VOORBEELDMATERIAAL HOEKENBOX
LEERJAAR 5 – WISKUNDE
P. 02-03
Metend Rekenen
WINKELTIJD
De leerlingen berekenen inkoopprijs, verkoopprijs, winst of verlies..
P. 04-05
Getallenkennis
KRIEBELCIJFERS
De leerlingen moeten grote getallen lezen.
P. 06-07
Getallenkennis
VIERVOUDENPUZZEL
De leerlingen zoeken de veelvouden die bij een getal horen om de puzzel te maken.
P. 08-09
Bewerkingen
BREUKENDUEL
De leerlingen kunnen breuken vermenigvuldigen met en delen door een natuurlijk getal.
P. 10-11
Meetkunde
TANGRAM
De leerlingen leggen tangrampuzzels met zelf getekende stukken.
P. 12-13
Toepassingen
NIM SPELEN
De leerlingen moeten logisch denken met lucifers.
METEND REKENEN
wiskunde
E
2
Tijd om naar de winkel te gaan! Leef je in je rol in en reken uit of de verkoper winst of verlies maakt.
MEETKUNDE
3
Doe het zo! 1 De materiaalmeester geeft ieder kind een blad met de rollenspellen. 2 De kapitein geeft ieder kind van zijn groepje een letter (A, B of C). Zo weet je welke rol je moet spelen. • A = de leerling met het hoogste klasnummer • B = de leerling met het laagste klasnummer • C = de leerling met het klasnummer tussen A en B 3 Het is nu tijd om naar de winkel te gaan … Lees de opdracht op het blad. Voer de opdracht uit. Noteer allemaal de oplossingen op een apart blad.
Vraag de verbetersleutel aan je juf of meester.
Materiaal e
Voor iedere leerling een blad met de rollenspellen e Pen en papier e De hulpkaart ‘Winst en verlies’
1x
Een voorbeeld:
Corrigeer je werk
2
TOEPASSINGEN
Winkeltijd !
45’ 30’
Wat moet je doen?
BEWERKINGEN
De lln. berekenen de inkoopprijs, verkoopprijs, winst of verlies.
15’ F
1
GETALLENKENNIS
Klaar? Ieder schrijft zelf een situatie op zijn blad. Speel de situaties na en vul het schema in.
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
Joepie! Ik kocht het boek voor € 7. Ik verkocht het aan Sara voor € 10. Nu heb ik € 3 winst! Daar ga ik snoepjes mee kopen …
4 4
METEND REKENEN
wiskunde
4
Doel(en)
Materiaal
4
4
e e e e
4
4
BEWERKINGEN
MEETKUNDE
TOEPASSINGEN
e e
Schrijfgerei Werkblad met rollenspel: kopieerkaart 2. De eerste keer moet je die in drievoud kopiëren en best lamineren. e Verbetersleutel: kopieerkaart 3. De eerste keer moet je ze in drievoud kopiëren en best lamineren. Je kunt de kinderen met een rekenmachine laten werken (*).
Hulpkaart
Controle en verbetering
De leerlingen kennen de begrippen inkoopprijs, verkoopprijs, winst en verlies. Ze kunnen de winst of het verlies berekenen. Ze kunnen de prijs berekenen. Ze zijn bereid samen te werken en zich aan de spelregels te houden.
1x
Leerinhouden wiskunde nr. 8.
Differentiatie
Aanpak
4
GETALLENKENNIS
De lln. berekenen de inkoopprijs, verkoopprijs, winst of verlies.
Overzichtsblad
4 4
2
Winkeltijd! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 4
E
Wiskunde 2 – Winst of verlies
De leerlingen moeten winkelsituaties naspelen. Elk kind krijgt om de beurt de rol van fabrikant, winkelier en klant. Samen vullen ze het prijzenschema in en bepalen de winst of het verlies. De kinderen verbeteren aan de hand van de verbetersleutel.
Tips
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
15’ F 45’ 30’
METEND REKENEN
wiskunde
Je moet met je vinger een getal op de rug van je medespeler schrijven. Je medespeler moet het getal raden.
