imbur VAR L n a v e tgav Een ui
g
Jaargang 8 nummer 1
januari 2013
Verpleegkundig Magazine Limburg Simpel heeft voorrang boven complex, complex controleert simpel. - door - P. Vogelaar Dit zijn de twee hoofdregels uit het biopsychosociaal model van de heer Engel. Kan het biopsychosociaal model van Engel helpen om de huidige problemen in de gezondheidszorg op te lossen? Huidige problemen in de gezondheidszorg staan elke dag in de krant. Ik noem als voorbeeld het beeld van economische neergang, de eindige verzorgingsstaat en vergrijzing en zingeving. Lang geleden heb ik in mijn opleiding tot verpleegkundige geleerd om de mens holistisch te benaderen. Hierbij werd het biopsychosociaal model van Engel uit 1980 gebruikt. Ik kan mij nog herinneren dat
alleen al het woord biopsychosociaal een zekere gewichtigheid, een zekere waarheid in zich droeg. Holisme was vooral een New Age term; een overblijfsel uit de hippietijd, dus vaag. Een vaag, doch gewichtig model. Het biopsychosociaal model van Engel gaat uit van een holistische mensvisie en is bedoeld om tot een beter begrip te komen van gezondheid en ziekte. Het model gaat er vanuit dat het ontstaan, voortbestaan en herstel van een klacht uitkomsten zijn van een samenspel van biologische, psychologische en sociale factoren. Biologische factoren hebben betrekking op het functioneren van het lichaam en de mogelijke verstoringen daarvan. Psychologische factoren
betreffen iemands ervaringen en ideeën. Voorbeelden zijn het idee dat de wereld beheersbaar, begrijpelijk en zinvol is, alsook motivatie en vertrouwen als het gaat om behandeling, zelfdiscipline op het punt van medicatie, dieet, bewegen en middelengebruik. Sociale factoren ten slotte, zijn de invloeden vanuit de omgeving van de betrokkene die zijn gedrag mede bepalen. Voorbeelden hiervan zijn iemands sociale netwerk, huisvesting en financiële toestand. Al deze factoren beïnvloeden elkaar over en weer. Zij spelen mee bij het ontstaan, voortbestaan of herstel van de klacht . Vervolg op pagina 2
Van de redactie Weer een nieuw jaar aangebroken. Een jaar waarin we nieuwe uitdagingen moeten realiseren. Meer met minder. En dat niet alleen, er moet verantwoording afgelegd worden. Werken volgens de nieuwste inzichten. Bewijsbare zorg, gebaseerd op Evidence Based Practice. Dat is
een goede zaak, maar kost ook tijd. En tijd is schaars en kostbaar. Slim omgaan met kennis, zoeken naar mogelijkheden deze te delen met elkaar, tussen afdelingen maar ook tussen instellingen. VAR Limburg is steeds op zoek naar mogelijkheden om kennis te delen. Door het organi-
seren van symposia, dit magazine en door overleg. Inbreng van de achterban, de verpleegkundigen op de werkvloer, is hierbij noodzakelijk. Wat heb je nodig om je zorg goed te kunnen uitvoeren? Wat doe je goed en wil je delen? Laat het ons weten dan zorgen wij dat het verspreid wordt.
In dit nummer: Column Vervolg Simpel heeft voorrang boven complex, complex controleert simpel
2
2
Voorlichting 3 ‘nieuwe stijl’ voor patiënten chemo– en immunotherapie
Voorkom vallen
5
Slaapapneu en burn-out, depressie ofosas?
7
Mevrouw Van Lin bezoekt Atrium
8
Lezers schrijven...
9
Colofon
10
Hoe gedraag ik mij als professional op sociale media?
