‘Kazerne Maastricht-Zuid geopend • Stoplichten voor hulpdiensten automatisch op groen • Euregio bereidt zich voor op rampen • Extra persvoorlichters profileren Brandweer beter • Korps traint leiderschap bij verandering’
Focus december 2012
Magazine van de Brandweer Zuid-Limburg
Nieuwe kazerne Maastricht-Zuid geopend
Brandweer kan incidenten in A2-tunnel van twee kanten bestrijden
Kazernechef Luc Valent: ‘We zien de nieuwe brandweerpost als een onderdeel van de A2-tunnel’
brandweermensen in 24-uurskazernes samen. De layout in kazerne Zuid is er klaar voor; in Noord zal een herinrichting plaatsvinden van zowel de kantoor- als de slaapvertrekken.
Enorme uitdaging ‘Ik ben als kazernechef een tevreden man,’ zegt Valent. ‘Iedereen heeft er de schouders onder gezet en het resultaat mag gezien worden. Alle betrokkenen verdienen een groot compliment voor hun inzet, creativiteit en bereidheid tot constructief meedenken. Daardoor en ook door de perfecte samenwerking met het Projectbureau A2, de gemeente, de architect en bureau Exaedes is het gelukt om heel snel een
Sinds donderdag 13 december 8.00 uur
‘Alles wat mogelijk is om
De nieuwe brandweerkazerne tussen de Molensingel en de Hoge Weerd is 24 uur bezet, legt de Maastrichtse kazernechef
wordt Maastricht door de brandweer
de veiligheid in en om de
Luc Valent uit. ‘Door vanuit twee posten binnen één minuut te kunnen uitrukken zijn we klaar voor de toekomst. Niet
bediend vanuit twee kazernes: de “oude”
A2-tunnel te waarborgen’
alleen de bestaande kazerne bij de Noorderbrug is gesplitst, ook het verzorgingsgebied is in twee helften gedeeld.
in Maastricht-Noord en de hagelnieuwe brandweerpost Maastricht-Zuid. De nieuwe kazerne werd de dag ervoor
Ruwweg vormen de Kennedybrug, de Kennedysingel en de Prins Bisschopsingel de grens tussen beide
prima kazerne te realiseren. Het was een enorme uitdaging
verzorgingsgebieden. Bij branden in de binnenstad zullen we
voor ons allemaal. Alle partijen hebben hun
van twee kanten aanrijden. De snelheid en daarmee de
verantwoordelijkheid genomen om vanuit het concept van
efficiency van ons optreden gaan er zeker op vooruit.’
tunnelveiligheid te denken en de nieuwe brandweerpost te nieuwe standplaats. Die kan overigens door regionale
officieel geopend, na een bouw die qua
Grote gevolgen
Tunnelbrandbestrijding
Zo’n tweede kazerne bouw je niet zomaar. Daar zit een hele
snelheid alle records heeft gebroken. ‘Er stond enorme druk op en er is door alle partijen heel goed samengewerkt. De betrokken partners zijn de gemeente Maastricht en het Projectbureau A2. De ingebruikname van de nieuwe kazerne
zien als een onderdeel van de A2-tunnel.’
ontwikkelingen binnen het korps op termijn weer veranderen.’
organisatie achter. De splitsing van personeel en materieel
Toekomstige ontwikkelingen
De brandweer gaat zich nu intensief voorbereiden op het
heeft ook grote gevolgen voor de bestaande kazerne, die nu
Naast de specifiek Maastrichtse behoefte aan een tweede
optreden bij incidenten in en rond de tunnel. Tunnelbrand-
zelf een doorstart gaat maken. Valent: ‘Het is heel complex,
brandweerpost, speelt ook het plan mee om in alle kazernes
bestrijding wordt een nieuw specialisme, weet Valent.
onder meer omdat bij het materieel ook de bijbehorende
één of meerdere servicecentra in te richten ten behoeve van de
‘Wij zijn, met Zeeland, de enige Veiligheidsregio die bij een
deskundigheden moeten worden gesplitst. Bovendien wilden
regio. In de kazerne Zuid wordt een volledig geoutilleerde
tunnelincident als strategie heeft “de tunnel in, tenzij”.
we de medewerkers mede invloed geven op de keuze van hun
ademluchtwerkplaats ingericht, die samen met kazerne
In samenwerking met de Zeeuwen die veel ervaring hebben
standplaats. Met dat doel is een werkgroep gevormd met
Heerlen de hele regio gaat bedienen. In de “oude” kazerne
met de Westerscheldetunnel, willen wij gaan trainen op
vertegenwoordigers van alle geledingen, die de voorstellen
komen servicecentra voor gebruiksgoederen, oefenmiddelen,
effectief en veilig optreden bij een tunnelbrand. Die
heeft voorbereid.’ Bart Voncken is lid van de werkgroep.
transport en chemiepakken. Verder is de nieuwe brandweer-
ontwikkelt zich qua temperatuur en rook namelijk heel
‘Bijna al onze voorstellen zijn overgenomen. We hebben ons
post Maastricht Zuid al helemaal voorbereid op toekomstige
anders dan een brand in de buitenlucht. Wij zullen tijdens
ook intensief bemoeid met wie in welke kazerne zou worden
ontwikkelingen, waaronder vooral de vorming van een hybride
de bouw en zeker daarna alles doen wat mogelijk is om de
geplaatst. Dat ligt best gevoelig, want zowat eenderde van je
organisatie. Daarin werken beroeps- en vrijwillige
veiligheid in en om de A2-tunnel te waarborgen.’
hangt namelijk nauw samen met de bouw van de A2-tunnel. Wij bereiden ons erop
‘Brandweerzorg voor
voor om tunnelincidenten straks van twee
zuid- en zuidoost-Maastricht
kanten te kunnen bestrijden. Bovendien
gegarandeerd’ ‘De nieuwe 24-uurskazerne aan de zuidkant van Maastricht
vrijwilligers. Daarnaast zal de incidentbestrijding in en rond
heeft ook invloed op de vrijwillige posten in Eijsden, Mheer
de tunnel ook een aangelegenheid worden voor de
werkzame leven breng je als beroepsbrandweerman of -vrouw
en Cadier en Keer. ‘Natuurlijk houdt dat de vrijwilligers daar
vrijwilligers. De kansen die daaruit voortkomen, moeten wij
op de kazerne door. Het is dus echt een werk- en
bezig,’ zegt Jos Laumen, kazernechef Eijsden-Margraten.
optimaal gebruiken. En de organisatie moet deze
woonomgeving. In totaal gaat het om 66 operationele mensen
‘Daarom hebben we een werkgroep opgetuigd die het effect
ontwikkelingen aangrijpen om vrijwilligers te binden en mee
in drie ploegen van 22. Daarvan blijven er van elke ploeg 13 in
van de tweede Maastrichtse kazerne op het verzorgings-
te nemen in deze nieuwe concepten voor de toekomst.
