imbur VAR L n a v e tgav Een ui
g
Jaargang 7 nummer 3
Juli 2012
Verpleegkundig Magazine Limburg Een palliatief team verbetert de zorg? -Door - B. Kirschbaum Dit is het eerste deel van twee artikelen over de invoering van een oncologisch palliatief team. Het tweede deel handelt over de nameting, de analyse en de bereikte resultaten die hebben plaatsgevonden. Het 2de deel verschijnt naar verwachting begin 2013. In toenemende mate is er in de ziekenhuizen aandacht voor de zorg aan patiënten bij wie geen genezing meer mogelijk is. Palliatieve zorg is een benadering die de kwaliteit van het leven verbetert van patiënten en hun naasten die te maken hebben met een levensbedreigende aandoening. De nadruk ligt bij palliatieve zorg op
bestrijding van symptomen zoals pijn, benauwdheid, angst en depressie. De kwaliteit van leven in de laatste levensfase hangt af van lichamelijke en psychische ongemakken die de patiënten ondervinden. De afgelopen jaren is er vanuit de Integrale Kanker Centra veel aandacht geweest voor palliatieve zorg in de eerste lijn, onder andere door deskundigheidsbevordering van zorgverleners en het opzetten van specialistische telefonische consultatiediensten. Echter de ontwikkelingen in de tweede lijn lopen hierbij achter. In de tweede lijn worden patiënten in de palliatieve fase vaak begeleid
de continuïteit van zorg, een extra tandje moeten bijzetten om het met minder handen aan het bed toch klaar te spelen. Een tijd waarin we elkaar vooral moeten (uit)helpen. En een mogelijkheid om eens bij elkaar in de keuken te kijken en misschien goede ideeën op
2 Vervolg Een palliatief team verbetert de zorg?
Werken aan een georganiseerde werkplek
3
Onderdiagnos- 5 tiek psychosociale problematiek in de oncologische zorg
door artsen en verpleegkundigen die niet specifiek gespecialiseerd zijn in het geven van palliatieve zorg. Deze zorgverleners zijn vanuit hun achtergrond voornamelijk gericht op de cure en minder op de symptoombestrijding. De kwaliteit van de palliatieve zorg is hierdoor lager dan gewenst. Vervolg op pagina 2
Van de redactie De vakantiekoffers zijn hier en daar al in gebruik genomen, de vakantie periode is weer aangebroken. In de zorg altijd een moment waar verpleegkundigen die vakantie hebben, of krijgen, naar uitzien. Ook een tijd waarin collega’s die zorgen voor
In dit nummer:
te doen voor de eigen afdeling. Stagiaires helpen ook een handje mee door in de zomerperiode vakantiewerk te verrichten. Zo klaren we de klus met z’n allen. De redactie wenst jullie een welverdiende vakantie met veel zon en rust toe!
Systematisch literatuuronderzoek Productieve Ward
7
Colofon
8
Noteer alvast in je agenda: 14 november zal VAR Limburg een minisymposium organiseren waarin wederom EBP centraal staat. Er zullen workshops vanuit de verschillende ziekenhuizen gegeven worden waarbij vooral de toepassing van EBP in de praktijk centraal staat. De VAR van het Atrium MC Parkstad zal de organisatie voor haar rekening nemen. Meer info volgt spoedig op de sites van de diverse VAR’s en op www.varlimburg.nl
Vervolg pagina 1
Specifieke aandacht voor palliatieve zorg in de vorm van een palliatief team lijkt een goede impuls te zijn om zowel de kwaliteit als de doelmatigheid van de oncologische zorg te verbeteren.
