Gemeente Helmond RUIMTELIJK FYSIEK Commissie RF
Notulen vergadering: 12 september 2006 Aanwezig:
Afwezig:
Dhr. J. Damen (voorzitter), weth. Van Heugten, weth. Houthooft-Stockx, mevr. N. de Jager, dhr. C. Davies en dhr. R. Groenendal (PvdA), dhr. J. Roefs, dhr. E. Luyben en dhr. Y. Yeyden (CDA), dhr. T. Kuypers, (SDOH), de heer M. Sneijers, mevr. E. Niessen (VVD), dhr. B. Smits (HB), dhr M. Rieter (Helder Helmond), mevr. E. de Voogd (HSP), dhr. P. Smeulders (GL) dhr. S. Ferwerda (D66), dhr. H. Verbakel en dhr. E. de Vries (SP), dhr. T. Middel, dhr. M. Farla, dhr. T. Gremmen, dhr. G.J. Vlot, mevr. N. ter Linde, mevr. J. Mooibroek (commissiegriffier), mevr. Boetzkes (notulist) Dhr. Th. v.d. Ven, mevr. A. Spierings, mevr. C. v.d. Hurk
1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Bericht van verhindering van de heer v.d. Ven, mevrouw Spierings, zij wordt vervangen door de heer Smits en mevrouw v.d. Hurk, zij wordt vervangen door mevrouw De Voogd. De vergadering van 10 oktober wordt verzet naar 24 oktober. De vergadering begint om 19.00 uur. Bij agendapunt 7 ontbrak de startnotitie, deze is nog wel voor iedereen gekopieerd. 2. Goedkeuring van de notulen De heer Rieter: zonder ruggespraak komt hem vreemd over. Stemmen zonder last. In de gemeentewet is bepaald dat leden van de Raad zonder last stemmen. Raadsleden moeten zich bij hun stemgedrag onafhankelijk en vrij opstellen. Dat betekent dat een raadslid niet zou mogen overleggen met burgers of met zijn of haar politieke partij of fractie. De voorzitter geeft, naar aanleiding van de vorige vergadering, aan dat hij vanwege de vergaderingorde niet toestaat dat er gediscussieerd wordt met de publieke tribune tijdens de vergadering. Wel kan men een schorsing aanvragen ten behoeve van overleg met de achterban. Mevrouw de Voogd en mevrouw Niessen maken enkele tekstuele opmerkingen. Deze worden in de notulen van 22 augustus aangepast. De heer Kuypers blz. 2, was SDH/OH het eens met het verhaal van mevrouw Niessen, ook mede vanwege het feit dat ze gezegd heeft dat SDH/OH een amendement heeft ingediend vanwege die zaak. Dit wordt in de notulen van 22 augustus aangepast. De notulen worden met inbegrip van bovengenoemde opmerkingen vastgesteld. 3. MEROS De heer Davies: Asten en Someren stemmen in met deze MER? Als dat positief uitpakt zijn Asten en Someren dan bereid de plannen uit te voeren. Wat is de status van dit stuk? Gebied Groot Goor, Helmond wil dit natuurgebied houden. Provincie wil het toch meenemen in de MEROS om te bekijken of er bebouwing mogelijk is. Wat is het standpunt van Helmond? In het collegeprogramma staat iets over de groene mal, natuurgebieden om de stad, waarvan we moeten vastleggen dat die voor nu en voor de langere termijn onaangetast blijven. Is daar rekening mee gehouden? De heer Ferwerda: het doel is zoeken naar ruimte voor de langere termijn voor woningbouw en industrie. Someren vindt Lungendonk niet geschikt voor woningbouw en Asten vindt Diesdonk niet geschikt voor industrie. Wat is de meerwaarde van dit traject? De heer Smeulders: klopt het dat als het traject achter de rug is 1 van de 2 aangegeven plaatsen in 2030 is bebouwd. Zo ja, is 1 op de 2 niet een beetje gering voor een onderzoek. Zo nee, wat dan? Bestaat er een grotere kans dat een van de gebieden, zoals opgenomen in het RSP als “winnaar” uit de bus komt? Er wordt in het rapport geen negatief punt vermeld, wat hoogst opmerkelijk is, alleen positieve punten worden aangestipt. De GL-fractie raadt aan niet te vroeg met het onderzoek te beginnen voordat SRE een besluit heeft genomen over de BOSE-plannen.
