21121_AW_revisie.fm Page 1 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Vakwerk!
Antwoorden Agrarische bedrijfseconomie
Deel 1 (BB)
Jan de Groot
tweede herziene druk, 2012
21121_AW_revisie.fm Page 2 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Artikelcode: 21121.1 Colofon Auteur(s): Illustraties: Redactie: Onderwijskundige: Resonans:
Jan de Groot Verbaal - Bureau voor Visuele Communicatie Studio Maan, Brigitte Meinen, Joyce Houtepen Studio Maan, Manon Limmen Evert Gardebroek, Astrid ter Doest
Het Ontwikkelcentrum heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Bent u desondanks van mening dat we u hebben benadeeld, dan kunt u contact met ons opnemen.
© 2012 Ontwikkelcentrum, Ede, Nederland
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Ontwikkelcentrum.
2
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 3 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
1
Opdracht 1.1
Winkel
In de handel Oriëntatie Geen antwoorden aanwezig. Uitvoering De antwoorden zijn: 1 De antwoorden staan in de figuur.
Fig. 1.1
Cacaoboom
Cacaofabriek
Cacaopoeder
Groothandel
Hagelslagfabriek
Groothandel
Supermarkt
Klant van de winkel (consument)
❑ WINKEL
3
21121_AW_revisie.fm Page 4 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
2 Bedrijf
De antwoorden staan in de tabel.
Producent
Groothandel
Aldi
(X)
Banketbakker Sligro
(X)
Rozenkwekerij
X
Bloemenspeciaalzaak
(X)
Melkveehouder
X
Toelichting
X
Aldi koopt ook direct van fabrieken (zonder tussenkomst van de groothandel)
X
Verkoop aan klanten
X
Intratuin
Verkoop aan bedrijven X
Intratuin koopt ook direct van kwekers zonder de groothandel
(X)
Soms ook een groothandel voor grote winkels X
Bloemenwinkels maken ook producten zoals boeketten (Meestal) alleen een producent
Kaaswinkel Dierenwinkel Pet’s Place
(X)
Pizzarestaurant
3 4
4
Detailhandel
X
Verkoop aan klanten
X
Verkoop aan klanten Soms groothandel
X
Verkoop aan klanten
De antwoorden staan in de tabel bij 2. De antwoorden staan in de tabel.
Stappen
Rode rozen in de bloemenwinkel
Gemengd graan als diervoer
Stap 1
Kwekerij
Akkerbouwer
Stap 2
Transporteur
Transporteur
Stap 3
Veiling
Fabriek voor diervoer
Stap 4
Groothandel
Transporteur
Stap 5
Bloemenwinkel / detailhandel
Groothandel
Stap 6
(geen stap)
Dierenwinkel / detailhandel
Stap 7
De klant
De klant
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 5 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Afsluiting De antwoorden zijn: a De grondstoffen voor brood komen van: • de akkerbouwer (graan); • de meelfabriek; • de groothandel voor bakkerijen. b Botergrondstoffen komen bij de groothandel vandaan. c De grondstoffen voor de hagelslag komen uit Nederland of België. d Als je het verlies wilt beperken, vraag je je geld terug bij de producent. Een producent maakt producten, een handelaar niet. Een handelaar koopt en verkoopt alleen producten. De blikken tegen een lage prijs verkopen kan natuurlijk niet! e Bij elke handelstap moet er winst gemaakt worden. Daardoor worden de aardappels steeds duurder. De laatste stap is de verkoop aan de klant. Opdracht 1.2
De winkelformule Oriëntatie De antwoorden zijn: a De antwoorden staan in de tabel.
Speciaalzaak
Kiosk
Internetverkoop
Hoge prijzen Eén product Veel reclame Veel productkennis
Lage prijzen Eén product Veel reclame Weinig productkennis
Lage prijzen Verschillende producten Weinig reclame Weinig productkennis
b
De antwoorden staan in de tabel.
‘Winkels’
Doelgroep
Discotheek
Jongeren, feestgangers, vakantievierders
Buurtfeest
Jongeren, feestgangers, vakantievierders, ouderen, moeders met baby’s
Babywinkel
Moeders met baby’s
Speelgoedwinkel
Jongeren, moeders met baby’s
Sportwinkel
Jongeren, ouderen
Camping
Jongeren, ouderen, vakantievierders
c d
❑ WINKEL
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
5
21121_AW_revisie.fm Page 6 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 1.3
Check de mix Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b De zes P’s zijn: • Plaats; • Product; • Presentatie; • Prijs; • Promotie; • Personeel. c Geen antwoord aanwezig. d Een antwoord kan zijn: • personeel zonder kennis van zaken; • een vieze winkel; • ouderwetse producten; • te harde muziek in de zaak. e Geen antwoord aanwezig. f Geen antwoord aanwezig. g Geen antwoord aanwezig. Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. d Je gebruikt de marketingmix, omdat de keuzes voor plaats, personeel, prijs, presentatie, promotie en product samen de kwaliteit van de winkel bepalen. De combinatie van de P’s bepaalt of de winkelformule goed is of niet. e een onderzoek waarin verschillende producten worden vergeleken op prijs- en kwaliteit. f Bekijk de resultaten uit het vergelijkend warenonderzoek. • C1000; • Sunil; • C1000.
6
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 7 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Opdracht 1.4
Toetjes beoordelen Oriëntatie De antwoorden zijn: a De antwoorden staan in de tabel.
Product
Doelgroep
Middel
Flubbeldip
Voor kinderen tot twaalf jaar
- Flubbels: winegums met chocoladesmaak - Cake - Zachte vulling: crème
b
In de tabel staat hoe de zes P’s zijn gebruikt voor het product ‘flubbeldip’.
Product flubbeldip Product
Een nieuw soort gebak: spiraalvormig, bestaat uit vijf laagjes, is opgebouwd uit een zachte vulling van crème en zoete flubbels. De flubbels lijken op winegums, maar hebben een chocoladesmaak.
Plaats
In de hoofdstad bij vier vestigingen van TUBE.
Presentatie
De flubbeldip is speciaal bedacht voor kinderen tot twaalf jaar. Een goede plaats naast de tompouce en het andere zaterdaggebak.
Prijs
€ 1,39 per stuk.
Promotie
Er wordt een speciale proefmanifestatie georganiseerd.
Personeel
In de TUBE zijn zaterdag verklede flubbelflip-proefmeesters.
c
Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Winkelpersoneel kan de wensen (of eisen) van klanten ontdekken door: • klanten te bevragen; • goed op te letten welke producten in de smaak vallen; • vakbladen te lezen over onderzoeken en trends. d Het beste antwoord is: De klant heeft gelijk en mag aangeven hoe jij het weer goed kunt maken. En dat doe je dan ook.
❑ WINKEL
7
21121_AW_revisie.fm Page 8 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Opdracht 1.5
Etalages beoordelen Oriëntatie De antwoorden zijn: a Al deze winkels hebben etalages. Soms in de winkel als presentatie, soms aan de buitenkant als raametalage. b Etalages maken het uiterlijk van de winkel mooier en etalages zorgen ervoor dat de aandacht van klanten wordt getrokken. c In de winter verkoop je andere kleding dan in de zomer. Mensen willen elk seizoen de laatste mode in de etalage. Daar komen ze op af. d De antwoorden staan in de tabel.
Soort winkel
Speciale gebeurtenis
Wel/ geen bijzondere etalage
Toelichting
Supermarkt
Koopavond
Geen
Het is elke week koopavond
Bloemenwinkel
Valentijnsdag
Wel
Bijvoorbeeld rood en hartjes
Dierenwinkel
Dierendag
Wel
Verwennerij-artikelen
Tuincentrum
Vaderdag
Wel
Gereedschap
Herenkledingzaak
Vaderdag
Wel
Stropdas, sokken
Dameskledingzaak
Moederdag
Wel
Cadeauartikelen
Banketbakker
Sinterklaas
Wel
Snoepgoed
Computerwinkel
Sinterklaas
Wel
Het is een ‘cadeaudag’
Reisbureau
Valentijnsdag
Geen
Je verkoopt dan geen reizen aan mensen
Bankgebouw
Koopavond
Geen
Je ‘verkoopt’ dan niet meer
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. d Een etalage kost € 70,- × 5 = € 350,-. e Vier etalages kosten € 350,- × 4 = € 1.400,- per jaar. f Als de banketbakker door de etalage € 1.400,- extra verdient, zou het advies zijn ‘laten maken’.
