Mevrouw Kicken en locatiemanager Mia van Roosmalen i n h e t n i e u w e r e s t a u r a n t v a n K o e p e l h o f. Kijk op pagina 16 en 17
V I TAAL I S EEN UI TG AV E VA N V I V RE E N V E RS C HI J N T V I J F K E E R PE R J A A R
Start bouw Malberg kijk op pagina 9 en 10
februari 2010 NR.
404
2
|
vitaal
Inhoud 02 )
Bloemetje voor ...
03 )
Voorwoord
04 )
Trots op Croonenhoff
06 )
Vivre lanceert nieuwe website
07 )
Hago en Vivre slaan handen ineen
07 )
Maastrichts Mooiste
08 )
Muziek brengt mensen tot leven
09 )
Malberg wordt de Mins
10 )
Maatschappelijke stages binnen Vivre
12 )
8 vragen
13 )
Mexicaanse griep: storm in een glas water?
14 )
Nieuwe koers bij Geestelijke Verzorging
15 )
Vivre gewoon beter: niet meer te stoppen
16 )
Nieuw restaurant Koepelhof: "elke dag een beetje feest"
18 )
Gewoon beter: "er wordt hier
't bloemetje voor ... De sterren van Koepelhof en Croonenhoff
H
et is een spannende dag in Koepelhof. Vandaag, 11 februari, komt de Sterrengids op bezoek om de locatie op gastvrijheid te beoordelen. In het nieuwe restaurant loopt locatiemanager Mia van Roosmalen trots rond. Terwijl ze alles nog even naloopt, begroet ze de bewoners die naar beneden komen voor het ontbijt. Ondanks het belangrijke bezoek heerst er een rustige en gemoedelijke sfeer. Ook een aantal medewerkers is uitgenodigd om naar het restaurant te komen. Onder het genot van koffie met vlaai neemt Mia het woord. "Vandaag is een belangrijke dag. Als het goed is, krijgen we straks een aantal sterren, maar eigenlijk hebben we die al. Huismeesters Willy Roebroeks en Erik Pieters zijn onze sterren. De afgelopen maanden hebben zij ontzettend hard gewerkt. Met de verbouwing van Koepelhof en de renovatie van Croonenhoff hebben beide heren heel wat voor hun kiezen gehad. En daarom verdienen zij dit keer 't bloemetje." Een spontaan applaus volgt en de heren reageren verrast. Willy Roebroeks: "Wat leuk zeg; dank je wel. Het was een drukke periode, we moesten met name de veiligheid gedurende de verbouwing goed in acht nemen. Daarnaast was er een strakke planning. De druk was hoog; veel hoger dan vroeger. Voorheen hebben Erik en ik in de bouw gewerkt; dus we weten hoe het eraan toe kan gaan." Erik: "Je moet rustig blijven en je niet gek laten maken. Ik heb met name in Croonenhoff gewerkt. Daar waren veel interne verhuizingen. Dat betekent veel inpakken, draden omleggen etc. Maar we hebben het gered; dit zijn twee toplocaties."
•
veel meer gelachen" Wil jij ook een collega, cliënt of vrijwilliger een hart onder de riem steken of in het zonnetje zetten? Geef hem of haar dan op voor 't bloemetje. Stuur een e-mail naar:
[email protected].
vitaal
Het jasje D
e laatste tijd heb ik veel locaties van Vivre bezocht die aan het verbouwen zijn. Een kleine opsomming:
Opsomming Appelgaard in Margraten heeft 12 prachtige nieuwe zorgappartementen voor mensen met lichamelijke beperkingen en de bouw van De Lommer, een nieuw zorghuis, is er gestart. De Koepelhof heeft een aantrekkelijk nieuw restaurant, compleet met grand café en zelfs een jukebox met hits uit de jaren vijftig. Croonenhoff in Heer is helemaal nieuw gebouwd met groepswoningen, individuele ruime kamers en appartementen voor mensen op de drempel van de zorg. De uitstraling van het restaurant op de begane grond is die van een hotel. Hagerpoort in Amby vordert goed en is qua opzet vergelijk baar met de Croonenhoff. Ik heb rondgezworven door De Bron die in Eijsden in de fase van de afbouw is. Ook hier weer het concept van wonen met zorg en zelfstandig wonen in een eigentijdse ambiance met schitterend uitzicht op het Savelsbos en de oude kerk en een aantrekkelijk terras met restaurant. Ook de contouren van de Mins, in aanbouw in Malberg, worden zichtbaar. Individueel wonen voor mensen met lichamelijke beperkingen in ruime appartementen met eigen badkamer en keukentje. En dat is nog niet alles, de plannen voor Gulpen, Borgharen en het Klevarie terrein vorderen. Daarmee wordt nu zichtbaar wat we al een paar jaar aan het voorbereiden zijn: het vervangen van de geconcentreerde, grootschalige locaties met een enigszins klinische uitstraling door kleinschalige, verspreide en laagdrempelige zorgcentra in de buurt van de bevolking. We proberen de mogelijkheid het eigen leven in te vullen zo goed mogelijk te benaderen.
Niet vanzelfsprekend meer Dat is nodig: In de ouderenzorg voltrekt zich langzaam en geleidelijk een verandering. Alhoewel het aantal ouderen stevig groeit, wordt de druk op de voorzieningen die instellingen als Vivre aanbieden niet veel groter. Dat is een landelijke tendens. Veel ouderen kiezen nu heel bewust om zo lang mogelijk thuis te blijven, en weten zich ondersteund door goede mantelzorg, door thuiszorg die ook technisch veel aan kan en door de mogelijkheid van geavanceerde aanpassingen in huis.
|
3
De keuze voor het verpleeghuis is niet vanzelfsprekend meer. Mensen maken die keuze bewust en er zijn alterna tieven. De gemiddelde opnameduur binnen Vivre is afgenomen van voorheen enkele jaren tot ruim een jaar nu. Dat betekent dat mensen ervoor kiezen steeds later in hun ziekte opgenomen te worden. Daar is in principe niets op tegen. Oost West, Thuis Best geldt meer dan ooit. Vivre moet toekomstbestendig zijn. Het wil een aantrekkelijk alternatief bieden voor de thuissituatie. Meer privacy voor de bewoner is belangrijk. Over ruim een jaar zullen de kamers waar vier personen verblijven tot het verleden behoren en hebben de meeste bewoners een eigen kamer. De woonomgeving wordt aantrekkelijker door sfeervolle restaurants en buitenruimten, steeds in de buurt van de kern van dorp of wijk. Niet wat mensen niet meer kunnen is uitgangspunt, maar wat men wel nog kan.
Jasje Toch is al dat bouwen niet meer dan een jasje. Wat in die jas zit, moet warm zijn. De cliënt moet er zich fijn in voelen. Dan doel ik op de verzorging en de behandeling die men bij Vivre ontvangt. Die was goed en is goed. Met aandacht, liefde en deskundigheid. Want dat is de kern van ons werk. Het wonen, het jasje, kan die goede zorg niet vervangen, maar voegt er wel iets aan toe. Ik raad u aan eens binnen te lopen in één van de nieuwe locaties. Ik hoop dat u er zult voelen wat ik hier in een paar woorden getracht heb weer te geven.
•
Jan Meijers Voorzitter Raad van Bestuur Vivre. Jan Meijers
4
|
vitaal
Trots op Croonenhoff V E
Het kost medio januari nog wat moeite de nieuwe ingang te vinden van Croonenhoff. De bewegwijzering is er immers nog niet. Maar binnen het nieuwe zorgcentrum overheerst volop tevredenheid, zelfs trots. Het Maastrichtse stadsdeel Heer beschikt over een waardige opvolger van het oude Providentia. Wie zich nog de oude eetzaal van Providentia voor de geest kan halen, die meer weg had van een patronaatszaal uit de jaren vijftig, kijkt zijn ogen uit in het nieuwe restaurant. Een geslaagde inhaalslag die vijftig jaar glansrijk overbrugt. Datzelfde geldt voor de oude kamertjes van het zorgcentrum. Ze zijn vervangen door grote kamers, ieder met eigen badkamer en keuken. Zeker, het oude gebouw had zijn eigen charme, maar het nieuwe biedt ruimte en comfort. En vooral veel meer mogelijkheden voor zorg op maat.
