBURG ter plaatse. Daarna begeven we ons terug naar de luchthaven voor onze vlucht naar Guilin. Na de vlucht rijden we door naar Yangshuo, een enclave waar de buitenlandse toerist uiterst welkom is. Hier kan u op uw vrije avond genieten van een terrasje en zelfs pannenkoeken bestellen. Hier logeren we in het Paradise Resort 3* Dag 10: Yangshuo Na het ontbijt begeven we ons naar de kleine haven van Yangshuo om een kleine cruise te maken door het schilderachtige karstlandschap. Op het einde van onze boottocht begeven we ons per fiets richting Yangshuo met onderweg nog even tijd voor een vlottentocht. Na de lunch zetten we onze tocht verder richting Moon Hill, die we ook beklimmen. Als beloning krijgen we een schitterend uitzicht op het landschap. We zetten onze ontdekkingstocht verder per sidecar op zoek naar kleine dorpjes en het platteland. Zo heeft u deze dag alle lokale vervoersmodi kunnen proberen: boot, fiets, vlot en sidecar. Voor diegenen die niet alle vervoermiddelen willen proberen en liever alles op afstand willen bekijken, is er alternatief vervoer voorzien. ‘s Avonds hebben we ook nog de gelegenheid om de Aalscholvervissers van Yangshuo aan het werk te zien. Dag 11: Yangshuo - Suzhou In de vroege ochtend vertrek naar Guilin voor een bezoek aan Olifantenslurfheuvel en Ludiyan (de grot van de rieten fluit). Hierna nemen we de vlucht richting Shanghai. Daar aangekomen hebben we nog een transfer naar Suzhou, het Venetiän China, beschreven door Marco Polo. Vandaag bezoeken we nog de tuin van de "humble administrator". Een park van ca. 5 ha met rotsen, meertjes, poelen, bruggetjes, bamboe-eilandjes ... Kortom een meesterstuk van landschapsarchitectuur uit het begin van de 16de eeuw. Tot slot bezoeken we nog een zijdefabriek. Avondmaal in ons hotel, het Gloria Plaza Hotel 4* Dag 12: Suzhou - Shanghai Bezoek aan de Tijgerheuvel, de Hanshan tempel gevolgd door een bezoek aan het stadje Zhouzhuang, dat gesticht werd in 1086 en dat beschouwd wordt als een architecturale schat voor de Ming en Qing dynastieën. Bezoek binnen in enkele huizen. Retour naar Shanghai, korte rondrit van de luchthaven via de Bund over Nanjinglu. Vanavond wonen we een voorstelling van Chinese Acrobatie bij. Wij logeren in hotel Novotel Atlantis 4* in het Pudong gebied, met schit-
terend uitzicht op de Bund. Dag 13: Shanghai Deze laatste dag brengen we nog een bezoek aan de Jaden Boeddha die van het begin van deze eeuw dateert. Daarna brengen we een bezoek aan het Shanghai-museum, het mooiste museum van China en tevens de grote finale van onze reis, hier krijgt u nog eens een samenvatting van alles wat u tijdens uw reis gezien heeft. ‘s Avond speciaal afscheidsdiner. Dag 14: Shanghai - Brussel Na het ontbijt transfer naar de luchthaven voor vlucht naar Brussel, met een korte stop in Peking. Reissom per persoon: 92.950 BEF (2.307,17 Euro) in tweepersoonskamer, toeslag voor éénpersoonskamer: 11.950 BEF (296.23 Euro) Deze reissom werd berekend op minimum 30 en maximum 40 deelnemers, aan de wisselkoers van 45 BEF/1USD. Inbegrepen: internationale vluchten met China Eastern Airlines (rechtstreeks vanuit Brussel, inclusief luchthaventaksen); alle binnenlands vervoer (transfers, alle binnenlandse vluchten inclusief taksen, trein in 1ste klasse); verblijf in 1ste klasse hotels; vol pension gedurende de ganse reis; alle excursies en toegangsgelden; alle shows (Peking Opera, Tang Dansen, Dai Dansen, Acrobatie ...); Engelstalige of Franstalige lokale gids; een Nederlandstalige begeleider vanuit Brussel; het groepsvisum B.T.W.; Annulatieverzekering; bijstands- en repatriëringsverzekering; transfer van Alken naar Zaventem en terug. Niet inbegrepen: dranken; persoonlijke uitgaven; fooien. Formaliteiten: Een internationale reispas is vereist, met zes maanden geldigheid na de datum van terugreis. Inschrijving: Leden van de VIK (en hun partner) die wensen deel te nemen aan de 14-daagse rondreis door China, kunnen nu reeds inschrijven door een voorschot van 30.000 BEF (743.69 Euro) per persoon te storten op rekeningnummer 451-8527851-34 van de VIK-Afdeling Limburg, 3500 Hasselt, met vermelding "rondreis China met ... personen", en dit voor 31 augustus 2001. Een wordt een informatievergadering georganiseerd voor de deelnemers. Voor verdere informatie over deze reis kan men zich in verbinding stellen met Ing. André Boes, Vilderstraat 20, 3500 Hasselt. tel. en fax: 011-21 05 89 (na 17u00).
