juni 2014 Deze keer in Tango:
Informatieblad voor het personeel van
Tangent 4.
Summer's Cool
17.
Leren fotograferen
Eerste editie van nieuw
lespakket voor basisscholen
21.
initiatief van De Wichelroede
uit Berkel-Enschot
voor nieuwbouw De Kring
Eerste steen
14/4 Informatieblad voor het personeel van Tangent
Kort nieuws
Inhoud
2. Van de redactie 3. KN: Mobiliteitsmarkt, Kennis netpresentatie over inzet ICT in het onderwijs
3. Column 4. Wichelroede-zomerschool 5. Cultuurweek op twee Tangent-
scholen 6. Karate en ontwikkelings perspectieven: Ellie van Dorst
8. Zoektocht naar mediawijsheid 10. Marietje Kesselsproject voor verhogen van weerbaarheid 12. Foto’s van schoolactiviteiten bekijken 14. Opbrengstgericht werken met Leesrace
17. Fotografieles in Berkel-Enschot 20. KN: Netwerk Hoogbegaafdheid 20. Uitgelicht: Ingrid van der Pluijm 21. KN: Eerste steen gelegd voor nieuwbouw De Kring
22. Coöperatie T-Primair 23. Personalia 24. Een lied van ons allemaal! 24. Colofon
2
Van de redactie Bijna zomervakantie! Als er één Tangent-team is dat zich verheugt op de vakantie en op de start van het nieuwe schooljaar, dan zal dat het team van asielzoekersschool Prinsenbos zijn. De leerkrachten wensen elkaar een fijne vakantie toe vanuit hun gammele, verouderde, schoolgebouw met lekkende daken. Na de zomer keren ze terug in een spiksplinternieuwe, prachtige school. Alsof er een fee even met een toverstafje gezwaaid heeft! Ze hebben het verdiend, want ze hebben zich veel te lang moeten behelpen met een ondermaats onderkomen. Ook De Kring krijgt een nieuwe school, maar daar gaat het niet in hetzelfde flitsende tempo: daar wordt gewoon op de klassieke manier een school gebouwd. Onlangs werd de eerste steen gelegd. In deze Tango lees je daar meer over. Ook aandacht voor een project dat Petra Jacobs en Anouke Bakx presenteren: de leesrace. Met deze methode kunnen de resultaten voor technisch lezen sterk verbeterd worden. Basisscholen De Kring en Berkeloo hielden een cultuurweek. Charles Dams ging bij Berkeloo op bezoek. Dat het resultaat van de cultuurweek hem inspireerde, is hiernaast te lezen in zijn column. Boven een foto van een van de activiteiten: de kinderen mozaïekten twee benkskes: één voor Groot-Berkeloo en één voor Klein-Berkeloo. We kijken ook nog even mee met buitenschoolse activiteiten van Den Bijstere en Rennevoirt. Peter Vervloed (hierboven met zijn vrouw Vonnie) nam officieel afscheid van De Wichelroede. Gedurende de afgelopen periode is daarmee 200 jaar onderwijs ervaring uit de school verdwenen. Tijdens zijn feestje werd er door journalisten van het Brabants Dagblad een artikel voorbereid over dit gegeven. Je kunt het artikel nalezen op onze website. Tot slot in deze Tango alvast aandacht voor de studiedag van komend najaar. Het thema is 'Leren van Elkaar'. Tijdens die dag, die op minstens 16 lokaties wordt gehouden, wordt het onderling contact onderhouden via social media. Nu alvast wordt er op de achterpagina een opdracht gegeven voor die dag. Op bladzijde 9 inspiratie voor hoe je social media kunt inzetten voor leuke lessen met goed leerresultaat. Ik vermeld het nog maar even: als je de Tango bekijkt vanaf onze website, kun je alle links meteen activeren door erop te klikken. Fijne vakantie! Marijke van Oploo
Mobiliteit Later dan gepland in verband met wat begrotingsperikelen, konden de 16 directeuren van Tangent op 15 mei aan de slag om te zorgen dat volgend schooljaar op alle Tangent-scholen iedere lesgroep weer een meester (helaas zijn er te weinig) of een juf voor de klas heeft staan. Maar liefst 35 personeelsleden van de stichting hadden vrijwillige mobiliteit aangevraagd en het was de taak van die directeuren, ondersteund door de stafmedewerker P&O, Milo Bernard, om die mobiliteitsvragen te matchen met de vacatures die er op een aantal scholen waren. Gelukkig was er dit jaar, door een extra investering van Tangent in personeel, geen sprake van gedwongen mobiliteit als gevolg van boventalligheid, maar toch was het combineren van mensen en vacatures weer een hele klus. Toen op het eind van de ochtend die klus geklaard was, zagen we hoofdzakelijk tevreden directeuren en wisten we met z’n allen: al onze leerlingen hebben volgend jaar weer een meester of een juf en al onze personeelsleden zijn volgend jaar weer aan het werk op één van de Tangent-scholen. Charles Dams
Laat ICT werken voor het onderwijs Op 1 april zijn het CvB, de directeuren en de stafmedewerkers naar Kennisnet in Zoetermeer geweest rond het onderwerp: krimp en ICT-oplossingen. Aanleiding was het inzicht dat we te maken hebben met een lichte krimp in de leerlingenaantallen. Deze krimp lijkt te gering voor drastische maatregelen zoals die in de zware krimpregio’s (bijvoorbeeld Groningen en Limburg) genomen worden. Toch leidt ook een krimp van slechts 2% per jaar op den duur tot een verschraling waar de kwaliteit van het onderwijs onder zal leiden. De vraag aan Kennisnet was: inspireer ons als het gaat om creatieve oplossingen om krimp te bestrijden. Laat zien wat de ervaringen in zware krimpregio’s opleveren. 's Ochtends kregen we een presentatie van een scala aan ICT-mogelijkheden in de dagelijkse onderwijssituatie. De middag was gericht op ‘zelf-doen’. Deelnemers konden aan de slag met de meest geavanceerde mogelijkheden op het gebied van informatie- en communicatietechnologie. Nieuwsgierig geworden? Kijk op www.kennisnet.nl. Charles Dams
Slimstraat 7> Kunst Nog steeds wordt te vaak gedacht dat kunst een puur esthetische functie heeft en dat kunsteducatie een soort luxe is die voorbehouden is aan diegenen die zich wat 'extra’s' kunnen permitteren. We zijn bereid te accepteren dat je om te leren lezen of rekenen jaren intensief en zeer doordacht onderwijs volgt, maar vinden het normaal dat als je een kunstwerk niet meteen snapt (moet dat overigens?) je het volledig legitiem kunt veroordelen als 'broddelwerk' of 'dat kan die kleuter van ons beter'. Onlangs werd op Basisschool Berkeloo bij de afsluiting van de projectweek 'Kunst' tentoongesteld wat de kinderen van Berkeloo tijdens die week hadden gemaakt. En daar werd volgens mij bijzonder goed geïllustreerd dat kunst een veel bredere functie heeft dan alleen een esthetische. Kinderen leren door te schilderen, fotograferen of op een andere manier kunstzinnig bezig te zijn, dat de werkelijkheid afhankelijk is van perspectief en dat het helemaal niet vanzelfsprekend is dat bloemen rood en blaadjes groen zijn. Als je kinderen met het onderwerp 'gezichtsbedrog' foto’s laat maken, leer je ze hoe je die schijnbare werkelijkheid kunt manipuleren. Schilderend ontdek je dat jouw schilderij niet een interpretatie van de werkelijkheid is, maar een eigen werkelijkheid. De Opera La Muette de Portici leidde in 1830 de Belgische Opstand in die uiteindelijk leidde tot het ontstaan van België. Het schilderij 'Guernica' van Pablo Picasso uit 1937 is een vlammend protest tegen facisme en laat met een kubistisch perspectief een gruwelijke werkelijkheid zien. De prachtige foto’s en schilderijen die op Berkeloo getoond werden zullen geen revolutie veroorzaken. Ik hoop echter wel dat deze vormen van educatie er toe leiden dat onze kinderen als ze geconfronteerd worden met oneliners als “Marokkanen zijn misdagers” en “werklozen willen helemaal niet werken”, beter in staat zijn te zien dat dit wel een heel eenzijdige werkelijkheid is en dat een ander perspectief gemakkelijk tot een heel andere conclusie kan leiden.
< Charles Dams
3
Summer ’s cool in Udenhout! Eindelijk is het dan zover! Vanuit de gemeente Tilburg is er groen licht gegeven om vanuit het IKC Udenhout een zomerschool op te zetten. Dit zal het eerste project worden dat ontstaat uit de samenwerking tussen basisschool De Wichelroede en kinderopvangorganisatie Humanitas. Kinderen uit Udenhout krijgen de kans om één of twee weken deel te nemen aan het coole, leuke maar vooral ook educatieve programma van Summer ’s cool!
deuren voor elk enthousiast kind, dat graag deelneemt aan leuke maar vooral leerzame activiteiten. De week- en dagstructuur en het activiteitenprogramma worden door de werkgroep Summer ’s cool ontwikkeld. In deze werkgroep zitten drie leerkrachten (waaronder de projectleider), een remedial teacher, een lio-stagiaire en drie pedagogisch medewerkers. Ieder lid van deze werkgroep heeft een inbreng vanuit zijn/haar werkervaring en expertise.
