DIT DOSSIER WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET EN VALT NIET ONDER DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDACTIE VAN TRENDS
DECEMBER 2013
PUBLIEK-PRIVATE SAMENWERKING
DEBAT Privé en overheid kruisen de degens STADSKERNVERNIEUWING Nood aan integrale aanpak en samenwerking
FOTO: PRIVÉ
ONTWIKKELING VAN BROWNFIELDS IN OPMARS Aangepaste benadering PPS-projecten zorgt voor kentering in positieve zin
Koplopers in infrastructuur PPS projecten Heijmans Infra, wegenbouwer Van den Berg, leidingbouwer
2 · DECEMBER 2013
UITDAGING
De afgelopen jaren waren PPS-projecten vaak de sleutel voor het realiseren van complexe investeringsprojecten van groot maatschappelijk en economisch belang. Na een recente terugval in de projecten, is er nu gelukkig opnieuw een kentering in de positieve zin waar te nemen”, zegt Steven Van Garsse, Manager Vlaams Kenniscentrum PPS.
EDITOR’S PICK
6
Paul Lievens en Jo Roelants over de evolutie van PPS-projecten
Privaat kapitaal zoekt bestemming
D
Steven Van Garsse MANAGER VLAAMS KENNISCENTRUM PPS
Investeringsprogramma’s op lange termijn zien langzaam terug het levenslicht, aangespoord door de Europese Commissie die in het kader van het zogenaamde Europese semester duidelijkheid wenst te verkrijgen over de toekomstige overheidsinvesteringen
e afgelopen weken was de Benelux het toneel van diverse congressen op het gebied van PPS en infrastructuur. Aan de Universiteit van Antwerpen vond op 6 en 7 november het internationale congres ‘Global challenges in PPP : cross-sectoral and cross-disciplinary solutions?’ plaats. Zowat 160 deelnemers vanuit alle hoeken van de wereld reisden af naar Antwerpen om hun onderzoek voor te stellen. Verder werd uitgepakt met zeer gerenommeerde keynote speakers - onder meer van de VN en het OESO Transport Forum. Meer recent vonden in Amsterdam de ‘World Infrastructure Summit’ en het ‘Benelux Infrastructure Forum’ plaats. De genoemde conferenties hadden, naast nogal wat deelnemers, relatief veel gemeen. Zo werd bevestigd dat PPS-projecten de afgelopen jaren vaak de sleutel waren voor het realiseren van complexe investeringsprojecten van groot maatschappelijk en economisch belang. Diverse valkuilen moesten daarbij zo nu en dan worden overwonnen: te veel politieke inmenging, onvoldoende expertise bij de voorbereiding, gebrek aan draagvlak, onduidelijke regelgeving, ondoordachte risicoallocatie, enz.
Terugval in de projecten Eensgezindheid was er ook over het feit dat de financieel-economische crisis recentelijk voor een terugval
in de projecten zorgde. Enerzijds omdat private financiering schaarser was geworden. Anderzijds omdat projecten werden geannuleerd of vertraagd door een budgettaire krapte aan overheidszijde. Nochtans blijven de investeringsnoden immens. Volgens het World Economic Forum gaat het globaal om ‘US$ 100 trillion over the next two decades’. Ver hoeft men niet te zoeken: wachtlijsten voor investeringen in sociale infrastructuur, uitdagingen voor energiebesparing en –opwekking, uitdagingen inzake de demografische evolutie, enz. Een kentering is gelukkig waar te nemen. Investeringsprogramma’s op lange termijn zien langzaam terug het levenslicht, aangespoord door de Europese Commissie die in het kader van het zogenaamde Europese semester duidelijkheid wenst te verkrijgen over de toekomstige overheidsinvesteringen. Maar de Commissie gaat verder en moedigt langetermijninvesteringen aan als een manier om een slimme, duurzame en inclusieve groei te bevorderen.
Langetermijninvesteringen Europees commissaris Barnier verklaarde in dit verband recent nog: ‘Europa’s economie moet momenteel aan massale uitdagingen,waaronder grote langetermijninvesteringsbehoeften, het hoofd bieden. Deze zijn essentieel als basis voor innovatie en concurrentievermogen en ondersteunen een terugkeer naar duurzame groei en banen in
Grontmij, one-stop-shop voor al uw PPS-projecten
VOLG ONS OP: /MediaplanetBelgium @MediaplanetBE Mediaplanet Belgium Mediaplanetbe
Europa. Deze behoeften vereisen langetermijnfinanciering. Ervoor zorgen dat onze economie en onze financiële sector – waaronder banken en institutionele beleggers zoals verzekeraars en pensioenfondsen – in staat zijn langetermijninvesteringen te financieren, is een belangrijke maar complexe opgave(…)’.
Europese markt herleeft Het is trouwens die laatste doelstelling die vandaag door de Europese Investeringsbank wordt nagestreefd met haar recente ‘Project Bonds Initiative’ (een programma waarbij financiering van PPS-projecten via Bonds wordt gefaciliteerd). Maar er is meer. Veel institutionele beleggers zetten intussen - met succes - de eerste stappen op de PPS-markten. In het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Nederland zijn thans voorbeelden te vinden van PPS-projecten die worden gefinancierd door verzekeraars en fondsen. Ook in Vlaanderen zitten een aantal projecten in de pipeline. De banken blijven overigens niet afwezig of passief toekijken. Zo blijken er in Europa vandaag (opnieuw) meer dan 20 banken actief, op zoek naar goede PPS-projecten. Of hoe de markt in een Europese context herleeft en een schaarste in kapitaal meer en meer een schaarste in kwalitatieve projecten aan het worden is.