Veel verpleegkundigen en verzorgenden zijn actief op Facebook, Hyves, LinkedIn en Twitter, op fora of weblogs. V&VN maakte een handreiking en toetste deze bij de beroepsgroep. Reacties en aanbevelingen zijn verwerkt in de definitieve versie van de handreiking Hoe
gebruik je sociale media op een verantwoorde manier. http://www.venvn.nl/Li nkClick.aspx?fileticket =rJp8YFIEZ-
De vier jaargetijden…. Ieder jaargetijde heeft zo zijn charmes en is op
Column
de afdeling te volgen middels de opnameredenen van onze patiënten. De herfst is een zeer turbulente tijd. De blaadjes gaan vallen en de wind wakkert aan. Dit jaargetijde is een mooie tijd om een frisse wandeling in de bossen te maken en te genieten van de vallende blaadjes, de diverse kleuren en vooral wennen aan de kou. Eenmaal thuis geniet ik weer van de open haard. Heerlijk vooruitzicht, maar op de afdeling leidt deze peri-
ode meestal tot veel opnames. Opnames van patiënten met depressieve klachten en eenzaamheidsproblematiek staan, als de blaadjes gaan vallen op de voorgrond. Met een goede behandeling en begeleiding hopen wij, dat patiënten voor de winter hun leven in een ander perspectief zien en dat de depressieve klachten grotendeels of in zijn geheel verdwijnen. In de winter zijn er verschillende redenen voor opname en ontmoeten wij patiënten van verschillende leeftijden. Meestal meer jonge mensen die opgenomen worden. De herfst en winter is een tijd, waarin op de afdeling veel gebeurt. Werkgroepen gaan intensiever aan de slag met een bepaald onderwerp. Jaargesprekken staan gepland en teamvergaderingen staan in het teken van het afgelopen jaar; hebben wij de doelen die wij hebben gesteld, be-
Vervolg van pagina 1
Het biopsychosociaal model vindt zijn oorsprong in de interne geneeskunde en gaat uit van een continuüm van niveaus. De niveaus lopen van molecuul, via cel, orgaan, zenuwstelsel, persoon, dyade (tweetal), familie, gemeenschap en cultuur naar maatschappij. Dit zijn allemaal verschillende niveaus om te kijken naar gezondheid. In zijn model geeft Engel ordenende principes aan die helpen bij het ontwikkelen van zorg en interventies op grond van ditzelfde model. Engel omschrijft een proces van uitwisseling tussen subsystemen op de diverse niveaus. Dat proces voldoet aan twee regels: “Simpel heeft voorrang boven complex” en “Complex contro-
reikt? En welke doelen hebben wij voor ogen, om in het
De verslavingszorg is bij uitstek een gebied met veel raakvlakken op biologisch, psychologisch en sociaal niveau. Denk bijvoorbeeld aan een alcoholverslaafde. Biologische ellende door maagbloedingen, pancreatitis, vitamine B 1 tekort en onttrekkingverschijnselen. Psychische ellende door irritatie, agressie, schuld- en schaamtegevoelens, angst en depressie. Sociale ellende door ruzie thuis, financiële problemen, werkloosheid, etcetera. De ellende loopt door elkaar heen; thuis heeft de alcoholverslaafde ook lichamelijke en psychische problemen. In het ziekenhuis ook sociale problemen, niet alleen lichamelijke. Zorg anno 2012 is vooral gericht op één van de drie factoren. Die nadruk op één van de factoren doet af aan
komende jaar te bereiken. Goede voornemens, daar starten wij het jaar altijd mee. In de lente lijkt iedereen de wereld beter aan te kunnen, de zon gaat weer schijnen. Net als thuis wordt een grote schoonmaak op de afdeling gehouden, kantoren en bergingen worden opgeruimd, gepoetst en de afdeling ziet er niet alleen spik en span uit, zo ruikt het namelijk ook. In de lente worden patiënten opgenomen met een diversiteit aan problematiek, van psychotische klachten tot sociale problematiek. Meestal een periode met veel opnames en ontslagen. Waarom dit altijd in de lente plaatsvindt, daar ben ik nog niet achter, maar dat het opvallend is, dat is een ding dat zeker is. De lente word afgesloten met een goed vooruitzicht, de zomervakantie. Wat in het najaar als wens wordt gezien, in januari als definitief wordt betiteld, komt nu stilletjes aan dichterbij. In de zomer komen er veel patiënten met een bipolaire stoornis op de afdeling, vroeger werd dit een manisch -depressieve stoornis genoemd. Patiënten raken ontregeld in hun medicijngebruik en de opnamereden luidt dan vaak
herinstellen op medicatie. In de zomer komen er ook meerdere ouderen op de afdeling. Dit betekent meer zorg rondom de ADL en meer fysieke inspanning van de verpleegkundige op de afdeling. Ikzelf neem mijn zomervakantie in september op: eerst een zomerperiode hard werken om in september mijn energie weer op te laden, voor een drukke, turbulente herfstperiode, want die zal er zeker komen, zoals ieder jaar. En zo blijf ik genieten van het vak van verpleegkundige, het hele jaar door. Korneel van den Broek, Senior-verpleegkundige P.A.A.Z., voorzitter VAR. Laurentius ziekenhuis Pagina 2
leert simpel”. Hierbij is het moleculaire het meest simpele en de maatschappij het meest complexe niveau. De redenering is logisch: een verstoring op celniveau (bijvoorbeeld een adenocarcinoom) beïnvloedt alle bovenliggende niveaus, een maatschappelijke richtlijn (bijvoorbeeld geen alcohol onder de 16) heeft gevolgen voor alle onderliggende niveaus. (In de verslavingszorg wordt het model van Engel veelvuldig gebruikt).