Dip Zes weken vakantie kan voor kinderen erg lang zijn. Kinderen kunnen een 'dip' ervaren in de zomervakantie en kunnen grote moeite hebben met de overgang van de zomervakantie naar school. Sommige kinderen missen het om vakinhoudelijk uitgedaagd te worden, andere kinderen missen hun vriendjes en vriendinnetjes op school en andere kinderen missen de schoolstructuur en vinden het lastig om na de vakantie om te schakelen. Summer ’s cool Udenhout opent zijn
Programma Op alle dagen zal er om 9:00 uur gestart worden met het activiteitenprogramma. In de ochtend zullen professionals uit diverse werkgebieden, workshops aanbieden. Deze workshops bestaan uit een gedeelte theorie gecombineerd met interactieve opdrachten. Tussen de middag zal er gezamenlijk geluncht worden en daarna hebben de kinderen even vrije tijd. Na de lunchpauze zal er een activiteit plaatsvinden die aansluit bij de workshop die in de ochtend is gegeven. Het geleerde kan dan toegepast worden. Aan het eind van iedere dag wordt er samen met de kinderen geëvalueerd wat zij het leukst en meest interessant vonden, wat ze geleerd hebben. Hun bevindingen en ervaringen mogen zij op een creatieve manier weergeven in een persoonlijk logboek. Een belangrijk onderdeel van dit logboek is het stilstaan bij de gebieden van meervoudige intelligentie. Kinderen mogen nadenken over welk intelligentiegebied die dag bij hen geprikkeld is. Dagelijks krijgen kinderen het 'Meervoudige Intelligentiewiel' en dan mogen zij het intelligen-
4
tiegebied waarin zij zijn uitgedaagd inkleuren en in hun logboek plakken. Rond 15:00 uur zal het dagprogramma ten einde lopen (op woensdag om 12:30 uur). Coole feitjes Summer ’s cool zal op 14 juli feestelijk geopend worden door burgemeester P. Noordanus van de gemeente Tilburg! Er wordt gedurende de Zomerschool-weken thematisch gewerkt. Het thema is Be Connected… (Ben verbonden…). Wij willen kinderen verbinden met diverse vakgebieden, maar ook met elkaar en vooral met zichzelf. Daarnaast zullen we stilstaan bij de digitale connectie die we in deze tijd met de wereld hebben. Door digitale communicatie, in verschillende vormen, staan we met de hele wereld in contact. Het activiteitenprogramma is gebaseerd op de visie van meervoudige intelligentie. Ieder intelligentiegebied zal geraakt worden en daardoor zullen kinderen leren en van elkaar leren. Summer ’s cool zal met een spectaculair eindfeest afgesloten worden. Dit eindfeest wordt door de deelnemende kinderen georganiseerd. Zowel de verantwoordelijkheid voor de uitnodigingen richting ouders, locatie, boodschappen, aankleding en programma zal bij de kinderen liggen. Tijdens dit eindfeest zullen de deelnemende kinderen presenteren wat zij tijdens de Summer ’s cool geleerd hebben. Nicole Schipper, De Wichelroede
• •
Cultuurweek op Tangent-scholen Op de laatste dag vóór de meivakantie sloot De Kring haar cultuurweek af. De school zinderde van de boeiende activiteiten. De kinderen van de stamgroepen 4-5 werden al meteen verrast door de mooie ‘boekenbomen’ in hun lokaal. Een groot compliment aan de vaders en moeders die deze boekenbomen hebben gemaakt. De burgemeester bezocht De Kring in de cultuurweek en viel met zijn neus in de boter. Hij zat in de Schelpenzee in de kring tussen de kinderen terwijl juf Sanneke het prentenboek Panama voorlas. In de kring lag een groot kleed waarop het verhaal werd nagespeeld. De burgemeester speelde heerlijk mee. Kijk maar op onze website (www.dekringrijen.nl). De stamgroepen Lavaganza en Kronezië maakten een eigen rap. Ook hier kwam de burgemeester net op het juiste moment. Op de rap van Lavaganza is hij ook te horen. De raps van beide stamgroepen staan ook op de website aan het eind van het artikel ´Burgemeester op De Kring´. Vrijdagmiddag was de afsluitende boekenmarkt. Boekenliefhebbers konden op zoek naar nieuwe aanwinsten voor hun boekenkast. Er werd flink ge- en verkocht. De opbrengst van de boekenmarkt was € 380,60. Dat bedrag wordt gebruikt om de bibliotheek van De Kring uit te breiden. In de aula lazen kinderen (en juf Monique) gedichten voor. Zij zaten op de mooie boekenbank die juf Claudia en haar Tim voor de school hebben gemaakt. De boeken die niet zijn verkocht gaan naar Stichting Boek-winst . Deze stichting verkoopt boeken om met de opbrengsten o.a. een water- en sanitatieproject in Kajiado, Kenia te steunen. Berkeloo houdt in juni een cultuurweek voor de hele school. Kinderen hebben hiervoor ´twee benkskes´ ontworpen, Ook zijn er schilderijen gemaakt die worden geveild. Van de schilderijen worden kaarten afgedrukt en verkocht voor Villa Pardoes.
• •
Nieuwe website voor Tangent Onlangs is Tangent´s nieuwe website online gegaan. Een fijne, moderne site die je ook heel goed op je smartphone of tablet kunt bekijken. Iedere medewerker heeft via mail inloggegevens gekregen, waardoor je na inloggen gemakkelijk formulieren of extra informatie kunt vinden.Vergeet dus niet je account te activeren en neem via www.tangent.nl een kijkje op intranet!
5
5
Van handelingsplan naar ontwikkelingsperspectief
De karateka maakt ‘röntgenfoto’s’ Dit artikel gaat niet over blessuregevoelige sporten en veelvuldige bezoeken aan het ziekenhuis, maar wél over vallen en weer opstaan. Ellie van Dorst heeft de zwarte band bij karate en assisteert in haar woonplaats Haghorst ook de leraar tijdens de lessen in deze traditionele Japanse vechtsport. Maar haar collega’s van basisschool De Cocon kennen haar het beste als de intern begeleider die het werken met een ontwikkelingsperspectief met succes op de kaart heeft gezet. Hoe ben je in de ban geraakt van karate? Als kind wilde ik graag op karate. Maar in mijn dorp was de mogelijkheid er niet en mijn ouders wilden me niet wegbrengen naar de dichtstbijzijnde karateschool. Dus ben ik gaan volleyballen. Na veel blessureleed moest ik daarmee stoppen en heb ik de kans aangegrepen karatelessen te nemen. Ik wilde graag de karatesport beoefenen, omdat de gedachten erachter me altijd hebben geboeid. Karate is niet zomaar een vechtsport, maar meer een manier van leven. Het geeft je een andere kijk op groei en ontwikkeling. De filosofie is dat je wel je ruimte inneemt, maar zonder opschepperij. Je moet jezelf blijven, maar nooit ten koste van een ander. De karateka als leerkracht? Dat is ook wat me in het onderwijs beweegt: durf te zijn wie je bent, je hoeft niet overal de beste in te zijn. Probeer de dingen die je doet goed
6
te doen. Elk kind moet op zijn eigen niveau kunnen werken en leren. Voor sommige kinderen is de gewone weg niet toereikend en daarvoor zul je aanpassingen moeten maken in de leerstof. Dus ook als het gaat om kinderen die in het reguliere onderwijs niet mee kunnen… Hoe verliep jouw loopbaan binnen het onderwijs? Ik ben nu leerkracht van groep vier en intern begeleider van de bovenbouw op basisschool De Cocon. Zes jaar geleden ben ik op die school begonnen als remedial teacher. Die baan groeide gaandeweg uit tot een mix van intern begeleider en remedial teacher. Toen de Cocon iets terugliep in leerlingenaantal, ben ik noodgedwongen meer voor de klas gaan staat. Dat vind ik nog steeds leuk, hoor. Geef mij maar afwisseling. Het geven van remedial teaching is minder geworden, eigenlijk is het zo goed als verdwenen. Zoals op veel scholen eisen bezuinigingen hun tol. Op De Cocon hebben we de keuze gemaakt de groepen zo klein mogelijk te houden. Daarom heb ik uren remedial teaching ingeleverd om weer voor de klas te gaan staan. Ik ben intern begeleider en gedragsspecialist op maandag, dinsdag en donderdag. Op woensdag en vrijdagochtend sta ik voor groep vier. Omdat zorg echt mijn ding is, heb ik drie studies gevolgd: de opleidingen
remedial teacher, gedragsspecialist en intern begeleider. Karate blijft mijn grote hobby, mijn uitlaatklep. Maar ook de basis van mijn handelen. Ontwikkelingsperspectief? Tijdens mijn studies kwam ik de term steeds meer tegen en ik ben me erin gaan verdiepen. In het regulier onderwijs was de term nog niet bekend. Wel in het speciaal onderwijs. Ik ben voor drie leerlingen een ontwikkelingsperspectief gaan maken. Al schrijvende werd ik steeds enthousiaster voor de mogelijkheden tot individualiseren die een ontwikkelingsperspectief biedt. Dit is de toekomst, dacht ik. Hier moeten we met ons onderwijs naar toe.
Drie jaar geleden kwam de inspecteur bij de Cocon op bezoek. Zij was zeer te spreken over mijn pionierswerk en gaf haar lof door aan Tangent. Al snel werd ik de vraagbaak voor andere intern begeleiders die meer willen weten over ontwikkelingsperspectieven.
accepteren dat zijn kind niet mee kan met de rest van zijn groep. De ene ouder is heel blij dat zijn kind op de reguliere basisschool kan blijven en de andere ouder zegt: "Ja maar, ik heb toch liever dat hij speciale aandacht krijgt in een klein groepje op een andere school."
