Zaaknummer: FOMVL07 Onderwerp
Sociaal plan Oudheusden
Collegevoorstel Inleiding Dit voorstel sluit aan op het collegebesluit d.d. 7 december 2010 waarmee de focus en ambitie in de sociale index is onderschreven. Tegelijkertijd is besloten om een nadere uitwerking van interventies in een sociaal programma tegemoet te zien. Het “Sociaal Plan Oudheusden” is als bijlage bij dit voorstel gevoegd. Door te onderzoeken hoe de werkelijkheid van een gebied wordt beleefd (bewoners en ondernemers) ontstaat een diepgaander inzicht in wat een gebied voor haar gebruikers betekent of kan betekenen. Hierdoor wordt voorkomen dat de vernieuwingsopgave te sterk fysiek wordt georiënteerd. De uitdaging is om het succes van de gebiedsontwikkeling veel groter te laten zijn. Dit kan door in te zetten op een krachtenbundeling van de sociale partners die in het gebied actief zijn en door te richten op de wensen van de huidige bewoners en ondernemers. In plaats van de gebiedsontwikkeling Oudheusden te starten met een structuurplan, is gestart met een sociaal plan. Het sociaal plan dient als stip aan de horizon voor de toekomstige sociale en fysieke ingrepen. Het uitgangspunt is immers dat wijkgericht werken maatwerk is.
Feitelijke informatie Traditiegetrouw hebben de gemeenten, woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars de regie in handen bij gebiedsontwikkeling. Partners in het sociale domein zoals welzijnsorganisaties en zorgaanbieders vervullen dan meer een aanvullende rol. De vele partijen die in het sociale domein actief zijn, hebben elk hun eigen doelgroep, probleemdefinitie en aanpak. Dit maakt het slaan van de brug naar ruimtelijke opgaven tot een lastige opgave. De sociale partners zien graag dat de sociale kwaliteit van gebiedsontwikkeling is gewaarborgd. Met instrumenten zoals de gemeentelijke wijkatlas worden data bijeengebracht over wat mensen van hun leefomgeving vinden. Deze gegevens zeggen nog niet direct iets over de vraag hoe een bepaalde score geduid moet worden. De Sociale index is een in Rotterdam beproefde methode om informatie over de leefbaarheid in een kern of wijk verder te operationaliseren. Het maakt inzichtelijk hoe tegen de score aangekeken moet worden en welke op sociale domeinen gerichte inspanningen gepleegd moeten worden. Er wordt met andere woorden meer focus gegeven aan de inzet van de gemeente en de sociale partners. De gebruikte informatie voor de opbouw van de sociale index is afkomstig uit de gemeentelijke wijkatlas. Deze informatie is aangevuld met data uit andere onderzoeken. Denk hierbij aan de WMO monitor en de gezondheidsmonitor van de GGD Hart voor Brabant. Met deze gebundelde data is een overzicht ontstaan van de bestaande situatie in Oudheusden. De sociale index geeft hiervan een beschrijving op de domeinen: leefomgeving, meedoen, capaciteiten en sociale binding. De bestaande situatie in Oudheusden is weer vergeleken met 1) de andere gemeentelijke kernen, 2) vergelijkbare gemeenten en 3) het landelijke gemiddelde. Een expertgroep (bestaande uit gemeente ambtenaren en sociale partners werkzaam in Oudheusden) heeft aan de hand van de sociale index de bestaande situatie in Oudheusden beoordeeld. Dit oordeel is vertaald naar een rapportcijfer.
1
Zaaknummer: FOMVL07 Onderwerp
Sociaal plan Oudheusden
De sociale index biedt de mogelijkheid om de sociale en fysieke aspecten van gebiedsontwikkeling meer in gezamenlijkheid vorm te geven. Aan deze uitdaging hebben gemeente en Woonveste inhoud gegeven door in samenwerking met sociale partners een sociaal plan Oudheusden op te stellen. Dit plan legt een verbinding tussen de sociale wensen, problemen en maatregelen en de fysieke kaders voor de aanpak van de wijk. Hoe staat het met de leefbaarheid, de kwaliteit van de woningen en voorzieningen van een buurt of wijk? De sociale index stelt de gemeente en corporatie in staat om te duiden wat er leeft in een kern of wijk en dit centraal te stellen in het gebiedsontwikkelingsproces. Op basis van de sociale index is de gewenste ontwikkelingsrichting (sociaal, fysiek) voor Oudheusden bepaald en opgetekend in een sociaal plan. Voor de ontwikkeling van sociale index en sociaal plan Oudheusden hebben verschillende overlegsessies (gemeente en Woonveste) en werkateliers (gemeente, Woonveste en sociale partners) plaatsgevonden. Het doel van de sessies was te komen tot een beschrijving van leefbaarheid in Oudheusden aan de hand waarvan focus en ambitie kan worden bepaald. Het doel van de werkateliers was om gemeentelijke professionals samen met sociale partners die werkzaam zijn in Oudheusden te laten werken aan oplossingsrichtingen. Centraal in de werkateliers stond de vraag welke kennis en ervaring ingezet kan worden ten behoeve van de herontwikkeling. Grondslag voor de werkateliers is het collegevoorstel Sociale Index (FOMVL05). In dit voorstel wordt aangegeven dat de gewenste focus ter verbetering van de sociale structuur ligt op het terrein van: 1) Leefomgeving, 2) Overlast en 3) Jeugd. De focus dient als ambitiekader om bestaande beleidsinterventies te beoordelen c.q. nieuwe beleidsinterventies te kunnen ontwikkelen. Hieronder worden belangrijke aandachtgebieden uit de ateliers weergegeven. De resultaten van de ateliers zijn opgenomen in het Sociaal Plan Oudheusden. Deze ateliers richtten zich op de volgende aandachtsgebieden: Atelier 1: Focus op de kwaliteit van de fysieke leefomgeving Atelier 2: Focus op ontwikkeling van jeugd Atelier 3: Focus op voorkomen en bestrijden van overlast
Afweging Sociale cohesie is een belangrijk element van het programma Hart! Voor Oudheusden. Om goed inzicht te hebben in de sociale kwaliteit is bij wijze van pilot een sociale index opgesteld. Deze index geeft richting aan het handelen in het sociale en ruimtelijke domein en biedt hierdoor handvatten voor het verrichten van maatwerk op dorps- en wijkniveau. De afweging in deze is het al dan niet vaststellen van het ‘Sociaal Plan Oudheusden’ dat we samen met de sociale partners hebben opgesteld en om dit plan als richtlijn te gebruiken voor ontwikkeling in Oudheusden op sociaal en fysiek vlak.
Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel.
2
Zaaknummer: FOMVL07 Onderwerp
Sociaal plan Oudheusden
Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel.
Procedure Chronologisch overzicht: 6, 14 oktober 2010 Sessies gemeente en Woonveste t.b.v. Focus Sociale Index. 3 november 2010 Bespreking met regiegroep wijkgericht werken (Twern, Gemeente, Politie, Woonveste) van de eerste uitkomsten van de Sociale index en de focus en ambitie. 8 november 2010 Notitie ambitie sociaal domein, voortkomend uit sessies met gemeente en Woonveste. 7 december 2010 Collegebesluit t.a.v. het onderschrijven van de focus en ambitie uit de sociale index; 13 januari 2011 Workshop “Leefomgeving” samen met de partners; 27 januari 2011 Workshops “Jeugd” en “Overlast” samen met de partners; 15 februari 2011 Thema avond stand van zaken uitvoering Programma “Hart voor Oudheusden”; Vervolgplanning: 5 juli 2011 Collegevergadering “Sociaal plan Oudheusden” 1 september 2011 Informatievergadering Samenleving 20 september 2011 Raadsvergadering
Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen.
3
Zaaknummer: FOMVL07 Onderwerp
Sociaal plan Oudheusden
BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 5 juli 2011;
besloten: 1. het ‘Sociaal plan Oudheusden’ vast te stellen als richtlijn voor de aanpak op sociaal en fysiek gebied in Oudheusden; 2. een raadsvoorstel ter vaststelling van het ‘Sociaal plan Oudheusden’ als kader voor wijkgericht werken en gebiedsontwikkeling in Oudheusden tegemoet te zien.
namens het college van Heusden, de secretaris,
mr. J.T.A.J. van der Ven
4
Zaaknummer: Onderwerp:
FOMVL07
Sociaal plan Oudheusden
Samenvatting: Inleiding: Dit voorstel sluit aan op het collegebesluit d.d. 30 november 2010 waarmee de focus en ambitie in de sociale index is onderschreven. Tegelijkertijd is besloten om een nadere uitwerking van interventies in een sociaal programma tegemoet te zien. Het “Sociaal Plan Oudheusden” is als bijlage bij dit voorstel gevoegd. Door te onderzoeken hoe de werkelijkheid van een gebied wordt beleefd (bewoners en ondernemers) ontstaat een diepgaander inzicht in wat een gebied voor haar gebruikers betekent of kan betekenen. Hierdoor wordt voorkomen dat de vernieuwingsopgave te sterk fysiek wordt georiënteerd. De uitdaging is om het succes van de gebiedsontwikkeling veel groter te laten zijn. Dit kan door in te zetten op een krachtenbundeling van de sociale partners die in het gebied actief zijn en door te richten op de wensen van de huidige bewoners en ondernemers. In plaats van de gebiedsontwikkeling Oudheusden te starten met een structuurplan, is gestart met een sociaal plan. Het sociaal plan dient als stip aan de horizon voor de toekomstige sociale en fysieke ingrepen. Het uitgangspunt is immers dat wijkgericht werken maatwerk is.
Afweging: Sociale cohesie is een belangrijk element van het programma Hart! Voor Oudheusden. Om goed inzicht te hebben in de sociale kwaliteit is bij wijze van pilot een sociale index opgesteld. Deze index geeft richting aan het handelen in het sociale en ruimtelijke domein en biedt hierdoor handvatten voor het verrichten van maatwerk op dorps- en wijkniveau. De afweging in deze is het al dan niet vaststellen van het ‘Sociaal Plan Oudheusden’ dat we samen met de sociale partners hebben opgesteld en om dit plan als richtlijn te gebruiken voor ontwikkeling in Oudheusden op sociaal en fysiek vlak.
Advies: 1. het ‘Sociaal plan Oudheusden’ vast te stellen als richtlijn voor de aanpak op sociaal en fysiek gebied in Oudheusden; 2. een raadsvoorstel ter vaststelling van het ‘Sociaal plan Oudheusden’ als kader voor wijkgericht werken en gebiedsontwikkeling in Oudheusden tegemoet te zien.
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1
Inleiding
3
Hoofdstuk 2
Sociale index
4
Hoofdstuk 3
Oudheusden onder de loep
5
3.1
Sociale binding
6
3.2
Meedoen
7
3.3
Voorwaarden: persoonlijke omstandigheden en leefomgeving
7
3.4
Conclusie
8
Hoofdstuk 4
Focus en ambitie
8
4.1
Focus op voorwaarden: persoonlijke omstandigheden en leefomgeving
8
4.2
Minder rood in 2013: nu samen doen!
9
Hoofdstuk 5
Pamflet voor Oudheusden
10
5.1
Rode draden
10
5.2
Atelier 1: focus op de kwaliteit van de fysieke leefomgeving
11
5.3
Atelier 2: focus op ontwikkeling van jeugd
13
5.4
Atelier 3: focus op voorkomen en bestrijden van overlast
14
Hoofdstuk 1 PM door wethouder/regiegroep
Inleiding
Hoofdstuk 2
Sociale index
De sociale index Oudheusden brengt de sterke en minder sterke punten van het samenleven in Oudheusden in beeld. Via enquêteonderzoek en cijfermatige registra1
ties is de afgelopen jaren veel bekend geworden over Oudheusden. Wat zijn de kenmerken van de bewoners? Hoe ervaren de bewoners de woonomgeving en de veiligheid? Welke en hoeveel overlast is er? Wordt er voldoende ondersteuning geboden aan bewoners die dat nodig hebben? Maar ook: zijn de bewoners actief in de samenleving? Hoe gaan de bewoners met elkaar om en zijn mensen bereid om een steentje bij te dragen? Alle cijfers die verzameld zijn, zijn in één plaatje gezet dat de sociale index genoemd wordt. Mensen die hun buurtgenoten van gezicht of ook van naam kennen of zelfs goede contacten in de buurt hebben voelen zich prettiger in een dorp of buurt dan anderen. Samenleven in een dorp wordt prettiger wanneer méér mensen elkaar kennen en méér mensen vinden dat men in de buurt goed met elkaar omgaat, elkaar vertrouwt en elkaar respecteert. Anders gezegd: we ervaren een buurt of dorp als prettiger als er een zekere verbondenheid, vertrouwen en respect tussen bewoners aanwezig is. Onderlinge verbondenheid ontstaat niet zomaar vanzelf maar kan wel gestimuleerd worden. figuur 1 schema sociale index
In figuur 1 is de sociale index op een vereenvoudigde manier in een schema gezet. Bovenin de figuur – boven elke kolom - staan thema’s: voorwaarden, meedoen en binding. De thema’s zijn 1
Alle gegevens zijn anoniem. Als voorbeeld van registraties kan gedacht worden aan het aantal bijstandsgerechtigden dat door de sociale dienst wordt geregistreerd of het aantal meldingen van vandalisme dat de politie bijhoudt.
