BIV (1997-1998) Nr. 40
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD
Bulletin van de interpellaties en mondelinge en dringende vragen
Commissie voor de fmancien, begroting, openbaar ambt, externe betrekkingen en algemene zaken
VERGADERING VAN MAANDAG 29 JUNI 1998
Bmsselse Hoofdstedelijke Raad - Bulletin van de interpellaties en mondelinge en dringende vragen - Gewone zitting 1997-1998
BRUSSELSE HOOFDSTEDbLlJKh KAAL) BULLETIN VAN DE INTERPELLATIES EN MONDELINGE EN DRINGENDE VRAGEN
INHOUD
INTERPELLATIE van de heer Benoit Veldekens (de beslissingen i.v.m. de herziening van de personeelsformatie en i.v.m. de goedkeuring van het nieuwe personeelsstatuut dat op het gewestelijke openbaar ambt van toepassing wordt) tot de heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Sprekers: de heer Benoit Veldekens en de heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp)
Brusselse Hoofdstedelijke Raad - Gewone zitting 1997-1998
VERGADERTNG VAN MAANDAG 29 JLTNI 1998
Voorzitter: de heer Alain Zenner, oudste lid in jaren. - De vergadering wordt om 14.10' uur geopend. [NTERPELLATIE VAN DE HEER BENOIT VELDEKENS TOT DE HEER RUFIN GRIJP, MINISTER BELAST MET OPENBAAR AMBT, BUITENLANDSE HANDEL, WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK, BRANDBESTRIJDING EN DRINGENDE MEDISCHE HULP betreffende "de beslissingen Lv.m. de herziening van de personeelsformatie en i.v.m. de goedkeuring van het nieuwe personeelsstatuut dat op het gewestelijke openbaar ambt van toepassing wordt" De heer'Benoit Veldekens (in het Frans).- Tijdens de begrotingsbesprekingen heeft de minister gezegd dat er in de pararegionale instellingen verscheidene audits aan de gang waren, onder meer om de personeelsformaties aan te passen. Voorts heeft de regering in September 1997 een nieuw ontwerp van personeelsformatie voor het Ministerie van het Gewest goedgekeurd. Hoe staat het met de voortgang en de concrete uitvoering van de aangekondigde maatregelen? Hoeveel pararegionale instellingen hebben al een audit over him working gehouden en waartoe zai deze concreet leiden? U beloofde ook een audit van de ministeriele kabinetten. Hoe staat het daannee? De hervorming van het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van het personeel van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is een belangrijke, noodzakelijke, coherente en zeifs baanbrekende hervorming, aangezien ze op velerlei gebieden aanzienlijke veranderingen meebrengt. De vakbonden hebben weliswaar niet met de hervorming ingestemd, maar volgens mij gaan de meningsverschillen niet over de krachtlijnen van de hervorming. Als u het advies van de Raad van State al ontvangen hebt, zou ik graag de inhoud daarvan kennen. Kunt u ons zeggen wanneer die hervorming wordt ingevoerd en hoe het tijdschema voor de overgang van het oude naar het nieuwe statuut er zai uitzien? Volgens het ontwerp krijgen de gebruikelijke niveaus 1,2, 2+, 3 en 4, de rangen met twee cijfers en de bestaande graden een nieuwe benaming: A, B, C, D en E. Niveau A is ingedeeld in zeven graden van attache, eerste attache, directeur, directeur-diensthoofd, directeur-generaal, adjunct-secretaris-generaal en secretaris-generaal. De vroegere rangen 12 en 14, die vaak moeilijk te herkennen waren, verdwijnen dus. Binnen de andere niveaus hebt u de graden tot twee categorieen beperkt en scheidt u statutaire bevordering en bevordering via verhoging in weddeschaal. De laatstgenoemde bevordering omvat namelijk drie weddeschalen die verbonden zijn aan de wervingsgraad (schalen 101,102 en 103). Die ver-
