PROGRAMMABEGROTING GEMEENTE RIJSWIJK 2008-2012
Voorwoord Rijswijk, 13 september 2007
Voor u ligt de ontwerpprogrammabegroting voor 2008, alsmede de meerjarenbegroting 2009 – 2012. Conform het Collegeprogramma 2006 – 2010 zijn beide begrotingen sluitend met een evenwichtige lastendruk voor de burger. Dit resultaat is niet zonder inspanning en prioriteitenafweging tot stand gekomen. Weliswaar stijgt de algemene uitkering uit het Gemeentefonds (conform junicirculaire) ook voor Rijswijk, maar deze komt gefaseerd tot uitbetaling. De stijging op zichzelf is overigens al een erkenning, dat Rijswijk in het verleden te weinig heeft ontvangen. Uitgangspunt voor deze begroting is de in juni door uw raad vastgestelde Kadernota. Hoewel in die nota al besloten was de kapitaallasten van de (meerjarige)investeringsprogramma’s te plafonneren, sloot de Kadernota (exclusief de gegevens over de gemeentefondsuitkering) nog met een tekort. Daar de extra inkomsten uit het Gemeentefonds niet voldoende bleken te zijn om dit tekort te dichten, moesten enige aanvullende dekkingsmaatregelen genomen worden. Deze zijn in de voorliggende stukken verwerkt (zie de Nota van Aanbieding). Vanuit meerjarenperspectief bleek 2009, mede door het verloop van de kapitaallasten van de investeringsprogramma’s en de fasering in de gemeentefondsuitkering, een uitzonderlijk jaar te zijn. Daarom stelt het College voor 2009 een bescheiden extra verhoging van de OZB voor. Een incidentele verhoging zou op zichzelf voor 2009 voldoende zijn. Het College zal u volgend jaar toch voorstellen om daarvan een structurele dekking te maken, daar een aantal uitgaven onontkoombaar zullen blijken te zijn. Daarbij wordt gedacht aan uitgaven voor onderhoud van gebouwen. Dat het weerstandsvermogen van Rijswijk dit jaar fors verbeterd lijkt te zijn, is het cijfermatige gevolg van de door de externe accountant aanbevolen werkwijze bij de berekening van de financiële risico’s. In de zogenaamde “basics” is geen verandering opgetreden. Elke gemeente, dus ook Rijswijk, loopt door het groeiend takenpakket (waarbij vooral gedacht moet worden aan de Wet Werk en Bijstand en de Wet Maatschappelijke Ondersteuning) grotere financiële risico’s. Ook de dienstverlening aan de burgers (met name door het nieuwe dienstverleningsconcept en de lopende reorganisatie van ons ambtelijk apparaat) krijgt veel aandacht. De speerpunten in ons Collegeprogramma (Landgoederenzone en Plaspoelpolder) worden onverkort voortgezet. Daarnaast wordt de renovatie van het winkelgebied Oud-Rijswijk afgerond. Gezien alle ambities én alle risico’s is een verdere stringente toepassing van planning & control noodzakelijk. De ingezette reorganisatie van ons ambtelijk apparaat is mede daarop gericht. Vorig jaar sloot ik met de zin “het nu ten koste van veel inspanningen bereikte structurele begrotingsevenwicht is immers een zeer kostbaar goed, dat ook in de komende collegeperiode bewaard en bewaakt dient te blijven”. Daarin past de (meerjaren)begroting 2008. W.A. Mateman Wethouder Financiën en Economische Zaken
1
2
INHOUD Blz. BELEIDSBEGROTING
5
PROGRAMMA'S
7
Algemeen Bestuur en Organisatie Openbare Orde en Veiligheid Verkeer en Vervoer Economie en Werken Onderwijs Sport, Cultuur en Recreatie Zorg, Welzijn en volksgezondheid Wonen en Leven
9 15 19 25 31 35 39 45
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
51
PARAGRAFEN
57
Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid Lokale heffingen Financiering
59 63 67 69 75 79 85
FINANCIËLE BEGROTING
93
Programmabegroting 2008
95
MEERJARENBEGROTING
99
Meerjarenbegroting 2008-2012 Toelichting op de meerjarenbegroting 2008-2012
101 115
BIJLAGEN
129
Investeringsplan 2008-2012 inclusief toelichting EMU-saldo Incidentele baten en lasten Verloop reserves Verloop voorzieningen Investerings- en financieringsstaat Nieuw beleid
131 157 161 165 169 173 177
BESLUITEN
181
Programmabegroting voor het jaar 2008 Meerjarenbegroting 2008-2012 met bijbehorend investeringsplan voor de jaren 2008-2012 De uit de jaarschijf 2008 van het investeringsplan 2008-2012 geraamde investeringen
183 185 187
3
4
BELEIDSBEGROTING
5
6
PROGRAMMA’S
7
8
Programma: Algemeen Bestuur en Organisatie Wat willen we bereiken? Doelstelling: De doelstelling van dit programma luidt: een toegankelijk, betrouwbaar en betrokken gemeentebestuur met een adequate organisatie. Een gemeentebestuur dat samenwerkt met partners. Partners in de stad en partners in de regio. Dit programma wordt qua doelstelling aan de hand van de thema’s relatie burger en bestuur, burgerparticipatie, integriteit en waarden en normen, voorlichting en public relations, bestuurlijke samenwerking en een daarop afgestemde bedrijfsvoering inhoudelijk uitgewerkt. Relatie burger en bestuur Het gaat erom dat bewoners en relaties tevreden zijn over de gemeente. De gemeenteraad wil daarom dat het bestuur van de gemeente Rijswijk toegankelijk, betrokken en integer is. Bewoners moeten in een vroegtijdig stadium betrokken worden bij het beleid. Interactief bestuur leidt er namelijk toe dat bewoners en relaties zich in een gemeente thuis voelen en dat zij rechtstreeks invloed kunnen uitoefenen op hun directe woon-, werk- en leefomgeving. Het mondeling en schriftelijk informeren van respectievelijk communiceren met bewoners en relaties is hierbij essentieel. Evenzeer is van belang dat de dienstverlening aan de burger en de relaties klantgericht, professioneel en snel verloopt, zodat bewoners en relaties tevreden zijn. Een permanente aandacht voor een correcte en tijdige afdoening van brieven en klachten draagt hieraan bij. Betere dienstverlening leidt evenzeer tot een betrouwbare en geloofwaardige overheid. Het ontwikkelen van servicenormen vormt één van de speerpunten in het nieuwe Dienstverleningsconcept. Hier is sprake van een groeimodel, waarbij aan de hand van de jaarlijks te houden klanttevredenheidsonderzoeken in de publiekshal en aan de hand van ervaringen en tips van klanten en eigen personeel het kwaliteitshandvest zal worden bijgesteld. Tevens kan een verdere ontwikkeling van de elektronische dienstverlening via internet de relatie tussen burger en bestuur versterken. Burgerparticipatie Burgerparticipatie komt onder meer tot uitdrukking bij de jongerenraad. de seniorenraad en de cliëntenraad. Het doel van deze raden is jongeren, ouderen en cliënten een stem te geven in en invloed uit te laten oefenen op zaken binnen Rijswijk die jongeren en ouderen aangaan en zo de afstand tussen het bestuur en de bewoners (in dit geval de doelgroepen jongeren en ouderen) te verkleinen. De ingestelde raden kunnen leiden tot een betere inbedding in het besluitvormingsproces van de gemeente Rijswijk. Een bijkomend voordeel is dat het voorzieningen- en activiteitenaanbod beter aansluit bij de behoeften van jongeren en ouderen. Beleid dat beter aansluit bij de vraag, zal leiden tot een beter gebruik van de voorzieningen en dus tot betere resultaten. Participatie vergroot tevens de betrokkenheid en stimuleert jongeren en ouderen uit te groeien tot mondige burgers die zich bewust zijn van hun eigen maatschappelijke verantwoordelijkheden. Internationale samenwerking Het vergroten van het draagvlak voor Internationale samenwerking door het informeren en betrekken van burgers en burgerlijke organisaties bij activiteiten en projecten rondom internationale betrekkingen. Uitgangspunten daarbij zijn de Millenniumdoelstellingen, die in 2000 door de Verenigde Naties zijn opgesteld. Integriteit en waarden en normen Kwaliteitsverbetering is ook voor de ambtelijke organisatie van de gemeente Rijswijk een voorwaarde voor continuïteit. Verbetering van de integriteit van de organisatie is daarbij een essentieel onderdeel. Sterke integriteit en een gezonde bedrijfscultuur hebben positieve effecten op diverse terreinen; intern in de vorm van o.a. doeltreffende fraudepreventie, vergroting van de motivatie en betrokkenheid van medewerkers; extern onder andere met betrekking tot het imago en onder andere een verantwoorde keuze van leveranciers. Een integere overheid is een eerste voorwaarde voor het verkrijgen van het vertrouwen. De gemeente Rijswijk heeft zich aangemeld bij het Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten (BING). Dit adviesbureau beschikt over deskundigheid op het terrein van ethiek, gedragswetenschappen en bestuurskunde.
9
Voorlichting en public relations Bewoners van Rijswijk dienen zo goed en volledig mogelijk geïnformeerd te worden over allerlei onderwerpen die spelen in de gemeente. Breed draagvlak voor het beleid is immers onmisbaar. Public relations richt zich op het profileren van de gemeente: het voor het voetlicht brengen van de sterke en positieve zaken van de gemeente Rijswijk. Rijswijk wil de kansen en de uitdagingen zo goed mogelijk benutten. De informatievoorziening naar de burgers zal verder verbeterd worden. Dit kan door meer aandacht te besteden aan informatie op de gemeentelijke website en beter gebruik te maken van de wekelijkse informatierubriek en door het verbeteren van het bereik van gemeentelijke informatiedragers. In het nieuwe Dienstverleningsconcept wordt hieraan hoge prioriteit gegeven. Dit leidt tot een optimale informatie van beleidsvoornemens en besluiten. Ook de wijkbezoeken dragen bij aan het verbeteren van de communicatie en het imago. Corporate communicatie: Op deze wijze wordt bijgedragen aan het verwezenlijken van de organisatiedoelstelling zoals beschreven in het collegeprogramma 2006-2010. Door eenduidige communicatie waarin een duidelijke boodschap centraal staat, maakt de gemeente duidelijk waar ze voor staat. Dit biedt richting aan medewerkers en inwoners en stelt heldere doelen voor de toekomst. Bestuurlijke samenwerking Bestuurlijke samenwerking heeft tot doel om beleid en de uitvoering daarvan, dat anders niet of tegen meestal ongunstige voorwaarden tot stand kan komen, te realiseren. Bestuurlijke samenwerking heeft met andere woorden schaalvoordelen. Op landelijk niveau zijn een aantal ontwikkelingen in gang gezet, die direct van invloed zijn op de positie van en taken van Rijswijk. Het rapport “De Eerste Overheid” bevat concrete wetsvoorstellen voor de Gemeentewet en de Grondwet, die zich onder andere richt op de versterking van de autonome positie van de gemeente. Vanuit de overheid wordt intensivering van de samenwerking tussen gemeenten gestimuleerd. Dit vormt een aandachtspunt voor de komende periode. Het maatschappelijk effect van bestuurlijke samenwerking blijkt uit lagere kosten voor bewoners en het aanbieden van voorzieningen die anders niet (of ergens anders) gerealiseerd worden. Bestuurlijke samenwerking wordt ook ingegeven door het feit dat maatschappelijke ontwikkelingen niet bij de gemeentegrens ophouden en zich meestal op een ander (regionaal en provinciaal) niveau voordoen. De Rijswijkse inzet is gericht op functionele samenwerking, met direct betrokken partners daar waar het mogelijk is en regionale samenwerking waar de oplossing van vraagstukken een regionaal bestuursniveau vereist. Bestuurlijke samenwerking heeft tevens tot doel om de belangen van de Rijswijkse bevolking en bedrijfsleven te verdedigen, te behartigen en veilig te stellen. De (verplichte) deelname van de gemeente Rijswijk in Haaglanden heeft tot doel om een bijdrage te leveren aan de oplossing van de grootstedelijke problematiek in de regio. Bedrijfsvoering De ambtelijke organisatie speelt een beeldbepalende rol in de ondersteuning van het gemeentebestuur. De bedrijfsvoering binnen de ambtelijke organisatie is er op gericht de klanten van de gemeente zo optimaal mogelijk te bedienen. Bovendien zorgt een goede bedrijfsvoering ervoor dat de interne en externe processen zo efficiënt mogelijk verlopen en dat een zorgvuldige besluitvorming wordt gegarandeerd. Burgers stellen hoge eisen aan de overheid en verwachten dat de gemeente Rijswijk rechtmatig, betrouwbaar, transparant, doelmatig, doeltreffend en klantgericht en flexibel handelt. Hiermee wordt het volgende bedoeld: -
Rechtmatig: een gemeente handelt rechtmatig als zij handelt volgens de geldende wet- en regelgeving. Betrouwbaar: de gemeente heeft haar zaken voor elkaar en voert de (wettelijke) regels voorspelbaar uit en handhaaft de regels. Transparant: een transparante overheid biedt inzicht in de uitvoering van de programma’s en de ondersteunende processen. Doelmatig: met zo min mogelijk input voortbrengen van een bepaalde output. Of met een bepaalde input zoveel mogelijk output behalen. Doeltreffend: de effecten bereiken die beoogd waren. Klantgericht en flexibel: de gemeente anticipeert en speelt in op de maatschappelijke ontwikkelingen en de wensen van de burgers.
10
De bedrijfsvoering heeft betrekking op het gemeentelijk apparaat waarmee de doelstellingen uit de programma’s van de programmabegroting moeten worden behaald en de wijze waarop dat wordt georganiseerd. De kwaliteit van de bedrijfsvoering is daarom medebepalend voor zowel de beleidsvoorbereiding, de beleidsbepaling, de beleidsuitvoering, als de wijze waarop verantwoording wordt afgelegd. Randvoorwaarden en uitgangspunten: Collegeprogramma 2006-2010. Ontwikkelingen Ten aanzien van de relatie burger en bestuur worden bewoners steeds mondiger en zelfstandiger en is er sprake van de juridisering van de samenleving. Dat stelt hoge eisen aan het optreden en het handelen van het bestuur en aan de dienstverlening en het professioneel handelen van het ambtelijk apparaat. Er is een grote behoefte aan juridische kwaliteitszorg (het opzetten van juridische control), om zo juridische risico’s beter beheersbaar te maken. Het bestuur heeft steeds meer behoefte aan rechtstreeks contact met bewoners om te weten wat er precies in de buurt, de wijk of de gemeente speelt. De toegenomen digitalisering (internet) maakt het mogelijk om rechtstreeks te gaan communiceren met de gemeentelijke organisatie zowel met bestuurders als met ambtenaren (voor diensten en producten). Om de rol van Rijswijk naar de bewoners toe transparanter te maken, is het Rijswijkse Dienstverleningsconcept ontwikkeld. Eén van de aandachtsvelden is de publieke dienstverlening waarbij de burger centraal staat en de dienstverlening ook digitaal kan plaatsvinden. Door de invoering van het Dienstverleningsconcept verwacht de gemeente de service te verbeteren. De relatie tussen burger en bestuur wordt voorts in toenemende mate beïnvloed door de toegenomen en beeldbepalende rol van de media. Voor wat betreft de burgerparticipatie zijn de jongerenraad, de seniorenraad, de cliëntenraad en het burgerinitiatief te vermelden. Er mag worden verwacht dat de burgerparticipatie toeneemt. Integriteit staat nog steeds in de maatschappelijke (en bestuurlijke en ambtelijke) belangstelling. Voor de komende periode zullen er gerichte activiteiten gaan plaatsvinden op o.a: • Bevordering bewustwording in de ambtelijke organisatie. • In voorkomende gevallen gebruik te maken van de helpdesk van BING. • Risico-analyse. Ten aanzien van bestuurlijke samenwerking wordt stapsgewijs gewerkt aan het aangaan van functionele samenwerkingsverbanden. Met name op de terreinen onderwijs, zorg, welzijn en brandweer is hieraan in de afgelopen periode invulling gegeven. Naast bestuurlijke samenwerking van alleen publieke partijen, nemen ook samenwerkingsverbanden van private en publieke partijen steeds meer in aantal toe. Al deze ontwikkelingen stellen hoge eisen aan het geven van informatie aan bewoners respectievelijk het communiceren met bewoners. Er zal steeds duidelijk gemaakt moeten worden welke rol, taak en bevoegdheid en verantwoordelijkheid de gemeente Rijswijk heeft. Wat doen we daarvoor? Relatie burger en bestuur De gemeente streeft naar optimale kwaliteit van de relatie tussen burgers en het bestuur . Om hieraan vorm te geven is een nieuw dienstverleningsconcept geformuleerd. Het dienstverleningsconcept bevat onder meer de volgende zaken: • Het verbeteren van de telefonische bereikbaarheid. • Het doorontwikkelen van servicenormen. • Het doorontwikkelen van de digitale dienstverlening: o De gemeentelijke website wordt beter toegankelijk gemaakt. De mogelijkheid om aanvragen in te dienen en formulieren in te vullen via de website wordt sterk uitgebreid. DigiD en electronisch elektronisch betalen via de website zullen zo snel mogelijk worden ingevoerd. • Het verder professionaliseren van de klachtenafhandeling en de postbehandeling. o Brieven van burgers (elektronisch of via de post) worden binnen een maand
11
•
•
beantwoord. Als dat inhoudelijk niet mogelijk is, wordt een voortgangsbericht gestuurd. Deregulering: verlaging van de beïnvloedbare regeldruk: o In 2007 is een dertigtal vergunningprocedures doorgelicht op doelmatigheid, dubbelingen of zelfs overbodigheid. De uitwerking van de resultaten van dit onderzoek zal doorlopen in 2008. Ook het doorlichten van de gemeentelijke verordeningen op dubbelingen, tegenstrijdigheden etc. zal in 2008 worden gecontinueerd. o De invoeringsdatum van de Omgevingsvergunning is gesteld op 1 januari 2009. De gemeente zal al eerder (in de loop van 2008) de omgevingsvergunning implementeren en de procedures hierop aanpassen. Het regelmatig houden van wijkbijeenkomsten.
Burgerparticipatie • Betrokken burgers wordt naar hun mening gevraagd bij de voorbereiding van onze plannen in wijken, buurten en straten; • De gemeente treedt in overleg met representatieve maatschappelijke organisaties bij de beleidsvoorbereiding. Internationale samenwerking Om de inwoners van de gemeente meer bij internationale samenwerking te betrekken wordt is geïnventariseerd welke personen of organisaties er in er Rijswijk zijn, die zich inzetten of affiniteit hebben met internationale samenwerking. Een aantal organisaties en personen heeft zich bereid verklaard medewerking aan het tot stand komen van een externe “werkgroep” te verlenen. Ook intern moet er het een en ander van de grond komen. Medewerkers van de gemeente Rijswijk, die interesse hebben mee te denken en te werken aan projecten die de internationale samenwerking tussen landen versterken zijn benaderd, waarbij de gemeenten een rol spelen. Daarbij moet worden gedacht aan projecten in het kader van de Milleniumdoelstellingen (zie hieronder), kennis of ervaringsoverdracht, sponsorwerving en uitwerking van projecten. Met de geïnteresseerde ambtelijke collega’s wordt een interne werkgroep gevormd. Bij alle projecten/ideeën geldent als uitgangspunt de Millenniumdoelstellingen, die in 2000 door de Verenigde Naties zijn opgesteld (en in 2015 gerealiseerd zouden moeten zijn). In het kader van het Explore Jongerenprogramma van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is een vrijwilliger gevonden die de contacten tussen jongeren uit Condega Nicaragua en jongeren uit Rijswijk moet gaan bevorderen. Deze vrijwilliger krijgt op basis van een free-lance contract gedurende één jaar een contract aangeboden van 8 uur per week. In deze periode moet hij onder meer het draagvlak voor internationale samenwerking vergroten, organisaties uit Condega en Rijswijk bij elkaar brengen en activiteiten in Rijswijk ter vergroting van dit draagvlak organiseren. De lopende projecten: - Yo si Puedo, alfabetiseringsprogramma - Muurschilderproject - Logo Landenplan 2005-2008 Verdieping/intensivering beleidsonderdelen: - Creëren van draagvlak bij de lokale bevolking - Discussie over internationale programma’s Nieuwe projecten : - Opzetten contacten tussen burgerlijke organisaties van de gemeente Condega en Rijswijk. - Het maken van een jaarprogramma volgens welk de contacten tussen de gemeente Rijswijk en de partnersteden worden geïntensiveerd en/of bestendigd. Monitoring: - Benadering van lokale organisaties t.b.v. het opzetten van een gemeentelijk netwerk. - Zoeken van contactpersonen die met de vertegenwoordigers van vooral de partnerstad Condega (digitaal) willen communiceren. Voorlichting en public relations Het mondeling en persoonlijk verstrekken van informatie aan de burgers van de gemeente over ontwikkelingen en maatregelen. Publicatie in de media, via de gemeentelijke website en door het vullen van de wekelijkse katern in Rijswijk Regel Recht. Speerpunten voor 2008 zijn: kwalitatief
12
hoogwaardige informatievoorziening, het vergroten van het aanbod van digitale informatie én het starten van interactieve digitale producten. Verder gaat het om een professionele aanpak van de officiële uitingen en ontvangsten van het gemeentebestuur en door op adequate wijze uiting geven aan de officiële activiteiten van het gemeentebestuur. Corporate communicatie: gemeente als organisatie Intern wordt de nadruk gelegd op het de medewerkers bekendmaken met de communicatiedoelstelling voor de komende jaren: kwaliteit op alle niveaus door middel van kerncompetenties PRIK. Extern is het doel de inwoners te laten weten dat de gemeente werkt aan verbetering van de dienstverlening. gemeente als woon- en werkplek Rijswijk wil in 2010 gekend worden als een prettige woon- en werkstad met goede voorzieningen die goed bereikbaar is. Hierbij zijn vooral de thema's Veilig leven, Comfortabel wonen, Verbinden en Samen Werken van belang. Dit wordt bereikt door inwoners te informeren over wat de gemeente doet om woongenot te verhogen, een gecombineerde inzet van communicatiemiddelen, in gesprek te gaan met bewoners, interactief beleid op te zetten en waar mogelijk de beeldvorming positief te beïnvloeden. Bestuurlijke samenwerking Op bestuurlijk vlak wordt veelvuldig samengewerkt. Zo is er deelname aan het algemeen en dagelijks bestuur van het stadsgewest Haaglanden en aan de Vereniging van Zuid-Hollandse gemeenten (VZHG). Op maat wordt tevens samenwerking aangegaan met private en publieke partijen. Verder omvat de bestuurlijke samenwerking de contacten en het onderhoud daarvan met omliggende gemeenten, de provincie Zuid-Holland en het Rijk. Nagegaan wordt of regionale ontwikkelingen mogelijk kunnen leiden tot lagere kosten en een efficiëntere werkwijze zonder daarbij de Rijswijkse aangelegenheden in de waagschaal te leggen. Organisatie Het personeel is het aanspreekpunt voor de burger en het personeel heeft tot taak om de burgers van Rijswijk op alle beleidsterreinen zo goed mogelijk van dienst te zijn. De wijze waarop de medewerkers omgaan met de behoeften en vragen van de klant, is bepalend voor het beeld dat de gemeente oproept. Het personeelsbeleid moet ervoor zorgen dat de gemeente over goede medewerkers beschikt, die gemotiveerd en goed in staat zijn om hun taken te vervullen. De volgende uitgangspunten staan bij het personeelsmanagement centraal; - dienstverlening in termen van resultaten en effecten; - doelmatigheid van structuren, processen en middelenbeheersing; - transparantie en flexibiliteit van de organisatie; - van hoog tot laag een levend besef (cultuur) van resultaatgericht en doelmatig samenwerken; - flexibele en optimale bezetting en op transparante wijze prioriteren van werkzaamheden; - gericht bevorderen van vrijwillige in-, door- en uitstroom van personeel; - aandacht voor vorming en opleiding; - het verhogen van de kwaliteit op alle niveaus door PRIK en toepassing van competentiemanagement. Uitgangspunten van de per 2006 afgeronde ombuigingsoperatie waren; - het huidige takenpakket van de gemeente blijft gelijk; - de kwaliteit van de dienstverlening blijft minstens op het huidige peil; - er wordt efficiënter gewerkt (of te wel hetzelfde met minder middelen en door minder (ex- en intern) personeel); - Rijswijk wil tijdens en na het proces van bezuiniging een goede en interessante werkgever zijn. Als hetzelfde takenpakket door minder mensen moet worden gedaan, moeten de organisatie en het personeel veranderen, dat wil zeggen ; - de organisatie moet worden gestroomlijnd tot een slankere en kwalitatief sterke organisatie, die praktisch en integer werkt voor klant en resultaat; - de inhuur van personeel dient te worden beperkt.
13
Dit gemeentelijke belang, dus geen afzonderlijke dienstbelangen, is essentieel voor het creëren van deze gemeenschappelijke doelstelling. De “Sense of Urgency” bij deze bezuinigingsoperatie zal door alle leidinggevenden en vooral door het topmanagement niet alleen uitgedragen moeten worden, maar zal ook in elke besluitvorming constant een leidraad moeten zijn. In de paragraaf bedrijfsvoering zijn de overige aandachtpunten en ontwikkelingen beschreven.
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 0010 0011 0020 0021 0022 0030 0031 0060 5801 Totaal
Bestuursorganen Bestuurlijke samenwerking Bestuursondersteuning Publieksvoorlichting, promotie en public relations Organisatieverliezen Burgerzaken Verkiezingen/ referenda Bestuursondersteuning raad en rekenkamerfunctie Mediabeleid
Resultaat voor bestemming 9800
Mutatie reserve flankerend beleid in het kader van OB3
Resultaat na bestemming
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
Lasten Baten Saldo
1.179 1.769 40 667
0 767 0 0
31 7.893
0 886
7.893
886
386
593
8.279
1.479
2008
Totaal investeringen Exploitatie (meerjarig):
Begroting 2008 Lasten Baten 1.309 19 585 0 1.457 100 856 0
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
2012
20
220
306
87
490
Realisatie 2006 7.751 745
2007 7.994 730
2008 7.893 886
2009 7.813 886
2010 7.768 886
2011 7.653 886
2012 7.372 886
7.006
7.264
7.007
6.927
6.882
6.767
6.486
14
Programma: Openbare Orde en Veiligheid Wat willen we bereiken? Doelstelling: Het handhaven van de openbare orde en het vergroten van de veiligheid en de beleving daarvan zijn essentieel voor het functioneren van stad en samenleving. Het optreden tegen onveiligheid en overlast betekent niet alleen inzetten op criminaliteitsbestrijding, het voorkomen en bestrijden van rampen, maar er ook voor zorgen dat niemand zich in de leefomgeving bedreigd hoeft te voelen en het nadenken over mogelijkheden om onveiligheid te voorkomen, preventie. Voor het waarborgen van de veiligheid en leefbaarheid van de stad is intensieve samenwerking nodig tussen de gemeente, maatschappelijke instellingen, bedrijven en bewoners. Door een integrale aanpak, met samenwerking als uitgangspunt, wordt de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente bevorderd. Wat doen we daarvoor? Veiligheid Ook voor 2008 wordt een jaarplan Veiligheid opgesteld. Daarin wordt beschreven welke activiteiten in 2008 worden ondernomen met betrekking tot de verschillende veiligheidsaspecten binnen de gemeente Rijswijk. Naast het voortzetten van de lopende projecten die zich zowel op fysieke als op sociale veiligheid richten, en het uitvoeren van de taken die zich op incidentele en/of individuele basis voordoen, wordt een verdiepingsslag gemaakt voor de beleidsonderdelen die in 2006/2007 nieuw werden ingezet. Bovendien wordt een aantal zaken ingegeven door maatregelen die van rijkswege zijn opgelegd dan wel door nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen die vanuit de lokale overheid actie behoeven. De lopende projecten: - Veilig winkelen, werken, en wonen Hart van Rijswijk. - Veilig ondernemen bedrijventerreinen Hoornwijck, Broekpolder, Vervoerscentrum. - Veilig winkelen en werken In de Bogaard. - Veilig ondernemen Plaspoelpolder. - Veiligheid Rond en In scholen en ontwikkeling Keurmerk VRIS. - Prettig en Veilig Uitgaan Rijswijk. - Veilig wonen/Preventie woninginbraken. - Hennepkwekerijen. Verdieping/intensivering beleidsonderdelen: - Terrorismebestrijding, radicalisering. - Schakelstructuur. - Senioren en Veiligheid. - Aansluiting Nazorg. - Aanpak veelplegers. - Veiligheidsprotocollen inrichting openbare ruimte. - Discriminatiezaken. Nieuwe projecten: Parken Monitoring: - Veiligheid NS-locatie. - Huiselijk geweld. - Jaarwisseling. - Politiemonitor/wijkveiligheidsscan. - Signaalfunctie. - Agressie - Leefbaarheidsoverleg. Naast de werkzaamheden van de politie en de uitvoering van de jaarplannen Veiligheid gemeente Rijswijk en de bijbehorende projecten doen zich in Rijswijk tevens gebeurtenissen op
15
veiligheidsgebied voor die niet vooraf kunnen worden voorzien maar daarentegen wel de nodige extra werkzaamheden met zich meebrengen. Hiermee worden niet alleen de individuele (criminaliteits)zaken en afhandelingen bedoeld maar ook de zaken die invloed en betrekking hebben op het beleid, de structurele werkzaamheden en de verantwoordelijkheden van de gemeente. Te denken valt dan o.a. aan onverwachte toename van meldingen op een bepaald veiligheidsgebied (bijvoorbeeld zeden), acties en demonstraties waaraan specifieke voorwaarden moeten worden verbonden die Openbare Orde en Veiligheid kunnen waarborgen, asbestvindingen tijdens sloopwerkzaamheden, uitvoeren van moties. Handhaving Handhaven is een vraagstuk van keuzes maken. De beschikbare capaciteit moet zo adequaat mogelijk worden ingezet gegeven de doelstellingen en de prioritering daarvan. Bij het vaststellen van nieuw beleid zullen eventuele handhavingsconsequenties in kaart worden gebracht, en zal worden aangegeven of nieuwe taken kunnen worden ingevuld met de beschikbare capaciteit (door herprioritering van taken), of dat extra capaciteit noodzakelijk is. Functiescheiding tussen beleid en vergunningverlening enerzijds en handhaving anderzijds is noodzaak. In de nieuwe organisatiestructuur zal deze functiescheiding worden geconcretiseerd. Tegelijkertijd zal een verbreding van de taken van de handhavers worden uitgewerkt (meer intergraal werken) en worden bezien welke handhavingstaken wellicht anders kunnen worden uitgevoerd (samenwerking, uitbesteding). Ook is er ruimte voor initiatieven. Zo wordt samen met een aantal bedrijven een pilot gestart om de effectiviteit en efficiency van de handhaving van milieutaken te verbeteren, door meer gebruik te maken van de mogelijkheden die ICT te bieden heeft. Handhavingsprogramma Ook in 2008 zal een Handhavingsprogramma aan de Raad worden voorgelegd. Op basis van de doelen en de beschikbare capaciteit, wordt de uitvoering van de handhavingstaken geprioriteerd. In dit plan wordt vastgelegd voor welke doelstellingen de beschikbare handhavingscapaciteit wordt ingezet. Hierbij zal onder meer aansluiting worden gezocht bij bestaand beleid, zoals bijvoorbeeld vastgelegd in de diverse veiligheidskeurmerken. Over de uitvoering van het programma zal periodiek worden gerapporteerd. Brandweer Sinds de fusie van Brandweer Rijswijk met Brandweer Delft tot de Gemeenschappelijke Regeling Brandweer Delft-Rijswijk per 1 januari 2005, heeft deze organisatie een zelfstandige begrotingscyclus. Voor nadere gegevens wordt dan ook verwezen naar de begrotingsstukken van de Gemeenschappelijke Regeling Brandweer Delft-Rijswijk. Doelstelling In het algemeen gelden voor de brandweer de volgende doelstellingen: 1. Vergroting van de fysieke veiligheid in het verzorgingsgebied. o Het onder alle omstandigheden bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde uitvoering van werkzaamheden ter zake van het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt. o Het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand. 2. Voorbereiding op mogelijk (ernstige) incidenten in Delft-Rijswijk o Het beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen als bedoeld in artikel 1 van de Wet Rampen en Zware Ongevallen. o Het bevorderen van een goede hulpverlening bij ongevallen en van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde hulpverlening bij rampen en zware ongevallen. 3. Op het gebied van Risicobeheersing kent de brandweer de volgende activiteiten: o Verstrekken van vergunningen aan alle vergunningplichtige objecten. o Controleren en handhaven van afgegeven gebruiksvergunningen volgens een vastgesteld meerjarenplanning en in samenhang met het gemeentelijk handhavingprogramma. o Planvorming, opleidingen en oefeningen om voorbereid te zijn op mogelijk (ernstige) incidenten.
16
Outputindicatoren o Verlening gebruiksvergunning binnen afgesproken (niet-fatale) termijn 90%. o Adviezen op bouwplannen binnen afgesproken termijn 100%. o 90% van de controles vindt plaats conform het beleidsplan/handhavingsplan o Voor de actualiteit van rampen(bestrijdings)plannen worden in 2007 criteria vastgesteld. o In 2008 wordt een opleidings- en oefenbeleidsplan vastgesteld m.b.t. het gemeentelijk personeel dat is belast met rampenbestrijdingstaken.
Termijn Deze normen gelden bij volledigheid van de (ingezonden) documenten. Deze normen gelden bij volledigheid van de (ingezonden) documenten. 10% is gereserveerd voor niet geplande controles op verzoek van anderen. Actualisering is conform vastgestelde criteria en minimaal 1x per 4 jaar. Opleiden en oefenen conform beleidsplan (brandweer faciliteert dit).
In 2008 wordt gewerkt aan de invoering van de veiligheidsregio’s waarbij de brandweer zal worden geregionaliseerd. Uitgangspunt hierbij blijft dat de kwaliteit gelijkblijvend zo niet beter zal worden. Over de kostenverdeling is op dit moment nog niets bekend.
17
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 1100 1200 1201 Totaal
Begroting 2008 Lasten Baten 1.275 0 4.105 149 80 0 5.460 149
Openbare orde en veiligheid Brandweer Rampenbestrijding
Resultaat voor bestemming 9800
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
0
0
5.460
149
2008
Totaal investeringen Exploitatie (meerjarig):
Saldo
149
Mutatie reserves
Resultaat na bestemming
Lasten Baten
5.460
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
2012
276
0
0
0
0
Realisatie 2006 5.534 -97
2007 5.594 139
2008 5.460 149
2009 5.754 149
2010 5.682 149
2011 5.654 149
2012 5.565 149
5.631
5.455
5.311
5.605
5.533
5.505
5.416
18
Programma Verkeer en Vervoer Wat willen we bereiken? Doelstelling: De centrale doelstelling van het Rijswijkse verkeers- en vervoersbeleid is als volgt geformuleerd: Het behoud en de versterking van de bereikbaarheid, de leefbaarheid en de veiligheid. In het Verkeers- en Vervoersplan Rijswijk 2000-2010 zijn tien speerpunten van het Verkeersbeleid benoemd: 1. Locaties met veel ongevallen aanpakken. 2. Verder gaan met de uitvoering van 30-km zones. 3. Opheffen van barrières en toevoegen verbindingen voor het langzame verkeer. 4. Toepassing van dynamisch verkeersmanagement. 5. Realisatie van de Voorstadhalte ’t Haantje/Rijswijk Zuid. 6. Alternatieve routes voor het doorgaande verkeer zoeken. 7. De groei van de parkeerdruk beheersbaar maken. 8. Verbetering van de aansluiting van het rijkswegennet op het onderliggende wegennet. 9. Ontwikkelen van een locatiebeleid op basis van de (beschikbare) verkeerscapaciteit. Rijswijk heeft een strategische ligging binnen de randstad en het stadsgewest door de situering aan belangrijke snelwegen en de spoorverbinding Den Haag – Rotterdam. De gemeente is een schakel in het stedelijk netwerk van de regio Haaglanden. Het is belangrijk om het prettige woon- en verblijfsklimaat en de strategische ligging vast te houden en waar mogelijk te verbeteren, juist in een periode waarin de mobiliteit onverminderd blijft groeien. Het is immers bekend dat de groei van de mobiliteit negatieve effecten met zich meebrengt zoals files, geluiden stankoverlast, gevoelens van verkeersonveiligheid en hinder van fout geparkeerde auto’s. De verdere groei van de mobiliteit is voorlopig een gegeven. Het gemeentelijk verkeers- en vervoersbeleid zal zich steeds meer richten op het beheersbaar maken van die mobiliteit. Er moet een evenwicht gezocht worden tussen de gevolgen van verkeer en vervoer op het woon- en verblijfsklimaat enerzijds (leefbaarheid) en het sociaal – economisch functioneren (bereikbaarheid) van de gemeente anderzijds. De gunstige ligging van Rijswijk ten opzichte van het rijkswegennet en andere stedelijke gebieden biedt niet alleen kansen, maar ook bedreigingen. Door andere overheden ontwikkelde plannen kunnen een directe invloed op het Rijswijkse verkeers- en vervoersysteem uitoefenen (voorbeeld hiervan is de ontwikkeling van het Binckhorstgebied en de Harnaschpolder). Regionale samenwerking biedt Rijswijk een (beperkte) mogelijkheid om tijdig in te spelen op veranderingen in de omgeving en aan te sluiten bij initiatieven op verkeers- en vervoersgebied. In de Regionale Nota Mobiliteit (RNM) Haaglanden van 2005 wordt aangegeven dat tussen 2003 en 2015 een groei van de mobiliteit met 20 tot 30% wordt verwacht, waarna een stabilisatie wordt voorspeld. Het Stadsgewest streeft er naar deze mobiliteitsgroei op te vangen door een toename van het gebruik van openbaar vervoer en de fiets en secundair de auto. Voor het openbaar vervoer wordt als doel gesteld dat in 2020 ten opzichte van 2003 40% meer mensen gebruik maken van het openbaar vervoer. Voor de fiets geldt dat het aandeel fietsverplaatsingen in het totaal aantal verplaatsingen minimaal wordt gehandhaafd maar zo mogelijk verhoogd met een accent op het woonwerkverkeer. Hiertoe zullen onder andere de 200 knelpunten in het regionale fietsroutenetwerk worden aangepakt. Voor het autoverkeer wordt vooral gestreefd naar een betere benutting van het regionale wegennetwerk. Doelstelling is het realiseren van een kortere en beter voorspelbare reistijd en minder incidentele lange vertragingen in 2020. Dit betekent: • toepassing van de mogelijkheden die informatie- en communicatietechnologie biedt; • verbetering van de betrouwbaarheid van het wegennet. Er wordt naar gestreefd dat de reistijd in de spits maximaal 15 minuten langer is dan buiten de spits en het aantal incidentele lange vertragingen in de spits moet maximaal 5% zijn (‘lang’ is meer dan 20 minuten boven de normale reistijd). De RNM wordt in 2008 geactualiseerd, waarbij het accent komt te liggen op fiets, openbaar vervoer en verkeersveiligheid en het voltooien van auto-infrastructuurprojecten die reeds in de huidige RNM staan.
