Officiële opening van Croonenhoff zie pagina 12
V I TAAL I S EEN UI TG AV E VA N V I V RE E N V E RS C HI J N T V I J F K E E R PE R J A A R
Molenhof bijt het spits af kijk op pagina 22
juli 2010 NR.
406
2
|
vitaal
Inhoud 02 )
Bloemetje voor ...
03 )
Voorwoord
04 )
Sterren voor drie Vivre-locaties
06 )
Hagerpoort een verhaal apart
't bloemetje voor ...
08 )
Benefietconcert voor ‘Grubbebus’
Zorgcoördinator Margaret Griep
10 )
7 Vragen
11 )
Volksuniversiteit actief binnen Vivre
12 )
Officiële opening Croonenhoff
14 )
In de steigers
16 )
Vivre present op Maastrichts Mooiste
18 )
Een kijkje in de keuken van je collega
19 )
Vivre gewoon beter: Een doorgaande weg
20 )
Unieke samenwerking Leeuwenborgh en Vivre Gewoon Beter
22 )
Molenhof bijt het spits af
Z
e was al stiekem door haar collega’s van Molenhof 2 ingelicht. Zorgcoördinator Margaret Griep staat niet graag in de belangstelling en ze houdt al helemaal niet van verrassingen. Ze was dus al enigszins voorbereid toen ze onlangs op haar afdeling ’t bloemetje kreeg. Collega’s Martine Bok en Els Vanden Bussche hadden haar opgegeven. Martine: “In Molenhof waren de laatste tijd veel managementveranderingen en Margaret heeft daardoor een tandje bij moeten zetten. Ondanks de drukte hield ze haar hoofd koel.” “Ze zoekt bovendien altijd naar oplossingen en dat is voor iedereen een geruststelling; ook voor mij. Ze gaat pas naar huis als het is geregeld”, vult afdelingsmanager Ingrid Huntjens aan. “Toen ik mijn aandacht over meerdere afdelingen moest verdelen, was Margaret een enorme steun. Inmiddels kunnen we ook rekenen op de steun van onze nieuwe afdelingsmanager Petra van der Linden.” Margaret is duidelijk onder de indruk van de mooie woorden, maar reageert heel nuchter: “Ik doe gewoon mijn werk! Ik werk al tien jaar in Molenhof en daarvoor elf jaar in Lenculenhof. Ik doe ’t met plezier en daar draait ‘t om. En nu is er koffie met vlaai.”
•
Wil jij ook een collega, cliënt of vrijwilliger een hart onder de riem steken of in het zonnetje zetten? Geef hem of haar dan op voor 't bloemetje. Stuur een e-mail naar:
[email protected].
vitaal
|
3
Zomerse geschiedenis V eel mensen zijn niet geïnteresseerd in geschiedenis. Ze vinden het saai en kijken liever vooruit. Toch wil ik deze zomer even met u in de geschiedenis van de zorg voor ouderen duiken. Immers wat gebeurd is in het verleden geeft ons vaak inzicht in de toekomst. Nog niet zo lang geleden, laten we zeggen 75 jaar, was er nauwelijks georganiseerde ouderenzorg in Nederland. Mijn moeder vertelt nog wel eens het verhaal van haar oma, mijn overgrootmoeder, die bij haar zoon en zijn gezin in huis woonde. Ze was heel oud en leefde voornamelijk op een zolderkamer. Ze kwam weinig meer beneden, dat was moeilijk voor haar. Daarom brachten de kleinkinderen haar maaltijden boven en zochten familieleden haar in haar “opkamertje”op. Ze is daar ook op hoge leeftijd overleden en van huis uit begraven. Zo ging dat in die dagen. De ouderen werden door hun kinderen verzorgd.
Veel veranderingen Na de Tweede Wereldoorlog veranderde veel. Er kwamen overal bejaardenoorden waar ouderen gingen wonen en verzorgd en onderhouden werden. De Aldenhofflat aan de Calvariestraat en het Sint Servaasbolwerk zijn het eerste duidelijke voorbeeld hiervan in Maastricht. Deze bejaardenoorden hebben de ouderen een nieuwe vrijheid gegeven. Ze waren niet meer afhankelijk van hun kinderen en konden met gelijkgezinden hun leven in vrije tijd voortzetten. Ook de kinderen gaf het ruimte. Vrouwen konden gaan werken, het op vakantie gaan kwam in de mode en in het gezinsleven hoefde men minder rekening te houden met opa of oma. Het systeem van bejaardenopvang dijde langzaam uit. Er kwamen verpleeghuizen voor chronisch zieke ouderen die voorheen in het ziekenhuis bleven, aanleunwoningen voor ouderen naast het bejaardenoord en de kruisverenigingen ontwikkelden thuiszorg voor ouderen. Vrijwilligers namen in de huizen voor een deel de vroegere rol van de kinderen over.
Zelfstandig blijven Sinds de jaren tachtig neemt het aantal bewoners van bejaardenoorden, we noemen ze nu verzorgingshuizen, weer gestadig af. Dat heeft te maken met het feit dat deze voorzieningen duur zijn en er alleen nog ouderen die veel zorg nodig hebben gebruik van kunnen maken. Voor een deel ligt dat ook aan het feit dat ouderen er bewust voor kiezen om langer zelfstandig te blijven wonen. Dat kan ook omdat er meer aangepaste woningen zijn, een goede thuiszorginfrastructuur is en gemaksdiensten ingehuurd kunnen worden.
Ook ouderen zijn geëmancipeerd. Ze kiezen meer en meer bewust wat er van hun gading is. De drempel om naar een verpleeg- of verzorgingshuis te gaan is meestal hoog voor ouderen. Vaak maken de kinderen die keuze uiteindelijk voor hen, en pas op het moment dat de mantelzorg het niet meer aan kan en de verzorging zo zwaar is geworden dat deze niet meer planbaar is. In veel gevallen is er thuis al heel wat afgetobd voordat de mensen bij Vivre terechtkomen. Dat is wel eens jammer, want de schrijnende situatie was niet zo lang nodig geweest en eenmaal gewend bij Vivre bevalt het de mensen meestal goed, zijn ze minder eenzaam en de familie is gerust.
In de tuin Nieuwe vormen van wonen met zorg ontstaan voor ouderen. Bouwbedrijven springen er zelfs op in door prefab woningen aan te bieden die voor ouderen in de tuin van hun kinderen worden neergezet. Zo kunnen de generaties elkaar weer ondersteunen: opa en oma passen op de kleinkinderen en zoon of dochter verzorgt de ouders. De geschiedenis herhaalt zich, telkens in een nieuwe gedaante. Zoals eb en vloed die elkaar onafgebroken op een zomers strand afwisselen. Een fijne zomer voor u allen!
•
Jan Meijers voorzitter Raad van Bestuur Vivre
4
|
vitaal
Sterren voor drie Vivre-locaties Appelgaard, Croonenhoff en Koepelhof hebben ieder drie sterren gekregen in de Sterrengids voor de zorg. Voor deze gids zijn 150 verpleeg- en verzorgingshuizen (en 44 ziekenhuizen) getoetst op de kwaliteit van eten en drinken, de ambiance en de gastvrijheid. Zij konden in totaal vier sterren halen. Het is voor het eerst dat locaties van Vivre aan deze beoordeling deelnamen.
M
ath Boon, die de drie locaties met instemming van het locatiemanagement voordroeg, is heel tevreden met het resultaat. “We hebben dit jaar voor het eerst meegedaan aan deze ‘Michelingids voor gastvrije zorg’ en het is heel mooi dat ze alle drie meteen al drie sterren gehaald hebben. Deelname aan deze uitverkiezing is op vrijwillige basis. Wij besteden de laatste jaren veel aandacht aan gastvrijheid en verbetering van kwaliteit en de sterren zijn het bewijs dat we op de goede weg zijn. En natuurlijk gaan we door. Op naar de vierde ster.” Om een indruk te geven van de uitgereikte sterren aan de 150 verpleeg- en verzorgingshuizen: zes locaties behaalden 4 sterren, de overigen 3, 2 of 1 ster.