Noord en gaan er 9 naar Zuid. Onze zorgvuldige aanpak heeft
gebied Eijsden-Margraten gaat onderzoeken en tevens in
Er gaat voor vrijwilligers in zekere zin een stukje uitrukgebied
zó goed gewerkt dat we met ons voorstel een bijna 100%
beeld moet brengen welke extra mogelijkheden dit voor
verloren, maar er komt een groter werkgebied voor terug.
tevredenheidscore onder de betrokken medewerkers hebben
vrijwilligers oplevert. De kazerne Maastricht-Zuid krijgt in
In plaats van als bedreiging, kun je dit dus ook als een
gerealiseerd. Maar een enkeling heeft moeite met zijn of haar
de toekomst immers een hybride bezetting van beroeps én
interessante kans zien.’
kunnen we tijdens de bouwfase tot 2016, ondanks de diepe snee die dwars door de stad loopt, efficiënte brandweerzorg voor de zuid- en zuidoosthoek van Maastricht blijven garanderen.’ 2
Focus
Hybride opzet biedt vrijwilligers nieuwe kansen
Focus 3
Vijf van de zeven leden van het Team Voorlichting Brandweer: ‘Snelle, goede en uitgebalanceerde voorlichting is essentieel’
nieuwe taak. ‘Daarbij ging het om woordvoering, het schrijven van persberichten en mediatraining, zeg maar het optreden voor de camera,’ zegt Peter Franssen. Voor hem was dit alles overigens niet allemaal nieuw. ‘Als adviseur brandpreventie ben ik nauw betrokken bij grote evenementen, zoals de concerten van Rieu en de Vrijthofhappening op de 11e van de 11e. Ook daar komen de media massaal op af.’ Preventie en zelfredzaamheid
Leon Eummelen: ‘Landelijk heeft de brandweer een ijzersterk imago. Als je in nood zit, komt de brandweer. Daar twijfelt niemand aan. Dat imago is mooi, maar niet genoeg. We moeten een ontwikkeling in gang zetten naar meer preventie en zelfredzaamheid. Burgers en bedrijven moeten leren er alles aan te doen om incidenten te voorkomen, moeten zich daarom beter bewust worden van de gevaren en ze moeten in het noodgeval weten wat te doen. Intussen profileren wij ons als brandweer en maken we duidelijk waar we voor staan. Daarmee hopen we tevens te bereiken dat de politiek inziet dat je op de brandweer niet tot het bittere einde kunt bezuinigen.’ Verantwoordelijkheid
‘Adequate berichtgeving stimuleert preventie en zelfredzaamheid’
‘We voelen een duidelijke behoefte om
oogpunt van preventie is het dus
Noord, komt aan deze samenwerking een einde. ‘In de eigen organisatie zijn we toen op zoek gegaan naar mensen die het team voorlichting kunnen versterken, vooral waar het gaat om de operationele woordvoering op locatie, het te woord staan van de pers bij incidenten. We hebben er nu vijf collega’s bij gekregen, waarvan vier vrouwen. Voor de piketregeling na 17.00 uur en in het weekend is nu dus een Team Voorlichting van zeven mensen beschikbaar. De nieuwe voorlichters komen van diverse afdelingen van de brandweer en hebben uiteenlopende achtergronden. Er is één vrijwilligster bij.’
de burger beter te laten zien waar we
belangrijk het grote publiek ook over
Vertalen naar de burger
als brandweer mee bezig zijn. Dat kan
kleinere branden goed te informeren.
onder meer via de media. Die komen
We zullen waar mogelijk wijzen op de
massaal op grote branden en
oorzaak van de brand, in de hoop dat
ongevallen af, maar willen we ook
daar een duidelijk leereffect van uitgaat.’
Extra persvoorlichters gaan Brandweer beter profileren
vaker bij kleinere incidenten gaan betrekken. Daarbij zal het vooral gaan om branden. De impact van een brand is namelijk veel groter dan van bijna elk ander soort incident. Vanuit een 4
Focus
Aan het woord is Leon Eummelen, beleidsadviseur communicatie van de Brandweer Zuid-Limburg. Samen met communicatiemedewerker Peggy Mommers geeft hij de voorlichting van het korps vorm. Om ondanks de kleine bezetting toch rond de klok inzetbaar te zijn, werd tot voor kort samengewerkt met de communicatiemensen van de Politie Limburg-Zuid. Omdat dit korps gaat fuseren met de Politie Limburg-
‘We zullen onze inzetten en het operationeel beleid bij incidenten moeten uitleggen op een manier die de mensen thuis begrijpen,’ vertelt Kim Stevens. Zij studeerde mediapsychologie en werkt bij de afdeling Repressie, Materieel en Verbindingen. ‘Ons verhaal moet toegankelijk zijn en mag daarom geen vaktermen of afkortingen bevatten.’ Zo ziet Petra Driessen, voormalig bevelvoerder en nu medewerker vakbekwaamheid, het ook: ‘De informatie van de bevelvoerders en officieren ter plaatse moeten wij vertalen naar de burger. Zeker als er sprake is van gevaar voor de omgeving, is snelle, goede en uitgebalanceerde voorlichting essentieel. Want je wilt ook geen nodeloze paniek laten ontstaan.’ Voor de camera
De vijf nieuwe persvoorlichters hebben een aanvullende training gehad ter voorbereiding op hun
Iedereen binnen het Team Voorlichting Brandweer is erg enthousiast. ‘We zijn ons er allemaal van bewust dat er een behoorlijke verantwoordelijkheid op je rust als je als voorlichter piketdienst hebt. Als de pieper gaat moeten we volgens de wet binnen 30 minuten onze werkzaamheden opstarten, maar in de praktijk ben je binnen vijf minuten volop bezig. Vanuit de auto begin je al met informatie inwinnen, activiteiten voorbereiden en de pers alarmeren. Tot en met opschalingsniveau Grip1 zijn wij volledig verantwoordelijk voor de persvoorlichting. Wordt er verder opgeschaald en komt het regionaal operationeel team in actie, dan doen we de woordvoering samen met de gemeentelijke persvoorlichters die opereren vanuit het meld- en coördinatiecentrum in Maastricht. Wijzelf blijven dan op de plek van het incident om ter plaatse cameraploegen, fotografen en andere mediavertegenwoordigers op te vangen en te informeren. Onze bijdrage aan adequate berichtgeving is heel belangrijk, zeker als er een preventieve werking van uitgaat.’ Ook leuke dingen
‘Nu we met dit nieuwe team de capaciteit hebben uitgebreid, hopen we in staat te zijn ook vaker aandacht te schenken aan kleinere incidenten die dikwijls wel heel aangrijpend zijn voor de betrokkenen. En dan heb je natuurlijk ook nog de leuke en grappige dingen die we vooral in onze dienstverlening regelmatig meemaken. Daar kunnen we straks ook wat vaker de pers mee in.’ Focus 5
Meerderheid vakbondsleden vóór, maar AbvaKabo zegt “Nee”
Bestuur laat directie onderhandelingsakkoord uitvoeren ‘Het is heel zuur dat we na drie jaar en negen maanden nog niet tot een acceptabele uitkomst zijn gekomen voor de roosters van de 24-uursdienst. En dat
‘Als een gezamenlijk voorstel van bonden en directie met 118 vóór en 87 tegen door de leden van de bonden wordt aanvaard, zijn we er eindelijk uit,’ meende Van Klaveren. ‘Maar daar denkt de AbvaKabo-FNV anders over. Die vindt dat een kleine groep medewerkers te veel benadeeld wordt, terwijl daar volgens mij geen sprake van is. Later zijn er nog allerlei andere argumenten bijgesleept om dit “Nee” te rechtvaardigen. Ook de meerderheid van de vakbondsleden is verbijsterd. Zij stemden vóór en voelen zich nu niet serieus genomen. Hun verzet
Plussen en minnen
‘We moeten 3,5 miljoen bezuinigen. Het is onvermijdelijk dat dit het personeel ook ergens raakt,’ stelt projectadviseur Robert Dackus. ‘Vandaar het sociaal plan. Wie de moeite neemt dit goed te bekijken, zal zien dat het reuze meevalt. Kijk maar eens naar wat er in andere sectoren gebeurt, zoals de thuiszorg waar mensen 15% worden gekort of het gevangeniswezen, waar honderden banen op de tocht staan. Over het akkoord dat wij dachten te hebben en waar ook de handtekening van de AbvaKabo-bestuurder onder staat, is héél lang onderhandeld. Natuurlijk heeft elk sociaal plan plussen en minnen. Wie het niet past, stemt tegen. Volgens de AbvaKabo gaan mensen in de 24 uursdienst er wel op achteruit en het ondersteunend personeel niet. Maar het verschil zit alléén in het wegvallen van een vergoeding voor onkosten die de betrokkenen straks niet meer hebben...’