19
In beginsel heeft het Rijswijkse wegennet nog voldoende capaciteit om de verkeersstromen te kunnen opvangen. Een betere benutting is wel noodzakelijk om meer ruimte te creëren voor bestemmings- en intern verkeer. Doorgaand verkeer moet zoveel mogelijk afgewikkeld worden via het rijkswegennet en slechts deels over de gemeentelijke hoofdwegen. Basis hierbij vormt de categorisering van het wegennet zodat de inrichting van de wegen afgestemd kan worden op de functie van de weg. Op de erftoegangswegen en gebiedsontsluitingswegen moet op termijn het aandeel doorgaand verkeer beperkt blijven (kleiner dan 15%). Het aandeel doorgaand verkeer op de gemeentelijke hoofdwegen mag daarbij zeker niet stijgen boven het huidige gemiddelde niveau van ca. 25%. De fysieke inpassing van de belangrijkste gemeentelijke hoofdwegen Haagweg en Prinses Beatrixlaan verdient daarbij aandacht, alsmede hun aansluitingen op het rijkswegennet en de gemeenten Delft en Den Haag. Flankerende maatregelen zullen verder bij het bereiken van de doelstelling een belangrijke rol spelen. Een goede balans in parkeervoorzieningen is hiervan een voorbeeld. Bij nieuwbouwprojecten en/of functiewijzigingen wordt kritisch gekeken naar het verkeersaantrekkende effect en de hoeveelheid parkeergelegenheid. Mobiliteitsmanagement bij bedrijven wordt positief ontvangen. Qua aanvullend beleid streeft Rijswijk er naar de doorstroming ook lokaal te verbeteren. Hierbij krijgt de positie van voetgangers en fietsers extra aandacht. Vanuit het beleid voor het toepassen van verkeersregelinstallaties (functioneel beheer verkeersregelinstallaties of dynamisch verkeersmanagement) wordt hier ook naar gestreefd. Het aantal verkeersregelinstallaties wordt zo mogelijk teruggedrongen, waarbij overwogen wordt nieuwe rotondes aan te leggen. Verkeersveiligheid rond scholen (haal- en brenggedrag) krijgt extra aandacht. Bijzondere aandacht wordt gegeven aan bedrijventerrein Plaspoelpolder (inzet BOR-gelden) en de Landgoederenzone. In het eerste gebied zal de bereikbaarheid door planvorming en – uitvoering ‘veilig’ gesteld worden terwijl er naar gestreefd wordt de Landgoederenzone verkeersluw te maken ten aanzien van gemotoriseerd verkeer. De mogelijkheden voor fietsers en voetgangers (doorgaand en recreatief) worden verbeterd. Randvoorwaarden en uitgangspunten: Rijksbeleid - Nota Mobiliteit (2005); - Nota Ruimte (2004). Provinciaal beleid - Streekplan Zuid-Holland West (1996-2005 met doorkijk voor de periode tot 2015) 2003; - Nota Vaarwegen (2006); - Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan: Deel A, Beheerst groeien (2003); Deel B, Beleidsagenda en uitwerking deel A. Regio Haaglanden - Regionale Nota Mobiliteit (2005) en Actualisatie (in voorbereiding); - Investeringsprogramma Verkeer en Vervoer (2007); - SWINGH (Samen Werken in Groot Haaglanden - div. projecten o.a. aanpassen toerit A4 Prinses Beatrixlaan sept. 2007, Verkenning 2x2 Prinses Beatrixlaan tussen A4 –Delft); - Milieu Effect Rapportage Trekvliettracé (2007); - Regionaal Structuurplan (voorontwerp 2007); - Openbaar Vervoer naar een Hoger plan (OVHP, plan van aanpak 2007). Gemeente Rijswijk - Duurzaam Veilig Verkeersbeleid (2000); - Fietsnota (2000); - Parkeernota (2000) en document ‘update’ parkeernormen (raadsvoorstel in voorbereiding); - ISV-programma (2006); - Collegeprogramma 2006 - 2010; - Groenbeleidsplan (1994); - Milieubeleidsplan (2006); - Plan van Aanpak Luchtkwaliteit (2006 en actualisaties);
20
-
Landgoederenzonevisie (2002)/ Plan van Aanpak Landgoederenzone (2004); Groene Schakel Zwethzone (2004); Toekomstarrangement (2006).
Ontwikkelingen - Regionaal: voorontwerp Regionaal Structuurplan - Regionaal/landelijk: ontwikkelingen invoering OV chipcard en aanpassing stationsruimte - Diverse bestemmingsplannen met verkeerscomponent (6, 9, 10) o.a. Sion/’t Haantje (inclusief stedenbaan en inpassing infrastructuur Prinses Beatrixlaan en voormalige Zuidweg) en Plaspoelpolder - Uitwerking Masterplan Transitie Plaspoelpolder (9) Autoverkeer: - Het doortrekken van de A4 naar Rotterdam – wijziging verkeersstromen op A13 en A4 met effecten op afwikkeling Pr. Beatrixlaan en afslag Plaspoelpolder - Zuidvleugelniveau/Rijkswaterstaat: Tracéstudie/MER ‘verbreden A13 + realisatie A13/A16’ met wijziging verkeersstromen op A13 en aansluiting op A4 en op Vrijenban - Studie tunnel Prinses Beatrixlaan (6, 9) - Verkenning (verkeersmodellen) naar nut&noodzaak en diverse mogelijkheden voor 2x2 Prinses Beatrixlaan tussen Delft en A4 (SWINGH) – in samenhang met ruimtelijke ontwikkelingen Delft/Harnaschpolder/Rijswijk Sion/’t Haantje (6, 9) Openbaar vervoer: - De Agglonetlijn 19, (Trambaan Leidschenveen – Delft) realiseren - Spoorverdubbeling vanaf het Wilhelminapark naar station Delft met de mogelijke toevoeging van een ‘Voorstadhalte’ ter hoogte van ’t Haantje – ontsluiting middels openbaar vervoer van Rijswijk Zuid en Ypenburg (5) - Stedenbaan. Beleid rond het verdichten van de bebouwing rond stations en het verhogen van de frequentie - Regionaal: Plan van aanpak OVHP met o.a. Tracéstudie RandstadRail Binckhorst-Hoornwijck Wat doen we daarvoor? Voorgenomen voor 2008 • Uitwerkingsplan Verkeersregelinstallaties • Onderzoek optimalisering Gen. Eisenhowerplein. • Studie ondertunneling Prinses Beatrixlaan • vervolgfase project Trekvliettracé • Voorbereiding uitvoeringsfase Recreatieverbinding Zwethzone (fietsen) • Studie inpassing fietsbrug over het Rijn-Schiekanaal • Maatregelenpakket met projecten voor doorstroming en ontsluiting Plaspoelpolder • Verkenning (verkeersmodellen) naar nut&noodzaak en diverse mogelijkheden voor 2x2 Prinses Beatrixlaan tussen Delft en A4 (SWINGH) – in samenhang met ruimtelijke ontwikkelingen Delft/Harnaschpolder/ Rijswijk Sion/’t Haantje • Herinrichting 30-km Rembrandtkwartier • Verkenning middellange en lange termijn functie en profiel Haagweg inclusief kruispunt HaagwegGeestbrugweg in relatie tot Trekvliettracé • Introductie Rijswijks verkeersbordenbeheerssysteem en informatiesysteem voor wegwerkzaamheden (regionaal) • Raadsvoorstel Actualisatie parkeernormen • Landelijke invoering OV chipcard en chipcard apparatuur in stationshallen • Voorstel ‘realisatie van toegankelijke ov-haltes’ (tot 50 haltes tot 2011 uitvoeren conform criteria toegankelijkheid) • Medewerking aan realisering van tramlijn 19 (=tramlijn 8) Voorgenomen voor 2009 – 2012: Verkeer en vervoer algemeen (Omschrijving: De nummers tussen haakjes verwijzen naar de genoemde speerpunten): - Het ontwikkelen van een locatiebeleid op basis van de (beschikbare) verkeerscapaciteit (10).
21
-
Het stimuleren van vervoermanagement bij bedrijven (8). Het aanpakken van locaties met veel ongevallen (1). Optimaliseren netwerk verkeersregelinstallaties (Uitwerkingsplan) Medewerking vervolgfase Stadsgewestproject Trekvliettracé
Autoverkeer - Het inrichten van openbare ruimte en wegen afgestemd op de functie van de weg (2). - Het beïnvloeden van de verkeersregelingen zodat verkeersstromen “gestuurd” kunnen worden (4). - Het aanbrengen/verbeteren bewegwijzering zodat zoekverkeer wordt voorkomen (4). - Het verbeteren van de aansluitingen van het rijkswegennet op het onderliggend net (9). - Het Park- en Ridebeleid: goede parkeervoorzieningen aan de rand van het stedelijk gebied in combinatie met openbaar vervoervoorzieningen zal leiden tot positieve effecten op verkeersafwikkeling en leefbaarheid (8). - Integrale studie Prinses Beatrixlaan in het kader van meervoudig grondgebruik (6). - Goederendistributiesysteem voor kernen: met name het profiel van wegen in de oude stadskern zijn niet geschikt voor zwaar vrachtverkeer. Een andere wijze van goederendistributie verhoogt de leefbaarheid (10). - Verkenning middellange en lange termijn functie en profiel Haagweg inclusief kruispunt HaagwegGeestbrugweg in relatie tot Trekvliettracé (1,6,9). Openbaar vervoer - Iedere woning moet binnen een maximale loopafstand van 500 meter van een halte van het openbaar vervoer liggen. - Het toepassen van een dynamisch reizigers informatie systemen (4). - Het (mede) verbeteren van het regionaal vraagafhankelijk vervoer. - Stimuleren voorstadhalte Rijswijk Zuid/’t Haantje. - Planvorming ‘toegankelijke ov-haltes’ (circa 50 haltes aanpakken tot 2011). Fietsverkeer - Het opheffen van ontbrekende schakels in het fietsnetwerk (Bijvoorbeeld kruising Vliet nabij A4) (3). - Het aanleggen van aantrekkelijke en veilige fietsroutes (fietsbrug over Den Dulder, recreatieve route Zwethzone) (3). - het monitoren van het gebruik en de veiligheid van de fietspaden. Voetgangers - Veilige oversteekplaatsen. - 30-km gebieden. - Wandel- en overige recreatieve mogelijkheden (Zwethzone, Landgoederenzone). - Voorzieningen mindervaliden. Parkeren - Vrachtwagenparkeren: het concentreren van vrachtwagenparkeren buiten de woonwijken verbetert de kwaliteit van de woonomgeving. Bestendigen van Plaspoelpolder en Broekpolder als parkeergebied (8). - Parkeren motorvoertuigen: het autobezit blijft groeien terwijl de stallingruimte in de woonwijken constant blijft. Het beheersbaar maken van de groei van de parkeerdruk in relatie tot de gewenste kwaliteit van de woonomgeving zal nadere studie vergen. Opstellen nieuwe, actuele, parkeernormen en beleid voor toepassing ervan (8). - Fietsparkeren: teneinde het fietsgebruik te stimuleren zijn goede stallingvoorzieningen onontbeerlijk. Zowel bij openbaar vervoer halten als in de woonwijken (8). Waterwegen - Voornamelijk zaak van de Provincie voor wat betreft de beroepsscheepvaart. - Afstemming brugopeningen tussen Provincie, gemeente Rijswijk en Den Haag.
22
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 2100 2110 2120 2140 2400 Totaal
Begroting 2008 Lasten Baten 6.061 876 1.108 44 183 0 642 783 1.103 121 9.097 1824
Wegen, straten en pleinen Verkeer Openbaar vervoer Parkeren Waterwegen
Resultaat voor bestemming 9800
9.097
1.824
0
0
9.097
1.824
Mutatie reserves
Resultaat na bestemming
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
2008
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
2012
Totaal investeringen
1.529
1.462
1.744
1.256
1.351
Exploitatie (meerjarig): Lasten Baten Saldo
Realisatie 2006 10.192 2.039
2007 8.976 1.700
2008 9.097 1.824
2009 9.279 1.824
2010 9.530 1.824
2011 9.234 1.824
2012 9.354 1.824
8.153
7.276
7.273
7.455
7.706
7.410
7.530
23
24
Programma Economie en Werken Wat willen we bereiken? Doelstelling: Vanwege een uitstekend vestigingsklimaat is de gemeente Rijswijk uitgegroeid tot een belangrijke bron van bedrijvigheid en werkgelegenheid. Zo telt de gemeente Rijswijk tien bedrijventerreinen/kantorenlocaties waarvan Hoornwijck en het OV-knooppunt in ontwikkeling zijn. In het Collegeprogramma 2006-2010 van de gemeente Rijswijk wordt ingezet op de transitie van het businesspark Plaspoelpolder. Rijswijk wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van diverse grote (inter)nationale ondernemingen die een grote impact hebben op het aanbieden van regionale werkgelegenheid. De ondernemers en werknemers zorgen voor bestedingen aan bestaande (Rijswijkse) ondernemingen waardoor indirect ook werkgelegenheid wordt gecreëerd. Het doel van de transitie van de Plaspoelpolder is om dit businesspark als aantrekkelijk werkgebied te behouden en te versterken. Er is een stedenbouwkundige structuurvisie opgesteld. Hoofddoelstelling van de visie is het versterken van de kwaliteit en het imago van het gebied door condities te scheppen voor een aantrekkelijk, vitaal en duurzaam werkgebied. Daarbij wordt de combinatie van diversiteit van werkfuncties en bereikbaarheid als een uniek sellingpoint aangemerkt. De gemeente heeft aangegeven dat er vernieuwing en verdichting plaats moeten vinden. Hiermee wordt met name het type bedrijvigheid bedoeld en de mogelijkheden om de werkfunctie met andere stedelijke programma’s te mengen. De kwaliteit van de openbare ruimte moet uitnodigend zijn voor gebruikers. Daarnaast is afgesproken dat de vernieuwing van de Plaspoelpolder primair het karakter van een kavelsgewijze vernieuwing moet hebben. Dit houdt in dat er gezocht is naar tweesporige benadering, top-down en bottom-up, met een actieve inbreng van de ondernemers en andere stakeholders. De stedenbouwkundige structuurvisie vormt de basis voor de vernieuwing van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan wordt vernieuwd en zal in de herfst 2008 definitief zijn. Rijswijk beschikt over een hoogwaardig niveau van detailhandelvoorzieningen met vijf buurtwinkelcentra. Het regionale winkelcentrum In de Bogaard behoort tot de top-10 van grootste winkelcentra in Zuid-Holland. Het gemeentelijk standpunt met betrekking tot de detailhandel is, “het instandhouden en waar mogelijk versterken van de detailhandelstructuur”. Het beleid is gericht op het tegengaan van leegstand en verschraling van het aanbod in de buurtwinkelcentra. Het masterplan Oud Rijswijk dient als kader voor verbetering van het winkelgebied Oud Rijswijk. In de concurrentieslag met andere regionale winkelcentra is het beleid voor wat betreft het winkelcentrum In de Bogaard gericht op het “monitoren en beheren”. Voor het optimaliseren van het vestigingsklimaat en het creëren dan wel behouden van de werkgelegenheid zal de nadruk liggen op het aangaan en onderhouden van contacten met het regionale bedrijfsleven, de BBR, VNO-NCW en relatiebeheer met makelaars, het Stadsgewest, de Kamer van Koophandel, MKB, gemeenten, projectontwikkelaars e.a. Om te zorgen dat de werkgelegenheid en bedrijvigheid in Rijswijk de komende jaren kunnen floreren is ook stabiliteit en vitaliteit van de Rijswijkse kantorenmarkt van essentieel belang. Een goede verkeersafwikkeling en parkeervoorzieningen zijn hierop van invloed. Om te komen tot een goed werkende lokale arbeidsmarkt kunnen Rijswijkse werkzoekenden (ook) bemiddeld worden op lokale vacatures. Citymarketing/Toerisme kan een belangrijke drager van de economie zijn. Het is banenscheppend en dienstverlenend. Er zal met het bedrijfsleven bekeken worden of er belangstelling is voor een toeristisch beleid. Beoogde maatschappelijke effecten: Behouden en creëren van werkgelegenheid. • Afstemming vraag en aanbod ten aanzien van de arbeidsmarkt. - Nastreven dat de bij de gemeente geregistreerde werkzoekenden instromen in het Rijswijkse bedrijfsleven. - Vestiging van nieuwe bedrijven (die laagdrempelige arbeid genereren in een hoogwaardige werkomgeving).
25
-
Minder verlies van werkgelegenheid door vertrek van gevestigde bedrijven te voorkomen. Betere gemeentelijke dienstverlening aan ondernemers. Relatiebeheer met gevestigde ondernemers, starters, projectontwikkelaars, de Provincie, het Stadsgewest, Steenworp, het WFIA (West-Holland Foreign Investment Agency) en gemeenten. - Realisatie van werkgelegenheid door vestiging van starters. • Optimaliseren vestigingsklimaat. - Realiseren doelstelling van de beoogde transitie voor het businesspark Plaspoelpolder door: ° Een ontwerp-bestemmingsplan op basis van de stedebouwkundige structuurvisie op te stellen. ° Een vorm van parkmanagement uit te werken. ° Prioriteit te geven aan verder onderzoek naar de aansluiting van de A4 op de Diepenhorstlaan. • Behoud van het huidige voorzieningenniveau. - Instandhouden en versterken detailhandelstructuur. - Positie van het winkelgebied Oud Rijswijk versterken door uitvoering van een aantal uitgangspunten welke zijn vastgesteld in het Masterplan van Oud Rijswijk. - Centrummanagement behouden voor een optimaal beheer van het winkelcentrum In de Bogaard. - Huidige aantal buurtwinkelcentra. - Handhaven van hoogwaardige kinderopvangvoorzieningen. Randvoorwaarden en uitgangspunten: Rijksbeleid - Wet Kinderopvang - Nota Ruimte Provinciaal beleid - Streekplan Zuid-Holland West - Mobiliteitsplan Zuid-Holland - Nota Perifere Detailhandel Stadsgewest Haaglanden - Regionaal Structuurplan (2002, nieuwe versie in voorbereiding, vaststelling begin 2008) - Bereikbaarheidsplan Haaglanden - Kantorenstrategie Haaglanden - Structuurvisie Detailhandel (2006) - Bedrijventerreinen strategie Gemeente Rijswijk - Collegebesluit d.d. 10 april 2001 inzake Ambitieniveau Economische Zaken. - Raadsbesluit d.d. 22 mei 2001 inzake Toekomstvisie Rijswijk 2015 en het toekomstarrangement ‘Verrassend veelzijdig Rijswijk’. - Herijking Toekomstarrangement ‘Verrassend veelzijdig Rijswijk’. - Raadsbesluit d.d. februari 2002 inzake Masterplan Oud Rijswijk. - Raadbesluit d.d. maart 2005 inzake Masterplan Transitie Plaspoelpolder. - Raadsbesluit d.d. 14 september 2004, gemeentelijke verordeningen WWB. - Collegeprogramma 2006 – 2010: - Het continueren van de samenwerking met het lokale bedrijfsleven (o.a. de BBR). - Het opstellen van een nieuw bestemmingsplan voor de Plaspoelpolder. - Mogelijkheden onderzoeken voor PPS in relatie tot de revitalisering van de Plaspoelpolder. - Het uitvoeren van infrastructurele aanpassingen in de Plaspoelpolder ter verbetering van de bereikbaarheid. - Beleid ontwikkelen op het gebied van (dag) toerisme, waaronder evenementenbeleid. - Het behouden van markten en het evenement Herfstpop. - Mogelijkheden onderzoeken naar de aanleg van een aanlegplaats en/of passantenhaven. - Het activerend begeleiden van uitkeringsgerechtigden om aan het werk te komen. - Inzet van specifieke doelgroepen (arbeidsgehandicapten, WSW-medewerkers, bijstandsgerechtigden) als onderdeel van externe aanbesteding (‘social return’). - Raadsbesluit d.d. 20 juni 2002 inzake ISV-ontwikkelingsprogramma Stedelijke Vernieuwing Rijswijk
26
2000 en 2005. - Collegebesluit d.d. 7 juni 2007 inzake voortzetting Centrummanagement In de Bogaard. - Raadsvoorstel Subsidieverordening Stimulering Oud-Rijswijk, d.d. 5 maart 2006/ gewijzigd 22 mei 2007. - Raadsbesluit d.d. september 2006, Nota Handhavingsbeleid Kinderopvang Gemeente Rijswijk. Ontwikkelingen: Op dit moment zijn alle kavels met betrekking tot de ontwikkeling van kantoren nagenoeg uitgegeven. Het is nu van groot belang dat er alles aangedaan wordt om de bestaande bedrijven te behouden. Een verdere profilering van het Bedrijfscontactpunt is hiervoor noodzakelijk. Voor de ontwikkeling en de kwaliteit van de Plaspoelpolder is het van belang dat de transitie-gedachte voortgang vindt. Voor wat betreft de buurtwinkelcentra geldt dat zij nog steeds onder druk staan. Het is van belang om in goed overleg met de eigenaren te bekijken wat de mogelijkheden van de verschillende centra zijn. De levensvatbaarheid van de buurtwinkelcentra is van belang voor vooral de oudere inwoners van Rijswijk. Op 1 januari 2005 is de Wet Kinderopvang in werking getreden. De gemeentelijke taken als subsidiëren en uitbreidingen realiseren zijn vervallen. De nadruk ligt op het controleren van de kwaliteit, het financieren van het werkgeversdeel voor bepaalde doelgroepen, de stimulerende rol voor een gunstig ondernemersklimaat en het bevorderen van een integraal lokaal jeugdbeleid. Het aanbod aan voor- en naschoolse opvang op school is aan het groeien door de Motie Van Aartsen-Bos die de schoolbesturen verplicht stelt tot aanbieden hiervan als ouders hier om vragen. De verwachting is dat het aantal kinderopvanginstellingen hierdoor stijgt (zie ook de Programma’s Onderwijs en Zorg, Welzijn en Volksgezondheid). Wat doen we daarvoor? Voorgenomen voor 2008 -
Ontwikkelen van een startersbeleid. Het profileren van het Bedrijfscontactpunt. Faciliteiten t.b.v. expats. De GGD inspecteert jaarlijks de kinderopvanginstellingen. Waar nodig zal de gemeente handhaven.
Voorgenomen voor 2009 – 2012 (aanvullend) -Herinrichting van het winkelgebied Pr. Irenelaan/Pr. Margrietsingel (hiervoor zijn nog geen middelen gereserveerd). Kerngegevens / kengetallen Inwoners Werkzame personen (fulltime) waarvan op bedrijventerreinen
Aantal vestigingen waarvan detailhandelsvestigingen werkloosheid % Rijswijk werkloosheid % Stadsgewest Haaglanden Gegevens per buurtwinkelcentrum: - In de Bogaard jan. 2004 jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007 - Winkelcentrum Oud Rijswijk jan. 2004
2002 48.798 37.851 24.703
2003 48.600 37.048 24.225
2004 47.692 36.034 23.761
2005 47.389 33.674 19.792
2006 47.085 31.922 17.504
2002 1.885 361 7,5 7,7
2003 1.822 370 6,8 8,3
2004 2.058 368 8,1 9,5
2005 1.975 357 8,0 9,5
2006 1.988 350 8,2 9,3
180 winkelpanden, 56.769 vvo, 1% leegstand 5 % leegstand 6% leegstand 4 % leegstand 103 winkelpanden, 10.817 vvo, 10% leegstand
27
- Ravesteijnplein
- Irenelaan/Margrietsingel
- Waldhoornplein
- Colijnlaan/Huis te Landelaan
- Van Mooklaan
jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007 jan. 2004 jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007 jan. 2004 jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007 jan. 2004 jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007 jan. 2004 jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007 jan. 2004 jan. 2005 jan. 2006 jan. 2007
Aantal bedrijven opgeheven Aantal bedrijven vertrokken Aandeel eenmanszaken % Rijswijk ca. Aandeel eenmanszaken % Haaglanden ca. Aantal eenmanszaken Aantal personen werkzaam in de Plaspoelpolder (fulltime) ca. Regionale positie In de Bogaard e koopstromenonderzoek Provincie (1999 12 )
11% leegstand 10 % leegstand 9% leegstand 22 winkelpanden, 2.596 vvo , 4% leegstand 9% leegstand 14% leegstand 1 pand staat leeg 5 winkelpanden, 2.048 vvo, geen leegstand geen leegstand geen leegstand geen leegstand 6 winkelpanden, 399 vvo, 1 pand staat leeg geen wijzigingen geen leegstand geen leegstand 15 winkelpanden, 1.354 vvo, geen leegstand 2 panden staan leeg 2 panden staan leeg geen leegstand 10 winkelpanden, 707 vvo, 1 pand staat leeg geen wijzigingen 3 panden staan leeg geen leegstand 2002 131 30 32,6 39,3 612
2003 149 34 31,1 39,1 567
2004 155 34 37,9 41 781
2005 95 11 36,4 41,7 718
2006 nnb nnb 36,7 42,2 729
20.297
19.213
18.673
16.355
13.794
10
e
Eind 2006 heeft Rijswijk 47.085 inwoners en zijn er 34.502 personen werkzaam in de gemeente; netto is dit 31.922. De meeste werkgelegenheid in Rijswijk is geconcentreerd op bedrijventerreinen (70%). Het merendeel daarvan bevindt zich in de Plaspoelpolder (14.544 werknemers). Het aantal vestigingen is ten opzichte van 1 januari 2005, nagenoeg hetzelfde gebleven. In Rijswijk is de leegstand in kantoren de afgelopen 2 jaar iets afgenomen (van 16,1% in 2004 naar 14,2% in 2006). Voor de buurtwinkelcentra en winkelcentrum Oud Rijswijk geldt dat de leegstand hetzelfde is gebleven. In het regionale winkelcentrum In de Bogaard schommelt de leegstand rond de 4%.
28
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 3100 6110 6500 Totaal
Begroting Lasten 876 5.992 541 7.409
Economische aangelegenheden Werkgelegenheid en uitstroom Kinderopvang
Resultaat voor bestemming 9800
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
Exploitatie (meerjarig):
Saldo
4.381
0
0
7.409
4.381
2008
Totaal investeringen
Lasten Baten
7.409
Mutatie reserves
Resultaat na bestemming
2008 Baten 86 4.295 0 4.381
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
2012
0
0
0
0
0
Realisatie 2006 8.097 5.522
2007 8.692 5.860
2008 7.409 4.381
2009 7.405 4.381
2010 7.394 4.381
2011 7.390 4.381
2012 7.357 4.381
2.575
2.832
3.028
3.024
3.013
3.009
2.976
29
30
Programma Onderwijs Wat willen we bereiken? Doelstelling 1 Iedere in de gemeente Rijswijk wonende of schoolgaande jeugdige behaalt een startkwalificatie . Gedurende de schoolcarrière zijn de randvoorwaarden aanwezig om het individueel talent optimaal te ontwikkelen. Taal- en ontwikkelingsachterstanden van volwassenen worden zoveel mogelijk bestreden. Subdoelstellingen met beoogd effect 1. Het voorkomen en bestrijden van schooluitval. Alle leerlingen behalen een startkwalificatie en zijn op deze manier voorbereid op de arbeidsmarkt. • Leerlingen zijn zelfredzaam en hebben een grote kans te kunnen participeren op de arbeidsmarkt 2. •
Het voorkomen en bestrijden van taal- en ontwikkelingsachterstanden. Leerlingen starten in groep 3 van het primair onderwijs zonder taal- en ontwikkelingsachterstanden
3. •
Het stimuleren van leerlingen om het individueel talent optimaal te ontwikkelen. Leerlingen worden geprikkeld om alles uit zichzelf te halen
4.
Het realiseren en in stand houden van een basispakket van onderwijsvoorzieningen voor het primair, voortgezet (speciaal) onderwijs en volwassenen. Leerlingen kunnen zich in een veilige en onderwijskundig geschikte omgeving ontwikkelen en een beroep doen op voorzieningen (zoals adequaat leerlingenvervoer) Het bevorderen van maatschappelijke participatie
• • 5. • •
Het realiseren van een samenhangende aanpak van brede activiteiten tijdens en na schooltijd in en rond de scholen. Leerlingen ontwikkelen zich breed in en rond de school ondermeer op het gebied van sport en spel, creativiteit, techniek en media, kunst & cultuur Leerlingen kunnen deel nemen aan dagarrangementen
Randvoorwaarden • Raadsbesluit d.d. 19 november 2002 inzake verordening leerlingenvervoer. • Raadsbesluit d.d. 24 mei 2005 inzake leidraad integraal huisvestingsplan. • Raadsbesluit d.d. 12 december 2006 inzake wijziging verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. Ontwikkelingen De wet op het onderwijsachterstandbeleid per 1 augustus 2006 (OAB) heeft een aantal veranderingen in het onderwijsachterstandenbeleid teweeg gebracht. In het nieuwe beleid is een grotere autonomie voor de schoolbesturen omschreven, gepaard gaande met een verhoging van de direct aan het gezag van de scholen toegekende middelen. De gemeenten ontvangen voor onderwijsachterstandenbeleid budget voor de voorschoolse educatie en evt. schakelklassen. Voor het lokaal onderwijsbeleid blijft de gemeente verantwoordelijk voor de onderwijsvoorzieningen in de gemeente en het beperken van het voortijdig schoolverlaten in het kader van leerplichtwet. Het gemeentelijk onderwijsbeleid beweegt door deze wetswijziging richting het snijvlak van jeugd- en onderwijsbeleid, waarbij voor onderwijsbeleid overleg met de schoolbesturen benodigd is. In de kadernota jeugd- en onderwijsbeleid wordt het kader omschreven waarbinnen de gemeente Rijswijk dit zal uitvoeren. Per 1 augustus 2007 is de kwalificatieplicht tot 18 jaar ingevoerd. Jongeren tot 18 jaar blijven leerplichtig totdat ze een startkwalificatie hebben behaald. De kwalificatieplicht vereist een goede handhaving van de leerplichtwet. Het rijk stelt hiervoor extra middelen beschikbaar. In het regeerakkoord staat vermeld dat het kleinschalig organiseren van scholen zal worden bevorderd. Het concept van brede scholen zal worden gestimuleerd. Dit heeft mogelijk consequenties voor de huisvesting van scholen. Gemeenten zijn hiervoor verantwoordelijk en dienen dan ook betrokken te worden bij de uitwerking van de voornemens. 1
Een startkwalificatie is volgens de overheid het minimale onderwijsniveau dat nodig is om kans te maken op duurzaam werk. Een startkwalificatie is een havo of vwo-diploma of een mbo-diploma vanaf niveau 2.
31
De financiële situatie van de gemeente Rijswijk brengt de noodzaak met zich mee om investeringen voor onderwijshuisvesting voor 2008 en volgende jaren vooralsnog te beperken en functionele aanpassingen te schrappen. Op grond van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs is een bekostigingsplafond ingesteld. Dit betekent dat niet alle aanvragen voor het huisvestingsprogramma 2008 gehonoreerd kunnen worden. Het aanbod aan voor- en naschoolse opvang op school is aan het groeien door de Motie Van Aartsen-Bos die de schoolbesturen verplicht stelt tot aanbieden hiervan als ouders hier om vragen. Daarnaast wordt vanuit het Rijk de oprichting van brede scholen aangemoedigd. De rol van de gemeente is stimulerend en faciliterend. De nieuwe Wet inburgering heeft gevolgen voor de mogelijkheden van het aanbieden van onderwijs binnen de volwasseneneducatie. Het is niet langer toegestaan voor gemeenten om nieuwkomers en oudkomers met een inburgeringsverplichting of -behoefte op de taalniveaus NT2 (A1 en A2) te scholen vanuit het educatiebudget. Wel kunnen inburgeringsplichtigen en inburgeringsbehoeftigen voorafgaande aan hun inburgering vanuit de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) een alfabetiseringstraject volgen. Daarnaast kunnen deelnemers NT-2 op de niveaus B1 of hoger uit de WEB taalonderwijs volgen. Hierdoor zal het onderwijsaanbod van de WEB sterker gericht worden op sociale redzaamheid en breed maatschappelijk functioneren. Wat doen we daarvoor? Algemeen: • Het opstellen van een integraal beleidskader voor de jeugd (nota jeugd- en onderwijsbeleid). Onderdeel hiervan is overleg met de scholen en schoolbesturen over het lokaal onderwijsbeleid en het onderwijsachterstandenbeleid om zodoende een vraaggericht beleid uit te voeren. Daarbij worden in gezamenlijkheid prioriteiten benoemd en vindt, waar mogelijk, gedeelde inzet van middelen plaats. • Gezien de keuze voor een integrale jeugd- en onderwijsnota wordt volwasseneneducatie niet meegenomen. In deze programmabegroting is het onderdeel volwasseneneducatie echter wel geïntegreerd. Bij subdoelstelling 1: • De gemeente handhaaft de Leerplichtwet en heeft een rol in het terugdringen van het voortijdig schoolverlaten en het verminderen van jeugdwerkloosheid, onder meer door betrokkenheid bij het Regionale Meld- en Coördinatiepunt, de Wet inschakeling werklozen en het regionale arbeidsplatform (RPA). • Het voeren van een volledige leerplichtregistratie en de registratie van de niet-leerplichtige leerlingen tot 23 jaar zonder startkwalificatie. • Het mogelijk maken van het uitvoeren van de preventieve maatregel Halt-afdoening ‘Spijbelen’ door Halt Haaglanden en het OM. • Inzichtelijk maken en aanpakken van de uitval rondom overgang VMBO-MBO (ROC) en met betrokken partijen een plan van aanpak ontwikkelen. • Het subsidiëren van het meerjarenplan van aanpak van de SOB (Samenwerkingsverband OnderwijsBedrijven) en CBOR (Commissie Bedrijf en Onderwijs Rijswijk) in het kader van de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. • In samenspraak met de schoolbesturen schoolmaatschappelijk werk realiseren. • Het aanbieden van VAVO-onderwijs (voortgezet algemeen volwassenen onderwijs) voor volwassenen vanuit de WEB. Bij subdoelstelling 2: • De twee lopende voor- en vroegschoolse educatie projecten continueren. • Plan van aanpak VVE tot en met 2010 effectueren: in het kader van de voorschoolse educatie het bereik van de doelgroepkinderen verhogen met 20%, te realiseren voor 1 augustus 2010. • In overleg met de schoolbesturen de behoefte en haalbaarheid van een schakelklas onderzoeken • Aanbieden en toegankelijk maken van Nederlandse taaltrajecten voor volwassenen ter bevordering van de persoonlijke ontwikkeling in het kader van de uitvoering van de WEB.
32
Bij subdoelstelling 3: • Gemeentelijke middelen beschikbaar stellen voor onderwijsbegeleiding en remedial teaching, onderwijsvoorlichting en schooltuinen. Bij subdoelstelling 4: • Het afronden van het project Veiligheid rond en in School. • Voorzien in voldoende, veilige en onderwijskundig geschikte huisvesting voor alle scholen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs in Rijswijk op grond van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. • In overleg met de schoolbesturen via het huisvestingsprogramma afspraken maken over noodzakelijke aanpassingen, op basis van schouwingsrapporten die worden getoetst aan de verordening. • Het uitvoeren van de wettelijke taken op het gebied van leerlingenvervoer. • Ontwikkelen en aanbieden van opleidingen sociale redzaamheid in samenwerking met maatschappelijke organisaties voor volwassenen ter bevordering van de persoonlijke ontwikkeling en sociale redzaamheid in het kader van de uitvoering van de WEB. Bij subdoelstelling 5: • Het subsidiëren van het netwerkschoolconcept, schoolzwemmen en vakonderwijs lichamelijke opvoeding. • De Rijswijkse Netwerkschool zal binnen de geschetste kaders van de motie van Aartsen-Bos een nieuwe impuls krijgen. Een haalbaarheidsonderzoek naar brede scholen zal duidelijkheid geven over hoe en waar de gemeente haar stimulerende en faciliterende rol invult. • Start met gemeentebrede aanpak van kunst- en cultuureducatie op het primair onderwijs in 2007/2008.
Kerngegevens/kengetallen Leerlingen per teldatum 1 oktober van het jaar: - Regulier primair onderwijs - Speciaal (basis)onderwijs - Voortgezet onderwijs Overige kengetallen in schooljaar:
2002
2003
2004
2005
2006
2007
3.457 446 3.074
3.347 521 3.004
3.346 521 2.800
3.317 551
3.449
3.569 455 3.452
2004/2005
2005/2006
2006/2007
Aantal gebouwen primair (speciaal) onderwijs Aantal gebouwen speciaal onderwijs Aantal gebouwen voortgezet onderwijs
18 2 6
18 2 6
18 2 6
Leerlingenvervoer in aantal leerlingen Eigen vervoer Openbaar vervoer Aangepast vervoer
10 13 87
13 12 53
10 11 68
86 50 n.v.t.
115 58 n.v.t.
n.n.b. n.n.b. 19
Aantal meldingen ongeoorloofd schoolverzuim Aantal leerplichtige schoolverlaters Aantal Halt-afdoeningen spijbelen
33
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 4010 4030 Totaal
Begroting 2008 Lasten Baten 2.973 0 2.120 917 5.093 917
Huisvesting scholen Lokaal onderwijsbeleid
Resultaat voor bestemming 9800
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
0
0
5.093
917
2008
Totaal investeringen Exploitatie (meerjarig):
Saldo
917
Mutatie reserves
Resultaat na bestemming
Lasten Baten
5.093
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
2012
115
0
500
500
0
Realisatie 2006 5.010 1.151
2007 5.338 959
2008 5.093 917
2009 5.068 917
2010 4.995 917
2011 5.018 917
2012 4.968 917
3.859
4.379
4.176
4.151
4.078
4.101
4.051
34
Programma Sport, Cultuur en Recreatie Wat willen we bereiken? Doelstelling Alle inwoners van Rijswijk kunnen gebruik maken van een vraaggericht gevarieerd aanbod van voorzieningen op het gebied van sport, recreatie, kunst- en cultuur en historisch erfgoed. Doelstelling is tweeledig: Het bevorderen van de sociale samenhang, integratie en gezondheid. Het stimuleren van kunst- en cultuurbeleving en historische besef. Subdoelstellingen: - Het vergroten van deelname aan cultuur en sport. - Het verbeteren van de sociale cohesie binnen de wijk door het opzetten van samenwerkingsverbanden tussen buurt, onderwijs en sport waarbij sport als middel wordt ingezet. - Het kennis kunnen nemen van de verschillende vormen van professionele kunstuitingen. - Het stimuleren van amateurkunstbeoefening, cultuurbeleving en kunsteducatie. - Financiële drempel van culturele activiteiten te bewaken om de toegankelijkheid te waarborgen. - Het visueel aantrekkelijk maken van de gemeente door het toepassen van beeldende kunst. - Het opbouwen, ontsluiten en beschikbaar stellen van voor iedereen bestemde collecties van geschriften, audiovisuele materialen, digitale informatiebestanden en kunstwerken die actueel, pluriform en representatief voor het veld van kennis en cultuur zijn. - Het bevorderen van culturele vorming, informatievoorziening, educatie en ontspanning aan individuen en groepen. - Het bevorderen van de kennis over en de bekendheid met het culturele erfgoed van de gemeente. - Het mede zorgdragen voor aanbod van lokale radio en het instandhouden van de regionale programmaraad. - Het realiseren van een aanbod van recreatieve voorzieningen en speelvoorzieningen dat aansluit bij de beoogde doelgroep(en). - Het bevorderen van de toegankelijkheid en gebruiksmogelijkheden van (openbaar) groen. - Het voortzetten van de implementatie van de archeologische monumentenzorg in de ruimtelijke ordening zodat het Rijswijks cultuurhistorisch erfgoed behouden blijft voor de komende generaties. - Het blijven informeren van de Rijswijkse bevolking over de resultaten van het archeologisch onderzoek en over monumentenzorg. - Het realiseren van kwalitatief goede sportaccommodaties (zowel binnenals buitenaccommodaties) met daaraan gekoppeld zoveel als mogelijk een concentratie van de buitensport op vier grote sportparken t.w. Sportpark Irene, Sportpark Hoekpolder, Sportpark Elsenburg en Sportpark Vredenburch zodat een optimaal gebruik kan worden gerealiseerd. Bestuurlijke kaders: Project Groene Schakel Zwethzone (2004); Groenbeleidsplan (1994); Convenant Zwethzone; Nota Monumenten- en Archeologiebeleid gemeente Rijswijk 2005-2009, vastgesteld door B&W, september 2005; Raadsbesluit d.d. mei 2006, inzake de kadernota Sport ; Aanpassing nota Speel- en ontmoetingsplekkenbeleid (2006); Voortgangsrapportage Landgoederenzone (2007). Ontwikkelingen De campagne om de jeugd op brede schaal kennis te laten maken met diverse manieren van bewegen wordt uitgebreid, dit mede in het kader van de B.O.S.- impuls van het ministerie van VWS. De uitwerking van de vastgestelde “kadernota sport” zal worden gecontinueerd. In het collegeprogramma staat vermeld dat Landhuis de Voorde moet worden opgeknapt en dat verkoop, als mogelijke kostendrager voor de ontwikkeling van de Landgoederenzone, een optie is. Bij functiewijziging zal aan de huidige kunstenaars vervangende atelierruimte worden aangeboden.
35
In het collegeprogramma staat tevens vermeld dat de mogelijkheid onderzocht zal worden om te komen tot een bundeling van krachten in de functie van cultuur en historie. Dit onderzoek zal leiden tot een raadsvoorstel. Indien de raad akkoord gaat, zal de verdere uitwerking van een dergelijke voorziening in 2008 plaats vinden. Voor nieuwe aanleg en herinrichting van speelterreinen in de openbare ruimte zijn voor de komende jaren geen middelen gereserveerd. Activiteiten zullen zich dan ook richten op onderhoud, vervanging en het garanderen van de veiligheid. Herinrichting en aanleg van nieuwe speelplekken is slechts mogelijk als onderdeel van integrale projecten. De tendens om speelplekken en andere zaken in de openbare ruimte participerend met bewoners en instellingen aan pakken zet zich voort. In het kader van de subsidieregeling Actieplan Cultuurbereik van de provincie ZH is in 2007 een platform cultuureducatie opgericht voor de regio Rijswijk en Leidschendam-Voorburg. Dit platform richt zich op het verbeteren van de afstemming tussen het aanbod van de instellingen op het gebied van cultuureducatie en de vraag vanuit voortgezet onderwijs. De coördinatie is in handen van de cultuurbemiddelaar. In het kader van de bibliotheek-vernieuwingsgelden zijn er door de gemeente twee subsidies aangevraagd bij de provincie Zuid-Holland voor de implementatie van het kwaliteitsmodel INK en het makkelijk lezen plein (voor jeugd). Meerjarenconvenanten worden afgesloten met diverse instelllingen. Aanleggen van kunstgrasvoetbalvelden op de drie grote sportparken. Opstellen van een tarievennota sport waarin tevens opgenomen het kwaliteitsniveau van de sportaccommodaties en wie verantwoordelijk is voor welke investeringen en onderhoud. Er is opdracht gegeven voor een ruimtelijke verkenning om te komen tot een ontwikkeling van een golfaccommodatie in het Kruisvaarderspark In 2008 zal een nieuwe nota Monumentenzorg en Archeologie worden opgesteld. Bij het opstellen van deze nota zal rekening worden gehouden met de inwerkingtreding van het Verdrag van Malta per 1 september 2007.