onderling verbonden. De voorwaarden bepalen in welke mate mensen kunnen meedoen – actief kunnen zijn - in de samenleving. Actief zijn draagt weer bij aan binding tussen buurtbewoners. Maar ook andersom is het schema te lezen. Bijvoorbeeld: hoe meer mensen zich verbonden voelen met hun buurt hoe meer zij geneigd zullen zijn zich actief in te zetten voor de buurt en hoe meer zij zich weer verbonden kunnen gaan voelen. En nog een andere: hoe meer mensen met taalproblemen actief meedoen in de samenleving (gaan sporten, in contact komen met Nederlanders) hoe sneller zij het Nederlands machtig zullen worden en hoe makkelijker ze vervolgens weer actief kunnen zijn in de samenleving. Bewoners kunnen op diverse manieren actief zijn in de samenleving. Dat kan in Oudheusden zijn maar ook daarbuiten. Actief meedoen kan bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk te doen of mantelzorg te verlenen. Dit wordt ook wel maatschappelijk meedoen genoemd. Actief meedoen gaat ook over werk hebben of naar school gaan. In dat geval spreken we van sociaaleconomisch meedoen. Sociaal-cultureel actief zijn diegene die in verenigingsverband aan sport doen of naar de film of het theater gaan. Het sluitstuk is het aantal sociale contacten dat bewoners hebben. Binnen Oudheusden maar ook daarbuiten. Meedoen is niet voor iedereen makkelijk. Er kunnen belemmeringen zijn. Deze zijn in figuur 1 in de linker kolom weergegeven. De belemmeringen kunnen persoonlijk van aard zijn. Te denken valt aan een laag opleidingsniveau waardoor het moeilijk is om werk te vinden. Voor de jongeren geldt dat zij meer perspectief hebben als zij een goed diploma hebben. Maar ook gezondheid kan een belemmering zijn. Mensen die geestelijke of lichamelijke beperkingen hebben kunnen misschien minder actief zijn dan zij zouden willen. Inkomen kan ook een knelpunt zijn. Wanneer een gezin een heel laag inkomen heeft, kan het voorkomen dat kinderen niet kunnen sporten. Of dat volwassenen zichzelf niet voldoende kunnen bijscholen om hun kansen op werk te vergroten. Belemmeringen kunnen ook in de leefomgeving aanwezig zijn. Vervuiling, geen goed onderhouden openbare ruimte, huisvesting die misschien te klein is of een woonomgeving die niet als veilig wordt ervaren. Allemaal zaken die een prettige manier van samenleven tussen mensen kunnen belemmeren. Wel met de nadruk op kunnen. Want iedereen gaat hier anders mee om. Voor sommigen zijn deze punten juist een reden om in actie te komen. Uiteindelijk is samenleven in een buurt, in een dorp als Oudheusden iets wat alleen de mensen die er wonen samen kunnen doen. De gemeente en andere instanties kunnen daarbij ondersteuning bieden en zorgen dat aan een aantal voorwaarden wordt voldaan.
Hoofdstuk 3
Oudheusden onder de
loep Dit hoofdstuk gaat in op de resultaten van de sociale index in Oudheusden. Met andere woorden: wat is de diagnose? Wat gaat goed? Wat kan verbeterd worden? De sociale index voor Oudheusden is samengesteld op basis van de cijfers van de wijkatlas uit 2009 en recente registratiecijfers. Omdat niet alle informatie in de wijkatlas of de registratiegegevens voor handen was is een aantal keer met een brede groep professionals die werkzaam zijn in Oudheusden gesproken. De diagnose – op basis van cijfers en de gesprekken - is dat er veel aan de hand is in Oudheusden. In figuur 2 wordt dit zichtbaar.
figuur 2 resultaten sociale index Oudheusden
3.1
Sociale binding Voor een dorp als Oudheusden is het belangrijk dat de bewoners zich enigszins verbonden voelen met Oudheusden en hun buurtgenoten. In figuur 2 wordt – aan de onderkant en rechts zichtbaar dat alle signalen op rood staan. Het belangrijkste signaal is de publieke familiariteit (elkaar kennen, prettig met elkaar omgaan). Deze wordt door de bewoners van Oudheusden met een onvoldoende beoordeeld. De bereidheid om zich in de te zetten voor Oudheusden is in redelijke mate aanwezig in Oudheusden. Dit blijkt ook uit het aandeel bewoners dat zich nu ook al inzet voor de buurt. Minder positief zijn de bewoners over de sfeer in de buurt en een groot deel geeft dan ook aan te willen verhuizen uit Oudheusden. Uit de gesprekken met de professionals komt naar voren dat de bewoners van Oudheusden relatief weinig vertrouwen hebben. Tussen de bewoners onderling is weinig vertrouwen maar ook het vertrouwen in de instituties zoals de gemeente, de woningcorporatie en de politie is laag. Doordat er weinig vertrouwen is kan een goede samenwerking tussen bewoners onderling of tussen bewoners en de gemeente, de corporatie of de politie moeilijker tot stand komen. En juist een goede samenwerking is nodig om Oudheusden beter op de kaart te zetten. Contact, vooral positieve ervaringen bij deze contacten, is een belangrijke factor in het terugwinnen van vertrouwen. In veel gevallen is een gebrek aan vertrouwen gebaseerd op veronderstellingen: “die ander zal wel reageren op een manier die ik niet prettig vind”. Verkeerde ervaringen in het verleden zijn hiervan vaak de oorzaak. Ervaringen dienen dus te worden vervangen door nieuwe, goede ervaringen. En dat heeft tijd nodig. “Vertrouwen komt te voet en gaat te paard.” Contacten in de
samenleving doen zich voor op het werk, op school, tijdens vrijwilligerswerk, bij het verlenen van mantelzorg, tijdens sporten of het uitgaan en natuurlijk in persoonlijke contacten. Dergelijke contacten zijn in de sociale index opgenomen onder het thema meedoen.
