Lokale Economie
Sluis
dienstverlening
investeringen
burger
Structuurvisie Goed Leven
gemeente
Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Die ening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemee Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven W idsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resu o Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Sa d Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2 meente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structu steringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Bu cten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Le k Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Parag meenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst Ruimtelijke Ontwikkeling en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P paragraaf f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G programma n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa vermogen n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst
werk
baten
beleid
lasten
gemeenteraad
oordeel
risico
Toekomstvisie Samen Goed
Ruimtelijk Beheer
Wmo beleidsplan Samen Leven
verbinden
resultaat
Programmabegroting zeeland 2015-2018
Sociaal Domein
coalitieakkoord
effecten
structureel Bestuur en Veiligheid
Begroting 2015 - 2018 | Inhoudsopgave
Leeswijzer ............................................................................................................................. 3 Inleiding ................................................................................................................................. 7
Beleidsbegroting Programma 1 | Lokale economie ..........................................................................................11 Programma 2 | Ruimtelijk beheer .........................................................................................19 Programma 3 | Ruimtelijke ontwikkeling ...............................................................................27 Programma 4 | Sociaal Domein ............................................................................................35 Programma 5 | Bestuur en Veiligheid ...................................................................................47 Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien .......................................................................57
Paragrafen Paragraaf | Lokale heffingen.................................................................................................65 Paragraaf | Weerstandsvermogen en risicobeheersing ........................................................75 Paragraaf | Onderhoud kapitaalgoederen .............................................................................81 Paragraaf | Verbonden partijen.............................................................................................89 Paragraaf | Financiering .....................................................................................................107 Paragraaf | Bedrijfsvoering .................................................................................................115 Paragraaf | Grondbeleid .....................................................................................................117 Paragraaf | Interbestuurlijk toezicht ....................................................................................121
Financiële begroting Overzicht van baten en lasten ............................................................................................125 Uiteenzetting financiële positie ...........................................................................................128
Bijlagen Bijlage 1 | Investeringsplan .................................................................................................137 Bijlage 2 | Beleidskader ......................................................................................................143 Bijlage 3 | Begrippenlijst .....................................................................................................147 Bijlage 4 | Kerngegevens....................................................................................................153
Programmabegroting 2015 - 2018
1
2
Programmabegroting 2015 - 2018
Begroting 2015 - 2018 | Leeswijzer De leeswijzer is bedoeld om de informatie eenvoudig en snel voor de lezer beschikbaar te stellen. De programmabegroting bestaat uit een beleidsbegroting en een financiële begroting. Beleidsbegroting In het eerste gedeelte van de programmabegroting treft u het programmaplan aan bestaande uit de vijf programma’s en de Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Per programma wordt achtereenvolgens weergegeven: - Inleiding: waar draait het om in het programma - Nieuw zijn de speerpunten per programma. Speerpunten zijn onderdelen van het beleid waar extra aandacht voor is. De speerpunten, met per speerpunt de 2 vragen: Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Omschrijving van de activiteiten die in het komende begrotingsjaar de concrete gemeentelijke bijdrage vormen aan het realiseren van de gewenste doelen en effecten. Voor die activiteiten geldt een resultaatverplichting voor het college. - Effectindicatoren: meetpunt met vermelding van de norm om te kunnen beoordelen of het gewenste doel/beoogd maatschappelijke effect is c.q. wordt bereikt. - Prestatie-indicatoren: de realisatie van de activiteiten wordt gemeten en verantwoord met de prestatie-indicatoren. - Wat gaat het kosten? Er is een grote diversiteit aan type speerpunten; soms betreft het een beleidsmatige activiteit waar geen financiële consequenties aan verbonden zijn. Deze speerpunten zijn dan ook niet direct financieel vertaald in de begroting. De vraag 'wat kost het' wordt op programmaniveau beantwoord. Ter informatie is in ieder programma een specificatie van de lasten en baten per beleidsproduct toegevoegd. Naast de genoemde programma’s wordt een belangrijk deel van de begroting gevormd door de in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) verplicht voorgeschreven paragrafen lokale heffingen, weerstandsvermogen en risicobeheersing, onderhoud kapitaalgoederen, verbonden partijen, financiering, bedrijfsvoering en grondbeleid. De in de jaren 2011 t/m 2014 opgenomen paragraaf demografische ontwikkelingen hebben we niet meer opgenomen in verband met het vervallen van de verplichting voor de pilot krimp gemeente (waaronder Sluis). Waar mogelijk is in de betreffende programma's ingegaan op deze ontwikkelingen. Nieuw is de paragraaf Interbestuurlijk toezicht waarin nader wordt ingegaan op de Wet revitalisering generiek toezicht die op 1 oktober 2012 van kracht is geworden. Deze wet vormt de basis voor het interbestuurlijk toezicht (IBT): het toezicht van de ene overheid op de andere en de rol van de gemeenteraad in het horizontale toezicht. Voor meer informatie hierover wordt verwezen naar de betreffende paragraaf. Tot slot zijn, in afwijking van de begrotingen van voorgaande jaren, het beleidskader van de programma's en de investeringen niet cijfermatig in de programma's zelf opgenomen maar in afzonderlijke bijlagen. Indicatoren Een belangrijk instrument om te kunnen beoordelen of inderdaad bereikt c.q. gepresteerd is wat de raad bij het beschikbaar stellen van de middelen voor ogen stond, zijn de indicatoren.
Programmabegroting 2015 - 2018
3
Zoals hiervoor vermeld zijn in de begroting zowel effect als prestatie-indicatoren opgenomen. Ter toelichting onderstaande schematische weergave waaruit de samenhang blijkt tussen doelstellingen en indicatoren:
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we ervoor doen?
prestaties doelstelling prestaties
Programma doelstelling
prestaties
effectindicator
prestatieindicator
Voor de verdere vormgeving van de indicatoren is een aantal criteria opgesteld waaraan deze moeten voldoen, t.w.: Relevant voor de raad (d.w.z. op programmaniveau) Beïnvloedbaar door de raad Kwaliteitsindicatie Meerjarig in beeld te brengen Bij voorkeur een onafhankelijke bron van herkomst van de gegevens Maximum aantal effect- en prestatie-indicatoren per programma De effectindicatoren uit de begroting 2014 zijn kritisch onder de loep genomen en op onderdelen op basis van het coalitieakkoord aangepast en aangevuld. Daarnaast is gebruik gemaakt van de gemeentelijke input in het kader van de Wet revitalisering Generiek Toezicht (commissie Samenleving/Middelen d.d. 10 juni 2014) en ingespeeld - voor zover mogelijk op de ontwikkelingen in het sociaal domein. De prestatie-indicatoren zijn mede afhankelijk van het onderdeel 'wat gaan we ervoor doen' en kunnen jaarlijks variëren. Financiële begroting De financiële begroting bestaat uit het overzicht van baten en lasten met een toelichting en de uiteenzetting van de financiële positie met een toelichting. Bijlagen Als bijlagen zijn in de begroting opgenomen: 1. Investeringsplan 2015-2018 2. Beleidskader per programma 3. Begrippenlijst 4. Kerngegevens van de gemeente
4
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
5
6
Programmabegroting 2015 - 2018
Begroting 2015 - 2018 | Inleiding Voor u ligt de begroting 2015 en meerjarenraming 2016-2018, de eerste begroting die in deze nieuwe bestuursperiode door het college aan de raad wordt aangeboden. Leidraad voor de begroting is het coalitieakkoord 'Sluis verbindt, Het geheel is meer dan de som der delen'. De vastgestelde visies, toekomstvisie Samen Leven, structuurvisie Goed Leven en het Wmo beleidsplan Samen Goed, zijn de onderlegger geweest voor het coalitieakkoord. (Naast de genoemde visies zijn in de afgelopen periode nog andere beleidskaders vastgesteld. Zie hiervoor bijlage 2, pagina 144. De begroting 2015 is anders van opzet dan in voorgaande jaren. Een belangrijke wijziging is de nieuwe programma indeling. Conform het raadsbesluit van 25 juni 2014 is de begroting ingedeeld naar de volgende programma's: - Lokale economie - Ruimtelijk beheer - Ruimtelijke ontwikkeling - Sociaal domein - Bestuur en veiligheid, aangevuld met het op basis van de begrotingsvoorschriften verplichte onderdeel 'Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien'
Begroting 2015 en meerjarenperspectief 2016-2018 Uitgangspunten Financieel vertrekpunt voor deze begroting 2015 en het meerjarenperspectief 2016-2018 zijn de begroting 2014 inclusief alle begrotingswijzigingen t/m de raadsvergadering van 25 juni 2014, de financiële update waarin de meicirculaire Gemeentefonds 2014 is verwerkt (raad 25 juni 2014) en de structurele doorwerking van de zomernota 2014 (raad 25 september 2014). Het coalitieakkoord is tevens het uitgangspunt geweest bij de verdere inrichting van de begroting 2015. Geldstromen worden slim verbonden en inzet van (extra) middelen is alleen aan de orde als er op andere onderdelen bezuinigd wordt of andere inkomstenbronnen worden aangeboord. Algemene uitkering De raming van de algemene uitkering is gebaseerd op de meicirculaire Gemeentefonds 2014. De belangrijkste wijzigingen hierin zijn, zoals toegelicht in de update, de gevolgen van het groot onderhoud (herijking) van het Gemeentefonds, verlaging integratie-uitkering Wmo (huishoudelijke voorzieningen), overheveling van het buitenonderhoud van schoolgebouwen van het primair en speciaal onderwijs naar de schoolbesturen en de decentralisatie in het sociaal domein. De middelen voor de decentralisaties ontvangen de gemeenten in het Gemeentefonds in de vorm van een integratie-uitkering sociaal domein. De totale omvang van deze integratie-uitkering bedraagt voor Sluis in 2015 € 10.444.000 en bestaat uit de volgende 3 componenten: - Decentralisatie AWBZ naar Wmo € 4.045.000 - Decentralisatie jeugdzorg € 3.387.000 - Participatie* € 3.012.000 * ten tijde van het opmaken van de begroting was het genoemde bedrag een indicatie. Conform de kaderstelling van het sociaal domein (raad 27 februari 2014) is de omvang van de integratie-uitkering sociaal domein taakstellend voor de uit te voeren taken. De budgetten zijn dan ook budgettair neutraal verwerkt in de begroting. Programmabegroting 2015 - 2018
7
De tweede tranche van het groot onderhoud van het Gemeentefonds vindt plaats met ingang van het uitkeringsjaar 2016 wanneer de laatste drie clusters (Werk en Inkomen, Volkshuisvesting, Brandweer) worden herijkt. In de financiële gevolgen hiervan ontstaat pas inzicht in het voorjaar 2015. De gevolgen van de septembercirculaire Gemeentefonds 2014 worden gezien het tijdstip van verschijning, financieel verwerkt in het raadsvoorstel bij de begroting en de 1e wijziging van de programmabegroting 2015. Conform de nieuwe financiële verordening wordt de raad in oktober reeds geïnformeerd over de gevolgen van deze circulaire. Meerjarenperspectief 2015-2018 Na uitwerking van bovenstaande uitgangspunten komt het meerjarenperspectief uit op: bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
Saldi na verwerking financiële update en zomernota Deze saldi zijn vervolgens op de volgende onderdelen gewijzigd: - Inflatiecorrectie diverse belastingen
-155*
-86
24
19
-40
-81
-121
-166
20
67
121
169
-13
-96
-50
-175
-113
-72
-28
100 150
100 150
100 150
100 150
75
137
178
222
-
Inflatiecorrectie diverse uitgavenposten Schrappen onttrekkingen algemene reserve zoals aangegeven bij de financiële update Saldi na aanpassingen Voorstel dekking: - Gelet op de opbrengsten in voorgaande jaren en de bouwplannen die op stapel staan, de opbrengst aan bouwleges structureel verhogen met € 100.000 - Extra opbrengst verkoop gemeente-eigendommen Aangepast meerjarenperspectief
* tekort 2015 wordt met name beïnvloed door de structurele doorwerking van de zomernota 2014 (t.w. € 100.000 negatief). Verdere toelichting op de begroting 2015 en het meerjarenperspectief 2016-2018 is opgenomen onder de Financiële begroting ‘De uiteenzetting van de financiële positie'. Verantwoording apparaatskosten Zoals bekend vormt het terugdringen van de personeelslasten een belangrijk onderdeel om de begroting in evenwicht te houden. Teneinde uw raad in staat te stellen uw controlerende taak op dit punt nog beter te kunnen uitoefenen, verantwoorden wij de apparaatskosten in totaliteit in programma 5 Bestuur en Veiligheid.
8
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
9
10
Programmabegroting 2015 - 2018
Programma 1 | Lokale economie De gemeente Sluis heeft diverse motoren van economie en werkgelegenheid. Zij staan voor de diversiteit in onze gemeente en dragen bij aan het unieke en onderscheidende karakter daarvan. Investeringen in de economie werken (in)direct door in de leefbaarheid, voorzieningen en aantrekkelijkheid van het gebied. In dit programma is de verbinding direct zichtbaar. Zo staan zorg en toerisme met elkaar in verband en participatie en economie. Om deze en andere verbindingen te realiseren, wordt een goede samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven, instellingen en inwoners steeds belangrijker. In 2015, 2016, 2017 en 2018… is de gemeente Sluis een gemeente waar het naast goed wonen ook goed werken en verblijven is. De gemeente heeft een toekomstbestendige toeristische en agrarische sector die bijdraagt aan het versterken van de lokale economie en werkgelegenheid.
Speerpunten
1 Verhogen van de productiviteit in de toeristische sector
Wat willen we bereiken? -
Kwalitatieve en toekomstbestendige recreatiesector Hogere opbrengst uit een meer kwalitatieve toeristische sector Goede combinatie van toerisme en zorg Samenhang in promotie en minder versnippering van toeristisch-recreatieve informatie Evenwichtigere strandexploitatie
Wat gaan we daarvoor doen? Het ingezette beleid, gericht op het stimuleren van recreatiebedrijven tot het maken van een kwaliteitsslag, zetten we voort. Deze slag krijgt vorm door het (planologisch) mogelijk maken van een grotere ruimtelijke opzet van bedrijven. Hiermee komen we tegemoet aan de groeiende vraag van toeristen naar kwaliteit, luxe en gemak. De kwaliteitsverbetering leidt bovendien tot meer investeringen, publiekstoegankelijke voorzieningen, werkgelegenheid en ruimtelijke kwaliteit. Gevolg is dat steeds meer ruimte nodig is voor hetzelfde aantal slaapplaatsen. Daarnaast heeft de verblijfsrecreatieve sector te maken met verzadiging en overaanbod en te weinig kwaliteit, ofwel de 'Verblijfsrecreatieparadox'. Door (planologisch) ruimte te bieden voor creatieve oplossingen (zoals sanering van verouderde recreatieterreinen en vrijkomende ruimte toevoegen aan andere terreinen), wordt het aanwezige potentieel optimaal benut en de waarde van het toeristisch-recreatief product verhoogd. Ook de combinatie van toerisme en zorg (zorgtoerisme) biedt mogelijkheden voor versterking van de toeristische sector. Bij de herziening/actualisatie van het Wmobeleidsplan en de structuurvisie werken we dit in 2015 verder uit. De gemeente inventariseert de mogelijkheid om eigen middelen te koppelen aan die van provincie en bedrijfsleven om het activiteitenplan Recreatie en Toerisme 2.0 uit te voeren. De raad wordt via het raadsvoorstel bij deze begroting voorgesteld om taakstellend voor 2015 € 50.000 beschikbaar te stellen ten laste van de hiervoor ingestelde reserve Programmabegroting 2015 - 2018
11
Op basis van de structuurvisie Goed Leven geven we in 2015 een aanzet voor de uitwerking van het vereveningsfonds Recreatieontwikkeling. Samenhang in promotie en informatievoorziening is belangrijk om te kunnen concurreren met andere toeristische bestemmingen. De gemeente zal samenwerking zoeken met de VVV Zeeland om een digitaal platform te realiseren. Wij streven ernaar het platform onder te brengen bij de VVV Zeeland door het te koppelen aan het ZIDS (Zeeuws Informatie Distributie Systeem). We streven naar nadere afspraken over de 'content' (couleur locale). Dit draagt bij aan het op een aantrekkelijke en uitnodigende manier promoten van het toeristische en recreatieve product. Voor een sterker toeristisch-recreatief product is de gemeente bovendien gebaat bij een goede positionering en een herkenbare, eenduidige profilering van de streek. Het project Gastheerschap wordt daarom gecontinueerd, waarbij medewerkers in de recreatiesector de kwaliteiten van de Zwinstreek onder de aandacht brengen en gezamenlijk arrangementen aanbieden. Zij treden op als ambassadeurs van onze toeristische gemeente. De gemeente profileert zich daarnaast als culinair centrum en werkt in 2015 het Foodregio-concept verder uit. Hierin staat promotie en beleving van streekeigen producten centraal. Het project 'Visserij Experience Breskens' is hiervan een goed voorbeeld, maar de topattractie van de gemeente Sluis blijft de kust. Het project 'Bad-Cadzand: Zeeuwse Welness en Vitaliteit met internationale allure' profileert Cadzand-Bad als onderscheidende badplaats. De welness- en vitaliteitsvoorzieningen dragen bij aan seizoenverlenging, net als de geplande jachthaven. In 2015 werkt de gemeente aan een voorstel om te komen tot een meer evenwichtige strandexploitatie. Dit proberen we zoveel mogelijk samen met de sector te doen. In 2015 krijgt de pilot strandslaaphuisjes een vervolg: op twee extra locaties aan de kust kunnen maximaal 15 strandslaaphuisjes (dus in totaal 30) worden gerealiseerd.
2 Behouden en versterken van een gezonde agrarische sector
Wat willen we bereiken? -
Dynamische agrarische sector met ruimte voor meer grootschalige landbouw Versterking van de keten product - detailhandel - restaurant
Wat gaan we daarvoor doen? Het bestemmingsplan Buitengebied herzien we, waarbij we rekening houden met de dynamiek in de agrarische sector en de toenemende grootschaligheid. De inzet is dat agrarische bebouwingsmogelijkheden kunnen worden verruimd door toepassing van een verkorte planologische procedure (ontheffingsmogelijkheid). De versterking van de keten van product tot restaurant krijgt vorm in de uitwerking van het Foodregio-concept (zie speerpunt 1).
3 Versterken werkgelegenheid en stimuleren vestiging bedrijven
Wat willen we bereiken? -
12
Versterken van (regionale) werkgelegenheid en stimulering van kennis en innovatie Optimale benutting van bedrijventerreinen Optimaal vestigingsklimaat voor bedrijven Toegankelijk en stabiel (digitaal) netwerk
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaan we daarvoor doen? De huidige bedrijventerreinen bieden nog voldoende ruimte voor de vestiging van lokale en regionale bedrijven. In 2015 besteden we meer aandacht aan het actief werven van bedrijven voor vestiging op onze bedrijventerreinen. Hiervoor laten wij de labeling/thematisering op de bedrijventerreinen los door herziening van het bestemmingsplan Bedrijventerreinen. Om werkgelegenheid, kennis en innovatie te behouden en te stimuleren, blijven we actief (boven)regionaal en grensoverschrijdend samenwerken. Het gemeentelijk bedrijventerreinenbeleid wordt regionaal afgestemd en ligt vast in een regionaal bedrijventerreinenprogramma. De gemeente actualiseert het huidige programma in 2015. Hierin zijn vraag en aanbod van terreinen in Zeeuws-Vlaanderen kwantitatief en kwalitatief aan elkaar gekoppeld voor de periode tot en met 2023. Voor een zorgvuldige planning wordt de duurzaamheidsladder consequent toegepast. Dit houdt in dat inbreidingslocaties met voorrang worden ingevuld. Voor optimaal ruimtegebruik is ook herstructurering van verouderde bedrijfslocaties van belang. We onderzoeken de mogelijkheden om een Fonds Bedrijvenontwikkeling in te stellen, zoals benoemd in de structuurvisie Goed Leven. De gemeente vindt het belangrijk om actief mee te werken aan een goed ondernemingsklimaat en organiseert daarom met de Rabobank de Business to Business bijeenkomst en met de Kamer van Koophandel de Startersdag. Beide bijeenkomsten worden jaarlijks zeer goed bezocht. In 2015 bouwt de gemeente de inrichting van een 'ondernemersloket' verder uit door vanuit de organisatie 'accountmanagers' aan te stellen die vooral bij complexere vragen contactpersoon zijn van bedrijven. Zij blijven aanspreekpunt tot en met de afwikkeling. Zie ook de uitwerking van programma 5, speerpunt 2. Tot slot richten wij ons in 2015 samen met provincie en bedrijfsleven op het faciliteren van een kwalitatief hoogwaardige digitale infrastructuur (breedband). Dit is immers randvoorwaarde voor de ontwikkeling van de lokale economie en het vergroten van de toeristische aantrekkingskracht. Op basis van de onderzoeksresultaten van het project vraagbundeling Breedband wordt verdere invulling gegeven aan de pilot.
De gemeente Sluis is een gemeente waar het naast goed wonen ook goed werken en verblijven is.
Programmabegroting 2015 - 2018
13
14
Programmabegroting 2015 - 2018
Effect- en prestatie-indicatoren Effectindicator Het aantal recreatiebedrijven dat een kwaliteitsslag maakt* Cijfer tevredenheid gevestigde bedrijven over vestigingsbeleid*
Norm 2012 2013 2014 2015 Bron Gemeente 2 per jaar 2 Sluis Enquête 7 7 Business to Business
*indicatoren opgenomen vanaf begroting 2015 Prestatie-indicatoren Herziening bestemmingsplan 1. buitengebied
Norm
2.
Voorstel strandexploitatie
Raad 2015
3.
Operationeel ondernemersloket
2015
Bron Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Gemeente Sluis
4.
Uitwerking Foodregio-concept
2015
Gemeente Sluis
Raad 2015
Programmabegroting 2015 - 2018
15
16
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaat het kosten? Bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Lasten
2.758
2.879
2.241
2.215
2.377
2.345
591
935
838
792
969
958
-2.167
-1.944
-1.403
-1.423
-1.408
-1.387
Toevoeging aan reserves
4
215
15
15
15
15
Onttrekking aan reserves
50
57
2
2
2
2
-2.121
-2.102
-1.416
-1.436
-1.421
-1.400
Baten Saldo van baten en lasten
Geraamd resultaat
Specificatie beleidsproducten 2015 Omschrijving
Lasten
Baten
Saldo
22
5
-17
599
30
-569
2
35
33
30
-
-30
501
501
-
-
22
22
56020 - Recreatie en toerisme
1.087
245
-842
Totaal
2.241
838
-1.403
31000 - Markten 31010 - Economisch stimuleringsbeleid 31020 - Economische zaken 31030 - Visserij 31050 - Bedrijventerreinen 31100 - Marktgelden
Investeringen Voor de investeringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Programmabegroting 2015 - 2018
17
18
Programmabegroting 2015 - 2018
Programma 2 | Ruimtelijk beheer Het buitengebied draagt nadrukkelijk bij aan de aantrekkelijkheid en beleving van onze gemeente en daarmee aan de economische kracht en leefbaarheid. Het grote goed van rust en ruimte en landschappelijke kwaliteit moet dan ook gekoesterd blijven, wat overigens niet wil zeggen dat de spreekwoordelijke deur op slot gaat. De pure beleving van zowel het buitengebied als de kernen blijft uitgangspunt. Inwoners krijgen hierin een grote eigen verantwoordelijkheid. In 2015, 2016, 2017 en 2018… heeft de gemeente Sluis een goed beheerde en onderhouden openbare ruimte en een toegankelijke natuur, zodat zij een aantrekkelijke gemeente is voor inwoners en toeristen. De gemeente bereikt dit in nauwe samenwerking met burgers en andere partijen zoals stads- en dorpsraden, die een belangrijke taak krijgen bij de instandhouding van de eigen leefomgeving.
Speerpunten
1 Kwalitatief mooi landschap met toegankelijke natuur
Wat willen we bereiken? -
Kwalitatief mooi ingericht landschap met landschappelijk ingeklede (recreatie)bedrijven Goed onderhouden en toegankelijke natuur
een
diversiteit
aan
elementen
en
Wat gaan we daarvoor doen? Landbouw en recreatie zijn de belangrijkste vormen van grondgebruik en bepalen daarmee de verschijningsvorm van ons buitengebied. Beide pijlers kunnen samen de landschappelijke kwaliteit versterken. De belevingswaarde van ons landschap wordt vergroot door het verbeteren van de toegankelijkheid van het buitengebied en de natuur. De gemeente ziet voor zichzelf hierin een rol als wetgever en een stimulerende/verbindende rol. In onze rol als wetgever stellen we bij grotere bestemmingsplannen (verblijfsrecreatieterreinen, bedrijventerreinen) een beeldkwaliteitsplan vast. In de andere rol stimuleren we bijvoorbeeld de realisatie van Nieuwe Economische Dragers met het oog op sanering en hergebruik van (agrarische) bebouwing. Ook stimuleren we de agrarische sector om zich in te zetten als medebeheerder van het landschap en de natuur. Dit vergt afstemming met andere overheden en betrokken partijen. In de vorm van een Overlegplatform (opvolger van de Gebiedscommissie) kan in overleg met andere betrokken partijen de natuur toegankelijker worden gemaakt, de diversiteit aan landschappelijke elementen (landschapsmix) worden versterkt en kunnen de toekomstige rood-voor-groenmiddelen breder worden ingezet.
2 Leefbaar houden van de kernen
Wat willen we bereiken? -
Behoud van de leefbaarheid en het eigen karakter van iedere kern Geven van verantwoordelijkheid aan inwoners om zelf hun leefomgeving in stand te houden Effectieve en verantwoorde gescheiden inzameling en verwerking van huishoudelijk afval Programmabegroting 2015 - 2018
19
-
Adequaat onderhoud van (gemeentelijke) gebouwen en openbare ruimte
Wat gaan we daarvoor doen? Een goede leefomgeving is schoon en veilig en er heerst een gevoel van saamhorigheid. In dat kader wil de gemeente dat iedere kern een eigen centrale, dorpshuisachtige voorziening/ontmoetingsruimte heeft (zie ook programma 4). Vanuit een grote betrokkenheid bij hun kern krijgen inwoners meer verantwoordelijkheid voor het in stand houden van de eigen leefomgeving. Het beheer en onderhoud van het openbaar groen is een taak die in de toekomst meer samen met burgers moet worden opgepakt. Het streven hierbij is om door middel van meer burgerparticipatie hetzelfde kwaliteitsniveau van het openbaar groen te kunnen handhaven. Ook stads- en dorpsraden krijgen een grotere rol en verantwoordelijkheid. In 2015 wordt duidelijk hoe de gemeente hen ondersteunt bij het opstellen van dorpsplannen. De gescheiden inzameling en verwerking van huishoudelijk afval gebeurt ook in 2015 volgens het Gemeentelijk Afvalstoffenplan 2013-2017. Dit draagt uiteraard bij aan een schone leefomgeving. Het cultuurhistorisch erfgoed is een belangrijk onderdeel van de eigen identiteit van een kern. In 2015 voeren we de in 2013 vastgestelde Erfgoedvisie verder uit, met als doel behoud en herstel van het cultuurhistorisch erfgoed. Het onderhoud van het gebouwde gemeentelijk erfgoed is meegenomen in het Beheerplan Gebouwen. In 2015 starten we met de aanwijzing van de gemeentelijke monumenten. Een pilotproject dat hierbij aansluit is het project 'Kerk, krimp en kans'. Samen met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en provincie Zeeland worden de kansen van het religieus erfgoed in beeld gebracht voor de leefbaarheid in onze gemeente. Het onderhoud aan gemeentelijke gebouwen voeren we uit conform het Beheerplan Gebouwen. Het Masterplan Voorzieningen Zeeuws-Vlaanderen vormt voor het maatschappelijk vastgoed de ontwikkelrichting en moet leiden tot het optimaliseren en verminderen van het aantal gebouwen (zie ook programma 4 Sociaal Domein, speerpunt 1). De openbare ruimte beheren we volgens de verschillende bestaande beleids- en beheerplannen (zie ook paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen). De gemeente houdt het onderhoud van de openbare ruimte en de gemeentelijke gebouwen mede beheersbaar door de verkoop van overbodige groenstroken en gemeentelijke gebouwen.
3 Goede waterhuishouding
Wat willen we bereiken? -
Geen wateroverlast tijdens extreme regenbuien en vasthouden van water tijdens droogte Voldoende waterberging en versterken van belevingswaarde Beperking uitstoot uit het rioolstelsel
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente Sluis werkt aan een watersysteem waarmee we wateroverlast willen voorkomen tijdens extreme hoeveelheden neerslag en water zo lang mogelijk willen vasthouden tijdens droogte. Binnen de gemeente gaan we weer enkele kernen doorrekenen (simulatie) met een aantal buienreeksen om mogelijke knelpunten te inventariseren. Eventuele probleemsituaties pakken we zo veel mogelijk aan binnen de beschikbare onderhoudsbudgetten.
20
Programmabegroting 2015 - 2018
Er moet voldoende waterberging aanwezig zijn gezien de toenemende oppervlakteverharding en klimaatveranderingen. Van de waterberging willen we, daar waar mogelijk, de belevingswaarde versterken. Dit betekent dat het water, naast berging, ook een recreatieve functie krijgt (park, vissen, spelen enzovoorts). Daarnaast gaat de gemeente in 2015 over tot de instelling van een waterbergingfonds. Dit betekent dat bij ruimtelijke initiatieven de noodzakelijk aan te brengen waterberging (door toename van netto verhard oppervlak) in bepaalde gevallen kan worden afgekocht. Met het geld uit het fonds kan daar waar nodig waterberging gerealiseerd worden en al dan niet recreatief toegankelijk worden gemaakt.
4 Zo duurzaam mogelijke gemeente
Wat willen we bereiken? -
Realisatie van concepten voor duurzame ontwikkeling van de gemeente Sluis Verduurzamen van gemeentelijke gebouwen
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente Sluis faciliteert en stimuleert duurzaamheidinitiatieven binnen de beperkte mogelijkheden volgens het uitvoeringsprogramma Visie Duurzaam Sluis 2013-2019. In 2014 zijn alle gemeentelijke gebouwen beoordeeld op mogelijke rendabele duurzaamheidmaatregelen. Voortvloeiend hieruit voorzien we een aantal gemeentelijke gebouwen, bijvoorbeeld het dorpshuis in Hoofdplaat van slimme meters en zonnepanelen voor drastische vermindering van het energieverbruik.