Wat doen we daarvoor? •
De B.O.S.-impuls, buurt, onderwijs en sport, gaat zijn tweede jaar in. Onder de volgende projecten worden sportactiviteiten uitgevoerd om achterstanden op het gebied van welzijn, gezondheid en sport & bewegen te verbeteren: 1. “Gezond bewegen” 2. “Wij(k) in beweging”. De B.O.S. impuls loopt tot januari 2011. Het percentage kinderen met overgewicht moet zijn afgenomen en de NNGB, Nederlandse norm gezond bewegen, wordt door een groter aantal kinderen gehaald. Op wijkniveau zal het individuele gezondheidsgevoel en de tot stand gekomen samenwerking tussen onderwijs, welzijn en sport de sociale cohesie bevorderen. • • • • •
De realisatie van het sport- en welzijnscentrum Prinses Irenepark (motie Verhagen) en in het verlengde daarvan het vaststellen van een beleidskader ten aanzien van multifunctionele sport- en welzijnsaccommodaties. Realisatie van een Cruijffcourt in de Muziekbuurt. Stimuleren van evenementen voor en door jongeren o.a. continueren van Herfstpop, Pannavoetbaltoernooi. Minimaal vier sportverenigingen worden financieel ondersteund bij nieuw op te zetten sportactiviteiten voor de jeugd. Het “Zwemmen-na-Schooltijd” wordt gecontinueerd voor het vijfde jaar. Deze vangnetconstructie is gericht op kinderen uit de groepen 6 t/m 8 van het basisonderwijs, die nog geen zwemdiploma hebben.
36
• • • • • •
De Schoolsportcommissie organiseert i.s.m. de Academie voor Lichamelijke Opvoeding, het Mondriaan College en lokale sportverenigingen vijf schoolsportdagen. De schoolsportdagen zijn mede toegankelijk voor het speciaal onderwijs. In het kader van Sportpromotie wordt driemaal per jaar het Rijswijkse sportcafe georganiseerd. De uitreiking van de jaarlijkse Rijswijkse Sportprijs. In 2008 renoveren van het sportpark Vredenburch inclusief de aanleg van een kunstgrasveld. In 2008 aanleggen van een kunstgrasveld op het sportpark Hoekpolder. Het opstellen van een beheersplan voor het onderhoud van de sportparken.
Er wordt in schooljaar 2007/2008 gestart met gemeentebrede aanpak van kunst- en cultuureducatie op het primair onderwijs. De lokale instellingen op het gebied van kunst en cultuur werken mee aan dit project en hebben een passend aanbod ontwikkeld. In een beleidsnotitie over het Rijswijks atelierbeleid zullen visie en uitgangspunten worden beschreven en zullen mogelijke oplossingen voor de kunstenaars van het landhuis de Voorde worden meegenomen. In 2008 worden de lesbrieven, die gekoppeld zijn aan de Rijswijkse Canon, geïntroduceerd in het onderwijsveld. Het boekje met de 20 vensters (onderwerpen uit de Rijswijkse geschiedenis) wordt ook verder uitgezet bij instellingen in Rijswijk en bij de Rijswijkse bevolking. In de eerste helft van 2008 worden er convenanten ontwikkeld voor Trias en de Schouwburg. Deze treden per 1 juli 2008 in werking. Nieuwe meerjaren subsidieovereenkomst 2008-2013 tussen gemeente Rijswijk en RTV-Rijswijk wordt van kracht. Beleidsvisie en meerjarenovereenkomst bibliotheek opstellen en afsluiten. Het niveau van dienstverlening bibliotheek handhaven. Uitvoering van twee bibliotheek-vernieuwingsactiviteiten (INK en makkelijk lezen). In het kader van de kunstregeling bij nieuwbouw zullen in ieder geval kunstopdrachten worden gerealiseerd ten behoeve van de locatie Hoornwijck en de nieuwbouw Brandweerkazerne. Vergroten van de media-aandacht voor belangrijke Rijswijkse gebeurtenissen, waaronder lokale politieke activiteiten. Kerngegevens/kengetallen 2006 Aantal leden SOBR Aantal uit te lenen boeken Schouwburg: aantal voorstellingen Trias: aantal deelnemers (4 – 23 jarigen) Buitensportaccommodaties: Aantal voetbalvelden Aantal kunstgras trainingsvelden Aantal kunstgrasvoetbalvelden Aantal hockeyvelden (kunstgras) Aantal korfbalvelden (kunstgras) Aantal handbalvelden Aantal honk- en softbalvelden Aantal fietscrossbanen Aantal wielerbanen Aantal hondensportterreinen Aantal petanquebanen
37
2007
2008
13.000 475.000
13.000 475.000
11.500 475.000
140
140
140
1.100
1.060
1.060
14 2 0 2 1 3 1 1 1 1 0
14 2 0 2 1 3 1 1 1 1 0
13 1 1 2 1 0 1 1 1 1 14
2006
2007
2008
Aantal skatebanen
0
0
2
Binnensportaccommodaties: Aantal gymzalen Aantal zwembaden Aantal sporthallen
0 1 3
0 1 3
3 1 3
2007 Project Gezond bewegen Project Wij(k) in beweging: aantal wekelijkse locaties Schoolsport: aantal sportdagen voor primair onderwijs Zwemmen na schooltijd: aantal cursisten Samenwerkingsverband verenigingen Sportpromotieprojecten Ondersteuning sportverenigingen jeugdsportstimulering
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 5100 5300 5400 5410 5800 Totaal
1800 4 5 66 3 4 4
1800 4 5 66 3 4 4
Begroting 2008 Lasten Baten 1.368 0 4.623 1.887 2.208 7 910 40 611 0 9.720 1.934
Openbaar bibliotheekwerk Sport Kunst en cultuur Cultureel erfgoed Speeltuinwerk
Resultaat voor bestemming 9800
2008
9.720
1.934
0
0
9.720
1.934
Mutatie reserves
Resultaat na bestemming
Wat mag het kosten? (bedragen x 1.000) Investeringen (meerjarig):
2008
2009
2010
2011
2012
Totaal investeringen
1.171
117
226
288
220
Exploitatie (meerjarig): Lasten Baten Saldo
Realisatie 2006 9.647 1.921
2007 9.877 1.843
2008 9.720 1.934
2009 9.989 1.934
2010 9.954 1.934
2011 10.074 1.934
2012 10.067 1.934
7.726
8.034
7.786
8.055
8.020
8.140
8.133
38
Programma Zorg, Welzijn en Volksgezondheid Wat willen we bereiken? Doelstelling Voor alle inwoners moet Rijswijk een stad zijn waar het goed wonen en leven is. Met de komst van de Wet maatschappelijke ondersteuning wordt de eigen verantwoordelijkheid van burgers, meedoen aan de samenleving en een uitbreiding van gemeentelijke verantwoordelijkheden op het gebied van zorg, welzijn en wonen centraal gesteld. Hierbij is het van belang dat de infrastructuur voor zorg, welzijn en volksgezondheid goed op orde is. Een van de meest basale voorwaarden om mee te kunnen doen in de samenleving is een goede gezondheid, zowel fysiek als geestelijk. Een adequaat aanbod aan preventieve maatregelen op het gebied van gezondheid voorkomt dat inwoners belemmerd worden in hun deelname aan de maatschappij en dat zij een beroep moeten doen op collectieve of individuele voorzieningen. Rijswijk telt veel vrijwilligers die actief zijn op allerlei gebieden. Van sport tot zorg en van de buurtvereniging tot de scouting. Een goed welzijnsbeleid werkt eveneens preventief. De investeringen van nu leiden op termijn tot een verlaging van maatschappelijke en individuele schade. Ook goed verzorgde accommodaties die afgestemd zijn op de wensen van de gebruikers versterken het beleid. Ook willen wij mede zorgdragen voor een aanbod van peuterspeelzalen en het toezien op de kwaliteit van de peuterspeelzalen. Daarnaast willen we zo veel mogelijk Rijswijkers in staat stellen om zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen. Dit willen we onder meer bereiken door het verstrekken van individuele Wmo voorzieningen, het aanbieden van flankerende diensten en het in samenwerking met externe partners realiseren van woonservicezones. Beoogde maatschappelijke effecten: - Rijswijk is een aantrekkelijke woongemeente waar mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen. Ter compensatie van beperkingen die burgers ondervinden in de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie worden voorzieningen aangeboden op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. - Een aantrekkelijk vestigingsklimaat waardoor er voldoende aanbod van medische zorg, paramedisch zorg en verzorging en verpleging voor de Rijswijkers is. - Inwoners ondervinden zo min mogelijk lichamelijke, geestelijke of sociale belemmeringen bij hun deelname aan de maatschappij. - Jeugdigen moeten zich optimaal kunnen ontwikkelen en maatschappelijk kunnen participeren om zo te kunnen opgroeien tot verantwoordelijke en zelfstandig functionerende volwassenen. De gemeentelijke inzet is gericht op het voorkomen, opheffen of verminderen van belemmeringen in deze ontwikkeling, waarbij aangesloten wordt op de specifieke ontwikkelingsfase, beleving en behoeften van jeugdigen. - In de kern gaat het er om te bevorderen dat mensen zelfstandig kunnen voorzien in de noodzakelijke kosten van het bestaan. In dit kader worden cliënten van de afdeling Sociale Zaken begeleid en toegeleid naar de arbeidsmarkt. - Belangrijk is ervoor zorg te dragen dat burgers die daar recht op hebben maandelijks een uitkering ontvangen ingevolge de Wet Werk en Bijstand (Wwb), het Besluit bijstand zelfstandigen (Bbz), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw), of de Wet oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz). - In Rijswijk wordt armoede bestreden en voorkomen door middel van gerichte inkomensondersteuning waarmee mensen met een laag inkomen (tot 110% bijstandsnorm geheel resp. tussen 110 en 130% gedeeltelijk) financieel tegemoet wordt gekomen. - Het is van belang om problematische financiële situaties van individuen of groepen te voorkomen of anders op te lossen. Daarnaast is het van belang te bewerkstelligen dat individuen weer zelfstandig aan het maatschappelijk verkeer kunnen deelnemen. - Aangetroffen overledenen, wier teraardebestelling niet door een nabestaande wordt verzorgd, binnen de gestelde wettelijke bepalingen te laten begraven. - Het tegen betaalbare tarieven aanbieden van sociaal culturele activiteiten door sociaal-culturele instellingen en verenigingen waardoor de maatschappelijke participatie van burgers mede wordt
39
-
-
gestimuleerd. Doordat burgers actief betrokken zijn bij de instandhouding en verbetering van de leefbaarheid in de eigen buurt is de sociale samenhang er sterker. Wijk- en bewonersorganisaties weten zich gesteund en gesterkt door een grote, actieve achterban. Voor (leden van) groepen, die door uiteenlopende oorzaken niet optimaal (kunnen) participeren in de maatschappij zijn de belemmeringen sterk afgenomen zodat hun emancipatie daadwerkelijk gerealiseerd kan worden. Door goede randvoorwaarden voor vrijwilligerswerk te scheppen, steeds meer burgers stimuleren om vrijwilliger te worden. De speeltuinen zijn veilig en attractief waardoor kinderen leren met anderen om te gaan en waardoor meer ouders van elkaar kunnen leren over opvoeding. Minder aanspraak op professionele zorg- en dienstverlening door het ondersteunen en stimuleren van mantelzorgers.
Randvoorwaarden en uitgangspunten: Raadsbesluit d.d. december 2000, inzake Bouwstenen Integraal jeugdbeleid. Raadsbesluit d.d. december 2002, inzake Subsidiëring Stichting Welzijn Rijswijk. Raadsbesluit d.d. februari 2003, inzake Nota lokaal gezondheidsbeleid. Besluit Commissie OWSZ d.d. maart 2003, inzake Evaluatie Integraal Jeugdbeleid, sluitende aanpak 0-6 jarigen. Raadsbesluit d.d. april 2003, inzake Beleidskader welzijn. Raadsbesluit d.d. juli 2003, structurele subsidiëring zorgnetwerk 0-12 jarigen Rijswijk. Raadsbesluit d.d. juni 2003, integrale jeugdzorg 2003. Raadsbesluit 2004 Vaststelling algemene subsidieverordening Rijswijk. Raadsbesluit d.d. 28 juni 2005, inzake de Rijswijkse visie op het peuterspeelzaalwerk en de subsidie voor 2006 en 2007. Raadsbesluit d.d. 26 september 2006, Wmo-beleidskader 2007 en Wmo verordening 2007.
Ontwikkelingen - Realisatie Nieuwbouw MFC voor Rijswijk Midden (Braakensieklaan) ter vervanging van het wijkcentrum de Koepel. - Het landelijke WILL-project (welzijnsinformatie landelijk en lokaal) over gestandaardiseerde welzijnsinformatie is ten einde. Het landelijke servicepunt welzijnsinformatie heeft deze taak overgenomen. Rijswijk blijft hieraan deelnemen. - De gemeente is verantwoordelijk voor de vijf preventieve functies op het gebied van jeugdbeleid voortvloeiend uit de Wet op de Jeugdzorg. Deze functies zijn informatie en advies, signalering, toeleiding naar voorzieningen, licht pedagogische hulp en zorgcoördinatie. Voor een sluitende keten is het van belang het lokaal preventief jeugdbeleid te toetsen op de vijf genoemde functies. Belangrijk hierbij is de aansluiting van jeugdbeleid met jeugdzorg en onderwijsbeleid en de inbedding in de Wmo. Het accent van het gemeentelijk beleid ligt op de preventie van problemen. Momenteel wordt gewerkt aan een nieuwe nota Jeugd & Onderwijs. Deze wordt vermoedelijk eind 2007/begin 2008 aan de Raad aangeboden. - Bijdrage leveren aan de herijking van het leefbaarheidoverleg vanuit welzijn; in dit overleg worden gezamenlijk met woningcorporaties, jongerenwerk, opbouwwerk en politie de leefbaarheid van de wijken gemonitored en acties uitgezet om deze leefbaarheid te bevorderen. - Het aanbod aan voor- en naschoolse opvang op school is aan het groeien door de Motie Van Aartsen-Bos die de schoolbesturen per 1 augustus 2007 verplicht stelt tot aanbieden hiervan als ouders hier om vragen. Daarnaast wordt vanuit het Rijk de oprichting van brede scholen aangemoedigd. De rol van de gemeente is stimulerend en faciliterend. De Rijswijkse Netwerkschool zal binnen de geschetste kaders van de moties Van Aartsen-Bos en Verhagen een nieuwe impuls krijgen. Bekeken zal worden of er mogelijkheden zijn om voorzieningen op het gebied van onderwijs, kinderopvang, welzijn, sport en zorg fysiek te clusteren (brede school). - De motie Verhagen heeft betrekking op het stimuleren van hulp aan opvoeders bij het verzorgen en opvoeden van kinderen. - In het regeerakkoord wordt stevig ingezet op jeugd en onderwijs: het concept van brede scholen wordt gestimuleerd; centra voor jeugd en gezin moeten voorzien in een beter toegankelijk (preventief) zorgaanbod voor ouders en jeugdigen; de regelgeving ten aanzien van kinderopvang, peuterspeelzalen en voor- en vroegschoolse educatie wordt geharmoniseerd.
40
-
De Wmo vereist een nieuwe vorm van cliëntenparticipatie. De voortschrijdende extramuralisering vraagt om ontwikkeling van woonvormen voor specifieke doelgroepen. Het gaat hierbij om vormen van beschermd en beschut wonen. Vermaatschappelijking van zorg vraagt om het faciliteren van mantelzorgondersteuning en informele zorg.
Wat doen we daarvoor? Voorgenomen voor 2008 - Subsidiëren van de Stichting Welzijn Rijswijk, waardoor deze een samenhangend pakket van voorzieningen en professionele activiteiten kan bieden op het gebied van kinderwerk, jongerenwerk, ouderenwerk, opbouwwerk, volwassenenwerk, vrijwilligerswerk, gehandicaptenwerk, buurtbemiddeling en het beheer van de wijkaccommodaties. - Het leveren van een gemeentelijke bijdrage aan de ontwikkeling van definities van welzijnsproducten, productregistratie, en benchmarking. - Bijdrage leveren aan het ontwikkelen van een visie op het welzijns-accommodatiebeleid. - Herijking van de normsubsidiëring t.b.v. het wijkwerk en de bewonersparticipatie. - Het (mede)ontwikkelen van een integrale visie op het gebied van sociaal cultureel werk, vrijwilligerswerk, mantelzorg en respijtzorg in het kader van de Wmo. - Het subsidiëren van speeltuinorganisaties. - Het onderhouden en eventueel herinrichten van gemeentelijke speeltuinen. - Subsidiëren van de Stichting Vluchtelingenwerk Rijswijk. - De uitwerking en implementatie van de notitie ‘Emancipatie en participatie’. - Het opstellen van een integraal beleidskader voor de jeugd (nota jeugd- en onderwijsbeleid). - De realisatie van het sport- en welzijnscentrum Prinses Irenepark (motie Verhagen) en in het verlengde daarvan het vaststellen van een beleidskader ten aanzien van multifunctionele sport- en welzijnsaccommodaties. - De invoering van Stevig ouderschap en de uitbreiding van Opstapje structureel implementeren als onderdeel van het opvoedingsondersteuningsaanbod. - Het uitvoeren van participatietrajecten gericht op voor jongeren relevante projecten (onder andere Wegwijs op het gemeentehuis; speel- en ontmoetingsplekken). - Stimuleren van verschillende vormen van jongerenparticipatie. - De nadrukkelijke bevordering van de Netwerkschool (verrijkingsprofiel). - Haalbaarheidsonderzoek naar de realisatie van brede scholen en het ontwikkelen van een visie op het brede school-concept. Hierbinnen moet de relatie worden gelegd met de Netwerkschool. - Monitoring van kinderen en jongeren om zo de positie van deze doelgroepen goed te bezien in relatie tot maatschappelijke ontwikkelingen opdat de juiste infrastructuur wordt gecreëerd. - Stimuleren van evenementen voor en door jongeren (mede op het evenementenplein in de Bogaard); o.a. continueren van Herfstpop, Panna-voetbaltoernooi. - Realisatie van een Centrum voor Jeugd en Gezin. - Aansluiting zoeken bij het Jeugd Interventie Team (JIT). De jongeren krijgen intensieve begeleiding om te voorkomen dat deze jongeren verder afglijden. - Het evalueren van het zorgnetwerk 0-12 jaar. - Opstarten van het zorgnetwerk 12-23 jaar. - Onderzoeken van de mogelijkheden tot implementatie van een gezinscoach. - Uitvoering van de preventieve openbare gezondheidszorg door de GGD op de gebieden algemene gezondheidszorg en gezondheidsbevordering, waaronder de ontwikkeling en uitvoering van actieplannen op inhoudelijke speerpunten binnen het lokaal gezondheidsbeleid. - Permanente waakzaamheid bij de aanpak van infectieziektebestrijding en medische milieukunde. - Uitvoering en verdere ontwikkeling van de integrale jeugdgezondheidszorg door de GGD en Florence, waarbij de ontwikkeling van een Centrum voor Jeugd en Gezin en van het elektronisch kinddossier (EKD) een belangrijke rol spelen. - Uitvoering geven aan taken op het gebied van de openbare geestelijke gezondheidszorg en de ambulante verslavingszorg. Onder meer door middel van het lokale meldpunt OGGZ (openbare geestelijke gezondheidszorg), het SPOR (Sociaal Psychiatrisch Overleg Rijswijk) en het ten uitvoer brengen van het laatste kansbeleid. - Lokale implementatie van de in ontwikkeling zijnde ‘Haagse Aanpak’ voor huiselijk geweld. - Een efficiënte aanpak van geneeskundige en psychosociale hulp bij grootschalige ongevallen en rampen waarbij afstemming met de lokale rampenbestrijding plaatsvindt. - Implementatie van een digitale sociale kaart voor burgers en professionals.
41
-
Subsidiëring van het Regionaal Coördinatiepunt Mantelzorg (RCP). Het instellen van een brede participatieraad WMO. Opstellen van het beleidskader Wmo 2008 – 2012. Opstellen van de nota lokaal gezondheidsbeleid 2008 – 2012. Visieontwikkeling over extramuralisering in relatie tot woonvormen voor specifieke doelgroepen (beschermd en beschut wonen).
Kerngegevens/kengetallen Aantal jeugdigen in Rijswijk 2001 0-12 jaar: 5701 12-23 jaar: 5346
2002 5481 5425
2003 5426 5338
2004 5254 5381
2005 5224 5318
Individuele voorzieningen 2006 Aanvragen/toekenningen Gehandicaptenparkeren Aanvragen/toekenningen Woonvoorzieningen Aanvragen(nieuwe)/toekenningen Vervoersvoorzieningen Aanvragen/toekenningen Rolstoelvoorzieningen Aanvragen voorrangsverklaringen huisvesting Afgifte Huisvestingsvergunningen
2006 nnb nnb
489 / 433 412 / 383 331 / 1036 229 / 231 161 896
Opvoedingsondersteuningsprojecten (aantal cliënten/deelnemers): 1 Spel op maat : 2003: 7 gezinnen / 17 kinderen 2004: 9 gezinnen / 19 kinderen 2005: 11 gezinnen / 26 kinderen 2006: nnb 2
Opstapje :
Opvoedbureau
2003: 15 2004: 15 2005: 15 2006: 15 3
Kom op voor jezelf
kinderen kinderen kinderen kinderen
uit uit uit uit
13 14 15 15
gezinnen gezinnen gezinnen gezinnen
2003: 96 cliënten 2004: 89 cliënten 2005: 100 cliënten 2006: nnb 4
2003/2004: 238 kinderen 2004/2005: 207 kinderen 2005/2006: 232 kinderen
Zorgnetwerk 0-12 jarigen: 2003/2004 12 nieuwe cliënten 48 follow-ups
2004/2005 17 nieuwe cliënten 55 follow-ups
kalenderjaar 2006 6 nieuwe cliënten 15 follow-ups
Meldingen huiselijk geweld 2006 Rijswijk 67 87
AMW Politie Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld (meldingen specifieke geweldssituaties)
22
1
Vluchtelingen/migrantengezinnen met in elk gezin min. 1 kind tussen 1-4 jaar; Kinderen tussen 2-4 jaar uit laagopgeleide allochtone en autochtone gezinnen; 3 Nieuwe cliënten (ouders en intermediairen van 0-19 jarigen) 4 Kinderen uit groep 7en/of 8 2
42
Hele regio
461
Rijswijk 30
Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld (totaal telefonische contacten)
Hele regio 1392
Sociaal cultureel werk Er zijn 20 organisaties actief op het gebied van sociaal cultureel (vrijwilligers)werk, vluchtelingenwerk, bewonersparticipatie, speeltuinwerk en emancipatie.
43
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product
Begroting 2008 Lasten Baten 44 0 16.765 14.988 2.677 164 658 0
1400 6100 6101 6200
Opvang zwerfdieren Inkomensvoorziening Minimabeleid Maatschappelijke begeleiding en advies
6201
Maatschappelijke dienst- en hulpverlening
6202 6203 6204 6220 6300 6301 6310 7100 7110 7240 Totaal
Ouderenbeleid Gehandicaptenbeleid Opvang nieuwkomers Wet Maatschappelijke Ondersteuning Sociaal cultureel werk Jeugdbeleid Welzijnsaccommodaties Volksgezondheid Ambulance dienstverlening Lijkbezorging
Resultaat voor bestemming 9800
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
126 60 1.098 9.606 1.787 432 1.564 1.576 6 14 36.853
0 15 677 1.139 0 25 830 406 0 113 18.357
36.853
18.357
0
124
36.853
18.481
2008
Totaal investeringen Exploitatie (meerjarig):
Saldo
0
Mutatie reserve chronisch zieken en gehandicapten
Resultaat na bestemming
Lasten Baten
440
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
2012
23
214
403
847
95
Realisatie 2006 29.481 17.845
2007 33.466 21.215
2008 36.853 18.357
2009 36.863 18.357
2010 36.866 18.357
2011 36.861 18.402
2012 36.915 18.402
11.636
12.251
18.496
18.506
18.509
18.459
18.513
44
Programma Wonen en Leven Wat willen we bereiken? Doelstelling - Rijswijk is de plaats van de gedifferentieerde woonmilieus binnen een compacte stad. Stedelijk en eigentijds wonen rondom de Bogaard, compact in de vroeg-naoorlogse wijken, groen-stedelijk in Steenvoorde, rustiek in Leeuwendaal en historisch met een dorps karakter in Oud Rijswijk. Groen doet ademen, groen doet bewegen, groen vangt luchtverontreiniging af en zorgt groen voor een mooie stad. Rijswijk biedt met zijn groene inrichting (ecologische zones, groene lanen en pleinen) en door de parklandschappen (de landgoederenzone in het noorden en het stadslandschap in het zuiden) een afwisselend, aantrekkelijke en groene woon- en werkomgeving. Het groene karakter, de stedenbouwkundige kwaliteiten en het behouden en, waar mogelijk, ontwikkelen en verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving zullen bij de verdere ontwikkeling de uitgangspunten blijven. Rijswijk is en dient verder de stad te blijven waar mensen een wooncarrière kunnen maken. - Van belang is daarbij dat er voldoende, goede woningen voor de doelgroepen op de woningmarkt beschikbaar zijn c.q. komen en blijven. Het gaat daarbij met name om de kleine huishoudens, zowel jong als oud, om gezinnen, om mensen met een lager inkomen, maar ook om in Rijswijk werkende personen die nu nog voornamelijk buiten Rijswijk wonen. - Daartoe wordt gewerkt aan een toename van de differentiatie in het woningaanbod. Tevens dienen kansen benut te worden voor bijzondere woonmilieus, zowel met een hoogstedelijk karakter (rondom het station en In de Bogaard) als met een landelijk-stedelijk karakter (in Rijswijk Zuid). - Waarbij het maatschappelijk en sociaal investeren een integrale component vormt voor de aanpak van wijken, wonen, welzijn en zorg. Het gaat immers om de mensen die er (gaan) wonen en de voorzieningen en eventuele zorg die zij behoeven. - Verder dient de Landgoederenzone te worden uitgebouwd tot een multifunctioneel, stedelijk en regionaal landgoedpark die een grotere toegevoegde waarde heeft voor het groene leefklimaat van de stad en waarin cultuurhistorie, ecologie, waterberging, recreatie, sport een plek hebben. - Ten slotte is de actualisering van de bestemmingsplannen van groot belang. Beoogde maatschappelijke effecten: - Rijswijk blijft een aantrekkelijke woongemeente. Verdere differentiatie in het woningaanbod wordt nagestreefd met zoveel mogelijk het behoud van het groene karakter. - Door de herstructurering (meer eengezinswoningen, meer levensloopbestendige appartementen, meer koop) zullen Rijswijkse doorstromers beter in staat zijn in Rijswijk zelf een wooncarrière te maken. Voor 2008 zijn het zowel eengezinswoningen als appartementen die worden opgeleverd, de meerjarenplanning woningbouw gaat uit van 42 eengezinswoningen en 143 appartementen, zowel in het segment sociale huur als in het (middel)dure koopsegment. - Ouderen kunnen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Voorzieningen op maat zo dicht mogelijk bij de burgers. Vergroting van het aanbod van oudervriendelijke woningen eventueel gecombineerd met een woonzorgabonnement of intensieve zorg binnen het concept van de woonzorgzone. In het Stationskwartier wordt in 2008 het woningcomplex de Sfinx opgeleverd met daarin o.a. 118 voor senioren geschikte woningen, een wijkcentrum en een praktijk voor fysiotherapie. Handhaving van een voldoende omvang van de betaalbare voorraad waardoor mensen met lagere inkomens, waaronder starters, hun kansen op een woning in Rijswijk niet zien verkleinen. Als richtlijn wordt een minimumpercentage van 30% van de totale woningvoorraad in 2008 aangehouden als zijnde de betaalbare voorraad (maximale huur € 527 is kernvoorraadgrens in 2007) voor de primaire doelgroep van beleid. De primaire doelgroep bestaat uit bewoners die qua inkomen in aanmerking komen voor huursubsidie (circa 24%). Randvoorwaarden en uitgangspunten: Rijksbeleid: - Nota Mensen, Wensen, Wonen d.d. november 2000 (Kabinet); - Woononderzoek Nederland (Woon) 2006, resultaten bekend februari 2007; - Nationaal Milieubeleidsplan 4, d.d. 13 juni 2001;
45
-
Nota Ruimte d.d. april 2004 (Kabinet); Landelijk Afval Beheerplan; Professionalisering van de Handhaving; Wet gemeentelijke watertaken (treedt per 1 januari 2008 in werking).
Provinciaal beleid: - Nota “Zorg, Welzijn en Wonen: van bouwstenen naar bouwwerk”, voorjaar 2002 (GS van ZuidHolland); - Streekplan Zuid-Holland West d.d. 19 februari 2003 (PS van Zuid-Holland); - Beleidsplan Groen, Water en Milieu 2006 – 2010 d.d. 28 juni 2006; - Woonvisie Zuid-Holland 2005-2014, d.d. januari 2005 (PS van Zuid-Holland). Regio Haaglanden: - Regiovisie Vliet- en Hofland d.d. september 1999 van de gemeenten Rijswijk (college), Leidschendam-Voorburg en Pijnacker-Nootdorp; - Ontwerp-regionaal Milieuplan 2008 - 2012; - Regionaal Structuurplan Haaglanden “Groene schakel in de Randstad” d.d. 20 februari 2002 (AB van Stadsgewest Haaglanden); - Regionale Woonvisie Haaglanden 2000-2015, d.d. november 2003 (AB van Stadsgewest Haaglanden); - Nota Stedenbaan d.d. november 2003 (Platform Zuidvleugel); - Notitie Locatie-ontwikkeling, Bereikbaarheid en Verstedelijking d.d. maart 2004 (DB van Stadsgewest Haaglanden); - Convenant woningbouwafspraken 2005 tot 2010 d.d. december 2004 (DB Stadsgewest, Rijk, Provincie en B&W Den Haag); - Voorlopig ontwerp Regionaal Structuurplan Haaglanden 2020 d.d. 05-06-07 (DB Stadsgewest). Gemeente Rijswijk: - Collegebesluit d.d. oktober 1993 inzake Het groenbeleidsplan “per blad-wijzer” van de gemeente Rijswijk; - Raadsbesluit d.d. 30 januari 1996 inzake Nota “locaties onder de loep”; - Raadsbesluit d.d. 17 februari 1998 inzake Het volkshuisvestingsplan van de gemeente Rijswijk “Samen werken aan waardevol wonen”; - Raadsbesluit d.d. 16/18 mei 2000 inzake De wijkontwikkelingsplannen “Thuis in Rijswijk”; - Raadsbesluit d.d. 20 juni 2000 inzake het ISV-programma 2000 – 2004 “Stedelijke vernieuwing Rijswijk”; - Raadsbesluit d.d. 31 mei 2001 inzake het toekomstarrangement “Verrassend veelzijdig Rijswijk”; - Raadsbesluit d.d. 19 februari 2002 inzake het Masterplan Oud Rijswijk; - Collegebesluit d.d. 8 oktober 2002 inzake de kadernotitie “Wonen en zorg”; - Raadsbesluit d.d. 17 december 2002 inzake de Toekomstvisie Landgoederenzone; - Raadsbesluit februari 2005 inzake het ISV Meerjaren Ontwikkelingsprogramma Stedelijke Vernieuwing 2005 – 2009; - Raadsbesluit juni 2005 inzake woonzorgzones; - Raadsbesluit 2006 inzake Milieubeleidsplan 2006 - 2010; - Collegebesluit 2005 inzake Bouwbeleidsplan 2005; - Raadsbesluit d.d. 31 januari 2006 inzake de herijking van het toekomstarrangement; - Raadsbesluit d.d. 31 januari 2006 inzake de Hoogbouwvisie; - Collegeprogramma Rijswijk 2006 – 2010; - Collegebesluit d.d. 16 mei juni 2006 inzake kadernota voor de woonvisie (behandeld in de commissie WSO d.d. 14 juni 2006 en de Raad ter kennisname d.d. 26 juni 2006); - Collegebesluit d.d. 24 april 2007 inzake vaststelling voorontwerp van de woonvisie Rijswijk 2007+ en vaststelling (gewijzigde) Hoogbouwvisie; - Collegebesluit d.d. 21 augustus 2007 inzake vaststelling ontwerp van de woonvisie Rijswijk 2007+: ‘comfortabel wonen & samen leven’; - Raadsbesluit d.d. 25 september 2007 inzake vaststelling woonvisie Rijswijk 2007+.
46
Ontwikkelingen Gewijzigde wetgeving met betrekking tot luchtkwaliteit, geluid en veiligheid, welke beperkende kaders zullen gaan stellen voor de ruimtelijke (her-)ontwikkeling van het bestaand stedelijk gebied. - In werking treding van de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening en daarmee samenhangend de Grondexploitatewet. - In werking treden van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo). - In werking treden van de Wet gemeentelijke watertaken. De wet treedt op 1 januari 2008 in werking.
Wat doen we daarvoor? Voorgenomen voor 2008 - In de Landgoederenzone staat het Belvedère principe behoud door ontwikkeling voorop. Voor uitvoering van projecten worden de gereserveerde middelen ingezet en gezocht naar aanvullende subsidies en de mogelijkheden van Publiek Private Samenwerking. - Het zorgdragen voor de leefbaarheid van bestaande wijken door uitvoering van de in overleg met de bewoners/belangenorganisaties en in samenwerking met de corporaties opgestelde wijkontwikkelingsplannen. - Aansluitend op de in september 2007 door de raad vast te stellen Woonvisie zal het zogenaamde bod op de Woonvisie door de corporaties verder worden uitgewerkt en zullen de nieuwe meerjarige prestatieafspraken (met de corporaties) hun beslag moeten krijgen. - Op het gebied van wonen en zorg de verdere uitvoering van de afspraken uit het Convenant Woonzorgzones en regievoering op dit gebied in de rest van Rijswijk. - Opstellen van een beleidsnota inzake de inzet van de BLS Vinac gelden i.r.t. het Convenant Woningbouwafspraken. - Opstellen beleidsnota woonwagencentra. - In 2008 zal het Bouwbeleidsplan vastgesteld, vastgesteld in 2005, worden geactualiseerd. In het Bouwbeleidsplan krijgen vergunningverlening en handhaving op het gebied van bouwen en wonen een beleidsmatige grondslag. - In 2006 is een Milieu-meerjarenbeleidsplan opgesteld voor de periode 2006 – 2010, en vastgesteld door de Raad. Het milieubeleidsplan wordt jaarlijks vertaald in een milieujaarprogramma. Over de uitvoering daarvan wordt per kwartaal gerapporteerd. - Maatregelen zullen worden voorbereid die lokaal en regionaal een positief milieueffect zullen hebben. Hierover zal een afzonderlijke nota aan de Raad worden aangeboden. - Ook in 2008 zal een Handhavingsprogramma aan de Raad worden voorgelegd. Op basis van de doelen en de beschikbare capaciteit, wordt de uitvoering van de handhavingstaken geprioriteerd. - Het scheppen van diverse integrale milieubeleidskaders en het geven van een invulling van deze kaders (met name milieuzorg, luchtkwaliteit, energie, duurzaam bouwen, geluid en bodembeheer). - In Avalexverband zal worden gewerkt aan de gescheiden inzameling van kunststof. - Samen met het Hoogheemraadschap van Delfland is uitvoering gegeven aan de verdere uitwerking van de beleidsvisie van het waterplan naar het maatregelenpakket. Een eerste beschouwing van de maatregelen laat zien dat de realisatie van maatregelen de komende jaren nagenoeg gedekt kan worden uit reeds beschikbaar gestelde gelden. - Met name voor de uitvoering van maatregelen vanaf 2012 zullen aanvullende financiële middelen gereserveerd moeten worden. Het maatregelendeel wordt momenteel voltooid, en besluitvorming (incl. financiën) wordt eind 2007 verwacht. - Daarnaast is samen met het Hoogheemraadschap, Provincie en een aantal gemeenten een start gemaakt met de uitwerking van de Kader Richtlijn Water (KRW). Het gaat vooral om maatregelen die de waterkwaliteit verbeteren/beheersen. Of dit uiteindelijk leidt tot maatregelen cq. investeringen voor Rijswijk is nu nog niet aan te geven; voortdurende aandacht hiervoor lijkt wel gewenst. - In Waterkader Haaglanden is een tweetal polders in Rijswijk aangewezen als proeftuin om in aanmerking te komen voor FES subsidie. Het gaat hierbij om de Noordpolder (met daarin de Landgoederenzone) en de Plaspoelpolder. De vraag die hierbij beantwoord moet worden: kan in deze polders de noodzakelijke waterberging op een innovatieve wijze worden gerealiseerd? Voor beide polders is een plan van aanpak opgesteld die inmiddels de instemming hebben van zowel het college als de stuurgroep Waterkader Haaglanden. De komende periode worden de zogenoemde kennisvragen uitgewerkt, waarna besluitvorming plaatsvindt over de realisatie en
47
-
-
financiering. Verwacht wordt dat begin 2008 meer duidelijkheid ontstaat, ook over de benodigde financiële middelen. De consequenties van de invoering van de Wet gemeentelijke watertaken zullen worden uitgewerkt. Gemeenten krijgen meer regie over regenwater in bebouwd gebied. Daarnaast geeft de wet gemeenten ook een rol in de aanpak van stedelijke grondwaterproblemen. De wet maakt de verbrede rioolheffing mogelijk. Het waterplan zal worden vastgesteld inclusief bijbehorend maatregelenpakket.
Voorgenomen voor 2009 – 2012 (aanvullend) Als gevolg van de opgaven die in de nabije toekomst op het gebied van wonen aan Rijswijk gesteld kunnen worden, is het gewenst de samenhang van deze en andere vraagstukken van andere beleidsterreinen t.z.t. in een ruimtelijke structuurvisie (s) zowel op wijkniveau als voor de gehele stad vorm te geven. De structuurvisie voor de gehele stad kan ook als een nadere uitwerking van de herziening van het Regionaal Structuurplan worden beschouwd. Kerngegevens/kengetallen Woningvoorraad: - Eigendomsverhouding: 40 procent van de woningen valt in de categorie eigenaar-bewoner, 43 procent in de categorie sociale verhuur en 17 procent particuliere verhuur. - Woningtype: vrijstaand en 2-onder-1 kap: 2 %; rijtjeswoning: 23%; flat met lift: 33%; flat zonder lift: 25%; boven-/benedenwoning: 17%. - Aantal kamers: 3 of minder kamer(s): 36%; 4 kamers: 35%; 5 of meer kamers: 29%. - Bouwjaar: voor 1946: 22%; 1946-1970: 41%; na 1970: 37%. - Betaalbare voorraad (maximale huur € 389) bedroeg in 2002 ruim 7.000 woningen (30%). Rekening 2006 Opgeleverde woningen naar categorie - sociale huurwoningen - sociale koopwoningen - koop marktsector - huur marktsector - koop duur - gesloopt/onttrokken - toevoeging door splitsing - toevoeging door verbouw en niet-woning tot woning Bestemmingsplannen: - goedgekeurd door GS/Raad van State - vastgestelde bestemmingsplannen - in procedure - in voorbereiding Stedenbouwkundige visies: - in voorbereiding - vastgesteld BOOT-regeling: - plaatsen waar verontreinigde grond is afgevoerd - tanks verwijderd Ontheffingen lozingen afvalwater Afvalverwijdering Opgehaalde hoeveelheid huisvuil in tonnen
Begroting Begroting 2007 2008
26 154 84 6 5 1 -
70 32 23 79 160 34
63 92 30
1 2 0 14
2 2 6
7 4 2 2
-
-
2 5
2 7 6
3 8 10
5 10 10
18.596
17.840
17.840
142 -
Huishoudelijk afval Het LAP (Landelijk Afvalbeheer Plan) heeft voor de gemeenten doelstellingen op het gebied van de huishoudelijke afvalinzameling geformuleerd. Dit betekent voor Rijswijk dat in 2008 het scheidingspercentage 43% dient te zijn. In 2004 was dat 33%, in 2006 39%).
48
2006
2007
2008
142,6 181,6
142,6 181,6
143,6 181,3
58 100 838 25.980 125,80 69,38
58 100 822 26.026 124,62 81,37
58 100 848 25.976 123,26 81,08
Recreatievoorzieningen Volkstuinen (m²)
18.950
18.950
18.950
Toeristische rijwielpaden e.d. Lengte van de recreatieve fiets-, ruiter- en wandelpaden
53.807
53.807
53.807
Plantsoenen en parken Totale oppervlakte openbaar groen onderverdeeld in: (ha) - Wijkgroen - Parken Water (ha) Houten bruggen Zitbanken Aantal park- en straatbomen Beplanting (ha) Gras (ha) * In totaal zijn er 190 kunstwerken, waarvan er 100 in groengebied gelegen zijn.