Sterrengids De Sterrengids is een initiatief van de belangenorganisatie van cliëntenraden, het Koksgilde Nederland en een aantal vaktijdschriften. Locatiemanager Marcel Wijnants van Appelgaard onderstreept de inbreng van cliëntenraden. “Zowel het management als de plaatselijke cliëntenraad
hebben een uitgebreide vragenlijst moeten invullen en het oordeel van de cliëntenraad woog zwaarder dan dat van de managers.” Hij vervolgt: “Twee inspecteurs zijn een hele dag in huis geweest. Ze hebben gesprekken gevoerd met de cliëntenraad en met de managers. Ze hebben goed rondgekeken in huis, en daarbij ook hun licht opgestoken bij individuele cliënten en medewerkers en ze hebben uiteraard ook meegegeten.” Ook twee leden van de cliëntenraad die bij de nabeschouwing in Appelgaard aanwezig zijn, zijn heel tevreden met het resultaat. Mevrouw Maria Vandewall zegt: “Dat we dit bereikt hebben komt ook omdat we op één lijn zitten met het management. We werken samen aan een goede sfeer in huis, waardoor de cliënten zich thuis voelen. En haar collega Lucie Bessems, die vanaf het begin in de cliëntenraad zit, voegt daaraan toe: ”Ik heb er wel eens een zwaar hoofd in gehad, maar uiteindelijk vind ik dat we er goed op vooruitgegaan zijn. En daar gaat het om.” En omdat het altijd leuk is het eens van een ander te horen, een aantal fragmenten uit de beoordeling.
Appelgaard Appelgaard is een kleinschalig verzorgingshuis met twee verpleegafdelingen en een wijksteunpunt in het centrum van het dorp. Er is veel aandacht voor het zo lang mogelijk zelfstandig blijven functioneren, huiselijkheid, veiligheid en comfort. Wat eten en drinken betreft: alle maaltijden in het restaurant zijn in buffetvorm; met begeleiding. Bewoners van de pg-afdelingen eten in de huiskamers. Er is voldoende keuze, ook vegetarisch en streekgerechten. Als extra toevoeging rauwkost en vers fruit. Bezoekers kunnen tegen betaling mee-eten. Indien de bewoner het menu niet wil, dan wordt er iets anders aangeboden. Ambiance: De gerenoveerde afdelingen hebben een rustige, warme uitstraling met een fraaie kleurstelling. Het huis is wat gedateerd, maar overal netjes en schoon. De woon/ slaapkamer en de sanitaire unit zijn niet al te groot. In het huis is aandacht voor cultuur. Gastvrijheid: Medewerkers zijn al heel gastvrij. Opmerkelijk: Er zijn zeer veel faciliteiten. Men stimuleert veel kleinschalige evenementen. Op deze manier krijgen mensen meer persoonlijke aandacht. Er zijn zeer veel vrijwilligers. De bewoners kunnen rekenen op warmte, rust, geborgenheid en respect.
vitaal
|
In Koepelhof werden de bewoners op een patisseriemiddag getrakteerd.
Koepelhof Koepelhof is een zorginstelling met oog voor de bewoners. Een warm huis waar het prettig toeven is. Dagelijkse activiteiten, een duidelijke buurtfunctie. Eten en drinken: Er wordt een uitgebreid ontbijtbuffet aangeboden, zowel op de pg-afdeling als in het restaurant. Het diner wordt opgediend op verwarmde borden, het is smakelijk en goed verzorgd. Flexibele tijden. Je proeft letterlijk en figuurlijk dat men aandacht besteedt aan eten en drinken in ruime zin, zowel de kok (die op de laatste BBB-beurs in Maastricht een prijs won) als de gehele brigade. Ambiance: Goede sfeer. Het restaurant is recent verbouwd; het is in alle opzichten een juweeltje, met een eigentijdse rustgevende uitstraling. Gastvrijheid: Gastvrijheid zit in de cultuur. Men steekt soms bewust het hoofd boven het maaiveld uit om het beter te doen. Ook buurtbewoners zijn welkom. Ze eten vaak mee.
Croonenhoff Croonenhoff is een zorgcentrum met kleinschalige woonvormen en een multiculturele afdeling voor Molukse en Indische ouderen. Het wooncomfort staat voorop. Eten en drinken: ’s Morgens is er een ontbijtbuffet in het restaurant. Het is ook mogelijk het ontbijt op de kamer te krijgen. De warme maaltijd wordt tussen de middag
geserveerd in het restaurant. De bewoners nemen plaats aan de gedekte tafels met de menukaart erop en kunnen kiezen wat ze willen eten. De maaltijden komen uit een centrale keuken en worden in het zorgcentrum verder klaargemaakt en leuk opgemaakt. In de kleinschalige wooneenheden wordt zelfstandig gekookt. Ambiance: Het gehele centrum heeft een open, vriendelijke en lichte uitstraling. De keuze van licht en kleur past exact bij de gemoedelijke instelling. Dit is zelfs tot in de kleur van het glas doorgevoerd. Dat de sfeer uitstekend is, is te zien aan de wachtlijst. Gastvrijheid is het voornaamste punt van het beleid. Daarom zijn er voor het personeel spelregels: behandel gasten zoals jij behandeld wilt worden. Neem even de moeite om te luisteren en straal uit: ik ben er voor u. Bij de aanname van personeel wordt erop gelet of gastvrijheid in iemands genen zit. Opmerkelijk: Het management wil zoveel mogelijk de huiselijke situatie nastreven en houdt de streekgewoonten zoals een carnavals- en aspergeavond in ere.
•
Voor meer informatie over de Sterrengids: www.gastvrijheidszorg.nl Wie de hele beoordeling wil lezen: www.zorgmetsterren.nl
5
6
|
vitaal
Mobiele kookunit in Molenhof
Hagerpoort:
een verhaal apart
Hagerpoort is de naam van een nieuw woon- en zorgcomplex pal achter het huidige zorgcentrum Amby. Op dit moment wordt er hard aan gewerkt en de verwachting is dat het in het begin van 2011 bewoond zal zijn. Het complex dient ter vervanging van ‘Amby’. John Bos, de nieuwe locatiemanager, geeft een toelichting.
J
ohn Bos heeft een aantal jaren aan de zorgkant van Orbis gewerkt en was ook interim-manager bij Kioso. Hij volgt sinds 1 februari Jos van Hoof op in Amby die zich nu volledig kan richten op de locatie De Zeven Bronnen.
Verhaal apart
B
innen Molenhof komt een groep bewoners twee keer in de week bij elkaar om gezellig te koken, het Kookproject. Ze hebben daarvoor een keuken ter beschikking. Maar deze keuken is te klein en bovendien niet bereikbaar voor een aantal bewoners op andere etages. Vanuit het management van Molenhof is het idee gekomen om een mobiele kookunit aan te schaffen. Dat kost natuurlijk geld. Daarom heeft Molenhof een beroep gedaan op het Nationale Ouderenfonds. Dit fonds helpt met diensten en activiteiten de ouderen in Nederland. Daarnaast zamelen zij geld in voor projecten die ten goede komen aan kwetsbare ouderen. Het fonds heeft een schenking gedaan waarmee Molenhof een nieuwe mobiele kookunit kan aanschaffen. Deze unit is overal binnen de locatie te gebruiken en met goed weer zelfs buiten. Molenhof waardeert de bijdrage van het Nationale Ouderenfonds aan het Kookproject. Nu kunnen alle bewoners binnen de locatie meedoen aan de kookactiviteiten.
"Het project Hagerpoort is een verhaal apart. De overheid streeft er al een paar jaar naar het aantal grootschalige verzorgingshuizen in Nederland te verminderen. Men verwacht dat in de toekomst oudere mensen langer in eigen huis blijven wonen en er dus minder behoefte is aan verzorgingshuizen. Dat betekent dat er in plaats van het zorgcentrum Amby geen nieuw zorgcentrum gebouwd wordt. Dat heeft belangrijke gevolgen voor de huidige bewoners.” Wat wordt er dan wel gebouwd in Hagerpoort? “Woningstichting Maasvallei bouwt in eerste instantie een complex van 52 aanleunwoningen oftewel seniorenwoningen en 24 zorgwoningen oftewel verzorgingshuiskamers. In de directe omgeving komen ook nog eens vijf groepswoningen voor dertig dementerende ouderen.”
