AANGETEKEND Stichting Amsterdamse Lokale en regionale Televisie- en radio Omroep t.a.v. het bestuur Amstel 82 1017 AC AMSTERDAM Datum 25 juli 2005
Onderwerp Sanctievoornemen – AT5
Uw kenmerk
Ons kenmerk JuZa-003648-hd
Contactpersoon Mevr. mr. J.H. de GraafDekkers
Doorkiesnummer (035) 7737 753
Inleiding Hiermee brengen wij u op de hoogte van ons voornemen tot het opleggen van een bestuurlijke boete van € 1.885,- voor het televisieprogramma AT5. Wij hebben in het programma een groot aantal overtredingen geconstateerd met betrekking tot vijf artikelen van de Mediawet. Ten eerste trekken wij de onafhankelijkheid van de omroepinstelling in twijfel met betrekking tot een aantal programmaonderdelen. Vervolgens heeft u een aantal programmaonderdelen ten onrechte laten sponsoren. Voorts heeft u bij een tweetal programmaonderdelen verzuimd de financier van het programmaonderdeel te vermelden. Verder heeft u een reclameboodschap uitgezonden tijdens een programmaonderdeel. Tenslotte bent u in een programmaonderdeel dienstbaar geweest aan het maken van winst door derden. In het radioprogramma Stads FM hebben wij eveneens overtredingen geconstateerd. U ontvangt hiervoor een apart sanctievoornemen. De relevante wetsartikelen zijn weergegeven in de bijlage. 1.
Voorgeschiedenis
Bij brief van 27 september 2004, kenmerk PTZ-006330-jvh, hebben wij u verzocht de integrale opnamen van de radio- en televisieprogramma’s zoals uitgezonden in de week van maandag 20 tot en met zondag 26 september 2004 aan ons toe te zenden. Ook hebben wij verzocht de programmaschema’s die betrekking hebben op deze uitzendweek, de formulieren ‘Opname gegevens Lokale Omroep Radio/Televisie’, een uitzendschema zoals wordt gebruikt door de eindregie, een overzicht van de hoeveelheid uitgezonden reclamezendtijd per zender en alle schriftelijke overeenkomsten die in het kader van sponsoring met derden zijn gemaakt aan ons toe te zenden. Bij brief van 21 oktober 2004, kenmerk PTZ-006999-jvh, hebben wij u in de gelegenheid gesteld het dan nog ontbrekende materiaal alsnog binnen twee weken aan te leveren. Bij brief van 2 november 2004 heeft u alle gevraagde informatie aan ons doen toekomen. Wij hebben het door u opgestuurde materiaal onderzocht met betrekking tot mogelijke overtredingen van de Mediawet. Uit ons onderzoek is het volgende gebleken.
2.1
Onafhankelijkheid van de omroepinstelling (artikel 48 van de Mediawet)
Feiten Op maandag 20 september 2004 heeft u het programmaonderdeel Basta! uitgezonden. Op woensdag 22 september 2004 heeft u de programmaonderdelen Amsterdam.nl/tv, Het verkeer en Noord/Zuidlijn in Beeld uitgezonden. Op zaterdag 25 september 2004 heeft u het programmaonderdeel Aanbouw uitgezonden. Contracten tussen AT5 en de gemeente Met betrekking tot Basta!, Het verkeer, Noord/Zuidlijn in Beeld en Aanbouw heeft u ons contracten doen toekomen. Uit deze contracten blijkt dat AT5 het programmaonderdeel geproduceerd heeft ‘in opdracht van’ de gemeente. De gemeente heeft in alle gevallen een financiële bijdrage aan de totstandkoming van de programmaonderdelen geleverd.1 In het contract met betrekking tot het programmaonderdeel Basta! zijn AT5 en de gemeente tevens overeengekomen dat: ‘Productie van het programma zal plaatsvinden naar eisen van goed en deugdelijk vakmanschap en op basis van het door Opdrachtgever goedgekeurde format’. In het contract met betrekking tot Noord/Zuidlijn in Beeld is tussen AT5 en de gemeente nog het volgende bepaald: ‘Deze opdracht is voor de productie van vijf afleveringen van het programma Noord/Zuidlijn in Beeld conform uw (AT5) offerte d.d. 8 juli 2004’. Tenslotte is in het contract tussen AT5 en de gemeente met betrekking tot het programmaonderdeel Aanbouw nog het volgende overeengekomen: ‘U (AT5) wordt verzocht voor rekening van de Dienst Ruimtelijke Ordening het volgende te leveren/verrichten (..)’