8
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 9 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Opdracht 1.6
Zelf een etalage maken Oriëntatie Geen antwoord aanwezig. Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig.
Opdracht 1.7
Een advertentie maken Oriëntatie Geen antwoord aanwezig. Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig.
Opdracht 1.8
Hoeveel is de voorraad? Oriëntatie Geen antwoord aanwezig. Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig.
Opdracht 1.9
Afrekenen in de winkel Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b De goede antwoorden zijn aangekruist.
X
❑ WINKEL
Biljet van 500
X
Biljet van 20
X
Munt van 1,-
Biljet van 400
X
Biljet van 10
X
Munt van 0,50
Biljet van 300
X
Biljet van 5
Munt van 0,25
9
21121_AW_revisie.fm Page 10 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
X
X
Biljet van 200
Munt van 10,-
X
Munt van 0,20
Biljet van 100
Munt van 5,-
X
Munt van 0,10
Biljet van 75
Munt van 4,-
X
Munt van 0,05
Biljet van 50
Munt van 2,50
X
Munt van 0,02
Munt van 2,-
X
Munt van 0,01
Biljet van 25
X
c d
e f g h
i
Biljetten van € 500,-, € 200,- en € 100,- worden niet veel in winkels gebruikt. Een reden kan zijn, dat: • de winkelier niet voldoende wisselgeld in kas heeft; • de winkelier veel wisselgeld uitgeeft als hij het biljet aanneemt; • de winkelier grote bedragen liever laat pinnen (veiliger); • het biljet vals kan zijn. Alle vaardigheden zijn nodig als je gaat afrekenen in de winkel. Geen antwoord aanwezig. Voordelen van pinnen zijn dat het snel is en redelijk veilig, dat je rood kunt staan bij de bank en dat je altijd ‘geld’ bij je hebt. Nadelen van pinnen zijn, dat: • de kosten van pinnen aan de klant worden doorberekend; • aan de betaalpas jaarlijks kosten zijn verbonden; • het geld pas later wordt afgeboekt; • bij diefstal er vaak veel geldschade is; • als je rood staat je rente moet betalen. Mogelijke antwoorden staan in de tabel.
Groene winkel
Betaalwijze die het meest gebruikt wordt
Reden
Marktkraam met dierbenodigdheden
Contant
De installatie is moeilijk aan te sluiten. Mensen zijn hier contant betalen gewend.
Groothandel voor bloemen en planten
Pin, contant, op rekening.
Er komen veel klanten. Het is gemakkelijk. De pininstallatie kan terugverdiend worden.
Hoveniersbedrijf
Contant, op rekening.
De installatie is moeilijk aan te sluiten. Mensen zijn hier contant betalen gewend.
Groentespeciaalzaak
Pin, contant, op rekening.
Er komen veel klanten. Het is gemakkelijk. De pininstallatie kan terugverdiend worden.
10
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 11 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Bloemenspeciaalzaak
Pin, contant, op rekening, waardebonnen.
Er komen veel klanten. Het is gemakkelijk. De pininstallatie kan terugverdiend worden.
Tuincentrum
Pin, contant, op rekening, waardebonnen.
Er komen veel klanten. Het is gemakkelijk. De pininstallatie kan terugverdiend worden.
Manege
Contant, op rekening.
De installatie is moeilijk aan te sluiten. Mensen zijn hier contant betalen gewend.
Loonbedrijf
Contant, op rekening.
De installatie is moeilijk aan te sluiten. Mensen zijn hier contant betalen gewend.
Dierenartspraktijk
Pin, contant, op rekening.
Er komen veel klanten. Het is gemakkelijk. De pininstallatie kan terugverdiend worden.
j
Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Actie: • Tel alle bedragen bij elkaar op (totaal: € 25,40). Let op: het bedrag voor een hamster bereken je tweemaal. • Vraag dit bedrag aan de klant. • Tel terug tot het klantbedrag. • Vraag of er een bon nodig is. 2 Actie: • Maak een notitie waar de klant bij is voor dit bedrag (20 lessen × € 37,50 = € 750,-) of haal de bedrijfsleider erbij. 3 Actie: • Neem € 50,- aan. • Laat het biljet naast de kassa liggen. Dit is duidelijk herkenbaar. • Geef € 50 − € 23,50 = € 26,50 terug. • Tel vanaf € 23,50 terug tot het klantbedrag. Dit heet terugtellen. • Leg de € 50,- pas in de kassa als de klant tevreden is. • Vraag of er een bon nodig is. 4 Actie: • Tel de rekening op: € 26,07 (rond af naar € 26,-). • Geef geld terug als bij 3. • Vraag of er een bon nodig is.
❑ WINKEL
11
21121_AW_revisie.fm Page 12 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
5
6
7
8
9 10
Berekening: • Er zijn twee bedragen waar je 6% BTW over moet berekenen (levend materiaal: hondenvoer en zebravinken). • Tel die bedragen op: € 338,-. • Vermenigvuldig € 338,- met 1,06 = € 358,28. Dit is het bedrag inclusief BTW. • De andere twee bedragen vallen in het 19% tarief (niet-levend). • Tel die bedragen op en bereken daarover de BTW: € 178,- × 1,19 = € 211,82. • Het totaalbedrag is dan: € 570,10. Actie: • De rozen kosten 50 × 1,99 = € 99,50. • De klant betaalt € 75,- met een waardebon en moet € 24,50 bijbetalen. Dat kan contant of met pin. • Vraag of er een bon nodig is. Actie: • Totaal van de rekening is € 157,50. • De klant kan € 70,- contant betalen en € 87,50 pinnen. Makkelijker is het als de klant alles pint. • Vraag of er een bon nodig is. Actie: • De kortingsactie is: bij 10 planten of meer krijgt de klant 10% korting. Reken daarom over het totaalbedrag 10% korting. • De korting is € 49,- : 10 = € 4,90. De klant hoeft dan slechts € 49,- − € 4,90 = € 44,10 te betalen. • Vraag of er een bon nodig is. Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 1.10
Bestelling verwerken Oriëntatie De antwoorden zijn: a Een voordeel hiervan is, dat de klant zelf kan bepalen wanneer hij bestelt. b Een nadeel voor de winkelier kan zijn dat hij contact moet opnemen met de klant als de bestelling niet klopt. De winkelier moet met een computer kunnen omgaan. c Geen antwoord aanwezig. d Naast vaardigheden als omgaan met klanten, omgaan met voorraad, omgaan met betaalsystemen, moet het winkelpersoneeel computervaardigheden hebben. e Je moet alle vaardigheden bezitten. Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig.
12
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 13 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
2
De antwoorden staan in de tabel.
BESTELFORMULIER
Naam klant:
Dierenpension Kaketoe
Datum bestelling:
17 september 2012
Artikelcode
Omschrijving
Aantal
Prijs
Regeltotaal
DV-01-10
Duivenvoer
2
€ 3,99
€ 7,89
DB-140-KN
Drinkbeker knaagdieren
4
€ 1,59
€ 6,36
HO-40-15
Hooi
2
€ 2,49
€ 4,98
VB-30-01
Petvlo vlooienband
4
€ 3,75
€ 15,-
Subtotaal van de bestelling: € 34,32 Datum: (17 september 2012) Ingevuld door: (eigen naam)
3 4
Geen antwoord aanwezig. De antwoorden staan in de voorraadkaarten.