Mevrouw Beckers samen met Daisy Vrijman
Ook goed Mevrouw A. Beckers, die het oude Providentia nog meemaakte moet er nog een beetje aan wennen. Ze zegt: "Vroeger was het goed, en nu is het óók goed." Natuurlijk ziet ze ook dat het nieuwe centrum anders is: "Het is sjieker geworden." En: "Ik heb 's morgens veel meer keuze bij het ontbijtbuffet." Daar maakt ze dankbaar gebruik van. Maar echt veranderd is het niet. De eigen sfeer van het centrum is gebleven. Misschien is dat wel het grootste compliment. De bouw van het nieuwe centrum gebeurde in twee etappes. In november 2007 begon de bouw van het eerste blok aanleunwoningen plus de helft van het nieuwe zorgcentrum. Daarna ging het oude Providentia tegen de vlakte. De bewoners kregen voorlopig een kamer in de aanleunwoningen en in het deel van de nieuwbouw dat net klaar was. Vervolgens werd een tweede blok aanleunwoningen
en de andere helft van het nieuwe zorgcentrum gerealiseerd. Begin januari 2010 was iedereen 'over' en had elke bewoner zijn nieuwe kamer. De bouw verliep heel voorspoedig. Locatiemanager Mia van Roosmalen trots: "We zijn een half jaar eerder klaar dan gepland."
Eigen stek Daisy Vrijman, één van de twee zorgcoördinatoren van Croonenhoff, is blij dat nu iedereen zijn eigen stek gevonden heeft. "Het is een heel karwei een nieuw centrum van de grond te tillen en tegelijk ervoor te zorgen dat de bewoners toch goede zorg ckers mevrouw Kersemee Esther Gorissen en
vitaal
|
a a n d e b a r. eniet van een pilsje De heer van Meer g
ontvangen. Dat is gelukt. Al betekende dat ook voor de bewoners dat ze soms vaker van kamer moesten wisselen. En dat is voor oude mensen een ingrijpende operatie." Zij is vooral blij dat er nu veel meer mogelijkheden zijn om zorg op maat te bieden. "Neem alleen al het feit dat iedere kamer in de verzorgingsafdeling nu over een ruime eigen badkamer beschikt, waar je ook ruimte hebt voor de benodigde hulpmiddelen. En we hebben nu voldoende ruimte voor de diverse welzijnsactiviteiten." Esther Gorissen, de secretaresse van Mia van Roosmalen, zegt het kernachtig: "Het gebouw is geen beperkende factor meer."
Verpleeghuis Het oude Providentia was een bejaardenhuis, een zorgcentrum. Het nieuwe Croonenhoff beschikt daarnaast ook over kleinschalige woonvormen, zowel voor mensen met een lichamelijke handicap als voor dementerende cliënten. In de verzorgingsafdeling wonen nu 49 cliënten, in de verpleegafdeling 31. Mevrouw C. Kersemeeckers, de dochter van mevrouw L. Hartmann, is zeer te spreken over de zorg die haar dementerende moeder krijgt. "Wat mij erg aanspreekt is dat mijn moeder er thuis is. Ze is er niet te gast, nee, ze woont er in haar eigen kamer." Het lijkt een detail, maar het past helemaal in de nieuwe filosofie van Croonenhoff. De bewoner staat centraal en medewerkers en familie helpen die bewoner zich thuis te voelen. Locatiemanager Mia van Roosmalen: "Voor ons was de nieuwe opzet van het verpleeghuis, waar de bewoners in kleine groepen wonen en de verzorging niet de dienst uitmaakt, maar slechts een ondersteunende rol heeft, iets nieuws. We hebben het afgelopen jaar hard eraan gewerkt onze filosofie vorm te geven. Dat was niet eenvoudig. We hebben hier en daar ook het beleid bij moeten stellen. Maar ik ben heel tevreden dat we nu, met vallen en opstaan, zover zijn."
Molukkers Het was de bedoeling één van de drie woongroepen voor dementerende cliënten te reserveren voor oudere Molukkers. In het stadsdeel Heer woont van oudsher een groep Molukkers en die had sinds een paar jaar ook een eigen dagopvang in Providentia. De verwachting was dat een deel daarvan zou willen doorstromen naar een eigen
Elvira Sahe tapy samen met twee da mes van de dagopvang .
woongroep. Elvira Sahetapy, die eerder in de dagopvang en nu in het verpleeghuis werkt, zegt: "Die eigen woongroep is er nog niet. Molukkers - zeker die in Heer vinden het moeilijk de overstap te maken. Ze kijken liever eerst de kat uit de boom. Ook hun kinderen aarzelen, het past niet in hun cultuur de zorg voor hun ouders uit handen te geven. Op dit moment wonen er twee Molukkers in Croonenhoff. We verwachten dat er na verloop van tijd anderen zullen volgen. Maar hoe snel dat het geval zal zijn, moeten we afwachten." Hun plaatsen zijn intussen ingenomen door andere nieuwe bewoners.
Tropenjaren Mia van Roosmalen ziet er moe uit. Het moeten tropenjaren voor haar zijn geweest. Maar nu is ze vooral tevreden, zelfs trots. "We hebben goed samengewerkt met de woningstichting Servatius. We hadden echt inspraak in de vormgeving van het gebouw. Alle medewerkers hebben de afgelopen jaren keihard gewerkt en geïmproviseerd. Onze bewoners zijn verrast door het resultaat. Wat wil je nog meer?" En wat haar opvalt: "Ik zie elke dag nieuwe gezichten. Ook de bewoners van Heer komen nu binnen. Ik verwacht dat zij in de toekomst ook gemakkelijker en vaker van onze maaltijden en andere faciliteiten gebruik gaan maken. Dat juich ik alleen maar toe. Croonenhoff moet een vitaal onderdeel van Heer worden." Een mooi citaat tot besluit: Een anonieme bewoner constateerde: "Het lijkt wel een hotel. Het eten is nog beter dan bij Van der Valk".
•
5
6
|
vitaal i Wintjens van Iveng Ivo Maas en Guido
Vivre lanceert nieuwe website V
ivre heeft eind januari haar nieuwe visitekaartje afgegeven in de digitale wereld: een nieuwe website die bezoekers in snel tempo een beeld geeft van Vivre, haar diensten en haar locaties. Daar is veel werk voor verzet, maar het resultaat mag gezien worden, vinden Marc Kentgens, staffunctio naris Communicatie, en Thea Smeets van IM&ICT, de webmaster van de site. Samen met Guido Wintjens en Ivo Maas van Ivengi die de nieuwe website hebben gebouwd, leggen ze uit wat er veranderd is. Marc Kentgens: "Vivre had sinds 2005 al een eigen website, maar die voldeed niet meer. Het was in feite een folder op het net. Nu is het een interactieve site die veel sneller aangevuld en geactualiseerd kan worden. Ze bevat ook veel meer informatie over de verschillende locaties. We hebben ook de vormgeving aangepast. Minder hoekig, meer ronde lijnen. Dat geeft een meer vriendelijke uitstraling."
Sprankelend Thea Smeets: "We hebben veel positieve reacties op de nieuwe site gekregen. Zoals: 'Het is veel overzichtelijker geworden', 'Echt een sprankelende site'." Er is ook veel belangstelling voor. In de eerste tien dagen hebben 2.500 mensen van buiten Vivre de site bezocht. "Dat is een heel mooi resultaat", vindt Ivo Maas. De site is vooral bedoeld voor mensen die informatie willen over de mogelijk heden die Vivre biedt. "We denken daarbij met name aan toekomstige klanten en hun familie." Guido Wintjens: "Dat betekent dat we dus een site moesten bouwen die heel klant vriendelijk is. Je moet met een paar klikken alle informatie kunnen vinden die antwoord geeft op jouw individuele vraag."
T h e a S m e e t s v a n I M & I C T, d e w e b m a s t e r v a n d e s i t e e n Marc Kentgens, staffunctionaris Communicatie
ZZP Marc Kentgens: "Daarom zijn we uitgegaan van de verschillende zorgzwaarte pakketten (ZZP). Wanneer je één van de pakketten aanklikt, zie je meteen op welke locaties dat pakket aangeboden wordt. Een volgende klik op de namen van de locaties geeft je meteen een hoop informatie over het huis." Het lijkt allemaal simpel, maar er zit een heleboel techniek achter. Ivengi is enkele maanden bezig geweest met de opbouw van de nieuwe site. De afgelopen drie maanden is de site gevuld met de nodige informatie.
Informatie Een goede site staat of valt met de aanwezigheid van voldoende en actuele informatie, zeggen Kentgens en Smeets. "Daarvoor is de hulp van de locaties nodig. Het is vooral een kwestie van gewenning. Wanneer medewerkers ontdekken dat nieuws van hun locatie heel goed past op de nieuwe website, denk ik dat we erin slagen een echt actuele site op te zetten. Aanvullingen en opmerkingen kan iedereen sturen naar:
[email protected]." Het is altijd leuk wanneer bezoekers vertellen dat ze het nieuws al gelezen hebben op de computer. Natuurlijk is ook de webmaster daar kien op. "Alle berichten uit de krant over Vivre, vinden een plaats in de rubriek Nieuws."