[email protected]
PUBLIEK-PRIVATE SAMENWERKING DECEMBER 2013 Managing Director: Christelle Röckert Head of Production: Daan De Becker Production Manager: Annelien Alaerts Business Developer Leoni Smedts Account Manager: Kristien Denteneer Tel: +32 2 421 18 29 E-mail:
[email protected] Redactie: Bert Verbeke, Joris Hendrickx Lay-out: I-Graphic E-mail:
[email protected] Print: Roularta Distributie: Trends Mediaplanet contactinformatie: Tel: +32 2 421 18 20 Fax: +32 2 421 18 31 E-mail:
[email protected] D/2013/12.996/40
Mediaplanet ontwikkelt hoogwaardige crossmediale campagnes die zich richten op een specifiek thema en de daarbij behorende doelgroep. Zo brengen wij lezer en adverteerder dichter bij elkaar. Deze bijlage wordt gepubliceerd door Mediaplanet en valt niet onder de verantwoordelijkheid van de redactie van Trends.
A11 Brugge
Grontmij is een interdisciplinair ingenieurs-, advies- en ontwerpbureau voor infrastructuur & mobiliteit; industrie, water & energie en planning & ontwerp. Wij staan garant voor professionele begeleiding en advies tijdens de volledige DBFM-procedure: offerte- en onderhandelingsfase, BAFO- en gunningsfase, coördinatie van de voorbereidende werken, opvolging en oplevering van de werken, en opvolging van het contract. Volg onze realisaties op www.grontmij.be
© Via Brugge
2013-10 ad PPS-banner Trends.indd 1
11/18/2013 6:23:33 PM
DECEMBER 2013 · 3
INSPIRATIE
Door jarenlange verwaarlozing, onderbenutting of structurele verontreiniging is het niet altijd evident om brownfields te herwaarderen. Dat het anders kan, bewijst het project Terranova in Zelzate/Evergem. Samenwerking tussen alle partijen was de sleutel voor het succes.
Samenwerking als basis voor succesvolle brownfieldontwikkeling T
ientallen jaren werd op voormalige industrieterreinen een torenhoog stort van fosforgips, een bijproduct van de fosforzuurproductie, verzameld. Toen het desbetreffende bedrijf failliet ging, bleef de gipsberg achter. Bovenop de gipsberg bevonden zich waterbekkens met zeer zuur, verontreinigd water. Door het faillissement was er een acuut veiligheidsrisico voor de omwonenden, de aanpalende spoorweg, de aanwezige gasleidingen en de aangrenzende bedrijven. Het waterpeil in de bekkens was te hoog en de aanwezige pompinfrastructuur faalde. Een milieuramp dreigde en er diende snel een oplossing te komen. Met Terranova en Terranova Solar - een samenwerkingsverband tussen private bedrijven en publieke besturen - werd een oplossing geboden en een nieuw elan gecreëerd.
“Om een project te laten slagen, dienen opdrachtgever en opdrachtnemer aan dezelfde kant te staan, zonder verborgen agenda” Balans tussen kosten en opbrengsten Investeerders in een brownfieldproject moeten een juiste balans vinden tussen kosten en opbrengsten, met het nodige respect voor omwonenden en betrokken partijen. In het Terranovaproject diende het terrein gesaneerd en de stortplaats afgedekt te worden.Voor
de kosten hiervan moesten nieuwe activiteiten opgezet worden. In samenspraak met de provincie en de betrokken gemeenten werd hiervoor een oplossing uitgewerkt. De oude fabrieksterreinen worden gesaneerd en de voormalige fabrieksgebouwen werden gesloopt om plaats te maken voor nieuwe industriële activiteiten. Zo wordt een nieuw bedrijventerrein van 50 hectare gecreëerd in het Gentse havengebied. De voormalige gipsberg huisvest het grootste aaneensluitende zonnepanelenpark in de Benelux. Uiterst belangrijk hierbij was dat de nodige vergunningen op tijd werden afgeleverd. Het park met 20 ha zonnepanelen heeft een geïnjecteerd vermogen van 15 MW. Meer dan 4.000 gezinnen zullen hiermee van groene stroom worden voorzien. Er is ook ruim 3 hectare bos aangelegd als groenbuffer voor de nabijgelegen wijk, bomen en struiken werden aangeplant en een geluidsberm van 5 meter hoog is volledig aangelegd en ingezaaid.
BALANS Investeerders in een brownfieldproject moeten een juiste balans vinden tussen kosten en opbrengsten, met het nodige respect voor omwonenden en betrokken partijen.
Draagvlak creëren Door het zwaar verleden met vervuilende en hinderlijke industrie was er heel wat argwaan bij omwonenden en bij de inspecterende overheid. Samenwerking en steun van de provincie en de betrokken gemeentes creëerde een draagvlak voor alle partijen. De participatie van de provincie en de gemeentes was een garantie dat niet louter economische factoren aan de basis lagen van het project.
Pragmatisme en transparantie In een brownfieldproject komt het erop aan om pragmatisch om
FOTO: PRIVÉ
te gaan met de wetgeving. Door de ernstige verontreiniging van de terreinen moesten er veiligheids- en voorzorgsmaatregelen getroffen worden, conform de procedures in het bodemdecreet. Hiermee kon de toestand onder controle gehouden worden. Parallel met deze dringende maatregelen was een hernieuwing en uitbreiding van de milieuvergunning nodig om het project uit te werken. Hiervoor was een open, transparante manier
van communicatie vereist. Uit het verleden was er immers heel veel tegenstand. Hoorzittingen, nieuwsbrieven, websites en permanente communicatie deden het tij beetje bij beetje keren en zo kon de buurt overtuigd worden van de goede intenties van de investeerders.
Iedereen aan dezelfde kant Het Terranovaproject bewijst dat wederzijds vertrouwen essentieel is. In een concurrentiële markt wor-
den nog al eens ‘kleine lettertjes’ gebruikt. Dat is fnuikend voor een PPS-project. Om een project te laten slagen, dient iedereen - opdrachtgever en opdrachtnemer - aan dezelfde kant te staan, zonder verborgen agenda. Alle partijen dienen af te stappen van hun klassieke rol en samen als partners het project uit te voeren. BERT VERBEKE
[email protected]
Nieuwe ruimte via brownfieldontwikkeling
Aertssen nv, uw betrouwbare partner!