de andere. Fysiek is niet belangrijker dan psyche, niet belangrijker dan sociaal. Het model is circulair, niet lineair. Wat geldt, is dat simpel voorrang heeft boven complex en dat complex simpel controleert. Niet meer, maar ook niet minder. Meer aandacht voor de holistische mens kan de huidige problemen in de gezondheidszorg niet volledig oplossen. Wel verminderen. Paul Vogelaar, IC-verpleegkundige Orbis Medisch Centrum Verpleegkundig Magazine Limburg
Voorlichting ‘nieuwe stijl’ bij patiënten met chemo- en/of immunotherapie. - Door - C. Claessen In 2011 hadden de verpleegkundig consulenten oncologie uit het St. Jans Gasthuis, Orbis MC, het Atrium MC, het MUMC en het Laurentius ziekenhuis het voorstel om het verpleegkundig voorlichtingsgesprek bij chemotherapie regionaal onder de loep te nemen. Het idee was dat er regionaal grote verschillen waren tussen de soort en hoeveelheid informatie die gegeven werd. Verder had ieder het idee dat de patiënt overladen werd met informatie. Middels een regionale brainstormsessie werden de verschillen tussen de ziekenhuizen en zelfs tussen de diverse afdelingen binnen een ziekenhuis in kaart gebracht. In dezelfde periode werden ook de onderzoeksresultaten gepubliceerd van het VOICE-project, uitgevoerd door het NIVEL/KWF. Bij dit VOICE-project (Verpleegkundige Ouderen In ChemotherapiE) werd het ‘oude’ voorlichtingsgesprek onder de loep genomen. Doel van dit project was om te kijken wat de wijze van voorlichting doet op de recall (onthouden en reproduceren van informatie) bij de oudere patiënt die chemotherapie gaat krijgen. Kort samengevat bleek uit dit onderzoek dat maar 25% van alle gegeven informatie onthouden werd. En verder bleek, hoe meer informatie je geeft, hoe minder informatie er onthouden wordt. Voorts was er een positief effect op de recall te meten als de informatie werd afgestemd op de behoefte van de patiënt en als de patiënt zich had kunnen voorbereiden op het gesprek middels een folder. Dit heeft er toe geleid om regionaal het voorlichtingsgesprek ‘nieuwe Jaargang 8 nummer 1
stijl’ te ontwikkelen. Hierbij is het format van het VOICE-project gebruikt, met als toevoeging dat wij niet alleen de oudere patiënt als doelgroep hebben genomen, maar alle volwassenen die gaan starten met chemotherapie. En verder hebben wij ons niet beperkt tot alleen de chemotherapie, maar ook de immunotherapie erin meegenomen. Belangrijkste verschillen met het oude gesprek zijn dat je nu een top 3-4 van de belangrijkste bijwerkingen maakt, die je zeker aan de patiënt wilt vertellen. De verdere informatie die je verstrekt wordt aangepast aan de behoefte van de patiënt. De patiënt krijgt ter voorbereiding op dit gesprek via de secretaresse een folder. In deze folder kan de patiënt aangeven aan welke informatie hij behoefte heeft. Halverwege het gesprek is er een pauze moment, zodat de patiënt de verstrekte informatie kan laten bezinken en kan gebruiken om de lijst met gespreksonderwerpen nog eens te bekijken.
moeten niet vergeten dat soms geldt ‘less is more’. Tijdens het gesprek is er nu veel meer aandacht voor hobby’s, psychosociale problemen en de sociale kaart van de patiënt. Al met al merken we dat het voorlichtingsgesprek ‘nieuwe stijl’ nu veel meer gestructureerd is en er is meer tweerichtingsverkeer is in de communicatie met de patiënt. Een positieve ontwikkeling, hetgeen ons heeft doen besluiten om dit te gaan uitrollen naar de andere ziekenhuizen in de regio. Chantal Claessen Verpleegkundig consulent oncologie/projectleider voorlichting ‘nieuwe stijl’ Laurentius ziekenhuis
In april 2012 zijn de oncologie afdelingen van het Orbis MC en het Laurentius ziekenhuis als pilot ziekenhuizen met het voorlichtingsgesprek ‘nieuwe stijl’ van start gegaan. Ruim een half jaar wordt deze wijze van voorlichten nu toegepast op de oncologie afdelingen van deze twee ziekenhuizen. Bij het ene ziekenhuis verloopt het wat soepeler dan bij het andere ziekenhuis. Als verpleegkundige ben je gewend om de patiënt uitgebreid voor te lichten en dat principe is soms moeilijk los te laten. Maar we Pagina 3
VOORKOM VALLEN ! - Door - M. Lousberg Allereerst wil ik me voorstellen. Mijn naam is Margret Lousberg en ik werk in het Orbis Medisch Centrum te Sittard-Geleen als verpleegkundige op een gecombineerde afdeling longgeneeskunde en cardiologie.
* Een natte vloer in de douchecel, * Snoeren en kabels die het vrije loopvlak hinderen, * Het niet waarschuwen van de verpleegkundige door de patiënt wanneer hulp nodig is.