59
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN LIMBURG ACTIVITEITENKALENDER 2001 - 2002 12.01.2002:
LIMBURG
Nieuwjaarsreceptie en uitreiking Paul Donnersprijs, Bilzen, Alden Biesen, 19u00
31.03.-13.04.2002:
14-daagse rondreis "Alle hoogtepunten van China"
Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling Limburg, te gebeuren op volgend adres: VIK-secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel.: 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected]. Ing. Chris Ribus, secretaris van de VIK-Afdeling Limburg, is tevens het aanspreekpunt voor de Regio Limburg. U kan ook steeds bij hem terecht met uw vragen. Zijn adres: Deurnestraat 102, 3583 Beringen, tel. en fax: 013-67 85 11, e-mail:
[email protected]
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN BRUSSEL-HALLE-VILVOORDE BEZOEK AAN HET HST-STATION BRUSSEL-ZUID EN KENNISMAKINGSTRIP PER HST Zaterdag 22 september 2001 De NMBS viert dit jaar haar 75ste verjaardag met onder meer geleide bezoeken aan en tentoonstellingen in de meest belangrijke stations. Het eerste Zuid-station was een eindstation en bevond zich iets meer naar het centrum van Brussel. De ingebruikname van het huidige station, ter vervanging van het oorspronkelijke, omstreeks 1950, was een onderdeel van de Noord-Zuid-verbinding die kort daarop volgde en het is vandaag het grootste Belgisch station voor reizigersvervoer. Toen de beslissing werd genomen ook de Belgische hoofdstad op het Franse HST-net te enten, viel de keuze voor het eerste Brussels HST-station op Brussel-Zuid dat ondertussen is uitgegroeid tot een belangrijk onderdeel van dit over gans Europa uitdeinend sneltreinnet. Op zaterdag 22 september 2001 bezoekt de VIK het HST-station, de werkplaatsen voor het onderhoud van de supergeavanceerde treinstellen en het seinhuis te Vorst van waaruit dagelijks niet minder dan 1.100 treinen voor personen- en goederenvervoer feilloos door de Noord-Zuid-verbinding worden geloodst. Deze twee en een half uur durende rondleiding
wordt aangevuld met een proefrit per HST. Deze kennismakingsreis, in eerste klas, zal de deelnemers een totaalindruk geven van het comfort en de snelheid (tot 300 km/u- waarmee HST-reizigers weldra een groot deel van Europa zullen kunnen doorkruisen. Nu reeds is er vanuit Brussel de Eurostar-lijn die via de tunnel onder het Nauw van Cales Londen als eindbestemming heeft en de Thalys-lijn naar Parijs en verder naar het zuiden en het westen van Frankrijk. Rijsel is nu nog slechts 38 minuten verwijderd van Brussel! In het volgende nummer van de Ingenieursmededelingen zullen de praktische schikkingen en de deelnemingsbijdrage (met mogelijke heen- en terugreis naar Rijsel) worden meegedeeld. Daar echter het aantal deelnemers begrensd is en er voor de treinreis tijdig dient te worden geboekt is het wenselijk nu reeds uw aanwezigheid te bevestigen. Daarbij zal de volgorde van ontvangst van de inschrijvingen bepalend zijn. Gelieve uw inschrijving, met vermelding van het aantal deelnemers, te sturen naar het VIK-secretariaat, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, fax: 03-259 11 09, e-mail:
[email protected]. Er wordt enkel met schriftelijke aanmeldingen rekening gehouden. Deze bezoekdag is een gezamenlijk initiatief van de Regionale Afdelingen Brussel-Halle-Vilvoorde en Oost-Vlaanderen.
