STENOGRAFISCHE NOTULEN VAN DE PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VERGADERING VAN
28 NOVEMBER 2013
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN __________
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013 __________ De vergadering wordt geopend te 14.35 uur. Mevrouw de Gouverneur en de heer Provinciegriffier zijn aanwezig. Tekenden de aanwezigheidslijst: De heer Mevrouw Mevrouw Mevrouw De heer Mevrouw De heer Mevrouw Mevrouw De heer De heer Mevrouw De heer De heer Mevrouw De heer De heer De heer Mevrouw Mevrouw De heer De heer De heer De heer Mevrouw De heer De heer De heer Mevrouw De heer De heer De heer Mevrouw De heer De heer De heer De heer De heer De heer De heer
ARBIB Abdelkarim AVONTROODT Yolande BAETEN Els BAYRAKTAR Aysel BELLENS Peter BOCKX Greet BOLLEN Ivo BOONEN Nicole BRADT Sofie BUNGENEERS Luc CAALS Tom CALISKAN Müzeyyen CALUWÉ Ludwig CORLUY Bert COTTENIE Christ'l CUYT Rony DE COCK Koen DE HAES Jan DE HERT Vera DE LOBEL Hilde DILLEN Koen FEYAERTS Patrick GEUDENS Frank GEYSEN Kris GIELEN Pascale GODDEN Jürgen GOOSSENS Kris HELSEN Koen HENDRICKX Iefke HENS Werner HOFKENS Jan HUIJBRECHTS Jan JACQUES Ilse JANSSEN Patrick JANSSENS Eric KERREMANS Koen LEMMENS Luk MARCIPONT Daniël MEEUS Michel MERCKX Kris
3
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Mevrouw De heer Mevrouw Mevrouw Mevrouw De heer De heer Mevrouw De heer De heer De heer Mevrouw De heer De heer Mevrouw Mevrouw Mevrouw De heer Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw De heer Mevrouw De heer Mevrouw De heer Mevrouw De heer De heer
MICHIELSEN Inge MINNEN Herman MOREAU Livia MUYSHONDT Tine NAERT Nicole PALINCKX Koen PEETERS Bruno PEETERS Marleen RÖTTGER Rik SCHOOFS Hans SELS Frank STEVENS Lili UGURLU Sener VAN EETVELT Roel VAN GOOL Greet VAN HAUTEGHEM Marleen VAN HOFFELEN Karin VAN HOVE Bart VAN HOVE Katleen VAN LANGENDONCK Gerda VAN OLMEN Mien VANALME An VANDENDRIESSCHE Diederik VERHAERT Inga VERHAEVEN Eddy VERLINDEN Linda VOLLEBERGH Steven WECKHUYSEN Wendy WILLEKENS Tim ZANDER Jan
Verontschuldigd: Mevrouw COLSON Mireille en mevrouw GENIETS Benedicte.
4
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De raad is bijeen in openbare vergadering. VOORZITTER.- Goedemiddag, allemaal welkom op de provincieraad van 28 november. Ik heb eerst een mededeling. Op uw bank ligt schema N2. Dit is het laatste blad van het meerjarenplan. Gisteren is er gezien dat het niet was afgedrukt. Het hoort dus bij het meerjarenplan. Mondelinge vragen VOORZITTER.- Mevrouw Avontroodt heeft het woord. Mevrouw AVONTROODT.- Mijnheer de voorzitter, Collega’s, Mijn vraag heeft betrekking op de plaatsing van defibrillatoren door de provincie. Het is met een negatief artikel dat ik op de hoogte ben gesteld dat de provincie wel AEDtoestellen in haar bezit heeft en ze ook geplaatst heeft. Ik had de vraag eigenlijk gesteld aan gedeputeerde Lemmens, of aan gedeputeerde Bellens, maar het is gedeputeerde Peeters die gaat antwoorden. 1. Steunt de aankoop van de defibrillatoren op een provinciaal plan om de provincie in zijn totaliteit hartveilig te maken, of zoveel als mogelijk? 2. Hoeveel toestellen heeft de provincie? 3. Op welke locaties zijn die op vandaag geplaatst? Collega’s, ik heb een vermoeden dat het naar de sportlokalen zal gaan, vermits de bevoegde gedeputeerde zal antwoorden. Zoals u weet is het wel belangrijk om om de 700 meter in landelijk gebied de toestellen binnen het bereik te plaatsen om de tijd tussen een reanimatie en een hartstilstand te verkorten. 4. Op welke manier heeft deze provincie reeds cursussen georganiseerd in de omgeving van de plaatsen waar die toestellen effectief geplaatst werden, en hoeveel mensen hebben die cursussen dan gevolgd? 5. Is de provincie bereid om een sensibilisatieactie op te zetten en een informatiecampagne op te stellen naar inwoners van diverse doelgroepen, onderwijs, veiligheidsdiensten, sportclubs, publieke plaatsen? 6. Is er een subsidie, of kan de provincie een subsidie voorzien voor gemeenten die wel bereid zijn om dergelijke toestellen publiek te plaatsen? Deze vraag komt nadat het in sommige gemeenten niet verder gezet wordt. 7. Op welke manier zal het dossier juridisch dan afgehandeld worden, na de uitspraak van de Raad van State?
5
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Mevrouw Avontroodt, Mijnheer de voorzitter, Mijn voorganger, Bart De Nijn, heeft in 2011 het initiatief genomen om vanuit het budget veiligheid in de provinciegebouwen defibrillatoren te plaatsen. Er zijn er toen 22 geplaatst, en die zijn verspreid over de verschillende gebouwen van de provincie. Dat betekent in de domeinen, in de Arenbergschouwburg, in de musea, enz. Als u dat wenst kan ik u de lijst bezorgen. Het zijn er in totaal 22 op 22 verschillende plaatsen. Op welke manier wordt er begeleiding en worden er cursussen georganiseerd? In alle geval zijn er voor de EHBO-medewerkers van alle diensten, nadat ze geplaatst werden, uiteraard cursussen georganiseerd. Elke EHBO-medewerker is dus in staat om het toestel te gebruiken en eventueel reanimatie uit te voeren. Het is natuurlijk beter dat zoveel mogelijk mensen die toestellen kunnen gebruiken, en niet alleen de EHBO-medewerkers. Daarom hebben we in 2012 verschillende opleidingen georganiseerd op de provinciale entiteiten die een defibrillator hebben geïnstalleerd. Dus ook “leken”, mensen die niet direct betrokken zijn bij EHBO, hebben leren reanimeren en defibrilleren. Dat is georganiseerd door de dienst Personeelsontwikkeling. Momenteel wordt er nu bekeken of zulke opleiding in het standaard opleidingspakket kan gestoken worden. Er zijn geen opleidingsinitiatieven georganiseerd naar de omwonenden, maar wel is vanuit APB Campus Vesta een “serious game” ontwikkeld over het gebruik van het AED-toestel. Dat game kan nog altijd geraadpleegd worden via de website. Er zijn ook opleidingen en werkinstructies verdeeld aan de verschillende diensten om het gebruik van die toestellen toe te lichten. Ook die instructies zijn terug te vinden op het internet van de provincie. Het serious game dat ontwikkeld is door Campus Vesta is dus nog steeds vrij raadpleegbaar en er is blijkbaar een laagdrempelige kennismaking met het gebruik van die toestellen. Er zijn echter geen verdere campagnes gepland op dit ogenblik, en er zijn ook geen subsidies voorzien voor gemeenten die bereid zijn om dergelijke toestellen publiek te plaatsen. Dat betekent, mevrouw Avontroodt: “is er een plan om de provincie hartveilig te maken?” Neen, als dat betekent dat wij heel de provincie en heel het grondgebied van de provincie, en al de gemeenten hartveilig maken vanuit een initiatief van de provincie, dan is dat niet het geval. Maar het is wel het geval wanneer het gaat over de gebouwen, de domeinen en alle diensten van de provincie. Die zijn dus wat dat betreft wel hartveilig in zoverre dat die toestellen goed gebruikt worden. Wat het dispuut betreft van de levering van die defibrillatoren was er inderdaad een probleem met de procedure. Het provinciebestuur heeft op een bepaald moment ook zelf het probleem ingezien en een minnelijke schikking voorgesteld via de Juridische dienst. Op dit ogenblik zal er nog onderhandeld worden met het bedrijf om een schadevergoeding te voorzien, want de toestellen waren geplaatst. We kunnen ze moeilijk er terug uit halen en nieuwe bestellen bij de betrokken firma die protest heeft aangetekend. Maar wij zullen als provincie een schadevergoeding, via een minnelijke schikking, moeten betalen.
6
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
OPENBARE VERGADERING
DEPARTEMENT ALGEMEEN BELEID Griffie
datum kenmerk contactpersoon onderwerp
De leden van de provincieraad
13 november 2013 GF/PAURIHE/3WH11V3E1.DOC Ria Herremans | T 03 240 54 09
[email protected] Provincieraad
Mevrouw, Mijnheer,
Ik heb de eer u mede te delen dat ik bij toepassing van artikel 20 van het provinciedecreet beslist heb de provincieraad bijeen te roepen op donderdag 28 november 2013 om 14.30 uur. U gelieve deze vergadering, die plaats heeft in het Bernarduscentrum, Lombardenvest 23 te 2000 Antwerpen, bij te wonen. Als bijlage zend ik u de agenda. Met bijzondere hoogachting, De voorzitter,
Kris Geysen
Postadres: Koningin Elisabethlei 22 | Kantooradres: Desguinlei 100 | 2018 Antwerpen T 03 240 50 11 | F 03 240 51 95
7
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013 Agenda OPENBARE VERGADERING 0. Provinciale overheid 1. Cultuur 1/1
Subsidies aan verenigingen voor sociaal-cultureel volwassenenwerk. Ontheffing van reglementsbepalingen. Goedkeuring.
1/2
Subsidies 2012-2013 departement Cultuur. Ontheffing van reglementsbepalingen. Goedkeuring.
1/3
Subsidies dienst Erfgoed. Rationalisatie en nieuwe reglementen. Goedkeuring.
1/4
Erediensten. Antwerpen. Islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur). Meerjarenplan 2013. Goedkeuring.
1/5
Erediensten. Antwerpen. Islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur). Budget 2013. Akteneming. Goedkeuring.
1/6
Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw. Budgetwijziging 2013. Akteneming. Goedkeuring.
1/7
Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw. Meerjarenplan 2014 - 2019. Goedkeuring.
1/8
Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw. Budget 2014. Akteneming. Goedkeuring.
1e bijkomende agenda 1/9 Budget 2013. Artikel 762/64013943 - Subsidie voor bijzondere culturele activiteiten - Aanwending van krediet. Goedkeuring.
2. Ruimtelijke ordening, mobiliteit en intercommunales 2/1
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging CIPAL. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/2
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging CIPAL. Ontwerp van statutenwijzigingen. Goedkeuring.
8
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2/3
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging CIPAL. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 13 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
2/4
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEAN. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/5
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEAN. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergadering van 18 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
2/6
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEMO. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/7
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEMO. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 13 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
2/8
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IKA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/9
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IKA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 16 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
2/10
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IOK. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/11
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IOK. Ontwerp van statutenwijzigingen. Goedkeuring.
2/12
Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IOK. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 17 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
2/13
Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVCA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/14
Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVCA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 18 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
2/15
Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVEKA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/16
Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVEKA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 11 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
9
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
2/17
Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging PIDPA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
2/18
Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging PIDPA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 16 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring.
3. Economie, landbouw, innovatie en internationale samenwerking 3/1
Oprichting Autonoom Provinciebedrijf Havencentrum, afgekort APB HC. Vaststellen statuten. Goedkeuring.
3/2
Budget 2013. Machtigingskrediet 520/640. Toegestane subsidie. Artikel 520/64010297/9005000000000. Subsidiëring van het provinciaal economisch beleid. Aanwending van krediet. Goedkeuring.
4. Financiën en logistiek 4/1
Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Diverse wijzigingen budget DMCO. Budget 2013. Verzekeringen. 70. Niet op de functies aanrekenbare verzekeringen - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 050/627. Verzekering personeel. (blz. 36). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 61. Centrale administratie - GO-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 104/742. Overige werkingsopbrengsten. (blz. 8). Vermeerdering van krediet. 70. Centrale administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/611. Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/618. Uitzendkrachten en personen ter beschikking gesteld aan de provincie. (blz. 40). Vermeerdering van krediet.
10
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
91. Centrale administratie - BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/231. ICT-hardware. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. 4/2
Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Financiering van de buitengewone dienst uitgaven. Budget 2013. Overboekingen. 78. Overboekingen - GU-OVERBOEKINGEN. Machtigingskrediet 060/681. Overboeking van gewone naar buitengewone dienst. (blz. 37). Vermeerdering van krediet. 88. Overboekingen - BO-OVERBOEKINGEN. Machtigingskrediet 060/781. Overboeking van de gewone dienst naar de buitengewone dienst. (blz. 70). Vermeerdering van krediet.
4/3
Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Diverse vermeerderingen en verminderingen van kredieten van diverse departementen. Budget 2013. Administratie. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 91. Centrale administratie - BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/240. Meubilair en kantooruitrusting. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Privaat patrimonium. 71. Privaat patrimonium - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 124/613. Algemene werkingskosten. (blz. 42). Vermindering van krediet. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Sport, openluchtrecreatie en parken. 71. Openbare parken en plantsoenen - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 766/611. Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden. (blz. 58). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 766/613. Algemene werkingskosten. (blz. 58). Vermindering van krediet. Budget 2013. Sociale en gezinsvoorzieningen. 72. Sociale voorzieningen - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 801/640. Toegestane subsidies. (blz.63). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Hygiëne. 71. Milieu, omgeving, geluidsoverlast - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 879/613. Algemene werkingskosten. (blz. 66). Vermindering van krediet.
11
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Budget 2013. Administratie. 61. Centrale administratie - GO-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 104/742. Overige werkingsopbrengsten. (blz. 8). Vermeerdering van krediet. 4/4
Terugbetaling loonlast boekhouder departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale Administratie – GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 70. Centrale Administratie – GU–WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/612. Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen. (blz. 30). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 30). Vermindering van krediet. Budget 2013. Rampschade en buitenland. 71. Niet-verdeelbare ontvangsten en uitgaven – GU–WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 150/613. Algemene werkingskosten. (blz. 44). Vermindering van krediet.
4/5
SMCO. Budgetwijziging. Overdracht van middelen inzake aanvullende pensioenfinanciering aan de provinciale vzw's. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermindering van krediet. Budget 2013. Hygiëne. 72. Milieu, omgeving, geluidsoverlast - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 879/640. Toegestane subsidies. (blz. 66). Vermeerdering van krediet.
4/6
Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Budgetwijziging met betrekking tot het verdeelkrediet ‘Subsidiëring provinciaal economisch beleid’. Budget 2013. Handel en ambachten. 72. Niet-verdeelbare ontvangsten en uitgaven - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 520/640. Toegestane subsidies. (blz. 48). Vermeerdering van krediet.
12
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Budget 2013. Administratie. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 40). Vermindering van krediet. 4/7
CLB Budgetwijziging 2013 i.v.m. vervanging audiometer voor medisch onderzoek. Budget 2013. Onderwijs: algemene zaken. 71. Centrum voor leerlingen begeleiding – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 706/613. Algemene werkingskosten. (blz. 52). Vermindering van krediet. 91. Centrum voor leerlingen begeleiding – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 706/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 86). Vermeerdering van krediet.
4/8
Herschikking kredieten voor personeelskost educatieve medewerker talentencentrum in Provinciaal Vormingscentrum Malle. Budget 2013. Secundair onderwijs. 72. Algemeen secundair onderwijs - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 731/640. Toegestane subsidies. (blz. 54). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale Administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet.
4/9
Herschikking kredieten voor realisatie uitbouw Talentencentrum in Provinciaal Vormingscentrum Malle. Budget 2013. Secundair Onderwijs. 72. Algemeen secundair onderwijs – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 731/640. Toegestane subsidies. (blz. 54). Vermindering van krediet. Budget 2013. Jeugdvorming. 72. Jeugdzorg – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 761/640. Toegestane subsidies (blz. 56). Vermeerdering van krediet.
13
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
4/10
Herschikking van kredieten in functie van tekort werkingsmiddelen jeugddienst. Budget 2013. Jeugdvorming. 72. Jeugdzorg – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 761/640. Toegestane subsidies. (blz. 56). Vermindering van krediet. 71. Jeugdzorg – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 761/613. Algemene werkingskosten. (blz. 56). Vermeerdering van krediet.
4/11
Budgetwijziging voor aankoop koelkast kasteel d’Ursel. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 91. Cultuur en ontspanning – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 762/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 88). Vermeerdering van krediet. 71. Cultuur en ontspanning – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/618. Uitzendkrachten en personen ter beschikking gesteld aan de provincie. (blz. 57). Vermindering van krediet.
4/12
Budgetwijziging personeel- en werkingskosten voor project Digitaal Erfgoeddepot. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/612. Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen. (blz. 57). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Administratie. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/612. Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen. (blz. 40). Vermindering van krediet. 70. Centrale administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet.
14
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
91. Centrale administratie – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/211. Concessies, octrooien, licenties, software, knowhow, merken en andere gelijkaardige rechten. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. 4/13
Budgetwijziging project Grote Oorlog en diverse subsidiekredieten Dienst Erfgoed. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. 72. Cultuur en ontspanning - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 762/640. Toegestane subsidies. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 61. Cultuur en ontspanning - GO-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 762/740. Subsidies van overheden, concessies, ristorno's. (blz. 20). Vermindering van krediet. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. 72. Musea - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermindering van krediet. 72. Beeldende kunsten - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 774/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermindering van krediet.
4/14
Dotatieverhoging Zilvermuseum voor verhuis naar en inrichting van gebouw voormalig Etnografisch Museum. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 762/640. Toegestane subsidies. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Openbare bibliotheken. Machtigingskrediet 767/613. Algemene werkingskosten. (blz. 60). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 767/616. Verzekeringen. (blz. 60). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 767/640. Toegestane subsidies. (blz. 60). Vermindering van krediet.
15
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Machtigingskrediet 767/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 90). Vermindering van krediet. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 772/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermindering van krediet. 4/15
Budgetwijziging voor erediensten. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Eredienst en Vrijzinnigencentra. 72. Erediensten - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 790/640. Toegestane subsidies. (blz. 62). Vermeerdering van krediet.
4/16
Dotatieverhoging Zilvermuseum voor aankoop bouwblok voormalig Etnografisch museum/museum voor Volkskunde. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. 72. Musea - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermeerdering van krediet.
4/17
Dotatieverhoging Modemuseum voor elektriciteitskosten. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. 72. Musea - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet.
4/18
Overdracht subsidies met betrekking tot wonen naar subsidies met betrekking tot ouderen; overdracht subsidies met betrekking tot armoede naar subsidies met betrekking tot gehandicapten. Budget 2013. Sociale- en gezinsvoorzieningen. 72. Sociale bijstand - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 831/640. Toegestane subsidies. (blz. 63). Vermindering van krediet.
16
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
72. Gehandicaptenzorg - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 833/640. Toegestane subsidies. (blz. 63). Vermeerdering van krediet. 72. Bejaardenzorg – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 834/640. Toegestane subsidies. (blz. 64). Vermeerdering van krediet. 72. Andere sociale bijdragen (o.m. aan liefdadigheidsinstellingen) – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 849/640. Toegestane subsidies. (blz. 64). Vermindering van krediet. 4/19
Budget 2013. Loonkost voor de aanwerving van een voltijdse projectcoördinator voor het project 'Beleefbare Open Ruimte in de Antwerpse Zuidrand'. Budget 2013. Hygiëne. 62. Ophalen en verwerken van huisvuil - GO-SCHULD. Machtigingskrediet 876/750. Opbrengsten uit financiële vaste activa. (blz. 28). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale Administratie – GU- PERSONEEL Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet.
4/20
Aankoop van twee iPads door het departement ICT voor het departement Leefmilieu. Budget 2013. Hygiëne. 71. Milieu, omgeving, geluidsoverlast - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 879/613. Algemene werkingskosten. (blz. 66). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 91. Centrale administratie – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/231. ICT-hardware. (blz. 82). Vermeerdering van krediet.
4/21
Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Aanpassing van de dotaties van de gewone provinciebedrijven Provinciaal Vormingscentrum Malle (PVM), Zilvermuseum Sterckshof Provincie Antwerpen (ZM) en Modemuseum Provincie Antwerpen (MOMU). Goedkeuring.
4/22
Budget 2013. Evenwicht na de vijfde reeks wijzigingen. Goedkeuring.
17
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
4/23
Provinciale Overheidsopdrachten. Toepassing artikel 43 §2 11° van het provinciedecreet. Leveren van schoonmaakproducten 2014-2018. Plaatsen van de opdracht, gunningswijze en bestek. Goedkeuring.
4/24
Provinciale overheidsopdrachten. Boom. Provinciaal recreatiedomein De Schorre. Aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel. Verrekening nr. 1. Goedkeuring.
4/25
Provinciale overheidsopdrachten. Boom. Provinciaal recreatiedomein De Schorre. Aanleg van een fietsverbinding tussen De Schorre en de Rupeldijk. Fase 2: aanleg van een fietspad tussen de Kapelstraat en de Rupeldijk. Verrekening nr. 3. Goedkeuring.
4/26
Provinciale overheidsopdrachten. Boom. Provinciale scholen voor tuinbouw en techniek. Restauratie historisch waardevolle delen. Fase 1: platte daken en koepel. Verrekening nr. 3. Goedkeuring. (dossiernummer: BenV-OPDR-2012-0113)
4/27
Provinciale overheidsopdrachten. Mechelen. Provinciale scholen voor tuinbouw en techniek. Restauratie van de als monument beschermde delen. Fase 2: klassenvleugel en sanitair blok. Ontwerp. Goedkeuring.
4/28
Mechelen. Aartsbisschoppelijk paleis. Globale renovatie en restauratie. Fase 3: renovatie en restauratie van de oostelijke vleugel met zone burelen en fase 4: renovatie en restauratie van de zuidelijke vleugel met ceremoniële ruimtes. Aangepaste ontwerpen. Goedkeuring.
4/29
Provinciale overheidsopdrachten. Mol. Provinciaal recreatiedomein Zilvermeer. Gebouw "Glinstering aan het Zilvermeer". Renovatie van de verluchting. Ontwerp. Goedkeuring.
4/30
Provinciale overheidsopdrachten. Stabroek. Provinciaal instituut voor technisch onderwijs. Bouwen van een mestopslagplaats. Ontwerp. Goedkeuring.
4/31
Provinciale overheidsopdrachten. Stabroek. Provinciaal instituut voor technisch onderwijs. Bouwen van nijverheidsklassen. Bouwwerken. Ontwerp. Goedkeuring.
4/32
Antwerpen. Gebouw Kronenburgstraat. Renovatie conciërgewoning, zijde Kronenburgstraat. Ontwerp. Goedkeuring.
4/33
Provinciale overheidsopdrachten. Diverse provinciale sites. Sector 1 regio centrum, sector 2 regio noord en
18
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
sector 3 regio zuid. Beveiligingsinstallaties. Raamovereenkomst voor het uitvoeren van onderhouds- en aanverwante werken op afroep tijdens het dienstjaar 2014 (verlengbaar tot 2015, 2016 en 2017). Ontwerp. Goedkeuring. 4/34
Antwerpen. Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Restauratie exterieur. Ontwerpopdracht. Bijkomende uitgaven. Kennisname.
4/35
Antwerpen. Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Verdere interieurrestauratie. Ontwerpopdracht. Bijkomende uitgaven. Kennisname.
4/36
Provinciale overheidsopdrachten. Antwerpen. Provinciaal instituut PIVA. Vernieuwen van het oefenrestaurant en bouwen van een vleugel voor het volwassenenonderwijs. Ontwerpopdracht. Bijkomende uitgaven. Kennisneming.
4/37
Vastgoed. Diverse grondoverschotten. Restpercelen langs voormalige provinciewegen. Overdracht aan betrokken wegbeheerder. Goedkeuring.
4/38
Vastgoed. Mechelen. Fietsostrade Antwerpen-Mechelen. Grondaankoop. Goedkeuring.
4/39
Mol en Meerhout. Zeeploop (A.7.31). Aankoop delen van percelen mevrouw Melis en OCMW Meerhout. Pachtverbrekingsvergoeding de heer Van Sande. Goedkeuring.
5. Onderwijs en jeugd 5/1
Flankerend onderwijsbeleid. Budget 2013. Machtigingskrediet 731/640. Toegestane subsidie. Verdeling van krediet. Goedkeuring.
5/2
Wijziging subsidiereglement 'Erkenning en subsidiëring provinciaal jeugdwerk'. Goedkeuring.
5/3
Diversiteitsproject Kunstbende Antwerpen. Samenwerkingsverband JES vzw. Goedkeuring.
5/4
Project Inclusieve Speelpleinen 2013-2014. Goedkeuring.
6. Energie, communicatie en ICT 7. Recreatie, sport en toerisme
19
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
8. Personeel, organisatieontwikkeling en veiligheid 8/1
Provinciepersoneel. Wijziging rechtspositieregeling. Goedkeuring.
9. Welzijn 9/1
Oprichting Autonoom Provinciebedrijf Provinciaal Documentatiecentrum Atlas, afgekort APB PDA. Vaststellen statuten. Goedkeuring.
9/2
Welzijn. Wonen en Gelijke Kansen. Opheffing van het reglement impulssubsidie aan gemeenten in het kader van samenleven in diversiteit en vervanging door het subsidiereglement lokaal woonwagenbeleid. Goedkeuring.
9/3
Tijdelijke overdracht van restmiddelen uit subsidiekrediet Sociale projecten naar Gouverneur Kinsbergen Centrum. Goedkeuring.
9/4
Budget 2013. Machtigingskrediet 801/640. Rekeningcombinatie 2013/2013/801/64012656/9015000000000/xxxx/ACT040/ 64012656/90000000/10000000/XXXXX - Subsidie voor sociale infrastructuurprojecten - aanwending krediet: één infrastructuurproject. Goedkeuring.
9/5
Budget 2013. Machtigingskrediet 801/640. Rekeningcombinatie 2013/2013/801/64011616/9015000000000/xxxx/ACT040/ 64011616/90000000/10000000/XXXXX - Subsidie voor sociale projecten aanwending krediet: verschillende projecten. Goedkeuring.
9/6
Budget 2013. Machtigingskrediet 831/640. Rekeningcombinatie 2013/2013/831/64012296/9015000000000/xxxx/ACT040/ 64012296/90000000/10000000/XXXXX - Subsidie voor armoedeprojecten - aanwending krediet: verschillende projecten. Goedkeuring.
9/7
Budget 2013. Sociale- en Gezinsvoorzieningen. 72. Gehandicaptenzorg - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 833/640. Toegestane subsidies. (blz. 63/95). Herverdeling van het machtigingskrediet naar aanleiding van de budgetwijziging - 5de reeks wijzigingen 2013. Goedkeuring.
9/8
Budget 2013. Sociale- en Gezinsvoorzieningen. 72. Andere sociale bijdragen (o.m. aan liefdadigheidsinstellingen). – GUOVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 849/640 - Toegestane subsidies. (blz. 64/95). Herverdeling van het machtigingskrediet naar aanleiding van de budgetwijziging – 5de reeks wijzigingen 2013. Goedkeuring.
20
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
10. Europa, plattelandsbeleid en sociale economie 10/1
PDPOII. Wijziging van de samenstelling in de provinciale vertegenwoordiging in het Provinciaal Management Comité. Goedkeuring.
10/2
Provinciale initiatieven. Overdracht middelen sociale economie naar participatiefonds sociale economie binnen GPB PSES. Goedkeuring.
11. Milieu, natuur en Noord-Zuidbeleid 11/1
Provinciale Initiatieven. Intercommunale Vereniging Hooge Maey. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname.
11/2
Provinciale Initiatieven. Intercommunale Vereniging Hooge Maey. Aanduiding provinciale vertegenwoordiger op de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013. Goedkeuring.
12. Waterbeleid 12/1
Provinciale overheidsopdrachten. Toepassing van artikel 43, §2, 11° van het provinciedecreet. Ontwerp-sanering Hanswijkbeek 2.04 Mechelen. Verrekening 1. Goedkeuring.
12/2
Stand van zaken interne staatshervorming doorbraak 63 - waterbeleid en -beheer. Goedkeuring.
12/3
Subsidies Lokaal BEkeKEN toekenning 2012. Goedkeuring.
13. Moties 13/1
Motie in verband met de geplande tram van Brussel naar onze provincie met als eindpunt het ziekenhuis in Reet, ingediend door de heer Steven Vollebergh (Vlaams Belang).
14. Interpellaties 14/1
Interpellatie met betrekking tot de aankoop van het gebouwencomplex van het voormalig Volkskunde- en Etnografisch Museum, ingediend door de heer Kris Merckx (PVDA+).
21
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
1e bijkomende agenda 14/2 Interpellatie in verband met de stopzetting van de subsidiëring van de feestbussen op oudejaarsavond, ingediend door de heer Koen Kerremans (Groen). 14/3
Interpellatie in verband met de mogelijke afstand van het kasteeldomein Pulhof te Wijnegem, ingediend door de heer Jan Huijbrechts (Vlaams Belang).
14/4
Interpellatie met betrekking tot de beslissing van de deputatie van 17 oktober 2013 om de bvba ID&T toelating te geven om in De Schorre een bijzondere infrastructuur op te zetten, ingediend door mevrouw Inge Michielsen (open vld).
14/5
Interpellatie met betrekking tot de vzw Rampenfonds, ingediend door de heer Kris Merckx (PVDA+).
15. BESLOTEN VERGADERING 16. RAAD VAN BESTUUR AUTONOME PROVINCIEBEDRIJVEN
22
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
1. Cultuur Nr. 1/1 van de agenda Subsidies aan verenigingen voor sociaal-cultureel volwassenenwerk. Ontheffing van reglementsbepalingen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De betaalbaarstelling van de subsidie 2013 aan enkele verenigingen voor sociaalcultureel volwassenenwerk, volgens het gelijknamige reglement, levert, net zoals de vorige jaren, problemen op, doordat het geledingen betreft van landelijke organisaties. In concreto gaat het over Femma-Antwerpen (het vroegere KAV-provincie Antwerpen), KWB-Verbond Antwerpen, Landelijke gilden, KVLV-Antwerpen, VCOV, Internationaal Comité-Antwerpen. Deze zes organisaties krijgen, volgens het genoemde subsidiereglement, meer dan 24.789,35 EUR, wat een grensbedrag is in het reglement betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers. De bepalingen van dit reglement stemmen niet helemaal overeen met de bepalingen van het subsidiereglement verenigingen voor sociaal-cultureel volwassenenwerk. Laatstgenoemd reglement gaat uit van de subsidiëring van arrondissementele of provinciale geledingen van doorgaans landelijke organisaties. Deze geledingen hebben doorgaans geen eigen vzw-statuut, waardoor zij geen financiële verslagen (een volledige vermogensboekhouding) kunnen voorleggen die het voornoemde reglement op de reservevorming vereist. Deze geledingen leggen wel financiële verslagen voor waaruit blijkt dat de provinciale subsidie werd aangewend voor het doel waarvoor ze werd toegekend. Femma-Antwerpen (het vroegere KAV-provincie Antwerpen) Af te rekenen subsidie 2012: 61.705 EUR. Uitgaven 2012: 627.285,94 EUR. Femma-Antwerpen heeft geen eigen vermogen. Tekorten worden bijgepast door de landelijke organisatie. Femma vzw eigen vermogen: 5.998.767,10 EUR. KWB-verbond Antwerpen Af te rekenen subsidie 2012: 61.494 EUR. Uitgaven 2012: 447.373,22 EUR. KWB-vzw eigen vermogen: 2.750.126,37 EUR. Landelijke Gilden Af te rekenen subsidie 2012: 33.862 EUR. Uitgaven 2012: 363.120,48 EUR. Landelijke Gilden-provincie Antwerpen heeft geen eigen vermogen. KVLV-Antwerpen Af te rekenen subsidie 2012: 49.106 EUR. Uitgaven 2012: 452.131,29 EUR. Eigen vermogen KVLV-vzw: 1.833.138,03 EUR. VCOV-Federatie Antwerpen vzw Af te rekenen subsidie 2012: 31.774 EUR. Uitgaven 2012: 54.520,35 EUR. Eigen vermogen: 0 EUR.
23
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Internationaal Comité-Antwerpen Af te rekenen subsidie 2012: 31.017 EUR. Uitgaven 2012: 400.019,25 EUR. Eigen vermogen Internationaal Comité vzw: 42.914,70 EUR. Om uit dit formele probleem te geraken en de subsidie 2013 betaalbaar te kunnen stellen, wordt hierbij voorgesteld dat de provincieraad ontheffing zou verlenen van de bepalingen van het reglement op de reservevorming en van het reglement subsidiëring van verenigingen voor sociaal-cultureel volwassenenwerk. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikels 42 en 43 van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Femma, KWB, Landelijke Gilden, KVLV, VCOV en Internationaal Comité worden voor de subsidie 2013 ontheven van de bepalingen van het reglement betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers van 16 december 2010 en van de bepalingen van het reglement Subsidiëring van verenigingen voor sociaal-cultureel volwassenenwerk van 24 november 2011. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 65 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 53 leden hebben ja gestemd; 6 leden hebben nee gestemd; 6 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 53 stemmen ja, bij 6 stemmen nee en 6 onthoudingen. Nr. 1/2 van de agenda Subsidies 2012-2013 departement Cultuur. Ontheffing van reglementsbepalingen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de bestaande subsidiereglementen van het departement Cultuur wordt bepaald dat het saldo van de toegekende subsidie wordt uitbetaald na indiening van de afrekening. Het gaat om volgende subsidiereglementen: 1) projectsubsidies voor roerend materieel en immaterieel cultureel erfgoed (art.7);
24
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2) projectsubsidies voor erkende musea (art.7); 3) projectsubsidies voor niet-erkende musea die streven naar erkenning (art.7); 4) conservatiesubsidies voor roerend cultureel patrimonium eigendom van kerkfabrieken (art.7) 5) subsidiëring van gemeenten ter bescherming en inventarisering van gemeentelijke archieven (art.7). 6) projectsubsidies ter ondersteuning van het streekgericht bibliotheekbeleid (art.10 en 11). Gezien de invoering van een nieuw boekhoudkundig systeem met ingang van 1 januari 2014 en gezien de rationalisatie van de subsidiereglementen, wordt aan uw raad gevraagd om aan de begunstigden van de toegekende subsidies 2012-2013 voor de uitbetaling van het saldo, ontheffing te verlenen van desbetreffende artikels van bovenvermelde provinciale reglementen. Concreet gaat het om de volgende begunstigden: Artikelnummer 2013/762/64012486: projectsubsidies roerend materieel en immaterieel erfgoed 1. Kerkfabriek Sint-Lambertus Geel-Bel – project ‘brochure/cd kerkorgel Geel-Bel’. 2. Koninklijke Fanfare Sint-Cecilia Berlaar vzw - project ‘conservatie vaandel van de fanfare’. 3. Heemkundige Werkgroep Zondereigen – project ’boek/cursus: WO I in onze grensregio’. 4. Algemeen Nederlands Verbond – project ‘herinneringsgrafplaat Charlotte van Bourbon’. 5. Kerkfabriek O.L.Vrouw ten Hemel Opgenomen, Bouwel – project ‘aanpassingswerken toogkast’. 6. Watererfgoed Vlaanderen vzw – project ‘Lillo Waterdorp 2013’. 7. Heemkunde Gouw Antwerpen vzw – project ‘boek: Verhalen uit de eerste wereldoorlog’. 8. Koninklijke Poppenschouwburg Van Campen vzw – project ‘Poppenspel Christoffel Plantijn’ 9. Antwerpse Vereniging voor Romeinse Archeologie vzw – project ‘tentoonstelling Laag per laag’. 10. Kerkfabriek van O.L.Vrouw en Sint-Jozef Booischot – project ‘herstelling en reiniging kasten’. 11. Kerkfabriek Sint-Waldetrudis, Herentals – project ‘inventarisatie en bewaring van textiel’. 12. Abdij Onze-Lieve-Vrouw Nazareth vzw – project ‘restauratie schilderij Gaspar de Crayer’. 13. De kleine expeditie vzw – project ‘ontmoetingsevenement Tussen koning en keizer’. 14. KVLV Retie vzw – project ‘tentoonstelling 100 jaar KVLV in Retie’. 15. Voor Kruis en Beeld vzw – project ‘restauratie gevelbeeld Sint-Antonius met varken’. 16. Vereniging voor Sociaal Erfgoed Provincie Antwerpen – project ‘conservatie 2 vlaggen’. Artikelnummer 2013/771/64013103: projectsubsidies erkende musea 1. Karrenmuseum Essen vzw – project ‘Landbouwvervoer in Vlaanderen’. 2. Stedelijke Musea Lier – project ‘conservatie maquettes herdenkingsmonument WO I’.
25
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikelnummer 2013/771/64013113: projectsubsidies niet-erkende musea 1. Museum vd Geschiedenis vd Gezondheidszorg vzw - ‘inventarisatie medische voorwerpen’. 2. Maagdenhuismuseum OCMW Antwerpen - project ‘Maegdelyckeklanken. Maidenly sounds.. ’. 3. Briljante Kempen vzw – project ‘inventarisatie en registratie’. 4. Museum Jan Vaerten, Beerse - project ‘traject nieuw museumconcept’. Artikelnummer 2012/771/64013113: projectsubsidies niet-erkende musea 1. Stad Geel, Gasthuismuseum – project ‘trajectbegeleiding beleidsnota Gasthuismuseum’. Artikelnummer 2013/64011343: conservatiesubsidies roerend patrimonium kerkfabrieken 1. Kerkfabriek O.L.Vrouw Ten Hemel Opgenomen Bouwel – project ‘tabernakel’. 2. Kerkfabriek Sint-Gummarus Lier – project ‘mantel OLV-beeld’. 3. Kerkfabriek Sint-Alexius – project ‘houten Christusbeeld’. 4. Kerkfabriek Sint-Catharina Mechelen – project ‘broederschapsboek’. 5. Kerkfabriek Sint-Stefaan Hingene – project ‘schilderij Golgotha’. 6. Kerkfabriek Sint-Jan Evangelist Hoogstraten – project ‘4 beelden in het koor’. 7. Protestantse Kerk De Olijfberg Antwerpen-Noord – project ‘doopvontdeksel’. 8. Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Olen – project ‘behandeling 2 vaandels’. 9. Kerkfabriek Sint-Willebrordus Berchem – project ‘missaal’. 10. Kerkfabriek Sint-Waldetrudis Herentals – project ‘schilderij Veronica’. 11. Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Vosselaar – project ‘conservatie kruisweg Remi Lens’. 12. Kerkfabriek Sint-Amandus Antwerpen – project ‘kerststalbeelden’. Artikelnummer 2012/64011343: conservatiesubsidies roerend patrimonium kerkfabrieken 1. Kerkfabriek Sint-Paulus Antwerpen – project ‘schilderij H. Hyacinthus’. 2. Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Geboorte Hoboken – project ‘polychroom Mariabeeld en sokkel’. 3. Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Antwerpen – project ‘metalen objecten’. 4. Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw van Hanswijk – project ‘8 votiefschilderijtjes’. 5. Kerkfabriek Sint-Stefaan Hingene – project ‘monstrans’. Artikelnummer 2013/778/64011561: subsidiëring van gemeenten ter bescherming en inventarisering van gemeentelijke archieven 1. Gemeentebestuur Schilde – project ‘modern archief voor personeel en burgers’. 2. Gemeentebestuur Brecht – project ‘inventarisering/digitalisering van het gemeentelijk archief3’. Artikelnummer 2013/767/64000081: subsidiëring van erkende openbare bibliotheken 1. Bibkwintet – project ‘Fabels’. 2. Bodukap – project ‘Lezingenreeks Blikopener’. 3. Werkgroep Kempense Bibliotheken – project ‘Jeugdauteurstournee’. 4. Rupelbib – project ‘Verhalenpaleis’. 5. Werkgroep Kempense Bibliotheken – project ‘Bibwijzer’. 6. Bibkwintet – project ‘Literatuurlijk’. 7. Heist op den Berg – project ‘Letterfretter’. 8. Rupelbib – project ‘Europalia’. 9. Bodukap+ – project ‘Blikopener 2014’.
26
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
10. 11. 12. 13. 14.
Stabroek, Essen, Wuustwezel, Zwijndrecht – project ‘Grootletterboeken’. Kasterlee, Lille, Vorselaar, Olen – project ‘1472 kinderen fantasy-en in de bib’. Kasterlee, Lille, Vorselaar, Olen – project ‘De wonderlijke wereld van sprookjes’. Balen, Brecht, Geel, Mol, Westerlo – project ‘Overlezen’. Bibburen – project ‘Millie Duizendvoet met Frank Daenen’.
In de nieuwe subsidiereglementen vanaf 2014 zullen de subsidies op voorhand integraal worden uitbetaald, op last van afrekening. Het departement Cultuur zal nauwlettend op de eindafrekeningen van de toegekende subsidies toezien en bij niet-naleving van de voorwaarden in de desbetreffende artikels of bij onjuiste, onvolledige of laattijdige dossiers, zal het departement Cultuur overgaan tot gehele of gedeeltelijke terugvordering van de uitbetaalde subsidiebedragen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Aan de begunstigden van de toegekende subsidies 2012-2013 wordt voor de uitbetaling van het saldo van de toegekende subsidies, ontheffing verleend van de desbetreffende artikels van volgende subsidiereglementen: 1) projectsubsidies voor roerend materieel en immaterieel cultureel erfgoed (art.7); 2) projectsubsidies voor erkende musea (art.7); 3) projectsubsidies voor niet-erkende musea die streven naar erkenning (art.7); 4) conservatiesubsidies voor roerend cultureel patrimonium eigendom van kerkfabrieken (art.7) 5) subsidiëring van gemeenten ter bescherming en inventarisering van gemeentelijke archieven (art.7) 6) projectsubsidies ter ondersteuning van het streekgericht bibliotheekbeleid (art.10 en 11). VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 64 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 58 leden hebben ja gestemd; 6 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 58 stemmen ja, bij 6 onthoudingen.
27
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 1/3 van de agenda Subsidies dienst Erfgoed. Rationalisatie en nieuwe reglementen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de loop der jaren zijn de subsidies Erfgoed uitgegroeid tot een weinig coherent geheel van soms zeer uiteenlopende subsidieartikels (23 verschillende subsidies, waarvan 8 volgens reglement, 14 ad nominatim en 1 verdeelkrediet). Dit moet transparanter en performanter: mits het bundelen en efficiënt(er) inzetten van de beschikbare middelen willen we gaan voor een relevante impact. Financiële ondersteuning d.m.v. subsidies mag daarbij geen doel op zich zijn, maar vormt een instrument van flankerend beleid. We willen met deze ondersteuning vanuit de provincie een herkenbare meerwaarde scheppen in het erfgoedveld door oog te hebben voor noden en blinde vlekken, door te focussen en keuzes te maken. Daarom ook is de financiële ondersteuning slechts één onderdeel in het ruimere geheel van advisering, consulentschap en trajectbegeleiding. 1. Subsidies volgens reglement Dienst Erfgoed stelt voor de bestaande acht reglementen te reduceren tot drie. Uitgangspunt is hierbij dat we vertrekken vanuit de doelgroep en niet vanuit een of andere specifieke soort erfgoed. 1.1 Invoering van nieuw reglement voor de indeling op regionaal niveau en de ondersteuning van erkende regionaal ingedeelde collectiebeherende instellingen Conform het cultureel-erfgoeddecreet komt de verantwoordelijkheid om erkende collectiebeherende instellingen (musea en culturele archieven) in te delen op het regionale niveau vanaf 2014 toe aan de provincies. Hiervoor dient een nieuw reglement opgemaakt te worden. Op dit ogenblik zijn in de provincie Antwerpen volgende erkende musea ingedeeld bij het regionale niveau: - TRAM 41/musea Stad Turnhout; - Speelgoedmuseum Mechelen; - Mechelse Musea. 1.2 Worden samengevoegd tot één nieuw reglement: - Projectsubsidies erkende musea - Projectsubsidies niet-erkende musea die streven naar erkenning 1.3 Worden samengevoegd tot één nieuw reglement: - Projectsubsidies voor culturele organisaties tot bevordering van de taal- en letterkunde en het roerend en immaterieel erfgoed - Projectsubsidie voor het conserveren van roerend cultureel patrimonium eigendom van kerkfabrieken - Werkingssubsidies voor culturele organisaties 1.4 Worden geschrapt: - Provinciale premie voor draaiende molens (ondersteuning kan voortaan via andere weg gebeuren: via projectsubsidies en via verdeelkrediet koepelvereniging)
28
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
- Subsidiëring van gemeenten ter bescherming en inventarisering van gemeentelijke archieven (provinciearchief valt niet meer onder DCUL én historisch archief is overgedragen aan rijksarchief, dus geen provinciale bevoegdheid meer; culturele archieven en erfgoedarchieven kunnen ondersteund worden via projectsubsidies) - Subsidiëring van monumenten (geen provinciale bevoegdheid meer) 2. Verdeelkrediet Het verdeelkrediet Subsidiëring van bovenlokale heemkundige initiatieven biedt de mogelijkheid koepelorganisaties die instaan voor erfgoedzorg in de provincie Antwerpen, maar niet kunnen inschrijven op de nieuwe DCUL-reglementen Intergemeentelijke samenwerking of Bovenlokale culturele projecten, in hun werking te ondersteunen. Dienst Erfgoed stelt om die reden voor dit verdeelkrediet te behouden en uit te breiden, maar tegelijkertijd strikter te omschrijven. Nu zijn er totaal geen voorwaarden. In de toekomst wensen we dit verdeelkrediet duidelijk voor te behouden aan erfgoedverenigingen met zetel in de provincie Antwerpen die voor één welbepaald soort erfgoed (forten, schuttersgilden, heemkunde, varend erfgoed, molens …) een koepelwerking hebben ten gunste van aangesloten leden in de provincie Antwerpen. 3. Ad nominatim Door de hervorming en rationalisatie van de subsidies binnen het departement Cultuur en de dienst Erfgoed zullen een aantal begunstigden van ad nominatimsubsidies vanaf 2014 in de plaats daarvan op de vernieuwde reglementen dossiers kunnen indienen. - de subsidie aan TRAM 41 / musea Stad Turnhout als regionaal erkend museum wordt opgenomen in nieuwe reglement voor de erkenning en ondersteuning van erkende, regionaal ingedeelde erfgoedbeherende instellingen; - de subsidie aan Diamantmuseum Provincie Antwerpen als regionaal erkend museum valt weg; - de subsidie aan AdAK voor partnerschap regionale erfgoedwerking wordt opgenomen in het nieuwe, overkoepelende DCUL-reglement Intergemeentelijke samenwerking; - de subsidie voor het project Erfgoed in de Rupelstreek wordt opgenomen in het nieuwe, overkoepelende DCUL-reglement Intergemeentelijke samenwerking; - de subsidie aan de vzw Monumentale Kerken Antwerpen wordt opgenomen in het nieuwe, overkoepelende DCUL-reglement Bovenlokale projecten; - de subsidie aan Heemkunde Gouw Antwerpen vzw wordt opgenomen in het verdeelkrediet voor het gedeelte werkingssubsidie; voor het gedeelte projectsubsidie worden ze verwezen naar het nieuwe, overkoepelende DCULreglement Bovenlokale projecten; - de subsidie aan de v.z.w. Monumentenwacht provincie Antwerpen wordt wegens de hervorming van de vzw tot provinciale dienst opgenomen in de loon- en werkingskosten. De voorgestelde hervorming en rationalisatie van de subsidies erfgoed en de drie nieuwe ontwerpreglementen werden besproken in de provinciale raad voor Cultuur. De Raad voor Cultuur bracht hierover in vergadering van 21 oktober positief advies uit.
29
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Het reglement op de indeling bij het regionale niveau en toekenning van een werkingssubsidie voor erkende, regionaal ingedeelde collectiebeherende instellingen luidt als volgt: Hoofdstuk I – Doel, doelgroep en definities Artikel 1 – Doel van het subsidiereglement De deputatie van de provincie Antwerpen deelt erkende collectiebeherende instellingen die zich in de provincie Antwerpen bevinden in bij het regionale niveau. De deputatie van de provincie Antwerpen verleent binnen de perken van de kredieten die op het goedgekeurde budget van de provincie worden voorzien werkingssubsidies aan erkende, regionaal ingedeelde collectiebeherende instellingen voor de werking die ze vervullen binnen een regionale functie in het kader van het complementaire Vlaamse cultureel-erfgoedbeleid. Artikel 2 – Doelgroep van het subsidiereglement Het reglement heeft als algemene doelgroep de erkende collectiebeherende instellingen in de provincie Antwerpen. Artikel 3 - Definities a) Erkende collectiebeherende instelling: een collectiebeherende instelling die het kwaliteitslabel uitgereikt krijgt door de Vlaamse overheid als teken van erkenning op basis van behaalde kwaliteitsnormen. b) Erkende, regionaal ingedeelde collectiebeherende instelling: een door de Vlaamse Gemeenschap erkende collectiebeherende cultureelerfgoedorganisatie gevestigd in de provincie Antwerpen die door het provinciebestuur conform het cultureel-erfgoeddecreet bij het regionale niveau kan worden ingedeeld. c) Werking: een continu lopend geheel van activiteiten met duidelijke doelstellingen op middellange en lange termijn, vervat in de structuur van een organisatie. d) Erfgoedadviescommissie: de aanvragen voor een indeling bij het regionale niveau van erkende collectiebeherende instellingen met kwaliteitslabel worden voor advies voorgelegd aan een externe commissie van experten. Een medewerker van het departement Cultuur fungeert als secretaris. Er is voldoende vertegenwoordiging uit het cultureel erfgoeddomein in de commissie, en er zetelt een vertegenwoordiger in van het bestuur van de Raad voor Cultuur. Het advies van de commissie wordt door de administratie aan de deputatie voorgelegd.
30
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Hoofdstuk II – Aanvraag tot indeling bij het regionale niveau. Voorwaarden en beoordelingscriteria Artikel 4 – Voorwaarden voor de organisatie a) De maatschappelijke zetel van de aanvrager is gevestigd in de provincie Antwerpen. b) De aanvrager is een erkende collectiebeherende instelling. c) De erkende collectiebeherende instelling biedt aan de leden van de Erfgoedadviescommissie de mogelijkheid om ter plaatse te polsen naar de werking en bijkomende informatie in te winnen. d) De erkende collectiebeherende instelling die via dit reglement voor het eerst ingedeeld wordt bij het regionale niveau zal met medewerking van de Provincie Antwerpen in de loop van de eerste twee jaar na de toekenning van de subsidie een nulmeting uitvoeren over de werking en over de fysieke en digitale infrastructuur van de instelling. Artikel 5 – Beoordelingscriteria De aanvrager moet voldoen aan de criteria voor een indeling bij het regionale niveau zoals beschreven in het protocol van akkoord tussen de Vlaamse regering, de VVP en de VVSG over de uitbouw van een complementair cultureel-erfgoedbeleid. Het protocol is in annex bij het reglement gevoegd. HOOFDSTUK III. Aanvraag tot subsidiëring als erkende, regionaal ingedeelde collectiebeherende instelling Artikel 6 – Voorwaarden a) De erkende collectiebeherende instelling is ingedeeld bij het regionale niveau zoals bepaald in artikels 4 & 5. b) De organisatie voert een regelmatige boekhouding zodat controle door de provincie mogelijk is. c) De organisatie dient door de provincie Antwerpen aangeduide personen toe te laten om ter plaatse na te gaan of de organisatie functioneert zoals voorgesteld bij de aanvraag en hen toegang te verlenen tot alle documenten en informatie die zij daartoe noodzakelijk achten. d) De erkende collectiebeherende instelling die via dit reglement voor het eerst ingedeeld wordt bij het regionale niveau zal met medewerking van de Provincie Antwerpen in de loop van de eerste twee jaar na de toekenning van de subsidie een nulmeting uitvoeren over de werking, de fysieke en de digitale infrastructuur van de instelling. e) De aanvrager vermeldt vanaf de toezegging van de subsidie de provincie Antwerpen als ondersteunende overheid. Dit gebeurt op duidelijke wijze en in redelijke verhouding met andere ondersteunende overheden/sponsors. Artikel 7 – Meerjarige werkingssubsidie De werkingssubsidie voor een erkende, regionaal ingedeelde collectiebeherende instelling bestaat uit een vast basisbedrag per jaar voor de reguliere werking. De meerjarige werkingssubsidie wordt aangevuld met een variabel subsidiegedeelte. Hieraan worden resultaatgebieden gekoppeld die worden omschreven in een overeenkomst tussen de provincie en de erkende, regionaal ingedeelde collectiebeherende instelling.
31
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
HOOFDSTUK IV: Aanvraag- en evaluatieprocedures Artikel 8 – Aanvraag tot indeling bij het regionale niveau en tot verkrijgen van een werkingssubsidie a) De aanvragen tot indeling bij het regionale niveau en tot verkrijgen van een werkingssubsidie gebeuren gelijktijdig en kunnen enkel door het indienen van het aanvraagformulier dat ter beschikking wordt gesteld door het departement Cultuur van de provincie Antwerpen. b) Wanneer de erkende collectiebeherende instelling nog niet ingedeeld was bij het regionaal niveau en een eerste aanvraag doet gelden twee indiendata: uiterlijk op 1 april van het derde of het zesde jaar van de provinciale bestuursperiode. Een aanvraag indienen in het zesde jaar van de beleidsperiode betekent een aanvraag voor regionale indeling voor de volledige beleidsperiode volgend op het jaar van de aanvraag. Een aanvraag indienen in het derde jaar van de beleidsperiode betekent een aanvraag voor regionale indeling voor een halve beleidsperiode volgend op het jaar van de aanvraag. c) Wanneer de erkende collectiebeherende instelling voorheen reeds ingedeeld was bij het regionale niveau en dus een hernieuwing van de indeling bij het regionale niveau aanvraagt geldt één enkele indiendatum: uiterlijk op 1 april van het zesde jaar van de actuele provinciale beleidsperiode. d) In de provinciale beleidsperiode van 2013 tot en met 2018 is een overgangsbepaling voorzien in artikel 17 voor het indienen van de aanvraag in 2014. e) Het aanvraagdossier bestaat uit: 1. Het ingevulde aanvraagformulier dat ter beschikking wordt gesteld door het Cultuurloket van het departement Cultuur van de provincie Antwerpen, ondertekend volgens de bepalingen in artikel 16. 2. Een beleidsnota of -plan voor de beleidsperiode van de organisatie. Daarin komen zowel de algemene werking aan bod als de manier waarop invulling zal worden gegeven aan beleidsaccenten die overeenstemmen met het provinciaal erfgoedbeleid. 3. Een algemeen financieel plan: de algemene begroting voor de subsidiebeleidsperiode van de organisatie (6 jaar) met de verwachte inkomsten en de verwachte uitgaven per jaar. In het financieel plan is de financiële inbreng voor de algemene werking enerzijds en de invulling van de bijkomende beleidsaccenten die inspelen op het provinciaal erfgoedbeleid anderzijds verduidelijkt. 4. Een actieplanoverzicht met jaaractieplan: de algemene planning van de acties over de subsidiebeleidsperiode, aangevuld met het 1ste jaaractieplan van de beleidsperiode van de organisatie. In het actieplan is de inbreng voor de algemene werking en voor de voornoemde beleidsaccenten verduidelijkt. 5. Een financieel jaarplan: geplande gedetailleerde inkomsten en uitgaven vanaf het jaar volgend op het aanvraagjaar is ingediend. In het financieel plan is de financiële inbreng voor de algemene werking en de voornoemde beleidsaccenten verduidelijkt. 6. Een communicatienota: een document waarin wordt aangestipt hoe de provincie als ondersteunende overheid in de communicatie aan bod zal komen. 7. Het ingevulde evaluatiedossier (enkel bij aanvraag van hernieuwing, zie artikel 12).
32
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
f) De provincie kan steeds bijkomende informatie opvragen over de subsidietrekker, zijn werking en zijn financiën. Artikel 9 – Beoordeling van de indeling bij het regionaal niveau a) De Erfgoedadviescommissie beoordeelt de aanvraag tot indeling bij het regionale niveau op basis van de criteria vermeld in artikel 5 en geeft hierover advies aan de deputatie. b) De deputatie beslist over de indeling bij het regionale niveau. c) Als de erkende collectiebeherende instelling een positieve beslissing krijgt van de deputatie sluit de provincie uiterlijk op het einde van het jaar van de aanvraag met hen een overeenkomst af. In deze overeenkomst worden de regionale indeling en het daaraan gekoppelde subsidiebedrag geformaliseerd. Daarnaast worden het bedrag van en de concrete modaliteiten en resultaatsgebieden voor het variabele subsidiegedeelte omschreven. Artikel 10 – Tussentijdse evaluatie van de indeling bij het regionale niveau a) Bij een aanvraag en indeling op het regionale niveau aan het begin van de provinciale beleidsperiode (zie artikel 8: eerste indiendatum), zal de Erfgoedadviescommissie een tussentijdse evaluatie uitvoeren. Deze evaluatie grijpt plaats tijdens het 4de beleidsjaar. b) De Erfgoedadviescommissie brengt aan het Provinciebestuur advies uit over het al dan niet bevestigen van een indeling bij het regionale niveau. c) Het provinciebestuur bevestigt al dan niet de indeling bij het regionale niveau. Artikel 11 – Berekening en toekenning van de subsidie a) De deputatie beslist over de toekenning van de subsidie en bepaalt het bedrag ervan. Dit gebeurt binnen de perken van de kredieten die voorzien zijn op het door de provincieraad goedgekeurde budget. De deputatie houdt rekening met de criteria vooropgesteld in artikel in artikel 5 en de voorwaarden vooropgesteld in artikel 6. b) Het toegekende bedrag wordt volledig betaald na toekenning als terugvorderbare subsidie. c) Bij onjuiste, onvolledige of laattijdige dossiers en bij niet-naleving van de bepalingen van dit subsidiereglement of eventueel bijkomende voorwaarden gesteld door de deputatie, kan de provincie Antwerpen de subsidie gedeeltelijk of in haar geheel terugvorderen. Artikel 12 – Evaluatiedossier subsidiëring a) Het evaluatiedossier moet jaarlijks worden bezorgd op het adres vermeld in artikel 7, uiterlijk op 1 april van het jaar volgend op de toekenning van de subsidie. In het eerste jaar van de (halve) beleidsperiode moet geen jaarrapportering ingediend worden omdat het aanvraagdossier (met jaarverslag en jaarrekening van het afgelopen jaar en jaarprogramma of actieplan en begroting van het lopende jaar) geldt als verantwoording. b) De besteding van de subsidie zal worden getoetst na inzending en beoordeling van het evaluatiedossier van het voorbije werkingsjaar. Op eventuele vraag van de deputatie kan de Erfgoedadviescommissie een advies formuleren over het ‘evaluatiedossier subsidiëring’.
33
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
c) Het evaluatiedossier bestaat uit: 1. Het ingevulde evaluatieformulier dat ter beschikking wordt gesteld door het Cultuurloket van het departement Cultuur van de provincie Antwerpen, ondertekend volgens de bepalingen in artikel 14. 2. Het jaarverslag van de gerealiseerde doelstellingen en acties inclusief timing van het voorbij werkingsjaar. In het jaarverslag is de inbreng voor de algemene werking en voor de provinciale beleidsaccenten verduidelijkt. 3. Het financieel jaarverslag: een gedetailleerde staat van alle inkomsten en uitgaven aan de hand van de ondertekende (zie artikel 16) en gedateerde balans en resultatenrekening. De uitgaven worden gestaafd door verantwoordingsstukken. In het financieel jaarverslag is de financiële inbreng voor de algemene werking en de provinciale beleidsaccenten verduidelijkt. 4. Een geactualiseerde beleidsnota of -plan: enkel indien van toepassing, als er voor de resterende beleidsperiode merkelijke afwijkingen zijn t.o.v. de bij aanvraag ingediende beleidsnota of –plan. 5. Een jaaractieplan: de planning van de acties tijdens het subsidiejaar waarin het evaluatiedossier wordt ingediend. 6. Een geactualiseerd algemeen financieel plan: enkel indien van toepassing, als er voor de resterende beleidsperiode merkelijke afwijkingen zijn t.o.v. het bij aanvraag ingediende financieel plan. De actualisering start met het jaar van indiening en eindigt met het eerste jaar van de volgende provinciale beleidsperiode. Een algemene begroting met de verwachte inkomsten en de verwachte uitgaven per jaar komen er aan bod. In het geactualiseerde financieel plan zijn de inbreng voor de algemene werking en voor de provinciale beleidsaccenten verduidelijkt. d) Komen niet in aanmerking voor subsidiëring: al door het provinciebestuur Antwerpen ondersteunde uitgaven. e) Uitgaven die in aanmerking genomen worden bij de evaluatie van een subsidie zijn exclusief BTW voor die uitgaven waarvoor de begunstigde de BTW kan recupereren, en inclusief BTW voor de andere uitgaven. Artikel 13 – Uitbetaling van de subsidie a) De meerjarige werkingssubsidie en het variabele subsidiebedrag worden uitbetaald na de jaarlijkse rapportering. De eerste jaarlijkse uitbetaling gebeurt in het eerste jaar van de (halve) beleidsperiode. De laatste jaarlijkse uitbetaling gebeurt in het laatste jaar van de (halve) beleidsperiode. b) De uitbetaalde subsidie zal nooit meer zijn dan het toegekende bedrag. c) Bij niet-naleving van de voorwaarden genoemd in artikel 6 of bij onjuiste, onvolledige of laattijdige dossiers, kan het provinciebestuur Antwerpen overgaan tot de gehele of gedeeltelijke terugvordering van uitbetaalde subsidiebedragen. d) Als uit de ingestuurde afrekening blijkt dat de uiteindelijke kosten voor de werking lager liggen dan de oorspronkelijke raming, wordt de subsidie verhoudingsgewijs aangepast en teruggevorderd. HOOFDSTUK V: Algemene bepalingen Artikel 14 – Betwistingen Betwistingen na beslissing over dit reglement, de toepassing ervan evenals alle onvoorziene gevallen worden desgevallend eenmalig voor heroverweging voorgelegd aan de deputatie, mits duidelijke motivatie en het aanbrengen van nieuwe elementen in het dossier.
34
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 15 – Wettelijk en reglementair kader Tenzij dit reglement anders bepaalt, wordt de aanvraag behandeld in overeenstemming met de bepalingen in: a) de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen; b) het provinciaal reglement van 16 december 2010 betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers. Artikel 16 - Ondertekening documenten Een bewijs is vereist waaruit blijkt dat de ondertekenaar gemachtigd is de organisatie in rechte te vertegenwoordigen. Meestal zijn dit de statuten van de organisatie (niet voor publieke rechtspersonen), indien de ondertekenaar hierin wordt aangeduid. Mocht deze hier niet in worden vernoemd, is er een aparte machtiging vereist. Artikel 17 – Overgangs- en Slotbepalingen a) Voor de provinciale beleidsperiode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2018 is als overgangsmaatregel de eerste indiendatum uiterlijk 1 april 2014. b) De bestaande overeenkomsten inzake het toekennen van een werkingssubsidie door de provincie Antwerpen aan volgende erkende musea ingedeeld bij het regionale niveau blijven gelden tot 31 december 2014: - TRAM 41/musea Stad Turnhout - Speelgoedmuseum Mechelen - Mechelse Musea. Deze instellingen kunnen via het nieuwe reglement een aanvraag doen voor een hernieuwing van de indeling bij het regionale niveau. c) Dit reglement is van kracht vanaf 28 november 2013. Artikel 2: Het reglement op projectsubsidies behoud en beheer van materieel en immaterieel erfgoed van lokale erkende en niet-erkende collectiebeherende instellingen luidt als volgt: Hoofdstuk I – Doel, doelgroep en definities Artikel 1 – Doelgroep De deputatie verleent binnen het kader van het provinciale erfgoedbeleid subsidies aan lokale collectiebeherende instellingen die in de provincie Antwerpen een erfgoedproject wensen te realiseren dat de depotwerking en het behoud en beheer van het materiele en immateriële culturele erfgoed stimuleert. Artikel 2 - Definities a) Aanvrager/Subsidietrekker: de begunstigde van een subsidie. b) Project: een afgebakend geheel van activiteiten met een duidelijke doelstelling, beperkt in de tijd, gescheiden van andere activiteiten en dat niet binnen de reguliere werking valt. c) Tekort op de projectbegroting: het tekort op de projectbegroting wordt berekend door de geraamde inkomsten van het project (exclusief provinciale subsidie) af te trekken van de geraamde uitgaven van het project en dit na aftrek van de geraamde uitgaven en inkomsten die niet aanvaard worden voor een subsidie. d) Tekort op de projectafrekening: het tekort op de projectafrekening wordt berekend door de werkelijke inkomsten van het project (exclusief provinciale
35
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
subsidie) af te trekken van de werkelijke uitgaven van het project en dit na aftrek van de uitgaven en inkomsten die niet aanvaard worden voor een subsidie. e) Materieel erfgoed: roerend en onroerend erfgoed: omvat objecten, informatie, culturele bronnen en activiteiten met een gemeenschappelijke betekenis: industrieeltechnisch, archeologisch, artistiek, wetenschappelijk, cultureel, kunst- en cultuurhistorisch. f) Immaterieel erfgoed: zijn de gewoontes, gebruiken, kennis en praktijken die een gemeenschap of groep overgeërfd heeft gekregen en die de gemeenschap of groep in consensus voldoende belangrijk acht om door te geven aan toekomstige generaties. Het gaat steeds om immateriële en dus niet-tastbare uitingen van de interactie tussen de mens en zijn omgeving. g) Duurzaamheid: toekomstgericht denken vanuit een maatschappelijk verantwoorde omgang met milieu en ecologie. In deze maatschappelijke benadering worden economische, sociale en milieuoverwegingen op een geïntegreerde manier meegenomen in beslissingsprocessen op de diverse beleidsdomeinen. h) Lokale collectiebeherende instellingen: lokale erfgoedbeherende instellingen zoals musea, culturele archiefinstellingen of erfgoedbibliotheken, die ofwel het kwaliteitslabel bezitten én ingedeeld zijn bij het lokale niveau ofwel het kwaliteitslabel nog niet bezitten. Regionaal en landelijk ingedeelde collectiebeherende instellingen komen niet in aanmerking voor een ondersteuning op dit reglement. Hoofdstuk II –Voorwaarden en beoordelingscriteria Artikel 3 – Voorwaarden voor de organisatie a) De maatschappelijke zetel van de aanvrager is gevestigd in de provincie Antwerpen. b) De subsidietrekker kan maximaal één subsidie per jaar op dit reglement toegekend krijgen. Artikel 4 - Voorwaarden voor het project a) Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet voldaan worden aan volgende formele criteria: o Het project dient plaats te vinden in de provincie Antwerpen o Er dient een tekort op de projectbegroting geraamd te zijn o De subsidietrekker vermeldt vanaf de toekenning van de subsidie het provinciebestuur als ondersteunende overheid op duidelijke wijze en in redelijke verhouding met andere ondersteunende overheden/sponsors b) Er zal bij de beoordeling van het dossier rekening gehouden worden met volgende inhoudelijke criteria: o de te realiseren kwaliteitsverbeteringen op vlak van depotinfrastructuur en/of depotwerking en/of het behoud en beheer van de erfgoedcollectie o de aansluiting op het provinciaal depotbeleid o de duurzaamheid van het project o de reikwijdte en uitstraling van het project. c) Volgende uitgaven komen niet in aanmerking voor subsidiëring: o uitgaven al ondersteund door de provincie Antwerpen o uitgaven voor recepties o uitgaven verbonden aan de aankoop van prijzen o uitgaven voor attenties voor medewerkers
36
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
o prestatievergoedingen voor eigen vrijwilligers van de organisatie o prestatievergoedingen voor medewerkers die op de loonlijst staan van de organisatie. d) Uitgaven voor de restauratie of conservatie van een individueel roerend erfgoedobject komen niet in aanmerking. Uitgaven voor de conservatie van roerend erfgoed komen enkel in aanmerking indien deze binnen een groter project van behoud-en-beheer kaderen. HOOFDSTUK III: Aanvraag- en evaluatieprocedures Artikel 5 - Aanvraag a) Aanvragen voor deze projectsubsidie dienen toe te komen op het cultuurloket uiterlijk drie maanden vóór aanvang van het project. Per post: Provincie Antwerpen – Cultuurloket - Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen OF per e-mail:
[email protected] (verzending per e-mail volstaat als de vereiste handtekeningen op de documenten staan) b) Het aanvraagdossier bestaat uit: 1. Het ingevulde aanvraagformulier ondertekend volgens de bepalingen gesteld in artikel 10. Het aanvraagformulier is te verkrijgen via het cultuurloket of via de website van de provincie Antwerpen (www.provant.be/cultuurloket). 2. Een bijlage met volgende informatie over het project: - Omschrijving van de doelstellingen en acties van het project inclusief stappenplan - De mate waarin men verwacht te voldoen aan de criteria vermeld in artikel 4 - Detaillering van de verwachte inkomsten - Detaillering van de verwachte uitgaven - Een communicatienota met de voorgestelde communicatieacties inclusief vermelding van hoe de ondersteuning door de provincie kenbaar gemaakt zal worden (logo e.d.) - Bij een conservatieproject: 3 offertes van restaurateurs. c) De provincie kan steeds bijkomende informatie opvragen over de subsidietrekker, zijn werking en zijn financiën. Artikel 6 – Berekening en toekenning van de subsidie a) De deputatie bepaalt het bedrag van de subsidie binnen de perken van het goedgekeurde budget van de provincie Antwerpen rekening houdend met de criteria vooropgesteld in artikel 4. b) De subsidie bedraagt maximaal 50% van de geraamde uitgaven van het project en dit na aftrek van de geraamde uitgaven die niet aanvaard worden voor een subsidie. c) Het toegekende bedrag wordt integraal uitbetaald bij de toekenning van de subsidie en is terugvorderbaar. d) De provincie neemt een beslissing over de toekenning binnen de 90 dagen na het binnenkomen van een volledig aanvraagdossier. Artikel 7 – Evaluatiedossier a) Het saldo van de subsidie zal worden gecontroleerd en eventueel deels teruggevorderd na inzending en beoordeling van het evaluatiedossier over het project. Dit dossier moet worden bezorgd op het adres vermeld in artikel 5, uiterlijk drie maanden na voltooiing van het project en/of uiterlijk op
37
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
15 oktober van het jaar volgend op de toekenning van de projectsubsidie, afhankelijk van de termijn die het eerst verstrijkt. b) Het evaluatiedossier bestaat uit: 1. Het ingevulde evaluatieformulier ondertekend volgens de bepalingen gesteld in artikel 10. Het evaluatieformulier is te verkrijgen via het cultuurloket of via de website van de provincie Antwerpen (www.provant.be/cultuurloket) 2. Een gedetailleerde en ondertekende staat van alle inkomsten en uitgaven inclusief kopieën van bewijsstukken van alle uitgaven 3. Verslag van de gerealiseerde doelstellingen, acties en communicatie van het project binnen het kader van het stappenplan. 4. Indien van toepassing: o een exemplaar van de publicatie (boek, folder, CD, digitaal bestand, …) o een exemplaar van de gedrukte communicatieproducten o een lijst met verwijzingen of links naar de digitale communicatieproducten o kopijen van pers- & mediaverslaggeving. 5. Bij een conservatieproject: een goed gedocumenteerd rapport of conserveringsverslag met documentatie. c) Projectuitgaven die in aanmerking genomen worden bij de evaluatie van een subsidie zijn exclusief btw voor die uitgaven waarvoor de begunstigde de btw kan recupereren, en inclusief btw voor de andere uitgaven. Artikel 8 - Afrekening van de subsidie a) De uitbetaalde subsidie zal nooit meer zijn dan het toegekende bedrag. b) De uitbetaalde subsidie kan bovendien nooit hoger zijn dan het tekort op de projectafrekening. c) Indien de toegekende subsidie hoger blijkt dan het tekort op de projectbegroting, wordt het subsidiebedrag verhoudingsgewijs teruggevorderd. d) Bij niet-naleving van de voorwaarden genoemd in artikel 4 of bij onjuiste, onvolledige of laattijdige dossiers, kan de provincie Antwerpen overgaan tot de gehele of gedeeltelijke terugvordering van uitbetaalde subsidiebedragen. HOOFDSTUK IV: Algemene bepalingen Artikel 9 – Betwistingen Betwistingen na beslissing over dit reglement, de toepassing ervan evenals alle onvoorziene gevallen worden desgevallend eenmalig voor heroverweging voorgelegd aan de deputatie, mits duidelijke motivatie en het aanbrengen van nieuwe elementen in het dossier. Artikel 10 - Algemene bepalingen Afspraken rond ondertekening: de handtekening met naam en functie volstaat. Artikel 11 - Wettelijk en reglementair kader Tenzij dit reglement anders bepaalt, wordt de aanvraag behandeld overeenkomstig de bepalingen in: - De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
38
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
- Het besluit van de provincieraad van 16 december 2010 betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers. Artikel 12 - Slotbepalingen a) Dit reglement is van kracht vanaf 1 januari 2014. b) Dit reglement heft de volgende reglementen op: - Het reglement van 16 december 1999, aangepast op 24 november 2011, met naam Subsidie van de provincie Antwerpen voor een cultuurproject: Niet-erkende musea die streven naar erkenning. - Het reglement van 17 december 1998, aangepast op 24 november 2011, met naam Subsidie van de provincie Antwerpen voor een cultuurproject: Erkende musea. Artikel 3: Het reglement op projectsubsidies materieel en immaterieel erfgoed van lokale erfgoedhouders luidt als volgt: Hoofdstuk I – Doel, doelgroep en definities Artikel 1 – Doelgroep De deputatie verleent in het kader van het provinciaal erfgoedbeleid subsidies als stimulans aan erfgoedhouders die in de provincie Antwerpen een erfgoedproject wensen te realiseren dat de kwaliteit van de omgang met, de zorg voor en de ontsluiting van het materieel en immaterieel erfgoed verhoogt. Artikel 2 - Definities a) Aanvrager/Subsidietrekker: de begunstigde van een subsidie. b) Project: een afgebakend geheel van activiteiten met een duidelijke doelstelling, beperkt in de tijd, gescheiden van andere activiteiten en dat niet binnen de reguliere werking valt. c) Tekort op de projectbegroting: het tekort op de projectbegroting wordt berekend door de geraamde inkomsten van het project (exclusief provinciale subsidie) af te trekken van de geraamde uitgaven van het project en dit na aftrek van de geraamde uitgaven en inkomsten die niet aanvaard worden voor een subsidie. d) Tekort op de projectafrekening: het tekort op de projectafrekening wordt berekend door de werkelijke inkomsten van het project (exclusief provinciale subsidie) af te trekken van de werkelijke uitgaven van het project en dit na aftrek van de uitgaven en inkomsten die niet aanvaard worden voor een subsidie. e) Materieel erfgoed: roerend én onroerend erfgoed, omvat objecten, informatie, culturele bronnen en activiteiten met een gemeenschappelijke betekenis: industrieeltechnisch, archeologisch, artistiek, wetenschappelijk, cultureel, kunst- en cultuurhistorisch. f) Immaterieel erfgoed: zijn de gewoontes, gebruiken, kennis en praktijken die een gemeenschap of groep overgeërfd heeft gekregen en die de gemeenschap of groep in consensus voldoende belangrijk acht om door te geven aan toekomstige generaties. Het gaat steeds om immateriële en dus niet-tastbare uitingen van de interactie tussen de mens en zijn omgeving. g) Lokale erfgoedhouders: verenigingen, instellingen of organisaties die door hun aard en geschiedenis momenteel zorg dragen voor waardevol erfgoed (zoals heemkundige kringen, gilden, kerkbesturen…) maar het erfgoedbeheer niet als kerntaak hebben.
39
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
h) Ontsluiting: het inhoudelijk en/of materieel toegankelijk maken voor het publiek van het erfgoed en het duiden en contextualiseren van de betekenis van het te ontsluiten erfgoed. Hoofdstuk II –Voorwaarden en beoordelingscriteria Artikel 3 – Voorwaarden voor de organisatie a) De subsidietrekker kan maximaal één subsidie per jaar op dit reglement toegekend krijgen. Artikel 4 - Voorwaarden voor het project a) Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet voldaan worden aan volgende formele criteria: o Het project dient plaats te vinden in de provincie Antwerpen o Er dient een tekort op de projectbegroting geraamd te zijn o De subsidietrekker vermeldt vanaf de toekenning van de subsidie het provinciebestuur als ondersteunende overheid op duidelijke wijze en in redelijke verhouding met andere ondersteunende overheden/sponsors b) Er zal bij de beoordeling van het dossier rekening gehouden worden met volgende inhoudelijke criteria: o de erfgoedwaarde van het project o de samenwerkingsverbanden met andere organisaties o de reikwijdte en de uitstraling o de doelgroep(en) van het project en de toegankelijkheid c) Volgende uitgaven komen niet in aanmerking voor subsidiëring: o uitgaven al ondersteund door de provincie Antwerpen o uitgaven voor recepties o uitgaven verbonden aan de aankoop van prijzen o uitgaven voor attenties voor medewerkers o prestatievergoedingen voor eigen vrijwilligers van de organisatie o prestatievergoedingen voor medewerkers die op de loonlijst staan van de organisatie d) Conservatie van materieel, roerend erfgoed moet kaderen in een algemene aanpak om het erfgoed na het project een veilige, vanuit behoud en beheer verantwoorde, en zo mogelijk publieke bestemming te geven. Voor dergelijk conservatieproject voor materieel, roerend erfgoed geldt o Het project is binnen het jaar na toekenning voltooid o Conservatiewerken worden uitgevoerd volgens de regels van het vak door op basis van een vooraf door de dienst Erfgoed goedgekeurde offerte van een restaurateur/atelier o Alle mogelijke maatregelen worden getroffen om het (de) voorwerp(en) in goede staat te bewaren o Vanaf de oplevering der werken wordt bij eventuele schade onmiddellijk aangifte gedaan. e) Wat materieel, onroerend erfgoed betreft komen restauraties, bouwhistorisch of archeologisch onderzoek niet in aanmerking voor subsidie; ontsluiting, educatie en sensibilisatie inzake gebouwd, landschappelijk of archeologisch erfgoed komen wel in aanmerking. HOOFDSTUK III: Aanvraag- en evaluatieprocedures Artikel 5 - Aanvraag a) Aanvragen voor deze subsidie dienen toe te komen op het cultuurloket uiterlijk drie maanden vóór de aanvang van het project:
40
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Per post: Provincie Antwerpen – Cultuurloket - Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen OF per e-mail:
[email protected] (verzending per e-mail volstaat als de vereiste handtekeningen op de documenten staan) b) Het aanvraagdossier bestaat uit: 1. Het ingevulde aanvraagformulier ondertekend volgens de bepalingen gesteld in artikel 10. Het aanvraagformulier is te verkrijgen via het cultuurloket of via de website van de provincie Antwerpen (www.provant.be/cultuurloket) 2. Een bijlage met volgende informatie over het project: o Omschrijving van de doelstellingen en acties van het project inclusief timing o De mate waarin men verwacht te voldoen aan de criteria vermeld in artikel 4 o Detaillering van de verwachte inkomsten o Detaillering van de verwachte uitgaven o Communicatienota met vermelding van hoe de ondersteuning door de provincie kenbaar gemaakt zal worden (logo e.d.) o Voor een conservatie: 3 offertes van erkende restaurateurs De provincie kan steeds bijkomende informatie opvragen over de subsidietrekker, zijn werking en zijn financiën Artikel 6 – Berekening en toekenning van de subsidie a) De deputatie bepaalt het bedrag van de subsidie binnen de perken van het goedgekeurde budget van de provincie Antwerpen rekening houdend met de criteria vooropgesteld in artikel 4 b) De subsidie bedraagt maximaal 50% van de geraamde uitgaven van het project en dit na aftrek van de geraamde uitgaven die niet aanvaard worden voor een subsidie c) De maximumsubsidie bedraagt 5.000 EUR d) Het toegekende bedrag wordt integraal als terugvorderbare subsidie uitbetaald bij de toekenning van de subsidie e) De provincie neemt een beslissing over de toekenning binnen de 90 dagen na het binnenkomen van een volledig aanvraagdossier Artikel 7 – Evaluatiedossier a) De subsidie zal worden gecontroleerd en eventueel deels teruggevorderd na inzending en beoordeling van het evaluatiedossier over het project. Dit dossier moet worden bezorgd op het adres vermeld in artikel 5, uiterlijk drie maanden na voltooiing van het project en/of uiterlijk op 15 oktober van het jaar volgend op de toekenning van de projectsubsidie, afhankelijk van de termijn die het eerst verstrijkt. b) Het evaluatiedossier bestaat uit: 1. Het ingevulde evaluatieformulier volgens de bepalingen gesteld in artikel 10. Het evaluatieformulier is te verkrijgen via het cultuurloket of via de website van de provincie Antwerpen (www.provant.be/cultuurloket) 2. Een gedetailleerde en ondertekende staat van alle inkomsten en uitgaven inclusief kopieën van bewijsstukken van alle uitgaven 3. Verslag van de gerealiseerde doelstellingen, acties en communicatie van het project binnen het kader van het stappenplan.
41
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
4. Indien van toepassing: o een exemplaar van de publicatie (boek, CD, digitaal bestand, …) o een exemplaar van de gedrukte communicatieproducten o een lijst met verwijzingen of links naar de digitale communicatieproducten o Kopijen van pers- & mediaverslaggeving. 5. Bij een conservatieproject: een goed gedocumenteerd rapport of conserveringsverslag. c) Projectuitgaven die in aanmerking genomen worden bij de evaluatie van een subsidie zijn exclusief btw voor die uitgaven waarvoor de begunstigde de btw kan recupereren, en inclusief btw voor de andere uitgaven. Artikel 8 - Afrekening van de subsidie a) De uitbetaalde subsidie zal nooit meer zijn dan het toegekende bedrag. b) De uitbetaalde subsidie kan bovendien nooit hoger zijn dan het tekort op de projectafrekening. c) Indien de toegekende subsidie hoger blijkt dan het tekort op de projectbegroting, wordt het subsidiebedrag verhoudingsgewijs teruggevorderd. d) Bij niet-naleving van de voorwaarden genoemd in artikel 4 of bij onjuiste, onvolledige of laattijdige dossiers, kan de provincie Antwerpen overgaan tot de gehele of gedeeltelijke terugvordering van uitbetaalde subsidiebedragen. HOOFDSTUK IV: Algemene bepalingen Artikel 9 – Betwistingen Betwistingen na beslissing over dit reglement, de toepassing ervan evenals alle onvoorziene gevallen worden desgevallend eenmalig voor heroverweging voorgelegd aan de deputatie, mits duidelijke motivatie en het aanbrengen van nieuwe elementen in het dossier. Artikel 10 - Algemene bepalingen Afspraken rond ondertekening: de handtekening met naam en functie volstaat. Artikel 11 – Wettelijk en reglementair kader Tenzij dit reglement anders bepaalt, wordt de aanvraag behandeld overeenkomstig de bepalingen in: - De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen. - Het besluit van de provincieraad van 16 december 2010 betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers. Artikel 12 - Slotbepalingen a) Dit reglement is van kracht vanaf 1 januari 2014 b) Dit reglement heft de volgende reglementen op: - het reglement op van 16 december 2010, aangepast op 23 juni 2011 met naam Subsidie van de provincie Antwerpen voor een cultuurproject: Roerend materieel en immaterieel erfgoed. - het reglement op van 16 december 2010, aangepast op 24 november 2011, met naam Subsidie van de provincie Antwerpen voor een cultuurproject: Conservatie van roerend erfgoed, eigendom van kerkbesturen.
42
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 4: De hierna volgende, door de hervorming overbodig geworden reglementen worden geschrapt met ingang van 01/01/2014: - projectsubsidies voor culturele organisaties tot bevordering van de taal- en letterkunde en het roerend en immaterieel erfgoed; - subsidie voor het conserveren van roerend cultureel patrimonium eigendom van kerkfabrieken; - werkingssubsidies voor culturele organisaties; - projectsubsidies erkende musea; - projectsubsidies niet-erkende musea die streven naar erkenning; - subsidiëring van gemeenten ter bescherming en inventarisering van gemeentelijke archieven; - subsidiëring van monumenten; - provinciale premie voor draaiende molens. Artikel 5: Het verdeelkrediet Subsidiëring van bovenlokale heemkundige initiatieven(V)/Overig beleid inzake erfgoed wordt geherdefinieerd tot Subsidiëring regionale erfgoedverenigingen voor hun koepelwerking (V)/Overig beleid inzake erfgoed. Artikel 6: a) De op het budget 2014 voorziene kredieten op de artikels: - projectsubsidies culturele organisaties taal- letterkunde en erfgoed (R)/Overig beleid inzake erfgoed; - projectsubsidie roerend cultureel patrimonium eigendom van kerkfabrieken(R)/ Overig beleid inzake erfgoed; worden samengevoegd tot één artikel Projectsubsidies lokale erfgoedhouders (R)/Overig beleid inzake erfgoed’ b) De op het budget 2014 voorziene kredieten op de artikels: - projectsubsidies erkende musea (R)/Musea; - projectsubsidies niet-erkende musea die streven naar erkenning(R)/Musea; worden samengevoegd tot één artikel Projectsubsidies lokale erfgoedinstellingen (R)/Musea VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Ik heb geen vragen, maar een verklaring waarom onze fractie zich gaat onthouden. De Cultuurraad gaf een positief advies, en daar houden wij rekening mee. Maar anderzijds hebben wij wel vragen wat er gaat gebeuren met de initiatieven voor wie de subsidies nu wegvallen. VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 63 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 61 leden hebben ja gestemd; 2 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 61 stemmen ja, bij 2 onthoudingen.
43
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 1/4 en 1/5 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in. Nr. 1/4 van de agenda Erediensten. Antwerpen. Islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur). Meerjarenplan 2013. Goedkeuring. Verslag van deputatie 1. Met brief van 20 mei 2010 vroeg het Executief van de Moslims van België aan de Vlaamse minister (Geert Bourgeois) de erkenning van de (Turkse) islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) met als gebiedsomschrijving de stad Antwerpen en met als vestigingsplaats Ieperstraat 26 te 2018 Antwerpen (Zuid). De gemeenteraad van Antwerpen verleende gunstig advies op 28 februari 2011, uw raad op 24 maart 2011 en de Minister van Justitie (Staatsveiligheid) op 5 december 2012. Met besluit van 22 januari 2013 erkende de Vlaamse minister de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur). 2. Op 30 maart 2013 vonden de verkiezingen plaats voor de samenstelling van het islamitisch comité en op 14 april 2013 kwam dit comité voor het eerst samen en verkoos het onder zijn leden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. 3. In de periode van 23 mei tot eind september 2013 heeft voormelde islamitische geloofsgemeenschap een drietal ontwerpen van het meerjarenplan 2013 en van het budget 2013 ingezonden. Deze ontwerpen werden alle teruggezonden omdat zij niet voldeden aan de Vlaamse regelgeving terzake (eerste ontwerp), omdat de geraamde bedragen van de exploitatie-uitgaven, van de investeringsuitgaven en van de provinciesubsidie onaanvaardbaar hoog waren en te sterk afweken van de bedragen die vermeld waren in het erkenningsdossier (tweede ontwerp) of omdat sommige exploitatie-uitgaven (vergoeding hogere hiërarchie, vrijwilligersvergoeding leerkrachten koranonderricht en andere uitgaven administratie) niet aanvaard konden worden (derde ontwerp). 4. In vergadering van 16 oktober 2013 heeft het comité van de islamitische geloofsgemeenschap de definitieve versie van het nieuwe meerjarenplan 2013 opgemaakt en goedgekeurd. Dit meerjarenplan 2013 werd gunstig geadviseerd door het Executief van de Moslims van België op 25 oktober 2013 en het dossier is op 25 oktober 2013 ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen. In dit meerjarenplan 2013 worden de exploitatieontvangsten (giften, geldinzameling van de gelovigen) geraamd op 10.000,00 EUR en de exploitatieuitgaven op 23.370,00 EUR, zodat het exploitatietekort (tevens bedrag van de provinciesubsidie) 13.370,00 EUR bedraagt. Om de provinciesubsidie nog in de loop van 2013 te kunnen uitbetalen wordt in de vergadering van vandaag aan uw raad een budgetwijziging ter goedkeuring voorgelegd. Luidens de artikels 43 en 272 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten is het meerjarenplan 2013 onderworpen aan de goedkeuring van uw raad. De deputatie stelt uw raad derhalve voor om het meerjarenplan 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen goed te keuren zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen.
44
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het meerjarenplan 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen, gunstig geadviseerd door het Executief van de Moslims van België op 25 oktober 2013 en ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 25 oktober 2013; Gelet op de artikels 43 en 272 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten; Gelet op het meerjarenplan 2013, waaruit blijkt dat de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede te Antwerpen in 2013 beroep doet op een provinciesubsidie van 13.370,00 EUR (tekort exploitatiebudget 2013); Gelet op het verslag en voorstel van de deputatie. BESLUIT: Enig artikel: Goedgekeurd wordt het meerjarenplan 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 1/5 van de agenda Erediensten. Antwerpen. Islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur). Budget 2013. Akteneming. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 1.In vergadering van heden heeft uw raad het meerjarenplan 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede te Antwerpen goedgekeurd. Dit meerjarenplan 2013 voorziet voor 2013 exploitatie-uitgaven ten bedrage van 23.370,00 EUR, exploitatieontvangsten ten bedrage van 10.000,00 EUR, met een geraamde provincietoelage van 13.370,00 EUR op de exploitatieontvangsten. 2. Het comité van de islamitische geloofsgemeenschap heeft het budget 2013 opgemaakt en goedgekeurd in vergadering van 16 oktober 2013. Het budget 2013 werd gunstig geadviseerd door het Executief van de Moslims van België op 25 oktober 2013. Het dossier is op 25 oktober 2013 ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen. 3. In het budget 2013 worden de exploitatie-uitgaven geraamd op 23.370,00 EUR. De exploitatieontvangsten worden geraamd op 10.000,00 EUR. De provincietoelage bedraagt voor 2013 voor de exploitatie derhalve 23.370,00 EUR – 10.000,00 EUR = 13.370,00 EUR; dit is hetzelfde bedrag als opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan 2013. Er zijn in 2013 geen investeringsontvangsten noch investeringsuitgaven.
45
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Luidens de artikels 48 en 272 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten neemt de provincieraad – als de provinciale bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag, opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan – akte van het budget. De deputatie stelt uw raad voor om akte te nemen van het budget 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het budget 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen en op het gunstig advies van 25 oktober 2013 van het executief van de Moslims van België, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 25 oktober 2013; Gelet op het budget 2013, waaruit blijkt dat de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen in 2013 beroep doet op een exploitatietoelage van 13.370,00 EUR terwijl in het goedgekeurde meerjarenplan 2013 eveneens eenzelfde exploitatietoelage van 13.370,00 EUR was opgenomen; Gelet op de artikels 48 en 272 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten; Gelet op het verslag en voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Akte wordt genomen van het budget 2013 van de islamitische geloofsgemeenschap Innerlijke Vrede (Huzur) te Antwerpen. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 1/4 en 1/5 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 65 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 55 leden hebben ja gestemd; 7 leden hebben nee gestemd; 3 leden hebben zich onthouden. De agendapunten 1/4 en 1/5 worden goedgekeurd met 55 stemmen ja, bij 7 stemmen nee en 3 onthoudingen. VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 1/6 tot en met 1/8 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in.
46
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 1/6 van de agenda Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw. Budgetwijziging 2013. Akteneming. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 1.In vergadering van 28 februari 2013 heeft uw raad akte genomen van het budget 2013 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen. Het exploitatiebudget 2013 sluit af met een geraamd overschot van 20.795,00 EUR. Het investeringsbudget 2013 sluit af met een geraamd overschot van 2.048,97 EUR. Het budget 2013 voorziet geen toelage van de provincie voor de exploitatie noch voor de investeringen. 2. Met brief van 21 oktober 2013, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 23 oktober 2013, heeft de kathedrale kerkfabriek een budgetwijziging 2013 ingezonden. Deze budgetwijziging 2013 werd opgemaakt en goedgekeurd door de kathedrale kerkraad in vergadering van 17 oktober 2013 en gunstig geadviseerd door de Bisschop van Antwerpen op 24 oktober 2013. 3. In de budgetwijziging 2013 sluit het exploitatiebudget 2013 met een geraamd overschot van 4.000,00 EUR en het investeringsbudget 2013 sluit af met een geraamd overschot van 252.048,97 EUR. Deze budgetwijziging 2013 voorziet geen toelage van de provincie voor de exploitatie noch voor de investeringen; In het exploitatiebudget werden kredieten gewijzigd in drie artikels van de ontvangsten en in negentien artikels van de uitgaven. In het investeringsbudget werden kredieten gewijzigd in drie artikels van de ontvangsten en in acht artikels van de uitgaven. 4. In de beleidsnota, gevoegd bij de budgetwijziging 2013, worden navermelde toelichtingen verstrekt: a. Exploitatie - De tentoonstelling “Van Quinten Metsijs tot Peter Paul Rubens – Meesterwerken uit het Koninklijk Museum terug in de Kathedraal” liep oorspronkelijk van 4 juni tot 15 november 2009. Zij werd vervolgens verlengd tot aan de heropening van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA) na renovatiewerken. Deze tentoonstelling is – ook na de verlenging – zelfbedruipend. De (verhoogde) toegangsprijzen blijven gehandhaafd. Het aantal bezoekers lag het eerste half jaar in de lijn van het aantal bezoekers in 2011 en iets lager dan in 2012. Voorzichtigheidshalve wordt de opbrengst uit het toerisme iets lager geraamd dan in 2012. -De personeelskost ligt in de lijn van het budget 2013. b. Investeringen - De investeringen in 2013 worden gefinancierd met eigen middelen. Luidens de artikels 48, 50 en 78 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten neemt uw raad akte van de budgetwijziging. De deputatie stelt uw raad voor om akte te nemen van de budgetwijziging 2013 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen.
47
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de brief van 21 oktober 2013 van de kathedrale kerkfabriek van OnzeLieve-Vrouw te Antwerpen, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 23 oktober 2013, waarbij de budgetwijziging 2013 werd ingezonden; Gelet op het gunstig advies van 24 oktober 2013 van de Bisschop van Antwerpen inzake voormelde budgetwijziging 2013, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 24 oktober 2013; Gelet op de artikels 48, 50 en 78 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten; Gelet op de budgetwijziging 2013, waaruit blijkt dat de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen in 2013 geen beroep doet op enige exploitatie- of investeringstoelage van de provincie Antwerpen; Gelet op het verslag en voorstel van de deputatie. BESLUIT: Enig artikel: Akte wordt genomen van de budgetwijziging 2013 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 1/7 van de agenda Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw. Meerjarenplan 2014 - 2019. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 1. In vergadering van 17 oktober 2013 heeft de kathedrale kerkraad van OnzeLieve-Vrouw te Antwerpen het tweede meerjarenplan 2014 – 2019 overeenkomstig de toepasselijke Vlaamse regelgeving opgemaakt en goedgekeurd. De bisschop van Antwerpen verleende op 24 oktober 2013 een gunstig advies hierover. 2. In de strategische nota gevoegd bij het meerjarenplan worden volgende uitgangspunten (afspraken) geformuleerd: - Voor de restauratie van het kathedraalgebouw blijft de provincie Antwerpen opdrachtgever en bouwheer. De provincie Antwerpen werd ook gevraagd om van enkele projecten het bouwheerschap over te nemen: het betreft de restauratie van de Sint-Janskapel, het aanpakken van het verlichtingsconcept in de kathedraal, het plaatsen van haspels in het kader van het calamiteitenplan van de kathedraal en tenslotte de schilderwerken in de sacristie van de Venerabelkapel. - De provincie Antwerpen blijft, zoals voorheen, de kost van de brandverzekering van het kerkgebouw en de klimatisatiekosten (indirect) ten laste nemen.
48
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
- Er is geen aanzienlijke terugval van het aantal niet-Europese bezoekers ten gevolge van een crisis (epidemie, terrorisme of dreiging van conflicten) in de betrokken periode. 3. De doelstellingen van het meerjarenplan zijn geformuleerd als volgt: 1° De continuïteit van het beleid. Het kathedrale kerkbestuur zal het vroeger gevoerde beleid verder zetten binnen het raam van het decreet op de erediensten. Voor de werking op het vlak van collectiebeheer, veiligheid en publiekswerking zal verder nauw samengewerkt worden met de andere vier historische kerken binnen het kader van de VZW Monumentale Kerken Antwerpen. 2° De toename van de investeringen. Het kerkbestuur heeft de bedoeling om in navolgende belangrijke projecten te investeren in de volgende zes jaren: -De restauratie en renovatie van de kapel van Onze-Lieve-Vrouw-van-Toevlucht (Schoenmarkt). Deze kapel, erkend als bijkerk van de kathedraal, is een als monument beschermd gebouw bestemd voor de eredienst. De kathedrale kerkfabriek treedt hier op als opdrachtgever en bouwheer van een project dat beoogt de veiligheid van de site te vergroten, de functionaliteit te verbeteren en de oorspronkelijkheid te bewaren. Architect R. Steenmeijer heeft een restauratiedossier voorbereid dat vóór oktober 2013 werd ingediend bij de Vlaamse Overheid. De kosten worden begroot in 2014. - De verbetering van het sanitair voor de talrijke bezoekers van de kathedraal. - De kathedrale kerkfabriek is eigenaar van een aantal waardevolle panden rond of in de onmiddellijke omgeving van de kathedraal. Deze panden, al dan niet beschermd, en overwegend met een handels- of horecabestemming, stellen heel wat problemen qua stabiliteit, veiligheid, vochtigheid (daken, goten, riolen) die dringend moeten aangepakt worden: Groenplaats 20 en Sint-Pieterstraat 1 (pastorij). - De conservatie- en restauratiebehandelingen van stukken uit het kunstpatrimonium. Naast de regelmatige controle op de conservatietoestand van het kunstpatrimonium, die verder doorgaat, zijn er een aantal grotere restauratiedossiers met een belangrijke financiële weerslag. Het gaat hier o.m. om de restauratie van de klokken. 3° De financiering. Het kerkbestuur heeft in 2009 de bescheiden bijdrage, die aan de bezoekers wordt gevraagd naar aanleiding van de tentoonstelling “Reünie” aangepast naar 5,00 EUR – met behoud van het lagere tarief voor de inwoners van de provincie Antwerpen. Het kerkbestuur blijft vasthouden aan het zelfbedruipend van de kerkfabriek. Vanaf 1 januari 2014 worden de toegangsgelden verhoogd tot 6,00 EUR, eveneens met behoud van een lager tarief voor de inwoners van de provincie Antwerpen. Ook mogelijke initiatieven met het oog op een vervolg op de tentoonstelling “Reünie” (andere altaarstukken van het Koninklijk Museum Schone kunsten te Antwerpen in bruikleen nemen en eventueel de organisatie van een tentoonstelling over barokke sculptuur in samenwerking met de stad Antwerpen) dienen zelfbedruipend te zijn. De investeringen worden zoveel mogelijk gefinancierd met eigen middelen; eventueel kunnen panden die verder van de kathedraal gelegen zijn, verkocht worden om andere renovatieprojecten te financieren of wordt een langlopend krediet aangegaan.