5 Voldoende en efficiënte parkeervoorziening(en)
Wat willen we bereiken? -
Een efficiënt parkeersysteem met voldoende parkeerplaatsen en de juiste parkeerder op de juiste plaats
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente Sluis streeft naar een efficiënt parkeersysteem. Het regulerende karakter van het parkeerbeleid staat hierbij voorop met het oog op de versterking van de koop- en wooncentra in zowel de kernen als het kustgebied. De vraag naar en het aanbod van parkeervoorzieningen worden (verder) op elkaar afgestemd ter versterking van de lokale economie en het leefklimaat. In 2015 worden de nieuwe parkeernormen gehanteerd en wordt het parkeerfonds ingesteld, zoals zal worden opgenomen in de Beleidsnota Parkeernormen. De proef met de bezoekerspas in de woonwijk Smeedtoren in Sluis wordt in 2015 geëvalueerd.
De gemeente Sluis heeft een goed beheerde en onderhouden openbare ruimte en een toegankelijke natuur, zodat zij een aantrekkelijke gemeente is voor inwoners en toeristen.
Programmabegroting 2015 - 2018
21
22
Programmabegroting 2015 - 2018
Effect- en prestatie-indicatoren Effectindicator Veilige wegen (onderhoud)
Norm 91% inspectie voldoende B
Kwaliteitsniveau groenbeheer
Niveau B is netjes en eenduidig, max. 40% onkruid.
Lager energieverbruik gemeentelijke gebouwen*
3% jaarlijkse afname
2012 2013 90%
88%
B
B
2014 2015 Bron Weginspectie door extern 91% bureau (wordt jaarlijks opnieuw aanbesteed)
B
B
Registratiesysteem groenbeheerplan/eigen administratie
3%
Gemeente Sluis
*indicator opgenomen vanaf begroting 2015 Prestatie-indicatoren
Norm
Bron
1.
Het instellen van een waterbergingsfonds
2015
Gemeente Sluis
2.
Evalueren proef bezoekerspas Smeedtoren
2015
Gemeente Sluis
3.
Ondersteunen Stads- en dorpsraden bij het opstellen van jaarlijkse Stads- en dorpsplannen
15
Gemeente Sluis
Programmabegroting 2015 - 2018
23
24
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaat het kosten? Bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Lasten
19.199
19.800
15.399
15.725
16.024
16.202
Baten
12.056
9.907
10.063
10.365
10.619
10.870
Saldo van baten en lasten
-7.143
-9.893
-5.336
-5.360
-5.405
-5.332
Toevoeging aan reserves
1.618
96
600
47
72
3
Onttrekking aan reserves
327
548
1.927
1.211
1.254
1.191
-8.434
-9.441
-4.009
-4.196
-4.223
-4.144
Geraamd resultaat
Specificatie beleidsproducten 2015 Omschrijving
Lasten
Baten
Saldo
158
3
-155
5.902
23
-5.879
95
-
-95
796
83
-713
-
1.927
1.927
56000 - Groenvoorzieningen
1.560
2
-1.558
58000 - Speelvoorzieningen
97
2
-95
72100 - Afvalstoffen
3.093
260
-2.833
72200 - Rioolbeheer
2.690
39
-2.651
72300 - Milieu
453
9
-444
72400 - Lijkbezorging
151
5
-146
72500 - Afvalstoffenheffing
-
3.481
3.481
72600 - Rioolheffing
-
3.805
3.805
73200 - Baten lijkbezorging 82110 - Historische gebouwen, monumenten, torens, poorten, molens, carillons etc. 83040 - Eigendommen
-
312
312
340
6
-334
64
106
42
15.399
10.063
-5.336
00320 - Vastgoed 21000 - Wegen, straten, pleinen en verkeersmaatregelen 21200 - Vervoer 21400 - Parkeervoorzieningen 21500 - Baten Parkeerbelasting
Totaal Investeringen Voor de investeringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Programmabegroting 2015 - 2018
25
26
Programmabegroting 2015 - 2018
Programma 3 | Ruimtelijke ontwikkeling Leefbaarheid en wonen zijn nauw met elkaar verbonden. Waar het programma Ruimtelijk Beheer zich vooral richt op de voorzieningenkant (de dorpshuisachtige voorziening/ontmoetingsruimte per kern) en de betrokkenheid van de inwoners, ligt in dit programma de focus op het woningbeleid zelf en de mate waarin dit beleid bijdraagt aan de leefbaarheid van de kernen. De Woonvisie en de Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse Zeeuws-Vlaanderen (MKBA) zijn daarbij leidend. Overleg en samenwerking met de andere Zeeuws-Vlaamse gemeenten is hierbij van belang. In 2015, 2016, 2017 en 2018… heeft de gemeente Sluis een op de vraag en economische ontwikkeling afgestemde ruimtelijke invulling van het gebied en woningvoorraad. De uitvoering van het ruimtelijk beleid draagt bij aan een prettige en aantrekkelijke woon-, werk-, leef- en verblijfsomgeving.
Speerpunten
1 Evenwichtige woningvoorraad
Wat willen we bereiken? Optimale aansluiting van de woningvoorraad op de kwaliteitseisen van de verschillende doelgroepen en op de demografische prognoses, in alle kernen waarbij de focus ligt op inbreiding Wat gaan we daarvoor doen? De vraag naar kwalitatief goede woningen leeft in alle kernen. De gemeente komt hieraan tegemoet. In aansluiting op de kwantitatieve behoefte (ontwikkeling aantal eenheden in relatie tot de huishoudenprognose) en de kwaliteitseisen van de verschillende doelgroepen wordt ruimte geboden voor kleinschalige particuliere woningbouw, levensloopbestendige woningen en starterswoningen. In 2015 wordt hiervoor de gemeentelijke Woonvisie herzien. Ook zullen we in regionaal verband afspraken maken met de woningcorporaties over de planningslijsten voor het bereiken van een evenwichtige verdeling in de woningvoorraad. Naast de kleinschalige nieuwbouw richt ons beleid zich vooral op de aanpak van bestaande woningvoorraad door het stimuleren van samenvoeging (volgens de verordening 'Stimuleringsregeling samenvoeging woningen'), verduurzaming, kwaliteitsverbetering en het levensloopbestendig maken van woningen. In dit kader neemt de gemeente deel aan het project Upgrade, met als doel de oprichting van een Zeeuws-Vlaamse vastgoedorganisatie voor het beheren, opkopen, slopen of transformeren van incourant particulier vastgoed. Deze maatregelen dragen bij aan een kwalitatief goede woningvoorraad en aan een prettige leefomgeving. De gemeente Sluis blijft deelnemen aan het Zeeuws-Vlaamse project KLUS (KrottenLijstUitvoeringsStrategie) met als doel de aanpak van verpauperd vastgoed. Woningeigenaren worden gestimuleerd om, met een 'warme' stimuleringsaanpak in combinatie met de druk van het aanschrijvingsinstrument, hun pand op te knappen. Na evaluatie wordt dit project gemeentebreed opgezet.
Programmabegroting 2015 - 2018
27
Met het oog op de leefbaarheid van de kernen stelt de gemeente daarnaast in 2015 een evaluatieplan op om de effecten en impact te monitoren van de afschaffing van de tweede woningverordening. Verder faciliteren wij de stads- en dorpsraden bij het stapsgewijs opstellen van dorpsplannen (zie ook programma 2 Ruimtelijk Beheer, speerpunt 2).
2 Actualisering structuurvisie Goed Leven en bestemmingsplannen
Wat willen we bereiken? -
Actueel ruimtelijk kader in de vorm van een herziene gemeentelijke structuurvisie Actuele bestemmingsplannen die aansluiten op de praktijk
Wat gaan we daarvoor doen? De structuurvisie Goed Leven is vastgesteld in 2011 en kent een looptijd tot 1 januari 2016. De visie dient als kader waarbinnen concrete ruimtelijke plannen worden getoetst en als basis voor het bovenplanse kostenverhaal. De visie maakt gewenste grotere ontwikkelingen mogelijk. In 2015 herziet de gemeente de structuurvisie, rekening houdend met de huidige ontwikkelingen in de verschillende ruimtelijke beleidsvelden. In het kader van de inhaalslag is het bestemmingsplan Bedrijventerreinen het laatste bestemmingsplan dat in 2015 wordt vastgesteld. Daarnaast begint de gemeente in 2015 aan de actualisering van het bestemmingsplan Cadzand-Dorp. Ook de bestemmingsplannen Kom Sluis (implementatie horecabeleid) en Kom Oostburg (Transformatieplan Aantrekkelijk Oostburg) worden herzien.
3 Een goed woon - zorgklimaat
Wat willen we bereiken? Meer afstemming bij de verbinding tussen wonen en zorg en toenemende zelfredzaamheid van alle actoren Wat gaan we daarvoor doen? Regelgeving van de rijksoverheid geeft aanleiding tot belangrijke nieuwe ontwikkelingen op het grensvlak van zorg en wonen. Het huisvesten van mensen met een bepaalde zorgbehoefte is ingrijpend veranderd. De bestaande behoefte van mensen om zo lang mogelijk in de eigen woon- en leefomgeving te blijven wonen, kent een breed draagvlak. Dit draagvlak is er ook in onze gemeente. Verschillende instituties waarbij zorg en wonen gecombineerd werden aangeboden, zullen een veel beperktere omvang kennen dan nu het geval is. De betekenis van dergelijke voorzieningen zijn groot voor de bewoners en onze inwoners, maar ook voor de kernen waar deze voorzieningen zijn gevestigd en voor de lokale economie.De opgave voor de samenleving en exploitanten van dergelijke voorzieningen is om verantwoord met deze verandering om te gaan. Daarom stellen we een sociaal-economisch beleidsplan (zie ook programma Sociaal Domein, prestatie-indicator) op waarin we de positie van de gemeente bepalen en de gewenste ontwikkelrichting duiden. Voor het opstellen van dit beleidsplan doen we een beroep op de knowhow van verschillende partners.
28
Programmabegroting 2015 - 2018
4 Versterken van Oostburg
Wat willen we bereiken? -
Evenwichtige woningmarkt en betere woonomgeving Opwaardering van het centrumgebied in Oostburg Geen langdurige leegstand van bedrijfspanden
Wat gaan we daarvoor doen? In 2015 gaat de gemeente, in nauw overleg met de ondernemersvereniging en andere betrokken partijen, verder met de uitvoering van het Masterplan Aantrekkelijk Oostburg. Daarnaast vervolgen we de uitvoering van de Leegstandverordening Sluis 2013. Op basis van deze verordening registreert de gemeente langdurige leegstand van winkel- en kantoorruimte in het centrum. In 2015 wordt de werking van deze verordening geëvalueerd.
5 Gebiedsontwikkelingen Cadzand-Bad en havengebied Breskens
Wat willen we bereiken? -
Versterken van de identiteit van Cadzand-Bad en het havengebied van Breskens
Wat gaan we daarvoor doen? We gaan verder met een gerichte kwaliteitsverbetering van deze gebieden. Dit door de realisatie van nieuwbouw en aanpak van de openbare ruimte, geheel in de sfeer van 'natuurlijk stijlvol' Cadzand-Bad en 'stoer maritiem' Breskens. Cadzand-Bad wordt verder ontwikkeld volgens het ontwikkelingsplan 'Cadzand-Bad Natuurlijk Stijlvol'. Daarnaast werken we in 2015 verder aan de borging en promotie van Cadzand-Bad als badplaats en start de realisatie van de jachthaven in samenhang met de kustversterkingswerkzaamheden (zie ook programma 1, speerpunt 1). In 2015 wordt gewerkt aan een masterplan voor de gebiedsontwikkeling in het havengebied in Breskens op basis van een in 2014 te sluiten intentieovereenkomst tussen de gemeente, de ontwikkelende partijen en de provincie.
De gemeente Sluis heeft een op vraag afgestemde woningvoorraad. Deze is gesitueerd in een prettige leefomgeving.
Programmabegroting 2015 - 2018
29
30
Programmabegroting 2015 - 2018
Effect- en prestatie-indicatoren Effectindicator Leegstand permanente woningvoorraad in de gemeente Sluis* Verminderen aantal leegstaande winkelpanden tot minstens het landelijk gemiddelde in de gemeente Sluis
Norm
2012
2013
2014
Max. 5%
2015
Bron
5%
Gemeente Sluis
>6.9 %
≤ 6,9%
Locatus
*indicator opgenomen vanaf begroting 2015 Prestatie-indicator
Norm
1.
Vaststellen herziene Woonvisie
2015
2.
Vaststellen Masterplan Breskens
4e kwartaal 2015
3. 4. 5.
Uitvoering Masterplan (herinrichting centrum) Oostburg Vaststellen bestemmingsplan Bedrijventerreinen Vaststellen bestemmingsplan CadzandDorp
2015 2015 2015
6.
Vaststellen bestemmingsplan Kom Sluis
2015
7.
Vaststellen bestemmingsplan Kom Oostburg
2015
8.
Vaststellen herziene Structuurvisie
4e kwartaal 2015
Plan van aanpak evaluatie afschaffing Tweede Woningverordening Evaluatie afschaffing Tweede 10. Woningverordening 9.
11. Evaluatie werking Leegstandsverordening
Bron Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda
2015 2016 2015
Bestuurlijke jaaragenda Bestuurlijke jaaragenda
Programmabegroting 2015 - 2018
31
32
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaat het kosten? Bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Lasten
4.199
4.538
1.404
1.024
756
765
Baten
2.881
2.472
1.700
1.356
1.113
1.121
-1.318
-2.066
296
332
357
356
Toevoeging aan reserves
1.142
146
0
0
0
0
Onttrekking aan reserves
740
240
200
89
72
72
-1.720
-1.972
496
421
429
428
Saldo van baten en lasten
Geraamd resultaat
Specificatie beleidsproducten 2015 Omschrijving
Lasten
Baten
Saldo
81000 - Ruimtelijke ordening
204
244
40
82000 - Woningen en gebouwen
299
164
-135
82100 - Stedelijke vernieuwing
390
377
-13
82200 - Volkshuisvesting
259
31
-228
-
633
633
2
1
-1
250
250
-
1.404
1.700
296
82300 - Bouwleges 83000 - Bouwgrondexploitatie nog te maken voorcalculatie 83010 - Bouwgrondexploitatie voorcalculatie Totaal
Investeringen Voor de investeringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Programmabegroting 2015 - 2018
33
34
Programmabegroting 2015 - 2018
Programma 4 | Sociaal Domein In een inclusieve samenleving zijn burgers primair verantwoordelijk voor zichzelf en elkaar. Iedereen participeert naar eigen kunnen en mogelijkheden, inwoners ondersteunen elkaar en nemen de verantwoordelijkheid voor het sociale, maatschappelijke leven en de eigen woonomgeving in hun kern. De gemeente ondersteunt indien nodig individuele burgers en hun sociale netwerk in het versterken van hun zelfoplossend vermogen, stelt als regisseur en stimulator duidelijke kaders en biedt sociale en maatschappelijke voorzieningen aan. Deze voorzieningen zijn gericht op het vergroten van de sociale samenhang, leefbaarheid en maatschappelijke deelname. Onderwijs is het fundament voor de ontwikkeling van de jeugd en randvoorwaarde voor participatie in het arbeidsproces. In 2015, 2016, 2017 en 2018… nemen inwoners (binnen ieders mogelijkheden) hun (maatschappelijke) verantwoordelijkheid voor hun eigen welbevinden en dat van de (sociale) omgeving. De gemeente is hierbij regisseur. Individuele en groepen inwoners die niet met behulp van hun sociale netwerk oplossingen kunnen vinden voor hun situatie, ondersteunen wij. De activiteiten zijn zo mogelijk ook gericht op toeristen. De onderwijsvoorzieningen voor primair en voortgezet onderwijs worden behouden en bereikbaar, met handhaving van de huidige kwaliteit.
Speerpunten
1 Inclusieve samenleving
Wat willen we bereiken? -
Samenleving waarin inwoners (naar hun vermogen) meer verantwoordelijkheid nemen en meer zorgen voor elkaar en hun leefomgeving (inclusieve samenleving) Ondersteuning en hulpverlening op maat voor mensen die dit nodig hebben Voldoende vrijwilligers en mantelzorgers Goede samenhang tussen zorg en huisvesting Voorzieningen op de best passende schaal en locatie aanbieden
Wat gaan we daarvoor doen? Het doel van de inclusieve samenleving bereiken we door burgers te stimuleren tot het nemen en dragen van meer verantwoordelijkheid voor zichzelf, hun sociale netwerk en hun woon- en leefomgeving. Het is een gegeven dat wij voor de uitvoering van deze taken een (substantieel) lager budget ontvangen dan voorheen beschikbaar was. Een oplossing hiervoor kan gevonden worden in een inclusieve samenleving waarin mensen voor zichzelf en elkaar zorgen waardoor minder budget voor individuele voorzieningen nodig is. In de ideale situatie van de inclusieve samenleving, waarbij inwoners ook meer zorgen voor de eigen woonomgeving, kan geld beschikbaar komen voor nieuwe initiatieven. Deze integrale aanpak willen we vastleggen in het gemeentelijk sociaal-economisch beleidsplan. In overleg met de gemeenteraad stellen we in 2015 een bestuursopdracht op voor de integrale uitwerking van de gemeentelijke visies (structuurvisie, beleidsplan Wmo en het coalitieprogramma) in een sociaal economisch beleidsplan. Dit plan omvat concrete (actie)punten die vanuit economie, zorg, regelgeving en beleidsontwikkeling in samenhang bijdragen aan de inclusieve samenleving (zie ook Programmabegroting 2015 - 2018
35
programma 1 - speerpunt 3, programma 2 - speerpunt 2 en programma 3 - speerpunten 1 en 3). Het beleidsplan stellen we op in samenwerking met inwoners en ondernemers. Het proces van versterken en neerleggen van meer verantwoordelijkheid bij burgers faciliteren we vanuit onze regisseursrol. Voor inwoners die zichzelf niet kunnen redden, realiseren we samen met hen - op een respectvolle, efficiënte en effectieve manier maatwerkarrangementen. Het nemen van verantwoordelijkheid gaat verder dan de eigen persoon en het eigen sociale netwerk. Ook het oppakken van de verantwoordelijkheid (en zorg) voor de eigen woon- en leefomgeving is onderdeel van de inclusieve samenleving. De gemeente stimuleert actieve deelname aan het sociaal en maatschappelijk leven door het verstrekken van (opstart)subsidies voor evenementen, activiteiten en burgerinitiatieven. Ook stimuleren wij actief vrijwilligerswerk en mantelzorg en daarom behouden we de 'makelaarsfunctie' en ontwikkelen we deze verder. Vrijwilligerswerk is niet vrijblijvend, maar het vrijwillige karakter moet worden geborgd. De gemeente verbindt burgers door hen actief te benaderen en aan te spreken op hun eigen verantwoordelijkheden. De uitvoering van het plan Leefbaarheid en Burgerparticipatie is richtinggevend in dit proces. Dit plan vormt de krijtstreep voor de realisatie van samenwerking met stads- en dorpsraden en voor het vormgeven van ondersteuning van maatschappelijke organisaties en (groepen) burgers. Om burgers hun verantwoordelijkheden te kunnen laten nemen dragen wij onze visie voor een inclusieve samenleving uit. De gemeente zet in op actieve preventie als het gaat om volksgezondheid en op publieksvoorlichting. De realisatie van een inclusieve samenleving vereist ook dat bepaalde algemene voorzieningen in stand blijven en andere worden gerealiseerd op de best passende schaal. De uitvoering van het Masterplan Voorzieningen Zeeuws-Vlaanderen wordt voortgezet. Door lokale voorzieningen te clusteren in een kern, verminderen we het aantal gebouwen met een maatschappelijke functie. Bepaalde voorzieningen worden in de hoofdkernen geconcentreerd en enkele voorzieningen komen en blijven centraal in de kern Oostburg. Op regionale en provinciale schaal geven we in samenwerking met andere gemeenten algemene voorzieningen vorm (zoals de opvang van dak- en thuislozen). De gemeente start met de uitwerking van een voorstel over hoe huisvesting voor mensen die zorg nodig (gaan) hebben vorm kan krijgen binnen de kaders van de (aangepaste) gemeentelijke woonvisie. Daarvoor wordt afstemming gezocht met verschillende partners (zie ook programma 3, speerpunt 1).
2 Afgestemde integrale dienstverlening sociaal domein
Wat willen we bereiken? -
36
Gemeente is hét loket voor alle overheidsdiensten Toegankelijke informatie over het gemeentelijke dienstenaanbod en juiste en passende hulp voor iedere inwoner Ondersteuning, begeleiding, preventie en voorlichting binnen de door de rijksoverheid beschikbaar gestelde middelen
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaan we daarvoor doen? In 2015 leggen we de basis voor de ontwikkeling van het integrale en uniforme dienstverleningsconcept in de gemeente Sluis passend binnen het totale beleid. Daartoe zet de gemeente een traject uit voor ondersteuning en begeleiding van inwoners dat moet leiden tot een optimale organisatie in de vorm van een (gemeentelijke) entiteit. Uitgangspunt blijft dat inwoners zoveel mogelijk zelf de regie houden over hun leven en wij vraaggericht en dichtbij werken met als filosofie 'één huishouden, één plan, één regisseur'. Als iemand een beroep doet op ondersteuning en begeleiding is onafhankelijke klantondersteuning beschikbaar. Voor de bovenlokale algemene voorzieningen voor huiselijk geweld en kindermishandeling, opvang van dak- en thuislozen, vrouwenopvang, geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg en dagbesteding werken we samen met andere gemeenten. Dit omdat de schaal en borging van de kwaliteit daartoe noopt en omdat dit wettelijk bepaald is. Deze samenwerking zetten we voort voor zover noodzakelijk en effectief. Uitgangspunt is dat alle activiteiten in het sociaal domein binnen de beschikbare budgetten te realiseren zijn. De verdere invulling en omvorming van het sociaal domein enerzijds en de forse bezuinigingen van de rijksoverheid anderzijds kunnen tijdelijk, in 2015 en 2016, tot een overschrijding van de beschikbare middelen leiden. Daarvoor doen we in voorkomend geval een voorstel aan de gemeenteraad waarbij, als het niet anders meer kan, de algemene reserve in beeld komt. We monitoren dit zorgvuldig en kijken daarbij ook naar de verhouding met het Rijk. Zo nodig stellen wij aanpassingen voor. Voor 2017 en volgende jaren brengen wij de kosten en baten in evenwicht. Echter, ook dan zijn incidentele budgetoverschrijdingen onvermijdelijk door het 'open einde karakter' van het sociaal domein. Dit komt terug in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.
3 Behoud van hoogwaardig en bereikbaar primair en voortgezet onderwijs
Wat willen we bereiken? -
Schaalvergroting onderwijs Integrale kindcentra Alle schoolverlaters hebben een 'startkwalificatie'
Wat gaan we daarvoor doen? De schoolbesturen in Sluis streven, door de drastische daling van het aantal kinderen, naar scholen met een grotere omvang en werken daarbij met ons samen. Voor de gemeente is bereikbaarheid van scholen erg belangrijk. De fysieke bereikbaarheid van primair onderwijs is zelfs onze expliciete verantwoordelijkheid. Bij sluiting van de laatste school in een dorpskern gaan wij, samen met het schoolbestuur en ouders van kinderen die de school bezoeken, na hoe de gewijzigde schoollocatie bereikbaar wordt. In 2015 blijven we bijdragen aan de kwaliteitsvergroting en -borging van het primair onderwijs. Daarnaast werken we samen met gemeenten en schoolbesturen in de regio en de Onderwijsautoriteit Zeeland verder aan de planvorming voor het verminderen van het aantal scholen, gekoppeld aan een Zeeuws-Vlaams dekkend plan voor integrale kindcentra's (IKC). Met deze benadering koppelen schoolbesturen de kwaliteitsverbetering aan de noodzakelijke sanering van locaties voor het basisonderwijs. De realisatie van integrale kindcentra's vormt een belangrijke stap in het verminderen van de uitstroom van kinderen naar het Belgische onderwijs.
Programmabegroting 2015 - 2018
37
De gemeente werkt aan een doorgaande ontwikkelingslijn voor kinderen van 0 tot 23 jaar. Vanuit onze regierol realiseren we dit door gerichte inzet van mensen en middelen en door afstemming en samenwerking met andere partijen. Dit betekent dat wij tijdig inspelen op de (on)mogelijkheden van kinderen om 'mee' te komen en passende oplossingen (aangepast aan het individuele niveau) worden gevonden om hen optimaal te laten functioneren in de maatschappij. De gemeente wil dat zoveel mogelijk jongeren die het onderwijs verlaten een startkwalificatie hebben (een afgeronde opleiding Havo/Vwo of minimaal Middelbaar Beroepsonderwijs niveau 2). Het Regionaal Bureau Leerplicht (RBL) vormt onze basis om vroegtijdig schoolverlaten te beperken en te voorkomen.
4 Goede aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt
Wat willen we bereiken? -
Bestuurlijke krachtenbundeling onderwijs Zo groot mogelijk werkend deel van de beroepsbevolking (personen tussen de 15 en 65 jaar) Versterken van verbindingen tussen voortgezet en hoger onderwijs in Zeeland en België
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente is voorstander van een bestuurlijke krachtenbundeling in het voortgezet onderwijs en stimuleert deze in samenspraak met betrokken partners. Daarnaast ondersteunen en faciliteren we lokale initiatieven (zoals de ontwikkeling van de sociaal, educatieve en sportieve campus Oostburg) die bijdragen aan versterking en behoud van het Zwincollege. De samenwerking vanuit het voortgezet onderwijs met de Hogeschool Zeeland en Universiteit Gent stimuleren we door regelmatig met elkaar te blijven overleggen. Deze samenwerking draagt bij aan een betere synergie tussen voortgezet onderwijs en de Hogeschool Zeeland en het Belgische hoger onderwijs. Dit maakt de binding van jongeren met de streek kansrijker en beperkt de ontgroening enigszins. Afstemming tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt gebeurt binnen ons WerkServicePunt Zeeuws-Vlaanderen. waarbij we gebruik maken van de Zeeuwse arbeidsmarktmonitor. Dit instrument biedt aanknopingspunten voor overleg met werkgeversen werknemersorganisaties en onderwijsinstellingen. Daarnaast biedt de monitor inzicht in de vraag of bijstelling van het beleid in het sociaal domein nodig is.
5 Betaalbaar en toegankelijk (openbaar) vervoer
Wat willen we bereiken? -
Goede bereikbaarheid van alle kernen en voorzieningen Behoud fietsvoetveer
Wat gaan we daarvoor doen? De gemeente bereidt in 2015 (na een besluit hierover eind 2014) een voorstel voor over het wel of niet voortzetten van gratis openbaar vervoer voor senioren. De goede bereikbaarheid van onze gemeente geldt ook voor mensen die aangewezen zijn op het fietsvoetveer over de Westerschelde. We houden de provincie als verantwoordelijke overheid voor het openbaar
38
Programmabegroting 2015 - 2018
vervoer aan haar afspraak om de veerdienst en de kwaliteit en kwantiteit hiervan in stand te houden. De gemeente legt daarnaast verbindingen tussen vervoersstromen voor verschillende doelgroepen. We gaan na hoe dit kan worden verbeterd. Besparing van kosten door efficiëntere organisatie van het vervoer is hierbij van belang. Bij voorkeur leggen we deze verbindingen in samenspraak met het Samenwerkingsverband Collectief Vervoer Zeeuws-Vlaanderen en de Provincie Zeeland.
Inwoners nemen hun verantwoordelijkheid. De gemeente neemt hierbij de rol van regisseur.
Programmabegroting 2015 - 2018
39
40
Programmabegroting 2015 - 2018
Effect- en prestatie-indicatoren Effectindicator % schoolverlaters zonder geldige startkwalificatie Netto arbeidsparticipatie Het aandeel van de werkzame beroepsbevolking in de potentiële beroepsbevolking van 15 tot 65 jaar. Van de beroepsbevolking worden personen die ten minste twaalf uur per week werken tot de werkzame beroepsbevolking gerekend en degenen die niet of minder dan twaalf uur per week werken tot de werkloze beroepsbevolking. * Rapportcijfer klanttevredenheid Wmo % scholen met het predicaat 'goed' % inwoners dat voldoet aan de bewegingsnorm % vrijwilligers
% jongeren <18 jaar dat alcohol drinkt
Norm
2012
2013
2014
2015
Bron
3%
3,8%
3%
3%
3%
DUO (OCW)
65%
66%
66%
65%
CBS
7,5
7,7
7.5
7.5
Scoop
100%
100%
100% 100% 100% Onderwijsinspectie
70%
70%
70%
70%
70%
GGD Zeeland
30%
30%
30%
Stichting Welzijn
<60% 60%
60%
60%
GGD/Jeugdmonitor
Minimaal 30% bevolking <60%
7.5
*indicatoren opgenomen vanaf begroting 2015 Prestatie-indicator Bestuursopdracht sociaal economisch 1. beleidsplan 2.
Vaststellen sociaal economisch beleidsplan
Norm
Bron Bestuurlijke 4e kwartaal 2015 jaaragenda Bestuurlijke 2017 jaaragenda
Programmabegroting 2015 - 2018
41
42
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaat het kosten? Bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Lasten
25.089
27.294
29.084
28.299
28.302
28.289
Baten
9.494
10.065
5.244
5.253
5.261
5.266
Saldo van baten en lasten
-15.595 -17.229 -23.840 -23.046 -23.041 -23.023
Toevoeging aan reserves
331
408
0
0
0
0
Onttrekking aan reserves
157
1.117
1.018
239
143
156
Geraamd resultaat
-15.769 -16.520 -22.822 -22.807 -22.898 -22.867
Specificatie beleidsproducten 2015 Omschrijving 42100 - Basisonderwijs, onderwijshuisvesting (Openbaar en Bijzonder) 44100 - Voortgezet onderwijs, onderwijshuisvesting (Openbaar en Bijzonder) 48000 - Gemeenschappelijke voorzieningen
Lasten
Baten
Saldo
466
14
-452
236
-
-236
776
47
-729
51000 - Openbaar bibliotheekwerk
434
-
-434
51100 - Vormings- en ontwikkelingswerk
244
-
-244
53000 - Buitensport
187
18
-169
53010 - Binnensport
1.093
172
-921
87
-
-87
53100 - Groene sportvelden en terreinen
562
46
-516
54000 - Kunst en cultuur
615
186
-429
54100 - Musea
754
52
-702
66
26
-40
4.125
3.689
-436
2.594
-
-2.594
61400 - Gemeentelijke armoede- en schuldenbeleid
796
48
-748
62100 - Verblijfsgerechtigden 62300 - Re-integratie- en participatievoorzieningen Participatiewet 65000 - Kinderopvang 66100 - Maatwerkvoorzieningen Natura materieel Wmo 66200 - Maatwerkvoorzieningen Natura immaterieel Wmo 66300 - Opvang en beschermd wonen Wmo 66700 - Eigen bijdragen maatwerkvoorzieningen en opvang Wmo
2
-
-2
587
158
-429
295
1
-294
960
7
-953
5.284
-
-5.284
65
-
-65
-
485
485
53020 - Sport algemeen
56010 - Evenementen 61000 - Bijstandverlening en inkomensvoorzieningen en -subsidies 61100 - Sociale werkvoorziening
Programmabegroting 2015 - 2018
43
67000 - Algemene voorzieningen Wmo en jeugd
3.292
295
-2.997
600
-
-600
67200 - PGB Wmo en Jeugd
1.601
-
-1.601
68200 - Individuele voorzieningen Natura Jeugd 68300 - Veiligheid, jeugdreclassering en opvang Jeugd 71400 - Gezondheidszorg
1.805
-
-1.805
853
-
-853
414
-
-414
291
-
-291
29.084
5.244
-23.840
67100 - Eerstelijnsloket Wmo en Jeugd
71500 - Jeugdgezondheidszorg, uniform deel Totaal
Investeringen Voor de investeringen wordt verwezen naar bijlage 1.