Notulen Commissie RF
blz. 1
De heer Van Mullekom: denkt u snel tot een volledige overeenstemming te komen met de gemeenten Someren en Asten? Kan men al aangeven of er al grondverwerving heeft plaatsgevonden door de gemeente en/of andere ontwikkelaars in bijvoorbeeld Lungendonk en hoeveel. De heer Kuypers: er is een looptijd uitgedacht van 30 jaar. De gemeenten die erbij betrokken zijn, zijn bij elkaar gekomen om daar over te praten. Men is daar uiteraard nog niet uit, het is nog steeds een concept. Het onderzoek op zich is voor het milieu. De heer Roefs: het is spijtig dat Diesdonk en Lungendonk niet opgenomen zijn als beleidsbeslissingen in het RSP. Dan zou het traject wat we nu in gaan zetten een stuk korter worden. In de randgemeenten zijn de nodige huiveringen als het gaat over ontwikkelingen op andermans grondgebied, dat is begrijpelijk. We willen een stuk draagvlak krijgen binnen de regio. CDA kan zich vinden in de rapportage. Hopelijk gaat er genoeg draagvlak ontstaan bij de omliggende gemeenten. De heer Verbakel: wordt er ook een MER-procedure opgestart voor Scheepstal? De heer Rieter: het mooie van deze notitie is dat 5 gemeenten samen de zorg voor de toekomst op een rijtje zetten. Op zich is het jammer dat er 2 keer zoveel zoeklocaties zijn dan nodig is. Wachten een en ander af. De heer Smits: wil zich aansluiten bij de heren Roefs, Kuypers en Rieter. Mevrouw Niessen: gezien de economische ontwikkelingen acht de fractie de doelstelling in het kader van het brainportprogramma van groot belang. Dit houdt in; het bieden van voldoende bedrijfsvestiginglocaties, een aantrekkelijke woon- en werkomgeving en natuurlijk een goede bereikbaarheid. De richtlijnen in de startnotitie zijn voldoende om de geschiktheid van de beoogde locaties te onderzoeken. Gezien het belang van het ontwikkelen van nieuwe woningbouwlocaties spreekt VVD de zorg uit over het langdurige karakter van de te volgen processen. Wethouder Van Heugten: het besluit dat ten grondslag ligt aan deze MER is het vaststellen van het ASP/uitwerking van het streekplan. Daarin is opgenomen dat zoeklocaties voor woningbouw en bedrijventerreinen in het oostelijk deel van de stadsregio als voorkeur Lungendonk en Diesdonk naar voren zijn gebracht. Initiatiefnemer zijn de 5 gemeenten samen. Het richt zich op een besluit van de regioraad om Lungendonk en Diesdonk straks daadwerkelijk als gebied voor woningbouw en bedrijventerrein aan te wijzen. Als bevoegd gezag is de Provincie aangewezen om als overkoepelend orgaan de MER-procedure te kunnen beoordelen. Als het gaat om het vaststellen van de startnotitie zijn er 5 gemeenteraden nodig. En er is een stuurgroep nodig die het MER-proces aanstuurt. De gemeenten hebben nog niet uitgesproken of ze later de bereidheid hebben de plannen uit te voeren. Als het regioraadsbesluit is vastgesteld, dan kunnen de gemeenten het bestemmingsplan vaststellen. Het gebied Goor is niet het Groot Goor zoals het achter de Heeklaan ligt, maar het gebied vanuit Jurius richting Lungendonk. Niet het natuurgebied, maar het weidegebied. Het is noodzakelijk dat men bij dit soort beleidsbeslissingen een MER maakt ten aanzien van de locatiekeuze. Een grote woningbouwlocatie c.q. een grote bedrijventerreinlocatie kent dus 2 MER-procedures. Eén is een locatie MER waarin de milieueffecten van de verschillende locaties met elkaar gewogen worden en vergeleken, daaruit komt een voorkeurslocatie voort. Als dat besluit genomen is dan komt er voor de locatie zelf nog een inrichtings-MER. Dit is de eerste MER om te komen tot de 2 locatiekeuzes. De 5 gemeenten hebben overeenstemming over de startnotitie. Grondverwervingen zijn nu nog niet relevant. Mevrouw Niessen: de wethouder sprak over enigszins vergezochte alternatieven. Wat als zo’n alternatief beter gevonden wordt dan Diesdonk, wat worden dan de te volgen stappen? De heer Davies: strategisch goed om alle gemeenten te betrekken. Als de MER vastgesteld is, over alle gebieden en gemeenten, staan we dan als Helmond sterker richting Provincie. Maar wat als we willen uitbreiden op grondgebied van buurgemeenten, terwijl in de MER naar voren komt dat Helmond zelf genoeg ruimte heeft. Spelen dat soort strategische overwegingen een rol, zodat we bij de Provincie kunnen zeggen dat we een gedegen onderzoek hebben gedaan? Wethouder Van Heugten: n.a.v. de vraag van mevrouw Niessen: Een locatie-MER moet eerst de geschiktheid, danwel ongeschiktheid van deze locaties afwegen in het gebied. Dat proces vindt nu plaats. Afhankelijk van de uitkomst daarvan kan dat leiden tot een andere besluitvorming. De waterbergingsopgave in Diesdonk is zodanig dat maar een klein gedeelte van Diesdonk erbij betrokken is. Het Waterschap heeft de bereidheid uitgesproken te onderzoeken of het mogelijk ontwikkelen van bedrijventerrein en het zijn van waterbergingsgebied gecombineerd kan worden. Het staat los van de discussie wiens grondgebied het is en wiens grondgebied het blijft.