3.2
Meedoen Actief meedoen is belangrijk voor Oudheusden. Gaat de jeugd naar school? Hebben de volwassenen betaalde arbeid? Heeft men naar tevredenheid sociale contacten? In welke mate doet men aan sport of is men cultureel actief en zet men zich maatschappelijk in door het verrichten van vrijwilligerswerk of bijvoorbeeld mantelzorg. In Oudheusden ligt de grootste opgave op het vlak van economisch meedoen: werk en schooldeelname. Beide scoren rood (zie onderste helft figuur 2 aan de linkerkant). Het hebben van betaald werk of naar school gaan heeft een positieve uitwerking op de persoonlijke ontwikkeling en kansen in de maatschappij. Uit onderzoek is gebleken dat in buurten waar veel mensen werk hebben en veel jongeren naar school gaan en hun diploma halen, dit ook een positieve uitwerking heeft op anderen, op de leefbaarheid en op het onderling vertrouwen. Maatschappelijke doen de bewoners in Oudheusden behoorlijk actief mee. Het aandeel Oudheusdenaren dat vrijwilligerswerk doet is voldoende op peil. Hetzelfde geldt voor mantelzorg. Wat echter niet bekend is, is of men die activiteiten ook in Oudheusden doet. Want dat zou de onderlinge binding het meest ten goede komen. Sociaal-cultureel (sport, theater, film enzovoort) valt vooral de zeer matige deelname aan activiteiten in het buurthuis op. Vele oorzaken kunnen daar debet aan zijn. Een van de meest voorkomende is dat de activiteiten niet aansluiten bij de wensen van de bewoners. Maar kijken we naar de resultaten op het thema binding dan valt wel meteen de link tussen de antwoorden op: men is niet positief over Oudheusden als woongebied en men neemt relatief weinig deel aan de activiteiten van het buurthuis. Hierin kan een verband zitten. Of dit zo is, zal verder onderzocht moeten worden. Ook eenzaamheid is een knelpunt in Oudheusden. Relatief veel bewoners geven aan meer contacten te willen hebben. Voor het bevorderen van meedoen en binding is dit een belangrijke voorwaarde. Om mee te kunnen doen moeten bewoners voldoende in de gelegenheid zijn. Een aantrekkelijke woonomgeving en persoonlijke omstandigheden spelen daarbij een rol.
3.3
Voorwaarden: persoonlijke omstandigheden en leefomgeving In de woonomgeving in Oudheusden is veel aan de hand. Allereerst zijn de bewoners van mening dat er veel vervuiling, vernielingen en vandalisme is. Ook is er sprake van drugsoverlast en zijn de voorzieningen volgens de bewoners onder de maat. Het gaat dan om voorzieningen voor kinderen, voor jeugd, voor vrije tijdsbesteding maar ook om de kwaliteit van groen en de mogelijkheid om te parkeren. Minder ernstig maar toch ook onvoldoende zijn de scores voor overlast van personen, diefstal en criminaliteit en gevoelens van onveiligheid. De omgang tussen mensen van verschillende afkomst krijgt een kleine voldoende. Discriminatie lijkt daarmee niet een hele grote belemmering voor persoonlijke ontwikkeling en meedoen in de samenleving. Al met al zijn er veel knelpunten die een belemmering kunnen vormen. Daarnaast zijn de omstandigheden van een deel van de bewoners zodanig dat deze een belemmering kunnen vormen om actief mee te doen. In het oog springt de matige score op opleiding. In de onderliggende cijfers komt vooral het hoge aandeel vroegtijdige schoolverlaters en het hoge aandeel jongeren dat geen startkwalificatie heeft. Het aandeel van de volwassenen dat geen startkwalificatie heeft is bijna gelijk aan het Heusdens gemiddelde. Dat er veel vroegtijdi-
ge schoolverlaters zijn heeft logischerwijs een link met het lage aandeel schoolgaande jeugd dat we al bij meedoen tegen kwamen. Een ander knelpunt is dat relatief veel bewoners moeite hebben met de Nederlandse taal en dat in relatief veel huishoudens thuis een andere taal dan Nederlands wordt gesproken. Goed kunnen communiceren is een voorwaarde voor het aangaan van prettige contacten. Ook het overbruggen van cultuurverschillen wordt door een goede taalbeheersing makkelijker. Het inkomen is vaker dan in de gehele gemeente lager dan het sociaal minimum. Dit betekent dat er aandacht moet zijn voor belemmeringen binnen deze huishoudens: is men voldoende in staat om deel te nemen aan de maatschappij of is het gebrek aan inkomen een hindernis? Dit geldt zeker voor de kinderen in deze huishoudens. Kunnen zij zich naar verwachting ontwikkelen?
3.4
Conclusie Er is veel aan de hand in Oudheusden. Meedoen is nodig om binding en vertrouwen tot stand te kunnen laten komen, persoonlijke competenties en een kwalitatief goede leefomgeving zijn nodig om mee te kunnen doen. Binnen de systematiek van de sociale index zal de aanpak ten minste gericht moeten zijn op het verbeteren van de persoonlijke omstandigheden en de leefomgeving. Niettemin is het verstandig om op alle terreinen tegelijk actief te zijn. De thema’s zijn tenslotte aan elkaar verbonden. Taalontwikkeling maar ook gevoelens van onveiligheid zullen immers bevorderd worden als men meedoet aan activiteiten. Maar wanneer de inzet op de persoonlijke competenties en de leefomgeving onvoldoende is dan zal op termijn onvoldoende vooruitgang op de totale ontwikkeling van Oudheusden worden geboekt.