49
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Er zal actief onderzocht worden of bijkomende bronnen van financiering voor de Onze-Lieve-Vrouw-kathedraal mogelijk zijn, zodat de inkomsten meer gediversifieerd kunnen worden. De beheersing van de personeelskosten blijft, net zoals voorheen, de grootste factor om een financieel evenwicht te bestendigen. Er wordt geen uitbreiding van het personeelsbestand voorzien en er wordt zoveel mogelijk bespaard op de loonkost door sommige taken (bv. onderhoud) deels uit te besteden en de kost van de overuren te drukken. De personeelskost zal binnen de budgettaire grenzen van de meerjarenbegroting blijven. 4. De financiële nota 2014 – 2019 voorziet geen exploitatietoelage noch een investeringstoelage van de provincie Antwerpen. 5. De deputatie stelt uw raad voor om in te stemmen met de afspraken vervat in de strategische nota en met de doelstellingen van het meerjarenplan 2014 – 2019. Voorgesteld wordt om het meerjarenplan 2014 – 2019 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen goed te keuren zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de brief van 21 oktober 2013 van de kathedrale kerkfabriek van OnzeLieve-Vrouw te Antwerpen, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 23 oktober 2013, waarbij het meerjarenplan 2014 – 2019, bestaande uit een strategische nota (met afspraken) en een financiële nota, werd ingezonden; Gelet op het gunstig advies van 24 oktober 2013 van de bisschop van Antwerpen inzake voormeld meerjarenplan, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 24 oktober 2013; Gelet op de artikels 43 en 78 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten; Gelet op de strategische nota met afspraken, de doelstellingen van het meerjarenplan en de financiële nota, waaruit blijkt dat de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen in de periode 2014 – 2019 geen beroep doet op enige exploitatie- of investeringstoelage van de provincie Antwerpen. BESLUIT: Enig artikel: Goedgekeurd wordt het meerjarenplan 2014-2019 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen zonder boekhoudkundig-technische opmerkingen. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
50
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 1/8 van de agenda Erediensten. Antwerpen. Kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw. Budget 2014. Akteneming. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 1.In vergadering van vandaag heeft uw raad het meerjarenplan 2014 – 2019 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen goedgekeurd. Dit meerjarenplan voorziet geen toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie noch voor de investeringen in de periode 2014 – 2019. 2. Met brief van 21 oktober 2013, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 23 oktober 2013, heeft de kathedrale kerkfabriek het budget 2014 ingezonden. Dit budget 2014 werd opgemaakt en goedgekeurd door de kathedrale kerkraad in vergadering van 17 oktober 2013 en gunstig geadviseerd door de bisschop van Antwerpen op 24 oktober 2013. 3. Het exploitatiebudget 2014 sluit af met een geraamd overschot van 168.136,13 EUR. Het investeringsbudget 2014 sluit af met een geraamd overschot van 145.192,11 EUR. Het budget 2014 voorziet geen toelage van de provincie Antwerpen voor de exploitatie noch voor de investeringen. 4. In de beleidsnota, gevoegd bij het budget 2014, wordt navermelde toelichting verstrekt: a. Exploitatie - Voor 2014 wordt ervan uitgegaan dat de toegangsgelden opgetrokken worden tot 6,00 EUR, met behoud van een lager tarief voor de inwoners van de provincie, en dit aan gelijke bezoekersaantallen. - Loonkost: er wordt uitgegaan van een ongewijzigd personeelsbestand in 2014. b. Investeringen - De investeringen voor 2014 worden voor een groot stuk gefinancierd met eigen middelen. Voor de renovatie van het pand Groenplaats 20 is een subsidie van de Vlaamse Overheid voorzien en wordt een lening aangegaan. Luidens de artikels 48 en 78 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten neemt uw raad – als de provinciale bijdrage in het budget binnen de grenzen blijft van het bedrag, opgenomen in het goedgekeurde meerjarenplan – akte van het budget. De deputatie stelt uw raad voor om akte te nemen van het budget 2014 van de kathedrale kerkfabriek van Onze-Lieve-Vrouw te Antwerpen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de brief van 21 oktober 2013 van de kathedrale kerkfabriek van OnzeLieve-Vrouw te Antwerpen, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 23 oktober 2013, waarbij het budget 2014 werd ingezonden;
51
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op het gunstig advies van 24 oktober 2013 van de bisschop van Antwerpen inzake voormelde budget 2014, ingekomen op het provinciebestuur van Antwerpen op 24 oktober 2014; Gelet op het budget 2014, waaruit blijkt dat de kathedrale kerkfabriek van OnzeLieve-Vrouw te Antwerpen in 2014 geen beroep doet op enige exploitatie- of investeringstoelage van de provincie Antwerpen; Gelet op de artikels 48 en 78 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten; Gelet op het verslag en voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Akte wordt genomen van het budget 2014 van de kathedrale kerkfabriek van OnzeLieve-Vrouw te Antwerpen. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Wij gaan ons zoals gewoonlijk om principiële redenen onthouden. Bij het punt 1/8 hebben wij nog een bijkomende reden. Wij hebben vernomen dat de inkomgelden voor de kathedraal van Antwerpen, nadat ze al verhoogd waren tot 5 EUR, verhoogd gaan worden tot 6 EUR. Als Hobokenaar heb ik natuurlijk iets met het verhaal van “Nello en Patrasche”, een verhaal over een Hobokense arme melkventerjongen die niet kon gaan kijken naar de schilderijen van Rubens in de kathedraal omdat hij er geen geld voor had. Nu, 6 EUR dat betekent al iets. Wij vernemen dat heel wat armen in ons land moeten leven met 10 EUR per dag, nadat zij hun vaste kosten betaald hebben en dat ze daarmee hun gezin mee moeten voeden. Gisteren lazen we in de krant dat zelfs, en dat kan ik alleen maar toejuichen, een liberale volksvertegenwoordigster van de MR in Brussel eens gaat proberen van een week te overleven met 6 EUR per dag. Wij zouden niet willen dat het verhaal van Nello en Patrasch, waar 40 miljoen Japanners elke zondagavond maandenlang voor de buis gezeten hebben en er tranen bij gelaten hebben, zich in realiteit hier bij ons herhaald. VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 1/6 t/m 1/8 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 66 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 61 leden hebben ja gestemd; 1 lid heeft nee gestemd; 4 leden hebben zich onthouden. De agendapunten 1/6 tot en met 1/8 worden goedgekeurd met 61 stemmen ja, bij 1 stem nee en 4 onthoudingen.
52
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
VOORZITTER.- Mevrouw Baeten laat noteren dat er bij de stemming van de punten 1/4 en 1/5 voor haar een onthouding staat, maar dit moet een ja-stem zijn. Bij de stemming van de punten 1/6 t/m 1/8 wilden mevrouw Hendrickx en de heer Bellens ja stemmen. Nr. 1/9 van de agenda Budget 2013. Artikel 762/64013943 - Subsidie voor bijzondere culturele activiteiten - Aanwending van krediet. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Op artikel 762/64013943 - Subsidie voor bijzondere culturele activiteiten – van het budget 2013 is, na budgetwijziging, een krediet beschikbaar van 201.540 EUR. Dit krediet, dat aanvankelijk was ingeschreven voor het reglement Subsidiëring van bijzondere culturele activiteiten, is bestemd voor het nieuwe reglement bovenlokale culturele projecten (goedgekeurd door de provincieraad op 27-06-2013). Na de toepassing van het oude reglement bijzondere culturele activiteiten en de toepassing van het nieuwe reglement bovenlokale culturele projecten, is er nog een bedrag van 100.000 EUR beschikbaar. Om dit krediet alsnog een gepaste bestemming te geven, wordt voorgesteld om dit krediet als volgt te verdelen. Voor de vzw Strip Turnhout wordt 55.000 EUR voorbehouden om de gevolgen van de interne staatshervorming te temperen. Voor de IBW-opleiding (Informatie- en Bibliotheekwetenschap) van de UA wordt 45.000 EUR voorbehouden met het oog op de geleidelijke afbouw van de provinciale ondersteuning. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 21 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Overwegende dat het aangewezen is om het resterende krediet op artikel 762/64013943 een zinvolle bestemming te geven; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Van het nog beschikbare krediet van 100.000 EUR op artikel 762/64013943 Subsidie voor bijzondere culturele activiteiten – wordt bij aanwending van krediet 55.000 EUR voorbehouden voor de vzw Strip Turnhout en 45.000 EUR voor de IBW-opleiding van de UA. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
53
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 67 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 65 leden hebben ja gestemd; 2 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 65 stemmen ja, bij 2 onthoudingen. VOORZITTER.- Mevrouw De Lobel heeft het woord. Mevrouw DE LOBEL.- Mijn stem is niet genoteerd. Ik heb dit keer ja gestemd, en bij de vorige stemming een onthouding.
54
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2. Ruimtelijke ordening, mobiliteit en intercommunales Nr. 2/1 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging CIPAL. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting Voorstelling van de dienstverlenende vereniging CIPAL Al vele jaren staat CIPAL lokale en andere overheden resultaatgedreven bij in de automatisering van hun ondersteunende en dienstverlenende processen. Met haar innovatieve oplossingen is CIPAL dagelijks actief in vrijwel alle beleidsdomeinen waarmee een openbaar bestuur te maken krijgt. De missie van CIPAL vat de doelstellingen kort en bondig samen: “CIPAL helpt overheden om hun dienstverleningsopdracht efficiënt en klantvriendelijk uit te voeren door hen beleids- en procesondersteunende, innovatieve en betrouwbare ICT- en e-governmentoplossingen en -diensten aan te bieden.” De dienstverlenende vereniging (intercommunale in de volksmond) CIPAL, met exploitatiezetels in Geel, Diepenbeek, Mechelen en sinds het voorjaar van 2013 ook in Gentbrugge, biedt een actieve inhoudelijke dienstverlening aan haar vennoten aan en werkt eigentijdse ICT-oplossingen uit voor de publieke sector (steden en gemeenten, provincies, OCMW’s, bibliotheken, schouwburgen, rustoorden, kinderdagverblijven, musea, etc.). De werking van CIPAL is gebaseerd op kostendelende en intergemeentelijke samenwerkingsprincipes, d.w.z. dat de kosten van de diensten en oplossingen verdeeld worden over die besturen die op haar dienstverlening beroep doen. Aangezien de DV CIPAL geen winstdoelstellingen nastreeft, worden alle middelen geïnvesteerd in de eigen werking, enerzijds het uitbouwen van een kwalitatieve en inhoudelijke dienstverlening en anderzijds het vernieuwen en up-to-date houden van het diensten- en productenaanbod, daarbij rekening houdend met de evolutie op de markt en de vragen van haar vennoten/deelnemers. De kernvraag die ons de voorbije jaren bezighield is waar CIPAL als organisatie echt voor wil staan, waar we uitmuntend in zijn, waarmee we geassocieerd willen worden. En dat is voor een dynamisch en open overheidsbedrijf, een vat vol energie en dynamiek, geroemd voor durf, innovatie en resultaatgerichtheid, een echt verlengstuk van de besturen met klantgerichte en uitmuntende expertisecentra en een duurzaam karakter. In 2011 werd daarom de basis gelegd voor een grondige wijziging van de interne structuren. Er werd vertrokken vanuit het vormgeven van een duidelijke identiteit voor de intercommunale vereniging. Terugkeren naar het basisgedachtegoed van de intercommunale samenwerking kon enkel door de niet-kernactiviteiten en activiteiten voor niet-vennoten af te splitsen. De eerder commerciële en technische activiteiten (diensten aan niet-vennoten) die historisch waren ontstaan, werden daartoe ondergebracht bij een NV-structuur.
55
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De NV CIPAL kreeg als missie mee activiteiten te ontplooien bij hogere overheden (Vlaamse en Federale overheid), politiezones en huisvestingsmaatschappijen, en dit gebruik makend van de specifieke intellectuele eigendom en expertise van CIPAL DV die meerderheidsaandeelhouder is in CIPAL NV. Ook het valoriseren van de kennis van de DV bij buitenlandse overheden hoort tot de taken van de NV. Vanaf dat moment werden ook alle technische medewerkers stelselmatig ondergebracht bij de NV-structuur, een operatie die in het najaar van 2012 zijn volle uitwerking kreeg. Door deze operatie blijft de intercommunale structuur CIPAL DV exclusief voorbehouden voor de Vlaamse lokale en provinciale besturen en spreidt ze maximaal de kosten en de diensten, zonder enig verlies van kennis aangezien de kenniswerkers (adviseurs, inhoudelijke vakspecialisten, …) werkzaam blijven binnen de DV CIPAL. De intercommunale CIPAL telt momenteel (stand 1 september 2013) 158 medewerkers, waarvan het overgrote deel adviseurs en experten, gespecialiseerd in het begrijpen en verbeteren van de lokale overheidsprocessen. Deze adviseurs opereren vanuit diverse expertisecentra: Beleid & financiën, Personeel & organisatie, Burgerzaken, Grondgebiedzaken, Zorg & welzijn, Cultuur & communicatie, Bibliotheken, musea & archieven en ICT & infrastructuur. Overkoepelend over al deze expertisecentra heen is er een aanpak opgezet voor beleidsinformatie en rapportering, alsook inzake elektronische dienstverlening zoals inscannen en verwerken van documenten, contacten- en correspondentiebeheer en het automatiseren van informatiestromen en werk- processen. Doordat haar adviseurs opereren op het raakvlak van overheidsprocessen enerzijds en ICT-technologie anderzijds, beschikt CIPAL over een uniek competentiepallet ten dienste van haar vennoten. De dienstverlenende vereniging richt zich daarbij specifiek op het ondersteunen van haar vennoten door hen beleids- en procesondersteunende e-government oplossingen en diensten aan te bieden. De dienstverlening van de lokale besturen sneller, meer flexibel, goedkoper, professioneler en meer klantgericht maken is het doel. Zo draagt de intercommunale CIPAL rechtstreeks bij tot het verbeteren van de dienstverlening van besturen aan haar burgers. Het uitbouwen van een e-governmentstrategie is echter veel meer dan enkel maar de juiste technologie inschakelen. Het betreft in eerste instantie vooral het verbeteren van de processen binnen de context van de wijzigende omgeving waarin de lokale besturen vandaag moeten opereren. Vandaar dat er ook een verschuiving merkbaar is van het aanbieden van ICT-oplossingen (de ‘software’) naar een meer inhoudelijke ondersteuning en dienstverlening onder de vorm van gespecialiseerde diensten, adviesverlening, begeleiding en opleidingen. Binnen de context van een steeds krappere budgettaire ruimte bij onze overheden en de daaruit voortvloeiende noodzaak tot het optimaliseren van de interne werking, waardoor intergemeentelijk samenwerken bij veel besturen bovenaan de agenda staat, werkt CIPAL nog meer dan vroeger aan het uitbouwen van kostendelende projecten die zij aan haar vennoten kan aanbieden. We verwijzen hier concreet naar centrale Shared Service- en Cloud-diensten, het aan de besturen ter beschikking stellen van gespecialiseerd personeel (vb. financiële en
56
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
HR-specialisten, ICT-medewerkers) en het inrichten van gemeenschappelijke adviesdiensten en opleidingen. De geconsolideerde bedrijfsopbrengsten voor 2012 bedragen 32.698.770 EUR met een geconsolideerd nettoverlies na belastingen van 165.016 EUR. Het aandeel van CIPAL DV groep hierin bedraagt 162.016 EUR. De omzet bedroeg 30.527.002 EUR, een verbetering van meer dan 150.000 EUR ten opzichte van de begroting 2012. De kosten van aankopen van handelsgoederen en de aan de omzet gerelateerde diensten lagen in lijn met de begroting. De kosten voor diensten en diverse goederen en de kosten van bezoldigingen en sociale lasten namen toe. Enerzijds is dit een gevolg van indexeringen en hogere wettelijke verplichte pensioenbijdragen en anderzijds werd door CIPAL geïnvesteerd in de toekomst door het aantrekken van enkele kaderleden met een ruime en voor hun taken binnen CIPAL relevante ervaring. CIPAL beschikt over een sterke kaspositie en is quasi schuldenvrij, wat haar toeliet ook in 2013 de vernieuwingsoperatie door te zetten. De cijfers werden goedgekeurd op de statutaire algemene vergadering van 14 juni 2013. Naar de toekomst toe, zet CIPAL vooral in op innovatie en vernieuwing als motor voor toekomstige groei en als gangmaker voor de creatie van hogere toegevoegde waarde. Die groei werd al zichtbaar in de omzetcijfers van 2011 en 2012, waarbij we in 2011 voor het eerst terug de kaap van dertig miljoen EUR overschreden. Met het vernieuwingsproject CIPAL in beweging geeft de organisatie duidelijk gestalte aan haar doelstellingen. Deze visie krijgt concreet vorm in een innovatief aanbod toegespitst op 4 pijlers: klant- en dienstgerichtheid, betrouwbare en duurzame service, innovatief & open karakter en resultaatsen beleidsondersteunende oplossingen. 1. CIPAL-werking voor lokale besturen CIPAL is een toonaangevend Vlaams ICT-overheidsbedrijf met de structuur van een dienstverlenende vereniging (zoals voorzien in het Vlaamse decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking). Tot de kernopdracht van CIPAL behoort het uitwerken van ICT-totaaloplossingen voor haar vennoten/deelnemers (ontwikkeling, implementatie en onderhoud van toepassingssoftware, systeem- en netwerkintegratie, … ) en het aanbieden van hieraan gerelateerde diensten zoals opleiding, ondersteuning, bijstand bij de opmaak van ICT-beleidsplannen, inhoudelijke adviesverlening op diverse vlakken, het aanbieden van gemeenschappelijke ICT- en infrastructuurdiensten (Shared Service Center, Cloud-diensten), enz … De deelnemers van CIPAL beslisten op de buitengewone algemene vergadering van 19 december 2008 met eenparigheid van stemmen om de exploitatieperiode van de dienstverlenende vereniging CIPAL te verlengen met een periode van 18 jaar, ingaand op 2 april 2009 tot 1 april 2027. CIPAL onderscheidt zich van andere ICT-leveranciers op meerdere vlakken. Typerend is dat de vereniging werkt op een kostendelende basis waarbij investeringen over diverse besturen verspreid en gedeeld kunnen worden. Tevens
57
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
is ze een gelijkaardige publieke entiteit als haar eigen cliënteel. CIPAL is, na de overname van CEVI door het Waalse NRB, immers het enige ICT-overheidsbedrijf dat nog steeds stevig verankerd is in Vlaanderen, dat eigendom is van de Vlaamse lokale en provinciale besturen en dat ook bestuurd wordt door deze lokale en provinciale overheden. Steden en gemeenten, provincies, OCMW’s en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden kunnen deelnemer (vennoot) worden van CIPAL DV en zo mee participeren in haar beleid. Het aantal deelnemers van de dienstverlenende vereniging neemt nog jaarlijks toe en bedraagt momenteel 216 deelnemers (september 2013). Elke deelnemer van CIPAL is vertegenwoordigd in de algemene vergadering en elke deelnemer heeft recht op een vertegenwoordiger in het statutair voorziene adviescomité. De algemene vergadering kiest de raad van bestuur, die op haar beurt het directiecomité samenstelt. Het provinciebestuur van Antwerpen is via Mevr. Verhaert Inga, Gedeputeerde, en dhr. Corluy Bert, Provincieraadslid vertegenwoordigd in de Raad van Bestuur en het directie comité van Cipal dv. In de algemene vergadering van juni werd de provincie vertegenwoordigd door Bellens Peter, Gedeputeerde (effectief afgevaardigde) en Sels Frank, Provincieraadslid (plaatsvervangend afgevaardigde). Er werd geen afgevaardigde aangeduid in het Adviescomité. De voorzitter is, volgens de bepalingen van het decreet, steeds een afgevaardigde van de aangesloten gemeenten. Voor de beleidsperiode 2013-2018 is dit dhr. Schroons Walter, schepen stad Mechelen. De deelnemers van CIPAL hebben dus een maximale inspraak in het beleid van CIPAL. De gebruikers van de verschillende CIPAL ICT-oplossingen kunnen daarnaast ook nog zetelen in uiteenlopende overlegorganen zoals gebruikersvergaderingen en werkgroepen en dragen op die manier mee bij tot een continue verbetering en verrijking van het diensten- en ICT-aanbod van CIPAL. Verder is ook de participatie van leidende ambtenaren (secretarissen en financieel beheerders), leden van het managementteam en ICT-verantwoordelijken noodzakelijk om op strategisch en technisch-inhoudelijk vlak mee sturing te geven. Naast de lokale politici zijn zij immers ook een belangrijke schakel in de werking van CIPAL. Daar waar eindgebruikers een platform hebben in de gebruikersgroepen en de politiek in de bestuursorganen, dient er een platform geboden te worden waar het dagelijks management van de lokale besturen mee betrokken wordt in de werking van CIPAL. CIPAL speelt als dienstverlenende vereniging hierop in door de gepaste samenwerkingsinitiatieven uit te bouwen op beleidsniveau en op het niveau van de managementteams. Van dit aanbod worden tijdens de statutaire meetings ook de belangrijkste punten onder de aandacht gebracht. Tijdens het adviescomité van 22 mei 2012 werd o.a. de CIPAL strategie rond Social Media voorgesteld en op het adviescomité van 6 november 2012 de uitwisseling van stedenbouwkundige informatie en bouwaanvragen en de aanpak van CIPAL en de VVSG in het kader van de ontplooiing van de OCMW-gegevensstromen binnen het KSZ. In het adviescomite van 22 mei 2013 ging de aandacht voornamelijk naar de kennismaking van de nieuwe afgevaardigden in het adviescomité met CIPAL en de wijze waarop CIPAL het bestuur kan helpen om een klantgerichte dienstverlening uit te bouwen.
58
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
In het voorjaar 2013 werden hiervoor in de diverse Vlaamse provincies ook een viertal informatiesessies ingericht voor de nieuwe colleges om hen eveneens kennis te laten maken met het CIPAL diensten- en productportfolio. Daarnaast zijn er nog de andere informatiekanalen van CIPAL, waaronder de website www.cipal.be, de publicaties (vb. de e-MuniCIPAL nieuwsbrief, de CIPAL HRM-nieuwsbrief, …) en nieuwsflashes. CIPAL is met andere woorden een organisatie van en voor de openbare besturen, een ICT-partner ten dienste van de verschillende bestuursniveaus, die bijdraagt tot een interbestuurlijke samenwerking op het vlak van ICT en e-Government. De natuurlijke verankering met haar klantenbasis maakt CIPAL daardoor zelfs uniek in Vlaanderen. 2. Overzicht van de CIPAL-werking voor deelnemers CIPAL is in de eerste plaats een dienstverlenende vereniging van en voor de lokale en provinciale besturen in Vlaanderen. De belangrijkste doelstelling is onze besturen te ondersteunen zodat ze een betere en efficiëntere dienstverlening aan burgers en bedrijven kunnen uitbouwen. Lokale en provinciale besturen kunnen daarom vertrouwen op de gespecialiseerde dienstverlening via onze expertisecentra. In 2010 werd daarom besloten terug naar de basisgedachte te grijpen. Het vernieuwde CIPAL-management kreeg bij haar aantreden een duidelijke opdracht vanuit de bestuursorganen: CIPAL op koers zetten naar 2020, op weg naar een dienstenorganisatie, met onderliggend sterke IT-oplossingen, aan een faire prijs, op basis van een klantgerichte en uitstekende dienstverlening, waar beloftes worden nagekomen en waar competenties kunnen groeien ten dienste van haar vennoten/deelnemers. Samen groeien, samen oogsten, samen proeven werd de nieuwe leuze. Het moderniseren en vereenvoudigen van onze interne processen, alsook het introduceren van een meer klantgerichte benadering maakt mee deel uit van de vernieuwingsoperatie. Om alles in goede banen te leiden, en om nog nauwer aan te sluiten bij de dagelijks leefwereld van onze lokale besturen, werden binnen CIPAL per deelactiviteit operationele zelfstandige eenheden gecreëerd, met meer gedecentraliseerde bevoegdheden en verantwoordelijkheden gericht op concrete resultaten. Er werd resoluut gekozen om nog meer de nadruk te leggen op de door de jaren heen opgebouwde expertise en kennis van onze lokale sector en deze ten dienste te stellen van de lokale en provinciale besturen. Dit werden dan de expertisecentra, gebouwd rond de volgende domeinen: beleid en financiën personeel en organisatie burgerzaken grondgebiedzaken zorg en welzijn cultuur en communicatie bibliotheken, musea en archieven provinciale belastingen
59
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Verder hebben we nog enkele overkoepelende en ondersteunende expertisecentra die onze dienstverlening verder aanvullen: ICT en infrastructuur front- en midoffice beleidsinformatie en rapportering Deze verschillende eenheden rapporteren aan één verantwoordelijke die de integratie en kwaliteit van het aanbod bewaakt. Tevens werd aandacht besteed aan het realiseren van een inhaalbeweging op die domeinen waar CIPAL een achterstand dreigde op te lopen of waar omwille van specifieke marktontwikkelingen een versnelling of uitbouw van een voorsprong noodzakelijk was naar de toekomst toe. Dit vertaalde zich concreet in bijkomende inspanningen op het vlak van onder meer softwareontwikkelingen en in investeringen in de opbouw van toekomstgerichte competenties. Maatregelen werden geïnitieerd om deze competenties en het ‘menselijk kapitaal’ van CIPAL nog beter te beheren naar de toekomst toe en om CIPAL, naast haar rol als softwareleverancier, vooral ook te (her)positioneren als dienstenaanbieder, of nog belangrijker, als partner en consulent om besturen bij te staan en te begeleiden in het e-government tijdperk. Als partner heeft CIPAL de taak om haar deelnemers te helpen, zodat zij het hoofd kunnen bieden aan de begrotingsuitdagingen door oplossingen aan te bieden die de besturen toelaten in de toekomst nog efficiënter en klantvriendelijker te werken. In 2012 en 2013 werd daarom verder geïnvesteerd in de vernieuwing van het backofficeaanbod. Innoveren in economisch moeilijke omstandigheden vergt durf en moed. Dat geldt zowel voor CIPAL, als voor de pilootbesturen die meestappen in de innovatietrajecten. Er is immers steeds een risico op falen. Maar dat is inherent aan ondernemerschap en innovatie, wat toch nog steeds het basisingrediënt vormt voor duurzame groei. Reeds in de loop van 2012 werden de eerste resultaten zichtbaar. Wie een analyse maakt van het aanbod van CIPAL op de markt in functie van onder meer technologische vernieuwing en functionaliteiten zal tot de conclusie komen dat
CIPAL zich onderscheidt met een totaal vernieuwde suite Burgerzaken (incl. specifieke innoverende modules zoals Vreemdelingenzaken); CIPAL vooruitstrevend en vernieuwend is met het aanbod van een volledig vernieuwde suite Grondgebiedzaken, met een doorgedreven automatiseringsgraad en verregaande GIS-integratie; CIPAL een uitgebreid innovatietraject achter de rug heeft op het vlak van HRM met onder meer een eHR portaal, een beleidsportaal, een digitale loonbrief en zo meer CIPAL inzake Zorg en Welzijn nieuwe automatiseringstrajecten opleverde voor Budgethulp, Tewerkstelling en Seniorenzorg CIPAL wellicht de enige speler is die zo ver gaat in haar vernieuwingstraject in functie van de Beleids- en Beheerscyclus
In 2011 startte CIPAL met de concrete uitrol van haar oplossingen en diensten met betrekking tot de Beleids- en Beheerscyclus (BBC), een uitrol die in 2012 en 2013 tot volle ontplooiing kwam. CIPAL koos resoluut voor een totale vernieuwing en innovatie, dit in tegenstelling tot de meeste andere spelers op de markt die zich
60
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
beperkten tot het aanpassen van hun bestaande softwareoplossing. Besturen konden ook samen gebruik maken van BBC-consultancypakketten op basis van een kostendelend principe. Als gevolg van het CIPAL vernieuwingstraject kozen bijna 200 lokale besturen en vier van de vijf Vlaamse provinciebesturen voor de CIPAL-oplossing. We mogen bijgevolg zonder schroom stellen dat CIPAL vandaag de trendsetter geworden is in Vlaanderen op het vlak van de BBC en dit zowel in de ondersteunende software als in de bijhorende dienstverlening rond begeleidings- en veranderingstrajecten. Op de markt onderscheidt CIPAL zich van anderen als een speler die voortdurend innoveert, zo ook op het vlak van oplossingen voor Burgerzaken. CIPAL was dan ook de enige op de markt met een totaal nieuwe toepassing Burgerzaken, waaronder een vreemdelingenmodule. Op het vlak van het personeelsbeleid profileerde CIPAL zich naar de besturen toe eveneens als vernieuwer, door naast de loonberekeningen zelf ook ontwikkelingen te starten op het vlak van humanresourcemanagement en door een juridisch adviserende rol op te nemen. Tevens werd besloten een nieuwe suite Grondgebiedzaken te ontwikkelen, die zich onder meer differentieert door de sterke integratie van de grafische component (GIS) met het administratieve luik. Er werd bovendien voor de OCMW’s ook sterk geïnvesteerd in drie nieuwe modules die zeer nauw aansluiten bij de toepassing NeptunusWeb – sociale dienst. Een andere belangrijke mijlpaal op het moment van de jaarwisseling 2012-2013 was de creatie van het partnership tussen CIPAL, Nuhma en Green Valley om op die manier de online dienstverlening (24 uur op 24 uur, 7 dagen op 7 dagen) van overheden, binnen een context van mobiele en sociale media, de komende jaren in een stroomversnelling te brengen. Green Valley ontwikkelt oplossingen die zorgen voor een naadloze integratie tussen de online overheidsloketten (de zogenaamde frontoffice), de dossier- of zaakgeleidingssystemen (die typisch deel uitmaken van de midoffice) en de traditionele backofficetoepassingen van de overheid. Hiermee kan een bestuur invulling geven aan haar ambities op het vlak van procesbeheersing en besluitvormingsondersteuning in de zeer brede zin van het woord. Ook de introductie van vooruitstrevende technologieën in de backofficetoepassingen, zoals de digitale stempel IntelliStamp waarbij officiële documenten op een sluitende juridische manier digitaal ondertekend en afgeleverd kunnen worden, past binnen de strategie van partnerships met gespecialiseerde partners. Vermeldenswaardig is ook dat CIPAL de enige speler op de markt is met een eigen Vlaamse bibliotheektoepassing, Brocade Library Services®, gebaseerd op hedendaagse technologie. Om aan de groeiende interesse vanuit het buitenland het hoofd te bieden werden de export- en technische activiteiten die betrekking hebben op de bibliotheekautomatisering in augustus 2013 ondergebracht in een spin-off, Brocade Library Services NV. Een belangrijke investering van de Limburgse Investeringsmaatschappij LRM zorgde hierbij voor de nodige zuurstof om groei te genereren. Verder groeien betekent voor de Vlaamse openbare bibliotheken immers dat er ongetwijfeld schaalvoordelen zullen ontstaan omdat investeringen over een groter aantal partijen verdeeld kunnen worden. CIPAL behoudt wel de controle over deze spin-off.
61
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Tevens werd de weg ingeslagen naar de verdere uitbouw van adviesdiensten. De laatste jaren ging de perceptie rond CIPAL vooral in de richting van een softwareleverancier, wat uiteindelijk nooit de doelstelling was van de dienstverlenende intergemeentelijke vereniging. Vandaar dat een strategie op poten werd gezet om CIPAL sterker te profileren als dienstverlener, terug naar de basisgedachte, terug naar een samenwerkingsverband met en voor lokale besturen. Met de resolute keuze voor het gebruik van nieuwe technologieën, zoals de internetprogrammeertaal JAVA, werd ook de basis gelegd om de besturen voor te bereiden op het zogenaamde cloud-tijdperk. Door een combinatie van al de bovenstaande elementen is CIPAL met haar aanbod nog steeds de toonaangevende speler in Vlaanderen. In het Evaluatierapport 2007-2012/Ondernemingsplan 2013-2018 werd duidelijk het kader geschetst voor de werking van de dienstverlenende vereniging CIPAL voor de komende beleidsperiode. Er werd vertrokken van een aantal uitgangspunten en doelstellingen die de werking gedurende de volgende jaren vorm zullen geven.
Focus op klantgerichte dienstverlening Focus op duurzame en sterkere intergemeentelijke samenwerking Focus op kostendelende principes Focus op innovatie en vernieuwing als motor van groei en toegevoegde waarde Focus op beleidsgerichte expertisecentra gericht op het strategisch ambtelijk niveau Focus op versterking van het menselijk kapitaal als hoeksteen van het beleid Focus op efficiëntie- en kwaliteitsverbeteringen in bestaande operationele processen Focus op groei, ondersteund door gezonde financiën Focus op samen groeien, samen oogsten en samen proeven en dit voor heel Vlaanderen
Bij het uitzetten van deze krijtlijnen had CIPAL steeds de noden en behoeften van de lokale besturen en haar vennoten/deelnemers voor ogen. CIPAL is dus duidelijk in beweging in de goede richting. VOORZITTER.- Mevrouw Naert heeft het woord. Mevrouw NAERT.- Ik ga hier even de toelichting geven voor de volgende punten, maar in het bijzonder voor de punten 2/2 en 2/11 waar we de statuten gaan stemmen en waarom we ons op die twee punten gaan onthouden. Ten eerste is in de commissie onvoldoende tijd gebleken om iedere intercommunale op een deftige manier voor te stellen. Wij hebben er alle begrip voor. Er is daar dan ook wel beloofd dat de verschillende intercommunales telkenmale aan bod zullen komen en zullen worden toegelicht. In afwachting daarvan willen wij ons alvast onthouden. Ten tweede vinden wij het effectief wel logisch dat de statuten in deze tijd aangepast worden aan de digitale en de elektronische verzending, en aan het decreet. Anderzijds is het echt nog niet helemaal duidelijk hoe het per communale gesteld is met de zitpenningen
62
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
voor de leden van de raad van bestuur. In het decreet staat duidelijk dat er geen zitpenningen meer moeten gegeven worden. Het woord “zullen” is daar vervangen door het woord “kunnen”. Bij lezing van die twee statuten hebben wij daar niets over teruggevonden. Dat had wel een signaal kunnen zijn in deze tijd van besparing om op zijn minst in de statuten op te nemen met een punt dat er geen zitpenningen zouden zijn. Wij vinden dit een gemiste kans. Voor die reden gaan wij ons onthouden. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. Nr. 2/2 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging CIPAL. Ontwerp van statutenwijzigingen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Met bijgaand aangetekend schrijven van 11 september 2013 stelt de dienstverlenende vereniging CIPAL de provincie in kennis van een aantal voorstellen van statutenwijziging, die aan de algemene vergadering van 13 december 2013 zullen worden voorgelegd (goedgekeurd door de raad van bestuur in zitting van 10 september 2013). De wijzigingen hebben betrekking op: Ingevolge het decreet van 18 januari 2013 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (B.S. 15 februari 2013, hierna “het wijzigingsdecreet” genoemd), dienen de statuten van de dienstverlenende vereniging CIPAL aangepast te worden om deze in overeenstemming te brengen met de bepalingen van het wijzigingsdecreet. Het decreet op de intergemeentelijke samenwerking werd vooral gewijzigd op het vlak van bestuurlijk toezicht en digitalisering. Voor de raad van bestuur en het directiecomité wordt statutair de mogelijkheid voorzien om binnen de grenzen van hun bevoegdheid bepaalde volmachten te verlenen aan één of meer bijzondere lasthebbers (al dan niet leden van de raad van bestuur of het directiecomité, met inbegrip van de door de raad van bestuur aangestelde directeur-generaal en andere leidinggevende personeelsleden van de vereniging) (art. 24, tweede lid en art. 25, §2, tweede lid). Ook wordt de bepaling m.b.t. de externe vertegenwoordiging van de vereniging aangepast aan de noden van de praktijk (art. 28). De statuten worden gemoderniseerd op het vlak van digitale communicatie en terbeschikkingstelling van documenten.
63
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De voorgestelde wijzigingen, die u in Sindala terugvindt, hebben geen invloed op de rechten en plichten van de provincie. Uw raad wordt dan ook voorgesteld hiermee in te stemmen. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 13 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging CIPAL waarop een aantal statutenwijzigingen worden voorgesteld; Gelet op het decreet van 18 januari 2013 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; BESLUIT: Enig artikel: Ingestemd wordt met het ontwerp van statutenwijzigingen van de dienstverlenende vereniging CIPAL dat zal worden voorgelegd aan de algemene vergadering van 13 december 2013. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 66 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 59 leden hebben ja gestemd; 7 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 59 stemmen ja, bij 7 onthoudingen. Nr. 2/3 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging CIPAL. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 13 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De dienstverlenende vereniging CIPAL deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op vrijdag 13 december 2013 om 10.30 uur op de maatschappelijke zetel van de vereniging, Cipalstraat 1, 2440 Geel. Overeenkomstig artikel 44 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking dient uw raad voor elke algemene vergadering
64
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
van een opdrachthoudende of dienstverlenende vereniging een afgevaardigde aan te duiden en zijn/haar mandaat vast te stellen.
provinciale
Aan deze algemene vergadering wordt ook een ontwerp van statutenwijziging voorgelegd, waarin o.a. de aanduiding van de provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen wordt gewijzigd. Deze statutenwijziging wordt ter goedkeuring voorgelegd in een apart verslag aan uw raad. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging, dus vanaf 1 januari 2014). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van CIPAL vertegenwoordigd door mevrouw I. Verhaert, gedeputeerde, en de heer B. Corluy, raadslid. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 13 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging CIPAL; Gelet op artikel 44 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet;
65
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Peter Bellens, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Frank Sels, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van CIPAL van 13 december 2013. Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: De heer Peter Bellens, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Frank Sels, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van CIPAL tijdens de periode 1 januari 2014 - oktober 2018. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 66 leden nemen eraan deel. Er zijn 48 stemmen ja, 7 stemmen nee en 11 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/4 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEAN. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting IGEAN dienstverlening A. Algemeen Werkingsgebied en vennoten Het werkingsgebied van IGEAN dienstverlening is het arrondissement Antwerpen. Op 01.01.2013 vertegenwoordigde IGEAN dienstverlening 1.015.280 inwoners. Vandaag zijn de vennoten van IGEAN dienstverlening: Aandeelhouders A - de gemeenten: Alle gemeenten van het arrondissement Antwerpen Aandeelhouder B - het provinciebestuur Aandeelhouders C - anderen: de OCMW’s van Aartselaar, Boechout, Borsbeek, Brasschaat, Brecht, Edegem, Essen, Hemiksem, Hove, Kalmthout, Kapellen, Kontich, Lint, Malle, Mortsel, Niel, Ranst, Rumst, Schelle, Schilde, Schoten, Stabroek, Wijnegem, Wommelgem, Wuustwezel, Zandhoven, Zoersel en Zwijndrecht. IMSIR, AGB Boom Plus, AGB Kontich en AGB Fluctus Schelle.
66
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
B. Werking 1. Grondbeleid De dienst grondbeleid werkt alleen in opdracht van de aangesloten besturen. In 2012 heeft de dienst onderhandelingsprocedures gevoerd en gronden en gebouwen aangekocht voor de realisatie van verkavelingen, ambachtelijke zones en woonprojecten in 14 gemeenten. Er werd voor 2 gemeenten bijstand verleend bij het opmaken van akten van overdracht of bij het voeren van onteigeningsprocedures. IGEAN dienstverlening is ook tussengekomen bij 120 akten van verkoop of wederverkoop van bouwpercelen in verkavelingen. In 2012 heeft IGEAN dienstverlening opnieuw sterk ingezet op verkavelingen voor betaalbaar wonen. In de verkaveling ‘Het Klooster’ in Zoersel werden 67 percelen verkocht of in erfpacht gegeven aan jonge gezinnen. Andere gelijkaardige projecten in Brecht, Niel, Rumst, Stabroek en Wuustwezel, worden verder voorbereid. Om de sociale mix te bevorderen werkt IGEAN voor steeds meer realisaties op een gestructureerde manier samen met sociale huisvestingsmaatschappijen en OCMW’s. IGEAN dienstverlening realiseerde het eerste CO 2-neutrale bedrijventerrein De Rijkmaker in Essen. De realisatie van bedrijventerreinen in Brecht, Malle en Ranst wordt verder voorbereid. IGEAN dienstverlening voert in opdracht van de betrokken besturen ook een aantal nieuwe opdrachten uit, zoals: a. projectregie, waarbij IGEAN dienstverlening instaat voor de coördinatie, projectopvolging, subsidieaanvraag en aanleg van infrastructuur b. de begeleiding van gemeenten bij de realisatie van huisvestingsprojecten c. het verwerven en saneren van onroerende goederen in het kader van de bestrijding van leegstaande bedrijfsruimten, met subsidiëring d. de verwerving van terreinen en gebouwen voor de realisatie van containerparken De dienst ontwerp werd eind 2012 geëvalueerd. Voortaan zal deze dienst in eerste instantie ingeschakeld worden voor de opdrachten van IGEAN dienstverlening en IGEAN milieu en veiligheid. Dit gaat zowel om projecten van grondbeleid als voor de realisatie of aanpassing van containerparken die IGEAN exploiteert. In 2012 heeft deze dienst onder meer gewerkt aan de volgende projecten: 1. Opmaak van rooilijn- en onteigeningsplannen voor de aanleg van weginfrastructuur 2. Opmaak van weg- en rioleringsdossiers en het samenstellen van uitvoeringsplannen 3. Het ontwerpen en uitvoeren van bouwwerken 4. Grondverzet bij wegenis- en andere werken via een raamovereenkomst 5. Opmaken van afbraakdossiers in functie van nieuwe bouw- en woonprojecten 3. Lokaal woonbeleid Ingaande op de vraag van 9 gemeenten uit de regio Noord heeft IGEAN dienstverlening een aanvraag ingediend voor projectsubsidies ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid. De interlokale vereniging lokaal woonbeleid regio Noord, IVLW Noord, is in 2009 met deze 9 gemeenten opgericht, met als doel de regisseursrol van de gemeenten op het beleidsdomein wonen te versterken. In juli 2013 heeft de Vlaamse minister voor Wonen de verlenging van IVLW Noord tot april 2015 goedgekeurd.
67
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Op 1 mei 2011 is samen met 14 gemeenten IVLW Zuid opgestart en op 1 juli 2012 is met 5 gemeenten ook het samenwerkingsverband IVLW Midden gestart. De provincie Antwerpen co-financiert de werking van IVLW Zuid en IVLW Midden. IGEAN dienstverlening staat in voor de coördinatie van de projecten en wil de kennis en ervaring van de projectmedewerkers hierbij inzetten voor de hele regio. Er wordt onder meer gewerkt aan lokale woonloketten en aan de uitbouw van de gemeentelijke visies op wonen. In alle gemeenten wordt een woonoverleg georganiseerd, waar de sociale woonprojecten worden besproken. Er wordt ook aandacht besteed aan de talrijke uitdagingen waar de gemeenten mee geconfronteerd worden door het decreet grond- en pandenbeleid en de nieuwe Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 3. Ruimtelijke ordening en mobiliteit De dienst ruimtelijke ordening verzorgt de opmaak van verscheidene ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s). De afgelopen jaren werd de dienst hierbij geconfronteerd met nieuwe wetgeving, zoals de MER-plicht, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en het decreet grond- en pandenbeleid. In 2012 was de dienst ruimtelijke ordening en mobiliteit o.a. actief op volgende terreinen: a. het opmaken van RUP’s voor 15 gemeenten b. het opmaken van een milieuscreening bij ruimtelijke uitvoeringsplannen c. het opvolgen van het coördinatieplatform voor de realisatie van het Economisch Netwerk Albertkanaal, ENA d. het verlenen van allerhande stedenbouwkundige adviezen e. ondersteuning van het grondbeleid door o.a. de opmaak van inrichtingsplannen voor bedrijventerreinen en verkavelingen, aanvraag stedenbouwkundige attesten,… f. het opvolgen van de provinciale mobiliteitsstudie Noorderkempen g. het actualiseren van structuurplannen, mobiliteitsplannen en woonbehoeftestudies h. het verlenen van adviezen rond verkeersveiligheid en mobiliteit i. het onderzoeken van de ontsluiting van bedrijventerreinen j. de opmaak van verantwoordingsnota’s voor de aanleg van fietspaden 3. IGEAN energielening Het Fonds ter Reductie van de Globale Energiekost, FRGE, verstrekt via een lokale entiteit goedkope leningen, bestemd voor structurele energiebesparende maatregelen aan particulieren en sociaal zwakkeren. Na een lang oponthoud, heeft het FRGE de erkenningsaanvraag van IGEAN als lokale entiteit goedgekeurd voor één jaar. Het project is einde 2012 opgestart en 21 gemeenten en OCMW’s nemen er aan deel.
68
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
IGEAN dienstverlening is de tussenpersoon tussen de kredietaanvragers en het FRGE dat de gelden ter beschikking stelt. Jaarlijks zullen minstens 200 leningen worden verstrekt, waarvan 16 renteloos aan een specifieke doelgroep van minderbegoeden. 3. Diverse projecten a. Intergemeentelijke toets Ook in juni 2013 organiseerde IGEAN dienstverlening samen met de inspecteurs en het begeleidingsteam van de OVSG een intergemeentelijke toets voor het basisonderwijs. In de toets werd de kennis op het gebied van wiskunde en meetkunde getest. In totaal namen 92 basisscholen deel. De schoolhoofden ontvingen de resultaten van de toets. b. Juridische adviezen De aangesloten besturen deden ook in 2012 voor juridische adviezen een beroep op de juridische dienst van IGEAN dienstverlening. c. Studiedienst De studiedienst volgt voor beide verenigingen allerlei nieuwe opdrachten en evoluties op en onderzoekt vragen tot intergemeentelijke samenwerking die door de aangesloten besturen worden geformuleerd. d. Proefproject lokale ombud Het proefproject lokale ombud is in 2008 opgestart. De gemeenten Hove, Rumst en Wijnegem en de stad Mortsel zijn hiervoor de initiatiefnemers. In de voorbije jaren heeft de ombudsdienst een 20-tal klachten behandeld. e. Vlinter De Vlaamse streekontwikkelingsintercommunales hebben met de VVSG Vlinter opgericht, dat de belangen van deze intercommunales kan behartigen en verwoorden. f. Zwembad Pulderbos IGEAN staat in de voor exploitatie van het zwembad van het revalidatiecentrum in Pulderbos. Hierdoor kan de behoefte aan zwemgelegenheid van de gemeenten Malle, Zandhoven en Zoersel op een financieel haalbare en duurzame wijze worden ingelost. In 2013 zal de verlenging van de huurovereenkomst besproken worden met het revalidatiecentrum en de gemeenten Zandhoven en Zoersel. Malle liet einde 2012 weten het contract niet meer te verlengen gelet op de samenwerking met Beerse. g. Brandweerzone Rand Op verzoek van de gemeenten die behoren tot de hulpverleningszone 3 van de provincie Antwerpen, brandweerzone Rand, heeft IGEAN dienstverlening de procedure gevoerd voor de aanstelling van een adviesbureau. Het gespecialiseerde bureau AVD begeleidt de gemeenten bij de brandweerhervorming en de vorming van een brandweerzone.
69
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
C. Begroting 2014 Bij de voorstelling van de begroting gaat IGEAN uit van de raming van de kosten voor 2014: 2012 effectief
2013 raming
2014 budget
Verbruiksgoederen
45 418,73
50 000,00
42 000,00
Postzegels
27 756,01
29 000,00
29 000,00
Omschrijving GOEDEREN EN DIENSTEN
Telefoon
8 369,33
12 500,00
9 000,00
huur voertuigen
68 888,16
78 000,00
68 000,00
Verwarming
21 756,68
20 000,00
22 000,00
huur en onderhoud gebouwen
65 741,49
67 000,00
70 000,00
2 009,72
1 000,00
2 000,00
16 401,20
17 000,00
17 000,00
Erelonen
3 250,00
3 250,00
3 250,00
Verzekering
6 147,37
6 500,00
6 500,00
doc. en biblio. + seminarie en lidgelden
26 586,54
32 000,00
25 000,00
fotokopieermach.+fax+computer
49 350,82
60 000,00
60 000,00
uitzendkrachten + stagiair
81 386,06
60 000,00
20 000,00
Bestuurskosten
45 781,80
45 000,00
47 000,00
0,00
2 500,00
2 500,00
468 843,81
483 750,00
423 250,00
onderhoud rollend materieel verbruik rollend materieel
diverse kosten Totaal
Een gedeelte van de algemene kosten wordt verrekend in de huur van het gebouw die IGEAN milieu & veiligheid betaalt aan IGEAN dienstverlening en die geïndexeerd voor 2014 vastgesteld werd op 307 019 EUR. IGEAN zal trachten zo veel mogelijk documentatie en abonnementen in de toekomst in een digitale vorm aan te kopen. IGEAN verwacht hierdoor een daling van de kosten voor de rubriek documentatie, bibliotheek, seminaries en lidgelden. Alle aankopen die IGEAN doet en de kosten die worden gemaakt voor het grondbeleid, de ontwerpafdeling, het zwembad, enz… en die rechtstreeks toewijsbaar zijn aan een gemeente of een project worden op dat project ingeschreven en doorgerekend of geactiveerd. De goederen en diensten die een algemeen karakter hebben, worden in verhouding van de personeelskosten verdeeld. Voor IGEAN dienstverlening worden alle kosten als werkingskosten verdeeld over de projecten. Deze kosten worden volgens de afgesloten overeenkomsten en de geleverde prestaties gefactureerd aan de gemeenten. De kosten die op deze wijze worden toegerekend aan de projecten van grondbeleid worden op deze projecten samen met de andere kosten geactiveerd tot op het ogenblik van de realisatie en verkoop. De investeringen worden volgens de richtlijnen van de Vlaamse Gemeenschap en de boekhoudregels afgeschreven. De geplande investeringen zijn het vervangen
70
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
van de vloerbekleding, de bouw van een wateropvangbekken dat nodig is bij grotere regenbuien, schilderwerken en verfraaiingswerken en de installatie van nieuwe computerservers. De burelen van IGEAN zijn 20 jaar oud in 2014 en een opsmuk en aanpassingen zijn noodzakelijk. De voorziene afschrijvingen zijn de volgende: Omschrijving
2012 effectief
2013 raming
2014 budget
96 258,78
118 200,40
107 020,31
AFSCHRIJVINGEN IGEAN gebouwen en toebehoren
De personeelskosten voor 2014 worden geraamd op basis van de reële personeelskosten in 2013, verhoogd met de voorziene personeelsuitbreiding en een gemiddelde baremaverhoging. Er is een verhogingscoëfficiënt van 1% toegepast, ter compensatie van de verwachte indexoverschrijding in juni 2014. Door de pensionering van 3 statutaire personeelsleden in 2014, is er een extra bijdrage voorzien voor de responsabiliseringsbijdrage 2012 effectief
2013 raming
2014 budget
wedden personeel
1 076 223,72
1 344 806,75
1 271 830,43
provisie verlofgeld
17 013,86
76 856,68
48 566,43
tussenkomst Gesco's
-10 907,29
-10 907,32
-14 724,88
Patronale bijdragen
339 065,51
419 461,47
442 434,20
Verzekering
22 883,75
24 000,00
25 000,00
Verplaatsingsvergoeding
5 509,97
6 000,00
7 500,00
Maaltijdcheques
33 271,68
33 597,04
32 043,01
soc secr + aanwervingskosten
10 220,70
30 000,00
20 000,00
diverse personeelskosten
8 593,91
8 000,00
9 000,00
Groepsverzekering
24 943,06
39 061,95
36 857,98
Totaal
1 526 818,87
1 970 876,57
1 878 507,17
Omschrijving PERSONEEL
Bij de personeelskosten is rekening gehouden met de werkelijke kosten van al het voorziene personeel. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen.
71
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 2/5 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEAN. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergadering van 18 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De dienstverlenende vereniging IGEAN deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op woensdag 18 december 2013 om 19.00 uur op de maatschappelijke zetel van de vereniging, Doornaardstraat 60, 2160 Wommelgem. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. Uw raad keurde in zitting van 26 september ll. de statutenwijzigingen van de dienstverlenende vereniging IGEAN goed. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van IGEAN vertegenwoordigd door de heren Ludwig Caluwé, Rik Röttger, gedeputeerden, Koen Palinckx en mevrouw Wendy Weckhuysen, raadsleden. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 18 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging IGEAN; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking;
72
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Koen De Cock, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Inga Verhaert, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IGEAN van 18 december 2013. Haar wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: Mevrouw Tine Muyshondt, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Inga Verhaert, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van IGEAN tijdens de periode 1 januari 2014 – oktober 2018. VOORZITTER.- In uw stukken staat mevrouw Tine Muyshondt als afgevaardigde. Dit moet vervangen worden door Koen De Cock. Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 67 leden nemen eraan deel. Er zijn 47 stemmen ja, 8 stemmen nee en 12 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/6 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEMO. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting Bestuursorganen van IGEMO De huidige statuten van IGEMO voorzien in 3 formele bestuursorganen: de algemene vergadering, de raad van bestuur en het directiecomité. In de loop van 2013 zal de Algemene Vergadering 3x hebben plaatsgehad, meer bepaald op 29 maart, 28 juni en 13 december 2013. In de Raad van Bestuur is elke vennoot of deelnemer vertegenwoordigd. De Raad van Bestuur werd ingevolge de vernieuwing van de provincieraad, de Raad van Bestuur van IVAREM en de gemeenteraden, opnieuw samengesteld door de Algemene Vergadering in zitting van 29 maart 2013. In 2013 vergaderde de Raad van Bestuur 12x. De Raad van Bestuur heeft een Directiecomité aangeduid dat 5 leden telt.
73
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
In 2013 noteren we in totaal 13 vergaderingen van het Directiecomité. Het personeelsbeleid van IGEMO IGEMO heeft in hoofdzaak deskundig personeel, dat zich continu verder moet ontwikkelen om aan de hoge kwaliteitseisen van de lokale besturen te voldoen. Hiertoe is het noodzakelijk te streven naar een projectorganisatie die toelaat dat de medewerkers op een efficiënte, creatieve en flexibele wijze werken. IGEMO telt op dit ogenblik 40,2 VTE (42 personeelsleden). Dat is een toename met 3 personeelslid of 2,7 VTE ten opzichte van de personeelsbezetting op 31 december 2012. Deze toename is te wijten aan enerzijds vervangingscontracten ingevolge ouderschapsrust voor meerdere medewerkers (5) en de aanwerving van een GISdeskundige in functie van een nieuw dienstenaanbod aan lokale besturen. Aangezien 1) de overeenkomst tussen IGEMO en diverse gemeenten betreffende de ondersteuning bij de realisatie van de Samenwerkingsovereenkomst Milieu, eindigt op 30 juni 2014 en 2) er momenteel – hoofdzakelijk ingevolge de economische crisis – onvoldoende perspectief is op nieuwe dienstenopdrachten van dergelijke omvang, heeft de Raad van Bestuur van IGEMO in zitting van 30 augustus 2013 beslist de arbeidsovereenkomst met 6 personeelsleden (6 VTE) te beëindigen. Het betreft personeelsleden die deel uitmaken van het supportmanagement en het team ‘milieu, energie & duurzame ontwikkeling’ (MEDO). Ingevolge een conceptuele herziening van de exploitatie van het bedrijvencentrum ‘Itterbeek’ te Duffel, werd ook de functie ‘office manager BCI’ geschrapt (1 VTE). Het aantal personeelsleden dat IGEMO tewerkstelt zal in 2014 aldus sterk verminderen. De dienstverlening door IGEMO We onderscheiden 5 grote blokken in de dienstverlening van IGEMO: De basisdienstverlening; De dienstverlening inzake milieu, energie & duurzame ontwikkeling; De dienstverlening inzake gebiedsontwikkeling; De dienstverlening op het vlak van lokaal woonbeleid; De dienstverlening inzake welzijn op het werk. De basisdienstverlening omvat een ruim geheel van eerstelijnsdiensten waarvan iedere gemeentelijke vennoot kan gebruikmaken in het raam van zijn deelname aan de vereniging. Deze basisdienstverlening heeft betrekking op de volgende beleidsdomeinen: milieu, natuur, ruimtelijke ordening, stedenbouw en mobiliteit. Een overzicht van de belangrijkste realisaties in het kader van de basisdienstverlening: 1. In het kader van de basisdienstverlening organiseert IGEMO diverse fora, o.m. met gemeentelijke beleidsverantwoordelijken. Binnen IGEMO zijn er 2 statutaire adviesorganen: het ADVIESCOMITÉ MILIEU en het ADVIESCOMITÉ RUIMTELIJKE ORDENING. In beide adviesorganen ontmoeten de bevoegde schepenen van de deelnemende gemeenten elkaar om
74
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
overleg te plegen over lokale en bovenlokale dossiers, informatie uit te wisselen, gezamenlijke acties en/of projecten voor te bereiden … 2. De CONFERENTIE VAN BURGEMEESTERS biedt een forum aan alle burgemeesters van het arrondissement Mechelen om omtrent alle mogelijke lokale en bovenlokale beleidsdossiers overleg te plegen. IGEMO treedt op als organisator van de Conferentie. Tot op heden is de Conferentie van Burgemeesters reeds 38x samengekomen. 3. De CONFERENTIE VAN OCMW-VOORZITTERS is een overlegforum voor de voorzitters en secretarissen van alle OCMW-besturen van het arrondissement Mechelen. IGEMO organiseert de Conferentie. Tot op heden heeft de Conferentie van OCMW-voorzitters 7x vergaderd. 4. IGEMO heeft in 2013 ten aanzien van zowel ministeriële kabinetten als betrokken administraties gepleit voor de voortzetting van het Vlaams ondersteuningsbeleid op het vlak van lokale, duurzame ontwikkeling. Anticiperend op de aangekondigde stopzetting van de Samenwerkingsovereenkomst, heeft IGEMO een vernieuwend samenwerkingsmodel uitgewerkt en met VVSG / VLINTER voorgesteld aan de Vlaamse overheid. IGEMO heeft aan het Vlaamse Gewest haar medewerking verleend om mee invulling te geven aan een NIEUWE MILIEUCONVENANT. Hiertoe hebben – op initiatief van het Vlaamse gewest – diverse werkgroepen – met deelname van IGEMO - invulling gegeven aan deze nieuwe convenant. In extremis heeft de Vlaamse regering echter beslist toch af te zien van een nieuwe milieuconvenant. 5. IGEMO heeft in 2013 de beleidsontwikkelingen en de decretale initiatieven (ontwerpteksten) met betrekking tot de OMGEVINGSVERGUNNING nauwgezet opgevolgd. Via adviescomités, overlegplatformen en atria heeft IGEMO hieromtrent teruggekoppeld naar de lokale besturen. IGEMO heeft tevens een dienstenaanbod uitgewerkt (deels basis, deels projectmatig) om lokale besturen te ondersteunen bij de implementatie en realisatie van de omgevingsvergunning, inclusief het toezicht- en handhavingsbeleid. 6. In 2013 heeft Vlaanderen werk gemaakt van haar GROENBOEK ‘RUIMTE VLAANDEREN’. Dit kadert binnen het planningsproces voor een nieuw Vlaams structuurplan. Op vraag van VVSG / VLINTER heeft IGEMO actief meegewerkt aan het deel ‘instrumentarium’ van het Groenboek. 7. In 2013 heeft IGEMO extra aandacht besteed aan het INFORMEREN van de talrijke nieuwe gemeentelijke MANDATARISSEN. Voor alle lokale mandatarissen werden 2 infoavonden georganiseerd waarin zij wegwijs werden gemaakt in de beleidsdomeinen (milieu, ruimtelijke ordening, lokale economie, wonen, mobiliteit, welzijn, erfgoed …) waarbinnen IGEMO actief is. Ook via de elektronische nieuwsbrief worden mandatarissen (en ambtenaren) geïnformeerd. 8. IGEMO heeft voor iedere gemeente een medewerker als VAST CONTACTPERSOON aangeduid. Die contactpersoon heeft tot taak periodiek overleg te plegen met ‘zijn’ gemeente teneinde de specifieke noden en behoeften van de gemeente te detecteren, te peilen naar klantentevredenheid, de
75
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
uitvoering van opdrachten te bespreken, de gemeente attent te maken op de basisdienstverlening, enz. Krachtlijnen voor 2014:
Met het oog op het realiseren van een dienstverlening op maat en in functie van de specifieke noden en behoeften van de gemeenten, is de dialoog tussen IGEMO en de gemeentebesturen cruciaal. De bestendiging van zowel de beleidsmatige overleg- en adviesorganen als de administratieve overlegfora is essentieel voor de dienstverlening van IGEMO.
In functie van het partnership tussen IGEMO en de lokale besturen zal IGEMO verder investeren in het organiseren van (intergemeentelijke) overlegfora, zowel op ambtelijk als beleidsmatig niveau. Deze fora kunnen zowel adhoc als van structurele aard zijn.
Als intergemeentelijk samenwerkingsverband wenst IGEMO uitdrukkelijk haar diensten aan te bieden aan lokale besturen voor gemeentegrensoverschrijdende problemen, dossiers en projecten. Diverse probleemstellingen en projecten overschrijden letterlijk de gemeentegrenzen. IGEMO kan voor dergelijke interlokale dossiers en projecten op een deskundige wijze, vanuit een onafhankelijk helikopterperspectief, fungeren als forum en/of actor.
Zowel IGEMO als de gemeentebesturen moeten zich als belangrijke maatschappelijke actor in het streekbeleid positioneren. IGEMO wenst zowel de gemeenten als de streekstructuren op deskundige wijze te ondersteunen bij de ontwikkeling van het regionaal beleid.
IGEMO wenst zich verder te profileren als een verlengd lokaal bestuur, dat via netwerking en vertegenwoordiging in diverse fora de lokale en regionale belangen verdedigt. Zowel via VLINTER als middels de participatie in verschillende overlegfora wil IGEMO de vinger aan de pols houden inzake nieuwe beleidsmatige ontwikkelingen en initiatieven die belangrijk zijn voor de gemeenten.
IGEMO beschikt over een zeer ruime expertise omtrent een veelheid aan beleidsdomeinen (milieu, natuur, duurzame ontwikkeling, ruimtelijke ordening, mobiliteit …). Via netwerking met overheden en organisaties is IGEMO vaak op de hoogte van nieuwe wetgevende en beleidsmatige ontwikkelingen, die relevant zijn voor gemeenten. IGEMO wenst die kennis, expertise en informatie te delen met de gemeenten door middel van overlegfora, nieuwsbrieven, mailings …
De dienstverlening inzake milieu, energie & duurzame ontwikkeling omvat een resem leefmilieuprojecten die in opdracht van de gemeentelijke vennoten worden uitgevoerd. IGEMO beschikt over een ruime expertise inzake LEEFMILIEU en KLIMAAT. Deze deskundigheid situeert zich op zowel het technisch/wetenschappelijk als het
76
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
administratief/juridisch vlak1. Op contractuele basis verzilvert IGEMO deze expertise in projecten en opdrachten die zowel ten aanzien van de gemeenten als andere doelgroepen (doch steeds in opdracht van de gemeenten) worden gerealiseerd. Sensibilisatie en communicatie vormen een belangrijke pijler in het dienstenaanbod van IGEMO. IGEMO beschikt over een zeer uitgebreid dienstenaanbod, waarin de gemeenten hun gading vinden voor initiatieven, acties, projecten, campagnes … op het vlak van milieu, klimaat, energie, mobiliteit, natuur, landschapsontwikkeling … De voorbije jaren werd dit dienstenaanbod uitgebreid met een ruime dienstverlening inzake MOBILITEIT (o.a. milieuvriendelijke voertuigen, verbreden en verdiepen van het mobiliteitsplan, parkeeronderzoeken …), ENERGIE (o.a. thermografische dak- en/of gevelopnames, sociale dakisolatie, samenaankoop zonnepanelen, klimaatscholen, lokaal klimaatactieplan …), NOORD – ZUID (o.a. fairtrade, theaterstuk, scholencampagne …) en andere (o.a. stookolietanks, rookmelders …). IGEMO volgt ook de beleidsontwikkelingen nauwgezet op. Inspelend op een effectieve behoefte van diverse gemeenten heeft IGEMO ook een aanbod inzake OMGEVINGSVERGUNNING en HANDHAVING opgemaakt. Krachtlijnen voor 2014:
Gelet op de beslissing van de huidige Vlaamse regering om ten aanzien van de lokale besturen haar ondersteuningsbeleid inzake milieu en duurzame ontwikkeling stop te zetten, zal IGEMO tijdens de eerste helft van 2014 – zonder of alleszins met een beperktere subsidiehefboom – een nieuw dienstenaanbod inzake milieu en duurzame ontwikkeling uitwerken en voorstellen aan de lokale besturen. Speerpunten in dit vernieuwd aanbod zullen zijn: klimaat, energie, mobiliteit, milieuverantwoord productgebruik, materialenbeheer, open ruimte, noord – zuid, omgevingsvergunning, toezicht en handhaving.
Een duurzaam lokaal beleid vergt een integrale, sectoroverschrijdende aanpak. Duurzame ontwikkeling zou in elk lokaal bestuur op een structurele, procesmatige wijze geïncorporeerd moeten zijn in elk besluitvormings- en uitvoeringsproces. IGEMO wil daartoe de rol van de duurzaamheidscoach heroriënteren naar deze van een procesmanager, die 1) aanleunt bij het management, 2) een duidelijk afgelijnde taakstelling heeft in besluitvormingsen uitvoeringsprocessen en 2) zich toelegt op het initiëren, definiëren en coördineren van interne processen.
Lokale besturen opteren steeds meer voor het objectief, de ambitie van een klimaatneutrale organisatie. Het energiezuinig (ver)bouwen, het voeren van een rationeel energiebeheer, het treffen van energiebesparende maatregelen, het aanwenden van hernieuwbare energie, het milieuvriendelijk beheer van openbaar domein en open ruimte … zijn noodzakelijke opties in functie van deze ambitie. Om deze ambities kracht bij te zetten, te verruimen van de eigen
1
Bij de besluitvorming omtrent de personele inkrimping van het team ‘milieu, energie en duurzame ontwikkeling’, is terdege rekening gehouden met zowel het maximaal behoud van de aanwezige expertises als het ontwikkelingsperspectief van de medewerkers, in functie van de bestaande en toekomstige dienstverlening.
77
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
organisatie tot alle activiteiten binnen het gemeentelijk grondgebied en gebruik te kunnen maken van het Europees ondersteuningsbeleid, streeft IGEMO in 2014 naar een gezamenlijke ondertekening van de Convenant of Mayors. IGEMO werd door de Europese commissie reeds formeel erkend als ‘territorial coordinator”. IGEMO beschikt over een ruime dienstverlening en expertise op het vlak van klimaat en energie. De deskundigheid en de ervaring is bij IGEMO aanwezig om een coördinerende en uitvoerende rol te vervullen in het bewerkstelligen van een klimaatneutrale gemeente.
IGEMO ondersteunt de gemeenten zowel planmatig als actiegericht bij de ontwikkeling van een duurzaam lokaal waterbeleid. Diverse gemeentelijke acties inzake het beheer van de waterlopen, het rioleringsbeleid, de zuivering van afvalwaters … worden door of in samenwerking met IGEMO uitgevoerd. IGEMO zal ook in de toekomst die rol verder opnemen.
IGEMO ondersteunt de gemeenten op het vlak van mobiliteit. De dienstverlening spitst zich momenteel toe op enerzijds inventarisatie, studie en planning en anderzijds communicatie- en sensibilisatiecampagnes. In 2014 wordt de dienstverlening inzake mobiliteit verder uitgewerkt.
Het responsabiliseren en sensibiliseren van doelgroepen is een werk van lange adem, doch het loont! Het milieubewustzijn is de voorbije jaren onmiskenbaar aangescherpt. Het einddoel is echter geenszins bereikt. Het is belangrijk dat lokale besturen op basis van een ambitieus beleid, geflankeerd door een waaier aan instrumenten (premies, samen aankopen, audits, advies …) ten aanzien van diverse doelgroepen hun actieve regierol opnemen op het vlak van duurzame ontwikkeling en milieuvriendelijk gedrag en handelen. IGEMO wil hierin verder het voortouw nemen!
IGEMO verruimt voortdurend haar expertise omtrent de verschillende domeinen van het lokaal milieubeleid. Op dit ogenblik kan IGEMO een kwaliteitsvolle dienstverlening bieden op het vlak van alle voor lokale besturen relevante milieuthema’s (hinderlijke inrichtingen, afval, energie, water, oppervlaktewater, natuur, bos, landschappen, interne milieuzorg …). Bestendiging en uitbreiding van die expertise zijn continue aandachtspunten.
IGEMO balanceert op een broos evenwicht tussen de vraag naar maatwerk en de realisatie van schaalvoordelen door een gezamenlijke aanpak. Het aanbieden van kwaliteitsvolle diensten aan gunstige prijsvoorwaarden is in grote mate afhankelijk van de mogelijkheid om gezamenlijk initiatieven te ontwikkelen en projecten / opdrachten uit te voeren. Bij het leveren van maatwerk ligt de meerwaarde van IGEMO veeleer op het vlak van deskundigheid en kwaliteit. Een goede en duidelijke communicatie omtrent het gezamenlijk en specifiek aanbod van IGEMO is een continu aandachtspunt.
De dienstverlening inzake gebiedsontwikkeling legt zich toe op: o Projectontwikkeling. Als ontwikkelaar van bedrijventerreinen en woonprojecten wil IGEMO zijn steen bijdragen tot betaalbare ruimte om te ondernemen en betaalbaar wonen in een aangename omgeving. IGEMO levert een grote maatschappelijke meerwaarde door duurzaamheidsprincipes maximaal te integreren in haar ontwikkelingsprojecten.
78
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
o
o
o
o
Ruimtelijke ordening en stedenbouw. IGEMO heeft een duidelijke visie op de ontwikkeling van de streek. IGEMO maakt streefbeeldstudies, masterplannen, ruimtelijke uitvoeringsplannen, haalbaarheidsstudies, e.d. Proces- en projectmanagement. Lokale besturen kunnen voor de realisatie van publieke bouw- en/of infrastructuurwerken een beroep doen op IGEMO, zowel in het kader van proces- als projectmanagement. Lokale economie. IGEMO legt zich toe op het stimuleren van goed ondernemerschap. Zowel in haar rol van beheerder van bedrijventerreinen als in haar taakstelling op het vlak van parkmanagement, ondersteunt IGEMO de regionale en lokale economische ontwikkelingen en het ondernemersbeleid. Open ruimtebeleid. In haar streven naar een regio waar het goed is om te leven, stelt IGEMO als beleidsvoorbereider, planner en uitvoerder haar kennis en expertise met betrekking tot open ruimte (natuur, landschap, erfgoed …) ter beschikking van de lokale besturen.
Krachtlijnen voor 2014:
IGEMO wenst haar rol als publieke projectontwikkelaar verder uit te bouwen. De meerwaarde die IGEMO dienaangaande biedt aan de gemeenten, schuilt in de ‘duurzame ontwikkeling’. Dat betekent dat zowel op terrein- als perceelsniveau duurzame maatregelen op het vlak van water, energie, mobiliteit … geïntegreerd worden in het project. Bovendien verzekert IGEMO als publieke ontwikkelaar een ruime inspraak van het gemeentebestuur en andere betrokkenen bij de ontwikkeling van dergelijke projecten.
IGEMO doet prospectie en voert met diverse gemeenten besprekingen omtrent nieuwe potentiële ontwikkelingsprojecten en/of coördinatieopdrachten. IGEMO heeft de ambitie om ook in 2014 nieuwe projecten te concretiseren in overeenkomsten met de betrokken gemeenten.
De vraag naar bedrijventerreinen is in onze regio ontegensprekelijk erg groot. Als publieke ontwikkelaar biedt IGEMO enorme meerwaarden. De herontwikkeling van verouderde, onbenutte terreinen en de realisatie van nieuwe bedrijventerreinen vormen een belangrijke uitdaging voor IGEMO.
Met steun van het Vlaamse Gewest startte IGEMO medio 2013 een pilootproject op om een regionale ruimtebalans op te maken van onbenutte, te herbestemmen bedrijfspercelen. Deze oppervlakte staaft de planning en realisatie van een nieuw bedrijventerrein in de regio. Middels een (intergemeentelijk) ruimtelijk planningsproces wordt 1) de herbestemming gerealiseerd en 2) een nieuw intergemeentelijk bedrijventerrein mogelijk gemaakt.
IGEMO ontwikkelt verder haar expertise omtrent procesen projectmanagement om gemeenten te ondersteunen bij de realisatie van complexe ruimtelijke ontwikkelingen. IGEMO biedt zich ook aan als projectmanager voor publieke bouwprojecten.
IGEMO doet in functie van haar eigen ontwikkelingsprojecten heel wat vastgoedtransacties. De expertise inzake vastgoedverwerving en – verkoop is zeer groot, zowel methodisch (onderhandelingen, onteigeningen …) als administratief/juridisch (onteigeningsprocedure, aanen
79
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
verkoopovereenkomsten, notariële akten …). IGEMO beschikt over de deskundigheden en de vaardigheden om lokale besturen bij te staan bij de realisatie van hun grondverwervingen en vastgoedtransacties.
Duurzaam ondernemen is voor meer en meer bedrijven een begrip. IGEMO wil bedrijven hierbij ondersteunen middels het model van ‘bedrijventerreinmanagement’, waarbij gezamenlijk initiatieven worden genomen die betrekking hebben op zowel de economische, sociale als ecologische dimensies van bedrijfsvoering op het niveau van zowel het individueel bedrijf als het bedrijventerrein. Kiezen voor bedrijventerreinmanagement betekent investeren in zowel de kwaliteit van het bedrijventerrein als de dialoog tussen lokaal bestuur en ondernemer.
Er is een substantiële vraag vanwege gemeenten naar een kwaliteitsvolle dienstverlening inzake de opmaak van ruimtelijke, stedenbouwkundige en technische plannen. De ruimtelijke planningsdienst van IGEMO heeft de voorbije jaren reeds een uitgebreide en mooie portfolio opgebouwd. IGEMO kan zich inzake ruimtelijke planning aanbieden en profileren als een betrouwbare, deskundige partner voor de gemeenten.
IGEMO beschikt over de expertise om gemeenten te ondersteunen op het vlak van openruimte- en dorpskernvernieuwingsprojecten. Zowel op planningsniveau (landschapsplanning, beeldkwaliteitstudie, masterplanning …) als op het vlak van realisaties (landschapsinrichting, erfgoedrenovatie, toeristische en recreatieve infrastructuren …) heeft IGEMO de ambitie om haar rol verder te verdiepen.
Behoud en kwaliteitsverbetering van openruimte en landschappen zijn in deze regio met vele ruimteclaims de uitdagingen voor de toekomst! IGEMO heeft de ambitie en de expertise om hierin het voortouw te nemen op basis van een 3-sporenbeleid: 1) het ontwikkelen van een landschapsvisie op streekniveau, 2) de opbouw van een landschapsnetwerk en 3) de realisatie van concrete, terreingerichte acties en projecten.
Zowel in functie van de eigen ontwikkelingsprojecten als in functie van bodemverstorende activiteiten en projecten van lokale besturen, heeft IGEMO in 2013 de oprichting van een intergemeentelijke archeologische dienst onderzocht. Binnen het raamwerk van het decreet inzake onroerend erfgoed, zal IGEMO in 2014 een intergemeentelijke erfgoeddienst oprichten, met focus op archeologie, onroerend erfgoed en roerend (of cultureel) erfgoed.
In 2013 heeft IGEMO een dienstenaanbod aan lokale besturen inzake Geografische Informatiesystemen (GIS) voorbereid. Hiertoe heeft IGEMO een GIS-deskundige met ruime, relevante beroepservaring aangeworven. Een intergemeentelijk GIS-platform werd reeds opgericht. De procesbegeleiding bij de opmaak van GIS-beleidsplannen en een projectmatige GIS-ondersteuning zullen alleszins deel uitmaken van het aanbod. Ook de interne GIS-werking wordt op punt gesteld.
De dienstverlening inzake lokaal woonbeleid legt zich toe op de ondersteuning van de lokale besturen en woonactoren op het vlak van woon- en huisvestingsbeleid. De lokale besturen zijn de regisseurs van dit beleid. IGEMO ondersteunt en treedt op als uitvoerder van dit lokaal woon- en huisvestingsbeleid.
80
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De dienstverlening van IGEMO strekt zich uit van visievorming en planning tot adviesverlening, controle en informatieverstrekking. Krachtlijnen voor 2014:
De 1ste fase van het gesubsidieerd project ‘Wonen langs Dijle & Nete’ loopt eind 2013 af. Met het oog op een verlenging van de subsidieperiode met een termijn van 3 jaar heeft IGEMO op basis van een nieuw subsidiedossier een nieuwe aanvraag ingediend. Mits aanvaarding door het Vlaamse Gewest, zal IGEMO in 2014 het project ‘Wonen langs Dijle & Nete’ verder zetten.
IGEMO heeft in 2013 een ESF-subsidie (Europees Sociaal Fonds) ontvangen voor het uitwerken van een blauwdruk voor een nieuw, innovatief concept voor betaalbaar, coöperatief wonen. Met de financiële steun van Europa, Vlaanderen en de provincie Antwerpen zal IGEMO in 2014 met deze blauwdruk het voortouw nemen in het ontwikkelen van nieuwe, innovatieve instrumenten voor betaalbaar wonen.
Op vraag van de Conferentie van OCMW-voorzitters werd door IGEMO een interlokale werkgroep ‘tijdelijke huisvesting’ (crisisopvang, transitwoningen …) opgericht. Deze werkgroep zet in 2014 haar werkzaamheden voort, met focus op 1) de organisatie en werking van sociale verhuurkantoren en 2) woonbegeleiding.
De dienst ‘Preventie en Bescherming’ verstrekt aan 25 aangesloten besturen (gemeentebesturen, OCMW-besturen, politiezones, autonome gemeentebedrijven en intercommunales) dienstverlening inzake het welzijn op het werk en de veiligheidscoördinatie. Algemeen bedrijfsniveau De Raad van Bestuur van IGEMO heeft in zitting van 25 oktober 2013 het strategisch beleidsplan 2014 – 2019 goedgekeurd. Dit ondernemingsplan wordt ter bespreking en besluitvorming voorgelegd aan de Algemene Vergadering van 13 december e.k. In dit strategisch beleidsplan worden de missie, de doelstellingen, de ambities en de waarden van IGEMO scherp gesteld. Deze werden vervolgens doorvertaald naar een algemene ondernemingsstrategie (met portfolio) en een concurrentiestrategie. De doelstellingen, ambities en initiatieven/acties van IGEMO worden geformuleerd binnen het raamwerk van een 4-ledige context waarbinnen IGEMO functioneert: 1) IGEMO als verlengd lokaal bestuur 2) IGEMO als dienstverlenende vereniging 3) IGEMO als partner voor gemeentegrensoverschrijdende samenwerking 4) IGEMO als actor inzake streekontwikkeling
81
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Krachtlijnen voor 2014:
Het strategisch beleidsplan 2014 – 2019 bevat een resem uitdagingen en ambities. Deze moeten in 2014 doorvertaald worden naar concrete actieplannen en initiatieven. IGEMO wil haar dienstverlening op het vlak van ‘shared services’ verruimen. Zowel op juridisch, fiscaal, personeel vlak beschikt IGEMO over expertises en vaardigheden die dienstig zijn voor de lokale besturen. IGEMO zal in 2014 inzake ‘shared services’ een concreet dienstenaanbod formuleren. In uitvoering van het strategisch beleidsplan 2014 - 2019 zal IGEMO in 2014 voor diverse nieuwe beleidsdomeinen haar rol en mogelijkheden definiëren, telkens in het licht van de 4-ledige context waarbinnen IGEMO functioneert. De volgende beleidsdomeinen zullen in 1ste instantie onder de loep genomen worden: sociale dienstverlening, woonzorg, onderwijs, noord - zuid, cultuur en toerisme.
Conclusie IGEMO is een divers bedrijf dat omtrent meerdere, doch samenhangende beleidsdomeinen een duurzame ontwikkeling van de streek nastreeft. IGEMO poogt daarbij in alle omstandigheden voor de deelnemende gemeenten een maatschappelijke meerwaarde te realiseren. IGEMO heeft voor zichzelf de missie geformuleerd dat ze als hulpinstrument van de lokale besturen hen wil helpen excellente overheden te zijn. IGEMO heeft zich de voorbije jaren geprofileerd als een dynamisch bedrijf dat in functie van de reële noden en behoeften van de deelnemende gemeenten een ruim dienstenaanbod heeft ontwikkeld. Gedragen door de bestuursvaardigheid, het vertrouwen en de inzet van de bestuursleden en het enthousiasme, de competenties en de deskundigheid van de medewerkers tracht IGEMO haar ambities waar te maken: als geprefereerde vertrouwenspartner van de gemeentelijke deelnemers een betekenisvolle rol vervullen in de ontwikkeling van de lokale besturen en de regio. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen.
82
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 2/7 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IGEMO. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 13 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De dienstverlenende vereniging IGEMO deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op vrijdag 13 december 2013 om 18.30 uur in de business-seats van KV Mechelen, Kleine Nieuwedijkstraat 53, 2800 Mechelen. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. Uw raad keurde in zitting van 27 juni ll. de statutenwijzigingen van de dienstverlenende vereniging IGEMO goed. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van IGEMO vertegenwoordigd door de heer Eddy Verhaeven, raadslid. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 13 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging IGEMO; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking;
83
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Rony Cuyt, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Sofie Bradt, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IGEMO van 13 december 2013. Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: De heer Rony Cuyt, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Sofie Bradt, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van IGEMO tijdens de periode 1 januari 2014 – oktober 2018. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 67 leden nemen eraan deel. Er zijn 47 stemmen ja, 8 stemmen nee en 12 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/8 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IKA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting IKA houdt als financieringsvereniging aandelen aan in de energiesector, deze participaties zijn verbonden met de activiteiten van de distributie-intercommunales voor gas, elektriciteit en “FM en TV” – signalen. Daarnaast fungeert IKA als overlegplatform tussen de gemeenten en de distributie-intercommunales. De aandelen in de ondernemingen worden in eerste instantie aangehouden vanuit het strategische belang voor de bevoorrading van energie van de burgers en de economie. Om deze participaties te financieren heeft IKA een thesaurieprogramma uitgewerkt dat toelaat op een efficiënte wijze te lenen op basis van kortlopende rentevoeten. De gemeenten wordt de mogelijkheid geboden ook gebruik te maken van het uitgifteprogramma van thesauriebewijzen ter financiering van de buitengewone dienst. Dit programma bereikte haar maximum in 2010. Een deel van de lopende financieringen werden voor 5 jaar geherfinancierd, tegelijk werden de backuplijnen uitgebreid. In 2010 werd de kapitaalstructuur van IKA gewijzigd om de balans solider te maken. Deze boekhoudkundige operatie, die geen cash-impact had voor de gemeente , maakt dat IKA aan voordelige tarieven kan blijven lenen.
84
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
STRATEGISCHE PARTICIPATIES Deze participaties worden aangehouden via tussenstructuren waarin de publieke aandelen gebundeld worden om stemrechten te maximaliseren en het nodige overleg te organiseren. IKA keert steeds de ontvangen dividenden maximaal uit aan de gemeentebesturen. De activiteiten van Fluxys en Elia en de vergoeding die zij uitkeren aan de aandeelhouders zijn onderworpen aan het toezicht van de federale regulator CREG.
GASSECTOR IKA participeert samen met de zusterverenigingen in Publigas. Publigas heeft als opdracht het beheer van de participaties van de Belgische gemeenten vervoersnetbeheerder Fluxys. Fluxys staat in voor het transportnetwerk van gas tot bij de distibutienetbeheerders. Fluxys is voor de gassector de onderneming die het transport verzorgt en is dus voor de gemeenten één van de ondernemingen waarin ze prioritair hun belang en zeggenschap willen vergroten. Fluxys is momenteel een belangrijk Europese knooppunt voor aardgas, een functie die moet behouden blijven om een zekere bevoorrading van de Belgische afnemers te garanderen. Om deze rol en ook deze van grensoverschrijdende vervoersbeheerder te versterken, verwerft Fluxys selectief buitenlandse participaties. Hierdoor wordt onze bevoorradingszekerheid verhoogd. De nieuwe participatievraag in 2011 aan de gemeentelijke sector om Fluxys te versterken langs IKA Publigas om, past in dit kader. IKA schreef hierop maximaal in en oefende al haar toegewezen voorkooprechten uit. De verdere ontwikkelingen op het domein van de transportactiviteit, zowel voor de interne markt, als op het Europees niveau moeten op de voet gevolgd worden. IKA wenst, als grootste vennoot uit de gemengde sector, haar strategisch belang in Publigas minstens te handhaven.
85
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
HOOGSPANNINGSNET De aandelen in de beheerder van het hoogspanningsnet ELIA worden aangehouden via de publieke holding Publi-T. ELIA behoort tot de ondernemingen die instaan voor de distributie en transport van energie en dus tot de strategisch prioritaire ondernemingen voor de gemeenten. Een versterkte aanwezigheid in het aandeelhouderschap en zeggenschap in de bestuursorganen behoren tot de doelstellingen. Electrabel verkocht haar belang in ELIA in het kader va de derde EU-richtlijn. Publi-T, verhoogde haar aandeel in Elia tot ruim 45%. Eind 2011 besliste de buitengewone algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding om tot de ontbinding en invereffeningstelling van de vennootschap over te gaan. Bij de oprichting van Publi-T beschikte de Holding over een strategisch belang van 25% in Publi-T. De gemeenten werd aangeboden deze aandelen via hun financieringsverenigingen over te nemen. Alle IKA gemeenten schreven hier op in. LEVERING Voor de vrijmaking van de energiemarkt waren in het werkingsgebied IVEKA en IGAO niet alleen de verdeler van gas en elektriciteit, maar ook de leverancier. De aandeelhouders, de gemeenten en Electrabel, ontvingen een vergoeding enerzijds op de distributieactiviteit en anderzijds op de leveringsactiviteit. Door de vrijmaking van de energiemarkt werd het noodzakelijk beide activiteiten te scheiden. De activiteit van IVEKA en IGAO werd beperkt tot de distributie. Electrabel richtte een dochteronderneming op ECS (Electrabel Costumers Solutions), die de verkoopsactiviteit op de vrije markt voor haar rekening zou nemen. De gemeenten zijn hierin via IKA vertegenwoordigd. De inkomsten uit ECS zijn evenwel onderhevig aan de regels van de vrijgemaakte markt waardoor schommelingen kunnen optreden. Daarom wordt de begroting steeds opgemaakt op basis van voorzichtige ramingen. In maart 2013 bereikte IKA het nieuws dat over boekjaar 2012 geen dividenduitkering zou plaatsvinden. Tevens werd per brief meegedeeld dat de voormelde Stille Vennootschap een negatief saldo vertoont van EUR 600.077,23. Deze negatieve allowance public partner is in de rekeningen van ECS ingeschreven als een vordering op IKA. De effectieve betaling van deze vordering werd evenwel opgeschort in afwachting van een globale financieringsoplossing voor ECS. In afwachting van meer duidelijkheid hierover werd de inkomst uit ECS in de begroting van IKA voor 2014 op 0 gezet. GROENE STROOMPRODUCTIE De gemeenten zijn via hun intergemeentelijke samenwerkingsverbanden al jaren betrokken bij de uitwerking van het duurzaam energiebeleid. Zij zijn immers voor 30% vennoot bij de groenstroomproducent EGPF (Electrabel Green Projects Flanders). In 2010 werd een bijkomende participatie genomen in het zonnepanelenproject SPS FIN/PEERDSBOS, deze vennootschap met als partners ENFINITY, IKA, FINEA, INFRABEL en SOLAR, heeft als doel op de HST-tunnel in Schoten een zonnepanelenproject te realiseren.
86
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
In 2011 werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met STORM om kleinschalige projecten in het werkingsgebied te realiseren. STORM heeft momenteel 6 vergunde projecten in portefeuille, waaronder Geel en Westerlo in het werkingsgebied van IKA, 3 projecten zijn in vergunningsprocedure, 18 in voorbereiding. De deelname in het geothermisch project van VTO op de BALMATT site wordt voorgelegd aan de buitengewone algemene vergadering. REULTAAT en PROGNOSE UITKEERBAAR DIVIDEND Ondanks de grote kapitaaloperaties in de sector (kapitaalverhogingen Publi-T en Publigas, participatie in SPS FIN ) met een totaal investeringsbedrag van ruim 40 miljoen EUR, diende IKA deze legislatuur geen middelen op te vragen bij de gemeentebesturen noch borgstellingen aan te wenden. Enkel voor de financiering van de achtergestelde lening SPS FIN/Peerdsbos wordt uit financiële overwegingen onderliggend een CP-uitgifte georganiseerd.
RESULTATEN (2013: Prognose) Er wordt gestreefd naar een uitkeringsbeleid waarbij de inkomsten die voorvloeien uit de strategische participaties die rechtstreeks toewijsbaar zijn aan de gemeenten maximaal uitgekeerd worden aan de gemeentebesturen. De verkoop van de Suez, Distrigas en deels Telenet-aandelen werd aangewend om de aan deze participaties gekoppelde leningen vervroegd terug te betalen. De saldi werden integraal aan de gemeenten uitgekeerd. Hierdoor is IKA, wat de strategische participaties betreft quasi schuldenvrij. IKA bouwt in beperkte mate reserves op omwille van wettelijke redenen, beginselen van goed bestuur of participatieopportuniteiten binnen de IKA-doelstellingen waaraan de raad van bestuur gevolg geeft. IKA wenst participatieopportuniteiten maximaal in eigen schoot te financieren om zo de gemeentelijke begrotingen niet te belasten. Hiervoor worden de inkomsten uit de niet rechtstreeks aan de gemeenten toegewezen aandelen gereserveerd. De opbouw van reserves gebeurt voornamelijk door de inkomsten uit aandelen die bijkomend door middel van voorkooprechten verworven werden.
87
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
2013
2012
2011
2010
DISTRIBUTIE
2.857.456,29
7.951.742,77
8.460.480,28
880.110,06
ELECTRABEL/SUEZ
263.616,07
263.616,07
259.491,68
259.491,68
ECS
-600.077,23
2.112.125,40
3.541.839,20
3.541.839,20
EGPF
159.589,44
162.165,62
165.458,55
252.460,48
SPS FIN
247.202,70
280.677,20
263.255,98
0,00
PUBLIGAS
4.612.341,10
3.985.717,44
4.746.000,00
1.755.600,00
PUBLI-T
1.309.140,51
1.327.750,24
1.301.481,80
952.460,90
UITZONDERLIJK ELB/SUEZ 0,00
-915.037,33
-1.101.923,69
-572.751,90
TELENET
2.041.784,04
287.170,50
0,00
0,00
TOTAAL
10.891.052,91
15.455.927,91
17.636.083,79
7.069.210,41
VOORSCHOT
0,00
0,00
0,00
1.410.280,90
OVERDR. WINST
226.864,89
-724.598,76
-1.073.544,35
1.213.147,69
RESERVE
2.630.591,40
7.761.304,20
7.419.775,57
-530.170,84
UITKEERBAAR DIVIDEND
8.033.596,62
8.419.222,47
11.289.852,57
7.402.248,04
Ondanks het wegvallen van de inkomsten uit ECS en dus ook de uitkeerbare dividenden (-2 miljoen EUR t.o.v. 2012, -3,5 miljoen EUR t.o.v. 2011) wordt voor boekjaar 2013 (uitkering juni 2014) wordt een netto uitkeerbaar dividend van 8.033.596,62 EUR verwacht, in 2012 bedroeg dit nog 8.419.222,47 EUR. Het kleine verschil is te verklaren door het proactief uitbreiden van het belang in de kernparticipaties bij kapitaalverhogingen waardoor nieuwe inkomsten gecreëerd worden en de éénmalige inkomsten uit de TELENET-activiteit. Waarbij voor de meerjarenbegrotingen, de inkomsten uit TELENET, gelet op de onzekere dividenduitkeringen als eenmalig beschouwd dienen te worden. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen.
88
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 2/9 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IKA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergadering van 16 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De dienstverlenende vereniging IKA deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op maandag 16 december 2013 om 18.30 uur in “Den Eyck”, Houtum 39, 2460 Kasterlee. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. De dienstverlenende vereniging IKA zal haar statuten pas wijzigen in juni 2014, zodat nu nog geen kandidaten kunnen voorgedragen worden voor de duur van de legislatuur. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van IKA vertegenwoordigd door mevrouwen Els Baeten, Mireille Colson, Marleen Peeters, Wendy Weckhuysen en de heren Kris Goossens, Herman Minnen, Koen De Cock en Sener Ugurlu, raadsleden. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 16 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging IKA; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking;
89
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Enig artikel: De heer Kris Geysen, raadslid, met als plaatsvervanger de heer Michel Meeus, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IKA van 16 december 2013. Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 67 leden nemen eraan deel. Er zijn 46 stemmen ja, 8 stemmen nee en 13 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/10 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IOK. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting Industrieel beleid Binnen de stadsregio Turnhout zijn alle geplande terreinen operationeel. Buiten Beerse (Beerse-Zuid), Oud-Turnhout (Bentel) en Turnhout (Veedijk) wordt actief grond aangeboden in Balen (Driehoek en Holven), Laakdal (Nikelaan), Retie (De Bempdekens) en Rijkevorsel (Het Looi). In Arendonk (Hoge Mauw) wordt gestart met de 1ste reeks toewijzingen. Tijdens de periode mei 2013 tot oktober 2013 verkocht IOK op vermelde terreinen in totaal 4,9 ha aan 8 bedrijven. De dienst industrie was tevens betrokken bij verschillende verwervingsdossiers, al dan niet gerechtelijk: Hoge Mauw in Arendonk, Stenehei in Dessel, Liessel, Ossenbruul en Hezeschrans in Geel, Gooreind in Herentals, De Kluis in Hoogstraten, Portaal Lammerdries in Olen. Samen met de technische dienst werd verder gewerkt aan de infrastructurering van Hoge Mauw te Arendonk, Heistsen Hoek te Heist-op-den-Berg, Gierlebaan te Kasterlee-Tielen, Gompel te Mol, het Looi te Rijkevorsel. Daarnaast werden enkele planprocessen gecontinueerd of afgerond die op termijn zullen resulteren in bijkomende bedrijventerreinen (Hezeschrans in Geel, LangveldOost in Heist-op-den-Berg, Ambachtstraat in Meerhout, afbakeningsprocessen kleinstedelijke gebieden Geel en Mol). In navolging van het goedgekeurde project ‘activeringsteams onbenutte bedrijfsterreinen’ (in partnerschap met POM Antwerpen, IGEAN en IGEMO) werd alvast gestart met de 1ste herinrichtingsstudie in Heist-op-den-Berg. De diverse betrokken percelen werden geïnventariseerd en naar aanleiding van de
90
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
stuurgroepvergadering medio 2013 vond de 1 ste inhoudelijke rapportering en verwerking van deze percelen in september 2013 plaats. In het kader van het goedgekeurde MOBIKA-project (omvat Hoge Mauw in Arendonk en bedrijventerreinen in Bladel/Reusel) werden de werken begin juni 2013 gestart voor de aanleg van de hoofdontsluiting. In het kader van bedrijventerreinmanagement werd een 1ste infomoment gehouden op 2 mei 2013. Het infomoment kende een grote opkomst en beklemtoonde het belang van de diverse mobiliteitsaspecten (verkeersveiligheid, bewegwijzering, GPS, interne circulatieroute, enz.). Hieruit volgde een werkgroep mobiliteit die reeds 2 maal samenkwam en waaruit diverse realisaties op vlak van mobiliteit zullen volgen. De bouwwerken omtrent de oprichting, bouw en inrichting van een Logistiek Innovatie- en Trainingscentrum (LITC) op de logistieke campus Langvoort in Laakdal zijn volop lopende en worden begin 2014 afgerond. Het opgestarte haalbaarheidsonderzoek (ruimtelijk-planologisch, markteconomisch en bouwfysisch) inzake de herbestemming van het militair domein Depot in Ravels werd gecontinueerd. Het planologische luik werd afgerond en het technisch onderzoek werd opgestart. In 2012 werd met de oprichting van de vzw OMC verder gestalte gegeven aan de uitbouw van een Open Manufacturing Campus (OMC) op de huidige Philips-site in Turnhout. Als voorbereiding op de renovatiewerken werd een onderzoek naar de energiehuishouding uitgevoerd en werd alvast een masterplan voor de toekomstige ontwikkeling opgemaakt. Een aanbestedingsprocedure voor renovatiewerken loopt. De ingediende aanvraag voor het project ‘Campina: op weg naar een innovatieregio’ in het kader van Ondernemingsvriendelijke Gemeente door IOK samen met de gemeenten Dessel, Geel, Mol, Retie, VITO, SPK, Thomas More Kempen, NIRAS, SCK, Voka Kempen en RESOC Kempen werd in februari 2013 goedgekeurd. In augustus 2013 werd dit project opgestart. Begin oktober 2013 vond de 1ste klankbordgroepvergadering plaats om het plan van aanpak te bespreken en goed te keuren. Voor de bedrijvenzone Zinkstraat in Balen-Wezel werd een voortraject bij het Agentschap Ondernemen in de vorm van een haalbaarheidsstudie aangevraagd en werd een aanvraag tot het bekomen van een brownfieldconvenant ingediend. Duurzaamheidsprincipe troef binnen industrieel beleid De lopende inspanningen op het vlak van bedrijventerreinmanagement (Transportzone in Hoogstraten-Meer, vzw Parkmanagement Turnhout in Turnhout, parkmanagement voor Voka Kempen West (voorheen KIH), Reme in Olen/Westerlo, FRAC in Turnhout) werden gecontinueerd. In 2013 werd gestart met bedrijventerreinmanagement op de bedrijvenzone Bentel in Oud-Turnhout. Het goedgekeurde project bedrijventerreinmanagement op 25 Kempense bedrijventerreinen werd verder gecontinueerd en op vraag van de gemeente en/of bedrijven kunnen bijkomende bedrijvenzones na overleg opgenomen worden. Zo werd ook op de bedrijvenzone Berkenbossen in Mol gestart met bedrijventerreinmanagement. In het kader van de POM-subsidie ‘duurzame acties op bedrijventerreinen’ werd in opdracht van 5 bedrijven binnen Voka Kempen West een plan opgemaakt ter verhoging van de biodiversiteit op de bestaande bedrijventerreinen Wolfstee, Klein Gent en Industrieweg in Grobbendonk, Herenthout en Herentals. Dit plan werd teruggekoppeld aan de bedrijven en ligt nu voor bij de betrokken gemeentebesturen om tot verdere actie over te gaan. In deze periode bleef IOK ook verder streven naar een goede (multimodale) ontsluiting van bedrijvenzones, met o.a. de optionele spoorontsluiting op Veedijk in Turnhout, de upgrading van de industriële spoorlijn 207, de oostelijke ontsluiting
91
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
via de weg van het regionaal bedrijventerrein Langvoort in Laakdal/Meerhout tot aan het oprittencomplex in Ham, het voorzien van een fietsverbinding tussen Nikelaan en oprittencomplex in Ham, het doortrekken en herinrichten van de ring in Retie, de uitvoering van de goedgekeurde mobiliteitsstudie in de Noorderkempen en de uitvoering van het goedgekeurde Masterplan voor de bewegwijzering in het Economisch Netwerk Albertkanaal (ENA). Op vlak van duurzame energie op bedrijventerreinen werd voor diverse locaties (Geel, Olen, Rijkevorsel) verder overlegd over de mogelijkheden voor het plaatsen van windturbines. 1.