Verhuizen “Het is zeker dat lang niet alle 120 bewoners van het oude zorgcentrum naar Hagerpoort kunnen verhuizen. De dertig plaatsen in de groepswoningen zijn voor een groot deel bestemd voor mensen die nu nog in De Zeven Bronnen wonen. Zij verbleven daar in een meerpersoonskamer en krijgen nu een eenpersoonskamer. De 52 seniorenwoningen zijn geschikt voor mensen die nu in het zorgcentrum wonen en een licht zorgpakket hebben. Maar Maasvallei heeft intussen ook al huurders die graag zo’n woning willen hebben. De zorgwoningen zijn bestemd voor bewoners van het zorgcentrum met een zwaarder zorgpakket.”
John Bos locatiemanager Amby
vitaal
|
Leerlingen van de Anne Frank Basisschool
Elders Hoeveel bewoners kunnen er dan wel naar toe? John Bos: “Ongeveer een kwart van de bewoners. 24 gaan er naar de zorgwoningen, tien tot twaalf naar de aanleunwoningen. De rest, zo’n tachtig bewoners zullen we elders moeten onderbrengen. Dat is een zware opgave, niet alleen voor de organisatie maar vooral voor de bewoners en hun familie. Daarom hebben we de afgelopen maand met alle 120 bewoners individuele gesprekken gehad om hen voor te bereiden op de toekomstige situatie.”
Wat verandert er bij een verhuizing naar de seniorenwoning? “In een seniorenwoning woon je zelfstandig, je huurt de woning van Maasvallei. En als je zorg nodig hebt, en dat zal voor de meeste bewoners die uit het zorgcentrum komen het geval zijn, kun je een beroep doen op medewerkers van Vivre Thuis, de eigen organisatie van Vivre. Wat de zorg betreft, verandert er niet veel. Die blijft even goed als nu. Wat wel verandert is dat je kunt kiezen tussen verschillende kamers, met een bijpassende huur.”
Niet meteen afgebroken
En bij een zorgwoning? “De zorgwoningen zijn kleiner dan een aanleunwoning. Ze zijn ook bedoeld voor mensen met een wat zwaarder zorgpakket. Je betaalt er geen huur, maar wel een bijdrage in de kosten, net zoals nu gebruikelijk is in het zorgcentrum. En de verzorging gebeurt ook hier door medewerkers van Vivre.”
We hoeven die tachtig bewoners die naar elders gaan, niet op stel en sprong een ander onderdak aan te bieden. Het oude zorgcentrum wordt niet meteen afgebroken. Het blijft nog maximaal twee jaar intact. Maar vanaf januari beginnen we toch aan de operatie. Er komt vanzelfsprekend een opnamestop en we proberen in 2011 vijftig bewoners elders bij Vivre of buiten Vivre een goede nieuwe plek aan te bieden. In 2012 volgen de andere dertig. “
Extra woningen Bos zet – evenals de leiding van Vivre – vraagtekens bij het landelijke beleid om het aantal zorgcentra in te krimpen. Hij suggereert dat men daarbij steken heeft laten vallen. In ieder geval heeft het protest van Vivre ertoe geleid dat er na de afbraak van het oude zorgcentrum, in 2013, op die plek extra senioren- en zorgwoningen worden gebouwd: 17 seniorenwoningen en 16 zorgwoningen.
Maasvallei De woningstichting Maasvallei is de eigenaar van Hagerpoort. Vivre huurt van de stichting de vijf groepswoningen en de 24 zorgwoningen. De 52 seniorenwoningen worden door Maasvallei zelf verhuurd. “Wij gingen ervan uit dat er onder onze bewoners veel animo zou zijn voor de seniorenwoningen. Dat is niet zo. Veel bewoners hebben meer zorg nodig dan in een seniorenwoning mogelijk is en bovendien is er nog een aantal mensen voor wie de huur die ze daar moet betalen een probleem is. Daarom hebben ze ervan afgezien.”
Het gebouw Het gebouw is ontworpen door architectenbureau TeekenBeckers, die ook de renovatie van Lenculenhof en de nieuwbouw van de Mins in Malberg op zijn naam heeft staan. Het complex omvat drie bouwlagen, waarin de zorgwoningen en de seniorenwoningen zijn ondergebracht. Op de begane grond is er een commerciële ruimte die verhuurd zal worden. John Bos: “Ik hoop op een kapper, een pedicure, misschien een huisartsenpraktijk. Ook een kinderdagverblijf zou erin passen. Daarmee zou Hagerpoort ook een uitstraling hebben naar Amby.” Vivre zal op de begane grond een restaurant, een winkeltje en een activiteitenruimte onderbrengen, die ook voor de wijk beschikbaar zijn.
Uitdaging John Bos:”Vivre heeft veel ervaring met nieuwbouw, dat zal ook hier geen problemen opleveren. Maar het probleem en tegelijk de uitdaging in Amby is: hoe zorg je ervoor dat de 120 bewoners over enige tijd fatsoenlijk onderdak en een verantwoorde zorg zullen krijgen. Daar moeten we hard aan werken.”
•
7
8
|
vitaal
Benefietconcert voor ‘Grubbebus’
H Vorig jaar waren afdelingsmanager Ron Colaris en activiteitenbegeleidster Kelly Genders van Grubbeveld te gast in het radioprogramma van Marcel Eijkenboom van Radio Zuid FM in Eijsden. In zijn live-uitzending spraken zij over het Maatjesproject, maar ook over de wens van een eigen personenbus voor de bewoners. En zo ontstond ter plekke het idee om daarvoor een benefietconcert te organiseren.
Limburgse artiestenparade Zo gezegd, zo gedaan. Na een jaar voorbereiding kwam op donderdag 29 april een ongekend groot aantal Limburgse artiesten naar Grubbeveld voor een echte Limburgse artiestenparade. De feesttent, die in de binnentuin van het verpleeghuis stond, zat bomvol: de voorstelling was uitverkocht. Ron Colaris: “Het was geweldig. Er deden zo veel artiesten belangeloos mee dat we een middag- en avondprogramma konden maken. Liefhebbers en fans van het Limburgse lied genoten van de optredens van onder andere Frans Theunisz, Angelina, Huub Adriaens, Duo X-Elle en Frans Croonenberg.”
Oranjemarkt Een dag later, op vrijdag 30 april, was er nog de jaarlijkse Oranjemarkt. Naast de rommelmarkt waren er diverse activiteiten in en rond het verpleeghuis. Met een ballonnenwedstrijd, een hondenshow, een vuurspuwer en een schminker kwamen nu vooral de jongste bezoekers aan hun trekken.
De werkgroep van het benefietconcer t en de Oranjemarkt.
De balans opgemaakt Ron Colaris kan er twee maanden later nóg van genieten. “We hebben fantastische dagen gehad. Medewerkers, vrijwilligers en alle artiesten verdienen een groot compliment. Iedereen heeft enorm zijn best gedaan. Zonder hun inzet hadden we dit niet kunnen organiseren.” En heeft het geloond? “Jazeker, we hebben meer dan E 20.000, opgehaald. Volgende week gaan we naar autobedrijf Jos Bogman. We zoeken dan een mooie tweedehands bus uit. En natuurlijk kijken we al uit naar de uitstapjes met onze bewoners.”