Terranova Zelzate/Evergem
Laageind 91, 2940 Stabroek - Tel: 03/561 09 50 - Fax: 03/561 09 59 -
[email protected] - www.aertssen.be
Boelwerf Temse
People, Power and Passion to build on
4 · DECEMBER 2013
INSPIRATIE
Nood aan integrale aanpak en bereidheid tot samenwerking
Een integrale aanpak in een reconversieproject is de enige manier om de bestemming, bodemproblematiek en aan te leggen infrastructuur te koppelen aan de financiële haalbaarheid.
Het reconversieproject 4 Fonteinen in Vilvoorde is een buitenbeentje. Het is geen klassiek PPS-project, maar geldt wel als een voorbeeld van een strategische samenwerking tussen private en publieke partijen. Hun financiële inbreng, knowhow en ervaring waren de motor tot een herontwikkeling. Concreet werken PSR Brownfield Developers - deel van de Jan De Nul Group - en Matexi Group samen met de stad Vilvoorde en Waterwegen en Zeekanaal aan de ontwikkeling van een nieuw stadsdeel. Het project situeert zich aan de rechteroever van het Zeekanaal Brussel-Schelde
op een site waar enkele decennia geleden nog bloeiende nijverheid aanwezig was. Toen de industriële activiteiten in verval geraakten, bleven de terreinen lang onbenut achter. Hoewel het slechts deel uitmaakt van een veel groter reconversietraject - Vilvoorde Watersite - is de impact niet te onderschatten: een grondoppervlakte van 13 ha, circa 950 nieuwe wooneenheden en meer dan 10.000m² ondersteunend programma. Een dergelijk project is zelfs relatief schaars in Vlaanderen.
Zuurstof voor de stad Het industriële verleden drukte jarenlang een zware stempel op Vilvoorde. Vandaag heeft de stad haar grijze verleden voorgoed vaarwel gezegd. De nieuwe buurt vlakbij het centrum, tussen water en groen, zal in de nabije toekomst uitgroeien tot een levendige stadswijk. Bewoners zullen er werken, winkelen en ontspannen binnen
een metropolitaanse omgeving. Het project geeft de stad zuurstof en zorgt voor een samenhang tussen de Vilvoordse wijken. Door haar strategische ligging nabij het toekomstige GEN-station slaat 4 Fonteinen ook bruggen naar Machelen en Brussel. Na een lang voortraject met vele betrokken actoren en uitdagingen, bevindt het project zich aan de vooravond van de bouw en commercialisatie.
Oplossingen voor hindernissen Bij de start van het project moesten de initiatiefnemers een oplossing vinden voor uiteenlopende hindernissen: verwerving van versnipperde percelen, bodemproblemen, juridische procedures, enz. Bovendien moesten diverse elementen van het project gekoppeld worden: welk bouwprogramma en welke dichtheid? Wat is de globale kostprijs en rendementsfactor voor de zone
of bepaalde deelgebieden binnen de zone? Wat met de ontsluiting en mobiliteit? Hoe kan de private markt betrokken worden bij het ontwikkelingsproces? Het antwoord op deze vragen lag in een geïntegreerde aanpak en in de bereidheid tot samenwerking tussen alle actoren. Het opbouwen van een wederzijds vertrouwen bleek soms een moeilijke evenwichtsoefening.
Eén centrale coördinator 4 Fonteinen is een project van lange adem, de voorbereidende fase nam behoorlijk wat tijd in beslag. De aanpak was een kwestie van vallen en opstaan. Cruciaal in de samenwerking was de aanstelling van één centrale coördinator die continu de verschillende actoren op elkaar afstemt en fungeert als gesprekspartner met overige actoren. Actoren kunnen zo op één plaats terecht en worden op die manier samengebracht.
Volharding en durf Volharding en durf om vooraf te investeren, vooral wat tijd betreft, waren belangrijke troeven om de reconversie op gang te trekken. De keuze van het juiste maatschappelijke en financiële evenwicht en het vastleggen van kritische drempels waren bepalend voor de slaagkansen van het project. Daarnaast was een voldoende inzicht in het project noodzakelijk.Het ging daarbij zowel om een technische oplossing voor de verwijdering van de aanwezige verontreiniging als een constructie voor het leveren van de nodige fondsen. De rode draad ‘kwaliteit en globale waardecreatie’ doorheen het project diende hand in hand te gaan met financiële resultaten of de creatie van financiële toegevoegde waarde.
BERT VERBEKE
[email protected]
Vlakbij de stad, tussen water en groen. Aan de waterkant van Vilvoorde komt een nieuwe buurt met een divers aanbod aan mooie, kwaliteitsvolle woningen. Hier woon je langs het water, rondom een plein of aan het groen. Het bruisende centrum van Vilvoorde en het uitnodigende ‘Drie Fonteinen’ park zijn vlakbij. Zowel naar Antwerpen, Mechelen als Brussel is 4 Fonteinen een ideale uitvalsbasis die een aangename gezin-werkbalans garandeert. TIP: Schrijf je in op onze nieuwsbrief en ontdek als eerste het woonaanbod. START VERKOOP: VOORJAAR 2014
www.4fonteinen.be
DECEMBER 2013 · 5
PROJECT 4 FONTEINEN Het project bevindt zich aan de vooravond van de bouw en commercialisatie. Cruciaal in de samenwerking was de aanstelling van één centrale coördinator die continu de verschillende actoren op elkaar afstemt en fungeert als gesprekspartner met overige actoren.