Akkoord definitief
Het Algemeen Bestuur, bestaande uit alle burgemeesters, heeft de directie opgedragen de stemming onder de vakbondsleden wèl te respecteren en het bereikte akkoord uit te voeren. Het bestuur beschouwt dit akkoord als definitief. Wel valt er te praten over het tempo van de aanpassingen. Van Klaveren: ‘Naar het waarom van de houding van de AbvaKabo kunnen wij alleen maar gissen. Wel zijn er signalen dat ze vanuit korpsen in de Randstad onder druk worden gezet om niet met het Zuid-Limburgse plan in te stemmen. Heel brandweerland kijkt namelijk naar wat hier gebeurt. Overal vraagt men zich af wat een redelijk rooster is voor de 24 uursdienst. Want in Nederland zijn de regelingen daarvoor allemaal lokaal uitonderhandeld en lopen ze sterk uiteen. Dat heeft het erg ondoorzichtig gemaakt.’ Ruimte om af te wijken
achter. Dus moeten we nu verder, want
‘Het zou erg jammer zijn wanneer door dit alles het vertrouwen van medewerkers zou afnemen,’ vindt Van Klaveren. Terwijl volgens Dackus deze regelingen op papier allemaal veel strenger lijken dan ze in de praktijk zijn. ‘Iedereen kent zijn verantwoordelijkheid en niemand laat werk liggen. Veel regelt zich vanzelf. Toch is de organisatie erbij gebaat dat dit nu goed vastgelegd wordt; geobjectiveerd en op één lijn voor de hele regio. De bonden wilden dat ook: duidelijk en transparant. Ons korps heeft als motto “Eenheid in Verscheidenheid”. Er is ruimte om van de roosters af te wijken. Het is géén geharnaste eenheidsworst. Het biedt veel meer flexibiliteit en regelt de uren voor trainen, oefenen en overleg. Er zullen dan geen verlofstuwmeren meer ontstaan en mensen krijgen veel meer invloed op hun eigen rooster. We geven hen het vertrouwen om straks zelf te roosteren tot 88 diensten per jaar. Een centrale roosteraar zet dan alleen nog de laatste puntjes op de i.’
als we nog meer averij oplopen, worden
Nieuwe taken
terwijl het sociaal plan dat er ligt ook volgens de bonden “bovengemiddeld” is. Het dienstrooster dat wij voorstellen, biedt meer flexibiliteit en een betere afstemming van werk en privé. Toch dreigt het te stranden op een “Nee” van de FNV. We lopen hierdoor met de geplande bezuinigingen al anderhalf jaar
veel pijnlijker maatregelen nodig.’ Commandant Gerard van Klaveren begrijpt niet waarom er nog steeds geen akkoord is met de vakbonden. ‘Het sociaal plan ziet er prima uit; dat erkennen de bonden ook. Aan al hun eisen is tegemoetgekomen. Géén gedwongen ontslagen, géén salaris inleveren, het AOW-gat gedicht. Alleen de piketregeling, die operationeel niet meer nodig is, stopt en daarmee ook de autokostenvergoeding die daar aan vastzat. Medewerkers hoeven niet meer thuis in de wacht te zitten. De piketvergoeding daarvoor vervalt, maar wordt gecompenseerd met 5% salarisverhoging. Dus krijgen ze méér vrije tijd bij dezelfde bezoldiging.’ 6
Verbijsterd
groeit, want het prima sociaal plan dat klaarligt, dreigt nu echt in gevaar te komen. Zelfs het risico op gedwongen ontslagen neemt toe. Terwijl het behoud van werkzekerheid, zeker in deze arbeidsmarkt, toch echt voorop zou moeten staan.’
Focus
‘Landelijk wil de brandweer het maatschappelijk rendement verhogen,’ legt Van Klaveren uit. ‘Er liggen ook nieuw taken op ons bord. In dat kader willen we risicobeheersing en repressie meer integreren en brandveilig leven stimuleren. We zullen dus de wijken in moeten om daar actief voor te lichten en oefeningen te houden. Dat biedt volop kansen aan onze mensen. Als we intussen de harmonisatie van de roosters voor de 24 uursdienst niet geregeld krijgen, geeft dat voeding aan de lang sluimerende >>
Commandant Gerard van Klaveren en portefeuillehouder Paul Depla: ‘Burgemeesters en directie staan schouder aan schouder’ Focus 7
discussie over alternatieven. Daarmee luid je mogelijk het einde van de 24 uursdienst in. Er zijn nou eenmaal afspraken nodig over wanneer je binnen de 48-urige aanwezigheid geacht wordt te werken, te wachten en te slapen. We hebben daar een heel acceptabel rooster voor gemaakt.’ Samen één pakket
Dackus: ‘Het trieste is dat het conflict alleen over dit rooster gaat, terwijl er een sociaal plan ligt dat breed gedragen wordt. Vanaf het begin stond vast dat rooster en sociaal plan samen één pakket vormen. Daarom heeft het Algemeen Bestuur op 26 oktober besloten dat de opstart van de nieuwe organisatiestructuur op 1 november moest beginnen. Het bestuur heeft vaak en lang gesproken over de toekomst van de
organisatie. Ook het onderhandelingsresultaat is uitgebreid aan de orde geweest.’ Burgemeesters unaniem
‘De burgemeesters waren steeds unaniem in hun steun,’ weet Van Klaveren. ‘Onder leiding van de Heerlense burgemeester en portefeuillehouder Brandweer Paul Depla staan ze schouder aan schouder met ons. Ze gaven ons de opdracht om dit akkoord uit te voeren. Medio komend jaar moet de nieuwe organisatie er staan. Een deel van de medewerkers zal in dat kader opnieuw moeten solliciteren. Maar het raakt ook de anderen. Belangrijk is nu dat alle medewerkers zo snel mogelijk zekerheid krijgen over hun toekomst. We hebben anderhalf jaar verloren, dus zullen we nu gas moeten geven.’
