BUNDEL COMMISSIE FYSIEK 17 JANUARI 2012
GRIFFIE HENGELO
RAADSCOMMISSIE FYSIEK Aan de leden van de raadscommissie Fysiek
Onderwerp Uitnodiging commissievergadering
Datum 5 januari 2012
Geachte leden, Hierbij nodig ik u uit voor de vergadering van de commissie Fysiek in de burgerzaal van het stadhuis, op dinsdag 17 januari 2012, begin 19.30 uur.
Agenda:
Portef.h.
1.
Opening en mededelingen van de voorzitter
2.
Vaststellen van de agenda
3.
Ingekomen stukken ter informatie Zie onderaan de agenda. Stuk ligt ter visie in de leeskamer raad
4.
Verslagen vergaderingen 6 en 8 december 2011 en de actielijst Eventuele tekstuele opmerkingen svp uiterlijk 24 uur voor de vergadering mailen naar
[email protected].
5.
Mededelingen van het college
6.
Actualiteiten en vragen van de commissie Op de dag van de vergadering voor 9.00 uur melden bij de commissiegriffier.
7.
Krediet uitvoering project Infra Weusthag 1e fase (11G202026)
Oude Alink
De commissie wordt gevraagd voor raadsadvisering om het definitieve ontwerp voor de 1e fase vast te stellen; voor het project Infrastructuur Weusthag een uitvoeringskrediet voor de 1e fase groot € 598.000,-beschikbaar te stellen en de wijze van dekking hiervan 8.
Kredietaanvraag gemeentelijke planbegeleiding Hart van Zuid (11G201869)
Bron
De commissie wordt gevraagd voor raadsadvisering om een krediet te verlenen voor het doen van uitgaven tot € 200.000,- ten behoeve van gemeentelijke begeleiding, toetsing en advisering betreffende Hart van Zuid tot 1 januari 2013 en de wijze van dekking hiervan 9.
Onderhandelingen Stork t.b.v. Hart van Zuid (11G202021)
Bron
De commissie wordt gevraagd voor raadsadvisering om een krediet groot € 190.000,- beschikbaar te stellen voor het uitwerken van de denkrichtingen en de wijze van dekking hiervan Bezoekadres Burg. Jansensplein 1 E-mail adres
[email protected]
Behandeld door Dhr. L.F. Nijland Tel. 074-2459979 Fax. 074-2459233
Bladnummer: 2
Kenmerk:
Datum: 24-11-2011
10. Kredietaanvraag WTC Business District (11G202022)
Bron
De commissie wordt gevraagd voor raadsadvisering in te stemmen met de ontwikkeling van het WTC Business District in het voormalige MTS-gebouw; het beschikbaar stellen van kredieten tgv € 270.000, en Є 375.000,- en de wijze van dekking hiervan 11. Voordracht (her)benoeming leden welstandscommissie (11G201923)
Bron
De commissie wordt gevraagd voor raadsadvisering om de in het voorstel genoemde leden te benoemen als lid van de welstandscommissie, hen en het Oversticht hiervan conform bijgaande brieven in kennis te stellen 12. Rondvraag Voor u is het volgende stuk ter informatie gelegd: a. Ontwerp bestemmingsplan ’t Rot (11G202013)
Voor alle agendapunten geldt dat technische en feitelijke vragen vóóraf via de mail (
[email protected]), of rechtstreeks aan de behandelend ambtenaar, gesteld dienen te worden. De antwoorden worden dan zo spoedig mogelijk gegeven en aan allen beschikbaar gesteld.
De voorzitter van de commissie, namens deze,
L. Nijland, Commissiegriffier
Notulen vergadering commissie Fysiek van de gemeente Hengelo d.d. 6 december 2011 Voorzitter De heer J.J.H. Rikkerink Griffier De heer L. Nijland Aanwezig op 17 mei De heer B. Akkus (PvdA), de heer G.H.M ten Brummelhuis (Burger Belangen), mevrouw J. Buikema (ChristenUnie), de heer M.J.H. Elferink (CDA), mevrouw M.J.J ter Haar (GroenLinks), de heer J.W.M. Harink (CDA), de heer L.F.M. Janssen (Pro Hengelo), de heer C.W. de Jong (Pro Hengelo), de heer M. Hollander (PvdA), mevrouw E.M. Kok (VVD), de heer R.G. Kok (VVD), de heer J. Kruiskamp (CDA), de heer V. Mulder (SP) mevrouw M. B. Rouwet-Smits (SP), en de heer L. Schoonhoven (D66) Insprekers Agendapunt 7: De heren Heringa en namens hem Beltman en Parmentier; De heer Van Zundert namens de heer Krommendijk Agendapunt 8: De heer Askan. Wethouders de heer S.J. Bron en mevrouw J.E. Oude Alink, de heer M. van Verder aanwezig Veen (hoofd van de afdeling Wijkbeheer ( bij agendapunt 6) Publieke tribune Verslag
Ca. 40 personen Kantoorprofs
1.
Opening en mededelingen van de voorzitter De voorzitter opent de vergadering om 19.28 uur. De vergadering wordt vanaf agendapunt 10 voortgezet op donderdag 8 december. De heer Harink fungeert dan als voorzitter.
2.
Vaststellen van de agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.
3.
Ingekomen stukken ter informatie a. Ontwerpbestemmingsplan ’t Weusthag (11G201316) b. Brief College over bestemmingsplan Dalmeden, uitwerking Bos Noord (11G201661) De heer Harink vraagt of punt b Brief college over bestemmingsplan Dalmeden, uitwerking Bos Noord voor de volgende vergadering op de agenda kan worden geplaatst. De heer Kok en de haar Janssen sluiten zich aan bij de vraag van de heer Harink. Het verzoek wordt besproken in het presidium.
4.
Verslag vergadering 25 oktober en de actielijst Redactioneel en naar aanleiding van zijn er geen opmerkingen over het verslag waarop het verslag ongewijzigd wordt vastgesteld. De actielijst wordt geactualiseerd. Actielijst. Punt 1. Verbouwing stationstunnel. Wethouder Bron verwacht de definitieve afrekening rond maart 2012 te ontvangen. De wethouder verwacht dat de extra kosten ca. 600.000 euro zullen bedragen. Punt 2. Realisatie Skatepark Hengelo. Wethouder Oude Alink verwacht dat er op december in het college een besluit over de locatie genomen zal kunnen worden. Nog voor de kerst zal de commissie een collegeadvies ontvangen. Punt 3. Bedrijfsplan Warmtenet. Wethouder Oude Alink meldt dat er een concept bedrijfsplan is gemaakt. Warmtenet is kapitaal intensief. Er staan een aantal projecten op stapel die een behoorlijke investering vragen. Ernst en Young maakt hierover een aparte rapportage. De verwachting is dat dit in januari 2012 zal zijn afgerond zodat het ook bij de definitieve aanbieding aan de raad kan worden betrokken. Op de begrotingswijziging krijgt de raad nog een aparte toelichting. De investeringsvoorstellen komen niet in de december vergadering van de raad. Punt 4. Gladheidsbestrijdingsplan. Wethouder Oude Alink meldt dat het collegebesluit Gladheidsbestrijdingsplan is toegelicht in een IBR. Het punt kan van de lijst af. Punt 5. Lopend onderzoek naar de ontsluiting van de Innovatiedriehoek. Wethouder Bron meldt dat het college op 6 december een notitie heeft besproken Het is aan presidium of dit in de commissie, IBR of Trefpunt aan de orde komt.
het
Punt 6. GGD rapport “Last in Zuid”. Wethouder Oude Alink meldt dat het college bezig is om het collegeadvies af te ronden. In januari wordt er met de betrokken bewoners gesproken. De heer Janssen vraagt of het advies van het college ook nog terug komt in de commissie Fysiek. Wethouder Oude Alink antwoordt dat het de Commissie Fysiek
1/12
commissie vrij staat om het onderwerp te agenderen. De wethouder is altijd bereid het te bespreken. Punt 7. Asbest onderzoek scholen. De notitie is ontvangen. Het onderwerp kan van de lijst af. Punt 8. Parkeernotitie. Staat voor april. Punt 9. Herplant Mozartlaan. Wethouder Oude Alink geeft aan dat de platanen al zijn geplant. Gazon en bloembollen komen in het voorjaar van 2012. Een deel van de ruimte wordt tijdelijk gebruikt als parkeerplaats in verband met het aanleggen van de weg. In het voorjaar wordt alles opnieuw ingeplant. De verwachting is dat in april 2012 alles klaar zal zijn. Commissie is geïnformeerd. Punt kan van de lijst. Punt 10. HVV. Tubantia. Wethouder Bron antwoordt dat er een akkoord is bereikt met de bouwclaimhouders. De contracten kunnen worden getekend. Het college is in gesprek over de werkzaamheden. De heer Janssen had het prettig gevonden dat de commissie via de mail op de hoogte was gesteld van de stand van zaken. Hij vraagt of voor de algemene ledenvergadering van Tubantia op 19 december 2011 alles rond is. Wethouder Bron antwoordt dat hij alleen gaat over de contracten van de bouwclaim. Vanaf nu is wethouder Sport de heer Lievers in beeld. De raad heeft eerder al besloten om deze investering te gunnen als de bouwclaim kan worden verzilverd en dan kunnen de met Tubantia afgesproken werkzaamheden hun voortgang krijgen. 5.
Mededelingen van het college Wethouder Oude Alink meldt dat de gemeente een subsidie van bijna 150.000 euro heeft gekregen van de provincie Overijssel voor de installatie van 152 zonnepanelen. Het betreft de zonnepanelen die al zijn geplaatst op het dak van het stadhuis en de zonnepanelen die zullen worden geplaatst in het Milieupark. Uitgereikt wordt een boekje dat is gemaakt samen met het Waterschap over de beken in Hengelo. Aan het programma ‘Klus je rijk’ van RTL4 doet een gezin uit Hengelo mee. De doelstelling is om de energierekening zoveel mogelijk naar beneden te krijgen. Aangegeven wordt dat Hengelo een aantal energieambassadeurs heeft gekregen. Deze ambassadeurs sporen mensen aan om hun huis te isoleren. De regeling ‘Een dikke jas’ heeft bijgedragen aan succes op dit gebied. Voor 2011 is deze regeling al helemaal uitgeput. Het Hengelose gezin heeft een goede kans om de prijs te winnen in ‘Klus je rijk’. Tussen 17 en 24 december wordt het programma uitgezonden. Wethouder Bron meldt dat er op 8 december 2011 een gesprek is met Connexxion over continuering gratis openbaar vervoer voor ouderen. Het onderwerp is in week 48 uitgebreid besproken in de Regio. De wethouder heeft daar een warm pleidooi gehouden voor het gratis openbaar vervoer voor ouderen en gewezen op het positieve effect dat het in Hengelo heeft namelijk een goed gebruik van de bus en het doorbreken van het sociaal isolement van ouderen. Er was inmiddels al een negatief advies van Regionaal Overleg Consumentenbelangen Openbaar Vervoer (ROCOV Twente). Alleen de gemeente Enschede is voorstander van gratis openbaar vervoer voor ouderen. Met Enschede wordt gekeken, hoe de regeling vanaf 2013 kan worden verlengd.
6.
Actualiteiten en vragen van de commissie Pro Hengelo heeft een vraag gesteld over asbest. De heer Janssen heeft via de media vernomen dat er op een aantal plaatsen in het Weusthagpark een hogere dan wettelijk is toegestane concentratie van asbest is aangetroffen. Het park is afgesloten en het GGD doet onderzoek. De heer Janssen heeft een aantal vragen: Met hoeveel is de toegestane grens overschreden. Op hoeveel plaatsen is asbest aangetroffen. Is er sprake geweest van langdurige verontreiniging en is daarbij ook de kinderboerderij bij betrokken. Is er al duidelijkheid over hoe het asbest er is gekomen. Als die duidelijkheid er is wie heeft het dan veroorzaakt en is de veroorzaker hier al op aangesproken. Wethouder Oude Alink geeft aan dat een deel van de antwoorden via de mail worden toegezonden. De wettelijk toegestane grens van de interventie waarde van asbest in de bodem is 100mg per kilo droge stof in het gewogen gehalte. Het asbest, dat is aangetroffen in Weusthag, vertoont een nogal grillig patroon. Het maximale gehalte dat is gemeten bedraagt 346mg per kilo. Het betreft 50% van het onderzochte terrein. Al veel langer is bekend dat er stortactiviteiten hebben plaatsgevonden (vanaf 1950 tot circa 1972). Wat voor 1975 is gestort kan niet meer worden verhaald. In 1975 is er wettelijk een grens getrokken. In de periode voor 1975 waren mensen niet bekend met de
Commissie Fysiek
2/12
consequenties die het storten van asbest met zich mee brengt. Er is geen asbest aangetroffen in de buurt van de kinderboerderij. De GGD krijgt de resultaten van het onderzoek en gaat dan beoordelen of er gezondheidsrisico`s zijn. Als de uitslagen van het onderzoek binnen zijn weet de gemeente ook wat er precies moet gebeuren. Tot de uitslagen bekend zijn blijft het Weusthagpark afgesloten. Een tweede vraag is gesteld door het CDA-fractie: Ontwerp tracébesluit N18. De heer Harink geeft aan dat tot 29 december het ontwerp tracébesluit van de N18 Vasseveld Enschede ter inzage ligt en omwonenden zienswijzen mogen geven op het plan. Het is een belangrijk onderwerp voor bewoners van Beckum en omstreken. De reacties worden meegenomen bij het opstellen van het tracébesluit dat in 2012 wordt vastgesteld. Hij vraagt welke reactie het college gaat geven en op welke wijze de gemeenteraad hierbij wordt betrokken of geïnformeerd. De heer Janssen sluit zich aan bij de opmerkingen van de heer Harink. Wethouder Bron geeft aan dat het onderwerp steeds wordt besproken in het Regiobestuur en het portefeuillehoudersoverleg Mobiliteit. In de afgelopen jaren is er een aantal keren overleg geweest met de gemeente Haaksbergen. Hier is overeenstemming bereikt op de wijze waarop de afslag van de N18 aansluit op het gebied van Haaksbergen. Dit zit ook in het ontwerp tracé besluit. Daarnaast heeft hij in de Regio gepleit voor een goede aansluiting op de A35 bij de Grolsch fabriek. Hier komt een korte rotonde. De Regio heeft hier een paar ton extra voor uitgetrokken. De Dorpsraad Beckum is van het besluit op de hoogte gesteld. Hij heeft een overleg met de voorzitter van de Dorpsraad gehad. Het college zal geen zienswijze indienen omdat wat het college wil in het ontwerp tracé besluit is gerealiseerd. Hij heeft een toezegging van de provincie Overijssel. De gedeputeerde komt begin volgend jaar op bezoek en gaat dan samen met hem naar de Dorpsraad Beckum. Er komen verkeersremmende maatregelen op N739. Dit staat buiten dit ontwerp. De heer Harink vindt het heel logisch om nu de officiële inspraakprocedure loopt gezien ook de belangen van de bewoners van Beckum om nogmaals het standpunt van de gemeente kenbaar te maken. Aangegeven zou moeten worden dat de gemeente gaat voor de afslag zoals die nu is gepland. Het gaat ook om de aansluiting bij de Grolsch die nog niet optimaal is omdat daar de afwikkeling beter zou kunnen door de aanleg van een volledige rotonde. Wethouder Bron geeft aan dat het college heeft bereikt wat zij wilde bereiken. Bij het kwart klaverblad bij de Grolsch fabriek heeft de Regio drie ton bijgelegd. De gemeente legt niets bij en is ook bestuurlijk niet betrokken bij het tracé besluit rondom de N18. Dit doet de Regio. De wethouder is uitermate tevreden met de resultaten die zijn behaald. De heer Janssen stelt dat er een keer over gesproken is in een Trefpunt in Beckum. Hij geeft aan dat het nog eens op deze wijze uitgebreid kan worden voorgelegd aan de bewoners van Beckum. De vragen drie en vier gaan over de uitvoering van het groenproject Hasseler Es. De heer Elferink meldt dat hij zorgen blijft houden over de uitvoering van het groenproject. Op 20 november 2011 heeft de CDA-fractie schriftelijke vragen gesteld aan het college. Een van de vragen was wat er tot de hoofdgroenstructuur behoort en wat niet gelet op de manier waarop er wordt omgegaan met het uitgeven van snippergroen of het terugnemen van snippergroen en de manier waarop er wordt omgegaan met de grondverkoop in de Hasseler Es. In de Twentse krant Tubantia van 5 en 6 december staat dat de gemeente per direct stopt met het rooien van groene plantvakken in de Hasseler Es. In het zelfde artikel staat dat de gemeente blijft optreden tegen illegaal grondgebruik. Hij wil graag opheldering over dit artikel. Hij heeft gepleit van voortvarendheid bij het opstellen van nieuw groenbeleid. Ook heeft hij voorgesteld om als dit langer gaat duren de huidige situatie te bevriezen en niet onnodig met de bewoners in discussie te gaan. Eén van de cruciale vragen was of het college bereid is om projecten die leiden tot veel discussie te staken totdat de gemeenteraad het nieuwe Groenbeleid heeft vast gesteld. Hij vraagt of de strekking van het artikel 5 en van 6 december klopt. Verder vraagt hij hoe het komt dat de gemeenteraad dit uit de krant moet lezen. Hij vraagt verder een toelichting op de gemaakte keuze om te stoppen en het doorgaan op onderdelen van de groenprojecten. Hij vraagt of het college kan aangeven wat de koers is die momenteel gevaren wordt, wat is de marsroute en wanneer communicatie en beslismomenten over het nieuwe groenbeleid plaatsvinden. Hij vraagt of de wethouder ook kort wil ingaan op het betoog van de heer Schenk van het actiecomité in de Hasseler Es. De heer Kok sluit aan bij wat de heer Elferink heeft aangegeven. Hij zegt dat binnenkort het punt is aangebroken dat er wordt gezegd tot hier en niet verder. Op 22 november is hij gebeld door een familie aan de Toscaninistraat in verband met een dreigende verwijdering van groen en schutting. Hij heeft samen met de heer Janssen gesproken met de familie. Er is contact opgenomen met ambtenaren van diverse afdelingen. De betreffende ambtenaren hebben direct de zaak op orde gebracht. Voor 1 januari 2012 zal er geen renovatie plaatsvinden.Hij heeft samen met de heer Janssen een aantal schriftelijke vragen ingediend. Commissie Fysiek
3/12
De heer Janssen stelt dat er twee hoofdvragen zijn. Er moet pas worden doorgegaan op het moment dat het nieuwe groenbeleid door de raad is vastgesteld. Het moet zo spoedig mogelijk duidelijk worden waar de hoofdgroenstructuur zich bevindt. Wethouder Oude Alink meldt dat de rooiwerkzaamheden van nog twee groenvakken tijdelijk zijn stopgezet. Dit is gedaan op verzoek van de Klankbordgroep. De Klankbordgroep wil eerst met elkaar in gesprek gaan omdat een lid van de Klankbordgroep een aantal opvattingen heeft. De Klankbordgroep wil met elkaar in gesprek over rollen en taken, over hoe er tot nu toe is gewerkt. Het college had een bericht voor de raad en de pers in voorbereiding om samen met de voorzitter van de Klankbordgroep de raad en de pers te informeren. Het college had het maandag naar buiten willen brengen maar toen stond het al in de krant. Het college voert het besluit van de raad genomen op 31 mei 2011 uit. In het besluit staat duidelijk omschreven wat er wordt gedaan en waarom dit wordt gedaan. Aangegeven is dat er verder moet worden gegaan met het handhaven op illegaal grondgebruik. Zij is niet verantwoordelijk voor wat de krant schrijft. Het actiecomité heeft haar eigen verantwoordelijkheid en eigen opvattingen. Het actiecomité is lid van de Klankbordgroep. De Klankbordgroep heeft zelf ook een mening en is in beraad over een aantal zaken. Op 21 december 2011 praten Klankbordgroep en wethouder met elkaar. Zij kan zich niet vinden in wat er in de krant staat over hoe het college is omgegaan met de Klankbordgroep, met wat er staat over de inrichting van de plantenvakken. De werkelijkheid is een andere. Zij meent, dat er wat betreft illegaal grondgebruik moet worden gehandhaafd. Het bestemmingsplan is hiervoor leidraad. Voor alles wat er buiten een kavel ligt is er een gebruiksovereenkomst en als dat niet zo is dan is er sprake van illegaal grondgebruik. Het groen dat wordt aangetroffen kan bestaan uit bestrating, tuinhuisjes, groen. Het is ander groen dat wat de gemeente verstaat onder groenstructuur. Zij kan een aantal luchtfoto`s laten zien om haar betoog te ondersteunen. De gemeente onderhoudt wel degelijk het groen. Wat betreft het betoog van de heer Schenk is het zo dat het gaat om persoonlijke situaties en in de meerderheid van de gevallen gaat het om illegaal grondgebruik. Het college probeert altijd in overleg met de bewoners te bepalen hoe er geruimd moet worden. De heer Van Veen geeft aan dat er een Klankbordgroep is die uit acht leden bestaat. Eén van de leden is het actiecomité. De Wijkraad is lid, dit geldt ook voor de Natuur en Milieuraad, de IVN (Vereniging voor Natuur- en Milieueducatie), allemaal deskundigen op het gebied van groen, schouwers uit de wijk en een bewoner. Met alle leden van de Klankbordgroep behalve het actiecomité zijn alle plantvakken langsgelopen en zijn er samen plantlijsten opgesteld. Dit is naar tevredenheid van al die leden van de Klankbordgroep gebeurd. Het besluit van de raad van 31 mei 2011 wordt helemaal uitgevoerd zoals de raad het heeft opgedragen. De Klankbordgroep zelf heeft aangegeven, dat er even moet worden gestopt zodat de Klankbordgroep intern zich kan beraden over wat er op de agenda van de Klankbordgroep moet staan. Wethouder Oude Alink meldt dat het voorstel is dat er 13 december een IBR is waar nader op het groenbeleid zal worden ingegaan. De vraagstukken die in het Groenbeleid moeten worden benoemd zullen dan ook worden besproken. Het college houdt zich aan de opdracht gegeven door de raad op 31 mei 2011. Het openbaar groen is ook vastgelegd in het bestemmingsplan. Hengelo heeft er alle belang bij om het openbaar groen dat er is ook vast te houden. Dat is ook de lijn van het college. De heer Elferink meldt dat de CDA-fractie over dit thema, over illegaal grondgebruik en de grondstructuur vragen heeft gesteld en hij verwacht dat er spoedig antwoord op komt. De CDA heeft een andere visie geformuleerd en deze in maart 2011 naar het college en de andere fracties gestuurd. De CDA-fractie heeft het college gevraagd om daar waar het mogelijk is maatwerk toe te passen. Het huidige beleid biedt deze mogelijkheid. In de nota Groenuitgifte wordt aangegeven dat in bepaalde situaties gedeelten van de hoofdgroenstructuur kunnen worden verkocht. Hij doet ook een appèl op het college om tot het moment dat het nieuwe Groenbeleid is vastgesteld terughoudendheid in acht te nemen als het gaat om de uitvoering van dit deel van de groenprojecten en ook gebruik te maken van maatwerk oplossingen. Het betreft schrijnende situaties die diep ingrijpen bij bewoners die al een hele tijd op een bepaalde plek wonen. Hij vraagt de wethouder nogmaals om de marsroute aan te geven. Vraag is wat de stip aan de horizon is, wanneer wordt het beleid vastgesteld, wanneer vinden er vooraf nog communicatie-, inspraakmomenten plaats. Hij wil dit op papier zien. De heer Kok constateert dat de wethouder er van doordrongen is dat het een hekele zaak betreft en dat er iets moet gebeuren. Hij vraagt om de schuld niet neer te leggen bij de Twentse Courant Tubantia. Hij wil graag als er een IBR wordt gehouden dat alle raadsleden een aantal dagen voorafgaand aan de bijeenkomst alle relevante stukken ontvangen. De heer Janssen hoopt dat het nieuwe Groenbeleid openingen geeft. Vooral als het gaat om de verkoop van snippergroen en de onderhoudsovereenkomsten. Commissie Fysiek
4/12
Wethouder Oude Alink geeft aan dat zij wat betreft Tubantia alleen heeft aangegeven niet de verantwoordelijkheid te kunnen dragen voor zaken die in de krant staan. De wethouder laat het aan het presidium over of zij het Groenbeleid willen agenderen voor de IBR van 13 december 2011. Zij zegt toe dat de raadsleden de marsroute waar de heer Elferink om vraagt zullen ontvangen. 7.
Vaststelling bestemmingsplan Anninksweg 117 (11G201564) Insprekers bij dit agendapunt zijn de heren Heringa, en namens de heer Heringa de heren Beltman en Parmentier. Namens de heer Krommendijk spreekt de heer Van Zundert in. De hand-out van de bijdragen van de heren Heringa, Beltman, Parmentier en Van Zundert worden integraal bij het verslag gevoegd. De heer Schoonhoven geeft aan, dat er een splitsing moet worden gemaakt tussen hoe de puinhoop is ontstaan en hoe hier uit kan worden gekomen. Alles wat verkeerd kon gaan is verkeerd gegaan. Sloop is voor D66 geen optie. Blijft staan de vraag hoe komen wij eruit. Hij steunt de voorgestelde procedure en gaat er vanuit dat de nodige zorgvuldigheid wordt betracht. Mevrouw Buikema hoort bij de verschillende insprekers dat er toch wel bezwaren zijn tegen de gang van zaken. Elk bestemmingsplan heeft een handhavingsparagraaf waarin staat dat controle op de feitelijke situatie in plangebied moet worden uitgevoerd. Als de regels niet worden gevolgd moet er worden opgetreden. Als dit wordt nagelaten ontstaat er een grote maten van rechtsonzekerheid. De heer V. Mulder (SP) constateert naar aanleiding van wat de insprekers naar voren hebben gebracht dat er een put van ellende naar bovenkomt. Het is allemaal begonnen met het zich niet houden aan het bestemmingsplan. Vraag is wat er gebeurt als dit wordt gelegaliseerd door middel van een bestemmingsplanwijziging. De familie Krommendijk wordt een dienst bewezen. Het zal de heer Heringa niet direct schaden. Wat de heer Heringa wel schaadt zijn, zijn gevoelens en emoties. Dit is met geen geld te betalen ook niet met het afbreken van de woning. De heer Voskamp is inmiddels door planschadevergoeding gecompenseerd. Een moeilijk punt vindt hij het legaliseren van een willens en wetens fout gebouwd object. Hij vraagt de wethouder om aan te geven welke precedentwerking er uit kan gaan van legalisatie in dit geval. De heer Janssen bedankt de wethouder voor het toch beantwoorden van de zienswijzen ook al waren zij te laat ingediend. Het perceel is gebouwd in afwijking van de bouwvergunning. Er is een verzoek tot handhaving ingediend. Legalisatie is niet bezwaarlijk gebleken maar niet mogelijk onder het regiem van het huidige bestemmingsplan en daarom wordt er nu een nieuw bestemmingsplan ingediend. De gemeente is zowel bij de uitvoering van het bouwplan als de handhaving in gebreke gebleven. De aanliggende panden hebben hierdoor schade geleden. De schade aan het pand van de heer Voskamp is opgelost. De kwestie met de heer Heringa moet eerst worden opgelost voordat het bestemmingsplan voor 117 kan worden vastgesteld. De heer V. Mulder (SP) geeft aan dat planschade pas kan worden vastgesteld na vaststelling van het bestemmingsplan. De heer Janssen is van mening dat er voor de heer Heringa op een eerlijke Twentse wijze een oplossing moet worden gezocht. Hij verzoekt het college om het voorstel terug te nemen en binnen drie maanden met heer Heringa tot een oplossing te komen en daarna het bestemmingsplan opnieuw in te dienen. De heer Kok geeft aan dat een en ander zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld tot de situatie zoals die nu bestaat. Hij constateert dat de heer Parmentier heeft aangegeven dat er tijdens de ter inzage legging een uitbreiding en een rectificatie heeft plaatsgevonden terwijl er geen data bij zijn genoemd. De situatietekening is kloppend gemaakt. Op basis hiervan zou naar de mening van de heer Parmentier een nieuwe ter inzage legging moeten plaatsvinden. De formulieren betreffende de aanvang van de bouw ontbreken. Hier wil hij helderheid over hebben. De heer Ten Brummelhuis stelt dat er twee mogelijkheden zijn: sloop of het bestemmingsplan vaststellen om daarna de heer Heringa de kans geven om een planschade in te dienen. Het laatste lijkt hem het meest voor de hand liggend. De heer Harink brengt naar voren, dat in het begin dit jaar door de politieke fracties ook samen met de heer Heringa gekeken is hoe er tot een oplossing kon worden gekomen. Toen is datgene besproken wat nu voorligt. Besproken is dat als het bestemmingsplan wordt vastgesteld dit de heer Krommendijk kan helpen en de heer Heringa een noemer geeft om een planschadeprocedure op te starten. Hij constateert naar aanleiding van de bijdrage van de eerste drie insprekers, dat een aantal privaatrechtelijke en publiekrechtelijke regels door elkaar heen zijn gaan lopen. Hier kan hij op dit moment niet veel mee. Het gaat nu om de bestemmingsplanprocedure en de publieke regels. Hij heeft bewondering voor het college dat richting de indieners van de zienswijzen die te laat zijn ingediend toch op een correcte wijze antwoord heeft gegeven.
Commissie Fysiek
5/12
De heer Hollander merkt op dat bouwen in strijd met een verleende vergunning niet kan en niet mag. Er kan niet altijd worden voorkomen dat het gebeurt. Het is zo dat iemand die heeft gebouwd in afwijking van de bouwvergunning dit ook mag voelen. De familie Krommendijk heeft de kosten moeten dragen voor het opstellen van het bestemmingsplan en is verantwoordelijk voor het vergoeden van eventuele planschades ten gevolge van de wijziging van het bestemmingsplan. In het bestemmingsplan wordt het bouwvlak opgeschoven, verder verwijderd van de woning van de heer Heringa. Hij ziet niet wat het overwegende beletsel is en in welke zin de heer Heringa in zijn belangen wordt geschaad. Het gaat om een overschrijding van 50 cm van de perceelgrens. Het is een zeer geringe afwijking van het vorige bestemmingplan. Herstel op basis van het vorige bestemmingsplan zal zeer aanzienlijke kosten met zich meebrengen. Hij vindt het niet redelijk om de woning in die zin aan te laten passen. Hij zal het bestemmingsplan dan ook steunen. Mevrouw Ter Haar is van mening dat het verhaal moet worden afgerond en het bestemmingsplan moet worden gewijzigd. Daarna kan de heer Heringa de procedures volgen die dan nog voor hem open liggen. Het hele verhaal laat zien dat bij vaststelling van bestemmingsplannen heel goed moet worden gekeken naar de afstanden tussen de percelen. Wethouder Bron geeft aan dat de oprichtingsvergunning al speelde in 23 januari 2002. Het college heeft de vrijstelling van het bestemmingsplan en de vergunning verleend voor het oprichten van het woonhuis op het perceel Anninksweg 117. Dit is onherroepelijk. Er is gebouwd in afwijking van de oprichtingsvergunning. De woning ligt 2 meter verder van de woning van de heer Heringa. De heer Heringa heeft een verzoek tot handhaving ingediend. In het kader van het legalisatieonderzoek, dat deel uitmaakt van het handhavingtraject, is geconstateerd dat de woning paste binnen het vastgestelde bestemmingsplan vooroorlogse wijken. Dit betekende dat voor de gerealiseerde wijziging een vergunning moest worden verleend. De heer Krommendijk heeft een vergunning aangevraagd voor de afwijkingen. De heer Heringa heeft een beroep aangetekend tegen het goedkeuringsbesluit van de provincie van het bestemmingsplan. De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het goedkeuringsbesluit betreffende Anninksweg 117 vernietigd. Bij besluit van 18 februari 2008 heeft Gedeputeerde Staten voor het perceel goedkeuring onthouden aan het bestemmingsplan. Oorzaak was het ontbreken van een maximale bouwhoogte van het betrokken perceel. Het oude planologische regiem is hierdoor weer van kracht geworden en moest de wijzigingsvergunning worden geweigerd. De woning van de heer Krommendijk is in strijd met de oprichtingsvergunning opgericht en staat dus zonder bouwvergunning. Grote delen van de afwijkingen van de oprichtingsvergunning zijn in verband met de inwerkingtreding van de Wabo bouwvergunningvrij. Van de belangrijkste afwijking van de zijdelingse perceelgrens is nog ongeveer anderhalve vierkante meter vergunningsplichtig. Het opgerichte bouwwerk is in te passen in een nieuw vast te stellen bestemmingsplan. De gemeente kan niet worden aangesproken om eventuele planschade te vergoeden. Uit de advertentie is inderdaad een zin verwijderd, maar het plan is niet veranderd en het belang is niet geschaad en derhalve hoefde de procedure niet aangepast te worden. Er zijn drie ambtenaren met een voortreffelijke dossierkennis. De kwaliteit van de stukken is prima. Het geheel is een opeenstapeling geweest van heel veel brieven en procedures. Dit is altijd de weg die moet worden bewandeld. Bij iedereen wordt altijd eerst gekeken of er kan worden gelegaliseerd. Het gaat in het bestemmingsplan met name om de ruimtelijke afweging en die wijkt nauwelijks af van het bestaande bestemmingsplan. Het college is van mening dat er geen schade geleden is. De wethouder is dan ook niet bereid om het voorstel terug te nemen. Tweede termijn De heer Janssen geeft aan dat er bezwaar zal worden gemaakt. De heer Heringa gaat de planschadeprocedure richting de heer Krommendijk opstarten. Om te voorkomen dat er bezwaar wordt gemaakt vraagt hij om nog een poging te doen om partijen tot elkaar te brengen omdat als er een procedure wordt opgestart de burgers hiervoor moeten betalen. De kosten zullen in de tonnen gaan lopen. De heer V. Mulder (SP) geeft aan dat iedere burger vrij is om zijn rechten te gebruiken en meent dat een besluit dat door de raad wordt genomen geen invloed heeft op de kosten. De heer Kok is van mening dat er sprake is van een privaatrechtelijke zaak. Hij vraagt of de rectificatie die er is geweest invloed heeft gehad op de termijnen. De situatietekening is veranderd na de ter inzage legging. Vraag is of er dan een nieuwe ter inzage legging moet komen. Wethouder Bron beaamt dat het zich meer grond toe-eigenen dan is toegestaan inderdaad een privaatrechtelijke aangelegenheid is. Hij is van mening dat er geen schade is. De zienswijzen zijn te laat ingediend en daardoor is er geen beroepsmogelijkheid. Wat betreft de advertentie over het ontwerpbestemmingsplan is het zo dat er een zin is verwijderd. Het is de zin: “omdat de woning twee meter verder richting het oosten is gebouwd dan de vergunning aangaf”. Er is geen tekening gewijzigd. De termijnen zijn door deze aanpassing niet veranderd.
Commissie Fysiek
6/12
Conclusie: Het stuk gaat als bespreekstuk door naar de raadsvergadering. 8.
Vestiging Kerk aan Bartelinkslaantje (11G201606/446589 EN 449353) Betreft een verkenningsronde. De heer Aksan is inspreker bij dit onderwerp. De hand-out van de bijdrage van de heer Aksan wordt ter vergadering uitgedeeld. De heer Janssen vraagt of de wethouder eerst wil toelichten waarom de gemeente voor deze locatie heeft gekozen. Wethouder Bron antwoordt dat in 2007 is begonnen met een locatieoverleg. In 2007 is het ook in het college behandeld om in te stemmen met de verplaatsing van de Syrisch-orthodoxe kerk. Het college heeft aangegeven, dat het in een bredere verkenning moest komen. Er is gekeken naar grondprijzen. Er zijn gesprekken geweest met burgemeester Kerckhaert en wethouder Ter Ellen. Er is overleg geweest met het kerkbestuur in 2009 en in 2010. Het college voert consistent bestuur en heeft gemeend de grond te moeten aanbieden zoals dat in het verleden ook is beloofd aan de kerk. Er is door het college altijd nadrukkelijk aangegeven. dat instemming met de gemeenteraad nodig is en dat er een exploitatieovereenkomst voor geldt en dat de planologische procedure moet worden doorlopen. Mevrouw Ter Haar constateert dat de voorgestelde plaats gelegen is in de groene wig die het Weusthag verbindt met het buitengebied. De locatie is groot genoeg voor kerk en ontsluitingsweg. Er moeten maatregelen worden getroffen die dwars door het groene hart gaan. De bestemming van de locatie is agrarisch. Op het stuk nestelen kievieten. Er zal nog overleg worden gevoerd met allerlei verschillende instanties. De Wijkraad heeft in de krant al laten weten geen voorstander te zijn van de plannen. Zij is tegen de voorgestelde locatie. Het ligt binnen de hoofdgroenstructuur en verbindt dat het Weusthag met het buitengebied. De groene wiggen dragen in belangrijke mate bij aan de ruimtelijke kwaliteit van de stad. Zij hoopt dat de gemeente en het Syrisch-orthodox kerkbestuur op zoek gaan naar een alternatief. De heer Hollander maakt een compliment voor de positieve en constructieve wijze waarop de kerkgemeenschap met het plan omgaat en de zeer zorgvuldige informatievoorziening richting de raad. Vraag is of de voorgestelde locatie de goede is wegende alle belangen die er zijn. Wat voorgesteld wordt is een locatie die ligt in de hoofdgroenstructuur op een kavel waar geen bebouwing is voorzien. In Hengelo zijn nog de nodige plekken in te vullen. Er zijn ook nog andere bouwgronden waarvoor nog geen concrete plannen bestaan en gebouwen die leeg staan of op relatief korte termijn leeg komen te staan. Hij is van mening dat er betere locaties zijn dan de nu voorgestelde die niet tot de hoofdgroenstructuur behoren en waar wel bebouwing is voorzien. Hij vraagt het college om met het kerkbestuur op zoek te gaan naar een locatie die niet is gelegen in de hoofdgroenstructuur. De heer Kruiskamp is van mening dat er moet worden gekeken naar alternatieve locaties. In het voorstel van het college is te lezen dat er nog veel onduidelijkheden zijn qua ruimtelijke inpasbaarheid, kwaliteit van de bodem, grondwateronderzoek, fauna, geluid, verkeer. Hier moet goed naar worden gekeken. Er zijn nog veel inbreidingsmogelijkheden. Deze mogelijkheden moeten goed worden onderzocht. Van het draagvlak in de omgeving wordt hij niet gelukkig. Hij heeft begrepen dat er voor de gemeente nog veel kosten zijn te maken. Het is voor de CDA-fractie geen gelopen discussie dat dit de plek moet worden. Hij vraagt het college om met het kerkbestuur te bekijken of er geen andere locatie kan worden gevonden. Binnenkort komen er in Hengelo kerkgebouwen vrij. Hij is van mening dat hier serieus naar moet worden gekeken. De heer Ten Brummelhuis heeft grote twijfels om een stuk groen op te offeren voor een dergelijk groot gebouw. Hij twijfelt aan het draagvlak van de omwonenden. De inspreker gaf aan dat er drie succesfactoren zijn. De eerste is ruimte. Er zijn genoeg plekken in Hengelo waar voldoende ruimte is om dergelijk gebouw neer te zetten. Een veilige omgeving kan gewaarborgd worden. Een andere succesfactor is dicht bij de doelgroep. Veel kerkgangers wonen in de Hasseler Es. Hengelo is niet zo een grote stad dat op de voorgestelde plek een dergelijk gebouw moet worden neergezet. Hij is geen voorstander van een kerk op de voorgestelde locatie. De heer Schoonhoven constateert dat de medewerking van het kerkbestuur een positieve sfeer uitstraalt. Vindt de voorgestelde locatie misschien wel de ideale plaats voor de kerkgangers maar niet voor Hengelo. Hij vraagt het college om door te gaan met het traject voor een nieuwe kerk, maar om te gaan kijken naar andere locaties. Mevrouw Buikema maakt een kanttekening bij de voorgestelde locatie en bij het financiële plaatje. Zij heeft begrepen dat de gemeente er geld moet bijleggen. In eerdere instantie is er een grotere kavel aangeboden. Dat is toen geweigerd. Nu wordt er een gedeelte van de kavel aangeboden. Zij vraagt of de gemeente het risico loopt dat dit gedeelte onverkoopbaar blijft. Het is belangrijk dat deze mensen een goed onderkomen krijgen. Ook is zij van mening dat er gekeken moet worden naar andere locaties, andere kerkgebouwen die worden afgestoten.
Commissie Fysiek
7/12
Mevrouw Rouwet geeft aan dat als er bouwvoorstel zou komen voor deze locatie de zij daar tegen zou zijn op grond van de argumenten, die al door de vorige sprekers naar voren zijn gebracht. De heer Janssen geeft aan dat de Wijkraad van de Hasseler Es niet echt blij is met de voorgestelde locatie. Hij heeft ook gesproken met het Syrisch-orthodoxe kerkbestuur. Ze willen zo snel mogelijk bouwen. Er is geen alternatief aan de commissie aangeboden. Hij ondersteunt de vraag aan het college om snel te gaan kijken naar een alternatief. Hij vraagt of er nog andere locaties zijn overwogen. De gemeenschap wil graag met de Wijkraad oplopen om eventuele wijzigingen in te passen. De kerkgemeenschap heeft lang genoeg moeten wachten op groen licht. Hij vraagt hoe lang het nog duur als de raad positief beslist voor de bestemmingswijziging in gang kan worden gezet. Hij geeft aan dat het goed zou zijn als de raad een overzicht zou ontvangen van de gehele bestemmingsplan procedure met daarbij een planningsoverzicht. Hij verzoekt het college om samen met de Wijkraad en dicht bijliggende deelwijk op te lopen. Gezien de situatie is dit niet meer nodig. De Syrisch-orthodoxe gemeenschap heeft dit signaal al afgegeven en wil niets liever dan dat hun kerk wordt geaccepteerd in de Hasseler Es. Deze kerkgemeenschap moet hoe dan ook eindelijk een keer duidelijkheid krijgen. Uit de stukken blijkt dat er geen alternatieven waren. De heer Hollander geeft aan dat geen enkele fractie op basis van de kleur van de kerk een oordeel heeft gegeven. Hij hoopt dat de heer Janssen dit niet heeft willen zeggen in zijn betoog. De heer Janssen antwoordt dat hij het hier niet over heeft gehad. Mevrouw Ter Haar geeft aan dat iedereen in Nederland kerken mag plaatsen waar men wil alleen wel op de goede locatie. Mevrouw Kok stelt dat zij zich wat voor het blok voelt gezet. Wat voorligt is geen keuze. Zij begrijpt dat de Syrischorthodoxe kerk op zoek is naar een andere locatie. Zij onderstreept het belang van kerkelijke organisaties en de sociaal maatschappelijk functie die de kerken hebben in de Hengelose samenleving. Zeker in een tijd waar veel onrust is en op wijkwelzijn werk veel moet worden bezuinigd. Zij is heel enthousiast over de bouw van de ontmoetingsruimte. Zij meent dat het hier gaat om een voldongen feit en niet met de mogelijkheid om keuzes te maken. Gezien de slechte staat van de huidige locatie kan een beslissing eigenlijk niet worden uitgesteld. Een negatief oordeel zet de geloofgemeenschap weer vijf jaar terug in de tijd. Dit is niet aanvaardbaar. Zij vraagt welke opties er nog kunnen worden aangedragen en welke opties er al zijn onderzocht. Welke zijn afgewezen en waarom. Zij vraagt of er in de toekomst nog locaties vrij komen die geschikt zijn als alternatief. Verder vraagt zij of er ook is gekeken naar bestaande locaties. Wethouder Bron geeft aan dat het om een lastige kavel gaat met een redelijke boekwaarde. Vroeg of laat moet het worden afgeboekt. Ten aanzien van de kosten en de ontsluiting is het zo dat daar een risico in zit. De kans dat de gemeente er iets aan overhoud is nihil. Er zijn andere locaties in beeld geweest. De kerkgemeenschap vindt de locatie aan de Helmerstraat niet geschikt omdat het wat verder af ligt van waar hun gemeenschap woont. Men vindt de parkeersituatie daar lastig. Over de Wielewaalstraat waar vroeger de kerk De Ark stond is ook overleg geweest. Hij heeft onlangs overleg gehad met de heer Droste de eigenaar van de grond. De heer Droste wil wel een kerk mogelijk maken maar dan wil hij ook als compensatie daar woningen mogen bouwen. De heer Droste vraagt wel een stevige vierkante meter prijs. De heer Janssen geeft aan dat de vierkante meter prijs vier a vijf keer over de kop gaat. Dat kan de geloofsgemeenschap nooit betalen. Wethouder Bron stelt dat als de raad geen groen licht geeft er ook geen procedure wordt opgestart. Er wordt dan ook niet in gesprek gegaan met de Wijkraad van de Hasseler Es. Er moet dan in een constructief overleg gekeken worden naar welke alternatieven er nog zijn. Het moet niet maanden duren tot er tot conclusies wordt gekomen. De wethouder concludeert, dat wordt aangegeven, dat er moet worden gezorgd voor een goede locatie en dat er tempo moet worden gemaakt. Er wordt kort gepauzeerd. 9.