•
10
|
vitaal
7 vragen
> vervolg van pagina 5
over het leven van Luuk van Dokkum Wie ben je? Luuk van Dokkum (25). Wat is je functie binnen Vivre? Ik ben sinds september vorig jaar medewerker Projecten en Processen binnen het Facilitair Bedrijf. Wat zijn je dagelijkse bezigheden? Op dit moment heb ik mijn handen vol aan het opzetten van de Producten- en Dienstencatalogus van het Facilitair Bedrijf. Die moet een goed overzicht geven van wat het Facilitair Bedrijf in huis heeft voor zijn klanten. Zo’n catalogus ontbrak tot dusver. We hebben nu de 35 producten van de dienst Services op papier gezet. Na de zomer volgen de 15 producten van de dienst Voeding. Het is een stevig karwei. Mijn taak is vooral het verzamelen van gegevens. Je moet je telkens in het onderwerp verdiepen en de verschillende onderdelen goed beschrijven. Maar dan zie je al snel dat er binnen de verschillende locaties verschillende manieren van aanpak zijn. Die probeer ik dan op één lijn te krijgen. Dat doe je in samenspraak met de mensen die voor dat onderdeel verantwoordelijk zijn. Ja, dat vraagt veel overleg. Maar het is ook heel leuk werk, omdat je met een kritische blik naar de bestaande praktijk mag kijken. Zo’n catalogus moet vooral heel praktisch zijn en een realistisch beeld geven van wat het Facilitair Bedrijf in huis heeft. Je moet erin terugvinden wie waarvoor verantwoordelijk is en wat de klant mag verwachten. Dan weet de klant ook wat hij krijgt. Daarnaast proberen we ook het klachtenmanagement op te zetten. Wat doen we met facilitaire klachten, hoe snel lossen we die goed op? Eigenlijk vind ik iedere klacht een uitdaging. Het is een gelegenheid het product te verbeteren. Wat doe je graag in je vrije tijd? Klussen in huis. Ik heb vorig jaar een oud huis gekocht en er moest veel worden opgeknapt. Daarnaast voetbal ik graag en organiseer ik van alles binnen mijn club. Zoals een jeugdtoernooi en ik mag graag wielrennen. Wat is het mooiste moment in je leven? Vorig jaar was een goed jaar. Ik ben afgestudeerd aan de Hogeschool Zuyd, ik heb een huis gekocht en ik heb een leuke baan gekregen. Wat zou je graag nog eens doen in je leven? Voorlopig wil ik graag veel van de wereld zien. Veel reizen dus. Wat is je lijfspreuk? We doen het goed en anders niet.
•
Tr o t s t o n e n d e b e w o n e r s hun aquarellen.
T
Wat zoekt de volksuniversiteit in een zorgcentrum? Piet Dizy: “Ik kom al een aantal jaren zelf regelmatig in zorgcentra - mijn vader zat als bewoner in Lenculenhof - en ontdekte dat er ’s avonds weinig te beleven was. Tegelijkertijd zag ik als directeur van de Volksuniversiteit Maasland, die actief is in de Westelijke Mijnstreek en Maastricht, dat ouderen steeds meer interesse hadden in onze cursussen. De combinatie was snel gemaakt. Waarom zouden wij geen cursussen gaan aanbieden aan zorgcentra? Je kunt van die mensen in zorgcentra niet verwachten dat ze ’s avonds de straat opgaan. Nou dan gaan wij wel naar hen toe.“
Proef “We hebben dus een programma opgesteld en dat aangeboden aan Vivre. Dankzij een aantal subsidiegevers hoefden ze daar niets voor te betalen. Tot mijn verbazing was er weinig interesse. Alleen Lenculenhof wilde wel. Daar zijn we na een proefperiode in de laatste maanden van 2009 in januari van dit jaar begonnen. “ En? “Al in de twee proefmaanden liep het heel goed. We hadden twee
vitaal
Volksuniversiteit actief binnen Vivre
|
Sinds het begin van dit jaar biedt de Volksuniversiteit Maasland elke week een avondcursus aan binnen de Vivre-locatie Lenculenhof. Volgens Maasland-directeur Piet Dizy is dat een groot succes. Hij hoopt dat ook andere zorgcentra van zijn aanbod gebruik gaan maken.
Maasland die in de Westelijke Mijnstreek en Maastricht gehouden worden, merken we dat ouderen veel animo hebben voor dit soort activiteiten. Waarom zou dat hier niet zo zijn? Natuurlijk moet je er rekening mee houden dat veel bewoners wat minder mobiel zijn, maar dat wil niet zeggen dat ze tot niets meer in staat zijn. Integendeel. Ik geloof dat wij de eerste volksuniversiteit zijn die binnen een zorgcentrum werkt. Het is ook een proef, een pilot. We wilden er eigenlijk nu mee stoppen. Maar omdat de animo zo groot is, gaan we in Lenculenhof door tot het eind van het jaar. Dan is het geld op.” cursussen. Een over Maastricht: Kint geer eur eige stad. De tweede: luisteren naar klassieke muziek. Bij beide cursussen die telkens vier avonden gegeven werden, was er veel belangstelling. Dan moet je denken aan tien tot twaalf deelnemers. Dat is voor deze doelgroep ook het maximum. Het gaat er immers om dat ze actief erbij betrokken worden en dan mogen de groepen niet te groot zijn. We hebben in die eerste proefperiode veel enthousiaste reacties gekregen. Mensen die anders nauwelijks van hun kamer af kwamen, deden nu mee.”
Creatief “In januari ging het Lenculen-project echt van start. Elke week hadden we een avond beschikbaar. De eerste vijf maanden hebben we vijf cursussen aangeboden. Ik noem ze even op: Kralenkettingen maken, Yoga voor ouderen, Bloemschikken, Werken met vilt en Aquarelleren. En ook hier was er veel belangstelling. Wat mij opviel was dat de deelnemers zelf heel verbaasd waren over de resultaten. Ze kwamen tot producten die ze zelf niet meer voor mogelijk hielden. Ze leefden op. Ze straalden. En dan denk ik. ‘Dat is precies wat een volksuniversiteit wil bereiken: mensen uitdagen het beste uit zichzelf te halen.’ Tekenend was de reactie van ouderen die na drie weken schilderen zeiden: ‘We willen niet stoppen. Kunnen we niet doorgaan? Desnoods betalen we het zelf.’ Dat hoeft niet. We gaan door. Kijk, dat enthousiasme bij mensen van boven de tachtig, dat is toch hartverwarmend.”
Uniek Piet Dizy, die overigens ook in de centrale cliëntenraad van Vivre zit, is eigenlijk niet zo verbaasd over de gunstige reacties van de Vivre-deelnemers. “Ook in de gewone cursussen van
Geen concurrentie Hij zet nog even de puntjes op de i. “Met onze cursussen willen we een aanvulling geven op het traditionele activiteitenaanbod. We willen niet concurreren met de activiteitenbegeleiding van Vivre. We doen andere dingen op een andere tijd. En daarmee voorzien we - zo blijkt nu - in een behoefte.” Piet Dizy zou het verbazend vinden als andere locaties van Vivre er nu nog geen belangstelling voor hebben. “Ik verwacht ook dat andere volksuniversiteiten de proef van Maasland zullen navolgen. Het is heel dankbaar werk. Natuurlijk hangt er een prijskaartje aan. Maar op de keper beschouwd is het een relatief goedkoop project.“ De stichtingen het R.C. Maagdenhuis en Brentano hebben samen met de stichting Elisabeth Strouven het Lenculenproject mogelijk gemaakt.
•
Meer informatie: www.vumaasland.nl
11
12
|
vitaal
hantalle edewerkster C Zangeres en m . s r e d j i n S r e he samen met de
Officiële opening
Croonenhoff Woensdag 26 mei moest een stralende dag worden met een spectaculaire opening en een gezellig tuinfeest. Maar helaas; de weergoden waren niet goed gestemd. De regen viel met bakken uit de lucht en dus moest het noodscenario voor de officiële opening van de nieuwste Vivre-locatie uit de kast worden gehaald. En dat betekende een extra tent naast het gebouw en alles aan de kant schuiven.
Gezellig binnen Om 14.30 uur startte de officiële opening. De eregasten, de bewoners zelf, hadden mooie zitplaatsen met uitzicht op het podium. Na de toespraken van de bestuurders van Vivre, Woningstichting Servatius en wethouder Luc Winants mocht het lint worden doorgeknipt door de oudste en jongste bewoner. Speciale confettikanonnen gaven dit officiële moment een feestelijk tintje.