eenvoudiging kunnen wij alleen maar toejuichen. Wat de formatie van niveau 1 betreft, sluit de nieuwe indeling, namelijk leidinggevende nineties, experts met een algemene kennis en experts met een gespecialiseerde kennis, veel beter aan bij de concrete behoeften van de administratie. Bovendien zai de personeelsdienst de functieomschrijvingen en het organogram opstellen. Zai het organogram sterk worden gewijzigd? Tot de ambtenaren-generaal, die samen het directiecomite vormen, behoren alleen nog de directeurs-generaal, de secretaris-generaal en de adjunct-secretaris-generaal. De vroegere inspecteurs- generaal behoren daar niet toe: zij zijn directeurdiensthoofd geworden. Toch vrees ik dat de omschrijving van de verantwoordelijkheden die respectievelijk aan de secretarissen-generaal en aan de directeurs-generaal worden toegewezen voor verwarring kan zorgen, aangezien beiden het opperste gezag over het personeel zullen uitoefenen. In een klassieke administratie was de secretaris-generaal vooral een tussenpersoon tussen de minister en zijn departement, terwiji de directeurs- generaal de functionele leiding over hun algemene directie hadden. De in het ontwerp geplande regeling zou wel eens tot machtsconflicten tussen de secretarissen-generaal en de directeurs-generaal kunnen leiden en moet worden verduidelijkt. Ook de rol van de minister bevoegd voor Openbaar Ambt had duidelijker kunnen worden omschreven. De Hoge Raad voor het Openbaar Ambt zai bestaan uit vijf academici of overheidsfunctionarissen die niet tot een Brusselse gewestelijke overheidsdienst behoren. Zij krijgen een verlengbaar mandaat van vijfjaar. Die Hoge Raad zai advies verstrekken en onder meer tussenbeide komen bij de toewijzing van de mandaten voor leidinggevende nineties. Hoewel zo'n Raad in principe wenselijk lykt, heb ik toch enige bedenkingen bij de samenstelling en de werkingssfeer ervan. Waarom bestaat die Raad, naast experts, niet eveneens uit leden van het Brussels Parlement? Dit moet toelaten om bij onze assemblee rechtstreeks interesse te wekken voor de hervorming en de modemisatie van de administratie. Dit moet tevens toelaten om in de Hoge Raad volksvertegenwoordigers de Brusselse bevolking op te nemen. Een openbare dienst is er immers voor de bevolking. Ik stel mij bovendien de vraag of het in een verder stadium niet aangewezen is om de bevoegdheid van deze Hoge Raad uit te breiden tot de communautaire en bicommunautaire instellingen van ons Gewest, met het oog op een homogenisering van hun respectieve opdrachten (harmonisatie van de statuten, gemeenschappelijk opieidingscentrum en mobiliteit). Op alle niveaus wordt opieiding in het vooruitzicht gesteld (voortgezette beroepsopleiding, vrijwiUige bijscholing en opieiding met het beroep met het oog op bevorderingsexamens). Bovendien wordt er, in het bijzonder voor de niveaus A en B gedacht aan een managementsbrevet. Deze opieidingen en dit brevet bepalen in hoge mate de toekenning van een hogere functie of en hoger loon, al dan niet sneller dan voorzien.