En nu de praktijk in. Het gaat om elk kind waar je al langer zorgen om hebt en waar je van denkt: dit kind gaat het eindniveau van groep acht absoluut niet halen. Er zijn al aanpassingen in de leerstof geweest, er is al veel tijd geïnvesteerd in onderzoeken, er zijn handelingsplannen gemaakt. En toch zitten we met dit kind op een dood spoor en groeit de frustratie van het kind, de ouders en de leerkracht. Bij een ontwikkelingsperspectief laten we de leerlijnen los. Je kijkt specifiek naar de ontwikkeling van het kind. Dus je meet eerst zijn IQ en stelt daarna de volgende vragen: wat zijn de onderwijsbehoeftes van het kind? Wat zijn de stimulerende factoren? Wat zijn de belemmerende factoren? Hoe is zijn sociaal-emotioneel welbevinden? Wat is haalbaar, voor alle vakgebieden? Het kan zijn dat het kind voor het ene vakgebied heel uitgebreid gescreend moet worden, omdat daar het probleem zit. Maar voor andere vakgebieden kan hij gewoon meedoen in de klas. Je maakt als het ware een röntgenfoto van het kind op dat moment en die foto houd je tegen het licht. Je bespreekt jouw bevindingen met de ouders en je geeft duidelijk aan dat hun kind bij sommige vakgebieden een eigen programma gaat volgen, dat je leerlijnen loslaat.
Aan de slag? De leerkracht en interne begeleider zoeken samen passend didactisch materiaal bij elkaar. Daarmee gaat het kind gaat op eigen niveau aan het werk in zijn groep. Op De Cocon beperken we tot de groepen 7 en 8. Ons streven is absoluut om steeds meer maatwerk te gaan leveren, vooral mijn hart ligt daar, maar we zijn een methodegestuurde school, al werken we in drie niveaugroepen. We moeten dus een hele slag maken. En dat gaat niet van de ene op de andere dag. Per slot van rekening blijft de leerkracht de spil. De ene gaat het werken met ontwikkelingsperspectief gemakkelijker af dan de andere. Ik vind de ideeën geweldig, het maatwerk geweldig, het gedachtegoed erachter geweldig, maar ik vind het pas haalbaar als er echt in het onderwijs geïnvesteerd wordt. Ik heb vaak het gevoel dat gepresenteerde vernieuwingen in wezen verkapte bezuinigingen zijn. Dat vernieuwingen zelfs worden gestuurd door bezuinigingen. De leerkrachten, maar ook het managementteam worden daar de dupe van. Er is niets zo erg dan tegen je collega te moeten zeggen: "Ik kan er niks aan doen, maar je zult moeten." Terwijl je weet dat die leerkracht zijn benen onder zijn kont uit loopt om alle ontwikkelingen bij te houden. Van elke vijf jonge leerkrachten stopt er binnen vijf jaar één. De afhakers zien geen perspectief meer in het onderwijs. Dat zijn slechte ontwikkelingen.
Hoe reageren ouders? Heel wisselend: de ene ouder is heel blij dat zijn kind niet meer op zijn tenen hoeft te lopen en rust vindt. De andere ouder kan het heel moeilijk
Voortgang? Elk half jaar, na elke citoronde wordt het perspectief van het kind opnieuw bekeken. Elk half jaar stel je bij. Je spreekt de ouders eens in de zes/zeven weken. Onder het ontwikkelingsperspectief hangt het handelingsplan dat flink wat praktischer wordt. De komende jaren gaan we onze papieren dossiers omzetten naar digitale. Maar al doende moeten we nooit vergeten dat onderwijs begint en eindig in de klas. Zijn er overeenkomsten tussen karate en ontwikkelingsperspectief? Vooral doorzettingsvermogen en houding. Bij karate moet je indruk maken door je uitstraling en presentatie. Als ik een kind tegenover me onderuit in zijn stoel zie zitten, probeer ik meteen wat aan zijn houding te doen: neem ruimte in, laat zien dat je de moeite waard bent, recht je rug. Karate en onderwijs hebben voor mij dus een sterke link op sociaalemotioneel vlak. Peter Vervloed
7
Praktijk-leren voor leerlingen en leraren door gebruik van nieuwe bronnen
De zoektocht naar Mediawijsheid De jeugd van tegenwoordig is van een andere generatie, de zogenoemde net-generatie. Kinderen van nu denken ‘anders’. Ze zijn opgegroeid in een digitale samenleving met een onbeperkt aanbod van informatiestromen. Het gebruik van nieuwe media vormt een integraal onderdeel van hun leven. Ze bezitten vaardigheden die door oudere generaties niet herkend worden. Om in te spelen op de snelle technologische ontwikkelingen en de eisen van de kenniseconomie, zal het onderwijs ingrijpend moeten veranderen. Niet de jeugd moet op dit gebied leren, maar de onderwijsgevenden. En snel, omdat leerlingen anders afhaken omdat het onderwijs niet aansluit bij hun manier van denken en handelen. Kritische geluiden zijn er ook: “er wordt her en der wat van internet geplukt en niet nagedacht over het verband. Het kost de grootste moeite om leerlingen kritisch te laten zijn over hun eigen werk.” Leerlingen zijn zeker veel handiger met allerlei vormen van technologie dan hun leraren. Ze leren er veel van en ze leren op een andere manier dan vorige generaties gewend waren. Tegelijkertijd betekent het niet dat leerlingen in staat zijn om zelf kennis te construeren op basis van informatie die ze (onder meer) op internet vinden. Daarvoor is gerichte begeleiding en ondersteuning nodig: een van de taken van het onderwijs. Webwijsheid Veel onderwijskundigen kijken naar internet als een middel om kennis te verwerven. Er zijn ook andere gezichtspunten mogelijk: een wetenschapper of mediathecaris zal internet in de eerste plaats zien als een nieuw soort informatiebron. Niet het verwerven van kennis en inzicht staat voorop, maar de vaardigheden om informatie te kunnen lokaliseren en te beoordelen op betrouwbaarheid en autoriteit. Communicatiewetenschappers zullen de nadruk leggen op internet als nieuw communicatiemiddel dat een beroep doet op nieuwe
8
communicatievaardigheden. Lees onderzoekers zullen internet in de eerste plaats benaderen als een nieuwe soort ‘tekst’ die nieuwe leesvaardigheden met zich meebrengt. Voor het onderwijs kunnen we webwijsheid zien als een combinatie van die gezichtspunten. Kritisch met internet omgaat betekent dan: in staat zijn om internetinformatie te lokaliseren, lezen, beoordelen en verwerken. Mediawijsheid De definitie van de Raad voor Cultuur luidt: mediawijsheid staat voor ‘het geheel van kennis, vaardigheden en mentaliteit waarmee burgers zich bewust, kritisch en actief kunnen bewegen in
een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld’. Mediawijsheid is veelomvattend. Dit begrip heeft niet alleen betrekking op nieuwe, maar ook op ‘oude’ media zoals radio, televisie, kranten en tijdschriften. Maar omdat vooral op het gebied van nieuwe media de ontwikkelingen in snel tempo toenemen, verdient dit terrein extra aandacht. Als we de focus leggen op nieuwe media, gaat het vooral om: • Het zoeken, selecteren, interpreteren en verwerken van informatie; de zogenoemde informatievaardigheden. • Ict-vaardigheden: het bedienen van de computer en het gebruik van diverse software.
• Kennis, houding en bewustzijn over verschillende sociale en maatschappelijke aspecten van ict-gebruik. Thuis zijn in ‘oude’ maar ook in hedendaagse media is van groot belang om in de huidige informatie- en kennismaatschappij goed te kunnen functioneren. Kinderen en jongeren maken intensief gebruik van nieuwe media. Ze zoeken er informatie, leggen beelden vast, communiceren met elkaar en profileren zichzelf. Ze maken zich over het algemeen snel de technische vaardigheden eigen om met deze middelen om te gaan. Toch missen ze vaak het inzicht om informatie te interpreteren. Ze zijn slecht op de hoogte van de wetgeving op het gebied van media, en hebben niet altijd een goed besef van hoe je moet communiceren via nieuwe media. Zoals de leraar vroeger de leerling leerde omgaan met traditionele media, zo zal hij de leerlingen nu moeten leren omgaan met nieuwe media. Beloning De leerkracht die zich open kan stellen voor nieuwe media wordt beloond met een schat aan nieuwe mogelijkheden waarmee kinderen op veel manieren geprikkeld en geïnspireerd worden om te leren. Er zijn nu veel meer mogelijkheden om kinderen zelf te laten ontdekken. Op internet zijn inspirerende lesvoorbeelden en suggesties te vinden. Ook is veel achtergrondinformatie beschikbaar. Scholen-met-Succes en Kennisnet hebben heel wat publicaties over het onderwerp in hun aanbod. Deskundigen als Remco Pijpers en Erno Mijland hebben toegankelijke boeken over het onderwerp gepubliceerd. Bij de komende Tangent-studiedag (met medewerking van Erno Mijland) zullen sociale media een stevige rol spelen om de verbinding en het begrip 'samen leren' tot stand te brengen. Hiernaast zijn bronnen en links vermeld, maar wat Google-zoekwerk brengt je op nog veel meer ideeën. Marijke van Oploo
De leer-kracht van sociale media! Persoonliȷk leerprogramma met QR-codes In QR-codes (Quick Response - geblokte ‘streepjescodes’) met informatie kun je gegevens onderbrengen, die tevoorschijn komen zodra je de code scant met een webcam of de camera van een mobiele telefoon. Je kunt er links naar websites in kwijt, of naar foto’s en filmpjes. Maar ook antwoorden op vragen of achtergrondinformatie bij een tekst of vraag. QR-codes zijn vrij eenvoudig zelf te maken met gratis programma’s op internet. Dit medium maakt het mogelijk om leerlingen via YouTube-filmpjes uitleg op maat te geven. Even een investering in tijd om de instructies klaar te maken, maar verder reuze handig in een groep met veel niveauverschillen!