Muziekmiddag Na het officiële gedeelte gaf ceremoniemeester Jan Janssen het startsein voor de muziekmiddag. Diverse artiesten waaronder de Maastrichtse zangers Frenkie, Gino Fey en Frans Theunisz traden op en bezorgden de gasten veel gezellige momenten. En ook onze ‘eigen’ Chantalle mocht natuurlijk niet ontbreken.
vitaal
|
13
vit
Kraampjes in de kantoren In de entreehal en in de kantoren langs de gangen stonden de kraampjes opgesteld. Hier konden de gasten genieten van allerlei lekkernijen, zoals suikerwafels, ijs en popcorn. Mensen die graag iets hartigs wilden, konden naar de tokokraam van de Molukse dagverzorging of naar de tenten op de binnenplaats. Daar stonden een viskar, barbecue en frietkraam. De hele middag was het feest in Croonenhoff. En van het vieze weer? Daar merkte niemand iets van.
•
Namens alle bewoners overhandigde mevrouw Shutz-Leboux een mooi beeldje aan locatiemanager Mia van Roosmalen. Zij ontving dit als dank voor al het werk dat is verzet tijdens de bouw en verhuizing.
14
|
vitaal
IN DE STEIGERS Locaties in ontwikkeling Er wordt veel gebouwd binnen Vivre. En er zijn nog veel meer bouwplannen in voorbereiding. Een overzicht.
de Mins (Malberg)
Klein Rijckholt (Eijsden)
In Malberg wordt gebouwd aan een nieuw type verpleeghuis voor 52 somatische bewoners. Kenmerkend voor de Mins (Malberg) is dat de bewoners elk een grote kamer krijgen met veel privacy. Het is de eerste locatie van Vivre met individueel wonen voor somatisch zieken. De oplevering wordt verwacht in het laatste kwartaal 2010.
Vivre zal na oplevering van het nieuwe De Bron de locatie Klein Rijckholt verlaten. De bewoners van het verpleeghuis verhuizen naar Eijsden. Ook de veertig bewoners van het afgebroken zorgcentrum in Eijsden, die onderdak vonden in Klein Rijckholt gaan terug.
Hagerpoort (Amby) Bij het huidige verzorgingshuis Amby worden op dit moment in opdracht van woningstichting Maasvallei verschillende typen woningen en voorzieningen voor zorg- en dienstverlening aan zelfstandig wonende ouderen gebouwd. Een deel daarvan wordt gehuurd door Vivre. Dat zijn 24 zorgwoningen en vijf groepswoningen voor in totaal 30 mensen met een verpleeghuisindicatie. De groepswoningen zijn vooral bedoeld ter vervanging van de huidige vierbedskamers van De Zeven Bronnen. Zowel de seniorenwoningen als de zorgwoningen worden ondergebracht in één complex. De groepswoningen komen in de directe omgeving. Voorjaar 2011 wordt het gebouw opgeleverd.
De Bron (Eijsden) In het centrum van Eijsden nadert de nieuwbouw van het nieuwe zorg- en verpleeghuiscentrum De Bron zijn voltooiing. Daarin komen 35 kamers voor verzorging en 36 kamers voor verpleeghuiszorg. Bovendien is er ook een klein aantal kamers voor tijdelijke opname en is er ruimte voor zorg- en dienstverlening aan bewoners van de wijk. Het complex is medio juli in gebruik genomen.
Margraten Na de verbouwing van een deel van de begane grond van Appelgaard zijn er vorig jaar twaalf kamers voor individueel wonen voor somatische cliënten gerealiseerd. Bij het bestaande gebouw is gestart met de bouw van een voorziening voor 24 bedden voor somatisch zieken, De Lommer. In het voorjaar van 2012 wordt De Lommer opgeleverd.
Hospice Trajectum (Maastricht) Samen met de stichting Hospice Trajectum heeft Vivre plannen ontwikkeld voor de verbouwing van de op het Klevarieterrein gelegen Affuitenloods tot een hospice voor zes cliënten. Met behoud van de karakteristieke uitstraling wordt aan het pand laagbouw toegevoegd. Onlangs is met de uitvoering gestart.
De Zeven Bronnen (Maastricht) De Zeven Bronnen wacht een grondige renovering plus vervangende nieuwbouw. Vorig jaar is een structuurvisie ontwikkeld die uitgaat van de herhuisvesting van 80 cliënten psychogeriatrie in een kleinschalige setting en 35 somatische cliënten in het huidige gebouw. Daarnaast zal elders op het terrein huisvesting worden geboden aan nog eens 35 plaatsen individueel wonen voor somatische cliënten. Dertig plaatsen - de huidige vierbedskamers - verhuizen naar het terrein bij het huidige verzorgingshuis Amby.
vitaal
Klevarie (Maastricht) In de komende jaren zal verpleeghuis Klevarie verdwijnen. Op deze locatie komt een gevarieerd aanbod aan woningen. En enkele zorgvoorzieningen, zoals het Hospice en een met het azM op te richten herstelkliniek. Op basis van de door Vivre opgestelde uitgangspunten is een stedenbouwkundig ontwerp gemaakt dat door de gemeenteraad werd geaccordeerd en waarmee de bestemmingsplanprocedure werd gestart. In het afgelopen jaar werd Klevarie omgevormd tot een verzamelgebouw voor de nieuwe locaties. Hierdoor worden de nieuwe locaties reeds virtueel vormgegeven en zal de overgang naar de nieuwbouw soepeler verlopen.
Herstelkliniek (Maastricht) Samen met azM Herstelzorg is gewerkt aan de gezamenlijke ontwikkeling van een zorgaanbod op het snijvlak van care en cure. In 2009 werd de zorgorganisatie nader vormgegeven en werd gewerkt aan een ontwikkelingsplan gebaseerd op de zorgvisie. Net als bij verpleegaccommodatie de Mins in Malberg wordt gezocht naar een duidelijke afbakening van zorg- en hoteldiensten.
Noorbeek Met de Stichting Pergamijn, Stichting Gehandicaptenzorg Limburg en woningcorporatie Woonpunt is een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd voor een gezamenlijke kleinschalige voorziening in Noorbeek.
In het project is de woningcorporatie de projectontwikkelaar. Vivre zal het complex in eigendom verwerven en delen van het gebouw verhuren aan de andere aanbieders. Er werd een goed en financieel verantwoord ontwerp voor het gebouw gemaakt op basis van een gezamenlijk overeengekomen zorgconcept. Het project wordt voortgezet, zodra de gemeente de bestemmingsplanwijziging in gang heeft gezet. Als alles volgens plan verloopt, wordt begin 2011 met de bouw gestart.
Gulpen De gemeente Gulpen-Wittem is een witte vlek op de kaart van de somatische verpleeghuiszorg. Vivre heeft de gemeente het plan voorgelegd om aan de oostzijde van het gebied een zorgvoorziening op te richten. Dat plan werd met instemming ontvangen. Een eerste ontwerp voor een complex met 40 plaatsen met somatisch zieken en 12 plaatsen voor mensen met psychogeriatrische problemen, werd positief bevonden. Met de gemeente werd overeenstemming bereikt over de condities van grondverwerving. Deze worden nu nader uitgewerkt, waarbij ook de provincie vanwege het bouwen buiten de contouren een rol heeft. Ten behoeve van de realisatie van de zorgappartementen wordt overleg gevoerd met een woningcorporatie.
Borgharen Vivre streeft naar een oprichting van een kleinschalige voorziening van 30 verpleegplaatsen in combinatie met woningen in het noorden van Maastricht. Er is een perceel aangekocht met onder meer als ontbindende voorwaarde dat de benodigde wijziging van het bestemmingsplan wordt goedgekeurd. De gemeente heeft ingestemd met de door Vivre verzochte maximale bebouwingsdichtheid in drie bouwlagen. Het ontwerp van de nieuwe accommodatie Borgharen werd in 2009 nagenoeg afgerond. Het project omvat 3 groepswoningen van 6 bewoners PG, 12 plaatsen individueel wonen
|
somatiek, een huiskamervoorziening, een nader in te vullen extramuraal deel voor maatschappelijke doeleinden alsmede 8 woningen.