De folder voor patiënten:
Ruim 3 jaar geleden verhuisden we naar een nieuw ziekenhuis. Vanaf dat moment worden de patiënten verpleegd op éénpersoonskamers. Dit zorgt enerzijds voor meer rust en privacy van de patiënten. Anderzijds is de sociale controle minder dan voorheen. Dit betekent dat patiënten vaker alleen zijn en de signaalfunctie van medepatiënten is komen te vervallen. Als verpleegkundige merk ik dat ik nu minder vaak door medepatiënten geattendeerd wordt op een dreigend valincident. Op onze afdeling is een VIMcommissie ingesteld, waarvan ik een van de leden ben. Wij analyseren (bijna)incidentmeldingen waarbij handelingen niet juist zijn verlopen of sprake is van incident uitlokkende situaties. Na de analyse worden verbeteracties uitgevoerd om incidenten te voorkomen. Uit de analyses van de valincidenten op onze afdeling zijn wij tot de conclusie gekomen dat de oorzaken van valincidenten zijn terug te brengen tot een 6-tal meest voorkomende oorzaken. Dit betreft: * Het geen gebruik maken van loophulpmiddelen, * Het niet dragen van goed zittend schoeisel, * Het niet gebruiken van de douchestoel,
Pagina 4
Verpleegkundig Magazine Limburg
Een collega en ik kwamen tot het idee om deze 6 oorzaken visueel te maken voor patiënten en hun familie, en daarmee risicovolle situaties herkenbaar te maken. Vervolgens hebben we foto’s van bovenstaande oorzaken gemaakt. In samenwerking met een communicatie medewerker, hebben we een affiche ontwikkeld met deze foto’s en tevens een korte tekst met uitleg op de achterkant. Het resultaat van ons initiatief is met enthousiasme ontvangen door het valpreventieteam. Nadat het affiche werd gepresenteerd in een ziekenhuisbrede interne masterclass waren de eerste reacties van verpleegkundigen erg positief. Dit heeft geleid tot een ziekenhuis brede implementatie. Inmiddels hangt het affiche op iedere patiëntenkamer in het hele verpleegcentrum en revalidatie. In de vergadering van de VIM-commissie wordt gekeken of de valincidenten daadwerkelijk verminderen. We zijn ervan overtuigd dat dit moet lukken. Na ongeveer 6 tot 12 maanden volgt een evaluatie van het effect van het affiche op het aantal valincidenten. Onze verwachting is positief en we hopen dat dit initiatief kan bijdragen aan een vermindering van valincidenten, ook buiten ons ziekenhuis. Margret Lousberg, Orbis Medisch Centrum, Hier zijn we mee aan de slag gegaan. In overleg met de geriater en de geriatrisch verpleegkundige hebben we besproken hoe deze kennis ingezet kan worden ter voorkoming van valincidenten. Jaargang 8 nummer 1
Pagina 5
Slaapapneu en burn‐ burn‐out Burn‐ Burn‐out, depressie of... osas? Deel 1 - Door - Drs. S. Houtepen‐Strong Veel patiënten en partners hebben in de aanloop van de diagnose geworsteld met de vraag wat hen nu mankeerde.Daarbij kregen zij vaak, ook door professionals, verkeerde etiketten opgedrukt. We hebben de belangrijkste verschijnselen van burn‐out,depressie en osas in aparte kadertjes gezet op deze pagina. Als je ze doorneemt zie je op het eerste gezicht grote overeenkomsten. Dat klopt. Toch zijn ook de verschillen aanzienlijk. En de behandeling is een heel andere. Over Burnout Burnout betekent letterlijk opgebrand. Tegenwoordig is het zo geaccepteerd dat je van je werk opgebrand kan raken, dat de diagnose burn‐out om de haverklap gesteld wordt. Ook veel van de leden hebben daar mee te maken gehad. Naar mogelijk andere oorzaken zoals apneu werd in het begin vaak niet gekeken. Burnout is een uitputtingsreactie op langdurige (soms jarenlange) stress; lichamelijk en psychisch. Het overkomt vaak mensen die zich
Kenmerken burnout: * proces verloopt langzaam * reageert opgejaagd, doet extra werk. * neemt zonder reden een snipperdag. * komt moe terug van een uitrustvakantie. * begint werk uit te stellen * snel geïrriteerd. * verminderde concentratie. * werkt onder of boven zijn niveau.