Vroli�ke samenwerking in een lipdub Een lipdub is een geplaybackte videoclip, die is gefilmd door leerlingen in hun eigen school. Het filmpje wordt in één keer opgenomen, dus van begin tot einde, zonder te stoppen met filmen. De leerlingen kiezen een muzieknummer dat ‘knalt’ en universeel is. Ze zetten samen met de leerkracht een pad uit door de school en volgen die route, terwijl ze het liedje playbacken, allerlei dansjes en toneelstukjes doen en andere gekke dingen uithalen om de video zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Ze eindigen in een centrale ruimte waar iedereen bij elkaar komt en massaal een leuze scandeert om hun school aan te prijzen of - in het geval van Rennevoirt - een kerstwens te presenteren. Door het organiseren van een lipdub oefenen kinderen in plannen, samenwerken, denken voor een groep in plaats van alleen voor zichzelf en ze hebben vooral véél plezier!
getwitter in de klas Twitter is een fijne manier om aan klassenbinding te doen. Leerlingen hebben zo een plek waar het contact met klasgenoten verder kan gaan. Via het klassenaccount twitteren de kinderen met elkaar en met de leerkracht, gewoon voor de lol of voor overleg. Soms krijgen zet Twittersnuffels: opdrachten via Twitter. Leerlingen leren omgaan met sociale media en worden mediawijzer. Ze beleven plezier aan het twitteren, in een veilige omgeving. Al twitterend komen bepaalde vragen vrijwel vanzelfsprekend aan bod: hoe ga je om met je wachtwoord? Wat kun je wel of niet zeggen op Twitter? Een Twittersnuffel is veel leuker dan gewoon huiswerk, ook al vanwege het wedstrijd element: wie geeft als eerste het goede antwoord? De kinderen kunnen Twitter gedichten of -haiku's maken. Het is een goede oefening om in 140 tekens je gedachten uit te drukken. Bovenstaande voorbeelden komen uit het 'Inspiratieboek Sociale Media op de basisschool' van Remco Pijpers.Verdere bronnen: 'Inspiratieboek Sociale Media in het onderwijs' van Erno Mijland; 'Smihopedia, aan de slag met sociale media in het onderwijs' van Erno Mijland; 'Wat weten we over… webwijsheid in het PO en VO!' Els Kuijper, VU A’dam, Kennisnet; 'Leren van jongeren', W. Veen, W, F. Jacobs, SURF-reeks nr. 10; MediaWijzer, Margreet van den Berg (Bureau & Zo Marketing.Communicatie).
9
Weerbaarheidstrainingen voor groep 7 en 8
Hé, ben jij Marietje Kessels? "Nee, ik ben niet Marietje Kessels, maar ik heb bijna elke dag met haar te doen. Ik heet Nienke Hendriks en ik ben dramatherapeute. Ik werk bij het Instituut voor Maatschappelijk Werk (IMW) Tilburg e.o. Sinds vier jaar geef ik sociale vaardigheidstrainingen, kiestrainingen, agressieregelatietrainingen... een heel breed scala dus. Mijn drama-/theateropleiding komt mij bij het geven van deze trainingen goed van pas. Maar de helft van mijn werkweek ben ik weerbaarheidstrainer bij het Marietje Kessels-project. Van alle projecten die door het IMW Tilburg e.o. ontwikkeld worden, heeft dit scholenproject landelijke bekendheid gekregen. Alle scholen binnen de gemeente Tilburg kunnen zich inschrijven. De kosten worden voor een groot deel gesubsidieerd door de gemeente. Wie was Marietje Kessels dan wel? Het is 2 maart 1889. Marietje Kessels wordt geboren in Tilburg. Ze is het derde kind in het gezin van vader Mathijs Kessels en moeder Maria Philomena Kessels-Crijns. Het welgestelde gezin woont in 'villa Cecilia', in hartje Tilburg aan de Sint Ceciliastraat. Vader is oprichter en directeur van de Koninklijke Nederlandsche Fabriek van Muziekinstrumenten in Tilburg. Inmiddels is het woensdag 22 augustus 1900. Marietje is elf jaar oud. Rond half elf ’s ochtends vertrekt ze van huis. Ze wil een brief gaan posten en haar pianoles voor die middag afzeggen. Haar ouders hebben haar sindsdien echter nooit meer terug gezien. Diezelfde dag nog begint er een grote zoekactie in Tilburg en omgeving.
10
Op vrijdag 24 augustus, twee dagen na de verdwijning van Marietje, wordt haar dode lichaam teruggevonden in het gewelf van de Heilig Hartkerk in de wijk Noordhoek. Op nog geen driehonderd meter van haar ouderlijk huis. Marietje Kessels blijkt verkracht en daarna vermoord. Marietje wordt twee dagen later, op dinsdag 28 augustus 1900, onder grote belangstelling begraven op begraafplaats Binnenstad aan de Bredaseweg. De Tilburgse bevolking zamelt later geld in voor een monument bij haar graf: een door een kind omarmd kruis. Er zijn drie mogelijk verdachten in de moordzaak op Marietje. De schilder Mutsaers, die in de kerk werkte, koster Van Isterdaal en pastoor Van Zinnicq Bergmann. Er volgt een lange tijd van onderzoeken en processen, maar tot op de dag van de vandaag is de zaak nooit opgelost: niemand werd vervolgd, al wijzen tot op de dag van vandaag veel beschuldigende vingers in de richting van de pastoor. Het verhaal van Marietje Kessels werd een legende, moeders vertelden het als waarschuwing aan hun dochters. Uit eerbetoon is met toe-
stemming van de familie dit project naar haar vernoemd. Weerbaarheid Het project bestaat inmiddels twintig jaar. In eerste instantie werd het alleen aan meiden aangeboden om die middelen tot zelfverdediging te geven als ze bijvoorbeeld op straat aangevallen werden. Het was dus een project met vooral fysieke kanten: bijt van je af! Al gauw werd de doelgroep verbreed naar jongens toe en kwam het zwaartepunt te liggen van ‘die enge man’ naar pestgedrag in de klas of agressie van een bekende. Mijn collega’s en ik willen kinderen mondeling weerbaar maken: voor jezelf opkomen en vertrouwen op eigen kracht en mogelijkheden. Maar de groep oefent ook in fysieke weerbaarheid. De kinderen leren technieken gericht op loskomen, afweren en ontwijken. Ook pesten via internet en gevaren van sociale media komen aan bod. Opzet van de training Het Marietje Kessels project is bedoeld voor leerlingen van groep 7 en 8 van het basis- en speciaal onderwijs en bestaat uit twaalf lessen van een uur, voor- en nabesprekingen met de leerkracht en een ouderavond tussen les drie en vier. Jongens en meiden krijgen gelijktijdig,
maar wel apart les. Elke groep heeft een eigen weerbaarheidstrainer. Bij de meisjes is dat een vrouw, bij de jongens een man. Los van elkaar praten jongens en meisjes veel gemakkelijker over sommige onderwerpen: kindermishandeling, seksueel misbruik. Ook werkt een training bij jongens anders dan bij meiden. Jongens willen graag eerst fysieke actie, voordat ze tot gesprek kunnen komen en bij meiden moet je het gesprek af en toe afkappen om weer wat fysieks te doen. Bovendien vinden de jongens het fijn om tijdens de lessen ‘met mannen onder elkaar’ te zijn. In het huidige onderwijs komen ze zo zelden een man tegen voor de klas.
Professionele afstand Vooral de les met de DVD over kindermishandeling gaat je niet in de koude kleren zitten. Er komen veel verhalen los. Het lukt me over het algemeen goed om professioneel te blijven, maar als je van de school wegrijdt, zitten de verhalen nog wel in je hoofd. Gelukkig ben je altijd met tweeën op een school, zodat je steun hebt aan elkaar. Bovendien kun je het in de nabespreking met de leerkracht over de kinderen hebben die je opgevallen zijn. Ook komen
alle trainers na de lesdag op het Instituut samen en kan ieder zijn hart luchten. Mocht een bepaald kind professionele hulp nodig hebben, dan blijken de hulplijnen kort te zijn. De rol van de leerkracht Bij de voorbespreking neem ik met de leerkracht de groep door. Zijn er opvallende kinderen? Met welke kinderen moet ik rekening houden? Zijn er ouders die bezwaar gemaakt hebben tegen de lessen? De bedoeling is dat de leerkracht bij elke les aanwezig is, maar dat is organisatorisch soms moeilijk, vanwege problemen met vervanging. Het komt wel eens voor dat leerlingen blokkeren bij de aanwezigheid van de leerkracht. Er kan een conflictsituatie in de klas zijn. Soms kun je met de kinderen meer bereiken als de leerkracht er juist niet bij is. Tegen een buitenstaander lucht je misschien eerder je hart. Bij de les met de DVD over kindermishandeling moet er altijd een ander bij zijn, bij voorkeur de leerkracht. Er kan tijdens die les veel loskomen: lichamelijke mishandeling, seksueel misbruik, verwaarlozing en geestelijke mishandeling. Als ik weg ben, is er altijd nog iemand die het verhaal van de kinderen uit de eerste hand weet. Elke week mogen de kinderen de opdrachten maken die in hun 'weerbaarheidsschrift. staan'. Een ander mag alleen lezen wat erin staat, als de eigenaar daar toestemming voor geeft. Dit staat op
de voorkant: als ik het goed vind, mag jij er ook in lezen. De kinderen vinden de lessen leuk. Ze zijn altijd enthousiast. Vooral de afwisseling tussen beweging en gesprek spreekt hun erg aan. De toekomst Met hun mobieltjes, apps en facebookpagina’s zitten de kinderen van tegenwoordig emotioneel op elkaars lip. Er zijn klassen die een groepsapp hebben. Dan zijn ze wel heel direct met elkaar bezig. Ook leerkrachten zetten zo’n groepsapp op. Als het mis gaat, zijn de gevolgen niet te overzien: kinderen kwetsen elkaar, telefoonnummers komen op straat te liggen… de geest is uit de fles. En wie krijgt hem er weer in? Als je als leerkracht een facebookpagina opzet, ben je er verantwoordelijk voor. Eventuele fouten blijven je achtervolgen, al is het beheren van zo’n pagina een goede leerschool om met sociale media om te gaan. Het IMW krijgt vanuit het onderwijsveld steeds meer vragen over digitale veiligheid en digitaal pesten. Misschien ligt daarin ook een toekomst weggelegd voor het Marietje Kessels project?" Peter Vervloed Meer weten of aanmelden? IMW, Postbus 119, 5000 AC Tilburg T: 013 583 95 10
[email protected] www.marietjekessels.com
Jan-Willem Verhoeven en Rik Veekens, leerkrachten van groep 7 van De Wichelroede, hebben vanaf 2010 ervaring met het Marietje Kessels-project. Dit is hun reactie: Het is een goed gestructureerd project met een degelijke opbouw en een sterke inhoud. De trainers weten waar ze het over hebben en spreken de doelgroep op het juiste niveau aan. Door het project worden kinderen zich meer bewust van hun eigen gedrag en hun eigen aandeel in conflictsituaties. Na afloop kun je bij problemen tussen kinderen onderling terugkomen op wat ze geleerd en in hun weerbaarheidsschrift genoteerd hebben. Misschien is het mogelijk tóch gezamenlijke jongens/meisjes-momenten in te bouwen?