Nieuwjaarsreceptie De nieuwjaarsreceptie van de VIK-Afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde zal plaats hebben op VRIJDAG 25 JANUARI 2002 vanaf 17u, in de lokalen van de Erasmushogeschool te Anderlecht. Hou deze datum nu reeds vrij in uw agenda!
60
I.M.- JUNI - JULI 2001
NIEUWS VAN DE AFDELINGEN WAASLAND
BEZOEK KASTEEL CORTEWALLE-BEVEREN 30 september 2001 De prachtige waterburcht Cortewalle te Beveren ligt in een uitgestrekt park van 9 ha. Het oudste gedeelte van het kasteel dateert uit het begin van de 15e eeuw.
zeren hangbrug uit 1905, waarop menig koppeltje werd vereeuwigd voor de trouwfoto. Het kasteel maakt op dit ogenblik deel uit van het cultureel centrum ‘Ter Vesten’.
Het kasteel is een unicum omdat het nooit belegerd of verwoest werd en in het bezit bleef van slechts drie families. In 1966 werd het kasteel met het prachtige park en de bijgebouwen eigendom van de gemeente Beveren. Eind van de jaren tachtig werd een restauratie uitgevoerd. In het park bevindt zich een mooie gietij-
De parkbeplanting bestaat uit drie grote boomgroepen: linde, zomereik en beuk. De onderbeplanting bestaat veelal uit klimop, vlier, esdoorn, lijsterbes en hulst. Ieder vindt tussen de kunstwerken en de prachtige oude bomen wel een rustig plekje.
PRAKTISCH Plaats: Brasserie ‘het Koetshuis’, aan de ingang van het domein. Domein Cortewalle ligt langsheen de oude baan Antwerpen-Gent (N70), op ongeveer 1 km van het centrum van Beveren Datum: zondag 30 september 2001 - aanvang: 14u stipt; einde rond 16u30 Kosten voor deelneming: gratis voor leden op vertoon van hun lidmaatschapskaart, niet-leden: 200 BEF Inschrijving: VIK-Secretariaat (tot en met donderdag 27 september 2001). Het aantal deelnemers is beperkt! (40 p.)
ACTIVITEITENKALENDER 2001
WAASLAND
30.09.2001:
Bezoek kasteel Cortewalle, Beveren
04.10.2001:
Bedrijfsbezoek GAF
Tenzij anders vermeld dienen de inschrijvingen voor de activiteiten, georganiseerd door de VIK-Afdeling Waasland, te gebeuren op volgend adres: VIK-secretariaat, Francine Demaret, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem, tel.: 03-259 11 09, fax: 03-259 11 01, e-mail:
[email protected]. De aankondigingen van activiteiten die de VIK-Afdeling Waasland haar leden aanbiedt, kan men ook steeds raadplegen via de VIK-website of rechtstreeks via het adres: http://www.vikwsl.yucom.be. Tevens kan men op bovenstaande website van de VIK-Afdeling Waasland een historiek van verslagen opvragen van de reeds eerder georganiseerde activiteiten.
Regionale bestuursvergaderingen Afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde: 26.09.2001 28.11.2001 Afdeling Leuven: 12.09.2001 11.10.2001 14.11.2001 12.12.2001 Afdeling Mechelen: 13.09.2001 11.10.2001 08.11.2001
13.12.2001 Afdeling Noord-West-Vlaanderen: 19.06.2001 Afdeling Oost-Vlaanderen: 03.09.2001 17.09.2001 01.10.2001 15.10.2001 05.11.2001 19.11.2001 03.12.2001 17.12.2001
Afdeling Waasland: 06.09.2001 04.10.2001 08.11.2001 06.12.2001 Afdeling Zuid-West-Vlaanderen: 03.09.2001 15.10.2001 03.12.2001
Voor meer informatie omtrent uur en plaats van deze vergaderingen kan u terecht bij Francine Demaret op het VIK-secretariaat op het telefoonnummer 03-259 11 09.