Fase 2 Guido Wintjens: "Met de lancering van de nieuwe website is fase 1 afgerond. We gaan nu hard werken aan fase 2. Dat houdt in dat we ook het Facilitair Bedrijf en de dienst Behandeling & Begeleiding een plaats op de website gaan geven. Bovendien gaan we de informatie over de locaties uitbreiden met filmpjes en een activiteitenagenda, zodat straks elke locatie zelf verantwoordelijk is voor zijn onderdeel." Hij ziet het helemaal voor zich: "Als je voldoende informatie hebt, kun je de klant nog beter van dienst zijn."
•
vitaal
|
7
Hago en Vivre slaan handen ineen H
et heeft even geduurd, maar nu is het dan zover. Schoonmaakbedrijf Hago Zorg en Vivre bundelen hun krachten in een joint venture, genaamd: Proper. Op 7 januari jl. werd het contract ondertekend op het hoofdkantoor van Vebego; de holdingmaatschappij van Hago. Math Boon, manager Facilitair Bedrijf Vivre en nu ook bestuurder van Proper, geeft een toelichting op de totstandkoming en de ambitie van deze nieuwe onderneming.
Meer eenheid Math Boon: "Vivre heeft een langetermijnrelatie met Hago. Al meer dan 25 jaar maken ze schoon op onze locaties. Echter; op een paar locaties hadden wij nog een eigen schoonmaak- en linnendienst en beddenopmaak. Voordat ik bij Vivre kwam werken, ik ben begin 2007 begonnen, lag er al een advies om te komen tot een gemeenschappelijk schoonmaakbedrijf. Maar om dit te kunnen realiseren, moest er eerst een standaard programma voor alle Vivre-locaties komen. We wilden meer eenheid in ons dienstenpakket en kosten besparen en dat zijn de redenen waarom we onze jarenlange samenwerking, zeg maar 'verkering', nu hebben omgezet in een huwelijk."
Voldoende uitdagingen De nieuwe joint venture valt onder de holding Vebego. Vivre heeft 51% van de aandelen en Vebego 49%. In totaal werken er ongeveer 100 mensen bij Proper. Een kwart is weliswaar nog in dienst van Vivre, maar wordt nu gedetacheerd bij de nieuwe onderneming. Dit heeft te maken met de huidige CAO waaronder ze vallen. Het is de bedoeling dat de medewerkers binnen nu en drie jaar overstappen naar Proper. Math Boon: "Onze medewerkers waren in eerste instantie natuurlijk erg blij dat ze hun baan konden behouden. Wel was er in het begin wat rumoer, omdat sommigen op een andere locatie moesten werken. Inmiddels zijn we een paar weken verder en merk je dat het rustiger wordt." De nieuwe onderneming biedt voor de toekomst voldoende uitdagingen. Math Boon: "We gaan nog meer aandacht schenken aan kwaliteit en innovatie. Voorheen werkten we via een vast schema. Nu gaan we meer kijken naar wat de bewoner wil; net als in de zorg. Dit betekent dat we zaken anders gaan organiseren. Bovendien gaan we meer diensten aanbieden. Zo gaat verpleeghuis de Mins, de nieuwe locatie in Malberg, straks werken met zorgondersteuners. Bepaalde neventaken gaan zij van het zorgpersoneel overnemen, zodat zij op hun beurt meer tijd hebben voor de zorg van onze bewoners."
Bijpassend logo Bij een nieuwe onderneming hoort ook een nieuwe naam en bijpassende huisstijl. Math Boon: "We wilden graag een naam die in de lijn van Vivre past. Al gauw viel de naam Proper; wat 'goed schoon' betekent. Ons logo straalt dat ook helemaal uit. De blauwe kleur met de druppels staan symbool voor fris, schoon en netheid." Ook de dienstkleding wordt vervangen. De medewerkers dragen straks lichtblauwe hesjes met daarop het logo. Bovendien krijgt iedereen een bijpassende badge voor de herkenning. Math Boon: "Ik heb veel vertrouwen in deze onderneming en de mensen die er werken. Ik zie de toekomst positief tegemoet."
e t s i o o M s t h c i r Maast
•
g aan?
ga jij (weer) de uitdagin
Op zondag 13 juni is de Maastrichts Mooiste Bedrijvenloop. Uiteraard is Vivre weer van de partij. Ook dit jaar gaan we ons beste beentje voor zetten op de 5 of de 15 kilometer. Vorig jaar namen 45 collega's deel aan dit gezellige hardloopevenement. Gezien het grote enthousiasme rekent de organisatie dit jaar op nog meer deelnemers. Heb jij interesse om samen met je collega's deel te nemen, aarzel dan niet en meld je aan voor één van de loopafstanden via het speciale e-mailadres:
[email protected]. Na aanmelding krijg je een ontvangstbevestiging en nadere informatie. Het inschrijfgeld
wordt door Vivre betaald. Daarnaast ontvang je een professioneel renshirt. Aanmelden kan tot vrijdag 2 april 2010. Je hoeft overigens geen geoefende hardloper te zijn om mee te doen aan Maastrichts Mooiste. Starters kunnen zelf trainen of gezamenlijk met een professionele trainer. John Nypels van Qsport geeft al jaren groepstrainingen en advies. Je kunt direct contact met hem opnemen via telefoonnummer: 06-47071694 of e-mail:
[email protected].
8
|
vitaal
Muziek brengt mensen tot leven
Wat doet muziek met een mens? Dit: meneer Voncken heeft pijn in zijn rug. Hij heeft niet zoveel zin om mee te gaan met Jeroen Janssen. Dat ze hem maar met rust laten. Maar even later geeft hij toch maar toe. Een half uur later is hij een ander mens. Hij danst bijna door de gang van De Zeven Bronnen. En hij zingt. De pijn in de rug voelt hij niet meer.
Verbazend veel Jeroen Janssen (24) is sinds september vorig jaar binnen De Zeven Bronnen actief als muziektherapeut. Hij speelt gitaar en piano en hij kent verbazend veel liedjes. Die zingt hij vanmorgen samen met meneer Voncken. En meneer Voncken zingt ze mee. Dat is opmerkelijk, want hij heeft afasie. Als hij praat, heeft hij veel moeite met het vinden van de goede woorden. Maar als hij zingt, is hij een ander mens. Dat doet muziek met een mens. Jeroen heeft van de verzorging gehoord dat meneer Voncken ook mondharmonica kan spelen. Dus heeft de afdeling voor een mondharmonica gezorgd. Meneer Voncken
aarzelt, maar even later zet hij het instrument voor zijn mond. En speelt het ene nummer na het andere. Alsof er niets met hem gebeurd is. Alsof hij elke dag speelt. Hij zou wel uren door kunnen gaan.
Baat hebben Jeroen Janssen, die op de Hogeschool Zuyd een opleiding volgde tot muziek therapeut heeft er duidelijk plezier in. "Ik zie elke dag dat mensen in een verpleeg huis baat hebben bij muziek. Soms is dat spectaculair, zoals bij meneer Voncken. Hij komt weer tot leven, het is alsof hij een stukje van zijn oude bestaan oppakt. Toen meneer Voncken nog gezond was, heeft hij veel met muziek gedaan. Hij was lid van een kerkkoor. Na een hersenbloeding leek dat allemaal voorbij. Hij verhuisde naar De Zeven Bronnen. Door zijn afasie had hij moeite met een gesprek. Maar sinds hij elke week een half uurtje samen met Jeroen Janssen muziek maakt, is zijn leven veranderd. Het heeft meer kleur gekregen. De muziek helpt hem op een andere manier met taal om te gaan. "Hij gaat ook weer verhalen vertellen over vroeger. De muziek maakt iets in hem wakker, soms denk ik dat hij ook wat gemakkelijker de woorden vindt. Dat doet muziek met een mens."