Notulen Commissie RF
blz. 2
Als er een nieuwe woonwijk gebouwd wordt, zal er uiteindelijk een grenscorrectie plaatsvinden met Someren. Hopelijk wordt dat op basis van een wederzijdse afspraak tussen beide gemeenten een administratieve grenscorrectie. Als dat niet zo, dan kan men altijd samen met de Provincie een ander oplossing bedenken. Dit geldt ook voor Diesdonk. Er wordt op dit moment geen MER gemaakt voor Scheepstal. Omdat Scheepstal een van de locaties is die meeweegt als alternatief voor Diesdonk, krijgt men natuurlijk wel inzicht in de milieugeschiktheid van deze locatie. De prognose geeft aan dat er dan een grotere behoefte is aan woningen, maar we hebben steeds gezegd dat het zou moeten kunnen de helft van de toekomstige woningbouwbehoefte met inbreiding te realiseren binnen bestaand stedelijk gebied. De helft moet dan in uitbreidingslocaties terecht komen. Lungendonk is dus het uitbreidingsdeel. De heer Smeulders: klopt het dat één van deze 2 buitenstedelijke gebieden bebouwd is voor 2030. Als er zoveel woningen nodig zijn, is de conclusie dat een op de twee van deze gebieden bebouwd moet worden om aan de buitenstedelijke woningbehoefte te voldoen. Wethouder Van Heugten: we zoeken een zoeklocatie voor 5000 á 6000 woningen, omdat we denken dat we daarmee de komende 25 jaar voldoende ruimte hebben om de uitbreidingsbehoefte in te kunnen vullen. Het is niet de bedoeling dat we alle locaties bebouwen, het is de basis om een besluit te nemen over één locatie. 4. Presentatie Waterplan Mevrouw ter Linde geeft een presentatie over de stand van zaken van het Waterplan. De heer Rieter: u noemde enkele keren afstemmen met het Waterschap, lopen we risico dat we dubbel werk aan het doen zijn, of houdt het Waterschap zich meer bezig met het buitengebied. Het recreatieve gebruik van water past dat ook in het waterplan. Cultuurhistorische elementen, bedoelt u daarmee het kanaal, sluis 7 en de oude schepen. Ook de klankbordgroepen/wijkraden zijn te gebruiken in het communicatietraject om te betrekken bij ontwikkelingen van water in hun wijk. De heer Kuypers: gebruik van water en waterwegen zou recreatief en economisch bij elkaar kunnen passen. Men is eens gestart met het slaan van een damwand bij sluis 7, maar men is halverwege gestopt, weet u waarom? De heer Smits: het financiële plaatje geeft geen goede verdeling tussen het Waterschap en de gemeente. Wat is de uitvoering van het waterplan, welke projecten komen daar uit voor het IVP. De heer Groenendal: op welke punten wordt de Raad geïnformeerd over de kosten, effecten, resultaten en bijstelling van plannen. Kostenverhouding tussen Waterschap en gemeente als het gaat over het beheer van het water. De heer Smeulders: water in relatie met speelvoorziening voor kinderen, is dat niet gevaarlijk? Mevrouw De Voogd: informatie naar de burger over het watersysteem, dat zou inderdaad kunnen via communicatietrajecten in de wijk, zodat senioren daar ook wat over horen. De heer Ferwerda: verdroging van natuurgebieden, heeft dat ook te maken met activiteiten uit omliggende plaatsen? Wordt er gedacht aan een nieuwe belasting voor de burger op termijn? Al enkele jaren worden de rioolrechten verhoogd met € 10,-- per jaar. Hoelang is een dergelijke maatregel nog noodzakelijk. De heer De Vries: wat is regenwaterbelasting? De heer Roefs: op peil houden van het rioolstelsel vergt de nodige aandacht. Regenwaterbelasting wat is dat en wat is het verbrede rioolrecht? De heer Van Mullekom: onderzoeken naar het stinken van het kanaal en de fonteinen, is dat onderzoek ooit uitgevoerd en wat is de uitslag? Mevrouw ter Linde: het waterplan wordt opgesteld en uitgevoerd in samenwerking met het Waterschap. We doen geen dubbel werk. Het Waterschap doet nu nog veel werk in het buitengebied. Het waterplan geeft hen de mogelijkheid wat meer het stedelijke gebied in te trekken. Cultuurhistorisch belang kanaal: er zijn er nog meer cultuurhistorische elementen die een relatie hebben met water en belangrijk zijn, bijv. kasteelgracht, Binderen en de gracht bij Overbrug. Die relatie wordt in het waterplan benadrukt, maar er zijn geen actieve maatregelen. Het is meer een signaleringsfunctie. In het kader van communicatie heeft men overleg gehad met de communicatie adviseur en wordt meegenomen als belangrijk uit te werken punt. Het waterplan op zich wordt nog niet naar de wijkraden gebracht. De specifieke projecten worden wel besproken. Sluis 7 en damwand: men is niet halverwege gestopt, dat lijkt misschien wel zo, omdat er delen boven het water uitsteken, maar onder water is het helemaal gereed. Water in relatie tot speelvoorzieningen. Als het diep water is, is het gevaarlijk.
Notulen Commissie RF
blz. 3
Als het gaat over een infiltratieveld waar regenwater naartoe loopt en infiltreert in de bodem en een aantal keer per jaar nat is, is het geen probleem. De combinatie is al gemaakt in de luchtvaartbuurt. Verdroging van natuurgebieden en de relatie met de omliggende plaatsen. De relatie is er inderdaad. Verdroogd natuurgebied is de Stiphoutse bossen omdat er een aantal landbouwpercelen ligt die een grote ontwatering nodig hebben. Die trekken de grondwaterstand naar beneden. Soms ligt die link er met de omgeving, soms niet. Belasting: misschien komt er een belasting die anders vormgegeven is. Rioolrecht is nu precies omschreven. Dat is enkel beheer en onderhoud van het bestaande rioolstelsel. De gemeente krijgt straks meer watertaken, het Rijk heeft doen inzien dat er misschien ook financieel instrumentarium bij moet komen. Dat is verbreed rioolrecht. Het Rijk geeft de mogelijkheid een splitsing te maken in afvalwaterbelasting en regenwaterbelasting. Burgers en bedrijven kan men apart laten betalen voor afvoer van regen- en afvalwater. Men moet nog wel uitzoeken of het zinvol is, mede gezien het feit dat we nu nog voor 70% een gemengd stelsel hebben. Dan heeft het geen nut. Financiën: geeft enigszins een vertekend beeld. Het Waterschap steekt er meer