2
BEWERKINGEN
MEETKUNDE
3
Doe het zo! 1 De materiaalmeester haalt blind een getal uit de omslag. Zorg dat je medespeler het getal niet ziet. 2 Schrijf het getal met je vinger cijfer per cijfer op de rug van je buur. Doe het langzaam. 3 Je medespeler raadt het getal. Hij mag de cijfers daarvoor op een kladblaadje schrijven. Als hij fout is, dan schrijf je het nog een keer op zijn rug. Is het juist, dan mag hij het kaartje houden. Is het weer fout, dan gaat het terug in de omslag. 4 Het is nu aan de andere speler.
Corrigeer je werk Bekijk het kaartje samen om te controleren of het getal juist geraden werd.
2
Materiaal e
Een omslag met daarin kaartjes met getallen erop e Kladpapier en schrijfgerief
TOEPASSINGEN
1x
Kriebelcijfers !
45’ 30’
Wat moet je doen?
E
De lln. moeten grote getallen lezen.
15’ F
1
GETALLENKENNIS
Klaar? Vraag een moeilijkere oefening aan de juf of meester.
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
4 4
METEND REKENEN
wiskunde
4 4
4 4
4
Doel(en)
4
4
2
BEWERKINGEN
MEETKUNDE
TOEPASSINGEN
De lln. moeten grote getallen lezen.
e
Overzichtsblad e
Differentiatie
e
Controle en verbetering
1x
Kaartjes met getallen: kopieerkaart 12 (*). De eerste keer moet je ze kopiëren, lamineren en verknippen + in een omslag stoppen. e Omslagen (1 per set kaartjes of kopieerkaart) Gebruik de kaartjes van kopieerkaart 13 (**) of 14 (***) voor moeilijkere oefeningen. De materiaalmeester schrijft een getal op de rug van zijn of haar medespeler en dicteert daarna de som of het verschil. De oplossing staat in het klein onderaan op de kaart. e De kinderen kunnen eventueel zelf een aantal kaartjes maken.
Hulpkaart Aanpak
De leerlingen kunnen getallen tot en met 10 000 000 lezen en juist zeggen of verklanken. Leerinhouden wiskunde nrs. 5, 14 en 23.
Materiaal
Tips
4
E
Kriebelcijfers! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 4
GETALLENKENNIS
Wanneer je tijdens je wiskundelessen de kinderen laat werken met een tabel voor grote getallen (TM, M, HD, TD, D …), mogen ze die hier ook gebruiken.
De kinderen kunnen doorspelen tot de tijd op is, of je kunt zelf de differentiatie invoeren. Moeilijke woorden: cijfer en getal De kinderen controleren samen. Bij de differentiatiematerialen staat de oplossing in ’t klein onderaan op het kaartje. Best dikke truien uittrekken ...
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
15’ F 45’ 30’
METEND REKENEN
wiskunde
Maak de puzzel. Zoek welke vijf veelvouden bij het getal op het puzzelstuk horen.
7
BEWERKINGEN
MEETKUNDE
3
Doe het zo! 1 Leg elk puzzelstuk op de vijf veelvouden die bij het getal op het puzzelstuk horen, zodat het puzzelstuk de veelvouden bedekt. 2 Spelregels: e De puzzelstukken moeten in het rooster passen. e De puzzelstukken mogen niet op elkaar liggen. 3 Lukt het je om alle veelvouden te bedekken?
Vraag de verbetersleutel aan je juf of meester.
Klaar? Materiaal 1 set van 12 puzzelstukjes met een getal op e Een veelvoudenrooster e Pen en papier e
1x
Een voorbeeld:
Corrigeer je werk
2
TOEPASSINGEN
Veel voudenpuz zel !
45’ 30’
Wat moet je doen?
E
De lln. zoeken de veelvouden die bij een getal horen om de puzzel te maken.
15’ F
1
GETALLENKENNIS
Kies twee puzzelstukken en zoek de gemeenschappelijke veelvouden van deze twee getallen. Noteer het kgv op een blad. Geef dit blad aan je juf of meester.