Haar gezicht verandert We brengen meneer Voncken terug naar de huiskamer. De mondharmonica mag hij houden. We lopen door naar een andere kamer. Daar liggen mevrouw Hermans en mevrouw Fey op bed. Het dementieproces is bij hen al veel verder gevorderd. Ze lijken nauwelijks te reageren. Jeroen gaat naast het bed van mevrouw Hermans zitten. Hij zegt haar wie hij is en dat hij wat voor haar wil spelen. Ze blaast. Heeft ze hem herkend? Hij speelt zachtjes op zijn gitaar. M e n e e r Vo n c k e n e n J e r o e n J anssen
S
inds september vorig jaar werkt Jeroen Janssen als muziektherapeut in De Zeven Bronnen. De opgewekte, jonge Belg speelt gitaar aan het bed van mensen die al in een vergevorderd stadium van dementie zijn, of hij zingt samen met bewoners bekende melodie tjes. Zijn activiteiten hebben een duidelijke meerwaarde, zo bleek uit een recente evaluatie.
vitaal
|
Malberg wordt de Mins Het nieuwe verpleeghuis dat Vivre in Malberg bouwt, heet vanaf nu 'de Mins'. Op donderdag 4 februari jl. werd de naam bekendgemaakt tijdens de start van de bouw. In gemeenschapshuis 't Ruweel liet clusterdirecteur Henk Verheesen de aanwezigen even in spanning, voordat hij het bord met de naam onthulde.
roen Janssen Muziektherapeut Je
Wat gebeurt er? Haar gezicht verandert, het roerloze gezicht lijkt tot leven te komen. Het krijgt weer het karakter van een echt gezicht. Ze luistert. Meer gebeurt er niet. Na tien minuten is het voorbij. Haar gezicht valt weer terug in de oude plooien. Maar die tien minuten is ze misschien wel even gelukkig geweest. Jeroen Janssen: "Niet altijd zijn de resultaten zo opmerkelijk als bij meneer Voncken. Maar ook bij mevrouw Hermans denk ik dat de muziek een goede invloed op haar heeft. Ze wordt er rustig van, misschien komt ze weer een beetje tot zichzelf. Wie zal het zeggen?" Als we weggaan, streelt hij haar hand.
Resoneert Hij had het al eerder gezegd, bij een voorgesprek. "We weten dat muziek veel langer resoneert bij mensen die nauwelijks meer tot andere vormen van communicatie in staat zijn. Het wekt oude herinneringen op. Soms komen er ineens oude verhalen naar boven en proberen ze die onder woorden te brengen. Je ziet ook vaker dat de agressie wegvloeit, onder invloed van de muziek. Ze worden er rustig van." De helft van zijn tijd is Jeroen bezig met individuele therapie. De andere helft besteedt hij aan groeps activiteiten. "Dan zingen we samen oude liedjes. Dat is een geliefde vorm van ontspanning. Of speel ik gewoon gitaar of piano. Soms met verrassende gevolgen. Een meneer van tachtig, die zijn hele leven piano heeft willen spelen, geef ik nu les. Dat is eigenlijk heel ontroerend."
•
de Mins Henk Verheesen: "We wilden graag een naam die past bij de omgeving en het gebouw. Malberg is een echte Maastrichtse wijk; en daar hoort een Maastrichtse naam bij. Daarnaast moet de naam uitdragen waar wij voor staan. En dat is niet zo moeilijk; in ons nieuwe verpleeghuis staat de mens, de Mins in het Maastrichts, centraal. Wij doelen daarmee uiteraard op de bewoners, maar ook op de mensen lees verder op pagina 10 >
9
< vervolg van pagina 9 die er straks gaan werken. Overigens heeft elke letter in 'Mins' een eigen betekenis, namelijk de: M van Malberg, I van Innovatief, N van verrasseNd en de S van Service. Deze woorden spreken voor zich en geven exact weer waar wij straks voor staan."
Lieve Sanchez Ve r a B e r c h m a n s e n
Start bouw Na de bekendmaking van de naam liepen de aanwezigen naar de bouwlocatie. Daar werden ze getrakteerd op een thermobeker met warme chocolademelk. Erg geschikt gezien de temperatuur van die dag. Wethouder Luc Winants mocht vervolgens samen met een aantal toekomstige medewerkers het bouwbord onthullen en hiermee werd de start van de bouw definitief bekrachtigd. Aansluitend werd iedereen, ook de buurtbewoners, getrakteerd op poffertjes en erwtensoep. Vanuit een echte poffertjeskraam werden de lekkernijen geserveerd. Voor velen een geslaagde afsluiting van een geslaagde middag.
•
H
et kabinet wil dat vanaf volgend jaar alle leerlingen van het voortgezet onderwijs een maatschappelijke stage gaan lopen. Ook Vivre zal daarvoor stageplaatsen aanbieden. Nico Bringmans, coördinator opleidingen, bereidt zich voor. Nico Bringmans: "Wij kennen van oudsher binnen Vivre de mogelijkheid om hier stage te lopen. Het gaat dan meestal om jongeren die een beroepsopleiding volgen bijvoorbeeld tot helpende of verzorgende. Bij ons maken ze dan kennis met de praktijk. Dat zijn meestal langdurige stages. Maar daarnaast melden zich de laatste jaren ook andere groepen jongeren. Leerlingen van vmbo, havo en vwo willen bij Vivre een korte zogenoemde maatschappelijke stage lopen. Vanaf volgend jaar zijn deze stages verplicht."
Iets doen voor een ander Wat is een maatschappelijke stage? Nico Bringmans: "De bedoeling is dat de leerlingen gaan ervaren dat de samenleving beter functioneert als mensen bereid zijn iets te doen voor de ander. Tijdens een stage 'in de maatschappij' kunnen ze die ervaring opdoen. De overheid heeft bepaald dat de stages alleen aangeboden mogen worden door non-profit instellingen. Dus niet door bedrijven, maar bijvoorbeeld wel door zorginstellingen, de overheid, de culturele sector, sportverenigingen en dergelijke. Dus ook door Vivre." Wanneer volgend jaar alle leerlingen van het voortgezet onderwijs zo'n maatschappelijke stage gaan lopen, brengt dat veel werk met zich mee. In totaal zijn er in heel Nederland jaarlijks 190.000 stageplaatsen nodig. Bringmans heeft nog geen idee hoeveel extra stageplaatsen dat voor Vivre betekent.
vitaal
|
Maatschappelijke stages binnen Vivre Grote vrijheid Hij legt uit dat de scholen een grote vrijheid hebben bij het organiseren van de stages. Om een beeld te geven: Leerlingen van het vmbo moeten in de vier jaren van hun opleiding 48 uur besteden aan de maatschappelijke stage. Voor leerlingen van de havo zijn dat er 60 en voor vwo-leerlingen 72 uur. De scholen mogen zelf bepalen hoe ze dat doen. Alles ineens, of gespreid over één of meer jaren. "Maar duidelijk is al wel dat het project voor de stagebiedende instellingen een flinke klus is. Niet alleen moeten er voldoende projecten zijn, maar er zit ook een flinke administratie aan vast. Niettemin, het is een belangrijk project."
Verder kijken Vivre is zich heel wel bewust, zegt Nico Bringmans, dat zij ook een maatschappelijke taak heeft. "Het is van groot belang dat ook toekomstige generaties leren dat het leven aanzienlijk prettiger en beter verloopt wanneer je rekening houdt met elkaar, wanneer je verder kijkt dan je eigen belang. Juist in een tijd als de onze, waarin mensen zich vaker alleen lijken te bekommeren om hun eigen belangen, is het goed jongeren in contact te brengen met andere visies, met andere ervaringen."
Begeleide vrijwilligers Wat kunnen die jongeren tijdens die stages eigenlijk doen? Nico Bringmans: "Het komt er eigenlijk op neer dat ze 'begeleid vrijwilligerswerk' gaan doen. Dus alles wat onze vrijwilligers doen, kunnen zij ook. Zij het dat ze begeleid worden. Niet alleen door ons, maar ook door de school waar ze vandaan komen. Er zijn op onze locaties heel wat activiteiten die heel goed gedaan kunnen worden door jonge mensen. Ze kunnen helpen in de keuken of het restaurant, ze kunnen assisteren bij ontspanningsactiviteiten, ze kunnen ook eigen activiteiten opzetten." Hij geeft een voorbeeld. "Jongeren kunnen heel goed uit de voeten met de computer, zij zouden ook
bewoners wegwijs kunnen maken op internet." Hij zegt het nog maar eens: "Het gaat er niet om dat we gebruik kunnen maken van goedkope arbeidskrachten, het gaat erom dat die jongeren in de gaten krijgen dat het heel zinvol is anderen te helpen, zonder dat er een vergoeding tegenover staat."
Bonnefanten Om duidelijk te maken wat hij bedoelt, heeft hij twee meisjes uitgenodigd. Lieve Sanchez en Vera Berchmans hebben in het recente verleden stage gelopen binnen Vivre. Bringmans: "Deze twee leerlingen van het Bonnefantencollege deden geen maatschappelijke stage. Zij namen deel aan een ander project: 'Samen leren arrangeren'. Dat had de bedoeling leerlingen van het vmbo onder andere in contact te brengen met de zorgsector en hen helpen te ontdekken wat hun sterke kanten zijn. Maar wat ze binnen dit project deden, zou ook binnen de maatschappelijke stage een plaats kunnen krijgen."
