PROGRAMMABEGROTING 2014
Programmabegroting 2014
1
Programmabegroting 2014
2
Inhoudsopgave programmabegroting 2014 Inleiding ............................................................................................................. 5 Programmaplan ............................................................................................... 11 SAMENVATTING PROGRAMMA’S ..................................................................... 11 1. Dienstverlenend ......................................................................................... 13 2. Stimulerend ............................................................................................... 19 3. Leefbaar ..................................................................................................... 27 4. Groeiend .................................................................................................... 35 5. Politiek en Bestuur ..................................................................................... 47 6. Algemene dekkingsmiddelen, onvoorzien en lokale heffingen ................... 53 Budgetautorisatie .............................................................................................................................. 61
Deel 2 Paragrafen............................................................................................. 63 A. Weerstandsvermogen ................................................................................................................... 64 B. Onderhoud kapitaalgoederen ....................................................................................................... 75 C. Financiering ................................................................................................................................... 84 D. Bedrijfsvoering .............................................................................................................................. 91 E. Verbonden partijen begroting ....................................................................................................... 94 F. Grondbeleid ................................................................................................................................. 117 G. Lokale heffingen.......................................................................................................................... 121
Vaststellingsbesluit ........................................................................................ 129 Bijlage 1. Meerjarenbegroting 2014 – 2017.................................................................................... 133 Bijlage 2. Belastingscenario 2014 – 2017 ........................................................................................ 135 Bijlage 3. Bestedingsplan bestaand beleid 2014 – 2017 ................................................................. 137 Bijlage 4. Overzicht programma’s en producten............................................................................. 147 Bijlage 5. Kapitaallasten per programma ........................................................................................ 148 Bijlage 6. Overzicht reserves en voorzieningen 2014-2017 ............................................................ 153
Programmabegroting 2014
3
Programmabegroting 2014
4
INLEIDING ‘Samen voor een krachtig en sociaal Vianen’ Aan de gemeenteraad, Op 11 juni 2013 heeft u de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 vastgesteld. Deze toekomstvisie is een gewenst en realistisch beeld van de toekomst op het gebied van wonen, werken, voorzieningen, onderwijs, recreatie, sport en cultuur. Een gezamenlijk geformuleerde stip aan de horizon, waarmee het gemakkelijker is om gerichte keuzes te maken en overeenstemming te bereiken over het gemeentelijk beleid. Bij de ontwikkeling van de visie is de gehele Viaanse gemeenschap betrokken: de raadsleden, het college van burgemeester en wethouders, inwoners, vertegenwoordigers van maatschappelijke en culturele instellingen, het bedrijfs- en verenigingsleven. De visie is daardoor een afspiegeling van de wensen en denkbeelden die leven bij de Viaanse samenleving, het bestuur en de politiek, ondersteund door feiten, trends en ontwikkelingen. De Toekomstvisie is gebaseerd op de kernkwaliteiten en kernwaarden van de gemeente Vianen en wordt ondersteund door trends, leefstijlen en andere relevante (feitelijke) informatie. De Toekomstvisie vraagt om te kijken naar het beleid en laat zien wat we als gemeente centraal stellen en wat niet. Daarop gelet wordt in de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 het profiel van de gemeente Vianen geformuleerd: water, groen en historie in het hart van Nederland. Aan dit profiel worden drie pijlers gekoppeld, te weten: wonen, historische en landschappelijke waarde en vitaliteit en dynamiek. Toerisme en economie ondersteunen en activeren de drie pijlers. Voor de programmabegroting 2014 geldt dat de Toekomstvisie als het ware als een paraplu erboven komt te hangen. Uitgaande van de bestaande beleidskaders, doelstellingen en indicatoren moet de gemeente scherp in de gaten houden welke (politieke) beslissingen nodig zijn om, in lijn met de Toekomstvisie, te anticiperen op actuele ontwikkelingen en wensen vanuit de samenleving. Het jaar 2014 staat dan ook in het teken van hoe de Toekomstvisie handen en voeten gaat krijgen en hoe de gemeente nieuw beleid passend maakt binnen deze visie. Ook moet de programmabegroting 2015, als belangrijkste sturingsinstrument, een vertaling worden van de Toekomstvisie. De gemeente wil een Sociaal Economische Ambitie oppakken. Uitgangspunt is de ambitie om Vianen één van de sterkere regiogemeenten te laten worden. Door een goed sociaal-economisch klimaat te bewerkstelligen, worden tevens kansen en mogelijkheden geschapen op andere beleidsterreinen zoals wonen, historie en landschappelijke waarden alsmede vitaliteit en dynamiek. In 2014 staat ook de doorontwikkeling van de organisatie centraal. Het doel van deze doorontwikkeling is om de organisatie bij de tijd te houden en klaar te maken voor de (lokale) uitdagingen die voor de deur staan en al deels binnen zijn. Verder dient de organisatie continu te kunnen meebewegen met maatschappelijke ontwikkelingen. De doorontwikkeling van de organisatie betekent een omslag naar een cultuur waarbij we flexibel, innovatief en creatief kunnen inspelen op de behoeften van onze inwoners, verenigingen, stichtingen, ondernemers en andere instellingen. Van ‘buiten’ naar ‘binnen’ staat hierbij centraal. Daarnaast betekent het een doorontwikkeling naar een organisatiestructuur, waarbij de gemeente Vianen slagvaardiger wordt en blijft, ook met minder financiële middelen en meer taken vanuit het Rijk.
Programmabegroting 2014
5
Deze gewenste cultuuromslag sluit naadloos aan bij wat er nodig is om de Toekomstvisie in ons denken en handelen te kunnen integreren waarbij de gemeentelijke organisatie zich profileert als een slagvaardige, moderne en professionele organisatie. Binnen de programma’s Dienstverlenend, Stimulerend, Leefbaar, Groeiend en Politiek en Bestuur staan doelstellingen en activiteiten geformuleerd waarbij enerzijds de gemeente zich richt op datgene wat de gemeente moet doen, bijvoorbeeld het streven naar minimaal het handhaven van het huidige voorzieningenniveau. Anderzijds richt de gemeente zich steeds meer op wat de gemeente kán doen. Bij dat laatste ligt de focus nadrukkelijk op de kracht van de burgers waarbij de gemeente een meer ondersteunende en regisserende rol op zich neemt. Hoe meer verantwoordelijkheid burgers zelf nemen voor hun omgeving, hoe kleiner de rol van de gemeente kan worden. Het jaar 2014 is hét jaar waarin we beginnen om invulling te geven aan de Toekomstvisie en waarin de veranderde organisatie zichtbaar gaat worden. De gemeente gaat met haar tijd mee, verbindt, denkt en handelt van ‘buiten’ naar ‘binnen’ en zorgt voor een sterke positionering van de gemeente Vianen: ‘Water, groen en historie in het hart van Nederland’. Financiën Het meerjarenperspectief 2014-2017 kort samengevat Het geraamde begrotingsresultaat voor de komende vier jaar: 2014 2015 2016 2017
positief negatief positief positief
902 -103.050 51.436 79.526
Wat kost dit nu de burgers? Voor 2014 worden de begraafrechten wegens 100% kostendekkendheid niet verhoogd. Voor de OZB en de rioolrechten wordt 3 % voorgesteld. Voor de afvalstoffenheffing wordt een verlaging van 5,95% voorgesteld. In de paragraaf Lokale heffingen staan voor enkele huishoudens de daadwerkelijke effecten opgenomen, de daling voor genoemde huishoudens loopt uiteen van - 1,7 % tot een stijging van 0,6 %. Op 9 juli heeft u een motie aangenomen waarin u vraagt er voor zorg te dragen dat de begroting 2014 zo dicht mogelijk de werkelijke lasten/baten benadert van de rioolrechten en de afvalstoffenheffing. We hebben beide grondig tegen het licht gehouden en dat heeft geleid tot een verlaging van de afvalstoffenheffing. Gelet op de forse investeringen die nodig zijn in de riolering is een trendmatige verhoging van het verbrede rioolrecht wel noodzakelijk. In de 2e bestuursrapportage 2013 zullen we met een voorstel komen over de situatie voor 2013 en de mogelijke gevolgen voor 2014. We vinden het belangrijk in deze collegeperiode de lasten voor burgers over meerdere jaren op een gelijkmatige en evenwichtige wijze te verdelen.
Risicoparagraaf Programmabegroting 2014
6
De belangrijkste risico’s staan vermeld in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Onduidelijk is nog welke risico’s als gevolg van de mogelijke 6 miljard bezuinigingen in 2014 en de decentralisaties vanaf 2015 op ons af komen. In bijlage 3 zijn alle nieuwe aanmeldingen voor het bestedingsplan 2014-2017 vermeld. Dit betekent dat alle bestaande aanmeldingen uit het bestedingsplan 2013 – 2016 gewoon doorgang vinden. De nu nieuw opgevoerde aanmeldingen voor de jaarschijf 2014 – 2017 vinden alleen doorgang voor zover het een wettelijke taak betreft. Dat betekent dat in de begroting 2017 alleen de wettelijke noodzakelijke middelen worden opgenomen. Per saldo wordt er dan dus bezuinigd op bestaand beleid. De effecten van de drie decentralisaties (op het gebied van Jeugd, de Participatiewet, en de WMO) laten zich op dit moment niet kwantificeren. Een mogelijk eerste inzicht zal de meicirculaire 2014 van de algemene uitkering laten zien. Gezien de grote omvang van deze decentralisaties kan het effect op de begroting fors zijn, ondanks dat wordt uitgegaan van taakstellendheid binnen de over te dragen budgetten. De reserve ‘Vrijgevallen Gelden’ wordt achter de hand gehouden om daarmee investeringen vervroegd af te schrijven. De besparing op kapitaallasten die dit oplevert kan dan worden ingezet om de eventuele negatieve financiële effecten deels op te vangen. Bovendien worden meerdere vervangingsinvesteringen (onder andere tractiemiddelen) voor de jaarschijf 2017 een jaar uitgesteld. Hierbij ontstaat het risico dat onderhoudskosten hiervoor zullen toenemen. Inspraak en communicatie De begroting wordt besproken in de forumavond op dinsdag 22 oktober 2013 en de raadsvergadering dinsdagmiddag 5 november 2013. Leeswijzer We beginnen met een programmaplan en samenvatting van de programma’s. Dan volgt de programmabegroting die bestaat uit vijf programma’s: Dienstverlenend, Stimulerend, Leefbaar, Groeiend, Politiek en Bestuur. Elk programma is onderverdeeld in een omschrijving van het programma, een aantal relevante ontwikkelingen in relatie tot de kern van het programma, wat willen wij bereiken en wat gaan wij daar voor doen en wanneer is het gerealiseerd. Per programma zijn er een aantal indicatoren benoemd, wordt er inzicht gegeven in de kosten en risico’s. Ook zijn een aantal relevante beleidskaders benoemd. Deel twee van de programmabegroting bevat zeven verplichte paragrafen, achtereenvolgens: Weerstandsvermogen, Onderhoud kapitaalgoederen, Financiering, Bedrijfsvoering, Verbonden partijen, Grondbeleid, en Lokale heffingen. Elke paragraaf behandelt een thema dat een dwarsdoorsnede geeft van de programma’s. Bijlagen zijn in het derde deel van de programmabegroting opgenomen. Het college van burgemeester en wethouders van Vianen, de secretaris a.i., de burgemeester,
Drs. J. (Hans) van der Noordt Programmabegroting 2014
W.G. (Wim) Groeneweg 7
Programmabegroting 2014
8
Deel 1 Programmaplan
Programmabegroting 2014
9
Programmabegroting 2014
10
Missie en Visie
PROGRAMMAPLAN Een visie, missie en kernwaarden geven richting aan de koers van de gemeente Vianen. De uitkomsten van de Toekomstvisie werken we uit in de koers van de komende jaren. Voor 2014 geldt het motto: ‘Samen voor een krachtig en sociaal Vianen’. Kernwaarden die voortvloeien uit de visie van het college gelden ook in 2014: 1. Samen: de gemeente kan én wil het niet alleen doen. Samen optrekken versterkt de saamhorigheid en onderlinge verbondenheid. Samenwerken is ook nodig om de kwaliteit van Vianen te borgen en de kwetsbaarheid te verminderen. 2. Herkenbaarheid en krachtig: het beleid van de gemeente is herkenbaar Viaans, zowel in het proces van beleidsvorming (door participatie van belanghebbenden) als in resultaten. Ook de uitvoering is Viaans van karakter; er wordt durf en creativiteit gebruikt om eigenheid en inzichtelijkheid te tonen. 3. Betrouwbaarheid: de gemeente staat voor de uitvoering van haar wettelijke taken. Zij opereert daarnaast klantgericht en realiseert een goede kwaliteit van dienstverlening voor haar burgers en bedrijven. SAMENVATTING PROGRAMMA’S Programma Dienstverlenend Centraal in ons denken en handelen staat een goede dienstverlening aan alle burgers, bedrijven en instellingen. We staan voor een eenvoudige en efficiënte dienstverlening. Hierbij streeft de gemeente naar zo min mogelijk klantcontacten met maximale klanttevredenheid. Vriendelijk, duidelijk en snel zijn hierbij de kernwoorden. Het programma Dienstverlenend omvat die activiteiten die gericht zijn op de kwaliteit van onze individuele dienstverlening. Het gaat over de kwaliteit van de klantrelatie, de doorlooptijd van de levering van een dienst, het halen van wettelijke termijnen en de manier waarop de gemeente communiceert met burgers, bedrijven en instellingen. Programma Stimulerend We streven naar een samenleving waarbij de eigen verantwoordelijkheid van burgers centraal staat. Het programma Stimulerend omvat activiteiten die gericht zijn op het stimuleren van burgers op het gebied van participeren, leren en ontspannen zodat zij hun eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen. Programma Leefbaar De gemeente streeft naar een samenleving waarbij burgers, bedrijven en instellingen betrokken zijn bij hun eigen leefomgeving. Het programma Leefbaar omvat die activiteiten die gericht zijn op het maken en behouden van een schone, gebruiksvriendelijke, veilige en duurzame leefomgeving, waarin burgers, bedrijven en instellingen een actieve rol hebben. Programma Groeiend De gemeente streeft naar een aantrekkelijke omgeving om te wonen en te werken, waarbij de gemeente het sociaal – economische en ruimtelijke domein wil versterken. Onder het begrip wonen wordt verstaan het geheel van leven, opgroeien en ontwikkelen in de gemeente. Het programma Groeiend omvat die activiteiten die gericht zijn op het landelijk gebied, het voorzieningenniveau, bereikbaarheid, ondernemerschap, werkgelegenheid en woonmilieus. Programmabegroting 2014
11
Programma Politiek en Bestuur Het gemeentelijk beleid sluit aan op de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025. Het programma Politiek en Bestuur omvat de activiteiten die zijn gericht op de totstandkoming van goede besluitvorming door het gemeentebestuur en op een imago van een betrouwbare overheid. Indicatoren Bij elke programma zijn indicatoren opgenomen. De indicatoren zijn een hulpmiddel om de te bereiken doelstellingen inzichtelijk te maken. Hieronder vindt u een voorbeeldtabel met een toelichting. Bron Meet Realisatie Realisatie Begr. Begr. Begr. Begr. Begr. Nr. Wat willen wij bereiken eenheid 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 Wat gaan wij daarvoor doen Hier wordt omschreven wat de gemeente wil bereiken (doel) Hier wordt omschreven wat de gemeente gaat doen om het doel te bereiken Toelichting bij indicatoren: Hier wordt een toelichting bij de indicatoren gegeven.
Programmabegroting 2014
12
1.
DIENSTVERLENEND
Programma Dienstverlenend Centraal in ons denken en handelen staat een goede dienstverlening aan alle burgers, bedrijven en instellingen. We staan voor een eenvoudige en efficiënte dienstverlening. Hierbij streeft de gemeente naar zo min mogelijk klantcontacten met maximale klanttevredenheid. Vriendelijk, duidelijk en snel zijn hierbij de kernwoorden. Het programma Dienstverlenend omvat die activiteiten die gericht zijn op de kwaliteit van onze individuele dienstverlening. Het gaat over de kwaliteit van de klantrelatie, de doorlooptijd van de levering van een dienst, het halen van wettelijke termijnen en de manier waarop de gemeente communiceert met burgers, bedrijven en instellingen. Kortom, de gemeente is er voor de inwoners van Vianen. Het programma Dienstverlenend heeft de volgende doelen: 1.1. Het bieden van snelle, laagdrempelige, eenduidige en correcte dienstverlening 1.2. Het bieden van tijd- en plaatsonafhankelijke dienstverlening 1.3. Tevredenheid onder burgers, bedrijven en instellingen van Vianen over de dienstverlening Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande waar de gemeente mee te maken heeft of krijgt, en waar de gemeente in de toekomst op wil en soms zelfs moet anticiperen. De belangrijkste ontwikkelingen voor 2014 zijn: Betere en goedkopere overheid De politiek streeft naar een betere en goedkopere overheid. Het is belangrijk om meer te doen met minder geld. Dit vormt een belangrijke drijfveer voor verandering. Deze veranderingen zijn: slimmer werken, optimaal gebruik maken van ervaringen en ideeën van anderen, minder en eenvoudigere regels, nieuwe vormen van samenwerken, en het eventueel uitbesteden van taken en verantwoordelijkheden. Digitalisering van de dienstverlening De ontwikkelingen in de informatietechnologie leidt tot een ‘netwerksamenleving’ en in een andere manier waarop overheden en burgers met elkaar omgaan. Inwoners weten vrijwel alles en iedereen te vinden via websites, e-mail en social media. Communicatie en dienstverlening worden daarmee plaats- en tijdsonafhankelijk. De gemeente als toegangspoort voor de hele overheid Er wordt gewerkt aan een overheid die dicht bij burgers en bedrijven staat en die door samen te werken op verschillende overheidsniveaus als één overheid wordt gezien. Concreet betekent dit dat straks bij de gemeente informatie en advies kan worden gekregen over alle mogelijke overheidsonderwerpen.
Programmabegroting 2014
13
Wat willen we bereiken en wat gaan we daar voor doen? Voor het jaar 2014 zijn onze doelen en daaraan gekoppelde acties: 1.1 Het bieden van snelle, laagdrempelige, eenduidige en correcte dienstverlening Van 2014 t/m 2015 zetten we in op de doorontwikkeling van het Klantcontactcentrum dat in 2013 is opgezet. Het KCC Vianen is de eerste ingang voor burgers, bedrijven en instellingen met de overheid. Het is de plek waar alle kanalen (telefonie, post, internet en balie) samenkomen. Het KCC is de spil tussen burgers en gemeente. Het KCC handelt vriendelijk, duidelijk en snel. De dienstverlening vindt voornamelijk digitaal plaats, is dit niet passend bij de behoefte van de burgers dan is contact via de balies mogelijk. 1.2 Het bieden van tijd- en plaats onafhankelijke dienstverlening De gemeente breidt het aantal producten en diensten op de website uit. Ook stimuleren we burgers hier zo veel mogelijk gebruik van te maken. Met de implementatie van het zaakgericht werken zorgt de gemeente ervoor dat burgers via internet producten en diensten kunnen afnemen. Ook kunnen burgers de status van hun aanvragen via internet, telefonisch of aan de balie inzien. Het digitaal en/of telefonisch snel afhandelen van eenvoudige vragen draagt bij aan een efficiëntere overheid. 1.3 Tevredenheid onder de burgers van Vianen over de dienstverlening De gemeente Vianen vindt goede service erg belangrijk. Gemeentelijke servicenormen, bijvoorbeeld de tijd waarbinnen de gemeente een e-mail beantwoordt, geven aan op welke minimale service de burger mag rekenen.
Programmabegroting 2014
14
Indicatoren Nr. Wat willen wij bereiken Wat gaan wij daarvoor doen 1.1 Het bieden van snelle, laagdrempelige, eenduidige en correcte dienstverlening
Bron
Meeteenheid Realisatie Realisatie Begr. 2011 2012 2013
Begr. Begr. Begr. Begr. 2014 2015 2016 2017
Zaaksysteem
% aantal n.v.t. afgehandelde telefonische contacten door KCC in verhouding tot alle inkomende telefonische contacten aantal digitale 20 transacties
Toename van aantal afgehandelde telefonische contacten door KCC
1.2 Het bieden van tijd- en plaats onafhankelijke dienstverlening Toename van het aantal digitale transacties 1.3 Tevredenheid van de burgers Mate van tevredenheid van burgers over de dienstverlening 1.3 Tevredenheid van de burgers Mate van tevredenheid over de uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo)
Zaaksysteem
Inwonerpanel
cijfer
n.v.t.
Klanttevredenheidsonderzoek Wmo
%
85%
n.v.t.
Nulmeting
60%
70%
80%
80%
20
50
300
400
500
500
7
8
8
8
8,5
80%
80%
85%
85%
85%
7,5
Tabel 1.1 Indicatoren Dienstverlening
Programmabegroting 2014
15
Wat mag het kosten?
Product 003.00 003.01 003.02 003.03 003.04 003.05 110.01 610.00 820.02 Totaal
Saldo na Totale Lasten Totale Baten bestemming 55.801 10.100 45.701 160.791 185.591 -24.800 84.248 122.233 -37.985 112.292 25.339 86.953 371.955 15.000 356.955 19.036 7.918 11.118 45.319 2.000 43.319 3.666.785 2.593.533 1.073.252 837.034 643.975 193.059 5.353.261 3.605.689 1.747.572
Productnaam Persoonsdocumenten Reisdocumenten Rijbewijzen Burgerlijke stand G.B.A. Naturalisatie Drank & horeca Bijstandverlening Vergunningen
In bovenstaande tabel zijn de bedragen van het bestedingsplan 2014 nog niet verwerkt. Lasten en baten programma "Dienstverlenend"
Werkelijk 2012
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
Lasten - bestaand beleid
5.723.131
5.049.421
- bestedingsplan bestaand beleid
Totaal lasten
5.353.261
5.353.261
5.353.261
5.353.261
0
7.100
0
0
5.723.131
5.049.421
5.353.261
5.360.361
5.353.261
5.353.261
3.870.201
3.601.590
3.605.689
3.605.689
3.605.689
3.605.689
3.870.201
3.601.590
3.605.689
3.605.689
3.605.689
3.605.689
- 1.852.930
- 1.447.831
- 1.747.572
- 1.754.672
- 1.747.572
- 1.747.572
106.144
0
0
0
0
0
12.785
0
0
0
0
0
- 1.946.289
- 1.447.831
- 1.747.572
- 1.754.672
- 1.747.572
- 1.747.572
Baten - bestaand beleid
Totaal baten Saldo programma vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo programma ná bestemming
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de programmabegroting 2013 Nadeel: In 2013 is de gemeenschappelijk regeling Werk & Inkomen Lekstroom (WIL) in werking getreden. De bijdrage (€ 1.024.500) aan WIL is in de begroting van 2014 opgenomen. Het deel van de bedrijfsvoeringkosten van WIL naar de producten is in zijn geheel opgenomen op het product Bijstandsverlening en moet nog worden uitgesplitst over de producten schuldhulpverlening en minimabeleid. Dit veroorzaakt de toename op het product Bijstandsverlening. Voordeel: Vergunningverlening: Gezien de economische recessie verwachten we een afname in de vergunning aanvragen. Echter in het kader van de doorontwikkeling wordt er meer ingezet op kwaliteit. Het vier ogen principe is
Programmabegroting 2014
€ 430.000
€ 112.000
16
ingevoerd, dit vergt tijd maar brengt uniformiteit en een leesbaarder besluit. De casemanagers (bouwplantoetsers) hebben ieder een eigen aandachtsgebied er bij gekregen. Dit betreft dus het vier ogen principe, bezwaar en beroep, afhandeling van de leges, aandachtsgebied welstand en het opstellen van een kwaliteitsplan om te kunnen voldoen aan de wettelijk verplichte kwaliteitscriteria. Risico’s •
•
Elektronische dienstverlening kan slachtoffer worden van hackers en externe bedrijven. Hoewel beveiliging van gegevens een belangrijke prioriteit heeft bij de gemeente, blijft het risico bestaan dat gegevens openbaar worden gemaakt. Er is een beveiligingsplan opgesteld waarin maatregelen staan opgenomen om dit risico tot een minimum te beperken. Het invoeren van een zaaksysteem betekent de nodige consequenties voor het totale informatiebeheer van de gemeente en dat er procesmatig moet worden samengewerkt. Dit is een verandering in de organisatie die tijd en zorgvuldigheid vraagt.
Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren Niet van toepassing. Overige relevante beleidskaders Nr. 1 2 3
Titel Informatiebeleidsplan Wmo-beleidsplan 2009-2012 Nota bijzondere bijstand en minimabeleid
Programmabegroting 2014
Jaar 2011 2008 2009
17
Programmabegroting 2014
18
2.
STIMULEREND
Programma Stimulerend We streven naar een samenleving waarbij de eigen verantwoordelijkheid van burgers centraal staat. Het programma Stimulerend omvat activiteiten die gericht zijn op het stimuleren van burgers op het gebied van participeren, leren en ontspannen zodat zij hun eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen. Het programma Stimulerend heeft de volgende doelen: 2.1 Het mogelijk maken van kwalitatief goed onderwijs 2.2 Het stimuleren van inwoners, zodat zij blijven participeren in onze samenleving 2.3 Het stimuleren van sportdeelname door de jeugd 2.4 Het samenbrengen en uitbreiden van toeristische en recreatieve mogelijkheden in Vianen 2.5 Het stimuleren dat meer peuters deelnemen aan VVE-activiteiten Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande waar de gemeente mee te maken heeft of krijgt, en waar de gemeente in de toekomst op wil en soms zelfs moet anticiperen. De belangrijkste ontwikkelingen voor 2014 zijn: Transities Waarschijnlijk is 2014 het laatste voorbereidingsjaar op drie transities die vanuit het Rijk op de gemeente afkomen. Met een transitieteam geeft de gemeente vorm aan de samenhang. Ook regionaal wordt samengewerkt. In de regio Lekstroom wordt op basis van de ´samenwerkingsovereenkomst Lekstroom Sociaal domein´ een gedeelte van de transities gezamenlijk voorbereid. Op onderdelen wordt er tegelijk ook bovenregionaal en provinciaal samengewerkt. Participeren De transitie Jeugdzorg betreft het geheel van de jeugdzorg: de jeugdzorg die nu een verantwoordelijkheid is van de provincie, de gesloten jeugdzorg onder regie van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport, de jeugd-ggz die onder de Zorgverzekeringswet valt, de zorg voor verstandelijk gehandicapte jongeren op basis van de AWBZ en de jeugdbescherming en jeugdreclassering van het ministerie van Veiligheid en Justitie. De transitie van de jeugdzorg gaat in per 1 januari 2015. De transitie Awbz/Wmo betreft het per 1 januari 2015 decentraliseren van de functies Begeleiding en Persoonlijke verzorging vanuit de Awbz naar de Wmo van de gemeenten. Deze decentralisatie gaat gepaard met een forse korting op het budget dat nu omgaat in deze functies. De transitie Participatiewet valt onder programma Groeiend en wordt onder dat hoofdstuk toegelicht. Naast de transities zijn er in het regeerakkoord maatregelen in de Wmo aangekondigd die eveneens veel impact voor gemeenten hebben. Gemeenten worden geheel verantwoordelijk voor de activiteiten op het gebied van ondersteuning, begeleiding en verzorging. De aanspraken worden beperkt, dienstverlening wordt versoberd en meer gericht op waar ze het hardste nodig is. Deze taken gaan vallen onder de Wmo.
Programmabegroting 2014
19
a. In de Wmo wordt de aanspraak op hulp bij het huishouden beperkt tot cliënten met een laag inkomen. Voor nieuwe cliënten geldt dit vanaf 2014. Voor bestaande cliënten gaat de maatregel een jaar later in. Gemeenten behouden waarschijnlijk 60% van het budget voor een maatwerkvoorziening. b. Hulpmiddelen zoals rolstoelen en scootmobielen worden verstrekt door gemeenten binnen de Wmo. Hiervoor geldt voortaan een plicht tot hergebruik. c. De AWBZ Zorgzwaartepakketten (hierna ZZP’s) 1 tot en met (deels) 4 worden afgeschaft. Met ingang van 2013 verdwenen de ZZP’s 1 en 2, met ingang van 2014 start de afbouw van ZZP´s 3 en met ingang van 2016 worden ook de ZZP’s 4 (deels) afgeschaft. Dit betekent dat een grote groep mensen, ook die met een grote zorgvraag, thuis (blijft) wonen en daar hun extramurale zorg moeten ontvangen. Het proces van ‘scheiden van wonen en zorg’ wordt hiermee versneld doorgevoerd. Dit leidt tot een groter beroep op gemeentelijke voorzieningen op de terreinen welzijn, gezondheid, wonen, enzovoorts. d. De gemeenten krijgen vanaf 2014 de taak voor het leveren van een maatwerkvoorziening inkomenssteun chronisch zieken en gehandicapten. Het wettelijk kader voor het uitvoeren van deze taak door gemeenten kan de Wmo of de Wet bijzondere bijstand zijn, maar ook een nieuw op te stellen wettelijk kader behoort tot de mogelijkheden. De gemeente wordt een zeer ruime beleidsvrijheid gegeven voor de concrete invulling van deze gedecentraliseerde voorzieningen. Leren Een ontwikkeling die vooral de transitie Jeugdzorg raakt is de invoering van passend onderwijs. Passend onderwijs vraagt om meer afstemming tussen de samenwerkingsverbanden uit het primair en voortgezet onderwijs. Bij het vaststellen van de ondersteuningsplannen in het onderwijs door de samenwerkingsverbanden speelt de gemeente een faciliterende rol. Daarbij moet scherp worden gelet op samenhang tussen zorg in en om het onderwijs en het aanbod jeugdzorg van de gemeente. Om er voor te zorgen dat kinderen een succesvolle schoolloopbaan kunnen afronden waarmee zij op latere leeftijd zelfstandig in hun levensbehoeften kunnen voorzien, worden voor de kinderen in de leeftijd vanaf 2,5 jaar voor- en vroegschoolse activiteiten (VVE) ontwikkeld. De gemeente Vianen ontvangt jaarlijks van het Rijk een uitkering voor de uitvoering van VVE-activiteiten Ontspannen Het aanbod in het kader van de ‘Brede impuls combinatiefuncties’ is continu in ontwikkeling. Momenteel is de gemeente in overleg met verschillende partners om het gemeentelijk aanbod uit te breiden naar nieuwe doelgroepen zoals ouderen en inwoners met overgewicht. Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Voor het jaar 2014 zijn onze doelen en daaraan gekoppelde acties: 2.1 Het mogelijk maken van kwalitatief goed onderwijs Kinderen moeten een succesvolle schoolloopbaan kunnen afronden om als volwassene in het eigen levensonderhoud te kunnen voorzien. Afhankelijk van de uitkomsten van de Business case voor een regionaal leerplichtbureau wordt in 2014 gestart met de implementatie van dit regionale bureau. We verwachten hiermee effectiever en efficiënter in te zetten op het bestrijden van schooluitval. Transitie Jeugdzorg De gemeente moet met minder middelen de taken anders vorm gaan geven. Vanaf 2015 tot en met 2017 daalt het budget uiteindelijk met 15%. Veranderingen die ertoe leiden dat de gemeente echt regie moeten gaan voeren, zodat de mogelijkheid benut wordt om zaken anders te regelen en te
Programmabegroting 2014
20
organiseren dan in de huidige (meer versnipperde en verkokerde) situatie het geval is. Dat kan door onder meer scherp in te kopen en goede afspraken te maken met uitvoeringsorganisaties en zorgaanbieders. De gemeente moet vanuit een heldere regierol de randvoorwaarden scheppen voor nieuwe werkwijzen: één gezin, één plan, één regisseur is ook hier het adagium. Buiten de scherpe inkoop en goede afspraken met zorgaanbieders zal een andere manier van werken moeten zorgen voor de werkelijke transformatie. Zo zullen er meer jeugdigen eerder geholpen moeten worden, waardoor het beroep op zwaardere tweedelijnszorg afneemt. De centrale rol op het gebied van indicatiestelling van Bureau Jeugdzorg Utrecht vervalt en wordt overgenomen door diagnostiek vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin. De gemeente wil dat het goed gaat met de inwoners van Vianen, dus ook met de jongeren binnen de gemeente. Nu er een aantal jongeren zijn die extra aandacht behoeven is het zaak dat de afstemming en de aanpak binnen de zorgnetwerken goed op elkaar aangesloten zijn. Met de verschillende partners werkt de gemeente aan een vroegtijdige signalering en een gecoördineerde aanpak die in samenspraak met de jongeren en hun ouders uitgevoerd wordt. Voor het jaar 2015 worden boven regionaal zogenoemde ‘transitie-arrangementen’ afgesloten met de huidige aanbieders van de jeugdzorg. Ten eerste om de continuïteit van zorg aan jeugdigen te kunnen garanderen (zorg, waarvan de indicatie na 31 december 2014 door loopt). Ten tweede om te voorkomen dat de huidige zorgaanbieders ‘omvallen’ en dus geen zorg meer kunnen bieden. Met de garanties voor de huidige aanbieders zijn wel de mogelijkheden voor een transformatie van de jeugdzorg beperkt in de mogelijkheden. Anderzijds is niemand er bij gebaat als bijvoorbeeld jongeren in een pleeggezin moeten worden overgeplaatst op 1 januari 2015. In 2014 start ook de lokale, regionale en bovenregionale inkoop van jeugdzorg door gemeenten voor 2016. Een proces waarvoor circa negen maanden zijn uitgetrokken. In december 2013 wordt een Beleidsplan Jeugdzorg ter vaststelling voorgesteld. Vanaf 2014 wordt het beleid uitgevoerd. 2.2 Het stimuleren van inwoners, zodat zij blijven participeren in onze samenleving Transitie Awbz/Wmo In 2013 is er een globaal beeld van de aantallen burgers die een beroep zullen gaan doen op de Wmo vanwege deze overheveling. Dit zal nog verder gepreciseerd moeten worden en we gaan inzicht creëren in de precieze kosten van de huidige AWBZ-hulp en het budget dat de gemeente straks krijgt. Mede op basis daarvan maakt de gemeente nieuwe afspraken met aanbieders. Daarnaast zijn er op basis van twee werkconferenties in 2013 voorstellen om de kanteling verder vorm te geven via diverse samenwerkingsprojecten tussen welzijns-, zorg en vrijwilligersorganisaties. Deze voorstellen zullen in het najaar van 2013 en 2014 verder uitgewerkt worden. De Kanteling Om de grotere aanspraak op de Wmo (niet alleen nieuwe doelgroepen, maar ook de vergrijzing) op een verantwoorde manier het hoofd te kunnen bieden, is de kanteling gedachte uitgewerkt en in de nieuwe Wmo-verordening opgenomen. De kanteling houdt in dat eerst naar andere mogelijkheden wordt gekeken voor potentiële cliënten om in de samenleving te kunnen blijven participeren, voordat naar het verstrekken van een voorziening wordt gekeken. Daarbij past ook een daarop toegerust aanbod aan voorzieningen van lokaal werkende organisaties. Dit krijgt steeds verder vorm in het programma Hand in Hand in de Wmo. Als onderdeel van dat programma wordt het project ‘Het Gesprek’ voorbereid en in 2014 uitgevoerd. Door leden van het Sociaal Team worden keukentafelgesprekken gehouden met aanvragers van een voorziening. Die keukentafelgesprekken zijn bedoeld om een integraal beeld te kunnen vormen van de problematiek en een integrale,
Programmabegroting 2014
21
passende oplossing te bieden. Daarbij staan eigen kracht, gebruik maken van het sociaal netwerk en gebruik van algemene, collectieve voorzieningen voorop. 2.3 Het stimuleren van sportdeelname door de jeugd De gemeente stimuleert de sportdeelname van de inwoners en dan met name de jeugd. De gemeente stelt subsidies voor jeugdleden beschikbaar en handhaaft minimaal het aantal sportclinics wat aangeboden wordt. Daarnaast breidt de gemeente de doelgroep binnen de Brede impuls combinatiefuncties uit. Zo is er overleg met verschillende partners om sportstimuleringsactiviteiten aan te bieden voor ouderen, inwoners met overgewicht en activiteiten in en rondom de brede school in de Hagen. Daarnaast houdt de gemeente de sportaccommodaties op peil door in 2014 het nieuwe sportcentrum te openen. 2.4 Het samenbrengen en uitbreiden van toeristische en recreatieve mogelijkheden in Vianen. We stellen in 2014 kaders om duidelijk richting te geven aan het recreatiebeleid. Dit doen we samen met betrokken partners binnen de gemeente. Dit mondt uit in een voorstel aan de gemeenteraad. De uitkomsten van de Toekomstvisie zijn leidend voor dit beleid. 2.5. Uitvoering van VVE-activiteiten voor peuters Per jaar bereiken ongeveer 90 peuters de leeftijd waarop zij deel kunnen nemen aan VVE-activiteiten binnen de peuterspeelzalen. Het Rijk verstrekt een bekostiging voor deelname van 44 peuters aan VVE-activiteiten. Voor de toeleiding van doelgroep peuters naar de peuterspeelzalen met VVEactiviteiten zijn afspraken gemaakt met het Consultatiebureau en de desbetreffende peuterspeelzalen.
Programmabegroting 2014
22
Indicatoren Nr
2.1
2.2
2.3
2.4 2.5
Wat willen wij bereiken Wat gaan wij daarvoor doen Het mogelijk maken van kwalitatief goed onderwijs Terugdringen schoolverzuim Het stimuleren van inwoners, zodat zij blijven participeren in onze samenleving Bevorderen dat ouderen langer zelfstandig zijn Het stimuleren van sportdeelname door de jeugd Organiseren sportclinics Niet van toepassing Het stimuleren dat meer peuters deelnemen aan VVEactiviteiten Toeleiding vanuit het Consultatiebureau bevorderen
Bron
Meeteenheid
Realisatie 2011
Realisatie 2012
Begr. 2013
Begr. 2014
Begr. 2015
Begr. 2016
Begr. 2017
Interne opgave
Aantal meldingen
n.v.t.
n.v.t.
110
105
100
95
90
Interne opgave
Aantal ouderen met Wmo ondersteuning
n.v.t.
n.v.t.
1000
980
960
940
920
Interne opgave
Aantal sportclinics
n.v.t.
n.v.t.
150
150
150
150
150
Interne opgave
Aantal aangemelde peuters bij de peuterspeelzalen
n.v.t.
n.v.t.
44
44
44
44
44
Tabel 2.1 Indicatoren Stimulerend
Programmabegroting 2014
23
Wat mag het kosten?
Product 420.00 421.00 441.00 480.00 480.01 480.02 480.03 480.04 482.00 510.00 511.00 511.10 511.20 530.00 530.01 530.02 530.10 540.01 540.10 580.00 580.10 610.10 620.00 620.01 620.02 620.30 620.40 620.50 630.00 650.00 650.01 822.02 822.03 Totaal
Productnaam Openbaar onderwijs Bijzonder onderwijs Bijzonder voortgezet onderwijs Leerlingenvervoer Achterstandsvoorzieningen Overige lokale onderwijsvrz Leerplicht Brede school Educatie Bibliotheek Amateur kunst Vorming Inburgering Doelgroepensport Buitensport Binnensport Sportcentrum Helsdingen Gemeentelijk kunstbezit Stedelijk museum Dorpshuizen Culturele voorzieningen Lokaal minimabeleid Maatschapp. dienstverlening Ouderenvoorzieningen Vrijwilligers Gezondheidsvoorzieningen Schuldhulpvoorzieningen. Integratie en participatie Jeugd- en jongerenvoorzieningen Peuterspeelzaal Kinderopvang S.C.C. Stadshof Diverse gebouwen beheer
Saldo na Totale Lasten Totale Baten bestemming 401.117 86.500 314.617 560.251 0 560.251 286.249 0 286.249 472.982 29.604 443.378 187.883 174.998 12.885 580.462 0 580.462 228.319 18.500 209.819 496.191 107.469 388.722 44.248 38.916 5.332 454.170 75.831 378.339 40.669 0 40.669 2.920 0 2.920 58.091 41.208 16.883 149.763 0 149.763 398.787 126.879 271.908 233.469 67.706 165.763 1.964.260 596.565 1.367.695 46.845 0 46.845 37.342 0 37.342 102.965 30.017 72.948 51.905 0 51.905 377.516 25.875 351.641 2.774.152 143.728 2.630.424 214.527 0 214.527 44.574 0 44.574 806.172 1.340 804.832 0 0 0 99.062 0 99.062 230.478 5.945 224.533 97.937 0 97.937 65.373 22.325 43.048 109.561 0 109.561 10.200 7.300 2.900 11.628.440 1.600.706 10.027.734
In bovenstaande tabel zijn de bedragen van het bestedingsplan 2014 nog niet verwerkt.
Programmabegroting 2014
24
Lasten en baten programma "Stimulerend"
Werkelijk 2012
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
Lasten - bestaand beleid
10.649.357
11.421.459
11.628.440
11.628.440
11.628.440
11.628.440
133.459
338.348
486.850
541.959
582.815
10.649.357
11.554.918
11.966.788
12.115.290
12.170.399
12.211.255
1.645.368
2.176.719
1.600.706
1.600.706
1.600.706
1.600.706
1.645.368
2.176.719
1.600.706
1.600.706
1.600.706
1.600.706
- 9.003.989
- 9.378.199
- 10.366.082
- 10.514.584
- 10.569.693
- 10.610.549
434.274
52.000
0
0
0
0
139.065
89.595
0
0
0
0
- 9.299.198
- 9.340.604
- 10.366.082
- 10.514.584
- 10.569.693
- 10.610.549
- bestedingsplan bestaand beleid
Totaal lasten Baten - bestaand beleid
Totaal baten Saldo programma vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo programma ná bestemming
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de programmabegroting 2013 Nadeel: Maatschappelijke dienstverlening. Binnen het sociale domeinen dan hier in het bijzonder binnen de Wmo, gaat er heel veel veranderen. De voorbereiding, implementatie en uitvoering van deze veranderingen is omvangrijk en vraagt daarom ook om meer capaciteit. Nadeel: Het besluit over de formatie uitbreiding leerplicht en leerlingenvervoer is verwerkt. Op basis van de evaluatie is voorgesteld, de benodigde formatie per 1 januari 2013 voor leerplicht en leerlingenvervoer op 1,75 fte vast te stellen. De formatie is met 0,75 fte uitgebreid. Nadeel: Het product Helsdingen. De financiële consequenties van de Nota Rente, Reserves en voorzieningen zijn verwerkt in de begroting 2014. Het vermogen uit de reserves ter dekking van de exploitatie is vervallen. Voordeel: Minimabeleid en Schuldhulpverlening, zie toelichting programma Dienstverlening – Gemeenschappelijke regeling WIL.