uren in, dan het kaartje laat zien en dat is nog niet goed verwerkt. Het is een voorlopige prognose. We hebben als gemeente een eigen verantwoordelijkheid voor uren en externe kosten, daar komt het verschil in uren en externe kosten vandaan. Hoeveel de uitvoering van projecten nu allemaal gaat kosten, is nog niet te zeggen. De problematiek over de stank in het kanaal is bekend. Mevrouw ter Linde heeft geen onderzoeksvraag gekregen. Er zijn ook tegenstrijdige geluiden. De sluizen kunnen niet opengezet worden, omdat ze een waterkerende functie hebben en men mag maar een maximaal aantal m3 doorvoeren van Rijkswaterstaat en andere partners. Wethouder Houthooft: € 10,-- extra voor de verhoging van rioolrechten. Dat is de afspraak die met de Raad gemaakt is om het riool structureel te verbeteren. Het waterplan wordt nog vastgesteld in de Raad, het concept komt nog terug in de commissie. Ook in de begroting komen de middelen voor het waterplan terug. De voorzitter dankt mevrouw ter Linde voor de presentatie. 5. Milieujaarverslag 2005. De heer Sneijers: op pag. 12 wordt melding gemaakt over het feit dat het landelijke risicoregister ver achtergebleven is bij het ambitieniveau. Het blijkt dat er gebrek aan consensus is over de wijze waarop de risicokaart gevuld moet worden en dat de risicokaart sterk achterhaalde data bevat, omdat er geen besluit is genomen over welke gegevens er moeten worden vastgelegd. Is er inmiddels al meer duidelijkheid over, zodat we dat in het jaarverslag van 2006 terug kunnen lezen. Op pag.19 wordt melding gemaakt van knelpunten bij gecumuleerde geluidsbelasting veroorzaakt door amvb-bedrijven. Er wordt nagegaan welke acties nodig zijn om de knelpunten op te lossen. Is al bekend welke acties ondernomen dienen te worden en op welke termijn. In het kader van de uitwerking van de regionale handhavingprogramma’s zijn 16 bedrijven bezocht waarvan 8 geen melding hadden ingediend terwijl zij wel meldingsplichtig waren. 50% lijkt veel. Wil men middels voorlichting alle Helmondse bedrijven attenderen op de meldingsplicht of is het nalatigheid van de betreffende bedrijven. De heer Smits: waarom heeft de milieuenquête wederom niet plaatsgevonden? Is alles binnen de financiële kaders uitgevoerd, er staat niets over vermeld in het jaarverslag. De heer Smeulders: de positie van de adm. kracht van het milieu- en natuurcentrum is sinds medio juni vervallen. Hoe is dit opgevangen en hebben de vrijwilligers er last van. Hoe weet de gemeente of een bepaald bedrijf meldings- of vergunningsplichtig is en controleert de gemeente hierop. Bij 2 wijken zijn milieusurveillances uitgevoerd. Wordt er structureel onderzoek naar uitgevoerd. In het MWP staat aangegeven welke bedrijven in 2005 bezocht worden, krijgen de bedrijven bericht of is het een verrassingselement? Te lezen is dat het hele jaar vrije veld toezicht is uitgevoerd, is dat zo vrij als het klinkt, zo nee, wat moet men zich er dan bij voorstellen. In de eindconclusie is te lezen dat bij 14 ondergrondse tanks bij particulieren onduidelijk is of ze aan de BOOT voldoen. Waarom is dat onduidelijk? De heer Groenendal: Milieujaarverslag is niet zo geweldig. Het moet een beeld geven van de prestaties van de gemeente m.b.t. realiseren van de voornemens in het MBP. Het Milieujaarverslag dient om tussentijds doelstellingen van het MBP te monitoren. Raad moet formeel jaarverslag goedkeuren. In het nieuwe MBP graag een aantal meetbare doelen opnemen en de mate waarin ze zijn gerealiseerd. Het gaat om het inzichtelijk maken van wat er aan de hand is en wat we er aan kunnen doen, zodat de Raad op basis van deskundige
Notulen Commissie RF
blz. 4
informatie een besluit kan nemen. Wordt er in het nieuwe MBP rekening gehouden met de aanbevelingen uit het oude beleidsplan. Een van die aanbevelingen is dat er in het oude MBP weinig SMART-geformuleerde doelstellingen instaan. Belangrijk is te zien in welke mate de burger een bijdrage levert aan het realiseren van de doelstellingen. Er wordt in het jaarverslag niets over gezegd. Welke milieuvriendelijke initiatieven van burgers zijn er geweest. Met betrekking tot milieueducatie en het verstrekken van informatie zouden enkele veranderings- en vernieuwingsimpulsen nodig zijn. Afval is van de milieuagenda afgevallen, stond wel in het vorig beleidsplan. Het is belangrijk dat de kengetallen beschikbaar blijven. Met betrekking tot energie staat in het oude beleidsplan dat de IPC voor nieuwbouw verlaagd wordt naar 1. Is dat getal gehaald. Hetzelfde geldt voor het realiseren van een EPL-waarde van 7, is dat gehaald? Als er bijstellingen zijn moet men er van op de hoogte zijn. De heer Yeyden: de verwachting is dat over 5-8 jaar slechts 100 bedrijven onder de vergunningplicht vallen. Waar is de terugname op gebaseerd. Integratie milieu en bouwen; is al duidelijk hoe dit vorm krijgt met het oog op de invoering van de omgevingsvergunning. Er zijn meer vergunningen, meldingen en controles uitgevoerd dan gepland, heeft dat consequenties voor de overige taken van de afdeling. Er staat een groot aantal woningen op de lijst voor saneringen, om budgettaire reden is dat stopgezet, wat gaat er verder mee gebeuren, op welke termijn en wie draait op voor de kosten. De heer Kuypers: is de burger minder betrokken en is er minder belangstelling voor het milieu? Wethouder Houthooft: het MBP 2000-2004 is de afgelopen jaren vigerend geweest, daar is een evaluatie op geweest. Aan de hand daarvan wordt het nieuwe MBP opgesteld, dat is in concept praktisch gereed. Het is besproken in het milieucommunicatieplatform en komt nog in de commissie en Raad terug. Dat is het kader waarmee de komende jaren gewerkt wordt. Wat u nu hebt is een verantwoording die de Raad moet vaststellen richting het Ministerie, daarbij gaat het om hetgeen opgenomen is in paragraaf 4. Nu heeft men een verslaglegging die niet helemaal de bedoeling is geweest, het roept meer vragen op dan dat het duidelijkheid geeft. Het MWP dat resulteert