Molukse mannen Beide meisjes namen deel aan een interviewproject in Heer (toen nog Providentia geheten, nu Croonenhoff ). Lieve Sanchez: "We moesten een groep oudere Molukse mannen interviewen over de vraag hoe ze thans hun 'oude dag' beleefden en of ze in de toekomst in een Nederlands zorgcentrum wilden wonen. Maar daar ging het gesprek niet over. Ze hebben van alles verteld over hun verleden. Dat was heel leerzaam. En ze waren heel aardig. Het ging er natuurlijk vooral om of we contact konden maken met deze oudere mannen. Nou, dat lukte heel goed. We hadden de vragen voorbereid op school en we hebben ook een verslag moeten maken."
Kerstviering Vera Berchmans heeft samen met andere leerlingen ook nog meegewerkt aan een kerstviering op zorgcentrum Amby. Ja hoor, ze heeft best ervaring met oude mensen. "Ik kom vaker bij een mevrouw van 92. Die zegt dat ik maar bejaarden verzorgster moet worden." Wat ze die middag gedaan heeft? Spelletjes gespeeld met de bejaarden. Ganzenborden en bingo." En, wat gaat ze later doen? "Werken met gehandicapte jongeren." Nico Bringmans knikt. "Dat is ook heel zinvol."
•
11
12
|
vitaal
8
8 vragen > vervolg van pagina 5
over het leven van Marion Cramers
Wie ben je? Marion Cramers (45).
Wat is je functie binnen Vivre? Ik ben sinds 1991 medewerkster personeelsadministratie en werk 24 uur per week.
Hoe lang werk je al bij Vivre? Ik ben begonnen in 1983 op Klevarie, als leerling ziekenverzorgende en vanaf 1986 als gediplomeerd zieken verzorgende. Ik heb er acht jaar met veel plezier gewerkt. Toen kreeg ik last van eczeem aan mijn handen en heb toen mijn werk als ziekenverzorgende moeten beëindigen. Gelukkig was er toen een vacature bij personeelszaken. Ik ben overgestapt en ik heb er echt mijn plek gevonden. Ik ga nog elke dag met plezier naar de Polvertoren.
Wat zijn je dagelijkse bezigheden? Ik ben (in samenwerking met de betreffende personeelsconsulenten) verantwoordelijk voor de administratieve afwikkeling van verschillende taken voor de medewerkers op La Valence, Croonenhoff, Klevarie en Koepelhof. Dat is een heel gevarieerd en breed pakket. En omdat mijn drie collega's hetzelfde pakket hebben voor andere locaties, kunnen we elkaar ook ondersteunen en vervangen.
Wat doe je graag in je vrije tijd? Ik doe graag aan sport: Aerobic en spinning. Dat doe ik twee keer per week. Daarnaast kook ik graag. Vooral Italiaans. Ik ben ook echt een familiemens. Ik vind het heel plezierig thuis samen met mijn man en onze zoon Mart. Verder doe ik ook graag leuke dingen met mijn drie zussen en natuurlijk op z'n tijd eens iets afspreken met een vriendin. Wat is het mooiste moment in je leven? De geboorte van Mart. Ik heb pas laat een kind gekregen, ik was 37, en ik maakte me van te voren toch veel zorgen of alles goed zou gaan. Maar alles verliep goed en ik geniet er nog elke dag van. Wat zou je graag nog eens doen in je leven? Ik zou het niet weten. Ik heb het idee dat mijn leven nu in balans is en geniet heel veel van de goeie dingen die ik al heb. Ik heb prettig werk, superleuke collega's, een goeie baas. Privé gaat alles goed dus wat wil ik nog meer? Wat is je lijfspreuk? Daar heb ik over na moeten denken. Ik heb er drie uitgezocht, die toch wel bij mij passen. De eerste is: je krijgt niets voor niets. De tweede: je oogst wat je zaait. En nummer drie: wie goed doet, goed ontmoet.
•
Peter van de Horst en Pascal Vroonen
Publieksprijs
Eind januari was weer de BBB in het Mecc. Deze horecavakbeurs is bedoeld voor bedrijven met producten en diensten bestemd voor de horeca, voedingsbranche en grootverbruik. Naast de nieuwste ontwikkelingen op horeca gebied worden er ook traditionele kookwedstrijden gehouden. Namens Vivre deden de koks Peter van de Horst (Molenhof ) en Pascal Vroonen (Koepelhof ) mee aan de kookwedstrijd voor instellingen die werd georganiseerd door het Koksgilde en Daily fresh food. De gerechten van Peter en Pascal vielen in de smaak. Zij wonnen de publieksprijs met een wisselbeker als beloning.
vitaal
Mexicaanse griep: storm in glas water?
|
13
Z
o, dat hebben we ook weer gehad, de Mexicaanse griep. Van te voren stonden de media er bol van. En ook Vivre was op alles voorbereid. Gelukkig viel het allemaal ontzettend mee. Carla Janssen, Marjon Dresens en Dorien van Remunt kijken opgelucht terug.
Eerst de feiten Carla Janssen, voorzitter HIP commissie (Hygiëne, Infectie en Preventie): "Slechts twee cliënten hebben de Mexicaanse griep gehad. En 280 medewerkers hebben zich in de afgelopen maanden ziek gemeld met griepachtige verschijnselen. De meeste bewoners hebben de spuit tegen de Mexicaanse griep gehad, 34 procent van de medewerkers liet zich vaccineren."
Erg meegevallen Wat zeggen die cijfers? Carla: "Dat het allemaal heel erg meegevallen is. Er is op geen enkel moment binnen Vivre sprake geweest van een echte uitbraak. Dat er maar twee bewoners ziek geworden zijn, komt misschien ook door de hoge vaccinatiegraad in deze groep en het goed opvolgen van de aangescherpte hygiëneregels. En wat de medewerkers betreft: andere jaren lag de vaccinatiegraad voor de gewone griepspuit rond de twintig procent. Dit jaar liet 34 procent van de medewerkers een spuit zetten. Dat is een mooie vooruitgang, die overeen komt met het landelijk gemiddelde. Als je uitgaat van die 34 procent, is het aantal ziektegevallen - 280 van de 2000 medewerkers laag te noemen. Of die 280 allemaal Mexicaanse griep hebben gehad, is overigens de vraag. Griepachtige verschijnselen vallen niet zonder meer samen met Mexicaanse griep. Het was voor ons niet mogelijk om daar meer helderheid in te krijgen omdat, vanaf een bepaald moment, in Nederland alleen nog sporadisch laboratoriumdiagnostiek werd gedaan. We hebben trouwens ook niet gevraagd of degenen die zich ziek melden, al dan niet een spuit gehaald hadden. Dat is in strijd met de privacyregels."
n unt en Carla Jansse ens, Dorien van Rem v. l . n . r. M a r j o n D r e s
Verpleegkundige van dienst Dorien van Remunt: "We hebben veel reacties van medewerkers en bewoners gehad. Die zeiden dat ze het erg waardeerden dat Vivre in deze zaak haar verantwoordelijkheid genomen heeft. Het is goed dat ze dat gedaan heeft."
Goed draaiboek Wat is de winst van deze campagne? Carla Janssen: "De winst is dat we nu beschikken over een goed draaiboek voor toekomstige uitbraken. Dat hadden we eigenlijk niet. Nu wel en dat is pure winst. We hebben er ook veel van geleerd. In de voorbereiding kwamen er van alle kanten adviezen, die niet allemaal met elkaar spoorden. Aan de hand van onze ervaringen hebben we hier en daar wijzigingen aangebracht in het draaiboek." Dorien van Remunt: "Om een voorbeeld te geven: we hebben er nu voor gekozen de medewerkers zoveel mogelijk op hun eigen locatie te vaccineren. Dat is ook gedaan om het hen gemakkelijker te maken. Maar bij dit soort vaccinaties moet je er altijd rekening mee houden dat mensen allergisch zijn voor deze griepspuiten. Er moet dus eigenlijk altijd een arts bij de hand zijn. Dat is lastig. Daarom zullen we bij een volgende uitbraak waarschijnlijk kiezen voor vaccinatie op enkele centrale plaatsen. Dan zijn er minder artsen nodig. Overigens hebben we zowel bij bewoners als bij medewerkers gelukkig geen allergische reacties gezien."
Storm in glas water Was het een storm in een glas water?
Geen verloren energie
Verpleeghuisarts Marjon Dresens: "Ja en nee. In feite is het aantal ziektegevallen heel beperkt gebleven. Maar omdat er van te voren zoveel onduidelijk was over de omvang en de ernst van de griep, wilden we op alles voorbereid zijn. Vivre kan het zich niet veroorloven de zaak op zijn beloop te laten en te volstaan met een beperkt aantal maatregelen. Als het een ernstige griepepidemie geweest zou zijn, zouden bewoners en medewerkers ons dat terecht aangerekend hebben."