Woonvisie 2012-2022 (11G201829) De heer Akkus is tevreden over de woonvisie. Er is een goede balans tussen consistent beleid en de aanpassingen aan de veranderende situatie. Hij ondersteunt de geformuleerde speerpunten. Hij ziet een verbetering ten opzichte van de bestaande situatie. Hij heeft zorgen met name op het gebied van terugbouwen daar waar gesloopt is en wil dat er strikt wordt toegezien op de sloop. De gemeente heeft een goede partner in de vorm van Welbions. Hij heeft er alle vertrouwen in dat de speerpunten zullen worden vertaald in goede prestatieafspraken met de woningbouwcoöperatie. Hij ziet deze afspraken met vertrouwen tegemoet. De heer Elferink vindt het belangrijk dat Hengelo een aantrekkelijke woonstad is en blijft. Er moet daarbij uitgegaan worden van eigen kracht. Hij wil dat de inwoners trots zijn op hun stad. Door de economische en demografische veranderingen is de situatie op de woningmarkt behoorlijk veranderd. De woonvisie moet een antwoord geven op deze veranderde omgeving. Hij pleit hierbij voor realisme. Het is belangrijker om te kijken naar wat je bouwt en op welke plek dan om te kijken naar de
Commissie Fysiek
8/12
aantallen. Kwaliteit boven kwantiteit. Herstructurering en transformatie boven uitbreiding. De woonvisie geeft goed aan, dat het niet alleen gaat om stenen stapelen. Het uitgangspunt dat woningen aansluiten op de toekomstige wensen van de bewoners en dat ze gebouwd worden in aantrekkelijke wijken met een goed voorzieningenniveau is vanzelfsprekend. Op hoofdlijnen kan hij zich vinden in de gekozen speerpunten. In de komende jaren zal de focus gelegd moeten worden op prioritaire woningbouwlocaties zoals beschreven in de Woonvisie. Hij geeft aan dat dit heel zorgvuldig moet gebeuren. De woningbouw moet worden gerealiseerd op plaatsen die ook het meest toevoegen aan de kwaliteit van de stad. Voor Beckum en Oele zal in het kader van de leefbaarheid goede aandacht moeten zijn aan de behoefte aan woningbouw. Hij ziet dit aspect graag terugkomen in het dorpsprogramma dat in overleg met de dorpsraad nog ontwikkeld gaat worden. Het is gezien de situatie op de woningmarkt te verwachten dat er langere tijd open plekken in de stad aanwezig zullen zijn. Deze plekken moeten zoveel mogelijk functioneel worden gemaakt door het inzaaien met gras of perkgoed. Hengelo moet visueel aantrekkelijk blijven voor bezoekers die de stad binnen komen via de invalswegen. Hij vraagt of het college kan komen met een concreet programma waarin is geregeld, dat bovengenoemde binnen afzienbare tijd is gerealiseerd. Hij vraagt wat de tijdelijke plannen zijn voor het Seahorse terrein. Hij is van mening dat er een enorme sprong kan worden gemaakt met het verduurzamen van bestaande woningen. Onderzocht zou kunnen worden of de locale stimuleringsregelingen kunnen worden gebaseerd op andere deelname criteria dan enkel de WOZ waarde. De grens ligt nu op 250.000 euro. De huidige energielabel van de woning zou eerder de doorslag moeten geven. Hiermee komt het energiebesparingpotentieel centraal te staan. Hij vraagt wat de wethouder hiervan vindt. De aanpak zou kunnen worden gecombineerd met een buurtgerichte aanpak gericht op energiebesparing. Een aanpak op grotere schaal bij wijken met relatief oudere woningen. In Enschede is enige tijd geleden een soortgelijk project gestart waarbij koop- en huurwoningen in dezelfde wijk gelijktijdig zijn benaderd en aangepakt. Mensen met een uitkering zijn ingeschakeld bij de werkzaamheden die hieruit voortvloeien. Hij vraagt of het college op de hoogte is van dit project en of de wethouder wil kijken of dit project ook in Hengelo kan worden uitgevoerd. Misschien kunnen de wijkorganisaties een stimulerende rol vervullen. Het Hengeloos marktplatform is betrokken geweest bij het opstellen van de Woonvisie. Hij vindt het goed dat dit overleg er is en het constructief plaatsvindt. Hij vraagt wat dit overleg heeft opgeleverd. Hij vraagt of alle marktpartijen voor honderd procent achter de Woonvisie staan en zich herkennen in de geschetste knelpunten analyse van de locale woningmarkt. Hij gaat voor levensloopbestendig bouwen. Ook gaat hij voor het verminderen van regels. Het moet makelijker zijn voor kinderen om een situatie te creëren waarbij zij een aantal jaren voor hun ouders kunnen zorgen. Als de markt dit vraagt zouden kavels gesplitst moeten kunnen worden. Hij wil dat de woonwensen van burgers centraal komen te staan. Dit vraagt een ontwikkelingsgerichte houding en het maken van ontwikkelingsgerichte en ruime bestemmingsplannen en tegelijkertijd een positieve en burgergerichte dienstverlening van de gemeente. Bestemmingsplannen moeten sneller en flexibeler worden aangepast op wat mensen willen. Dit is het uitgangspunt van de CDA-fractie. De heer Elferink vraagt wat de plannen van het college zijn op het gebied van de starterwoningen en of er al budget is gereserveerd. Om woningen financieel beter bereikbaar te maken voor mensen moet de prijs omlaag. Bij nieuwbouw is de grondprijs de cruciale factor. Hij vraagt of de grondprijzen naar beneden kunnen worden bijgesteld naar een realistische grondwaarde. Hij is van mening dat als het gaat om de omschakeling van beleid naar uitvoering sommige zaken nogal uit de lucht komen vallen. Een groot knelpunt op de woningmarkt is de mis match tussen wat oude bewoners achterlaten en wat jongeren willen. De bewustwording van particulieren om tijdig in hun woning te investeren moet worden vergroot is een speerpunt. In het uitvoeringsprogramma staat dat er een businesscase wordt ontwikkeld. Hij vraagt wat dit inhoudt en of het een oplossing geeft voor dit knelpunt. Hij vraagt of er met verschillende partijen een investeringsfonds kan worden opgericht van waaruit oude koopwoningen gekocht kunnen worden die na transformatie opnieuw succesvol in de markt kunnen worden gezet. Hij wil dat deze punten concreet en op korte termijn worden uitgewerkt. De voorzitter heeft vrij veel technische vragen gehoord. De voorzitter adviseert de heer Elferink om in het vervolg de technische vragen voorafgaand aan de vergadering in te dienen. De heer Schoonhoven merkt op dat het stuk een zeer goede aanpassing geeft aan de actualiteit van de woningbouwmarktplannen in Hengelo. Hij wil het liefste zien dat er een woonvisie komt voor heel Twente zodat in andere steden in Twente op dezelfde manier wordt omgegaan met de veranderde woningbouwmarkt. Hij vraagt of er kansen zijn op het ontwikkelen van een Twentse woonvisie. Mevrouw Buikema vindt het goed dat er speerpunten zijn aangewezen. Wat vaak voorkomt in het stuk is “we moeten afspreken met”. Als er afspraken worden gemaakt dan moet dit stuk wel in gedachten worden gehouden zodat het stuk ook kan worden uitgevoerd. In het stuk van vorig jaar ‘Geprioriteerde woningbouwprojecten’ is de eindconclusie 360 woningen per jaar. In het voorliggende stuk gaat het om 375 woningen per jaar. Dit betekent 750 woningen in 2010/2011. In het stuk wordt gesproken over 565 zelfstandige woningen. Voor beschermd wonen zijn er 210 plaatsen. Zij vraagt of deze woningen erbij opgeteld moeten worden en of er consistentie in het beleid is. Het aantal gaat nu Commissie Fysiek
9/12
omhoog terwijl de lijn naar beneden zou zijn in verband met de ontwikkelingen op de woningmarkt. De heer V. Mulder constateert dat het stuk ligt in de lijn die het college heeft opgepakt. De regie nemen op de volkshuisvestiging. Het belangrijkste punt in de bijlagen is de reactie van Welbions (pagina 59). Een afname van de sociale voorraad op de korte en de middellange termijn is ongewenst. Hij is het hiermee eens. Het gegeven van de crisis brengt realisme op dit punt. Dit moet ook meegenomen worden in de prioriteringsronde. Er moet minder worden gepraat over slopen maar veel meer over woningverandering, renovatie en eventueel bijbouwen. Hij heeft hoge verwachtingen van de nieuwe prioritering. Hij vraagt het college om met Welbions in gesprek te gaan over de Oldenzaalsestraat om daar te kijken naar de alternatieven voor sloop. Ook belangrijk is renovatie en isolatie. Hij vraagt wat er wordt gedaan met de door Europa afgekondigde maatregel voor de groep huurders waardoor een groep tussen wal en schip valt. Hij vraagt of voor Hengelo deze groep in beeld is en zo ja wat voor maatregelen er voor deze groep kunnen worden getroffen. De heer De Jong vraagt of de Woonvisie nog op punten kan worden gewijzigd. Op hoofdlijnen ziet de visie er goed uit maar het staat wel redelijk vol met opendeuren. Hij had de visie liever wat specifieker en concreter gezien. Vraag is welke partners er nog zijn naast Welbions. Hij wil graag dat bij de speerpunten op pagina 8 ook de braakliggende terreinen wordt meegenomen. Hij vraagt wat de gemeente met deze terreinen gaat doen. Op pagina 7 wordt het Europees beleid genoemd. De effecten hiervan worden niet duidelijk aangegeven. Hij vraagt of het college aan kan geven wat de politieke gevolgen van dit beleid zullen zijn. Op pagina 28 wordt aangegeven, dat het college afspraken wil maken met de woningbouwcorporaties over de bevordering van doorstroming binnen het sociale segment. Ook hier wordt niet precies aangegeven hoe de gemeente dit wil gaan doen. Als het gaat om de globale uitvoeringsprogramma`s dan is het zo dat voor veel programma`s nog geen budgetten zijn gevonden. In hetzelfde hoofdstuk is bij het thema levensloopbestendig bouwen een groot aantal punten nog niet ingevuld. Een voorbeeld zijn de beleidsdoelstelling op pagina 48. In 2020 100% klimaatneutraal bouwen, geen budget. Vraag is hoe haalbaar de punten dan zijn. De heer Kok vindt dat er een helder geschreven rapport ligt. Er wordt gesproken over 2250 woningen voor de komende tien jaar. Hij verwacht veranderingen. Op pagina 59 is te lezen dat het verschil in inzicht vooral een verschil in inzicht is in het tempo en het moment waarop de sociale woningvoorraad kan afnemen. Hij heeft hier een andere inzicht in dan de SP. Het zou naar zijn mening gestimuleerd moeten worden. Ter interruptie De heer V. Mulder (SP) stelt dat als het kabinet zou gaan investeren in plaats van bezuinigen hij een eind in de richting van de heer Kok kan komen. Als dat zou gebeuren dan zou er geïnvesteerd kunnen worden en kunnen mensen woningen kopen die ze ook kunnen betalen. De heer Kok geeft aan dat door jarenlang beleid Nederland op 6 december een A is kwijtgeraakt. Het is heel lastig om op dit punt over investeringen te praten terwijl er nog een lange weg te bewandelen is om te bezuinigen. Hij is blij dat er intergemeentelijk overleg is over het woningbouwprogramma. Hij maakt een compliment over de toegevoegde waarde van de huisvestingsregisseur. De visie bevat mooie gedachten. Het fundament is goed, de uitgangspunten zijn goed. De visie in zijn algemeenheid is goed. Hij gelooft in de vijf speerpunten. Hij constateert dat er sprake is van coalitieplanologie. Hij is hier heel blij mee. Er wordt bij allerlei ontwikkelingen die binnenkort in de stad Hengelo gaan gebeuren uitgegaan van een goede samenwerking met allerlei partners. Welbions zou hierin gestimuleerd en ondersteund moeten worden door de gemeente. Hij wil hierin naast Welbions ook andere partijen betrekken. Hij staat helemaal achter deze coalitieplanologie. Mevrouw Ter Haar vindt het een goed stuk. Zij ziet vitale wijken als gemêleerde wijken met goedkope huurwoningen, duurdere huurwoningen, goedkope koopwoningen en duurdere koopwoningen. Belangrijk is de kwaliteit van Hart van Zuid. Hier mag niet worden ingeboet op kwaliteit van de nog te bouwen woningen. Het lijkt er op dat er wat voorzichtiger wordt omgegaan met sloop. Er wordt meer gekeken naar renovatie. Zij vraagt in hoeverre de inkomensgrens van 33.000 euro als het gaat om huurwoningen speelt in Hengelo. Het is onduidelijk of er nu aan deze grens vastgehouden moet worden. Punt van zorg is dat mensen door het handhaven van deze grens in de problemen kunnen komen. Wethouder Bron is blij dat de speerpunten worden ondersteund. Er moeten inderdaad prestatieafspraken over worden gemaakt. Op 5 december is er overleg geweest met Welbions over het maken van prestatieafspraken. Het is goed dat de corporatie de plannen nog steeds goed kan uitvoeren. Er is uitvoerig gesproken over sloop en terugbouw. Er is afgesproken dat een aantal gesprekken zullen worden herhaald. Op 16 maart 2012 heeft het college een gesprek met de directie van Welbions. Hij geeft aan dat hij ook gaat kijken in de wijk. Als er gekeken wordt naar vorig jaar en Commissie Fysiek
10/12
dit jaar dan zijn er al wel 565 nieuwe woningen gerealiseerd waarvan ruim 360 door Welbions zijn gebouwd. Wat betreft sloop is het wel zo dat er kritisch moet worden gekeken naar de mogelijkheid van het realiseren van een kwalitatief goede woning. De kwaliteitstoets wordt stevig vastgehouden. Voor Beckum Oele wordt op dit moment een dorpsplan plus gemaakt. Er wordt ook gekeken naar bouwlocaties. Er zijn nog twee kavels te koop in Beckum. Er is nogal wat grond in het bezit van de kerk en ook daar moeten gesprekken over worden gevoerd. Voor de hele prioriteitsstelling van de locaties komt er rond februari maart een apart voorstel. De invalswegen staan inderdaad centraal. De lege kavels op die plekken komen goed in beeld. Er zijn nauwelijks meer uitleggebieden. Het gebeurt alleen nog in Dalmeden. Dalmeden schiet gestaag op. Wat betreft het Seahorse terrein is het zo dat er rekening moet worden gehouden met concurrende type woningen. Het college is bereid de besprekingen met AM Wonen weer te starten mits ze een oude rekening die nog openstaat voldoet. Hij is goed bekend het met genoemde project in Enschede. In Hengelo is er binnenkort een gesprek met Welbions en de corporatie vanuit Enschede die het project daar trekt (De Woonplaats). Bekeken zal worden of het project ook in Hengelo kan worden ingevoerd. Daarnaast is wethouder Oude Alink bezig met een aantal energie projecten. Het Marktplatform ondersteunt de gemeente op hoofdlijnen. Het zijn met name de marktpartijen die er in zitten. Woonwensen staan centraal. Er wordt vooral ontwikkelingsgericht gebouwd. Samen met Welbions wordt er gekeken naar een starterregeling en het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn). Ook marktpartijen zijn wellicht geïnteresseerd om starterleningen te verstrekken. In de grondprijzen zit een bandbreedte. Bij heel veel projecten zit het college aan de onderkant van deze bandbreedte. Mis match heeft ook te maken met trends in de samenleving. Veel ouderen verkopen hun woning en willen een pand huren. Daardoor zit er nauwelijks beweging in de koopmarkt en is er geen vraag meer naar appartementen. Er is wel veel vraag naar huur in hetzelfde segment. Jongeren kunnen met hun inkomen geen hypotheken krijgen voor het soort woningen dat zij van huis uit gewend zijn. Zo zijn er meer mismatchen te noemen die de gemeente niet kan corrigeren. Het is zo dat de markt maar mondjesmaat bouwt. Overleg met de omringende gemeenten moet van de provincie. Dat heeft het college ook gedaan. Er is ook overleg in Netwerkstad. Een verpleeghuis wordt niet als een zelfstandige woning gezien. Er wordt wel over gerapporteerd. Het college is met TMZ en Carint goed in gesprek. Er is een stevig investeringsprogramma en er wordt gekeken naar nieuwe vestigingen in Hengelo. Bureau Companen heeft een aantal jaren geleden onderzoek gedaan naar de sociale huurwoningen. Door de verschuivingen van de Europese normen van 29.000 naar 33.000 euro zijn er allerlei nieuwe gegevens. Op 5 december 2011 is besloten om de getallen door het bureau eens goed op een rij te laten zetten. Wat betreft de grens van 33.000 is het zo dat er vooral iets moet worden gedaan met de middeldure huur woningen en de goedkope koopwoningen. In Hengelo wordt gekeken naar soepele regelgeving. Klimaatneutraal bouwen wordt waarschijnlijk in 2020 als verplichting opgenomen in het bouwbesluit. Marktpartijen zullen zelf bewust moeten zijn dat zij de rol op moeten pakken. Tweede termijn De heer Elferink zou het mooi vinden als het idee om het energielabel centraal te stellen bij de woningen die vallen onder duurzaamheidregelingen zou worden overgenomen. De heer Akkus stelt dat in een visie wordt uitgelegd wat de wensen zijn voor de komende tien jaar. Hoe dat gaat gebeuren is een kwestie van invulling en dat moet nog volgen. Het feit dat de A rating van Nederland is gedaald heeft mede te maken met het feit dat Nederland van de Eurozone de hoogste private schulden heeft. Die private schulden zitten in de hypotheken. Ter interruptie De heer Kok antwoordt dat het veroorzaakt is door socialisten. De heer Akkus vindt dit volstrekte nonsens. De problemen zijn ook veroorzaakt door het te ver doorgeschoten marktdenken. Het marktdenken is op zijn retour. Het zal ook blijken dat de grens van 33.500 niet haalbaar is. Het gaat niet om woonconsumenten maar om bewoners. De bewoner moet centraal staan. De heer De Jong geeft aan dat in de beleidsbegroting bij de risicoanalyses stond dat Schalmeden in zijn geheel agrarisch zou blijven. Risico 3.9%. In de voorliggende visie geeft het college aan dat Schalmeden de komende 20 jaar niet wordt uitgewerkt. Hij vraagt of de risico`s die in de risicoparagraaf staan geen risico meer zijn maar werkelijkheid zijn geworden. Wethouder Bron antwoordt dat er geen voorziening getroffen hoeft te worden. Er kan worden gekozen om af te stoten om er opnieuw agrarisch terrein van te maken. Het kan ook worden verpacht, er kunnen bepaalde gewassen op worden geteeld. Wat betreft woningbouw is het zo dat Dalmeden zich zal ontwikkelen. Dit loopt gestaag door. Daarnaast is er binnenstedelijk een hoge opgave en het college is van mening dat daar prioriteit aan moet worden gegeven dus zal er de eerste 20 jaar niets te ontwikkelen zijn in Schalmeden. Het college wil die gronden in bezit houden. Commissie Fysiek
11/12
De heer V. Mulder (SP) vraagt het college om met betrekking tot sloop de visie vast te houden zoals die door de SP is neergelegd. De heer Kok brengt naar voren dat de toelichting op het Trefpunt van 22 september uitstekend was. Conclusie: Het stuk kan als bespreekstuk door naar de raadsvergadering. De vergadering wordt geschorst om 23.00 uur en wordt voortgezet op 8 december 2011. 10.
Aanvullend krediet spooronderdoorgang Grobbenweg (11G200685)
11.
Parkeerverordening en uitwerkingsbesluit parkeerverordening 2012. (11G201490)
12.
Afvalstoffenverordening 2012 (11G 201491)
13.
Verplaatsen bebouwde komgrens Twekkelerweg en vaststellen bebouwde komgrenzen Boortorenweg en Seringstraat (11G201103)
14.
Uitvoeringskrediet 1e fase sportgebied Hengelo (11G201684)
15.
Kredietaanvraag West Tangent (11G200341)
16.
Kredietaanvraag plan voorbereiding Twickeler Grensweg (11G201740)
17.
Kredietaanvraag afronden project Oude Postweg (11G201303)
18.
30-kilometer verkeersmaatregelen Zwavertsweg en Driene (11G200114)
19.
Rondvraag
Commissie Fysiek
12/12
Notulen voortgezette vergadering commissie Fysiek van de gemeente Hengelo d.d. 8 december 2011 Voorzitter De heer J.W.M. Harink. Griffier De heer L. Nijland Aanwezig op 17 mei De heer B. Akkus (PvdA), de heer G.H.M ten Brummelhuis (Burger Belangen), de heer M.J.H. Elferink (CDA), de heer G Genc (PvdA), mevrouw M.J.J ter Haar (GroenLinks), de heer L.F.M. Janssen (Pro Hengelo), de heer C.W. de Jong (Pro Hengelo; vanaf punt 8), de heer M. Hollander (PvdA), mevrouw E.M. Kok (VVD), mevrouw M. B. Rouwet-Smits (SP), en de heer L. Schoonhoven (D66) Verder aanwezig Wethouders de heer S.J. Bron en mevrouw J.E. Oude Alink, de heer H. Afwezig m.k. Huitema (bij de agendapunten 2 en 4) Mevrouw J. Buikema (ChristenUnie) Verslag Kantoorprofs 1.
Afvalstoffenverordening 2012 (11G 201491) De voorzitter heropent de vergadering om 19.30 uur. De volgorde van de agenda is gewijzigd om mevrouw Oude Alink in de gelegenheid te stellen ook bij de commissie sociaal aanwezig te zijn. Wethouder Bron meldt dat agendapunt 6 wordt teruggenomen. De asfaltering is uitgesteld tot het voorjaar 2012. De grootte van de stad is een maatstaf voor de uitkering uit het gemeentefonds. Het is goed om de komgrenzen te bekijken en hier en daar wat op te rekken zodat de uitkering wordt verhoogd. Verder is het zo dat er door raadsleden vragen zijn gesteld over hoe er wordt omgegaan met de veiligheid rond de Waarbeek. Het college stelt dan ook voor om het stuk van de agenda te halen en het mee te nemen in het bepalen van de strategische grenzen van de bebouwde kom. De veiligheid rondom de Waarbeek zal hierin worden meegenomen. De vergadering gaat akkoord met het voorstel om agendapunt 6 van de agenda af te voeren. Mevrouw Ter Haar stelt voor om de Hengelose bevolking nader te informeren over wat er wel en niet in de afvalbakken moet en dit om de zoveel tijd herhalen. Dit kan misschien in de handhaving schelen. Mevrouw Kok vindt de verordening gedegen en de toelichting bijzonder uitgebreid. In artikel 3 worden de categorieën van afval genoemd die door de gemeente gescheiden moeten worden ingezameld. Punt 1 is GFT afval. In de verordening, het uitvoeringsbesluit wordt niet geregeld hoe GFT afval voor percelen met ondergrondse containers moet worden ingezameld, anders dan de opmerking dat hiervan mag worden afgeweken. Voor deze groep geldt dat zij GFT afval in ondergrondse containers aan moeten bieden. Dit doen ze nu ook al. Met het invoeren van Diftar zullen huishoudens het aanbieden van de grijze container tot een minimum proberen te beperken om door het scheiden van het afval de kosten te minimaliseren. Mensen die gebruik maken van ondergrondse containers hebben deze mogelijkheid niet en moeten dus meer betalen voor de verwerking van het afval. Mevrouw Kok vraagt of hier nog regelingen voor worden getroffen. De heer Janssen geeft aan dat het handig zou zijn dat de afvalstoffenheffing genummerd wordt. In artikel 3 lid 4 staat dat de gemeente de plicht heeft om GFT afval in te zamelen. Voor de duurzaamheid is het van groot belang dat dit voor iedereen geldt. Het is niet goed voor de duurzaamheid dat mensen die gebruik moeten maken van de ondergrondse containers hun afval niet kunnen scheiden. Wat betreft de kunststof is het uitstekend opgepakt. Sommige plekken zijn soms wat verstopt. Misschien zouden bepaalde bakken moeten worden verplaatst. Vooral ouderen moeten soms ver lopen voordat zij bij een bak zijn. Wat betreft het GFT afval pleit hij voor een andere oplossing of korting op het tarief of een aanpassing in de verordening. In de inleiding over zwerfafval staat de ambitie aangegeven. Maar buiten dat er gehandhaafd wordt staat er niet echt hoe het wordt uitgevoerd. Hij pleit voor duidelijke stelling name. Hij verwacht dat de hoeveelheid zwerfafval sterk gaat toenemen. Naar aanleiding van artikel 3 van het uitvoeringsbesluit in het kader van de GFT vraagt hij zich af hoe er kan worden gecontroleerd of kattenbakkorrels een keurmerk hebben. Het lijkt hem een uitstekend idee om regelmatig onder de aandacht van de burger te brengen wat in welke bak moet. Wethouder Oude Alink is het met mevrouw Ter Haar eens, dat de gemeente zo goed mogelijk moet communiceren en dat onder de aandacht van de burgers moet worden gebracht wat wel en wat niet in de diverse bakken kan worden gedaan. Het wordt in de Afvalklepper opgenomen. Het komt op de site te staan. Er wordt steekproefsgewijs gecontroleerd. Vwb kattenkorrels staat op de verpakking duidelijk aangegeven hoe het als afval te behandelen. Vwb de milieueilanden is het zo dat er gekeken wordt of er goed gebruik van wordt gemaakt en als dat niet zo is wordt gekeken of ze op andere plekken moeten worden geplaatst om optimaal gebruik mogelijk te maken. Er is een constante monitoring van Diftar en alle maatregelen die er worden getroffen. Mensen die in appartementen wonen met een tuintje erbij kunnen een groene container vragen. De hoeveelheden GFT die in de ondergrondse container komt worden geaccepteerd als iets dat niet anders kan. Dit is uitgebreid in de notitie toegelicht. Er is niet voorgesteld om hier een korting op in te voeren.
Commissie Fysiek
1/4
Zwerfafval is niet afhankelijk van Diftar alleen. Met zijn allen moet worden uitgedragen dat het gaat om bijzonder onbehoorlijk gedrag. Tweede termijn De heer Akkus geeft aan dat iedereen de zorg deelt dat er veel klikkers zullen zijn. Communicatie is dan alleen niet voldoende er moet ook gecontroleerd worden. Dus kijken naar wat er binnenkomt. De heer Elferink sluit zich hierbij aan als het gaat om de monitor. Het is goed dat de nulmeting volgt en dat de monitor volgend jaar goed gaat lopen. Hij gaat binnenkort mee op pad om te kijken naar afvaldump in de stad. De heer Janssen blijft het een onredelijk systeem vinden. Er zijn extra handhavers aangenomen. Hij gaat ervan uit dat zeker als er gekeken wordt naar zwerfafval er streng op gecontroleerd gaat worden. Wethouder Oude Alink onderstreept de zorg. Zij wil graag monitoren om te kijken waar het goed gaat en waar het minder goed gaat om waar nodig bij te stellen. Afgesproken is dat het regelmatig in de commissie terug zal komen. Conclusie: Het stuk gaat als bespreekstuk door naar de raadsvergadering. 2.
Kredietaanvraag West Tangent (11G200341) De heer Hollander geeft aan dat het altijd goed is om zorgvuldig met de infrastructuur om te gaan. Het is een investering die bepaalde risico`s in de toekomst gaat afdekken en daarmee is het een noodzakelijke investering die gedaan moet worden. De infrastructuur onder de grond moet ook voor de toekomst duurzaam zijn en daarom steunt zijn fractie dit voorstel. De heer Ten Brummelhuis vraagt of de warmtevoorziening voor het Gezondheidspark in dit krediet is meegenomen. Mevrouw Kok geeft aan dat in de dekking van het krediet onder andere wordt voorzien in een bijdrage van 500.000 euro van de netto investering van ruim 9.000.000 euro om de 500.000 te activeren en te dekken middels een kapitaallast van 34.403 euro ten laste van de functie rioleringen en de kapitaallast te verrekenen met het Rioolfonds. Zij vraagt waarom de 500.000 wordt geactiveerd met een extra kapitaallast van de 34.403 euro en die op zijn beurt vervolgens te verrekenen met het Rioolfonds. Wethouder Oude Alink geeft aan dat het om een noodzakelijke investering gaat. Het is een sluitstuk om de investeringen fatsoenlijk af te maken. De ondergrondse investeringen die zijn gedaan hebben er toe geleid dat de gemeente nu droge voeten heeft en dat er ook wordt geprobeerd om de klimaatveranderingen op te vangen en een behoorlijke bijdrage te doen aan de duurzaamheiddoelstellingen. Het gaat om een enorm ingrijpende investering. De raad zal op de hoogte worden gehouden van de vorderingen van het project. Het warmtenet Gezondheidspark is hierin niet meegenomen en staat los van dit project. De heer Huitema stelt dat de methode van dekking van de vervanging van de riolering is vast gelegd in het Gemeentelijk Rioleringsplan Er is destijds voor gekozen om de normale vervangingsinvesteringen via de normale onttrekking van het Rioolfonds te doen. Het gedeelte van de verzwaringen wat niet direct iets te maken heeft met het oorspronkelijke Gemeentelijke Rioolplan wordt geactiveerd. Beide maatregelen worden ten laste gebracht van het Rioolfonds. Er is alleen een verschil in onttrekken. Het een wordt direct betaald en het andere wordt geactiveerd. Conclusie: Het stuk gaat als bespreekstuk door naar de raadsvergadering.
3.
Kredietaanvraag plan voorbereiding Twickeler Grensweg (11G201740) De heer Genc vindt het belangrijk dat het gebied mooi groen blijft en goed bereikbaar blijft voor fietsers en wandelaars en gaat akkoord met het voorstel. Mevrouw Ter Haar vindt het een goede zaak en gaat akkoord met het voorstel. Wethouder Oude Alink is blij met de instemming. Conclusie: Het stuk gaat als hamerstuk door naar de raadsvergadering.
4.
Aanvullend krediet spooronderdoorgang Grobbenweg (11G200685) Mevrouw Rouwet vindt het een redelijk vreemde constructie dat als de tunnel wordt aangelegd en er afspraken worden gemaakt met ProRail en Prorail de uitvoering heeft, de gemeente in geval van overschrijdingen moet betalen. Zij is blij dat in de bijlage is te lezen dat er lering wordt getrokken uit de Grobbetunnel. De heer Elferink geeft aan dat de risico`s bij het opstellen van het contract beter in beeld hadden moeten worden gebracht. Van tevoren had moet worden vastgelegd voor wiens rekening de risico`s zouden komen. Het ontbreken van een raming voor leges en toezichtkosten is nalatig. Er moet lering worden getrokken richting de toekomst. De Rekenkamer heeft een onderzoek in voorbereiding om te gaan kijken naar de kwaliteit van de kredietaanvragen. Dit is positief. De heer Janssen constateert dat de raad voor een voldongen feit staat. Hij vraagt of er voor de toekomst niet naar een soort risicoreservering moet worden overgegaan.
Commissie Fysiek
2/4
Als er weer een project komt met ProRail is het misschien goed dat de commissie op de hoogte blijft van de stand van zaken. De heer Akkus constateert dat als van te voren de risico`s beter in kaart waren gebracht de tegenvallers niet zo fors waren geweest. ProRail is enerzijds een monopolist en anderzijds zogenaamd een marktbedrijf en heeft een bepaalde positie waarin ze dit soort dingen kunnen afdwingen. De heer Ten Brummelhuis vindt dat de hele episode juridisch niet goed is afgesloten. ProRail heeft een machtspositie waardoor de gemeente afhankelijk is. Hij stelt voor om in de toekomst als er wordt samengewerkt met ProRail een hogere risico-opslag mee te nemen. Mevrouw Kok vraagt waarom op bepaalde onderdelen van tegenvallers de onderaannemers niet aansprakelijk zijn gesteld. Zij vraagt verder of het alsnog kan worden gedaan. Mevrouw Ter Haar vindt het vreemd dat de kosten zomaar bij de gemeente neergelegd kunnen worden gelegd. Zij vraagt of er nog gelden kunnen worden geclaimd bij ProRail en hoe de meevallers in het verleden zijn weg geboekt. Wethouder Bron is naar ProRail geweest. Daar is gesproken over een wurgcontract. ProRail is monopolist. In 2005 waren er twee onbewaakte spoorwegovergangen. Er heeft een dodelijk ongeluk plaatsgevonden. Er was veel druk vanuit de scholen om het aan te pakken. Het is een dure tunnel maar de tunnel wordt goed gebruikt door de school. De F35 loopt er langs. Er is een stuk verkeersveiligheid gerealiseerd. De kosten worden veroorzaakt door de engineering net als bij de tunnel onder het station. Het duurde langer. Aannemers hebben meerwerk gehonoreerd gekregen waar de gemeente niet in was gekend. ProRail en de gemeente erkennen beide dat er slecht is gecommuniceerd en slecht samengewerkt. In het gesprek heeft ProRail nog 78.000 euro voor de Enschedesestraat ter beschikking gesteld. De leges is een vastzak broekzak verhaal. Het verhaal van de tegels is niet in commissie, raad of college behandeld. Dit zal in de toekomst niet weer gebeuren. De heer Huitema geeft aan dat de meevallers al voorin zijn ingeboekt. Hiervoor zijn de tegels besteld en aangebracht. Adviesbureau zijn maar tot een bepaald bedrag aansprakelijk te stellen. Twee ingenieursbureau`s en de aannemer zijn voor een bedrag van tussen de 50.000 en 60.000 euro aansprakelijk gesteld. Voor de rest was het de methode van de gemeente. Dit is neergelegd in het bestek. Daarmee is de gemeente verantwoordelijk. De gemeente heeft 10.000 tot 15.000 euro betaald voor het herstel van de tegels. De gemeente heeft een afstand tussen de voegen voorgeschreven en deze afstand bleek te smal te zijn. De aannemer heeft een bedrag van tussen de 20.000 en 30.000 euro voor zijn rekening genomen. Tweede termijn De heer Elferink vraagt of bij een volgende tunnel een zelfde contract wordt voorgelegd. De heer Janssen vraagt of er in het vervolg een verzekering wordt afgesloten waardoor er niet gereserveerd hoeft te worden. De heer Akkus is bang dat de monopoliepositie van ProRail met zich meebrengt dat er in de toekomst weer een dergelijk contract afgesloten zou kunnen worden. Wethouder Bron geeft aan dat er landelijk meer weerstand groeit tegen dit soort contracten. Het blijft zo dat overschrijdingen komen ten laste van de gemeente. Wat het station betreft komen er tot nog toe geen overschrijdingsmeldingen. De fietsflat wordt door NS gebouwd. Alles wordt zoveel mogelijk risicoscherp in de gaten gehouden. Conclusie: Het stuk gaat als hamerstuk door naar de raadsvergadering. 5.
Parkeerverordening en uitwerkingsbesluit parkeerverordening 2012. (11G201490) De heer Ten Brummelhuis meldt dat binnen de fractie sympathie is ontstaan om de extra koopavonden parkeer vrij te geven. Hij meent dat dit iets is waarover nagedacht kan worden. De heer Janssen vraagt of de heer Ten Brummelhuis de voorliggende verordening wil aanpassen. De heer Ten Brummelhuis wil de voorliggende verordening niet aanpassen maar denkt wel na over een amendement. De heer Hollander geeft aan dat de parkeerverordening er ook is om de mensen te stimuleren niet met de auto naar de binnenstad te komen. Hij vraagt hoe hij het voorstel van de heer Ten Brummelhuis hier in moet plaatsen. Verder is er een tekort van 800.000 euro als het gaat om parkeren. Hoe verhoudt het voorstel van de heer Ten Brummelhuis zich tot deze problematiek. De heer Ten Brummelhuis geeft aan dat het bezoekers aan de reguliere koopavonden sterk achteruit gaan. Het tekort van 800.000 euro is een structureel tekort. Het voorstel om pakeer vrij te geven zal hier niet veel aan veranderen. De heer Hollander constateert dat het voorstel van de heer Ten Brummelhuis het tekort alleen maar groter maakt. De tekorten moeten eerst worden weggewerkt voordat er cadeautjes worden gegeven. De heer Elferink vindt het positief dat naar de geluiden van de inwoners is geluisterd en gaat akkoord met het voorstel. Conclusie: Het stuk gaat als bespreekstuk door naar de raadsvergadering.
Commissie Fysiek
3/4
6.
Verplaatsen bebouwde komgrens Twekkelerweg en vaststellen bebouwde komgrenzen Boortorenweg en Seringstraat (11G201103) Agendapunt is van de agenda afgevoerd.
7.
Uitvoeringskrediet 1e fase sportgebied Hengelo (11G201684) Mevrouw Rouwet vraagt of het mogelijk is dat dit nu wordt uitgevoerd en dat de vervolgfase niet wordt uitgevoerd omdat het financieel niet haalbaar is. Mevrouw Ter Haar vraagt of de verbetering van de F35 meegenomen kan worden. Wethouder Bron geeft aan dat de heer Rietkerk hem heeft uitgedaagd om nog voor 2 miljoen aan aanvullende vragen te stellen in de ruimtelijke kwaliteit van het stadiongebied. Daarboven kunnen nog een aantal duurzaamheidprojecten worden gefinancierd. Inmiddels is de verlichting van de F35 gerealiseerd en wordt er gekeken naar het stroever maken van de overgang. Tweede termijn: De heer Akkus stelt dat Veldwijk een heel mooi stukje Hengelo aan het worden is. Conclusie: Het stuk gaat als hamerstuk door naar de raadsvergadering.
8.
Kredietaanvraag afronden project Oude Postweg (11G201303) De heer Genc (PvdA) gaat akkoord met het voorstel. De heer De Jong stelt dat de reserve van het grondbedrijf laag is en vraagt of het mogelijk is dat er een andere manier van financiering wordt gevonden. Wethouder Bron geeft aan dat het werk gewoon moet worden afgemaakt. Hij geeft de opmerking van de heer De Jong door aan wethouder Mulder. Conclusie: Het stuk gaat als hamerstuk door naar de raadsvergadering.
9.
30-kilometer verkeersmaatregelen Zwavertsweg en Driene (11G200114) Conclusie: Het stuk gaat als hamerstuk door naar de raadsvergadering.
10.
Rondvraag De heer Janssen vraagt of wethouder Bron nog iets heeft te melden naar aanleiding van het gesprek in Zwolle dat hij op 8 december heeft gevoerd. Wethouder Bron bedankt de fractievoorzitters voor het lobby werk. Men zit op de lijn van algehele amnestie tot halverwege 2012. Er was grote waardering voor het Maatwerk. Het kan via Maatwerk worden opgelost. Op 21 december wordt het in Provinciale Staten behandeld. De wethouder heeft er een goed gevoel over. Mevrouw Rouwet merkt op dat de bus van lijn 12 nog steeds niet bij Industriestraat Willem de Clercqstraat stopt. Zij vraagt wanneer dit wordt opgelost. Wethouder Bron antwoordt dat de Pasteurstraat is behandeld in de bezwaarschriftencommissie. De zaak loopt nog maar hij verwacht dat de werkzaamheden eerdaags uitgevoerd kunnen worden. Hij zal de vraag voorleggen aan de afdeling Verkeer. De voorzitter sluit de vergadering om 20.35 uur .
Commissie Fysiek
4/4
Actielijst Raadscommissie Fysiek 6 en 8 december 2011 Nummer + corsanr. 1. (366719)
Streef datum 1-4-2012
Datum Opvoer 19-5-2010
Onderwerp/aanleiding Verbouwing stationstunnel.
2. (428945)
1-2-2012
14-6-2011
Realiseren skatepark Hengelo
3. (428946)
1-2-2012
14-6-2011
Bedrijfsplan warmtenet
4. (434941)
1-2-2012
1-6-2011
5. (446813)
1-2-2012
27-9-2011
lopende onderzoek naar de ontsluiting van de innovatiedriehoek GGD-rapport "Last in Zuid"
6. (459631)
1-4-2012
25-10-2011
Parkeernotitie
WZ
7. (459633)
1-2-2012
25-10-2011
HVV Tubantia
BP
8. (459638)
1-4-2012
6-12-2012
Prioriteitenlijst Woningbouw
BP
afgevoerde actiepunten in commissie 6/12
1. gladheidsbestrijdingsplan (428947) 2. informatie inplant mozartlaan (geen nummer) 3. asbestonderzoek scholen (446814)
Actie PF
Stand van zaken Einafrekening in afrondende fase. Notitie mbt extra kosten stationstunnel volgt medio maart. BP Voorstel voor locatie-afweging komt in college op 20 december BP/projectdirecte Aanbieden vernieuwde versie bedrijfsplan ur BP behandelvoorstel komt naar het presidium BP
wethouder Bron Oude Alink Oude Alink Bron
eindrapport inclusief begeleidend advies college Oude Alink komt naar de commissie notitie volgt met analyses over de ontwikkelingen Bron rond parkeren en parkeer-opbrengsten in de binnenstad (aanleiding: winstwaarschuwing wegens tegenvallende parkeerinkomsten) Commissie ontvangt informatie mbt voortgang bij Lievers HVV Tubantia in aansluiting op de woonvisie volgt apart voorstel Bron over prioritering woningbouwlocaties
Geleideformulier voor behandeling in commissie en/of raad
CASENUMMER
11G202026
PORT.HOUD:
Oude Alink
ONDERWERP:
Krediet uitvoering project Infra Weusthag 1e fase.
RAADSGRIFFIE GRIFFIER: DHR. G.J. EEFTINK ADJUNCT-GRIFFIER: MW. A. HAARHUIS ADJUNCT-GRIFFIER: DHR. L.F. NIJLAND
paraaf griffier
Griffie-advies voor behandeling in commissie en/of raad
Commissie Fysiek Commissie Sociaal Commissie Bestuur Trefpunt (uitgebreide commissie) Raadsvergadering
Behandelen B
Informeren
20/12 LN
Datum 17-01-2012
B
31-01-2012
Opmerkingen griffier: Bijgevoegde tekeningen van de ontwerpen zijn in kleur op A-3 formaat in elke fractiekamer gelegd
Behandeling in de raadscommissie Bestuur
x Fysiek Datum:
Sociaal
17-01
Agendapunt:
7
Besluit: Geïnformeerd Akkoord voor raadsbehandeling Hamerstuk Niet-akkoord paraaf griffier
Opmerkingen commissiegriffier:
Stuknummer: 456870
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202026 457358 / 457358
P. Hester
BP
OA
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Krediet uitvoering project Infra Weusthag 1e fase.