€ 248.000
€ 90.000
€ 322.000
€ 67.000
Risico’s • De grootste risico’s binnen het programma Stimulerend betreffen de financiële risico’s. Met name op het terrein van de verschillende transities zijn grote bedragen gemoeid met de uitvoering van de nieuwe taken voor de gemeente. Ook is bij de verschillende transities een bezuinigingsopgave, uiteenlopend van circa 15 tot 25 %, gesteld. De doelstelling is de transities budgetneutraal te laten verlopen, maar afhankelijk van de definitieve invulling van de wetten zal dat meer of minder eenvoudig zijn. Het betreft omvangrijke budgetten, de kans dat er te weinig budget blijkt te zijn is relatief groot. Dus het betreft een relatief groot risico.
Programmabegroting 2014
25
Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren Nr. Titel 1 Nota gezondheidsbeleid 2 Verordening Maatschappelijke Ondersteuning 3 Besluit maatschappelijke ondersteuning 4 Sportnota 5 Startnotitie Jeugdzorg 6 Startnotitie AWBZ/WMO
Jaar 2012 2013 2013 2010 2012 2013
Overige relevante beleidskaders Nr. 1 2 3
Titel Wmo beleidsplan 2009-2012 Nota Integraal jeugdbeleid 2008-2012 Nota Schuldhulpverlening
Programmabegroting 2014
Jaar 2009 2009 2012
26
3.
LEEFBAAR
Programma Leefbaar De gemeente streeft naar een samenleving waarbij burgers, bedrijven en instellingen betrokken zijn bij hun eigen leefomgeving. Het programma Leefbaar omvat die activiteiten die gericht zijn op het maken en behouden van een schone, gebruiksvriendelijke, veilige en duurzame leefomgeving, waarin burgers, bedrijven en instellingen een actieve rol hebben. Het programma Leefbaar heeft de volgende doelen: 3.1 Het bieden van een veilige buitenruimte met daarbij een daadkrachtige aanpak van overlast en criminaliteit, waarbij burgers goed betrokken worden 3.2 Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande waar de gemeente mee te maken heeft of krijgt, en waar de gemeente in de toekomst op wil en soms zelfs moet anticiperen. De belangrijkste ontwikkelingen voor 2014 zijn: Openbare orde en veiligheid Belangrijk speerpunt in het Integraal Veiligheidsplan (IVP) zijn het voorkomen van woninginbraken. Samen met politie en LEKSTEDEwonen, zet de gemeente in op preventie. Het tweewekelijkse (operationele) veiligheidsoverleg tussen gemeente en politie is in het eerste kwartaal 2013 uitgebreid met een thematisch overleg per 6 weken. Dit overleg wordt in 2014 voortgezet en is enerzijds meer strategisch, anderzijds geeft het de mogelijkheid op specifieke thema’s dieper in te gaan. Terugkerend thema in dit overleg is de aanpak van een groep jongeren die regelmatig hinderlijk en soms crimineel gedrag vertoont. Leefbaarheid De leefbaarheid van wijken en buurten van onze gemeente krijgt de komende tijd meer aandacht. In 2013 is een nieuwe wijkcoördinator aan de slag gegaan en in 2014 wordt een visiedocument ontwikkeld voor een structurele aanpak van de leefbaarheid. Beheer openbare ruimte Inmiddels zijn de eerste resultaten van het project Buiten Gewoon te zien, zoals het groen in de wijk Monnikenhof en Everdingen. Voor 2014 staan de wijken Amaliastein, De Hagen, de kern Hagestein en het bedrijventerrein De Biezen op de planning. Door het actief inzetten van een goed communicatietraject is de voortgang gewaarborgd. In 2014 is er een evaluatiemoment, zodat de raad de voortgang kan volgen en zo nodig bijsturen. Vanuit het in 2009 vastgestelde waterplan ligt een opgave om vóór 2015 10.000 m3 extra waterberging te realiseren. Om te proberen om werk met werk te maken is in 2009 besloten om deze waterberging te realiseren bij de uitvoering van Hoef en Haag. Omdat het ernaar uitziet dat deze wateropgave vóór 2015 niet gerealiseerd is heeft het Waterschap Rivierenland bij de gemeente aangedrongen op een realisatie of gedeeltelijke realisatie van deze waterberging elders in het betreffende peilgebied. Onderzoek heeft aangetoond dat er ± 3.500 m3 kan worden gerealiseerd langs de oostelijke rand van het woon- en bedrijvengebied in de Hagen. De realisatie wordt geïntegreerd meegenomen in 2014 bij de planvorming en uitvoering van het plan Buiten Gewoon in de Hagen.
Programmabegroting 2014
27
Handhaving In 2014 wordt er op het gebied van de WABO-regelgeving meer planmatig gehandhaafd. Daarbij wordt een andere werkwijze met de inzet van meer toezichthouders gehanteerd. De toezichthouders treden zichtbaar en preventief op. Wat willen we bereiken en wat gaan wij daar voor doen? Voor het jaar 2014 zijn onze doelen en daaraan gekoppelde acties: 3.1 Het bieden van een veilige buitenruimte met daarbij een daadkrachtige aanpak van overlast en criminaliteit, waarbij burgers goed betrokken worden Openbare orde en veiligheid Het doel is de criminaliteit verder te laten afnemen en de leefbaarheid in de gemeente te vergroten. De gemeente richt zich in 2014 op de prioriteiten, die opgenomen zijn in het Integraal Veiligheidsplan 2013-2014. Woninginbraak De gemeente zet in op een daling van het aantal woninginbraken (-15% ten opzichte van 2012). De focus ligt op voorlichting en preventie. Daarbij betrekt de gemeente nadrukkelijk LEKSTEDEwonen, politie en inwoners, in het bijzonder de deelnemers aan Waaks!, Burgernet en buurtcontactpersonen. Overlast door jongeren De gemeente streeft naar een afname van het aantal meldingen van jongerenoverlast (10% afname ten opzichte van 2012). In de aanpak richt de gemeente zich op de individuele jongeren, groepen jongeren en de openbare ruimte (het domein). De gemeente werkt nauw samen met de jongerenwerkers, politie, scholen, sportverenigingen, buurthuizen en inwoners. Jongeren waar wij ons zorgen overmaken, worden besproken in het CJG overleg. Hier wordt per jongere een adequate aanpak bepaald. Deze aanpak zal voornamelijk bestaan uit zorg en begeleiding maar kan ook een combinatie zijn van zorg en straf. Hiertoe werken we nauw samen met bureau Halt en het veiligheidshuis. Overlast van jongeren ontstaat in veel gevallen door het gebruik van alcohol en/of drugs. Daarom besteden wij aandacht aan voorlichting en preventie. De gemeente sluit zich aan bij het project Nuchter Verstand. Te hard rijden, parkeeroverlast, hondenpoep en rommel op straat Inwoners noemen deze aspecten als meest overlastgevend in hun wijk. Ze tasten de leefbaarheid aan en daarmee indirect het veiligheidsgevoel. Tegelijkertijd zijn het veelal de inwoners zelf die deze vormen van overlast veroorzaken. De gemeente streeft ernaar om de overlast terug te dringen met 5% in 2014 ten opzichte van 2011 (cijfers Integrale Veiligheidsmonitor). De gemeente zet de bijzondere opsporingsambtenaren gerichter in op de plekken en tijden waar de overlast het ergst is. Daarnaast wil de gemeente mensen meer bewust maken als zij overlast gevende gedrag vertonen. De gemeente doet dit in samenspraak met o.a. buurtcontactpersonen en de bewonerscommissie Monnikenhof. Ten aanzien van te hard rijden worden wegen ingericht als 50km-wegen (gebiedsontsluitingswegen) en 30km-zones (erftoegangswegen; verblijfsgebieden). De inrichting gebeurt volgens de principes ‘Duurzaam Veilig’ en richtlijnen CROW (nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte) en wordt uitgevoerd in het kader van het project ‘Buiten Gewoon’. Op basis van klachten over te hard rijden vraagt de gemeente, de politie snelheidscontroles uit te voeren.
Programmabegroting 2014
28
Vernielingen Vernieling van persoonlijke eigendommen raakt het veiligheidsgevoel van mensen rechtstreeks. Vernieling van openbare gebouwen en objecten heeft negatieve invloed op de leefbaarheid en daarmee indirect op het veiligheidsgevoel. De gemeente streeft naar 10% afname van het aantal vernielingen ten opzichte van 2012 (225). De gemeente zet in op gezamenlijk toezicht door politie en boa’s en wil de buurtcontactpersonen en bewonersorganisatie Monnikenhof daarbij meer gaan betrekken. Ook het ambulante jongerenwerk willen we daarbij inzetten. Hennepteelt De gemeente zet de (bestuurlijke) aanpak, waarmee in 2013 is begonnen, voort. Dit houdt in dat op basis van politierapportages kan worden besloten tot sluiting van panden over te gaan. Hiermee wordt de illegale hennepteelt gestructureerd, met partners, aangepakt zodat kwekerijen worden ontmanteld en criminelen worden afgeschrikt om nieuwe kwekerijen in Vianen te vestigen. De aanpak moet leiden tot een halvering van het aantal ontdekte kwekerijen in 2014 ten opzichte van 2012. We benutten hierbij de kennis en expertise van het RIEC. Overige onderwerpen Naast de genoemde prioriteiten zijn er andere veiligheidsthema’s die de gemeente belangrijk vindt en waar (blijvend) aandacht aan wordt besteed. Veilige Publieke Taak VPT heeft regionaal prioriteit, lokaal is er nauwelijks problematiek. Wel blijft de gemeente investeren in de veiligheid van de eigen medewerkers en andere medewerkers in het publieke domein. De gemeente ziet een belangrijke meerwaarde in voorlichting aan de jeugd. Daarnaast blijft de gemeente haar eigen medewerkers attenderen op het belang van melden van agressie en geweld, registratie van voorvallen en het doen van aangifte bij strafbare feiten. Huiselijk geweld Huiselijk geweld is een weinig zichtbare vorm van geweld die landelijk prioriteit heeft. De gemeente heeft onlangs het regionale convenant huiselijk geweld ondertekend en onderstreept daarmee het belang van een goede aanpak van dit soort geweld. In samenwerking met bureau RVS en omringende gemeenten wil de gemeente meer zicht krijgen op de achterliggende oorzaken van huiselijk geweld en interventies. De gemeente blijft inzetten op het tijdelijk huisverbod als middel om huiselijk geweld te doen stoppen. Persoonsgerichte aanpak Jong volwassenen, die structureel crimineel gedrag vertonen, wil de gemeente met een persoonsgerichte aanpak aanmoedigen om op een normale manier aan de samenleving mee te doen. In deze aanpak gaan straf en hulp hand in hand. De gemeente werkt hierbij nauw samen met het veiligheidshuis. Burgerparticipatie Hoewel burgerparticipatie geen doel op zich is, vindt de gemeente het een effectief instrument in de aanpak van veiligheidsproblematiek. De gemeente zet dan ook in op een toename van het aantal deelnemers aan Burgernet en Waaks!. Daarnaast wil de gemeente de rol van buurtcontactpersonen beter verankeren en verstevigen binnen het project wijkgericht werken. Hoe meer verantwoordelijkheid burgers zelf nemen voor hun omgeving, hoe kleiner de rol van de gemeente kan worden. Crisisbeheersing Een belangrijke ontwikkeling is de herinrichting van de gemeentelijke crisisbeheersing, ook wel Programmabegroting 2014
29
bevolkingszorg genoemd. Kern van deze herinrichting is dat een groot aantal lokale functies ingevuld wordt door regionale expertteams in plaats van lokale ambtenaren. Hierdoor ontstaat een kleinere crisisorganisatie die beter opgeleid en getraind is. 3.2 Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Groen Als gevolg van de bezuinigingen heeft de gemeente in 2012 op het gebied van groenonderhoud, bij de nog niet omgevormde groenstroken, en het vegen van wegen in de openbare ruimte niet kunnen voldoen aan het vastgestelde kwaliteitsniveau B. In 2013 heeft de gemeente door beschikbaarstelling van middelen dit niveau wel gehaald. In 2014 kiest de gemeente voor handhaving van dit beleid en kiest voor het vastgestelde kwaliteitsniveau B. Verder worden informatieavonden ten behoeve van de uitvoering van het plan Buiten Gewoon in Amaliastein, de Hagen, de kern Hagestein en het bedrijventerrein De Biezen georganiseerd, gevolgd door een uitvoering van de plannen. Bodem De gemeente richt zich op een veilig gebruik van de bodem en richt zich op duurzaam gebruik van de bodem en het voorkómen van nieuwe bodemverontreiniging. De gemeente krijgt meer mogelijkheden om lokaal (gebiedsgericht) bodembeleid te ontwikkelen (zoals vastgelegd in het Besluit bodemkwaliteit en het wijzigingsbesluit Bodemenergie). Vanwege de economische crisis kiest de gemeente voor een sobere uitvoering van (nieuwe) taken: alleen die taken uitvoeren die wettelijk verplicht zijn. De gemeente heeft in haar beleidskader bodem de volgende ambities opgenomen: - de gemeente richt zich op een veilig gebruik van de bodem; Dit doen we door de verplichtingen na te komen uit ISV3 (bv monitoring Hofplein); - de gemeente streeft naar een strakke coördinatie tussen de beleidsvelden Ruimtelijke Ontwikkeling en Bodem, waarbij vroegtijdige inbreng van bodemgegevens bij ruimtelijke planvorming essentieel wordt geacht; Dit doen we door het uitvoeren van een ‘bodemtoets’ bij bestemmingsplannen; - het bodembeleid van de gemeente richt zich op duurzaam gebruik van de bodem en het voorkómen van nieuwe bodemverontreiniging. Dit doet de gemeente onder andere door toezicht te houden op grondstromen binnen de gemeente. Luchtkwaliteit Het doel is het blijvend verbeteren van de luchtkwaliteit in Vianen om de inwoners te beschermen tegen de effecten van luchtverontreiniging. In 2014 staan, conform de luchtnota de volgende actie gepland: - Het project vervoersmanagement bij bedrijven. De taken die jaarlijks terugkomen en dus ook in 2014 worden opgepakt zijn: - Het actualiseren van de luchtkaarten; - Het actualiseren van de monitoringstool; - Het beantwoorden van vragen van bewoners e.d.; - Het plaatsen van informatie op het geoloket.
Programmabegroting 2014
30
Indicatoren Nr.
3.1
3.2
3.2
Wat willen wij bereiken Wat gaan wij daarvoor doen Het bieden van een veilige buitenruimte met daarbij een daadkrachtige aanpak van overlast en criminaliteit, waarbij burgers goed betrokken worden Inzetten op betrokkenheid van burgers en intensieve samenwerking met politie, omringende gemeenten en andere (regionale) partners Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Stimuleren van buurtactiviteiten*** Organiseren van informatiebijeenkomsten Het bieden van een gebruikersvriendelijke, schone en groene leefomgeving Het zelf beheren van onderdelen van de openbare ruimte door particulieren en bedrijven
Bron
Meet Realisatie Realisatie Begr. eenheid 2011 2012 2013
Veiligheids- cijfer monitor
Interne opgave
7,5
*
Begr. 2015
Begr. 2016
Begr. 2017
7,7
*
8
40 6
50 0
50 0
aantal
5 5 Interne opgave
*
7,4
Begr. 2014
-17
---
2 6
14 9
30 8
aantal
0**** 0**** 0***** 0***** 10 10 0***** 0***** Tabel 3.1 Indicatoren Leefbaar
Toelichting bij indicatoren: * hiervan kunnen géén cijfers gegeven worden want de gemeente laat de veiligheidsmonitor slechts 1 x in de twee jaar uitvoeren. In 2011 heeft het vorige onderzoek plaatsgevonden en daarom kunnen niet eerder dan eind 2013 nieuwe gegevens aangeleverd worden ** onderzoekresultaten zijn begin 2014 bekend *** inclusief activiteiten/interacties/overleggen van de wijkcoördinator in het kader van het wijkgericht werken **** het aantal kan hoger uitvallen, maar dit hangt af van het succes van het zelfbeheer in het kader van het project ‘Buiten Gewoon’ ***** het project ‘Buiten Gewoon’ loopt in 2015 ten einde. De verwachting is dat de groep geïnteresseerden grotendeels is bereikt. Programmabegroting 2014
31
Wat mag het kosten?
Product 110.00 110.02 110.03 120.00 120.10 140.00 210.00 210.10 210.20 211.02 214.00 221.00 240.00 240.01 240.02 540.00 541.00 560.00 560.06 580.20 721.00 722.00 723.00 724.00 725.00 820.03 Totaal
Saldo na Productnaam Totale Lasten Totale Baten bestemming Algemene Plaatselijke Verordening 159.415 11.797 147.618 Ontruimingen 4.849 5.200 -351 Handhaving 325.738 45.000 280.738 Preventie 95.174 3.797 91.377 Crisisbeheersing 1.177.807 0 1.177.807 Zwerfdieren 15.165 227 14.938 Wegen 1.678.472 6.314 1.672.158 Openbare verlichting 308.690 50.708 257.982 Gladheidbestrijding 68.775 44.891 23.884 Verkeersmaatregelen 330.894 90.818 240.076 Parkeren 52.134 8.276 43.858 Havens 11.927 0 11.927 Beschoeiingen 115.918 0 115.918 Kunstwerken 136.455 0 136.455 Baggeren 222.706 2.785 219.921 Kunst in de openbare ruimte 18.152 0 18.152 Erfgoed 300.961 26.855 274.106 Onderhoud groen 1.075.839 20.182 1.055.657 Volkstuinen 1.474 0 1.474 Speelplaatsen 102.883 0 102.883 Afval 1.796.917 2.085.821 -288.904 Riolering 1.111.160 2.075.700 -964.540 Milieu 481.162 0 481.162 Begraven 217.907 211.123 6.784 Ongediertebestrijding 4.860 0 4.860 Handhaving 340.334 0 340.334 10.155.768 4.689.494 5.466.274
In bovenstaande tabel zijn de bedragen van het bestedingsplan 2014 nog niet verwerkt.
Programmabegroting 2014
32
Lasten en baten programma "Leefbaar"
Werkelijk 2012
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
Lasten - bestaand beleid
9.711.895
9.973.988
10.118.536
10.118.536
10.118.536
10.118.536
444.651
335.446
418.969
527.793
712.983
9.711.895
10.418.639
10.453.982
10.537.505
10.646.329
10.831.519
4.593.577
4.666.688
4.679.694
4.679.694
4.679.694
4.679.694
4.593.577
4.666.688
4.679.694
4.679.694
4.679.694
4.679.694
- 5.118.319
- 5.751.951
- 5.774.288
- 5.857.811
- 5.966.635
- 6.151.825
39.940
26.448
37.232
37.232
37.232
37.232
0
41.998
9.800
9.800
9.800
9.800
- 5.158.259
- 5.736.401
- 5.801.720
- 5.885.243
- 5.994.067
- 6.179.257
- bestedingsplan bestaand beleid
Totaal lasten Baten - bestaand beleid
Totaal baten Saldo programma vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo programma ná bestemming
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de programmabegroting 2013 Voordeel: In de jaarrekening 2012 is geconstateerd dat er een overschot is op het product afvalinzameling. In de aanloop naar de begroting zijn de kosten geanalyseerd. Daaruit is naar voren gekomen dat met betrekking tot de afvalinzameling dit overschot structureel van aard is. Voordeel: Bij het opstellen van de begroting zijn de kosten voor riolering geanalyseerd. In 2014 zijn incidenteel kapitaallasten afgeraamd als gevolg van incidentele vertragingen in projecten. Vanaf 2014 wordt weer volop geïnvesteerd, waardoor een structurele verhoging van 3% op de rioolheffing voorgesteld wordt. Nadeel: Het besluit over het toetreden tot de gemeenschappelijke regeling tot het Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht is verwerkt. Nadeel: Het team Handhaving en Vergunningen gaat naar aanleiding van de doorontwikkeling een slag maken in het handhavingsproces. Er is een handhavingsuitvoeringsprogramma geschreven. De werkwijze zal anders worden dan het was. In plaats van ‘achter het bureau te blijven zitten’ gaan de handhavers meer naar buiten, eerst praten en dan schrijven. Doel is het beeld van de gemeente positief te beïnvloeden en de burgers een bewustwordingsproces te laten doorlopen (bij brengen van regels, de mogelijkheden en onmogelijkheden). Dit leidt tot meer uren inzet op handhaving.
Programmabegroting 2014
€ 113.000
€ 118.000
€ 61.000 € 265.000
33
Risico’s • Het project ‘Buiten Gewoon’ brengt een aantal risico’s met zich mee. Ondanks dat de gemeente al weer een stapje verder is bij de voorbereiding en uitvoering van het project ‘Buiten Gewoon’ is en blijft het project afhankelijk van draagvlak en draagkracht bij de bevolking. Hierdoor is het project kwetsbaar op het gebied van planning en de wijze van uitvoering. Naast de bezwaarprocedure tegen de noodzakelijke bomenkap, die invloed heeft op de planning van de uitvoering dient er ook bij het zelfbeheer rekening te worden gehouden met de (voortijdige) beëindiging van een aantal overeenkomsten. In de loop van de jaren zullen er inwoners zijn die om allerlei redenen willen of moeten stoppen met hun project zelfbeheer. Wanneer dit gebeurt zal opnieuw bekeken moeten worden hoe het onderhoud van groen vorm zal worden gegeven. Het project verkeert nu in een aanloopperiode waardoor op korte termijn lijkt of er niets meer aan onderhoud gebeurt. Op langere termijn verandert dit, maar dit vergt enig geduld. Het project verdient veel zorg en aandacht, ook financieel gezien. •
Verbeteren van de verkeersafwikkeling op het bedrijventerrein De Hagen voor een drietal kruispunten en wegvakken. Een te grote vertraging bij de uitvoering van het totale project kan leiden tot onnodige extra investeringen voor het in stand houden van de verkeerslichteninstallatie op het kruispunt Hagenweg/Stuartweg. Daarnaast dienen deze maatregelen om tijdig zorg te dragen voor een goede maar vooral veilige verkeersafwikkeling als gevolg van de geprognosticeerde verkeerstoename van de ontwikkellocaties Gaasperwaard en Hoef en Haag.
Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren Nr. Titel 1 Integraal Veiligheidsplan 2013-2014
jaar 2013
Overige relevante beleidskaders Nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
Titel Nota Horecabeleid Nota Handhaving Beleidsregels buurt- en straatfeesten Regionale veiligheidsstrategie 2012 – 2014 Verkeerveiligheidsplan Vianen 2004 – 2015 Afvalstoffenbeleidsplan 2012 – 2014 Beheerplan wegen 2011 – 2015 Beheerplan beschoeiing 2011- 2015 Beheerplan kunstwerken 2012 – 2015 Beheerplan baggeren 2010 – 2017 Beheerplan groen 2011 – 2014 Beheerplan straatmeubilair 2011 – 2014 Beheerplan bewegwijzering 2011 – 2015 Beheerplan Openbare Verlichting 2011 – 2015 Bomenbeleidsplan Beleidsplan gladheidbestrijding 2011 – 2016 Speelruimteplan Nota “Nieuw Beheer” Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2011 – 2015
Programmabegroting 2014
Jaar 2007 2012 2004 2012 2011 2011 2012 2011 2011 2011 2011 2011 2009 2011 2011 2011 34
4.
GROEIEND
Programma Groeiend De gemeente streeft naar een aantrekkelijke omgeving om te wonen en te werken, waarbij de gemeente het sociaal – economische en ruimtelijke domein wil versterken. Het programma Groeiend omvat die activiteiten die gericht zijn op het landelijk gebied, het voorzieningenniveau, bereikbaarheid, ondernemerschap, werkgelegenheid en woonmilieus. Het programma Groeiend valt uiteen in twee deelprogramma’s met daarbij de volgende doelstellingen: 4.1 Ondernemerschap en de sociaal-economische ontwikkeling 4.1.1 Creëren van een goed ondernemersklimaat 4.1.2 Creëren van een goed detailhandelsklimaat 4.1.3 Behoud en versterking van het huidige werkgelegenheidsniveau 4.2 Duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Vianen 4.2.1 Handhaven van het huidige voorzieningenniveau 4.2.2 Realiseren van een goede verkeersafwikkeling 4.2.3 Realiseren van een gedifferentieerd woonmilieu 4.2.4 Realiseren van een duurzame kwaliteit van leefomgeving
4.1
Sub programma: Ondernemerschap en sociaal-economische ontwikkeling
Het sub programma ‘Groeiend – Ondernemerschap en de sociaal-economische ontwikkeling’ heeft de volgende doelen: 4.1.1 Creëren van een goed ondernemersklimaat 4.1.2 Creëren van een goed detailhandelsklimaat 4.1.3 Behoud en versterking van het huidige werkgelegenheidsniveau Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande waar de gemeente mee te maken heeft of krijgt, en waar de gemeente in de toekomst op wil en soms zelfs moet anticiperen. De belangrijkste ontwikkelingen voor 2014 zijn: Participatiewet De Participatiewet, die naar alle waarschijnlijkheid ingaat per 1 januari 2015, gaat het wetsvoorstel Werken naar vermogen vervangen. In deze wet worden de Wet Werk en Bijstand, de Wet op de Sociale Werkvoorziening en de Wajong samengevoegd (de Wajong blijft bestaan voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten). Eind 2013 wordt het wetsvoorstel verwacht en 2014 wordt hierdoor een voorbereidingsjaar. Hoewel hier nog geen concrete doelstelling en acties aan verbonden zijn, moet de gemeente op deze wetswijziging in 2014 anticiperen. Ook verwacht de gemeente, vanwege de crisis, vanaf 2014 een groter beroep op de bijstand en op de schuldhulpverlening.
Programmabegroting 2014
35
Economische recessie De crisis maakt het de detailhandel moeilijk. Ook de opkomst van winkelen via internet speelt hierbij een rol. Het wordt steeds belangrijker voor bedrijven om zich door service en dienstverlening te onderscheiden van de omgeving. Een Bedrijven Investerings Zone (BIZ) maakt het mogelijk voor ondernemers om gezamenlijk te investeren in een aantrekkelijke en veilige bedrijfsomgeving, waar alle ondernemers in de zone aan meebetalen. Ondernemers in een bepaald gebied bepalen of zij voor dat gebied gezamenlijke investeringen willen doen en maken daarvoor een plan. Op dit moment is er een BIZ – Voorstraat in Vianen. Op landelijk niveau wordt er over gedacht om de BIZ-regeling permanent te maken. Als dit gebeurt, is een nieuwe poging voor een BIZ op bestaande bedrijventerreinen een mogelijkheid. Wat willen we bereiken en wat gaan we daar voor doen? Voor het jaar 2014 zijn onze doelen en daaraan gekoppelde acties: 4.1.1 Creëren van een goed ondernemersklimaat Voortzetten van uitgifte kavels Gaasperwaard In 2014 wordt ingezet op het voortzetten van de gronduitgifte van het bedrijventerrein Gaasperwaard. Ook wordt een marketingstrategie ontwikkeld om meer bedrijven te interesseren voor Gaasperwaard. Creëren van goed bereikbare bedrijventerreinen (De Biezen/De Hagen) In BRU-verband, waarin onze gemeente ook participeert, is in 2012 het ‘Regionaal Convenant regio Utrecht 2011-2020, doorkijk 2025’ vastgesteld. Volgend op wat in het convenant is vastgelegd, wordt binnen onze gemeente ingezet op verdere revitalisering van het bedrijventerrein De Biezen/De Hagen. De aankomende verbreding van de A27 en de ontwikkelingen in Hoef en Haag vragen om aanpassingen in de infrastructuur. In 2014 ligt de focus op voorbereidingen, in 2015-2017 moet de uitvoering plaatsvinden. Stimuleren van ondernemers Voor een vitale economische ontwikkeling is het van groot belang dat ingezet wordt op het behouden en versterken van de reeds in onze gemeente gevestigde bedrijvigheid. Essentieel is dat bedrijven bedrijfseconomisch zo optimaal mogelijk kunnen blijven functioneren en dat door de gemeente duidelijk wordt aangegeven wat wel kan niet kan/mag op bedrijventerreinen. Met het vaststellen van het raadsvoorstel ‘Sociaal Economische Ambitie’ wordt de ambitie verwoord en kan een actieplan worden ontwikkeld. 4.1.2 Creëren van een goed detailhandelsklimaat Opstellen detailhandel visie Om de detailhandel structuur te versterken wordt, in nauw overleg met de winkeliers, een detailhandel visie opgesteld. Er wordt hierbij kritisch gekeken naar de bestemming en branchering in de binnenstad, waarbij de Voorstraat extra aandacht krijgt, om de diversiteit aan winkelaanbod te vergroten. Na het opstellen van de visie worden de indicatoren opgesteld. 4.1.3 Behoud en versterking van het huidige werkgelegenheidsniveau Stimuleren van maatschappelijk werkgeverschap Ondernemers worden geprikkeld om aan de slag te gaan met mensen die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Zo kan gedacht worden aan het creëren van meer opleidingsmogelijkheden. Om ondernemers te blijven prikkelen, wordt ook in 2014 ingezet op het organiseren van bedrijvenbezoeken.
Programmabegroting 2014
36
Een betere match bewerkstelligen tussen vraag en aanbod Bevorderen van om- en bijscholing om zo het aanbod van arbeidskrachten te vergroten en kwalitatief op peil te houden c.q. te brengen. Essentieel is dat een goed en actueel overzicht wordt verkregen van de concrete behoefte vanuit het bedrijfsleven, zowel nu als in de toekomst. Deze kwantitatieve, maar vooral kwalitatieve, vraag moet worden gemonitord. De WIL speelt hierin een belangrijke rol.
Programmabegroting 2014
37
Indicatoren Nr.
Wat willen wij bereiken
Bron
Meeteenheid
Realisatie 2011
Realisatie 2012
Begr. 2013
Begr. 2014
Begr. 2015
Begr. 2016
Begr. 2017
Wat gaan wij daarvoor doen 4.1.1 Creëren van een goed ondernemersklimaat
Interne opgave
ha
8,4
0,8
0,8
0,8
0,8
0,7
0,7
Uitgifte kavels Gaasperwaard 4.1.2 Creëren van een goed ondernemersklimaat
Interne opgave
rapportage
-
-
Opstellen detailhandel visie 4.1.3 Behoud en versterking van het huidige werkgelegenheidsniveau
Interne opgave
aantal
Organiseren bedrijfsbezoeken
Programmabegroting 2014
-
-
-
Opstellen visie
15 15 15 15 15 15 15 Tabel 4.1 Indicatoren Groeiend -Ondernemerschap en de sociaal-economische ontwikkeling
38
Wat mag het kosten? Zie totaal programma. Risico’s • Vanwege de (financiële) crisis verkeren veel bedrijven en winkeliers in een moeilijke situatie. Naarmate dit langer duurt, heeft dit ook zijn weerslag op het sociaaleconomische beeld in onze gemeente. Het risico bestaat dat het voorzieningenniveau van Vianen te laag wordt om een aantrekkelijk winkelaanbod te behouden. Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren Nr. Titel 1 Regionaal Convenant regio Utrecht 2011 – 2020, doorkijk 2015 (BRU) 2 Bedrijven Investering Zone (BIZ)
jaar 2012 2012
Overige relevante beleidskaders Niet van toepassing.
4.2 Subprogramma: Duurzame ruimtelijke ontwikkeling van Vianen Het subprogramma ‘Groeiend – Duurzame ruimtelijke ontwikkeling’ heeft de volgende doelen: 4.2.1 Handhaven van het huidige voorzieningenniveau 4.2.2 Realiseren van een goede verkeersafwikkeling 4.2.3 Realiseren van een gedifferentieerd woonmilieu 4.2.4 Realiseren van een duurzame kwaliteit van leefomgeving Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande waar de gemeente mee te maken heeft of krijgt, en waar de gemeente in de toekomst op wil en soms zelfs moeten anticiperen. De belangrijkste ontwikkelingen voor 2014 zijn: Oriëntatie inwoners op omliggende steden Vianen is gelegen nabij grote steden als Utrecht, Nieuwegein en Houten. Inwoners van Vianen zoeken steeds meer deze steden op als het gaat om bijvoorbeeld winkelen, sport, educatie en culturele activiteiten. Dit gaat ten koste van de voorzieningen van onze eigen gemeente. Om het huidige voorzieningenniveau op peil te kunnen houden, is een groter inwoneraantal nodig. Het huidige woningbestand biedt hiervoor echter niet voldoende mogelijkheden. Ontwikkelen Landschapsvisie Het landelijk gebied van Vianen kent vele kwaliteiten en betreft een afwisselend landschap. Om de ontwikkeling van het landelijk gebied te sturen wordt een Landschapsvisie, die past binnen de uitgangspunten van de Toekomstvisie, opgesteld. Het platteland van Vianen moet gaan bruisen van activiteiten en aantrekkingskracht uitoefenen op recreanten en bewoners. De Landschapvisie biedt hiervoor handvatten en acties. Regionale infrastructuur Vanuit hogere overheden wordt gedacht over mogelijkheden om de verkeersontsluiting langs de A27 te verbeteren. Gedacht wordt aan een spoorverbinding tussen Breda en Utrecht. Op regionaal niveau Programmabegroting 2014
39
wordt gelobbyd voor mogelijke nieuwe busverbindingen, die onze gemeente kunnen verbinden met knooppunten zoals Houten en De Uithof. Ook wordt op dit niveau gelobbyd voor een regionale fietsverbinding aan de oostkant van de regio Utrecht, tussen Vianen, Houten, Nieuwegein en De Uithof. Verandering in woningbehoefte Landelijk is sprake van een verandering in woningbehoeften. Dit is ook terug te zien in onze gemeente. De oorzaak van de verandering ligt in ontwikkelingen als ontgroening, vergrijzing en het verminderen van de gezinsomvang. Ook de crisis op de woningmarkt speelt een belangrijke rol in veranderde woningbehoeften. Er worden minder huizen verkocht en in de huidige markt moet meer worden ingespeeld op expliciete woonwensen van de individuele koper. Woningbouwprojecten moeten inspelen op de veranderingen in de markt. Meer duurzaam bouwen Woonwijken worden duurzamer ontwikkeld. Duurzaamheid wordt gezien als een ‘plus’ en moet worden bezien in een breder kader dan uitsluitend gericht op milieu, namelijk als ‘ontwikkeling gericht op de toekomst’. Een gezonde leefomgeving maakt hier ook deel van uit. Er komen steeds meer instrumenten om duurzaamheid te meten en ontwikkelaars willen zich hier meer voor inzetten, ook omdat dit kan worden ingebracht als verkoopargument. Wat willen we bereiken en wat gaan we daar voor doen? Voor het jaar 2014 zijn onze doelen en daaraan gekoppelde acties: 4.2.1 Handhaven van het huidige voorzieningenniveau Voortgang in de ontwikkeling van de woonwijk ’Hoef en Haag’ De ontwikkeling van Hoef en Haag maakt het voor Vianen mogelijk door te groeien tot minimaal 21.000 inwoners. Dit is nodig om het huidige voorzieningenniveau in stand te houden. Ingezet wordt op het behouden van voortgang in de ontwikkeling van Hoef en Haag. De rol van de gemeente is voornamelijk het faciliteren van het consortium van ontwikkelaars om woningbouw te realiseren. 2014 staat vooral in het teken van de voorbereiding voor de start van de bouw van de eerste woningen. 4.2.2 Realiseren van een goede verkeersafwikkeling Lobbyen voor diverse vormen van verkeersontsluiting langs de oostkant van Vianen (A27) Ingezet wordt op het inspelen op de verschillende lobbies voor het realiseren van een spoorverbinding, de komst van nieuwe busverbindingen en een regionale fietsverbinding aan de oostkant van de regio Utrecht. Het is noodzakelijk dat de gemeente blijft netwerken in deze ontwikkelingen. 4.2.3 Realiseren van een gedifferentieerd woonmilieu Inzetten op het behouden van voortgang bij de lopende woningbouwprojecten en voortzetten van de voorbereidingen voor Hoef en Haag Ingezet wordt op het stimuleren van voortgang in de lopende woningbouwprojecten De Bleek en Helsdingen. Hierbij wordt samen met de ontwikkelende partijen gekeken hoe het huidige aanbod dusdanig kan worden aangesloten op de vraag vanuit de markt, dat dit een stimulerende werking kan hebben op de verkoop van de woningen. In 2014 zal hiervoor mogelijk een alternatief woningbouwprogramma worden gepresenteerd voor zowel De Bleek als Helsdingen.
Programmabegroting 2014
40
Eind 2013/begin 2014 wordt een start gemaakt met de herstructurering van de Wilhelminastraat en wordt de ontwikkeling van de locatie Klaverkamp opnieuw opgepakt. In Zijderveld wordt gestart met de bouw van het seniorencomplex op de locatie van het huidige dorpshuis, ten einde de leefbaarheid in het dorp te vergroten. In dat kader zal de mogelijkheid voor het aanbieden van zorg bij deze seniorenwoningen worden onderzocht. Verder wordt in 2014 onderzocht of een doorstart mogelijk is voor het project Sluiseiland. Uitgangspunten voor nieuwe woningbouwprogramma’s conform Woonvisie en Prestatieafspraken die zijn gemaakt met LEKSTEDEwonen Bij nieuwe ontwikkelingen wordt uitgegaan van de uitgangspunten uit de Woonvisie, waarin de normen voor een gedifferentieerd woonmilieu zijn vastgelegd. Deze normen zijn ook vastgelegd in de Prestatieafspraken met LEKSTEDEwonen. 4.2.4 Realiseren van een duurzame kwaliteit van leefomgeving Inzetten op een gemiddelde score van minimaal 7 GPR, met minimaal 8 voor energie bij nieuwbouwprojecten en renovatieprojecten Duurzaamheid van nieuwe bouwprojecten kan onder andere worden gemeten met behulp van het instrument GPR-gebouw. Door middel van dit instrument worden prestaties zichtbaar op het gebied van energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde. Per gebied verschijnt een waardering op een schaal van 1 tot 10, waarbij geldt dat hoe hoger de score, hoe duurzamer de ontwikkeling is. Bij nieuw te realiseren woningen/projecten en bij grootschalige renovatie zoals in de buurt Vijfheerenlanden wordt een minimale GPR score van 8 gevraagd. Uitvoering ‘Herijking uitvoering duurzaamheidsbeleid Vianen; realistisch ambitieus’ In 2014 zetten we in op energiebesparing bij bedrijven (grootverbruikers) en particulieren (bestaande woningvoorraad. Intern wordt verder gewerkt aan de doelstelling om vanaf 2015 100% duurzaam in te kopen en wordt het energieverbruik van de gemeentelijke gebouwen verder teruggedrongen met de invoer van energiemanagement. Uit de herijking komt tevens ‘de energiecoach’ voort. Deze energiecoach zal zich richten op energiebesparing bij bedrijven. Uitvoering project ‘Ruimte voor de Lek’ Het project ‘Ruimte voor de Lek’, wat een bijdrage levert aan de leefbaarheid binnen onze gemeente, wordt in 2014 in uitvoering gebracht. Met dit project, dat meer ruimte creëert voor periodiek hoge waterstanden, krijgen onze uiterwaarden een nieuwe uitstraling en functie. Met name voor de binnenstad betekent deze ontwikkeling met o.a. een passantenhaven, kampeerplekken, natuurontwikkeling en een molen nabij de Buitenstad een nieuwe kans voor recreatie en toerisme. In 2015 moet het project opgeleverd worden. Risico’s Nederland verkeert nog steeds in een economische crisis. Dit maakt investeringen, zowel vanuit particulier initiatief op de woningmarkt als ook investeringen vanuit de lokale overheid op bijvoorbeeld het gebied van vervoer, onzeker. Alle doelstellingen op het gebied van een duurzame ruimtelijke ontwikkeling kunnen te maken krijgen met bezuinigingen of financiële tegenvallers, waardoor de voorgenomen acties niet of pas later kunnen worden uitgevoerd. Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren Niet van toepassing. Overige relevante beleidskaders Niet van toepassing. Programmabegroting 2014
41
Indicatoren Nr.
Wat willen wij bereiken
Wat gaan wij daarvoor doen 4.2.1 Voortgang Hoef en Haag Rapporteren over de voortgang 4.2.2 Realiseren verkeersafwikkeling Rapporteren over de voortgang 4.2.3 Realiseren van een gedifferentieerd woonmilieu (sociale) huur (sociale) koop starterswoningen seniorenwoningen 4.2.4 Realiseren duurzame kwaliteit leefomgeving Verplicht opstellen GPR berekening bij bouwaanvragen met uitkomst minimaal 8 voor energie
Bron
Meeteenheid
Interne opgave
rapportage momenten rapportage momenten aantal²
Interne opgave Interne opgave
ODRU
Realisatie 2011
Realisatie 2012
Begr. 2013
Begr. 2014
Begr. 2015
Begr. 2016
Masterplan
SOK¹
Best. plan
Fase 1 Bouwrijp
Start bouw
0 14 20 0
42 60 8 16
0 29 0 12
25 50 0 0
25 10 0 0
3
2
3
3
3
Begr. 2017 Vervolg bouw
aantal
3
Tabel 4.2 Indicatoren Groeiend - Duurzame ruimtelijke ontwikkeling 1. Samenwerkingsovereenkomst 2. Bij de begrootte te realiseren woningen is uitgegaan van woningbouwprojecten waarvoor reeds overeenkomsten met partijen zijn gesloten. Voor dit moment zijn dit de projecten De Bleek, Helsdingen, Zijderveld, Wilhelminastraat en De Brede School. De prognose wordt jaarlijks bijgesteld naar aanleiding van gesloten overeenkomsten.