Meerwaarde voor alle stakeholders moet de missie zijn bij PPS
RENDERS: PRIVÉ
relatie.De praktijk staat of valt met de wil tot samenwerken en begrip voor elkaars situatie en belangen’. In het bijzonder voor PPS-projecten - zoals gebleken uit internationaal onderzoek - is draagvlak vinden van bij de aanvangsfase essentieel voor succes. En dit niet enkel bij directe stakeholders, maar ook bij belangengroepen.”
Meerwaarde creëren
Prof. dr. Elvira Haezendonck HOOFDDOCENT MANAGEMENT EN STRATEGIE VUB EN PROMOTOR VUB CHAIR IN PPP, GESPONSORD DOOR DELOITTE, LAGA EN GRONTMIJ
“Na tien jaar PPS in Vlaanderen, is het tijd voor een nuchtere reflectie over het welslagen van dergelijke projecten”, zegt Prof. dr. Elvira Haezendonck. “Publiek-Private Samenwerking (PPS) in Vlaanderen kent sinds het PPS-decreet in 2003 een sterke groei. Recente projecten zoals de kunstgrasvelden of de aanleg van transportinfrastructuur (vb. Liefkenshoekspoorverbinding, BRABO1 en R4) zijn positieve voorbeelden van meerwaardecreatie voor alle betrokken partijen. Maar er zijn helaas ook andere PPS-projecten, met grote maatschappelijke impact, waar men erg moeizaam of niet tot de realisatie komt,bijvoorbeeld de Oosterweelverbinding en de gevangenis van Dendermonde. Anderzijds zorgt het A11 project met de ontsluiting van Zeebrugge voor een eerste opportuniteit om de financiering via de schuldkapitaalmarkten te laten verlopen.”
Draagvlak essentieel “De Chair in Public-Private Partnership (PPP) aan de Vrije Universiteit Brussel, gesponsord door Deloitte, Grontmij en Advocatenkantoor Laga, onderzoekt daarom welke sleutelfactoren bijdragen tot succesvolle PPS-projecten. Wereldwijde analyses leveren geen uniforme lijst van kritische succesfactoren. Ze tonen wel aan dat het belang erkennen van alle stakeholders in elke fase van het project, meerwaarde voor alle partijen realiseren en kennisoverdracht naar en van het project, terugkerende factoren zijn in de top vijf. Dit is een continu en dynamisch proces, of zoals in Den Haag* in mei van dit jaar nog gesteld ‘samenwerken is een werkwoord in een langdurige
“De Chair in PPP (VUB) onderzocht het stakeholder management in enkele specifieke Vlaamse PPS-projecten en stelde hier een gebrek aan stakeholder management ownership vast, tezamen met een zeer dynamische evolutie van macht en urgentie van cruciale stakeholders. De higher purpose van beter samenwerken in PPS is voor iedereen meerwaarde creëren.Elk Vlaams PPS-project moet slagen voor de meerwaardetoets van het Vlaams Kenniscentrum, maar de gepercipieerde meerwaarde voor elke belanghebbende of stakeholder in een project is hierbij niet gegarandeerd. Onderzoeker Steven De Schepper van de Chair in PPP (VUB) vond bijvoorbeeld dat de precontractuele kosten in een PPS-proces,die kunnen oplopen tot 10% van het bouwvolume voor de private partij zonder zekerheid op projectrealisatie,aanzienlijke repercussies kunnen hebben op de meerwaarde van PPS-projecten.”
Higher purpose leadership “De Chair in PPP (VUB) ontwikkelt momenteel een tool om het meerwaardepotentieel van PPSprojecten, bekeken vanuit het standpunt van een ruimere set van belanghebbenden, vooraf grondiger te onderzoeken. De Chair in PPP (VUB) zal tevens op haar komende adviesraad verschillende Vlaamse en Nederlandse experts dieper laten ingaan op meerwaardecreatie in PPS-projecten. Hier zal worden stilgestaan bij zowel procesmatige, technische alsook financieel/juridische aspecten van PPS, dewelke aanleiding kunnen geven tot een succesvollere samenwerking en higher purpose leadership voor het bereiken van nog meer maatschappelijke meerwaarde met PPS.” *CONFERENTIE PPS WERKT! PUBLIEK PRIVAAT SUCCES, 30 MEI 2013, DEN HAAG, GEORGANISEERD DOOR RIJKSWATERSTAAT, RIJKSGEBOUWENDIENST EN MARKTPARTIJEN.
MEER INFORMATIE:
Prof. dr. Elvira Haezendonck of mail
[email protected]
6 · DECEMBER 2013
PROFESSIONEEL INZICHT
“De laatste jaren is de aannemersmarkt voor grote overheidsopdrachten enorm veranderd. Eerst was er de evolutie naar steeds meer PPS-projecten, vervolgens veranderde ook de financiering ervan. Vandaag bestaan er tal van mogelijkheden, maar ook evenveel valkuilen, waarbij een private partner rekening dient te houden”, opent Paul Lievens, CFO Jan De Nul Group.
“Betalen nog te veel leer- en ontwikkelingsgeld”
W
e starten bij een PPS-dossier gemiddeld met een combinatie van 10% eigen vermogen en 90% vreemd vermogen. In Vlaanderen specifiek komt het voor dat de overheid een minderheidsparticipatie neemt,ook wel een ‘participatieve PPS’ genoemd. Vroeger werden projecten zo goed als volledig en uitsluitend door banken gefinancierd over een termijn van 20 of 30 jaar. Sinds 2008 is de regelgeving inzake bancaire liquiditeitsvereisten echter verstrengd. Dit, en het vooruitzicht van het Basel III akkoord, hebben ervoor gezorgd dat vele banken hierop anticipeerden en geen lange termijnfinanciering meer aanbieden,tenzij met een herziening van de rentevoet om de 10 jaar.