BELEIDSPROGRAMMA/FACETAGENDA
Facetagenda: Duurzaamheid
REDEN VAN AANBIEDING
Actie vanuit eerder besluit: beschikbaar stellen voorbereidingskrediet van € 135.000,00 voor het uitwerken van het schetsontwerp tot een voorlopig ontwerp (VO) en het maken van een bestemmingsplan, september 2011. Naar aanleiding van bovengenoemd besluit is een VO voor de totale infrastructuur opgesteld. Tijdens een presentatie over de stand van zaken m.b.t. de ontwikkelingen in het Weusthag aan het college op 20 september jl. is het VO toegelicht. Daarna is het VO op 26 september 2011 besproken met bewoners tijdens een informatiebijeenkomst. Het deel van de paden- en bekenstructuur dat past binnen het vigerende bestemmingsplan en dat op gemeentegrond ligt kan snel worden gerealiseerd. Dit deel is uitgewerkt tot een definitief DO. Om de provinciale subsidie veilig te stellen moeten de werkzaamheden worden gestart in het 1e kwartaal in 2012. Daarom wordt de uitvoering van het project in 2 fasen opgeknipt. Het DO 1e fase betreft de 1e fase van de aanleg van de wandelpaden en de natuurlijke herinrichting van beken. Met behulp van het uitvoeringskrediet zal het DO 1e fase worden verwerkt tot een bestek welke vervolgens wordt aanbesteed. Waarna de aanleg van paden en de natuurlijke herinrichting van beken voor de 1e fase wordt gestart. Voor de uitvoering van het DO voor de 1e fase van de aanleg van wandelpaden en de natuurlijke herinrichting van beken is budget benodigd. Hiervoor kan dekking worden gevonden in de provinciale middelen in het kader van Investeren met Gemeenten Weusthag (IMG). SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRAJECT
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. het definitief ontwerp voor de 1e fase vast te stellen (DO 1e fase); 2. voor het project Infrastructuur Weusthag een uitvoeringskrediet voor de 1e fase van € 598.000,00 beschikbaar te stellen; 3. dit krediet te dekken uit de provinciale bijdrage Investeren met Gemeenten Weusthag (IMG). PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
Op 26 september jl. is het voorlopig ontwerp (VO) met bewoners besproken tijdens een informatieavond bij de Houtmaat. Vragen van bewoners zijn beantwoord in een reactienotitie. Opmerkingen zijn zoveel mogelijk verwerkt in het definitief ontwerp 1e fase (DO 1e fase). Voor het gebied rondom de Houtmaatvijver wordt nog overleg gevoerd met betrokkenen over de plaatsbepaling van de afsluitbare toegangshekken en het openingsbeleid. De padenstructuur en de openbare toegankelijkheid overdag van de paden rondom de vijver worden niet ter discussie gesteld. De exploitant van de Houtmaat wordt de mogelijkheid geboden om ’s nachts en bij feesten en partijen een deel van het terrein af te kunnen sluiten.
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. het definitief ontwerp voor de 1e fase vast te stellen (DO 1e fase); 2. voor het project Infrastructuur Weusthag een uitvoeringskrediet voor de 1e fase van € 598.000,00 beschikbaar te stellen; 3. in te stemmen met het dekkingsvoorstel voor dit krediet. OPSOMMING VAN BIJLAGEN
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Collegevoorstel en –besluit; Raadsvoorstel en –besluit; Begrotingswijziging; Kostenraming Reactienotitie Voorlopig ontwerp (VO) Definitief ontwerp 1e fase (DO 1e fase)
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202026
P. Hester
BP
OA
ONDERWERP
Krediet uitvoering project Infra Weusthag 1e fase.
AANLEIDING EN DOEL
Voor de ontwikkeling van het Weusthagpark zijn diverse plannen gemaakt. De uitvoering van de plannen heeft moeten wachten omdat er geen middelen beschikbaar waren. Inmiddels heeft de raad € 720.000,00 gereserveerd voor de aanleg van wandelpaden en de natuurlijke inrichting van beken uit eerder beschikbare ARI-gelden. Daarnaast heeft de Provincie in het kader van Investeren met Gemeenten (IMG) € 1.605.000,00 beschikbaar gesteld voor duurzame aanpassingen in het Weusthag. Van dit bedrag is € 355.000,00 beschikbaar voor de verbetering van de toegankelijkheid van het Weusthag. En € 500.000,00 voor de natuurlijke inrichting van beken. De raad heeft in september 2011 een voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld voor het uitwerken van het schetsontwerp tot een voorlopig ontwerp (VO) voor de totale infrastructuur. Het VO is op 26 september 2011 tijdens een informatiebijeenkomst voorgelegd aan bewoners. Opmerkingen zijn zoveel mogelijk verwerkt in het definitief ontwerp (DO). Dit DO betreft het tracé van paden en beken welke past binnen het vigerende bestemmingsplan en op gemeentegrond ligt en kan derhalve ongehinderd worden uitgevoerd. Om de provinciale subsidie veilig te stellen moeten de werkzaamheden worden gestart in het 1e kwartaal in 2012. Daarom wordt de uitvoering van het project in 2 fasen opgeknipt. Het DO 1e fase betreft dus de 1e fase van de aanleg van de wandelpaden en de natuurlijke herinrichting van beken. Het opstellen van een DO voor de 2e fase wordt gestart zodra er duidelijkheid is over de resultaten van het asbestonderzoek en eventuele sanering van de noordelijke oever van het kleigat van Rientjes. Op basis van het DO 2e fase wordt een nieuw bestemmingsplan opgesteld. Na vaststelling van het bestemmingsplan kan de 2e fase worden gerealiseerd. De raad heeft in september 2011 krediet beschikbaar gesteld voor het opstellen van een nieuw bestemmingsplan.
OVERWEGINGEN
Door de aanleg van wandelpaden en de natuurlijke herinrichting van beken worden de recreatieve en educatieve waarden van het Weusthag vergroot. Tevens verzorgt deze infrastructuur de ontsluiting van voorzieningen op het gebied van natuur, landschap en recreatie. De realisatie van de infrastructuur is een belangrijke voorwaarde om het Weusthag tot een park te kunnen ontwikkelen. Voor de 1e fase van de infrastructuur is het schetsontwerp uitgewerkt tot een definitief ontwerp (DO 1e fase). Het DO 1e fase heeft betrekking op het deel van het ontwerp welke past binnen het vigerende bestemmingsplan en ligt op gemeentegrond. En kan daarom snel worden gerealiseerd. Om de provinciale subsidie veilig te stellen moeten de werkzaamheden worden gestart in het 1e kwartaal in 2012. De uitvoering van de 1e fase is onderdeel van de IMG-gelden Weusthag van de provincie. FINANCIËLE EN PERSONELE ASPECTEN
Het totaal benodigde uitvoeringskrediet voor de 1e fase is € 598.000,00. Dit bedrag wordt gedekt uit de bijdrage van de provinciale IMG-gelden Weusthag.
COMMUNICATIE EN INSPRAAK
Op 26 september jl. is het voorlopig ontwerp (VO) met bewoners besproken tijdens een informatieavond bij de Houtmaat. Vragen van bewoners zijn beantwoord in een reactienotitie. Opmerkingen zijn zoveel mogelijk verwerkt in het definitief ontwerp 1e fase (DO 1e fase). Voor het gebied rondom de Houtmaatvijver wordt nog overleg gevoerd met betrokkenen over de
plaatsbepaling van de afsluitbare toegangshekken en het openingsbeleid. De padenstructuur en de openbare toegankelijkheid overdag van de paden rondom de vijver worden niet ter discussie gesteld. De exploitant van de Houtmaat wordt de mogelijkheid geboden om ’s nachts en bij feesten en partijen een deel van het terrein af te kunnen sluiten.
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
Met behulp van het uitvoeringskrediet zal het DO 1e fase worden uitgewerkt tot een bestek welke vervolgens wordt aanbesteed. Waarna de aanleg van paden en de natuurlijke herinrichting van beken voor de 1e fase wordt gestart.
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. het definitief ontwerp voor de 1e fase vast te stellen (DO 1e fase); 2. voor het project Infrastructuur Weusthag een uitvoeringskrediet voor de 1e fase van € 598.000,00 beschikbaar te stellen; 3. in te stemmen met het dekkingsvoorstel voor dit krediet. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester
RAADSBESLUIT REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202026
P. Hester
BP
OA
ONDERWERP
Krediet uitvoering project Infra Weusthag 1e fase.
DE RAAD VAN DE GEMEENTE HENGELO, GELEZEN HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, BESLUIT:
1. het definitief ontwerp (DO) voor de 1e fase van de aanleg van paden en de natuurlijke herinrichting van beken in het Weusthag vast te stellen; 2. voor het project Infrastructuur Weusthag een uitvoeringskrediet voor de 1e fase van € 598.000,00 beschikbaar te stellen; 3. dit krediet te dekken uit de provinciale bijdrage Investeren met Gemeenten Weusthag.
DE GEMEENTERAAD VAN HENGELO,
De griffier
DATUM
De voorzitter
B&P P&S
Product
Grootboekrekening 7560204.433341 7560204.462275 7560204.433100 7560204.462220 7560204.842200 (BE+HR+SUB)
(evt. korte nadere toelichting op omschrijving)
LEDGER: Uitvoering padenplan Weusthag 1e fase
TYPE:
Bedrag 492.210 68.940 27.000 9.850 -598.000
JA
IB
D:\appl\bct\3party\neevia.com\Document Converter\temp\DSPDF_F2B8_31303636313837323438.xls
Hoofdfunctie
Toel.:
Boekingsdatum: 31-03-2012
Sector: Afd.:
MUTATIEFORMULIER WIJZIGING BEGROTING
Nummer begrotingswijziging:
Beschrijving (incl. nr. begr.wijz.) Uitv padenplan WGW Communicatie Landmeten Subs Prov IMG
2012176
Akkoord 2e consulent: Datum: Paraaf:
DIV-nr.: 11G202026 Batchnr.:
Besluit sector: Besluit b&w: Besluit raad:
(wordt centraal bij FBV in regiter vastgelegd)
Padenplan Weusthag
INTERNE RAMING tbv. KREDIETAANVRAAG aanmaakdatum: 1-dec-11
file:
Samenvatting: omschrijving
printdatum: 5-dec-11
kredietbedrag actie
€
598.000.00
hoeveel- eenprijs per eenheid heid heid
raming
onderdelen Opschonen terrein Verwijderen opstallen verplaatsen hek paardenbak
50 m
€
75.00
€ €
€
3.750.00
Herinrichten bestaande beek Aanleg nieuwe beek Aanleg poel
100 m 250 m 230 m3
€ € €
150.00 400.00 12.50
€ € €
15.000.00 100.000.00 2.875.00
Aanbrengen hekwerk Aanbrengen poorten Aanbrengen brug
100 m 5 st 3 st
€ € €
250.00 4.000.00 5.000.00
€ € €
25.000.00 20.000.00 15.000.00
20 m
€
650.00
€
13.000.00
€ € € € €
50.00 110.00 25.00 12.00 30.00
€ € € € €
40.000.00 49.500.00 3.750.00 3.000.00
25 are 50 m 70 m
€ € €
170.00 190.00 5.00
€ € €
4.250.00 9.500.00 350.00
2 st Eur
€
1.200.00
€ €
2.400.00 -
Aanleg duiker Bestande wandelpaden revitaliseren Aanleg wandelpaden (halfverhard) Aanleg wandelpaden (onverhard, uitgerasterd) Aanleg wandelpaden (onverhard) Aanleg ruiterpaden
Inrichten bosplantsoen Planten Rhodondenderonhaag 120/140 Planten Meidoornhaag Plaatesn bank + prullenbak Tijdelijke voorzieningen
800 450 150 0 100
m m m m m
€
30.000.00 15.000.00
20.000.00
============== ============== ----------------- --------------- --------------- -------------------------- -------------------------- € 65.000.00 € 307.375.00 15.0% € 55.856 € 120.856 = = = = = = = -------------------------- -------------------------- - - - - - - - - € 428.231.25 Subtotaal 1. ---------------------------------------------------Onvoorzien 15.0% van € 428.231.25 € 64.235 -------------------------- -------------------------- - - - - - - - - € 492.465.94 Subtotaal 2. ---------------------------------------------------€ 36.935 Voorbereiding 7.5% van € 492.465.94 Directie en Toezicht 6.5% van € 492.465.94 € 32.010 € 68.945 -------------------------- -------------------------- - - - - - - - - € 561.411.17 Subtotaal 3. ---------------------------------------------------B.T.W. 0.0% van € 561.411.17 € -------------------------- -------------------------- - - - - - - - - € 561.411.17 Subtotaal 4. ---------------------------------------------Algemene opslag 1.0% van € 561.411.17 € 5.614 Communicatie 5.0% van € 428.231.25 € 21.412 = = = = = = = ----------------- --------------- --------------- -------------------------- -------------------------- - - - - - - - - € 588.436.84 BEDRAG BENODIGD VOOR SB----------------------------------------------------
Totaal
Aanmerskosten
Landmeten totaalbedrag benodigd voor Project
geen rekening gehouden met: werkzaamheden kabels en leidingen speelvoorzieningen voorz. Hertenkamp
2.0% van € 492.465.94 € 9.849 = = = = = = = ----------------- --------------- --------------- -------------------------- -------------------------- - - - - - - - - € 598.000.00 286.16afronding €
Reactienotitie project Infrastructuur Weusthag BEANTWOORDING VRAGEN EN OPMERKINGEN VAN BEWONERS OVER HET SCHETSONTWERP EN VOORLOPIG ONTWERP (VO) INFRA WEUSTHAG Tijdens de informatiebijeenkomsten op 28 februari 2011 en 26 september 2011 in de Houtmaat hebben bezoekers de gelegenheid gehad d.m.v. een reactieformulier hun mening te geven over onder andere het schetsontwerp en het voorlopig ontwerp (VO) voor de aanleg van paden, de natuurlijke herinrichting van beken, speelvoorzieningen, enz. in het Weusthag. In deze notitie worden de reacties beantwoord die gaan over de 1e fase van het project Infrastructuur Weusthag. Als het definitief ontwerp voor de 2e fase is opgesteld en ter besluitvorming wordt voorgelegd aan de raad wordt er ook een 2e participatienotitie opgesteld. Met daarin de beantwoording van vragen en opmerkingen van bewoners die gaan over het 2e deel van het plan. In onderstaand overzicht zijn de namen en adressen van de bewoners vermeld die hebben gereageerd. De fase-aanduiding achter de namen verwijst naar de fase van de uitvoering van het project waarop de reactie betrekking heeft. 1. M.A.M. Morsink, Houtmaatweg 26, 7556 PC Hengelo 2. H. de Roo, visclub de Houtmaat 3. P. van Berkum 4. G. Heuver, visvereniging Ons Genoegen 5. Fam. Vennegoor, Landmansweg 77, 7556 LV Hengelo 6. E.H. Bolte, H. Leefsmastraat 27, 7556 JD Hengelo 7. J. Meenhuis, Bellinckhof 112, 7556 NM Hengelo 8. J. Ponsioen, Stavangerstraat 11, 7559 JB Hengelo 9. M. Mentink, Timmersweide 7, 7556 MA Hengelo 10. H. Oude Avenhuis, Houtmaatweg 22, 7556 PC Hengelo 11. G. Stege, van Alphenstraat 15, 7556 JT Hengelo 12. C. Weijschede, Houtmaatweg 9, Hengelo 13. G. Ezendam, Torenlaan 9, 7559 PK Hengelo 14. Tijhuis, Landmansweg 55, 7556 LV Hengelo 15. Rientjes, Kalmarstraat 25, 7559 JA Hengelo 16. Huis in ‘t Veld, Kalmarstraat 15, 7559 JA Hengelo 17. Weernink, Landmansweg 102 am 7556 LZ Hengelo 18. H. Mulder, Montfertstraat 7, 7559 LR Hengelo 19. A. Timmerman,Timmersweide 4, Hengelo 20. Peter en Ireen Rientjes 21. A.J.M. Smithuis, B. Zweekhorst, Timmersweide 1 en 2 22. S.L.A.A. Engelbertink, Timmersweide 10 23. G. Zilvold, H.J.A. Mentink, G.J.H. Oude Brunink, Timmersweide 7, 8 en 9
fase 2 fase 1 fase 1 en 2 fase 2 fase1 fase 1 en 2 fase 2 fase 2 fase 2 fase 2 fase 1 fase 1 fase 2 fase 2 fase 2 fase 2 fase 2 fase 1 fase 1 en 2 fase 2 fase 2 fase 2 fase 2
REACTIES BEWONERS OP SCHETSONTWERP EN VOORLOPIG ONTWERP MET BEANTWOORDING VOOR DE 1E FASE * Ad 2. H. de Roo Reactie openbaarheid wandelpad visplek Gaat niet akkoord met het deels openbaar maken van de paden rond de Houtmaatplas. Wil als visvereniging een eigen visterrein langs de vijver. Wil in dit verband een afsluiting van het bestaande westelijke pad (vanaf de plasuitstroom in de beek tot de Houtmaatweg). Wil wel meedenken met de plannen, maar verwacht ook dat de gemeente rekening houdt met de wensen van de visvereniging. De visvereniging heeft een onderhoud aangevraagd met wethouder Lievers. Antwoord In de huurovereenkomst is de verpachting van het visrecht in de Houtmaatvijver vastgelegd. Maar er is niet overeengekomen dat de visvereniging grond pacht of iets anders t.a.v. het gebruik van de grond.
DSPDF_F310_31303636323337313236.doc
Pagina 1 van 4
12-12-2011
De gemeente hecht veel waarde aan het openbare karakter van het Weusthag en dus ook van de paden en oeverstroken rond de Houtmaatplas. Het westelijke pad houdt dus in beginsel overdag zijn openbare karakter, maar kan ’s nachts zonodig afgesloten worden. * Ad 3. P. van Berkum Reactie wandelpaden Alle halfverharde paden van twee meter breed vervangen door onverharde paden van hooguit een meter breed. Antwoord De meeste paden in het plan zijn onverharde paden (graspaden, zandpaden). Deze paden zijn echter niet geschikt voor mindervaliden. Daarom zijn er enkele doorgaande routes van halfverharde, twee meter brede paden opgenomen die fysiek voor mindervaliden toegankelijk zijn. (harde ondergrond, passeerbare breedte). Reactie honden Als het gebied verder wordt ontsloten, mogen dan overal vrijelijk honden komen? Dit is niet wenselijk voor het dierenleven. Antwoord Honden moeten aangelijnd zijn. Voor ogen staat om in het Weusthag een hondenlosloopterrein met zwemplas en dressuurtoestellen te realiseren.
Reactie plasoevers Het dichtgroeien van plasoevers moet voorkomen worden. Antwoord Er komt een beheerplan Weusthag, dus ook voor plasoevers. Periodiek worden de oevers in fasen vrijgemaakt van opschot. * Ad 5. Fam. Vennegoor Reactie wandelpad Het geplande wandelpad ten noorden van de forellenplassen afschermen en iets verplaatsen naar het noorden i.v.m. privacy van de vissers. Antwoord Het pad is 5 meter verlegd.
Reactie uitstroombeek Graag meer beheer in uitstromende beek overloop noordelijke forellenplas. Antwoord Wordt opgenomen in het beheerplan. * Ad 6. E.H. Bolte Reactie zitbanken Verzoek om enkele banken te plaatsen op ronde Houtmaatweg, Europalaan, sportvelden Achilles, vooral op punten met mooie uitzichten Genieten geweldig van deze route, tellen vaak wild, konijnen, hazen en eekhoorns. Antwoord De Europalaan en het sportpark vallen vooralsnog buiten het plan. In het plangebied komen 6 zitbanken op markante plekken langs wandelpaden. * Ad 11. G. Stege
DSPDF_F310_31303636323337313236.doc
Pagina 2 van 4
12-12-2011
Reactie wandelpad Modderpad vanaf de Dijksweg tot ijsbaan afsluiten voor zij die er niet moeten zijn. Antwoord De gemeente wil het park toegankelijker maken. De route bestaat al en wordt een belangrijk onderdeel van het wandelnetwerk.
Reactie heemtuin Vandalisme door hangjongeren wordt een probleem in wat de heemtuin moet worden. is daar toezicht op? Antwoord Het IVN wil de Heemtuin een meer open karakter geven. Samen met alle betrokken partijen wordt een beheerplan opsteld. Sociale veiligheid en toezicht in het Weusthag zijn hier onderdeel van. * Ad 12. C. Weijschede Reactie afsluitingen Graag hekwerken en afsluitingen rondom de vijver. Antwoord Er wordt in overleg een definitief plan vastgesteld waar poorten rond de vijver blijven/komen met bijbehorend openingsbeleid.
Reactie barbeque Barbecueplekken tegenover een onderneming waar gebarbecued kan worden? Antwoord De barbecue’s zijn geschrapt.
Reactie parkeren Graag een parkeerbeleid voor autobezoekers van de Houtmaat; nu is er een eigen invulling hoek Landmansweg/Houtmaatweg. Antwoord Van gereguleerd parkeren bij de Houtmaat zal geen sprake zijn. Dit is eigenlijk alleen voorbehouden aan het centrumgebied. Voor een verhard en compleet nieuw parkeerterrein op deze locatie is geen budget beschikbaar. Daarnaast zal te veel verhard oppervlak ten koste gaan van het landelijk karakter. * Ad 14. Tijhuis Reactie eigen onderhoud De wens is om een strook grond van het weiland ten zuiden van mijn woning aan de Landmansweg in bezit, pacht of bruikleen te krijgen om privacy te creëren. Deze strook grond wordt dan zelf bijgehouden en gesnoeid. Antwoord Het aan te leggen graspad past binnen het vigerende bestemmingsplan. De gemeente gaat geen incidentele contracten over groenstroken aan. Directe privacy-overlast is er niet, want het ontworpen graspad ligt op 60 meter afstand van de erfgrens van dhr. Tijhuis. Creëren privacy op eigen terrein is mogelijkheid. * Ad 18. H. Mulder Reactie Paden heemtuin Rekening houden met de inrichting van het geplande heemtuingedeelte met de plannen die inmiddels geschetst worden door de heer Visscher (gemeente Enschede) op basis van het PvE van het IVN Hengelo t.a.v. de verplaatsing van een inrichting van de huidige Heemtuin naar het Weusthag. De geschetste loop van de paden en beek past wellicht (nog) niet in deze plannen/schets.
DSPDF_F310_31303636323337313236.doc
Pagina 3 van 4
12-12-2011
Antwoord Wordt op elkaar afgestemd. * Ad 19. A. Timmerman Reactie wandelpad Het aan te leggen voetpad tussen Timmersweide en Landmansweg: Van dit aan te leggen voetpad dreigt direct gevaar voor de privacy van de bewoners van de woningen gelegen aan de Timmersweide 1,2, 3 en 4. Met klem verzoeken wij primair af te zien van de aanleg van dit voetpad. Het veiliger maken van het voetpad gelegen tussen het oude Castorbad en de forellenvijver verdient in dezen prioriteit. Indien toch tot aanleg wordt besloten, de aanleg zo vorm te geven dat voor genoemde bewoners geen gevaar voor de privacy dreigt. Bijvoorbeeld door realisering van hoogopgroeiende beplanting. Het voetpad zou ook via een technische ingreep niet toegankelijk moeten worden gemaakt voor fietsers, brommers etc. Anders dreigt een zelfde onveilige situatie te ontstaan als bij het eerder genoemde Castorbad. Antwoord Het aan te leggen graspad past binnen het vigerende bestemmingsplan. Het graspad wordt zo ver mogelijk van de woningen gesitueerd en afgeplant met een meidoornhaag. Bezien wordt of fysieke maatregelen nodig zijn ter voorkoming van fiets- en bromfietsgebruik van het graspad.
DSPDF_F310_31303636323337313236.doc
Pagina 4 van 4
12-12-2011
K
71 LEGENDA OPMERKINGEN : - waar nodig afrastering toepassen
ALGEMEEN: —
••• —
- Bestemmingsplangrens"Buitengebied 1963 (bestemming recreatie)"
WANDELPADEN bestaand wandelpad, verhard bestaand wandelpad, halfverharding [toegankelijk voor minder validen] bestaand wandelpad, onverhard "opwaarderen" naar halfverharding [toegankelijk voor minder validen] bestaand wandelpad, onverhard aan te leggen wandelpad, halfverharding [toegankelijk voor minder validen] aan te leggen wandelpad, onverhard RUITERPADEN : - bestaand ruiterpad - aan te leggen ruiterpad
a c
HZ
bestaande "paardenbak"
WATER - te verleggen beek - bestaand bruggetje - te plaatsen bruggetje - bestaande vijver/poel RECREATIEVEVOORZIENINGEN : - te plaatsen zitbank + prullebak - te verwijderen zitbank + prullebak - te plaatsen picknick set - te plaatsen poort, afsluitbaar - bestaand hek - te plaatsen hek / afrastering
m^
•
- te plaatsen routepaaltje
§L
GROEN EN NATUUR: - te planten [losse] meidoornhaag - te planten rhododenderonhaag [met afrastering] - Beschermde broedplaats "Usvogel" [met afrastering]
OPMERKINGEN: - Maten in meters tenzij anders vermeld - hoogtematen in meters t.o.v. N.A.P.
X ^ omschrijving :
tekenaar
eerste uitgave
GBP
WEUSTHAGPARK
versi = A
datum
antwrpr afd.hfd.
12-12-2011
, * ^ e
INFRASTRUCTUUR [Wandel-en Fietspadenplan]
^
D.O. 1eFase
*
+
A1
1 : 2000
'HALFVERHARD WANDELPAD
'RUITERPAD"
"ONVERHARD WANDELPAD" ;om de 20,0 m. gekloofde ekenhouten
±1,
lang]
G.B. van der Pluym M. Hommels
Sector Stedelijk Beheer Afdeling Wegen, Groen en Water plotdatum: $d$
VL
E
Teke
$f$
01
Geleideformulier voor behandeling in commissie en/of raad
CASENUMMER
11G201869
PORT.HOUD:
Bron
ONDERWERP:
Kredietaanvraag gem. planbegeleiding Hart van Zuid.
RAADSGRIFFIE GRIFFIER: DHR. G.J. EEFTINK ADJUNCT-GRIFFIER: MW. A. HAARHUIS ADJUNCT-GRIFFIER: DHR. L.F. NIJLAND
paraaf griffier
Griffie-advies voor behandeling in commissie en/of raad
Commissie Fysiek Commissie Sociaal Commissie Bestuur Trefpunt (uitgebreide commissie) Raadsvergadering
Behandelen B
Informeren
Datum
20/12 LN
17-01-2012
B
31-01-2012
Opmerkingen griffier:
Behandeling in de raadscommissie Bestuur
x Fysiek Datum:
Sociaal
17-01
Agendapunt:
8
Besluit: Geïnformeerd Akkoord voor raadsbehandeling Hamerstuk Niet-akkoord paraaf griffier
Opmerkingen commissiegriffier:
Stuknummer: 452332
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G201869 452342 / 452342
J.A. Roorda
SOB
Br
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Kredietaanvraag gem. planbegeleiding Hart van Zuid.
BELEIDSPROGRAMMA/BELEIDSLIJN
09 - Stad in ontwikkeling
REDEN VAN AANBIEDING
Actie vanuit eerder besluit
SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRAJECT
Voor de ontwikkeling van Hart van Zuid is gemeentelijke planbegeleiding nodig. Dit kost tijd en geld. Bij de besluitvorming over de meerjarenbegroting 2004-2007 is dekking geregeld tot en met 2008 en over het rekeningresultaat 2006, tot en met 2014. Ieder jaar is een deel van deze beschikbaar gestelde middelen nodig. Voor 2012 is dat € 200.000,-. In dit besluit wordt gevraagd om in te stemmen om hiertoe een krediet te verlenen, ter grootte van maximaal het geraamd uit te geven bedrag aan gemeentelijke planbegeleiding voor 2012 . PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
nvt
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. Krediet te verlenen voor het doen van uitgaven tot € 200.000,- ten behoeve van gemeentelijke begeleiding, toetsing en advisering inzake Hart van Zuid tot 1 januari 2013, zoals in dit advies beschreven. De kosten te verantwoorden in complex 70; 2. Het krediet te dekken uit de middelen zoals die zijn gereserveerd voor de gemeentelijke bijdrage voor Hart van Zuid middels besluitvorming over het meerjarenbeleidsplan 2004-2007 en in aanvulling hierop over het rekeningresultaat 2006.
OPSOMMING VAN BIJLAGEN
Specificatie verantwoording kosten 2010 en 2011 en begroting 2012 Begrotingswijzigingen
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G201869
J.A. Roorda
SOB
Br
ONDERWERP
Kredietaanvraag gem. planbegeleiding Hart van Zuid.
AANLEIDING EN DOEL
Op 26 januari 2010 heeft de gemeenteraad machtiging verleend voor het doen van uitgaven tot in totaal € 500.000,- ten behoeve van gemeentelijke begeleiding, toetsing en advisering inzake planontwikkeling in Hart van Zuid tot 1 januari 2012. De machtiging is gevraagd om uitgaven te kunnen doen die nodig zijn voor het functioneren van het gemeentelijk apparaat binnen Hart van Zuid maar die niet ten laste van de gezamenlijke grondexploitatie kunnen worden gebracht. Met de besluitvorming over de meerjarenbegroting 2004-2007 was er dekking voor de kosten van het toetsen en het onafhankelijk gemeentelijk advies inzake Hart van Zuid tot en met 2008. In lijn met de besluitvorming over de meerjarenbegroting 2004-2007 is vanuit het rekeningresultaat 2006 € 2.100.000,- gereserveerd voor de gemeentelijke bijdrage in Hart van Zuid. Hiermee is er ook dekking voor het doen van deze uitgaven tot en met 2014. In dit advies worden eerst de kosten zoals geboekt ten laste van het gemeentekrediet 2010 en 2011 verantwoord en wordt vervolgens krediet gevraagd ten behoeve van gemeentelijke begeleiding, toetsing en advisering over 2012 . OVERWEGINGEN
Verantwoording uitgaven 2010/2011 In 2010/2011 zijn de volgende producten cq. diensten geleverd: § Procedure Uitwerkingsplannen § Werving van subsidies en overige lobbytrajecten (o.a. FES-traject UitvoeringsNota Ruimte) § Begeleiden en bijhouden bestuurlijke besluitvorming ten behoeve van het project § Inzet gemeentelijk opdrachtgever en interne projectleiders en ondersteuning § Interne procesbegeleiding en toetsing planproducten Hart van Zuid § Interne coördinatie en participatie ambtelijke organisatie In bijlage 1 is de financiële verantwoording te vinden. Kredietaanvraag voor gemeentelijke plankosten 2012 De uitgaven worden verricht in het kader van de voortgang van de planontwikkeling en verdere producten van Hart van Zuid. Daarbij zal met name aan de tweede fase Hart van Zuid worden gewerkt, waarvoor inmiddels een Rijksbijdrage is verkregen. Ook wordt verder gewerkt aan afronding van de eerste fase van het project. De volgende producten en diensten zullen in 2012 geleverd worden: 1. drukwerk, vergaderingen, overige kosten 2. gemeentelijke opdrachtgeving en projectaansturing en –ondersteuning 3. a. gemeentelijke toetsing van producten b. advisering college, raad over (deel)producten Hart van Zuid c. behandelen planologische procedures 4. lobby, verwerving van subsidies 5. communicatie, personele inzet 6. incidentele adviesaanvragen (op financieel-juridisch-organisatorisch gebied) In bijlage 1 is de begroting te vinden. FINANCIËLE EN PERSONELE ASPECTEN
De dekking van de eigen gemeentelijke kosten Hart van Zuid is geregeld bij de besluitvorming over het ‘meerjarenbeleidsplan 2004-2007’ en in aanvulling hierop bij de besluitvorming over het ‘rekeningresultaat 2006’. Voor de gemeentelijke kosten Hart van Zuid tot en met 2014 is € 4.350.000,- gereserveerd. Op basis van de Samenwerkingsovereenkomst HvZ 2003 was dit bedrag bedoeld voor de gemeentelijke kosten in Hart van Zuid tot en met 2014. Per 1/11/2011 was afgerond € 2.680.000,- uitgegeven. Het resterende budget à € 1.670.000,- lijkt daarmee toereikend te zijn om ook enkele jaren na 2014 de gemeentelijke kosten nog te kunnen dekken.
COMMUNICATIE EN INSPRAAK
nvt
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
nvt
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. Krediet te verlenen voor het doen van uitgaven tot € 200.000,- ten behoeve van gemeentelijke begeleiding, toetsing en advisering inzake Hart van Zuid tot 1 januari 2013, zoals in dit advies beschreven. De kosten te verantwoorden in complex 70; 2. Het krediet te dekken uit de middelen zoals die zijn gereserveerd voor de gemeentelijke bijdrage voor Hart van Zuid middels besluitvorming over het meerjarenbeleidsplan 2004-2007 en in aanvulling hierop over het rekeningresultaat 2006.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester
RAADSBESLUIT REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G201869
J.A. Roorda
SOB
Br
ONDERWERP
Kredietaanvraag gem. planbegeleiding Hart van Zuid.
DE RAAD VAN DE GEMEENTE HENGELO, GELEZEN HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, BESLUIT:
1. Krediet te verlenen voor het doen van uitgaven tot € 400.000,- ten behoeve van gemeentelijke begeleiding, toetsing en advisering inzake Hart van Zuid tot 1 januari 2014, zoals in dit advies beschreven. De kosten te verantwoorden in complex 70; 2. Het krediet te dekken uit de middelen zoals die zijn gereserveerd voor de gemeentelijke bijdrage voor Hart van Zuid middels besluitvorming over het meerjarenbeleidsplan 2004-2007 en in aanvulling hierop over het rekeningresultaat 2006.
DE GEMEENTERAAD VAN HENGELO,
De griffier
DATUM
De voorzitter
PF GZ
Product 830.3 830.3
LEDGER:
Grootboekrekening (BE+HR+SUB) 383000703.433100.2012 383009999.863020
(evt. korte nadere toelichting op omschrijving)
Plankosten HVZ 2012-2013
TYPE:
Nummer begrotingswijziging:
2012174
Akkoord 2e consulent: Datum: Paraaf:
DIV-nr.: 10G201869 Batchnr.:
Besluit sector: Besluit b&w: Besluit raad:
(wordt centraal bij FBV in regiter vastgelegd)
Bedrag Beschrijving (incl. nr. begr.wijz.) 200.000 Plankosten 2012 -200.000 HVZ Plankosten 2012
JA
IB
D:\appl\bct\3party\neevia.com\Document Converter\temp\DSPDF_AC90_31303635323732393135.xls
Hoofdfunctie 8 8
Toel.:
Boekingsdatum: 31-03-2012
Sector: Afd.:
MUTATIEFORMULIER WIJZIGING BEGROTING
BIJLAGE 1. In €
Verantwoording Gemeentekrediet Hart van Zuid 2010 en 2011 Begroot 2010/2011
Werkelijk 2010/2011
Saldo 1-11-2011
Algemene plankosten incl. ext. adv.
100.000
72.246
27.754
Projectleiding /ondersteuning
180.000
200.400
-20.400
Toetsing diverse afde-lingen
160.000
63.406
96.594
Public-affairs
20.000
0
20.000
Communicatie
40.000
0
40.000
Herziening Kredieten (jaarrekening 2011)
-35.805
sub totaal
464.195
1) Lopende verplichtingen 464.195
Totaal
-35.805
336.052
128.143
50.000
-50.000
386.052
78.143
1) Bovenstaande (restant) verplichtingen zijn aangegaan binnen de kader van het krediet dat verstrekt is voor de jaren 2010 en 2011 maar zullen niet verantwoord worden in de boekwaarde per 31 december 2011. Bij de jaarrekening 2011 zullen de “oude” kredieten, omwille van de beheersbaarheid, worden afgesloten en de budgetruimte voor de verplichtingen zal worden toegevoegd aan het krediet voor het jaar 2012.
Begroting 2012 Totaal begroot Algemene plankosten incl. ext. adv. Projectleiding /ondersteuning Toetsing diverse afdelingen Public-affairs Communicatie Totaal Begroting 2012 (krediet)
Krediet 2012 € 200.000,=
40.000 100.000 50.000 5.000 5.000 200.000
BW 2012174
Geleideformulier voor behandeling in commissie en/of raad
CASENUMMER
11G202021
PORT.HOUD:
Bron
ONDERWERP:
Onderhandelingen Stork t.b.v. Hart van Zuid.
RAADSGRIFFIE GRIFFIER: DHR. G.J. EEFTINK ADJUNCT-GRIFFIER: MW. A. HAARHUIS ADJUNCT-GRIFFIER: DHR. L.F. NIJLAND
paraaf griffier
Griffie-advies voor behandeling in commissie en/of raad
Commissie Fysiek Commissie Sociaal Commissie Bestuur Trefpunt (uitgebreide commissie) Raadsvergadering
Behandelen B
Informeren
Datum
20/12 LN
17-01-2012
B
31-01-2012
Opmerkingen griffier:
Behandeling in de raadscommissie Bestuur
xFysiek Datum:
Sociaal
17-01
Agendapunt:
9
Besluit: Geïnformeerd Akkoord voor raadsbehandeling Hamerstuk Niet-akkoord paraaf griffier
Opmerkingen commissiegriffier:
Stuknummer: 456678
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202021 457381 / 457381
W. Bohnen
SOB
Br
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Onderhandelingen Stork t.b.v. Hart van Zuid.
BELEIDSPROGRAMMA/FACETAGENDA
05 - Toekomstbestendige stad met focus op Zuid
REDEN VAN AANBIEDING
Actie vanuit eerder b&w-besluit
SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRAJECT
Sinds geruime tijd wordt er onderhandeld tussen Stork B.V., mede namens Stork Thermeq, en het Projectbureau Hart van Zuid, namens de samenwerkende partijen in Hart van Zuid. Een eenmalige financiële compensatie is de gebruikelijke wijze waarop schadeloosstelling bij grondverwervingen plaatsvindt. In onderhavige situatie is echter ook aan de orde bedrijfsverplaatsing. Door de financiële crisis is het voor bedrijven moeilijk geworden om financiering te verkrijgen voor deze verplaatsingskosten, waaronder nieuwbouw. Tijdens de onderhandelingen is aan de orde gekomen te onderzoeken de mogelijkheid van een langjarige huurvariant voor de te verplaatsen bedrijven van Stork. Om dit te kunnen realiseren biedt de oprichting van een SPV (Special Purphose Vehicle) mogelijkheden. Omdat deze huurvariant afwijkt van de gebruikelijke wijze waarop compensatie plaatsvindt en er mogelijkerwijze ook sprake kan zijn van gemeentelijke betrokkenheid, wordt om instemming gevraagd voor het doen van nader onderzoek van beide varianten, zodat een objectieve vergelijking mogelijk wordt. Aan dit nader onderzoek zijn kosten verbonden, die geschat worden op € 190.000,-. Aan de gemeenteraad wordt daarom gevraagd om in te stemmen met het verstrekken van een krediet van deze grootte, die kan worden gedekt uit de door het Rijk toegezegde subsidiemiddelen voor de ontwikkeling van de tweede fase Hart van Zuid. PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
nvt
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. een krediet groot € 190.000,- beschikbaar te stellen voor het uitwerken van de denkrichtingen. 2. dit krediet te dekken uit de door het Rijk in het kader van het Budget Nota Ruimte beschikbaar gestelde middelen voor de realisatie van het plan CST/Hart van Zuid en te verantwoorden in complex 710;
OPSOMMING VAN BIJLAGEN
Begrotingswijziging Besluitvormingsstukken 2010: raadsbesluit, notitie strategie 2e fase CST/Hart van Zuid, Businesscase Brief van het college “Stand van zaken onderhandelingen Stork tbv Hart van Zuid”
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202021
W. Bohnen
SOB
Br
ONDERWERP
Onderhandelingen Stork t.b.v. Hart van Zuid.
AANLEIDING EN DOEL
Sinds geruime tijd wordt er onderhandeld tussen Stork B.V., mede namens Stork Thermeq, en het Projectbureau Hart van Zuid, namens de samenwerkende partijen in Hart van Zuid. Dit, op basis van het raadsbesluit van 26 januari 2010 (case 09G201144) dat is bijgevoegd met de daarbij behorende bijlagen. In het besluit is onder andere het volgende opgenomen: “Een krediet ter beschikking te stellen van € 1.089.000,- ten behoeve van de planvorming van de deelplannen Stationsplein+Busstation, 1e fase Vereenigingsgebouw, noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid, Woonstad Noord en 1e fase Kanaalzone die onderdeel uitmaken van de Mastergrex fase 2 CST / Hart van Zuid.” Ook is in de bijlage bij dit besluit een notitie opgenomen waarin argumenten zijn vermeld met betrekking tot de omvang en de inhoud van dit Masterscenario. Daaruit blijkt ook dat een tweetal onderdelen van het totale Masterplan Hart van Zuid verschoven zijn naar de langere termijn. Tevens is opgenomen een scenario-analyse van de Mastergrex. Bij deze onderhandelingen zijn de adviesbureau’s Deloitte namens Stork en PWC namens het Projectbureau betrokken. De onderhandelingen zijn inmiddels zover gevorderd dat twee denkrichtingen kunnen leiden tot een akkoord op hoofdlijnen. Deze denklijnen zijn gebaseerd op óf een eenmalige financiële compensatie óf op een huurvariant met gebruikmaking van financiering door overheden. Een eenmalige financiële compensatie is de gebruikelijke wijze waarop schadeloosstelling bij grondverwervingen plaatsvindt. In onderhavige situatie is echter ook aan de orde bedrijfsverplaatsing. Door de financiële crisis is het voor bedrijven moeilijk geworden om financiering te verkrijgen voor deze verplaatsingskosten, waaronder nieuwbouw. Om deze problematiek mee te helpen oplossen, is tijdens de onderhandelingen ook aan de orde gekomen te onderzoeken de mogelijkheid van een langjarige huurvariant (20-30 jaar) voor de te verplaatsen bedrijven van Stork. Om dit te kunnen realiseren biedt de oprichting van een SPV (Special Purphose Vehicle) mogelijkheden. Een SPV heeft tot doel om te dienen als doorgeefluik van de financiering om met gebruikmaking van de kracht van overheden te komen tot een reële huurprijs. Door het bureau Lycias is deze huurvariant en financieringsconstructie getoetst aan staatssteunregelgeving. Hieruit is gebleken dat deze denkrichting kan passen binnen de bestaande regelgeving. Bij de verdere uitwerking hiervan zal dit aspect hieraan nader moeten worden getoetst. OVERWEGINGEN
Omdat de huurvariant afwijkt van de gebruikelijke wijze waarop compensatie plaatsvindt en er mogelijkerwijze ook sprake kan zijn van gemeentelijke betrokkenheid, wordt om instemming gevraagd voor het doen van nader onderzoek van beide varianten, zodat een objectieve vergelijking mogelijk wordt.
FINANCIËLE EN PERSONELE ASPECTEN
Het uitwerken van deze denkrichtingen vergt naast interne ambtelijke inzet, ook externe ondersteuning. Kostenraming nader onderzoek: Ondersteuning PWC Milieuonderzoeken Gemeentelijke organisatie Juridische begeleiding contracten Marktconformiteit en staatssteun Onvoorzien
€ 50.000,€ 30.000,€ 50.000,€ 10.000,€ 30.000,€ 20.000,-
Totale kosten
€ 190.000,-
De plankosten van het Projectbureau Hart van Zuid zijn niet in de kostenberekening meegenomen.
Deze kosten kunnen worden gedekt uit de door het Rijk in het kader van het Budget Nota Ruimte beschikbaar gestelde middelen voor de realisatie van het plan CST/Hart van Zuid.
COMMUNICATIE EN INSPRAAK
nvt
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
Met betrekking tot de stappen in dit proces wordt de volgende besluitvorming door de raad voorgesteld: 1e beslismoment: Commitment over denkrichtingen Het gemeentebestuur wordt eind van 2011 gevraagd in te stemmen met het doen van verder onderzoek naar beide denkrichtingen. 2e beslismoment: Akkoord op hoofdlijnen In de periode tot en met april 2012 wordt een akkoord op hoofdlijnen uitgewerkt. Dit hoofdlijnenakkoord bestaat uit een gedetailleerd inzicht in de financiële aspecten ten aanzien van de grondverwerving en de noodzakelijke verplaatsing van Stork-bedrijven, de daarvoor noodzakelijke contracten en overeenkomsten en de betrokkenheid daarbij van overheden evenals inzicht in het resultaat van de grondexploitatie. Dit hoofdlijnenakkoord wordt ter goedkeuring voorgelegd aan het gemeentebestuur. 3e beslismoment: Ondertekenen overeenkomsten Indien ingestemd wordt met het hoofdlijnenakkoord, kunnen op basis van dit hoofdlijnenakkoord de overeenkomsten worden opgesteld. Deze overeenkomsten worden ter goedkeuring voorgelegd aan het gemeentebestuur. In de planning wordt ervan uitgegaan dat de besluitvorming hierover in juli 2012 kan plaatsvinden.