Programmabegroting 2014
42
Wat mag het kosten?
Product 211.00 211.01 310.00 310.01 310.10 560.20 560.21 560.22 611.00 611.01 810.00 810.04 820.00 822.00 822.04 830.00 Totaal
Productnaam Openbaar vervoer Verkeersplannen Weekmarkt Jaarmarkt Economische ontwikkelingen VVV/Toerisme Recreatieve voorzieningen Evenementen Sociale werkvoorziening Reïntegratievoorzieningen Ruimtelijke ordening Geo-informatie Volkshuisvesting Beheer vastgoed BAG Grondexploitatie
Saldo na Totale Lasten Totale Baten bestemming 76.143 33.147 42.996 90.727 0 90.727 31.700 36.749 -5.049 14.037 12.360 1.677 209.189 33.138 176.051 66.166 0 66.166 42.550 22.000 20.550 104.225 0 104.225 849.747 744.471 105.276 223.822 223.822 0 436.439 10.000 426.439 247.234 0 247.234 199.789 21.750 178.039 99.460 165.225 -65.765 157.261 0 157.261 3.241.244 3.241.244 0 6.089.733 4.543.906 1.545.827
In bovenstaande tabel zijn de bedragen van het bestedingsplan 2014 nog niet verwerkt.
Programmabegroting 2014
43
Lasten en baten programma "Groeiend"
Werkelijk 2012
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
Lasten - bestaand beleid
4.338.748
14.376.425
5.337.138
5.337.138
5.337.138
5.337.138
100.000
0
0
0
14.100
4.338.748
14.476.425
5.337.138
5.337.138
5.337.138
5.351.238
2.784.270
13.284.407
4.543.906
4.543.906
4.543.906
4.543.906
2.784.270
13.284.407
4.543.906
4.543.906
4.543.906
4.543.906
- 1.554.478
- 1.192.018
- 793.232
- 793.232
- 793.232
- 807.332
- bestedingsplan bestaand beleid
Totaal lasten Baten - bestaand beleid
Totaal baten Saldo programma vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves
936.320
5.000
752.595
752.595
752.595
752.595
1.622.260
8.597
0
0
0
0
Saldo programma ná bestemming
- 868.538
- 1.188.421
- 1.545.827
- 1.545.827
- 1.545.827
- 1.559.927
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de programmabegroting 2013 Voordeel: Reïntegratie voorzieningen, zie toelichting Dienstverlening – Gemeenschappelijke regeling WIL Nadeel: Economische ontwikkelingen. Door de doorontwikkeling is de bestaande organisatie tegen het licht gehouden en hebben er diverse verschuivingen in de formatie/uren plaatsgevonden. Hierdoor is meer aandacht voor economische zaken mogelijk gebleken. Nadeel: Ruimtelijke ordening. In 2014 worden ten opzichte van 2013 meer uren verwacht voor bestemmingsplannen op verzoek. Diverse bestemmingsplannen op verzoek als de windturbines en Clarissenhof, maar ook de eigen herziening van bestemmingsplan Kernen en de bedrijventerreinen zorgen ervoor dat er meer uur dan in 2013 staat gepland.
€ 98.000 € 137.000
€ 138.000
Risico’s • Door de crisis op de woningmarkt staan veel van de huidige woningbouwprojecten onder druk. Als gemeente gaan we er van uit dat de woningmarkt de komende jaren weer zal aantrekken. Het woningaanbod is daar ook op afgestemd. Risico blijft echter dat dit niet gebeurd, het is afhankelijk van de vraag naar woningen of projecten daadwerkelijk van start kunnen gaan dan wel voltooid worden. De gemeente kan hierin niet zelf sturen. Een risico is dat projectontwikkelaars woningbouwprojecten vanwege de crisis niet opstarten of stilleggen. • Bij gebrek aan een voldoende openbaar vervoer- en fietsnetwerk wordt autogebruik verder gestimuleerd, waardoor de gemeentelijke verkeersstructuur kan dichtslibben en de luchtkwaliteit kan verslechteren.
Programmabegroting 2014
44
Relevante beleidskaders Nr. Titel 1 Masterplan Hoef en Haag 2 Verkeersveiligheidsplan 2004 - 2015 3 Herijking woonvisie 2005 - 2009 4 Prestatieafspraken LEKSTEDEwonen 5 Besluit Duurzaam Bouwen
Programmabegroting 2014
jaar 2012 2004 2010 2011 2007
45
Programmabegroting 2014
46
5.
POLITIEK EN BESTUUR
Programma Politiek en bestuur De gemeente streeft naar goede besluitvorming van het gemeentebestuur en een betrouwbaar karakter van de gemeente. Het gemeentelijk beleid sluit hierbij aan op de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025. Het programma Politiek en Bestuur omvat de activiteiten die zijn gericht op de totstandkoming van goede besluitvorming door het gemeentebestuur en op een imago van betrouwbare overheid.
Het programma Politiek en Bestuur heeft de volgende doelen: 5.1 Zorgen voor goede besluiten van het gemeentebestuur 5.2 Zorgen voor betrouwbaar karakter van de gemeente Vianen 5.3 Aansluiten van het gemeentelijk beleid bij de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 5.4 Realiseren van een grotere betrokkenheid van de inwoners van Vianen bij de politiek Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen gaande waar de gemeente mee te maken heeft of krijgt, en waar de gemeente in de toekomst op wil en soms zelfs moet anticiperen en reageren. De belangrijkste ontwikkelingen voor 2014 zijn: Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 De Toekomstvisie geeft een gewenst en realistisch beeld van de toekomst op het gebied van wonen, werken, voorzieningen, onderwijs, recreatie, sport en cultuur. Een gezamenlijk geformuleerde stip aan de horizon, waarmee het gemakkelijker is om gerichte keuzes te maken en overeenstemming te bereiken over het gemeentelijk beleid. Dat betekent dat de gemeente scherp in de gaten moet houden welke (politieke) beslissingen nodig zijn om, in lijn met de visie, te anticiperen op actuele ontwikkelingen en wensen vanuit de samenleving. Vianen in de regio Noordvleugel In de nota ‘Bestuur in samenhang. De bestuurlijke organisatie in Nederland.’ heeft het kabinet voornemens beschreven voor samenvoeging van provincies en gemeenten. Daarbij wordt ingezet op vijf landsdelen, die de huidige provincies moeten vervangen. Hieronder valt ook de fusie van de provincies Noord-Holland, Flevoland en Utrecht tot de zogenaamde Noordvleugel Provinciale herindeling. Deze fusie staat op de agenda voor 1 januari 2016. Op 2 juli 2013 heeft de Eerste Kamer ten aanzien van de genoemde nota een motie aangenomen, waarin de regering wordt opgeroepen om met een nadere analyse te komen over nut, noodzaak en democratische wenselijkheid van de voornemens en het voorziene tijdpad. Het fusietraject wacht nu op deze nadere analyse. Opheffing Bestuur Regio Utrecht / U10 Bij de Tweede Kamer is een voorstel ingediend, dat inhoudt dat per 1 januari 2015 de Wet gemeenschappelijke regelingen plus (Wgr+) wordt ingetrokken. Daarmee zou de rechtsbasis van het Bestuur Regio Utrecht (BRU) vervallen. Het BRU is een samenwerkingsverband van negen gemeenten in de regio en werkt aan verbetering van de bereikbaarheid, de leefbaarheid en de economische ontwikkeling binnen de regio. Of het BRU op 1 januari 2015 daadwerkelijk ophoudt te bestaan is nog de vraag. Afhankelijk daarvan moet de gemeente Vianen haar positie bepalen in grootstedelijke verband, onder meer ten aanzien van vervoer en huisvesting.
Programmabegroting 2014
47
De BRU-gemeenten en de gemeente Woerden oriënteren zich momenteel op mogelijke samenwerking (U10) bij opheffing van het BRU. Bestuurlijke samenwerking GLZ-gemeenten De gemeenten Giessenlanden, Leerdam en Zederik werken sinds enkele jaren nauw samen op ambtelijk en bestuurlijk gebied. Omdat deze gemeenten zich geconfronteerd zien met een groot aantal ontwikkelingen die de bestuurskracht beïnvloeden, willen zij komen tot een verdere intensivering en uitbreiding van samenwerking. Daarop gelet hebben de genoemde gemeenten de gemeente Vianen uitgenodigd deel te nemen aan een reikwijdteonderzoek met als doel de verwachtingen in beeld te brengen en aan te geven op welke wijze optimaal invulling kan worden gegeven aan een vergaande vorm van ambtelijke samenwerking. Het college heeft besloten aan het reikwijdteonderzoek deel te nemen. Deelname sluit aan bij het voornemen uit de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 om een afstemmings- en samenwerkingsagenda te verkennen voor de volgende bestuursperiode. Wat willen we bereiken en wat gaan wij daar voor doen? Voor het jaar 2014 zijn onze doelen en daaraan gekoppelde acties: 5.1. Goede besluiten van het gemeentebestuur Als gemeente is het belangrijk besluiten te nemen, die rechtmatig en doelmatig zijn. Besluitvorming van goede kwaliteit werkt efficiëntie en effectiviteit in de hand en kan interne en externe ontevredenheid alsmede juridische procedures voorkomen. Beoordelen van raadsvoorstellen De gemeentelijke auditcommissie beoordeelt de raadsvoorstellen op kwaliteit en volledigheid. De commissie draagt ook verbetervoorstellen aan. Dit is inmiddels geformaliseerd in de Verordening op de auditcommissie gemeente Vianen 2013. Beoordeling vindt plaats volgens een vaste norm. In de format voor de raadsvoorstellen is een risicoparagraaf opgenomen, waardoor de raad inzicht heeft in de risico’s behorend bij het besluit. In de format wordt een kopje ‘relatie met Strategische Toekomstvisie Vianen 2025’ opgenomen. Nieuwe vergaderstructuur gemeenteraad In 2012 en 2013 is vorm gegeven aan een nieuwe vergaderstructuur van de gemeenteraad. De nieuwe werkwijze is vastgesteld in het Reglement van Orde voor de raad van de gemeente Vianen 2013. In 2014 wordt de nieuwe werkwijze bewaakt en wordt de aandacht gericht op verdere verbetering van de processen en structuur. Per 1 januari 2014 wordt de rekenkamerfunctie toebedeeld aan de auditcommissie. Digitaal vergaderen gemeenteraad Vanaf 1 oktober 2013 tot de gemeenteraadsverkiezingen in 2014 vergadert de gemeenteraad proefsgewijs digitaal. Als de proef het gewenste resultaat heeft, wordt het digitaal vergaderen voor de raad in 2014 verder uitgerold. 5.2 Dat de gemeente Vianen wordt gezien als een betrouwbare overheid Profilering en herkenning als een betrouwbare gemeente bevordert het vertrouwen in de overheid en kan weerstand vanuit de samenleving voorkomen.
Programmabegroting 2014
48
Doorontwikkeling organisatie De gemeentelijke organisatie bevindt zich in een doorontwikkelingstraject naar een slagvaardige, moderne en professionele organisatie. Het doel van deze doorontwikkeling is om de organisatie bij de tijd te houden en klaar te maken voor de (lokale) uitdagingen die voor de deur staan en al deels binnen zijn. Verder dient de organisatie continu te kunnen meebewegen met maatschappelijke ontwikkelingen. De doorontwikkeling van de organisatie betekent een omslag naar een cultuur waarbij we flexibel, innovatief en creatief kunnen inspelen op de behoeften van onze inwoners, verenigingen, stichtingen, ondernemers en andere instellingen. Van ‘buiten’ naar ‘binnen’ staat hierbij centraal. Daarnaast betekent het een doorontwikkeling naar een organisatiestructuur, waarbij de gemeente Vianen slagvaardiger wordt en blijft, ook met minder financiële middelen en meer taken vanuit het Rijk. Zaakgericht werken In het kader van de doorontwikkeling van de organisatie ontwikkelt de organisatie zich van een vakgerichte naar een vraaggerichte organisatie. Zaakgericht werken is daarvoor onontbeerlijk. Zaakgericht werken is het stroomlijnen van processen door de hele organisatie heen, met een ´zaak´ als middelpunt. Hierdoor verbetert de bedrijfsvoering en daarmee de (digitale) dienstverlening aan burgers, bedrijven en organisaties. Goede dienstverlening versterkt het betrouwbare karakter van de gemeente. Servicenormen De gemeente Vianen hanteert vanaf 1 oktober 2013 servicenormen bij haar dienstverlening (zie programma Dienstverlening). Het committeren aan deze servicenormen vergroot het betrouwbare karakter. Aansluiting van het gemeentelijk beleid bij de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 De Toekomstvisie biedt een stip aan de horizon, waarmee het gemakkelijker is om gerichte keuzes te maken en overeenstemming te bereiken over het gemeentelijk beleid. Ook functioneert de Toekomstvisie als toetssteen voor de bijbehorende uitgewerkte beleidskaders. Onder meer zal in de format van de raadsvoorstellen worden aangegeven, dat moet worden onderbouwd dat het te vormen beleid past binnen de uitgangspunten van de Toekomstvisie. Realiseren van een grotere betrokkenheid van inwoners bij de politiek Een grotere betrokkenheid van inwoners bij de politiek bevordert het draagvlak voor het gemeentelijk handelen en beleid. Om inzicht te krijgen in de betrokkenheid van de inwoners van Vianen, gaan wij het aantal insprekers tijdens raadsvergadering tellen en registreren. Voorlichting verkiezingen Met het geven van nodige voorlichting over de gemeentelijke verkiezingen worden inwoners gestimuleerd om te stemmen. Dit bevordert de betrokkenheid van inwoners bij de politiek.
Programmabegroting 2014
49
Indicatoren Nr.
Wat willen wij bereiken
Bron
Meet- Realisatie Realisatie 2012 eenheid 2011
Begr. 2013
Begr. 2014
Begr. 2015
Begr. 2016
Begr. 2017
5.1
Wat gaan wij daarvoor doen Goede besluiten van het gemeentebestuur
Griffie
cijfer
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
7
7,5
8
8
Beoordelen van de raadsvoorstellen door de auditcommissie Dat de gemeente Vianen wordt gezien als een betrouwbare overheid
Interne opgave
%
11%
20%
9,5%
9%
8%
7,5%
7,5%
5.2
5.3 5.4
Zorgen dat het aantal gegrond verklaarde bezwaarschriften tegen de gemeentelijke besluiten afneemt Niet van toepassing Niet van toepassing
Tabel 5.1 Indicatoren Politiek en bestuur Toelichting bij indicatoren: 5.1. de (nieuwe) Auditcommissie van de gemeenteraad heeft in 2013 twee keer vergaderd. De kwaliteit van de raadsvoorstellen is in die vergadering niet zodanig aan de orde geweest dat de indicatoren kunnen worden ingevuld. 5.2. betreft besluiten op bezwaar met uitzondering van belasting- en personeelszaken
Programmabegroting 2014
50
Wat mag het kosten?
Product 001.00 001.01 001.02 001.03 001.10 001.11 003.06 002.01 Totaal
Saldo na Productnaam Totale Lasten Totale Baten bestemming Raad 1.054.096 0 1.054.096 College van B&W 743.902 0 743.902 Commissie beroep- en bezwaarschriften 103.292 0 103.292 Representatie 94.456 0 94.456 BRU 60.977 0 60.977 Stedenband 1.333 0 1.333 Verkiezingen 65.083 0 65.083 Bestuurlijke communicatie 369.603 0 369.603 2.492.742 0 2.492.742
In bovenstaande tabel zijn de bedragen van het bestedingsplan 2014 nog niet verwerkt.
Lasten en baten programma "Politiek & Bestuur"
Werkelijk 2012
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
Lasten - bestaand beleid
480.303
2.440.748
- bestedingsplan bestaand beleid
Totaal lasten
2.492.742
2.492.742
2.492.742
2.492.742
46.820
23.410
23.410
0
480.303
2.440.748
2.539.562
2.516.152
2.516.152
2.492.742
928
0
0
0
0
0
928
0
0
0
0
0
- 479.375
- 2.440.748
- 2.539.562
- 2.516.152
- 2.516.152
- 2.492.742
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
- 479.375
- 2.440.748
- 2.539.562
- 2.516.152
- 2.516.152
- 2.492.742
Baten - bestaand beleid
Totaal baten Saldo programma vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves Saldo programma ná bestemming
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de programmabegroting 2013 Nadeel: In 2014 zijn er weer gemeenteraadverkiezingen. De ambtelijke uren zijn hiervoor in de begroting opgenomen.
Programmabegroting 2014
€ 62.000
51
Risico’s Door de doorontwikkeling van de organisatie en de focus op de Strategische Toekomstvisie Vianen 2025 staat er het komend jaar wederom veel op de bestuurlijke agenda. Het risico bestaat dat er onvoldoende tijd wordt genomen om alle betrokkenen ‘mee te nemen’ en hun inbreng ook daadwerkelijk een plek te geven in het proces. In 2014 zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Een andere samenstelling van raad en college kunnen een andere focus en bestuurlijke keuzes tot gevolg hebben ten aanzien van doelstellingen en activiteiten. Hierdoor kan het zo zijn, dat geplande en ingezette beleidsaspecten en activiteiten geen doorgang meer zullen vinden. Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren Nr. 1 2 3
Titel Strategische Toekomstvisie 2025 Verordening op de auditcommissie gemeente Vianen 2013 Reglement van Orde voor de raad van de gemeente Vianen 2013
jaar 2013 2013 2013
Overige relevante beleidskaders Niet van toepassing.
Programmabegroting 2014
52
6. ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN, ONVOORZIEN EN LOKALE HEFFINGEN Relevante beleidskaders Nr. Titel 1 Automatiseringsplan 2 Toekomstgericht personeelsbeleid 3 Treasurystatuut 4 Informatiebeleidsplan Vianen 2010 – 2014 5 Notitie verzekeringsbeleid 6 Notitie kaderstelling opleidingsbeleid 7 Nota risicoanalyse en weerstandsvermogen 8 Nota rentebeleid en reserves en voorzieningen 9 Projectmatig werken 10 Mandaat- en volmachtregeling 11 Notitie integriteitsbeleid 12 Nota personeelsbeleid 13 Notitie functionerings- en beoordelingsgesprekken 14 Nota activabeleid 15 Notitie bedrijfsvoering kaders 16 Nota inkoop- en aanbestedingsbeleid 17 Beheerplan gebouwen
Jaar 2011-2015 2011 2011 2011 2012 2009 2008 2012 2008 2013 2007 2007 2007 2005 2004 2010 2002
Uitgangspunten programmabegroting 2014 Bij het opstellen van deze programmabegroting zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Voor salarisstijging wordt 0 % begroot. Voor diverse budgetten (heffingen) zoals ozb, afvalstoffenheffing, rioolrecht, zuiveringsheffing en waterschapslasten wordt gemiddeld 3% stijging begroot. Van de gemeenschappelijke regelingen is de begroting 2014 overgenomen. Er is geen sprake van automatische indexering van de budgetten. De budgetbeheerders hebben daar waar noodzakelijk een indexering van 1,75% toegepast. Vanaf 2013 wordt rekening gehouden met de algemene uitkering tegen lopende prijzen. In het meerjarenperspectief wordt dan ook rekening gehouden met een stelpost voor stijging van de lasten. Overzicht algemene dekkingsmiddelen In de tabel wordt een overzicht gegeven van de algemene dekkingsmiddelen. Onder de tabel worden enkele onderdelen kort toegelicht. De tabel geeft een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen. Het betreft met name de OZB en de uitkeringen uit het gemeentefonds. Deze middelen kennen in tegenstelling tot heffingen als het rioolrecht of de afvalstoffenheffing geen vooraf bepaald bestedingsdoel. De niet vrij aanwendbare heffingen worden, evenals de ontvangsten van de specifieke uitkeringen in de programma’s, waarvan ze voor een deel de kosten dekken, onder de baten verantwoord. In dit hoofdstuk wordt eerst ingegaan op de middelen die vrij besteedbaar zijn. Daarna wordt aandacht besteed aan de post onvoorzien, de reserves en voorzieningen, de investeringen, het meerjarenresultaat en de incidentele lasten en baten.
Programmabegroting 2014
53
Tabel Algemene dekkingsmiddelen (bedragen in duizenden euro’s). Algemene dekkingsmiddelen
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Lokale heffingen, OZB
3.488
3.537
3.641
3.641
3.641
3.641
16.328
15.424
16.147
15.699
15.670
15.650
1.184
1.075
1.321
1.321
1.321
1.321
125
120
123
123
123
123
0
0
0
0
0
0
21.125
20.156
21.232
20.784
20.755
20.735
Algemene uitkering Gemeentefonds Dividenden Hondenbelasting Saldo financieringsfunctie Totaal algemene dekkingsmiddelen
* 2012 betreft jaarrekeningcijfers.
Gemeentefonds (algemene uitkering) De septembercirculaire is niet verwerkt in de begroting, er is gerekend met de juni circulaire 2013. Dividenden Wij begroten jaarlijks dividenduitkeringen van de Bank Nederlandse Gemeenten € 35.000 en Eneco € 1.286.000. Saldo financieringsfunctie Leningen: In april 2004 is een lening van € 10 miljoen opgenomen met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,685%. In januari 2008 is een lening van € 15 miljoen opgenomen met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,537%. De geraamde netto-rentelasten van de financieringsmiddelen bedragen € 4,4 miljoen. Deze lasten worden volledig toegerekend aan de programma’s en producten op basis van de boekwaarde van de investeringen per programma of product; het rentepercentage bedraagt voor 2013 3,5 %. Het begrote saldo van de financiering nihil. Voor meer informatie over de financieringsfunctie, zie paragraaf C Financiering. Onvoorzien De gemeente Vianen heeft als beleid om voor onvoorziene uitgaven een bedrag van € 2,27 per inwoner op te nemen. In totaal wordt hiervoor in de programmabegroting € 44.615 begroot. Voor onvoorziene subsidies is een bedrag van € 10.018 begroot.
Programmabegroting 2014
54
Reserves en voorzieningen Algemene reserves Bestemmingsreserves Subtotaal reserves Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Onderhoudsegalisatievoorzieningen Subtotaal voorzieningen Totaal
Stortingen/onttrekkingen in/aan reserves/voorzieningen in exploitatie Algemene reserve Reserve vrijgevallen gelden Algemene reserve grondexploitatie Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve voorlopige resultaten industrieterrein Reserve aandelen Eneco Reserve aandelen Oasen Reserve volkshuisvesting Reserve volkshuisvesting S.V.N. Reserve risico's beheersprogramma's Reserve openbare verlichting Reserve onderwijsachterstandenbestrijding Reserve klantbemiddeling voor activering en uitstroom Reserve uitv. toekomstgericht personeelsbeleid Reserve beleid erfgoedwaardenkaart Reserve open einde regeling Reserve oud papier Reserve impulsinvesteringen Reserve doorontwikkeling organisatie Voorziening dubieuze belastingdebiteuren Voorziening waarde gronden niet in exploitatie Voorziening verliesgev. complexen in exploitatie Voorziening sociale vernieuwing Voorziening overschrijdingsuitkering Voorziening dub. deb. Maatschappelijke Zaken Voorziening dubieuze debiteuren Voorziening Blankenborch Voorziening Inflatiecorrectie exploitatietekort Brede School Voorziening onderhoud gemeentelijke opstallen Voorziening onderhoud wegen Voorziening baggerwerken Voorziening kunstwerken Voorziening onderhoud schoolgebouwen Voorziening bewegwijzering Voorziening onderhoud busstation
Totaal
Programmabegroting 2014
31-12-2012 Jaarrek. 2012 16.778.330 40.302.449 57.080.779 1.797.348 9.552.238 11.349.585 68.430.364
1-1-2014 Begroting 2014 13.662.105 37.145.569 50.807.674 1.725.121 8.088.637 9.813.757 60.621.431
Storting
Onttrekking
315.324 0 0 94.453 643.142 0 0 0 15.000 0 37.232 0 0 100.000 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
0 100.000 0 0 0 0 0 323.000 0 761.000 0 0 0 0 10.000 0 9.800 341.520 0 0 250.000 0 0 0 0 0 0
2.000 294.589 376.484 133.031 127.318 279.308 1.307 0
0 254.803 368.280 156.000 115.000 100.000 0 19.493
2.419.188
2.808.896
55
Besteedbare algemene reserve Begroot saldo 1-1-2014 Blokkade voor risico-afdekking Besteedbaar per 1-1-2014
Programmabegroting 2014
7.883.105 1.000.000 6.883.105
56
Meerjarenraming reserves en voorzieningen (specificatie zie bijlage 6) Meerjarenraming reserves en voorzieningen Algemene reserves Bestemmingsreserves Subtotaal reserves
2014 2015 2016 2017 13.662.105 13.877.429 14.105.366 14.446.421 37.145.464 36.589.971 36.275.563 38.770.940 50.807.569 50.467.400 50.380.929 53.217.361
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Onderhoudsegalisatievoorzieningen Subtotaal voorzieningen Totaal
1.725.121 1.477.121 1.379.121 1.381.121 8.088.637 8.287.097 8.482.413 8.760.118 9.813.757 9.764.218 9.861.534 10.141.238 60.621.326 60.231.618 60.242.463 63.358.599
Jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume Bij de jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen gaat het om verplichtingen als wachtgelden, vakantiedagen, IZA-premie niet-actieven enz., waarbij de nadruk ligt op het vergelijkbaar volume. Hier zijn met uitzondering van een reserve voor vakantiedagen (€ 750.000) geen voorzieningen voor getroffen. Investeringen 2014 De grootste investeringen ( > € 100.000,--) op het bestedingsplan, jaarschijf 2014 zijn: KCC Onderhoud renovatie schoolgebouwen (MOP) Openbare verlichting Kunstwerken Vervangen 3 houten bruggen Baggeren watergangen Onderhoud groen Vervanging en renoveren riolering Onderhoud riolering Riolering Wilhelminastraat Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen Vervanging traktie: voertuigen groen Vervangende nieuwbouw scholencomplex
100.000 194.808 128.581 115.000 234.000 156.000 614.000 3.041.000 351.000 425.000 254.803 153.068 100.000
Lokale heffingen Verwezen wordt naar de paragraaf G lokale heffingen. Belastingscenario 2014-2017 In bijlage 2 treft u dit overzicht aan.
Programmabegroting 2014
57
Resultaat begroting 2014 Kadernota versus Programmabegroting Bij de opstelling van de Kadernota gebruiken we de cijfers van de vorige begroting, uitgebreid met de kennis van de eerste bestuursrapportage en de overige informatie van dat moment. In de cijfers voor de Kadernota zijn dan nog niet de uren voor alle medewerkers, de actuele stand van de reserves en voorzieningen en de kapitaallasten verwerkt. Dit betekent dat er bij het maken van de definitieve begroting een aantal verschuivingen optreden. In de programmabegroting zijn de belangrijkste verschillen toegelicht op de programma’s. Belangrijkste ontwikkelingen ten opzichte van de meerjarenraming van 2013 In de Kadernota 2014 zijn onderstaande ontwikkelingen gemeld en deze zijn nu opgenomen in de begroting 2014.
Structurele eff.1e bestuursrapportage 2013 Structurele effecten uit 2e best.rap 2012 Effecten gemeentefonds Wijkgericht werken Evaluatie buitengewoon (rbs 29012013) Evaluatie buitengewoon, rioolrecht Jeugdgezondheidszorg Reg. Informatie en Expertise C M Nederland Zaakgericht werken Drank en horeca (rbs 18 12 2012) Brandpreventie scholen (rbs 23 04 2013) Pauwbedrijven Bijlage 2; saldo wettelijke activiteiten Historisch archief Sportcentrum, correctie inflatie exploitatie Actualisatie beheerkosten openbare ruimte Dividend Eneco/BNG Verhuur politie en IBMN
2014 -30.000 -20.598 794.000 -45.000 20.000 -19.705 -1.600 -41.500 -21.000 -7.084 -24.000 -25.000 39.000 91.243 250.000 30.000
2015 -30.000 -20.598 197.000 0 -45.000 20.000 -19.705 -1.600 -41.500 -21.000 -7.084 -24.000 -25.000 39.000 25.000 106.298 250.000 30.000
2016 -30.000 -20.598 -91.000 0 -45.000 20.000 -19.705 -1.600 -41.500 -21.000 -7.084 -24.000 -48.410 39.000 25.000 118.931 250.000 30.000
2017 -30.000 -20.598 -383.000 0 -45.000 20.000 -19.705 -1.600 -41.500 -21.000 -7.084 -24.000 -47.582 39.000 25.000 250.000 30.000
Verder is ook de juni circulaire 2013 in de begroting 2014 verwerkt. Bezuinigingen Met de mogelijke effecten van de rijksbezuinigingen van 6 miljard is nog geen rekening gehouden. De concrete bedragen zullen waarschijnlijk in de septembercirculaire 2013 duidelijk worden. Meerjarenresultaat De begrote resultaten voor de jaren 2014 tot en met 2017:
2014 2015 2016 2017
positief negatief positief positief
Programmabegroting 2014
902 -103.050 51.436 79.256
58
In bijlage 1 (de meerjarenramingen) wordt dit verder gespecificeerd. Hier is het gemeentelijk meerjarenperspectief gepresenteerd. Voor het Provinciaal toezicht is er een ander perspectief dat gebruikt wordt voor de goedkeuring van de begroting. Daar worden o.a. incidentele effecten gecorrigeerd. Meerjarig overzicht incidentele baten en lasten Voor een goed inzicht in de begroting is een meerjarig overzicht incidentele baten en lasten opgenomen. Het inzicht in incidentele lasten en baten is van belang om te kunnen vaststellen in hoeverre structurele lasten door structurele baten worden gedekt. Dit is het zogenaamde Duurzaam financieel evenwicht wat betrokken wordt in het oordeel van de Provincie over de programmabegroting. Overzicht incidentele baten en lasten 2014 2015 2016 2017 Programma 1 Programma 2 Programma 2 Programma 2 Programma 3 Programma 3 Programma 3 Programma 2 Programma 5 Programma 6 Programma 6 Programma 6 Programma 4 Programma 6 Programma 6 Programma 6 Programma 6
GBA Audit Dienstkleding sportaccommodaties Landbouwrol sportvelden Sportinventaris sportpark Blankensteijn Aanhangwagen Iseki Sneeuwploeg 2x Aggregaat Stadswerf Tuinfrees/maaibalk Verkiezingen AP Plotter A4 scanner postverwerking Medewerkers tevredenheid onderzoek (MTO) Onderhoud gemeentelijke gebouwen Verwachte korting Algemene Uitkering Incidentele effecten meicirculaire 2013 Frictiekosten Doorschuiven projecten (vrijval kapitaallasten) Totaal incidentele lasten 2014 - 2017
7.100 5.000 6.664 10.000 6.500 20.000
46.820 10.000
4.880 8.800 23.410 10.000
8.500 24.991 200.000 44.596 300.000 -200.000 434.907
75.854
26.500
Wat mag het kosten? Product 913.00 920.00 920.10 920.20 920.21 920.22 920.23 921.00 922.00 960.00 992.00 Totaal
Productnaam Beleggingen O.Z.B. W.O.Z.-bestand Hondenbelasting Precariobelasting Toeristenbelasting Invordering belastingen Algemene uitkering Onvoorziene uitgaven Saldo kostenplaatsen Overige baten en lasten
Programmabegroting 2014
Saldo na Totale Lasten Totale Baten bestemming 1.433.556 2.861.771 -1.428.215 46.296 3.640.866 -3.594.570 179.479 0 179.479 8.594 123.623 -115.029 1.688 20.230 -18.542 977 99.727 -98.750 118.815 39.700 79.115 6.930 16.147.313 -16.140.383 -3.963 0 -3.963 0 1.076.756 -1.076.756 73.586 0 73.586 1.865.958 24.009.986 -22.144.028
59
Lasten en baten programma "Algemene dekkingsmiddelen"
Werkelijk 2012
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
Lasten - bestaand beleid
4.204.334
1.029.574
- bestedingsplan bestaand beleid - vrijvallende kapitaallasten
1.550.634
1.550.634
1.550.634
61.177
94.376
143.472
1.550.634 194.275
0
- 171.500
- 466.000
- 688.000
- jaarlijkse storting onderhoud gebouwen
15.997
15.997
31.994
47.991
63.988
- lasten voorgesteld bestaand beleid
44.791
25.000
25.000
25.000
25.000
- 400.000
- 200.000
- 200.000
- 200.000
- stelpost prijsstijgingen/relatie algemene uitkering
0
142.000
273.000
415.000
- taakmutatie maatschappelijke stages
0
- 9.743
- 9.743
- 9.743
- frictiekosten
300.000
- doorschuiven projecten
Totaal lasten
4.204.334
1.090.362
1.552.808
1.462.761
1.364.354
1.351.154
23.524.218
22.786.534
24.009.986
24.009.986
24.009.986
24.009.986
0
0
- 448.000
- 477.000
- 497.000
Baten - bestaand beleid - algemene uitkering (tegen constante prijzen) - verwachte korting 2014 algemene uitkering
- 200.000
- incidentele effecten meicirculaire
- 44.596
- dekkingsplan - resultaten voorgestelde maatregelen
203.483
104.410
329.530
571.442
822.798
10.758
0
0
0
0
Totaal baten
23.524.218
23.000.775
23.869.800
23.891.516
24.104.428
24.335.784
Saldo programma vóór bestemming
19.319.885
21.910.413
22.316.992
22.428.755
22.740.074
22.984.630
Toevoeging reserves Onttrekking reserves
14.022.868
1.697.447
315.324
315.324
315.324
315.324
14.040.742
0
0
0
0
0
Saldo programma ná bestemming
19.337.758
20.212.966
22.001.668
22.113.431
22.424.750
22.669.306
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de programmabegroting 2013 Voordeel: De hogere dividenduitkeringen van de BNG en Eneco zijn in de begroting van 2014 opgenomen. Voordeel: Vermindering lasten. De consequenties van de nota Rentebeleid, reserves en voorzieningen zijn verwerkt Voordeel (geplande infrastructurele werkzaamheden) junicirculaire 2013 voor de Algemene uitkering.
Programmabegroting 2014
€ 400.000 € 750.000 € 722.000
60
Budgetautorisatie
Op bijgaand overzicht treft u de budgetten per begrotingsprogramma aan. Het overzicht toont het niveau waarop de raad de begrotingsbudgetten autoriseert. Binnen deze budgetten is het college geautoriseerd de begroting uit te voeren. Noodzakelijke mutaties op deze budgetten in de loop van het dienstjaar zullen aan uw raad worden voorgelegd. Het college stelt een productbegroting 2014 vast waarin de Programmabegroting wordt uitgewerkt. In de productraming is het autorisatieniveau opgenomen voor de ambtelijke organisatie. Voor de meerjarenraming 2015 – 2017 wordt verwezen naar bijlage 1. Lasten programma's Nr. Naam Totalen per programma 1. Dienstverlenend
Werkelijk 2012 B.
5.723.131
B. B. B. B.
5.353.261
5.353.261
5.353.261
7.100
0
0
11.421.459
11.628.440
11.628.440
11.628.440
11.628.440
133.459
338.348
486.850
541.959
582.815
9.711.895
9.973.988
10.118.536
10.118.536
10.118.536
10.118.536
444.651
335.446
418.969
527.793
712.983
4.338.748
14.376.425
5.337.138
5.337.138
5.337.138
5.337.138
100.000
0
0
0
14.100
2.440.748
2.492.742
2.492.742
2.492.742
2.492.742
0
46.820
23.410
23.410
0
1.045.571
1.466.631
1.437.761
1.339.354
1.326.154
44.791
86.177
25.000
25.000
25.000
45.030.513
37.203.539
37.329.207
37.387.633
37.591.169
10.649.357
480.303
Nw.
6. Algemene dekkingsmiddelen
B.
4.204.334
Nw.
Totaal lasten
Programmabegroting 2014
2017
0
Nw.
5. Politiek & Bestuur
2016
5.353.261
Nw.
4. Groeiend
2015
0
Nw.
3. Leefbaar
2013 5.049.421
Nw.
2. Stimulerend
Begroting 2014
35.107.768
61
Baten programma's Nr. Naam Totalen per programma 1. Dienstverlenend
Werkelijk 2012 B.
Begroting 2014
2013
2015
2016
2017
3.870.201
3.601.590
3.605.689
3.605.689
3.605.689
3.605.689
1.645.368
2.176.719
1.600.706
1.600.706
1.600.706
1.600.706
4.593.577
4.666.688
4.679.694
4.679.694
4.679.694
4.679.694
2.784.270
13.284.407
4.543.906
4.543.906
4.543.906
4.543.906
928
0
0
0
0
0
23.524.218
23.000.775
23.869.800
23.891.516
24.104.428
24.335.784
36.418.561
46.730.179
38.299.795
38.321.511
38.534.423
38.765.779
1.310.794
1.699.666
1.093.556
992.304
1.146.790
1.174.610
15.539.546
1.780.895
1.105.151
1.105.151
1.105.151
1.105.151
15.802.066
140.190
9.800
9.800
9.800
9.800
1.573.314
58.961
905
- 103.047
51.439
79.259
Nw.
2. Stimulerend
B. Nw.
3. Leefbaar
B. Nw.
4. Groeiend
B. Nw.
5. Politiek & Bestuur
B. Nw.
6. Algemene dekkingsmiddelen
B. Nw.
Totaal baten Resultaat vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves Resultaat ná bestemming
Programmabegroting 2014
62
DEEL 2 PARAGRAFEN
Programmabegroting 2014
63
A. Weerstandsvermogen
De paragraaf weerstandsvermogen geeft inzicht in het vermogen van de gemeente Vianen om niet voorziene financiële tegenvallers op te vangen. Definities/begrippen: Weerstandsvermogen: het vermogen van de gemeente Vianen om niet voorziene financiële tegenvallers op te kunnen vangen teneinde haar taken voort te kunnen zetten. Weerstandscapaciteit: middelen waarover de gemeente beschikt om niet voorziene financiële tegenvallers te dekken. Onbenutte belastingcapaciteit: het bedrag waarmee de belastingen nog maximaal kunnen toenemen. Vrij aanwendbaar deel van de algemene reserve: dit deel van de algemene reserve kan direct aangewend worden voor een onvoorziene tegenvaller. Onvoorzien: dit bedrag is reeds in de begroting opgenomen voor onvoorziene uitgaven. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenraming. Nota risicoanalyse en weerstandsvermogen In de raadsvergadering van juli 2008 is de nota risicoanalyse en weerstandsvermogen vastgesteld. Deze nota vormt het beleidskader voor de paragraaf weerstandsvermogen. In de nota zijn de risico’s benoemd en zijn deze risico’s voorzien van een waardering van de benodigde weerstandscapaciteit. Voor de Programmabegroting 2014 is de lijst geactualiseerd. Risicoafdekking uit de algemene reserve Als een risico uit deze lijst zich ook daadwerkelijk voordoet, zal als eerste de algemene reserve aangesproken worden. Omdat we er van uit gaan dat niet elk risico zich ook zal voordoen en dat ook niet alle risico’s zich gelijker tijd zullen voordoen, kan volstaan worden met een lagere weerstandscapaciteit in de algemene reserve dan de berekende € 3,25 miljoen. In de raadsvergadering van juli 2008 is besloten om 25% van de benodigde weerstandsvermogen te blokkeren binnen de algemene reserve, met een minimum van € 1 miljoen. Voor het benodigde weerstandsvermogen van € 3,25 miljoen is nu een bedrag van € 1 miljoen geblokkeerd binnen de algemene reserve.
Programmabegroting 2014
64
Risicogebieden
Kans
Impact
Grootte van het risico
Reëel maximum
Bedrijfsvoering: - Kwetsbaarheid bedrijfsvoering - Wachtgeld verplichtingen (ex) Wethouders - Geen actueel beheersplan voor onderwijshuisvesting - De toegankelijkheid en archivering
laag Gemiddeld
Laag Gemiddeld
Laag Gemiddeld
€ 0,15 miljoen € 0,30 miljoen
n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t.
Vervallen Vervallen
Economische ontwikkelingen: - Gevolgen van de recessie - Terugdringen overheidstekort
Groot Groot
Groot Laag
Groot Laag
€ 0,60 miljoen € 0,15 miljoen
Open einde regelingen: - Leerlingenvervoer - Decentralisaties
Groot Groot
Gemiddeld Groot
Gemid.-Groot Groot
€ 0,30 miljoen € 0,60 miljoen 3)
Verbonden Partijen: - Algemeen inclusief RUD.
groot
Gemiddeld
groot
€ 0,40 miljoen 2)
Projecten: - Revitalisering bedrijventerreinen - Vijfheerenlanden
Gemiddeld Groot
Groot Groot
Gemiddeld-Groot Groot
Nihil 1) € 0,60 miljoen
Accommodatiebeheer: - Brede school Sportaccommodatie
n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t.
n.v.t. n.v.t.
Vervallen Vervallen
Overig: - Rechtzaak Niemans Beton - Lopende juridische procedures
Vertrouwelijk Vertrouwelijk Vertrouwelijk Gemiddeld Laag Laag
Totaal
PM €0,15 miljoen € 3.25 miljoen
1)
Er is een specifieke bestemmingsreserve aanwezig ad €16.721.685 Het risico is met € 100.000,- verhoogd in verband met de RUD-vorming en de financiële problemen bij de ODRU 3) In de kadernota 2014 is benoemd dat de reserve ‘Vrijgevallen Gelden’ achter de hand gehouden wordt om daarmee investeringen vervroegd af te schrijven. De besparing op kapitaallasten die dit oplevert wordt ingezet om de te verwachte negatieve financiële effecten deels op te vangen. 4) Dit risico wordt afgedekt door de reserve grondexploitatie. 2)
De risico’s opgenomen in bovenstaand tabel zijn geactualiseerd ten behoeve van de begroting 2014.