BIV (1997-1998) Nr. 40
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD RI IT I FTPsI V A M DP rMTFRPFT I ATTFS FM MOMnFT TMr.F FM nRrMpPK'HP VP AnF-M
Ik heb enkele vragen bij de praktische organisatie van deze opieidingen en de mogelijke invloed ervan op de goede werking van de diensten. Wie gaat de programma's en het jaarplan voor deze opieidingen opstellen? Hoeveel lesgevers moeten er in dienst worden genomen? Hoeveel zai de totale kostprijs van deze opieidingen bedragen? Zai een gewestelijke school voor de administratie worden opgericht? De evaluatie zai om de twee jaar plaatsvinden en zai leiden tot het toekennen van een van de drie volgende beoordelingen: voldoende, met voorbehoud en onvoldoende. "Voldoende" is bijgevolg de enige positieve beoordeling, hetgeen niet toelaat om de beste ambtenaren te belonen, weike niet boven de doorsnee- ambtenaar zullen uitsteken. De twee andere beoordelingen zijn negatief en hebben voor de betrokken ambtenaren fmanciele gevolgen. "Met voorbehoud" blokkeert de overgang naar een hogere functie en een hoger loon en de beoordeling "onvoldoende" houdt in dat de ambtenaar loonsverlaging krijgt en - indien hij tweemaal alsdusdanig bevoordeeld wordt - kan worden ontslagen. De verlening en het behoud van de functie laten afhangen van de individuele prestatie is een principe dat ten eerste door de vakbonden wordt gecontesteerd maar dat een stimulerend en positief effect kan hebben op het efficient werken in de administratie. Alles hangt natuurlijk af van de objectiviteit van de evaluaties en de bekwaamheid van de diensthoofden personen om him personeel te motiveren. Dit is niet gegarandeerd. Voor de leidinggevende nineties wordt een mandaat van vijfjaar ingesteld voor de graden A4 - A5 - A6 en A7. Het mandaat is hemieuwbaar. De toekenning ervan zai geschieden op basis van een "doelstellingencontract" tussen de overheid die de mandataris benoemt en de mandataris zeif. Om in aanmerking te komen voor zo'n functie dient de mandataris in het bezit te zijn van een managementsbrevet. Dit is een belangrijke hervorming. Is het evenwel niet aangewezen om het personeelsbestand van de kabinetten in te krimpen? Dit zou logisch zijn nu de ministers een meer directe greep krijgen op hun diensten, Dat de directie - met name in geval van unanieme beslissing - een rol speelt in de benoeming, is niet aangewezen. De leden van deze raad zijn dan immers zowel rechter als partij en hebben er geen belang bij mandatarissen voor te dragen die hun plaats willen innemen. Wat gebeurt er met de ex-mandatarissen? Keren zij terug naar hun oorspronkelijke functie of komen zij in een "reserve" voor specifieke opdrachten terecht? Het ontwerp voorziet uitsluitend in een interne mobiliteit via vrijwillige mutatie na een interne oproep (voor de vacante betrekkingen), via mutatie van ambtswege of via reaffectatie naar gelang van de behoeften van de dienst. Er is niets bepaald inzake exteme mobiliteit, namelijk tussen de ministeries en de parastatale instellingen. Zijn er hiertoe mogelijkheden?
Wat de arbeidsherverdeling betreft, volgt u het systeem dat bij de federate administratie van kracht is: een vierdaagse werkweek - met premie - en halftijdse functie in de laatste vijf jaren - eveneens met premie. Beschikt U over inzake het effect van dit systeem bij de federale administratie, waar het reeds enige tijd is ingevoerd? Overlapt het stelsel van het politick verlof in uw ontwerp een bestaande wet ofwijkt het ervan af? U bepaalt dat de mandaten A4 tot A7 niet gecumuleerd kunnen worden met een politick mandaat waarvoor meer dan een vierde van een voltijdse betrekking verlof wordt genomen (schepen van een gemeente met meer dan 80.000 inwoners). Stemt dit overeen met het wettelijk stelsel? Is deze bepaling bedoeld om ambtenaren- generaal de mogelijkheid te bieden hun ambt te cumuleren met een mandaat van schepen, waarbij er een contraproductiviteit ontstaat voor de administratie? U zou in uw ontwerp moeten bepalen dat cumulaties volkomen onverenigbaar zijn met een ambt van ambtenaar- generaal van niveau A5, A6 en A7. Zijn er ten slotte belangrijke wijzigingen in vergelijking met de vroegere