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. een krediet groot € 190.000,- beschikbaar te stellen voor het uitwerken van de denkrichtingen. 2. dit krediet te dekken uit de door het Rijk in het kader van het Budget Nota Ruimte beschikbaar gestelde middelen voor de realisatie van het plan CST/Hart van Zuid en te verantwoorden in complex 710;
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester
RAADSBESLUIT REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202021
W. Bohnen
SOB
Br
ONDERWERP
Onderhandelingen Stork t.b.v. Hart van Zuid.
DE RAAD VAN DE GEMEENTE HENGELO, GELEZEN HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, BESLUIT:
1. een krediet groot € 190.000,- beschikbaar te stellen voor het uitwerken van de denkrichtingen. 2. dit krediet te dekken uit de door het Rijk in het kader van het Budget Nota Ruimte beschikbaar gestelde middelen voor de realisatie van het plan CST/Hart van Zuid en te verantwoorden in complex 710;
DE GEMEENTERAAD VAN HENGELO,
De griffier
DATUM
De voorzitter
Bijlage: raadsbesluit van 26-10-20101
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
09G201144 l l l l l l l l l l l l l / 325411
W. Bohnen/J.A. Roorda/ G. Witvoet
SOB
Br
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Mastergrex fase 2 Centraal Station van Twente/ Hart van Zuid en kredieten voor planvorming
B3
BELEIDSPROGRAMMA/BELEIDSLIJN
09 - Stad in ontwikkeling
REDEN VAN AANBIEDING
Actie vanuit eerder besluit het college heeft besloten dit voorstel voor te leggen aan de raad
SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRA1ECT
Voor de fase 2 van het project CST/Hart van Zuid zijn in de afgelopen periode subsidies verkregen. In fase 2 zitten de planonderdelen Stationsplein + busstation, Industrieplein (incl. Siemens), WTC Business District, Vereenigingsgebouw incl. l e fase park, Noordelijk deel Laan Hart van Zuid (Esrein Industrieplein), Woonstad Noord en Kanaalzone. Financieel gezien resulteren deze planonderdelen gezamenlijk in een tekort van ca. € 14,9 mln in de Mastergrondexploitatie fase 2 CST/Hart van Zuid. Met de subsidies die wel zijn aangevraagd, maar nog niet zijn vastgesteld, is de verwachting dat dit tekort in de nabije toekomst toch kan worden gedekt. Om de uitvoering van de planonderdelen die op zichzelf wel reeds sluitend zijn, niet te laten wachten tot het totale tekort van € 14,9 mln is gedekt, wordt voorgesteld voor deze planonderdelen steeds de individuele exploitaties te laten vaststellen op het moment dat deze sluitend zijn (onder meer door nog te verkrijgen subsidies). Daarom worden in dit voorstel ook de gezamenlijk sluitende grondexploitaties voor het Industrieplein (incl. Siemens) en het WTC BusinessDistrict voorgelegd. Zodoende kan Hart van Zuid alvast verder met de uitvoering van deze planonderdelen. PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
nvt
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de 1. 2. 3.
4.
5.
6.
7. 8.
9.
raad wordt voorgesteld: Kennis te nemen van de Mastergrondexploitatie fase 2 CST/ Hart van Zuid; De grondexploitatie voor de planonderdelen Industrieplein en WTC Business district vast te stellen; Een krediet ter beschikking te stellen van € 140.000,- ten behoeve van de uitwerking van het werkboek in een Nota van Uitgangspunten en een stedenbouwkundig plan voor het WTCBusinessdistrict; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 711 en te dekken middels de opbrengsten van de grondexploitatie behorend bij de deelplannen Industrieplein en WTCbusinessdistrict ; Een krediet ter beschikking te stellen van € 1.089.000,- ten behoeve van de planvorming van de deelplannen Stationsplein+Busstation, l e fase Vereenigingsgebouw, noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid, Woonstad Noord en l e fase Kanaalzone die onderdeel uitmaken van de Mastergrex fase 2 CST / Hart van Zuid; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 710 en te dekken middels de door het rijk toegezegde subsidie uit het Nota Ruimte budget a € 14,5 mln. waarvan tot op heden maximaal € 160.000 gereserveerd is als achtervang voor het omleggen van de ondergrondse Berflobeek. Een krediet ter beschikking te stellen van € 150.000,- ten behoeve van de ontwikkeling van een bestemmingsplan voor het Vereenigingsgebouw; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 712 en te dekken middels de jaarschijf 2010 van de door de regio in het kader van de Agenda van Twente toegezegde subsidie a € 5,05 mln.; In te stemmen met projectfinanciering van de grondexploitaties binnen de fase 2 CST / Hart van Zuid.
OPSOMMING VAN BIJLAGEN
1. 2.
Raadsvoorstel, -besluit en -samenvatting nr. 325411 "Notitie b&w strategisch beraad 3 november 2009, Strategie Fase 2 Project CST/Hart van Zuid Hengelo" 3. Mastergrondexploitatie fase 2 CST/Hart van Zuid 4. "Grondexploitatie Industrieplein (incl. Siemens) en WTC Business District" 5. Subsidieoverzicht (niet openbaar) 6. Begrotingswijziging
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
09G201144
W. Bohnen/J.A. Roorda/ G. Witvoet
SOB
Br
ONDERWERP
Mastergrex fase 2 Centraal Station van Twente/ Hart van Zuid en kredieten voor planvorming AANLEIDING EN DOEL
Recentelijk zijn voor het project Centraal Station van Twente/Hart van Zuid middelen in het vooruitzicht gesteld door Regio, Provincie en Rijk ten behoeve van de realisatie van de fase 2 van CST/Hart van Zuid. Ondanks de aanzienlijke bijdragen die verstrekt zijn, is dit onvoldoende om voor het gehele plangebied een sluitende grondexploitatie op te stellen. Daarom moeten er voor de volgende fase van dit plan keuzes worden gemaakt welke plandelen uitgevoerd gaan worden. Daarom wordt in dit voorstel de Mastergrondexploitatie voor fase 2 voorgelegd en de eerste drie planonderdelen waarvoor een grondexploitatie is opgesteld. OVERWEGINGEN
Masterscenario fase 2 CST/Hart van Zuid Om tot deze keuzes te komen zijn er een aantal scenario's opgesteld en zijn criteria benoemd op basis waarvan een Masterscenario is opgesteld. Dit Masterscenario bestaat uit de volgende planonderdelen: Stationsplein + busstation Industrieplein WTC Business District Vereenigingsgebouw incl. l e fase park Noordelijk deel Laan Hart van Zuid (Esrein - Industrieplein) Woonstad Noord Kanaalzone De twee deelprojecten die vooralsnog niet zullen worden ontwikkeld zijn: Vereenigingspark fase 2 Zuidelijk deel Laan Hart van Zuid (Breemarsweg - Boortorenweg) incl. nieuwe brug Twentekanaal Voor een uitvoerige toelichting op de overwegingen die aan deze beleidskeuze ten grondslag hebben gelegen, verwijzen wij naar biilaae 2. Dit Masterscenario is vervolgens vertaald in een financiele verkenning (Mastergrondexploitatie fase 2 verder te noemen Mastergrex fase 2, zie biilaae 3). Uitgangspunt hierbij is dat met de verkregen subsidies en de gemeentelijke bijdrage, naar verwachting een sluitende grondexploitatie kan worden verkregen. Strategie Bij het opstellen van deze Mastergrex fase 2 zijn alleen schriftelijk toegezegde subsidies (van diverse overheden) opgenomen. Op basis van dat uitgangspunt is het resultaat van de Mastergrex fase 2 geraamd op een tekort van € 14,9 mln. contant per 1/1/2010. Behalve de toegezegde subsidies zijn nog diverse subsidieaanvragen in procedure, waarover echter nog geen definitieve toezegging is verkregen. De grootte van deze subsidiestroom bedraagt ca. € 35,9 mln (zie biilaae 5). Naar verwachting zal vanuit deze subsidiestroom voldoende dekking gaan ontstaan om tot een sluitende Mastergrex fase 2 te komen. In de loop van de komende maanden zal er over de diverse subsidie aanvragen worden beslist. Op basis van deze situatie wordt ten aanzien van de realisatie van fase 2 als strategie voorgesteld om, zodra sluitende grondexploitaties ontstaan voor de individuele planonderdelen, deze steeds afzonderlijk vast te stellen. Deze sluitende exploitaties worden verkregen door de inzet van schriftelijk beschikte subsidies. Voor de korte termijn betekent dit dat een sluitende grondexploitatie is verkregen voor de planonderdelen: Industrieplein (incl. Siemens) WTC Businessdistrict
Voor deze planonderdelen is dan ook een grondexploitatie opgesteld. Zie daarvoor biilaae 4.
FINANCIELE EN PERSONELE ASPECTEN
Voor alle genoemde grondexploitaties wordt verwezen naar voorgenoemde biilaae(n). Uitgangspunten grondexploitatie behorend b i j het Masterscenario De volgende uitgangspunten zijn gehanteerd bij het opstellen van de grondexploitatie voor het Masterscenario fase 2: Stationsplein Noord: Met instandhouding van de bestaande eigendomsverhoudingen wordt het Stationsplein heringericht tot een aantrekkelijk verblijfsplein en wordt een nieuw dynamisch busstation met overkapping gerealiseerd. Stationsplein Zuid: De nieuwbouw van Metropool is mogelijk gemaakt. De tijdelijke herinrichting van het Industrieplein wordt afgerond en voor de nieuwbouw van Siemens wordt bouwrijpe grond gerealiseerd. De bestaande eigendomsverhoudingen blijven gehandhaafd. WTC- businessdistrict: De levering van het schoolgebouw en ondergrond met adres Industrieplein 2 heeft in 2009 plaatsgevonden. Ter plaatse is vooralsnog uitgegaan van de ontwikkeling van 42.000 m 2 b.v.o. programma. Het voorlopig programma is opgebouwd uit globaal 20.000 m2 kantoor, een plint van 1.000 m2, een hotel/ congrescentrum van 6.000 m2 en 15.000 m2 woningbouw en gebouwd parkeren. Vereenipinpsaebouw: Het Vereenigingsgebouw en de omliggende grond wordt aangekocht. Voor de verplaatsing van Primoteq gelegen achter het Vereenigingsgebouw is geen budget opgenomen. Er is vanuit gegaan dat de verwervingsprijs zoals opgenomen toereikend is om vrij van huur aan te kopen. Het Vereenigingsgebouw wordt geschikt gemaakt voor het gebruik als de ontmoetingsruimte ten behoeve van de Businessclub van het WTC met o.a. vergaderzalen, conferentieruimte, congresfunctie, restaurant op een kwalitatief hoog niveau. Vooralsnog is er binnen de grondexploitatie dekking voor € 4,6 mln. stichtingskosten. Uitgangspunt hierbij dat er 1.760 m2 b.v.o. commerciele ruimte binnen het Vereenigingsgebouw en 5 woningen aan de rand van het het park gerealiseerd worden. Infrastructuur Noord: Het noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid wordt aangelegd. De gronden van Stork en Emga die hiervoor nodig zijn, worden verworven. Voor de kosten van de verplaatsing van bedrijven is een stelpost opgenomen. Uitgangspunt is ook de realisatie van een Park & Ride garage met een beperkte bijdrage vanuit de grondexploitatie. Het Industrieplein zal haar definitieve inrichting krijgen nadat de P&R-garage gerealiseerd is. Ook is rekening gehouden met de kosten van aansluiting op Industrieplein, de Parallelweg L.S. en de Gieskestraat. Woonstad Noord: Ontwikkeling van het gebied tussen de Langelermaatweg, Esrein en de noordelijke Laan Hart van Zuid met 10.000 m 2 bedrijfsruimten en 190 woningen waarvan 90 grondgebonden. Kanaalzone: Voor de verplaatsing van Stork Thermeq vanuit het gebied tussen Industrieplein en Esrein naar de Kanaalzone wordt een deel van het bedrijventerrein (3 ha) aangelegd. De ontsluiting van het perceel voor scheepvaartverkeer en vrachtverkeer wordt verbeterd. Vanwege de subsidies ontstaat een vrijwel budgettair neutrale situatie. Kosten De kosten van verwerving zijn geraamd op € 28,8 mln. De civiele kosten zoals het slopen, saneren en bouw- en woonrijp maken zijn geraamd op basis van de Visie Centraal Station Twente d.d. 19 juni 2008 door Grontmij. Op basis van deze raming is € 30,0 mln. aan civiele kosten opgenomen in de grondexploitatie behorend bij het masterscenario. Vanuit de deelplannen WTC-businessdistrict en Woonstad Noord wordt een afdracht gedaan van per saldo € 2,45 mln. aan de hoofdinfrastructuur. De hoogte van de afdracht is gerelateerd aan het te realiseren programma binnen deze deelgebieden. De plankosten zijn geraamd op € 12,0 mln. waarvan inmiddels circa € 1,8 mln. uitgegeven is. Voor onvoorziene kosten is € 4,5 mln. opgenomen. Het budget onvoorzien is bepaald door 5% over de nog te realiseren verwervingskosten en 10% over de nog te realiseren civiele kosten te berekenen. De totale kosten zijn geraamd op € 78,0 mln. Opbrengsten De opbrengsten uit de verkoop van grond zijn geraamd op € 22,1 mln. De opbrengsten moeten met name gerealiseerd worden in de deelplannen WTC en Woonstad Noord. Subsidies van andere overheden in de grondexploitatie behorend bij het Masterscenario zijn opgenomen
voor een bedrag van € 35,9 mln, op basis van schriftelijke toezeggingen of gesloten overeenkomsten met betrekking tot de subsidie. Onder overige bijdragen is bovendien gerekend met een bijdrage vanuit het project Stationstunnel in verband met de herinrichting van het Industrieplein van € 0,5 mln. Er is rekening gehouden met een gemeentelijke bijdrage van € 3,7 mln. waarvan € 0,25 mln. gerealiseerd is in samenhang met de realisatie van Metropool, € 3,0 mln is opgenomen in ARI en € 0,45 mln. gerealiseerd zal worden in verband met het afkoppelen van riolering. De afdracht van de deelplannen WTC-businessdistrict en Woonstad a € 2,45 mln. wordt ten gunste van het deelplan hoofdinfrastructuur Noord gebracht. Parameters In de grondexploitatie is gerekend met 2 % kosten- en opbrengstenstijging en 4,5% prijspeildatum is 1 januari 2010. De kosten en opbrengsten zijn gefaseerd van 2010 t/m 2017.
rente. De
Saldo De grondexploitatie behorend bij het Masterscenario kent een contant tekort van € 14,9 mln. per 1 januari 2010. Op eindwaarde 31 december 2019 bedraagt het tekort € 23,2 mln. Uitgangspunten grondexploitatie behorend bij fase 2a: Industrieplein (incl. Siemens) en WTCbusinessdistrict De eerste deelplannen binnen de fase 2 hebben betrekking op het Industrieplein met inbegrip van de nieuwbouwlocatie van Siemens en het WTC-businessdistrict. De grondexploitatie van het Industrieplein heeft betrekking op de realisatie van Metropool, de tijdelijke inrichting van het Industrieplein en de realisatie van een kantoorontwikkeling voor Siemens. De werkzaamheden op het Industrieplein zijn grotendeels uitgevoerd. Voor de kantoorontwikkeling wordt in het voorjaar van 2010 een perceel bouwrijp gemaakt. Van de gemaakte plankosten a € 1,8 miljoen die hoofdzakelijk besteed zijn aan de Nota van Uitgangspunten voor de stationsomgeving CST en het MKBA-traject ten behoeve van CST/Hart van Zuid is 25 % ten laste van het deelplan Industrieplein gebracht. De exploitatie van de definitieve inrichting is opgenomen in de deelexploitatie Infra Noord van het masterscenario. De opbrengsten bestaan uit een reeds gerealiseerde grondopbrengst voor Metropool a € 280.000 en een te realiseren (residueel bepaalde) grondopbrengst voor kantoorontwikkeling a € 750.000. Daarnaast zijn subsidies verstrekt en toegezegd door de provincie en de regio. Uit het Aktiefonds van de Provincie Overijssel is subsidie verstrekt voor de (tijdelijke) inrichting van het Industrieplein a € 600.000 en uit DIA van de Provincie Overijssel is € 2.100.000 subsidie toegezegd voor de garantstelling voor de nieuwbouw van Siemens. Uit de Agenda van Twente is door de Regio Twente € 542.000 subsidie verstrekt voor plankosten in samenhang met de tijdelijke inrichting van het Industrieplein en het opstellen van de nota van uitgangspunten. Tevens wordt rekening gehouden met de inzet van € 160.000 uit IPSV voor duurzaam waterbeheer. De deelexploitatie Industrieplein vertoont een contante waarde tekort van € 330.000 per 1/1/2010. De grondexploitatie van het WTC-businessdistrict heeft met name betrekking op de ontwikkeling van het in 2009 geleverde perceel Industrieplein 2 met 42.000 m2 bvo gemengde functies. Industrieplein 2 is aangekocht voor € 4,2 mln. Van de gerealiseerde plankosten a € 1,8 miljoen die hoofdzakelijk besteed zijn aan de Nota van Uitgangspunten en het MKBA-traject is 75 % ten laste van dit deelplan gebracht. Voor de raming van de civiele kosten a € 2,2 mln. is gebruik gemaakt van de ramingen van Grontmij van augustus 2008. Ten behoeve van de realisatie van het noordelijke deel van de Laan Hart van Zuid is gerekend met een afdracht van € 1,47 mln. vanuit de grondexploitatie WTC-businessdistrict. De te realiseren afdracht aan het noordelijk deel van de Laan is op basis van de te realiseren opbrengsten voor 6 0 % toegedeeld aan het deelplan WTC-businessdistrict en voor 4 0 % toegedeeld aan het deelplan Woonstad. De opbrengsten zijn gefaseerd in de jaren 2012 t/m 2017 waarbij het zwaartepunt in 2014 en 2015 ligt. Het programma op basis waarvan de opbrengsten in de grondexploitatie zijn bepaald, is nog onderwerp van discussie. In het werkboek is bepaald dat 55.000 m2 bvo gerealiseerd zou kunnen worden. Omdat de regionaal aanwezige planvoorraad groot is, voorziet de markt (Van Wijnen en MAB) problemen bij de afzet en de opbrengsten van een dergelijk programma. Daarom is ervoor gekozen de omvang van het programma te verlagen naar 42.000 m2 bvo met een gemiddelde grondprijs van € 300 per m2. Op basis hiervan kunnen de geraamde kosten gedekt worden. Bij de op te stellen Nota van Uitgangspunten zullen deze voorlopige aannames vertaald worden in definitieve uitgangspunten voor de grondexploitatie. Op basis van de voorlopige aannames vertoont de grondexploitatie van het WTC-businessdistrict een contante waarde overschot van € 340.000 per 1/1/2010.
Het contante waarde saldo van de grondexploitaties van de deelplannen Industrieplein en WTCbusinessdistrict samen bedraagt € 10.000 positief per 1/1/2010. Krediet planvorming Mastergrex fase 2a (Industrieplein en WTC-Businessdistrict) Voor de ontwikkeling van het deelgebied WTC-Businessdistrict zal het werkboek uitgewerkt moeten worden in een Nota van Uitgangspunten. Deze Nota van Uitgangspunten zal de basis zijn voor een stedenbouwkundig plan. Het stedenbouwkundig plan vormt vervolgens de basis voor een nieuw bestemmingsplan. De kosten van de ontwikkeling van de Nota van Uitgangspunten en het stedenbouwkundig plan zijn geraamd op € 112.000,-- Hierbovenop dient rekening gehouden te worden een opslag van 25% ter dekking van de algemene kosten van het projectbureau a € 28.000,-. Deze kosten van per saldo € 140.000,- zullen verantwoord worden binnen het deelplan WTC-Businessdistrict. Krediet planvorming Mastergrex fase 2b ev. (Stationsplein+Busstation, le fase Vereenigingsgebouw, Noordelijk deel Laan Hart van Zuid (Esrein-Industrieplein), Woonstad Noord en l e fase Kanaalzone) Om te kunnen voldoen aan de tijdslimiet die meerdere subsidieverstrekkers hebben gesteld, zal de planvorming voor de overige deelplannen binnen de fase 2 voortgang moeten boeken in 2010. Hiertoe zal het projectbureau in 2010 9 0 % van haar tijd en middelen inzetten voor de fase 2. Deze kosten zijn begroot op € 1.117.000,- waarvan € 28.000 verantwoord zal worden binnen het deelplan WTCBusinessdistrict. De resterende € 1.089.000,- zal ingezet worden voor de planvorming van de overige deelplannen van het masterscenario. Voor de omgeving van het Vereenigingsgebouw moet het bestemmingsplan herzien worden in het kader van de actualisatie van bestemmingsplannen. Omdat het Vereenigingsgebouw in het ontwikkelingsgebied Hart van Zuid ligt, wordt voorgesteld de actualisatie van het bestemmingsplan vanuit het project op te pakken. De kosten van de ontwikkeling van een nieuw bestemmingsplan voor het Vereenigingsgebouw e.o. zijn geraamd op € 150.000,-.
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
Zodra de komende maanden de definitieve beschikkingen verkregen zijn van de diverse subsidieverstrekkers voor de diverse planonderdelen, zullen direct daarop de sluitende grondexploitatie(s) per planonderdeel worden voorgelegd. Naar verwachting kunnen in juni reeds enkele vervolgbesluiten aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Op dat moment is meer zekerheid verkregen over de verwervingen van noodzakelijke gronden om die planonderdelen te kunnen realiseren. Bovendien is er dan een beter inzicht in de exacte kosten en de consequenties daarvan voor de grondexploitaties.
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de 1. 2. 3.
4.
5.
6.
7. 8.
9.
raad wordt voorgesteld: Kennis te nemen van de Mastergrondexploitatie fase 2 CST / Hart van Zuid; De grondexploitatie voor de planonderdelen Industrieplein en WTC Business district vast te stellen; Een krediet ter beschikking te stellen van € 140.000,- ten behoeve van de uitwerking van het werkboek in een Nota van Uitgangspunten en een stedenbouwkundig plan voor het WTCBusinessdistrict; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 711 en te dekken middels de opbrengsten van de grondexploitatie behorend bij de deelplannen Industrieplein en WTCbusinessdistrict ; Een krediet ter beschikking te stellen van € 1.089.000,- ten behoeve van de planvorming van de deelplannen Stationsplein+Busstation, l e fase Vereenigingsgebouw, noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid, Woonstad Noord en l e fase Kanaalzone die onderdeel uitmaken van de Mastergrex fase 2 CST/ Hart van Zuid; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 710 en te dekken middels de door het rijk toegezegde subsidie uit het Nota Ruimte budget a € 14,5 mln. waarvan tot op heden maximaal € 160.000 gereserveerd is als achtervang voor het omleggen van de ondergrondse Berflobeek. Een krediet ter beschikking te stellen van € 150.000,- ten behoeve van de ontwikkeling van een bestemmingsplan voor het Vereenigingsgebouw; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 712 en te dekken middels de jaarschijf 2010 van de door de regio in het kader van de Agenda van Twente toegezegde subsidie a € 5,05 mln.; In te stemmen met projectfinanciering van de grondexploitaties binnen de fase 2 CST / Hart van Zuid.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester
RAADSBESLUIT REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
09G201144
W. Bohnen/J.A. Roorda/ G. Witvoet
SOB
Br
ONDERWERP
Mastergrex fase 2 Centraal Station van Twente/ Hart van Zuid en kredieten voor planvorming
DE RAAD VAN DE GEMEENTE HENGELO, GELEZEN HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, BESLUIT:
1. 2. 3.
4.
5.
6.
7. 8.
9.
Kennis te nemen van de Mastergrondexploitatie fase 2 CST / Hart van Zuid; De grondexploitatie voor de planonderdelen Industrieplein en WTC Business district vast te stellen; Een krediet ter beschikking te stellen van € 140.000,- ten behoeve van de uitwerking van het werkboek in een Nota van Uitgangspunten en een stedenbouwkundig plan voor het WTCBusinessdistrict; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 711 en te dekken middels de opbrengsten van de grondexploitatie behorend bij de deelplannen Industrieplein en WTCbusinessdistrict ; Een krediet ter beschikking te stellen van € 1.089.000,- ten behoeve van de planvorming van de deelplannen Stationsplein+Busstation, l e fase Vereenigingsgebouw, noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid, Woonstad Noord en l e fase Kanaalzone die onderdeel uitmaken van de Mastergrex fase 2 CST / Hart van Zuid; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 710 en te dekken middels de door het rijk toegezegde subsidie uit het Nota Ruimte budget a € 14,5 mln. waarvan tot op heden maximaal € 160.000 gereserveerd is als achtervang voor het omleggen van de ondergrondse Berflobeek. Een krediet ter beschikking te stellen van € 150.000,- ten behoeve van de ontwikkeling van een bestemmingsplan voor het Vereenigingsgebouw; Dit krediet te verantwoorden binnen (een nog op te richten) complex 712 en te dekken middels de jaarschijf 2010 van de door de regio in het kader van de Agenda van Twente toegezegde subsidie a € 5,05 mln.; In te stemmen met projectfinanciering van de grondexploitaties binnen de fase 2 CST / Hart van Zuid.
DE GEMEENTERAAD VAN HENGELO,
De griffier
DATUM 2 6 - 0 1 - 2 0 1 0
De voorzitter
PF GZ
Product 830.1 830.1 830.1 830.1 830.3
LEDGER:
Grootboekrekening (BE+HR+SUB) 383007103.433100.HVZ1812 383007103.462220.HVZ1812 383007103.462275.HVZ1812 383007103.462280.HVZ1812 383009999.863020
(evt. korte nadere toelichting op omschrijving)
HvZ onderh Stork onderzoek
TYPE:
Bedrag 140.000 10.000 20.000 20.000 -190.000
JA
IB
D:\appl\bct\3party\neevia.com\Document Converter\temp\DSPDF_31F8_31303635373936353739.xls
Hoofdfunctie 8 8 8 8 8
Toel.:
Boekingsdatum: 31-03-2012
Sector: Afd.:
MUTATIEFORMULIER WIJZIGING BEGROTING
Nummer begrotingswijziging:
Beschrijving (incl. nr. begr.wijz.) onderzoekskosten onderzoekskosten onderzoekskosten onderzoekskosten Toename boekwaaarde
2012175
Akkoord 2e consulent: Datum: Paraaf:
DIV-nr.: 11G202021 Batchnr.:
Besluit sector: Besluit b&w: Besluit raad:
(wordt centraal bij FBV in regiter vastgelegd)
Staatssteunanalyse Van: Melvin Könings, Lysias Advies BV Voor: Projectbureau Hart van Zuid Datum: 14 oktober 2011
Samenvatting Deze analyse schetst op hoofdlijnen de staatssteunaspecten rond de voorgenomen doortrekking van de Laan van het Esrein naar het NS station. Om deze doortrekking mogelijk te maken moet Stork Thermeq en een aantal toeleverende bedrijven (ca. 200 arbeidsplaatsen) worden verplaatst naar de Kanaalzone in het plangebied Hart van Zuid. Gedachtelijn is nu om met revolverende financiering (publiek geld) deze verplaatsing en investering in de nieuwe locatie mogelijk te maken. Daarbij wordt er aan gedacht een zogeheten special purpose vehicle (SPV) op te richten. Deze analyse schetst beknopt het project, de staatssteunregels in het algemeen en specifiek bij gebiedsontwikkeling. Conclusie van deze staatssteunanalyse is om eerst goed vast te gaan stellen of er sprake is van een niet-marktconform voordeel aan Stork en/of de SPV. Als daar geen sprake van is, kan mogelijk de casus staatssteunvrij worden opgezet. De staatssteunregels zijn dan geen belemmering. Als er wel sprake is van een zeker voordeel, zal er al snel sprake zijn van staatssteun. Bedoeling is dan om rechtmatige staatssteun te verlenen, om bepaalde maatschappelijke doelen te verwezenlijken, zoals innovatie of milieu. De staatssteunregels bieden verschillende opties (en procedures) om rechtmatige staatssteun te bieden. Mogelijk wordt er een denkrichting uitgewerkt waarbij de SPV uitgaat van een lagere rente of rendement. Dan moet goed gekeken worden waar precies de steun neervalt (bij de SPV of bij de gebruiker - Stork). De netto contante waarde van het rentevoordeel of het huurvoordeel zal al snel elementen van staatssteun bevatten, maar kan ook weer als onderdeel van nadeelcompensatie gelden (dan geen staatssteun) of als rechtmatige staatssteun (voor milieu / innovatie etc).
1.
Inleiding
Bij gebiedsontwikkeling wordt een gebied opnieuw ingevuld waarbij verschillende functies zoals wonen, werken, openbare ruimte, (boven- en ondergrondse) infrastructuur, groen en recreatie in hun onderlinge samenhang worden gerealiseerd. Vrijwel altijd komen publieke en private belangen daarbij dicht bij elkaar. Overheden en marktpartijen werken vaak bij gebiedsontwikkeling intensief samen. Decentrale overheden, betrokken uitvoeringsorganisaties en ontwikkelaars lopen daarbij steeds vaker tegen Europese staatssteun kwesties aan rond (stedelijke) gebiedsontwikkeling. De Europese Commissie heeft bijvoorbeeld in steunzaken over de centrumplannen van gemeenten Haaksbergen en Mill en St. Hubert geoordeeld dat er sprake kan zijn van staatssteun, inclusief de verplichting tot melding van deze steun aan - en goedkeuring door de Europese Commissie. Tegelijkertijd zetten steeds meer overheden een trend in naar revolverend financieren in gebiedsontwikkeling. Vanuit Europa wordt dit gestimuleerd met het programma JESSICA en de Europese Investeringsbank (EIB) speelt hierin een belangrijke rol. Tientallen Nederlandse gemeenten denken op dit moment na over financiering van gebiedsontwikkeling via deze JESSICA methode. Niet per definitie via dit EU programma zelf, maar wel deze revolverende methode. Daarnaast zijn er recente ontwikkelingen rond staatssteun en maatschappelijk vastgoed en woningcorporaties. Vaak zijn woningcorporaties ook betrokken bij gebiedsontwikkeling, uit staatssteunoptiek zijn nog niet alle spelregels uitgekristalliseerd. Stap één bij een gebiedsontwikkeling project is het constateren of en waar precies staatssteun aan de orde is. Als er staatssteun aan de orde is, moet bekeken worden op welke wijze en met welke procedure deze steun rechtmatig verstrekt kan worden. Als er geen staatssteun aan de orde is, is het van belang dit gezamenlijk te constateren en vast te leggen. Procedureel zijn er dan uit staatssteunoptiek geen verplichtingen meer. In bijlage 1 staat uitvoerig omschreven welke staatssteun criteria aan de orde zijn en wat de belangrijkste jurisprudentie daarover is.
Staatssteunanalyse Hart van Zuid
1
2.
Beknopte omschrijving van de casus
Waar vroeger het bedrijvig hart van Hengelo klopte, verrijst nu het Hart van Zuid. Op de plaats van de in onbruik geraakte fabriekscomplexen van Stork en Dikkers wordt bijna vijftig hectare nieuw Hengelo gebouwd. Een nieuw stadsdeel waar iedereen naast elkaar kan wonen, werken, leren en recreëren. Een stadsdeel dat een plek met zo’n rijk verleden een spannende toekomst geeft. Het industriële verleden blijft voelbaar; de vroegere geslotenheid van het gebied maakt plaats voor openheid en dynamiek. Wat blijft is de bestaande bedrijvigheid; het aanwezige industriële erfgoed blijft behouden. Zo krijgen voormalige fabriekscomplexen een nieuwe bestemming. Daaromheen worden ambitieuze plannen ontwikkeld die voor een variatie aan functies en een diversiteit aan bewoners en bezoekers moeten zorgen. Bestaande sociale, educatieve en culturele voorzieningen blijven bewaard en worden waar nodig aangevuld. Nieuwe technieken, zoals breedbandaansluitingen en duurzaam waterbeheer worden ingezet om in Hart van Zuid comfortabel te kunnen leven en het gebied een eigentijds en hoogwaardig karakter te geven. Tot 2018 wordt Hart van Zuid, een van de grootste naoorlogse stadsvernieuwingsprojecten, in delen opgeleverd. De eerste bouwwerken zijn inmiddels gereed. De Gemeente Hengelo en Van Wijnen Groep N.V. hebben een publiekprivate samenwerkingsovereenkomst gesloten en zijn beide risicodragend investeerder in Hart van Zuid. Om het hele gebied tot ontwikkeling te brengen zijn daarnaast structurele financiële bijdragen van andere overheden en private partijen onmisbaar. Ook het ROC van Twente en Pop- en Cultuurpodium Metropool investeren zelf in Hart van Zuid. De gemeente Hengelo en Van Wijnen zijn vertegenwoordigd in het Projectbureau Hart van Zuid. Het Projectbureau is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken en coördineert de uitvoering van de werkzaamheden. Daarnaast werken zij nauw samen met toonaangevende bedrijven en instellingen om Hart van Zuid gestalte te geven. De samenwerkende partijen zijn overeengekomen dat een sluitende begroting een voorwaarde is voor de ontwikkeling van de gebiedsdelen. Laat de balans een positief resultaat zien, dan gaat de schop de grond in. Voor de deelgebieden Lansinkveld, Langeler Erve en een deel van de Laan Hart van Zuid is de begroting rond. Deze eerste fase werd in 2010 opgeleverd. Actueel is nu de aansluiting van de Laan Hart van Zuid met het NS Station. De Laan Hart van Zuid. verbindt het bedrijventerrein aan het Twentekanaal met de zuidzijde van het station. Door de aansluiting op de A35 en A1 en de verbinding met het Centraal Station Twente is Hart van Zuid door deze laan uitstekend bereikbaar. De Laan Hart van Zuid wordt de hoofdader van een gloednieuwe infrastructuur die het hele gebied moet ontsluiten en omliggende straten moet ontlasten. De belangrijkste knooppunten van de Laan Hart van Zuid zijn het Industrieplein, Esrein en de Breemarsweg. Aan weerszijden van de Laan worden ventwegen aangelegd. Hier mag slechts 30 km/u worden gereden. De Laan Hart van Zuid wordt in drie fasen aangelegd. De eerste fase, gelegen tussen de Breemarsweg en Esrein, is gereed. De tweede fase, de doortrekking van het Esrein naar het station, staat voor 2011-2012 op het programma. De derde fase, van de Breemarsweg tot de Diamantstraat/A35, staat pas vanaf 2015 op de rol. Deze staatssteunanalyse richt zich op de tweede fase, dit is de doortrekking van de Laan van het Esrein naar het NS station. Om dit mogelijk te maken moet Stork Thermeq en een aantal toeleverende bedrijven (ca. 200 arbeidsplaatsen) worden verplaatst naar de Kanaalzone in het plangebied Hart van Zuid. Om tot de realisatie van dit plan te komen zijn onderhandelingen over verwerving en verplaatsing tussen Stork en het projectbureau Hart van Zuid in 2010 opgestart. In eerste instantie is nader overlegd over een voor alle belanghebbende partijen acceptabel tracé en profiel van de tweede fase van de Laan Hart van Zuid, op basis van het door de gemeenteraad in 2009 vastgestelde Masterplan. Hierna zijn de financiële onderhandelingen met betrekking tot de verwerving en de noodzakelijke verplaatsing van de Stork-bedrijven gestart. Voor de financiële afwikkeling is in eerste instantie een denkrichting ontwikkeld op basis van de gebruikelijke verwervingsvorm. Daarbij worden Staatssteunanalyse Hart van Zuid
2
aankoopsommen en schadeloosstellingen bepaald op basis waarvan er mogelijkheden voor nieuwe investeringen ontstaan voor het bedrijf voor de voortzetting van haar bedrijfsactiviteiten. De onderhandelingen hierover hebben ertoe geleid dat in maart 2011. door de onderhandelende partijen geconstateerd is dat over de grondtransacties tot overeenstemming kan worden gekomen, maar dat er geen basis is om tot overeenstemming te komen over de compensaties voor de bedrijfsverplaatsing. Een belangrijke negatieve factor daarbij is de door Stork aan te trekken financiering uit de markt. Vervolgens is er een denkrichting ontwikkeld op basis van een financieringsconstructie voor de noodzakelijke nieuwbouwinvesteringen. Uitgangspunt hierbij is dat de Stork-bedrijven een langjarig huurcontract aangaan en dat de nieuwbouw gefinancierd wordt met ondersteuning van de overheid door middel van een SPV (Special Purpose Vehicle). Het doel van een SPV is om met gebruikmaking van de kracht van overheden te komen tot een reële huurprijs door middel van financiering. Concreet is nu de denkrichting: ≠ Projectbureau Hart van Zuid koopt de percelen van Stork voor Laan Hart van Zuid, Woonstad Noord, Verenigingsgebouw en Kanaalzone van Stork voor € 18.5 mln. exclusief bodemsaneringskosten. ≠ Stork Thermeq en Primoteq verhuizen naar een nieuwe fabriek aan de Kanaalzone. De verhuizing is voor Stork een totaalinvestering van € 40 mln. Dit bedrag is opgebouwd uit: o Bouwkosten fabriek € 26.5 mln. o Verplaatsingskosten € 8.0 mln. o Aankoop bouwrijpe grond Kanaalzone voor fabriek € 5.5 mln. ≠ Voor de financiering draagt projectbureau Hart van Zuid € 10 mln. bij. Voor de resterende € 30 mln. wordt een Special Purpose Vehicle (SPV) opgericht. Dit is een rechtsvorm die de financiering van de bouw van de nieuwe fabriek voor haar rekening neemt. In de voorgestelde constructie participeren overheden om de rente te beperken om een voor alle partijen aanvaardbaar huurniveau te realiseren. Stork Thermeq gaat een huurovereenkomst aan met de SPV met een looptijd van 20-30 jaar. De SPV zal het eigendom verwerven van de nieuwe fabriek en zal deze fabriek op basis van langjarig huurcontract (20 jaar) verhuren aan de Stork bedrijven. Op basis van de stichtingskosten van de fabriek zal een kosten dekkende huurprijs worden berekend en overeen gekomen met de Stork bedrijven. Het huurcontract zal naar verwachting dusdanig worden opgesteld dat van de vastgoedgerelateerde exploitatiekosten alleen de zakelijke lasten (WOZ, opstalverzekering, etc.) voor rekening en risico van de SPV komen. De onderhoudskosten zijn integraal en geheel voor rekening van de huurder. Door deze werkwijze wordt een relatief eenvoudige structuur tot stand gebracht. In het huurcontract zal een passage worden opgenomen dat aan het einde van het huurcontract hetzij het pand (dan wel de aandelen) kunnen worden overgenomen door de huurder tegen een vooraf overeengekomen prijsafspraak. In de praktijk wordt deze koopoptie veelal uitgeoefend en na uitoefening van de koopoptie door de huurder, wordt de SPV weer ontbonden. Daarmee is de projectvennootschap weer beeindigd. Naast de vastgoedgerelateerde kosten heeft de SPV een bescheiden bedrag aan beheerkosten (administratie, beheer van het huurcontract, kosten kamer van koophandel, de accountant en de fiscalist). Voorts zal de SPV de benodigde financiering aan trekken voor de realisatie van de fabriek. De financiering zal naar verwachting plaatsvinden met participatie van de overheden. Hiermee wordt bewerkstelligd dat een rentetarief kan worden afgesloten met behulp van de kredietwaardigheid van de overheden. Het rentetarief draagt bij aan de beheersing van de kosten en daarmee aan het huurprijsniveau. Het huurprijsniveau komt daarmee in de buurt van de huurlasten die de Stork bedrijven nu ook in rekening gebracht krijgen. Als resultante van deze structuur blijft de toename van de huisvestingskosten door een verplaatsing naar een nieuwe fabriek binnen voor Stork aanvaardbare grenzen. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat er binnen de SPV risico’s worden gelopen. De contractuele verplichtingen zullen worden ingerekend in het huurcontract en in de huurprijsstelling. De SPV is een besloten vennootschap en de spelregels van de besloten vennootschap worden bepaald door de statuten van de vennootschap. In de statuten wordt bepaald wie de directievoering op zich zal nemen van de vennootschap, welk mandaat er wordt toegekend aan de directie en welke Staatssteunanalyse Hart van Zuid
3
aansturing er berust bij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. De aandeelhouders (nog vast te stellen welke partijen als aandeelhouder zullen participeren) geven door middel van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders vorm en inhoud aan het te voeren beleid door de vennootschap. De dagelijkse leiding van de vennootschap is in handen van de directie. De directie legt jaarlijks verantwoording af aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders over het door haar uitgevoerde beleid aan de hand van de jaarrekening en het jaarverslag. De funding (financiering) van de SPV dient plaats te vinden met een deel ‘eigen vermogen’ en een deel ‘vreemd vermogen’. In de huidige plannen bedraagt het investeringsniveau voor de realisatie van het nieuwe fabriekscomplex ca € 40 miljoen. Het projectbureau Hart van Zuid zal naar verwachting € 10 miljoen inbrengen als ‘eigen vermogen’. Hierdoor wordt het mogelijk (om met hulp van de overheden) een financiering aan te trekken voor de resterende € 30 miljoen ter dekking van de investering. De huurprijs zal worden gebaseerd op de rente- en aflossingsverplichtingen die zullen worden overeengekomen met de betreffende financier(s). Voor de financiering zal dus een belangrijk beroep worden gedaan op de provincie. De provincie heeft verzocht zo snel mogelijk naar de staatssteunaspecten van deze denkrichting te komen, teneinde op tijd koers bij te stellen indien dat Europees rechtelijk noodzakelijk is.
3.
Staatssteunaspecten in deze casus
In de bijlage van deze analyse zijn voorbeelden opgenomen waarbij er geen sprake is van staatssteun. Deze zijn onder meer: ≠ geen staatsmiddelen (bijvoorbeeld uitsluitend wijziging bestemmingsplan) ≠ volledig marktconforme handeling (bijvoorbeeld starten van een bedrijf) ≠ geen voordeel (bijvoorbeeld DAEB met Altmark-criteria) ≠ lokaal project (bijvoorbeeld conform Dorsten zwembad) ≠ geen economische activiteit (bijvoorbeeld uitsluitend openbare infrastructuur) ≠ de minimis (zie paragraaf 1.4) Voor de minimis steun moet aangetekend worden dat veel bedrijven wat betreft eigendom en prijsafspraken aan elkaar verknoopt zijn. Toepassing van de minimis stuit in de praktijk dus vaak op praktische bezwaren. De overheid gaat staatsmiddelen inzetten in dit project. Stork is een internationaal opererend bedrijf. De SPV gaat vastgoed aanbieden, ook dit is een internationale activiteit. Van een lokaal voordeel ("Dorsten-doctrine") is derhalve geen sprake. Stork en ook de SPV gaat geen dienst van algemeen economisch belang leveren (zoals post of openbaar vervoer). Stork en de SPV verrichten economische activiteiten. Het aanleggen en onderhouden van infrastructurele voorzieningen, zoals wegen en fietspaden, straatverlichting, openbare parkeerplaatsen en aansluiting op openbare nutsvoorzieningen vormen een belangrijk onderdeel van gebiedsontwikkeling. Voor het aanleggen van openbare groenvoorzieningen (parken, groene stroken) en waterpartijen gelden dezelfde uitgangspunten als voor algemene openbaar toegankelijke infrastructuur. Een project omvat vaak deelprojecten, waar verschillende ondernemingen zoals een corporatie en projectontwikkelaars in deelnemen. De gemeente richt de openbare ruimte (straten en pleinen) anders in en verleidt hiermee private partijen tot investeringen om leefbaarheid te vergroten. Het aanleggen en onderhouden van voor iedereen op gelijke voorwaarden toegankelijke algemene openbaar toegankelijke infrastructuur - die de markt niet op louter commerciële voorwaarden kan 1 verschaffen - wordt gezien als een typische taak van de overheid. Bij investeringen in infrastructuur is er sprake van algemene maatregelen waarvan de kosten doorgaans gedragen worden door de staat of decentrale overheden en is er geen sprake van staatssteun in de zin van het VWEU. De gemeente dient er wel voor te zorgen dat de voorzieningen op niet discriminatoire basis toegankelijk zijn, dat wil zeggen algemeen toegankelijk zijn voor alle potentiële eindgebruikers. Overheidsfinanciering voor de aansluiting op openbare nutsvoorzieningen is geen staatssteun als de onderneming direct of indirect,
1
Besluit van de Commissie van 24 april 2007 betreffende Steunmaatregel N 60/2006 - Nederland - Project ontwikkeling mainport Rotterdam (PMR), (PB C 196 van 27.8.2007, blz. 1), punt 44. Staatssteunanalyse Hart van Zuid
4
2
bij voorbeeld via het belastingstelsel, betaalt voor de kosten . Bij infrastructurele werken dient de gemeente rekening te houden met de aanbestedingsregelgeving. Zodra investeringen in infrastructuurvoorzieningen uitsluitend ten goede komen aan duidelijk identificeerbare eindgebruikers (bijvoorbeeld een parkeervoorziening die voor vrijwel exclusief gebruik is van één bedrijf), kunnen deze een vorm van staatssteun zijn. Hetzelfde geldt voor discriminerende toegangsbeperkingen voor infrastructuur. Dergelijke maatregelen dienen (wel) aangemeld te worden bij de Commissie. Dat de overheid dus een berg kosten maakt voor de aanleg van de Laan Hart van Zuid is heel normaal en is op zich geen staatssteun, zo lang deze kosten verband houden met de openbare infrastructuur die wordt aangelegd. Echter, onderdeel van het voorgenomen plan is een verhuizing van onder meer de Stork activiteiten en de financiering van de alternatieve locatie. Er zijn grofweg twee manieren om deze voorgenomen financiering staatssteunvrij te verklaren. De eerste is inzetten op bedrijfsverplaatsing en/of nadeelcompensatie. De tweede manier is het toepassen van het zogeheten market economy investers principle (MEIP). Als de SPV op volledige marktconforme voorwaarden functioneert en gefinancierd wordt, kunnen de betrokken overheden de EU Transparantie-richtlijn toepassen. Deze richtlijn laat toe dat overheden (ook) economische activiteiten kunnen verrichten en dat met het toepassen van het MEIP beginsel er geen sprake is van staatssteun. 3.1.