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
veelvouden van 2 : 0, 2, 4, 6, 8, 10, 12, 14, 16, 18, 20 … 8
10 20
4
3
9
55 21
7 2
4 4
METEND REKENEN
wiskunde
Doel(en)
Materiaal
4
4 4
4 4
4
4
7
BEWERKINGEN
MEETKUNDE
TOEPASSINGEN
De lln. zoeken de veelvouden die bij een getal horen om de puzzel te maken.
e
Overzichtsblad
4
E
Veelvoudenpuzzel! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 4
GETALLENKENNIS
1 set van 12 puzzelstukjes met een getal op: kopieerkaart 20. De eerste keer moet je die kopiëren, best lamineren en verknippen. e Pen en papier e Het veelvoudenrooster vind je op kopieerkaart 21. De eerste keer moet je die kopiëren en best lamineren. e De verbetersleutel: de niet-verknipte kopieerkaart 20. De eerste keer moet je die kopiëren en best lamineren. e
Geef de leerlingen een tip: (*) - Noteer eerst de veelvouden van de getallen. - Gebruik eerst de veelvouden die niet vaak voorkomen in het rooster.
Hulpkaart
Controle en verbetering Tips
1x
Leerinhouden wiskunde nr. 21.
Differentiatie
Aanpak
De leerlingen kunnen de veelvouden van een natuurlijk getal kleiner dan 100, de gemeenschappelijke veelvouden en het kleinste gemeenschappelijke veelvoud van twee natuurlijke getallen vinden.
Wiskunde 9 – Delers en veelvouden
De leerlingen leggen de puzzelstukken op de veelvouden die bij het getal op het puzzelstuk horen. De puzzelstukken passen precies op het rooster en mogen elkaar niet overlappen. De kinderen gebruiken de verbetersleutel. Het blad met het kgv moet je daarna zelf verbeteren.
De kinderen kunnen eventueel zelf een nieuwe veelvoudenpuzzel maken (***).
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
15’ F 45’ 30’
METEND REKENEN
wiskunde
GETALLENKENNIS
Daag elkaar uit om de gevraagde breuk te vormen. Wie krijgt z’n breukenrooster eerst vol?
4
MEETKUNDE
Breukenduel
45’ 30’
Wat moet je doen?
E
De lln. kunnen breuken vermenigvuldigen met en delen door een natuurlijk getal.
15’ F
1
BEWERKINGEN
3
Doe het zo! 1 De jongste begint. Geef aan de andere leerling een breuk uit je resultaatvak. (rechts). 2 De oudste zoekt op zijn deuelkaart 2 breuken die samen door x (vermenigvuldigen) of : (delen) de gevraagde breuk vormen. 3 Hij/zij schrijft de bewerking op een blad. Jij controleert met je verbetersleutel. • Is de bewerking juist? Leg dan ringen op de gebruikte breuken. Ga naar stap 4. • Is de bewerking fout? Ga naar stap 4. 4 Draai de rollen om. Speel zo verder tot je duelkaart vol is.
Corrigeer je werk Bij elke bewerking controleer je elkaar. Gebruik daarvoor de verbetersleutel.
2
Materiaal e e e
Pen en papier Ringen Voor leerling 1: duelkaart A + verbetersleutel A e Voor leerling 2: duelkaart B + verbetersleutel B
Klaar? Steek je blad in je hoekenmap.
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
TOEPASSINGEN
1x
4 4
METEND REKENEN
wiskunde
Doel(en)
Materiaal
4
4 4
4 4
4
4
E
4
MEETKUNDE
TOEPASSINGEN
De lln. kunnen breuken vermenigvuldigen met en delen door een natuurlijk getal.
e e
Overzichtsblad
4
BEWERKINGEN
Breukenduel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 4
GETALLENKENNIS
Duelkaart A: kopieerkaart 37. De eerste keer moet je die kopiëren en best ook lamineren. Duelkaart B: kopieerkaart 38. De eerste keer moet je die kopiëren en best ook lamineren. Verbetersleutels: kopieerkaart 39. De eerste keer moet je die kopiëren, best lamineren en in 2 knippen. e Pen en papier e Ringen (bijvoorbeeld van sleutelhangers) of schijfjes e e e
Je kunt zwakkere kinderen laten coachen door een medeleerling (*). Je kunt de leerlingen de opdracht geven om het resultaat te vereenvoudigen (***).