bezoldigingsregeling? Zullen die een weerslag hebben op de totale loonmassa? Artikel 335 van het ontwerp bepaalt dat het loon van december in januari zai worden uitbetaald. Is dit een nieuwe maatregel of wordt die toegepast sinds het personeel na het verstrijken van de tennijn wordt betaald? Blijven de compensaties voor overuren dezelfde? Zijn er wijzigingen voor diensten die dag en nacht werken? Kunnen de taalpremies de tweetaligheid in de administratie te bevorderen, gelet op het relatief bescheiden bedrag ervan en op de moeilijkheidsgraad van de VWS-examens? Weike concrete maatregelen denkt u te treffen om het absentetsme tegen te gaan? De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijduig en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Vorig jaar werd een audit uitgevoerd om de personeelsbehoeften van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te evalueren. In overleg met de vakbonden werd het cijfer vastgelegd op 1.318 voltijdse banen. Er werden meer dan 100 nieuwe functies gecreeerd die gaandeweg aan de administratie zullen worden toegekend, naar gelang van de beschikbare middelen. Deze hervorming heeft aanleiding gegeven tot talrijke maatregelen, waaronder concreet de inkrimping van de raad van bestuur, de nieuwe opdrachten voor verscheidene ambtenaren-generaal, de verruimde toepassing van het mobiliteitsprincipe, de invoering van het principe van de objectieve benoemingen, de verdere ontwikkeling van de opieidingen, waarvoor het budget is verdubbeld, een nieuwe taalpremie, meer informatica en het boekhoudproject 1999 voor de overgang naar het jaar 2000, alsook de integratie van de nieuwe regels inzake de Rijkscomptabiliteit
BIV (1997-1998) Nr. 40
VERGADERING VAN MAANDAG 29 JUNI 1998 De heer Benoit Veldekens (in het Frans).-Er waren twee personen in dienst genomen om dit proces te begeleiden. Heb-
ben zij een verslag ingediend? De Rufin Grijp, Minister belast met1 - u.-Openbaar -' .n heer ^i .t' Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Zij hebben een verslag ingediend, maar wij doen ook nog een beroep op exteme specialisten, zonder dat ambtenaren van het Gewest nog voor de begeleiding van dit proces worden ingezet. Er werd rekening gehouden met de overgang naar de Euro. Wat het absenteisme betreft, zai de medische controle aan een prive-flrma worden uitbesteed. Voor de controle van de werkuren zai gebruik worden gemaakt van specifieke software. Er zai een preventiecampagne tegen alcoholisme worden georganiseerd. ^ Het VWS zai zorgen voor meer werkzekerheid voor conItractuelen met een fimctie in de administratie en voor hen die zijn geslaagd voor examens die door het VWS zijn georganiseerd. Het nieuwe statuut werd verleden week donderdag voor een laatste lezing aan de regering bezorgd. Het moet nu nog naar de Raad van State worden toegestuurd. Het nieuwe statuut zai zorgen voor een beter management en een betere working van de administratie. Functies vanaf de graad van directeur-hoofd van dienst zullen worden uitgeoefend op basis van vijfjarige mandaten. De Hoge Raad van het Openbaar Ambt zai bestaan uit vijf exteme personen. Er zai een managementsbrevet worden ingevoerd. Een nieuwe carriere zai mogelijk zijn op basis van evaluatie en opieiding. Er zai worden voorzien in nieuwe evaluatie- en opieidingssystemen. Tevens zullen er nieuwe mogelijkheden zijn inzake intragewestelijke mobiliteit. (Verder in het Nederlands) W De audit die onlangs voor de brandweer werd gedaan wordt op dit ogenblik uitgevoerd. Voor het management zullen nieuwe aanwervingen gebeuren. De aanwerving van de topambtenaren zai echter pas in het najaar gebeuren omdat het de bedoeling is te werken met het systeem van mandaten. (Verder in het Frans)
We krijgen dus te maken met personen die een mandaat bekleden, maar na vijfjaar de bons kunnen krijgen. De heer Benoit Veldekens (in het Frans).- Het gaat dus om een mandatensysteem dat geent is op het statutensysteem. Als ik het goed begrijp, zullen personeelsleden van niveau A3 dus kunnen solliciteren voor een betrekking van niveau A7. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Ja, maar weinig extemen hebben dit statuut.