Bunde en Meerssen Met de gemeente Meerssen en Woningstichting Meerssen werd overleg gevoerd over de uitbreiding van de verpleeghuiscapaciteit ter plaatse. Gedacht wordt aan uitbreiding van De Wilgenhof in Bunde met 30 plaatsen PG en 15 plaatsen somatiek, en uitbreiding van 24 plaatsen psychogeriatrie en 20 plaatsen somatiek op de locatie.
•
In juni werd het hoogste punt van de Mins bereikt. De mensen van de bouw werden o.a. getrakteerd op een glaasje champagne.
15
|
Vivre present op
vitaal
Vivre deed dit jaar opnieuw mee aan het evenement Maastricht Mooiste. Een wandeltocht voor bewoners en een bedrijvenloop voor medewerkers.
MAASTRICHTS MOOISTE
16
Maastrichts Mooiste Wandeltocht Op zaterdag 29 mei was de wandeltocht voor mensen met een lichamelijke beperking. Verschillende organisaties, waaronder Vivre, hadden zich hiervoor aangemeld. Met speciaal vervoer werden de deelnemers opgehaald en naar de Universiteitstuin in Maastricht gebracht. Daar werd iedereen ontvangen met koffie en vlaai om vervolgens in groepjes door de oude binnenstad te trekken. Het zonnetje scheen en de omstandigheden waren ideaal. Via het stadspark ging de stoet door de oude binnenstad. Langs het parcours was volop catering en entertainment aanwezig. Na drie kilometer kwam iedereen weer bijeen in de Universiteitstuin. Daar werd natuurlijk nog even nagepraat, waarna de deelnemers weer naar huis werden gebracht.
vitaal
|
17
Deelnemers 5 km
Fo t o ' s : C a m i e l d e H o e n , K e v i n H e n n e s s y, L o u i s S t a r m a n s e n J o s W i j n e n ( D i Fo W i )
Deelnemers 15 km
Bedrijvenloop Maastrichts Mooiste bestaat uit meerdere loop- en wandeltochten. De Bedrijvenloop is daar één van. Dit jaar hadden ruim zestig medewerkers zich voor deze loop aangemeld. Op 13 juni klonk als eerste het startschot voor de 15 kilometer. Zo’n twintig medewerkers deden hieraan mee. Het parcours was hetzelfde als vorig jaar, maar de weersomstandigheden waren nu veel beter. Ook de 5 kilometerloop was hetzelfde. Met meer dan veertig deelnemers was Vivre ruim vertegenwoordigd. De renshirts in de bekende Vivrekleuren vielen daardoor extra op. De werkgroep van Maastrichts Mooiste kijkt tevreden terug. Het streven is om volgend jaar met nog meer collega’s aan de start te verschijnen.
>>>
Trainen De hardlopers die nu al willen trainen voor volgend jaar kunnen voor meer informatie terecht op de website van Q-sport: www.qsport.nl. Elke maandagavond zijn er looptrainingen. Meer informatie is ook te krijgen bij Corrie van den Boorn, receptie Polvertoren.
•
18
|
vitaal
“Een kijkje in de keuken van je collega” Op 10 juni organiseerde het Facilitair Bedrijf een ‘meeloopdag’. Alle leidinggevenden van deze dienst werkten een dag mee op locatie. Roger Caenen en Wies Houben doen verslag.
interesse voor wordt getoond. Huismeester zijn op Amby is echt de baan van mijn leven en ik kom iedere dag met veel plezier naar mijn werk. Roger: “Er zijn niet veel mensen die dat nog zeggen.”
Huiselijk
he. n met Pierre Defesc Roger Caenen same
H
et doel van deze dag was om in andermans keuken te kijken en ervaring op te doen op andere facilitaire gebieden. Zo gingen de leidinggevenden onder meer kijken wat een parkeerwachter, huismeester, receptionist, kok en restaurantmedewerker nu allemaal elke dag doen.
Baan van mijn leven Roger Caenen, hoofd restaurants, satellietkeukens en winkels, werkte een dag mee met huismeester Pierre Defesche van de locatie Amby. Ze hebben allerlei taken, die Pierre dagelijks doet, samen opgepakt. Zoals lampen vervangen, legionellacontroles uitvoeren en afvalcontainers legen en schoonmaken. Roger Caenen: “Als je in de Polvertoren werkt, ben je vaak ver weg van de werkvloer op locatie. Nu zie je wat daar allemaal speelt. De huismeester is de hele dag bezig met allerlei uiteenlopende werkzaamheden. In Amby zijn ze bovendien al druk bezig met de voorbereiding van de verhuizing naar de nieuwe Hagerpoort. Ook Pierre Defesche. Je merkt dan ook dat alle bewoners en medewerkers zich er op verheugen. Op zo´n meeloopdag zie je dat Pierre iemand is die fantastisch kan omgaan met alle bewoners. Hij maakt vaak met hen een praatje en een grapje.” Tijdens het schoonspuiten van de afvalcontainers, waarbij Pierre 'per ongeluk' Roger nat spuit, praten ze verder over hun werk en wat ze van deze dag vinden. Pierre: “Het is hartstikke leuk dat je kunt laten zien wat je allemaal doet en dat daar
Wies Houben, coördinator recepties, ging een dag naar de satellietkeuken van Grubbeveld. Samen met Ingrid Coninx, die sinds anderhalf jaar als kok binnen Grubbeveld werkt, is ze volop in de keuken bezig geweest met het bereiden van allerlei maaltijden. Wies Houben: “Het is allemaal even wennen. Af en toe had ik het gevoel dat ik in de weg liep. Maar Ingrid hielp me hier wel goed in. De keuken op Grubbeveld heeft een huiselijke sfeer. Het is net als thuis en niet zo grootschalig als ik verwacht had. Er wordt constant gewerkt, maar niet te druk en te hectisch." Ingrid: “Wies doet goed haar best met het bereiden van de maaltijden en het schoonhouden van de keuken. Ze zou best als kok kunnen beginnen.” De deelnemers spreken van een geslaagde dag. De leidinggevenden zijn blij dat ze een kijkje hebben kunnen nemen op de verschillende locaties van Vivre. Ze hebben allemaal een beter beeld gekregen van de verschillende disciplines en respect gekregen voor het werk dat daar gedaan wordt. Ook de medewerkers zelf vonden het heel leuk en positief dat hun leidinggevenden mee kwamen werken. Na afloop kwamen de leidinggevenden bij elkaar om hun ervaringen te delen. Er komt zeker een vervolg.
•
an Grubbeveld. Wies Houben in de keuken v
vitaal
Een doorgaande weg
H
oi, ik ben Anke Huppertz. Behalve clusterdirecteur bij Vivre en projectleider van ‘Vivre Gewoon Beter’, ben ik ook ‘gewoon’ de dochter van één van onze cliënten. Tja, dat is wel eens lastig: de zaken door twee brillen bekijken. Uiteindelijk is er natuurlijk maar één Anke, die in verschillende rollen kruipt. Ik verwonder mij over vele zaken, zowel in mijn functie als clusterdirecteur als in mijn dagelijks leven. Verwondering over hoe sommige zaken zo in de soep kunnen lopen en verwondering over de vele zaken die zo goed geregeld zijn. Fijn nu dat ik mijn ervaringen met u, de lezer, kan delen. Een tijdje terug was de hele familie bij elkaar om mijn dochtertje Lisannes verjaardag en tegelijkertijd Moederdag te vieren. (O)pa mocht natuurlijk niet ontbreken. Op deze zonovergoten dag wilden we gezamenlijk een stukje gaan wandelen, mét opa in zijn elektrische rolstoel. Toen bij aankomst de accu van opa’s stoel bleek te ontbreken, was dat een flinke streep door de rekening. Het is ondoenlijk om een loodzware elektrische rolstoel voort te duwen door het Limburgse heuvellandschap. Overbodig om te zeggen dat de geplande wandeling niet doorging en Lisannes verjaardag slash moederdag niet geheel volgens plan verliep. Een ‘kleine’ fout met in dit geval grote gevolgen voor een hele familie. Nu gaat het mij er niet om dat wij persoonlijk slachtoffer waren van deze blunder; zoiets mag simpelweg niet gebeuren. Dat we alsnog een leuke dag beleefden, doet daar niets aan af. Dit persoonlijk voorval onderstreepte voor mij eens te meer het belang, nee, de noodzaak, van Vivre Gewoon Beter voor zowel onze cliënten als hun families. Vivre Gewoon Beter is gericht op het verbeteren van onze service en dat begint bij onze individuele
|
medewerkers die er sámen de schouders onder moeten zetten. Het gaat om het leeren verandervermogen binnen teams; het veranderen van een organisatie is niets meer of minder dan het veranderen van de mensen binnen die organisatie. Vivre Gewoon Beter schept ruimte voor die verandering. En hoewel de uiteindelijke resultaten tellen, is de ruimte om überhaupt te kunnen veranderen c.q. verbeteren al heel wat. Vivre gééft die ruimte en geeft daardoor blijk van een actieve houding en van een open leercultuur, waar we gerust fouten mogen maken, mits we ervan leren. Vivre Gewoon Beter is een prachtig traject, gericht op een betere service naar onze cliënten. We kunnen een actieve rol spelen rol in het welbevinden en het geluk van onze cliënten én hun omgeving. Dat is een mooi gegeven. Omhels de speelruimte die je krijgt om als individu en als team te leren en te verbeteren. Zo draag je bij aan andermans geluk en daar word je zelf geheid ook gelukkiger van. De weg naar verbetering is een weg zonder einde, maar niet zonder doel. Leg hem af met een glimlach.