een werkprogramma van de Milieudienst gekoppeld aan de begroting. Bij de Berap wordt aangegeven of er afwijkingen zijn. Als deze commissie het MBP behandelt moeten we goed kijken wat we willen bereiken de komende jaren. RRGS (risicokaart) komt 25 september in de lucht. Helmond heeft al een tijd geleden alle info geleverd, zodat het Helmondse deel in orde is. Bij gecumuleerde geluidsbelasting is het de bedoeling dat datgene wat bedrijven niet benutten geschrapt wordt, zodat men in de samenstelling van bedrijven bij de cumulatieve geluidsbelasting daar geen hinder van heeft. Blauwe maandag is een actie geweest. Bij de controles was niet alles in orde. Als de controles willekeurig waren uitgevoerd was het percentage veel lager geweest. Men heeft zich geconcentreerd op bedrijven waar veel bedrijfswisselingen plaatsvinden. Ieder bedrijf dat zich vestigt in Helmond moet een milieuvergunning hebben. Waarom de milieuenquête niet gehouden is zal wethouder Houthooft navragen. We zijn bezig met een luchtkwaliteitplan, het is in concept gereed en komt nog in de commissie. Bodemvervuiling zit in MBP. Bij het MBP zit kaartmateriaal waar locaties op aangegeven zijn. Over het contact met de MDRE zijn we tevreden. De basis is een goede samenwerking met de MDRE. Sanering spoorweglawaai is men allang mee bezig. Helmond komt in aanmerking voor geluidsschermen, inmiddels zijn de uitgangspunten van het Ministerie veranderd. Voorheen kwamen schermen e.d. in aanmerking voor subsidie, dat is nu niet meer. Alleen brondoelen komen in ervoor aanmerking. We zijn in overleg met Ministerie en de staatssecretaris om te bekijken op welke manier we uit deze impasse kunnen komen. Er is dus nog geen definitief “nee”. De heer Van Brunschot: de milieutaken zijn binnen de begroting uitgevoerd. Er`was voldoende ruimte. Het genoemde aantal vergunningsplichtige bedrijven heeft te maken met regelgeving van hoger hand die gaat wijzigen. Veel meer bedrijven vallen onder de meldingsplicht en niet meer onder de vergunningsplicht. Controles worden in principe niet vooraf gemeld, maar er zijn uitzonderingen. Dit geldt ook voor het vrije veld toezicht, men kijkt dan voornamelijk naar grond en grondverzet. Afval: er is vermindering van de hoeveelheid afval. In nieuwe MBP probeert men stringentere en smart-ere doelen te formuleren die beter te monitoren zijn. Belangstelling van de burgers is een gevoelskwestie, er komen minder klachten en vragen. Of dat minder belangstelling is, is nog de vraag. Actie BOOT is het besluit ondergrondse tanks. Er zijn verschillende acties uitgevoerd de laatste 10 jaar. De burger moet melden als men een tank in gebruik heeft, ook voor de keuring. De laatste jaren komen er steeds minder meldingen.
Notulen Commissie RF
blz. 5
Dit jaar vindt er weer een actie plaats om te inventariseren. EPC en EPL wordt nagekeken door wethouder Houthooft. De heer Ferwerda: hoe is de verhouding met de milieudienst. Aantal jaar geleden zei de milieudienst dat zij onvoldoende tegenspel kregen van de gemeente waar het betrof hun aanbieding van producten. Zij weten dit aan te weinig deskundigheid bij de gemeente Helmond, is dat nu niet meer aan de orde? Wethouder Houthooft gaat op bezoek bij de milieudienst Helmond en Eindhoven en verdiept zich in de verhouding. De constatering is dat de samenwerking en de afstemming op dit moment op goede voet is. De heer De Vries: m.b.t. de blauwe dag in Helmond staat dat veel bedrijven niet bekend zijn bij de milieudienst. De SP vraagt zich af hoe dat kan. De heer Smits: in het jaarverslag zou de verantwoording van de financiën moeten zitten. Hoeveel uren werkt de MDRE voor Helmond? De heer Groenendal: milieueducatiecentrum, er wordt al een paar jaar dezelfde soort verslaglegging gedaan. Is er aandacht voor een nieuwe impuls als het gaat om milieueducatie De heer Van Mullekom wil er voor pleiten dat men het verslag begint met een samenvatting. Wethouder Houthooft: met betrekking tot het wegvallen van de administratieve kracht. De stichting is een zelfstandige stichting die eigen beleid heeft in het kader van hun financiële verantwoording. Waar zij behoefte aan hebben is meer vrijwilligers. Dat is de noodkreet. Financiële verantwoording, mogelijk dat we 2 verschillende verslagen maken. Dit verslag moet vastgesteld worden door de Raad en gaat naar het Ministerie. Alle andere verslagen zijn niet nodig voor het Ministerie. De heer Van Brunschot: met een nieuwe impuls wordt rekening gehouden, dat komt voort uit de evaluatie. Voortaan begint men het verslag met een samenvatting. Blauwe maandag kleine bedrijven: de milieudienst bezoekt jaarlijks ongeveer 350 kleine bedrijven. Veel blijven er niet bezocht. Omdat er zoveel wisselingen zijn is het niet vreemd dat er veel bedrijven onbekend blijven. 1 x Per jaar wordt aan de hand van een lijst van de KvK gekeken of er nieuwe bedrijven bij zijn gekomen. Maar het is niet bij te houden. De heer Ferwerda: dus de gemeente vraagt geen totale controle. De heer Van Brunschot, nee, dat doet geen enkele gemeente. De heer Yeyden: milieucontrole is toch zaakgebonden? De heer Van Mullekom: komen er ook tips binnen? De heer Van Brunschot als er mensen overtredingen melden wordt er altijd op gereageerd. Advies: de commissie gaat unaniem akkoord, met uitzondering van D66, zij maken een voorbehoud. 