Hoofdstuk 4
Focus en ambitie
De gemeente en haar partners hebben ambitie en willen Oudheusden weer positief op de kaart zetten. Dit zal echter niet in een paar maanden lukken. Meer realistisch is een aanpak die enkele jaren duurt. Voorwaarde voor succes is een juiste focus en dat het beschikbare geld effectief en efficiënt ingezet wordt. Niet alles kan immers tegelijkertijd worden opgepakt. Vanwege financiële redenen, ook niet qua menskracht bij de betrokken organisaties maar vooral ook omdat het uitvoeren van activiteiten gewoon tijd kost, ook van de bewoners.
4.1
Focus op voorwaarden: persoonlijke omstandigheden en leefomgeving Voor het bepalen van de focus gaan we terug naar de sociale index. In hoofdstuk 2 staat beschreven: een voorwaarde voor het ontstaan van prettig samenleven (op basis van verbondenheid) is dat mensen actief meedoen in de samenleving. Mensen doen actief mee als ze werk hebben, op school zitten, vrijwilligerswerk doen, mantelzorg verlenen, sport beoefenen, af en toe naar het theater of de film gaan en als zij sociale contacten hebben. Niet alles hoeft in dezelfde mate maar hoe breder men mee doet, hoe beter. Voorwaarde om mee te kunnen doen is dat de persoonlijk omstandigheden geen belemmering vormen. Het gaat dan om inkomen, opleiding, gezondheid en taalbeheersing. Daarnaast heeft het een positief effect als de leefomge-
ving geen belemmeringen opwerpt. Te denken valt aan schoon, heel, veilig maar ook het ontbreken van discriminatie en het aansluiten van voorzieningen bij de behoefte van bewoners. Op basis van deze kennis uit de sociale index en de resultaten voor Oudheusden wordt de volgorde van de aanpak langzaamaan zichtbaar. De hoogste prioriteit zou gegeven moeten worden aan de rode scores ten aanzien van de persoonlijke omstandigheden en de leefomgeving. Dit zijn immers de voorwaarden voor actief meedoen. Binding ofwel prettig samenleven in Oudheusden kan ontstaan als zowel de leefomgeving, de persoonlijke omstandigheden als de mate waarin mensen meedoen gemiddeld redelijk op orde is. Op basis van de kennis over Oudheusden kiest de gemeente samen met haar partners om in te zetten op: Leefomgeving
Voorkomen van verloedering van het openbaar groen
Aanpak vervuiling en verloedering van straten en woningen
Meer of betere speelvoorzieningen voor kinderen
Ontwikkeling van de jeugd
Voorkomen van vroegtijdig schoolverlaten en daarmee bevorderen van het behalen van een startkwalificatie
Bevorderen van de taalbeheersing van kind en ouders
Betere en meer voorzieningen voor jeugd
Voorkomen en bestrijden van overlast
4.2
Drugs
Buren
Jeugd
Parkeren
Minder rood in 2013: nu samen doen! Naast focus kiest de gemeente ervoor om resultaat te laten zien, aan de bewoners te tonen dat de gemeente en haar partners de situatie serieus nemen. En voor én met de bewoners aan oplossingen werken. Snelheid van handelen en doen wat je zegt is daarbij van belang. Natuurlijk moeten bewoners zelf ook verantwoordelijkheid gaan dragen. Bijvoorbeeld voor het schoonhouden van de openbare ruimte door hier geen troep achter te laten en grof vuil alleen op de daarvoor bedoelde tijden buiten te zetten. zij zullen daar ook op aangesproken worden. Maar als de professionele partners er niet in slagen om voldoende daadkracht te laten zien, waarom zou een bewoner dat dan wel doen? Voorbeeldgedrag doet volgen en geeft vertrouwen! Dat vertrouwen is hard nodig in Oudheusden. Elkaar houden aan doen wat je zegt is zowel voor bewoners als voor de gemeente en haar partners van groot belang.
Hoofdstuk 5
Pamflet voor
Oudheusden In januari 2011 heeft een drietal werkateliers plaatsgevonden waarbij een groot deel van de professionals uit Oudheusden aanwezig was. Het doel van de werkateliers was om gezamenlijk – ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid, kennis en ervaringen– aan oplossingsrichtingen voor de opgave in Oudheusden te laten werken. In dit hoofdstuk wordt verslag gedaan van de bevindingen in de werkateliers.
5.1
Rode draden Sociale ontwikkeling is voorwaarde voor fysieke aanpak Fysieke ingrepen kunnen een groot effect hebben. De uitstraling wordt doorgaans verbeterd, soms verandert de bevolkingssamenstelling waardoor de balans van de sociale structuur net de andere kant opvalt. Dat laat onverlet dat de sociale ontwikkeling – de ontwikkeling van hoe de mensen nu samen leven, de kansen en perspectieven die zij nu hebben – meer is dan een randvoorwaarde, het is een belangrijke succesfactor voor het slagen van de fysieke aanpak. Zorg er bij nieuwbouwontwikkelingen voor dat de huidige bewoners niet worden vergeten in hun ‘toch al als negatief ervaren’ situatie. De kans is anders aanwezig dat ze zich zullen afzetten tegen wat nieuw is. Dus maak werk van arbeidstoeleiding, taalontwikkeling, vroegtijdig schoolverlaten, schoon en heel, groen, enzovoort. Ook in de gebieden die een fysieke ingreep zullen krijgen! Daar komt bij dat het imago van Oudheusden een positieve impuls nodig heeft en dat is vooral te bereiken met én door de huidige bewoners. Verbindt de huidige bewoners aan de fysieke plannen Inspraakprocedures zijn uiteraard verplicht maar om echt met de huidige bewoners tot planontwikkeling te komen is meer nodig. Ze moeten verbonden worden met de planontwikkeling én het resultaat. Het moet hun ‘Hart van én voor Oudheusden!’ worden. Samen met bewoners ontwikkelen van de fysieke plannen door echte co-creatie, medeopdrachtgeverschap, particulier opdrachtgeverschap, al dan niet collectief. Dit geldt niet alleen voor de woningen en de voorzieningen, ook voor de openbare ruimte, de voorzieningen voor jeugd enzovoort. Duurzaam sociaal ontwikkelen heeft voorkeur Om duurzaam sociaal te ontwikkelen is oog nodig voor hoe sociale structuren en leefbaarheid zich ontwikkelen en wat daarbij van belang is op langere termijn. Financiële randvoorwaarden zijn in het resultaat vaak duidelijk herkenbaar in de vorm van zichtbare bezuinigingen: verdichting, kleine privé-erven, gestapelde bouw (soms zonder buitenruimte!), weinig plek voor groen in de straten (groot groen aan de rand is minder van belang voor de leefbaarheid), strenge parkeernormen enzovoort. Met de kennis van nu weten we welk type bebouwing later in de levenscyclus serieuze knelpunten gaat geven, met alle financiële en sociale gevolgen voor de toekomst van dien. Oudheusden wordt gedeeltelijk gerevitaliseerd. In de wetenschap dat Oudheusden nu al knelpunten geeft in de leefbaarheid, is het verstandig om inbreidingslocaties