Verschillende onderzoeken naar de inzet van een palliatief team bevestigen dat patiënten die begeleid worden door een palliatief team een hogere kwaliteit van leven en minder lichamelijke en psychische klachten ervaren dan patiënten die de reguliere zorg ontvangen. Op wens van de oncologische vakgroepen van het VieCuri Medisch Centrum voor Noord-Limburg werd een stuurgroep opgericht ter verbetering van de klinische palliatieve zorg. Een van Pagina 2
de gerealiseerde verbeteringen is de oprichting van een palliatief team. Dit multidisciplinaire consultteam heeft als doelstelling de kwaliteit van de palliatieve zorg in het ziekenhuis te verbeteren. Het team concentreert zich op klinische patiënten bij wie geen genezing meer mogelijk is. Het team neemt de zorg niet over, maar ondersteunt het behandelteam door middel van een consult. Dit consult kan bestaan uit vragen rondom palliatieve zorg, bijvoorbeeld bij klachten als pijn, misselijkheid en delier. Maar ook bij de start van palliatieve sedatie of bij het inzetten van een abstinerend beleid, kan ondersteuning van het team worden ingeroepen. Om punten van aandacht en te realiseren verbeteringen in de zorg zichtbaar te krijgen, werd besloten om voor de start van het palliatief team een nulmeting te verrichten. De verwachtte verbeteringen in de zorg zullen dan via een tweede meting, die plaatsvindt zomer 2012, zichtbaar worden gemaakt. De nulmeting bestaat uit drie aandachtsgebieden. Allereerst was het onderzoek gericht op met name de kwaliteit van de medische- en verpleegkundige overdracht van het ziekenhuis naar huis, een hospice- of verpleeghuis. Alle huisartsen, hospice- en verpleeghuisartsen uit het adherentiegebied van VieCuri kregen hiervoor een vragenlijst toegestuurd. Ruim 40% van de vragenlijsten werden beantwoord teruggestuurd, vaak vergezeld met suggesties die konden leiden tot een betere afstemming van de zorg. Na analyse werden de resultaten dan ook doorgegeven aan de stuurgroep ‘Palliatieve overdracht NPTZ’. Deze stuurgroep bestaat uit interne en externe vertegenwoordigers van alle betrokkenen in de palliatieve zorg van Noord-Limburg.
Het aandachtsgebied voor de kwaliteitsindicatoren pijn, delier en dyspnoe werd via een retrospectief medisch dossieronderzoek nader onderzocht. De ervaringen van naasten over de ontvangen palliatieve zorg werden in kaart gebracht middels een interview. De vragen hadden o.a. betrekking op de ontvangen begeleiding door artsen en verpleegkundigen. Maar vooral ook of de nabestaanden tevreden waren over het verloop of punten ter verbetering hadden. De resultaten van het eigen onderzoek lijken de suggestie, die uit andere onderzoeken naar voren kwam, te bevestigen dat een palliatief team in VieCuri tot verbeteringen kan leiden. Of de uitkomsten van deze onderzoeken ook inderdaad toepasbaar zijn op de situatie in VieCuri en vergelijkbare verbeteringen kan opleveren wordt middels de nulmeting en het vervolgonderzoek dat in de zomer van 2012 wordt uitgevoerd, nader onderzocht. Dit artikel is mede gebaseerd op het PA-afstudeeronderzoek van Hester Joosten. Bernie Kirschbaum Verplegingswetenschapper werkzaam op het Wetenschapsbureau van VieCuri Medisch Centrum voor Noord-Limburg
Verpleegkundig Magazine Limburg
Werken aan een georganiseerde werkplek -Door- L. Duisters en M. Kalsbeek Om te werken aan kwaliteit en veiligheid is het belangrijk om de basis, een goede werkplek, in orde te hebben. Iedereen kan natuurlijk eens kijken welke spullen niet meer gebruikt worden of oude documenten opruimen. Maar hoe zorg je structureel voor een georganiseerde werkplek? Verpleegkundigen in het Laurentius Ziekenhuis zijn enthousiast over het gebruik van de 5S-methode. De 5S ‘en 5S werkt volgens 5 stappen: Scheiden Bepaal wat er op de werkplek nodig is, verwijder alles wat niet nodig is Schikken Alles krijgt een vaste plaats, alles heeft een bepaalde hoeveelheid. Iedereen kan ogenblikkelijk zien, pakken en terugleggen. Schoonmaken Schoonmaken en opruimen zijn een vorm van preventief onderhoud, schoonhouden! Standaardiseren Proces onder controle krijgen door alles volgens vaste afspraak uit te voeren. Iedereen moet het werk kunnen uitvoeren. Standhouden Het behouden van de gecreëerde gewenste situatie
Wat is 5S? 5S heeft als doel het creëren van een stimulerende, (patiënt)vriendelijke en veilige werkplek, waar niets overbodigs ligt, waar het schoon is, papierwerk minimaal en geordend is, duidelijke standaard werkwijzen zijn en zoektijd minimaal is. Ruim een jaar geleden zijn twee afdelingen als proef met de 5Smethode aan de slag gegaan: de verpleegafdeling orthopedie en de afdeJaargang 7 nummer 3
ling revalidatie. Per afdeling werd een 5S-team samengesteld van ca. drie verpleegkundigen of andere medewerkers die les kregen van, en ondersteund werden door, twee beleidsmedewerkers van het ziekenhuis.
op staan. De vloer kan daardoor goed schoongehouden worden. Collega’s reageren erg positief op dit project.