•
Anke Huppertz Clusterdirecteur en projectleider 'Vivre Gewoon Beter'
Volgende keer meer over Anke's belevenissen als directeur, projectleider én dochter.
19
20
|
vitaal
gew
gew
gew Vivre en Leeuwenborgh gaan samenwerken om te komen tot een verbreding en verdieping van het project Vivre Gewoon Beter. De nieuwe aanpak is onlangs opgestart in de locaties Molenhof, La Valence en Croonenhoff. Eric Boskamp van Leeuwenborgh en Peter van Dinther, verantwoordelijk voor de invulling en uitvoering van het Gewoon Beter traject geven uitleg.
an nk Kemperm Cartoon He
Unieke samenwerking Leeuwenborgh en Vivre Gewoon Beter
E
rik Boskamp is directeur Marktportaal bij ROC Leeuwenborgh en Peter van Dinther is als directeur van Beteor, verantwoordelijk voor de invulling en uitvoering van het Gewoon Beter traject binnen Vivre.
Verdieping Waarom deze samenwerking? Erik Boskamp:”Vivre was al een belangrijke partner van Leeuwenborgh. Vooral als aanbieder van stageplekken voor onze leerlingen van de verpleegkundige en verzorgende sector. Zo hebben heel wat afgestudeerden uiteindelijk een werkplek gevonden binnen de instellingen van Vivre. We zijn door Vivre benaderd om samen met Beteor en R2M te kijken naar de mogelijkheid van een samenwerking en versterking van het bestaande project Vivre Gewoon Beter. Enerzijds omdat wij competentiegericht onderwijs bieden en daarnaast alle kennis en kunde in huis hebben om in specifieke vakgebieden de theorie te verzorgen. Door het in de opleiding opnemen van de vier door Vivre verlangde competenties: gedrevenheid, inlevingsvermogen, klant- en servicegerichtheid en vakkundigheid, kunnen wij een stukje verdieping verlenen aan het bestaande traject. In feite moet je het zien als een in elkaar passen van belangen. Wij zorgen voor theoretische en praktische verdieping en Beteor is de praktijkdeskundige. Daarbij maakt het niet zoveel uit of de docent van ons is of van Beteor. Het gaat om het totaalplaatje. Het een moet naadloos overgaan in het ander.”
gew
vitaal
|
21
Meerwaarde Wat is de meerwaarde van deze samenwerking? Boskamp: “De belangrijkste meerwaarde is een verbetering van het bestaande traject, de theoretische en praktische verdieping, waardoor Vivre er als organisatie nog sterker uit komt. Aan het einde van de cursus ontvangen de deelnemers een officieel ROC certificaat. Dat kan dan weer dienen als steuntje in de rug als je van werkkring wilt veranderen, of als opstart naar een verder scholingstraject. Een ander voordeel is dat de werkgever, dankzij fiscale vergoedingen, deels gecompenseerd wordt in de kosten. Tenslotte pikken ook wij een graantje mee van de ervaringen die wij opdoen tijdens dit leertraject. We passen de opgedane kennis in in de bestaande leerprogramma’s, waardoor wij onze leerlingen nog beter voorbereiden op de praktijksituatie.” Peter van Dinther voegt daaraan toe: “Als je vanuit de zorg redeneert, is het eigenlijk een driedubbele innovatie. Enerzijds de ombouw van een klinisch aanbodgericht model naar een vraaggericht servicemodel. Het tweede is dat je dit ondersteunt door het verdiepen en verbreden door opleidingen. Derde, dat je in de gehele infrastructuur rondom Vivre nogal wat verandert, omdat je ook nieuwe medewerkers al op het pad hebt van een andere manier van denken over zorg.”
Afstemming Hoe stemmen jullie de trajecten op elkaar af? Lijkt me niet eenvoudig. Peter van Dinther:”Dat is het ook niet. Je moet je voorstellen dat in het nieuwe leertraject medewerkers van hoog tot laag in de organisatie gedurende in totaal twee weken geschoold worden, drie maal zoveel als in de oude constructie. Dat eist nogal wat van de organisatie, maar ook van de werknemers. Dat realiseren wij ons al te goed. Het moet immers niet zo zijn dat door de verdrievoudiging ook de
Erik Boskamp van ROC Leeuwenborgh en Peter van Dinther v a n B e t e o r.
werkdruk evenredig toeneemt. Vivre onderkent dat medewerkers heel wat druk ervaren in het operationele proces en zoekt naar oplossingen om mensen te faciliteren de scholing tot een goed einde te brengen. Daarnaast realiseren we ons dat de afstemming tussen ROC en Beteor nog niet honderd procent is. Ook wij moeten nog een beetje aan elkaar wennen. We zijn kritisch, staan open voor kritiek van de buitenwacht. Die wordt meegenomen bij de verbetering en aanpassing van de programma’s.”
Naadloos Hij legt dat uit: “Met de komst van Leeuwenborgh komen twee leertrajecten bij elkaar. Een traject dat helemaal op locatie en praktijk is gericht en het andere, dat veel schoolser is, meer gestandaardiseerd. Daartussendoor moet Vivre van twee verschillende partijen naar één geïntegreerd traject toewerken. Met andere woorden: het is voor de hele club een interessant en boeiend leerproces. Doelstelling is dat beide trajecten uiteindelijk naadloos in elkaar gaan passen. Eerlijk gezegd is er momenteel nog te veel sprake van een Beteor en een Leeuwenborgh traject. We doen er alles aan om dit te verbeteren, in overleg met alle betrokkenen, want we hebben de ervaringen en de input van de medewerkers keihard nodig.”
Innovatief Peter van Dinther constateert dat het Gewoon Beter traject door steeds meer mensen binnen de organisatie wordt gedragen. “Mensen hebben dingen ten goede zien veranderen, gaan met meer plezier naar hun werk. Ik zie dat men met een positieve houding aan dit nieuwe traject begint. Inmiddels mag de innovatieve aanpak zich verheugen in een grote landelijke belangstelling. De centrale gedachte wordt door steeds meer instellingen en organisaties in den lande omarmd.”
Toekomst Erik Boskamp is optimistisch over het uiteindelijk resultaat. “Ik ben ervan overtuigd dat de vernieuwde aanpak, zeker op de langere termijn zal leiden tot positieve resultaten. De bewoners profiteren ervan, de medewerkers krijgen een plus op hun cv en onze reguliere scholieren profiteren van de opgedane kennis bij Vivre.” Peter van Dinther: “En laten we wel wezen, welke werkgever investeert zoveel in zijn of haar medewerkers om ze in staat te stellen maximaal te presteren, ze meer toekomstkansen te bieden en, misschien nog het belangrijkste, meer arbeidsvreugde? Dat is uiteindelijk de belangrijkste meerwaarde voor medewerkers én bewoners van dit bijzondere leertraject.”