6. Notitie omvang doelgroep kernvoorraad nu en in 2015 De heer Ferwerda: is de conclusie juist dat corporaties en gemeente het er over eens zijn dat er voldoende kernvoorraad is? De heer Luyben: de corporaties en gemeente zijn het erover eens dat het convenant niet aangepast hoeft te worden. Zijn hiermee alle problemen opgelost? Hoe zit het met het aantal woningzoekenden. Er moet nu op zeer korte termijn helderheid komen over het aantal ingeschrevenen, zowel bij Volksbelang als bij www.hureninhelmond.nl. Na bijna een jaar dienen de aanloop problemen opgelost te worden. De aantallen op pag. 11 zijn afgeronde getallen, maar een verschil van 1000 woningen zoals bij de overige voorraad koopwoningen is toch wel veel. De heer Groenendal: er is geen eenduidige informatie beschikbaar over het aantal mensen dat een sociale huurwoning zoekt. Er zijn geen plaatselijke gegevens beschikbaar over de wensen van Helmondse burgers m.b.t. sociale huurwoningen. Hoeveel gezinnen er lang ingeschreven zijn is geen informatie over. Is dat een grote groep? De heer Verbakel: de vraag of men vindt of er voldoende betaalbare huurwoningen zijn, is afhankelijk van wat je wilt betalen aan huur, welk percentage men wil betalen. Deze nota geeft daar een illustratie van. Corporaties hebben een andere mening dan de gemeente. Op het eind zeggen ze dat ze het met elkaar eens zijn, dat er niets veranderd hoeft te worden. Daar moet opheldering over komen. De heer Rieter: is er wel een tekort? Hoeveel mensen staan er ingeschreven. En zijn er mensen die zoekende zijn die van het ene huis naar het andere verhuizen. Mensen die scheefwonen bijvoorbeeld. De heer Davies: deze notitie gaat uit van kernvoorraad. Dat betekent dat je uitgaat van het volgende: je hebt zoveel mensen met een bepaald inkomen en je hebt zoveel betaalbare woningen. Eigenlijk zou men een onafhankelijke commissie in moeten stellen die de 5000 ingeschrevenen gaat onderzoeken.
Notulen Commissie RF
blz. 6
Als men geen inzicht krijgt weet men ook niet hoeveel men moet bouwen. De heer Ferwerda; u vraagt zelf om een notitie om inzicht te krijgen van wat hebben we nu echt aan behoefte. Nu komt er een notitie en nu wordt alles gedraaid om de woningzoekenden, dat geen 6000 is, maar er zijn ± 2000 à 2500 “vlottende” mensen. De heer Davies: u heeft geen inzicht in degenen die ingeschreven staan bij de corporaties. De kernvoorraad wil een bepaalde hoeveelheid matchen met een bepaalde inkomensdoelgroep. En dat is niet te matchen want er zijn bijvoorbeeld 30% mensen in de goedkope woningen waarvan hun inkomen is gestegen, maar er zijn geen wetten in Nederland om die mensen uit hun huis te zetten. De heer Roefs: vraagt u nu eigenlijk om een onderzoekscommissie vanuit de Raad? De heer Davies: het is een spel tussen gemeente en corporaties. De ene partij zegt dit, de andere partij zegt dat. De heer Luyben: we hebben nu een eindconclusie waarin staat dat gemeente en corporaties het eens zijn. Wat zegt de woonconsument ervan? De heer Davies: wie zijn die 5000 ingeschreven wat zijn de woonwensen. Voor wie moeten wij in de toekomst bouwen, dat is de discussie. Als die gegevens matchen met dit verhaal, dan zijn we er over uit. De heer Luyben: in een eerdere presentatie hebben de corporaties die getallen weergegeven. Toen is de vraag gesteld, kan die lijst gescreend worden. De heer Kuypers: misschien moet er een nieuw initiatiefvoorstel komen. Het is de vraag hoe ga je meten? De heer Davies: men moet de lijst van ingeschreven onderzoeken en kijken waar de problemen liggen. Dat zijn extra gegevens die de wethouder kan gebruiken, die de politiek kan gebruiken en die de zaak verhelderen. Als we zeggen dat we het perfect voor elkaar hebben met deze notitie dan zeggen we eigenlijk dat we geen probleem meer hebben met betaalbare woningen. Wethouder Van Heugten: in de nota wonen staat het een en ander weergegeven. Het nieuwbouwprogramma dat afgesproken is met de corporaties, dat is een goed gegeven. De vraag naar woningen ligt heel anders. Heeft men acuut een woning nodig of heeft men specifieke woonwensen. De heer Groenendal: dat zijn juist de vragen die de corporaties aan de mensen kunnen stellen. Wethouder Van Heugten: volgens de corporaties zijn er weinig urgent woningzoekenden. Van de woningen die de corporaties aan woningzoekenden aanbieden zijn er gemiddeld 6 weigeringen. Dat duidt erop dat men niet op zoek is naar de eerste de beste woning, maar men wil specifiek een bepaalde woning hebben en daarvoor is men bereid te wachten. Mevrouw De Jager: volgens de corporaties zijn de gegevens niet helder. Het heeft ook te maken met het systeem. Wethouder Van Heugten: in het distributiemodel had iemand zelf de keuze, of dat hij zich als urgent woningzoekende in liet schrijven of als woonwenskandidaat. Daarmee kon men zich op basis van een vrije keuze classificeren en werd dat steeds als uitgangspunt genomen. Sinds we een nieuw systeem hebben zal dat niet zoveel veranderd zijn. Er is nog steeds een bepaald deel urgent en mensen die op basis van een woonwens zich inschrijven. Mevrouw De Jager: het enige wat men vraagt is helderheid in de gegevens. Wethouder Van Heugten: die hebben we niet. Mevrouw De Jager: er is overigens wel toegezegd dat men de dubbelingen eruit zou halen. Dat heeft te maken met de zuiverheid van gegevens en hoeveel mensen er een huis zoeken. Wethouder Van Heugten u denkt dat u op basis van een getal aan woningzoekenden kunt bepalen wat u moet gaan bouwen. Dat is niet zo, want u weet niet hoeveel mensen er voor een vrije sector kavel ingeschreven staan. We weten dat er een vraag is naar kavels en naar sociale woningbouw en naar koopwoningen, maar we gaan ook niet alle lijsten bij de makelaars na. Mevrouw De Jagerwe hebben de verantwoordelijkheid over sociale woningen en niet over vrije kavels. Wethouder Van Heugten de verantwoordelijkheid van de gemeente reikt verder dan de sociale woningbouw. Maar zit er nu een mismatch tussen het totale aantal sociale woningen dat men nodig heeft op basis van de inkomenspositie van de bevolking of niet. Dan kun je zeggen dat op macroniveau die mismatch er niet is. Het totale aantal beschikbare sociale huurwoningen in Helmond is redelijk in overeenstemming met de inkomenspositie van de huishoudens. Het is natuurlijk wel een arbitraire keuze waar je zegt, wat mag de huurquote zijn van je inkomen, die is bijna nergens zo laag als in Nederland. Als men 50% van het totale aantal woningen tot de sociale categorie rekent, en dat is in Helmond, zelfs als men kijkt naar de WOZ- waarde van € 175.000,-- dan vallen 2 van de 3 woningen in Helmond daaronder.
