Zeeuwse Milieufederatie
Wantij
Tijdschrift over natuur en milieu in Zeeland
Ruimtelijke kwaliteit versus verrommeling
Oktober 2008, nr. 105, jrg. 25, nr. 3, losse nrs. € 1,15
Colofon: Het Wantij is de plaats waar stromingen elkaar ontmoeten. Wantij is een uitgave van de Vereniging Zeeuwse Milieufederatie (ZMF). Het blad verschijnt vier maal per jaar en wordt naar de leden van de ZMF verstuurd. Het lidmaatschap van de ZMF bedraagt € 12,- per jaar. Losse nummers van Wantij kosten € 1,15. Redactie: Elly Geelhoed (secretariaat), Janneke Donkers, Anke van der Geest, Jos van der Heijden, Peter Maas, Jan Moekotte, Gerda Spaander, Janneke Donkers en Willem de Weert (eindredactie). Redactiesecretariaat: Zeeuwse Milieufederatie, Postbus 334, 4460 AS Goes, Ravelijn de Groene Jager 5, 4461 DJ Goes, tel. (0113) 23 00 75, fax (0113) 25 09 55. E-mail:
[email protected]. Afsluiting kopij voor Wantij nr. 106, jrg. 25, nr. 4: 1 november 2008. Bijdragen kunnen in overleg met het redactiesecretariaat worden ingediend. Auteurs zijn verantwoordelijk voor de inhoud van hun artikel. Plaatsing van een artikel hoeft niet te betekenen dat de vermelde meningen het inzicht van de redactie, het bureau of het bestuur van de ZMF weergeven. Vormgeving/opmaak: Kristiaan Daled BNO, Oostburg. Drukwerk: Zoetewey, Yerseke.
Wantij
Column
Oktober 2008, nr. 105, jrg.25, nr.3
Oosterschelde weer open
2
Column
Oosterschelde weer open Willem de Weert
3
De lezer spreekt
Red de horizon Lex Kattenwinkel
4 ‘Kwaliteit is geen kwestie van smaak’ Willem de Weert
5 Camping Groede past in lagenbenadering Willem de Weert
6 Bij Hulst is al ontpolderd Peter Maas
7 Groote Kreek ademt sfeer oude stad Peter Maas
Je valt toch van je geloof, of als je niet kerkelijk bent, van je stoel. De tweede Deltacommissie adviseert om na 2075 de Oosterscheldekering, onze waterbouwkundige trots, hét compromis van de vorige eeuw, dé testcase van het milieubeleid van het kabinet Den Uyl, de kiem van de Zeeuwse Milieufederatie, om te bouwen tot brug. Reden? De zeespiegel stijgt, de zandhonger is niet te stillen, de schorren en slikken verdwijnen: het Nationaal Park verliest zijn kroonjuwelen. Conclusie? Het is beter om de dijken te verhogen en het getij zijn gang te laten gaan! Flashback, déjà vu. Waar heb ik dat eerder gehoord? ‘Hier gaan over het tij, de maan, de wind en wij.’ Weg met die spreuk van Ed Leeflang! Daarvoor in de plaats een standbeeld voor de Actiegroep Oosterschelde Open. Willem de Weert
8 Windmolens waar je ook kijkt Willem de Weert
9 Waterfront wijk met uitstraling Willem de Weert
10
Kassen verspreid over de polders Gerda Spaander
11
Dorpsuitbreiding doorstaat toets der kritiek Gerda Spaander
12
De missers van Mortiere Jan Moekotte
13
De betere kant van Middelburg Jan Moekotte
14
De ‘verloodsing’ van het landschap Janneke Donkers
15
Boeren en bouwen Janneke Donkers
16
Waardevol
Zandplaten komen, zandplaten gaan Anke van der Geest
17
Wat dit blijfsel overbleef
Nescio’s uitkijkpost in Veere Jan Moekotte
18
De voetafdruk
Chiel Jacobusse Gerda Spaander
19
ZMF Ledenvergadering Advertentie
20
Gezocht: Zeeuwse straten die zin hebben in een feestje Melissa Ernst
Foto voorpagina: Wijk Waterfront Tholen Foto: Jaap Wolterbeek
Meldpunt verknipt landschap Heeft u zelf ook al eens bepaalde gebouwen, kassencomplexen, megastallen, windmolens, industrieterreinen of wat dan ook uit het landschap willen knippen? Meld dit op: www.verkniptlandschap.nl Zeg wat u stoort! De Zeeuwse Milieufederatie inventariseert de meldingen en bekijkt of we iets kunnen doen: opruimen bijvoorbeeld!
De lezer spreekt
Red de horizon Lex Kattenwinkel Op steeds meer plaatsen wordt het landelijk gebied gebruikt voor bedrijvenparken, windmolens, zendmasten. De openheid verdwijnt en het landschap verrommelt.
Gezicht op Middelburg
Ad Boonman, Zevenbergen (Noord-Brabant): “Ik vind de wijk Helwijk bij Willemstad het meest uitgesproken voorbeeld van verrommeling van het landschap. Deze nieuwbouwwijk ligt middenin de polder. Vlakbij fort De Hel, vandaar de naam. Het is een voorbeeld van verkeerd beleid in het verleden. Niemand weet meer hoe die wijk er ooit gekomen is. Latere nieuwbouwwijken bij Willemstad zijn aan de bestaande kern vast gebouwd, zo moet het. Er wordt één kant uit gebouwd, zodat het schootsveld van de vestingwerken vrij blijft. Ook aan de inrichting van recentere nieuwbouwwijken mankeert nog wel het een en ander: te weinig groen en speelterrein. Maar ook dat wordt steeds beter. De tijd is voorbij dat projectontwikkelaars alles zelf konden bepalen.” Jaap Flohil, Middelburg: “Mag het ook iets kleins zijn? In sommige straten heeft de gemeente Middelburg stukjes groen aan bewoners verkocht. Sommige mensen zetten daar vervolgens een schutting voor. Dat geeft verrommeling van het stadsbeeld. Het bedrijventerrein Mortiere is ook een verschrikking. Heel veel asfalt. Sfeerloos. Puur consumentisme. Mij zul je er niet vinden, maar ik heb dan ook geen auto. De woonwijk Mortiere vind ik wel mooi. Dat is goed
gedaan: huizen in de stijl jaren ’30, waterpartijen. Aan de westkant van de stad heb ik een volkstuin. Bij de tennisbanen hebben ze daar van die hoge lichtmasten gezet. Vroeger zag je het fraaie profiel van de stad, nu is dat helemaal verstoord. Er staan ook overal gsm-masten. Ik vraag me af of elke provider eigen masten heeft. Dat er overal zoveel gebouwd wordt, daar wordt Zeeland ook niet mooier van. Het wordt steeds voller. Niet alles is kommer en kwel. Het plan Tureluur heeft Schouwen-Duiveland veel mooier gemaakt.”
Helma Janse, Vlissingen: “Ik stoor me enorm aan al die bedrijventerreinen langs de A58. Ik heb het idee dat er steeds meer bijkomen. Het mooie zicht op het landschap, dat ik altijd zo heb gewaardeerd, wordt aangetast. Natuurlijk kun je niet zonder economische ontwikkeling, maar pas die bedrijven landschappelijk in. Zet er tenminste bomen voor. Dat zijn conflicterende belangen: die bedrijven willen juist zichtbaar zijn, terwijl ik ze niet wil zien. Het bijzondere van het landschap in Zeeland is wat mij betreft het weidse, de vlakke horizon. Dat is natuurlijk heel snel aangetast. Aan de andere kant probeert men ook om wat aan het landschap terug te geven, zoals langs de A58 bij Krabbendijke. Dat nieuwe natuurgebiedje 3 WANTIJ Oktober ‘08
Foto: JaapWolterbeek
vind ik mooi. Ook geslaagd vind ik de invulling van het gebiedje bij het oude PZEM-gebouw in Vlissingen, met villaen bungalowachtige bebouwing.”