•
22
|
vitaal
Molenhof bijt het spits af In april van dit jaar maakten de medewerkers van Molenhof als eersten kennis met de nieuwe aanpak van Vivre Gewoon Beter. In de nieuwe opzet worden vier groepen van 25 mensen intensief geschoold om vanuit praktische en theoretische invalshoek gastvrijheid in praktijk te brengen. Beteor trainer Marc Croonenberg doet verslag. Vier medewerkers vertellen over hun ervaringen.
Slim en creatief
keertje meedraaien.
“Tijdens de trainingen laten we zien, dat door slim en creatief met de beschikbare tijd om te gaan, er toch nog mogelijkheden zijn. Door vragen te stellen, door erover te communiceren, door collega’s aan te spreken op hun gedrag. Dat vindt men vaak hartstikke lastig, een beetje eng. Door middel van rollenspellen laten we zien en ervaren dat het anders kan. Het is het begin van de verandering. Als de deelnemers vervolgens zien dat je daadwerkelijk dingen zelf kunt veranderen, is dat een heel belangrijke eerste stap", aldus Marc Croonenberg.
Verankeren
Nieuwe opzet Hoe reageren medewerkers op de nieuwe, tweeledige aanpak? “Dat wisselt nogal. Er zijn mensen die willen het schoolser, anderen weer niet. Ik denk dat de meerwaarde van de samenwerking tussen Leeuwenborgh en Beteor zich nog verder moet uitkristalliseren. Daarbij staan we open voor kritiek. Een veelgehoorde opmerking is dat beide trajecten nog niet goed op elkaar aansluiten. We proberen zoveel mogelijk via overdraagbare documenten op de hoogte te blijven van elkaars activiteiten en deze vervolgens te stroomlijnen. Ook voor ons is dit uiteraard een leerproces. Een trainer van Leeuwenborgh is bij een van onze werksessies komen meekijken, ik zelf ga binnenkort ook een oude en Peter zetten het Jacqueline, Daniel
Hoe zorg je ervoor dat dingen beklijven? Belangrijk is dat we zaken verankeren. Je moet het gastvrijheid gedachtegoed koesteren en levend houden. Hier ligt een belangrijke taak voor de verandercoördinator. Daarnaast worden alle observaties, opmerkingen, wensen en ideeën opgeslagen in het zogenaamde verbeterboek dat binnenkort aan het management wordt gepresenteerd. Belangrijk is dat ook aan de hardware kant, de sfeer, de meubels, de inrichting het gevoel van gastvrijheid wordt weergegeven. Zo maak je het voor iedereen zichtbaar en tastbaar. Tot zover mijn kant van het verhaal. Laten we maar eens luisteren naar wat de cursisten zelf te vertellen hebben.”
Deelnemers Vier cursisten komen aan het woord. Peter van de Horst is kok en verandercoördinator bij Molenhof. Jacqueline Lardinoye is al twintig jaar actief binnen Vivre en werkt sinds twee jaar op de gesloten afdeling van Jekerhof. Margret Griep is zorgcoördinator van Molenhof 2. Vierde in de rij, Daniel Vermeiren, is er sinds 3 jaar huismeester facilitaire dienst.
Hoe hebben jullie de trainingen ervaren? Peter van der Horst: “De eerste sessies hebben toch wel het een en ander teweeg gebracht. We hebben veel dingen opgepakt waar we in de loop der tijd in feite een beetje blind voor waren geworden. . t a a r t s p De bewustwording, dat je samen kunt zoeken meubilair o naar oplossingen, dat is echt blijven hangen. Daarnaast leer je mensen aan te spreken op eerder gemaakte afspraken, zonder dat ze in de verdediging gaan. Zo zie je langzaam de dingen veranderen. Niet alleen in de houding van mensen en hun bejegening naar de bewoners, maar ook om je heen. Het wordt hier steeds gezelliger. We krijgen nieuw meubilair, andere gordijnen. Het wordt knusser, warmer. Een mix van thuis zijn en gastvrijheid.” Daniel Vermeiren: “Je leert meer klantgericht denken. Je kijkt over de grenzen van je eigen afdeling heen en ziet dat er raakvlakken zijn. Daardoor krijg je het gevoel dat je het allemaal niet alleen hoeft op te lossen. Gedeelde smart is halve smart.”
23
Werk blijft liggen Jacqueline: “Ik heb het gevoel dat je nu daadwerkelijk gehoord wordt. Dat je weet waar je moet zijn, zodat dingen serieus en effectief opgepakt worden. Dat is voor mij de grote plus. We moeten er wel voor zorgen dat we diezelfde inzet vasthouden en gezamenlijk de schouders eronder blijven zetten. Je ziet in je omgeving dat veranderingen steeds meer zichtbaar en tastbaar worden. Dat stimuleert! Die rode draad moeten we vasthouden. Inhoudelijk ben ik zeer te spreken over het aangeboden leertraject. Punt van kritiek is wel, dat tijdens het volgen van de cursussen je werk gewoon blijft liggen. Je kunt niet delegeren, terwijl je op de afdeling hard nodig bent. Dus moet je heel veel mobiliteit inzetten om mensen verzorgd te krijgen. Voor bewoners en familieleden geen ideale situatie. Dat zou beter op elkaar afgestemd mogen worden.”
Rozengeur en maneschijn Margret Griep: “Ik heb eindelijk het gevoel dat er naar ons geluisterd wordt. Ik constateer dat er dingen in positieve zin veranderen. Positief vind ik ook dat alle wensen en problemen genoteerd worden in het verbeterboek. Zodat dingen ook beklijven. Maar het is niet allemaal rozengeur en maneschijn. Eerlijk is eerlijk, in het begin was er veel onduidelijkheid over wat er van ons werd verwacht. We kregen veel informatie en dat bracht wat weerstand te weeg. Maar na de tweede sessie hebben we dit geëvalueerd en toen ging het al veel beter. Ik ben ervan overtuigd dat de scholingen op de lange termijn een positief effect zullen hebben op het welzijn van bewoners en medewerkers. Mits we samen blijven openstaan voor kritiek en verbeteringen.”
•
Gewoon Beter Bus! Je kunt hem (binnenkort) vinden op alle locaties waar de Gewoon Beter trainingen zijn begonnen of afgerond: de Gewoon Beter Bus. Voor al je ideeën en klachten, je suggesties en kritiek, je complimenten en frustraties over Gewoon Beter. Kortom alles wat je kwijt wilt en met ons wilt delen! Voor wie? Bewoners, medewerkers, familie en bezoekers. Waarom? We willen graag weten wat er leeft. Reken niet altijd op een persoonlijke terugkoppeling. Je reactie dient als input voor verdere gedachtevorming. Roos Hoenen, Coördinator Gewoon Beter Punt, bereikbaar maandag, dinsdag en donderdag op 06 - 55 86 66 25 of via
[email protected].
Colofon Het instellingsblad van Vivre verschijnt vijf maal per jaar en wordt gratis verspreid onder medewerkers, cliënten en externe relaties van de onder de stichting ressorterende instellingen. Redactieadres Marc Kentgens, Staffunctionaris Communicatie, tel.: (043) 631 41 87,
[email protected], Postbus 241, 6200 AE Maastricht. RedactieLEDEN Ber Crouzen, Jules à Campo, Carla Janssen, Marc Kentgens, Bas Korsten, Paul Logister, Karina Louwe, Chantalle Lubbering, Carina Sotgiu, Yvonne Stallinga. EINDRedactie Ber Crouzen. Foto's Marcel van Hoorn, Marc Kentgens, Bas Korsten. Maastricht Mooiste: Camiel de Hoen, Kevin Hennessy, Louis Starmans en Jos Wijnen ( DiFoWi ) C AR TOONIST Henk Kemperman Ontwerp Advance Communications, Geleen. Drukwerkverzorging Profeeling, Beringen (BE). Oplage 3.000 exemplaren.
Tips voor de redactie Heeft u tips of suggesties, stuur deze dan naar het bovenstaand redactieadres.