49
Productverwijzing: (Bedragen x 1.000) Functie Product 5600 7210 7220 7230 8100 8200 8210 8220 8300 Totaal
Begroting 2008 Lasten Baten 3.960 471
Openbaar groen en openluchtrecreatie Afvalverwijdering en –verwerking Riolering en waterzuivering Milieubeheer Ruimtelijke ordening Woningexploitatie Wijkontwikkeling Volkshuisvesting Bouwgrondexploitatie
Resultaat voor bestemming 9800 9800 9800 9800
Mutatie algemene dekkingsreserve Mutatie reserve wijkontwikkeling Mutatie reserve invoering BTWcompensatiefonds Mutatie reserve riolering
Resultaat na bestemming
6.620 1.085 934 1.957 98 606 1.974 138 17.372
7.280 1.277 0 93 111 65 2.110 1.097 12.504
17.372
12.504
970 0 499
132 271 0
160
0
19.001
12.907
Wat mag het kosten? Investeringen (meerjarig):
2008
(bedragen x 1.000) 2009 2010 2011
Totaal investeringen
3.100
1.127
1.481
1.625
234
Exploitatie (meerjarig): Lasten Baten Saldo
2012
Realisatie 2006 33.332 30.087
2007 17.884 15.042
2008 17.372 12.504
2009 17.328 11.624
2010 17.369 11.735
2011 17.395 11.992
2012 17.633 12.317
3.245
2.842
4.868
5.704
5.634
5.403
5.316
50
ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN EN ONVOORZIEN
51
52
OVERZICHT ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN EN ONVOORZIEN
Lasten Algemene dekkingsmiddelen a) Lokale belastingen waarvan de besteding niet gebonden is: - Ozb eigenaren woningen - Ozb eigenaren niet-woningen - Ozb gebruikers niet-woningen - Ozb - Wet WOZ - Hondenbelasting - Precariobelasting - Retributies - Toeristenbelasting b) Algemene uitkeringen: - Uitkering uit het gemeentefonds c) Dividend: - Dividenden d) Saldo van de financieringsfunctie f) Overige algemene dekkingsmiddelen: - Bespaarde rente - Gemeente eigendommen - Plaspoelpolder - Uitkeringen van derden - BOR-gelden - Vrijval voorzieningen - Saldo van kostenplaatsen
Baten
Saldo
4.191 2.564 2.154 319 1072 57 29 7
600
43.356
161
3.000 763
363 72 75
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen
246 128 295 53 183
1834 479 113 72
454
100 267
3.209
59.798
-56.589
Onvoorzien Onvoorziene uitgaven
211
Subtotaal onvoorziene uitgaven
211
0
211
3.420
59.798
-56.378
Totaal
53
ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN EN ONVOORZIEN Ingevolge het Besluit Begroting en Verantwoording worden de algemene dekkingsmiddelen niet als baten in de diverse programma’s opgenomen, maar separaat in de rekening van baten en lasten geraamd. In dit hoofdstuk worden de onderdelen van de algemene dekkingsmiddelen beknopt toegelicht. Lokale belastingen Bij de opbrengstramingen van de lokale belastingen is rekening gehouden met een trendmatige verhoging van 1,5%. De OZB wordt jaarlijks extra verhoogd met 1,25%, waardoor de stijging in 2008 inclusief het inflatiepercentage van 1,5 % op 2,75% uitkomt. Als dekking voor de stijgende uitgaven is in 2009 nog een extra OZB-verhoging van 2% nodig. De parkeerbelastingen worden om praktische redenen verhoogd met 4,75%. In de paragraaf lokale heffingen wordt nader ingegaan op beleidsuitgangspunten, ontwikkelingen op het gebied van lokale heffingen, de lastendruk en een vergelijking met andere gemeenten in de regio Haaglanden. Algemene uitkeringen Circulaires Het betreft hier de algemene uitkering uit het gemeentefonds. De begroting 2008-2012 is opgesteld met de gegevens uit de junicirculaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De adviesnota is in het college van 5 september behandeld en heeft tot besluitvorming geleid. De eind september te verwachten septembercirculaire van het Ministerie van BZK zal in de eerste begrotingswijziging worden verwerkt. Uitkeringsjaar 2008 De algemene uitkering is voor het jaar 2008 begroot op € 38.200.000. Dit is exclusief de integratie-uitkering WMO, maar inclusief de labeling voor 2008. Labeling in 2008 Besluitvorming in het college over labeling als gevolg van de junicirculaire voor het jaar 2008 heeft tot de volgende gelabelde bedragen geleid: 1. loonkostenontwikkeling 2008 structureel € 600.000 Dit bedrag is beschikbaar gesteld om t.z.t. als dekkingsmiddel te gebruiken voor de financiële consequenties voor de in 2007 af te sluiten nieuwe CAO voor gemeentepersoneel. 2. 100% van de WMO-uitkering De WMO wordt vanaf 2008 volledig objectief verdeeld. In deze situatie heeft de gemeente Rijswijk bijna hetzelfde budget te besteden als in 2007, maar is er geen centrumfunctie meer voor de subsidies wonen met zorg. Omdat de voordelen groot zijn wordt er door het rijk getemporiseerd, waardoor er in 3 jaar pas een volledig voordeel wordt bereikt. Dit levert (na temporisering) in 2008 een hoger netto te besteden bedrag op van € 770.000. Dit voordeel loopt op tot € 1.300.000 in 2010.De ontvangen middelen worden voor 100% beschikbaar gesteld voor labeling ten behoeve van de uitgaven in het kader van de WMO. Over 2008 is de uitkering berekend op € 4.983.000. Dividenden Het dividend wordt geraamd op basis van publicaties en ontvangen rapportages en eventueel bijgesteld in voor- en najaarsnota. In totaal wordt een bedrag van € 3.000.000 geraamd. BNG Het dividend voor 2008 van de BNG wordt negatief bijgesteld t.o.v. de huidige begroting 2008 met € 155.000 naar € 250.000. De resultaten staan onder druk en er wordt rekening gehouden met lagere resultaten. Eneco Het dividend voor 2008 van Eneco wordt positief bijgesteld t.o.v. de huidige begroting 2008, met € 250.000 naar € 2.750.000.
54
De resultaten worden naar verwachting net zo goed als over het jaar 2006, maar het is nog te vroeg om daar volledig van uit te kunnen gaan. Het totaalbedrag dat kan worden geraamd in de begroting 2008 is € 3.000.000, een verhoging van € 95.000. Deze bedragen zijn exclusief de extra dividendinkomsten BNG die ongewijzigd kunnen blijven. Saldo van de financieringsfunctie De doelstelling van het financieringsbeleid omvat het zo gunstig mogelijk contracteren van geldmiddelen op lange termijn (kapitaalmarkt) en korte termijn (geldmarkt). Kortheidshalve wordt het totaal van de rentekosten minus de doorberekende rentekosten aan de programma’s verantwoord op dit onderdeel. Omdat de te betalen rentekosten gemiddeld lager zijn dan de doorberekende rentekosten (5%), ontstaat een voordeel op dit onderdeel van circa € 688.000. Met ingang van de jaarrekening 2007 worden nog te besteden subsidiegelden (begin 2008 € 13.600.000) niet langer als voorzieningen aangemerkt, maar als nog te betalen kosten. De rente over deze voorzieningen ter hoogte van circa € 680.000 komt niet langer tot uitdrukking in de post bespaarde rente, maar in het saldo van de exploitatie rente (financieringsfunctie). Saldo kostenplaatsen Het saldo op de kostenplaatsen is ondermeer ontstaan doordat er nog geraamde bedragen zijn opgenomen na het doorbelasten van uren (tarief) via de kostenverdeelstaat. Dit is een zuiver technische oplossing. OVERIGE ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN De overige algemene dekkingsmiddelen bestaan uit onder andere de gemeentelijke eigendommen, bespaarde rente, uitkeringen van derden en Plaspoelpolder. Bespaarde rente De bespaarde rente is de berekende rente over de reserves en voorzieningen. Voor 2008 wordt het rentepercentage van 5% gehanteerd. De bespaarde rente wordt ten opzichte van de vorige begroting nadelig beïnvloed door de renteopbrengst van de nog te besteden subsidiegelden (begin 2008 € 13.600.000). Zie ook de toelichting op het saldo van de financieringsfunctie. Onvoorziene uitgaven Het karakter van deze post is dat met het daarvoor uitgetrokken bedrag andere posten van de begroting, die door onvoorziene omstandigheden van onvoldoende omvang zijn, door middel van een begrotingswijziging kunnen worden verhoogd. De feitelijke uitgaaf wordt dus niet op de post voor onvoorziene uitgaven verantwoord, maar op het programma / product waarop de uitgaaf betrekking heeft. De post voor onvoorziene uitgaven wordt jaarlijks opgenomen en wordt gedekt door de algemene middelen. De restantraming aan het einde van het jaar vloeit, via het rekeningssaldo, weer terug naar de algemene middelen. In 2008 wordt een bedrag van € 4,50 per inwoner geraamd, in totaal € 211.000. De post voor onvoorziene uitgaven kan alleen worden gebruikt voor incidentele zaken in het lopende begrotingsjaar. Een beroep op de post voor onvoorziene uitgaven kan alleen worden gedaan indien: • er geen andere dekkingsalternatieven mogelijk zijn; • de uitgaaf niet te voorzien was en er sprake is van een nieuw feit dat tijdens de begrotingssamenstelling niet te voorzien was; • de uitgaaf onvermijdbaar is; • de uitgaaf onuitstelbaar is; • de uitgaaf een eenmalig karakter heeft of de uitgaaf een structureel karakter heeft waarvoor in het begrotingsjaar geen dekking voorhanden is, terwijl in de jaren daarna deze dekking wel kan worden gevonden.
55
56
PARAGRAFEN
57
58
Paragraaf Weerstandsvermogen Aanleiding en achtergrond Uw raad en ons college onderkennen het belang van risicomanagement. Dit is ook vastgelegd in de raad van januari 2006, waarin is besloten een systeem van risicomanagement in te stellen. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt welke risico’s er zijn en hoe de risico’s, die van invloed zijn op de bedrijfsvoering, beheersbaar gemaakt kunnen worden. Door het inzicht in de risico's wordt de organisatie in staat gesteld om op verantwoorde wijze besluiten te nemen, zodat toekomstige investeringen op lange termijn in verhouding staan tot de vermogenspositie van de organisatie. Hieronder wordt verslag gedaan van de resultaten van de risico-inventarisatie. Op basis van de tussenstand is tevens het weerstandsvermogen berekend. Risicoprofiel Om de risico’s van onze gemeente in kaart te brengen is in samenwerking met de afdelingen een risicoprofiel opgesteld. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp van een softwareprogramma waarmee risico's systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld. Uit de inventarisatie zijn vanuit de afdelingen in totaal 331 risico's in beeld gebracht met een totaal geraamd risico van ca.€ 60.000.000. Omdat een dergelijk aantal niet beheersbaar is, heeft ons college besloten dat risico’s tot een maximaal bedrag van € 100.000 niet meer in de berekening van het weerstandsvermogen meegenomen worden. Indien een dergelijk risico zich daadwerkelijk voordoet, dienen de lasten hiervan binnen de exploitatiebudgetten opgevangen te worden. Omdat in het softwareprogramma de grens tussen de laagste geldklassen was vastgeld op € 60.000 zijn in onderstaande berekeningen de risico’s vanaf dit bedrag meegenomen. De inventarisatie hiervan brengt nog 92 risico’s in beeld. In het onderstaande overzicht worden echter alleen de bekende tien risico's gepresenteerd die de hoogste bijdrage hebben aan de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. Tabel 1: Belangrijkste risico's Gemeente Rijswijk Risico Precariobelasting op buizen leidt tot bezwaar en beroep, wat leidt tot financieel nadeel Na de vastgestelde herindeling vordert de gemeente Den Haag de opbrengst van de bouwleges op Ypenburg wat leidt tot een nadere vaststelling van het te verrekenen bedrag door de minister van Binnenlandse zaken WMO: Door de WMO krijgen gemeenten nieuwe verplichtingen waarvoor onvoldoende uitvoeringsbudget en uitvoeringskosten zijn toegekend wat leidt tot overschrijding van het budget WWB: Het WWB-budget kan door het ministerie gedurende het jaar worden aangepast wat kan leiden tot financiële tegenvallers Negatief advies Waarderingskamer met betrekking tot herwaardering leidt tot verschuiving betalingstermijnen, renteverliezen en schadeclaims van afnemers ESF traject werken werkt. Reintergratie maakt gebruik van ESF middelen om klanten van SZ zaken te laten reintegreren. Hiervoor zijn met ruim 10 partijen contractafspraken gemaakt. Een van de partijen voldoet niet aan de afspraken wat heeft geleid tot een juridisch probleem. Het kan zijn dat een uitspraak van de rechter leidt tot afkoop van het contract Ontwikkeling Rijswijk Zuid - Toepassing WVG - Toekomstige bestemming - Faseringskosten Vertraging in planafsluiting leidt tot verlies Onderwijshuisvesting: nieuwbouw, uitbreiding en onderhoud wat tot onvoorziene uitgaven kan leiden Inbrengwaarde gronden in fiscaal opzicht mogelijk te laag binnen een aantal exploitaties, waardoor een fiscale claim kan ontstaan Totaal grote risico's Overige risico's Totaal alle risico's
Invloed 7.50% 7.33%
4.01%
3.17% 3.15% 3.12%
2.72% 2.61% 2.28% 2.23%
€ 12.060.000 € 36.312.500 € 48.372.500
Op basis van de ingevoerde risico's is een risicosimulatie uitgevoerd. De risicosimulatie wordt toegepast omdat het reserveren van het maximale bedrag (€ 48.400.000 - zie tabel 1) ongewenst is. De risico's zullen immers niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang optreden. Figuur 1 en de bijhorende tabel tonen de resultaten van de risicosimulatie.
59
Figuur 1: Resultaten van de risicosimulatie Kans op voldoende weerstandscapaciteit Percentage Bedrag 5% 4.444.811 10% 4.814.581 15% 5.093.788 20% 5.319.263 25% 5.539.164 30% 5.746.179 35% 5.936.500 40% 6.119.729 45% 6.301.594 50% 6.485.984 55% 6.674.700 60% 6.896.323 65% 7.127.873 70% 7.376.342 75% 7.661.182 80% 7.956.072 85% 8.342.593 90% 8.843.767 95% 9.694.044 Uit de grafiek en de bijbehorende tabel volgt dat 90% zeker is dat alle risico's kunnen worden afgedekt met een bedrag van € 8,9 miljoen (benodigde weerstandscapaciteit).
3. Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken. Tabel 2: Weerstandsvelden per 1 januari 2008 Weerstandsveld Bezuinigingsmogelijkheden Onbenutte belastingcapaciteit Onvoorzien Algemene reserve Totaal
Capaciteit € 0 € 0 € 212.000 € 16.985.076 € 17.197.566
Het weerstandsvermogen is toegenomen als gevolg van het afsluiten van de bouwgrondexploitaties Havengebied, Stationsgebied, Dillenburg, Huys de Wervelaan en Endezant in 2007. 4. Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten wordt in onderstaande figuur weergegeven.
60
• • • • • • • • • •
Risico's Financieel Bedrijfsproces Juridisch / aansprakelijkheid Informatie / strategie Personeel / arbo Letsel / veiligheid Imago / politiek Materieel Milieu Product
• • • • •
Weerstandscapaciteit Bezuinigingsmogelijkheden Onbenutte belastingcapaciteit Onvoorzien Bestemmingsreserve Algemene reserve
WEERSTANDSVERMOGEN De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit, kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen. Beschikbare weerstandscapaciteit Ratio weerstandsvermogen =
€ 17.197.566 =
Benodigde weerstandscapaciteit
Waarderingscijfer
Ratio
Betekenis
A
> 2,0
Uitstekend
B
1,4 - 2,0
Ruim voldoende
C
1,0 - 1,4
Voldoende
D
0,8 - 1,0
Matig
E
0,6 - 0,8
Onvoldoende
F
< 0,6
Ruim onvoldoende
= 1,94 € 8.843.767
De ratio valt in klasse B. Geconcludeerd kan worden dat op dit moment, volgens de huidige analyse van de mogelijke risico’s, vertaald in het benodigde weerstandsvermogen, de waardering van “Ruim voldoende” van toepassing is.
61
62
Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen Inleiding Een van de verplichte paragrafen voor de begroting en het jaarverslag is de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen. Deze verplichting volgt uit het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Het idee achter de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen is een helder en volledig overzicht te geven in de onderhoudskosten ten behoeve van het inzicht in de financiële positie van de gemeente. Het BBV schrijft voor dat in elk geval de kapitaalgoederen wegen, riolering, water, groen en gebouwen in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen aan de orde moeten komen. Hierbij dient het beleidskader, de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties en de vertaling van de financiële consequenties in de begroting aangegeven te worden. In de financiële verordening van de gemeente (ex art. 212 GW) is vastgelegd waaraan de nota en de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen van de gemeente moet voldoen. De raad heeft op 26 juni 2006 de financiële verordening (opnieuw) vastgesteld. Ten aanzien van de kapitaalgoederen is hierin het volgende opgenomen: Financiële verordening artikel 19. Onderhoud kapitaalgoederen: 1.
2.
3.
4.
Het college biedt tenminste eens in de vier jaar een nota onderhoud openbare ruimte aan. De nota geeft het kader weer voor de inrichting van het onderhoud en het beoogde onderhoudsniveau voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. Het college biedt ten minste eens in de vier jaar een nota rioleringsplan aan. De nota geeft het kader weer voor de inrichting van het onderhoud, het beoogde onderhoudsniveau en de uitbreiding van de riolering alsmede de kwaliteit van het milieu en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. Het college biedt eens in de vier jaar een nota onderhoud gebouwen en overig onroerend goed aan ter behandeling en vaststelling door de raad. De nota bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de, gemeentelijke gebouwen en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. Bij de begroting (gepland onderhoud) en de jaarstukken (voortgang) doet het college in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallig onderhoud aan openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, straatmeubilair, riolering, gebouwen en overig onroerend goed.
Onderhoud kapitaalgoederen De Nota kapitaalgoederen is onderverdeeld in een aantal componenten: 1. Gemeentelijk rioleringsplan 2006-2010 2. Baggerplan 2005-2014 3. Deelplan openbare ruimte 2006-2009 met (in alfabetische volgorde) de volgende themaplannen: 3.1 beschoeiingen 3.2 groenvoorzieningen 3.3 kunstwerken 3.4 openbare verlichting 3.5 straatmeubilair 3.6 verhardingen 4. Deelplan onderhoud gebouwen en overig onroerend goed 1. Gemeentelijk rioleringsplan 2006-2010 Het gemeentelijke rioleringsplan voor de periode 2006-2010 is afgerond en is 26 september 2006 door de Raad geaccordeerd. Het rioleringsplan geeft invulling aan de wettelijke gemeentelijke zorgplicht en deze zorg richt zich in de komende planperiode op: - Het aansluiten van ongerioleerde panden. - Het uitvoeren van wettelijke maatregelen. - Het voorkomen van overlast. - Het inzichtelijk maken van de huidige situatie, hydraulisch en kwalitatief. - Het beheren van bestaande voorzieningen, waaronder 204 km riolering. - Het zorgen voor een formatie van voldoende omvang en kwaliteit.
63
- Het voorlichten van het publiek. Volgens het raadbesluit zal het rioolrecht de komende jaren met ingang van 2006 iets meer dan de verwachte inflatie stijgen om de groeiende kosten in de toekomst te kunnen dekken. Voor de riolering geldt dat in het eerste jaar diverse inspecties moeten worden uitgevoerd om zo inzicht te krijgen in de hoogte van de jaarlijkse vervangingsinvesteringen. 2. Baggerplan 2005-2014 Het baggerplan voor de periode 2005-2013 is eveneens 26 september 2006 door de Raad goedgekeurd. Het baggerplan richt zich op het wegwerken van de in de afgelopen jaren opgebouwde baggerachterstand, het zo spoedig mogelijk overdragen van 10 ha. van het door de gemeente te baggeren areaal aan Delfland en de 40 ha. die de gemeente daarna nog moet onderhouden, eens in de 8 jaar te inspecteren en regulier te baggeren. Op basis van bestuurlijke afspraken met Delfland is de verhoging van het jaarlijkse baggerbudget tot 2010 beperkt. Vanaf 2010 zal het budget sterk moeten worden verhoogd om voor 2015 het grootste dan nog resterende deel van de baggerachterstand weg te werken. Om gemeenten en waterschappen financieel te ondersteunen bij de uitvoering van achterstallig baggerwerk is er een regeling ingesteld waarbij een deel van de uitvoeringskosten wordt gesubsidieerd. Ten tijde van het opstellen van het baggerbeleidsplan bleek echter dat de gemeente niet in aanmerking kwam omdat de (eenmalige) regeling al overvraagd was. Voorafgaand aan de werkzaamheden is nogmaals geïnformeerd naar de mogelijkheden om alsnog voor subsidie in aanmerking te komen. Dit heeft uiteindelijk geleid tot een subsidietoekenning van maximaal € 392.515 (1/3e deel van de uitvoeringskosten in de periode 2006-2009) ). In de voorjaarsnota 2007 is gelet op de aanwezige achterstanden besloten deze extra gelden in te zetten voor het wegwerken van de achterstanden in het baggeren. 3. Deelplan openbare ruimte 2006-2009 Het deelplan openbare ruimte voor de periode 2006-2009 is begin 2006 gereed gekomen. Gelet op de ingrijpende financiële consequenties die met de nota gepaard gaan is besloten de nota te betrekken bij het opstellen van de (meerjaren)begroting 2007-2011. Een samenvatting van de nota is vervolgens bestuurlijk vastgesteld en de financiële consequenties zijn verwerkt in de betreffende begroting. (zie ook § 5 Financiële consequenties & Besluitvorming). Wij zullen in het voorjaar van 2008 onze visie op de openbare ruimte bespreken en zullen deze daarna aan u ter vaststelling voorleggen. 3.1. Beschoeiingen Binnen de gemeente Rijswijk is ca 41,8 km oever langs het wateroppervlak beschoeid. Circa een kwart hiervan is in zeer slechte staat van onderhoud. Bepaald is welke gebieden in aanmerking komen om een natuurvriendelijke oever toe te passen. De lengte van de verharde beschoeiingen zal daardoor minder worden. De achterstand in het onderhoud van de beschoeiingen zal, gelijk met het baggeren en andere onderhoudsactiviteiten in en langs het water, in 10 jaar worden ingelopen. Om dit te bereiken is het huidige budget voor de komende periode verdubbeld. Daarnaast zal waar mogelijk en gewenst natuurvriendelijke oevers worden aangebracht. 3.2. Groenvoorzieningen De totale oppervlakte openbaar groen (inclusief het groen van de woningcorporaties) bedraagt 324 ha. Het oppervlak aan wijkgroen bedraagt 145,02 ha. en 178,33 ha. bevindt zich in parken. Het totaal aantal bomen in de openbare ruimte (inclusief het groen van de woningcorporaties) bedraagt ruim 27.000 stuks. De huidige kwaliteit van het groen zal de komende jaren worden gehandhaafd. Tevens zal een plan worden opgesteld om het groen te revitaliseren en de bomen wanneer dat nodig is te vervangen. 3.3. Kunstwerken De gemeente Rijswijk telt circa 250 bruggen en tunnels. De duikers en overige kunstwerken worden nog geïnventariseerd. Om de veiligheid van de bruggen en tunnels te kunnen garanderen is een gestructureerd en onderbouwd beleid voor het (meerjaren)onderhoud bepaald uitgaande van de kwaliteiteisen die uit het oogpunt van veiligheid daaraan moeten worden gesteld. Op basis hiervan is geconcludeerd dat daarvoor meer financiële middelen nodig zijn. Op dit moment zijn ongeveer 160 kunstwerken ingevoerd en dienen er nog circa 90 kunstwerken geïnventariseerd en ingevoerd te worden. Na invoering van alle kunstwerken kunnen de consequenties voor de jaarlijkse onderhoudskosten in beeld gebracht worden.
64
3.4. Openbare verlichting De gemeente telt ongeveer 8500 lichtmasten en armaturen. Op basis van het beleidsplan van 2000 is de afgelopen jaren structureel planmatig onderhoud verricht waardoor een goede onderhoudstoestand is bereikt. De jaarlijkse onderhoudslasten zullen ondanks de naar verwachting verder stijgende energieprijzen afnemen. 3.5. Straatmeubilair Het straatmeubilair is geïnventariseerd en overzichtelijk geclusterd in de categorieën: speel- en recreatievoorzieningen, verkeersvoorzieningen met en zonder elektrische aansluitingen, afvalvoorzieningen, informatie- en reclamevoorzieningen en overige voorzieningen. De speelvoorzieningen, de verkeersregelinstallaties, de verkeersborden en de hekwerken vergen de komende jaren extra inspanningen. 3.6 Verhardingen De gemeente heeft circa 235 ha. verharding, waarvan circa 73 ha. asfalt. De verhardingen zijn verdeeld over circa 500 km wegen en paden. Het gewenste onderhoudsniveau van het wegbeheer is gebaseerd op landelijke inspectiecijfers, normen en gedragsmodellen. Voor zowel de ‘open verharding’ als voor het ‘groot asfaltonderhoud’ is sprake van achterstand. Om de achterstand de eerstkomende jaren niet verder te laten oplopen is binnen de beschikbare middelen een verschuiving aangebracht van elementenonderhoud naar asfaltonderhoud. Het onderhoudsbudget voor de eerstkomende jaren is daarnaast ook verhoogd. 4. Deelplan onderhoud gebouwen en overig onroerend goed De opstelling van het deelplan gebouwen en overig onroerend goed zal naar verwachting in 2008 worden afgerond. 4.1 Welzijns– en binnensportaccommodaties De gemeente Rijswijk is eigenaar van 16 welzijnsgebouwen, 1 muziekschool en 1 schouwburg. Voor de binnensport beschikt de gemeente Rijswijk over 2 sporthallen, 1 sportzaal en 3 gymnastieklokalen. Voor deze accommodaties wordt een meerjarenonderhoudsplan gehanteerd. Er zal een actualisatie plaatsvinden van dit meerjarenonderhoudsplan. Tevens zal er in 2008, indien hier aanleiding toe is, een vertaling plaatsvinden van een onderzoek dat in 2007 is gedaan naar het aantal beschikbare welzijnsaccommodaties i.r.t. de benodigde accommodaties. 4.2 Buitensportaccommodaties De gemeente beschikt over 4 sportparken met bestemming voetbal, 1 sportpark met bestemming hockey en 1 sportpark met bestemming handbal. Dit laatste sportpark heeft ook nog als bestemming voetbal maar dit wordt nog gebruikt door de gemeente den Haag (Kruisvaarderspark). Voor het overige beschikt de gemeente nog over: Wielerbaan. Fietscross. Petanquebanen. Hondensport. Het onderhoud van de sportparken vindt lopende het jaar plaats. Daarnaast wordt er in de zomerperiode intensief onderhoud aan alle velden gepleegd. Jaarlijks wordt 1 sportveld gerenoveerd. Eind 2006 is er een onderhoudsplan voor de sportparken opgesteld. De financiële vertaling van dit plan is nog niet in de begroting 2007 opgenomen. Vanaf 2006 is het onderhoud volledig uitbesteed. Voor 2008 is de herstructurering van het sportpark Vredenburch (inclusief een kunstgrasveld) en 1 kunstgrasveld voor sportpark Hoekpolder in het investeringsplan opgenomen. Deze investeringen maken ook onderdeel uit van de aanvragen bij het ministerie inzake de motie Verhagen. De gemeente Rijswijk streeft naar 4 kwalitatief hoogwaardige buitensportaccommodaties 4.3 Onderhoud buitenkant schoolgebouwen In 2006 is in de begroting een financiële vertaling gemaakt van de geactualiseerde meerjarenonderhoudsplanning. Het eerder vastgestelde Integraal Huisvestingsplan Onderwijs zal niet verder tot uitvoering worden gebracht. Er zal een investeringsplafond worden ingesteld voor de investeringen in de schoolgebouwen.
65
4.4 Overige gebouwen Naast de hiervoor genoemde welzijnsgebouwen is er nog een aantal andere gebouwen in bezit van de gemeente. In de voorliggende begroting is rekening gehouden met de bedragen uit het meerjaren onderhoudsprogramma. 5. Financiële consequenties & Besluitvorming Diverse bezuinigingsronden hebben ertoe geleid dat de financiële consequenties van de verschillende deelnota’s niet stroken met de bedragen in de voorliggende begroting. 1.
2.
3.
4.
Gemeentelijk rioleringsplan 2006-2010 De financiële consequenties zijn 1 op 1 overgenomen in de begroting. Begrotingstechnisch is hier sprake van een budgettair neutrale post. Tegenover de uitgaven staan inkomsten uit de rioolheffing. Het saldo wordt verrekend met de egalisatiereserve. Baggerplan 2005-2014 In het plan is aangegeven dat er een jaarlijks bedrag van gemiddeld € 700.000 benodigd is. Met het Hoogheemraadschap van Delfland is echter afgesproken om tot en met 2009 een bedrag van € 250.000 hiervoor vrij te maken. Vanaf 2010 zou dit bedrag worden verhoogd. In de meerjarenbegroting is rekening gehouden met een stapsgewijze toename van structureel € 350.000 in 2010 en nog eens € 150.000 vanaf 2011). De subsidie-inkomsten van maximaal € 392.515 worden eveneens ingezet voor het wegwerken van achterstanden. Deelplan openbare ruimte 2006-2009 In het dekkingsplan van de begroting 2006 is aangegeven dat er in de meerjarenbegroting rekening is gehouden met een structurele korting op het onderhoudsbudget van 4% vanaf 2007 (173.000) en 2 % extra vanaf 2008 (€ 85.000 extra). De opgestelde nota’s zijn uitgegaan van de situatie per 2006, dus zonder korting. De korting is echter als taakstelling gehandhaafd. De doorlichting van het investeringsplan medio 2007 heeft geleid tot de aanpassing van verschillende vervangingsinvesteringen. Deze doorlichting van het investeringsplan had een tweeledig doel. Ten eerste waren de opgenomen bedragen van een dusdanige omvang dat het niet realistisch werd verondersteld dat deze ook daadwerkelijk zouden worden uitgegeven. Ten tweede dienden de tekorten op de meerjarenbegroting deels gevonden te worden binnen de kapitaallasten. Dit heeft er uiteindelijk toe geleid dat bij de vaststelling van de kadernota 2008-2012 besloten is om vervangingsinvesteringen met een structureel karakter de eerste 3 jaarschijven te halveren. Het betreft hier investeringen waarvoor er jaarlijks terugkerende bedragen zijn opgevoerd in het investeringsplan (bijvoorbeeld beschoeiingen, asfalt, lichtmasten, etc.) Deelplan onderhoud gebouwen en overig onroerend goed In de voorliggende begroting is rekening gehouden met de bedragen uit het meerjaren onderhoudsprogramma. De hiervoor genoemde doorlichting van het investeringsplan heeft ertoe geleid dat; - investeringen t.b.v. accommodaties 1 jaar worden doorgeschoven. Deze tijd zal worden benut om de nota kapitaalgoederen – deelplan gebouwen op te stellen. - vervangingsinvesteringen onderwijs zijn komen te vervallen. Vooralsnog is een stelpost opgenomen van € 1.000.000 om ‘ongelukken’ te voorkomen. Er wordt een bestuursopdracht geformuleerd om de huisvesting van scholen in de meest brede context te onderzoeken.
66
Paragraaf Bedrijfsvoering Inleiding In juli 2007 is de nota bedrijfsvoering aan de raad voorgelegd. Deze nota bevat de contouren en de doelstellingen, die wij voor ogen hebben voor de jaren 2007 t/m 2010. Daarbij hebben wij aangegeven, dat het onze ambitie is om te investeren in de kwaliteit van de ambtelijke organisatie. Wij richten ons op een organisatie, die op haar taken is berekend en die 'in control' is. Daarbij richten we vooral ons op de volgende aspecten: § § § § § §
Herinrichting van de organisatie: omslag van een diensten- naar een directiemodel; Modernisering van de interne- en externe dienstverlening. De digitale overheid is het toekomstperspectief; Voortzetting van het leer- en ontwikkeltraject; Introductie van kwaliteitsmanagement; Organisatieontwikkeling en -besturing, waarbij de besturing is ingebed in de planning- en controlcyclus en gebaseerd is op afspraken over prestaties en middelen (contractmanagement); Een sluitende meerjarenbegroting.
Het jaar 2008 zal voor de medewerkers vooral in het teken staan van een herstart binnen de nieuwe organisatiestructuur. Dit zal ongetwijfeld gepaard gaan met “vallen en opstaan”, ondanks de zorgvuldigheid, die wordt betracht in het veranderproces. De in het jaar 2008 te realiseren producten zullen zijn gebaseerd op de uitgangspunten, zoals beschreven in de eerder aangehaalde nota bedrijfsvoering. Organisatie(ontwikkeling) De herinrichting van de organisatie wordt voor het grootste deel uitgevoerd door de ambtelijke organisatie zelf. Er is voor gekozen om gelijktijdig met de reorganisatie de functies opnieuw te beschrijven en te waarderen. Dit gebeurt aan de hand van de in het kader van competentiemanagement opgestelde functiefamilies. Uitgangspunt is, dat de organisatieverandering budgettair neutraal dient te verlopen. De kosten worden nagenoeg geheel opgevangen binnen bestaande budgetten op het terrein van personeel en organisatie. Voor de beschrijving c.q. waardering van functies is voor het jaar 2008 een incidenteel budget opgenomen van € 75.000. Bedrijfsplannen Voor de ambtelijke organisatie als geheel en voor de nieuw in te richten organisatieonderdelen zullen bedrijfsplannen worden opgesteld, die het kader vormen voor de bedrijfsvoering binnen de organisatie. Daarbij wordt op basis van prestatieafspraken een koppeling gemaakt met de (raads)programma’s en de beleidsproducten binnen de beleidsbegroting van ons college. Vacaturevervulling Per 1 september 2007 stonden er nog 39,70 FTE aan vacatures open. Wegens de krapte op de arbeidsmarkt blijkt het niet mogelijk om alle vacatures adequaat te vervullen, waardoor externe inhuur onvermijdelijk is. Desondanks wordt getracht dit tot een minimum te beperken. De verwachting is dat vacaturevervulling de komende jaren steeds moeilijker zal worden. Enerzijds wordt de arbeidsmarkt steeds krapper, anderzijds zal de leeftijdsgerelateerde uitstroom de komende jaren toenemen: er werken momenteel 65 medewerkers binnen Rijswijk in de leeftijdscategorie 55-64. Daarnaast geven steeds meer medewerkers aan Rijswijk te (willen) verlaten, omdat hen elders betere arbeidsvoorwaarden worden geboden. Arbeidsvoorwaarden Het college beraadt zich op passende arbeidsvoorwaarden. Een passende reiskostenvergoeding zal m.i.v. januari 2008 worden gehanteerd.
67
Personeelsbudget Het personeelsbudget wordt gefaseerd over een periode van twee jaar verhoogd. Hiermee wordt bereikt, dat de integraal manager beter kan sturen op zijn personeelsbudget en daarop kan worden aangesproken. Binnen de tot dusverre gehanteerde methode van personeelsbudgettering wordt de loonsom begroot op de salaris-anciënniteit van de werknemer, waarin geen marge zit voor niet voorziene ontwikkelingen. Met de vanaf het jaar 2008 toe te passen methode wordt de loonsom gekoppeld aan het maximum van de schaal, die bij een functie behoort. Hiermee wordt voorkomen, dat tijdens de uitvoering van de begroting overschrijdingen op de loonsom kunnen ontstaan, waarvoor achteraf alsnog financiële dekking moet worden gevonden. Ook wordt voorkomen, dat gestelde doelen niet kunnen worden gehaald, omdat hiervoor de personele middelen ontbreken. Ziekteverzuim Het ziekteverzuim is in de eerste helft van 2007 gedaald van 7,35% naar 5,89 %. Het streefcijfer is 5,1% . Gezien de komende reorganisatie zal het verzuim zich eind dit jaar en begin volgend jaar waarschijnlijk rond 6% stabiliseren. De tweede helft van 2008 kan een verdere afname worden verwacht. Informatievoorziening Binnen drie jaar is de informatievoorziening binnen de gemeente grotendeels op digitale leest geschoeid, kunnen burgers gemeentelijke producten en diensten online aanvragen en wordt er gewerkt in procesketens, zodat burgers niet langer van het ene naar het andere overheidsloket gestuurd worden. Deze ambities kunnen niet gerealiseerd worden zonder inzet van informatie- en communicatietechnologie. Naast het beheren en 'in de lucht houden' van de huidige informatievoorziening, zullen de betreffende vakafdelingen veel tijd moeten steken in het begeleiden van deze ontwikkelingen. Concrete speerpunten in het IT-beleid zijn het upgraden van het ITbeheersconcept, de invoering van basisregistraties, de digitalisering van het documentbeheer, het creëren van waarborgen voor continuïteit en beschikbaarheid van de IT-infrastructuur en voor de beveiliging van informatie en informatie-uitwisseling, het verbeteren van de kwaliteit en de tijdigheid van managementinformatie, en het begeleiden van de projecten digitaal klantdossier (DKD), omgevingsvergunning (WABO) en digitaal zorgloket (WMO). Om een realistische en planmatige basis te leggen onder alle IT-ontwikkelingen wordt momenteel gewerkt aan een strategisch informatiebeleidsplan. Dit zal begin 2008 gepresenteerd worden. Ook zullen in 2008 voorbereidingen getroffen worden voor de invoering van een midoffice, aan de hand waarvan de dienstverleningsprocessen in 2009 grotendeels geautomatiseerd kunnen verlopen. Huisvesting Ons college is voornemens om gebruik te maken van de in de huurovereenkomst voor Hoogvoorde opgenomen recht om de huurovereenkomst na 10 jaar (1 mei 2012) ten aanzien van maximaal 10 procent van de gehuurde ruimte te beëindigen. Door hiervan gebruik te maken zal één etage worden leeggeroosterd. Hiermee kunnen de huisvestingslasten van de organisatie worden beperkt. Vooralsnog is in de ramingen geen rekening gehouden met een budgettaire besparing.
68
Paragraaf Verbonden partijen 1. Inleiding Door middel van verbonden partijen kunnen beleidsvoornemens van de gemeente tot uitvoering worden gebracht. In verband met bestuurlijke, beleidsmatige en financiële belangen en mogelijke daarmee verband houdende risico’s moet in de begroting en in de jaarstukken een paragraaf worden opgenomen waarin aandacht wordt besteed aan de verbonden partijen. “Een verbonden partij is een rechtspersoon waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft.” Van een bestuurlijk belang is sprake indien de gemeente zeggenschap heeft, hetgeen blijkt uit het hebben van stemrecht of door middel van vertegenwoordiging in het bestuur van de organisatie. Onder een financieel belang wordt verstaan dat de gemeente middelen beschikbaar heeft gesteld die niet verhaalbaar zijn in geval van faillissement van de verbonden partij of in geval de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. 2. Beleidsuitgangspunten In het algemeen kan worden gesteld dat het participeren in een ‘verbonden partij’ alleen is toegestaan indien daarmee een publiek belang wordt gediend. Bij het aangaan van een participatie dient de raad in principe dan ook de volgende vragen te beantwoorden: § gaat het om een belang dat zonder bemoeienis van de gemeente niet naar behoren zal worden behartigd? § Waarom dient de gemeente dit belang te behartigen? § Kan de beoogde verbonden partij aan de uitvoering van de gemeentelijke programma’s de gewenste bijdrage leveren? Met betrekking tot het aangaan van participaties en het omgaan met verbonden partijen heeft de gemeente Rijswijk inmiddels beleid ontwikkeld. De nota “verbonden partijen 2007 gemeente Rijswijk” is in de raad van 27 maart 2007 vastgesteld. In deze nota is de visie van de gemeente Rijswijk op de deelnemingen en gemeenschappelijke regelingen weergegeven voor de komende 4 jaar. Tevens zijn er kaders opgenomen voor het beleid ten aanzien van eventuele nieuwe participaties. 3. Overzicht belangrijkste verbonden partijen De gemeente Rijswijk heeft bestuurlijke en financiële belangen in 4 vennootschappen en 7 gemeenschappelijke regelingen, te weten: Vennootschappen: 1. N.V. Eneco; 2. N.V. Bank Nederlandse Gemeenten; 3. N.V. Duinwaterbedrijf Zuid Holland; 4. B.V. Coördinatie Afvalverwijdering Zuid Holland. Gemeenschappelijke regelingen: 1. GGD Zuid-Holland West; 2. Industrieschap ‘De Plaspoelpolder’; 3. Dienst Sociale Werkvoorziening Rijswijk en omstreken; 4. Regionaal Reinigingsbedrijf Avalex; 5. Hulpverleningsregio Haaglanden; 6. Stadsgewest Haaglanden; 7. Gemeenschappelijke regeling brandweer Rijswijk-Delft. Hieronder wordt van elke deelneming of gemeenschappelijke regeling informatie weergegeven. Aan het einde van deze paragraaf is een tabel opgenomen met gegevens over de verbonden partijen die voor deze paragraaf van belang zijn.