Carla Janssen vat het allemaal nog eens samen. "Het viel mee, maar het was geen verloren energie. Achter de schermen is veel werk verricht, de onderlinge samenwerking is prima verlopen, we wisten elkaar te vinden en hadden we, om maar eens de landelijke slogan aan te halen, grip op de Mexicaanse griep. En ik merk dat medewerkers ook na afloop van de campagne toch meer aandacht besteden aan de persoonlijke hygiëne. Dat is mooi meegenomen."
•
|
vitaal
Nieuwe koers bij Geestelijke Verzorging De dienst Geestelijke Verzorging binnen Vivre vaart sinds enige tijd een nieuwe koers. De drie geestelijke verzorgers die binnen de verpleeghuizen en de verpleegafdelingen van zorgcentra actief zijn, concentreren zich op indivi duele zorg voor bewoners. Ook als die bijvoorbeeld moslim zijn of humanist. Ralf Smeets, Tjeu Janssen en Iwan Blaschek lichten de koerswijziging toe. Ralf Smeets (40): "Van oudsher kent Vivre een dienst Geestelijke Verzorging. Die was in het verleden vooral gericht op katholieke cliënten. De pastores, doorgaans priesters, verzorgden de zondagse mis. Ze zochten ook de bewoners op en dan was er ruimte voor gesprekken. Maar vaak vonden die pas plaats als de bewoners terminaal waren. De hoofdzaak was dat de bewoners bediend werden, dat wil zeggen de laatste sacramenten ontvingen. In de loop van de jaren is de situatie veranderd en kreeg ook de dienst Geestelijke Verzorging een andere opzet."
Ralf Smeets, Tjeu Janssen en Iwan Blaschek
14
hebben er vaker moeite mee de nieuwe situatie te aanvaar den. Dat ze niet meer naar huis kunnen, dat ze lichamelijk en vaak ook geestelijk achteruit gaan. Daarover willen ze praten." Iwan Blaschek: "Je moet niet vergeten dat al die mensen hun eigen leven meebrengen. Ze maken zich zorgen over hun kinderen, hun kleinkinderen, hun partner. Relaties komen onder druk te staan als een dementerende partner in het verpleeghuis woont en de ander alleen thuis blijft. Dan is er echt behoefte aan iemand die naar hen luistert." Tjeu Janssen: "Ze willen hun verhaal kwijt. Vaak helpt het wanneer ze over hun vroegere leven kunnen vertellen. Het lucht hen op. Luisteren is een heel belangrijk onderdeel van ons werk. En daarbij proberen we samen een antwoord te zoeken op de vragen die leven. Daarbij is het leven dat ze geleid hebben de basis. Wij proberen uit hun eigen leven een deel van het antwoord te halen." Ralf Smeets: "Wij zijn heel terughoudend met het geven van pasklare antwoorden. Wij zoeken samen naar een antwoord dat bij deze individuele bewoner past."
Voorbehouden Tjeu Janssen (52): "Ralf en ik doen geen activiteiten die voorbehouden zijn aan priesters. Dat betekent dat wij geen mensen bedienen en geen eucharistievieringen verzorgen. Daarvoor komen priesters van buiten. Wanneer cliënten bediend willen worden, vragen wij de familie contact te zoeken met de pastoor van de parochie waar de cliënt vroeger woonde. Meestal levert dat geen problemen op. Lukt het niet dan heeft het dekenaat een achterwacht. Voor de zondagsmis heeft ieder verpleeghuis wel een lijstje van priesters die beschikbaar zijn." Iwan Blaschek (38): "Wat betreft de nieuwe opzet, zitten we met zijn drieën op één lijn." Iwan die sinds vorig jaar in dienst is als geestelijk verzorger, draagt een priesterboordje. "Ja, ik ben priester, maar ook voor mij geldt dat in principe de parochiepriesters cliënten bedienen. Omdat er steeds minder priesters beschikbaar zijn, ga ik in het weekend wel vaker voor in de eucharistievering." De familie van Iwan komt uit Hongarije maar woont al generaties lang in Limburg. Hij kreeg zijn opleiding in Rolduc, maar koos na een aantal jaren in de parochie voor het verpleeghuis.
Verbreding Ralf Smeets benadrukt dat de nieuwe opzet vooral een verbreding van het aanbod inhoudt. "Wij concentreren ons op de individuele cliënt en daarbij beperken we ons niet tot zijn laatste uren. Ook als mensen pas kort in een verpleeghuis wonen, hebben ze vaak behoefte aan iemand die de tijd neemt naar haar of hem te luisteren. Want de situatie waarin de nieuwe bewoners terecht komen, roept veel vragen op. Ze
Open Deze open houding is kenmerkend voor het nieuwe beleid. Smeets: "Wij ontmoeten binnen het verpleeghuis steeds vaker mensen die geen boodschap hebben aan traditionele antwoorden. Ze hebben afstand genomen van de kerk, ze zijn humanist, een enkeling is moslim. Dan moet je met hen op zoek naar een antwoord dat past binnen hun leefsfeer. Meestal slagen wij zelf daarin, soms halen we er een vertegen woordiger van hun eigen geloof bij. Dat kan een dominee zijn, maar evengoed een imam of een humanistisch raads man." Voorlopig zijn dat uitzonderingen. De meerderheid van de huidige cliënten heeft een katholieke achtergrond. En de meerderheid daar weer van wil, als het hun tijd is, gewoon bediend worden. "Maar ook in deze groep kiezen we heel bewust voor een individuele aanpak. Ieder mens heeft zijn eigen verhaal. En al lijken de vragen op de rand van de dood hetzelfde, de antwoorden kunnen en mogen heel verschillend zijn", zegt Ralf Smeets.
Zorgcentra De drie geestelijke verzorgers hebben hun thuisbasis in de verpleeghuizen. Ralf Smeets werkt in Klevarie en de verpleegafdeling van Molenhof. Tjeu Janssen in De Zeven Bronnen en Grubbeveld. Iwan Blaschek is actief in La Valence en Klein Rijckholt en de verpleegafdelingen van Croonenhoff, Beukeloord en Appelgaard. Zo nodig zijn ze beschikbaar in de zorgcentra. "Maar de ervaring leert dat de meeste zorgcentra creatief genoeg zijn om hun eigen oplossing te bedenken. Daar zijn we heel content mee", zeggen de drie.
•
vitaal
|
15
Vivre gewoon beter: niet meer te stoppen
H
oi, ik ben Anke Huppertz. Behalve clusterdirecteur bij Vivre en projectleider van 'Vivre Gewoon Beter', ben ik ook 'gewoon' de dochter van één van onze cliënten. Tja, dat is wel eens lastig: de zaken door twee brillen bekijken. Uiteindelijk is er natuurlijk maar één Anke, die in verschillende rollen kruipt. Ik verwonder mij over vele zaken, zowel in mijn functie als clusterdirecteur als in mijn dagelijks leven. Verwondering over hoe sommige zaken zo in de soep kunnen lopen en verwondering over de vele zaken die zo goed geregeld zijn. Fijn nu dat ik mijn ervaringen met u, de lezer, kan delen. Er is een financiële noodzaak om te veranderen, nee: te verbeteren. Vivre-breed daalt de omzet en iedereen weet: waar er minder inkomsten zijn, moet er extra op de uitgaven worden gelet. We kunnen elke euro maar één keer uitgeven. 'Verbetering' betekent dan ook elke euro beter besteden. Onze dienstverlening gaat er dan niet op achteruit. Integendeel, wie de dingen beter doet, bespaart juist geld. 'Vivre Gewoon Beter' is dus niet iets wat extra geld kost, maar juist iets dat ons op termijn geld bespaart. Méér bereiken met minder middelen. Dat doet een beroep op onze creativiteit en op ons verandervermogen. Als clusterdirecteur moet ik soms op locaties rigoureuze beslissingen nemen die op het eerste oog niet op één lijn staan met Vivre Gewoon Beter. Maar wie verder kijkt, ziet dat ik het beste met die locaties en Vivre in zijn geheel voor heb. We willen immers uiteindelijk een optimale balans in kwaliteit van zorg en financieel resultaat en dan sta je zo vaak voor lastige afwegingen. Maar ik sta niettemin achter elk genomen besluit, omdat ik weet dat het weliswaar impopulaire, maar ook noodzakelijke maatregelen zijn. Vivre Gewoon Beter beoogt een organisatiebrede verbetering.