Sociaal grondbeleid Binnen het sociaal woonbeleid vormen de sociale verkavelingen de kernactiviteit. De projecten evolueren steeds meer naar gemengde projecten. Dit gebeurt in samenwerking met enerzijds privé-eigenaars en anderzijds sociale huisvestingsmaatschappijen. De samenwerking met die maatschappijen werd nog versterkt in het kader van het decreet grond- en pandenbeleid. Het voorbije half jaar werd 1 wederingekochte kavel verkocht. In 3 verkavelingen met in totaal 22 kavels zijn momenteel de infrastructuurwerken in uitvoering, zodat deze eind 2013 en begin 2014 te koop kunnen worden aangeboden. Tevens werden 2 verkavelingsaanvragen ingediend voor gezamenlijk 30 IOK-kavels. Daarnaast worden voorbereidingen getroffen voor het indienen in de komende maanden van 7 verkavelingsaanvragen voor in totaal circa 256 IOK-kavels. Een van deze dossiers in voorbereiding betreft een verkaveling die in de vorige periode werd ingediend, maar werd ingetrokken, en nu met beperkte aanpassingen opnieuw zal worden ingediend. In elk van deze projecten wordt tevens een zone voorzien voor de oprichting van sociale koopof huurwoningen door een sociale huisvestingsmaatschappij, zoals voorzien door het decreet grond- en pandenbeleid. In totaal beschikt IOK over ruim 36 ha grondreserve. De direct ontwikkelbare gebieden beperken zich echter tot deze die in woonzone gelegen zijn, wat de oppervlakte aan potentiële nieuwe woonzones reduceert tot circa 10 ha. De beschikbare reserves voor het grondfonds geven voldoende financiële draagkracht om tot strategische grondaankopen over te gaan. Op die manier kan een actief aanbodbeleid gevoerd worden. Hoewel door de huidige aankoopprijzen van gronden de kans op de vorming van toekomstige reserves eerder beperkt is, kon de voorbije 6 maanden met de middelen van het grondfonds toch circa 1,2 ha worden verworven. IOK zal ook in de toekomst blijven ijveren om een voldoende aanbod aan betaalbare huisvestingsmogelijkheden te kunnen aanbieden.
2.
Dienstverlening aan de gemeenten IOK biedt een divers gamma aan diensten aan. De opdrachtgever is hierbij in principe steeds de gemeentelijke overheid. De dienstverlening wordt aangeboden vanuit een multidisciplinair team. Via gestructureerd overleg worden de verschillende disciplines op elkaar afgestemd en geïntegreerd. Technische dienstverlening De externe dienstverlening omvatte tijdens de beschouwde periode het volgende: – 17 projecten ontwerp infrastructuur; – 13 opdrachten veiligheidscoördinatie; – 15 opmetings- en onteigeningsplannen;
92
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
– 1 evacuatieplan; – 2 opdrachten externe ondersteuning gemeentelijke technische dienst. De interne dienstverlening omvat de logistieke ondersteuning van de overige IOKdiensten. Het ontwerpen, de coördinatie van de veiligheid en gezondheid, het aanbesteden en het opvolgen van de uitvoering der werken zowel voor bedrijvenzones, sociale verkavelingen, afvalverwerkingsinstallaties en leveringen voor IOK vormen het omvangrijkste takenpakket van de technische dienst. Bijstand aan gemeenten in functie van grondverwerving Het voorbije half jaar werd er, in nauw overleg met de betrokken schepencolleges, bemiddeld bij de grondverwerving voor 17 specifieke gemeentelijke projecten. Daarnaast voert IOK ook de onderhandelingen in 5 dossiers voor de aanleg van fietspaden langs gewestwegen die kaderen in module 13-dossiers in uitvoering van de mobiliteitsconvenanten die de betrokken gemeenten afsloten met de Vlaamse overheid. In de voorbije periode werden in dit kader nog 2 bijkomende opdrachten aan IOK toegewezen. IOK Plangroep IOK Plangroep is opdrachthouder van een 60-tal uiteenlopende gemeentelijke en provinciale planningsopdrachten zoals gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen, gemeentelijke structuurplannen (incl. herzieningen), stedenbouwkundige inrichtingsstudies, mobiliteitsstudies, voorstudies, … De opmaak van RUP’s gaat ook steeds gepaard met de opmaak van een screening op planMER, dan wel de begeleiding van de opmaak van een planMER door de aangestelde onderaannemer. Daarnaast biedt IOK plangroep planologische ondersteuning aan gemeenten, zoals bij de beoordeling van verkavelings- en stedenbouwkundige aanvragen vanuit het principe van duurzaam en hedendaags bouwen/verkavelen. Gemeenten met een sterk verhoogde werkdruk wegens onvoorziene omstandigheden, hebben het laatste half jaar tijdelijk gebruik kunnen maken van ondersteuning van IOK Plangroep bij het behandelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsvergunning. Intern biedt IOK Plangroep, via een integrale projectwerking waarbij een geïntegreerde aanpak vanuit verschillende diensten voorop staat, planologische ondersteuning aan het IOK woonbeleid en het industrieel beleid. Een speciaal aandachtspunt in dit verband zijn de inspanningen die worden geleverd op het gebied van duurzaam bouwen, verkavelingen en duurzame inrichting van bedrijventerreinen. Vanuit de expertise binnen de plangroep kent IOK een sterk uitgebouwde CAD-GISwerking ter ondersteuning van de interne en externe dienstverlening. Het voorbije half jaar werd nagedacht over de mogelijkheid tot het opstarten van gemeentegrensoverschrijdende projecten. Deze streekprojecten hebben als doel bijzondere kenmerken van de streek te versterken en/of een gezamenlijke problematiek aan te pakken. IOK Plangroep onderzocht tevens de behoefte voor de oprichting van een intergemeentelijke kwaliteitskamer. IOK Duurzaamheidsteam De focus van de dienstverlening wordt geheroriënteerd van de Samenwerkingsovereenkomst, die eind 2013 afloopt, naar het Burgemeesters-
93
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
convenant. 2013 geldt als overgangsjaar tussen de Samenwerkingsovereenkomst en de voorbereiding van een nieuw project. Dit nieuwe project neemt de vorm aan van een streekproject waaraan alle 29 gemeentebesturen uit de IOK-regio deelnemen. Er worden allerlei acties opgezet om de CO 2-uitstoot in de regio te verkleinen. Voor 2014 houdt dat in dat per gemeente een CO2-nulmeting en een klimaatactieplan wordt opgemaakt, een startevent rond het Burgemeestersconvenant wordt georganiseerd, dat lopende acties (Energie Infotoer, samenaankopen, …) worden verdergezet en dat Europese en Vlaamse projectoproepen worden benut om nieuwe acties te financieren. De 6de jaargang van het intergemeentelijke project Klimaatscholen (schooljaar 2013-2014) wordt een overgangsjaar. In een breder partnerschap met de MOSbegeleiders, Djapo, Thomas More en de Energiesnoeiers wil IOK het project bijsturen in functie van een versterkt participatief luik en de realisatie van structurele energiebesparingen op de scholen. Samen met basisschool Het Kompas uit Rijkevorsel zal die vernieuwde aanpak uitgetest worden. Parallel loopt het succesvolle aanbod milieulessen voor basisscholen. Tijdens het schooljaar 2013-2014 worden via 20 deelnemende gemeenten 305 milieulessen rond de thema’s energie & klimaat en water gegeven, verspreid over 78 basisscholen. Het duurzaamheidsteam wordt ook deeltijds ingezet als intercommunale duurzaamheidsambtenaar in 3 gemeenten: 50 % in de gemeente Hulshout, 50 % in de gemeente Rijkevorsel en tot 40 % VTE in de gemeente Mol. 3.
Dienstverlening onder de vorm van kostendelend verlengstuk De juridische dienstverlening, de intercommunale milieudienst, de dienst GiD PBW en de dienst intercommunaal centrum voor geweldbeheersing functioneren als een kostendelend verlengstuk voor de deelnemende gemeenten. Dit betekent dat de gemeenten kostendelend samenwerken door een gezamenlijk beheer van dienstverlening en expertiseverwerving en dus ook door een gezamenlijke aanwerving van gespecialiseerd personeel. Intercommunale milieudienst (IMD) Milieuadviesverlening Er zijn 27 gemeenten aangesloten bij IMD. Een interdisciplinair team geeft advies en ondersteuning bij milieudossiers of bij de uitvoering van de Samenwerkingsovereenkomst 2008-2013. Inzake milieuadviesverlening werden er de afgelopen periode 92 nieuwe dossiers geopend; het merendeel had betrekking op vergunningsaanvragen. Basispakket duurzaam beleid Binnen het forfaitair pakket zit ook een basispakket duurzaam beleid. De ondersteuning van gemeenten bij de uitbouw van een duurzaam milieubeleid kan wijzigen in functie van nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen of nieuwe regelgeving. Het takenpakket omvat de ondersteuning bij infoavonden rond energiezuinig (ver)bouwen, de haagplantactie, het pesticidenreductieprogramma, de uitbouw van de interne milieuzorg, de samenaankoop van (spouw)muurisolatie, de samenaankoop bestrijding eikenprocessierupsen, … Binnen het kader van de Energie Infotoer wordt jaargang 2013-2014 uitgevoerd, in samenwerking met Kamp C. Deze jaargang omvat opnieuw een gevarieerd aanbod gratis infoavonden georganiseerd in 27 gemeenten. Sinds oktober 2011 beschikken zowel IMD als de gemeentelijke milieudiensten over een nieuw en sterk communicatiekanaal: de duurzaamheidskrant. Deze krant verschijnt 2 keer per jaar, de laatste uitgave van het proefproject werd in oktober
94
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2013 verdeeld aan de inwoners van 27 Kempense gemeenten. Eind 2013 wordt dit proefproject geëvalueerd. Goede communicatie met de gemeentebesturen en milieudiensten is een essentieel uitgangspunt van de IMD-dienstverlening. Daarom worden halfjaarlijkse ontmoetingen georganiseerd met respectievelijk de schepenen van leefmilieu en de milieuambtenaren. Regelmatig overleg met de andere Vlaamse intercommunales, CAPLO, VVSG en provincie Antwerpen, o.a. rond het Burgemeestersconvenant en lokaal klimaatbeleid, zorgt ervoor dat IMD een interfacerol kan opnemen. Onder de koepel van IMD werd met de middelen van het federale Fonds ter Reductie van de Globale Energiekost (FRGE) een lokale entiteit, genaamd energieK, opgericht in samenwerking met 25 gemeenten. Via die weg worden goedkope energieleningen verstrekt aan de bevolking. IMD organiseert verschillende groepsaankopen. Een nieuwe samenaankoop rond hoogrendementsglas wordt opgestart, in samenwerking met 27 gemeenten. Daarnaast biedt IMD ondersteuning aan gemeenten bij de uitbouw van hun duurzaam milieubeleid via het aanbieden van een 2 de-lijns loketfunctie, een jaarlijks geactualiseerde format voor het milieujaarprogramma, de organisatie van een jaarlijkse haagplantactie, … Juridische dienstverlening De interne dienstverlening is in hoofdzaak gericht op de beleidsondersteuning, hetzij rechtstreeks ten aanzien van de directie en de bestuursorganen, hetzij onrechtstreeks via andere diensten. Tijdens de beschouwde periode werden er 90 interne juridische dossiers aangemaakt. Daarnaast werden er ook 22 dossiers geopend in het kader van het milieucoördinatorschap. Aan de gemeenten wordt een juridische dienstverlening aangeboden inzake ruimtelijke ordening, stedenbouw en ruimtelijke planning. Daarnaast wordt ook juridisch advies verleend betreffende het administratief en grondwettelijk recht in het algemeen evenals in andere rechtstakken. Er werden het voorbije half jaar 323 externe dossiers opgemaakt. Bovendien is ook de vraagbaakfunctie van deze dienst erg belangrijk. Op vraag van de gemeenten is er van start gegaan met een multidisciplinaire adviesstructuur in de sector ruimtelijke ordening. Hiervoor wordt er nauw samengewerkt met IOK Plangroep. Binnen deze structuur worden, naast het verlenen van juridisch advies, ook planologische en architectonische probleemstellingen behandeld. Interlokale vereniging milieuhandhaving In opdracht van de conferentie van Kempense burgemeesters en de bestuursorganen werd in de schoot van de juridische dienst in 2011 grondig gewerkt aan de oprichting van een interlokale vereniging milieuhandhaving, waarbij de invulling van de decretale verplichtingen van het milieuhandhavingsdecreet in hoofde van de gemeente als opdracht vooropstond. In 2012 werd overgegaan tot de formele oprichting van een Interlokale Vereniging Milieuhandhaving Kempen. 18 gemeenten, 7 politiezones en IOK zijn vertegenwoordigd in de interlokale vereniging. Op vraag van het overlegorgaan werden binnen IOK 2 milieutoezichthouders ingezet. Er werd gekozen voor een multidisciplinair team, waarbij een bio-ingenieur en een juriste worden ingezet en waarbij de nodige administratieve ondersteuning wordt voorzien.
95
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Intergemeentelijke dienstverlening leegstand Het decreet betreffende het grond- en pandenbeleid legt elke gemeente op om een register van leegstaande gebouwen en woningen bij te houden. 14 Kempense gemeenten doen hiervoor beroep op IOK. IOK doet de nodige administratieve en materiële vaststellingen voor de panden die opgenomen zijn in de gemeentelijke vermoedenslijsten. Verder staat IOK ook in voor de behandeling van ingediende beroepen en aanvragen tot schrapping uit het register. De voorbije 6 maanden werd verder gewerkt aan de actualisatie van deze gemeentelijke leegstandsregisters. Gemeenschappelijke interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk (GiD PBW) Voor de 70 aangesloten lokale besturen fungeert GiD PBW als de interne preventiedienst voor de 10.083 voltijdsequivalenten (of 15.233 personeelsleden). Vanaf 1 mei startte bijkomend de dienstverlening op voor de vzw Festivalitis als onderdeel van het Warandemodel te Turnhout. In samenwerking met de externe preventiedienst adviseert GiD PBW werkgever en werknemer over alle welzijnsaspecten verbonden aan arbeid. IOK treedt op als gastheer en organisator en is daarenboven zelf participerend bestuur. De cel ‘veiligheid speelterreinen’ is werkzaam in 20 gemeenten (in 2013 sloot de Stad Herentals bij aan), die in totaliteit 3.345 speeltuigen beheren, verspreid over 624 speelterreinen. Intercommunaal Centrum voor Geweldbeheersing IOK vervult een actieve rol in het beheer van het ICG. Op die manier wenst IOK de politiediensten maximaal te ondersteunen. Het centrum fungeert als trainingscentrum voor de lokale en federale politie, de douane en het Agentschap Natuur en Bos. 4.
Studiewerk en begeleiding De studiedienst verleende RESOC Kempen een belangrijke bijdrage aan de redactie van het nieuwe streekpact 2013-2018, meer specifiek voor de speerpunten: ‘Ruimte om te ondernemen in een vlot bereikbare regio’ en ‘Groene en duurzame Kempen’. De studiedienst stond ook in voor de voorbereiding van de nieuwe beleidsplannen 2013-2018 van IOK en IOK Afvalbeheer. De voorbije 6 maanden stond de werking van het Kempens Woonplatform voornamelijk in het teken van de door de subsidiërende overheid gevraagde bijsturing van het project. Zo werden in elk van de 25 deelnemende gemeenten besprekingen gevoerd met betrekking tot het opstarten van een ‘aanspreekpunt wonen’. Het voorbije half jaar werden opnieuw bijeenkomsten van de werkgroep woningkwaliteit voor de betrokken ambtenaren georganiseerd, waarbij onder meer aandacht werd besteed aan de opmaak van een actieplan rond woningkwaliteit. Daarnaast werd ook het draaiboek inzake ongeschikten onbewoonbaarverklaringen in elke gemeente geïmplementeerd, aangepast aan de gewijzigde wetgeving. Gedurende de voorbije 6 maanden werd ook verder uitvoering gegeven aan de acties zoals opgenomen in de gemeentelijke woonbeleidsplannen en werd gewerkt aan nieuwe acties en doelstellingen in het kader van de gemeentelijke strategische meerjarenplanning. De woongerelateerde beleidsontwikkelingen werden opgevolgd en vertaald naar de betrokken gemeenten. Kempens Woonplatform fungeerde voor de gemeenten tevens als
96
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
vraagbaak voor woongerelateerde items, waarbij – indien relevant – steeds een terugkoppeling voorzien werd met de juridische dienst. IOK bood eveneens ondersteuning aan lokale besturen inzake lokale tewerkstelling en de uitbouw van de regierol lokale diensteneconomie. IOK gaf het studiebureau Technum de opdracht een studie op te maken om de gevolgen van een eventuele heractivering van de IJzeren Rijn in beeld te brengen en om hiervoor milderende maatregelen aan te reiken. De studie werd begin 2010 afgerond en voorgesteld op een persconferentie. Tijdens de afgelopen periode werden de algemene ontwikkelingen hieromtrent opgevolgd. In functie van een goede beleidsvoorbereiding wordt een actuele databank van socio-economische gegevens van de regio en de gemeenten bijgehouden. Vanuit de studiedienst worden tal van informatieve initiatieven genomen om de Kempense gemeentebesturen zoveel mogelijk informatie te bieden. Om dit te optimaliseren werd verder gewerkt aan de uitbouw van het communicatiebeleid. Het recreatiedomein De Lilse Bergen blijft eveneens een aandachtspunt binnen de werking van IOK. 5.
Sociaal-cultureel beleid Het sociaal-cultureel beleid richt zich voornamelijk tot onderwijs en welzijn. Binnen de onderwijssector situeren de activiteiten zich rond allerlei vormingsactiviteiten van PVK (Pedagogisch Vormingsinstituut voor de Kempen). Daarnaast treedt IOK ook op als organisator en moderator van het intercommunaal examen. Dit wordt jaarlijks in juni afgenomen bij de leerlingen van de deelnemende lagere scholen. Welzijnszorg Kempen is initiatiefnemer van diverse projecten in de sector van de OCMW’s. De organisatie neemt zelf initiatieven, maar participeert daarnaast in een aantal vzw’s. De ondersteuning van IOK situeert zich hierbij op het vlak van personeel en logistiek. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. Nr. 2/11 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IOK. Ontwerp van statutenwijzigingen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Met bijgaand aangetekend schrijven van 18 september 2013 stelt de dienstverlenende vereniging IOK de provincie in kennis van een aantal voorstellen van statutenwijziging, die aan de algemene vergadering van 17 december 2013 zullen worden voorgelegd. De wijzigingen hebben betrekking op: Het conform maken van de statuten aan de bepalingen van het decreet houdende wijziging van het DIS van 18 januari 2013. Het decreet werd gewijzigd op het vlak van bestuurlijk toezicht en digitalisering:
97
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Vroeger moesten integrale notulen worden overgemaakt aan de Commissaris van de Vlaamse regering, nu moeten, naar analogie met wat bij de gemeenten bestaat, overzichtslijsten met een beknopte omschrijving aan de Vlaamse regering worden overgemaakt. De functie van Commissaris van de Vlaamse regering bestaat niet langer. Toch zijn er nog bijzondere inzendingsplichtige besluiten, met name deze inzake het rechtspositiebesluit van het personeel en de besluitvorming in het kader van een saneringsplan. De verenigingen moeten beschikken over een publieke website waarop de lijsten van genomen besluiten worden gepubliceerd (art. 75bis en 75ter DIS). Er moet niet langer voor elke algemene vergadering afzonderlijk een vertegenwoordiger worden benoemd (art. 44 DIS). Er zijn vanaf 1 januari 2014 ook verplichtingen inzake de elektronische terbeschikkingstelling van verslagen (art. 52 DIS). Daarnaast is er een rapporteringsplicht ingeschreven aan de Vlaamse regering (art. 70bis DIS). Deze verplichte statutenwijziging biedt ook een gelegenheid om de maatschappelijke doelstelling van IOK te actualiseren. Een aantal zeer recente diensten en ontwikkelingen van bestaande diensten kunnen statutair meer gedetailleerd en accuraat worden omschreven: De werkzaamheden van de juridische dienst en de cel duurzaam beleid vormen ‘het kostendelende verlengstuk inzake juridisch en technisch advies milieu, juridisch en technisch advies ruimtelijke ordening, algemene juridische adviesverlening en ondersteuning duurzaam beleid’ en worden als dusdanig statutair omschreven. De participatie in en het ter beschikking stellen van personeelsleden voor de interlokale vereniging milieuhandhaving Kempen wordt ook statutair omschreven. De ondersteuning van het lokale woonbeleid wordt uitgevoerd via de werkzaamheden van een Kempens woonplatform en een intergemeentelijke dienstverlening leegstand. Naast de maatschappelijke doelstelling dient ook artikel 13 van de statuten te worden geactualiseerd en aangevuld waarbij de bijdragen voor de exclusieve dienstverlening worden beschreven voor bovenstaande diensten. Naar aanleiding van de discussie bij de aanstelling van bestuurders met raadgevende stem in de algemene vergadering van maart ll. over de interpretatie van ononderbroken dienstanciënniteit in de gemeenteraad, wordt de visie van het Agentschap Binnenlands Bestuur nu in de statuten opgenomen onder artikel 20 om elke latere discussie hierover te vermijden. Dit betekent dat voor het bepalen van de ononderbroken anciënniteit wordt teruggeteld vanaf het ogenblik van de aanstelling van de bestuurder met raadgevende stem. ****** De voorgestelde wijzigingen, die u terugvindt in Sindala, hebben geen invloed op de rechten en plichten van de provincie. Uw raad wordt dan ook voorgesteld hiermee in te stemmen. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013.
98
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 17 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging IOK waarop een aantal statutenwijzigingen worden voorgesteld; Gelet op het decreet van 18 januari 2013 houdende de wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; BESLUIT: Enig artikel: Ingestemd wordt met het ontwerp van statutenwijzigingen van de dienstverlenende vereniging IOK dat zal worden voorgelegd aan de algemene vergadering van 17 december 2013. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 66 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 52 leden hebben ja gestemd; 1 lid heeft nee gestemd; 13 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 52 stemmen ja, bij 1 stem nee en 13 onthoudingen. Nr. 2/12 van de agenda Provinciale initiatieven. Dienstverlenende vereniging IOK. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 17 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De dienstverlenende vereniging IOK deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op dinsdag 17 december 2013 om 18.00 uur in “Het Wijnhuis”, Stationsstraat 56 te 2440 Geel. Overeenkomstig artikel 44 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking dient uw raad voor elke algemene vergadering van een opdrachthoudende of dienstverlenende vereniging een provinciale afgevaardigde aan te duiden en zijn/haar mandaat vast te stellen. Aan deze algemene vergadering wordt ook een ontwerp van statutenwijziging voorgelegd, waarin o.a. de aanduiding van de provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen wordt gewijzigd. Deze statutenwijziging wordt ter
99
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
goedkeuring voorgelegd in een apart verslag aan uw raad. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging, dus vanaf 1 januari 2014). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van IOK vertegenwoordigd door de heren Peter Bellens, Bruno Peeters, gedeputeerden, Jan De Haes, Michel Meeus en Werner Hens, raadsleden. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 17 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de dienstverlenende vereniging IOK; Gelet op artikel 44 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Ivo Bollen, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Nicole Boonen, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IOK van 17 december 2013.
100
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: De heer Ivo Bollen, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Nicole Boonen, raadslid, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van IOK tijdens de periode 1 januari 2014 – oktober 2018. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 66 leden nemen eraan deel. Er zijn 46 stemmen ja, 8 stemmen nee en 12 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/13 van de agenda Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVCA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting Inleiding De Intercommunale Vereniging voor Crematoriumbeheer in de Provincie Antwerpen. (I.V.C.A.) is een opdrachthoudende vereniging van 52 gemeenten uit de provincie Antwerpen, samen met het provinciebestuur van Antwerpen. Ze beheert 2 crematoria: Antwerpen en Turnhout. Het crematorium van Antwerpen is in werking sinds februari 1983, dat van Turnhout sinds september 1992. Doel van de vereniging De intergemeentelijke vereniging heeft tot doel het oprichten, het besturen en het exploiteren van één of meer crematoria en één of meerdere intercommunale begraafplaatsen. Zij mag alle verrichtingen doen, die rechtstreeks met dat doel verband houden. De werking van de intercommunale vereniging is niet beperkt tot de bevolking van haar leden-gemeenten. Welke dienstverlening wordt er aan de bevolking geboden? De basisdienstverlening in de crematoria van Antwerpen en Turnhout is steeds ongewijzigd gebleven, met name het uitvoeren van crematies, het verzorgen van uitvaartplechtigheden in de aula’s en het aanbieden van uitvaartmaaltijden in de verschillende koffiekamers. De I.V.C.A. stelt gratis personeel (o.a. ceremonieleider) ter beschikking van de families voor de verzorging van de plechtigheden in de aula’s van beide crematoria. Ook bijstand van een moreel consulent of gebedsvoorganger is kosteloos.
101
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nabij de hoofdingang van het crematorium Antwerpen bevinden zich de herdenkingszuilen. De nabestaanden kunnen hier met een naamplaatje hun overledene, van wie de as verstrooid werd, gedenken. Opvang van familie, vrienden en kennissen van de overledene, samen met respect voor die overledene staan steeds centraal in deze dienstverlening. Sinds oktober 2012 werd de dienstverlening uitgebreid: bezoekers van het crematorium van Antwerpen kunnen er sindsdien terecht in een nieuwe cafetaria. Binnenkort zullen families ook warme maaltijden en/of buffetten kunnen reserveren voor de uitvaartmaaltijden. Overzicht infrastructuur: Crematies: crematorium van Antwerpen: 6 crematieovens; crematorium van Turnhout: 3 crematieovens.
Plechtigheden: 2 aula’s in Antwerpen (chrysant en aster); 1 aula in Turnhout.
Uitvaartmaaltijden: crematorium van Antwerpen: 7 koffiekamers; crematorium van Turnhout: 3 koffiekamers.
De I.V.C.A. heeft per 1 april 2013 de tarieven voor de crematies en plechtigheden grondig gewijzigd. De wijziging houdt in dat er voortaan een goedkoper tarief geldt voor crematies maar dat er afzonderlijke moet betaald worden voor het gebruik van de aula’s voor de organisatie van een afscheidsplechtigheid. Daarenboven worden toeslagen voorzien voor inwoners die niet woonachtig zijn in een bij de I.V.C.A. aangesloten gemeente. In Sindala vindt u een overzicht van de diverse tarieven van toepassing in de crematoria van Antwerpen en Turnhout. Statistische gegevens In Sindala kan u een overzicht van de statistische gegevens vinden. Balans- en resultatenrekening 2012 Het boekjaar 2012 sluit met een resultaat van 623.546,86 EUR. Hiervan moet 31.177,34 EUR als wettelijke reserve aan het eigen vermogen worden toegevoegd. Samen met de overgedragen winst van het boekjaar 2011 (616.713,94 EUR) bedraagt de over te dragen winst naar het boekjaar 2013 bijgevolg 1.209.083,46 EUR. Voor 2013 werd een begroting in evenwicht voorzien. Projecten voor 2013 Voor het crematorium van Antwerpen waren in 2013 geen belangrijke investeringen gepland. De tuin naast de aula Chrysant werd na de werken van 2012 volledig opnieuw aangelegd zodat de gebruikers van deze aula terug een groen uitzicht hebben.
102
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
In Turnhout daarentegen werd gestart met de verbouwing en optimalisatie van de technische ruimte. Twee crematieovens worden vernieuwd en de filterruimte wordt hierop helemaal aangepast, zodat deze ook aan de hedendaagse en meest strenge normen beantwoordt. In september 2013 zijn de werken gestart voor de uitbreiding van de parking. Er bestaat reeds geruime tijd een tekort aan parkeerplaatsen vooral op drukke dagen en bij druk bijgewoonde afscheidsplechtigheden. Met ondersteuning van de stad zullen tegen het einde van 2013 120 bijkomende parkeerplaatsen gecreëerd worden. Eveneens in september 2013 buigen zeven gemeenteraden uit Noord-Limburg zich over de vraag tot toetreding tot de I.V.C.A.. Naast de stad Lommel zullen ook zes andere gemeenten (Hamont-Achel, Hechtel-Eksel, Leopoldsburg, Neerpelt, Overpelt en Peer) het project voor de bouw van een nieuw crematorium in Lommel ondersteunen. Doordat I.V.C.A. ook actief gaat worden in de provincie Limburg kon de naam I.V.C.A. niet behouden blijven. Samen met de statutenwijziging zal de algemene vergadering in oktober 2013 een nieuwe naam voor de vereniging goedkeuren. Geplande projecten voor 2014 Op het vlak van investeringen zullen twee projecten belangrijk zijn in 2014. In de eerste plaats zal het bouwprogramma voor het crematorium van Lommel opgemaakt worden en zal er via een architectuurwedstrijd gezocht worden naar een goed architectonisch concept voor de nieuwe vestiging. Tegen einde 2014 willen we het dossier aanbestedingsklaar hebben. Daarnaast staan een aantal verbouwingswerken op stapel voor het crematorium van Turnhout. Er zal een nieuw laad- en loszone worden gebouwd voor de uitvaartondernemers, samen met een nieuwe administratieve ruimte. De technische ruimte wordt uitgerust met een aangepast ventilatie- en recuperatiesysteem. De keuken zal eveneens grondig gemoderniseerd worden om te voldoen aan de strikte eisen op het vlak van voedselveiligheid (HACCP). Los van deze concrete projecten zijn een aantal mogelijke projecten in onderzoek. I.V.C.A. bestudeert de financiële en logistieke haalbaarheid voor de exploitatie van het kasteel Schoonselhof, dat in eigendom is van de stad Antwerpen en dat door de stad grondig zal worden gerenoveerd. Van de stad Mechelen en de gemeente Stabroek kregen we de vraag een voorstel te formuleren voor de overname van hun afscheidsruimte op de stedelijke/gemeentelijke begraafplaats. Op het vlak van dienstverlening zal het nieuwe reservatiesysteem voor de uitvaartondernemers mét online-functie eindelijk operationeel zijn, zodat I.V.C.A. 24/7 bereikbaar is voor haar klanten. Tevens wordt samen met alle medewerkers gewerkt aan een kwaliteitsproject om de dienstverlening van I.V.C.A. verder te optimaliseren voor klanten, families en bezoekers. Voor 2014 wordt eveneens een begroting in evenwicht voorzien. Milieu De in de milieuvergunningen opgelegde metingen bevestigen dat de crematoria van Antwerpen en Turnhout voldoen aan de normen van Vlarem II.
103
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Wetgeving De I.V.C.A zal zich blijven inzetten voor een correcte toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
OVERZICHT DIENSTVERLENING Tarieven 2013
Raadpleeg ook onze website: www.ivca.be
CREMATIES
excl. BTW
incl. BTW
- woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 475,-
€ 503,50
- niet woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 525,-
€ 556.50
- woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 238,-
€ 252,28
- niet woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 288,-
€ 305,28
- woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 118,-
€ 125,08
- niet woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 168,-
€ 178,08
- woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 150,-
€ 159,-
- niet woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 200,-
€ 212,-
- woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 200,-
€ 212,-
- niet woonachtig in deelgemeente I.V.C.A.
€ 250,-
€ 265,-
Gebruik aula op zaterdag
€ 50,-
€ 53,-
Gebruik aula langer dan 1 uur (per begonnen half uur)
€ 75,-
€ 79,50
Crematie volwassene:
Crematie kinderen (-12 jaar):
Crematie foetus (<26 weken):
AFSCHEIDSPLECHTIGHEDEN (gebruik aula 1 uur) Plechtigheid:
Plechtigheid zonder crematie:
TOESLAGEN:
104
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Gebruik koffiekamers op zaterdag: - tot 10 personen
€ 30,-
€ 36,30
- van 11 tot 30 personen
€ 60,-
€ 72,60
- vanaf 31 personen
€ 120,-
€ 145,20
Opname plechtigheid
€ 30,-
€ 36,30
Ashouder (per stuk)
€ 5,-
€ 6,05
DIVERSEN
De deelgemeenten van I.V.C.A. zijn: Aartselaar, Antwerpen, Arendonk, Baarle-Hertog, Balen, Beerse, Boechout, Bonheiden, Boom, Borsbeek, Brasschaat, Dessel, Edegem, Geel, Grobbendonk, Heist-op-den-Berg, Hemiksem, Herentals, Hoogstraten, Hove, Hulshout, Kalmthout, Kapellen, Kasterlee, Kontich, Laakdal, Lier, Lille, Mechelen, Meerhout, Merksplas, Mol, Mortsel, Niel, Olen, Oud-Turnhout, Ravels, Retie, Rijkevorsel, Rumst, Schoten, Stabroek, Turnhout, Vorselaar, Vosselaar, Westerlo, Wijnegem, Willebroek, Wommelgem, Zandhoven, Zoersel, Zwijndrecht. De tarieven vermeld in deze lijst zijn geldig vanaf 1 maart 2013 en vervangen alle voorgaande lijsten, tarieven en formules.
VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. Nr. 2/14 van de agenda Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVCA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 18 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De opdrachthoudende vereniging IVCA deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op woensdag 18 december 2013 om 18.30 uur (locatie nog onbekend). Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad.
105
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Uw raad keurde in zitting van 26 september ll. de statutenwijzigingen van de opdrachthoudende vereniging IVCA goed. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van IVCA vertegenwoordigd door mevrouwen Gerda Van Langendonck, Linda Verlinden en de heren Koen De Cock en Frank Geudens, raadsleden. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 18 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de opdrachthoudende vereniging IVCA; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Luk Lemmens, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Rik Röttger, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IVCA van 18 december 2013. Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: De heer Luk Lemmens, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Rik Röttger, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van IVCA tijdens de periode 1 januari 2014–oktober 2018.
106
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 66 leden nemen eraan deel. Er zijn 46 stemmen ja, 9 stemmen nee en 11 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/15 van de agenda Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVEKA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting 1 Marktwerking in 2013 In het vooruitzicht van de overdracht van de tarifaire bevoegdheid van de federale naar de regionale overheid (Vlaamse Gewest en Vlaamse regulator VREG), worden de goedgekeurde tarieven 2012 van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders verlengd en op hetzelfde niveau behouden voor de jaren 2013 en 2014. De CREG keurde aangepaste transportnettarieven van Elia goed. Omdat die transportnettarieven via het distributienettarief worden door verrekend, hebben de distributienetbeheerders vanaf 1 juni 2013 de tarieven voor deze transportkosten aangepast. Op 5 juli 2013 heeft de VREG de uitbreiding van de erkenning voor een spanningsniveau tot en met 36 kV voor de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders beslist. Daardoor verkrijgen de distributienetbeheerders het recht om een 36 kV-net uit te bouwen en te exploiteren als distributienet vanuit een koppelpunt met Elia. Bij de CREG werd een tariefvoorstel met betrekking tot 36 kV ingediend, maar dat is nog niet goedgekeurd. Sinds 1 januari 2013 wordt een netvergoeding aangerekend voor lokale productie-installaties met een vermogen kleiner dan of gelijk aan 10 kW en met een terugdraaiende teller. De vergoeding wordt forfaitair vastgelegd, gebaseerd op het geïnstalleerde vermogen. Een eigenaar van zonnepanelen kan, mits betaling, vragen om een slimme meter te laten plaatsen zodat injectie en afname apart kunnen worden gemeten en aangerekend. Op 1 mei 2013 traden enkele wijzigingen in werking op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (DIS). De impact hiervan op de statuten van Iveka zullen via een statutenwijziging worden verwerkt op de Buitengewone Algemene Vergadering van december 2013. Elk gemeentebestuur heeft hierover reeds de nodige documenten ontvangen. Bij energieschaarste is het evenwicht tussen afname en injectie (vraag en aanbod) van elektriciteit verstoord. Bij effectieve schaarste, die voorspelbaar is, treedt het afschakelplan van Elia in werking. Dat kadert binnen de wettelijke procedure die voorziet in acht fasen. Via Eandis beschikken de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders over een methodedocument dat de verschillende stappen beschrijft en dat is afgestemd op de afschakelplannen en
107
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
maatregelen van Elia. Daarbij is ook nauw overleg voorzien met de bevoegde nationale en regionale crisiscellen. 2 Algemeen beleid van IVEKA De vernieuwde bestuursorganen van Iveka werden in maart 2013 hersamengesteld. De bestuurlijke werking werd herschaald naar drie beleidsniveaus. Deze nieuwe aanpak focust op het efficiënter maken van het distributienetbeheer. Daarbij wordt naast de vereenvoudiging van de bestuurlijke inrichting en een fundamentele vermindering van het aantal mandaten, gestreefd naar een verhoogde transparantie en een blijvende en directere betrokkenheid van de openbare besturen. Overeenkomstig het decreet houdende de intergemeentelijke samenwerking heeft de uittredende Raad van Bestuur een evaluatierapport opgemaakt over de werking van de vereniging van de voorbije zes jaar. De nieuwe Raad van Bestuur heeft dit rapport aangevuld met een ondernemingsplan voor de komende zes jaar. Beide rapporten werden goedgekeurd op de Algemene Vergadering van juni 2013. De nieuwe forfaitprijzen voor het onderhoud van de openbare verlichting werden vastgelegd voor de periode 2014-2016 en aan de steden en gemeenten meegedeeld. Iveka gaf goedkeuring aan het voorstel van investeringsbudget voor 2014, ten belope van bruto 92,7 miljoen EUR (63,8 miljoen EUR voor elektriciteit en 28,9 miljoen EUR voor aardgas). 3 Sociale en ecologische dienstverlening van IVEKA Op 30 juni 2013 telde Iveka als sociale leverancier 6.491 klanten elektriciteit en 5.034 voor aardgas. Van de opgestelde budgetmeters elektriciteit zijn er 3.603 actief en voor aardgas zijn er 2.464 actieve budgetmeters. In mei 2013 werd gestart met de activering van 300 nieuwe betaalautomaten in 25 klantenkantoren en alle OCMW’s. Daarmee kunnen klanten met een budgetmeter hun budgetmeterkaarten zelf herladen, zonder tussenkomst van een loketmedewerker. Herladen gebeurt in een aantal eenvoudige stappen. In 2013 zullen op het grondgebied van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders 5 000 energiescans worden uitgevoerd. Een energiescan op basis van een bezoek ter plaatse, geeft een eerste beeld van de energiesituatie, het energiebesparingspotentieel en het gedrag van de bewoners. Waar zinvol, worden tijdens het eerste bezoek spaarlampen, een spaardouchekop, radiatorfolie, buisisolatie, tochtstrips, een timer voor een waterboiler of een stroomverdeeldoos met schakelaar geplaatst. Het sociaal dakisolatieproject heeft als doelstelling om jaarlijks 3 000 daken te isoleren bij specifiek omschreven doelgroepen, zoals kwetsbare gezinnen in private huurwoningen of beschermde afnemers. Voor 2013 werd beslist om het aantal soorten REG-premies te reduceren, maar het bedrag per premie te verhogen. Daarnaast wordt het online aanvragen van premies verder uitgebouwd. Premies die via de website van Eandis worden
108
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
aangevraagd, worden sneller uitbetaald aangezien de verwerkingstijd voor deze premies veel korter is. Ook in 2013 biedt Iveka aan beschermde afnemers een kortingbon van 150 EUR aan voor de aankoop van een energiezuinige koelkast of wasmachine. Begin 2013 namen de vier grootste bronnen van decentrale productie – zijnde windmolens, WKK en WKK Bio en zonnepanelen – 21 % van de gedistribueerde volumes op het grondgebied van de Vlaamse gemengde distributienetbeheerders voor hun rekening. In de loop van 2013 is het geïnstalleerde vermogen toegenomen met zo’n 1,5 %, voornamelijk in windturbines (+4,6 %) en zonnepanelen > 10 kW en < 250 kW. In het aardgasfonds zal voor 2013 ongeveer 6,5 miljoen EUR beschikbaar zijn. Rekening houdend met andere initiatieven en doelstellingen rond energiebesparing, zijn de ondersteuningsacties uit het fonds vooral gericht naar de sociaal zwakkeren en de lokale besturen. Het dienstenpakket EDLB (Energiediensten aan Lokale Besturen) bevat een quickscan openbare verlichting, stookplaatsrenovatie, afstelling stookplaatsen, meetcampagnes voor gebouwen, relighting, HVAC (Heating, Ventilation, Airconditioning, Cooling), isolatieprojecten, lichtplannen openbare verlichting, sfeer- en feestverlichting, masterplannen openbare verlichting en advies en coördinatie rond hernieuwbare energie. 4 Werkmaatschappij Eandis Op 9 januari 2013 heeft de Raad van Bestuur de heer Walter Van den Bossche benoemd tot nieuwe CEO van Eandis. Daarmee volgt hij met onmiddellijke ingang Luc De Bruycker op die zijn actieve loopbaan beëindigde. Vanaf 1 april 2013 trad een vernieuwd Managementcomité aan. Naar aanleiding van de voorbije gemeenteraadsverkiezingen vond op 27 maart 2013 in Melle de Buitengewone Algemene Vergadering van Eandis plaats. De heer Piet Buyse, Burgemeester van de Stad Dendermonde, werd verkozen tot nieuwe Voorzitter van Eandis. Tijdens deze zitting werden de nieuwe mandatarissen binnen Eandis benoemd. Namens Iveka zetelen de heer Paul Diels en mevrouw Ilse Stockbroekx in de Raad van Bestuur van Eandis. Op 6 maart 2013 heeft de Raad van Bestuur van Eandis haar visie op de toekomstige ontwikkelingen en evoluties in het distributienetbeheer in Vlaanderen geformuleerd, zoals de vaststelling van de einddatum van de huidige DNB’s op einde 2018, de toekomst van het ‘gemengde’ type DNB’s, de voorbereidingen voor de volgende DNB-meerjarentarieven binnen een geregionaliseerde context, mogelijke aanpassingen aan de huidige tariefstructuur voor de DNB’s, de openbaredienstverplichtingen, de evolutie naar een uniform distributienettarief in het Vlaamse gewest, de mogelijke fusie van de DNB’s in één enkele entiteit, de mogelijke integratie van de huidige werkmaatschappijen en, ten slotte, niet-kernactiviteiten voor de DNB’s. De Raad van Bestuur van Eandis heeft een tijdslijn uitgetekend, gebaseerd op een aantal mijlpalen die nu reeds gekend zijn, voor de verschillende stappen in het door haar voorgestelde reorganisatieplan voor de energiedistributie in Vlaanderen.
109
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Binnen die context organiseerden de Minister-president en de minister bevoegd voor Energie een overleg met de voorzitters en CEO’s van Eandis en Infrax. Dit leidde tot volgend voorstel van ‘akkoord’. De Raad van Bestuur van Infrax heeft nadien dit ‘akkoord’ niet bevestigd. Verder overleg wordt door de Vlaamse regering georganiseerd. Voor de gebouwen, installaties en openbare verlichting van zowel de steden en gemeenten, de OCMW’s, de autonome gemeentebedrijven als de geïnteresseerde politiezones of kerkfabrieken organiseerde Eandis opnieuw een samenaankoop aardgas en elektriciteit voor de periode 2015-2017, inclusief de verkoop van injectie. Deze dienstverlening wordt gratis aangeboden. Het onderzoeksproject Linear, met Eandis als partner, bestudeert de mogelijkheden van een slimme aansturing (via slimme meter) van elektrische toestellen. Aan het onderzoek nemen 145 gezinnen deel uit de Mechelse deelgemeenten Leest en Hombeek (waar de eerste 4 000 slimme meter werden geplaatst). In het kader van het EVA-project (Elektrische Voertuigen in Actie) stelt Eandis in 2013 gedurende drie maanden gratis elektrische voertuigen ter beschikking van de gemeentebesturen. Dat past binnen het EVA-opzet om gemeenten kennis te laten maken met de eigenschappen en de mogelijkheden van elektrisch rijden. Op 28 augustus 2013 stelde Eandis de interactieve tentoonstelling 'Het energieverhaal van morgen' voor aan de pers. Eandis staat voor de energiedistributie van de toekomst en wil haar kennis delen met de buitenwereld. In Living Tomorrow, het ‘huis van de toekomst’ in Vilvoorde, schetst Eandis hoe het leven van de energieconsument er in de toekomst kan uitzien. Eandis wenst een rol op te nemen in de uitbouw van warmtenetten in Vlaanderen. De aanleg van warmtenetten sluit nauw aan bij de opgebouwde competenties en jarenlange ervaring van Eandis inzake de aanleg van gas- en elektriciteitsnetten. Bovendien kan er een maximale synergie worden gerealiseerd in de aanleg met de overige openbare nutsleidingen en wegenis. Intussen worden de mogelijkheden voor de aanleg van warmtenetten in kaart gebracht. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen.
110
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 2/16 van de agenda Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging IVEKA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 11 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De opdrachthoudende vereniging IVEKA deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op woensdag 11 december 2013 om 18.00 uur in de E10-Hoeve, Kapelstraat 8, 2960 Brecht. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. Uw raad keurde in zitting van 26 september ll. de statutenwijzigingen van de opdrachthoudende vereniging IVEKA goed. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van IVEKA vertegenwoordigd door mevrouwen Tine Muyshondt, Aysel Bayraktar, Greet Van Gool en de heer Koen Dillen, raadsleden. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 11 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de opdrachthoudende vereniging IVEKA; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking;
111
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Bruno Peeters, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Peter Bellens, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van IVEKA van 11 december 2013. Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: De heer Bruno Peeters, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Peter Bellens, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van IVEKA tijdens de periode 1 januari 2014 – oktober 2018. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 65 leden nemen eraan deel. Er zijn 46 stemmen ja, 8 stemmen nee en 11 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 2/17 van de agenda Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging PIDPA. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting TOELICHTING BEGROTING 2014 Deze tekst begeleidt de powerpoint docnr. 1105724. De structuur van de tekst volgt de structuur van de ppt. 1. Inhoud Pidpa kent u allen als de opdrachthoudende vereniging die instaat voor de productie en distributie van drinkwater en het professioneel beheer van afval- en hemelwater. Net zoals elk jaar werden de resultaten van het lopende jaar getoetst aan de opgestelde begroting. Van daaruit hebben we de begroting voor 2014 opgesteld. En deze wil ik u vandaag graag toelichten. Ik schets u eerst in het kort de begrotingsmethodiek van Pidpa. Daarna staan we stil bij de doelstellingen die vooropgesteld worden voor 2014, de uitdagingen die ons wachten, de uitgangspunten waarvan de begroting vertrekt en de elementen die een effect hebben op deze begroting. Zo kom ik tot het begrotingsresultaat dat voorgelegd zal worden aan de Buitengewone Algemene Vergadering van 17 december 2013.
112
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Situering begrotingsmethodiek binnen Pidpa De begrotingsprocedure binnen Pidpa is gericht op het verkrijgen van een meer gefundeerde raming van de resultaten van het lopende en volgende boekjaar. Deze procedure wordt jaarlijks uitgevoerd. Bij gelegenheid van de opmaak van de begroting voor het volgende boekjaar wordt tevens een evaluatie van het lopende boekjaar gedaan. Bij de beoordeling ervan door het bestuur (Adviescomité, Directiecomité en Raad van Bestuur) staat de bewaking van de kosten als prioritaire doelstelling van de werkzaamheden voorop. Anderzijds wordt een begroting nagestreefd die realiteitsbenaderend is en dus geen theoretische streefdoelen vooropstelt. Het gaat om een bedrijfsbegroting waarbij het al dan niet opnemen van uitgaven in de begroting in bepaalde omstandigheden niet belemmerend mag zijn voor het doen van bedrijfsnoodzakelijke, eventueel nietopgenomen of van de begroting afwijkende, uitgaven. De begrotingsfilosofie wijkt op dit punt mutatis mutandis af van de meer strikte begrotingsmethodiek die voor de gemeentebesturen geldt. Uit de ervaring blijkt dat de weersomstandigheid de meest invloedrijke, maar ook meest onvoorspelbare factor is in de resultaatsvooropstellingen. Bovendien is het bekend dat de laatste jaren bepaalde lasten en verplichtingen, al dan niet vooraf aangekondigd, de werkingskosten van de drinkwaterbedrijven op een discontinue en onvoorspelbare wijze beïnvloeden. Ook de evolutie van de pensioenbijdrage voor vastbenoemde personeelsleden vraagt de nodige aandacht. Net als in voorgaande jaren wordt de uitkering van de jaarlijkse vergoeding aan onze bedeelde vennoten voor door hen geleverde prestaties, o.m. inzake communicatie, klanteninformatie en het onderhoud van de brandkranen, prioritair gesteld. Het is daarom en wegens een beleidsmatige voorzichtigheid dat de kosten zeker niet worden onderschat en de opbrengsten voorzichtig worden geraamd. Doelstellingen en uitdagingen 2014 Vanuit beleids- en operationeel standpunt staat de realisatie van volgende belangrijke punten voorop in 2014:
-
de verdere uitbouw van een integraal waterbedrijf, waarbij maximaal gestreefd wordt naar het realiseren van synergieën tussen de verschillende activiteiten; een aangehouden kostenbewaking; blijvende aandacht voor duurzaam ondernemen.
De -
uitdagingen voor 2014 zijn: maximale inning van waterfacturen invoering sociale openbare dienstverplichtingen (Sociale ODV's) stijgende (loon)lasten verhoogde focus op regelgeving / rapportering dalend waterverbruik afnemende financiële opbrengsten investeringen: blijvend hoog niveau.
-
Uitgangspunten bij de begroting De parameters (basis-rekenregels) voor de opstelling van de begroting worden voor de zomer vastgelegd; indien nodig worden ze in de loop van het opmaakproces van de begroting nog bijgestuurd: zo kan bv. een uitzonderlijke natte of droge zomer de vooropgestelde volumes inzake waterverkoop sterk beïnvloeden.
113
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De meest relevante parameters met significante impact op het resultaat zijn: 1.1. De verwachte evolutie van de waterverkoop Algemeen wordt uitgegaan van een dalende tendens inzake waterverbruik. Pidpa is inzake waterverkoop sterk afhankelijk van externe (weers-)omstandigheden. 2013 kende een heel slecht voorjaar en een mooie, maar niet al te droge, zomer. De verwachting is dat het verbruik in het verzorgingsgebied in 2013 ruim 1 miljoen m³ lager zal liggen dan in 2012, dit houdt een daling in van 1,89%. In vergelijking met de oorspronkelijke begroting 2013 is er neerwaartse bijstelling met -1,30%. Het totaal aan te rekenen verbruik wordt thans voor 2013 geraamd op 57,57 miljoen m³. Na aftrek van de waterverkoop aan AWW en de Watergroep resulteert dit in een verbruik in het eigen verzorgingsgebied van 56,4 miljoen m³, dit is 1,89% lager dan het reëel verbruik over 2012. Per verbruikerscategorie resulteert dit in: - Huishoudelijk verbruik 2013 - Industrieel verbruik 2013 - Andere maatschap. 2013
= m³ 2012 (reëel) = m³ 2012 (reëel) = m³ 2012 (reëel)
- 1,89 % - 1,91 % 1%
= = =
41,4 15,0 1,17
miljoen m³ miljoen m³ miljoen m³
Voor de begroting 2014 wordt uitgegaan van een globale daling van het verbruik in het verzorgingsgebied met 1% t.o.v. het vooropgestelde verbruik van 2013. Deze parameter heeft een belangrijk effect op de opbrengsten. Uiteraard worden ook meerdere kostenelementen beïnvloed, zij het echter slechts in marginale mate t.o.v. het negatief opbrengsteneffect; bijv. energieverbruik, verbruik van waterzuiveringsmateriaal en de grondwaterheffing. 1.2. De verwachte impact van de invoering van Sociale ODV's De invoering van de sociale openbare dienstverplichtingen (sociale ODV's) heeft als doelstelling de waterarmoede te voorkomen, o.a. door het terugdringen van het aantal afsluitingen in Vlaanderen. Bij de opstelling van de begroting was enkel het voorontwerp van Besluit van de Vlaamse regering bekend. De belangrijkste krachtlijnen uit dit voorstel zijn: - De vrijstelling van de vaste vergoeding voor een bepaalde klantengroep. - Voor een beschermde klant: o de verplichting om op verzoek een meterstandsopname ter plaatse te doen, o een maandelijkse betaling mogelijk maken, o gratis een waterscan uit te voeren indien hierom gevraagd wordt, o kwijtschelding van de kosten voor herinneringsbrieven, aangetekende ingebrekestelling. - Uitbreiding van de doelgroep waarvoor een LAC-advies voor afsluiten vereist is. - De toepassing van een bijzonder gunsttarief voor een abnormaal meerverbruik. Dit houdt in dat rekening dient gehouden met beduidende minderontvangsten en bijkomende (niet vergoede) inspanningen, welke in totaal geraamd worden op meer dan 2,6 EUR miljoen op jaarbasis. In de begroting 2014 zijn hiervan enkel de eenduidig te ramen kosten voor het boekjaar t.b.v. 2,1 miljoen EUR opgenomen.
114
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
1.3. De verwachte evolutie in de aankoop van water bij andere maatschappijen Onder meer voor de bevoorrading van de Rupelstreek en regio Mechelen wordt water aangekocht bij AWW. Hiertoe is een langlopend contract afgesloten met AWW, met volgende afspraken inzake wederzijdse waterleveringen: - jaarlijkse afname door Pidpa: 3 miljoen m³ - jaarlijkse afname door AWW: 1 miljoen m³. In 2012 kocht Pidpa 3,1 miljoen m³ bij andere drinkwatermaatschappijen, voor 2013 en 2014 wordt uitgegaan van een zelfde volume. Pidpa levert water aan AWW (1 miljoen m³) en de Watergroep (170.000 m³). 1.4. De verwachte loonevolutie In de begroting 2014 wordt een indexatie voorzien met ingang op 1 juli. Inzake patronale bijdragen wordt voor de vastbenoemde personeelsleden rekening gehouden met een stijging van de pensioenbijdragen begin 2014 van 2%. Tengevolge de hervorming van de ambtenarenpensioenen einde 2011, wordt ook rekening gehouden met de invoering van de responsabiliseringsbijdrage. Deze wordt geraamd op 2,6 miljoen EUR over 2013 en 1,9 miljoen EUR over 2014. 1.5. De verwachte evolutie van het aantal nieuwe aftakkingen Voortgaande op de vaststellingen tot midden het boekjaar wordt door de bevoegde diensten een inschatting gemaakt van het aantal nieuwe aftakkingen. Deze parameter heeft voornamelijk effect op de opbrengstenrekening voor nieuwe aftakkingen en, in de mate de uitvoering van deze werken met materialen van Pidpa wordt vooropgesteld, ook op de kosten van materiaalverbruik. Als basisuitgangspunt wordt voor 2014 een aangroei in het aantal aftakkingen met circa 4.000 eenheden vooropgesteld. Hiervan zullen 1.200 eenheden worden uitgevoerd door aannemers. 1.6. De verwachte evolutie van de inflatie Voor bepaalde kostenelementen, waarvoor geen specifieke evolutieparameters kunnen worden aangegeven, wordt een jaarlijkse stijging ingerekend. Deze is gebaseerd op de consumptie-indexevolutie. Voor 2013 is rekening gehouden met een verhoging van 1%. Voor 2014 wordt een verhoging van 1,5 % vooropgesteld. 1.7. Saneringsactiviteit Einde 2004 werden de drinkwatermaatschappijen decretaal saneringsplicht van het aan de abonnees geleverde drinkwater.
belast
met
de
De saneringsverplichting situeert zich op twee niveaus: het gemeentelijke (inzamelen en afvoeren van afvalwater) en het bovengemeentelijke niveau (collecteren en zuiveren van afvalwater). Voor deze saneringsplicht wordt aan de abonnees een bijdrage gevraagd. Deze is vervat in het eenheidstarief van het geleverde water. Voor de bovengemeentelijke sanering geldt in 2013 een uniform tarief van 0,9523 EUR/m³. De bijdrage wordt aangerekend op de verbruikte m³ gedurende het kalenderjaar. Het tarief is jaarlijks aanpasbaar; het verwacht tarief voor 2014 bedraagt 0,9713 EUR/m³ ( wordt vastgelegd dec. 2013). De bijdragen van de abonnees zijn evenwel ontoereikend om de kosten van de bovengemeentelijke sanering te dragen. Daarom werd voorzien in een tussenkomst vanuit het Vlaamse Gewest.
115
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
In 2013 en 2014 kennen de kosten i.k.v. de bovengemeentelijke sanering een stijging omwille van hogere doorrekeningen door Aquafin ter dekking van nieuwe investeringen. Als gevolg hiervan is er ook een stijging van de verwachte toelage uit het Mina-fonds. De gemeentelijke saneringsplicht wordt door Pidpa georganiseerd binnen het kader van HidroRio, HidroGem, HidroSan en HidrIba. Een gemeente kan evenwel ook opteren om de sanering uit te voeren in eigen beheer of om deze uit te besteden aan derden.
Voor de gemeenten die zijn toegetreden tot HidroRio bedraagt de gemeentelijke saneringsbijdrage 1,2386 EUR/m³ voor 2013. Het HidroRio-tarief voor de gemeentelijke saneringsbijdrage wordt in een vaste verhouding bepaald t.o.v. het tarief van de bovengemeentelijke bijdrage in het voorafgaande boekjaar. Voor 2014 geeft dit een tarief van 1,2666 EUR/m³. Gemeenten die zijn toegetreden tot HidroSan of HidroGem bepalen autonoom het tarief dat zal worden aangerekend. Ook een gemeente, die niet is toegetreden tot HidroRio, HidroSan of HidroGem, bepaalt op autonome wijze het tarief dat zal worden aangerekend voor de gemeentelijke sanering. Hierdoor is er geen uniform tarief meer voor het waterverbruik in het verzorgingsgebied van Pidpa. In het kader van de gemeentelijke sanering hebben meerdere gemeenten een transportovereenkomst afgesloten met Pidpa. Deze kosten zijn opgenomen onder de bedrijfskosten.
HidroRio In de Pidpa-begroting zoals ze voorligt zijn ook de kosten en opbrengsten van HidroRio mee ingeraamd en verwerkt. De positieve bijdrage van HidroRio in het resultaat bedraagt 2,66 miljoen EUR voor 2013 en 3,16 miljoen EUR voor 2014. Bij de opstelling van de begroting is rekening gehouden met de toetreding van de gemeente Brecht per 1 september 2013. De opbrengsten worden in hoofdzaak verkregen door de aanrekening van de gemeentelijke saneringsbijdrage en – vergoeding. Het tarief wordt aangerekend op een schatting van de in het betreffende jaar verbruikte m³ drinkwater. De totale bedrijfsopbrengsten voor 2014 worden geraamd op 17 miljoen EUR. De bedrijfskosten omvatten onder meer de exploitatiekosten zoals het onderhoud van grachten, de personeelskosten en de afschrijvingen op nieuwe en overgenomen netten. In totaliteit worden de bedrijfskosten geraamd op 13,1 miljoen EUR. Naast de bedrijfskosten drukken de financiële kosten op het resultaat van het boekjaar en dit voor circa 0,7 miljoen EUR. HidroGem De positieve bijdrage van HidroGem in het resultaat bedraagt 0,5 miljoen EUR voor 2013 en 0,2 miljoen EUR voor 2014. De begroting van HidroGem is gebaseerd op de individuele begrotingen van de twee toegetreden gemeenten. HidroSan en HidrIBA Voor het HidroSan/HidrIBA-project zijn de toerekeningen gemaakt aan de juiste kosten en opbrengsten-rubrieken. Hierbij kan worden opgemerkt dat zowel HidroSan als HidrIBA ‘resultaat neutraal’ zijn omwille van het gehanteerde principe
116
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
dat de gefactureerde bijdragen/tussenkomsten de kosten van de activiteiten volledig moeten dekken. Vijf gemeenten hebben geopteerd voor toetreding tot HidroSan. De gemeente Brecht is toegetreden tot HidroRio per 1 september 2013, dit ging gepaard met een uitstap uit HidrIBA. De begrotingen HidroSan en HidrIBA zijn opgebouwd uit de individuele begrotingen van de respectievelijke gemeenten. De geëvalueerde begroting 2013 is gebaseerd op de door de gemeenten goedkeurde begrotingen in het najaar 2012. De begroting 2014 is een raming onder voorbehoud, aangezien de begrotingsbesprekingen met de gemeenten eerst plaatsvinden in de periode september/oktober. 5. Begrotingsresultaat Zoals uit de bijlage bij dit verslag blijkt wordt voor 2013 een overschot vooropgesteld van 6.038.000 EUR en voor 2014 een overschot van 1.870.000 EUR. De evolutie van de resultaten is als volgt: Begroting 2014
Evaluatie 2013
Verschil
Activiteit Water
-1.476.000 €
2.873.000 €
- 4.349.000 €
Activiteit HidroRio
3.156.000 €
2.664.000 €
492.000 €
190.000 €
501.000 €
- 311.000 €
1.870.000 €
6.038.000 €
- 4.168.000 €
Activiteit HidroGem
De activiteit Water toont een negatief resultaat over het boekjaar 2014. In de begroting is rekening gehouden met: - het blijvend effect van de mogelijke invoering van de sociale ODV's, hiervan zijn enkel de eenduidig te ramen kosten voor het boekjaar 2014 t.b.v. 2,1 miljoen EUR opgenomen, - een blijvende daling van het waterverbruik. In de hiernavolgende commentaar worden de voornaamste verklarende elementen toegelicht. 1.8. Bedrijfsresultaat 2014 Vooreerst wordt opgemerkt dat de begrotingen van HidroRio, HidroGem, HidroSan en HidrIba gebaseerd zijn op de gemeenten die toegetreden zijn tot datum van 1/09/2013. 1.9. Bedrijfsopbrengsten 2014 Omzet (€ 180 miljoen) Deze rubriek bevat de omzet uit drinkwater en uit sanering. De procentuele verdeling van de omzet uit water over de klantengroepen is als volgt: - huishoudelijke verbruikers: 77,6% - niet-huishoudelijke verbruikers: 21 % - eigen waterwinners en andere drinkwatermaatschappijen: 1,4%. In deze post zijn ook de opbrengsten opgenomen van diverse aanrekeningen zoals overnamekosten bij verhuis en de kosten voor vervanging van bevroren watermeters.
117
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
In de begroting 2014 zijn onder deze rubriek volgende effecten in rekening gebracht ingevolge de invoering van de sociale ODV's: - een daling van de vaste vergoeding (-1,8 miljoen) omwille van de opgelegde vrijstelling voor vrijstellings- en compensatie-gerechtigden, - een daling in de waterverkoop (EUR) door een meer soepele minnelijke schikkingsregeling bij abnormaal hoog verbruik / verborgen lek (-0,2 miljoen). Omzet werken/geproduceerde vaste activa (11 miljoen EUR) Enerzijds wordt hieronder de omzet opgenomen uit aanrekenbare distributiewerken, zoals nieuwe aftakkingen of netuitbreidingen. Anderzijds betreft dit ‘te activeren interne werken’; op deze wijze worden de intern gemaakte kosten voor distributiewerken (materialen en personeel) mee geactiveerd en vervolgens afgeschreven over de geldende afschrijvingstermijn. Andere bedrijfsopbrengsten (47 miljoen EUR) Onder deze rubriek wordt onder meer de tussenkomst vanuit het Vlaamse Gewest in de kosten van de bovengemeentelijke saneringsbijdrage opgenomen (38,7 miljoen EUR). Andere opbrengsten die worden opgenomen onder deze rubriek vloeien voort uit: - de aanwending van watertorens als antennebasis voor de diverse GSM-operatoren - de controle op binneninstallaties - het waterdoe-centrum Hidrodoe - de opbrengst uit groene stroom-certificaten. 1.10. Bedrijfskosten 2014 Handelsgoederen (136 miljoen EUR) Ook deze post is, veelal indirect, onderhevig aan de algemene verhoging van kosten. De belangrijkste kostenelementen die hierin vervat zijn, betreffen: - de wateraankoop; - de grondwaterheffing: dit is de heffing door het Vlaamse Gewest op het volume opgepompt grondwater; - de kosten voor de bovengemeentelijke sanering; - de kosten in het kader van de gemeentelijke sanering; - het materiaalverbruik en de kosten van aannemers m.b.t. distributiewerken en rioleringswerken; - het materiaalverbruik i.k.v. de systematische watermetervervanging. Diensten en diverse goederen (28 miljoen EUR) Deze rubriek bevat de uitgaven voor huur, onderhoud, nutsvoorzieningen, verzekeringen, communicatie, studieprojecten en diverse vergoedingen. De vergoedingen betaald aan de bedeelde gemeenten-vennoten worden, met ingang van 2013, verhoogd van 8,46 miljoen EUR tot ca. 8,83 miljoen EUR. Voor 2014 is een zelfde bedrag ingeraamd. Personeelskosten (53 miljoen EUR) De eerstvolgende indexaanpassing met 2% is ingerekend vanaf juli 2014. De begroting bevat de verwachte baremieke verhogingen en salarispromoties en de stijging van de patronale bijdragen voor de vastbenoemde personeelsleden ingevolge de stijging van het percentage van de pensioenbijdragen (+2%). In de begroting wordt ook rekening gehouden met kosten voor de responsabiliseringsbijdrage, welke werd ingevoerd naar aanleiding van de
118
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
hervorming van de ambtenarenpensioenen. De bijdrage wordt geraamd op 1,9 miljoen EUR voor 2014. De vervanging van gepensioneerde personeelsleden is gebaseerd op een behoefteplan over meerdere jaren. De gemiddelde VTE evolueert van 659 in 2013 naar 649 in 2014. Afschrijvingen en waardeverminderingen (21 miljoen EUR) Nieuwe investeringen en de datum van inbedrijfstelling zijn meebepalend voor de hoogte van de afschrijvingen. De resterende boekwaarde van de overgenomen rioleringen binnen HidroRio en HidroGem wordt verder afgeschreven tot de levensduur van 50 jaar bereikt is. In totaal bedragen de nieuwe investeringen in 2013 ca. 44 miljoen EUR, waarvan 23 miljoen in het kader van rioleringen. Dit is exclusief de overname van het rioleringsnet bij toetreding en exclusief de projecten in aanbouw. Voor 2014 worden de investeringen geraamd op 31 miljoen EUR waarvan 12 miljoen EUR in het kader van rioleringen. Voorzieningen voor risico’s en kosten (-3 miljoen EUR) Het gebruik van voorzieningen - met als doel het spreiden in de tijd van toekomstige grote kosten - is vastgelegd in de waarderingsregels en behoort tot de bevoegdheid van de Raad van Bestuur. Andere bedrijfskosten (2 miljoen EUR) Onder deze rubriek worden opgenomen: - diverse belastingen en heffingen, zoals de roerende voorheffing op beleggingsopbrengsten - de niet-inbare vorderingen op klanten - Een tussenkomst in de vernieuwing van installaties te Notmeir (AWW) (i.k.v. van onze levering van drinkwater) - diverse bedrijfskosten. 1.11. Financiële opbrengsten en kosten De kasoverschotten worden risico-arm belegd. Voor 2014 wordt uitgegaan van blijvend lage rentevoeten. Het beleggingsvolume ligt lager dan dit over 2013. Hierdoor vallen de courante beleggingsopbrengsten lager uit. In 2014 zullen ook minder latente meerwaarden (op beleggingen die in 2014 op eindvervaldag komen) worden gerealiseerd dan in 2013. 1.12. Uitzonderlijke kosten en opbrengsten De uitzonderlijke opbrengsten betreffen voortvloeien uit de verkoop van gronden.
de
meer-/minderwaarden
die
o.m.
6. Besluit De vooropstellingen voor 2014 resulteren in een sluitende begroting met een batig saldo. De begroting gaat uit van een negatieve resultaatbijdrage van de Drinkwateractiviteit. Naast een blijvende daling van het waterverbruik is hierin ook het effect verwerkt van de invoering van de sociale openbare dienstverplichtingen. Zowel HidroRio als HidroGem tonen een positieve resultaatbijdrage.
119
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Bestendiging van de kwaliteitsvolle dienstverlening gepaard met een doorgedreven kostenbewaking en –optimalisering van de processen zullen in 2014 tot de prioriteiten behoren van uw watermaatschappij. Daarnaast wordt de verdere uitbouw tot een integraal waterbedrijf en de uitbouw van de saneringsactiviteiten in het kader van HidroRio, HidroSan, HidroGem en HidrIBA nagestreefd. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. Nr. 2/18 van de agenda Provinciale initiatieven. Opdrachthoudende vereniging PIDPA. Aanduiding provinciale vertegenwoordiging op de algemene vergaderingen van 16 december 2013 en 2014-2018. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De opdrachthoudende vereniging PIDPA deelt mee dat haar algemene vergadering zal doorgaan op maandag 16 december 2013 om 11.00 uur op het hoofdkantoor van PIDPA, Desguinlei 246, 2018 Antwerpen. Krachtens de omzendbrief BB 2013/5 van de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand, betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking, kunnen de provinciale vertegenwoordigers op de algemene vergadering voor de volledige duur van de legislatuur worden aangeduid (na goedkeuring van de statutenwijziging). Hun mandaat moet nog wel telkens bekrachtigd worden door uw raad. Uw raad keurde in zitting van 26 september ll. de statutenwijzigingen van de opdrachthoudende vereniging PIDPA goed. Artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking heft de onverenigbaarheid op tussen provincieraadslid/gemeenteraadslid wat betreft de aanduiding van een kandidaat-bestuurder en vertegenwoordiger op de algemene vergadering. Provincieraadsleden die ook gemeenteraadslid zijn, kunnen dus opnieuw worden afgevaardigd op de algemene vergadering. De agenda en de bijhorende stukken van deze vergadering liggen ter inzage op de Griffie. Uw raad wordt gevraagd een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt vermeld dat bestuurders geen volmachtdrager kunnen zijn op de algemene vergadering. De provincie is in de raad van bestuur van PIDPA vertegenwoordigd door de heren Peter Bellens en Rik Röttger, gedeputeerden, mevrouwen Christ’l Cottenie, An Vanalme, Katleen Van Hove, Lili Stevens, Mien Van
120
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Olmen en de heren Kris Goossens, Jan Hofkens, Herman Minnen, Rony Cuyt, raadsleden. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Overwegende dat er op 16 december 2013 een algemene vergadering wordt gehouden vanwege de opdrachthoudende vereniging PIDPA; Gelet op artikel 5 van het decreet van 22 december 2006 tot wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de omzendbrief 2013/5 van Vlaams minister Geert Bourgeois betreffende de wijzigingen aan het decreet intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Bij geheime stemming; BESLUIT: Artikel 1: De heer Luk Lemmens, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Ludwig Caluwé, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergadering van PIDPA van 16 december 2013. Hem wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. Artikel 2: De heer Luk Lemmens, gedeputeerde, met als plaatsvervanger de heer Ludwig Caluwé, gedeputeerde, wordt aangeduid om de provincie te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van PIDPA tijdens de periode 1 januari 2014 – oktober 2018. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 68 leden nemen eraan deel. Er zijn 48 stemmen ja, 8 stemmen nee en 12 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd.
121
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
3. Economie, landbouw, innovatie en internationale samenwerking Nr. 3/1 van de agenda Oprichting Autonoom Provinciebedrijf Havencentrum, afgekort APB HC. Vaststellen statuten. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 1. Context Het provinciedecreet bepaalt onder meer dat wanneer een instelling of dienst van provinciaal belang is deze met ingang van 1 januari 2014 moet worden omgevormd naar een organisatievorm zoals voorzien in het decreet. Het Havencentrum VZW (HC) valt onder de bepaling dat het van provinciaal belang is. De financiële middelen van de vzw vallen immers ten laste van het provinciebudget en de organen van de vereniging zijn samengesteld uit meer dan de helft provincieraadsleden of deputatieleden, die tevens over de meerderheid der stemmen beschikken. De deputatie wenst deze VZW om te vormen naar een autonoom provinciebedrijf (APB), een organisatievorm die korter bij het moederhuis staat dan de huidige structuur. 2. Stappenplan De oprichting van een APB kan worden onderverdeeld in vier opeenvolgende fasen: de voorbereiding, de oprichting, de goedkeuring door de toezichthoudende overheid en de beheersovereenkomst (artikel 228 provinciedecreet). 2.1 Voorbereiding Voorafgaand aan de oprichting moet de deputatie een motiveringsverslag opmaken waarin de voor- en de nadelen van externe verzelfstandiging tegen elkaar worden afgewogen en waarin wordt aangetoond dat beheer binnen de rechtspersoonlijkheid van de provincie niet dezelfde voordelen kan bieden. 2.2 Oprichting Een APB wordt vervolgens opgericht bij besluit van de provincieraad. De oprichtingsbeslissing stelt de statuten en de samenstelling van de raad van bestuur (RVB) van het APB vast. Onder voorbehoud van de toepassing van de bepalingen inzake het goedkeuringstoezicht verkrijgt het APB rechtspersoonlijkheid op de datum van voormelde oprichtingsbeslissing. Hierna is het APB de facto opgericht en kan de raad van bestuur samenkomen om de organisatie vorm te geven. 2.3 Goedkeuringstoezicht De oprichtingsbeslissing wordt samen met het motiveringsverslag en met de statuten, binnen dertig dagen, aan de Vlaamse regering verzonden. Binnen honderd dagen na verzending keurt de Vlaamse regering de oprichtingsbeslissing al dan niet goed. Als die termijn verstrijkt zonder dat de Vlaamse regering een beslissing genomen heeft en verzonden heeft aan de provincie, dan wordt de goedkeuring geacht te zijn verleend.
122
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2.4 Beheersovereenkomst De provincie en het APB sluiten vervolgens, na onderhandelingen, een beheersovereenkomst waarin minstens (maar niet uitsluitend) de in artikel 228,§2, van het provinciedecreet opgesomde aangelegenheden worden geregeld. De bevoegdheid om de overeenkomst goed te keuren komt toe aan de provincieraad. Het provinciedecreet legt bijkomend dwingende bepalingen op met betrekking tot de interne structuur van het APB (samenstelling, werking en aansprakelijkheid van de raad van bestuur), dagelijks bestuur, de externe audit, administratief toezicht, personeelsstatuten, financiën en boekhouding, participaties, vereffening en ontbinding, en andere. 3. Situering van het Havencentrum VZW. 3.1 Historiek Het Havencentrum is opgericht in 1988 door het Economisch Studiebureau voor de provincie Antwerpen (ESA) VZW en in 1991 als VZW verzelfstandigd onder de juridische naam Havencentrum VZW. De doelstelling was de haven van Antwerpen te promoten als de motor van de welvaart in de provincie. Bij de oprichting was het doel omschreven als “de jeugd in contact met de maritieme sector brengen”, nu is ook de versterking van het maatschappelijk draagvlak bij het brede publiek een belangrijk objectief. Het Havencentrum ressorteert als VZW onder het departement Economie, Welzijn en Plattelandsbeleid (DWEP). De raad van bestuur is samengesteld uit de leden van de raadscommissie met het beleidsdomein economie en de betrokken gedeputeerde. De algemene vergadering heeft dezelfde samenstelling versterkt met het departementshoofd DWEP. Het Havencentrum opereert in en rond de haven van Antwerpen, en promoot alle betrokken sectoren, zowel de maritieme, logistieke als de industrie. Deze promotie wordt onder meer gevoerd aan de hand van verschillende rondleidingen per bus of per boot voor scholen, bedrijven en verenigingen. Jaarlijks vinden op die manier zo’n 48.000 bezoekers hun weg naar het Havencentrum waarvoor een 80-tal havengidsen worden ingezet. Daarnaast werd in het centrum een uitgebreide tentoonstelling opgebouwd die een unieke blik achter de schermen van de haven biedt. Dankzij de vele interactieve modules kan de bezoeker zelf op ontdekking trekken. De werking van het Havencentrum zou niet mogelijk zijn zonder de verschillende partners onder de overheidsinstellingen en privébedrijven in en rond de haven. Heel wat bedrijven zijn immers zo gastvrij om de groepen op hun terminals te verwelkomen. Dankzij hen leren de bezoekers het havengebeuren vanop de eerste rij kennen. Andere partners leveren dan weer financiële, logistieke of inhoudelijke steun bij de opbouw en het actueel houden van de tentoonstelling. 3.2 Personeel De budgettaire personeelsbehoefte wordt op 1 januari 2014 vastgesteld op 9,3 VTE en wordt jaarlijks en telkens opnieuw bij de budgetopmaak aangetoond. Het personeel zal onder de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel vallen in plaats van onder het huidige paritair comité 200, maar kan op individuele basis ook opteren voor een overgangsregeling waarbij hun huidige arbeidsvoorwaarden worden bevroren. DMCO voert hiervoor individuele gesprekken met alle personeelsleden. 3.3 Financieel In de ontwerpbegroting 2014 wordt een dotatie voorzien van 741.873,00 EUR.
123
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
3.4 Doelstellingen en actieplannen Het autonoom provinciebedrijf heeft tot doel: sensibiliseren en enthousiasmeren op het terrein om het maatschappelijk draagvlak voor de haven (maritiem, logistiek, industrieel) te versterken. Bijzondere aandacht gaat naar jongeren om hun interesse op te wekken en hen tewerkstellingskansen te tonen. Prioritaire beleidsdoelstelling - Ontwikkelen en stimuleren van sociaaleconomische speerpunten op basis van een geïntegreerde, multidisciplinaire en duurzame visie op de provincie en haar deelgebieden. Actieplan - Een breed maatschappelijk draagvlak is een essentiële voedingsbodem om verdere economische ontwikkeling in balans met maatschappelijke welzijn te realiseren. De provincie is het intermediair bestuur bij uitstek om het imago van de economische spelers te ondersteunen. De provincie informeert en sensibiliseert burgers, lokale besturen en onderwijsinstellingen over de maatschappelijke relevantie van het socio-economisch weefsel. Het Havencentrum bouwt het industrieel toerisme verder uit in en rond de haven en richt publieksevenementen in om haven, logistiek, industrie en chemie onder de aandacht te brengen voor een groot publiek. Actieplan - Het actieplan heeft tot doel om in onze provincie een belangrijke bijdrage te leveren aan de aansluiting onderwijs- arbeidsmarkt en aan de aanwending van alle beschikbare talenten zodat we kunnen bijdragen tot oplossingen van het dreigend tekort aan arbeidspotentieel en het verminderen van de werkloosheid. Hierbij kiezen we voor een goede afstemming van de eigen provinciale dienstverlening met de werking van de diverse externe beleidsverantwoordelijke organisaties in onze provincie. Door het aanbieden van een gevarieerd educatief aanbod met onder meer een uitgebreide gidsenwerking wordt aan jongeren de werking, duurzaamheid en tewerkstellingsmogelijkheden van de haven getoond. 4. Verslag van de deputatie in de keuze van organisatievorm Het Havencentrum VZW is heden een para-provinciale entiteit binnen de provinciale organisatiestructuur, maar die niet rechtstreeks door de reguliere bestuursorganen van de provincie wordt aangestuurd. Als VZW valt het Havencentrum vandaag niet onder de publieke sector ondanks haar maatschappelijke doelstellingen die in het verlengde liggen van de openbare dienstverlening. De deputatie wenst deze organisatie dichter bij het moederhuis te brengen en te transformeren van de private naar de publieke sector door het om te vormen tot een autonoom provinciebedrijf. Overwegende dat de werking van Havencentrum staat of valt met de participatie van de verschillende havenbedrijven wenst de deputatie 3 deskundigen uit het werkveld op te nemen in de raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf. Het Havencentrum heeft immers structureel nood aan een lokaal draagvlak, een netwerk en kennis om zijn doelstellingen met succes te bereiken. Om een snelle besluitvorming mogelijk te maken wordt een directiecomité samengesteld met een vertegenwoordiging van het departement. Aan de directeur van het APB, zoals aan de leidinggevenden van provinciale binnen- en
124
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
buitendiensten, wordt een budgethouderschap toegekend ter realisatie van een soepel beheer. De besluitvorming kan dan vanuit het APB via het departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid (DWEP) rechtstreeks verlopen via de bestuursorganen, waarbij de informatiedoorstroming sterk verbeterd wordt ten opzichte van de huidige structuur. DWEP kan zijn adviesrol in deze structuur optimaliseren. Het Havencentrum heeft steeds een eigen boekhouding gevoerd die beantwoordde aan de vennootschapswetgeving en de nodige flexibiliteit garandeerde. Het kunnen voeren van een eigen boekhouding biedt het Havencentrum de mogelijkheid, binnen de spelregels van de beleids- en beheerscyclus, een autonome financiële bedrijfsvoering te kunnen blijven voeren. Deze autonome financiële bedrijfsvoering is binnen de voorziene organisatievormen van het provinciedecreet niet mogelijk binnen het budgethouderschap, maar ook niet als intern verzelfstandigd agentschap. Deze mogelijkheid is enkel voorzien voor extern verzelfstandigde agentschappen, waarbij de organisatievorm als APB de voorkeur geniet op een extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm, daar deze organisatievorm korter bij het moederhuis staat en het agentschap tot de publieke sector blijft behoren. Door het kunnen voeren van een decentrale boekhouding op maat kunnen de eigen inkomsten, rechtstreeks opnieuw ingezet worden in de werking en voor personeelskosten. Als APB in een semi-commerciële omgeving kunnen schommelende exploitatiegegevens over de jaargrenzen worden opgevangen. Het APB is immers binnen de beleids- en beheerscyclus niet onderworpen aan de autofinancieringsmarge en kan in tegenstelling tot de provincie en intern verzelfstandigde agentschappen opgebouwde reserves rechtstreeks aanwenden voor exploitatiedoeleinden. Op grond van deze overwegingen stelt de deputatie aan uw raad voor het huidige Havencentrum VZW met ingang van 1 januari 2014 om te vormen tot het APB Havencentrum, afgekort APB HC. 5. Statuten Artikel 226 van het provinciedecreet bepaalt dat de statuten van een autonoom provinciebedrijf ten minste volgende elementen dienen te bevatten:
de naam en eventueel de afkorting van het APB; het maatschappelijke doel, inzonderheid een omschrijving van de beleidsuitvoerende taken van provinciaal belang waarmee het autonoom provinciebedrijf belast wordt; de maatschappelijke zetel, gevestigd in de oprichtende provincie; de samenstelling, de vergaderwijze, de werkingsvoorwaarden en de bevoegdheden van de organen; de wijze van ontbinding en vereffening van het autonoom provinciebedrijf.
Een voorstel van statuten is bijgevoegd als bijlage bij dit verslag. 6. Organen 6.1. Raad van bestuur De benoeming van de leden van de raad van bestuur wordt geregeld bij toepassing van artikel 229 van het provinciedecreet en behoort tot de bevoegdheid van de raad:
125
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Maximum aantal leden 1/5 van het aantal provincieraadsleden (14); Elke politieke fractie is vertegenwoordigd; Evenredige verdeling van de mandaten onder de fracties; Ten hoogste 2/3 is van hetzelfde geslacht; Fracties die deel uitmaken van deputatie hebben meerderheid; Voorzitter is lid van deputatie;
De raad van bestuur vertegenwoordigt het autonoom provinciebedrijf in rechte als eiser of als verweerder. De raad van bestuur is binnen de grenzen, vastgesteld in de statuten, bevoegd voor alle personeelsaangelegenheden. Elke fractie kan minstens één lid van de raad van bestuur voordragen en dat voordrachtrecht waarborgt elke fractie een vertegenwoordiging in de raad van bestuur. Als de gewaarborgde vertegenwoordiging evenwel afbreuk zou doen aan de mogelijkheid voor de fracties die vertegenwoordigd zijn in de deputatie om minstens de helft van de leden van de raad van bestuur voor te dragen, wordt er gewerkt met gewogen stemrecht binnen de groep van door de fracties voorgedragen bestuurders. De deputatie stelt voor 3 mandaten voor te behouden aan deskundigen uit de havensector en de overige 11 mandaten aan provinciale vertegenwoordigers (de bevoegde gedeputeerde en 10 raadsleden). Op grond van de huidige samenstelling van de raad kunnen de provinciale mandaten als volgt worden verdeeld over de onderscheiden fracties: N-VA:4 CD&V: 2 waaronder de gedeputeerde Ludwig Caluwé sp.a: 1 Vlaams Belang: 1 open vld: 1 Groen: 1 PVDA+: 1 Het aanduiden van de deskundigen van de havensector zal in een volgende vergadering worden voorgelegd daar de gesprekken met potentiële kandidaten nog lopende zijn. 6.2 Directiecomité Artikel 12 van de statuten voorziet een directiecomité dat is samengesteld uit de bevoegde gedeputeerde, het departementshoofd DWEP en de directeur van het APB. Het directiecomité staat in voor het dagelijks bestuur en wordt voorgezeten door de bevoegde gedeputeerde. Het directiecomité kan deskundigen uitnodigen, die evenwel geen stemrecht bezitten. Het directiecomité kan tevens bevoegdheden delegeren aan de directeur van het bedrijf, die ze verder geheel of gedeeltelijk kan delegeren aan een personeelslid van het APB. Het directiecomité vergadert na de zitting van de deputatie. 6.3 Dagelijks bestuur Naar analogie met het provincieraadsbesluit van 27 juni 2013 wordt het begrip “dagelijks bestuur” voor de financiële verbintenissen van het APB op dezelfde wijze gedefinieerd als voor de provinciale diensten.
126
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
6.4 Personeelsbeheer Naar analogie met artikel 43 van het provinciedecreet en het provincieraadsbesluit van 22 maart 2007 delegeert de raad van bestuur zijn bevoegdheid als aanstellende overheid aan het directiecomité. Het dagelijks personeelsbeheer is de bevoegdheid van de directeur van het APB naar analogie met wat voorzien is in het provinciedecreet onder artikel 58. 7. Ontbinding van het Havencentrum VZW. Met afzonderlijk verslag zal aan uw raad de ontbinding van het Havencentrum VZW worden voorgelegd, samen met het jaarverslag en de jaarrekening 2013. De tegoeden van het Havencentrum VZW komen met ingang van 1 januari 2014 toe aan het APB Havencentrum. 8. Provincieraadsbeslissing Zoals reeds vermeld in het stappenplan wordt een verzelfstandigd agentschap opgericht bij provincieraadsbeslissing. De oprichtingsbeslissing legt de statuten van de verzelfstandigde entiteit vast. Onder voorbehoud van de toepassing van de bepalingen inzake het goedkeuringstoezicht verkrijgt het rechtspersoonlijkheid op de datum van voormelde oprichtingsbeslissing. Aan uw raad wordt voorgesteld om goedkeuring te hechten aan de oprichting van het APB Havencentrum, de bijgevoegde statuten en het voorstel van samenstelling van de raad van bestuur goed te keuren. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de principiële goedkeuring van de deputatie in zitting van 7 februari 2013 houdende de oprichting van een autonoom provinciebedrijf Havencentrum; Gelet op de artikelen 219 en volgende van het provinciedecreet van 22 december 2006, nadien meermaals gewijzigd, houdende de modaliteiten en bepalingen van provinciale extern verzelfstandigde agentschappen; Gelet op artikel 225 van voormeld provinciedecreet houdende de oprichting van een autonoom provinciebedrijf; Gelet op artikel 226 van het provinciedecreet houdende de statuten van een autonoom provinciebedrijf; Gelet op artikel 229 van het provinciedecreet houdende de samenstelling van de raad van bestuur van een autonoom provinciebedrijf; Overwegende dat de deputatie heeft aangetoond en gemotiveerd dat een autonoom provinciebedrijf, binnen de mogelijkheden van het provinciedecreet, de meest aangewezen organisatievorm is voor het verwezenlijken van de in het verslag opgesomde beleidsuitvoerende taken van provinciaal belang;
127
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Goedkeuring wordt gehecht aan de oprichting, met ingang van 1 januari 2014, binnen het departement welzijn, economie en plattelandsbeleid, op het organisatieniveau N-2, van een autonoom provinciebedrijf “Havencentrum”, afgekort APB HC. Artikel 2: Goedgekeurd worden de voorgelegde statuten van het APB HC. Artikel 3: De raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf wordt samengesteld uit 14 leden: N-VA (4): de heer Eric Janssens mevrouw Benedicte Geniets de heer Jan Hofkens mevrouw Marleen Van Hauteghem CD&V (2): de heer Ludwig Caluwé (voorzitter) mevrouw Nicole Boonen sp.a (1): de heer Frank Geudens Vlaams Belang (1): de heer Bart Van Hove open vld (1): de heer Koen Helsen Groen (1): de heer Diederik Vandendriessche PVDA+ (1): mevrouw Nicole Naert Deskundigen uit de havensector (3): mevrouw Anne-Marie Van Asbroeck (2) nog te bepalen. Artikel 4: De tegoeden van het Havencentrum VZW komen met ingang van 1 januari 2014 toe aan het APB HC. STATUTEN AUTONOOM PROVINCIEBEDRIJF HAVENCENTRUM Hoofdstuk I – Naam – Zetel – Doel – Duur – Rechtsvorm – Wettelijk kader Artikel 1 – Naam Deze statuten regelen de organisatie en de werking van het autonoom provinciebedrijf met rechtspersoonlijkheid “Havencentrum”, afgekort APB HC, hierna bedrijf genoemd, opgericht bij besluit van de provincieraad van de provincie Antwerpen op datum van 28 november 2013. Artikel 2 – Maatschappelijke zetel De maatschappelijke zetel van het bedrijf is gevestigd in 2040 Lillo Scheldelaan 444 – Haven 621. Artikel 3 – Maatschappelijk doel en activiteiten Het autonoom provinciebedrijf heeft tot doel: sensibiliseren en enthousiasmeren op het terrein om het maatschappelijk draagvlak voor de haven (maritiem, logistiek, industrieel) te versterken. Bijzondere aandacht gaat naar jongeren om hun interesse op te wekken en hen tewerkstellingskansen te tonen.
128
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Prioritaire beleidsdoelstelling - Ontwikkelen en stimuleren van sociaaleconomische speerpunten op basis van een geïntegreerde, multidisciplinaire en duurzame visie op de provincie en haar deelgebieden. Actieplan - Een breed maatschappelijk draagvlak is een essentiële voedingsbodem om verdere economische ontwikkeling in balans met maatschappelijke welzijn te realiseren. De provincie is het intermediair bestuur bij uitstek om het imago van de economische spelers te ondersteunen. De provincie informeert en sensibiliseert burgers, lokale besturen en onderwijsinstellingen over de maatschappelijke relevantie van het socio-economisch weefsel. Het Havencentrum bouwt het industrieel toerisme verder uit in en rond de haven en richt publieksevenementen in om haven, logistiek, industrie en chemie onder de aandacht te brengen voor een groot publiek. Actieplan - Het actieplan heeft tot doel om in onze provincie een belangrijke bijdrage te leveren aan de aansluiting onderwijs- arbeidsmarkt en aan de aanwending van alle beschikbare talenten zodat we kunnen bijdragen tot oplossingen van het dreigend tekort aan arbeidspotentieel en het verminderen van de werkloosheid. Hierbij kiezen we voor een goede afstemming van de eigen provinciale dienstverlening met de werking van de diverse externe beleidsverantwoordelijke organisaties in onze provincie. Door het aanbieden van een gevarieerd educatief aanbod met onder meer een uitgebreide gidsenwerking wordt aan jongeren de werking, duurzaamheid en tewerkstellingsmogelijkheden van de haven getoond. Andere activiteiten: Het autonoom provinciebedrijf kan leningen aangaan en giften of toelagen ontvangen binnen de grenzen, gesteld in deze statuten en de beheersovereenkomst. Het autonoom provinciebedrijf kan door de Vlaamse Regering gemachtigd worden om in eigen naam en voor eigen rekening over te gaan tot onteigeningen die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen. Het autonoom provinciebedrijf kan vrij, binnen de grenzen van zijn doel, overgaan tot de verwerving, de aanwending en de vervreemding van alle roerende en onroerende goederen, op dewelke zij alle zakelijke en persoonlijke rechten mag vestigen. Het autonoom provinciebedrijf kan andere rechtspersonen oprichten, erin deelnemen of zich erin laten vertegenwoordigen, voor zover dat past in zijn opdrachten en gebeurt in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving en de beheersovereenkomst. Het autonoom provinciebedrijf heeft geen winstoogmerk. Artikel 4 – Rechtspersoonlijkheid Het bedrijf verwerft rechtspersoonlijkheid op de dag van de oprichtingsbeslissing onder voorbehoud van de toepassing van de bepalingen inzake het goedkeuringstoezicht. Artikel 5 – Duur Het bedrijf wordt opgericht voor onbepaalde duur. Artikel 6 – Wettelijk kader De oprichting, de organisatie en de werking van het bedrijf valt onder de toepassing van de artikelen 225 tot en met 237 van het Provinciedecreet van 22 december 2006 (hierna “Provinciedecreet”), alsook van alle andere toepasselijke wetten, decreten en besluiten en de latere wijzigingen van al deze regelen.
129
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Deze statuten zijn van toepassing voor zover zij niet van de in het eerste lid vermelde regelen afwijken. Hoofdstuk II – Beheersovereenkomst Artikel 7 – Beheersovereenkomst §1. Tussen de provincie en het autonoom provinciebedrijf wordt na onderhandeling een beheersovereenkomst gesloten. Bij het onderhandelen over de beheersovereenkomst wordt de provincie vertegenwoordigd door de deputatie en het autonoom provinciebedrijf door de raad van bestuur. De beheersovereenkomst, evenals elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, wordt ter inzage neergelegd op de griffie van de oprichtende provincie en op het secretariaat van het autonoom provinciebedrijf. §2. De beheersovereenkomst regelt minstens de volgende aangelegenheden: 1° de concretisering van de wijze waarop het agentschap zijn taken moet vervullen en van de doelstellingen ervan; 2° de toekenning van middelen voor de eigen werking en de uitvoering van de doelstellingen van het autonoom provinciebedrijf; 3° binnen de perken en overeenkomstig de toekenningsvoorwaarden, bepaald door de Vlaamse Regering, het presentiegeld en de andere vergoedingen die in het kader van de bestuurlijke werking van het autonoom provinciebedrijf worden toegekend; 4° de voorwaarden waaronder eigen inkomsten of andere financieringen mogen worden verworven en aangewend; 5° de wijze waarop de tarieven voor de geleverde prestaties door de raad van bestuur vastgesteld en berekend worden; 6° de gedragsregels inzake dienstverlening door het autonoom provinciebedrijf; 7° de voorwaarden waaronder het autonoom provinciebedrijf andere personen kan oprichten, erin kan deelnemen of zich erin kan laten vertegenwoordigen; 8° de informatieverstrekking door het autonoom provinciebedrijf aan de provincie; 9° opgeheven bij decreet van 6 juli 2012; 10° de wijze waarop het autonoom provinciebedrijf zal voorzien in een systeem van interne controle; 11° de maatregelen bij niet-naleving door een partij van haar verbintenissen uit hoofde van de beheersovereenkomst en de bepalingen inzake beslechting van geschillen die rijzen bij de uitvoering van de beheersovereenkomst; 12° de omstandigheden waarin en de wijze waarop de beheersovereenkomst kan worden verlengd, gewijzigd, geschorst en ontbonden. § 3. Met behoud van de mogelijkheid tot verlenging, wijziging, schorsing en ontbinding van de beheersovereenkomst wordt die gesloten voor een periode die eindigt uiterlijk zes maanden na de volledige vernieuwing van de provincieraad. De beheersovereenkomst en de uitvoering ervan worden jaarlijks geëvalueerd door de provincieraad. Als bij het verstrijken van de beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst is afgesloten, wordt de bestaande overeenkomst van rechtswege verlengd. Als geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden binnen één jaar na de in de vorige paragraaf vermelde verlenging, of als een beheersovereenkomst werd ontbonden of geschorst, kan de provincieraad, na overleg met het autonoom provinciebedrijf, voorlopige regels opleggen inzake de in de beheersovereenkomst vermelde aangelegenheden. Die voorlopige regels zullen als beheersovereenkomst gelden tot op het ogenblik dat een nieuwe beheersovereenkomst in werking treedt.