Hulpkaart
Controle en verbetering Tips
1x
Leerinhouden wiskunde nr. 27.
Differentiatie
Aanpak
De leerlingen kunnen breuken vermenigvuldigen met en delen door een natuurlijk getal. Ze zijn bereid de spelregels na te leven.
Wiskunde 12 – Bewerkingen met breuken
De leerlingen moeten breuken vermenigvuldigen met en delen door een natuurlijk getal. Hun medespeler daagt hen daartoe uit door enkel het resultaat te geven. Vervolgens zoeken de leerlingen op hun duelkaart naar de passende bewerking. De leerlingen controleren elkaar bij elke bewerking. Op het einde van het spel verbeteren de leerlingen m.b.v. de verbetersleutel. Ander mogelijk materiaal voor ringen: kroonkurken, kartonnen schijfjes, in schijfjes gesneden kurken …
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
15’ F 45’ 30’
METEND REKENEN
wiskunde
Benieuwd of je een goeie architect zou zijn? Probeer maar eens heel nauwkeurig te meten. Bij deze opdracht maak je eerst zelf een tangram-puzzel om er daarna figuren mee te leggen.
2
Materiaal e
Dik papier, een potlood en een gom e Een schaar en een meetlat e Een geodriehoek (om ervoor te zorgen dat je hoeken recht zijn!) e Kaartjes met voorbeelden om na te leggen
MEETKUNDE
E
2
TOEPASSINGEN
1x
Tangram !
45’ 30’
Wat moet je doen?
BEWERKINGEN
De lln. leggen tangrampuzzels met zelf getekende stukken.
15’ F
1
GETALLENKENNIS
3
Doe het zo!
Voorbeeld:
1 Teken een vierkant van 12 op 12 cm op je papier. Benoem de hoekpunten zoals je hiernaast ziet. a Teken dan een diagonaal AD. b Verbind het midden van AC met het midden van CD en noem dit lijnstuk EF. E ligt op AC en F ligt op CD. c Verbind nu het midden van EF met B. Noem het middelpunt van je vierkant G. Het midden van EF noem je H. d Teken een loodrechte vanuit E op AD. e Verbind ten slotte H met het midden van GD. 2 Je tangram is klaar! Ziet hij er net zo uit als op voorbeeld ➊? Knip dan alle stukken uit. 3 Probeer met de stukken een voorbeeldfiguur van een van de kaartjes na te leggen. De oplossing vind je op het flapje. Een tip: uit hoeveel kleine driehoekjes bestaat het grote vierkant, denk je? En de andere figuren? Kijk maar eens naar voorbeeld ➋.
1
12 cm B
A G
E H C
F
D
2 B
A G
Corrigeer je werk Vergelijk je tangram telkens met het voorbeeld ➊ rechts. Kijk niet te snel naar de oplossing maar probeer goed zelf te zoeken.
Klaar? Probeer eens zelf een paar nieuwe figuren uit te vinden. Je mag ze op een blad tekenen en daarna door een klasgenootje laten uitproberen. Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
C
D
4 4
METEND REKENEN
wiskunde
4
Doel(en)
Materiaal
4
4 4
4
4
MEETKUNDE
E
2
TOEPASSINGEN
De lln. leggen tangrampuzzels met zelf getekende stukken.
e e e e
Overzichtsblad
4 4
BEWERKINGEN
Tangram! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 4
GETALLENKENNIS
De leerlingen kunnen tot op een cm nauwkeurig meten. Ze kunnen nauwkeurig tekenen. Ze kunnen de schriftelijke instructies nauwgezet opvolgen. Ze ontdekken delen in een geheel. Leerinhouden wiskunde nr. 40.
e e e e
Differentiatie
Dik papier, een potlood en een gom Een schaar en een meetlat Een geodriehoek (om ervoor te zorgen dat de hoeken recht zijn!) Kaartjes met voorbeelden om na te leggen: kopieerkaarten 60 t.e.m. 64. Je kunt ze best kopiëren op dik papier, dan uitknippen en dubbelvouwen met de oplossing naar achteren. Zie de aanduidingen op de kopieerkaarten: (**) of (***). Laat eventueel ruitjespapier gebruiken om de puzzel op te tekenen (*).