Bert van de Linde, Schoonhoven (Zuid-Holland) “De Krimpenerwaard is het enige gebied in de Randstad wat ontsnapt is aan verkaveling. Landschappelijk dus heel bijzonder. Er wordt zuinig mee omgegaan, maar toch zie je her en der gebouwen verschijnen, industrieterreinen en van die smerige bedrijfshallen. Een golfterrein ook. Allemaal losstaande projectjes van verschillende gemeenten. Het gaat sluipenderwijs. Ze vangen elkaar vliegen af en dat komt door een gebrek aan gezamenlijk beleid. Nog iets. Ik ben helemaal niet tegen windmolens, maar niet plompverloren midden in een weiland in de Lopikerwaard. Zet ze langs een snelweg of langs de kust. Met wat nadenken kan het veel beter. Er wordt maar wat gedaan. Wat ik goed vind, is hoe ze in dit gebied met de wegen omgaan. Er zijn in de Krimpenerwaard twee hoofdwegen. De N210, uit de jaren ’30, verzakt regelmatig. Ze leggen er nu een nieuwe weg naast en de oude wordt terug gegeven aan de natuur. Dan ben je goed bezig.” ● Lex Kattenwinkel is medewerker van de Wantijredactie.
Verrommeling of kwaliteit? Deze Wantij gaat over ruimtelijke ordening. We gingen op stap met leden van de planologiewerkgroepen en verenigingen, aangesloten bij de ZMF, en maakten een rondgang door de provincie. We zochten voorbeelden van de verrommeling van het landschap. Die vonden we moeiteloos. Voorbeelden van ruimtelijke kwaliteit vinden, bleek lastiger.
Geertje van der Krogt, beleidsadviseur planologie ZMF:
‘Kwaliteit is geen kwestie van smaak’ Verrommeling West-Zeeuws Vlaanderen
Willem de Weert
Sinds kort geeft een groot bruin bord langs de N 61 aan dat je in het Nationaal Landschap West ZeeuwsVlaanderen bent. Inderdaad, de horizon is vrij, velden, kreken, dijken en af en toe een fort geven de indruk van een gaaf landschap, vol cultuurhistorie. In dat landschap, om precies te zijn in IJzendijke, woont Geertje van der Krogt, beleidsadviseur planologie bij de Zeeuwse Milieufederatie. Hoe kijkt zij aan tegen de kwaliteit van de ruimtelijke ordening in haar streek en in de provincie? Het nieuwe bedrijventer-
“Ik wil het niet over mooi en lelijk hebben,” zegt Geertje, “want dat is zo persoonlijk en een kwestie van smaak.” Toch zijn we niet gauw uitgepraat, want volgens haar zijn er wel degelijk objectieve maatstaven aan te leggen voor de beoordeling van de inrichting van de ruimte. Haar stokpaardje is: de lagenbenadering.
i
Lagenbenadering “Ik bekijk de ruimtelijke ordening schematisch in lagen. Ik onderscheid er drie. De onderste laag is de natuur en cultuurhistorie in het landschap. Als je daar geen rekening mee houdt, dan vernietig je het ecologische en historische kapitaal. Dat is onvervangbaar. Een goede ruimtelijke ordening houdt altijd rekening met deze onderste laag. De tweede laag is de al aanwezige infrastructuur. Nieuwe inrichting moet aansluiten bij bestaande wegen, waterlopen, buisleidingen enzovoort. Daarbij moet je zoveel mogelijk tot bundeling zien te komen. De derde laag is de occupatie.
rein tussen Aardenburg en Eede voldoet niet aan de lagenbenadering Foto: Willem de Weert.
Waar wonen en werken al mensen? Is het nodig nieuwe gebieden in te richten of kun je terecht in of aansluiten bij de bestaande bebouwing?”
Voorbeelden De beleidsadviseur planologie neemt me mee op een rondleiding door haar streek om voorbeelden te laten zien van gebrek aan lagenbenadering, maar ook van goed gebruik. We rijden naar Aardenburg. Daar ligt midden tussen de akkers bedrijventerrein De Vlaschaard. “Hier zijn twee dingen misgegaan,” zegt Geertje. “Er is geen aansluiting gezocht bij bestaande bebouwing, de derde laag, noch bij al aanwezige infrastructuur, de tweede laag. Het bedrijventerrein moet straks aanhaken op de nog aan te leggen, maar omstreden, 4 WANTIJ Oktober ‘08
rondweg Aardenburg. Het enige wat deugt is dat enigszins rekening is gehouden met de eerste laag. Er is bijvoorbeeld niet op een laaggelegen nat terrein gebouwd.”
Duurzaamheid “Naast de lagenbenadering moet je met nog enkele dingen rekening houden.” Het woord valt: duurzaamheid. “Wat nu een goedkope en gemakkelijke oplossing is, blijkt straks een dure. Het bedrijventerrein misstaat in het landschap en moet straks met groen aangekleed worden.” “Schaamgroen verbergt verrommeling. Kwaliteit hoef je niet te verbergen. Doe het liever direct goed. Ga als overheid en ondernemer voor kwaliteit!” ●
Camping Groede past in lagenbenadering Ruimtelijke kwaliteit West-Zeeuws Vlaanderen
Willem de Weert
De weg achter de duinen van Cadzand naar Groede is een aaneenschakeling van bungalowparken, horeca en campings, af en toe onderbroken door een restje open ruimte. Daar word je niet vrolijk van. Gelukkig zijn er in dit Nationaal Landschap ook enkele voorbeelden van ruimtelijke kwaliteit te vinden.
Herinrichting en uitbreiding Camping Groede. Foto: Willem de Weert.
Op een parkeerplaats zijn de vakken afgeschermd door wilgen in plaats van stekelige struiken of een hekje. Dat begint er al op te lijken. Aan de rand van de Clethemspolder ligt een van de grootste campings van Zeeuws-Vlaanderen: Camping Groede.
o
Meerwaarde “De eigenaren, de broers Jos en Leo van Damme, doen hier hun best om kwaliteit te leveren,” weet Geertje van der Krogt. “Zij zien niet alleen de zee en het strand, maar ook de natuur in de omgeving als meerwaarde voor hun bedrijf. De lagenbenadering is hier van toepassing. Camping Groede ligt op hoge droge grond, dus is geschikt voor zo'n activiteit. Behalve langs de kreek dan, maar daar blijven ze een eindje vandaan. De camping ligt weliswaar iets tegen andere bebouwing, maar was ooit een gewoon boerenbedrijf vlak onder de kust. Er waren geen kunstgrepen in de ondergrond nodig om te kunnen functioneren. “ Recreatienatuur De tweede laag is de infrastructuur. Als je doelgroep strandbezoekers is, klopt de plek.
De infrastructuur is er ooit wel helemaal naartoe gelegd, maar zoals gezegd, het was een gewoon boerenbedrijf. De derde laag is de occupatie. Om uit te kunnen breiden, hebben ze een bestaande camping erbij gekocht. Op de nieuwe kavels wordt eerst groen aangeplant voordat de verdere inrichting plaatsvindt. Meestal is de volgorde andersom om zo snel mogelijk geld te verdienen. Bij de uitbreiding is 9 hectare groen, zogenaamde recreatienatuur aangelegd. Verder werken ze van harte mee om van het dorp Groede langs hun camping een groene corridor naar de duinen te realiseren.”