130
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Hoofdstuk III – Bestuur en Controle Artikel 8 – Samenstelling van de raad van bestuur Het autonoom provinciebedrijf wordt bestuurd door een raad van bestuur die is samengesteld uit maximum 14 leden, aangeduid en benoemd door de provincieraad van Antwerpen. Onverminderd voormelde bepaling, bedraagt het aantal leden van de raad van bestuur ten hoogste 1/5 van het aantal raadsleden. Ten hoogste 2/3 van de leden van de raad van bestuur is van hetzelfde geslacht. Elke fractie kan minstens één lid van de raad van bestuur voordragen en dit voordrachtrecht waarborgt elke fractie een vertegenwoordiging in de raad van bestuur. Als de gewaarborgde vertegenwoordiging evenwel afbreuk zou doen aan de mogelijkheid voor de fracties die vertegenwoordigd zijn in de deputatie om minstens de helft van de leden van de raad van bestuur voor te dragen, wordt er gewerkt met gewogen stemrecht binnen de groep van door de fracties voorgedragen bestuurders. De leden van de raad van bestuur moeten geen provincieraadslid zijn. Tot de raad van bestuur kunnen maximaal 3 niet-raadsleden worden benoemd als deskundige. Het mandaat van lid van de raad van bestuur is hernieuwbaar. De leden van de raad van bestuur kunnen te allen tijde door de provincieraad uit hun mandaat worden ontheven. Na de volledige vernieuwing van de provincieraad wordt tot volledige vernieuwing van de raad van bestuur overgegaan. In dit geval blijven de leden van de raad van bestuur in functie tot de nieuwe provincieraad tot hun vervanging is overgegaan. Wanneer een mandaat van een bestuurder voortijdig eindigt, benoemt de provincieraad tijdens haar eerstvolgende vergadering een opvolger. De nieuw benoemde bestuurder voltooit het mandaat van diegene die hij opvolgt. De raad van bestuur kiest onder zijn leden een voorzitter die deel moet uitmaken van de deputatie. Tevens wordt uit zijn leden een ondervoorzitter gekozen. Gedeputeerden die deel uitmaken van de raad van bestuur vertegenwoordigen hun fractie. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. De raad van bestuur is als volgt samengesteld: -
11 provincieraadsleden waaronder de bevoegde gedeputeerde; 3 deskundigen uit de havensector
De leden kunnen zich niet laten vertegenwoordigen. Artikel 9 – Bijeenkomsten en besluitvorming De raad van bestuur vergadert zo dikwijls als de belangen van het autonoom provinciebedrijf dit vereisen, op uitnodiging van de voorzitter of op verzoek van de helft van de leden van de raad van bestuur. De uitnodiging tot de vergadering zal, buiten dringende gevallen in de notulen te rechtvaardigen, altijd minstens acht dagen voor de vergadering verstuurd worden. Zij zijn niet vereist wanneer alle bestuurders er in toestemmen te vergaderen. De uitnodigingen tot de vergadering kunnen geschieden bij gewone brief of per mail. De uitnodigingen vermelden de agenda, de datum, de plaats en het uur van de vergadering. De bijhorende documenten worden erbij gevoegd.
131
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Ingeval van hoogdringendheid en wanneer zich een onvoorzienbaar feit heeft voorgedaan waardoor elk uitstel onherstelbaar nadeel zou veroorzaken voor het autonoom provinciebedrijf, kan de voorzitter de raad van bestuur zonder enig uitstel en met alle beschikbare middelen geldig bijeenroepen. De vergaderingen worden gehouden op de zetel van het bedrijf, of op enig andere in de uitnodiging vermelde plaats, gelegen op het grondgebied van de provincie Antwerpen. De vergaderingen van de raad van bestuur zijn niet openbaar. De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en besluiten wanneer tenminste de helft van de leden, met inbegrip van de voorzitter en/of de ondervoorzitter aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Ingeval het aantal aanwezige/vertegenwoordigde leden van de raad van bestuur ontoereikend is om geldig te beraadslagen of te beslissen, kan een nieuwe raad bijeengeroepen worden met dezelfde agenda. Die zal geldig beraadslagen en beslissen ongeacht het aantal aanwezige leden. De tweede oproeping moet geschieden overeenkomstig de bepalingen van dit artikel en er moet vermeld worden dat de oproeping voor de tweede maal geschiedt. De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter. Indien de voorzitter verhinderd is, wordt de raad van bestuur voorgezeten door de ondervoorzitter. De raad van bestuur kan deskundigen aanwijzen die de beraadslagingen van de raad van bestuur met raadgevende stem bijwonen. Het betrokken departementshoofd, de directeur van het bedrijf en een personeelslid van het betrokken departement worden als waarnemer, zonder stemrecht, bij de raad van bestuur uitgenodigd. Zij kunnen zich niet laten vertegenwoordigen in de raad van bestuur. Zij zorgen voor de ambtelijke aansluiting met de provincie Antwerpen en de opvolging van de werking van de beheersovereenkomst. Het departementshoofd treedt op als secretaris van de raad van bestuur. Op de vergadering heeft ieder lid recht op één stem. Ingeval van staking der stemmen, is de stem van de voorzitter doorslaggevend. Onthoudingen en ongeldige stemmen worden niet meegerekend. Over punten die niet op de agenda werden vermeld, kan de raad van bestuur slechts geldig beraadslagen mits akkoord van twee derden van de aanwezige stemgerechtigde leden. De besluiten van de raad worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Behoudens de hierna vermelde onderwerpen, die een twee derden meerderheid vereisen: - voorstel aan de provincieraad om over te gaan tot het ontslag van een lid van de raad van bestuur - voorstel aan de provincieraad tot ontbinding van het autonoom provinciebedrijf De beraadslagingen van de raad van bestuur worden vastgelegd in de notulen, ondertekend door de voorzitter en de secretaris. De originele notulen worden tijdens de eerstvolgende vergadering ter goedkeuring voorgelegd en in een op de zetel bewaard register opgenomen. De kopieën of uittreksels die bij een rechtspleging of in andere gevallen moeten worden voorgelegd, worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris of een ander hiertoe specifiek gevolmachtigd lid van de raad van bestuur. De notulen van de vergaderingen van de raad van bestuur, het directiecomité en alle documenten waarnaar verwezen wordt in de notulen, worden elektronisch ter inzage neergelegd op de griffie van de provincie.
132
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 10 – Werkingsvoorwaarden §1.Huishoudelijk reglement De raad van bestuur bepaalt de regelen in verband met zijn interne werking in een huishoudelijk reglement. §2. Onverenigbaarheden Een bestuurder mag niet: 1° aanwezig zijn bij de bespreking of stemming over aangelegenheden waarbij hij een rechtstreeks belang heeft, hetzij persoonlijk, hetzij als vertegenwoordiger, of waarbij de echtgenoot of zijn bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dit verbod strekt niet verder dan de bloed- en aanverwanten tot de tweede graad als het gaat om de voordracht van kandidaten, benoemingen, afzettingen en schorsingen. Voor de toepassing van deze bepaling worden personen die een verklaring van wettelijke samenwoning in de zin van artikel 1475 van het Burgerlijk Wetboek hebben afgelegd, met echtgenoten gelijkgesteld; 2° rechtstreeks of onrechtstreeks een overeenkomst sluiten met het autonoom provinciebedrijf; 3° rechtstreeks of onrechtstreeks als advocaat of notaris tegen betaling werkzaam zijn in geschillen ten behoeve van het autonoom provinciebedrijf. Dit verbod geldt met name ook ten aanzien van de personen die in het kader van een associatie, groepering, samenwerking of op hetzelfde kantooradres met de bestuurder werken; 4° rechtstreeks of onrechtstreeks als advocaat of notaris werkzaam zijn in geschillen ten behoeve van de tegenpartij van het autonoom provinciebedrijf of ten behoeve van een personeelslid van het autonoom provinciebedrijf aangaande beslissingen in verband met de tewerkstelling binnen het autonoom provinciebedrijf. Dit verbod geldt met name ook ten aanzien van de personen die in het kader van een associatie, groepering, samenwerking of op hetzelfde kantooradres met de bestuurder werken. Artikel 11 – Bestuursbevoegdheden – Taakverdeling binnen de raad van bestuur De raad van bestuur beschikt over de volheid van bevoegdheid om alle noodzakelijke of nuttige handelingen te stellen om het maatschappelijk doel van het bedrijf te verwezenlijken. De raad van bestuur is binnen de grenzen, vastgesteld in de statuten, bevoegd voor alle personeelsaangelegenheden. Artikel 12- Directiecomité De raad van bestuur wijst de vertegenwoordiging met betrekking tot het dagelijks bestuur en de voorbereiding en uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur toe aan een directiecomité. Het directiecomité regelt als orgaan van dagelijks bestuur in onderling overleg zijn werkzaamheden. Het directiecomité is als volgt samengesteld: 1. de gedeputeerde bevoegd voor het beleidsdomein economie, die voorzitter is van het directiecomité; 2. het hoofd van het departement met het beleidsdomein economie; 3. de directeur van het APB, die tevens secretaris is van het directiecomité. Het directiecomité kan deskundigen uitnodigen, ad hoc of in een werkgroep. Deze personen hebben een raadgevende stem. De leden van het directiecomité oefenen hun mandaat onbezoldigd uit.
133
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Het directiecomité is bevoegd voor alle aangelegenheden die tot het dagelijks bestuur behoren, in het bijzonder voor die bevoegdheden die werden gedelegeerd door de raad van bestuur. Het directiecomité treedt collegiaal op voor de bevoegdheden, die zij niet heeft gedelegeerd. De beslissingen worden genomen met een gewone meerderheid van de aanwezige leden mits minstens twee leden aanwezig zijn. Het directiecomité kan zijn bevoegdheden delegeren aan de directeur van het APB, die deze bevoegdheden geheel of gedeeltelijk kan doordelegeren aan een personeelslid van het APB. Voor rechtshandelingen die binnen het directiecomité vallen, is het bedrijf gebonden door de handtekening van de voorzitter van het directiecomité of diens gevolmachtigde. Als het directiecomité zijn bevoegdheden heeft gedelegeerd, is het bedrijf gebonden door de handtekening van de directeur van het APB of zijn gevolmachtigde. Wanneer het belang van het bedrijf dat vereist, beslist de voorzitter of, bij diens afwezigheid, zijn vervanger, rechtsgeldig en zonder verdere formaliteiten over het instellen van rechtsvorderingen en over het treffen van alle maatregelen tot bewaring van recht in de meest ruime zin van het woord, in en buitengerechtelijke procedures. Hij deelt de instelling van een rechtsvordering mee op de eerstvolgende vergadering van het directiecomité. Artikel 13 Dagelijks bestuur Naar analogie van het provincieraadsbesluit van 27 juni 2013 wordt het begrip “dagelijks bestuur” voor de financiële verbintenissen binnen het APB als volgt gedefinieerd: Het directiecomité is bevoegd voor:
Het vaststellen van de gunningswijzen en het bestek van alle overheidsopdrachten op de kredieten van het exploitatiebudget (gewone dienst) hoger dan 30.000 EUR en tot en met 500.000 EUR (exclusief BTW); Het vaststellen van de gunningswijze en het bestek van alle overheidsopdrachten voor de aankoop van roerende investeringen (niet-informatica uitrusting) hoger dan 30.000 EUR en tot en met 85.000 EUR (exclusief BTW); Het nemen van het gunningsbesluit: o op het exploitatiebudget hoger dan 30.000 EUR (exclusief BTW); o op de kredieten voor roerende investeringen (niet ICT) hoger dan 30.000 EUR (exclusief BTW); o op de kredieten voor roerende investeringen (ICT-uitrusting) hoger dan 85.000 EUR (exclusief BTW); o op de kredieten voor onroerende investeringen hoger dan 85.000 EUR (exclusief BTW); Het vaststellen van de overige contracten en verbintenissen (zoals samenwerkingsovereenkomsten, convenanten, …) voor zover ze: o ofwel aangerekend worden op het exploitatiebudget (gewone dienst) tot het bedrag van 500.000 EUR (exclusief BTW); o ofwel aangerekend worden op een investeringsbudget (buitengewone dienst) en in dit laatste geval de waarde van 85.000 EUR (exclusief BTW) niet overschrijden; en met uitzondering van: o daden van beschikking over patrimonium; Het verwerven van zakelijke rechten of genotrechten op onroerende goederen van derden voor zover de totaliteit van de door de provincie verschuldigde vergoeding, berekend aan de aanvangsindex (bij het afsluiten van de verbintenis), niet meer bedraagt dan 25.000 EUR (exclusief BTW) per jaar; Het kennisnemen van alle meerwerken aan onroerende investeringen in min en plus waarvan de lastvoorwaarden door de provincieraad werden goedgekeurd en de meerkosten in totaal minder bedragen dan 10% van het gunningsbedrag of
134
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
wanneer zij het gevolg zijn van conceptwijzigingen en/of ernstige wijzigingen van gunningsvoorwaarden. Artikel 14 Personeelsbeheer De raad van bestuur delegeert, naar analogie met artikel 43 van het Provinciedecreet en het provincieraadsbesluit van 22 maart 2007, zijn bevoegdheid als aanstellende overheid aan het directiecomité. Het dagelijks personeelsbeheer is de bevoegdheid van de directeur van het APB, naar analogie van wat voorzien is in het Provinciedecreet onder artikel 58. In aansluiting op het provincieraadsbesluit van 24 september 2009, gewijzigd bij provincieraadsbesluit van 24 februari 2011, omvat het dagelijks personeelsbeheer: -
Toekenning verlofstelsels, behalve verlof voor opdracht; Toekenning dienstvrijstelling; Toekenning halftijdse werkhervatting na langdurige ziekte Opvolging evaluatie- en functioneringscyclus binnen het APB; Concrete invulling vormingsrecht en vormingsplicht; Toewijzing opdrachthouderschap; Voorstel toewijzing waarneming hogere functie; Beslissingsbevoegdheid over thuiswerk; Vaststellen administratieve anciënniteiten en valorisatie relevante ervaring; Vaststellen individuele jaarsalaris van de personeelsleden; Beslissingsbevoegdheid over permanentieplicht personeelsleden; Beslissingsbevoegdheid dienstreizen; Beslissingsbevoegdheid vervanging conciërge Beslissingsbevoegdheid over aanvragen personeelsleden in tijdregistratiesysteem; Aanstelling supervisor(s) in tijdregistratiesysteem met delegatiebevoegdheid; Opleggen medische onderzoeken bij personeelslid; Beslissingsbevoegdheid inhouding salaris bij onttrekking aan medische controle; Beslissingsbevoegdheid inhouding salaris bij ongewettigde afwezigheid; Erkenning van personeelslid als vaste vakbondsafgevaardigde; Uitbetaling gastmedewerkers; Beslissingsbevoegdheid terugbetaling materiële schade personeelslid; Aanpassing uurroosters indien akkoord alle partijen; Machtigingen tot het uitoefenen van een bijambt buiten de dienstreizen.
Artikel 15 - Vertegenwoordiging Het directiecomité vertegenwoordigt het provinciebedrijf in en buiten rechte als eiser of als verweerder. Onverminderd de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het directiecomité als college, wordt het provinciebedrijf rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter alleen optredend. In het kader van het dagelijks bestuur wordt het autonoom provinciebedrijf eveneens rechtsgeldig in en buiten rechte vertegenwoordigd door de directeur ingevolge een delegatiebesluit van het directiecomité. Artikel 16- Aansprakelijkheid De bestuurders zijn niet persoonlijk gebonden door de verbintenissen van het autonoom provinciebedrijf. De bestuurders zijn aansprakelijk zonder hoofdelijkheid voor de tekortkomingen in de normale uitoefening van hun bestuur. Ten aanzien van de overtredingen waaraan zij geen deel hebben gehad, worden de bestuurders van die aansprakelijkheid ontheven als hun geen schuld kan worden verweten en als zij die overtredingen hebben aangeklaagd bij de provincieraad binnen een maand nadat zij er kennis van hebben gekregen. Jaarlijks beslist de provincieraad over de aan de bestuurders te verlenen kwijting, na goedkeuring van de rekeningen. Die kwijting is alleen rechtsgeldig als de ware toestand van het autonoom provinciebedrijf niet wordt verborgen door enige weglating of onjuiste opgave
135
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
in de rekeningen of beheersovereenkomst.
in
de
rapportering
betreffende
de
uitvoering
van
de
Artikel 17 - Vergoedingen De leden van de raad van bestuur kunnen een presentiegeld ontvangen, binnen de grenzen bepaald in het Besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2007 houdende het statuut van de lokale en provinciale mandataris. Indien evenwel de vergadering van de raad van bestuur wordt voorafgegaan of gevolgd door een raadscommissie, kunnen de provincieraadsleden en de gedeputeerden geen presentiegeld ontvangen. Artikel 18 – Controle De controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de verrichtingen weer te geven in de jaarrekening van het autonoom provinciebedrijf wordt uitgeoefend door één of meer commissarissen. Dit zijn erkende bedrijfsrevisoren die benoemd worden door de provincieraad en die onderworpen zijn aan de wettelijke en reglementaire bepalingen die hun ambt en hun bevoegdheid regelen. Hoofdstuk IV – Budget – Jaarrekening Artikel 19 – Budget Inkomsten en uitgaven Het bedrijf ontvangt de inkomsten van alle activiteiten die het uitvoert en draagt de lasten van deze activiteiten Financiering De raad van bestuur beslist vrij over de omvang, de techniek en de voorwaarden van zijn financiering. Budget Het autonoom provinciebedrijf maakt een budget op overeenkomstig de vereisten die krachtens het Provinciedecreet worden gesteld voor het budget van de provincie. Artikel 20 – Jaarrekening De boekhouding wordt gevoerd en de jaarrekening wordt opgesteld overeenkomstig de regelen die krachtens het Provinciedecreet worden gesteld voor de boekhouding en de jaarrekening van de provincie. Het boekjaar valt samen met een kalenderjaar. Het autonoom provinciebedrijf doet uiterlijk op 31 december van ieder jaar de nodige opnemingen, verificaties, opzoekingen en waarderingen om de inventaris op te maken van al de bezittingen, vorderingen, schulden en verplichtingen van het autonoom provinciebedrijf, van welke aard ook. De boekhouding wordt gevoerd onder de verantwoordelijkheid en het toezicht van de raad van bestuur. De raad van bestuur stelt de jaarrekening vast en legt jaarlijks en uiterlijk op 30 juni de jaarrekening van het voorbije jaar ter goedkeuring voor aan de provincieraad. De raad van bestuur stelt het budget vast en legt jaarlijks het budget van het autonoom provinciebedrijf van het volgende boekjaar ter goedkeuring voor aan de provincieraad op de provincieraadszitting waarbij ook het budget van het volgende boekjaar van de provincie wordt goedgekeurd. Hoofdstuk V – Personeel Artikel 21 – Personeel Het autonoom provinciebedrijf werft personeel aan in contractueel dienstverband.
136
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Hoofdstuk VI – Ontbinding en vereffening Artikel 22 – Ontbinding en vereffening De provincieraad kan steeds beslissen om tot ontbinding en vereffening van het autonoom provinciebedrijf over te gaan. In de beslissing tot ontbinding wijst de provincieraad de vereffenaars aan. Alle andere organen vervallen op het ogenblik van de ontbinding. De rechten en verplichtingen van het ontbonden autonoom provinciebedrijf worden overgenomen door de provincie. In afwijking van het tweede en derde lid kan de provincieraad in het ontbindingsbesluit de personeelsleden, die daarmee moeten instemmen, en de rechten en verplichtingen aanwijzen die overgenomen worden door de overnemers van de activiteiten van het provinciebedrijf. Hoofdstuk VII – Statutenwijziging Artikel 23 – Statutenwijziging De wijzigingen in de statuten worden aangebracht bij beslissing van de provincieraad, op voorstel of na advies van de raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf in kwestie. De beslissing van de provincieraad tot wijziging van de statuten wordt, samen met bijbehorende documenten waaronder het voorstel of het advies van de raad van bestuur, binnen dertig dagen aan de Vlaamse Regering verzonden. Binnen honderd dagen na verzending keurt de Vlaamse Regering de wijzigingsbeslissing al dan niet goed. Als die termijn verstrijkt zonder dat de Vlaamse Regering een beslissing genomen heeft en verzonden heeft aan de provincie, dan wordt de goedkeuring geacht te zijn verleend. De statutenwijzigingen worden op dezelfde wijze als de oprichtingsbeslissing en de statuten neergelegd. Een volledig gecoördineerde tekst van de statuten wordt elektronisch ter inzage neergelegd op de griffie van de provincie Antwerpen en op het secretariaat van het autonoom provinciebedrijf.
VOORZITTER.- De heer Janssens heeft het woord. De heer JANSSENS.- Mijnheer de voorzitter, Leden van de bestendige deputatie, Geachte collega’s, Naar aanleiding van de oprichting van dit autonoom provinciebedrijf Havencentrum, en ik ga er nu even van uit dat dit met een grote meerderheid zal worden goedgekeurd, wil ik toch even enkele punten benadrukken. Ik geloof dat dit oprichting van dat APB het Havencentrum nieuwe opportuniteiten geeft. Belangrijke opportuniteiten die ik zie zijn onder andere de mogelijkheid van een grotere draagkracht, een financiële responsabilisering, en ook de mogelijkheid van een structurele samenwerking met de brede havengemeenschap. Structuren zijn structuren en mogen krijtlijnen geven van opportuniteiten, maar veel belangrijker is dat die structuur met leven gevuld wordt met een missie, een visie, strategische doelstellingen, en nog voornamelijk dat er mensen zijn die dit aangekondigd beleid gaan waarmaken. U herinnert zich misschien dat bij het begin van deze legislatuur er wel enkele bedenkingen waren. Ik heb het voorrecht gehad in naam van mijn fractie die dan ook hier naar voor te brengen. Het waren enkele bedenkingen over het functioneren van dat
137
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Havencentrum, en voornamelijk over de focus van de doelstellingen, en ook over de samenwerkingsmodellen die we hanteerden met de leden van die havengemeenschap. Ik heb dat uiteengezet naar aanleiding van een vraag die ik stelde aan gedeputeerde Caluwé. Ik denk dat het nu dan tijd is, als we de symbolische 9 maanden later eens terugkijken, om te zien waar we nu eigenlijk staan. Ik denk dat ik oprecht kan zeggen dat wij een zeer grote vooruitgang hebben gemaakt met dat Havencentrum. Gedeputeerde Caluwé heeft tezamen met zijn administratie dit thema werkelijk ter harte genomen en daadkrachtig is hij overgegaan tot een doorgedreven analyse van het Havencentrum, de werking, de omgevingsfactoren. Misschien een beetje klassiek, maar het is toch nuttig dat men eens kijkt wat de omgevingsfactoren nu vandaag zijn, en hoe gaan die in de toekomst zijn. We hebben ook een SWOT-analyse gemaakt. Belangrijker voor mij was nog dat men ook diepe interviews heeft gedaan met de actoren op het terrein. Die actoren zijn tenslotte de bedrijven van die havengemeenschap, hun belangengroeperingen, het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen dat hier een zeer belangrijke rol heeft te spelen, en last but not least de actoren van het onderwijs, die tenslotte gebruiker of klant zijn van dat Havencentrum. Dit alles culmineerde op 6 november in een soort strategisch workshop, waarbij de leden van de raad van bestuur van het Havencentrum – dat is hoofdzakelijk de leden van de commissie Economie van de provincieraad – verstrekt met vertegenwoordigers van Alfaport, van de Kamer van Koophandel, sector industrie, met het gemeentelijk Havenbedrijf zijn gaan zoeken hoe dat ze die missie, die visie, op basis van de input die er werd verkregen konden actualiseren en een modern toekomstgericht kleedje geven. We gingen ook op zoek naar een commitment van die andere stakeholders in die havengemeenschap en naar een nieuw elan voor het Havencentrum. Ik denk dat de aanwezigen toch kunnen bekrachtigen dat deze strategische workshop ook een succes was. Wat mij zo bijzonder verheugde was dat wij daar geen steriel debat hebben gekregen, meerderheid tegen oppositie, maar dat eigenlijk eenieder zijn schouders onder dat project heeft gezet en nuttige input heeft gegeven. Ik denk dat het ook noodzakelijk en nuttig is, want onze haven is tenslotte toch de motor van onze Vlaamse economie en is een essentiële aanbrenger van welvaart en welzijn voor onze Vlaamse regio. Die haven is ook ons wervend visitekaartje in het Europese achterland en in de overzeese markten. Voornamelijk zou ik nog willen betonen de input die voormalige voorzitters hebben gegeven, collega Helsen en collega Geudens. Ik denk dat het ook een verrijking was dat zij daar aanwezig waren en mee hebben gedebatteerd. Ook het feit dat gedeputeerde Caluwé de havenschepen in persoon heeft kunnen bewegen om deel te nemen aan deze vergadering was mijns inziens zonder meer een meerwaarde. In die nieuwe visie die we daar hebben geformuleerd komt tot uiting, en ik betoon maar enkele krachtlijnen: - het verhogen van het maatschappelijk draagvlak van onze haven, toch een essentiële gedachte; - de focus op jongeren, en voornamelijk die mogelijke tewerkstelling in onze haven; - het feit dat het havencentrum best op het terrein, niet enkel en alleen vanuit haar gebouw, maar ook op het terrein maximaal actief moet zijn.
138
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Andere kernwoorden van de strategie zijn: doe-centrum, tonen van tewerkstellingsmogelijkheden, het aanbieden van een gedifferentieerd aanbod aan jongeren, niet alleen leerlingen, maar jongeren in het algemeen, en die structurele samenwerking met andere partners van die havengemeenschap. Ik ben dan ook verheugd te kunnen vaststellen dat die havengemeenschap gretig is aangegaan op het aanbod en ook Alfaport, Kamer van Koophandel, sector industrie, en het gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen actief gaan meewerken aan die toekomst. Zijn we er nu? Is het allemaal eer en glorie? Neen, ik denk het nog niet. We hebben nu missie, visie, strategische doelstelling, maar het is nu uiteraard aan de medewerkers en die andere actoren van de havengemeenschap om dit alles om te zetten in een concreet beleid. Ik ben er zeker van dat de hernieuwde raad van bestuur, die ook onderdeel is van deze transitie naar APB, verder gesprekspartner zal zijn voor de directie en de medewerkers van het Havencentrum en voor die geledingen van onze havengemeenschap. Maar de oprichting van dat APB is mijns inziens niet alleen een belangrijke stap, maar een noodzakelijke voorwaarde om die in de toekomst te laten slagen. Als besluit, collega’s, kan ik zeggen dat onze fractie de oprichting van het APB Havencentrum graag en met grote goesting zal goedkeuren. Wij zeggen ook gedeputeerde Caluwé, de betrokken administratie en de medewerkers van het Havencentrum onze volle steun toe om van dat Havencentrum verder een succesverhaal te maken. Ik dank u. VOORZITTER.- Mevrouw Naert heeft het woord. Mevrouw NAERT.- Ik zou nog even willen toelichten waarom wij ons op dit punt gaan onthouden. Dit is namelijk op basis van de reeds geuite reserves vroeger ten opzichte van oprichting van APB’s, maar dat een verplichting is, gelet op de responsabilisering door BBC. Anderzijds vinden wij het ook wel positief dat het personeel nu onder de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel kan vallen, wat een positieve zaak is. VOORZITTER.- De heer Caluwé heeft het woord. De heer CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik zou even collega Janssens willen bedanken voor zijn woorden van vandaag en ook voor de steun in het voorbije traject, net zoals alle andere collega’s die daar hebben aan meegewerkt, ook de voorgaande voorzitters. Het lijkt mij inderdaad dat wij in deze 9 maanden, in dit traject, wij er voor gezorgd hebben dat er nu een borelingkje is dat meer gefocust is op zijn kerntaken: het warm maken van jongeren voor jobs in haven en industrie, en bijkomend het creëren van draagvlak voor haven en havenindustrie. Maar het is juist, wij hebben hier nu een borelingkje, maar het zal er op aankomen om ervoor te zorgen dat het op een goede manier opgroeit en dat het zal beantwoorden aan verwachtingen die we er op dit moment in stellen. Ik hoop dat ik daarvoor – en ik ben ervan overtuigd dat het ook het geval zal zijn – even hard mag rekenen
139
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
op de medewerking van diegenen die mee aan de opbouw tot nu hebben gestaan om ervoor te zorgen dat we ook die verwachtingen kunnen beantwoorden. VOORZITTER.- De heer Van Eetvelt heeft het woord. De heer VAN EETVELT.- Wij danken natuurlijk ook voor de bloemen die wij krijgen van mijnheer Janssens voor het goede werk dat we daar bij monde van onze fractieleider leveren. Ik denk dat het wel een voorbeeld kan zijn voor andere organisaties waar dat de provincie, of de provincieraad een vertegenwoordiging in heeft, maar waar de oppositie geen stem in heeft, dat het toch wel nuttig kan zijn die input van de oppositie en dat helemaal geen steriele meerderheids-minderheidsdebat hoeft te zijn. Ik denk dat we daar ook naar een eerlijke vertegenwoordiging moeten gaan in al die organen. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Dank u, voorzitter. Toch misschien een kritische noot, want iedereen zwaait hier met pluimen. U spreekt over de economische meerwaarde van het Havencentrum voor jongeren, tewerkstelling in de haven op de termijn. Onderbouwt u dat met cijfers? Ik heb zelf ook in de Raad van Bestuur daar vroeger gezeten. Maar is daar eigenlijk één opzoekingswerk gebeurd? Kunnen we dat nakijken? Is daar respons met de scholen over achteraf? VOORZITTER.- De heer Caluwé heeft het woord. De heer CALUWÉ, gedeputeerde.- Het is nu dat we er uitdrukkelijk voor kiezen om daar de focus op te leggen. Er gebeurt dus wel een stuk omslag. We zullen zien wat dan in de programmatie nodig is aan wijzigingen of aanpassingen. Het blijft altijd de vraag wat iemand doet beslissen om wat te doen. What makes Johny run? Wanneer beslist iemand om aan een bepaalde opleiding of aan een bepaalde job te beginnen? Wat is hetgeen dat daar net datgene heeft bijgebracht waardoor dat men die stap zet? Ik ben blij, maar ik denk dat dit het resultaat is van heel veel verschillende factoren waar dat ook als provincie in verleden al mee is op ingezet, zoals met talentenstroom, ook met ons provinciaal onderwijs richtend op niches in technisch- en beroepsonderwijs. Ik ben blij dat er vandaag toch al iets meer door jongeren gekozen wordt voor dat soort van opleidingen. Heeft dat nu iets te maken met het werk dat het Havencentrum al gedaan heeft? Ik denk dat je dat moeilijk rechtstreeks kunt vaststellen. Ik denk alleen dat we er moeten voor zorgen dat we zoveel daar op inzetten en dat we ervoor zorgen dat er wel een aantal indicatoren zijn. Dat we af en toe eens testen, om te zien of dat de boodschap ook over komt. Het zal het werk zijn van de nieuwe Raad van Bestuur om te bepalen wat soort van indicatoren we daarvoor gaan aanspreken.
140
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
VOORZITTER.- De heer Van Eetvelt heeft het woord. De heer VAN EETVELT.- Ik had toch ook een antwoord of een reactie verwacht. Hebt u graag dat wij in de toekomst op elk beleidsdomein van de provincie en elk orgaan mee denken, mee werken, mee vorm geven, of heeft u ons liever echt als meubilair in deze provincieraad? VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord. De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Ik denk dat u zeker niet tot het meubilair behoort. Dat geloof ik althans niet. Daar bent u te jong voor. Ik denk dat u hier uw taak vervult vanuit de oppositie, zeker en vast, net zoals alle andere leden van de meerderheid om de deputatie te controleren. Ik denk dat dat een belangrijke zaak is. En dat u mee kan denken in een aantal andere APB’s, dat zal zeker en vast kunnen. Bij het Havencentrum doet u dat heel positief. Ik denk dat dit al een eerste stap is. VOORZITTER.- De heer Van Eetvelt heeft het woord. De heer VAN EETVELT.- Een eerste stap, wil dat dan zeggen dat er nog stappen in onze richting gaan volgen? De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Ik denk dat dit het verhaal is nu, en dat we positief evalueren wat jullie doen. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Ik wil in dit verband ook even de aandacht trekken op de tussenkomst die ons gemeenteraadslid Mohamed Chebaa gedaan heeft in de voorbije gemeenteraad. Hij heeft daar toch de vinger op de wonde gelegd, omdat wij ook vanuit het Havencentrum er iets aan kunnen doen dat onze haven, wat werkgelegenheid betreft, echt een door en door witte haven is waar op basis van nationale criteria veel mensen niet aan bod kunnen komen en dat er op vlak van de diversifiëring van de haven toch ook inspanningen kunnen gedaan worden. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik eerst de artikelen 1, 2 en 4 van dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 67 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 64 leden hebben ja gestemd; 3 leden hebben zich onthouden. De artikelen 1, 2 en 4 van het voorstel worden goedgekeurd met 64 stemmen ja, bij 3 onthoudingen.
141
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- Dan stemmen we nu over artikel 3 van dit punt. U vindt de namen op uw banken. Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming over artikel 3 van het voorstel. 67 leden nemen eraan deel. Er zijn 63 stemmen ja, 1 stem nee en 3 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd.
142
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
4. Financiën en logistiek Nr. 4/1 van de agenda Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Diverse wijzigingen budget DMCO. Budget 2013. Verzekeringen. 70. Niet op de functies aanrekenbare verzekeringen - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 050/627. Verzekering personeel. (blz. 36). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 61. Centrale administratie - GO-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 104/742. Overige werkingsopbrengsten. (blz. 8). Vermeerdering van krediet. 70. Centrale administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/611. Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/618. Uitzendkrachten en personen ter beschikking gesteld aan de provincie. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 91. Centrale administratie - BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/231. ICT-hardware. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie Na budgetcontrole blijkt dat er voor de gecentraliseerde personeelskredieten, zoals ze geraamd waren voor 2013 een bijkomende inschrijving moet gebeuren van 2.500.000 EUR. Tevens moeten de ontvangsten verhoogd worden met 500.000 EUR, zodat het tekort op zo’n 2.000.000 EUR wordt geraamd. Dit tekort wordt financieel afgedekt door een voorziening van het reservefonds ten bate van de Stichting Kempens Landschap, ten belope van 2.000.000 EUR die niet dient uitgevoerd. Voor het overige dienen nog een beperkt aantal aanpassingen te worden doorgevoerd:
Het krediet voor het gedetacheerd personeel dient met 16.000 EUR verhoogd te worden. Het krediet voor de terugbetaling aan het personeel van kosten ten gevolge van een arbeidsongeval moet verhoogd worden met 6.000 EUR. Het krediet voor ICT hardware dient met 650 EUR verhoogd te worden voor een i phone voor het nieuwe diensthoofd communicatie.
Deze laatste drie kredietverhogingen worden integraal tegen gewogen door een vermindering van het krediet van de kosten voor de arbeidsongevallenpolis. Door de invoering van de nieuwe boekhoudkundige regels moet er in 2013 geen
143
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
vastlegging gebeuren voor de uitbetaling van de afrekening 2013, een afrekening die ontvangen zal worden in 2014. XX Het Hof van Beroep te Antwerpen stelde het bestuur in het ongelijk in de rechtszaak De Fré versus provinciebestuur. Het betreft hier een uitspraak over een onregelmatig ontslag in 1982 van een statutair ambtenaar. Na een gunstige uitspraak in eerste aanleg verscheen onze advocaat niet op de zitting in beroep zodat enkel de argumenten van tegenpartij behandeld werden. Onze advocaat werd ondertussen door het bestuur in gebreke gesteld wegens een beroepsfout. In afwachting van een schadevergoeding van de verzekering van onze advocaat is het bestuur ondertussen een vergoeding van ongeveer 500.000 EUR te vermeerderen met de vervallen interesten, verschuldigd. De vervallen intresten kunnen via interne verschuivingen opgevangen worden, de hoofdsom niet. Voorgesteld wordt om het artikel waarop boeten worden betaald te verhogen met 500.000 EUR. Deze verhoging wordt niet tegengewogen. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43 § 2 3° van het provinciedecreet; Overwegende dat na budgetcontrole blijkt dat
de kredieten voor de weddenlast verhoogd moeten worden met 2.500.000 EUR; het krediet voor het gedetacheerd personeel met 16.000 EUR verhoogd moet worden; het krediet voor de terugbetaling aan het personeel van kosten tgv een arbeidsongeval met 6.000 EUR verhoogd moet worden; het krediet voor ict hardware DLOG met 650 EUR verhoogd moet worden voor een i phone voor het nieuwe diensthoofd communicatie.
Overwegende dat de kredietverhoging van 2.500.000 EUR financieel wordt afgedekt door een voorziening van het reservefonds ten bate van de Stichting Kempens Landschap, ten belope van 2.000.000 EUR die niet dient uitgevoerd en een verhoging van de ontvangsten van de dienst Wedden, Pensioenen en Tijdsregistratie met 500.000 EUR. Overwegende dat voormelde 22.650 EUR tegengewogen wordt vermindering op het artikel van de verzekering arbeidsongevallen.
door
een
Overwegende dat het Hof van Beroep te Antwerpen het bestuur in het ongelijk stelde in de rechtszaak De Fré versus provinciebestuur; dat het bestuur een vergoeding van 500.000 EUR te vermeerderen met de vervallen interesten dient te betalen; dat de vervallen intresten via interne verschuivingen opgevangen worden;
144
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
dat voorgesteld wordt om het artikel waarop boeten worden betaald te verhogen met 500.000 EUR; dat deze verhoging niet wordt tegengewogen; Op voorstel van deputatie; BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 050/627 Verzekering personeel, van het budget 2013 wordt verminderd met 22.650,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 104/742 Overige werkingsopbrengsten, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 500.000,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 104/620 Bezoldigingen, vermeerderd met 2.500.000,00 EUR.
van
het
budget
2013
wordt
Artikel 4: Machtigingskrediet 104/611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 6.000,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 104/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 500.000,00 EUR. Artikel 6: Machtigingskrediet 104/618 Uitzendkrachten en personen ter beschikking gesteld aan de provincie, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 16.000,00 EUR. Artikel 7: Machtigingskrediet 104/231 ICT-hardware, vermeerderd met 650,00 EUR.
van
het
budget
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Gelieve een tegenstem vanuit onze fractie te noteren. VOORZITTER.- Mevrouw Naert heeft het woord. Mevrouw NAERT.- De stemming van PVDA+ is ook neen bij dit punt. Voorlopig aangenomen
145
2013
wordt
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/2 van de agenda Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Financiering van de buitengewone dienst uitgaven. Budget 2013. Overboekingen. 78. Overboekingen - GU-OVERBOEKINGEN. Machtigingskrediet 060/681. Overboeking van gewone naar buitengewone dienst. (blz. 37). Vermeerdering van krediet. 88. Overboekingen - BO-OVERBOEKINGEN. Machtigingskrediet 060/781. Overboeking van de gewone dienst naar de buitengewone dienst. (blz. 70). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het artikel 15 bis van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincies; Overwegende dat door de vermeerderingen en verminderingen van verschillende uitgavenkredieten van de buitengewone dienst de ontvangstkredieten van de buitengewone dienst die instaan voor de financiering van de buitengewone dienst dienen aangepast te worden; Overwegende de goedkeuring door de deputatie in zitting van 7 november 2013; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Ter financiering van de inschrijving in de buitengewone dienst uitgaven van kredieten en/of kredietwijzigingen worden de volgende kredietvermeerderingen en/of -verminderingen goedgekeurd: Artikel 1: Machtigingskrediet 060/681 Overboeking van gewone naar buitengewone dienst, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 37.410,00 EUR;
146
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 2: Machtigingskrediet 060/781 Overboeking van de gewone dienst naar de buitengewone dienst, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 37.410,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/3 van de agenda Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Diverse vermeerderingen en verminderingen van kredieten van diverse departementen. Budget 2013. Administratie. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 91. Centrale administratie - BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/240. Meubilair en kantooruitrusting. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Privaat patrimonium. 71. Privaat patrimonium - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 124/613. Algemene werkingskosten. (blz. 42). Vermindering van krediet. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Sport, openluchtrecreatie en parken. 71. Openbare parken en plantsoenen - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 766/611. Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden. (blz. 58). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 766/613. Algemene werkingskosten. (blz. 58). Vermindering van krediet. Budget 2013. Sociale en gezinsvoorzieningen. 72. Sociale voorzieningen - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 801/640. Toegestane subsidies. (blz.63). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Hygiëne. 71. Milieu, omgeving, geluidsoverlast - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 879/613. Algemene werkingskosten. (blz. 66). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 61. Centrale administratie - GO-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 104/742. Overige werkingsopbrengsten. (blz. 8). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie
147
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Project Provinciehuis - PaS Diverse aankopen/werken die betrekking hebben op de ingebruikname van het PaS werden vastgelegd en/of betaald op de reguliere budgetten van FACI. Hierdoor ontstaan op deze budgetten tekorten. Om deze situatie recht te zetten, verschuiven we budget van SLOG naar FACI. Onderhoud gebouwen PGRK De gebouwen van de sites Lichtaartsebaan 45 en Prinsenpark worden momenteel onderhouden door de firma 4Cleaning. De provinciale groendomeinen regio Kempen willen in het raamcontract stappen met Aronia. De facturen van 4Cleaning worden betaald door DLOG op de budgetten van de facilitaire dienst. Bijgevolg dient een verschuiving van 7.000 EUR te gebeuren van PGRK naar DLOG. Departement Cultuur – aankoop diverse rekken en museumstofzuiger Voor het departement cultuur worden diverse rekken en een museumstofzuiger aangekocht. De aankoop van rekken is ter uitbreiding van het archiefhuis. De dienst erfgoed stelt aan de lokale erfgoedbeheerders (vooral kleine musea) gespecialiseerd materiaal ter beschikking. In het kader van deze werking wordt een museumstofzuiger aangekocht. Voor deze aankopen wordt 28.600 EUR verschoven van budgetten DCUL naar DLOG. Schenking van de opbrengst van de waardevolle goederen uit het oude provinciehuis In zitting van 12 september 2013 nam de deputatie een principieel besluit om de opbrengst van de verkoop van de roerende goederen met een zekere erfgoedwaarde uit het oude provinciehuis te schenken aan de vzw Het GielsBos te Lille als subsidie ad nominatim, voor de renovatie van de huidige zweminfrastructuur van Het GielsBos. Deze ruimte wordt heringericht tot een modern zwembad met wellness mogelijkheden. Voor deze verkoop werd een openbare procedure georganiseerd voor het aanduiden van een bemiddelaar die de betreffende stukken op de markt diende te brengen voor het provinciebestuur. Dit leidde tot de aanstelling van de firma Galerie Alainko uit Antwerpen. Deze gaf een garantie voor de verkoop van een belangrijk deel van de afgevoerde stukken. Dit leverde een bedrag op van 55.605,20 euro. Uw raad is bevoegd voor deze schenking onder de vorm van een bijkomende subsidie. Tegelijk wordt de goedkeuring gevraagd voor een begrotingswijziging ten gunste van de vzw GielsBos voor een bedrag van 55.000€. Deze bijkomende uitgave wordt tegengewogen door een bijkomende ontvangst van het departement Logistiek uit de verkoop van de betreffende goederen. Project workshop eco2eco van departement leefmilieu Departement leefmilieu richt de workshop eco2eco in. Departement logistiek (facilitaire dienst) zorgt voor de nodige reservaties van zaal en materiaal alsook voor de catering. De onkosten worden verrekend op de departementale envelop. Het budget in deze envelop is ontoereikend door departement leefmilieu. Bijgevolg is een verschuiving van 3.120 EUR noodzakelijk. Daarom wordt hierbij een begrotingswijziging ter zake voorgesteld (nuloperatie).
148
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 4 § 2 3° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 104/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 39.390,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 104/230 Installaties, machines, uitrusting van het budget 2013 wordt vermeerderd met 5.060,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 104/240 Meubilair en kantooruitrusting van het budget 2013 wordt vermeerderd met 27.440,00 EUR. Artikel 4: Machtigingskrediet 124/613 Algemene werkingskosten van het budget 2013 wordt verminderd met 33.170,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 762/613 Algemene werkingskosten van het budget 2013 wordt verminderd met 28.600,00 EUR. Artikel 6: Machtigingskrediet 766/611 Terugbetaling van kosten en dienstverleningen aan personeelsleden van het budget 2013 wordt verminderd met 1.000,00 EUR. Artikel 7: Machtigingskrediet 766/613 Algemene werkingskosten van het budget 2013 wordt verminderd met 6.000,00 EUR. Artikel 8: Machtigingskrediet 801/640 Toegestane subsidies van het budget 2013 wordt vermeerderd met 55.000,00 EUR. Artikel 9: Machtigingskrediet 879/613 Algemene werkingskosten van het budget 2013 wordt verminderd met 3.120,00 EUR. Artikel 10: Machtigingskrediet 104/742 Overige werkingsopbrengsten van het budget 2013 wordt vermeerderd met 55.000,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen.
149
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/4 van de agenda Terugbetaling loonlast boekhouder departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale Administratie – GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 70. Centrale Administratie – GU–WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/612. Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen. (blz. 30). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 30). Vermindering van krediet. Budget 2013. Rampschade en buitenland. 71. Niet-verdeelbare ontvangsten en uitgaven – GU–WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 150/613. Algemene werkingskosten. (blz. 44). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie Ten gevolge van de verzelfstandigingsoefening werden de verschillende boekhouders binnen de Provincie Antwerpen toegewezen aan de verschillende entiteiten van ons bestuur. Voor drie locaties van het Departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid (Gouverneur Kinsbergencentrum, Havencentrum Lillo en Provinciaal Documentatiecentrum Atlas) is er ten gevolge van deze verzelfstandigingsoefening vanaf 1 januari 2014 een boekhouder nodig. Een oplijsting van de boekhoudkundige noden van deze locaties gaf aan dat er 1 VTE boekhouder nodig is voor een goede werking, conform aan de procedures binnen ons bestuur. In juli 2013 nam de toenmalige boekhouder van het Gouverneur Kinsbergencentrum ontslag. Om die reden, gecombineerd met de oprichting en opstart van de nieuwe APB’s Havencentrum Lillo en Provinciaal Documentatiecentrum Atlas stelde deputatie nu reeds een nieuwe boekhouder aan. De kosten die hieraan verbonden zijn kunnen voor 2013 verschoven worden uit de werkingskosten van de stafdienst Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid. Een structurele toevoeging van 1 extra VTE boekhouder zal voorgelegd worden tijdens de multilaterales van volgend jaar ter voorbereiding van de budgetopmaak 2015. Vandaar stelt de deputatie uw raad voor: het machtigingskrediet 622/640 – Toegestane subsidies te vermeerderen met 210.800 EUR.
150
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijziging aan het krediet in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) wordt uitgevoerd. Het Het Het Het Het Het Het
machtigingskrediet machtigingskrediet machtigingskrediet machtigingskrediet machtigingskrediet machtigingskrediet machtigingskrediet
104/620 104/621 104/623 104/614 104/612 104/613 150/613
wordt wordt wordt wordt wordt wordt wordt
vermeerderd met 9.290 EUR. vermeerderd met 1.200 EUR. vermeerderd met 2.700 EUR. vermeerderd met 710 EUR. verminderd met 1.300 EUR. verminderd met 3.300 EUR. verminderd met 9.300 EUR.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 104/620 Bezoldigingen, vermeerderd met 9.290,00 EUR.
van
het
budget
2013
wordt
Artikel 2: Machtigingskrediet 104/621 Sociale vergoedingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 1.200,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 104/623 Patronale bijdragen op bezoldigingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 2.700,00 EUR. Artikel 4: Machtigingskrediet 104/624 Patronale bijdragen pensioenvorming, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 710,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 104/612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen, van het budget 2013 wordt verminderd met 1.300,00 EUR. Artikel 6: Machtigingskrediet 104/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 3.300,00 EUR. Artikel 7: Machtigingskrediet 150/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 9.300,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen.
151
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/5 van de agenda SMCO. Budgetwijziging. Overdracht van middelen inzake aanvullende pensioenfinanciering aan de provinciale vzw's. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermindering van krediet. Budget 2013. Hygiëne. 72. Milieu, omgeving, geluidsoverlast - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 879/640. Toegestane subsidies. (blz. 66). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie In 2009 werd het OFP PROVANT opgericht als pensioenfonds tot opbouw van een aanvullend pensioen voor de contractuele personeelsleden van het provinciebestuur en van alle zich hierrond bevindende para-provinciale instelling. Al deze tot het fonds aangesloten APB’s en vzw’s zijn zowel organisatorisch als financieel gelinkt aan het provinciebestuur. In het verleden werd er dan ook geargumenteerd dat de door deze vzw’s verschuldigde bijdragen aan het OFP PROVANT budgettair bekeken dienen te worden in functie van hun reeds bestaande financiering vanuit de provincie. Voor een aantal kleinere vzw’s stelt zich de vraag in hoeverre zij hun bijdrage tot dit fonds kunnen dragen zonder hun eigenlijke (publieks)werking in het gedrang te brengen. Teneinde deze situatie voor de in dit geval verkerende vzw’s te regulariseren werden er bij de budgetopmaak 2013 extra middelen voorzien in het provinciale begrotingsartikel tot storting van bijdragen aan het OFP PROVANT. Heden wordt dan ook voorgesteld om deze extra voorziene middelen te alloceren als volgt: 1. Allocatie van 17.000 EUR aan de vzw Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete tot bekostiging van de werkgeversbijdrage en de bijzondere werkgeversbijdrage in het kader van het OFP PROVANT; 2. Allocatie van 22.000 EUR aan de vzw Regionaal Landschap de Voorkempen tot bekostiging van de werkgeversbijdrage en de bijzondere werkgeversbijdrage in het kader van het OFP PROVANT. Bovenvermelde kredietwijzigingen worden tegen gewogen op het artikel van de patronale bijdragen voor de pensioenvorming. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43 § 2 3° van het provinciedecreet; Overwegende dat er voor de contractuele personeelsleden van de provincie in een aanvullend pensioen wordt voorzien door middel van werkgeversbijdragen te storten aan het OFP PROVANT;
152
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Overwegende dat er naast het provinciebestuur ook verschillende aan de provincie gelinkte vzw’s toetraden tot dit fonds, dit teneinde een uniformiteit te bereiken inzake het pensioen van alle aan het provinciebestuur gelinkte contractuele personeelsleden; Overwegende dat deze vzw’s zowel organisatorisch als financieel gelinkt zijn aan het provinciebestuur en hun financiering tot het OFP PROVANT budgettair bekeken kan worden in functie van hun reeds bestaande financiering vanuit de provincie; dat niet alle vzw’s in staat zijn om met hun huidige werkingsmiddelen de tot het OFP PROVANT verschuldigde bijdragen te blijven bekostigen vanuit eigen middelen; Overwegende dat er bij de budgetopmaak 2013 dan ook extra middelen voorzien werden op het provinciale begrotingsartikel tot storting van bijdragen aan het OFP PROVANT; dat dit saldo van 39.000 EUR met kredietwijziging overgemaakt wordt aan 2 para-provinciale vzw’s die zelf niet langer kunnen instaan voor de bekostiging van hun eigen bijdragen aan het OFP PROVANT en aan de RSZ; dat voorgesteld wordt om de subsidies van volgende provinciale vzw’s op te trekken met volgende bedragen: - vzw Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete: 17.000 EUR. - vzw Regionaal Landschap de Voorkempen: 22.000 EUR. Overwegende dat bovenvermelde kredietwijziging wordt tegen gewogen op het artikel van de patronale bijdragen voor de pensioenvorming. Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 104/624 Patronale bijdragen pensioenvorming, van het budget 2013 wordt verminderd met 39.000,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 879/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 39.000,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen.
153
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/6 van de agenda Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Budgetwijziging met betrekking tot het verdeelkrediet ‘Subsidiëring provinciaal economisch beleid’. Budget 2013. Handel en ambachten. 72. Niet-verdeelbare ontvangsten en uitgaven - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 520/640. Toegestane subsidies. (blz. 48). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Administratie. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/613. Algemene werkingskosten. (blz. 40). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie In de provincieraad van 26 april 2012 heeft uw raad ingestemd met een subsidie aan Roularta Media Group nv voor het project Trends Gazellen Antwerpen voor een bedrag van 5.000 EUR (budgetjaar 2012). In deputatiezitting van 4 oktober 2012 werd dit bedrag toegekend aan Roularta Media Group nv. Bij de toekenning door deputatie (04/10/2012) van bovenstaande subsidie werd nog uitgegaan van een uitreiking van de Trends Gazellen Ambassadeurs op 15 mei 2013. In zitting van 28 februari 2013 heeft de deputatie ingestemd met de gewijzigde datum van het event (namelijk 21 maart 2013). Als gevolg van een materiële vergissing binnen de financiële cel van de Dienst Economie en Internationale Samenwerking werd de subsidie aan Roularta Media Group nv definitief afgesloten waardoor de uitbetaling van de subsidie van het budgetjaar 2012 (financieel/technisch) niet kan worden afgewerkt. Aan uw raad wordt daarom voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd; namelijk het verdeelkrediet ‘subsidiëring van het provinciaal economisch beleid’ wordt vermeerderd met 5.000 EUR en het machtigingskrediet 104/613- algemene werkingskosten – wordt verminderd met 5.000 EUR. In dezelfde zitting van heden (28 november 2013) wordt aan uw raad gevraagd om in stemmen om de toegekende subsidie van 5.000 EUR aan Roularta Media Group nv opnieuw in te schrijven in het budget 2013 via het verdeelkrediet ‘subsidiëring van het provinciaal economisch beleid’. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Overwegende de voorgestelde vermeerdering en vermindering van kredieten; Op voorstel van de deputatie,
154
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 520/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 5.000,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 104/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 5.000,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/7 van de agenda CLB Budgetwijziging 2013 i.v.m. vervanging audiometer voor medisch onderzoek. Budget 2013. Onderwijs: algemene zaken. 71. Centrum voor leerlingen begeleiding – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 706/613. Algemene werkingskosten. (blz. 52). Vermindering van krediet. 91. Centrum voor leerlingen begeleiding – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 706/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 86). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie Het uitvoeren van gehooronderzoek is een verplicht item bij de medische onderzoeken die het CLB verricht voor de aangesloten scholen. Een audiometer die in 1986 werd aangekocht is versleten en defect en moet dringend worden vervangen. Machtigingskrediet 706/613 ‘Algemene werkingskosten’ wordt verminderd met 800,00 EUR. Machtigingskrediet 706/230 ‘Installaties, machines, uitrusting’ wordt vermeerderd met 800,00 EUR. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Deze budgetwijziging is een nuloperatie. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de goedkeuring van het provinciale budget 2013 in vergadering van de provincieraad van 18 januari 2013; Gelet op de goedkeuring van de budgetbesparingen in vergadering van de provincieraad van 23 mei 2013;
155
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Overwegende dat de noodzaak zich voordoet om een kredietwijziging door te voeren in het budget 2013; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 706/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 800,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 706/230 Installaties, machines, uitrusting, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 800,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/8 van de agenda Herschikking kredieten voor personeelskost educatieve medewerker talentencentrum in Provinciaal Vormingscentrum Malle. Budget 2013. Secundair onderwijs. 72. Algemeen secundair onderwijs - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 731/640. Toegestane subsidies. (blz. 54). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale Administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie Het flankerend onderwijsbeleid van de provincie Antwerpen is gebaseerd op vijf verschillende pijlers, met name arbeidsmarkt, voeding, schoolkosten, stages en communicatie/marketing. Bij het begin van schooljaar 2012-2013 werden de initiatieven TechnoTrailer, Traject en Techno-Kit, die reeds in schooljaar 2011-2012 opgestart werden, samengebracht onder de noemer ‘Talentencentrum’, om een coherente communicatie naar de basisscholen te kunnen realiseren.
156
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Hiervoor werd een samenwerking met het Provinciaal Vormingscentrum Malle (PVM) opgezet. PVM stelt enerzijds ruimte ter beschikking voor het uitbouwen van het Talentencentrum en het organiseren van nascholing voor leerkrachten. Anderzijds dient PVM ook als uitvalsbasis voor zowel de provinciale medewerkers die binnen het speerpunt ‘arbeidsmarkt’ werken als voor de consulent educatie, die sinds 24 september 2012 aangeworven is om de uitbouw van het Talentencentrum vorm te geven. De personeelskost voor deze educatieve medewerker moet vanuit het budget van de stafdienst DOE (subsidie ‘flankerend onderwijsbeleid’) overgedragen worden naar het budget van DMCO. De budgetwijziging die nu wordt voorgelegd is nodig om het loon van de educatieve medewerker van 1 oktober 2013 tot 31 december 2013 te kunnen betalen. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen: Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 731/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 11.480,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 104/620 Bezoldigingen, vermeerderd met 7.640,00 EUR.
van
het
budget
2013
wordt
Artikel 3: Machtigingskrediet 104/621 Sociale vergoedingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 1.050,00 EUR. Artikel 4: Machtigingskrediet 104/623 Patronale bijdragen, op bezoldigingen van het budget 2013 wordt vermeerderd met 2.210,00 EUR.
157
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikel 5: Machtigingskrediet 104/624 Patronale bijdragen pensioenvorming, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 580,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/9 van de agenda Herschikking kredieten voor realisatie uitbouw Talentencentrum in Provinciaal Vormingscentrum Malle. Budget 2013. Secundair Onderwijs. 72. Algemeen secundair onderwijs – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 731/640. Toegestane subsidies. (blz. 54). Vermindering van krediet. Budget 2013. Jeugdvorming. 72. Jeugdzorg – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 761/640. Toegestane subsidies (blz. 56). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie Het flankerend onderwijsbeleid van de provincie Antwerpen is gebaseerd op vijf verschillende pijlers, met name arbeidsmarkt, voeding, schoolkosten, stages en communicatie/marketing. Bij het begin van schooljaar 2012-2013 werden de initiatieven TechnoTrailer, Traject en Techno-Kit, samengebracht onder de noemer ‘Talentencentrum’, om een coherente communicatie naar de basisscholen te kunnen realiseren. Hiervoor werd een samenwerking met het Provinciaal Vormingscentrum (PVM) opgezet. Enerzijds stelt het PVM ruimte ter beschikking voor het uitbouwen van het Talentencentrum en het organiseren van nascholing voor leerkrachten, anderzijds dient het als uitvalsbasis voor zowel de provinciale medewerkers die binnen de pijler ‘arbeidsmarkt’ werken als voor de consulent educatie. Om de continuïteit en de verdere uitbouw van het Talentencentrum te verzekeren, is een budget van 27.480 EUR nodig. Dit budget zal besteed worden aan: - de uitbouw van een ‘infotheek’ rond talentontwikkeling (boeken, educatieve pakketten….); - aankoop van verbruiksproducten (rugzak, T-shirts,…); - eventuele bijdruk van de map De KR8/O/NAUTEN; - aankleden van het interieur van het Talentencentrum (mét voorstelling van het educatief aanbod); - inrichting van de ‘Talentenlokalen’ na de renovatiewerkzaamheden. Binnen het budget van subsidies flankerend onderwijsbeleid is er ruimte om deze kosten te financieren. Echter deze onkosten kunnen gemakkelijkheidshalve het beste door het PVM gedragen worden. Uw raad besliste daarom ook in zitting van 28 november 2013 om een bijkomende dotatie van 27.480 EUR te voorzien voor
158
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
het Provinciaal Vormingscentrum Malle. Deze budgetwijziging is nodig om dit ook technisch mogelijk te maken. Aangezien dit budget pas ontvangen zal worden op het einde van boekjaar 2013, is het niet realistisch om de bijkomende dotatie van 27.480 EUR nog in 2013 te besteden. Daarom zal het budget integraal overgeschreven worden naar de reserve van PVM ‘130000006 – Reserve Talentencentrum 2014’. Op die manier kan PVM in de loop van 2014 dit bedrag gebruiken om, rekening houdend met de wetgeving op overheidsopdrachten, aankopen te kunnen doen in functie van het uitbouwen van het Talentencentrum. Het departement Ontwikkeling en Educatie stelt daarom voor om een budget van 27.480 EUR te verschuiven van 731/640. Toegestane subsidies naar 761/640. Toegestane subsidies. Het gaat om een nuloperatie voor het provinciaal budget 2013. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de kredieten in het bijgevoegd overzicht (budgetwijziging – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 731/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 27.480,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 761/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 27.480,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen.
159
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/10 van de agenda Herschikking van kredieten in functie van tekort werkingsmiddelen jeugddienst. Budget 2013. Jeugdvorming. 72. Jeugdzorg – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 761/640. Toegestane subsidies. (blz. 56). Vermindering van krediet. 71. Jeugdzorg – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 761/613. Algemene werkingskosten. (blz. 56). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie De jeugddienst voorziet een tekort op haar werkingsbudget voor de laatste 2 maanden van 2013. Er staan echter nog heel wat zaken op stapel, zoals - een inspiratiedag rond speelpleinen en kansarme jeugd, - een planningstweedaagse met de provinciale jeugdraad, - een studiedag lokaal jeugdbeleid (TRIP LOKAAL), - de evaluatie en afronding van het project Amai mijn (h)oren. Bovendien stelt de jeugddienst vast dat niet al het voorziene ‘subsidiebudget’ zal opgebruikt worden. Daarom stelt de jeugddienst voor een budgetverschuiving te doen van 10.000 EUR van de subsidiepost ‘geïntegreerd jeugdbeleid (ARPA 761/64014073)’ naar de werkingsmiddelen ‘aankoop goederen, materialen en gereedschappen’ (ARPA 761/ 61340000)’. De jeugddienst stelt ook voor een budgetverschuiving te doen van 15.000 EUR van de subsidiepost ‘subsidiëring van initiatieven - cultuurprojecten voor en door jongeren (ARPA 761/64010806)’ naar de werkingsmiddelen ‘prestaties van derden (ARPA 761/61340990)’. Het gaat hier om een nuloperatie voor het provinciaal budget 2013. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de kredieten in het bijgevoegd overzicht (budgetwijziging – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie. Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten;
160
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 761/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 25.000,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 761/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 25.000,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/11 van de agenda Budgetwijziging voor aankoop koelkast kasteel d’Ursel. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 91. Cultuur en ontspanning – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 762/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 88). Vermeerdering van krediet. 71. Cultuur en ontspanning – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/618. Uitzendkrachten en personen ter beschikking gesteld aan de provincie. (blz. 57). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie Daar de koelkast in de kelderkeuken van kasteel d’Ursel onverwacht aan vervanging toe is, dient een nieuw exemplaar aangekocht te worden. Hiertoe werden echter niet de nodige financiële middelen op de juiste ARPA-code begroot. Daarom wordt voorgesteld om bij budgetwijziging een bedrag van 981 EUR over te hevelen van artikel 762/61810000 (uitzendkrachten) naar artikel 762/23000000 (installaties, machines, uitrusting). Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie in zitting van 7 november 2013; Overwegende dat er voldoende krediet beschikbaar is om de voorgestelde budgetwijziging door te voeren;
161
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 762/618 Uitzendkrachten en personen ter beschikking gesteld aan de provincie, van het budget 2013 wordt verminderd met 990,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 762/230 Installaties, machines, uitrusting, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 990,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/12 van de agenda Budgetwijziging personeel- en werkingskosten voor project Digitaal Erfgoeddepot. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning – GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/612. Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen. (blz. 57). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Administratie. 71. Centrale administratie - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 104/612. Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen. (blz. 40). Vermindering van krediet. 70. Centrale administratie - GU-PERSONEEL. Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. 91. Centrale administratie – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/211. Concessies, octrooien, licenties, software, knowhow, merken en andere gelijkaardige rechten. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie Ingevolge de beslissing van de deputatie van 17 oktober 2013 werd aan een tijdelijk personeelslid een arbeidsovereenkomst aangeboden in kader van het project Digitaal Erfgoeddepot. Hij wordt aangeworven met als functie expert voor 1 dag/week gedurende de periode van 1/11/2013 – 31/12/2013, gebonden aan het departement Cultuur.
162
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De geraamde loonkost van 3.750 EUR, verbonden aan deze tijdelijke tewerkstelling, waren voorzien op de werkingskosten Stafdienst DCUL en worden hierbij overgeheveld naar de weddekredieten van DMCO. Voor de uitwerking van een analyse-opdracht high level DAMS vereisten digitaal depot wordt beroep gedaan op een bestaand raamcontract van de Communicatiedienst. De geraamde kosten van 4.420 EUR, voorzien op de werkingskosten van Stafdienst DCUL, worden hierbij overgeheveld naar DMCO/Communicatiedienst. De Stafdienst DCUL heeft opdracht gegeven aan een consulent om aan het projectplan digitaal Erfgoeddepot te werken. Een deeltje van de kost hiervoor was voorzien op budget van DPRO. Dit bedrag, 9.530 EUR, wordt overgeheveld van werkingskosten DPRO naar de werkingskosten Stafdienst DCUL. Het saldo van de drie voorgaande budgetwijzigingen betekent een verhoging van de werkingskosten Stafdienst DCUL met 1.360 EUR zodat het geheel een nuloperatie voor het provinciaal budget 2013 wordt. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 762/612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 1.360,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 104/612 Erelonen, presentiegelden en andere vergoedingen, van het budget 2013 wordt verminderd met 9.530,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 104/620 Bezoldigingen, vermeerderd met 2.420,00 EUR.
163
van
het
budget
2013
wordt
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikel 4: Machtigingskrediet 104/621 Sociale vergoedingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 740,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 104/623 Patronale bijdragen op bezoldigingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 460,00 EUR. Artikel 6: Machtigingskrediet 104/624 Patronale bijdragen pensioenvorming, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 130,00 EUR. Artikel 7: Machtigingskrediet 104/211 Concessies, octrooien, licenties, software, knowhow, merken en andere gelijkaardige rechten, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 4.420,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/13 van de agenda Budgetwijziging project Grote Oorlog en diverse subsidiekredieten Dienst Erfgoed. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. 72. Cultuur en ontspanning - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 762/640. Toegestane subsidies. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 61. Cultuur en ontspanning - GO-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 762/740. Subsidies van overheden, concessies, ristorno's. (blz. 20). Vermindering van krediet. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. 72. Musea - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermindering van krediet. 72. Beeldende kunsten - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 774/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie Voor het project Grote Oorlog (herdenking Eerste Wereldoorlog), heeft uw raad eerder dit jaar een ontvangstenkrediet van 83.560 EUR ingeschreven in het budget 2013. Dit bedrag kwam overeen met de in 2013 te verwachten subsidies van de Europese Unie voor dit project.
164
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Het blijkt evenwel dat deze subsidies met grote vertraging uitbetaald worden (9 tot 12 maand na indiening verantwoordingsstukken). De inningen op budget 2013 zullen beperkt blijven tot 16.640 EUR. Anderzijds zullen ook de voornaamste uitgaven voor de tentoonstellingen die de Dienst Erfgoed nu voorbereidt pas op het budget 2014 geboekt worden, onder andere wegens de overgang naar het nieuwe beleid- en beheercyclus (BBC). Vandaar dat de deputatie voorstelt om het ontvangstenbudget van de Dienst Erfgoed met 66.920 EUR te verminderen en het uitgavenbudget (werkingskosten Grote Oorlog) met 59.580 EUR. Er dienen ook enkele kleine bijsturingen van subsidiekredieten Erfgoed te gebeuren in functie van de laatste aanvragen voor het jaar 2013. De resultante van deze verschuivingen is een netto vermindering van het budget met 7.340 EUR. Het geheel van provinciebudget.
de
voorgestelde
wijzigingen
is
een
nuloperatie
voor
het
Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Overwegende dat voorgestelde verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 762/740 Subsidies van overheden, concessies, ristorno’s, van het budget 2013 wordt verminderd met 66.920,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 762/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 59.580,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 762/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 1.040,00 EUR.
165
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikel 4: Machtigingskrediet 771/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 1.310,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 774/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 4.990,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/14 van de agenda Dotatieverhoging Zilvermuseum voor verhuis naar en inrichting van gebouw voormalig Etnografisch Museum. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 762/640. Toegestane subsidies. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Openbare bibliotheken. Machtigingskrediet 767/613. Algemene werkingskosten. (blz. 60). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 767/616. Verzekeringen. (blz. 60). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 767/640. Toegestane subsidies. (blz. 60). Vermindering van krediet. Machtigingskrediet 767/230. Installaties, machines, uitrusting. (blz. 90). Vermindering van krediet. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 772/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie De provincieraad besliste op 24 oktober 2013 om in 2014 het bouwblok van het voormalig Etnografisch Museum aan te kopen om daar het vernieuwde provinciaal Zilvermuseum te huisvesten. Met een ander verslag van vandaag wordt uw raad voorgesteld een dotatieverhoging goed te keuren van 4 miljoen EUR aan het GPB Zilvermuseum om een reserve op te bouwen met het oog op die aankoop volgend jaar. Met het huidig verslag wenst de deputatie uw raad voor te stellen een bijkomende dotatieverhoging goed te keuren van 510.570 EUR aan het GPB Zilvermuseum om voor de kosten van de verhuis van het Sterckshof naar het pand van het voormalig Etnografisch Museum en de inrichtingskosten op de nieuwe locatie eveneens een reserve op te bouwen.
166
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Anderzijds zijn er het departement Cultuur op het budget 2013 nog een aantal ongebruikte kredieten en kunnen er nog een aantal besparingen doorgevoerd worden Bovendien werden een aantal kredieten die waren voorzien voor nieuw beleid niet volledig of niet benut ten gevolge van de implementatie die pas volledig uitgerold zal worden in 2014 en ten gevolge van de nieuwe BBC-richtlijnen. Bovendien kunnen een aantal vastleggingen van krediet, voorzien in het budget 2013, wegens de nieuwe BBC-regels uitgesteld worden tot het budgetjaar 2014 zonder vertraging voor de betrokken projecten. Dit alles laat toe om de voorgestelde dotatieverhoging met 510.570 EUR volledig tegen te wegen door verminderingen van andere kredieten 2013. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 762/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 76.400,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 762/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 177.640,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 767/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 104.000,00 EUR. Artikel 4: Machtigingskrediet 767/616 Verzekeringen, van het budget 2013 wordt verminderd met 1.500,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 767/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 73.000,00 EUR. Artikel 6: Machtigingskrediet 767/230 Installaties, machines, uitrusting, van het budget 2013 wordt verminderd met 3.500,00 EUR.
167
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikel 7: Machtigingskrediet 771/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 460.570,00 EUR. Artikel 8: Machtigingskrediet 772/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 24.530,00 EUR. VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Graag een tegenstem voor onze fractie. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Eveneens een tegenstem namens onze fractie. VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord. De heer HELSEN.- U mag ook een tegenstem voor onze fractie noteren. Wij denken dat deze stemming een beetje voorbarig is. Wij hebben vorige keer gesproken over het Zilvermuseum en de toekomst. Dat is in eerste instantie budget 2014. Dat moet nog komen. Wij verwachten ook nog heel de visienota daarrond. Wij hebben nu wel een presentatie daarvan gekregen, maar de bespreking daarrond denk ik moet nog komen. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- De PDVA+ stemt ook tegen op punt 4/14. Ik zal dit nader verklaren bij mijn interpellatie die bij punt 4/16 aan bod zal komen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/15 van de agenda Budgetwijziging voor erediensten. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Budget 2013. Eredienst en Vrijzinnigencentra. 72. Erediensten - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 790/640. Toegestane subsidies. (blz. 62). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie 1. Aan de onlangs door de Vlaamse overheid erkende moskee Innerlijke Vrede te Antwerpen dient de provincie op artikel 790/64000123 - Bijdrage in het tekort
168
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
van de gewone begroting van de kerkfabrieken van de erkende erediensten (W), van het budget 2013 een subsidie van 13.370 EUR toe te kennen. Aangezien het voorziene krediet van 199.410 EUR reeds volledig toegekend is aan andere kerkfabrieken, dient het krediet met dit bedrag verhoogd. 2. De provincie Antwerpen dient dit jaar haar achterstallige aandelen te betalen voor de jaren 1994 t.e.m. 2012 in de woonvergoeding aan de Aartsbisschop van het aartsbisdom Mechelen-Brussel voor zijn residentie te Brussel. Hiervoor heeft de provincieraad in maart de nodige budgetverhoging doorgevoerd. Evenwel werd nog geen krediet voorzien voor ons aandeel in de woonvergoeding van 2013. Dit aandeel bedraagt 2.289,05 EUR. Om dit te kunnen betalen moet artikel 790/64000116 - Bijdrage in de huisvestingskosten van de erkende erediensten (W), van het budget 2013 met 2.100 EUR verhoogd worden. Het gaat hier om subsidies die wettelijk verplicht zijn en niet om subsidies of andere uitgaven in het kader van het eigen provinciaal cultuurbeleid, waar ze ook geen verband mee hebben. Gezien de moeilijke budgettaire toestand van de provincie wenst de deputatie deze budgetverhogingen, voor een totaal van 15.470 EUR, bij wijze van uitzondering toch te compenseren door een vermindering met 15.470 EUR van de werkingskredieten 2013 van het departement Cultuur. Bijgevolg is het geheel een nuloperatie voor het budget 2013 van de provincie. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 762/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 15.470,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 790/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 15.470,00 EUR. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Een onthouding van de PDVA+.
169
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Eveneens een onthouding. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/16 van de agenda Dotatieverhoging Zilvermuseum voor aankoop bouwblok voormalig Etnografisch museum/museum voor Volkskunde. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. 72. Musea - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie De provincieraad heeft in zitting van 24/10/2013 beslist om in 2014 het bouwblok van het voormalig Etnografisch museum/museum voor Volkskunde aan te kopen om daar het vernieuwde provinciaal Zilvermuseum te huisvesten. Met dit verslag wordt uw raad voorgesteld een dotatieverhoging goed te keuren van 4 miljoen EUR aan het GPB Zilvermuseum om een reserve op te bouwen met het oog op die aankoop volgend jaar. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Machtigingskrediet 771/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 4.000.000,00 EUR.
170
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord. De heer HELSEN.- U mag hier een tegenstem noteren voor onze fractie. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Een neen-stem voor punt 4/16 van de Vlaams Belang fractie. Nr. 14/1 van de agenda Interpellatie met betrekking tot de aankoop van het gebouwencomplex van het voormalig Volkskunde- en Etnografisch Museum, ingediend door de heer Kris Merckx (PVDA+). Interpellatie Aankoop gebouwcomplex Volkskunde- en Etnografisch betwistbaar op basis van de schattingsverslagen
museum
ook
Hierbij wil ik volgende punten aankaarten: * Bij de schattingen hebben we te maken met een niet gemeld ‘belangenconflict’ (conflict of intrests) in hoofde van landmeter-expert De Wael. Hij treedt sinds 2006 op voor AG Vespa (de verkoper) en sinds 2012 voor de provincie (de koper). Hij maakte zowel de schatting van 2009 voor rekening van Vespa als de schatting van juni 2013 voor rekening van de provincie. * De verschillende redenen om het sérieux van de schatting van juni 2013 in twijfel te trekken zoals: - het op exact dezelfde bedragen uitkomen in 2013 van de schatting voor museum en burelen van het voormalige etnografisch museum als bij de schatting in 2009 (gebaseerd op een bezichtiging in juni 2007). En dat zonder nieuwe bezichtiging, zonder verrekening van een slijtagewaarde voor de voorbije 6 jaar. En vooral zonder verrekening van ook maar enige waardevermindering als gevolg van de sinds zes jaar bewezen zeer slechte verkoopbaarheid van het pandencomplex. * De beide schattingsverslagen bepalen de marktwaarde er van uitgaande dat grote en belangrijke delen gebruikt kunnen worden voor commerciële doeleinden zoals Reca (restaurant-café, op gelijkvloers en soms ook op de eerste verdieping, voor een maximum van 750 personen), winkels, vrijetijdsvoorzieningen enz. of voor de inrichting van hotels(s), rusthuis, kantoren of appartementen. De inrichting in dezelfde gebouwen van een overheidsmuseum kan nooit leiden tot vergelijkbare commerciële opbrengsten. Het zal, integendeel, bijkomende subsidiëringen vereisen. * De ongegrondheid van de bewering van gedeputeerde Caluwé dat de provincie finaal 1,4 miljoen EUR onder de schattingsprijs heeft ‘kunnen’ kopen, onder meer op basis van het formeel laten herschatten van enkel een deel van het pandencomplex. Met vriendelijke groet, Kris Merckx, provincieraadslid, fractievoorzitter PVDA+
171
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Geachte collega’s, Het bureau heeft terecht geoordeeld dat ik mijn interpellatie, aangekondigd onder de titel ‘Aankoop van het gebouwencomplex Volkskunde- en Etnografisch museum ook betwistbaar op basis van een studie de schattingsverslagen’, mag houden voor de stemming over agendapunt 4/16. Dat hoort vanzelfsprekend besproken te worden voor dat wij overgaan tot een stemming waarbij al 4 miljoen wordt toegewezen voor de aankoop van dat gebouwencomplex. Een aankoop die door verschillende fracties, waaronder de onze, sterk betwist wordt. Ik hoop dat ze u zal overtuigen dat het ter stemming leggen van toewijzing van 4 miljoen voor de aankoop in de huidige omstandigheden ongepast is en dat het beter is dit punt niet goed te keuren. De redenen waarom we vorige maal tegen deze aankoop gestemd hebben zijn u bekend. Ze sloegen zowel op de inhoud – de vraag welk museaal beleid we moeten en kunnen voeren – als op de procedure – het doorduwen op 3 dagen tijd van een miljoenendossier zonder dat we inzage hadden kunnen krijgen van het dossier. Ook andere fracties van de oppositie hebben toen gezegd dat dit dossier allesbehalve afgesloten was en nog een juridischadministratief staartje zou krijgen. Drie fracties hebben inderdaad klacht neergelegd bij minister Bourgeois en ik neem aan dat zij straks zelf de stand van zaken zullen toelichten. Met deze interpellatie wil ik de gegrondheid van die klachten bijkomend stofferen met een aantal zaken die onze fractie ontdekt heeft door studie van de schattingsverslagen. Zoals u weet hebben we toen, tijdens een onderbreking, het dossier gedurende een kwartier kunnen inkijken. In de dagen daarna heb ik de schattingsverslagen met betrekking tot bouwblok opgevraagd en bestudeerd. Wat leerde ons dat? 1. In het dossier zitten twee schattingsverslagen over het bouwblok. Een eerste voor rekening van AG Vespa, het vastgoedbedrijf van de stad Antwerpen. Dat is gedateerd op 30 november 2009, maar gebaseerd op een bezichtiging in april 2007. Het is van de hand van landmeter-expert Jan De Wael. Het tweede schattingsverslag, opgemaakt op vraag van ons provinciebestuur en gedateerd op 25 juni van dit jaar, is ook van de hand van dezelfde landmeter Jan De Wael. Bij de schatting ten behoeve van de provincie hebben we dus te maken met een niet gemeld ‘belangenconflict’, conflict of intrests, in hoofde van landmeter-expert De Wael. Op blz. 2 van het schattingsverslag voor de provincie kan u trouwens lezen bij zijn curriculum dat hij vanaf 2006 optreedt als landmeter-expert voor AG Vespa, de verkoper, en sinds 2012 in diezelfde hoedanigheid voor de provincie, de koper. Het lijkt me onaanvaardbaar dat dezelfde landmeter-expert voor hetzelfde bouwblok zowel de schatting deed van 2009 voor rekening van de verkoper, AG Vespa, als de schatting van juni 2013 voor rekening van de provincie, de kandidaat-koper. Ik ben blij dat collega Caals in zijn klacht de toezichthoudende minister op dit belangenconflict heeft gewezen.
172
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2. Er zijn verschillende redenen om het sérieux van de schatting van juni 2013 in twijfel te trekken, zoals: - wat zien we namelijk bij vergelijking van schattingsverslagen van 2009 en 2013? Dat de expert in 2013 voor het deel dat de provincie liet herschatten, nl. het museum en de burelen van het voormalige etnografisch museum, hij op exact dezelfde bedragen uitkomt als bij zijn schatting in 2009: 2.300.000 voor de panden Suikerrui 17-19 en 1.400.000 voor de panden Kaasstraat 7 tot 11. Geen cent verschil in 4 jaar tijd (in feite 6 jaar als we de datum van de enige bezichtiging nemen, nl. april 2007). Geen cent verschil, hoe kan dat? - zonder nieuwe bezichtiging? - zonder verrekening van enige slijtagewaarde door leegstand gedurende 6 jaar? - en vooral zonder verrekening van ook maar enige waardevermindering als gevolg van de sinds zes jaar bewezen zeer slechte verkoopbaarheid, zeg maar onverkoopbaarheid, van het pandencomplex. 3. De beide schattingsverslagen bepalen de marktwaarde er van uitgaande dat grote en belangrijke delen gebruikt kunnen worden voor commerciële doeleinden zoals restaurant en café op het gelijkvloers, maar ook op de 1e verdieping, in totaal voor een capaciteit tot maar liefst 750 personen. Als andere mogelijke commerciële vestigingen worden genoemd: winkels, vrijetijdsvoorzieningen, hotel(s), rusthuis, kantoren of appartementen. De inrichting door de overheid in dezelfde gebouwen van een museum kan nooit leiden tot vergelijkbare commerciële opbrengsten. Het zal integendeel, bijkomende subsidiëringen vereisen. Dit bouwblok kan voor ons bestuur dus nooit de geschatte marktwaarde hebben. 4. Na de vorige zitting stuurde gedeputeerde Ludwig Caluwé ons een mailtje over beide schattingsverslagen waarin hij, niet zonder enige fierheid, besloot dat de provincie het bouwblok finaal 1,4 miljoen EUR onder de schattingsprijs heeft ‘kunnen’ kopen. Na mijn kritieken op die formele en betwistbare herschatting begrijpt u dat dit triomfalisme ongepast en misleidend was. U hoeft geen vastgoedexpert te zijn, en ik ben dat niet, om te beseffen dat de provincie allesbehalve een goede koop deed door voor een gebouwencomplex dat 6 jaar lang niet verkocht geraakte toch nog 80% van de vraagprijs van 2007 neer te tellen. En dat niet voor de vestiging van commerciële functies die het Vespa-verslag van 2007 vooropstelde, hotel, rusthuis, winkels op gelijkvloers, maar voor een museum van de overheid. Ons provinciebestuur wil dus wel degelijk ook een financiële vriendendienst bewijzen aan de stadskas van Bart De Wever. In de commissie Cultuur heeft eerste gedeputeerde Luk Lemmens gezegd dat de aankoop vorige maand op drie dagen door de raad gejaagd was omdat er haast was om op het mooie aanbod van de stad in te gaan. Al wie ook maar iets afweet van de geschiedenis van deze 6 jaar lang aanslepende poging tot vastgoedverkoop kan daar alleen maar om lachen. Ik verwijs slechts naar drie, nog altijd te controleren, documenten: - document 1 van 27 juni 2007, de naam van collega Luc Bungeneers staat er ook op, collegebesluit van de stad Antwerpen waarbij besloten wordt opdracht te geven voor de verkoop van deze panden; - de verwachte opbrengst ervan stond sinds 2008 ter waarde van 7,4 miljoen in de begroting ingeschreven voor de financiering van het MAS;
173
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
- tot op vandaag kan je nog altijd op de site van het stedelijk vastgoedbedrijf AG VESPA lezen: “Door de bouw van het MAS (Museum aan de Stroom) en de verbouwing van Den Bell (centraal gebouw voor de stadsdiensten) kwamen een aantal stadseigendommen in het bouwblok Gildekamersstraat – Suikerrui – Kaasstraat leeg te staan. AG VESPA kreeg de opdracht om de eigendommen te verkopen. Het organiseerde hiertoe een openbare verkoop. De loten werden verkocht aan een minimumprijs van 7,6 miljoen EUR. Daar zijn ook loten inbegrepen die wij niet kopen. Tijdens de zitdag van donderdag 14 oktober 2010 werd geen enkel bod uitgebracht op de eigendommen. De verkoop wordt momenteel herbekeken.” Aldus de website van AG Vespa tot op de dag van vandaag. Wie kan, als er drie jaar later nog altijd niet één kandidaat-koper was opgedaagd, dus geloven dat er haast was om dit bouwblok niet te missen? Geachte collega’s, er zijn dus nog meer redenen dan ik vorige maand al aangaf om nu niet verder te gaan met de aankoop en dus de punten 4/16 en 4/14 niet goed te keuren. Ik dank u. VOORZITTER.- De heer Caluwé heeft het woord. De heer CALUWÉ, gedeputeerde.- Mevrouw de gouverneur, Mijnheer de voorzitter, Collega’s, Ik zou toch eerst even mijn verwondering willen uitspreken voor de veronderstelling waar dat collega Merckx van vertrekt. Namelijk collega Merckx vertrekt van de veronderstelling dat wanneer een landmeter die onder eed staat op het moment dat hij een schatting doet, hij die schatting doet in functie van het belang van diegene die hem heeft aangesteld. Dat is wat collega Merckx hier zegt: dat hij niet objectief oordeelt, terwijl hij onder eed staat, in eer en geweten over wat de waarde is van een bepaald onroerend goed. Neen, collega Merckx zegt: de landmeter die onder eed staat doet wat zijn opdrachtgever hem vraagt. Als dat de verkoper is dan schat hij de waarde van de goederen zo hoog mogelijk in, en als hij in opdracht staat van een koper dan schat hij ze zo laag mogelijk in. Dat is wat collega Merckx hier eigenlijk zegt. Ik blijf er van uitgaan, en ik hoop dat de overgrote meerderheid van deze raad daar ook blijft van uitgaan, dat op het moment dat een landmeter een schatting maakt hij dat in eer en geweten doet in functie van die criteria waar dat hij moet van uitgaan. De provincieraad had in 2012 gevraagd aan de deputatie om voor gans de provincie te werken met een raamcontract met landmeters, de provincie is daarvoor opgedeeld in 7 percelen. In 2012 heeft de bestendige deputatie de gunning gedaan van deze percelen. Het perceel waar dat de stad in viel is terecht gekomen bij Datapunt bvba, waarvoor landmeter De Wael inderdaad werkt. Op het ogenblik dat wij in de stad een bepaald goed moeten schatten dan moeten wij op grond van dat raamcontract betrokkene aanstellen. Wij hebben betrokkene aangesteld, en hij heeft zijn schatting gedaan zoals wij hem dat gevraagd hadden. Dan komen wij inderdaad uit op hetzelfde resultaat in 2013 voor het gedeelte dat geschat is als in 2007. Collega Merckx vindt dat hij het sérieux van deze schatting moet in twijfel trekken, dat er geen verrekening zou zijn van de slijtagewaarde voor de voorbije 6 jaar. Anderzijds is er ook geen verrekening van de muntontwaarding van de voorbije 6 jaar. Dat
174
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
komt op hetzelfde exacte bedrag uit. Alleen is dat bedrag in muntwaarde al een stuk lager dan datgene wat het was 6 jaar geleden. Het feit dat de schatter geen rekening heeft gehouden met het feit dat het pand niet verkocht is in de voorbije periode is ook de taak niet van een schatter. Hij moet kijken naar de objectieve waarde van het pand. Hij heeft niet als taak te onderzoeken of het pand reeds lange tijd te koop staat. De objectieve waarde volgens de parameters die in een schatting worden opgenomen, vergelijkingspunten, analytische methoden, kunnen dus voor de schatter perfect gelijkaardig blijven. De vergelijkingspunten waarmee er rekening gehouden werd dateren trouwens hoofdzakelijk van de periode na de schatting van 2009. Het feit dat het pand blijkbaar door de stad Antwerpen niet verkocht kon worden is enkel een reden voor de stad om dit onder de schattingsprijs te verkopen, wat in caso nu zal gebeuren. Dat beide schattingen hun marktwaarde bepalen er van uitgaande dat grote delen gebruikt kunnen worden voor commerciële doeleinden is normaal. Deze commerciële doeleinden werden immers mogelijk gemaakt door het RUP Binnenstad. Elke schatter dient hiermee rekening te houden. De toekomstige bestemming die de opdrachtgever zal geven aan de onroerende goederen is irrelevant om de venale waarde ervan te bepalen. Het is de opdracht van de schatter om, rekening houdend met alle feiten en mogelijkheden, de marktwaarde van de goederen te bepalen. Men zou zelfs kunnen zeggen, als je kijkt wat er in die voorbije 6 jaar in die omgeving daar gebeurd is, dat het eigenlijk elementen zijn om tot de conclusie te komen dat de schatting hoger zou moeten zijn dan in 2009. Niet alleen is er de muntontwaarding, maar vooral er hebben belangrijke werken plaatsgevonden aan de Suikerrui. Die werken vonden wel plaats in de periode dat het te koop stond. Nu is het afgewerkt. Het maakt deel uit van een voetgangerszone. De aantrekkelijkheid is merkelijk verbeterd. Ik zou me kunnen voorstellen dat een schatter daarmee rekening houdt op het moment dat hij een schatting doet. Het is juist dat wij slechts voor één gedeelte een nieuwe schatting laten doen. Want de omzendbrief zegt dat een openbaar bestuur die een verkoop doet - de omzendbrief richt zich eigenlijk niet tot kopers - dat maar kan doen als men een schattingsverslag heeft van de laatste twee jaar. Er is een schattingsverslag van de laatste vier jaar voor het geheel en er is een schattingsverslag van de laatste twee jaar voor één gedeelte. Wat voor dat gedeelte 3,7 miljoen op hetzelfde bedrag uitkwam. In totaal komen we 1,4 miljoen op de globaliteit lager uit. Ik mag aannemen dat wanneer een schatting zou gebeuren, en die hebben we nu opnieuw gevraagd, ik mij wel kan voorstellen dat het op een hoger bedrag dan die 2 miljoen zou uitkomen, maar wij zullen dat zien. Collega Merckx vindt dus dat wij dit goed daar op die plek, na de schattingsverslagen die wij hebben uit het verleden, na de werkzaamheden die daar hebben plaatsgevonden, veel te duur hebben betaald aan de stad. Ik veronderstel dat de collega’s van collega Merckx, die daarstraks geciteerd zijn uit de gemeenteraad van Antwerpen, in de gemeenteraad van Antwerpen het schepencollege van Antwerpen zullen interpelleren en zullen vragen dat de stad dit veel goedkoper zou verkopen aan de provincie. Het lijkt mij logisch dat wij die consequentie trekken. Ik hoop niet dat het omgekeerde zal gebeuren. Dat de collega’s van de PVDA-fractie in de gemeenteraad van Antwerpen het schepencollege zullen interpelleren met de vraag waarom dat ze dit goed verkopen zoveel lager dan de schattingsprijs.
175
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Voorzitter, het is echt ontroerend om te zien hoe CD&V en N-VA nu met bloemen naar mekaar gooien, en nu ook mijnheer Caluwé die mijnheer Lemmens uit de wind zet. Ik denk dat de potten waarin de bloemen zaten vorige maand al over en weer gingen, nu zijn het die bloemen. Het is fijn om zien. Het is echt onroerend. Mijnheer Caluwé ontwijkt natuurlijk de kern van de zaak. De kern van de zaak is dat wij een beslissing hebben genomen, tenminste de meerderheid, op basis van een onvolledig schattingsverslag. Een schattingsverslag hoort volledig te zijn, hoort ook recent te zijn. Het laatste volledige schattingsverslag was niet recent. Hij legt mijnheer Merckx een aantal woorden in de mond. Hij suggereert een aantal dingen. Eigenlijk, mijnheer Caluwé, denk ik dat het uw job is om er voor te zorgen dat wij zelfs die rare gedachten niet zouden hebben. U moet uitgaan van behoorlijk bestuur. Dat wil volgens mij zeggen dat op het moment dat u vaststelt dat koper en verkoper dezelfde schatter aanstellen, en dat die nog eens tot exact dezelfde bedragen komt, tot na de komma, dat u op zijn minst de 3.500 EUR waarin u in uw mail naar verwijst – van wij hebben 3.500 EUR bespaard, want wij hebben geen volledige schatting gevraagd – investeert in de aanstelling van een nieuwe schatter zodat wij ons die vragen allemaal niet moeten stellen, is er wel onafhankelijk geschat, enz. Ik denk dat het uw job is om uit te gaan van behoorlijk bestuur, en het is geen behoorlijk bestuur om twee keer dezelfde schatter te laten komen die op exact hetzelfde bedrag uitkomt met een aantal jaren verschil. VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord. De heer HELSEN.- Mevrouw de gouverneur, Voorzitter, Collega’s, Ik kan mij aansluiten bij mijnheer Caals. Gedeputeerde Caluwé, u spreekt hier over een schatting en over een aantal zaken die mijnheer Merckx aankaart, maar de schatting die er niet is in het dossier, en het bewijs dat het onvolledig is heeft u zelf net gegeven door het feit dat u hebt gesteld dat die schatting werd bij gevraagd. Die besparing, mijnheer Caals, die 3.500 EUR, die zal ondertussen ook al weg zijn. U zegt het zelf, u spreekt hier over een schatting die er niet is en die er tot op vandaag nog altijd niet is. Ik denk dat we de middelen als een goed huisvader moeten besteden. Dat geldt voor koper en voor verkoper. Dat geldt voor allebei. We hebben het vorige keer gesteld. Er zijn vijf punten die volgens ons niet correct waren: de agendering van dat punt, de schatting waarvan het schattingsverslag onvolledig was, de motivatie die ook heel beperkt was, het budget dat er niet was en ook niet is en de grote kosten van de renovatie, de visienota die er toen niet was en waar er nu een aanzet over is. We zullen wel zien hoe het dossier loopt, en we zullen daarop terugkomen bij de budgetbesprekingen. VOORZITTER.- De heer Huijbrechts heeft het woord.
176
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De heer HUIJBRECHTS.- Voorzitter, ik sluit mij natuurlijk volmondig aan bij de collega’s. Dat zal u niet verwonderen. Aan de andere kant verwondert het mij ook niet dat u een extra nieuw schattingsverslag vraagt. Het is de tijd van het jaar ervoor. U voelt waarschijnlijk al wat nattigheid. VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Voorzitter, ik heb nog twee vragen. 1. Is de deputatie op de hoogte van klachten die zijn ingediend? Werd ze er al van in kennis gesteld? Wat is er tot hiertoe mee gebeurd, of welke reactie is erop gegeven? 2. Wat ik nog altijd niet begrijp, collega’s, en dat was toch ook een gevoel denk ik dat veel mensen hier hadden vorige maand, is waarom dit nu allemaal zo snel moet gaan? Waarom hebben we dit goedgekeurd vier weken terug? Ondertussen ga ik ervan uit dat er uiteraard geen akte is getekend, geen compromis is getekend, nog geen data zijn gesteld. Wij hebben nu de begroting over de volgende jaren die voorligt de volgende weken. Dat had toch gerust allemaal de volgende weken kunnen beslist worden. Dan hadden jullie nog zes weken gehad om ons te overtuigen van de fantastische plannen tegenover de minieme prijs die er tegenover staat. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Om te beginnen kan ik mijnheer Caluwé geruststellen dat onze collega’s in de gemeenteraad daarover geen ander standpunt gaan innemen. In onze partij is het niet de gewoonte dat de verschillende niveaus mekaar bekampen, fondsen en budgetten proberen af te trekken, mekaar ook zelfs niet ontvangen als daar om gevraagd wordt. Dat is wat wij meer en meer horen. Minister Bourgeois heeft ook geweigerd van de gedeputeerden van ons van de VVP te ontvangen om te spreken over een motie waarin zij aanklagen dat de Vlaamse regering met die 26 miljoen bijkomende besparingen haar evenwicht van de begroting realiseert op de rug van ons, van de provincies. Wel, ik kan mij niet voorstellen dat wij in onze partij, wanneer wij meningsverschillen zouden hebben, wij niet proberen met mekaar te spreken en voor mekaars argumenten oor te hebben. Ik dank de collega’s Caals en Helsen dat zij al op belangrijke punten geantwoord hebben. U hebt inderdaad niet geantwoord op die zeer betwistbare kwestie van het belangenconflict. Dat had moeten gesignaleerd en vermeden geworden zijn. U hebt ook niet geantwoord waarom er geen nieuwe bezichtiging gebeurd is na maar liefst 6 jaar voor een nieuwe schatting te maken. U hebt ook niet geantwoord, maar dat moet meer mijnheer Lemmens doen, op mijn opmerking dat hier bij dit dossier absoluut geen haast gemoeid was en dat men ons perfect een paar maanden had kunnen geven, op zijn minst 2 maanden, om over dit dossier te debatteren of het gerechtvaardigd was van zo’n grote uitgave van 6 miljoen in de huidige omstandigheden aan dat project te besteden. Op de Raad van Bestuur van de APB Sport heb ik een gewezen gedeputeerde van sport deze keer horen zeggen toen dat naar voor kwam dat we de wielerbaan waarschijnlijk niet gaan overdekken. De sportfiguur van het jaar, dat weten we niet of we dat nog gaan
177
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
inrichten. Er sneuvelen 10 jobs. Dat is al volop bezig. Toen men zegde: er is een budgettaire nood, heeft hij geantwoord: “Je kan wel een museum van 6 miljoen kopen.” Diezelfde opmerking gaat u onvermijdelijk ook krijgen van de mensen van het Gouverneur Kinsbergencentrum, van andere initiatieven die nu worden afgebroken. Daarom had hier tijd moeten zijn voor een grondige discussie over ‘waaraan kunnen we die 6 miljoen besteden’ en ‘is het verantwoord van het voor dat project te nemen, of moet het verdeeld worden naar andere projecten toe?’ VOORZITTER.- De heer Caluwé heeft het woord. De heer CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik zou willen antwoorden op de vraag van collega Caals of wij weet hebben van de klachten. Inderdaad, wij voelen nattigheid. Wij stellen vast dat het klachten regent dat de oppositie de weg heeft gevonden naar het administratief toezicht, niet alleen over deze zaak, maar ook over andere zaken, volgens ons nochtans over besliste zaken hier in de raad. Maar daar worden toch klachten over ingediend bij het administratief toezicht zodanig dat onze medewerkers zich moeten inspannen om daar antwoorden op te formuleren. Ik zeg niet wat dit betreft, maar andere dingen. Ik denk dat men toch eens twee keer moet nadenken of het zinvol is om daar absoluut voor naar administratief toezicht te gaan. VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Voorzitter, voor dat iemand zich erover gaat verkneukelen, wij gaan ook tegenstemmen. Dat had ik nog niet gezegd. Agendapunt 4/16 wordt voorlopig aangenomen. Nr. 4/17 van de agenda Dotatieverhoging Modemuseum voor elektriciteitskosten. Budget 2013. Kunst en natuurbescherming. 72. Musea - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 771/640. Toegestane subsidies. (blz. 61). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Cultuur, ontspanning en plechtigheden. 71. Cultuur en ontspanning - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 762/613. Algemene werkingskosten. (blz. 57). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie Het grootste deel van de nutsvoorzieningen en de kosten verbonden aan het gebouw van de Modenatie, waar het Modemuseum gehuisvest is, worden door de AG Vespa aan ons bestuur gefactureerd.