Programmabegroting 2014
65
4)
U vindt hieronder een beschrijving van de gang van zaken en daarmee van de gelopen risico’s per risicogebied. Korte beschrijving van de risico’s Hieronder volgt een korte beschrijving van de risico’s. Bedrijfsvoering Vervallen: De toegankelijkheid en archivering: Dit risico is vervallen omdat de gemeente Vianen per dd. Is aangesloten bij het regionale archief
Kwetsbaarheid bedrijfsvoering Het risico in de bedrijfsvoering bestond uit de combinatie van bezuinigingen op de formatie en verschuivingen van Rijkstaken naar de gemeente. Dit risico is verlaagd van ‘groot’ naar ‘laag’. In het kader van de doorontwikkeling van de organisatie zijn in 2013 verbeteringen in de bedrijfsvoering opgestart welke in 2014 verder uitgewerkt worden. De projecten in het kader van de verbetering van de bedrijfsvoering zijn beschreven in paragraaf D Bedrijfsvoering. Kortheidshalve wordt hier verwezen naar de inhoud van die paragraaf. Het risico in de bedrijfsvoering blijft dat de huidige formatie onder druk komt bij uitbreiding van taken van de gemeente. Wachtgeldverplichting (ex) wethouders (Ex) wethouders komen in aanmerking voor wachtgeld. Omdat zowel het aantal wethouders, alsmede hun recht op wachtgeld, vooraf niet in te schatten is, bestaat voor dit risico geen voorziening of reserve. Het risico is, dat wachtgeldverplichtingen in de lopende begroting opgenomen moeten worden, zodra de verplichting bekend is. Vervallen: “Geen besluitvorming over actuele beheerplan MOP onderwijsgebouwen” In 2013 heeft besluitvorming door het college aangaande het MOP onderwijsgebouwen plaatsgevonden binnen de financiële kaders die door de raad gesteld zijn. Dit risico kan dus vervallen. Economische Ontwikkelingen Economische ontwikkelingen De risico’s bestaan uit: • Lagere algemene uitkering • Vertraging in de ontwikkeling van grondexploitaties • Lagere opbrengsten bouwleges • Meer leegstand, minder OZB-opbrengsten Voor grondexploitaties is een afzonderlijke berekening van het weerstandsvermogen gemaakt. De overige risico’s zullen in eerste instantie zoveel mogelijk binnen de begroting opgevangen worden en worden meegenomen in ‘Kiezen voor balans’. In de begroting 2014 is de opbrengst van de bouwleges geraamd op € 593.000. Extra bezuiniging 2014 ad € 6 miljard Voor 2014 heeft het Rijk een extra bezuiniging van € 6 miljard aangekondigd en die heeft gevolgen voor het gemeentefonds en het accrescijfer van dat jaar.
Programmabegroting 2014
66
Welke gevolgen de voor 2014 door het kabinet aangekondigde extra bezuiniging van € 6 miljard heeft op het gemeentefonds is afhankelijk van de wijze van invullen van de bezuinigingen: worden de belastingen verhoogd (geen invloed op het gemeentefonds) of wordt er bezuinigd op de departementale (uitgaven ministeries) uitgaven (wel invloed op het gemeentefonds). De precieze inhoud van bezuinigingen zal bekend worden gemaakt op Prinsjesdag 17 september 2013. De verwachting is dat er een korting rond de €300 miljoen op het gemeentefonds komt. Dit is een grove indicatie.
Terugdringen overheidstekort Wet HOF Op landelijk en Europees niveau is de aandacht sterk gericht op het terugbrengen van het EMUsaldo. Vanwege de voortdurende crisis en de gebrekkige begrotingsdiscipline heeft de Europese Commissie recent besloten een duidelijke grens van 3% van het B.B.P. te gaan stellen aan de nationale begrotingstekorten. Daarbij mag de overheidsschuld niet hoger zijn dan 60% van het BBP. Het maximale EMU-tekort voor decentrale overheden voor de jaren 2014 en 2015 bedraagt - 0,5% van het B.B.P en wordt geleidelijk teruggebracht naar -0,3% in 2017 . Naast de begroting van het Rijk zijn ook de begrotingen van gemeenten, provincies en waterschappen onderdeel van de totale overheidsbegroting. Het Rijk is bezig met het wetsvoorstel Wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF). Daarin worden Europese afspraken over de beheersing van de schuldenlast en het begrotingstekort vertaald naar nationale wetgeving. De wet HOF bevat strenge regels om te waarborgen dat het begrotingstekort binnen de perken blijft. Het aandeel van gemeenten in de berekening van het begrotingstekort van 3% bedraagt 0,38%. Naar verwachting treed de wet HOF op 1 januari 2014 inwerking. Op dat moment zal ook meer duidelijkheid ontstaan over de exacte normen en eisen die de wet gaat stellen. In het wetsvoorstel wordt gestuurd op een macronorm voor het EMU-saldo van de medeoverheden gezamenlijk. Zo wordt voorkomen dat het toezicht zich richt op de individuele gemeente, provincie of waterschap. Het voorkomt ook dat de individuele referentiewaarde voor het EMU-saldo van een medeoverheid als een knellende norm gaat werken. Voor wat betreft het toezicht op het EMU-saldo wordt volstaan met monitoring en toezicht op macroniveau. De wet HOF kan tot gevolg hebben dat ook gemeenten strenge regels krijgen opgelegd omtrent de bestedingen. Met name het verschil in toepassing van het kasstelsel bij het Rijk (en de berekening van het EMU-saldo) en het stelsel van baten en lasten bij decentrale overheden heeft gevolgen. Het gevolg hiervan is dat ook investeringen en het inzetten van gespaarde reserves leidt tot bestedingen die meetellen in het begrotingstekort. Door het Rijk worden aan gemeenten normen toegekend waarbinnen gemeenten mogen handelen. Overschrijding van een norm kan leiden tot sancties. Echter het sanctie instrument is bedoeld als laatste redmiddel. In de Wet Hof is opgenomen dat er een sanctie kan komen als de macronorm structureel overschreden wordt. Of deze sanctie er komt hangt af van de uitkomst van bestuurlijk overleg: is of komt er meerjarige zicht op het voldoen aan de macronorm, dan is er geen reden een sanctie op te leggen. In de huidige opzet kan de wet HOF invloed hebben op de gemeentelijke begroting voor de komende jaren. Het gevolg van deze wet kan zijn dat geplande investeringen mogelijk geen doorgang meer kunnen hebben.
Programmabegroting 2014
67
Schatkistbankieren In het Begrotingsakkoord 2013 is afgesproken dat decentrale overheden in 2013 gaan schatkistbankieren. Schatkistbankieren houdt in dat tegoeden worden aangehouden in de Nederlandse schatkist. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen. Met het verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden beoogt het kabinet bij te dragen aan de vereiste daling van de schuld van de overheid. Het idee hierachter is dat door de consolidatie van de onderlinge schuldverhoudingen binnen de sector overheid, de EMU-schuld daalt.
De rente die ze hiervoor krijgen is gelijk aan de rente die de Staat betaalt voor Staatsleningen. Die is doorgaans lager dan de (deposito)rentes die de banken betalen. Gemiddeld levert het schatkistbankieren 1,5 % minder rente op dan op de markt. Vervallen: Dividend BNG (Bank Nederlandse Gemeenten) Risico vervallen begroting is aangepast op de ontwikkelingen uit het akkoord Basel III. Verbonden Partijen Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarmee de gemeente een bestuurlijke èn financiële band heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan: een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht (via aandelen). Met een financieel belang wordt bedoeld dat de gemeente middelen ter beschikking heeft gesteld die ze kwijt is in geval van faillissement van de verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente. Daarnaast hebben de deelnemende gemeenten de laatste jaren, in het kader van bezuinigingen, een aantal kader stellende bezuinigingen opgelegd aan de verbonden partijen waarvan nog maar de vraag is in hoeverre deze behaald zullen worden. Bij de vorming van de RUD zijn financiële problemen boven water gekomen bij de Omgevingsdienst. Zowel in de jaarrekening 2012 als de begroting 2013 zijn ze geconstateerd. Het risicoprofiel wordt vooralsnog ingeschat op maximaal € 100.000,- Het totale risicoprofiel van de verbonden partijen is met dat bedrag opgehoogd. Beheersmaatregel
In overleg met Deloitte Accountants zal gekeken worden voor welke gemeenschappelijke regelingen aanvullende beheersingsaspecten opgenomen dienen te worden.
Open einde regelingen Leerlingenvervoer Het leerlingenvervoer van leerplichtige leerlingen naar scholen voor speciaal onderwijs is een wettelijke taak. De financiering van deze wettelijke taak vindt plaats via de Algemene uitkering. De afgelopen jaren is er steeds sprake geweest van een budgetoverschrijding van circa € 50.000. De situatie is vooralsnog ongewijzigd. Beheersmaatregel Binnen de wettelijke criteria worden de binnengekomen aanvragen scherp getoetst op noodzaak, wijze van vervoer en kostenaspecten. Daarnaast blijven wij zoeken naar innovatieve oplossingen voor goedkope(re) doch passende wijzen van vervoer.
Programmabegroting 2014
68
De drie decentralisaties De Nederlandse gemeenten staan aan de vooravond van hun nieuwe rol en verantwoordelijkheden in het sociale domein. In het regeerakkoord van het Rijk en in de “Bestuursafspraken 2011-2015 Rijk, IPO, VNG, UvW” is vastgelegd dat gemeenten, op het gebied van werk, de AWBZ en jeugdzorg, de verantwoordelijkheid krijgen over vrijwel de gehele ondersteuning van inwoners. De doelstellingen van deze nieuwe taken (de 3D’s) vertonen een sterke overeenkomst: het ondersteunen van de zelfredzaamheid, het bevorderen van de sociale participatie en de ondersteuning van de kwetsbare inwoner die het op eigen kracht niet redt. De decentralisaties betekenen een forse uitbreiding van het takenpakket van gemeenten. Dit biedt echter de kans een ontkokerd stelsel van sociale ondersteuning in te richten voor alle leefgebieden en alle levensfasen van de inwoners. Voor het uitvoeren van de decentralisatieopgaven zal ongeveer € 17 miljard aan het gemeentefonds worden toegevoegd. Het Rijk past hierop wel een decentralisatiekorting toe die kan oplopen tot ongeveer € 2,3 miljard, dit vanuit de gedachte dat gemeenten in staat moeten zijn effectiever te werken. Voor de gemeente Vianen zal de decentralisatiekorting, grofweg berekend, ongeveer € 2.2 miljoen bedragen. Een aantal regelingen kent een openeinde karakter en de uitvoer ligt ten dele ofwel bij een gebonden partij ofwel moet regionaal georganiseerd worden waardoor de beheersing van uitgaven met de nodige risico’s is omgeven. Ondanks bovenstaande is het uitgangspunt dat de decentralisaties kostenneutraal worden doorgevoerd. Om eventuele risico’s te beperken is in de kadernota vastgesteld dat de reserve ‘Vrijgevallen Gelden’ achter de hand gehouden wordt om daarmee investeringen vervroegd af te schrijven. De besparing op kapitaallasten die dit oplevert wordt ingezet om de te verwachte negatieve financiële effecten deels op te vangen. In de reserve Vrij gevallen gelden, staat nu een Claim van €5.579.000 om investeringen vervroegd af te schrijven waardoor ongeveer €410.000 aan kapitaallasten kan worden bezuinigd. Wij verwachten dat bovenstaande afspraken in de kadernota en de reserve open einde regelingen het risico beperken maar niet volledig kan opvangen en stellen daarom voor in het weerstandsvermogen de risico’s ook te kwantificeren. We hebben ervoor gekozen de drie taakgebieden integraal te beschrijven en te wegen. De taakgebieden Wmo incl toevoeging AWBZ taken, het taakgebied werk en participatie en het taakgebied jeugdzorg zijn zowel open einde regelingen, als dat er een grootschalige decentralisatie van taken zal plaatsvinden. Tevens zijn een deel van de taken bij verbonden partijen neergelegd. Dat laatste algemene risico wordt gewogen onder verbonden partijen. Wmo inclusief taaktoevoeging uit de AWBZ De impact van de Wmo is als gevolg van de grote bedragen en het grote takenpakket zeer hoog. Met de Wmo zijn taken die een groot deel van de huidige groei van de AWBZ bepalen, overgedragen aan de gemeenten. De decentralisatie van taken zal onverminderd voortzetten met forse kortingen op het budget. Bovendien vindt in Vianen een grotere vergrijzing plaats dan gemiddeld in de regio. Beheersmaatregel Wij hebben in het verleden het project “beheersing Wmo-uitgaven” succesvol doorgevoerd. De uitvoering van het programma “hand in hand in de Wmo” zal op termijn ook zorgen voor minder aanspraak op de individuele voorzieningen die de gemeente verstrekt als dat er verstrekt zou moeten worden zonder de inzet van het programma. Er zal gezien de op ons afkomende bezuinigingen echter nog verder gesneden moeten worden in het voorzieningenniveau of de
Programmabegroting 2014
69
drempel voor de toegang tot voorzieningen zal verscherpt moeten worden. Als de wetgeving voldoende uitgekristalliseerd is, zullen hiertoe voorstellen ontwikkeld worden. Werk en participatie Eind 2013 verwachten we dat de nieuwe participatiewet klaar is die naar verwachting 1 januari 2015 ingaat. De kern is dat alle taken betreffende werk en participatie (voornaamste: Wajong, Wwb en WsW) gebundeld worden en de uitvoer met forse korting bij de gemeente terecht komt. We hebben nu een tweetal GR-en die grotendeels deze taken uitvoeren. Dat is PAUWbedrijven en de nieuwe GR WIL die in 2013 tot stand is gebracht om robuust, toekomstgericht en kwalitatief hoogwaardig werk af te leveren met als taak mensen naar werk te leiden en voor de overbruggingstijd een uitkering te verstrekken en schuldhulpverlening te bieden waar noodzakelijk. Het participatiebudget, om deze doelen te bereiken, is gebundeld wat nodig is omdat dit budget sterk gekrompen is. Het inkomensdeel wordt nog per gemeente afgerekend en daarin schuilt ook een groot risico. Het aantal burgers dat bij WIL zal aankloppen voor ondersteuning zal toenemen gezien de economische recessie. De jeugdwerkloosheid stijgt fors. Het aantal mensen met schulden neemt toe en tenslotte is de verwachting dat het aantal burgers en deelnemers dat op eigen kracht zijn problemen kan oplossen dan wel duurzame participatie kan realiseren zal afnemen in de komende jaren. Ondanks alle dynamiek is de inzet nog steeds om in 2014 tot dezelfde resultaten te komen als de vijf Lekstroomgemeenten in 2012 samen. Al jaren is de begroting van PAUW Bedrijven niet sluitend. Dit probleem wordt alleen groter door de bezuinigingen op de rijksbijdrage Wsw. Het tekort bij PAUW Bedrijven wordt vooral veroorzaakt door een dalende rijksbijdrage en gelijkblijvende omzet en kosten. De kostenkant is moeilijk beïnvloedbaar aangezien de grootste kosten de loonkosten zijn van de Wsw-ers en daar zit men aan vast. Omzet verhogen is voor Pauw Bedrijven relatief lastig aangezien zij, door een streng toelatingsbeleid in het verleden, relatief veel Wsw-ers hebben met weinig verdienvermogen. beheersmaatregelen We hebben ter versterking van dit taakgebied de GR WIL in de regio opgezet. Het is van groot belang als deelnemer aan de GR regeling stevig te sturen om een zo goed mogelijk resultaat te genereren, Wat betreft de aansturing van PAUWbedrijven wordt er hard gewerkt aan het behalen van diverse QuickWins die leiden tot kostenbesparing of omzetverhoging. Hierna zullen enkele grotere scenario’s worden uitgewerkt voor besparingen op langere termijn. Jeugdzorg De uitvoering van de jeugdzorg wordt overgedragen van diverse partijen naar gemeenten. Gemeenten worden verantwoordelijk voor het totaalplaatje: de zorg voor kinderen, jongeren en hun opvoeders. Omdat het grotendeels gaat om regionale voorzieningen zijn er op regionaal niveau initiatieven ontwikkeld om deze nieuwe taak voor te bereiden. De financiering van de Jeugdzorg kent vanaf 2015 tot en met 2017 een kortingspercentage van 5-10-15%. Dit is de efficiencykorting over het totaal. In de aanloop naar de transitie is eerder echter al 3,5% gekort op het budget. Bovendien wordt er geen rekening gehouden met de extra middelen die de provincie Utrecht jarenlang heeft toegevoegd aan het budget voor de provinciaal georganiseerde jeugdzorg.
Programmabegroting 2014
70
Beheersmaatregel De beheersmaatregelen betreffen het vinden van innovatieve manieren van werken bijvoorbeeld door vroeg signalering op scholen te verbeteren. Daarnaast wordt gekeken naar een slimme manier van zorg inkopen en de toeleiding naar deze zorg. Projecten Revitalisering bedrijventerreinen De gemeente Vianen wil het vestigingsklimaat voor bedrijven in Vianen aantrekkelijk houden. Eén van de maatregelen hiertoe is het revitaliseren van het bedrijventerrein in de gemeente. De rol van de gemeente is op dit moment procesgericht en voorwaardenscheppend. De eventueel benodigde investeringen in de openbare ruimte kunnen in beginsel worden gefinancierd uit de hiervoor gevormde reserve. Uitzondering hierop is de aanleg van de randweg. Een van deze investeringen zou de huidige in verval geraakte insteekhaven aan de Stuartweg kunnen worden. Omdat het op dit moment helaas nog steeds onduidelijk is of de, inmiddels 50 jaar oude, haven een nieuwe impuls krijgt, is een onderzoek gaande. Na een noodreparatie in 2009 en maatregelen die door Dekkerhout zijn getroffen, om de damwand tijdelijk niet extreem te belasten, zijn verdere problemen tot nu toe uitgebleven. De financiële risico’s voor de gemeente zijn derhalve op dit moment gemiddeld- groot. Mede ook omdat de definitieve besluitvorming over de revitalisering nog moet plaatsvinden. De reserve ‘voorlopige resultaten industrieterrein’ bedraagt per 1 januari 2013 € 16,1 miljoen. Beheersmaatregel Er is een onderzoek opgestart naar de gebruiksmogelijkheden van de haven. Daaruit zal naar voren moeten komen of bedrijven de haven mogelijk in de toekomst nog zullen gebruiken en welke potentie er is. Op basis daarvan zal een besluit over de haven genomen worden. Vijfheerenlanden In 2005 is de samenwerkingsovereenkomst met LEKSTEDEwonen (destijds Volksbelang) Vijfheerenlanden gesloten. In deze overeenkomst zijn financiële afspraken gemaakt over diverse deelprojecten en compenserende maatregelen. Inmiddels zijn diverse deelprojecten afgerond en wordt een nieuwe samenwerkingsovereenkomst afgesloten. Al in 2005 is afgesproken dat Lekstede wonen participeert in het deelproject Hazelaarplein en Populierenstraat. Dat wordt gecontinueerd. Daarnaast was afgesproken dat de gemeente zorg draagt voor compensatie van het aantal huurwoningen dat door de herstructurering in het gebied verdwijnt. Dit laatste kan mogelijk leiden tot een financiële claim. Beheersmaatregel De eventuele claim kan opgevangen worden in de reserve grondexploitatie en/of een nieuw op te stellen grondexploitatie.
Accommodatiebeheer Vervallen: Brede School Gezien de opening van de brede school in 2013 is het niet meer nodig hiermee rekening te houden in het weerstandsvermogen. Vervallen: Bouw cultuur- en sportaccommodatie De aanbesteding van de bouw van de nieuwe cultuur- en sportaccommodatie is binnen het nieuwe krediet gelukt. Dit risico kan komen te vervallen.
Programmabegroting 2014
71
Overig Procedure betonpalenfabriek Tussen Niemans en de gemeente Vianen is in hoger beroep een schadestaat procedure aanhangig bij het Gerechtshof in den Haag. Deze procedure vindt zijn oorsprong in het door de gemeente Vianen niet tijdig leveren van grond aan Niemans eind jaren 70. Niemans stelt door de te late levering niet in staat te zijn geweest een grootschalige uitbreiding van zijn fabriek in voorbespannen heipalen te hebben kunnen realiseren. Op 21 november 1990 heeft Niemans B.V. de gemeente, in het kader van een te voeren schade-staatprocedure aangezegd voor 1 januari 1991 een bedrag van circa € 53,3 miljoen te betalen waarbij met ingang van die dag aanspraak wordt gemaakt op de wettelijke rente. In 1993 oordeelde de rechtbank in Dordrecht dat Niemans, als redelijk handelend ondernemer, gezien de marktsituatie op dat moment, niet tot de gestelde uitbreiding van de fabriek zou zijn overgegaan. De te late levering door de gemeente had daarmee volgens de Rechtbank geen schade tot gevolg. Tegen het vonnis van 1993 is Niemans in beroep gegaan. In deze laatste procedure staat inmiddels vast dat Niemans voldoende heeft aangetoond wel tot uitbreiding van zijn fabriek te zijn overgegaan als de grond tijdig zou zijn geleverd. In de visie van Vianen zou, ook al zou Niemans concrete plannen tot uitbreiding hebben gehad, het achterwege blijven van deze uitbreiding niet tot schade hebben geleid. In april 2010 heeft de gemeente gemotiveerd verweer gevoerd dat Niemans door de wanprestatie geen schade heeft geleden. Basis voor dit verweer is een door externe deskundigen uitgevoerd onderzoek op basis van de door Niemans in de procedure aangedragen prognoses. In een laatste tussenarrest van 21 december 2010 heeft het Gerechtshof drie onafhankelijke deskundigen aangewezen die onder andere de opdracht hebben gekregen onderzoek te doen naar de hoogte van de schade die Niemans mogelijk geleden zou kunnen hebben als gevolg van de wanprestatie door de gemeente. Het onderzoek van deze deskundigen loopt nog. Er hebben zich sinds de laatste risicoanalyse geen omstandigheden voorgedaan die verandering met zich brengen ten aanzien van de risicoanalyse. Lopende juridische Procedures Gemeente werken in een door regelgeving gedomineerde omgeving. De kans bestaat dat daarbij een juridische geschil ontstaat is altijd aanwezig. Ook de toenemende claimgerichtheid van burgers en bedrijven maakt dat we steeds vaker met juridische procedures geconfronteerd worden waarbij schadevergoeding wordt gevorderd.
Beschikbare weerstandscapaciteit Naast de blokkade van de algemene reserve van € 1 miljoen, wordt ook nog een berekening gemaakt van de beschikbare weerstandscapaciteit. Deze berekening is nodig om het benodigde weerstandsvermogen van €3.4. miljoen te toetsen aan de beschikbare weerstandscapaciteit voor het geval dat een risico of meerdere risico’s zich voordoen die het bedrag van € 1 miljoen te boven gaan. Om de totaal beschikbare weerstandscapaciteit te berekenen, zal de onbenutte belastingcapaciteit bepaald moeten worden. De onbenutte belastingcapaciteit wordt berekend door de maximale hoogte van de belastingtarieven te vergelijken met de belastingtarieven in onze gemeente. OZB De weerstandscapaciteit van de OZB wordt berekend aan de hand van het maximale landelijke OZBtarief, de zogenaamde macronorm, dat geheven mag worden. Voor 2014 is een stijging met 3,5% toegestaan. Na correctie van de overschrijdingen van de OZB norm in de jaren 2012 en 2013 zou de macronorm uitkomen op 2,45%. In het dekkingsplan is een trendmatige stijging van 3% opgenomen. Programmabegroting 2014
72
Vanwege de onduidelijkheid welke macronorm leidend is gaan we er nu uit dat er geen vrije ruimte meer is om als weerstandscapaciteit te dienen.
Rioolrecht/afvalstoffenheffing De onbenutte belastingcapaciteit van de rioolbelasting en de afvalstoffenheffing wordt vastgesteld op basis van 100% kostendekking. Het bedrag waarmee een gemeente bij de heffing onder de 100% kostendekking blijft, kan nog ingezet worden als onbenutte belastingcapaciteit. Volgens het overzicht uit de paragraaf Lokale heffingen heeft rioolrecht en afvalstoffenheffing een dekking van 100%. Er is dus geen vrije ruimte om als weerstandscapaciteit te dienen.
Berekening beschikbare weerstandscapaciteit 2013 Weerstandscapaciteit in de exploitatie Onbenutte belastingcapaciteit: - OZB - Rioolrecht - Afvalstoffenheffing Totaal onbenutte belastingcapaciteit Onvoorzien Weerstandscapaciteit in de exploitatie Weerstandscapaciteit van het eigen vermogen Vrij aanwendbaar deel van de algemene reserves Reeds aanwezige buffer in de algemene reserve
0 0 0 0 45.000 45.000
11.159.129 1.000.000
Weerstandscapaciteit van het eigen vermogen per 31-12-2014
12.159.129
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit 2013
12.204.129
Weerstandscapaciteit grondexploitatie Vrij aanwendbaar deel algemene reserve grondexploitatie per 31-12-2014*
4.583.882
Grondexploitatie Naast de weerstandscapaciteit voor algemene risico’s is ook nog afzonderlijk een berekening gemaakt van de weerstandscapaciteit van de grondexploitatie. De vrij besteedbare ruimte in de algemene reserve grondexploitatie wordt per 31 december 2014 begroot op ± € 4,6 miljoen. In het meerjaren perspectief grondexploitaties (MPG) wordt ook nog rekening gehouden met onvoorzien. Dit betreft 10% van de boekwaarde. Hierdoor is de weerstandscapaciteit volgens de MPG lager dan bij de berekening van het weerstandsvermogen zoals hier opgenomen.
Programmabegroting 2014
73
Conclusie De beschikbare weerstandscapaciteit komt uit op ongeveer € 12,2 miljoen waar € 3,25 miljoen als benodigd berekend is. De weerstandscapaciteit is voldoende om alle risico’s op te vangen. Bij de behandeling van de Nota risicoanalyse en weerstandsvermogen in 2008 is aangegeven dat we er van uit gaan dat niet alle risico’s zich ook zullen voordoen en zeker ook niet gelijker tijd. Hiermee rekening houdend is de conclusie dat de weerstandscapaciteit binnen de algemene reserve voldoende is, met uitzondering van de procedure betonpalenfabriek.
Programmabegroting 2014
74
B. Onderhoud kapitaalgoederen De gemeente Vianen heeft ongeveer 227 hectare openbare ruimte in beheer. Er vinden veel activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Daarvoor zijn veel kapitaalgoederen nodig: wegen, riolering, kunstwerken, groen, verlichting en gebouwen. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan is bepalend voor het voorzieningenniveau en uiteraard de (jaarlijkse) lasten. Artikel 18 Onderhoud kapitaalgoederen (Verordening art.212 Gw). 1. Het college actualiseert alle beheerplannen in een cyclus van vier jaar. De beheerplannen geven het kader weer voor de inrichting van het onderhoud en het beoogde onderhoudsniveau voor het openbaar groen, openbare verlichting, wegen, baggeren, speelterreinen, bruggen en beschoeiingen en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. 2. Het college biedt ten minste eens in de vier jaar een nota rioleringsplan aan. De nota geeft het kader weer voor de inrichting van het onderhoud, het beoogde onderhoudsniveau en de uitbreiding van de riolering alsmede de kwaliteit van het milieu en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. 3. Het college actualiseert het beheerplan gebouwen in een cyclus van vier jaar. Het beheerplan bevat de voorstellen voor het te plegen onderhoud en de bijbehorende kosten aan de gemeentelijke gebouwen en eveneens de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag. 4. Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallige onderhoud aan riolering, gebouwen, openbaar groen, openbare verlichting, wegen, baggeren, speelterreinen, bruggen en beschoeiingen. Beheerplannen Voor de instandhouding van kapitaalgoederen wordt in Vianen gewerkt met beheerplannen. In deze beheerplannen worden het meerjarig onderhoudsprogramma en de daarbij behorende financiële middelen vastgelegd. Voor de beheerplannen betreffende de ondergrondse en bovengrondse infrastructuur heeft de raad in 2011 de kwaliteitsniveaus beheer openbare ruimte vastgesteld. Hiermee kan uitvoering gegeven worden aan de volgende beheerplannen voor de komende jaren: – Wegbeheer – Groen – Verlichting – Speelruimteplan – Kunstwerken (bruggen) – Beschoeiingen – Baggeren – Straatmeubilair – Bewegwijzering Met het vaststellen van de kwaliteitsniveaus en het gemeentelijk rioleringsplan heeft de raad een actueel financieel beeld met betrekking tot het groot onderhoud aan de kapitaalgoederen in de openbare ruimte. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende niveaus:
Programmabegroting 2014
75
A+ A B C D
Zeer goed Goed Voldoende Matig Slecht
In het 3e kwartaal van 2013 is er gestart met het schouwen van de openbare ruimte. Dit wordt noodzakelijk gevonden om op een objectieve manier te controleren of de vastgestelde kwaliteit ook daadwerkelijk gehaald is. Hierbij worden niet alleen de door de gemeente onderhouden openbare ruimte geschouwd maar ook de in zelfbeheer, bij bewoners en bedrijven, uitgegeven openbare ruimte. Indien er plaatsen zijn die bij de schouw niet aan de gevraagde kwaliteit voldoen worden de onderhoudsplichtige aangeschreven alsnog binnen 2 weken aan de gevraagde kwaliteit te voldoen. Bij de budgetten wordt voor een belangrijk deel tegemoetgekomen aan de bezuinigingstaakstelling in het kader van Kiezen voor Balans. Daarnaast worden in de komende jaren investeringen gedaan teneinde de exploitatie te ontlasten. Dit geldt met name voor groen, verlichting, riolering en beschoeiingen. Hiervoor worden de reserve risico beheerprogramma’s ter grootte van € 2.177.677 (per 01-01-2014) ingezet. Eveneens is in 2011 het gemeentelijk rioleringsplan voor de komende jaren vastgesteld. Hiermee is het kader gesteld voor het beheerplan riolering. Daarnaast heeft uw raad nog een aantal beheerplannen vastgesteld: – Integraal Huisvesting Programma onderwijs , IHP 2005-2010 (raad van 22 september 2005) – Meerjaren Onderhoudsplan schoolgebouwen 2012-2029: door het college vastgesteld 9 oktober 2012 In het voorjaar van 2012 is het beheerplan gebouwen geactualiseerd en vastgesteld. In 2015 moeten de beheerplannen opnieuw geactualiseerd worden. In 2017 is er geen budget opgenomen in lijn met de vastgestelde lijn in de Kadernota 2014 om alleen wettelijke zaken te honoreren. Deze worden met een * aangegeven in de overzichten. Wegbeheer Vanaf 2012 is jaarlijks € 548.886 beschikbaar gesteld voor het uit te voeren groot onderhoud. De voorziening Onderhoud wegen is hierop afgestemd. In 2014 bedraagt de oppervlakte verharding die beheerd wordt 100 hectare. Het kwaliteitsniveau van de wegen is op dit moment over het algemeen laag (B,C-niveau). Op de plekken waar wortelopdruk plaatsvindt is het niveau (zeer) laag (C, D). Als de bomen op deze locaties worden verwijderd, en de schade van wortelopdruk wordt hersteld, ontstaat met de nieuwe budgetten een niveau laag (C). De kwaliteit blijft dus laag, maar binnen de komende jaren zijn geen onveilige situaties te verwachten. Inmiddels zijn in het kader van het plan “Buiten Gewoon” de ernstigste locaties met wortelopdruk aangepakt, waardoor de veiligheid op die locaties flink is verbeterd. De asfaltverharding zit ook op het niveau laag (C) en blijft ook met de nieuwe budgetten de komende jaren op dit niveau. Het kwaliteitsniveau van de wegmarkering ligt op dit moment op basisniveau (B). Er zal geen budget meer beschikbaar komen. De kwaliteit zal dus geleidelijk omlaag gaan naar een (zeer) laag (C,D) niveau in 2015.
Programmabegroting 2014
76
De kwaliteit van de elementenverharding is op sommige locaties al laag en de kans is groot dat deze kwaliteit plaatselijk de komende jaren nog onder de vastgestelde C kwaliteit kan komen en dit is dan mogelijk niet meer op te lossen met het verrichten van klein onderhoud door de stadswerf. Er is een voorziening Onderhoud wegen aanwezig waarvan de stand per 1 januari 2014 begroot wordt op € 3.208.923. Naast het onderhoud is tevens inzicht gegeven in de vervangingsbehoefte bij einde levensduur. Het beheerplan heeft dit inzichtelijk gemaakt, maar er zijn geen middelen in de beheerbudgetten voor beschikbaar gesteld. Vervangingen worden namelijk opgenomen in het bestedingsplan. Groenbeheer De gemeente Vianen heeft circa 113 hectare openbaar groen in beheer en ca ± 10.000 bomen. Het groen is als volgt samengesteld: Natuurlijke beplanting 18 ha, sierbeplanting 12 ha, gazons 40 ha, sportvelden 7 ha, bermen en ruiggras 36 ha. Daarnaast is er tot aan 1 juli 2013 ca. 25 ha openbaar groen uitgegeven als zelfbeheer (adoptie rotondes, zelfbeheer door stichtingen, en zelfbeheer door particulieren). Een voorziening voor het groenbeheer is niet aanwezig. Het kwaliteitsniveau van het openbaar groen is op dit moment basis (B-niveau). Hiervoor is extra geld beschikbaar gesteld voor de jaren 2014 en 2015. Bij de uitvoering van het plan “Buiten Gewoon” worden bomen gekapt de beplanting verwijderd en vervangen door gras, wordt het areaal (aantal bomen en aantal m2 beplanting) verkleind. Hierdoor kunnen we gefaseerd, na de jaarlijkse uitvoering van het plan “Buiten Gewoon”, overal het basisniveau (B) behouden tegen het budget dat in het kader van Kiezen voor balans is vastgesteld. Voor de aanpak van het achterstallig onderhoud is er gedurende 4 jaar binnen het project Buiten Gewoon , per jaar € 614.000 beschikbaar. (2012 t/m2015) In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Achterstallig onderhoud groen 2014 614.000 Achterstallig onderhoud groen 2015 614.000
2014 2015
Voor het dagelijks onderhoud van groen is in de exploitatie € 1.075.839 opgenomen. Straatmeubilair In 2011 is het straatmeubilair geïnventariseerd. Op basis daarvan is een nieuw beheerplan opgesteld. De gemeente Vianen heeft ca 400 banken, 800 afvalbakken, 28 km hekwerken en 100 fietsenbeugels in beheer. Voor borden, dragers e.d. geldt dat de kwaliteit van het huidig niveau op basisniveau (B) ligt. Naar verwachting zal dit niveau in de komende jaren nagenoeg gelijk blijven door te investeren in achterstallig onderhoud en bewust in te steken op een versobering van het meubilair. Er is in de budgetten echter geen rekening gehouden met het vervangen of herstellen van straatmeubilair door o.a. vandalisme. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Vervangen straatmeubilair 2014 Vervangen straatmeubilair 2015 Vervangen straatmeubilair 2016 Vervangen straatmeubilair 2017 *
Programmabegroting 2014
40.250 41.250 0 0
2014 2015 2016 2017
77
Beheer verlichting In de raadsvergadering van 26 mei 2006 is de Beleidsnota Verlichting 2006 – 2010 vastgesteld. Daarin is een doelstelling geformuleerd en zijn beleidspunten/kwaliteitseisen opgenomen. Bij de herziening van het beheerplan in 2011 is dit beleid voor een belangrijk deel overeind gebleven. Het huidige (technische) kwaliteitsniveau (exclusief achterstallig onderhoud) is hoog (A niveau). Aan het schoonhouden wordt nu niets gedaan. Door nu te investeren in nieuwe masten en armaturen kan er bespaard worden op de beheerkosten. Indien deze investeringen plaatsvinden, kan het (technische) niveau hoog blijven in de komende jaren. Er is een reserve openbare verlichting aanwezig, waarvan de stand per 1 januari 2014 begroot wordt op € 140.835. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Achterstallig onderhoud openbare verlichting 2014 82.000 Beheerplan openbare verlichting 2014 128.581 Achterstallig onderhoud openbare verlichting 2015 82.000 Beheerplan openbare verlichting 2015 132.439 Achterstallig onderhoud openbare verlichting 2016 82.000 Beheerplan openbare verlichting 2016 136.412 Beheerplan openbare verlichting 2017 * 0
2014 2014 2015 2015 2016 2016 2017
Per 1 januari 2012 is het samenwerkingsverband met verschillende gemeenten middels bureau OVL – Lek en Merwede omgezet in een gemeenschappelijke regeling. Bureau OVL regelt het dagelijks beheer en onderhoud van de openbare verlichting. Hiervoor krijgt bureau OVL een vergoeding van per lichtmast van € 7,80 per lichtmast. Bureau OVL is tevens adviseur bij projecten waarvoor per project een vergoeding wordt afgesproken. Per 1-1-2012 is na een openbare aanbesteding een nieuwe onderhoudsaannemer. In de gemeente Vianen zijn 4.626 lichtmasten aanwezig. Speelruimteplan In de raadsvergadering van 11 november 2004 is het speelruimteplan vastgesteld. Het beleid is gericht op voldoende en veilige speelruimte in Vianen, waarbij een evenredig verdeeld aanbod van formele speelplekken aanwezig is. De speelplekken dienen aan te sluiten bij het aantal, leeftijd en behoefte van kinderen van 0 tot en met 18 jaar. Ieder jaar wordt het beheerplan geactualiseerd op basis van inspecties. In het beheerplan wordt rekening gehouden met 66 speelplekken met 263 speeltoestellen. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Vervanging speelterreinen 2014 Vervanging speelterreinen 2015 Vervanging speelterreinen 2016 Vervanging speelterreinen 2017 *
40.000 47.000 47.000 0
2014 2015 2016 2017
Vervangingen worden geactiveerd. Voor het onderhoud aan speeltoestellen is een budget van € 8.731 beschikbaar in de exploitatie. Voor het speelruimteplan is geen voorziening gevormd. Programmabegroting 2014
78
Kunstwerken (bruggen) In het geactualiseerde beheerplan Kunstwerken worden de investeringen voor de komende 10 jaar opgegeven. In het vastgestelde beheerprogramma zijn 45 kunstwerken opgenomen. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Onderhoud kunstwerken 2014 Vervanging 3 houten bruggen Onderhoud kunstwerken 2015 Onderhoud kunstwerken 2016 Onderhoud kunstwerken 2017 *
115.000 234.000 115.000 115.000 0
2014 2014 2015 2016 2017
Voor het onderhoud is een voorziening Kunstwerken aanwezig waarvan de stand per 1 januari 2014 begroot wordt op € 755.447. In 2012/13 zijn 11 kunstwerken onderzocht op de constructieve veiligheid in verband met veranderende normen. De conclusie is, dat indien het onderhoud conform het onderhoudsplan wordt uitgevoerd voldoen. Alleen bij de brug in de Kerkweg – Zijderveld is een aslastbeperking opgelegd. Dit heeft geen invloed op de bereikbaarheid. Meerjarenplan vervangen beschoeiingen De doelstelling is om op basis van een inventarisatie inzicht te krijgen in de volgende punten: 1. de locaties van de beschoeiingen en de oevers 2. de onderhoudsstaat van de oevers 3. de locaties waar beschoeiingen vervangen moeten worden en waar mogelijkheden zijn voor natuurvriendelijke inrichting 4. financiële consequenties voor beheer en onderhoud voor de komende jaren. Bij beschoeiingen is dagelijks en groot onderhoud niet van toepassing. Het enige onderhoud dat plaatsvindt, is het vervangen van beschoeiingen. Algemeen ligt het niveau op basis, laag (B,C). Er is in dit geval echter moeilijk te spreken van een algemeen kwaliteitsniveau; dit is per beschoeiing verschillend. Wel is geconstateerd dat meerdere beschoeiingen vervangen moeten worden. Indien dit gebeurt hoeft er de komende jaren nauwelijks onderhoud gepleegd te worden en is het nieuwe budget toereikend. Wel is, net zoals bij straatmeubilair, in het nieuwe budget geen rekening gehouden met het vervangen van beschoeiingen door o.a. vandalisme. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Achterstallig onderhoud beschoeiingen 2014 Vervangen beschoeiingen 2014 Achterstallig onderhoud beschoeiingen 2015 Vervangen beschoeiingen 2015 Vervangen beschoeiingen 2016 Vervangen beschoeiingen 2017 *
58.000 71.000 58.000 71.000 71.000 0
2014 2014 2015 2015 2016 2017
De beschoeiingen worden geactiveerd en afgeschreven in 25 jaar. De zware beschoeiingen langs de stadsgracht en het Merwedekanaal zijn niet meegenomen in het beheerplan.