Voor:
Medicijnkamer Orthopedie Op verpleegafdeling A2 Orthopedie ging team Bonesssss aan de slag met de S-sen Scheiden en Schikken. Hun eerste doel was de medicijnkamer. In deze kleine ruimte waar van alles te vinden is kost het zoeken naar datgene wat je nodig hebt teveel tijd. Ook moet de veiligheid optimaal gewaarborgd worden en hebben nieuwe medewerkers vaak hulp nodig om iets te vinden. Verpleegkundige Fabiënne Daalmans: “Ons doel is om de ruimte zo in te richten (rekening houdend met de vaste richtlijnen) dat het veilig en prettig werken is, alle spullen snel te vinden zijn en het werkblad waar de medicijnen worden klaar gemaakt leeg en schoon blijft.” “Het is verbazingwekkend hoe opgeruimd de ruimte blijft als je ziet hoeveel hij gebruikt wordt”, vertelt teamcoördinator Loes Duisters. “In het verleden werd er wel eens wat opgeruimd maar verviel het snel weer in het oude. Omdat alles een vaste plaats heeft komt er niets overbodigs meer bij. Je ziet meteen als er iets in de ruimte staat wat er niet thuis hoort. Het scheelt ook heel veel tijd. Zoeken is niet meer nodig. Ook krijgen we veel positieve reacties van flexmedewerkers. We hebben alles zo ingericht dat je een artikel binnen 30 seconden kan vinden. Dit voorkomt een hoop irritatie. We hebben ook wat aanpassingen gedaan voor wat betreft het opbergen van artikelen. Bijvoorbeeld een opbergsysteem voor de spuiten en naalden. En rekjes aan de muur laten hangen waar de afvalbakken
Na:
Vervolg op pagina 4
Pagina 3
Vervolg van pagina 3
We hebben niet heel veel nieuwe spullen hoeven aanschaffen. Het project hoeft niet veel te kosten, dat is natuurlijk ook mooi meegenomen. Je ziet er meteen de voordelen van. Er zijn inmiddels al twee andere groepen gestart om de desinfectieruimte en de twee zustersposten aan te pakken. Het is een leuk project om aan deel te nemen!”
Voor:
De bereikte resultaten zijn: In de medicijnkamer is zoeken naar materialen niet meer nodig, alles is direct te vinden Alle verpleegkundigen voelen zich verantwoordelijk voor de medicijnkamer, deze blijft dan ook opgeruimd en netjes.
Na:
Alle materialen en formulieren zijn steeds op voorraad. Enthousiasme bij de teamleden en de drive om verder te gaan met 5S op de eigen afdeling.
5S breidt uit Het enthousiasme van de eerste twee proefafdelingen stak ook andere collega’s aan. Nu, een jaar later, zijn er maar liefst twintig 5S-teams in het ziekenhuis actief. Zowel verschillende verpleegafdelingen als diverse poliklinieken, radiologie, dialyse en gipskamer zijn actief bezig met het verbeteren van de eigen werkplekken om zo de zorg beter en veiliger te maken.
Loes Duisters, teamcoördinator Orthopedie/KNO/Anesthesie & Marjolijn Kalsbeek, programmamanager zorglogistiek, Laurentius Ziekenhuis Roermond
Voor
Pagina 4
Na
Verpleegkundig Magazine Limburg
Onderdiagnostiek psychosociale problematiek in de oncologische zorg Waar heeft ú nou last van? -Door– I. Cleven Samenvatting Om een bijdrage te leveren aan de verbetering van kwaliteit van zorg op mijn stage afdeling (Oost 43 Gynaecologie Orbis Medisch Centrum) zou ik graag een signaleringslijst willen implementeren op de gynaecologische afdeling om psychosociale problemen van oncologiepatiënten beter te herkennen en patiënten te selecteren die hiervoor professionele psychosociale begeleiding nodig hebben. Ondanks het feit dat er tegenwoordig bijna net zo veel aandacht besteed wordt aan de psychosociale zorg als aan de fysieke zorg voor ziekenhuispatiënten, blijkt uit de literatuur dat deze toch nog beter kan. Dit artikel is een weergave van de door mij gesignaleerde problematiek, ondersteund door wetenschappelijke, evidence based literatuur met als doel het onderwerp: behoefte psychosociale signalering bij kanker meer aandacht te geven.