Korps traint 200 mannen en vrouwen in leiderschap
Leidinggevenden leren medewerkers mee te nemen in verandering ‘Deze organisatie traint zo’n 200
ervan overtuigd dat de aanpak waar in
Johan van Bavel is trainer en coach. Hij is bijna klaar met het trainen van alle medewerkers van de Brandweer Zuid-Limburg die een leidinggevende rol hebben, op welk niveau en in welke afdeling dan ook. “Leiderschap in een veranderende omgeving” heet de training. En deze organisatie verandert ingrijpend, ziet ook Van Bavel. ‘Daarom vond de directie het belangrijk om iedereen die leiding geeft het gereedschap aan te reiken om medewerkers mee te nemen in die verandering. Want het is heel natuurlijk dat elke verandering die van buitenaf komt, weerstand oplevert. Dat komt overal voor en blijkt steeds opnieuw. Dus is het wezenlijk dat leidinggevenden leren hoe ze met die weerstand moeten omgaan om hun team uiteindelijk mee te krijgen.’
Zuid-Limburg voor is gekozen, op
Ander perspectief kiezen
leidinggevende medewerkers op gedragsniveau. Dat is bij mijn weten nogal uniek. De meeste organisaties komen niet veel verder dan hun mensen te instrueren op het gebied van vakkennis en vaardigheden. Zelf ben ik
termijn het beste resultaat oplevert. En resultaat is het uiteindelijke doel van deze trainingen.’ 8
Focus
De training omvatte voor de beroeps twee dagen met een terugkomdag. Om het tijdsbeslag voor vrijwilligers te beperken, is hen hetzelfde programma in twee lange avonden aangeboden. ‘Het begint natuurlijk met het leren omgaan met je eigen weerstand. Als je daar als leidinggevende niet mee
Trainer Johan van Bavel (l) en deelnemer Markus de Dreu: ‘Handvatten aangereikt om met medewerkers in gesprek te gaan’
kunt dealen, neem je die mee naar je team. Dat werkt natuurlijk niet. Je eigen weerstand herkennen lijkt misschien simpel, maar blijkt in de praktijk één van de lastigste onderdelen. Elke leidinggevende heeft wel zijn eigen problematiek. Overal speelt wel iets en overal iets anders. Maar duidelijk is ook dat iedereen in deze organisatie eraan wil werken. Ik zie bij deelnemers aan de training duidelijk de bereidheid om hun weerstand te onderzoeken en waar mogelijk voor een ander perspectief te kiezen.’ Discussies
‘Ik ben er open minded naartoe gegaan,’ zegt deelnemer Markus de Dreu, als vrijwilliger bevelvoerder en ploegchef in Vaals. ‘Ik wilde graag wat handvatten voor situaties waarin je bepaalde mededelingen aan je manschappen moet doen. Ik ben bij de jeugdbrandweer begonnen en nu al bijna 20 jaar in actieve dienst. Je kent elkaar dus van A tot Z en bent met velen bevriend. Dat maakt het leidinggeven voor mij soms wel een stuk moeilijker. Tijdens inzetten is het geen probleem; dan bepaal ik hoe we ’t gaan doen. Maar in koude situaties kun je discussies krijgen waar ik best
moeite mee heb. De hiervoor aangereikte handvatten ga ik de komende tijd in de praktijk beoefenen.’ Eigen inkleuring
De training heeft vooral een praktisch doel, legt Van Bavel uit. ‘We willen leidinggevenden tools aanreiken om met medewerkers in gesprek te gaan en zo’n gesprek zo effectief mogelijk te maken. Misschien biedt dat gesprek niet gelijk de juiste oplossing, maar wel de
‘Resultaat is het uiteindelijke doel’ structuur om echte communicatie tot stand te brengen. Elke leidinggevende leert waar hij goed in is en wat voor hem of haar de beste aanpak is. Want iedereen geeft uiteraard een eigen invulling en inkleuring aan zo’n gesprek; op zijn eigen, misschien zelfs eigenwijze manier.’ De training voor vrijwilligers die leiding geven, vond plaats in coproductie met de kazernechefs. Van Bavel: ‘Daardoor is er ook een extra verbinding tussen hen ontstaan. Zo’n bij-effect is mooi meegenomen.’ Focus 9
INCIDENT UITGELICHT
Zelfs uit België moet water worden aangevoerd
Bluswatertekort grootste probleem bij brand Licom Groen Landgraaf Om 6 over 10 op zondagmorgen 28 oktober komt de eerste melding binnen over een zwarte rookpluim die opstijgt vanaf het terrein van Licom Groen aan de Europaweg-Zuid in Landgraaf. De eerste tankautospuit die kort daarna arriveert, komt uit Kerkrade. Gelukkig heeft het beveiligingsbedrijf de hekken al opengemaakt, zodat de brandweer het terrein op kan. De rook komt uit het deel van het complex waarin kantoren en kantine zijn ondergebracht. Officier van Dienst Leon van Kalmthout woont zelf in Landgraaf en is er snel. Even later komt het eerste van twee voertuigen met 12 manschappen uit het Duitse Scherpenseel. Die krijgen opdracht de waterwinning te regelen. Maar dat blijkt een helse klus.
10 Focus
‘D
e eerste waterwinning wordt
voorzieningen die zijn gevonden, aan de
en inventaris toch verloren zijn en het
aanwezige verloopstukken kunnen de
opgebouwd vanaf de
praat te krijgen. Een oude brandkraan bij de
gebouw hoe dan ook gesloopt moet
slangen van zowel de Duitsers als de Belgen
brandkraan op straat, zo’n 140
buurman blijkt onbruikbaar en een op het
worden.
aan die van ons gekoppeld worden.’ Omdat de rookkolom richting Duitsland gaat,
meter van de brandhaard. De waterdruk
terrein zelf is, ondanks een paar
blijkt amper voldoende voor één
hoopgevende brandkraan-bordjes, niet meer
De brandweer gebruikt intussen alle
werken ook de Nederlandse en Duitse
blusvoertuig. Er moet een extra
te vinden. ‘Waarschijnlijk ondergeasfalteerd.’
mogelijke watervoorzieningen: een
meetploegen samen aan één totaalbeeld. Er
brandkraan, een beregeningsbassin,
worden geen hoge concentraties gevaarlijke
tankautospuit worden aangekoppeld om het water aan te jagen. Maar daarmee
‘Steeds opnieuw heb je de hoop aan
grootwatertransport vanuit de Worm en
stoffen gemeten. Als na een tijd de
redden we het niet, weet Van Kalmthout.
voldoende water te komen, en steeds
waterwagens uit Heerlen, Geleen, Susteren
waterwinning vanuit de Worm op gang
Dus stuurt hij ploegen op pad om op en
opnieuw word je teleurgesteld. Erg
en Wallonië. De Belgen komen zelfs met
komt, kan het blussen beginnen. Samen
rondom het Licom-terrein naar bluswater te
frustrerend.’ Ondanks alle energie die de
drie waterwagens. ‘Samen is dat een
met het nablussen duurt dat nog vele uren,
zoeken. Er ligt een beregeningsbassin maar
brandweer in de zoektocht naar bluswater
enorme hoeveelheid water. Maar nog altijd
zodat daarvoor deels verse
de oevers daarvan zijn te drassig om er met
moet steken, lukt het om met de beperkte
te weinig voor een constante flow. Er zijn
brandweereenheden worden opgeroepen.