met veel kwaliteit en met kennis van wat belangrijk is voor de leefbaarheid sociaal duurzaam te ontwikkelen. Sluitende aanpak Professionals kunnen meer dan nu het geval met één mond spreken en een sluitende aanpak met elkaar neerzetten. Gelijktijdigheid en gelijkgerichtheid, dat is waar het in het proces om gaat. In de praktijk gaat daarbij om afstemming van operationele werkprocessen, meldplaatsen, afhandelwijze maar ook over het hanteren van (gedrags-)normen en over handhaven. Een praktijkvoorbeeld is dat de school gedragsnormen heeft opgesteld. Wanneer de kinderen ook op andere plekken door andere professionals op die normen worden aangesproken zal het een groter effect hebben. Tegelijkertijd zullen de normen deels ook toepasbaar zijn op gedrag van volwassenen. Waarom hetzelfde of een soortgelijk kader niet hanteren in andere situaties? Op korte termijn kan hier al een slag in gemaakt worden. Werkzaamheden ter bevordering van de leefbaarheid in brede zin worden nu al besproken in het werkvloeroverleg maar mandaat om echt verschil te maken is er vaak onvoldoende. Bestuurlijke betrokkenheid en ambitie om op het ‘kleine’ niveau van de dagelijkse praktijk het verschil te maken is nodig. Delen van activiteiten Verschillende professionele partijen doen goed werk in Oudheusden. Maar meer synergie is mogelijk door simpelweg elkaar op de hoogte te brengen van voorgenomen projecten en van uitgewerkte en succesvolle interventies. Iedere partij heeft zelf verantwoordelijkheid voor het delen van informatie maar zou wel aangesproken moet kunnen worden als dit onvoldoende plaatsvindt. Houd elkaar scherp! Een voorbeeld van een niet goed afgestemd project is van de stichting Spring-Hart voor Oudheusden. Diverse aanwezigen tijdens het werkatelier waren niet op de hoogte van dit initiatief. De nieuwe website www.hartvoorOudheusden.nl kan hierbij een rol spelen. Een deel van de informatie kan online staan, een ander deel wellicht door accounts afgeschermd en daarmee alleen voor professionals zichtbaar.
5.2
Atelier 1: focus op de kwaliteit van de fysieke leefomgeving
Groen Schoon en heel Spelen
Groen Wat als eerste opvalt, is dat voor groen een interne norm (groennorm) is geformuleerd die geen directe relatie heeft met wat bewoners van het groen in hun wijk vinden. Het advies is dan ook om de bewonerstevredenheid centraal te stellen in de normering (bijvoorbeeld: tevredenheid minimaal een 6) en na elke bewonersenquête een aanpak voor zowel beheer als kwaliteitsverbetering voor de komende periode (tot de volgende enquête) op te stellen zodanig dat de norm gehaald wordt of het normniveau wordt behouden. Vraagstukken rondom groen laten zich opsplitsen in beheer- en aanleg/ontwerpopgaven. Beheer van groen in Oudheusden is zo een activiteit waarbij quick wins mogelijk zijn en waarbij via een fysieke taak ook aan het winnen van vertrouwen kan worden gewerkt. De grootste verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente.
Daarnaast hebben alle andere partijen ogen en oren in de wijk en zouden meer prioriteit/ aandacht kunnen schenken aan het melden van ongeregeldheden. Daarvoor is het wenselijk dat er meer eenduidigheid komt ten aan zien van het melden en registreren. Door meldingen en registraties beter te stroomlijnen wordt ook de basis gelegd voor meer en beter terugkoppelen aan bewoners. Het is immers belangrijk dat professionals laten zien dat het signaal serieus is genomen en dat een oplossing is uitgevoerd. Vanuit registratie kan een historie opgebouwd worden die ingezet kan worden voor het ontwerp van nieuwe groenstructuren, vooral als de historie dorpskern gerelateerd worden geanalyseerd. De input kan actiever verzameld worden wanneer professionals – naast hun eigen thematiek – ook oog hebben voor groen. Een checklist kan daarbij simpel maar handig zijn. Voor het ontwerpproces is het tevens van belang dat de bewoners veel meer betrokken worden. Schoon en heel Schoon en heel wordt gedomineerd door dagelijkse processen. Snelheid van handelen, genormeerd in tijd en resultaat en bewonerstevredenheid zijn belangrijke kernpunten. Net als bij groenbeheer is ook bij schoon en heel het terugkoppelen naar de bewoners essentieel. Daarom dient ook voor dit aspect van leefbaarheid het meldpunt, de registratie en de afhandeling afgestemd te worden zodat iedere professional – in elk geval op hoofdlijnen – weet hoe zaken worden aangepakt door de gemeente. Bij het formuleren van verbeterpunten is het verstandig om de tijdscope kort te houden. Een drie-maanden-verbeterplan heeft meer kans van slagen dan een jaarplan of nog langer. Wel kan er een langere termijnplan als basis dienen. Om een hoger niveau te halen zodat de bewonerstevredenheid omhoog gaat speelt de mentaliteit van de bewoners een rol. Voor nu is het echter eerst zaak om vanuit de professionals te laten zien dat de verantwoordelijkheid gepakt wordt. Ten tweede is het voor de inzet van middelen van belang om af te wegen of de inzet op beheer elders een tandje lager kan. Of bewoners elders een grotere verantwoordelijkheid kunnen nemen, daar waar de sociale structuur sterker is. Dit kan alleen als de normen worden gerelateerd aan bewonerstevredenheid. Spelen Geconstateerd wordt dat er voor de kinderen tot 12 jaar genoeg speelgelegenheid