44
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
45
46
Programmabegroting 2015 - 2018
Programma 5 | Bestuur en Veiligheid Dit programma staat in het teken van de relatie tussen burger en bestuur en van een veilige leefomgeving. Burgers, bedrijven en instellingen hebben kennis van en inzicht in beleid, besluiten en activiteiten van de gemeente en voelen zich daarbij betrokken. De gemeentelijke rol verandert steeds meer van uitvoerder naar regisseur. Burgers hebben meer dan ooit de kans om de maatschappij vorm te geven en de gemeente speelt daarbij, mits passend bij haar visie, een faciliterende rol. Het faciliteren krijgt vorm in samenspraak met onze burgers en kan per situatie verschillen. Goed monitoren of de gewenste resultaten worden bereikt, maakt onderdeel uit van de regisseursrol. In 2015, 2016, 2017 en 2018… wonen en leven inwoners in een veilige omgeving. Burgers hebben vertrouwen in het lokale bestuur, zijn tevreden over de gemeentelijke dienstverlening en hebben geen last van onnodige regels. Steeds meer diensten komen digitaal beschikbaar voor burgers en bedrijven.
Speerpunten
1 Vertrouwen in de gemeentelijke overheid
Wat willen we bereiken? -
Iedereen weet wat hij of zij van de gemeente mag verwachten en andersom Burgers zijn ambassadeurs van de gemeente en werken graag met de gemeente samen in het belang van hun leefomgeving Snel en correct delen van informatie over actuele besluitvorming Minder gemeentelijke regeldruk
Wat gaan we daarvoor doen? Op basis van de huidige communicatienota 2012 - 2015 pakken we een aantal zaken op waaronder een actievere inzet van social media en het toegankelijker en actueler maken van de website. Volgend jaar bereiden we een nieuwe communicatienota voor die de periode 2016 - 2019 beslaat. De gemeente voert vanaf 2015 jaarlijks twee dereguleringsexperimenten uit. Voor 2015 zijn dat de 'Algemene Subsidieverordening' en het 'Terrassen en Uitstallingbeleid'. Verder geven we gevolg aan het project ‘Beter en Concreter’ gericht op het verminderen van de regeldruk en het verbeteren van de dienstverlening en de kwaliteit van regels. Ook voeren we het plan van aanpak 'Leefbaarheid en Burgerparticipatie' uit. Acties hieruit dragen bij aan het bevorderen van het ambassadeurschap onder burgers (zie programma 4 Sociaal Domein).
Programmabegroting 2015 - 2018
47
2 Burgers zijn tevreden over gemeentelijke dienstverlening
Wat willen we bereiken? -
Gemeente treedt als één afzender naar buiten Digitale beschikbaarheid van meer gemeentelijke producten Efficiëntere, effectievere en minder kwetsbare gemeentelijke dienstverlening
Wat gaan we daarvoor doen? Vanaf 2015 voert de gemeente gefaseerd het accountmanagement in. Dit geldt vooral voor klanten met complexere aanvragen. Medewerkers vervullen de rol van 'accountmanager' en zijn voor de burger of ondernemer tijdens het hele proces contactpersoon. Hiermee bevorderen we dat de gemeente 'met één mond' spreekt (zie ook programma 1, speerpunt 3 en de paragraaf Bedrijfsvoering). De Zeeuws-Vlaamse visie op dienstverlening en de geformuleerde servicenormen blijven ook in 2015 uitgangspunt voor ons dienstverleningsconcept. Daarnaast werken we verder aan de uitvoering van het Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en e-overheid. Als onderdeel hiervan komen nieuwe producten digitaal beschikbaar voor burgers en ondernemers. Vanaf het begrotingsjaar 2015 is de systematiek van het toerekenen van apparaatskosten (zoals lasten van personeel, huisvesting en ICT) gewijzigd. Tot en met het begrotingsjaar 2014 worden de apparaatskosten nog toegerekend aan de betreffende producten en programma's. De toerekening van deze kosten wordt beïnvloed door een optelsom van factoren. Zo hebben taken en activiteiten conform de bestuurlijke wens meer accent/prioriteit gekregen. Dit betekent niet dat de totale personeelskosten gestegen zijn, maar dat er sprake is van een andere verdeling van de totale van de totale uren over de diverse programma's. Teneinde het cijfermatige inzicht op programmaniveau te verhogen worden de apparaatskosten vanaf 2015 op programma 5 Bestuur en veiligheid geraamd. Als gevolg van deze nieuwe werkwijze treden er op de programma's aanzienlijke verschillen op tussen de cijfers 2015 t.o.v. 2013 en 2014 omdat in voorgaande jaren de apparaatskosten nog op alle programma's verantwoord zijn. Het in evenwicht houden van de begroting wordt bereikt, door het terugbrengen van de omvang van de organisatie. Slechts 1/3 van de vacatureruimte die ontstaat zal in de periode tot 2018 worden herbezet. Bij de herbezetting staat verbetering van de dienstverlening centraal. Dit zal ten koste gaan van die onderdelen van de organisatie die zich met beleid bezighouden. Binnen het onderdeel beleid zal conform het coalitieakkoord een verschuiving plaatsvinden naar meer aandacht voor economisch beleid (toerisme/recreatie), (sociale) veiligheid en sociaal domein ten koste van cultuur en ruimtelijk beleid. De noodzaak tot verhoging van efficiënt en effectief werken en het minder kwetsbaar maken van gemeentelijke dienstverlening, maakt het noodzakelijk werkprocessen te beschrijven. Door dit te koppelen aan de methodiek van Lean Six Sigma, verhogen we gelijktijdig de efficiency en effectiviteit. In het kader hiervan en van een optimale dienstverlening werken we verder aan het digitaliseren van de werkprocessen. Hiertoe implementeren we gefaseerd het systeem van zaakgericht werken. Een effectiviteits- en efficiëncyslag maken we ook door kritisch te kijken naar lokale, regionale, nationale en internationale 48
Programmabegroting 2015 - 2018
samenwerkingsverbanden. Deze toetsen we op meerwaarde en dus op in hoeverre dit bijdraagt aan het realiseren van onze doelen. Tot slot vervolgt de gemeente, samen met regionale partners, de invoering van de landelijke basisregistratie Personen en de basisregistratie Grootschalige Topografie en basisregistratie Ondergrondse Topografie. Een goede registratie van deze gegevens draagt immers bij aan een betere dienstverlening.
3 Veilige leefomgeving
Wat willen we bereiken? -
Samen met burgers en natuurlijke veiligheidspartners (politie, justitie, brandweer, zorgpartners en andere hulpverleningsdiensten) bijdragen aan een veilige leefomgeving Voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen Inspelen op nieuwe regelgeving over niet gesprongen explosieven WOII
Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoering integraal veiligheidsbeleid 2015-2018 Het nieuwe (door de raad vast te stellen) integraal veiligheidsbeleid 2015-2018 is leidend voor de activiteiten in 2015. In dit beleid is, naast de openbare orde en (fysieke) veiligheid, ook de sociale veiligheid nadrukkelijk benoemd. Daarnaast is verwoord in hoeverre wij de extra taken die vanuit andere veiligheidspartners naar de gemeente schuiven, op een verantwoorde wijze kunnen borgen. Als input voor het veiligheidsbeleid worden o.a. gebruikt het Regionaal Beleidsplan 2015-2018 Nationale Politie, het meerjarenbeleid van de Veiligheidsregio Zeeland en de resultaten van de Veiligheidsmonitor Sluis 2013. Dit laatste is een onderzoek naar het veiligheidsgevoel van onze inwoners van 15 jaar en ouder. Concrete activiteiten die voor 2015 in het plan voorzien zijn, zijn onder andere het verwerken van de casussen die voort kunnen komen uit het Zeeuws brede ondermijningsbeeld dat momenteel opgesteld wordt. De aanpak van georganiseerde criminaliteit zal op Zeeuws niveau opgepakt worden. Lokaal wordt er vooral gekeken naar jeugd en veiligheid en een veilige woon- en leefomgeving. Verdergaande samenwerking met veiligheidspartners De directe samenwerking met partners als politie, OM, Veiligheidsregio Zeeland, Veiligheidshuis, RIEC en zorgpartners wordt in 2015 voortgezet. Onze rol en verantwoordelijkheid daarin bevindt zich op diverse niveaus. De burgemeester is o.a. vertegenwoordigd in het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Zeeland (zie paragraaf verbonden partijen) en het dagelijks bestuur van het Veiligheidshuis. Daarnaast is de burgemeester vanuit de politieregio Zeeland-West Brabant namens de Zeeuwse gemeenten trekker van de werkgroep Woninginbraken, Overvallen en Straatroof (WOS). Voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen Sluis levert 24 personen (1 per 1.000 inwoners) in diverse functies aan de gemeentelijke kolom (Bevolkingszorg) van de Zeeuwse crisisorganisatie. Deze functionarissen worden ook in 2015 periodiek geschoold en getraind op hun rol bij crises in en buiten de gemeente. Samen met Terneuzen en Hulst neemt Sluis deel aan een regionaal piket op het gebied van openbare orde en veiligheid. Sluis levert hiervoor in 2015 1 fte. De regelgeving voor de declaratiemogelijkheden NGE (niet gesprongen explosieven) verandert per 1 januari 2015. De aparte bijdrage (maatstaf nieuwbouwwoningen) die de gemeente ontving binnen de algemene uitkering van het Gemeentefonds komt te vervallen. Programmabegroting 2015 - 2018
49
Vanaf 2015 kunnen alle gemeenten in geval van opsporing en ruiming van explosieven een bijdrage van 70% in de kosten ontvangen door het indienen van een raadsbesluit, waarin de gemaakte kosten voor het opsporen en ruimen van explosieven zijn opgenomen.
Inwoners wonen en leven in een veilige omgeving.
50
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
51
52
Programmabegroting 2015 - 2018
Effect- en prestatie-indicatoren Effectindicator Waardering klanten dienstverlening Toename aanbod digitale producten en diensten % inwoners dat zich onveilig voelt in eigen buurt Van de financiële middelen die vrij komen door natuurlijk verloop is 1/3 beschikbaar voor herbezetting*
Norm
2012
2013
2014
2015
7,8
*
7,8
n.v.t.*
7.8
+ 10% t.o.v. voorgaand jaar
n.v.t.* +10%
30%
*
Bron Benchmark Publiekszaken (2jaarlijks) Gemeente Sluis
+10% +15%
13,9% *
Veiligheidsmonitor Rijk (2-jaarlijks)
<30%
33,33%
Gemeente Sluis 1/3 herbezetting
*indicatoren opgenomen vanaf begroting 2015 *Vanwege 2-jaarlijks onderzoek zijn er geen gegevens bekend Prestatie-indicator
Norm
Bron
1.
Werkprocessen Lean
10
Gemeente Sluis
2.
Dereguleringsexperimenten
2
4.
Gemeente Sluis Bestuurlijke Communicatienota 2016-2019 4e kwartaal 2015 jaaragenda Implementatie/opleiding zaakgericht werken 2015/2016 Gemeente Sluis
5.
Uitvoeren integraal veiligheidsbeleid
2015
3.
Gemeente Sluis
Programmabegroting 2015 - 2018
53
54
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaat het kosten? Bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Lasten
9.566
8.842
18.502
18.093
17.993
18.107
Baten
2.263
1.673
782
660
591
581
Saldo van baten en lasten
-7.303
-7.169 -17.720 -17.433 -17.402 -17.526
Toevoeging aan reserves
247
7
0
0
0
0
Onttrekking aan reserves
0
5
70
70
69
69
Geraamd resultaat
-7.550
-7.171 -17.650 -17.363 -17.333 -17.457
Specificatie beleidsproducten 2015 Omschrijving
Lasten
Baten
saldo
00100 - Bestuursorganen
873
-
-873
00200 - Bestuursondersteuning College
385
-
-385
00210 - Voorlichting en promotie
123
-
-123
14
-
-14
119
-
-119
00230 - Kernenbeleid
31
-
-31
00300 - Burgerzaken
64
5
-59
00310 - Verkiezingen
85
-
-85
125
398
273
54
-
-54
157
-
-157
14.388
358
-14.030
2.024
7
-2.017
60
14
-46
18.502
782
-17.720
00215 - Burgerparticipatie en dienstverlening 00220 - Juridische aangelegenheden
00400 - Baten secretarieleges Burgerzaken 00500 - Bestuurlijke samenwerking 00600 - Bestuursondersteuning raad/rek. kamer 00900 - Apparaatskosten (zie speerpunt 2) 12000 - Brandweer en rampenbestrijding 14000 - Openbare orde en veiligheid Totaal
Investeringen Voor de investeringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Programmabegroting 2015 - 2018
55
56
Programmabegroting 2015 - 2018
Begroting 2015 - 2018| Algemene Dekkingsmiddelen en Onvoorzien De gemeentelijke uitgaven worden gedekt uit verschillende inkomstenbronnen. Deze zijn te splitsen in specifieke en algemene inkomstenbronnen. De specifieke zijn direct te relateren aan de uitgaven van de programma's en zijn dan ook hierbinnen verantwoord. De inkomstenbronnen en uitgaven die niet direct te relateren zijn aan de programma's (algemene uitkering, lokale heffingen waarvan de besteding niet gebonden is, deelnemingen enzovoorts) zijn in dit hoofdstuk opgenomen. In 2015, 2016, 2017 en 2018… is de gemeente Sluis nog steeds een financieel gezonde gemeente.
Speerpunten
1 Duurzaam sluitende begroting
Wat willen we bereiken? -
Duurzaam sluitende begroting Reële en volledige ramingen
Wat gaan we daarvoor doen? Een duurzaam sluitende begroting is een begroting die meerjarig structureel en reëel in evenwicht is. Ofwel, de structurele lasten worden gedekt door de structurele baten. De ramingen moeten reëel en volledig zijn. Zo is één van de criteria om te voldoen aan 'reëel en volledig' het ramen van de benodigde budgetten voor uitvoering van de, door de raad vastgestelde, beheerplannen.
Gelet op de financiële positie is inzet van (extra) middelen alleen mogelijk als er op andere onderdelen wordt bezuinigd of nieuwe inkomstenbronnen worden aangeboord. We moeten de balans vinden voor het opvangen van de bezuinigingen van rijkswege, waarbij burgers zo veel mogelijk worden ontzien. Daarnaast blijven we de door de raad vastgestelde nota Activering, waardering en afschrijving vaste activa 2013-2016, de nota Reservebeleid 20132016, de nota Weerstandsvermogen en risicomanagement 2013-2016 en de nota Lokale heffingen 2013-2016 uitvoeren.
2 Beperking gemeentelijke lastendruk
Wat willen we bereiken? -
Belastingverhoging relateren aan het opvangen van de loon- en prijsstijgingen
Programmabegroting 2015 - 2018
57
Wat gaan we daarvoor doen? In de (meerjaren)begroting is rekening gehouden met loon- en prijsstijgingen en met een trendmatige aanpassing van de tarieven. Voor een toelichting op de tarieven van belastingen en heffingen wordt verwezen naar de paragraaf Lokale Heffingen.
3 Beheersen van de risico’s
Wat willen we bereiken? -
De norm voor het weerstandsvermogen is minimaal 1,0 (dit staat voor voldoende)
Wat gaan we daarvoor doen? De norm van het weerstandsvermogen is vastgelegd in de nota Weerstandsvermogen en Risicomanagement. De risico's vormen een belangrijk onderdeel bij de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. Essentieel is een permanent actueel inzicht in de (potentiële) risico's die een belemmerend effect (kunnen) hebben op het realiseren van de strategische en operationele doelstellingen. Hiertoe actualiseert de gemeente periodiek de risico's en neemt zo nodig maatregelen om incidentele en structurele risico's te beperken en tegen te gaan. Een uitgebreidere toelichting staat in de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing.
4 Houdbare schuldpositie
Wat willen we bereiken? -
-
Een solvabiliteitsratio (eigen vermogen/balanstotaal) van minimaal 30% * De genoemde percentages van de solvabiliteit en de netto schuldquote in 2014 en 2015 zijn schattingen. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing wordt nader ingegaan op deze indicatoren. Een netto schuldquote die lager is dan 100%
Wat gaan we daarvoor doen? Op middellange en lange termijn hangt de houdbaarheid af van de vraag of in de toekomst jaarlijks genoeg middelen overblijven om naast de noodzakelijke uitgaven voor publieke voorzieningen de schuldverplichtingen in de vorm van rente en aflossing te betalen. De gemeente vermindert haar schuld door de verkoop van activa en grondvoorraad, het niet verwerven van nieuwe grond en het temporiseren van investeringen.
De gemeente Sluis blijft een financieel gezonde gemeente.
58
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
59
60
Programmabegroting 2015 - 2018
Effect- en prestatie-indicatoren Effectindicator Norm Ratio Minimaal 1,0 weerstandsvermogen Solvabiliteitspositie (eigen vermogen ten opzichte 30% van balanstotaal)* Netto schuldquote* < 100% Stijging gemeentelijke belastingdruk: - eigenaar/gebruiker woning - huurder woning
Inflatiepercentage
2012
2013 2014
2015
Bron
3,08
5,39
2,65
3,48
Naris
25%
27%
21%
21%
Jaarrekening
81%
83%
90%
90%
Jaarrekening
+3,5% +1,65 -0,2% +2,9% +3,3% +0,93 -1,5% +2,5%
CBS / eigen administratie
* De genoemde percentages van de solvabiliteit en de netto schuldquote in 2014 en 2015 zijn schattingen. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing wordt nader ingegaan op deze indicatoren.
Prestatieindicatoren 1 Aanbieden financiële stukken 2 Binnen kasgeldlimiet blijven
Norm
2012
2013
2014
2015
Planning Volgens Volgens Volgens Volgens planning Spoorboekje planning planning planning P&C-cyclus Wet Fido Per 2 kwartalen 2 kwartalen kwartaal overschrijding overschrijding (volgende (volgende kwartaalkwartaaloverschrijding overschrijding voorkomen door voorkomen aantrekken vaste door geldlening (door aantrekken investeringsbehoefte vaste beter in beeld te geldlening krijgen) (cf. Wet Fido)
Bron Financiële verordening Gemeentelijke administratie
Programmabegroting 2015 - 2018
61
62
Programmabegroting 2015 - 2018
Wat gaat het kosten? Bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
871
1.981
559
455
486
514
Baten
37.235
40.005
45.561
45.940
46.077
46.144
Saldo van baten en lasten
36.364
38.024
45.002
45.485
45.591
45.630
Toevoeging aan reserves
551
1.386
193
81
81
81
Onttrekking aan reserves
1.297
341
667
115
113
111
37.110
36.979
45.476
45.519
45.623
45.660
Lasten
Geraamd resultaat
Specificatie beleidsproducten 2015 Omschrijving
Lasten
Baten
saldo
91100 - Geldleningen/uitzettingen <1 jaar
25
-
-25
91300 - Beleggingen
39
662
623
91400 - Geldleningen/uitzettingen >1 jaar
-
81
81
92100 - Uitkeringen gemeentefonds
-
22.858
22.858
50
1.099
1.049
92300 - Integratie-uitkering sociaal domein
-
10.444
10.444
93100 - OZB gebruikers
-
863
863
93200 - OZB eigenaren
-
4.736
4.736
93400 - Baatbelasting
-
13
13
93500 - Forensenbelasting
-
1.270
1.270
93600 - Toeristenbelasting
-
3.004
3.004
93700 - Hondenbelasting
-
155
155
93800 - Reclamebelasting
-
177
177
93900 - Precariobelasting
-
194
194
438
5
-433
7
-
-7
559
45.561
45.002
92200 - Algemene baten en lasten
94000 - Heffing/invordering gem. belastingen 96000 - Saldo van kostenplaatsen Totaal
Investeringen Voor de investeringen wordt verwezen naar bijlage 1.
Programmabegroting 2015 - 2018
63
64
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Lokale heffingen Inleiding De gemeentelijke belastingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van de gemeente en een integraal onderdeel van het gemeentelijk beleid. Ze raken namelijk de burger heel direct in de portemonnee. Daarbij wil de burger waar voor zijn geld. Het is aan de raad een afweging te maken tussen het gewenste voorzieningenniveau en de prijs die de burger daarvoor betaalt in de vorm van lokale lasten. De lokale heffingen kunnen onderscheiden worden in: - Belastingen: deze zijn een algemeen dekkingsmiddel. Er staat geen prestatie tegenover. Voorbeelden zijn de onroerende zaakbelastingen, hondenbelasting, forensenbelasting. - Retributies: dit zijn heffingen waar een prestatie tegenover staat, zoals de rioolheffingen en de afvalstoffenheffing. De opbrengst van de retributies mag maximaal 100% kostendekkend zijn. In deze paragraaf wordt nader ingegaan op de geraamde inkomsten, beleidsmatige ontwikkelingen van de lokale heffingen, de lokale lastendruk en een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid.
Lokale heffingen In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de inkomsten uit de lokale heffingen. bedragen x € 1.000
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Onroerende-zaakbelastingen
5.149
5.261
5.598
5.823
6.056
6.298
Afvalstoffenheffing
3.404
3.385
3.480
3.621
3.766
3.917
Rioolheffing
3.642
3.735
3.805
3.899
4.003
4.097
Hondenbelasting
157
153
155
157
159
161
Precariobelasting
181
192
194
197
199
202
Toeristenbelasting
2.976
2.888
3.004
3.020
3.036
3.052
Reclamebelasting
117
175
177
179
182
184
Marktgeld
21
22
22
23
23
23
Staangeld kermissen
16
14
14
14
14
14
Lijkbezorgingsrechten
327
308
312
316
319
323
1.177
1.228
1.270
1.285
1.302
1.319
13
16
13
13
13
13
1.549
1.722
1.680
1.743
1.743
1.743
Parkeerboetes
101
232
232
232
232
232
Leges Burgerzaken
373
393
398
403
408
413
1.352
526
633
640
646
653
84
82
104
84
84
85
20.639
20.332
21.091
21.649
22.185
22.729
Forensenbelasting Baatbelasting Parkeerbelastingen
Leges bouwvergunningen Leges overige Totaal
Programmabegroting 2015 - 2018
65
Verdeling opbrengst belastingen / leges 2015 6.000 5.598
5.000
Onroerende-zaakbelastingen
4.000
3.805
Af valstoffenhef fing
Rioolhef f ing
x € 1.000
3.480
Toeristenbelasting
3.000
3.004
Forensenbelasting Parkeerbelastingen / boetes
Leges Burgerzaken Leges bouwvergunningen 1.912
2.000
Reclamebelasting
Overige leges / belastingen 1.270
1.000
814 633
398 177
0 Belastingsoorten
Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen Coalitieakkoord 'Sluis verbindt, het geheel is meer dan de som der delen' In het coalitieakkoord 'Sluis verbindt, de geheel is meer dan de som der delen' staat: De financiële positie van de gemeente maakt inzet van (extra) middelen alleen mogelijk als er op andere onderdelen bezuinigd wordt of nieuwe inkomstenbronnen worden aangeboord. Extreme belastingverhoging hoort daar in onze beleving niet bij. Indien er noodzaak is voor belastingverhoging, willen we dit relateren aan het kunnen opvangen van de loon- en prijsstijgingen. In de (meerjaren)begroting 2015-2018 is uitgegaan van een trendmatige aanpassing van de tarieven. Nota lokale heffingen In de raadsvergadering van 20 december 2012 is de nota Lokale heffingen 2013-2016 vastgesteld. In deze nota is per heffing in beeld gebracht: het wettelijk kader, de belastingplicht, de vrijstellingen, de heffingsmaatstaf/tarief, kwijtschelding, opbrengst, beleid en toekomst. Voorts is in een afzonderlijk hoofdstuk ingegaan op de kostenonderbouwing. In 2012 zijn de uitgangspunten voor de kostenonderbouwingen van de leges, afvalstoffenheffing, rioolheffing en lijkbezorgingsrechten in beeld gebracht. Deze vormen de basis van de kostenonderbouwingen van de betreffende heffingen voor de tarieven 2015. In aanvulling hierop en in afwijking van de nota Lokale heffingen 2013-2016 is bij de financiële update 2015-2018 besloten om ook de btw over de investeringen in de rioleringen door te berekenen in de tarieven rioolheffing. Met name ten aanzien van de rioolheffing speelt nog een aantal factoren, t.w. de vraag welke kosten van de volgende werkzaamheden mogen worden doorberekend in de rioolheffing: - Archeologieonderzoek - Explosievenonderzoek - Bodemvervuiling - Flexibele buizen aansluiting huisriolen bij rioolvervanging - Vervanging bestrating bij rioleringswerkzaamheden - Beleidskosten 66
Programmabegroting 2015 - 2018
In de nota lokale heffingen 2013-2016 is hiervoor beleid geformuleerd. Regionale samenwerking Ingaand 2013 is de heffing en invordering van ozb, afvalstoffenheffing, rioolheffing, hondenbelasting, toeristenbelasting, forensenbelasting, precariobelasting en reclamebelasting overgedragen aan gemeenschappelijke regeling Sabewa Zeeland. Tarieven 2015 In de begroting 2015-2018 is uitgegaan van een aanpassing van de tarieven met 1,25%, m.u.v. : Belastingsoort Ozb Afvalstoffenheffing Rioolheffing Toeristenbelasting Lijkbezorgingsrechten
Baatbelasting Parkeerbelastingen Parkeerboetes
Verhoging Jaarlijkse tariefsverhoging met 4%. macronorm zie toelichting onder deze tabel. Uitgangspunt is 100% kostendekking, oftewel een verhoging van de tarieven met 2,5% voor 2015 en een jaarlijkse verhoging van de tarieven met 4% voor 2016, 2017 en 2018. Op basis van het VGRP 2014-2018 een jaarlijkse tariefsverhoging met 2,5%. Tarieven ongewijzigd. Uitgangspunt is 100% kostendekking. Voor de komende jaren wordt, totdat dit is bereikt, uitgegaan van een jaarlijkse stijging van de tarieven met het inflatiepercentage (1,25%). Uitvoering van de reeds eerder door de raad vastgestelde verordeningen (riolering buitengebied en herinrichting centrum Sluis). Bij wijzigingen van de tarieven staat een budgettair karakter voorop, bij voorkeur een meeropbrengst. Vaststellen op het wettelijk maximum voor 2015 (uitsluitend op basis van een kostenberekening die deze verhoging rechtvaardigt).
Toelichting macronorm ozb: In het Bestuurlijk Overleg Financiële Verhoudingen (BOFV) van 22 mei 2013 heeft de VNG met minister Plasterk afgesproken samen op zoek te gaan naar een nieuwe indicator voor het vervangen van de huidige macronorm OZB. De besluitvorming over de toekomst van de macronorm OZB zal uiterlijk plaatsvinden in het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen (Bofv) van september 2014. Vooralsnog wordt de huidige systematiek gecontinueerd. In de septembercirculaire 2014 zal hier nader op worden ingegaan.
Programmabegroting 2015 - 2018
67
Overzicht tarieven belastingen en heffingen: Soort
Grondslag
2014
2015
Ozb Woning eigenaar
Percentage WOZ-waarde
0,1085%
0,1128%
Niet-woning eigenaar
Percentage WOZ-waarde
0,1699%
0,1767%
Niet-woning gebruiker
Percentage WOZ-waarde
0,1386%
0,1441%
Rioolheffingen Afvoer 0 t/m 300 m3 afvalwater Afvoer > 300 t/m 1.000 m3 afvalwater
€ 230,50
€ 236,25
€ 669,90
€ 686,65
Gebruiker
Afvoer > 1.000 t/m 2.500 m3 afvalwater
€ 979,40
€ 1.003,90
Gebruiker
Afvoer > 2.500 t/m 5.000 m3 afvalwater
Gebruiker Gebruiker
Gebruiker
€ € 1.399,80 1.434,80 Afvoer > 5.000 m3 € € afvalwater 1.399,80 1.434,80 Verhoogd met € 0,25 per m3 voor elke m3 waarmee de hoeveelheid afgevoerd afvalwater de 5.000 m3 te boven gaat
Afvalstoffenheffing Gebruiker
Eenpersoonshuishouden
€ 199,45
€ 204,45
Gebruiker
Tweepersoonshuishouden Meer dan tweepersoonshuishouden Vakantie-/recreatiewoning
€ 245,40
€ 251,55
€ 272,90 € 272,90
€ 279,70 € 279,70
€ 57,10
€ 57,80
Gebruiker Gebruiker Hondenbelasting 1e hond
Voor de 1e hond
Iedere volgende hond
Per hond
€ 105,95
€ 107,25
Kennel
Per kennel
€ 203,75
€ 206,30
€ 1,15
€ 1,15
€ 1,20
€ 1,20
Toeristenbelasting Campings/kampeerboerderijen/ watertoeristen Hotels/pensions/recreatiewoningen
Per persoon per overnachting Per persoon per overnachting
Precariobelasting Reclameborden, uithangborden e.d.