Lichtplan “Camping Groede is nu bezig met een lichtplan. Er komt enkel verlichting op plaatsen waar dat echt nodig is en dan bij voorkeur energiezuinige ledlampen. Nog een voorbeeld: snoeihout wordt in rillen opgetast en vormt een natuurlijke afscheiding.” “Ik ga graag met hen om de tafel omdat ze duurzaamheid nastreven,” besluit Geertje van der Krogt de zoektocht door haar streek ● 5 WANTIJ Oktober ‘08
Wilt u zelf meedenken over planologie? Neem dan contact op met een werkgroep van de ZMF! Algemeen: Geertje van der Krogt, beleidsadviseur planologie ZMF tel. 0113-230075;
[email protected] Bevelanden en Tholen: KNNV; Femke vd Berg tel. 0118- 624435;
[email protected] Walcheren: Hanneke Westhoek tel. 0118- 623249;
[email protected] West Zeeuws-Vlaanderen: Natuurbeschermingsvereniging ’t Duumpje Leo Dhoore tel. 0117- 461963;
[email protected] Oost Zeeuws-Vlaanderen: Natuurbeschermingsvereniging De Steltkluut Adri Paauwe tel. 0115- 432187;
[email protected] Schouwen- Duiveland: - Natuur- en Vogelwacht tel: 0111-651759;
[email protected] - Vereniging Stad en Lande secretariaat tel. 0111- 414948;
[email protected]
Willem de Weert is eindredacteur van Wantij.
Bij Hulst is al ontpolderd Peter Maas Verrommeling Oost-Zeeuws Vlaanderen De hamvraag bij de bouw van deze loods bij Hulst: waarom juist hier? Foto: Peter Maas.
Luud Persijn woont op een van de mooiste plekjes van ZeeuwsVlaanderen. Vanuit de woonkamer kijkt hij op de kreek die precies op de grens ligt tussen Zeeland en Vlaanderen. Voor de bruine kiekendief hoeft hij de deur niet uit. Zet je het raampje open dan kun je de Cetti’s zanger horen.
Op Walcheren was hij de motor achter de werkgroep landschapsverzorging. Sinds zijn pensionering woont de familie weer op de oude stek Koewacht. Nu is hij actief lid van de Planologiewerkgroep van De Steltkluut. Zodra we de deur uit zijn, dienen de voorbeelden van verrommeling zich aan. Een prachtig oud weilandje met knotelzen is verziekt: té veel paarden, té kaal gevreten gras, té veel linten, iets té veel kotjes. Even verderop zijn grote hopen kuilvoer afgedekt met autobanden. Er is geen enkele moeite gedaan om de bergen landschappelijk in te passen. We kruisen het kleinschalige dekzandlandschap, bijna on-Zeeuws, zo mooi, maar op de plaats van een tot de verbeelding sprekende oude vlasfabriek liggen plannen klaar om dure bungalows te bouwen. Een ongelukkige locatie, ook al vindt er compensatie plaats voor de natuurwaarden die verloren gaan.
o
Waarom juist daar? Waarom worden bepaalde ontwikkelingen juist daar bedacht? We komen aan de Fortdijk die bekend is om de zeldzame
ruige anjer en de misschien nog minder geziene grote wilde tijm. Een veehouderij is pas verplaatst, ongeveer 500 meter opgeschoven, maar de impact op het open landschap is enorm. Nieuwe vestigingen in open poldergebied zijn vaak ongelukkig gekozen. Een benzinestation even ten westen van Axel: “Waarom juist daar? De grote silo’s op het bedrijventerrein in Braakman Noord zijn een van de grootste schandvlekken op de regionale planologiekaart.”
Grote loods We gaan tot aan de nieuwe bedrijvigheid ten westen van Hulst. Een transportonderneming bouwt daar een grote loods. Rondom komen er waterpartijen en zo te zien wordt er veel ruimte gereserveerd 6 WANTIJ Oktober ‘08
voor groen. Ook aan de architectuur wordt, voor zover wij daar verstand van hebben, veel aandacht besteed. Al met al is er over nagedacht, maar is de hamvraag: waarom juist hier? Waarom wordt deze loods niet gebouwd aansluitend aan het bestaande bedrijventerrein bij SintJansteen en Hulst? Nu ligt er nog een heel stuk akkerland en boomgaard tussenin. De nieuwe vestiging dringt diep door in het poldergebied.
“Hier is al ontpolderd,” zegt Luud. “Dit is geen polder meer. Hebben boeren hier dan geen moeite mee?” Hij steekt ook de hand in eigen boezem: “Waarom hebben we hier als planologiewerkgroep niet op gereageerd?” ●
Groote Kreek ademt sfeer oude stad Peter Maas Ruimtelijke kwaliteit Oost-Zeeuws Vlaanderen Nieuwbouwwijk Groote Kreek in Hulst. Foto: Peter Maas.
Goede voorbeelden vinden, dat blijkt de moeilijkheid. We denken aan het Blikken Weitje bij Hoek waar de toevoerweg naar de tunnel vlak langs loopt. Het kleine, zilte moerasgebied is iets groter geworden en sluit nu als een ecologische berm aan bij de weg. Of het nieuwe busstation aan de sluizen bij Terneuzen.
Dit busstation met glazen wand kent alleen voor- óf tegenstanders. De schrijver is een voorstander, want als je het geluk hebt om de opkomende zon dóór die glazen wand heen te zien schijnen, dan weet je hoe spectaculair dit ontwerp is.
d
Fortificatie Toch vinden we, min of meer onverwacht, in Hulst nog een goed voorbeeld: nieuwbouwwijk Groote Kreek. Hoewel, een
rioolwaterzuivering dreigde roet in het ontwerp te gooien. De geplande huizen zouden last van de stank hebben. Maar dat probleem is creatief opgelost. In de cirkel is ruimte vrijgehouden voor openbaar groen. Een gracht en een dijklichaam in de vorm van een fortificatie verwijzen mooi naar de rijke historie van Hulst. De nieuwbouwhuizen ademen eveneens de sfeer van een oude, maar welvarende middeleeuwse stad.
Oud boerenerf Ook aan de zuidrand van Terneuzen (Handelspoort Zuid) zien we nieuwe ontwikkelingen die fraai aansluiten bij bestaande landschappelijke waarden. Voor het nieuwe bedrijventerrein werden bergingsvijvers voor regenwater aangelegd. Aanvankelijk zou daarvoor een oud boerenerf verdwijnen, maar mede dankzij de inzet van De Steltkluut werden de oude fruitbomen en ook een zeer eerbiedwaardige oude taxus bewaard. We moeten het toegeven. Schrijver en gids zijn eigenlijk aartsconservatief. We zien liever geen nieuwe ontwikkelingen in het landelijke gebied. We houden het liefst alles bij het oude. Maar als het dan toch moet, doe het zorgvuldig. Respecteer grenzen om vooral de openheid en de gaafheid van het landschap te bewaren ● Peter Maas is lid van de Wantijredactie.
7 WANTIJ Oktober ‘08
Windmolens waar je ook kijkt Verrommeling Tholen en Sint-Philipsland
Willem de Weert Windmolens bij Sint-Annaland. Foto: Willem de Weert.
De charme van Tholen is de weidse horizon. Je kijkt ver, zonder hinderlijke obstakels, behalve de kerk- en watertorens die als vanzelfsprekend bij het landschap horen.
“Wel windenergie, maar geen windmolens her en der in het landschap,” is het standpunt van de Natuurvereniging Tholen. “Tholen is een landschap van vergezichten, van vertes, van lege landschappen en dat moet zo blijven,”vinden Henk Melchers en Gé Meijnen van de Planologiewerkgroep van deze vereniging. Bij Sint-Annaland is te zien welk impact de molens van meer dan honderd meter hoog op het landschap hebben. De monumentale hoeve Nooitgedacht (1662), een geschenk van Constantijn Huygens aan zijn dochter, is gedegradeerd tot Madurodam formaat tegen de achtergrond van het windmolenpark in de Moggershilpolder. “Hoeveel horizonvervuiling willen we nog?,” vraagt het bestuur van de Dorpsgemeenschap SintAnnaland zich af (Eendrachtbode,
w
7 februari 2008). “Vanaf de waterkant mogen de vijf windmolens een prachtig lijnenspel lijken, vanuit de Langeweg lijkt het wel of de windmolens midden in het dorp staan,” verwoordt een bestuurslid de gevoelens. Ook in Stavenisse is verzet onder de bevolking over de komst van grote windmolens dichtbij hun dorp (BN/DeStem, 6 juni 2008).