Strikte voorwaarden Sommige buitenlandse banken bieden wel nog langetermijnfinanciering aan, maar dan onder strikte voorwaarden. Ze hebben het voordeel dat ze een schaars goed hebben en dus selectief kunnen zijn. Enkel
de meest solide consortia krijgen toegang tot deze klassieke financieringsvorm , wat het ‘level playing field’ niet ten goede komt. Daarom wordt steeds meer samengewerkt met solide institutionele investeerders zoals verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen die voortdurend op zoek zijn naar langetermijnbeleggingen met een goed rendement. De Europese Investeringsbank moedigt dit aan met ondersteuningsproducten, zoals het ‘Project Bond Credit Enhancement’ initiatief. Daarbij geeft ze 10 tot 20% garantie op de uitgeschreven bonds. Moest er wat misgaan tijdens of na de bouw, dan heeft de belegger een garantiebuffer.
Projectbons Ook de financieringskosten kunnen oplopen. Als je werkt met projectbonds wordt het bedrag normaliter meteen volledig opgehaald bij de investeerders. Omdat je niet meteen nood hebt aan die volledige som komt het dan voor lange tijd als liquide
middelen op je balans te staan en daarvoor betaal je het verschil tussen de beleggingsopbrengst en de ontleningskost. Als antwoord hierop kan je een obligatie laten uitbetalen in schijven, maar daarvoor heb je dan opnieuw inschrijvers nodig met minstens een A of A+ rating. Door de substantiële investering zijn vandaag wel vooral de grotere projecten interessant. Kleinere projecten vragen immers evenveel maatwerk en de vaste kost hiervan kan niet voldoende gespreid worden over de kleine volumes. Dit zal pas rendabel worden wanneer er een standaard kan worden opgezet waarbij projecten volgens eenzelfde canvas kunnen worden ontwikkeld. De markt is eens te meer in volle evolutie en het is voor alle betrokkenen zoeken naar nieuwe standaarden en modellen. Nu betalen we nog te veel leer- en ontwikkelingsgeld.
JORIS HENDRICKX
“De markt is eens te meer in volle evolutie en het is voor alle betrokkenen zoeken naar nieuwe standaarden en modellen” PAUL LIEVENS, CFO JAN DE NUL GROUP
[email protected]
“Terwijl je vroeger als private partner enkel de verantwoordelijkheid had om te bouwen, spreken we nu over een integraal ontwerpproces, waarbij je instaat voor zowel het technische ontwerp, de architectuur, de bouw als het onderhoud. Meerdere disciplines worden dus samengebracht. Dit zorgt voor meer vrijheden, maar ook meer risico’s”, zegt Jo Roelants, Directeur Burgelijke Bouwkunde Jan De Nul Group.
“Verantwoordelijkheid verschuift naar private partners”
I
n tegenstelling tot bij een openbare aanbesteding stelt de publieke partij in een PPS-dossier enkel eisen met betrekking tot een einddoel. Daarbij worden outputspecificaties samengesteld waarin het verwachte resultaat wordt beschreven. De selectieprocedure die erop volgt, houdt zowel rekening met technische als financiële aspecten en vergt veel van de kandidaten,die daarvoor fors moeten investeren in werkuren zonder de garantie dat ze het project effectief zullen binnenhalen. Wie wordt geselecteerd als voorkeursbieder moet vervolgens nog een bouwvergunning aanvragen. Bovendien word je als private partner verantwoordelijk doorheen de hele levenscyclus van het project, ook wel DBFM genoemd (Design, Build, Finance & Maintain). De risico’s nemen toe, en daar kan je je best zo veel mogelijk tegen beschermen door een grondige risicoanalyse en het onderhandelen van correcte aannemingsvoorwaarden.
Levenscyclusbenadering Het voordeel van PPS-contracten is de combinatie van die verantwoordelijkheid met meer vrijheid. Je kan als private partij nu zelf invulling geven aan het einddoel en daarbij komt het erop neer dat je prijs-kwalitatief gaat optimaliseren. Dit wordt doorgetrokken naar alle aspecten van het project. Zeer belangrijk is de levenscyclusbenadering, omdat je als aannemer ook een minimalisering van de onderhoudskosten in acht moet nemen. Bovendien is de voorbije vijf jaar ook het belang van het architecturale aspect gegroeid, waarbij landschappelijke integratie centraal staat. Een goed voorbeeld van een lopend PPS-dossier is het project NoordZuid Kempen. De kandidaatsteling gebeurde in 2008 en dan volgden er meerdere selectierondes. In april 2010 vond de eindselectie plaats en moest de bouwvergunning worden ingediend.Sinds 2011 is er gestart met de effectieve werken. Met het oog op
een langere levensduur werd gekozen voor een wegdek in beton. Dit gaat langer mee en beperkt dus de hinder van herstellingswerkzaamheden. Ook hierop word je immers afgerekend als private partner.
Expertise integreren Sinds de jaren 2000 zien we PPScontracten almaar vaker opduiken in België, zoals de aanleg van de A11, Brabo 2 in Antwerpen, het Spartacusplan in Limburg en het project ‘Scholen van Morgen’. Als aannemer komt het er dus op aan om je aan te passen aan de veranderende markt en zo veel mogelijk expertise te integreren. Een gespecialiseerde PPS-cel die dagdagelijks deze projecten coördineert, is daarbij niet langer een overbodige luxe. Enkel met een optimale synergie tussen alle afdelingen kan je innovatieve projecten realiseren.
JORIS HENDRICKX
[email protected]
“Je kan als private partij nu zelf invulling geven aan het einddoel. Daarbij komt het erop neer dat je prijs-kwalitatief gaat optimaliseren” JO ROELANTS, DIRECTEUR BURGELIJKE BOUWKUNDE JAN DE NUL GROUP
8 · DECEMBER 2013
DEBAT
De Vlaamse overheid zet in op de realisatie van missing links. In de nabije toekomst kan dit aardig wat PPS-projecten opleveren. De private sector is er klaar voor, maar vraagt eveneens om verdere standaardisatie en vereenvoudiging van procedures. Wij brachten acht vooraanstaande partijen samen voor een verhelderend debat.