178
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Daarnaast dient het ModeMuseum zelf ook nog bijkomende facturen voor elektriciteit te betalen voor een bedrag van ongeveer 13.000 EUR. De middelen hiervoor zijn werden noch in de werkingsdotatie 2013 noch in de logistieke dotatie 2013 aan het ModeMuseum voorzien. Op 29 augustus besliste de deputatie, op voorstel van het Departement Logistiek, principieel om aan het ModeMuseum in 2013 hiervoor een dotatieverhoging van 13.000 EUR toe te staan zonder compensatie elders in het provinciaal budget. Gezien de moeilijke budgettaire toestand van de provincie stelt de deputatie voor om de dotatieverhoging van 13.000 EUR door te voeren maar toch ook compensatie te voorzien onder de vorm van een vermindering van de werkingskredieten 2013 van het Departement Cultuur, zodat het geheel een nuloperatie is voor het budget. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (Budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van het provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het Koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Overwegende dat er voldoende krediet beschikbaar is om de voorgestelde budgetwijziging door te voeren; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 771/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 13.000,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 762/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 13.000,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen.
179
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/18 van de agenda Overdracht subsidies met betrekking tot wonen naar subsidies met betrekking tot ouderen; overdracht subsidies met betrekking tot armoede naar subsidies met betrekking tot gehandicapten. Budget 2013. Sociale- en gezinsvoorzieningen. 72. Sociale bijstand - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 831/640. Toegestane subsidies. (blz. 63). Vermindering van krediet. 72. Gehandicaptenzorg - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 833/640. Toegestane subsidies. (blz. 63). Vermeerdering van krediet. 72. Bejaardenzorg – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 834/640. Toegestane subsidies. (blz. 64). Vermeerdering van krediet. 72. Andere sociale bijdragen (o.m. aan liefdadigheidsinstellingen) – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 849/640. Toegestane subsidies. (blz. 64). Vermindering van krediet. Verslag van de deputatie 1. Budgetwijziging Een aantal subsidiedossiers individuele toelage woningaanpassing – subsidie met betrekking tot wonen – voor een bedrag van 20.000,00 EUR werd vastgelegd en uitbetaald op het subsidiekrediet met betrekking tot ouderen. Daardoor is momenteel een tekort om de subsidie individuele toelage thuisverzorging ouderen – subsidie met betrekking tot ouderen – te financieren. Er wordt voorgesteld om 20.000,00 EUR over te dragen van subsidies met betrekking tot wonen naar subsidies met betrekking tot ouderen om de aanvragen individuele toelage thuisverzorging ouderen te kunnen toekennen en in te stemmen met de betaling. Vandaar stelt de deputatie uw raad voor: Enerzijds het machtigingskrediet 834/640 – subsidies met betrekking tot ouderen - te vermeerderen met 20.000,00 EUR. Anderzijds het machtigingskrediet 849/640 – subsidie met betrekking tot wonen te verminderen met 20.000,00 EUR. 2. Budgetwijziging Binnen het machtigingskrediet 833/640, subsidies met betrekking tot gehandicapten, was er na de 4de budgetwijziging september 2013, een totaal bedrag van 105.600,00 EUR voorzien voor subsidies aangepast vervoer. Na toekenning en uitbetaling van de nominatim subsidie Voedselbank vzw – subsidies met betrekking tot armoede, ten bedrage van 10.000,00 EUR, blijft er 30.000,00 EUR van het oorspronkelijk budget van 40.000,00 EUR over.
180
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
27.400,00 EUR van het resteren budget van 30.000,00 EUR subsidies met betrekking tot armoede, wordt toegevoegd aan subsidies met betrekking tot gehandicapten, subsidies aangepast vervoer. Vandaar stelt de deputatie uw raad voor: Enerzijds het machtigingskrediet 833/640 - subsidies gehandicapten - te vermeerderen met 27.400,00 EUR.
met
betrekking
tot
Anderzijds het machtigingskrediet 831/640 – subsidies met betrekking tot armoede – te verminderen met 27.400,00 EUR. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegd overzicht (budgetwijziging – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 15 van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincie; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 831/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 27.400,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 833/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 27.400,00 EUR. Artikel 3: Machtigingskrediet 834/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 20.000,00 EUR. Artikel 4: Machtigingskrediet 849/640 Toegestane subsidies, van het budget 2013 wordt verminderd met 20.000,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen.
181
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/19 van de agenda Budget 2013. Loonkost voor de aanwerving van een voltijdse projectcoördinator voor het project 'Beleefbare Open Ruimte in de Antwerpse Zuidrand'. Budget 2013. Hygiëne. 62. Ophalen en verwerken van huisvuil - GO-SCHULD. Machtigingskrediet 876/750. Opbrengsten uit financiële vaste activa. (blz. 28). Vermeerdering van krediet. Budget 2013. Administratie. 70. Centrale Administratie – GU- PERSONEEL Machtigingskrediet 104/620. Bezoldigingen (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/621. Sociale vergoedingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/623. Patronale bijdragen op bezoldigingen. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Machtigingskrediet 104/624. Patronale bijdragen pensioenvorming. (blz. 40). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie De dienst Duurzaam Milieu- en Natuurbeleid (DMN) maakt middelen over aan DMCO voor de loonkost voor de aanwerving van een voltijdse projectcoördinator voor het project 'Beleefbare Open Ruimte in de Antwerpse Zuidrand'. De extra uitgaven worden tegengewogen door een verhoging van de ontvangsten vanwege de Intercommunale Vereniging Hooge Maey. Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegde overzicht (budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 876/750 Opbrengsten uit financiële vast activa, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 14.160,00 EUR. Artikel 2: Machtigingskrediet 104/620 Bezoldigingen, vermeerderd met 10.390,00 EUR.
van
het
budget
2013
wordt
Artikel 3: Machtigingskrediet 104/621 Sociale vergoedingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 650,00 EUR.
182
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 4: Machtigingskrediet 104/623 Patronale bijdragen op bezoldigingen, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 2.440,00 EUR. Artikel 5: Machtigingskrediet 104/624 Patronale bijdragen pensioenvorming, van het budget 2013 wordt vermeerderd met 680,00 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/20 van de agenda Aankoop van twee iPads door het departement ICT voor het departement Leefmilieu. Budget 2013. Hygiëne. 71. Milieu, omgeving, geluidsoverlast - GU-WERKINGSKOSTEN. Machtigingskrediet 879/613. Algemene werkingskosten. (blz. 66). Vermindering van krediet. Budget 2013. Administratie. 91. Centrale administratie – BU-INVESTERINGEN. Machtigingskrediet 104/231. ICT-hardware. (blz. 82). Vermeerdering van krediet. Verslag van de deputatie De dienst Duurzaam Milieu- en Natuurbeleid (DMN) maakt middelen over aan DICT voor de aankoop van twee iPads ten behoeve van het departementshoofd van het departement Leefmilieu, Hilde Van Look en het diensthoofd DMN, Dirk Vandenbussche (gebruik conform de nieuwe mobiele policy). Aan uw raad wordt voorgesteld dat de wijzigingen aan de kredieten in het bijgevoegde overzicht (budgetwijzigingen – lange type) worden uitgevoerd. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet, Gelet op het verslag van deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Machtigingskrediet 879/613 Algemene werkingskosten, van het budget 2013 wordt verminderd met 1.550,00 EUR.
183
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikel 2: Machtigingskrediet 104/231 ICT-hardware, vermeerderd met 1.550,00 EUR.
van
het
budget
2013
wordt
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Voorlopig aangenomen. Nr. 4/21 van de agenda Budget 2013. Vijfde reeks wijzigingen. Aanpassing van de dotaties van de gewone provinciebedrijven Provinciaal Vormingscentrum Malle (PVM), Zilvermuseum Sterckshof Provincie Antwerpen (ZM) en Modemuseum Provincie Antwerpen (MOMU). Goedkeuring. Verslag van de deputatie Naar aanleiding van de vijfde reeks wijzigingen aan het budget 2013 werd door de deputatie in zitting van 7 november 2013 beslist tot het overhevelen van bepaalde kredieten van het provinciale budget naar het budget van de gewone en de autonome provinciebedrijven of omgekeerd. In het provinciale budget worden de verminderingen respectievelijk vermeerderingen van de kredieten tegengewogen door het verhogen respectievelijk verlagen van de dotatie aan enkele provinciebedrijven in het initiële budget van 2013. Het evenwicht van het budget blijft evenwel bewaard. De wijzigingen in de budgetten van de respectievelijk gewone en autonome provinciebedrijven dienen voorgelegd te worden aan de provincieraad. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 5, tweede lid, van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, waarin bepaald wordt dat het budget van de provincie ook het resultaat van de bijzondere budgetten van de niet-autonome provinciebedrijven moet bevatten; Gelet op het artikel 15 bis van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincies;
184
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Overwegende dat bepaalde kredieten overgeheveld worden van het provinciale budget naar het budget van de gewone en de autonome provinciebedrijven; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Goedgekeurd wordt de hierna volgende opsomming van kredietvermeerderingen en/of –verminderingen in het budget voor 2013 van de gewone provinciebedrijven Provinciaal Vormingscentrum Malle (PVM), Zilvermuseum Sterckshof Provincie Antwerpen (ZM) en Modemuseum Provincie Antwerpen (MOMU). VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 69 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 55 leden hebben ja gestemd; 6 leden hebben nee gestemd; 8 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 55 stemmen ja, bij 6 stemmen nee en 8 onthoudingen.
185
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
186
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
187
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
188
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
189
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
190
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
191
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 4/22 van de agenda Budget 2013. Evenwicht na de vijfde reeks wijzigingen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Naar aanleiding van de vijfde reeks wijzigingen aan het budget 2013 werd door de deputatie in zitting van 7 november 2013 beslist tot het wijzigen van enkele kredieten op het budget voor het jaar 2013. Het evenwicht van het budget blijft bewaard. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 89 1°b van het provinciedecreet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op artikel 67 van de provinciewet, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het artikel 15 bis van het koninklijk besluit van 2 juni 1999, aangaande budgetwijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het koninklijk besluit nr. 145 van 30 december 1982, waarbij het evenwicht in het budget wordt opgelegd aan de provincies; Overwegende de voorgestelde vermeerderingen en verminderingen van kredieten; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Goedgekeurd wordt de hierna volgende opsomming van vermeerderingen en verminderingen van kredieten van het budget voor het jaar 2013. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 69 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 49 leden hebben ja gestemd; 14 leden hebben nee gestemd; 6 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 49 stemmen ja, bij 14 stemmen nee en 6 onthoudingen.
192
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
193
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
194
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
195
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
196
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
197
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
198
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
199
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
200
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
201
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
202
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
203
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
204
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
205
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
206
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
207
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
208
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
209
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
210
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
211
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
212
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
213
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
214
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
215
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
216
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
217
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
218
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
219
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
220
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
221
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
222
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
223
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
224
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
225
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 4/23 tot en met 4/33 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in. Nr. 4/23 van de agenda Provinciale Overheidsopdrachten. Toepassing artikel 43 §2 11° van het provinciedecreet. Leveren van schoonmaakproducten 2014-2018. Plaatsen van de opdracht, gunningswijze en bestek. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De opdracht voor levering van schoonmaakproducten, gegund aan Boma nv, loopt ten einde op 31 maart 2014. De dienst Overheidsopdrachten en Juridische Ondersteuning heeft in samenwerking met de Facilitaire dienst en de dienst Duurzaam Milieu- en Natuurbeleid de lastvoorwaarden opgesteld voor een nieuwe opdracht met een looptijd van 4 jaar. Deze opdracht wordt geplaatst voor de centrale administratie, voor de buitendiensten en voor de provinciebedrijven. Ook de andere Vlaamse provincies kunnen op eigen initiatief op deze opdracht instappen. Provincie Antwerpen treedt hierbij op als opdrachtencentrale. De opdracht is onderverdeeld in drie posten: standaard reinigingsmiddelen, specifieke reinigingsmiddelen en schoonmaakmaterialen. Een inschrijver dient verplicht voor alle drie de posten in te schrijven. Het bestek hecht naast het criterium kostprijs belang aan de kwaliteit van de producten, de duurzaamheid en de leveringsmodaliteiten en dienstverlening. De verdeling van de gunningscriteria ziet er als volgt uit: 1. Prijs 55%, op basis van de inventaris en steekproefsgewijs over de rest van de catalogus. 2. Kwaliteit 20% , op basis van de technische fiches en testen van de stalen worden de effectiviteit, de gebruiksvriendelijkheid en de ergonomische kenmerken beoordeeld. 3. Duurzaamheid, 15%, waarbij vooral de milieuvriendelijkheid van producten uit post 1, de standaard reinigingsmiddelen, doorweegt. 4. Leveringsmodaliteiten en dienstverlening, 10%, waarbij ook gekeken wordt naar de mogelijkheid tot opleidingen en de gebruiksvriendelijkheid van de website voor bestellingen. Het bestek voorziet dat de gekozen leverancier geen exclusiviteit heeft voor het leveren van schoonmaakproducten en voorziet geen gegarandeerde afname. Op basis van de afnames van de voorbije jaren wordt de jaarlijkse afname van deze opdracht geschat op 115.000 EUR excl. btw. Aangezien het de bedoeling is om nog meer provinciale diensten en provinciale bedrijven gebruik te laten maken van deze raamovereenkomst, wordt de totale waarde van de opdracht over vier jaren geraamd op 500.000 EUR voor wat betreft de provincie Antwerpen.
226
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Aan uw raad wordt voorgesteld om de plaatsing van de opdracht en het bestek goed te keuren, en als wijze van gunnen de open offerteaanvraag vast te stellen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 17 oktober 2013. De opdrachtdocumenten liggen ter inzage bij de Griffie. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikels 23 en 25 van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006; Gelet op het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011; Overwegende dat het noodzakelijk schoonmaakproducten te plaatsen;
is
een
opdracht
voor
levering
van
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt het plaatsen van een overheidsopdracht voor het leveren van schoonmaakproducten gedurende 2014-2018 ten behoeve van de provinciale instellingen en diensten goed en stelt als wijze van gunnen de open offerteaanvraag vast. De provincieraad keurt het bestek voor deze opdracht goed. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/24 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Boom. Provinciaal recreatiedomein De Schorre. Aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel. Verrekening nr. 1. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Uw raad keurde in vergadering van 25 oktober 2012 het ontwerp goed voor het aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel bij het provinciaal recreatiedomein De Schorre te Boom, opgemaakt door de ontwerper, nv Antea Belgium te Berchem, Antwerpen en met de openbare aanbesteding als wijze van gunnen. De kosten van deze werken werden geraamd op 243.151,78 EUR + 51.061,87 EUR (21 % btw) = 294.213,65 EUR. In zitting van 13 december 2012 besliste de deputatie deze werken te gunnen aan nv Aannemingsbedrijf L. Janssens te Wilrijk, Antwerpen, voor een bedrag van 263.665,47 EUR (incl. btw).
227
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Thans wordt verrekening nr. 1 voorgelegd, onder verwijzing naar de verantwoording vanwege de ontwerper en de offertes van de aannemer, omvattende: in meer 1. Aanpassingen bovenbouw pompput/kleppenkamer: 7.625,46 EUR 2. Groenaanleg ten behoeve van Tomorrowland: 4.950,00 EUR 3. Uitbraak en herplaatsen verlichtingspyloon: 6.268,31 EUR 4. Opbraak en herleggen verharding sporthal: 2.735,28 EUR 5. Leveren en plaatsen PVC buis D500 in plaats van beton D500: 4.531,50 EUR 6. Diverse werken bestaande putten: 4.462,57 EUR 7. Wegnemen en herplaatsen afsluiting containerpark: 650,85 EUR 8. Aanleggen persleiding D225 in functie van aansluiting fase 2: 12.648,48 EUR 9. Opbreken en herstellen voetpad: 2.398,50 EUR 10. Elektrische aansluiting pompstation: 3.507,63 EUR 11. Aansluiting inspectieput op vijvers: 1.263,99 EUR - Totaal in meer: 51.042,57 EUR - 21% btw: 10.718,94 EUR - Algemeen totaal: 61.761,51 EUR Voor deze verrekening wordt een verlenging van de contractuele uitvoeringstermijn met zes werkdagen voorgesteld. Het dossier ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het besluit van de provincieraad, genomen in vergadering van 27 juni 2013, betreffende de invulling van het begrip dagelijks bestuur in de zin van artikel 43.§2.9° en 11° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan de werken in meer, opgenomen in verrekening nr. 1 bij de opdracht voor fase 1: aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel bij het provinciaal recreatiedomein De Schorre te Boom, opgedragen aan de nv Aannemingsbedrijf L. Janssens te Wilrijk, Antwerpen, met een bedrag van 61.761,51 EUR (incl. 21% btw) en stemt in met een bijbehorende verlening van de contractuele uitvoeringstermijn van zes werkdagen. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Voorzitter, een onthouding op punt 4/24 voor het Vlaams Belang.
228
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 4/25 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Boom. Provinciaal recreatiedomein De Schorre. Aanleg van een fietsverbinding tussen De Schorre en de Rupeldijk. Fase 2: aanleg van een fietspad tussen de Kapelstraat en de Rupeldijk. Verrekening nr. 3. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In zitting van 14 juni 2012 besliste de deputatie bovenstaande werken te gunnen aan nv Aannemingsbedrijf L. Janssens te Wilrijk, Antwerpen, voor een bedrag van 450.576,65 EUR (incl. btw). In zitting van 25 april 2013 hechtte de deputatie goedkeuring aan verrekening nr. 1 voor werken in min en in meer met een uiteindelijk bedrag in meer van 33.210,87 EUR (incl. btw). In vergadering van 27 juni 2013 hechtte uw raad goedkeuring aan verrekening nr. 2 voor werken in meer met een bedrag van 25.337,40 EUR (incl. btw). Omdat de bijkomende uitgaven reeds ingevolge verrekening nr. 2 meer dan 10 % van het opdrachtbedrag bedroegen, wordt ook deze verrekening thans aan uw raad voor goedkeuring voorgelegd. De in de verrekening opgenomen werken in min en in meer omvatten: in min 4. 8. 9. 11.
Leveren en plaatsen van voetpadkast Stockeren van uitgegraven puin in afwachting van behandeling Inzetten van zeefgrond afkomstig van werf
13.
Stabilisatie Kapelstraat Herstellen taluds Kapelstraat en ophoging van de werf Grondverzet ter plaatse gestapelde grond
15.
Opbreken en herplaatsen klinkerverharding
16.
Inzagen en opbreken van funderingen
17.
Aangepast beplantingsplan Aanpassing verlichting (minprijs van ambtswege vastgesteld) Trottoirpalen
12.
18. 19. 20. 21.
in meer 1.355,27 EUR 3.657,60 EUR
VH
3.014,10 EUR 7.500,00 EUR
VH
15.000,00 EUR 750,00 EUR
VH
393,15 EUR 100,00 EUR 20.460,20 EUR
26.177,26 EUR
1.420,00 EUR
44.672,42 EUR 750,00 EUR
Wegneembare beugels Zitbanken vervangen door een rolstoelbruikbare tafel Totaal in min / meer:
963,70 EUR 1.050,00 EUR
3.180,44 EUR
22.930,20 EUR
107.513,94 EUR
Blijft in meer:
84.583,74 EUR
21% btw:
17.762,59 EUR
Algemeen totaal:
102.346,33 EUR
229
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De wijzigingen in de uitvoering kunnen als volgt verantwoord worden: -
-
-
De verlichting diende aangesloten te worden op een nieuwe voeding, langs de zijde Rupeldijk, en niet op het bestaande net zoals voorzien; Na de asbestsanering diende het talud langs de Kapelstraat hersteld te worden en diende het door de saneerders achtergelaten uitgravingsniveau opgehoogd te worden; De klassieke verlichting die was voorzien in de tunnel werd om ecologische redenen en om vandalisme te voorkomen vervangen door een ingebouwde LED-verlichting. De minprijs voor de voorziene verlichting, die opgenomen was in de forfaitaire prijs van de tunnel, werd van ambtswege vastgesteld; Om het gebruik van het fietspad door auto’s te beletten werden houten palen voorzien langs de kant Rupeldijk; Voor de veiligheid van de overstekende hockeyspelers werden voor de oversteek beugels voorzien om de snelheid van de fietsers af te remmen; Het beplantingsplan werd aangepast: op vraag van de buren werd langsheen de tuinen een hogere beplanting voorzien en de keuze van de beplanting werd aangepast naar meer streekeigen soorten.
Voor deze verrekening wordt een verlenging uitvoeringstermijn met acht werkdagen voorgesteld.
van
de
contractuele
De bundel ligt ter inzage op de griffie. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het besluit van de provincieraad, genomen in vergadering van 27 juni 2013, betreffende de invulling van het begrip dagelijks bestuur in de zin van het artikel 43.§2.9° en 11° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan de werken in meer met een bedrag van 130.091,87 EUR (incl. btw), opgenomen in verrekening nr. 3 voor fase 2: aanleg van een fietspad tussen de Kapelstraat en de Rupeldijk bij de aanleg van een fietsverbinding tussen het provinciaal Recreatiedomein De Schorre en de Rupeldijk te Boom, opgedragen aan nv Aannemingsbedrijf L. Janssens te Wilrijk, Antwerpen, en neemt akte van de werken in min voor een bedrag van 27.745,54 EUR (incl. btw) ingevolge deze verrekening. De provincieraad stemt in met een bijbehorende verlenging van de contractuele uitvoeringstermijn van 8 werkdagen. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Een neen-stem op punt 4/25 voor het Vlaams Belang.
230
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 4/26 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Boom. Provinciale scholen voor tuinbouw en techniek. Restauratie historisch waardevolle delen. Fase 1: platte daken en koepel. Verrekening nr. 3. Goedkeuring. (dossiernummer: BenV-OPDR-2012-0113) Verslag van de deputatie Uw raad keurde in vergadering van 19 februari 2009 het ontwerp goed voor fase 1: platte daken en koepel bij de restauratie van de historisch waardevolle delen van de provinciale scholen voor tuinbouw en techniek te Boom, opgemaakt door bvba Erfgoed & Visie te Malle, en met de openbare aanbesteding als wijze van gunnen. De kosten van deze werken werden geraamd op 177 778,82 EUR (6% en 21% btw) = 1 041 466,81 EUR.
863 687,99
EUR
+
In zitting van 31 mei 2012 besliste de deputatie deze werken te gunnen aan nv Building te Oelegem, voor een bedrag van 1 170 977,60 EUR (incl. 6% en 21% btw). In zitting van 3 oktober 2013 besliste de deputatie goedkeuring te hechten aan verrekening nr. 1 met een bedrag in meer van 258 778,93 EUR en in min van 242 646,01 EUR, hetzij een saldo in meer van 16 132,92 EUR (telkens incl. 6% en 21% btw). In zitting van 24 oktober 2013 besliste de deputatie goedkeuring te hechten aan verrekening nr. 2 met een bedrag in meer van 19 397,50 EUR (incl. 21% btw). Omdat de bijkomende uitgaven bij deze opdracht ingevolge verrekening nr. 3 meer dan 10% van de gunningsprijs bedragen, wordt deze verrekening voor goedkeuring aan uw raad voorgelegd, onder verwijzing naar de verantwoording vanwege de ontwerper, bvba Erfgoed & Visie te Malle, en de offerte van de aannemer. Verrekening nr. 3 omvat bijkomende stabiliteitswerken bij dakzone 17 voor een bedrag in meer van 75 543,56 EUR + 15 864,15 EUR (21% btw) = 91 407,71 EUR. De meeruitgave kan vereffend worden binnen het totaalbudget van werken. Ingevolge deze verrekening wordt een bijbehorende verlenging van de contractuele uitvoeringstermijn van 15 werkdagen voorgesteld. Aangezien deze werken onvoorzienbaar zijn van aard komen ze in aanmerking voor een bijpremie van Onroerend Erfgoed. De bijpremie ten bedrage van 91 407,71 EUR x 1,10 x 0,60 = 60 329,09 EUR zal worden aangevraagd. De bundel ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 7 november 2013.
231
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het besluit van de provincieraad, genomen in vergadering van 27 juni 2013, betreffende de invulling van het begrip dagelijks bestuur in de zin van artikel 43.§2.9° en 11° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt de werken in meer ten bedrage van 91 407,71 EUR (incl. 21% btw) goed, opgenomen in verrekening nr. 3 voor fase 1: platte daken en koepel bij de restauratie van de historisch waardevolle delen van de provinciale scholen voor tuinbouw en techniek te Boom, opgedragen aan nv Building te Oelegem en stemt in met een bijbehorende verlenging van de contractuele uitvoeringstermijn van 15 werkdagen. Voor deze werken zal een bijpremie worden aangevraagd bij Onroerend Erfgoed van 91.407,71 EUR x 1,10 x 0,60 = 60.329,09 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/27 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Mechelen. Provinciale scholen voor tuinbouw en techniek. Restauratie van de als monument beschermde delen. Fase 2: klassenvleugel en sanitair blok. Ontwerp. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de meerjarenplanning werd een krediet voorzien van 1 850 000,00 EUR voor fase 2: klassenvleugel en sanitair blok van de restauratie van de als monument beschermde delen bij de provinciale scholen voor tuinbouw en techniek te Mechelen. In zitting van 9 december 2004 besliste de deputatie de opdracht voor het opstellen van een globale planning en de studie, het ontwerp en de controle van de restauratie van de historisch waardevolle delen van het provinciaal instituut voor tuinbouwonderwijs te Mechelen te gunnen aan bvba Erfgoed & Visie te Malle. In zitting van 15 december 2005 nam de deputatie kennis van het globaal gefaseerd instandhoudingsplan, zoals opgesteld door voornoemde ontwerper en werd goedkeuring gehecht aan het concept voor het vooronderzoek, drie onderhoudsdossiers voor dringende werken en het restauratiepremiedossier van fase 1. Daarbij werd aan de ontwerper opdracht gegeven om voor de goedgekeurde concepten een ontwerp op te stellen. Het ontwerp van fase 1: conciërgewoningen en ateliers werd aan uw raad voor goedkeuring voorgelegd in vergadering van 7 februari 2008. Deze werken zijn in uitvoering sinds februari 2013. Tijdens de werken kwamen enkele onvoorziene
232
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
werken naar boven: - bij het wegnemen van de tegelvloeren op de gelijkvloerse verdieping bleken deze allemaal op volle grond te liggen in plaats van op een betonnen draagvloer; - bij het demonteren van de dekstenen op de dakranden bleken de onderliggende bakstenen te los te liggen voor het aanbrengen van de dakhuid. Tevens werd door de aannemer voorgesteld de historische raamprofielen en de nieuw te maken ramen te voorzien van een rubberen dichtingsstrip om tocht te beperken. Bij het voorbereiden van de werken van fase 2 door de school (het verwijderen van alle aanplantingen voor de klassenvleugel) werd een stookolietank ontdekt, waarvan het bestaan tot op heden niet gekend was. In functie daarvan werd het ontwerpdossier voor fase 2 aangepast. Volgende posten werden toegevoegd om voor deze mogelijk bijkomende werken een concurrentiële prijszetting te verkrijgen: - extra hoeveelheden beton, wapening en isolatie voor eventuele tegelvloeren op volle grond; - een cementering aan de bovenzijde van de dakopstanden als onderlaag voor het aanbrengen van de nieuwe dakhuid; - het infrezen van de bestaande te behouden raamprofielen en de nieuw te maken ramen voor het plaatsen van een rubberen dichtingsstrip; - het verwijderen van de stookolietank (momenteel is een aanvullend bodemonderzoek op de site ingepland via een raamcontractant); - het verwijderen van de boom die links van de inkomtoren staat, aangezien deze zeer waarschijnlijk gedeeltelijk bovenop de stookolietank staat en de werken aan de gevels bemoeilijkt. Ook zou het vellen van deze boom (onder voorbehoud van het verkrijgen van een kapvergunning) de architectuur van het gebouw nog beter tot zijn recht laten komen. Nog enkele posten ter verbetering van de uitvoering: - het aanbrengen van een spuwer op één van de platte daken; - een afsluiting voor de bovenste verdieping van de traphal. Deze ruimte in de traptoren wordt visueel weer opengemaakt (is heden volledig afgetimmerd), maar wordt omwille van controle op de leerlingen wel afgesloten door een poortje. Aan uw raad wordt thans het aangepast ontwerp voor fase 2 van de restauratie, namelijk de werken aan de klassenvleugel en het sanitair blok, voorgelegd, opgemaakt door voormelde ontwerper en omvattende bijzonder bestek, gedetailleerde en samenvattende opmeting, kostenraming en plannen. De werken omvatten de renovatie en restauratie aan exterieur en interieur van de klassenvleugel, en sanitair blok: - de klaslokalen worden gerestaureerd naar hun oorspronkelijke indeling; - voor een optimalisatie van de circulatie, veiligheid en de toegankelijkheid wordt een bijkomende vluchttrap gerealiseerd; - het sanitair blok wordt heringericht zodat de indeling terug dichter aansluit bij het oorspronkelijk ontwerp; - de circulatie op het gelijkvloers rond de centrale traphal wordt terug opengewerkt; - het visueel storende, later aangebrachte, afdak wordt afgebroken; - het zinken dak met bijbehorende dakranden, verluchtingen en regenwaterafvoeren wordt vernieuwd. Van deze gelegenheid wordt ook gebruik gemaakt om het dak volledig te isoleren; - de elektrische installatie in de linkervleugel wordt volledig vernieuwd.
233
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De kosten van de werken werden voordien geraamd op 1 642 855,67 EUR + 344 999,69 EUR (21% btw) = 1 987 855,36 EUR. Met aanvulling van onvoorziene posten bedraagt de nieuwe kostenraming 1.714.916,06 EUR + 360.132,37 EUR (21% btw) = 2.075.048,43 EUR. Het subsidieerbare gedeelte bedraagt 1 270 016,45 EUR (excl. btw). Voor dit deel werd door Onroerend Erfgoed reeds een voorlopig premiebesluit opgemaakt op 16 mei 202. Dit dossier werd tevens ingediend bij het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (Agion) te Brussel, met het oog op het verkrijgen van een premie, die te gelegener tijd als inkomsten kan worden geboekt. Voorgesteld wordt voor de aanvullende posten nog een bijkomende premie aan te vragen bij Agion. Aan uw raad wordt voorgesteld voornoemd aangepast ontwerp goed te keuren, als wijze van gunnen van de werken de open aanbesteding vast te stellen en te beslissen een bijkomende subsidiëring bij Agion aan te vragen. Het ontwerp ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet; Gelet op de inschrijving in de meerjarenplanning van een krediet van 1.850.000,00 EUR voor fase 2: klassenvleugel en sanitair blok van de restauratie van de als monument beschermde delen bij de provinciale scholen voor tuinbouw en techniek te Mechelen; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan het aangepast ontwerp voor fase 2: klassenvleugel en sanitair blok van de restauratie van de als monument beschermde delen bij de provinciale scholen voor tuinbouw en techniek te Mechelen, opgemaakt door bvba Erfgoed & Visie te Malle, en stelt als wijze van gunnen van deze werken de open aanbesteding vast. Beslist wordt voor deze werken een bijkomende subsidiëring door Agion te Brussel aan te vragen. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
234
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 4/28 van de agenda Mechelen. Aartsbisschoppelijk paleis. Globale renovatie en restauratie. Fase 3: renovatie en restauratie van de oostelijke vleugel met zone burelen en fase 4: renovatie en restauratie van de zuidelijke vleugel met ceremoniële ruimtes. Aangepaste ontwerpen. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de meerjarenplanning werden de nodige kredieten voorzien voor fase 3: renovatie en restauratie van de oostelijke vleugel met zone burelen en fase 4: renovatie en restauratie van de zuidelijke vleugel met ceremoniële ruimtes bij de globale renovatie en restauratie van het aartsbisschoppelijk paleis te Mechelen. In vergadering van 27 september 2012 keurde uw raad de ontwerpen goed voor voormelde fases, opgemaakt door thv Ferre Verbaenen – ABV+ - Architectenteam Kathleen Nuyens te Antwerpen, thans tv bvba Multiprofessioneel architectenbureau ABV+ architecten, 2060 Antwerpen - bvba Architectuur Atelier, Herentals, met telkens de openbare aanbesteding als wijze van gunnen De kostenraming van deze werken bedroeg: -voor fase 3: 1.920.882,25 EUR + 403.385,27 2.324.267,52 EUR; -voor fase 4: 1.558.071,65 EUR + 327.195,05 1.885.266,70 EUR.
EUR
(21
%
btw)
=
EUR
(21
%
btw)
=
In vergadering van 26 september 2013 werd door uw raad kennis genomen van de weigering van Onroerend Erfgoed van 17 juni 2013 van de aanvraag van een meerjarige subsidiëringsovereenkomst voor het aartsbisschoppelijk paleis. Onroerend Erfgoed Brussel stelt in voormelde weigering voor het dossier te bespreken met Onroerend Erfgoed Antwerpen en daarna opnieuw in te dienen voor subsidiëring. Tijdens het herwerken van het dossier werd vastgesteld dat een aantal ingrepen nog dienden te worden toegevoegd. fase 3: - aanpassen van de vloerconstructie in de ruimte waar de sanitaire cel wordt voorzien: de bestaande houten vloer wordt vervangen door een keramische tegelvloer op een aangepaste constructie met zwaluwstaartplaten op de bestaande ribben; - vervanging van de wit-zwarte tegelvoeren door een vloer in zwart gezoete natuursteen; - recuperatie van de bevloering in marmer in de doorrit in fase 4; - nazicht en herstelling van kinderbalken en balkkoppen; - verwijderen van alle plankenvloeren op de eerste verdieping om de onderliggende constructie te kunnen inspecteren; - vervanging van brandwerende beplating op de ribben door een ondervloerbeplating in fibersilicaatplaten (waar het mogelijk is) tussen de ribben;
235
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
-
plaatsen van isolatie via de vloer - dit wordt mogelijk gemaakt door het wegnemen ter controle van de houten vloeren; vervangen van het vernissen van de houten vloer door een behandeling met olie en hardwax;
fase 4: - andere opvatting van het ‘toegankelijk’ maken van de centrale inkomhal: de uitvoering is definitief en niet wegneembaar zoals eerder voorzien; - nazicht van de houten vloerconstructie van de kapel en sacristie door verwijderen van de bestaande vloerbeplating - na nazicht en eventueel herstelling wordt de beplating vervangen door een brandwerende fibersilicaatbeplating; - vervanging van de wit-zwarte tegelvoeren door een vloer in zwart gezoete natuursteen; - uitvoeren van een vloeropbouw in de ‘kluis’ identiek aan de vloeropbouw in de andere gedeelten - oorspronkelijk was alleen de restauratie van de vloertegel aan de oppervlakte voorzien. Aan uw raad worden thans de aangepaste ontwerpen voor deze werken voorgelegd, opgemaakt door voormelde ontwerper, en omvattende bijzonder bestek, gedetailleerde en samenvattende opmeting, kostenraming en plannen. De aangepaste kostenraming van deze werken bedraagt thans: - voor fase 3: 2.042.499,90 EUR + 428.924,98 EUR (21 % btw) = 2.471.424,88 EUR, waarvan het subsidieerbare gedeelte 1.230.985,59 EUR (excl. btw) bedraagt; - voor fase 4: 1.578.551,00 EUR + 331.495,71 EUR (21 % btw) = 1.910.046,71 EUR, waarvan het subsidieerbare gedeelte 947.155,32 EUR (excl. btw) bedraagt. De deputatie stelt voor voornoemde aangepaste ontwerpen goed te keuren en als wijze van gunnen van de werken (telkens) de open aanbesteding vast te stellen. Bij het opnieuw indienen van de aanvraag voor de restauratiepremie bij Onroerend Erfgoed Antwerpen zal nogmaals de vraag gesteld worden of beide fasen als één dossier kunnen worden beschouwd, refererend naar het schrijven dd. 17 juni 2013 van Onroerend Erfgoed Brussel. Indien Onroerend Erfgoed Antwerpen niet akkoord gaat, kunnen de opdrachten voor werken na ontvangst van de voorlopige premiebesluiten aanbesteed worden zoals ze nu aan uw raad worden voorgelegd, dus in twee aparte opdrachten. Indien Onroerend Erfgoed Antwerpen toch akkoord kan gaan met een gecombineerd dossier in functie van één open aanbesteding heeft dit als enige impact dat de vereiste erkenning als aannemer verhoogt tot klasse 7 en de uitvoeringstermijnen worden opgeteld (165 (fase 3) en 135 (fase 4) werkdagen wordt 300 werkdagen). De ontwerpen liggen ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet;
236
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Gelet op de inschrijving in de meerjarenplanning van een krediet voor fase 3: renovatie en restauratie van de oostelijke vleugel met zone burelen en fase 4: renovatie en restauratie van de zuidelijke vleugel met ceremoniële ruimtes bij de globale renovatie en restauratie van het aartsbisschoppelijk paleis te Mechelen; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan de aangepaste ontwerpen voor fase 3: renovatie en restauratie van de oostelijke vleugel met zone burelen en fase 4: renovatie en restauratie van de zuidelijke vleugel met ceremoniële ruimtes bij de globale renovatie en restauratie van het aartsbisschoppelijk paleis te Mechelen, opgemaakt door tv bvba Multiprofessioneel architectenbureau ABV+ architecten, 2060 Antwerpen - bvba Architectuur Atelier, Herentals, en stelt als wijze van gunnen van deze werken telkens de open aanbesteding vast. De provincieraad stemt ermee in dat, mits akkoord van Onroerend Erfgoed bij de aanvraag van een restauratiepremie, beide dossiers worden samengevoegd in functie van één open aanbesteding als wijze van gunnen. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Een onthouding van de PVDA+ op punt 4/28. Nr. 4/29 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Mol. Provinciaal recreatiedomein Zilvermeer. Gebouw "Glinstering aan het Zilvermeer". Renovatie van de verluchting. Ontwerp. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In het budget 2013 wordt onder artikel 2013/2013/124/22101000/6000005000000/XXXX/ACT025/22101000/30000000/10 000000/XXXXX een krediet voorzien voor de renovatie van de verluchting van het gebouw “Glinstering aan het Zilvermeer” in het provinciaal domein Zilvermeer te Mol. Aan uw raad wordt thans het ontwerp voor deze werken voorgelegd, vervat in de projectovereenkomst met de opdrachthoudende vereniging Iveka te Turnhout. Het betreft een overeenkomst voor zowel studiewerk, investering als projectcoördinatie voor een maximumbedrag van 104.191,18 EUR incl. btw en excl. reserve voor eventuele meerwerken. Het grootste deel hiervan gaat naar de investeringswerken. Deze werken omvatten het vernieuwen van de luchtgroep en het schilderen van het kanaalwerk in de feestzaal van de cafetaria. De werken kaderen in een algemeen
237
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
plan om periodiek het technisch patrimonium aan te passen aan de huidige tendensen qua duurzaamheid en rationeel energiegebruik. Voormelde overeenkomst vloeit voort uit de kaderovereenkomst met Eandis voor het organiseren van ondersteuningsactiviteiten gericht op energiebesparingen en van de daartoe dienende investeringen op niveau van (hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie ten behoeve van de provincie Antwerpen zoals goedgekeurd door uw raad in vergadering van 25 november 2010. De deputatie stelt voor voornoemd ontwerp goed te keuren en als wijze van gunnen van de werken de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking met raadpleging van uitsluitend de opdrachthoudende vereniging Iveka te Turnhout vast te stellen, in toepassing van artikel 26, §1 1°, f) van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 (feitelijk monopolie). Het ontwerp ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag in zitting van 7 november 2013 goed. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet; Overwegende dat in het budget 2013 onder artikel 2013/2013/124/22101000/6000005000000/XXXX/ACT025/22101000/30000000/10 000000/XXXXX een krediet voorzien wordt voor de renovatie van de verluchting van het gebouw “Glinstering aan het Zilvermeer” in het provinciaal domein Zilvermeer te Mol; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan het ontwerp voor de renovatie van de verluchting van het gebouw “Glinstering aan het Zilvermeer” in het provinciaal recreatiedomein Zilvermeer te Mol, zoals vervat in het ontwerp van overeenkomst met de opdrachthoudende vereniging IVEKA te Turnhout, en stelt in toepassen van artikel 26, §1 1°, f) van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 (feitelijk monopolie) als wijze van gunnen van deze werken de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking, met raadpleging van uitsluitend voormelde vereniging, vast. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
238
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 4/30 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Stabroek. Provinciaal instituut voor technisch onderwijs. Bouwen van een mestopslagplaats. Ontwerp. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de meerjarenplanning werd een krediet voorzien van 140.000,00 EUR voor het bouwen van een mestopslagplaats bij het provinciaal instituut voor technisch onderwijs te Stabroek. Aan uw raad wordt thans het ontwerp voor deze werken voorgelegd, opgemaakt door de dienst Infrastructuur en Vastgoed, en omvattende bijzonder bestek, gedetailleerde en samenvattende opmeting, plannen en kostenraming. Het ontwerp voorziet het bouwen van een overdekte mestopslagplaats, voortvloeiend uit de nieuwe wettelijke verplichtingen voor opslag van vaste mest volgens Vlarem II. De constructie zal gebruikt worden voor opslag en composteren van mest en een kleine hoeveelheid groenafval. De compost zal uitsluitend gebruikt worden voor eigen gebruik in de school. De stalmest kan bijvoorbeeld gebruikt worden op de weilanden in de tuinafdeling van de school. Het groenafval is afkomstig van de tuinbouwafdeling van de school (groenten, fruit, ..). De vaste dierlijke mest is afkomstig van verschillende diersoorten die gehouden worden op de school: runderen, paarden, schapen, pluimvee (kippen, kalkoenen, pauwen, fazanten, eenden, duiven en nandoes) en een kleine hoeveelheid knaagdieren (konijnen en cavia’s). De voorziene oppervlakte opslagruimte is gebaseerd op de hoeveelheid stalmest, zoals wettelijk verplicht, aangevuld met ruimte voor opslag van groenafval. De overkapping zorgt voor de bescherming van de mest tegen zonlicht en regen en zorgt er ook voor dat het regenwater gescheiden blijft van de mestsappen. Op die manier wordt bijhorende grote opslagplaats voor mestsappen vermeden. De kleine hoeveelheid mestsappen kan nu eenvoudig mee worden opgeslagen in de opslagplaats voor vloeibare/gemengde mest van de bestaande melkveestal. Ten slotte zorgt het overdekken van de opslagplaats ervoor dat de leerlingen op een arbeidsvriendelijke en educatieve manier de technieken voor opslag van mest en compost kunnen leren kennen. De kostenraming van deze werken bedraagt 106.678,62 EUR + 22.402,51 EUR (21 % btw) = 129.081,13 EUR. De deputatie stelt voor om voornoemd ontwerp goed te keuren en als wijze van gunnen van de werken de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met bekendmaking vast te stellen in toepassing van artikel 26.§2.1°.d) van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van artikel 2.§1.3° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011. Het ontwerp ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 7 november 2013.
239
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet; Gelet op de inschrijving in de meerjarenplanning van een krediet van 140.000,00 EUR voor het bouwen van een mestopslagplaats in het provinciaal instituut voor technisch onderwijs te Stabroek; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan het ontwerp voor het bouwen van een mestopslagplaats bij het provinciaal instituut voor technisch onderwijs te Stabroek, opgemaakt door de dienst Infrastructuur en Vastgoed, en stelt in toepassing van artikel 26.§2.1°.d) van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van artikel 2.§1.3° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011 als wijze van gunnen van deze werken de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met bekendmaking vast. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/31 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Stabroek. Provinciaal instituut voor technisch onderwijs. Bouwen van nijverheidsklassen. Bouwwerken. Ontwerp. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de meerjarenplanning werd een krediet van 2.705.000,00 EUR voorzien voor het bouwen van nijverheidsklassen in het provinciaal instituut voor technisch onderwijs te Stabroek. Aan uw raad wordt thans het ontwerp voor de bouwwerken voor dit project voorgelegd, opgemaakt door bvba Architektenburo Jef Van Oevelen te Ekeren, Antwerpen, en omvattende bijzonder bestek, gedetailleerde en samenvattende opmeting, kostenraming en plannen. Het ontwerp voorziet in een uitbreiding van een reeds bestaand blok nijverheidsklassen met zes nieuwe ateliers. Op de plaats waar dit project zal gerealiseerd worden staat een verouderde serre die zal afgebroken worden. De kostenraming van de bouwwerken bedraagt 323.300,11 EUR (21 % btw) = 1.862.824,45 EUR.
1.539.524,34
EUR
+
De deputatie stelt voor voornoemd ontwerp goed te keuren en als wijze van gunnen van de werken de open aanbesteding vast te stellen.
240
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Het ontwerp voor de technieken wordt in een latere vergadering aan uw raad voorgelegd. Het ontwerp ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet; Gelet op de inschrijving in de meerjarenplanning van een krediet van 2.705.000,00 EUR voor het bouwen van nijverheidsklassen in het provinciaal instituut voor technisch onderwijs te Stabroek; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan het ontwerp voor de bouwwerken voor het bouwen van nijverheidsklassen in het provinciaal instituut voor technisch onderwijs te Stabroek, opgemaakt door bvba Architektenburo Jef Van Oevelen te Ekeren (Antwerpen), en stelt als wijze van gunnen van deze werken de open aanbesteding vast. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/32 van de agenda Antwerpen. Gebouw Kronenburgstraat. Renovatie conciërgewoning, zijde Kronenburgstraat. Ontwerp. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de meerjarenplanning werd een krediet voorzien van 300.000,00 EUR voor de renovatie van de twee conciërgewoningen in het gebouw Kronenburgstraat, zijde Kronenburgstraat en zijde Sint-Rochusstraat, te Antwerpen. Aan uw raad wordt thans het ontwerp voor deze werken voorgelegd, opgemaakt door de dienst Infrastructuur en Vastgoed, en omvattende bijzonder bestek, gedetailleerde en samenvattende opmeting, kostenraming en plannen. De werken omvatten de volledige renovatie van de conciërgewoning in het gebouw Kronenburgstraat, zijde Kronenburgstraat: het bestaande interieur wordt volledig verwijderd en de woning wordt opnieuw ingericht met nieuwe wanden, vloeren, plafonds, technieken en maatmeubilair. De kostenraming van deze werken bedraagt 133.828,94 EUR + 8.029,74 EUR (6% btw) = 141.858,68 EUR.
241
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De deputatie stelt voor voornoemd ontwerp goed te keuren en als wijze van gunnen van de opdracht voor werken de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking vast te stellen, in toepassing van artikel 26.§2.1°.d) van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van artikel 2.§1.3° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011. Het ontwerp ligt ter inzage op de griffie. De deputatie keurde dit verslag goed in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet; Gelet op de inschrijving in de meerjarenplanning van een krediet van 300.000,00 EUR voor de renovatie van de twee conciërgewoningen in het gebouw Kronenburgstraat, zijde Kronenburgstraat en zijde Sint-Rochusstraat, te Antwerpen; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan het ontwerp voor de renovatie van de conciërgewoning in het gebouw Kronenburgstraat, zijde Kronenburgstraat te Antwerpen, opgemaakt door de dienst Infrastructuur en Vastgoed, en stelt in toepassing van artikel 26.§2.1°.d) van de wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 en van artikel 2.§1.3° van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011 als wijze van gunnen van deze werken de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met bekendmaking vast. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/33 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Diverse provinciale sites. Sector 1 regio centrum, sector 2 regio noord en sector 3 regio zuid. Beveiligingsinstallaties. Raamovereenkomst voor het uitvoeren van onderhouds- en aanverwante werken op afroep tijdens het dienstjaar 2014 (verlengbaar tot 2015, 2016 en 2017). Ontwerp. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In zitting van 17 oktober 2013 heeft de deputatie ermee ingestemd dat de contracten afgesloten voor het onderhouden van diverse provinciale beveiligingsinstallaties met de nv ECS Technics te Wilrijk, Antwerpen, thans
242
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
gefailleerd, worden verbroken en heeft ze vrijgave gemachtigd van de in het raam van deze contracten gestelde borgtochten. Het is de bedoeling een nieuwe raamovereenkomst inzake installatie, herstelling en onderhoud van die provinciale beveiligingsinstallaties in de markt te plaatsen. Hiertoe wordt thans aan uw raad het ontwerp inzake bedoelde raamovereenkomst voorgelegd. Het is opgemaakt door de dienst Infrastructuur en Vastgoed en bestaat uit een bestek, een samenvattende opmeting, een kostenraming (zie verder) en twee bijlagen (lijst geautoriseerde melders en inventaris beveiligingsinstallaties). Onderhavig ontwerp is opgemaakt op basis van het ontwerp van de raamovereenkomst houdende het uitvoeren van onderhouds- en aanverwante werken op afroep behorende tot het vakgebied algemene bouwwerken aan de provinciale sites en de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal te Antwerpen behorende tot sector 1 regio centrum tijdens het dienstjaar 2014 (verlengbaar tot 2015, 2016 en 2017) waaraan uw raad in vergadering van 26 september 2013 goedkeuring heeft gehecht. De belangrijkste kenmerken van dat ontwerp, indien nodig aangevuld met thans aangebrachte wijzigingen, zijn: het gaat in hoofdzaak om interventies voor het opheffen van storingen en herstellen van gebreken, systematisch of preventief technisch en/of bouwkundig onderhoud, controles en aanpassingswerken, modificaties, conditieonderhoud en werken in functie van welzijn en veiligheid (P&B). Het betreft werken van beperkte omvang die geen onderdeel zijn van een globaal bouw- of renovatieproject; het ontwerp houdt in dat de dienst Infrastructuur en Vastgoed, na sluiting van de opdracht met een opdrachtnemer, afhankelijk van de behoeften en bij toepassing van de bepalingen en voorwaarden van het bestek, bij deze opdrachtnemer onderhouds- en herstellings-opdrachten via een afroep plaatst; kwalitatieve selectie van kandidaat-inschrijvers geschiedt aan de hand van volgende criteria: beroepskwalificaties van het uitvoerend personeel en de verantwoordelijke voor de leiding van de werken en referenties. Gelet op de aard van het vakgebied is thans volgend criterium toegevoegd: erkenning als beveiligingsonderneming (INCERT-gecertificeerd bedrijf en erkenning als beveiligingsonderneming van de federale overheidsdienst binnenlandse zaken); de offertes van de geselecteerde inschrijvers worden beoordeeld aan de hand van volgende gunningscriteria: criterium 1 - loonkosten, transportkosten, oproepingskost voor spoedinterventies en sectoroverleg (eenheidsprijzen gekoppeld aan vermoedelijke hoeveelheden) Hierbij doet zich wel een belangrijke nieuwigheid voor: de hoeveelheid voor art. 1.1 Ervaren technicus - onderdeel van de post Uurlonen werknemers - van de samenvattende opmeting is de som van het aantal door de inschrijver becijferde aantal uren voor het preventieve onderhoud en het door de ontwerper voorziene vermoedelijke aantal uren voor het overige onderhoud (herstellingen, ontstoringen, aanpassingen, enz..), in casu 500 uren. Hiertoe is de samenvattende opmeting opgesplitst in een deel A en deel B. In deel A geeft de inschrijver per essentieel onderdeel van een bepaald type-installatie (inbraakdetectie, branddetectie, toegangscontrole en camerabewaking) de tijd op die hij nodig heeft om het
243
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
te onderhouden. Gekoppeld aan een vermoedelijk aantal stuks wordt na vermenigvuldiging en sommering een aantal uren verkregen dat samen met het aantal uren voor het overige onderhoud (500 uren - zie hiervoor) de hoeveelheid vormt van art. 1.1. Inherent aan preventief onderhoud van beveiligingsinstallaties is dat een opgave van de duur van de werktijd per essentieel onderdeel een realistische oefening is. Voordeel van deze werkwijze is dat het preventief onderhoud - toch het grootste aandeel van de onderhoudsopdrachten – niet in regie wordt aangerekend maar dat per onderdeel enkel de in deel A van de samenvattende opmeting opgegeven werktijd in rekening mag worden gebracht (eventueel verhoogd met transportkosten, materiaalkosten en kosten ingevolge de aanwending van bijzonder materieel). Zo krijgt de prijsbepaling van het preventieve onderhoud een meer forfaitair karakter. Bij het overige onderhoud (herstellingen, aanpassingen, ontstoringen, enz…) is een dergelijke benadering niet mogelijk en gebeurt de aanrekening volledig in regie; criterium 2 - het aankoopbeleid van de inschrijver met betrekking tot materialen en verbruiksgoederen, meer bepaald het prijsniveau van de huisleverancier(s) van de inschrijver (catalogi, prijslijsten dienen bij de offertes te worden gevoegd) gelinkt aan de motivering waarom bij bedoelde huisleveranciers materialen worden aangekocht (motivering door de inschrijver bij de offerte te voegen) en criterium 3 - het potentieel aan bijzonder materieel gekoppeld aan de bijbehorende kosten (catalogi, prijslijsten, enz. van verhuurbedrijven dienen bij de offerte te worden gevoegd alsook de motivering van de keuze van bepaalde verhuurbedrijven en/of de keuze waarom bepaald materieel is aangekocht). De wegingscoëfficiënten zijn respectievelijk 60, 30 en 10; uit zorg te voldoen aan de geldende sociale wetgeving is voor de werkuren buiten de normale arbeidstijd en op zater-, zon- en feestdagen – niet van toepassing bij preventief onderhoud aangezien vooraf gepland - voorzien in een vast percentage op het opgegeven uurloon binnen de normale arbeidstijd (werkuren buiten normale werktijd en op zaterdag: 50% meer; werkuren op zon- en feestdagen 100% meer); de verplaatsingskosten zijn gelimiteerd (maximaal 70,00 EUR per verplaatsing voor één voertuig met één persoon en maximaal 100,00 EUR per verplaatsing voor één voertuig met twee personen (bedragen indexeerbaar volgens prijsherzieningsformule); er is uitdrukkelijk bepaald dat transportkosten enkel kunnen worden aangerekend bij verplaatsing van atelier naar site (heen en terug) en van site naar site. Bovendien is voorzien dat bij aanrekening van een verplaatsingskost effectief een verplaatsing dient te worden uitgevoerd, wat betekent dat wanneer diverse werkopdrachten op eenzelfde dag op eenzelfde locatie worden uitgevoerd, slechts één verplaatsing per dag kan worden aangerekend; er is voorzien dat de technici en specialisten van de opdrachtnemer die ingeschakeld worden voor onderhoudsopdrachten bij het provinciebestuur van Antwerpen een badge krijgen. Bij aankomst en vertrek op een site waar een opdracht dient te worden uitgevoerd, dient telkens in- en uitgeklokt te worden via de aanwezige prikklokken. Wekelijks of maandelijks moeten de gepresteerde werkuren worden verstuurd naar de opdrachtnemer. Aanpassingen ervan dienen door de opdrachtnemer te worden aangevraagd via de X-tremismodule. Ongeacht of de site al dan niet aangesloten zou zijn op het X-tremisnetwerk, dient het personeelslid van de opdrachtnemer zich bij aanvang en vertrek ook te melden op de receptie aldaar en dient zijn
244
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
werkrapport te worden ondertekend door een medewerker van de dienst Infrastructuur en Vastgoed of een personeelslid van de betreffende site. Het afgetekende werkrapport dient bij de pro formafactuur te worden gevoegd; er is voorzien dat de opdrachtnemer dient in te loggen op de helpdesk van de dienst Infrastructuur en Vastgoed om de planning aan te geven van de uit te voeren opdrachten, alsook voor het melden van de uitgevoerde opdrachten; een opdracht voortspruitend uit onderhavige raamovereenkomst (= opdracht op afroep) wordt gesloten wordt door het louter mailen van de werkorder naar de opdrachtnemer; zoals gebruikelijk is in het bestek voorzien dat de provincie Antwerpen door het sluiten van de raamovereenkomst er zich toe verbindt om gedurende een volledig kalenderjaar een totaal bedrag aan opdrachten af te roepen ten belope van een in het bestek bepaalde minimumgrens, en dit op straffe van een schadevergoeding. Hierbij zal niet elk jaar afzonderlijk worden getoetst aan bedoelde minimumgrens, maar wel het totale bedrag aan gesloten opdrachten tijdens de looptijd van de raamovereenkomst aan de gecumuleerde jaarlijkse grensbedragen in kwestie. Een dergelijke schadevordering kan maar geldig worden ingediend binnen de negentig dagen volgend op de betekening van het proces-verbaal van oplevering van de raamovereenkomst; de maximumgrens voor de omvang van de opdrachten gesloten op grond van de raamovereenkomst blijft 30.000,00 EUR btw exclusief; het is de bedoeling de uitvoering van de overeenkomst te starten in de loop van 2014 met als (eerste) vervaldatum 31 december 2014. De overeenkomst kan evenwel jaarlijks stilzwijgend worden verlengd voor telkens één jaar, maximaal driemaal. Beide partijen kunnen evenwel de (eventueel verlengde) overeenkomst opzeggen met een aangetekende brief, te versturen minstens vier maanden voor het verstrijken van de periode eindigend op 31 december. Het contract eindigt hoe dan ook op 31 december 2017.
De kostenraming beloopt als volgt: 161.044,67 EUR + 33.819,38 EUR (21% btw) = 194.864,05 EUR (bedrag op jaarbasis, met voor gunningscriteria 2 en 3 en annex rekening gehouden met de voorziene verrekenbare som als basis). Aan uw raad wordt voorgesteld voornoemd ontwerp goed te keuren en als wijze van gunnen van deze opdracht voor werken de open offerteaanvraag vast te stellen. Het ontwerp ligt ter inzage op de griffie. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43.§2.11° van het provinciedecreet; Gelet op het besluit van de deputatie van 17 oktober 2013 houdende de instemming dat de contracten afgesloten voor het onderhouden van diverse provinciale beveiligingsinstallaties met de nv ECS Technics te Wilrijk, Antwerpen, thans gefailleerd, worden verbroken en de machtiging tot vrijgave van de in het raam van deze contracten gestelde borgtochten;
245
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Overwegende dat het de bedoeling is een nieuwe raamovereenkomst inzake installatie, herstelling en onderhoud van die provinciale beveiligingsinstallaties in de markt te plaatsen; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad hecht goedkeuring aan het ontwerp voor de raamovereenkomst houdende het uitvoeren van onderhouds- en aanverwante werken op afroep aan beveiligingsinstallaties van de provinciale sites behorende tot sector 1 regio centrum, sector 2 regio noord en sector 3 regio zuid tijdens het dienstjaar 2014 (verlengbaar tot 2015, 2016 en 2017), en stelt als wijze van gunnen van deze aanneming de open offerteaanvraag vast. De kostenraming ervan beloopt als volgt: 161.044,67 EUR + 33.819,38 EUR (21% btw) = 194.864,05 EUR (bedrag op jaarbasis, met voor gunningscriteria 2 en 3 en annex rekening gehouden met de voorziene verrekenbare som als basis). VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 4/23 tot en met 4/33 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 69 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 68 leden hebben ja gestemd; 1 lid heeft zich onthouden. De agendapunten 4/23 tot en met 4/33 worden goedgekeurd met 68 stemmen ja, bij 1 onthouding. Nr. 4/34 van de agenda Antwerpen. Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Restauratie exterieur. Ontwerpopdracht. Bijkomende uitgaven. Kennisname. Verslag van de deputatie Sinds 2001 worden de resterende restauratiewerken aan de Onze-LieveVrouwekathedraal te Antwerpen systematisch aangepakt, volgens een meerjarenplan dat door de deputatie en de bevoegde Vlaamse overheid gezamenlijk goedgekeurd is. In zitting van 20 december 2001 besliste de deputatie het opmaken van het ontwerp en de controle op de werken voor de restauratie van het buitenmetselwerk van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal te Antwerpen te gunnen aan de tijdelijke handelsvennootschap Architectenbureau R. Steenmeijer & H. Baksteen - bvba Ingenieursbureau Jan Van Aelst - nv Securos te Antwerpen, voor een bedrag van
246
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
422.089,88 EUR, berekend op een projectbudget van 4.000.000,00 EUR (bedragen incl. btw). In zitting van 27 mei 2004 hechtte de deputatie goedkeuring aan bijakte nr. 1 bij deze ereloonovereenkomst, met betrekking tot de restauratie van de daken en gevels van de dienstgebouwen die tegen de kathedraal zijn aangebouwd. In vergadering van 25 juni 2009 hechtte uw raad goedkeuring aan bijakte nr. 2 bij voormelde ereloonovereenkomst, met betrekking tot de optimalisering van de bereikbaarheid van de daken en de sanering van het rioolnet. Na goedkeuring door uw raad van de diverse fases van de restauratie, en rekening houdend met voorgaande bijaktes, is het projectbudget gestegen naar 8.393.129,58 EUR en bedraagt het totale ereloon thans 1.038.899,90 EUR (alle bedragen incl. btw) en dient uw raad hiervan kennis te nemen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het besluit van de provincieraad, genomen in vergadering van 27 juni 2013, betreffende de invulling van het begrip dagelijks bestuur in de zin van artikel 43.§2.9° en 11° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Kennis wordt genomen van de bijkomende uitgaven bij de ontwerpopdracht voor de restauratie van het buitenmetselwerk van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal te Antwerpen, opgedragen aan de tijdelijke handelsvennootschap Architectenbureau R. Steenmeijer & H. Baksteen – bvba Ingenieursbureau Jan Van Aelst – nv Securos te Antwerpen. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. Nr. 4/35 van de agenda Antwerpen. Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Verdere interieurrestauratie. Ontwerpopdracht. Bijkomende uitgaven. Kennisname. Verslag van de deputatie Sinds 2001 worden de resterende restauratiewerken aan de Onze-LieveVrouwekathedraal te Antwerpen systematisch aangepakt, volgens een meerjarenplan dat door de deputatie en de bevoegde Vlaamse overheid gezamenlijk goedgekeurd is.
247
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
In zitting van 24 juni 1999 besliste de deputatie het opmaken van het ontwerp en de controle op de werken voor de verdere interieurrestauratie van de Onze-LieveVrouwekathedraal te Antwerpen te gunnen aan Architectenbureau R. Steenmeijer & H. Baksteen te Antwerpen, thans bvba Steenmeijer Architecten te Antwerpen. In zitting van 15 februari 2007 hechtte de deputatie goedkeuring aan bijakte nr. 1 bij deze ereloonovereenkomst, met betrekking tot de restauratie van het Schyvenorgel. In vergadering van 25 juni 2009 hechtte uw raad goedkeuring aan bijakte nr. 2 bij voormelde ereloonovereenkomst, met betrekking tot de optimalisering van de klimaatinstallatie en werd voormelde beslissing van de deputatie genomen in zitting van 15 februari 2007 bekrachtigd. In vergadering van 24 maart 2011 hechtte uw raad goedkeuring aan bijaktes nrs. 3 (herinrichting lapidarium), 4 (hoofdportaal), 5 (muurschilderingen ter hoogte van de zijbeuk zuid) en 6 (veiligheidscoördinatie). Na goedkeuring door uw raad van de diverse fases van de restauratie, en rekening houdend met voorgaande bijaktes, is het projectbudget gestegen naar 4.817.624,15 EUR en bedraagt het totale ereloon thans 637.958,23 EUR (bedragen incl. btw) en dient uw raad hiervan kennis te nemen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het besluit van de provincieraad, genomen in vergadering van 27 juni 2013, betreffende de invulling van het begrip dagelijks bestuur in de zin van artikel 43.§2.9° en 11° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Kennis wordt genomen van de bijkomende uitgaven bij de ontwerpopdracht voor de verdere interieurrestauratie van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal te Antwerpen, opgedragen aan bvba Steenmeijer Architecten te Antwerpen. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen.
248
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 4/36 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Antwerpen. Provinciaal instituut PIVA. Vernieuwen van het oefenrestaurant en bouwen van een vleugel voor het volwassenenonderwijs. Ontwerpopdracht. Bijkomende uitgaven. Kennisneming. Verslag van de deputatie In zitting van 23 december 2010 besliste de deputatie de ontwerpopdracht voor het vernieuwen van het oefenrestaurant en het bouwen van een vleugel voor het volwassenenonderwijs bij het provinciaal instituut PIVA te Antwerpen te gunnen aan de tijdelijke handelsvennootschap bvba Ontwerpatelier Bert Gebruers–Peter Jannes - cvba A2O Architecten – nv Technum-Tractebel Engineering te Olen voor een op basis van het geraamd projectbudget van 4.750.000,00 EUR berekende prijs van 435.725,01 EUR (bedragen incl. btw). Bij de goedkeuring door uw raad van de ontwerpen voor de algemene bouwwerken en voor de omgevingsaanleg, respectievelijk in vergaderingen van 14 december 2011 en 28 februari 2013, steeg het projectbudget naar 7.051.328,34 EUR en bedroeg de totale waarde van de dienstenopdracht als gevolg van deze stijging 643.698,36 EUR (bedragen incl. btw). Na gunning door de deputatie van de algemene bouwwerken en de omgevingsaanleg, respectievelijk in zittingen van 14 juni 2012 en 14 augustus 2013, bleef het projectbudget quasi onveranderd, namelijk 7.049.999,54 EUR en bedroeg de totale waarde van de dienstenopdracht 643.280,49 EUR (bedragen incl. btw). Omdat door de stijging van het projectbudget de waarde van de dienstenopdracht dus met 207.555,48 EUR (incl. btw) verhoogd wordt of meer dan 10% hoger geworden is dan het gunningsbedrag, wordt uw raad verzocht hiervan kennis te nemen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het besluit van de provincieraad, genomen in vergadering van 27 juni 2013, betreffende de invulling van het begrip dagelijks bestuur in de zin van artikel 43.§2.9° en 11° van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Kennis wordt genomen van de bijkomende uitgaven ten bedrage van 207.555,48 EUR (incl. btw) bij de ontwerpopdracht voor het vernieuwen van het oefenrestaurant en het bouwen van een vleugel voor het volwassenenonderwijs bij het provinciaal instituut PIVA te Antwerpen, gesloten met de tijdelijke handelsvennootschap bvba Ontwerpatelier Bert Gebruers-Peter Jannes – cvba A20 Architecten – nv Technicum-Tractebel Engineering te Olen.
249
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 4/37 tot en met 4/39 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in. Nr. 4/37 van de agenda Vastgoed. Diverse grondoverschotten. Restpercelen langs voormalige provinciewegen. Overdracht aan betrokken wegbeheerder. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In vergadering van 22 oktober 2008 besliste uw raad onder nummer 10/3 van de agenda om de primaire, secundaire en opgewaardeerde lokale provinciewegen in te delen bij de gewestwegen. In artikel 2 van het besluit werd het principe goedgekeurd om de restpercelen gelegen langs bovenvermelde wegen, kosteloos over te dragen aan het Vlaams Gewest. Eveneens in vergadering van 22 oktober 2008 besliste uw raad onder nummer 10/2 van de agenda om de lokale provinciewegen in te delen bij de betrokken steden en gemeenten. In artikel 2 van het besluit werd het principe goedgekeurd om de restpercelen verbonden aan de lokale wegen, kosteloos over te dragen aan de steden en gemeenten. In vergadering van 22 januari 2009 hechtte uw raad goedkeuring aan de kosteloze overdracht van de selectie kadastrale percelen aan het Vlaams Gewest. Echter werden een aantal provinciewegen ook naar de steden en gemeenten overgedragen. Bijgevolg is het aangewezen om het provincieraadsbesluit van 22 januari 2009 in te trekken. De dienst Infrastructuur en Vastgoed heeft de lijst restpercelen aan volgende criteria getoetst: 1. er bestaat geen onduidelijkheid betreffende de huidige eigendomstitel van de provincie Antwerpen; 2. er werd eerder een poging ondernomen om deze te verkopen óf de kosten van een mogelijke verkoop wegen niet op tegenover de mogelijke opbrengst eruit; 3. het is duidelijk welke overheid de voormalige provincieweg momenteel beheert. Er voldoen inmiddels 18 restpercelen aan bovenvermelde criteria. Het behoud van de restpercelen in het provinciaal patrimonium heeft geen enkel nut, zeker niet nu de betrokken wegen overgedragen werden aan het Vlaams Gewest, de betrokken steden of gemeenten.
250
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De bodemattesten betreffende de over te dragen percelen maken geen melding van enige verontreiniging. Aan uw raad wordt voorgesteld om de lijst met restpercelen van 22 januari 2009 in te trekken. Tevens wordt voorgesteld om per respectieve wegbeheerder van de voormalige provincieweg in te stemmen met de lijst van kosteloos over te dragen restpercelen. Het huidige voorstel van overdracht van restpercelen langsheen voormalige provinciewegen is als volgt opgedeeld: 12 restpercelen : Vlaamse Gewest 1 restperceel : gemeente Bornem 1 restperceel : gemeente Heist-op-den-Berg 4 restpercelen : stad Mechelen De deputatie keurde dit verslag in zitting van 7 november 2013 goed. Het dossier ligt ter inzage bij de griffie. De provincieraad van Antwerpen Gelet op het besluit van de raad van 22 oktober 2008 houdende goedkeuring van de overdracht van een aantal provinciewegen aan het Vlaams Gewest en van de kosteloze overdracht van restpercelen langs die provinciewegen aan het Vlaams Gewest; Gelet op het besluit van de raad van 22 oktober 2008 houdende goedkeuring van de overdracht van een aantal lokale provinciewegen aan betrokken steden en gemeenten en van de kosteloze overdracht van de met de over te dragen provinciewegen verbonden restpercelen aan de steden en de gemeenten; Gelet op het besluit van de raad van 22 januari 2009; Gelet op de voorgelegde lijst; overwegende dat het behoud van deze percelen in het provinciaal patrimonium geen nut meer heeft; Gelet op de bodemattesten; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Artikel 1: De provincieraad trekt het provincieraadsbesluit onder nr. 4/5 van de agenda van 22 januari 2009 betreffende de kosteloze overdracht van restpercelen langs voormalige provinciewegen aan het Vlaams Gewest in. Artikel 2: In aanvulling op artikel 2 van het provincieraadsbesluit onder nr. 10/3 van de agenda van 22 oktober 2008 houdende de overdracht van de primaire en secundaire provinciewegen aan het Vlaams Gewest, hecht de provincieraad goedkeuring aan de kosteloze overdracht van de hierna vermelde kadastrale percelen aan het Vlaams Gewest:
251
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
gemeente Dessel Dessel Heist-op-den-Berg Heist-op-den-Berg Heist-op-den-Berg Heist-op-den-Berg Heist-op-den-Berg Heist-op-den-Berg Mechelen Mechelen Puurs Puurs
afdeling
sectie
nummer
1 1 2 2 2 6 4 7 3 4
B B K K I I I C G A (ondergronds) A B
1196/02 1140/03 63F 63/03 491R2 491X 373/03A 436/02 242d 188/c/deel 76/02a 335/02c
oppervlakte 25 25 84 705 1.605 40 5.983 65 1.792 9,83 97 17
m² m² m² m² m² m² m² m² m² m² m² m²
Artikel 3: In aanvulling op artikel 2 van het provincieraadsbesluit onder nr. 10/2 van de agenda van 22 oktober 2008 houdende de overdracht van de lokale provinciewegen aan betrokken gemeenten, hecht de provincieraad goedkeuring aan de kosteloze overdracht van het hierna vermelde kadastrale perceel aan de gemeente Bornem: gemeente
afdeling
sectie
nummer
Bornem
1
C
193R
Artikel 4: In aanvulling op artikel 2 van het provincieraadsbesluit onder nr. van 22 oktober 2008 houdende de overdracht van de lokale betrokken gemeenten, hecht de provincieraad goedkeuring overdracht van het hierna vermelde kadastrale perceel aan de den-Berg: gemeente
afdeling
sectie
nummer
Heist-op-den-Berg
1
K
63/04
oppervlakte 138 m²
10/2 van de agenda provinciewegen aan aan de kosteloze gemeente Heist-op-
oppervlakte 438 m²
Artikel 5: In aanvulling op artikel 2 van het provincieraadsbesluit onder nr. 10/2 van de agenda van 22 oktober 2008 houdende de overdracht van de lokale provinciewegen aan betrokken gemeenten, hecht de provincieraad goedkeuring aan de kosteloze overdracht van de hierna vermelde kadastrale percelen aan de stad Mechelen: gemeente
afdeling
sectie
nummer
Mechelen Mechelen Mechelen Mechelen
2 2 2 2
B B B H
297N 297P 297R 28G2
252
oppervlakte 61 109 303 94
m² m² m² m²
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 6: Voormelde restpercelen worden voor zover als nodig gedesaffecteerd uit het provinciaal openbaar domein. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/38 van de agenda Vastgoed. Mechelen. Fietsostrade Antwerpen-Mechelen. Grondaankoop. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In vergadering van 26 september 2013 gaf de provincieraad van Antwerpen haar voorlopige goedkeuring aan de onteigeningsplannen met bijhorende motivatie ter verantwoording van het openbaar nut voor de verwerving van 7 innemingen in Mechelen, gelegen langs de spoorlijn Antwerpen-Mechelen in het kader van de aanleg van de fietsostrade langsheen deze spoorlijn. Een strook van 16,00m², deel uitmakend van het perceel ten kadaster gekend Mechelen, tweede afdeling, sectie B, nummer 186 V2, gelegen in woongebied en benoemd als “achtertuin”, is aangeduid als inneming 7, en eigendom van de echtgenoten Goovaerts-Van Hecke. Voor de verwerving van deze grondstrook werd door de provinciale landmeter een aanbod gedaan ten bedrage van 2.034,00 EUR, zijnde het schattingsbedrag verhoogd met wederbeleggingsvergoeding en wachtintrest en vergoeding voor opstanden. De echtgenoten Goovaerts-Van Hecke verklaarden zich akkoord met het aanbod, en bevestigden dit schriftelijk door op 7 oktober 2013 een eenzijdige verkoopbelofte in te vullen en te ondertekenen. Als bijkomende opmerkingen en afspraken werd genoteerd dat de eigenaars zelf de opstanden zullen verwijderen, en dat de provincie in de afsluiting naast het aan te leggen fietspad een opening vrij zal houden van 1 meter breed. De eigenaars mogen in deze opening een toegangspoort plaatsen die opendraait op hun eigendom. Het bodemattest voor deze inneming is blanco. Krediet voor deze aankoop is beschikbaar in het budget 2014. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. Het dossier ligt ter inzage bij de griffie. De provincieraad van Antwerpen Gelet op het “Masterplan Mobiliteit Antwerpen” waarin de verwezenlijking van het traject Vrouwvliet tot Station Caputsteenstraat in Mechelen ten behoeve van de fietsostrade Antwerpen-Mechelen werd opgenomen met bijhorend onteigeningsplan dat op 26 september voorlopig werd goedgekeurd; Overwegende dat voor inneming 7 een verkoopbelofte werd bekomen tegen de schattingsprijs, verhoogd met wederbeleggingsvergoeding en wachtintrest en een vergoeding voor opstanden;
253
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Onder verklaring dat de transactie wordt aangegaan voor openbaar nut, wordt machtiging verleend tot aankoop voor de aanleg van de fietsostrade AntwerpenMechelen, vak Vrouwvliet tot Caputsteenstraat in Mechelen, van inneming 7, zijnde 16,00 m², deel uitmakend van het perceel ten kadaster gekend als Mechelen 2, sectie B, nummer 186 V2, jegens de echtg. Goovaerts-Van Hecke tegen de prijs van 2.034,00 EUR, alle vergoedingen inbegrepen. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 4/39 van de agenda Mol en Meerhout. Zeeploop (A.7.31). Aankoop delen van percelen mevrouw Melis en OCMW Meerhout. Pachtverbrekingsvergoeding de heer Van Sande. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In zitting van 7 december 2006 stemde de deputatie in met de realisatie van een nieuw tracé van de Zeeploop te Mol en Meerhout, naar aanleiding van het Inrichtingsplan Geel-Bel fase 2 van het landinrichtingsproject “Grote Netegebied” dat voorziet in de verlegging van de Zeeploop te Mol en Meerhout. In zitting van 27 juni 2013 keurde uw raad het definitieve ontwerp van dit landinrichtingsproject goed. De verlegging heeft als doel om het stroomopwaartse gebied van de Zeeploop te vrijwaren van wateroverlast en het jaarlijks onderhoud van de waterloop mogelijk te maken. Immers doordat het huidige tracé van de Zeeploop onbereikbaar is voor jaarlijks onderhoud en omwille van het kleine verval doorheen de duin treedt er in het stroomopwaartse gebied langs de Zeeploop af en toe wateroverlast op. Om deze verlegging te kunnen realiseren dienen er gronden te worden aangekocht van drie partijen; OCMW Meerhout, VZW Stichting Kempens Landschap en Mevrouw Melis. In zitting van 6 juni 2013 en 1 augustus 2013 gaf de deputatie toestemming om de onderhandelingen op te starten voor de aankoop van: delen van percelen gelegen te Meerhout kadastraal gekend als 1ste afdeling, sectie B, nummers 196A, 196B, 196 C, 196D, 196E, 196N, 196M, 196L, 196 K, 196R, 196F, 39A en 38B met een totale oppervlakte van 3205 m², gelegen in agrarisch gebied volgens gewestplan en eigendom van mevrouw Melis delen van percelen gelegen te Mol en kadastraal gekend als Mol 3de afdeling, sectie E, nummer 965, gelegen in agrarisch gebied volgens gewestplan en delen van percelen gelegen te Meerhout en kadastraal
254
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
gekend als 1ste afdeling, sectie B, nummers 30, 31 en 32 met een totale oppervlakte van 5248 m², gelegen in natuurgebied volgens gewestplan en eigendom van het OCMW Meerhout. Naast de aankoop van deze percelen werd toestemming gegeven voor het vestigen van een erfdienstbaarheid op: delen van percelen gelegen te Meerhout kadastraal gekend als Meerhout, 1ste afdeling, sectie B, nummers 196A, 196B, 196 C, 196D, 196E, 196N, 196M, 196L, 196 K, 196R, 196F, 39A en 38B voor een totale oppervlakte van 3902m² en eigendom van mevrouw Melis delen van percelen gelegen te Mol en kadastraal gekend als Mol, 3de afdeling, sectie E, nummer 965 en gelegen te Meerhout en kadastraal gekend als Meerhout, 1ste afdeling, sectie B, nummers 30, 31 en 32 voor een totale oppervlakte van 1148 m² en eigendom van het OCMW Meerhout. Na onderhandelingen werd op 20 juni 2013 een verkoopbelofte ontvangen van mevrouw Melis voor het bedrag van 16925,00 EUR, alle vergoedingen inbegrepen. Dit bedrag is in overeenstemming met het bedrag waarvoor de deputatie in zitting van 6 juni 2013 toestemming gaf om te onderhandelen. Ook van de heer Van Sande, pachter op de percelen van mevrouw Melis, werd een akkoord bekomen voor een pachtverbrekingsvergoeding van 1602,50 EUR. Het OCMW van Meerhout bezorgde aan de dienst Infrastructuur en Vastgoed bij schrijven van 8 oktober 2013 het akkoord van de raad voor Maatschappelijk Welzijn met deze aankoop en het vestigen van de erfdienstbaarheid voor een bedrag van 9869,40 EUR. Dit bedrag valt binnen de marges van het schattingsverslag. Volgens de VLAREBO-inlichtingen is er geen weet van risico-inrichtingen of activiteiten op deze gronden. Krediet is beschikbaar voor deze aankopen in het budget 2014. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen Gelet op het Inrichtingsplan Geel-Bel fase 2 van het landinrichtingsproject “Grote Netegebied” dat voorziet in de verlegging van de Zeeploop te Mol en Meerhout en definitief goedgekeurd door de raad in zitting van 27 juni 2013; Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Onder verklaring dat de transactie wordt aangegaan voor openbaar nut, met name het stroomopwaartse gebied van de Zeeploop te vrijwaren van wateroverlast, wordt machtiging verleend tot: 1. de aankoop van delen percelen eigendom van mevrouw Melis, kadastraal gekend als Mol 1ste afdeling, sectie B, nummers 196A, 196N, 196M, 196L, 196 K, 196R,
255
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
196F en 39A, met een totale oppervlakte van 2553 m² en het vestigen van een erfdienstbaarheid op delen van percelen kadastraal gekend als Meerhout, 1ste afdeling, sectie B, nummers 196A, 196B, 196 C, 196D, 196E, 196N, 196M, 196L, 196 K, 196R, 196F, 39A en 38B op een oppervlakte van 3902 m² voor de totaalprijs van 16925,00 EUR, alle vergoedingen inbegrepen. 2. de aankoop van delen van percelen, eigendom van het OCMW Meerhout, kadastraal gekend als Mol, 3de afdeling, sectie E, nummer 965 met een totale oppervlakte van 689 m² en gekend als Meerhout, 1ste afdeling, sectie B, nummers 30, 31 en 32 met een totale oppervlakte van 5248 m² en het vestigen van een erfdienstbaarheid op een deel van een perceel, kadastraal gekend als Mol, 3de afdeling, sectie E, nummer 965 voor een oppervlakte van 302 m² en op delen van percelen, kadastraal gekend als Meerhout, 1ste afdeling, sectie B, nummers 30, 31, 32 voor een oppervlakte van 1148 m², voor de totaalprijs van 9869,40 EUR, alle vergoedingen inbegrepen. 3. De betaling van een pachtverbrekingsvergoeding van 1602,50 EUR aan de heer Cis Van Sande. Bijlage1: Aanduiding van de in te nemen stroken mevrouw Melis Geel = te verwerven gronden Groen = vestiging van erfdienstbaarheid
256
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Bijlage 2: Ligging van de percelen mevrouw Melis
257
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Bijlage 3:Ligging percelen nummers 30, 31 en 32 op het grondgebied Meerhout:
258
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Bijlage 4: Ligging perceel nummer 965op het grondgebied Mol
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 4/37 tot en met 4/39 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 70 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 69 leden hebben ja gestemd; 1 lid heeft zich onthouden. De agendapunten 4/37 tot en met 4/39 worden goedgekeurd met 69 stemmen ja, bij 1 onthouding.
VOORZITTER.- Wij hebben blijkbaar punt 3/2 van de agenda overgeslagen. Dat is bij niemand opgevallen, behalve bij de heren en dames van de Logistiek.
259
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 3/2 van de agenda Budget 2013. Machtigingskrediet 520/640. Toegestane subsidie. Artikel 520/64010297/9005000000000. Subsidiëring van het provinciaal economisch beleid. Aanwending van krediet. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de provincieraad van 26 april 2012 heeft uw raad ingestemd met een subsidie aan Roularta Media Group nv voor het project Trends Gazellen Antwerpen voor een bedrag van 5.000 EUR (budgetjaar 2012). In deputatiezitting van 4 oktober 2012 werd dit bedrag toegekend aan Roularta Media Group nv. Bij de toekenning door deputatie (04/10/2012) van bovenstaande subsidie werd nog uitgegaan van een uitreiking van de Trends Gazellen Ambassadeurs op 15 mei 2013. In zitting van 28 februari 2013 heeft de deputatie ingestemd met de gewijzigde datum van het event (namelijk 21 maart 2013). Als gevolg van een materiële vergissing binnen de financiële cel van de Dienst Economie en Internationale Samenwerking werd de subsidie aan Roularta Media Group nv definitief afgesloten waardoor de uitbetaling van de subsidie van het budgetjaar 2012 (financieel/technisch) niet kan worden afgewerkt. Aan uw raad wordt daarom gevraagd om in stemmen om de toegekende subsidie van 5.000 EUR aan Roularta Media Group nv opnieuw in te schrijven in het budget 2013 via het verdeelkrediet ‘subsidiëring van het provinciaal economisch beleid’. In dezelfde zitting van heden (28 november 2013) wordt daarom aan uw raad voorgesteld om in te stemmen met een budgetwijziging (lange type) ten behoeve van het verdeelkrediet ‘subsidiëring van het provinciaal economisch beleid’ (vermeerdering met 5.000 EUR van het machtigingskrediet 520/640 en vermindering van het machtigingskrediet 104/613 met 5.000 EUR). Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Ingestemd wordt met een subsidie van 5.000,00 EUR aan Roularta Media Group nv (project Trends Gazellen Antwerpen van 21 maart 2013), vanuit het verdeelkrediet (subsidiëring van het provinciaal economisch beleid) van het budget 2013 ingeschreven onder artikel 520/64010297/9005000000000. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 69 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 69 leden hebben ja gestemd. Goedgekeurd met 69 stemmen ja.
260
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
5. Onderwijs en jeugd VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 5/1 tot en met 5/4 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in. Nr. 5/1 van de agenda Flankerend onderwijsbeleid. Budget 2013. Machtigingskrediet 731/640. Toegestane subsidie. Verdeling van krediet. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In budget 2013 is onder machtigingskrediet 731/640- toegestane subsidies- een budget beschikbaar van 345.640 EUR voor het voeren van een provinciaal flankerend onderwijsbeleid. De provincieraad van 28 maart 2013 keurde een verdeling van subsidies van 183.873 EUR goed. Intussen besliste uw raad in de zitting van 23 mei 2013 om, in functie van de besparingen, het subsidiebudget flankerend onderwijsbeleid bij te sturen van 345.640 EUR naar 308.830 EUR. Dit betekende dat er nog een budget van 124.957 EUR kon aangewend worden. In de zitting van 26 september 2013 werd reeds ingestemd met de verdeling van 49.500 EUR van het budget onder machtigingskrediet 731/640 en bleef er een saldo van 75.457 EUR beschikbaar voor het voeren van provinciaal flankerend onderwijsbeleid. De deputatie stelt voor om dit saldo als volgt te verdelen: -
-
9.000 EUR aan RTC vzw voor de administratieve ondersteuning in 2013 van de projecten Technotrailer, KR8/O/NAUTEN en Techniek is sjiek; 27.450 EUR aan AP Hogeschool Antwerpen voor het project ‘internationalisering van stages’ in het schooljaar 2013-2014; 27.480 EUR om de continuïteit en de verdere uitbouw van het Talentencentrum in het Provinciaal Vormingscentrum Malle te verzekeren. Concreet gaat het over onkosten voor de verdere uitbouw van een infotheek, de inrichting van de ‘talentenlokalen’ en het aankleden van het interieur van het Talentencentrum. De onkosten voor deze verdere uitbouw kunnen gemakkelijkheidshalve het beste door PVM gedragen worden. Daarom wordt voorgesteld om de dotatie aan PVM met 27.480 EUR te verhogen. Een budgetwijziging om dit technisch mogelijk te maken wordt op 28 november 2013 apart aan uw raad voorgelegd; 11.480 EUR voor de loonkost van de consulent educatie die verantwoordelijk is voor de uitbouw van het Talentencentrum. Via een aparte budgetwijziging, voorgelegd aan uw raad op 28 november 2013, wordt voorgesteld om dit budget over te dragen naar het Departement Mens, Communicatie en Organisatie om de loonkost van 1 oktober tot 31 december 2013 te kunnen betalen.
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013.
261
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het budget 2013 van de provincie Antwerpen; Gelet op het provinciedecreet; Gelet op het voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Goedgekeurd wordt de aanwending van het budget 2013 van het machtigingskrediet 731/640, toegestane subsidies- subsidies met betrekking tot flankerend onderwijsbeleid, als volgt: -
9.000 EUR aan RTC vzw voor administratieve ondersteuning van projecten in 2013; 27.450 EUR aan AP Hogeschool Antwerpen voor het project ‘internationalisering van stages’ in het schooljaar 2013-2014; 27.480 EUR voor een bijkomende dotatie aan Provinciaal Vormingscentrum Malle om de continuïteit en de verdere uitbouw van het Talentencentrum te verzekeren; 11.480 EUR voor de loonkost van de consulent educatie voor het Talentencentrum.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 5/2 van de agenda Wijziging subsidiereglement 'Erkenning en subsidiëring provinciaal jeugdwerk'. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Het reglement ‘Erkenning en subsidiëring van provinciale jeugdwerkorganisaties’, goedgekeurd door de provincieraad op 17 oktober 2007 en gewijzigd op 16 december 2010, was één van de acties van het jeugdbeleidsplan 2008-2013. In het jeugdbeleid vanaf 2014 dient er een heel ander subsidiebeleid gevoerd te worden. Dat komt grotendeels door de financiële en inhoudelijke gevolgen van de interne staatshervorming. Zo mogen we een heel aantal organisaties niet meer subsidiëren. Anderzijds is er ook een sterke daling van het beschikbare subsidiebudget. We zullen de komende jaren daarom ook niet meer inzetten op werkingssubsidies, maar op gerichte samenwerkingsverbanden, waarbij de subsidie expliciet wordt gekoppeld aan de uitvoering van onze beleidsacties. De jeugddienst stelt voor om het subsidiereglement 'Erkenning en subsidiëring van provinciale jeugdwerkorganisaties’ als volgt te wijzigen: - eerst en vooral vallen de hoofdstukken ‘startsubsidies’ en ‘werkingssubsidies’ weg. - daarnaast willen we ook een aantal inhoudelijke opmerkingen verwerken (op basis van de jaarlijkse evaluaties en besprekingen met de jeugdraad) die om een aanpassing van het reglement vroegen. Het jeugdwerk is nu eenmaal
262
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
-
een snel evoluerende sector en dus is de manier waarop we deze sector ondersteunen ook constant in evolutie. We voorzien ook een overgangsmaatregel voor een aantal organisaties.
Een gewijzigde versie van het subsidiereglement is bijgevoegd als bijlage. Advies jeugdraad 2013: Tijdens de vergadering van 15 oktober 2013 formuleerde de provinciale jeugdraad een positief advies over deze wijzigingen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 31 oktober 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet; Gelet op het advies van de provinciale jeugdraad van 15 oktober 2013; Overwegende dat een wijziging van het bestaande reglement noodzakelijk is; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Het subsidiereglement 'Erkenning en subsidiëring van provinciale jeugdwerkorganisaties’, goedgekeurd door de provincieraad op 17 oktober 2007 en gewijzigd op 16 december 2010, wordt gewijzigd met ingang vanaf 1 januari 2014. Reglement ‘Erkenning en subsidiëring van provinciale jeugdwerkorganisaties’ Dit reglement werd besproken en goedgekeurd door de provincieraad op 28 november 2013. Dit reglement treedt in voege vanaf 1 januari 2014 en vervangt de vorige versie van het reglement. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen: Artikel 1.1. Algemeen Het provinciebestuur Antwerpen kan jeugdwerkorganisaties erkennen en subsidiëren volgens de normen en voorwaarden die in dit reglement worden vastgelegd en binnen de grenzen van het voorziene goedgekeurde krediet in het provinciaal budget. Artikel 1.2. Kader Dit reglement is in overeenstemming met de wet van 14/11/1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen en het provinciaal reglement betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers van 12 december 1996. Het provinciebestuur heeft het recht om het subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk terug te vorderen als niet aan alle voorwaarden of voorgeschreven procedures wordt voldaan. Artikel 1.3. Algemene definities Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: jeugd: kinderen en jongeren van 3 tot 30 jaar; jeugdwerk: groepsgericht sociaal-cultureel werk op basis van niet-commerciële doelen voor of door de jeugd, die daaraan deelneemt op vrijwillige basis, in de sfeer van de vrije tijd, onder educatieve begeleiding en georganiseerd door particuliere jeugdwerkorganisaties;
263
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
-
-
gemeente: een gemeente of district in de provincie Antwerpen; lokaal jeugdwerk: jeugdwerk dat zich hoofdzakelijk binnen één gemeente ontwikkelt; provinciaal jeugdwerk: jeugdwerk voor en met jeugd uit minstens 4 gemeenten (redelijk verspreid), minstens 75% van de jeugd die er aan deelneemt woont in de provincie Antwerpen, en maximum 75% komt uit dezelfde gemeente; jeugddienst: de jeugddienst van het provinciebestuur Antwerpen; standaardformulier: het formulier dat de jeugddienst ter beschikking stelt voor het indienen van subsidieaanvragen, werkingsverslagen, afrekeningen en dergelijke; provinciale jeugdraad: jeugdraad van de provincie Antwerpen.
Artikel 1.4. Administratieve procedures Dossiers moeten steeds schriftelijk ingediend worden bij de provinciale jeugddienst. De bewijslast hiervan ligt steeds bij de indiener. De beslissingen van de deputatie worden steeds schriftelijk meegedeeld aan de jeugdwerkorganisaties. Artikel 1.5. Uitzonderingen Over alle gevallen en uitzonderingen die niet voorzien zijn in dit reglement beslist de deputatie of de provincieraad. Hoofdstuk 2. Erkenning Artikel 2.1. Voorwaarden §1. Voorwaarden Jeugdwerkorganisaties kunnen als provinciaal jeugdwerk erkend worden (en blijven) als ze blijvend voldoen aan de volgende voorwaarden: de organisatie is een vereniging zonder winstoogmerk of een feitelijke vereniging; de organisatie heeft de medewerkers, leden en gebruikers verzekerd voor burgerrechtelijke aansprakelijkheid; de organisatie onderschrijft de principes en de regels van de democratie, van het Europees Verdrag inzake de Rechten van de Mens en van het Internationaal Verdrag betreffende de Rechten van het Kind en past ze toe in de werking; vrijwilligers tot 30 jaar hebben in het beleid en de uitvoering van de organisatie een bepalende inbreng; de organisatie ontplooit op regelmatige basis en gedurende minstens 6 maanden een provinciale jeugdwerking; de organisatie heeft een secretariaat of een contactpersoon met adres in de provincie Antwerpen. Op dit adres kan de jeugddienst te allen tijde informatie opvragen en/of raadplegen over de werking van de jeugdwerkorganisatie; De organisatie werkt mee aan een plaatsbezoek door de jeugddienst. §2. Uitsluiting Studentenverenigingen en jongerenafdelingen van politieke partijen of van vakbonden kunnen niet erkend worden als provinciaal jeugdwerk. Artikel 2.2. Procedure voor erkenning §1 Aanvraag Een aanvraag voor erkenning moet bij de jeugddienst worden ingediend. De jeugddienst stelt hiervoor de nodige standaardformulieren ter beschikking, waarin ook bepaald wordt welke stukken samen met de aanvraag ingediend moeten worden. De reeds erkende jeugdwerkorganisaties vragen we jaarlijks om hun gegevens te bevestigen en desgevallend aan te vullen. Er zijn 2 deadlines om een aanvraag tot erkenning in te dienen, nl. 31 januari en 31 augustus. De jeugddienst bekijkt de ingediende dossiers binnen 30 dagen na de deadline. Indien nodig zal de jeugddienst bijkomende inlichtingen of bewijsstukken vragen. Deze bijkomende info moet binnen de 45 dagen aangeleverd worden. De provinciale jeugdraad wordt gevraagd advies uit te brengen over de nieuwe aanvragen. §2 Beslissing De jeugddienst behandelt alle aanvragen en doet een voorstel. De deputatie beslist over de toekenning of beëindiging van een erkenning.
264
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 2.3. Voordelen van de erkenning Jeugdwerkorganisaties die erkend zijn als provinciaal jeugdwerk genieten - niet limitatief – de volgende voordelen: de jeugddienst levert op vraag een fiscaal attest voor de aftrek van de kosten voor kinderopvang (artikel 113 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals later gewijzigd); de organisatie heeft recht op één stemgerechtigd mandaat in de Algemene Vergadering van de provinciale jeugdraad; de organisatie kan gebruik maken van het jeugdtarief of – bij afwezigheid van een jeugdtarief - de gunstigste regeling voor groepen bij gebruik van de diensten en instellingen van de Provincie Antwerpen, als er een dergelijke regeling bestaat; Hoofdstuk 3. Overgangsmaatregel Artikel 3.1. Overgangsmaatregel Organisaties die in 2013 via dit reglement gesubsidieerd werden en die in 2013 GEEN lokale én GEEN Vlaamse subsidies ontvingen, kunnen aanspraak maken op een forfaitair bedrag van 5.000 als werkingssubsidie voor 2014. Artikel 3.2. Procedure Een aanvraag voor een werkingssubsidie 2014 moet ingediend worden bij de jeugddienst uiterlijk op 31 januari 2014. De jeugddienst stelt hiervoor de nodige standaardformulieren ter beschikking, waarin ook bepaald wordt welke stukken samen met de aanvraag ingediend moeten worden. De jeugddienst bekijkt de ingediende dossiers binnen een redelijke termijn na ontvangst. Indien nodig zal de jeugddienst bijkomende inlichtingen of bewijsstukken vragen. Deze bijkomende info moet binnen de 45 dagen aangeleverd worden. De deputatie beslist over alle aanvragen op advies van de jeugddienst. Artikel 3.3. Toepassings- en controlemaatregelen §1 Bestemming subsidies De subsidie wordt toegekend voor de werking van 2014. De aanvrager engageert zich om zijn provinciale werking in minstens op hetzelfde peil te houden als het voorgaande jaar. Deze subsidies mogen alleen in hetzelfde jaar worden gebruikt voor de werkingskosten van de gesubsidieerde vereniging, binnen de provincie Antwerpen. De niet of onvolledig in het jaar gebruikte, alsmede de oneigenlijk gebruikte, subsidies moeten worden teruggegeven. Deze subsidie mag niet gebruikt worden voor een aanbod/werking waarvan de kosten reeds door een andere overheid volledig worden gesubsidieerd. De bewijslast hiervan ligt bij de aanvrager. §2 Aanwending van de werkingssubsidie Zoals bepaald in de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen, dienen de gesubsidieerde jeugdwerkorganisaties te verantwoorden hoe ze hun toelagen hebben besteed. Voor subsidies lager dan 24.789,36 EUR dient de begunstigde voor 1 maart van het volgende jaar een wettig ondertekende uitgavenstaat te bezorgen, waaruit blijkt dat de in het vorig werkjaar verkregen subsidie integraal werd aangewend voor gewone werkingsuitgaven. De jeugddienst stelt hiervoor een standaardformulier ter beschikking, waarin ook bepaald wordt welke stukken samen met de uitgavenstaat ingediend moeten worden. §3 Schorsen en terugvorderen van de werkingssubsidie De begunstigde die de toegekende subsidie niet of onvolledig aanwendt voor de gewone uitgaven van zijn provinciale jeugdwerking zal deze subsidie geheel of gedeeltelijk terugbetalen. De deputatie bepaalt, op voorstel van de provinciale jeugddienst, het bedrag, de wijze en het tijdstip van de terugvordering.