Programmabegroting 2014
79
Baggerplan bebouwd gebied In de gemeente Vianen is ruim 16 hectare wateroppervlakte in beheer. De kwaliteit van het baggeren gaat uit van een schouwpeil van een 0,5 meter. Er wordt gestreefd naar een schouwpeil van 1 meter waardoor de waterkwaliteit verbeterd zal worden. De doelstellingen van het baggerplan zijn omschreven in vier punten. Het inzichtelijk maken van: – De werkelijke omvang van de problematiek; – Beheerstaken en verantwoordelijkheden; – Heldere technische, organisatorische en financiële uitgangspunten voor het in een later stadium kunnen uitvoeren van de baggerwerkzaamheden; – Het onderhoudsbaggerwerk voor de komende jaren binnen de bebouwde kom. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Baggeren 2014 156.000 Baggeren 2015 156.000 Baggeren 2016 156.000 Baggeren 2017 * 0
2014 2015 2016 2017
Voor het baggeren is een voorziening Baggerwerken aanwezig waarvan de stand per 1 januari 2014 begroot wordt op € 225.778. Bewegwijzering De bewegwijzering wordt door een externe partij beheerd en uitgevoerd. Het afgelopen jaar is het areaal aan bewegwijzering uitgebreid a.g.v. een algemene beleidswijziging van Rijkswaterstaat. Hierdoor is alle bewegwijzering langs de afritten van de A2 bij het kruispunt Pr. Bernhardstraat en Bentz Berg in eigendom en beheer gekomen bij de gemeente Vianen. Bij een handhaving van het huidige budget zal dit inhouden, dat het huidige onderhoudsniveau (kwaliteit B) niet gehandhaafd kan blijven en zal zakken naar een onderhoudsniveau met een kwaliteit C en uiteindelijk D, met de kanttekening dat het tijdsverloop naar een lager onderhoudsniveau afhankelijk zal zijn van vele factoren, zoals vandalisme, invloed van zon en regen op bebording enz.. Voor bewegwijzering is een voorziening ter grootte van € 32.680 per 1 januari 2014 aanwezig. Rioolbeheer In de gemeente Vianen is 110 kilometer vrij verval riolering en 30 kilometer persleiding in beheer. In de raadsvergadering van 6 september 2011 is het gemeentelijk rioleringsplan (GRP III) vastgesteld. Dit wordt een verbreed GRP ofwel een vGRP genoemd, waarbij 3 zorgplichten vervuld zullen moeten worden. Namelijk een zorgplicht voor afvalwater, regenwater en grondwater. De doelstellingen volgens deze leidraad en tevens voor de komende periode zijn: – Zorgen voor inzameling van stedelijk afvalwater; – Zorgen voor transport van stedelijk afvalwater; – Zorgen voor inzameling van regenwater (voor zover niet door particulier); – Zorgen voor verwerking van ingezameld regenwater; – Zorgen dat (voor zover mogelijk) het grondwater de bestemming van een gebied niet structureel belemmert. Voor de riolering is geen voorziening aanwezig. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Programmabegroting 2014
80
Eénmalig onderhoud riolering 2014 Vervangen/renoveren riolering 2014 Vervangen mechanische installatie gemalen 2014 Eénmalig onderhoud riolering 2015 Vervangen gemalen 2015 Vervangen/renoveren riolering 2015 Vervangen mechanische installatie gemalen 2015 Vervangen/renoveren riolering 2016 Vervangen gemalen elektromechanisch 2016 Vervangen/renoveren riolering, gemalen 2017 *
351.000 3.041.000 64.100 82.000 256.744 2.050.000 89.543 1.315.000 30.407 0
2014 2014 2014 2015 2015 2015 2015 2016 2016 2017
Al deze investeringen worden geactiveerd. In het kader van het onderzoek naar een doelmatig en efficiënt rioolbeheer loopt er een breed onderzoek van het waterschap Rivierenland en een aantal gemeenten waar onder Vianen in de Vijfheerenlanden en Alblasserwaard of een samenwerking in de waterketen naast een kwaliteitsverbetering ook tot kostenbesparing kan leiden. Het onderzoek heeft aangetoond dat elke vorm van samenwerking tot een kostenreductie zal leiden. De mate van de kostenreductie is sterk afhankelijk van de keuze van de samenwerkingsvorm. Om tot een werkende samenwerkingsvorm te komen zal elke gemeente eerst moeten investeren in zaken zoals de harmonisering van beleid, werkpakketten en programmatuur. Uiteindelijk zal de samenwerking een kostenreductie opleveren door het schaalvoordeel bij aanbestedingen en een grotere efficiëntie in de bedrijfsvoering van het product riolering. In het najaar van 2013 zal aan de gemeente besturen een samenwerkingsovereenkomst worden voorgelegd. Gebouwenbeheer Het beheerplan is in het eerste halfjaar van 2012 geactualiseerd en vastgesteld. De voorziening Onderhoud gemeentelijke opstallen wordt hierop afgestemd. We spreken over 42 objecten totaal. Het beheerplan wordt geactualiseerd op basis van een in het voorjaar 2010 plaatsgevonden inspectie van alle gemeentelijke gebouwen. Het doel van het programma is om inzicht te krijgen in de meerjarenplanning van het onderhoud en de kosten die daarmee samenhangen. De kostennormen zijn gebaseerd op publicaties van Misset. In het algemeen kan gesteld worden dat gestreefd wordt naar instandhouding van de gemeentelijke gebouwen, zonder dat het gewenste kwaliteitsniveau wordt aangetast. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2014 254.803 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2015 330.237 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2016 294.413 Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen 2017 * 0
2014 2015 2016 2017
Er is een voorziening Onderhoud gebouwen aanwezig, waarvan de stand per 1 januari 2014 begroot wordt op € 2.439.064.
Integraal Huisvestingsplan onderwijs
Programmabegroting 2014
81
Het Integraal Huisvestingsplan (IHP) heeft het einde van de looptijd bereikt. In 2014 wordt een nieuw IHP van kracht. Het nieuwe IHP omvat tevens het actuele Meerjaren Onderhoudsplan. Meerjaren Onderhoudsplan onderwijsgebouwen Voor het bekostigingsjaar 2014 kunnen de schoolbesturen aanvragen voor bekostiging van huisvestingsvoorzieningen. Aanvragen die het bekostigingsplafond overstijgen kunnen worden afgewezen. Het betreft onderhoudsvoorzieningen die niet in het meerjaren onderhoudsplan voor dat bekostigingsjaar zijn opgenomen. Ingevolge het bepaalde in artikel 95 van de Wet op het primair onderwijs dient op basis van de ingekomen aanvragen een bekostigingsprogramma te worden vastgesteld. De stand van de voorziening Onderhoud schoolgebouwen MOP per 1 januari 2014 is € 1.056.377. De toevoeging aan de voorziening zal jaarlijks tot en met 2016 toenemen met een bedrag van € 22.000 conform raadsbesluit van 22 september 2005. In het bestedingsplan 2014-2017 zijn onderstaande bedragen opgenomen: Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2014 (MOP) 194.808 Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2015 (MOP) 244.100 Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2016 (MOP) 97.039 Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2017 (MOP) * 0
2014 2015 2016 2017
Het gemeentelijke aandeel in het onderhoud van de schoolgebouwen zal naar verwachting in 2015 aan de schoolbesturen worden overgedragen. Een wetsvoorstel daartoe is in voorbereiding. De gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de huisvesting van de scholen wordt daarmee beperkt tot de zorg voor voldoende capaciteitsvoorzieningen. Samenwerking maatschappelijk vastgoed: Vorig jaar is op initiatief van de gemeente Houten het plan opgevat om te onderzoeken of een vorm van samenwerking op het gebied van het maatschappelijk vastgoed mogelijk is. Door alle gemeenten werd een professionalisering gewenst geacht, omdat allen tegen de volgende problemen aan liepen: • • • • • • •
Onvoldoende inzicht in portfolio (risico, omvang, opbouw) om strategisch te kunnen adviseren. Complexe combinaties van gebruik en eigendom. Inefficiëntie doordat iedere gemeente eigen oplossingen aan het bedenken is voor hetzelfde probleem. Onvoldoende expertise en middelen om de taken verantwoord uit te kunnen voeren. Te weinig potentieel en dus kwetsbaar (kwetsbaarheid neemt eerder toe dan af, doordat a.g.v. ombuigingen portefeuilles krimpen). Doelmatigheid en doeltreffendheid. Verhogen van de kwaliteit van gemeentelijke dienstverlening.
Dit is kort samen te vatten in een 3 x K te weten: 1. Kwetsbaarheid reduceren; 2. Kwaliteit verbeteren; 3. Kosten besparen door schaalvergroting.
Programmabegroting 2014
82
Indien een gezamenlijke vastgoedorganisatie tot stand komt zullen de kwetsbaarheid en kwaliteit snel merkbaar zijn en de kostenbesparing door de schaalvergroting zal pas na enkele jaren merkbaar zijn. De stappen die we tot heden in dit proces hebben genomen zijn: − Instemming met de nota “het wenkend perspectief” door college, juni 2012 incl. opstarten haalbaarheidsstudie van Deloitte. − Instemming met de resultaten van de haalbaarheidsstudie en een aanvullend verdiepend onderzoek (business-case) naar kosten Regionale Vastgoed Organisatie. Vervolgstappen: − Instemming college en raad betreffende conceptbesluit om het gemeentelijk vastgoed onder te brengen in een Regionale Vastgoedorganisatie en opstarten van laatste fase business-case − Laatste fase business-case, betreft uitwerking integrale business case en lokale business cases (BOR advies organisatiestructuur, sociaalplan, OR advies lokale effecten, − Instemming college en raad voor definitief go / no go. − Implementatie proces
Programmabegroting 2014
83
C. Financiering
Inleiding Per 1 januari 2001 is de wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) van kracht. In het kader van deze wet dient er een treasuryparagraaf in zowel de begroting als in het jaarverslag opgenomen te worden. De wet FIDO definieert treasury als volgt : het sturen, beheersen, verantwoorden over en toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Het beleid van de gemeente Vianen voor de treasuryfunctie is vastgelegd in het treasurystatuut (vastgesteld in de Raad februari 2012) als onderdeel van de Verordening financieel beheer (artikel 212 Gemeentewet).
Rentevisie De ECB zal een ruim monetair beleid blijven voeren. De lange termijn-rente zal onder invloed van het verwachte lichte conjunctuurherstel gaan oplopen. (bron: Bank Nederlandse Gemeenten) Gemeentefinanciering Financieringsmiddelen Liquiditeitensaldo: Op dit moment (begin september 2013) hebben we te maken met een liquiditeitsoverschot van circa € 4 miljoen. Een aantal grote projecten zullen van invloed zijn op de ontwikkeling van het liquiditeitensaldo. Dit zijn onder andere Gaasperwaard, Brede School en het sportcentrum. Door met name deze projecten is in 2013 een langlopende geldlening aangetrokken. De verwachting is dat dit in 2014 weer nodig is. Saldobeheer: Vanaf 2014 zijn alle decentrale overheden verplicht deel te nemen aan schatkistbankieren. Schatkistbankieren wordt uitgevoerd door het Agentschap van de Generale Thesaurie (Ministerie van Financiën) en houdt in dat via een rekening courant verhouding met het Agentschap de dagelijkse tekorten of overschotten worden afgeroomd. Dit houdt in dat geld en vermogen niet langer bij bijvoorbeeld banken buiten de schatkist mogen worden aangehouden. Overtollige middelen mogen alleen in rekening-courant en via deposito’s bij de schatkist worden aangehouden of onderling worden uitgeleend aan andere decentrale overheden. Vanzelfsprekend blijven decentrale overheden volledig vrij in de besteding van hun middelen zonder dat het Agentschap daar enige vorm van toezicht op uitoefent of kan uitoefenen. De schatkist biedt geen leen- of roodstandfaciliteit aan. Voor het betalingsverkeer blijven decentrale overheden aangewezen op het bankwezen. In de schatkist kan een decentrale overheid middelen aanhouden in rekening-courant en/of in een of meerdere deposito’s. Over het dagelijkse rekening courant saldo wordt de daggeldrente (EONIA) vergoed. Op deposito’s is de rente afhankelijk van de looptijd. Na deelname aan schatkistbankieren blijft het voor de decentrale overheid mogelijk uitzettingen te doen uit hoofde van de publieke taak.
Programmabegroting 2014
84
Als alternatief voor het aanhouden van overtollige middelen in de schatkist kunnen decentrale overheden ervoor kiezen deze middelen in te zetten om schulden af te lossen of om elkaar leningen te verstrekken. Waarom schatkistbankieren: Deelname van de decentrale overheden aan schatkistbankieren draagt bij aan een lagere EMUschuld van de collectieve sector (Rijk en decentrale overheden gezamenlijk). Iedere euro die decentrale overheden aanhouden in de schatkist, vermindert de externe financieringsbehoefte van het Rijk. Dat het Rijk minder hoeft te financieren op de markt vertaalt zich direct in een lagere staatsschuld. Een ander belangrijk gevolg van deelname aan schatkistbankieren is een vermindering van de beleggingsrisico’s waaraan decentrale overheden worden blootgesteld.
Leningen: In april 2004 is een lening van € 10 miljoen opgenomen met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,685%. In januari 2008 is een lening van € 15 miljoen opgenomen met een looptijd van 30 jaar tegen een percentage van 4,537%. Kasgeldlimiet en renterisicobeheer Kasgeldlimiet: Voor het bepalen van de liquiditeitspositie – dit is de mate waarin op korte termijn aan de opeisbare verplichtingen kan worden voldaan – is de zogenaamde kasgeldlimiet van belang. Hieronder wordt verstaan het bedrag dat maximaal als kasgeld mag worden opgenomen. Dit bedrag wordt berekend door middel van een door het Ministerie van Financiën vastgesteld percentage, vermenigvuldigd met het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. De vastgestelde kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal. De uitkomst van deze berekening wordt getoetst aan de werkelijke omvang van de kasgeldlimiet. Het begrotingstotaal voor 2014 bedraagt € 36,5 miljoen. De kasgeldlimiet voor 2014 komt daarmee op € 3.102.500. Renterisicobeheer: Middels de renterisiconorm wordt een kader gesteld voor een zodanige opbouw van de leningenportefeuille van de gemeente, dat het renterisico uit hoofde van renteaanpassing en herfinanciering van leningen in voldoende mate wordt beperkt. De doelstelling van de renterisiconorm is dus in feite dat bij een gelijkmatige opbouw van de leningenportefeuille, waarbij niet in enig jaar een onevenredig deel van de leningenportefeuille geherfinancierd hoeft te worden, het renterisico op de vaste schuld over de jaren gespreid wordt. De renterisiconorm zal volgens onderstaande berekening voor 2014 niet worden overschreden.
Programmabegroting 2014
85
Bedragen x € 1.000,= 1a. 1b. 2. (1a + 1b)
Renteherziening op vaste schuld o/g Renteherziening op vaste schuld u/g Netto renteherziening op vaste schuld
0 0 0
3a. 3b. 4. (3a + 3b)
Nieuw aangetrokken vaste schuld Nieuwe verstrekte leningen Netto nieuw aangetrokken vaste schuld
0 0 0
5. 6. 7. ( 2 + 6)
Betaalde aflossingen Herfinanciering Renterisico op vaste schuld
833 0 0
8. Begrotingstotaal 9. 10. Toets renterisiconorm 10. Renterisiconorm 7. Renterisico op vaste schuld 11. ( 10 - 7)
36.500 Vastgesteld percentage Renterisiconorm
20% 7.300
Ruimte
7.300 0 7.300
Algemeen Relatiebeheer: Huisbankier Rekening Courant Schatkistbankieren Rekening courant Bedrijfsspaarrekening
BNG BNG Rabobank Rabobank
Indicatoren financiële positie Onderstaande kengetallen hebben betrekking op de schuld- vermogenspositie van de gemeente Vianen. De kengetallen worden berekend op basis van de balanscijfers. Voor de begroting wordt geen balans opgesteld. De kengetallen zijn derhalve gebaseerd op de laatste vastgestelde balans van de jaarrekening 2012. Debt Ratio: vreemd vermogen / totale vermogen. De debt ratio geeft aan in welke mate een bedrijf is gefinancierd met vreemd vermogen. De uitkomst hiervan mag max 0,75 zijn (streefgetal). Hoe hoger hoe slechter de solvabiliteit. De debt ratio van de gemeente Vianen bedraagt 28% per 31-12-2012. Per 31-12-2011 was dit 29%
Programmabegroting 2014
86
Netto schuld/ exploitatie: Hier wordt weergegeven de schulden minus op korte termijn opeisbare vorderingen minus liquide middelen / lasten (excl. stortingen in de reserves) > 150% te hoog > 100% voorzichtigheid is geboden De netto schuld / exploitatie van de gemeente Vianen bedraagt 11% per 31-12-2012. Per 31-12-2011 was dit 10% Netto schuld/ inwoners: Hier wordt weergegeven de schulden minus op korte termijn opeisbare vorderingen minus liquide middelen / aantal inwoners. Dit kengetal kan voornamelijk worden gebruikt ter vergelijking met andere gemeenten van dezelfde omvang. De netto schuld / aantal inwoners van de gemeente Vianen bedraagt € 194 per 31-12-2012. Per 31-12-2011 was dit € 262 Risicobeheer
• Als de economie zich anders gaat ontwikkelen dan nu de verwachting is, kan hierdoor onze rentevisie gaan afwijken van de verwachting die we hierboven uitgesproken hebben.
Programmabegroting 2014
87
Wet HOF (Houdbare overheidsfinanciën Rijk en decentrale overheden) Nederland moet zijn begrotingstekort terugdringen. Daar zijn de Rijksoverheid en de decentrale overheden (gemeenten, provincies en waterschappen) samen verantwoordelijk voor. Op 18 januari 2013 hebben zij een Financieel Akkoord bereikt. Hierin is afgesproken hoeveel tekort de decentrale overheden maximaal mogen hebben. Europese regels voor terugdringen begrotingstekort In Europa zijn regels afgesproken over de overheidsfinanciën. Deze Europese begrotingsregels uit het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) bepalen de normen voor het begrotingstekort (EMU-saldo) en de overheidsschuld (EMU-schuld) Zo mag het EMU-saldo van Nederland niet groter zijn dan -3% van het bruto binnenlands product (bbp) en de EMU-schuld niet hoger dan 60% bbp. Daarnaast moet het structureel EMU-saldo voor Nederland tussen de -0.5 en + 0.5% bbp liggen. Deze regels gelden voor de gehele collectieve sector. Dus ook voor de decentrale overheden. Europese regels verankerd in Wet HOF De Europese regeringsleiders hebben afgesproken om de eisen uit het SGP te verankeren in nationale wetgeving. Nederland doet dat met de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF). Naar verwachting treedt de Wet HOF op 1 januari 2014 in werking. Raming en monitoring van het EMU-saldo decentrale overheden De beheersing van het EMU-saldo is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van het Rijk en de decentrale overheden. Een goede financiële administratie is daarom belangrijk voor de monitoring en beheersing van het EMU-saldo. Een overschrijding van de norm die is afgesproken in het Financieel Akkoord wordt zo voorkomen.
EMU-saldo Over de hoogte van het EMU-tekort zijn binnen Europa afspraken gemaakt die zijn neergelegd in het Verdrag van Maastricht en het Stabiliteits- en Groeipact. Zo mag het EMU-tekort van een land niet boven de 3% BBP uitkomen. Ook de lagere overheden hebben hun eigen aandeel in het EMU-tekort. Dit tekort wordt omgeslagen per gemeente/ per inwoner en wordt de zogenaamde referentiewaarde genoemd. Voor de gemeente Vianen betekent dit een referentiewaarde ad -/- € 2.207.000 (oktober 2013 volgt herziene waarde 2014) Gemeenten dienen de berekening van hun aandeel in het EMU-saldo in de begroting op te nemen. Naast de begroting van het Rijk zijn ook de begrotingen van gemeenten, provincies en waterschappen onderdeel van de totale overheidsbegroting. Het Rijk is bezig met het wetsvoorstel Wet Houdbare Overheidsfinanciën (wet HOF). Daarin worden Europese afspraken over de beheersing van de schuldenlast en het begrotingstekort vertaald naar nationale wetgeving. Naar verwachting treed de wet HOF op 1 januari 2014 inwerking. In de Wet Hof is opgenomen dat overschrijding van de micronorm (referentiewaarde) niet direct lijdt tot sancties. Het sanctie instrument is bedoeld als laatste redmiddel. In de Wet Hof is opgenomen dat er een sanctie kan komen als de macronorm structureel overschreden wordt. Of deze sanctie er komt hangt af van de uitkomst van bestuurlijk overleg: is of komt er meerjarige zicht op het voldoen aan de macronorm, dan is er geen reden een sanctie op te leggen.
Programmabegroting 2014
88
De uitkomst van de berekening van het EMU-saldo van de gemeente Vianen is € 5 miljoen negatief, waar we nog een tekort van € 2,2 miljoen mogen hebben.
.1 .+2 .+3 .-4 .+5 .+6a .-6b .-7 .+8a .-8b .-9 .-10
.-11
Berekening EMU Saldo Exploit.saldo voor toevoeg.aan c.q. onttrekk.uit reserves exclusief de gem.“bedrijven” Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie Investeringen in materiële vaste activa die op de balans ultimo jaar worden geactiveerd Toegek.bijdr.van Rijk, prov, EU en overigen inzake de invest.die niet via de exploit. lopen Opbrengsten uit desinvesteringen in vaste activa in jaar (t)(tegen verkoopprijs) De boekwinst op desinvesteringen in vaste activa in jaar (t) Aankoop grond, bouw-, woonrijp maken e.d. in jaar (t) Opbrengsten uit verkoop van grond in jaar (t) (tegen verkoopprijs) De boekwinst op grondverkopen in jaar (t) Betalingen in jaar (t) ten laste van de voorzieningen Betalingen die niet via de exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves worden gebracht die niet onder één van de andere genoemde posten vallen Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen in jaar (t) Berekend EMU-saldo
Programmabegroting 2014
2014
2015
2016
1.968.404 3.341.952
1.968.404 3.288.987
1.968.404 3.110.261
1.214.037
1.286.326
1.176.773
-12.016.300
-5.955.808
-3.823.972
-2.649.000
-1.658.000
-2.589.000
4.400.000
5.243.000
3.774.000
-1.263.576
-1.189.010
-1.053.186
-5.004.483
2.983.899
2.563.280
89
Toelichting berekening EMU-tekort 1 2 3 4 5 6a 6b 7 8a 8b 9 10 11 =
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan/onttrekking uit reserves Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Dotaties aan voorzieningen ten laste van de exploitatie Investeringen in materiële vaste activa Toegekende bijdragen inzake investeringen van Rijk, provincie en EU Desinvesteringen in vaste activa De boekwinst op de onder 6a desinvesteringen in vaste activa Uitgaven aankoop grond en bouw- en woonrijp maken Opbrengsten uit verkoop grond De boekwinst op de onder 8a verkoop van grond Betalingen direct ten laste van voorzieningen Betalingen direct ten laste van reserves Boekwinst op verkoop van deelnemingen en aandelen Berekend EMU-saldo (1+2+3-4+5+6a-6b-7+8a-9-10-11)
+/- ** + + + + + +/- **
** Een exploitatietekort heeft een minteken. Een overschot heeft een plusteken. Informatievoorziening Een financieringsparagraaf in de begroting en de rekening; Afwijkingen worden gerapporteerd in de tweede bestuursrapportage; Het college wordt geïnformeerd bij het aangaan van een lening.
Programmabegroting 2014
90
D. Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering 2014 In deze bedrijfsvoering paragraaf staan de ontwikkelingen die onze bedrijfsvoering beïnvloeden en bepalen. Projecten die in 2014 hun vervolg of aanvang hebben zijn onder andere: verbetering (digitale) dienstverlening, door ontwikkeling gemeentelijke organisatie. In dat kader zal ook onderzocht worden of gemeentelijke onderdelen al dan niet uitgeplaatst kunnen worden, zoals verzelfstandiging Sportcentrum Helsdingen, onderzoek uitplaatsing taken Stadswerf en leerplicht. Verbetering bedrijfsvoering en verbetering dienstverlening In 2014 ligt de nadruk bij de bedrijfsvoering op het invoeren van die onderwerpen waarbij de combinatie van efficiënt, (extern en intern) dienstverlenend en effectief werken hand in hand gaan. Voor de continuïteit, de ontwikkelingen buiten en binnen de organisatie en de investeringen die gedaan zijn is het belangrijk om de organisatieprojecten die gestart zijn ter verbetering van de dienstverlening te voltooien. Het verder vormgeven aan het KCC (klant contact centrum), het implementeren van (het systeem) om zaakgericht te kunnen werken. Dit houdt in dat alle werkprocessen van de gemeente gestandaardiseerd worden. Hierdoor zal de dienstverlening verbeterd worden. Daarnaast zal er planning en control steviger worden gepositioneerd in de organisatie. Ook het uitwerken van toekomstgericht Personeelsbeleid, mobiliteitsbeleid; het updaten van het Informatiebeleidsplan en automatiseringsplan; het duurzaam inkoopbeleid; meerjarige aanpak Digitalisering en de uitwerking van het Archiefbeleid en een verdere professionalisering van de juridische kwaliteitszorg. Anders organiseren is anders werken Anders organiseren betekent dat taken en (werk)processen opnieuw bekeken moeten worden. Zeker als er met minder medewerkers hetzelfde of meer gedaan moet worden: het werk zal gemakkelijker (digitaal) toegankelijk moeten zijn. De door het Rijk opgedragen taak om de basisregistraties te realiseren en een overheidsloket op te bouwen, maakt dat de ondersteuning van deze voorzieningen prioriteit heeft, ook in 2014. Het gaat daarbij om informatietechnologische faciliteiten, procedurebeschrijvingen en het (bege)leiden van digitale stukken en het archiveren en beheren daarvan. Inwoners zullen in de praktijk niet veel van de basisregistraties merken. Zij zullen wel steeds meer merken dat hun gegevens niet iedere keer weer opgevraagd worden. Overheidsloket en dienstverlening Nog concreter voor burgers is het overheidsloket en de digitale dienstverlening via de website, twee voorbeelden van een concreter en meer zichtbare gemeentelijke activiteit.
Implementatie zaakgericht werken: digitaal en integraal samenwerken Het invoeren van het systeem van zaakgericht werken is een investering in tijd en geld die op termijn het werken gemakkelijker en beter maakt. Met een effectievere bedrijfsvoering verbeteren we de dienstverlening aan inwoners, bedrijven en organisaties. Tevens wordt extra aandacht besteed aan het verbeteren van interne informatievoorziening en regievoering. Anders werken gebeurt door blijvend te professionaliseren van de (duurzame) inkoop, het gerichter sturen op resultaten en het projectmatig werken.
Programmabegroting 2014
91
Investeren in personeel Als laatste hier genoemd, maar zeker geen onbelangrijke: investering in personeel. De doelstellingen van de gemeente kunnen alleen gehaald worden met de inzet en geschiktheid van personeel. Een van de speerpunten is dat werknemers door training en opleiding zich blijven ontwikkelen om er voor te zorgen dat zij ook in de toekomst inzetbaar en een aantoonbare toegevoegde waarde blijven houden. Werknemers krijgen de mogelijkheid om door middel van scholing hun mobiliteit te bevorderen, zodat zij een goede uitgangspositie behouden op de arbeidsmarkt. Verbeteren van planning en control in de organisatie In 2014 wordt meer inhoud en vorm gegeven aan planning en control in de organisatie. Hiertoe wordt een vervolg gegeven aan een pilot met een softwarepakket. Deze software moet een ondersteunende, organisatie brede en laagdrempelige applicatie zijn waarmee op basis van eenmalige gegevensinvoer, meerdere (voortgangs-)rapportages kunnen worden gegenereerd voor het monitoren van de realisatie van de belangrijkste bestuurlijke en organisatorische speerpunten. Uitgangspunt hierbij is dat op basis van eenmalige gegevensinvoer vanuit bestaande systemen, meerdere (voortgangs-) rapportages kunnen worden gegenereerd. Ook moet het systeem informatie kunnen leveren over de voortgang van bestuurlijke acties zoals informatieve vragen, afdoening toezeggingen en de termijnagenda. Financieel Beheer Verbetering programmabegroting en productbegroting In 2012 heeft de projectgroep ‘Herinrichting programmabegroting’ de programmabegroting 2013 opgeleverd. Het beheer van de vijf programma’s: Dienstverlenend, Stimulerend, Leefbaar, Groeiend, Politiek en Bestuur is overgedragen aan programmacoördinatoren. De programmabegroting is een groeidocument. Samen met de Auditcommissie wordt verder vorm en inhoud aan het programmaplan gegeven. De productbegroting zal geleidelijk verbeterd worden door elk jaar een aantal producten te herzien. Regeling budgetbeheer De regeling is verouderd en zal in 2014 vernieuwd worden. De regeling budgetbeheer betreft interne regels over hoe er met de verantwoordelijkheid van budgetten omgegaan wordt en zal door het college vastgesteld worden. Verbeteren/uitbreiden mogelijkheden financiële systeem In 2014 zullen de mogelijkheden van het financiële systeem verder uitgebreid worden. Gedacht moet worden aan het verder automatiseren van het begrotingsproces en het proces van de bestuursrapportages en de jaarrekening. Hieronder vallen ook de beheersing van de uren. De hierboven genoemde software zal hier voor gebruikt worden. Horizontaal toezicht belastingdienst Horizontaal toezicht is een vorm van actueel toezicht, waarbij in wederzijds vertrouwen wordt gestreefd naar een begripvolle en transparante relatie tussen Belastingdienst en de gemeente, waarbij snel zekerheid wordt geboden en minder intensief toezicht achteraf noodzakelijk is. Uitgangspunt is dat het toezicht opgepakt wordt als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle betrokkenen in het fiscale proces. Tijdens een gesprek tussen vertegenwoordigers van de belastingdienst en de gemeente is aangegeven dat de gemeente in beginsel positief staat tegenover Horizontaal Toezicht, afhankelijk van het invoeringstraject dat moet worden doorlopen.
Programmabegroting 2014
92
Begin 2012 is een voorstel aan het College voorgelegd waarin het begrip Horizontaal Toezicht en het invoeringstraject dat daarbij hoort, voor een eerste keer wordt verkend. Het streven is om per 2014 Horizontaal Toezicht volledig toe te passen. Nota activabeleid De nota zal worden vernieuwd in het 3e kwartaal 2014. Overige aspecten. Actualiteiten die de bedrijfsvoering zullen gaan beïnvloeden, maar waarvan de impact nog niet helemaal duidelijk is, zijn: • • • • • •
6 miljard rijksbezuinigingen Vennootschapsbelasting op overheidstaken (mogelijk vanaf 2016) Wet Houdbaarheid Overheidsfinanciën (HOF) Schatkist bankieren Wet Markt en Overheid Wet bestrijding betalingsachterstand
Programmabegroting 2014
93
E. Verbonden partijen begroting De gemeente Vianen kent een aantal verbonden partijen. Deze staan in deze paragraaf genoemd. Verbonden partijen betreffen organisaties waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. Het gaat hierbij om zelfstandige rechtspersonen, als gemeenschappelijke regelingen en vennootschappen. Middels de verbonden partijen tracht de gemeente Vianen beleid uit te voeren die zij ook zelf uit hoofde van haar publieke taak zou kunnen vervullen. De gemeente Vianen heeft een bestuurlijk belang wanneer ze een zetel heeft in het bestuur van een dergelijke rechtspersoon, dan wel dat zij hierin op een of andere wijze stemrecht heeft. Van een financieel belang is sprake in geval de middelen, welke door de gemeente aan de betrokken partij ter beschikking zijn gesteld, verloren kunnen gaan door bijvoorbeeld een faillissement of dat financiële aanspraken hierop mogelijk op de gemeente kunnen worden verhaald. Financieel belang In totaal betaalt onze gemeente aan de gemeenschappelijke regelingen jaarlijks ongeveer € 3,3 miljoen aan bijdragen en voor verleende producten of diensten betaald. Dat vormt ongeveer 9 % van de totale begroting. Belangrijk genoeg om bij de verbonden partijen de vinger aan de pols te houden. Overzicht verbonden partijen De belangrijkste verbonden partijen van de gemeente worden hierna beschreven. Zij zullen worden onderverdeeld in: A. Gemeenschappelijke regelingen (publiekrechtelijke organisaties) B. Overige verbonden partijen (privaatrechtelijke organisaties) 1. Stichtingen 2. Deelnemingen De opzet van dit onderdeel is ten opzichte van de vorige begrotingen sterk gewijzigd. De reden hiervoor is dat landelijk, maar ook in Vianen, meer inzicht wordt verlangd in de verbonden partijen zodat de “grip” kan worden vergroot. In verband daarmee is voor dit onderdeel een model (ontwikkeld door o.a. gemeente Zeist) in gebruik genomen voor de over de verbonden partijen te verstrekken informatie; hierna is dit model per verbonden partij ingevuld. Voor de, in het model voorkomende financiële gegevens, is gebruik gemaakt van de meest recente jaarrekening van de verbonden partij of indien voorhanden de begroting 2014. Beheersmaatregelen: In overleg met Deloitte Accountants zal gekeken worden voor welke gemeenschappelijke regelingen aanvullende beheersingsaspecten opgenomen dienen te worden. Dit naar aanleiding van het verslag van bevindingen 2012.
Programmabegroting 2014
94
A.
Gemeenschappelijke regelingen
Veiligheidsregio Utrecht (VRU) Vestigingsplaats: Utrecht Doel Het doel van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Utrecht is om de kwaliteit van de, crisisbeheersing en noodhulpverlening in de regio Utrecht te verbeteren. Medio 2009 is de wet op de Veiligheidsregio’s ingegaan. Deze wet verplicht (niet volgens de letter, maar wel de facto) om de gemeentelijke brandweren onder de brengen in een veiligheidsregio. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Alle gemeenten in de provincie Utrecht nemen deel aan de gemeenschappelijke regeling Openbaar belang dat wordt behartigd Veiligheid Bestuurlijk belang Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de burgemeesters van de deelnemende gemeenten. De Commissaris van de Koningin neemt deel als waarnemer. Het lokaal gezag over de brandweer blijft berusten bij de Burgemeester van elke afzonderlijke deelnemende gemeente. Het lokale college van burgemeester en wethouders blijft verantwoordelijk voor het lokale veiligheidsbeleid. Het bestuur van de Veiligheidsregio is verantwoordelijk voor de beheersorganisatie. Financieel belang De gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage die wordt bepaald op basis van het aantal inwoners op 1 januari van het jaar, voorafgaand aan het begrotingsjaar. In het jaar 2014 is de bijdrage geraamd op €1.056.744,- . Werkelijk eigen vermogen jaarrekening 2012 Begin boekjaar € 1.9 miljoen Einde boekjaar € 2.1 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaarrekening 2012 Begin boekjaar € 60.3 miljoen Einde boekjaar € 54.6 miljoen Risico’s In de vergadering van het AB op 25 mrt 2013 is opdracht gegeven voor een tweede bezuinigingstranche van 5% van de gemeentelijke bijdrage. Het is de verwachting dat een groot deel van deze bezuiniging ingevuld wordt vanuit een aantal lopende projecten. Omdat veel projecten nog in de besluitvormingsfase zitten, kan de VRU niet aangeven of en wanneer de tweede tranche concreet ingevuld wordt. Ontwikkelingen 2014 In 2014 moet de implementatie plaatsvinden van het project “veiligheidszorg op maat”. Dit project behelst een dekkingsplan voor de brandweerzorg. Ook zal in 2014 het nieuwe crisisplan van kracht zijn. De doorontwikkeling van de gemeentelijke crisisbeheersing moet ertoe leiden dat vanaf 1 mei 2014 expertteams operationeel zijn om de gemeentelijke crisisorganisatie te ondersteunen. De VRU zal ook een nieuwe financieringssystematiek (gemeentelijke bijdragen) invoeren. Na de keuze voor een nieuwe systematiek zal ook de gemeenschappelijke regeling aangepast worden. Beleidsvoornemens De beleidsvoornemens van de Veiligheidsregio Utrecht zijn vastgelegd in het beleidsplan 20122015. Overige relevante gegevens De VRU heeft een financieel belang in de Gemeenschappelijke Meldkamer Utrecht (GMU).
Programmabegroting 2014
95
Bestuur Regio Utrecht (BRU) Vestigingsplaats: Utrecht Doel Werken aan verbetering van de bereikbaarheid, de leefbaarheid en de economische ontwikkelingen. Programma 3 Verkeer, vervoer en waterstaat Deelnemende partijen Het Bestuur Regio Utrecht is een samenwerkingsverband van negen gemeenten in de stadsregio. De gemeenten Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Utrecht, Vianen en Zeist vormen samen de stadsregio Utrecht. Openbaar belang dat wordt behartigd Bij het BRU wordt beleid voor de regio ontwikkeld en vastgesteld. Vervolgens begeleidt en behartigd BRU de uitvoering en ziet het toe op concrete resultaten. De samenwerking in het BRU biedt nog een voordeel: de regio kan met één krachtige stem naar buiten treden. Zo staan de gemeenten samen sterker in hun contacten met bijvoorbeeld de landelijke overheid. Bestuurlijk belang Alle BRU-gemeenten zijn vertegenwoordigd in het Algemeen en Dagelijks Bestuur. Het Algemeen Bestuur heeft 34 leden. Het inwonertal van een gemeente is bepalend voor het aantal bestuursleden. De gemeente Vianen bezet 2 zetels in het Algemeen Bestuur en 1 zetel in het Dagelijks Bestuur. De gemeente Vianen wordt zowel in het Algemeen Bestuur als in het Dagelijks bestuur vertegenwoordigd door wethouder dhr. J.A.E. Landwehr. De tweede zetel in het Algemeen Bestuur wordt ingenomen door raadslid dhr. J.R. Scheringa. Financieel belang: De bijdrage per inwoner voor 2014 bedraagt € 3,10. De gemeentelijke bijdrage in 2014 is geraamd op € 60.977 Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Einde boekjaar € 2,24 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Einde boekjaar € 285,2 miljoen Risico’s De deelnemende gemeenten zijn financieel aansprakelijk. Optredende risico’s zijn voor rekening van de deelnemende gemeenten. Om die reden heeft het BRU een algemene reserve van € 1,8 miljoen. Het BRU is eigenaar van een tramlijn, inclusief remises. Ontwikkelingen 2014 e.v. Op dit moment is nog onzeker wanneer het BRU zal worden opgeheven. Vooralsnog wordt uitgegaan van 1 januari 2015. Er wordt wel nagedacht over vrijwillige samenwerking in de Utrechtse Regio, de zogenaamde U10-gemeenten (de BRU-gemeenten plus Woerden). Beleidsvoornemens Het BRU is een uitvoeringsorganisatie voor het openbaar vervoer. Tevens verzorgt het BRU de subsidies in het kader van de Brede Doeluitkering (BDU). Het BRU coördineert verder ruimtelijk, economisch en volkshuisvestelijk beleid in regionaal verband. Voor zover in te schatten zitten hier geen beleidsvoornemens in die van invloed zijn op gemeentelijke risico´s. Overige relevante gegevens Geen bijzonderheden.
Programmabegroting 2014
96
Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Midden-Nederland (GGD) De GGD Midden Nederland is een samenwerkingsverband dat zich richt op preventieve gezondheidszorg. De GGD fungeert naast en als aanvulling op het reguliere zorgsysteem. Vianen neemt deel in de GGD met als doel het beschermen van de volksgezondheid. Het beleid van de GGD is erop gericht uitvoering te geven aan dan wel ondersteuning te bieden bij de gemeentelijke taken zoals vastgelegd in de Wet publieke gezondheid. De hoofdvestiging van de GGD is gehuisvest in Zeist. Vestigingsplaats: Zeist. Doel De doelstelling van de GGD is drieledig: 1. Het bewaken en bevorderen van de gezondheid van alle inwoners in het werkgebied door onderzoek, voorlichting, advies en interventies. 2. Het bieden van zorg of het bemiddelen tussen aanbieders en afnemers van zorg waar dit uit een oogpunt van openbaar belang noodzakelijk is. 3. Het verlenen van alle overige diensten die tot doel hebben een bijdrage te leveren aan de gezondheid van individuen of groepen van individuen. Elke GGD zet zich in, op eigen kracht of in professionele samenwerking met andere instellingen, om deze doelstellingen te bereiken. Programma 2 Stimulerend Deelnemende partijen De gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, De Bilt, De Ronde Venen, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Soest, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Woerden, Woudenberg, Wijk bij Duurstede, IJsselstein en Zeist. Dat zijn alle gemeenten in de provincie, behalve de stad Utrecht, die een eigen gezondheidsdienst heeft (GG&GD). Openbaar belang dat wordt behartigd Bescherming en bevordering van de volksgezondheid op basis van de Wet publieke gezondheid. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur van de GGD Midden Nederland door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Financieel belang De kosten van de wettelijke taken worden bij de deelnemende gemeenten in rekening gebracht via een bijdrage per inwoner. De lokale taken worden apart in rekening gebracht. In de begroting 2014 is de bijdrage per inwoner geraamd op € 12,04, totaal € 236.862. Werkelijk eigen vermogen begroting jaar 2014 Begin Boekjaar €2.1 miljoen Einde boekjaar € 1.8 miljoen Werkelijk vreemd vermogen begroting jaar 2014 Begin Boekjaar €9.6 miljoen Einde boekjaar € 10.2 miljoen Risico’s Voor de financiële administratie en controle van de dienst zijn de artikelen 212 t/m 215 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. De GGD heeft zelf geen specifiek beleid op risicomanagement. In jaarrekeningen en begrotingen wordt altijd een toelichting gegeven op het weerstandsvermogen. Besluiten van het algemeen bestuur van een gemeenschappelijke regeling zijn bindend voor individuele gemeenten. Indien deze financiële consequenties hebben, vormen deze een verplichte uitgave. De deelnemende gemeenten staan garant voor de betaling van rente en aflossing van de door de GGD aangegane geldleningen en eventuele schulden in rekening-courant. De garantstelling geschiedt naar verhouding van het aantal inwoners op 1 januari van het jaar waarin de garantieverplichting tot stand is gekomen. Programmabegroting 2014
97
Ontwikkelingen jaar 2014 en verder Door een wijziging van de Wet publieke gezondheid moet er één regionale gezondheidsdienst komen op de schaal van de veiligheidsregio. Dat betekent dat er overleg heeft plaatsgevonden met de gemeente Utrecht over de mogelijkheden tot samenvoeging van de GGD Midden Nederland en de Utrechtse GG&GD. Er is een voorstel ontwikkeld tot de vorming van een GGD regio Utrecht. In principe worden daarbij alle taken ondergebracht, met uitzondering van een aantal typisch stads gebonden taken die tot een ingewikkelde ontvlechtingsoperatie en hoge transitiekosten zouden leiden. Dit najaar moeten de gemeenteraden hier een besluit over nemen. Overige relevante gegevens De GGD MN participeert bestuurlijk en financieel in de TBC-bestrijding regio Utrecht. Er is een samenwerkingsverband met de GG&GD Utrecht over uitvoering van de forensische dienstverlening, waarbij de GGD MN als coördinerende organisatie optreedt. Hierbij is sprake van de inzet van personeel en middelen waarvan de kosten gezamenlijk worden gedragen. Via het RIVM wordt uitvoering gegeven aan het rijksvaccinatieprogramma. Deze organisatie zorgt voor doorbetaling van de AWBZ-gelden.