Menselijke maat De plaatselijke natuurvereniging heeft ook moeite met de mastodonten die Tholen gaan domineren. “Molens van 125 meter hoogte gaan de menselijke en de Thoolse maat te boven,” vindt Henk Melchers. “Hun aanblik reikt tientallen kilometers ver, van de ene kant van het eiland tot de andere. Bovendien staan ze in de routes van vogels die langs de kustlijn vliegen.” De Noordpolder van Sint8 WANTIJ Oktober ‘08
Maartensdijk, ‘zijn achtertuin’, is de locatie voor zo’n windmolenpark. Om precies te zijn: de akkers van ondernemer en raadslid Gabri Hoek die zelf participant is in het plan om bij de zeedijk vier reusachtige molens en een schakelstation te bouwen (BN/DeStem, 1 februari 2008). “Houd het laag bij de grond,” vindt Gé Meijnen. “Er zijn alternatieven in de vorm van biomassa en zonne-energie die het landschap niet verpesten.”
De Provincie Zeeland en de ZMF zijn voor clustering van windmolens, bij voorkeur langs grote infrastructurele werken, zoals kanalen en dammen. Maar de gemeente Tholen geeft op alle hoeken van het eiland de ruimte “omdat er verwachtingen gewekt zijn” ●
Waterfront wijk met uitstraling Ruimtelijke kwaliteit Tholen en Sint-Philipsland
Willem de Weert
Vanaf Tholen
de
brug
valt
de
naar wijk
Waterfront direct op. Het is even wennen dat in het oude
en
vertrouwde
stadsgezicht nieuwbouw een plaats heeft gekregen. Maar de meningen over de wijk aan het water zijn positief.
Wijk Waterfront in Tholen. Foto: Jaap Wolterbeek.
“Aan de noordkant van de bebouwde kom ligt over het Schelde-Rijnkanaal de Thoolse brug, een witte boogbrug. Over deze brug ligt de provinciale weg N286. Deze weg is de belangrijkste ontsluiting van het eiland Tholen. Ten zuiden van de brug ligt de haven van Tholen, in een bocht van de voormalige kreek de Eendracht. Deze bocht is, bij het graven van het Schelde-Rijnkanaal in de jaren '70, aan de noordelijke kant afgedamd. In 2005 is hier de opvallende wijk Waterfront voltooid, met villa's en appartementen direct aan het water,” aldus Wikipedia. Op meerdere sites is er aandacht voor de wijk. Iemand heeft er zelfs een helikoptervlucht tegenaan gegooid om Waterfront vanuit de lucht in beeld te brengen (www.frankbogers.nl/Tholen).
a
Kwaliteit Ook Gé Meijnen van de Planologiewerkgroep van de Natuurvereniging Tholen is positief over de nieuwbouwwijk bij de jachthaven. “Tholen speelt met deze wijk in op de waterrecreatie en de vraag naar kwaliteitshuizen. Er is een directe relatie met het water. Mijn indruk is dat de bewoners er naar tevredenheid wonen. Ze hebben bewust voor wonen aan het water gekozen en hebben een ligplaats voor hun boot voor de deur. De compacte bebouwing is van hoge kwaliteit en ligt ingesloten tussen brug, kanaal en het oude stadshart.” Versterkt Henk Melchers is het met hem eens: “Het oude centrum van Tholen, verscholen achter de oude zeedijk, heeft er een wijk 9 WANTIJ Oktober ‘08
bij gekregen, die het beeld van havenstad versterkt. De bebouwing heeft een harmonische omvang en een architectonische frisheid die van deze tijd is. De aanblik dringt zich niet aan je op, versterkt eerder het beeld van de haven aan de afgedamde Eendracht. Het landschappelijke element is terug te vinden in kleine bebossingselementen en vooral in het spiegelende water en de open luchten.”
“In Waterfront is geen ruimte verspild en geen natuur geschonden. De bewoners hebben op loopafstand van hun wijk een mooi plas-drasgebied. Natuur, wonen aan het water en recreatie gaan hier goed samen” ● Willem de Weert is eindredacteur van Wantij.
Kassen verspreid over de polders Verrommeling De Bevelanden
Gerda Spaander
Het landschap van Zuid-Beveland is flink verrommeld. Wim
de
Wilde
en
Jaap
Woets,
leden
van
de
Planologiewerkgroep van de KNNV Bevelanden, noemen moeiteloos voorbeelden.
De kassen van het zaadbedrijf staan
Boven aan hun lijstje staat de situatie in de Fredericapolder in Rilland. Daar is het zaadbedrijf Limagrain (voorheen Van der Have) nadrukkelijk aanwezig. De bedrijfsgebouwen en de kassen beslaan op zich al een flinke oppervlakte. Kwalijk is dat de kassen niet bij elkaar staan, maar verspreid over vijf locaties in drie polders. Zijn er wellicht teelttechnische redenen om de kassen op flinke afstand van elkaar te zetten, bijvoorbeeld om besmettingen of ongewenste kruisingen te voorkomen? Volgens Jaap Woets, van origine plantenziektekundige, hoeft dit geen rol te spelen. “Daar kun je maatregelen tegen nemen. Het is gewoon jammer dat in deze situatie, waarin sprake is van één bedrijf en één gemeente die over de locatie gaat, het bedrijf de kans heeft gekregen zijn stempel te drukken op een onnodig groot gebied.”
b
Smalle dijkjes Op hun tocht door Zuid-Beveland wijzen
Jaap Woets en Wim de Wilde, die in zijn laatste functie planologisch medewerker was bij de provincie, op meer voorbeelden van ontwikkelingen die het landschap er niet mooier op maken. “Op verschillende plaatsen zijn landbouwbedrijven ooit klein begonnen, maar zijn er in de loop van de tijd grote schuren bijgebouwd voor handel en transport. Het is vervelend dat zulke bedrijven ook verkeersstromen op gang brengen die niet passen op de smalle Bevelandse dijkjes. Verder zijn er steeds meer paardenweitjes, vooral ten westen van Yerseke. De bijbehorende schuurtjes en hekwerken maken het landschap rommelig en hebben weinig meer met landbouw te maken.”
Beeldkwaliteitsplan Aan Wim de Wilde zijn de zichtlocaties langs de A58 niet besteed. Rilland, Kruiningen, Yerseke, Goes, Heinkenszand, allemaal doen ze mee. Ze liggen voor een deel zelfs in het Nationaal Landschap Zak van Zuid-Beveland. Hij wijst op een 10 WANTIJ Oktober ‘08
verspreid over vijf locaties in drie polders. Foto: Jaap Wolterbeek.
nieuw hoog gebouw dat op de rand van het bedrijventerrein De Poel bij Goes wordt neergezet. De Wilde pleit voor een ‘beeldkwaliteitsplan’. Dat moet een nieuwe planologische ontwikkeling toetsen aan het beeld van de omgeving. Dan zal waarschijnlijk blijken dat een hoger gebouw beter meer naar het midden geplaatst kan worden.