voertuigen bij te komen. Dus roept Van
wateraanvoer uitbreiding van de brand te
naast vier tankautospuiten onder meer twee
Kalmthout een Groot WaterTransport op en
voorkomen. ‘We hebben een paar
autoladders ingezet. Eén daarvan verbruikt
‘Achteraf kunnen we, ondanks het
een extra Officier van Dienst om de
stoplijnen afgesproken waar we het vuur
1.500 liter water per minuut. Die trekt dus
bluswatertekort, tevreden zijn,’ vindt Van
zoektocht naar water te coördineren. ‘Want
tegenhouden. We willen de werkplaats
ook de grootste waterwagen in korte tijd
Kalmthout. ‘We moesten op allerlei
je hebt je handen al meer dan vol aan de
afschermen en een deel van de kantoren
leeg. Blussen met schuim, waarmee je veel
manieren aan water komen en hebben alle
brand zelf.’ Gelukkig weet OvD Jean-Pierre
behouden. Dat lukt en geeft op zich een
water kunt besparen, heeft hier geen zin. Je
mogelijkheden daartoe ook daadwerkelijk
van Can een bassin op het Juliaterrein in
goed gevoel. Ook slepen we de vele
moet het schuim dan echt op het vuur
benut. Mede door de goede samenwerking
Eijgelshoven, op zo’n 1100 meter afstand.
maaitractoren en andere kostbare machines
kunnen deponeren en dat gaat hier niet.’
met Duitsland, België en Noord-Limburg, is
De inhoud daarvan zal echter niet
die naast het pand geparkeerd staan, tijdig
toereikend zijn, beseft hij. Dus wordt een
uit de gevarenzone weg. Maar om het vuur
Over slachtoffers heeft Van Kalmthout
gewerkt. Wel stelt het teleur dat het publiek
tweede Groot WaterTransport opgeroepen
uit te krijgen, hebben we gewoon te weinig
minder zorgen. ‘We hebben het hele
soms weinig begrip toonde voor de
om water uit het riviertje de Worm te
water. Overigens maakt dit voor de schade
complex geïnspecteerd. Alles zit op slot, er
verkeershinder die dit incident veroorzaakte.
pompen, nog eens 3 kilometer verder.
nauwelijks verschil. De begane grond en
zijn geen braaksporen en er staat op deze
Vier kilometer dikke slang belemmert
Omdat het opbouwen van zo’n
eerste verdieping brandden al heftig toen
zondag ook geen enkele auto. Er is dus
onvermijdelijk het verkeer. Enkele
waterwinning met bijna 4 kilometer slang
we aankwamen. De ramen waren heet en
geen reden om aan te nemen dat er iemand
gefrustreerde automobilisten hebben dat op
wel even gaat duren, wordt ook alvast een
bruin geblakerd. Dus was deze brand al een
binnen kan zijn.’ De samenwerking tussen
onze brandweermensen afgereageerd. Dat
aantal waterwagens besteld. Intussen
tijdje in ontwikkeling. Waarschijnlijk is alles
alle brandweermensen verloopt prima; óók
wierp wel een smet op deze gezamenlijke
proberen blusploegen de bluswater-
daardoor dusdanig aangetast dat gebouw
met de Belgen en Duitsers. ‘Door de
inspanning.’
deze inzet goed verlopen. Er is hard
Focus 11
Philo Logister en Peter Haberkorn: ‘Door bundeling van krachten van de hulpdiensten in heel Limburg sta je veel sterker’
ernstige ongevallen zijn gebeurd waar brandweerwagens of ambulances bij betrokken waren, geeft het veiligheidsaspect de doorslag. Provinciale Staten willen daarom dat dit systeem in heel Limburg wordt ingevoerd. Hulpdiensten met zwaailicht en sirene mogen door rood. ‘Maar bij druk verkeer is dat voor deze voorrangsvoertuigen nog niet zo eenvoudig,’ zegt Philo Logister, beleidsmedewerker acute zorg van de GGD Zuid-Limburg. ‘Je mag wel door rood, maar je komt er niet door. Op sommige punten kunnen de overige weggebruikers niet aan de kant, omdat er geen plaats is of omdat er fysieke belemmeringen zijn aangebracht. Vooral wanneer daardoor bij automobilisten de paniek toeslaat is de kans op ongelukken erg groot. Dat is in de voorbije jaren in Limburg ook gebleken. Ongelukken met voorrangsvoertuigen hebben één dodelijk slachtoffer en verschillende zwaargewonden geëist. Op de betrokken chauffeurs van de hulpdiensten heeft zoiets een enorme impact.’ Wachtrijen verdwenen
Provinciale Staten steunen verkeerslichtbeïnvloeding in heel Limburg
Ambulance en brandweer zetten stoplichten automatisch op groen Het gaat in eerste instantie om het
aanrijtijden worden verkort. Het systeem
verbeteren van de verkeersveiligheid.
voor verkeerslichtbeïnvloeding door
Voor de ambulancedienst speelt
voorrangsvoertuigen heeft dus een
daarnaast het comfort van de patiënt
aantal voordelen. Maar omdat er in
een grote rol. En ten derde kunnen de
Limburg de laatste jaren verschillende
12 Focus
Door het systeem van automatische verkeerslichtbeïnvloeding neemt de veiligheid sterk toe. De gebruiker merkt er niets van en gaat er dus ook niet anders door rijden. Hij ervaart het als een groene golf. Omdat het stoplicht al iets eerder op groen springt, zijn de wachtrijen voor een stoplicht verdwenen voordat het voorrangsvoertuig er aankomt. Door middel van GPS weet de verkeersregelinstallatie uit welke richting de hulpdienst nadert en welke stoplichten dus op groen moeten. Kans van slagen
Verkeerslichtbeïnvloeding is niet nieuw. Het is aanvankelijk voor het openbaar vervoer ontwikkeld en als zodanig ook al op meerdere plaatsen in de provincie in gebruik. Maar de toepassing door en
‘Je mag wel door rood, maar je komt er niet door’
ambulances, maken het systeem compleet. In afwachting van de start van de nationale politie, neemt de blauwe kolom overigens nog niet actief aan dit project deel. In het voorjaar moet het plan voor de realisatie van KPRS, zoals het systeem officieel heet, klaar zijn. Op de provincie is een beroep gedaan om er de benodigde 2 miljoen euro aan bij te dragen. Logister: ‘Wij hopen dat dit geld beschikbaar komt. Het voorstel is in Provinciale Staten ingebracht door de VVD. Behalve de PVV hebben alle partijen het gesteund. Ook de gemeenteraden van de vijf grootste gemeenten willen er prioriteit aan geven. Het is dus nog spannend, maar het plan heeft een behoorlijke kans van slagen.’ Stevige lobby
De zaak is de afgelopen maanden in een stroomversnelling geraakt door een onderzoek van verkeerskundestudent Peter Haberkorn. ‘Mijn onderzoek gaf kennelijk voor het eerst een compleet beeld van de bestaande situatie en de mogelijkheden om verkeerslichtbeïnvloeding in de hele provincie in te voeren. Daardoor werd het voor Provincie, gemeenten, Rijkswaterstaat en de politiek in één keer heel helder.’ Het voorstel is volgens Logister precies
‘Hulpdiensten kunnen het niet alleen. Overheden hebben ook een rol’ op het juiste moment onder de aandacht van de politiek gebracht. ‘Omdat we als Zuid-Limburg samen optrokken met de brandweer en de ambulancedienst van Noord- en Midden Limburg, vormden we een sterk blok. Die bundeling van krachten van hulpdiensten in heel Limburg zorgde voor een stevige lobby. Samen sta je veel sterker, dus dat is zeker voor herhaling vatbaar.’ Prima voorbeeld
De betrokkenheid van overheden bij de totstandkoming van KPRS past helemaal in de filosofie van de Veiligheidsregio’s, legt Logister uit. ‘Het moet iedereen duidelijk zijn dat de hulpdiensten niet alleen de verantwoordelijkheid dragen voor het verbeteren van de veiligheid. Wij kunnen het niet alleen. Overheden hebben hierin ook een rol. Dit project is hiervan een prima voorbeeld.’