Per stuk per jaar
€ 32,80
€ 33,20
Zonneschermen en luifels
Per stuk per jaar
€ 28,05
€ 28,40
€ 3,25
€ 3,29
Terras Boul. de Wielingen Cadzand en 68
Programmabegroting 2015 - 2018
2
Per m per maand
Kaai, Spuiplein en Oranjeplein Breskens Terras Ledelplein, Markt, Raadhuisplein, Erasmusstraat en Eenhoornplantsoen Oostburg Terras bebouwde kom Sluis
Per m2 per maand
€ 2,60
€ 2,63
Per m2 per maand
€ 4,34
€ 4,39
Terras overig gebouwd gemeente Sluis
Per m2 per maand
€ 2,17
€ 2,20
Forensenbelasting Woning met een waarde in het economisch verkeer van: € 50.000 of minder
€ 307,50
€ 311,35
> € 50.000 - < € 100.000
€ 358,75
€ 363,25
€ 100.000 - < € 250.000
€ 486,90
€ 493,00
€ 250.000 of meer
€ 615,00
€ 622,70
Reclamebelasting Deelgebied 1 (kern Oostburg) bij een oppervlakte van de openbare aankondigingen van: Minder dan 0,1 m2
nihil
nihil
€ 875
€ 885,95
€ 975
€ 987,20
25 m of meer € 1.175 Deelgebied 2 (bedrijventerrein Oostburg) bij een oppervlakte van de openbare aankondigingen van : Minder dan 0,1 m2 nihil
€1.189,70
2
0,1 m of meer maar minder dan 15 m 2
15 m of meer maar minder dan 25 m
2
2
2
2
0,1 m of meer maar minder dan 15 m 2
15 m of meer maar minder dan 25 m 2
25 m of meer
2
2
nihil
€ 700
€ 708,75
€ 780
€ 789,75
€ 940
€ 951,75
€ 54
Nnb
Parkeerbelastingen Naheffing parkeerbelasting Overige
Ongewijzigd
Onroerende zaakbelastingen De onroerende-zaakbelasting wordt geheven naar de taxatiewaarde van een object (woningen en niet-woningen) op basis van de Wet WOZ. Deze waarde wordt jaarlijks opnieuw getaxeerd. Voor de belastingaanslagen 2015 is de WOZ-waarde per 1 januari 2014 bepalend. Bij de berekening van de tarieven zoals hiervoor vermeld in het overzicht is geen rekening gehouden met een eventuele stijging c.q. daling van de WOZ-waarde van de objecten. In deze begroting is uitgegaan van een jaarlijkse tariefsverhoging van 4%. Dit percentage wordt gecorrigeerd met de waarde-ontwikkelingen in het kader van de Wet WOZ. Toeristenbelasting De toeristenbelasting is een belasting die op grond van artikel 224 van de Gemeentewet geheven wordt voor het houden van verblijf door niet-ingezetenen. Het gaat hier om een algemene belasting waarvan de opbrengsten toevloeien aan de algemene middelen van de Programmabegroting 2015 - 2018
69
gemeente. Dat laat onverlet dat tegenover de opbrengsten ook aanzienlijke investeringen staan die direct of indirect ten goede komen aan de recreatief-toeristische sector. In deze begroting is geen tariefsverhoging toegepast. Afvalstoffenheffing In de afvalstoffenheffing worden de lasten doorberekend voor het inzamelen, afvoeren en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen. Uitgaan van een 100% kostendekkend tarief betekent in 2015 een tariefsverhoging van 2,5%. In de jaren 2016-2018 is rekening gehouden met een jaarlijkse tariefsverhoging van 4%. In die jaren is een meer dan trendmatige verhoging noodzakelijk in verband met de geplande vervanging van de huisvuilcontainers in 2016 en 2017. Het bovenstaande leidt tot onderstaande dekkingspercentages van de afvalstoffenheffing: 2015
2016
100% 99,7%
2017
2018
99,2% 100%
Eventuele tekorten c.q. overschotten worden verrekend met de tariefegalisatiereserve afvalstoffenheffing. In de jaren 2015-2018 wordt totaal € 40.000 afgerond aan deze reserve onttrokken. In 2015 staat de plaatsing van ondergrondse containers gepland. De kosten hiervan, begroot op € 600.000, worden gedekt ten laste van de tariefegalisatiereserve afvalstoffenheffing. De reserve biedt daartoe voldoende ruimte. Rioolheffingen Op 1 januari 2008 is de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken in werking getreden. Gemeenten hebben vanaf deze datum de zorgplicht voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Op 20 juni 2013 is het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) voor de jaren 2014-2018 vastgesteld. Tegelijkertijd met deze vaststelling is besloten om de tarieven voor de rioolheffing jaarlijks met 2,5% te verhogen. De tekorten in de exploitatie worden gedekt ten laste van de tariefegalisatiereserve rioolheffing. Uitgaande van het bovenstaande is het dekkingspercentage van de rioolheffing: 2015
2016
2017 2018
80,6%
80,2%
80% 80,6%
De tekorten (c.q. overschotten) worden verrekend met de tariefegalisatiereserve rioolheffing. In de jaren 2015-2018 wordt totaal € 3.907.000 aan deze reserve onttrokken. De reserve biedt hiertoe voldoende ruimte.
70
Programmabegroting 2015 - 2018
Lijkbezorgingsrechten Jaarlijks worden de tarieven met 1,25% verhoogd, tot 100% kostendekking is bereikt. Op basis van de cijfers in deze begroting kunnen de volgende kostendekkingspercentages worden aangegeven: 2015
2016
2017
2018
85,6% 87,4% 87,9% 88,8% Kwijtschelding Naast de heffing en invordering wordt sinds 1 januari 2013 ook het verlenen van kwijtschelding uitgevoerd door Sabewa Zeeland. Bij raadsbesluit van 19 december 2013 is de nieuwe Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen vastgesteld. De wijziging t.o.v. de vorige regeling bestaat in de verruiming van de kwijtscheldingsnormen voor: - Kwijtschelding aan kleine ondernemers - Het aanmerken van de netto-kosten van kinderopvang als uitgaven - Het hanteren van een hogere inkomenstoets voor 65-plussers. In de nieuwe regeling is ongewijzigd gebleven: - Het relateren van het normbedrag voor kwijtschelding aan 100% van de bijstandsnorm; - Het verlenen van automatische kwijtschelding; - Kwijtschelding is mogelijk voor de ozb, afvalstoffenheffing en rioolheffing. In de begroting 2015 is een bedrag van € 170.000 opgenomen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. Belastingdruk Lokale lastendruk: Voor de berekening van de vergelijking van de lastendruk 2014-2015 is uitgegaan van: - Een eigenaar c.q. gebruiker van een woning met een waarde van € 200.000; - Een meerpersoonshuishouden; afvalcontainer 180-240 liter; - Een waterverbruik tot 200 m³. Belasting
2014
2015
Onroerende-zaakbelasting € 217,00
€ 225,60
Afvalstoffenheffing
€ 272,90
€ 279,70
Rioolheffing
€ 230,50
€ 236,25
Totaal
€ 720,40
€ 741,55
Dat betekent dat de lokale lastendruk (gemeentelijke belastingen) voor een eigenaar c.q. gebruikers met 2,9% stijgt. Gaan we nu uit van een huurder van eenzelfde woning als hiervoor, dan ontwikkelt de belastingdruk zich als volgt: Belasting
2014
2015
Afvalstoffenheffing
€ 272,90
€ 279,70
Rioolheffing
€ 230,50
€ 236,25
Totaal
€ 503,40
€ 515,95
Programmabegroting 2015 - 2018
71
De lokale lastendruk (gemeentelijke belastingen) voor de huurder van een woning stijgt met 2,5%. Vergelijking landelijk: Jaarlijks wordt er door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (Coelo) van de Rijksuniversiteit Groningen een onderzoek gedaan naar de lokale belastingen en heffingen en wordt de Atlas van de lokale lasten uitgebracht. Hierin wordt de nadruk gelegd op de woonlasten huishoudens. Voor alle gemeenten worden OZB, rioolrechten en reinigingsheffingen/afvalstoffenheffing in kaart gebracht: heffingensystematiek, tarieven, kostendekking en kwijtschelding. Ook wordt onderzocht welke gemeenten de hoogste en laagste woonlasten hebben. Uit de Atlas lokale lasten 2014 blijkt dat de woonlasten voor meerpersoonshuishoudens in de gemeente Sluis € 702 (€ 701 in 2013) per jaar bedragen, en hiermee op plaats 173 in 2014 komt van goedkoopste gemeenten in Nederland (totaal aantal gemeenten in 2014 bedraagt 403). De gemeente Bunschoten is de goedkoopste gemeente van Nederland, met een woonlast van € 514. De gemeente Wassenaar scoort het hoogst met € 1.183. De gemiddelde woonlasten liggen op € 704.
72
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
73
74
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Weerstandsvermogen en risicobeheersing Doel De gemeenten zijn volgens het Besluit Begroting Verantwoording gemeenten verplicht om een overzicht van hun risico’s te geven en op basis daarvan hun benodigde weerstandscapaciteit te berekenen. Deze paragraaf geeft aan hoe robuust de begroting is. Voor het beoordelen van de robuustheid van de begroting is inzicht nodig in de omvang van de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. Deze paragraaf geeft daarom zowel inzicht in de risico’s van de gemeente als in de vermogenspositie. In de op 27 september 2012 vastgestelde nota Weerstandsvermogen en Risicomanagement 2014-2017 is het beleidskader vastgesteld ten aanzien van het weerstandsvermogen en risicomanagement.
Risico’s In deze paragraaf worden alleen de tien bekende risico’s gepresenteerd die de hoogste bijdrage hebben aan de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. Risico
Uitvoeringskosten Wmo 2015. Noodzakelijke inhuur/aanstelling specifieke deskundigheid nieuwe doelgroep. Taakoverheveling naar samenwerkingsverbanden en bezuinigingen kunnen leiden tot overtollig personeel. Om natuurlijk verloop te stimuleren kan flankerend beleid nodig zijn. Participatiewet 2015. Vertraging omvorming Dethon tot nieuw werkbedrijf; rijkskorting t.o.v. middelen WSW 2014 en tekort uit exploitatie 2014. Stichting Welzijn (consequenties opzeggen subsidie) Wmo 2015. Bestaande kosten maatwerkarrangementen en beperkte additionele mogelijkheden lastenverzwaring bestaande cliënten; toename nieuwe cliënten (nieuwe doelgroep) en open eind karakter van de wet. Jeugdwet 2015. risico door verdere verlaging budgettoekenning bestaande instellingen; zorggarantie bestaande cliënten per 1 januari 2015; open eind karakter van de wet. Mogelijke aanspraak op borgstelling. Begrotingstekorten in gemeenschappelijke regelingen waardoor de gemeente financieel moet bijspringen. De vaststelling van de nieuwe Speelautomaten(hallen) verordening 2010 kan leiden tot onvrede bij exploitanten van speelautomaten(hallen). Projecten zijn niet op tijd klaar.
Kans
Max. gevolg
Invloed op simulatie 60% € 650.000 10,45% 70% € 500.000
9,28%
50% € 600.000
7,93%
90% € 200.000 80% € 200.000
7,18% 6,40%
30% € 600.000
6,35%
30% € 500.000
4,03%
50% € 300.000
3,99%
40% € 250.000
3,76%
50% € 250.000
3,33%
Totaal grote risico’s : € 4.350.000 Overige risico’s : € 6.156.981 Totaal alle risico’s : € 10.506.981
Programmabegroting 2015 - 2018
75
De geregistreerde risico’s (ca. € 10 miljoen) zullen niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang plaatsvinden. Uitgaande van het door de raad vastgestelde zekerheidspercentage van 90% is berekend dat ca. € 2.559.024 miljoen weerstandscapaciteit nodig is om deze risico’s af te dekken.
Weerstandscapaciteit Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de volgende drie componenten: - Eigen vermogen (bestaande uit reserves) - Onvoorzien - Bezuinigingsmogelijkheden - Onbenutte inkomstenbronnen Eigen Vermogen Onder eigen vermogen worden de algemene reserve, bestemmingsreserves en stille reserves verstaan, mits zij vrij aanwendbaar zijn. Dat wil zeggen dat de rente niet in de begroting als structurele inkomstenbron ten behoeve van de exploitatie wordt gebruikt. Algemene reserve De algemene reserve bedraagt per 1 januari 2015 € 9.530.516. De geraamde verminderingen in 2015 bedragen € 1.300.798, zodat de algemene reserve per 31 december 2015 naar verwachting € 8.229.718 zal bedragen. Bestemmingsreserves Het saldo van alle bestemmingsreserves bedraagt per 31 december 2015 naar verwachting € 15.404.191. Tot de bestemmingsreserves behoren een tweetal reserves, namelijk de reserve Grondexploitatie (€ 371.997) en de reserve sociaal domein (€ 252.500), die worden betrokken in het berekenen van het weerstandsvermogen. Stille reserves In werkelijkheid kan de beschikbare weerstandscapaciteit van de gemeente hoger zijn. Onder andere door het aanwezig zijn van stille reserves. Stille reserves (ook wel tafelzilver genoemd) zijn de meerwaarden van activa die lager dan de marktwaarde zijn gewaardeerd. Meestal moet eerst de bestemming worden gewijzigd om de meerwaarde te kunnen realiseren. Omdat de stille reserves niet direct beschikbaar zijn om allerlei redenen, worden deze niet aan de overige reserves toegevoegd. Als een stille reserve kunnen de aandelen in de Delta NV en de NV Bank Nederlandse Gemeenten genoemd worden. Daarnaast bezit de gemeente diverse ha landbouwgronden, gebouwen en voorzieningen die veelal verpacht, verhuurd of in gebruik gegeven zijn en die niet op de balans staan. Deze stille reserves worden niet meegerekend met de beschikbare weerstandscapaciteit. Onvoorzien Voor onvoorziene uitgaven is een bedrag geraamd van € 50.000. Dit bedrag kan als incidentele weerstandscapaciteit beschouwd worden. Onbenutte inkomstenbronnen De onbenutte inkomstenbronnen bestaan voornamelijk uit onbenutte belastingcapaciteit. De belangrijkste (mogelijke) inkomstenbronnen van de gemeente zijn ozb-inkomsten, afvalstoffenheffing en rioolheffing. Naast deze belastingen en heffingen ontvangt de gemeente nog inkomsten uit overige belastingen en heffingen en inkomsten uit andere publieke diensten.
76
Programmabegroting 2015 - 2018
Onroerende-zaakbelastingen De onbenutte belastingcapaciteit wordt bepaald op basis van de artikel 12-norm. Deze norm ligt voor 2015 op het gewogen gemiddelde percentage van de WOZ-waarde van 0,1790%. Dit percentage bedraagt bij de gemeente Sluis na verhoging van de tarieven voor 2015 (+4%) 0,1278%. De onbenutte belastingcapaciteit bedraagt derhalve € 2,2 miljoen. Overzicht beschikbare weerstandscapaciteit: Component Eigen Vermogen per 31 december 2015: - Algemene reserve € 8.229.718 - Algemene reserve grondexploitatie € 371.997 - Reserve sociaal domein € 252.500 Onvoorzien
Incidenteel
Structureel
8.854.215 50.000
Onbenutte inkomstenbronnen
2.200.000
Totaal
8.904.215
2.200.000
Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de risico’s en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen. Beschikbare weerstandscapaciteit Ratio weerstandsvermogen
=
----------------------------
€ 8.904.215 =
Benodigde weerstandscapaciteit
----------------------
= 3,48
€ 2.559.024
Beoordeling weerstandsvermogen Om de ratio voor het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen, maken wij gebruik van onderstaande waarderingstabel. Waarderingscijfer
Ratio weerstandsvermogen
Betekenis
A
>2
Uitstekend
B
1,4 < x < 2,0
Ruim voldoende
C
1,0 < x < 1,4
Voldoende
D
0,8 < x < 1,0
Matig
E
0,6 < x < 0,8
Onvoldoende
F
< 0,6
Ruim onvoldoende
Het weerstandsvermogen wordt volgens deze tabel beoordeeld als uitstekend.
Houdbare gemeentefinanciën In 2013 is de wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet Hof) aangenomen. Deze wet zorgt er voor dat de schulden van de totale Nederlandse overheid niet te hoog worden. Ook gemeenten hebben een plek in deze wet gekregen. Er is een macronorm voor het totale EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten. Het financieringstekort van alle gemeenten
Programmabegroting 2015 - 2018
77
tezamen moet onder een plafond blijven. Het is een begrenzing aan het bedrag waarmee de totale schuld van alle gemeenten in een jaar mag groeien. Maar de hoogte van de schulden van gemeenten wordt er niet mee begrensd. Elke gemeenten heeft daarnaast een individuele EMU-referentiewaarde. Of een gemeente hoge schulden heeft of juist geen schuld en geld op de bank speelt bij het beheersen van het totale EMU-saldo van gemeenten geen rol. De laatste tijd wordt steeds meer aandacht geschonken aan de schuldpositie van gemeenten in relatie tot de houdbaarheid van de gemeentefinanciën. Van oudsher sturen gemeenten op baten en lasten in de exploitatie. Met sturen op baten en lasten is niets mis, maar op de middellange en lange termijn hangt de houdbaarheid van de gemeentefinanciën af van de vraag of in de toekomst jaarlijks genoeg geld overblijft om naast de noodzakelijke uitgaven voor publieke voorzieningen de schuldverplichtingen in de vorm van rente en aflossingen te betalen. Daarom moet een gemeente naast baten en lasten letten op de geldstromen en de hoogte van de schuld. Met de door de VNG ontwikkelde Houdbaarheidstest gemeentefinanciën kunnen gemeenten beoordelen of hun financiën robuust genoeg zijn om de grote ombuigingen die de komende jaren op gemeenten afkomen, op te vangen. De test kijkt daarvoor naar: - De financiële structuur van de gemeente; - De toekomstige geldstromen van de gemeente; - De mogelijkheden voor ombuigingen; - De ontwikkeling van de gemeenteschuld bij een slecht-weer-scenario. Voor het beoordelen van de financiële balanspositie zijn de volgende kengetallen van belang: - Schuldratio/Solvabiliteitsratio = vreemd of eigen vermogen/balanstotaal: Bij een schuldratio groter dan 80% (solvabiliteitsratio < 20%) heeft een gemeente zijn bezit zeer zwaar belast met schuld. Het licht staat dan op rood. Normaal bevindt de schuldratio van een gemeente zich tussen de 20% en 70%. Bij een schuldratio tussen de 70% en 80% springt het licht voor een gemeente op oranje (solvabiliteitsratio < 30%). Bij een schuldratio lager dan 20% (solvabiliteitsratio > 80%) is in de meeste gevallen sprake van een gemeente die per saldo geen schulden heeft. De laatste jaren bevindt de solvabiliteit zich op ca. 25% (oranje). De verwachting is dat dit percentage de komende jaren zal afnemen als gevolg van de geplande investeringen. -
Netto schuldquote = ((langlopende schulden + kortlopende schulden + crediteuren + overlopende passiva) - (langlopende uitzettingen + kortlopende vorderingen+ liquide middelen + overlopende activa)) / inkomsten voor bestemming reserves: Voor een gemeente geldt dat het licht op rood springt als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt. Er is dan sprake van een zeer hoge schuld. Al bij een netto schuldquote boven de 100% springt het licht voor een gemeente op oranje. Er blijft dan weinig leencapaciteit over om de gevolgen van financiële tegenvallers door bijvoorbeeld een economische recessie op te vangen. Normaal bevindt de netto schuldquote van een gemeente zich ergens tussen de 0% en 100% (groen).
De laatste jaren bedraagt de netto schuldquote ca. 80% (groen). Gelet op het investeringsplanning is de verwachting dat dit percentage de komende jaren zal stijgen en daarna weer zal stabiliseren. In het slecht-weer-scenario (bijv. economische crisis) is een hogere stijging van dit percentage de verwachting, welke in dat geval alleen kan worden opgevangen door het nemen van de benodigde ombuigingsmaatregelen.
78
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
79
80
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Onderhoud kapitaalgoederen Algemeen In deze paragraaf is een toelichting opgenomen op het onderhoud van de openbare ruimte van de gemeente Sluis. Het grondgebied van de gemeente Sluis beslaat ruim 30.000 ha. Hiervan is ongeveer 450 ha. als openbare ruimte in eigendom en beheer bij de gemeente. Met de openbare ruimte wordt ingespeeld op de behoeften en wensen vanuit de samenleving. De openbare ruimte wordt gebruikt om te wonen, werken en te recreëren. De kapitaalgoederen zijn als volgt gerubriceerd: - Wegen - Rioleringen - Bermsloten en beschoeiingen - Openbare Verlichting - Groen - Civiele kunstwerken - Speelterreinen - Gebouwen Beleids-en beheerplannen Voor het onderhoud zijn door de raad verschillende beleids-en beheerplannen vastgesteld. In onderstaande tabel zijn de beheerplannen weergegeven met vermelding van de programma's en de duur van het plan. Kapitaalgoederen
Programma
Beleids-/ beheerplan Duur plan
Wegen
Ruimtelijk beheer
Beheerplan wegen
2013-2017
Rioleringen Bermen en beschoeiingen
Ruimtelijk beheer
VGRP
2014-2018
Ruimtelijk beheer
VGRP
2014-2018
Openbare verlichting
Ruimtelijk beheer
Groen
Ruimtelijk beheer
Civiele kunstwerken
Ruimtelijk beheer
Speelterreinen
Ruimtelijk beheer
Gebouwen
Diverse
Beleids- en beheerplan openbare 2013-2022 verlichting Beheerplan groen 2013-2016 Beheerplan groen Beheerplan speelterreinen Beheerplan Gebouwen
2013-2016 2009-2018 2013-2020
Wegen Het beheerplan wegen 2013-2017 is op 21 februari 2013 vastgesteld. In dit beheerplan wordt uitgegaan van kwaliteitsniveau C (sober) conform de kwaliteitscatalogus. Het gekozen niveau is het laagste kwaliteitsniveau dat gekozen kan worden. In de wegbeheer systematiek zijn CROW-richtlijnen zodanig gedefinieerd dat deze overeenkomen met het minimale niveau van verantwoord wegbeheer. Ze zijn zo opgesteld dat het technisch noodzakelijk onderhoud in de juiste periode wordt uitgevoerd. Als niet wordt voldaan aan deze richtlijnen komt de veiligheid van de weggebruiker in het geding, alsmede zal ook kapitaalvernietiging optreden. Om deze redenen hanteert de gemeente Sluis de minimale kwaliteitsnorm van de CROW als uitgangspunt voor de komende periode 2013-2017.
Programmabegroting 2015 - 2018
81
Ieder jaar wordt er een inspectie verricht van het gehele wegen areaal, zodat tijdig kan worden bijgestuurd indien er andere of meerdere schadebeelden worden geconstateerd dan op voorhand was verwacht. Op basis van deze inspectie wordt met het beheerprogramma DGDialog een basisplanning gemaakt voor de komende jaren. De basisplanning wordt gebruikt om een jaarlijkse uitvoeringsplanning op te stellen. Bij het opstellen wordt zoveel als mogelijk rekening gehouden met de plannen voor riolering en groen voor een effectieve en efficiënte inzet van de middelen. Kengetallen: Asfaltverharding Elementenverharding
600.000 m² 1.130.000 m²
Overig (beton-, half verharding)
56.000 m²
Rioleringen Op 1 maart 1993 is de Wet milieubeheer van kracht geworden. Een van de gevolgen van deze wet is de verplichting die gemeenten opgedragen hebben gekregen om een Gemeentelijk Rioleringsplan vast te stellen. Daarnaast is vanaf 1 januari 2008 de Wet verankering en bekostiging gemeentelijke watertaken van kracht. Deze wet beschrijft de mogelijkheden voor financiering van de verbrede zorgplicht van de gemeente voor de afvoer van hemelwater en grondwater, die in de Wet op de waterhuishouding is vastgelegd. Door de raad is op 20 juni 2013 het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 (vGRP) vastgesteld. In dit vGRP is vastgelegd op welke wijze door de gemeente Sluis invulling wordt gegeven aan de nieuwe zorgplichten op gebied van vuilwater, hemelwater en grondwater en hoe deze zorgplichten worden gefinancierd. Ieder jaar wordt 1/8e deel van de vrij verval riolering geïnspecteerd en gereinigd. De inspectiegegevens worden vastgelegd in het beheerprogramma DGDialog, op basis van deze inspectiegegeven wordt een planning opgesteld voor het vervangen van de riolering voor de komende planperiode. Kengetallen: Vrij verval rioolleiding
251 km
Riool persleiding
130 km
Installatie Behandeling Afvalwater (IBA)
66 st.
Gemalen (druk riolering)
475 st.
Gemalen (hoofdriolering)
73 st.
Kolken Pompen
9.950 st. 581 st.
Bermsloten en beschoeiingen In het vGRP zijn onderhoudsposten opgenomen voor het gemeentelijk watersysteem bestaande uit sloten, vijvers, oppervlaktewater en poelen. Vanaf 1 januari 2015 wordt een vervolg gegeven aan het jaarlijkse onderhoudsprogramma. Alle sloten worden gemaaid en daar waar nodig wordt onderhoud uitgevoerd aan beschoeiingen en plaatselijk gebaggerd. Vanaf 2015 wordt normaal gesproken een vervolg gegeven aan BOB (Baggeren Oppervlaktewater Bebouwd gebied) in samenspraak met waterschap Scheldestromen. Alvorens met dit uitvoeringsplan te starten moet eerst een projectvoorstel worden opgesteld en een overeenkomst ondertekend worden tussen beide partijen. De financiële verdeelsleutel van 50/50 % of andere afspraken zijn hierin opgenomen. In ons huidige GRP zijn voor de komende jaren de benodigde middelen voorzien.
82
Programmabegroting 2015 - 2018
In 2015 willen we eveneens gebruik kunnen maken van een waterbergingfonds. Dit betekent dat bij ruimtelijke initiatieven de noodzakelijk aan te brengen waterberging (door toename netto verhard oppervlak) in bepaalde gevallen kan worden afgekocht. Met het geld uit het fonds kan op andere plaatsen waar nodig waterberging gerealiseerd worden. Kengetallen: Oppervlaktewater
11 ha
Oever
43 km
Openbare verlichting Het Beleids- en beheerplan openbare verlichting 2013-2022 is op 27 september 2012 vastgesteld. Doel is om aan de hand van diverse uitgangspunten, zoals verkeersveiligheid, sociale veiligheid, leefbaarheid, energieverbruik en milieu het beleid en beheer ten aanzien van de openbare verlichting in de gemeente Sluis vast te stellen. De toe te passen verlichtingskwaliteit is gebaseerd op de Richtlijn Openbare Verlichting 2011. In verband met energiebesparing zullen oude, energie onvriendelijke installatieonderdelen in de komende 10 jaar worden vervangen. De hogere kapitaallasten kunnen worden opgevangen binnen de totale exploitatiekosten, omdat door het vervangen van de verouderde verlichting de gemiddelde energie- en onderhoudskosten per lichtpunt dalen. Het beheer en onderhoud van de openbare verlichting wordt door alle Zeeuwse gemeenten, provincie Zeeland en havenschap Zeeland Seaports gezamenlijk aanbesteed. Kengetallen: Lichtmasten
6.228
Armaturen
6.356
Lampen
6.939
Abri’s gemeente Sluis
19 st.
Abri’s Clear Channel Hillenaar
16 st.
Groenvoorzieningen Op 21 februari 2013 is het Groenbeheerplan 2013-2016 vastgesteld. In het Groenbeheerplan is het onderhoudsniveau van het openbaar groen en de begraafplaatsen vastgelegd. De gemeente Sluis onderhoudt het groen op kwaliteitsniveau B (deels door eigen personeel en deels door inhuur/uitbesteding). Dit is het basisniveau waarbij het groen netjes en eenduidig onderhouden wordt, maar er hier en daar geringe mate van onkruidgroei en zwerfvuil geaccepteerd wordt. In het najaar van 2013 is er een start gemaakt met het overgaan van frequentie/kwaliteit gestuurd beheer wat in 2015 verder zal worden uitgewerkt. Momenteel onderzoeken we i.v.m. nieuwe wetgeving(wet werken naar vermogen) vooral de rol van de sociale werkvoorziening binnen het gemeentelijk groen en andere disciplines. In het groenbeheerplan is vooralsnog uitgegaan van de huidige situatie. Wel is er met de opnieuw aanbestede contracten rekening gehouden met dit onderzoek en mogelijk hieruit voortvloeiende ontwikkelingen. Dit houdt in dat het onderhoud van het groen en de afvalbakken dan via een bestek door heel de gemeente op de zelfde manier wordt uitgevoerd en dit dan voor een groot gedeelte door de Dethon wordt uitgevoerd. Beheer vindt plaats in het beheerprogramma DGDialog. Hierin zijn alle gegevens van het gemeentelijk areaal vastgelegd.
Programmabegroting 2015 - 2018
83
Kengetallen: Bomen Straatmeubilair Hagen Blokhagen Bosplantsoen Bos
14.230 st. 1.829 st. 33.721 m 19.422 m² 445.164 m² 87.479 m²
Gazons
945.590 m²
Ruw gras
771.840 m²
Sierheesters
137.564 m²
Rozen Halfverhardingen Braakliggend Zwarte grond (begraafplaatsen) In gebruik genomen grond Fonteinen
8.892 m² 91.051 m² 1.561 m² 48.820 m² 132.574 m² 10 st.
Civiele kunstwerken/Bruggen In 2009 is een onderhoudsinspectie uitgevoerd voor alle bruggen en steigers (42 stuks) in de gemeente. Op basis daarvan is een meerjaren onderhoudsplanning opgesteld. Conform dit onderhoudsbeheerplan is het duurzaam onderhoud van de bruggen voor de komende jaren opgenomen in begroting 2013-2016 (financieel plaatje beheerplan). Tevens is het budget voor kleine reparaties en preventief onderhoud verhoogd en zijn er middelen beschikbaar gesteld om jaarlijks een onderhoudsinspectie te laten uitvoeren. De laatste jaarlijkse onderhoudsinspectie heeft plaatsgevonden in 2014. Daaruit voortvloeiend zijn in 2014 de benodigde herstel- en onderhoudsmaatregelen uitgevoerd en zijn tevens alle objecten gereinigd. Daarnaast worden er in 2014 en 2015 enkele objecten vervangen. Kengetallen: Bruggen en steigers
44 st.
Trappen
17 st.