69
TOELICHTING OP DE VENNOOTSCHAPPEN N.V. Eneco De gemeente Rijswijk is aandeelhouder van de N.V. Eneco. e Na de behandeling in de 1 kamer eind 2006, heeft de minister van Economische Zaken medio 2007 alsnog een besluit genomen om een groepsverbod in te stellen, zodat energiebedrijven moeten gaan splitsen binnen 2½ jaar. Dit betekent dat de er in plaats van één energiebedrijf een tweetal soorten bedrijven zullen ontstaan; een netwerkbedrijf en een commercieel bedrijf. Het netwerkbedrijf zorgt voor de regulering van het netwerk en het commerciële bedrijf is actief op het gebied van handel, levering en productie. Met deze verplichte splitsing denkt de minister dat er een betere leveringszekerheid en lagere transporttarieven zullen ontstaan. Het apart houden van de commerciële bedrijven biedt als voordeel dat er makkelijker nieuwe bedrijven kunnen toetreden tot de markt en dat er geen kruissubsidies zullen ontstaan tussen netbedrijven en de commerciële bedrijven. Uiteindelijk leidt dit tot een eerlijke concurrentie. De aandeelhouders mogen de aandelen van het commerciële bedrijf van de hand doen. Daarover wordt binnenkort meer informatie verwacht. Het college zal de raad daaromtrent informeren en een voorstel doen. Eneco zelf is, evenals de andere grote energiemaatschappijen in Nederland, altijd tegenstander geweest van de splitsingswet. De nettowinst is in 2006 gestegen met 3% tot € 311.000.000 (2005: € 302.000.000). Het dividend dat in 2007 is ontvangen, over het rekeningjaar 2006, bedroeg iets meer dan € 3.000.000. e De resultaten over het 1 halfjaar 2006 zijn op dit moment nog niet voorhanden. Deze zullen 14 september bekend worden gemaakt. In de begroting 2008 wordt uitgegaan van een te ontvangen dividend van Eneco van € 2.850.000 miljoen (€ 100.000 incidenteel meer dan in de kadernota 2008 opgenomen). N.V. Bank Nederlandse Gemeenten De gemeente Rijswijk is aandeelhouder van de N.V. BNG. In het jaar 2006 is, naast de gewone dividenduitkering, een extra dividenduitkering ontvangen van € 1.500.000, hetgeen in de najaarsnota is opgenomen. In de komende jaren zullen naar het zich nu laat aanzien nog extra dividenduitkeringen plaatsvinden. Deze zijn in de begroting 2007 en de meerjarenbegroting 2008-2011 verwerkt. Momenteel vindt er discussie plaats over de hoogte van deze uitkeringen, die zijn gebaseerd op de hoge reserves van de bank, meer dan eigenlijk nodig is om de beste rating voor kredietwaardigheid te behouden. Deze rating is van het grootste belang i.v.m. Het Rijk, als grootaandeelhouder, vindt dat de extra dividenduitkeringen te laag zijn en voert momenteel overleg met de BNG en de VNG om hiervoor een meerderheidsstandpunt te verkrijgen. Voor het jaar 2006 is door de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) een lager resultaat behaald dan dat van het voorgaande jaar. Bij de publicatie van de halfjaarcijfers was daar al rekening mee gehouden. Voornaamste oorzaak is de uitwerking van de te betalen vennootschapsbelasting, die voor de BNG sinds 2005 moet worden betaald. De nettowinst na belastingen is € 199.000.000 (2005: € 311.000.000), een daling van 36%. Het voorgestelde dividend bedraagt € 1,78 per aandeel (2005: € 2,40), uitgaande van een pay out ratio van 50%. In de voorjaarsnota 2007 heeft een neerwaartse aanpassing van het geraamde dividend 2007 moeten plaatsvinden naar € 295.000 (€ 110.000 lager). In 2006 is al een extra dividenduitkering ontvangen van bijna € 1.500.000. Het geraamde dividend voor de begroting 2008 is gesteld op € 250.000. N.V. Duinwaterbedrijf Zuid Holland De nettowinst over het jaar 2006 is beter uitgekomen dan verwacht, namelijk € 18.000.000 (2005: € 6.000.000). In de halfjaarrapportage was nog uitgegaan van € 13.000.000. In de landelijke media is in oktober 2006 commotie ontstaan over drinkwaterbedrijven die dividend uitkeren aan de aandeelhouders (gemeenten en provincies). Als gevolg daarvan is de landelijke politiek daar ook bij betrokken geraakt, waarbij de meningen verdeeld zijn. Tot nu toe keert DZH geen dividend uit, maar het gewenste reserveniveau (30 % eigen vermogen t.o.v. het balanstotaal) is inmiddels (jaarrekening 2006) bereikt. Een tariefsverlaging voor 2008 is nu mogelijk, hetgeen als agendapunt van de aandeelhoudersvergadering van oktober 2007 zal komen te staan. Binnen de DZH heeft in het jaar 2006 een structuurwijziging plaatsgevonden. Dit betrof het afschaffen van het fenomeen bestuurlijk commissaris. De algemene vergadering van aandeelhouders heeft hiermee ingestemd op 23 november 2006. De raad van de gemeente Rijswijk heeft hiermee ingestemd in de raadsvergadering van 14 november 2006.
70
B.V. Coördinatie Afvalverwijdering Zuid Holland De gemeente Rijswijk heeft in 2002 samen met de gemeenten Leidschendam-Voorburg en Zoetermeer deelgenomen in de BV Coördinatie Afvalverwijdering Zuid Holland (CAZH BV). Doelstelling hierbij was het aangaan van een fiscale constructie (omzetbelasting) voor de verwerking van het gft-afval. Deze (adminstratieve) vennootschap is nog steeds actief, maar de aanleiding hiervoor is er eigenlijk niet meer. Door de invoering van het BTW-compensatiefonds kan door de gemeente ook BTW worden verrekend. Onderzocht wordt, in samenspraak met de andere aandeelhouders, of het opheffen van deze vennootschap een goede optie is.
TOELICHTING OP DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN GGD Zuid-Holland West De gemeente Rijswijk neemt deel in de Gemeenschappelijke Regeling GGD Zuid-Holland West, samen met 7 andere gemeenten. In het AB heeft de gemeente 1 wethouder als bestuurslid. De GGD-ZHW voert de wettelijke taken in het kader van de Wet Collectieve Preventie Gezondheidszorg (Wcpv) uit. Dit betreft onder meer de technische hygiënezorg, medische milieukunde en infectieziektebestrijding. De Wet Kinderopvang verplicht de GGD om inspecties uit te voeren voor de gemeente in kinderdagverblijven. Ook peuterspeelzalen worden geïnspecteerd op basis van lokale verordeningen. Bovendien geeft de GGD uitvoering aan de preventieve logopedie. Speerpunten zijn onder andere de uitvoering en verdere ontwikkeling van de integrale jeugdgezondheidszorg, in samenwerking met Florence, waarbij de ontwikkeling van een Centrum voor Jeugd en Gezin en van het elektronisch kinddossier (EKD) een belangrijke rol spelen. De reeds ingezette maatregelen om de planning & controlcyclus te verbeteren worden gecontinueerd. In het kader van rechtmatigheid is er een nota reserves en voorzieningen, een nota investerings- en afschrijvingsbeleid en een controleprotocol ontwikkeld. Industrieschap ‘De Plaspoelpolder’ Het Industrieschap de Plaspoelpolder is een gemeenschappelijke regeling van de gemeenten Den Haag en Rijswijk. Het industrieschap is een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam. In het Algemeen Bestuur zitten vier vertegenwoordigers vanuit de gemeente Rijswijk. Beide gemeenten hebben gelijke zeggenschap binnen het Industrieschap. Het Industrieschap ontwikkelt kantorenlocaties en bedrijventerreinen. De huidige in ontwikkeling zijnde locaties en bedrijventerreinen zijn: businesspark Hoornwijck; bedrijventerrein Wateringse veld; bedrijvenpark Ypenburg; businesspark Plaspoelpolder (Landtong). Dienst Sociale Werkvoorziening Rijswijk en omstreken Samen met de gemeenten Zoetermeer en Leidschendam-Voorburg neemt de gemeente Rijswijk deel in deze gemeenschappelijke regeling. De sociale werkvoorziening heeft structureel financiële tekorten (zoals het merendeel van de gemeenschappelijke regelingen die de sociale werkvoorzieningen uitvoeren). Het geraamde tekort bedraagt voor 2008 naar verwachting € 1.200.000, waarvoor de gemeente Rijswijk een kwart voor haar rekening moet nemen. De eerder geplande wijzigingen van de WSW (Wet Sociale Werkvoorziening) zijn door het vorige kabinet opgeschoven naar 2008. De in 2008 verwachte decentralisatie van WSW wet- en regelgeving en de overdracht van (financiële en beleidsmatige) verantwoordelijkheid en taken naar de gemeenten, betekent een uitbreiding en taakverzwaring van de gemeentelijke organisatie, met name op de afdeling Sociale Zaken. Andere taakvelden, zoals de WWB en de WMO na de invoering van de nieuwe WSW, zullen sterker met het WSW-taakveld verweven raken. Een belangrijke wijziging betreft de geldstroom. Momenteel krijgen de uitvoerende organisaties de rijksbijdragen op basis van vastgestelde realisaties. In een nieuwe situatie wordt per gemeente een budget toegekend en is het aan gemeenten om hiermee de wet naar behoren uit te (laten) voeren. Vreemd
vermogen per 31.12.2006:…….(jaarrekening 200nancieel resultaat 2006: ……
71
Regionaal Reinigingsbedrijf Avalex Avalex is een gemeenschappelijke regeling van de gemeenten Leidschendam-Voorburg, PijnackerNootdorp, Wassenaar en Rijswijk. Doelstelling is om op een zo effectief en efficiënt mogelijke wijze invulling te geven aan de afvalinzameling en reiniging in de betrokken gemeenten. Avalex is een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam. In het Dagelijks Bestuur zit 1 vertegenwoordiger vanuit de gemeente Rijswijk. De ontwikkelingen in de afvalbranche vragen een organisatie voor de afvalverwijdering met voldoende kwaliteit en een krachtige positie in de afvalketen. Met de gemeenten Delft en Zoetermeer is onderzoek gedaan naar het perspectief over vormen van een samenwerking. De vermoedelijke datum van het opnemen van deze gemeenten binnen de gemeenschappelijke regeling is 1 juli 2007. Hulpverleningsregio Haaglanden Hulpverleningsregio Haaglanden (HRH) bestaat sinds 1995. De HRH is een gemeenschappelijke regeling op basis van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen, waarin de gemeente Rijswijk deelneemt. De regeling is gericht op al dan niet wettelijk verplichte samenwerking tussen de Haaglandse gemeenten op het terrein van de Brandweerwet 1985, de Wet Ambulancevervoer, de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen en de Wet Rampen en Zware Ongevallen. De regeling kent een Algemeen Bestuur en een Dagelijks Bestuur. Het jaar 2006 stond in het teken van een drietal ontwikkelingen binnen de regionale samenwerking: 1. het onderzoek van de HRH naar de mogelijkheden van een meer efficiënte samenwerking; 2. de door de Minister BZK geëntameerde monodisciplinaire regionalisering van de brandweer; 3. de vorming van de multidisciplinaire veiligheidsregio Haaglanden. Ad.1 onderzoek meer efficiënte samenwerking. Er is nader onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om een efficiencywinst te realiseren door intensivering van samenwerking op het terrein van logistiek en materieel, opleiding en oefening. De resultaten van dit onderzoek waren positief. In 2007 zal, in nauwe samenwerking met de lokale brandweercommandanten, implementatie plaats vinden. Ad.2 regionalisering van de brandweer. In de afgelopen twee jaar heeft het onderwerp “regionalisering brandweer” prominent op de agenda gestaan. De regionaal brandweercommandant heeft aan het Algemeen Bestuur het projectplan regionalisering brandweer voorgelegd. Het Algemeen Bestuur heeft daarbij vastgesteld, dat het aan de gemeenteraden van de in de HRH deelnemende gemeenten is voorbehouden om te besluiten m.b.t. de regionalisering van de brandweer. De inzet van het Algemeen Bestuur is daarbij om te komen tot de vorming van een veiligheidsregio die is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur. Het proces dat moet leiden tot regionalisering van de brandweer in Haaglanden zal zijn beslag moeten krijgen in 2007. Ad.3 vorming van de Veiligheidsregio Haaglanden Een veiligheidsregio is een begrensd gebied waarin het Regionaal Veiligheidsbestuur verantwoordelijk is voor het beleid en beheer van de regionale brandweer, geneeskundige hulp bij ongevallen en rampen, crisisbeheersing en voor de gemeenschappelijke meldkamer. Het Regionaal Veiligheidsbestuur bestaat uit alle burgemeesters van een regio. Het Regionaal Veiligheidsbestuur wordt op 1 januari 2008 samengevoegd met het regionaal college politie. Het Openbaar ministerie en de waterschappen zitten als adviseur in het Regionaal Veiligheidsbestuur. Binnen de regio Haaglanden heeft het Algemeen Bestuur een traject uitgestippeld dat erin voorziet, dat met voorrang wordt gewerkt aan de regionalisering van de brandweer. Hiernaast wordt in een meer gefaseerd traject gewerkt aan de voorbereiding van de Veiligheidsregio Haaglanden. Belangrijke elementen in die voorbereiding betreffen enerzijds de vorming van de gezamenlijke/multidisciplinaire meldkamer Haaglanden en de regionalisering i.c. de vorming van de monodisciplinaire Regionale Brandweer Haaglanden. Diverse onderwerpen komen bij de vorming van een veiligheidsregio ter tafel. Het gaat hierbij met name om de multidisciplinaire samenwerking tussen de rode, de blauwe en de witte kolom op een viertal samenwerkingsdomeinen, te weten: melding en opschaling, leiding en coördinatie, het opleiden en oefenen en het integraal veiligheidsbeleid/risicobeheersing. Het zwaartepunt in 2006 lag op domein van melding en opschaling i.c. de problematiek van de gezamenlijke meldkamer Haaglanden. In dit
72
verband is o.a. sprake van multidisciplinaire samenwerking, organisatie, de invoering van GMS en C2000 en tenslotte de fysieke huisvesting. Stadsgewest Haaglanden Het Stadsgewest Haaglanden is een regionaal openbaar lichaam en functioneert per 1 januari 2006 op basis van de Wijzigingswet Wgr +. Het bestuur van Haaglanden bestaat uit drie bestuursorganen: het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de voorzitter. Het bestuur van het stadsgewest wordt ondersteund door een aantal commissies. Met de invoering van de Wgr-plus is de regionale samenwerking op een aantal beleidsterreinen wettelijk verplicht, namelijk op het gebied van ruimtelijke ordening, wonen, verkeer en vervoer, economische ontwikkeling en milieu. Tevens is het Stadsgewest verantwoordelijk voor de jeugdzorg. Op andere terreinen heeft regionale samenwerking een vrijwillige basis (bijv. t.a.v. stedelijk groen). De bijdrage van Rijswijk voor het Stadsgewest Haaglanden bedroeg in 2006 € 4,86 per inwoner en in totaal € 230.025. Gemeenschappelijke regeling brandweer Delft-Rijswijk De Brandweer Delft-Rijswijk is een rechtspersoonlijkheid bezittend Openbaar Lichaam met de hoofdvestiging in Delft. Brandweer Delft-Rijswijk is een gemeenschappelijke regeling op basis van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen ten behoeve van het uitvoeren van de brandweerzorg en coördinatie van de (gemeentelijke) rampenbestrijding voor de gemeenten Delft en Rijswijk. Brandweer Delft-Rijswijk is per 1 januari 2005 ontstaan uit een fusie van beide gemeentelijke brandweerkorpsen. Brandweer Delft-Rijswijk wordt bestuurlijk aangestuurd door het Algemeen Bestuur (AB), dat wordt gevormd door beide burgemeesters en twee wethouders uit de beide betrokken gemeenten. De burgemeester van Rijswijk is tot 1 januari 2007 voorzitter van dit bestuur. Het voorzitterschap wisselt iedere twee jaar. Naast het AB functioneert het Dagelijks Bestuur (DB), dat bestaat uit de beide burgemeesters en een wethouder die tevens secretaris is. De vergaderingen van het AB en DB worden bijgewoond door de directeur/commandant en de ambtelijk secretaris. Het jaar 2006 heeft voor Brandweer Delft-Rijswijk in het teken gestaan van het doorontwikkelen van de organisatie. Per 1 januari 2006 is het personeel overgegaan in dienst van de Brandweer. In 2006 is gewerkt conform het vastgestelde organisatie – en beleidsplan. Een aantal speerpunten waren: • De (materiele en financiële) ontvlechting uit de beide gemeenten is in 2006 afgerond • De regeling Georganiseerd Overleg • De huisvesting (oplevering kazerne Delft en de start nieuwbouw Rijswijk) • De regionalisering van de brandweer • De gevolgen van de overgangsregeling FLO en het Arbeidstijdenbesluit voor de brandweer In het jaarverslag 2006 wordt verder verslag gedaan over het afgelopen jaar. In het jaar 2007 zal een verdere regionalisering van de brandweer worden voorbereid. In voorbereiding is hiervoor de Wet op de Veiligheidsregio. In de loop van 2007 zullen de gemeenteraden hierover nader worden geïnformeerd. Het Algemeen Bestuur heeft haar voorkeur uitgesproken om regionalisering te laten plaatsvinden op basis van verlengd lokaal bestuur. Dit jaar zal tevens op basis van het onderhandelaarsakkoord tussen College voor arbeidszaken en de bonden invulling worden gegeven aan het arbeidstijdenbesluit (invoering 48 urige werkweek) De brandweer zal ondanks de komende reorganisatie de werkzaamheden uitvoeren conform het vastgestelde organisatie- en beleidsplan. In de Brandweerbegroting 2008-2012 zijn nadere gegevens opgenomen.
73
TABEL DEELNEMINGEN Naam
Financieel belang
Eneco NV
88.486 aand. ( 1,8 % van totaal) Dividenduitkering 2005: € 3,0 mln 2006: € 3,05 mln Vermogensopbouw 165.945 aand. (0,6 % van totaal) Dividenduitkering 2005: € 0,40 mln 2006: € 0,30 mln Vermogensopbouw 166.427 aand. (4,2 % van totaal) Geen dividenduitk. Vermogensopbouw 100 aand. 2 (25 % van totaal) Geen dividenduitk.
Bank Nederlandse Gemeenten NV
Duinwaterbedrijf Zuid Holland NV
Coördinatie Afvalverw. Holland BV
Zuid
1
Eigen vermogen per 31.12.2006 € 2,74 miljard
Solvabiliteit per 31.12.2006 0,42
Financieel resultaat 2006 € 311 miljoen
€ 3,1 miljard
0,03
€ 311 miljoen
€ 147 miljoen
0,30
€ 18 miljoen
€ 0,024 miljoen
0,12
€ 0,0 miljoen
TABEL GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN Naam
Financieel belang
Stadsgewest Haaglanden
Bijdrage in de exploitatiekosten en het mobiliteitsfonds Bijdrage in de exploitatiekosten Bijdrage in de exploitatiekosten Bijdrage in de exploitatiekosten 50% aandeel in de gemeensch. regeling Bijdrage in de exploitatiekosten
Brandweer DelftRijswijk Hulpverleningsregio Haaglanden GGD Zuid Holland West Industrieschap de Plaspoelpolder Dienst Sociale Werkvoorziening Rijswijk e.o. Regionaal Reinigingsbedrijf Avalex
Bijdrage in de exploitatiekosten
Eigen vermogen per 31.12.2006 € 8,4 miljoen
Solvabiliteit per 31.12.2006 0,02
€ 0,30 miljoen
0,02
0
€ 1,4miljoen
0.20
€ 1,9 miljoen
0,42
€ 32,1 miljoen
0,97
€ 0,3 miljoen nadelig € 0,1 miljoen voordelig € 1,7 miljoen voordelig
€ 0,8 miljoen
0,58
€ 1,2 miljoen negatief
€ 0,30 miljoen
0,03
€ 0,5 miljoen negatief
1
Financieel resultaat 2006 € 1,4 miljoen voordelig
De solvabiliteit wordt berekend volgens de formule: eigen vermogen / totaal vermogen. Naarmate deze ratio dichter bij 1 komt, is de solvabiliteit gunstiger. De solvabiliteit is overigens niet altijd een goede indicator indien er sprake is van publieke partijen (deze kunnen niet failliet gaan). 2 T.o.v. het gestorte en opgevraagd kapitaal.
74
Paragraaf Grondbeleid Wettelijk kader Rijk Voor het gemeentelijk grondbeleid geldt een aantal beleidskaders, waarmee de gemeente Rijswijk rekening moet houden. In januari 2005 is de Rijksnota Grondbeleid verschenen. In deze nota, die gezien moet worden als strategische nota op hoofdlijnen, wordt het grondbeleid voor het komende decennium beschreven. Het Rijk propageert hierin een bevordering van de transparantie van het grondbeleid. Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is per 1 januari 2004 in werking getreden. Hierin is een aantal aanknopingspunten te vinden hoe met grondbeleid voortaan omgegaan dient te worden. In Artikel 21 van het BBV is voor het Grondbeleid ondermeer gesteld: 1. Dat het College tenminste eens per 4 jaar een (bijgestelde) nota grondbeleid ter behandeling en vaststelling aan de Raad aanbiedt. Hierin voorziet de op te stellen Nota Grondbeleid Rijswijk. 2. Dat in de paragraaf grondbeleid van de begroting en jaarstukken wordt ingegaan op de uitvoering van de nota grondbeleid. Deze Paragraaf Grondbeleid 2007 zal hierin voorzien. In het convenant gemeentelijk grondprijsbeleid (2001), spreken de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), de Vereniging van Nederlandse Project Ontwikkeling Maatschappijen (Neprom), het Nederlands Verbond van Bouwbedrijven (NVB) en het ministerie van VROM zich uit over de herijking van de door de gemeenten gehanteerde methodieken voor de berekening van de grondprijzen. Voor de uitwerking hiervan wordt verwezen naar de vast te stellen Nota Grondprijzen, als aanvulling op de Nota Grondbeleid. Wettelijk kader gemeente Rijswijk In artikel 23 van de Financiële Verordening van de gemeente Rijswijk van juni 2006 (ex artikel 212 Gemeentewet) wordt een door de gemeenteraad vastgestelde nota en paragraaf Grondbeleid voorgeschreven, die minimaal eens in de vier jaar worden herzien. Hierin wordt o.a. aandacht besteed aan de strategische visie op en de uitvoering van het grondbeleid en de belangrijkste financiële ontwikkelingen zoals verlies/winstverwachtingen, reserveposities en de aan- en verkoop van gronden. Gemeentelijk grondbeleid Rijswijk Ten behoeve van de ruimtelijke inrichting van het grondgebied worden door de gemeente Rijswijk doelstellingen geformuleerd, die vervolgens leiden tot het voeren van het grondbeleid. Dit grondbeleid is gericht op het bereiken van die doelstellingen, zoals het realiseren van woningbouw, bedrijventerreinen (werkgelegenheid), recreatiegebieden, etc. In het grondbeleid zijn twee uitersten zichtbaar, te weten het actieve grondbeleid en het passieve grondbeleid. Bij actief grondbeleid koopt de gemeente de bebouwde en/ of onbebouwde grond, waarna het bestemmingsplan wordt vastgesteld. Hierna wordt de grond bouw- en woonrijp gemaakt en uitgegeven, waarbij alle kosten verdisconteerd zijn in de uitgifteprijzen. Bij passief grondbeleid is de grond in bezit van particulieren en wordt de gemeentelijke rol beperkt tot het toetsen van bouwaanvragen en het vaststellen van bestemmingsplannen. Daarnaast is er nog een aantal tussenvormen, zoals het faciliterend grondbeleid en publiek private samenwerkingsverbanden (PPS-constructies). Op 27 maart 2007 is de Nota Grondbeleid door de raad vastgesteld. Hierin is als beleidsuitgangspunt onder andere bepaald dat de gemeente streeft naar een actief verwervingsbeleid. Indien dit niet tot de mogelijkheden behoort, zal de gemeente een selectief verwervingsbeleid nastreven waarbij een nauwe samenwerking met de exploitant tot stand moet komen. Op posities waarbij er door projectontwikkelaars grondposities zijn ingenomen, komt de gemeente Rijswijk ongewild in het passieve grondbeleid terecht. In deze gemeentelijke Nota kan de raad de kaders vaststellen voor het toekomstige grondbeleid van de gemeente Rijswijk. De gemeente beschikt over een breed palet aan middelen om hier invulling aan te geven. Hierbij moet worden opgemerkt dat het grondbeleid géén doel op zich is, maar een uitvoeringsinstrument voor de realisatie van andere gemeentelijke beleidsvelden (sectoraal beleid). Gelijktijdig met nota grondbeleid is de Nota Grondprijzen vastgesteld. Hierin worden richtlijnen gegeven voor de wijze van grondprijsbepaling en informatie over de hoogte van de grondprijzen voor verschillende functies. Het belang van het vaststellen van een gemeentelijk grondprijsbeleid is dat dit
75
leidt tot een uniforme grondprijsbepaling binnen de gemeente. Tevens biedt het openheid inzake de grondprijsbepaling naar zowel interne als externe klanten. Uitvoering De uitvoering van het grondbeleid is ondergebracht bij de afdeling Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling. Deze afdeling draagt onder andere zorg voor het opstellen en bijhouden van het grondbeleid, het aan- en verkopen van gronden en het onderhandelen met projectontwikkelaars over exploitatieovereenkomsten. Het Bedrijfsbureau verzorgt het opstellen van de exploitatieberekeningen en het afleggen van verantwoording hierover. Financiële posities en risico’s De complexe materie van de ruimtelijke inrichting en de omvangrijke financiële stromen (uitgaven en inkomsten) bij de realisatie van de doelstellingen uit het grondbeleid hebben een grote impact op de algemene financiële positie van de gemeente. Hierbij mogen de (financiële) risico’s niet uit het oog verloren worden. In deze paragraaf worden de financiële posities en risico’s belicht. T.a.v. de financiële positie is een onderverdeling te maken in: 1. De reservepositie en de stand van de voorzieningen, die gerelateerd zijn aan de uitvoering van het grondbeleid. 2. De onderbouwing van eventuele winstnemingen uit de grondexploitaties. 3. Een prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie en de geraamd kosten en opbrengsten per in ontwikkeling te nemen of genomen project. 4. In erfpacht uitgegeven gronden en de inkomsten en bijstellingen van de erfpachtvergoedingen. Ad 1) In de grondexploitaties van de gemeente Rijswijk kunnen zich risico’s voordoen als: - Politieke besluitvorming op lokaal dan wel bovenlokaal niveau. - Onvoorziene belemmeringen van milieu of archeologie gerelateerde oorzaken en daaruit voortvloeiende risico’s. - Hogere kostenstijgingen en lagere opbrengstenstijgingen dan voorzien in de exploitatieberekeningen. - Veranderende voorkeuren en behoeften in wonen en werken tussen het tijdstip van in exploitatie nemen van gronden en afronden van plannen. - Conjunctuur- en renterisico’s waardoor de vraag naar bouwgrond kan inzakken en renteverliezen kunnen ontstaan. Bij het vaststellen van de nota “locaties onder de loep” in 1996 is daarom voorgesteld om de exploitatieresultaten van de in de nota opgenomen locaties niet direct te verrekenen met de algemene reserve, maar voor dit doel een egalisatiereserve in te stellen. Verrekening van positieve en negatieve effecten vindt dan niet meer plaats met de algemene reserve, maar met de egalisatiereserve. In de najaarsrapportage 2005 is aangegeven dat het de voorkeur verdient de locaties waarvan bekend is dat zij zullen worden afgesloten met een negatief resultaat, dit verlies nu alvast te nemen. Daarnaast is er een voorziening gevormd voor het tekort op de bouwlocatie Oud Rijswijk voor een bedrag van € 2.200.000. Het BBV schrijft namelijk voor dat voorzienbare tekorten worden afgeboekt en staat niet toe dat negatieve reserves worden opgenomen. Dit betekent dat ondanks het verwachte positieve resultaat (in de toekomst) van de egalisatiereserve een voorziening moest worden opgenomen. Deze tegenvaller in de rekening 2005 heeft ertoe geleid dat besloten is deze werkwijze te verlaten en de resultaten van alle bouwgrondexploitaties op te nemen in de meerjarenbegroting (eventueel met gelijktijdige afdracht in de algemene reserve). De egalisatiereserve is inmiddels opgeheven. Ad 2) Tot voorheen was het gebruikelijk bij gemeenten de winst op een complex boekhoudkundig pas te nemen nadat de laatste kosten voor het complex waren gemaakt. Dit is een erg voorzichtige methode van winstneming volgens de ‘oude’ comptabiliteitsvoorschriften. De nieuwe wettelijke boekhoudvoorschriften (BBV) geven veel ruimere mogelijkheden in het nemen van winst. Voorwaarde hiervoor is dat deze vervroegde winstneming op consistente wijze plaats vindt. Vooralsnog wordt het standpunt gehandhaafd dat er geen tussentijdse winstnemingen worden gedaan. Overigens zal er voor locaties met voorziene tekorten een voorziening worden opgenomen of een deel van de boekwaarde versneld worden afgeschreven (BBV).
76
Ad 3). Hieronder volgt een overzicht van alle in exploitatie genomen gronden en niet in exploitatie genomen gronden. Hierbij is ervan uit gegaan dat de locaties Havengebied, Stationsgebied, Dillenburg, Huys de Wervelaan en Endezant ultimo 2007 zullen worden afgesloten. Complex Stadhuislocatie Benedictuslocatie Pasgeldlocatie Plaspoelpolder Oud Rijswijk Citerstraat e.o. Sion - 't Haantje Eikelenburg TNO
Verwacht eindresultaat 970.000 2.000.000 0 0 01 0 0 0 0
Totaal
2.970.000
1. Na verrekening met de voorziening.
In exploitatie genomen gronden (per 1 januari 2006): •
Stadhuislocatie In december 2004 is de raad akkoord gegaan met de overeenkomst met AM Wonen inzake ontwikkeling locatie Stadhuis (Ter Nieuburch). Voor het project is geen bouwgrondexploitatie geopend, maar is een post opgenomen in de kapitaaldienst. Bij het opstellen van de jaarrekening 2006 heeft de accountant aangegeven dat het niet is toegestaan rente toe te rekenen aan dit project, tenzij het wordt opgenomen onder de voorraad onderhanden werken. Vandaar dat het project nu alsnog is opgenomen onder de bouwgrondexploitaties. In het hiervoor genoemde raadsvoorstel werd nog uitgegaan van een resultaat van ruim € 1.400.000. in 2006. Als gevolg van planologische procedures zal de transactie naar verwachting begin 2008 kunnen plaatsvinden. Deze langere periode leidt tot hogere rente- en beheerskosten. Het resultaat wordt nu geraamd op € 970.000 in 2008. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedroeg € 6.538.530.
Nog in exploitatie te nemen gronden (per 1 januari 2006): •
•
•
•
Benedictuslocatie De gemeente heeft op deze locatie een grondpositie. Naar verwachting zal na aftrek van de boekwaarde en sloopkosten van het schoolgebouw van de Piramideschool, de ambtelijke uren en eventuele planschadevergoedingen het resultaat ruim € 2.000.000 bedragen. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedroeg € 2.181. Pasgeldlocatie Ontwikkeling van deze locatie was afhankelijk van de besluitvorming omtrent de milieuproblematiek Uzimet en de verplaatsing van TNO. Over de verplaatsingsoperatie van de TNO vestigingen in Rijswijk en Den Haag naar Cromstrijen is inmiddels overeenstemming bereikt. Dit geldt ook voor het toepassen van een naverbrander bij Uzimet. Nu de betreffende convenanten zijn getekend kan ook de ontwikkeling van de Pasgeldlocatie worden opgepakt. Het moment van uitvoering is afhankelijk van de houding van de Provincie inzake het vooruitlopend op de verplaatsing van TNO toestaan van bebouwing in het gebied. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedroeg € 104.434. Plaspoelpolder Het betreft hier vooralsnog alleen de verkoop van een perceel grond aan de Polakweg (raadsbesluit oktober 1999). De grond is nog niet geleverd, wel wordt er een rentevergoeding in rekening gebracht. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedroeg € 64.732 negatief. Oud Rijswijk De planvorming rond de ERL-locatie is grotendeels gereed. Naar verwachting zal het plan medio 2007 tot besluitvorming leiden. Er is in principe overeenstemming bereikt met Rijswijk Wonen over de panden Stadhoudersstraat / Frederik Hendrikstraat. De panden worden door de corporatie
77
•
•
•
•
aangekocht om het vervolgens met een programma begeleid wonen in te vullen. Daarmee is de doelstelling van het Masterplan Oud Rijswijk nagenoeg afgerond. In de loop van 2008 zal de afrekening van de bouwgrondexploitatie plaatsvinden. Inmiddels is bij de jaarrekening 2005 een voorziening gevormd ter grootte van het geprognosticeerde tekort van de locatie (€ 2.000.000). Bij de jaarrekening 2006 is hier nog € 200.000 aan toegevoegd. De rentelast wordt berekend over de boekwaarde inclusief de voorziening. Als gevolg hiervan zijn de rentelasten € 110.000 lager (5% over € 2.200.000). De boekwaarde per 1 januari 2007 bedroeg € 2.655.542. Citerstraat e.o. In het kader van de wijkontwikkelingsplannen voor de herontwikkeling van de locatie Citerstraat/Mandolinestraat is het terrein van het scholencomplex bestemd om woningbouw te realiseren. De school is verhuisd naar een ander gebouw, waarmee een einde is gekomen aan het gebruik van de schoollocatie Citerstraat. Mede gelet op de aanwezigheid van asbest in het gebouw is besloten tot sloop van het gebouw. Met de corporatie zijn gesprekken gevoerd over de grondprijs in relatie tot het woningbouwprogramma. Of de locatie budgettair neutraal kan worden ontwikkeld is sterk afhankelijk van de uiteindelijke kosten van de asbestsanering. Vooralsnog wordt uitgegaan van een budgettair neutrale ontwikkeling. De boekwaarde per 31 december 2006 bedraagt € 70.552. Sion- ’t Haantje Sinds de toepassing van de WVG op het gebied Sion - ‘t Haantje (maart 2006) is de gemeente actief in het gebied bezig met de verwerving van gronden. Op 27 maart 2007 heeft de raad hiertoe een krediet beschikbaar gesteld van € 54.600.000 (eerste tranche). Gegeven de wetenschap dat Rijswijk binnen twee na de toepassing van de WVG voor het gebied een ontwerpbestemmingsplan ter inzage moet leggen zal dit leidend moeten zijn in de nog op te stellen planning voor dit project. Op basis van de opgestelde haalbaarheidsstudie wordt vooralsnog uitgegaan van een budgettair neutrale ontwikkeling. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedraagt € 68.901. Eikelenburg Na presentatie van verschillende modellen aan de Raadscommissie (jan 2007) is in de commissie WSO van maart gediscussieerd en is een aantal wensen geformuleerd. In mei 2007 is een atelierbijeenkomst gehouden met AM en Rijswijk Wonen. Conclusie na afloop (van iedere partij afzonderlijk): de verschillen zijn te groot om met een gezamenlijk plan te komen. Het project verkeert nu in een impasse. Door als gemeente de regie te nemen kan dit proces vlotgetrokken worden. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedraagt € 0. TNO In maart 2007 is het convenant door de deelnemende partijen ondertekend. Ook de koopovereenkomst met TNO is inmiddels ondertekend. De verhuizing staat gepland voor 2013, waarna de locatie vrijkomt voor woningbouw. De boekwaarde per 1 januari 2007 bedraagt € 0.
Ad 4) In principe is het beleid van de gemeente Rijswijk dat er geen nieuwe erfpachtovereenkomsten worden afgesloten, uitzonderlijke gevallen daargelaten. Voor 2008 is er een totaal bedrag van € 436.836 geraamd aan jaarlijkse inkomsten. Een overzicht van de bestaande erfpachtovereenkomsten: Huurder Eindjaar Begroting 2008 St. Streekdierenhuis 2007 381 St. Rijswijkse Kinderopvang 2021 6.228 Rijswijkse Golfclub 2023 242.190 D.S.W. Rijswijk 2030 11.000 K.I.W.A. 2030 8.876 H.T.C.B. 2031 55.692 C.V.N. Crematorium B.V. 2097 112.469 Totaal 436.836
78
Paragraaf Lokale heffingen Algemeen Deze paragraaf bevat informatie over het tarievenbeleid voor de gemeentelijke heffingen, de ontwikkeling van de lokale heffingen en het kwijtscheldingsbeleid van de gemeente. Inkomsten lokale heffingen De geraamde en gerealiseerde opbrengsten van de zogeheten woonlastenheffingen (exclusief kwijtschelding), te weten de onroerende-zaakbelastingen (OZB), afvalstoffenheffing en rioolrechten, zijn vanaf 2006:
OZB (woningen) Afvalstoffenheffing Rioolrechten Totaal
2006 (werkelijk) € 3.961.476 € 6.673.588 € 1.187.802 €11.822.866
2007 (raming) € 4.033.000 € 7.260.000 € 1.210.000 €12.503.000
2008 (raming) € 4.191.000 € 7.277.500 € 1.276.000 €12.744.500
Beleidsuitgangspunten In het collegeprogramma Rijswijk 2006-2010 is als uitgangspunt geformuleerd, dat de woonlasten niet hoger zijn dan het gemiddelde van de regio Haaglanden. Verder geldt als uitgangspunt dat de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening (onder andere rioolrechten, afvalstoffenheffing en leges) 100% kostendekkend dienen te zijn. Dit kan betekenen dat deze tarieven meer of minder dan het inflatiepercentage kunnen stijgen, afhankelijk van de begrote kosten. Het geschatte inflatiepercentage voor 2008 is 1,50%. Voor de rechten geldt op basis van de Gemeentewet dat maximaal 100% van de begrote kosten gedekt mogen worden door de geraamde opbrengsten. Overzicht van de lokale belastingen en heffingen Gemeenten zijn beperkt in de belastingen die ze mogen heffen. Deze zijn limitatief opgesomd in de Gemeentewet. In het onderstaande overzicht zijn de door de gemeente Rijswijk geheven belastingen en heffingen opgenomen, inclusief de voor 2008 geraamde opbrengst. (bedragen x € 1000) Ongebonden heffingen * * * * *
Onroerende-zaakbelastingen Hondenbelasting Toeristenbelasting Precariobelasting Parkeerbelasting
Gebonden heffingen € 8.908 € 128 € 183 € 294 € 369
* * * * * *
Afvalstoffenheffing Rioolrechten Leges Marktgelden Haven-/Kadegelden Vermakelijkhedenretr.
€ 7.278 € 1.276 € 2.750 € 75 € 14 € 53
De totale opbrengst uit eigen belastingen en heffingen is voor 2008 geraamd op € 21.330. De geraamde opbrengst voor het jaar 2007 bedraagt € 20.963. De gemeente is vrij in het vaststellen van de tarieven en het besteden van de opbrengsten van de ongebonden heffingen. Alleen bij de OZB gelden door het Rijk vastgestelde maximumtarieven. Het huidige kabinet heeft echter in de junicirculaire 2007 aangegeven dat de regels voor deze limitering met ingang van 2008 komen te vervallen, mits hiervoor parlementaire goedkeuring wordt verkregen. De opbrengst van de gebonden heffingen dient alleen ter bestrijding van de kosten die de gemeente maakt voor de betreffende dienstverlening. De tarieven dienen zodanig te worden vastgesteld dat de (begrote) opbrengsten de (begrote) kosten van de dienstverlening niet overschrijden.