voor hulpdiensten is tot nu toe alleen in Maastricht en op enkele provinciale wegen gerealiseerd. Een extra stukje software en een kastje voor de korte afstandsradio (KAR) in de blusvoertuigen en Focus 13
‘Herbeleving is essentieel voor het verwerkingsproces’
Nieuw team voor opvang brandweermensen na traumatische ervaringen Op maandag 5 november zijn ze officieel beëdigd, de elf mannen en twee vrouwen van het nieuw opgerichte Bedrijfsopvangteam (BOT) van de Brandweer Zuid-Limburg. Maar het weekend eraan voorafgaand waren ze al volop in actie. Toen vielen er binnen een tijdsbestek van 19 uur twee dodelijke
mensen door te dringen. Vaak kunnen collega’s elkaar ook onderling wel opvangen na een schokkende gebeurtenis. Misschien is 90 procent van de medewerkers daar al voldoende mee geholpen. De brandweer werkt in hechte teams waarbinnen je altijd wel een vaderfiguur hebt. Die willen we echt niet buitenspel zetten. Vooral beginners en mensen die juist al lang in het brandweervak zitten, verwachten wij met ons BOT-team te gaan ondersteunen bij de verwerking van traumatische ervaringen. We zullen mensen beslist geen trauma aanpraten. Bekend is wel dat schokkende ervaringen zich kunnen opstapelen. Dan gaat het een hele tijd goed, maar loopt het emmertje op een zeker moment toch over. Dat hangt ook samen met hoe iemand in zijn vel zit. Als je ook privé nog problemen hebt, raakt je emmertje veel sneller vol.’
‘Rillingen over mijn lijf’
Verhagen en Baade hebben als brandweerman zelf het nodige meegemaakt. Verhagen was betrokken bij de hulpverlening na het balkondrama in de Maastrichtse wijk Ceramique, waarbij een echtpaar om het leven kwam. ‘Ik zie nog de twee toetjes die op het aanrecht klaarstonden. En ik voel dan opnieuw de rillingen over mijn lijf gaan.’ Baade moest de Oostduitse vrachtwagenchauffeur bergen die in Haanrade een wijksupermarkt was binnengereden nadat zijn remmen weigerden. ‘Later zag ik de foto van zijn hoogzwangere vrouw en jonge kinderen in de krant staan. Daar slaap je echt een hele tijd slecht van. Dat is volkomen normaal. Die ervaring kunnen wij collega’s ook meegeven. De gevoelens van slachtoffers kunnen op jou overslaan. Denk maar aan een vader die probeert zijn kind te redden. Als brandweerman én vader pik je die emotie op, al komt dat besef vaak pas achteraf.’ Problemen serieus nemen
De leden van het nieuwe team hebben een cursus gevolgd van vier dagen. Daarmee zijn ze dus nog lang geen psycholoog, weet ook Verhagen. ‘Wij ondersteunen en bieden een luisterend oor in een
sfeer van vertrouwen, vertrouwelijkheid en geheimhouding. Wij zullen mensen met problemen altijd serieus nemen, nooit lacherig gaan doen. Wij weten dat emoties heel persoonlijk zijn. Medewerkers moeten zelf een beroep op ons doen. Er volgen dan enkele gesprekken. Het verwerkingsproces van schokkende ervaringen duurt normaal gesproken 8 tot hooguit 12 weken. Wanneer de problemen dan niet verdwenen of hanteerbaar zijn, adviseren wij betrokkene om professionele hulp te zoeken. Maar hij of zij moet dat inzicht zelf krijgen. Wij signaleren en adviseren alleen en praten er verder met niemand over. Gesprekken met ons zullen dus nooit bedreigend zijn voor de carrière; de vertrouwelijkheid blijft in stand.’ PTSS als beroepsziekte
Waarop baseert het BOT-team het vertrouwen dat deze vorm van ondersteuning nu wel een blijvertje zal zijn? Baade: ‘De samenleving praat tegenwoordig openlijker over stresssyndromen. Op TV is het regelmatig aan de orde. Er wordt serieus mee omgegaan. Bij militairen en politiemensen wordt het posttraumatisch stress syndroom PTSS zelfs als een beroepsziekte gezien. De machocultuur is dus aan het afnemen, óók bij de brandweer. En dat is maar goed ook.’
slachtoffers bij eenzijdige verkeersongeVragen en doorvragen
vallen op de Rijksweg in Gulpen. Dit soort heftige, soms ronduit traumatische incidenten doet wat met brandweermensen. ‘De één heeft er meer last van dan de ander. Wie er behoefte aan heeft bieden wij graag een luisterend oor. In alle vertrouwelijkheid hopen wij de betrokken collega te helpen zijn of haar emoties in goede banen te leiden.’ In feite is het BOT-team heropgericht, vertellen BOT-teamleden Herman Verhagen en Patrick Baade. ‘Er bestond in het verleden ook al iets dergelijks, maar dat is toen gaandeweg verwaterd en doodgebloed. De machocultuur bij de brandweer was toen kennelijk nog te sterk, waardoor het moeilijk was om tot 14 Focus
Het nieuwe bedrijfsopvangteam is regionaal opgezet. De 13 teamleden komen uit alle geledingen van de organisatie, dus ook uit niet-operationele functies. Verhagen: ‘Belangrijk is levenservaring, rust en goed kunnen luisteren. Want door het vragen en doorvragen laten wij mensen hun traumatische ervaring herbeleven. Wij moeten zelf als het ware een film kunnen maken van het incident door te achterhalen wat de betrokken collega heeft ervaren, gezien, gevoeld, geroken. Zo’n herbeleving is voor hem of haar essentieel voor het verwerkingsproces. Hoe vaker je erover praat, hoe beter je ermee leert omgaan. Tegen ons kunnen medewerkers vertrouwelijk aanpraten. Wij hebben geen vooroordelen, hebben onszelf geen beeld gevormd, stellen ons neutraal op. Dat kan misschien juist beter wanneer je zelf geen vergelijkbare ervaringen hebt opgedaan. Wat dat betreft is het goed dat we niet alleen operationele brandweermensen in het BOT-team hebben.’