Privé en overheid streven naar optimalisatie van PPS-projecten Kan de overheid de zekerheid geven dat opgestarte dossiers ook altijd gefinaliseerd worden? ■ Kris Peeters, Vlaams minister-president: “Als je de regeerakkoorden van de laatste jaren erop naleest, zal je zien dat er een grote continuïteit en een voortdurende aandacht is voor PPS. De overheid moet in eerste instantie zorgen voor een grondige voorbereiding. De belangrijkste vraag is: gaan we via een ‘klassiek’ project of kiezen we voor een PPS-uitvoering? Bij een PPS-project dient er wel een duidelijke meerwaarde te zijn.De overheid moet voldoende risico’s uitschakelen waardoor een project voortijdig zou kunnen sneuvelen. Uiteindelijk heeft de overheid er ook zelf alle belang bij dat projecten afgerond worden.” ■ Peter Vanhoegaerden, Business Line Director Trans-
portation & Mobility Grontmij Belgium : “We moeten een onderscheid maken tussen projecten die opgeschort of volledig stopgezet worden. Stopgezette projecten hebben grote gevolgen op diverse vlakken. Dikwijls vinden deze stopgezette projecten hun oorsprong in een niet voldoende grondige voorbereiding of het ontbreken van een breed draagvlak. Nochtans zijn dat essentiële elementen voor het al dan niet slagen van een project. De risico’s in een project moeten vooraf afgewogen worden vooraleer ze kunnen overgedragen worden op de private partners. In het optimale scenario worden de risico’s gedragen door de partij die ze beheerst.” ■ Sam Daens, Directeur B&R Bouwgroep: “Overheden dienen 100% zeker te zijn vooraleer zij een PPS-project lanceren. Wij merken dat er de jongste jaren heel wat ‘kleine’ PPS-dossiers opgestart werden door lokale overheden. Helaas,
werd een aanzienlijk deel van deze projecten niet finaal afgerond door gewijzigde omstandigheden zoals wissels bij lokale besturen. Tijdens de voorbije maanden zagen we op die manier twee dossiers afspringen. Dat is frustrerend,zowel voor onszelf als voor studiebureaus die er heel wat tijd en geld in investeerden.”
Kris Peeters VLAAMS MINISTER-PRESIDENT
In oktober bevestigde de Vlaamse regering nog eens een investering van 750 miljoen euro voor nieuwe infrastructuurprojecten
Steven Van Garsse MANAGER PPS KENNISCENTRUM VLAANDEREN
Het is niet zo dat de overheid zomaar procedures kan stilleggen, wij moeten dat ook kunnen motiveren
■ Bart Verhulst, Gedelegeerd Bestuurder Heijmans Infra: “Wij hebben ook een dergelijke ervaring met het project NoordZuid Limburg. Dat project is niet echt gestopt maar wel ‘geschorst’. Ondertussen hebben we 700.000 euro ‘verbrand’, alleen al aan externe kosten.Dat geldt niet alleen voor ons, maar nog voor een aantal andere consortia die ook al uitgaven maakten voor externe bureaus.” ■ Diane Zygas, Directeur PPS bij CFE: Hoewel de meeste projecten doorgaan, geraken soms ook grotere dossiers in een onzekere
The tunnel of the Liefkenshoek rail link for Infrabel
Creating balance ARCADIS is een internationale onderneming die advies, ontwerp-, ingenieurs- en managementdiensten levert op de gebieden infrastructuur, water, milieu en gebouwen. We verbeteren mobiliteit, duurzaamheid en de kwaliteit van leven, door balans te creëren tussen de bebouwde en natuurlijke leefomgeving. ARCADIS ontwikkelt, ontwerpt, implementeert, onderhoudt en exploiteert projecten voor bedrijven en overheden. Meer weten?
www.arcadisbelgium.be |
[email protected] www.cfe.be Imagine the result
• DBFM Projects
• Asset and Lifecycle Management
• Project Management
• Project financing & tax expertise
• Management of legal issues
• Risk Management
FOTO’S: KRISTIEN DENTENEER
DECEMBER 2013 · 9
situatie. Een voorbeeld hiervan was het Spartacus-project, dat moet resulteren in een tramlijn van 32 km tussen Hasselt en Maastricht. Het project kent diverse problemen door een reeks politieke gevoeligheden en ook het gebrek aan voldoende draagvlak. In tegenstelling tot bij ons worden in Nederland PPS-projecten pas gerealiseerd als het draagvlak groot genoeg is.” ■ Luc Hellemans, CEO ARCADIS Belgium: “Een project dat uiteindelijk niet gerealiseerd wordt,doet ook pijn aan de overheid. Anderzijds moet de overheid voldoende politieke moed hebben om vergunningen uit te reiken. Er zijn helaas voorbeelden te over waarbij dat niet gebeurde.” ■ Dominique Valcke, CEO Stadsbader: “Projecten die zomaar halsoverkop opgestart worden, bieden vaak weinig zekerheid. Wanneer de overheid haar huiswerk goed maakt, is de kans groot dat een
project ook volledig uitgevoerd zal worden. De overheid dient ook te voorzien in een behoorlijke vergoedingskost. Dit zal op termijn de kwaliteit en competitiviteit op zijn minst handhaven,zoniet verbeteren.”
bestuur getuigt om door te gaan met een gekozen procedure.”