Bedrijfsverplaatsing en nadeelcompensatie
Door nieuwe gebiedsontwikkeling is soms de verplaatsing van bestaande bedrijvigheid naar een ander gebied nodig. Ondernemingen worden verplaatst om grond voor een andere bestemming zoals woningbouw of aanpassingen van de openbare ruimte vrij te maken. Anderen moeten verhuizen naar verzamellocaties voor sociale voorzieningen. Kortom, de verplaatsing houdt verband met maatregelen van ruimtelijke ordening. Een andere reden kan milieuhinder van het betrokken bedrijf zijn. Deze ondernemingen ontvangen soms voor de verplaatsing een schadevergoeding of nadeelcompensatie. In het uiterste geval is er soms sprake van onteigening, meestal is er sprake van een minnelijke schikking. Soms kan de situatie aanleiding zijn om een bedrijf te beëindigen. Het risico van staatssteun schuilt in een te hoog bedrag aan compensatie. Onevenredige schade voor personen of bedrijven als gevolg van het handelen of nalaten van de overheid kan en mag worden gecompenseerd door een passende schadeloosstelling. De schadeloosstelling of nadeelcompensatie moet dan wel vastgesteld worden op basis van bestaande wetten en regelingen. De meest 'duidelijke' weg voor een decentrale overheid is het besluit van nadeelcompensatie rechtstreeks te baseren op nationale regels. Zo kan een gemeente, een provincie of een waterschap voorkomen dat te veel wordt betaald en dat nadeelcompensatie een vorm van staatssteun is. Relevante nationale wettelijke regelingen zijn bijvoorbeeld de Wet milieubeheer, de onteigeningswet, de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de Boswet. De Regeling nadeelcompensatie Verkeer & Waterstaat 1999 en de Circulaire Schadevergoedingen Wet Milieubeheer zijn voorbeelden van een relevante beleidsregel. In de Circulaire schadevergoedingen zijn de toekenningsvoorwaarden en berekeningsmethoden voor schadevergoedingen vastgelegd, ingeval de overheid milieuvergunningen intrekt of wijzigt. De Onteigeningswet voorziet in een procedure om tot onteigening te komen, bestaande uit een fase van minnelijke schikking en daarna mogelijk gevolgd door een onteigeningsprocedure voor de rechter. De Wet op de Ruimtelijke Ordening geeft de mogelijkheid om schadevergoeding te verstrekken in geval van een planologische maatregel waardoor een belanghebbende schade leidt. Voor zover op basis van deze regelingen een op objectieve wijze vastgestelde compensatie/ schadeloosstelling wordt verleend na een toets door een onafhankelijk financieel deskundige, is de afwezigheid van staatssteun verdedigbaar. Als een algemene schadevergoedingsregeling ontbreekt, moet de compensatie terug te voeren zijn op algemeen geldende rechtsbeginselen en de rechtspraak over nadeelcompensatie. De volgende uitgangspunten kunnen voorkomen dat een decentrale overheid in strijd handelt met de staatssteunregels. Ten eerste dient de nadeelcompensatie een wettelijke grondslag te hebben. 2
Zeventiende mededingingsverslag (1988), punt 220; Vijf en twintigste mededingingsverslag (1995), punt 158 Staatssteunanalyse Hart van Zuid
5
Vervolgens dient er een causaal verband te bestaan tussen het rechtmatig handelen van het betrokken overheidslichaam en de schade voor een bepaalde (groep) ondernemingen. Als de schade niet behoort tot het normale ondernemingsrisico en de onderneming buiten zijn eigen schuld onevenredig zwaar is getroffen, kan de schade worden gecompenseerd. Daarbij dient de schade op een objectieve wijze te worden berekend en geverifieerd (bij voorkeur door middel van een onafhankelijke taxatie). Als de gebeurtenis die de schade heeft veroorzaakt, toch een voordeel voor de ondernemer met zich meebrengt, dient dit voordeel in het schadebedrag te worden verdisconteerd. Daarmee voorkomt de betrokken overheid een overcompensatie. Steunmaatregel N 575/2005 NL “Bedrijfsverplaatsing van autodemontagebedrijf Steenbergen” Autodemontagebedrijf Steenbergen, dat gevestigd was aan de rand van een woonwijk, veroorzaakte geluids- en stankoverlast voor omwonenden en de beschermingszone in de zin van artikel 4 van de Habitatrichtlijn. Steenbergen had sinds 1983 een milieuvergunning en had de nationale regelgeving niet overtreden. Op Europees niveau was er geen gemeenschapsrecht dat een maximum stelt aan geluid. De provincie Gelderland en de gemeente Zevenaar hadden geen rechtsgrondslag om een einde te maken aan de situatie zonder schadevergoeding uit te keren. Er werd gekeken naar de mogelijke aanpassing van het bestemmingsplan, het intrekken van de milieuvergunning en onteigening. Deze juridische middelen zouden geen stand houden voor de rechter. Daarom werd met Steenbergen afgesproken dat het bedrijf verplaatst moest worden in ruil voor een schadevergoeding en het intrekken van de milieuvergunning. De schadevergoeding werd analoog aan de Circulaire schadevergoedingen Wet Milieubeheer berekend. Het schadebedrag was door een onafhankelijke taxateur getaxeerd op grond van de systematiek bij onteigeningen. Hierbij waren de omvang en de rechten van de huidige locatie geprojecteerd op de nieuwe locatie en werden de voordelen van de verplaatsing in mindering gebracht. De vergoeding, die de provincie en gemeenten voor de schade gingen uitkeren dekten 80% van de in aanmerking genomen kosten. De Commissie oordeelde dat deze schadevergoeding geen staatssteun in de zin van artikel 107 lid 1 VWEU was. Zij heeft bevestigd dat de vergoeding aan Steenbergen in overeenstemming was met nationaal recht, dat de nationale autoriteiten verplicht waren een compensatie te betalen, welke geen ruimte geeft om de hoogte van het te betalen bedrag aan te passen en toepasbaar was voor alle ondernemingen in alle sectoren in Nederland.
N 209/2008 – NL Oosterhout – bouwproject Zwaaikom De gemeente Oosterhout was voornemens om het gebied Zwaaikom te ontwikkelen tot een woongebied. Het project werd door de ontwikkelaar Grondexploitatie Maatschappij Eiland Zwaaikom C.V. - een joint venture van Rabo Vastgoed, Rotij Planontwikkeling, Interpolis Vastgoed en Van Arnhem Bouwgroep - uitgevoerd op basis van een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Oosterhout. Een tekort op de begroting van de geplande gebiedsontwikkeling werd gedekt door overheidsbijdragen. Een deel van het tekort ontstond door de voorziene compensatie aan de betonfabriek van Struyk Verwo, die voor geluidshinder in het gebied zorgde. Volgens de Nederlandse wet mogen ontwikkelaars wel huizen bouwen, maar deze niet verkopen zolang de geluidsniveaus in het desbetreffende gebied de maximale normwaarden overschrijden. De verhuizing van de fabriek was daarom absoluut noodzakelijk voor de verwezenlijking van het ontwikkelingsplan. De gemeente droeg de verwervingskosten voor het fabrieksterrein en de compensatie die aan Struyk Verwo zou worden betaald voor het verplaatsen van de onderneming. De Ontwikkelaar droeg substantieel bij in deze kosten. Commissie ging vaststellen of de financiële bijdrage van de gemeente tot een economisch voordeel voor de fabriek en de ontwikkelaar zou leiden. Dat zou het geval zijn als de compensatie voor de verplaatsing hoger zou zijn dan de kosten die de onderneming voor de verplaatsing moet maken. Op het moment van de beschikking was de definitieve omvang van de compensatie nog niet vastgesteld. Om ervoor te zorgen dat geen voordeel wordt toegekend aan Struyk Verwo, noch aan de Ontwikkelaar, heeft Nederland de garantie gegeven dat de compensatie voor de verplaatsing van Struyk Verwo in geen geval hoger zal zijn dan: (i) wanneer de onteigeningsprocedure tot een gerechtelijke uitspraak leidt: de loutere compensatie voor onteigening die door de Nederlandse rechter op grond van de Nederlandse onteigeningswetgeving wordt vastgesteld; (ii) wanneer de compensatie via minnelijke schikking tussen de gemeente en Struyk Verwo wordt vastgesteld: de compensatie voor de daadwerkelijk door Struyk Verwo geleden schade waarvoor deze laatste volgens de Nederlandse onteigeningswetgeving recht op compensatie heeft. De gemeente zal het overeengekomen bedrag dan voorleggen aan een beëdigd registertaxateur, die zich ervan zal vergewissen dat het bedrag niet hoger is dan de schadecompensatie waarop de onderneming volgens de Nederlandse onteigeningswetgeving recht heeft. Als de compensatie wordt vastgesteld zoals hierboven is uiteengezet, is er volgens de Commissie geen sprake van toekenning van een voordeel. Tot slot zou Nederland de Commissie volledig op de hoogte te houden van het verdere verloop van de onteigeningsprocedure en van de vaststelling van het compensatiebedrag voor Struyk Verwo.
Staatssteunanalyse Hart van Zuid
6
Meer handvatten voor een correcte roepassing van de regels rond nadeelcompensatie en staatssteun worden gegeven in de Handreiking Nadeelcompensatie en staatssteun, Interdepartementale Commissie Europees Recht (ICER), oktober 2007. Als de compensatie toch een voordeel oplevert, dat wil zeggen, hoger is dan de kosten voor de onderneming, kan er sprake zijn van (meldingsplichtige) staatssteun. Bij onteigening is het niet mogelijk terug te vallen op een Communautaire beleidsregel. In het geval van steun bij een gedwongen verplaatsing na het intrekken van de milieuvergunning kan de gemeente beroep doen op de bepalingen over bedrijfsverplaatsing in het Milieusteunkader (paragraaf 3.1.11, Steun voor de verhuizing van ondernemingen). Voorwaarden zijn onder andere: (i) de verandering van locatie moet zijn ingegeven door milieuoverwegingen en het gevolg zijn van een administratief of gerechtelijk bevel tot verhuizing, dan wel zijn overeengekomen tussen de onderneming en de bevoegde overheidsinstantie; (ii) de onderneming moet aan de strengste milieunormen voldoen die in het nieuwe vestigingsgebied gelden. Er kan tot maximaal 50% steun worden gegeven met een verhoging van 10% voor middelgrote en 20 % voor kleine bedrijven.
3.2.
Overheden die zelf ondernemen
Overheden mogen en kunnen ook economische activiteiten verrichten, zo lang zij dit onder dezelfde voorwaarden doen als het bedrijfsleven. Een gemeente kan bijvoorbeeld haar drukkerij inzetten voor drukwerk van de lokale middenstand of met de eigen huisvuilwagens bedrijfsafval inzamelen. Daarmee beïnvloedt deze gemeente haar lokale drukwerk- en afvalmarkt. Betrokken overheden mogen dit transparant en onder marktconforme condities doen, de voorwaarden daarvoor staan opgesomd in de Europese Transparantierichtlijn (nr. 2006/111/EEG). Overheden mogen dus ook risicovolle deelnemingen aangaan of bijvoorbeeld bankgaranties verschaffen. Deze activiteiten mogen uit publieke middelen gefinancierd worden, maar dienen dan wel onder marktconforme condities aan de klant en markt te worden aangeboden. In dat geval is er geen sprake van staatssteun. Overheden gaan steeds vaker "ondernemen". Belangrijk jargonwoord daarin is revolverend financieren. De overheid zet daarbij niet haar geld eenmalig weg (zoals bij subsidies), maar investeert met het doel op termijn de investering weer terug te ontvangen (al dan niet met rendement). Als we de parameters activiteiten en eigendom tegen elkaar zetten, ontstaat een model met vier kwadranten. Hieronder staat dit schematisch weergegeven: Niet-economische activiteiten:
Economische activiteiten:
Overheid: Rijk, provincies, regio's, gemeenten, waterschappen, etc.
Entiteiten in publiek eigendom die economische activiteiten verrichten, zoals energiebedrijven, OV- en afvalbedrijven. Ook de meeste ontwikkelingsbedrijven zitten in dit kwadrant.
Private entiteiten met publieke taken, zoals universiteiten, scholen, branche organisaties, het Leger des Heils, de reddingsmaatschappij.
Markt: Bedrijfsleven, consumenten, vraag en aanbod, commerciële financiering.
Publiek eigendom
Privaat eigendom
Binnen, maar ook tussen deze kwadranten vinden transacties plaats tussen partijen: afspraken, taakopdrachten, aanbestedingen, subsidies, etc. Grofweg bevatten alle transacties binnen en tussen de twee linkerkwadranten geen staatssteun, want het zijn geen economische activiteiten. Ook de
Staatssteunanalyse Hart van Zuid
7
transacties binnen en tussen de twee onderste kwadranten bevatten doorgaans geen staatssteun, want dan zijn er geen overheidsmiddelen aan de orde, transacties zijn dan in het private domein. Wel belangrijk is dat transacties op marktconforme voorwaarden gescheiden, anders bestaat er (toch) een risico van doorvloei van steun. Bij transacties tussen het overheidskwadrant (linksboven) en de twee rechtse kwadranten moet goed worden gekeken of er wel of niet sprake is van staatssteun. De vier staatssteuncriteria moeten aan de orde zijn (staatsmiddelen, voordeel, specifiek en invloed op de handel). In de volgende gevallen is er geen sprake van staatssteun, omdat er geen voordeel is voor de betrokken ontvanger. Voorbeelden: ≠ als de betrokken overheid volledig marktconform handelt (volgens de EU Transparantierichtlijn); ≠ als de betrokken overheid een dienst of werk inkoopt volgens de openbare aanbesteding; ≠ als er sprake is van een dienst van algemeen economisch belang (in jargon: DAEB), maar dan moeten er wel zeer specifieke voorwaarden gevolgd worden (in jargon: de Altmark criteria). Meer wet- en regelgeving over doorzichtigheid van openbare bedrijven is te vinden op de volgende webpagina van de Europese Commissie: http://ec.europa.eu/competition/state_aid/legislation/transparency.html
4.
Hoe nu verder?
We hebben tot nu toe alleen op hoofdlijnen kennis kunnen nemen van de casus. Opgave is nu om de voorgenomen begroting en financiering stevig onder de loep te nemen en precies te kijken of en waar er mogelijk sprake is van een niet marktconform voordeel. Mogelijk wordt er een denkrichting uitgewerkt waarbij de SPV uitgaat van een lagere rente of bescheiden rendement. Daarbij moet goed gekeken worden waar precies de steun neervalt (bij de SPV of bij de gebruiker - Stork). De netto contante waarde van het rentevoordeel of bijvoorbeeld het huurvoordeel moet berekend worden. Vervolgens zijn er grofweg twee mogelijkheden: 1. Het voordeel is een onderdeel van nadeelcompensatie, dit moet boekhoudkundig dan nadrukkelijk worden aangewezen en berekend. Onder voorwaarden bevat nadeelcompensatie geen staatssteun, de maatregel is dan staatssteunvrij. 2. Het voordeel is vooral een duw in de gunstige richting en geen gekwantificeerd onderdeel van nadeelcompensatie. In dit geval zal dit voordeel snel als staatssteun beschouwd worden, bekeken moet dan worden of deze staatssteun rechtmatig verstrekt kan worden. Er zijn vele manieren waarop dat rechtmatig kan (milieu, innovatie, werkgelegenheid etc).
Staatssteunanalyse Hart van Zuid
8
Bijlage 1:
Staatssteun: wat is dat?
We kijken beknopt naar de criteria van staatssteun in relatie tot de bij gebiedsontwikkeling betrokken partijen. Wat staat er in het Verdrag en wat zijn economische activiteiten? Dat is van belang om een scheiding aan te brengen tussen projecten of activiteiten die wel of geen staatssteun bevatten. Daarna lopen we de criteria van staatssteun nog eens beknopt langs. We eindigen dit hoofdstuk met een aparte categorie van steunmaatregelen: de minimis steun. 2.1
Staatssteun in het Verdrag
Het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna VWEU) bepaalt in artikel 107, lid 1 dat steunmaatregelen, in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt zijn, voor zover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig beïnvloedt. Om een maatregel als staatssteun aan te merken zijn vier criteria bepalend, te weten: 1. Het moet gaan om een voordeel dat met staatsmiddelen bekostigd is; 2. Er is sprake van voordeel aan een onderneming dat deze onderneming niet langs normale commerciële weg zou hebben verkregen; 3. Er moet sprake zijn van een selectief voordeel: een voordeel voor een of meer bepaalde ondernemingen of producties; 4. Het voordeel moet de mededinging (dreigen te) vervalsen en een ongunstig effect hebben op het handelsverkeer tussen de lidstaten. Het Europese Hof van Justitie speelt een belangrijke rol bij de juiste toepassing van de staatssteunregels. De Gemeenschapsrechter interpreteert de relevante bepalingen uit het Verdrag en uit de overige EU regelgeving. Zo heeft het Hof bepaald dat Verdrag geen onderscheid maakt naar de oorzaken of doeleinden van de maatregelen maar ziet op de gevolgen voor de mededinging. Ook voor redelijke complexe afspraken rondt gebiedsontwikkeling moeten de randvoorwaarden van de staatssteunregels worden opgevolgd. Daarbij moet niet alleen aandacht zijn voor de betreffende steunmaatregel maar ook voor eventuele cumulatie met reeds bestaande en goedgekeurde steunmaatregelen. Zodra een maatregel niet aan één van de hierboven genoemde criteria voldoet is de maatregel geen staatssteun maatregel meer volgens het Europees Verdrag. De staatssteunprocedure werkt met het “nee, tenzij” principe. Staatssteun is verboden, tenzij het Verdrag uitzondering toelaat en de Europese Commissie toestemming geeft. De uitzonderingen staan in het Verdrag vrij vaag omschreven, maar de Europese Commissie heeft vrij lijvige en complexe hoeveelheid secundaire regelgeving opgesteld waar, hoe en wanneer staatssteun toegestaan is. Een onjuiste staatssteunprocedure kan in het uiterste geval vervelende gevolgen hebben, zoals terugbetaling van oneigenlijk betaalde steun en het niet na kunnen komen van politieke of bestuurlijke toezeggingen. Soms moet terugbetaling plaatsvinden (met rente en zonder compensatie), zelfs met terugwerkende kracht, wat soms tot faillissement kan leiden. De Europese Commissie heeft de exclusieve taak en bevoegdheid om vooraf te beoordelen of aan de uitzonderingscriteria van het EG Verdrag is voldaan. Iedere overheidsinstantie dient elk voornemen tot verlening van steun vooraf bij de Commissie aan te melden. Deze meldingsprocedure duurt gemiddeld 3 tot 9 maanden, bij ingewikkelde zaken kan de procedure soms wel 18 maanden duren. Steun mag niet verleend worden voordat de Commissie goedkeuring heeft verleend via een beschikking. Bepaalde soorten steunmaatregelen zijn vrijgesteld van voorafgaande melding. Deze steunvormen zijn uitgewerkt in de zogeheten algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV) en gaan o.a. over MKB steun, milieumaatregelen, innovatie, opleidingen en regionale investeringssteun. Voor vormen van landbouw steun is er een aparte groepsvrijstellingsverordening. Met name voor steun aan MKB activiteiten zijn veel vrijstellingsmogelijkheden, belangrijk is dan wel dat de ontvanger van de steun daadwerkelijk een MKB bedrijf is.
Staatssteunanalyse Hart van Zuid
9
Hamvraag is altijd eerst of er wel sprake is van staatssteun, en zo ja aan wie. Bij subsidiemaatregelen levert dat bestuurlijk soms een rare paradox op. Beleidsmakers en politici willen meestal nadrukkelijk de economie met hun maatregelen beïnvloeden. Dat is vaak een beleidsdoel op zich, voor stimulering van de werkgelegenheid, innovatie of bijvoorbeeld voor een beter milieu. Hoewel sommige maatregelen op het eerste gezicht op staatssteun lijken, heeft de Europese Commissie en de jurisprudentie van het Hof van Justitie ook belangrijke piketpalen vastgelegd wanneer overheidsfinanciering geen staatssteun bevat. Geen staatssteun betekent dus geen notificatie, geen noodzakelijke goedkeuring en indien gewenst kan 100% steun gegeven worden. 2.2
Alleen bij economische activiteiten!
Onder het begrip ‘onderneming’ wordt verstaan ‘elke eenheid die een economische activiteit uitoefent, ongeacht haar rechtsvorm en de wijze waarop zij wordt gefinancierd’. Het kan om winstbeogende (NV’s en BV’s) en niet winstbeogende instellingen (stichtingen en verenigingen) gaan. Onder ‘economische activiteit’ moet worden verstaan ’het aanbieden van goederen en diensten op een bepaalde markt’. Het Europese begrip ‘onderneming’ is vrij ruim. Zo kunnen gezondheidsinstellingen, stichtingen, profsportclubs en openbare bedrijven als onderneming worden aangemerkt. Typische overheidstaken vallen niet onder het begrip onderneming. Voorbeelden van typische overheidstaken zijn: brandweer, politie en milieu-inspectie. Maar ook het aanleggen van dijken, snelwegen, straatverlichting, riolering, etc. Steun aan organisaties die geen economische activiteit uitvoeren, bijvoorbeeld scholen, niet-gouvernementele organisaties, kerkelijke organisaties, vakbonden en politieke partijen is evenmin staatssteun. Hierbij moet er wel op worden gelet dat deze organisaties geen commerciële nevenactiviteiten uitvoeren. Projectontwikkelaars, particuliere investeerders en andere ondernemingen die actief zijn op de huizenen vastgoedmarkt oefenen een economische activiteit uit in concurrentie met andere ondernemingen. Het grensoverschrijdende karakter van deze activiteiten is verschillende keren door de Europese Commissie bevestigd in haar beschikkingen (zie bijlage 2). Zelfs als ondernemingen slechts activiteiten op het Nederlandse grondgebied plegen, is niet uitgesloten dat begunstiging van de ene onderneming leidt tot versterking van die onderneming ten opzichte van andere ondernemingen die wel over de grens actief zijn. Ook een toegelaten instelling (woningcorporatie) is een onderneming. Hetzelfde geldt voor de juridisch zelfstandige gemeenschappelijke exploitatie maatschappijen (GEMs), een gebruikelijke vorm van de projectorganisatie in een PPS. Het doet er immers niet toe wat voor rechtsvorm een organisatie heeft, of de organisatie al dan niet op winst gericht is en hoe zij wordt gefinancierd. Van belang is of zij goederen of diensten uitoefent op een markt die openstaat voor concurrentie. Bijdragen aan particuliere bewoners of instellingen die niet zijn te kwalificeren als onderneming vallen niet onder de staatssteunbepalingen. Ook een gemeente is in het uitoefenen van bepaalde activiteiten te kwalificeren als onderneming. Vanwege de functionele definitie van het begrip ‘onderneming’ in het Verdrag kan eenzelfde gemeente soms als onderneming beschouwd worden (als ze economische activiteiten ontplooit) en soms niet (als de gemeente handelt ter uitvoering van een overheids3 prerogatief, bijvoorbeeld bij de herziening van een bestemmingsplan) . 2.3
Staatssteuncriteria onder de loep
Zoals in paragraaf 2.1 is beschreven zijn er vier staatssteun criteria: Criterium 1: staatsmiddelen Bij staatssteun gaat het om voordelen die door de lidstaat worden verleend en/of met staatsmiddelen worden bekostigd. Hieronder valt ook steunverlening door medeoverheden. De rijksoverheid (‘lidstaat’ Nederland) blijft echter steeds de door de Europese Commissie aan te spreken partij, omdat het Europees recht niet treedt in de staatsrechtelijke verhoudingen binnen een lidstaat. Daarom dienen decentrale overheden hun steunmaatregelen aan te melden via het Coördinatiepunt Staatssteun van het ministerie van BZK. Onder de staatssteunregels vallen ook steunmaatregelen door: 3
Zie voor de Nederlandse praktijk van het mededingingsrecht, waarin de Europese aanpak van het ondernemingsbegrip wordt gevolgd, de Besluiten van de Nederlandse Mededingingsautoriteit in zaken over verstrekken van gegevens aan een verkopend makelaar (1998, zaak 571); architectenkeuze (1999, zaak 60; 1999, zaak 992; 2000, zaak 1010; 2001, zaak 58) en Vinex-lokaties (2001, zaak 1655). Staatssteunanalyse Hart van Zuid
10
≠ lichamen of bedrijven, waarop de overheid een dominerende invloed heeft. Of er in een gegeven geval sprake is van een dominerende invloed, kan worden vastgesteld aan de hand van de Mededingingswet. In deze wet is de Europese Transparantierichtlijn geïmplementeerd; ≠ rechtspersonen wanneer hun gedrag kan worden toegerekend aan de staat; ≠ publieke of private beheerders waaraan door de overheid gelden ter beschikking worden gesteld om andere ondernemingen te subsidiëren. Vaak zullen de subsidies aan dergelijke stichtingen zelf door de Europese Commissie niet als staatssteun worden beschouwd. Zodra er met de subsidies projecten ondersteund worden waaraan ook het bedrijfsleven deelneemt, kan er sprake zijn van staatssteun. Gebiedsontwikkeling waar decentrale overheden bij zijn betrokken zal meestal te maken krijgen met overheidsmiddelen. Dat geldt zeker voor subsidies zoals ISV of Jessica. Maar denk ook aan diverse publiek private samenwerkingsvormen zoals een Gemeenschappelijke (grond)Exploitatie Maatschappij (GEM’s) en een GROBEM (Grond- en Bouwexploitatie Maatschappij) of een wijkontwikkelingsmaatschappij (WOM) waaraan decentrale overheden samen met corporaties en marktpartijen deelnemen en al dan niet direct een financiële bijdrage leveren. Een wijziging van een bestemmingsplan door een gemeente of het afgeven van een vergunning door een gemeente of een provincie geen steunmaatregel, zelfs als deze handeling economische voordelen aan bepaalde ondernemingen oplevert. Een dergelijke maatregel heeft normaal gesproken geen effect op de begroting van de overheid. Een voorbeeld van een administratieve handeling waarbij geen uit staatsmiddelen bekostigd voordeel uit voort komt, is de bestemmingplanwijziging door gemeente Madrid ten voordele van de voetbalclub Real Madrid in 2011. Zie hierover het antwoord van de Commissie van 26 september 2002 op de vraag nr. P-2491/02 van een lid van het Europees Parlement. Real Madrid "verdiende" met deze actie tientallen miljoenen euro's, waarmee topspelers als Beckam en Van Nistelrooij konden worden aangetrokken. Maar het voordeel van de gemeente bestond niet uit een aanwijsbare overdracht van middelen, dus het was geen staatssteun. Criterium 2: voordeel Is er sprake van voordeel aan een onderneming dat deze onderneming niet langs normale commerciële weg zou hebben verkregen? Het begrip staatssteun moet zeer ruim worden uitgelegd. Het Hof heeft aangegeven dat er sprake is van ‘steun’ indien de staat eenzijdig ‘om niet’ een ‘voordeel’ verstrekt. Anders gezegd, indien de begunstigde onderneming geen evenredige tegenprestatie hoeft te verlenen, kan er sprake zijn van een ‘voordeel’ dat onder de staatssteunregels valt. Het begrip steunmaatregel omvat dus niet alleen positieve prestaties zoals subsidies, maar ook maatregelen die de lasten verlichten, die normaliter op het budget van een onderneming drukken. Er is geen sprake van staatssteun als de inbreng van nieuw kapitaal (de oprichting van een onderneming, overdracht van het eigendomsrecht) onder dezelfde voorwaarden en overwegingen plaatsvindt die aanvaardbaar zijn voor een particuliere investeerder die volgens de in markteconomie normale gebruiken handelt, het zogeheten Market Economy Investers Principle (MEIP). Dan is immers geen sprake van een ‘voordeel’ aan een onderneming in de zin van de staatssteunregels. Het MEIP beginsel wil zeggen dat er voldoende (marktconform) uitzicht is op rentabiliteit van de investering ook op lange termijn. Als een project zichzelf niet kan bedruipen door, ook op lange termijn en tegen een rendement dat in verhouding staat tot het risico van de investering, de steun terug te verdienen, is er waarschijnlijk sprake van staatssteun. Marktconformiteit van een investering moet grondig en uitgebreid worden aangetoond. Deze kan volgens de Commissie gegarandeerd worden, hetzij onder verwijzing naar een significante participatie van particuliere investeerders, hetzij aan de hand van een goed businessplan dat blijk geeft van een passend rendement op de investering. De regelgeving en jurisprudentie bevatten geen kwantitatieve drempel waarboven een privaat belang als significant wordt gezien. Het gaat erom dat de investeringen van de private partijen een reële economische impact hebben. Deze impact moet in absolute termen worden geëvalueerd (een significant onderdeel van de totale investering) en in verhouding tot de financiële draagkracht van de particuliere investeerder. Het is vanzelfsprekend noodzakelijk dat particuliere investeerders die aan het project deelnemen het commerciële risico van de investering voor hun rekening nemen onder dezelfde voorwaarden als de publieke investeerders dat doen. Ook moeten de betrokkenen de investering tegelijkertijd hebben gedaan. Daarnaast moet worden nagegaan of de betrokken partijen buiten de investering om nog andere betrekkingen onderhouden (bijvoorbeeld in de vorm van een overheidsgarantie) die op staatssteun kunnen wijzen. (Mededeling van de Commissie uit 1993, Handreiking staatssteun en breedband 2010). Staatssteunanalyse Hart van Zuid
11
Indien een overheidsinstantie bij het plaatsen van een opdracht een aanbestedingsprocedure volgt, kan er in principe op worden vertrouwd dat de marktprijs wordt betaald voor een te leveren tegenprestatie. Het optreden van de overheid wordt dan beschouwd als ‘marktconform’ en valt dus buiten het toepassingsbereik van het steunregime. Uiteraard zijn aanbestedingsprocedures wel gereguleerd en geclausuleerd in het Europees recht. Een maatregel wordt wél als steun beschouwd indien de onderneming bepaalde bijkomende voordelen geniet, die zij niet in een normale commerciële transactie zou hebben gekregen. Het kan gaan om tussentijdse versoepeling van voorwaarden van een opdracht, onevenredige risicoverdeling tussen de overheid en de onderneming bijvoorbeeld in PPS constructies, of overdracht van bepaalde eigendomsrechten aan de onderneming die de opdracht heeft uitgevoerd. Een belangrijke uitzonderingspositie op het criterium voordeel is er voor maatregelen rond Diensten van Algemeen Economisch Belang (DAEB). Het Hof van Justitie heeft criteria opgesteld, de zogeheten Altmarkt criteria, waaronder vastgesteld kan worden dat een bedrijf geen voordeel heeft bij het verzorgen van een DAEB voor een overheid. Geen voordeel betekent dus geen staatssteun. De Altmark criteria zijn echter vrij streng en vaak lastig in praktijk toe te passen. In hoofdstuk 2 gaan we daar dieper op in. Verder is er soms sprake dat het voordeel boekhoudkundig helemaal doorgegeven wordt aan een tweede niveau begunstigden. Zo kan de exploitant van een incubator (bedrijfsverzamelgebouw) als primaire begunstigde een subsidie ontvangen, maar deze volledig en transparant doorgeven aan de gebruikers van de incubator. In dat geval blijft er geen voordeel "plakken" bij exploitant en is er op dat niveau geen voordeel, dus ook geen staatssteun. Criterium 3: selectiviteit Voor dit criterium geldt of er sprake is van een selectief voordeel, dat wil zeggen een maatregel gericht op ‘bepaalde ondernemingen of producties’. Begunstiging van bepaalde ondernemingen of producties houdt in dat het EU Verdrag alleen oog heeft voor steunmaatregelen, die het bedrijfsleven selectief bevoordelen. Zodra een maatregel in de gehele lidstaat voor alle bedrijven in de economie onder dezelfde voorwaarden van toepassing is, is er sprake van een generieke maatregel. Een voorbeeld in Nederland is de WBSO regeling, voor de stimulering van R&D activiteiten in het bedrijfsleven. De jaarlijkse steun onder de WBSO regeling is aanzienlijk (in 2010 ongeveer € 810 miljoen), maar valt in de gehele economie neer en leidt daarom niet tot een verstoring van de mededinging. Ook de nationale EIA regeling (Energie Investering Aftrek) is een voorbeeld van een generieke maatregel (lees: geen staatssteun). Het selectiviteit criterium is ook verbonden aan het begrip economische activiteiten (zie paragraaf 1.2). Zodra bedrijven van bepaalde faciliteiten ongelimiteerd gebruik kunnen maken, zoals het gebruik van een snelweg, voorlichting door de belastingdienst, netwerkactiviteiten door regionale ontwikkelingsmaatschappijen, is er geen sprake van een specifiek voordeel en dus geen sprake van staatssteun. Soms is het lastig precies een grens te trekken. Zodra een openbare weg wordt aangelegd uitsluitend voor één bedrijf, zal deze weg al snel als specifieke oprit worden beschouwd (en daarmee een specifiek voordeel voor het betrokken bedrijf). Ook als een maatregel gericht is op één economische sector (bijvoorbeeld vastgoed) wordt het selectiviteit criterium gehaald. Steun van decentrale overheden zal al snel voldoen aan het selectiviteit criterium. Een maatregel van gemeenten, provincies of waterschappen zal zich immers vaak beperken tot het verlenen van steun aan ondernemingen en projecten in de eigen regio. Criterium 4: potentiële verstoring handelsverkeer Kernvraag is of er sprake is van concurrentievervalsing of verstoring van het handelsverkeer tussen de lidstaten. Wanneer de Commissie een steunmaatregel beoordeelt, komt zij al snel tot de conclusie dat er sprake is van (dreigende) vervalsing van de mededinging of ongunstige beïnvloeding van de handel tussen Lidstaten, ook al gaat het om steun aan een activiteit die lokaal van aard en geografisch beperkt is. Bepalend is namelijk niet de activiteit maar de markt waarop deze plaatsvindt. De Commissie beoordeelt de economische aspecten zoals de precieze structuur van de relevante markt, het al dan niet bestaan van merkbare mededinging en het aantal ondernemingen dat op een markt actief is. Als projectontwikkelaars en andere -al dan niet op winst gerichte- rechtspersonen of instellingen die de subsidie ontvangen actief zijn in een markt die openstaat voor concurrentie van ondernemingen die in meerdere lidstaten kunnen opereren, kan worden aangenomen dat het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig wordt beïnvloed. Er zijn echter uitzonderingen op deze brede interpretatie. Een daarvan is de zogenaamde ‘de minimis’-vrijstellingsverordening, waarin de Commissie bepaalt dat steun waarvan het bedrag over een periode van drie belastingjaren het Staatssteunanalyse Hart van Zuid
12
plafond van € 200.000,- niet overschrijdt, het handelsverkeer tussen de lidstaten niet ongunstig beïnvloedt en de mededinging niet vervalst of dreigt te vervalsen. Gezien het grijze gebied rondom dit onderwerp, is het ook nuttig om naar de beschikkingen van de Commissie te kijken waarin het lokale karakter van bepaalde activiteiten wordt bevestigd. In een beschikking over een jaarlijkse subsidie aan een particuliere exploitant van een zwembad in Dorsten, Duitsland, stelde de Commissie vast dat de sportinfrastructuur hoofdzakelijk door de inwoners van de stad en de naburige gemeenten werd gebruikt. Daardoor bleek de subsidie geen invloed te hebben op 4 de gemeenschappelijke markt en werd het niet als staatssteun aangemerkt . Let wel: de situatie kan door de Commissie anders worden beoordeeld indien de overheid van plan is een groot zwembad gericht op met name toeristen te gaan subsidiëren. In de zaak van de Ierse ziekenhuizen (N 543/2001 – Ierland – Fiscale afschrijving voor Ziekenhuizen) was de conclusie dat een systeem met fiscale afschrijvingen om faciliteiten te bouwen of verbouwen voor betrekkelijk bescheiden lokale ziekenhuizen die een lokale markt voor ziekenhuisdiensten met een duidelijk capaciteitstekort bedienen, geen investeringen of klanten uit andere lidstaten kan aantrekken - en dus ook het handelsverkeer tussen lidstaten niet ongunstig kan beïnvloeden. De beschikking N546/B/2000 Partnership support for regeneration: community/voluntary (neighbourhood regeneration) ging over de steunregeling voor locale non-profit onderwijs- en jeugdinstellingen voor de ontwikkeling van hun eigen gebouwen. Deze instellingen zouden volgens de Commissie weleens ondernemingen kunnen zijn, maar het betreft kleine organisaties, vrijwilligersorganisaties en gemeenschapsorganisaties die geen grensoverschrijdende activiteiten ondernemen en juist zeer lokaal actief zijn. Daarom bevat de steunregeling geen staatssteun in de zin van het Verdrag. In het geval van de serviceplaatsen op Tenerife (N 29/2000 – Spanje – Steun voor de inrichting van serviceplaatsen in Tenerife) was de conclusie dat subsidies aan lokale verenigingen voor vrachtvervoer over de weg om gemeentelijke serviceplaatsen aan te leggen voor hun leden, het handelsverkeer tussen de lidstaten niet ongunstig konden beïnvloeden, omdat het gebruik ervan uitsluitend lokaal was. Beschikkingen met een vergelijkbare strekking op het gebied van cultuur en erfgoedbehoud gaan in op de reconstructie van de pier in Brighton, N 560/01 en NN 17/02 van 2000 (Brighton West Pier), een lokaal museum op Sardinië (N 630/2003), regionale theaterproducties in Baskenland (N 257/2007) en Steun voor Bataviawerf in Nederland (N 377/2007). Uit de beschikking van de Commissie over een garantie voor leningen van een Ierse ‘Housing Finance Agency’ blijkt dat, wanneer alle lokale overheden (gemeenten), die voor een bepaalde activiteit als ondernemingen worden aangemerkt, dezelfde activiteit verrichten, er geen sprake meer is van een activiteit van lokale betekenis, maar van een activiteit die het gebied van de hele lidstaat bestrijkt en 5 dus het handelsverkeer ongunstig kan beïnvloeden . In sommige gevallen zou op basis van concrete marktgegevens vastgesteld kunnen worden of de economische activiteiten van de steunontvanger enig effect kunnen hebben op het handelsverkeer tussen de lidstaten. Zie bijvoorbeeld de beschikking van de Commissie inzake Bataviawerf en de beschikking inzake Jachthavens (Enkhuizen, Nijkerk en Wieringermeer). In het laatste geval werd met behulp van een beperkte marktanalyse aangetoond dat de feitelijke omvang van steun geen effect had op de totale Europese markt voor deze activiteit. 6 Daarmee was er geen sprake van staatssteun . De kans is echter klein dat gebiedsontwikkeling projecten door de beugel van lokale projecten kunnen, omdat de markt openstaat voor grensoverschrijdende concurrentie en in de regel niet lokaal is. Met deze vraag dient men dus zeer zorgvuldig om te gaan. In geval van twijfel kunnen betrokken partijen er beter van uitgaan dat er (wel) sprake is van staatssteun. 2.4
De minimis
Een essentieel criterium voor een maatregel om gekwalificeerd te worden als staatssteun betreft de invloed op de handel tussen Lidstaten. Zodra de handel tussen Lidstaten aangetast kan worden, is er een dreiging en wordt dit criterium gehaald. Ook al is een bedrijf dat steun ontvangt internationaal niet actief, als het bedrijf actief is op een markt waar andere spelers wel internationaal actief zijn, is er 4 5 6
Beschikking Steunmaatregel N258/00 – Duitsland – Freizeitbad Dorsten Beschikking Steunmaatregel N209/01- Ierland- Guarantee for borrowings of the Housing Finance Agency Beschikking van de Commissie van 29 oktober 2003 betreffende de door Nederland ten uitvoer gelegde steunmaatregelen ten gunste van jachthavens zonder winstoogmerk in Nederland. Staatssteunanalyse Hart van Zuid
13
sprake van een potentiële invloed op de handel. Een aparte categorie steun is zogeheten de minimis steun. Steun aan één specifieke onderneming die niet hoger is dan € 200.000 in een periode van drie jaar heeft geen aantoonbaar effect op de handel tussen Lidstaten, aldus het Europese Hof van Justitie. Dit bedrag geldt voor één onderneming, ongeacht de vorm van de steun (zie Verordening nr. 1998/2006 ). Voor landbouw, visserij en transport ondernemers gelden lagere plafonds. In de staatssteunpraktijk wordt de de minimis optie vaak gehanteerd. Bedoeling is dat Lidstaten een database bijhouden van alle de minimis steun in het land, maar vooralsnog doen alleen Denemarken en Slovenië dat. In Nederland bestaat geen register van de minimis steun en de Nederlandse centrale overheid is niet van plan zo’n database te gaan stichten. Daar zijn goede redenen voor, omdat de definitie van “onderneming” diffuus is. Zo moet je voor een de minimis analyse niet alleen naar de eigen status van een onderneming kijken (meestal de inschrijving bij de Kamer van Koophandel), maar moet je ook alle de minimis steun aan moeder- en dochterbedrijven meerekenen. Exclusieve leveringscontracten en octrooiafspraken kunnen ook zorgen voor een doortelling van de minimis steun. Over de minimis steun hebben in het verleden een aantal expliciete hofuitspraken plaatsgevonden, waardoor de rechtszekerheid van de minimis steun soms ongewis is. De uitspraak van het Hof van Justitie in de Nederlandse grenspompen zaak is een voorbeeld van het risico dat men 7 loopt . In deze zaak vond het Hof dat de minimis-steun aan individuele, juridisch zelfstandige pomphouders toch indirect voordeel opleverde aan de oliemaatschappijen die aan de tankstations waren gebonden door een exclusieve afnameovereenkomst. Zo hadden oliemaatschappijen van een veelvoud van het de minimis-bedrag geprofiteerd. Het grootste deel van het bedrijfsleven heeft exclusieve leveringscontracten met prijsafspraken en is dus juridisch gezien niet in staat zelfstandig de minimis steun te ontvangen. Het is gebruikelijk dat potentieel steunontvangende ondernemingen informatie moeten geven over alle in de voorafgaande 3 jaren ontvangen de minimis steun. In het jargon heet dit een de minimis verklaring. Daarmee wordt de bewijslast bij de betrokken ondernemingen gelegd. Maar de betrokken bedrijven zijn zich vrijwel nooit goed bewust of bepaalde steun wel of geen de minimis steun is. En hoe hun positie is met moeder en dochter bedrijven en bedrijven waar ze een exclusief leveringscontract mee hebben. Overheden zelf zijn overigens verplicht gedurende minimaal 10 jaar een archief bij te houden welke bedrijven precies de minimis steun hebben ontvangen. De Europese Commissie verbiedt cumulatie van de minimis steun met reguliere staatssteun. Voor dezelfde subsidiabele kosten mag volgens de Commissie reguliere staatssteun niet aangevuld worden met de minimis. Maar een overheid kan altijd “losstaand” de minimis verstrekken. Immers, de minimis steun is geen steun en hoeft dus niet gericht te zijn op specifieke subsidiabele kosten. Het verbod op cumulatie is dus enigszins theoretisch. Samengevat lijkt de minimis steun op het eerste gezicht vaak een eenvoudige oplossing voor steunverlenende overheden. In praktijk levert toepassing soms problemen en significante rechtsonzekerheid op. Belangrijk advies is dan ook stimuleringsmaatregelen (indien mogelijk) altijd onder bestaande steunkaders of de AGVV te brengen en de de minimis regeling alleen als terugvalpositie te gebruiken voor die gevallen waar het staatssteunrecht echt geen andere mogelijkheden biedt. Als een onderneming bovendien alle reserve voor de minimis steun heeft opgenomen, heeft een steunverlenende overheid geen flexibiliteit meer om steun te verlenen die niet onder de normale steunkaders past. Voor de minimis steun is een factsheet beschikbaar bij het Kenniscentrum Europa 8 Decentraal, dit factsheet bevat ook een de minimis verklaring .