De leden van het nieuwe bedrijfsopvangteam (BOT): ‘Een luisterend oor bieden aan wie daar behoefte aan heeft’ Focus 15
Project EMRIC+ schoolt en traint 50.000 hulpverleners in drie landen
Euregio Maas-Rijn bereidt zich optimaal voor op ramp of crisis ‘Wij maken de Euregio Maas-Rijn klaar
kunnen we de kwaliteit van het ingrijpen bij zo’n incident sterk verbeteren.’
om een crisis of ramp zo goed mogelijk Hulp hard nodig
het hoofd te bieden. Daartoe proberen we de grensoverschrijdende bijstandverlening en informatievoorziening optimaal te organiseren. En wel
De verschillen in wetgeving tussen de drie landen worden opgevangen door overeenkomsten tussen de betrokken overheden en hulpdiensten, die ook de continuïteit op langere termijn moeten waarborgen. Marian Ramakers: ‘Ons project mag dan officieel tot november 2013 lopen, we werken intussen hard aan de duurzaamheid van wat we nu realiseren. Zeker hier
drie talen gesproken worden. Marian Ramakers: ‘Risicocommunicatie en crisiscommunicatie zijn dan ook echte thema’s voor ons. Dat geldt temeer omdat de risico-inschatting per land verschilt. Alleen voor bedrijven in de zogenaamde Seveso II-categorie geldt een Europese classificatie. Wie moet in welke situatie informatie uitwisselen met wie? Daar draait het veelal om. We werken aan een gezamenlijk risicoprofiel voor de Euregio op basis van de grootste gemene delers. En verder zorgen we in de provincie Luik voor taalcursussen, met name voor de sleutelfiguren.’
dusdanig dat de communicatie en hulpverlening vlekkeloos kunnen functioneren, óók zonder C2000 en GSM. Want dat soort systemen valt bij een echt grote ramp als eerste uit. Dus kun
mee is. Ook de dreiging van hoogwater is actueel en wordt daarom uitgebreid geoefend. Verder is het uitvallen van vitale infrastructuur, zoals stroom, water en ICT, volgens Ramakers een serieus gevaar. ‘Als samenleving zijn we veel kwetsbaarder dan velen denken. Daarom gaan overheden en hulpdiensten steeds meer van rampenbestrijding naar de bredere term crisisbeheersing.’ Euregio dichterbij dan Nederland
‘Juridisch is er ook heel wat te regelen. Met hulp van de ministeries van Nordrhein-Westfalen, Nederland en België, maken we bijvoorbeeld een modelovereenkomst voor alle grensregio’s met betrekking tot rampenbestrijding, en een nieuwe burenhulpovereenkomst. Als de bestuurders daarmee akkoord gaan, kan het tot een zekere uniformering komen van operationele hulp over de grenzen heen. Wij als Zuid-Limburg hebben daar alle belang bij. Want als het hier echt gaat spannen, zijn wij al gauw de vragende partij. De Euregionale partners zitten namelijk dichterbij dan de Nederlandse.’
je daar maar beter op voorbereid zijn.’ Praktische problemen
‘Ik ben tevreden en mijn bazen ook. Die bazen zijn alle directies van de hulpdiensten en bij rampenbestrijding betrokken organisaties in de Euregio Maas-Rijn. Alleen moeten we bestuurders nog iets beter en sneller gaan informeren.’ Projectleider Marian Ramakers-van Kuijk van EMRIC+ (Euregio Maas-Rijn ingeval van crisis) maakt halverwege haar project een voorzichtige tussenbalans op. ‘Er is heel veel gebeurd sinds we in juni 2009 formeel, maar per 1 januari 2011 eigenlijk pas echt van start zijn gegaan. Er zijn flinke vorderingen gemaakt in de organisatie van de grensoverschrijdende bijstandverlening en informatievoorziening. Uit de drie betrokken landen zijn 120 medewerkers van hulpdiensten en overheidsinstanties bij projecten en deelprojecten betrokken, die samen aan concrete producten werken. De berichtgeving over en weer is sterk verbeterd. Hulpverleners oefenen regelmatig samen en leren daardoor elkaar en elkaars werkwijze kennen. Er liggen grootschalige bijstandsplannen klaar, die nu geoefend worden. Neem bijvoorbeeld chemische incidenten. Het Duitse deel van de Euregio beschikt over een piketpoule van specialisten die met hun zeer geavanceerde apparatuur ook in Nederland of België kunnen optreden. Door de inzet van deze mensen 16 Focus
‘Zuid-Limburg is al gauw de vragende partij’
in Zuid-Limburg kunnen we de hulp van over de grenzen nog wel eens hard nodig hebben. Dus zorgen we ervoor dat de samenwerking die nu wordt opgebouwd, ook na afronding van dit project doorgaat. We schrijven een meerjarenplan dat de structurele financiering van deze grensoverschrijdende samenwerking moet garanderen. Wat in tientallen jaren op dit gebied in de Euregio gerealiseerd is, mag natuurlijk niet verloren gaan. De samenwerkingsrelaties die in pakweg 40 jaar zijn ontwikkeld, hebben de laatste twee jaar door het EMRIC+ project overigens wel een enorme boost gekregen. Er zijn grote stappen gezet, maar de klus is nog lang niet volbracht.’
50.000 Hulpverleners
Drie talen
Kwetsbaar
Er wordt binnen EMRIC in 12 deelprojecten intensief gewerkt aan verbetering van de rampenbestrijding en crisisbeheersing in de Euregio. Een belangrijk vraagstuk daarbij is de communicatie. Vooral omdat in de Euregio
Een grote bedreiging voor de Euregio vormen infectieziekten en chemische incidenten. Op het gebied van infectieziekten zijn de systemen inmiddels gekoppeld aan die van Duitsland dat hier heel ver
Er zijn maar liefst 50.000 hulpverleners in de Euregio. Die moeten allemaal geschoold worden in grensoverschrijdende bijstandverlening. Daarbij gaat het vooral om brandweerzorg en acute medische zorg. Om de verschillen in systemen en afspraken te overwinnen, moet er voortaan periodiek geoefend worden op verschillende niveaus. ‘Bij grote incidenten is een sleutelrol weggelegd voor meldkamercentralisten, officieren van de hulpdiensten en bestuurders. Opleiden, trainen, oefenen; het zal uiteraard na voltooiing van het EMRIC+ project gewoon door moeten gaan. Daar leggen we nu de basis voor.’