■ Steven Van Garsse, Manager PPS Kenniscentrum Vlaanderen: “De overheid is zich bewust van de grote inspanningen die private partijen leveren om een PPS-dossier voor te bereiden. Vooraleer een PPS-project op de markt komt, is het belangrijk dat er voldoende zekerheid is voor alle partijen. Het is niet zo dat de overheid zomaar procedures kan stilleggen, wij moeten dat ook kunnen motiveren. Als de motivering niet afdoende is, dan kunnen privépartners naar de rechtbank stappen om schadevergoedingen te bedingen. Anderzijds kunnen marktomstandigheden of inzichten in de loop van het proces wel wijzigen, waardoor het soms evenmin van goed
■ Steven Van Garsse: “PPS kan een oplossing zijn voor investeringen om het fileleed te vermijden. Indien goed voorbereid kan de bouwtijd korter zijn en de onderhoudshinder tot een minimum beperkt worden via goede prikkels. PPS kan duurzame oplossingen realiseren met optimalisaties en ruimtelijke kwaliteit. PPS zorgt er ook voor dat investeringen gespreid kunnen worden over de gebruiksduur. Het via PPS realiseren van essentiële wegeninfrastructuur is dan ook een typevoorbeeld van projecten waarbij PPS bijdraagt tot maatschappelijke en economische meerwaarde.”
Kunnen PPS-projecten een oplossing bieden voor het fileleed?
Sam Daems DIRECTEUR B&R BOUWGROEP
Diane Zygas DIRECTEUR PPS BIJ CFE
In kleinere projecten zijn de procedures voor elke lancering of kandidatuurstelling verschillend. Dat maakt het moeilijk om continuïteit te creëren
In PPS-projecten is er sprake van een win-win-win-effect voor zowel de overheid, de bedrijven als de eindgebruiker
Lees het vervolg van dit debat op de volgende pagina’s
kwaliteit prrof ofes fessi esssion sion onee eell ee
OPENBARE BOUWPROJECTEN PROJECTONTWIKKELINGEN WOON- EN ZORG PPS EN DBFM
Hoge Mauw 460 • B-2370 Arendonk • T 014.68.90.60 • F 014.68.90.61
www.hooyberghsbouw.be of
[email protected]
Hooyberghs - Advertentie - Trends Magazine - 2.indd 1
18/11/2013 11:41:09
10 · DECEMBER 2013
DEBAT
SPARTACUS-PROJECT Hoewel de meeste projecten doorgaan, geraken soms ook grotere dossiers in een onzekere situatie. Een voorbeeld hiervan was het Spartacus-project, dat moet resulteren in een tramlijn van 32 km tussen Hasselt en Maastricht. Het project kent diverse problemen door een reeks politieke gevoeligheden en ook het gebrek aan voldoende draagvlak. RENDERS: THV VARINIA
■ Kris Peeters: “De komende jaren is sprake van een interessante ‘dealflow’, verschillende PPSprojecten in Vlaanderen zitten in de pijplijn. In oktober bevestigde de Vlaamse regering nog eens een investering van 750 miljoen euro voor nieuwe infrastructuurprojecten, mogelijk in PPS-vorm. Het gaat daarbij onder meer om de verhoging van 15 bruggen over het Albertkanaal, de optimalisatie van het noordelijke deel van de R0-zone Zaventem, de ombouw van de R4-Oost en R4-West tot primaire wegen en de omvorming van de N8 Veurne-Ieper. Wanneer we het fileleed kunnen verzachten door vandaag te investeren, brengt dit onmiddellijk op voor de samenleving.” ■ Bart Verhulst: “In het regeerakkoord is er sprake van een meerwaardescan voor PPS-projecten. Is die effectief uitgevoerd voor al deze projecten? Louter persoonlijk heb ik vragen bij de meerwaarde als PPSproject van het project voor het verhogen van de bruggen op het Albertkanaal, behalve uiteraard vanuit het oogpunt van de budgettering.” ■ Kris Peeters: “De verhoging van 15 bruggen over het Albertkanaal moet het mogelijk maken om containervaart met 3 lagen uit te voeren en is in die zin een belangrijk project voor de rendabele ontsluiting van de haven van Antwerpen via de binnenvaart.”
■ Peter Vanhoegaerden: “Het verwondert ons dat er nog geen voorafkondiging is van deze projecten door de Vlaamse overheid. Hoe sneller de studiefase wordt aangevat, hoe sneller het DBFM-project op de markt kan worden gebracht. Zelfs indien men vergunnings- of onteigeningsproblemen verwacht, blijft de opstart van de studiefase bepalend.” ■ Kris Peeters: “De vooraankondiging van projecten gebeurt pas wanneer er vergunningsmatig voldoende ver gevorderd is, juist om te vermijden dat aannemers te vroeg of onnodig kosten maken.” ■ Dominique Valcke: “De Vlaamse regering kondigde inderdaad een aantal PPS-projecten aan voor de nabije toekomst om de missing links op te lossen.PPS kan daarbij voor duurzame projecten zorgen met minder hinder, minder files, meer kwaliteit in bouw en doordacht en preventief onderhoud. Een dergelijke inhaalbeweging is noodzakelijk voor de mobiliteit en aldus de economische slagkracht van Vlaanderen. Om de vergelijking te maken: in Nederland is het fileleed door PPS sterk verminderd gedurende de laatste 5 à 10 jaar. Om dergelijke PPS-projecten te realiseren,zijn echter sterke teams nodig.Die kosten energie,maar genereren een kwalitatieve synergie.” ■ Luc Hellemans: “Het is wel jammer dat er soms sprake is van
golfbewegingen waarbij teams ontmanteld moeten worden omdat er niet voldoende projecten op de markt komen. PPS-projecten vragen vooral om continuïteit. Alle partners moeten daarom nadenken over de duurzaamheid van een project. De manier van samenwerken is essentieel.”