erg verantwoordelijk voelen: de ‘ideale’ werknemer; diegene die de kar trekt en vaak overwerkt (en daarbij op zijn tenen loopt). Dit gaat door tot de burnout‐patiënt zich uitgeput voelt op alle fronten; er niets meer uit zijn handen komt; problemen in de relatie en een voortdurend gevoel van falen. Een populaire uitdrukking zegt: van hard werken is nog niemand overspannen geraakt. En daar zit veel waarheid in. Burnout heeft alles met spanning en frustratie te maken die op deze manier werken met zich meebrengt En daar zit ook de oplossing. Naast voldoende rust (op tijd en regelmatig naar bed) en voldoende bewegen ( levert positieve energie, gezond moe) is het zaak een lijst te maken van irritaties thuis en op het werk. En te kijken of er per keer een onderwerp op te lossen valt, waarover je piekert en wakker ligt. Vermijd, zeker in het begin, ook mensen die teveel energie vragen bijvoorbeeld door hun gezeur: sommige familieleden, bepaalde collega’s of chefs. Maar als de oorzaak niet in je werk zit of je sociale omgeving realiseer dan dat apneu zeker burn‐out veroorzaakt, het is immers je apneu die je jarenlang lichamelijk sloopt!e
nd overspannen geraakt
Over depressie Het is tegenwoordig vrij gebruikelijk om, als je in een dipje zit, te zeggen dat je depressief bent. Maar dat is spraakgebruik. Daarin staat een depressieve bui gelijk aan een dipje. Maar ook al komt een groot aantal van de hier genoemde verschijnselen bij onbehandelde osas voor, een depressie is een behoorlijk serieuze psychische klacht. Die wordt gekenmerkt door langdurige zwaarmoedigheid, tot en met het gevoel niet meer verder te willen leven. Depressieve klachten komen vaak meer in een familie voor.
Kenmerken depressie: * somber * lusteloos * s morgens moeilijk uit bed komen * niet meer kunnen genieten van leuke dingen * slecht kunnen concentreren * moe ook als je niets gedaan hebt * seksuele interesse neemt af * het idee dat je gevoel “dood” is * je eetlust neemt af of juist erg toe * deze verschijnselen duren langer dan 1 maand We kunnen dan spreken overdepressieve persoonlijkheden. De aanleg om makkelijk aan depressieve gevoelens ten prooi te vallen, draagt zo iemand permanent met zich mee en is in de verschillende levensfasen méér of minder manifest. Naast medicijnen (anti depressiva) is therapie noodzakelijk om enigszins normaal functioneren mogelijk te maken. Vervolg op pagina 7
Pagina 6
Verpleegkundig Magazine Limburg
Vervolg van pagina 6
Over apneu en het obstructief slaapapneu syndroom(osas) Vrijwel alle verschijnselen die hiervoor in de lijstjes genoemd zijn, komen ook bij osas patiënten voor. Door gebrek aan slaap ontstaat concentratieverlies, verminderde seksuele belangstelling, lusteloosheid, gebrek aan energie, verhoogde prikkelbaarheid, slaperigheid overdag, etc.. Daardoor ontstaan weer spanningen in de relatie en op het werk. Een aantal zaken is heel specifiek voor apneu en osas. Een deel hiervan heeft te maken met de gevolgen van osas voor overdag. Daarvoor is de Epworth slaperigheidschaal ontwikkeld (zie ApneuSite ‘Wat is apneu?’). Het zijn een aantal
Kenmerken slaapapneu: * slaperigheid overdag * prikkelbaar (kort lontje) * geheugen en concentratieproblemen * extreem moe * s’nachts vaak moeten plassen * nachtelijk transpireren * snurken * ademstilstanden! * ochtendhoofdpijn * spierpijn vooral benen nek en schouders
vinden we natuurlijk in de nacht. Het kan zijn dat een osaspatiënt snurkt. Dat is vaak het geval,maar hoeft niet altijd. Maar hij heeft in ieder geval ademstilstanden. Als die langer dan 10 seconden duren noemen we ze apneu (a= zonder, pneu= lucht). Een heel opvallend verschijnsel is het nachtplassen. Als je niet in je diepe slaap komt, wordt geen anti diuretisch hormoon aangemaakt. Dit hormoon wordt in de hersenen aangemaakt geeft het seintje aan de nieren dat het lichaam in rust is. Komt dit seintje niet, dan gaat de vochtproductie gewoon door. Vandaar de behoefte om te plassen. Een ander opvallend verschijnsel is het nachttranspireren. Transpiratiegolven, een soort opvliegers, komen ook bij depressie wel voor. Ze worden dan gezien als angstaanvallen. Bij osas is nachttranspireren vrij stelselmatig. Dit komt doordat, als je niet in de diepe slaapfase komt, ook de thermostaat (bij de mens de schildklier) niet in de nachtstand wordt gezet. Verder is opvallend voor osas‐patiënten het voorkomen van hoofd‐ en spierpijnen, met name in de ochtend. Dit komt door het gebrek aan herstelslaap en de veelvuldige aanspanning van de spieren door de wekreacties.H
eenvoudig te beantwoorden vragen, om te kijken of er mogelijk sprake is van een slaapstoornis. Maar de meest specifieke zaken voor osas