Notulen Commissie RF
blz. 7
Dan moet u niet zeggen dat we onze nota wonen en ons nieuwbouwprogramma verkeerd hebben ingericht en dat we massaal moeten bijbouwen in de categorie. En dat wilt u zeggen op basis van hoeveel mensen er ingeschreven zijn bij de corporaties. De heer Davies heeft gezegd dat als men scheefwoners wil aanpakken dat men die alleen maar kan aanpakken d.m.v. herstructurering of d.m.v. verkoop van woningen. Wethouder Van Heugten is het daar niet mee eens. Het is niet altijd erg als er scheef gewoond wordt, zeker als er naar 2 kanten scheef gewoond wordt, dan heft het zich redelijk op. Men hoeft daar in de totale kwantiteit van de voorraad niet noemenswaardig rekening mee te houden. Scheefwonen blijft bestaan en de corporaties zouden gericht in hun klantenbestanden moeten kijken of dat de woning die iemand bezit nog steeds de ideale woning is en of de corporatie misschien de betreffende mensen kan helpen aan een betere woning. Uiteraard is het college geïnteresseerd in de kengetallen van woningzoekenden. Elke 2 jaar wordt er een woningbehoeftenenquête gedaan. Men gaat bij een groot aantal gezinnen na of men plannen heeft of geneigd is te verhuizen en waar die dan toe zouden leiden, is dat een grotere of kleinere woning of misschien een koopwoning. Deze notitie heeft als nut en noodzaak gehad om met elkaar op stadsniveau te beoordelen zit er nu een scheefheid tussen het aantal benodigde woningen in relatie tot de huishoudens die we hebben en de discussie over de grenzen, welke grens je ook neemt, de huursubsidiegrens of de WOZgrens, het blijkt dat die match er redelijk zit. De oplossing is veel meer, hoe houden we de dynamiek in onze woningmarkt zodanig dat er voldoende mogelijkheden voor mensen zijn om te switchen van woning. Er zit geen licht tussen de mening van de corporaties en gemeente als het gaat om hoe je deze cijfers moet gaan toepassen op het convenant en het nieuwbouwprogramma. Als het gaat om hoe matched de woningvoorraad met de inkomensgroepen van huishoudens dan zijn deze cijfers zeer bruikbaar. De heer Groendendal: zijn de 1050 woningen voldoende Wethouder Van Heugten: dat is een relatie die er niet is. Er zal altijd vraag blijven naar sociale huurwoningen. De heer Davies: de mismatch van scheefwonen zou onderzocht moeten worden. Dan kom je ook tot een betere eindconclusie en tot een beter inzicht in de cijfers. De urgente gevallen moeten in beeld gebracht worden. Dat zouden er 1200 zijn, daarom is het van belang die lijst te matchen met het stuk dat hier ligt. Wethouder Van Heugten: urgente woningzoekenden is altijd tussen de 100 en de 150 geweest, dat kan nu niet 1200 zijn. Er zijn veel woningen die acuut beschikbaar zijn, maar die mensen willen daar niet wonen. We hebben hier een bruikbare notitie met een gedragen heldere conclusie tussen gemeente en corporaties. De volgende stap die we maken is, kunnen we nog verder gaan in het managementsysteem van het woningzoekendensysteem. 7. Waterberging Bakelse Beemden, richtlijnen voor de MER De heer Roefs: reconstructieplan de Peel impliceert dat er waterberging aangelegd wordt. Er is een klankbordgroep die de zaak begeleidt, daarin zijn alle partijen vertegenwoordigd. In Dierdonk is een infoavond gehouden. Er wordt gelijktijdig ook een ecologische verbindingszone aangelegd en brede landbouw komt meer aan bod. CDA is akkoord met de startnotitie. Financiële verhaal: het Waterschap zal zorgen dat de eerste kosten gedekt worden. Er moeten nog zaken aangekocht worden, inrichting zal nog de nodige financiële offers vragen. Worden wij daar als gemeente Helmond ook op aangesproken. De heer Kuypers: er is veel protest in de omgeving, kan het zijn dat het moeilijker wordt om de grond kwijt te raken. Wordt er vaak water ingepompt en uitgehaald. De heer Sneijers: het advies van de MER is een belangrijke toegevoegde waarde. VVD is akkoord en ziet de MER met grote belangstelling tegemoet. Wethouder Van Heugten: het Waterschap is verantwoordelijk voor de inrichting van het gebied en alle maatregelen die nodig zijn om dit gebied om te vormen tot waterbergingsgebied in combinatie met de natuur- en landschapsfuncties die erin voorzien zijn De rekening is dan ook voor het Waterschap en het heeft dus voor de gemeente geen financiële consequenties. Landbouwers hebben zich zorgen gemaakt over de belangen van hun agrarische percelen, die zijn nu goed gewaarborgd. Waterbergingsgebied is vooral het natuurgedeelte. Men probeert de agrarische gronden te vrijwaren van wateroverlast en als die er wel zijn, is er een regeling voor getroffen. Advies: de commissie gaat unaniem akkoord.