Speelterreinen In het kader van de zorgplicht voor de openbare ruimte is voor de vervanging van speelwerktuigen en ondergronden van speelterreintjes een onderhoudsbeheerplan opgesteld voor de periode 2009-2018. De jaarlijkse kosten voor groot onderhoud worden in het investeringsplan(financieel plaatje beheerplan) opgenomen. Het kwaliteitsniveau van de speeltoestellen is vastgelegd in de landelijke wetgeving, namelijk het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen (WAS). Om te voldoen aan de wettelijke verplichting voor de veiligheid vindt er ieder jaar een grote technische inspectie plaats. Daarnaast vindt er iedere 6 weken een visuele inspectie plaats. Deze 6 wekelijkse inspectie wordt uitgevoerd door onze buitendienstmedewerkers. De resultaten van deze inspecties worden vastgelegd in een logboek en eind 2015 kan dit dan digitaal in het beheersysteem worden ingevoerd. Het streven hiernaar is om dit in 2015 gelijk digitaal te doen d.m.v. een web based beheerprogramma (playmapping). 84
Programmabegroting 2015 - 2018
Kengetallen: Speelterreinen
51
Speeltoestellen
254
Gebouwen Op 26 september 2012 is de Nota Strategisch Eigendommenbeleid vastgesteld met als onderdeel het beheerplan Gebouwen 2013-2020. In dit beheerplan is de onderhoudsbehoefte van alle gemeentelijke gebouwen in beeld gebracht. Voor de uitvoering van dit onderhoud is gekozen voor ambitieniveau 1, sober en doelmatig, waarbij ook achterstallig en preventief onderhoud wordt uitgevoerd. Voor eind 2015 staat er een herinspectie gepland om alle gebouwen opnieuw te inspecteren en de wijzigingen door te voeren in het beheerplan. Totaal hebben we nu ca. 160 gebouwen in beheer en onderhoud. Het betreft allerlei soorten gebouwen van baarhuisje tot Belfort. In 2015 lopen nog de volgende projecten (gestart in 2014): - Achterstallig onderhoud voormalig gemeentehuis in Aardenburg met het oog op instandhouding van het gebouw; - Huisartsenpost in bestaande dorpshuis in Hoofdplaat; - Wmo woning in Oostburg; - De deelrestauratie van het dak van de molen in lJzendijke ; - Diverse aanpassingen dorpshuis in Aardenburg; - Start bouw MFC in Oostburg; - Diverse sloopwerkzaamheden woningen en het OBS schoolgebouw in Oostburg In de 2e helft van 2014 vindt er een onderzoek plaats naar de staat van onderhoud van de kademuren in Sluis. Afhankelijk van de uitkomsten van dit onderzoek wordt beoordeeld welke maatregelen nodig zijn om de kademuren weer in een goede staat te herstellen. Aan achterstallig onderhoud is in de begroting 2015 en de meerjarenbegroting 2016-2018 opgenomen: gebouw PC Basisschool Drieklank Oostburg, vervangen hekwerk*
2015
2016
2017
2018
57.140 15.000
Zwembad Aardenburg bestrating Eenhoorn Oostburg: vervangen linoleum
15.126
De Eenhoorn, vervangen schuifwanden
29.410
Sportcomplex Breskens renovatie douches
48.807
Sportcomplex Breskens renovatie toiletten
39.147
Gymlokaal Aardenburg, vervangen sportvloer*
13.235
Gymzaal Schoondijke renovatie sanitair*
18.500
Gymzaal Schoondijke vervangen systeemplafonds*
12.100
Gymzaal IJzendijke renovatie sanitair
12.605
Gymzaal IJzendijke vervangen systeemplafond
13.445 30.000
Kleedlokalen VV Schoondijke sanitair Dorpshuis Aardenburg, vervangen systeemplafond
16.800
MFC Sluis, sportvloer topcoating overlagen
13.250 Programmabegroting 2015 - 2018
85
13.445
Dorpshuis Hoofdplaat, vervangen systeemplafond Dorpshuis St.Kruis, renovatie sanitair
12.600
Dorpshuis IJzendijke vervangen sanitair
15.252
Dorpshuis IJzendijke vervangen linoleum
15.255
Dorpshuis IJzendijke, vervangen systeemplafond
10.100
MFC Zuidzande, renovatie sanitair
12.605
17 Oktoberplein 6 IJzendijke renovatie sanitair 17 Oktoberplein 6 IJzendijke, vervangen systeemplafond T.l.v. de onderhoudsreserve gebouwen
20.336
* bedragen blijven in afwachting scholenplan gehandhaafd.
Kengetallen: Gebouwen
86
Programmabegroting 2015 - 2018
160
15.800 318.573
86.385
0
45.000
Programmabegroting 2015 - 2018
87
88
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Verbonden partijen Inleiding Verbonden partijen zijn organisaties waaraan de gemeente zichtbestuurlijk en financieel verbonden heeft. Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) geeft als definitie: 'een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publieke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft. Een financieel belang is een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat of het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur, hetzij uit hoofde van stemrecht. Een verbonden partij komt tot stand wanneer er een publiek belang is bij de uitvoering van een taak welke de gemeente niet perse zelf hoeft uit te voeren en andere instrumenten zoals bijvoorbeeld inkoop of subsidie niet toereikend zijn. Het heeft in dat geval een meerwaarde om een zelfstandige organisatievorm te kiezen welke het beste past bij de uitvoering. De gemeente Sluis blijft wel de eindverantwoordelijkheid houden voor het realiseren van de beoogde doelstellingen van de programma's. De gemeente Sluis heeft met veel instanties een relatie, het is niet de bedoeling om over elk van hen in dit kader te rapporteren. Het criterium dat wordt gehanteerd is de combinatie van een aanmerkelijk financieel en bestuurlijk belang. Hierna wordt ingegaan op de belangrijkste verbonden partijen. De verbonden partijen zijn onderverdeeld in: Deelname in publiekrechtelijke rechtspersonen (WGR) -
Veiligheidsregio Zeeland SaBeWa Zeeland OLAZ RUD Zeeland Regionaal platform wonen SWV Collectief Vervoer GGD Zeeland Zeeuwse Muziekschool Dethon
Vertegenwoordiging in vennootschappen (BV/NV)/ Stichtingen en Verenigingen: -
Delta N.V. N.V. Economische Impuls Zeeland Holding Zeeuwse Visveiling B.V. N.V. Bank Nederlandse Gemeenten VNG VZG
Programmabegroting 2015 - 2018
89
1. Veiligheidsregio Zeeland Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Veiligheidsregio Zeeland www.vrzeeland.nl Middelburg Gemeenschappelijke regeling De VRZ heeft haar doelstellingen en prioriteiten voor de komende jaren vastgelegd in haar Beleidsplan 2012-2015. Deze zijn onderverdeeld over: beleidsprogramma’s o.a. water en veiligheid, veiligheid in recreatie, toerisme en evenement, veiligheid in wonen en werken beheersthema’s o.a. risicobeheersing, incidentbeheersing en incidentbestrijding waaronder opkomsttijden brandweer bedrijfsvoeringthema's o.a. informatiemanagement, financiën, personeel en organisatie, kwaliteitszorg
Ontwikkelingen 2015
Op regionaal niveau: het verder uitbouwen van het programma Veiligheid op Nucleaire Veiligheid Schelderegio, Maritieme Veiligheid en Veerkrachtig Zeeland. In 2015 zal de implementatie van Maatwerk in Brandweerzorg verder vorm krijgen. De visie op risicobeheersing wordt verder geïmplementeerd. Samen met de omringende veiligheidsregio's worden vijf projecten gezamenlijk uitgewerkt waaronder bevolkingszorg, risico crisiscommunicatie, talent gestuurde samenwerking, inkoop en huisvesting en Multi Opleiden Trainen en Oefenen (MOTO) Naast Sluis: gemeenten Middelburg, Vlissingen, Goes, Terneuzen, Schouwen- Duiveland, Tholen, Noord- Beveland, Borsele, Reimerswaal, Hulst, Kapelle, Tholen
Bestuurlijke relatie
Deelnemers
Financiële positie
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen (raming 2015) Vreemd Vermogen (raming 2015) Bedrijfsresultaat (raming 2015)
90
Programmabegroting 2015 - 2018
Algemeen bestuur Mevr. mr. A.M.M. Jetten MSc € 28.765.726 € 1.782.779 € 1.027.441
2. SaBeWa Zeeland Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015 Bestuurlijke relatie
Financiële positie
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen (raming 2015) Vreemd Vermogen (raming 2015) Bedrijfsresultaat (raming 2015)
SaBeWa Zeeland www.sabewazeeland.nl Terneuzen Gemeenschappelijke regeling Het beogen dat de werkzaamheden op een zodanige schaal worden georganiseerd dat hierdoor minder sprake is van kwetsbaarheid, dat kwaliteit gehandhaafd of mogelijk verbeterd wordt en efficiencyvoordeel wordt behaald. Optimaliseren van de werkprocessen Afstemmen inkomende en uitgaande gegevensstromen met de opdrachtgevers Naast Sluis: gemeenten Borsele, Goes Hulst, Kapelle, Reimerswaal , Terneuzen, Tholen en Waterschap Scheldestromen Algemeen Bestuur Dhr. S.A.W.J. Lauret € 4.218.144 € 419.485 €0 €0 €0
Programmabegroting 2015 - 2018
91
3. Openbaar Lichaam afvalstoffenverwijdering Zeeland (OLAZ) Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
92
Deelnemers
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Vergoeding voor verrichte diensten (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
Programmabegroting 2015 - 2018
Openbaar lichaam afvalstoffenverwijdering Zeeland Nieuwdorp Gemeenschappelijke regeling De behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemers op het gebied van de afvalstoffenverwijdering. Daarnaast het in stand houden van een steunpunt voor Natuur- en milieueducatie ten behoeve van de Zeeuws- Vlaamse deelnemers Aanbestedingprocedures verwerking brandbaar rest- en gft- afval zijn voorzien in 2015 De voorbereiding en uitvoering van de inbestedingprocedures exploitatie milieustraten Sorteren en vermarkten kunststof verpakkingsafval Gescheiden inzameling drankkartons Inzameling grote PET-flessen Naast Sluis: de gemeenten Borsele, Goes, Hulst, Kapelle, Middelburg, NoordBeveland, Reimerswaal, Schouwen- Duiveland, Terneuzen, Tholen, Veere en Vlissingen Algemeen Bestuur Dhr. P.P.M Ploegaert MPM € 26.422.009 € 1.283.790 (exclusief btw) € 132.469 € 133.378 € 5.538.593 € 5.507.838 € 1.080
4. Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Zeeland Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
Deelnemers
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen (raming 2015) Vreemd Vermogen (raming 2015) Bedrijfsresultaat (raming 2015)
Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Zeeland www.rud-zeeland.nl Terneuzen Gemeenschappelijke regeling Samen werken aan een schone en veilige werk- en leefomgeving door middel van klantvriendelijk, professioneel, doelmatig en conform vastgestelde kwaliteitseisen en dienstverleningsnormen. Vanaf 2015 zal de RUD Zeeland werken op basis van het principe P maal Q (prijs x kwantiteit). De voorbereiding daarvan is nu in volle gang. In de begroting van de RUD is de overdracht van taken en middelen van provincie naar gemeenten verwerkt op basis van de december circulaire van het provincie- en gemeentefonds 2013. Verder is rekening gehouden met de loon- en prijsindexering voor 2015. Daarnaast is de bezuinigingsopgave voor de komende jaren, zoals opgenomen in de VZG richtlijn, naar voren gehaald zodat de bijdragen van de individuele deelnemers in 2015 gelijk zijn aan de individuele bijdragen in 2014. Naast Sluis: de gemeenten Borsele, Goes, Hulst, Kapelle, Middelburg, NoordBeveland, Reimerswaal, Schouwen- Duiveland, Terneuzen, Tholen, Veere en Vlissingen, de provincie Zeeland en waterschap Scheldestromen Algemeen Bestuur Dhr. P.P.M Ploegaert MPM € 9.532.000 € 289.252
Programmabegroting 2015 - 2018
93
5. Regionaal Platform Wonen Zeeuws- Vlaanderen Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
94
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
Programmabegroting 2015 - 2018
Regionaal Platform Wonen Zeeuws- Vlaanderen Terneuzen Gemeenschappelijke regeling Het platform heeft zich tot doel gesteld om op regionale schaal een kader te scheppen voor de behartiging en afstemming van het woonbeleid in onze regio Het platform zal ook de komende periode een bijdrage leveren aan het optimaliseren van de regionale woningmarkt. Zo staat najaar 2014 het WoON 2015 op de agenda. Dit nationale woononderzoek geeft een nadere onderbouwing op de vraag hoe mensen wonen en willen wonen. Het platform zal een bijdrage aan dit onderzoek verstrekken om daarmee extra interviews (oversampling) te kunnen afnemen. Zo wordt de gelegenheid geboden om ook op regionale schaal betrouwbare uitspraken te doen over de woonbeleving van onze inwoners. Deze input is van belang voor de onderbouwing en verdere uitrol van de activiteiten zoals aangegeven in de regionale woonvisie. Het platform fungeert daarbij in eerste instantie als bestuurlijk voorportaal. De verwachting is dat het platform, mede met het oog op de inwerkingtreding van Herzieningswet, de samenwerking met de woningcorporaties zal intensiveren. Naast Sluis: de gemeenten Hulst en Terneuzen Voorzitter Dhr. P.P.M Ploegaert MPM
€ 152.802 € 148.928 € 1.500 € 1.300 € -2.431
6. SWV Collectief Vervoer Zeeuwsch-Vlaanderen Verband
Bestuurlijke relatie
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder
SWV collectief vervoer Zeeuwsch-Vlaanderen Terneuzen Gemeenschappelijke regeling Een collectief vraagafhankelijk openbaar vervoerssysteem tot stand te brengen en in stand te houden en daarmee het belang van goed (openbaar) personenvervoer te behartigen. Streven naar het behoud van huidige regelingen en voorzieningen, en het regelen van vervoer op individuele dan wel collectieve basis van de woning van de leerling naar school en terug. Naast Sluis: de gemeenten Hulst en Terneuzen Algemeen Bestuur en Dagelijks Bestuur Respectievelijk dhr. S.A.W.J. Lauret en mevr. C.E.M. Van de Vijver-Claerhoudt
Financiële positie
Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
€ 4.716.592 € 1.166.313 €0 €0 € 437.411 € 373.757 €0
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Programmabegroting 2015 - 2018
95
7. Gemeenschappelijke gezondheidsdienst Zeeland Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
96
Deelnemers
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen (raming 2015) Vreemd Vermogen (raming 2015) Bedrijfsresultaat (raming 2015)
Programmabegroting 2015 - 2018
GGD Zeeland www.ggdzeeland.nl Goes Gemeenschappelijke regeling Het openbaar lichaam is ingesteld met als doel het behartigen van de gezamenlijke belangen van de deelnemers met bovenstaande wet- en regelgeving. Gerefereerd wordt aan de Wet publieke gezondheid, de Wet veiligheidsregio's en de Wet op de lijkbezorging. De GGD is druk doende geweest met een heroriëntatie op haar taken en de wijze van uitvoering van haar taken in verband met de invoering van de Wmo 2015, de Jeugdwet en het passend onderwijs. Daarbij wordt voor de jeugdgezondheidszorg geopteerd voor een meer regionale inzet en een strakkere koppeling van de lokale toegangen voor Wmo en Jeugdzorg en meer vindplaatsgericht werken in het kader van het passend onderwijs. De GGD is sinds dit najaar belast met de inkoop van de jeugdzorg voor de Zeeuwse gemeenten, hiertoe is een aparte bestuurscommissie onder het algemeen bestuur gevormd. De financiële positie van de GGD is een voortdurend knelpunt. De uitvoering van wettelijke taken en de beschikbare middelen (mede ten gevolge van de gemeentelijke financiële beperkingen) vormen een (blijvend) knelpunt. Naast Sluis: de gemeenten Borsele, Goes, Hulst, Kapelle, Middelburg, NoordBeveland, Reimerswaal, Schouwen- Duiveland, Terneuzen, Tholen, Veere en Vlissingen Algemeen Bestuur Dhr. A.O. de Bruijn € 27.255.946 € 711.963 € 462.305 € 500.000 €0
8. Zeeuwse Muziekschool Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
Zeeuwse Muziekschool www.zeeuwsemuziekschool.nl Middelburg Gemeenschappelijke regeling Deze regeling heeft ten doel een vorm van bestuurlijke en organisatorisch samenwerking, waarbinnen het geven van kunsteducatieve activiteiten, waaronder instrumentaal en vocaal muziekonderwijs en muzikale vorming in de ruimste zin ten behoeve van leerlingen woonachtig in de deelnemende gemeenten wordt uitgeoefend. De muziekschool bereidt het nieuwe beleidskader voor 2015 -2018 voor. Belangrijke element hierbij is de ombouw van de specifiek instrumentale en vocale vorming tot meer algemene muzikale vorming met het belangrijkste accent op de jeugd. Daarbij speelt de muziekschool nog meer in op de vraag naar muziekonderwijs. De economische ontwikkelingen beïnvloedt de vraag. Het inspelen deze heeft consequenties op de personele formatie en daarmee op de gemeentelijke budgetten. Dit vormt het vervolg op gerealiseerde bezuinigingen na de afgelopen periode. De muziekschool werpt daarbij de vraag op in hoeverre binnen de resterende middelen nog verantwoord vorm kan worden gegeven aan haar opdracht. Naast Sluis de gemeenten Borsele, Goes, Hulst, Kapelle, Middelburg, NoordBeveland, Reimerswaal, Schouwen-Duiveland, Tholen, Veere en Vlissingen Algemeen Bestuur Dhr. A.O. de Bruijn € 4.066.858 € 218.721 € 185.030 € 187.511 € 1.142.940 € 948.831 € 4.070
Programmabegroting 2015 - 2018
97
9. Dethon Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Dethon www.dethon.nl Terneuzen Gemeenschappelijke regeling De Dethon voert voor de gemeente de taken op grond van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) uit. Daarnaast is in de deze gemeenschappelijke regeling het WSP (werkservicepunt) opgenomen dat voorziet in het verbinden van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Via deze gemeenschappelijke regeling worden verschillende re-integratieprojecten gerealiseerd. Per 1 januari 2015 is de toegang tot de WSW gesloten. Dat wil zeggen dat er op grond van deze wet geen mensen meer geplaatst kunnen worden in deze beschermende werkomgeving, waarvoor voor financiering aanspraak op de wet kan worden gedaan. Met ingang van 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Deze wet vormt onderdeel van de veranderingen in het Sociale Domein. Deze wet ziet toe op een verbreding van de taken van de gemeenten voor het re-integreren van mensen in het arbeidsproces en richt zich onder meer op het meer plaatsen van mensen met arbeidsbeperkingen bij het reguliere bedrijfsleven. De deelnemende gemeenten in Dethon werken gezamenlijk met het werkbedrijf een model uit dat afgestemd is op de ontwikkeling en de invoering van de participatiewet. Naast Sluis: de gemeenten Hulst en Terneuzen Algemeen Bestuur en Dagelijks Bestuur Respectievelijk dhr. S.A.J.W. Lauret en dhr. A.O. de Bruijn en mevr. mr. A.M.M. Jetten MSc
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder
Financiële positie
Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013
€ 43.609 € 2.057.133 € 1.852.827
Vreemd Vermogen Vreemd Vermogen
€ 9.610.405 € 9.494.360
01-01-2013 31-12-2013
Bedrijfsresultaat (2013)
98
Programmabegroting 2015 - 2018
€-199.806
10. Holding Zeeuwse Visveiling B.V. Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie Financiële positie*
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015)
Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013) *Gegevens van de Visveiling Breskens
Holding Zeeuwse Visveiling B.V. www.zeeuwsevisveilingen.nl Vlissingen Besloten Vennootschap Per 1 januari 2005 is de Zeeuwse Visveiling B.V. opgericht. Deze Holding bezit de aandelen van de Zeeuwse Visveiling Breskens NV en de aandelen van de Zeeuwse Visveiling Vlissingen BV, die hierdoor per dezelfde datum zijn gefuseerd. Doel van de fusie was het neerzetten van een sterke visveilingorganisatie in Zeeland om de marktpositie te versterken, de kosten te reduceren, de service aan de vissers en vishandel te continueren en beter op toekomstige ontwikkelingen in te spelen. De gemeenten Sluis en Vlissingen bezitten aandelen in de Holding Zeeuwse Visveiling BV. De verhouding is hierbij 35 : 65. De vismijn, de visserijschepen, het visserijmuseum en het beoogde belevingscentrum verplaatsen naar de Handelshaven. Bij nieuwbouw van de vismijnkan het belang van de garnalen in de indeling van het gebouw tot uiting worden gebracht. Naast de gemeente Sluis, de gemeente Vlissingen Geen bestuurlijk inmenging Mevr. C.E.M. van de Vijver-Claerhoudt N.v.t. Mogelijk verlies van de veiling te Breskens komt voor rekening van de gemeente Sluis als reserve van de Visveiling niet toereikend is. De gemeente Sluis is niet verantwoordelijk voor het verlies van de Visveiling Vlissingen B.V. € 1.235.801 € 1.226.512 € 152.097 € 159.998 € -9.289
Programmabegroting 2015 - 2018
99
11. NV Economische Impuls Zeeland Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Ontwikkelingen 2015
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
100
Deelnemers
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Bijdrage gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
Programmabegroting 2015 - 2018
NV Economische Impuls Zeeland www.impulszeeland.nl Middelburg Naamloze vennootschap Ons doel is het vergroten van de dynamiek van de Zeeuwse economie. De kerndoelen zijn:Structuurversterking en ontwikkeling van de regionale economie door grote projecten te faciliteren; De ontwikkeling en uitvoering van projecten voor de Zeeuwse kenniseconomie (in het kader van het Akkoord Zeeuwse Kenniseconomie, waarbij de nadruk wordt gelegd op het verhogen van het opleidingsniveau, betere uitwisseling tussen onderwijs en arbeidsmarkt en innovatie; Economische promotie en acquisitie. De reguliere inkomsten van de impuls staan onder druk, mede door de laatste korting(periode van 4 jaar) van de provincie Zeeland op de resultaatsubsidie. Vanaf 2016 is de Kamer van Koophandel geen aandeelhouder meer en vervalt de jaarlijkse bijdrage van € 41.322,- excl. BTW. Voor 2014 is er een sluitende begroting. Er wordt gesproken over een bijdrage van het ministerie van Economische Zaken aan Impuls. ABN AMRO, Dow Benelux BV, Gemeente Borsele, Gemeente Goes, Gemeente Hulst, Gemeente Kapelle, Gemeente Middelburg, Gemeente Noord-Beveland, Gemeente Reimerswaal, Gemeente Schouwen-Duiveland, Gemeente Sluis, Gemeente Terneuzen, Gemeente Tholen, Gemeente Veere, Gemeente Vlissingen, Kamer van Koophandel voor Zuidwest-Nederland, Provincie Zeeland, Rabobank. Bestuurlijk Mevr. C.E.M. van de Vijver-Claerhoudt €25.000 € 371.029 € 386.277 € 1.311.465 € 15.248
12. Delta N.V. Verband
Inhoud
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
DELTA N.V. www.delta.nl Middelburg Naamloze Vennootschap In een tijd waarin ondernemingen meestal kiezen voor focus op hun mono-utility kernactiviteit, onderscheidt DELTA zich met een eigentijds dienstenpakket waarbij ‘ontzorging’ van de klant voorop staat. Het bedrijf introduceerde voor deze gecombineerde services het begrip multi-utility. Het gecombineerd aanbieden van verschillende diensten vormt een van de strategische pijlers van DELTA. De verbondenheid met Zeeland is een tweede. De verbondenheid met Zeeland ligt ook in het feit dat het overgrote deel van de aandelen in handen is van gemeenten en provincie.
Ontwikkelingen 2015 Op 25 november 2013 is in de Buitengewone Algemene vergadering van Aandeelhouders de aandeelhoudersstrategie met brede steun besproken en vastgelegd. Daarmee is de aandeelhoudersstrategie een uitgangspunt geworden voor de Raad van Bestuur (RvB) en Raad van Commissarissen (RvC) van DELTA in hun beleid. In de aandeelhoudersstrategie hebben de aandeelhouders met het oog op de marktomstandigheden DELTA verzocht een onderzoek te doen naar de volgende strategische opties: De huidige bedrijfsstrategie; Fusie; Verkoop van commerciële activiteiten. Daarbij zouden deze opties moeten worden beoordeeld aan de mate waarin zij scoren op de belangrijkste aandeelhoudersbelangen, te weten niveaus van duurzame werkgelegenheid, risicobeperking en de aandeelhouderswaarde op lange termijn, zoals verder onderbouwd in het strategiedocument. In lijn met het verzoek van de aandeelhouders is DELTA begin 2014 gestart met een onderzoek naar het optimale toekomstscenario voor de onderneming. Voor de begeleiding van het onderzoek van DELTA is een aandeelhouderscommissie ingesteld. De keuze die uit de drie strategische opties wordt gemaakt zal aan de raad ter besluitvorming worden voorgelegd zodra dat mogelijk is. In een Algemene vergadering van Aandeelhouders zullen vervolgens alle DELTA-aandeelhouders de gelegenheid krijgen zich voor of tegen deze keuze uit te spreken.
Programmabegroting 2015 - 2018
101
Bestuurlijke relatie
Financiële positie
102
Deelnemers
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie)
Provincies Zeeland, Noord-Brabant en Zuid-Holland. Gemeenten: Sluis, Terneuzen, Hulst, Vlissingen, Middelburg, Veere, Borsele, Goes, Kapelle, Reimerswaal, NoordBeveland, Tholen, Schouwen-Duiveland, Woensdrecht, Bergen op Zoom, GoereeOverflakkee Algemene vergadering aandeelhouders Mevr. C.E.M. van de Vijver-Claerhoudt N.v.t.
Ontvangst gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
Dividenduitkering 650.000 € 1.185.140.000 € 1.213.429.000 € 2.625.424.000 € 2.605.248.000 € 74.788.000
Programmabegroting 2015 - 2018
13. N.V. Bank Nederlandse Gemeenten Verband
Inhoud
Bestuurlijke relatie Financiële positie
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Ontvangst gemeente Sluis (raming 2015) Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat (2013)
N.V. Bank Nederlandse gemeenten www.bng.nl Den Haag Naamloze vennootschap De BNG is de bank van en voor de overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt BNG bij zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger Nederlandse gemeenten Bestuurlijke vertegenwoordiging Dhr. S.A.J.W. Lauret N.v.t. Dividenduitkering € 11.500 € 2.752.000.000 € 3.430.000.000 € 139.476.000.000 € 127.753.000.000 € 283.000.000
Programmabegroting 2015 - 2018
103
14. Vereniging van Nederlandse Gemeenten Verband
Inhoud
Bestuurlijke relatie Financiële positie
104
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie
Deelnemers Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Contributie Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat ( 2013)
Programmabegroting 2015 - 2018
Vereniging van Nederlandse Gemeenten www.vng.nl Den Haag Vereniging 1. De Vereniging heeft ten doel haar leden collectief en individueel bij te staan bij de vervulling van hun bestuurstaken. 2. De Vereniging heeft voorts tot doel voor de leden of groepen van leden afspraken te maken met andere overheden over het arbeidsvoorwaardenbeleid in de overheidssector 3. De Vereniging heeft tevens ten doel het behartigen van de belangen van haar leden welke samenhangen met de door hen uitgevoerde bestuurs- en beheerstaken alsook de met deze taken samenhangende: a. voorwaarden, tarieven en prijzen voor (onder andere energie gerelateerde) producten en diensten, alsmede; b. de overige aan het gebruik van hierboven genoemde producten gerelateerde kosten en voorwaarden. Naast Sluis: Alle Nederlandse gemeenten Lidmaatschap en stemrecht
€ 34.000 € 58.808.000 € 59.745.000 € 51.925.000 € 52.635.000 € 2.147.000
15. Vereniging Zeeuwse Gemeenten Verband
Inhoud Bestuurlijke relatie
Financiële positie
Naam Website Vestigingsplaats Rechtsvorm Doelstelling en Visie Deelnemers
Vertegenwoordiging Portefeuillehouder Totale begroting ( exploitatie) Contributie Eigen Vermogen 01-01-2013 Eigen Vermogen 31-12-2013 Vreemd Vermogen 01-01-2013 Vreemd Vermogen 31-12-2013 Bedrijfsresultaat ( 2013)
Vereniging Zeeuwse gemeenten www.vng.nl/vzg Vlissingen Vereniging Het behartigen van belangen die aan haar leden gemeenschappelijk eigen zijn. Naast Sluis: de gemeenten Borsele, Goes, Hulst, Kapelle, Middelburg, NoordBeveland, Reimerswaal, Schouwen- Duiveland, Terneuzen, Tholen, Veere en Vlissingen Bestuurslid Mevr. C.E.M. van de Vijver- Claerhoudt € 412.830 € 7.000 € 16.264 € 170.625 € 144.136 € 170.625 € 2.845
Programmabegroting 2015 - 2018
105
106
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Financiering Algemeen De paragraaf financiering behandelt de treasuryfunctie van de gemeente. In deze paragraaf komt het risicobeheer van de financieringsportefeuille aan de orde en wordt inzicht geboden in de ontwikkeling van de financieringsportefeuille van de gemeente. De treasuryfunctie heeft als doel tegen gunstige condities en tegen zo laag mogelijke kosten te voorzien in de benodigde financieringsmiddelen en daarbij risico's zoveel mogelijk uit te sluiten. De gemeente beschikt in relatie tot het investeringsniveau in beperkte mate over eigen financieringsmiddelen. De treasury-activiteiten richtten zich dan ook vooral op het zo effectief en doelmatig mogelijk aantrekken en inzetten van vreemd vermogen. Door het doorlopend bijhouden van een liquiditeitsplanning en het volgen van ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt, wordt ingezet op het afsluiten van geldleningen op het meest gunstige momenten en tegen de meest gunstige voorwaarden. Het beleid voor de treasuryfunctie is vastgelegd in het herziene treasurystatuut dat vanaf 8 december 2009 geldt. De belangrijkste punten zijn: - Overtollige gelden worden alleen uitgezet bij banken met een zogenoemde A-rating of hoger; - Om de interne liquiditeitsrisico’s te bepalen wordt een liquiditeitenplanning opgesteld voor zowel de korte (één jaar) als de langere termijn (meerjarig); - Het aantrekken van leningen geschiedt door een offerte aan te vragen bij tenminste 2 financiële instellingen; Algemene ontwikkelingen rentebeleid Het afgelopen jaar is de rente voor kort geld (kasgeld) gestegen. In augustus 2013 bedroeg de rente voor 1 maand 0,06%, in augustus 2014 bedraagt deze 0,15%. De rente op langlopende geldleningen 20 jaar gelijk bedroeg vorig jaar 3,01% en staat nu op 2,14%. In de begroting is rekening gehouden met een percentage van 0,1 voor kort geld (1 maands interbancair). Voor de lange rente (20 -25 jaar) wordt uitgegaan van een rentepercentage van 3. Risicobeheer De kasgeldlimiet is het maximumbedrag aan leningen en kredieten met een looptijd van minder dan 1 jaar dat de gemeente op mag nemen. De minister heeft dat op 8,5% van het begrotingstotaal vastgesteld. Voor Sluis is dit afgerond € 5,8 miljoen. Evenals in 2014 zal in het komende jaar zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van kort geld. Dit is goedkoper dan het afsluiten van een langlopende geldlening omdat de rente van kort geld lager is dan de rente van lang geld. Zodra het kasgeldlimiet dreigt te worden overschreden moet lang geld worden aangetrokken. De gemeenten lopen renterisico op het moment dat nieuwe leningen moeten worden aangetrokken of als een renteherziening van toepassing is. Om het renterisico te beheersen is in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) de renterisiconorm geformuleerd. De renterisiconorm is door de minister op 20% van het begrotingstotaal vastgesteld. De norm is ingesteld om te bevorderen dat de vervaldatums en de renteherzieningen van de vaste geldleningen van de gemeenten voldoende in de tijd gespreid worden. Daarvoor wordt voorkomen dat rentewijzigingen schokeffecten in de begrotingspositie veroorzaken.