11
... indrukwekkend!
e: ij den bijster b en el sp er m o Z er d 2e voor ie een en t ei it iv t c a e v sportie
bootcamp en een kickboksworkshop, inclusief boksen tegen de boksleraar
rennevoirt heeft geen kamp voor groep 8, maar gaat met de hele bovenbouw op werkweek
er was ook een bezoek aan kamp vught...
volleybal en een workshop freerunnen (met mooie moves!) in de gymzaal
dit jaar stond slot loevestein op het programma
workshops moderne dans, streetdance en hiphop voor groep 3 t/m 5
12
'het bewaarde land'-activiteit
met wachter Jan van esch
na de lunch naar het Den-Bijsteretheater, met willem-alexander en maxima als presentatoren
een nachtspel mocht niweetek ontbreken tijdens de werk
ook nog:
de grote rekendag! 13
In vijf minuten per dag naar hogere scores op tempotoetsen
Opbrengstgericht werken met Leesrace Een voorbeeld van een motiverende lespraktijk in het basisonderwijs. Met vijf minuten leesrace per dag, wist leerkracht Petra Jacobs de gemiddelde E-score van haar klas om te zetten naar een C-score op de DMT! Dit kostte haar en haar duo-partner Marieke Leijten 10 minuten per dag. Samen met Anouke Bakx (lector Leren en Innoveren bij Fontys Hogeschool Kind en Educatie) schetst Wildschut-leerkracht Petra Jacobs het traject. “Het hele systeem van leesrace kost ons 10 minuten per dag en de leerlingen ongeveer 5 minuten per dag. Met minimale inspanning voor de leerlingen gaan wij naar een maximaal effect!” leerkracht groep 5 Petra Jacobs werkt al jaren als leerkracht in verschillende groepen in het basisonderwijs. Startend met een nieuwe groep 5 werd ze geconfronteerd met een behoorlijke uitdaging: in haar nieuwe groep zaten vier ge diagnosticeerde leerlingen met dyslexie en twee leerlingen die later in dat jaar de diagnose gesteld kregen. In de hele groep bleek dat lezen op technisch vlak onder de maat was. Terwijl gedurende het jaar de Aviscores van leerlingen omhoog gingen, bleven scores op de DMT achter. DMT staat voor de drie-minutentest: een leestest waarbij leerlingen rijen woordjes op kaarten lezen gedurende één minuut. Het aantal foutloos gelezen woorden levert een bepaalde score op. Score A is de hoogste score; score E de laagste. Groep 5 had in totaal 25 leerlingen en de gemiddelde score van de DMT was een E-score.
Een hand in 14 het midden: ik luister en lees mee om te kijken of je geen woorden overslaat
DOELEN Actie nodig VASTSTELLLEN Met de populatie van de basisschool school zou volgens de inspectie mogelijk gemiddeld een B-score gehaald kunnen worden, maar de klas LEERACTIVITEITEN scoorde gemiddeld op E-niveau EVALUEREN ONTWERPEN bij de M5-toets. Deze toets werd in het midden van het schooljaar afgenomen. Dit was de uitgangssituatie en er moest iets gedaan worden. De LEERACTIVITEITEN leerkracht besloot zelf onderwijsactivi BEGELEIDEN teiten te ontwerpen die zouden Uit het boek: 'Opbrengstgericht onderwijs moeten leiden tot hogere leesopontwerpen', uitgeverij Cotinho, 2012 brengsten van de leerlingen op de DMT. De bedoeling hierachter was niet alleen om hogere toetsresultaten Werken aan technisch lezen Om opbrengstgerichte leeractiviteite realiseren: het idee was dat als de ten op maat voor elke leerling te leerlingen beter en zelfverzekerder kunnen ontwerpen, heeft de leerzouden worden in technisch lezen, zij kracht samen met de leerlingen de ook betere resultaten op andere terreinen zouden kunnen behalen. Goed cyclus van opbrengstgericht werken doorlopen en is uiteindelijk gekolezen speelt immers bij veel aspecten men tot het invoeren van de ‘leesin het basisonderwijs een rol. race’. Er zijn een aantal stappen onOpbrengstgericht werken is gericht dernomen. op het verhogen van (leer)opbrengsten, waarbij elke individuele leerling Doelen stellen op zijn of haar niveau doelgericht wordt begeleid. Als leerkrachten zelf De leerkracht heeft een groeps1 lessen of leeractiviteiten ontwerpen, gesprek gevoerd met de klas. is het belangrijk dat ze zich richten Hierin is besproken wat de huidige op de doelen en leerresultaten van situatie met de scores op technisch leerlingen. Een eenvoudige cyclus lezen was en wat de gewenste situatie hiervoor is hiernaast te zien. was. De leerlingen zijn uitgenodigd om “Ik vind leesrace niet zo leuk, maar ik vind mee te denken over leeractiviteiten het wel heel fijn om te merken dat ik nu be- die hen zouden kunnen helpen met tere scores op mijn toetsen haal.” leerling het realiseren van een verbetering groep 5 op technisch lezen.
De leerkracht heeft met elke individuele leerling een gesprek gevoerd. Leerlingen mochten zelf hun ideeën inbrengen én er is met elke leerling een persoonlijk doel afgesproken, van bijvoorbeeld 35 woorden naar 42 woorden per minuut. Leidraad voor het gesprek met individuele leerlingen vormden de volgende vragen: • waar loop je tegen aan? • wat vind jij moeilijk? • welk haalbaar doel kunnen we voor jou stellen? De leerkracht heeft voor elke 3 leerling een foutenanalyse gemaakt om op maat instructie en begeleiding te kunnen bieden en de weg vrij te maken om daadwerkelijk aan het leestempo te kunnen werken. 2
in koor: we helpen elkaar door samen zoveel mogelijk woorden hardop te lezen
Leesrace in de klas “Elke leerling heeft samen met mij een persoonlijk leesdoel afgesproken. Mijn doel was om 20% groei te realiseren voor alle leerlingen, omdat ik echt met mijn groep van de E-score af wilde! Ik heb dat individueel met elke leerling besproken en gekoppeld aan het persoonlijke leesdoel van de leerling. Ik heb gekeken naar wat elke leerling, gezien zijn of haar ontwikkeling en vermogens, aan zou moeten kunnen.” leerkracht groep 5 Leeractiviteiten ontwerpen Uiteindelijk is door de groep en de leerkracht samen gekozen om een ‘leesrace’ te gaan doen om sneller te leren lezen. De leerkracht heeft voor het ontwerpen van de leesrace het volgende ondernomen: De leerkracht heeft allerlei 1 verschillende leeskaarten gemaakt (voor de groep en voor individueel gebruik) met woorden om te oefenen, andere woorden dan de woorden uit de DMT. De leesrace is ingevoerd in de 2 klas als nieuwe activiteit om snel te leren lezen (zie kader). Ook ouders worden betrok3 ken bij het beter leren lezen van hun kinderen (zie kader).
Op maandag worden de leeskaarten uitgereikt. Er wordt op drie verschillende niveaus gewerkt in de klas. Elke leerling werkt op maat volgens een planning. De leerling zoekt een maatje met dezelfde leeskaart. De leerlingen vormen een duo voor één week. Er worden verschillende activiteiten aan gekoppeld. • Om de beurt lezen de leerlingen een woord: woord-voor-woord. Samen gaan ze kijken en bespreken wat voor woorden er zijn. • Er wordt gewerkt ‘in koor’: een tweetal, viertal en soms de hele klas leest hardop de woorden van de leeskaart. • De ene leerling leest woorden en de andere leerling controleert (klopt het, wordt er niets overgeslagen, is het verstaanbaar?) Naast het element van het snel leren lezen, is ook het aspect ‘tijd’ meegenomen in de leesrace. Bij de echte leesrace lezen leerlingen gedurende één minuut zo snel mogelijk zoveel mogelijk woorden van hun kaart. Na een halve minuut roept de leerkracht dat ze nog een halve minuut te gaan hebben en dan racen de leerlingen nog even door…
Leesrace thuis De leerkracht heeft voor elke leerling een foutenanalyse gemaakt en diagnose gesteld met handvatten voor elke leerling. Elke leerling krijgt een kaart op maat. De zwakste leerlingen krijgen ook wekelijks een oefenkaart mee naar huis. Aan de ouders wordt gevraagd om drie maal per week een minuut met hun kind te oefenen. De ouder monitort het lezen van de woorden thuis. Elke maandag wordt op school met een timer geklokt hoe het gaat. Ouders krijgen een kaart om bij te houden hoe het thuis gaat en registreren hoeveel woorden hun zoon of dochter in een minuut leest.