7 8
HvJ EG van 13 juni 2002, zaak C-382/99, Jurispr. 2002, p. I-05163 http://www.europadecentraal.nl/documents/Factsheet_de_minimis.pdf Staatssteunanalyse Hart van Zuid
14
Bijlage 2: Revolverend financieren in Nederland Revolverend financieren in Nederland is niet nieuw. Er zijn goede ervaringen met de inzet van revolverende fondsen voor maatschappelijke doelen. Het Nationaal Restauratiefonds (NRF), opgericht in 1985, is een succesvol voorbeeld. Rijksmiddelen worden via het NRF laagrentend uitgeleend aan eigenaren van rijksmonumenten die daar restauraties mee financieren. Het recht op zo’n laagrentende financiering is vastgelegd in regelgeving van het ministerie van OC&W. Ook voor gemeentelijke en provinciale monumenten heeft het NRF dergelijke leningvormen ontwikkeld, in samenwerking met kapitaalverschaffers van publieke en private afkomst. Zo verschaft het Prins Bernhard Cultuurfonds medefinanciering. De stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) is een financiële partner van gemeenten, andere overheden en marktpartijen in volkshuisvesting. SVn verstrekt laagrentende leningen uit revolverende fondsen, bijeengebracht door gemeenten. De bekendste en omvangrijkste toepassing van het SVn is de Starterslening: een lening met ’zachte’ voorwaarden voor starters op de woningmarkt, waarbij elke gemeente zelf de voorwaarden kan vaststellen. Rijksoverheid en provincies waren zo enthousiast over dit instrument, dat ook zij middelen beschikbaar hebben gesteld aan het SVn om zo de armslag van het revolverend fonds te vergroten. In vervolg op de Starterslening heeft het SVn een laagrentende Duurzaamheidslening ontwikkeld ter stimulering van investeringen in de duurzaamheid van de bestaande woningvoorraad. Dit instrument biedt goede kansen om de afgesproken doelstellingen voor milieu en klimaat binnen bereik te brengen. De kracht van de revolverende fondsen van NRF en SVn ligt vooral in het beschikbaar stellen van krediet tegen lage rentelasten, waar het regulier bancair krediet achterwege blijft of tekort schiet. Na verloop van tijd vloeien de middelen weer terug in het fonds zodat nieuwe projecten op gang gebracht kunnen worden, zonder dat er wederom beslag op overheidsmiddelen nodig is. SVn spreekt daarom graag van ‘ronddraaiend geld’. De regelingen kennen een grote mate van continuïteit. Een revolverend fonds maakt de desbetreffende sector bovendien weerbaar tegen conjuncturele schommelingen en politiek-bestuurlijke discontinuïteit. Bovendien bevorderen financieringsinstrumenten investeringen gericht op waardecreatie (saldo van kosten en baten), waar subsidies primair aangrijpen op de kosten van de investering. Anders dan bij durfkapitaal, is de ‘maatschappelijke kredietverlening’ van NRF en SVn niet gericht op het ondervangen van bedrijfsmatige risico’s. Ervaring op dat gebied is opgedaan door het Nationaal Groenfonds, opgericht door rijk en provincies in 1995. Het Nationaal Groenfonds verstrekt bijvoorbeeld laagrente leningen voor verplaatsingen van agrarische bedrijven uit kwetsbare gebieden, op initiatief van de provinciale overheid die de gebieden wil vrijwaren van bepaalde milieubelastende agrarische productie. Bij deze financieringen, die de aanloopkosten van de opzet van een nieuwe investering overbruggen, is wèl sprake van bedrijfsmatige risico’s voor de kapitaalverschaffer. Het Nationaal Groenfonds heeft dat risico ondervangen door de voorwaarde te stellen dat tegenover elke laagrentende financiering voor een agrarisch bedrijf een bancaire financiering staat van tenminste dezelfde omvang, en dat de bancaire financier de aanvraag van het bedrijf kent en onderschrijft. Daarmee is ‘automatisch’ geborgd dat een bancaire toets plaatsvindt over de investering en dat de investering in totaliteit commercieel levensvatbaar is. Over deze aanpak en de condities waarbinnen de financieringen kunnen worden verstrekt, zijn overigens afspraken gemaakt met de Europese Commissie teneinde te waarborgen dat hier geen sprake is van ongeoorloofde staatssteun. Naast deze voorbeelden van lopende en succesvolle revolverende fondsen heeft Nederland ook een goede track record bij het bevorderen van financiering van duurzame en groene projecten via de fiscale groenregeling (groen beleggen), en de zusjes daarvan: cultureel en sociaal-ethisch beleggen. Deze succesvolle financiële instrumenten, gestart in 1995, spelen in op de toenemende bewustwording en maatschappelijke betrokkenheid van particuliere spaarders, gecombineerd met het belang dat Nederlandse spaarders hechten aan het minimaliseren van hun belastingafdracht. Particuliere spaarders die hun spaargeld beleggen in goedgekeurde groene, culturele of sociaal-ethische Staatssteunanalyse Hart van Zuid
15
projecten (via erkende groene, culturele of sociaal-ethische beleggingsfondsen) genieten belastingvoordelen. Dit vertaalt zich in een lagere rente, waardoor de middelen ook tegen een lagere rente beschikbaar komen voor de investeerders in die projecten. Bij dit mechanisme is zelfs helemaal geen overheidskapitaal meer nodig: niet als subsidies en ook niet als revolverend fonds. De enige kosten worden gevormd door de (bescheiden) belastingderving. Het kabinet Rutte-Verhagen is van plan deze succesvolle fiscale regelingen af te bouwen. Het is opmerkelijk dat ditzelfde kabinet ook een pleidooi voert voor revolverende financieringsregelingen in plaats van subsidies, in navolging van de Europese trend. Achter deze inconsistentie schuilt de jarenlange principiële discussie over de reikwijdte van het fiscale instrument. Enerzijds kennen we de ‘rekkelijken’, die belasting mede willen gebruiken om het gedrag van consumenten, producenten en burgers te beïnvloeden. Aan de andere kant vinden we de ‘preciezen’, die het heffen van belasting uitsluitend zien als het verwerven van inkomsten voor de overheid. Vooralsnog lijken bij dit kabinet de preciezen het heft in handen genomen te hebben, al zal dat definitief moeten blijken uit de aangekondigde belastingplannen van de nieuwe staatsecretaris van Financiën. Deze voorbeelden laten in ieder geval zien dat Nederland al goede ervaring heeft met de toepassing van financieringsinstrumenten in plaats van subsidies. Revolverende instrumenten zijn dus goed inpasbaar in de Nederlandse institutionele kaders, en scherp toe te snijden op het doel dat beoogt wordt. Dat betekent dat Nederland goed is toegerust om in te spelen in de verandering in het Europese beleid.
Staatssteunanalyse Hart van Zuid
16
Concept-Afsprakenkader tussen de Stork bedrijven en de directie van het projectbureau Hart van Zuid namens samenwerkende partijen in Hart van Zuid (afsprakenkader) ten behoeve van het opstellen van een overeenkomst over aan- en verkoopgronden en het verplaatsen van diverse Stork bedrijven. De Stork bedrijven (hierna te noemen Stork) en de directie van het projectbureau Hart van Zuid namens de samenwerkende partijen in Hart van Zuid (hierna te noemen directie HvZ) zijn reeds geruime tijd met elkaar in constructief overleg omtrent verwerving van de benodigde gronden en de daarmee samenhangende noodzakelijke verplaatsing van enkele Stork bedrijven voor de aanleg van de 2e en 3e fase van de Laan Hart van Zuid. Stork en de directie HvZ (hierna de Partijen) hechten eraan om de tot nu toe gemaakte vorderingen in de onderhandelingen op hoofdlijnen samen te vatten en de uitwerking daarvan in het vervolgproces te schetsen. Partijen hebben in het overleg het uitgangspunt gekozen dat de transactieonderdelen A tot en met E, zoals opgenomen in de artikelen 1 tot en met 3, onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Overwegingen A. In het overleg tussen partijen zijn flinke vorderingen gemaakt, zowel ten aanzien van het tracé en profiel van de Laan Hart van Zuid als ten aanzien van de financiële aspecten. Reden waarom partijen het noodzakelijk achten om de tussentijdse stand van zaken vast te leggen; B. Partijen hebben de vaste overtuiging dat de tot nu toe gemaakte vorderingen, op basis van de bijgevoegde planning zullen leiden tot een voor alle partijen aanvaardbaar akkoord; C. De Partijen hechten groot belang aan de realisatie van het plan Hart van Zuid in het kader van het bevorderen en versterken van de regionale economische structuur door middel van het realiseren van een internationaal vestigingsmilieu, het behoud en de versterking van een duurzame werkgelegenheid in het gebied, het verbeteren van de (inter)nationale bereikbaarheid en het versterken van het leefmilieu; D. In de tweede fase van het plan Hart van Zuid staat de doorgroei van de Stationsomgeving centraal. Hiervoor is het van belang om de ontbrekende gedeelten van de Laan Hart van Zuid aan te leggen (Het noordelijk deel tussen Esrein en Industrieplein en het zuidelijk deel tussen Breemarsweg en Boortorenweg inclusief een nieuwe brug over het Twentekanaal). Om dit mogelijk te maken is een bedrijfsverplaatsing van Stork Thermec (en een aantal toeleverende bedrijven) noodzakelijk naar de Kanaalzone; E. Stork is bereid om aan deze ontwikkeling mee te werken door gronden die hiervoor benodigd zijn te verkopen en is bereid om mee te werken aan de verplaatsing van een aantal van haar bedrijven; F. De samenwerkende partijen in Hart van Zuid zijn in principe bereid de gronden te kopen en een schadeloosstelling voor de verplaatsing van de Stork bedrijven te verstrekken, waarbij het uitgangspunt wordt gehanteerd dat de verschillende onderdelen in samenhang zijn bezien, hetgeen onverlet laat dat in delen kan worden geleverd cq betaald;
1
G. Over de vorm en de inhoud van de schadeloosstelling hebben de Partijen verkenningen verricht en is naast een verkenning voor een eenmalige compensatie ook een denkrichting ontwikkeld voor een huurvariant voor de Stork bedrijven. Samenvatting van de hoofdlijnen. 1 DE GRONDEN TEN NOORDEN VAN ESREIN (DE TRANSACTIEONDERDELEN A TOT EN MET C) 1.1 Stork is voornemens te verkopen aan de samenwerkende partijen in Hart van Zuid HvZ de gronden ten noorden van het Esrein zoals nader aangeduid en weergegeven op bijlage 1, gelijk de samenwerkende partijen in Hart van Zuid voornemens zijn deze gronden te kopen. 1.2 De afspraken over grondprijzen zijn mede ontleend aan eerdere grondtransacties en afspraken tussen Stork en de samenwerkende partijen in Hart van Zuid waarbij tevens afspraken zijn gemaakt over de indexering. 1.3 Het moment waarop genoemde gronden zoals benoemd in artikel 1.1 van dit afsprakenkader juridisch worden geleverd, zal nader door partijen worden overeengekomen, waarbij gestreefd wordt dit uiterlijk te doen plaatsvinden op 1 februari 2014. 1.4 Over verschillende aspecten zoals bodem- en diepe grondwaterverontreinigingen, herstel van gevels aan gebouwen en ondergrondse en bovengrondse infrastructuur, vindt nog nader onderzoek en overleg plaats tussen partijen. 1.5 Het Vereenigingsgebouw is een rijksmonument, de samenwerkende partijen HvZ zijn thans doende om subsidies te verwerven om hiermee een bijdrage te leveren aan de transformatie van het gebouw. Partijen treden met elkaar in overleg indien geen subsidie wordt verworven voor de transformatie van het Vereenigingsgebouw, 1.6 Alle bij deze aan- en verkoop genoemde prijsafspraken zullen in het kader van een integrale toetsing van de gehele voorgenomen transactie door een onafhankelijke deskundige op staatssteunregelgeving worden getoetst. 2
DE KANAALZONE (TRANSACTIEONDERDEEL D)
2.1. Stork is voornemens te verkopen aan de samenwerkende partijen in Hart van Zuid de in bijlage 2 nader aangeduide en weergegeven gronden in de Kanaalzone, gelijk de samenwerkende partijen in Hart van Zuid voornemens zijn te kopen van Stork. 2.2 Ten behoeve van de nieuw te realiseren bedrijfsgebouwen van Stork zijn de samenwerkende partijen in Hart van Zuid bereid een perceel grond groot 4,3 ha in de Kanaalzone te verkopen (dan wel in erfpacht uit te laten geven door de Gemeente Hengelo) tegen de door de gemeente Hengelo gehanteerde prijs voor bouwrijpe industriegrond. 2.3 Over bodem- en diepe grondwaterverontreinigingen, vindt nog nader onderzoek en overleg plaats tussen partijen.
2
2.4 Alle bij deze aan- en verkoop genoemde prijsafspraken zullen in het kader van een integrale toetsing van de gehele voorgenomen transactie door een onafhankelijke deskundige op staatssteunregelgeving worden getoetst. 3
DE BEDRIJFSVERPLAATSING (TRANSACTIEONDERDEEL E)
3.1 Voor de bepaling van de hoogte en het aanwenden van de schadeloosstelling voor Stork als gevolg van de aanleg van het noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid en de daaruit voortvloeiende gedwongen verplaatsing van diverse Storkbedrijven, zijn denkrichtingen onderzocht. Naast een variant op basis van alléén een financiële compensatie, is een huurvariant ontwikkeld met gebruikmaking van de kwaliteit van de overheden met als doel om het huurniveau voor de betreffende bedrijven van Stork beheersbaar te houden en daarmee de continuïteit van de bedrijfsvoering en de werkgelegenheid te waarborgen. 3.2 Een verdere uitwerking en verkenning van de mogelijkheden is noodzakelijk. Partijen onderzoeken momenteel de mogelijkheid om de transactie vorm te geven door middel van een huurvariant. De opstelling en de voorwaarden van de betrokken overheden is van groot belang bij het uitwerken van de bedrijfsverplaatsing. In een huurvariant kan de kwaliteit van de overheden worden benut bij het aantrekken van de benodigde financiering, zowel bij het beschikbaarstellen daarvan als de condities waaronder de financiering kan plaatsvinden. Stork heeft aangegeven dat het voor Stork van wezenlijk belang is dat de huurprijs zoals deze voortvloeit uit de voorgenomen bedrijfsverplaatsing gelijk zal zijn aan de huidige huurlasten. 3.3 Er zal geen ongeoorloofde staatssteun aan Stork plaatsvinden, noch rechtstreeks noch door middel van de structuur van de transactie. 3.4 Alle financiële aspecten van de schadeloosstelling uit hoofde van de bedrijfsverplaatsing zullen als onderdeel van een integrale toetsing van de gehele voorgenomen transactie door een onafhankelijke deskundige op staatssteunregelgeving worden getoetst. 4 PLANNING en BESLUITVORMING 4.1 Partijen werken uit aan de hand van de gedetailleerde tijdslijn de realisatie van de transactieonderdelen A tot en met E op basis van de volgende drie beslismomenten: 1e beslismoment: Commitment over denkrichtingen Van de samenwerkende partijen in Hart van Zuid wordt vóór het eind van 2011 commitment gevraagd voor verder onderzoek van de denkrichtingen. 2e beslismoment: Akkoord op hoofdlijnen Nadat commitment is afgegeven, wordt een akkoord op hoofdlijnen uitgewerkt. Naar verwachting is dit akkoord op hoofdlijnen maart 2012 afgerond. Om tot een hoofdlijnenakkoord te komen moeten de denkrichtingen worden uitgewerkt, evenals zicht op een sluitende grondexploitatie
3
3e beslismoment: Ondertekenen overeenkomsten Indien ingestemd wordt met het hoofdlijnenakkoord, kunnen op basis van dit hoofdlijnenakkoord de overeenkomsten worden opgesteld. In de planning wordt ervan uitgegaan dat de besluitvorming hierover in juni 2012 is afgerond. 4.2 De planning zoals de Partijen deze inmiddels hebben samengesteld is mede gebaseerd op de bovenstaande beslismomenten en is opgenomen als bijlage 3 bij dit afsprakenkader. Hierbij moet nadrukkelijk gesteld worden dat de voorgenomen transacties goedkeuring behoeven van de overheden, Stork en de samenwerkende partijen in Hart van Zuid. Partijen zijn op geen enkele wijze gebonden aan dit afsprakenkader als niet in juni 2012 het tweede beslismoment, respectievelijk in september 2012 het derde beslismoment vorm heeft gekregen, er geen zicht is op een sluitende grondexploitatie. Getekend te Hengelo (Overijssel) op ………………………… november 2011 Stork B.V.,
directie HvZ,
namens deze, …………………………..
namens deze, J.B. Nieuwenhuizen W. Bohnen
4
Notitie B & W / strat. beraad 3 november 2009 Strategie Fase 2 Project CST/Hart van Zuid Hengelo Gert-Jan Meijer 21102009 (na bespreking in de Werkgroep Financiën, ten behoeve van bespreking in opdrachtgeversoverleg 30.10.2009 en strategisch beraad 03.11.2009))
1. 2. 3. 4. 5. 6.
Inleiding. Beleidsdoelstellingen. Scenario’s. Criteria. Masterscenario. Vervolg proces
Bijlage 1: overzichtstekening
1.
Inleiding
Hart van Zuid is zichtbaar. Het industriële complex van Stork wordt deels herontwikkeld. De eerste resultaten zijn zichtbaar. De brandweerkazerne, het ROC, het poppodium Metropool, de eerste woningen in Langeler Erve zijn gebouwd en het middelste deel van de Laan Hart van Zuid is aangelegd. Die zichtbaarheid heeft gezorgd voor draagvlak binnen Hengelo, Twente, maar ook daarbuiten bij de Provincie en het Rijk. Dat heeft er toe geleid dat het project CST/Hart van Zuid belangrijk onderdeel is van de lange termijn visie op de ontwikkeling van Twente. Het heeft er ook toe geleid dat de regio, de provincie en het Rijk concreet financiële middelen beschikbaar stellen voor het vervolg. Ook worden er mogelijkheden gezien om voor de (middel)lange termijn aanvullend financiële middelen te verkrijgen van de regio, de provincie en het Rijk. Het Masterplan Hart van Zuid is herijkt. De ambities voor het geheel en voor deelaspecten zijn geformuleerd. De opgaven zijn gedefinieerd in plannen voor deelgebieden. De gebiedsontwikkeling van fase 1 is volop in uitvoering. Het gebied ligt grotendeels klaar voor vastgoedontwikkeling, echter een aantal vastgoedontwikkelingen zijn financieel nog niet sluitend. Daardoor ontstaat er ook een risico voor de grondexploitatie van de 1e fase. De gebiedsontwikkeling van fase 2 kan beginnen. Met de inmiddels toegekende subsidies kan een flinke vervolgstap gezet worden in de verdere ontwikkeling van Hart van Zuid. De bijdragen van de Regio Twente van € 5 mio, van de Provincie van € 17,5 mio en van het Rijk van € 14,5 mio zijn grote successen. De verwachting is dat begin 2010 voor deze bedragen een beschikking/harde toezegging ontvangen is. Een belangrijk deel van het geld moet vòòr 2013 besteed zijn. In de samenwerkingsovereenkomst Hart van Zuid is bepaald dat een volgende fase eerst in uitvoering genomen wordt, als een sluitende grondexploitatie is verkregen. Ondanks de aanzienlijke bijdragen van Rijk, provincie en Regio, is dit onvoldoende om voor het totale plangebied een sluitende grondexploitatie op te stellen. Daarom moeten er voor de volgende fase van het plan keuzes worden gemaakt welke plandelen uitgevoerd gaan worden. In deze notitie worden de bouwstenen voor deze prioritering aangegeven. Op basis van beleidsdoelen, beschikbare middelen, scenario’s en criteria wordt een Masterscenario voor fase 2 voorgesteld (inhoudelijk, financieel). Binnen dat Masterscenario wordt vervolgens aangegeven welke deelprojecten naar verwachting begin 2010 een sluitende exploitatie hebben en die derhalve na goedkeuring door de gemeenteraad van Hengelo en van Wijnen Groep N.V gerealiseerd kunnen worden.
Notitie b&w 27.10.2009 Strategie 2e fase CST / Hart van Zuid
1
2.
Beleidsdoelstellingen
In het Masterplan Hart van Zuid (2009) staan een drietal beleidsdoelstellingen: ≠ Versterken van de economische structuur door het ontwikkelen van een internationaal vestigingsmilieu voor bedrijven en instellingen ≠ Versterken van de (eur) regionale bereikbaarheid en de transfermogelijkheden tussen de verschillende modaliteiten ≠ Versterken van het leefmilieu Deze beleidsdoelstellingen zijn vertaald in plannen voor gebiedsontwikkeling en in een aantal deelprojecten en vastgoedontwikkelingen.
3.
Scenario’s
Op basis van de beleidsdoelstellingen kunnen een aantal verschillende (extreme) scenario’s uitgewerkt worden: 1. Versterken van de economische structuur: Centraal Station Twente en het WTC In dit scenario is het van belang om het station op te waarderen tot Centraal Station Twente. Het realiseren van Siemens en vervolgens het WTC business district incl. een parkeergarage is van groot belang. Het kruispunt Laan Hart van Zuid en Esrein is een tweede locatie die ontwikkeld moet worden. Hier kan een programma van winkels en sociaal culturele functies (Crea, gezondheidscentrum, kerk) in combinatie met wonen komen. Ook de ontwikkeling van de Kanaalzone is in dit scenario van belang. Hier kunnen bedrijven met al dan niet een beperkte kantoorfunctie gevestigd worden. Met name voor bedrijven die aan- en/of afvoer via het water en via de weg hebben is dit een interessante locatie. In dit scenario wordt een belangrijke bijdrage aan het behoud en de groei van de werkgelegenheid geleverd. 2. Versterken van de (eur)regionale bereikbaarheid: noordelijk deel Laan Hart van Zuid, transfer mogelijkheden station Zowel bereikbaarheid per auto, als openbaar vervoer (trein en bus) als fiets zijn van groot belang. Het Stationsplein Noord wordt heringericht met o.a. een dynamisch busstation. Het Industrieplein wordt definitief ingericht. De P&R garage wordt gebouwd. Het noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid wordt aangelegd. Het parkeren voor fietsen wordt zowel kwantitatief (aantal plaatsen) als kwalitatief goed georganiseerd. De Kanaalzone wordt ontsloten vanaf de Boekeloseweg. 3. Het versterken van het leefmilieu: woningbouw, hergebruik industrieel erfgoed, kwaliteit openbare ruimte, voorzieningen In dit scenario zijn de woningbouwontwikkeling, de ontwikkeling en inrichting van de openbare ruimte, de aanhechting van de nieuwe woongebieden aan de bestaande wijken (w.o. Berflo Es) van groot belang. Ook de ontwikkeling van het industrieel erfgoed zoals het Hijschcomplex, Dikkers en het Vereenigingsgebouw zijn belangrijk. Tevens gaat het om behoud/vestiging van niet commerciële voorzieningen zoals het museum, CREA, het gezondheidscentrum en ev. een school. Tenslotte is de kwaliteit van de inrichting van de openbare ruimte van belang in dit scenario (pleinen, parken, verbinding voor fietsers en voetgangers). De scenario’s staan niet los van elkaar. Het gaat er juist om om een ontwikkeling te faciliteren die er aan bijdraagt dat de verschillende beleidsdoelstellingen integraal gerealiseerd worden.en dat een basis gelegd wordt voor een vervolg.
4.
Criteria
Het Masterscenario staat voor de ambitie die partijen in de gebiedsontwikkeling op middellange termijn willen bereiken. Het zal, behalve integraal aan de verschillende doelstellingen, ook moeten voldoen aan een aantal criteria. Dit zijn:
Notitie b&w 27.10.2009 Strategie 2e fase CST / Hart van Zuid
2
≠
≠ ≠ ≠ ≠
5.
Er worden zichtbare resultaten geboekt. Met enige regelmaat wordt een gebouw (woningen of kantoor, bedrijf), een deel van een weg, een plein etc. gerealiseerd. De opening, in gebruik neming wordt gevierd met Hengeloenaren. De gronden worden op het juiste moment tegen de optimale prijs verworven. CST/Hart van Zuid onderscheidt zich van andere locaties in Twente zoals de Luchthaven, Kennispark, Zuiderval, andere woningbouwlocaties in Hengelo etc. Er wordt waardecreatie van bestaand en toekomstig vastgoed gerealiseerd, waardoor ontwikkelaars kunnen en durven te investeren Naast de lokale worden ook de regionale, provinciale en rijksbelangen gediend.
Masterscenario
Op basis van de beleidsdoelstellingen, de beschikbare financiële middelen en de criteria is een Masterscenario ontwikkeld. Dit scenario komt tegemoet aan het ambitieniveau zoals verwoord het Masterplan, de doelstellingen van de verschillende subsidieverstrekkers en zorgt voor een integrale en coherente gebiedsontwikkeling met perspectief op een totale realisatie van het plan.
Beleidsuitgangspunten Infrastructuur Er wordt geïnvesteerd in de transferfunctie van het Centraal Station Twente door de aanleg van een dynamisch busstation, de bouw van een P&R-garage en fietsenstalling. Hierdoor wordt de knooppuntfunctie aanmerkelijk versterkt doordat de transferfunctie tussen de verschillende verkeersmodaliteiten aanmerkelijk wordt verbeterd. De bereikbaarheid van Hengelo Zuid vanuit het centrum en vice versa wordt sterk verbeterd door de aanleg van het noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid doordat er een directe verbinding komt tussen de centrumring en de wijkring waardoor ook sluipverkeer door aangrenzende woonwijken wordt beperkt. Ook komt er een directe verbinding tussen het station, het voorzieningencluster (winkels, gezondheidscentrum e.d.) op het kruispunt met het Esrein en het woongebied van o.a. Langeler Erve en Emga Zuid. De aanleg van het noordelijk deel van de Laan vormt tevens ontsluiting voor het toekomstige plangebied Woonstad Noord. Door deze infrastructurele maatregelen en de herinrichting van de stationspleinen ontstaat een verhoogde uitstraling van het Centraal Station van Twente. Werkgelegenheid Een belangrijke doelstelling binnen Hart van Zuid is het creëren van werkgelegenheid door de ontwikkeling van het WTC Business District. Met dit scenario worden de randvoorwaarden gecreëerd dat dit gebied optimaal ontwikkeld kan worden en dat daardoor een versterking kan ontstaan voor de verdere ontwikkeling van de werkgelegenheid. Door de aanleg van de Laan moeten de Stork-bedrijven verplaatst worden naar de Kanaalzone. Daarvoor is het noodzakelijk dat de Kanaalzone ontwikkeld wordt waardoor de nieuwe infrastructuur voor de bedrijven incl. de vestiging van bedrijven eveneens een impuls ontstaat van de werkgelegenheid. Leefmilieu Door de verplaatsing van bedrijven naar de Kanaalzone ontstaat een beter woon- en leefklimaat voor de omgeving. Door de aanleg van de infrastructuur en langzaam verkeersvoorzieningen wordt sluipverkeer in de wijken voorkomen en vormt de Laan Hart van Zuid een verbinding tussen het woongebied en het centrum van de stad. Door investeringen met betrekking tot de restauratie en/of ontwikkeling van aantal voormalige industriëlecomplexen zoals het Vereenigingsgebouw, Hijsch en Dikkers wordt een bijdrage geleverd aan de identiteit van het plangebied.
Notitie b&w 27.10.2009 Strategie 2e fase CST / Hart van Zuid
3
Het masterscenario Het ruimtelijk model van het Masterscenario bestaat uit de volgende planonderdelen: / Stationsplein Noord: incl. nieuw dynamisch busstation met overkapping en de herinrichting van het stationsplein tot een aantrekkelijk verblijfsplein. / Stationsplein Zuid: tijdelijke inrichting en mogelijk de definitieve inrichting. De P&Rgarage wordt gerealiseerd met een beperkte bijdrage vanuit de grondexploitatie fase 2. De P&R-garage wordt ondergebracht in een aparte grondexploitatie en/of kapitaalsinvestering. / World Trade Business District: de ontwikkeling omvat globaal 20.000 m2 kantoor, een plint van 1.000 m2, een hotel/ congrescentrum van 6.000 m2 en 15.000 m2 woning, incl. gebouwd parkeren. / Vereenigingsgebouw: de grond en het Vereenigingsgebouw worden aangekocht. Het Vereenigingsgebouw wordt geschikt gemaakt voor het gebruik als de ontmoetingsruimte ten behoeve van de Businessclub van het WTC met o.a. vergaderzalen, conferentieruimte, congresfunctie, restaurant kwalitatief hoog niveau. De aanpassingen vinden plaats op basis van de randvoorwaarde die gesteld worden door de status van Rijksmonument. Tevens zal een bedrijf nog moeten worden verplaatst. / Infrastructuur Noord: Het noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid wordt aangelegd. De gronden van Stork en Emga die hiervoor nodig zijn worden verworven. Tegelijkertijd wordt het stationsgebied direct ontsloten vanaf de ring. / Woonstad Noord: De verwerving van de gronden wordt gerealiseerd incl. de ontwikkeling van dit plandeel met gemengde functies. / Kanaalzone: Verplaatsen Stork Thermeq naar de Kanaalzone. Het bedrijventerrein (3 ha) wordt bouwrijp gemaakt ten behoeve van de verplaatsing van de genoemde bedrijven. Er wordt een kade aangelegd t.b.v. scheepvaartverkeer. De ontsluiting op de Boekeloseweg wordt verbeterd t.b.v. vrachtverkeer.
Financiële aspecten Uitgangspunten voor financiële opzet De volgende uitgangspunten zijn gehanteerd bij het opstellen van een financiële opzet voor het Masterscenario: / Stationsplein Noord: t.o.v. de Businesscase is ervan uitgegaan dat er geen gronden verworven worden. / Stationsplein Zuid: alleen de verwervingen die samenhangen met de nieuwbouw van Metropool zijn gehandhaafd. Bij stationsplein Zuid behoort eveneens reconstructie het kruispunt met Laan HvZ en de noodzakelijke aanpassingen aan Stationsplein en Parallelweg LS. / World Trade Business District: Verminderde opbrengst op basis van een programma van 42.000 m2 b.v.o.. In de business case werd uitgegaan van een programma van 55.500 m2 b.v.o.. Afdracht aan de infrastructuur t.o.v. Businesscase is gehalveerd. / Vereenigingsgebouw: Uitgegaan is van verwerving alle gronden Stork incl. de totale restauratie van het Vereeningingsgebouw en aanleg van het park incl. de opbrengst voor een vijftal woningen. / Infrastructuur Noord: Ten aanzien van de verwerving is uitgegaan van de verwerving van de benodigde gronden voor de aanleg van de weg, incl. schadeloosstelling in verband met de verplaatsing van bedrijven. / Woonstad Noord: Uitgegaan is van de realisatie van Woonstad Noord exclusief het gebiedje ten noorden van de Molenkampweg. Vanuit dit plangebied geen afdracht aan de hoofdinfrastructuur. / Kanaalzone: Vanwege de subsidies ontstaat een vrijwel budgettair neutrale situatie. / Hijsch en Dikkerscomplex: Voor de realisatie van het Hijsch complex is € 3 mln gereserveerd. Voor behoud van het erfgoed Dikkerscomplex is € 2 mln gereserveerd. Deze middelen maken onderdeel uit van de door de provincie Overijssel beschikbaar gestelde en geoormerkte middelen.
Notitie b&w 27.10.2009 Strategie 2e fase CST / Hart van Zuid
4
Financiële verkenning Voor het Masterscenario is een eerste financiële verkenning gemaakt waarin de reeds toegekende subsidies à € 37,1 mln. zijn meegenomen. Het resultaat van de verkenning behorend bij het Masterscenario is contant € 14,2 mln. negatief. Met de toegekende subsidies zal een aantal deelplannen binnen het Masterscenario gedekt kunnen worden. Voor deze deelplannen zal in 2010 een “Go-beslissing” voorgelegd worden. Naast de toegekende subsidies zijn nog € 32,9 mln. aan mogelijk te verkrijgen subsidies geïnventariseerd. Toewerken naar sluitende financiële opzet Om tot een sluitende financiële opzet te kunnen komen, kunnen projectonderdelen in hun geheel ofwel gefaseerd worden uitgevoerd indien de bijdragen in hun totaliteit onvoldoende middelen opbrengen om tot een sluitend resulttaat te komen. De projecten ofwel projectonderdelen die gefaseerd of later gerealiseerd kunnen worden, zijn: / Stationsplein Zuid. / Vereenigingsgebouw. / Woonstad Noord. De verwachting is dat voor het Masterscenario een sluitende financiële opzet kan worden verkregen. Het definitieve inzicht daarover volgt in de loop van de komende tijd met het verkrijgen van definitieve beschikkingen op de diverse subsidieaanvragen. In de voorgestane aanpak worden eerst die projectonderdelen van fase uitgevoerd waarvoor een financieel sluitende opzet kan worden verkregen op basis van definitieve beschikkingen. Hierdoor kan de uitvoering van fase 2 met voortvarendheid ter hand worden genomen. Deelprojecten lange termijn In het Masterscenario worden ook een aantal deelprojecten niet uitgevoerd. Deze kunnen in beeld komen op het moment dat de Provincie (Essent gelden) en het Rijk (Mirt) extra subsidies ter beschikking stellen. De deelprojecten die vooralsnog niet tot realisatie zullen worden gebracht zijn: / Verenigingspark fase 2: Het betreft hier de verwerving van de gronden tussen de Berfloweg en de Langelermaatweg (Etef Journee) en de inrichting van de tweede fase van het park. / Zuidelijk deel laan Hart van Zuid inclusief brug over Twentekanaal. Ook voor deze deelprojecten zal een financiële verkenning worden uitgevoerd. Deze verkenningen dienen als basis voor de verdere subsidietrajecten die noodzakelijk zijn om tot realisatie te komen.
6.
Vervolgproces
Op 3 november wordt in het strategisch beraad het na te streven ambitieniveau van fase 2 zoals beschreven in het Masterscenario besproken. Dit wordt gepresenteerd aan en bediscussieerd in een informele commissievergadering van 19 november. Op basis van beraadslagingen in strategisch beraad en informele raadscommissie en de beschikbare subsidies wordt het Masterscenario met sluitende exploitaties voor de deelprojecten gemaakt. ter besluitvorming aangeboden aan de stuurgroep Hart van Zuid, het college van B&W, de directie van Van Wijnen en tot slot de gemeenteraad van Hengelo. Naar verwachting kan het proces in januari 2010 worden afgerond waarna definitief met de realisatie van ontwikkelingen in fase 2 begonnen kan worden.
Notitie b&w 27.10.2009 Strategie 2e fase CST / Hart van Zuid
5
Bijlage 1
Notitie b&w 27.10.2009 Strategie 2e fase CST / Hart van Zuid
6
Businesscase totaal Centraal Station Twente
-4 afronden deelplan naam Kosten
1 1 Station Noord
1 2 Industrieplein
AAN
1 3 WTC
UIT € € € € € € € € € € € € € €
-
0 5b Infra. Zuid.
€ € € € € € € € € € € € € €
AAN 10.580.000 950.000 2.360.000 950.000 5.710.000 580.000 690.000 4.130.000 2.060.000 -
€ € € € € € € € € € € € € €
-
1 6 Woonstad Noord
UIT
1 7 Kanaalzone
1 9 Bijdragen
AAN
totaal
130.000 1.030.000 500.000 1.570.000 20.000 3.160.000 1.170.000 760.000 -
€ € € € € € € € € € € € € €
€
8.350.000
€
5.740.000
€
11.220.000
€
8.550.000
€
-
€
28.010.000
€
-
€
13.520.000
€
2.640.000
€
€ € € €
4.900.000 400.000
€ € € €
1.030.000 3.070.000 260.000 1.050.000
€ € € €
12.600.000 -
€ € € €
250.00040.000 4.060.000
€ € € €
-
€ € € €
6.000.000 3.460.000
€ € € €
-
€ € € €
8.670.000 450.000 650.000
€ € € €
710.000
€ € € €
14.500.000 3.000.000 -
€ € € €
22.050.000 28.510.000 3.710.000 10.330.000
Totaal opbrengsten
€
5.300.000
€
5.420.000
€
12.600.000
€
3.850.000
€
-
€
9.460.000
€
-
€
9.770.000
€
710.000
€
17.500.000
€
64.610.000
saldo 30 saldo nominaal 31 saldo eindwaarde 31-12-2019 32 saldo contante waarde 1-1-2010
€ € €
3.050.000- € 4.500.000- € 2.900.000- €
330.000- € 510.000- € 330.000- €
1.380.000 520.000 340.000
€ € €
€ 4.700.000- € 7.120.000- € 4.580.000- €
-
€ € €
18.550.000- € 28.000.000- € 18.030.000- €
-
€ € €
3.750.000- € 6.150.000- € 3.960.000- €
1.930.000- € 2.790.000- € 1.800.000- €
17.500.000 25.350.000 16.330.000
€ € € €
13.430.00023.200.00014.930.000-
Totaal kosten
€ € € € € € € € € € € € € €
AAN 4.920.000 330.000 510.000 370.000 540.000 10.000 80.000 1.230.000 550.000 -
1 5a Infra. Noord.
€ € € € € € € € € € € € € €
verwervingen tijdelijk beheer sloopkosten sanering bouwrijpmaken woonrijpmaken kunstwerken nutsvoorzieningen bijzondere kosten fiscale kosten afdrachten plankosten onvoorzien rente
€ € € € € € € € € € € € € €
0 4b 2e fase ver. Geb.
AAN 2.460.000 10.000 1.250.000 940.000 160.000 260.000 630.000 20.000 -
0100 0200 0300 0400 0500 0600 0700 0800 0900 1100 1200 1800 1900 1000
AAN 4.600.000 600.000 430.000 250.000 630.000 140.000 130.000 1.470.000 2.600.000 360.000 -
1 4a 1e fase ver. geb.
€ € € € € € € € € € € € € €
AAN 6.200.000 180.000 900.000 900.000 1.260.000 250.000 250.000 250.000 980.000 1.860.000 500.000 -
AAN
€ € € € € € € € € € € € € €
30.000 350.000 600.000 1.050.000 370.000 240.000 -
€ € € € € € € € € € € € € €
-
€ € € € € € € € € € € € € €
28.760.000 10.000 2.220.000 5.580.000 4.820.000 11.700.000 410.000 1.000.000 4.310.000 2.710.000 11.990.000 4.490.000 -
-
€
78.030.000
Opbrengsten 2000 2100 2200 2300
opbrengsten gronduitgifte bijdragen rijk/provincie bijdragen gemeente overige bijdragen
Hart van Zuid Hengelo
model 18.1 09122009 scenario-analyse
9-12-2009 12:55
Werking van de SPV binnen het project Hart van Zuid 1 Algemeen Bij de uitwerking van de verplaatsing van enkele Stork bedrijven is thans in de denkrichting opgenomen om een Special Purpose Vehicle in te zetten als hulpmiddel voor de eigendom en de financiering van de nieuwe fabriekslocatie van Stork aan de Kanaalzone. De SPV is een besloten vennootschap die als projectvennootschap wordt ingezet bij de realisatie van de bedrijfsverplaatsing. 2
De werking van de SPV
Activiteiten De SPV zal het eigendom verwerven van de nieuwe fabriek en zal deze fabriek op basis van langjarig huurcontract (20 jaar) verhuren aan de Stork bedrijven. Op basis van de stichtingskosten van de fabriek zal een kosten dekkende huurprijs worden berekend en overeen gekomen met de Stork bedrijven. Het huurcontract zal naar verwachting dusdanig worden opgesteld dat van de vastgoedgerelateerde exploitatiekosten alleen de zakelijke lasten (WOZ, opstalverzekering, etc.) voor rekening en risico van de SPV komen. De onderhoudskosten zijn integraal en geheel voor rekening van de huurder. Nader moet worden onderzocht wie het onderhoud uitvoert. In het huurcontract zal een passage worden opgenomen dat aan het einde van het huurcontract hetzij het pand (dan wel de aandelen) moeten worden overgenomen door de huurder tegen een vooraf overeengekomen prijsafspraak (op basis van de boekwaarde na afloop van de huurperiode). Na overname wordt de SPV weer ontbonden. Naast de vastgoedgerelateerde kosten heeft de SPV een bescheiden bedrag aan beheerkosten (administratie, beheer van het huurcontract, kosten kamer van koophandel, de accountant en de fiscalist). Voorts zal de SPV de benodigde financiering aan trekken voor de realisatie van de fabriek. De financiering zal naar verwachting plaatsvinden met participatie van de overheden. Hiermee wordt bewerkstelligd dat een rentetarief kan worden afgesloten met behulp van de kredietwaardigheid van de overheden. Het rentetarief draagt bij aan de beheersing van de kosten en daarmee aan het huurprijsniveau. Overheden zullen wel een risico-opslag vragen. Als resultante van deze structuur blijft de toename van de huisvestingskosten door een verplaatsing naar een nieuwe fabriek binnen voor Stork aanvaardbare grenzen. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat er binnen de SPV risico’s worden gelopen. De contractuele verplichtingen zullen worden ingerekend in het huurcontract en in de huurprijsstelling. 3
Structuur van de SPV
De SPV is een besloten vennootschap en de spelregels van de besloten vennootschap worden bepaald door de statuten van de vennootschap. In de statuten wordt bepaald wie de directievoering op zich zal nemen van de vennootschap, welk mandaat er wordt toegekend aan de directie en welke aansturing er berust bij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders.
De aandeelhouders (nog vast te stellen welke partijen als aandeelhouder zullen participeren) geven door middel van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders vorm en inhoud aan het te voeren beleid door de vennootschap. De dagelijkse leiding van de vennootschap is in handen van de directie. De directie legt jaarlijks verantwoording af aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders over het door haar uitgevoerde beleid aan de hand van de jaarrekening en het jaarverslag. 4
De funding van de SPV
De funding (financiering) van de SPV dient plaats te vinden met een deel ‘eigen vermogen’ en een deel ‘vreemd vermogen’. In de huidige plannen bedraagt het investeringsniveau voor de realisatie van het nieuwe fabriekscomplex ca € 40 miljoen. De samenwerkende partijen in Hart van Zuid zullen naar verwachting € 10 miljoen vanuit de grondexploitatie. Hierdoor wordt het mogelijk (om met hulp van de overheden) een financiering aan te trekken voor de resterende € 30 miljoen ter dekking van de investering. De huurprijs zal worden gebaseerd op de rente- en aflossingsverplichtingen die zullen worden overeengekomen met de betreffende financier(s). 5
Resumerend
De SPV fungeert als projectvennootschap om de bedrijfsverplaatsing van de Stork bedrijven mogelijk te maken. De SPV heeft een looptijd van naar verwachting tussen de 20 en 30 jaar. De kosten van de SPV zullen worden ingerekend en doorberekend in de huurprijsstelling, daarmee streeft de SPV een resultaatneutrale exploitatie na. De SPV wordt na uitoefening van de koopoptie door de huurder weer ontbonden. Heel algemeen geformuleerd heeft de SPV de functie van een ‘doorgeefluik’ van faciliteiten om een bedrijfsverplaatsing mogelijk te maken.