De nieuwe formatie is vorige week aan de Ministerraad voorgelegd. Voor de sectoren waarvoor ik niet bevoegd ben, heb ik als minister slechts inzagerecht. In de overige departementen die, in tegenstelling tot mijn departement, geen gespecialiseerd personeel hebben, vergt alles misschien meer tijd. De heer Benoft Veldekens (in het Frans).- Ik kan mij voorstellen dat sommige leidinggevende ambtenaren van pararegionale instellingen met dezelfde politieke kleur als de ministers willen dat de audit zo goed mogelijk verloopt, d.w.z. dat niet al te veel kritiek wordt geuit. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Zeif heb ik drie instellingen laten doorlichten en ik heb mij nooit afgevraagd of de ambtenaren-generaal het met mij eens waren. Het is uitzonderlijk dat alle ministers tijdens een zittingperiode van vier jaar een audit van him ministerie aanvaarden. Het is mogelijk dat een minister die tot dezelfde politieke partij behoort als de topambtenaar van zijn administratie, niet gehaast is om een audit aan te vragen, maar hier was dit niet het geval. De heer Benoft Veldekens (in het Frans).- Sta mij toe even te wijzen op de BGDA die onder de bevoegdheid valt van de heer Picque en die geleid wordt door de heer Courtheoux. De audit bevat alleen positieve aanbevelingen en geen enkel negatiefadvies. Welk consultancybureau die audit ook heeft gedaan, echt geloofwaardig vind ik die niet. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- In dit geval stel ik voor dat u zich tot mijn collega richt. Wat het statuut betreft, heeft de Ministerraad het ontwerp op 25 juni goedgekeurd. De vakbonden zijn het inderdaad niet eens, maar wij hebben genoeg van mensen die geen oog hebben voor de goede kanten van die hervorming en over de geringste komma zeuren. Wij hebben het akkoord van de federate Minister van Pensioenen over de administratieve aspecten aangevraagd. De Minister van Begroting heeft op 16 juni zijn akkoord gegeven. Het advies van de Raad van State zai in juli worden aangevraagd. Begin juli zullen wij de Raad van State verzoeken binnen een maand advies uit te brengen. WaarschijnHjk zai het ontwerp dus in September ofoktober opnieuw op de regeringstafel belanden. Er zijn nog verscheidene ontwerpen in voorbereiding. Voor de instellingen van openbaar nut komt er een statuut dat gelijklopend is met dat van de ministeries. BIV (1997-1998) Nr. 40
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD RUT IFTTM V A N DP rMTFRPFT I ATTF<; FM MOMnFT FMr.F FN nRTMr.FMnF VRAriFN
Voorts werkt men aan een nieuwe regeling voor de intraregionale' mobiliteit, een nieuw evaluatiesysteem en een nieuwe opieiding. Tijdens de overgangsperiode zijn de bepalingen van toepassing zodra het statuut in werking treedt, behalve voor het managementbrevet: daarvoor moeten nog nadere regels worden vastgesteld zodat alle personeelsleden opieiding kunnen volgen. Wat de betrekkingen en de graden betreft, hebben wij de regeling vereenvoudigd: voortaan zijn er nog 18 in plaats van meer dan 100 graden, verdeeld in 5 niveaus. De heer Benott Veldekens (in het Frans).- Zijn er nog specifieke graden? De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding •en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Nog een: die van ingenieur. De heer Benoft Veldekens (in het Frans).- Die graad behoort al tot de algemene graden. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Hij moet als specifiek worden beschouwd ten opzichte van de andere graden. Voor de rest zijn er geen specifieke graden meer. De HRM-dienst dient voor eike betrekking een taakomschrijving op te stellen. Zo kan er later worden vergeleken. De directieraad zai zijn samengesteld uit 8 leden in plaats van 22 leden voorheen. Zo wordt elk lid meer verantwoordelijkheid gemaakt. Een unaniem advies van de directieraad inzake een bevordering ofde toekenning van een mandaat is bindend voor de Ministerraad. Inzake personeelsbeleid zai de Directeur-Generaal aan het hoofd staan van het personeel van de administratie die onder zijn bevoegdheid valt. De Secretaris-Generaal - geassisteerd door de adjunctSecretaris-Generaal - zai aan het hoofd staan van het personeel van zijn administratie in haar geheel. Op die manier zai hij geen tussenschalbe zijn zoals in bepaalde federale departementen. De heer Benoft Veldekens (in het Frans).- Vreest U niet dat zij in conflict komen met de Directeurs-Generaal? De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Neen - want in het kader van hun specifieke bevoegdheid zullen zij de leiding over al het personeel op zich nemen, naast hun rechtstreekse bevoegdheid wat hun eigen personeel betreft. Wat de rol van de minister betreft, ben ik van mening dat de administratie haar verantwoordelijkheid moet nemen
afhankelijk van de middelen en de doelstellingen in het kader van haar wettelijke opdracht. De Hoge Raad voor het Openbaar Ambt zai de dubbele opdracht hebben om advies uit te brengen over de bestuursbekwaamheid van de gegadigden en om degenen die een ambt uitoefenen, te evolueren. Het gaat om een onafhankelijk orgaan bestaande uit vijf leden uit de overheidssector die geen deel uitmaken van het Brussels Gewest. De leden ervan worden door de Regering benoemd voor een periode van vijfjaar. De oprichting van dit orgaan zai ervoor zorgen dat de benoemingen van de mandatarissen objectiever verlopen. Daarom wens ik ook de politiek hier buiten te houden. (Verder in het Nederlands) De personeelsdienst van het ministerie staat in voor de praktische organisatie van de vorming. Het personeelskader voorziet daartoe in 16 betrekkingen, waaronder tien eigen lesgevers. De ERAP werd opgericht om het gemeentepersoneel op te leiden. Met deze instelling zai structureel worden samengewerkt voor de opieiding van het personeel van de ministeries. Dat heeft als voordeel dat we gebruik kunnen maken van de brede ervaring waarover deze mstelling beschikt. De heer Benolt Veldekens stelde vragen over de invloed van de opieiding op de werking van de dienst. Het doel van de opieiding is precies de werking van de dienst te verbeteren. Hij vraagt zich wellicht af of de opieiding geen negatieve gevolgen zai hebben op de beschikbaarheid van de ambtenaren. Goede afspraken tussen het personeelslid, zijn chef en de opieidingsdienst kunnen dat voorkomen. Het spreekt vanzelf dat een personeelslid de opieiding niet zomaar kan volgen wanneer dat hem het best past, noch op een ogenblik dat niet past in het werkschema. Per administratie staat een verantwoordelijke in voor de vorming. Nadat deze een onderzoek heeft gevoerd naar de behoeften, wordt een vormingsplan opgesteld. De personeelsdienst is daarvoor verantwoordelijk, evenals voor de budgettaire gevolgen ervan. Na overleg met de vakbonden, keurt de regering dit vormingsplan goed. De inhoud van de opieiding wordt bepaald in gezamenlijk overleg tussen de personeelsdienst en de ERAP. Het nieuw personeelskader voorziet in tien betrekkingen van lesgever. Het gaat om nieuwe betrekkingen, maar niet noodzakelijk om exteme aanwervingen. Binnen een administratie kunnen immers geschikte kandidaten aanwezig zijn. De kostprijs van de vorming bedraagt 20 miljoen. Het gaat om een aanzienlijke verhoging. Vroeger werd immers slechts in 10 miljoen frank voorzien. Er wordt niet gekozen voor een regionale school voor de administratie, dit omwille van de beperkte schaal van de gewestelijke administratie en omwille van het bestaan van de ERAP. De heer Benott Veldekens betreurt dat de beoordeling slechts een positieve vermelding omvat. Het gaat echter om een bewuste keuze. In het bestaande systeem met meerdere