Helaas is het zo dat mensen vaak op hoge poten bij mij aankloppen; ze voelen dat hun afdeling tekort wordt gedaan. Wat ze niet zien, is dat de hele organisatie er beter van wordt. Het gaat goed met Vivre Gewoon Beter, waaraan ik het woord 'relatief' moet toevoegen. Want we staan voor enorme uitdagingen, moeten werken met krappe budgetten, enzovoorts. De weg naar een volledig klantgerichte organisatie is er geen die we van vandaag op morgen afleggen. Ik zag mijn kinderen laatst een sneeuwpop maken. Ze begonnen met een kleine bal en rolden die een helling af. De bal werd alsmaar groter, het welbekende 'sneeuwbaleffect'. Aan datzelfde effect is ook onze organisatie onderhevig. Het Vivre Gewoon Beter-balletje rolt en wordt groter. Zo groot zelfs, dat hij dadelijk niet meer te stoppen is. 'Het gaat gewoon beter', lijkt een mooie slotconclusie van deze column. Elke dag zie ik mensen hard werken met hart voor Vivre én voor mensen. Met die mooie werkelijkheid word ik geconfronteerd als ik mijn vader bezoek in één van onze Vivre-locaties. Dat betekent echter niet dat het overal en altijd even goed gaat. Ook met die realiteit werd ik tijdens mijn bezoek aan pap geconfronteerd, overigens een man die heel zijn leven in het teken van anderen gesteld heeft. In deze levensfase verwacht hij slechts een fractie terug van wat hij zijn levenlang aan anderen gaf. Bijvoorbeeld aandacht voor een katheter die hem regelmatig ongemak (lees: beknelling, dus pijn) bezorgt. Niet te veel gevraagd, toch? Soms wel, niet noodzakelijkerwijs omdat mensen niet willen, maar veel vaker omdat ze simpelweg onderschatten wat dit ongemak voor de bewoner betekent. Die ervaring als dochter stimuleert mij om als clusterdirecteur en projectleider onverminderd te blijven streven naar 'Vivre Gewoon Beter' en daarmee naar betere zorg voor álle vaders (en moeders). Een ambitie die vooral moet leven in de harten van iedere Vivre-medewerker én realistisch is bovendien.
•
Volgende keer meer over Ankes belevenissen als directeur, projectleider én dochter.
gewoon beter gewoon beter gewoon beter Anke Huppertz Clusterdirecteur en projectleider 'Vivre Gewoon Beter'
gewoon beter
16
|
vitaal
Nieuw restaurant Koepelhof: "elke dag een beetje feest"
H
et is woensdag 20 januari. Ik ben uitgenodigd om samen met de bewoners te ontbijten in het vernieuwde restaurant van zorgcentrum Koepelhof. Om tien voor half negen sta ik in de hal, benieuwd naar wat me te wachten staat. De aangename geuren van jasmijn en rozemarijn kietelen mijn reukorgaan. In de hoek van de hal zit een keurig geklede heer te wachten voor een maande lijkse knipbeurt bij de 'Coiffeur', een nostalgisch aandoende kapperszaak die me sterk doet denken aan de dorpskapper uit de eerste helft van de vorige eeuw. In het ernaast gelegen buurtwinkeltje kun je je vertrouwde krantje kopen, of iets lekkers, of de laatste nieuwtjes uitwisselen.
Warm stemgeluid Ik loop de eetzaal binnen, begeleid door het warme stemgeluid van Vicky Leandros, die eindelijk haar 'ware Liebe hat gesehen'. Het gebogen glas van de authentieke Seeburg High Fidelity jukebox onthult een deel van zijn kleurrijke repertoire: San Francisco van Scott Mackenzie, Walking back to happiness van Helen Shapiro, Nathalie van Gilbert Bécaud, Love Letters in the Sand van Pat Boone. Onvergetelijke klassiekers uit de oude en nieuwere doos passeren de revue. Aan de muur een aantal fotoportretten van bekende Maastrichtenaren: Pieke Dassen, de Piele, Rika, gek Netteke, de Roeje Pierre.
Sterren Ik ruik spek met ei, verse broodjes, ik zie knapperige croissantjes, manden met vers fruit, gevuld met blozende appels en sappige
vitaal
|
17
Mevrouw Buntinx bestelt een lekker bord ei met spek bij Sandra Laboré.
Bruin café Na het ontbijt zoekt een aantal bewoners (of zeg maar gasten) een plekje op om lekker uit te buiken in een van de luie Chesterfield fauteuils in de lounge corner en kijken naar hun favoriete soap op een levensgroot lcd-scherm. Anderen leggen een kaartje of gaan gezellig een potje biljarten in het levensechte bruine café. Het is inmiddels half tien. Ik heb opeens een enorme trek, besluit aan te schuiven bij clusterdirecteur Ellen Spijkerman en locatiemanager Mia van Roosmalen. Het spek met ei smaakt prima. Het ovenverse croissantje streelt de tong. De koffie proeft naar meer. Ik zou het thuis niet beter doen.
Meer warmte
peren. De geur van verse koffie maakt me wakker. Ik lust eigenlijk wel een bakkie. De eerste bewoners komen de zaal binnen, schuifelen langs het geëtaleerde lekkers. "Wilt u een hard of zacht gekookt eitje, een juutje, of liever appelsap? Het gebakken ei goed doorbakken of nog een beetje zacht? Heeft u lekker geslapen, mevrouw Jansen?" Ik geloof mijn ogen en oren niet. Waan me in een sterrenhotel. De bewoners, de meesten met een big smile op hun gezicht, zoeken een plekje in het restaurant. Schuiven aan in knalrode, com fortabele stoelen, aan keurig gedekte tafels met witte vazen en verse bloemen. Wie doet je wat. Dit is pure verwennerij. Dit heeft niets meer te maken met de saaie setting van de vroegere zorginstelling.
Ellen Spijkerman: "Na achttien jaar was de begane grond van Koepelhof dringend toe aan een verandering. We constateerden dat een groeiend aantal bewoners niet meer naar beneden kwam. Ook lieten steeds meer buurtbewoners het afweten. De centrale ontmoetingsruimten waren hard toe aan een make over. Meer gezelligheid en warmte, meer licht en kleur. Waardoor buurtbewoners en bewoners het weer prettig zouden vinden om gebruik te maken van de voorzieningen. Tijd om het roer om te gooien dus. Einde 2008 hebben we een aantal werkgroepjes opgericht van medewerkers en de cliëntenraad. Daarnaast zijn we bij bewoners te rade gegaan om hun wensen te inventariseren. Het was de start van een creatief proces, waarin we hebben gekeken naar zaken als beleving, sfeer, gezelligheid, interieur, het thuisgevoel, gastvrijheid. Vraaggericht in plaats van aanbodgericht denken. Het project paste naadloos binnen het Gewoon Beter traject dat door Vivre inmiddels was opgestart. Onder de bezielende leiding van Paul Rinkens van R2M en in samenspraak met de bewoners is het concept verder ontwikkeld. Wat er nu staat is een schitterend vernieuwd Koepelhof nieuwe stijl, waar het goed leven, wonen en recreëren is voor bewoners en bezoekers."
Huzarenstuk Na de oplevering kregen de medewerkers van de keuken, de balie en de bediening een extra training van coach Han Zittema om hun 'hospitality'-vaardigheden te optimaliseren. Architectenbureau Satijn plus, dat achttien jaar geleden het gebouw ontworpen heeft, tekende voor het bouwkundige proces. Aannemer Jack Gorissen en zijn team zorgde ervoor dat het hele project tijdig opgeleverd werd. Een huzarenstuk, immers binnen vier maanden moest de hele benedenverdieping gerestyled worden.
'Good geklus...' Op 21 december werd de begane grond van Koepelhof officieel heropend. Daarbij mocht de oudste bewoner mevrouw Banens, zij is 98 jaar, het lint doorknippen.
lees verder op pagina 18 >
18
|
vitaal
Gewoon beter: "er wordt hier veel meer gelachen"
< vervolg van pagina 17
Ellen Spijkerman: "Ik zal die ochtend nooit vergeten. De reacties waren overweldigend. Van 'oah, wat is 't heij sjoen' tot 'ut is sjus Beaumont heij'. Toen een bewoonster aan mij vroeg 'mevrouw, wie zeet geer eigelik' en ik mij voorstelde als de clusterdirecteur antwoordde ze: 'Daan höb geer good geklus'."
Lekker zitten Mia van Roosmalen: "Ik zie dat mensen weer naar beneden komen, ze gaan weer lekker zitten in de loungestoelen, de kaart- en biljartclub is weer actief. Er wordt samen koffie en pils gedronken. Naast het uitgebreide ontbijtbuffet kunnen mensen kiezen uit diverse menu's. Je ziet dat ook buurt bewoners hier steeds vaker komen eten. Elke vrijdagavond zitten hier zo'n tachtig ouderen uit de buurt te kienen. Bezoekers blijven langer hangen. Voor de mensen, bewoners en bezoekers, is het een echt uitje. Koepelhof leeft weer."