hoofd bieden. Echter beschrijven Versnijde & Dijkstra, (2011) toch dat één derde van de patiënten aangeeft achteraf behoefte te hebben gehad aan meer psychosociale begeleiding van arts, verpleegkundige of gespecialiseerde zorgverlener. Helaas komen deze patiënten niet altijd bij de hulpverleners terecht; zo ontvangt naar schatting slechts tien procent daadwerkelijk begeleiding (Visser & Honing, 2009). Mogelijke oorzaken zijn volgens Visser & Honing (2009): patiënten kunnen angst hebben om hun problemen te bespreken, een drempel ervaren om begeleiding te zoeken of niet op de hoogte zijn van de begeleidingsmogelijkheden. Bovendien vragen zorgverleners niet altijd naar de psychosociale problemen van patiënten. Factoren als tijdsdruk of ontoereikende gespreksvaardigheden kunnen hieraan ten grondslag liggen.
Onderbehandeling psychosociale problemen Niet roken, verstandig zonnen, voldoende bewegen, gezond eten en overwicht voorkomen; het zijn allemaal manieren om kanker te voorkomen. Volgens het Centraal Bureau voor Statistiek is kanker de volksziekte die dit jaar doodsoorzaak nummer 1 is.
Om inzicht te verkrijgen in de behoefte aan psychosociale begeleiding bij oncologiepatiënten en hun naasten kunnen zorgverleners gebruik maken van een signaleringslijst. Deze lijst heeft als doel de behoefte aan psychosociale ondersteuning vroegtijdig te signaleren. Ook blijkt het instrument een nuttig handvat voor zorgverleners om psychosociale problematiek ter sprake te brengen.
Kanker is een ingrijpende ziekte die gepaard gaat met fysieke klachten en sterke emoties, zoals verdriet, angst, machteloosheid, schuldgevoel, onbegrip en boosheid. Symptomen die allemaal samengevat kunnen worden met de term: ‘distress’. De ziekte kan ook gevolgen hebben voor het sociaal functioneren, bijvoorbeeld in de relatie met een partner, binnen het gezin en op het werk. De meeste patiënten kunnen problemen op eigen kracht en met behulp van hun omgeving het
Zoals eerder vermeld worden er in een aantal ziekenhuizen in Nederland lijsten ter signalering van problemen bij mensen met kanker toegepast en bestaan plannen een breder gebruik ervan te stimuleren, zo schrijven Garssen & Kok (2008). Drie functies kunnen in totaal aan deze lijsten worden toegekend: 1) opsporen van patiënten met ernstige psychologische problematiek om hen te kunnen verwijzen naar professionele zorgverleners (screening),
Jaargang 7 nummer 3
2) ondersteunen van de communicatie met patiënten en 3) bevorderen van systematische zorg. Psychosociale problematiek De psychosociale problemen van oncologiepatiënten worden niet altijd herkend en erkend. Patiënten die gespecialiseerde hulp nodig hebben, komen daarvoor niet altijd bij de juiste hulpverleners terecht. Om problemen te signaleren en het gesprek daarover te vergemakkelijken, zijn er in Nederland zoals eerder vermeld diverse signaleringslijsten ontwikkeld.