15
“Kinderen moeten getraind worden in wat een minuut qua tijd eigenlijk is. Na een halve minuut nam de motivatie af. Nu moedig ik ze na een halve minuut aan, waardoor ze een extra spurt maken! Het aantal gelezen woorden sprong omhoog. Dat doorlezen is inmiddels geconditioneerd en ook op de E5-toets lieten ze zich van hun beste leeskant zien!” leerkracht groep 5.
Leeractiviteiten begeleiden Om de leesrace goed in te zetten, wordt er gewerkt met individuele doelen voor elke leerling. De leerkracht heeft de leerlingen geleerd hoe ze zelf kunnen monitoren hoe het lezen gaat. Ze hebben handvatten gekregen om bij te houden hoe het gaat. Ze krijgen als het ware feedback op het zelfregulatieniveau. Uit onderzoek blijkt dat deze vorm van feedback het meest effectief is voor het leerproces van leerlingen. De beide leerkrachten van de groep zetten er sterk op in om de leerling zelf verantwoordelijk te maken voor het leerproces. Evalueren De cyclus van opbrengstgericht onderwijs wordt rondgemaakt door goed te evalueren. Op basis van de evaluatiegegevens kunnen weer nieuwe doelen gesteld worden en kan de cyclus opnieuw worden doorlopen. Om dit goed te kunnen realiseren, zijn de volgende stappen doorlopen: • per leerling is een boekje gemaakt waarin per week de leesscores worden bij gehouden; • eens per 3 weken worden de scores met de leerlingen doorgenomen en besproken in een individueel gesprek tussen leerkracht en leerling; • de leerkracht heeft zelf 3-minutenkaarten voor toetsing gemaakt, die tweemaal per half jaar worden
16
ingezet als extra toets om te zien hoe de leerlingen zich ontwikkelen. Leesrace werkt echt! Aan het einde van het schooljaar zijn de leerlingen opnieuw getoetst. En wat bleek… de leesrace werkt! Van een gemiddelde E-score voor de hele klas is de groep nu naar gemiddeld een C-score gegaan. Alle leerlingen op twee B-leerlingen na zijn vooruit gegaan bij E-5! Afgelopen jaar heeft Leesrace een vervolg gehad en is uitgewerkt tot een compleet programma dat onder de naam WoordSprinter - Programma voor woordlezen te koop wordt aangeboden. Op dit moment werken al 12 scholen in Nederland met deze map. Met de scholen zijn afspraken gemaakt om ontwikkelingen, ideeën en tips door te geven. De map is hierdoor steeds in ontwikkeling. De aanpak kan zo verder geoptimaliseerd worden en de opbrengsten kunnen in de toekomst nog groter worden. Meer info over Woordsprinter? Petra Jacobs geeft graag extra informatie aan leerkrachten die meer willen weten over Woordsprinter. Zij is bereikbaar via het mailadres
[email protected]. Petra Jacobs, leerkracht basisschool De Wildschut, Gilze; Anouke Bakx, Lector Leren & Innoveren, Fontys Hogeschool Kind en Educatie
“Ik vind het zo leuk dat ik mag lezen op tijd, dan merk ik dat ik steeds harder ga roepen! De juf zegt na 30 seconden: ‘volhouden, nog een halve minuut’!” leerling groep 5. “De kracht zit erin dat leerlingen weten wat het doel is waar ze naartoe werken en wat zij hier zelf aan zouden kunnen doen. Het motiveerde de leerlingen om ermee aan de slag te gaan, want ze wisten waarvoor ze het deden en dat het in hun macht lag om de gestelde doelen te realiseren!” leerkracht groep 5 “Als ik op maandag merk dat ik een paar woorden lees en ik zie op vrijdag dat ik er in een minuut al heel veel meer kan lezen, dan ben ik trots op mezelf!” leerling groep 5. “Het gaat mij niet om de c-score of de b-score, maar het gaat erom dat we ons best doen en dat leerlingen zien dat ze het kunnen! Ik maak de leerlingen er gek voor en laat ze er steeds helemaal voor gaan!!” leerkracht groep 5.
Van een alledaags kiekje naar een echte foto
Jan van Esch geeft fotografieles ‘Eerst even een stukje geschiedenis. Tot mijn veertiende jaar heeft mijn oom bij ons thuis ingewoond. Toen besloot hij te trouwen. Hij was 51 jaar oud, dus het werd tijd. Hij had een fototoestel en legde gebeurtenissen in ons gezin op de gevoelige plaat vast. Ik vond het jammer dat met hem de foto’s verdwenen. Van het geld dat ik met aardbeienplukken had verdiend, heb ik toen mijn eerste camera gekocht.’ Jan van Esch is 64 jaar oud. Toen hij vier jaar geleden afscheid nam als directeur van Berkeloo is hij twintig uur per week als staffunctionaris onderwijs bij Tangent gaan werken. Hij tekende een contract voor maximaal drie jaar. Meteen is hij cursussen gaan volgen om na zijn pensionering niet in het dichtstbijzijnde zwarte gat te vallen. Hij nam deel aan een groencursus en een vogelcursus. Ook is hij wachter geworden bij Het
van het project getoetst. Zij reageerden zonder uitzondering enthousiast. Er waren veel inzendingen en slechts zes projecten werden in september 2012 door de ledenraad van de Rabobank Berkel-Enschot genomineerd, waaronder dat van FotoBE. In november kon de vlag uit, want de fotoclub had de tweede prijs in de wacht gesleept: een mooi bedrag van zesduizend euro.
van elke werkgroep onderhield het contact met andere werkgroepen en coördineerde de activiteiten. Kortom: alle zeventien leden van de fotoclub waren op een of andere manier bij het project betrokken. Het bedrag van de Rabobank werd voor het grootste deel gebruikt voor de aanschaf van de camera’s. Met hulp en advies van Foto Tuerlings kon FotoBE veertien kindvriendelijke Sony spiegelreflexcamera’s kopen.
"Ik ben het onderwijs ingegaan om les te geven. Dat doe je 25 jaar. Dan word je directeur op een grote school: een hectische baan waarbij van lesgeven niets meer komt. Vervolgens word je staffunctionaris van Tangent op een stille pastorie, terwijl je het altijd leuk gevonden hebt kinderen iets te leren." Bewaarde Land, een natuurproject voor scholen (zie Tango, december 2012, red.) en de nog jonge fotoclub uit Berkel-Enschot - FotoBE - kon hem als lid begroeten, een zeer actief lid bleek al snel. Project Anderhalf jaar geleden heeft FotoBE bij het Coöperatie Projectenfonds van de Rabobank een project ingediend: een cursus fotografie op scholen in Berkel-Enschot. Natuurlijk had de fotoclub vooraf bij de schooldirecteuren de haalbaarheid
De details invullen Het plan was om aan de groepen 7 van alle basisscholen in Berkel-Enschot elke week een uur fotografieles te geven, gedurende vijf achtereenvolgende weken en dat maximaal drie jaar achtereen. Vanuit Foto BE werden drie werkgroepen geformeerd. Eén werkgroep hield zich bezig met de aanschaf van camera’s, een andere nam als opdracht mee om vijf goed uitvoerbare lessen te maken en de laatste zorgde voor de praktische uitvoering en organisatie. Een lid
1.
Met het Coöperatie Projectenfonds wil de Rabobank bijdragen aan de kwaliteit en vitaliteit van de lokale samenleving. Maatschappelijke projecten die kunst, cultuur, sport of recreatie bevorderen, kunnen een beroep doen op dat fonds.Voorwaarde is wel dat het project een breed gedragen maatschappelijk doel dient waar een groot publiek bij betrokken is.
(website Rabobank)
17
2. De praktijk in In februari 2013 is de cursus op Berkeloo ten doop gehouden. Daarna
3. Daarna gaan de leerlingen snel aan de slag. Twee kinderen krijgen samen één camera mee. Elke begeleider
7. ging de cursus meedraaien bij de keuzecursus van Rennevoirt en al snel volgde St. Caecilia. Hieronder volgt een fotoverslag van de cursus die fotoBE aan groep 7 van St. Caecilia gegeven heeft. De foto’s zijn gemaakt door de leerlingen.
heeft vier kinderen onder zijn hoede. Dus voor een klas van 28 leerlingen zijn zeven begeleiders nodig, inclusief de leerkracht. Op het einde van elke les blijven alleen de foto’s op de camera staan die het tweetal het beste vindt be-
mera’s kritisch bekeken en besproken. Elk groepje komt een keer aan de beurt. Na school zet de fotoclub alle foto’s op "Wij de server. Ook is een willen digitaal werkboekje in het het leven geroepen, waarin de kinderen verschil hun eigen foto´s kunmaken nen plakken. Veelal wordt dat werkboektussen je na afloop van de even een cursus gemaakt. kiekje De kinderen vinden de lessen heel leuk. knippen Natuurlijk: het is weer en écht eens wat anders. Maar foto er is meer: sommige kinderen raken zeer grafe geïnteresseerd in foren." tografie. Op het eind van de lessencyclus krijgt elk tweetal de opdracht om twee bestgeslaagde foto´s in te zenden. Jan van Esch en zijn clubgenoten selecteren vervolgens vijftien foto’s die op 20x30 formaat afgedrukt en in-
"Nu ben ik in de situatie beland dat ik lesgevend met kinderen bezig ben en ook nog op een gebied waarbij je bijna zeker weet dat ze het leuk vinden: fotografie." Elke les begint met een korte PowerPoint-presentatie, waarin het doel en de opdrachten uitgelicht worden.