. Vermelding gemeente tijdens leader Tijdens de leader van Amsterdam.nl/tv vermeldt een voice-over: ‘Dit is een programma van de gemeente Amsterdam’. Relevante bepalingen Op deze overtreding is artikel 48 van de Mediawet van toepassing. Voorlopig standpunt Op grond van artikel 48 van de Mediawet is de omroepinstelling verantwoordelijk voor de inhoud van haar programma. Bij de programmaonderdelen Amsterdam.nl/tv, Het verkeer, Noord/Zuidlijn in Beeld, Aanbouw, en Basta! heeft de gemeente een (financiële) bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de programmaonderdelen. Op grond van de wet is dat toegestaan, maar daarbij geldt dat de omroepinstelling te allen tijde verantwoordelijk is en blijft voor de vorm en inhoud van het programmaonderdeel. Alhoewel de programmaonderdelen belangrijke informatie voor de inwoners van Amsterdam bevatten, concluderen wij op grond van de contracten dat u niet de volledige verantwoordelijkheid voor de vorm en inhoud van het programma draagt. In het contract met betrekking tot het programmaonderdeel Basta! is bepaald dat de productie van het programma plaats zal vinden op basis van het door de gemeente goedgekeurde format. Voorts lijkt het er met de vermelding ‘Dit is een programma van de gemeente Amsterdam’ tijdens de leader van Amsterdam.nl/tv op dat u de verantwoordelijk met betrekking tot het programmaonderdeel uit handen heeft gegeven. 1
De financiële bijdrage aan de programmaonderdelen is geleverd door respectievelijk Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, Bureau Stadsregie, Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer, Dienst Ruimtelijke Ordening en Dienst Wonen. Dit zijn allen gemeentelijke diensten. JuZa-003648-hd • blad 2
Overigens dienen op grond van artikel 13c, tweede lid, sub c, van de Mediawet de programma’s van de publieke omroep onafhankelijk te zijn van overheidsinvloeden. Op grond van bovengenoemde feiten zijn wij voorlopig van oordeel dat u de genoemde wettelijke verantwoordelijkheid niet heeft kunnen waarmaken. Wij verzoeken u op de hoorzitting eventuele (sponsor)contracten over te leggen met betrekking tot het programmaonderdeel Amsterdam.nl/tv. Dit verzoek heeft ook betrekking op mondelinge afspraken. Sanctievoornemen Het verkeer – Noord/Zuidlijn in beeld – Aanbouw – Amsterdam.nl/tv – Basta! Bij overtreding van het bepaalde in artikel 48 van de Mediawet geldt voor u als publieke lokale omroepinstelling een berekeningsgrondslag van € 675,-. Wij zijn voornemens voor de ernst van de overtreding 1 punt toe te kennen. Hierbij nemen wij in overweging dat u de eindverantwoordelijkheid uit handen heeft gegeven en u zich hiertoe contractueel ook heeft verplicht. Wij zijn voornemens geen punten toe te kennen voor de mate van verwijtbaarheid. Hiervoor zijn ons geen bijzondere feiten of omstandigheden gebleken. Wij zijn derhalve voornemens u in totaal een boete op te leggen van € 675,2.2
Programmaonderdeel ten onrechte gesponsord (artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet)