Voorraadkaart Nummer 11 Artikel omschrijving: Gemengd Duivenvoer Gewicht: 10 kg Code: DV-01-10 Inkoopprijs: € 2,00 Verkoopprijs: € 3,99 Datum
Omschrijving
Hoeveelheid Bij
Saldo Af
03-09-2012
saldo
03-09-2012
INK
05-09-2012
VERK
2
18
16-09-2012
VERK
2
16
17-09-2012
VERK
2
14
❑ WINKEL
2 18
20
13
21121_AW_revisie.fm Page 14 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Voorraadkaart Nummer 33 Artikel omschrijving: Vlooienband, Pvlo Soort: kat Code: VB-30-01 Inkoopprijs: € 2,25 Verkoopprijs: € 3,75 Datum
Omschrijving
Hoeveelheid Bij
Saldo Af
03-09-2012
saldo
12
04-09-2012
VERK
1
11
05-09-2012
VERK
1
10
16-09-2012
VERK
4
6
14-09-2012
INK
16-09-2012
VERK
8
12
17-09-2012
VERK
4
8
14
20
Voorraadkaart Nummer 44 Artikel omschrijving: Hooi Gewicht: 1,5 kg Code: HO-40-15 Inkoopprijs: € 1,49 Verkoopprijs: € 2,49 Datum
Omschrijving
Hoeveelheid Bij
Saldo Af
03-09-2012
saldo
04-09-2012
VERK
2
53
06-09-2012
VERK
8
45
13-09-2012
VERK
10
35
14-09-2012
INK
15-09-2012
VERK
11
49
17-09-2012
VERK
2
9
14
55
25
60
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 15 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Voorraadkaart Nummer 145 Artikel omschrijving: Drinkbeker Soort: Knaagdieren Code: DB-140-KN Inkoopprijs: € 0,96 Verkoopprijs: € 1,59 Datum
Omschrijving
Hoeveelheid Bij
Saldo Af
03-09-2012
saldo
07-09-2012
VERK
1
4
08-09-2012
VERK
1
3
10-09-2012
VERK
1
2
14-09-2012
INK
17-09-2012
VERK
❑ WINKEL
5
5
7 4
3
15
21121_AW_revisie.fm Page 16 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
5
De antwoorden staan in de orderbevestiging.
Dierenwinkel Van Maren Industrieweg 4 2628 TB Delft
Dierenpension Kaketoe Vlierweg 17 1299 AB Purmerend
Onderwerp:
Orderbevestiging
Delft, 17 september 2010
Geachte mevrouw Peters,
Wij danken u voor uw bestelling. Wij zullen uw bestelling zo spoedig mogelijk en met de meeste zorg uitvoeren.
Aantal
Omschrijving
Prijs (p.p.e.)
Regeltotaal
2
Duivenvoer
€ 3,99
€ 7,89
4
Drinkbeker knaagdieren
€ 1,59
€ 6,36
2
Hooi
€ 2,49
€ 4,98
4
Petvlo vlooienband
€ 3,75
€ 15,-
Subtotaal
€ 34,32
Betalingsvoorwaarden: Binnen 30 dagen na factuurdatum. Leveringsvoorwaarden: Binnen 7 dagen na orderdatum.
Dierenwinkel van Maren brengt 4,95 vrachtkosten in rekening. Dit bedrag is exclusief 19% btw.
De artikelen zullen 1 oktober geleverd worden.
Met vriendelijke groet, Naam leerling Groothandel KoekeleKoe 6
16
Geen antwoord aanwezig.
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 17 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Afsluiting De antwoorden zijn: a De bestelling valt onder de voorwaarden die de branche of winkelorganisatie gesteld heeft. Verder moet het bedrag van de bestelling binnen 30 dagen betaald worden. b Redenen waarom digitale winkels de klant het bestelformulier laten invullen, zijn: • er is afstand tussen de winkel en de klant: de klant moet het zelf doen; • de winkel kan snel werken met een standaardbestelformulier. Opdracht 1.11
Werk op niveau Oriëntatie De antwoorden zijn: a Redenen om taken te verdelen zijn: • Er zijn vaak te veel taken in een winkel voor één persoon. • Niet alle medewerkers mogen alle taken uitvoeren. • De leiding is niet altijd aanwezig. • Er is verschil in soorten taken. b Voordelen van een taakverdeling kunnen zijn: • Iedereen is aan het werk. • Iedereen doet datgene waar hij of zij goed in is. • Iedereen voelt zich verantwoordelijk voor het bedrijf. • Niet al het werk komt op een of twee personen neer. c Geen antwoord aanwezig. d Voor een uitvoerend beroep in een winkel heb je minimaal vmbo of mboniveau 2 nodig. e Een leidinggevende moet afspraken met het personeel en de financiën van het bedrijf in de gaten houden. Dit hoeft een uitvoerende niet te doen. f In deze tabel staat een voorbeeld van de verdeling van taken.
Taken (vaardigheden) in een winkel
Assistent
Filiaalmanager
Manager
De producten van het bedrijf opnoemen.
X
X
X
Materialen op de juiste wijze verzorgen.
X
X
X
Producten aanwijzen aan klanten.
X
X
Met klanten overleggen over de betalingstermijn.
X
Gegevens van klanten noteren in het computersysteem.
X
De houdbaarheid van producten in de gaten houden.
X
X
X
X
Medewerkers ontslaan of aannemen.
X
Een computer aanschaffen voor het bedrijf.
X
❑ WINKEL
17
21121_AW_revisie.fm Page 18 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
X
Inkoop regelen van voer, strooisel, dieren, bloemen of planten. Zorgen voor een goede en schone kantine.
X
Overleggen met de gemeente over vergunningen.
X
De aansluiting van een telefoon regelen.
X
Een functioneringsgesprek houden met een werknemer.
X
Zichzelf presenteren als medewerker.
X
X
X
Informatie over producten opzoeken of vragen.
X
X
X
Afspraken maken met de bank over de verbouwing. Vriendelijk omgaan met klanten.
X X
X
Werkzaamheden verdelen onder de werknemers.
X
Samenwerken met assistenten.
X
g h i
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 1.12
Winst of verlies? Oriëntatie De antwoorden zijn: a De omzet zijn alle verkopen in een winkel. b Winst is het verschil tussen de omzet en de kosten (en je houdt geld over). c Verlies is als de kosten meer zijn dan de omzet. Ofwel het verschil tussen de omzet en de kosten (en je houdt géén geld over). d De antwoorden staan in de tabel.
18
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 19 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Kostenpost
Wel bedrijfskosten
Huur van de winkel
X
Gas en licht
X
Aanschaf van een bedrijfsauto
X
Brandverzekering
X
Cadeautje voor de kinderen Loon voor de werknemer(s)
Geen bedrijfskosten
X X
Weekendje weg voor de baas
X
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. 2 Geen antwoord aanwezig. 3 De antwoorden staan in de tabel. Bedrijf
Bedrijf A Tuincentrum ‘De tuinen’.
Bedrijf B Banketbakkerij ‘De zoete bol’
Bedrijf C Manege ‘De stoeterij’
Omzet
€ 200.000,-
€ 1.750,-
(150 × 750) = € 112.500,-
Kosten
€ 79.000,€ 20.000,€ 30.000,€ 3.000,€ 1.000,€ 500,€ 1.500,-
€ 2.300,€ 1.790,-
(25 × 1.800) = € 45.000,(12 × 2.000) = € 24.000,(12 × 3.000) = € 36.000,-
Totale kosten
€ 135.000,-
€ 4.090,-
€ 105.000,-
Winst of verlies: (omzet minus alle kosten)
€ 65.000,- winst
€ 2.340,- verlies
€ 7.500,- winst
Afsluiting
❑ WINKEL
19
21121_AW_revisie.fm Page 20 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
De antwoorden zijn: a De bakkerij gaat failliet als er het hele jaar geen winst wordt gemaakt of als het bedrijf de kosten niet meer kan betalen. b De winst van de manege is niet zo groot. De manege houdt maar € 7.500,over per maand. c Het tuincentrum draait het beste. Het bedrijf heeft veel omzet en veel kosten maar houdt € 65.000,- per jaar over. Let wel: dit is maar 30% van de omzet. Het zou beter zijn als het 50% zou zijn. d Geen antwoord aanwezig. e Geen antwoord aanwezig. Opdracht 1.13
Ondernemer worden Oriëntatie Geen antwoord aanwezig. Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. 2 Geen antwoord aanwezig. 3 De omschrijvingen staan achter de trefwoorden. • Eenmanszaak: Je bent alleen eigenaar. Alle winst en verlies is voor jou persoonlijk. • B.V. (besloten vennootschap): Je bent samen met anderen eigenaar. Alle winst en verlies is voor het bedrijf. • V.O.F. (vereniging onder firma): Je bent samen eigenaar. Alle winst en verlies deel je samen. • Maatschap: Je deelt een bedrijf met anderen. Je ben aansprakelijk voor het verlies, maar alleen voor dat deel van de maatschap dat je bezit. 4 Geen antwoord aanwezig. 5 Geen antwoord aanwezig. 6 Geen antwoord aanwezig. 7 Geen antwoord aanwezig. 8 Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Veel zaken zijn nodig voor een winkel. Ondernemen gaat om beslissingen nemen. Een computer is niet altijd nodig. Je kunt ook een accountant inschakelen. Dit is misschien nog wel goedkoper dan het allemaal zelf doen.