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
265
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 5/3 van de agenda Diversiteitsproject Kunstbende Antwerpen. Samenwerkingsverband JES vzw. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Op 28 maart 2013 besliste de deputatie om de bevoegdheid jeugdcultuur principieel over te hevelen van het departement cultuur naar de Jeugddienst. Eén van de nieuwe ‘doelstellingen’ binnen het provinciaal jeugdcultuurbeleid is de toegankelijkheid van een aantal bestaande acties zoals onze Frappant-wedstrijden en de Kunstbende. Kunstbende is een wedstrijd voor iedereen tussen 13 en 19 jaar waarbij alle denkbare vormen van kunst zijn toegestaan. Dans, Mode, Foto, DJ, Film, Performance, Muziek, TXT en Beeldend zijn de 9 categorieën waarvoor ingeschreven kan worden. Op 12 verschillende plekken in Vlaanderen vinden voorrondes plaats waar jongeren de kans krijgen hun artistieke talent aan een publiek te laten zien. De eersteprijswinnaars van alle voorrondes gaan door naar de finale waar zij binnen hun eigen categorie tegen elkaar zullen strijden voor de Vlaamse titel. Naast deze titel en eeuwige roem zijn er voor de deelnemers tal van andere prijzen te winnen. Juryrapporten, coaching en begeleiding door professionals, wildcards voor optredens, vrijkaartjes voor voorstellingen, enz. In de provincie Antwerpen vinden er drie voorrondes plaats. In Antwerpen wordt de Kunstbende al jaren getrokken en georganiseerd door o.a. de Arenberg. In Turnhout is de Kunstbende een topprioriteit binnen de Warande (waardoor in 2014 zelfs de finale bij hen doorgaat). In de regio Mechelen is er een samenwerking met CC Ter Dilft uit Bornem. Om de diversiteit binnen de Kunstbende in de provincie Antwerpen te vergroten, willen we een breed en open voortraject aanbieden aan zowel Kunstbendedeelnemers als niet Kunstbende-deelnemers. De deelnemers krijgen tijdens een pop-up event coaching bij het eigen product en/of volgen een breder verkennende workshop binnen een nieuw te verkennen artistieke discipline. Belangrijk is de lage drempel voor instap in het traject. Deelname is geen automatische deelname aan Kunstbende, maar ongetwijfeld zal dit tot gevolg hebben dat er ook meer jongeren toe geleid worden naar de wedstrijd. We willen dit diversiteitsproject voor de komende wedstrijd, waarvoor de oproep al gelanceerd is en die vooral plaatsvindt in de maanden januari-maart 2014, uittesten in de regio Antwerpen. Daarvoor gaan we een samenwerking aan met JES Antwerpen en de Arenbergschouwburg, die beiden expertise hebben op vlak van diversiteit, jeugdcultuur en de werking van Kunstbende an sich. De Arenberg heeft zich principieel geëngageerd om zowel het diversiteitsproject als de wedstrijd an sich materieel en personeel te ondersteunen. JES Antwerpen stelt voor dit diversiteitstraject vanaf december 2013 een personeelslid ter beschikking (minstens 1 dag per week) die dit voortraject actief zal uitwerken en begeleiden. Ze zullen inzetten op communicatie naar en contacten met specifieke doelgroepen. Ook het pop-up workshopevent wordt door hen uitgewerkt. Voor deze ‘externe’ partner voorziet de jeugddienst vanuit het subsidiebudget ‘geïntegreerd jeugdbeleid’ een bedrag
266
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
van 5.000 EUR dat dient om een deel van de personeelskost én de productiekosten te bekostigen. Na een grondige evaluatie van deze testcase, is het de bedoeling om het diversiteits- project ook open te trekken naar de rest van onze provincie. De jeugddienst beschikt nog over 5.000,00 EUR op het artikel 2013/2013/761/64014073/4015000000000/xxxx/ACT040/64014073/40000000/10 000000 Subsidiëring geïntegreerd jeugdbeleid. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet; Gelet op het deputatiebesluit van 28 maart 2013 waarin de overdracht van de bevoegdheid jeugdcultuur aan de jeugddienst principieel werd goedgekeurd; Overwegende dat er een subsidie zal worden toegekend aan JES vzw; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Voor het diversiteitsproject binnen Kunstbende Antwerpen wordt een samenwerking aangegaan met JES vzw, Borgerhoutsestraat 34, 2018 Antwerpen. JES vzw ontvangt hiervoor een subsidie van 5.000 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 5/4 van de agenda Project Inclusieve Speelpleinen 2013-2014. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Met het ‘project inclusieve speelpleinen’ wil de provinciale Jeugddienst speelpleinen helpen om toegankelijker te worden. Speelpleinen worden gecoacht en begeleid om bestaande drempels aan te pakken en weg te werken zodat de speelpleinwerking toegankelijk(er) is voor kinderen en jongeren met een handicap. Zo creëren we niet alleen meer aanbod voor kinderen en jongeren met een handicap in onze provincie, het is voor de betrokken speelpleinen ook een boeiende en verrijkende ervaring. Speelpleinen die intekenen op dit project worden gedurende drie jaar intensief begeleid en gecoacht door één van onze inclusiepartners. Deze partners hebben een heleboel kennis en knowhow rond toegankelijkheid van kinderen en jongeren met een handicap op het speelplein. Zo krijgen speelpleinen steeds de volledige informatie, het juiste advies, de beste doorverwijzing,… Doel van het project is dat na maximum drie jaar intensieve begeleiding de inclusiegedachte verankerd is in het speelplein en de animatorenploeg er zelf voor zorgt dat het speelplein inclusief blijft.
267
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
In 2010 startte de provinciale Jeugddienst in samenwerking met enkele partners (Yieha vzw, Ludentia Vrije Tijd en Vlaamse Dienst speelpleinwerk) het project ‘inclusieve speelpleinen’ op. Het project startte in 2010 op de speelpleinen in Boom, Geel, Laakdal en Sint-Katelijne Waver en werd in 2011 uitgebreid met 4 speelpleinen. In 2012 werden er 8 speelpleinen begeleid naar een meer inclusieve werking en in 2013 waren er dat 9 in het totaal. In het totaal werden er al 13 verschillende speelpleinen begeleid en opgevolgd. Tijdens de voorbije projectjaren hoorden we vanuit verschillende hoeken de nood om inclusie breder open te trekken naar maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. Heel wat speelpleinen ondervinden immers moeilijkheden met betrekking op die doelgroep. In 2013 organiseerde we daarom samen met VDS vzw een pilootproject rond maatschappelijke kwetsbaarheid. Het is de bedoeling om de komende jaren in te zetten op een goede geografische spreiding van inclusieve speelpleinen binnen de provincie Antwerpen, en daarbij het thema inclusie verder af te stemmen op de problematiek van maatschappelijke kwetsbaarheid en kinderarmoede. Voor 2014 gaan we hiervoor een samenwerking aan met de partners Vlaamse Dienst Speelpleinwerk vzw, Uit de Marge vzw en Arktos vzw. De samenwerking is gebaseerd op een nauwe samenwerking tussen de verschillende partners en onder toezicht van de provinciale Jeugddienst. Zo is er minstens per 2 maanden een uitgebreid inhoudelijk en operationeel overleg, is er gezamenlijke communicatie, wordt er gewerkt met een projectplan, enz.. De samenwerking loopt van 1/11/2013 tot en met 30/11/2014. Het is belangrijk zo vroeg mogelijk te starten met de betrokken speelpleinwerkingen, zodat in de voorbereiding (en dat start al met de vormingen en overlegmomenten die tijdens een schooljaar worden georganiseerd) al de eerste stappen richting inclusie kunnen gezet worden. De jeugddienst beschikt nog over 29.000,00 EUR op het artikel 2013/2013/761/64014073/4015000000000/xxxx/ACT040/64014073/40000000/10 000000 Subsidiëring geïntegreerd jeugdbeleid. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Overwegende dat er voor het Project Inclusieve samenwerkingsverband en bijhorende projectsubsidie goedgekeurd;
Speelpleinen een dient te worden
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Voor de uitvoering van het project inclusieve speelpleinen wordt een samenwerking aangegaan met Vlaamse Dienst Speelpleinwerk (VDS) vzw, Lange Ridderstraat 22, 2800 Mechelen, voor de periode lopende van 1/11/2013 tot en met 30/11/2014,
268
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
voor een bedrag van 27.000 EUR, waarvan 50 % voorschot wordt uitbetaald op budget 2013. Artikel 2: Voor de uitvoering van het project inclusieve speelpleinen wordt een samenwerking aangegaan met Uit De Marge vzw, Junostraat 2, 2600 Antwerpen voor de periode lopende van 1/11/2013 tot en met 30/11/2014, voor een bedrag van 15.150 EUR, waarvan 50 % voorschot wordt uitbetaald op budget 2013. Artikel 3: Voor de uitvoering van het project inclusieve speelpleinen wordt een samenwerking aangegaan met Arktos vzw, Herentalsstraat 55, 2300 Turnhout, voor de periode lopende van 1/11/2013 tot en met 30/11/2014, voor een bedrag van 15.150 EUR, waarvan 50% voorschot wordt uitbetaald op budget 2013. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 5/1 tot en met 5/4 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 69 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 62 leden hebben ja gestemd; 7 leden hebben nee gestemd. De agendapunten 5/1 tot en met 5/4 worden goedgekeurd met 62 stemmen ja, bij 7 stemmen nee.
269
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
8. Personeel, organisatieontwikkeling en veiligheid Nr. 8/1 van de agenda Provinciepersoneel. Wijziging rechtspositieregeling. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Zoals uw raad weet bevat de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel (RPR) de rechten en plichten van het personeel en regelt onder andere de werving, de vorming, de evaluatie, de verloning en de afwezigheids- en verlofstelsels van het provinciepersoneel. Deze RPR wordt regelmatig gemoderniseerd en aangepast ingevolge wettelijke evoluties of HR-evoluties. Heden worden aan uw raad een aantal wijzigingen aan de RPR voorgelegd. AANPASSING BEVORDERINGSVOORWAARDEN De artikelen 115 en volgende van de bevorderingsvoorwaarden per niveau en rang.
RPR
bevatten
de
algemene
Vanuit een ‘historische’ context bestaan er in de huidige RPR typische bevorderingsgraden met beperkte toegang. Zo bijvoorbeeld hebben tot D4 enkel toegang: een graad van D1-3, tot C4 enkel een graad van C1-3 en tot B4 enkel een graad van B1-3. Daar waar er vroeger wettelijke belemmeringen waren, kan het bestuur nu zelf accenten leggen in haar promotiebeleid, binnen de perken van de redelijkheid. De deputatie is naar aanleiding van de aanpassing van de organisatiestructuur van de suppoostenwerking tot de conclusie gekomen dat er inderdaad andere accenten aangewezen zijn. Immers, suppoosten (graad D1-D2-D3) kunnen niet meer bevorderen naar de functie van hun directe leidinggevende (werkleider C4). Naar aanleiding van dit dossier stelde de deputatie vast dat er nog andere gevallen zijn waar er nood is aan een uitbreiding: bijvoorbeeld van werkman (E-niveau) naar ploegbaas (D4), of van ploegbaas (D4) naar werkleider (C4). Daarnaast leiden de huidige bevorderingsvoorwaarden van de lagere niveaus soms tot onlogische gevolgen. Een werkman E kan bijvoorbeeld niet bevorderen naar ploegbaas D4, maar wel naar sectorverantwoordelijke C. Door het uitbreiden van de bevorderingsvoorwaarden verdwijnen deze onlogische gevolgen, komt er een meer fair loopbaanbeleid en ontstaan er meer doorgroeikansen voor het personeel. De deputatie is vervolgens van mening dat men zich best concentreert op leidinggevende functies. Het accent dat de provincie legt op de competentie ‘leidinggeven’ vertrekt onder andere van de idee dat een medewerker de noodzakelijke competenties om leiding te geven niet alleen uit kennis of diploma’s haalt, maar dat succesvolle leidinggevenden de stiel dikwijls verworven hebben uit ervaring (ook buiten de werkcontext), intrinsieke motivatie om leiding te geven, en waarbij de literatuur zelfs spreekt over een gedeeltelijk aangeboren talent. Medewerkers met een
270
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
potentieel als leidinggevende krijgen van een goed bestuur best maximaal de kans om door te groeien. Dit kan door enerzijds de bevorderingsvoorwaarden te verruimen voor leidinggevende functies waardoor er een grotere groep medewerkers toegang krijgt tot de bevordering. Anderzijds kan men met een professionele en zwaardere procedure (intern assessment) een beter selectieproces garanderen met een duidelijk advies rond leidinggevende capaciteiten, waarbij aandachtspunten voor de kandidaat nadien in de job zelf beter kunnen opgevolgd en ontwikkeld worden. De deputatie stelt tenslotte voor om de A-niveaus buiten scope te houden, vermits er voor de A-niveaus al andere stappen gezet werden inzake loopbaanmogelijkheden (functieweging), er voor hen meer extern wordt gepubliceerd, er de complexe materie is van de technische graden en leidinggeven op A-niveau ook managementvaardigheden inhoudt. Concreet houdt het voorstel in dat men -mits men voldoet aan minimale voorwaarden zoals: aangesteld na een vergelijkend examen, gunstig geëvalueerd, en minimum 4 jaar anciënniteit- kan bevorderen: - binnen zijn eigen niveau - binnen zijn eigen niveau +1 - binnen zijn eigen niveau +2 in de eerste graad Dit wil zeggen dat bevordering naar een hogere leidinggevende functie mogelijk is volgens volgend schema: E1-3 D1-3, D4(*), C1-3 D1-3 D4, C1-3, C4-5 (*), B1-3 (*) D4 C1-3, C4-5 (*), B1-3 (*) C1-3 C4-5, B1-3, B4-5 (*), A1a-3a C4-5 B1-3, B4-5 (*), A1a-3a (*) De graden in het vet zijn een uitbreiding. Dit is een logische keuze, vermits dan volgende bevorderingen wel kunnen die in de huidige RPR niet mogelijk zijn: - Van werkman E naar ploegbaas D4 - Van suppoost D2 naar werkleider C4 - Van chauffeur D2 naar dossierbeheerder wagenpark B1 (leidinggevende functie) - Van ploegbaas D4 naar werkleider C4 In de marge van voorliggende aanpassingen aan de RPR wordt voorgesteld om de vormingsvoorwaarde te laten vallen voor de bevordering naar Cx (C4) indien het gaat om een leidinggevende functie. Deze voorwaarde in artikel 118 1° c) RPR [minimaal 100 uren relevante vorming gevolgd hebben, nader te bepalen door de aanstellende overheid], werd opgenomen ingevolge de historische context van het examen van hoofd administratief medewerker. Voor een leidinggevende is een zwaarder selectieproces (assessment) echter relevanter dan het aantonen van vormingsuren. Indien er immers uit een assessment verbeterpunten komen, kan men net meer vorming stimuleren door de leidinggevenden een ontwikkelplan op maat aan te bieden.
271
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
MATERIËLE RECHTZETTINGEN 1) In artikel 20 RPR staat dat kandidaat-personeelsleden ten minste veertien dagen op voorhand geïnformeerd worden over plaats, dag en uur waarop de eerste selectieproef wordt afgenomen. Deze termijn wordt in de praktijk niet meer gevolgd. Meestal worden deze gegevens vermeld in de vacaturefiche zodat de kandidaten bij inschrijving voor een selectie meteen op de hoogte zijn van de datum van de eerste selectieproef. Soms is dit minder dan veertien dagen vooraf. Er bestaan geen dwingende bepalingen van een hogere overheid die deze termijn opleggen, dus stelt de deputatie voor om deze termijn te schrappen en enkel te vermelden dat het op voorhand moet gebeuren. 2) In artikel 250 §1 eerst lid van de RPR is nog sprake van een VTO-initiatief, terwijl de term VTO elders in de RPR werd vervangen door vorming. Bijgevolg wordt uw raad voorgesteld om hiervan vormingsinitiatief te maken. 3) In artikel 289 al. 2 RPR staat hoe het verlof deeltijdse prestaties van een personeelslid wordt opgenomen. Volgens de huidige bewoordingen kan wie vermindert presteert met 10% of 20% niet pro rata werken via vermindering met uren, maar enkel met minimum halve dagen. Ondertussen is de praktijk anders geëvolueerd. Daarom stelt de deputatie voor om dit artikel aan te passen. 4) In artikel 301 RPR, dat gaat over het ouderschapsverlof, ontbreekt een verduidelijking. Immers, het aantal maanden dat de RVA vergoedt, hangt af van de datum dat het kind geboren is. 5) In de artikelen 294 en 336 RPR staat tweemaal hetzelfde. Met name dat een personeelslid afwezig mag zijn wegens deelname aan een assisenjury en wegens oproeping als getuige voor een rechtbank. Vermits artikel 294 RPR gebaseerd is op de bepalingen van een besluit van de Vlaamse regering en artikel 336 RPR niet, stelt de deputatie voor om de dubbele bepalingen in artikel 336 RPR te schrappen. INDEXERING KILOMETERVERGOEDING Artikel 246 RPR bepaalt de vergoedingen voor dienstreizen. kilometervergoedingen worden jaarlijks aangepast aan de index.
Deze
WIJZIGING FUNCTIEBENAMINGEN IN BIJLAGE II RPR 1) In bijlage II van de RPR ontbreekt in rang Az (A10) een functie van algemeen directeur. Nochtans heeft het bestuur een algemeen directeur bij het Interreg-Secretariaat in dienst. Bijgevolg dient deze wordt functienaam te worden toegevoegd. 2) In dezelfde bijlage wordt voorgesteld om een functiebenaming voor leidinggevende C4-C5 toe te voegen. Dit kadert in voormeld voorstel tot aanpassing van de bevorderingsvoorwaarden. Om het onderscheid tussen een leidinggevende C4-C5 en een niet-leidinggevende C4-C5 duidelijk te maken, is het aangewezen om de leidinggevende een andere functiebenaming te geven. In plaats van ‘hoofd administratief medewerker’ wordt ‘hoofd administratie’ voorgesteld. 3) In dezelfde bijlage moet in rang Av “1e Monumentenwachter” en in rang Cx “Monumentenwachter” worden toegevoegd. De reden is dat op 1 januari 2014 de vzw Monumentenwacht met al haar personeelsleden overkomt naar
272
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
het provinciebestuur. Deze personeelsleden krijgen een arbeidscontract van het bestuur. Een aantal van deze personeelsleden zijn monumentenwachters. De functie van monumentenwachter is op dit moment echter niet ingeschreven in de RPR. De deputatie stelt daarom voor om bij twee salarisschalen een nieuwe functienaam toe te voegen. Met name op Av-niveau de 1e monumentenwachters. Dit zijn zowel de monumentenwachters Interieur als Bouwkunde, die op Av-niveau gewogen werden. Daarnaast dient de functie van monumentenwachter ingeschreven te worden in rang Cx. Deze schaal wordt toegewezen aan de 2e monumentenwachters Dit zijn de monumentenwachters die in afwachting van een examen op A-niveau een inschaling krijgen op C-niveau omdat ze niet voldoen aan de diplomavereiste van de provincie. Uw raad gelieve navolgend besluit goed te keuren. Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel (RPR) die op 27 november 2008 werd goedgekeurd door de provincieraad, nadien gewijzigd; Gelet op de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 (BVR-RPR) houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat het aangewezen is om de bevorderingsvoorwaarden aan te passen zodat meer graden in aanmerking komen voor lagere leidinggevende functies; Overwegende dat de bedragen in artikel 246 §1 RPR dienen te worden aangepast aan de index; Overwegende dat in de artikelen 250 §1, 301 en 336 RPR een materiële rechtzetting dient te gebeuren; Overwegende dat om diverse redenen enkel functiebenamingen dienen aangepast te worden; Overwegende dat voorliggend voorstel werd besproken in het managementteam; Overwegende dat de voorgestelde wijzigingen werden onderhandeld met de representatieve vakbonden (protocol d.d. 26 november 2013); Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: In de tekst van artikel 20 van de RPR worden de woorden: “ten minste veertien kalenderdagen” geschrapt.
273
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Artikel 2: De tekst van de artikelen 117 tot en met 119 van de RPR wordt geschrapt en vervangen door volgende tekst: Art. 117. Niveau B De voorwaarden voor een bevordering zijn: 1° voor een niet-leidinggevende functie van een graad van rang Bx, schalen B4-B5 a) titularis zijn van een graad van rang Bv; b) tenminste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Bv, schalen B1-B3; c) als de functie een beschermde titel betreft of een specialisatie die een diploma vereist, voldoen aan de diplomavereiste die geldt bij aanwerving voor de vacante functie; d) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; e) slagen voor de selectieprocedure. 1°bis: voor een leidinggevende functie van een graad Bx, schalen B4-B5 a) titularis zijn van een graad van rang Bv, Cx of Cv; b) ten minsten 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Bv, Cx of Cv, schalen B1-B3, C4-C5 of C1-C3; c) als de functie een beschermde titel betreft of een specialisatie die een diploma vereist, voldoen aan de diplomavereiste die geldt bij aanwerving voor de vacante functie; d) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; e) slagen voor de selectieprocedure. 2° voor een niet-leidinggevende functie van een graad van rang Bv, schalen B1-B3 a) titularis zijn van een graad van rang Cx of Cv; b) tenminste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Cx of Cv, schalen C4-C5 of C1-C3; c) als de functie een beschermde titel betreft of een specialisatie die een diploma vereist, voldoen aan de diplomavereiste die geldt bij aanwerving voor de vacante functie; d) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; e) slagen voor de selectieprocedure. 2°bis: voor een leidinggevende functie van een graad van rang Bv, schalen B1-B3 a) titularis zijn van een graag van rang Cx, Cv, Dx of Dv; b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang van Cx, Cv, Dx of Dv; c) als de functie een beschermde titel betreft of een specialisatie die een diploma vereist, voldoen aan de diplomavereiste die geldt bij aanwerving voor de vacante functie; d) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; e) slagen voor de selectieprocedure.
274
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Art. 118. Niveau C. De voorwaarden voor bevordering zijn: 1° voor een niet-leidinggevende functie van een graad van rang Cx, schalen C4-C5 a) titularis zijn van een graad in rang Cv; b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Cv, schalen C1-C3; c) op het moment van de indiening van zijn kandidatuur een relevante vorming hebben gevolgd van minimaal 100 uren, nader te bepalen door de aanstellende overheid; d) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; e) slagen voor de selectieprocedure. 1°bis: voor een leidinggevende functie van een graad van rang Cx, schalen C4-C5 a) titularis zijn van een graad in rang Cv, Dx of Dv; b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Cv, Dx of Dv, schalen C1-C3, D4-D5 of D1-D3; c) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; d) slagen voor de selectieprocedure. 2° voor een graad van rang Cv, schalen C1-C3 a) titularis zijn van een graad in rang Dx, Dv of Ev; b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Dx, Dv of Ev, schalen D1-D3, D4-D5 of E1-E3; c) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; d) slagen voor de selectieprocedure. Art. 119. Niveau D. De voorwaarden voor bevordering zijn: 1° voor een niet-leidinggevende functie van een graad van Dx, schaal D4-D5 a) titularis zijn van een graad in rang Dv; b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Dv, schalen D1-D3; c) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; d) slagen voor een selectieprocedure. 1°bis: voor een leidinggevende functie van een graad van rang Dx, schaal D4-D5 a) titularis zijn van een graad in rang Dv of Ev; b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Dv of Ev, schalen D1-D3 of E1-E3; c) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie; d) slagen voor een selectieprocedure. 2° voor een graad van rang Dv, schalen D1-D3 a) titularis zijn van een graad van rang Ev;
275
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
b) ten minste 4 jaar niveauanciënniteit hebben in een graad van rang Ev, schalen E1-E3; c) een gunstig evaluatieresultaat gekregen hebben voor de laatste periodieke evaluatie. d) slagen voor een selectieprocedure. Artikel 3: De eerste zin van artikel 246§1 RPR wordt geschrapt en vervangen door volgende tekst: “Het personeelslid dat voor dienstreizen van zijn eigen motorvoertuig gebruik maakt, heeft recht op een vergoeding van 0,3389 EUR per kilometer (1 juli 2013 - 30 juni 2014).” De eerste zin van het derde lid van artikel 246§1 RPR wordt geschrapt en vervangen door volgende tekst: “Bij carpooling kan de vergoeding voor de bestuurder worden verhoogd met 0,1695 EUR (1 juli 2013 - 30 juni 2014).” Het laatste lid van artikel 246§1 RPR wordt geschrapt en vervangen door volgende tekst: “Het personeelslid dat voor dienstreizen van de eigen fiets gebruik maakt, ontvangt 0,1729 EUR per kilometer (1 juli 2013 - 30 juni 2014).” Artikel 4: In lid 1 van artikel 250 §1 RPR wordt het woord “VTO-initiatief” geschrapt en vervangen door “vormingsinitiatief”. Artikel 5: De tekst van artikel 289 al. 2 RPR wordt geschrapt en vervangen door volgende tekst: “Het personeelslid kan een vermindering van zijn gebruikelijke prestaties vragen met 50 procent, 20 procent of 10 procent. Deze prestaties worden in principe volgens een vaste verdeling over de week of over de maand verricht. De vermindering wordt in dagen of halve dagen genomen. Ze kan ook in uren volgens een vast verdeling genomen worden indien dit overeenstemt met de goede werking van de dienst.” Artikel 6: In artikel 301 RPR wordt een tweede alinea toegevoegd die luidt als volgt: “De laatste maand (eerste streepje), respectievelijk laatste twee maanden (tweede streepje), respectievelijk laatste vijf maanden (derde streepje), worden alleen door de RVA vergoed als het kind geboren is vanaf 8 maart 2012.” Artikel 7: In artikel 336 RPR worden volgende punten geschrapt: “-om voor het gerecht te getuigen; -om als gezworene te zetelen in het Assisenhof;” Artikel 8: In bijlage II van de RPR (uitgewerkte salarisschalen) worden volgende wijzigingen aangebracht aan de functiebenamingen:
276
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
1) In rang Az (A10) wordt in de kolom van de huidige situatie volgende functienaam toegevoegd: “Algemeen directeur”. 2) In rang Av (A1) wordt in de kolom van de huidige situatie volgende functienaam toegevoegd: “1ste monumentenwachter”. 3) In rang Cx (C4-C5) worden in de kolom van de huidige situatie volgende functienamen toegevoegd: “Hoofd administratie” “Monumentenwachter”. VOORZITTER.- Mevrouw Naert heeft het woord. Mevrouw NAERT.- Ik heb een korte vraag, omdat ik, met mijn excuses, niet aanwezig kon zijn op de commissie. Wat is het standpunt van de vakbonden? Is daar een protocol van akkoord of van disakkoord? De heer PEETERS, gedeputeerde.- Hierover zal een akkoord afgesloten worden. Dat is doorgesproken met de vakbonden. VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 68 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 68 leden hebben ja gestemd. Goedgekeurd met 68 stemmen ja. De VOORZITTER noteert de ja-stem van de heer Bellens.
277
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
9. Welzijn Nr. 9/1 van de agenda Oprichting Autonoom Provinciebedrijf Provinciaal Documentatiecentrum Atlas, afgekort APB PDA. Vaststellen statuten. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 1. Context Het provinciedecreet bepaalt onder meer dat wanneer een instelling of dienst van provinciaal belang is deze met ingang van 1 januari 2014 moet worden omgevormd naar een organisatievorm zoals voorzien in het decreet. Het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas VZW (PDA) valt onder de bepaling dat het van provinciaal belang is. De financiële middelen van de vzw vallen immers ten laste van het provinciebudget en de organen van de vereniging zijn samengesteld uit meer dan de helft provincieraadsleden of deputatieleden, die tevens over de meerderheid der stemmen beschikken. De deputatie wenst deze VZW om te vormen naar een autonoom provinciebedrijf (APB), een organisatievorm die korter bij het moederhuis staat dan de huidige structuur. 2. Stappenplan De oprichting van een APB kan worden onderverdeeld in vier opeenvolgende fasen: de voorbereiding, de oprichting, de goedkeuring door de toezichthoudende overheid en de beheersovereenkomst (artikel 228 provinciedecreet). 2.1 Voorbereiding Voorafgaand aan de oprichting moet de deputatie een motiveringsverslag opmaken waarin de voor- en de nadelen van externe verzelfstandiging tegen elkaar worden afgewogen en waarin wordt aangetoond dat beheer binnen de rechtspersoonlijkheid van de provincie niet dezelfde voordelen kan bieden. 2.2 Oprichting Een APB wordt vervolgens opgericht bij besluit van de provincieraad. De oprichtingsbeslissing stelt de statuten en de samenstelling van de raad van bestuur (RVB) van het APB vast. Onder voorbehoud van de toepassing van de bepalingen inzake het goedkeuringstoezicht verkrijgt het APB rechtspersoonlijkheid op de datum van voormelde oprichtingsbeslissing. Hierna is het APB de facto opgericht en kan de raad van bestuur samenkomen om de organisatie vorm te geven. 2.3 Goedkeuringstoezicht De oprichtingsbeslissing wordt samen met het motiveringsverslag en met de statuten, binnen dertig dagen, aan de Vlaamse regering verzonden. Binnen honderd dagen na verzending keurt de Vlaamse regering de oprichtingsbeslissing al dan niet goed. Als die termijn verstrijkt zonder dat de Vlaamse regering een beslissing genomen heeft en verzonden heeft aan de provincie, dan wordt de goedkeuring geacht te zijn verleend.
278
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2.4 Beheersovereenkomst De provincie en het APB sluiten vervolgens, na onderhandelingen, een beheersovereenkomst waarin minstens (maar niet uitsluitend) de in artikel 228,§2, van het provinciedecreet opgesomde aangelegenheden worden geregeld. De bevoegdheid om de overeenkomst goed te keuren komt toe aan de provincieraad. Het provinciedecreet legt bijkomend dwingende bepalingen op met betrekking tot de interne structuur van het APB (samenstelling, werking en aansprakelijkheid van de raad van bestuur), dagelijks bestuur, de externe audit, administratief toezicht, personeelsstatuten, financiën en boekhouding, participaties, vereffening en ontbinding, en andere. 3. Situering van het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas VZW. 3.1 Historiek en werking Het provinciaal documentatiecentrum Atlas is vandaag organisatorisch ingebed als een para-provinciale VZW binnen het departement welzijn, economie en plattelandsbeleid (DWEP). De VZW is ontstaan uit de VZW Provinciale Materialenbank en wordt bestuurd door de leden van de bevoegde raadscommissie en de bevoegde gedeputeerde, die tevens voorzitter is van de vereniging. Het centrum biedt twee locaties met een bibliotheekinfrastructuur aan, respectievelijk in Antwerpen en Turnhout. Het gros van de ontleningen betreft leermiddelen voor Nederlands aan anderstaligen (68,73%). Het doelpubliek bestaat voor meer dan 50% uit medewerkers uit de onderwijssector, gevolgd door volwassen anderstaligen (31%). De vereniging is gehuisvest in niet-provinciale gebouwen en ontvangt, benevens provinciale middelen, ook subsidies vanwege het federaal fonds voor het impulsbeleid, de Vlaamse gemeenschap en de stad Turnhout. Het PDA is vandaag actief in volgende beleidsdomeinen, in volgorde van belang: Flankerend onderwijsbeleid Het decreet van 30 november 2007 houdende het flankerend onderwijsbeleid geeft de provincie Antwerpen de nodige autonomie om op eigen maat een vernieuwend beleid uit te bouwen dat rekening houdt met de concrete noden en behoeften van de lokale gemeenschap. Door samenwerking tussen alle onderwijsactoren in de provincie Antwerpen te stimuleren, creëert een flankerend onderwijsbeleid extra mogelijkheden voor het onderwijsgebeuren in de provincie. Het PDA vult voor leraren van alle leeftijdscategorieën de bestaande lacune aan ondersteuning en expertise in de thema’s taalvaardigheid – Nederlands voor taalzwakken en anderstaligen – opvoeden tot (wereld)burgerschap – leren omgaan met diversiteit en aanleren sociale vaardigheden. Het PDA werkt actief samen met het team van het provinciaal flankerend onderwijsbeleid. Het PDA ondersteunt het onderwijsveld bij de voorbereiding van nieuwe leraren door de deskundigheid van de studenten lerarenopleiding (kleuter – lager – secundair - vakgericht) inzake omgang met taalvaardigheid bij kansengroepen en met culturele diversiteit te bevorderen. Soms voert de dienst specifieke opdrachten uit in het kader van inburgering en integratie zoals bv. uitlenen van “Zomerschoolkoffers” – koffers vol met educatieve materialen ter ondersteuning van verschillende Zomerscholen in Vlaanderen (cfr. Vlaamse subsidie “Managers voor Diversiteit 2010). Deze
279
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
opdrachten zijn hoofdzakelijk bedoeld om educatieve ondersteuning te bieden aan professionelen of vrijwilligers die onderwijs bieden met de bedoeling de kansen van kansarme kinderen en jongeren te verhogen. Gelijke kansen en welzijnsbeleid Het PDA vormt een schakel in de provinciale bevoegdheid inzake netwerkvorming in het beleidsdomein welzijn. Het PDA bevordert de deskundigheid van het socioculturele middenveld bij het krijgen van impact op gelijke kansen en interculturaliseringsprocessen in het brede welzijnsveld. Daarnaast biedt het PDA een vormingsaanbod aan met specifieke werkbare methodieken met het oog op kwaliteitsverbetering. Het PDA draagt tevens bij tot een impulsbeleid dat gericht is op het verhogen van de participatiekansen van specifiek kwetsbare doelgroepen. Het PDA ondersteunt tenslotte de eigen provinciale diensten bij het opbouwen van de noodzakelijke kennis om zinvolle beleidsvoorbereidende voorstellen in deze domeinen uit te werken. Noord-Zuid beleid Het PDA werkt in opdracht van o.m. de minister van ontwikkelingssamenwerking en de Vlaamse gemeenschapscommissie voor het federaal gesubsidieerde Kleur Bekennen programma. Dit wil door educatieve schoolprojecten mondiale vorming jongeren van 10-18 jarigen sensibiliseren voor een rechtvaardig Noord-Zuid beleid. De taak van het PDA bestaat erin door het Kleur Bekennen programma het PDA verder uit te bouwen, maar tevens leerkrachten te laten kennismaken met aantrekkelijke en goed gefundeerde materialen om er met hun klas mee aan de slag te gaan. Het PDA voert in opdracht van de provincie eveneens het educatieve leermiddelenluik van de Noord-Zuid-beleidsopdracht uit voor de 3-10-jarigen in het kader van het Kleur Bekennen Kids-programma. 3.2 Personeel De budgettaire personeelsbehoefte wordt op 1 januari 2014 vastgesteld op 9,55 VTE en wordt jaarlijks en telkens opnieuw bij de budgetopmaak aangetoond. Het personeel van het PDA zal een nieuwe arbeidsovereenkomst afsluiten met het APB. Het personeel zal onder de rechtspositieregeling van het provinciepersoneel vallen in plaats van onder het huidige paritair comité 329.01, maar kan op individuele basis ook opteren voor een overgangsregeling waarbij hun huidige arbeidsvoorwaarden worden bevroren. DMCO voert hiervoor individuele gesprekken met alle personeelsleden. 3.3 Financieel In de ontwerpbegroting 2014 wordt een dotatie voorzien van 463.420,00 EUR. 3.4 Doelstellingen en actieplannen Beleidsdoelstelling - Ontwikkelen van een flankerend onderwijsbeleid ter bevordering van gelijke onderwijskansen, een betere studiekeuze en een goede aansluiting van het onderwijs bij de arbeidsmarkt voor de scholen van alle netten in de provincie Antwerpen. Actieplan - Er wordt geïnvesteerd in de uitbouw van een regierol inzake flankerend onderwijsbeleid, daarbij wordt zowel ingezet op de interne regie als de externe regie. Actie “Nederlands als sleutel op de Vlaamse samenleving”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van relevante actoren door het ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date collecties, leermiddelen en achtergrondinformatie rond onder meer taalvaardigheid, tweede taalverwerving,
280
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nederlands als tweede taal, meertaligheid, Nederlands op de werkvloer, taalgerichte interculturele communicatie,... Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Beleidsdoelstelling- De provincie wil de levenskwaliteit en gezondheid van inwoners van de provincie Antwerpen bevorderen, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare doelgroepen. Wij zijn hiervoor binnen het Vlaams wetgevend kader - de vanzelfsprekende partner van welzijnsorganisaties en lokale besturen voor bovenlokale noden en uitdagingen. Actieplan - De provincie biedt met het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas een provinciebreed instrument om alle actoren, zowel intern als extern, actief in de beleidsdomeinen welzijn, onderwijs en internationale samenwerking maar ook daarbuiten, inhoudelijk en educatief te ondersteunen bij de thema's van diversiteit, gelijke onderwijskansen, mondiale vorming en opvoedingsondersteuning. Door inbreng van expertise en acties bij de diverse actoren evenals in hun netwerken & projectwerking versterkt het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas de kwaliteit van hun activiteiten en/of beleidsinitiatieven, inclusief het gezamenlijk provinciaal welzijns- en flankerend onderwijsbeleid. Actie “Leren omgaan met meervoudige diversiteit”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van diverse actoren door het professioneel verzamelen, ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date leermiddelen en achtergrondinformatie. Het PDA zorgt voor projectondersteuning wanneer deskundigheid rond deze thema’s gewenst is. Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Actie “Opvoedingsondersteuning en ouderbetrokkenheid”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van diverse actoren door het ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date collecties, leermiddelen en achtergrondinformatie rond deze thema's. Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Beleidsdoelstelling - Verhogen van de betrokkenheid van de burger en de lokale besturen bij de Noord-Zuid-problematiek om zo de solidariteit met het Zuiden te vergroten en een gedragsverandering teweeg te brengen. Actieplan - Door in te zetten op educatie- en sensibilisatieactiviteiten willen we het draagvlak voor eerlijke Noord- Zuidverhoudingen bij de inwoners van de provincie Antwerpen vergroten. Actie “Opvoeden tot wereldburgerschap / mondiale vorming”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van diverse actoren door het ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date collecties, leermiddelen en achtergrondinformatie rond deze thema's. Het PDA zorgt voor projectondersteuning wanneer deskundigheid rond deze thema’s gewenst is. Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties.
281
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
4. Verslag van de deputatie in de keuze van organisatievorm Het Documentatiecentrum Atlas VZW is heden een para-provinciale entiteit binnen de provinciale organisatiestructuur, maar die niet rechtstreeks door de reguliere bestuursorganen van de provincie wordt aangestuurd. Als VZW valt het PDA vandaag niet onder de publieke sector ondanks haar maatschappelijke doelstellingen die in het verlengde liggen van de openbare dienstverlening. De deputatie wenst deze organisatie dichter bij het moederhuis te brengen en te transformeren van de private naar de publieke sector door het om te vormen tot een autonoom provinciebedrijf met de voltallige provincieraad als raad van bestuur. Het directiecomité van het APB wordt gevormd door de 6 gedeputeerden, waarbij aan de directeur van het APB, zoals aan de leidinggevenden van provinciale binnenen buitendiensten, een budgethouderschap ter realisatie van een soepel beheer wordt toegekend. De besluitvorming kan dan vanuit het APB via het departement Welzijn, Economie en Plattelandsbeleid (DWEP) rechtstreeks verlopen via de democratisch verkozen beleidsorganen, waarbij de informatiedoorstroming sterk verbeterd wordt ten opzichte van de huidige structuur. DWEP kan zijn adviesrol in deze structuur optimaliseren. Het PDA heeft steeds een eigen boekhouding gevoerd die beantwoordde aan de vennootschapswetgeving en de nodige flexibiliteit garandeerde. Het kunnen voeren van een eigen boekhouding biedt het PDA de mogelijkheid, binnen de spelregels van de beleids- en beheerscyclus, een autonome financiële bedrijfsvoering te kunnen blijven voeren. Deze autonome financiële bedrijfsvoering is binnen de voorziene organisatievormen van het provinciedecreet niet mogelijk binnen het budgethouderschap, maar ook niet als intern verzelfstandigd agentschap. Deze mogelijkheid is enkel voorzien voor extern verzelfstandigde agentschappen, waarbij de organisatievorm als APB de voorkeur geniet op een extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm, daar deze organisatievorm korter bij het moederhuis staat en het agentschap tot de publieke sector blijft behoren. Door het kunnen voeren van een decentrale boekhouding op maat kunnen de eigen inkomsten, rechtstreeks opnieuw ingezet worden in de werking en voor personeelskosten. Als APB in een semi-commerciële omgeving kunnen schommelende exploitatiegegevens over de jaargrenzen worden opgevangen. Het APB is immers binnen de beleids- en beheerscyclus niet onderworpen aan de autofinancieringsmarge en kan in tegenstelling tot de provincie en intern verzelfstandigde agentschappen opgebouwde reserves rechtstreeks aanwenden voor exploitatiedoeleinden. Op grond van deze overwegingen stelt de deputatie aan uw raad voor het huidige PDA VZW met ingang van 1 januari 2014 om te vormen tot het APB Provinciaal Documentatiecentrum Atlas, afgekort APB PDA. 5. Statuten Artikel 226 van het provinciedecreet bepaalt dat de statuten van een autonoom provinciebedrijf ten minste volgende elementen dienen te bevatten:
de naam en eventueel de afkorting van het APB; het maatschappelijke doel, inzonderheid een omschrijving van de beleidsuitvoerende taken van provinciaal belang waarmee het autonoom provinciebedrijf belast wordt; de maatschappelijke zetel, gevestigd in de oprichtende provincie;
282
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
de samenstelling, de vergaderwijze, de werkingsvoorwaarden en de bevoegdheden van de organen; de wijze van ontbinding en vereffening van het autonoom provinciebedrijf.
Een voorstel van statuten is bijgevoegd als bijlage bij dit verslag. 6. Organen 6.1. Raad van bestuur De deputatie wenst een maximale democratische vertegenwoordiging en controle te waarborgen, die een optimale informatiedoorstroming toelaat. Zij stelt bijgevolg voor dat de voltallige provincieraad zou zetelen in de raad van bestuur van het APB PDA. met de bevoegde gedeputeerde als voorzitter zoals voorzien in het provinciedecreet onder artikel 229&2bis. Voormeld artikel stipuleert dat de genderbepaling en de maximale 1/5 vertegenwoordiging in de raad van bestuur niet geldt. In de statuten wordt voorzien dat bij afwezigheid van de voorzitter, de voorzitter van de raadscommissie waaronder het APB PDA ressorteert de vergadering leidt. De vergadering van de raad van bestuur van het APB zal aansluiten op een gewone provincieraadszitting. Er kunnen geen presentiegelden worden toegekend aan de leden van de raad van bestuur, zodat de provinciale financiën niet extra worden belast. 6.2 Directiecomité Artikel 12 van de statuten voorziet een directiecomité dat is samengesteld uit de 6 gedeputeerden. Het directiecomité staat in voor het dagelijks bestuur en wordt voorgezeten door de bevoegde gedeputeerde. Het directiecomité kan deskundigen uitnodigen, die evenwel geen stemrecht bezitten. Het directiecomité kan tevens bevoegdheden delegeren aan de directeur van het bedrijf, die ze verder geheel of gedeeltelijk kan delegeren aan een personeelslid van het APB. Het directiecomité vergadert na de zitting van de deputatie. 6.3 Dagelijks bestuur Naar analogie met het provincieraadsbesluit van 27 juni 2013 wordt het begrip “dagelijks bestuur” voor de financiële verbintenissen van het APB op dezelfde wijze gedefinieerd als voor de provinciale diensten. 6.4 Personeelsbeheer Naar analogie met artikel 43 van het provinciedecreet en het provincieraadsbesluit van 22 maart 2007 delegeert de raad van bestuur zijn bevoegdheid als aanstellende overheid aan het directiecomité. Het dagelijks personeelsbeheer is de bevoegdheid van de directeur van het APB naar analogie met wat voorzien is in het provinciedecreet onder artikel 58.
283
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
7. Ontbinding van het PDA VZW Met afzonderlijk verslag zal aan uw raad de ontbinding van het PDA VZW worden voorgelegd, samen met het jaarverslag en de jaarrekening 2013. De tegoeden van het PDA VZW komen met ingang van 1 januari 2014 toe aan het APB. 8. Provincieraadsbeslissing Zoals reeds vermeld in het stappenplan wordt een verzelfstandigd agentschap opgericht bij provincieraadsbeslissing. De oprichtingsbeslissing legt de statuten van de verzelfstandigde entiteit vast. Onder voorbehoud van de toepassing van de bepalingen inzake het goedkeuringstoezicht verkrijgt het rechtspersoonlijkheid op de datum van voormelde oprichtingsbeslissing. Aan uw raad wordt voorgesteld om goedkeuring te hechten aan de oprichting van het APB PDA, de bijgevoegde statuten en het voorstel van samenstelling van de raad van bestuur goed te keuren. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de principiële goedkeuring van de deputatie in zitting van 7 november 2013 houdende de oprichting van een autonoom provinciebedrijf Provinciaal Documentatiecentrum Atlas; Gelet op de artikelen 219 en volgende van het provinciedecreet van 22 december 2006, nadien meermaals gewijzigd, houdende de modaliteiten en bepalingen van provinciale extern verzelfstandigde agentschappen; Gelet op artikel 225 van voormeld provinciedecreet houdende de oprichting van een autonoom provinciebedrijf; Gelet op artikel 226 van het provinciedecreet houdende de statuten van een autonoom provinciebedrijf; Gelet op artikel 229 van het provinciedecreet houdende de samenstelling van de raad van bestuur van een autonoom provinciebedrijf; Overwegende dat de deputatie heeft aangetoond en gemotiveerd dat een autonoom provinciebedrijf, binnen de mogelijkheden van het provinciedecreet, de meest aangewezen organisatievorm is voor het verwezenlijken van de in het verslag opgesomde beleidsuitvoerende taken van provinciaal belang; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Goedkeuring wordt gehecht aan de oprichting, met ingang van 1 januari 2014, binnen het departement welzijn economie en plattelandsbeleid, op het organisatieniveau N-2, van een autonoom provinciebedrijf “Provinciaal Documentatiecentrum Atlas”, afgekort APB PDA. Artikel 2: Goedgekeurd worden de voorgelegde statuten van het APB PDA.
284
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 3: De raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf is samengesteld uit de voltallige provincieraad. Artikel 4: De tegoeden van het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas VZW komen met ingang van 1 januari 2014 toe aan het APB PDA. STATUTEN AUTONOOM PROVINCIEBEDRIJF PROVINCIAAL DOCUMENTATIECENTRUM ATLAS Hoofdstuk I – Naam – Zetel – Doel – Duur – Rechtsvorm – Wettelijk kader Artikel 1 – Naam Deze statuten regelen de organisatie en de werking van het autonoom provinciebedrijf met rechtspersoonlijkheid Provinciaal Documentatiecentrum Atlas, afgekort APB PDA, hierna bedrijf genoemd, opgericht bij besluit van de provincieraad van de provincie Antwerpen op datum van 28 november 2013. Artikel 2 – Maatschappelijke zetel De maatschappelijke zetel van het bedrijf is gevestigd in 2018 Antwerpen, Koningin Elisabethlei 22. Artikel 3 – Maatschappelijk doel en activiteiten Het autonoom provinciebedrijf heeft tot doel: Beleidsdoelstelling - Ontwikkelen van een flankerend onderwijsbeleid ter bevordering van gelijke onderwijskansen, een betere studiekeuze en een goede aansluiting van het onderwijs bij de arbeidsmarkt voor de scholen van alle netten in de provincie Antwerpen. Actieplan - Er wordt geïnvesteerd in de uitbouw van een regierol inzake flankerend onderwijsbeleid, daarbij wordt zowel ingezet op de interne regie als de externe regie. Actie “Nederlands als sleutel op de Vlaamse samenleving”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van relevante actoren door het ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date collecties, leermiddelen en achtergrondinformatie rond onder meer taalvaardigheid, tweede taalverwerving, Nederlands als tweede taal, meertaligheid, Nederlands op de werkvloer, taalgerichte interculturele communicatie,... Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Beleidsdoelstelling- De provincie wil de levenskwaliteit en gezondheid van inwoners van de provincie Antwerpen bevorderen, met bijzondere aandacht voor maatschappelijk kwetsbare doelgroepen. Wij zijn hiervoor - binnen het Vlaams wetgevend kader - de vanzelfsprekende partner van welzijnsorganisaties en lokale besturen voor bovenlokale noden en uitdagingen. Actieplan - De provincie biedt met het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas een provinciebreed instrument om alle actoren, zowel intern als extern, actief in de beleidsdomeinen welzijn, onderwijs en internationale samenwerking maar ook daarbuiten, inhoudelijk en educatief te ondersteunen bij de thema's van diversiteit, gelijke onderwijskansen, mondiale vorming en opvoedingsondersteuning. Door inbreng van expertise en acties bij de diverse actoren evenals in hun netwerken & projectwerking versterkt het Provinciaal Documentatiecentrum Atlas de kwaliteit van hun activiteiten en/of beleidsinitiatieven, inclusief het gezamenlijk provinciaal welzijns- en flankerend onderwijsbeleid.
285
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Actie “Leren omgaan met meervoudige diversiteit”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van diverse actoren door het professioneel verzamelen, ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date leermiddelen en achtergrondinformatie. Het PDA zorgt voor projectondersteuning wanneer deskundigheid rond deze thema’s gewenst is. Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Actie “Opvoedingsondersteuning en ouderbetrokkenheid”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van diverse actoren door het ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date collecties, leermiddelen en achtergrondinformatie rond deze thema's. Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Beleidsdoelstelling - Verhogen van de betrokkenheid van de burger en de lokale besturen bij de Noord-Zuid-problematiek om zo de solidariteit met het Zuiden te vergroten en een gedragsverandering teweeg te brengen. Actieplan - Door in te zetten op educatie- en sensibilisatieactiviteiten willen we het draagvlak voor eerlijke Noord- Zuidverhoudingen bij de inwoners van de provincie Antwerpen vergroten. Actie “Opvoeden tot wereldburgerschap / mondiale vorming”: Er wordt ingezet op het actief en deskundig ondersteunen van diverse actoren door het ontsluiten en publieksgericht aanbieden van kwalitatieve en up-to-date collecties leermiddelen en achtergrondinformatie rond deze thema's. Het PDA zorgt voor projectondersteuning wanneer deskundigheid rond deze thema’s gewenst is. Geven van vormingen aan intermediairen uit het brede onderwijsveld en de eigen provinciale diensten over de materialen uit de collecties. Andere activiteiten: Het autonoom provinciebedrijf kan leningen aangaan en giften of toelagen ontvangen binnen de grenzen, gesteld in deze statuten en de beheersovereenkomst. Het autonoom provinciebedrijf kan door de Vlaamse Regering gemachtigd worden om in eigen naam en voor eigen rekening over te gaan tot onteigeningen die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen. Het autonoom provinciebedrijf kan vrij, binnen de grenzen van zijn doel, overgaan tot de verwerving, de aanwending en de vervreemding van alle roerende en onroerende goederen, op dewelke zij alle zakelijke en persoonlijke rechten mag vestigen. Het autonoom provinciebedrijf kan andere rechtspersonen oprichten, erin deelnemen of zich erin laten vertegenwoordigen, voor zover dat past in zijn opdrachten en gebeurt in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving en de beheersovereenkomst. Artikel 4 – Rechtspersoonlijkheid Het bedrijf verwerft rechtspersoonlijkheid op de dag van de oprichtingsbeslissing onder voorbehoud van de toepassing van de bepalingen inzake het goedkeuringstoezicht. Artikel 5 – Duur Het bedrijf wordt opgericht voor onbepaalde duur. Artikel 6 – Wettelijk kader De oprichting, de organisatie en de werking van het bedrijf valt onder de toepassing van de artikelen 225 tot en met 237 van het provinciedecreet van 22 december 2006 (hierna “provinciedecreet”), alsook van alle andere toepasselijke wetten, decreten en besluiten en de latere wijzigingen van al deze regelen.
286
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Deze statuten zijn van toepassing voor zover zij niet van de in het eerste lid vermelde regelen afwijken. Hoofdstuk II – Beheersovereenkomst Artikel 7 – Beheersovereenkomst §1. Tussen de provincie en het autonoom provinciebedrijf wordt na onderhandeling een beheersovereenkomst gesloten. Bij het onderhandelen over de beheersovereenkomst wordt de provincie vertegenwoordigd door de deputatie en het autonoom provinciebedrijf door de raad van bestuur. De beheersovereenkomst, evenals elke verlenging, wijziging, schorsing of ontbinding ervan, wordt ter inzage neergelegd op de griffie van de oprichtende provincie en op het secretariaat van het autonoom provinciebedrijf. §2. De beheersovereenkomst regelt minstens de volgende aangelegenheden: 1° de concretisering van de wijze waarop het agentschap zijn taken moet vervullen en van de doelstellingen ervan; 2° de toekenning van middelen voor de eigen werking en de uitvoering van de doelstellingen van het autonoom provinciebedrijf; 3° binnen de perken en overeenkomstig de toekenningsvoorwaarden, bepaald door de Vlaamse Regering, het presentiegeld en de andere vergoedingen die in het kader van de bestuurlijke werking van het autonoom provinciebedrijf worden toegekend; 4° de voorwaarden waaronder eigen inkomsten of andere financieringen mogen worden verworven en aangewend; 5° de wijze waarop de tarieven voor de geleverde prestaties door de raad van bestuur vastgesteld en berekend worden; 6° de gedragsregels inzake dienstverlening door het autonoom provinciebedrijf; 7° de voorwaarden waaronder het autonoom provinciebedrijf andere personen kan oprichten, erin kan deelnemen of zich erin kan laten vertegenwoordigen; 8° de informatieverstrekking door het autonoom provinciebedrijf aan de provincie; 9° opgeheven bij decreet van 6 juli 2012; 10° de wijze waarop het autonoom provinciebedrijf zal voorzien in een systeem van interne controle; 11° de maatregelen bij niet-naleving door een partij van haar verbintenissen uit hoofde van de beheersovereenkomst en de bepalingen inzake beslechting van geschillen die rijzen bij de uitvoering van de beheersovereenkomst; 12° de omstandigheden waarin en de wijze waarop de beheersovereenkomst kan worden verlengd, gewijzigd, geschorst en ontbonden. § 3. Met behoud van de mogelijkheid tot verlenging, wijziging, schorsing en ontbinding van de beheersovereenkomst wordt die gesloten voor een periode die eindigt uiterlijk zes maanden na de volledige vernieuwing van de provincieraad. De beheersovereenkomst en de uitvoering ervan worden jaarlijks geëvalueerd door de provincieraad. Als bij het verstrijken van de beheersovereenkomst geen nieuwe beheersovereenkomst is afgesloten, wordt de bestaande overeenkomst van rechtswege verlengd. Als geen nieuwe beheersovereenkomst in werking is getreden binnen één jaar na de in de vorige paragraaf vermelde verlenging, of als een beheersovereenkomst werd ontbonden of geschorst, kan de provincieraad, na overleg met het autonoom provinciebedrijf, voorlopige regels opleggen inzake de in de beheersovereenkomst vermelde aangelegenheden. Die voorlopige regels zullen als beheersovereenkomst gelden tot op het ogenblik dat een nieuwe beheersovereenkomst in werking treedt.
287
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Hoofdstuk III – Bestuur en Controle Artikel 8 – Samenstelling van de raad van bestuur Het autonoom provinciebedrijf wordt bestuurd door een raad samengesteld uit de voltallige provincieraad.
van bestuur die
is
De duur van hun opdracht mag zes jaar niet te boven gaan. Het mandaat van lid van de raad van bestuur is hernieuwbaar. Na de volledige vernieuwing van de provincieraad wordt tot volledige vernieuwing van de raad van bestuur overgegaan. In dat geval blijven de leden van de raad van bestuur in functie tot de nieuwe provincieraad tot hun vervanging is overgegaan. Wanneer een mandaat van een bestuurder voortijdig eindigt, benoemt de provincieraad tijdens haar eerstvolgende vergadering een opvolger. De nieuw benoemde bestuurder voltooit het mandaat van diegene die hij opvolgt. De voorzitter van de raad van bestuur is de gedeputeerde verantwoordelijk voor het beleidsdomein waaronder het APB ressorteert. De voorzitter van de raadscommissie met het beleidsdomein waaronder het APB valt neemt de functie op van ondervoorzitter van het autonoom provinciebedrijf. De agendapunten voor de raad van bestuur worden voorafgaandelijk geagendeerd en besproken aansluitend op de raadscommissie met het beleidsdomein waaronder het APB ressorteert. De uitnodigingen worden voor beide vergaderingen, indien mogelijk, samen verstuurd. Artikel 9 – Bijeenkomsten en besluitvorming De raad van bestuur vergadert zo dikwijls als de belangen van het autonoom provinciebedrijf dit vereisen, op uitnodiging van de voorzitter of op verzoek van de helft van de leden van de raad van bestuur. De uitnodiging tot de vergadering zal, buiten dringende gevallen in de notulen te rechtvaardigen, altijd minstens acht dagen voor de vergadering verstuurd worden. Zij zijn niet vereist wanneer alle bestuurders er in toestemmen te vergaderen. De uitnodigingen tot de vergadering kunnen geschieden bij gewone brief of per mail. De uitnodigingen vermelden de agenda, de datum, de plaats en het uur van de vergadering. De bijhorende documenten worden erbij gevoegd. Ingeval van hoogdringendheid en wanneer zich een onvoorzienbaar feit heeft voorgedaan waardoor elk uitstel onherstelbaar nadeel zou veroorzaken voor het autonoom provinciebedrijf, kan de voorzitter de raad van bestuur zonder enig uitstel en met alle beschikbare middelen geldig bijeenroepen. Indien de vergadering van de raad van bestuur samenvalt met een provincieraad worden de uitnodigingen samen verstuurd. De vergaderingen worden gehouden op de zetel van het bedrijf, of op enig andere in de uitnodiging vermelde plaats, gelegen op het grondgebied van de provincie Antwerpen. De vergaderingen van de raad van bestuur zijn niet openbaar. De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en besluiten wanneer tenminste de helft van de leden, met inbegrip van de voorzitter en/of de ondervoorzitter aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Ingeval het aantal aanwezige/vertegenwoordigde leden van de raad van bestuur ontoereikend is om geldig te beraadslagen of te beslissen, kan een nieuwe raad bijeengeroepen worden met dezelfde agenda. Die zal geldig beraadslagen en beslissen ongeacht het aantal aanwezige leden. De tweede oproeping moet geschieden overeenkomstig de bepalingen van dit artikel en er moet vermeld worden dat de oproeping voor de tweede maal geschiedt.
288
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter. Indien de voorzitter verhinderd is, wordt de raad van bestuur voorgezeten door de ondervoorzitter. De raad van bestuur kan deskundigen aanwijzen die de beraadslagingen van de raad van bestuur met raadgevende stem bijwonen. De personeelsleden van de griffie van de provincie Antwerpen zijn op de vergadering als waarnemer aanwezig voor het faciliteren van de verslaggeving. Het betrokken departementshoofd, de directeur van het bedrijf en een personeelslid van het betrokken departement worden als waarnemer, zonder stemrecht, bij de raad van bestuur uitgenodigd. Zij kunnen zich niet laten vertegenwoordigen in de raad van bestuur. Zij zorgen voor de ambtelijke aansluiting met de provincie Antwerpen en de opvolging van de werking van de beheersovereenkomst. Het departementshoofd treedt op als secretaris van de raad van bestuur. Op de vergadering heeft ieder lid recht op één stem. Ingeval van staking der stemmen, is de stem van de voorzitter doorslaggevend. Onthoudingen en ongeldige stemmen worden niet meegerekend. Over punten die niet op de agenda werden vermeld, kan de raad van bestuur slechts geldig beraadslagen mits akkoord van twee derden van de aanwezige stemgerechtigde leden. De besluiten van de raad worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Behoudens de hierna vermelde onderwerpen, die een twee derden meerderheid vereisen: - voorstel aan de provincieraad om over te gaan tot het ontslag van een lid van de raad van bestuur - voorstel aan de provincieraad tot ontbinding van het autonoom provinciebedrijf De beraadslagingen van de raad van bestuur worden vastgelegd in de notulen, ondertekend door de voorzitter en de secretaris. De originele notulen worden tijdens de eerstvolgende vergadering ter goedkeuring voorgelegd en in een op de zetel bewaard register opgenomen. De kopieën of uittreksels die bij een rechtspleging of in andere gevallen moeten worden voorgelegd, worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris of een ander hiertoe specifiek gevolmachtigd lid van de raad van bestuur. De notulen van de vergaderingen van de raad van bestuur, het directiecomité en alle documenten waarnaar verwezen wordt in de notulen, alsook de beslissingen van de directeur, worden ter inzage neergelegd op de griffie van de provincie. Artikel 10 – Werkingsvoorwaarden §1.Huishoudelijk reglement De raad van bestuur bepaalt de regelen in verband met zijn interne werking in een huishoudelijk reglement. §2. Onverenigbaarheden Een bestuurder mag niet: 1° aanwezig zijn bij de bespreking of stemming over aangelegenheden waarbij hij een rechtstreeks belang heeft, hetzij persoonlijk, hetzij als vertegenwoordiger, of waarbij de echtgenoot of zijn bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dit verbod strekt niet verder dan de bloed- en aanverwanten tot de tweede graad als het gaat om de voordracht van kandidaten, benoemingen, afzettingen en schorsingen. Voor de toepassing van deze bepaling worden personen die een verklaring van wettelijke samenwoning in de zin van artikel 1475 van het Burgerlijk Wetboek hebben afgelegd, met echtgenoten gelijkgesteld; 2° rechtstreeks of onrechtstreeks een overeenkomst sluiten met het autonoom provinciebedrijf;
289
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
3° rechtstreeks of onrechtstreeks als advocaat of notaris tegen betaling werkzaam zijn in geschillen ten behoeve van het autonoom provinciebedrijf. Dit verbod geldt met name ook ten aanzien van de personen die in het kader van een associatie, groepering, samenwerking of op hetzelfde kantooradres met de bestuurder werken; 4° rechtstreeks of onrechtstreeks als advocaat of notaris werkzaam zijn in geschillen ten behoeve van de tegenpartij van het autonoom provinciebedrijf of ten behoeve van een personeelslid van het autonoom provinciebedrijf aangaande beslissingen in verband met de tewerkstelling binnen het autonoom provinciebedrijf. Dit verbod geldt met name ook ten aanzien van de personen die in het kader van een associatie, groepering, samenwerking of op hetzelfde kantooradres met de bestuurder werken. Artikel 11 – Bestuursbevoegdheden – Taakverdeling binnen de raad van bestuur De raad van bestuur beschikt over de volheid van bevoegdheid om alle noodzakelijke of nuttige handelingen te stellen om het maatschappelijk doel van het bedrijf te verwezenlijken. De raad van bestuur is binnen de grenzen, vastgesteld in de statuten, bevoegd voor alle personeelsaangelegenheden. Artikel 12- Directiecomité De raad van bestuur wijst de vertegenwoordiging met betrekking tot het dagelijks bestuur en de voorbereiding en uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur toe aan een directiecomité. Het directiecomité regelt als orgaan van dagelijks bestuur in onderling overleg zijn werkzaamheden. De 6 gedeputeerden treden op als directiecomité van het autonoom provinciebedrijf. De gedeputeerde met de beleidsbevoegdheid waaronder het APB ressorteert, treedt op als voorzitter. Het directiecomité kan deskundigen uitnodigen. Deze personen hebben geen stemrecht. De leden van het directiecomité oefenen hun mandaat onbezoldigd uit. Het directiecomité is bevoegd voor alle aangelegenheden die tot het dagelijks bestuur behoren, in het bijzonder voor die bevoegdheden die werden gedelegeerd door de raad van bestuur. Het directiecomité treedt collegiaal op voor de bevoegdheden die zij niet heeft gedelegeerd. De beslissingen worden genomen met een gewone meerderheid van de aanwezige leden mits minstens de meerderheid van de leden aanwezig zijn. Het directiecomité kan zijn bevoegdheden delegeren aan de directeur van het bedrijf, die deze bevoegdheden geheel of gedeeltelijk kan doordelegeren aan een personeelslid van het APB. Voor rechtshandelingen die binnen het directiecomité vallen, is de vereniging gebonden door de handtekening van de voorzitter van het directiecomité of diens gevolmachtigde. Als het directiecomité zijn bevoegdheden heeft gedelegeerd, is de vereniging gebonden door de handtekening van de directeur van het APB of zijn gevolmachtigde. Wanneer het belang van het bedrijf dat vereist, beslist de voorzitter of, bij diens afwezigheid, zijn vervanger, rechtsgeldig en zonder verdere formaliteiten over het instellen van rechtsvorderingen en over het treffen van alle maatregelen tot bewaring van recht in de meest ruime zin van het woord, in en buitengerechtelijke procedures. Hij deelt de instelling van een rechtsvordering mee op de eerstvolgende vergadering van het directiecomité.
290
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 13 Dagelijks bestuur Naar analogie van het provincieraadsbesluit van 27 juni 2013 wordt het begrip “dagelijks bestuur” voor de financiële verbintenissen binnen het APB als volgt gedefinieerd: Het directiecomité is bevoegd voor: Het vaststellen van de gunningswijzen en het bestek van alle overheidsopdrachten op de kredieten van het exploitatiebudget (gewone dienst) hoger dan 30.000 EUR en tot en met 500.000 EUR (exclusief BTW); Het vaststellen van de gunningswijze en het bestek van alle overheidsopdrachten voor de aankoop van roerende investeringen (niet-informatica uitrusting) hoger dan 30.000 EUR en tot en met 85.000 EUR (exclusief BTW); Het nemen van het gunningsbesluit: o op het exploitatiebudget hoger dan 30.000 EUR (exclusief BTW); o op de kredieten voor roerende investeringen (niet ICT) hoger dan 30.000 EUR (exclusief BTW); o op de kredieten voor roerende investeringen (ICT-uitrusting) hoger dan 85.000 EUR (exclusief BTW); o op de kredieten voor onroerende investeringen hoger dan 85.000 EUR (exclusief BTW); Het vaststellen van de overige contracten en verbintenissen (zoals samenwerkingsovereenkomsten, convenanten, …) voor zover ze: o ofwel aangerekend worden op het exploitatiebudget (gewone dienst) tot het bedrag van 500.000 EUR (exclusief BTW); o ofwel aangerekend worden op een investeringsbudget (buitengewone dienst) en in dit laatste geval de waarde van 85.000 EUR (exclusief BTW) niet overschrijden; en met uitzondering van: o daden van beschikking over patrimonium; Het verwerven van zakelijke rechten of genotrechten op onroerende goederen van derden voor zover de totaliteit van de door de provincie verschuldigde vergoeding, berekend aan de aanvangsindex (bij het afsluiten van de verbintenis), niet meer bedraagt dan 25.000 EUR (exclusief BTW) per jaar; Het kennisnemen van alle meerwerken aan onroerende investeringen in min en plus waarvan de lastvoorwaarden door de provincieraad werden goedgekeurd en de meerkosten in totaal minder bedragen dan 10% van het gunningsbedrag of wanneer zij het gevolg zijn van conceptwijzigingen en/of ernstige wijzigingen van gunningsvoorwaarden. Artikel 14 Personeelsbeheer De raad van bestuur delegeert, naar analogie met artikel 43 van het Provinciedecreet en het provincieraadsbesluit van 22 maart 2007, zijn bevoegdheid als aanstellende overheid aan het directiecomité. Het dagelijks personeelsbeheer is de bevoegdheid van de directeur van het APB, naar analogie met wat voorzien is in het Provinciedecreet onder artikel 58. In aansluiting op het provincieraadsbesluit van 24 september 2009, gewijzigd bij provincieraadsbesluit van 24 februari 2011, omvat het dagelijks personeelsbeheer: -
Toekenning verlofstelsels, behalve verlof voor opdracht; Toekenning dienstvrijstelling; Toekenning halftijdse werkhervatting na langdurige ziekte Opvolging evaluatie- en functioneringscyclus binnen het APB; Concrete invulling vormingsrecht en vormingsplicht; Toewijzing opdrachthouderschap; Voorstel toewijzing waarneming hogere functie; Beslissingsbevoegdheid over thuiswerk; Vaststellen administratieve anciënniteiten en valorisatie relevante ervaring; Vaststellen individuele jaarsalaris van de personeelsleden; Beslissingsbevoegdheid over permanentieplicht personeelsleden;
291
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
-
Beslissingsbevoegdheid dienstreizen; Beslissingsbevoegdheid vervanging conciërge Beslissingsbevoegdheid over aanvragen personeelsleden in tijdregistratiesysteem; Aanstelling supervisor(s) in tijdregistratiesysteem met delegatiebevoegdheid; Opleggen medische onderzoeken bij personeelslid; Beslissingsbevoegdheid inhouding salaris bij onttrekking aan medische controle; Beslissingsbevoegdheid inhouding salaris bij ongewettigde afwezigheid; Erkenning van personeelslid als vaste vakbondsafgevaardigde; Uitbetaling gastmedewerkers; Beslissingsbevoegdheid terugbetaling materiële schade personeelslid; Aanpassing uurroosters indien akkoord alle partijen; Machtigingen tot het uitoefenen van een bijambt buiten de diensturen.
Artikel 15 - Vertegenwoordiging Het directiecomité vertegenwoordigt het provinciebedrijf in en buiten rechte als eiser of als verweerder. Onverminderd de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het directiecomité als college, wordt het provinciebedrijf rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter alleen optredend. In het kader van het dagelijks bestuur wordt het autonoom provinciebedrijf eveneens rechtsgeldig in en buiten rechte vertegenwoordigd door de directeur ingevolge een delegatiebesluit van het directiecomité. Artikel 16- Aansprakelijkheid De bestuurders zijn niet persoonlijk gebonden door de verbintenissen van het autonoom provinciebedrijf. De bestuurders zijn aansprakelijk zonder hoofdelijkheid voor de tekortkomingen in de normale uitoefening van hun bestuur. Ten aanzien van de overtredingen waaraan zij geen deel hebben gehad, worden de bestuurders van die aansprakelijkheid ontheven als hun geen schuld kan worden verweten en als zij die overtredingen hebben aangeklaagd bij de provincieraad binnen een maand nadat zij er kennis van hebben gekregen. Jaarlijks beslist de provincieraad over de aan de bestuurders te verlenen kwijting, na goedkeuring van de rekeningen. Die kwijting is alleen rechtsgeldig als de ware toestand van het autonoom provinciebedrijf niet wordt verborgen door enige weglating of onjuiste opgave in de rekeningen of in de rapportering betreffende de uitvoering van de beheersovereenkomst. Artikel 17 - Vergoedingen Er worden geen presentiegelden toegekend aan de leden van de raad van bestuur. Artikel 18 – Controle De controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de verrichtingen weer te geven in de jaarrekening van het autonoom provinciebedrijf wordt uitgeoefend door één of meer commissarissen. Dit zijn erkende bedrijfsrevisoren die benoemd worden door de provincieraad en die onderworpen zijn aan de wettelijke en reglementaire bepalingen die hun ambt en hun bevoegdheid regelen. Hoofdstuk IV – Begroting – Jaarrekening Artikel 19 – Begroting Inkomsten en uitgaven Het bedrijf ontvangt de inkomsten van alle activiteiten die het uitvoert en draagt de lasten van deze activiteiten Financiering De raad van bestuur beslist vrij over de omvang, de techniek en de voorwaarden van zijn financiering. Het autonoom provinciebedrijf maakt een budget op overeenkomstig de vereisten die krachtens het Provinciedecreet worden gesteld voor het budget van de provincie.
292
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 20 – Jaarrekening De boekhouding wordt gevoerd en de jaarrekening wordt opgesteld overeenkomstig de regelen die krachtens het Provinciedecreet worden gesteld voor de boekhouding en de jaarrekening van de provincie. Met uitzondering van het jaar van oprichting valt het boekjaar samen met een kalenderjaar. Het autonoom provinciebedrijf doet uiterlijk op 31 december van ieder jaar de nodige opnemingen, verificaties, opzoekingen en waarderingen om de inventaris op te maken van al de bezittingen, vorderingen, schulden en verplichtingen van het autonoom provinciebedrijf, van welke aard ook. De boekhouding wordt gevoerd onder de verantwoordelijkheid en het toezicht van de raad van bestuur. De raad van bestuur stelt de jaarrekening vast en legt jaarlijks en uiterlijk op 30 juni de jaarrekening van het voorbije jaar ter goedkeuring voor aan de provincieraad. De raad van bestuur stelt het budget vast en legt jaarlijks het budget van het autonoom provinciebedrijf van het volgende boekjaar ter goedkeuring voor aan de provincieraad op de provincieraadszitting waarbij ook het budget van het volgende boekjaar van de provincie wordt goedgekeurd. Hoofdstuk V – Personeel Artikel 21 – Personeel Het autonoom provinciebedrijf werft personeel aan in contractueel dienstverband. Hoofdstuk VI – Ontbinding en vereffening Artikel 22 – Ontbinding en vereffening De provincieraad kan steeds beslissen om tot ontbinding en vereffening van het autonoom provinciebedrijf over te gaan. In de beslissing tot ontbinding wijst de provincieraad de vereffenaars aan. Alle andere organen vervallen op het ogenblik van de ontbinding. De rechten en verplichtingen van het ontbonden autonoom provinciebedrijf worden overgenomen door de provincie. In afwijking van het tweede en derde lid kan de provincieraad in het ontbindingsbesluit de personeelsleden, die daarmee moeten instemmen, en de rechten en verplichtingen aanwijzen die overgenomen worden door de overnemers van de activiteiten van het provinciebedrijf. Hoofdstuk VII – Statutenwijziging Artikel 23 – Statutenwijziging De wijzigingen in de statuten worden aangebracht bij beslissing van de provincieraad, op voorstel of na advies van de raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf in kwestie. De beslissing van de provincieraad tot wijziging van de statuten wordt, samen met bijbehorende documenten waaronder het voorstel of het advies van de raad van bestuur, binnen dertig dagen aan de Vlaamse Regering verzonden. Binnen honderd dagen na verzending keurt de Vlaamse Regering de wijzigingsbeslissing al dan niet goed. Als die termijn verstrijkt zonder dat de Vlaamse Regering een beslissing genomen heeft en verzonden heeft aan de provincie, dan wordt de goedkeuring geacht te zijn verleend. De statutenwijzigingen worden op dezelfde wijze als de oprichtingsbeslissing en de statuten neergelegd. Een volledig gecoördineerde tekst van de statuten wordt ter inzage neergelegd op de griffie van de provincie Antwerpen en op het secretariaat van het autonoom provinciebedrijf.
VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
293
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De heer MERCKX.- Zoals ik daarnet al gezegd heb op de Raad van Bestuur van de vzw Doc Atlas moeten we consequent zijn. We hebben in een vorige zitting onze reserves en bezwaren geuit tegen het concept van APB’s en de veralgemening ervan. Maar in dit concrete geval gaan wij ons onthouden, omdat het voor een deel van het personeel een verbetering inhoudt omdat zij de rechtspositie van het provinciepersoneel krijgen. Anderzijds bevestigen bepaalde formuleringen die we vinden van meer autonome financiële verantwoordelijkheid, opereren in een semi-commerciële sfeer, toch wel de gevaren waarop dat we in onze meer algemene beoordeling van die APB’s gesproken hebben. VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 70 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 61 leden hebben ja gestemd; 9 leden hebben zich onthouden. Goedgekeurd met 61 stemmen ja, bij 9 onthoudingen. Nr. 9/2 van de agenda Welzijn. Wonen en Gelijke Kansen. Opheffing van het reglement impulssubsidie aan gemeenten in het kader van samenleven in diversiteit en vervanging door het subsidiereglement lokaal woonwagenbeleid. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Het huidige reglement impulssubsidie voor gemeenten in het kader van het samenleven in diversiteit, vastgesteld door de provincieraad in vergadering van 5 oktober 2007, en de bijhorende lijst met prioritaire actiedomeinen, goedgekeurd door deputatie in zitting van 13 december 2007, voldoen niet meer adequaat aan de taakstelling/bevoegdheden van het provinciebestuur. Het decreet betreffende het Vlaams integratie- en inburgeringsbeleid, bekrachtigd en afgekondigd door de Vlaamse regering op 7 juni 2013, geeft niet langer bevoegdheden aan de provinciebesturen m.b.t. integratie en inburgering. Hierdoor vervallen actiedomein 1 en 3 van de prioritaire actiedomeinen, met name ‘actief burgerschap van etnisch-culturele minderheden verhogen’ en ‘het opzetten van een lokaal beleid n.a.v. de aanwezigheid van mensen zonder wettig verblijf in de gemeenten’. Actiedomein 2 ‘het voeren van een weldoordacht, gestructureerd lokaal woonwagenbeleid voor gemeenten met een gemeentelijk residentieel woonwagenterrein’ focust op wonen en kan wel weerhouden worden. Wonen wordt beschouwd als grondgebonden materie en blijft een taakstelling/bevoegdheid van het provinciebestuur.
294
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
In de missie en visie van de provincie Antwerpen ligt de nadruk op het doeltreffend tegemoet komen aan relevante bovenlokale maatschappelijke behoeften. Slechts een beperkt aantal gemeenten, met name 9 van de 70, heeft een residentieel woonwagenterrein op het grondgebied. De ongelijke spreiding van standplaatsen voor woonwagenbewoners over de gemeenten geeft deze problematiek een bovenlokaal aspect: slechts een beperkt aantal gemeenten/beheerders bieden huisvestingsmogelijkheden voor woonwagenbewoners. Uit bevragingen en contacten van het provinciebestuur met gemeenten met en beheerders van residentiële woonwagenterreinen, weten we dat het beheer en toezicht op het terrein een noodzakelijke opdracht is, in het bijzonder voor de toewijzing van standplaatsen en de handhaving van de orde en netheid. De kosten voor dit toezicht en beheer (waaronder voornamelijk personeelsinzet) kunnen hoog oplopen en zijn volledig ten laste van de gemeente/beheerder. We opteren er evenwel voor om naast het beheer en toezicht, ook impulsen te geven aan een sociaal beleid op de woonwagenterreinen. Dit strookt met het decreet van 31 mei 2013 houdende de toekenning van bepaalde bevoegdheden aan de provincies. Dit decreet kent op welzijns- en gezondheidsvlak onder meer volgende taken expliciet toe aan provinciebesturen: het stimuleren en ondersteunen van netwerken, o.a. gericht op participatie van doelgroepen en het voeren van een impulsbeleid ter uitvoering van een Vlaams welzijns- en gezondheidsbeleid. Het reglement ‘impulssubsidie aan gemeenten in het kader van samenleven in diversiteit’ zal met ingang van 1 januari 2014 worden opgeheven en vervangen worden door het subsidiereglement ‘lokaal woonwagenbeleid’. Met het nieuwe subsidiereglement ‘lokaal woonwagenbeleid’ wil het provinciebestuur de beheerders aanzetten om een proactieve en gestructureerde beheersaanpak uit te werken. Dit in tegenstelling tot het ad hoc omspringen met gesignaleerde problemen op het terrein. Het principe van ‘gedeelde verantwoordelijkheid’ moet als rode draad doorheen de beheerspaanpak lopen. De zorg voor een woonwagenterrein is immers de verantwoordelijkheid van iedereen. Hiervoor wordt de beheersaanpak afgetoetst aan 5 criteria, met name (1) duidelijke regelgeving, (2) goede interne rolverdeling en taakafspraken, (3) goede communicatiekanalen tussen beheerder en bewoners, (4) gedragenheid door het bestuur van de beherende organisatie en (5) ‘breed’ woonwagenwerk d.w.z. betrokkenheid van externe deskundigen. Daarnaast wil het provinciebestuur de beheerders ook aanzetten om een beleid te voeren gericht op het goede samenleven op het terrein en de participatie van de bewoners aan de samenleving (bv. op het vlak van arbeid, onderwijs, welzijn, gezondheid, vrije tijd, burgerschap, sociale cohesie, beeldvorming). Hiervoor dienen de subsidieaanvragers een projectvoorstel in te dienen dat een impuls geeft en een meetbaar resultaat vooropstelt. De subsidieaanvrager moet voor cofinanciering zorgen. De provincie draagt maximaal 25 % van de kosten voor beheer en toezicht, met een maximum van 7500 EUR en maximaal 75 % van de kosten van het sociaal project, met een maximum van 2500 EUR. Per aanvrager zal het provinciebestuur dus maximaal 10.000 EUR toekennen.
295
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Een adviescommissie met interne en externe deskundigen brengt advies uit over de ingediende projectaanvragen. De toekenning en uitbetaling van subsidies worden ter goedkeuring voorgelegd aan de deputatie. Dit ontwerpreglement zal ter kennisgeving worden voorgelegd aan de Welzijns- en Gezondheidsraad in vergadering van 3 december 2013. Aan uw raad wordt voorgesteld het reglement impulssubsidie aan gemeenten in het kader van samenleven in diversiteit op te heffen en te vervangen door het reglement lokaal woonwagenbeleid. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Gelet op het verslag van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Het reglement impulssubsidie voor gemeenten in het kader van het samenleven in diversiteit, vastgesteld door de provincieraad in vergadering van 5 oktober 2007, wordt opgeheven en vervangen door het reglement lokaal woonwagenbeleid. Reglement lokaal woonwagenbeleid Goedgekeurd door de provincieraad op 28 november 2013 Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Artikel 1 De deputatie verleent subsidies aan de in artikel 2 vernoemde actoren, die een lokaal woonwagenbeleid voeren dat beantwoordt aan de criteria zoals vooropgesteld in dit reglement. Artikel 2 Komen in aanmerking voor deze subsidie: gemeentebesturen, OCMW’s, VZW’s en sociale huisvestingsactoren die een residentieel woonwagenterrein beheren. Hoofdstuk 2: Toekenningsvoorwaarden Deel 2.1. Technisch beheer en toezicht Artikel 3 De in artikel 2 vermelde actoren beheren een residentieel woonwagenterrein en voeren hierbij een proactief en gestructureerd beleid. Hierbij geldt het principe van ‘gedeelde verantwoordelijkheid’, waarbij alle betrokken partijen en partners verantwoordelijkheid opnemen. Enkel de personeelskosten van de terreintoezichter en – indien aanwezig – de beleidscoördinator, overeenkomstig hun tijdsinzet inzake beheer en toezicht, komen in aanmerking voor dit deel van de subsidie. De subsidie werkt volgens het principe van cofinanciering: de provincie betaalt maximaal de helft van de geïnvesteerde loonkost met een maximum van 7500 EUR.
296
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 4 De hoogte van de toegekende subsidie is afhankelijk van de score (op 10) op vijf criteria, met telkens maximum 2 punten per criterium. Criteria: (1) Duidelijke regelgeving - Er zijn duidelijke regels m.b.t. de toewijzing van standplaatsen, orde en veiligheid, gebruik van infrastructuur, vergoedingen e.d. Er wordt consequent toegezien op de navolging van deze regels. (2) Goede interne rolverdeling en taakafspraken - Er zijn duidelijke afspraken met de verschillende interne betrokkenen van de beherende organisatie inzake taken en rolverdeling. (3) Goede communicatiekanalen tussen beheerder en bewoners - Er zijn duidelijke communicatiekanalen tussen beheerder en bewoners van het terrein. Bewoners krijgen inspraak in het beleid. De beherende organisatie communiceert regels en gemaakte afspraken. De bewoners weten waar ze met vragen en klachten terecht kunnen. (4) Gedragenheid door het bestuur van de beherende organisatie - Het beheer en toezicht is niet enkel een bekommernis van de terreintoezichter, maar wordt gedragen door het bestuur van de beherende organisatie. (5) Betrokkenheid van externe deskundigen - Er wordt ingezet op “breed” woonwagenwerk, d.w.z. er worden externen/deskundigen betrokken bij het beheer en/of toezicht van het woonwagenterrein. Hieronder worden verstaan specialisten inzake woonwagenwerk (zoals medewerkers van het Kruispunt Migratie-Integratie, het Minderhedenforum, diversiteitscentrum Prisma of De Acht, andere beheerders van een residentieel terrein, …), maar ook specifieke actoren op relevante beleidsdomeinen (Kind en Gezin, Samenlevingsopbouw, VDAB, scholen, vrijetijdsorganisaties, …) Deel 2.2. Sociaal impulsbeleid Artikel 5 De in artikel 2 vermelde actoren beheren een residentieel woonwagenterrein en voeren daarbij een beleid dat gericht is op het goed samenleven op het terrein en/of de participatie van de bewoners aan de samenleving. Om het samenleven op het terrein en de participatie van de bewoners aan de samenleving te bevorderen, ontwikkelt de beheerder een impulsproject. Het project kan betrekking hebben op uiteenlopende thema’s als arbeid, onderwijs, welzijn, gezondheid, vrije tijd, burgerschap, sociale cohesie, beeldvorming, … Zowel personeels- als werkingskosten komen in aanmerking voor dit deel van de subsidie. Inkomsten van andere bronnen dan de provinciale subsidie zijn toegestaan en moeten vermeld worden. Er moet een tekort zijn; provinciale subsidies mogen niet aangewend worden voor reservevorming. De subsidie werkt volgens het principe van cofinanciering: de provincie betaalt maximaal 75% van het tekort op het impulsproject, met een maximum van 2500 EUR. Artikel 6 De impulsprojecten moeten voldoen aan de volgende criteria: (1) Het projectvoorstel moet een nieuwe, sociale impuls geven aan het gevoerde woonwagenbeleid. Het mag geen deel uitmaken van het reeds bestaande, reguliere sociale beleid dat op het terrein gevoerd wordt. (2) Het project beoogt een structureel effect of duurzame verandering. (3) Het impulsproject levert een meetbaar resultaat op, waardoor de inzet van mensen en middelen voor het project kan verantwoord worden. (4) Eénzelfde project kan maximaal 3 jaar gesubsidieerd worden.
297
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Hoofdstuk 3: Indienen van de aanvraag en beoordeling Artikel 7 De subsidieaanvraag wordt per post en bij voorkeur ook digitaal ingediend en moet bij de deputatie toekomen vóór 1 maart. De postdatum geldt als bewijs. Artikel 8 Aanvragers van de subsidie dienen altijd een aanvraag in voor beide delen van de subsidie. De subsidieaanvraag bevat gegevens over de verschillende beoordelingscriteria van de aanvraag. Ze bestaat uit volgende elementen: (1) voor het deel van de aanvraag over beheer en toezicht gegevens en bewijsstukken voor de toetsing aan de 5 bovenstaande criteria; een begroting van de personeelskost voor beheer en toezicht van het jaar waarin de subsidieaanvraag wordt gedaan. (2) voor het deel van de aanvraag over het sociaal impulsbeleid een projectvoorstel voor het komende jaar, met opgave van doelstelling(en), actie(s- en meetbare resulta(a)t(en)/indicator(en); een bijhorende begroting met opgave van inkomsten en uitgaven. De aanvraag moeten steeds ondertekend worden door de daartoe bevoegde persoon (handtekening met naam en functie). De provincie kan steeds bijkomende informatie opvragen over de subsidietrekker, zijn werking en zijn financiën. Hoofdstuk 4: Beoordeling, betaling, afrekening en controle Artikel 9 De aanvraag wordt behandeld overeenkomstig de bepalingen in: a) De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen. b) Het provinciaal reglement van 16 december 2010 betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers. Artikel 10 Een adviescommissie met interne en externe deskundigen brengt aan de deputatie advies uit over de aanvragen. De deputatie bepaalt het bedrag van de subsidie binnen de perken van de kredieten die op het goedgekeurde budget van de provincie Antwerpen voorzien zijn. Artikel 11 Het toegekende subsidiebedrag wordt als volledig terugvorderbaar voorschot uitbetaald. Artikel 12 Ten laatste op 31 augustus van het jaar dat volgt op het jaar waarvoor de subsidie werd toegekend, zal de projectafrekening gebeuren op basis van het voorgelegde evaluatiedossier. Indien een nieuwe subsidieaanvraag wordt ingediend in het jaar volgend op het jaar waarvoor de subsidie werd toegekend, moet aan deze verplichting voldaan worden vóór 1 maart, met name de indiendatum voor nieuwe subsidieaanvragen. Het evaluatiedossier bestaat uit: een inhoudelijk verslag over het verloop en/of de resultaten van het sociaal impulsproject; een overzicht van de loonkost van de terreintoezichter en – indien aanwezig – de beleidscoördinator voor wat betreft hun tijdsinzet inzake beheer en toezicht, gestaafd met loonfiches; de staat van alle inkomsten en uitgaven van het sociaal impulsproject. De aanvraag moeten steeds ondertekend worden door de daartoe bevoegde persoon (handtekening met naam en functie). Artikel 13 De provincie Antwerpen heeft het recht om ter plaatse de aanwending van de verleende subsidie te controleren.
298
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Artikel 14 Bij niet-naleving van de voorwaarden zoals genoemd in dit reglement of bij onjuiste, onvolledige of laattijdige dossiers, zal de provincie Antwerpen overgaan tot de gehele of gedeeltelijke terugvordering van uitbetaalde subsidiebedragen. Dit reglement is van kracht vanaf 1 januari 2014.
VOORZITTER.- De heer Dillen heeft het woord. De heer DILLEN.- Even een opmerking. Er worden voor het woonwagenbeleid provinciale subsidies uitgekeerd in verband met cofinanciering voor de loonkost van de terreintoezichter en ten tweede voor impulsprojecten voor sociaal beleid. Er is een foutje geslopen in de tekst. In de toelichting staat dat er tot 25% cofinanciering kan zijn, en in het reglement staat 50%. Het correcte percentage is dus 50%. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Wij zullen dit punt op een positieve manier goedkeuren. Ik wil zelfs de dienst Welzijn en gedeputeerde Bellens daarvoor feliciteren. Dat initiatief naar de woonwagenbewoners toe beantwoordt zeker aan een nood. Ik had hier opgeschreven: de vraag is zelfs of de provincie niet moet overwegen 50% te cofinancieren in plaats van 25%, maar dat is al opgelost door collega Dillen. Hoe dan ook, als het initiatief slaagt dan zullen “les gens du voyage”, zoals ze ook genoemd worden, de gedeputeerde zeker bedanken met uitnodigingen voor luidruchtige trouwfeesten. Uit ervaring raad ik hem aan vooraf zijn tolerantiegraad voor Slivovitz en Raki uit te testen, en aan de Jeugddienst van mevrouw Verhaert oordopjes te vragen voor het geval er vreugdeschoten worden afgevuurd. Een danscursus volgen in de De Warande kan ook van pas komen. VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 69 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 62 leden hebben ja gestemd; 7 leden hebben nee gestemd. Goedgekeurd met 62 stemmen ja, bij 7 stemmen nee.
299
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 9/3 van de agenda Tijdelijke overdracht van restmiddelen uit subsidiekrediet Sociale projecten naar Gouverneur Kinsbergen Centrum. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Uitzonderlijk ontving de dienst Welzijn en Gezondheid in 2013 als gevolg van de vereffening van de vzw Welzijnszorg Provincie Antwerpen vzw een totaal van 421.060 EUR niet-begrote inkomsten. Deze inkomsten werden grotendeels toegevoegd aan het machtigingskrediet subsidie voor sociale projecten. Door de nieuwe richtlijnen die de nieuwe beleids- en beheerscyclus (BBC) ons oplegt kunnen we in tegenstelling tot de vorige jaren geen kredieten meer vastleggen voor uitgaven in 2014 en volgende. Dit brengt met zich mee dat om een subsidie voor een sociaal project goed te laten keuren door de provincieraad en tijdig uit te betalen voor 31.12.2013, de laatste projectaanvragen voor 2013 besproken werden op de projectencommissie van 22.10.2013 en 29.10.2013. Als gevolg van deze twee zaken (uitzonderlijk verhoging van het machtigingskrediet enerzijds en verkorting van de periode waarbinnen projecten goedgekeurd kunnen worden anderzijds) zijn er nog restmiddelen ten bedrage van 666.910 EUR op het machtigingskrediet van de subsidie sociale projecten. Zoals eerder gesteld kunnen deze kredieten niet vastgelegd worden voor de financiering van subsidies/kosten in 2014 en volgende. Om toch een zinvolle invulling te geven aan de restmiddelen van het krediet sociale projecten en gezien de precaire financiële situatie van Gouverneur Kingsbergencentrum vzw, stellen wij voor de restmiddelen tijdelijk over te dragen naar het provinciaal extern verzelfstandigd agentschap, zodanig dat deze middelen een zinvolle invulling kunnen bestemming kunnen krijgen in 2014 en in tussentijd een buffer kunnen zijn voor onverwachte kosten in het kader van de lopende herstructurering van Gouverneur Kingsbergencentrum vzw. Bij Gouverneur Kingsbergencentrum zullen deze fondsen geboekt worden op een afzonderlijke balansrekening, zodat ze in 2014 op een eenvoudige manier kunnen worden aangewend en intussen geen invloed hebben op het werkingsresultaat van de vzw zelf. De uiteindelijke besteding van dit fonds blijft de exclusieve verantwoordelijkheid van de Dienst Welzijn en Gezondheid van de Provincie Antwerpen. Uw raad wordt gevraagd goedkeuring te geven aan de tijdelijke overdracht van de restmiddelen van het machtigingskrediet 801/640 – rekeningcombinatie 2013/2013/801/64011616/9015000000000/xxxx/ACT040/64011616/90000000/10 000000/XXXXX subsidie voor sociale projecten naar Gouverneur Kingsbergencentrum vzw. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005;
300
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De restmiddelen van 2013 uit het machtigingskrediet subsidie voor sociale projecten 801/640 - rekeningcombinatie 2013/2013/801/64011616/9015000000000/xxxx/ACT040/64011616/90000000/10 000000/XXXXX worden overgedragen naar het Gouverneur Kinsbergen Centrum vzw, zodat deze kunnen dienen als tijdelijke buffer bij onverwachte kosten in het kader van de lopende herstructurering. Bij Gouverneur Kinsbergen centrum zullen deze fondsen geboekt worden op een afzonderlijke balansrekening, zodat ze in 2014 op een eenvoudige manier kunnen worden aangewend en intussen geen invloed hebben op het werkingsresultaat van de vzw zelf. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Wij zijn akkoord, maar wij hopen dat bedrag zal gebruikt worden voor de bestendiging van de activiteiten van het centrum en niet voor ontslagvergoedingen, want daar blijven wij uiteraard tegenstander van. VOORZITTER.- Zijn daar nog tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 70 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 70 leden hebben ja gestemd. Goedgekeurd met 70 stemmen ja. VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 9/4 tot en met 9/8 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in. Nr. 9/4 van de agenda Budget 2013. Machtigingskrediet 801/640. Rekeningcombinatie 2013/2013/801/64012656/9015000000000/ xxxx/ACT040/64012656/90000000/10000000/XXXXX – Subsidie voor sociale infrastructuurprojecten – aanwending krediet: één infrastructuurproject. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Op het provinciaal budget 2013 is krediet van 396.000,00 EUR voorzien voor de subsidie voor sociale infrastructuur, op rekeningcombinatie 2013/2013/801/64012656/9015000000000/XXXX/ACT040/64012656/90000000
301
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Aan uw raad wordt volgende project voorgesteld met de bedoeling een provinciale subsidie te verlenen aan: ´t Kader vzw, Antwerpseweg 1, 2440 Geel – Infrastructuurproject: Verbouwingswerken nieuwe locatie psychosociaal revalidatiecentrum Route 11 te Turnhout Korte historiek + doel organisatie ´t Kader vzw (Kempense aanpak drugs en rehabilitatie) werd in 2010 opgericht met als doel een residentieel drugopvangcentrum uit te bouwen. Dit dossier werd tot op heden echter nog niet gerealiseerd. In 2012 kwam er de mogelijkheid om, gelinkt aan de projecten 107, een projectaanvraag voor een psychosociaal revalidatiecentrum, Route 11, in te richten. Deze aanvraag werd goedgekeurd. Het bestuur van vzw ´t Kader werd uitgebreid met het OPZ Geel en het AZ Turnhout. Op die manier ontstond een stevige partner (samen met Welzijnszorg Kempen, de mutualiteiten, CGG,CAW De Kempen, ADIC en het provinciebestuur van Antwerpen) om dergelijk initiatief te realiseren. Route 11 is een psychosociaal revalidatiecentrum, onder ´t Kader vzw, dat in oktober 2013 van start gaat met de begeleiding van personen met psychische en psychiatrische problemen naar een re-integratie terug in de maatschappij. De vereniging richt zich tot personen met psychiatrische problematiek in het arrondissement Turnhout. Projectgegevens + kostenraming Het project beoogt de verbouwingswerken (sanitair, gyprocwerken, verf, behang, ...) van de nieuwe locatie van het psychosociaal revalidatiecentrum Route 11 te Turnhout. De ruimtes van de locatie te Turnhout zijn vrij groot en open en dienen gecompartimenteerd te worden. Gyproc- en sanitaire werken dienen uitgevoerd te worden. Het totale kostenplaatje van dit infrastructuurproject bedraagt 13.000,00 EUR. In dit kader verzoekt ´t Kader vzw het provinciebestuur van Antwerpen een bijdrage te leveren voor de verbouwingswerken (sanitair, gyprocwerken, verf, behang, …) van de nieuwe locatie Route 11 te Turnhout. Voorgesteld wordt om 13.000,00 EUR ter beschikking te stellen. Motivatie toekenning subsidie: Het betreft een investering in een psychosociaal revalidatiecentrum in het arrondissement Turnhout wat op het vlak van geestelijke gezondheid ten opzichte van Vlaanderen momenteel nog een “achtergestelde” regio is.