79
Ontwikkeling van de lokale belastingen en heffingen Onroerende-zaakbelastingen De aanslagen OZB worden berekend over de WOZ-waarden van de onroerende zaken in Rijswijk. Hierbij wordt een vast tarief voor elke € 2.500 van de vastgestelde waarde in rekening gebracht. De WOZ-waarden worden jaarlijks opnieuw vastgesteld. Tussen het belastingjaar en de waardepeildatum ligt vanaf 2008 nog maar één jaar in plaats van twee. De WOZ-waarden voor het belastingjaar 2008 zijn daarom vastgesteld naar de peildatum 1 januari 2007. In de meerjarenbegroting 2007-2011 is er voor het jaar 2008 uitgegaan van een opbrengststijging van 2,75%, bestaande uit de geschatte inflatie van 1,5% en een extra verhoging van 1,25%. Deze opbrengststijging is gebaseerd op de door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het jaar 2007 vastgestelde maximaal toegestane stijgingspercentage. Voor het jaar 2008 komt de maximering van de OZB-tarieven naar alle waarschijnlijkheid te vervallen en is door het Ministerie dan ook geen maximumstijgingspercentage vastgesteld. Ondanks dat de tariefstijging vanaf 2008 niet meer gemaximeerd is, stellen wij voor de opbrengst OZB te laten stijgen met het eerder genoemde maximumstijgingspercentage van 2,75%. Omdat de gemeentelijke uitgaven de komende jaren stijgen, is in de meerjarenraming een eenmalige, in 2009 door te voeren, extra OZB-verhoging opgenomen van 2%. Omdat de herwaardering 2008 nog niet is afgerond, kunnen er nog geen OZB-tarieven voor 2008 worden vastgesteld. Dit wordt uitgesteld tot de laatste raadsvergadering van 2007, op basis van de meest actuele taxatiegegevens. De tarieven zullen hierbij zodanig worden berekend dat de OZB opbrengst met 2,75% stijgt. Belastingjaar Ontwikkeling
2006 +1,5%
2007 +2,75%
2008 +2,75%
Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing dient ter bestrijding van de kosten van het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval. Bij de afvalstoffenheffing wordt een zogenaamd gedifferentieerd tarief gehanteerd. De hoogte van de heffing is afhankelijk van het aantal personen per huishouden (één-, twee-, of meerpersoonshuishoudens). Met ingang van 2007 wordt de afvalstoffenheffing in eigen beheer uitgevoerd. Dit heeft onder andere geleid tot het inzichtelijker worden van de opbrengsten. Toen de heffing nog werd uitgevoerd door Eneco, was niet duidelijk hoeveel huishoudens werden aangeslagen en werd de definitieve opbrengst pas bekend na het opstellen van de jaarrekening van Eneco. Dit gebeurde ongeveer anderhalf jaar na het einde van het belastingjaar, waardoor het niet goed mogelijk was te sturen op de (tegenvallende) opbrengsten. Ook voor het belastingjaar 2007, waarbij is uitgegaan van de gegevens van Eneco, zal de opbrengst afvalstoffenheffing lager uitvallen dan begroot. Hierover bent u reeds geïnformeerd in de Kadernota. Bij het opstellen van de begroting 2008 is hiermee rekening gehouden. Omdat er ook sprake is van een toenemend aantal woningen en de kosten van de afvalinzameling in 2008 lager uitvallen, wordt voorgesteld de tarieven afvalstoffenheffing voor 2008 niet te wijzigen. De ontwikkeling van de tarieven voor de afvalstoffenheffing is als volgt:
Eenpersoonshuishouden Tweepersoonshuishouden Drie- of meerpersoonshuishouden Tariefontwikkeling
2006 € 267,12 € 283,92 € 343,68 +1,50%
2007 € 285,12 € 303,00 € 366,84 +6,73%
2008 € 285,12 € 303,00 € 366,84 0%
Rioolrechten De rioolrechten worden geheven om de kosten van het beheer en het in stand houden van het gemeentelijke rioolstelsel te dekken. Uitgangspunt is dat met het vastgestelde tarief het rioolstelsel kostendekkend beheerd en in stand kan worden gehouden. Rioolrechten worden geheven in de vorm van een aansluitrecht (eigenarendeel) en een gebruikersdeel. Voor degene die op 1 januari van een belastingjaar genothebbende rechtens eigendom van een op de gemeentelijke riolering aangesloten
80
(on)roerende zaak is, geldt een vast bedrag aan rioolrecht per jaar. Voor het gebruikersdeel geldt ook een vast tarief, maar dit wordt tijdsevenredig in rekening gebracht. Vanaf 1 januari 2008 treedt de Wet gemeentelijke watertaken in werking, waardoor een verbrede rioolheffing mogelijk wordt. Dit houdt in dat gemeenten, die verantwoordelijk worden voor de verwerking van hemelwater en overtollig grondwater, de maatregelen hiervoor kunnen bekostigen uit de verbrede rioolheffing. De nieuwe wet heeft geen invloed op het heffingssysteem, dat nu door de gemeente wordt gehanteerd. De verordening rioolrechten hoeft daarom vooralsnog niet te worden aangepast. Pas wanneer in een nieuw Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) rekening wordt gehouden met de verbrede heffing, zal dit leiden tot aanpassing van de verordening. Gemeenten hebben vijf jaar de tijd om het GRP aan de nieuwe eisen te laten voldoen. In het huidige GRP 2006-2010 staan de kosten vermeld die gemaakt worden voor de instandhouding van het gemeentelijke rioolstelsel. In 2006 heeft de gemeenteraad gekozen voor de variant waarin de rioolrechten zoveel mogelijk met een vast percentage worden verhoogd. Op basis van deze variant wordt voorgesteld de rioolrechten voor 2008 te verhogen met 5,42%. Hiermee zijn de tarieven 100% kostendekkend. De tariefontwikkeling van de rioolrechten is als volgt:
Rioolrecht (eigendom) Rioolrecht (gebruik) Tariefontwikkeling
2006 € 23,76 € 23,76 +1,54%
2007 € 24,36 € 24,36 +2,53%
2008 € 25,68 € 25,68 + 5,42%
Hondenbelasting De hondenbelasting is een algemene belasting, waarvan de baten ten goede komen aan de algemene middelen. Het staat de raad vrij om de hoogte van de tarieven te bepalen, aangezien er geen relatie met de kosten hoeft te zijn. De hondenbelasting in Rijswijk kent een progressief tarief. Dit houdt in dat voor een tweede en derde hond een hoger tarief geldt dan voor de eerste hond. Dit komt voort uit het oorspronkelijke doel van de hondenbelasting, het terugdringen van het aantal honden. Kwijtschelding van hondenbelasting wordt slechts voor de eerste hond verleend. Voorgesteld wordt de tarieven hondenbelasting in 2008 slechts trendmatig te laten stijgen. De tariefontwikkeling van de hondenbelasting is als volgt:
Eerste hond Tweede hond Derde en volgende hond Kenneltarief Tariefontwikkeling
2006 € 49,32 € 98,64 € 197,28 € 148,20 +1,48%
2007 € 50,04 € 100,08 € 200,16 € 150,42 +1,47%
2008* € 50,76 € 101,52 € 203,16 € 152,64 + 1,44%
* De tariefstijgingen zijn lager dan de inflatie in verband met de afronding op door twaalf deelbare bedragen. Toeristenbelasting Toeristenbelasting wordt opgelegd aan degenen die gelegenheid bieden tot verblijf met overnachting van niet-ingezetenen. Het tarief is een vast bedrag per persoon per overnachting en wordt in 2008 slechts verhoogd met de inflatiecorrectie.
Tarief Tariefontwikkeling
2006 € 2,03 +1,5%
2007 € 2,06 +1,48%
2008 € 2,09 + 1,44%
Precariobelastingen Precariobelasting wordt geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven openbare gemeentegrond. Hierbij kan gedacht worden aan terrassen, uitstallingen, leidingen en luifels. De
81
gemeente heeft de vrijheid de hoogte van de tarieven naar eigen inzicht vast te stellen. Voor 2008 wordt voorgesteld de tarieven slechts met de inflatiecorrectie te verhogen. In december 2004 is in de Tweede Kamer een motie ingediend om de precariobelasting op (ondergrondse) infrastructuur van nutsbedrijven per 2008 af te schaffen. Dit zou voor de gemeente Rijswijk een inkomstenderving van ruim € 200.000 aan precariobelasting en € 600.000 aan privaatrechtelijke vergoedingen inhouden. Omdat de afschaffing van de precariobelasting voor nutsbedrijven alleen zal leiden tot een lastenverschuiving (de lagere inkomsten mogen worden verhaald via een verhoging van de OZB), wordt het belangrijkste doel van de motie, het voorkomen van lastenstijging voor burgers, niet bereikt. De staatssecretaris van BZK heeft daarom besloten de motie niet uit te voeren.
Opbrengstontwikkeling
2006 € 286.000
2007 € 290.000
2008 € 294.000
Parkeerbelastingen In de gemeente Rijswijk wordt onderscheid gemaakt tussen parkeren voor bewoners, bezoekers, autodaten en zakelijk parkeren. Omdat de parkeerboetes in Rijswijk niet gefiscaliseerd zijn, worden zij niet door de gemeente geïnd maar door justitie. De opbrengst van de belasting voor de gemeente bestaat dus zuiver uit de parkeergelden, die via de afgegeven vergunningen of de parkeerautomaten worden voldaan. Doordat de parkeerapparatuur alleen munten accepteert die zijn afgerond op eenheden van 10 cent, werden de tariefstijgingen van de parkeergelden voornamelijk vertaald in het wijzigen van de parkeerduur. Gebleken is dat deze methode met de huidige parkeerapparatuur niet wenselijk is. Afhankelijk van het ingeworpen geldbedrag wordt, op basis van een tarief per uur, berekend hoeveel minuten er mag worden geparkeerd. Het parkeertarief in 2007 (€ 0,70 per 44 minuten) levert een uurtarief op dat niet goed bruikbaar is en tot ongewenste resultaten kan leiden. Om dit in de toekomst te voorkomen, wordt voorgesteld de parkeerbelasting voor automaten te verhogen naar het eerst mogelijke tarief dat goed bruikbaar is, te weten € 1 per uur. Ten opzichte van het huidige tarief (€ 0,9545) betekent dit een verhoging van 4,75%. 2006 € 343.000
Opbrengst (raming)
2007 € 348.000
2008 € 369.000
Leges Voorgesteld wordt de diverse leges die worden geheven slechts met de inflatiecorrectie te verhogen. De tarieven die van rijkswege worden bepaald of gemaximeerd (zoals het tarief voor reisdocumenten), zullen meer of minder dan deze correctie kunnen stijgen. Marktgelden, haven- en kadegelden De markt-, haven- en kadegelden zullen voor 2008 met de geschatte inflatie worden verhoogd. Vermakelijkhedenretributie Waar bij toeristenbelasting de overnachtingen in de gemeente worden belast, zijn bij de vermakelijkhedenretributie de dagrecreaties voorwerp van de belasting. Belastingplichtig is de exploitant van de instelling waar het vermaak wordt geboden. Om de retributie te mogen heffen is het noodzakelijk dat de gemeente kosten maakt die samenhangen met de vermakelijkheid. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan schoonmaakwerkzaamheden en wegenonderhoud. Door de geringe inflatiecorrectie van 1,5% en het lage tarief van € 0,18 per bezoeker, zal het afgeronde tarief in 2008 gelijk blijven aan het tarief in 2007. Tariefontwikkeling:
Tarief
2006 € 0,17
2007 € 0,18
2008 € 0,18
Woonlasten De woonlasten zijn een graadmeter voor de burgers voor een stijging of daling van de gemeentelijke lasten. De berekening van de woonlasten is gebaseerd op de OZB voor een huiseigenaar, bij een
82
gemiddelde WOZ-waarde, de rioolrechten en de afvalstoffenheffing. De woonlasten stijgen in 2008 voor een eenpersoonshuishouden gemiddeld 1,4% en voor een driepersoonshuishouden gemiddeld 1,2%. Deze percentages liggen lager dan de geschatte inflatie, hetgeen wordt veroorzaakt door de gelijkblijvende tarieven van de afvalstoffenheffing. woonlasten
OZB* Afvalstoffenheffing Rioolrechten Totaal
eenpersoonshuishouden 2006 2007 € € € €
146,56 267,12 47,52 461,20
€ 163,16 € 285,12 € 48,72 € 497,00
2008 € 167,65 € 285,12 € 51,36 € 504,13
driepersoonshuishouden 2006 2007 € € € €
146,56 343,68 47,52 537,76
€ 163,16 € 366,84 € 48,72 € 578,72
2008 € 167,65 € 366,84 € 51,36 € 585,85
* Door de herwaardering van alle onroerende zaken is de hoogte van de OZB-tarieven nog niet te bepalen. In het overzicht wordt daarom uitgegaan van een stijging van 2,75% ten opzichte van 2007.
Positie ten opzichte van omliggende gemeenten Uit de onderstaande tabel blijkt dat Rijswijk in 2007 ten opzichte van de omliggende gemeenten een positie onder het gemiddelde inneemt. Op de gemeente Den Haag na heeft de gemeente Rijswijk zelfs de laagste woonlasten in de regio. Gemeentelijke woonlasten 2007 (bron: Coelo, Atlas van de lokale lasten 2007) Woonlasten (per jaar) voor een Woonlasten (per jaar) voor een eenpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden Rijswijk € 497 € 578 Delft € 542 € 650 Den Haag € 495 € 540 Leidschendam-Voorburg € 537 € 611 Midden-Delfland € 696 € 767 Pijnacker-Nootdorp € 621 € 692 Voorschoten € 644 € 706 Wassenaar € 788 € 943 Westland € 587 € 666 Zoetermeer € 554 € 587 Gemiddelde woonlasten
€ 596
€ 674
Kwijtscheldingsbeleid In de gemeente Rijswijk bestaat de mogelijkheid om kwijtschelding te krijgen van een aantal heffingen (rioolrechten, afvalstoffenheffing en hondenbelasting voor de eerste hond). Om te bepalen of iemand in aanmerking komt voor kwijtschelding, hanteert de gemeente de zogeheten 100% bijstandsnorm. Dit betekent dat alleen huishoudens met een inkomen op of onder het bijstandsniveau recht hebben op kwijtschelding. Wanneer iemand een hoger inkomen heeft of vermogen bezit, betekent dit dat er betalingscapaciteit aanwezig is waaruit de belastingaanslag kan worden voldaan. Het aantal verzoeken om kwijtschelding is in 2007 aanmerkelijk gestegen in vergelijking met 2006. De oorzaak daarvan is vermoedelijk gelegen in het feit dat de afvalstoffenheffing per 2007 op het aanslagbiljet staat vermeld tezamen met de OZB en het rioolrecht, terwijl in voorgaande jaren de afvalstoffenheffing maandelijks werd geïnd via de elektriciteitsrekening van Eneco. De kwijtscheldingsverzoeken voor het jaar 2007 zijn inmiddels afgehandeld en gebleken is dat er over het jaar 2007 voor een bedrag van € 442.000 aan kwijtschelding is verleend, terwijl in de begroting is uitgegaan van € 363.000. De verwachting is dat het aantal kwijtscheldingsverzoeken niet verder zal toenemen. Wel wordt verwacht dat het totaalbedrag van de kwijt te schelden belastingen door de stijging van de gemeentelijke lasten nog zal toenemen.
83
84
Paragraaf Financiering Inleiding De paragraaf financiering richt zich op de treasuryfunctie: de wijze waarop de gemeente omgaat met haar financiële geldstromen en vermogensposities. Van belang hierbij is hoe de gemeente omgaat met financiële risico’s, de mate waarin de gemeente over voldoende geldmiddelen kan beschikken om op korte termijn (liquiditeit) aan haar schulden te voldoen en de manier waarop op lange termijn de financiering is geregeld. Economische- en renteontwikkelingen De renteontwikkeling op de kapitaalmarkt wordt grotendeels bepaald door het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). Dit rentebeleid is gebaseerd op de economische ontwikkeling in de Eurozone. Inmiddels heeft de ECB dit jaar de beleidsrente verhoogd tot 4%. Een verhoging wordt momenteel verwacht door de markt tot 4,25% in september of oktober, waarbij een eventuele verdere verhoging eind 2007 niet is uitgesloten. De vooruitzichten van de Europese economie blijven gunstig. Aan het einde van 2007 wordt een stijging van de inflatie verwacht, vanwege capaciteitsproblemen, loonstijgingen en hoge olieprijzen. Momenteel daalt de inflatie nog en bedraagt 1,8%. Op basis van diverse informatie hebben wij onze rentevisie voor 2008 bepaald. De financiële markten zijn behoorlijk onzeker over de verwachtingen voor de komende periode; deze wisselt maandelijks. Zo is bijvoorbeeld in augustus dit jaar veel commotie ontstaan over de subprime hypotheken in de Verenigde Staten. De uitwerking van deze negatieve ontwikkelingen, waarin klanten hun verplichtingen niet meer kunnen nakomen, zijn veel omvattender dan eerder gedacht. Dit komt ook door de vrij ondoorzichtige verbanden die zijn ontstaan door nieuwe geld- en kapitaalmarktproducten, waarin via allerlei constructies de risico’s worden doorverkocht. In de onderstaande tabel is de maandelijkse wisselende visie van de banken weergegeven, door de laatste 3 maanden, mei t/m juli 2007 in kaart te brengen. De onderstaande tabel geeft de prognose weer, van het gemiddelde van de banken, gedaan in prognoses gedurende de laatste 3 maanden, voor de renteverwachting over 1 jaar. Deze prognose heeft betrekking op de rentevisie voor kortlopend geld (3 maanden) en langlopend geld (10 jaar). De geld- en kapitaalmarkten zijn door de diverse instabiele situaties in de wereld (olieprijs, economische groei of vertraging, oorlogen) extra gevoelig voor gebeurtenissen en reageren beweeglijk. Over de langere termijn gezien is de rente sinds medio vorig jaar fors opgelopen. Tabel prognose financiële markten Prognose rentestanden over 1 jaar
1
Korte rente periode van 3 mnd 4,30 % 4,43 % 4,43 %
Marktvisie gemiddelde banken in mei 2007 Idem in juni 2007 Idem in juli 2007
Lange rente periode van 10 jaar 4,51 % 4,89 % 4,88 %
Bovenstaande tabel is gebaseerd op de “marktvisie” van Deloitte. De grafiek hieronder is overgenomen uit de “marktvisie” van augustus 2007.
1
Bronnen: Bloomberg/banken ( Deutsche Bank, Rabobank, Commerzbank en JP Morgan)
85
Grafiek renteprognoses banken R e n t e : f o r w a r d e n v e r w a c h t in g b a n k e n ( b r o n : B lo o m b e r g / b a n k e n ) 5 .3 4 .8 4 .3 3 .8 3 .3 2 .8 2 .3 1. 8 2 9 /8 /2 0 0 6 - 2 9 /8 /2 0 0 8 3 m n d s . E u r ib o r f o r w a r d 3 m n d s . E u r ib o r g e m . b a n k e n 3 m n d s . E u r ib o r 10 j r s . s w a p f o r w a r d 10 j r s . s w a p g e m . b a n k e n 10 j r s . s w a p
Risicobeheer Renterisicobeheer Voor het bepalen van de rentevisie is gebruik gemaakt van de in augustus 2007 beschikbare gegevens. De huidige rente op de kapitaalmarkt voor leningen van 10 jaar beweegt zich op dit moment rond de 4,5%. Een jaar geleden was dit nog 4,1%, derhalve een behoorlijke stijging. De verwachting onder banken is een nog zeer geringe stijging van de kapitaalmarktrente. We gaan uit van een marktrenteniveau voor langlopende leningen van 10 jaar in het jaar 2008 van gemiddeld 4,5%, iets lager dan de marktverwachting. Aan rentekosten wordt in 2008 € 2.700.000 betaald. De gemiddelde rentekosten voor onze portefeuille vaste geldleningen bedraagt circa 4,57% van de restantschuld per 1 januari 2008. Het gewogen gemiddelde van de looptijd is 14 jaar. De rentevaste periode is gelijk aan de looptijd van de geldleningen, derhalve geen risico op renteherziening van lopende geldleningen. In het jaar 2008 zal een bedrag van € 4.500.000 worden afgelost aan geldleningen, hetgeen 7,5% is van de totale portefeuille. Dit bedrag wordt geherfinancierd. De geldmarktrente beweegt zich voor kasgeldleningen van 3 maanden momenteel rond de 4,4%. Een jaar geleden was dit nog circa 3,3%. De stijging is groter geweest dan voor de lange rente. Indien nodig wordt in eerste instantie gefinancierd met kasgeldleningen en andere korte kredietfaciliteiten tot maximaal de kasgeldlimiet, voor 2008 € 8.900.000. Indien de marktomstandigheden hiertoe aanleiding geven wordt hiervan afgeweken. Benodigde financieringsmiddelen Om in de financieringsbehoefte te kunnen voorzien zal rond de aanvang van het jaar 2008 een nieuwe geldlening moeten worden aangetrokken, één en ander afhankelijk van de investeringsvolumes die dit jaar (2007) worden gehaald en van de op dat moment geschatte marktomstandigheden. Er is rekening gehouden met een nieuwe geldlening in 2008 van circa € 5.000.000. Bij normale omstandigheden zal in eerste instantie gefinancierd worden met kasgeldleningen, waarvoor maximaal € 8.900.000 mag worden opgenomen, conform de regelgeving uit de Wet Fido, de zogenaamde kasgeldlimiet. Door hiervan zoveel mogelijk gebruik te maken wordt maximaal geprofiteerd van de lage rentestanden voor kortlopende geldleningen. Aan de eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) wordt een rente van 5% toegerekend, die als opbrengst wordt verantwoord ten gunste van de exploitatie. Deze interne rentekosten en de betaalde rente aan de banken worden doorberekend aan de producten, waarvoor de investeringen zijn ingezet.
86
De verhouding tussen de boekwaarde van de activa en de eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) zegt iets over de mate waarin de gemeentebegroting gevoelig is voor renteontwikkeling. De investeringen in Rijswijk zijn begin 2008 voor 44,2% gefinancierd met eigen financieringsmiddelen (inclusief voormalige voorzieningen). Per 1 januari 2007 was dit 44,3%. hetgeen vrijwel gelijk is. De stijging van de voorgenomen investeringen houdt gelijke tred met de stijging van de eigen financieringsmiddelen. Kortlopend renterisico (kasgeldlimiet) De rente op de geldmarkt voor kasgeldleningen van bijvoorbeeld 3 maanden beweegt zich begin augustus 2007 rond de 4,4%. Een jaar geleden was dit nog 3,3%. De verwachting onder banken is een verdere stijging van de geldmarktrente. We gaan uit van een marktrenteniveau voor kasgeldleningen in het jaar 2008 van gemiddeld 4,5%. Hieronder is een grafiek opgenomen van de BNG over de renteontwikkeling van kasgeldleningen voor 3 maanden in de periode januari 2006 tot begin augustus 2007. Het renterisico op kortlopende geldleningen (< 1 jaar) is door de wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) gemaximaliseerd tot de kasgeldlimiet. Deze limiet is gesteld op 8,5% van de begrotingsomvang van 2008. Dit betekent dat bij een begrotingsomvang van € 104.500.000 miljoen in 2008 de kasgeldlimiet circa € 8.900.000 miljoen bedraagt. Een overzicht van de afstemming met de kasgeldlimiet is opgenomen in bijlage 1. Langlopend renterisico (Renterisiconorm) De rente op de kapitaalmarkt voor leningen van 10 jaar met een lineaire aflossing beweegt zich begin augustus 2007 rond de 4,2%. Een jaar geleden was dit 3,9%. Vooral de laatste maanden is deze rente van een top van circa 4,9% gedaald naar circa 4,2%. De verwachting onder banken is een lichte stijging van de kapitaalmarktrente. We gaan uit van een marktrenteniveau voor langlopende leningen van 10 jaar in het jaar 2008 van gemiddeld 4,5%. Hieronder is een grafiek opgenomen van de BNG over de renteontwikkeling van vaste geldleningen met een looptijd van 10 jaar in de periode 1 juni 2005 tot begin september 2007.
Evenals het renterisico op kortlopende geldleningen is ook het renterisico op langlopende geldleningen aan een maximum gebonden. Uitgangspunt hierbij is om zoveel mogelijk spreiding in de looptijden van leningen aan te brengen. De wettelijk vastgestelde renterisiconorm van 20% houdt in dat in enig jaar de aflossing van de lange schuld niet hoger mag zijn dan 20% van de gehele vaste schuld. Hierdoor wordt de rentegevoeligheid ingeperkt. Voor 2008 is dit maximum berekend op € 12.100.000. Het totaal van de betaalde aflossingen in 2008 bedraagt op € 4.500.000, zodat onze gemeente ruim binnen de norm blijft.
87
In bijlage 2 is het overzicht voor 2008 opgenomen, waarin het renterisico van de gemeente wordt afgezet tegen de renterisiconorm. Kredietrisicobeheer Het kredietrisico wordt veroorzaakt door de mogelijkheid dat de instelling waaraan geld is verstrekt niet in staat blijkt te zijn, de rente en aflossing op verstrekte leningen te voldoen. Deze verstrekte geldleningen betreffen leningen in het kader van de publieke taak van de gemeente. De gemeente heeft maar een beperkt bedrag aan leningen uitstaan. Begin 2008 bedragen de uitstaande leningen: - woningbouwverenigingen - geldleningen ambtenaren
€ 1.070.000 € 2.900.000 € 3.970.000
De gemeente loopt niet alleen kredietrisico op verstrekte geldleningen, maar ook op de geldleningen, waarover een garantstelling is verstrekt. Een groot deel van deze garantstellingen heeft betrekking op leningen aan de woningcorporaties Vidomes en Rijswijk Wonen. Voor deze leningen is een achtervangovereenkomst afgesloten met het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Hierdoor is het kredietrisico voor de gemeente zeer beperkt, doordat het CFV (Centraal Fonds Volkshuisvesting) in eerste instantie en het WSW in tweede instantie borg staan voor de leningen van de Woningstichtingen Rijswijk Wonen en Vidomes. Van de overige gegarandeerde geldleningen is het risico afgedekt of beperkt. Indien de gemeente betalingen verricht in het kader van de garantstellingverplichting vervalt het eigendom van het onderpand aan de gemeente. Liquiditeitbeheer Het liquiditeitbeheer betreft het financieren en uitzetten van middelen voor de perioden van één jaar of korter. Zoals aangegeven zal tot het bedrag van de kasgeldlimiet het financieringstekort met kortlopende geldleningen worden gefinancierd. Dit gebeurt door het aanhouden van een negatief saldo op de rekening-courant bij de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) eventueel aangevuld met een kasgeldlening. Om te voorkomen dat er overschrijding van de kasgeldlimiet zal plaatsvinden, wordt dagelijks het totaal van de saldi van alle bankrekeningen vergeleken met de kasgeldlimiet. Tevens worden per maand de betalingen en ontvangsten van de gemeente vergeleken met de verwachtingen voor die maand. Op basis van eventuele afwijkingen kunnen de verwachtingen voor de volgende maanden aangepast worden. Financiering Het gemiddeld percentage van de te betalen rente bedraagt 4,6% (begroting 2007: 4,6%). Bijlage 3 biedt inzicht in de looptijd, het aflossingsdeel en de rentepercentages van de langlopende geldlening. Uit het overzicht blijkt hoeveel er in 2008 wordt afgelost en wat de openstaande leningen zijn per ultimo 2008. De gemiddelde resterende looptijd van de leningen bedraagt 14,5 jaar. Hiermee is voor een langere periode het renterisico afgedekt. Hoe korter de gemiddelde looptijd van de leningen, des te gevoeliger is de gemeente Rijswijk voor renteschommelingen van de kapitaalmarktrente. De boekwaarde is in het jaar 2008 toegenomen t.o.v. ultimo 2006 met € 17.000.000. De reserves en voorzieningen zijn toegenomen, in totaal met € 3.200.000 (vooral door exploitatiewinsten van de grondexploitatie in 2007). Het financieringstekort bedraagt begin 2008 € 3.200.000. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkelingen van de financieringsstructuur van de gemeente van de jaarrekeningen 2004 t/m 2006 per ultimo van het jaar. Voor de begroting 2007 zijn de cijfers per begin van het jaar vermeld. Hierdoor is de begroting 2007 vergelijkbaar met de eindcijfers van de jaarrekening 2006. Omschrijving
Jr 2004
Jr 2005
Jr 2006
B 2007
B 2008
Boekwaarde
117.619
107.156
96.873
119.403
113.821
60.077
63.458
56.438
64.437
60.325
Vreemd vermogen
88
Reserves en voorz. 58.870 Financieringssaldo 1.328 Genoemde bedragen x € 1.000 = financieringstekort Jr = jaarrekening B = begroting
47.363 3.816
47.024 6.589
46.481 - 8.485
50.271 - 3.225
Opvallend is dat vooral de boekwaarde van de begroting 2007 ten opzichte van voorgaande jaren een flinke stijging vertoont. De jaarrekening 2006 geeft per ultimo van het jaar een veel lagere boekwaarde dan de begroting 2007. Dit wordt vooral veroorzaakt door uitstel van investeringen.
89
Bijlage 1. Kasgeldlimiet 2008
Omvang begroting voor het jaar 2008:
Toegestane kasgeldlimiet - in procenten van de grondslag - in bedrag gemiddelde van het kwartaal X € 1.000 Netto vlottende schuld
Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld Toegestane kasgeldlimiet Ruimte
€ 104.500.000
8,5% € 8.882.000 Kwartaal 1
Kwartaal 2
Kwartaal 3
Kwartaal 4
8.500
8.500
8.500
8.500
8.500 8.882 382
8.500 8.882 382
8.500 8.882 382
8.500 8.882 382
90
Bijlage 2. Renterisiconorm 2008 Renterisiconorm
Bedragen X € 1.000
2008
1.a 1.b
Renteherziening op vaste schuld o/g Renteherziening op vaste schuld u/g
-
2.
Netto renteherziening op vaste schuld (1a - 1b)
-
3.a 3.b
Nieuwe aangetrokken vaste schuld Nieuwe verstrekte lange leningen
5.000 -
4.
Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a - 3b)
5.000
5. 6.
Betaalde aflossingen Herfinanciering (laagste van 4 en 5)
4.512 4.512
7.
Renterisico op vaste schuld (2 + 6)
4.512
8.
Renterisiconorm (art. 5)
9.a 9.b
TOETS RENTERISICONORM Ruimte onder renterisiconorm (8 – 7)* Overschrijding renterisiconorm ( 7 - 8)*
10. 11. 12.
Berekening Renterisiconorm Stand van de vaste schuld per 1 januari Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage Renterisiconorm: (10 x 11) : 100
12.065
7.553
* Bij 9a en 9b wordt alleen het positieve bedrag getoond.
91
60.325 20% 12.065
Bijlage 3. Overzicht langlopende leningen gesorteerd naar looptijd volgens de begroting 2008 Lening
229 230 231 233 235 236 237 238 239 240 Totaal
Loopt tot
Rentepercentage
Restant begin 2008
Jaarlijkse aflossing
x € 1.000
X € 1.000
2020 2010 2016 2016 2028 2028 2028 2014 2015 2032
7,990 5,580 5,865 4,485 4,410 4,470 4,770 3,715 3,000 4,850
3.539 1.566 4.084 4.356 5.880 8.400 6.300 7.000 9.200 10.000
272 522 454 484 280 400 300 1.000 400 400
Gewogen gem.:
4,6%
60.325
4.512
De gemiddelde resterende looptijd van het totaal van de restantschuld per ultimo 2008 bedraagt 14,4 jaar.
92
FINANCIËLE BEGROTING
93
94
PROGRAMMABEGROTING 2008
95
96
Programmabegroting 2008 Bedragen x € 1.000 Lasten Baten Saldo Programma's 1 Algemeen Bestuur en Organisatie 2 Openbare Orde en Veiligheid 3 Verkeer en Vervoer 4 Economie en Werken 5 Onderwijs 6 Sport, Cultuur en Recreatie 7 Zorg, Welzijn en Volksgezondheid 8 Wonen en Leven
7.893 5.460 9.097 7.409 5.093 9.720 36.853 17.372
886 149 1.824 4.381 917 1.934 18.357 12.504
7.007 5.311 7.273 3.028 4.176 7.786 18.496 4.868
Subtotaal programma's
98.897
40.952
57.945
Algemene dekkinsgmiddelen a) Lokale heffingen waarvan de besteding niet gebonden is b) Algemene uitkeringen c) Dividend d) Saldo van de financieringsfunctie e) BTW-compensatiefonds f) Overige algemene dekkingsmiddelen
1.484 600 161 0 0 964
9.814 43.356 3.000 0 0 3.628
-8.330 -42.756 -2.839 0 0 -2.664
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen
3.209
59.798
-56.589
Onvoorzien Onvoorziene uitgaven exploitatie Onvoorziene uitgaven investeringen
211 0
0 0
211 0
Subtotaal onvoorzien
211
0
211
102.317
100.750
1.567
Mutaties bestemmingsreserves per programma 1 Algemeen Bestuur en Organisatie 2 Openbare Orde en Veiligheid 3 Verkeer en Vervoer 4 Economie en Werken 5 Onderwijs 6 Sport, Cultuur en Recreatie 7 Zorg, Welzijn en Volksgezondheid 8 Wonen en Leven 9 Algemene Dekkingsmiddelen
386 0 0 0 0 0 0 1.629 167
593 0 0 0 0 0 124 403 2.629
-207 0 0 0 0 0 -124 1.226 -2.462
Subtotaal mutaties bestemmingsreserves
2.182
3.749
-1.567
104.499
104.499
0
RESULTAAT VOOR BESTEMMING
RESULTAAT NA BESTEMMING
97
98
MEERJARENBEGROTING
99
100
MEERJARENBEGROTING 2008-2012
101
Meerjarenbegroting 2008 - 2012 (x 1.000 euro) per programma Begroting 2008 Product Omschrijving product nummer
lasten
baten
saldo
1.309
19
1.290
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2009 2009 2009
Programma 1 Algemeen bestuur en organisatie 0010 0010
Bestuursorganen Gewezen wethouders
-12
1.297 0011 0011
Bestuurlijke samenwerking Bijdrage aan Stadsgewest Haaglanden
585
0
19
1.278
0
588
1.502
100
1.402
856
0
856
0
1.048
767
985
72
0
72
667
0
667
31
0
31
7.813
886
6.927
0
1.274
585 3 588
0020 0020 0020 0020
0021
0022 0022 0022 0022
Bestuursondersteuning Concerndirectie Doelmatigheidsonderzoek Projecten organisatieontwikkeling
1.457
100
1.357 17 8 20
Publieksvoorlichting, promotie en public relations
856
Organisatieverliezen FPU (regulier) Ontslaguitkeringen en afvloeiingsregelingen OB3
1.179
0
0
856
1.179 -36 -56 -39 1.048
0030 0030
Burgerzaken Kapitaallasten investeringen
1.769
767
1.002 -17 1.752
0031 0031 0031
0060
5801
Verkiezingen/ referenda Kapitaallasten investeringen Verkiezingen
40
0
40 -1 33
Bestuursondersteuning raad en rekenkamerfunctie
667
Mediabeleid
31
Totaal programma 1
0
0
667
31
7.893
886
7.007
1.275
0
1.275
Programma 2 Openbare orde en veiligheid 1100 1100
Openbare orde en veiligheid Kapitaallasten investeringen
-1 1.274
1200 1200
Brandweer Kapitaallasten investeringen
4.105
149
3.956 449
102
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2010 2010 2010
35
1.332
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2011 2011 2011
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2012 2012 2012
30
2
19
1.313
1.362
19
1.343
1.364
19
1.345
591
0
591
591
0
591
591
0
591
1.502
100
1.402
1.502
100
1.402
1.502
100
1.402
856
0
856
856
0
856
856
0
856
3
-41 -56 -19
2 -43 -65
6 -108 -173
932
0
932
826
0
826
551
0
551
1.752
767
985
1.752
767
985
1.752
767
985
-5 38
-1 -38
-8
105
0
105
66
0
66
58
0
58
667
0
667
667
0
667
667
0
667
31
0
31
31
0
31
31
0
31
7.768
886
6.882
7.653
886
6.767
7.372
886
6.486
0
1.274
0 1.274
-13
0 0
1.274
1.274
0 0
1.274
1.274
12
-10
103
Meerjarenbegroting 2008 - 2012 (x 1.000 euro) per programma Begroting 2008 Product Omschrijving product nummer 1200 FLO-lasten brandweer 1200 Bijdrage aan gemeenschappelijke regeling
1201
lasten
Rampenbestrijding
baten
80
Totaal programma 2
saldo
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2009 2009 2009 -147 -7 4.400
149
4.251
80
0
80
5.754
149
5.605
876
5.326
44
1.102
0
182
783
-142
1.108
121
987
9.279
1.824
7.455
874
86
788
5.992
4.295
1.697
539
0
539
7.405
4.381
3.024
80
5.460
149
5.311
6.061
876
5.185
Programma 3 Verkeer en vervoer 2100 2100 2100 2100 2100
Wegen, straten en pleinen Kapitaallasten investeringen Mobiliteitsfonds Nota kapitaalgoederen Uitbreiding woningareaal
102 53 -25 11 6.202
2110 2110
Verkeer Kapitaallasten investeringen
1.108
44
1.064 38 1.146
2120 2120
Openbaar vervoer Kapitaallasten investeringen
183
0
183 -1 182
2140 2140
Parkeren Kapitaallasten investeringen
642
783
-141 -1 641
2400 2400 2400 2400
Waterwegen Kapitaallasten investeringen Uitbreiding woningareaal Baggeren watergangen
1.103
121
982 5
Totaal programma 3
9.097
1.824
7.273
876
86
790
Programma 4 Economie en werken 3100 3100
6110
6500 6500
Economische aangelegenheden Kapitaallasten investeringen
-2
Werkgelegenheid en uitstroom
5.992
Kinderopvang Kapitaallasten investeringen
541
4.295
0
1.697
541 -2
Totaal programma 4
7.409
104
4.381
3.028
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2010 2010 2010 -59
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2011 2011 2011 -40
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2012 2012 2012 -79
4.328
149
4.179
4.300
149
4.151
4.211
149
4.062
80
0
80
80
0
80
80
0
80
5.682
149
5.533
5.654
149
5.505
5.565
149
5.416
876
4.812
44
1.130
0
188
783
-147
-116 4
-501
58
6
13
22
6.096
876
5.220
5 1.151
44
1.107
4.732
5.688
1.157
17 44
1.113
1.174
-1 0
188
-2 639
876
6
6 188
5.608
187
1 0
187
188
-2 783
-144
-8 6 350
637
-1 783
-146
636
37 2 150
18 5
1.456
121
1.335
1.645
121
1.524
1.668
121
1.547
9.530
1.824
7.706
9.234
1.824
7.410
9.354
1.824
7.530
-2
-4
-28
872
86
786
868
86
782
840
86
754
5.992
4.295
1.697
5.992
4.295
1.697
5.992
4.295
1.697
-9
0
-5
530
0
530
530
0
530
525
0
525
7.394
4.381
3.013
7.390
4.381
3.009
7.357
4.381
2.976
105
Meerjarenbegroting 2008 - 2012 (x 1.000 euro) per programma Begroting 2008 Product Omschrijving product nummer Programma 5 Onderwijs
lasten
baten
saldo
4010 4010 4010
2.973
0
2.973
Huisvesting scholen Kapitaallasten investeringen Huisvesting de Voorde
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2009 2009 2009
125 -150
2.948 4030
Lokaal onderwijsbeleid Kapitaallasten
2.120
917
0
2.948
2.120
917
1.203
5.068
917
4.151
1.369
0
1.369
1.887
2.946
7
2.188
40
927
625
0
625
9.989
1.934
8.055
44
0
44
16.765
14.989
1.776
164
2.528
1.203 0
Totaal programma 5
5.093
917
4.176
1.369
0
1.369
Programma 6 Sport, cultuur en recreatie 5100 5100
5300 5300 5300
Openbaar bibliotheekwerk Kapitaallasten oude activa & lopende investeringen
Sport Kapitaallasten investeringen IJsbaan
4.622
1.887
2.735 181 30 4.833
5400 5400 5400
Kunst en cultuur Kapitaallasten investeringen Tentoonstelling Papier Biënnale
2.208
7
2.201 -7 -6 2.195
5410 5410
Cultureel erfgoed Kapitaallasten investeringen
910
40
870 57 967
5800 5800
Speeltuinwerk Kapitaallasten investeringen
611
0
611 14
Totaal programma 6
9.720
1.934
7.786
44
0
44
Programma 7 Zorg, welzijn en volksgezondheid 1400
6100 6100
6101 6101
Opvang zwerfdieren
Inkomensvoorziening Tijdelijke stimuleringsregeling opsporing en controle
16.765
Minimabeleid Kwijtscheldingen belastingen
2.677
14.989
164
1.776
2.513 15 2.692
106
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2010 2010 2010
-73
2.875
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2011 2011 2011
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2012 2012 2012
23
0
2.875
0
2.898
-46
0
2.898
2.852
0
0
2.852
-4
2.120
917
1.203
2.120
917
1.203
2.116
917
1.199
4.995
917
4.078
5.018
917
4.101
4.968
917
4.051
1.369
0
1.369
1.369
0
1.369
1.369
0
1.369
1.887
2.957
7
2.222
40
913
-37
4.796
67
1.887
2.909
-10 6 2.191
1.887
2.976
4.844
42 -6 7
2.184
-4 963
4.863
-19
2.227
2
7
2.220
2.229
-5 40
923
10
958
-5 40
918
953
22
15
635
0
635
657
0
657
672
0
672
9.954
1.934
8.020
10.074
1.934
8.140
10.067
1.934
8.133
44
0
44
44
0
44
44
0
44
1.731
16.765
15.034
1.731
164
2.573
45 16.765
14.989
1.776
15 2.707
16.765
15.034
15 164
2.543
2.722
15 164
2.558
2.737
107
Meerjarenbegroting 2008 - 2012 (x 1.000 euro) per programma Begroting 2008 Product Omschrijving product nummer 6200 Maatschappelijke begeleiding en advies 6200 Enquette cliëntenraad
6201
6202
6203
6204
6220
6300
6301 6301
Maatschappelijke dienst en hulpverlening
lasten
baten
saldo
658
0
658
440
Ouderenbeleid
126
Gehandicaptenbeleid
60
Opvang nieuwkomers
1.098
Wet Maatschappelijke Ondersteuning Onder de post algemene uitkering zijn de mutaties van de gelabelde bedragen van de WMO opgenomen
9.606
Sociaal cultureel werk
1.787
Jeugdbeleid Jeugdwerk- diversen
432
0
0
15
676
1.140
0
25
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2009 2009 2009
658
0
658
440
0
440
126
0
126
60
15
45
1.098
676
422
9.606
1.140
8.466
1.787
0
1.787
25
421
830
715
1.576
406
1.170
6
0
6
14
112
-98
36.863
18.357
18.506
471
3.587
440
126
45
422
8.466
1.787
407 14 446
6310 6310
Welzijnsaccommodaties Kapitaallasten investeringen
1.564
830
734 -19 1.545
7100
7110
7240
Volksgezondheid Kapitaallasten investeringen
1.576
406
1.170 0
Ambulance dienstverlening
6
Lijkbezorging
14
Totaal programma 7
0
112
6
-98
36.853
18.357
18.496
3.960
471
3.489
Programma 8 Wonen en leven 5600 5600 5600
Openbaar groen en openluchtrecreatie Kapitaallasten investeringen Uitbreiding woningareaal
97 1 4.058
108
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2010 2010 2010
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2011 2011 2011
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2012 2012 2012
658
0
658
658
0
658
658
0
658
440
0
440
440
0
440
440
0
440
126
0
126
126
0
126
126
0
126
60
15
45
60
15
45
60
15
45
1.098
676
422
1.098
676
422
1.098
676
422
9.606
1.140
8.466
9.606
1.140
8.466
9.606
1.140
8.466
1.787
0
1.787
1.787
0
1.787
1.787
0
1.787
446
25
421
446
25
421
446
25
421
830
725
-12 1.533
-19 830
703
0
1.514
41 830
684
1.555
-1
-2
1.576
406
1.170
1.575
406
1.169
1.573
406
1.167
6
0
6
6
0
6
6
0
6
14
112
-98
14
112
-98
14
112
-98
36.866
18.357
18.509
36.861
18.402
18.459
36.915
18.402
18.513
471
3.705
18 1 4.077
42 2 471
3.606
4.121
52 3 471
3.650
4.176
109
Meerjarenbegroting 2008 - 2012 (x 1.000 euro) per programma Begroting 2008 Product nummer 7210 7210 7210 7210 7210 7210
Omschrijving product
lasten
baten
saldo
Afvalverwijdering en -verwerking Kapitaallasten investeringen Overige lasten reiniging Uitbreiding woningareaal Lagere lasten ondergrondse inzameling Reinigingsrechten
6.620
7.280
-660
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2009 2009 2009 -38 46 49 -4 78 6.673
7220 7220 7220 7220 7220
Riolering en waterzuivering Kapitaallasten investeringen Kapitaallasten investeringsplan Rioolrecht woningen Budgettair neutraal, overschotten worden in de bestemmingsreserve gestort.