20
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 21 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Zaken waar de ondernemer aan moet denken:
Belangrijk
Een ondernemersplan (en ermee werken)
X
Omzet en klanten voor het bedrijf
X
Uitgaven voor huisvesting, auto en materialen Trends voor de producten
Niet belangrijk
X X
Personeel in de winkel
X
Een eigen bedrijfspand
X
Administratie en boekhouding bijhouden
X
Sterke en zwakke punten kunnen noemen van de winkel
X
Een computernetwerk, internet, e-mail, mobiele telefoon
X
Verzekeringen voor inboedel, personeel en bedrijfspand
X
Een telefoonaansluiting
X
c d
❑ WINKEL
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
21
21121_AW_revisie.fm Page 22 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
2
Opdracht 2.1
De overheid
Regels en wetten Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Als er op een camping geen regels zijn, kunnen problemen ontstaan als: • geluidsoverlast; • stankoverlast (bijvoorbeeld door barbecue of huisvuil); • ruzies tussen mensen; • toepassing van eigen regels en straffen. c Geen antwoord aanwezig. d Nee, geen land kan zonder wetten en regels. e De antwoorden staan in de tabel.
Regels
Bepaald door de overheid
Bouwregels voor het zwembad
X
Kwaliteit zwemwater-regels
X
Vergunningen voor het zwembad
X
Kampvuurregels
Bepaald door de campinghouder
X
Milieuregels voor de camping
X
Geluidsregels na 22.00 uur ’s avonds
Soms
X
Openingstijden van het zwembad
Soms
X
Veiligheidsregels voor het zwembad
X
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c De camping is een eigen bedrijf en dus geen collectieve voorziening. De gemeente mag wel de regels voor openbare zwembaden toepassen bij het zwembad op de camping.
22
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 23 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
d e f
Opdracht 2.2
Een voorbeeld van een wet waar iedereen zich aan moet houden, is de Verkeerswet. De politie controleert of iedereen zich aan de wet houdt. Doe je dat niet, dan straffen de rechters. Door het heffen van belasting komt de overheid aan geld om goederen te maken en diensten te leveren.
Overheidszaken Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Noorwegen, Oostenrijk en Engeland d Brussel ligt in België. e De goede combinaties staan in de tabel.
Begrip
Omschrijving
A
Kabinet
2
B
Tweede Kamer
3
Kamerleden die wetten en regels voorstellen aan het kabinet
C
Ministerie
4
Ambtenaren van de regering (bijvoorbeeld van Economische zaken)
D
Minister-president
1
Hoofd van het kabinet en baas van de ministers
f g
Alle ministers (van partijen die de regering vormen)
Voorbeelden van andere partijen zijn: CDA, D66, SP, GroenLinks, LPF en de ChristenUnie. De antwoorden staan in de tabel.
Onderwerp
Ministerie van Landbouw
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Volkshuisvesting
Fokken van paarden
X (dierwelzijn)
X (omzet-belasting)
X
Aanvraag huursubsidie Emigreren naar het buitenland
Belastingaangifte doen
❑ DE OVERHEID
Ministerie van Justitie
X
X (als je een landbouwbedrijf hebt)
X
X
X
X
X (als je niet betaalt)
23
21121_AW_revisie.fm Page 24 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
h
i
De • • •
ontbrekende woorden zijn ingevuld. De gemeentelijke overheid bestaat uit B en W en de gemeenteraad. B en W bestaat uit de burgemeester en de wethouders. De wethouders hebben ongeveer dezelfde taken als ministers op landelijk niveau. Consumentenrecht - Arbowet - Warenwet - Arbeidsovereenkomst.
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 2.3
Inkomsten van de overheid: loonbelasting Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. d Geen antwoord aanwezig. e Redenen om belasting te betalen zijn: • van belastinggeld kan de overheid collectieve voorzieningen en de bijstand betalen; • als je geen belasting betaalt, ben je strafbaar. f Zwart werken betekent dat je wel loon ontvangt, maar geen loonheffing afdraagt aan de overheid. g Aisha Romera ontvangt netto per maand € 1.135,48. h De antwoorden staan in de tabel.
Situatie
WW
Geen werk meer buiten je schuld om
X
Als je arbeidsongeschikt wordt
WAO
X
Bij ziekte als je een betaalde baan hebt
24
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 25 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
i
De antwoorden staan in de tabel.
Situatie
AOW
AWBZ
Bij geboorte van een kind
AKW
ABW
ANW
X
Als je thuisverzorging nodig hebt
X
Als je partner overlijdt
X
Geen werk na WW-uitkering
X
Als je 65 jaar wordt
X
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 De antwoorden staan in de tabel. Onderwerp
Loonstrookje Tijmen Geurts
Loonstrookje Marieke Doorland
Periode
Augustus 2003
Oktober 2003
Gewerkte uren
32,5
104
Brutoloon in deze periode
€ 156,00
€ 936,00
Nettoloon in deze periode
€ 120,25
€ 655,20
2 3 4 5 6 7 8
Het brutoloon per uur van Tijmen Geurts is € 156,00 : 32,5 = € 4,80. Het brutoloon per uur van Marieke Doorland is € 936,00 : 104 = € 9,00. Het nettoloon van Tijmen Geurts is:€ 120,25 : 32,5 = € 3,70 per uur. Het nettoloon van Marieke Doorland is € 655,20 : 104 = € 6,30 per uur. Het brutoloon per uur van Tijmen is lager dan het brutoloon per uur van Marieke. Het nettoloon per uur van Marieke is hoger dan het nettoloon per uur van Tijmen. De antwoorden staan in de tabel.
Persoon
Brutoloon in deze periode
Vakantiegeld 8%
Vakantie-uitkering (bruto)
Tijmen Geurts
€ 156,00
× 0,08
€ 12,48
Marieke Doorland
€ 936,00
× 0,08
€ 74,88
9 10
❑ DE OVERHEID
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
25
21121_AW_revisie.fm Page 26 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
11 12
Het draagkrachtbeginsel dat wil zeggen dat het bedrag dat je aan belasting moet betalen, afhangt van de hoogte van je inkomen. Geen antwoord aanwezig.
Afsluiting De antwoorden zijn: a Tijmen verdient meer dan het brutominimumloon per uur. Hij is 18 jaar. Marieke verdient meer dan het brutominimumloon per uur. Zij is 30 jaar. b Marieke is 12 jaar ouder dan Tijmen. Maar ze verdient bijna twee keer zoveel netto. c De volgende antwoorden zijn goed. • Tijmen heeft andere werkzaamheden dan Marieke. Hij is bijvoorbeeld assistent en zij heeft leidinggevende taken. • Tijmen is jonger dan Marieke. Hij heeft minder scholing/ervaring dan Marieke. • Marieke werkt in een bloemenwinkel en Tijmen in een tuincentrum. Marieke kan meer specialistisch werk uitvoeren. Dat Marieke een vrouw is en Tijmen niet, mag niet uitmaken. Ook dat ze meer uren werkt, zorgt niet voor meer nettoloon per uur. d Geen antwoord aanwezig. Opdracht 2.4
Samen werken: goede afspraken maken Oriëntatie De antwoorden zijn: a Sectoren: • een metselaar werkt in de bouwsector. • een hovenier werkt in de landbouwsector. • een verpleger werkt in de zorgsector. • een politieagent werkt in de overheidssector. • een barkeeper werkt in de horecasector. • een etaleur werkt in de detailhandelsector. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Werken zonder een arbeidsovereenkomst kan wel, maar is niet verstandig. Als er iets misgaat, heeft de werknemer niets om wettelijk op terug te vallen.