Feiten Aanbouw Op zaterdag 25 september 2004 heeft u het programmaonderdeel Aanbouw uitgezonden. Op de aftiteling staat ondermeer: ‘Dit programma werd mogelijk gemaakt door: Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam’. Clubagenda Op vrijdag 24 september 2004 heeft u het programmaonderdeel Clubagenda uitgezonden. Tijdens het informatieve programmaonderdeel Clubagenda wordt middels tekst-in-beeld een overzicht gegeven van dansavonden in diverse uitgaansgelegenheden. Het programmaonderdeel werd vooraf gegaan door een sponsorbillboard met de vermelding: ‘Clubagenda wordt mede mogelijk gemaakt door Hotel Arena Tonigt, Club Latido, Panama “Club Classic”, Melkweg, The power zone, Zyon’. Uitflits Op 20 september 2004 heeft u het dagelijkse informatieve programmaonderdeel Uitflits uitgezonden. Vanaf 24.00 tot 18.00 uur wordt Uitflits ieder heel en half uur herhaald. Uit de door u opgestuurde sponsorovereenkomst blijkt dat Uitflits door AT5 wordt geproduceerd in opdracht van Stichting Amsterdams Uit Buro. Stichting Amsterdams Uit Buro levert een geldelijke bijdrage aan het programmaonderdeel. Aan het eind van het programmaonderdeel verschijnt het logo van het Amsterdam Uit Buro in beeld, met daaronder de tekst: ‘Informatie en kaartverkoop www.uitburo.nl 0900-0191 (40 cpm) Ticketshop hoek Leidseplein/Marnixstraat’.
JuZa-003648-hd • blad 3
Relevante bepalingen Op deze overtredingen is artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet van toepassing. Voorlopig standpunt In artikel 1, onderdeel ll, van de Mediawet is vastgesteld dat onder sponsoren van een programmaonderdeel wordt verstaan het verstrekken van financiële of andere bijdragen door een particuliere onderneming die zich gewoonlijk niet bezighoudt met omroepactiviteiten of met de vervaardiging van audiovisuele producties, ten behoeve van de totstandkoming van een programmaonderdeel, teneinde de uitzending daarvan als programmaonderdeel te bevorderen of mogelijk te maken. Aanbouw Uit de aftiteling blijkt dat ondermeer het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam een (financiële) bijdrage aan het programmaonderdeel heeft geleverd. Aanbouw is een informatief programmaonderdeel en mag op grond van artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet niet worden gesponsord. Het Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam is een bedrijf van de gemeente dat deelneemt aan het economische verkeer door bijvoorbeeld het uitgeven van erfpacht en het beheren van onroerend goed. De bijdrage van Ontwikkelingsbedrijf Gemeente Amsterdam is daarom niet toegestaan. Naar ons voorlopig oordeel heeft u artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet overtreden. Clubagenda Uit de sponsorvermelding blijkt dat Hotel Arena Tonigt, Club Latido, Panama “Club Classic”, Melkweg, The power zone, Zyon Clubagenda gesponsord hebben. Het informatieve programmaonderdeel Clubagenda valt niet onder de uitzonderingen zoals genoemd in artikel 52a, tweede lid, van de Mediawet. Het is daarom niet toegestaan Clubagenda te sponsoren. U heeft hiermee naar ons voorlopig oordeel artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet overtreden. Uitflits Uit het door u opgestuurde contract blijkt dat Stichting Amsterdams Uit Buro Uitflits gesponsord heeft. Het programmaonderdeel Uitflits is een informatief programmaonderdeel en mag ingevolge artikel 52a, van de Mediawet niet worden gesponsord. De uitzonderingen van artikel 52a, tweede lid, van de Mediawet zijn niet van toepassing. U heeft hiermee naar ons voorlopig oordeel artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet overtreden. Overigens is de wijze waarop u de sponsor vermeld heeft niet juist. Een sponsor dient vermeld te worden overeenkomstig artikel 52b, eerste lid, van de Mediawet jo. artikel 9 van de BSPO. Daarnaast is een sponsorvermelding zodanig weergegeven dat zij niet voldoet aan de definitie van een reclameboodschap. Artikel 11, van de BSPO bepaalt wanneer sprake is van een wervende sponsorvermelding. Omdat u het telefoonnummer, internetadres en het adres (diensten van de sponsor) vermeldt is op grond van artikel 11, sub f, van de BSPO sprake van een wervende sponsorvermelding.