*460223* Stadsontwikkelingsbedrijf Postbus 18 7550 AA Hengelo
Leden van de gemeenteraad Hengelo (O) Postbus 18 7550 AA HENGELO OV
Onderwerp Stand van zaken onderhandelingen Stork tbv Hart van Zuid
Kenmerk 11G202021/ 460223
Datum
Geacht raadslid,
Aanleiding Om tot realisatie van de plannen voor de tweede fase Hart van Zuid te komen, met als zwaartepunt de stationsomgeving (CST/Hart van Zuid), zijn naar aanleiding van het raadsbesluit in januari 2010 de onderhandelingen opgestart tussen het projectbureau Hart van Zuid en Stork over de verwerving van benodigde gronden en de verplaatsing van diverse Storkbedrijven. In eerste instantie is nader overlegd over een voor alle belanghebbende partijen acceptabel tracé en profiel van het noordelijk deel van de Laan Hart van Zuid, op basis van het door de gemeenteraad in 2009 vastgestelde Masterplan. Hierna zijn de financiële onderhandelingen met betrekking tot de verwerving en de noodzakelijke verplaatsing van de Stork-bedrijven gestart. Graag informeren wij u nu nader over de stand van zaken in samenhang met een voorlegd besluit over het verlenen van krediet voor het doen van nader onderzoek naar de ondergenoemde denkrichtingen.
Stand van zaken (financiële) onderhandelingen Stork Er zijn twee denkrichtingen ontwikkeld om tot overeenstemming te kunnen komen: 1) Denkrichting op basis van eenmalige compensatie voor de aankoop van alle Stork gronden incl. financiële compensatie voor de verplaatsing van Stork Thermeq ca; 2) Denkrichting op basis van aankoop van alle gronden van Stork incl. een huurvariant voor de nieuwe bedrijfsgebouwen van Stork Thermeq ca. Toelichting op denkrichting 1 Voor de financiële afwikkeling is in eerste instantie een denkrichting ontwikkeld op basis van de gebruikelijke verwervingsvorm. Daarbij worden aankoopsommen en schadeloosstellingen bepaald op basis waarvan er mogelijkheden voor nieuwe investeringen ontstaan voor het bedrijf voor de voortzetting van haar bedrijfsactiviteiten. De onderhandelingen hierover hebben ertoe geleid dat in maart 2011 door de onderhandelende partijen geconstateerd is dat: ≠ over de grondprijs tot overeenstemming kan worden gekomen (de te verwerven gronden betreffen een totale oppervlakte van ca 15,3 ha). De grondprijzen zijn gebaseerd op bestaande afspraken en op recentelijke grondtransacties in dit gebied; ≠ er geen basis is om tot overeenstemming te komen over de financiële compensatie voor de bedrijfsverplaatsing. Een belangrijke obstakel daarbij is de door Stork aan te trekken financiering uit de markt voor de nieuwbouw van de vestiging van Stork Thermeq.
Bezoekadres Hazenweg 121
Behandeld door J.A. Roorda
E-mail adres
Tel. 074-2459676
[email protected]
Fax 074-2459828
Bladnummer: 2
Kenmerk:
Datum:
460223
Inmiddels is door twee aspecten deze denkrichting weer in beeld gekomen. Deze aspecten zijn: 1) door herberekening lagere bouwkosten voor de nieuwbouw van Thermeq ca; 2) de mogelijkheid om extra subsidie te verwerven van de provincie Overijssel in het kader van beschikbaar gestelde middelen voor de Innovatiedriehoek. Toelichting op denkrichting 2 Deze denkrichting is ontstaan als gevolg van het feit dat denkrichting één, mede vanwege de hoge financieringslasten, niet tot overeenstemming kon leiden. Uitgangspunt is daarbij geweest te onderzoeken of door beschikbaar stelling van financiering/garantstelling door overheden, de financieringslasten teruggedrongen zouden kunnen worden en hiermee toch tot overeenstemming te kunnen komen. Op basis hiervan ontstaat dan de volgende denkrichting: ≠ Projectbureau Hart van Zuid koopt de percelen van Stork voor Laan Hart van Zuid, Woonstad Noord, Verenigingsgebouw en Kanaalzone van Stork (de te verwerven gronden betreffen een totale oppervlakte van ca 15,3 ha). De grondprijzen zijn gebaseerd op bestaande afspraken en op recentelijke grondtransacties in dit gebied; ≠ Om tot een aanvaardbaar huurniveau te komen voor de Stork-bedrijven is een totaalinvestering van max. € 40 mln gemoeid. Hierin zijn begrepen: de bouwkosten, de verplaatsingskosten en de aankoop van bouwrijpe grond in de Kanaalzone; ≠ Voor de financiering van deze investeringen dragen samenwerkende partijen in Hart van Zuid € 10 mln. bij vanuit de grondexploitatie; ≠ Voor de resterende max. € 30 mln. wordt een Special Purpose Vehicle (SPV) opgericht. Een SPV heeft tot doel om te dienen als doorgeefluik van de financiering om met gebruikmaking van de kracht van overheden te komen tot een reële huurprijs. Stork Thermeq gaat in die situatie een langjarige huurovereenkomst (20-30 jaar) aan met de SPV. Voor de werking van de SPV binnen het project Hart van Zuid wordt verwezen naar bijlage A van deze brief.
Staatssteun Ten aanzien van deze denkrichting is advies uitgebracht door bureau Lysias waarin geconcludeerd is dat voor beide denkrichtingen in principe geen sprake hoeft te zijn van onrechtmatige staatssteun. Een en ander zal echter mede afhangen van de definitieve financiële afspraken. Hierover zal nadere onafhankelijke toetsing door externe deskundigen plaatsvinden. Voor een uitgebreide toelichting op deze analyse wordt verwezen naar bijlage B.
Financiële aspecten Subsidies De financiële inspanningen voor deze tweede fase zullen mede gedekt moeten worden door de aanwezige of beschikbare subsidies en gereserveerde middelen door de gemeente. Zicht op sluitende grondexploitaties In de Samenwerkingsovereenkomst tussen de partijen in Hart van Zuid is bepaald dat voor het bepalen van de financiële haalbaarheid geldt dat de grondexploitatie van een deelgebied inclusief subsidies, minimaal sluitend moet zijn.
Bladnummer: 3
Kenmerk:
Datum:
460223
Binnen de tweede fase zijn binnen de Mastergrex zoals die onderdeel uitmaakt van het raadsbesluit van januari 2010, de volgende deelgebieden onderscheiden: 1. Stationsplein noord 2. Industrieplein 3. WTC Business District 4. Het Vereenigingsgebouw 1e fase 5. Woonstad Noord 6. Laan HvZ noord 7. Kanaalzone Ten aanzien van de grondexploitatie van deze deelgebieden kan op basis van de huidige stand van zaken met betrekking tot de onderhandelingen het volgende worden opgemerkt. 1. Stationsplein Noord: Subsidies zijn binnen en binnen het subsidiebedrag wordt het thans stationsplein heringericht. Het werk wordt, voor de gemeentefinanciën, budgettair neutraal uitgevoerd; 2. en 3: Voor het Industrieplein en het WTC Business District is een grondexploitatie opgesteld. Inmiddels is een voorschot is verstrekt vanuit de Rijksbijdrage van € 14,5 mln. Op basis van recente ontwikkelingen is een krediet aangevraagd waarbij wordt overgegaan tot hergebruik van de aanwezige gebouwen en waarvoor, ter dekking van de investeringen, subsidie is aangevraagd bij de provincie. Mogelijk kan ook de subsidie in het kader van de Agenda van Twente hiervoor worden ingezet. Financieel uitgangspunt is dat, met hergebruik van de bestaande opstal de boekwaarde niet zal toenemen en dat deze door toekomstige gronduitgifte zal worden gedekt; 4. Het Vereenigingsgebouw: In het afsprakenkader is vastgelegd dat onder andere over het Vereenigingsgebouw nader overleg en onderzoek al plaatsvinden. De inzet vanuit Projectbureau is, dat indien geen subsidies beschikbaar komen ten behoeve van aankoop en verbouw, dit object niet zal worden aangekocht; 5. Woonstad Noord: De huidige stagnatie in woningbouw en kantoorontwikkeling leidt ertoe dat de realisatie van dit deelgebied naar verwachting met 10 jaar vertraagt. Om uitzetting van kosten te voorkomen is inmiddels mondeling overeenstemming bereikt met Siemens over de verhuur van dit terrein gedurende deze periode; 6. Laan HvZ Noord: De uitvoering van dit werk zal moeten worden gedekt door verkregen subsidies. Er zijn inmiddels diverse subsidies beschikbaar. Obstakel is overeenstemming over de grondverwerving en de verplaatsing van Storkbedrijven. Hiervoor wordt op dit ogenblik onderhandeld met de Provincie voor een extra bijdrage; 7. Kanaalzone: Met de beschikbare subsidies en het resultaat van de onderhandelingen van verkoop van de grond aan Stork ten behoeve van de verplaatsing/nieuwbouw van Thermeq is er zicht op een sluitende grondexploitatie. Laan Hart van Zuid – zuid: In de onderhandelingen met de provincie wordt om een extra bijdrage gevraagd met betrekking tot de Laan Hart van Zuid om ook het zuidelijk deel van de Laan HvZ, incl. nieuw brug, te kunnen aanleggen. Naar verwachting zal in april 2012 provinciale staten hierover mandaat verstrekken aan het college van GS.
Afsprakenkader De huidige stand van zaken met betrekking tot de onderhandeling (dec 2011) zijn vastgesteld in een concept-afsprakenkader. Over dit afsprakenkader is onderwerp van overleg geweest tussen de onderhandelaars. Dit afsprakenkader is bijgevoegd (bijlage C). Dit afsprakenkader inclusief de daarin opgenomen planning geldt als leidraad voor het verdere onderhandelingsproces.
Bladnummer: 4
Kenmerk:
Datum:
460223
Vervolgtraject: nadere onderzoeken Nadat krediet is verleend voor het nader onderzoek van beide denkrichtingen, zullen in de periode tot april 2012 de volgende aspecten nader worden uitgewerkt en/of onderzocht: ≠ technische onderzoeken bodemkwaliteit, diepe grondwater, kosten herstel gevels, kosten verplaatsing kabels en leidingen; ≠ zekerstellen subsidie Provincie Overijssel; ≠ marktconformiteit en staatssteun door onafhankelijke partij; ≠ grondexploitaties. Voor denkrichting 1 wordt aanvullend nader onderzocht: ≠ vaststelling maximale koopsommen verwerving en schadeloosstelling verplaatsing Voor denkrichting 2 wordt aanvullend nader onderzocht: ≠ vaststelling maximale investeringsniveau van de SPV (verplaatsingskosten, nieuwbouwkosten en grondkosten en de hoogte van een eenmalige bijdrage vanuit de grex); ≠ de uitgangspunten, voorwaarden en aandeelhouders van een SPV. Deze onderzoeken en onderhandelingen moeten leiden tot een akkoord op hoofdlijnen in april 2012 dat ter goedkeuring aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.
Wij vertrouwen erop dat wij u met het bovenstaande in voldoende mate hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet, Burgemeester en wethouders van Hengelo, de secretaris, de burgemeester,
Als bijlagen treft u, naast de beelden op de volgende pagina’s, aan: A. Werking SPV B. Staatssteunanalyse C. Concept-Afsprakenkader
Bladnummer: 5
Impressie Grondeigendom Stork (Boven het Esrein)
Impressie Grondeigendom Stork (Kanaalzone)
Kenmerk:
460223
Datum:
Bladnummer: 6
Beeld Hart van Zuid tweede en derde fase
Kenmerk:
460223
Datum:
Bladnummer: 7
Laan Hart van Zuid (noord)
Kenmerk:
460223
Datum:
Bladnummer: 8
Beeld Stork Thermeq op Kanaalzone
Kenmerk:
460223
Datum:
Geleideformulier voor behandeling in commissie en/of raad
CASENUMMER
11G202022
PORT.HOUD:
Bron
ONDERWERP:
Kredietaanvr. planvoorbereiding WTC-businessdistrict
RAADSGRIFFIE GRIFFIER: DHR. G.J. EEFTINK ADJUNCT-GRIFFIER: MW. A. HAARHUIS ADJUNCT-GRIFFIER: DHR. L.F. NIJLAND
paraaf griffier
Griffie-advies voor behandeling in commissie en/of raad
Commissie Fysiek Commissie Sociaal Commissie Bestuur Trefpunt (uitgebreide commissie) Raadsvergadering
Behandelen B
Informeren
Datum
20/12 LN
17-01-2012
B
31-01-2012
Opmerkingen griffier:
Behandeling in de raadscommissie Bestuur
x Fysiek Datum:
Sociaal
17-01
Agendapunt:
10
Besluit: Geïnformeerd Akkoord voor raadsbehandeling Hamerstuk Niet-akkoord paraaf griffier
Opmerkingen commissiegriffier:
Stuknummer: 456679
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202022 459646 / 459646
W. Bohnen
SOB
Br
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Kredietaanvraag WTC Business District
BELEIDSPROGRAMMA/FACETAGENDA
05 - Toekomstbestendige stad met focus op Zuid
REDEN VAN AANBIEDING
Actie vanuit eerder besluit
SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRAJECT
In 2010 is het Plan van Aanpak voor de ontwikkeling van het WTC Business District vastgesteld. Daarin werd uitgegaan van een stapsgewijze ontwikkeling waarbij eerst het gedeeltelijk gebruik van het bestaande MTS-gebouw gevolgd wordt door een fasegewijze ontwikkeling van het WTC Business District. Voor deze conceptuele aanpak zouden de economische, ruimtelijke en financiële kaders nader worden onderzocht en opgesteld. Op basis hiervan zou een bestemmingsplan worden opgesteld en de uitwerking in bouwplannen plaatsvinden. Door de huidige economische- en financiële crisis en het uitgebreide aanbod aan kantoren, zowel in Hengelo als in Twente, is er op dit ogenblik nauwelijks animo in de markt om op risico kantoren te ontwikkelen en te realiseren. Dit heeft ertoe geleid dat de afgelopen periode intensief gezocht is naar de mogelijkheden om toch met het WTC Business District te kunnen starten, vooral ook om daarmee het WTC zichtbaar te maken. De onderzoeksresultaten leiden ertoe om voor te stellen om in te stemmen met de ontwikkeling van het WTC Business District door upgrading van gedeelten van het MTS-gebouw t.b.v. het WTC (voor een periode van 10 á 15 jaar) en het geschikt maken van de overige ruimte(n) voor tijdelijke verhuur (max. 5 jaar). In dit voorstel wordt hiervoor een krediet gevraagd voor de te maken kosten, groot € 645.000,-. Deze kosten zijn voor de planvorming voor het WTC en de uitvoeringskosten voor herstel en reparatie van de overige bouwdelen op basis van een gefaseerde aanwending.
PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. In te stemmen met de ontwikkeling van het WTC Business District door upgrading van gedeelten van het MTS-gebouw t.b.v. het WTC en het geschikt maken van de overige ruimte(n) voor tijdelijke verhuur (max. 5 jaar); 2. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een krediet, groot € 270.000,-, voor VO/DO/bestek voor de bouwdelen 5 en 6 en een structuurvisie met als voorwaarde dat opdracht gegeven wordt voor DO en Bestek nadat zekerheid is verkregen over de subsidie; 3. De kosten hiervan te verantwoorden ten laste van complex 711 en in de dekking vooralsnog te voorzien door middel van een bijdrage uit het Budget Nota Ruimte (complex 710). Indien subsidie wordt verkregen voor de verbouw van de bouwdelen 5 en 6 vervalt deze bijdrage uit het Budget Nota Ruimte aan het complex 711; 4. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een krediet groot Є 375.000,- voor herstel en reparatie van de overige bouwdelen (excl. 5 en 6) onder de voorwaarde dat de te maken kosten gedekt worden door te verwachten huuropbrengsten; 5. De kosten hiervan ten laste te brengen van complex 711. OPSOMMING VAN BIJLAGEN
Overzicht bouwdelen Begrotingswijziging
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202022
W. Bohnen
SOB
Br
ONDERWERP
Kredietaanvraag WTC Business District
AANLEIDING EN DOEL
In 2010 is het Plan van Aanpak voor de ontwikkeling van het WTC Business District vastgesteld. Daarin werd uitgegaan van een stapsgewijze ontwikkeling waarbij eerst het gedeeltelijk gebruik van het bestaande MTS-gebouw gevolgd wordt door een fasegewijze ontwikkeling van het WTC Business District. Voor deze conceptuele aanpak zouden de economische, ruimtelijke en financiële kaders nader worden onderzocht en opgesteld. Op basis hiervan zou een bestemmingsplan worden opgesteld en de uitwerking in bouwplannen plaatsvinden. Door de huidige economische- en financiële crisis en het uitgebreide aanbod aan kantoren, zowel in Hengelo als in Twente, is er op dit ogenblik nauwelijks animo in de markt om op risico kantoren te ontwikkelen en te realiseren. Dit heeft ertoe geleid dat de afgelopen periode intensief gezocht is naar de mogelijkheden om toch met het WTC Business District te kunnen starten, vooral ook om daarmee het WTC zichtbaar te maken. OVERWEGINGEN
Resultaten onderzoek Door het bureau Leijh, Kappelhoff, Seckel, van den Dobbelsteen architecten is daarom onderzoek verricht naar de faseringsmogelijkheden van het voormalige MTS-complex. Uit deze inventarisatie is gebleken dat de entree aan het Industrieplein en het bouwdeel langs de Parallelweg (bouwdeel 5 en 6; opp. 3.500 m2 bvo) bouwkundig in redelijk goede staat verkeren en naar maatvoering uitstekend geschikt zijn voor kantoorontwikkeling. Door aanpassing en upgrading zijn deze bouwdelen geschikt te maken voor gebruik voor middellange termijn. De bouwdelen 5 en 6 hebben, zo blijkt uit het onderzoek, een capaciteit van ca. 3.500 m2 kantoorvloeropp. Het bouwdeel aan de Trijpstraat (deel 3) is bouwkundig (met een beperkte aanpassing) geschikt om te benutten voor de langere termijn. Bouwdelen 1 en 2 zijn bouwkundig slechts geschikt voor gebruik voor kortere termijn. Exploitatie Op basis van deze bevindingen is nader onderzoek verricht of de bouwdelen 5 en 6 rendabel te exploiteren zijn. Uitgangspunt hierbij is dat het ambitieniveau voor de kwaliteit van deze bouwdelen overeen moet komen met het ambitieniveau van aan het WTC gerelateerde bedrijven. Gebleken is dat bij een investering voor de bouwdelen 5 en 6 van maximaal € 5.000.000,- het gewenste ambitieniveau gerealiseerd kan worden. Op basis van deze investering ontstaat een huurniveau van gem. € 90,- tot 100,- per m2 vloeropp. Deze huurprijs biedt ruimte aan de WTC-organisatie om tegen betaling extra diensten en services aan te bieden met toch een marktconform huurniveau. Ook voor de overige bouwdelen is onderzocht of een haalbare exploitatie mogelijk is op basis van een beperkte investering. Het gaat hier om een oppervlakte van ca. 9.000 m2 bvo. Het onderzoek toont aan dat met een totale investering van ca. € 375.000,-, vooral te besteden aan de technische installaties, er een huurniveau van ca. € 15,- per m2 vloeropp. ontstaat. Inmiddels is reeds door verschillende instellingen belangstelling getoond om voor een beperkte termijn (5 jaar) ruimte(n) te willen huren. In de exploitatieopzet is er van uitgegaan dat in het berekende huurniveau van de bouwdelen 5 en 6 de uitzetting van de kosten voor de reeds aangegane verplichtingen in het kader van de aankoop van het MTS-gebouw en de daaraan verbonden kosten tot nu toe (groot ca. € 6.500.000,-) wordt opgevangen. In deze exploitatie is uitgegaan van een looptijd van 10 á 15 jaar. In deze exploitatie wordt ervan uitgegaan dat de investeringen, groot € 5 mln., hier geen onderdeel van uitmaken. Voor deze investeringen is bij de Provincie in het kader van de door de Provincie Overijssel voor de Innovatiedriehoek beschikbaar te stellen middelen, een aanvraag aanhangig gemaakt voor een bijdrage van € 5 mln. Over de besteding van de
middelen in het kader van de Innovatiedriehoek zal Provinciale Staten naar verwachting in voorjaar 2012 richtinggevende uitspraken doen.
Stappenplan De onderzoeken hebben geleid tot een stappenplan waarlangs het proces van planvorming voor bouwdelen 5 en 6 en herstel- en onderhoudswerkzaamheden voor de overige bouwdelen moet plaatsvinden. De Regiegroep WTC Twente Business District met vertegenwoordiging van de WTC-organisatie, heeft zich kunnen verenigen met dit stappenplan. De WTC-organisatie heeft daarbij opgemerkt dat zij ervoor kiest om, totdat de bouwdelen 5 en 6 in gebruik kunnen worden genomen, te blijven huren in de Heren van Twente. FINANCIËLE EN PERSONELE ASPECTEN
Kosten Op basis van het stappenplan is een kostenopzet gemaakt voor planvorming en uitvoering. De kosten voor het VO/DO/Bestek voor bouwdelen 5 en 6 worden ingeschat als volgt: 1. Planvormingskosten bouwdeel 5 en 6 5%*€ 5.000.000,2. Opstellen structuurvisie
€ 250.000,€ 20.000,-
De uitvoeringskosten herstel- en reparatie voor de overige bouwdelen worden geraamd op: 3. Reparatie- en installatiekosten overige bouwdelen (excl. 5 en 6) € 375.000,Totale kosten
€ 645.000,-
Dekking De kosten zullen onderdeel vormen van de maximale investeringskosten van € 5.000.000,-. Voor deze € 5.000.000,- is bij de Provincie Overijssel een subsidieverzoek aanhangig gemaakt, waarover naar verwachting Provinciale Staten in voorjaar 2012 richtinggevende uitspraken zullen doen. Voorgesteld wordt de kosten ad. € 645.000,- voorlopig te dekken uit de vastgestelde grondexploitatie fase 2a totdat deze subsidie afkomt. Aanwending krediet De aanwending van dit krediet tot 1 april 2012: 1) Alléén een opdracht aan een architectenbureau voor het opstellen van een VO tot 1 april 2012 2) Alléén herstel- en onderhoudswerkzaamheden voor bouwdeel 3 Na zekerheid is verkregen met betrekking tot de subsidietoekenning: 3) Opdracht voor DO, Bestek en aanbesteding/gunning bouwdeel 5 en 6 4) Opdracht voor herstelwerkzaamheden resterende bouwdelen.
COMMUNICATIE EN INSPRAAK
De Regiegroep WTC Business District heeft zich kunnen verenigen met dit voorstel.
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. In te stemmen met de ontwikkeling van het WTC Business District door upgrading van gedeelten van het MTS-gebouw t.b.v. het WTC en het geschikt maken van de overige ruimte(n) voor tijdelijke verhuur (max. 5 jaar); 2. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een krediet, groot € 270.000,-, voor VO/DO/bestek voor de bouwdelen 5 en 6 en een structuurvisie met als voorwaarde dat opdracht gegeven wordt voor DO en Bestek nadat zekerheid is verkregen over de subsidie; 3. De kosten hiervan te verantwoorden ten laste van complex 711 en in de dekking vooralsnog te voorzien door middel van een bijdrage uit het Budget Nota Ruimte (complex 710). Indien subsidie wordt verkregen voor de verbouw van de bouwdelen 5 en 6 vervalt deze bijdrage uit het Budget Nota Ruimte aan het complex 711; 4. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een krediet groot Є 375.000,- voor herstel en reparatie van de overige bouwdelen (excl. 5 en 6) onder de voorwaarde dat de te maken kosten gedekt worden door te verwachten huuropbrengsten; 5. De kosten hiervan ten laste te brengen van complex 711. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester
RAADSBESLUIT REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G202022
W. Bohnen
SOB
Br
ONDERWERP
Kredietaanvraag WTC Business District
DE RAAD VAN DE GEMEENTE HENGELO, GELEZEN HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, BESLUIT:
1. In te stemmen met de ontwikkeling van het WTC Business District door upgrading van gedeelten van het MTS-gebouw t.b.v. het WTC en het geschikt maken van de overige ruimte(n) voor tijdelijke verhuur (max. 5 jaar); 2. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een krediet, groot € 270.000,-, voor VO/DO/bestek voor de bouwdelen 5 en 6 en een structuurvisie met als voorwaarde dat opdracht gegeven wordt voor DO en Bestek nadat zekerheid is verkregen over de subsidie; 3. De kosten hiervan te verantwoorden ten laste van complex 711 en in de dekking vooralsnog te voorzien door middel van een bijdrage uit het Budget Nota Ruimte (complex 710). Indien subsidie wordt verkregen voor de verbouw van de bouwdelen 5 en 6 vervalt deze bijdrage uit het Budget Nota Ruimte aan het complex 711; 4. In te stemmen met het beschikbaar stellen van een krediet groot Є 375.000,- voor herstel en reparatie van de overige bouwdelen (excl. 5 en 6) onder de voorwaarde dat de te maken kosten gedekt worden door te verwachten huuropbrengsten; 5. De kosten hiervan ten laste te brengen van complex 711.
DE GEMEENTERAAD VAN HENGELO,
De griffier
DATUM
De voorzitter
££8Q08£9-90 Luoo-qeuj©ioous6eq-uef-j9j8!d 100USB9H T d
93178*301-90 |u-u8uf!MueA@safseeLj-M sefsBBH 'AA
aviAi
piri7 UBA IJBH nBGjnqpefojd O 1 3 9 N 3 H
avw
ainzM
AXHVH
c "O
cCD
E
Jd
1o
0
_Q *«•
-a c d)
x> '••'
c
C
CD C
o c
o c
o c
nctie
CD
nctie
c
.o 4_r
T3 C
urzie ingen
|
T3 C
*•••>
2 CD
-Q *rf
CD C
o c
co
c
CO
nd
CO
•a
c
ten
w
c
c
kantoren /
-Q
treefunctie /ve
Kortere
3
reefunctie / ve
> — toren / dienste
nge
N
culturele voo
inge
o
rj
culturele vo
CD
U9
mij
3 U.
din gsfu ctie/?
net
CD
> CD C
1 CD
c CD
CO CO >•—•*
CN ] • *
CD CO
;
i
•
O
r-
—^
00
CD
CM
CD
(80)
CD O)
£
o
CM
CO
CO
LU
)lgen
z
kte r
CO
T ~
V "
P O) ^
s
CM
co
o CO
f-
o • t
c CN
E
>
O
o > CD
a>
en
m
T""
^-
CO
o
,_
CO
,_
en
r^
in
T> CD
en
r-~
1
j
CO
* •
CM
a> en
•<*•
1
^— 'T
3 m o
^.
CO
_^-^ lO CO CO
j
137
j
CO CM
(0)
CO
)in
I
n rt_TZDTJ
^ •1^^-^ •r-
/ /
/ /
(D
£ 13
c£
•r-
CM
in
r»-
SOB SOB
Product 830.3 830.3 830.3 830.3
LEDGER:
Grootboekrekening (BE+HR+SUB) 383007113.433100.HVZ1804 383007111.424389.HVZ0108 383007111.832100.HVZ2303 383007119.844200.HVZ2101
(evt. korte nadere toelichting op omschrijving)
Kredietaanvraag WTC Business District
TYPE:
Bedrag 270.000 375.000 -375.000 -270.000
JA
IB
D:\appl\bct\3party\neevia.com\Document Converter\temp\DSPDF_8E00_31303636333133323535.xls
Hoofdfunctie 8 8 8 8
Toel.:
Boekingsdatum: 31-03-2012
Sector: Afd.:
MUTATIEFORMULIER WIJZIGING BEGROTING
Nummer begrotingswijziging:
Beschrijving (incl. nr. begr.wijz.) VO / DO en structuurvisie Aanpassing gebouw Toek hiuuropbr. Subsidie Prov
2012181
Akkoord 2e consulent: Datum: Paraaf:
DIV-nr.: 11G202022 Batchnr.:
Besluit sector: Besluit b&w: Besluit raad:
(wordt centraal bij FBV in regiter vastgelegd)
Geleideformulier voor behandeling in commissie en/of raad
CASENUMMER
11G201923
PORT.HOUD:
Bron
ONDERWERP:
(her)benoeming commissieleden welstandscommissie
RAADSGRIFFIE GRIFFIER: DHR. G.J. EEFTINK ADJUNCT-GRIFFIER: MW. A. HAARHUIS ADJUNCT-GRIFFIER: DHR. L.F. NIJLAND
paraaf griffier
Griffie-advies voor behandeling in commissie en/of raad
Commissie Fysiek Commissie Sociaal Commissie Bestuur Trefpunt (uitgebreide commissie) Raadsvergadering
Behandelen B
Informeren
Datum
20/12 LN
17-01-2012
B
31-01-2012
Opmerkingen griffier:
Behandeling in de raadscommissie Bestuur
x Fysiek Datum:
Sociaal
17-01
Agendapunt:
11
Besluit: Geïnformeerd Akkoord voor raadsbehandeling Hamerstuk Niet-akkoord paraaf griffier
Opmerkingen commissiegriffier:
Stuknummer: 453892
SAMENVATTING RAADSVOORSTEL CASENUMMER
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G201923 454752 / 454752
P. Lok
BVL
Br
ONDERWERP
AGENDANUMMER
Voordracht (her)benoeming leden welstandscommissie.
BELEIDSPROGRAMMA/FACETAGENDA
n.v.t.
REDEN VAN AANBIEDING
(her)benoeming leden welstandscommissie Met ingang van 1 januari 2011 hebben er enkele verschuivingen plaatsgevonden in de welstandscommissie stedenband Twente, waarin Hengelo samenwerkt met de gemeenten Almelo, Borne en Enschede. Voor de voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en het merendeel van de leden van de commissie per 1 januari 2012 geldt dat hun benoemingstermijn eindigt. Het Oversticht heeft in samenspraak met de gemeente Hengelo een transparante sollicitatieprocedure gevolgd. Zij heeft aan de hand van een vooraf samengesteld profiel, de nieuwe kandidaten voor de commissie geselecteerd. In de selectiecommissie heeft namens de samenwerkende gemeenten binnen de commissie stedenband mw. A. Lasscher, seniorprojectleider bij de afdeling vergunningen van de gemeente Enschede, geparticipeerd.
SAMENVATTING VAN HET RAADSVOORSTEL EN HET VERVOLGTRAJECT
(her)benoeming leden welstandscommissie Middels uitgaande brieven worden Het Oversticht en de leden persoonlijk op de hoogte gebracht van het besluit.
PLAATSGEVONDEN COMMUNICATIE, DE RESULTATEN DAARVAN EN HET COMMUNICATIEPLAN VOOR HET VERVOLGTRAJECT
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 1. de volgende leden, met terugwerkende kracht, per 1-1-2011 te benoemen: ≠ mr. J.C. van Hasselt (voorzitter) ≠ ir. V.W. Piscaer (plv. voorzitter) ≠ mw. E. Blaak-Schuitevoerder (extra plv. voorzitter) ≠ ing. J.H.K. Luchies (plv. secretaris) 2. Met ingang van 1 januari 2012 de nieuwe voorzitter, plaatsvervangend voorzitter, plaatsvervangend secretaris en commissieleden te benoemen en één van de secretarissen te herbenoemen: ≠ drs. L. S.C. Statema (voorzitter)* ≠ drs. P.G.J. Zelissen (plv. voorzitter)* ≠ ir. R.E. Lamain** ≠ mw. Ir. E. Stevelink* ≠ ing. R.A.A. Klein Goldewijk Avb* ≠ ir. P.A.M. Kuitenbrouwer* ≠ ing. R.M. Veenink (secretaris)*** ≠ ing. J.H.K. Luchies (secretaris)**** ≠ ir. H.F.A. Dekkers (plv. secretaris)* 3. Het Oversticht en de leden hiervan schriftelijk op de hoogte stellen.
* ** *** ****
Nieuw te benoemen De benoemingstermijn van de heer Lamain eindigt op 1-1-2013 Her te benoemen secretaris Mw. Luchies is per 1 januari 2011 benoemd. Herbenoeming is nog niet aan de orde.
OPSOMMING VAN BIJLAGEN
Brief van Het Oversticht d.d. 14 februari 2011 met kenmerk: 2.053.11/co inklusief cv’s Brief van Het Oversticht d.d. 14 oktober 2011 met kenmerk: 0.029.11 inklusief cv’s Uitgaande brieven naar Het Oversticht en de commissieleden
RAADSVOORSTEL REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G201923
P. Lok
BVL
Br
ONDERWERP
Voordracht (her)benoeming welstandsleden.
AANLEIDING EN DOEL
(her)benoeming leden welstandscommissie Met ingang van 1 januari 2011 hebben er enkele verschuivingen plaatsgevonden in de welstandscommissie stedenband Twente, waarin Hengelo samenwerkt met de gemeenten Almelo, Borne en Enschede. Voor de voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en het merendeel van de leden van de commissie per 1 januari 2012 geldt dat hun benoemingstermijn eindigt. Het Oversticht heeft in samenspraak met de gemeente Hengelo een transparante sollicitatieprocedure gevolgd. Zij heeft aan de hand van een vooraf samengesteld profiel, de nieuwe kandidaten voor de commissie geselecteerd. In de selectiecommissie heeft namens de samenwerkende gemeenten binnen de commissie stedenband mw. A. Lasscher, seniorprojectleider bij de afdeling vergunningen van de gemeente Enschede, geparticipeerd.
OVERWEGINGEN
Vanwege organisatorische redenen heeft de heer ir. V.W. Piscaer besloten om met ingang van 31 december 2010 zich terug te trekken als voorzitter van de welstandscommissie. Voorgesteld wordt om de plaatsvervangend voorzitter de heer mr. J.C. van Hasselt met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2011 te benoemen tot voorzitter van de commissie en de heer Piscaer te benoemen tot plaatsvervangend voorzitter. Daarnaast wordt voorgesteld om mevrouw E. Blaak-Schuitevoerder als extra plaatsvervangend voorzitter te benoemen. Verder heeft mevrouw Y.J.G. Visser inmiddels Het Oversticht verlaten. Voorgesteld wordt om mevrouw ing. J.H.K. Luchies in haar plaats met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2011 te benoemen tot plaatsvervangend secretaris en de benoeming van mevrouw Y.J.G. Visser te beëindigen.
FINANCIËLE EN PERSONELE ASPECTEN
n.v.t.
COMMUNICATIE EN INSPRAAK
n.v.t.
VERVOLGTRAJECT EN -PRODUCTEN
(her)benoeming leden welstandscommissie Middels uitgaande brieven worden Het Oversticht en de leden persoonlijk op de hoogte gebracht van het besluit.
VOORSTEL AAN DE RAAD
Aan de raad wordt voorgesteld: 3. de volgende leden, met terugwerkende kracht, per 1 januari 2011 te benoemen: ≠ mr. J.C. van Hasselt (voorzitter) ≠ ir. V.W. Piscaer (plv. voorzitter) ≠ mw. E. Blaak-Schuitevoerder (extra plv. voorzitter) ≠ ing. J.H.K. Luchies (plv. secretaris) 4. Met ingang van 1 januari 2012 de nieuwe voorzitter, plaatsvervangend voorzitter, plaatsvervangend secretaris en commissieleden te benoemen en één van de secretarissen te herbenoemen: ≠ drs. L. S.C. Statema (voorzitter)* ≠ drs. P.G.J. Zelissen (plv. voorzitter)* ≠ ir. R.E. Lamain** ≠ mw. Ir. E. Stevelink* ≠ ing. R.A.A. Klein Goldewijk Avb* ≠ ir. P.A.M. Kuitenbrouwer* ≠ ing. R.M. Veenink (secretaris)*** ≠ ing. J.H.K. Luchies (secretaris)**** ≠ ir. H.F.A. Dekkers (plv. secretaris)* 3. Het Oversticht en de leden hiervan schriftelijk op de hoogte stellen.
* ** *** ****
Nieuw te benoemen De benoemingstermijn van de heer Lamain eindigt op 1-1-2013 Her te benoemen secretaris Mw. Luchies is per 1 januari 2011 benoemd. Herbenoeming is nog niet aan de orde.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HENGELO,
De secretaris
De burgemeester
RAADSBESLUIT REGISTRATIENR.
BEHANDELEND AMBTENAAR
SECTOR
PORT. HOUDER
11G201923
P. Lok
BVL
Br
ONDERWERP
Voordracht (her)benoeming leden welstandscommissie.
DE RAAD VAN DE GEMEENTE HENGELO, GELEZEN HET VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, BESLUIT:
1. de volgende leden, met terugwerkende kracht, per 1 januari 2011 te benoemen: ≠ mr. J.C. van Hasselt (voorzitter) ≠ ir. V.W. Piscaer (plv. voorzitter) ≠ mw. E. Blaak-Schuitevoerder (extra plv. voorzitter) ≠ ing. J.H.K. Luchies (plv. secretaris) 2. Met ingang van 1 januari 2012 de nieuwe voorzitter, plaatsvervangend voorzitter, plaatsvervangend secretaris en commissieleden te benoemen en één van de secretarissen te herbenoemen: ≠ drs. L. S.C. Statema (voorzitter)* ≠ drs. P.G.J. Zelissen (plv. voorzitter)* ≠ ir. R.E. Lamain** ≠ mw. Ir. E. Stevelink* ≠ ing. R.A.A. Klein Goldewijk Avb* ≠ ir. P.A.M. Kuitenbrouwer* ≠ ing. R.M. Veenink (secretaris)*** ≠ ing. J.H.K. Luchies (secretaris)**** ≠ ir. H.F.A. Dekkers (plv. secretaris)* 3. Het Oversticht en de leden hiervan schriftelijk op de hoogte stellen.
* ** *** ****
Nieuw te benoemen De benoemingstermijn van de heer Lamain eindigt op 1-1-2013 Her te benoemen secretaris Mw. Luchies is per 1 januari 2011 benoemd. Herbenoeming is nog niet aan de orde.
DE GEMEENTERAAD VAN HENGELO,
De griffier
DATUM
De voorzitter
Aan de Stadsmuur 79-83
HET
Postbus 531, 8000 AM Zwolle
O V E R S T I C H T
Stuknummer: 448019 Registratiedatum: 17/10/2011
e
Aan het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hengelo t.a.v. de heer R. Hilarius Postbus 18 7550 AA Hengelo
Zwolle, 14 oktober 2011
Kenmerk: 0.029.11 Betreft: voordracht (her)benoeming commissieleden Inlichtingen bij: de heer ir. A. Buijs en mevrouw G. Veldman
Geacht College, In het kader van de Woningwet faciliteren wij uw welstandscommissie. U participeert in de welstandscommissie stedenband Twente, waarin u samenwerkt met de gemeenten Almelo, Borne en Enschede. Wij hebben u eerder dit jaar ge'i'nformeerd over het feit dat voor de voorzitter, de plaatsvervangend voorzitter en het merendeel van de leden van deze commissie per 1-1- 2012 geldt dat hun benoemingstermijn eindigt. Wij hebben in samenspraak met u een transparante sollicitatieprocedure gevolgd. Hieruit hebben wij aan de hand van een vooraf samengesteld profiel, de nieuwe kandidaten voor uw commissie geselecteerd. In de selectiecommissie heeft namens de samenwerkende gemeenten binnen de commissie stedenband mw. A. Lasscher senior-projectleider bij de afdeling vergunningen van de gemeente Enschede geparticipeerd. Wij zenden u hierbij onze voordracht voor de nieuw samengestelde welstandscommissie. Deze commissie ziet er dan als volgt uit. Voorzitter Plaatsvervangend voorzitter Lid Lid Lid Lid Secretaris Secretaris Plaatsvervangend secretaris
drs. L.S.C. Statema * drs. P.G.J. Zelissen * ir. R E. Lamain ** mw. ir. E. Stevelink * ing. R.A.A. Klein Goldewijk AvB ir. P.A.M. Kuitenbrouwer * ing. R.M. Veenink *** ing. J.H.K. Luchies ** ir. H.F.A. Dekkers *
Nieuw te benoemen voorzitter, plaatsvervangend voorzitter, secretaris en leden; de cv's van deze leden zijn als bijlage toegevoegd. De benoemingstermijn van de heer Lamain eindigt op 1-1-2013. " Her te benoemen secretaris. **Mw. Luchies is per 1 januari 2011 benoemd. Herbenoeming is nog niet aan de orde.
Genootschap tot bevordering en instandhouding van het landelijk en stedelijk schoon
T
(038) 421 32 57
F
(038) 421 81 84
E
[email protected]
W www.oversticht.nl
Wij vragen u om met ingang van 1 januari 2012 de nieuwe voorzitter, plaatsvervangend voorzitter, plaatsvervangend secretaris en commissieleden (te laten) benoemen en een van de secretarissen te (laten) herbenoemen Graag ontvangen wij voor onze eigen administratie een afschrift van het betreffende benoemingsbesluit. Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met de hierboven genoemde personen. Erop vertrouwende u hiermee passend te hebben geTnformeerd.