Toch hebben Woets en De Wilde tijdens het gemopper over het landschap volop oog voor de natuur. Ze doen beiden aan vogelen andere tellingen. Tussen regenkappen, uit de hand gelopen uienschuren en windmolens op de verkeerde plek, komen ganzen, bruine kiekendieven, rugstreeppadden en zelfs zeehonden aan bod ●
Dorpsuitbreiding doorstaat toets der kritiek Ruimtelijke kwaliteit De Bevelanden
Gerda Spaander
Aan de oostkant van ’s-Gravenpolder lag vroeger een volkstuincomplex. Nu vind je er een scoutinggebouwtje, een tennisveld met bijbehorend clubhuis, een rijtje nieuwbouwwoningen en nog wat overgebleven volkstuinen. Waarom kan deze dorpsuitbreiding de toets der kritiek van de planologiewerkgroep wél doorstaan?
van zo’n plan kunnen inschatten hoe iets nieuws er in zijn omgeving uit gaat zien. Verder kun je het gebruiken om te zien wat er moet gebeuren om de nieuwe situatie te verbeteren. Uitbreidingsplannen worden meestal in fasen uitgevoerd. Er gaan heel wat jaren overheen voordat je kunt beoordelen of de nieuwbouwwijk in het landschap past. Bij gebrek aan een plan voor de beeldkwaliteit en voor de inpassing in het landschap is het eindoordeel vaak negatief.
Scoutinggebouw ’s-Gravenpolder.
“Allereerst zijn de gebouwen van de tennisclub en de scouting bescheiden van hoogte en kleur. Verder past hun architectuur met o.a. sedumdaken in de omgeving. Ook staan ze in een soort ‘groene kamers’. Dat maakt het geheel aantrekkelijk. Aardig is dat het benodigde geld o.a. werd opgebracht door de nieuwbouwwoningen. Die zien er trouwens ook goed uit: allemaal verschillend, maar wel bij elkaar horend, en flink in het groen. In dit geval een pluim voor de gemeente Borsele.”
a
Een ander voorbeeld van ruimtelijke kwaliteit is de ‘boerenhofstedecamping’ aan de Iseweg bij Oudelande. Daar blinken de witte caravans je niet tegemoet zoals bij menige andere minicamping het geval is.
Beeldkwaliteitsplan Tijdens het gesprek over goede en slechte ontwikkelingen komen steeds de termen ‘beeldkwaliteitsplan’ en ‘landschappelijke inpassing’ voorbij. Wat moeten we ons daarbij voorstellen? Wim de Wilde zegt dat ontwerpers en gemeenten met behulp 11 WANTIJ Oktober ‘08
Foto: Jaap Wolterbeek
Nieuwe gebouwen, wegen en wijken hoeven niet per se helemaal in het groen gezet te worden zodat je er niets meer van ziet (schaamgroen). Het gaat er meer om bomen en struiken zodanig aan te planten dat er een natuurlijk geheel ontstaat ● Gerda Spaander is lid van de Wantijredactie.
De missers van Mortiere Verrommeling Walcheren
Jan Moekotte
Hanneke Westhoek en Rinus Rijk zijn lid van de Planologiewerkgroep Walcheren van de ZMF. Ze wijzen met gemak zwarte plekken op de topografische kaart van Walcheren aan.
“Die vreselijke hoek naast het veerplein bij Vlissingen, dat appartementencomplex iets voorbij kasteel Westhove, de sportboulevard tussen Middelburg en Vlissingen en het bedrijventerrein tussen Oost-Souburg en Ritthem.” Uiteindelijk kiezen ze als voorbeeld van de grootste planologische miskleun de zuidoost rand van Middelburg.
d
Missers De Planologiewerkgroep zet de missers in zuidoost op een rijtje: 1. Je vindt aan de zuidoostkant van Middelburg de bedrijventerreinen en de A58 met alle herrie en luchtvervuiling. Daar komt de nieuwe N57 nog bij. Dit stadsdeel is nu al een enclave, omsloten door drukke wegen. 2. In de Mortierepolder kregen gras en akkerland een andere bestemming. Nu staan er tientallen bedrijven en honderden woningen. Voor de nieuwe N57 zijn honderden bomen gekapt. De aanleg van een golfbaan en een aarden geluidswal compenseren dat verlies allerminst, ook al heeft de exploitant zich bij de beplanting laten adviseren door de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging (KNNV). De golfbaan gaat ook ten koste van cultuurhistorisch erfgoed. Een deel van de havendijk, die de middeleeuwse band van Middelburg met de zee
markeert, gaat verloren. Het fietspad over de oude dijk, veel gebruikt door de bewoners van Nieuw- en Sint Joosland, is al afgesloten (ook al moeten bezwaren daartegen nog behandeld worden). De Planologiewerkgroep heeft bij de bekendmaking van de plannen, meteen aan de bel getrokken. Er werd aan diverse belangenverenigingen steun gevraagd, maar de respons was toen minimaal. 3. In Mortiere staan honderden woningen meer dan aanvankelijk gepland was. Volgens de Planologiewerkgroep zijn bepaalde contouren niet gerespecteerd. Rinus Rijk: “De Provincie heeft de gemeente Middelburg maar wat laten aanrommelen en niet de rug rechtgehouden.” 4. In de nieuwbouwwijk staat geen basisschool. Een nieuwe school zou de school in Nieuw- en Sint Joosland beconcurreren. Kinderen moeten nu de drukke Torenweg oversteken om naar school te kunnen. Ook een winkelcentrum ont12 WANTIJ Oktober ‘08
Wim Staat, inwoner van Nieuw- en Sint Joosland, voerde actie tegen het kappen van bomen en het verdwijnen van het fietspad over de oude dijk. Naast de dijk lag de haveningang waardoor de VOCschepen naar Middelburg voeren. Foto: Jaap Wolterbeek
breekt omdat anders bestaande winkels klandizie zouden verliezen. De wijkbewoners zijn bij gebrek aan openbaar vervoer sterk afhankelijk van de auto.
Toch hoor je nieuwe bewoners van Mortiere, vooral die uit de Randstad komen, weinig klagen. Dat Middelburg ooit een open verbinding met zee had en dat sporen in het landschap daar nog op wijzen, boeit de meesten niet. “Verkeerslawaai? Waar heb je het over? Drukte? Welnee. Het is hier heerlijk rustig vergeleken met waar we vandaan komen” ●
De betere kant van Middelburg Ruimtelijke kwaliteit Walcheren
Jan Moekotte
Kun je tegengestelde maatschappelijke belangen in de ruimtelijke ordening harmonieus verenigen? Vind daar maar eens een voorbeeld van op Walcheren. Dat valt volgens de leden van de Planologiewerkgroep van de ZMF nog niet mee.
Na wat rek- en strekoefeningen met het begrip planologie, komt de noordwestkant van Middelburg positief uit de bus. De noordwestkant van Middelburg is planologisch heel wat geslaagder dan de zuidoostkant van de stad (zie vorige bladzijde).
n
Voorbeelden De Planologiewerkgroep zet de voorbeelden opnieuw op een rij: 1. Aan de noordwestkant is beduidend minder verkeerslawaai en liggen geen ontsierende, vervuilende of lawaaierige bedrijventerreinen. Kinderen kunnen in hun eigen woonwijk te voet of op de fiets naar school zonder een drukke verkeersweg te hoeven oversteken. 2. Vanuit de noordwestkant is het Nationaal Landschap Walcheren eenvoudig bereikbaar. Je hoeft geen barrières als de snelweg of het Kanaal door Walcheren over. 3. In het noordwesten neemt de natuur toe. Dat komt door de inrichting van tien-
tallen hectares blikweides aan de Zandvoortseweg . Hier ontwikkelt zich een vogelboulevard.
Het Amaliapark aan de Laan der Verenigde Naties in Middelburg.