302
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het Provinciedecreet van 30 november 2005, Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt de voorgebrachte aanwending van het krediet op het budget 2013, ingeschreven op het machtigingskrediet 801/640 – rekencombinatie 2013/ 2013/801/64012656/9015000000000/XXXX/ACT040/64012656/90000000/100000 00/XXXXX- subsidie voor sociale infrastructuurprojecten, voor een bedrag van 13.000,00 EUR, aan de belanghebbende goed. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Nr. 9/5 van de agenda Budget 2013. Machtigingskrediet 801/640. Rekeningcombinatie 2013/2013/801/64011616/9015000000000/ xxxx/ACT040/64011616/90000000/10000000/XXXXX – Subsidie voor sociale projecten - aanwending krediet: verschillende projecten. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Situering Op het provinciaal budget 2013 is krediet voorzien voor de subsidiëring van sociale projecten, op rekeningcombinatie 2013/2013/801/64011616/9015000000000/xxxx/ACT040/64011616/ 90000000/10000000/XXXXX. Van dit krediet wordt een deel voorbehouden om subsidies toe te kennen op basis van het reglement op de subsidiëring van sociale projecten, door de raad goedgekeurd in vergadering van 23 januari 2003. De deputatie kan projectsubsidies tot maximum 10.000 EUR toekennen aan projecten in de welzijns- of gezondheidssector. Projectsubsidies boven de 10.000 EUR zijn het voorwerp van voorstellen aan de provincieraad. Voorgesteld wordt 248.500 EUR ter beschikking te stellen om een aantal sociale projecten een provinciale subsidie te verlenen van meer dan 10.000 EUR. Voorstel Aan uw raad worden volgende sociale projecten voorgesteld met de bedoeling een provinciale subsidie van meer dan 10.000 EUR te verlenen, aan:
303
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
SEL Amberes vzw, Emile Verhaerenlaan 3, 2050 Antwerpen – project Psychiatrische thuiszorg Voorstelling organisatie De ‘SEL’ (Samenwerkingsinitiatieven Eerstelijnsgezondheidszorg) opgericht bij decreet en besluiten van de Vlaamse regering, is de opvolger van de eerdere Sits. SEL richt zich tot de zorgbehoevende gebruikers en hun omgeving, de zorgaanbieders en de bevolking. Het fungeert als aanspreekpunt voor de eerstelijns, de overheid, de tweedelijn en de burgers. Vanuit SEL wil men daarom zoveel mogelijk zorgaanbieder en disciplines bereiken en informeren. Voor de grootstad Antwerpen is gekozen is voor de naam Amberes. AMBERES is de Spaanse naam voor Antwerpen maar staat eveneens voor het grondgebied waarvoor het verantwoordelijk is (Antwerpen, Mortsel, Brasschaat, Schilde). Dit is in totaal goed voor ongeveer 880.000 inwoners. De vereniging werkt bovendien constructief mee aan de actualisering van het E-zorgenplan en de aansluiting ervan op E-Health. Projectgegevens en kostenraming SEL Amberes vzw werkt nu reeds op de nulde lijn, bij mensen thuis, onder meer door middel van de coaching van de medewerkers van de diensten gezinszorg. Ze trachten deze teams meer in de zorg te betrekken. De vereniging heeft echter ook stappen gezet om structurele voorstellen te doen. Zo werd de eerstelijns thuiszorg op hun aandringen, ook ingeschreven in de aanvraag van de projectgroep Art 107/33 van de psychiatrische ziekenhuizen uit de zorgregio Antwerpen. SEL zit nu mee in de stuurgroep en ging het project op 27 mei mee verdedigen bij het RIZIV en het Vlaams Agentschap Zorg en Welzijn. De sterkte van dit initiatief is dat zij door het organiseren van vroeg detectie, een consultancy functie, crisisinterventie en teams thuiszorg, expertise opbouwen en daar zorgvernieuwing aan vastkoppelen. Deze aanpak zal uiteraard pas maximaal effect scoren wanneer het RIZIV-project voor Antwerpen wordt goedgekeurd. Inmiddels blijft er een hiaat tussen de planning en de uitvoering ervan. Deze subsidie werd in 2012 reeds beloofd aan de vereniging door gedeputeerde Marc Wellens. De totale kosten worden geraamd op 35.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 15.000 EUR ter beschikking te stellen. Zorgbedrijf Antwerpen, Lange Gasthuisstraat 33, 2000 Antwerpen – project Uitbouw zorgzame buurt op de site Hof ter Beke Voorstelling organisatie Zorgbedrijf Antwerpen is een verzelfstandigde publieke organisatie, actief in de zorgsector en telt 42 dienstencentra, een gamma aan thuisdiensten, 2800 serviceflats en 17 woonzorgcentra verspreid over alle districten van Antwerpen. De woon-, zorg- en comfortdiensten voor senioren zijn in 2009 ondergebracht in een verzelfstandigd Zorgbedrijf Antwerpen, als nieuw bedrijf binnen de groep Stad Antwerpen. Zorgbedrijf Antwerpen is een actor binnen het (ouderen)zorgbeleid in Antwerpen en zet in op het optimaal combineren van zorg en bedrijf.
304
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Projectgegevens en kostenraming Zorgbedrijf Antwerpen wenst een Zorgzame Buurt of met andere woorden een lokaal woonzorgnetwerk uit te bouwen op en rond de site Hof ter Beke. Door samenwerking met en tussen diverse diensten wordt zorg op maat of detailzorg aangeboden aan de thuiswonende klanten en bewoners van (en later ook rond) de site, alsook een continue dienstverlening: 24 op 24 uur, 7 op 7 dagen. Met deze vernieuwende en unieke vorm van hulpverlening streeft het Zorgbedrijf Antwerpen ernaar de bewoner/klant zo lang mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. Doordat de zorgverleners op één site werkzaam zijn en als team functioneren kan aan de bewoner/klant een continue dienstverlening worden aangeboden met zorg op maat op elk ogenblik van de dag (en nacht) en in het weekend. Het personeel kan efficiënter omgaan met de beschikbare tijd en verleent zorg in kleinere dagdelen, afgestemd op de behoeften van de klant. Het project wordt opgezet in nauwe samenwerking met Beschut Wonen en de dienst Sociaal Wonen van het OCMW voor de bewoners in de Lange Batterijstraat. Ook de huisartsen en apothekers uit de buurt worden bij het project betrokken. Via het E-zorgplan worden afspraken gemaakt en belangrijke informatie doorgegeven. Tussen de verzorgenden en de thuisverpleging worden functionele en praktische afspraken gemaakt, zodat overlappende tussenkomsten zoveel mogelijk vermeden worden en de verpleegkundigen meer ruimte ervaren om hun verpleegkundige taken uit te voeren. De zorgcoördinator en woonassistent zijn daarbij de schakels. Het unieke aan dit project zijn de samenwerkingsverbanden. Het is tevens een leertraject en kan nadien eveneens uitgedragen worden qua methodiek. De projectencommissie stelt een spreiding in tijd wordt voor en het opmaken van een uitgebreide convenant. Dit jaar wordt er 40.000 EUR toegekend. Indien alle voorwaarden worden nageleefd kan er volgend jaar nog 30.000 EUR worden toegekend. De totale kosten worden geraamd op 109.084,43 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 40.000 EUR ter beschikking te stellen. Intro vzw, Arthur Goemaerelei 66, 2018 Antwerpen – project Uitbreiden van toegankelijke cultuuraanbod Voorstelling organisatie Intro ontstond in 1999, op initiatief van KVG vzw, toen bleek dat vele mensen met een handicap vraag hadden naar meer toegankelijke evenementen. Na de succesvolle samenwerking met Festival Dranouter, volgden vanaf 2001 ook andere festivals zoals Rock Werchter, Cactusfestival en Pukkelpop. In 2002 kwam er een projectmatige ondersteuning van Gelijke Kansen in Vlaanderen. Na enkele jaren zette Intro haar expertise ook in op sportmanifestaties, stadhappenings en indoorevenementen. Met het project ‘Zon, Zee…Zorgeloos’ zette Intro een initiatief op aan zee, waarbij aandacht besteed wordt aan de toegankelijkheid van het strand en de directe omgeving. Tegelijk introduceerde Intro enkele gespecialiseerde en vernieuwende voorzieningen in de evenementensector zoals de ringleiding, voelstoelen en audiobeschrijving. Door al deze initiatieven kwamen niet alleen nieuwe vormen van samenwerking tot stand met overheden en private instanties, maar ontwikkelde Intro ook meer slagkracht om zo nog beter haar
305
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
maatschappelijke doelstelling te realiseren. In 2009 werd deze werking een onafhankelijke vzw. Projectgegevens en kostenraming Intro vzw wil samen met de betrokken stakeholders (blinden en slechtzienden, cultuuraanbieders, professionele audiobeschrijvers, academici, vrijwillige audiobeschrijvers in opleiding, …) het toegankelijk cultuuraanbod, in eerste instantie met bijzondere aandacht voor theater, voor blinden en slechtzienden in de provincie Antwerpen uitbreiden. Door de nodige inspanningen te doen voor blinden en slechtzienden om een evenement bij te wonen, wordt verder gebouwd aan een inclusieve samenleving. Hiertoe kunnen verschillende acties worden ondernomen: - Enerzijds moeten cultuuraanbieders beter vertrouwd geraken met de inspanningen die gedaan kunnen worden om hun aanbod toegankelijk te maken voor de doelgroep blinden en slechtzienden, - Anderzijds wil de vereniging binnen dit project de mogelijkheden voor cultuuraanbieders om een voorstelling te voorzien van audiodescriptie uitbreiden. Audiodescriptie (of audiobeschrijving) is een techniek waarbij gesproken info gegeven wordt over wat er te zien is, zodat evenementen beter toegankelijk worden voor blinden en slechtzienden. Audiodescriptie die op evenementen zoals theatervoorstellingen, parades, indoorevents, voetbalwedstrijden, … wordt aangeboden, wordt door blinden en slechtzienden zeer enthousiast onthaald. Intro vzw wil als aanvulling op het professionele aanbod van audiobeschrijving ook vrijwilligers opleiden die audiodescriptie kunnen aanbieden op plaatsen waar het onmogelijk is om met professionele audiobeschrijvers te werken. De bepaling van het werkingsgebied van deze vrijwillige audiobeschrijvers en het traject van deze mensen wil de vereniging uitwerken in nauw overleg met de doelgroep, de professionele audiobeschrijvers, academici en andere belanghebbenden. Het betreft hier een project met een bovenlokale doelstelling. Het innoverende aspect betreft hier het opvullen van de leemte inzake het toegankelijk maken van het cultuuraanbod. Een lange termijn visie is ontwikkeld en samenwerkingsverbanden worden opgezet. De totale kosten worden geraamd op 14.250 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 13.500 EUR ter beschikking te stellen. Stekelbees vzw, Remylaan 4B, 3018 Wijgmaal – project BabbelOnië Voorstelling organisatie Stekelbees organiseert sinds een 10-tal jaren de OKiDO’s in Antwerpen. Op 4 locaties wordt kinderopvang van 0 tot 3 jaar georganiseerd in kansarme buurten én met inzet en opleiding van doelgroepmedewerkers: Kiel, Kievit, Merksem, Duinstraat. 80% van de kindjes komen uit een anderstalig of kansarm gezin. De OKiDO’s zijn een weerspiegeling van de buurt waarin zij zitten, een zeer gemengd publiek, met een groot percentage kansarme gezinnen. In Lier organiseert Stekelbees – in samenwerking met de stad – een kinderdagverblijf. Stimuleren van taalontwikkeling via de juiste methodieken vergroot de kansen van jonge kinderen
306
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
in zeer belangrijke mate. Hoe jonger er aan taalstimulering wordt gedaan, hoe groter de kansen voor de kinderen worden. Projectgegevens en kostenraming Door een deeltijdse taalcoach voor baby’s en peuters aan te werven (0-3 jaar) wil de vereniging anderstalige en andere ‘taalarme’ kinderen extra kansen geven in het leven. De taalcoach zal methodieken uit Vlaanderen en Nederland op een professionele manier binnenbrengen in de kinderopvang. Stekelbees zal deze methodiek ook verder begeleiden en de taalontwikkeling van de kinderen verder opvolgen. Het gaat over methodieken met zang, rijmpjes, voorlezen, vertellen, enz. Naast de aandacht voor de baby’s en peuters zelf, is er in het project ook veel aandacht voor de begeleiding en coaching van zowel kinderbegeleiders als de ouders. Daarnaast wil de vereniging vrijwilligers opleiden om de opgebouwde knowhow te verspreiden en zo het project te continueren. Het betreft een proefproject in stad Antwerpen en Lier om daarna de methodiek over te dragen in BKO van gans de provincie. Het project zal producten leveren die we ruimer kunnen verspreiden (visietekst, vormingspakket). Het project is een voorbeeld van impulsbeleid. De continuering hiervan wordt voorzien. De projectaanvraag sluit aan bij de beleidsprioriteiten. De totale kosten worden geraamd op 33.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 20.000 EUR ter beschikking te stellen. Welzijnszorg Kempen, Dokter Van de Perrestraat 218a, 2440 Geel – project Personeelkost voor projectmedewerker Voorstelling organisatie Welzijnszorg Kempen is een krachtige speler in het regionale zorg- en welzijnslandschap en neemt er in nauw overleg met andere actoren een sturende rol op. Ze geeft meer kracht aan de uitbouw van sterke OCMW’s in elke gemeente. Ze stimuleert, organiseert en ondersteunt regionale en subregionale samenwerking en netwerkvorming. Ze draagt bij tot de degelijke uitbouw van een netwerk van voorzieningen die tegemoet komen aan de lokale noden. Welzijnszorg Kempen realiseert deze opdracht door uit te gaan van volgende principes: subsidiariteit, vraaggestuurde ondersteuning en overleg. Welzijnszorg Kempen is een gekende en bekende organisatie. Interne en externe communicatie lopen als een rode draad door haar acties. Om haar doelstellingen te realiseren werkt Welzijnszorg Kempen vooral vanuit solidariteit, openheid en respect voor ieders eigenheid. Projectgegevens en kostenraming Een regionale aanpak van dak- en thuisloosheid in de Kempen moet ervoor zorgen dat niemand in de Kempen tegen zijn wil op straat hoeft te verblijven bij gebrek aan opvang en begeleiding die aangepast is aan zijn situatie. De aanpak van dak- en thuisloosheid in een landelijke regio vereist een specifieke
307
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
benadering. Met de denktank dak- en thuislozen ontwikkelt Welzijnszorg Kempen een regionale werkwijze om op deze manier de beschikbare middelen maximaal in te zetten. De aanpak van dak- en thuisloosheid vraagt een gezamenlijke aanpak van Welzijnszorg Kempen, het CAW en de 27 OCMW's in het arrondissement Turnhout. De OCMW's verwijzen het merendeel van de dak- en thuislozen naar het crisisopvangcentrum en de algemene opvangcentra van het CAW. CAW De Kempen kan niet meer op iedere hulpvraag een antwoord bieden. Het aanbod is te gering voor de vele hulpvragen. Daarom werd de regionale denktank dak- en thuisloosheid opgericht. Welzijnszorg Kempen hanteert de 5 Feantsa (Europese koepel dak- en thuislozen) doelen: 1. Niemand mag genoodzaakt zijn om tegen zijn wil op straat te moeten verblijven bij gebrek aan opvang die aangepast is aan zijn situatie 2. Niemand mag genoodzaakt zijn om langer dan nodig te moeten verblijven in de opvang bij gebrek aan doorstromingsmogelijkheden 3. Niemand mag uit een instelling ontslagen worden (psychiatrie, gevangenis, jeugdinstelling...) zonder voldoende nazorg en een oplossing voor zijn woonsituatie. 4. Niemand mag uit zijn huis gezet worden bij gebrek aan begeleidings- en herhuisvestingsmogelijkheden 5. Niemand die jongvolwassen wordt of is mag thuisloos worden als gevolg van de overgangssituatie naar zelfstandigheid. Welzijnszorg Kempen wil regionaal gedragen acties vasthangen aan deze doelen. Het is een dynamisch instrument dat steeds verder wordt geconcretiseerd. Zo kunnen ze komen tot een gedeelde 'zorgaanpak' ten voordele van de dak- en thuisloze medemens en voorkomen dat het hen ontbreekt aan de gepaste zorg. In het regionaal plan wil Welzijnszorg Kempen: 1. aandacht geven aan vroeg detectie en lokale besturen aanmoedigen te investeren in ambulante woonbegeleiding ter voorkoming dat mensen verder afglijden in thuisloosheid 2. meer schakelwoonsten (noodwoningen OCMW en panden van SHM) voor thuislozen die niet de integrale hulpverlening behoeven die de opvangcentra bieden maar hier wel terecht komen door het ontbreken van alternatieven. 3. alle bestaande hulp in een regionaal trajectsysteem onderbrengen en de verschillen wegwerken. 4. andere sectoren betrekken. Het betreft een bovenlokaal initiatief dat past binnen het algemeen plan met betrekking tot dakloosheid. De totale kosten worden geraamd op 68.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 30.000 EUR ter beschikking te stellen.
308
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Kina p.v., Antwerpsesteenweg 503, 2390 Malle – project Dagbegeleiding Malle en Zorgboerderij Vremde Voorstelling organisatie Kina p.v. is een vereniging van 27 OCMW’s uit het arrondissement Antwerpen. Sinds 1984 organiseert KINA p.v. opvangmogelijkheden voor personen met een hulpvraag van allerlei aard. (bv slachtoffers van een huisbrand, relationele problemen, uithuiszetting, financiële problemen…) Wanneer deze personen tijdelijk niet terecht kunnen binnen de bestaande hulpverlening, zullen zij in afwachting hiervan (wachtlijsten, opnameprocedures) worden opgevangen in de noodbedden van deze OCMW’s in Malle. Deze opvang organiseert Kina p.v. sinds 2002 in hun eigen hotel in Malle. Projectgegevens en kostenraming In de noodbedden merkt de vereniging dat de verblijfsduur van de cliënten toeneemt. Een oorzaak hiervoor is moeilijk te wijzen, maar wellicht vormt de krapte op de huizenmarkt binnen het goedkopere huursegment hier mee de oorzaak dat cliënten minder snel een andere oplossing gevonden hebben. Tevens krijgt de vereniging de indruk dat gespecialiseerde voorzieningen steeds meer drempels inbouwen voor opname (wachtlijsten, intakeprocedures, zwarte lijsten,…). Anderzijds daalt het aantal crisissituaties wellicht niet en wordt er veel werk verzet vanuit eerstelijnshulpverleners om sneller te reageren, bijvoorbeeld bij intrafamiliaal geweld, uithuiszetting. Hieruit kunnen ze twee concrete noden destilleren: 1) CRISISOPVANG: Het langer verblijf in kamers die gericht zijn op de noden van een kortdurend verblijf, maakt dat cliënten zich snel vervelen en passief rondhangen. Hierdoor ontstaan sneller conflicten, is de uitdaging van andere verleidingen groter (alcohol, drugs, gokverslaving) en is de stap naar het actieve leven en inschakeling in tewerkstelling moeilijker. Voor deze groep cliënten is het belangrijk een dagbesteding te kunnen aanbieden in het de noodbedden, zodat zij zelf gewoon worden actief in het leven te staan en actief vat te hebben op hun eigen levenssituatie. In hun bestaande noodopvang wil de vereniging dus starten met een zeer laagdrempelig activeringsproject, begeleidt door een ergotherapeut. Dit met de bedoeling hun verblijfsduur in te korten door het stimuleren van de eigen capaciteiten en oplossingsmogelijkheden. 2) ZORGBOERDERIJ: Daarnaast merkt de vereniging dat sommige van de personen die opgevangen worden in onze noodbedden, nood hebben aan een langdurigere begeleiding. Het zijn personen die een aantal dagen in de noodbedden hebben verbleven en waarbij de crisissituatie gestabiliseerd is, maar verder tot rust moeten komen. Zij hebben een langdurige opvangvorm met een dagbesteding nodig om hun nieuwe leven terug in handen te kunnen nemen, geactiveerd te worden en terug te leren samenleven. Deze groep past niet in de woelige omgeving van het hotel in Malle. KINA p.v. wenst voor hen een alternatieve opvangmogelijkheid aan te bieden waar rust centraal staat. Hiervoor wil de vereniging een zorgboerderij opstarten waar deze personen voor een opvang van enkele weken tot enkele maanden terecht kunnen en met hen gewerkt wordt aan de training van alledaagse
309
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
bezigheden. (vb koken, budgetbeheer, samenleven, conflicthantering, leren nee zeggen, tewerkstelling,…) Er is een groot gebrek aan begeleiding tijdens de dag. Dit was altijd hét centraal pijnpunt van kritiek. Dankzij dit project wordt met dit juist verholpen! De totale kosten worden geraamd op 1.244.206 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 26.000 EUR ter beschikking te stellen. Beschut Wonen Este – Psychiatrische Thuiszorg regio Mechelen, Hanswijkstraat 62, 2800 Mechelen – project Loonkost huurbegeleider bij begeleid wonen Voorstelling organisatie Psychiatrische Thuiszorg (PTZ) Regio Mechelen is een project van Beschut Wonen Este. Este is een samenwerkingsverband tussen CGG De Pont, Psychiatrisch Ziekenhuis Duffel en de PAAZ afdeling van het AZ Sint Maarten. PTZ regio Mechelen heeft ook een samenwerkingsverband met de SEL TOM van Mechelen. PTZ is van oorsprong (1991) een proefproject van de FOD Volksgezondheid. Sinds enige jaren zijn er structurele middelen voor PTZ in de dagprijs van het project Beschut Wonen. Projectgegevens en kostenraming Door de vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg komen meer mensen met een psychiatrische problematiek in de samenleving terecht. Door de meestal beperkte financiële draagkracht van deze doelgroep, komen deze mensen vaak terecht in woningen van de sociale huisvestingmaatschappij. Deze woningmaatschappijen worden geconfronteerd met mensen van onze doelgroep en hebben hiervoor niet de kennis /vaardigheden in huis om hiermee adequaat om te gaan. Soms leidt dit tot uithuiszettingen van mensen van onze doelgroep. Met dit project wenst de vereniging te werken op twee domeinen: 1. Vorming, coaching en supervisie van sociale huisvestingsmaatschappijen en hun samenwerkingspartners (OCMW’s, gemeentepersoneel,..) in de omgang met mensen met een psychiatrische problematiek. 2. Ondersteuning en begeleiding van mensen met een psychiatrische problematiek die de overgang maken van een verblijf in een voorziening van GGZ (PZ, BW of PVT) naar een woning van de sociale huisvestingsmaatschappij Het project is een bovenlokaal en vernieuwend initiatief. Het kadert in vermaatschappelijking van psychiatrische zorg. Het innovatieve van de projectaanvraag ligt in de preventie. De totale kosten worden geraamd op 36.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 30.000 EUR ter beschikking te stellen.
310
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Federatie van Marokkaanse Verenigingen (FMV) vzw, Oudstrijdersstraat 9, 2140 Borgerhout – project De Eerste Stappen Voorstelling organisatie De Federatie van Marokkaanse Verenigingen (FMV) is ontstaan en erkend in 1995. Ze is gegroeid uit de Antwerpse Marokkaanse Federatie (AMF), de eerste federatie die door migranten zelf werd opgericht en die in aanvang vooral actief was in de provincie Antwerpen. Op de Algemene Vergadering van het FMV in maart 1998 werden een aantal prioriteiten vastgelegd. De prioritaire doelgroepen waren vrouwen en jongeren/ jongvolwassenen en de prioritaire thema’s werk, onderwijs en cultuur. Het FMV bestaat nu reeds achttien jaar en blijft werken aan de structurele participatie van burgers uit de migratie in de samenleving, zoals van bij de start is aangegeven. Essentieel is dat het FMV is ontstaan vanuit de bundeling van de krachten van burgers uit de migratie, toen enkel Marokkanen. FMV heeft echter ook een zichtbare evolutie ondergaan: van exclusief Marokkaanse gemeenschap naar een diverse etnisch-culturele doelgroep en van een mannenbastion naar een meer evenwichtige verdeling tussen mannen en vrouwen. Tevens is het FMV uitgegroeid tot een belangrijke en gevraagde stem van de burgers uit de migratie. Anno 2013 is het FMV een door de Vlaamse Gemeenschap erkende sociaal-culturele vereniging met 137 aangesloten afdelingen gespreid over vier Vlaamse provincies (Antwerpen, Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en Brussel Hoofdstad) en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het FMV heeft haar hoofdzetel in Antwerpen en telkens een secretariaat in Gent en in Brussel van waaruit ze de afdelingen van die regio’s ondersteunt. Projectgegevens en kostenraming Het project De Eerste Stappen is een preventief programma voor cultuursensitieve ontwikkelingsbegeleiding, opvoedingsondersteuning en gezinsempowerment voor kansarme, kwetsbare ouders met kinderen van 0 tot 3 jaar. Het sluit aan bij de beleidsprioriteit van de provincie Antwerpen inzake de bestrijding van kinderarmoede. Het project is ontwikkeld aan de K.U. Leuven en dus methodisch en empirisch onderbouwd. Het is voor het eerste keer in Vlaanderen geïmplementeerd door de Federatie van Marokkaanse Verenigingen (FMV) in Borgerhout. Sinds eind 2007 loopt het project in Borgerhout met wisselende steun van de Vlaamse overheid. Kenmerken van het programma zijn: Laagdrempeligheid qua locatie, prijs, herkenbaarheid (door cultuursensitieve methode) Integrale aanpak: gezamenlijke gericht op psycho-pedagogische doelen (opvoedingsondersteuning, ontwikkelingsbegeleiding) als op sociaalmaatschappelijk participatieve doelen (leertrajecten qua taalvaardigheid en activering) Concreet omvat het aanbod wekelijks moeder-kindgroepen/ontmoetingsgroepen, individuele gesprekken (zowel vader als moeder), brugfunctie naar andere
311
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
instanties (school, gezondheidsinstanties, …), thematische groepsactiviteiten waar ouders kunnen bijleren. Al deze initiatieven zijn gericht op het versterken van het kind, de ouder én de band tussen ouder en kind. Dit aanbod wordt verstrekt door preventie- en doelgroepmedewerkers. Voor bepaalde groepsactiviteiten worden vrijwillige lesgevers ingezet. De vereniging hoopt het project in de toekomst structureel in te bedden in de op te richten Huizen van het Kind. In deze projectaanvraag is er sprake van klaverbladfinanciering. Inhoudelijk is deze projectaanvraag theoretisch sterk uitgebouwd op wetenschappelijk en methodisch vlak. Dit getuigt van integrale aanpak. Bovendien is het project cultuursensitief. De totale kosten worden geraamd op 72.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 24.000 EUR ter beschikking te stellen. Handicar Zoersel vzw, Betanienlei 108, 2980 Zoersel – project Aankoop liftbus + startersbudget software Voorstelling organisatie Handicar Zoersel beschikt over aangepaste voertuigen voor het vervoer van rolstoelgebruikers. Vervoer van personen die door een beperkte mobiliteit geen gebruik kunnen maken van het openbaar vervoersaanbod en die verblijven in het gebied dat door de vervoersdienst in kwestie bediend wordt. Het bedieningsgebied ligt binnen een straal van +- 25km van de standplaats. Projectgegevens en kostenraming De werking van Handicar Zoersel zal bij Vlaanderen een erkenning aanvragen om erkend te worden als vervoerder voor het vervoersgebied Brasschaat/Zoersel. Zoals afgesproken in de engagementsverklaring tussen de provincie en de verschillende vervoerders, zal de provincie in 2013 de infrastructuur en andere logistische ondersteuning voor elke partner gelijktrekken. Voor Handicar Zoersel houdt dit in dat ze een cofinanciering krijgen voor de aankoop van een nieuwe liftbus en startgeld om het softwarepakket (gebruikt door andere vervoerders) aan te kopen. Het project past in het kader dat het provinciebestuur DAV wil uitrusten om aangepast vervoer gebiedsdekkend te maken op termijn. De totale kosten worden geraamd op 36.995,59 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 20.000 EUR ter beschikking te stellen. Kempens Landschap vzw, Koningin Elisabethlei 22, 2018 Antwerpen – project Fort van Duffel Voorstelling organisatie Kempens Landschap werd opgericht in november 1997 op initiatief van het provinciebestuur van Antwerpen en een 40-tal Kempense gemeentebesturen, mede in uitvoering van een beleidslijn in het provinciaal bestuursakkoord. Zestien jaar na de oprichting zijn meer dan 55 gemeenten in de provincie Antwerpen lid van
312
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Kempens Landschap. De idee van voor een landschapsvereniging is oorspronkelijk ontstaan uit de bezorgdheid om bedreigde waardevolle gebieden te conserveren. Inspiratie werd hiervoor gevonden bij voorbeelden Groot-Brittannië en Nederland. De aanzet voor een effectieve start was de bekommernis van het provinciaal bestuur om unieke open landschappen van de zogenaamde kolonies van Wortel en Merksplas te bewaren in hun eenheid. Steeds wordt gestreefd naar een ruimer draagvlak waarin verschillende overheden, maatschappelijke geledingen en zelfs individuele burgers betrokken worden bij het behoud van landschappen in hun leefomgeving. Projectgegevens en kostenraming Op 23 december 2009 heeft Kempens Landschap het spoorwegfort van Duffel gekocht. Doel was om het fort, dat veertig jaar niet beheerd is geweest, te restaureren, te optimaliseren als overwinteringsplaats voor vleermuizen en uit te bouwen als zuidelijke toegangspoort tot de buitenste fortengordel rond Antwerpen. Via Toerisme Vlaanderen kon de toeristische uitbouw van het fort van Duffel. Zo zal er een belevingstentoonstelling komen over de geschiedenis van het fort en de aanwezige natuur. Tevens zullen mensen geïnformeerd worden over de toeristischrecreatieve mogelijkheden in de buurt. In het kader van de herdenking van WO I in 2014-2018 werd een wandelpad gerealiseerd aan de buitenzijde van de ringgracht rond het fort. In samenwerking met de Katholieke Hogeschool Leuven wordt nu volop gewerkt aan een educatief pakket voor kinderen van de lagere school. Hiermee kunnen scholen in de omgeving aangesproken worden voor een bezoek aan het fort van Duffel. Verder is Kempens Landschap ook volop bezig met de opleiding van gidsen. Op die manier kunnen groepen op een kwalitatieve manier rondgeleid worden op het fort van Duffel. Binnen het principe van het fort van Duffel als toegangspoort is een laagdrempelige horecazaak onontbeerlijk. Het toeristisch deel en de horecazaak zullen elkaar versterken in die zin dat er een uitwisseling zal zijn van cliënteel. Exploitatie van domeinen is geen reguliere activiteit binnen de werking van Kempens landschap. Daarom is de vereniging in deze steeds aangewezen op het vinden van het juiste partnerschap. In hun zoektocht naar een geschikte exploitant voor de horecazaak kwam Kempens Landschap in contact met de oprichters van De Krone, job-ervaringscentrum (De Krone JEC). Kempens Landschap was meteen gewonnen voor hun voorstel om het fort van Duffel als arbeidservaringscentrum uit te bouwen voor personen met autismespectrumstoornis (ASS). De vereniging is immers steeds op zoek naar exploitanten/herbestemmingen met net dat ietsje meer, passend op maat van de site. Bovendien ziet de vereniging hun exploitanten als partners die meestappen in dit verhaal en mee de site promoten en beheren. Daarom wil Kempens Landschap samen met De Krone JEC een pilootproject opstarten waarbij personen met ASS ingeschakeld worden bij de opstart van de horecazaak, met name een brasserie en het onthaal in het fort van Duffel.
313
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De uitbating van het Fort van Duffel biedt heel wat mogelijkheden naar de arbeidsontplooiing voor personen met ASS. De diversiteit aan mogelijkheden maakt dat er voor ieder een taak is weggelegd. Kempens Landschap en De Krone JEC zien mogelijkheden/een win-win in: • Onthaal, toezicht en onderhoud belevingstentoonstelling; • Onderhoud van domein; • Educatie voor scholen; • Teambuilding voor groepen; • Organisatie van allerlei activiteiten op en in het fort; • Uitbating van de brasserie; In de toekomst zou dit doorgetrokken kunnen worden naar wonen. Zo zou er op het voorplein van het fort van Duffel een woonunit gerealiseerd kunnen worden voor begeleid zelfstandig wonen. Het voorliggend project gaat breder dan louter zorg en welzijn. Het is ingebed in een bovenlokaal project (cfr. onthaalpoort provinciale fortengordel, herdenking WO I) en er zal de link gemaakt worden met domein Roosendael te Sint-KatelijneWaver (tevens eigendom van Kempens Landschap) zodat de jeugdgroepen die daar verblijven ook het aanbod van het fort van Duffel leren kennen. De totale kosten worden geraamd op 60.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 30.000 EUR ter beschikking te stellen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005. Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt de voorgebrachte aanwending van het krediet op het budget 2013, ingeschreven op het machtigingskrediet 801/640 – rekeningcombinatie 2013/2013/801/64011616/9015000000000/ACT040/64011616/90000000/1000000 /XXXXX – subsidie voor sociale projecten (verschillende projecten), voor een bedrag van 248.500 EUR, verschillende belanghebbenden goed. VOORZITTER.- De heer Willekens heeft het woord. De heer WILLEKENS.- Wat dit punt betreft heb ik een beetje een dubbel gevoel. Je hebt hier een hele lijst van sociale projecten, en je moet je uitspreken over een volledige lijst. Ik denk dat collega Vollebergh in het bureau ook nog eens zal voorleggen of dat je die dingen uit elkaar kan halen. We moeten ons nu onthouden op de hele bundel, omdat wij met een fractie ervan niet akkoord zijn. We kunnen ook geen goedkeuring geven aan alles wat we wel goed vinden. We kunnen dan ook geen ja-stem geven omdat je het als geheel moet beoordelen. Dat is een beetje dubbel. Vandaar de vraag of er daar enige mogelijkheden bestaan.
314
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
VOORZITTER.- Dat kan allemaal, maar deze punten worden allemaal besproken op het Vast Bureau en daar heeft iedereen de mogelijkheid om die punten uiteen te halen. Het is een voorstel van stemming dat wij daar doen. De heer VOLLEBERGH.- Het gaat niet over de punten uiteen halen. Het gaat over een deel van 9/5. VOORZITTER.- De heer Bellens heeft het woord. De heer BELLENS, gedeputeerde.- Ik wil dat wel eens bekijken of dat op de één of andere manier mogelijk is, en of dat al gebeurd is in het verleden, en hoe dat we dat kunnen oplossen. Ik wil daar wel eens naar kijken of dat mogelijk is. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Onze fractie wil opmerken dat zij het geheel van de projecten van punt 9/5 als zeer positief beoordeelt, en dan speciaal zaken zoals het project ‘Eerste Stappen’ en ‘Stekelbees’. Wij denken dat een besluit zoals dit toont dat wij op sociaal vlak nog heel positieve zaken kunnen doen, en dat in plaats van dat af te bouwen het moet uitgebreid worden en er meer in moet geïnvesteerd worden. VOORZITTER.- Ik noteer een onthouding van de Vlaams Belang fractie bij 9/5. Nr. 9/6 van de agenda Budget 2013. Machtigingskrediet 831/640. Rekeningcombinatie 2013/2013/831/64012296/9015000000000/ xxxx/ACT040/64012296/90000000/10000000/XXXXX – Subsidie voor armoedeprojecten - aanwending krediet: verschillende projecten. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Situering Op het provinciaal budget 2013 is krediet voorzien voor de subsidiëring van armoedeprojecten, op rekeningcombinatie 2013/2013/831/64013733/9015000000000/XXXX/ACT040/64013773/90000000/ 10000000/XXXXX. Van dit krediet werd een deel voorbehouden om subsidies toe te kennen aan armoedeprojecten op basis van het reglement op de subsidiëring van sociale projecten, door de raad goedgekeurd in vergadering van 23 januari 2003. De deputatie kan projectsubsidies tot maximum 10.000 EUR toekennen aan projecten in de welzijns- of gezondheidssector.
315
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Projectsubsidies boven de 10.000 EUR zijn het voorwerp van voorstellen aan de provincieraad. Voorgesteld wordt 78.000 EUR ter beschikking te stellen, met de bedoeling aan een aantal armoedeprojecten een provinciale subsidie te verlenen van meer dan 10.000 EUR. Voorstel Aan uw raad worden volgende armoede projecten voorgesteld met de bedoeling een provinciale subsidie van meer dan 10.000 EUR te verlenen, aan: GA Antwerpen – Gouverneur Kinsbergencentrum vzw, Doornstraat 331, 2610 Wilrijk – project Observatiestages ontwikkelen en implementeren Voorstelling organisatie De Gespecialiseerde Arbeidsonderzoeksdienst (GA) is ontstaan uit de vroegere Centra voor gespecialiseerde voorlichting en beroepskeuze (CGVB), erkend door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH). In 2008 is door het VAPH alles wat met het domein ‘werk’ te maken heeft, overgedragen naar de VDAB en de VDAB heeft de vroegere CGVB’s erkend als GA’s. De GA’s bereiken samen heel Vlaanderen en zijn nog altijd erkend door het VAPH als multidisciplinair team (MDT) voor het indienen van zorgvragen. Het GA Antwerpen is een team binnen Gouverneur Kinsbergencentrum vzw die vroeger met het Gielsbos verbonden was. Projectgegevens en kostenraming De GA Antwerpen wil graag nieuwe methodieken ontwikkelen om de arbeidsvaardigheden van werkzoekenden met een arbeidshandicap te toetsen op de werkvloer. Naast objectief onderzoek aan de hand van genormeerde testen en het in kaart brengen van het verhaal van de werkzoekende zelf, is toetsing aan de werkvloer een belangrijke bron van informatie tot een goed assessment te komen. De toetsing aan de praktijk gebeurt nu aan de hand van gesimuleerde oefeningen in huis van maximaal een paar uur, maar in een aantal gevallen zou een observatiestage in een reële bedrijfsomgeving veel meer relevante informatie kunnen opleveren. Daarom wil GA Antwerpen met dit project de formule van observatiestages ontwikkelen en implementeren. De totale kosten worden geraamd op 25.000 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 25.000 EUR ter beschikking te stellen. Indigo vzw , Goswin de Stassartstraat 9, 2800 Mechelen – project Mimosa Voorstelling organisatie Indigo vzw ontstond in 2011 naar aanleiding van de lange wachtlijsten voor mensen met ontwikkelingsstoornissen én de beperkte doorverwijsmogelijkheden voor behandeling en begeleiding (vooral wat volwassenen betrof). In enkele jaren groeide Indigo uit tot een vzw die in heel Vlaanderen gekend en gewaardeerd wordt. Het interdisciplinair team telt intussen een kinderarts, een psychiater, logopedistes, een kinesiste, een diëtiste, een maatschappelijk assistente en een projectmedewerker. De laatste jaren zet de vereniging in op het ontwikkelen van
316
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
nieuwe initiatieven die voor de doelgroep van groot belang zijn (waaronder het bevorderen van tewerkstellingskansen). Projectgegevens en kostenraming Het project Mimosa beoogt het opstarten en ontwikkelen van een oriënterende werkervaringsvloer met dienstverlenende activiteiten voor normaalbegaafde (jong)volwassenen met autisme. Onder begeleiding van een jobcoach krijgen ze de kans om talenten en competenties te ontdekken, te ontwikkelen en in te zetten. Het transitiemoment tussen school of werkloosheid enerzijds en arbeid op maat anderzijds wordt zo vergemakkelijkt. Mimosa heeft ook een maatschappelijk nut, namelijk het uitvoeren van een dienstverlening die beantwoordt aan de noden van particulieren en bedrijven. De totale kosten worden geraamd op 55.326 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 28.000 EUR ter beschikking te stellen. Sociaal Winkelpunt ACW vzw, Nationalestraat 111, 2000 Antwerpen – project Versterken van de werking Voorstelling organisatie Sociaal Winkelpunt vzw werd eind 2010 opgericht om een emancipatorisch antwoord te geven op de schrijnende armoedeproblematiek in ons land. Het concept van de sociale kruidenier werd reeds in 2009 ontwikkeld met een eerste sociaal winkelpunt in Essen. Om het netwerk van sociale winkelpunten op een professionele manier uit te bouwen en de lokale winkelpunten te coördineren en te ondersteunen, werd Sociaal Winkelpunt vzw opgericht en werd er een voltijdse coördinator aangeworven. Projectgegevens en kostenraming Het project bestaat eruit de werking van de vzw als koepel te versterken door (1) in te zetten op innovatieve partnerschappen op vlak van aankoopbeleid en (2) het automatiseren van het winkelgebeuren op maat van de sociale winkelpunten. 1. Aankoopbeleid Een grote uitdaging bij de werking van de sociale winkelpunten is het financiële plaatje rond te krijgen. Een belangrijke manier om dit te realiseren is het aankoopbeleid: - optimaliseren van het productaanbod - creëren van schaalvoordelen - aangaan van duurzame partnerschappen Als overkoepelende organisatie wil de vereniging een aantrekkelijk productaanbod bieden aan de sociale winkelpunten. Hierbij wordt specifiek aandacht besteed aan het toegankelijk maken van gezonde voeding aan een lage prijs. Het onderzoeken van samenwerkingsverbanden met lokale en bovenlokale organisaties kan leiden tot solidariteit, schaalvoordelen en multiplicator effecten. Het is van groot belang hierop in te zetten bij de verdere uitbouw van het netwerk. Hierbij gaat de vereniging op zoek naar nieuwe vormen van samenwerking met verschillende
317
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
partners: producenten, supermarkten, distributeurs, lokale middenstanders en korte keten partners (landbouwers, voedselteams, volkstuintjes, …). De samenwerking met soortgelijke organisaties (vb. Oxfam, De Kringwinkel) en/of andere sociale partners kan eveneens nieuwe opportuniteiten opleveren. De problematiek van voedseloverschotten en voedselverlies in diverse schakels van de voedselketen krijgt vandaag terecht veel media-aandacht. De vereniging ziet ook een opportuniteit weggelegd voor de sociale kruideniers om innovatieve partnerschappen op dit vlak te ontwikkelen. Hierbij dient het steeds te gaan om kwalitatieve en gezonde voeding. 2. Automatiseren van het winkelgebeuren Een aantal sociale winkelpunten werken met een kassaregister dat werd ontwikkeld door een vrijwilliger uit Essen. Het programma beheert de voorraad, prijszetting, het klantenbestand en de doorverwijzing. Dankzij het programma kunnen producten gescand worden, worden wekelijks boodschappenlijstjes afgeprint op basis van de minimumstock en kunnen klanten van wie de toegangspas gaat vervallen op tijd verwittigd worden. De vereniging streeft ernaar dit programma op een professionele manier verder te laten ontwikkelen, zodat zij dit op termijn kunnen gebruiken als een beleidsinstrument. Daarom wil de vereniging op korte termijn het gesprek aangaan en een concrete samenwerking afsluiten met een softwareontwikkelaar die hen hierbij kan helpen. De totale kosten worden geraamd op 37.500 EUR. Voorgesteld wordt vanuit de provincie Antwerpen – dienst Welzijn en Gezondheid 25.000 EUR ter beschikking te stellen. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt de voorgebrachte aanwending van het krediet op het budget 2013, ingeschreven op het machtigingskrediet 831/640 – rekeningcombinatie 2013/2013/831/64013733/9015000000000/XXXX/ACT040/64013773/90000000/10 000000/XXXXX – subsidie voor armoedeprojecten, voor een bedrag van 78.000 EUR, aan verschillende belanghebbenden goed. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
318
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 9/7 van de agenda Budget 2013. Sociale- en Gezinsvoorzieningen. 72. Gehandicaptenzorg - GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 833/640. Toegestane subsidies. (blz. 63/95). Herverdeling van het machtigingskrediet naar aanleiding van de budgetwijziging – 5de reeks wijzigingen 2013. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de detail financiële nota bij het budget 2013 vindt de raad op blz. 255 de verdeling van het machtigingskrediet 833/640. De deputatie heeft beslist volgende herverdeling van het machtigingskrediet 833/640, naar aanleiding van de 5de budgetwijziging, aan uw raad ter goedkeuring voor te leggen: 2013/2013/833/64012286/9015000000000/XXXX/ACT040/64012286/90000000 – Subsidies met betrekking tot gehandicapten (N/R): 1.319.370 EUR. Dit krediet wordt op zijn beurt aangewend als volgt: Subsidie aan de vzw Emmaüs voor Zevenbergen:
250.000 EUR
Individuele subsidie aan ouders die hun gehandicapt kind thuis opvoeden: 136.008 EUR Subsidie aan gehandicaptenverenigingen:
74.400 EUR
Subsidie aan beschutte werkplaatsen:
91.000 EUR
Zorgtrajectbegeleiding Wilrijk:
21.000 EUR
Zorgtrajectbegeleiding Turnhout:
21.000 EUR
Zorgdiagnostiek CGVB Turnhout:
9.000 EUR
Zorgdiagnostiek CGVB Wilrijk:
9.000 EUR
Subsidie aan diensten gehandicaptenvervoer:
0 EUR
De Antwerpse Rolkar vzw
25.094 EUR
Handicar Essen vzw
896 EUR
Handicar Kalmthout vzw
1.539 EUR
Handicar Wuustwezel vzw
2.183 EUR
Handicar Zoersel vzw
6.288 EUR
Subsidie aan Imsir vzw
34.700 EUR
Subsidies aan ARK vzw (werking):
24.700 EUR
Subsidies project aangepast vervoer/ Welzijnszorg Kempen vzw
190.000 EUR
Subsidie Welzijnszorg Kempen vzw/project minibus-ICT kosten 108.000 EUR Subsidie Imsir vzw/project minibus
25.000 EUR
Subsidies aan Gouverneur Kinsbergencentrum NAH Wilrijk: Nog te bestemmen krediet
35.000 EUR 0 EUR
319
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Uw raad wordt gevraagd goedkeuring te geven aan de herverdeling van het machtigingskrediet 833/640 subsidies met betrekking tot gehandicaptenzorg. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt de volgende herverdeling van het machtigingskrediet 833/640 – Toegestane subsidies goed: 2012/2012/833/64012286/9015000000000/XXXX/ACT040/64012286/90000000 – Subsidies met betrekking tot gehandicapten (N/R): 1.319.370 EUR Dit krediet wordt op zijn beurt aangewend als volgt: Subsidie aan de vzw Emmaüs voor Zevenbergen:
250.000 EUR
Individuele subsidie aan ouders die hun gehandicapt kind thuis opvoeden: 136.008 EUR Subsidie aan gehandicaptenverenigingen:
74.400 EUR
Subsidie aan beschutte werkplaatsen:
91.000 EUR
Zorgtrajectbegeleiding Wilrijk:
21.000 EUR
Zorgtrajectbegeleiding Turnhout:
21.000 EUR
Zorgdiagnostiek CGVB Turnhout:
9.000 EUR
Zorgdiagnostiek CGVB Wilrijk:
9.000 EUR
Subsidie aan diensten gehandicaptenvervoer:
0 EUR
De Antwerpse Rolkar vzw
25.094 EUR
Handicar Essen vzw
896 EUR
Handicar Kalmthout vzw
1.539 EUR
Handicar Wuustwezel vzw
2.183 EUR
Handicar Zoersel vzw
6.288 EUR
Subsidie aan Imsir vzw
34.700 EUR
Subsidies aan ARK vzw (werking):
24.700 EUR
Subsidies project aangepast vervoer/ Welzijnszorg Kempen vzw
190.000 EUR
Subsidie Welzijnszorg Kempen vzw/project minibus-ICT kosten 108.000 EUR Subsidie Imsir vzw/project minibus
25.000 EUR
Subsidies aan Gouverneur Kinsbergencentrum NAH Wilrijk: Nog te bestemmen krediet
35.000 EUR 0 EUR
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
320
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Nr. 9/8 van de agenda Budget 2013. Sociale- en Gezinsvoorzieningen. 72. Andere sociale bijdragen (o.m. aan liefdadigheidsinstellingen). – GU-OVERDRACHTEN. Machtigingskrediet 849/640 - Toegestane subsidies. (blz. 64/95). Herverdeling van het machtigingskrediet naar aanleiding van de budgetwijziging – 5de reeks wijzigingen 2013. Goedkeuring. Verslag van de deputatie In de detail financiële nota bij het budget 2013 vindt uw raad op blz. 257 de verdeling van het machtigingskrediet 849/640. De deputatie heeft beslist volgende verdeling van het machtigingskrediet 849/640 aan uw raad ter goedkeuring voor te leggen: 2013/2013/849/64012326/90150000000/XXXX/ACT040/64012326/90000000/1000 0000/XXXXX - Subsidies met betrekking tot Wonen (N/R): 648.000 EUR Dit krediet wordt aangewend als volgt: Subsidies aan opstartend SVK ISOM (3e schijf):
24.789 EUR
Subsidie aan Bond Zonder Naam voor het beheer en toezicht van het residentieel woonwagenterrein aan de Galgstraat in Mechelen: 15.000 EUR Subsidie aan het project “Intergemeentelijke samenwerking lokaal woonbeleid regio Zuid” van de interlokale vereniging lokaal woonbeleid regio Zuid (3e schijf): 20.000 EUR Subsidie aan het project “Intergemeentelijke samenwerking lokaal woonbeleid regio Midden” van de interlokale vereniging lokaal woonbeleid regio Midden (3e schijf): 20.000 EUR Subsidie aan het project “Wonen langs de Dijle en Nete” van de interlokale vereniging “Wonen langs de Dijle en Nete” (3e schijf): 20.000 EUR Woningaanpassingstoelage voor woningen van ouderen: CAW De Kempen (project weekendverblijven Herselt): Subsidie aan Samenhuizen vzw:
450.000 EUR 67.626 EUR 30.000 EUR
Nog te bestemmen krediet:
585 EUR
Uw raad wordt gevraagd de verdeling van het machtigingskrediet 849/640 – Toegestane subsidies goed te keuren. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013 De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de interne verdeling van het machtigingskrediet 849/640; Gelet op het provinciedecreet van 30 november 2005;
321
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op het Koninklijk Besluit nr. 110 van 13 december 1982, gewijzigd door het Koninklijk Besluit nr. 145 van 30 december 1982, betreffende het verplicht evenwicht van de begroting; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De provincieraad keurt de volgende verdeling van het machtigingskrediet 849/640 – Toegestane subsidies goed: 2013/2013/849/64012326/90150000000/XXXX/ACT040/64012326/90000000/1000 0000/XXXXX - Subsidies met betrekking tot Wonen (N/R): 648.000 EUR Dit krediet wordt aangewend als volgt: Subsidies aan opstartend SVK ISOM (3e schijf):
24.789 EUR
Subsidie aan Bond Zonder Naam voor het beheer en toezicht van het residentieel woonwagenterrein aan de Galgstraat in Mechelen: 15.000 EUR Subsidie aan het project “Intergemeentelijke samenwerking lokaal woonbeleid regio Zuid” van de interlokale vereniging lokaal woonbeleid regio Zuid (3e schijf): 20.000 EUR Subsidie aan het project “Intergemeentelijke samenwerking lokaal woonbeleid regio Midden” van de interlokale vereniging lokaal woonbeleid regio Midden (3 e schijf): 20.000 EUR Subsidie aan het project “Wonen langs de Dijle en Nete” van de interlokale vereniging “Wonen langs de Dijle en Nete” (3e schijf): 20.000 EUR Woningaanpassingstoelage voor woningen van ouderen: CAW De Kempen (project weekendverblijven Herselt): Subsidie aan Samenhuizen vzw:
450.000 EUR 67.626 EUR 30.000 EUR
Nog te bestemmen krediet
585 EUR
VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 9/4 tot en met 9/8 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 70 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 70 leden hebben ja gestemd. De agendapunten 9/4, 9/5, 9/6, 9/7 en 9/8 worden goedgekeurd met 70 stemmen ja.
322
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
10. Europa, plattelandsbeleid en sociale economie Nr. 10/1 van de agenda PDPOII. Wijziging van de samenstelling in de provinciale vertegenwoordiging in het Provinciaal Management Comité. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Naar aanleiding van de gemeente- en provincieraadsverkiezingen 2012 wijzigt de samenstelling van het Provinciaal Management Comité, zowel voor de vertegenwoordigers van de Vlaamse Vereniging van Steden en Gemeente (VVSG) als voor de vertegenwoordigers van de provincieraad. Het Provinciaal Management Comité van het Programma voor Plattelandsontwikkeling (PDPOII) is verantwoordelijk voor volgende taken en wordt hier ondersteund door het Provinciaal Steunpunt Platteland bij de Dienst Landbouw- en Plattelandsbeleid. - Inzake de provinciale plattelandsproducten: o de lancering van projectoproepen; o de beoordeling van de ingediende projecten; o de dagelijkse opvolging van de projecten via het secretariaat; o het nagaan of er geen dubbele financiering is met middelen uit As 4 - Inzake Leader: o de lancering van de projectoproep voor erkenning van de Plaatselijke Groep binnen Leader bij aanvang van de programmaperiode; o de beoordeling van de ontwikkelingsstrategieën van de Plaatselijke Groepen; o voor elk project, dat uitvoering moet geven aan de lokale ontwikkelingsstrategie, wordt nagegaan of er geen dubbele financiering is met middelen uit As 3 (andere dan Leader) - Het organiseren van technische werkgroepen en het betrekken van deskundigen. (zie huishoudelijk reglement in bijlage) Het Provinciaal Management Comité is als volgt samengesteld: Effectieve leden: - 10 vertegenwoordigers van de Vlaamse regering; - 5 vertegenwoordigers van de provincieraad; - 5 vertegenwoordigers via VVSG en (en plaatselijk burgemeestersoverleg); Adviserende leden: - 2 vertegenwoordigers van de beheersdienst VLM; - 1 vertegenwoordiger van de Coördinerende Cel Europees Plattelandsbeleid van het Departement Landbouw en Visserij; - 5 vertegenwoordigers van het actieve middenveld op het platteland (sociaaleconomisch: SERR Antwerpen, Kempen & Mechelen; landbouw- en platteland: Landelijke Gilden; milieu- en natuur: Natuurpunt vzw); - 2 vertegenwoordigers van het Provinciaal Steunpunt Platteland. De vertegenwoordigers van de gemeenten worden aangeduid door de VVSG.
323
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Een nieuwe vertegenwoordiging van de provincieraad in het Provinciaal Management comité is noodzakelijk om rechtsgeldig te kunnen vergaderen op 18/12/2013. In de vergadering van 28/06/2007 bij de start van het PDPO II (2007-2013) werden de hiernavolgende vertegenwoordigers voor de provincieraad aangeduid. In de loop van de programmaperiode wijzigden enkele leden door wijzigingen in de deputatie (gedeputeerden Ludo Helsen en Jos Geuens werden vervangen door respectievelijk gedeputeerden Peter Bellens en Rik Röttger). Samenstelling vóór de verkiezingen (tussen haakjes plaatsvervangers): 1. Peter Bellens (Bart De Nijn) 2. Annie Desmedt (Rina Van De Weyer) 3. Rik Röttger (Inga Verhaert) 4. Leo Van Miert 5. Frank Wilrycx (Ingrid Ceustermans) Het Provinciaal Management Comité zal in de nieuwe samenstelling nog éénmaal samen komen op 18/12/2013 (14.00 – 17.00 uur) voor de goedkeuring van de wijzigingen in de Lokale Ontwikkelingsstrategieën van de Antwerpse Leadergebieden. In de volgende programmaperiode (PDPO III) zal opnieuw een Provinciaal Management Comité moeten opgericht worden. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 14 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Worden aangeduid als vertegenwoordiger uit de provincieraad als effectieve leden van het Provinciaal Management Comité (PMC): 1. Peter Bellens 2. Wendy Weckhuysen 3. Rik Röttger 4. Els Baeten 5. Herman Minnen Artikel 2: Worden aangeduid als vertegenwoordiger uit de provincieraad, plaatsvervangende leden van het Provinciaal Management Comité (PMC): 1. Ludwig Caluwé 2. Lili Stevens 3. Inga Verhaert 4. Marleen Peeters 5. Mireille Colson VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
324
als
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Men gaat over tot de geheime stemming. 70 leden nemen eraan deel. Er zijn 55 stemmen ja, 9 stemmen nee en 6 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd. Nr. 10/2 van de agenda Provinciale initiatieven. Overdracht middelen sociale economie naar participatiefonds sociale economie binnen GPB PSES. Goedkeuring. Verslag van de deputatie 2013 is voor de sociale economie in Vlaanderen, en dus ook in de provincie Antwerpen, een transitiejaar. Op Vlaams niveau worden de huidige bestaande decreten voor sociale en beschutte werkplaatsen en invoegbedrijven / -afdelingen, omgevormd naar een decreet maatwerkbedrijven / -afdelingen. Het bestaande decreet Lokale Diensteneconomie wordt ook hervormd. Implementatie van dit alles is voorzien 1 juli 2014. Een nieuwe ondersteuningsstructuur sociale economie op Vlaams niveau is actief sinds september 2013. Lokale besturen krijgen via de regierol lokale sociale economie de mogelijkheid in te zetten op sociale economie. Dit zullen de besturen moeten invoegen via de BBC. De sector sociale economie is dus in 2013 eerder afwachtend geweest ten aanzien van nieuwe projecten en initiatieven, waardoor, behoudens 2 kleine dossiers, enkel de reeds lopende subsidieprojecten binnen het budget sociale economie een verderzetting kenden in 2013. Daarnaast hebben de nieuwe richtlijnen BBC er ook toe geleid dat de middelen sociale economie niet meer kunnen gereserveerd worden voor uitgaven in 2014. Dit alles heeft tot gevolg dat een deel van het budget sociale economie niet is aangewend in 2013. Deze middelen willen we toevoegen aan het dit in 2014 en volgende jaren terug beleidsdoelstelling sociale economie. Deze i.h.k.v. de nieuwe Vlaamse decreten, arbeidszorg binnen sociale economie enz.
participatiefonds Sociale Economie, om te laten vloeien naar de initiële middelen zullen dan ingezet worden een provinciaal arbeidsmarktbeleid,
Uw raad heeft in zitting van 23 september 2010 ingestemd met de oprichting van dit participatiefonds sociale economie binnen GPB Provinciaal Secretariaat voor de Europese Structuurfondsen (PSES), en dit voor een bedrag van 200.000 EUR. Uw raad wordt voorgesteld het nog beschikbare/niet bestemde saldo van 150.000 EUR van het budget “Subsidiëring van projecten in de sociale economie” 2013 over te dragen naar het Provinciaal Participatiefonds sociale economie binnen het Provinciaal Secretariaat voor de Europese Structuurfondsen (PSES). Dit verslag werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op het verslag van de deputatie;
325
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: De restmiddelen 2013 uit het budget “Subsidiëring van projecten in de sociale economie”, voor een bedrag van 150.000 EUR worden overgedragen naar het GPB PSES, waar deze zullen worden ondergebracht onder het Participatiefonds Sociale Economie, waarvan uw raad de oprichting goedkeurde op 23/09/2010. De fondsen worden bij PSES geboekt op een afzonderlijke daartoe bestemde balansrekening, zodat dit geen invloed heeft op het werkingsresultaat van GPB PSES zelf. De uiteindelijke aanwending van dit fonds blijft de exclusieve verantwoordelijkheid van de Dienst Economie en Internationale Samenwerking, Provinciaal Steunpunt Sociale Economie. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik dit punt voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 70 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 70 leden hebben ja gestemd. Goedgekeurd met 70 stemmen ja.
326
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
11. Milieu, natuur en Noord-Zuidbeleid Nr. 11/1 van de agenda Provinciale Initiatieven. Intercommunale Vereniging Hooge Maey. Toelichting bij het beleid van de vereniging. Kennisname. Toelichting De Intercommunale Vereniging Hooge Maey werd in december 1998 opgericht met als doel de duurzame verwerking van afvalstoffen en de sanering van de terreinen. Getrouw hieraan zal de stortplaats Hooge Maey haar rol verder blijven vervullen als sluitstuk voor de afvalverwerking van Vlaanderen. De stortplaats garandeert een belangrijke dienstverlening aan onze maatschappij voor het verwerken van restafval waarvoor op geen enkele wijze een andere bestemming kan gevonden worden. Ook in de volgende jaren blijft de Intercommunale vereniging trouw aan haar opdrachten ondanks het feit dat er in de toekomst steeds minder brandbaar afval zal gestort worden. In het kader van de exploitatie ontwikkelt de Intercommunale ook andere activiteiten zoals waterzuivering en energieopwekking. In het kader van deze sanering van de site Hooge Maey, die in 2012 werd afgerond, en waarbij een eindverklaring van OVAM bekomen werd, zijn enkel een strikte monitoring en nazorg nodig maar ook de verwerking op de waterzuivering van water afkomstig uit drainageleidingen van het terrein. Verder zal de Intercommunale, in het kader van duurzaamheid, innovatieve projecten ondersteunen en trachten technologie ter beschikking aan landen die niet over deze kennis beschikken. Exploitatie van de stortplaats Aanvoer De aanvoer van afvalstoffen naar stortplaatsen in Vlaanderen neemt stelselmatig af. Deze afname kan voornamelijk toegeschreven worden aan een verminderde industriële activiteit, het optimale benuttigen van de aanwezige verbrandingscapaciteit in Vlaanderen en mechanische scheidingstechnieken die sinds 2008 brandbaar afval verwerken. Er wordt in de begroting 2014 van uitgegaan dat de aanvoer stelselmatig over de volgende jaren daalt. De totale aanvoer bedroeg:
in in in in in in in in in
2013 2012 2011 2010 2009 2008 2007 2006 2005
(53.000 ton) 66.385 ton 78.916 ton 64.315 ton 120.971 ton 188.996 ton 266.261 ton 349.270 ton 347.448 ton
327
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Brandbaar afval moet bij wet verwerkt worden in afvalverbrandingsinstallaties. Een afwijking hierop kan bij ministerieel besluit verleend worden. Voor 2013 werd door OVAM in Vlaanderen een totaal contigent aan stortafwijkingen verleend voor 250.000 ton, waarvan 100.000 ton aan de stortplaats Hooge Maey werd toegekend. Verondersteld wordt dat voor 2014 stortafwijkingen zullen worden toegekend die in lijn liggen met het voorgaande jaar. In het verleden overtrof de toegekende afwijking in ruime mate de werkelijk aangevoerde hoeveelheid brandbaar afval. In haar aanvraag tot het bekomen van de stortafwijking 2014 heeft de Intercommunale verzocht om in geval van sluiting van de verbrandingsovens van Isvag te Wilrijk, Indaver te Beveren, Ivago te Gent, IVM te Eeklo en Regionale Milieuzorg te Houthalen en mits voorafgaandelijk goedkeuring van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij van het Vlaamse Gewest ook de afvalstoffen die normaal in deze verbrandingsovens verwerkt worden, op de stortplaats Hooge Maey te storten. Rekening houdend met een stortvolume van 1,8 mio m³ mag er van uitgegaan worden dat de stortplaats de behoefte voor de volgende 30 jaar dekt. De vergunning voor de exploitatie reikt tot 28 september 2026. Ondanks de verlaagde aanvoer vertegenwoordigen de ontvangen stortgelden in 2014 nog steeds 41% van de totale omzet. Eén van de diversificatieprojecten op de Hooge Maey behelst de tijdelijke opslag van brandbare afvalstoffen op een stortplaats. De bedoeling van deze tijdelijke opslag van brandbaar afval is om te dienen als buffercapaciteit voor de verbrandingsinstallaties. Het kan de opvangfunctie van de stortplaatsen op een andere manier invullen. De Intercommunale vroeg en verkreeg een definitieve vergunning. De ontvangen 287.496 EUR.
gelden
voor
tussenopslag
worden
voor
2014
geraamd
op
Elektriciteitsproductie Op dit ogenblik zijn er 4 gasmotoren met een gezamenlijk geïnstalleerd vermogen van 4,05 MWelectrisch. De nodige aandacht dient besteed om deze biogasproductie zolang mogelijk in stand te houden zoals het gecontroleerd injecteren van water in het stortmassief en om ook zo te komen tot een volledige inertisatie van dit stortmassief. Een proefproject voor het zuiveren van het stortgas bij middel van bodemassen komende van afvalverbrandingsinstallaties werd aangevat en zal in de loop van 2014 verder worden geoptimaliseerd. De vergoedingen voor elektriciteitsproductie vertegenwoordigen een belangrijk deel van de omzet. De VREG stelt, door een wijziging in het energiedecreet, dat het recht van de Hooge Maey om nog GSC te ontvangen, stopt in 2014. Het gevaar is dus reëel dat deze inkomsten vanaf juni 2014 (ongeveer 1,5 mio EUR op jaarbasis) gaan wegvallen. De beslissing van de VREG wordt bestreden bij de Raad van State. Er is ook 550 m² fotovoltaïsche cellen op de helling van de stortplaats geïnstalleerd, goed om het elektriciteitsverbruik te dekken van een 20 tal gezinnen.
328
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Waterzuivering Sinds 2002 beschikte de Intercommunale Vereniging Hooge Maey over een eigen waterzuiveringsinstallatie. Zij beschikt over een vergunning voor het zuiveren van eigen afvalwater en afvalwater dat extern aangevoerd wordt. De vergunningstermijn loopt tot 28 september 2026. Extern afvalwater wordt aangevoerd met tankwagens. De waterzuiveringsmarkt is een moeilijke markt. Intussen werd vastgesteld dat in dergelijke situatie het beschikken over voldoende opslagcapaciteit noodzakelijk is. In 2013 werd de installatie uitgebreid met bijkomende opslagtanks (3 x 500 m³). Het zal toelaten moeilijk te zuiveren water gedoseerd aan de waterzuivering toe te voeren. In de begroting 2014 wordt voorzien dat er een omzet van 200.000 EUR extern geproduceerd afvalwater in de installatie van de Hooge Maey wordt gezuiverd. Andere inkomsten De opbrengsten die ontvangen zijn voor terreinen van de Hooge Maey die ter beschikking worden gesteld voor andere activiteiten bedragen volgens begroting 157.236 EUR. Belangrijk hierbij is de overeenkomst die de Intercommunale vereniging Hooge Maey afsloot met Indaver nv. De stortplaatsen van de Hooge Maey en van Indaver grenzen aan elkaar. Tussen beide taluds is een niet-benutte ruimte van ongeveer 497.000 m³. Iets meer dan de helft ligt langs de kant van de Hooge Maey. In deze overeenkomst werden de voorwaarden vastgelegd voor het opvullen van deze ruimte met afval. Verdere ontwikkelingen Onder de naam MIP2 stelt de Vlaamse Overheid de komende jaren middelen ter beschikking voor het nemen van initiatieven in de “groene economie”. In het bijzonder mikt MIP2 op het sluiten van materiaal- kringlopen volgens de “CRADLETO-CRADLE” filosofie (C2C) en op de ontwikkeling van nieuwe technologieën voor slimme energieopwekking. Met 7 partners, onderzoeksinstellingen en bedrijven, startte de Intercommunale Vereniging Hooge Maey in 2012 het “ALCHEMIS” project, met als doel de haalbaarheid aan te tonen van algenkweek op emissies met productie van waardevolle producten als gevolg. Dit project kwam ten einde op 31 december 2012. Evenwel zet de Hooge Maey dit project verder samen met de constructeur van de bioreactoren PROVIRON. Een groot gedeelte van de wereldbevolking kent enkel het gebruik van stortplaatsen als verwerking van afval. De Intercommunale heeft in de loop der jaren heel wat kennis opgedaan op vlak van stortplaatstechnologie. De mogelijkheid bestaat nu om deze technologie ten dienste te stellen van ontwikkelingslanden. De gedane inspanningen kunnen vergoed worden via “Carbon Credit”. De Intercommunale Vereniging Hooge Maey heeft in China in de stad Chaohu een project geïdentificeerd. Het betreft hier de ontgassing van een stortplaats. De Intercommunale ondersteunt een privé-investeerder om samen met de lokale overheid het project uit te werken. De gasmotoren produceren heel wat afvalwarmte. Rekening houdend met het feit dat deze productie in de tijd gaat afnemen door de vermindering van de stortgasproductie wordt er gezocht naar een project om de valorisatie van deze warmte te realiseren.
329
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Maatschappelijk draagvlak Duurzaam ondernemen streeft naar harmonie tussen ecologische, sociale en economische aspecten. Er moet dus oog zijn voor een voldoende maatschappelijk draagvlak. Communicatie speelt daarin een belangrijke rol. Een nieuwe video waar de verwezenlijkingen in voorgesteld worden is in de maak. Goed verzorgde jaarverslagen, folder, persberichten, website en artikelen in de vakpers en in dagen weekbladen… zorgen verder voor het uitdragen van een boodschap van duurzaamheid. In haar streven naar duurzaamheid schept de Hooge Maey dan ook de randvoorwaarden voor een veilige en gezonde werk- en woonomgeving voor alle betrokkenen. En door haar kennis te delen wil ze ook elders in de wereld de milieu-impact van stortplaatsen helpen te verminderen. Financiële resultaten Volgens de begroting bedragen de bedrijfsopbrengsten 123.337 EUR. Het balanstotaal bedraagt 40.947.579 EUR. Het resultaat na belasting bedraagt 1.793.284 EUR. De dividendenpolitiek bestaat erin het bedrag van het dividend te handhaven op een niveau van 9% van het gestort kapitaal. Er wordt steeds een gedeelte van het variabele deel van het kapitaal dat de gebruiksrechten vertegenwoordigt, teruggestort aan de aandeelhouders. VOORZITTER.- Dit is een kennisname. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Kennis wordt genomen. Nr. 11/2 van de agenda Provinciale Initiatieven. Intercommunale Vereniging Hooge Maey. Aanduiding provinciale vertegenwoordiger op de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013. Goedkeuring. Verslag van de deputatie De intercommunale vereniging Hooge Maey deelt mee dat haar buitengewone algemene vergadering zal plaatsvinden op 18 december 2013. Overeenkomstig artikel 44 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking dient uw raad voor elke buitengewone algemene vergadering van een intercommunale een provinciaal afgevaardigde aan te duiden en zijn/haar mandaat vast te stellen. De agenda en bijhorende stukken zullen ter inzage liggen bij de griffie.
330
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De agenda voor de buitengewone algemene vergadering ziet er al volgt uit: AGENDA 1 1. Statutenwijziging AGENDA 2 1. Activiteiten en strategie voor het boekjaar 2014 2. Begroting 2014 Uw raad wordt verzocht een afgevaardigde en een plaatsvervanger voor deze buitengewone algemene vergadering aan te duiden en zijn/haar mandaat te bepalen. Volledigheidshalve wordt gemeld dat bestuurders en commissarissen geen volmachthouder kunnen zijn op de buitengewone algemene vergadering. De provincie is in de Raad van Bestuur vertegenwoordigd door gedeputeerde Rik Röttger. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de bepalingen van het provinciedecreet; Gelet op het samenwerking;
decreet
van
6
juli
2011
houdende
de
intergemeentelijke
Overwegende dat er op 18 december 2013 een buitengewone algemene vergadering wordt gehouden vanwege de Intercommunale Vereniging Hooge Maey; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Artikel 1: Beslist wordt mevrouw An Vanalme met als plaatsvervanger de heer Ugurlu Sener aan te duiden om de provincie te vertegenwoordigen op de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale vereniging Hooge Maey op 18 december 2013 om 18.00 uur te 2030 Antwerpen, in de vergaderzaal Hooge Maey, Moerstraat 99. Artikel 2: Hem/Haar wordt opgedragen de vermelde agendapunten van deze vergadering goed te keuren. VOORZITTER.- Dit is een geheime stemming. Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Men gaat over tot de geheime stemming. 70 leden nemen eraan deel. Er zijn 51 stemmen ja, 9 stemmen nee en 10 onthoudingen. Derhalve is het voorstel goedgekeurd.
331
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
12. Waterbeleid VOORZITTER.- Ik stel voor de agendapunten 12/1 tot en met 12/3 met één stemming af te handelen. De raad stemt ermee in. Nr. 12/1 van de agenda Provinciale overheidsopdrachten. Toepassing van artikel 43, §2, 11° van het provinciedecreet. Ontwerp-sanering Hanswijkbeek 2.04 Mechelen. Verrekening 1. Goedkeuring. Uw raad keurde op 27 september 2007 het bestek DWPR-2012-0033-ON01OVHO01 en de wijze van gunnen goed voor Ontwerp-sanering Hanswijkbeek 2.04 Mechelen. In zitting van 6 december 2007 werd deze opdracht door de deputatie toegewezen aan Arcadis Belgium nv uit Brussel voor de prijs van 100.520,75 EUR, btw inbegrepen. Deze opdracht omvatte ten eerste het uitvoeren van een hydraulische studie van de Hanswijkbeek te Mechelen. Deze studie moest toelaten de huidige knelpunten naar kwaliteit en kwantiteit op deze waterloop gedetailleerd in kaart te brengen en mogelijke oplossingen te onderzoeken en uit te werken. Het tweede deel van de opdracht was het uitwerken van concrete maatregelen in een ontwerp. Als mogelijke maatregelen werd het gedeeltelijk openleggen en verleggen van de waterloop, de aanleg van een retentiezone, het plaatsen van vuilroosters en herstel van oeververdediging voorgesteld. In de loop van de studie bleek echter dat het grootste en meest dringend aan te pakken probleem de duiker van de Hanswijkbeek onder het kanaal LeuvenMechelen was. De ingang en eerste meters van deze sifon bleken geblokkeerd met stenen afkomstig van het stenen gewelf van deze oude sifon. De doorstroming is hierdoor beperkt en het gevaar voor instorting van de sifon bij het vrijmaken ervan is reëel. De gevolgen zouden zeer zwaar kunnen zijn voor de – sterk verstedelijkte omgeving omdat het kanaal kan leeglopen in de omgeving van de Hanswijkbeek en overstromingen veroorzaken. Bijgevolg wordt er geopteerd om een nieuwe sifon aan te leggen. Deze diensten waren niet opgenomen in de oorspronkelijke opdracht, dus worden ze nu voorzien in een verrekening. In afspraak met de NV Waterwegen en Zeekanaal van het Vlaams Gewest wordt voorgesteld de kosten voor het ontwerp en de aanleg van een nieuwe sifon te delen. Hiervoor dient dus een verrekening opgemaakt voor opmaak van het ontwerp. Hiervoor werd een overeenkomst met de NV Waterwegen en Zeekanaal opgesteld die werd goedgekeurd door de deputatie in zitting van 7 november 2013.
332
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Door de dienst Integraal Waterbeleid werd dan ook verrekening 1 opgemaakt voor een bedrag van 192.069,73 EUR, btw inbegrepen met als aandeel voor de provincie Antwerpen 96.034,87 EUR btw inbegrepen. Voor deze verrekening zal er een extra uitvoeringstermijn toegekend worden van 120 kalenderdagen. Omdat het bedrag van deze verrekening meer dan 20% bedraagt van het oorspronkelijke gunningsbedrag, zal er een bijkomende borg gevraagd worden. Krediet werd voorzien op artikel 482/22601000 van het budget 2013. Inkooporder: 96.034,87 EUR. Omdat de uitgave door de verrekening meer dan 10% bedraagt van het gunningsbedrag, moet deze aan de provincieraad voorgelegd worden. Aan uw raad wordt voorgesteld goedkeuring te hechten aan verrekening 1 voor een bedrag van 192.069,73 EUR, btw inbegrepen met als aandeel voor de provincie Antwerpen 96.034,87 EUR, btw inbegrepen. Het dossier ligt ter inzage op de griffie. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 43 §2 11° van het provinciedecreet; Gelet op het in de vergadering van 27 september 2007 goedgekeurde bestek voor Ontwerp-sanering Hanswijkbeek 2.04 Mechelen; Gelet op het krediet ingeschreven op artikel 482/22601000 van het budget 2013; Overwegende dat deze verrekening noodzakelijk is om deze opdracht te kunnen realiseren en dat ze ten laste is van de provincie Antwerpen; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Goedgekeurd wordt verrekening 1, over Ontwerp-sanering Hanswijkbeek 2.04 Mechelen, opgedragen aan Arcadis Belgium nv uit Brussel voor een bedrag van 192.069,73 EUR, btw inbegrepen met als aandeel voor de provincie Antwerpen 96.034,87 EUR, btw inbegrepen. Rekeningcombinatie: 2013/2013/482/22601000/8010000000000/XXXX/ACT375/22601000/80000000/10 000000/XXXXX Inkooporder 2013000516: 96.034,87 EUR. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen.
333
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 12/2 van de agenda Stand van zaken interne staatshervorming doorbraak 63 – waterbeleid en -beheer. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Kader: Op 8 april 2011 keurde de Vlaamse regering het Witboek Interne Staatshervorming goed. Het Witboek past in een belangrijke doelstelling van het Vlaams Regeerakkoord 2009-2014 om de versnippering van bevoegdheden over verschillende bestuurslagen aan te passen tot meer homogene bevoegdheidspakketten en sleuteltaken per bestuurslaag waarbij wordt ingezet op effectiviteit en efficiëntie. Het Witboek bevat een hele reeks (mogelijke) doorbraken die moeten resulteren in een interne staatshervorming. In het Witboek krijgen de provincies vooral grondgebonden taken toebedeeld en worden zij als beheerder van de middelgrote waterlopen van 2e categorie bevestigd. Doorbraak 63 m.b.t. het waterbeleid en – beheer in Vlaanderen, pakt de versnippering in het waterlopenbeheer aan en stelt een inschaling van de onbevaarbare waterlopen voor op alle niveaus. Hierbij gaat men ervan uit dat alleen de Vlaamse waterlopen die ook voor het beheer van de waterwegen van belang zijn, onder de verantwoordelijkheid van het gewest blijven. De middelgrote waterlopen blijven of worden een provinciale bevoegdheid. Grachten en waterlopen voor hemelwaterafvoer, de kleine waterlopen, blijven beheerd door de gemeente of door de rioolbeheerder. Doorbraak 63 stelt verder dat de indeling van de waterlopen dient verfijnd op basis van beheergebonden en beleidsgerichte maatstaven. Plan van aanpak: Op 21 december 2012 legde minister Schauvliege aan de Vlaamse Regering volgend plan van aanpak voor met betrekking tot de (her)inschaling van de onbevaarbare waterlopen van 2e en 3e categorie en de niet-geklasseerde waterlopen: “Niet-geklasseerde waterlopen De bovenlopen van onze watersystemen bestaan nu uit niet-geklasseerde waterlopen (oud geklasseerde waterlopen en grachten) en geklasseerde waterlopen 2° en 3° cat. Het streefdoel is dat na de gevolgde procedure alleen geklasseerde waterlopen en grachten behouden blijven. De oudgeklasseerde waterlopen zullen ofwel worden opgewaardeerd tot 3 de (of 2de) categorie als ze belangrijk zijn voor het watersysteem ofwel worden ze administratief afgeschaft als waterloop. Uiteraard kunnen zij behouden blijven als private gracht. In het ambtsgebied van polders en wateringen kunnen zij aangeduid worden als polder- en wateringgrachten. Herinschaling waterlopen 2° en 3° categorie Voor het toekomstig beheer van de waterlopen 2° en 3° categorie worden vier mogelijke keuzes uitgewerkt. Naast deze keuzes kan er lokaal ook worden beslist om geen wijzigingen door te voeren. Mogelijke keuzes: - samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente, provincie en desgewenst polder en watering over beheer van waterlopen 3° categorie en 2° categorie;
334
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
-
herklassering van 3° naar 2° categorie; herklassering van 2° naar 3° categorie voor waterlopen die volledig gelegen zijn binnen de grenzen van de betrokken gemeente; uitbreiding polder/watering (binnen deelbekkengrenzen).”
Het spreekt voor zich dat voor dit soort maatwerk doorgedreven overleg met de gemeentebesturen noodzakelijk is. Minister Schauvliege heeft de organisatie daarvan bij de provincies gelegd: “Voor de lokale waterlopen (niet-geklasseerde waterlopen, waterlopen 2° en 3° categorie) werken de provincies in nauw overleg met de gemeente en desgevallend ook met de betrokken rioolbeheerder en de betrokken polder/watering de klasserings- en herinschalingsvoorstellen in detail uit. De voorstellen worden daarna geformaliseerd door de betrokken besturen waarna ze op provinciaal niveau gebundeld worden en aan de VMM overgemaakt ter voorbereiding van de formele goedkeuringsprocedure. … Na goedkeuring van de wijzigingen aan de wet onbevaarbare waterlopen worden de formele procedures voor hercategorisering opgestart.” Noodzakelijke wijzigingen aan wetgeving: Om met dit plan van aanpak tot een effectieve hertekening van het waterlopenbeheer te komen, is een aanpassing van de wetgeving vereist. Met betrekking tot de herklasseringen tussen 1ste, 2de en 3de categorie waterlopen en de klassering van nieuwe waterlopen heeft de Vlaamse regering, na advies van de MiNa-raad en de SERV, opnieuw haar principiële goedkeuring gegeven aan het voorontwerp van decreet dat de wet wijzigt over de onbevaarbare waterlopen van 28 december 1967. De wijzigingen omvatten de verruiming van de criteria voor de klassering van waterlopen, de mogelijkheid om waterlopen naar een hogere of lagere categorie over te brengen, het afschaffen van het openbaar onderzoek voor machtigingen en procedures tot wijziging van de categorisering van waterlopen, en enkele wijzigingen in de terminologie. Over dit voorontwerp van decreet wordt het advies ingewonnen van de Raad van State. Om tot een volledige hertekening van de waterlopenkaart te komen bleek het ook noodzakelijk een statuut uit te voorzien voor het beheer van grachten van algemeen belang. Met betrekking tot de aanduiding van de ‘light-statuut’ grachten (grachten belangrijk in de waterketen) heeft de Vlaamse Regering op vrijdag 11 oktober 2013, na advies van de MiNaraad, de SERV en de SALV, opnieuw haar principiële goedkeuring gegeven aan het voorontwerp van decreet met diverse bepalingen over leefmilieu en natuur. Het gaat om technische verbeteringen aan wetten en decreten rond leefmilieu en natuur zoals de aanpassing van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging. In deze wet wordt een hoofdstuk ‘Grachten’ toegevoegd dat toelaat dat de gemeenten het onderhoud van grachten kunnen overnemen van eigenaars en gebruikers. Ook zullen de gemeenten de mogelijkheid krijgen om een erfdienstbaarheidszone op te leggen van maximaal 3 meter voor een recht van doorgang. Over dit voorontwerp van decreet wordt het advies ingewonnen van de Raad van State. Het aanduiden van dit soort grachten zal een gemeentelijke bevoegdheid zijn. Provinciale vertaling van het plan van aanpak: In zitting van 17 januari 2013 nam de deputatie kennis van het plan van aanpak van Minister Schauvliege en van de mogelijke gevolgen hiervan voor het Provinciale
335
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Waterbeleid. De deputatie keurde onder andere naar aanleiding hiervan de reorganisatie van de dienst Integraal Waterbeleid goed. Op 20 februari 2013 organiseerden VMM, VVP, VVSG en VVPW 2 infosessies (Antwerpen en Herentals) rond de uitwerking van Doorbraak 63. In de periode maart - juli 2013 werden vervolgens alle gemeenten in de provincie Antwerpen door de dienst integraal waterbeleid bezocht. Op dit overleg kwamen volgende onderwerpen aan bod: 1. Herinschaling van de onbevaarbare waterlopen 2 e categorie (bevoegdheid provincie) en 3e categorie (bevoegdheid gemeenten) 2. Punt van oorsprong vastleggen of verleggen in functie van het watersysteem 3. Oud geklasseerde waterlopen aanpakken: o Opwaarderen naar officiële waterloop o Behoud als niet geklasseerde gracht o Aanduiden als gracht belangrijk in de waterketen (het zogenaamde ‘light-statuut’) 4. Niet geklasseerde waterlopen In een eerste fase worden nu de aanpassingen tussen 1e, 2e en 3e categorie waterlopen (zie punt 1) gebundeld. Hiervoor zal na de goedkeuring van het decreet tot wijziging van de wet van de onbevaarbare waterlopen een goedkeuring door de Vlaamse Regering nodig zijn. Omdat een wijziging in categorie van waterloop geen wijziging in erfdienstbaarheden met zich meebrengt, voorziet de gewijzigde wet geen openbaar onderzoek hieromtrent. Voor het verleggen van het punt van oorsprong (punt 2) en het administratief afschaffen/opwaarderen van de oud-geklasseerde waterlopen (punt 3) is wel een openbaar onderzoek noodzakelijk. Bovendien betreft dit een bevoegdheid van deputatie. Dit zal in een tweede fase uitgewerkt worden, in het voorjaar van 2014. Voorliggend provincieraadsbesluit heeft dan ook enkel betrekking op deze eerste fase met herinschalingen binnen de categorieën van de onbevaarbare waterlopen. Resultaten plan van aanpak voor provincie Antwerpen: In de periode maart-juli werden alle gemeentes bezocht voor een overleg in het kader van D63. Zoals uit onderstaand overzicht blijkt, hebben de meeste gemeenten en polders en wateringen op het overleg met de provincie of nadien de wens geuit om hun waterlopen van 3e categorie te herklasseren naar 2de categorie en bijgevolg de bevoegdheid over deze waterlopen over te dragen aan de provincie, nl. 61 van de 70 gemeenten. In de gemeenten die de waterlopen van 3 e categorie niet wensen te herklasseren zijn wel steeds bestaande anomalieën weggewerkt door bv. het herklasseren van beperkte trajecten van 2 e categorie waterlopen naar 3e categorie waterlopen.
336
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De gemeente Oud-Turnhout is de enige gemeente die opteert voor een gedeeltelijke herinschaling van 3de naar 2de categorie. Negen gemeenten (Baarle-Hertog, Lille, Retie, Ranst, Merksplas, Essen, Kalmthout, Balen en Willebroek) gaven op het overleg of later te kennen de waterlopen van 3e categorie niet over te dragen. Het is niet uitgesloten dat sommige van deze gemeenten alsnog opteren voor een overdracht in de verdere besluitvorming. De uiteindelijke beslissing wordt genomen in de gemeenteraad. De andere opties zoals de samenwerkingsovereenkomst tussen gemeenten en provincie en de uitbreiding van polders en wateringen binnen de deelbekkengrenzen (zie punt 2 ‘Plan van aanpak) werden niet gekozen. Veertien gemeenten hebben ondertussen hun gemeenteraadsbeslissing genomen. Twee Polders hebben hun bestuursbeslissing genomen. De andere beslissingen staan volgens afspraak ten laatste in november geagendeerd. Zoals voorgeschreven in het plan van aanpak van de Vlaamse regering, dient de provincie, van zodra alle gemeenteraadsbeslissingen ontvangen zijn, deze samen met de eigen raadsbeslissing aan de Vlaamse overheid te bezorgen met het oog op een goedkeuringstraject op Vlaams niveau. Indien de overdracht-intenties van de 61 gemeenten die voor een overdracht hebben gekozen worden bevestigd, houdt dit een stijging in van het aantal provinciale waterlopen met ongeveer 1180 km en dit omwille van een herklassering van 3e categorie waterlopen naar 2e categorie (zie eerste fase besproken onder paragraaf 3). Daarnaast zijn er met de VMM ook een aantal overdrachten tussen 1e en 2e categorie besproken. Hierbij zou 1,75 km van 2e naar 1e categorie worden overgedragen en 29 km van 1e naar 2e.
337
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Na de tweede fase komen daar nog een aantal nieuwe waterlopen van 2e categorie bij ten gevolge van een opwaardering van de niet- en oud geklasseerde waterlopen, naar schatting 197 km. In totaal zal het aantal waterlopen van 2e categorie dan ook tegen juni 2014 waarschijnlijk uitkomen op 2697 km, wat een stijging betekent van 106%. Op de kaarten zoals voorgedragen kan de huidige situatie vergeleken worden met de toekomstige, na voltrekking van beide fases. De verslagen en kaarten per gemeenten zijn op eenvoudige vraag verkrijgbaar bij de dienst Integraal Waterbeleid (
[email protected]). Aangezien op datum van opmaak van dit provincieraadsbesluit niet alle gemeenteraden een beslissing genomen hebben, is het mogelijk dat er nog kleine wijzigingen aan de voorgedragen kaart ‘toekomstige waterlopenbeheer’ zullen gebeuren. Deze zullen gebundeld voorgelegd worden aan de deputatie. Om de timing die afgesproken is met minister Schauvliege niet in het gedrang te brengen, kan er niet gewacht worden op alle gemeenteraadsbeslissingen om dit dossier voor te leggen aan de provincieraad. Ter informatie wensen wij de raad ook op de hoogte te brengen van de evoluties hieromtrent in de andere provincies. In West-Vlaanderen dragen, op één na, alle gemeenten de 3de categorie waterlopen over aan de provincie, voor in totaal 1900 km. In Limburg is de overlegronde nog niet afgerond. De prognose is dat tussen de 70 en 90% van de gemeenten zullen instemmen met een herinschaling van de waterlopen. De afronding wordt verwacht eind november. In Oost-Vlaanderen zullen 68% van de gemeenten hun waterlopen aan de provincie (gedeeltelijk) overdragen. Belangrijk hierbij op te merken is dat de gemeenten hun waterlopen gelegen in poldergebied niet kunnen overdragen. Een aantal van deze gemeenten ligt volledig in poldergebied. In Vlaams-Brabant zullen 80 % van de gemeenten hun waterlopen overdragen. Dit betekent een toename van het aantal kilometer waterlopen met 50%. Verder verloop: Zoals opgenomen in het plan van aanpak ziet de verdere procedure er als volgt uit: - september – november 2013: formalisering voorstellen door gemeenteraden en provincieraad - november 2013: overmaken beslissingen door provincie aan VMM - november – december 2013: besluitvorming Vlaams niveau m.b.t. herklasseringen tussen 1e-2e en 3e categorie waterlopen - december 2013 - maart 2014: besluitvorming deputatie m.b.t. afschaffingen & klasseringen van oud en niet geklasseerde waterlopen – tweede fase – en organisatie openbaar onderzoek hierover - juni - juli 2014: implementatie nieuwe waterlopenkaart Om het beheer van de nieuwe 2de categorie waterlopen te continueren is de nodige kennisoverdracht van gemeente naar provincie gewenst. Daarom wordt een samenwerkingsovereenkomst tussen elke gemeente en de provincie afgesloten. Eén van de afspraken is dat de dienst Integraal Waterbeleid jaarlijks samen met de gemeenten en – waar van toepassing - de betrokken polders en wateringen een beheeroverleg organiseert. De eerste twee overlegmomenten zijn ondertussen gebeurd met Aartselaar en Borsbeek. Ook met de gemeenten waar er geen herinschaling is, kan een samenwerkingsovereenkomst worden afgesloten en zal jaarlijks een beheeroverleg over de 2de categorie-waterlopen worden gehouden. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013.
338
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 42 §2 van het provinciedecreet; Op voorstel van de deputatie; BESLUIT: Enig artikel: Principiële goedkeuring wordt verleend aan de voorgedragen kaart ‘toekomstig waterlopenbeheer na D63 in de provincie Antwerpen’. Gunstig advies wordt gegeven aan de herinschaling van de onbevaarbare waterlopen in uitvoering van D63. VOORZITTER.- De heer Schoofs heeft het woord. De heer SCHOOFS.- Mevrouw de gouverneur, Leden van de deputatie, Geachte collega’s, Wij hebben eerder dit punt al gunstig onthaald met onze fractie, en ik denk dat de stand van zaken vrij positief is. Heel wat gemeentebesturen binnen onze provincie zijn ingegaan op het voorstel om hun waterlopen over te hevelen van 3 e naar 2e categorie. Daarmee wordt een beheerst niveau uitgeschakeld, en ik denk dat dit een goede stap is inzake efficiëntie. Nogal wat gemeentebesturen maken opmerkingen. Heel wat van die opmerkingen kunnen meegenomen worden in de opmaak van de samenwerkingsovereenkomst. Eén van de opmerkingen die ik nogal dikwijls hoor is het feit dat de provincie voorziet in een éénmalige ruiming als medium voor alle waterlopen. Nogal wat gemeentebesturen hadden de gewoonte om hun waterlopen meer dan eens te ruimen, en het was dikwijls ook noodzakelijk. De budgetten zijn opgemaakt in functie van die raming. Ik denk dat je moeilijk die opdracht half kan doen. Ik denk dat wij niet houden van half werk. Dat mag de ambitie niet zijn van deze provincie. Ik denk dat we goede service moeten bieden en van meet af aan proberen van deze taak naar behoren uit te voeren. Laat het een bezorgdheid zijn. Wij staan volledig achter deze overname, maar wij vrezen dat bijgevolg ook de budgetten misschien wel eens ontoereikend kunnen zijn. Je kan nu eenmaal niet maken dat een waterloop geen tweede ruiming krijgt. Je kan niet het risico nemen dat mensen met hun voeten in het water gaan zitten. Je kan het ook moeilijk meenemen in de samenwerkingsovereenkomst. Ik neem aan dat hier toch wel heel veel opvolging van nabij zal nodig zijn, en de nodige flexibiliteit om eventueel waar nodig ook een tweede ruiming toe te passen. Dank u. VOORZITTER.- De heer Röttger heeft het woord. De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Dank u wel, voorzitter. Mijnheer Schoofs, ik apprecieer uw bezorgdheid ten zeerste, en ik kan ze ook wel delen. The proof of the pudding is in the eating. Ik denk dat we ervan uitgaan dat we overal minstens één keer zouden moeten ruimen. We zullen dat misschien op een aantal plaatsen
339
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
niet hoeven te doen, op andere plaatsen misschien twee keer. Ik denk dat we die flexibiliteit zeker aan de dag zullen leggen en dat we zullen kijken hoe we die 6,5 miljoen zo optimaal mogelijk kunnen inzetten, zodat het op lange termijn ertoe leidt dat elke waterloop in ons beheer op een correcte en adequate manier wordt geruimd en onderhouden. Dat zal een leerproces zijn, maar wij gaan die flexibiliteit zeker inbouwen. Dat zijn wij verplicht aan al die gemeenten, die 90%, die nu dat vertrouwen in ons hebben gesteld. VOORZITTER.- Mevrouw Muyshondt heeft het woord. Mevrouw MUYSHONDT.- Ik heb een klein vraagje aan u, mijnheer Röttger. Er zijn gemeenten niet opgenomen in dit document die ondertussen ook al een beslissing genomen hebben. Gaat dat allemaal mee door dan? De heer RÖTTGER, gedeputeerde.- Het is ‘work in progress’, maar ik mag dat zo niet zeggen. Het is een voortschrijdend inzicht, zal het dan zijn in het Nederlands denk ik. Uiteindelijk moeten wij aan de minister een stand van zaken overmaken. We moeten u daar ook in vatten als provincieraad. Wij moeten dat vandaag doen. Dat is de enige mogelijkheid die we nog hebben. Maar we gaan aan de minister natuurlijk de laatste stand van zaken geven. Op het moment dat de bundel moet toekomen in Brussel, zal dat de laatste stand van zaken zijn met alle gemeenteraadsbeslissingen zo mogelijk. Nr. 12/3 van de agenda Subsidies Lokaal BEkeKEN toekenning 2012. Goedkeuring. Verslag van de deputatie Het provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van projecten in het kader van Biodiversiteit Lokaal BEkeKEN werd goedgekeurd in uw raad op 22 april 2010. Het doel van dit subsidiereglement was het stimuleren van lokale waterbeheerders zoals gemeenten of rioolbeheerders tot het uitvoeren van structurele projecten in beekvalleien in de provincie Antwerpen. Voorbeelden van dergelijke werken zijn hermeandering van beken, de aanleg van plasbermen en de aanleg van overstromingsgebieden. Voor het jaar 2012 hadden vijf gemeentebesturen een subsidieaanvraag ingediend, nl. Antwerpen, Olen, Zwijndrecht, Mortsel en Turnhout. De stad Antwerpen en de gemeente Olen hebben tijdig, namelijk voor 31 augustus 2013 een uitbetalingsdossier ingediend. Deze dossiers werden in de deputatiezitting van 24 oktober 2013 voorgelegd voor uitbetaling. De gemeenten Mortsel, Zwijndrecht en Turnhout hebben echter nog geen uitbetalingsdossier ingediend. Volgens de voorwaarden van het provinciaal reglement komen deze projecten dus niet meer in aanmerking voor subsidie.
340
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Aan uw raad worden nu de vragen tot uitstel van de gemeenten Mortsel, Zwijndrecht en Turnhout voorgelegd voor het indienen van het uitbetalingsdossier voor het bekomen van subsidies in het kader van het provinciaal reglement Biodiversiteit Lokaal BEkeKEN. De gemeente Zwijndrecht heeft via een schrijven uitstel gevraagd omwille van het laattijdig bekomen van de bouwvergunning, de problemen met personeelswisselingen en het feit dat de grondanalyses langer duurden dan verwacht. Het project “herinrichting ’t Zwen” zou tegen mei 2014 wel kunnen beëindigd worden. Het toegekende bedrag voor Zwijndrecht bedroeg 7.480,22 EUR. De stad Mortsel heeft een schrijven ingediend met een vraag voor uitstel tot 1 maart 2014. Als reden voor dit uitstel wordt vermeld dat een onvoorzien uitgebreid archeologisch vooronderzoek en bijkomend onderzoek diende te gebeuren op de volledige site waardoor de werken maar later dan voorzien kunnen starten. Het toegekende bedrag voor Mortsel bedroeg 15.925,05 EUR. De stad Turnhout vraagt eveneens uitstel van een half jaar voor het project “herwaardering Koeybleukenloop”. Om het project te kunnen realiseren dient een middendrukgasleiding en een hoogspanningskabel verlegd te worden, deels onder een spoorweg. Dit kan omwille van de strikte voorwaarden vanwege Infrabel pas ten vroegste in maart 2014 gebeuren. Bovendien was er lange tijd onduidelijkheid over de eigendomsstructuur van een voor dit project cruciaal perceel. Het toegekende bedrag voor Turnhout bedroeg 10.890,00 EUR. De aangehaalde problemen zijn grotendeels veroorzaakt door externe factoren waarop de subsidieaanvragers geen vat hadden. Daarom wordt aan uw raad voorgesteld een afwijking toe te staan op het provinciaal subsidiereglement en een éénmalig uitstel van indienen van het uitbetalingsdossier te verlenen tot eind september 2014 aan de gemeenten Zwijndrecht, Turnhout en Mortsel. De benodigde kredieten (in totaal 34.295,27 EUR) zullen voorzien worden op de begroting van 2014. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd op 7 november 2013. De provincieraad van Antwerpen, Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen; Gelet op het provinciaal reglement van 12 december 1996 betreffende de subsidiëringen en het toestaan van reservevorming door subsidietrekkers; Gelet op het provinciaal reglement van 22 april 2010 betreffende de subsidiëring van projecten in het kader van Biodiversiteit Lokaal BEkeKEN, uitgevoerd door een lokaal bestuur of een instantie belast met de uitvoering van de gemeentelijke saneringsverplichting optredende als opdrachtgever van het betreffende project.