is in Oudheusden. Deels komt dit doordat de kinderen ouder zijn geworden en dus andere behoeften hebben. De professionals gaven aan dat 12+ voorzieningen wel wat aan de randen, bijvoorbeeld bij de sportvelden (zoals in Vlijmen wijk Vijfhoeven-Priemsteeg) kan worden gerealiseerd. De politie geeft mee dat er wel voldoende sociale controle moet zijn. Ook hier weer opvallend dat er een speelnorm is die geen relatie heeft met de bewonerstevredenheid of misschien beter nog: met de wensen/tevredenheid van de kinderen/jeugd. In aansluiting daarop is het advies dat de kinderen in de wijk betrokken kunnen worden bij het ontwerpproces of plekkeuze. Een kinder/jeugdschouw kan hier een middel zijn. Wat ook opvalt, is dat er geen contacten zijn tussen de ontwerpers van speelplekken en de beleidsmedewerkers jeugd. En wellicht kunnen andere professionals via een digitaal platform hun ervaringen inbrengen: wat is nodig, wat werkt wel, wat niet? Terugkerend knelpunt is dat er altijd discussie is over de plek waar voorzieningen komen. Daarnaast speelt de veiligheid een belangrijke rol bij zowel ontwerp, plekkeuze als het beheer, inclusief handhaven. Het werkvloeroverleg is een plek waar zaken verder uitgewerkt kunnen worden. Nadeel is dat een deel van de partners daarbij niet aanwezig is. Zo is de school niet bij het werkvloeroverleg
betrokken. Voor de toekomst kan het een oplossing zijn om meer thematisch overleg te hebben. Partijen kunnen dan bij een deel van de agenda aansluiten. Belemmeringen voor spelen zijn onder andere de veiligheid, vandalisme en sociale controle. Dit geldt onder andere ook bij het voorstel van de school om het schoolplein open te stellen na schooltijd.
5.3
Atelier 2: focus op ontwikkeling van jeugd
Opleiding (vroegtijdig schoolverlaten/startkwalificatie)
Taalbeheersing van kind en ouders
Voorzieningen voor jeugd
Opleiding (vroegtijdig schoolverlaten/startkwalificatie) Om het vroegtijdig schoolverlaten terug te dringen zijn generieke – zoals het verbeteren van warme overdracht tussen de scholen - en specifieke -gebiedsgerichte - interventies gewenst. Signalering is een rol voor alle wijkwerkers. Het moet daarbij wel duidelijk zijn bij wie het signaal kan worden afgegeven. Het kernnetwerk is niet voor alle betrokkenen een vanzelfsprekende plek. Een van de meest in het oog springende gebiedsgerichte interventies is om zorg te dragen dat klas één en twee van het VMBO in Oudheusden kan worden gevolgd. De overgang wordt hierdoor kleiner waardoor leerlingen een goede start kunnen maken. Maar het gaat verder dan dat: het aanbod van stageplekken voor de jeugd blijft een weerbarstig probleem. Wanneer partijen er echt voor kiezen om Oudheusden prioriteit te geven, kan men besluiten om deze jeugd voorrang te geven en zelfs stageplekken te creëren in Oudheusden zelf. Bedrijven kunnen op vrijwillige basis daarop aanhaken. De samenwerking tussen bedrijven, onderwijs en overheid moet daarvoor ook verbeterd worden. 2
Ook kunnen betrokken wijkpartijen voorwaarden stellen aan hun opdrachtnemers over leer3 werkplaatsen en stageplekken. Dit kan bijvoorbeeld door bij de realisatie van de fysieke maar misschien ook de sociale opgave (maatschappelijke stages) in Oudheusden. Huiswerkbegeleiding kan ook meer (weer) lokaal georganiseerd worden. Hetzelfde geldt voor opvoedingsondersteuning, waar meer continuïteit in moet komen. Taalbeheersing Naast de aanpak zoals deze al in het VVE-beleid (voor- en vroegschoolse educatie) goed is uitgewerkt en ook goed functioneert (ook voor wat betreft het betrekken van ouders) - zou meer aandacht kunnen worden besteed aan ontmoetingen tussen Turkse en Nederlandstaligen. Daarmee komt taalbeheersing heel dicht tegen integratie en sociale cohesie aan te liggen. Niet alleen het gebieds- en wijkgericht werken heeft hierin een verantwoordelijkheid. Ook zouden (sport)verenigingen hieraan meer aandacht kunnen besteden. Zij zouden actief kunnen aansturen op Turkse vrijwilligers binnen de vereniging. Daar waar nodig zou ondersteuning geboden moeten worden. Belangrijk daarbij is ook dat professionals en de verenigingen één lijn trekken (norm) over de spreektaal, namelijk dat die Nederlands is. Op deze wijze komt er ineens een verantwoordelijkheid voor dit knelpunt bij een grotere groep professionals, ieder vanuit de eigen professie.
2 3
Woonveste gaf ter plekke aan hier voor te voelen Draag zorg voor erkenning van de bedrijven.
Voorzieningen voor jeugd Als het gaat over voorzieningen voor de jeugd, kan gedacht worden aan voorzieningen in de algemene sfeer, zoals speelvoorzieningen of een jongerencentrum. Echter zijn ook voorzieningen, gericht op (individuele) ondersteuning van jeugdigen en hun ouders, zoals een Centrum voor Jeugd en Gezin gewenste faciliteiten in Oudheusden. De naschoolse opvang is van groot belang voor de jeugd. Ze maken kennis met verschillende activiteiten. Wat ontbreekt, is een vervolg voor zinvolle vrijetijdsbesteding in Oudheusden. Een MFA zal in de toekomst wel plek hieraan kunnen bieden. Er zal echter tot die tijd ook een oplossing geboden kunnen worden. In aansluiting daarop is het verplaatsen van de sportvelden een minder goede ontwikkeling voor de sociale structuur van Oudheusden. Om in Oudheusden de programmering op te stellen is het nodig om in gesprek te gaan met de jeugd zelf en de volwassen inwoners zodat zij samen kunnen zoeken naar geschikte plekken. Jeugd en volwassenen kunnen zelf verantwoordelijkheid nemen. Neem de tijd hiervoor. Het proces is net zo goed een resultaat als het realiseren van de voorziening zelf. Voorbeeldgedrag speelt hierbij ook een essentiële rol en daar mag best meer aandacht voor komen. Het vieren van successen kan hierbij als middel dienen. Wees daarin ook sturend. Niet alleen een feestje vieren maar ook benoemen waarom het een succes is: resultaat maar ook samenwerken. Dit is dus altijd maatwerk!