Bewoners Ik ga nog even te rade bij een aantal bewoners. "Je kunt hier kiezen tussen harde of zachte broodjes en heel veel soorten beleg en lekkere croissantjes; je kunt kiezen of je 's middags of 's avonds wilt warm eten." "Het is hier net een echt hotel." "Het is hier heel fijn. Ik ga hier niet meer weg." "Eigenlijk zijn we een soort van hangouderen, 's morgens komen we ontbijten, dan blijven we lekker lang napraten, gaan ertussendoor even naar onze kamer, komen vervolgens weer terug voor de lunch en daarna het avondeten. Het is hier gewoon hartstikke gezellig." "We worden echt verwend, je valt hier met je neus in de boter." "Ik had nooit verwacht, dat ik nog zo'n mooie oude dag zou krijgen." Na deze hartverwarmende uitspraken neem ik afscheid. Op de achtergrond hoor ik de melancholieke klanken van Vera Lynn's 'We'll meet again'...
•
E
en deel van de locaties heeft de trainingen van Vivre Gewoon Beter nagenoeg afgerond. Hoe beleven bewoners en medewerkers de ingrijpende koersveranderingen in de praktijk van alledag? "Gelukkig zijn zit in heel kleine dingen", weet Trudy Dolmans, afdelingsmanager van de Bron. Samen met verandercoach Annita Hellenbrand (voorheen zorgcoördinator Koepelhof, nu Croonenhoff ) en Nadja Comans (zorgcoördinator Klein Rijckholt) blikt ze terug op een intensieve, boeiende en vooral leerzame periode.
Verandercoach Waar staat verandercoach voor? Trudy Dolmans: "Het woord zegt het al. Je probeert te veranderen, in je gedrag, je houding je blik, je kijk op dingen. De trainings rondes die we hebben gevolgd binnen het Gewoon Beter traject, de rollenspellen, de workshops hebben een behoorlijke impact gehad op onze manier van denken en communiceren, het team gevoel. Als verandercoach kijk je niet alleen naar jezelf, maar ook naar de reactie van je medewerkers. Hoe reageren ze op bepaalde situaties en wat kun je er straks in de praktijk mee? Hoe kun je ze het beste aansturen? De trainingen, gegeven door Helma Verhagen van Beteor, werkten als een regelrechte eye opener. Zij reikte ons de (professionele) handvatten aan om de dingen op de juiste en verantwoorde wijze aan te pakken. Een cultuuromslag kun je niet afdwingen, dat is een proces van lange adem. Je moet op de eerste plaats weten wat er bij de mensen op de werkvloer speelt. Dat is belangrijk."
Diepe emoties Hoe hebben jullie de trainingen ervaren? Trudy Dolmans: "Een belangrijk onderwerp bleek de onderlinge communicatie, de aanspreekcultuur, te zijn. Het lijkt voor veel medewerkers een moeilijk punt om collega's op een correcte manier aan te spreken op niet binnen het gastvrijheids-concept passend gedrag." Annita Hellenbrand: "Rollenspellen maken diepe emoties bij mensen los: verdriet, onmacht, frustraties. Er werd heel wat afgelachen, maar ook menig traantje weggepinkt. De gevoelens die de trainingen bij ons opriepen, vormden de basis voor de nieuwe aansturing in het werkveld. Zo geef je je medewerkers het gevoel dat hun problemen en wensen echt gehoord zijn." Nadja Comans: "Door de gezamenlijke trainingen heb je het gevoel dat alle neuzen, van hoog tot laag in de organisatie, dezelfde kant op staan. Dat geeft een prettig gevoel van saamhorigheid. Samen gaan we voor één doel: het welzijn en
vitaal
A n n i t a H e l l e n b r a n d , N a d j a C o m a n s e n Tr u d y D o l m a n s
het geluk van de cliënt. We spreken allemaal dezelfde taal. Tenminste dat is het streven. We staan immers pas aan het begin van de cultuurverandering."
Extra cadeautje Trudy Dolmans voegt daar aan toe: "De uitdaging is om alert te blijven voor signalen uit het werkveld. We hebben een aantal spannende sessies achter de rug, maar je moet het wel allemaal levend houden. Ik zie het hele proces als een extra cadeautje."
Hoe bedoel je?
|
19
dat een aantal teamleden met een bewoner een uurtje hebben gebiljart." Trudy: "We hebben een wensboom voor bewoners neergezet. Elke maand wordt er een wens uit de boom gehaald, die wordt gehonoreerd. Groot of klein. Dat kan ook samen een eitje bakken zijn." Nadja: "Je kunt altijd wel een wens vervullen. Het gaat over een stukje extra aandacht. De essentie is, dat je bewoners het gevoel geeft dat ze gehoord worden. Verschil met vroeger is dat we nu niet voor elk liflafje toestemming moeten vragen van hogerhand. Dat is winst."
"Het Gewoon Beter traject heeft ook geleid tot een instellingsbrede interactie tussen afdelingen en locaties. Je ziet ook dat steeds meer bewoners met eigen initiatieven komen, omdat ze het gevoel hebben dat hun stem daadwerkelijk gehoord wordt. Je weet nu beter wat er bij de mensen in de organisatie leeft. Kunt meer begrip opbrengen voor de problemen waar ze dagelijks voor staan. Dát is voor mij, maar ik denk voor alle betrokkenen, een grote plus, een groot cadeau. Mensen hebben respect voor elkaars handelen. Dat is, mijns inziens, de grootste meerwaarde van dit project."
Meer plezier Wat doen de veranderingen met jou en je teamgenoten?
Gevoel voor humor Over welke eigenschappen moet je beschikken om een goede verandercoach te zijn?
Nadja: "Het voelt heel goed. Ik ga met meer plezier naar mijn werk, omdat mensen meer betrokken zijn met elkaar."
Annita: "Je moet zelf willen en kunnen veranderen. Ik denk dat dit ook een beetje in jezelf moet zitten. Je moet weinig praten, maar vooral doen. Je medewerkers laten zien hoe het moet. Goed voorbeeld doet goed volgen." Nadja: "Ik denk dat er in onze organisatie, niet alleen in de zorg, maar ook bij facilitair, de receptie, de keuken, heel veel goede, enthousiaste medewerkers zijn, die de capaciteit hebben om gedragsveranderingen en het gevoel van gastvrijheid uit te dragen, aan te sturen en te borgen. De inzet van een grote groep betrokkenen leidt tot meer sociale cohesie. En daar profiteert de cliënt weer van." Trudy: "De belangrijkste eigenschappen zijn enthousiasme, realiteitszin, communicatieve vaardigheid. Je moet mensen durven aanspreken, goed kunnen luisteren en gevoel voor humor hebben. Als je dat laatste niet bezit, dan is het moeilijk om verandercoach te zijn."
Kleine dingen Hoeveel speelveld heb je binnen de krappe zorgzwaarte-pakketten om echt veranderingen door te voeren? Annita: "Geluk en welzijn van je cliënten zit vaak in heel kleine dingen. Zelf ben ik bijvoorbeeld met een mevrouw die zich heel eenzaam voelde, uit gaan eten. Ik zag gisteren
Annita: "Ik zie ook meer plezier op de werkvloer. Signaleer spontane initia tieven door medewerkers én bewoners. Ze hebben gewoon meer vertrouwen in je. Dat voelt ontzettend fijn!" Trudy: "Een goede werksfeer gedijt alleen bij onderlinge goede commu nicatie. Als je dingen open en met respect voor elkaar kunt bespreken, ontstaat ruimte voor vrolijkheid. Je merkt dan ook dat hier steeds meer gelachen wordt! Door ons, maar ook door de bewoners. Is dat niet prachtig? Laten we dit vasthouden!"
•
C o l ofon Het instellingsblad van Vivre verschijnt vijf maal per jaar en wordt gratis verspreid onder medewerkers, cliënten en externe relaties van de onder de stichting ressorterende instellingen. Redactieadres Marc Kentgens, Staffunctionaris Communicatie, tel.: (043) 631 41 87,
[email protected], Postbus 241, 6200 AE Maastricht. RedactieLEDEN Ber Crouzen, Jules à Campo, Carla Janssen, Marc Kentgens, Petra van der Linden, Paul Logister, Karina Louwe, Chantalle Lubbering, Carina Sotgiu, Yvonne Stallinga. EINDRedactie Ber Crouzen. Foto's Marcel van Hoorn, Marc Kentgens. Ontwerp Advance Communications, Geleen. Drukwerkverzorging Profeeling, Beringen (BE). Oplage 3.000 exemplaren.
Tips voor de redactie Heeft u tips of suggesties, stuur deze dan naar het bovenstaand redactieadres.