Programmabegroting 2014
98
Pauw Bedrijven Vestigingsplaats: IJsselstein/ Breukelen Doel PAUW Bedrijven heeft als Gemeenschappelijke Regeling voor negen deelnemende gemeenten slecht één programma: het integraal uitvoeren van de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) met als doel het toeleiden van mensen met een handicap naar een zo regulier mogelijke plaatsing op de arbeidsmarkt. Pauw Bedrijven wil het volgende bereiken: • Bieden van aangepast werk als middel om ontwikkeling van arbeidsvaardigheden te faciliteren • Bevorderen van doorstroom en uitstroom van individuele medewerkers door middel van trajectplannen op basis van werkladderscans • Optimaliseren van de verdiencapaciteit, onder meer door de verbreding van de doelgroep; • Verstevigen van de positie op de regionale arbeidsmarkt en zoveel mogelijk bijdrage leveren aan de bestaande en voorziene arbeidsmarktproblematiek • Leveren van een bijdrage aan de begeleiding van alle mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, waardoor ook groepen uit de WWB, WIA en WAJONG uitdrukkelijk in beeld komen. Programma 4 Groeiend Deelnemende partijen De gemeenten Lopik, Stichtse Vecht , Nieuwegein, De Ronde Venen, IJsselstein en Vianen Openbaar belang dat wordt behartigd Het voorkomen van structurele uitsluiting van bepaalde groepen kansarme werklozen. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Financieel belang: De deelnemende gemeenten dragen bij in het exploitatietekort van Pauw Bedrijven naar rato van het aantal werknemers dat uit een gemeente afkomstig is. Voor 2014 is de gemeentelijke bijdrage geraamd op € 78.440. Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 3.8 miljoen Einde boekjaar € 2.8 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 4.5 miljoen Einde boekjaar € 5.6 miljoen Ontwikkelingen 2014 Op 1 januari 2015 wordt de Participatiewet ingevoerd. De participatiewet vervangt de Wet werk en bijstand en schaft de Wet sociale werkvoorziening af. De impact van de Participatiewet is groot. De uitvoering van de Wwb is sinds 1 mei 2013 belegd bij Werk en Inkomen Lekstroom (WIL). De uitvoering van de Wsw is reeds jaren belegd bij PAUW Bedrijven. Om te Wsw te kunnen uitvoeren ontvangen wij een budget van het Rijk (Rijksbijdrage WSW). De Wet sociale werkvoorziening wordt afgeschaft per 1 januari 2015. De instroom in de WSW wordt per 1 januari 2015 stopgezet. De huidige WSW (“ Wsw-oud” ) is daarmee dus een sterfhuis. Rechten en plichten van de bestaande Sw- werknemers (vanuit de wet) blijven in stand. De wachtlijst vervalt. De wachtlijstgroep heeft geen rechten en plichten meer in het kader van de Wsw. De Rijksbijdrage Wsw vervalt per 1 januari 2015. Deze middelen (met kortingen) worden overgeheveld naar het Programmabegroting 2014
99
gebundelde re- integratiebudget. Al jaren is de begroting van PAUW Bedrijven niet sluitend. Dit probleem wordt alleen groter door de bezuinigingen op de rijksbijdrage Wsw. Het tekort bij PAUW Bedrijven wordt vooral veroorzaakt door een dalende rijksbijdrage en gelijkblijvende omzet en kosten. De kostenkant is moeilijk beïnvloedbaar aangezien de grootste kosten de loonkosten zijn van de Wsw-ers en daar zit men aan vast. Omzet verhogen is voor Pauw Bedrijven relatief lastig aangezien zij, door een streng toelatingsbeleid in het verleden, relatief veel Wsw-ers hebben met weinig verdienvermogen. Dekking van de begrote tekorten uit de algemene reserve leidt in 2014 tot een daling van het eigen vermogen onder het vastgestelde weerstandsniveau. In opdracht van de Provincie moest Pauw met een sluitende (meerjaren)begroting 2014- 2017 komen. Die ligt er. Voor een groot deel is dit gerealiseerd door een hogere exploitatiebijdrage van de gemeente in te boeken. Momenteel wordt er hard gewerkt aan het behalen van diverse Quick Wins die leiden tot kostenbesparing of omzetverhoging. Hierna zullen enkele grotere scenario’s worden uitgewerkt voor besparingen op langere termijn. Het bestuur heeft een ambtelijke werkgroep gevormd die met nadere advisering omtrent maatregelen zal komen. Er is nog steeds onduidelijkheid over de gevolgen van het sociaal akkoord. Duidelijk is wel de grote impact voor de Wsw en de SW- bedrijven. Verhoging van de gemeentelijke bijdrage is in 2014 onontkoombaar. Najaar 2013 zullen wij u hierover nader informeren. Het nieuwe concept wetsvoorstel voor de Participatiewet gaat in november 2013 naar de 2e kamer. Het is een concretisering van eerder gepubliceerde contouren van de Participatiewet. De belangrijkste veranderingen zullen zijn: * de Wet werk en bijstand heet vanaf 1 januari 2015 "Participatiewet". De werking van de Wwb blijft bestaan. Gemeenten lopen risico op het inkomensdeel (BUIG) en hebben daarnaast een budget om arbeidsdeelname te bevorderen en uitkeringslasten te beperken; * De toegang tot de Wajong wordt aangescherpt. Wie arbeidsvermogen heeft valt in het vervolg onder de Participatiewet. De omklap zal plaatsvinden in de periode 2015 - 2017. * De Wsw wordt afgeschaft. De rechten en plichten van huidige Sw- werknemers met een dienstverband (peildatum 31 december 2014) blijven in stand. De taakstelling wordt afgeschaft. Mensen op de wachtlijst hebben geen recht meer op een Sw- dienstverband. * Het Participatiebudget wordt uitgebreid met de vroegere Rijksbijdrage Wsw en de reintegratiemiddelen van het UWV (geleidelijk met de omklap). Hierop wordt bezuinigd. Per saldo zal het budget afnemen met plm. 20% in de periode 2014- 2018. Ook in de jaren daarna blijft het budget afnemen als gevolg van de afschaffing van de Wsw. De uitdagingen zijn dus zwaar: De gemeente krijgt een forse toename van de doelgroep die vooral bestaat uit mensen met een beperking. Het risico op het Inkomensdeel blijft bestaan. Daarnaast daalt het budget om arbeidsdeelname te bevorderen en uitkeringslasten te beperken. Er zijn hoge kosten in verband met de uitvoering van Wsw- oud. Dit gaat zonder bijsturing ten koste van re- integratie en/ of doeleinden in het sociale domein. Dit verhoogt dan weer het risico op oplopende uitkeringslasten en/of knelpunten in het sociale domein.
Programmabegroting 2014
100
RSD WIL Vestigingsplaats: Nieuwegein Doel WIL is de regionale uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen, per 1 mei 2013, van de gemeenten Houten, Lopik, Nieuwegein, IJsselstein en Vianen. Een dienst van en voor de vijf Lekstroom gemeenten. Het werkterrein van WIL behelst: 1. Wet werk en bijstand (en waarschijnlijk per 1 januari 2015 de Participatiewet) 2. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers 3. Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen 4. Besluit bijstandverlening Zelfstandigen 20014 5. Minimabeleid, waarbij bijzondere bijstand een onlosmakelijk onderdeel van de Wet werk en bijstand is 6. Art. 1.22 tot en met 1.28 van de Wet kinderopvang 7. Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Door regionaal samen te werken binnen WIL willen de vijf Lekstroom gemeenten in ieder geval vier zaken realiseren: a. een meer effectieve uitvoering en daardoor meer kansen voor alle burgers in de Lekstroom om naar vermogen te participeren en/of uit de schulden, armoede of sociaal isolement te komen of te blijven; b. een minder kwetsbare uitvoering en daardoor een betere borging van de kwaliteit van de dienstverlening aan burgers; c. een duurzaam efficiënte uitvoering en daardoor meer control en minder (financiële) risico’s voor alle afzonderlijke gemeenten en een dusdanige uitvoering en beleidsontwikkeling dat WIL toekomstdroom is, me gelet op de huidige en toekomstige dynamiek op de arbeidsmarkt en binnen de sociale zekerheid (in het bijzonder de Participatiewet). Programma: Dienstverlenend Deelnemende partijen De gemeenten Lopik, Houten, Nieuwegein, IJsselstein en Vianen Openbaar belang dat wordt behartigd Zoveel mogelijk burgers participeren naar vermogen en sociale uitsluiting, schulden en armoede worden voorkomen. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Financieel belang: WIL is een Gemeenschappelijke Regeling. Daarmee zijn en blijven de 5 gemeenten financieel verantwoordelijk. De Rijksbijdragen tbv de betaling van de uitkeringen en het Participatiebudget, ten behoeve van de kosten van re- integratie, worden rechtstreeks aan WIL doorbetaald. Daarnaast betaald de gemeente op basis van een verdeelsleutel (voor 2014 is dat 10,4%) een deel van de bedrijfsvoering kosten. Voor de begroting 2014 is dit ad €1.024.496. Werkelijk eigen vermogen jaar 2014 Er is geen sprake van eigenvermogen. Werkelijk vreemd vermogen jaar 2014 Er zijn nog geen cijfers bekend. De regionale uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen (WIL) is per 105-2013 gestart.
Programmabegroting 2014
101
Ontwikkelingen 2014 De omgeving van WIL is flink in beweging. De 4 belangrijkste aspecten zijn: -de arbeidsmarkt; -wet- en regelgeving; -de economische crisis en -lokale ontwikkelingen (mede in het licht van de drie transities. Het sociaal akkoord (april 2013) leidt tot wijzigingen in de Participatiewet, zoals deze was voorzien in het regeerakkoord. Uitgangspunt van de Participatiewet (die naar alle waarschijnlijk ingaat per 1 januari 2015) blijft om bestaande regelingen voor mensen met arbeidsvermogen, die zijn aangewezen op ondersteuning, op te nemen in één regeling. De kern van de door het kabinet beoogde Participatiewet heeft sterke gelijkenis met die van de Wet Werken naar Vermogen. WIL is voor zover mogelijk al “WWnV- proof” neergezet, wat een snelle doorontwikkeling conform de beoogde Participatiewet mogelijk maakt. 2014 zal een jaar worden waarin WIL zich, samen met de gemeenten en andere uitvoeringspartners, moet voorbereiden op de nieuwe wet. Belangrijke elementen zijn onder meer het versterken van de nadruk op de eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van deelnemers, meer inzet op het verzilveren van de (gedeeltelijke) arbeidscapaciteit van de deelnemers en meer focus op ondersteuning van alleen hen die ook echt ondersteuning nodig hebben. In het dienstverleningsconcept van WIL is dit uitgewerkt in een stevige Poort en schouwperiode, een stevige inzet op handhaving en rechtmatigheid en een stevige inzet op klantgroep 3, die klantgroep die een beperkte arbeidscapaciteit heeft en waarschijnlijk duurzaam op een gedeeltelijke uitkering aangewezen is. Andere gevolgen van de Participatiewet voor WIL: -de herijking van de Wajong, WSW en WW; de verwachting is dat dit tot een grotere en versnelde toestroom van deelnemers richting WIL leidt; -een verdere inperking van het re- integratiebudget; WIL zal met steeds minder middelen een steeds omvangrijkere en complexere klantgroep moeten bedienen; -het afwentelen van landelijke bezuinigingen op het Gemeentefonds (mutaties algemene uitkeringen); waardoor er lokaal grosso modo minder geld voor voorzieningen in het kader van minimabeleid/ bijzondere bijstand en schuldhulpverlening komt. Risico’s Het aantal burgers dat bij WIL zal aankloppen voor ondersteuning zal toenemen. De jeugdwerkloosheid stijgt fors. Het aantal mensen met schulden neemt toe en tenslotte is de verwachting dat het aantal burgers en deelnemers dat op eigen kracht zijn problemen kan oplossen dan wel duurzame participatie kan realiseren zal afnemen de komende jaren. Ondanks alle dynamiek is de inzet nog steeds om in 2014 tot dezelfde resultaten te komen als de vijf Lekstroomgemeenten in 2012 samen. Dit dient gerealiseerd te worden met dezelfde bezetting als waarmee WIL op 1 mei 2013 begon. Door het te doen met de middelen en mensen die WIL heeft dragen ze in feite bij aan de bezuinigingstaakstelling van de gemeente. De consequentie kan echter zijn dat wachtlijsten oplopen en mogelijk minder mensen ondersteuning kunnen krijgen in hun weg richting economische participatie. WIL zal via tussentijdse rapportages de vinger aan de pols houden en ook het college en de raad betrekken bij eventuele majeure keuzes die gemaakt moeten worden, mochten de doemscenario’s qua werkloosheid en crisis werkelijkheid worden.
Programmabegroting 2014
102
Afval Verwijdering Utrecht (AVU) Vestigingsplaats: Soest Doel Het op een doelmatige en uit een oogpunt van milieuhygiëne verantwoorde manier sturing en uitvoering geven aan het afvalstoffenbeleid in de provincie Utrecht. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen De Provincie Utrecht en de 26 deelnemende gemeenten: Amersfoort, Baarn, Bunnik, Bunschoten, De Bilt, De Ronde Venen, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Soest, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Wijk bij Duurstede, Woerden, Woudenberg, IJsselstein, Zeist en Stichtse Vecht. Openbaar belang dat wordt behartigd Het zorgdragen voor een goede, reguliere en milieuverantwoorde verwerking van door de gemeenten ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen en de inzameling van glas en papier en karton, ofwel de inzameling, het overladen, het transport en de verwerking van huishoudelijke afvalstoffen. Bestuurlijk belang Het algemeen bestuur bestaat uit twee leden te benoemen door provinciale staten, twee leden uit de stad Utrecht te benoemen door de gemeenteraad en één lid per overige gemeente, te benoemen door de betreffende gemeenteraden. De gemeente Vianen wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen . Financieel belang: De AVU sluit contracten af met verwerkers voor het transport en de verwerking van diverse afvalstromen. De kosten worden op basis van de werkelijke aangeboden gewichten bij de deelnemende gemeenten in rekening gebracht samen met een opslag voor de apparaatskosten. Meedoen in de gemeenschappelijke regeling brengt voor de afvalinzameling weinig risico mee. In het jaar 2014 is de bijdrage begroot op € 316.680,-. Deze bijdrage is gebaseerd op 5.000 ton brandbaar afval en 2.000 ton gft afval, 500 ton glas en 1.400 ton papier. De kosten voor brandbaar afval en gft afval zijn hierbij geraamd op € 354.312,- en voor glas op € 22.389,-. Voor papier zijn de opbrengsten geraamd op € 60.020,-. Werkelijk eigen vermogen Rekening AVU 2012 Begin boekjaar €0.5 miljoen Einde boekjaar € 0.3 miljoen Werkelijk vreemd vermogen Rekening AVU 2012 Begin boekjaar €11.8 miljoen Einde boekjaar € 8.5 miljoen Risico’s De kosten voor overslag, transport, en afvalverwerking zijn tot en met 2018 zeker gesteld. Ook de tarieven kunnen geen onverwachte tegenvallers opleveren. Deze staan vast tot eind 2018 en kunnen slechts worden aangepast door middel van een jaarlijkse indexering. Mocht er al een tegenvaller ontstaan zal dit zijn ten gevolge van nieuw Rijksbeleid met name op het belastinggebied, hierbij moet dan gedacht worden aan een verbrandingsbelasting of energiebelasting. Ontwikkelingen 2014 De verwachting is de hoeveelheid brandbaar afval zal afnemen.
Programmabegroting 2014
103
Omgevingsdienst Regio Utrecht. De omgevingsdienst is een zelfstandige organisatie op basis van een Gemeenschappelijke Regeling (GR) en die per gemeente wordt geëffectueerd via een samenwerkingsovereenkomst met de aangesloten gemeenten. Vestigingsplaats: Zeist en Breukelen Doel
De Omgevingsdienst voert voor (zowel eigenaar als contract) gemeenten taken en beleid uit op het gebied van omgeving, milieu en duurzaamheid. De gemeenten hebben hierin keuze welk takenpakket de Omgevingsdienst voor hen uitvoert binnen de volume afspraken die zijn vastgelegd in de contracten. De taken hebben betrekking op zaken als afvalmanagement, bodem en water, beleid en juridische (handhaving) zaken, duurzaam bouwen, klimaat en energie, externe veiligheid, geluid, lucht en licht, milieucommunicatie, archeologie, asbest en (omgevings) vergunningverlening. Programma 3 (Leefbaar) en 4 (Groeiend; 4.2 gericht op Duurzame Ruimtelijke Ontwikkeling) Deelnemende partijen De gemeenten: Bunnik, De Bilt, Montfoort, Oudewater, Renswoude, Rhenen, De Ronde Venen, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vianen, Woerden, Wijk bij Duurstede en Zeist. Daarnaast verrichten ze ook diverse taken voor andere gemeenten in de regio, zoals Houten, IJsselstein, Tiel en Woudenberg. Openbaar belang dat wordt behartigd Door verdergaande samenwerking de kwaliteit en duurzaamheid van de leefomgeving verbeteren. Bestuurlijk belang De Omgevingsdienst heeft een Algemeen Bestuur, dat bestaat uit portefeuillehouders milieu van de aangesloten gemeenten. De gemeente Vianen heeft een zetel in het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door 14 leden. Het Dagelijks Bestuur bestaat uit 3 leden. De gemeente Vianen wordt in het Algemeen Bestuur vertegenwoordigd door wethouder dhr. J.A.E. Landwehr. Financieel Belang In het kader van het project Kiezen voor Balans is er met de Milieudienst Zuidoost Utrecht onderhandeld en is er een bijdrage van € 367.307 afgesproken en een afkoopsom van max. 285.000 euro afgesproken voor het afvloeien van een aantal medewerkers van de Milieudienst. Ten tijde van dit schrijven is er discussie over het budgetplafond (met eventuele indexering) tegenover het urenplafond. De precieze financiële gevolgen van de doorontwikkeling van de omgevingsdienst tot RUD zijn nog niet inzichtelijk, maar zijn wel als financiële risico’s benoemd bij de fusie. De Omgevingsdienst verleent ook diensten aan derden; ze heeft hiertoe een acquisitie opdracht van 30% van de totale omzet. Hier wordt een hoger uurtarief voor berekend. Eventuele positieve jaarresultaten mogen tot maximaal 10% van de jaaromzet worden gereserveerd voor de opbouw van weerstandsvermogen. Veranderingen gedurende het jaar 2012 in het belang dat de gemeente in de verbonden partijen heeft. In 2012 is er een nieuwe GR voor de Omgevingsdienst vastgesteld, op basis waarvan deelnemende gemeenten een nieuwe dienstverleningsovereenkomst (DVO) getekend hebben. Dit DVO is de basis voor de afname van producten van de Omgevingsdienst. Vooralsnog komt deze overeen met een totale urenleverantie van 4500 uur, overeenkomend met het budgetplafond van de gemeente. Daarmee is een reductie van afgenomen uren van ca. 2000 uur gerealiseerd, voornamelijk uit nietwettelijk bepaalde taken, conform de bezuinigingstaakstelling van 30%. Een andere belangrijke ontwikkeling in 2012, die effect heeft gehad op het functioneren van de Milieudienst is de discussie rond de instelling van Regionale Uitvoeringsdiensten. Hieraan is ook in 2012 veel tijd besteed. Duidelijk is nu dat de gefuseerde Omgevingsdienst als Romp beschouwd wordt van de Provinciale RUD ontwikkeling.
Programmabegroting 2014
104
Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Einde boekjaar -/- € 0,35 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Einde boekjaar € 2,5 miljoen Risico’s De bijlage van de aanbiedingsbrief van de fusie-stukken gaat in op de financiële risico’s die de Milieudienst voorziet bij de fusie. 1. Frictiekosten; de Milieudienst Zuidoost Utrecht voorziet geen frictiekosten, buiten die kosten die al in het fusietraject door de deelnemende gemeenten zijn gedekt; 2. De Milieudienst geeft aan dat het meerjarenperspectief in de loop van 2012 verder uitgekristalliseerd zal worden en in de reguliere begrotingscyclus wordt verwerkt. Er is dus nog geen duidelijkheid over de beheersing van de kosten in 2013 e.v. Dit wordt in de reguliere begrotingscyclus verder uitgewerkt. 3. In de geconsolideerde meerjarenbegroting is ook een omzetdoelstelling opgenomen voor de Milieudienst Noordwest Utrecht, die geleidelijk groeit van 5 % in 2012 naar 30% in 2015. Deze opbouw voor de totale omzet is nieuw voor de MD NWU, daarom is gekozen voor een geleidelijke groei van de omzet, veroorzaakt door acquisitie. De Milieudienst kan geen duidelijk antwoord verschaffen over welke gevolgen dit verschil in omzetdoelstelling heeft voor de tariefstelling van de omgevingsdienst. Het kan dus zo zijn dat de tarieven meer zullen stijgen als blijkt dat het NWU gedeelte van de Omgevingsdienst de acquisitiedoelstelling niet haalt. 4. De Milieudienst geeft aan dat als de huidige, en begrote urenafname op grond van de contracten niet meerjarig gewaarborgd kan worden, dit financiële consequenties kan hebben voor deelnemende gemeenten; bijvoorbeeld een gedeeltelijke of gehele uittreding uit de Gemeenschappelijke Regeling. In dat laatste heeft het AB van de Milieudienst het laatste woord. Daarmee heeft de milieudienst de 'trap-op-trap-af' gedachte losgelaten en zijn wat hen betreft extra bezuinigingen niet meer aan de orde. Die consequenties zullen overwogen moeten worden als wij het ‘trap-op / trap-af’ principe hanteren m.b.t. bezuinigingen op personeel en begroting bij de gemeente die gevolgen hebben voor de hoogte van het budgetplafond. 5. Verhoogde mate van improductiviteit tijdens het fusieproces als gevolg van onderling overleg en afstemming tussen de medewerkers van de Milieudiensten kan leiden tot een lagere productie. Deze improductiviteit kan niet goed berekend worden, maar zal door het management van de Milieudiensten nauwlettend in de gaten moeten worden gehouden. De Milieudienst hanteert een algemene richtlijn dat de kosten van improductiviteit ongeveer € 40.000 per 1.000 uur improductiviteit bedragen. De Milieudienst geeft echter ook aan dat er geen inzicht is in de verwachte improductiviteit en de gemeenten ook geen inschatting gegeven kan worden m.b.t. de hoogte van de potentiële bijdrage. Overige risico’s van niet financiële aard die onderkend moeten worden zijn: a. Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat de nieuwe omgevingsdienst de ‘romp’ gaat vormen voor de ontwikkeling van de Regionale Uitvoeringsdienst omgevingstaken, die op grond van de packagedeal gevormd moet worden voor uitvoering van het basistakenpakket WABO. Dit proces is echter nog verre van afgerond; als de onderhandelingen spaaklopen, lopen we alsnog kans dat er competentiestrijd zal ontstaan tussen de Omgevingsdienst en de nieuwe RUD. c. Op dit moment wordt gewerkt aan een nieuwe vorm van Milieubijstandscontract, een zogenaamd Dienstverleningsovereenkomst (DVO). Alle gemeenten zullen het eens moeten worden over de strekking en tekst van deze overeenkomsten, wil de GR operationeel worden. Dit traject is nog niet afgerond en kan nog voor hindernissen zorgen. Conclusie: De Milieudienst geeft aan dat de financiële risico’s beheersbaar gemaakt worden door de in gang gezette beheersmaatregelen, een reserve die in staat is om de gecalculeerde risico’s te kunnen dragen en de continue bewaking van de uitgangspunten en maatregelen door Ernst & Young Programmabegroting 2014
105
accountants. De beheersbaarheid blijkt uit de mate van uitputting van de reeds beschikbaar gestelde gelden voor de fusie (200.000 euro); deze uitputting ligt nog geheel in lijn met het verwachtingspatroon zoals dat heeft gediend voor de aanvraag van de additionele middelen. Het benoemde risico van een verlaging van de contracturen kan volgens de Milieudienst niet worden beheerst door de fusiepartners, maar ligt in de handen van de eigenaar gemeenten. Onvoorziene financiële tegenvallers kunnen tot een maximum van in totaal € 40.000 (€ 20.000 per Milieudienst) worden gedekt uit de algemene reserves van de bestaande Milieudiensten. Het stukje onvoorziene tegenvallers is in principe een post “onvoorzien”. Volgens haar huidige inzichten heeft de Milieudienst alle risico’s financieel afgedekt en zou er geen sprake meer hoeven te zijn van een additionele bijdrage. Eventuele specifiek aan een Milieudienst toe te rekenen onvoorziene kosten zullen worden gedekt uit de algemene reserve van de betrokken Milieudienst. Ontwikkelingen 2012 en verder Met de doorontwikkeling naar Omgevingsdienst en misschien zelfs RUD, zal er op een aangepaste manier samengewerkt moeten gaan worden. Voor samenwerking in de Omgevingsdienst is in 2012 een nieuwe Gemeenschappelijke Regeling (GR) opgesteld worden, die met een Dienstverleningsovereenkomst (DVO) met de deelnemende gemeenten verder uitgewerkt wordt. Het jaar 2013 zal voor de samenwerking tussen de Omgevingsdienst en de gemeente belangrijk worden: er zal blijvend gesproken worden over de het budgetplafond versus urenplafond. Ook de besteding van overloopuren is een heikel punt van discussie. Duidelijk is dat de Omgevingsdienst haar basis voor leverantie van producten gaat uitbreiden: als omgevingsdienst zullen er onder het cafetaria model meer taken bij de dienst uitgezet kunnen worden. De DVO’s liggen hier aan de basis, maar de invulling daarvan is nog allesbehalve duidelijk. Beleidsvoornemens Verbetering van de financiële en strategische positie van de Omgevingsdienst. De gemeenten hebben zich uitgesproken om Omgevingsdienst Regio Utrecht de mogelijkheid te geven zich door te ontwikkelen tot RUD. Hiervoor maken de deelnemende gemeentes zich op provinciaal en landelijk niveau hard. Een oordeel over de kwaliteit van de financiële en operationele informatievoorziening De Milieudienst heeft eind 2008 geconstateerd dat het financiële systeem tekort schoot om adequaat en snel de goede informatie te geven. In 2009 en 2010 is gewerkt aan het verbeteren van het financiële systeem en de managementinformatie. Zo is in 2010 het instrument KWARAP ingevoerd op product niveau. Deze systemen draaien in 2012 op volle toeren maar hebben nog de nodige finetuning nodig om een helder en transparant sturingsinstrument te worden. Toch is in 2012 gebleken dat de KWARAP al een goede basis vormt om de contractnaleving in de hand te houden en te sturen naar een adequate invulling van producten, uren en kosten. Verder blijft de discussie staan met de Omgevingsdienst over het leveren van uren tegenover de wens om producten in te kopen.
Programmabegroting 2014
106
Bureau Openbare Verlichting Lek- Merwede Vestigingsplaats: Hardinxveld-Giessendam Doel Het doel van het Bureau Openbare Verlichting (OVL) is het strategisch en operationeel beheer van het areaal openbare verlichting in de gemeente effectief en efficiënt te laten verlopen. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Gemeenten Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik Ido Ambacht, Leerdam, Nederlek, Papendrecht, Vianen, Zederik en Molenwaard (voorheen Graafstroom, Liesveld en Nieuw-Lekkerland) Openbaar belang dat wordt behartigd Openbare verlichting. Bestuurlijk belang Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten. De gemeente Vianen wordt in het Algemeen Bestuur vertegenwoordigd door burgemeester dhr. W.G. Groeneweg Financieel belang De gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage die wordt bepaald op basis van het aantal lichtmasten. De bijdrage per lichtmast in 2014 is € 7,88. De totale bijdrage voor het basis onderhoud 2014 is geraamd op € 36.500. Begroting 2014 eigen vermogen Het eigen vermogen in 2014 wordt begroot op € 0,1 miljoen. Dit bedrag is gevormd vanuit het resultaat bij de jaarrekening 2012. Begroting 2014 vreemd vermogen Bureau OVL heeft geen vaste geldleningen. De vlottende schuld over 2014 is begroot op € 0,04 miljoen. Risico’s Voor het afdekken van risico’s in verband met projectmatige activiteiten is een bestemmingsreserve van € 10.000 getroffen. De middelen voor deze reserve worden door Bureau OVL zelf verdiend met projecten. Ontwikkelingen 2014 Het principe van Bureau OVL is een slimme, slanke en slagvaardige organisatie. Financiële middelen voor communicatie zijn ook in de begroting 2014 niet beschikbaar. Waar mogelijk wordt gewerkt om meer deelnemende gemeenten te krijgen en zodoende meer samenwerkingsvoordelen te realiseren. Er wordt niet alleen aan inkoopvoordelen gedacht. Ook aan het samenwerken met de gemeente Rotterdam om de werkzaamheden van netwerkbeheerder Stedin te verbeteren. Een andere ontwikkeling is het zorgen voor een grotere naamsbekendheid van Bureau OVL. Naamsbekendheid en een goede afhandeling van de storingen door Bureau Ovl en de uitvoering door de aannemer, stimuleren het doorgeven daarvan door burgers. Beleidsvoornemens De ambitie van de overheid is om bij al haar inkopen duurzaamheid als criterium mee te nemen. Om de doelstellingen te bereiken zijn duurzaamheidcriteria ontwikkeld. Actie 2014: Bureau Ovl geeft advies voor het verminderen van het energieverbruik binnen de Ovl van de gemeenten. Bureau OVL neemt voor de projecten duurzaamheid structureel mee. Naast het uitvoeren van beheer en onderhoud wil bureau OVL zich steeds meer richten op het uitvoeren van projecten. Overige relevante gegevens -
Programmabegroting 2014
107
Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht (RHCZOU) Vestigingsplaats: Wijk Bij Duurstede Doel Voldoen aan de wettelijke eisen zoals weergegeven in de Archiefwet 1995. Komen tot een historisch archief dat toegankelijk is voor burgers, onderzoekers en andere belangstellende. Waarbij het archief toekomstbestendig is door de documenten op de wettelijke vereisten te behouden en beheren. Daarnaast zullen ook de werkzaamheden voor de museale collectie door het Regionaal Historisch Centrum worden uitgevoerd. Er dient nog overleg plaats te vinden tussen het RHC, gemeente en het Stedelijk Museum over de precieze invulling. Programma 3 Leefbaar Deelnemende partijen Gemeenten Bunnik, Houten, Utrechtse heuvelrug, Rhenen, Wijk bij Duurstede en Vianen Openbaar belang dat wordt behartigd Toegankelijkheid voor burgers en andere belangstellenden/belanghebbenden. Het historisch archief op een goede manier behouden. Bestuurlijk belang Het Algemeen Bestuur wordt gevormd door de portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten. De gemeente Vianen wordt in het Algemeen Bestuur vertegenwoordigd door burgemeester dhr. W.G. Groeneweg Financieel belang De gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage ad €61.000 Jaarrekening 2012 eigen vermogen Begin saldo per 01-01-2012 €0,8 miljoen Eind saldo per 31-12-2012 €0,7 miljoen Jaarrekening 2012 vreemd vermogen Begin saldo per 01-01-2012 €0,4 miljoen Eind saldo per 31-12-2012 €0.3 miljoen Risico’s n.v.t. Ontwikkelingen 2014 Aansluiting gaat in per 1-1-2014. Het eerste kwartaal van 2014 zal in het teken staan van de verhuizing van de archiefstukken naar Wijk bij Duurstede. De verwachting is dat de verhuizing in maart een feit zal zijn. Beleidsvoornemens Voldoen aan de wettelijke vereisten zoals weergegeven in de Archiefwet 1995 Overige relevante gegevens - Het Regionaal Historisch Centrum zal tevens zorg gaan dragen voor de museale collectie. Met de Stichting Stedelijk Museum Vianen zullen nog gesprekken volgen over de invulling dan wel de mogelijkheden.
Programmabegroting 2014
108
B.
Overige verbonden partijen
B.1
Deelnemingen
Vanuit het oogpunt van het behartigen van het publieke belang, is de Gemeente Vianen ook in het bezit van de aandelen in enkele vennootschappen (deelnemingen). N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) BNG is een bankier voor overheden en met overheden verbonden instellingen en bedrijven op het terrein van volkshuisvesting, openbaar nut, onderwijs en gezondheidszorg. Vestigingsplaats: Den Haag Doel Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. De strategie van de bank is gericht op het behouden van substantiële marktaandelen in het Nederlands maatschappelijk domein en het handhaven van een excellente kredietwaardigheid (Triple A). BNG keert dividend uit en levert daarmee een bijdrage aan de Algemene middelen. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen De bank is een structuurvennootschap. Het rijk bezit de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en één waterschap. Openbaar belang dat wordt behartigd Er zorg voor dragen dat haar klanten zo goedkoop mogelijk aan financiering kunnen komen, zodat de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger zo laag mogelijk kunnen zijn. Bestuurlijk belang De gemeente heeft als aandeelhouder stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Vianen wordt vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang De bank is een structuurvennootschap. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een waterschap. De gemeente Vianen bezit 22.698 aandelen van € 2,50 nominaal per aandeel. Elk jaar keert de bank een dividend uit. De bank is per 1 januari 2005 vennootschapsbelastingplichtig geworden. Hierdoor is het dividend niet meer gefixeerd, maar zal het afhankelijk worden van het bedrijfsresultaat. Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 1.897 miljoen Einde boekjaar € 2.752 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 134.563 miljoen Einde boekjaar € 139.476 miljoen Ontwikkelingen jaar 2014: Als gevolg van de financiële crisis worden de kapitaalvereisten voor banken aanzienlijk verscherpt. Het Basels Comité heeft voorgesteld onder meer de minimumwaarden voor de BIS tier 1-ratio te verhogen en een ondergrens voor de leverage ratio van 3% in te stellen. Deze waarden zouden met ingang van 2018 van kracht dienen te worden. BNG Bank voldoet met een ratio van 20% ruimschoots aan de aangescherpte eisen voor de BIS tier 1-ratio. Dat is echter niet het geval voor de leverage ratio. De hiervoor noodzakelijke groei van het eigen vermogen zal moeten worden opgebracht door een groter deel van de winst in te houden, te zijner tijd mogelijk aan te vullen met een relatief beperkte uitgifte van hybride schuldbewijzen die het karakter hebben van eigen vermogen. Met het oog op het voorgaande en op basis van de ontwikkelingen en verwachtingen ultimo 2011, is het beleid van BNG Bank om jaarlijks aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders voor te stellen het dividend te bepalen op 25% van de nettowinst. (Voor 2011 50%) Dit beleid is van kracht met ingang van de dividenduitkering over het boekjaar 2011 en geldt in beginsel voor de gehele overgangsperiode tot 2018. Zodra duidelijkheid wordt verkregen over de definitieve vorm en Programmabegroting 2014
109
hoogte van de leverage ratio, zal het dividendbeleid worden heroverwogen. Heroverweging van het dividendbeleid zal ook plaatsvinden bij het onverhoopt niet uitkomen van verwachtingen ten aanzien van groei en/of resultaatontwikkeling.
Programmabegroting 2014
110
Oasen NV Vestigingsplaats: Gouda Doel De betrokkenheid van de gemeente bij Oasen is ingegeven door de wezenlijk maatschappelijke behoefte aan drinkwater binnen onze gemeentegrenzen. De gemeente tracht door in het bedrijf te participeren aan haar maatschappelijke taak te voldoen om ten behoeve van de inwoners van de gemeente de drinkwatervoorziening duurzaam te verzorgen. Door het bundelen van de krachten met andere gemeenten hierbinnen kunnen daarnaast belangrijke schaalvoordelen worden behaald. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen 36 gemeenten Openbaar belang dat wordt behartigd Het dragen van medeverantwoordelijkheid voor de gezondheid door het duurzaam leveren van veilig en betrouwbaar drinkwater en een duurzame samenleving met zorg voor de bescherming van natuur en milieu. Daarbij noemt Oasen als belangrijkste milieuaspecten het voorkomen van verdroging of vernatting het gebruik van duurzame energie, een verantwoorde omgang met reststoffen en een ecologisch verantwoord beheer van waterwingebieden. Bestuurlijk belang De belangrijkste bevoegdheid (via stemrecht) van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders is het goedkeuren van de jaarrekening en het vaststellen van de prijzen voor de consumentenmarkt en de meerjaren investeringsplannen. De gemeente Vianen wordt vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang Oasen is een structuurvennootschap. Er zijn 748 aandelen geplaatst bij de gemeenten. Per 1.000 inwoners heeft een gemeente recht op één aandeel. De gemeente Vianen bezit 20 aandelen van nominaal € 9.076. In 1998 is het aantal aandelen gefixeerd. Wijziging van het aantal aandelen zal alleen plaatsvinden bij sterke fluctuatie van het aantal inwoners. Er wordt geen dividend uitgekeerd. Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 77.208.(x1.000) Einde boekjaar € 81.916 (x1.000) Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 116.293 (x1.000) Einde boekjaar € 111.852 (x1.000)
Programmabegroting 2014
111
NV Eneco Vestigingsplaats: Rotterdam Doel De betrokkenheid van de gemeente bij de NV Eneco is ingegeven door de maatschappelijke belangen die gemoeid zijn met een goede energievoorziening. Eneco zorgt voor continu beschikbare, veilige en toekomstgerichte energievoorziening aan particuliere en zakelijke eindgebruikers. Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen Alle aandelen zijn in handen van 64 Nederlandse gemeenten. Openbaar belang dat wordt behartigd: zie omschrijving bij doel. Bestuurlijk belang De gemeente heeft als aandeelhouder stemrecht in de algemene vergadering van aandeelhouders. De gemeente Vianen wordt vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang De gemeente Vianen bezit 56.417 aandelen van € 100 nominaal. Het gemeentelijk aandeel in Eneco bedraagt 1,13 %. Het dividend geraamd in de begroting 2014 bedraagt € 1.286.000 Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 4.353 miljoen Einde boekjaar € 4.447 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 4.293 miljoen Einde boekjaar € 4.357 miljoen
Programmabegroting 2014
112
BV Vrijstad Vianen Maatschappij tot Stadsherstel
Vestigingsplaats: Vianen Doel De BV Vrijstad richt zich op restauratie, opbouw, herbouw en exploitatie van gebouwen en bouwwerken in het belang van de volkshuisvesting en in het bijzonder van panden die ingeschreven staan in het Rijksmonumenten register en verloren dreigen te gaan. Programma 6 Cultuur en recreatie Deelnemende partijen De BV Vrijstad is een “besloten vennootschap”, maar werkt meer als een stichting. Door uitgifte van nieuwe aandelen heeft woningbouwcorporatie LEKSTEDEwonen een meerderheidsbelang in voorjaar 2009 verworven van de aandelen in de BV Vrijstad. Na LEKSTEDEwonen bezit de gemeente Vianen het grootste aandelenkapitaal. Openbaar belang dat wordt behartigd Het behouden van het historische stadsgezicht. Bestuurlijk belang De BV Vrijstad wordt bestuurd door Bouwvereniging LEKSTEDEwonen. De raad van toezicht bestaat uit 5 leden. In de aandeelhoudersvergadering wordt de gemeente Vianen vertegenwoordigd door wethouder Dhr. L.A. Wijnmaalen. Financieel belang: De gemeente Vianen is aandeelhouder van de BV Vrijstad. De gemeente heeft aandelen in de BV Vrijstad omdat zij de doelstelling van de BV Vrijstad onderschrijft. Op de aandelen wordt geen dividend uitgekeerd. Het aandelenkapitaal bedraagt € 3.630. Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 157.000 Eind boekjaar 2012 €145.511 Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 173.950 Eind boekjaar 2012 €194.367 Risico’s: Niet bekend. Ontwikkelingen 2014 Dorpshuis 25 Hagestein het 't Oude Rechthuis. Voor de crisis op de woningmarkt uitbrak waren de plannen om dit pand te renoveren ver ontwikkeld. Echter door de crisis op de woningmarkt is dit niet verder tot ontwikkeling gekomen. Er was een bouwovereenkomst met een aannemer, doordat de begroting hiervan niet is goedgekeurd door de BV Vrijstad zijn de afspraken met deze aannemer ontbonden. Er zijn nu afspraken om het pand, het is in het bezit van de BV Vrijstad, te verkopen aan LEKSTEDEwonen. In april heeft de aandeelhouders vergadering ingestemd met een nieuw plan om het pand nu te splitsen in twee woningen. Indien dit doorgaat en alles met de bouwvergunningaanvraag goed wordt doorlopen verwacht men aan het eind van dit jaar met de ontwikkeling van het pand aan de slag te kunnen. In ieder geval wil men in 2014 hier echt mee starten (en afronden). Verder is het Doodgraverhuisje aan de Sparrendreef door de brand zo goed als verwoest. We zullen nu eerst overleg hebben met de assuradeur voor vergoeding van de sloop/herbouw.