Een signaleringslijst is een hulpmiddel voor het onderkennen van psychosociale problemen van kankerpatiënten en voor het selecteren van patiënten die hiervoor professionele psychosociale begeleiding nodig hebben. Ook is een signaleringslijst een hulpmiddel voor het bespreken van het psychosociaal functioneren van patiënten. In Nederland zijn verschillende vragenlijsten in omloop. In 2005 waren dat er dertien, maar inmiddels is dit aantal toegenomen. Om ‘distress’ bij kankerpatiënten te signaleren wordt door de oncologische richtlijn: ‘detectie behoefte psychosociale zorg’ sterk aanbevolen gebruik te maken van de Lastmeter. Vervolg op pagina 6
Pagina 5
Vervolg van pagina 5
Door de literatuur wordt de volgende werkwijze geadviseerd:
Om de lezer een idee te geven, geef ik een korte beschrijving van de Lastmeter. Deze bestaat uit de thermometer, probleemlijst en de vraag ‘zou u met een deskundige willen praten over uw problemen?'. Hij is volledig, kort, begrijpbaar en gemakkelijk te gebruiken. Eigenlijk zijn alle aspecten die nodig zijn hierin opgenomen. Een open vraag, een beeldend aspect en een beknopte, gerichte vragenlijst. De lijst ziet er ook nog eens keurig verzorgd uit en bevat maar één A4tje. Het kan gemakkelijk door de patiënt zelf ingevuld worden maar dit kan ook samen met een hulpverlener en dient dan als gesprekshulpmiddel. De Lastmeter is zowel digitaal als op papier beschikbaar, dus zou ook na de
Allereerst heb ik in de literatuur onderzocht welke meetmomenten geadviseerd worden en dit bleken er minimaal vier te zijn. De volgende meetmomenten worden geadviseerd voor een optimale werking:
implementatie in het elektronisch patiëntendossier kunnen worden opgenomen indien gewenst. Ondanks de uitermate geschiktheid van de Lastmeter maakt het qua effectiviteit niet zo ontzettend veel uit welk signaleringsinstrument de instelling kiest om te gebruiken. Zo is er in Orbis Medisch Centrum de SIPP-lijst aanwezig, ook een dergelijk signaleringsinstrument om de psychosociale zorgbehoefte bij kankerpatiënten te signaleren. De SIPP-lijst wordt momenteel gebruikt op de poli Gynaecologie, poli Chirurgie (mammacarcinoom en colorectumcarcinoom), poli Urologie en het Oncologisch Dagcentrum. Binnenkort zal de verpleegafdeling Longgeneeskunde de signaleringslijst ook gaan gebruiken. Deze keuze ligt dus, zoals gezegd, bij de zorginstelling zelf. Wat echter wel van groot belang is, is een correct en efficiënt gebruik van het instrument om de gewenste effecten en resultaten te bereiken. Ingrid Cleven, 4e jaars HBO - verpleegkunde stagiaire. Orbis Medisch Centrum
april 2012
Eerste meetmoment na de diagnose (niet tijdens het slechtnieuwsgesprek, maar wel voor de start van de behandeling) Tijdens de behandeling (mijn keuze: ontslaggesprek) Tijdens controleperiode (maar niet vaker dan één keer in de 2 a 3 maanden) Laatste keer bij afsluiten controlefase Vervolgens ben ik gaan uitzoeken waarom er juist voor deze meetmomenten gekozen is. Bij het eerste meetmoment dienen de resultaten kort te worden besproken met de (oncologie-) verpleegkundige bijvoorbeeld als onderdeel van het intakegesprek. Op hun rust dan wel de taak de patiënte te informeren over het doel van het invullen van de lijst, de manier van invullen en het opvolgen van de gegevens (wat er met de gegevens wordt gedaan). Voor het tweede meetmoment wordt er een tijdstip binnen de behandeling aangeraden. Weer ligt de keuze voor een geschikt moment bij de instelling/afdeling. Er dient een weloverwogen keuze gemaakt te worden, geschikt voor doelgroep en setting. Belemmerende factoren als mogelijkheden qua tijd (tijdsgebrek) of de conditie van de patiënt dienen in deze keuze te worden betrokken. Op dit moment kan de mogelijkheid worden aangegrepen om het psychosociale aspect van kanker (naast de lichamelijke behandeling) extra te belichten. De signaleringslijst kan hier als gesprekshulpmiddel dienen en behoudt daarnaast ook zijn screeningsfunctie. De overige afnamemomenten spreken in principe voor zich. Tijdens de controlefase en bij de afsluiting van de controlefase zal er nog een aantal keer gescreend worden. Op deze manier kan de Lastmeter dus ingezet worden of kan er van de beschikbare tools een efficiënter gebruik gemaakt worden. Naar mijn mening kan de zorg voor psychosociale zorg een stuk beter. De tools en bronnen zijn voor handen, er moet alleen gebruik en profijt van gemaakt worden. Want ondanks het feit dat de zorgvrager er op het eerste gezicht misschien prima uitziet en het door persoonlijke eigenschappen en bepaalde karaktertrekken niet laat merken, is er vaak toch behoefte naar dat beetje extra aandacht. Ik vraag met dit artikel extra aandacht voor een juiste benadering voor psychosociale problematiek bij oncologiepatiënten hoop dat dit artikel de lezer het belang hiervan heeft laten inzien.