Verschillen slaapapneu en burn‐‐out Snurken is geen kenmerk van burn‐out, doorgaans wel van slaapapneu. Het voorkomen van apneus wijst op slaapapneu; een heteroanamnese is hiervoor van
Jaargang 8 nummer 1
groot belang (en in mindere mate ook voor het snurken). Apneupatiënten klagen over slaperigheid overdag, terwijl burn‐out patiënten in de regel meer over vermoeidheid spreken. Mentale vermoeidheid is het kernsymptoom van burn‐out; bij slaapapneu staat dit minder op de voorgrond en de klachten treden pas later in het beloop op. Lichamelijke burn‐out komt voor bij een volledig tot ontwikkeling gekomen slaapapneusyndroom. Slaapapneu is een erfelijke ziekte; voorkomen van Voor huis‐ en arbo‐artsen, psychologen en psychiaters zouden bij de gedachte aan burn‐out de volgende standaardvragen gesteld moeten worden: * Snurkt u? * Heeft uw partner met u wel eens gesproken over ademstilstanden tijdens uw slaap? * Moet u er ‘s nachts vaker dan twee keer uit om te plassen? * Heeft u een droge mond en keel bij het opstaan en last van ochtendhoofdpijn? * Bent u slaperig overdag? * Als deze vragen standaard bij ieder anamnese gesprek gesteld zouden worden en de patiënt antwoord ja, is een slaaponderzoek de eerste stap naar een diagnose.è
slaapapneu in de familie moet de onderzoeker alerter maken op deze diagnose. Nekomvang, roken en overgewicht hangen samen met slaapapneu, maar niet psychische burn‐out. Het onderscheid zou zo eenvoudig kunnen zijn. Als iedere Nederlander van apneu wist, zou hij bij zijn huisarts kunnen melden dat hij denkt dat zijn klachten daarmee samenhangen. Drs. Sandra Houtepen‐‐Strong NVSAP (Nederlandse vereniging van Apneu patiënten) Pagina 7
Oud inspecteur voor de gezondheidszorg op bezoek in het Atrium MC Parkstad in het kader van de stimuleringsprijs - Door - J. Heuts en A. Hazen In 2005 is in het toenmalige Maaslandziekenhuis een symposium georganiseerd voor het afscheid van Mevrouw Van Lin, Inspecteur voor de Gezondheidszorg in Limburg. Als voormalig verpleegkundige heeft zij de verpleegkundigen en verzorgenden altijd sterk gestimuleerd tot verdere professionalisering. Eén van haar speerpunten was het oprichten en vormgeven van de VAR’s in de Limburgse ziekenhuizen. VAR Limburg is bij dit afscheidssymposium aanwezig geweest en heeft, als cadeau voor haar afscheid, aan mevrouw Van Lin de eerste editie van dit Verpleegkundig Magazine Limburg overhandigd. Als afscheidscadeau heeft mevrouw Van Lin de bezoekers om een bijdrage gevraagd, waarvan zij een beeldje heeft laten maken. Met dit beeld ’de stimuleringsprijs’ heeft zij VAR Limburg uitgedaagd een vijfjaarlijks terugkerend symposium te organiseren, met EBP als rode draad. Op de dag van de verpleging in 2010 heeft het eerste symposium “So you think you can nurse” plaatsgevonden. Diverse projecten c.q. zorginstellingen hebben meegedongen om de eerste stimuleringsprijs te mogen ontvangen, het beeldje als wisseltrofee. Vanuit het Atrium MC Parkstad heeft de inzending “Nightingale Indicatoren naar aanleiding van de Verpleegkundige Standaard” deze stimuleringsprijs in het kader van Evidence Based kwaliteitsverbeteringen in de verpleegkundige zorg mogen ontvangen. Pagina 8
De ‘Nightingale Indicatoren vormen een meetinstrument van geleverde verpleegkundige zorg , ontwikkeld door en bestemd voor verpleegkundigen.
Het (anoniem) invullen en verwerken van de gegevens binnen deze database toont zijn meerwaarde doordat er een totaalbeeld gegeven wordt van de verleende zorg en de verbeteringen die hierin mogelijk zijn. Door het invullen van de gegevens, wordt er bovendien een bewustwordingsproces ingezet bij de verpleegkundigen Je wordt je als verpleegkundige bewust welke zorg je wel en welke zorg je nog niet (voldoende) uitvoert. Daar waar je zorg nalaat word je dit meer bewust en er kan daardoor al een kwaliteitsverbetering van je eigen zorgverlening plaatsvinden door je eigen aandachtspunten aan te pakken..
Nadat de prijs is uitgereikt heeft het project zich doorontwikkeld. In januari van 2011 is de database voor het meetinstrument Nightingale Indicatoren gerealiseerd en toegankelijk gemaakt via intranet voor de kinderafdeling. In deze database zijn diverse modules geplaatst. Vanaf 2010 is het meetinstrument in diverse vormen toegepast en heeft het geleid tot afdelingsspecifieke verbeteracties. Momenteel wordt het meetinstrument aan afdelingen aangeboden als zelfcheck om te gebruiken bij de verpleegkundige visitatie als onderdeel van de geïntegreerde audit. Hierbij willen we graag extra benadrukken dat het meetinstrument een afdelingsspecifieke meting geeft voor eigen gebruik. Het is geen verantwoordingsinstrument of anderszins.