JuZa-003648-hd • blad 4
Sanctievoornemen Aanbouw/Clubagenda/Uitflits Bij overtreding van het bepaalde in artikel 52a, eerste lid, van de Mediawet geldt voor u als publieke lokale omroepinstelling een berekeningsgrondslag van € 175,-. Voor de ernst van de overtreding zijn wij voornemens 3 punten toe te kennen omdat u in drie programmaonderdelen artikel 52a, eerste lid van de Mediawet heeft overtreden. Voor de mate van verwijtbaarheid zijn wij voornemens geen punten toe te kennen. Daartoe zijn ons geen bijzondere feiten of omstandigheden gebleken. Wij zijn derhalve voornemens u in totaal een boete op te leggen van € 525,2.3
Onjuiste vermelding financier (artikel 52b, vierde jo. eerste lid, van de Mediawet)
Feiten Amsterdam.nl/tv Op woensdag 22 september 2004 heeft u het informatieve programmaonderdeel Amsterdam.nl/tv uitgezonden. Tijdens de leader van het programmaonderdeel vermeldt een voice-over: ‘Dit is een programma van de gemeente Amsterdam’. Basta! Op 20 september 2004 heeft u het programmaonderdeel Basta! uitgezonden. Uit de door u opgestuurde sponsorovereenkomst blijkt dat Basta! door AT5 wordt geproduceerd in opdracht van Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling levert een financiële bijdrage aan het programmaonderdeel. Wettelijke bepalingen Op deze overtredingen is artikel 52b, vierde jo. eerste lid, van de Mediawet van toepassing. Voorlopig standpunt Amsterdam.nl/tv Wij gaan ervan uit dat de gemeente Amsterdam een bijdrage heeft geleverd aan de totstandkoming van het programmaonderdeel. U heeft deze bijdrage echter niet aan het begin en/of het einde van het programmaonderdeel vermeld. De vermelding tijdens de leader merken wij namelijk niet aan als een mededeling aan het begin van het programmaonderdeel in de zin van artikel 52b, eerste lid, van de Mediawet. Naar ons voorlopig oordeel heeft u hiermee artikel 52b, vierde jo. eerste lid, van de Mediawet overtreden. Basta! U heeft de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling niet aan het begin en/of einde van het programmaonderdeel als financier van het programmaonderdeel vermeld. U heeft derhalve niet aan de wettelijke verplichting voldaan de kijker op de hoogte te stellen van het feit dat DMO een financiële bijdrage aan het programmaonderdeel heeft geleverd. Naar ons voorlopig oordeel heeft u derhalve artikel 52b, vierde jo. eerste lid, van de Mediawet overtreden.
JuZa-003648-hd • blad 5
Sanctievoornemen Amsterdam.nl/tv / Basta! Bij overtreding van het bepaalde in artikel 52b, vierde jo. eerste lid van de Mediawet geldt voor u als publieke lokale omroepinstelling een berekeningsgrondslag van € 175,-.