Programmabegroting 2014
113
B2
Stichtingen
In een enkel gevallen is gekozen voor de stichtingsvorm c.q. het deelnemen aan een stichting om langs die weg de publieke belangen te kunnen waarborgen. De hieronder opgenomen stichting is overigens een verbonden partij waarin de gemeente niet rechtstreeks deelneemt, maar die wel belangrijk is voor de behartiging van een bepaald publiek belang. Stichting Openbaar Onderwijs Alblasserwaard en Vijfherenlanden (O2A5) Vestigingsplaats: Arkel Doel Het geven van openbaar onderwijs aan scholen die onder haar gezag vallen, met inachtneming van artikel 46 van de Wet op het Primair Onderwijs, artikel 51 van de Wet op de Expertisecentra en artikel 42 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Programma 2 Stimulerend Deelnemende partijen De gemeenten Vianen, Giessenlanden, Graafstroom, Leerdam, Liesveld, Lingewaal, Nieuw-Lekkerland en Zederik. Openbaar belang dat wordt behartigd Deze stichting wil de afzonderlijke krachten van de scholen bundelen om zo een extra bijdrage te leveren aan het onderwijs op de scholen. Samen staan de scholen sterk voor openbaar basisonderwijs, dat voor ieder kind toegankelijk is. Door onze diversiteit en kwaliteit willen we de kinderen voorbereiden op een maatschappij waarin we te maken hebben met veelzijdige meningen, waarden en gebruiken. Bestuurlijk belang Het bestuur van de Stichting bestaat uit een College van bestuur waar boven een Raad van Toezicht is geïnstalleerd. In de Raad van Toezicht hebben vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten zitting. Het Gemeenschappelijk Orgaan blijft in stand en functioneert als adviseur aan het College van Bestuur. De taken van de Raad van Toezicht houden het volgende in: - Het houden van toezicht op besluiten van en het besturen door het College van bestuur; - De Raad van Toezicht benoemt de bestuursleden. - Het raad van Toezicht moet vooraf de ontwerpbegroting en de jaarrekening goedkeuren voordat het College van Bestuur die kan vaststellen. Vooraf wordt het gemeenschappelijk Orgaan in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen. - De Raad van Toezicht is bij iedere wijziging van de statuten betrokken. De gemeente Vianen wordt in het Gemeenschappelijk Orgaan vertegenwoordigd door wethouder Dhr. M.F.M. Verweij. Financieel belang De gemeente heeft geen rechtstreeks financieel belang meer in de stichting; de rijksvergoedingen ontvangt door de stichting zelf en zij doet ook haar eigen uitgaven. De Raad van Toezicht moet de begroting en jaarrekening goedkeuren. Die worden daarna ter kennisname aan de deelnemende gemeenteraden toegezonden. De kosten van de huisvesting van de scholen blijven voor rekening van de gemeente. De gemeente ontvangt hiervoor bijdragen uit het gemeentefonds, die gestort worden in de reserve huisvestingsvoorzieningen onderwijs. Werkelijk eigen vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 3,91 miljoen Einde boekjaar € 3,14 miljoen Werkelijk vreemd vermogen jaar 2012 Begin boekjaar € 4,54 miljoen Einde boekjaar € 4,34 miljoen Risico’s Het risico bestaat dat, wanneer het stichtingsbestuur wanbeleid voert ten gevolge waarvan de scholen in de financiële problemen komen en in hun voortbestaan worden bedreigd, de gemeente dan én het bestuur moet overnemen én de financiële problemen moet oplossen. In het kader van Programmabegroting 2014
114
de financiële gelijkstelling kan dit meteen gevolgen hebben voor de doorbetaling aan het bijzonder onderwijs. Vermindering rijksvergoedingen De Rijksbekostiging van de scholen is afhankelijk van de aantallen leerlingen die de desbetreffende scholen bezoeken. De leerlingentellingen per 1 oktober 2011 en 1 oktober 2012 laten een daling van leerlingenaantallen zien. De prognoses die voor de (openbare) basisscholen in 2012 zijn vastgesteld, laten een doorgaande dalende tendens zien. De Rijksbekostiging zal daardoor verminderen. Omdat de gemeente risicodraagster is, zal alert gereageerd moeten worden op de financiële consequenties met effectieve maatregelen. Het schoolbestuur ziet deze dalende tendens eveneens en heeft daarom al maatregelen aangekondigd. Beheersmaatregel Jaarlijks wordt de rekening gecontroleerd door onafhankelijke accountants. Daarop wordt een accountantsverklaring afgegeven. Een exemplaar daarvan wordt doorgezonden naar het ministerie van Onderwijs voor de besteding van de ontvangen rijksmiddelen. Er is verder geen instantie die controle uitoefent op de bedrijfsvoering. Ontwikkelingen 2014 De stichting heeft de kwaliteit van het onderwijs bij de jenaplan-school “De Wiekslag” op zodanig niveau gebracht dat het voldoet aan de Rijksbekostigingsvoorwaarden. Onder het motto “Meer met Minder” zet de stichting in op bezuiniging zonder verlies van kwaliteit. De bezuiniging wordt ingegeven door de tendentieuze daling van leerlingenaantallen met vermindering van de Rijksbekostiging als gevolg. Beleidsvoornemens De stichting bestaat sinds 1 januari 2007. Veel zaken zijn inmiddels ontwikkeld, zoals een meerjarenramingperspectief, een doorkijk naar financiële posities, benchmarking en dergelijke. In de komende tijd besteedt het bestuur hier verder aandacht aan. Overige relevante gegevens Voor een statutenwijziging is goedkeuring nodig van de gemeenteraden. De gemeenteraden kunnen de stichting ontbinden, na overleg met het bestuur, op grond van de wettelijke maatstaf. De gemeenteraad van een van de gemeenten kan op elk moment beslissen (maar niet binnen de eerste vijf jaar na datum van oprichting of toetreding) om de school of scholen waarvan de instandhouding is overgedragen, opnieuw zelf in stand te houden of aan een andere rechtspersoon over te dragen.
Programmabegroting 2014
115
Stichting Inkoop Bureau Midden Nederland (IBMN) In 2009 heeft Vianen een contract afgesloten met de stichting IBMN en daarmee is de inkoopfunctie ondergebracht bij het IBMN. De inkoopfunctie is vanaf 2010 ingevuld. Vestigingsplaats: Vianen Doel Het doel van IBMN is om naast financiële, kwalitatieve en procesmatige voordelen voor haar leden te behalen, inkoop in te zetten als strategisch en tactisch instrument voor waardecreatie. De dienstverlening is gericht op de professionalisering van het inkoop- en aanbestedingsbeleid van elke deelnemende gemeente. De inkopers begeleiden zowel individuele als gezamenlijke inkoop- en aanbestedingstrajecten, helpen bij het opstellen van het inkoop- en aanbestedingsbeleid en fungeren als vraagbaak/helpdesk op het gebied van inkoop- en aanbesteding. Programma 6 Algemene dekkingsmiddelen Deelnemende partijen Een samenwerkingsverband tussen de gemeente Stichtse Vecht (Breukelen, Loenen en Maarssen), Montfoort en De Ronde Venen. Naast deze oprichtingsgemeenten zijn de gemeenten Scherpenzeel, Leusden, IJsselstein, Woudenberg, Bodegraven-Reeuwijk en Vianen toegetreden tot de stichting. Bestuurlijk belang De gemeente Vianen wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door de gemeentesecretaris. Financieel belang Op basis van een jaarlijks inkoopplan worden activiteiten uitgevoerd ten behoeven de gemeente Vianen. Voor deze activiteiten is een structureel budget beschikbaar van € 59.411,--. In 2014 is het aandeel van Vianen in het weerstandsvermogen van het IBMN € 8.837,--. Risico`s Eventuele juridische bijstand voor claims van derden naar aanleiding van afgesloten inkoopcontracten komen voor rekening van de gemeente.
Programmabegroting 2014
116
F. Grondbeleid Deze paragraaf handelt over de invloed van de financiële gevolgen van ruimtelijke projecten. Op deze wijze wordt de samenhang tussen de projecten zichtbaar. Om de gemeenteraad in staat te stellen zijn kader stellende en controlerende taken adequaat te kunnen uitvoeren is een actueel en transparant inzicht in de actieve grondexploitaties en de geprognosticeerde resultaten noodzakelijk. Jaarlijks worden de actieve grondexploitaties geactualiseerd. Aan de hand van de vastgestelde ruimtelijke kaders, uitgangspunten en planning kunnen eventuele afwijkingen in programma, fasering en/of resultaat inzichtelijk worden gemaakt. Op 22 mei 2012 is de Nota Grondbeleid door de gemeenteraad vastgesteld. Deze nota omschrijft het gewenste grondbeleid van de gemeente Vianen en maakt aan burgers en marktpartijen kenbaar op welke wijze het grondbeleid wordt gehanteerd. De nota biedt handvatten op basis waarvan per locatie beoordeeld kan worden welk grondbeleid en welke samenwerkingsvorm het beste bij die ontwikkeling past. Waarom grondbeleid ? Via grondbeleid kan een nadere invulling aan het uitvoeren van bepaalde programma’s worden gegeven. Gedacht kan worden aan groen, water, wonen, werken en recreëren. Tegelijkertijd kan het grondbeleid tot (extra) baten van de gemeente leiden, maar ook tot (extra) lasten. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico’s van het grondbeleid zijn van belang voor de financiële positie van de gemeente en voor de exploitatie zelf. De Nota Grondbeleid is de basis voor vervolgrapportages. In juni 2013 zijn de grondexploitaties voor de projecten De Bleek, Gaasperwaard en Helsdingen geactualiseerd. Ook is in juni 2013 het Meerjaren Perspectief geactualiseerd. Het opstellen van een risicoanalyse grondexploitaties is in 2007 ter hand genomen. Dit heeft erin geresulteerd dat in iedere begroting en jaarrekening (paragraaf weerstandsvermogen) de weerstandscapaciteit zal worden gerapporteerd. Medio 2008 is de nieuwe wet op de Ruimtelijke Ordening, met daaraan gekoppeld de grondexploitatiewet, van kracht geworden. De doelstelling van de wet is om het gemeentebestuur de nodige instrumenten te bieden om tot een beter kostenverhaal te kunnen komen bij gebiedsontwikkeling. Gevolg hiervan is dat aan de oude wet gerelateerd beleid aangepast moet worden aan de nieuwe wet. Dit heeft ook gevolgen voor het te voeren grondbeleid en was mede aanleiding tot het vaststellen van een nieuwe Nota Grondbeleid. Eind 2012 is in dit kader tevens de Nota Bovenwijkse Voorzieningen door de Gemeenteraad vastgesteld. Deze nota gaat in op kostenverhaal, verevening en locatie-eisen van voorzieningen die van nut zijn voor meerdere exploitatiegebieden.
Programmabegroting 2014
117
Financiële positie Voor de grondexploitatie is een algemene reserve grondexploitatie beschikbaar welke bedoeld is voor het opvangen van onvoorziene risico’s en voor voeding van twee voorzieningen. Voor de voorzienbare risico’s in de grondexploitatie zijn twee voorzieningen gevormd: een voor geraamde verliezen op gronden in exploitatie en een ter afdekking van hoge boekwaarden van gronden welke nog niet in exploitatie genomen zijn. Algemene reserve grondexploitatie Per 1 januari 2013 (jaarrekening 2012) bedraagt de reserve € 5.856.232 Algemene reserve grondexploitatie bij vrijval voorzieningen Coupure/Klaverkamp en De Bleek af onttrekkingen / claims vrij besteedbaar per 1-1-2013
€
5.856.232 253.786 406.075 5.703.943
Gronden nog niet in exploitatie De boekwaarde per 1 januari 2013 van gronden welke nog niet in exploitatie zijn genomen bedraagt € 1.304.413 Voorziening gronden nog niet in exploitatie Voor gronden welke nog niet in exploitatie zijn genomen en waarvoor dus ook geen exploitatieberekening beschikbaar is, wordt een voorziening gevormd. Voor de vorming van de voorziening wordt als uitgangspunt gehanteerd dat de gronden in deze complexen gewaardeerd worden tegen de agrarische verkoopwaarde van € 5 per m². Voor de boekwaarde minus deze verkoopwaarde wordt een voorziening gevormd. De voorziening kan opgeheven worden op het moment dat de gronden in exploitatie genomen worden. De voorziening bedraagt per 1 januari 2013 € 400.000. Dit bedrag is gevormd voor de afwikkeling van het complex Sluiseiland. Hieronder volgt een overzicht van de boekwaarden (jaarrekening 2012) van de gronden nog niet in exploitatie en de daar tegenover staande voorziening: Boekwaarden en voorzieningen niet in exploitatie genomen complexen: Boekwaarde complex per 1-1-2013 a, b, c, d,
Sluiseiland Coupure/Klaverkamp Overige gronden Hoef en Haag
Programmabegroting 2014
Boekwaarde voorziening per 1-1-2013
-
0 -43.320 1.347.733 0
-
0 0 400.000 0
Totale boekwaarde €
1.304.413
€
400.000
118
Gronden in exploitatie De boekwaarde van de gronden in exploitatie, per 1 januari 2013, bedraagt € 13.632.690 Voorziening gronden in exploitatie Voor geraamde verliezen van complexen in exploitatie is een voorziening gevormd die per 1 januari 2013 € 405.000 bedraagt. Hieronder volgt een overzicht van de boekwaarden (jaarrekening 2012) van de complexen in exploitatie en de daar tegenover staande voorziening voor geraamde verliezen: Boekwaarde complex per 1-1-2013 8.721.392 1.071.850 3.839.448
A, Gaasperwaard B, De Bleek C, Helsdingen
Totale boekwaarde €
13.632.690
Boekwaarde voorziening per 1-1-2013 -
405.000
€
405.000
Beschrijving projecten Gaasperwaard:
In 2010 zijn de werkzaamheden voor het bouwrijp maken van Gaasperwaard van start gegaan, in maart 2011 heeft het eerste bedrijf op Gaasperwaard de eerste paal geslagen en gedurende het eerste kwartaal van 2012 is de 50% uitgiftegrens overschreden. De uitgifte van de A27- en utilitaire zone verloopt hiermee voorspoedig; de interesse voor de Overgangszone Biezenweg en de Groene Randwegzone (lichte bedrijfsactiviteiten en bedrijfswoningen) is vooralsnog gering te noemen en vergt extra aandacht voor het komende jaar. Hiertoe is o.a. een marketingstrategie ontwikkeld.
Sluiseiland:
In 2008 is de haalbaarheid van Sluiseiland als woningbouwlocatie onderzocht. In 2009 is tussen de gemeente en Volksbelang (inmiddels LEKSTEDEwonen) een intentieovereenkomst gesloten. Hierop volgend heeft Volksbelang eind 2010 een bieding gedaan (globaal plan met een daarop gebaseerd grondbod). De gemeente heeft daar in beginsel mee ingestemd en 'groen licht' gegeven om het plan aan de bevolking te laten presenteren. De bieding is daarna verder uitgewerkt, echter begin 2012 werd duidelijk dat er geen marktpartij kon worden gecontracteerd die het ontwikkelrisico van de Lektoren op zich wilde nemen. Ook in de daaropvolgende finale onderhandelingsronde zijn partijen niet voldoende tot elkaar kunnen komen. De raad heeft daarom medio 2013 op voorstel van het college besloten om af te zien van verdere samenwerking met LEKSTEDEwonen voor het project Sluiseiland en om het complex Sluiseiland af te sluiten per 31-12-2012.
De Bleek:
In het gebied worden 37 eengezinswoningen ontwikkeld. Op 6 maart 2009 is na een openbare aanbestedingsprocedure een koop- en realisatieovereenkomst afgesloten met Hegeman Bouwontwikkeling B.V. uit Almelo. In mei 2011 is gestart met de bouw van de eerste twee fasen van het project, deze zijn voorjaar 2012 opgeleverd. Voorjaar 2012 is gestart met de bouw van een deel van de woningen van fase 3. Verdere realisatie van het project (deel fase 3 en fase 4) is afhankelijk van de verkoop van de woningen. Uiterlijke grondafname is
Programmabegroting 2014
119
contractueel vastgelegd op 31 december 2013, gezien de huidige marktsituatie staat deze afspraak echter onder druk. In samenwerking met de ontwikkelaar van het project wordt nagedacht over een mogelijk alternatief woningbouwprogramma voor de resterende fasen. Helsdingen
Op 1 september 2008 is met Ballast Nedam Ontwikkelingsmaatschappij een overeenkomst ondertekend voor de bouw van in totaal 165 woningen, waaronder een (zorg)appartementencomplex. Juli 2011 is gestart met de bouw van de eerste fase van project Helsdingen, deze woningen zijn voorjaar 2012 opgeleverd. Februari 2012 is gestart met de bouw van het appartementencomplex, deze is opgeleverd zomer 2013. Verdere realisatie van het project is afhankelijk van de verkoop van de woningen. Juni 2012 is gestart met de verkoop van fase 1.2, bestaande uit 2^1 kapwoningen en geschakelde woningen. Vanwege tegenvallende verkopen is het project in de zomer van 2013 weer van de markt gehaald. In samenwerking met de ontwikkelaar van het project wordt nagedacht over een mogelijk alternatief woningbouwprogramma voor de resterende fasen.
Hoef en Haag
Begin 2010 heeft de raad het licht op groen gezet voor het maken van een masterplan voor Hoef en Haag. Parallel daaraan is de Structuurvisie Vianen 2015 geactualiseerd en Wro-proof gemaakt en is er een milieueffectrapport opgesteld. Het masterplan voorziet in de nieuwbouw van 1800 woningen en is gebaseerd op een ruimtelijk model dat uitgaat van een nieuw dijkdorp omgeven door water en een nieuw bebouwingslint parallel aan de Hoevenweg. Met 1.800 nieuwe woningen kan Vianen een belangrijke stap zetten in het groeiproces op weg naar 21.000 inwoners. Het masterplan is eind 2012 door de raad vastgesteld. Begin 2013 hebben provinciale Staten van Utrecht de nieuwe Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 vastgesteld; daarmee past Hoef en Haag nu als toekomstige bouwlokatie ook in het provinciaal beleid
Coupure/Klaverkamp November 2011 heeft het college besloten het project Coupure/Klaverkamp ten gunste van het project Herstructurering Wilhelminastraat in de ijskast te zetten. Omdat er nu geen direct voornemen is tot het ontwikkelen van de locaties, zijn de locaties in het Meerjaren Perspectief 2013 opgenomen in het complex overige gronden als “Niet in exploitatie genomen”.
Programmabegroting 2014
120
G. Lokale heffingen Deze paragraaf Lokale heffingen bevat: a. b. c. d. e.
de geraamde inkomsten; het beleid ten aanzien van de lokale heffingen; een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen; een aanduiding van de lokale lastendruk; een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid.
Ook wordt in programma 6 informatie opgenomen over de lokale heffingen. Al vele jaren is er veel te doen over de gemeentelijke tarieven/leges en vooral over de verschillen tussen gemeenten. Zonder eenduidige vastlegging van de kosten en de beleidskeuzes is het lastig te verklaren waaruit deze verschillen bestaan. Om de verschillen helder te verklaren moeten gemeenten duidelijk en eenduidig inzicht geven in de kosten, de activiteiten en de beleidskeuzes. De VNG heeft hiervoor standaard modellen ontwikkeld die gemeenten kunnen gebruiken, zodat een transparant beeld ontstaat van de kosten en kostendekking van leges. Voor de begroting 2014 zijn deze modellen uitgewerkt voor de afvalstoffenheffing, rioolheffing, grafrechten, marktgelden en de leges uit de legesverordening. De legesverordening is verdeeld in 3 titels (onderwerpen). Het totaal van de kostendekkendheid mag per titel maximaal 100% zijn. Dit betekent dat er per onderdeel (hoofdstuk) binnen een titel een over- of onderdekking mag zijn. Op basis van de opgestelde modellen zijn voorstellen gedaan voor de tarief ontwikkelingen 2014. De modellen zullen vanaf 2014 opgenomen worden bij de betreffende verordening en in deze paragraaf. De tarieven voor de bedrijfsminicontainers komen niet meer terug in deze paragraaf, omdat deze uit de Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen zijn gehaald. Het tarief jaarlijks wordt geïndexeerd met de jaarlijkse stijging van 3%, overeenkomstig de overige leges. Dit tarief wordt vastgelegd in privaatrechtelijke overeenkomsten.
a. Geraamde inkomsten (vóór vaststelling begroting) In de onderstaande tabel zijn de volgende gegevens opgenomen: • Begroot 2013 betreft de raming uit de gewijzigde begroting 2013, • Begroot 2014 betreft de primaire raming 2014 op basis van de tarieven 2013, • De laatste kolom geeft de stijging weer uit het belastingscenario exclusief de extra stijgingen uit het dekkingsvoorstel.
Programmabegroting 2014
121
Afvalstoffenheffing Overige inkomsten afvalstromen OZB Algemene dienstverlening (titel 1) Leef/omgevingsvergunning (titel 2) Dienstverlening vallend onder Europese dienstverl.(titel 3) Rioolafvoerrecht Graf en begraafrechten Hondenbelasting Week/jaarmarkt Precariobelasting Toeristenbelasting Passantenhaven liggelden Totaal (basis belastingscenario)
Begroot 2013 € 1.810.945 € 21.120 € 3.642.970 € 395.849 € 632.542 € 10.668 € 2.041.020 € 211.122 € 123.623 € 45.784 € 20.230 € 99.727 € 26.809 € 9.082.409
Begroot Belasting2014 scenario € 1.812.145 -€ 107.820 € 14.935 € 448 € 3.640.866 € 109.226 € 383.993 € 11.520 € 662.160 € 19.865 € 11.947 € 358 € 2.041.020 € 62.845 € 211.122 €0 € 123.623 € 3.709 € 45.784 €0 € 20.230 € 607 € 99.727 € 2.992 € 22.000 € 660 € 9.089.552 € 104.410
b. Uitgangspunten tariefbeleid 1. De tot op heden gevolgde systematiek (belastingscenario) voor belastingen en tarieven dient als uitgangspunt gehanteerd te blijven. Hierbij gelden de principes van kostendekkendheid, profijtbeginsel en de vervuiler betaalt. 2. Aanpassingen geschieden trendmatig. 3. De tarieven worden jaarlijks geïndexeerd met een gemiddelde van 3%.
c. Overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen Hieronder wordt de verhouding tussen lasten en baten weergegeven (voor belastingverhoging c.q. verlaging) voor zover er geen sprake is van een gemiddelde stijging van 3 %. De lasten die gedekt moeten worden door de heffingen bedragen: Afvalstoffenheffing Week/jaarmarkt Begraafrechten
Lasten € 1.704.325 € 45.784 € 211.215
Baten Kostendek. € 1.812.145 106% € 45.784 100% € 211.122 100%
Begraafrechten De kostendekkendheid is uitgaande van de vastgestelde tarieven uit de nota Doorrekening exploitatie begraafplaatsen 100%. Tariefstijging 2014 is 0% en voor de jaren daarna wordt conform het belastingscenario 3% aangehouden. Rioolrechten De kostendekking voor 2014 is 97%, het tarief 2014 stijgt met 3% . De tariefstijgingen voor 2015 en volgend zijn jaarlijks 3%. Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten
Programmabegroting 2014
122
De kostendekking voor 2014 is 105,95%, de voorgestelde verlaging voor 2014 is 5,95 % en voor 2015 en volgend 0; 0,8 en 0,6 % stijging. d. Lokale lastendruk OZB De WOZ waarden worden met de peildatum 1 januari 2013 opnieuw getaxeerd. De uitkomsten hiervan zijn op dit moment nog niet bekend. De marktontwikkeling tussen 1 januari 2012 en 1 januari 2013 bij woningen wordt, op basis van informatie die de Waarderingskamer (juni-circulaire 2013) heeft verzameld, geschat op - 5,7 %. Voor niet-woningen wordt de waardeontwikkeling over dezelfde periode geschat op - 4,4 %. Wanneer de resultaten van de hertaxaties in Vianen bekend zijn, zal de gemeenteraad voorgesteld worden om de vastgestelde tarieven voor 2014 aan te passen. De verwachting is dat dit in december 2013 gebeurd. De tarieven 2014 worden verhoogd met 3%. OZB als percentage van de waarde Per 1 januari 2009 is de tariefstelling per 2.500 euro waarde-eenheid van een onroerend goed vervangen door een percentage van de waarde. De stijgingen voor eigenaren en gebruikers zijn ten opzichte van 2013: Eigenaren woningen van 0,0925 % naar 0,0953 %. Gebruikers woningen, is afgeschaft. Eigenaren niet-woningen van 0,1860 % naar 0,1916 %. Gebruikers niet-woningen van 0,1509 % naar 0,1554 %.
Lokale heffingen Naast de OZB zijn de afvalstoffenheffing en de rioolrechten van belang voor het beeld van de lokale lasten. Hieronder wordt een beeld gegeven van de tarieven in Vianen, de lastendruk en de kwijtschelding. Afvalstoffenheffing Ten opzichte van 2013 daalt het tarief met 5,95 %. Tarieven 2014 ten opzichte van 2013: • 140 liter grijs en 140 liter groen van • Ondergrondse inzameling van • 240 liter grijs en 140 liter groen van • Extra 140 liter groen van • Extra 240 liter grijs van
€ 193,98 naar € 182,44 € 193,98 naar € 182,44 € 262,78 naar € 247,14 € 33,45 naar € 31,46 € 81,22 naar € 76,39
Rioolheffing Uitgangspunt bij deze heffing is dat de tarieven kostendekkend zijn. De stijging van de rioolbelasting is dus afhankelijk van de ontwikkeling van de kosten. Voor 2014 stijgt de rioolheffing met 3%. Het tarief 2014 per aansluiting stijgt van € 241,02 naar € 248,25
Programmabegroting 2014
123
Belastingdruk * (enkele voorbeelden) Belastingdruk (enkele voorbeelden). WOZ waarde
2013
2014
Mutatie in €.
Mutatie in %
huurwoning met 140 liter grijs
nvt
435,00
430,69
-4,31
-1,0%
huurwoning met 240 liter grijs
nvt
503,80
495,39
-8,41
-1,7%
koopwoning met 140 liter grijs
175.000 225.000 300.000
596,88 643,13 712,50
597,47 645,12 716,59
0,59 1,99 4,09
0,1% 0,3% 0,6%
koopwoning met 240 liter grijs
175.000 225.000 300.000
665,68 711,93 781,30
662,17 709,82 781,29
-3,51 -2,11 -0,01
-0,5% -0,3% 0,0%
* belastingdruk is OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. De gemeentelijke lasten voor de bedrijven bestaan uit OZB en rioolheffing. e. Kwijtscheldingsbeleid Voor mensen met een minimum inkomen en weinig/geen vermogen bestaat de mogelijkheid van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de lokale belastingen. De regels voor het toekennen worden bepaald door de rijksoverheid, neergelegd in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet. Deze regels komen erop neer dat kwijtschelding mag worden verleend aan belastingplichtigen, die een inkomen hebben dat niet hoger ligt dan de bijstandsnorm. De gemeente Vianen hanteert de zogenaamde 100%-norm, hetgeen betekent dat inwoners van Vianen met inkomen op bijstandsniveau in beginsel voor kwijtschelding in aanmerking komen. Gemeenten mogen zelf bepalen voor welke belastingen kwijtschelding wordt verleend. Kwijtschelding gemeentelijke heffingen is mogelijk voor: - Afvalstoffenheffing Waarbij kwijtschelding slechts mogelijk is voor één grijze container (en de bijbehorende max. 2 groene containers). - Rioolheffing Waarbij kwijtschelding mogelijk is voor een minimumtarief dat geldt voor een waterverbruik tot 300 m3. Wanneer meer dan 400 m3 water op het riool wordt geloosd, wordt extra rioolheffing geheven. Hiervoor is geen kwijtschelding (meer) mogelijk. Kwijtschelding is niet mogelijk voor: - Hondenbelasting - Onroerende zaakbelasting - Onderhoud graf - Woonruimtevergunning
Programmabegroting 2014
124
Naar verwachting zal in 2014 het aantal aanvragen om kwijtschelding stijgen naar 500 (2013: 400). Hiervan zullen ongeveer 375 aanslagen voor (gedeeltelijke) kwijtschelding in aanmerking komen (2013: 350). Voor 2014 is een bedrag aan kwijtschelding begroot van € 153.797. De gemeente Vianen werkt samen met de Belastingsamenwerking Rivierenland (BSR). De BSR verzorgt de kwijtscheldingen voor Vianen. Dit betekent dat bij de BSR de kwijtschelding wordt aangevraagd. De BSR beoordeelt het verzoek. Het besluit van BSR wordt door de gemeente overgenomen. Op deze manier hoeft slechts eenmaal kwijtschelding aangevraagd te worden. Soms is geautomatiseerde kwijtschelding mogelijk en hoeft dus geen afzonderlijk kwijtscheldingsverzoek te worden ingediend. Hiervoor raadpleegt BSR gegevens bij het Inlichtingenbureau die over gegevens van Belastingdienst, Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) en Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) beschikt. Voor raadpleging van gegevens bij het Inlichtingenbureau is toestemming van de burger vereist.
f.
Overzicht onderbouwing kosten en kostendekking leges
In deze paragraaf is de kostenonderbouwing op hoofdlijnen opgenomen van de afvalstoffenheffing, riool- en eenmalig aansluitrecht, grafrechten en marktgelden. Op basis van de begrote kosten en baten 2014, is een kostendekkingspercentage berekend. Dit heeft leidt tot het voorstel voor de tarieven 2014: • Tarieven afvalstoffenheffing verlagen met 6% (afgerond). • Tarieven riool- en aansluitrecht verhogen met 3% • Tarieven begraven handhaven op het niveau van 2013. • Tarief marktgelden handhaven op het niveau van 2013.
Overzicht onderbouwing afvalstoffenheffing Overzicht verhaalbare kosten Inzameling Verwerking Straatvegen (25%) Overige kosten Beleid Communicatie Aanslagen opleggen/invordering Kwijtschelding Mutatie reserve Opbrengsten diverse afvalstromen Totale kosten
Afvalstoffenheffing 1.286.759 493.099 21.140
Overzicht baten Opbrengst afvalstoffenheffing Totale baten
Afvalstoffenheffing 1.812.145 1.812.145
Kostendekkingspercentage
Programmabegroting 2014
24.140 14.635 37.078 78.875 9.800241.6011.704.325
106%
125
Overzicht onderbouwing rioolrecht en eenmalig aansluitrecht Overzicht verhaalbare kosten Planvorming en begeleiding Operationele kosten Kapitaallasten riolering Huisaansluitingen vast en verrekenbaar Straatvegen (50%) Baggeren (100%) Beschoeiingen (100%) Overig Bestandsbeheer, ondersteuning aanslagoplegging (uren belastingen) Aanslagen opleggen + invorderingskosten Kwijtschelding Diverse posten Meerjarig perspectief (mutaties voorzieningen) Eenmalige lasten bestedingsplan
Rioolrecht 188.014 203.706 730.686
Eenmalig aansluitrecht
28.038 42.290 127.273 132.168 10.219 21.579 88.648 75.801 133.986 356.950
Totale kosten
2.111.319
Overzicht baten Rioolaansluitingen vast en verrekenbaar Opbrengst woningen Opbrengst niet-woningen Overige bijdrage
Eenmalig Rioolrecht aansluitrecht 27.226 1.873.047 167.973 7.454
Totale baten
2.048.474
27.226
97%
97%
Kostendekkingspercentage
Programmabegroting 2014
28.038
126
Overzicht onderbouwing grafrechten Overzicht verhaalbare kosten Begraven Onderhoud Specifieke dienstverlening (diensten op verzoek) Uitsluitend recht (grafrechten, ook voor urnengraf, urnennis) Overige kosten Actualiseren verordening Aanslagen opleggen + invorderingskosten Communicatie Meerjarig perspectief (mutaties voorzieningen) Totale kosten
Begraven 68.527 53.380 1.559 73.474
Overzicht baten Begraven Onderhoud (alg. + particuliere graven) Specifieke dienstverlening Uitsluitend recht (part. graven) Totale baten
Begraven 55.694 70.721 12.643 72.065 211.123
Kostendekkingspercentage
355 8.505 3.036 2.562 211.398
100%
Overzicht onderbouwing leges marktgelden Overzicht verhaalbare kosten Personeelslasten Exploitatielasten Perceptiekosten Totale kosten
Leges marktgelden 33.652 10.288 1.702 45.642
Overzicht baten Opbrengsten weekmarkt Opbrengsten jaarmarkt Totale baten
Leges marktgelden 33.424 12.360 45.784
Kostendekkingspercentage
Programmabegroting 2014
100%
127
Legesverordening Titel 1 Algemene dienstverlening
lasten
baten
kostendekking
hoofdstuk
1
Burgerlijke stand
€ 49.049,51
€ 25.339,00
51,7%
hoofdstuk
2
Reisdocumenten
€ 156.348,00
€ 185.591,00
118,7%
hoofdstuk
3
Rijbewijzen
€ 82.471,00
€ 122.233,00
148,2%
hoofdstuk
4
Verstrekkingen uit de GBA
€ 76.552,00
€ 15.000,00
19,6%
hoofdstuk
5
Verstrekkingen Kiezersregister n.v.t.
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk
6
Verstrekkingen o.g.v. de WKPB n.v.t.
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk
7
Bestuur stukken
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk
8
Vastgoedinformatie
€ 0,00
€ 0,00
hoofdstuk
9
Overige publiekszaken
€ 51.123,00
€ 10.100,00
hoofdstuk
10 Gemeentearchief
hoofdstuk
11 Huisvestigingswet
hoofdstuk hoofdstuk
n.v.t. 19,8%
€ 0,00
€ 0,00
€ 6.720,20
€ 1.750,00
12 Leegstandswet
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
13 Gemeentegarantie n.v.t.
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk
14 Marktstandplaatsen n.v.t.
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk
15 Winkeltijdenwet
€ 0,00
€ 315,00
n.v.t.
hoofdstuk
16 Kansspelen
€ 889,00
€ 315,00
35,4%
hoofdstuk
17 Kinderopvang
€ 1.306,69
€ 1.340,00
102,5%
hoofdstuk
18 Telecommunicatie
€ 15.594,93
€ 0,00
0,0%
hoofdstuk
19 Verkeer en vervoer
€ 11.428,00
€ 8.717,00
76,3%
hoofdstuk
20 Diversen
€ 37.287,59
€ 13.293,00
35,6%
€ 488.769,92
€ 383.993,00
78,6%
Kostendekking Titel 1 Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning hoofdstuk
1 Begripsomschrijvingen
hoofdstuk
2 Vooroverleg
hoofdstuk
3 Omgevingsvergunning
hoofdstuk
4 Vermindering
hoofdstuk
lasten
baten
n.v.t. 26,0%
kostendekking
€ 0,00
€ 0,00
€ 63.979,00
€ 3.000,00
4,7%
€ 718.525,45
€ 652.160,00
90,8%
€ 0,00
€ 0,00
nvt
5 Teruggaaf
€ 0,00
€ 0,00
nvt
hoofdstuk
6 Intrekking omgevingsvergunning
€ 0,00
€ 0,00
nvt
hoofdstuk
7 Overige Wabo
hoofdstuk
8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
Kostendekking Titel 2
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
nvt
€ 0,00
€ 0,00
€ 42.742,00
€ 7.000,00
16,4%
€ 825.246,45
€ 662.160,00
80,2%
Lasten
Baten
nvt
Kostendekking
hoofdstuk 1 Horeca
€ 41.764,20
€ 2.000,00
4,8%
hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
€ 62.202,00
€ 6.150,00
9,9%
hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
€ 44.430,00
€ 3.797,00
8,5%
€ 0,00
€ 0,00
n.v.t.
€ 148.396,20
€ 11.947,00
8,1%
hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening In deze titel niet genoemde vergunningen, ontheffing of hoofdstuk 7 andere beschikking Kostendekking Titel 3
Totaal legesverordening
Totaal
Totaal
Totaal
Kostendekking Titel 1
488.770
383.993
78,6%
Kostendekking Titel 2
825.246
662.160
80,2%
Kostendekking Titel 3 Kostendekking totale legesverordening
Programmabegroting 2014
148.396
11.947
8,1%
1.462.413
1.058.100
72,4%
128
VASTSTELLINGSBESLUIT
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Vianen in zijn openbare vergadering van 5 november 2013.
de griffier,
de voorzitter,
C.J. (Kees) Steehouwer
W.G. (Wim) Groeneweg
Programmabegroting 2014
129
Programmabegroting 2014
130
Deel 3 Bijlagen
Programmabegroting 2014
131
Programmabegroting 2014
132
Bijlage 1. Meerjarenbegroting 2014 – 2017
Programmabegroting 2014
133
MEERJARENRAMINGEN 2014 - 2017 Begrotingsresultaat inclusief dekkingsplan Omschrijving
2014
2016
2017
863.876 -448.000
863.876 -477.000
863.876 -497.000
9.743 466.000 -47.991 -1.213.224 -48.410
9.743 688.000 -63.988 -1.481.591 -47.582
Saldo begroting Algemene uitkering (lopende prijzen) incl juni circ 2013 Verwachte korting 2014 algemene uitkering sept circ 2013 Incidentele effecten juni circulaire Taakmutatie maatschappelijke stages Vrijvallende kapitaallasten Jaarlijkse storting i.v.m. onderhoud gemeentelijke gebouwen Lasten bestaand beleid Lasten aanmeldingen Kadernota 2014
-15.997 -781.791 -25.000
9.743 171.500 -31.994 -1.030.705 -25.000
Totaal saldo nog te dekken
-203.508
-490.580
-447.006
-528.542
Dekkingsplan: Onroerend-zaakbelastingen Reinigingsrechten & afvalstoffenheffing Rioolrechten (verbreed) Begraafrechten Hondenbelasting Week-jaarmarkt Passantenhaven liggelden Precariorechten Leges Toeristenbelasting
109.226 -107.372 62.845 0 3.709 0 660 607 31.743 2.992
221.729 -106.911 126.762 6.334 7.529 1.003 1.340 1.232 64.438 6.074
337.607 -96.140 192.339 12.858 11.464 2.036 2.040 1.876 98.114 9.248
456.961 -82.687 259.712 19.577 15.517 3.100 2.761 2.539 132.801 12.517
-142.000 200.000
-273.000 200.000
-415.000 200.000
-103.050
51.436
79.256
Stelpost prijsstijgingen/relatie algemene uitkering Doorschuiven projecten Frictiekosten
Programmabegroting 2014
863.876
2015
-200.000 -44.596
400.000 -300.000 902
134
Bijlage 2. Belastingscenario 2014 – 2017
Programmabegroting 2014
135
Belastingscenario 2014 - 2017 Omschrijving
Stijging in % *
Stijging in € *
2014 2015 2016 2017
Onroerend-zaakbelastingen
2014
2015
2016
2017
109.226 112.503 115.878 119.354
2)
3
3
3
3
Hondenbelasting
3
3
3
3
3.709
3.820
3.935
4.053
2)
Titel 1: Algemene dienstverlening
3
3
3
3
11.520
11.865
12.221
12.588
2)
Titel 2: Leef/omgevingsvergunning
3
3
3
3
19.865
20.461
21.075
21.707
2)
Titel 3: Dienstverl.vallen onder Europese dienstverlening 3 3 3
3
358
369
380
392
2)
Precariorechten
3
3
3
3
607
625
644
663
2)
Passantenhaven liggelden
3
3
3
3
660
680
700
721
2)5
Toeristenbelasting
3
3
3
3
2.992
3.082
3.174
3.269
2)
Week-, jaar marktgelden
0
3
3
3
0
1.003
1.033
1.064
1)
Rioolrechten verbreed
3
3
3
3
62.845
63.917
65.577
67.373
1)5
-5,95
0
0,80 0,60 -107.820
0
10.296
12.963
1)5
overige afvalstromen
3
3
Graf- en begraafrechten
0
( 1 % is € 36.400)
Afvalstoffenheffing
3
2,00 2,00
3
448
461
475
490
2)
0
0
6.334
6.524
6.719
1)5
* t.o.v. vorig jaar 1)
kostendekkend in 2014
2)
trendmatige stijging
3)
in de bestuursrapportage 2010 is de opbrengst havengelden op nihil begroot
4)
aangezien de kostenstijgingen niet worden begroot, worden de opbrengsten ook niet meer begroot
5)
lasten van bestedingsplan
Totaal
104.410 225.119 241.911 251.356 822.796
Cumulatief
104.410 329.529 571.441 822.796
* t.o.v. vorig jaar
Programmabegroting 2014
136
Bijlage 3. Bestedingsplan bestaand beleid 2014 – 2017 Bestedingsplan 2014 – 2017 Wensen Aanmeldingen Kadernota 2014 bestedingsplan 2014-2017
Programmabegroting 2014
137
Programmabegroting 2014
138
Bestedingsplan bestaand beleid 2014 - 2017
Programmabegroting 2014
139
Bestaand en nieuw beleid Bestedingsplan 2014 - 2017: Omschrijving (excl. BTW voor zover van toepassing) Programma 1 Dienstverlenend Bestaand beleid GBA audit 2015 KCC 2014 KCC 2015
rente
2014
2015
PROGRAMMA 3 LEEFBAAR Bestaand beleid Materialen Stadswerf, trilplaten Sneeuwborstel Sneeuwploeg Sneeuwploeg Zoutstrooier Zoutstrooier Achterstallig beheersplan openbare verlichting 2014 Beheersplan openbare verlichting 2014 Achterstallig beheersplan openbare verlichting 2015 Beheersplan openbare verlichting 2015 Achterstallig Beheersplan openbare verlichting 2016 Beheersplan openbare verlichting 2016 Vervangen straatmeubilair 2014 Vervangen straatmeubilair 2015 Onderhoud Kunstwerken 2014 Vervangen van 3 houten bruggen 2014 Onderhoud Kunstwerken 2015 Onderhoud Kunstwerken 2016 Dotatie in voorziening kunstwerken 2014 (laatste jaar) Baggeren watergangen 2014 Baggeren watergangen 2015 Baggeren watergangen 2016 Boot watergangen Ruimen gronddepot 2014 Ruimen gronddepot 2015 Ruimen gronddepot 2016
Programmabegroting 2014
2017
jaren
7.100 100.000 107.100
lasten 2014
dekking
1
lasten 2015
lasten 2016
lasten 2017
0
7.100
0
0
0
7.100
0
0
22.000 jaarlijks 22.000 22.000 jaarlijks 0 0 1 194.808 vrz. onderwijsgeb. 1 244.100 vrz. onderwijsgeb. 0 0 1 97.039 vrz. onderwijsgeb. 10 0 1 0 3 0 15 0 15 0 15 0 15 0 15 0 10 0 15 0 15 0 15 0 1 0 10 0 10 0 1 0 15 0 1 0 1 292.500 365.000 jaarlijks 0 19.705 jaarlijks 19.705 10 0 10 0 10 0 10 0 10 0 10 0 10 0 10 0 10 0 10 0 4.143 jaarlijks 4.143 432.848 535.947 0 338.348
22.000 22.000 0 0 0 2.630 5.000 0 3.660 0 0 0 0 3.308 4.067 0 0 10.000 0 0 6.664 0 0 0 365.000 19.705 12.088 0 0 4.543 0 0 2.042 0 0 0 4.143 486.850
22.000 22.000 0 0 0 2.560 0 5.525 3.576 9.835 0 2.629 0 3.222 3.974 4.778 0 0 9.450 2.700 0 2.675 6.500 0 365.000 19.705 11.775 12.088 0 4.425 4.543 0 1.989 5.392 0 11.475 4.143 541.959
22.000 22.000 0 0 0 2.490 0 5.350 3.492 9.609 5.845 2.569 9.853 3.136 3.880 4.668 4.778 0 9.205 2.630 0 2.614 0 0 365.000 19.705 11.461 11.775 12.088 4.307 4.425 4.543 1.955 5.252 4.144 11.416 4.143 574.333
0 0 0 0 0 0 0 10.929 0 0 0 0 3.422 0 0 14.040 0 0 11.000 0 0 0 6.600 3.869 0 0
1.105 1.700 10.000 10.000 0 0 0 10.704 0 11.257 0 0 3.351 3.507 0 13.835 0 0 11.000 0 0 0 0 3.780 3.964 0
1.352 2.650 0 0 3.780 3.780 0 10.479 0 11.026 0 11.595 3.281 3.435 0 13.631 0 0 11.000 0 0 0 0 3.691 3.873 3.965
100.000 algemene res. 100.000 algemene res. 0
0
0
Programma 2 Stimulerend Bestaand beleid Dotatie in voorz.onderh schoolgebouwen (raad 22-9-05) t/m 201522.000 22.000 Dotatie in voorz.onderh schoolgebouwen (raad 22-9-05) t/m 2015 22.000 Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2014 (MOP) 194.808 Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2015 (MOP) 244.100 Onderhoud/renovatie schoolgebouwen 2016 (MOP) Basis inrichting Brede School (€ 20.000) 0 Dienstkleding cluster sportaccommodaties 5.000 Aanschaf chipkaarten Helsdingen 15.000 Vervangen spelmateriaal sportzalen 2014 36.000 Vervangen spelmateriaal sportzalen 2015 96.740 Vervangen spelmateriaal sportzalen 2016 Vervangen toestellen SC Helsdingen 2015 25.855 Vervangen toestellen SC Helsdingen 2016 Aanschaf schoonmaakmachines 24.500 Speelterreinen vervangingen 2014 40.000 Speelterreinen vervangingen 2015 47.000 Speelterreinen vervangingen 2016 Sportinventaris sportpark Blankensteijn 10.000 Renovatie veld 4 sportpark Blankensteijn 70.000 Renovatie toplaag veld 1 sportpark Blankensteijn 20.000 Landbouwrol voor sportvelden 6.664 Veegmachine sportparken 26.317 Aanhangwagen Iseki Sportcentrum, exploitatie 292.500 Sportcentrum, exploitatie 365.000 extra budget Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg 19.705 19.705 Vervanging vervoersvoorzieningen WMO 89.540 Vervanging vervoersvoorzieningen WMO 89.540 Vervanging vervoersvoorzieningen WMO Vervanging rolstoelvoorzieningen WMO 33.650 Vervanging rolstoelvoorzieningen WMO 33.650 Vervanging rolstoelvoorzieningen WMO Vervanging theatervoorzieningen Stadshof 15.125 Vervanging theatervoorzieningen Stadshof 39.941 Vervanging theatervoorzieningen Stadshof 2016 Renovatie trainingveld Everstein 85.000 Huurverlaging MHC Vianen 4.143 4.143 Totaal bestaand beleid 771.971 1.247.655 Nieuw beleid
2016
100.000 100.000
Nieuw beleid
3,50%
UITGAVEN:
22.000 22.000
97.039
57.488 96.916
47.000
6.500 365.000 19.705
89.540
33.650
30.696 4.143 891.677
0
13.000 20.000 10.000 10.000 28.000 28.000 82.000 128.581 82.000 132.439 82.000 136.412 40.250 41.250 115.000 234.000 115.000 11.000 156.000
11.000
115.000 11.000
156.000 156.000 6.600 38.048 38.991 38.999
14 10 1 1 10 10 1 82.000 20 1 82.000 20 1 82.000 20 20 20 1 115.000 40 1 115.000 1 115.000 11.000 jaarlijks 1 156.000 1 156.000 1 156.000 1 15 15 15
res.beheerprogr. res.beheerprogr. res.beheerprogr.