18
antwoorden aan de opdracht. Klassikaal worden de resultaten van één groep van vier, dus van twee ca-
gelijst worden. Die worden op een aantrekkelijke plek in de school geëxposeerd.
4.
5.
6.
De toekomst in beeld FotoBE verzorgt de fotocursus drie achtereenvolgende jaren. Daarna wordt van de scholen verwacht dat ze het zelf overnemen. Dus ze moeten nu al zorgen voor een eigen coördinator die contacten onderhoudt met de leerkrachten van groep 7, begeleiders regelt en logistiek alles in de gaten houdt. Dat kan een ouder of iemand buiten de school zijn die belangstelling voor fotografie én het werken met kinderen heeft. FotoBE leent de camera’s uit, houdt een vinger aan de pols en steekt als het moet een helpende hand toe. Peter Vervloed
"Hoe meer je voordoet, hoe makkelijker het werkt. Kinderen zijn erg visueel ingesteld en ze willen doen. Aan de slag, dus!" FOTO'S: 1. Powerpointpresentatie door Jan van Esch. 2. Wennen aan de camera. Waar dienen al die knopjes voor? Foto’s maken met kikker perspectief, vogelperspectief en gezichtsbedrog. De camera staat op automaat ingesteld. 3. Diafragma: scherpte en diepte instellen. 4. Beweging: snel bewegende objecten vastleggen. 5. Macrofotografie. 6. Portretten maken en herhaling van de leerstof. 7. Waar dient dat knopje voor? 8. Scherpstellen op de ogen. 9. Welke foto bewaren we?
8.
9.
19
Kort nieuws
Kort nieuws
Van neuspeuteren naar slim kleuteren Dit schooljaar is het Netwerk Hoogbegaafdheid van start gegaan.Van de meeste scholen is er een afgevaardigde in het netwerk. Een van de thema’s waar de leden graag meer informatie over wilden, is de ontwikkelingsvoorsprong bij kleuters. We hebben Martine Creemers van 'Onderwijs Maak Je Samen' uitgenodigd. Zij is bekend met dit thema. Omdat het thema mogelijk ook interessant is voor leerkrachten van de groepen 1/2, hebben we de middag opengesteld voor geïnteresseerden. En dat er veel interesse voor was bleek wel. Maar liefst 60 mensen kwamen op 23 april naar De Wichelroede om te luisteren. Martine heeft ons verteld welke mogelijkheden er zijn om aan de behoefte van kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong tegemoet te komen. Daarvoor moet je wel de kenmerken weten van zo’n ontwikkelingsvoorsprong. Hoe signaleer je dat? En welke (structurele) aanpassingen kunnen leerkrachten doen in de klas om deze groep goed op te vangen? Vooral de praktische tips werden goed ontvangen. De prezi die Martine heeft gebruikt heeft kun je zelf bekijken. De bijeenkomst was nuttig. Zo’n inspiratiemoment is zeker voor herhaling vatbaar en kan ook voor andere thema’s worden georganiseerd. Annelieke van Geffen
Bouw nieuwe school voor De Kring officieel van start Op vrijdag 23 mei was er een geweldig feest op de bouwlocatie van het kindcentrum De Kring. Alle kinderen stonden in een grote kring op het bouwterrein. Gewapend met een hamer en beschermd door een gele helm sloegen zij hun eigen paaltje in de grond. Tegelijkertijd sloeg wethouder Aletta van der Veen een grote gouden paal in de grond. Dat allemaal begeleid met slagen op de grote trom. Daarna werden twee 'stenen' in de kring doorgegeven, waarna de wethouder deze samen met Iris, Eva en Donna (drie leden van de leerlingenraad) als symbolische eerste stenen bij de stellage van het doek van de nieuwbouw legde. Daarna onthulden ze het grote doek met daarop de tekening van de nieuwbouw. Meer lezen? Er is een speciale website over het Kindcentrum De Kring: www.kindcentrumdekring.nl.
Prezi: http://tinyurl.com/ontwikkelingsvoorsprong
Ingrid van der Pluijm stafbureau
Stafmedewerker Onderwijs en Kwaliteitszorg
20
"Ik ben Ingrid Hugers-van der Pluijm, 35 jaar. Ik ben getrouwd met Ronald en sinds 10 februari moeder van een prachtige zoon, Pieter. Ik werk sinds februari 2013 als stafmedewerker Onderwijs en Kwaliteitszorg op het stafbureau van Tangent. Daarvoor werkte ik als adjunct directeur op Basisschool Prins Bernhard. De overgang van een volle school met kinderen en een team naar een rustige pastorie met 7 collega’s lijkt in eerste instantie een grote overgang. In het begin moest ik dus wel wennen aan de rust in het gebouw. Zoals bij mijn afscheid is gezegd ‘geen zingende kinderen meer, geen teamleden of ouders die je kantoor instappen met een vraag, geen omkleedpartijen met carnaval, enzovoort’. Maar uiteindelijk is hier op het stafbureau een andere
vorm van drukte. Toen ik er werkte zag ik pas wat daar allemaal werd gedaan en wie er werkte. Je hebt meer contact via de mail, telefoon of tijdens werkgroepen en bijeenkomsten. En uiteindelijk toch nog een hele grote groep van personen met wie je werkt: College van Bestuur, stafbureau- collega's, directeuren, intern begeleiders, leraren en ook nog met externen. Ondanks dat ik met veel plezier op de Prins Bernhard werkte, was ik op zoek naar een nieuwe uitdaging. Het afscheid viel me zwaar (vooral met zo’n goed afscheid, collega’s: nogmaals bedankt), maar die uitdaging heb ik wel gevonden. Ik heb het echt naar mijn zin op het stafbureau. De kennis vanuit eerdere functies kan ik hier voor mijn gevoel ook goed inzetten.
Wat wel anders is dat ik van een lijnfunctie naar een staffunctie ben gegaan. Als adjunct-directeur overlegde je natuurlijk ook met collega’s en de directeur, maar hakte je zelf de knoop door. Dit laatste wordt nu gedaan door anderen. In de beleidscommissies Onderwijs en Kwaliteitszorg leg je voorstellen met achtergrondinformatie voor en zij besluiten. Ik zou dan soms meteen willen besluiten en op volle kracht door. Deze functie stond al op mijn wenslijstje. Toen Jan van Esch in 2009 deze baan kreeg, leek het me heel interessant. Toen ik me later ging oriënteren op een nieuwe uitdaging, kwam hij dus weer in mijn gedachten. Ik ben wel ambitieus. Ik wil mezelf graag blijven ontwikkelen en blijven groeien. Daarom heb ik ,denk ik, ook al verschillende werkzaamheden uitgevoerd de af-
gelopen jaren. Leraar, remedial teacher, intern begeleider, coördinator Talent in Beeld, adjunct-directeur. Goed om die kennis en ervaringen te kunnen gebruiken in nieuwe werkzaamheden. Alle functies die ik gehad heb, hadden hun eigen charmes. Het werken als leerkracht van groep 3 vond ik het meest bijzonder. De kinderen kennen aan het begin van het jaar enkele letters en lezen aan het einde van het jaar een boekje. Dat is toch zo’n mooie ontwikkeling! Als adjunct directeur werkte ik graag met beginnende leerkrachten. Hen coachen en hun eerste jaar begeleiden. Bij beide ervaringen gaat het erover dat je een bijdrage levert bij een ontwikkeling. Ja, mensen ondersteunen en coachen en dingen creëren, daar hou ik van!
Of ik nog verdere ambities heb? Haha, nu eerst een goede moeder zijn, gecombineerd met werken. Dat wordt de eerste uitdaging. Voor het onderwijsveld zie ik wel knelpunten. In de media wordt nogal eens geroepen: "dit moet opgepakt worden door de scholen". Soms denk ik dat het gebied waar een school aan 'moet' werken erg groot wordt en ook de verwachting over die gebieden. Als je aan (te) veel onderwerpen aandacht moet besteden, komt er uiteindelijk niet één onderwerp goed uit de verf. Wat mij betreft zouden jullie wel eens een artikel aan het reilen en zeilen op het stafbureau mogen besteden. Ik denk dat, net zoals ik eerst, veel Tangent medewerkers niet precies weten wat hier allemaal gebeurt."