Voor de ernst van de overtreding zijn wij voornemens 1 punt toe te kennen. Hierbij nemen wij in overweging dat u tijdens het programmaonderdeel Basta! de financier van het programmaonderdeel in het geheel niet genoemd heeft. Voor de mate van verwijtbaarheid zijn wij voornemens geen punten toe te kennen. Daartoe zijn ons geen bijzondere feiten of omstandigheden gebleken. Wij zijn derhalve voornemens u in totaal een boete op te leggen van € 175,2.4
Reclameboodschap tijdens programmaonderdeel (artikel 52, eerste lid, van de Mediawet)
Feiten Amsterdam.nl/tv Op woensdag 22 september 2004 heeft u het informatieve programmaonderdeel Amsterdam.nl/tv uitgezonden. Tijdens het item ‘De Bongerd’ vermeldt de voice-over: ‘De Bongerd wordt hét tuindorp van de 21ste eeuw. Hier komen 1.600 nieuwbouwwoningen, op 15 minuten fietsafstand van de binnenstad, grenzend aan het groene Waterland. Én met de NDSM-pont nu nog sneller te bereiken. Kóm zaterdag 25 september naar de verkoopdag De Bongerd, Verstuiverstraat 20 in Amsterdam Noord. Kijk ook op www.wonenindebongerd.nl (…)’. Het internetadres wordt vervolgens linksonder in beeld getoond. Relevante bepalingen Voor deze overtreding is artikel 52, eerste lid, van de Mediawet van toepassing. Voorlopig standpunt Artikel 1, sub kk, van de Mediawet bepaalt dat een reclameboodschap een boodschap is, niet zijnde een telewinkelboodschap, waarmee onmiskenbaar wordt beoogd het publiek te bewegen tot het kopen van een bepaald product of het gebruik maken van een bepaalde dienstverlening, dan wel gunstig te stemmen ten aanzien van een bepaald bedrijf, een bedrijfstak of een bepaalde instelling. De vermelding ‘Kóm zaterdag 25 september naar de verkoopdag De Bongerd, Verstuiverstraat 20 in Amsterdam Noord’ is een rechtstreekse oproep aan het kijkerspubliek om één van de huizen in de Bongerd te kopen. Daarbij wordt de commerciële internetsite van het project de Bongerd getoond en vermeld. Op de site is onder meer te lezen wat voor soort woningen te koop zijn, kan men meer informatie opvragen over de koopwoningen en worden adressen van makelaars getoond. Het oproepen tot kopen van de woningen met daarbij het vermelden van de commerciële website van het project is een reclameboodschap. U heeft derhalve een reclameboodschap uitgezonden tijdens een programmaonderdeel. Op grond van artikel 52, eerste lid, van de Mediawet is dat niet toegestaan. U heeft derhalve naar ons voorlopig oordeel artikel 52, eerste lid, van de Mediawet overtreden. JuZa-003648-hd • blad 6
Sanctievoornemen Bij overtreding van het bepaalde in artikel 52, eerste lid, van de Mediawet geldt voor u als publieke lokale omroepinstelling een berekeningsgrondslag van € 510,-. Voor de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid zijn wij voornemens geen punten toe te kennen. Daartoe zijn ons geen bijzondere feiten of omstandigheden gebleken. Wij zijn voornemens u een boete op te leggen van € 510,2.5
Dienstbaar aan maken winst door derden (artikel 55, eerste lid, van de Mediawet)
Feiten The Joy of Painting with Bob Ross Op zondag 26 september 2004 heeft u het programmaonderdeel The Joy of Painting with Bob Ross uitgezonden. Het betreft een buitenlands programmaonderdeel uit 1990. U heeft het programmaonderdeel uitgezonden inclusief de oorspronkelijke aftiteling. Na afloop van die aftiteling wordt gedurende 5 seconden de volgende tekst getoond: ‘BOB ROSS TXT 227 www.bobross.nl’. De vermelde website bevat een omvangrijke webwinkel, waar allerlei schildermateriaal en Bob Ross-merchandise gekocht kan worden. Ook bevat de site een aanbieding in samenwerking met AT5: bij aanschaf van een serie puzzels krijgt men er één gratis. Op de AT5-teletekstpagina wordt op subpagina 1 vermeld: ‘De legendarische Amerikaanse kunstenaar met zijn veelgeroemde schilderlessen’ en wordt vermeld dat via een