vrz. kunstwerken 0 vrz. kunstwerken vrz. kunstwerken vrz. baggeren vrz. baggeren vrz. baggeren rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 11.000 0 0 0 0 0 0 0
140
Bestaand en nieuw beleid Bestedingsplan 2014 - 2017: Omschrijving
rente
(excl. BTW voor zover van toepassing) 2014 2015 2016 Dotatie in voorziening baggeren 2014 24.000 24.000 24.000 Dotatie in voorziening baggeren 2015 (laatste jaar) 24.000 24.000 Vervangen beschoeiïng 2014 71.000 Vervangen beschoeiïng 2015 71.000 Vervangen beschoeiïng 2016 71.000 Achterstallig beschoeiïng 2014 58.000 Achterstallig beschoeiïng 2015 58.000 Dosseerinstallatie Lekdijk Everdingen 36.770 Beheerskosten openbare ruimte exploitaties 5.446 Beheerskosten openbare ruimte exploitaties 5.640 Beheerskosten openbare ruimte exploitaties 16.272 Beheerskosten openbare ruimte exploitaties Maatregelen Waterplan, ambitie II 10.500 Materialen Stadswerf, aggregaat 4.880 Tuinfrees/maaibalk 8.800 Actualiseren archeologische beleidskaart en onderzoeksagenda 20.000 Achterstallig onderhoud groen 614.000 Achterstallig onderhoud groen 614.000 Accupakket elektro zwerfvuil wagen 11.128 Veegvuil wagen zwerfafval 48.000 Ondergrondse vuilcontainers 47.000 Vervangen zijlader 2016 300.000 Glasbakken 2016 24.000 Vervangen/renoveren riolering 2014 3.041.000 Vervangen/renoveren riolering 2015 2.050.000 Vervangen/renoveren riolering 2016 1.315.000 Eénmalig onderhoud riolering 2014 351.000 Eénmalig onderhoud riolering 2015 Vervangen mechanische installatie gemalen 2014 Vervangen mechanische installatie gemalen 2015 Vervangen gemalen 2015 Riolering Wilhelminastraat Vervangen gemalen elektromechanisch 2016 Begraafplaats, graflift Begraafplaats, graflift 2016 Begraafplaats, tandem trolley 2016 Ruimte voor de Lek (rbs 6-9-2011) exploitatielasten Totaal bestaand beleid Nieuw beleid Programma 5 Politiek en Bestuur Bestaand beleid Verkiezingen 2014 Verkiezingen 2015 Totaal bestaand beleid Nieuw beleid
82.000 64.100 89.543 256.744 425.000 30.407 7.096 7.286 20.117 6.889 5.525.695 4.018.111 2.454.382
lasten 2014 24.000 0 0 0 0 0 0 0 5.446 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 295.000
lasten 2015 24.000 24.000 5.325 0 0 4.350 0 3.738 0 5.640 0 0 1.068 4.880 8.800 7.367 0 0 0 0 0 0 0 161.726 0 0 0
lasten 2016 24.000 24.000 5.226 5.325 0 4.269 4.350 3.652 0 0 16.272 0 1.043 0 0 7.134 0 0 2.615 6.480 4.778 0 0 159.791 109.023 0 0
lasten 2017 24.000 24.000 5.126 5.226 5.325 4.188 4.269 3.566 0 0 0 79.000 1.019 0 0 6.900 0 0 2.538 6.312 4.668 48.000 2.440 157.856 107.718 69.934 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 335.446
82.000 6.517 0 0 22.602 0 7.096 0 0 0 418.969
0 6.367 9.104 13.654 22.332 0 0 7.286 0 6.889 527.793
0 6.217 8.895 13.491 22.061 3.091 0 0 2.716 6.889 712.983
1 1
46.820 0 46.820
0 23.410 23.410
0 0 0
0 0 0
7 7 5 7 4 4 7 5 7 7 7 7 5 7 4 3 3 3 1
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 10.000
7.114 3.557 9.400 8.893 11.400 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 6.446 0 0 0
6.914 3.457 9.120 8.643 11.050 11.400 8.893 9.400 8.893 4.446 0 0 0 0 0 6.241 6.446 0 0
6.714 3.357 8.840 8.393 10.700 11.050 8.643 9.120 8.643 4.321 8.893 3.557 9.400 8.893 11.400 6.037 6.241 6.446 0
2017 jaren dekking 24.000 jaarlijks 24.000 jaarlijks 25 25 25 25 25 15 1 1 1 79.000 1 15 1 1 3 1 614.000 1 614.000 5 10 15 8 15 55 55 55 1 56.000 295.000 1 15 15 55 55 15 1 1 10 6.889 jaarlijks 144.889
rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten
res.beheerprogr. res.beheerprogr. afvalstoffenheff. afvalstoffenheff. afvalstoffenheff. afvalstoffenheff. afvalstoffenheff. rioolrechten rioolrechten rioolrechten res.beheerprogr. rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten rioolrechten begraafrechten begraafrechten begraafrechten
0
46.820 46.820
23.410 23.410
0
0
0
Programma 6 Interne producten Bestaand beleid Automatisering 2014; Software licenties 40.000 Automatisering 2014; Software authentieke basisregistraties 20.000 Automatisering 2014; Digitale dienstverlening 40.000 Automatisering 2014; Uitbreiding document management systeem50.000 Automatisering 2014; centraal opslagsyst.(SAN) + gevirtualis.servers. 40.000 Automatisering 2015; centraal opslagsyst.(SAN) + gevirtualis.servers. Automatisering 2015; Uitbreiding document management systeem Automatisering 2015; Digitale dienstverlening Automatisering 2015; opwaarderen Software licenties Automatisering 2015; Software authentieke basisregistraties Automatisering 2016; opwaarderen Software licenties Automatisering 2016; Software authentieke basisregistraties Automatisering 2016; Digitale dienstverlening Automatisering 2016; Uitbreiding document management systeem Automatisering 2016; centraal opslagsyst.(SAN) + gevirtualis.servers Vervanging mobiele telefoons Stadhuis 2014 17.500 Vervanging mobiele telefoons Stadhuis 2015 Vervanging mobiele telefoons Stadhuis 2016 Vervanging AP plotter 10.000
Programmabegroting 2014
3,50%
UITGAVEN:
40.000 50.000 40.000 50.000 25.000 50.000 20.000 40.000 50.000 40.000 17.500 17.500
141
Bestaand en nieuw beleid Bestedingsplan 2014 - 2017: Omschrijving (excl. BTW voor zover van toepassing) Vervanging kantoormachines en kantoormeubilair 2014 Vervanging kantoormachines en kantoormeubilair 2015 Vervanging kantoormachines en kantoormeubilair 2016 Vervanging A4 scanner postverwerking Vervanging A3 scanner postverwerking Taxatie gemeentelijke gebouwen t.b.v. brandverzekering Innovatief en toekomstgericht personeelsbeleid Medewerkers Tevredenheids Onderzoek (MTO) Groot Onderhoud Gemeentelijke Gebouwen 2014 Groot Onderhoud Gemeentelijke Gebouwen 2015 Groot Onderhoud Gemeentelijke Gebouwen 2016 Dagelijks Onderhoud Gemeentelijke Gebouwen 2014 Traktiemiddelen 2014 (4 voertuigen groen) Traktiemiddelen 2015 (renault BT BL 36) Traktiemiddelen 2016 (renault BX GX 80) Traktiemiddelen 2016 (renault BX GX 79) Totaal bestaand beleid Nieuw beleid Totaal bestaand beleid Totaal nieuw beleid TOTAAL
Programmabegroting 2014
rente
3,50%
UITGAVEN: 2014 28.000
2015
2016
33.500 5.000 10.000 15.000 14.000 35.000 8.500 254.803 330.237 294.413 24.991 153.068 50.000
721.862
675.237
50.000 50.000 616.913
lasten 2017 jaren dekking 2014 div. 17.686 div. 0 div. 0 1 0 4 0 6 0 1 35.000 IZA gelden 0 1 8.500 1 254.803 vrz. gem.gebouwen 0 1 330.237 vrz. gem.gebouwen 0 1 294.413 vrz. gem.gebouwen 0 1 24.991 9 0 8 0 7 0 7 0 0 0 61.177
lasten 2015 0 15.201 0 10.000 0 0 0 0 0 0 0 0 22.365 0 0 0 94.376
lasten 2016
lasten 2017
0 0 11.701 0 4.275 2.823 0 0 0 0 0 0 21.770 8.000 0 0 143.472
0 0 0 0 4.144 2.741 0 0 0 0 0 0 21.175 7.781 8.893 8.893 194.275
0 7.166.348 6.071.513 3.962.972 577.737 0 0 0 0 7.166.348 6.071.513 3.962.972 577.737
781.791 1.030.705 1.213.224 1.481.591 0 0 0 0 781.791 1.030.705 1.213.224 1.481.591
142
Bestedingsplan 2014 – 2017 Wensen
Programmabegroting 2014
143
Wensen bestedingsplan 2014 - 2017:
rente UITGAVEN:
(excl. BTW voor zover van toepassing)
2014
2015
2016
2017
jaren
dekking
3,50%
Lasten
Lasten
Lasten
Lasten
2014
2015
2016
2017
PROGRAMMA 3 LEEFBAAR Actualiseren verkeersveiligheidsplan Maatregelen verkeersveiligheid ( duurzaam veilig)
22.250
1
175.000
25
Maatregelen verkeersveiligheid ( duurzaam veilig)
175.000
Maatregelen verkeersveiligheid ( duurzaam veilig)
175.000
Maatregelen verkeersveiligheid ( duurzaam veilig)
22.250
0
0
0
0
4.686
4.598
4.511
25
112.525 subsidie
0
0
4.686
4.598
25
112.525 subsidie
0
0
0
4.686
25
112.525 subsidie
0
0
0
0
135.000
25
94.500 subsidie
0
2.835
2.786
2.738
25.000
25
17.500 subsidie
0
525
516
507
2.000
1
2.000
0
0
0
Verbetering soc. Veiligheid P1 (camera)
15.000
8
0
2.400
2.334
2.269
Verbetering soc. Veiligheid P1 (lichtmasten)
15.000
20
0
1.275
1.249
1.223
Verbetering soc. Veiligheid P2 (camera)
15.000
8
0
2.400
2.334
2.269
Verbetering soc. Veiligheid P2 (lichtmasten)
15.000
20
0
1.275
1.249
1.223
Onderzoek naar ontheffingensysteem
15.000
1
15.000
0
0
0
Onderzoek inrichtingsmogelijkheden Langendijk
50.000
1
50.000
0
0
0
391.000
40
0
23.460
23.118
22.776
40
0
0
14.580
14.367
40
0
0
0
16.800
40
0
0
0
0
69.000
69.000
69.000
69.000
28.200
1.500
0
0
6.000
0
0
0
div.jaren
0
0
2.600
2.540
18.750 div.jaren
0
0
0
0
Aanleg trottoir Langendijk Verbeteren looproute vanaf P1 (Spekdam) Borden beperking parkeerduur
Vervangen damwand Stadsgracht fase IV
175.000
112.525 subsidie
Vervangen damwand Stadsgracht fase V
243.000
Vervangen damwand Stadsgracht fase II
280.000
Vervangen damwand Stadsgracht fase III
240.000
Onkruidbestrijding op verhardingen
69.000
69.000
Maatregelen Waterplan, ambitie III
28.200
1.500
Maatregelen Waterplan, ambitie IV
6.000
69.000
69.000 1
Maatregelen Waterplan, ambitie IV
20.000
Maatregelen Waterplan, ambitie III en IV
978.450 488.500 544.000 502.750
192.450 109.356 129.050 149.507
Programma 4 Groeiend Parkeren vrachtwagens
0
0
0
0
50.000
50.000 0
0
0
1
50.000 res.ind.terrein
0
0
0
0
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
2.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
15.000
Programma 5 Politiek en Bestuur Kontakt, publicatiekosten Programma 6 Interne producten Stagebeleid
Totaal wensen 1.045.450 505.500 561.000 519.750
Programmabegroting 2014
Totale lasten 209.450 126.356 146.050 166.507
144
Aanmeldingen Kadernota 2014 bestedingsplan 2014-2017
Programmabegroting 2014
145
Aanmeldingen Kadernota 2014 bestedingsplan 2014-2017 UITGAVEN:
Voorgesteld beleid Programma 2 Stimulerend Vervangende nieuwbouw scholencomplex Verv mr Vos Hagestein Vervanging sporttoestellen helsdingen Vervanging sporttoestellen overige acc.
2014
2015
100.000
100.000
100.000
100.000
0
0
40.000 40.000
20.000 20.000
0
0
0
0
0
23.410 23.410
0
0
23.410 0 23.410
25.000 25.000 125.000
25.000 25.000 165.000
25.000 25.000 68.410
25.000 25.000 73.650
20.000 20.000
0
0
0
20.000 22.000
6.352 36.118 56.000 550.000 20.000 22.000
Programma 5 Politiek en Bestuur 2e kamer verkiezingen 2016
Totaal voorgesteld beleid Wensen Programma 1 Dienstverlenend Transparante berekening bouwkosten Programma 2 Stimulerend Aanleg 2 kunstgrasvelden sportpark Blankesteijn Renoveren wetra veld sportpark Blankensteijn Bedrijfskleding sportcentrum Vervangen theatervoorzieningen stadshof MOP onderwijs 2017 Nieuwe Aanleg kunstgrasveld sportpark Blankensteijn Meer mantelzorgers bereiken Meer vrijwilligersorganisaties bereiken Project probleem jongeren Vertidrain sportvelden Project rolstoel -scootmobiel Hagesteinse bos
Lasten 2017
8.482 40.168 48.650
Programma 4 Groeiend Opzetten basisregistratie grootschalige topografie
Programma 6 Algemene Dekkingsmiddelen Doorontwikkeling organisatie/borging
2016
KADERNOTA PERIODE: Lasten Lasten Lasten 2017 2014 2015 2016
8.482 0
0
0
8.482
14.100 0 14.100
0
25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 25.000 48.410 47.582
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
1.100.000 310.000
20.000 22.000 40.000
20.000 22.000
28.325 50.000 1.232.000
Programma 3 Leefbaar Realisatie urnenmuur Vervanging straatmeubilair 2016 Vervanging straatmeubilair 2017 Glasbakken milieueilanden Ondergrondse vuilcontainers Vervanging Renault Vervangimng Renault haakarm auto Vervanging speeltoestellen Vervanging 3 regenmeters Vervanging 2 houten bruggen Ruimen gronddepot Vervangen stuw stadsgracht Onderhoud kunstwerken Onderhoud openbare verlichting Onderhoud beschoeiing Baggeren 2017 Verbouwen beheerderswoning Sparrendreef 12 Inrichten grafruimte rondom Sparrendreef 12 Kringloopwinkel Beheer openbare ruimte Helsdingen Aanschaf handhelds schouwprogramma openbare rumte Reconstructie Lange Waaijsteeg Stuwreconstructie en inr. Verbetering waterpartij Zijderveld Vervanging houtachtige gewassen Voorbereidingskrediet herinrichting Voorstraat Voorber. Krediet asfaltonderhoud en bomen Helsdingse Achterweg
352.000
42.000
718.795
24.000 40.000 43.000 26.573 215.680 168.190 180.000 47.000 10.700 236.235 38.999 39.308 115.000 136.412 71.000 156.000 315.599 50.000 10.000
58.161 50.000 10.000
50.000 10.000
50.000 10.000 14.500
575.000 65.000
399.599
79.000 200.000 230.000 758.161 100.000 2.067.597
100.000
100.000 100.000
100.000 224.682
2.000
511.680
2.000 2.000 300.000 50.000 452.000 102.000
326.682
0
0
0
0
115.000 115.000
115.000 110.000 115.000 110.000
0
0
0
0
0
50.000 20.000 40.000 50.000 40.000 16.000 7.000 13.000 13.000 13.000 0 13.000 13.000 236.000 Totaal wensen 2.278.279 1.690.161 367.000 3.349.074
0 0
0 0
0 0
0 0
Programma 4 Groeiend Recreatie en toerisme Gemeentelijke gebouwen grootonderhoud 2017 Efficienter beheer van de BAG Opstellen woonvisie Verbeteren vrachtwagenparkeerterrein Ontsluiting Lage Biezenweg Attenties bedrijven Halte en overstapmogelijkheden buslijnen /busstation A27 Gemeentelijk verkeer en vervoerplan Programma 5 Politiek en Bestuur Uitwerking sociaal/economische visie
51.680 60.000 80.000 215.000 5.000
Programma 6 Interne producten Automatisering 2017; opwaarderen Software licenties Automatisering 2017; Software authentieke basisregistraties Automatisering 2017; Digitale dienstverlening Automatisering 2017; Uitbreiding document management systeem Automatisering 2017; centraal opslagsyst.(SAN) + gevirtualis.servers Vervanging kantoormachines en kantoormeubilair 2017 Vervanging kantoormachines en kantoormeubilair 2017 P & C software, structureel
Programmabegroting 2014
146
Bijlage 4. Overzicht programma’s en producten
Programmabegroting 2014
147
Programma's prod. Programma 1 Dienstverlenend 003.0 Burgerdiensten 003.0 Burgerdiensten 003.0 Burgerdiensten 003.0 Burgerdiensten 003.0 Burgerdiensten 003.0 Burgerdiensten 110.0 Openbare Orde 610.0 Bijstandsverlening 820.0 Volkshuisvesting Programma 2 Stimulerend 420.0 Openbaar basisonderwijs 421.0 Bijzonder basisonderwijs 441.0 Bijzonder voortgezet onderwijs 480.0 Lokale onderwijsvoorzieningen 480.0 Lokale onderwijsvoorzieningen 480.0 Lokale onderwijsvoorzieningen 480.0 Lokale onderwijsvoorzieningen 480.0 Lokale onderwijsvoorzieningen 482.0 Educatie 510.0 Bibliotheek 511.0 Amateurkunst 511.1 Vorming 511.2 Inburgering 530.0 Sport 530.0 Sport 530.0 Sport 530.1 Sportcentrum Helsdingen 540.0 Kunst 540.1 Stedelijk museum 580.0 Dorpshuizen 580.1 Culturele voorzieningen 610.1 Lokaal minimabeleid 620.0 Maatschappelijke voorzieningen 620.0 Maatschappelijke voorzieningen 620.0 Maatschappelijke voorzieningen 620.3 Gezondheidsvoorzieningen 620.4 Schuldhulpvoorzieningen 620.5 Intgratie en participatie 630.0 Jeugd- en jongerenvoorzieningen 650.0 Kinderopvang 650.0 Kinderopvang 822.0 Eigendommen 822.0 Eigendommen Programma 3 Leefbaar 110.0 Openbare Orde 110.0 Openbare Orde 110.0 Openbare Orde 120.0 Brandweer 120.1 Rampen 140.0 Zwerfdieren
Programmabegroting 2014
subprod.
subproductnaam
portefeuillehouder
003.0.0 003.0.1 003.0.2 003.0.3 003.0.4 003.0.5 110.0.1 610.0.0 820.0.2
Persoonsdocumenten Reisdocumenten Rijbewijzen Burgerlijke stand G.B.A. Naturalisatie/naamswijz./vreemdelingzk. Drank & Horeca Bijstandsverlening Vergunningen
dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. M.F.M. Verweij dhr. W.G. Groeneweg
420.0.0 421.0.0 441.0.0 480.0.0 480.0.1 480.0.2 480.0.3 480.0.4 482.0.0 510.0.0 511.0.0 511.1.0 511.2.0 530.0.0 530.0.1 530.0.2 530.1.0 540.0.1 540.1.0 580.0.0 580.1.0 610.1.0 620.0.0 620.0.1 620.0.2 620.3.0 620.4.0 620.5.0 630.0.0 650.0.0 650.0.1 822.0.2 822.0.3
Openbaar basisonderwijs Bijzonder basisonderwijs Bijzonder voortgezet onderwijs - Oosterl. Leerlingenvervoer Achterstandsvoorzieningen Overige lokale onderwijsvoorzieningen Leerplicht Brede school Educatie Bibliotheek Amateur kunst Vorming Inburgering Doelgroepensport Buitensport Binnensport Sportcentrum Helsdingen Gemeentelijk kunstbezit Stedelijk museum Dorpshuizen Culturele voorzieningen Lokaal minimabeleid Maatschappelijke dienstverlening Ouderenvoorzieningen Vrijwilligers Gezondheidsvoorzieningen Schuldhulpvoorzieningen Integratie en participatie Jeugd- en jongerenvoorzieningen Peuterspeelzalen Kinderopvang & B.S.O. S.C.C. Stadshof Het Paviljoen
dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen
110.0.0 110.0.2 110.0.3 120.0.0 120.1.0 140.0.0
Algemene Plaatselijke Verordening Ontruimingen Handhaving Preventie Crisisbeheersing Zwerfdieren
dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. L..A. Wijnmaalen
148
Programma's prod. Programma 3 Leefbaar 210.0 Wegen 210.1 Openbare Verlichting 210.2 Gladheidsbestrijding 211.0 Verkeer en Vervoer 214.0 Parkeren 221.0 Havens 240.0 Waterlossingen 240.0 Waterlossingen 240.0 Waterlossingen 540.0 Kunst 541.0 Monumentenzorg en archeologie 560.0 Openbaar groen 560.0 Openbaar groen 580.2 Speelplaatsen 721.0 Afval 722.0 Riolering 723.0 Milieu 724.0 Begraafplaatsen 725.0 Ongediertebestrijding 820.0 Volkshuisvesting
subprod.
subproductnaam
portefeuillehouder
210.0.0 210.1.0 210.2.0 211.0.2 214.0.0 221.0.0 240.0.0 240.0.1 240.0.2 540.0.0 541.0.0 560.0.0 560.0.6 580.2.0 721.0.0 722.0.0 723.0.0 724.0.0 725.0.0 820.0.3
Wegen Verlichting Gladheidsbestrijding Verkeersmaatregelen Parkeren Havens Beschoeiingen Kunstwerken Baggeren Kunst in de openbare ruimte Erfgoed Onderhoud groen Volkstuinen Speelplaatsen Afval Plannen riolering Milieu Begraven Ongediertebestrijding Handhaving
dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. J.A.E. Landwehr dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. M.F.M. Verweij dhr. J.A.E. Landwehr dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. J.A.E. Landwehr dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. W.G. Groeneweg
Programma 4 Groeiend 211.0 Verkeer en Vervoer 211.0 Verkeer en Vervoer 310.0 Markt 310.0 Jaarmarkt 310.2 Economische ontwikkelingen 560.2 Toerisme en recreatie 560.2 Toerisme en recreatie 560.2 Toerisme en recreatie 611.0 Werkgelegenheid 611.0 Werkgelegenheid 810.0 Ruimtelijke Ordening 810.0 Ruimtelijke Ordening 820.0 Volkshuisvesting 822.0 Eigendommen 822.0 Eigendommen 830.0 Grondexploitatie
211.0.0 211.0.1 310.0.0 310.0.1 310.1.0 560.2.0 560.2.1 560.2.2 611.0.0 611.0.1 810.0.0 810.0.4 820.0.0 822.0.0 822.04 830.0.0
Openbaar vervoer Verkeersplannen Weekmarkt Jaarmarkt Economische ontwikkelingen VVV/Toerisme Recreatieve voorzieningen Evenementen Sociale werkvoorziening Reïntegratievoorzieningen Ruimtelijke ordening Geo-informatie Volkshuisvesting Beheer Vastgoed BAG Grondexploitatie
dhr. J.A.E. Landwehr dhr. J.A.E. Landwehr dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. L..A. Wijnmaalen dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. W.G. Groeneweg dhr. M.F.M. Verweij dhr. M.F.M. Verweij dhr. J.A.E. Landwehr dhr. J.A.E. Landwehr dhr. J.A.E. Landwehr dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. W.G. Groeneweg dhr. J.A.E. Landwehr
Programma 5 Politiek en Bestuur 001.1 Bestuurlijke samenwerking 001.1 Bestuurlijke samenwerking 002.0 Bestuursondersteuning 003.0 Burgerdiensten 001.0 Bestuursorganen 001.0 Bestuursorganen 001.0 Bestuursorganen 001.0 Bestuursorganen
001.1.0 001.1.1 002.0.1 003.0.6 001.0.0 001.0.1 001.0.2 001.0.3
BRU Stedenband Bestuurlijke communicatie Verkiezingen Raad College van B&W Commissie beroep- en bezwaarschriften Representatie
dhr. J.A.E. Landwehr dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg dhr. W.G. Groeneweg
Programmabegroting 2014
149
Programma's prod. Programma 6 Algemene Dekkingsmiddelen 913.0 Beleggingen 920.0 Onroerende zaak belasting 920.1 Wet onroerende zaken 920.2 Plaatselijke belastingen 920.2 Plaatselijke belastingen 920.2 Plaatselijke belastingen 920.2 Plaatselijke belastingen 921.0 Algemene uitkering 922.0 Onvoorziene uitgaven 960.0 Saldo kostenplaatsen 992.0 Overige baten en lasten
Programmabegroting 2014
subprod.
subproductnaam
portefeuillehouder
913.0.0 920.0.0 920.1.0 920.2.0 920.2.1 920.2.2 920.2.3 921.0.0 922.0.0 960.0.0 992.0.0
Beleggingen O.Z.B. W.O.Z.-bestand Hondenbelasting Precariobelasting Toeristenbelasting Invordering belastingen Algemene uitkering Onvoorziene uitgaven Saldo kostenplaatsen Overige baten en lasten
dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. M.F.M. Verweij dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen dhr. L.A. Wijnmaalen
150
Bijlage 5. Kapitaallasten per programma
Programmabegroting 2014
151
Overzicht kapitaallasten per programma en per product 2014 Programma 1 Dienstverlenend 003.0.4 G.B.A. 820.0.2 Vergunningen Totaal programma 1
Afschrijving 23.114 5.000 28.114
Rente Kapitaallasten 5.145 28.259 875 5.875 6.020 34.134
Programma 2 Stimulerend 420.0.0 Openbaar basisonderwijs 421.0.0 Bijzonder basisonderwijs 441.0.0 Bijzonder voortgezet onderwijs 480.0.2 Overige lokale onderwijsvoorzieningen 480.04 Brede School 510.00 Bibliotheek 530.01 Buitensport 530.02 Binnensport 530.10 Sportcentrum Helsdingen 540.00 Kunst in de openbare ruimte 541.00 Monumentenzorg 580.00 Dorpshuizen 620.00 Maatschappelijke dienstverlening 630.00 Jeugd en jongerenvoorzieningen 650.00 Peuterspeelzalen 650.01 Kinderopvang en buitenschoolse opvang 822.02 Stadshof Totaal programma 2
Afschrijving 151.616 282.011 121.837 5.275 106.318 44.797 190.399 54.176 337.032 0 13.490 19.062 18.381 15.776 1.463 17.520 45.006 1.424.159
Rente Kapitaallasten 112.201 263.817 189.204 471.215 125.623 247.460 1.846 7.121 148.846 255.164 28.042 72.839 103.131 293.530 21.894 76.070 625.546 962.578 1.180 1.180 3.075 16.565 18.754 37.816 6.221 24.602 4.920 20.696 410 1.873 8.777 26.297 17.169 62.175 1.416.839 2.840.998
Programma 3 Leefbaar 120.00 Brandweer 120.10 Crisisbeheersing 210.00 Wegen 210.10 Openbare verlichting 210.20 Gladheidsbestrijding 211.02 Verkeersmaatregelen 214.00 Parkeren 221.00 Havens 240.00 Beschoeiingen 240.01 Kunstwerken 240.02 Baggeren 560.00 Onderhoud groen 580.20 Speelplaatsen 721.00 Restafval en overige afvalstromen 722.00 Riolering 724.00 Begraafplaatsen Totaal programma 3
Afschrijving 11.800 4.769 138.887 32.893 22.276 51.927 10.000 10.000 57.366 5.250 47.852 63.781 58.286 192.961 381.117 40.931 1.130.096
Rente Kapitaallasten 3.189 14.989 2.699 7.468 149.436 288.323 19.802 52.695 5.195 27.471 18.780 70.707 8.750 18.750 1.750 11.750 49.247 106.613 6.001 11.251 16.146 63.998 28.582 92.363 20.543 78.829 41.527 234.488 431.451 812.568 20.791 61.722 823.889 1.953.985
Programma 4 Groeiend 211.00 Openbaar vervoer 310.00 Weekmarkt 310.10 Economische ontwikkelingen 560.20 Toerisme 560.21 Recreatieve voorzieningen 810.00 Ruimtelijke Ordening 810.04 Geo-informatie 820.01 Woningbouw 822.00 Bebouwd/woningen en onbebouwd/gronden 822.04 BAG Totaal programma 4
Afschrijving 3.508 576 1.929 1.050 21.591 2.158 13.137 0 0 44.742 88.691
Rente Kapitaallasten 1.473 4.981 302 878 1.041 2.970 73 1.123 10.949 32.540 755 2.913 2.259 15.396 42.028 42.028 898 898 9.396 54.138 69.174 157.865
Programma 5 Politiek en Bestuur 001.00 Raad 003.06 Verkiezingen Totaal programma 5
Afschrijving 7.361 1.342 8.703
Rente Kapitaallasten 1.196 8.557 376 1.718 1.572 10.275
Programma 6 Algemene Dekkingsmiddelen 913.00 Beleggingen 920.10 Wet onroerende zaken Totaal porgramma 6
Afschrijving 0 4.214 4.214
Rente Kapitaallasten 377.527 377.527 1.033 5.247 378.560 382.774
Interne producten Stadhuis Stadswerf Automatisering Facilitair Totaal interne producten Totaal kapitaallasten
Afschrijving 260.331 59.870 329.103 8.668 657.972 3.341.952
Rente Kapitaallasten 317.946 578.277 57.879 117.749 48.447 377.550 2.210 10.878 426.482 1.084.454 3.122.536 6.464.488
Programmabegroting 2014
152
Bijlage 6. Overzicht reserves en voorzieningen 2014-2017
Programmabegroting 2014
153
Reserves Algemene reserve Reserve vrijgevallen gelden Bestemmingsreserves Algemene reserve grondexploitatie Reserve bovenwijkse voorzieningen Reserve voorlopige resultaten industrieterrein Reserve aandelen Eneco Reserve aandelen Oasen Reserve volkshuisvesting Reserve volkshuisvesting S.V.N. Reserve risico beheerprogramma's Reserve openbare verlichting Reserve onderwijsachterstandenbestrijding Reserve klantbemiddeling voor act. en uitstroom Reserve uitv. toekomstgericht pers.beleid Reserve beleid erfgoedwaardenkaart Reserve open einde regeling Reserve oud papier Reserve Impulsinvesteringen Reserve doorontwikkeling organisatie Totaal reserves
1-1-2014 2014 (+) 7.883.105 5.779.000 13.662.105 5.633.937 561.872 16.078.544 5.641.700 9.076 679.750 2.240.637 2.177.677 140.835 0 49.228 169.748 245.000 1.673.175 140.805 1.603.480 100.000 37.145.464 50.807.569
Voorzieningen Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's Voorziening dubieuze belastingdebiteuren Voorziening waarde gronden niet in exploitatie Voorziening verliesgev. complexen in exploitatie Voorziening sociale vernieuwing Voorziening overschrijdingsuitkering Voorziening dub. deb. Maatschappelijke Zaken Voorziening dubieuze debiteuren Voorziening Blankenborch Voorziening Inflatiecorrectie exploitatietekort Brede School Onderhoudsegalisatievoorzieningen Voorziening onderhoud gemeentelijke opstallen Voorziening onderhoud wegen Voorziening baggerwerken Voorziening kunstwerken Voorziening onderhoud schoolgebouwen Voorziening bewegwijzering Voorziening onderhoud busstation Totaal voorzieningen
Totaal reserves en voorzieningen
Programmabegroting 2014
315.324 0 315.324
1-1-2015
2015 (-)
2016 (+)
1-1-2017
2017 (+)
2017 (-)
1-1-2018 0 9.222.118 0 5.579.000 0 14.801.118
0 0 5.633.937 0 0 5.633.937 0 94.453 0 656.325 369.825 240.000 786.150 2.087.219 643.142 0 16.721.685 668.867 0 17.390.553 695.622 0 0 5.641.700 0 0 5.641.700 0 0 0 9.076 0 0 9.076 0 0 323.000 356.750 0 125.000 231.750 0 15.000 0 2.255.637 12.500 0 2.268.137 10.000 0 761.000 1.416.677 0 726.000 690.677 0 37.232 0 178.067 0 34.800 143.267 34.336 0 0 0 0 0 0 0 0 0 49.228 0 0 49.228 0 100.000 0 269.748 100.000 0 369.748 0 0 10.000 235.000 0 0 235.000 0 0 0 1.673.175 0 0 1.673.175 0 0 9.800 131.005 0 9.800 121.205 0 0 341.520 1.261.960 0 330.000 931.960 0 0 0 100.000 0 0 100.000 0 889.827 1.445.320 36.589.971 1.151.192 1.465.600 36.275.563 2.827.177 1.205.151 1.545.320 50.467.400 1.479.130 1.465.600 50.380.929 3.168.232
0 5.633.937 240.000 2.633.369 0 18.086.175 0 5.641.700 0 9.076 0 231.750 0 2.278.137 82.000 608.677 0 177.603 0 0 0 49.228 0 369.748 0 235.000 0 1.673.175 9.800 111.405 0 931.960 0 100.000 331.800 38.770.940 331.800 53.217.361
0 87.710 723.447 0 0 0 7.500 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 818.657 1.173.354
0 5.633.937 240.000 2.481.079 0 18.809.622 0 5.641.700 0 9.076 0 231.750 0 2.285.637 0 608.677 0 177.603 0 0 0 49.228 0 369.748 0 235.000 0 1.673.175 0 101.605 0 931.960 0 100.000 240.000 39.339.797 240.000 54.140.915
0 250.000 0 0 0 0 0 0 0 250.000
2.439.064 294.589 254.803 3.208.923 376.484 368.280 225.778 133.031 156.000 755.447 127.318 115.000 1.056.377 279.308 100.000 32.680 1.307 0 370.369 0 19.493 8.088.637 1.212.037 1.013.576 9.813.757 1.214.037 1.263.576
1-1-2015 124.924 100.000 405.000 0 542.191 277.135 23.871 0 4.000 1.477.121
2015 (+) 0 0 0 0 0 0 0 0 2.000 2.000
0 8.526.366 0 5.579.000 0 14.105.366
2016 (-)
354.697 0 354.697
2014 (-)
327.937 0 327.937
1-1-2016
0 8.867.421 0 5.579.000 0 14.446.421
0 0 0 0 0 0 0 0 2.000 2.000
0 8.198.429 100.000 5.679.000 100.000 13.877.429
2015 (+)
341.055 0 341.055
1-1-2014 2014 (+) 124.924 350.000 405.000 0 542.191 277.135 23.871 0 2.000 1.725.121
2014 (-)
2015 (-) 0 100.000 0 0 0 0 0 0 0 100.000
2.478.849 312.151 330.237 3.217.127 376.812 368.280 202.809 156.112 156.000 767.765 127.811 115.000 1.235.685 310.080 100.000 33.987 1.359 0 350.876 0 19.493 8.287.097 1.284.326 1.089.010 9.764.218 1.286.326 1.189.010
1-1-2016
2016 (+)
124.924 0 405.000 0 542.191 277.135 23.871 0 6.000 1.379.121
0 0 0 0 0 0 0 0 2.000 2.000
2016 (-)
1-1-2017 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
2.460.763 327.400 294.413 3.225.659 377.153 368.280 202.921 0 156.000 780.575 128.323 115.000 1.445.765 340.484 100.000 35.346 1.414 0 331.383 0 19.493 8.482.413 1.174.773 1.053.186 9.861.534 1.176.773 1.053.186
124.924 0 405.000 0 542.191 277.135 23.871 0 8.000 1.381.121
2017 (+)
1-1-2018
0 0 0 0 0 0 0 0 2.000 2.000
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
124.924 0 405.000 0 542.191 277.135 23.871 0 10.000 1.383.121
2.493.750 344.691 3.234.532 377.508 203.038 0 793.898 128.856 1.686.249 345.303 36.760 1.470 311.890 0 8.760.118 1.197.829 10.141.238 1.199.829
0 368.280 156.000 115.000 100.000 0 19.493 758.773 758.773
2.838.441 3.243.760 47.038 807.754 1.931.552 38.231 292.397 9.199.173 10.582.294
60.621.326 2.419.188 2.808.896 60.231.618 2.765.455 2.654.610 60.242.463 4.345.005 1.384.986 63.358.599 2.373.182
154
2017 (-)
998.773 64.723.209