Daarnaast heeft de koppeling van het project Meetinstrument Nightingale Indicatoren aan het Raaksubsidie project EBP stimulerend gewerkt. HBO studenten hebben hierbij in hun rol als ontwerper gezocht naar de evidence van de vraagstellingen binnen de diverse modules, hetgeen van meerwaarde is geweest voor zowel de onderwerpen als de vraagstellingen binnen het meetinstrument. Begin oktober is mevr. Van Lin de vorderingen van het project komen beluisteren. Zij heeft informatie van de betrokken medewerkers gekregen Foto: Wendy Pachen, Ankie Coenen en Mevrouw Van. Lin.
over de totstandkoming van het huidige meetinstrument en de toepassing hiervan. Ons huidige meetinstrument is nog steeds aan PDCA cycli onderhevig en hiervoor afhankelijk van de input van gebruikers en andere inhoudsdeskundigen. Input van verpleegkundigen zal voor ons zeer bruikbaar zijn. Mocht je interesse hebben, dan gaan we graag hierover met je in gesprek. Josta Heuts & AnnaMaria Hazen Atrium MC Parkstad
Verpleegkundig Magazine Limburg
Lezers schrijven Geachte redactie, In jullie overigens uitstekende Verpleegkundig Magazine Limburg las ik een artikel over literatuuronderzoek naar het programma Productive Ward van H. Visser. Ik ben zelf betrokken bij de implementatie van Productive Ward in het Atrium MC. Vanuit die praktijk vind ik het belangrijk om een ander perspectief te geven op dit kwaliteitsverbeteringsprogramma. Als aanleiding voor het beschreven literatuuronderzoek wordt genoemd dat er “…nog maar weinig bekend is over de impact van dit programma op de kwaliteit van de gezondheidszorg”. De conclusie van het stuk is dat “De invloed van het Productive Ward programma op de kwaliteit van de gezondheidszorg beter aangetoond zal moeten worden”. Wat mij betreft is dit een open deur die de positieve effecten van het Productive Ward programma in de praktijk onvoldoende recht doet. Wat zien wij na zesmaanden ervaring met Productive Ward (PW)? PW is een “Lean” programma voor de Zorg, ontwikkeld door de NHS waarbij er op verpleegafdelingen door het verpleegkundig team op een gestructureerde wijze aan verbeteringen wordt gewerkt. Het begint met drie basismodules. De eerste is inzicht verkrijgen in de kwaliteit van de afdeling met behulp van indicatoren die het team zelf kiest en een visie op de afdeling die zelf wordt opgesteld. Zo koos de afdeling Orthopedie voor de visie “Zorg voor bewegen: de afdeling orthopedie staat voor professionele zorg met passie in een veilige en klantvriendelijke omgeving” en was een van de indicatoren het aantal medicatiefouten, die vervolgens dagelijks werden geturfd en op de afdeling zichtbaar werden gemaakt. Het aantal fouten nam met 60% af. De tweede module gaat over een goed georganiseerde afdeling. Door het verbeteren van ruimte-inrichting, beperking van assortiment van voorraadgoederen en uniforme inrichting van magazijnruimte is de veiligheid en de logistiek op de afdeling verbeterd en is verspilling verminderd. In hetzelfde Verpleegkundig Magazine staat een toelichting van de 5S methodiek die hiervoor gebruikt is: Scheiden, Schikken, Schoonmaken, Standaardiseren en Standhouden. De betrokkenheid van medewerkers bij hun afdeling is verbeterd. Er is meer rust gekomen omdat middelen makkelijk bereikbaar zijn. Ook tijdelijk personeel kan efficiënter werken. Zo heeft de afdeling Neurologie een nieuwe speerkamer kunnen realiseren voor patiënten met meer privacy. De derde module is “De patiënt in een oogopslag”. Het aantal gemeten verstoringen van de verpleegkundigen was op de afdeling gemiddeld 7 tot 16 keer per uur! Er is door verpleegkundigen een nieuw patiëntenbord ontworpen waardoor collega’s op de afdeling, maar ook bijvoorbeeld artsen en fysiotherapeuten beter geïnformeerd zijn. Na de eerste drie modules laat de eerste herhaalmeting op de afdeling Heelkunde een lichte stijging zien van directe tijd voor Patiënten van 36% naar 39%. Medewerkerstevredenheidsonderzoek laat zien dat bijvoorbeeld “Betrokkenheid” nu 94% Tevreden scoort ten opzichte van 86% bij aanvang. Tevredenheid over kwaliteit laat een vergelijkbare stijging zien. Verpleegkundige teams krijgen weer meer regie over hun werk en afdeling – en dat wordt gefaciliteerd door het management. Het stimuleert samenwerking en elkaar aanspreken op gedrag. Natuurlijk komen we ook knelpunten tegen. Het is bijvoorbeeld in de aanloop arbeidsintensief en het vraagt training en communicatie. Het vraagt bovendien een lange adem, want de nieuwe werkwijze moet gewoonte worden en vraagt daarom continu aandacht. Maar ik verheug me op de verdere implementatie van de andere modules die aspecten van de afdeling zoals opname en ontslag, overdracht, maaltijden en hygiëne verder uitwerken. Met PW zet een afdeling voor zichzelf een nieuwe standaard. Ambitieus, maar haalbaar. Daarbij staat het optimaliseren van de zorg voor onze patiënten voorop. Wij tonen daarmee dagelijks aan dat PW de kwaliteit van de zorg mede verbetert. Met vriendelijke groet, Richard Olivier Zorggroepmanager Electieve Zorg Atrium MC Parkstad
Jaargang 8 nummer 1
Pagina 9
VAR Limburg Atrium MC Parkstad Orbis MC, Sittard-Geleen Maastricht UMC Laurentius ziekenhuis, Roermond VieCuri MC, Noord-Limburg, St. Jans Gasthuis, Weert
De redactie van het Verpleegkundig Magazine Limburg is altijd op zoek naar suggesties, reacties en/of artikelen voor het magazine. Mail naar
[email protected] Géneviève Sprenkels en Marieta Bran d redactie.