telefoonnummer per direct Bob Ross serie 22 en bijbehorend boek te bestellen is. Op subpagina 2 staan vier legpuzzels vermeld, die besteld kunnen worden middels het overmaken van geld op een bankrekeningnummer. Op subpagina 3 wordt het adres met telefoonnummer vermeld van een winkel waar men Bob Ross Geschenkenartikelen en materialen kan kopen. Op de website van AT5 (www. at5.nl) is dezelfde informatie als op de teletekstpagina te lezen. Relevante bepalingen Op deze overtreding is artikel 55, eerste lid, van de Mediawet van toepassing. Voorlopig standpunt Uit artikel 55, eerste lid, van de Mediawet volgt dat instellingen die zendtijd hebben verkregen, met al hun activiteiten niet dienstbaar zijn aan het maken van winst door derden. Desgevraagd tonen zij dit ten genoegen van het Commissariaat voor de Media aan. Uit jurisprudentie van de Raad van State blijkt dat alleen normaal economisch handelen, waarbij niet meer dan normale winst wordt gemaakt is toegestaan (uitspraak van 2 september 1991, nr. R01.89.3460). U heeft zowel op uw teletekstpagina als op internet Bob Ross aangeprezen en de kijker de mogelijkheid geboden Bob Ross legpuzzels te bestellen. De door u getoonde website van Bob Ross (aan het einde van het programmaonderdeel) bevat onder andere een omvangrijke webwinkel. Met het tonen van de website heeft u de kijker aangezet tot het bezoeken van de site. Bob Ross Inc. heeft in samenwerking met de omroep een introductieaanbieding aangeboden. Een dergelijke samenwerking is naar ons voorlopig oordeel geen normaal economisch handelen voor een publieke omroepinstelling. De omroep heeft zich hiermee naar ons voorlopig oordeel in dienst gesteld van het commerciële bedrijf van Bob Ross en bijgedragen aan het verkopen van Bob Ross legpuzzels. Met bovengenoemde activiteiten heeft AT5 zich dienstbaar gemaakt aan het maken van winst door Bob Ross Inc. U heeft derhalve naar ons voorlopig oordeel artikel 55, van de Mediawet overtreden. JuZa-003648-hd • blad 7
Wij verzoeken u op de hoorzitting ten genoegen van ons aan te tonen dat u niet dienstbaar bent geweest aan het maken van winst door derden. Tevens verzoeken wij u op de hoorzitting eventuele contracten/afspraken met Bob Ross Inc. aan ons over te leggen. Dit verzoek heeft ook betrekking op mondelinge afspraken. Sanctievoornemen Bij overtreding van het bepaalde in artikel 55, eerste lid, van de Mediawet geldt voor u als publieke lokale omroepinstelling een berekeningsgrondslag van € 675,-. Wij stellen u in de gelegenheid uw zienswijze op dit punt naar voren te brengen alvorens wij de (hoogte van) de sanctie vaststellen. 3.
Sanctievoornemen
Op grond van artikel 135, eerste lid, van de Mediawet, kunnen wij u een bestuurlijke boete opleggen bij overtreding van het bepaalde bij of krachtens de Mediawet. Ingevolge de Beleidslijn Sanctiemaatregelen 1999 hanteren wij bij het bepalen van de hoogte van de boete vaste berekeningsgrondslagen die met factoren voor de ernst van de overtreding en voor de mate van verwijtbaarheid worden vermenigvuldigd. Per 31 december 2003 is artikel 135, eerste lid, van de Mediawet gewijzigd. Met deze wijziging zijn de wettelijke boetemaxima herzien. De artikelen 2.6 en 2.7 van de Beleidslijn Sanctiemaatregelen geven nadere invulling aan artikel 135 van de Mediawet door middel van het vaststellen van een berekeningsmethodiek. Voor het berekenen van de berekeningsgrondslag met betrekking tot overtredingen begaan na 31 december 2003, baseren wij ons op deze berekeningsmethodiek waarbij wij uitgaan van de wettelijke boetemaxima, zoals vastgesteld bij de bovengenoemde wetswijziging. Totaal Wij zijn voornemens u voor overtreding van de artikelen 48, 52a, eerste lid, 52b vierde jo. eerste lid, en artikel 52, eerste lid, van de Mediawet in het televisieprogramma AT5 een boete op te leggen van in totaal € 1.885,4.