Notulen Commissie RF
blz. 8
8. Jaarverslag welstandscommissie 2004-2005 De heer Smits: een beroep tegen het besluit van de commissie is vaak niet mogelijk. Wijziging in de welstandsnota is al in uitvoering. Dus we besluiten achteraf wat nu al gebeurt Welstandscommissie uitsluiten en overhevelen naar ambtenaren is het principe toen we de welstandsnota instelde. De kleine lichte vergunningen afwerken binnen het loketcriteria door de ambtenaren. Wat blijkt nu, alle plannetjes zijn gedurende de hele periode aan de welstandscommissie voorgelegd met het besluit erbij. Nu gaan we zeggen dat we er beter mee kunnen stoppen. Alle probleemstellingen zijn betuttelingen. Alles wat we nu doen had beter doorgeschoven kunnen worden naar de evaluatie van 2007, want dan wordt de hele welstandsnota herijkt. De heer Smits zou graag willen zien dat de commissie welstand een vorm van erkerbeleid zou willen opnemen in de totale welstandsnota. De heer Sneijers: probleemstellingen zijn nogal cryptisch omschreven. Bij probleemstelling 2 wordt verwarring geschept door te stellen dat alle eenvoudige bouwplannen die behoren bij een gebied waar een beeldkwaliteitsplan van kracht is in de regel door de welstandscommissie getoetst worden. Dit zou niet gelden voor de gebieden waar specifieke loketcriteria voor zijn opgenomen. In beide gevallen wordt Dierdonk als voorbeeld genoemd. Graag helderheid hierover. De heer De Vries: waarom nu pas wijzigingen voorstellen terwijl ze in 2004 door het college al goedgekeurd zijn. De heer Smeulders: het college volgt in vrijwel alle gevallen het advies van de commissie op, in 5 gevallen niet. In bijna alle gevallen, plannen met een tijdelijk karakter en kleine wijzigingen. Wat is de reden waarom het college voor kleine wijzigingen uitzonderingen maakte, welk geval zorgde voor de “bijna” en wat was het grote geval waarvoor uitzondering werd gemaakt. De heer Kuypers: zichtlocaties komt men niet tegen. Hebben die andere waarden? Wethouder Van Heugten: loketcriteria is de dagelijkse praktijk. Daarnaast er is een groot aantal bouwaanvragen die niet onder de categorie lichte bouwvergunningen vallen, waarvoor de loketcriteria niet voldoende zijn en waarvoor men een reguliere welstandstoets doet. Achterzijde en zijkant woningen vindt geen welstandtoets plaats, alleen voorzijde van de woningen. Dierdonk heeft een beeldkwaliteitplan, daar heeft men te maken met een zodanige kwaliteit dat een aantal dingen lijkt alsof ze lichte bouwvergunningplichtig, of niet bouwvergunningplichtig zijn, maar van eminent belang zijn in de architectuur en beeld van de straat. Dat is aan de mensen in Dierdonk verteld. Het lijkt een tegenstrijdigheid, maar het is in dit geval een voorbeeld wat daarbij past. Het gaat erom dat mensen weten waar ze aan toe zijn. Het is mij niet zo bekend welke gevallen het college afgewezen heeft. Zichtlocaties: er wordt onderscheid gemaakt tussen die veranderingen aan een gebouw of woning die in het zicht zijn en die uit het zicht zijn. Daar hangt ook de zwaarte van de welstandstoets vanaf. De heer Vlot: probleemstelling 1; er is voor een aantal gebiedstypes teveel uitzondering gemaakt om door de loketcriteria te kunnen afdoen. Bij ingewikkelde situaties zijn uitzonderingen gemaakt. In de praktijk bleek een aantal uitzonderingen te groot te zijn en er is een aantal gebiedstypes geschrapt, terwijl later bleek dat het niet nodig was daar een uitzondering voor te maken. Die kon men ambtelijk afdoen. Het is dus eigenlijk een afslanking e van de regelgeving. 2 Probleemstelling over Dierdonk en Brandevoort. In de loketcriteria is voor Dierdonk een aantal specifieke richtlijnen opgenomen. Voordat de welstandsnota van kracht werd is er door de welstandscommissie geconstateerd dat er behoefte was om helderheid te scheppen en wat de kwaliteit bepaalde. Er is een soort kader geschapen hoe met dakkapellen, erkers etc. om te gaan. Dat kon men eenvoudig in de welstandsnota opnemen. Brandevoort kent een beeldkwaliteitplan dat specifieke eisen stelt ten aanzien van erkers en dakkapellen. Dat er geen dakkapellen toegestaan zijn voor de boerderijwoningen aan de Stepekolk hoeft niet meer in de loketcriteria opgenomen te worden, dat stond al in het beeldkwaliteitplan. Dat wordt met de tekst bedoeld. De heer Smits: waarom heeft het zolang geduurd voordat het hier kwam. Wethouder Van Heugten: wij hadden ook met kleine individuele raadsvoorstellen in de commissie kunnen komen. We maken nu van de gelegenheid gebruik dat in een keer aan u voor te leggen. Advies: de commissie gaat unaniem akkoord. De voorzitter dankt de aanwezigen en sluit de vergadering om 23.30 uur.
Notulen Commissie RF
blz. 9