Met het Duitse Rode Kruis is een Euregionaal Lotusteam opgezet van zo’n 80 mensen uit de drie landen. Die spreken dus ook drie talen, wat het bij grensoverschrijdende oefeningen nóg realistischer maakt. Ramakers: ‘Wat oefenen betreft stuiten we binnen de Euregio overigens ook op heel praktische problemen. Zo hebben wij minder vrijwilligers dan de buurlanden. Duitse hulpdiensten hebben juist veel vrijwilligers. Die willen oefeningen graag ‘s avonds of in het weekend laten plaatsvinden. Nederland heeft meer beroepskrachten; die kunnen en willen overdag oefenen. Maar hoe dan ook, we gaan vooruit. Vooral met rood/witte projecten, waarbij blauw een soort liaisonfunctie vervult. De politie had namelijk al vrij veel samenwerking met collega’s van over de grens. Het helpt echt enorm wanneer je door al dit soort projecten elkaar en elkaars werkwijze leert kennen. Door dat goed te organiseren, garanderen we dat de samenwerking in de toekomst behouden blijft, ook ver na afronding van ons project.’ EMRIC+ kreeg ook de opdracht om waar mogelijk te innoveren. ‘Daar hebben we zelf grenzen aan moeten stellen,’ zegt Marian Ramakers tot slot, ‘want er is nog zóveel dat je verder kunt ontwikkelen. We beperken ons daarom tot 12 deelprojecten. Daar hebben we de handen vol aan.’ Focus 17
‘Medewerkers na 20 jaar repressie klaarstomen voor tweede loopbaan’
Loopbaanbeleid voor bezwarende functies krijgt vorm ‘Ik blijf liever tot mijn 67e in een
zijn. Maar geld is niet alles. Je kinderen
25 jaar liever voor dan nog 14 jaar ploegchef blijven. Als je er dan vervroegd uit mag, ga je toch weer een bijbaantje zoeken. Wat schiet je daar per saldo mee op?’ Het besluit van Vinken hangt samen met het loopbaanbeleid bezwarende functies dat in 2006 van kracht geworden is, nadat de wettelijke regeling voor functioneel leeftijdsontslag (FLO) was afgeschaft. Die hield in dat repressieve brandweermensen met 55 jaar met pensioen gingen. Er kwam (voor mensen als Frank Vinken) een overgangsregeling en voor de brandweer de wettelijke verplichting om een zogenaamd tweede loopbaanbeleid te ontwikkelen. Na 20 jaar in de uitruk moeten werkgever en werknemer er samen voor zorgen dat de medewerker zijn repressieve functie kan verlaten en klaargestoomd is voor een tweede, niet-bezwarende, loopbaan binnen of buiten de brandweer.
zien opgroeien en meer tijd hebben voor
Nog niet versleten
uitdagende functie bij de brandweer dan dat ik vanaf mijn 56e thuis naar de begonia’s ga zitten kijken. Ik ben gewoon te ambitieus om het nog zó lang in dezelfde functie uit te zingen, hoewel dat financieel, mede vanwege allerlei toeslagen, best aantrekkelijk kan
privé, draagt ook veel bij aan de kwaliteit van leven. Zeker als je plezier hebt in je werk.’ Frank Vinken (42) was tot 1 juli ploegchef, maar is na het voltooien van een aantal opleidingen op HBO-niveau, nu coördinator Preparatie en officier van dienst. ‘Zo’n keuze voor de lange
‘Binnen de brandweer wordt het natuurlijk lastig,’ zegt P&O-adviseur Alex van Maenen. ‘Het overgrote deel van alle beroepsfuncties hangt direct samen met de uitruk. Dat zijn voornamelijk bezwarende functies waar mensen maximaal 20 jaar in mogen werken. Die komen dus niet in aanmerking als tweede loopbaan. Bovendien moeten we bezuinigen en zal ook het aantal niet-repressieve banen verminderen. Het vinden van een andere, niet-bezwarende functie binnen de organisatie is dus maar heel beperkt mogelijk. En mensen bij andere werkgevers onderbrengen, valt in deze arbeidsmarkt ook niet mee. Bovendien geldt voor alle brandweermedewerkers die vanaf 2006 als beroeps zijn begonnen, de reguliere pensioendatum. Dat moet ook makkelijk kunnen, want na 20 jaar werken ben je normaal gesproken nog niet versleten.’
termijn blijft een sprong in het diepe. Passen en meten
Maar ik kan gelukkig goed watertrappelen.’ ‘Ik heb twintig jaar met veel plezier in de 24-uursdienst gewerkt. Maar nu geeft een dagdienstfunctie in mijn privésituatie voor mij en mijn kinderen meer regelmaat en structuur. Daar kies ik voor de komende 18 Focus
Twee categorieën repressieve beroepsbrandweermensen zitten nu bij Van Maenen in de computer: de groep medewerkers in de overgangsregeling die langer dan 20 jaar kunnen doorgaan in een bezwarende, repressieve functie. En de groep die vanaf 2006 is binnengekomen en daarom maar 20 jaar in de uitruk mag blijven. Van Maenen: ‘Het wordt passen en meten. Het onderwerp is heel complex en kan per persoon sterk verschillen. Zo
Alex van Maenen (l) en Frank Vinken: ‘Er was toevallig een match en een vrije plek in de organisatie’
en opleiding, zullen we ze moeten faciliteren in tijd en geld. Dat geld is een probleem. We kijken daarom samen heel goed naar de ambities en competenties van de betrokkenen, naar de arbeidsmarktperspectieven en de betaalbaarheid van cursussen. Vanwege de onvoorziene kosten onderscheiden we in deze opstartfase medewerkers in de categorieën tot 10, tot 15 en tot 20 dienstjaren. Tot 2016 richten we ons eerst op de groep die al vóór 2006 in beroepsdienst was. Daarna zullen we een degelijk financieel verhaal moeten hebben voor nieuwere medewerkers, voor wie we niet kunnen terugvallen op een ex-werkgever. We gaan in deze eerste tien jaar dus low-budget oefenen en doorontwikkelen. Intussen zal de wetgeving ook wel weer veranderen, kijk maar naar de AOW-leeftijd. Veel hangt dus af van de ontwikkelingen in Den Haag. Frank Vinken is een voorbeeld van een succesvolle overstap. Hij heeft dit vanuit zijn eigen ambitie geïnitieerd en laten blijken dat hij meer wil en kan. Er was toevallig een match en een vrije plek in de organisatie.’ Mooie opstap
‘Dit is een vervanmijnbed-show die plotseling dichtbij kwam. Maar ook een mooie opstap waar je zelf beter van wordt. Nu kun je zoiets nog regelen; ik ga ervan uit dat het er niet beter op wordt,’ geeft Vinken eerlijk toe. ‘Nog 14 jaar op routine doorgaan als ploegchef wilde ik niet. Ik denk nog iets meer in mijn mars te hebben, wil mij verder ontwikkelen en nieuwe uitdagingen aangaan, en ook als persoon
‘Geld is niet alles’ heeft de één een eigen bedrijfje waar hij mee verder kan, maar wil de ander juist niet terug in zijn oude beroep. Het succes staat of valt met de motivatie en samenwerking tussen medewerker en werkgever om een passend tweede loopbaantraject in te vullen.’ Low-budget
‘De brandweer heeft zelf geen middelen om deze nieuwe taken te bekostigen en is daarvoor afhankelijk van de gemeenten die momenteel ook moeten bezuinigen. Om mensen volgens de gewijzigde regelgeving te begeleiden met omscholing
verder groeien. In gesprekken met de directie bleek dat ze mogelijkheden zagen die aansloten bij mijn wensen en voorkeuren. Dus wilde ik graag, omdat ik dit een prettige werkgever vindt, in de rol van OvD een link met het brandweervak houdt en niet achter een bureau wordt vastgeklemd. De opleidingen zijn door de werkgever betaald en zelf heb ik veel tijd en energie geïnvesteerd. Daar was ik toe bereid omdat ik een goede toekomst binnen de brandweer zie. En mocht het ooit anders lopen, dan kan ik volgens mij ook nog elders aan de bak.’ Focus 19
Brandweer Zuid-Limburg
www.brandweer.nl/zuid-limburg
Magazine van de Brandweer Zuid-Limburg. Tekst en realisatie: Vanhaalenpartners.nl, Bunde. Foto’s: Johannes Timmermans, Foto- en Videoteam Brandweer Zuid-Limburg en anderen
De brand bij Licom Groen trok tot in de verre omgeving bekijks