26
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 27 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Opdracht 2.5
Minimum(jeugd)loon Oriëntatie De antwoorden zijn: a Deze wet heet Wet Minimumloon. b Geen antwoord aanwezig. Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. 2 Geen antwoord aanwezig. 3 Geen antwoord aanwezig. 4 Steeds meer scholieren hebben een baantje. Dit kan een bijbaantje zijn na schooltijd, vakantiewerk of allebei. Je mag niet onbeperkt werken. Hieronder vind je de regels. Voor alle jongeren onder de 18 geldt, dat ze geen gevaarlijk werk mogen doen. 13-14 jaar • Op een schooldag mag je niet meer dan 2 uur werken. • Op zaterdag mag je niet meer dan 6 uur per dag werken. • Op zondag mag je niet werken. • Per week mag je niet meer dan 12 uur werken. • In de vakantie mag je niet meer dan 7 uur per dag werken, en niet meer dan 35 uur per week. • Je mag alleen werken tussen 8 uur (in de vakantie 7 uur) ’s morgens en 7 uur ’s avonds. • Tot en met je veertiende mag je alleen klusjes in je eigen omgeving te doen. Dus bijvoorbeeld folders rondbrengen, oppassen en auto’s wassen. 15 jaar • Op een schooldag mag je maximaal 2 uur werken. • Op een vrije dag mag je maximaal 8 uur per dag werken. • Als je zaterdag hebt gewerkt, mag je zondag niet werken. • Per week mag je maximaal 12 uur werken. • Je mag alleen werken tussen 7 uur ’s morgens en 7 uur ’s avonds. • In de vakantie mag je maximaal 40 uur per week werken en maximaal 5 dagen achter elkaar. 16-17 jaar • Je mag net zoveel werken als een volwassene. • Dus maximaal 9 uur per dag en maximaal 45 uur per week. Gemiddeld mag je echter niet meer dan 40 uur per week werken. • Tussen 22.00 en 6.00 of tussen 23.00 en 7.00 mag je niet werken. • Als je zaterdag hebt gewerkt, mag je zondag niet werken. 5 6 7 8
❑ DE OVERHEID
Zie de antwoorden bij 4. Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
27
21121_AW_revisie.fm Page 28 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
9 10
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Voordelen van het minimumjeugdloon kunnen zijn dat: • je je eigen kosten kunt betalen; • er geen uitbuiting van jongeren ontstaat; • de minimale inkomsten gegarandeerd zijn; • je de kans hebt om zelfstandig te leven. Voordelen voor de werkgever zijn dat deze elke jongere gelijk kan behandelen. c Het minimumloon is meer dan het bestaansminimum. d Al als je 15 jaar bent, is het minimumjeugdloon per week hoger dan € 7,-. Dit is het sociaal minimumloon. Het bestaansminimum ligt veel lager, omdat het gaat om overleven in derdewereldlanden. Opdracht 2.6
Wat wil je later worden? Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Als je een baan zoekt, kun je advertenties in de krant bekijken of een open sollicitatie schrijven naar een bedrijf. c Of je wel of niet snel een baan vindt, hangt onder meer af van je opleiding, je werkervaring en het aanbod van werk in de sector waar je een baan zoekt. d Geen antwoord aanwezig. e Voorbeelden van banen waar je geen opleiding voor nodig hebt, zijn schoonmaakwerk, kassawerk en productiewerk. Het gaat meestal om eenvoudig werk. Uitvoering Geen antwoorden aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c De overheid heeft er belang bij als veel mensen een baan vinden. Hoe meer mensen werken, hoe minder geld de overheid aan uitkeringen hoeft uit te geven.
Opdracht 2.7
In gesprek met een boer Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Boeren krijgen altijd een minimumprijs voor hun producten, ook als de marktprijs lager is. Dat is een vorm van subsidie.
28
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 29 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
d
Het aantal boeren zal afnemen. Door het nieuwe landbouwbeleid zullen sommige boeren niet genoeg meer kunnen verdienen en failliet gaan.
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 2.8
Overheid en milieu Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Antwoorden staan in de tabel.
Milieuprobleem
Komt in bedrijven voor
Komt thuis voor
Hoog energiegebruik
X
X
Afvalstoffen, bijvoorbeeld GFT
X
X
Giftige stoffen of chemicaliën
X
X
Hoog brandstofverbruik, bijvoorbeeld voor transport
X
X
Geluidsoverlast
X
X
d
Antwoorden staan in de tabel.
Milieuprobleem
Oplossing in bedrijf
Hoog energiegebruik
- Energie besparen - Energie hergebruiken, bijvoorbeeld restwarmte - Kiezen voor duurzame energie (wind, water, zon)
Afvalstoffen, bijvoorbeeld GFT
- Afval beperken - Grondstoffengebruik beperken - Afval hergebruiken
Giftige stoffen of chemicaliën
- Minder of geen giftige stoffen gebruiken - Minder giftige stoffen gebruiken - Biologische middelen gebruiken
❑ DE OVERHEID
29
21121_AW_revisie.fm Page 30 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Hoog brandstofverbruik, bijvoorbeeld voor transport
- Zie energiegebruik
Geluidsoverlast
- Geluidsoverlast beperken - Gebouwen isoleren of de productie isoleren.
Deze oplossingen kun je ook allemaal thuis doorvoeren. e
Antwoorden staan in de tabel.
Milieumaatregel van de overheid
Voordeel
Afval beperken door bijdrage per kg afval
Bedrijven worden zich bewust van de hoeveelheid afval die ze produceren (Er wordt minder energie verspild)
Verbieden van chemische bestrijdingsmiddelen
Er worden minder chemische middelen gebruikt (Er wordt minder energie verspild) (Etenswaren worden ‘gezond’ geproduceerd)
Stimuleren van biologische bestrijdingsmiddelen
Etenswaren worden ‘gezond’ geproduceerd (Er worden minder chemische middelen gebruikt)
Verplichte isolatie van gebouwen
Er wordt minder energie verspild
f
Goed / Slecht
Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 2.9
BTW berekenen Oriëntatie De antwoorden zijn: a BTW betekent Belasting Toegevoegde Waarde. b De overheid gebruikt de belasting onder meer voor onderwijs, wegenaanleg en -onderhoud.
30
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 31 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
c
De antwoorden zijn in de tabel aangekruist.
Product
BTW 6%
Bloemen en planten
X
Voedingsmiddelen
X
BTW 19%
Paardrijlessen
X
Vakantiereis
X
Auto
X
Doktersbezoek
-
Boeken over honden
X
Een zwart dwergkonijntje
X
Konijnenvoer
X
-
Computerspullen
X
d e f
De twee manieren die hier genoemd worden, zijn milieubelasting en accijnzen. Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. 2 Geen antwoord aanwezig. 3 In het bedrag zit 6% BTW over € 1.240,-. Dat is € 74,40. 4 De antwoorden staan in de tabel. Startbedrag
× BTW 19%
€ 10,-
× 1,19
=
5
Verkoopbedrag incl. BTW
× aantal folders
€ 11,90
× 200
Totaal te ontvangen BTW =
De antwoorden staan in de tabel.
Verkoopbedrag incl. 6% BTW € 116,-
❑ DE OVERHEID
€ 2.380,-
Verkoopbedrag excl. 6% BTW : 106
=
€ 1,0642
× 100
=
€ 106,42
31
21121_AW_revisie.fm Page 32 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Verkoopbedrag incl. 6% BTW
Min Verkoopbedrag excl. 6% BTW
€ 116,-
− € 109,43
6
Totaal terug te vragen BTW (6%)
=
€ 9,58
De antwoorden staan in de tabel.