Hoorzitting
Voordat wij een besluit nemen stellen wij u in de gelegenheid uw zienswijze naar voren te brengen. Wij nodigen u daarom uit voor een hoorzitting op woensdag 10 augustus 2005 om 13:30 uur bij het Commissariaat voor de Media, aan de Hoge Naarderweg 78 te Hilversum. U kunt u tijdens de hoorzitting door derden laten bijstaan of vertegenwoordigen. Het horen zal geschieden door mevrouw mr. I. Brakman, commissaris, mevrouw mr. J.H. de Graaf-Dekkers, jurist, en mevrouw J. Van Heijningen, medewerkster Afdeling Programmatoezicht.
Indien u geen gebruik maakt van de mogelijkheid te worden gehoord, verzoeken wij u dit uiterlijk een week voor de hoorzitting aan ons bekend te maken.
JuZa-003648-hd • blad 8
Eventuele schriftelijke opmerkingen kunnen tot uiterlijk een week voor de hoorzitting bij het Commissariaat voor de Media worden ingediend.
Hoogachtend, COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA,
prof. dr. Jan van Cuilenburg voorzitter
Bijlage: - Relevante wetsartikelen
JuZa-003648-hd • blad 9
mr. Inge Brakman commissaris
Bijlage: Relevante wetsartikelen Mediawet Artikel 1, sub kk, van de Mediawet: kk. reclameboodschap: boodschap, niet zijnde een telewinkelboodschap, waarmee onmiskenbaar wordt beoogd het publiek te bewegen tot het kopen van een bepaald product of het gebruik maken van een bepaalde dienstverlening, dan wel gunstig te stemmen ten aanzien van een bepaald bedrijf, een bedrijfstak of een bepaalde instelling teneinde de verkoop van producten of de afname van diensten te bevorderen; Artikel 1, onderdeel ll, van de Mediawet: ll. onder sponsoren van een programmaonderdeel wordt verstaan het verstrekken van financiële of andere bijdragen door een particuliere onderneming die zich gewoonlijk niet bezighoudt met omroepactiviteiten of met de vervaardiging van audiovisuele producties, ten behoeve van de totstandkoming van een programmaonderdeel, teneinde de uitzending daarvan als programmaonderdeel te bevorderen of mogelijk te maken. Artikel 48, van de Mediawet: Iedere instelling die zendtijd heeft verkregen bepaalt, onverminderd het bij of krachtens de wet bepaalde, vorm en inhoud van haar programma en is verantwoordelijk voor hetgeen in haar zendtijd wordt uitgezonden. Artikel 52, eerste lid, van de Mediawet: 1. De programma's van instellingen die zendtijd hebben verkregen bevatten geen reclameboodschappen en telewinkelboodschappen tenzij zulks bij deze wet uitdrukkelijk wordt toegestaan. Artikel 52a, van de Mediawet: 1. Programma-onderdelen van instellingen die zendtijd hebben verkregen worden niet gesponsord. 2. Het eerste lid is niet van toepassing op: a. programma-onderdelen van culturele aard; b. programma-onderdelen, bestaande uit het verslag of de weergave van een of meer sportevenementen of sportwedstrijden; c. programma-onderdelen bestaande uit het verslag of de weergave van evenementen ten behoeve van ideële doeleinden. 3. Programma-onderdelen als bedoeld in het tweede lid worden niet gesponsord indien: a. deze geheel of gedeeltelijk bestaan uit nieuws, actualiteiten of politieke informatie; of b. in het bijzonder zijn bestemd voor minderjarigen beneden de leeftijd van twaalf jaar. Artikel 52b, van de Mediawet: 1. In afwijking van de eerste volzin van artikel 52, tweede lid, worden aan het begin of aan het einde van een gesponsord programma-onderdeel van een instelling die zendtijd heeft verkregen, ter informatie van het publiek alle sponsors vermeld. 2. Met betrekking tot een gesponsord programma-onderdeel voor televisie duurt de vermelding van de sponsors in totaal ten hoogste vijf seconden. De vermelding gebeurt door middel van naam of (beeld)merk. Voor zover de vermelding niet plaatsvindt op de aan- of aftitelrol, bestaat zij uitsluitend uit stilstaande beelden. De vermelding is niet beeldvullend en is voorts zodanig vormgegeven dat zij niet voldoet aan de definitie van reclameboodschap, bedoeld in artikel 1, onderdeel kk. JuZa-003648-hd • blad 10
3. 4.
In een gesponsord programma-onderdeel worden geen produkten of diensten van een sponsor getoond of vermeld, indien deze een sponsorbijdrage in geld heeft verstrekt. Het eerste tot en met derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op een programmaonderdeel waarvoor een overheidsinstelling of een andere instelling dan bedoeld in artikel 1, onderdeel ll, een financiële of andere bijdrage heeft verstrekt ten behoeve van de totstandkoming of aankoop van dat programma-onderdeel, teneinde de uitzending daarvan als programma-onderdeel te bevorderen of mogelijk te maken.
Artikel 55, eerste lid, van de Mediawet: 1. Instellingen die zendtijd hebben verkregen zijn met al hun activiteiten, behoudens het bepaalde in de artikelen 26, 43a, 52 en 52b, niet dienstbaar aan het maken van winst door derden. Desgevraagd tonen zij dit ten genoegen van het Commissariaat voor de Media aan. BSPO Artikel 8, eerste en tweede lid, van de BSPO: 1. In artikel 52b, eerste lid, van de wet, en artikel 31, eerste lid, van het besluit, wordt onder «aan het begin of aan het einde» mede verstaan: aan het begin en aan het einde. 2. Vermelding van de sponsor of evenementensponsor als zodanig, op een andere plaats dan aan het begin of het einde van een programmaonderdeel, is een niet-toegestane vermijdbare reclame-uiting als bedoeld in artikel 52, tweede lid, van de wet, tenzij hiervoor ontheffing is verleend op grond van artikel 52, derde lid, van de wet. Artikel 9, van de BSPO: Het publiek wordt geacht geïnformeerd te zijn op de wijze, bedoeld in artikel 52b, eerste lid, van de wet, indien voorafgaande aan de vermelding van de naam, het handelsmerk, logo of beeldmerk van de sponsor de volgende mededeling duidelijk leesbaar of hoorbaar wordt gedaan: a. «dit programma is (mede) mogelijk gemaakt door» of, b. «dit programma is gesponsord door». Artikel 11, van de BSPO: Een vermelding als bedoeld in artikel 52b, eerste lid, van de wet, en artikel 31, eerste lid, van het besluit, voldoet in ieder geval aan de wettelijke definitie van reclameboodschap, indien: a. een product of dienst dan wel de consumentenverpakking van een product, waarneembaar en identificeerbaar, geheel of gedeeltelijk, wordt vermeld of getoond; b. met gebruikmaking van beeld of geluid, direct of indirect, wordt verwezen naar een product of dienst dan wel de consumentenverpakking van een product; c. aan een naam, handelsmerk, logo of beeldmerk kwalificaties worden gegeven; d. een slagzin, geheel of gedeeltelijk, wordt vermeld of getoond; e. een herkenningsmelodie, geheel of gedeeltelijk, wordt gespeeld; f. een adres, telefoonnummer, faxnummer, e-mail- of internetadres wordt vermeld of getoond; g. de hoofdactiviteit of vestigingsplaats van de sponsor wordt vermeld of getoond, tenzij deze vermelding of vertoning noodzakelijk is voor de verdere identificatie van de sponsor; h. de bedrijfsgebouwen of -middelen van de sponsor, geheel of gedeeltelijk, worden vermeld of getoond; i. de vormgeving duidelijke overeenkomsten vertoond met de vormgeving van een product van de sponsor of van de consumentenverpakking van een product van de sponsor.
JuZa-003648-hd • blad 11