BIV (1997-1998) ?.40
VERGADERING VAN MAANDAG 29 JUNI 1998 •
positieve vermeldingen is er heel wat getouwtrek, waardoor iedereen uiteindelijk een vermelding "uitstekend" krijgt. De essentie van de beoordeling is dat chef en medewerker weten wat de ene verwaeht en in weike mate de andere daaraan voldoet. Dat wordt duidelijk tijdens het evaluatiegesprek en in het evaluatieverslag, dat in hoofdzaak beschrijvend is. De eindvermelding is dus niet het belangrijkste. Volgens de interpellant zai veel afhangen van de objectiviteit en de vaardigheid van het diensthoofd. Hij vraagt zich af ofer wel voldoende garanties bestaan. De objectiviteit wordt in de hand gewerkt door het bestaan van twee evaluatoren, van wie de tweede hierarchisch hoger geplaatst is. Eike evaluator moet bovendien een opieiding volgen. Voor het personeelslid bestaat er verder een beroepsprocedure. Ten slotte kan worden gedacht aan een evaluatie van de evaluatoren. (Verder in het Frans) Het mandaat betreft 26 betrekkingen, verdeeld over de niveaus A4 tot A7.
Ik ben ook voorstander van de inkrimping van het perso^ neel van de kabinetten, op voorwaarde dat deze gebeurd op basis van een audit, uitgevoerd na de inwerkingtreding van het nieuwe statuut. DC weet niet of die audit nog voor de verkiezingen zai kunnen plaatsvinden. De heer Benott Veldekens (in het Frans).- Uw collega's schijnen geen voorstanders te zijn van deze personeelsbeperking. Is uw kabinet doorgelicht? De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Neen, maar door mijn tienjarige ervaring als minister weet ik dat de kabinetten vaak mensen nodig hebben die taken op zich nemen die de administratie niet aankan. Voor wat de opzet betreft, heb ik vastgesteld dat de administratieve diensten niet in staat waren om een wetsvoorstel op te stellen. Dat nicest bijgevolg op het kabinet gebeuren. Misschien is dit tegenwoordig niet meer zo maar dit neemt ^»et weg dat de opwaardering van het personeelsstatuut te danken is aan de goede samenwerking van de administratie. De raad van beheer zai geen rol spelen in de procedure van de benoeming van de secretarissen- generaal, van de adjunctsecretarissen- generaal en van de directeurs- generaal. Er hoeft dus niet gevreesd te worden dat sommige betrokkenen tegelijk rechter en partij zullen zijn. De regel van het unaniem advies geldt enkel voor de lagere graden. Zo heeft de regering beslist. De ambtenaren waarvan het mandaat afloopt, krijgen hun oorspronkelijke graad, zijnde A 3, terug. Het behoud van een voorkeursverioning zou te zwaar wegen op de begroting. De intergewestelijke mobiliteit, tussen de ministeries en de instellingen van openbaar nut, is ingeschreven in het statuut maar hiervoor is een ordonnantie nodig. Deze ordonnantie zai in laatste lezing voorgelegd worden aan de ministerraad van2juli;