21
Vereniging T-Primair is onlangs omgezet naar coöperatie
Coöperatie T-Primair ligt op koers Na veel voorbereiding, veel informeren, besluiten van (bijna) alle besturen in Tilburg, instemming van alle GMR-en en goedkeuring van de Raden van Toezicht, kon de formele oprichting van de coöperatie plaatsvinden en kon het bestuur aan de slag met het werven van een directeur. Judith Rook bleek de ideale kandidaat voor de functie. In april ging Judith als directeur aan de slag. Voor het onderwijs in Tilburg is zij geen onbekende: ze was tot 1 april interim-directeur van Stichting Brede School Tilburg. Judith kan bogen op een zeer ruime ervaring, wisselend van beleidsfuncties op het terrein van zorg bij de Provincie Zuid-Holland tot en met interimmanagementfuncties op de ministeries van Buza, OC&W en Financiën. Judith heeft een eigen bedrijf, Septool, waar ze actief is als procesmanager, begeleider van maatschappelijke verandering, adviseur en expert op het terrein van maatschappelijke voorzieningen/maatschappelijk vastgoed. Groeimodel Het bestuur van T-Primair heeft er bewust voor gekozen om de samenwerking met de directeur een groeimodel te laten zijn waar het komend jaar de precieze werkverdeling zich verder zal moeten uitkristalliseren. Per onderwerp zal bepaald worden wie welke taken en verantwoordelijkheden op zich neemt en wie waar aan tafel zit. Het bestuur is ervan overtuigd dat die werkwijze tot een heldere structuur uitgroeit. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat T-Primair een zelfstandige organisatie náást de schoolbesturen wordt, maar een organisatie ván de schoolbesturen is en blijft. Functionele scheiding Door de inzet van Judith komt er meer afstemming en overleg tussen de diverse overleggremia waarin bestuur-
22
ders participeren en kan een duidelijke taakverdeling afgesproken worden die leidt tot efficiëntere werkprocessen. Over overleggen als de stuurgroep Klemtoon Op Taal, bestuur BST en stuurgroep IKC is afgesproken dat de bestuurders vooralsnog blijven participeren, zonodig met ondersteuning van Judith. Met name het overleg met de gemeente Tilburg zal van karakter veranderen. Het doel van deze verandering is het creëren van meer bestuurlijke ruimte. Nieuwe LEA Een interessant voorbeeld in dezen is de totstandkoming van de nieuwe Lokaal Educatieve Agenda. Was het in het verleden nog zo dat het voorstel voor onderwerpen in de LEA van de gemeente kwam en dat de rol van de schoolbesturen was om op die voorstellen te reageren en eventueel aan te vullen: in voorbereiding op de nieuwe LEA maakt T-Primair zijn ambitie om sturend en koersbepalend te zijn waar. Judith maakt samen met de ambtenaren van de gemeente een procesvoorstel. We zullen werken met gezamenlijk schrijverschap van T-Primair en de gemeente. De inhoud komt voornamelijk van het onderwijs. 'Om de leerling' T-Primair heeft afgesproken dat de beleidsagenda 2014-2018 van de PO-Raad, 'Om de Leerling', inhoudelijk kader en vertrekpunt zal zijn en dat we daar een vertaling naar Tilburg zullen maken. Deze beleidsagenda kent
lijke context en hebben er derhalve behoefte aan om met een bepaalde regelmaat met 'die context' te overleggen, in discussie te gaan en te toetsen of de ontwikkelingen binnen het primair onderwijs aansluiten bij maatschappelijke bewegingen. Binnen de sociëteit T-Primair zullen we dan ook stakeholders uit onze omgeving uitnodigen om ons scherp te houden. Meer activiteiten Ik wil graag besluiten met een blik op een aantal van de zaken waar de coöperatie zich nu al mee bezighoudt.
Op het gebied van huisvesting en facilitaire zakenwerken we samen aan decentralisatie buitenonderhoud. Vanuit Tangent wordt de subsidie regeling Stimulering Duurzame Energieproductie gecoördineerd. T-Primair is in overleg met het bestuur en de coördinator BST over doorontwikkeling en het Partnerschap Opleidingsschool, we kijken naar de samenwerkingsrelatie met hogescholen en bereiden overleggen met de Raadscommissie Sociaal voor. Werken aan structureel overleg met kinderopvang, overleg met CIST over het onderbren-
gen van de stichting bij T-Primair. Het contract met OGS over de vervangingspool wordt geëvalueerd. Interessant is nog te melden dat er contacten zijn met Midpoint Brabant om te kijken wat het bedrijfsleven voor mogelijkheden voor onze leerlingen biedt. De bestuurders en directeur van T-Primair zijn met veel enthousiasme aan de slag gegaan in de overtuiging dat wat er gedaan wordt goed is voor het onderwijs en daarmee voor de kinderen in Tilburg. Charles Dams
Personalia Geboren: Imke, dochter van Rice en
JUDITH ROOK
vier hoofdthema’s voor de komende jaren: Verbinding, Innovatie en ICT, Kennis en Onderzoek, Bestuur als motor. De beleidsagenda gaat over de brede maatschappelijke opdracht van onderwijs en raakt aan alle zaken die ook in Tilburg spelen. Belangrijk is dat 'het veld' betrokken wordt bij het ontstaan van die LEA, zodat die enerzijds meer van de scholen wordt en anderzijds input toelaat van organisaties voor kinderopvang, voortgezet onderwijs, gemeente, zorgpartners en welzijn. Sociëteit T-Primair De bestuurders van T-Primair vinden het belangrijk dat het onderwijs zich beweegt in de brede maatschappe-
Martine Cools-Caspers (De Wichelroede) op 1 april 2014. Rafi, zoon van Can en Betty Boztay-Meeuwesen (De Lochtenbergh) op 2 april 2014. Vieve Roos, dochter van Marcel en Marjolijn Danebroek-de Bruijn (d’n Hazennest) op 7 april 2014. Merle, dochter van Ellie van Dorst (De Cocon) en Rick van Gils op 9 april 2014. Tess, dochter van Marco en Moniek van der Kaa-van den Ouweland (De Vlashof) op 13 april 2014. Kes, zoon van Rob en Eva van Baast-Kokken (Achthoeven) op 20 april 2014. Isa, dochter van Bas en Judith Stuijk-Bertens (d’n Hazennest) op 7 mei 2014. PLEEGOUDERSCHAP: Dyano en Kyano, pleegkinderen van Jan-Willem Verhoeven (Wichelroede) en Koen Ketelaars in juni 2014 huwelijk: Josje van Loon (Wichelroede) en Bart Heerkens op 18 februari 2014. Jan-Willem Verhoeven (Wichelroede) en Koen Ketelaars op 24 mei 2014. Liedeke Braaksma (Den Bijstere) en Sebastian van Nunen op 28 mei 2014. Jubileum: Marieke van Keulen, Antonette van Balkom, Angeliek Vermeer en Niels van Veggel: allen 12½ jaar D e Wichelroede. Monique van den Broek (Cocon): 25 jaar onderwijs.
Jacqueline v.d. Wouw-Horrevoets (Stelaertshoeve): 40 jaar onderwijs. Ria Raaymakers (Regenboog): 40 jaar Tangent. Uit dienst: Frencis Santegoeds, Ad van Iersel en Helma Hullegie-Harinks (allen De Regenboog), Dré Piederiet (De Kring), Peter Vervloed (Wichelroede): allen pensioen.
De Wichelroede nam afscheid van veel collega's tijdens dit schooljaar. Op vrijdag 16 mei was de beurt aan Peter Vervloed om officieel met pensioen te gaan. Het feit dat hier 200 jaar onderwijservaring verdwijnt, was aanleiding voor een artikel in het Brabants Dagblad. Lees het hele artikel in de nieuwsrubriek van de website van Tangent.
23
https://www.facebook.com/studiedagtangent
Een lied van ons allemaal! 'Je toekomst start vandaag hier bij Tangent.' Met die zin eindigt het refrein van het Tangent-lied op de melodie van 'We are the world' van Michael Jackson. Het werd gemaakt én gezongen op een directiestudiedag vorig jaar. Maar een refrein zonder coupletten, dat is nog geen lied. De voorbereidingscommissie van de Tangent-brede studiedag van 27 oktober 2014 nodigt daarom alle Tangent-scholen uit een bijdrage te leveren aan een heus Tangent-lied: een lied van ons allemaal. Het eindresultaat wordt voor de studiedag opgenomen en op 27 oktober gepubliceerd in de vorm van een videoclip. Samen een lied maken Hoe maak je met zestien scholen een liedtekst? Het idee is dat elke school voor het begin van het nieuwe schooljaar 2014-2015 twee regels aanlevert op de melodie van een deel uit het oorspronkelijke lied. Er zijn vier varianten van de coupletregels: A, B, C en D die we al hebben toegekend aan een school. Zie hiervoor de instructie via onderstaande link of QR-code. Lever regels tekst aan die gaan over onderwijs bij Tangent: wat maakt Tangent anders, bijzonder, wat past bij ons? Noem niet de naam van een specifieke school, maar richt je op waar Tangent als geheel voor staat. De teksten kunnen gestuurd worden naar het stafbureau:
[email protected] in elk geval de naam van de school. Een redactie bewerkt de inzendingen zonodig en maakt het lied definitief. Samen een lied zingen Op maandag 1 of donderdag 4 september van 16.00 tot 19.00 is er een opnamedag (met pizza!). Hiervoor zoeken we talent van Tangent: collega's die kunnen zingen of een instrument kunnen bespelen. Het is de bedoeling dat we in één middag met elkaar het lied inoefenen én uitvoeren. Van de uitvoering wordt een video-opname gemaakt die de basis vormt voor de videoclip. Zin om mee te doen? Meld je aan bij het stafbureau:
[email protected]. Met de aangemelde collega's bekijken we welke van de twee data het meest geschikt is. Instructie Toegewezen tekstfragmenten, de video met uitleg en meer vind je op http://tinyurl.com/tangentlied of via het scannen van deze QR-code.
Colofon Samenstelling: Peter Vervloed, Charles Dams, Marijke van Oploo (hoofdredactie) Vormgeving en opmaak: Marijke van Oploo Tango wordt vanaf de dertiende jaargang twee keer per schooljaar uitgegeven. Het volgende nummer verschijnt op 16 december 2014. Kopij, reacties en tips zijn van harte welkom! De redactie behoudt zich het recht voor om artikelen waar nodig te redigeren of in te korten. Stuur bijdragen voor het volgende nummer vóór 18 november 2014 naar
[email protected].
Erno Mijland Stichting Tangent palet van basisscholen en peuterspeelzalen T 013 522 92 50 F E 013
[email protected] 522 92 59 WI www.tangent.nl Postadres Postbus 85, 5070 AB Udenhout Bezoekadres Slimstraat 7, 5071 EG Udenhout