Redactie:
[email protected] Telefoon: (045) 5766776
Met dank aan: Korneel van den Broek, Paul Vogelaar, Chantal Claessen, Margret Lousberg, Sandra Houtepen-St rong, Richard Olivier, Josta Heuts en AnnaMaria Haze n.
januari 2013 Jaargang 8 Nummer 1 ISSN 1871-658X Verenigd sterk!
VAR Limburg VAR Limburg Kwaliteit en veili ghe id van ver plee gkun dige zorg waar borge n en ver betere n.
Kwaliteit en veiligheid van verpleegkundige zorg waarborgen en verbeteren. Organisatie Organisatie
Provinciaal Provinciaal
Landelijk Landelijk
Expertise overdragen Expertise overdragen (vakinhoudelijk en procesmatig) (vakinhoudelijk en procesmatig)
Gezamenlijk organiseren van Gezamenlijk organiseren vandag refereermomenten, symposia, refereermomenten, symposia, dag van de verpleging van de verpleging
Invloed uitoefenen op beleid Invloed uitoefenen op beleid (politiek en AVVV, curriculum (politiek en AVVV, curriculum van de vakinhoud) van de vakinhoud)
www.cbo.nl www.cbo.nl www.avvv.nl www.venvn.nl www.levv.nl www.zorgprotocollen.nl www.nizw.nl www.prismant.nl
Interessante websites Interessante websites www.bigregister.nl www.Webnurse.nl www.bigregister.nl www.decubitus.nl www.decubitus.nl www.verpleegkunde.net www.verpleegkunde.net www.verpleegkunde.pagina.nl www.verpleegkundige.goedbegin.nl
www.zorgportaal.nl www.nursing.nl www.nursing.nl www.verpleegkunde.startkabel.nl www.atriummc.nl/bibliotheek www.gobnet.nl www.verpleegkundigspecialismen.nl
Agenda 20-24 augustus Voor de agenda 13 september 14 september 14 september 20 – 27 september 21 september 27 september 28 september 4 oktober 5 oktober 8 oktober 11 oktober 19 oktober 25-27 oktober November 2007
International Continence Society ( Rotterdam )
van interessante symposia, lezingen en workshops verwijzen wij U naar de site van Symposium V&VN Palliatieve Verpleegkunde Zorgen voor jezelf ( Antwerpen ) VARVWS, Atrium MC Parkstad: 6e Congres Spoedzorg; Universiteiten van Utrecht en Nijmegen www.integratedcare.nl
November 2007
Voor meer informatie:
Workshop richtlijnen, LEVV, Utrecht www.atriummc.nl/var Cursus Stomazorg ( basisprogramma ), Amsterdam Overgewicht in de jeugdzorg, Nunspeet Nurse Practitioner als onderzoeker Andere informatie? Bezoek: Workshop Patiëntveiligheid, LEVV , Utrecht www.varlimburg.nl V&VN Netwerkdag VAR ( Ede ) Humor in de hulpverlening, Geestelijke Gezondheidszorg Duffel ( België ) Refereeravond Wetenschap in Praktijk www.venvn,nl Jonge drenkelingen, Nijmegen Afasie, Neurologie Duffel ( België ) 5th European Congress on Violence in Clinical Psychiatry (Amsterdam) Tweedaagse workshop www.nursing.nl palliatieve zorg Turnhout ( België ) info bij: Felix Punt, telefoon: 06-52087858, e-mail:
[email protected] Leerwerkafdelingen: hype of de toekomst? www.google.nl Vooraankondiging symposium over het project ZIC (samenwerking onderwijs- en zorginstelling). Plaats: Heerlen. Kosten: niet bekend. Organisatie: Sevagram www.zicsevagram.nl
www.venvn,nl of www.nursing.nl of w ww.google.nl