Het stelsel van het politick verlof is inderdaad gebaseerd op het federale model maar, binnen het kader van de autonomie van de Gewesten en Gemeenschappen, is de regering gemachtigd haar reglementering terzake aan te passen. De desbetreffende bepalingen waren reeds grotendeels vastgelegd in een vorig besluit van het Gewest. Wij sluiten het politick verlof voor mandatarissen niet uit, maar het moet verenigbaar zijn met de nineties die zij uitoefenen. In niveau A blijven de loonschalen onveranderd, behalve voor de rangen A2 en A3. Wat de andere niveaus betreft, blijven de loonschalen onveranderd, behalve voor de leidinggevende functie. Er zijn niet langer loonschalen voor de specifieke graden gekoppeld, aangezien deze grotendeels achterhaald zijn. De operatic zai twee miljard kosten. Het verschil met de huidige kostprijs is verwaarloosbaar. Het overheidspersoneel wordt na het verstrijken van de termijn betaald, behalve bepaalde categorieen zoals, bijvoorbeeld, het personeel dat van de voormalige Agglomeratie komt. Er staat een harmonisering van de verschillende stelsels op stapel. Wat de overuren betreft zijn er geen noemenswaardige veranderingen. De tweetaligheidspremie werd opgetrokken. Ze bedraagt nu 1800 frank voor een klerk en 8700,- frank voor een bestuurssecretaris, en die bedragen worden gemdexeerd. De huidige premies bedragen 1200,- en 2400,- frank. De heer Benott Veldekens.- Ik had graag bijkomende inlichtingen over de weerslag van de federale maatregelen tot arbeidshervedeling. Ik begrijp niet waar u bent afgeweken van het bestaande stelsel van het politick verlof. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Er zijn kleine afwijkuigen. De heer Benolt Veldekens (in het Frans).- Ik wijs erop dat het gaat om een wet die van kracht is voor de overheidssector in zijn geheel. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Laten we de mogelijkheden zo ruim mogelijk houden. De heer Benoft Veldekens (in het Frans).- Het is geen goede zaak voor de administratie als iemand tegelijk schepen van een grote gemeente is en directeur-generaal. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het
BIV (1997-1998) ?.40
8
BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD
____________RI IT T FTTN V A N DP TMTFRPFI I ATTFS; FN MUNnFT TNr;F FM nprhJr.FNnP VR AnT7M ^
Frans).- Het gaat om twee personen, maar zij zijn geen lid van de PSC. De heer Benott Veldekens (in het Frans).- Toch blijf ik van mening dat hier sprake is van onverenigbaarheid. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Het is mogelijk om tegelijkertijd advocaat en lid van de Raad te zijn. De heer Benoit Veldekens (in het Frans).- Zeker, maar in dit geval gaat het erom rechter en partij te zijn. De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Het is duidelijk dat het toezicht niet aan een schepen mag worden gegeyen. De heer Benoit Veldekens (in het Frans).- U hebt verklaard dat u de ambtenaren ging betalen na geleverde prestaties Worden de brandweerlieden van de BGDBDMH niet vooraf betaald? De heer Rufin Grijp, Minister belast met Openbaar Ambt, Buitenlandse Handel, Wetenschappelijk Onderzoek, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (in het Frans).- Het nieuwe statuut is niet van toepassing op het personeel van de BGDBDMH. De hannonisatie geldt voor de overige personeelsleden van het Mmisterie. Die aanpassing zai trapsgewijs verlopen. De heer Benoit Veldekens (in het Frans).- In afwijking van artikel 66 worden de personeelsleden van niveau A3 en A2 met drie ofnegenjaar graadancienniteit vrijgesteld van de verplichting om het managementbrevet te behalen. Als de personeelsleden van niveau A3 en A2 die afwijking krijgen, kunnen de personeelsleden van schaal 24/6 daar dan ook niet voor in aanmerking komen? De personeelsleden van niveau B, C, D en E kunnen zeer snel de opieiding volgen en dit brevet ook snel behalen. Dat geldt niet voor de personeelsleden van niveau A die voor de Hoge Raad moeten verschijnen. - Het incident is gesloten. - De openbare vergadering wordt om 15.15 uur gesloten.
BIV (1997-1998) ?.40