Luc Hellemans CEO ARCADIS BELGIUM
Ondanks alle mogelijke verbeterpunten krijgt de Vlaamse aanpak rond PPS heel wat waardering. In Nederland kijkt men vol bewondering naar onze aanpak van PPS
Peter Vanhoegaerden BUSINESS LINE DIRECTOR TRANSPORTATION & MOBILITY GRONTMIJ BELGIUM
PPS-projecten vereisen nog meer dan klassieke projecten een grondige voorbereiding en een breed draagvlak. Vastgelopen PPS-projecten hebben hier vaak tegen gezondigd, wat nefast is voor de geloofwaardigheid van alle PPSprojecten
■ Diana Zygas: “De overheid zou erop moeten toezien dat de dealflow gelijkmatig verdeeld wordt en best vermijden dat grote PPS-projecten tegelijkertijd gelanceerd worden zoals nu bij Spartacus en Brabo 2 het geval is. ■ Sam Daems: “Het zou makkelijker zijn mocht de Vlaamse overheid de projecten beter faseren, in de mate dat dit mogelijk is. Als sector zijn we dan ook vragende partij naar een meer programmatorische aanpak van de lancering van PPSprojecten.”
Op welke manier kan de overheid de procedures rond PPS-projecten verder vereenvoudigen? ■ Steven Van Garsse: “De Vlaamse overheid werkte diverse initiatieven uit in verband met standaardisatie van processen en documenten. Er vinden in de projecten bovendien vaak selecties en tussentijdse eliminaties plaats zodat niet iedereen tot het einde kosten moet dragen. Hoe verder
DECEMBER 2013 · 11
Onze journalist Bert Verbeke in actie tijdens het debat, dat plaatsvond op ons kantoor in Tour&Taxis. FOTO’S: KRISTIEN DENTENEER
leid worden bij PPS-projecten, maar het is geen verplichting. Het gaat er vooral om gemeenten te wijzen op alle elementen die aan bod moeten komen in een PPScontract, zodat ze geen stappen overslaan. Ook de initiatieven van de Vlaamse overheid op vlak van standaardisatie van processen en bestekken dragen daartoe bij.”
in het proces men gaat, hoe hoger de kosten, maar hoe kleiner het aantal partijen dat nog meedoet en belangrijke inspanningen moet leveren. In sommige projecten wordt daarbij ook gewerkt met ontwerpvergoedingen. Wie het project uiteindelijk niet binnenhaalt, kan dan aanspraak maken op een gedeeltelijke compensatie. Dit gebeurt wel niet met alle projecten. In dit verband wil ik er trouwens op wijzen dat we vaststellen dat ook andere overheden meer en meer PPS-projecten opstarten. ■ Peter Vanhoegaerden: “De PPS-projecten van de overheden zouden voordat ze op de markt gebracht worden eventueel opnieuw een inhoudelijke audit kunnen ondergaan, waarin wordt nagegaan of alle stappen op de juiste manier gezet zijn. Een mogelijkheid is de inschakeling van een expert van het Kenniscentrum of van een privépartner. Een goed voorbeeld hiervan is de inzet van de onafhankelijke kwaliteitsadviseur in de Regionale MobiliteitsComissie (RMC).” ■ Kris Peeters: “Lokale overheden zijn autonome besturen en kennen een eigen dynamiek. De Vlaamse overheid tracht het kennisniveau van de lokale overheden te optimaliseren via het Kenniscentrum, diverse andere kanalen, publicaties, enz. Lokale overheden kunnen nu reeds bege-
Bart Verhulst GEDELEGEERD BESTUURDER HEIJMANS INFRA
Het project NoordZuid Limburg is niet echt gestopt, maar wel ‘geschorst’. Ondertussen hebben we 700.000 euro ‘verbrand’, alleen al aan externe kosten
Dominique Valcke CEO STADSBADER
PPS-projecten kunnen een oplossing bieden voor het wegwerken van missing links. Die inhaalbeweging is noodzakelijk
■ Peter Vanhoegaerden: “PPSprojecten vragen om ervaring. We merken aan de zijde van de overheid dat de kennis zeer gefragmenteerd is. Zo zitten de projectleiders van het ene PPS-project niet in het volgende. Nochtans is de aanpak van een PPS-project zeer specifiek en afwijkend van een klassieke aanbestedingsprocedure. Je moet de processen eens doorlopen hebben om een PPS-project aan te voelen.” ■ Diane Zygas: “In PPS-projecten is er sprake van een win-winwin-effect voor zowel de overheid, de bedrijven als de eindgebruiker. Zo heeft ons consortium de Liefkenshoekspoorverbinding tijdig opgeleverd. De onderhoudsfase begint nu te lopen.Toch is er echter nog ruimte voor optimalisatie. Zo ervaren wij dat procedures soms te lang aanslepen. Daarnaast zou er veel meer ingezet moeten worden op gemeenschappelijke activiteiten die kostenreducerend werken voor iedereen. De vertaling van DBFM-contracten naar het Engels moet door iedere partij gebeuren,
dat zou beter op een gemeenschappelijk niveau plaatsvinden.” ■ Sam Daems: “Er mag dan al sprake zijn van standaardisatie, maar wat ons bevreemdt is dat de procedures voor elke lancering of kandidatuurstelling - in kleinere projecten - verschillend zijn. Een rode draad is er niet. Geen enkel dossier is hetzelfde en dat maakt het moeilijk om continuïteit te creëren.” ■ Bart Verhulst: “Soms zijn er nog andere factoren in het spel. Ik wil hierbij het Spartacus-project nog eens aanhalen. Het is in de eerste plaats een internationaal project. Verder is er heel wat discussie over de technologie die gebruikt zal worden. Daarnaast zijn er nog verschillende elementen die er toe kunnen leiden dat het project niet snel gerealiseerd wordt. Het is met andere woorden al te makkelijk om een beschuldigende vinger uit te steken naar één partij.” ■ Luc Hellemans: “Ondanks alle mogelijke verbeterpunten krijgt de Vlaamse aanpak rond PPS heel wat waardering.In Nederland kijkt men vol bewondering naar ons Kenniscentrum. Wij spelen op dat vlak zeker een voortrekkersrol.”
BERT VERBEKE
[email protected]