Product
Startbedrag
× 6% of 19% BTW
Verkoopbedrag incl. BTW
Hondenvoer 10 kg
€ 10,-
× 1,06
€ 10,60
Coniferen
€ 6,00
× 1,06
€ 6,36
Boeket bloemen
€ 8,99
× 1,06
€ 9,53
Hondenspeeltjes
€ 4,50
× 1,19
€ 5,36
Poezenmand
€ 16,30
× 1,19
€ 19,40
Vlooienbanden
€ 2,65
× 1,19
€ 3,15
Afsluiting De antwoorden zijn: a Juiste beweringen zijn: • Winkeliers moeten de BTW die de klant betaalt afdragen aan de overheid. • Als een winkelier iets inkoopt, betaalt hij ook BTW. b Je moet in een winkel de BTW kunnen berekenen, omdat bedrijven de BTW moeten opgeven aan de belastingdienst. Je maakt dan een BTW-bon. c Geen antwoord aanwezig. d Geen antwoord aanwezig.
32
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 33 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
3
Opdracht 3.1
Inkomsten en uitgaven
Geld in beeld Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Een persoon kan failliet raken. Dat is als je nergens geld hebt om de schulden te betalen. Je kunt dan uit huis worden gezet. Je spullen kunnen verkocht worden door de bank. Je komt in aanraking met de gemeente voor schuldsanering (= schuldafbetaling). c Geen antwoord aanwezig. d Alle antwoorden zijn goed. Kinderbijslag mag voor alle uitgaven gebruikt worden. De overheid controleert dit niet. e Uitgaven kunnen zijn: HUUR / CD’S / ETEN / DRINKEN / BRANDSTOF / AANDELEN / BUSKAART / RENTE / BELTEGOED / TELEFOON / COMPUTER / ENERGIE & WATER / INKOMSTENBELASTING / LOTERIJ / UITGAAN / BIOSCOOP / FOTOGRAFIE f Inkomsten kunnen zijn: LOON / WINST / AANDELEN / RENTE / LOTERIJ Rente kan dus inkomsten zijn (bij sparen) en uitgaven (bij lenen)! Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting Geen antwoord aanwezig.
Opdracht 3.2
Geld vermeerderen Oriëntatie De antwoorden zijn: a De antwoorden staan in de tabel.
Uitgave
Noodzakelijke uitgave
Voedsel
X
Kleding
X
Huisvesting
X
Onderwijs
X
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
Luxe uitgave
(X)
33
21121_AW_revisie.fm Page 34 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Verzekeringen
X
Rente voor lening
X
Vervoer
X
Sportclub
X
Uitgaan
X
Vakantie
X
Telefoon
X
Wasmachine
X
b c d
e
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig. Een goede of gunstige geldsituatie is als: • je meer inkomsten dan uitgaven hebt. • je extra geld opzij kunt zetten om te sparen. • je kunt bezuinigen op je uitgaven. • je je inkomsten kunt vermeerderen. Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering Geen antwoord aanwezig. Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. d Dit betekent dat je 1,5% minder geld uit kunt geven aan goederen en diensten. Opdracht 3.3
Een kostenoverzicht maken Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig.
34
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 35 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
d
Als je een budget maakt, moet je rekening houden met de volgende zaken.
Onderwerp
Streefbedrag
Speciaal letten op
Vervoer
Dit hangt af van de soort vervoer. Auto: € 40,- per dag Vliegtuig: € 100,- per dag Anders: € 30,- per dag
Soort vervoer, tijdstip, speciale kosten, voldoende plek, reisduur, kosten voor het vervoer
Overnachting
€ 20,- per nacht minimaal
Soort overnachting, kosten voor de overnachting, inclusief of exclusief eten, tijdstip, speciale kosten, voldoende plaats, reisduur
Zakgeld
Bedrag per persoon × aantal dagen × aantal personen
Past bij het budget, voldoende voor de hele reis, afhankelijk van overnachting samen met het eten
Eten en drinken
Van € 10,- tot € 40,- per persoon per dag maximaal
Inclusief overnachting, ontbijt, lunch, avondeten, duur land/goedkoop land
Natuurgebieden en andere excursies
Dit hangt af van de locatie
Extra vervoerskosten, overnachting, et cetera
Reisverzekering / ziektekosten
Minimaal € 0,60 per persoon per dag in Europa. Buiten Europa ongeveer € 1,50 per persoon per dag. Meestal moet je € 4,- poliskosten betalen.
Reisduur, reisplaats, speciale kosten, annuleringsverzekering, kosten die door de gewone ziektekostenpolis gedekt worden, bagageverzekering, eigen risico, speciale bepalingen
e f
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord 2 Geen antwoord 3 Geen antwoord 4 Geen antwoord 5 Geen antwoord
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig.
35
21121_AW_revisie.fm Page 36 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
6
In de tabel is een voorbeeld van een kostenoverzicht gegeven.
Kostenoverzicht voor een driedaagse reis naar het waddeneiland Terschelling € 750,-
Totaalbudget drie personen à € 250,-
(uit de Oriëntatie)
Onderwerp
Kosten
Zakgeld drie personen à € 10,- per dag
€ 90,-
Vervoer (boot) 3 × € 29,95 =
€ 89,85
Vervoer (overig) schatting
€ 60,-
Overnachting op het eiland bij STAYOKAY 3p-kamer, 3 nachten in naseizoen 3 × € 79,80
€ 239,40
Eten en drinken 0 ieder voor zichzelf 0 elke dag samen € 15,- p.p. = 45 × 3 = 0 inbegrepen bij overnachting
€ 135,-
Natuurgebieden en andere excursies schatting
€ 50,-
Reisverzekering / ziektekosten € 1,- p.p. × 3 × 3 dagen + poliskosten € 3,75
€ 12,75
Totale kosten
€ 677,10 € 72,90
Restant
Afsluiting Geen antwoord aanwezig. Opdracht 3.4
Jouw loon Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Minimumloon is het loon dat een werkgever minimaal moet vergoeden voor een gewerkt uur. Dit bedrag is verplicht gesteld door de wet.
36
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 37 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
c d e
Brutoloon is inclusief werknemersverzekeringen. Nettoloon is exclusief werknemersverzekeringen. Op je bankrekening ontvang je nettoloon. Regels zijn opgesteld om jongeren te beschermen tegen kinderarbeid en slechte arbeidsomstandigheden.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. 2 Geen antwoord aanwezig. 3 Steeds meer scholieren hebben een baantje. Dit kan een bijbaantje zijn na schooltijd, vakantiewerk of allebei. Je mag niet onbeperkt werken. Hieronder vind je de regels. Voor alle jongeren onder de 18 geldt, dat ze geen gevaarlijk werk mogen doen. 13-14 jaar • Op een schooldag mag je niet meer dan 2 uur werken. • Op zaterdag mag je niet meer dan 6 uur per dag werken. • Op zondag mag je niet werken. • Per week mag je niet meer dan 12 uur werken. • In de vakantie mag je niet meer dan 7 uur per dag werken, en niet meer dan 35 uur per week). • Je mag alleen werken tussen 8 uur (in de vakantie 7 uur) ’s morgens en 7 uur ’s avonds. • Tot en met je veertiende mag je alleen klusjes in je eigen omgeving te doen, zoals folders rondbrengen, oppassen en auto’s wassen. 15 jaar • Op een schooldag mag je maximaal 2 uur werken. • Op een vrije dag mag je maximaal 8 uur per dag werken. • Als je zaterdag hebt gewerkt, mag je zondag niet werken. • Per week mag je maximaal 12 uur werken. • Je mag alleen werken tussen 7 uur ’s morgens en 7 uur ’s avonds. • In de vakantie mag je maximaal 40 uur per week werken en maximaal 5 dagen achter elkaar. 16-17 jaar • Je mag net zoveel werken als een volwassene, dus maximaal 9 uur per dag en maximaal 45 uur per week. Gemiddeld mag je echter niet meer dan 40 uur per week werken. • Tussen 22.00 en 6.00 of tussen 23.00 en 7.00 mag je niet werken. • Als je zaterdag hebt gewerkt, mag je zondag niet werken. 4
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
Geen antwoord aanwezig.
37
21121_AW_revisie.fm Page 38 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
5
In de tabel staat het antwoord voor een 15-jarige.
Leeftijd
Brutoloon per uur
Werkuren per week
Brutoloon per week
Vakantiegeld per week 8%
Invullen
Kijk op de site
Kijk op de site
Brutoloon per uur × aantal werkuren
Brutoloon per week × 1,08
15 jaar
€ 2,19
12 uur per week mag je werken.