Programmabegroting 2015 - 2018
107
De gemeente Sluis blijft voor 2015 en volgende jaren onder de norm. Dit komt omdat de gemeente voornamelijk geldleningen aantrekt voor 20 jaar met een vast percentage. In de huidige leningenportefeuille is geen sprake van renteherzieningen. Financieringsbehoefte en leningenportefeuille De liquiditeitenplanning dient inzicht te geven in de liquiditeitspositie en –behoefte van de gemeente. Op basis van een zo nauwkeurig mogelijke voorspelling van de in- en uitgaande geldstromen kan tijdig actie worden ondernomen om tekorten aan te vullen en overschotten uit te zetten. Saldo investeringen – desinvesteringen Aflossingen leningen Afname reserves en voorzieningen Totaal liquiditeitsonttrekkingen
€ 9.746.000* 3.677.000 3.157.000 € 16.580.000
Liquiditeitstoevoegingen Afschrijvingen en afwaarderingen Afname voorraad grondexploitatie Totaal liquiditeitstoevoegingen
€ €
Financieringsbehoefte
€ 10.783.000
5.335.000 462.000 5.797.000
* Daar niet alle investeringsuitgaven aan het begin van het begrotingsjaar zullen plaatsvinden wordt uitgegaan van een gemiddelde financieringsbehoefte over het gehele jaar. Voor de berekening hiervan wordt uitgegaan van 50% van het totaal aan geplande investeringen van € 19.492.000 (geplande investeringen 2015 en nog niet gerealiseerde investeringen 2014). Een deel van de berekende financieringsbehoefte kan worden opgevangen binnen de kasgeldlimiet. Voor 2015 wordt rekening gehouden met het aantrekken van een vaste geldlening van ca. € 5 miljoen. Rentetoerekening Vanaf 2015 wordt geen rente meer berekend en vervolgens toegevoegd aan de reserves, met uitzondering van de egalisatiereserve kapitaallasten. Veel gemeenten, zoals ook Sluis, trekken niet voor iedere investering een aparte lening aan, maar financieren het geheel van investeringen (integrale financiering). Deze methode wordt de renteomslagmethode genoemd. Dat houdt in dat de rentelasten worden toegerekend aan alle investeringen en maken deze lasten vervolgens deel uit van de betreffende programma's. Voor 2015 bedraagt het renteomslagpercentage 2,16%. De totale rentelasten die worden toegerekend bedragen € 2.481.000. Afhankelijk van de economische haalbaarheid wordt rente toegerekend aan grondexploitaties. In de betreffende exploitatieopzetten is rekening gehouden met een rentepercentage van 3%. Schatkistbankieren In de Wet fido is bepaald dat decentrale overheden hun overtollige middelen aanhouden bij het ministerie van Financiën (het zgn. schatkistbankieren). Deelname van de decentrale overheden aan schatkistbankieren draagt bij aan een lagere EMU-schuld van de collectieve sector (Rijk en decentrale overheden gezamenlijk). Iedere euro die decentrale overheden aanhouden in de schatkist, vermindert de externe financieringsbehoefte van het Rijk. Dat het Rijk (het Agentschap) minder hoeft te financieren op de markt vertaalt zich direct in een lagere staatsschuld. Een ander belangrijk gevolg van deelname aan schatkistbankieren is 108
Programmabegroting 2015 - 2018
een verdere vermindering van de beleggingsrisico’s waaraan decentrale overheden worden blootgesteld. Afgezien van de mogelijkheid om aan elkaar leningen te verstrekken, zijn decentrale overheden verplicht alle middelen die ze niet direct nodig hebben voor hun publieke taak in de schatkist aan te houden. De enige uitzonderingen daarop zijn vastgelegd in de regeling schatkistbankieren decentrale overheden. De belangrijkste uitzondering is het drempelbedrag. Om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen mag een decentrale overheid gemiddeld over het hele kwartaal maximaal het drempelbedrag buiten de schatkist aanhouden. De hoogte van het drempelbedrag is afhankelijk van de financiële omvang van een decentrale overheid, afgemeten aan de omvang van de begroting (dezelfde maatstaf die ook wordt gebruikt voor de berekening van de kasgeldlimiet). De drempel is nu gelijk aan 0,75% van het begrotingstotaal indien het begrotingstotaal lager is dan € 500 miljoen. De drempel is nooit lager dan € 250.000, wat betekent dat een decentrale overheid altijd gemiddeld € 250.000 buiten de schatkist mag houden. Voor de gemeente Sluis bedraagt het drempelbedrag ca. € 510.000. Binnen de schatkist kan een decentrale overheid middelen aanhouden in rekening-courant en/of in één of meerdere deposito’s. Over het dagelijkse saldo van de rekeningcourantrekening wordt de daggeldrente (Eonia) vergoed. Op deposito’s is de rente afhankelijk van de looptijd. De hoogte van die rente is gelijk aan de rente waartegen de Nederlandse Staat zichzelf financiert op de geld- en kapitaalmarkten (de zogenoemde ‘inleenrente’). Zowel de rekening-courant rente als de deposito rente worden voor decentrale overheden nooit negatief. Alle middelen die decentrale overheden in de schatkist aanhouden, blijven vanzelfsprekend te allen tijde beschikbaar voor de uitoefening van de publieke taak. De bestedingsautonomie van decentrale overheden is derhalve volledig gewaarborgd. Als alternatief voor het aanhouden van overtollige middelen in de schatkist kunnen decentrale overheden ervoor kiezen deze middelen in te zetten om schulden af te lossen of om aan elkaar leningen te verstrekken (los van de hiervoor besproken publieke taak). Voor dergelijke onderlinge kredietverlening geldt wel de voorwaarde dat er geen (verticale) toezichtrelatie mag bestaan tussen de betrokken decentrale overheden. Dat betekent bijvoorbeeld dat een provincie niet mag uitlenen aan gemeenten en waterschappen in de eigen provincie (en omgekeerd), maar dat een gemeente wel krediet mag verstrekken aan een andere gemeente. Decentrale overheden krijgen geen beschikking over een leenfaciliteit bij de schatkist. Voor het betalingsverkeer blijven decentrale overheden aangewezen op het bankwezen. Ook mogen decentrale overheden niet rood staan bij de schatkist, gebeurt dit toch dan wordt er een boeterente in rekening gebracht. Wet houdbare overheidsfinanciën (HOF) De wet houdbare overheidsfinanciën (wet Hof) is per 1 januari 2014 in werking getreden. Met deze wet worden de Europese begrotingsregels voor de landen die deelnemen aan de euro, in onze nationale wetgeving verankerd. In de wet Hof zijn waarborgen opgenomen om de Nederlandse overheid te houden aan deze zogenaamde EMU-normen. De EMU-normen stellen een limiet aan de hoogte van de overheidsschuld (EMU-schuld) en aan de jaarlijkse groei van de overheidsschuld (EMU-saldo) van Nederland. De wet vloeit voort uit Europese verplichtingen waarmee Nederland al in een eerder stadium heeft ingestemd. De Europese verplichtingen reiken verder dan alleen de Nederlandse Staat, ook gemeenten vallen er onder.
Programmabegroting 2015 - 2018
109
Er geldt een plafond voor de hoogte van de overheidsschuld en er geldt een limiet aan de jaarlijkse groei van de schuld, het zogenaamde EMU-saldo. Als plafond mag de bruto gevestigde overheidschuld van een land, de EMU-schuld, niet hoger zijn dan 60% van de omvang van de economie (bruto binnenlands product). De jaarlijkse groei van de netto overheidsschuld, ook wel het financieringstekort of EMU-saldo genaamd, mag in een jaar niet meer bedragen dan 3% van de omvang van de economie (bruto binnenlands product). Naar aanleiding van de schuldencrisis heeft Nederland in Europees verband afgesproken de Europese normen in nationale wetgeving te verankeren. Met de wet Hof is daar gevolg aan gegeven. De schulden van de gemeenten en de jaarlijkse groei van deze schulden tellen mee in de EMU-schuld en het EMU-saldo van de Nederlandse overheid. De wet Hof stelt dat gemeenten, provincies, waterschappen en hun gemeenschappelijke regelingen een gelijkwaardige bijdrage als de staat moeten leveren aan het naleven van de EMU-normen. Die gelijkwaardige bijdrage bestaat uit een limiet aan de jaarlijkse groei van de netto schuld (volgens de definitie van het EMU-saldo) oftewel een limiet aan het jaarlijkse EMU-tekort. Deze limiet wordt na bestuurlijk overleg door de minister van Financiën vastgesteld. Voor 2014 en 2015 is de begrenzing aan het jaarlijks EMU-tekort van de gemeenten, provincies, waterschappen en hun gemeenschappelijke regelingen vastgesteld op -/- 0,5% van het bruto binnenland product (bbp). Dat komt neer op een groei van de gezamenlijke netto schuld met maximaal 3 miljard euro per jaar. Dit aandeel van -/- 0,5 % bbp voor gemeenten, provincies en waterschappen samen in het totale EMU-tekort van Nederland is verder onderverdeeld naar de gemeenten, provincies en waterschappen. Voor 2015 bedraagt het aandeel van gemeenten -/- 0,34% bbp. Voor latere jaren zijn nog geen afspraken gemaakt over de onderverdeling tussen gemeenten, provincies en waterschappen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maakt een raming van het EMU-tekort van gemeenten (provincies en waterschappen) aan de hand van de zogenaamde EMU-enquête. Gemeenten moeten bij het opstellen van de eigen begroting een EMU-enquête invullen. Deze bevat een raming van het EMU-tekort van de gemeente in het lopende jaar, het komende begrotingsjaar en het daar op volgende jaar. De enquête moet in de gemeentebegroting worden opgenomen (zie tabel hierna) en digitaal naar het CBS worden opgestuurd. Het CBS totaliseert alle enquêtes van gemeenten tot een landelijk totaal van het EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten. Aan het begin van het begrotingsjaar zelf worden gemeenten geïnformeerd over de uitkomst van de enquête. Het daadwerkelijk gerealiseerde EMU-tekort van gemeenten en ook de EMU-schuld wordt eveneens door het CBS bijgehouden. Het CBS berekent de EMU-schuld en het EMU-saldo van de gezamenlijke gemeenten op basis van de aangeleverde IV-3 door gemeenten over de gemeenterekening. Tussentijds wordt de ontwikkeling van het EMU-tekort door het CBS gevolgd met de kwartaalaanlevering IV-3 door gemeenten. In de Wet houdbare overheidsfinanciën is de mogelijkheid van een sanctie opgenomen als gemeenten hun aandeel in het EMU-tekort (blijvend) overschrijden. Bij behandeling van de wet in de Eerste Kamer heeft de minister van Financiën toegezegd dat hij een wetvoorstel bij de Tweede Kamer indient dat deze sanctie vervangt door een correctiemechanisme. Bestuurlijk is afgesproken de sanctie komende jaren niet toe te passen. Daarmee is er feitelijk geen sprake van een nationale sanctie. Europa kan Nederland bij herhaaldelijke overschrijding van de EMU-normen ook een sanctie opleggen. In de Wet houdbare overheidsfinanciën is de mogelijkheid opgenomen om deze Europese boete door te kunnen vertalen naar onder andere gemeenten. Dit naar rato van de bijdrage van de gezamenlijke gemeenten aan het overschrijden van de Europese normen. In dat geval vindt er inhouding van een deel van de algemene uitkering van het gemeentefonds plaats. Er moet dan ook sprake zijn van een overschrijding van het plafond voor het EMU-tekort van de decentrale overheden samen. Deze mogelijkheid van 110
Programmabegroting 2015 - 2018
doorvertaling van een Europese sanctie naar gemeenten bestond ook al onder het oude regime voor het EMU-tekort in de wet Fido. De ruimte onder het plafond voor het EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten wordt onder gemeenten verdeeld met de individuele referentiewaarde. Iedere gemeente heeft met de individuele referentiewaarde een aandeel in de gezamenlijke ruimte voor het EMU-tekort. De individuele referentiewaarde per gemeente wordt gewoonlijk in de septembercirculaire aan gemeenten kenbaar gemaakt. Het is de bedoeling dat een gemeente in eerste instantie niets doet met de individuele referentiewaarde voor het EMU-tekort. De VNG adviseert om bij het opstellen van de gemeentebegroting niet op de individuele referentiewaarde voor het EMU-saldo te letten. Daarvoor is het EMU-saldo van een gemeente te bewegelijk. De hoogte van het EMU-saldo van een gemeente hangt samen met het investeringsvolume en de mutatie van de voorraden bouwgrond (inclusief onderhanden werk). En juist het investeringsvolume en de voorraad bouwgrond van een gemeente vertoont jaar op jaar grote schommelingen. Het EMU-saldo van een individuele gemeente vertoont daarom het ene jaar een overschot en het andere jaar een tekort. Pas als het CBS in het voorjaar constateert dat het plafond voor het EMUtekort van de gezamenlijke gemeenten wordt overschreden, kan aan gemeenten worden gevraagd de begroting en dan vooral het investeringsvolume in dat jaar bij te stellen. Of dit verzoek er in een dergelijk geval komt, hangt af van de bestuurlijke weging op dat moment. Pas bij een dergelijk verzoek gaan de individuele referentiewaarden van gemeenten een rol spelen. EMU-saldo Zoals hiervoor aangegeven is de gemeente verplicht om de berekening van het EMU-saldo in de begroting op te nemen. De berekening is in onderstaande tabel opgenomen.
Omschrijving
1
2 3 4
5
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4
2014 x € 1000 Volgens realisatie tot en met sept. 2014, aangevuld met raming resterende periode
2015 x € 1000 Volgens begroting 2015
2016 x € 1000 Volgens meerjarenraming in begroting 2015
-1.793
-3.001
-1.445
4.953
5.335
5.057
1.671
12
12
25.319
10.565
4.167
0
0
0
Programmabegroting 2015 - 2018
111
6
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord 7 Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan) 8 Baten bouwgrondexploitatie: Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord 9 Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen 10 Lasten i.v.m. transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten 11 Verkoop van effecten: a Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) b Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie? Berekend EMU-saldo
112
Programmabegroting 2015 - 2018
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1.671
214
208
0
0
0
nee
nee
nee
-22.159
-8.433
-751
Programmabegroting 2015 - 2018
113
114
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Bedrijfsvoering Doorontwikkeling organisatie In programma 5 ‘Bestuur en Veiligheid’ is het kader geschetst waarlangs de doorontwikkeling van de organisatie plaatsvindt. Conform de uitgangspunten van het coalitieakkoord zal 1/3 van de te realiseren vacatureruimte (de vacatureruimte die ontstaat door natuurlijk verloop tot 2018) worden herbezet. Daarnaast dient ook het Sociaal Domein een plek te krijgen in de organisatie. De wijze waarop de regionale samenwerking daarbij gestalte zal krijgen zal bepalend zijn hoe de voorgestane gemeentelijke entiteit vorm en inhoud krijgt. Bij de herbezetting staat centraal de verbetering van de dienstverlening. Zowel binnen als buiten. Dat zal ten koste gaan van die onderdelen van de organisatie die zich met beleid bezighouden. Binnen het onderdeel beleid zal een verschuiving plaatsvinden naar meer aandacht voor economisch beleid (toerisme/recreatie), (sociale) veiligheid en sociaal domein, ten koste van cultuur en ruimtelijk beleid. Digitalisering/zaakgericht werken Een belangrijke randvoorwaarde om de doelstellingen van de doorontwikkeling van de organisatie te kunnen behalen is de verdergaande digitalisering inclusief het zaakgericht werken. Uiterlijk eind 2016 dient het zaakgericht werken geïmplementeerd te zijn. Strategisch personeelsbeleid De doorontwikkeling van de organisatie is geen technische operatie. Een belangrijke randvoorwaarde is dat het personeel door opleiding en training ook op het gebied van de gewenste cultuur in staat wordt gesteld, hieraan hun bijdrage te leveren. Flexibilisering is in alle opzichten aan de orde. Reserve bedrijfsvoering Bij de vaststelling van de jaarrekening 2013 heeft u ingestemd met het instellen van een reserve bedrijfsvoering. Deze reserve is een belangrijke randvoorwaarde om de verdere verbetering van onze digitale dienstverlening én de doelstelling van de doorontwikkeling van de organisatie (inclusief voorgestane reductie omvang) te kunnen realiseren. Bij het verbeteren van deze dienstverlening hanteren wij de doelstellingen van het Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en e-overheid (NUP). Dit vraagt om een flinke aanpassing van onze werkprocessen (o.a. zaakgericht werken) en een andere inrichting van onze bedrijfsvoering. Het afgelopen jaren zijn daarvoor al enkele voorbereidende stappen gezet, zoals de standaardisering van de ICT-systemen (in regionaal verband) en het lean maken van werkprocessen. Wij zijn er daarmee nog lang niet. Op eigen kracht is versneld een inhaalslag nodig om de verbetering van onze dienstverlening in combinatie met wettelijke verplichtingen (zoals e-depot) en impactvolle vraagstukken (zoals sociaal domein) tijdig te realiseren. Door deze zaken slim te combineren beogen wij dwarsverbanden te leggen en efficiencyvoordeel te behalen (behoud evenwicht begroting). Een eerste voorstel hiertoe is u in oktober 2014 aangeboden. De reserve bedrijfsvoering vormt een belangrijke randvoorwaarde om de doelstelling van de doorontwikkeling van de organisatie inclusief de voorgestane reductie van de omvang van het ambtelijk apparaat te kunnen halen. Samenwerking De wijze waarop nu samengewerkt wordt met de gemeente Terneuzen op het terrein van personeel en organisatie levert een belangrijke bijdrage aan de voorgestane kostenbesparing. Alle mogelijke terreinen zullen de komende jaren verder onderzocht worden.
Programmabegroting 2015 - 2018
115
116
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Grondbeleid Algemeen De nota grondbeleid is op 27 januari 2011 door de raad vastgesteld. Hierin zijn beleidskeuzes gemaakt voor het grondbeleid gedurende de periode 2010-2014. De nota grondbeleid zal in 2015 worden herzien c.q. opnieuw vastgesteld. In deze paragraaf grondbeleid wordt een beknopte toelichting gegeven op het te voeren grondbeleid voor 2015. De exploitatie van de bedrijventerreinen en woningbouwplannen wordt apart toegelicht, onderverdeeld in plannen met en zonder exploitatieopzet. In de structuurvisie van de gemeente Sluis "Goed Leven" is vastgelegd dat een Fonds Recreatievoorzieningen wordt ingesteld, waarin recreatieprojecten bijdragen (zie ook programma 1.1). De gemeente is niet actief met de ontwikkeling van nieuwbouwlocaties voor woningbouw. Dit past in de lijn van het voorgestane passieve grondbeleid en in de lijn van de demografische ontwikkeling, waarbij de prognose vanaf 2020 een dalende- en vervolgens sterk dalende trend laat zien. De interesse voor grond op de bedrijventerreinen gaat nog altijd uit naar Stampershoek en de Vlaschaard. In 2015 zetten wij verder in op promotie en acquisitie. Daarnaast zal in het in 2015 vast te stellen Bestemmingsplan Bedrijventerreinen de labeling voor het bedrijventerrein Technopark worden losgelaten. Bedrijventerreinen met exploitatieopzet Naam van het plan
Technopark 2e fase, Schoondijke Vlaschaard, Eede Stampershoek 5e fase, Oostburg Deltahoek (uitbreiding), Breskens Totalen: Totaal raming risicobedrag:
Nog te verkopen voorraad grond per 31-12-2015 in m² 34.200
Boekwaarde Raming 31-12-2015 risicobedragen (afgerond) in € 31-12-2015 in € 1.004.000
0
17.400
21.000
165.300
27.000
1.515.000
0
67.100
1.364.000
0
145.700
3.904.000 165.300
In december 2013 zijn de exploitatieopzetten voor de Vlaschaard en Stampershoek 5e fase herzien en is een nieuwe exploitatieopzet voor Deltahoek (uitbreiding) vastgesteld. Voor het plan Technopark 2e fase is de boekwaarde gehandhaafd op de eind 2009 bepaalde vervangingswaarde (marktwaarde) van de grond. De volgende herziening van de exploitatieopzetten vindt plaats in december 2014. In samenwerking met Economische Impuls wordt het huidige aanbod van bedrijfsgrond onder de aandacht gebracht bij nieuwe en gevestigde ondernemingen. Gelet op de huidige economische situatie gaan veel ondernemers eerst de mogelijkheid na om hun huidige locatie te optimaliseren, dan wel uit te breiden. Ondernemers ondervinden over het algemeen nog steeds de gevolgen van de huidige slechte economische situatie en merken vaak dat het lastig is om hun plannen momenteel te realiseren.
Programmabegroting 2015 - 2018
117
Omdat bij een verkochte kavel grond op het bedrijventerrein de Vlaschaard de opbrengst in termijnen wordt voldaan door de koper loopt de gemeente risico voor de na de verkoopakte van levering nog te ontvangen termijnbetalingen per ultimo 2015. Wij verwachten dat de exploitatie van de bedrijventerreinen met een exploitatieopzet nagenoeg budgettair neutraal kan worden afgesloten. Woningbouwplannen Voor zover er nog bouwlocaties beschikbaar zijn, zijn die in handen van particuliere ontwikkelaars. Het betreft concreet de projecten Roode Polder te Breskens en de Groote Jonkvrouw te IJzendijke. In beide plannen worden grotendeels vrijstaande woningen gerealiseerd. Vanuit de markt is de belangstelling voor nieuwbouw beperkt. Op grond van het Handvest Wonen heeft de provincie Zeeland de drie Zeeuws-Vlaamse gemeenten gevraagd om te komen tot een realistische en regionaal afgestemde planning woningbouw. Het resultaat daarvan is voor de provincie het toetsingskader (duurzaamheidsladder) voor het verlenen van medewerking aan ruimtelijke plannen. Daarnaast vormen de regionale woningmarktafspraken één van de bouwstenen voor de in juni 2014 vastgestelde Regionale Woonvisie. Ook de Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA) voor ZeeuwsVlaanderen is daarvoor een bouwsteen. Vast staat dat zowel lokaal als regionaal de aandacht bijna uitsluitend zal moeten uitgaan naar sloop en vervangende nieuwbouw binnen het bestaande bebouwde gebied. Anders gezegd: partijen zijn zich bewust van het feit dat het tegemoet komen aan de kwalitatieve vraag naar woningen noodzakelijk vanuit het bestaande woningenbestand moet plaatsvinden. Woningbouwplannen met exploitatieopzet Naam van het plan
ISV, Haven Aardenburg Groote Jonkvrouw, IJzendijke Totalen
Nog te verkopen voorraad grond per 31-12-2015 in m² 1.300
Boekwaarde Raming 31-12-2015 risicobedragen (afgerond) in € 31-12-2015 in € -322.000 0
0
-311.000
0
1.300
-633.000
0
145.700
3.904.000
165.300
1.300
-633.000
0
Totalen 147.000 3.271.000 Raming totaal risicobedrag per ultimo 2015: Bij: rente (samengestelde interest) twee jaar over totale boekwaarde € 3.271.000 à 3% per jaar*: Totaal raming risicobedrag met exploitatieopzet (inclusief rente):
165.300 165.300
Recapitulatie plannen met een exploitatieopzet: Bedrijventerreinen Woningbouwplannen
199.200 364.500
* Als risico voor het uitblijven van de verkopen is voor de plannen met een exploitatieopzet gerekend met 3% samengestelde interest per jaar gedurende twee jaar over de totale boekwaarde ad. € 3.271.000 per ultimo 2015. Haven Aardenburg Het plan Haven 14-64 in Aardenburg betreft het herstructureringsproject voor een gedeelte van deze entree van Aardenburg. De oorspronkelijke opzet bevatte de aankoop en het slopen van een vijventwintigtal woningen en nieuwbouw van een geringer aantal woningen. Dankzij deze ingreep zou een ruimtelijke kwaliteitsslag kunnen worden gemaakt. Tot nu zijn twintig woningen in eigendom verworven en hiervan is de helft gesloopt. De aandacht gaat in 118
Programmabegroting 2015 - 2018
eerste instantie uit naar het uitgeven van het terrein dat is beschikbaar gekomen na het slopen van de woningen Haven nrs. 14 t/m 30. Vraagbundeling in de vorm van collectief particulier opdrachtgeverschap heeft helaas niet geresulteerd in de bouw van woningen. Om te voorkomen dat alle inspanningen met betrekking tot het bouwplan voor niets zouden zijn geweest, zal stichting CPOZ proberen de woningen, in de laatste variant is sprake van vijf woningen, door tussenkomst van een makelaar te verkopen. Bezien wordt hoe de toekomstige aanpak van de rest van het herstructureringsgebied gestalte moet worden gegeven. Voor de Groote Jonkvrouw is een overeenkomst met de projectontwikkelaar gesloten. Bij overdracht van het openbaar gebied wordt voor elk van de 4 fasen van het bouwterrein een ontwikkelvergoeding door de projectontwikkelaar betaald ad. € 250.000 vrij van btw. In de koopovereenkomsten voor de vier fasen zijn de afspraken vastgelegd over de koopsommen van de vier fasen. Daarnaast is bij brief van 2 februari 2009 de verdeling van de totale koopsom per overeenkomst, het betalingsoverzicht gronden en het betalingsoverzicht ontwikkelvergoeding vastgelegd. Daarmee is onder meer vastgelegd dat de betaling van het totaal aan koopsommen voor de vier fasen uiterlijk 31 december 2014 moet hebben plaats gevonden. Verkoop van de grond vindt plaats via ABC-akte waarbij gerekend wordt op de oplevering van fase 2 en 3 van het plan uiterlijk 2016 (hiervoor nog een ontwikkelvergoeding te ontvangen van 2 x € 250.000 = € 500.000 vrij van btw). Woningbouwplannen zonder exploitatieopzet Naam van het plan
De Kreeke, Oostburg
Bruto oppervlakte grond in eigendom per 31-12-2015 in m² 48.500
Waterburg, Oostburg Tragel Oost, Schoondijke Totalen
Boekwaarde Raming 31-12-2015 risicobedragen (afgerond) in € 31-12-2015 in €
250.000
0
92.400
464.000
0
23.100
118.000
0
164.000
832.000
0
Totaal raming risicobedrag met exploitatieopzet (inclusief rente):
364.500
Totaal raming risicobedrag voor alle plannen:
364.500
Voor de plannen De Kreeke (vm. Euregiotuinen), Waterburg en Tragel Oost wordt de grondwaarde op € 5 per m² gehanteerd, te weten de huidige waarde als landbouwgrond. Raming van het totaal van de risicobedragen voor alle plannen is € 364.500 (inclusief rente). Het geraamde saldo per ultimo 2015 van de reserve grondexploitatie is ca. € 372.000. Dit is voldoende om alle risico's van de grondexploitatie te dekken. Met het totaal geraamde risicobedrag is rekening gehouden in de berekening van het weerstandsvermogen zoals vermeld in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.
Programmabegroting 2015 - 2018
119
120
Programmabegroting 2015 - 2018
Paragraaf | Interbestuurlijk toezicht Kader Op 1 oktober 2012 is de Wet revitalisering generiek toezicht van kracht geworden. Deze wet vormt de basis voor het interbestuurlijk toezicht(IBT): het toezicht van de ene overheid op de andere. Uitgangspunt van de Wet revitalisering generiek toezicht is dat gemeenten zelf verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van hun wettelijke (medebewinds)taken. Het verticale toezicht door Rijk en provincie is daarbij gebaseerd op vertrouwen en sluit aan op de horizontale verantwoording. Daarnaast geldt het uitgangspunt 'eenmalige uitvraag, meervoudig gebruik': gemeenten en provincies hoeven hun verantwoordingsinformatie maar één keer aan te leveren. Kernpunt is dat het in eerste instantie niet aan de toezichthouder, maar aan vertegenwoordigende organen als de gemeenteraad is om het in het kader van de horizontale verantwoording toezicht te houden op de uitvoering van (medebewinds) taken door het college. De rol/verantwoordelijkheid van het college verandert niet door de wet. Het college is en blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van medebewindstaken, alleen verantwoordt zij hier in eerste aanleg aan de gemeenteraad. Interbestuurlijk toezicht op gemeenten De gemeente heeft per beleidsdomein te maken met één toezichthouder, het Rijk of de provincie. Vertrouwen en terughoudendheid zijn de uitgangspunten. Het Rijk blijft toezichthouder voor de gemeenten op die terreinen, waar provincies geen taak en expertise hebben. Dit geldt bijvoorbeeld voor onderwijswetten en voor het sociale domein. De provincie Zeeland houdt volgens de verordening systematische toezichtinformatie het systematisch toezicht beperkt tot de risicovolle medebewindstaken of essentiële taken voor het goed functioneren van de overheid. Op overige taken wordt incidentgericht toezicht uitgeoefend. De provincie Zeeland houdt actief toezicht op omgevingsrecht, ruimtelijke ordening, externe veiligheid, financiën en archivering. Ingrijpen door de toezichthouder Het interbestuurlijk toezicht is alleen gericht op de uitvoering van wettelijke medebewindstaken. Ingrijpen gebeurt alleen als wettelijk vastgelegde medebewindstaken niet (juist) worden uitgevoerd. Of als besluiten in strijd zijn met het algemeen belang of het recht. Dan kan de toezichthouder gebruik maken van twee instrumenten: - Indeplaatsstelling bij taakverwaarlozing: als een gemeente of provincie een medebewindstaak, kan de toezichthouder die taak overnemen. - schorsing en vernietiging: als gemeenten of provincies besluiten nemen die in strijd zijn met het recht of het algemeen belang, kan de Kroon deze besluiten schorsen en/of vernietigen. Dit gebeurt bij Koninklijk Besluit. Om te bepalen of tot ingrijpen wordt overgegaan, doorloopt de toezichthouder een ‘interventieladder’. Deze bestaat uit 6 stappen: van signaleren tot en met het definitief toepassen van het instrument. Toezichtinformatie Voor de wetten waarvoor gemeenten taken in medebewind uitvoeren, zijn toezichtindicatoren geformuleerd. De indicatoren zijn door KING en de VNG in samenspraak met gemeenten, provincies en het Rijk opgesteld. Er zijn in totaal 20 wetten waarvoor toezichtindicatoren* 1 zijn opgesteld. Tevens is er voor de toezichtinformatie een instrument ontwikkeld, hierdoor kan de informatie op een eenduidige wijze via één punt beschikbaar gesteld worden voor het college, de raad en de toezichthouders. Het gaat om het instrument toezichtinformatie op www.waarstaatjegemeente.nl. Programmabegroting 2015 - 2018
121
Interbestuurlijk toezicht in P&C documenten Met het toevoegen van de paragraaf interbestuurlijk toezicht aan onze P&C-documenten menen wij uw gemeenteraad op een juiste manier te kunnen informeren over de stand van zaken interbestuurlijk toezicht. De invulling van het interbestuurlijk toezicht heeft een sterk verantwoordingskarakter, waarmee de focus op de jaarrekening komt te liggen. De paragraaf in deze begroting heeft tot doel: - De raad op een overzichtelijke wijze inzage te geven in alle wettelijke medebewindstaken, waar zij geacht wordt een controlerende taak te vervullen (waaraan moet de gemeente voldoen?). - De raad in het kort te informeren over de verbeterpunten (wat zijn onze verbeterpunten). - De raad in het kort te informeren welke maatregelen worden genomen om de beheerorganisatie voldoende te waarborgen en te informeren c.q. instemming te vragen over eventuele gewenste en/of noodzakelijke verbeterplannen inclusief kostenraming (wat mag het kosten?). Wat betreft de eerste W-vraag (waaraan moet de gemeente voldoen) kan in zijn algemeenheid worden verwezen naar de site 'Waarstaatjegemeente.nl', waar per wet de toezichtindicatoren zijn of worden vermeld. De tweede W-vraag is specifiek per gemeente en zal in vanaf 2015 ingevuld worden. Bij de derde W-vraag zal worden aangegeven welke maatregelen*2 eventueel worden genomen en wat daar financieel voor nodig is. Stand van zaken Op 4 juni 2014 heeft de gemeenteraad een brief ontvangen waarin is aangegeven dat de toezichtinformatie over 2014 in de jaarstukken van 2015 zal worden opgenomen en dat deze tevens via www.waarstaatjegemeente.nl ontsloten worden. Deze paragraaf dient dan ook als eerste aanzet voor de P&C-documenten van 2015. *1 De huidige toezichtindicatoren worden eind 2014 geëvalueerd, waardoor wijzigingen voor 2015 niet uit te sluiten zijn. *2 Het gewijzigde stelsel van interbestuurlijk toezicht is een ontwikkelproces. Het is dus mogelijk dat er wijzigingen in de methodiek van verantwoorden zullen plaatsvinden.