1.085
1.277
Milieubeheer Kapitaallasten investeringen
-27 23
934
0
Ruimtelijke ordening Kapitaallasten investeringen Inhaalslag opstellen bestemminngsplannen
1.957
93
8300 8300 8300
934
93
1.814
111
-22
65
358
0 -50
Woningexploitatie Kapitaallasten investeringen
98
111
-13 -9
Wijkontwikkeling Kapitaallasten investeringen
606
65
541 -183 423
8220 8220 8220
0
1.864
89 8210 8210
-242
0
1.907 8200 8200
1.300
934
934 8100 8100 8100
-685
-192
1.058 7230 7230
7.358
Volkshuisvesting Kapitaallasten investeringen Gedeeltelijk budgettair neutraal
1.974
2.110
-136 85 -11
Bouwgrondexploitatie Afsluiten bouwgrondexploitatie Stationslocatie Stadhuislocatie opbrengst in 2008 (vermindering in 2009)
127
Totaal programma 8
1.097
2.059
2.099
-40
127
-970 127
0
-970
17.361
12.504
4.857
17.328
11.624
5.704
98.886
40.952
57.934
99.499
40.072
59.427
11534 Subtotaal programma's Algemene dekkingsmiddelen a) Lokale heffingen waarvan de besteding niet gebonden is: - extra jaarlijkse ozb verhoging 1,25% - ozb, ontwikkeling aantal inwoners en woningen - ozb structurele verhoging m.i.v. 2009 - hondenbelasting b) Algemene uitkeringen: - uitkering uit het gemeentefonds labeling W MO c) Dividend: - extra dividenden 2009 d) Saldo van de financieringsfunctie: - bespaarde rente/ renteresultaat f) Overige algemene dekkingsmiddelen:
100 162 170 1 1.850 125 590 -302
110
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2010 2010 2010 -16 52 42 -22
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2011 2011 2011 4 75 72
81 6.729
7.439
-710
6.880
1.341
-292
0
934
1.078
933
93
1.819
1.717
-25
-10
86
1.423
-345
1.061
348
-17
407
1.495
-434
0
935
93
1.618
111
-25
65
335
2 0
933
935
-6
93
1.624
1.711
0 111
-25
86
-6 65
-759
72
0 111
7.866
-17
5 -200
-3
413
7.107
-1
5
86
-734
82
0
1.912
7.614
252
29 41
934
-12 136 103 175
-9
1.049
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2012 2012 2012
-7 65
342
400
4
-16
-11 2.042
2.088
-46
2.046
2.088
-42
2.030
2.088
-58
127
127
0
127
127
0
127
127
0
17.369
11.735
5.634
17.395
11.992
5.403
17.633
12.316
5.316
99.558
40.183
59.375
99.279
40.485
58.794
99.231
40.809
58.421
100 162
100 134
0 192
1 750 447
450
1.300
0
5
0
52
-15
111
Meerjarenbegroting 2008 - 2012 (x 1.000 euro) per programma Begroting 2008 baten
saldo
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2009 2009 2009
Product Omschrijving product nummer - gemeente eigendommen Kapitaallasten investeringen - saldo van kostenplaatsen Kostenplaatsen DMI: 210 Kapitaallasten investeringen 220 Kapitaallasten investeringen 240 Kapitaallasten investeringen 260 Kapitaallasten investeringen 9500 Kapitaallasten investeringen Personeelsinformatiesysteem (aanschaffing in 2008) Personeelskosten Uitbesteding herziening functies en functiewaardering Herinrichting personeelsbegroting en salarissysteem Vorming en opleiding Organisatieontwikkeling Huur Hoogvoorde Overgang van Fis4all naar Fis@all Relatiebeheer - gemeentebrede aanpak Software leaseconstructie Besparing energiekosten door gemeenschappelijke inkoop Kostenplaatsen DIZ: 722 Kapitaallasten investeringen Software leaseconstructie Dienstverleningsconcept Schuldhulpverlening Kostenplaatsen DGZ: 810 Kapitaallasten investeringen 840 Kapitaallasten investeringen 850 Kapitaallasten investeringen 890 Kapitaallasten investeringen
lasten
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen
3.219
59.798
-56.579
3.136
62.356
-59.220
211
0
211
211
0
211
102.316 100.750
1.566
102.846 102.428
418
-13
19 -1 0 -48 0 -43 -10 -75 0 -110 -58 31 -22 -45 174 -50 0 91 20 -50 -11 0 -13 -7
Onvoorzien Subtotaal onvoorzien
RESULTAAT VOOR BESTEMMING
Mutaties bestemmingsreserves per programma 1. mutaties reserve OB3 (algemeen bestuur) 2. onttrekking reserve chronisch zieken en gehandicapten (zorg, welzijn en volksg.) 4. onttrekking reserve wijkontwikkeling (wonen en leven) 5. onttrekking reserve onderhoud parken (wonen en leven) 6. storting egalisatiereserve riolering (wonen en leven) 9. storting stadhuislocatie in 2008 (wonen en leven) 1. mutaties reserve BCF (algemene dekkingsmiddelen) 7. onttrekking reserve dividend in 2008 (algemene dekkingsmiddelen) 8. storting te ontvangen dividend (algemene dekkingsmiddelen) 10. storting reserve evenwicht besloten volgens de begroting 2007-2011 (algemene dekkingsmiddelen)
Subtotaal mutaties bestemmingsreserves
386
160 970 499
SALDO PER JAARSCHIJF (+ = nadelig; - = voordelig)
67
50 -970 10
1.144 1.485
166
3.748
-1.567
104.497 104.498
-1
-1
112
-39 -124 -224
-61 -1.485
590
2.181
RESULTAAT NA BESTEMMING
593 124 271 131
-166
389
1.762
2.204
-442
104.608 104.632
-24
-24
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2010 2010 2010
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2011 2011 2011
Mutaties t.o.v. vorig jaar/ totalen per jaar lasten baten saldo 2012 2012 2012
-18
-114 -12 -9 -3 -17
-382 0 9 -8 11
-1 0 0 -53 -3
14
5
-6
31
31
31
148 -50
41
41
240 -50
-1 52 -20
20
-4 -13 16
-1 74 64
-8 -4
3.791
63.356
-59.565
3.655
64.092
-60.437
3.652
65.569
-61.917
211
0
211
211
0
211
211
0
211
103.560 103.539
21
103.145 104.577
-1.432
103.094 106.379
-3.285
53
-19
-149
-4
-52
0
50 10
-65
-173 -13
53
89
-61
10
-485
-378
41
-11
1.240
1.181
59
104.385 105.758
-1.373
11
4
1.288
999
289
104.382 107.378
-2.996
-590
1.285
1.742
-457
104.845 105.281
-436
-436
-1.373
-2.996
113
114
TOELICHTING OP DE MEERJARENBEGROTING 2008-2012
115
116
Toelichting op de meerjarenbegroting 2008 – 2012 Leeswijzer De meerjarenbegroting is voor velen moeilijk te lezen. Om de leesbaarheid van de meerjarenbegroting 2008 – 2012 te vergroten is hieronder een leeswijzer opgenomen. Mutaties t.o.v. vorig jaar In het cijferoverzicht van de meerjarenbegroting zijn de mutaties ten opzichte van het vorig jaar opgenomen. Bijvoorbeeld: Als de uitgaven in 2009 incidenteel met € 50.000 stijgen, dan wordt de mutatie in 2009 opgevoerd (+50) en in 2010 als minpost opgevoerd (-50). Is de mutatie in 2009 structureel, dan wordt de mutatie van € 50.000 in 2009 eenmalig opgevoerd (+50). Totalen per jaar In de gearceerde gedeelten van de meerjarenbegroting staan de totalen per product en per programma. De totalen van een product zijn het totaal van het product in het vorig jaar plus de mutaties t.o.v. het vorig jaar (zie hierboven). Bijvoorbeeld: De totale lasten van product bestuursorganen in 2008 zijn € 1.309.000. De mutaties t.o.v. vorig jaar in 2009 zijn -/-€ 12.000. De totale lasten van het product zijn in 2009 € 1.297.000. De totalen van de programma’s zijn het totaal van de producten die onder het desbetreffende programma vallen. In de meerjarenbegroting zijn een aantal regelmatig terugkerende posten te zien. Hieronder worden deze begrippen nader omschreven: Kapitaallasten investeringen Dit is de som van de kapitaallasten (rente en afschrijving), die zijn opgenomen in het investeringsplan 2008-2012, de restantinvesteringsplannen van voorgaande jaren (overloop) en de kapitaallasten van de investeringen, die al geheel of gedeeltelijk zijn uitgegeven. (Gedeeltelijk) budgettair neutraal Bij diverse producten worden mutaties in de lasten en baten (bijvoorbeeld kapitaallasten en woningareaal) opgenomen, waarbij sprake is van dekking van de lasten van deze producten door aanpassing van tarieven en/of beschikking over de bestemmingsreserves. Indien van toepassing wordt het saldo van de mutaties voor hetzelfde bedrag gecorrigeerd middels de regel “(gedeeltelijk) budgettair neutraal”. Uitbreiding woningareaal Als gevolg van uitbreidingen door woningbouw dient rekening gehouden te worden met een toename van de exploitatielasten. Hierbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: • Voor onderhoud van bestrating wordt uitgegaan dat de eerste drie jaar na de bouw, de nazorg uit de bouwgrondexploitatie gefinancierd wordt; • Voor stroomverbruik openbare verlichting geldt dat de kosten direct gemaakt worden; • Voor onderhoud openbare verlichting geldt dat de kosten na twee jaar gemaakt worden. In de meerjarenbegroting is de invloed hiervan als uitbreiding woningareaal aangegeven.
117
Programma 1: Algemeen Bestuur en Organisatie Product 0010 Bestuursorganen Gewezen wethouders Wijziging bedragen in latere jaren als gevolg van de doorrekening van de wachtgelden van wethouders.
Product 0011 Bestuurlijke samenwerking Bijdrage aan Stadsgewest Haaglanden In verband met de geplande prognose van het aantal inwoners wordt rekening gehouden met een aanpassing van de bijdrage aan het Stadsgewest Haaglanden.
Product 0020 Bestuursondersteuning Concerndirectie, doelmatigheidsonderzoek en projecten organisatieontwikkeling Voor 2008 is het materiële budget voor het onderdeel Managementteam volledig toegevoegd aan het budget ten behoeve van de reorganisatie. Dit geldt ook voor een deel van de posten Doelmatigheidsonderzoek en Projecten Organisatieontwikkeling. Hierbij gaat het om een doorloop van de kosten in 2008 met betrekking tot de afronding en implementatie van het reorganisatieproject. Het grootste deel van de kosten is gemaakt in 2007. Vanaf 2009 wordt voor de onderdelen Managementteam, Doelmatigheidsonderzoek en Organisatieontwikkeling weer volledig geraamd. De post Organisatieontwikkeling is verlaagd ten opzichte van 2008 met € 54.000 structureel (verwezen wordt naar de post Organisatieontwikkeling onder algemene dekkingsmiddelen).
Product 0022 Organisatieverliezen FPU (regulier) De FPU-gemeenten is per 1 juli 2006 komen te vervallen. Voor medewerkers, die op 1 januari 2006 56 jaar of ouder zijn is er een overgangsregeling getroffen. Zij houden het recht om met FPU te gaan, echter met aangepaste voorwaarden ten opzichte van de ingetrokken regeling. Ontslaguitkeringen en afvloeiingsregelingen Voor een aantal ex-medewerkers zijn in de afgelopen jaren afvloeiingsregelingen getroffen. De hiermee gemoeide lasten zullen in de komende jaren gestaag afnemen. In- en uitstroombeleid Voor de gevolgen van de organisatieverandering is voor de jaren 2006 t/m 2008 een extra budget geraamd om tijdens het (herplaatsings)proces medewerkers te kunnen ondersteunen op het gebied van bijscholing, omscholing tijdelijke tewerkstelling binnen of buiten de gemeentelijke organisatie en outplacement. Vanaf 2009 zullen de jaarlijkse lasten verminderen.
118
Product 0031 Verkiezingen/ referenda Verkiezingen In 2007 vinden de Provinciale statenverkiezingen plaats, in 2008 zijn er geen verkiezingen en in 2009 zijn er de verkiezingen voor het Europees Parlement. In 2010 kunnen verkiezingen voor de Tweede Kamer en de Provinciale Staten plaatsvinden. In 2011 worden de verkiezingen voor de Provinciale Staten gehouden. Voor 2012 is één verkiezing begroot.
119
Programma 2: Openbare Orde en Veiligheid Product 1200 Brandweer FLO-lasten brandweer Tezamen met de tot en met 2006 uit dienst getreden brandweermedewerkers maken per saldo in 2007 26 medewerkers van de brandweer gebruik van de regeling functioneel leeftijdsontslag (FLO). Op basis van de huidige leeftijdsopbouw van het brandweerkorps is het aantal medewerkers, dat gebruik maakt van de FLO-regeling als volgt: 2008 23 medewerkers 2009 25 medewerkers 2010 25 medewerkers 2011 24 medewerkers 2012 21 medewerkers Bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling De hoogte van de bijdrage is geraamd overeenkomstig de meerjarenbegroting van de gemeenschappelijke regeling brandweer Delft – Rijswijk. Met ingang van 2008 is € 400.000 op de bijdrage in mindering gebracht i.v.m. een andere kostenverdeelsleutel.
120
Programma 3: Verkeer en Vervoer Product 2100 Wegen, straten en pleinen Mobiliteitsfonds De raad heeft in 1999 besloten in te stemmen met het instellen van een regionaal mobiliteitsfonds. Deze regeling is in 2006 verlengd. In de nieuwe regeling zijn de bedragen per inwoner voor de jaren 2008, 2009 en 2010 respectievelijk op € 6,00, € 7,00 en € 7,00 gesteld. Nota kapitaalgoederen Met ingang van de begroting 2007 is er rekening gehouden met de financiële consequentie die uit de nota kapitaalgoederen voorvloeien. De investeringen in de openbare verlichting leiden tot lagere exploitatielasten.
Product 2400 Waterwegen Baggeren watergangen Het jaarlijkse baggerbudget is vooruitlopend op de afronding en de vaststelling van het gemeentelijke baggerplan in 2006 reeds verhoogd tot € 250.000. Deze verhoging moet t/m 2009 gehandhaafd blijven. Vanaf 2010 en 2011 is een verdere verhoging van het jaarlijkse baggerbudget noodzakelijk.
121
Programma 6: Sport, Cultuur en Recreatie Product 5300 Sport IJsbaan In het kader van het evenementenbeleid wordt onderzocht of het praktisch, technisch en financieel haalbaar is om gedurende de periode rond de jaarwisseling een tijdelijke kunstijsbaan te realiseren op het Bogaardplein. Per saldo worden de jaarlijkse lasten voor de gemeente vanaf 2009 ingeschat op € 30.000. Product 5400 Kunst en cultuur Tentoonstelling papier Biënnale Tweejaarlijks (2008 en 2010) vindt de tentoonstelling Papier Biënnale in het museum plaats. De gemeente subsidieert deze tentoonstelling voor een bedrag van € 6.000.
122
Programma 7: Zorg, welzijn en volksgezondheid Product 6101 Minimabeleid In de meerjarenraming is rekening gehouden met een toenemend bedrag aan te verlenen kwijtschelding van € 15.000 per jaar. De verwachting is dat de gemeentelijke heffingen waarvoor kwijtschelding wordt verleend de komende jaren zullen stijgen, waardoor ook het kwijt te schelden bedrag hoger wordt.
123
Programma 8: Wonen en Leven Product 7210 Afvalverwijdering- en verwerking Lagere lasten ondergrondse inzameling In de evaluatie ondergrondse inzameling is aangegeven dat tegenover de hogere kapitaallasten van de ondergrondse inzameling lagere exploitatielasten staan. Reinigingsrechten Mutaties n.a.v. prognoses aantallen inwoners en aantallen woningen in de jaren 2008-2012. Product 7220 Riolering en waterzuivering Rioolrecht woningen Mutaties n.a.v. prognoses aantallen inwoners en aantallen woningen in de jaren 2008-2012. Product 8100 Ruimtelijke ordening Inhaalslag opstellen bestemmingsplannen Op 25 oktober 2005 heeft de gemeenteraad het actualiseringsprogramma ruimtelijke plannen vastgesteld. Hiertoe is tot en met 2010 jaarlijks € 200.000 uitgetrokken. Daarnaast is er in de jaren 2007 en 2008 € 50.000 extra opgenomen voor het opstellen van het bestemmingsplan voor de Landgoederenzone. In de meerjarenbegroting worden deze bedragen weer afgeraamd.
124
Algemene Dekkingsmiddelen Lokale heffingen Extra jaarlijkse OZB-verhoging De belastingtarieven zijn in het begrotingsjaar 2008 met het inflatiepercentage van 1,5% verhoogd, boven de stijging van 1,25% waarmee in de meerjarenbegroting reeds rekening is gehouden. De OZB tarieven voor woningen en niet-woningen zijn dus in totaal verhoogd met 2,75%. De afvalstoffenheffing is niet gestegen. In 2009 wordt rekening gehouden met een stijging van 3,25% exclusief inflatie. Voor de jaren 2010 en 2011 stijgt het tarief met 1,25% exclusief inflatie. In 2012 is geen stijging opgenomen. Overzicht van de voorgenomen ontwikkeling van de OZB ten opzichte van het voorgaande jaar: Jaar 1 2008 2009 2010 2011 2012
percentage 2,75 3,25 1,25 1,25 0,00
In de paragraaf lokale heffingen wordt nader ingegaan op beleidsuitgangspunten, ontwikkelingen op het gebied van lokale heffingen, de lastendruk en een vergelijking met andere gemeenten in de regio Haaglanden. OZB, ontwikkeling aantal inwoners en woningen Mutaties n.a.v. prognoses aantallen inwoners en aantallen woningen in de jaren 2008-2012. Hondenbelasting Mutaties n.a.v. prognoses aantallen inwoners en aantallen woningen in de jaren 2008-2012.
Algemene uitkering Het betreft hier de algemene uitkering uit het gemeentefonds. De begroting 2008-2012 is opgesteld met de gegevens uit de junicirculaire 2007 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De eind september te verwachten septembercirculaire van het Ministerie van BZK zal in de eerste begrotingswijziging worden verwerkt.
Dividenden Extra dividend 2009 De verwachting is dat er in 2009 een extra uitkering plaats vindt circa € 0,6 miljoen. Voorwaarden voor dit beleid is het behoud van de aan de bank toegekende ratings. Voorts moeten de vermogenspositie en de benodigde winstinhoudingen een dergelijke pay-out toestaan. Deze extra opbrengst wordt in de algemene reserve gestort (verwezen wordt naar punt 8 van de mutaties bestemmingsreserves per programma).
Overige dekkingsmiddelen Bespaarde rente/ renteresultaat De bespaarde rente betreft de te verwachten renteopbrengst van 5%, berekend over de stand van de reserves en voorzieningen per begin van een jaar. Het renteresultaat is het verschil tussen de rentelasten en de doorberekende rente aan de producten. De afname van de baten ten opzichte van 2008 wordt vooral veroorzaakt doordat rekening wordt gehouden met een afname van de eigen 1
Het percentage van 2008 is inclusief inflatie van 1,5%. Vanaf 2009 zijn de percentages vermeld exclusief inflatie.
125
financieringsmiddelen. Eigen financieringsmiddelen bestaan uit reserves, voorzieningen en te besteden subsidiegelden (voorheen werd deze laatste categorie gerekend tot de voorzieningen). Herinrichting personeelsbegroting en salarissysteem De huidige manier van begroten, die vooral is gebaseerd op het huidige salaris en inschaling van de huidige medewerkers, moet ieder jaar achteraf worden bijgesteld aan de realiteit. In de nieuwe manier van begroten worden de kosten geraamd op basis van het maximum van de schaal voor die medewerkers die nog een uitloop in hun schaal hebben. Het verschil bedraagt voor de jaren 2008 en 2009 € 240.000. Na 2009 bedraagt dit op jaarbasis ongeveer € 480.000. Hiermee wordt een meer nauwkeurige en reëlere methode van begroten van de personele kosten bereikt. Vorming en opleiding Voor vorming en opleiding is een bedrag opgenomen in 2008 van circa € 365.000, dit mede gezien de organisatieontwikkeling en de ontwikkeltrajecten voor management en overig personeel. Voor het jaar 2009 zijn deze lasten € 110.000 lager. Vanaf het jaar 2010 is een bedrag van € 205.000 opgenomen. Huur Hoogvoorde Ingevolge de huurovereenkomst voor het gebouw Hoogvoorde wordt de huurprijs jaarlijks verhoogd met een percentage van 2%. Software leaseconstructie Ingevolge het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) moeten de investeringskosten in software direct ten laste van de exploitatie worden gebracht, terwijl het nut van deze investering over diverse jaren zou moeten worden toegerekend. Om de hoge lasten gelijkmatig over diverse jaren te kunnen verdelen wordt getracht de software te leasen. Het gaat om de volgende software: Software Vervanging intranetservers Vervanging en uitbreiding software Vervanging software belastingen Aanschaf licenties kantoorautomatisering Uitbreiding software Uitbreiding software Aanpassing software financiële administratie Documentaire informatievoorziening Documentaire informatievoorziening Documentaire informatievoorziening Documentaire informatievoorziening Documentaire informatievoorziening Vervanging uitkeringssysteem GWS Vervanging/uitbreiding leerlingenadministratiesysteem Digitaliseren persoonskaarten, microfiches en registers burgerlijke stand Aanschaf software in het kader van modernisering GBA Migratie financieel informatiesysteem naar webbased versie Interactieve dienstverlening, Midoffice functionaliteit Restant investeringsplan 2006-2010 basisregistratie Tijdschrijfregistratiesysteem (software) (2006)
Exploitatielasten Idem ten opzichte van het voorgaande jaar bestaande uit: Kostenplaats DMI (in duizenden euro's) Kostenplaats DIZ (in duizenden euro's)
2008 4.000
2009
2010
2011
2012
65.000 250.000 140.000 65.000 65.000 75.000 63.000 62.000 63.000 62.000 63.000 420.000 28.000 110.000 176.000 129.000 500.000 120.000 119.000 25.000 655.000 1.491.000 80.946
128.000
202.000 128.000
346.154
546.234
587.016 627.798
265.208
200.080
40.782
40.782
174 91 265
148 52 200
41 0 41
41 0 41
Besparing energiekosten door gemeenschappelijke inkoop Met ingang van 2009 wordt getracht structureel € 50.000 te bezuinigen op de energiekosten en in 2010 opnieuw een structurele bezuiniging te bereiken van € 50.000. Een en ander zal naar
126
verwachting bereikt kunnen worden door scherpere onderhandeling met energiebedrijven c.q. gemeenschappelijke inkoop. Dienstverleningsconcept De ambitie is het vormgeven van een vraaggericht dienstverleningsconcept, waarbij de burger centraal staat en de dienstverlening ook digitaal kan plaatsvinden. - Het verbeteren van de telefonische bereikbaarheid; - Het ontwikkelen van servicenormen; - Het doorontwikkelen van de digitale dienstverlening; - Het beter toegankelijk maken van de gemeentelijke website; - Het verder professionaliseren van de klachtenafhandeling en de postbehandeling. Schuldhulpverlening In het collegeprogramma is opgenomen dat tijdelijke uitbreiding gewenst is indien de wachttijden onverantwoord oplopen. Om die reden wordt het noodzakelijk geacht om een extra consulent schuldhulpverlening aan te stellen. De kosten hiervan worden geraamd op circa € 50.000 per jaar. Gezien de aard van de problematiek en de intensiteit is besloten deze extra inzet tot en met 2008 te handhaven.
127
128
BIJLAGEN
129
130
INVESTERINGSPLAN 2008-2012 INCLUSIEF TOELICHTING
131
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 1 Algemeen Bestuur en Middelen
001
Kostenplaatsen dienst Middelen Vervanging inbelrouter
002
Interactieve dienstverlening, Midoffice functionaliteit
003
Vervanging intranetservers
20
25
2008
100
20
2009
16
25
2010
6 25 5
136
040
Kostenplaatsen dienst Grondgebiedzaken Kleine veegmachine
041
042
043
6
80
33
2010
Middelgrote veegmachines
100 110
20 20
2009 2012
25
Vervangen bedrijfsauto's DGZ
20 210 45 240
13 13 13 13
2009 2010 2011 2012
4
42
25
2011
Vervangen grootformaat printers
847 9220 050
25
Algemene baten en lasten Carillontoren Generaal Spoorlaan
140 140
Totaal programma 1
1.123
132
-
31
37 8
13 -
5
5
29
68
21
2012 -
6
54
73
21
Toelichting investeringsplan 2008-2012 Programma 1 Algemeen Bestuur en Organisatie
KOSTENPLAATSEN DIENST MIDDELEN 001 Vervanging inbelrouter De in 2001 aangeschafte inbelrouter, de zogenaamde Shiva-router, is inmiddels afgeschreven. Deze investering is om financiële redenen steeds uitgesteld, maar de router dient nu te worden vervangen. De inbelrouter dient als inbelvoorziening voor IT-leveranciers voor ‘hulp op afstand‘ en als inbelvoorziening voor raadpleging van het GBA door de politie. 002 MS Intranetservers Voor het gebruik van een intranet maakt de Gemeente Rijswijk gebruik van een tweetal servers. Eén uit 2002 die het intranet draait (productie) en een in 2004 aangeschafte server die dienst doet als testserver voor zowel het intranet als de site van de Gemeente Rijswijk op het Internet. Bij normale afschrijving zouden deze servers in 2007 en 2009 vervangen worden. In 2010 zullen nu de intranetservers vervangen worden aangezien dan hetzelfde type besteld kan worden. 003 Interactieve dienstverlening, Midoffice functionaliteit Veel gemeenten in Nederland gaan er in het kader van digitale dienstverlening toe over om te investeren in zogenaamde midoffice-functionaliteit. Ook voor de gemeente Rijswijk is aanschaf van een midoffice als schakel tussen front- en backoffice op termijn onvermijdelijk. Gerekend naar het huidig prijsniveau moet rekening worden gehouden met een investering van één á anderhalf miljoen Euro. Aan de introductie van midoffice-functionaliteit kleven vooralsnog substantiële bezwaren. Deze toepassing is niet gestandaardiseerd en blijkt in de praktijk met talloze kinderziekten te kampen. Momenteel zien we meerdere initiatieven om te komen tot standaardisatie. De bedenker van het midoffice-concept, professor Wouter Keller, heeft ons geadviseerd om eerst met een gedeeltelijke automatisering van het dienstverleningsproces te starten en pas daarna de doorstart te maken naar volledige automatisering op basis van midoffice-functionaliteit. Die doorstart hebben wij nu gepland voor 2009.
KOSTENPLAATSEN DIENST GRONDGEBIEDZAKEN 040 Kleine veegmachine 041 Middelgrote veegmachine 042 Vervanging bedrijfsauto's DGZ In het tractieplan van de dienst Grondgebiedzaken zijn de uitgangspunten van het beheer en de vervanging van de tractie verwoord. Het tractieplan is in 2007 geactualiseerd. 043 Vervangen grootformaat printer De huidige grootformaat printer is in 2006 aangeschaft en dient in 2011 vervangen te worden. De printer is noodzakelijk voor het groot formaat printen, plotten en scannen. 9220. ALGEMEN BATEN EN LASTEN 050 Carillontoren Generaal Spoorlaan Tijdens de in 1993 uitgevoerde renovatie van de toeren is een aantal direct noodzakelijke onderhoudswerkzaamheden aan het carillon uitgevoerd. De overige onderhoudswerkzaamheden aan het carillon en het uurwerk zouden aansluitend op de renovatie van het gemeentehuis uitgevoerd worden. Inmiddels is een beslissing genomen over de verkoop van het gemeentehuis en blijft de toren aan de Generaal Spoorlaan in eigendom van de gemeente.
133
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 2 Openbare orde en veiligheid 1200 120
Brandweer Brandweer stoffering/inrichting brandweerkazerne
276
Totaal programma 2
134
10
2008
41
276
41
-
-
-
276
41
-
-
-
Programma 2 Openbare Orde en Veiligheid
120 Stoffering en inrichting brandweerkazerne Conform het raadsbesluit van juni 2000 wordt € 276.000 voor stoffering en inricht van de nieuwe brandweerkazerne geraamd. Overeenkomstig de investeringsmonitor wordt dit bedrag in 2008 beschikbaar gesteld.
135
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 3 Verkeer en Vervoer 2100 211
212
213
214
215
Wegen, straten en pleinen Vervanging lichtmasten
Vervanging armaturen
Vervanging kabelnet openbare verlichting
Herstel asfaltwegen
Herstellen (duiker)bruggen
136
30 30 25 50 40
4 4 4 4 4
2008 2009 2010 2011 2012
3
25 25 25 50 40
7 7 7 7 7
2008 2009 2010 2011 2012
3
45 45 45 90 50
3 3 3 3 3
2008 2009 2010 2011 2012
3
274 274 274 547 547
7 7 7 7 7
2008 2009 2010 2011 2012
32
31 31 31 61 61
5 5 5 5 5
2008 2009 2010 2011 2012
3
3 2 5
3 3 6
3 3 7
32 32 64
3 3 6
Programma 3 Verkeer en Vervoer
211 Vervanging lichtmasten De levensduur van een lichtmast wordt geschat op 25 jaar maar is sterk afhankelijk van de kwaliteit van het materiaal en het niveau van onderhoud (schilderen). Na de behandeling van het beleidsplan in 1992 is een begin gemaakt met de vervanging van de lichtmasten die technisch afgeschreven zijn en van een zodanige kwaliteit waren dat deze een gevaar konden gaan vormen voor de openbare veiligheid. Met de actualisatie van het beleidsplan is 97% van deze masten vervangen voor masten die voldoen aan de gestelde normen. In het investeringsoverzicht is rekening gehouden met de vervanging van de overige lichtmasten die economisch en technisch zijn afgeschreven. 212 Vervanging armaturen De levensduur van een armatuur bedraagt gemiddeld 15 jaar, al zorgen technische ontwikkelingen en het gebruik van nieuwe materialen er voor dat de levensduur toeneemt. Het systeemvermogen van de armaturen, verantwoordelijk voor het energieverbruik, is dankzij de verdere ontwikkeling van de lamp en de toepassing van elektronische voorschakelapparatuur afgenomen. Na de behandeling van het beleidsplan in 1992 is een begin gemaakt met het vervangen van armaturen die niet energie-efficiënt zijn en een lage lichtopbrengst hebben. De schatting is dat inmiddels 95% van deze armaturen is vervangen. Bij deze vervanging stond een wijkgerichte aanpak centraal. De gebruikte lamptypen zijn afhankelijk van de functie van de aan te lichten openbare ruimte. Zowel de sociale veiligheid als de verkeersveiligheid is sterk gebaat bij uitvoering van deze investering. 213 Vervanging kabelnet openbare verlichting Het kabelnet van de openbare verlichting is eigendom van de gemeente Rijswijk. De afschrijvingstermijn van een kabel is 40 jaar. Vervanging van kabel, ouder dan 40 jaar, is echter niet altijd noodzakelijk. Vervanging is mede afhankelijk van de kwaliteit (aantal storingen) en of de kabel tijdens werkzaamheden ‘beroerd’ (omleggen etc.) gaat worden. Verder zal de afgeschreven kabel van de openbare verlichting vervangen worden indien dit gelijktijdig met de vervanging van het distributienet van het energiebedrijf kan worden uitgevoerd. Immers deze distributiekabels en de kabels van de openbare verlichting liggen in hetzelfde tracé en zijn in de regel in dezelfde tijd gelegd. 214 Herstel asfaltwegen De kwaliteit van het wegennet is vastgelegd aan de hand van een globale visuele inspectie conform landelijk gehanteerde richtlijnen, de CROW-richtlijnen (Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek). De resultaten geven aan dat circa 14% van de geïnspecteerde asfaltverhardingen een onvoldoende scoort, 10% matig en 76% goed. Het doel van het onderhoud is in dit geval het op een veilig en duurzaam niveau behouden van de verhardingen, waarbij comfort en aanzien een lagere prioriteit krijgen. In het onderhoudsbeleidsplan Openbare Ruimte – deelplan verhardingen (nota kapitaalgoederen) is aangegeven dat het bedrag op het investeringsplan gehandhaafd kan blijven op € 569.000. De consequentie hiervan is echter wel dat de huidige achterstanden niet worden ingelopen. In de kadernota 2008-2012 is besloten deze vervangingsinvestering de eerste drie jaarschijven te halveren. 215 Herstellen kunstwerken In het beleidsplan kunstwerken (onderdeel van de nota Kapitaalgoederen) worden de investeringen voor kunstwerken voor de komende 10 jaar geraamd op gemiddeld € 61.000 per jaar. In de kadernota 2008-2012 is besloten deze vervangingsinvesteringen de eerste drie jaarschijven te halveren.
137
No.
Investeringsobject
216
BOR-FONDS Verbeteren ontsluiting en interne bereikbaarheid Plaspoelpolder
217
BOR-FONDS Brug over de Vliet
218
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Onderhoud Steenplaetsbrug
550
5
2008
100 915
4 4
2009 2010
9
658
5
2009
66
4.969 2110 225
Verkeer Vervanging verkeerslichteninstallaties
150 220 50 80 110 80 190 140
138
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
55
82
99
7 4 7 4 7 4 7 4
2008 2008 2009 2009 2011 2011 2012 2012
119
125
88
18 20 6 7 13 7
BOR-FONDS In de projectenlijst van het Regionaal Fonds Bereikbaarheid Haaglanden 2001 is de Zuidweg opgenomen als project. Hiervoor is ongeveer 13.400.000 beschikbaar. Projecten die in het BOR-fonds zijn opgenomen moeten uiterlijk in 2010 zijn uitgevoerd. Realisatie van de Zuidweg binnen deze termijn is niet mogelijk. Om die reden is het Stadsgewest Haaglanden voorgesteld een andere bestemming te geven aan de gereserveerde gelden. Het bedrag dat de gemeente Rijswijk in het verleden heeft in het BOR-fonds heeft gestort ad € 6.800.000 (fl. 15.000.000). Dit bedrag is geactiveerd evenals de bijbehorende rentelasten. Nu er concrete projecten worden aangegeven dient rekening gehouden te worden met de bijbehorende kapitaallasten. 216 Verbeteren ontsluiting Plaspoelpolder (Project BOR fonds) Het afgelopen jaar is een stedenbouwkundige structuurvisie Plaspoelpolder opgesteld. De stedenbouwkundige structuurvisie geeft het kader waarbinnen de beoogde transitie van het businesspark Plaspoelpolder ingezet wordt. Met deze visie wordt de economische ontwikkeling van het terrein een nieuwe impuls geboden door een verbeterde aansluiting op de huidige en toekomstige vragen van de diverse marktpartijen. Eén van de uitgangspunten is het optimaliseren van de verkeersinfrastructuur (A4 op de Diepenhorstlaan/ doorsteek Polakweg). Daarnaast zal ook de interne bereikbaarheid van de Plaspoelpolder worden opgepakt. In totaal is er een bedrag opgenomen in het investeringsplan van € 1.600.000 (gemeentelijk aandeel). Hiervan is inmiddels € 500.000 beschikbaar gesteld. 217 Brug over de Vliet (Project BOR fonds) In het Regionaal Fietsroute Net en de Vlietzone visie is de noodzaak van een fietsbrug over de Vliet bij de A4 aangegeven. Dit is tevens van belang voor het verbeteren van de bereikbaarheid per fiets van de Plaspoelpolder en hiermee de verlaging van de Parkeerdruk aldaar. Het plan sluit aan op de Visie Groene Schakels Haaglanden en is opgenomen in de vastgestelde Regionale Nota Mobiliteit. In het mobiliteitsfonds van Haaglanden zijn gelden gereserveerd voor dit project. In totaal is 75% van de projectkosten subsidiabel. De totale projectkosten worden geraamd op € 8.120.000. Het resterende bedrag (ca. € 2.000.000) kan ten laste van de BOR-gelden worden gebracht. Uitgaande van een gemeentelijk aandeel in dit fonds van 50% betekent dat met er rekening gehouden moet worden met de lasten van circa € 1.000.000. 218 Onderhoud Steenplaetsbrug Het krediet is al eerder beschikbaar gesteld. Inmiddels is gebleken dat de gereserveerde gelden voor de renovatie van de brug onvoldoende zijn. Diverse alternatieven worden onderzocht.
2110. VERKEER 225 Vervanging verkeerslichteninstallaties Een van de onderdelen van het beheerplan openbare ruimte is het beheerplan verkeersregelinstallaties. Daarin zal worden aangegeven welke verkeersregelinstallaties vervangen dienen te worden en welke investering daarvoor noodzakelijk is. Vervanging van een verkeersregelinstallatie kan dan plaatsvinden aan de hand van dit beheerplan. Het vervangingsschema is als volgt: 2008 Diepenhorstlaan - A4 (K2218) Complete vervanging van de verkeersregelinstallatie. 2008 Aanpassen Lindelaan – Jozef Israelslaan (K2223) Uitbreiden met fietsrichtingen 2009 Prinses Beatrixlaan - A4 (K2238) Vervanging van het regeltoestel. 2009 Burg Elsenlaan – Gen Spoorlaan (K2220) / Burg Elsenlaan – S.W. Churchilllaan (K2221) Upgraden van het verkeersregeltoestel en de lantaarns. 2011 S.W. Churchilllaan – Strijplaan (K2202) Aanpassen / vervangen van het regeltoestel.
139
No.