€ 2,19 × 12 = € 26,28
€ 26,08 × 1,08 = € 28,38
6 7 8 9 10
Het antwoord staat bij 5. Het antwoord staat bij 5. Het antwoord staat bij 5. Geen antwoord aanwezig. Het nettoloon in het voorbeeld is: N = (26,38 : 3) × 2 = € 18,92.
Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. d Geen antwoord aanwezig. e Als je werkgever zich niet houdt aan de regels voor werken, kun je een gesprek aangaan met je werkgever. Als dat niet helpt, kun je via de standsorganisatie van je werk (bedrijfsvereniging) daarvan melding maken. Je kunt ook de dienst voor Inspectie en Informatie van het ministerie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid inschakelen of naar de politie gaan. Informeer je goed over de arbeidsregels als je ergens werkt, bijvoorbeeld via instructies van het bedrijf of via een CAO-boekje. Als je werk ‘buiten de regels om’ moet doen, moet je dat weigeren. Dat is wettelijk verplicht. Opdracht 3.5
Geld lenen Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig.
38
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 39 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
c
Het antwoord staat in de tabel.
Bewering
Waar?
Lenen is altijd goedkoper dan sparen. Lenen kost meestal geld.
X
Lenen wordt ook wel een vorm van financieren genoemd.
X
Lenen wordt nooit krediet genoemd.
Niet waar?
Toelichting
X
Lenen kost rente, sparen levert rente op.
Alleen bij lenen van familie of vrienden wordt soms geen rente gerekend.
X
De namen doorlopend krediet, creditcard zeggen voldoende.
Lenen kent altijd aflossing en altijd rente.
X
Soms alleen aflossing bij een familielening. Soms alleen rente, omdat je na afloop in een keer kan aflossen. Bijvoorbeeld een aflossingsvrije hypotheek. Je spaart en leent dan tegelijk.
Lenen kost geen tijd.
X
Wel: looptijd, tijd voor onderzoek, invullen formulieren, et cetera.
Lenen is voordelig, omdat je later pas hoeft te betalen.
X
Nee, je start al met rente vanaf dag 1 dat je leent.
Lenen kun je alleen bij banken.
X
Nee, ook bij familie, vrienden, verzekeraars, bedrijven, gemeente.
Lenen, kapitaal, looptijd, aflossing en rente horen bij elkaar.
X
Lenen kun je via verzekeraars of bedrijven.
X
Lenen is vooraf afspreken hoeveel je kunt uitgeven.
X
Ja, dit noem je aflossing en looptijd.
Leenkosten kun je soms terugkrijgen van de belastingdienst.
X
Ja, rente voor een huis is aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. Soms ook leenkosten voor studie of beroep.
d
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
Aflossing, looptijd, rentekosten, onderpand en afbetaling zijn begrippen die met ‘lenen’ te maken hebben.
39
21121_AW_revisie.fm Page 40 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. 2 Het antwoord staat in de tabel. Soort product
Doorlopend krediet
Persoonlijke lening
Computer
X
X
Kleding
X
Motorboot
X
Scooter
X
Mobiele telefoon
X
Eten en drinken
X
Slaapkamermeubel
Tweede hypotheek
X
Verbouwing kamer
X
Auto
X
3 4
5
6 Aanbieder
Geen antwoord aanwezig. Zij hebben de voorwaarde ‘eigen huis bezit’ opgenomen, omdat zij een onderpand nodig hebben als zekerheid voor de lening. Zij ‘ruilen’ de persoonlijke lening met de overwaarde van een huis. Dit is een belastingtechnische oplossing. De volgende voorwaarden zijn niet in de figuur genoemd: bankkosten, minimum startbedrag, rentebedrag per jaar, aflossingsbedrag, looptijd, boetebedrag bij vervroegd aflossen, effectieve rente (rente + kosten) en toetsing BKR in Tiel. Dit zijn juist erg belangrijke zaken. Instellingen vermelden vaak alleen de rente als ‘reclame’ voor het product. De mogelijkheden zijn aangekruist in de tabel.
Personal computer € 1.250,-
Scooter € 2.400,-
Mobiele telefoon abonnement € 19,95 per maand
Verbouwing slaapkamer € 5.000,-
Comford-card
Te hoog bedrag
Te hoog bedrag
X
Te hoog bedrag
Postkrediet
Geen eigen huis
Geen eigen huis
Geen eigen huis
Geen eigen huis
Demir-Halk Bank
X
X
Te laag bedrag
X
OHRA
X
X
Te laag bedrag
X
Finansbank
X
X
Te laag bedrag
X
Rabobank
X
X
X
X
40
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 41 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Afsluiting De antwoorden zijn: a Je moet natuurlijk op alle zaken letten, maar de belangrijkste zijn de soort bank, de looptijd en de voorwaarden. De rente, aflossing en het onderpand hangen altijd samen met de looptijd. b Je kunt tussentijds van een lening af, door de lening vervroegd af te lossen. Vaak moet je dan wel een boete betalen. Lees altijd de voorwaarden en reken uit wat het voordeligst is: aflossen of doorlenen. c Geen antwoord aanwezig. d Geen antwoord aanwezig. e Geen antwoord aanwezig. Opdracht 3.6
Rente ontvangen Oriëntatie De antwoorden zijn: a Bewering 1 is niet waar: Sparen is beter dan beleggen, omdat je bij sparen rente ontvangt. Bij beleggen ontvang je ook ‘rente’, alleen noem je dit dividend of beleggingswinst. b Redenen om te sparen kunnen zijn: • geld opzij (moeten) zetten voor latere uitgaven; • geld opzij zetten om rente te ontvangen; • geld bewaren, omdat je er nu niets mee doet. c Geen antwoord aanwezig. d Geen antwoord aanwezig. e Het antwoord staat in de tabel.
Product
Rekening courant
Vakantie volgend jaar van € 1.050,-
Spaarrekening bank
Spaardeposito
Omdat je pas over één jaar het bedrag wilt uitgeven, kun je nog rente ontvangen
Nieuwe computer over 3 of 4 jaar
Als je nu een bedrag voor langere tijd vastzet, ontvang je hogere rente dan op een spaarrekening
Pre-paid telefoonkosten
Dit zijn vaak wekelijkse kosten en komen dus van je betaalrekening
f
Geen antwoord aanwezig.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig. ❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
41
21121_AW_revisie.fm Page 42 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
2
De aangekruiste omschrijvingen zijn juist. X Een rekening courant is een ander woord voor een betaalrekening. 0 Een rekening courant is een ander woord voor een spaarrekening. 0 Een rekening courant betekent sparen met een vaste looptijd. 0 Een spaarrekening bank heeft altijd 2,5% rente per jaar. X Een spaarrekening bank heeft altijd vrije opname per jaar. 0 Een spaarrekening bank heeft altijd een minimum opnamebedrag per dag. X Een spaardeposito betekent sparen volgens een vast percentage. X Een spaardeposito betekent sparen met een vaste looptijd. 0 Een spaardeposito heeft geen tussentijdse opnamemogelijkheid.
3 4
De rente is € 10,-. Rente op rente betekent dat de rente elk jaar wordt berekend bovenop de rente van vorig jaar.
Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. Opdracht 3.7
Factuur betalen Oriëntatie De antwoorden zijn: a Alle manieren zijn geschikt. b Geen antwoord aanwezig. c Geen antwoord aanwezig. d De goede volgorde is in de tabel aangegeven.
Volgorde
Stap
7
Acceptgiro versturen
6
Acceptgiro ondertekenen
5
Acceptgiro controleren
4
Acceptgiro invullen
3
Invulinformatie bepalen
1
Factuur ontvangen
2
Betaaldatum bepalen
e
42
De volgende beschrijvingen horen bij een betaalopdracht. • Het rekeningnummer is waar het bedrag wordt bijgeschreven. ❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 43 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
• •
De begunstigde is altijd de naam van diegene die geld ontvangt. De handtekening is altijd een handtekening die de bank kent.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Het antwoord staat in de tabel. Onderwerp
Gegevens uit de factuur
Bedrag (inclusief BTW)
€ 57,68
Betalingskenmerk
7072043310454685
Rekeningnummer begunstigde
240125312
Naam begunstigde
Viking
Adres, postcode, woonplaats van de begunstigde
Postbus 3278, 5902 RG Venlo
2
In de figuur is een acceptgirokaart op de juiste manier ingevuld.