341
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Overwegende de vragen van de gemeenten Zwijndrecht, Mortsel en Turnhout tot uitstel voor indienen van het uitbetalingsdossier; Op voorstel van de deputatie, BESLUIT: Enig artikel: Beslist wordt een afwijking toe te staan op het provinciaal subsidiereglement Biodiversiteit Lokaal BEkeKEN en een éénmalig uitstel van indienen tot eind september 2014 van het uitbetalingsdossier te verlenen aan de gemeenten Zwijndrecht, Turnhout en Mortsel. De benodigde kredieten (in totaal 34.295,27 EUR) zullen voorzien worden op de begroting van 2014. VOORZITTER.- Zijn daar tussenkomsten over? Geen. Dan leg ik de punten 12/1 tot en met 12/3 samen voor ter stemming en de stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 70 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 69 leden hebben ja gestemd; 1 lid heeft zich onthouden. De agendapunten 12/1 tot en met 12/3 worden goedgekeurd met 69 stemmen ja, bij 1 onthouding. De heer RÖTTGER laat noteren dat zijn onthouding als een ja-stem is bedoeld. De vergadering wordt geschorst voor 5 minuten.
342
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
13. Moties Nr. 13/1 van de agenda Motie in verband met de geplande tram van Brussel naar onze provincie met als eindpunt het ziekenhuis in Reet, ingediend door de heer Steven Vollebergh (Vlaams Belang). Motie Motie in verband met de geplande tram vanuit Brussel naar onze provincie met als eindpunt het ziekenhuis in Reet. De verbinding van de Rupelstreek met Brussel is problematisch. Zowel A12 als E19 zitten op hun verzadigingspunt, de ‘snelbus’ naar Brussel staat even goed in de file en is bijzonder onaangenaam in gebruik, de huidige treinverbinding leidt u ofwel over Antwerpen ofwel met twee overstappen over Puurs en Mechelen. Een sneltram langs de A12 zou hieraan kunnen verhelpen. Maar zoals wel vaker met goedbedoelde plannen overdrijft men zo erg dat niemand de oorspronkelijke bedoeling nog herkent. De Federale en Vlaamse overheid geeft ook permanent tegengestelde signalen. Enerzijds bouwt men het treinverkeer tussen Antwerpen en Boom jaar na jaar verder af, maar spreekt men wel over de noodzaak van een lightrailverbinding naar Antwerpen (en Mechelen). In plaats van een goede verbinding met de stad Antwerpen, lijkt het er nu op dat de Rupelstreek een snelle verbinding met Brussel krijgt. Motivatie De tracévoorstellen die momenteel circuleren, zijn zeer concreet maar werden nooit doorgesproken met beleidsmakers in de Rupelstreek, laat staan met de bevolking. In de provincie Vlaams-Brabant echter werden wel verschillende infomomenten en tentoonstellingen gehouden. In de provincie Antwerpen bleef het echter muisstil. Motie gericht aan de openbare vervoersmaatschappij De Lijn “De provincieraad van Antwerpen vraagt aan de openbare vervoersmaatschappij De Lijn om de bespreking van het vooropgestelde tramtracé naar Reet ook voor te leggen in de provincie Antwerpen. Er dient dringend overleg te komen met de betrokken provincie, gemeenten en inwoners in onze provincie. Eveneens dringt de Antwerpse provincieraad aan om het eindpunt van het tramtracé te herbekijken.” Met bijzondere hoogachting, Steven Vollebergh, Fractievoorzitter Vlaams Belang. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord.
343
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De heer VOLLEBERGH.- Voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Collega’s, De impact van (niet)mobiliteit op onze levenskwaliteit is enorm. De volledige Antwerpse regio heeft hier dagelijks mee te kampen. Ik zou het dus met u kunnen hebben over de Antwerpse Ring, de problemen in de Zuidrand, het mobiliteitscharter van de Kempen, de Liefkenshoektunnel, enz. Recent is er een bijkomend probleem opgedoken. Althans een probleem dat al lang aansleept, maar een mogelijke oplossing die menig wenkbrauw doet fronsen en voor meer problemen zorgt dan voor oplossingen. De verbinding van de Rupelstreek met Brussel is problematisch. Zowel A12 als E19 zitten op hun verzadigingspunt. De ‘snelbus’ naar Brussel staat evengoed in de file en is bijzonder onaangenaam in gebruik. De huidige treinverbindingen leiden u ofwel over Antwerpen, ofwel met twee overstappen over Puurs en Mechelen. Een sneltram langs de A12 zou hieraan kunnen verhelpen. Maar zoals wel vaker met goedbedoelde plannen overdrijft men zo erg dat niemand de oorspronkelijke bedoeling nog herkent. De Federale en Vlaamse overheid geeft ook permanent tegengestelde signalen. Enerzijds bouwt men het treinverkeer tussen Antwerpen en Boom jaar na jaar verder af, maar spreekt men wel over de noodzaak van een lightrailverbinding naar Antwerpen en Mechelen. In plaats van een goede verbinding met de stad Antwerpen, lijkt het er nu op dat de Rupelstreek een snelle verbinding met Brussel krijgen. De tracévoorstellen die momenteel circuleren zijn zeer concreet, maar werden nooit doorgesproken met beleidsmakers in de Rupelstreek, laat staan met de bevolking. In de provincie Vlaams-Brabant echter werden wel verschillende infomomenten en tentoonstellingen gehouden. In de provincie Antwerpen bleef het echter muisstil. Brussel heeft, na tientallen jaren ongecontroleerde immigratie, met een bevolkingsexplosie te kampen. Heel wat OCMW-klanten ontvluchten de stad. Niet toevallig vinden we heel wat van die Nederlands-onkundige mensen terug in steden of gemeenten als Aalst, Denderleeuw, Ternat of Liedekerke, die over een uitstekende treinverbinding met Brussel beschikken. De voorbije jaren investeerde de gemeente Boom om de vele problemen in en rond het Boomse openluchtzwembad de baas te kunnen, net zoals de provincie ook deed in o.a. De Nekker. Problemen die voornamelijk door Mechelse en Brusselse vreemdelingen werden veroorzaakt. Indien nu de openbare vervoersmaatschappij De Lijn een rechtstreekse tramlijn vanuit Brussel, met een halte aan het Boomse zwembad legt, is het einde helemaal zoek. Ook op andere vlakken dreigen dan Brusselse toestanden! Het Boomse treinstation was, en is nog steeds, een logisch knooppunt van het openbaar vervoer. Het overstappen tussen trein en bus is daar perfect mogelijk. Ook de toekomstplannen van De Lijn Antwerpen voor de aanleg van een lightrail tussen Antwerpen en Boom, eventueel doorgetrokken naar Mechelen, maken van dit station in de toekomst een belangrijk knooppunt. Waarom kiest men dan ook nu niet bij het voorkeurtracé van de sneltram vanuit Brussel daar te stoppen? Blijkbaar wil De Lijn de stopplaats creëren voor
344
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
het ziekenhuis van Rumst, in de deelgemeente Reet. Geen zinnig mens kan daar blijkbaar een reden voor geven. Collega’s, Het treinstation in Boom kan voor de hele Antwerpse zuidrand, mits de nodige investeringen en verfraaiing van de hele buurt, fungeren als ideale overstapplek. Alle troeven zijn aanwezig. Het centrum van Boom en het door de POM uitgebate industrieterrein Krekelenberg liggen vlakbij snelle verbindingen naar Antwerpen, Brussel, Puurs en mogelijk ook Mechelen, plaats om voldoende wagens te parkeren na aanleg van een nieuwe parking en meer dan voldoende busverbindingen naar de ruime regio in de directe omgeving. Ook met de fiets is het snel, gemakkelijk en veilig te bereiken na de geplande aanleg van de provinciale fiets-ostrade langs het spoor. Momenteel wordt de kostprijs van deze tramlijn geraamd op 363 miljoen EUR (14,6 miljard BEF). Wellicht zijn er andere én goedkopere oplossingen mogelijk. Het openstellen van de treinverbinding Boom-Willebroek-Mechelen kan een alternatieve verbinding zijn voor deze tramlijn. De meest logische verbinding van deze sneltram naar Boom, indien die er dan toch moet komen, is ofwel langs de A12, ofwel langs de ongebruikte spoorlijn Willebroek-Boom. Bij de eerste optie verliezen we echter broodnodige capaciteit in de Rupeltunnel. Het hergebruiken van de oude spoorlijn veroorzaakt wellicht het minste overlast na het verhogen en verbreden van de bestaande bruggen. Het ziekenhuis van Reet lijkt ons een zeer ongeschikte eindhalte: verknoping naar de trein is onmogelijk, het centrum van Boom of Reet ligt niet op wandelafstand, het doorkruist of vertraagt de aanleg van de o zo broodnodige verbinding tussen A12 en E19 en plaats voor parking is er al evenmin. Tien jaar geleden, collega’s, keurde deze raad een Vlaams Belang motie goed waar wij, collega Van Hove en ikzelf, opriepen om prioritair de expresweg tussen A12 en E19 aan te leggen. Die verbinding komt door de aanleg van de tram in het gedrang. Collega’s, 16 uur per dag, meerdere keren per uur een sneltram voorbij uw voordeur, langs het gemeentelijk park van Boom, langs een basisschool, of rond het Reetse ziekenhuis, vlakbij verschillende mooie woonwijken. Het lijkt ons niet enkel onaangenaam, maar ook bijzonder onwenselijk. Ik vraag u daarom om de motie die voorligt mee goed te keuren. VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord.
345
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Mijnheer de voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Collega’s, Mijnheer Vollebergh, in uitvoering van de mobiliteitsvisie 2020 heeft De Lijn Vlaams Brabant vier prioritaire tramlijnen geselecteerd. Twee hiervan bevinden zich gedeeltelijk op het grondgebied van de provincie: Boom – Brussel en Heist-op-den-Berg – Brussel. De stelling dat De Lijn voor dit laatste project niet overlegd heeft met de lokale besturen, provincies en gemeenten, is niet correct. Ook de inwoners van de betrokken gemeenten werden geïnformeerd. Van bij de aanvang van de studies zijn de betrokken provincie- en gemeentebesturen uitgenodigd om deel te nemen aan begeleidingsgroepen die per tramlijn werden georganiseerd. Er hebben tien van dergelijke begeleidingsgroepen plaatsgevonden tussen augustus 2011 en juni 2013. Ook via de plan-MER-procedure konden de betrokken besturen hun advies geven. Zo besliste de deputatie in zitting van 25 april 2013 om een advies aan de dienst MER over te maken. De twee belangrijkste elementen van dit advies waren: - Bij de bespreking van de verschillende deeltracés moet een verwijzing naar de verschillende planprocessen van de provincie Antwerpen opgenomen worden. - De ontwerp plan-MER moet de bereikbaarheid van landbouwbedrijven en bedrijfspercelen in rekening brengen, en indien nodig volgende voldoende milderende maatregelen voorzien. De Lijn heeft ook de inwoners van de gemeenten Bornem, Puurs, Rumst, Boom en Willebroek betrokken. Dit gebeurde via een openbaar onderzoek dat inherent deel uitmaakt van de kennisgevingsfase van een plan-MER-studie. Zo werd de kennisgevingsnota van de tramverbinding Boom – Brussel ter inzage gelegd in de gemeentehuizen van alle betrokken gemeenten. Voor de provincie Antwerpen gaat het dan over Bornem, Puurs, Rumst, Boom en Willebroek. Tot slot denk ik, mijnheer Vollebergh, dat deze motie te laat komt, want op 3 september 2013 keurde de Vlaamse regering het plan-MER van de tramlijn Boom – Brussel reeds goed. Op basis van een maatschappelijke kosten-baten analyse kreeg De Lijn de opdracht om een ingekort traject verder uit te werken tegen 2020. Het ingekorte traject loop van Brussel tot Willebroek, ter hoogte van het Fort van Breendonk, kruising A12 en N16. De vertakkingen naar Boom en Puurs/Bornem worden pas in een latere fase na 2025 verder bestudeerd. Ik denk dus dat deze motie niet langer relevant is, aangezien de Vlaamse regering de plan-MER voor de tramlijn van Brussel tot Willebroek, in plaats van Boom, heeft goedgekeurd en De Lijn deze tegen 2020 dient uit te werken. De verlenging tot Boom, zoals ik daarjuist al heb gezegd, wordt pas na 2025 verder onderzocht. De Lijn heeft via de begeleidingsgroepen, het provinciebestuur en de betrokken gemeentebesturen betrokken. Bovendien hadden deze lokale besturen, in het kader van de kennisgevingsfase van de plan-MER, de kans om hun advies officieel over te maken. Ook de inwoners van de betrokken gemeenten werden via de kennisgevingsfase ingelicht en hadden de kans om te reageren tijdens het openbaar onderzoek. Ik denk dat, gezien wat voorgaat, deze motie echt niet meer relevant is en dat we natuurlijk met de nieuwe directeur van De Lijn Antwerpen in januari/februari vanuit de
346
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
provincie een aantal gesprekken zullen hebben, net zoals met de NMBS. De mensen die op de commissie waren hebben toen kunnen vaststellen dat we daar een aantal zaken hebben kunnen bespreken. We gaan dat zeker en vast verder doen. Mevrouw Naert heeft in deze raad ook al aandacht gevraagd voor de lijn 52. Wij hebben dat daar ook in die commissie opnieuw aanhangig gemaakt bij de NMBS. Ik denk dat wij op onze manier, via een aantal commissies, via vergadering, de vinger aan de pols houden, zeker en vast wat de mobiliteit, maar ook wat de vraagstelling naar De Lijn en de NMBS betreft. Ik dank u. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Gedeputeerde Lemmens, bedankt voor uw uitgebreid antwoord en voor de verduidelijkingen. U kan misschien wel gelijk hebben dat er onderzoek is geweest en dat de inwoners zijn ingelicht. Maar toen het nieuws een paar weken geleden in Boom bekendgemaakt is, ondertussen ook in Rumst, dan heb ik daar toch de berichten mogen ontvangen van de gemeentebesturen - met uitzondering van het gemeentebestuur van Boom waar blijkbaar een schepen het initiatief had genomen om die tram op dit tracé te laten leggen – dat zij daar allemaal uit de lucht vielen. Nu gaan vertellen dat de inwoners zijn ingelicht en daar hebben kunnen aan meewerken dat is absoluut niet waar. Dat geldt wel voor het stuk tot in Willebroek. Daar is dat correct. Daar heeft u dat correct weergegeven. Dat geldt niet voor het stuk van Willebroek naar Boom. U zegt dan Boom, neen, de eindhalte ligt in Rumst. Ik denk dat het heel belangrijk is dat de provincie, en uiteraard de gemeentebesturen en de inwoners, van heel kortbij die situatie blijven opvolgen, zodanig dat men niet komt tot een eindtraject rond het ziekenhuis van Reet, waar dat, zoals ik gezegd heb in mijn tussenkomst, o.a. de expresweg in het gedrang komt en de tram in verschillende woonwijken zal langskomen. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Onze fractie wenst zich uitdrukkelijk te distantiëren van het discours dat het Vlaams Belang vastknoopt aan heel dit voorstel. Wij gaan er uiteraard tegen stemmen als het ter stemming gelegd wordt. Dit discours is doordrongen van racisme, van stigmatisering van groepen en gemeenschappen op basis van een allochtone origine. Stel u voor dat een politicus in Nederland zou zeggen: de bus Turnhout-Eindhoven die mag niet meer tot in Eindhoven komen omdat daar een paar allochtone blanken een paar jongeren van ons voor dood hebben geschopt. Dat zou dezelfde vorm van stigmatisering en racisme zijn die u hier toepast tegen de mensen van allochtone origine. Het is niet omdat anderen ook voorstellen, of denken, dat zij de migratie in hun gemeente gaan kunnen tegenhouden door de tram niet tot Brasschaat of Ekeren te laten rijden, dat u en die mensen daar gelijk op hebben. Ik zou zeggen, collega’s van het Vlaams Belang, leg u eens neer bij de realiteit van de wereld van vandaag. Die is geïnternationaliseerd, die is geglobaliseerd, dat is de vrucht van
347
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
het systeem economisch dat u verdedigt, en breek met dat onmenselijk racisme. Zo niet zal u allemaal te beurt vallen, en ik hoop van niet, wat vorige week een mevrouw over De Winter op televisie zei: “De Winter, c’est passé.” VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Voorzitter, ik wil toch ook wel zeggen dat mijnheer Vollebergh zijn motie gisteren in het Vast Bureau nog met vuur verdedigd heeft, en dat ik dat ook wel op een properder manier vond dan dat hij dat nu heeft gedaan. VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord. De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Ik wil alleen nog herhalen dat wij denken dat deze motie momenteel niet meer relevant is. Ik zou dan ook willen vragen aan de meerderheid om daar tegen te stemmen. VOORZITTER.- Dan leg ik de motie voor ter stemming. Wie voor de motie is stemt ja. Wie tegen de motie is stemt nee. De stemming is geopend. Heeft iedereen zijn stem uitgebracht? Einde van de stemming. 68 leden hebben deelgenomen aan de stemming; 55 leden hebben nee gestemd; 7 leden hebben ja gestemd; 6 leden hebben zich onthouden. Het voorstel van motie wordt verworpen met 55 stemmen tegen, bij 7 stemmen voor en 6 onthoudingen.
348
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
14. Interpellaties Nr. 14/2 van de agenda Interpellatie in verband met de stopzetting van de subsidiëring van de feestbussen op oudejaarsavond, ingediend door de heer Koen Kerremans (Groen). Interpellatie Namens onze fractie wil ik peilen naar de redenen waarom de deputatie de subsidies voor de feestbussen op oudejaarsavond wenst af te schaffen. Graag wil ik vernemen hoeveel de provinciale steun dit jaar nog zal bedragen. Tenslotte wil ik nog peilen naar de reactie van de deputatie op onze vraag tot behoud van deze subsidie in de toekomst. Met vriendelijke groeten, Koen Kerremans VOORZITTER.- De heer Kerremans heeft het woord. De heer KERREMANS.- Mevrouw de gouverneur, Voorzitter, Beste collega’s, Het was in augustus van dit jaar, midden in die heerlijke zomer, dat we het bericht opvingen over de stopzetting van de provincie van de steun aan de feestbussen op oudejaarsavond. Qua timing kon dat tellen, midden in de zomer over een typisch winters onderwerp. Het gaf voor mij een beetje aan dat de verantwoordelijken voor die beslissing met iets in de maag zaten rond die beslissing. Maar het bericht was velen niet ontgaan. Ook ik dacht toen; wat is dit nu? Als ik de provincie -in minder betrokken tijden- al duidelijk ergens kon aan linken dan waren het wel die feestbussen. Goed van de provincie, dacht ik dan altijd, en velen met mij. Even wat historiek: In augustus kregen de gemeenten het bericht van de provincie Antwerpen dat zij zich terugtrekt uit het project feestbussen. In 2000 was er nog helemaal geen openbaar vervoer tijdens oudejaarsnacht, of toch niet op die manier georganiseerd. 21 jeugddiensten vroegen toen aan het Antwerpse provinciebestuur om dit mobiliteitsprobleem aan te pakken. Samen sloegen de provincie Antwerpen, de gemeentebesturen en De Lijn de handen in elkaar onder de noemer feestbussen. Dit was een groot succes. Vorig jaar was er in 60 van de 78 Antwerpse gemeenten en districten openbaar vervoer beschikbaar waar 99.000 feestvierders gebruik van maakten. Het project dreigt nu opnieuw te versnipperen omdat de coördinerende kracht van de provincie wegvalt. Misschien moeten wij ook aan de gemeenten en aan “De Lijn” zeggen (zoals de Vlaamse overheid onze deputatie influisterde) dat ze maar moeten doen dat ze het niet gehoord hebben, en dat ze maar verder moeten doen en dat dat zich wel zal oplossen…
349
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Midden in de zomer dus probeerde ik een verklaring te vinden voor deze op het eerste zicht VERGISSING. Dus ik dacht: “och ja, iedereen moet besparen in deze tijden, en wie weet gaat het over aanzienlijke bedragen waar je met kleine percentages het verschil kan maken en grote bedragen kan besparen. Niet dus, ik kwam uit op 30.000,00 EUR. Dat kan je moeilijk een grote inspanning noemen. In deze tijden de broeksriem aanhalen moet kunnen, maar als je dat bij magere mannen – zoals ik bijvoorbeeld - doet, dan schiet er niet veel van over. Een beetje uitkijken toch. Toen dacht ik: “Misschien is er geen interesse meer in het project.” Opnieuw bleek dat niet het antwoord te zijn. De cijfers bevestigen dat vorig jaar nog maar liefst 99.000 mensen gebruik hebben gemaakt van deze feestbussen op oudejaar. 99.000 jonge mensen die we uit auto’s houden, 99.000 levens in die we in veiligheid brengen, 99.000 mensen ook samengebracht, ook al spreken ze misschien niet altijd dezelfde taal. Van maatschappelijke relevantie gesproken. Maar ik dacht, er moet toch een reden zijn. Men schrapt dit toch niet zomaar. “Misschien” zo dacht ik weer “is De Lijn” vragende partij om ermee te stoppen. Maar niets blijkt minder waar. Ook al staat deze dienstverlening niet gestipuleerd in de decretale verplichtingen van “De Lijn”, toch kan niemand ontkennen dat er een belangrijke match is tussen de doelstellingen van het initiatief enerzijds, en de doelstellingen van De Lijn anderzijds. Denken we maar aan mobiliteit optimaliseren, veiligheid, het terugdringen van nachtongevallen en dienstverlening aan de bevolking. Weer niks. Ten einde raad dacht ik toen: ”Dan moeten het de gemeenten zijn die geen interesse meer hebben in het project.” Maar ook daarin kunnen we ondertussen formeel zijn. Er kwamen zoveel reacties van de gemeenten dat we moeten concluderen dat zij nog steeds vragende partij zijn. Onder druk van al deze reacties heeft de provincie ondertussen dan ook besloten om de steun al minstens dit jaar te verlengen. Een wanhoopspoging in de zoektocht naar een gegronde reden voor de onbegrijpelijke besparingsmaatregel deed me nog even denken dat de gebruikers zelf om de afschaffing zouden gevraagd hebben, maar die piste heb ik 99.000 keer verworpen. U begrijpt dat wij er niet uit zijn gekomen. Om al die redenen bleef ik achter met een knoop in de maag. Ik heb die knoop in een zakdoek gelegd. U weet dat we dat doen om iets niet te vergeten. Het was augustus toen, en we waren in vakantiemodus. En hier sta ik dan met de knoop in de hoop dat we zeker niet zouden vergeten om deze maatregel hier opnieuw voor te leggen. Om u niet vergeten te vragen: ”Wat is dit eigenlijk?” Welke boodschap willen wij geven als provincie? Welk besparingsresultaat boeken wij door het schrappen van 30.000,00 EUR? Maar ook het schrappen van een zeer goede zichtbaarheid van de provincie, het schrappen van een initiatief met duidelijke maatschappelijke relevantie, het schrappen van iets waarin we als provincie nu net het verschil gemaakt hebben en nog vele jaren kunnen maken. Vanaf nu dienen de gemeenten zelf initiatief te nemen en samen met De Lijn te bekijken waar de mogelijkheden liggen om feestbussen in te leggen. De gemeenten zitten echter krap bij kas. Dat zal niet evident zijn. En dat is nu al bezig. Gemeenten trekken zich terug, al was het maar op basis van de grote onduidelijkheid die er geweest is. We vragen concreet seffens om de beslissing tot terugtrekking uit het project feestbussen te willen herzien en ook in de toekomst een trekkende rol te blijven in deze dienstverlening.
350
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Door de communicatie in augustus is er grote onzekerheid ontstaan. Het toch opnieuw verlenen van financiële steun aan de oudejaarsbussen voor 2013 kan de schade wellicht niet helemaal herstellen. Sommige gemeenten hebben afgehaakt door de grote onzekerheid. Het is niet zeker dat ze toch nog instappen. Daardoor is de werking gebroken, die van 2000 opgestart is, en een mogelijke definitieve afbouw ingezet. Door deze onduidelijk over de kosten echter haakten sommige gemeenten af, wat op zijn beurt dan weer zorgt voor significante verhoging van de kosten voor de overblijvende gemeenten. Hier dreigt een negatieve spiraal te ontstaan. Dat zou erg jammer zijn. In een poging tot verdediging stelt de provincie dat het niet tot haar taken behoort om openbaar vervoer in te richten. Het is ons niet geheel duidelijk waarom we dan wel de fuifbussen blijven ondersteunen. Of zullen we die dan ook maar gelijk aan hun lot overlaten en toezien wat er gebeurt? Hopelijk gaat het niet die weg op. Laat ons deze investering in de feestbussen op oudejaar behouden en in plaats van het project aan zijn lot over te laten eerder jaar na jaar op zoek gaan naar verbeteringen, samen met de gemeenten en hun jeugdraden, bijsturen en vernieuwen om de investering nog beter te laten renderen door die synergie centraal te zetten. Dan zijn we bezig met organiseren van veiligheid, sociale cohesie, ontmoeting, optimale mobiliteit, het voorkomen van menselijk leed. Trouwens bovenlokaal coördineren, bijsturen en innoveren, dat zijn wel onze kerntaken? Dat heb ik toch gelezen. Een kleine investering met een groot maatschappelijk rendement waarmee we de provincie positief in de kijker kunnen zetten schrap je niet zomaar. Wij vragen de herziening daarvoor. Het gaat hier over 30 cent per feestvierder die gebruik maakt van dit initiatief. Ik dank u. VOORZITTER.- De heer Helsen heeft het woord. De heer HELSEN.- Voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Collega’s, Ik zou mij willen aansluiten bij deze interpellatie, omdat ik denk dat mijnheer Kerremans gelijk heeft als hij zegt dat het een bovenlokaal gegeven is. Het is een samenwerking met heel vele gemeenten vanuit onze provincie, een goede coördinatie, en is inderdaad de afgelopen 13 jaar heel goed uitgebouwd. Het bericht dat het werd afgeschaft is bij de gemeenten toch wel slecht overkomen. Dat wil ik u toch wel meegeven. Geen nood, het initiatief is gestart in het noorden van Antwerpen in het jaar 2000 en het is daar terug opgenomen door een aantal gemeenten. Ik denk dat de provincie zich daar zelf geen goede dienst mee bewezen heeft om een initiatief dat gedragen werd, en dat goed liep, van dat zonder meer te schrappen en dan nu terug op te nemen. Dat is een beetje dubbelzinnig en dat is jammer. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord.
351
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
De heer MERCKX.- Onze fractie verleent haar volledige steun aan de interpellatie en de argumenten van Koen. Als Groen! ze ergens op een internetsite zet zal ik dat met plezier delen op onze Facebookpagina. VOORZITTER.- De heer Lemmens heeft het woord. De heer LEMMENS, gedeputeerde.- Voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Mijnheer Kerremans, u verwijst naar het schrappen van 30.000 EUR, en u zegt dat u dat pas zou vernomen hebben in de maand augustus. Ik herinner mij een tussenkomst van uw collega, fractievoorzitter, mijnheer Caals, tijdens de begrotingsbespreking waar hij er al naar verwezen heeft. Dus toen wist men al waar het over ging. Waarom waren we gestopt? We hebben in de maand mei contacten gehad met De Lijn Antwerpen om over dit project te praten. Wij hebben dit project jaren geleden opgestart. Ik denk dat daar onze coördinerende rol lag. Wij hebben een project opgestart dat altijd goed liep, en nog altijd goed loopt, daar hebt u gelijk in, en de cijfers zijn wat ze zijn. 99.000 Antwerpenaren, mensen uit de ganse provincie, maakten in 2012 gebruik van die feestbussen. Dat klopt. Sinds 2006 bieden jaarlijks een 60-tal gemeenten en districten die feestbussen aan. Wij hebben dat opgestart en we hebben gezien dat het verhaal nu een mooi verhaal is geworden. Wat doen wij nog in dat verhaal als provincie? Wij geven 30.000 EUR aan De Lijn. Wij hebben in de maand mei daar gesprekken over gehad en gezegd dat als een project goed loopt, kan die 30.000 EUR niet gewoon binnen het budget van De Lijn vallen? Moeten wij dat als provincie blijven betalen? De Lijn heeft gezegd dat ze dat gingen bekijken hoe ze dat konden oplossen. Maar dat is te laat gecommuniceerd. Daar hebt u volledig gelijk in. Omdat wij ook gezien hebben dat het te laat is gecommuniceerd hebben wij binnen de deputatie onmiddellijk gezegd dat wij voor dit jaar nog 30.000 EUR gingen voorzien, zodanig dat die feestbussen nu ook kunnen rijden. Gaan wij dit naar de toekomst nog verder zetten? Ik heb u daarjuist verwezen, in een andere tussenkomst van mijnheer Vollebergh, dat wij begin volgend jaar contact zullen hebben met de nieuwe directeur van De Lijn Antwerpen, mijnheer Tom Meeuws, om te zien hoe wij een aantal zaken verder kunnen bekijken. Momenteel, ik ga daar niet omheen, u zal dat kunnen vaststellen, is er geen 30.000 EUR voorzien voor volgend jaar. Eerlijk gezegd denk ik dat wij toch ook wel iets mogen vragen. Als mijn kinderen met een fuifbus willen gaan, ga ik daar als ouder met plezier iets meer voor betalen. Ik denk dat gratis ook hier niet meer bestaat, maar ik engageer mij hier, mijnheer Kerremans, om begin volgend jaar het gesprek terug op te starten met De Lijn en te zien hoe wij onze coördinerende rol verder kunnen zetten. Want natuurlijk, als onze coördinerende rol er alleen maar in bestaat om 30.000 EUR te geven, we hebben dat verhaal opgestart, dan denk ik dat 30.000 EUR voor De Lijn ook geen groot bedrag is om daar iets mee te doen. Dat verhaal zullen wij begin januari samen met de mensen van De Lijn trachten op te zetten. Maar voor dit jaar hebben wij nog het signaal gegeven en hebben wij de 30.000 EUR nog vrijgemaakt omdat er veel te laat gecommuniceerd is geworden. U hebt daarstraks gezegd dat het in de zomermaanden was en dat we al bezig waren met iets in de winter, maar we moesten er wel toen mee bezig zijn natuurlijk om het verhaal van
352
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
die 30.000 EUR op tijd te communiceren. Maar dat is spijtig genoeg niet gelukt. U hebt mijn engagement gehoord. Ik ga het niet meer herhalen. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Mijnheer Lemmens, als u teksten online zet zal ik hem wel ‘liken’. U hebt daar 100% gelijk, denk ik, in tegenstelling tot mijn collega’s. We kunnen natuurlijk allemaal populistisch doen en zeggen: laat de provincie dat maar weeral regelen. Wij hebben in het verleden dat geld altijd betaald. Dat was een goed initiatief. Maar het is in godsnaam niet onze taak om dat te coördineren, noch te betalen. De openbare vervoersmaatschappij krijgt massa’s belastinggeld, en als zij niet rondkomen dan moeten zij maar zorgen dat zij op een andere manier aan hun geld komen. Maar het kan niet zijn dat wij als provincie telkenmale als De Lijn geld tekort komt dat moeten bijbetalen. Die tijd is voorbij. VOORZITTER.- De heer Kerremans heeft het woord. De heer KERREMANS.- Ik wil gedeputeerde Lemmens bedanken voor het engagement. Ik wil nog even stipuleren dat ik heb willen zeggen dat in augustus pas de gemeenten op de hoogte gebracht werden van dat bericht. De middelen die aan De Lijn toegekend worden die stijgen wel jaar na jaar, maar die volgen absoluut niet de snel stijgende werkingskosten, en daardoor zit ook De Lijn met een budgetprobleem, net zoals de gemeenten, net zoals wij. Tenslotte wil ik nog zeggen dat in dergelijke projecten het afnemen van die centen tot daar aan toe, maar de coördinerende rol van de provincie daar wegnemen dat is dergelijke projecten in zijn levensvatbaarheid vatten. Ik denk dat we dat niet mogen doen. Nr. 14/3 van de agenda Interpellatie in verband met de mogelijke afstand van het kasteeldomein Pulhof te Wijnegem, ingediend door de heer Jan Huijbrechts (Vlaams Belang). Interpellatie De laatste weken gonsde het van de geruchten over het feit dat de bestendige deputatie zou beslist hebben om het domein Pulhof in Wijnegem van de hand te doen. Even ter herinnering: In september 2004 keurde de Antwerpse provincieraad de schenking van het Pulhof dankzij het legaat Ackermans aan de raad goed. In het legaat in kwestie stond volgende bepaling: ‘Ik legateer aan de provincie Antwerpen mijn kasteel, landhuis, boerderij garages, alles met aanhorigheden, tuinen en park zoals gelegen binnen en omzoomd door de ‘buitengracht’, totaal groot ongeveer 27 ha. zulks onder de last om aan het gelegateerde een culturele bestemming te geven, en te aanvaarden, één jaar na mijn overlijden…’ De toenmalige, voor cultuur bevoegde bestendig afgevaardigde, Ludo Helsen zoals steeds behept met een visionaire missie maakte vijf jaar na dato, in 2009 zich sterk
353
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
dat ‘het kasteel Pulhof het cultureel visitekaartje van de provincie’ zou worden... In een persbericht liet hij zelfs verstaan dat ‘ze er nu helemaal uit waren’ en het bijgevolg niet lang meer zou duren voor het Pulhof opengesteld zou worden. De immer voortvarende Helsen prikte zelfs de datum van 2011 voor het inrichten van de eerste tentoonstelling. Sindsdien bleef het echter oorverdovend stil in dit dossier. De nieuwe bestendige deputatie stond blijkbaar niet echt te trappelen van enthousiasme om dit beladen dossier uit de onwelriekende erfenis van Ludo Helsen een nieuwe invulling te geven. En nu gonst het plotseling van de geruchten. Het zal u dan ook niet verwonderen dat heel deze zaak bij mij de nodige vragen oproept: Hoe komt het dat er in 2009 blijkbaar een vast omlijnd en in de uitvoeringsfasen gefaseerd toekomstplan bestond, maar dat dit niet werd gerealiseerd ? Werd de indertijd bestelde studie van het bureau Erfgoed & Visie ook effectief uitgevoerd ? Zo ja, tegen welke kostprijs (incl. erelonen ) ? Toen ik in 2009 een schriftelijk vraag stelde m.b.t. de al gemaakte onkosten in dit dossier kreeg ik te horen dat de restauratie een kleine 8 miljoen ging kosten, waarvan het Vlaamse gewest 3,5 miljoen ging dragen. Hoeveel gemeenschapsgeld werd er vanaf de aanvaarding in 2004 in het Pulhof geïnvesteerd? Klopt het dat de in het legaat begunstigde organisaties Unicef en het Rode Kruis automatisch het hierboven beschreven domein verwerven indien de provincie er niet in zou slagen om binnen de tien jaar na aanvaarding een culturele herbestemming te geven aan het domein? Wat is er met de inboedel van het domein gebeurd ? Waarom heeft men indertijd bij de aanvaarding van het legaat de notaris ontslagen van het opstellen van een nadere omschrijving van de inboedelgoederen? Werd er een inventaris opgemaakt? Zo ja, wanneer en door wie? Jan Huijbrechts, raadslid VOORZITTER.- De heer Huijbrechts heeft het woord. De heer HUIJBRECHTS.- Mevrouw de gouverneur, Voorzitter, Collega’s, De laatste weken gonsde het van de geruchten over het feit dat de bestendige deputatie zou beslist hebben om het domein Pulhof in Wijnegem van de hand te doen. Even ter herinnering: in september 2004 keurde de Antwerpse provincieraad de schenking van het Pulhof, dankzij het legaat Ackermans aan de provincie, goed. In het legaat in kwestie stond volgende bepaling: “Ik legateer aan de provincie Antwerpen mijn kasteel, landhuis, boerderij, garages, alles met aanhorigheden, tuinen en park zoals gelegen binnen en omzoomd door de ‘buitengracht’, totaal groot ongeveer 27 ha, zulks onder de last om aan het gelegateerde een culturele bestemming te geven, en te aanvaarden, één jaar na mijn overlijden …”
354
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
De toenmalige voor cultuur bevoegde gedeputeerde, Ludo Helsen, zoals steeds behept met een visionaire missie wist zonder veel problemen dit dossier door de raad te loodsen en versterkte daarmee zijn reputatie als kastelenverzamelaar, want tien jaar eerder had het provinciebestuur al het kasteel d’Ursel in Hingene aangekocht. In tegenstelling tot d’Ursel ging het echter heel wat minder vlot met het Pulhof. Nochtans kon alles eerst niet vlug genoeg gaan. Want nog geen twee weken na de raadsbeslissing tot aanvaarding van het Pulhof werd er al een gemachtigde aangeduid om bij de notaris de verwerving te laten bekrachtigen. En dan viel alles stil. Er werden wel wat broodnodige herstellingswerken en renovaties uitgevoerd, maar daar bleef het dan ook bij. En plots was er daar weer als de spreekwoordelijke duivel uit het al even spreekwoordelijke doosje, Ludo Helsen. Vijf jaar na dato, eind april 2009, maakte hij zich sterk, en ik citeer zijn woorden, dat “het kasteel Pulhof het cultureel visitekaartje van de provincie zou worden”. In een persbericht liet hij zelfs verstaan dat ‘ze er nu helemaal uit waren’ en het bijgevolg niet lang meer zou duren voor het Pulhof opengesteld zou worden. De immer voortvarende Helsen prikte zelfs de datum van 2011 voor het inrichten van de eerste tentoonstelling. Sindsdien bleef het – los van de jaarlijkse, niet onomstreden Lifestylebeurs en de plantenmarkt ‘Tuinkriebels’ – echter oorverdovend stil in dit dossier. Veel geblaat en weinig wol dus. De nieuwe bestendige deputatie stond blijkbaar niet echt te trappelen van enthousiasme om dit beladen dossier uit de onwelriekende erfenis van Ludo Helsen een nieuwe invulling te geven. En nu gonst het plotseling van de geruchten en verschijnen er krantenkoppen als ‘Rode Kruis en Unicef erven Pulhof’ of ‘Domein Pulhof gaat over naar Rode Kruis en Unicef’. Het zal u dan ook niet verwonderen dat heel deze zaak bij mij de nodige vragen oproept. 1. Hoe komt het dat er in 2009 blijkbaar een vast omlijnd en in de uitvoeringsfasen gefaseerd toekomstplan bestond, maar dat dit niet werd gerealiseerd? 2. Werd de indertijd bestelde studie van het bureau Erfgoed & Visie ook effectief uitgevoerd? Zo ja, tegen welke kostprijs, incl. erelonen? 3. Toen ik in 2009 een schriftelijke vraag stelde met betrekking tot de al gemaakte onkosten in dit dossier kreeg ik te horen dat de restauratie een kleine 8 miljoen ging kosten, waarvan het Vlaamse gewest 3,5 miljoen ging dragen. Hoeveel gemeenschapsgeld werd er vanaf de aanvaarding in 2004 concreet in het Pulhof geïnvesteerd? 4. Klopt het dat de in het legaat begunstigde organisaties Unicef en het Rode Kruis automatisch het hierboven beschreven domein verwerven indien de provincie er niet in zou slagen om binnen de tien jaar na de aanvaarding een culturele herbestemming te geven aan het domein? 5. Wat is er met de inboedel van het domein gebeurd? Waarom heeft men indertijd bij de aanvaarding van het legaat de notaris ontslagen van het opstellen van een nadere omschrijving van de inboedelgoederen? Werd er intussen wél een inventaris opgemaakt? Zo ja, wanneer en door wie? 6. Indien het Pulhof toch van de hand zou worden gedaan had ik graag vernomen wat er met het kantoor van de Antwerpse Bosgroep Noord & Zuid gaat gebeuren dat momenteel op dit domein aanwezig is?
355
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- De heer Caluwé heeft het woord. De heer CALUWÉ, gedeputeerde.- Mijnheer de voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Collega’s, Toen ik de vraag las en collega Huijbrechts aan het woord hoorde dacht ik: moet ik hier verschijnen met een wat bollere buik en met een baard en haren die nog wat meer hol staan en bol staan, om het antwoord te verschaffen. Ik had echt de indruk dat dit een zinnige interpellatie was, maar wel gericht aan een collega uit een vorige deputatie. Vandaar zal ik proberen om zo goed mogelijk antwoord te geven op de verschillende vragen die u gesteld hebt, maar ik zal eigenlijk wel sec voorlezen datgene wat door onze administratie, voor een stuk al in de archieven, is nagegaan hoe het één en ander staat. Hoe komt het dat er in 2009 blijkbaar een vast omlijnd en in de uitvoeringsfase gefaseerd toekomstplan bestond, maar dat dit niet werd gerealiseerd? Het toekomstplan, met name het masterplan, opgesteld door Erfgoed & Visie werd door de provincieraad goedgekeurd op 26 maart 2009. Sinds die goedkeuring werd een deel van dit masterplan effectief uitgevoerd. Ik kom daar seffens op terug. Daarnaast werd er gezocht naar partners in de herbestemming. Bij deputatiebesluit van 17 maart 2011 werd het Pulhof voor een proefperiode van één jaar in gebruik gegeven aan de vereniging Piazza dell’Arte. Maar na één jaar werd het project niet verder gezet. Bij deputatiebesluit van 13 september 2012 werden de bovenverdiepingen van het kasteel toegewezen aan Monumentenwacht provincie Antwerpen als kantoorlocatie, maar dat is niet verder ingevuld. Werd die studie van bureau Erfgoed & Visie ook effectief uitgevoerd? Zo ja, tegen welke kostprijs? Ja, die studie werd deels uitgevoerd met een kostprijs tot op heden van 378.000 EUR. Voor de werken in uitvoering wordt nog een ereloonkost van ongeveer 36.000 EUR verwacht. Wat dan betreft de restauratie, toen u daar een schriftelijke vraag over stelde in 2009 zei u, werd die geraamd op 8 miljoen, waarvan het Vlaamse gewest 3,5 miljoen ging dragen. Hoe zit het nu met de kosten die tot op heden gemaakt zijn? Wat is uitgevoerd? In 2005 en 2006 verwijderen van plafonds: 105.000 EUR. Zwambestrijding: 26.000 EUR. Vooronderzoeken stabiliteit: 14.000 EUR. Renovatie kasteelvilla: 845.000 EUR. Aanleg nutsvoorzieningen op domein: 422.000 EUR. Vooronderzoeken afwerkingslagen: 34.000 EUR. Restauratie tuinmuur en koude bakken: 165.000 EUR. Wat nu nog in uitvoering is, is de dakrestauratie. Daarvan bedraagt het gunningsbedrag 999.000 EUR. Daarvan wordt via een restauratiepremie bijgedragen door de Vlaamse overheid voor 613.000 EUR. Dan uw vraag of dat na 10 jaar de begunstigde organisaties de algemene legatarissen Unicef en Rode Kruis het hierboven omschreven domein automatisch verwerven wanneer dat de provincie ondertussen niet aan zijn plicht vanuit het legaat zou tegemoetkomen om een culturele herbestemming te geven aan het domein. Dat klopt niet. Er staat nergens dat automatisch na tien jaar dat zou terugkeren als een automatisme naar Unicef of Rode
356
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Kruis als algemene legatarissen. Wat natuurlijk wel kan is dat die algemene legatarissen naar de rechter zouden stappen om de provincie daartoe te veroordelen, omdat men zou beschouwen dat na tien jaar de uitvoering moet worden gegeven aan de verplichting om tegemoet te komen aan die culturele bestemming. Maar dan staat het vrij aan de rechter – hij heeft daar een brede interpretatiemogelijkheid – om daar al dan niet toe te beslissen. Dat is in alle geval geen automatisme. Het is wel zo, maar ook dan is het de beslissing van de rechter, mochten we er een andere bestemming aan geven – en natuurlijk met het huisvesten van de bosgroepen is dat wel deels een andere bestemming – dan zouden de algemene legatarissen wel, en waarschijnlijk met succes, naar de rechter kunnen stappen. Wat is er met de inboedel van het domein gebeurd? Waarom heeft men indertijd bij de aanvaarding van het legaat de notaris ontslagen van het opstellen van een nadere omschrijving van de inboedelgoederen? Werd er een inventaris opgemaakt? Zo ja, wanneer en door wie? De notaris, de gerechtelijke bewindvoerder van het legaat heeft de totale inboedelgoederen van het volledige legaat laten inventariseren. Dit gebeurde door veilinghuis Amberes. Daarvan zijn slechts de goederen die onlosmakelijk bevonden werden met het kasteel overgedragen aan de provincie. Hiervan werd door de provinciale diensten, in samenspraak met de notaris, een aparte inventaris opgemaakt die bij het raadsbesluit tot aanvaarding van het legaat werd gevoegd. Momenteel liggen deze goederen deels opgeslagen bij Katoen Natie via het raamcontract flexibele opslag en deels bij het provinciaal bibliotheekcentrum Vrieselhof. Tenslotte, uw slotvraag. Inderdaad, wij hebben nu laten weten aan de algemene legatarissen Unicef en het Rode Kruis dat we de intentie hebben om het legaat terug te geven. Op dat ogenblik zullen wij voor de bosgroepen een andere huisvesting moeten vinden. Tot daar de antwoorden die zouden zijn kunnen gegeven door de collega die twee jaar geleden heeft ontslag genomen uit onze deputatie. VOORZITTER.- De heer Huijbrechts heeft het woord. De heer HUIJBRECHTS.- Mijnheer Caluwé, dat was zonder twijfel ook van de nodige citaten gespekt geweest. Gelukkig zijn we daarvan onthouden vandaag. Ik heb hier snel een rekensom gemaakt, en ik kan alleen maar vaststellen dat wij ongeveer 2,5 miljoen EUR geïnvesteerd hebben tot nu toe en dat wij dat dus nu kwijt zijn als gevolg van het niet handelen van uw voorgangers en het opnemen van de draad, of het voortzetten van de draad door deze bewindsploeg. Ik betreur dat, want het gaat hier wel om substantiële bedragen. Het gaat hier niet over de traditionele peanuts. Trouwens wat het overgaan de facto betreft. Ik heb hier voor mij de akte liggen die verleden is. Als ik die strikt interpreteer dan staat er wel degelijk in dat indien u niet aan uw verplichting voldoet u ook niet meer het vruchtgebruik kan hebben van het legaat als dusdanig. Dus dan gaat het automatisch vervallen. Ik denk dat daar weinig discussie over bestaat. Ik stel alleen maar vast dat dit een erg droevig dossier is, wat ook droevig afloopt
357
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
voor ons, tenminste financieel. De enige vraag die ik mij nog stel is: is er nu nog een termijn voorzien om de zaak af te handelen, of is daar nog niet over gesproken? VOORZITTER.- De heer Caluwé heeft het woord. De heer CALUWÉ, gedeputeerde.- Wat dat betreft zijn de gesprekken bezig. Daar staat geen termijn op. Ik zou toch nog willen zeggen dat we voor een stuk ook onze plicht als huisvader hebben gedaan om er voor te zorgen dat het goed niet verder degenereert. Het is een beschermd goed. Het is een waardevol goed. Ook wanneer dat Unicef of het Rode Kruis dit zelf zouden gerestaureerd hebben dan zouden wij die periode ook via koppelsubsidies daar een bijdrage hebben moeten aan leveren. We zouden op dat moment ook voor een stuk, in mindere mate, voor 20% hebben moeten bijdragen. Nr. 14/4 van de agenda Interpellatie met betrekking tot de beslissing van de deputatie van 17 oktober 2013 om de bvba ID&T toelating te geven om in De Schorre een bijzondere infrastructuur op te zetten, ingediend door mevrouw Inge Michielsen (open vld). Interpellatie Interpellatie naar aanleiding van het deputatiebesluit van 17 oktober 2013 aangaande ‘Organiseren van educatieve, culturele, recreatieve en sportieve activiteiten en evenementen” in De Schorre. De deputatie geeft bij hogergenoemd besluit toelating aan BVBA ID&T om naar aanleiding van 10 jaar Tomorrowland in De Schorre een bijzondere infrastructuur op de te zetten door middel van een verlof tot bouwen. - Welke infrastructuur wordt beoogd? Wat maakt de infrastructuur bijzonder? In hoeverre beantwoordt deze bijzondere infrastructuur aan de missie en de visie van de provincie? - Welk soort van contract wordt beoogd met “een verlof tot bouwen”? Wie wordt eigenaar van de constructie? De toelating wordt gegeven onder voorwaarden: 1. De vergoeding voor dit evenement wordt vastgesteld op 267.500 EUR voor twee weekends in 2014 ( en elk lustrumjaar: 2019 en 2024 ) en 200.000 EUR in 2015 en volgende jaren tot en met 2028. Per jaar wordt ook 10.000 EUR voorzien als winstderving voor de partners van De Schorre op het domein (cafetaria, kliminfrastructuur, circusevents). -
-
In welke mate maakt deze voorwaarde deel uit van het al dan niet opzetten van de bijzondere infrastructuur? Hoe is men tot deze bedragen gekomen? Zijn deze bedragen voor herziening vatbaar gelet op de looptijd tot 2028? Hoeveel dagen behelst de periode waarin de partners van De Schorre geen werking kunnen hebben door Tomorrowland –in de gewone jaren en de lustrumjaren-? Wie betaalt de winstderving? Hoe zijn de bedragen voor winstderving bepaald? Waarom wordt er tijdens de lustrumjaren geen grotere winstderving voorzien?
358
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
2. De provincie financiert 2.000.000 EUR van het project –werken aan eigen patrimonium- waarvan de helft op 10 jaar wordt terugbetaald. De kosten hiervan bedragen 120.000 EUR op jaarbasis en worden verrekend via een vermindering van de dotatie van De Schorre. -
-
-
Deze kosten zullen ingeschreven worden als investering in het ontwerpbudget 2014. Kan de deputatie zich al verbinden in een dergelijke financiering? Hoe verantwoordt de deputatie de kostprijs van de bijzondere infrastructuur in tijden van besparing? Wie wordt eigenaar van de constructie? Hier schijnt de provincie eigenaar te worden van de constructie. Zullen de regels van de openbare aanbesteding gevolgd worden? Kan de deputatie zich verbinden in dit contract zonder het voor te leggen aan de provincieraad? Hoe wordt de terugbetaling van de helft op 10 jaar gespreid? Hoe verklaart de deputatie het bedrag van 120.000 EUR per jaar, t.t.z. 1.200.000 EUR over 10 jaar of meer dan de helft waarvan sprake? Ten koste van welke initiatieven gaat de vermindering van de dotatie van De Schorre gepaard?
3. Indien BVBA ID&T meer middelen genereert aan crowdfunding dan voorzien, worden deze voor 50% aangewend voor het project en voor 50% ten gunste van het provinciaal Recreatiedomein De Schorre. -
Hoe worden de eventuele inkomsten ingebracht in de provincie?
4. Per jaar wordt een return voorzien onder vorm van tickets ten bedrage van 32.000 EUR; per lustrumjaar ten bedrage van 48.000 EUR. -
In welke mate maakt deze voorwaarde deel uit van het al dan niet opzetten van de bijzondere infrastructuur? Hoe verklaart de deputatie dat de vergoeding voor het evenement door ID&T voor 15 à20% in natura in plaats van in geld wordt betaald. Op welke wijze is deze vergoeding een meerwaarde voor de provincie? Aan wie komen deze tickets toe? Zijn deze tickets nodig om goodwill te creëren bij de deputatie?
Met vriendelijke groeten, Inge Michielsen VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord. Mevrouw MICHIELSEN.- Geachte mevrouw de gouverneur, Beste collega’s, Tomorrowland is een fantastisch initiatief. Wat dit evenement betekent voor België, en specifiek voor de Rupelstreek is van onschatbare waarde. De economische, de toeristische meerwaarde, de werkgelegenheid, op een 740 vliegtuigen en wat dode vissen na, zijn een zegen. Ik dank ID&T dan ook oprecht voor hun creativiteit, hun doorzettingsvermogen om hun droom, die Tomorrowland heet, waar te maken en die er dan ook alle lof voor mogen opstrijken.
359
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Geachte deputatie, Deze interpellatie gaat niet over Tomorrowland of ID&T. Deze interpellatie gaat niet over het embargo dat geplaatst werd over de informatieverstrekking, of beter het gebrek eraan. Het gebrek aan informatieverstrekking op de commissies waar de voorzitter van de commissie blijkbaar het huishoudelijk reglement van het Vlaams parlement vasthad, maar niet dat van de provincieraad. Het gebrek aan dialoog, aan open communicatie, gebrek aan openbaarheid van bestuur, bovenal een gebrek aan vertrouwen in mensen. Het moet van mijn hart. Ik ben geschokt. Ik ben geschokt door de manier waarop ik zaterdag ben aangezocht, ben getelefoneerd door een lid van de deputatie, op vraag van de deputatie om goed na te denken waar ik mee bezig ben, want ik zou een deontologisch probleem hebben als provincieraadslid. Ik zou een probleem hebben met het verspreiden van informatie waar ik niet, volgens de rechten die ik als provincieraadslid heb, zou gehandeld hebben. Niets is minder waar. Ik doe mijn werk als provincieraadslid en mijn werk als oppositieraadslid in eer en geweten en perfect in overeenstemming met het huishoudelijk reglement van dit overheidsorgaan. Dit is er over, collega’s van de deputatie. Als er iemand het woord deontologie in zijn mond durft nemen ben ik het wel, en dan bent u degene die in fout is. Voor de rest wil ik dit laten rusten, want het is niet de grond van mijn betoog. Terugkomende op mijn interpellatie. De juridische constructie die ik in de beslissing van de deputatie heb teruggevonden rammelt. Maar ook daar wil ik het eigenlijk niet over hebben. Dat komt trouwens nog aan bod op 18 december. Ik hoop, en dan heb ik mijn werk als oppositie juist gespeeld, dat de deputatie met betere stukken naar de raad gaat komen. De budgettaire techniciteit van de financiering – u hebt dat allemaal zwart op wit kunnen lezen in de agenda van mijn interpellatie – is ook niet zuiver op de graat. En het omzeilen van de wetten op de overheidsopdrachten daar is ondertussen een handige oplossing op gevonden, want ik heb het dossier mogen inkijken. Men heeft dat in subsidie verpakt. Waar gaat deze interpellatie dan wel over? Deze interpellatie gaat over de visie van deze overheid, over de visie van het provinciebestuur, de visie van ons raadsleden, de visie die de deputatie zou moeten uitdragen, en de visie heel concreet over onze recreatie, of over onze groendomeinen. Wij zijn altijd grote voorstander geweest – ik heb het genoegen gehad van een gedeputeerde als Jos Geuens te mogen meemaken – voor de laagdrempeligheid, voor sociaal toerisme, voor toegankelijkheid en betaalbaar achter elke investering, en achter elk evenement, in de mate van het mogelijke, die door deze provincie zijn georganiseerd voor onze provincie-inwoners. De directeur van De Schorre stelde in de raadscommissie van 24 juni, op antwoord van een vraag van mij, dat de inkomsten en de investeringen van en voor bepaalde exclusieve en dure evenementen, waaronder uiteraard Tomorrowland, de organisatie van eigen laagdrempelige evenementen mogelijk maakt. Nu, een half jaar later, lees ik een ander verhaal. Een bijzondere infrastructuur, zegt de deputatiebeslissing, wordt geplaatst in De Schorre. Wat, hoe, waar, ondertussen weet ik wel meer, want ik heb het dossier gelezen. De helft van deze bijzondere infrastructuur wordt gefinancierd door ID&T. De andere helft, ten bedrage van 2 miljoen EUR, zal de provincie betalen. In de stukken ter inzage staat hier ook bijgeschreven – ik hoop dat het mag dat ik dat zeg – nakijken welke investeringen geschrapt kunnen worden voor minstens 1 miljoen EUR. Dan zijn we aan de helft. Bovendien besluit de deputatie in één adem het
360
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
andere miljoen af te wentelen op de dotatie van De Schorre, door die dotatie met jaarlijks 120.000 EUR te verminderen. Onder meer Mano Mundo, een laagdrempelig evenement, 80.000 bezoekers, 1.000 vrijwilligers, economische return, sneuvelt. Dames en heren, in het licht van de afbouw van de dotatie aan De Schorre blijkt ook het belang van de prijsafspraken in dit deputatiebesluit met ID&T. Waarom vloeien de ontvangsten uit de huur aan ID&T niet terug naar De Schorre? Hoe verklaart de deputatie de clausule van 32.000 en 48.000 EUR, oftewel 320 of 480 toegangstickets per jaar, in tijden van besparing, ten koste van de belastingbetaler? Collega’s, dit is vooral een verhaal van prioriteiten van beleidsdaden. Deputatie, een piepklein persberichtje gisteren woensdag, in de hoek van de krant, en de presentatie van de begroting 2014 gisterenmiddag hebben een tip van de sluier opgelicht. Graag verzoek ik u nog verdere toelichting op mijn vragen van de ingediende interpellatie. Ik dank u. VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Mijnheer de voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Mevrouw Michielsen, het is inderdaad zo dat kort na de vorige editie van Tomorrowland ID&T ons gecontacteerd hebben over een groots project dat ze willen organiseren in De Schorre. Het gaat om een dossier waar verschillende partners bij betrokken zijn, niet alleen ID&T en de provincie, maar ook de gemeenten Rumst en Boom. Er zijn een aantal elementen in dit dossier die toch ook tot enige discretie hebben genoodzaakt. Het is uiteindelijk een belangrijke investering die gebeurt door een privépartner in één van onze domeinen. Zij hebben daar een heel concept rond gebouwd. Het is een heel verhaal dat daar gebracht wordt, en het is heel belangrijk dat zij dat ook op hun manier commercieel kunnen lanceren. Ik stel voor, en ik heb dat op de commissie ook gezegd, dat ik eerst het verhaal zou willen laten brengen door de mensen van ID&T. Michiel Beers komt maandag op de commissie het concept brengen voor de leden van de commissie. Nadien gaan wij in op de overeenkomsten die ondertussen, deze week, afgerond zijn met de mensen van ID&T. Het gaat ten eerste over een subsidieovereenkomst waarbij wij inderdaad een minderheidsaandeel nemen en voor minder dan 50% het project zullen subsidiëren. Er zal ook een nieuwe gebruiksovereenkomst gesloten worden waarbij iedereen wint, zowel de provincie als De Schorre in het bijzonder, want er zal uiteindelijk toch wel meer geld in De Schorre blijven dan voorheen. Ten derde zal er een document komen met een verlof tot bouwen waarbij uiteindelijk de brug – het is een fiets- en wandelbrug – eigendom zal worden van de provincie. Het is inderdaad een project op initiatief van een privépartner, heel belangrijk ook voor de doorstroming van de massa mensen tijdens Tomorrowland. Maar wanneer Tomorrowland
361
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
weg is zal die brug de rest van het jaar ook toegankelijk zijn voor iedereen, en wel gratis. Het is zo dat voor een aantal andere dingen, we zullen dat toelichten in de commissie, een win-win situatie is voor De Schorre, voor de provincie en voor de economie van Vlaanderen en België. Het is ook een internationaal project dat een heel verhaal brengt rond een aantal waarden die wij ook als provincie uitdragen. Dat zal uitvoerig toegelicht worden maandag in de commissie. Inderdaad, mevrouw Michielsen, wij zijn niet over één nacht ijs gegaan. Wij hebben daar lang over nagedacht. Het is toch soms voor een ambtenaar niet aangenaam, denk ik, als een nauwe verwante, uitgerekend op het dossier waar die ambtenaar aan werkt, interpelleert in deze vergadering. Dank u wel. VOORZITTER.- De heer Van Hove heeft het woord. De heer VAN HOVE.- Dank u, voorzitter. Gedeputeerde, ik ben toch wel een beetje verbaasd. Ik heb het dossier ook ingekeken. U zegt hier dat wij na het laatste Tomorrowland-festival gevat werden door de inrichters, maar dat dossier loopt al langer. Er zitten stukken in die al dateren van 2012, waar dat al over ontwerpen en aanvragen en subsidies wordt gesproken. Als u nu komt vertellen dat wij daar pas enkele maanden mee bezig zijn, ben ik daar toch ten zeerste over verbaasd. Ten tweede, waar ik toch ook wel een antwoord zou willen over hebben, gaat u een verbintenis aan met ID&T. Dat loopt, als ik mij niet vergis, tot 2028. U geeft subsidies, de privépartner geeft ook subsidies. Wat gaat u doen als ID&T binnen 2, 3, of 4 jaar de boeken neerlegt wegens exploitatietekorten en dergelijke meer? Wat gaat er dan gebeuren? Gaat u dan al de kosten alleen op u nemen? VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik heb juist gezegd dat wanneer de brug klaar is, ze eigendom wordt van de provincie. Aan dergelijke projecten zijn er inderdaad altijd risico’s verbonden. Op de duur kunnen wij ook niets meer doen als provincie. Het is een heel belangrijke investering van een private partner waar wij goede overeenkomsten mee gaan afsluiten, die hier ter stemming zullen voorgelegd worden op 18 december. Er is inderdaad al langer sprake om die brug, die trouwens deze legislatuur zal moeten vervangen worden, om die te vervangen. Dit is nu een opportuniteit om dat op een heel goede manier te doen. VOORZITTER.- De heer Caals heeft het woord. De heer CAALS.- Voorzitter, ik hou niet van brug en risico in één zin. Ik hou ook niet van de zin “anders kunnen we hier niets meer doen”. Ik denk dat wij onze rol spelen, dat wij
362
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
vragen stellen, dat dit zo hoort. Het zal nooit aan de oppositie liggen als de meerderheid er niets van bakt. Ik denk dat we het daar over eens kunnen zijn. Ik hoor de gedeputeerde nog zeggen: wij hebben deze week overeenkomsten afgesloten met ID&T. Ik mag ook hopen dat ik dat niet goed begrepen heb, en dat de deputatie nu vandaag in haar vergadering een stuk heeft gemaakt waar ze collegiaal over eens zijn, dat wij dit ook zullen kunnen inzien volgens het principe van openbaarheid van bestuur, en dat we dat dan in de raad van 18 december zullen stemmen, en dat het pas dan kan ingaan. Ik hoop dat ik daarnet niet goed alles begrepen heb. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Dat klopt. Er zijn dus stukken vandaag goedgekeurd, die nu in de commissie zullen voorliggen op 2 december, en ter goedkeuring hier worden voorgelegd op 18 december. Dat zijn de drie overeenkomsten die ik daarjuist vermeld heb. De heer CAALS.- Dan vraag ik bij deze aan de voorzitter of dat document dat op de deputatie gestemd is ook kan doorgemaild worden naar mij. VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- In de interpellatie van collega Michielsen herkennen wij ook een oproep om rond belangrijke dossiers provincieraadsleden in de commissies en in de raad toch veel vroeger te betrekken. Belangrijk wat betreft de financiële implicaties, maar ook wat betreft de keuzes. Ik hoop ook dat wij binnenkort dan concretere antwoorden krijgen op al de pertinente vragen die ze gesteld heeft over het project zelf. Anderzijds wil ik zowel gedeputeerde Peeters als collega Michielsen toch de lectuur aanraden van een artikel dat vandaag in de Morgen verschenen is, waar Bart Van Craeynest, hoofdeconoom bij Petercam, nu niet een linkse jongen waarschijnlijk, zegt dat we die zegebulletins over de boost die Tomorrowland aan onze economie geeft, met meer dan een korrel zout moeten nemen, ook wat betreft het creëren van banen, enz. Hij gaat zelfs zover het vooral een goed getimede reclamestunt te noemen. Dus we moeten alle factoren mee in rekening nemen. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Ik zou nog één ding willen zeggen, want ik ben dat eigenlijk vergeten daarjuist. Morgen om 10 uur zal er door ID&T, in samenwerking met de provincie, een persconferentie gegeven worden over dit project. Ik wil er nog eens de nadruk op leggen. Dat is altijd onder voorbehoud, maar dat is het risico dat ID&T dan uiteindelijk neemt, van de goedkeuring van de documenten die zullen voorliggen en ook onder goedkeuring van een bouwvergunning waar men nu de procedure een tijdje mee bezig is.
363
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
Nr. 14/5 van de agenda Interpellatie met betrekking tot de vzw Rampenfonds, ingediend door de heer Kris Merckx (PVDA+). Interpellatie Mag Rampenfonds dienen voor het vullen van budgettaire gaten? En wie beslist? Abstract De PVDA+ wenst in deze interpellatie met klem te protesteren tegen de ondemocratische wijze waarop de vzw Rampenfonds voor de provincie Antwerpen beslist heeft meer dan de helft van haar 3,9 miljoen EUR reserves te gebruiken voor het vullen van een put van in de provinciebegroting. Wij vragen dat deze beslissing alsnog eerst als voorstel aan de provincieraad wordt voorgelegd, ter discussie en ter stemming met zowel de mogelijkheid van verwerping als van goedkeuring, al of niet na amendering. Op 21 november besliste de Algemene Vergadering (AV) van de vzw (.. aanwezige leden, 20 volmachten) met een tegenstem om de statuten te wijzigen en het grootste gedeelte van de gelden van het fonds, actueel 3,9 miljoen EUR, een nieuwe bestemming te geven, te weten: * 1,1 miljoen EUR voor drie projecten van de gouverneur in verband met duurzame en onderbouwde veiligheidszorg, * 2,46 miljoen EUR voor Campus Vesta. De beslissing zelf roept ernstige vragen op en in elk geval is de gevolgde procedure voor ons onaanvaardbaar. En wel om volgende redenen: 1. De vzw Rampenfonds was en is een initiatief van het provinciebestuur en de provincieraad zoals blijkt uit de sterke vertegenwoordiging van deze organen in de Algemene Raad in de personen van de gouverneur, tevens voorzitter, de provinciegriffier, de zes gedeputeerden en de zeven fractievoorzitters. Een belangrijke beslissing zoals de mogelijke herbestemming van de belangrijke reserve van het fonds (bijna 4 miljoen) diende bijgevolg eerst aan de provincieraad voorgelegd te worden ter discussie en voor beslissing. Door de provincieraad volledig buiten de beslissing te houden veegden de deputatie en de gouverneur de vloer aan met de opdracht hen toebedeeld door het provinciedecreet, te weten ‘de versterking van de beleidsbepalende rol van de verkozen raad, als emanatie van de bevolking’. 2. De beslissing van een in allerijl bijeengeroepen AV van de vzw is louter ingegeven door de hoogdringende budgettaire behoeften en geenszins door de doelstellingen van het Rampenfonds. In de convocatie wordt als voornaamste reden aangegeven: ‘de budgetopmaak en het meerjarenplan (MJP) 2014-2019, waarin de dotatie aan Campus Vesta verminderd is’. 3. Om tegemoet te komen aan de hoge budgettaire nood is de AV van de vzw dit jaar vervroegd bijeengeroepen. En dat in strijd met art. 16 van de statuten van de vzw die stellen: ‘De AV moet tenminste éénmaal per jaar worden bijeengeroepen, in de loop van de maand december.’ De vervroegde bijeenroeping in november kan dus worden aangevochten als niet-statutair. Maar als het er op aan kwam om tegen
364
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
de Verenigde Raadscommissies van 27/11 een MJP ‘in evenwicht’ te kunnen presenteren, worden wettelijke regels opzij geschoven. 4. Onze fractie kritiseert de gouverneur dat zij in deze zaak uit haar rol is getreden van hogere aangestelde die zich politiek neutraal en boven de partijen moet proberen opstellen. In plaats van de onafhankelijkheid aan de dag te leggen die van een zogenaamde ‘magistraat van de administratieve orde’ verwacht wordt, heeft zij, als voorzitter van de vzw Rampenfonds, actief hand- en spandiensten verleend aan ingrepen waarbij de gedeputeerden van de bestuurspartijen, buiten enige discussie in de raad om, beslag leggen op reserves voor het vullen van budgettaire putten. 5. De PVDA+ vraagt: 1) dat na deze interpellatie, de raad beslist om nog op deze zitting een debat en stemming te houden over de toekomst van het Rampenfonds en zijn gelden. Indien het bureau van de raad dit punt, na het indienen van deze interpellatie niet meer kan of wil agenderen op de zitting van 28/11 dient dat te gebeuren als eerste punt op de zitting van 11/12, voorafgaand aan de globale begrotingsbespreking. 2) dat in de toekomst de ontwerpbegroting een maand op voorhand zou voorgelegd worden in een openbare zitting van de Verenigde Raadscommissies waar de grote budgettaire opties kunnen bediscussieerd worden zodat op basis daarvan eventueel nog wijzigingen kunnen aangebracht worden aan het definitieve begrotingsplan dat ter stemming wordt gelegd. Met vriendelijke groeten, Kris Merckx VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Alles wat bijdraagt aan het opvijzelen van de belangstelling voor de provincieraad, die niet bijzonder groot kan genoemd worden, is welkom denk ik. Geachte collega’s, Mevrouw de gouverneur, Mijnheer de voorzitter, De PVDA+ wenst in deze interpellatie met klem te protesteren tegen het oneigenlijk gebruik van het Rampenfonds voor het vullen van een budgettair gat van 2,4 miljoen EUR en ook – en dat sluit enigszins aan bij de scherpe kritieken die daarjuist terecht geuit zijn - tegen de wijze waarop de provincieraad bij deze belangrijke beslissing eens te meer compleet buiten spel is gezet. Op 21 november is er, op uitnodiging van de voorzitter, gouverneur Cathy Berx, een in allerijl bijeengeroepen vergadering doorgegaan van de algemene vergadering van de vzw Rampenfonds voor de provincie Antwerpen. De algemene vergadering stemde in met het voorstel van de deputatie en de gouverneur om de statuten van de vzw te wijzigen en het grootste gedeelte van de gelden van het fonds, actueel 3,9 miljoen EUR, een nieuwe bestemming te geven, te weten: - 2,46 miljoen EUR voor Campus Vesta ter compensatie van een vermindering van de provinciale dotatie aan deze instelling.
365
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
- 1,1 miljoen EUR voor drie projecten van de gouverneur in verband met duurzame en onderbouwde veiligheidszorg. Als fractievoorzitter van de PVDA+ heb ik tegengestemd. Geachte collega’s provincieraadsleden, zowel van de oppositie als meerderheid, Ik denk dat er ook voor u voldoende redenen zijn om vragen te stellen bij de genomen beslissing en, in elk geval de daarbij gevolgde procedure aan te vechten. Ik som ze op. 1. Dit is in een maand tijd al het tweede miljoenendossier waarbij de provincieraad buiten spel wordt gezet. Eind oktober werd, amper drie dagen nadat u van het besluit en de bijhorende documenten op de hoogte was gesteld, de aankoop voor 6 miljoen doorgeduwd van het gebouwencomplex van het Volkskunde- en Etnografisch Museum. Op 21 november werd op een vergelijkbare wijze op de algemene vergadering van de vzw Rampenfonds een herbestemming geforceerd van de bijna 4 miljoen EUR reserves in het fonds. Alleen uw fractievoorzitters waren zes dagen op voorhand van dit voorstel op de hoogte gebracht. De meesten van u hebben de beslissing allicht pas achteraf vernomen, misschien wel na de agendering van deze interpellatie, of gisteren in de krant. De vzw Rampenfonds was en is nochtans een initiatief van het provinciebestuur en de provincieraad. Zowel de gouverneur, tevens voorzitter, als de zes gedeputeerden, de provinciegriffier en de zeven fractievoorzitters vertegenwoordigen deze organen in de algemene vergadering. Het aan de algemene vergadering van de vzw voorgelegde voorstel ging overigens uit van de deputatie die hiertoe besliste in haar zitting van 14 november. Een belangrijke beslissing zoals de herbestemming van de belangrijke reserves van het fonds diende bijgevolg eerst in de provincieraad voorgelegd en gestemd te worden. Door de provincieraad volledig buiten de beslissing te houden veegden de deputatie en de gouverneur de vloer aan met de opdracht hen toebedeeld door het provinciedecreet, te weten ‘de versterking van de beleidsbepalende rol van de verkozen raad, als emanatie van de bevolking’. Opdracht die in de memorie van toelichting bij het nieuwe provinciedecreet als volgt gepreciseerd werd: “Wat de provinciale organen betreft wordt de verhouding tussen de provincieraad, de deputatie, de gouverneur en de administratie hertaald, waarbij resoluut gekozen wordt voor een versterking van de provincieraad en van de positie van de verkozen raadsleden.” Deze intentieverklaringen voor een nieuw en beter Vlaanderen blijken ook in dit geval holle frasen. Dit is geen verandering. Dit is oude politieke cultuur. Het beleid wordt beslist in de achterkamers, de verkozenen worden niet betrokken bij de voorbereiding en gedegradeerd tot stemmachines, of wat de oppositie betreft een paar kritische bemerkingen achteraf. Ter aanvulling: in de verantwoording voor de statutenwijziging werd expliciet gesteld dat het doel is, ik citeer: “de vzw nog verder te laten dienen als vehikel voor de gouverneur, maar tegelijk de betrokkenheid vanuit de provincie politiek en administratie te schrappen.” Of, hoe u, buiten uw medeweten, ook op dit terrein al bent geschrapt in de ogen van sommigen. Bezwaar 2. De beslissing van een in allerijl bijeengeroepen algemene vergadering van de vzw is louter ingegeven door de hoogdringende budgettaire behoeften, en geenszins door de doelstellingen van het Rampenfonds. Ja, de interne Vlaamse staatshervorming, de bijkomende vermindering van het provinciefonds met 26,7 miljoen en de neoliberale
366
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
besparingsdrift van ons nieuw provinciebestuur, zorgen voor een budgettaire ramp. Maar voor dit soort ramp voorzagen de statuten van de vzw Rampenfonds geen tussenkomst, althans niet tot de coup de théâtre van vorige week. De gouverneur en de deputatie deden nauwelijks moeite om het budgettair karakter van hun ingreep te verbergen. Als voornaamste reden voor de bijeenroeping van de algemene vergadering vermeldde de convocatie immers, ik citeer: “De budgetopmaak en het meerjarenplan 2014-2019, waarin de dotatie aan Campus Vesta verminderd is”. Zo konden de leden van de vzw alvast één maatregel van het meerjarenplan vernemen, alweer vóór u dat meerjarenplan gisteren kon inzien. Om tegemoet te komen aan de hoge budgettaire nood is de algemene vergadering van de vzw dit jaar zelfs vervroegd bijeengeroepen. En dat in strijd met artikel 16 van de statuten van de vzw die stellen: “De algemene vergadering moet tenminste één maal per jaar worden bijeengeroepen, in de loop van de maand december.” De vervroegde bijeenroeping in november kan dus worden aangevochten als niet-statutair. Om tegen de Verenigde Raadscommissie van 27 november een meerjarenplan ‘in evenwicht’ te kunnen presenteren zijn dus ook statutaire regels opzij geschoven. Gedreven door de urgentie van de begrotingsimperatieven heeft het bestuur van de vzw Rampenfonds onzorgvuldig haastwerk afgeleverd, in strijd met de regels van behoorlijk bestuur en administratie. De drie eerste bladzijden waarmee de wijziging van de statuten en van de bestemming van de gelden van de vzw Rampenfonds aan de leden van de algemene vergadering werden toegelicht hebben eer weg van een kladje. Dit ‘document’ mist elk officieel karakter. Het heeft geen titel, vermeldt geen auteur, noch politieke verantwoordelijke en geeft onduidelijke en tegenstrijdige omschrijvingen van de statutenwijziging. Bezwaar 3. Er is in de provincieraad, maar ook op de algemene vergadering van de vzw, geen enkele inhoudelijke discussie geweest over het nut en de rol van het Rampenfonds, nu en in de toekomst. Onder meer volgende essentiële vragen zijn niet aan bod gekomen. Vraag 1: Waarom werd in de voorbije jaren nog zo weinig beroep gedaan op het provinciale Rampenfonds? Volstaat de uitleg dat alle schade van de slachtoffers voortaan voldoende gedekt is door de verplichte woningverzekering en het nationale Rampenfonds? De gouverneur sprak op dit punt zichzelf tegen door op de vergadering een in de voorliggende tekst niet vermeld argument voor haar eigen mini-Rampenfonds uit haar mouw te toveren. Een deel van de voor haar projecten voorziene 1,1 miljoen zou kunnen gebruikt worden om, in het geval van een treinramp zoals in Wetteren, slachtoffers die lang op hun vergoedingen moeten wachten al tijdelijk voort te helpen. Aansluitende vragen zijn: - Werden de specifieke steunmogelijkheden van het provinciale rampenfonds goed in het licht gesteld op de provant-pagina’s van de gouverneur? Naar mijn gevoel niet. - Hadden sommige slachtoffers van natuurrampen in onze provincie niet meer en beter, al dan niet tijdelijk, kunnen geholpen worden? Daarvan had een balans moeten voorliggen. Onder meer van wat al dan niet gedaan is bij de geregistreerde en erkende natuurrampen in onze provincie. De laatste zeven jaar, sinds 2006, waren dat er 34, waaronder 1 tornado, 5 hevige winden of windhozen, 4 gevallen van overvloedige sneeuw en 24 van overvloedige regen en/of hagelval. Aan natuurrampen, geregistreerde en erkende, heeft het dus niet
367
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
ontbroken. Waren landbouwers en anderen in al die gevallen op de hoogte van hun mogelijke aanspraken, ook naar het provinciale fonds toe? Vraag 2: Is het echt zo dat er in de toekomst geen enkele behoefte meer zal zijn aan een provinciaal Rampenfonds, onder meer voor tijdelijke hulp? Is het verantwoord de bestemming van de gelden zomaar spoorslags te wijzigen nu door de klimaatopwarming zich ook in onze streken nieuwe natuurfenomenen voordoen? Hebben wij bijvoorbeeld ook niet de plicht om, in het kader van onze provinciale NoordZuidwerking, bij een ramp als de tyfoon in de Filippijnen een meer substantiële bijdrage te leveren dan de 15.000 EUR heroriëntering die we nu beslissen? En dienden, indien nodig, de statuten niet in die richting aangepast te worden. Vraag 3: En dit is niet de minst belangrijke. Indien een deel of het geheel van de gelden van ons Rampenfonds, na onderzoek, dan toch beter elders kan besteed worden voor welke noden moeten we dan prioritair kiezen? Het personeel van ons Gouverneur Kinsbergencentrum slaat op haar internetsite een alarmkreet over de dreigende ontmanteling. Ik citeer hen: “Er komt zo een zwarte vlek op de sociale kaart en een voedingsbodem voor ziekte, werkloosheid, schoolse drop-out, criminaliteit, …” Zijn dat soms ook geen menselijke rampen? Kan en dient het eventueel vrijgekomen geld niet eerder of evenzeer daarvoor gebruikt te worden? Over dit alles, geachte collega’s, ben u 0,0 bevraagd en zelfs 0,0 vooraf geïnformeerd. Bezwaar 4. Onze fractie kritiseert mevrouw de gouverneur dat zij in deze zaak uit haar rol is getreden van hogere aangestelde die zich politiek neutraal en boven de partijen moet proberen opstellen. In plaats van de onafhankelijkheid aan de dag te leggen die van een zogenaamde ‘magistraat van de administratieve orde’ verwacht wordt, heeft zij als voorzitter van het Rampenfonds actief meegewerkt aan ingrepen waarbij de gedeputeerden van de meerderheidspartijen beslag leggen op de reserves voor het vullen van budgettaire putten. Aanleiding, dat blijkt duidelijk uit de chronologie, was allicht de beslissing van 12 september van de Vlaamse regering om, zonder overleg, het provinciefonds met een extra 26,7 miljoen te verminderen. Een maand later, op 18 oktober, verstuurde de gouverneur-voorzitter immers een uitnodiging voor een vervroegde algemene vergadering van de vzw Rampenfonds ‘waar een statutenwijziging zal worden voorgesteld’. Meer wordt niet aangekondigd. De inhoud van de voorgestelde statutenwijziging en de budgettaire beweegredenen vernemen de leden van de algemene vergadering pas een maand later, op 15 november, zes dagen voor de vergadering. Vroeger kon ook niet want de deputatie keurde het voorgelegde besluit slechts een dag eerder goed, op 14 november. Mag ik de gouverneur eraan herinneren dat het bureau van de Vereniging van Vlaamse Provincies, mét steun van onze Antwerpse vertegenwoordigers, in een motie van 21 oktober de bijkomende 26 miljoen besparingen, waarvan 7 miljoen voor onze provincie, opgelegd door de Vlaamse regering scherp heeft aangeklaagd. De Vlaamse regering, zo heette het in die motie, verwezenlijkt haar begroting in evenwicht op de rug van de provincies. Is het in die omstandigheden dan niet ongepast om als provinciegouverneur de Vlaamse meerderheidspartijen uit de wind te helpen zetten door een deel van de door hen geslagen begrotingsput te helpen dempen met gelden van ons Rampenfonds?
368
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
Tot slot formuleer ik namens de PVDA+ twee vragen aan het adres van de deputatie en het bureau van onze raad. 1) Agendeer op de zitting van 11 december, voorafgaand aan de globale begrotingsbespreking, eerst een debat en stemming over de toekomst van het Rampenfonds en zijn gelden. Zelf had ik verzocht om dit nog te doen op deze zitting, na deze interpellatie, maar er is mij meegedeeld dat dit niet meer kon en mocht. 2) Verzeker dat de provincieraadsleden voortaan ook betrokken worden in de voorbereidingsfase van de grote beslissingen. Dat zij daarover, ruim op voorhand, ingelicht worden en er over kunnen debatteren, zowel in de commissies als in de raadszittingen. Geachte collega’s, Ik hoop dat u mijn kritiek op wat er gebeurd is bij de vzw Rampenfonds, en mijn voorstel ter zake zal bijtreden. Respect voor het mandaat dat uw kiezers u gegeven hebben, en een dosis zelfrespect, kunnen u daar alvast toe aanzetten. Ik dank u. VOORZITTER.- De heer Vollebergh heeft het woord. De heer VOLLEBERGH.- Mijnheer Merckx, uw tussenkomst is doorspekt van Marxisme. U moet daar mee stoppen. Honderd jaar geleden is er bewezen dat het mislukt is. Het is een ideologie van de vorige eeuw. U moet ook bij de les blijven. Ik ga de meerderheid niet verdedigen. U moet niet zeggen dat wij pas op de hoogte waren 6 dagen voor de raad van bestuur. Dat zegt u daarnet, en dat zegt u ook in de pers. Dat is niet correct. Op de raad van bestuur van Campus Vesta van 30 september reeds is er gesproken geweest – de gouverneur en de mensen die daar waren zullen dat kunnen bevestigen – over het Rampenfonds en over de mogelijke gelden die naar Campus Vesta zouden gaan. U moet bij de les blijven.
De heer MERCKX antwoordt dat hij dat toen niet gehoord heeft.
De heer VOLLEBERGH.- U hebt dat niet gehoord, maar daar baseert u heel uw tussenkomst op. Het kan best zijn dat u niet geïnteresseerd is dat de gelden van het Rampenfonds ten goede komen aan de veiligheid. U ligt daar misschien niet wakker van, van de veiligheid, en u dekt de criminele feiten meermaals in van bevolkingsgroepen. Dat kan u met de mantel der liefde uitvegen. Dat pakt niet, kameraad. VOORZITTER.- Mevrouw Muyshondt heeft het woord. Mevrouw MUYSHONDT.- Ik heb ook heel beleefd, mijnheer Merckx, geluisterd, maar ik was ook aanwezig op die algemene vergadering van het Rampenfonds. Ik heb het daar ook nog eens gezegd: het geld komt voor de veiligheid van onze provincie en dat was niet op de laatste minuut voorbereid. Ik betreur het dat u daar zo’n spel van maakt, want daar waren
369
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
niet alleen politiekers aanwezig, daar waren ook mensen uit het veld aanwezig. Die steunden heel het voorstel. VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Mijnheer de voorzitter, Mevrouw de gouverneur, Laat mij toch even toe om kort te reageren op de interpellatie van mijnheer Merckx. Alhoewel, en ik druk daarop, u interpelleert de deputatie over een vzw die eigenlijk volgens de termen van het decreet geen provinciale bevoegdheid is, en eigenlijk hier niet hoeft besproken te worden. Waarom ga ik toch reageren? Omdat inderdaad de beslissing van de algemene vergadering van de vzw Rampenfonds nu wel een belangrijk bedrag zal storten aan de APB Campus Vesta, die wel degelijk van provinciaal belang is. Ik ga proberen om het nog eens één keer uit te leggen, mijnheer Merckx. De vzw Rampenfonds is in de eind jaren ’60, naar aanleiding van de tornado in Oostmalle, opgericht door de toenmalige gouverneur met fondsen van én de federale overheid, een kleine bijdrage van het provinciaal budget, een soort crowdfunding toen, met organisaties die zich daarvoor hebben ingezet, Caritas Catholica, het Rode Kruis, enzovoort. De provincie is daar in vertegenwoordigd, maar wij zijn daar ook een minderheid in. Het is dus geen provinciale vzw. Die beslissing die genomen is, is ook uitvoerig toegelicht door de gouverneur, en wij zitten hier echt in een win-win situatie. De gouverneur kan nog over een aantal middelen beschikken die zij voor haar bevoegdheden die met veiligheid en preventie te maken hebben kan inzetten. Zij kan ook nog mensen helpen die op een bepaald moment, als zij slachtoffer zijn van calamiteit, gelden voorschieten. Er blijft nog genoeg over in dat Rampenfonds, dat trouwens ook van naam zal veranderen. Mijnheer Merckx, als ik u zeg dat mensen van B-Fast, die nu in de Filipijnen zitten, ook een deel van hun opleiding krijgen in Campus Vesta, dat ambtenaren van de EU die noodhulp coördineren in het buitenland ook hun opleiding krijgen in Campus Vesta, dan denk dat wij als provincie een heel grote bijdrage leveren aan de veiligheid van deze provincie, van dit land en van heel de wereld. VOORZITTER.- Mevrouw de Gouverneur heeft het woord. GOUVERNEUR.- Ik mag het woord nemen in de provincieraad, volgens het provinciedecreet. Ik ga het nu uitzonderlijk doen. Overigens het was in alle geval in de pers gebracht, en mijn dochter die zaterdag 8 wordt, zei: “Kijk mama, Merckx tegen Berx”. En ze vond dat heel grappig. Maar eerst en vooral dank ik mijnheer Vollebergh die verwezen heeft naar de raad van bestuur van Campus Vesta, waar inderdaad al gesproken is over de belangrijke investeringen, met name die tweede oefenplaat. Die vloeit trouwens ook voort uit een
370
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
overeenkomst die gemaakt is tussen mijn voorganger, ere-gouverneur Camille Paulus, en toenmalig minister van Binnenlandse Zaken, Patrick Dewael, om belangrijke investeringen te doen in Campus Vesta. Veel van die middelen komen uit het Seveso-fonds. Dat is ook een fonds dat beheerd wordt door de dienst Noodplanning van de gouverneur. Dat geldt voor elke provincie zo. Daar zijn een aantal engagementen opgenomen om fundamentele investeringen te doen in Campus Vesta. U hebt – en u was er misschien zelf bij – de opening van het ziekenhuis meegemaakt, en u weet dat de tweede oefenplaat ook een fundamenteel cruciale investering is die Campus Vesta nodig heeft om blijvend in te staan voor een goede opleiding en nascholing van brandweerleden, politieambtenaren, en ambulanciers. Want dat is cruciaal voor de civiele veiligheid in een provincie, dat de mensen en de hulpdiensten zeer goed zijn opgeleid, en Campus Vesta is daar de plek. Als ik in deze optreed, mijnheer Merckx, dan is dat als commissaris van de federale regering. Als commissaris van de federale regering heb ik een aantal taken, waaronder civiele veiligheid, de implementatie van de wet op de brandweervorming van 2007, maar in het bijzonder ook de coördinatie ingeval grote calamiteiten waarbij er een opschaling is van gemeentelijke fase naar provinciale fase. Inderdaad, in de jaren ’60 is dat voor ons opgericht en het is beklemtoond door de gedeputeerde met in hoofdzaak federale middelen. In die tijd waren er nog veel meer federale middelen die ter beschikking werden gesteld van de gouverneurs om die taken goed in te vullen en op de best mogelijke manier te vervullen. Die middelen zijn niet meer gebruikt en al in 2012, al bij de vorige vergadering van de algemene vergadering en de raad van bestuur, zijn drie dingen opgemerkt. Eerst en vooral dat er sinds de jaren ’60 bijzonder veel gewijzigd is. Wat rampen betreft, die worden nu al dan niet erkend als een federale ramp, dan treedt ook het federaal rampenfonds in werking. Op dat ogenblik bestond dat nog niet en heeft men het nodig geacht om een provinciaal rampenfonds op te richten. Wat is er ook gewijzigd? De wetgeving met betrekking tot de verzekeringen. Op dit ogenblik betaalt eenieder die een verzekering heeft, het zit in de brandverzekering, ook een kleine premie om specifieke schade te vergoeden die het gevolg is van overmacht en van een ramp. Die middelen worden daar uit geput om die schade te verzekeren. Dat betekent dat het provinciaal Rampenfonds dat indertijd is opgericht met federale middelen, met legaten en giften, en een klein aandeel van de provincie omdat er ook een link is tussen de gouverneur, die ook orgaan is van de provincie, dat is nog altijd zo, en waar de provincie het ook nodig achtte om ook een kleine bijdrage te doen, en op die manier het draagvlak voor dat Rampenfonds te verbreden en te vergroten, want er zijn veel actoren en stakeholder in vervat, om dat ook een stukje een provinciale link te geven. Maar voor het overige gebeurt alles binnen die vzw en beslist door de raden van die vzw. Ook nu, wanneer dat restbedrag er in blijft van die 1,1 miljoen EUR, is dat niet eigen of voor de gouverneur die in hoogstpersoonlijke manier denkt van: waar gaan we dat geld nu eens voor inzetten. Neen, het blijft de raad van bestuur en de algemene vergadering dat zal oordelen, concreet geval per geval of een bepaald project al dan niet in aanmerking komt om gefinancierd te worden met die middelen. Er zijn een aantal voorstellen gedaan, maar het belangrijkste voorstel is het volgende. Dat heb ik echt geleerd uit de ramp in Wetteren, en dat is van kapitaal belang, er zijn mensen die door die ramp in Wetteren
371
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
gedurende drie weken niet naar huis zijn kunnen gaan omwille van het feit dat daar een aantal producten in dat huis waren die gevaarlijk zijn voor de gezondheid van die mensen. Mensen hebben ook een aantal medische onderzoeken moeten ondergaan, en hebben daar ook middelen moet voor uittrekken en uitgeven. Zij kunnen dat recupereren via de federale overheid. Alleen moeten zij lang op die middelen wachten. Dus zeg ik, is het van kapitaal belang om toch over dat Rampenfonds te beschikken. Niet meer zoals vroeger om effectief de volledige vergoeding te doen van de schade die geleden is, die wordt door anderen en op andere manieren gefinancierd. Maar het is hoogst sociaal dat je mensen, die die uitgaven gedaan hebben voor iets wat ze absoluut niet gevraagd hebben en niet gewild hebben, als die daar grote uitgaven doen en moeten wachten op de middelen die zij terugkrijgen van de federale overheid dan is het goed dat er middelen beschikbaar zijn waarmee we mensen dat geld kunnen voorschieten, in hun rechte kunnen treden om dan het risico van de recuperatie van de federale overheid te nemen op last van dat Rampenfonds. Maar dat is een heel andere invulling dan wat ze in het verleden had, en ik vind dat een hoogst sociale invulling. Ik ben ook erg blij dat zowel de Groen!-fractie als alle fracties dat ook gesteund hebben, en inzien dat het een hoogst sociale invulling is. Eerlijk gezegd, maar ik ga de polemiek niet aangaan, maar het is gewoon de verdediging, denk ik dat het goed is, ook in het belang van de inwoners van de provincie Antwerpen, de provincie met de grootste concentratie aan risico’s omwille van de vele Seveso-bedrijven, omwille van het dichte spoorwegnetwerk, omwille van de vele autosnelwegen en dergelijke meer, dat we die middelen ook hebben en veilig stellen, en niet al uitgeven voor tal van andere dingen die met de civiele veiligheid niets te maken hebben. Dat is de belangrijkste bekommernis. Ik hoop – het is misschien moeilijk om u daarvan te overtuigen – dat we echt u ervan overtuigen dat het hoogst sociale, cruciale invulling is van het Rampenfonds, maar die inderdaad een heel andere finaliteit en invulling krijgt dan wat ze in het verleden had, omdat de initiële opdracht waarvoor het bestemd is eigenlijk door andere initiatieven is overgenomen. Nog eens: Campus Vesta, opleiding, nauw gelinkt aan civiele veiligheid, tweede oefenplaat voor uitgerekend mensen die werken in die Seveso-bedrijven voor die grote risico’s daar, en vooral er voor zorgen dat mensen die slachtoffer worden van een ramp niet moeten wachten op hun geld en dat al voorgeschoten krijgen. Wij zullen het dan zo snel mogelijk recupereren van de federale overheid, maar dat kan je niet ten laste laten op de schouders van de mensen die op dat ogenblik al slachtoffer zijn van zo’n ramp zodat ze ook nog eens met die administratieve opvolging opgezadeld zitten.
Applaus VOORZITTER.- De heer Merckx heeft het woord. De heer MERCKX.- Ik ga kort antwoorden. Het debat dat hier mee gevoerd wordt door mevrouw de gouverneur is het soort debat dat we vooraf hadden moeten hebben. Ik wil ook nog opmerken voor mijnheer Vollebergh dat ik net in mijn agenda heb gekeken. Op 11 september had ik mij laten verontschuldigen wegen afwezigheid in het buitenland op de raad van bestuur van Campus Vesta. Ik denk dat daar niet moet mee gelachen worden. Vriend en vijand moet toch wel de fair play hebben om toe te geven dat wij met ons tweetjes proberen de zaken zo goed mogelijk te volgen. Wij hebben de luxe van alle twee
372
VERGADERING VAN 28 NOVEMBER 2013
gepensioneerd te zijn, wat niet in alle andere fracties het geval is. Dat zou men op zijn minst toch moeten erkennen. Ik ga eens in het verslag nagaan of daaruit duidelijk op te maken is dat het een voorstel is waaraan al gewerkt ging worden. Wanneer mijnheer Peeters zegt: dit is niet iets van de provincie. 1. Mijnheer Peeters, waarom wordt dan in die verantwoording die wij gekregen hebben, die slordige convocatie, twee keer geschreven: de deputatie heeft op 14 november ingestemd met, en beslist dat. Waarom wordt er verwezen naar de meerjarenplanning? Jullie hoeven dat allemaal niet voor waar aan te nemen. 2. De veiligheid: in de statuten, wat er nu nog overschiet voor die vzw, wordt er op geen enkele wijze verwezen naar projecten in verband met veiligheid. Het gaat over het voorkomen van rampen en het helpen van slachtoffers daarvoor. 3. Voor mij is het niet uitgesloten dat een deel van dat fonds, als dat geen of onvoldoende bestaansreden meer heeft, wordt toegewezen aan Campus Vesta, hoewel dat daar eerst nog andere katten te geselen zijn, onder meer in de politieschool. We hadden de discussie moeten voeren. Daar was het mij om te doen, vooral omdat er op andere vlakken veel sociale initiatieven echt op de helling komen en afgebroken worden. Mevrouw de gouverneur, u zegt dat u hier als commissaris van de federale regering hebt opgetreden. Waarom schrijft u dan zelf in die tekst, want ik veronderstel dat hij van u is, als voornaamste reden voor de vervroegde bijeenroeping van de vzw de budgetopmaak en het meerjarenplan 2014-2019 waarin de dotatie aan Campus Vesta APB verminderd is? U bent ook aanwezig op de vergaderingen van de deputatie. Maar als het erom gaat van putten te vullen die gemaakt zijn door welbepaalde partijen, dan zou u zich daar boven moeten stellen, of op zijn minst voorrang geven aan de provincieraad om daar een debat over te houden. Wat u zegt over de ramp van Wetteren is gewoon niet eerlijk. Uw 3 bladzijden over de projecten die u voorziet voor uw 1,1 miljoen EUR die nog onder uw bevoegdheid valt, is wel goed uitgewerkt. Maar er wordt met geen woord over dat soort tijdelijke hulp, met verwijzing naar de ramp van Wetteren, gerept. Er staat geen woord over in. Als dat uw bedoeling was, waarom stond dat er dan niet in? Er staan wel grote wazige plannen in waarbij nog softwarepakketten gaan moeten besteld worden, repeaters aangekocht, en dan nog 1 formulier binnen het veiligheidsportaal … VOORZITTER.- Mijnheer Merckx, u ging kort antwoorden. Dit is bijna even lang als uw interpellatie. VOORZITTER.- De heer Kerremans heeft het woord. De heer KERREMANS.- Ik wou nog even het woord nemen. Ik zit ook in de raad van bestuur van Campus Vesta. We weten allemaal dat geld daar naartoe gaat omdat we daar met een precaire financiële situatie zitten. We weten wat daar gaande is. Ik hoop dat het toekennen van deze fondsen, die duidelijk hulp bieden, geen vrijgeleide geeft om aan die toestand niets te gaan veranderen. Ik hoopt dat dit niet zo zal zijn.
373
PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN
VOORZITTER.- De heer Peeters heeft het woord. De heer PEETERS, gedeputeerde.- Dat is uiteraard niet zo, mijnheer Kerremans, dat wij dat gewoon gaan gebruiken om de putten te dempen. U weet dat wij aan een saneringsplan bezig zijn. Dat is in volle uitvoering. Daar wordt driemaandelijks, of op elke raad van bestuur verslag van uitgebracht. Dit geld is echt bestemd voor investeringen. Ik zou toch nog even willen reageren op mijnheer Merckx. Mijnheer Merckx, wat de gouverneur hier nu heeft toegelicht dat is juist hetzelfde als hetgeen zij heeft gezegd op de algemene vergadering van het Rampenfonds. Ik zal het op zijn Aantwaarps zeggen. U bent soms wel “dur de comprenure”. Het spijt mij. VOORZITTER.- Dank u wel. Na deze denk ik dat we de provincieraad kunnen sluiten. Wij zien elkaar volgende week vrijdag terug om 14.30 uur. De vergadering wordt gesloten omstreeks 18.10 uur.
374