Bronnen Versnijde, N., & Dijkstra, H. (2011). Gynaecologische chirurgie. Amsterdam: Reed Business. Visser, A., & Honing, C. (2009). Signaleringslijst helpt onderdiagnostiek van psychosociale problemen voorkomen. Oncologica. Garssen, B., Kok de, E., Kruijver, I., Kuiper, B., Honing, C. & Visser, A. (2008). Het gebruik van signaleringslijsten voor psychosociale problemen in de oncologie. Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen, 5, (86), 269-274. |http://www.oncoline.nl Richtlijnen oncologische zorg. Geraadpleegd op 11 mei 2012.http:// www.iknl.nl Kenniscentrum voor zorgverleners in de oncologische zorg. Geraadpleegd op 10 mei 2012.
Pagina 6
Verpleegkundig Magazine Limburg
Systematisch Literatuuronderzoek Productive Ward —Door– H. Visser Het Atrium MC Parkstad is vorig jaar op drie afdelingen gestart met de Productive Ward (een kwaliteitsverbeterprogramma voor verpleegkundigen). In het kader van de Masteropleiding Klinische Gezondheidswetenschappen, Masterprogramma Verplegingswetenschap welke Herman Visser volgt aan de Universiteit Utrecht, heeft hij een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd over het effect van de Productive Ward op de kwaliteit van de gezondheidzorg.
Doel Door middel van een systematische literatuurstudie wordt het effect onderzocht van het Productive Ward programma, op de kwaliteit
Dit resulteerde in 103 artikelen. Op basis van inclusiecriteria werden vierenzestig artikelen volledig doorgenomen. Zeventien artikelen werden onderworpen aan een kritische evaluatie. Kwaliteit van de gezondheidszorg, zoals gedefinieerd door The Institute Of Medicine, werd in deze studie gebruikt als leidraad voor bepalen van het effect van het Productive Ward programma op de kwaliteit van de gezondheidszorg. Resultaten Deze systematische literatuur review toont aan, dat de meeste studies inzake het Productive Ward
Productive Ward programma succesvol is geïmplementeerd in verschillende landen. Om het effect van dit |programma op de kwaliteit van de gezondheidszorg te bepalen, is echter meer gedetailleerd onderzoek noodzakelijk. Belang voor klinische praktijk De positieve impact op verpleegkundigen en de verpleegafdeling is een van de hoofdredenen voor de snelle adoptie van het Productive Wardprogramma. De invloed van het Productive Ward programma op de kwaliteit van de gezondheidszorg zal beter aangetoond moeten worden.
van de gezondheidszorg. Achtergrond Wereldwijd wordt de gezondheidszorg geconfronteerd met alsmaar stijgende kosten. Teneinde inefficiënties binnen de gezondheidszorg te reduceren, werd het Lean denken overgenomen van de auto industrie. Gebaseerd op Lean denken, is in het Verenigd Koninkrijk, een programma ontwikkeld door de National Health Service Institute for Innovation & Improvement’s: het Productive Ward:Releasing Time to Care programma. Dit kwaliteitsverbeterprogramma geniet enorme populariteit. Er is echter nog maar weinig bekend over de impact van het dit progamma op de kwaliteit van de gezondheidszorg. Methode Tot en met april 2012, werden de volgende databestanden systematisch doorzocht: Medline, Embase, Cinahl en Web of Knowledge.