122
Programmabegroting 2015 - 2018
Waaraan moet de gemeente voldoen?
Wat zijn onze verbeterpunten*
Thema
Wet
Toezichthouder
Beoordeling jaarrekening
1. Woon- en leefklimaat
Wabo
Provincie
Wro
Provincie
Waterwet
Rijk
Woningwet Huisvestingswet Monumentenwet Wet Kinderopvang Leerlingenvervoer Onderwijshuisvesting Leerplichtwet Drank- en Horecawet Wet Veiligheidsregio's
Rijk
Archiefwet
Provincie
Paspoortwet
Rijk
2. Zorg en Welzijn
3. Veiligheid en Leefbaarheid
4. Dienstverlening
Verbeterpunten
Wat gaan we daar voor doen* Status (begroting)
Provincie Provincie Rijk Rijk Rijk Rijk Rijk Rijk
Wet BRP Rijk Wet publieke 5. Gezondheid Rijk gezondheid *Vanaf 2016 zal deze informatie opgenomen worden.
Programmabegroting 2015 - 2018
123
124
Programmabegroting 2015 - 2018
Financiële begroting| Overzicht van baten en lasten In de beleidsbegroting zijn per programma en van de algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien de baten en lasten aangegeven. Tevens zijn de algemene dekkingsmiddelen gespecificeerd. In onderstaande tabel staat het totaaloverzicht voor 2013-2015. 2013 2014 (bedragen x € 1.000) Raming van baten en lasten per Lasten Baten Lasten Baten Lasten programma 1. Lokale economie 2.758 591 2.879 935 2.241
2015
2. Ruimtelijk beheer 3. Ruimtelijke ontwikkeling 4. Sociaal domein 5. Bestuur en veiligheid Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal saldo van baten en lasten Beoogde toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per programma: 1. Lokale economie
19.199 4.199 25.089
12.056 19.800
Baten
Saldo
838
-1.403
9.907
15.399
10.063
-5.336
4.538
2.472
1.404
1.700
296
9.494 27.294
10.065
29.084
5.244 -23.840 782 -17.720
2.881
9.566
2.263
8.842
1.673
18.502
871
37.235
1.981
40.005
559
45.561
45.002
64.520 65.334
65.057
67.189
64.188
-3.001
61.682
4
50
215
57
15
2
-13
2. Ruimtelijk beheer
1.618
327
96
548
600
1.927
1.327
3. Ruimtelijke ontwikkeling
1.142
740
146
240
0
200
200
4. Sociaal domein
331
157
408
1117
0
1.018
1.018
5. Bestuur en veiligheid Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal saldo van baten en lasten en mutaties reserves Het gerealiseerde resultaat
247
0
7
5
0
70
70
551
1.297
1386
341
193
667
474
67.092 67.593
67.365
67.997
68.072
75
Het geraamde resultaat
65.575
1.517 -228
75
Programmabegroting 2015 - 2018
125
Lasten en baten per programma 2015 x € 1.000 48.000
45.561
44.000
40.000 36.000 32.000 € (x 1.000)
29.084 28.000 24.000 20.000
Baten
15.399
16.000
12.000
10.063
8.000
4.000
Lasten
18.502
5.244 2.241
3.884
1.404 1.700
838
782
808
559
1: Lokale economie
2: Ruimtelijk beheer
3: Ruimtelijke ontwikkeling
4: Sociaal domein
5: Bestuur en veiligheid
Algemene Mutaties reserves dekkingsmiddelen en onvoorzien
Programma's
In het hiervoor opgenomen overzicht van baten en lasten en op de diverse programma's bij het onderdeel ‘Wat mag het kosten?’ zijn de mutaties in de reserves per programma weergegeven. Dit wordt enkel gedaan om aan te geven waarvoor en op welke onderdelen van de begroting de reserves worden benut. Volgens de begrotingsvoorschriften behoren de mutaties in de reserves niet op de programma's te worden verantwoord, maar moet dit afzonderlijk worden gepresenteerd. In de hiervoor opgenomen grafiek worden de mutaties in de reserves als apart onderdeel weergegeven.
Overzicht van incidentele baten en lasten Met dit overzicht wordt beoogd duidelijkheid te geven omtrent de aard van de baten en lasten. Door een indicatie van de incidentele baten en lasten te geven wordt informatie gegeven die relevant is voor het beoordelen van de financiële positie en de meerjarenraming. Onder incidenteel wordt verstaan baten en lasten die zich niet langer dan drie jaar voordoen. (Bedragen x € 1.000) PG Omschrijving lasten Totaal begroting
2015
2016
2017
2018
67.997 65.955 66.106 66.321
waarvan incidenteel: 4
Bijdrage archeologisch museum Aardenburg
250
4
Achterstallig onderhoud gebouwen
319
4
Afboeken boekwaarden locaties brede scholen
248
2
Basisregistratie Grootschalige Topografie
3
Inhaalslag bestemmingsplannen
75 105
Mutaties reserves: 3 126
Reserve Demografische ontwikkeling: krimpmaatstaf algemene uitkering Programmabegroting 2015 - 2018
111
86
45
Totaal incidentele lasten Totaal structurele lasten
1.108
86
0
45
66.889 65.869 66.106 66.276
PG Omschrijving baten Totaal begroting
68.073 66.091 66.284 66.542
waarvan incidenteel: 6
Krimpmaatstaf algemene uitkering
111
Mutaties reserves: 2 4 4 6 4 3
Algemene reserve: Basisregistratie Grootschalige Topografie Algemene reserve: afboeken boekwaarden locaties brede scholen Algemene reserve: bijdrage archeologisch museum Aardenburg Algemene reserve: dekking tekort Reserve onderhoud gebouwen: achterstallig onderhoud Egalisatiereserve bestemmingsplannen: inhaalslag Totaal incidentele baten Totaal structurele baten Totaal saldo incidentele lasten en baten Saldi begroting 2015-2018 Saldi gecorrigeerd met incidentele lasten en baten
75 248 250 551 319
86
45
105 1.659
86
0
45
66.389 66.005 66.284 66.497 551
0
0
0
75
137
178
222
-476
137
178
222
Overzicht van structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves Op grond van de begrotingsvoorschriften dient in de begroting een overzicht opgenomen te worden van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
Structurele onttrekkingen reserves: Reserve infrastructuur
194
104
87
71
Reserve demografische ontwikkelingen
125
124
122
122
Egalisatiereserve kapitaallasten
316
304
299
295
Totaal structurele onttrekkingen reserves
635
532
508
488
Reserve infrastructuur
15
15
15
15
Egalisatiereserve kapitaallasten
81
81
81
81
Totaal structurele toevoegingen reserves
96
96
96
96
Structurele toevoegingen reserves:
Programmabegroting 2015 - 2018
127
Financiële begroting|Uiteenzetting financiële positie Inleiding en samenvatting De financiële begroting heeft de volgende doelen: - Autorisatie: na vaststelling door de gemeenteraad goedkeuring geven aan het doen van uitgaven - Allocatie: keuzes maken voor welke taken de middelen worden ingezet - Inzicht: verschaft inzicht in de financiële positie, ook op lange termijn Hoewel in het programmaplan eveneens meerjarige cijfers per programma zijn opgenomen, heeft dit deel tot doel daar een nadere toelichting op te geven. In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) zijn eisen gesteld aan specifieke informatie die moet zijn opgenomen in de financiële begroting. Deze verplichte onderwerpen zijn uitgangspunt voor de structuur van dit gedeelte van de programmabegroting. In juni 2014 heeft u kennis genomen van de financiële update en heeft u ingestemd met de verdere uitwerking van de aangedragen oplossingsrichtingen in deze begroting. Het aangepaste meerjarenperspectief in deze update liet de volgende tekorten zien: bedragen x € 1.000 Aangepast meerjarenperspectief update
na financiële
2015 -1.397
2016 -1.587
2017 -1.756
2018 -1.720
De in de financiële update aangedragen oplossingen voor genoemde tekorten zijn verwerkt in deze begroting en worden hieronder opgesomd: Doorberekenen BTW investeringen in de riolering in de rioolheffing Efficiencyslag organisatie
430
455
475
485
700
850
850
850
Verlagen van de post onvoorzien
100
100
100
100
Schrappen stelpost onderhoud gebouwen
178
169
235
235
0
13
96
50
1.408
1.574
1.660
1.670
11
0
0
0
Algemene reserve Totaal dekkingsmiddelen Prognose saldo begroting bij financiële update
De financiële update gaf een globaal beeld van de cijfers. Het uiteindelijke meerjarenperspectief wijkt hiervan met name in 2015 van af. Oorzaak hiervan is de structurele doorwerking van de zomernota 2014. Na verwerking van de financiële update (incl. de gevolgen van de meicirculaire 2014) en verdere verfijning van de cijfers geeft de begroting 2015 en het meerjarenperspectief 20162018 het volgende beeld: bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
Saldi na verwerking financiële update en zomernota Deze saldi zijn vervolgens op de volgende onderdelen gewijzigd: - Inflatiecorrectie diverse belastingen
-155*
-86
24
19
-40
-81
-121
-166
20
67
121
169
-
Inflatiecorrectie diverse uitgavenposten
128
Programmabegroting 2015 - 2018
-
Schrappen onttrekkingen algemene reserve zoals aangegeven bij de financiële update Saldi na aanpassingen Voorstel dekking: -
Gelet op de opbrengsten in voorgaande jaren en de bouwplannen die op stapel staan, de opbrengst aan bouwleges structureel verhogen met € 100.000 Extra opbrengst verkoop gemeente-eigendommen
Aangepast meerjarenperspectief
-13
-96
-50
-175
-113
-72
-28
100 150
100 150
100 150
100 150
75
137
178
222
De septembercirculaire Gemeentefonds 2014 kan nog invloed hebben op bovenstaande cijfers. Nog te realiseren stelposten 2015-2018: In de begroting 2015-2018 is een aantal nog te realiseren ruimtescheppende maatregelen opgenomen, van € 1.184.000 in 2015 tot € 1.561.000 in 2018, gespecificeerd als volgt: bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
Bezuinigingen op voorzieningen
256
265
274
287
Onderbesteding investeringen
500
500
500
500
32
25
19
13
304
215
300
300
7
41
71
158
85
85
85
85
Inkoopvoordeel Opbrengst verkoop gemeente-eigendommen Bewust formatiebeleid Kwaliteitsimpuls stranden (kadernota 2012-2015) Efficiencyslag organisatie/versoberde uitvoering taken/ doorberekenen personeelslasten aan projecten* Totaal
0 417 306 218 1.184 1.548 1.555 1.561
* Dit is het nog in te vullen gedeelte van het genoemde bedrag ad € 700.000 in 2015 oplopend tot € 850.000 in 2018 in hoofdstuk 4 (oplossingrichtingen) van de financiële update juni 2014. In de loop van 2015 wordt op de realisering hiervan in de rapportages teruggekomen. Uitgangspunten begroting 2015-2018 Voor de begroting 2015-2018 zijn onderstaande uitgangspunten gehanteerd. Besluiten met financiële consequenties Begrotingswijzigingen tot en met de raadsvergadering van 25 juni 2014 zijn verwerkt in deze begroting. In deze begroting is eveneens rekening gehouden met de meerjarige gevolgen van de Zomernota 2014. Aantal inwoners In de lopende meerjarenbegroting is rekening gehouden met een daling van het aantal inwoners met 55 per jaar. Voor de berekening van de algemene uitkering dient hierin een specificatie aangebracht te worden in: - Inwoners < 20 jaar - Inwoners > 64 jaar - Inwoners 75 – 85 jaar
Programmabegroting 2015 - 2018
129
Aantal woonruimten Bij het bepalen van het aantal woonruimten als maatstaf in de algemene uitkering wordt uitgegaan van de gegevens volgens de definities van de BAG. In de begroting is uitgegaan van een toename van het aantal woonruimten met 50 per jaar. Nieuwe ontwikkelingen De financiële positie van de gemeente maakt inzet van (extra) middelen alleen mogelijk als er op andere onderdelen bezuinigd wordt of nieuwe inkomstenbronnen worden aangeboord. Extreme belastingverhoging hoort daar niet bij. Indien er noodzaak is voor belastingverhoging, willen we dit relateren aan het kunnen opvangen van de loon- en prijsstijgingen. Algemene uitkering Bij de berekening van de algemene uitkering is uitgegaan van de meicirculaire Gemeentefonds 2014. In de financiële update van juni 2014 is aangegeven op welke onderdelen de algemene uitkering ten opzichte van de septembercirculaire 2013 is gewijzigd. De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op de decentralisaties in het sociaal domein, het groot onderhoud (herijking) van het Gemeentefonds, de verlaging van de integratie-uitkering Wmo voor de huishoudelijke voorzieningen, de overheveling van het buitenonderhoud van de schoolgebouwen van het primair en speciaal onderwijs naar de schoolbesturen. Decentralisatie van taken Per 1 januari 2015 worden de taken op het gebied van jeugdzorg, Wmo en Participatie overgedragen aan de gemeenten. Conform de kaderstelling door de raad zijn de budgetten budgettair neutraal in de begroting verwerkt. Voor nadere informatie over het sociaal domein wordt verwezen naar programma 4. Personeelslasten In de meerjarenraming is uitgegaan van een jaarlijkse stijging van de personeelslasten met 1%. Onvoorzien De gemeente is verplicht een reële post onvoorzien op te nemen. De provincie heeft besloten om niet langer algemene richtlijnen (normbedragen) voor de minimale omvang van de algemene reserve en de post onvoorzien op te nemen. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing dient de onderbouwing van benodigde omvang van de weerstandscapaciteit, waarvan onvoorzien deel uitmaakt, te worden opgenomen. In de begroting is conform de financiële update van juni 2014 rekening gehouden met een structurele raming van € 50.000. Dividend Delta In de richtlijnen van de Provincie Zeeland wordt het dringende advies gegeven om met ingang van het begrotingsjaar 2015 maximaal het gemeentelijk aandeel in een totale dividenduitkering van € 20 miljoen als structureel dekkingsmiddel te ramen. Of daarnaast ook nog een incidentele component kan worden geraamd is geheel afhankelijk van de ten tijde van de vaststelling van de begroting geldende prognoses van Delta. Voorzichtigheidshalve adviseert de provincie deze pas te ramen in het jaar van vaststelling van het dividend. In de begroting is rekening gehouden met het advies van de provincie en is structureel een dividend geraamd van € 650.000. Rentebeleid investeringen / reserves en voorzieningen Voor de berekening van de kapitaallasten voor investeringen 2015 en volgende jaren is bij het renteonderdeel uitgegaan van het omslagpercentage.
130
Programmabegroting 2015 - 2018
Conform de uitgangspunten van de perspectievennota 2014-2017 wordt ingaand 2015 geen rente meer berekend over de reserves, met uitzondering van de egalisatiereserve kapitaallasten. Gemeenschappelijke regelingen VZG-richtlijn 2015: voor het bepalen van de richtlijn sluit de VZG aan bij de prijsmutatie van het Bruto Binnenlands Product zoals gepubliceerd in de septembercirculaire. Het is een door het Rijk op veel beleidsterreinen gehanteerde maat voor inflatie. Als vast uitgangspunt voor de VZG-richtlijn voor het betreffende begrotingsjaar (t) hanteert de VZG de prognose voor het daaraan voorafgaande jaar (t-1) welke is gepubliceerd in september daaraan voorafgaand (t-2). Voor het begrotingsjaar 2015 wordt de prognose voor 2014 gehanteerd, welke is gepubliceerd in september 2013. Op basis hiervan betekent dit een toegestane inflatiecorrectie in de begroting 2015 van gemeenschappelijke regelingen van 1,4%. Vervolgens is de beleidslijn gehandhaafd om gemeenschappelijke regelingen, in verband met een toenemende druk op de gemeentelijke financiën o.a. als gevolg van afnemende uitkeringen uit het gemeentefonds, voor de jaren 2012 tot en met 2015 taakstellend een structurele bezuiniging op te leggen van 2% per jaar en gelet op de omvang van de bezuinigingsopgaven voor gemeenten de taakstellende bezuiniging van 2% per jaar door te trekken naar de jaren 2016 en 2017. Samenvattend betekent dit het volgende: 2015
2016
2017
2018
Toegestane inflatie
1,4%
pm
pm
pm
Bezuiniging Mutatie t.o.v. vorig jaar Cumulatief
-2,0%
-2,0%
-2,0%
0%
-0,6%
-2,0%
-2,0%
0%
-0,6%
-2,6%
-4,6%
-4,6%
Belastingen, rechten en heffingen Verwezen wordt naar de paragraaf Lokale heffingen. Reserves en voorzieningen In het Besluit Begroting en Verantwoording wordt onderscheid gemaakt tussen reserves en voorzieningen. Het belangrijkste verschil tussen reserves en voorzieningen is dat de raad bij de reserves een grote mate van vrijheid heeft om de bestemming van de reserves te wijzigen. Zolang de raad de bestemming van geoormerkt geld kan veranderen is er sprake van een bestemmingsreserve. De reserves worden dan ook gerekend tot het eigen vermogen van de gemeente. In de balans worden de reserves onderscheiden naar: - De algemene reserve - Bestemmingsreserves: dit zijn reserves waaraan de gemeenteraad een bepaalde bestemming heeft gegeven Bij voorzieningen ligt de besteding vast, in de meeste gevallen is er sprake van concrete verplichtingen. Voorzieningen worden gerekend tot het vreemd vermogen van de gemeente. Voorzieningen worden gevormd wegens: - Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs is in te schatten - Op de balansdatum bestaande risico’s over bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten Programmabegroting 2015 - 2018
131
-
Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren
Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Vanaf 2004 dienen ingevolge het Besluit begroting en verantwoording alle onttrekkingen en toevoegingen aan reserves apart inzichtelijk te worden gemaakt. In het overzicht van baten en lasten wordt in eerste instantie het saldo van baten en lasten aangegeven. Vervolgens wordt aangegeven welke bedragen aan reserves worden onttrokken of toegevoegd. Bij het onderdeel ‘Wat mag het kosten?’ van de verschillende programma’s zijn eveneens de betreffende mutaties opgenomen. Na deze mutaties volgt het geraamde resultaat. Hierdoor wordt het inzicht voor de raad in de begroting en de financiële positie verbeterd. Dit betekent dat het rechtstreeks, dat wil zeggen via de exploitatie, aan reserves toevoegen en onttrekken van middelen niet is toegestaan. Ook het direct toerekenen van rente aan reserves is niet toegestaan. Dit dient via de resultaatbestemming plaats te vinden. Naast het Besluit begroting en verantwoording is de op 27 september 2012 vastgestelde nota reservebeleid 2013-2016 van toepassing. In deze nota is, voor zover van toepassing, per reserve/voorziening in beeld gebracht: - Het doel van de reserve/voorziening - De voeding en onttrekkingen - De maximale hoogte en maximale looptijd - Bijzonderheden In het volgende overzicht wordt een totaalbeeld gegeven van de stand van de reserves en voorzieningen.
132
Programmabegroting 2015 - 2018
Overzicht reserves en voorzieningen Algemene reserves: Algemene reserve Totaal algemene reserves
Saldo per Vermeerd. Vermind. Saldo per Saldo per Saldo per Saldo per 1-1-2015 31-12-2015 31-12-2016 31-12-2017 31-12-2018 9.530.516 9.530.516
Bestemmingsreserves: Grondexploitatie: algemene reserve 371.997 Infrastructuur 1.778.659 Demografische ontwikkelingen 1.176.116 Explosievenruiming 653.446 Reserve sociaal domein 252.500 Egalisatiereserve kapitaallasten 3.758.211 Tariefegalisatiereserve afvalstoffenheffing 1.397.191 Tariefegalisatiereserve rioolheffing 4.922.838 Restauratie monumenten 67.603 Egalisatiereserve bodemsanering 79.038 Egalisatiereserve bestemmingsplannen 237.747 Egalisatiereserve duurzaamheid 31.036 Reserve Rekenkamercommissie 15.448 Reserve onderhoud gebouwen 1.592.296 Reserve bedrijfsvoering 505.000 Reserve recreatievisie 174.500 Reserve Kinderopvang 70.790 Gem. onderwijsachterstandenbeleid 96.894 Totaal bestemmingsreserves 17.181.310 Totaal reserves Voorzieningen Rood-voor-groen Herstructurering Volkshuisvesting ISV-Multifunctioneel centrum SDV-Multifunctioneel centrum Voorziening wethouderspensioenen Voorziening ontmanteling maatsch werk Voorziening individueel loopbaanbudget Voorziening groen Voorziening wegen Voorziening uitbreiding parkeercapaciteit Voorziening stim recreatieve sector (roodvoor-rood) Totaal voorzieningen Totaal
0
1.300.798 1.300.798
15.000 111.222
194.240 124.643
681.290 412
316.141 600.000 926.446
105.000
318.573
8.229.718 8.229.718
8.103.627 8.002.955 7.932.955 8.103.627 8.002.955 7.932.955
371.997 1.599.419 1.162.695 653.446 252.500 4.123.360 797.603 3.996.392 67.603 79.038 132.747 31.036 15.448 1.273.723 505.000 174.500 70.790 96.894 15.404.191
371.997 371.997 371.997 1.557.629 1.557.289 1.500.799 1.039.086 916.566 794.046 653.446 653.446 653.446 252.500 252.500 252.500 3.900.612 3.682.510 3.469.060 785.937 754.922 757.595 3.025.848 2.013.354 1.015.253 67.603 67.603 67.603 79.038 79.038 79.038 132.747 132.747 132.747 31.036 31.036 31.036 15.448 15.448 15.448 1.187.338 1.187.338 1.142.338 505.000 505.000 505.000 174.500 174.500 174.500 70.790 70.790 70.790 96.894 96.894 96.894 13.947.449 12.562.978 11.130.090
807.924
2.585.043
26.711.826
807.924
3.885.841 23.633.909 22.051.076 20.565.933 19.063.045
1.978.886 256.120 210.207 158.823 1.547.009 71.198 97.000 85.636 509.951 74.750
11.588
91.104
1.750.000 6.739.580
11.588
33.451.406
819.512
91.104
1.990.474 256.120 210.207 158.823 1.455.905 71.198 97.000 85.636 509.951 74.750
2.002.062 2.013.650 2.025.238 256.120 256.120 256.120 210.207 210.207 210.207 158.823 158.823 158.823 1.364.801 1.273.697 1.182.593 71.198 71.198 71.198 97.000 97.000 97.000 85.636 85.636 85.636 509.951 509.951 509.951 74.750 74.750 74.750
1.750.000 6.660.064
1.750.000 1.750.000 1.750.000 6.580.548 6.501.032 6.421.516
3.976.945 30.293.973 28.631.624 27.066.965 25.484.561
De belangrijkste mutaties betreffen: bedragen x € 1.000 Algemene reserve: - Onttrekking ten behoeve van opvang frictiekosten RUD - Basisregistratie grootschalige topografie - Eenmalige bijdrage museum Aardenburg - Afwaardering gebouwen als gevolg van bouw brede school Oostburg - Nieuwbouw brede school Oostburg - Perspectievennota 2013-2016: begrotingstekort 2015 Reserve infrastructuur: - Beheerplan wegen - Winkelcentrum Sluis - Bijdrage Stichting Ondernemersfonds Oostburg - Beheerplan wegen
2015
2016
2017
2018
-126
-101
-70
-98 -6 15 47
-81 -6 15 72
-65 -6 15
-18 -75 -250 -247 -160 -551 -188 -6 15
Programmabegroting 2015 - 2018
133
Tariefegalisatiereserve afvalstoffenheffing: - Saldo baten en lasten huisvuil - Toevoeging aan egalisatiereserve kapitaallasten tbv investering ondergrondse containers Tariefegalisatiereserve rioolheffing: - Saldo baten en lasten zorgplicht grond-, hemel- en afvoerwater Reserve demografische ontwikkelingen: - Apparaatskosten Transformatieplan Aantrekkelijk Oostburg - Apparaatskosten krimp - Krimpmaatstaf algemene uitkering (t/m 2015) Egalisatiereserve kapitaallasten: - Dekking kapitaallasten investeringen met een economisch nut - Toevoeging van tariefegalisatiereserve afvalstoffenheffing tbv investering ondergrondse containers - Rentebijschrijving Reserve onderhoud gebouwen: - Achterstallig onderhoud gebouwen Egalisatiereserve bestemmingsplannen: - Inhaalslag bestemmingsplannen Voorziening rood voor groen: - Kwaliteitsslag recreatiebedrijven (jaarlijkse storting 2009 t/m 2018) Voorziening wethouderspensioenen
-12
-31
3
-926
-971
-1.012
-998
-55 -70 111
-54 -70
-53 -69
-53 -69
-316
-304
-299
-295
600 81
81
81
81
-319
-86
-600
-45
-105
12 -91
12 -91
12 -91
12 -91
Investeringsplan 2015-2018 In het hierna volgende overzicht is per jaar het totale investeringsbedrag en de kapitaallasten weergegeven. Bij de berekening van de kapitaallasten zijn de uitgangspunten van de op 27 september 2012 vastgestelde nota activering, waardering en afschrijving vaste activa 20132016 gehanteerd. bedragen x € 1.000
2015
2016
2017
2018
8.578
3.820
3.856
3.377
1.987
347
452
399
15
15
15
15
10.580
4.182
4.323
3.791
398
844
1.083
1.249
69
215
321
430
60
122
180
187
52
103
103
102
Materiële vaste activa: -
Investeringen economisch nut Investeringen maatschappelijk nut Financiële vaste activa Totaalbedrag investeringen Kapitaallasten (cumulatief) Dekking uit tariefegalisatiereserve rioolheffing Dekking uit tariefegalisatiereserve afvalstoffenheffing Dekking uit parkeerbelastingen
De investeringen treft u aan in bijlage 1. De kapitaallasten die eventueel voortvloeien uit deze investeringen zijn onder de lasten van de diverse programma’s geraamd. Vaststelling van de programmabegroting 2015 houdt tevens in het beschikbaar stellen van de kredieten 134
Programmabegroting 2015 - 2018
uit de kolom 2015 van het investeringsplan 2015-2018 (zie bijlage), m.u.v. de investeringen die voortvloeien uit de parkeervisie en het Transformatieplan Oostburg (infrastructuur).
Arbeidskostengerelateerde verplichtingen In het Besluit begroting en verantwoording is opgenomen dat geen voorzieningen worden getroffen voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume. Deze verplichtingen dienen wel expliciet in de begroting en meerjarenraming te worden verwerkt. Bovendien dienen wel voorzieningen te worden getroffen voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen met een niet jaarlijks vergelijkbaar volume. Met andere woorden: als het desbetreffende bedrag van de verplichting jaarlijks vermoedelijk fluctueert of oploopt dient wel een voorziening getroffen te worden. Pensioenen wethouders De pensioenverplichtingen zijn in de vorm van een verzekering of koopsom ondergebracht bij een verzekeringsmaatschappij. IZA-premies gepensioneerden Omdat hierbij sprake is van een nagenoeg gelijk volume wordt er geen voorziening gevormd. De huidige situatie van het opnemen van de jaarpremie als last in de exploitatie wordt dus gehandhaafd.