61
I.M.- JUNI - JULI 2001
Vul dit formulier in als uw adres of werkomgeving gewijzigd is, zo blijft u op de hoogte van alle activiteiten die u als ingenieur interesseren. Fax het naar 03-259 11 01 of stuur het naar de Vlaamse Ingenieurskamer, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem. (art. 4 W.8/12/92:1. houder van het bestand: Vlaamse Ingenieurskamer VZW, Herentalsebaan 643 2160 Wommelgem. 2. doel: ledenadadministratie 3. recht tot inzage en correctie cfr. arts. 10 en 12: Vlaamse Ingenieurskamer op adres van de zetel te Wommelgem) Kruis het gepaste aan:
❏ ❏ ❏ ❏ ❏ ❏
INLICHTINGENEN AANVRAAGFORMULIER Inschrijving VIK-activiteit
Adreswijziging
❏ Ik wens mij in te schrijven voor volgende actviteit:
Wijziging werkgegevens
...........................................................................................
Inschrijving VIK-activiteit
Aard van de activiteit: ❏ bedrijfsbezoek ❏ lezing ❏ studiedag ❏ vergadering ❏ socio-culturele activiteit ❏ cursus ❏ andere activiteit (nader te specificeren): ...........................................................................................
Opvragen informatie Inschrijving "Dienstaanbiedingen"
❏ bedrijf ❏ persoonlijk
Nieuw lidmaatschap
Aantal personen: ...................................
Privé gegevens: Lidmaatschapsnummer: ............................................ Geslacht:
❏M/❏V
Datum: ......................... plaats: ...........................................
Geboortedatum: ....................
Naam + voornaam: ..............................................................
Georganiseerd door (Afdeling, Studiegroep) ........................................................................................... Enkel in te vullen bij opname in de "Dienstaanbiedingen":
Oud adres (enkel bij adreswijziging):...............................................
Nuttige ervaring:.......................................................................
..........................................................................................
..............................................................................................
Privé adres (nieuw/huidig): straat + huisnummer:............................................................ postnr. + gemeente:.............................................................. tel.nr.:.................................. fax nr.: .................................... Gevolgde specialiteit: ......................... Diplomajaar: ................ School: ...............................................................................
.............................................................................................. Talenkennis: ............................................................................ Tijdstip van mogelijke indiensttreding: .......................................... Belangstellingsgebieden:............................................................ .............................................................................................. Indien van toepassing, geef aan in welke omgeving of provincie u wenst werk te vinden: ..............................................................................................
Werkgegevens: Naam bedrijf/school/instelling:
Handtekening: ........................................................................
..........................................................................................
Datum: ..................................................................................
straat + huisnummer:............................................................ postnr. + gemeente:.............................................................. tel.nr. algemeen:........................rechtstreeks......................... fax nr. algemeen:........................rechtstreeks......................... Sector tewerkstelling:
❏ industrie ❏ onderwijs ❏ openbare dienst ❏ zelfstandige
Activiteit van het bedrijf: invullen volgens bijgaand overzicht (NACE-code):......................... BTW-nummer:..................................................................... Functie: .............................................................................. Departement: ..................................................................... Aantal werknemers:
❏
O <50
❏ 50-100 ❏ 101-250 ❏ >250
Omzet:
❏ <50 miljoen ❏ 50-200 miljoen ❏ 200-500 miljoen ❏ >500 miljoen Aanvraag informatie Ik zou graag informatie bekomen over volgend onderwerp: ............................................................................................. ............................................................................................. ............................................................................................. .............................................................................................
Activiteit van het bedrijf: NACE-code. 15: Vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken 17: Vervaardiging van textiel 20: Houtindustrie en vervaardiging van artikelen van hout, kurk, riet en vlechtwerk 22: Uitgeverijen, drukkerijen en reproductie van opgenomen media 24: Chemische nijverheid 25: Rubber- en kunststofnijverheid 26: Vervaardiging van overige niet-metaalhoudende minerale producten 27: Metallurgie 28: Vervaardiging van producten van metaal 29: Vervaardiging van machines, apparaten en werktuigen 31: Vervaardiging van elektrische machines en apparaten 32: Vervaardiging van audio-, video- en telecommunicatieapparatuur 33: Vervaardiging van medische apparatuur, van precisie- en optische instrumenten en uurwerken 36: Vervaardiging van meubels; overige industrie 45: Bouwnijverheid 51: Groothandel en handelsbemiddeling, exclusief de handel in auto's en motorrijwielen 60: Vervoer te land 61: Vervoer over water 62: Luchtvaart 65: Financiële instellingen 66: Verzekeringswezen 72: Informatica en aanverwante activiteiten 74: Overige zakelijke dienstverlening 75: Openbaar bestuur, algemene collectieve diensten en verplichte sociale verzekering 80: Onderwijs ...... Andere (te specificeren)....................................................
63
I.M.- JUNI - JULI 2001