Jaargang 7 nummer 3
programma, geen nauwkeurige uitkomsten rapporteren. Het effect van dit programma op de kwaliteit van de gezondheidszorg blijft hierdoor onduidelijk. Conclusie Deze review beschrijft hoe het
Keywords Lean Health Care, The Productive Ward, Quality Improvement, Quality of Health Care, Health Care Sector Herman Visser Bestuurslid VAR Atrium MC Parkstad Pagina 7
VAR Limburg Atrium MC Parkstad Orbis MC, Sittard-Geleen Maastricht UMC Laurentius ziekenhuis, Roermond VieCuri MC, Noord-Limburg, St. Jans Gasthuis, Weert
De redactie van het Verpleegkundig Magazine Limburg is altijd op zoek naar suggesties, reacties en/of artikelen voor het magazine. Mail naar
[email protected] Géneviève Sprenkels en Marieta Bran d redactie.
Redactie:
[email protected] Telefoon: (045) 5766776
Met dank aan: Ingrid Cleven, Bernie Kirschbaum, Loes Duisters, Marjolijn Kalsbeek en Herm an Visser.
Juli 2012 Jaargang 7 Nummer 3 ISSN 1871-658X Verenigd sterk!
VAR Limburg VAR Limburg Kwaliteit en veili ghe id van ver plee gkun dige zorg waar borge n en ver betere n.
Kwaliteit en veiligheid van verpleegkundige zorg waarborgen en verbeteren. Organisatie Organisatie
Provinciaal Provinciaal
Landelijk Landelijk
Expertise overdragen Expertise overdragen (vakinhoudelijk en procesmatig) (vakinhoudelijk en procesmatig)
Gezamenlijk organiseren van Gezamenlijk organiseren vandag refereermomenten, symposia, refereermomenten, symposia, dag van de verpleging van de verpleging
Invloed uitoefenen op beleid Invloed uitoefenen op beleid (politiek en AVVV, curriculum (politiek en AVVV, curriculum van de vakinhoud) van de vakinhoud)
Interessante websites Interessante websites www.bigregister.nl www.Webnurse.nl
www.cbo.nl www.cbo.nl www.avvv.nl www.avvv.nl www.levv.nl www.levv.nl www.nizw.nl www.nizw.nl www.prismant.nl www.prismant.nl
www.bigregister.nl www.decubitus.nl www.decubitus.nl www.verpleegkunde.net www.verpleegkunde.net www.verpleegkunde.pagina.nl www.verpleegkunde.pagina.nl www.verpleegkundige.goedbegin.nl www.verpleegkundige.goedbegin.nl
www.Webnurse.nl www.nursing.nl www.nursing.nl www.verpleegkunde.startkabel.nl www.verpleegkunde.startkabel.nl www.gobnet.nl www.gobnet.nl www.venvn.nl
Agenda 20-24 augustus Voor de agenda 13 september 14 september 14 september 20 – 27 september 21 september 27 september 28 september 4 oktober 5 oktober 8 oktober 11 oktober 19 oktober 25-27 oktober November 2007
International Continence Society ( Rotterdam )
van interessante symposia, lezingen en workshops verwijzen wij U naar de site van Symposium V&VN Palliatieve Verpleegkunde Zorgen voor jezelf ( Antwerpen ) VARVWS, Atrium MC Parkstad: 6e Congres Spoedzorg; Universiteiten van Utrecht en Nijmegen www.integratedcare.nl
November 2007
Voor meer informatie:
Workshop richtlijnen, LEVV, Utrecht www.atriummc.nl/var Cursus Stomazorg ( basisprogramma ), Amsterdam Overgewicht in de jeugdzorg, Nunspeet Nurse Practitioner als onderzoeker Andere informatie? Bezoek: Workshop Patiëntveiligheid, LEVV , Utrecht www.varlimburg.nl V&VN Netwerkdag VAR ( Ede ) Humor in de hulpverlening, Geestelijke Gezondheidszorg Duffel ( België ) Refereeravond Wetenschap in Praktijk www.venvn,nl Jonge drenkelingen, Nijmegen Afasie, Neurologie Duffel ( België ) 5th European Congress on Violence in Clinical Psychiatry (Amsterdam) Tweedaagse workshop www.nursing.nl palliatieve zorg Turnhout ( België ) info bij: Felix Punt, telefoon: 06-52087858, e-mail:
[email protected] Leerwerkafdelingen: hype of de toekomst? www.google.nl Vooraankondiging symposium over het project ZIC (samenwerking onderwijs- en zorginstelling). Plaats: Heerlen. Kosten: niet bekend. Organisatie: Sevagram www.zicsevagram.nl
www.venvn,nl of www.nursing.nl of w ww.google.nl