Investeringsobject
226
Vervanging elektrische toegangssystemen
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
70
7
2008
1.090 2120 228
8 46
13
-
20
Openbaar vervoer Camerabewaking OV-hal Eisenhowerplein
35
25
2009
35 2400 240
Waterwegen Herstel kademuur aan de Handelskade
241
Vernieuwen beschoeiingen vaarten
242
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Vervanging veerpont- technische installatie
Totaal programma 3
140
11 -
295
3
2010
134 134 134 268 268
5 5 5 5 5
2008 2009 2010 2011 2012
15
20
2012
11
-
-
22 13 13 13 27
1.248
13
13
35
27
7.342
158
156
160
135
2012
Pr Beatrixlaan – Gen Spoorlaan (K2206) / Pr Beatrixlaan – S.W. Churchilllaan (K2208) / S.W. Churchilllaan – Harpsingel (K2212) / S.W. Churchilllaan – Volmerlaan (K2214) / Volmerlaan – Verrijn Stuartlaan (K2215) / Diepenhorstlaan – Veraartlaan (K2217) / Veraartlaan – Patentlaan (K2219). Upgraden van het verkeersregeltoestel en de lantaarns. 226 Vervanging elektrische toegangssystemen Binnen Rijswijk zijn op een viertal locaties toegangssystemen aanwezig (Winkelcentrum In de Bogaard). Gebruikservaringen wijzen uit dat de aanwezige systemen uitgebreid c.q. aangepast moeten worden.
2120. OPENBAAR VERVOER 228 Camerabewaking OV-hal Generaal Eisenhowerplein Om de veiligheidsbeleving van de gebruikers van het station aan het Generaal Eisenhowerplein te verhogen en de omvang van het vandalisme terug te dringen dient een camerasysteem te worden geplaatst in de stationshal bij de (rol)trappen. Het systeem zal worden aangesloten op de CTR van NS-stations te Amsterdam.
2400. WATERWEGEN 240 Herstel kademuur Handelskade Uit het inspectierapport van de kademuur langs Handelskade blijkt dat de deze in staat van verval verkeert. De kademuur is gedeeltelijk naar voren gekanteld als gevolg van het doorroesten van de grondankers, waardoor er door de kieren zanduitspoeling plaatsvindt. Tevens is het metselwerk ernstig beschadigd en vertoont ernstige scheurvorming. 241 Vernieuwen beschoeiing vaarten Het watersysteem in Rijswijk bestaat uit diverse watergangen, zoals singels, sloten, vijvers en dergelijke. Langs de watergangen kunnen verschillende typen oevers aanwezig zijn. Onderscheid wordt gemaakt tussen een harde en een zachte oever. Bij harde oevers wordt het oevertalud beschermd door een beschoeiing of damwand. De gemeente Rijswijk heeft circa 42 kilometer beschoeiing in haar beheer. Hiervan is ongeveer 9 kilometer in zeer slechte staat van onderhoud. Op basis van het beleidsplan Beschoeiingen (onderdeel van de Nota Kapitaalgoederen) zijn de investeringen voor beschoeiingen omhoog bijgesteld van € 82.000 naar € 268.000 per jaar. Hiermee zouden de achterstanden in de komende 10 jaren worden ingelopen. In de kadernota 2008-2012 is besloten deze vervangingsinvestering de eerste drie jaarschijven te halveren. 242 Vervanging veerpont - technische installatie In 2007 is het veerpont vervangen. Voor de pont zelf is een afschrijvingsperiode van 10 jaar aangehouden. Het technische deel heeft echter een levensduur van 5 jaar en zal derhalve in 2012 worden vervangen
141
.
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 5 Onderwijs 4010 404
Huisvesting scholen Verwijderen asbesthoudende plafonds De Akker
405
Stelpost vervangingsinvesteringen onderwijs
Totaal programma 5
142
115
5
2008
500 500
5 5
2010 2011
12 50 50
1.115
12
-
50
50
1.115
12
-
50
50
Programma 5 Onderwijs
4010. HUISVESTING SCHOLEN 404 Verwijderen asbesthoudende plafonds De Akker In de Gereformeerde basisschool De Akker moeten voor rekening van het schoolbestuur de verlichtingsarmaturen vervangen worden. Thans is gebleken dat de plafonds waaraan deze armaturen bevestigd zijn asbest bevatten en vervangen moeten worden. 405 Stelpost vervangingsinvesteringen onderwijs Daar er vanaf 2009 een bekostigingsplafond wordt ingebouwd voor de onderwijsinvesteringen en de investeringen in het kader van het integraal huisvestingsplan niet meer opgenomen zijn in het investeringsplan is er voor onvoorziene (vervangings)investeringen in het kader van de onderwijsgebouwen voor de jaren 2010 en 2011 een bedrag van € 500.000 opgenomen
143
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 6 Sport, Cultuur en Recreatie 5300 531
Sport Beregeningsinstallatie sportpark Irene
52
10
2008
8
532
Beregeningsinstallatie Hoekpolder
16
10
2008
2
533
Beregeningsinstallatie Juventas
13
10
2009
534
Afrastering veld 304
19
4
2010
535
Hek/verharding sportpark Juventas
30
4
2011
536
Aanleg kunstgrasveld sportpark Hoekpolder
231 174
8 4
2008 2008
537 538 539
Lichte toplaagrenovatie veld 106 Lichte toplaagrenovatie veld 107 Lichte toplaagrenovatie veld 110
35 35 35
8 8 8
2011 2010 2012
540
Toplaagrenovatie veld 303
35
8
2008
144
2 2 3 31 16 5 5
5
Programma 6 Sport, Cultuur en Recreatie
5300. SPORT 531 Beregeningsinstallatie sportpark Irene De beregeningsinstallatie op sportpark Irene (het systeem van stuur-stroomkabels) is niet meer te herstellen. Het totale beregeningssysteem geeft onherstelbare problemen. Mede i.v.m. het hoofdveld wat er tussenuit gaat waar momenteel ook de hoofdleidingen doorlopen en het waterprobleem op de huidige locatie is vervanging van het systeem noodzakelijk. 532 Beregeningsinstallatie Hoekpolder 533 Beregeningsinstallatie Juventas Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. 534 Afrastering veld 304 Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. 535 Hek/verharding sportpark Juventas Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. 536 Aanleg kunstgrasveld sportpark Hoekpolder Ontwikkelingen op het gebied van kunstgras hebben er toe geleid dat er inmiddels voor alle niveaus toestemming door de KNVB is verleend voor het spelen van wedstrijden op kunstgras. Daar kunstgras veel mogelijkheden biedt voor de exploitatie van de sportparken (minder overbespeling van de grasvelden, activiteiten gedurende het gehele jaar mogelijk) is binnen de gemeente Rijswijk gewerkt aan een onderzoek naar de mogelijkheden om de grotere sportparken te voorzien van een kunstgrasveld. Op het sportpark Hoekpolder is sprake van overbespeling. Hier zal een kunstgrasveld dan ook aanzienlijk bijdragen aan optimalisatie van het sportpark. Het te investeren bedrag is inclusief infrastructuur rondom het veld (hekwerken en lichtinstallatie). De investering wordt gesplitst in de top - en de onderlaag. 537 Lichte toplaagrenovatie veld 106 538 Lichte toplaagrenovatie veld 107 539 Lichte toplaagrenovatie veld 110 Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. 540 Toplaagrenovatie veld 303 Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. Normaal gesproken was een toplaagrenovatie van € 103.000 noodzakelijk. Door de toplaag van veld 301 (op dit veld komt een kunstgrasmat) te benutten kan volstaan worden met een investering van € 35.000.
145
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
No.
Investeringsobject
541
Toplaagrenovatie softbalveld
76
8
2011
542
Veldafscheiding sportpark Irene
38
4
2012
543
Aanschaf waterstofzuiger sportcentrum de Schilp
13
10
2008
2
544
Parkeerterrein sportcentrum en -park Irene
522
4
2008
47
1.324 5800 581
Speeltuinwerk Herinrichten speelplekken in de wijk
10
111
64 64 127 127 127
10 10 10 10 10
2008 2009 2010 2011 2012
19 19
25
3
2010
583
Vervanging speeltoestellen
30
10
2009
584
Hekwerken
10 10 20 20 20
7 7 7 7 7
2008 2009 2010 2011 2012
1
54
10
2008
8
Totaal programma 6
146
18
10
Vervanging opstallen speeltuin Penninglaan
Veiligheidseisen speeltuinen
7
10
582
585
2
2 5
1 2 2
698
19
16
23
21
2.022
130
18
30
39
541 Toplaagrenovatie softbalveld Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. 542 Veldafscheiding sportpark Irene Voor de sportparken is een (concept)beheersplan opgesteld. Vooruitlopend op de vaststelling van het definitieve beheersplan zijn de uit het plan voortvloeiende investeringen zijn in het investeringsplan 20082012 vertaald. 543 Aanschaf waterstofzuiger sportcentrum de Schilp De waterstofzuiger in het sportcentrum is technisch en economisch afgeschreven. 544 Parkeerterrein sportcentrum en -park Irene In de loop van 2007 is begonnen met de uitvoering van het project Verhagen op het sportpark Irene. In dit voorstel is toen melding gemaakt van de noodzaak om ook de omgeving van het sportprak aan te pakken, en dat hier in een afzonderlijk voorstel op teruggekomen wordt. De voornaamste renovatie behoeft het parkeerterrein (€ 414.000). Daarnaast dient de omgeving landschappelijk ingericht te worden (beplanting) maar daar zal in een later stadium op worden teruggekomen. Er wordt rekening gehouden met 26% opslag voor algemene kosten, risico en uitvoeringskosten.
5800. SPEELTUINWERK 581 Herinrichten speelplekken in de wijk Ook de komende jaren zullen gelden beschikbaar moeten zijn om de speelvoorzieningen in de wijken op het gewenste kwaliteitsniveau te brengen c.q. te houden. Hierbij zijn aanpassingen aan veranderende speelbehoeften als gevolg van verschuivende leeftijden essentieel voor de kwaliteit. In het concept-beleidsplan Straatmeubilair – speel- en recreatievoorzieningen (onderdeel van de Nota Kapitaalgoederen) bedragen de investeringen voor speelplekken voor de komende 10 jaar gemiddeld € 127.000. In de kadernota 2008-2012 is echter besloten deze vervangingsinvestering de eerste drie jaarschijven te halveren. 582 Vervanging opstallen speeltuin Penninglaan De gemeente is voor de gemeentelijke speeltuinen geheel verantwoordelijk voor beheer en onderhoud voor de speeltuin aan de Penninglaan is vervanging van de opstallen noodzakelijk. 583 Vervanging speeltoestellen De gemeente is voor de gemeentelijke speeltuinen geheel verantwoordelijk voor beheer en onderhoud voor de speeltuin aan de Rozenstraat dient een plan te worden opgesteld ter verbetering van de kwaliteit van de speeltuin, die gedateerd aandoet. 584 Hekwerken Recent is er een inventarisatie gemaakt van de aanwezige hekwerken in de gemeente. Deze inventarisatie moet leiden tot een meer rationeel beheer en tot de noodzakelijke vervangingen. Tot op dit moment vindt er geen planmatig vervangingen plaats. (Nota Kapitaalgoederen – Straatmeubilair/overige voorzieningen). 585
Veiligheidseisen speeltuinen
147
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 7 Zorg, Welzijn en Volksgezondheid 6310 630
Multifunctionele gebouwen De Strijp inventaris welzijnsaccommodatie
23
7
2008
631
Vervanging erfafscheiding Rozenstraat
40
7
2009
5
632
Vervanging CV-ketel D. Catterwijckstraat 4
15
5
2009
2
633
Vervanging binnenriool D. Catterwijckstraat 4
28
3
2011
634
Renovatie dak Stervoorde
120
3
2009
9
635
Groot onderhoud lift Laan Hofrust 4
39
7
2009
5
636
Vervanging ketels Laan Hofrust 4
16
7
2012
637
Culturele voorziening tbv De Voorde
250
5
2010
25
638
Vervanging gevelkozijnen Trias
111
3
2010
8
639
Groot onderhoud lift Trias
42
5
2010
4
640
Vervanging CV-ketel Trias
75
5
2011
8
641
Vervanging binnenriool Laboucherelaan 7
25
3
2011
2
642
Renovatie dak Laboucherelaan 7
52
3
2011
4
148
3
2
Programma 7 Zorg, Welzijn en Volksgezondheid
6310.
MULTIFUNCTIONELE GEBOUWEN
630 De Strijp inventaris welzijnsaccommodatie Voor het nieuw te bouwen multifunctionele centrum in de Strijp zal ook nieuw inventaris moeten worden aangeschaft 631 Vervanging erfafscheiding Rozenstraat De gemeente is voor de gemeentelijke speeltuinen geheel verantwoordelijk voor beheer en onderhoud Bij de speeltuin aan de Rozenstraat is de erfafscheiding aan vervanging toe. 632 Cv-ketel D. Catterwijckstraat 4 Dit betreft de reguliere vervanging van de bestaande ketel. 633 Vervanging binnenriool D. Catterwijckstraat 4 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het binnenriool van het gebouw D.Catterwijckstraat 4 vervangen worden. 634 Renovatie dak Stervoorde Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het dak van het gebouw Stervoorde vervangen worden. 635 Groot onderhoud lift Laan Hofrust 4 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning is groot onderhoud aan de lift in het gebouw Laan Hofrust/Oude Raadhuis noodzakelijk. 636 Vervanging ketels Laan Hofrust 4 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moeten de ketels in het gebouw Laan Hofrust/Oude Raadhuis vervangen worden. 637 Culturele voorziening t.b.v. De Voorde(uitplaatsing kunstenaars) In het gebouw de Voorde (Landgoederenzone) zijn kunstenaars gevestigd. Gezien de plannen om het landhuis een andere bestemming te geven, zal onderzocht moeten worden op welke wijze (een deel van) de aanwezige kunstenaars gehuisvest kunnen worden 638 Vervanging gevelkozijnen Trias Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moeten de stalen gevelkozijnen van Trias vervangen worden. 639 Groot onderhoud lift Trias Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet er groot onderhoud aan de lift van Trias plaatsvinden. Het betreft voornamelijk de besturing/frequentieregelaar van de liftdeuren. 640 Vervanging CV ketel Trias Dit betreft de reguliere vervanging van de bestaande ketel. 641 Vervanging binnenriool Laboucherelaan 7 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het binnenriool van het gebouw Laboucherelaan 7 vervangen worden. 642 Renovatie dak Laboucherelaan 7 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het dak van het gebouw Laboucherelaan 7 vervangen worden.
149
No.
Investeringsobject
643
Renovatie dak de Ottoburg
644
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
582
3
2011
44
Vervanging ketels Paul van Vlietlaan 10
28
7
2011
3
645
Vervanging ketels Paul van Vlietlaan 8
18
7
2011
2
646
Vervanging buitenriool Laboucherelaan 1
24
3
2011
2
647
Vervanging invalidenlift Schouwburg
15
7
2011
2
648
Vervanging CV ketels Schouwburg
51
5
2012
649
Vervanging binnenriool Spinetstraat 2
28
3
2012
Totaal programma 7
150
1.582
3
21
37
69
1.582
3
21
37
69
643 Renovatie dak de Ottoburg Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het dak van de welzijnsaccommodatie de Ottoburg gerenoveerd worden. 644 Vervanging ketels Paul van Vlietlaan 10 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moeten de 3 gaswandketels van het gebouw Paul van Vlietlaan 10 vervangen worden. 645 Vervanging ketels Paul van Vlietlaan 8 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moeten de 2 gaswandketels van het gebouw Paul van Vlietlaan 8 vervangen worden. 646 Vervanging buitenriool Laboucherelaan 1 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het buitenriool van het gebouw Laboucherelaan 1 vervangen worden. 647 Vervangen invalidenlift Schouwburg Dit betreft de reguliere vervanging van de bestaande lift. 648 Vervanging CV ketels Schouwburg Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moeten de CV ketels van de Schouwburg vervangen worden. 649 Vervanging binnenriool Spinetstraat 2 Op basis van de meerjarenonderhoudsplanning moet het binnenriool van het gebouw Spinetstraat 2 vervangen worden.
151
No.
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
Programma 8 Wonen en Leven 5600 561
Openbaar groen en openluchtrecreatie Herstel asfaltpaden in parken en plantsoenen
11 11 11 22 22
5 5 5 5 5
2008 2009 2010 2011 2012
1
87
1 1 2
562
Groot onderhoud opstallen landgoederenzone
580
10
2008
563
Herstructureringsplannen Landgoederenzone
223
5
2009
155
5
2010
200
5
2011
400 400 300 100 400
5 5 5 5 5
2008 2009 2010 2010 2011
40
275 250
5 5
2008 2009
28
564
565
Opwaarderen onderhoudsniveau Landgoederenzone
Zwethzone
3.360 7210
Afvalverwijdering en -verwerking
716
Ondergrondse inzameling (binnenbak)
717
Ondergrondse inzameling (buitenbak)
Riolering en waterzuivering
724
Vervanging vrijvervalriolen
725
Vervanging gemalen en persleidingen
20
40 30 10 40
25
425 423 620
10 10 10
2008 2010 2011
64
161 156 156
5 5 5
2008 2010 2011
16
88
57
62
63 93
16 16 80
85 85 85 85 85
1,7 1,7 1,7 1,7 1,7
2008 2009 2010 2011 2012
6
127 127 127 127 127
6 6 6 6 6
2008 2009 2010 2011 2012
14
1.060
152
16
156
1.941 7220
22
-
79
109
6 6 6
14 14 14
20
20
20
20
Programma 8 Wonen en Leven
5600. OPENBAAR GROEN EN OPENLUCHTRECREATIE 561 Herstel asfaltpaden in parken en plantsoenen Op basis van inspectieresultaten is een meerjarenplan opgesteld. Hierbij is rekening gehouden met de locatie van het gebied en de beloopbaarheid van de paden. 562 Groot onderhoud opstallen Landgoederenzone Aan de hand van het beheerplan voor de woningen en volgens een eerste nadere inspectie is voor achterstallig onderhoud aan het landhuis De Voorde (van Vredenburchweg 985), de woning (nr. 987) en de woning Overvoorde (nr. 172/172a) een investeringsbedrag van € 580.000 benodigd. Een en ander is afhankelijk van de mogelijke verkoop (relatie met bestemmingsplan). 563 Herstructureringsplannen Landgoederenzone In 2004 is het Plan van Aanpak Landgoederenzone door de raad vastgesteld. Als deelproject is hierin, conform de eerder vastgestelde Visie Landgoederenzone, de noodzaak tot het opstellen van een viertal herstructureringsplannen benoemd. Om de gewenste verbeteringen te realiseren (beeldkwaliteit/cultuurhistorie/recreatie/ecologie) zijn per deelgebied bedragen gereserveerd. Hoge prioriteit hierin heeft de omgeving V.V. Vredenburch/Westhoff/Kruisvaarderspark. 564 Project Landgoederenzone In het onderhandelingsakkoord 2006-2010 is de ambitie opgenomen om de landgoederenzone te beschermen en te verbeteren. Voor het project zijn zowel binnen het ISV-budget als op het investeringsplan middelen beschikbaar gesteld. Planning en uitvoering staan in het plan van aanpak beschreven. 565 Zwethzone De totale kosten van het project Groene Schakel - Zwethzone zijn geraamd op € 10.500.000. Hiervan zal het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit naar verwachting een bedrag van ca. € 5.000.000 co-financieren, onder voorwaarde dat partijen voor de overige bijdragen garant staan. Voor de realisatie van de Zwethzone wordt een bijdrage van € 800.000 gevraagd aan de Gemeente Rijswijk.
7210. AFVALVERWIJDERING EN -VERWERKING 716, Ondergrondse inzameling (binnenbak) 717 Ondergrondse inzameling (buitenbak) Op basis van de Leidraad GIHA (Gescheiden Inzameling Huishoudelijk Afval) is de huidige inzamelstructuur in beeld gebracht en zijn verbetervoorstellen uitgewerkt. Op 31 januari 2006 heeft de raad ingestemd met de beleidsuitgangspunten. De investeringsbedragen zijn gebaseerd op deze evaluatie. Hierbij is rekening gehouden met eerder beschikbaar gestelde bedragen.
7220. RIOLERING EN WATERZUIVERING 724 Vervanging vrijvervalriolen 725 Vervangen gemalen en persleidingen De Wet Milieubeheer verplicht de gemeente tot het hebben van een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) om aan de invulling van de bij de gemeenten berustende zorgplicht voor de aanleg en beheer van een goed rioolstelsel gestalte te geven. Het gemeentelijke rioleringsplan 2005-2009 is conform de wettelijke regels ter beoordeling aan de Provincie Zuid-Holland, het Hoogheemraadschap van Delfland en de Inspecteur voor de Volksgezondheid voorgelegd. Het investeringsplan is aangepast op de in het GRP opgenomen bedragen.
153
No.
7230 730
Investeringsobject
Investerings- Afschr. Jaar van bedrag perc. investex 1.000 ren
Milieubeheer Vervanging geluidsmeter
15
10
2011
15 Ruimtelijke ordening Vervanging luchtfoto's
12
25
2008
811
Vervangen tachymeter
31
14
2009
812
Vervangen GPS systeem
24
20
2008
813
Vervangen pencomputers
24
20
2010
91 Volkshuisvesting Vervanging woonwagens Broekmolenweg
823
Vervanging woonwagens Lange Kleiweg
Totaal programma 8 Totaal
154
2 -
8100 810
8220 822
Investeringsplan 2008-2012 * € 1.000 2009 2010 2011 2012
-
4
2008
100
4
2010
2
4 6 6 6 10
1.000
-
6
6
-
90 9
1.100
90
-
9
-
7.567
356
114
171
193
21.027
706
363
521
507
7230. MILIEUBEHEER 730 Geluidsmeter De in gebruik zijnde geluidsmeter is in 2011 afgeschreven. Voorgesteld wordt voor de vervanging een bedrag van € 15.000 in het investeringsplan 2008 – 2012 op te nemen. 8100. RUIMTELIJKE ORDENING 810 Vervanging luchtfoto's Bij het ontwikkelen van stedenbouwkundige plannen, bestemmingsplanbeoordeling en -onderzoek, alsmede bij de periodieke taxaties in het kader van de wet WOZ, zijn luchtfoto's onontbeerlijk. De frequentie van het laten maken van luchtfoto’s is eens per 4 jaar. Dit vooral om voor elke hertaxatie die uitgevoerd wordt ten behoeve van de wet WOZ, actuele luchtfoto’s in te kunnen zetten. Van de totale kosten ad. € 20.000 kan 40% (€ 8.000) worden toegerekend aan de hertaxaties. Door de relatie met de uitvoering van de wet WOZ is het mogelijk om 60% van deze toerekening te verhalen op de afnemers van de WOZ-gegevens (Belastingdienst en Hoogheemraadschap). 811 Vervangen tachymeter Met behulp van een tachymeter worden landmeetkundige terreingegevens, coördinaten en objectgegevens automatisch opgeslagen en naderhand ingelezen in de computer. Om de continuïteit van het werk en de kwaliteit van de gegevens te waarborgen dient de tachymeter altijd inzetbaar te zijn. 812 Vervangen GPS systeem Binnen de landmeetkunde zijn technieken ontwikkeld die het mogelijk maken om met behulp van satellieten gegevens in te winnen. Een GPS-systeem (Global Positioning System) is bij uitstek geschikt om snel en nauwkeurig gegevens in te winnen t.b.v. de topografische kaart of om nieuwbouw uit te zetten. 813 Aanschaf pencomputers Om de basiskaart zo actueel mogelijk te houden is naverkennen noodzakelijk. Met behulp van een pencomputer is het mogelijk om mutaties direct in de basiskaart te verwerken. Op deze manier kan er een behoorlijk efficiencyvoordeel; worden behaald.
8220. VOLKSHUISVESTING 822 Vervanging woonwagens Broekmolenweg Op het woonwagencentrum bevinden zich 4 woonwagens die vanuit technisch oogpunt vervangen dienen te worden, waarbij herinrichting van het gehele park overwogen dient te worden. Hierbij spelen de volgende ontwikkelingen een rol. − Het maken van een nieuwe ontsluitingsweg als gevolg van de komst van tramlijn 19; − Het verbeteren van de bereikbaarheid van de woonwagens t.b.v. de hulpdiensten en het verbeteren van de brandveiligheid; − Het zoeken naar uitbreidingsmogelijkheden van de locatie met 8 standplaatsen t.b.v. de geregistreerde standplaatszoekenden afkomstig van woonwagencentrum Molenhof. Vooralsnog is er een bedrag van € 1.000.000 gereserveerd. 823 Woonwagencentrum Lange Kleiweg Uiterlijk in 2010 dient de enige op dit centrum aanwezige gemeentelijke woonwagen met bijbehorende standplaats vervangen te worden. Als verantwoordelijk eigenaar en beheerder van de woonwagen is deze investering noodzakelijk.
155
156
EMU-SALDO
157
158
EMU-SALDO (Bedragen x € 1000,-) Geraamd 2007 Geraamd 2008 Omschrijving
1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)
2
Geraamd 2009 volgens meerjarenbegroting 2008-2012
-248
-1.567
-418
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie
7.070
5.978
6.267
3
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie
2627
1.544
1.544
4
Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd
9.660
14.285
3.368
5
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4
3.081
0
0
6
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voorzover niet op exploitie verantwoord
0
0
0
0
0
0
0
0
0
3.376
556
227
-1.354
131
131
nee
nee
nee
848
-9.017
3.667
7
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
8
Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord
9
10
11
Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze met derden betreffen Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
Verkoop van effecten: a Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) b Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?
Berekend EMU-saldo
159
160
INCIDENTELE BATEN EN LASTEN
161
Overzicht van de geraamde incidentele baten en lasten Incidentele lasten > € 50.000 Programma
2008
2009
2010
2011
2012
Algemene dekkingsmiddelen
Mutaties reserves -storting batig saldo stadhuislocatie - storting extra dividend 2009 in de algemene reserve -storting reserve evenwicht begroting 2007-2011
Totaal
970.000 590.000 166.000
1.136.000
162
590.000
0
0
0
Incidentele baten > € 50.000 Programma 8. Wonen en leven - batig saldo stadhuislocatie
2008
2009
2010
2011
2012
970.000
Algemene dekkingsmiddelen - onttrekking dividendreserve, ontvangen extra dividend 2007 - extra dividend BNG 2009 - onttrekking reserve evenwicht begroting 2007-2011
1.485.000
Totaal Saldo
2.455.000 -1.319.000
590.000 389.000
163
979.000 -389.000
0 0
0 0
0 0
164
VERLOOP RESERVES
165
Verloop van de reserves Omschrijving
Saldo
Toevoegingen
Aanwendingen
Saldo
1-1-2008
31-12-2008
Algemene reserves Algemene dekkingsreserve
14.653.386
Activering grond golfterrein
1.588.231
1.588.231
Reserve herwaardering aandelen gemeentelijke NV's
530.469
530.469
Reserve evenwicht begroting 2007-2011
212.990
166.340
16.985.076
1.136.340
Totaal algemene reserves Bestemmingsreserves voor egalisatie van tarieven Egalisatiereserve t.b.v. de reinigingsrechten
489.600
Totaal bestemmingsreserves voor egalisatie van tarieven
489.600
970.000
131.420
15.491.966
379.330 131.420
17.989.996
489.600 0
489.600
7.169.923
271.270
6.898.653
Reserve decentrale arbeidsvoorwaarden
159.543
0
159.543
Bestemmingsreserve chronisch zieken en gehandicapten
124.150
124.150
0
Bestemmingsreserve tbv flankerend beleid ihkv OB3
695.516
593.150
488.366
Bestemmingsreserve organisatie-ontwikkeling
255.288
255.288
Bestemmingsreserve frictiekosten brandweer
202.000
202.000
2.040
2.040
686.215
686.215
Overige bestemmingsreserves Reserve wijkontwikkeling
Reserve aankoop documenten gemeentearchief Reserve revitalisering Oud Rijswijk Reserve invoering BTW-compensatiefonds Bestemmingsreserve invoeringskosten wet inburgering
1.728.944
0
386.000
499.390
1.144.450
121.116
Bestemmingsreserve investeringen riolering
2.082.369
Dividendreserve
1.485.000
1.083.884 121.116
159.954
2.242.323 1.485.000
0
Totaal overige bestemmingsreserves
14.712.104
1.045.344
3.618.020
12.139.428
Totaal van de reserves
32.186.780
2.181.684
3.749.440
30.619.024
166
Saldo
Saldo
Saldo
Saldo
31-12-2009
31-12-2010
31-12-2011
31-12-2012
15.940.806
15.798.866
15.667.446
15.536.026
1.588.231
1.588.231
1.588.231
1.588.231
530.469
530.469
530.469
530.469
0
0
21.220
21.220
18.059.506
17.917.566
17.807.366
17.675.946
489.600
489.600
489.600
489.600
489.600
489.600
489.600
489.600
6.851.653
6.808.653
6.765.653
6.735.653
159.543
159.543
159.543
159.543
0
0
0
0
387.366
358.366
245.366
253.366
255.288
255.288
255.288
255.288
202.000
202.000
202.000
202.000
2.040
2.040
2.040
2.040
0
0
0
0
509.812
6.927
0
0
121.116
121.116
121.116
121.116
2.452.277
2.712.231
3.025.185
3.427.139
0
0
0
0
10.941.095
10.626.164
10.776.191
11.156.145
29.490.201
29.033.330
29.073.157
29.321.691
167
168
VERLOOP VOORZIENINGEN
169
Verloop van de voorzieningen Omschrijving
Voorzieningen Voorziening FLO / ATB brandweer
Saldo 1-1-2008
Toevoegingen
Aanwendingen
87.542,69
Voorziening t.b.v. herbestraten van bouwlocaties
2.651.868,96
Voorziening t.b.v. kunstwerken bouwlocaties
39.937,51
150.000,00
15.940,00
Saldo 31-12-2008
Saldo 31-12-2009
Saldo 31-12-2010
87.542,69
87.542,69
87.542,69
2.501.868,96
2.351.868,96
2.201.868,96
55.877,51
55.877,51
55.877,51
Voorzieningen onderhoud Gemeentelijk Woningbeheer
129.078,19
47.520,00
176.598,19
176.598,19
176.598,19
Voorziening voor onderhoud welzijnsaccommodaties (MOP)
364.277,36
564.200,00
928.477,36
928.477,36
928.477,36
76.760,00
76.760,00
Voorziening Wet inburgering nieuwkomers (VWS) Voorziening gebouwenonderhoud buitenkant schoolgebouwen
-
801.056,30
-
-
801.056,30
801.056,30
801.056,30
10.500,00
10.500,00
10.500,00
Voorziening huursom Hoogvoorde
10.500,00
Voorziening t.b.v. gevolgen kastanjeziekte
36.441,50
36.441,50
-
-
-
370.000,00
370.000,00
-
-
-
Voorziening planschade J. Braakensieklaan Totaal voorzieningen
Nog te betalen posten (voorheen voorzieningen) Voorziening stadsvernieuwingfonds
4.490.702,51
704.420,00
22.145,77
556.441,50
22.145,77
4.638.681,01
-
-
-
346.005,99
Voorziening klantmanagement
727.683,75
727.683,75
-
-
-
Voorziening inlichtingenbureau
26.540,00
26.540,00
-
-
-
Voorziening bijstand
54.311,91
54.311,91
-
-
-
Voorziening EU-richtlijnen omgevingslawaai
53.101,75
53.101,75
-
-
-
57.220,99
346.005,99
4.261.921,01
Voorziening t.b.v. verplichtingen nieuwkomers
Voorziening veiligheidsprojecten
346.005,99
4.411.921,01
346.005,99
57.220,99
57.220,99
57.220,99
902.044,95
902.044,95
902.044,95
824.426,66
824.426,66
824.426,66
824.426,66
Voorziening WWB werkdeel
3.123.383,44
3.123.383,44
3.123.383,44
3.123.383,44
Voorziening BWS gelden
1.813.614,65
1.813.614,65
1.813.614,65
1.813.614,65
Voorziening BLS-Vinac subsidie
1.210.418,38
1.210.418,38
1.210.418,38
1.210.418,38
21.777,00
21.777,00
21.777,00
21.777,00
39.367,32
39.367,32
39.367,32
Voorziening WIN VWS (RBN)
725.544,95
Voorziening weg- en railverkeerslawaai
Voorziening preventief jeugdbeleid Voorziening pilot wet inburgering
176.500,00
39.367,32
Voorziening bodemsanering (ISV-1)
264.223,34
100.000,00
Voorziening woningbouwproj. Braakensiekl. (ISV-1)
900.000,00
900.000,00
Voorziening herinrichting tunneldak (ISV-1)
225.000,00
Voorziening afvalcontainers Steenvoorde-Zuid en Oud-Rijswijk (ISV-1)
-
-
-
-
-
225.000,00
-
-
-
101.609,99
101.609,99
-
-
-
Voorziening multifunctioneel gebruik Ottoburg (ISV-1)
200.000,00
200.000,00
-
-
-
Voorziening sportpark Vredenburch (ISV-1)
300.000,00
300.000,00
-
-
-
Voorziening herontwikkeling Rijswijkse Bos (ISV-1)
300.000,00
-
-
Voorziening pollers Oud Rijswijk (ISV-1)
200.000,00
-
-
-
-
Voorziening stedelijke vernieuwing (ISV-2)
164.223,34
300.000,00 200.000,00
-
2.056.980,75
1.106.837,00
1.500.000,00
1.663.817,75
Totaal nog te betalen posten (voorheen voorzieningen)
13.593.356,64
1.283.337,00
4.410.393,17
10.466.300,47
8.338.259,38
8.338.259,38
Totaal inclusief nog te betalen posten (voorheen voorzieningen)
18.084.059,15
1.987.757,00
4.966.834,67
15.104.981,48
12.750.180,39
12.600.180,39
170
Saldo 31-12-2011
Saldo 31-12-2012
87.542,69
87.542,69
2.051.868,96
1.901.868,96
55.877,51
55.877,51
176.598,19
176.598,19
928.477,36
928.477,36
-
-
801.056,30
801.056,30
10.500,00
10.500,00
-
-
-
-
4.111.921,01
346.005,99
3.961.921,01
346.005,99
-
-
-
-
-
-
-
-
57.220,99
57.220,99
902.044,95
902.044,95
824.426,66
824.426,66
3.123.383,44
3.123.383,44
1.813.614,65
1.813.614,65
1.210.418,38
1.210.418,38
21.777,00
21.777,00
39.367,32
39.367,32
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
8.338.259,38
8.338.259,38
12.450.180,39
12.300.180,39
171
172
INVESTERINGS- EN FINANCIERINGSSTAAT
173
Activa en financiering 2008 01/01
Mutaties (+)
Mutaties (-)
31/12
Investeringen Immateriele vaste activa
294.556
0
154.285
140.271
- Maatschappelijk nut
28.751.747
4.615.377
2.323.667
31.043.457
- Economisch nut
56.428.346
9.669.200
3.470.965
62.626.581
Financiele vaste activa
19.247.563
0
179.880
19.067.683
104.722.212
14.284.577
6.128.797
112.877.992
9.098.877
0
0
9.098.877
113.821.089
14.284.577
6.128.797
121.976.869
16.985.076
1.136.340
131.420
17.989.996
489.600
0
0
489.600
14.712.104
1.045.344
3.618.020
12.139.428
4.490.703
704.420
556.442
4.638.681
- Opgenomen langlopende geldleningen
60.325.339
12.000.000
4.511.928
67.813.411
- Nog te betalen posten (voorheen voorzieningen)
13.593.357
1.283.337
4.410.393
10.466.301
110.596.179
16.169.441
13.228.203
113.537.417
3.224.910
-1.884.864
-7.099.406
8.439.452
Materiele vaste activa
Totaal vaste activa Onderhanden werk (incl. bouwgrondexploitaties)
Totaal vaste activa en onderhanden werk
Financiering Eigen vermogen - Algemene reserves (inclusief niet besteedbare reserves) - Bestemmingsreserves voor egalisatie van tarieven - Overige bestemmingsreserves Vreemd vermogen - Voorzieningen
Totaal financieringsmiddelen Financieringstekort / overschot
174
31/12/2009
31/12/2010
31-12-2011
31-12-2012
136.667
134.102
132.351
129.052
30.246.047
29.678.215
29.290.772
28.560.743
61.017.898
59.872.363
59.090.743
57.617.993
18.577.893
18.229.116
17.991.139
17.542.737
109.978.505
107.913.796
106.505.005
103.850.525
9.098.877
9.098.877
9.098.877
9.098.877
119.077.382
117.012.673
115.603.882
112.949.402
18.059.506
17.917.566
17.807.366
17.675.946
489.600
489.600
489.600
489.600
10.941.095
10.626.164
10.776.191
11.156.145
4.411.921
4.261.921
4.111.921
3.961.921
68.102.411
67.391.411
66.180.411
62.969.411
8.338.259
8.338.259
8.338.259
8.338.259
110.342.792
109.024.921
107.703.748
104.591.282
8.734.590
7.987.752
7.900.134
8.358.120
175
176
NIEUW BELEID
177
178
Nieuw beleid
2008 lasten per jaar:
2009
2010
2011
2012
Programma/ kostenplaats
Collegeprogramma 2006-2010: Gemeentelijke dienstverlening Relatiebeheer - gemeentebrede aanpak Licentiekosten raadsinformatiesysteem Digid en digitale dienstverlening Verbetering digitale dienstverlening
50.000 7.000 63.000 95.000
5.000 7.000 10.000 95.000
5.000 7.000 10.000 95.000
5.000 7.000 10.000 95.000
5.000 7.000 10.000 95.000
Kostenplaats DMI Algemeen Bestuur en Organisatie Kostenplaats DMI Kostenplaats DMI
Economie en toerisme KvK starterstraject
20.000
20.000
20.000
20.000
20.000
Economie en Werken
5.000
5.000
5.000
5.000
5.000
30.000
30.000
30.000
30.000
20.000 290.000
20.000 192.000
20.000 192.000
20.000 192.000
20.000 192.000
75.000
0
0
0
0
Kostenplaats DMI
240.000 50.000 365.000
240.000 50.000 290.000
480.000 0 480.000
480.000 0 480.000
480.000 0 480.000
Kostenplaats DMI Kostenplaats DMI
655.000
482.000
672.000
672.000
672.000
Veiligheid, handhaving en leefbaarheid Exploitatielasten uitvoering hondenbeleid Iedereen doet mee (zorg&welzijn) Netwerkschool en Brede school Emancipatie en minderheden OGGZ - instellen meldpunt en Ontwikkeling laatste kansbeleid Wenselijk - intern overig: Herziening functies en functiewaardering Herinrichting personeelsbegroting en salarissysteem Opleiding en vorming
Totaal generaal
p.m. 30.000
179
Wonen en Leven
Onderwijs Zorg, Welzijn en Volksgezondheid Zorg, Welzijn en Volksgezondheid
180
BESLUITEN
181
182
183
184
185
186
INVESTERINGEN De raad van de gemeente Rijswijk;
gezien de door burgemeester en wethouders aangeboden ontwerp-meerjarenbegroting met bijbehorend investeringsplan voor de jaren 2008 – 2012 conform art 10, lid 3 van de Financiële verordening gemeente Rijswijk 2006;
BESLUIT: Voor de volgende investeringen kredieten beschikbaar te stellen overeenkomstig de daarbij vermelde bedragen: No. 001 120 211 212 213 214 215 216 225 226 241 404 531 532 536 540 543 544 581 584 585 630 561 562 564 565 716 717 724 725
Object
Bedrag
Vervanging inbelrouter Brandweer stoffering/inrichting brandweerkazerne Vervanging lichtmasten Vervanging armaturen Vervanging kabelnet openbare verlichting Herstel asfaltwegen Herstellen (duiker)bruggen BOR-FONDS Verbeteren ontsluiting en interne bereikbaarheid Plaspoelpolder Vervanging verkeerslichteninstallaties Vervanging elektrische toegangssystemen Vernieuwen beschoeiingen vaarten Verwijderen asbesthoudende plafonds De Akker Beregeningsinstallatie sportpark Irene Beregeningsinstallatie Hoekpolder Aanleg kunstgrasveld sportpark Hoekpolder Toplaagrenovatie veld 303 Aanschaf waterstofzuiger sportcentrum de Schilp Parkeerterrein sportcentrum en -park Irene Herinrichten speelplekken in de wijk Hekwerken Veiligheidseisen speeltuinen De Strijp inventaris welzijnsaccommodatie Herstel asfaltpaden in parken en plantsoenen Groot onderhoud opstallen landgoederenzone Opwaarderen onderhoudsniveau Landgoederenzone Zwethzone Ondergrondse inzameling (binnenbak) Ondergrondse inzameling (buitenbak) Vervanging vrijvervalriolen Vervanging gemalen en persleidingen
187
€ € € € € € € €
20.000 276.000 30.000 25.000 45.000 274.000 31.000 550.000
€ € € € € € € € € € € € € € € € € € € € € €
370.000 70.000 134.000 115.000 52.000 16.000 405.000 35.000 13.000 522.000 64.000 10.000 54.000 23.000 11.000 580.000 400.000 275.000 425.000 161.000 85.000 127.000
188