4. Verder heeft de Stichting Het Zeeuwse Landschap tientallen hectares toegevoegd aan de buitenplaats Ter Hooge die voor het publiek toegankelijk is. Ook werd, in het kader van de laatste ruilverkaveling, een strook grond van tien meter breed verworven langs vrijwel de gehele Breeweg. Die strook loopt als een groene corridor door tot aan de bolwerken binnen de Vest, een geweldig stadspark. Hoewel in de afgelopen jaren de groene longen van Middelburg zijn aangetast, is het groen aan de noordrand versterkt door de aanleg van het Amaliapark. 5. De Laurens Stommesweg en de Laan der Verenigde Naties worden als groene grens gerespecteerd. De mensen aan deze rand van Middelburg hebben uitzicht op de duinen van Valkenisse. (De gemeente Middelburg heeft overigens onlangs, net over die groene grens, grond aangekocht. Gaat Middelburg ook aan deze stadsrand rommelen?) 13 WANTIJ Oktober ‘08
Foto: Jan Moekotte.
6. Het zicht op het historische centrum van Middelburg is gebleven door bij de aanleg van het Amaliapark wat reliëf aan te brengen. Daardoor valt het zicht op een sporthal, meer een doos dan een architectonisch hoogstandje, minder op.
Waar randstedelingen zich vooral in Mortiere vestigen, prijzen veel autochtonen zich gelukkig aan ‘de goede kant’ van het Kanaal door Walcheren. Als het te gek wordt aan de verkeerde kant van het kanaal, zullen ze voelen voor de oplossing die Jan Zwemer ooit bedacht. Hij zei over de bungalowparken die aan de kust uit de grond gestampt werden: “lossteken en af laten drijven” ● Jan Moekotte is lid van de Wantijredactie.
De ’verloodsing’ van het landschap Verrommeling Schouwen-Duiveland
Janneke Donkers
In het Schouwse landschap zie je steeds meer loodsen. Nieuwbouw moet kunnen, maar dan moet er wel goed nagedacht worden over de vragen: waar, waarom en op welke manier bouwen we?
Foto: Jaap Wolterbeek
“Nu denkt men nog veel te weinig na over de indeling van het erf, het groengebruik, het toepassen van Zeeuwse elementen en het inpassen in het landschap. Ook de toekomst komt niet aan bod. Maar het is belangrijk om bij de indeling van een erf gelijk rekening te houden met toekomstige uitbreidingen. Op dit moment wordt nog te veel ad hoc gebouwd.” Dat zegt Arjan de Hulster van de Vereniging Stad en Lande van Schouwen-Duiveland.
n
Hoog “Op de foto zie je de loodsen in een rij achter elkaar staan. Ze vallen daarom op in het landschap. Het bedrijf van de foto heeft uitbreiding gevonden door het gebruik van twee extra loodsen voor opslag van goederen. Deze functie is dus niet gerelateerd aan het agrarische bedrijf. Is dat erg? Op zich niet, maar het gevolg hiervan is dat er twee grote lood-
sen hoog boven het open Schouwse landschap uitsteken. Een ander gevolg van uitbreiding kan zijn dat provinciale wegen intensiever gebruikt gaan worden door het toenemende vrachtverkeer. De Zeeuwse polderwegen zijn hier niet op ingericht.”
Regie gemeenten “Nu gaat het nog te vaak fout omdat de gemeente te weinig regie voert op haar beleid. De gemeente stelt geen aanvullende eisen bij nieuwbouw op bestaande erven kleiner dan 1 hectare. Daardoor verrommelt het landschap. Bij bestaande locaties groter dan 1 hectare worden die aanvullende eisen wel gesteld. Een aanvullende eis is bijvoorbeeld een beplantingsplan.” Stimuleringsregeling Arjan de Hulster doet de suggestie om een regeling te treffen zodat mensen die 14 WANTIJ Oktober ‘08
willen bouwen op het platteland gestimuleerd worden aan de slag te gaan met landschappelijk inpassen, indeling van het erf en gebruik van Zeeuwse elementen. “Kortom, er kan best ruimte zijn voor de groei van boerenbedrijven, maar dan wel op een aantal voorwaarden. De boerenbedrijven kunnen als het ware groene eilanden worden in het open landschap.”
“Er kan veel meer overleg plaats vinden tussen ondernemer, gemeente, adviseur van welstand, provincie en een maatschappelijke groene partner als de ZMF of SLZ. Om de mogelijkheden te bekijken en te vergelijken. Op deze manier helpen we met zijn allen het prachtige cultuurlandschap van Schouwen in stand te houden”●
Boeren en bouwen Ruimtelijke kwaliteit Schouwen-Duiveland
Janneke Donkers
Schouwen-Duiveland is de kroon op het Zeeuwse landschap. Verliefd worden op dit voormalige eiland is niet zo moeilijk. Wie ooit een tocht maakte over de dijken, langs de schorren en slikken, door de duinen, over het strand of langs de velden, weet waar ik het over heb.
Landschappelijke inpassing van nieuwe woning en
Wat opvalt is de openheid van het landschap, de rust en de prachtige vergezichten. Ook op Schouwen-Duiveland komt het open landschap steeds meer onder druk te staan. En juist dat open landschap maakt Schouwen zo bijzonder, niet alleen voor ons Zeeuwen maar juist ook voor toeristen.
w
Op pad Ik ben op stap met Arjan de Hulster van de Vereniging Stad en Lande. Hij is tevens werkzaam bij de Stichting Landschapsbeheer Zeeland (SLZ). Hij ziet ‘de verloodsing van het landschap’ met lede ogen aan: “Door schaalvergroting in de landbouw neemt het aantal bedrijven af, maar de bedrijven die blijven hebben een groeiende behoefte aan meer opslagcapaciteit en uitbreiding van het bouwblok. Het gevolg is dat je steeds grotere loodsen
in het landschap ziet. De uitvoering van deze loodsen is erg divers.” We zien loodsen van mooi tot lelijk, maar dat is een kwestie van smaak. Landschappelijke inpassing is een ander verhaal.
Verhoging Neem de bouw van een nieuwe loods aan de Stoofweg in Zonnemaire. “Daar komt een agrarisch bedrijf met twee grote schuren en een woonhuis. Er is van tevoren goed stilgestaan bij de omgeving. Vervolgens zijn het ontwerp en de indeling van het erf er op aangepast. Het is een gelukje voor de nog te bouwen schuren en woonhuis dat de beplanting al aanwezig was. Het terrein was namelijk bedoeld als recreatiepark, maar dit is uiteindelijk niet doorgegaan. Verder heeft men een architect in de arm genomen om hen bij te staan bij verdere 15 WANTIJ Oktober ‘08
loodsen van agrarisch bedrijf. Foto’s: Jaap Wolterbeek.
landschappelijke inpassing. Zo hebben zij ervoor gekozen om het woonhuis op een verhoging te plaatsen waardoor het huis net zo hoog komt als de twee loodsen. Hierdoor steken de loodsen niet zo uit het landschap. Een kleine aanpassing met groots effect. Verder wil het bedrijf gebruik maken van Zeeuwse elementen en bouwen op een traditionele manier.”