Hulpkaart Aanpak Controle en verbetering Tips
1x
Zie ‘Doe het zo!’ op keerzijde. De leerling kan zichzelf bij het tekenen voortdurend controleren aan de hand van het voorbeeld. Bij het leggen van de tangrams vindt hij de oplossing op de ommezijde van het dubbelgevouwen blad. Leerlingen die moeilijk begrijpend lezen kun je met twee laten werken. Dan kan iemand voorlezen en iemand uitvoeren. Daarna kunnen ze wisselen.
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
15’ F 45’ 30’
METEND REKENEN
wiskunde
2
Materiaal e
16 lucifers
TOEPASSINGEN
E
1
1x
3
Doe het zo!
Een voorbeeld:
1 De materiaalmeester legt de 16 lucifers in een vierkant. Kijk goed naar het voorbeeld hiernaast. 2 Wie vanaf nu het eerst jarig is begint. Neem een willekeurig aantal lucifers uit één rij of één kolom weg. 3 De volgende speler doet hetzelfde. 4 Wie de laatste lucifer moet oprapen is verloren!
Corrigeer je werk
rij ➞
Zorg ervoor dat iedereen telkens 1 of meer lucifers uit dezelfde rij of dezelfde kolom neemt.
Klaar? Als dit spel goed lukt, mag je een moeilijkere oefening aan de juf of meester gaan vragen.
Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
➞
Een Nim-spel is een spel waarbij twee spelers steeds één of meer lucifers moeten wegnemen. De speler die de laatste lucifer moet nemen is de verliezer. Goed nadenken is dus de boodschap!
MEETKUNDE
Nim-spelen
45’ 30’
Wat moet je doen?
BEWERKINGEN
De lln. moeten logisch denken met lucifers.
15’ F
1
GETALLENKENNIS
kolom
4 4
METEND REKENEN
wiskunde
4
4 4
Doel(en)
4
e e
4
TOEPASSINGEN
E
1
De leerlingen kunnen spelstappen vooruit denken. Ze kunnen door te oefenen een tactiek bedenken om een spel altijd te winnen. Winst of verlies wordt bepaald door het aantal lucifers dat eerst wordt weggenomen.
e
Differentiatie
e
16 lucifers
Makkelijker (*): - Leg 50 lucifers op een rij in plaats van 16 in een vierkant. e Moeilijker (***): - Maak een rij van 5 lucifers en daaronder een rij van 8 lucifers. - Leg onder elkaar 4 rijtjes lucifers van respectievelijk 1, 3, 5 en 7 lucifers (piramidevorm).
Hulpkaart Aanpak
Controle en verbetering Tips
1x
Leerinhouden wiskunde vijfde leerjaar.
Materiaal
4 4
MEETKUNDE
De lln. moeten logisch denken met lucifers.
Overzichtsblad
4
BEWERKINGEN
Nim-spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 4
GETALLENKENNIS
Moedig de kinderen aan om te beginnen spelen zonder extra uitleg, dan worden de spelregels vanzelf duidelijk. Laat ze niet te snel overgaan naar een nieuw spel, want dan krijgen ze geen inzicht in het spel en kan er geen win-strategie uitgedacht worden. Moeilijke woorden: willekeurig, rij, kolom De kinderen controleren elkaar.
Op de volgende website zijn links te vinden naar gelijkaardige oefeningen die individueel uit te voeren zijn: http://www.speelmee.be/spel-920-lucifers-game.html. Deze fiche hoort bij de Hoekenbox • 5de leerjaar • wiskunde © VAN IN 2009
15’ F 45’ 30’