5.4
Atelier 3: focus op voorkomen en bestrijden van overlast
Drugs
Buren
Jeugd
Parkeren
Drugs Om drugs maar ook andere vormen van overlast en criminaliteit goed aan te kunnen pakken zal gewerkt moeten worden aan het vertrouwen van de Oudheusdenaren in de instituties. Een deel van de aanpak is daar ook op gericht. Verder wordt geconstateerd dat de aanpak voor drugsoverlast op de goede weg is ook al zijn er ook verbeterpunten. Zo kan het hennepconvenant verder aangescherpt worden en kunnen partijen nog meer en beter samenwerken en de aanpak afstemmen. Afspraken nakomen is daarbij cruciaal. Het melden van drugsproblemen binnen gezinnen is een precair onderwerp. Het doel is om de kinderen zoveel mogelijk ‘binnen boord’ te houden. De jeugdhulpverlening kan hierin niet altijd het gewenste resultaat behalen. Beter samenwerken (als partners in en rondom het centrum voor jeugd en gezin) kan helpen bij het vroeg tijdig signaleren van problemen en het effectiever inzetten van ondersteuning. Voor de fysieke ontwikkeling van Oudheusden is aandacht voor transparantie in de openbare ruimte een belangrijk thema. Dit geldt voor het groen, de verlichting, hoekjes zonder mogelijkheid van sociale controle enzovoort. Ontmoeten op een veilige manier staat daarbij centraal. Dit vergroot immers de sociale controle. En laat de huidige bewoners hierover meepraten, juist als het over veiligheid gaat! Buren Rondom burenoverlast spelen tal van operationele vraagstukken. Dit is ook logisch gezien het weerbarstige karakter ervan en de weinige middelen die ter beschikking staan om oplossingen
te bieden. Communicatie en goed samenwerken is in vrijwel elk geval het enige dat kan. En dat kan beter! Allereerst kan in de preventieve sfeer aandacht worden besteed aan gedrag. Dit punt wordt ook al bij een aantal andere thema’s benoemd en kan dus integraal worden opgepakt. Mocht burenoverlast dan toch ontstaan dan is de eerste verbetering om de registratie van meldingen onder de loep te nemen. Gaat het steeds om dezelfde melder of is sprake van een breder probleem? Ook kan de meldingsdrempel omlaag door de mogelijkheid te bieden om anoniem te melden. Dan de aanpak. Een betere afstemming over wie wat doet bij burenoverlast is nodig. Wanneer wordt buurtbemiddeling ingezet en hoe kan buurtbemiddeling op een hoger kwaliteitsniveau worden gebracht? De woningtoewijzing zou plaatsing van zwakke huishoudens naast elkaar moeten tegengaan. En leren, evalueren en successen vieren kan beter. Besteed bij de fysieke ontwikkeling aandacht aan geluidsisolatie, voldoende leefruimte, voldoende groen en parkeren, faciliteiten om te ontmoeten. Jeugd Er wordt geconstateerd dat er intolerantie is ten aanzien van de jeugd. Om dit in te dammen is het gewenst dat jeugd en volwassenen met elkaar in dialoog gaan. Allereerst om te ontmoeten, elkaar beter te begrijpen maar vooral ook om met elkaar afspraken te maken over wat overlast is, over plekken om te hangen of te ‘spelen’ en over gedragsregels. Dat laatste niet alleen over het gedrag van de jeugd. Het gaat zeer zeker ook over het gedrag van volwassenen bij aanspreken, corrigeren enzovoort. Het benoemen van verantwoordelijkheden voor de jeugd is daarbinnen een essentieel aspect. Tevens kan de jeugd meer verantwoordelijkheid gaan dragen door zelf initiatieven te ontwikkelen, samen doelen te stellen en het inrichten van de openbare ruimte. Parkeren Parkeren lijkt op het eerste gezicht een fysiek probleem. Toch kent het gebrek aan parkeergelegenheid een grote sociale component. Bewoners kunnen elkaar flink in de weg zitten tot burenoverlast aan toe, over wie waar mag parkeren. Het is dus van belang om bij het ontwerp hiermee rekening te houden. Zeker in een dorpskern als Oudheusden willen mensen toch gewoon voor de deur parkeren en zij zullen hun eigen wegen vinden om dat toch voor elkaar te krijgen. Het gevolg: auto’s in de voortuin en op andere plekken die daar niet voor bedoeld zijn. De veiligheid komt op sommige plaatsen in het geding. Nu is dit niet helemaal te voorkomen. Dus naast aandacht voor de gevolgen voor het toekomstig samenleven in de ontwerpfase zal er ook – na realisatie - ingezet moeten worden op het stellen van normen. Al dan niet in samenspraak met de bewoners opgesteld. En handhaaf de normen naderhand! Het betrekken van de bewoners bij het ontwerpproces, hen deelgenoot te laten zijn van de dilemma’s helpt daarbij zeer zeker. Voor de fysieke ontwikkeling is het aan te raden bewoners erbij te betrekken. Niet alleen vanwege de oplossingen ter plaatse van de nieuwbouw maar ook om de verbinding te leggen tussen oud en nieuw (wij – zij tegenstellingen). Voor de Kasteellaan zelf kan het een optie zijn om deze autoluw te maken.
Sociale partners die zijn geraadpleegd voor de Sociale index Oudheusden: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Woonveste De Twern Heusden Politie Heusden Thebe jeugdgezondheidszorg Stichting de Schroef (combinatiefunctie) Basisschool de Nieuwenrooy Basisschool Romero Basisschool de Fontein Basisschool de Leilinde Mikz kinderopvang + peuterspeelzaal GGZ Reinier van Arkel Bibliotheek Oudheusden Juvans Maatschappelijk werk GGD Hart voor Brabant Novadic/Kentron D’Oultremontcollege SG de Overlaat Schakelring MEE Turkse stichting