Er is een website over het bouwen op het platteland: www.boerenbouwen.nl. Onder ‘pilots’ staat een verhaal over het bedrijf aan de Stoofweg ● Janneke Donkers is coördinator communicatie bij de Zeeuwse Milieufederatie.
wAARDEvol
Zandplaten komen, zandplaten gaan Anke van der Geest Zonder ingrijpen van de mens verdwijnen de
Aardkundige
waarden
zijn
zandplaten in de Oosterschelde.
objecten in of delen van het
Foto: Jaap Wolterbeek.
landschap, maar bepaalde processen kunnen ook aardkundig waardevol zijn. Het ontstaan van op- en aanwassen kan ook
Voor de kust van Walcheren ontstaan nieuwe zandplaten. Foto: Anke van der Geest.
tot de aardkundige waarden gerekend worden. Daarmee kun je in Zeeland een breed scala aan zandplaten, slikken en schorren met de aardkundige bril bekijken. Het grootste deel van het vaste land van Zeeland ís voormalig plaat, slik of schor. Dit artikel gaat over de dynamiek van zandplaten. Op sommige plekken in Zeeland dreigen zandplaten te verdwijnen, op andere worden ze juist nieuw gevormd.
h
Verdwijnen De Oosterschelde komt tegenwoordig regelmatig in het nieuws vanwege het begrip zandhonger. Door de aanleg van de Oosterscheldekering is er veel veranderd in de dynamiek van de Oosterschelde. Door de kleinere hoeveelheid water die in- en uitstroomt met de getijden komt er minder zand de Oosterschelde in. De geulen zijn nu te diep voor deze hoeveelheid water en worden geleidelijk opgevuld met zand dat van de platen waait. Er komt in dit proces geen nieuw zand meer op de plaat. Men is niet blij met dit nieuwe evenwicht en gaat ingrijpen. Zandplaten zijn wezenlijk voor de natuur in het Nationaal Park Oosterschelde. Rijkswaterstaat is in augustus begonnen met het opspuiten van de Galgeplaat in een poging om de zandhonger te beïnvloeden. De zandhonger is zo groot dat halverwege deze eeuw de Oosterschelde geen platen meer zal hebben als het pro-
ces zo doorgaat. De Tweede Deltacommissie heeft daarom geadviseerd om op termijn de Oosterschelde weer volledig open te maken.
Nieuwe platen Er ontstaan ook nieuwe zandplaten. In de zee aan de zuidwestkant van Walcheren zijn een paar diepe geulen die gretig gebruikt worden door de scheepvaart. Het zijn van west naar oost: Oostgat, Galgeput, Sardijngeul. De laatste twee zijn vijftien tot twintig meter diep, het Oostgat is meer dan 35 meter diep. Deze
geul wil hier eigenlijk verder naar het land verschuiven, maar dat wordt door de kustverdediging tegengehouden. De energie die niet landwaarts kan, gaat de diepte in.
Aan de westkant van de geul ontstaat juist een plaat (opwas): bij laag water is duidelijk al een branding te zien en ook bij flinke storm en hogere waterstanden is de branding zichtbaar. Hier is een zandplaat in de maak ● Anke van der Geest is lid van de Wantijredactie.
16 WANTIJ Oktober ‘08
Wat dit blijfsel overbleef
Nescio’s uitkijkpost in Veere Jan Moekotte
In “De uitvreter”, voor het eerst gepubliceerd in 1911, speelt de Grote Kerk in Veere, door Nescio consequent “ het hospitaal” genoemd een fraaie rol als uitkijkpost. Nescio spreekt over het hospitaal omdat de
Nescio, situeerde zijn “uitvreter” voor een deel op Walcheren. Die uitvreter is bijna honderd jaar later, nog altijd populair. Niet alleen omdat het een dun boekje is, maar ook omdat het volgens velen “zo gemakkelijk leest”. Het is pas gemakkelijk lezen als een schrijver het zichzelf moeilijk maakt. Dat deed Nescio dus. “Urenlang zaten ze samen op ‘t dak van ‘t hospitaal en keken over Walcheren, over de Kreek en ‘t veergat en den ingang van den Oosterschelde en de duinen van Schouwen. En daar had je de dikke Jan ook weer, den toren van Zierikzee, nu in ‘t Noorden. En daar had je Goes en Lange Jan, den toren van Middelburg, de spil van Walcheren, het hart dier wereld. En ‘t tij kwam en ‘t tij ging uit; ‘t water rees en viel.”
n
Op het dak Ook in Nescio’s Natuurdagboek (19461955) is die uitkijkpost belangrijk. Op 7 september 1946 neemt Nescio om vijf
over tien in Amsterdam de trein. Hij komt om iets over half vier aan in Middelburg en pakt meteen de bus naar Veere. Om half zes zit hij weer op het dak van zijn hospitaal. Bij goed weer heeft hij “Wijd zicht: Schouwensche duinen en Zierikzee, Zandkreek en Noord-Beveland, Goes, Sraskerke, geheel Walcheren, Westerschelde en Zeeuwsch Vlaamsche kust.”
Oceanisch gevoel Ook Nescio kende al het "oceanische gevoel" dat Dirk Sijmons, rijksadviseur voor het landschap, bekruipt als hij met de trein van de Brabantse Wal komt en dan de Zeeuwse Delta voor zich ziet liggen (zie Wantij april 2008). Nescio noteert in juni 1952: "Overgestapt in Roosendaal, Zeeland in. Schitterend gezicht op Bergen op Zoom (laag water) en den heelen ietwat hoogen Brabantschen oever, van Tholen tot voorbij Ossendrecht. Het vlas bloeit in Brabant en op Zuid-Beveland.” 17 WANTIJ Oktober ‘08
Vanuit de trein (waar nog koffie werd geserveerd) ziet hij: "Het Sloe (laag water), Veere zeer duidelijk en haast eetbaar: de molen, het hospitaal, het stadhuis, de Kampveersche toren.”
Beklim zelf de toren De Grote Kerk van Veere is nog altijd voor het publiek toegankelijk. Wel moet de bezoeker op handen en voeten via een smal houten trapje door een soort duivenhok waarin eieren voor het oprapen liggen. Onder de duivenkak kun je dan het dak op. Het uitzicht is nog steeds even magistraal als Nescio noteerde. Ook al ligt dan de Veerse haven sinds 1961 voor joker omdat toen het Veerse meer werd afgedamd. (Naar Jaap Fischer: “ Het gat is dicht, de haven ligt voor johoho, voor johoho ho-ker.”)
Jan Moekotte is lid van de Wantijredactie.
Foto: Jan Moekotte
kerk in 1809 door Napoleon, de Franse bezetter, als militair ziekenhuis gebruikt werd.
Foto: Gerda Spaander
de voetafdruk van Chiel Jacobusse:
“Meer spullen leiden niet tot meer geluk”
Gerda Spaander
Ooit zei hij niet aan een computer te beginnen. Hij denkt dat we niet gelukkiger zijn geworden van alle materiële verworvenheden. Maar de praktijk leert dat het in deze maatschappij niet meevalt om soberder te leven dan de rest.
Als we Chiel Jacobusse, al jaren een tamelijk bekende Zeeuw door zijn werk bij Het Zeeuwse Landschap en zijn artikelen over de natuur in o.a. de PZC, vragen voor dit interview is hij bang een nogal grote voetafdruk te hebben. Zijn energierekening is een stuk hoger dan die van zijn collega’s, en zijn auto maakt wel erg veel kilometers. Maar na het invullen van de ‘quick scan’ blijkt het allemaal nogal mee te vallen. Een groot deel van de kilometers word toegerekend aan zijn werk, en de auto is een hybride die 1 op 23 rijdt. Tegenover een flink energieverbruik staat een bescheiden zuivel- en vleesconsumptie, privé heeft hij nog nooit gevlogen en aan nieuwe kleren en spullen hecht Chiel weinig waarde. Of het zou om fotospullen moeten gaan, want pas kocht hij nog een dure lens. Dat levert al met al een voetafdruk op die met 4 ha zelfs iets onder het landelijk gemiddelde zit.
a
Rente En dat past bij zijn instelling dat we van onze aarde niet het kapitaal moeten verteren maar alleen de rente. Dus eigenlijk mag die voetafdruk nog best wat lager.
“Kom over 5 jaar nog maar eens terug.” Overigens ziet Chiel Jacobusse een relatie tussen al die hoge voetafdrukken en het landschap. “De poëzie is er uit. Ik kan er nog steeds van genieten, ook van een bietenveld, maar de natuur is leeg geworden. Er zijn geen leeuweriken meer, de patrijzen zijn verdwenen en een langs scherende zwaluw is een uitzondering.”