Programmabegroting 2015 - 2018
135
136
Programmabegroting 2015 - 2018
Bijlage 1 | Investeringsplan INVESTERINGSPLAN 2015-2018 2015 PG Prod. Omschrijving Programma 1 - Lokale economie: 1 31000 Vervanging meterkasten markten en evenementen 1 56020 Vernieuwing strandposten 2015 1 56020 Vernieuwing strandposten 2016 1 56020 Vernieuwing strandposten 2017 Subtotaal programma 1:
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21400 21400 21400
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
21400 56000 56000 56000 56000 58000 58000 58000 58000 72100
Programma 2 - Ruimtelijk beheer: Transformatieplan Oostburg (infrastructuur) 2015 Omvormen halfverharding 2015 Omvormen halfverharding 2016 Omvormen halfverharding 2017 Omvormen halfverharding 2018 Vervanging openbare verlichting 2015 (masten) Vervanging openbare verlichting 2016 (masten) Vervanging openbare verlichting 2017 (masten) Vervanging openbare verlichting 2018 (masten) Vervanging openbare verlichting 2015 (armaturen) Vervanging openbare verlichting 2016 (armaturen) Vervanging openbare verlichting 2017 (armaturen) Vervanging openbare verlichting 2018 (armaturen) Oplossen parkeerproblematiek Sluis * Oplossen parkeerproblematiek Sluis * Oplossen parkeerproblematiek Sluis * * dekking uit meeropbrengst parkeerbelastingen Vervanging 7 ticketautomaten Duurzaam onderhoud bruggen 2015 Duurzaam onderhoud bruggen 2016 Duurzaam onderhoud bruggen 2017 Duurzaam onderhoud bruggen 2018 Speelterreinen 2015 Speelterreinen 2016 Speelterreinen 2017 Speelterreinen 2018 Huisvuilcontainers tbv inz. restafval/gft 2016 **
Lasten
2016 Baten
12.000
Lasten
12.000
Lasten
2018 Baten
Lasten
Baten
-
-
-
12.000
60.000 60.000 72.000
-
72.000
-
60.000 72.000
1.500.000 70.020 72.120 74.284 76.512 126.200 126.200 126.200 126.200 108.335 108.335 108.335 108.335 1.240.000 825.000 75.000 91.800 38.200 24.900 42.865 38.300 144.130 15.000 100.000 50.000 500.000
2 72100 Huisvuilcontainers tbv inz. restafval/gft 2017 ** 2 72100 Ondergrondse containers **
2017 Baten
500.000 600.000
** dekking uit reserve afvalstoffen 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
GRP 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200
Maatregelen stedelijk waterplan Het Heem Breskens Het Heem Cadzand-Bad Duindoornstraat Groede Ellenstraat Groede Markt Groede Brouwerijstraat IJzendijke Landpoortstraat/Oranjestraat/Lakenstr Schoondijke Dorpsplein Sluis Grote Maagdenstraat-Klokstraat Aardenburg Landstraat-Ruiterskwartier Aardenburg St. Bavostraat/Tuimelsteenstraat e.o. Aardenburg Spindlerpad/voetbalveld Breskens Gerritsenstraat Breskens Blankenstraat Breskens Vogelenzang/brandgang Cadzand-Bad Boulevard de Wielingen-afkoppelvisie
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200
Cadzand-Bad 2016-1 Cadzand-Bad 2016-2 IJzendijke Raveleijnstraat/Blindehoek e.o. Breskens Molenwater Hoofdplaat Kersenlaan IJzendijke Slijpstraat/Kazernestraat e.o. Oostburg centrumgebied/Transformatieplan Schoondijke Dorpsstraat Sluis Bedrijventerrein Industrieweg Zuidzande Oostburgsestraat achterzijde Vervanging vrijverval riolering 2018 Afkoppelen Breskens Het Heem Afkoppelen Cadzand-Bad Duindoornstraat Afkoppelen Groede Brouwerijstraat Afkoppelen IJdijke Landpoortstr/Oranjestr/Lakenstr
2 72200 Afkoppelen Schoondijke Dorpsplein 2 72200 Afkoppelen Sluis Grote Maagdenstraat-Klokstraat
150.000 994.500 146.880 57.375 107.100 149.175 340.235 516.375 459.000 350.000 226.800 52.000 145.350 139.230 183.600 344.250 191.250 61.200 459.000 104.000 145.350 256.275 221.850 516.375 257.805 179.400 2.270.000 350.000 81.600 112.625 189.125 344.250 255.000
Programmabegroting 2015 - 2018
137
INVESTERINGSPLAN 2015-2018 PG Prod. Omschrijving
bala ns
Programma 1 - Lokale economie: 1 31000 Vervanging meterkasten markten en evenementen ME
AT
2015
KAPITAALLASTEN 2016 2017
2018
10
1.200
2.634
4.041
4.223
ME ME ME
15 15 15
4.000 5.200
5.211 4.000 11.845
5.125 5.211 4.000 18.377
5.038 5.125 5.211 19.597
MM MM MM MM MM MM MM MM MM MM MM MM MM ME ME ME
25 25 25 25 25 40 40 40 40 20 20 20 20 40 40 10
60.000 2.801 3.155 5.417 31.000 20.625 -
91.147 4.255 2.885 5.816 3.155 7.643 5.417 57.151 38.024 7.500
89.849 4.194 4.382 2.971 5.748 5.816 3.155 7.526 7.643 5.417 56.480 37.578 8.960
88.552 4.134 4.320 4.514 3.060 5.680 5.748 5.816 3.155 7.409 7.526 7.643 5.417 55.810 37.131 8.798
ME MM MM MM MM MM MM MM MM ME
10 10 10 10 10 10 10 10 10 10
3.820 14.413 -
9.180 4.564 2.490 17.219 1.500 50.000
10.967 4.481 2.975 4.287 16.907 1.792 10.000 59.734
10.769 4.398 2.921 5.121 3.830 16.595 1.760 11.947 5.000 58.652
2 72100 Huisvuilcontainers tbv inz. restafval/gft 2017 **
ME
10
-
-
50.000
59.734
2 72100 Ondergrondse containers **
ME
10
60.000
71.680
70.382
69.085
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
GRP 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200
Maatregelen stedelijk waterplan Het Heem ME Breskens Het Heem ME Cadzand-Bad Duindoornstraat ME Groede Ellenstraat ME Groede Markt ME Groede Brouwerijstraat ME IJzendijke Landpoortstraat/Oranjestraat/Lakenstr ME Schoondijke Dorpsplein ME Sluis Grote Maagdenstraat-Klokstraat ME Aardenburg Landstraat-Ruiterskwartier ME Aardenburg St. Bavostraat/Tuimelsteenstraat e.o. ME Aardenburg Spindlerpad/voetbalveld ME Breskens Gerritsenstraat ME Breskens Blankenstraat ME Breskens Vogelenzang/brandgang ME Cadzand-Bad Boulevard de Wielingen-afkoppelvisieME
80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80
1.875 12.431 1.836 717 1.339 1.865 4.253 6.455 5.738 -
5.079 33.673 4.973 1.943 3.626 5.051 11.520 17.484 15.542 4.375 2.835 650 1.817 1.740 2.295 4.303
5.038 33.405 4.934 1.927 3.597 5.011 11.428 17.345 15.417 11.851 7.679 1.761 4.921 4.714 6.217 11.656
4.998 33.136 4.894 1.912 3.568 4.970 11.336 17.205 15.293 11.756 7.618 1.747 4.882 4.677 6.167 11.563
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200
Cadzand-Bad 2016-1 Cadzand-Bad 2016-2 IJzendijke Raveleijnstraat/Blindehoek e.o. Breskens Molenwater Hoofdplaat Kersenlaan IJzendijke Slijpstraat/Kazernestraat e.o. Oostburg centrumgebied/Transformatieplan Schoondijke Dorpsstraat Sluis Bedrijventerrein Industrieweg Zuidzande Oostburgsestraat achterzijde Vervanging vrijverval riolering 2018 Afkoppelen Breskens Het Heem Afkoppelen Cadzand-Bad Duindoornstraat Afkoppelen Groede Brouwerijstraat Afkoppelen IJdijke Landpoortstr/Oranjestr/Lakenstr
ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME
80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80
4.375 1.020 1.408 2.364
2.391 765 5.738 11.851 2.763 3.813 6.404
6.476 2.072 15.542 1.300 1.817 3.203 2.773 6.455 3.223 2.243 11.756 2.741 3.783 6.353
6.424 2.056 15.417 3.521 4.921 8.677 7.512 17.484 8.729 6.074 28.375 11.662 2.719 3.753 6.301
2 72200 Afkoppelen Schoondijke Dorpsplein ME 2 72200 Afkoppelen Sluis Grote Maagdenstraat-Klokstraat ME
80 80
4.303 3.188
11.656 8.634
11.563 8.565
11.470 8.496
1 56020 Vernieuwing strandposten 2015 1 56020 Vernieuwing strandposten 2016 1 56020 Vernieuwing strandposten 2017 Subtotaal programma 1:
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21000 21400 21400 21400
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
21400 56000 56000 56000 56000 58000 58000 58000 58000 72100
Programma 2 - Ruimtelijk beheer: Transformatieplan Oostburg (infrastructuur) 2015 Omvormen halfverharding 2015 Omvormen halfverharding 2016 Omvormen halfverharding 2017 Omvormen halfverharding 2018 Vervanging openbare verlichting 2015 (masten) Vervanging openbare verlichting 2016 (masten) Vervanging openbare verlichting 2017 (masten) Vervanging openbare verlichting 2018 (masten) Vervanging openbare verlichting 2015 (armaturen) Vervanging openbare verlichting 2016 (armaturen) Vervanging openbare verlichting 2017 (armaturen) Vervanging openbare verlichting 2018 (armaturen) Uitbr. bet. parkeren Maria- en Havenpolder Sluis * Parkeerterrein Kloosterstraat en Zijddijkstraat * Apparatuur Kloosterstraat en Zijddijkstraat * * dekking uit meeropbrengst parkeerbelastingen Vervanging 7 ticketautomaten Duurzaam onderhoud bruggen 2015 Duurzaam onderhoud bruggen 2016 Duurzaam onderhoud bruggen 2017 Duurzaam onderhoud bruggen 2018 Speelterreinen 2015 Speelterreinen 2016 Speelterreinen 2017 Speelterreinen 2018 Huisvuilcontainers tbv inz. restafval/gft 2016 **
** dekking uit reserve afvalstoffen
138
Programmabegroting 2015 - 2018
INVESTERINGSPLAN 2015-2018 2015 PG Prod. Omschrijving
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200
Afkoppelen Cadzand-Bad Boulevard de Wielingen Afkoppelen IJdijke Raveleijnstraat/Blindehoek e.o. Afkoppelen Eede Zwaanstraat Afkoppelen Hoofdplaat Kersenlaan Afkoppelen Oburg centrumgebied/Transform.plan Afkoppelen Retranchement Molenstraat Afkoppelen Schoondijke Dorpsstraat Afkoppelen Sluis Bedrijventerrein Industrieweg Afkoppelen Schoondijke Bernhardstraat Afkoppelen St. Anna ter Muiden Maatregelen stedelijk waterplan Eede Vervangen gemalen bouwkundig 2015 Vervangen gemalen bouwkundig 2016 Vervangen gemalen bouwkundig 2017 Vervangen gemalen bouwkundig 2018 Vervangen gemalen mechanisch 2015 Vervangen gemalen mechanisch 2016 Vervangen gemalen mechanisch 2017 Vervangen gemalen mechanisch 2018 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2015 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2016 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2017 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2018 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2015 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2016 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2017 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2018 Vervangen drukrioolunits electrisch 2015 Vervangen drukrioolunits electrisch 2016 Vervangen drukrioolunits electrisch 2017 Vervangen drukrioolunits electrisch 2018 GRP: dekking uit rioolrecht Subtotaal programma 2:
Programma 3 - Ruimtelijke ontwikkeling: 9 82000 17 Oktoberplein 6 IJzendijke, vervangen kozijnen 9 82000 Clubgebouw O'burg, verv. dakbedekking 9 82000 Clubgebouw scouting/drumband O'burg diversen Subtotaal programma 3: Programma 4 - Sociaal domein: OBS Cadzand, vervangen dakbedekking RK de Hoge Plaat Hoofdplaat, verv. boeiboorden RK Molenbolwerk IJzendijke, verv. dakbedekking De Eenhoorn, vervangen dakbedekking De Eenhoorn, revisie beweegbare vloer zwembad De Eenhoorn, vloer,plafond,div installaties Gymlokaal Aardenburg, vervangen kozijnen Gymlokaal IJzendijke/bitumen dakbedekking Clubgebouw boldersclub Aburg, vervangen kozijnen
4 4 4 4 4 4 4 4 4
42100 42100 42100 53010 53010 53010 53010 53010 53010
4 4 4 4 4 4 4 4
53010 Bolclubgebouw Breskens, vervangen kozijnen 53100 Sportcomplex Breskens, dakbedekking etc. 53100 Kleedacco voetbal Breskens, vervangen boiler 54000 Ledeltheater, vervangen koeling-splitunit 54100 Belfort Sluis, verv electrische besturing lift 67000 MFC Zuidzande, vervangen kozijnen 67000 MFC Sluis, klimaatregeling 67000 MFC Sluis, vervangen brandmeldcentrale Subtotaal programma 4:
5 5 5 5 5 5 5 5 5 5
Programma 5 - Bestuur en veiligheid: 00900 Fietsproject 00900 Financial lease econocom 2015 00900 Aanschaf 40 iPads 2017 00900 GW Breskens/overheaddeur 00900 centrale werkplaats oostburg/lichtstraat 00900 centrale werkplaats oostburg/dakbedekking 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2015 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2016 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2017 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2018 Subtotaal programma 5: Totaal investeringsplan 2015-2018
Lasten
2016 Baten
Lasten
2017 Baten
Lasten
2018 Baten
Lasten
Baten
191.250 255.000 148.750 80.750 313.650 85.000 202.725 156.825 113.450 454.750 161.000 16.800 16.800 16.800 16.800 30.000 30.000 30.000 30.000 87.000 87.000 87.000 87.000 72.500 72.500 72.500 72.500 50.000 50.000 50.000 50.000 9.322.425
-
3.868.585
-
3.876.739
-
3.493.847
-
-
93.000 93.000
-
90.750 30.745 -
-
30.745
-
90.750
26.975 14.120 28.775 102.015 12.605 218.025 20.170 19.260 12.605 10.085 13.727 10.500 12.605 27.310 32.770 10.000 16.800 422.672
-
15.000 490.206
80.330
-
15.000
56.085
-
15.000
29.260
-
15.000
21.500 15.000 10.000 35.000 257.946 115.000 191.000 763.152
-
130.000
-
227.500
-
100.000 175.000
-
10.580.249
-
4.181.660
-
4.323.074
-
3.791.107
-
Programmabegroting 2015 - 2018
139
INVESTERINGSPLAN 2015-2018 PG Prod. Omschrijving
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200 72200
Afkoppelen Cadzand-Bad Boulevard de Wielingen Afkoppelen IJdijke Raveleijnstraat/Blindehoek e.o. Afkoppelen Eede Zwaanstraat Afkoppelen Hoofdplaat Kersenlaan Afkoppelen Oburg centrumgebied/Transform.plan Afkoppelen Retranchement Molenstraat Afkoppelen Schoondijke Dorpsstraat Afkoppelen Sluis Bedrijventerrein Industrieweg Afkoppelen Schoondijke Bernhardstraat Afkoppelen St. Anna ter Muiden Maatregelen stedelijk waterplan Eede Vervangen gemalen bouwkundig 2015 Vervangen gemalen bouwkundig 2016 Vervangen gemalen bouwkundig 2017 Vervangen gemalen bouwkundig 2018 Vervangen gemalen mechanisch 2015 Vervangen gemalen mechanisch 2016 Vervangen gemalen mechanisch 2017 Vervangen gemalen mechanisch 2018 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2015 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2016 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2017 Vervangen gemalen electrisch/MacTek 2018 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2015 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2016 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2017 Verv gemalen/drukrioolunits rioolpersleiding 2018 Vervangen drukrioolunits electrisch 2015 Vervangen drukrioolunits electrisch 2016 Vervangen drukrioolunits electrisch 2017 Vervangen drukrioolunits electrisch 2018 GRP: dekking uit rioolrecht Subtotaal programma 2:
9 9 9
Programma 3 - Ruimtelijke ontwikkeling: 82000 17 Oktoberplein 6 IJzendijke, vervangen kozijnen 82000 Clubgebouw O'burg, verv. dakbedekking 82000 Clubgebouw scouting/drumband O'burg diversen Subtotaal programma 3:
4 4 4 4 4 4 4 4 4
42100 42100 42100 53010 53010 53010 53010 53010 53010
4 4 4 4 4 4 4 4
53010 Bolclubgebouw Breskens, vervangen kozijnen 53100 Sportcomplex Breskens, dakbedekking etc. 53100 Kleedacco voetbal Breskens, vervangen boiler 54000 Ledeltheater, vervangen koeling-splitunit 54100 Belfort Sluis, verv electrische besturing lift 67000 MFC Zuidzande, vervangen kozijnen 67000 MFC Sluis, klimaatregeling 67000 MFC Sluis, vervangen brandmeldcentrale Subtotaal programma 4:
5 5 5 5 5 5 5 5 5 5
Programma 4 - Sociaal domein: OBS Cadzand, vervangen dakbedekking RK de Hoge Plaat Hoofdplaat, verv. boeiboorden RK Molenbolwerk IJzendijke, verv. dakbedekking De Eenhoorn, vervangen dakbedekking De Eenhoorn, revisie beweegbare vloer zwembad De Eenhoorn, vloer,plafond,div installaties Gymlokaal Aardenburg, vervangen kozijnen Gymlokaal IJzendijke/bitumen dakbedekking Clubgebouw boldersclub Aburg, vervangen kozijnen
Programma 5 - Bestuur en veiligheid: 00900 Fietsproject 00900 Financial lease econocom 2015 00900 Aanschaf 40 iPads 2017 00900 GW Breskens/overheaddeur 00900 centrale werkplaats oostburg/lichtstraat 00900 centrale werkplaats oostburg/dakbedekking 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2015 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2016 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2017 00900 Vervanging bedrijfsvoertuigen GW 2018 Subtotaal programma 5: Totaal investeringsplan 2015-2018
140
Programmabegroting 2015 - 2018
bala ns
AT
ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME ME
80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 80 60 60 60 60 20 20 20 20 12 12 12 12 50 50 50 50 15 15 15 15
2015
KAPITAALLASTEN 2016 2017
2018
2.013 280 1.500 7.250 1.450 3.333 -
2.391 3.188 5.451 637 280 2.116 1.500 8.975 7.250 2.987 1.450 4.343 3.333 -
6.476 8.634 1.859 1.009 3.921 1.063 2.534 1.960 5.408 631 637 280 2.084 2.116 1.500 8.818 8.975 7.250 2.955 2.987 1.450 4.271 4.343 3.333 -
6.424 8.565 5.037 2.734 10.620 2.878 6.864 5.310 1.418 5.684 5.364 625 631 637 280 2.052 2.084 2.116 1.500 8.661 8.818 8.975 7.250 2.924 2.955 2.987 1.450 4.199 4.271 4.343 3.333
270.222
594.448
792.505
934.828
ME ME ME
33 17 20
-
1.809 1.809
2.750 2.434 5.184
4.653 2.395 4.650 11.699
ME ME ME ME ME ME ME ME ME
33 33 33 20 20 20 40 20 33
428 5.101 630 10.901 504 382
817 724 7.197 889 15.381 930 646
1.383 715 872 7.087 876 15.146 919 638
1.366 706 1.476 6.976 862 14.910 908 963 630
ME ME ME ME ME ME ME ME
33 20 8 10 20 33 15 9
686 1.261 1.867 21.760
306 968 1.313 1.506 993 2.190 33.860
517 954 1.511 1.479 1.366 1.680 2.149 37.290
511 939 1.483 1.451 1.927 1.659 667 2.109 39.540
F ME ME ME ME ME ME ME ME ME
3 3,5 4 10 20 30 10 10 10 10
5.000 70.029 25.795 100.824
10.216 149.147 30.816 11.500 201.680
15.324 146.118 5.375 30.258 13.739 19.100 229.914
15.324 143.088 5.724 1.500 500 1.167 29.700 13.490 22.818 10.000 243.312
398.005
843.641
1.083.271
1.248.976
Programmabegroting 2015 - 2018
141
142
Programmabegroting 2015 - 2018
Bijlage 2 | Beleidskader 1. Lokale economie Coalitieakkoord; Sluis verbindt, het geheel is meer dan de som der delen (2014) Activiteitenplan Recreatie en Toerisme 2.0 Kadernota recreatief verblijf (2012) Strandnota (2012) Horecabeleid Sluis (2014) Nota terrassenbeleid (2009) Regionaal bedrijventerreinprogramma Zeeuws Vlaanderen 2010-2015 (2010) Gebiedsplan West Zeeuwsch Vlaanderen; Natuurlijk Vitaal (2004) Gebiedsplan West Zeeuwsch Vlaanderen; Natuurlijk Vitaal, bijstellingsnota (2010) Structuurvisie Goed Leven (2011) WMO- beleidsplan; Samen Leven (2011) Masterplan Aantrekkelijk Oostburg (2012) Bad-Cadzand; Zeeuwse wellness en vitaliteit met internationale allure; uitvoeringsprogramma badstatus Cadzand-Bad (2014) Visie Duurzaam Sluis 2013-2020 (2013)
2. Ruimtelijk beheer Masterplan Voorzieningen (2011) Welstandsnota (2012) Erfgoedvisie (2013) Nota Strategisch eigendommenbeleid (2012) Groenbeheerplan (2012) Gemeentelijk Rioleringsplan 2014-2018 (2013) Beheerplan Openbare verlichting 2013-2022 (2012) Nota Integraal veiligheidsbeleid Sluis (2011)
3. Ruimtelijke ontwikkeling Structuurvisie Goed Leven (2011) Regionale woningmarktafspraken Zeeuws Vlaanderen (2013) MKBA Zeeuws Vlaanderen (2013) Woonvisie 2013-2020 (2013) Ontwikkelingsplan Natuurlijk Stijlvol Cadzand Bad (2006) Schilvisie Cadzand-Bad (2011) Masterplan Aantrekkelijk Oostburg (2012) Gebiedsplan West Zeeuwsch Vlaanderen; Natuurlijk Vitaal (2004) Gebiedsplan West Zeeuwsch Vlaanderen; Natuurlijk Vitaal, bijstellingsnota (2010)
4 Sociaal domein Jeugdzorg, participatie en WMO (2013) WMO beleidsplan, samen leven (2011) Kaderstelling sociaal domein (2014) Bibliotheekvisie (2012) Onderwijs: Onderwijsvisie 2012-2026 (2012) Voorzieningengids(2014) Nota minimabeleid (2014)
Programmabegroting 2015 - 2018
143
5. Bestuur en veiligheid Communicatienota 2012-2015 (2011) Integraal veiligheidsbeleid 2012-2016 (2011) Herziening december 2014 Convenant met Stads- en Dorpsraden Zeeuws-Vlaamse visie op dienstverlening: dienstverlening samen doen 2012-2015 Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zeeland (2014) Toekomstvisie Samen Goed (2011)
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Nota weerstandsvermogen en risicomanagement 2013-2016 Financiële verordening Sluis 2014 Controleverordening 2012 Nota reservebeleid 2013-2016 Nota activering, waardering en afschrijving vaste activa 2013-2016 Nota lokale heffingen 2013-2016
144
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
145
146
Programmabegroting 2015 - 2018
Bijlage 3 | Begrippenlijst Deze begrippenlijst geeft voor een aantal begrippen een omschrijving. Begrip Balans:
Omschrijving Onderdeel van de jaarrekening. De balans geeft een overzicht van de bezittingen, vreemd en eigen vermogen (activa en passiva) van de gemeente. Baten en lasten (stelsel Een begrotingssysteem van baten en lasten houdt in dat alle van): ontvangsten en uitgaven worden toegerekend aan het begrotingsjaar waarop zij betrekking hebben. Begroting: Een begroting geeft aan welke beleidsvoornemens de gemeente heeft, hoeveel middelen daarmee zijn gemoeid en uit welke bronnen die middelen afkomstig zijn. Het Besluit begroting en verantwoording onderscheidt een beleidsbegroting en de financiële begroting. Bestuurlijk belang: Een bestuurlijk belang heeft een gemeente wanneer ze een zetel heeft in het bestuur van een derde rechtspersoon of als ze stemrecht heeft. Categoriale indeling: Een categoriale indeling is een indeling van baten en lasten naar soorten zoals salarissen, rente en belastingen. Het concept Besluit begroting en verantwoording 2004 (nieuwe comptabiliteits- voorschriften) stelt verplicht dat gemeenten de begroting converteren naar categorieën in een apart document. Dit document wordt naar de toezichthouder en CBS gezonden. De voorgeschreven categorieën worden niet meer bij de comptabiliteitsvoorschriften zelf bepaald, maar bij ministeriële regeling. Comptabiliteitsvoorschriften: De comptabiliteitsvoorschriften zijn bij Koninklijk Besluit uitgevaardigde voorschriften voor de inrichting van begroting en de jaarrekening en het jaarverslag van de gemeente. Op dit moment geldt het Besluit begroting en verantwoording van 2004. Dualisme: Een dualistisch stelsel kenmerkt zich doordat de posities en bevoegdheden ontvlecht zijn. De raad richt zich primair op de kaderstellende en controlerende functie, het college op de uitvoerende functie. De wethouders zijn geen lid van de raad. Financieel belang: Een financieel belang heeft een gemeente indien de middelen die zij ter beschikking stelt verloren gaan in geval van faillissement van de verbonden partij (een derde rechtspersoon) en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Financiële positie: Onderdeel van de financiële begroting, tevens de tegenhanger van de balans. De financiële positie van een gemeente geeft de grootte en samenstelling van het vermogen aan in relatie
Programmabegroting 2015 - 2018
147
Begrip
Omschrijving tot de baten en lasten.
Functie (Functionele indeling):
Het concept Besluit begroting en verantwoording laat de indeling van de begroting aan de gemeente vrij, maar stelt verplicht dat gemeenten de begroting converteren naar functies in een apart document. Dit document wordt naar de toezichthouder en CBS gezonden. De voorgeschreven functies zullen niet meer bij de comptabiliteitsvoorschriften zelf worden bepaald, maar bij ministeriële regeling. De jaarrekening is de tegenhanger van de financiële begroting; de jaarrekening gaat in op de realisaties van het afgelopen begrotingsjaar. De jaarrekening is een onderdeel van de jaarstukken en bestaat uit: 1. het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening en de toelichting, 2. de balans en toelichting. De jaarstukken zijn onderverdeeld in het jaarverslag en de jaarrekening en is de tegenhanger van de begroting. Het jaarverslag is de tegenhanger van de beleidsbegroting en gaat met name in op de uitkomsten van de programma's over het afgelopen begrotingsjaar. Het jaarverslag is een onderdeel van de jaarstukken en bestaat uit: 1. de programmaverantwoording, 2. de paragrafen. Onderdeel van de financiële begroting/jaarrekening dat een overzicht geeft van alle baten en lasten die in de programma's zijn opgenomen. Een paragraaf geeft volgens het Besluit begroting en verantwoording een dwarsdoorsnede van de begroting op financiële aspecten. Het gaat dan om de beleidslijnen van beheersmatige aspecten die belangrijk zijn, financieel, politiek of anderszins. De paragrafen zijn onderdeel van zowel de beleidsbegroting als het jaarverslag. Een product van een productenraming of productenrealisatie kan omschreven worden als het resultaat van samenhangend handelen, meetbaar gemaakt in de tijd, geld en kwaliteit. Een product wordt in de handreiking ruim geïnterpreteerd. Het kan zijn: een voorziening, een dienst, een goed of een activiteit. Een kern is dat er taakstellende afspraken aan verbonden kunnen worden. Een product omvat zoveel mogelijke kwantitatieve normen voor zowel financiële als niet-financiële prestatie-indicatoren. De productenraming wordt volgens het Besluit begroting en verantwoording opgebouwd vanuit de programmabegroting en geeft alle gemeentelijke activiteiten weer in termen van producten. De productenraming is het begrotingsdocument van het college en heeft met name een beheersfunctie voor de uitvoering van de begroting.
Jaarrekening:
Jaarstukken: Jaarverslag:
Overzicht van baten en lasten: Paragrafen:
Product:
Productenraming:
148
Programmabegroting 2015 - 2018
Begrip Productenrealisatie:
Omschrijving Een productenrealisatie is de tegenhanger van de productenraming en wordt na afloop van het begrotingsjaar opgesteld. Programma: Een samenhangende verzameling van producten, activiteiten en geldmiddelen gericht op het bereiken van vooraf bepaalde maatschappelijke effecten, waaraan idealiter indicatoren gekoppeld kunnen worden. Programmabegroting: Een programmabegroting is een typering voor de nieuwe beoogde begroting doordat de programma's in de begroting centraal staan. In het Besluit begroting en verantwoording wordt het woord programmabegroting niet gebruikt. Het kenmerk van de begroting volgens de nieuwe voorschriften is dat de begroting is onderverdeeld in programma's, daarom wordt er ook wel naar verwezen als programmabegroting. De gemeente is vrij in de keuze van de programma's en in het aantal. Programmaplan: Een programmaplan behandelt per programma expliciet de maatschappelijke effecten en de wijze waarop er naar gestreefd zal worden die effecten te verwezenlijken. Dit wordt gedaan aan de hand van de volgende drie vragen: Wat willen we? Wat gaan we ervoor doen? Wat gaat het kosten? Programmaverantwoording: Onderdeel van het jaarverslag. In de programmaverantwoording wordt per programma expliciet ingegaan op de beoogde maatschappelijke effecten en de wijze waarop getracht is deze effecten te verwezenlijken. De vragen: Wat wilden we? Wat hebben we ervoor gedaan? En Wat heeft het gekost? Zijn de centrale vragen die in dit deel beantwoord worden. Risicomanagement: Risicomanagement is het proces van identificeren en analyseren van risico’s en vervolgens het ontwerpen en implementeren van maatregelen om de kans van optreden van de risico’s te verminderen, oftewel om de schade, veroorzaakt door de risico’s, te minimaliseren. Risicomanagement is een in hoge mate gestandaardiseerd proces dat in alle gevallen de stappen inventariseren, analyseren, maatregelen nemen, bewaken kent. Verbonden partij: Een verbonden partij is een derde rechtspersoon waarbij de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft. Weerstandscapaciteit: De weerstandscapaciteit is het geheel van geldmiddelen (zoals de algemene reserve) waaruit tegenvallers eventueel bekostigd kunnen worden, zonder dat de begroting en het beleid (direct) aangepast behoeven te worden. Incidentele Het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige weerstandscapaciteit: tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de hoogte van de voorzieningenniveaus van de programma's. Programmabegroting 2015 - 2018
149
Begrip Structurele weerstandscapaciteit:
Weerstandsvermogen:
150
Omschrijving Hiermee worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de programma 's. Het vermogen van de gemeente om niet structurele financiële risico’s op te kunnen vangen teneinde de taken te kunnen voortzetten.
Programmabegroting 2015 - 2018
Programmabegroting 2015 - 2018
151
152
Programmabegroting 2015 - 2018
Bijlage 4 | Kerngegevens Werkelijk 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
23.819
23.827
23.765
0-19 jaar
4.392
4.392
4.361
20-64 jaar
13.378
13.469
13.162
6.049
5.966
6.242
265
264
265
30.716
30.716
30.716
16.426
16.478
17.261
20.639.000
20.332.000
21.091.000
866
853
887
25.539.000
26.381.000
33.302.000
1.072
1.107
1.401
Sociale structuur Aantal inwoners waarvan:
65 jaar en ouder Aantal bijstandontvangers Fysieke structuur Oppervlakte gemeente in hectares Aantal woonruimten (inclusief recreatiewoningen) Financiële structuur Opbrengst belasting en rechten
Totaal Per inwoner
Algemene uitkering Gemeentefonds
Totaal Per inwoner
Boekwaarde vaste activa per 31-12 Totaal Per inwoner Eigen vermogen per 31-12
Totaal Per inwoner
Vaste schuld per 31-12
Totaal Per inwoner
Omvang exploitatie
Totaal Per inwoner
83.788.000 108.617.000 113.861.000 3.518
4.559
4.791
28.312.000
26.712.000
23.634.000
1.189
1.121
994
51.391.000
60.304.000
60.737.000
2.158
2.531
2.556
67.084.000
67.592.000
68.073.000
2.816
2.837
2.864
Programmabegroting 2015 - 2018
153
Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Die ening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemee Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven W idsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resu o Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Sa d Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2 meente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structu steringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Bu cten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Le k Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Parag meenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2 18 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening S el Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbin er Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Sa n Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zeeland Resultaat Risico Programma P f Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomstvisie Samen Goed Structuurvisie G n Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Begroting 2015 - 2018 Gemeente Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst en Goed Structuurvisie Goed Leven Wmo beleidsplan Samen Leven Werk Dienstverlening Structureel Investeringen Sluis Zee ultaat Risico Programma Paragraaf Gemeenteraad Verbinden Burger Effecten Vermogen Lasten Baten Oordeel Beleid Toekomst