Drs. Fng. D.H. Baalman, directeur Narr/ens deze, ir. A. Buijs, teamleider
Bijlage: beschikbare cv's
Curriculum vitae L.S.C.Statema
Persoonlijke gegevens Naam Roepnaam Adres Telefoon E-mail Geboren Burgerlijke staat Opleiding Congressen, conferences, studiedagen, en dergelijke Werkervaring jan. 2010-heden
Statema, Lambertus Simon Christiaan Bert Augustuslaan 30, 6642 AB Beuningen 024-675 06 21
[email protected] 7 juli 1949 te Den Haag gehuwd, 3 kinderen gymnasium p\ examen 1967 wiskunde studie R.U.Leiden, doctoraal examen 1974 diverse op het gebied van automatisering; velerlei over het openbaar bestuur, volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieu, VNG-congressen, veelal als deelnemer, soms als inleider of panellid
voorzitter Urgentie Commissie Woningtoewijzing Stadsregio Arnhem-Nijmegen
nov.2007 - heden
voorzitter Adviesbureau Ruimtelijke Kwaliteit Venray
jan. 2005-jan. 2011
voorzitter Arnhemse commissie voor Welstand en Monumenten
april 2003 - maart 2007
lid Provinciale Staten van Gelderland; portefeuilles: economische zaken en milieu, voorzitter statencommissie Baggerladder
feb. 1995-mei 2002
lid College van Bestuur (vice-voorzitter) van het Knooppunt Arnhem-Nijmegen; portefeuilles: ruimtelijke ordening en milieu
jan. 1988-april 1994
wethouder in de gemeente Beuningen; portefeuilles: volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieu, grondzaken en het loco-burgemeesterschap
(Neven)functies als raadslid en wethouder sept. 1978 - mei 2003 raadslid en (tot 1988 en van 1996 tot 1998) fractievoorzitter in Beuningen voor de Partij van de Arbeid; woordvoerder en commissielid op alle beleidsterreinen, en vertegenwoordiger in het georganiseerd overleg; van april 2002 tot en met mei 2003 voorzitter van de duale commissie welzijn, onderwijs en sociale zaken en lid van het raadspresidium
vertegenwoordiger in regionale samenwerkingsverbanden: 1979- 1992
Regionaal Instituut voor Kunstzinnige Vorming: lid AB, vanaf 1982 lid DB, vanaf 1990 voorzitter; vanuit deze functies vertegenwoordiger in het Provinciaal Beraad voor de Kreativiteitscentra (1982-1986, het laatste jaar voorzitter) en het Gelders Muziekscholen Overleg, en mede-oprichter van de Gelderse Vereniging voor Kunstzinnige Vorming
1991 -2002
lid AB van de Regio Nijmegen
1990-1994
lid AB van de Milieusamenwerking Regio Nijmegen
1988-2003
(plv.) lid AB van de Afvalverwerking Regio Nijmegen
1994-1998
voorzitter Welstandscommissie Oost-Gelderland
1995-1996
voorzitter openbare Welstandscommissie Doetinchem-Bergh
Eerdere werkervaring 1976-1989
1975-1976
Andere informatie 2010-heden
medewerker Universitair Rekencentrum van de KU Nijmegen voor numeriek wiskundige toepassingen en computergrafiek wetenschappelijk onderzoek over interval-arithmetiek aan het Mathematisch Instituut van de RU Leiden
lid gezamenlijke klachtencommissie Zorginstellingen ZuidGelderland
2001 -2002
lid medezeggenschapsraad Sint-Maartenschool (school voor speciaal onderwijs aan lichamelijk en meervoudig gehandicapte kinderen)
1996-2000
lid (laatste Wi jaar voorzitter) medezeggenschapsraad Convergo (onderwijsinstelling voor visueel gehandicapte kinderen in zuidelijk Nederland)
1997-heden
diverse functies binnen de Partij van de Arbeid op plaatselijk en regionaal niveau
Curriculum Vitae
Naam: Voornamen: Geboorteplaats: Geboortedatum:
Zelissen Petrus Guilaume Jacobus Lage Zwaluwe 29januari 1941
Diploma's 1960 1966 1969
gymnasium a Doctoraal Duitse Taal- en letterkunde Promotie
Functies 1966-1971 1971-1972 1977-1987 1987-2006
Docent Duits Lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal Conrector Burgemeester van Grave
Nevenfuncties politiek 1966-1969 Lid gemeenteraad Hoge- en Lage Zwaluwe 1974-1976 Lid Gemeenteraad Oss 1985-1995 Lid Hoofdbestuur van de PVDA 1995-2003 Lid van Provincial Staten Noord Brabant
Andere nevenfuncties 1993-2000 Voorzitter van het Platform voor gemeentelijk architectuurbeleid "Architectuur Lokaal" Lid van de commissie voor monumenten en archeologie van de VNG Voorzitter van de commissie Stadskwaliteit Venlo 2000-2006 Voorzitter van de CRK Apeldoorn Lid jury architectuurprijs Helmond 2000-2010 Lid van de commissie Bescherming en Ontwikkeling van OCW Voorzitter van de commissie voor Monumenten van Noord-Brabant Huidige nevenfuncties Voorzitter van de CRK Oss Voorzitter van de commissie Beeldkwaliteit Nijmegen Voorzitter van de TRK Nuenen Lid Raad van Toezicht RIBW Voorzitter van de Stichting Kunst in het Kerkje in Grave
Curriculum vitea Personalia Naam: Voornamen: Adres: Telefoonnummer: Geboortedatum: Geboorteplaats: Geslacht: Burgerlijke staat:
Opleiding 1975-1981:
1981-1986 1991-1996
1995
Werkervaring 1996 - heden:
Klein Goldewijk Robertus, Antoni, Albertus Kiefteweg 14 7151 HTEibergen 0545 478795 of 06 51493367 27oktober1961 Eibergen mannelijk gehuwd
H.A.V.O. Marianum scholengemeenschap te Groenlo Diploma (17-06-1981) Examenvakken: Nederlans, Engels, Wiskunde, Natuurkunde, Scheikunde en Tekenen. H.T.S. Hengelo Afdeling Civiele Techniek Ingenieurs diploma Ing (01-07-1986) Academie voor Bouwkunst Arnhem Afgestudeerd September 1996 Namens AVB Arnhem voor Archiprix genomineerd Masterclass Berlage Instituut Kritisch Regionalisme, Kenneth Frampton, Herman Herzberger
Eigenaar-directeur Raaklein architectuur Werkzaamheden op het gebied van sociale woningbouw, utiliteitsbouw en particuliere woningbouw in Nederland en utiliteitsbouw in Duitsland (Architektenkammer Nordrhein-Westfalen)
2008-2010
Advieswerkzaamheden voor Gemeente Doetinchem, m.b.t. de beeldkwaliteit voor het Regionaal Bedrijven Terrein(RBT)
2010- heden
Advieswerkzaamheden voor Gemeente Winterswijk, m.b.t. de beeldkwaliteit voor bedrijventerrein Arrisveld
2002
Genomineerd voor de Achterhoek Architectuurprijs, Woon-werkgebouw te Eibergen
2008
Genomineerd voor de Achterhoek Architectuurprijs, Woning te Aalten
1998 - 1999
Deelname aan "Undercover", over kelders en zolders in de hedendaagse architectuur, en medewerking aan het boek onder bovenstaande naam, ISBN 9061686741, Uitgeverij SUN
Curriculum Vitae Paul Kuitenbrouwer September 2011
ir. Paulus Antonius Martinus Kuitenbrouwer Nijmegen, 5 augustus 1964 universitair docent architectonisch ontwerpen | architect Technische Universiteit Delft Faculteit Bouwkunde, leerstoel Architecture and Dwelling bezoekadres:
Julianalaan 134, 2628 BL Delft, 01.OOST.700
M T
+ 3 1 6 1414 2852 + 31 70 3824851
E
[email protected]
opleiding: 1976-1982
V.W.O. Canisius College Mater Dei, Nijmegen
1982-1984
TH Eindhoven afdeling Bouwkunde (propaedeuse)
1984-1988
TU Delft faculteit Bouwkunde, afdeling Architectuur Afstudeerontwerp: Nieuw Nijmeegs Museum, Kelfkensbos, Nijmegen
loopbaan: 1989-1990
John Taylor Ltd. architects & associates, London; architectural assistant
1990-1991
Groep 5 architecten en stedebouwers, Rijswijk; tekenaar
1991-1992
Buro Hoen architecten bna, Maastricht; architect
1992-1994
Wiel Arets Architect & Associates, Heerlen; architect
1994-1995
buro boosten Rats, Maastricht; architect i.s.m. Martorell Bohigas Mackay Arquitectes, Barcelona
1995-2001
Jo Coenen & Co architecten bv, Maastricht; architect / plv. supervisor Ceramique
2001-2004
Atelier Rijksbouwmeester / ARBM [VROM] | Jo Coenen, Den Haag; adviseur architectuur en stedebouw Technische Universiteit Delft Faculteit Bouwkunde
2002-2006
Architecture and Modernity (2002-2004) | ®MIT (2005-2006); gastdocent 2004-2005
Geurst & Schulze architecten. Den Haag; architect
2005-2006
SeARCH, Amsterdam; architect
2006-2007
Vitruvianum, centrum voor architectuur in de Euregio Maas-Rijn, Heerlen; hoofd a.i.
2006-heden
Technische Universiteit Delft Faculteit Bouwkunde leerstoel Architecture and Dwelling o.l.v. Dick van Gameren; universitair docent / assistant professor architectonisch ontwerpen / woningontwerp
2009-heden
Academie van Bouwkunst Amsterdam; gastdocent / gastmoderator / gastcoordinator
voorjaar 2011
Universiteit Maastricht, Faculty of Humanities and Sciences, Department of Architecture tijdelijk stafmedewerker post-doctorale European Master of Architecture [in oprichting] o.l.v. Jo Coenen
onderwijs:
Technische Universiteit Delft Faculteit Bouwkunde gastdocent/ universitair docent / assistant professor Chair of Architecture and Dwelling
2002-2004
Architecture and Modernity | Public Building; gastdocent
MSc3-4
• studio Openbaar Gebouw [Architecture and Modernity | Public Building] i.s.m. Evert Kleijer en Arjan Gooyer (2002-2004)
2005-2006
RMIT (Restoration Modification Intervention Transformation); gastdocent
MSc3-4
• studio Amstelhof i.s.m. Alexander de Ridder (2005-2006)
2006-heden
leerstoel Architecture and Dwelling o.l.v. Dick van Gameren; • universitair docent / assistant professor architectonisch ontwerpen / woningontwerp
Capita Selecta
• organisatie lezingenreeks "SPANISH SEASON / How modern is Spanish architecture today?" [Mansilla+Tunon, Antonio Ortiz, Casanova+Hernandez, Josep Llinas, Carme Pinos, Elias Torres] (najaar 2006)
BScl
• BK1000 Huis en Verankering (2007 | docent) • BK1000 Huis en Verankering (2008, 2009, 2010, 2011 | coordinator)
MScl-2
• studio Living + (2006-2007) • seminars Architectural Studies [AS] en Architectural Reflections [AR] (2006-2007) • studio's S M L Maastricht [herbestemming Nutsbedrijven-Lindenkruis,] i.s.m. Laura Alvarez (najaar 2007, voorjaar 2008) • seminars Architectural Studies [AS] en Architectural Reflections [AR] (najaar 2008) • studio XL-revisited Special Edition Collective Housing in post-communist Russia i.s.m. Architectuur Biennale Rotterdam [Bart Goldhoorn en Alexander Sverdlov] (voorjaar 2009) • seminars Architectural Studies [AS] en Architectural Reflections [AR] (voorjaar 2009) • studio's S M L Intense High Dense Groningen [herbestemming Engelse Kamp en EnCeHa,] i.s.m. Laura Alvarez (najaar 2009, najaar 2010) en Karin Theunissen (voorjaar 2010) n.a.v. 3e geldstroom-onderzoek (2008-2009) Intense Laagbouw. Woningbouw in hoge dichtheden in opdracht van de gemeente Groningen, dienst RO/EZ [Niek Verdonk, stadsbouwmeester] • studio S M L BUILDING YOUNG Special Edition n.a.v. onderzoek BOUWJONG! (voorjaar 2011) • studio Living + |The Mega Way of Life|Antwerpen Zuiderdokken i.s.m. Pierijn van der Putt (najaar 2011)
MSc3-4
• studio Dwelling on Dense City (voorjaar 2007) • studio New Concepts for Dwelling i.s.m. Birgit JCirgenhake (2008-2009) • studio At Home In The City i.s.m. Birgit Jurgenhake (2009-heden)
BK
• lid werkgroep Betaalbaar Onderwijs [taakstelling: ontwerponderwijs] met o.a. Hielkje Zijlstra, Susan Ng-A-Tham, Henco Bekkering en Thijs Asselbergs (voorjaar 2009) • workshop Ontwerpdidactiek o.l.v. Elise van Dooren en Luc Willekens (voorjaar 2011) Academie van Bouwkunst Amsterdam gastdocent / gastmoderator / gastcoordinator
2009 |-10 | -11 2010 2010 2010 | -11
• 03a plananalyseoefening Stedelijk Ensemble / Urban Ensemble inclusief samenstelling vernieuwde leermiddelen: projectatlas en reader (sept-okt 2009; sept-okt 2010; sept-okt 2011) • 02 plananalyseoefening Repertoire S (feb-juni 2010) • Holland Tour 2010 (24-27 juni 2010) • C2a collegereeks Repertoire A/S/L (feb-mrt 2010; feb-mrt 2011) Universiteit Maastricht, Faculty of Humanities and Sciences, Department of Architecture universitair docent
voorjaar 2011
voorbereidende werkzaamheden voor post-doctorale European Master of Architecture [in oprichting] o.l.v. Jo Coenen • research & design Atelier A l Interurban Development | Maastricht Valkenburg i.s.m. Fred Humble • research & design Atelier A2 Intervention | Strategic Design | Liege | Val BenoTt i.s.m. Fred Humble • reflectie op seminar S2 Architecture & Policy | Ceramique Maastricht door Barbara Kuit
onderzoek:
Technische Universiteit Delft Faculteit Bouwkunde Research Portfolio Architecture 2005-2011 The Architectural Project and its Foundations | Research Group: The Building: Types and Models
l e geldstroom
• DASH #2 Het Luxe Stadsappartement (2009)
3e geldstroom
• Intense Laagbouw. Woningbouw in hoge dichtheden i.s.m. Dick van Gameren (2008-2009) Koppeling met onderwijs in studio's SML Intense High Dense (2009-2010) • BOUWVONG! Inspiratieboek Woningbouwmanifestatie Jongerenhuisvesting 2010-2015 Groningen (2010) i.o.v. en i.s.m. Marlies Rohmer [curator en inspirator] en Niek Verdonk [RO/EZ gemeente Groningen] Koppeling met onderwijs in studio SML BUILDING YOUNG (voorjaar 2011)
projecten, gerelateerd aan transformatie, interventie en modificatie: 1994-1995
transformatie Veldeke College | Hof van Veldeke, Sint Pieter, Maastricht [buro boosten rats]
1996-2000
Noordknoop Ceramique Maastricht [Jo Coenen & Co]
1998-2001
plaatsvervangend supervisorschap Ceramique Maastricht [Jo Coenen & Co]
2002
organisatie architectenselectie De Meelfabriek, Leiden (laureaat: Peter Zumthor) [ARBM]
2002
visie Spoorzone Tilburg i.s.m. Hernando Arrazola [ARBM]
2002-2004
werkgroep Nieuwe Sleutelprojecten [NSP]
2004-2005
Shell Blokkenstad [Overhoeks], Amsterdam [Geurst en Schulze]
overige relevante bouwprojecten, waaraan ik als projectarchitect neb bijgedragen: 1992-1994
KNSM-toren, Amsterdam en kantoorgebouw Ceramique, Maastricht [Wiel Arets]
1994-1995
Kleine Circus | Jardin Ceramique, Maastricht [Martorell Bohigas Mackay, Barcelona i.s.m. buro boosten rats]
2005
Kop van Kessel-Lo, Leuven (B) [SeARCH]
lezingen | congressen | jurylidmaatschap*: 1998
[Antwerpen] procescongres "Stedelijkheid en Kwaliteit", "De Magie van de stad. Jo Coenen en het KNSM-eiland" (Jo Coenen & Co)
2000
[Amsterdam] Fonds bkvb, openingslezing tentoonstelling "Touchability" n.a.v. studiereis bouwkunst naar Denemarken, Zweden en Finland, juni 1999
2000
[Oslo] Arkitektur- og designh0gskolen i Oslo [AHO], "Byutviklingsprosjekt Maastricht" (Jo Coenen & Co)
2002
[Diisseldorf] congres "Schokoladenseite: Neue Promenaden... Bewegung in den Stadten", "Neue Wege durch Urbania" (ARBM / Jo Coenen & Co)
2002
Jurylid "Vredeman de Vries Prijs", architectuurprijs Friesland* (plv. voor Herma de Wijn, ARBM)
2002
[Oslo] Norsk Form, Villa Stenersen, "Architectural policy in the Netherlands" (ARBM)
2003
[Breda] Gebouw F, Architectuurcentrum Breda, "Nieuwe Sleutelprojecten" (ARBM)
2003
[Oslo] Norsk Form, "Nytenkende Nederlendere" (ARBM)
2003
[Brandenburg] "Denkmalkultur zwischen Erinnerung und Zukunft", congres van het Deutsches Nationalkomitee fur Denkmalschutz, "Kontinui'tat und Lesbarkeit. Es gibt mehr als nur einen MaBstab" (ARBM)
2004
[Berlijn] Nederlandse ambassade / Nederlands Bureau voor Toerisme, "Niederlande und Architektur" | presentatie en Pressegesprach voor verzamelde Duitse culturele pers (ARBM)
2006
[Reggio Emilia] conference "Le Reggiane / area strategica - tra vecchia e nuova identita urbana. Maastricht: II Nuovo Ceramique" (namens Jo Coenen & Co)
2006
[Delft] TU Delft | RMIT, "Stedelijke interventies: Ceramique, Maastricht"
2008
[Groningen] TU Delft | Architecture and Dwelling,, onderzoekspresentatie "Intense Laagbouw"
2010
[Delft] TU Delft | Architecture and Dwelling, "Parkeren in de Woonomgeving", BSc3
2010
[Groningen] TU Delft | Architecture and Dwelling, boekpresentatie BOUW70NG! Inspiratieboek Woningbouwmanifestatie Jongerenhuisvesting 2010-2015 Groningen
2011
[Groningen] TU Delft | Architecture and Dwelling, tentoonstelling TU Delft in Groningen. Twaalf ontwerpen voor Enceha en Engelse Kamp [17.06.11 t/m 25.08.11]
publicaties: Paul Kuitenbrouwer, "De Magie van de stad. Jo Coenen en het KNSM-eiland" Bijdrage procescongres "Stedelijkheid en Kwaliteit", Stad Antwerpen, Koning Boudewijnstichting, 1998 Paul Kuitenbrouwer, "Eerlijke architectuur in Scandinavie en Finland. Monochrome gebouwen in het Landschap", in: Touchability. Verslag van een studiereis bouwkunst naar Denemarken, Zweden en Finland, Fonds voor beeldende kunsten, vormgeving en bouwkunst, Amsterdam, 1999 Jo Coenen, Schetsen | Roughs Noordknoop Ceramique, NAi Publishers, 2001 (samenstelling en diverse tekeningen) "The New Ceramique, Maastricht", ABITARE 417/OLANDA, 2002 (samenstelling supplement) Paul Kuitenbrouwer, "Es gibt mehr als nur einen Mafsstab". Kulturelles Erbe und Neubewertung / Kontinui'tat und Lesbarkeit - Zur Arbeit von Rijksbouwmeester Jo Coenen Vorlesungstext d.d. 20.10.2003 / Denkmalkultur zwischen Erinnerung und Zukunft, Deutsches Nationalkomittee fur Denkmalschutz, Band 70, 2005, pp. 14-21 Geurst & Schulze architecten, Den Haag - Residentieel wonen in de stad, Vesteda, Maastricht/ Amsterdam, 2005 Paul Kuitenbrouwer, Steen Buiten | Steen Binnen. Eerlijkheid van het Materiaal, essay, Semesterboek BScl Huis en Verankering, Publicatiebureau Bouwkunde, TU Delft, 2007/2008 Dennis Bruijn, Dick van Gameren, Eric Luiten, Jo Coenen, Paul Kuitenbrouwer (eindredactie), Semesterboek BScl Huis en Verankering, Publicatiebureau Bouwkunde, TU Delft, 2008 Barbera Peters, Dick van Gameren, Eric Luiten, Jo Coenen, Paul Kuitenbrouwer (eindredactie), Projectboek BScl Huis en Verankering, Publicatiebureau Bouwkunde, TU Delft, 2009 Barbera Peters, Dick van Gameren, Eric Luiten, Jo Coenen, Paul Kuitenbrouwer (eindredactie), Projectboek BScl Huis en Verankering, Publicatiebureau Bouwkunde, TU Delft, 2010 Daniel Smidt, Dick van Gameren, Eric Luiten, Paul Kuitenbrouwer (eindredactie), Projectboek BScl Huis en Verankering, Publicatiebureau Bouwkunde, TU Delft, 2011 Paul Kuitenbrouwer, Dick van Gameren, Erik Dorsman, Niek Verdonk, Intense Laagbouw. Verkenning van een typologie, TU Delft, faculteit Bouwkunde, leerstoel woningbouw/ Gemeente Groningen, dienst RO/EZ, mei 2008
Paul Kuitenbrouwer, Dick van Gameren, Erik Dorsman, Niek Verdonk, Intense Laagbouw. Woningbouw in hoge dichtheden, Platform G.R.A.S. Gemeente Groningen, dienst RO/EZ i.s.m. TU Delft, faculteit Bouwkunde, leerstoel woningbouw, juli 2009 Holger Gladys, Uri Gilad, Paul Kuitenbrouwer, Aynav Ziv, Douwe Kelderman, Stedelijk Ensemble / Urban Ensemble. Project atlas, Academie van Bouwkunst Amsterdam, autumn 2009 Uri Gilad, Paul Kuitenbrouwer, Aynav Ziv, Douwe Kelderman, Stedelijk Ensemble / Urban Ensemble. Reader - references and toolbox, Academie van Bouwkunst Amsterdam, autumn
2009 DASH (Delft Architectural Studies on Housing) #2, Het Luxe Stadsappartement NAi Publishers, Rotterdam, november 2009 (onderzoek en projectbeschrijvingen) Marlies Rohmer, curator en inspirator in samenwerking met TU Delft, Faculteit Bouwkunde, Leerstoel Architecture and Dwelling [Paul Kuitenbrouwer en Dick van Gameren, David Struik en Dominique van 't Hof] BOUVWONG! Inspiratieboek Woningbouwmanifestatie Jongerenhuisvesting 2010-2015 Groningen Gemeente Groningen, dienst RO/EZ | Architectenbureau Marlies Rohmer | TU Delft, faculteit Bouwkunde, leerstoel Architecture and Dwelling, oktober 2010 | januari 2011 [incl. English summary]
overig:
Netwerk ter bevordering van culturele uitwisseling tussen de Beneluxlanden en Noorwegen Inzet op het gebied van architectuur en stedebouw, tussen de Beneluxlanden en Noorwegen d.m.v. samenwerkingsverbanden met prof. Raf de Saeger (B) en de Noorse Ambassade in Den Haag (Inger Espegren Fokkens, attache - press, culture- and information affairs)
2010 2011
• tentoonstelling tentoonstelli "Kristin Jarmund | Selected Works" (18juni t/m 30 juli 2010), Dienst RO/EZ, Groningen • gemeenschappelijke gemeenscha bijdrage met Raf de Saeger aan Architectuurjaarboek Noorwegen 2011 (PM)
taalvaardigheid: Engels: Duits: Frans: Noors:
CEF-niveau CI sehr gut agreable grunnlag niva
Curriculum Vitae Paul Kuitenbrouwer Juni2011 Addendum Atelier Rijksbouwmeester / ARBM 2001-04 adviseur architectuur en stedebouw onder Rijksbouwmeester Jo Coenen Overzicht van werkzaamheden bij Atelier Rijksbouwmeester van januari 2001 tot mei 2004
1
Architectenselecties Oouanekantoor te Venlo / architect: Erik Wamelink / selectie: 2001 / oplevering: 2003 Paleis van Justitie Leeuwarden / uitbreiding Hof aan het Zaailand te Leeuwarden / architect: Henning Larsen's Tegnestue, Louis Becker, K0benhavn / selectie: 2001 / oplevering: project aangehouden Reconstructie en uitbreiding Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselvoorziening (LNV) te Den Haag / architect: Cees Dam / Diederik Dam / landschapsarchitect: Michael van Gessel / selectie: 2001/oplevering: 2006 Hergebruik Meelfabriek "De Sleutels" te Leiden (rijksmonument) / architect: Peter Zumthor; beoogde samenwerking met Jarmund Vigsnass arkitekter MNAL, Oslo en Diederen Dirrix Van Wylick Architecten, Eindhoven / selectie: 2002 Provinsjehus Fryslan aan de Tweebaksmarkt te Leeuwarden / architect: Soeters Van Eldonk Ponec architecten / selectie: 2004 Centraal Station Rotterdam / architect: Team CS (Benthem Crouwel Architecten / Meyer en van Schooten Architecten / West 8 Landscape Architects) / selectie: 2003 Centraal Station Breda / architect: Koen van Velsen / selectie: 2004
2
Lid Supervisorteam Wester IJ Dock, Westelijk Havengebied Amsterdam namens Rijksbouwmeester Jo Coenen / 2001-2003
3
Lid Commissie Welstand met Nieuw Elan o.l.v. Matthijs de Boer / 2001-2003
4
Ontwerp Stedenbouwkundige Visie Spoorzone Tilburg i.s.m. Hernando Arrazola / ARBM / 2002
5
Lid Werkgroep Nieuwe Sleutelprojecten (NSP) samen met Niek Verdonk (stedenbouwkundige), Bram Verhave en Peter-Michiel Schaap (Bureau P.I.N.) en Marcel van Heck (ARBM) i.s.m. spoorbouwmeester RobSteenhuis.
5A
Adviesverantwoordelijke voor de stedenbouwkundige toets in het kader van de rijkstoets van de Nieuwe Sleutelprojecten: Amsterdam Zuidas; ontwerper masterplan: Pi de Bruijn / Architekten Cie / april 2003: expertteambijeenkomst o.l.v. Jo Coenen met Paul Schnabel, Kees Christiaanse, Vittorio Gregotti en Manuel de Sola-Morales Arnhem Centraal; architect en ontwerper masterplan: Ben van Berkel / UN Studio Breda Centraal; ontwerper masterplan: Hans van Beek / Atelier PRO; architect: Koen van Velsen Den Haag Nieuw Centraal; ontwerper masterplan: Donald Lambert / Kraaijvanger Urbis; architect: Benthem Crouwel Rotterdam Centraal; architect: Team CS (Benthem Crouwel / West 8 / Meyer & Van Schooten) Utrecht Centraal; ontwerper masterplan: Henk Bouwman / Gemeente Utrecht; architect: Benthem Crouwel
5B
ARBM / DGR VROM / V&W / SBM studiereis "Trans Europe Express" naar Belgie, Frankrijk, Zwitserland en Duitsland; stations en gebiedsontwikkelingen / 2002
5C
ARBM / DGR VROM / SBM studiereis naar Parijs: onderzoek naar alle grote stations en hun gebiedsontwikkelingen in het kader van de meningsvorming over de Zuidas, Amsterdam / 2003
6
Masterplan Rijnboog Arnhem van Manuel de Sola-Morales / deelplan Haven second opinion over de Haven binnen het masterplan Rijnboog i.s.m. Niek Verdonk en Erik Dorsman
7
Jurylid "Vredeman de Vries Prijs" / architectuurprijs Friesland, 2002
8
Atelier Hembrugterrein te Zaanstad / Stedenbouwkundige studie i.s.m. Henk de Haan en Iris Thewessen (ARBM), Rob Hootsmans (Rgd A&A Ontwerp) en de gemeente Zaanstad o.l.v. Steven Mook /2003
9
Deelnemer Zomeratelier Routeontwerp A12 / VROM & V&W / 2003
10
Opzet Interne Databank Architecten ARBM i.s.m. Andre Mol (ARBM) en Trui Maes / 2002-2003
11
Organisatie studiereis naar Berlijn met alle architecten van ARBM en Rgd A&A / april 2004
12
Lezingen namens ARBM "Neue Wege durch Urbania. Arbeit mit Jo Coenen, Rijksbouwmeester und Architekt - Beispiel Ceramique Maastricht" op het symposium "Schokoladenseite: Neue Promenaden... Bewegung in den Stadten", Dusseldorf: Werkdomein ARBM en stedenbouwkundige projecten door Jo Coenen & Co architekten / mei 2002 'Gjesteforelesning' "Atelier Rijksbouwmeester and Architectural Policy in the Netherlands" voor Norsk Form in Villa Stenersen, Oslo / oktober 2002 "Trans Europe Express" over de zes Nieuwe Sleutelprojecten, Architectuurcentrum Breda / juni 2003 'Gjesteforelesning' "Nytenkende Nederlendere?" of: hoe innovatief is de nederlandse architectuur? voor Norsk Form, Oslo / September 2003 "Kontinuitat und Lesbarkeit" voor het jaarcongres van het "Deutsches Nationalkomittee fiir Denkmalschutz" in Brandenburg / oktober 2003 "Niederlande und Architektur": een korte introductie in de twintigste-eeuwse architectuur en stedebouw in Nederland in het kader van een "Pressegesprach" in Rem Koolhaas' nieuwe Nederlandse "OMAssade" in Berlijn, georganiseerd door het Nederlands Bureau voorToerisme, Keulen / maart 2004
13
Publicaties door / van / over / met Jo Coenen / Rijksbouwmeester / ARBM / 2001-04 Ontwerpen aan Nederland - Architectuurbeleid 2001-2004 / Ministerie van VROM / 2000 De Architect / Jo Coenen een jaar Rijksbouwmeester / december 2001
> > >
>
Pleidooi voor de Openbare Ruimte / De opgave verkend / VROM / OCenW / LNV / 2002 Verklarend Zakwoordenboekje van Het Nederlandse Openbare gebouw / Jo Coenen / ARBM / 2003 Wereldstations / Treinreizen in de 21e eeuw / Centraal Museum Utrecht / 2002 (NSP) Verbinding / Zes nieuwe stations geven hart aan de stad / VROM / mei 2003 (NSP) n.a.v. "Modernity", Architectuurbiennale, Rotterdam (curator: Francine Houben) Nieuwe Sleutelprojecten in aantocht / Voortgangsrapportage december 2003 / VROM (NSP) SMAAK 18 / Vier jaar Jo Coenen / VROM Rijksgebouwendienst / October 2004 SMAAK SPECIAL / 1806-2006 / 200 jaar RIJKSBOUWMEESTER / VROM Rijksgebouwendienst / juni 2006 Denkmalkultur zwischen Erinnerung und Zukunft / "Es gibt mehr als nur einen Mafsstab" Kulturelles Erbe und Neubewertung - Kontinuitat und Lesbarkeit - Zur Arbeit von Rijksbouwmeester Jo Coenen / Vorlesungstext d.d. 20.10.2003 / Deutsches Nationalkomittee fur Denkmalschutz / Band 7 0 / j a n u a r i 2005 ONTWERPEND aan Nederland / CONSTRUCTING The Netherlands / Marc A. Visser / Thoth Publishers / juni 2006
CURRICULUM VITAE IR. ESTHER STEVELINK
Personalia Naam: Woonadres:
Esther Stevelink Huijgensstraat 13E
Geboortedatum: Geboorteplaats: Telefoon:
2515 BD Den Haag 10 mei 1974 Enschede 06 -146 83 412 070 - 215 48 69 (kantoor Gaaga)
E-mail: Internet:
[email protected] www.gaaga.nl
Opleiding 1992-1997
Technische Universiteit Delft, Fa Richting Architectuur Afstudeeropdracht: ontwerp voor natuurmuseum te Enschede (cijfer: 9)
1986-1992
VWO, Twents Carmellyceum te Oldenzaal (vakken: Ne, En, Fr, Gs, Na, WiB, Ha)
Werkervaring als zelfstandig architect/partner GAAGA Jan. 2007- heden
Architect /partner bij GAAGA studio for architecture Huidige projecten (voor compleet overzicht zie ook www.gaaga.nl): Bouwveld van 10 woningen op een parkeergarage in binnenstedelijk plangebied "Nieuw Leyden" (veld 42), Leiden. -
Woonblok Sfinxterrein Maastricht. Project betreft een met een eerste prijs beloond ontwerp (Europan 10) en is in ontwikkelingsfase.
-
Bouwveld van 10 grondgebonden woningen in binnenstedelijk plangebied "Nieuw Leyden" (veld 38), Leiden.
-
Verschillende particuliere woonhuizen (nieuwbouw).
-
Diverse studies en prijsvragen.
Werkervaring bij architectenbureaus Sept. 2006 t/m feb.
Ontwerper bij Claus & Kaan architecten, Amsterdam
2007
Diverse projecten: Woongebouw Zuid As te Amsterdam (Gershwin cluster). Betrokken bij het vervaardigen van het Voorlopig Ontwerp. -
Stedenbouwkundig en architectonisch ontwerp wooncomplex Jan van Galenterrein te Amsterdam (Noordstrook). Betrokken bij het vervaardigen van het Voorlopig Ontwerp.
Okt. 2002 t/m okt. 2004
Ontwerper/ projectleider (freelance) bij Geurst & Schulze architecten, Den Haag Diverse projecten: Wooncomplex blok 7 (grondgebonden woningen, zorgwoningen en appartementen) op Haveneiland West te Uburg Amsterdam. Als ontwerper/projectleider verantwoordelijk voor het vervaardigen van het Voorlopig Ontwerp.
-
Stedenbouwkundig ontwerp voor het Shell-terrein in Amsterdam-Noord, i.s.m. DRO Amsterdam en Palmboom & Van den Bout. Als ontwerper/projectleider verantwoordelijk voor het vervaardigen van het stedenbouwkundig plan. Stedenbouwkundige studie naar woningbouw op een scheepswerfterrein in Amsterdam-Noord. Als ontwerper/projectleider verantwoordelijk voor het vervaardigen van het stedenbouwkundig plan.
Jul. t/m sept. 2002
Ontwerper (freelance) bij S333 studio for architecture and urbanism, Amsterdam Project: -
Combinatiegebouw de 'Eschmarke' in Enschede. Als ontwerper verantwoordelijk voor Voorlopig Ontwerp.
Mei 2001 t/m mei
Ontwerper/projectleider bij Geurst & Schulze architecten, Den Haag
2002
Diverse projecten: 64 grondgebonden woningen in de wijk Duindorp te Den Haag. Als ontwerper verantwoordelijk voor het Voorlopig Ontwerp tot en met het Definitief Ontwerp. i.C. Pleysierschool te Den Haag. Als ontwerper verantwoordelijk voor het Voorlopig Ontwerp tot en met het Definitief Ontwerp.
Apr. 1999 t/m apr.
Ontwerper/projectleider bij Van Sambeek architects, Amsterdam
2001
Diverse projecten: -
Woongebouw in Stadscentrum Almere. Als ontwerper/assistent projectleider verantwoordelijk voor het Voorlopig Ontwerp tot en met het Bestek. 123 grondgebonden woningen op het CiBoGa terrein in Groningen. Als ontwerper/assistent projectleider verantwoordelijk voor het Voorlopig Ontwerp tot en met het Definitief Ontwerp.
-
Woongebouw Stramanweg, Amsterdam Zuid-Oost. Als ontwerper/assistent projectleider verantwoordelijk voor het Voorlopig Ontwerp tot en met het Bestek.
Jan. 1998 t/m mrt.
Ontwerper bij Brasser, Teeuwisse en Willemse architecten, Den Haag
1999 1995
Stage bij Karelse van der Meer architecten, Groningen
Onderzoek, onderwijs en overig 2011 -
Lid programmaraad architectuurcentrum RAP te Leiden
Jun. 2007 t/m jun. 2010 2007
Lid welstandscommissie gemeente Den Haag Gids architectuur excursies i.o.v. Architour
2006 t/m 2008
Gastdocent aan de Technische Universiteit Delft, Faculteit der Bouwkunde (BSc. 1, 2 en 6)
Nov. 2004 t/m nov. 2005
Onderzoeker aan Technische Universiteit Delft, Faculteit der Bouwkunde. Onderzoek naar nieuwe woonconcepten
Prijzen 2010
Eervolle vermelding Hauser Award 2011 voor inzending woning NL ill
2010
Eerste prijs EUROPAN 10, locatie Maastricht
2009
Longlist prijsvraag Umere-NAI, Open Fort 400
2009
Nominatie prijsvraag Ossuarium Den Bosch
2001
Tweede prijs EUROPAN 6, locatie Groningen
1998
Archiprix, voorselectie
Publicaties, tentoonstellingen, lezingen en overig 2011
Publicatie boek Hauser Award 2011, woonhuis Nieuw Leyden III, uitgever Callwey Verlag GmbH & Co, Munchen, Duitsland
2011
Publicatie de Volkskrant, 12-01-2011, woonhuis Nieuw Leyden III
2010
Publicatie tijdschrift Hauser Magazine / Schoner Wohnen.DE, woonhuis Nieuw Leyden III (herfsteditie 2010), Hamburg, Duitsland
2010
Tentoonstelling Europan 10, NAI Rotterdam en in Info Centrum Maastricht
2010
Publicatie en interview boek Europan 10, NAI publishers, Rotterdam
2010
Publicatie tijdschrift Architectuur.NL, interview (editie: maart)
2010
Publicatie tijdschrift Architectuur.NL, woonhuis Nieuw Leyden I (editie: februari)
2009
Tentoonstelling 'Nieuw Leyden en particulier opdrachtgeverschap', RAP architectuurcentrum Leiden
2009
Publicatie '94 ossuariums om nooit te vergeten', BAI Den Bosch i.s.m. Stimuleringsfonds voor architectuur
2009
Nominatie prijsvraag Ossuarium Den Bosch
2007
Tentoonstelling 'Knooppunt Leiden', RAP architectuurcentrum Leiden
2005
Overzichtstentoonstelling prijsvraag Bouwmij Leiden
2002
Toekenning startstipendium van het Fonds voor Beeldende Kunsten, Vormgeving en Bouwkunst
2001
Bauwelt, Speciale editie Europan 6, (editie: augustus)
2001
'Coming Soon', Expositie inzendingen Europan 6 in de Van Nelle fabriek, Rotterdam
2001
Overzichtstentoonstelling Europan 6 (site Groningen), stadhuis Groningen
2001
'In between cities Europan 6', NAI publishers Rotterdam 2001
1998
5-daagse masterclass 'Park in Tokyo' onder leiding van Kazuya Sejima en Ryue Nishizawa georganiseerd door Berlage Instituut Amsterdam
C.V. ir. H.F.A. Dekkers Profiel Praktische en snelle denker, die zoekt naar de overeenkomsten tussen de wensen en mogelijkheden. Kan adviseren op basis van het geldende beleid en geeft daarbij mogelijk richting aan een bouwopgave. Adviseert graag met de schetsrol op tafel, maar kan ook formeel en analytisch denken. Geeft graag praktische adviezen om (bouw-)processen vlot te laten verlopen. Vindt enthousiasmeren en stimuleren onderdeel van een advies. Relevante werkervaring 2002 - heden
Het Oversticht, Zwolle Functie: Adviseur ruimtelijke kwaliteit.
2005 - 2008
Supervisor van de woonwijk "Emmelhage" te Emmeloord.
2004 - 2008
Stedenbouwkundige supervisor van de woonwijk "De Marslanden" te Hardenberg.
2003 - 2005
Voorzitter Monumentencommissie in de gemeente Dalfsen.
1996 - 2002
Commissielid Overijsselse Welstandscommissie van Het Oversticht.
1997 - 2002
De Velde & Dekkers Architecten BV te Kampen Functie: Directeur / Eigenaar (totaal 9 personen)
Opleiding 1980 -1986
Wetenschappelijk Onderwijs, T.H. Bouwkunde, afdeling architectuur te Delft.
1976 -1980
Hoger Onderwijs, H.T.S. Bouwkunde te Hengelo.
1971 -1974
M.T.S. bouwkunde te Hengelo.
Aan de Stadsmuur 79-83
H E T
O V E R S T I C H T
e
11|||| | j | | |
Postbus53i,8000AM Zwoiie Stuknummer: 410388 Registratiedatum: 15/02/2011
College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hengelo t.a.v. de heer R. Hilarius Postbus18 7550 AA HENGELO
Zwolle, 14 februari 2011 Ons kenmerk: 2.053.11/co Uw kenmerk: Betreft: voordracht benoemingen welstandscommissie Inlichtingen bij: de heer ir. A. Buijs
Geacht College, Vanwege organisatorische reden heeft de heer ir. V.W. Piscaer besloten om met ingang van 31 december 2010 zich terug te trekken als voorzitter van uw welstandscommissie. Wij stellen u voor om de plaatsvervangend voorzitter de heer mr. J.C. van Hasselt met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2011 te benoemen tot voorzitter van uw commissie en de heer Piscaer te benoemen tot plaatsvervangend voorzitter. Daarnaast stellen wij u voor om als extra plaatsvervangend voorzitter mevrouw E. Blaak-Schuitevoerder te benoemen. Mevrouw Y.J.G. Visser is door u benoemd als plaatsvervangend secretaris. Mevrouw Visser heeft echter inmiddels Het Oversticht verlaten. Wij stellen u derhalve voor om mevrouw ing. J.H.K. Luchies in haar plaats met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2011 te benoemen tot plaatsvervangend secretaris en de benoeming van mevrouw Visser te beeindigen. De cv's van de dames Blaak-Schuitevoerder en Luchies zijn bijgevoegd. Graag ontvangen wij van de benoemingen voor onze eigen administratie een afschrift van het betreffende raadsbesluit. Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met de hierboven genoemde persoon. Met excuses voor de late termijn waarop wij u bovenstaand voorstel doen, vertrouwen wij erop u hiermede voldoende te hebben ge'informeerd,
^C^/ing. D.H. Baalman, directeur lens deze, ir. A. Buijs, teamleider
Genootschap tot bevordering en instandhouding van het landelijk en stedelijk schoon
T
(038) 421 32 57
F
(038) 421 81 84
^
[email protected] W www.oversticht.nl
Curriculum vitae: (bestemd voor het Oversticht) Naam
Blaak-Schuitevoerder
Voomaam
Else
Ad res
Boinksweide 10 7478 DC Diepenheim
Telefoon
0547 352534
Burgerlijke staat
Gehuwd, 1 niet meer thuiswonende dochter
Opleiding
In de vijftiger jaren genoot ik de gebruikelijke opleiding voor Mulo (1954), typen en steno-Nederlands. Voor mijn functioneren als raadslid en wethouder heb ik mijn kennis en bekwaamheid voortdurend op peil gehouden door zelfstudie en praktijk ervaring (bijhouden van vakliteratuur en het volgen van scholingsaktiviteiten vanuit de politiek en andere organisaties).
Werkervaring
In de 50-er en 60-er jaren heb ik veel ervaring opgedaan in diverse soorten kantoor- en organisatiewerk.
Politieke activiteiten en Functies
Vanaf 1970 was ik lid van de Gemeenteraad te Epe namens de Partij van de Arbeid. Als zodanig ben ik in de jaren 1977/ 1978 werkzaam geweest als wethouder. Daarna tot 1984 fractievoorzitter en vanaf 1984 weer als wethouder, tevens 1 e loco-burgemeester. Mijn portefeuille bevatte Onderwijs, Sociale Zaken, Welzijn, Emancipatie en Werkgelegenheid. In samenhang met de functie van wethouder bekleedde ik tevens de functie van: Vice-voorzitter van de Felua-groep (sociale werkvoorziening) Voorzitter Stichting Werkplan Voorzitter Regionale Toetsingscommissie Bestuurslid Stichting Dagverblijven Noord-Oost Veluwe Adviserend lid Welzijnsraad Namens de VNG afd. Gelderland bestuurslid van het Geldersch Informatiecentrum Woonwagenbewoners. 16-02-1993 benoemd tot burgemeester van de gemeente Diepenheim tot datum van herindeling 01-01-2001; Tevens van 16-11-1999 tot 01-01-2001 waarnemend burgemeester van de gemeente Goor; daarnaast voorzitter van het bestuurlijk overleg over de herindeling Hof van Twente.
Na pensionering
Als voorzitter van de Instelling voor Verslavingszorg in de de Stedendriehoek, na de fusie met Tactus, tot 2004 vicevoorzitter Raad van Toezicht Tactus; Tot de fusie tot een Halt Buro Twente per 01-01-2005, voorzitter Buro Halt Midden-Twente; Bestuurslid Landschap Overijssel te Dalfsen tot 2004; Commissaris Cogas tot 01-07-2001; Secretaris Stichting Hof van Twente (toeristisch buro), op
verzoek gemeentebestuur tot 01-01-2005; Secretaris Stichting Alcoholpreventie te Utrecht; Voorzitter Federatie van Folkloristische Groepen Nederland, district Oost, in die functie tevens hoofdbestuurslid; Voorzitter Stichting Landschapsproject Diepenheim; Voorzitter Plaatselijke Groep Leader + - Zuid-Twente; Tot 01-01-2006 voorzitter Welstandscommissie Vechtstreek en per 01-01-2006 voorzitter Welstandscommissie Twente Oost.
Curriculum Vitae
Naam ing. J.H.K. (Karin) Luchies
Opleiding 2007
Post HBO opleiding Stedenbouwkundige techniek en ruimtelijke planning.
2002
HBO Ruimtelijke Ordening en Planologie.
Relevante cursussen en trainingen 2007
Cursus Klantgericht adviseren.
2007
Cursus Nieuwe wet ruimtelijke ordening.
Relevante werkervaring 2007 - heden Het Oversticht, Zwolle Functie: Basisadviseur ruimtelijke kwaliteit. Werkzaamheden: basisadviseur voor de gemeenten Enschede, Hot van Twente, Rijssen-Holten, Hellendoorn, Wierden, Twenterand en Haaksbergen. De basisadviseur ondersteunt een aantal secretaissen van gemeentelijke welstandscommissies. Samen zijn zij verantwoordelijk voor een tijdige, goede klantgerichte welstandsadvisering en voor een goede relatie met onze opdrachtgevers. Ook dragen zij bij aan projecten op het gebied van ruimtelijke kwaliteit. Andere werkzaamheden: - Projectmedewerker Oude Kaart van Nederland. Inventariseren objecten voor provincies Flevoland en Overijssel. - Projectleider opstellen beeldkwaliteitplan 'de Schil' te Rossum (inventarisatie, opstellen beeldkwaliteit/criteria, samenstelling rapport). - Projectleider opstellen beeldkwaliteitplan 'Mulderhof te Weerselo (inventarisatie, opstellen beeldkwaliteit/criteria, samenstelling rapport). - Projectleider opstellen beeldkwaliteit 'Zomerlust' te Ootmarsum (inventarisatie, opstellen beeldkwaliteit, samenstelling rapport, aanspreekpunt gemeente). 2002 - 2007
Gemeente Emmen Functie: Beleidsmedewerker stedenbouw. Werkzaamheden: inventariseren en analyseren woongebieden en opstellen bestemmingsplan.