Kernenergie Als het huishouden Jacobusse op groene stroom draait, zou de voetafdruk nog wat omlaag kunnen. Maar nee, Chiel is geen liefhebber van windenergie. “Ooit was ik een voorstander, maar sinds de windmolens bij de Krabbenkreek, die daar het weidse landschap doorbreken, zie ik ze liever niet meer.” Wat dan? “Misschien dan toch maar een kerncentrale erbij.” Oei. Opjuinen Chiel zegt de mooiste baan van de wereld te hebben, maar wel altijd druk te zijn. Ook thuis is hij vaak tot middernacht bezig. “We laten ons opjuinen, rennen achter onze eigen staart aan.” Als hij voor zijn werk een flinke rit 18 WANTIJ Juni ‘08
maakt, zit hij van begin tot eind mobiel te bellen. Hoewel hij ooit zei daar niet aan te beginnen, is het duidelijk dat je zonder computer vandaag de dag vaak niet meer kan functioneren in je werk. Met gsm idem dito. Maar levert dat een groter geluk op? Een eenvoudiger bestaan zou volgens hem rijker zijn.
De basis voor zijn leven is zijn geloof. Chiel is op dat gebied niet dogmatisch. Hij vindt wel dat zowel hij als ook de samenleving momenten van rust moet kennen: op zondag werkt hij niet ●
Bereken zelf uw voetafdruk op www.voetenbank.nl. Gemiddelde Noord-Amerikaan 9,5 ha Gemiddelde Nederlander 4,7 ha Gemiddelde wereldburger 2,3 ha Eerlijke Aarde aandeel 1,7 ha
Gerda Spaander is lid van de Wantijredactie.
Berichten/advertentie
Praat mee met de ZMF over belangenbehartiging
Algemene Ledenvergadering dinsdag 25 november 2008 De ZMF nodigt u uit voor de najaarsledenvergadering die gehouden wordt op 25 november a.s. in Grand-Café Hotel Jersey op de Grote Markt 28 te Goes.
Het huishoudelijke deel start om 19.30 uur. Aansluitend volgt het discussiegedeelte om 20.30 uur. U kunt zelf kiezen of u heel de avond wilt meemaken of dat u pas om 20.30 uur aanschuift voor de discussie. Het discussiegedeelte staat in het teken van de manier waarop de ZMF de belangen van natuur en milieu het beste kan behartigen. Huishoudelijk deel (aanvang 19.30 uur) 1. Opening en visie op actualiteit door voorzitter Jan van Seters
Nieuwe collega’s bij de ZMF
3. Vaststellen notulen ledenvergadering 5 juni 2008 in Goes 4. Vaststellen begroting en werkplan 2009 5. Bestuurswijzigingen
Anja de Groene is niet meer herkiesbaar. Er zijn een drietal kandidaten voor versterking van het bestuur: Loes de Jong, Gert de Groot en Marco Ouwerkerk. 6. Rondvraag
Annelies is te bereiken via e-mail:
[email protected] of per telefoon 0113- 23 00 75.
Door het vertrek van twee collega’s afgelopen jaar kunnen wij met gepaste trots twee nieuwe collega’s aan u voorstellen:
Annelies Luteijn is op 13 mei in dienst getreden als beleidsmedewerker Deltawateren. Annelies heeft de studie Biologie gedaan aan de Radboud Universiteit Nijmegen en is afgestudeerd op de relatie tussen vegetatie en sedimentatie op de schorren (veldwerk op schor
2. Mededelingen
bij Paulinapolder aan de Westerschelde). Haar nieuwe functie bij de ZMF is dus een mooi vervolg op haar studie.
19 WANTIJ Oktober ‘08
Themadeel (aanvang 20.30 uur) “Belangenbehartiging, hoe doet de ZMF dat het best?”
Samen met onze achterban wil de ZMF stil staan bij de beste aanpak die de ZMF kan kiezen om haar rol als belangenbehartiger inhoud en vorm te geven. Naast een inleiding door directeur Tjeu van Mierlo over samenwerking, zal prof. Peter van Wijmen zijn kijk geven op de voor- en nadelen van een juridische procedure. We rekenen op een levendige en open discussie.
Driek van Vugt is per 1 oktober in dienst getreden bij de ZMF als beleidsmedewerker Gemeentelijk milieubeleid, Duurzaam bouwen en Mobiliteit. Driek heeft in 2006 zijn studie Politieke Wetenschappen met succes afgerond. Na zijn studie is hij werkzaam geweest als beleidsadviseur voor Abvakabo FNV. Driek is te bereiken via e-mailadres:
[email protected] of per telefoon 0113- 23 00 75.
Gezocht: Zeeuwse straten die zin hebben in een feestje Melissa Ernst
Wil je graag meer doen voor het klimaat dan alleen een spaarlamp indraaien? En wil je vooral samen met anderen bijdragen aan de oplossing van het klimaatprobleem?
Met het Nationale Klimaatstraatfeest kan heel Nederland feestvieren voor een beter klimaat. In oktober gaat de campagne officieel van start. Om van de campagne in Zeeland een succes te maken, is de ZMF op zoek naar Zeeuwse straten! En let op, geen saaie bedoening, maar energie besparen op een leuke manier. De sfeer van de campagne is feest en gezelligheid. Vijf maanden lang gaan straten aan de slag om zoveel mogelijk energie te besparen.
m
Feestpakket en feestbudget Iedere deelnemer krijgt na aanmelding een welkomstpakket thuis gestuurd. Op de website lees je hoe je klimaatpunten kunt verdienen. Hoe meer je met je buren samenwerkt, hoe meer punten. Op de website www.klimaatstraatfeest.nl wordt de puntentelling bijgehouden. Bovendien kan je op internet je kennis van energiebesparing testen om vervolgens concrete bespaaracties te nemen. Tenslotte krijgen de 500 beste straten voor de hele straat een feestpakket boordevol leuke verras-
singen. Die zijn voor het feest waarmee we tegelijk deze actie afsluiten: het nationale klimaatstraatfeest op 16 mei in alle winnende straten.
Straatfeest De 500 straten met het hoogste aantal punten, winnen een gratis straatfeest. Ook zijn er prijzen voor de beste provincie, voor de meest actieve deelnemer en per provincie voor de meest innovatieve straat. Met zijn allen aan de slag voor een beter klimaat, dat is echt een feestje waard. Weerman Piet Paulusma bezoekt van oktober tot mei elke week een straat voor de opname van Piets weerbericht. Enthousiast? Kijk dan op www.klimaatstraatfeest.nl en meld je aan. Wil je zelf niet meedoen, maar vind je dat je familie en vrienden nu eens hun steentje mogen bijdragen aan een goed klimaat, wijs ze dan op deze campagne. Wedden dat ze enthousiast worden voor energiebesparing! ●
20 WANTIJ Oktober ‘08
Achter de schermen Nooit eerder werd er in Nederland een campagne met dit thema gevoerd dat gericht is op zo’n brede doelgroep: ook de 70% van de Nederlanders die nog nooit een spaarlamp hebben ingedraaid willen we bereiken. ‘We’ is een brede coalitie van organisaties: het Klimaatbureau van de HIER-klimaatcampagne en De Provinciale Milieufederaties zijn initiatiefnemer en trekker van de campagne. Maar om van de campagne een succes te maken, werken we nauw samen met Stichting Meer met Minder (energiebedrijven, installatiebedrijven en de woningcorporaties), de Woonbond, Milieucentraal, Klimaatverbond, SenterNovem en Buurtlink. In Zeeland zoekt de ZMF nog bondgenoten om straten te enthousiasmeren en te ondersteunen. DELTA heeft zich al aangemeld. Wie volgt…? Meer info: Melissa Ernst, Zeeuwse Milieufederatie, Zeeuwse campagne coördinator, tel. 0113230075;
[email protected]