3 4 5
Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig. Geen antwoord aanwezig.
Fig. 3.1
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
43
21121_AW_revisie.fm Page 44 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Banken hebben een handtekening van jou op hun computer staan. Banken hebben jouw handtekening nodig om te kunnen controleren of de juiste persoon de opdracht geeft. c Op internet geef je voordat je betalingen gaat doen je handtekening aan de bank. Je krijgt vervolgens een code die je steeds moet invoeren. Dit noem je inloggen. d Geen antwoord aanwezig. e Het antwoord staat in de tabel. Product
Voordelen
Nadelen
Automatische incasso-opdracht
- De bank voert steeds dezelfde opdracht op dezelfde tijd uit: zo vergeet je niet te betalen. - Bedrijven ontvangen steeds op tijd hun geld - Soms krijg je ‘betaalkorting’ bij het geven van een automatische incasso, omdat het voor het bedrijf goedkoper is.
- Je kunt je uitgaven niet spreiden, omdat ze automatisch afgeboekt worden. - Veel automatische incasso’s volgen direct nadat je loon ontvangt. Je hebt dan direct veel uitgaven. - Als je het niet eens bent met de incasso, moet jij actie ondernemen om het bedrag terug te halen.
Opdracht 3.8
Kopen en verkopen met korting Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord b Geen antwoord c Geen antwoord d De antwoorden
aanwezig. aanwezig. aanwezig. staat in de tabel.
Prijs
Korting
Schatting verkoopprijs
€ 49,99
10%
€ 45,- (ongeveer € 5,- minder)
€ 500,-
5%
€ 475,- (5% is € 25,-)
€ 21,00
2%
€ 17,- (ongeveer € 4,- minder)
e f
Geen antwoord aanwezig. Ja, je moet altijd eerst de BTW betalen. Als je zelf een bedrijf hebt en het product voor je bedrijf koopt, kun je deze belasting terugvragen.
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord aanwezig.
44
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 45 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
2
De antwoorden staat in de tabel.
Nr.
Soort product
Berekening
Verkoopprijs
VB
Boeket bloemen inkoopprijs + opslag = € 13,75
a - Korting = 5%
a € 13,75 − 5% = € 13,06
b - Aanbieding: 2 voor de prijs van 1
b € 13,75 : 2 = € 6,90 (afgerond) per boeket
Goudvis inkoopprijs + opslag = € 1,75
a - Korting = 10 %
a 10% = 0,18 € 1,75 − 0,18 = € 1,57
b - Aanbieding: 4 halen en 3 betalen
b € 1,75 × 3 = € 5,65 voor 4 stuks
a - Korting = 25 %
a 25% is € 250,€ 1.000,- − € 250,- = € 750,-
1
2
3
4
Paardentrailer inkoopprijs + opslag = € 1.000,-
b - Aanbieding: € 50,korting of 4 extra accessoires
b € 1.000,- − € 50,- = € 950,-
Varken inkoopprijs + opslag = € 25,50
a - Korting = 0 %
a-
b - Aanbieding: bij afname van 50 stuks 10% korting
b 50 biggen = 50 × 25,50 = € 1.225. 10% van € 1.225 = € 122,50. € 1.225 − € 122,50 = € 1.102,50 voor 50 biggen
Conifeer 2.00 m inkoopprijs + opslag = € 35,00
a - Korting = 10 %
a € 35,00 − 10% = € 31,50
b - Aanbieding: 3 halen, 2 betalen
b € 35 × 2 = € 70,- voor 3 stuks
3
Een voorbeeld van een aanbiedingszin voor varkens is: “Novemberaanbieding: meer spek voor minder geld!”
Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b Geen antwoord aanwezig. c Als verkoper moet je ook kortingen, BTW en aanbiedingsprijzen kunnen berekenen, zodat je kunt beoordelen of de prijs goed is.
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
45
21121_AW_revisie.fm Page 46 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
d
Het antwoord staat in de tabel.
Soort product + normale prijs
Aanbieding / Korting
Dit is een goede aanbieding
Reden
Een boeket bloemen € 12,50
Voor moederdag: twee boeketten voor € 24,99
Nee
Er is maar € 0,01 korting!
25 kg konijnenvoer € 20,-
Zomeraanbieding: 1 kg voor € 0,90
Nee
Een kg kost normaal: € 20 : 25 = € 0,80
Een set tuinmeubelen € 249,-
Winteraanbieding: tuinmeubelenkorting 5%
Ja
Het is wel een magere korting voor een winteraanbieding
Inenting longwormen runderen
Bij elke inentingsronde: € 25,- korting op de voorrijkosten
Ja
Meestal zijn de voorrijkosten ongeveer € 40,-, nu betaal je slechts € 15,-
Haagconiferen
Nu 3 halen, 4 betalen
Nee, zeker niet
De aanbieding zou moeten zijn: Nu 4 halen, 3 betalen
Opdracht 3.9
Rente berekenen bij sparen Oriëntatie De antwoorden zijn: a Geen antwoord aanwezig. b De antwoorden staan in de tabel.
Nr.
Begrip
Verklaring
1
Rente
Vergoeding voor sparen bij de bank.
2
Gemiddelde rentevergoeding per jaar
Op 1 januari staat er € 1.000,- op de spaarrekening. Op 1 juli neem je € 250,op. Er staat een halfjaar € 1.000,- en een halfjaar € 750,- op. Gemiddeld staat er dan ongeveer (€ 1.000,- + € 750,-) : 2 = € 875,- op. Over dit bedrag krijg je de rentevergoeding.
3
Rente per 1 januari
Dit is de ingangsdatum van de rente die vermeld wordt.
4
4 jaar - 2,5%
In het vierde jaar ontvang je gemiddeld 2,5% rente per jaar.
c
46
Rendement is de opbrengst van een spaarrekening. Dus de renteopbrengst minus de kosten van de rekening.
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE
21121_AW_revisie.fm Page 47 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
d
Het antwoord staat in de tabel.
Bewering
Waar
Banken bieden veel verschillende spaarrekeningen aan, omdat er veel klanten zijn.
X
Banken willen graag dat je komt sparen, zodat zij over geld beschikken om te ondernemen.
X
Sparen is geld met geld maken, omdat je rente ontvangt.
X
Door te sparen kun je genoeg ontvangen voor uitgaven in de toekomst.
Niet waar
X Dit hangt van de spaarvorm af
Sparen is hetzelfde als beleggen, alleen de plaats van het geld verschilt.
X
Elke bank mag zijn eigen spaarvormen bedenken met eigen rentes.
X
De spaarrekening met het hoogste rentepercentage is de beste.
X Dit hangt van de voorwaarden af
Als je € 1.000,- spaart tegen 3% rente, levert dat het eerste jaar € 33,- op.
X € 30,-
Iedereen kan altijd een spaarrekening bij een willekeurige bank openen.
X Je moet aan de voorwaarden voldoen
❑ INKOMSTEN EN UITGAVEN
Uitvoering De antwoorden zijn: 1 Geen antwoord 2 Geen antwoord 3 Geen antwoord 4 Geen antwoord 5 Geen antwoord 6 Geen antwoord 7 Geen antwoord
aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig.
Afsluiting De antwoorden zijn: a Geen antwoord b Geen antwoord c Geen antwoord d Geen antwoord
aanwezig. aanwezig. aanwezig. aanwezig.
47
21121_AW_revisie.fm Page 48 Tuesday, July 24, 2012 10:51 AM
e
48
Bij een spaarrekening moet je de SPAARVORMEN onderzoeken en de RENTEPERCENTAGES. Daarnaast moet je de VOORWAARDEN kennen, zodat je weet of je wel of niet OPNAMEBOETE moet betalen. Ook is het belangrijk om LOOPTIJD te onderzoeken om het meeste RENDEMENT te halen. Zelf moet je bepalen of je PERIODIEK wilt sparen of dat je een bedrag IN EEN KEER vast zet. Dat hangt af van je persoonlijke situatie.
❑ AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE