Programmabegroting 2014 (aangepast)
Voorwoord Voor u ligt de Programmabegroting 2014. Deze begroting is voor dit college het laatste document in de planning & controlcyclus dat wordt aangeboden aan de gemeenteraad. Zoals blijkt uit de Bestuursrapportage 2013 heeft het college in een periode van bijna vier jaar de beleidsvoornemens van het collegeprogramma 2010-2014 zo goed als gerealiseerd. De resterende beleidsopgaven, die ook zijn opgenomen in de Kadernota 2014, zijn vertaald in resultaten en maatregelen in deze Programmabegroting. Budgettair gezien heeft ons college, zoals alle gemeenten in Nederland, behoorlijk wat tegenwind gehad. Met een gedegen financieel beleid en verschillende ombuigingen (zowel in de Brede Doorlichting als de operatie STOER) is de Gemeente Sliedrecht in staat gebleken het voorzieningenniveau kwalitatief op peil te houden en op een aantal thema's verder uit te breiden. Het beschikbaar stellen van extra budgetten in het WMO beleidsplan is hier een goed voorbeeld van. Ook op het terrein van investeringen en grote projecten heeft Sliedrecht niet "op de rem getrapt", maar juist op een aantal terreinen "gas gegeven". Dit heeft niet alleen bijgedragen aan kwaliteitsverhoging van de woon- en leefomgeving (o.a. Oude Uitbreiding West, Baanhoek West, Bonkelaar),veiligheid (buurttoezicht) en onderwijsvoorzieningen.(ontwikkeling Brede Scholen), maar heeft ook een impuls gegeven aan de lokale en regionale economie. Wat dit laatste onderwerp betreft kan ook de samenwerkingsovereenkomst voor de realisatie van Het Plaatje niet ongenoemd blijven. De beleidsmatige speerpunten voor 2014 liggen in het verlengde van de Kadernota 2014 en hebben betrekking op o.a. de uitbreiding van capaciteit van onze binnensportaccommodaties, het vormgeven van het integraal Handhavingsbeleid en de voorbereiding van de drie decentralisaties (Jeugd, AWBZ en Participatiewet). Ook de economische component krijgt een impuls in 2014. Als onderdeel van de Drechtstedensamenwerking stellen wij voor middelen beschikbaar te stellen voor de promotie en acquisitie voor het werven van bedrijven. De effecten van het beleid zijn op een aantal terreinen duidelijk zichtbaar. In de programma's hebben wij voor de belangrijke thema's indicatoren opgenomen die aangeven hoe Sliedrecht regionaal presteert. Daaruit blijkt dat de waardering voor o.a. woon- en leefomgeving, veiligheid, onderwijs en sport- en recreatievoorzieningen over het algemeen hoger ligt dan in onze partnergemeenten in de Drechtsteden. Tegenover de waardering heeft Sliedrecht nog altijd lage lokale lasten, die ook voor 2014 niet worden verhoogd. De Begroting 2014 is materieel sluitend. Daarmee voldoen we aan het toezichtskader van de Provincie Zuid-Holland. Ook de reservepositie is zonder meer goed te noemen. Belangrijke risico's zoals de effecten van de decentralisaties, de grondexploitaties en de knelpunten in het wegonderhoud, zijn voldoende afgedekt. Het meerjarige beeld blijft echter, als gevolg van het Rijksbeleid, somber. Dat is reeds geschetst in de Kadernota 2014 en wordt in deze Begroting bevestigd. We hebben echter tegelijkertijd in de Kadernota 2014 mogelijkheden aangereikt op welke wijze de Gemeente Sliedrecht de tekorten in het meerjarenbeeld (vanaf 2015) kan opvangen. De resultaten van de vier ambtelijke themaonderzoeken (subsidies, vastgoed, kostendekking en bedrijfsvoering) worden begin 2014 aan de huidige gemeenteraad aangeboden.
Programmabegroting 2014
-2-
Inhoudsopgave 1.
2.
3.
4.
5.
AANBIEDINGSNOTA BEGROTING 2014 ............................................................................ 4 1.1.
Plaats in de cyclus .........................................................................................................4
1.2.
Verbeteringen in deze programmabegroting .................................................................5
1.3.
Van Kadernota 2014 naar Begroting 2014 ....................................................................5
BEGROTINGSPROGRAMMA’S .......................................................................................... 15 2.1.
Programma 1 Bestuur en dienstverlening....................................................................15
2.2.
Programma 2 Openbare orde en veiligheid .................................................................21
2.3.
Programma 3 Jeugd en onderwijs................................................................................26
2.4.
Programma 4 Openbare ruimte....................................................................................31
2.5.
Programma 5 Cultuur, sport en recreatie.....................................................................35
2.6.
Programma 6 Werk, inkomen, zorg en welzijn ...........................................................39
2.7.
Programma 7 Verkeer en vervoer................................................................................46
2.8.
Programma 8 Ruimtelijke ordening en milieu.............................................................51
2.9.
Programma 9 Wonen ...................................................................................................59
2.10.
Programma 10 Financiën en organisatie .....................................................................63
PARAGRAFEN....................................................................................................................... 67 3.1.
Lokale heffingen en belastingen..................................................................................67
3.2.
Weerstandsvermogen...................................................................................................71
3.3.
Onderhoud kapitaalgoederen .......................................................................................80
3.4.
Financiering.................................................................................................................84
3.5.
Bedrijfsvoering ............................................................................................................92
3.5.
Verbonden partijen ....................................................................................................102
3.6.
Grondbeleid ...............................................................................................................106
FINANCIËLE BEGROTING ................................................................................................ 111 4.1.
Overzicht van baten en lasten....................................................................................111
4.2.
Staat incidentele baten en lasten ................................................................................113
BIJLAGEN ............................................................................................................................ 115 5.1.
Berekening EMU-saldo .............................................................................................115
5.2.
Overzicht prognoses van bouwgrondexploitaties......................................................118
5.3.
Productenraming........................................................................................................121
5.4.
Lijst met afkortingen .................................................................................................133
-3-
Programmabegroting 2014
1. AANBIEDINGSNOTA BEGROTING 2014 1.1. Plaats in de cyclus Schematisch is de relatie tussen de diverse planning & control producten en sturingsniveaus als volgt: Kaderstellen
Politiek - bestuurlijk
Ambtelijk
Controleren
Kadernota
Programmabegroting
Bestuursrapportage
Programmarekening
Concernplan Teamplannen
Productbegroting
Managementrapportage
Productrekening
Juni (t-1)
November (t-1)
Oktober (t)
Mei (t+1)
De portefeuilleverdeling In het kader van de portefeuilleverdeling zijn alle genoemde taken in de programma’s ondergebracht bij de verschillende collegeleden. Deze verdeling ziet er als volgt uit: Burgemeester Van Hemmen:
Openbare Orde en Veiligheid Communicatie Burgerzaken Juridische zaken
Wethouder Tanis:
Regio Financiën Belastingen Onderwijs Personeel en Organisatie Diverse RO-projecten
Wethouder Lavooi:
Zorg en welzijn Werk en inkomen Jeugd-, jongeren- en ouderenwerk Wonen en ruimtelijke ordening Dorpsvernieuwing
Wethouder De Waard: Programmabegroting 2014
-4-
Openbare ruimte Verkeer en vervoer Sport en recreatie Economie Milieu Dienstverlening Informatisering en automatisering Wijk- en buurtgericht werken Grondzaken ICT
1.2. Verbeteringen in deze programmabegroting In 2013 is al een flinke verbeterslag gemaakt in de begrotingsprogramma’s, onder andere in de lay-out, de beschrijving van de resultaten en maatregelen en de achtergrondinformatie bij de verschillende programma’s. Als college hechten wij aan een continue proces van verbetering. De input voor de verbeterpunten komt langs verschillende kanalen, onder andere uit de discussies in de raad en auditcommissie, een interne ronde langs portefeuillehouders en “best practises” in begrotingen van andere gemeenten. Bij het onderdeel Programma activiteiten is een eenduidige opgave opgenomen van de activiteiten Er is voor gekozen om hier bij elk programma de productgroepen op te nemen en niet alle afzonderlijke producten. De producten zijn opgenomen in een bijlage. Bij het onderdeel “wat gaan we daarvoor doen” heeft een aanscherping plaatsgevonden van de beschrijving van het resultaat en de maatregelen. Er is eenduidigheid aangebracht in de wijze van formuleren. Er is een set van spelregels gemaakt die ertoe moet leiden dat uniformiteit ontstaat in de programma’s. Het resultaat wordt zoveel mogelijk beschreven als de gewenste toestand. Het moet dus een zelfstandig naamwoord zijn. Bij de maatregelen gaat het zoveel mogelijk echt om een actie. Dus dat is een werkwoord. Bij het bepalen van de streefwaarde is gekeken naar eventuele effecten van STOER. Waar sprake is van een streefwaarde die is aangepast op basis van STOER, is deze waarde vetgedrukt weergegeven. Het onderdeel Achtergrondinformatie is teruggebracht tot de relevante onderwerpen. De HOE aspecten (ketenpartners, aanpak in regionaal verband, afspraken met medeoverheden e.d.) zijn in deze begroting achterwege gelaten. Wel is een onderdeel toegevoegd, te weten: Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Begin 2013 heeft de raad een informatiepakket ontvangen ter voorbereiding van de operatie STOER. Eén van de documenten betrof de factsheet “Waar staat Sliedrecht nu?”, een onderzoeksrapport van het OCD. De factsheet bevat waardevolle grafische informatie over de prestaties van Sliedrecht in de regio. Onderdelen van deze informatie hebben wij opgenomen bij de context, achtergronden en ontwikkelingen, met als doel het inhoudelijke debat in de raad te ondersteunen. Het is een eerste stap die om doorontwikkeling vraagt. Uiteindelijk is het streefbeeld erop gericht om deze informatie in lijn te brengen met de doelstellingen, resultaten en streefwaarden.
1.3. Van Kadernota 2014 naar Begroting 2014 In de Kadernota heeft uw raad de richting gegeven voor het opstellen van Programmabegroting 2014. Ook het financiële beeld is in dit document geschetst, op basis van de toen bekende gegevens. Dat vormt de startpositie van de deze Programmabegroting 2014. Uiteraard is rekening gehouden met specifieke toezeggingen aan de raad. Dit heeft geleid tot onderstaande begrotingsuitgangspunten: -5-
Programmabegroting 2014
Nr.
Omschrijving lastencomponent
Uitgangspunt
1.
Loonstijging
0,0%
2.
Prijsontwikkeling (voor zover mogelijk)
0,0%
3.
Omslagrente conform Financiële Strategie
4,0%
4.
Rente grondexploitaties
4,0%
5.
Bespaarde rente reserves
0,0%
6.
Bespaarde rente reserves ter dekking van kapitaallasten
4,0%
7.
Rente bestemmingsreserves (inflatiecorrectie)
0,0%
8.
Inflatiecorrectie voorzieningen (conform prijsontwikkeling)
0,0%
9.
Meerjarenperspectief (2015 – 2017)
Constante prijzen
10.
Subsidies
0,0%
11.
Algemene uitkering
12.
Verbonden partijen
Mei-circulaire 2013 Vastgestelde begrotingen 2014
Nr.
Omschrijving batencomponent
Uitgangspunt
1.
2% 0%
3.
Huurstijging gemeentewoningen Stijging huurprijzen van sportvelden, gymnastieklokalen en welzijnsaccommodaties Stijging van overige inkomsten
4.
Afvalstoffenheffing
Kostendekkend
5.
Reinigingsrecht
Kostendekkend
6.
Rioolheffing
Kostendekkend
7.
0% Kostendekkend
9.
Onroerende Zaakbelasting (OZB) Marktgelden, havengelden, leges bouwvergunningen en begrafenisrechten Precariorechten
10.
Hondenbelasting
0%
11.
Rechten en tarieven (legesverordening)
0%
2.
8.
0%
0%
Naast deze uitgangspunten is met de volgende zaken rekening gehouden. a. Beslispunten in de Financiële Strategie Bij de vaststelling van de Financiële Strategie is een aantal zaken specifiek benoemd waarmee we in de Begroting 2014 rekening zullen houden. De volgende zaken zijn verwerkt: a. de Algemene Reserve is geschoond van diverse verplichtingen, waardoor deze reserve een zuiver beeld laat zien als onderdeel van het beschikbare weerstandsvermogen; b. de aanwezige verplichtingen vanuit de Algemene Reserve zijn ondergebracht in de specifieke reserve Afwikkeling verplichtingen; c. de Reserve Vervanging materieel en containers is in stand gehouden Deze reserve draagt zorg voor een gelijkmatige verdeling van de kosten (egalisatiereserve). Derhalve willen we deze reserve behouden. d. De Reserves Ontwikkelingen ICT, Onderhoud monumenten zijn overgeheveld naar de reserve Afwikkeling verplichtingen; e. De reserve Egalisatie Grondkosten Woningbouw is samengevoegd met de Algemene Reserve.
Programmabegroting 2014
-6-
b. Gewijzigd systeem van doorberekening apparaatskosten Per 1 mei 2013 is de organisatie gewijzigd. Met het terugbrengen van het aantal afdelingen is het systeem van kostentoerekening vereenvoudigd. Dit heeft, ten opzichte van de Begroting 2013, geleid tot verschillen in doorbelasting van kosten naar producten. Ook waar het gaat om producten waarvoor tarieven in rekening worden gebracht zoals afvalstoffen en riolering. Ons college heeft er echter voor gekozen de tarieven voor 2014 te stabiliseren. Voor 2015 en verder wordt dit betrokken bij het themaonderzoek naar kostendekkendheid. c. De kosten van de riolering Momenteel worden alle investeringen in rioolvervanging geactiveerd en lineair afgeschreven over een periode van 40 jaar. Naast de huidige kapitaallasten (afschrijving en rente) wordt een bedrag gestort in de voorziening riolering. Dit maakt toekomstige vervangingen mogelijk. Na overleg met de accountant (Deloitte) wordt voorgesteld de huidige financieringsmethode, binnen de wettelijke mogelijkheden, te wijzigen. De wet biedt de mogelijkheid via het tarief te sparen voor toekomstige vervangingsinvesteringen (op basis van een planning).Deze spaarbedragen moeten op grond van het BBV aan een voorziening worden toegevoegd. In het jaar dat de vervangingsinvestering wordt gerealiseerd, wordt deze investering direct in mindering op de voorziening gebracht, waardoor per saldo geen boekwaarde ontstaat. De gemeente Sliedrecht beschikt over een hoge (spaar)voorziening (ca. € 8,2 mln. per 1-1-2013) Wij stellen dan ook voor bovenstaande methodiek met ingang van 31-12-2013 toe te passen. Dit houdt in dat de toekomstige vervangingsinvesteringen direct ten laste van de voorziening onderhoud en egalisatie product riolering. worden gebracht. De geraamde kapitaallasten worden hiermee vervangen door een jaarlijkse storting in de voorziening. De jaarlijkse toevoeging aan de voorziening wordt geprognosticeerd op ca. € 1,5 mln. De huidige toevoeging (in 2013 ca. € 537.000,-) wordt hiervoor structureel verhoogd met het bedrag van de vervallen kapitaallasten (in 2013 ca. € 981.000,-) waardoor deze systeemwijziging financieel neutraal verloopt en geen effect heeft op de rioolheffing. De structurele toevoeging aan de voorziening vanaf het begrotingsjaar 2014 van ca. € 1,5 mln. en de onttrekking wegens geplande investeringen zijn vooralsnog toereikend om zonder tariefsverhoging uitvoering te geven aan de in het GRP 2012-2018 opgenomen investeringsplanning. Schematisch ziet dit er als volgt uit, waarbij het jaar 2013 wordt vergeleken met 2014: Produkt riolering 2013 oud
2014 nieuw
Exploitatiekosten
€ 806.897
€ 798.613
Rentekosten
€ 475.892
€0
Afschrijvingen
€ 505.104
€0
Storting in voorziening
€ 537.368
€ 1.518.364
€ 2.325.261
€ 2.316.977
Rioolheffingen
€ 2.325.261
€ 2.316.976
Totaal baten
€ 2.325.261
€ 2.316.976
Lasten
Totaal lasten Baten
Boekwaarden: Voorziening
1-jan-13
Mutatie
31-dec-13
1-jan-14
Mutatie
31-dec-14
€ 8.297.215
€ 537.368
€ 8.834.583
€0
€ 1.518.364
€0
-€ 1.518.364 Investeringen
€ 9.237.377
-€ 505.104
-7-
€ 8.732.273
€0
€ 1.518.364
Programmabegroting 2014
€0
Startpositie Begroting 2014 De Kadernota 2014 (zie pagina 41) gaf het volgende eindbeeld (- = nadelig): 2014 Start saldo na vaststelling Kadernota 2014
€ 159.000
2015
2016
2017
€ 1.001.000-
€ 796.000-
€ 1.126.000-
De opbouw van dit bedrag is in de Kadernota nader gespecificeerd. Wij volstaan dan ook met een verwijzing naar de Kadernota 2014. Nieuwe inzichten Sinds de vaststelling van de Kadernota in juli 2013 is een aantal nieuwe inzichten ontstaan. Het gaat hier met name om de effecten uit de Bestuursrapportage 2013 (a), technische en beheersmatige aanpassingen (b), alsmede een nieuwe afweegbare claim voor Nieuw Beleid (c) a. Uit de Bestuursrapportage 2013 leidt tot een structureel doorwerkend nadeel van € 148.564. In de Begroting 2014 dienen we hiermee rekening te houden. Twee belangrijke mutaties hierin zijn de rentekosten van de overige gronden, die we niet meer mogen activeren én een aanpassing van de raming op gebied van onderwijsachterstandenbeleid. Verder verwijzen we naar de genoemde bestuursrapportage. b. Een aantal ramingen in de Begroting 2014 is geactualiseerd. Hierbij gaat het vooral om beheersmatige aanpassingen. Hierbij kunt u denken aan wettelijke regels, wijzigingen van contracten, gewijzigde hoeveelheden, belastingen. Dit levert diverse aanpassingen op, dus zowel voordelig als nadelig. Per saldo bedraagt dit bedrag € 30.153 voordelig in 2014, maar loopt uiteindelijk op naar een nadeel van € 53.149. In het jaar 2014 hebben we te maken met een eenmalig voordeel van € 61.000 aangezien de bijdrage voor Drechtwerk niet correct in de ramingen was verwerkt. Daardoor slaat het saldo van diverse mutaties vanaf 2015 om in een nadeel. Als we rekening houden met deze mutaties ontstaat het volgende financiële beeld (- = nadelig):
Start saldo na vaststelling Kadernota 2014 a) Totaal doorverwerkingen Burap b) Diverse mutaties Totaal onontkoombare mutaties Stand begroting 2014
2014
2015
2016
2017
€ 159.000
€ 1.001.000-
€ 796.000-
€ 1.126.000-
€ 148.564 -
€ 148.564 -
€ 148.564 -
€ 148.564 -
€ 30.153
€ 30.899 -
€ 49.524 -
€ 53.149 -
€ 118.411-
€ 179.463-
€ 198.088-
€ 201.713-
€ 40.589
€ 1.180.463 -
€ 994. 088 -
€ 1.327.713 -
Voor de jaarschijf 2014 leveren deze mutaties een voordelig saldo op van € 40.589. In meerjarig opzicht blijft het beeld ongewijzigd. Hierop komen we later terug. Na de vaststelling van de Kadernota 2014 heeft zich nog nieuw beleid aangediend, waarmee in de Begroting 2014 nog geen rekening is gehouden. c. Binnen de Drechtstedensamenwerking wordt een businesscase uitgewerkt voor een gezamenlijke eenheid die de Promotie & Acquisitie voor haar rekening neemt. De eenheid gaat voor de hele regio bedrijven werven en de verkoop van gronden stimuleren. In vergelijking met omliggende regio’s (Rotterdam, Noord-Brabant) laten de Drechtsteden hier kansen liggen. Het college neemt dit najaar een besluit over deelname per 1 januari 2014. Voorlopig geldt dit voor een periode van 2 jaar. In de businesscase is een bijdrage van € 40.000,- per jaar opgenomen voor Sliedrecht. In de regionale gesprekken over de vorming van een eenheid Promotie & Acquisitie is ook de huidige bezetting van de gemeenten aan de orde gekomen. Daarbij valt op dat Sliedrecht als enige regiogemeente geen specifieke bedrijfscontactfunctionaris heeft. Met het einde aan de driejarige opdracht voor de centrummanager per 1 november 2013 bestaat de mogelijkheid om die formatieruimte in te zetten voor deze taak.
Programmabegroting 2014
-8-
Deze intensivering kan worden gehonoreerd binnen de ruimte, die de Begroting 2014 biedt. Voor de jaarschijf 2015 is er geen dekking aanwezig en dient de dekking te worden gevonden in de totale bezuinigingsopgave van 2015. Dit leidt, rekening houdend met de vorige mutaties, tot de volgende financiële stand van onze Begroting 2014 (- = nadelig): 2014
2015
2016
2017
€ 40.589
€ 1.180.463-
€ 994.088-
€ 1.327.713-
Regionale promotie- en acquisitie
€ 40.000 -
€ 40.000 -
€-
€-
Totaal aanvullend beleid
€ 40.000 -
€ 40.000 -
€-
€-
€ 589
€ 1.220.463-
€ 994.088-
€ 1.327.713-
Start begroting 2014
Definitieve saldo begroting 2014
Aanwezige stelposten in onze begroting In de Begroting 2014 is een aantal stelposten opgenomen. Dit zijn voorlopige ramingen,, waarvan de beleidsmatige onderbouwing nog moet plaatsvinden. Aan deze stelposten ligt besluitvorming van uw raad ten grondslag. De belangrijkste hiervan zijn: a. Beleidsinhoudelijke stelposten: 2014
2015
2016
2017
Kadernota 2014 Stelpost nieuwe bibliotheek
€ 103.000
€ 103.000
€ 103.000
€ 103.000
Kadernota 2014 Stelpost handhaving
€ 104.000
€ 104.000
€ 104.000
€ 104.000
Kadernota 2014 Stelpost uitbreiding sportaccommodaties
€0
€ 100.000
€ 100.000
€ 100.000
Kadernota 2014 Stelpost nieuw beleid
€0
€0
€ 43.000
€ 78.000
2014
2015
2016
2017
€0
€ 225.000
€ 300.000
€ 300.000
€ 375.000
€ 375.000
€ 375.000
€ 375.000
Effecten participatiewet
€0
€ 150.000
€ 300.000
€ 450.000
Kortingen op het reïntegratiebudget
€0
€ 100.000
€ 120.000
€ 140.000
Verplichte reïntegratie
€0
€ 95.000
€ 115.000
€ 135.000
b. Rijksbeleid en rijksbezuinigingen:
Kadernota 2014 scenario decentralisaties Kadernota 2014 Korting agv Oranjeakkoord
Met de stelposten voor de decentralisaties en participatiewet verwachten we voldoende buffer in onze exploitatie te hebben opgenomen om bezuinigingen dan wel wijzigingen in rijksbeleid te kunnen opvangen. In het najaar zal het rijk de decentralisaties verder behandelen zodat dan meer duidelijkheid aan de gemeenten kan worden gegeven over de taken en verantwoordelijkheden en over de met de decentralisaties gemoeide ombuigingstaakstellingen en budgetten. De decentralisaties zijn ook opgenomen in het risicoprofiel van de gemeente Sliedrecht. Hiervoor wordt verwezen naar de paragraaf Weerstandsvermogen. Gevolgen septembercirculaire 2013 De gevolgen van de septembercirculaire zijn inmiddels wel berekend, maar hiermee kon in deze begroting geen rekening meer worden gehouden. De stelpost die in de Kadernota 2014 is opgenomen (Oranjeakkoord) is met de septembercirculaire concreter geworden. Voor 2014 is de stelpost van € 375.000 toereikend om de lagere uitkering op
-9-
Programmabegroting 2014
te vangen. Voor de jaren daarna vallen de rijkskortingen hoger uit dan waarmee wij rekening hebben gehouden. De korting van € 300 miljoen op het gemeentefonds als gevolg van de bezuiniging van € 6 miljard loopt uiteindelijk op naar ca. € 600 miljoen. Bij de invulling van de € 6 miljard door het rijk, verschilt dit per jaarschijf waardoor vervolgens ook de consequenties in het gemeentefonds veranderen. Naast andere mutaties levert dit het volgende financiële beeld op:
Totaal effect gemeentebegroting na septembercirculaire 2013 Stelpost in de begroting 2014 Netto effect uitwerking septembercirculaire 2013
2014
2015
2016
2017
€ 312.545-
€ 499.154-
€ 662.383-
€ 713.593-
€ 375.000
€ 375.000
€ 375.000
€ 375.000
€ 62.455
€ 124.154-
€ 287.383-
€ 338.593-
Het meerjarenbeeld verslechtert door deze gevolgen, waarmee bij de Kadernota 2015 rekening zal moeten worden gehouden. Dit netto effect is nog niet verwerkt in het definitieve saldo van de Begroting 2014. Naast deze stelposten is in onze begroting een post voor onvoorziene uitgaven opgenomen van € 61.000. Investeringen In de Begroting 2014 zijn diverse investeringen geraamd conform het investeringsplan, zoals bij de Kadernota 2014 vastgesteld en onderhoudsprogramma ten behoeve van de gemeentelijke gebouwen. Deze investeringen worden gedekt door reserves en voorzieningen of vertaald naar kapitaallasten, opgenomen in de begrotingsprogramma’s. Voor het jaar 2014 gaat het om een bedrag van € 2.800.000. Per programma staan de noodzakelijke investeringen gemeld. De belangrijkste investeringen betreffen:
Groot onderhoud Joh. Calvijnschool
€ 200.123 Voorziening huisvesting onderwijs
Groot onderhoud OBS De Wilgen
€ 175.000 Voorziening huisvesting onderwijs
Ondergronde afvalinzameling
€ 125.000 Reserve vervanging containers (zie MIP)
Begraafplaats, herinrichting/onderhoud
€ 100.000 Voorziening afkoop onderhoud graven
Rioleringsplan, investering 2014
€ 460.000 Voorziening onderhoud riolering
Deltalaan-midden, onderhoud
€ 526.000 Voorziening onderhoud wegen
Hoepel/Stormrand/Stobbe, onderhoud
€ 314.000 Voorziening onderhoud wegen
Tarieven Overeenkomstig de uitgangspunten bij de Kadernota zijn de tarieven voor de heffingen voor 2014 niet verhoogd. Wel wordt er in de berekening van de tarieven rekening gehouden met de mutaties van de eenheden, waarmee in de tariefstelling rekening wordt gehouden. Bij de OZB wordt het tarief met 7% verhoogd als gevolg van de waardedaling van 7% van het onroerend goed. De totale opbrengst, los van de areaaluitbreiding, blijft gelijk.
Programmabegroting 2014
- 10 -
Reserves en voorzieningen De verwachte stand van onze reserves en voorzieningen per 1 januari 2014 en de verdere ontwikkeling naar 2017 kan als volgt worden weergegeven: Rek. nr. (kort) 80300000
Reserves
80320000
Reserve afwikkeling verplichtingen AR
Algemene Reserve
80308000
Reserve onderhoud monumenten
80310000
Reserve toepassing beeldende kunst
80312000
Reserve egalisatie grondk.woningbouw
80305000
Boekwaarde per 1-1-2014 5.924.450
Reserve ontwikkelingen IT
Boekwaarde Boekwaarde Boekwaarde per per per 1-1-2015 1-1-2016 1-1-2017 5.924.450 5.924.450 5.924.450
1.837.870
340.000
-
-
-
-
-
-
0-
0-
0-
0-
30.000
30.000
30.000
30.000
0-
0-
0-
0-
-
-
-
-
0-
0-
0-
0-
-
-
-
-
80302000
Reserve kapitaallasten verenigingsverz.geb.
2.413.077
2.384.630
2.355.045
2.324.277
80303000
Reserve kapitaallasten investeringen
4.434.869
4.271.698
4.577.169
4.681.159
6.484.335
6.426.538
6.366.429
6.303.916
1.811.605
1.722.489
1.633.152
1.543.584
-
-
-
-
-
-
-
-
80304000 80317000
Reserve kapitaallasten nieuw gemeentekantoor Reserve kapitaallasten nieuwbouw gemeentewerf Reserve kapitaallasten
80306000
Reserve vervanging materieel PR
491.969
668.111
395.253
387.895
80315000
Reserve vervanging containers
480.001
456.106
463.211
489.316
-
-
-
-
300.000
300.000
300.000
300.000
-
-
-
-
278.003
386.898
386.898
386.898
-
-
-
-
57.876-
105.331
114.591
371.521
-
-
-
-
80318000
80316000
80309000
Reserve frictiebudget reorganisatie
Reserve egalisatie tarieven afvalstoffenheffing
Reserve infrastructuur
80307000
Stimuleringsreserve woningbouw
0-
0-
0-
0-
80313000
Reserve renovatie Nijverwaard
0-
0-
0-
0-
80319000
Reserve kleinschalige herontwikkeling
357.994
357.994
357.994
357.994
24.786.295
23.374.245
22.904.191
23.101.009
Totaal reserves
Toelichting op de reserves De Algemene Reserve wordt uitsluitend gebruikt voor het mede bepalen van ons weerstandsvermogen. Hieruit worden in principe geen verplichtingen meer gedekt. In de risicoparagraaf vindt u terug in welke mate de Algemene Reserve toereikend is.
- 11 -
Programmabegroting 2014
Rek. nr. (kort)
Reserves
Boekwaarde per 1-1-2014
Boekwaarde per 1-1-2015
Boekwaarde Boekwaarde per per 1-1-2016 1-1-2017
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's:
89510000
Voorziening spaarverlof ambtenaren
104.738
104.738
104.738
104.738
89511000
Voorziening wachtgeld personeel
82.266
54.453
35.912
35.912
89512000
Voorziening pensioen voormalige wethouders
752.075
690.970
629.865
568.760
89517000
Voorziening achtergestelde lening SIW
37.639
37.639
37.639
37.639
89520000
Voorziening combinatiefuncties
153.924
153.924
153.924
153.924
89521000
Voorziening liquidatie Logopedische Dienst, kring Sliedrecht
249.541
249.541
249.541
249.541
1.380.184
1.291.266
1.211.620
1.150.515
158.072
113.098
81.048
82.590
26.744
18.592
17.191
22.357
Subtotaal
Onderhoudsegalisatievoorzieningen:
89600000 89602000
Voorziening buitengewoon onderhoud gebouwen GB Voorziening onderhoud woningen/woonwagens
89605000
Voorziening buitengewoon onderh. PR
14.111
45.548
54.485
82.422
89606000
Voorziening onderhoud speelvoorzieningen
77.366
73.669
50.472
63.775
89700000
Voorziening afkoop onderhoud graven
984.608
853.830
833.865
814.714
89609000
Voorziening huisvesting en calamiteiten onderwijs
618.638
381.649
536.897
788.189
89611000
Voorziening onderhoud haven
47.699
53.501
56.803
6.605
89612000
Voorziening onderhoud wegen
1.518.715
165.196
401.084
80.135
89613000
Voorziening onderh/egal.prod.riolering
64.863
1.123.227
1.956.691
2.661.055
89614000
Voorziening onderhoud ponton waterbus
73.567
87.857
2.147
16.437
89615000
Voorziening onderhoud bruggen
86.483
95.445
11.793-
3.431-
89616000
Voorziening onderhoud openbare verlichting
846
33.082
65.318
97.554
89617000
Voorziening CJG eigen middelen
290.193
290.193
290.193
290.193
Subtotaal
3.961.904
3.334.886
4.334.400
5.002.594
Totaal voorzieningen
5.342.087
4.626.151
5.546.019
6.153.108
Programmabegroting 2014
- 12 -
Toelichting voorzieningen. Ten opzichte van vorig jaar is de stand van de voorzieningen van ca € 13,7 miljoen sterk teruggelopen door het benutten van de voorziening riolering voor het afboeken van de activa bij riolering. Daarbij gaat het om een bedrag van ca. € 8 miljoen. Daarmee bedragen de huidige voorzieningen € 5,3 miljoen. Voor het overige zijn de voorzieningen toereikend voor de toekomstige verplichtingen. Het meerjarenbeeld In deze begroting is het meerjarenbeeld ten opzichte van de Kadernota enigszins verslechterd. De doorgevoerde bezuinigingen zoals vastgesteld bij STOER, zijn verwerkt. Echter, wel op een constant niveau van 2014. Dit wil zeggen, dat met stijgingen 1 vanaf 2015 in de bezuinigingen geen rekening is gehouden. In totaal is dus meerjarig een bedrag van € 1.443.000 verwerkt. Het meerdere beschikbare bedrag is wel meegenomen in de opstelling in de Kadernota 2014 in hoofdstuk 8 op pagina 36. Met het in gang gezette proces bij de Kadernota 2014 om te komen tot aanvullende bezuinigingen ten einde een sluitend perspectief te kunnen opstellen is inmiddels een start gemaakt. De 4 genoemde thema’s waarlangs wordt gewerkt zijn: 1. 2. 3. 4.
Subsidies Vastgoed Kostendekking, tarieven, belastingen en heffingen Samenwerking en bedrijfsvoering
Deze thema´s worden in het najaar verder uitgewerkt om concrete verkenningen te kunnen aanbieden. In combinatie met de groene en rode voorstellen, zoals reeds in STOER gepresenteerd, is er voldoende potentie aanwezig om het meerjarenperspectief sluitend te kunnen maken. Dit vraagt wel om belangrijke keuzes te maken. In onderstaande tabel laten we zien hoe de potentie zich verhoudt tot het verwachte meerjarentekort, waarmee wel rekening wordt gehouden met ontwikkeling zoals hier eerder is genoemd over de septembercirculaire 2013, inclusief de stelpost (- = nadelig): 2014
2015
2016
2017
€ 589
€ 1.220.463-
€ 994.088-
€ 1.327.713-
Gevolgen septembercirculaire 2013
€ 62.455
€ 124.154-
€ 287.383-
€ 338.593-
Saldo na septembercirculaire
€ 63.044
€ 1.344.617-
€ 1.281.471-
€ 1.666.306-
nvt
€ 1.404.485
€ 2.941.000
€ 4.164.000
Definitief saldo begroting 2014
Potentie tot bezuinigingen
We verwachten u in begin van 2014 de eerste resultaten te kunnen aanbieden van de invulling van de aanwezige mogelijkheden om het tekort weg te werken.
1 Sommige bezuinigingen hebben een oplopend karakter. De raad heeft bij de Kadernota 2014 besloten geen besluit te nemen over oplopende bedragen vanaf 2015.
- 13 -
Programmabegroting 2014
Voorstellen De raad wordt voorgesteld om: a. de Begroting 2014 vast te stellen, waarin begrepen de investeringen zoals genoemd in het onderdeel investeringen bij alle programma’s; b. de onontkoombare mutaties vast te stellen tot een bedrag van € 118.000; c. voor het regionale acquisitie- en promotiebeleid € 40.000 te reserveren voor de jaren 2014 en 2015; d. de investeringen voor de riolering vanaf 2014 direct ten laste te brengen van de aanwezige Voorziening vervanging riolering en de gedane investeringen tot en met 2013 in zijn geheel ten laste van de genoemde voorziening te brengen; e. de bijgevoegde begrotingswijziging vast te stellen waarin de mutaties onder b en c zijn verwerkt. f. kennis te nemen van het meerjarenperspectief 2015 – 2017; g. samenvoegen Reserves Renovatie Nijverwaard en Reserve Stimuleringsreserve woningbouw tot Reserve kleinschalige initiatieven.
Programmabegroting 2014
- 14 -
2. BEGROTINGSPROGRAMMA’S 2.1. Programma 1 Bestuur en dienstverlening 2.1.1. ‐ ‐ ‐ ‐ ‐
Programma activiteiten
Raad en Griffie Bestuur Communicatie en voorlichting Burgerparticipatie Burgerzaken
2.1.2.
Wat willen we bereiken ?
Centrale ambitie Sliedrecht is een zelfstandige gemeente, die middelen zo doelmatig en effectief mogelijk inzet. De korte afstand tussen bestuur, ambtenaren en samenleving blijft gewaarborgd, waarbij goede communicatie en een resultaatgerichte, efficiënte werkwijze en hoogwaardige dienstverlening naar onze bewoners centraal staan. Om deze beide wensen mogelijk te maken is regievoeren de overwegende werkwijze van de ambtelijke organisatie. Dat betekent dat wanneer de schaal van de vraagstukken daarom vraagt of wanneer er meetbaar kwaliteits- of efficiencywinst behaald kan worden de gemeente taken niet meer zelf uitvoert. Er wordt dan samengewerkt met private partijen of andere overheden - in kleinere en in grotere samenwerkingsverbanden. Doelstelling 1: Een transparant, betrokken, verbindend en effectief bestuur, waarbij de bewoner centraal staat. Doelstelling 2: Burgers, bedrijven en instellingen ervaren de dienstverlening van de gemeente Sliedrecht als toegankelijk, professioneel, snel en efficiënt. Doelstelling 3: Een eenduidig, inzichtelijk en transparant handhavingsbeleid.
- 15 -
Programmabegroting 2014
2.1.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Een transparant, betrokken, verbindend en effectief bestuur, waarbij de bewoner centraal staat. Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
1.1
75% van de inwoners heeft vertrouwen in de gemeente
‐
69% (2011)
72% (2013)
75% (2015)
‐
‐
‐
‐
Bron Definitie Volgende meting 1.2
Verantwoordelijkheid en zelfwerkzaamheid
Bron Definitie Volgende meting
Programmabegroting 2014
Opstellen collegeprogramma n.a.v. verkiezingen 2014 Nut en noodzaak van nieuw (regionaal) beleid worden goed onderbouwd en gecommuniceerd Verzorgen van communicatie zoals pers- en publieksvoorlichting Bevorderen en faciliteren van participatie door o.a. interactieve planvorming, het faciliteren van de wijkplatforms en het opstellen en uitvoeren van wijkjaarprogramma’s (doorlopend) Uitvoering geven aan de nota burgerparticipatie
Regionaal Omnibusonderzoek (OCD) Percentage inwoners dat zegt zich in het afgelopen jaar actief te hebben ingezet ter verbetering van de eigen buurt 2014 - Initiatieven van inwoners ruimte geven en zo nodig stimuleren en ondersteunen (doorlopend).
18 (2011)
19 (2013)
20 (2014)
Regionaal Omnibusonderzoek (OCD) Percentage inwoners dat zegt zich in het afgelopen jaar actief te hebben ingezet ter verbetering van de eigen buurt 2014
- 16 -
Doelstelling 2: Burgers, bedrijven en instellingen ervaren de dienstverlening van de gemeente Sliedrecht als toegankelijk, professioneel, snel en efficiënt. Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
2.1
Burgers tevreden over kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening.
- Efficiënte dienstverlening, onder meer door het uitvoeren van het programma ‘Overheid heeft antwoord’. - Als onderdeel hiervan het E-loket verder ontwikkelen en het KCC (Klant Contact Centrum) regionaal oppakken (afronding KCC uiterlijk 2015). - Uitvoering dienstverlening overeenkomstig kwaliteitshandvest (doorlopend). - De openingstijden van de balie van burgerzaken worden beperkt in het kader van STOER.
8,9 (2011)
8,9 (2011)
7 (2014)
Bron Definitie Volgende meting
Benchmark Publiekszaken (SGBO) / klanttevredenheidsonderzoek (OCD) Waardering van de bezoekers van de publieksbalie over de kwaliteit van de dienstverlening uitgedrukt in een rapportcijfer van 1 tot 10 2014
Doelstelling 3: Een eenduidig, inzichtelijk en transparant handhavingsbeleid. 0-waarde
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
Nr.
Resultaat
Maatregel
3.1
Geïmplementeerde integrale handhavingsnota
- Uitvoeren handhaving op basis van uitgangspunten, prioriteiten en ambitieniveau zoals vastgesteld in de integrale handhavingsnota
Start 1e helft 2014, daarna structureel
3.2
Regelgeving drank- en horecawet en exploitatievergunning door horecaondernemingen nageleefd
- Handhaving i.h.k.v. o.a. drank- en horecawet door BOA’s (doorlopend). - Inzet brandweer volgens werkplannen.
Structureel
Regelgeving uit APV (o.a. m.b.t. honden uitlaten) en regelgeving m.b.t. parkeren nageleefd
- BOA-inzet voor toezicht en handhaving.
Structureel
3.3
- 17 -
Programmabegroting 2014
2.1.4.
Wat mag het kosten?
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
3.798.418
€
€
€
€
€
Baten
€
214.583
€
Saldo
€
3.583.835-
€
Verrekening met reserves
€
259.992
€
Saldo na verrekening reserves
€
3.323.843-
€
3.750.998-
€
3.409.041-
€
3.405.441-
€
3.376.991-
€
3.381.130-
Lasten
€
340.568
€
367.569
€
368.162
€
375.647
€
365.446
€
365.446
Baten
€
1.853
€
Saldo
€
338.715-
€
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
338.715-
€
367.569-
€
368.162-
€
375.647-
€
365.446-
€
365.446-
Lasten
€
847.133
€
779.487
€
960.740
€
920.579
€
876.944
€
876.897
Baten
€
452.124
€
328.145
€
328.145
€
332.945
€
332.945
€
332.945
Saldo
€
395.009-
€
451.342-
€
632.595-
€
587.634-
€
543.999-
€
543.952-
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 4.057.566-
Thema's Bestuur
3.778.838 -
€
3.778.838-
27.840
€
€
3.436.881 3.436.881-
27.840
€ €
€
3.405.441 3.405.441-
-
€ €
€
3.376.991 3.376.991-
-
€ €
€
3.381.130 3.381.130-
-
Communicatie en voorlichting
-
€
-
€
367.569-
-
€
€
368.162-
-
€ €
€
375.647-
-
€ €
€
365.446-
-
€ €
€
365.446-
-
Dienstverlening
395.009-
€ €
-
€
451.342-
€ 4.569.909-
€
632.595-
€ 4.409.798-
Geplande investeringen programma 1
Raming 2014
Masten en vlaggen, onderhoud
1.282
Totaal
1.282
Programmabegroting 2014
- 18 -
€ €
587.634-
€ 4.368.722-
€ €
543.999-
€ 4.286.436-
€ €
543.952-
€ 4.290.528-
2.1.5.
Achtergrondinformatie
Context , achtergrond en ontwikkelingen In dit programma worden de baten en lasten verantwoord die te maken hebben met bestuur (raad en college), bewonersparticipatie en de dienstverlening op het terrein van burgerzaken. Het programma heeft een sterk wettelijk karakter: Raad, griffie en bestuur, alsmede burgerzaken, straatnaamgeving/huisnummering en verkiezingen, zijn verplicht. ‐
Maatschappelijke opgaven vragen om bestuurskracht. De gemeente pakt deze resultaatgericht op. Het is daarom belangrijk te weten wat er speelt bij de bewoners. Een proactieve, open en transparante wijze van communiceren staat hierbij centraal.
‐
De overheid doet een steeds groter beroep op het initiatief en de zelfredzaamheid van zowel burgers als bedrijven. Concrete voorbeelden hiervan vormen de “kanteling” van de Wmo (van claimgericht naar vraaggericht denken en handelen), deregulering van bouwregelgeving en buurttoezicht.
‐
De inzet op bestuurlijke samenwerking in regionaal verband gaat uit van de gedachte “sterk dorp door een sterke regio en andersom”. Vanuit een positieve grondhouding geven wij de regionale netwerkorganisatie en de samenwerking tussen de zes Drechtstedengemeenten verder vorm.
‐
De regio Drechtsteden voert taken uit binnen de kaders die door de raad in de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden zijn vastgelegd. De beleidsmatige prioriteiten van de Drechtstedelijke samenwerking zijn door de Drechtraad vastgelegd in de kaderstellende documenten. In 2013 en 2014 verkennen de Drechtsteden de mogelijkheid voor nauwere samenwerking op een aantal terreinen. De decentralisaties uit de AWBZ en de participatiewet worden in Drechtstedenverband voorbereid.
‐
De GR Publieke gezondheid & jeugd heeft een belangrijke rol bij de decentralisatie van de jeugdzorg, naast het uitvoeren van andere wettelijke taken.
‐
Mensen zijn door toenemend gebruik van internet gewend om op elke plaats en elk moment contact met elkaar en met bedrijven te kunnen leggen. Dit verwacht men tegenwoordig ook van de overheid. De mogelijkheden van digitalisering worden breder, de gemeente Sliedrecht kan hierin niet achter blijven. Meer dan de 60% van de Nederlanders heeft inmiddels een smartphone en bijna 40% een tablet. De verwachting is dat deze percentages de komende jaren stijgen. Hiermee wordt mobiel internet snel belangrijker. Andere opkomende trends: social media, cocreatie (wiki’s, digitale participatie), personalisatie (informatie op maat o.b.v. gegevens internetbezoek).
‐
De bewoner bepaalt steeds meer zélf hoe hij contact opneemt met de gemeente. Het Klant Contact Center, dat nu ontwikkeld wordt, speelt hierbij een belangrijke rol. Dit KCC heeft per kanaal een herkenbare ingang. Herkenbaar door een 14+netnummer (1 april 2013 ingevoerd in Sliedrecht), één fysieke informatiebalie en één website en webloket. We denken na over de mogelijkheden en wenselijkheden van de inzet van sociale media in relatie tot dienstverlening.
‐
In 2011 heeft Sliedrecht een kwaliteitshandvest vastgesteld. In dit kwaliteitshandvest zijn tenminste de VNG minimum branchenormen (servicenormen) voor dienstverlening opgenomen.
‐
De financieel-economische crisis en de ontwikkelingen bij de Rijksoverheid (bezuinigingen, decentralisaties) maken dat het gemeentelijke financiële meejarenperspectief onzeker is. Hierop is in de Kadernota 2014 geanticipeerd.
Kaderstellende nota’s ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐
Gemeenschappelijke Regelingen (zie paragraaf verbonden partijen voor een specificatie) Regionaal meerjaren programma Drechtsteden (2010-2014) De Toekomst van Sliedrecht (februari 2012) Ruimte voor Burgerparticipatie Antwoord©, Nationaal uitvoeringsprogramma (NUP) Versnellingsagenda Convenant dienstverlening en Verminderen regeldruk” (landelijk) Dienstverleningsvisie Sliedrecht 2009 (lokaal)
Eén van de opdrachten aan de GR Drechtsteden is het stellen van kaders voor de deelnemende gemeenten, bijvoorbeeld voor ruimtelijk-economisch beleid en facilitaire zaken. Deze kaders zijn, waar relevant, opgenomen in de betreffende programma’s in deze begroting.
- 19 -
Programmabegroting 2014
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Rapportcijfer: hoe denkt de burger over het bestuur?
Rapportcijfer: waardering van de informatievoorziening
6,0
Drechtsteden
6,6
Drechtsteden
Zwijndrecht
5,8
Zwijndrecht
Sliedrecht
5,8
Sliedrecht
6,8
Papendrecht
6,7
Hendrik Ido Ambacht
6,8
Papendrecht
6,0 6,4
Hendrik Ido Ambacht
6,5
Dordrecht
6,1
Dordrecht
6,6
Alblasserdan
6,0
Alblasserdan
6,6
1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
1,0
Deze metingen dateren van eind 2011.
Programmabegroting 2014
- 20 -
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
2.2. Programma 2 Openbare orde en veiligheid 2.2.1. ‐ ‐ ‐ ‐
Programma activiteiten
Integrale veiligheid Openbare orde en veiligheid Rampenbestrijding Brandweer
2.2.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie Wij willen bijdragen aan een veilige plek om te wonen, werken en recreëren, met respect voor elkaar en elkaars bezittingen. Doelstelling 1: Een veilige woon- en leefomgeving Doelstelling 2: Beperkter risico op calamiteiten, crises en grootschalige verstoringen van de openbare orde en adequaat optreden in geval van incidenten
- 21 -
Programmabegroting 2014
2.2.3
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Een veilige woon- en leefomgeving Actuele waarde
Streefwaarde/ planning
Nr. Resultaat
Maatregel
0-waarde
1.1 Minder criminaliteit
- Inzet politie en gemeente op het verminderen van vandalisme en in het bijzonder rondom uitgaan en hangen. - Inzet op het verminderen van woninginbraken door middel van buurttoezicht - Inzet op het verminderen van zakkenrollen door middel van het preventieteam zakkenrollen
996 (2007)
Bron
Politie Zuid-Holland-Zuid / gemeente Sliedrecht
Definitie
Aantal aangiften
Volgende meting
2014
1.2 Beperkte sociale overlast
- Samenhangend geheel van maatregelen om de overlast en onveiligheid als gevolg van alcoholproblematiek de komende jaren terug te dringen (structureel) - Naleven van afspraken en regelgeving, controle en zo nodig toepassen van handhaving ten aanzien van alle horecaondernemingen. - Het voeren van een hanggroepenoverleg waarin jongerenoverlast integraal wordt besproken en noodzakelijke acties worden uitgezet. - Toezicht en controle op de coffeeshop.
Bron
Integrale veiligheidsmonitor
Definitie
Score sociale overlast, samengestelde score op basis vragen naar het vóórkomen van dronken mensen op straat; drugsgebruik of drugshandel; mensen die op straat worden lastig gevallen; overlast door rondhangende jongeren. Het opgegeven percentage geeft aan welk deel van de bewoners vaak sociale overlast ervaart.
Volgende meting
2015
Programmabegroting 2014
- 22 -
10%
995 (2012)
10% (2013)
< 850 (2014)
10% (2014)
1.3 Zo min mogelijk geweld en beperkte gevolgen van geweld
- Gebruik van het bestaande cameratoezicht bij geweld in de openbare ruimte en de inzet van suswachten. - De politie geeft geweldzaken voorrang bij de behandeling van zaken en zal eventueel huiselijk geweld ambtshalve vervolgen. - Inzetten van het huisverbod (huiselijk geweld). - Screeningsoverleg huiselijk geweld Veiligheidshuis.
94 (2007)
Bron
Politie Zuid-Holland-Zuid / gemeente Sliedrecht
Definitie
Politiemeldingen geweld
Volgende meting
2014
1.4 geactualiseerde en geimplementeerde APV
Actualiseren APV en wijzigingen implementeren
77 (2012)
< 90 (2014)
1e helft 2014
Doelstelling 2: Beperkter risico op calamiteiten, crises en grootschalige verstoringen van de openbare orde en zo beperkt mogelijke gevolgen indien deze zich toch voordoen Nr. Resultaat
2.1 Beperkte nadelige gevolgen van incidenten of rampen
2.2 Zo min mogelijk incidenten
Maatregel
0-waarde
- Adequate brandbestrijding
Actuele waarde
Streefwaarde/ planning
Structureel
conform de normen uit het door het college vastgestelde dekkingsplan - Coordineren van gemeentelijke processen bij repressief optreden - Gemeentelijke procesbeschrijvingen binnen het Regionaal Crisisplan actueel houden - Opleiden, oefenen en trainen van alle betrokken functionarissen ten behoeve van incidenten- en rampenbestrijding
- Toetsen van de uitgewerkte procedures en processen, o.a. in het kader van de WABO. - Jaarlijks worden de ca. 320 meest risicovolle gebouwen gecontroleerd op de brandveiligheidsvoorschriften. - Uitwerken en implementeren brandveilig leven, o.a. door bewustwording van inwoners te vergroten door voorlichting
- 23 -
Structureel
Programmabegroting 2014
2.2.3.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
1.417.081
€
1.804.940
€
1.549.790
€
1.487.724
€
1.487.267
€
1.486.358
Baten
€
16.297
€
15.928
€
15.928
€
15.928
€
15.928
€
15.928
Saldo
€
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
1.378.396-
€
1.742.709-
€
1.533.862-
€
1.471.796-
€
1.471.339-
€
1.470.430-
Lasten
€
651.630
€
485.964
€
659.390
€
649.390
€
649.390
€
649.390
Baten
€
31.113
€
5.190
€
20.190
€
20.190
€
20.190
€
20.190
Saldo
€
620.518-
€
480.774-
€
639.200-
€
629.200-
€
629.200-
€
629.200-
Verrekening met reserves
€
2.543
€
Saldo na verrekening reserves
€
617.975-
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 1.996.371-
Thema's Fysieke veiligheid
1.400.783-
22.387
€
€
1.789.012-
46.303
€
€
1.533.862-
-
€
€
1.471.796-
-
€
€
1.471.339-
-
€
€
1.470.430-
-
Sociale veiligheid
-
€
480.774-
€ 2.223.483-
€
639.200-
€ 2.173.062-
Geplande investeringen programma 2
Raming 2014
Woningen, brandweerkazerne, dakbedekking
2.500
Totaal
2.500
Programmabegroting 2014
- 24 -
€ €
629.200-
€ 2.100.996-
€ €
629.200-
€ 2.100.539-
€ €
629.200-
€ 2.099.630-
2.2.4.
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen In dit programma worden de baten en lasten verantwoord die betrekking hebben op brandweertaken, crisis- en rampenbestrijding. Daarnaast worden er diverse activiteiten ontplooid die bijdragen aan het veiligheidsgevoel van burgers in Sliedrecht. Het programma heeft een sterk wettelijk karakter. Brandweertaken zijn wettelijk verplicht. Dat geldt tevens voor de rampenbestrijding. Keuzevrijheid is er niet of nauwelijks. Er is sprake van een aantal belangrijke ontwikkelingen: - Verwachte wetswijzigingen op het terrein van veiligheid tot 2015: de Gemeentewet vanwege de gemeentelijke regiefunctie integraal veiligheidsbeleid, de Wet Veiligheidsregio’s en het daarbij behorende Regionaal Risicoprofiel, Regionaal Beleidsplan en Regionaal Crisisplan. Daarnaast verwachten we wetswijzigingen op het gebied van regulering van prostitutie en het bestrijden misstanden in de seksbranche. - De gemeente is gezien de financiële situatie in toenemende mate aangewezen op het delen van verantwoordelijkheid op het gebied van veiligheid met bewoners en ketenpartners. Buurttoezicht en het preventieteam zakkenrollen zijn concrete initiatieven die hierop inspelen. - Samen met de inwoners van ons dorp, maatschappelijke organisaties en onze veiligheidspartners willen we het veiligheidsniveau vasthouden en waar mogelijk verder uitbouwen. We stimuleren de betrokkenheid van inwoners om ook zelf een bijdrage te leveren aan het creëren van een veilige eigen buurt en een goede leefomgeving. - Naar verwachting wordt het Integraal Veiligheidsbeleid eind 2013 ter vaststelling aan de gemeenteraad aangeboden. Dit beleid maakt het veiligheidsbeleid breed inzichtelijk, legt dwarsverbanden en benut mogelijkheden voor optimalisatie. Direct na vaststelling wordt gestart met de uitvoering van dit beleid. Gezien het brede karakter van dit beleid is het niet te koppelen aan één specifiek resultaat op het gebied van veiligheid en niet in de programmakaart opgenomen
Kaderstellende nota’s - Coffeeshopbeleid - Prioriteiten en Doelstellingen Openbare Orde en Veiligheid* - Regionaal Rampenplan * De gemeenteraad krijgt jaarlijks een nieuw voorstel ter vaststelling aangeboden. Naar verwachting wordt het voorstel ‘Prioriteiten en Doelstellingen OOV 2014’ in december 2013 ter vaststelling aangeboden.
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Aantal misdrijven per 1000 inwoners
Percentage inwoners wat zich in de buurt wel eens onveilig voelt
Drechtsteden
65,7
Drechtsteden
60,3
Zwijndrecht
Sliedrecht
Sliedrecht
47,9
82,1 50,2 0,0
10,0
20,0
30,0
40,0
50,0 60,0
25,0 19,0
Hendrik Ido Ambacht
Dordrecht
Alblasserdan
18,0
Papendrecht
46,4
Hendrik Ido Ambacht
29,0
Zwijndrecht
51,7
Papendrecht
24,0
70,0
80,0
90,0 100,0
- 25 -
Dordrecht
22,0
Alblasserdan
22,0 0,0
10,0
20,0
30,0
40,0
Programmabegroting 2014
2.3. Programma 3 Jeugd en onderwijs 2.3.1.
‐ ‐
Programma activiteiten
Jeugd Onderwijs
2.3.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie Iedereen moet zich zo goed mogelijk kunnen ontwikkelen om optimaal te participeren in de maatschappij. Er is binnen Sliedrecht bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van jeugd. Doelstelling 1: Realiseren en in stand houden van voorzieningen opdat jeugd zelf kansrijk aan haar toekomst kan bouwen. Doelstelling 2: Het bieden van gelijke kansen binnen het onderwijs en op de arbeidsmarkt door middel van (1) het faciliteren van goede voorzieningen, (2) het bestrijden van onderwijsachterstanden en (3) het versterken van de doorgaande lijn tussen (voor)scholen en de verbinding tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt, zodat een grotere maatschappelijke (zelf)redzaamheid gerealiseerd kan worden.
2.3.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Realiseren en in stand houden van voorzieningen opdat jeugd zelf kansrijk aan haar toekomst kan bouwen. Streefwaarde / planning
Resultaat
Maatregel
1.1.
Optimale deelname van jongeren aan de maatschappij
- Uitwerken van de evaluatie jeugdbeleid - Centrum voor Jeugd en Gezin verder inpassen in lokaal beleid jeugdzorg - Omvormen van netwerkstructuren naar de nieuwe werkwijze, welke in lokaal beleid is opgenomen.
2014
1.2.
Van start gaan per 1-1-2015 van de nieuwe taken van de jeugdzorg, inclusief jeugdbescherming en reclassering, jeugd-ggz en jeugd-lvg.
- Implementeren van beleidsplan en verordening jeugdzorg
2014
Programmabegroting 2014
0-waarde
Actuele waarde
Nr.
- 26 -
Doelstelling 2: Vergroten van de scholingsgraad, bieden van gelijke kansen op onderwijs voor iedereen en bestrijden van onderwijsachterstanden om zo een grotere maatschappelijke (zelf)redzaamheid van zowel jongeren als volwassenen te bereiken. Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
2.1.
Zo min mogelijk kinderen verlaten zonder startkwalificatie het onderwijs
- Aansluiting VO-MBO verbeteren - Schoolloopbaanbegeleiding van risicoleerlingen - Aanpakken van verzuim
VO 17 MBO 43
VO 14 MBO 38
VO 12 MBO 30
(2009-2010)
(2011-2012)
(2013-2014)
Bron
VSV-verkenning OCW / jaarcijfers Dienst Gezondheid & Jeugd ZHZ
2.2
Zo min mogelijk leerlingen hebben een achterstand.
- Zo hoog mogelijke deelname aan het VVE-programma - VVE-programma wordt uitgevoerd - Ouderbetrokkenheid vergroten - Kwaliteitsgesprekken voeren met instellingen die VVE subsidie ontvangen - Taalniveau van de pedagogisch medewerkers verhogen - Doorgaan met schakelklassen in het basisonderwijs - Ontwikkelen monitoring VVE
2014
2.3
Alle leerlingen in het onderwijs krijgen een passende onderwijsplek, waarbij het kind het meest tot zijn recht komt.
- Implementeren passend onderwijs
2014 en vervolgens structureel
2.4
Voldoende kwalitatieve en kwantitatieve huisvesting voor onderwijs, peuterspeelzalen en kinderopvang.
- Uitvoering geven aan het Integraal Huisvestingsplan - Binnen de kaders van de visie op Brede Scholen de ontwikkeling van Brede Scholen faciliteren. - Oplevering Brede School Prickwaert
2014 en doorlopend
Zomer 2014
2.5
Overdracht van het buitenonderhoud naar schoolbesturen is gerealiseerd op 1-1-2015
- Voorbereiden en uitvoeren van de doordecentralisatie van het buitenonderhoud
2014
2.5
Voldoende gekwalificeerde leerlingen voor de toekomstgerichte arbeidsmarkt.
- Verder ontwikkelen en faciliteren Lokaal Onderwijs Centrum (LOC). - Regionale afstemming bevorderen op bestuurlijk niveau.
Structureel
2.6
Brede School Baanhoek-West
- Nadere uitwerking na - besluitvorming IHP
2014
- 27 -
Programmabegroting 2014
2.3.4.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
4.424.235
€
4.005.833
€
3.738.117
€
3.573.828
€
3.581.016
€
3.553.622
Baten
€
477.893
€
365.381
€
393.707
€
393.707
€
393.707
€
393.707
Saldo
€
3.946.342-
€
3.640.452-
€
3.344.410-
€
3.180.121-
€
3.187.309-
€
3.159.915-
Verrekening met reserves
€
292.961
€
105.773
€
103.798
€
103.648
€
103.498
€
103.348
Saldo na verrekening reserves
€
3.653.381-
€
3.534.679-
€
3.240.612-
€
3.076.473-
€
3.083.811-
€
3.056.567-
Lasten
€
343.779
€
348.381
€
294.239
€
289.915
€
289.915
€
289.915
Baten
€
227
€
Saldo
€
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 3.996.933-
Thema's Opgroeien en onderwijs
Integraal jeugdbeleid
343.552-
343.552-
€
€ €
348.381-
348.381-
€ 3.883.060-
€ €
€ €
294.239-
294.239-
€ 3.534.851-
€ €
289.915-
€ €
289.915-
€ 3.366.388-
Geplande investeringen programma 3
Raming 2014
Herstel vandalismeschade diverse scholen Huur noodlokalen t.b.v. speciaal onderwijs Joh. Calvijnschool groot onderhoud Pr. Willem Alexanderschool, groot onderhoud Oranje Nassauschool, locatie Merwestraat, groot onderhoud OBS De Wilgen, groot onderhoud OBS H. Dunant, groot onderhoud Totaal
20.000 75.000 200.123 61.786 5.194 175.000 25.000 562.103
2.3.5.
€ €
€ €
289.915-
289.915-
€ 3.373.726-
€ €
289.915-
€ €
289.915-
€ 3.346.482-
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen In dit programma worden de lasten en baten verantwoord die betrekking hebben op de onderwijsvoorzieningen, kinderopvang / peuterspeelzaalwerk alsmede jeugd en jongerenwerk. De wettelijke taken hebben voor het grootste deel betrekking op de zorg voor adequate onderwijshuisvesting, leerlingenvervoer en toezicht op het openbaar onderwijs. De producten peuterspeelzaal- en jeugd en jongerenwerk hebben geen wettelijke grondslag. De gemeente is vrij in het al dan niet aanbieden van deze voorzieningen. Jeugdzorg ‐ In het najaar van 2013 zal de raad de herijking jeugdbeleid vaststellen. In de herijking wordt de decentralisatie van de jeugdzorg per 1-1-2015 en de doorontwikkeling van het Centrum voor Jeugd en Gezin meegenomen. Ook een doorlichting/evaluatie van het jongerenwerk (Stichting Open Jeugdwerk Sliedrecht) maakt deel uit van de herijking. ‐ Voorbereidende werkzaamheden i.v.m. de nieuwe taken van de jeugdzorg, inclusief jeugdbescherming en reclassering, jeugd-ggz en jeugd-lvg (per 1-1-2015).
Programmabegroting 2014
- 28 -
‐ ‐
Het is onzeker of er nog RAS (Regionale Agenda Samenleving) middelen beschikbaar zijn Invoering en inbedding Landelijke verwijsindex risicojongeren
Onderwijs ‐ Op het gebied van onderwijs is de “strategische agenda onderwijs” in ontwikkeling. Hierin wordt aangegeven hoe de onderwijsvisie en huisvestingsituatie van de scholen voor de komende jaren gestalte gaat krijgen. Onderdelen hierin zijn o.a. brede schoolontwikkeling/doorgaande leerlijn en aansluiting onderwijs – arbeidsmarkt ‐ Invoering van Passend Onderwijs (zorgplicht voor passend onderwijs voor zorgleerlingen komt te liggen bij scholen voor primair en voortgezet onderwijs) ‐ Verminderde toename leerlingen bij Griendencollege voor vmbo dan geprognosticeerd Als achtergrondinformatie volgen hieronder de leerlingaantallen binnen onze gemeente. Omschrijving
1 oktober 2010
1 oktober 2011
1 oktober 2012
Aantal leerlingen basisonderwijs
2.249
2.286
2.260
Aantal leerlingen speciaal onderwijs en praktijkonderwijs
309
398
425
Aantal leerlingen Griendencollege
417
377
321
2010
2011
2012
Deelname voorschoolse educatie doelgroepkinderen (4 dagdelen peuterspeelzalen en kinderopvang2
92
36
60
Deelname doelgroepkinderen basisonderwijs aan schakelklassen
75
46
55
Bron: CFI-onderwijsmonitor Sliedrecht en jaarcijfers instellingen
Kaderstellende nota’s Jeugd Beleidsnota ‘Peuterspeelzalen in Sliedrecht’ Integrale beleidsnota ‘Jeugd Inbegrepen?!’ Algemene Subsidieverordening Sliedrecht Beleidsnota CJG Sliedrecht Convenant CJG Sliedrecht Onderwijs Visie onderwijs en educatie Sliedrecht 2012-2020 Verordening leerlingenvervoer gemeente Sliedrecht. Verordening huisvestingsvoorzieningen onderwijs gemeente Sliedrecht Besluitvorming verwacht eind 2013: Integraal Huisvestingsplan Visie Brede Scholen in Sliedrecht
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Oordeel burgers over het onderwijs in de gemeente
Oordeel burgers over het onderwijs in de buurt
7,4
Drechtsteden
7,7
Sliedrecht
Papendrecht
7,7
Papendrecht
Hendrik Ido Ambacht
7,6
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
7,9 8,1
Dordrecht
7,2 1,0
8,3
Hendrik Ido Ambacht
7,1
Alblasserdan
7,8
Zwijndrecht
Sliedrecht
Dordrecht
7,9
Drechtsteden
7,5
Zwijndrecht
8,0
7,7 8,0
Alblasserdan
9,0
10,0
1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
2 Met ingang van 2011 tellen alleen kinderen mee die 4 dagdelen volgen. Dit als gevolg van de wet OKE.
- 29 -
Programmabegroting 2014
Percentage nieuwe voortijdige schoolverlaters 20%
15%
10%
5%
0% '05/'06
'06/'07
'07/'08
'08/'09
Sliedrecht mbo
Programmabegroting 2014
'09/'10 regio mbo
- 30 -
'10/'11
2.4. Programma 4 Openbare ruimte 2.4.1.
‐ ‐
Programma activiteiten
Beheer openbare ruimte Afvalinzameling en –verwerking
2.4.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie Een aantrekkelijke, groene woon- en werkomgeving, maatschappelijk verantwoord omgaan met afvalstoffen en de mogelijkheden voor een piëteitsvolle teraardebestelling en urnenbijzetting. Doelstelling 1: Ontwikkelen en in stand houden van een aantrekkelijke en veilige woonomgeving Doelstelling 2: Voldoen aan de zorgplicht voor de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen
Doelstelling 1: Ontwikkelen en in stand houden van een aantrekkelijke en veilige woonomgeving Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
1.1
Waardering van de woonomgeving door burgers
‐ Betrekken van bewoners en belanghebbenden bij de voorbereiding van de werkzaamheden in het openbare gebied (w.o. speelvoorzieningen, beheer en onderhoud openbare ruimte) en hierover communiceren met de betrokken wijkplatforms. ‐ Tegengaan van hondenoverlast door: ‐ Onderhouden van losloopgebieden en uitrenvelden ‐ Beschikbaar stellen van opruimmiddelen ‐ Voorlichting en ‐ handhaving
7,3 (2009)
Actuele waarde 7,5 (2013)
Omschrijving:
Waardering van de woonomgeving door de burger
Bron
Omnibus OCD
Volgende meting
2015
- 31 -
Streefwaarde / planning 7,0
Programmabegroting 2014
Doelstelling 2: Voldoen aan de zorgplicht voor de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
Actuele waarde
2.1
65% van het afval is geschikt voor hergebruik
- Uitvoering geven aan het vastgestelde afvalbeleidsplan
52% (2010)
53% (2012)
Omschrijving
Afvalscheiding
Bron
Interne registratie
Volgende meting
Jaarlijks
2.4.3.
Streefwaarde / planning 60% (2015) 65% (2020)
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
2.984.387
€
2.833.373
€
2.964.955
€
2.868.250
€
2.867.102
€
2.865.955
Baten
€
581.932
€
460.814
€
491.592
€
480.779
€
479.965
€
479.151
Saldo
€
2.402.455-
€
2.372.559-
€
2.473.363-
€
2.387.471-
€
2.387.137-
€
2.386.804-
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
2.364.780-
€
2.366.228-
€
2.467.622-
€
2.381.900-
€
2.381.735-
€
2.381.570-
Lasten
€
2.057.809
€
2.309.487
€
2.273.879
€
2.258.296
€
2.274.033
€
2.275.882
Baten
€
2.586.819
€
2.373.104
€
2.317.950
€
2.206.627
€
2.227.364
€
2.236.560
Saldo
€
529.010
€
63.617
€
44.071
€
51.669-
€
46.669-
€
39.322-
Verrekening met reserves
€
354.721-
€
71.818-
€
44.071-
€
51.669
€
46.669
€
39.322
Saldo na verrekening reserves
€
174.289
€
8.201-
€
€
-
€
-
€
-
Totaal saldo voor bestemming
€ 2.190.491-
Thema's Beheer openbare ruimte
37.675
€
6.331
€
5.741
€
5.571
€
5.402
€
5.234
Afvalinzamelijk en -verwerking
Programmabegroting 2014
€ 2.374.429-
- 32 -
-
€ 2.467.622-
€ 2.381.900-
€ 2.381.735-
€ 2.381.570-
Geplande investeringen programma 4
Raming 2014
Vervanging huisvuilcontainers Vervanging bedrijfsvuilcontainers Ondergrondse afvalinzameling Wijkonderkomen Feitsmapark/NME centrum, onderhoud Kinderboerderij, onderhoud Begraafplaats wachtkamer en onderkomen, onderhoud Volière, onderhoud 4 speelplekken, groot onderhoud Vernieuwen boomschorsondergronden Drainage plantsoenen Waterpartijen, baggerbeleid Begraafplaats, herinrichting/onderhoud
21.000 6.000 125.000 2.000 6.630 2.105 2.020 61.500 12.000 4.000 43.972 100.000
Totaal
386.227
2.4.4.
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen De gemeente bevordert een aantrekkelijke groene woon- en werkomgeving, maatschappelijk verantwoord omgaan met afvalstoffen en de mogelijkheden voor een piëteitsvolle teraardebestelling en urnenbijzetting. Wij zien het Groenbeleidsplan als basis voor de te realiseren groenstructuur. In het Groenbeleidsplan is vastgelegd:
-
de uitgangspunten voor het groen voor zowel het reguliere beheer als bij reconstructies een toetsingskader bij de belangenafwegingen tussen groene en overige functies maatregelen voor de bescherming van bomen (uitgewerkt in het Bomenbeleidsplan)
Het programma bevat een aantal taken die wettelijk verplicht zijn, te weten de inzameling van huishoudelijk afval (Wet Milieubeheer), begraafplaats (Wet op de Lijkbezorging) en de ongediertebestrijding (Wet op de Volksgezondheid). Door de vastgestelde bezuinigingen zijn er minder middelen beschikbaar voor onderhoud openbare ruimte. Afvalscheiding: de proef gehouden binnen een deel van Sliedrecht, met de gecombineerde inzameling van droog en herbruikbaar afval eindigt eind 2013. Het Afvalbeleidsplan, dat in het vierde kwartaal van 2013 wordt vastgesteld, bevat maatregelen om de doelstelling van afvalscheiding te realiseren.
Kaderstellende nota’s ‐ Groenbeleidsplan 2003 (vaststelling actualisering 2014) ‐ Groenbeheerplan 2004 ‐ Bomenbeleidsplan ‐ Afvalstoffenverordening 2011 ‐ Hondenbeleid ‘Omslag van gedrag’. Zie programma 7 m.b.t. product waterpartijen ‐ Afvalbeleidsplan 2014 ‐
- 33 -
Programmabegroting 2014
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Schaalscore verloedering (hoe hoger de schaalscore, hoe meer verloedering inwoners ervaren)
Drechtsteden
Rapportcijfer afvalinzameling
4,1 4,7
Zwijndrecht
Sliedrecht
7,6
Drechtsteden
7,4
Zwijndrecht
3,5
8,3
Sliedrecht
Papendrecht
4,1
Papendrecht
7,7
Hendrik Ido Ambacht
4,1
Hendrik Ido Ambacht
7,7
4,4
Dordrecht
3,5
Alblasserdan 0,0
1,0
Programmabegroting 2014
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
Dordrecht
7,5
Alblasserdan
7,5 1,0
- 34 -
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
2.5. Programma 5 Cultuur, sport en recreatie 2.5.1.
‐ ‐
Programma activiteiten
Cultuur Sport en recreatie
2.5.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie De gemeente vindt het belangrijk dat haar inwoners meedoen aan de maatschappij en zich kunnen ontplooien. Ook vervult sport een belangrijke preventieve rol voor de gezondheid. Cultuur, recreatie en sport zien wij hiervoor als belangrijke middelen en daarom streven we er naar om binnen de gemeente voldoende culturele, sportieve en recreatieve voorzieningen te bieden. Doelstelling 1: Realiseren van voldoende voorzieningen voor de bewoners om sociaal-culturele activiteiten te kunnen ontplooien waarbij het verenigingsleven wordt gestimuleerd activiteiten voor en door inwoners te organiseren Doelstelling 2: Bevorderen van een gezonde en actieve leefstijl door zoveel mogelijk bewoners op een verantwoorde, veilige manier te laten sporten en recreëren 2.5.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Realiseren van voldoende voorzieningen voor de bewoners om sociaal-culturele activiteiten te kunnen ontplooien waarbij het verenigingsleven wordt gestimuleerd activiteiten voor en door inwoners te organiseren Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
Een bibliotheekvoorziening die past bij de informatiebehoefte van de bewoners.
- Herhuisvesting van de
1.1.
Actuele waarde
Streefwaarde / planning 2014
bibliotheek is voorzien met de realisatie van de plannen rond de Bonkelaar. De bouwwerkzaamheden zijn inmiddels gestart. 2014 - Besluitvorming aangaande fusievoornemen met het bibliotheeknetwerk. (De gemeenten worden eind 2013 geïnformeerd over het fusieproces). -
- 35 -
Programmabegroting 2014
Doelstelling 1: Realiseren van voldoende voorzieningen voor de bewoners om sociaal-culturele activiteiten te kunnen ontplooien waarbij het verenigingsleven wordt gestimuleerd activiteiten voor en door inwoners te organiseren 1.2.
Een optimale deelname van bewoners aan amateuristische kunstbeoefening.
- Subsidiëren van culturele instellingen c.q. culturele activiteiten op basis van de Algemene Subsidieverordening Sliedrecht. - Mede zorg dragen voor voldoende infrastructuur/ accommodaties. - Faciliteren muziekonderwijs
Structureel
Doelstelling 2: Bevorderen van een gezonde en actieve leefstijl door zoveel mogelijk bewoners op een verantwoorde, veilige manier te laten sporten en recreëren Nr.
Resultaat
Maatregel
2.1.
Bewoners sporten en bewegen actief
- Goede sportaccommodaties door planvorming voor uitbreiding binnensport accommodaties. - Subsidiëren van sportverenigingen op basis van de Algemene Subsidieverordening Sliedrecht. - Inzet van Combinatiefunctionarissen
Programmabegroting 2014
0-waarde
- 36 -
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
Structureel
2.5.4.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
1.648.577
€
1.555.456
€
1.544.120
€
1.517.834
€
1.501.003
€
1.497.983
Baten
€
661.609
€
557.220
€
563.834
€
574.834
€
574.834
€
574.834
Saldo
€
986.968-
€
998.236-
€
980.286-
€
943.000-
€
926.169-
€
923.149-
Verrekening met reserves
€
52.702
€
49.841
€
50.645
€
46.469
€
42.134
€
37.633
Saldo na verrekening reserves
€
934.266-
€
948.395-
€
929.641-
€
896.531-
€
884.035-
€
885.516-
Thema's Cultuurvoorzieningen
Sport- en recreatievoorzieningen Lasten
€
2.412.970
€
2.364.367
€
2.399.979
€
2.323.037
€
2.322.246
€
2.258.256
Baten
€
1.005.890
€
913.070
€
921.697
€
943.897
€
943.897
€
943.897
Saldo
€
1.407.080-
€
1.451.297-
€
1.478.282-
€
1.379.140-
€
1.378.349-
€
1.314.359-
Verrekening met reserves
€
106.691
€
Saldo na verrekening reserves
€
1.300.389-
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 2.234.655-
20.342 1.430.955-
€ 2.379.350-
€ €
19.386
€
1.458.896-
€ 2.388.537-
€
19.105 1.360.035-
€ 2.256.566-
€
18.826 1.359.523-
€ 2.243.558-
Geplande investeringen programma 5
Raming 2014
Bronbad de Lockhorst, luchtverhitters Bronbad de Lockhorst, luchtbehandelingsunit kleedlokalen Bronbad de Lockhorst, diversen Zalencentrum De Lockhorst, onderhoud Sporthal De Stoep, luchtbehandelingsinstallatie kleine zaal Sporthal De Stoep, onderhoud liftinstallatie Sporthal De Stoep, diversen Sporthal De Valk, onderhoud installaties Sporthal De Valk, diversen Gymnastiektoestellen, onderhoud/vervanging Gebouw Stationsweg 2, onderhoud Gebouw Stationsweg 4, onderhoud De Reling, onderhoud gevels, schilderwerk De Reling, onderhoud interieur en installaties Nic. Beetsstraat 2-6 (CJG), onderhoud Frans Halsstraat 1, (vm. Groen van Prinstererschool), onderhoud Diverse verenigingsaccommodaties, herstel manco’s Totaal
26.200 65.000 36.451 22.510 25.000 9.285 3.000 10.600 4.790 5.895 2.400 6.100 4.200 7.866 1.500 5.000 8.500 244.297
- 37 -
€
€ €
18.547 1.295.812-
€ 2.181.328-
Programmabegroting 2014
2.5.5.
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen Op de gebieden van sportbeoefening, recreatie en cultuur heeft de gemeente geen wettelijke taken. De taken die de gemeente hiervoor uitvoert worden als middel ingezet bij sociale binding en voor de gezondheid en het welzijn van de inwoners van Sliedrecht. De gemeente ondersteunt de lokale (sport)verenigingen en stichtingen zodat de inwoners van Sliedrecht kunnen sporten en bewegen in hun directe omgeving en volgt door het Rijk ingezet beleid waarbij sport en bewegen (bij voorkeur dichtbij in de buurt) als een belangrijk middel ingezet moet worden ter verbetering van de gezondheid en de participatie van de inwoners. De bezuinigingen raken direct de beschikbare middelen, o.a. in de cultuursector. Naast de landelijke maatregelen (o.a. btw verhoging) bezuinigt de gemeente op instellingen en verenigingen d.m.v. bevriezing indexeringen en verlaging subsidies. Als achtergrondinformatie op het gebied van cultuur zijn de volgende gegevens opgenomen: Bibliotheek 2012 - Aantal jeugdleden
3.032
- Aantal volwassen leden
2.650
Aantal bezoekers 2012 - Baggermuseum
7.006
- Sliedrechts museum
2.730
Muziekonderwijs Crescendo 2012 - Aantal plaatsen
80
- Bezetting
80
- Wachtlijst
25
Kaderstellende nota’s WMO Beleidsplan Wmo Sliedrecht 2012-2015 Lokaal Gezondheidsbeleidsplan gemeente Sliedrecht 2012 -2015 Integrale Beleidsnota Sport 2006 – 2010 Convenant Samenwerkingsverband Aangepast sporten in de regio Drechtsteden Gemeenschappelijke Regeling Parkschap Nationaal Park de Biesbosch Cultuurparticipatieplan Drechtsteden - Subsidiebeleidsplan, Subsidiebeleidsregels en Subsidieverordening
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Oordeel burgers over sport, cultuur en recreatie
Percentage inwoners wat deelneemt aan activiteiten
6,5
Drechtsteden
Drechtsteden
6,3
Zwijndrecht
Sliedrecht
Papendrecht
6,6
Papendrecht
Hendrik Ido Ambacht
6,6
Hendrik Ido Ambacht
Dordrecht
6,5
Dordrecht
7,1
Alblasserdan 1,0
2,0
3,0
Programmabegroting 2014
4,0
5,0
6,0
71,3
Zwijndrecht
6,8
Sliedrecht
72,7
7,0
70,0 73,3 70,0 73,7 71,7
Alblasserdan
8,0
9,0
10,0
- 38 -
0,0
10,0
20,0
30,0
40,0
50,0 60,0
70,0
80,0
90,0 100,0
2.6. Programma 6 Werk, inkomen, zorg en welzijn 2.6.1.
Programma activiteiten
‐
Inkomen
‐
Zorg en welzijn
‐
Werk en ondernemerschap
2.6.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie We zetten ons in voor het bevorderen van de maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid van kwetsbare mensen die ondersteuning nodig hebben. Ook maken we werk van gezondheidsbevordering en gezondheidsbescherming. Doelstelling 1: Zoveel mogelijk mensen aan het werk, zodat zij in hun eigen bestaan kunnen voorzien. Doelstelling 2: Een gunstige en aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven. Doelstelling 3: Bevordering van maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid van kwetsbare burgers die ondersteuning behoeven. Doelstelling 4: Door preventie, een wijkgerichte aanpak en integrale benadering wordt de gezondheid bevorderd en beschermd.
2.6.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Zoveel mogelijk mensen aan het werk, zodat zij in hun eigen bestaan kunnen voorzien. Nr.
Resultaat
Maatregel
0-waarde
1.1.
Het aantal uitkeringen op Drechtstedelijk niveau is eind 2014 verminderd.
- Vergroting van de effectiviteit en efficiency van het sociaal beleid (via SDD). - Zorgen dat meer mensen uit de doelgroepen gebruik maken van het (kwijtscheldings)beleid voor de minima (via SDD) en plaatselijke voorlichting.
Bron
SDD
Definitie
De hoeveelheid uitkeringsgerechtigden.
Volgende meting
2014
Actuele waarde
n.t.b.
Streefwaarde / planning
n.t.b. 3
3 Deze cijfers voor 2014 zijn nog niet beschikbaar. De geactualiseerde begroting van de SDD wordt in december 2013 door de Drechtraad behandeld. Voor eind 2013 ligt de streefwaarde voor de SDD op 5.124.
- 39 -
Programmabegroting 2014
Doelstelling 2: Een gunstige en aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven Streefwaarde / planning
Resultaat
Maatregel
2.1.
Het oordeel van ondernemers over het ondernemersklimaat blijft gehandhaafd op het huidige niveau
- Doorontwikkeling van de industrielocaties inclusief bereikbaarheid.
Bron
OCD
Definitie
oordeel ondernemers voor het gemeentelijk ondernemingsklimaat
Volgende meting
2013 (najaar)
Sliedrecht is een toplocatie in het cluster maritieme industrie
- Het kwaliteitsniveau van Kerkerak wordt in stand gehouden
2.2.
0-waarde
Actuele waarde
Nr.
- Het Plaatje wordt herontwikkeld, conform besluitvorming gemeenteraad 2012)
2.3.
Sliedrecht is een belangrijke toegangspoort van de Randstad
Doorlopend
Overgedragen aan ROM-D
2015
(doorlopend)
Verkenning
(afhankelijk van marktsituatie)
Nog niet gereed
2014
- Regionale kaderstelling branchering (actualisatie detailhandelsvisie Drechsteden)
2.5.
Sliedrecht is een aantrekkelijke woon-werk gemeente met een passend voorzieningenniveau
- Realisatie Burgemeester Winklerplein
-
-
2017
Uitvoering visie Kerkbuurt: openstelling voor fietsers onderzoek gedeeltelijke openstelling voor auto’s onderzoeken mogelijkheden ondernemersfonds Kerkbuurt en Winklerplein tegengaan leegstand
2013-2014
- Versterken rol bedrijvencentrum
- Implementatie uitkomsten onderzoek ZZP-in-beeld
Programmabegroting 2014
7,1
- Ontwikkeling nieuwe locaties: Driehoek en Stationspark III
Sliedrecht is het regionale centrum voor perifere detailhandel
Stimuleren ondernemerschap
7,1 (2010)
- Herstructurering Nijverwaard t.b.v. Woonboulevard
2.4.
2.6
6,8 (2008)
- 40 -
2014
Onderzoek door KvK stopgezet
n.v.t.
Doelstelling 3: Bevordering van maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid van kwetsbare burgers die ondersteuning behoeven. Streefwaarde / planning
Resultaat
Maatregel
3.1.
41% van de inwoners van onze gemeente is actief als vrijwilliger
- Campagne voeren - Inzet op vrijwilligerspunt (maatschappelijke stage)
Bron
Factsheet vrijwilligersbeleid VNG/OCD en Omnibus (OCD)
Definitie
Dit aantal (9.360) is binnen Sliedrecht vrij constant; het beleid is vooral gericht op het vinden van nieuwe vrijwilligers
Volgende meting
2013 (OCD) en evaluatie Vrijwilligerspunt (SWS)
Kwetsbare inwoners participeren naar vermogen en zijn zelfredzaam.
- Uitvoering geven aan de actiepunten uit het Wmobeleidsplan 2012-2015. - Voorbereiden van de decentralisatie AWBZ - - uitvoering geven aan pilot Sociaal Team Sliedrecht vanuit convenant VGZ en Drechtsteden)
2012-2015
2014
3.2.
0-waarde
Actuele waarde
Nr.
3.3.
Zo goed mogelijke deelname van mensen met een beperking aan het arbeidsproces
- Voorbereiden van de participatiewet
3.4.
Bewoners die gebruik maken van een individuele WMO voorziening van het SDD blijft gelijk.
- Via de inzet op de werkplannen Zorg en Ondersteuning (Welzijnswerk Sliedrecht) wordt invloed uitgeoefend op de inzet van het SDD
Bron
SDD
Volgende meting
2014
Bewoners die ondersteuning krijgen vanuit Welzijnswerk Sliedrecht neemt met 5% toe.
Inzet op: - -Mantelzorgpunt - Cliëntondersteuning - Ouderadvies - -Dagbesteding - -WMO service loket -
Bron
Welzijnswerk Sliedrecht
Volgende meting
2014
a) Bewoners die gebruik maken van lichte opvoedondersteuning van Rivas Zorggroep (schoolmaatschappelijk werk, stevig ouderschap en inzet pedagogisch adviseur) b) Bewoners die gebruik maken van reguliere opvoedingondersteuning van Rivas Zorggroep (80% van de maatschappelijk werk trajecten, 20% van de trajecten thuisbegeleiding) c) Bewoners die langdurige
CJG
3.5.
3.6
- 41 -
41%
39 % (2009)
2014 2013 en 2014
1915
1915
401
421
75
75
256
256
10
10
Programmabegroting 2014
en/of terugkerende zware opvoedingondersteuning nodig hebben van Rivas Zorggroep (20% van de trajecten thuisbegeleiding en 20% van maatschappelijk werk) Bron
Rivas Zorggroep (verantwoording 2012 en subsidieaanvraag 2014)
Volgende meting
2014
Doelstelling 4: Door preventie, een wijkgerichte aanpak en integrale benadering wordt de gezondheid bevorderd en beschermd. 0-waarde
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
Nr.
Resultaat
Maatregel
4.1.
Een gezonde levensstijl van inwoners
- Bevorderen van het project Gezond gewicht
2012-2015
- Bevorderen Mentale weerbaarheid
2012-2015
- Uitvoering plan van aanpak van overmatig middelengebruik
2012-2015
2012-2015
4.4.
Gemeentelijke planvorming (in de fysieke omgeving) waarin gezondheidsaspecten zijn meegewogen
- Uitvoeren actiepunten Gezondheidseffectscreening LGB
4.5.
Bereik voor de JGZ wat ligt op de wettelijke norm
- Handhaven van het huidige niveau.
Bereik JGZ 0-4 jaar Bereik JGZ 4-12 jaar Bereik JGZ 12-19 jaar
97% (2012) 95% (2012) 93% (2012)
Bron
Rapportage JGZ
Definitie
*Eisen regiobrede afspraken liggen lager dan bereik Sliedrecht: inzet=consolideren
Volgende meting
2013
Programmabegroting 2014
- 42 -
97%* 95% 93%
2.6.4.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
4.478.210
€
4.611.000
€
4.596.000
€
4.611.000
€
4.611.000
€
4.611.000
Baten
€
4.341.066
€
4.330.000
€
4.323.000
€
4.330.000
€
4.330.000
€
4.330.000
Saldo
€
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
Thema's Inkomen
137.144-
137.144-
€
€ €
281.000-
-
€
€
281.000-
€
273.000-
273.000-
€
€ €
281.000-
-
€
€
281.000-
€
281.000-
281.000-
€
281.000-
€ €
281.000-
Werk en ondernemerschap Lasten
€
4.188.725
€
3.913.979
€
4.134.774
€
4.177.918
€
4.386.825
€
4.386.925
Baten
€
3.791.775
€
3.422.967
€
3.525.129
€
3.566.998
€
3.939.419
€
3.873.891
Saldo
€
396.950-
€
Verrekening met reserves
€
160.621
€
Saldo na verrekening reserves
€
236.329-
€
491.012-
532 490.480-
€
609.645-
€
610.920-
€
447.406-
€
513.034-
€
5.828
€
4.857
€
62.471-
€
4.671
€
603.817-
€
606.063-
€
509.877-
€
508.363-
Zorg Lasten
€
6.026.450
€
6.557.001
€
6.219.002
€
6.506.295
€
6.285.083
€
6.285.064
Baten
€
179.205
€
10.420
€
10.420
€
10.420
€
10.420
€
10.420
Saldo
€
5.847.245-
€
Verrekening met reserves
€
232.750
€
Saldo na verrekening reserves
€
5.614.495-
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 5.987.967-
6.546.581-
-
€
€
6.546.581-
€ 7.318.061-
€
6.208.582-
6.208.582-
€ 7.085.399-
Geplande investeringen programma 6
Raming 2014
geen
0
Totaal
0
- 43 -
€
€ €
6.495.875-
-
€
6.495.875-
€ 7.382.938-
€
€
6.274.663-
6.274.663-
€ 7.065.540-
€
6.274.644-
€ €
6.274.644-
€ 7.064.007-
Programmabegroting 2014
2.6.5.
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen Binnen dit programma worden de baten en lasten verantwoord die verband houden met de inkomensvoorzieningen, gezondheidsbevordering en de bevordering van de maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid. Ook vallen binnen dit programma de activiteiten die betrekking hebben op het stimuleren van de economische ontwikkeling. Het grootste deel betreft wettelijke taken inzake inkomensvoorziening en WMO, waar overigens wel beleidsruimte ligt voor de gemeente. -
Decentralisatie AWBZ. Vanaf 1 januari 2015 zal een aantal functies vanuit de AWBZ zoals begeleiding en persoonlijke verzorging aan gemeenten worden overgedragen en onderdeel uitmaken van de WMO. De middelen voor huishoudelijke ondersteuning worden versoberd en het budget voor cliëntondersteuning (MEE) komt naar gemeenten. De landelijke wetswijzigingen zijn in voorbereiding. In 2014 zal een gemeenschappelijk beleidskader Drechtsteden aan de gemeenteraad ter besluitvorming worden voorgelegd
-
De Participatiewet, voorzien per 1 januari 2015, vervangt de WSW, WWB en Wajong. De invoering van de Participatiewet die de Wet Werken naar Vermogen vervangt, is door het kabinet met 1 jaar uitgesteld tot 1 januari 2015. De samenvoeging van Drechtwerk en de SDD en daarmee de betreffende gemeenschappelijke regeling zal verder worden uitgewerkt gedurende het jaar 2014. De transitie naar het nieuwe stelsel met aangepaste organisatievormen en de effecten daarvan zal enkele jaren in beslag nemen. Verdere detaillering van de contouren wordt van het ministerie nog verwacht.
-
Het Rijk verlaagt een aantal voor de gemeente belangrijke uitkeringen. Zo wordt de taakstelling en het rijksbudget per Wsw-formatieplaats verlaagd en dient er op de budgetten voor de Sociale Dienst fors te worden bespaard. Dit stelt ons voor een forse opgave die in regionaal verband moet worden aangepakt. De druk op de Sociale Dienst blijft toenemen door tegenvallende werkgelegenheid. Nieuwe banen blijven uit door de landelijke (en europese/mondiale) economische stagnatie.
-
Ontwikkelingen economie: de macro-economische ontwikkelingen blijven grote invloed hebben. In Sliedrecht wordt dat zichtbaar in leegstand en achterblijvende gronduitgifte. De driejarige inzet van een centrummanager eindigt in 2013. De gemeente blijft waar mogelijk het bedrijfsleven stimuleren en ondersteunen met fysieke ingrepen en het aanpassen van regelgeving. Jaarlijks worden het beleid en de maatregelen geactualiseerd om in te kunnen spelen op actuele ontwikkelingen.
-
Een belangrijke deel van het beleid voor economie en arbeidsmarkt wordt regionaal vormgegeven. Het beleidsprogramma richt zich op het vergroten van de samenhang tussen onderwijs en arbeidsmarkt en het stimuleren van de belangrijkste economische sectoren.
Kaderstellende nota’s - WMO-beleidsplan 2012-2015 - Lokaal gezondheidsbeleid 2012-2015 - Regionaal Actieplan aanpak Jeugdwerkeloosheid - Subsidiebeleidsplan, Subsidiebeleidsregels en Subsidieverordening - Uitvoeringsprogramma bedrijventerreinen Drechtsteden (2010) - Regionale kantorenstrategie (2013) - Regionaal detailhandelsbeleid (verwachte vaststelling begin 2014) - Toeristisch-recreatief programma Hollands Glorie beleidskader regionale economische marketing, promotie en acquisitie (2010) - Pieken in de Drechtsteden - SWOT-analyse & Innovatieagenda Maritieme Piek Drechtsteden (2010) - Geactualiseerde Economische Visie Sliedrecht (deze zal eind 2013 aan uw raad verzonden worden) en uitvoeringsprogramma 2014 (Lokaal) -
Programmabegroting 2014
- 44 -
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Rapportcijfer voor ondernemersklimaat
6,8
Drechtsteden
6,5
Zwijndrecht
7,1
Sliedrecht
Papendrecht
6,6
Hendrik Ido Ambacht
6,7
Dordrecht
6,8 7,1
Alblasserdan 1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
- 45 -
Programmabegroting 2014
2.7. Programma 7 Verkeer en vervoer 2.7.1.
‐ ‐
Programma activiteiten
Infrastructurele voorzieningen Verkeer- en vervoersbeleid
2.7.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie Een veilig en bereikbaar Sliedrecht Doelstelling 1: Een goede bereikbaarheid per fiets en auto; versterken openbaar vervoer Doelstelling 2: Verhoging van de verkeersveiligheid Doelstelling 3: Zorgdragen voor een verantwoord onderhoudsniveau van de wegen, riolering, waterkwaliteit en -kwantiteit, openbare verlichting en bruggen
Programmabegroting 2014
- 46 -
2.7.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Een goede bereikbaarheid fiets en auto, versterken openbaar vervoer Nr.
Resultaat
Maatregel
1.1.
Waardering van de fietsvriende- ‐ lijkheid ‐
1.2.
6,8 (2013)
Definitie
Rapportcijfer inwoners over de fietsvriendelijkheid in de gemeente
Volgende meting
2015
Waardering van de bereikbaarheid van de buurt
‐
Doorstroming op de ontsluitingswegen optimaliseren volgens de maatregelen uit het verkeersbeleidsplan (in combinatie met onderhoud wegen) Ontsluiting buurten verbeteren: Deltalaan, Craijensteijn (in combinatie met onderhoud wegen)
7,6 (2011)
7,7 (2013)
Bron
Regionaal omnibusonderzoek (OCD)
Definitie
Rapportcijfer inwoners over de bereikbaarheid van de buurt per auto
Een waardering van de doorstroming op de hoofdwegen
Verbetering aansluiting afslag Sliedrecht-west (Baanhoek-West) i.c.m. de doorstroming bij VRI’s OuvertureParallelweg. In regionale overleggen pleiten voor het verbreden van de A15 tot twee keer drie rijstroken en het verbeteren van de knooppunten A15 met N3 en A27
6,2 (2011)
6,7 (2013)
Bron
Regionaal omnibusonderzoek (OCD)
Definitie
Rapportcijfer inwoners over de doorstroming op de hoofdwegen
Volgende meting Waardering van de parkeermogelijkheden in de gemeente.
6,8 (2011)
6,6 (2013)
Regionaal omnibusonderzoek (OCD)
Definitie
Rapportcijfer inwoners over de doorstroming op de hoofdwegen
Volgende meting
2015 ‐ ‐
Bron
7,5
6,5
2015 - Bij herstraatwerk vergroten van de parkeergelegenheid, daar waar te weinig parkeergelegenheid aanwezig is en in overleg met bewoners
Bron
Waardering van het openbaar vervoer in de gemeente
7,0
2015 ‐
‐
1.5.
7,1 (2011)
Streefwaarde / planning
Regionaal Omnibusonderzoek (OCD)
Volgende meting
1.4.
Verbeteren van de fietsenstallingen bij winkelcentra en sportvelden Optimaliseren fietsroute Tiendweg (Beneden Merwederoute)
Actuele waarde
Bron
‐
1.3.
0-waarde
Verbeteren station Sliedrecht met voorplein 2-Jaarlijkse evaluatie waterbus met de te nemen acties
7,4 (2011)
7,4 (2013)
6,5
7,5
Regionaal omnibusonderzoek (OCD)
- 47 -
Programmabegroting 2014
Definitie
Rapportcijfer inwoners over de doorstroming op de hoofdwegen
Volgende meting
2015
Doelstelling 2: Verhoging van de verkeersveiligheid Nr.
Resultaat
2.1.
Voldoende waardering van de verkeersveiligheid
Bron Definitie Volgende meting 2.2.
Minder verkeersongevallen / doden / gewonden
Bron Definitie Volgende meting
Maatregel
Actuele waarde
0-waarde
‐
Uitvoering geven aan maatregelen uit het Verkeersbeleidsplan (VBP) waaronder: * de afslag Sliedrecht-west; * Deltalaan-midden; * snelheidsremmende maatregelen bij herstraatwerkzaamheden en herinrichting Kerkbuurtwest/Molendijk-oost
Streefwaarde/planning
’05
’09
‘13
Oost
3,6
3,2
3,2
Centrum
3,7
4,3
3,3
West Sliedrecht
4,0 3,8
3,8 3,9
3,8 3,4
Regio
3,8
3,8
-
,0
Veiligheidsmonitor Omnibus (OCD) Hoe lager de score, hoe veiliger men de verkeersveiligheid ervaart (schaal 0 -10). 2015 - Uitvoering geven aan maatregelen uit het Verkeersbeleidsplan (VBP)
5 jaarlijks gem. 03 - 07 05 - 09 07 - 11 08 - 12
Overleden 0,8 0,8 0,4 0,2
Ziekenhuis gewond 6,4 5,4 3,4 2,6
Overig Gewond 16,8 13,4 9,6 7,4
Viastat De aantallen zijn een voortschrijdend gemiddelde over 5 jaar Jaarlijks NB De daling wordt niet alleen veroorzaakt door minder ongevallen maar ook doordat lichtere ongevallen minder vaak geregistreerd worden (vanwege beleid Politie).
Doelstelling 3: Zorgdragen voor een verantwoord onderhoudsniveau van de wegen, riolering, waterkwaliteit en -kwantiteit, openbare verlichting en bruggen. Nr.
Resultaat
3.1.
Het oordeel ondernemers over - Uitvoering geven aan de de staat van de openbare ruimte onderhoudsprogramma’s conform de kaderstellende nota’s.
Bron Definitie Volgende meting
Programmabegroting 2014
Maatregel
0-waarde
6,1 (2008)
Actuele waarde
6,8 (2010)
Gemeentelijk Ondernemersklimaat Drechtsteden (OCD) Rapportcijfer tweede helft 2013 (PM)
- 48 -
Streefwaarde / planning
6,8
2.7.4.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
4.582.486
€
4.712.299
€
4.753.019
€
4.690.634
€
4.836.657
€
4.817.445
Baten
€
2.558.702
€
2.523.902
€
2.530.628
€
2.543.004
€
2.569.934
€
2.546.934
Saldo
€
2.023.785-
€
2.188.397-
€
2.222.391-
€
2.147.630-
€
2.266.723-
€
2.270.511-
Verrekening met reserves
€
18.357-
€
Saldo na verrekening reserves
€
2.042.141-
€
2.151.853-
€
2.222.391-
€
2.147.630-
€
2.266.723-
€
2.270.511-
Lasten
€
1.796.158
€
545.657
€
436.798
€
449.315
€
450.770
€
448.247
Baten
€
394.399
€
86.130
€
85.201
€
85.201
€
85.201
€
85.201
Saldo
€
1.401.759-
€
459.527-
€
351.597-
€
364.114-
€
365.569-
€
363.046-
Verrekening met reserves
€
1.011.175
€
65.500
€
Saldo na verrekening reserves
€
€
394.027-
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 2.432.725-
Thema's Wegen, bruggen en riolen
36.544
€
-
€
-
€
-
€
-
Verkeer- en vervoersbeleid
390.584-
€ 2.545.880-
-
€
351.597-
€ 2.573.988-
€
-
€
364.114-
€ 2.511.744-
365.569-
€ 2.632.292-
Geplande investeringen programma 7
Raming 2014
Rioleringsplan, investeringen 2014 Sportlaan, tussentijds asfaltonderhoud Deltalaan-midden, onderhoud Hoepel/Stormrand/Stobbe, onderhoud Bruggen, onderhoud en vervanging onderdelen Totaal
460.000 58.000 526.000 314.000 17.900 1.375.900
2.7.5.
€
-
€ €
363.046-
€ 2.633.557-
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen Dit programma bevat een aantal wettelijke taken die hun basis vinden in de Gemeentewet, Wegenverkeerswet, Reglement voor Verkeersregels en Verkeerstekens, Besluit administratieve bepalingen betreffende het wegverkeer (BABW), Wet Milieubeheer, beheer en onderhoud kapitaalgoederen, Havenverordening, Waterwet, Kaderrichtlijn Water. Onder infrastructuur valt onder andere het onderhoud aan wegen (inclusief gladheidsbestrijding), bruggen, riolering en binnenhaven. Onder verkeer en vervoersbeleid valt met name het verkeersbeleidsplan, de verkeersmaatregelen, verkeersveiligheid en mobiliteitsmanagement. ‐ De mobiliteit is een noodzakelijke voorwaarde voor de economische en sociale ontwikkeling van onze leefomgeving. We werken aan een goede bereikbaarheid van Sliedrecht, omdat dit van essentieel belang is voor een gezond economisch klimaat. Consumenten, bedrijven en werknemers stellen hoge eisen aan de bereikbaarheid van voorzieningen en bedrijvenlocaties en bedrijven vestigen zich het liefst daar waar openbaar vervoer en/of wegennet de beste bereikbaarheid te bieden heeft. ‐ De weggebruikers verwachten van de infrastructuur dat deze veilig is. Daarnaast heeft de landelijke overheid de ambitie om het aantal verkeersdoden en –gewonden terug te dringen. Verkeersveiligheid is direct van invloed op de kwaliteit van de leefomgeving. Daarnaast veroorzaakt verkeersonveiligheid maatschappelijk leed en economische schade. - 49 -
Programmabegroting 2014
‐ Met het nieuwe GRP 2012-2018 wordt voldaan aan de Wet gemeentelijke watertaken, waarbij de zorgplicht is opgenomen voor afstromend hemel- en grondwater. ‐ De gemeenteraad heeft in 2010 het Verkeers- en Fietsbeleidsplan en in 2011 het Uitvoeringsprogramma Verkeersbeleidsplan vastgesteld. ‐ Bij het uitvoeren van onderhoudsprogramma’s creëren we het noodzakelijke draagvlak bij de inwoners en belanghebbenden onder het motto “maatschappelijk betrokken en bedrijfsmatig presteren”.
Kaderstellende nota’s ‐ Rijksnota Mobiliteit ‐ Strategisch Plan Verkeersveiligheid ‐ Meerjarenprogramma verkeer en vervoer (Provincie Zuid Holland) ‐ Mobiliteitsplan Drechtsteden ‐ Verkeersbeleidsplan en fietsbeleidsplan Sliedrecht ‐ Uitvoeringsprogramma Verkeersbeleidsplan ‐ Milieubeleidsplan ‐ Gemeentelijk Rioleringsplan ‐ Gemeentelijk Afkoppelplan ‐ Stedelijk Waterplan ‐ Baggerplan. ‐ Onderhoudsplan wegen, ‐ Onderhoudsplan bruggen, ‐ Onderhoudsplan Openbare verlichting. ‐ Gladheidbestrijdingsplan, ‐ Onderhoudsplan reinigen straatkolken en straatreiniging, ‐ Onderhoudsplan ponton waterbus.
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Gemiddeld oordeel van burgers over verkeer en vervoer(parkeren, bereikbaarheid, openbaar vervoer)
Drechtsteden
6,7
Zwijndrecht
6,6 6,9
Sliedrecht
Papendrecht
6,8 6,9
Hendrik Ido Ambacht
Dordrecht
6,6 6,8
Alblasserdan 1,0
2,0
3,0
Programmabegroting 2014
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
- 50 -
2.8. Programma 8 Ruimtelijke ordening en milieu 2.8.1.
‐ ‐
Programma activiteiten
Ruimtelijke Ordening Milieu
2.8.2.
Wat willen we bereiken?
Thema Ruimtelijke Ordening Centrale ambitie Sliedrecht, aantrekkelijke plaats om te wonen, werken en verblijven Doelstelling 1: Duurzame lokale ruimtelijke ontwikkeling Doelstelling 2: Deelnemen en bijdragen aan (boven)regionale ruimtelijke ontwikkeling Doelstelling 3: Effectief, efficiënt en professioneel uitvoeren van wettelijke taken Doelstelling 4: Behoud historische kwaliteiten.
Thema Milieu Centrale ambitie Betere milieukwaliteit en een duurzamer Sliedrecht Doelstelling 1: Bijdragen aan een klimaatbestendige en energieneutrale gemeente Doelstelling 2: Een gezond woon- en werkklimaat, dat tenminste voldoet aan de voor de luchtkwaliteit geldende grenswaarden Doelstelling 3: Een goed akoestisch woon- en werkklimaat Doelstelling 4 Een duurzame bodemkwaliteit en duurzaam gebruik van de ondergrond Doelstelling 5: Oplossen van bestaande en voorkomen nieuwe gezondheidsknelpunten
- 51 -
Programmabegroting 2014
2.8.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Duurzame lokale ruimtelijke ontwikkeling 0waarde 70% (1-12013)
Streefwaarde / planning 100% (31-12-2014)
Resultaat
Maatregel
1.1 Actuele bestemmingsplannen die het totale grondgebied van Slie drecht dekken en digitaal toegankelijk zijn (ook voor de burger)
De bestemmingsplannen actueel houden.
Bron
Interne registratie afdeling ROBM
Definitie
Percentage grondgebied waarvoor actuele en digitaal toegankelijk en bestemmingsplannen zijn opgesteld.
Volgende meting
N.v.t.
1.2 Een actuele structuurvisie
1.3 Groot-schalige fysieke woningbouw-projecten.
1.4 Kaderstelling en besluitvorming voor nieuwe (grootschalige) woningbouwprojecten.
1.5 Ontwikkeling en instandhoudiing van een aantrekkelijke woonomgeving
Actuele waarde 100% (1-1-2014)
- Tweejaarlijkse actualisatie van structuurvisie
2015
‐ Herstructurering Burgemeester Winklerplein ‐ Bonkelaar 2e fase ‐ Watertorenterrein ‐ Baanhoek-West ‐ Herontwikkeling Rivierdijk, PC Hooftlaan t/m Gat van Vogel ‐ Herstructurering Staatsliedenbuurt - De gemeente heeft een actueel welstands- reclamebeleid en voert dit uit
Voortgangsrapportages
Voortgangsrapportages
Actualisatie van het reclamebeleid wordt in 2013 nog voorgelegd aan de raad
Doorlopend, uitvoering onder programma 1, handhaving
Doelstelling 2: Duurzame (boven)regionale ruimtelijke ontwikkeling Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
2.1.
De inrichting van een Recreatief Knooppunt Sliedrecht tussen de Betuwe/spoorlijn en de Middelwetering, met elementen van sport, recreatie, natuur en water.
Afhankelijk van resultaten haalbaarheidsonderzoek
2.2.
Afstemming van het (sub)regionale woningbouwprogramma
‐ In 2013 wordt een haalbaarheidsonderzoek gehouden. De haalbaarheidsstudie moet inzicht verschaffen in de mogelijkheid tot een budgettair neutrale ontwikkeling van het Recreatief Knooppunt in relatie tot de herontwikkeling van sportpark de Lockhorst tot een bedrijvenlocatie. ‐ Gedegen analyse op basis van jaarlijkse rapportage Wonen in de Drechtsteden ‘Woonmonitor en vooruitblik’ ‐ Houden periodiek subregionaal overleg
2.3.
Regionale bedrijven- en kantorenstrategie en bijbehorend uitvoeringsprogramma met ruimte voor een nadere lokale invulling en uitwerking op maat.
Programmabegroting 2014
‐ Deelnemen en bijdragen aan (boven)regionale economische overleggen.
- 52 -
Structureel
2-4 per jaar Structureel
2.4
Herstructurering Nijverwaard als zijnde een regionale perifere detailhandelslocatie.
‐ Actualiseren van het bestemmingsplan Nijverwaard waarmee een aanzet wordt gegeven tot ruimtelijke clustering van de perifere detailhandel en het verbeteren van de beeldkwaliteit
Vaststelling bestemmingsplan in tweede kwartaal 2014
Doelstelling 3: Effectief, efficiënt en professioneel uitvoeren van wettelijke taken Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
3.1.
Effectief, efficiënt en professioneel toepassen wet en regelgeving.
-
Optimalisering publiek- en privaatrechtelijke mogelijkheden tot kostenverhaal door nadere uitwerking uitvoeringsparagraaf in Nota Kostenverhaal
2014
3.2.
Een effectieve en efficiënte wijze van vergunningverlening, toezicht en handhaving, die tevens de continuïteit en kwaliteit van uitvoering optimaal kan borgen Een effectieve en efficiënte wijze voor het maken en begeleiden van bestemmingsplannen
-
Vergunningverlening, toezicht en handhaving integraal uit te voeren door één team. Daarnaast vindt er momenteel een onderzoek plaats naar het proces van vergunningverlening en handhaving Onderzoek naar mogelijkheden opzetten regionaal bureau bestemmingsplannen.
Besluitvorming voor 1 januari 2014
3.3.
-
Af te ronden in 1e kwartaal 2014
Doelstelling 4: Behoud historische kwaliteiten Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
4.1
Behoud gemeentelijke monumenten en rijksmonumenten
-
Advisering eigenaren over onderhoudsen wijzigingsplannen door Gemeentelijke Monumentencommissie
Structureel
4.2.
Uitbreiding van het aantal bestaande gemeentelijke monumenten (Aantal per 01-01-2013: 44)
-
2014
4.3.
Deelname aan ‘Open Monumentendag’
-
Op basis van een gedegen inventarisatie en hiervoor gemaakte en te maken redengevende beschrijvingen zullen in 2014 maximaal 5 nieuwe gemeentelijke monumenten worden aangewezen Actieve deelname aan open Monumentendag 2014
4.4
Bescherming van het historische dijklint
-
Opstellen van een dijkvisie
Afhankelijk van resultaten startnotitie
Actieve deelname tweejaarlijks
Thema Milieu Doelstelling 1: Bijdragen aan een klimaatbestendige en energieneutrale gemeente Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
1.1.
Energiebesparing door particulieren
-
Structureel
-
1.2.
Energiebesparing door bedrijven en
-
Aandacht besteden aan en vragen voor ‘duurzaam bouwen door en voor particulieren’ op de site van Gemeente Sliedrecht Uitvoeren Routekaart: onderdeel energiebesparing bestaande bouw op basis van energiescan Uitvoering ‘Verordening Duurzaamheidslening Sliedrecht’ Uitwerken ‘Lokale Prestatieafspraken 2010-2014’ gemaakt over treffen van energiebesparende maatregelen aan woningen In het kader van vergunningverlening, toezicht en handhaving wordt door OZHZ extra aandacht besteed aan en gevraagd voor duurzaamheid en energiebesparing. Aanpak vindt plaats op basis van doelgroepbenadering
- 53 -
2011-2015
Structureel 2010-2014
Structureel
Programmabegroting 2014
1.3.
Facilitering en investering in initiatieven tot opwekken duurzame energie
-
Aanbieden Milieubarometer ‘Stimular’ aan ondernemers
2012-2015
-
Uitvoeren Routekaart: onderdeel verduurzamen bedrijven en bedrijventerreinen Uitvoeren Routekaart: onderdeel zonnepanelen op gemeentelijke gebouwen te beginnen met gemeentekantoor Faciliteren duurzaamheidsinitiatieven toepassen zonnepanelen op “vreemde “daken” en 4-D-Atlas Bij bouwprojecten duurzame, klimaatvriendelijke en energiebesparende maatregelen toepassen o.a. door te toetsen aan Gemeentelijke Praktijkrichtlijn (GPR-gebouw) Uitvoeren Routekaart: onderdeel Interne Duurzaamheid Drechtsteden Uitvoeren Routekaart: onderdeel duurzaamheidscommunicatie- en educatie In NME –centrum De Hooizolder worden ‘Themalessen Duurzaamheid’ gegeven aan leerlingen van het basisonderwijs
2012-2015
-
-
1.4.
Goede voorlichting en communicatie over duurzaamheid
-
2012-2015
Structureel
2012-2015 Structureel
Structureel (Zie programma 4)
Doelstelling 2: Een gezond woon- en werkklimaat, dat tenminste voldoet aan de voor de luchtkwaliteit geldende grenswaarden Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
2.1.
Luchtkwaliteit die gemeentebreed tenminste voldoet aan de geldende grenswaarden. Programma maakt onderdeel uit van Nationale Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit.
-
2006-2015
Uitvoeren Regionaal Programma Luchtkwaliteit Drechtsteden 20062015.
Doelstelling 3: Een goed akoestisch woon- en werkklimaat Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
3.1.
Adequaat zonebeheer industrieterreinen
2014-2015
3.2.
Uitvoering Actieplan geluid 2013-2017
3.3
Alle woningen op de zogenaamde A-lijst gesaneerd
3.4
Voorbereiding sanering B-lijst woningen
- Verankering zonebeheerplannen in bestemmingsplannen - Toepassing van stil wegdek bij geluidknelpunten in samenhang met uitvoering wegenbeheerplan -Saneren van 135 A-lijst woningen. A-lijst omvat 520 woningen. Na sanering resteren nog 147 te saneren woningen - Aanvragen projectsubsidie bij BSV voor voorbereiding uitvoering sanering B-lijst woningen
Programmabegroting 2014
- 54 -
2013-2017
2010-2014
2014
Doelstelling 4: Een duurzame bodemkwaliteit en duurzaam gebruik van de ondergrond Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
4.1
Deugdelijke uitvoering nazorg/monitoring voormalig gasfabriekterrein
-
Structureel
4.2
Verbetering en behoud van de bestaande bodemkwaliteit.
Uitvoeren van nazorg/monitoring voormalig gasfabrieksterrein Nader onderzoek naar mogelijkheden voor beheersing/financiering na ISV 3 periode 2010-2014. - Uitvoeren ‘Bodembeheernota ZuidHolland Zuid.’
2014 Structureel
Doelstelling 5: Oplossen van bestaande en voorkomen nieuwe gezondheidsknelpunten Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
3.1.
Het aspect gezondheid wordt vanaf aanvang integraal betrokken bij c.q. wordt afgewogen bij voorbereiding etc. van grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen Afwerking en herinrichting Derde Merwedehaven, na sluiting per 1 januari 2013, tot recreatiegebied
- Toetsing ruimtelijke ontwikkelingsplannen aan de acties op aanbevelingen uit het GES-rapport update 2011 i.h.k.v lokaal gezondheidsbeleid 2012-2015 Beoordelen eindafwerkings- en herinrichtingsplan op effecten voor Sliedrecht Beoordelen wijzigingsvergunning i.v.m. af- en ombouw stortplaats - Vaststellen van een route gevaarlijke stoffen - Opstellen van een beleidsvisie externe veiligheid op maat
Structureel
3.2.
3.3.
Een routering voor gevaarlijke stoffen.
3.4.
Het aspect van externe veiligheid en mogelijke risico’s wordt vanaf aanvang betrokken bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen
- 55 -
2014
2014 2014 2014
Programmabegroting 2014
2.8.4.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
1.394.242
€
1.340.154
€
1.428.428
€
1.407.907
€
1.395.695
€
1.395.161
Baten
€
779.673
€
488.023
€
501.023
€
501.023
€
501.023
€
501.023
Saldo
€
614.569-
€
852.131-
€
927.405-
€
906.884-
€
894.672-
€
894.138-
Verrekening met reserves
€
61.637
€
18.343
€
16.524
€
16.038
€
15.552
€
15.066
Saldo na verrekening reserves
€
552.932-
€
833.788-
€
910.881-
€
890.846-
€
879.120-
€
879.072-
Lasten
€
721.833
€
695.920
€
696.761
€
672.152
€
672.152
€
672.152
Baten
€
11.895
€
Saldo
€
709.938-
€
Verrekening met reserves
€
18.438
€
Saldo na verrekening reserves
€
691.500-
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 1.244.432-
Thema's Ruimtelijke ordening
Milieu
695.920-
695.920-
€ 1.529.708-
€ €
€ €
-
€
696.761-
-
€
696.761-
€ 1.607.642-
€
€
672.152-
672.152-
€ 1.562.998-
Geplande investeringen programma 8
Raming 2014
Toren N-H.-Kerk, revisie uurwerkinstallatie
23.000
Toren N-H.-Kerk, onderhoud wijzerplaat/stucwerk
2.500
Totaal
25.500
2.8.5.
€ €
€ €
672.152-
672.152-
€ 1.551.272-
€ €
672.152-
€ €
672.152-
€ 1.551.224-
Achtergrondinformatie
Thema Ruimtelijke Ordening Context, achtergrond en ontwikkelingen Omdat de ruimte in Nederland schaars is en het milieu een steeds belangrijkere rol speelt, wordt er gestreefd naar een duurzame en klimaatbestendig ruimtelijke ontwikkeling. Dit heeft geresulteerd in het beleid om het wonen en werken zoveel mogelijk binnenstedelijk te accommoderen, zoals vertaald in de provinciale structuurvisie en verordening. Uit deze beleidsdocumenten, die richtinggevend zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling op lokaal niveau, volgt dat de provincie de realisatie van nieuwe woningbouwlocaties en bedrijfsterreinen buiten de bestaande contouren in principe niet toestaat. Voor Sliedrecht betekent dit dat de bebouwingscontour strak om het bestaand stedelijk gebied is getrokken. Derhalve zal Sliedrecht tot ten minste 2020 zijn aangewezen op een verbetering en optimalisatie van het bestaand compact stedelijk Programmabegroting 2014
- 56 -
gebied. Een uitzondering hierop is de ontwikkeling en uitwerking van het Recreatief Knooppunt Sliedrecht, als onderdeel van de door de provincie, regio en gemeenten voorgestane realisatie van een duurzame en kwalitatieve overgangszone ten noorden van de Betuweroute in de vorm van een regiopark. Daarnaast hebben recente en komende wijzigingen in de wet- en regelgeving op het gebied van de ruimtelijke ordening gevolgen van meer algemene aard. ‐ ‐ ‐
Er is een trend om de verstedelijkingsopgave voor wonen en werken binnenstedelijk te accommoderen Een duurzame en klimaatbestendige ruimtelijke ontwikkeling Ontwikkeling en uitwerking Recreatief Knooppunt Sliedrecht als onderdeel van de door provincie, regio gemeenten voorgestane realisatie van een duurzame en kwalitatieve overgangszone ten noorden van Betuweroute in de vorm van regiopark.
Kaderstellende nota’s Provinciale structuurvisie Zuid-Holland ‘Visie op Zuid-Holland’ Provinciale verordening Zuid-Holland ‘Verordening Ruimte’ tot en met Actualisering 2012, vastgesteld door Provinciale Staten op 30 januari 2013 Transformatievisie Merwedezone en Visie Zuidrand Groene Hart (bovenregionaal) Ruimte geven, Realisatiestrategie Drechtsteden Pieken in de Drechtsteden Uitvoeringsprogramma Groenblauw Netwerk Drechtsteden 2008-2013 Structuurvisie Sliedrecht 2020 Nota Kostenverhaal 2012 Recreatief Knooppunt Sliedrecht ‘Visie op de inpassing van bos, sportvelden en recreatieve functies’ Ontwikkelingsvisie Kerkbuurt Bestemmingsplannen Nota Grondbeleid Gemeentelijke Bouwverordening Welstandsnota Monumentenverordening
Thema Milieu Context, achtergrond en ontwikkelingen Sliedrecht heeft de ambitie uitgesproken om op termijn een klimaatbestendige en energieneutrale gemeente te zijn. Het kader voor het milieubeleid voor de komende jaren is vastgelegd in het door de raad op 28 november 2012 vastgestelde Milieubeleidsplan 2012-2015. De gemeente wil samen met bewoners, ondernemers, andere overheden en maatschappelijke organisaties werken aan een duurzame ontwikkeling van het dorp waardoor Sliedrecht voor wonen en werken een gezonde, veilige, prettige, toekomstbestendige en economisch aantrekkelijke gemeente kan zijn. Binnen de mogelijkheden neemt de gemeente haar verantwoordelijkheid door het goede voorbeeld te geven en anderzijds burgers en bedrijven te stimuleren duurzame initiatieven te nemen. Het programma heeft voor een groot deel een verplicht karakter, waarbij de volgende wetten van belang zijn: Wet milieubeheer, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Wet geluidhinder, Wet bodembescherming, Waterwet, Natuurbeschermingswet, Flora en Faunawet De belangrijkste ontwikkelingen zijn: ‐ ‐ ‐
Wettelijke aanscherping van energieprestatie-eis voor nieuwbouw Vernieuwing geluidwetgeving (introductie gemeentelijke geluidemissieplafonds) Introductie nieuwe fijn stofnorm
Kaderstellende nota’s Bodembeheernota Zuid-Holland Zuid (ZHZ) Programma externe veiligheid ZHZ Milieukansenkaart Drechtsteden Programma Luchtkwaliteit Drechtsteden 2006-2015 Energieprogramma Drechtsteden 2010-2013 Milieubeleidsplan Drechtsteden 2011-2015 Milieubeleidsplan Sliedrecht 2012-2015 Beleid Hogere Grenswaarden Wet geluidhinder Sliedrecht Actieplan Geluid 2008-2013 Gezondheids Effect Screening (GES) Gemeente Sliedrecht, december 2011
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Percentage burgers wat overlast ervaart door geluid
Percentage burgers wat overlast ervaart door stank
- 57 -
Programmabegroting 2014
Drechtsteden
15,0 Drechtsteden
6,0
16,0
Zwijndrecht
8,0
Zwijndrecht
Sliedrecht
15,0
Sliedrecht
16,0
Papendrecht
11,0
Hendrik Ido Ambacht
Papendrecht
4,0
Hendrik Ido Ambacht
4,0
18,0
Dordrecht
Dordrecht
12,0
Alblasserdan 0,0
10,0
9,0
0,0 5,0
Alblasserdan
20,0
30,0
40,0
50,0
0,0
10,0
De cijfers voor Dordrecht zijn niet bekend
Programmabegroting 2014
- 58 -
20,0
2.9. Programma 9 Wonen 2.9.1. ‐ ‐
Programma activiteiten
Wonen Exploitatie bouwgronden woonwijken
2.9.2.
Wat willen we bereiken?
Centrale ambitie Sliedrecht aantrekkelijke plaats om te wonen Doelstelling 1: Duurzame lokale woningbouwontwikkeling Doelstelling 2: Nastreven evenwichtige bevolkingsopbouw met passend woningaanbod Doelstelling 3: Ruimte om te wonen voor kwetsbare doelgroepen Doelstelling 4: Goede kwaliteit van woningen en woonomgeving
2.9.3.
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling 1: Duurzame lokale woningbouwontwikkeling Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
1.1.
Actuele woonvisie afgestemd op en passend binnen regionale woonvisie Tijdige afstemming en/of bijstelling van het regionaal en lokaal woningbouwprogramma op basis van een analyse en programmatische onderbouwing’ Afstemming woningbouwprogramma binnen cluster Alblasserdam, Papendrecht en Sliedrecht
-
2014
1.2.
1.3
1.4.
1.5
Actueel kader voor uitvoering gemeentelijk grondbeleid, waarin wordt uiteengezet welke (regie)rol de gemeente ook bij woningbouwontwikkelingen kan en wil spelen Afstemming van beleid en programma’s met woningbouwcorporatie
Actualiseren van de Woonvisie 2007 in overleg met alle betrokken actoren - In rapportage ‘Wonen in de Drechtsteden’ wordt jaarlijks een analyse gegeven van het bestaande planaanbod in relatie tot de bestaande marktruimte Structureel bestuurlijk overleg over aanbod en stand van lokale zaken woningbouwprojecten Rapportage “Wonen in de Drechtsteden” wordt aan de raad voorgelegd Actualiseren Nota Grondbeleid Nadere uitwerking uitvoeringsparagraaf in Nota Kostenverhaal Voortzetten regulier overleg met Tablis Wonen
Structureel
2x per jaar
1e kwartaal 2014 2013
Structureel
Doelstelling 2: Nastreven evenwichtige bevolkingsopbouw met passend woningaanbod Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
2.1.
Een woningbouwprogramma dat ruimte biedt aan autonome groei van Sliedrechtse bevolking en huishoudens en rekening houdt met huidige marktontwikkelingen Een woningbouwprogramma dat aansluit bij de woonwensen van Sliedrechtse bevolking en huishoudens
In rapportage ‘Wonen in de Drechtsteden’ wordt jaarlijks een analyse gegeven van de bevolkingsontwikkeling en de ontwikkeling van de woningvoorraad In 2013 is het zogenoemde ABF rapport opgesteld. In 2014 zullen zo nodig de regionale PALT-afspraken worden aangepast aan de huidige situatie, met name vanwege de gevolgen van de crisis voor de woningmarkt en de verdere resultaten van het ABF-rapport
Structureel.
2.2.
- 59 -
2014
Programmabegroting 2014
Doelstelling 3: Ruimte om te wonen voor kwetsbare doelgroepen Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
\3.1.
Realisering en instandhouding van voldoende sociale woningbouw voor primaire doelgroep
-
In rapportage ‘Wonen in de Drechtsteden’ wordt jaarlijks de ontwikkeling van de sociale woningvoorraad weergegeven Uitvoeren van regionale PALTafspraken, waarin wordt ingezet op kwaliteitsverbetering, en verkleining van de sociale voorraad De evaluatie van de lokale prestatieafspraken is uitgevoerd. Nagenoeg alle afspraken zijn uitgevoerd. Bevriezen van de huidige afspraken tot en met 2015
Structureel
-
-
2010-2020
2015
3.2.
Realisering en instandhouding van voldoende woningen voor starters
-
Actualiseren beleidsnotitie Huisvestingsmogelijkheden voor starters in combinatie met actualisatie Woonvisie
2014
3.3.
Realisering en instandhouding van voldoende huisvesting voor ouderen
-
Structureel
3.4
Realisering en instandhouding van maximaal 14 standplaatsen voor een goede huisvesting voor woonwagenbewoners
-
Uitvoeren lokale PALT-afspraken met Tablis Wonen over realiseren levensloopbestendige nieuwbouwwoningen, die voldoen aan het hiervoor in GPR Gebouw gegeven richtlijnen. Herinrichting woonwagenlocatie aan Van Hofwegensingel voor maximaal 4 standplaatsen en overdracht aan Tablis Wonen Herinrichting woonwagenlocatie aan Beyerinckstraat voor maximaal 10 standplaatsen Regulering van en toezicht op tijdelijke huisvesting van arbeidsmigranten en verstrekken van omgevingsvergunningen. Uitvoeren van in 2013 gesloten Convenant huisvesting arbeidsmigranten Sliedrecht.. Handhaven, verbeteren en zonodig uitbreiden van huisvesting met zorg voor de bijzondere doelgroepen. Dit in combinatie met actualisatie Woonvisie
-
3.5
3.6.
Deugdelijke (tijdelijke) huisvesting van arbeidsmigranten, die past bij de directe woonomgeving en niet leidt tot een ontoelaatbare inbreuk op het woon- en leefklimaat ter plaatse
-
Het realiseren en in stand houden van voldoende huisvesting voor bijzondere doelgroepen
-
-
2014
2014 Structureel
Structureel
Structureel
Doelstelling 4: Kwaliteit van woningen en woonomgeving Nr.
Resultaat
Maatregel
Planning
4.1
Kwaliteitsverbetering van de bestaande woningen en woonomgeving Nieuw te bouwen woningen, die voldoen aan de eisen die GPR-methodiek stelt aan levensloopbestendigheid, veiligheid, toekomstwaarde, energiezuinigheid en duurzaamheid
Uitvoeren van de hierover regionaal en lokaal gemaakte PALT-afspraken Het uitdragen en hanteren van GPRmethodiek. Bij grootschalige nieuwbouwplannen wordt dit leidend
2010-2020
4.2
Programmabegroting 2014
- 60 -
Structureel
2.9.4.
Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
496.490
€
296.642
€
226.412
€
226.016
€
225.382
€
225.318
Baten
€
552.310
€
119.030
€
70.673
€
70.673
€
70.673
€
70.673
Saldo
€
55.820
€
177.612-
€
155.739-
€
155.343-
€
154.709-
€
154.645-
Verrekening met reserves
€
188.441-
€
133.772
€
Saldo na verrekening reserves
€
132.621-
€
43.840-
€
155.739-
€
155.323-
€
154.709-
€
154.645-
Thema's Woonruimte zaken
-
€
20
€
-
€
-
Exploitatie bouwgronden woonwijken Lasten
€
4.224.393
€
440.709
€
480.394
€
486.875
€
505.244
€
523.645
Baten
€
4.183.787
€
425.171
€
728.542
€
732.612
€
754.985
€
777.555
Saldo
€
40.606-
€
15.538-
€
248.148
€
245.737
€
249.741
€
253.910
Verrekening met reserves
€
241.759-
€
13.567
€
185.147-
€
184.260-
€
189.788-
€
195.482-
Saldo na verrekening reserves
€
282.365-
€
1.971-
€
63.001
€
61.477
€
59.953
€
58.428
Totaal saldo voor bestemming
€
€
45.811-
€
92.738-
€
93.846-
€
94.756-
€
96.217-
414.986-
Geplande investeringen programma 9
Raming 2014
Kerkbuurt 201 ’t Orleans 17 Rivierdijk 301 Rivierdijk 303 Molendijk 95 Molendijk 53 Gemeentewoningen, diverse kleine reparaties Woonwagens Beijerinckstraat, schilderwerk bergingen Woonwagens Hofwegensingel, schilderwerk bergingen Woonwagens, schilderwerk diversen
1.000 3.245 1.200 1.200 2.100 1.623 2.500 2.320 1.040 2.180
Totaal
18.408
- 61 -
Programmabegroting 2014
2.9.5.
Achtergrondinformatie
Context, achtergrond en ontwikkelingen Dit programma heeft betrekking op onder andere het woningbouwprogramma, afspraken met woningcorporaties en ontwikkelaars. Ook valt in dit programma de exploitatie van de gemeentewoningen die nog in bezit zijn van de gemeente. De omvang van dit programma is beperkt en bestaat uit overwegend wettelijke taken, die veelal regionaal worden opgepakt. De Drechtsteden functioneren als één stedelijk gebied en één woningmarkt. In de in 2008 herijkte Regionale Woonvisie Drechtsteden is een gezamenlijk woonbeleid gepresenteerd. Jaarlijks wordt in de Rapportage wonen in de Drechtsteden verslag gedaan van de stand van zaken van de woningmarkt in de Drechtsteden. Ook de verhuismonitor wordt om het jaar uitgevoerd. Over de overige afspraken uit de PALT en woonvisie wordt jaarlijks gerapporteerd. De rapportage gaat ook in op de marktruimte en het woningaanbod voor de regio. Het programma geeft een aantal belangrijke ontwikkelingen te zien:
‐ Het aantal huishoudens in Sliedrecht groeit nog tot 2025 (circa 3,5 % in 15 jaar). Met name het aantal ouderen neemt nog steeds toe. Dit heeft gevolgen voor de woningmarkt en de kwaliteit van de woningvoorraad. In de aan te passen Woonvisie uit 2007, komt dit punt uitvoerig aan de orde.
‐ De ontwikkeling van de woningmarkt wordt sterk beïnvloed door de economische crisis, de bezuinigingen van het Rijk en de regelgeving van de Europese Unie. Dit heeft geleid tot allerlei maatregelen die de woningmarkt nog meer belasten (aanscherping hypotheekregels, eisen EU sociale huursector waardoor middengroepen in de knel komen, verminderde financieringscapaciteit corporaties, vervallen subsidies, etc ).
Kaderstellende nota’s ‐ Woonvisie Zuid-Holland 2005-2014 ‐ Ontwerp Woonvisie Zuid-Holland 2011-2020 ‐ Woonvisie Drechtsteden 2010-2020 ‐ Rapportage Wonen in de Drechtsteden 2013, PALT Drechtsteden 2010-2020 (Prestatie afspraken lange termijn met corporaties) ‐ Afspraken Investeringsbudget Stedelijke vernieuwing (ISV-III) / afspraken met BZK/WWI ‐ Woonvisie Sliedrecht ‐ Beleidsnotitie Huisvestingsmogelijkheden voor Starters ‐ Lokale Prestatieafspraken 2010-2014 (Prestatieafspraken met Tablis Wonen) ‐ Nota Grondbeleid Gemeente Sliedrecht ‐ Convenant huisvesting arbeidsmigranten
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Rapportcijfer directe woonomgeving
Schaalscore sociale cohesie
7,4
Drechtsteden
7,2
Zwijndrecht
7,5
Sliedrecht
Papendrecht
7,5
Papendrecht
7,6
Dordrecht
2,0
3,0
Programmabegroting 2014
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
5,9 6,2
Dordrecht
7,5 1,0
6,2
Hendrik Ido Ambacht
7,3
Alblasserdan
5,9
Zwijndrecht
Sliedrecht
Hendrik Ido Ambacht
6,1
Drechtsteden
5,8 6,4
Alblasserdan
9,0
10,0
- 62 -
1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
10,0
2.10. Programma 10 Financiën en organisatie 2.10.1. Programma activiteiten
‐ ‐
(Beleids)uitvoering Planning & Control-cyclus (Beleids)uitvoering lokale heffingen.
2.10.2. Wat willen we bereiken? Centrale ambitie Een financieel gezonde gemeente Doelstelling 1: De meerjarenbegroting is structureel sluitend met een gezonde reservepositie en een adequaat weerstandsvermogen Doelstelling 2: De gemeentelijke belastingen blijven zoveel mogelijk gehandhaafd op het huidige niveau.
2.10.3. Wat gaan we daarvoor doen? Doelstelling 1: De meerjarenbegroting is structureel sluitend met een gezonde reservepositie en een adequaat weerstandsvermogen Nr.
Resultaat
Maatregel
1.1.
Structureel sluitende begroting 2015
-
-
1.2.
Adequaat weerstandsvermogen in relatie tot de aanwezige risico’s
-
0-waarde
Tijdig inzicht verstrekken in de ontwikkeling van de financiële huishouding van de gemeente door een adequaat proces voor de totstandkoming van de Kadernota 2015, met aandacht voor de 4 genoemde sporen in de Kadernota 2014 waarlangs bezuinigingsmogelijkheden worden geinventariseerd Inspelen op signalen van veranderende financiële positie bij andere P en C producten in 2014 - Met doorlopende identificatie en kwantificering wordt ingezet op het beheersen en minimaliseren van de risico’s met een daarbij behorend weerstandsvermogen. Bij de oplevering van de verschillende P en C producten in 2014 wordt hieraan separaat aandacht besteed
- 63 -
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
2014
2014
2014
Programmabegroting 2014
Doelstelling 2: Gemeentelijke belastingen staan in goede verhouding tot het aanwezige voorzieningenniveau. Nr.
Resultaat
Maatregel
2.1.
Aanpassing gemeentelijke belastingen gaat niet verder dan de inflatiecorrectie
2.2
De gemeentelijke belastingen staan in goede verhouding tot het geleverde voorzieningenniveau
- Bij het aanpassen van de gemeentelijke belastingen wordt gekeken naar de ontwikkelingen van de CPIindex en de kostendekkendheid van de tarieven - Bij eventuele aanpassing wordt gekeken naar nut en noodzaak in relatie tot de aanwezige (toekomstige) voorzieningen in het dorp
Programmabegroting 2014
0-waarde
- 64 -
Actuele waarde
Streefwaarde / planning
Structureel
Structureel
2.10.4. Wat mag het kosten
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Meerjarenraming 2015
Meerjarenraming 2016
Meerjarenraming 2017
Lasten
€
€
€
€
€
€
Baten
€ 23.428.512
€ 22.607.542
€ 23.502.928
€ 21.804.505
€ 21.814.873
€ 21.643.580
Saldo
€ 23.106.449
€ 21.654.380
€ 22.319.295
€ 21.669.136
€ 21.382.440
€ 21.267.164
Verrekening met reserves
€
€
€
€
€
€
Saldo na verrekening reserves
€ 21.073.552
€ 21.654.380
€ 22.319.295
€ 21.669.136
€ 21.382.440
€ 21.267.164
Lasten
€
2.117.561
€
861.651
€
655.335
€
666.848
€
665.504
€
671.615
Baten
€
3.544.711
€
3.392.255
€
1.872.160
€
2.140.357
€
2.206.203
€
2.272.841
Saldo
€
1.427.149
€
2.530.604
€
1.216.825
€
1.473.509
€
1.540.699
€
1.601.226
Verrekening met reserves
€
543.702-
€
€
75.241-
€
Saldo na verrekening reserves
€
883.447
€
2.376.640
€
1.141.584
€
1.357.204
€
1.347.656
€
1.377.621
Lasten
€
660.167
€
630.329
€
596.242
€
595.242
€
595.242
€
595.242
Baten
€
3.259.296
€
3.469.000
€
3.469.000
€
3.595.000
€
3.595.000
€
3.595.000
Saldo
€
2.599.129
€
2.838.671
€
2.872.758
€
2.999.758
€
2.999.758
€
2.999.758
Verrekening met reserves
€
Saldo na verrekening reserves
€
Totaal saldo voor bestemming
€ 24.556.128
Thema's Begroten en verantwoorden
322.063
2.032.897-
953.162
-
1.183.633
-
135.369
-
432.433
-
376.416
-
Bedrijfsvoering
153.964-
116.305-
€
193.043-
€
223.605-
Algemene heffingen
2.599.129
€ €
2.838.671
€ 26.869.691
€ €
2.872.758
€ 26.333.637
€ €
2.999.758
€ 26.026.098
Geplande investeringen programma 10
Raming 2014
Gemeentekantoor, vervanging koeling computerruimte Gemeentekantoor, onderhoud gevels/schilderwerk Gemeentekantoor, onderhoud interieur/schilderwerk Gemeentekantoor, onderhoud parkeerdek Gemeentekantoor, onderhoud buitenkozijnen Raadhuis, vervanging bediening glazen schuifdeuren Raadhuis, onderhoud gevels/schilderwerk Raadhuis, onderhoud liftinstallatie Basisregistratie vastgoed, software Aanschaf truck t.b.v. begraafplaats Aanschaf veegwagen Aanschaf transporter
16.500 12.310 2.500 13.750 2.510 10.000 10.000 17.500 20.000 20.000 25.000 40.000
Totaal
190.070 - 65 -
€ €
2.999.758
€ 25.729.854
€ €
2.999.758
€ 25.644.543
Programmabegroting 2014
2.10.5. Achtergrondinformatie Context, achtergrond en relevante ontwikkelingen Het voeren van een gezond financieel beleid waarbij uitgaven en ontvangsten elkaar in evenwicht houden. Hierbij worden de tarieven zoveel mogelijk gehandhaafd op het huidige niveau. Daarbij geldt dat het verhogen van de woonlasten (OZB) niet verder gaat dan de inflatiecorrectie, tenzij er zwaarwegende redenen zijn voor verdere verhoging (o.a. het behoud van het voorzieningenniveau en/of strikt noodzakelijk gevonden investeringen). Wettelijk gezien zijn we gehouden aan het opstellen van een begroting en jaarrekening (financieel toezicht door de Provincie Zuid-Holland) overeenkomstig de BBV en uitvoering lokale heffingen. Wat ontwikkelingen betreft blijven er voortgaande bezuinigingsmaatregelen vanuit het rijk. Om deze het hoofd te bieden zijn in de Kadernota 2014 daarvoor 4 sporen benoemd, te weten Subsidies, Vastgoed, Kostendekking tarieven belastingen en heffingen, samenwerking en bedrijfsvoering, om langs die lijnen de bezuinigingsmogelijkheden te inventariseren. Daarnaast worden er diverse taken vanuit het rijk gedecentraliseerd waardoor volume van de algemene uitkering en het gemeentelijk budget zal toenemen.
Kaderstellende nota’s Raadsprogramma 2010-2014 ‘Sliedrecht meer Waard” Meerjarenbegroting 2010-2014 Kadernota 2014 Financiële verordening Belastingverordeningen
Hoe doet Sliedrecht het in de regio? Oordeel burger verhouding gemeentelijke lasten en voorzieningenniveau
Gemeentelijke lasten (€)volgens COELO atlas
Drechtsteden
Sliedrecht
6,0
Sliedrecht
Papendrecht
2,0
3,0
Programmabegroting 2014
4,0
5,0
6,0
587,0 758,0
Alblasserdan
5,5 1,0
726,0
Dordrecht
5,7
Alblasserdan
687,0
Hendrik Ido Ambacht
6,1
Hendrik Ido Ambacht
584,0
Papendrecht
5,7
Dordrecht
707,0
Zwijndrecht
5,4
Zwijndrecht
683,0
7,0
8,0
9,0
0,0
10,0
- 66 -
100,0 200,0 300,0 400,0 500,0 600,0 700,0 800,0 900,0 1000, 0
3. PARAGRAFEN 3.1. Lokale heffingen en belastingen 3.1.1. Uitgangspunten tarievenbeleid Voor de heffingen wordt het uitgangspunt aangehouden van kostendekkende tarieven. De heffingen behoren tot de specifieke middelen, omdat zij geoormerkt zijn voor bepaalde uitgaven. Voor de burger zijn van deze tarieven de afvalstoffenheffing en de rioolheffing het belangrijkst. Voor de tariefsberekening van de belastingen wordt rekening gehouden met de gehanteerde uitgangspunten, die zijn opgenomen in de Kadernota 2014. De opbrengsten uit belastingen behoren tot de algemene middelen (de OZB, de precariobelasting en de hondenbelasting). Na een aangenomen amendement met het behandelen van STOER wordt het tarief van de hondenbelasting niet verhoogd. Ten opzichte van het vorige begrotingsjaar blijven de woonlasten van een meerpersoonshuishouden gelijk. Woonlasten meerpersoonshuishouden
Noot
2012
Afvalstoffenheffing meerpersoonshuishoudens
1
€
213
€
194
€
194
Rioolheffing, eigenarendeel
1
€
131 €
135
€
135
Rioolheffing, gebruikersdeel
1
€
68 €
57
€
57
OZB eigenaren woningen
2
€
172
€
176
€
175
€
584
€
562 €
561
Totaal
2013
2014
Noten: 1. De tarieven van de heffingen zijn 100% kostendekkend. 2. Voor de OZB 2014 is uitgegaan van een woning met een voor onze gemeente geldende gemiddelde WOZ-waarde van € 167.000 (in 2013 € 180.000). Dit is een daling van 7%.
3.1.2. Algemene middelen De opbrengsten zijn als volgt: OZB (onroerende zaakbelastingen)
Werkelijk 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Woningen eigenaren
€
1.778.889
€
1.871.000
€
1.897.000
Niet-woningen eigenaren
€
817.100
€
884.000
€
904.000
Niet-woningen gebruikers
€
552.176
€
566.000
€
566.000
Totaal opbrengsten
€
3.148.165
€
3.321.000
€
3.367.000
Hondenbelasting
Werkelijk 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Opbrengsten
€
€
€
86.627
85.000
85.000
De raming 2014 is op basis van het geregistreerde aantal honden. Precariobelasting
Werkelijk 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Opbrengsten
€
€
€
- 67 -
24.503
17.100
17.000
Programmabegroting 2014
3.1.3. Specifieke middelen De opbrengsten uit een bestemmingheffing mogen op grond van de Gemeentewet niet hoger zijn dan de bijbehorende lasten. De opbrengstramingen van de belangrijkste exploitaties resulteren in de volgende uitkomsten.
Opbrengsten heffingen
Product
Werkelijk 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Huwelijken
17
€
30.076
€
36.400
€
36.400
Begrafenisrechten
53
€
377.042
€
412.500
€
412.500
Afvalstoffenheffingen huisvuil
54
€
1.905.520
€
1.837.134
€
1.764.662
Containerrechten bedrijfsvuil
55
€
382.782
€
338.352
€
339.720
Marktgelden
71
€
54.606
€
45.280
€
45.280
Rioolheffingen
92
€
2.229.489
€
2.302.940
€
2.316.976
Havengelden, incl. huur watersportvereniging
95
€
78.492
€
79.915
€
78.086
Leges bouwvergunningen
105
€
736.650
€
390.000
€
440.000
€
5.794.657
€
5.442.521
€
5.433.624
Totaal
De ontwikkeling van de belangrijkste tarieven wordt hierna per belastingsoort toegelicht. 3.1.4. Belangrijke tarieven In onderstaande tabel worden de verwachte tarieven aangegeven, zoals waarmee in de Begroting 2014 rekening is gehouden. De tarieven kunnen nog een wijziging ondergaan bij het vaststellen van de definitieve eenheden op basis waarvan het tarief wordt bepaald. Hiervoor ontvangt u separate voorstellen, die in de raadsvergadering van 10 december 2013 zullen worden geagendeerd. Belasting/heffing
Categorie
Noot
OZB
Woningen
1
-
1
Hondenbelasting
Afvalstoffenheffing
Rioolheffing
Eigenaren
Tarief 2013
Tarief 2014
0,0979%
0,1049%
Niet-woningen (bedrijfspanden)
1
-
Eigenaren
1
0,1494%
0,1506%
-
Gebruikers
1
0,1103%
0,1173%
Eerste hond
2
€
66,24
€
66,24
Tweede hond
2
€
111,00
€
111,00
Meerpersoonshuishoudens
3
€
193,56
€
193,65
Eenpersoonshuishoudens
3
€
138,00
€
138,00
Eigenarendeel (aansluitrecht)
4
€
135,21
€
135,21
Gebruikersdeel (afvoerrecht o.b.v. waterverbruik)
Begrafenisrechten
Overig
-
Vastrecht 0-250m3
€
57,36
€
57,36
-
Per 50m3 boven vastrecht
€
28,68
€
28,68
Algemeen graf
€
663,00
€
663,00
Bijzetting urn
€
411,00
€
411,00
Huwelijk
€
364,00
€
364,00
Programmabegroting 2014
- 68 -
Noten: 1. Bij het berekenen van de OZB-tarieven 2014 is geen verhoging toegepast voor de (niet)woningen. Wel is rekening gehouden met een waardevermindering van 7 % op de totale WOZ-waarde 2013 voor de woningen en voor de nietwoningen 5%. Ook is een marge wegens bezwaarschriften gecalculeerd. De WOZ-waarden voor 2014 worden gebaseerd op de economische waarde van de objecten op 1 januari 2013. Het effect van de taxaties verloopt evenals vorige jaren budgettair neutraal. Met de berekeningen is rekening gehouden met een areaaluitbreiding van 50 woningen ad € 200.000,-- conform de kadernota 2014 2. De tarieven van de hondenbelasting zijn gelijk aan het jaar 2013 3. De tarieven van afvalstoffenheffing zijn gelijk aan het jaar 2013 4. De tarieven van rioolheffing zijn gelijk aan het jaar 2013
3.1.5. Vergelijking woonlasten 2013 (lokale lastendruk) Sliedrecht ligt met € 510 onder het landelijk gemiddelde. De woonlasten 2013 zijn eveneens vergeleken met de andere Drechtstedengemeenten (bron: Coelo-atlas 2013, Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden, Rijksuniversiteit Groningen). Rioolrecht eigenaar / gebruiker
Afvalstoffenheffing
Totaal
Rangnr. meerpersoonshuishouden
Gemeente
OZB eigenaar
Alblasserdam
€
249
€
250
€
273
€
772
329
Dordrecht
€
194
€
158
€
248
€
600
37
H.I. Ambacht
€
294
€
155
€
306
€
755
300
Papendrecht
€
239
€
255
€
222
€
716
229
Sliedrecht
€
178
€
193
€
194
€
565
17
Zwijndrecht
€
217
€
208
€
290
€
715
225
€
713
Gemiddelde Zuid-Holland
Het OZB-bedrag is berekend op basis van de gemiddelde WOZ-waarde van de betreffende gemeente. De indicatie in de laatste kolom betekent hoe lager het rangnummer van de Coelo-atlas hoe beter. Sliedrecht (17) is ten opzichte van vorig jaar (32) gestegen op de ranglijst van de “lage woonlasten”. 3.1.6. Kwijtscheldingsbeleid Sliedrecht Voor een vijftal belastingen is in onze gemeente een kwijtscheldingsmogelijkheid vastgesteld. Het gaat hierbij om de OZB, de afvalstoffenheffing, de hondenbelasting, het rioolaansluitrecht en het rioolafvoerrecht. Bij deze belastingen behoort - met uitzondering van de hondenbelasting - volledige kwijtschelding tot de mogelijkheid. Gemeenten mogen de norm van de kosten van bestaan stellen op maximaal 100% van de zogenoemde bijstandsnorm. Vanaf 1997 hanteert Sliedrecht deze 100%-bijstandsnorm. Ten aanzien van de hondenbelasting is besloten dat de kwijtschelding slechts mag worden toegekend tot maximaal de helft van de verschuldigde belasting voor de eerste hond. De kosten van kwijtschelding (lagere belastingen en rechten) worden geraamd op Programma 10 Financiën en organisatie (product 143). De inkomstenderving als gevolg van het kwijtscheldingsbeleid wordt dus ten laste van de algemene middelen gebracht en niet in de tarieven doorberekend. Voor 2014 is de raming overeenkomstig hetgeen is gemeld in de Bestuursrapportage 2013 verhoogd met € 26.000. Daarmee komt de raming voor 2014 op € 110.000. Op het gebied van kwijtschelding is op rijksniveau een aantal ontwikkelingen gaande die wellicht aanleiding geven om de kwijtscheldingsverordening te wijzigen. Het gaat om kwijtschelding van de privébelastingen van ondernemers, mensen met kinderopvang en de kwijtscheldingsnorm voor 65+ ers. Hiervoor zullen u waar nodig voorstellen worden gedaan.
- 69 -
Programmabegroting 2014
3.1.7. Verordeningen Op dit moment worden de volgende verordeningen toegepast. Omschrijving:
Raadsbesluit
Verordening reinigingsheffingen 2013
28-11-2012
Verordening begrafenisrechten 2013
28-11-2012
Verordening havengeld 2013
28-11-2012
Verordening hondenbelasting 2013
28-11-2012
Verordening leges 2013
28-11-2012
Verordening marktgelden 2013
28-11-2012
Verordening onroerende-zaakbelastingen 2013
28-11-2012
Verordening precariobelastingen 2013
28-11-2012
Verordening brandweerrechten 2013
28-11-2012
Verordening rioolheffing 2013
28-11-2012
Voor alle heffingen worden in de raadsvergadering van 10 december 2013 nieuwe verordeningen voor 2014 vastgesteld.
3.1.8. Ontwikkelingen macronorm OZB Onderstaand geven we weer hetgeen hierover in meicirculaire 2013 is opgenomen. “De gemeente is verantwoordelijk voor het vaststellen van haar OZB tarief. De grondslag daarvoor is de WOZ waarde. Het beheersbaar houden van lokale lasten, betekent dat het product van OZB tarief en WOZ waarde voor het totaal van de gemeenten niet sterker dan de bestuurlijk overeengekomen zogeheten macronorm mag stijgen. De macronorm 2013 voor de OZB stijging is 3% (zonder correctie 2012). De bestuurlijke afspraak om de totale (landelijke) OZB stijging in 2013 te beperken tot € 103.900.000 meteen correctie van de overschrijding in 2012 van € 7.700.000 is niet gehaald. Er is sprake van een overschrijding in 2012 èn in 2013 van tezamen € 37.800.000. Deze overschrijding is besproken in het Bestuurlijk overleg financiële verhoudingen van 22 mei 2013. Een en ander leidt ertoe dat a) het bedrag van de overschrijding in mindering wordt gebracht op wat in 2014 aan maximale stijging gerealiseerd mag worden en b) de systematiek van de macronorm geëvalueerd wordt. De macronorm 2014 betekent een OZB-stijging van maximaal € 125.900.000 (= 3,5% over OZB opbrengst 2013, bron Coelo) zònder correctie van de overschrijding over de jaren 2012 en 2013. De maximale OZB stijging 2014 inclusief correctie overschrijding 2012-2013 komt daarmee uit op maximaal € 125.900.000 -/- € 37.800.000 = € 88.100.000 (OZB stijging van 2,45%). Het streven is om in de septembercirculaire 2013 uitsluitsel te geven over de uitkomsten van de evaluatie macronorm als instrument om lokale lasten beheersbaar te houden”.
Programmabegroting 2014
- 70 -
3.2. Weerstandsvermogen 3.2.1. Inleiding Het weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente om financiële tegenvallers te kunnen opvangen teneinde haar taken te kunnen voortzetten. Dit bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen beheersmaatregelen zijn getroffen, bijvoorbeeld door het vormen van voorzieningen of het afsluiten van verzekeringen. Het weerstandsvermogen is mede van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente. De raad heeft inmiddels een procesvoorstel ontvangen voor het opstellen van de nota risicomanagement in Sliedrecht. Het college wil samen met raad en ambtelijke organisatie invulling geven aan het risicomanagement volgens het principe van richten (raad), inrichten (college) en verrichten (organisatie). In verband met de nieuwe nota risicomanagement die in het vierde kwartaal van 2013 verder vorm en inhoud zal krijgen, wordt in deze paragraaf de focus vooral gelegd op een actualisatie van het bestaande risicoprofiel. Voor het overige zal de opzet en inhoud van deze paragraaf geen wijzigingen bevatten ten opzichte van eerdere planning & control documenten.
3.2.2. Weerstandscapaciteit Bij het begrip weerstandscapaciteit gaat het om de middelen waarover de gemeente beschikt/kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. De weerstandscapaciteit van Sliedrecht wordt berekend uit: de onbenutte belastingcapaciteit, de structurele ruimte in de exploitatie (eventuele aanvullende bezuinigingsmogelijkheden), de ondergrens van de AR (algemene reserve), alsmede eventuele stille reserves en vrij besteedbare reserves. Onbenutte belastingcapaciteit De retributies (rechten) zoals afvalstoffenheffing en rioolheffing, zijn bestemmingsheffingen die niet meer mogen opbrengen dan de kosten die ermee zijn gemoeid. Hierin kan dus nooit ruimte ontstaan; ze vormen daarom geen onderdeel van de weerstandscapaciteit. De OZB is in feite de enige substantiële algemene gemeentelijke belasting. De hondenbelasting en de precariorechten zijn financieel gezien relatief minder van betekenis. Bij de berekening van de weerstandscapaciteit wordt de OZB voorshands niet meegenomen, omdat de verhoging van de OZB-tarieven een politiek-bestuurlijke afweging is. Resultante hiervan is dat in Sliedrecht niet gerekend wordt met onbenutte belastingcapaciteit. Structurele ruimte in de exploitatie Voor 2014 en volgende jaren is in de begroting gerekend met een bedrag van € 2,50 per inwoner ten behoeve van onvoorziene lasten, wat uitkomt op ongeveer € 61.000,- per jaar. Dit bedrag is minimaal noodzakelijk om onvoorziene zaken in de exploitatie te kunnen opvangen. Bufferfunctie van de AR (algemene reserve) Met de Nota Financiële Strategie heeft de raad een minimumniveau bepaald op € 5 miljoen. Verderop in deze paragraaf wordt nader ingegaan op het risicoprofiel van de gemeente. Tevens wordt de prognose van de AR nader toegelicht. Met het vaststellen van de Financiële Strategie heeft de raad besloten de reserve Egalisatie Grondkosten Woningbouw (EGW) samen te voegen met de AR. Een afzonderlijk overzicht van het verloop van deze reserve wordt daarom niet meer opgenomen. Reserve Infrastructuur De reserve kent geen structurele voeding. De middelen van deze reserve zijn bedoeld voor de aanleg, uitbreiding en verbetering van infrastructuur. De Reserve Infrastructuur wordt gevoed vanuit incidentele bouwgrondexploitaties, vooral Baanhoek-West is de komende jaren van belang. Aange- 71 -
Programmabegroting 2014
zien het tijdstip van voeding onzeker is, wordt ieder jaar bij het opstellen van de begroting en de rekening de positie van deze reserve opnieuw bekeken. Wanneer er een tekort in de reserve dreigt komen immers de geplande projecten in gevaar en zal zo nodig de AR moeten worden aangesproken om de boekwaarde van de Reserve Infrastructuur aan te vullen. Ook van deze reserve wordt de prognose nader toegelicht.
3.2.3. Voorzieningen en reserves Voor de bepaling van het weerstandsvermogen van de gemeente is de omvang van de reserves van belang. Voorzieningen Voorzieningen dienen naar beste schatting dekkend te zijn voor de achterliggende verplichtingen of onderhoudsprogramma’s. Ze mogen niet groter of kleiner zijn dan de verplichtingen of programma’s waarvoor ze zijn ingesteld. In het hierna volgende overzicht zijn alle voorzieningen opgesomd (bedragen in €).
Programmabegroting 2014
- 72 -
Rek. nr. (kort)
Boekwaarde per 1-1-2013
Reserves
Boekwaarde per 1-1-2015
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's:
89510000
Voorziening spaarverlof ambtenaren
102.184
104.738
89511000
Voorziening wachtgeld personeel
80.260
82.266
89512000
Voorziening pensioen voormalige wethouders
733.732
752.075
89517000
Voorziening achtergestelde lening SIW
36.721
37.639
89520000
Voorziening combinatiefuncties
150.170
153.924
89521000
Voorziening liquidatie Logopedische Dienst, kring Sliedrecht
243.455
249.541
1.346.521
1.380.184
354.839
158.072
Subtotaal
Onderhoudsegalisatievoorzieningen:
89600000
Voorziening buitengewoon onderhoud gebouwen GB
89602000
Voorziening onderhoud woningen/woonwagens
68.905
26.744
89605000
Voorziening buitengewoon onderh. PR
20.406
14.111
89606000
Voorziening onderhoud speelvoorzieningen
37.573
77.366
89700000
Voorziening afkoop onderhoud graven
981.229
984.608
89609000
Voorziening huisvesting en calamiteiten onderwijs
1.074.995
618.638
89611000
Voorziening onderhoud haven
48.875
47.699
89612000
Voorziening onderhoud wegen
1.077.596
1.518.715
89613000
Voorziening onderh/egal.prod.riolering
8.297.215
64.863
89614000
Voorziening onderhoud ponton waterbus
57.832
73.567
89615000
Voorziening onderhoud bruggen
127.825
86.483
89616000
Voorziening onderhoud openbare verlichting
18.405
846
89617000
Voorziening CJG eigen middelen
283.115
290.193
Subtotaal
12.440.811
3.961.904
Totaal voorzieningen
13.787.332
5.342.087
- 73 -
Programmabegroting 2014
Reserves Reserves behoren tot het eigen vermogen en zijn vooral van belang voor de bepaling van het weerstandsvermogen van de gemeente. Het is de bevoegdheid van de raad om de bestemming van de reserves te wijzigen. In het hierna volgende overzicht zijn alle reserves opgenomen (bedragen in €). Rek. nr. (kort) 80300000
Reserves
80320000
Reserve afwikkeling verplichtingen AR
Algemene Reserve
Boekwaarde per 1-1-2013 8.647.387
Boekwaarde per 1-1-2014 6.924.450
-
1.837.870
-
-
80308000
Reserve onderhoud monumenten
5.750-
0-
80310000
Reserve toepassing beeldende kunst
43.408
30.000
80312000
Reserve egalisatie grondk.woningbouw
295.182-
0-
-
-
100.279-
0-
-
-
80305000
Reserve ontwikkelingen IT
80302000
Reserve kapitaallasten verenigingsverz.geb.
2.432.307
2.413.077
80303000
Reserve kapitaallasten investeringen
3.965.207
4.434.869
80304000
Reserve kapitaallasten nieuw gemeentekantoor
6.529.448
6.484.335
80317000
Reserve kapitaallasten nieuwbouw gemeentewerf
-
1.811.605
Reserve kapitaallasten
-
-
-
-
80306000
Reserve vervanging materieel PR
622.758
491.969
80315000
Reserve vervanging containers
490.315
480.001
-
-
-
300.000
-
-
1.927.998
278.003
-
-
250.982-
57.876-
-
-
80318000
80316000
80309000
Reserve frictiebudget reorganisatie
Reserve egalisatie tarieven afvalstoffenheffing
Reserve infrastructuur
80307000
Stimuleringsreserve woningbouw
562.439
0-
80313000
Reserve renovatie Nijverwaard
245.117
0-
80319000
Reserve kleinschalige herontwikkeling
245.117
357.994
25.528.211
24.786.295
Totaal reserves
Programmabegroting 2014
- 74 -
Prognose van de Algemene Reserve Omschrijving
Stand per 1/1
2013
2014
8.648.285
6.924.450
2015
2016
5.924.450 5.924.450
Vermeerderingen: Rekeningsaldo 2012
1.654.677
Opheffen ontwikkelingen IT (80305000)
47.106
opheffen reserve onderhoud Monumenten
670 1.702.453
0
0
0
0
0
Verminderingen cf K2F: overheveling naar reserve 80320000 verplichtingen AR
3.116.347
Opheffen Reserve egalisatie grondk.woningbouw 80312000 ivm negatief saldo overhevelen
309.941
Onderhoud wegen
1.000.000
Stand per 31 december
3.426.288
1.000.000
6.924.450
5.924.450
5.924.450 5.924.450
* De onttrekking van € 1 mln (onderhoud wegen) is onderdeel van de agenda in de raadsvergadering van 8 oktober 2013.
Reserve Infrastructuur Aan de inkomstenkant van de prognose wordt rekening gehouden met opbrengsten uit grondexploitaties. De ramingen zijn gebaseerd op het overzicht van de Reserve Infrastructuur zoals opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen van de programmabegroting 2012. Bedragen luiden in €. Omschrijving
2013
2014
2015
2016
2017
2018
250.982
-57.876
130.831
140.091
397.021
592.503
6.275
0
0
0
0
0
257.256
-57.876
130.831
140.091
397.021
592.503
173.683
178.893
184.260
189.788
195.482
201.346
29.276
0
0
67.142
Grondverkopen Watertorenterrein
pm
pm
Grondverkopen De Driehoek
pm
pm
184.260
256.930
195.482
201.346
Stand per 1/1 Inflatiecorrectie (vanaf 2014 geen rentetoevoeging conform uitgangspunten STOER)
Vermeerderingen: Grondverkopen Baanhoek-west Grondverkopen Stationspark
Grondverkopen Kerkbuurt 16-18
6.254 202.959
185.147
Verminderingen: 60935703 Aanpassingen station Sliedrecht 60935705 Aanpassing Stationsweg t.h.v. Rijksweg 15 60935711 Verkeersbeleidsplan - Snelheidsremmende maatregelen 60935712 Verkeersbeleidsplan - Aanbrengen extra parkeerplaatsen 60935713 Verkeersbeleidsplan - Aanpassen kruispunt Prinsenweer-Craijensteijn
285.820 10.513 15.000 34.700 37.540
- 75 -
Programmabegroting 2014
60935714 Verkeersbeleidsplan - Realisatie/opwaarderen/uitbreiden fietsenstallingen 60935709 Verkeersbeleidsplan - Onderzoek fietspad Craijenstein
50.361
25.500
10.350 0
Bijdrage van exploitatie ZieZo
-7.000
Parkeren Burg. Winklerplein locatie Schutte 11)
80.807
0
0
-3.560
Kruising Thorbeckelaan - Rivierdijk 12)
Stand per 31 december
0
175.000 518.091
-3.560
175.000
0
0
0
-57.876
130.831
140.091
397.021
592.503
793.849
3.2.4. Risico’s In de Begroting 2014 zijn de geraamde baten en lasten opgenomen. Naast de gangbare posten spelen voor het bepalen van de totale financiële positie ook zaken een rol die niet uit de jaarrekening blijken of ontwikkelingen die de budgetten onder grote druk kunnen zetten. In algemene zin worden specifieke risicoaanspraken gecompenseerd binnen de budgetten van de betreffende afdeling. Indien hier geen mogelijkheden voor bestaan moet een beroep worden gedaan op de algemene reserve. De organisatie heeft een risico-inventarisatie opgesteld, die de basis vormt voor de actualisatie van het risicoprofiel. Een groot deel van de risico’s sluit aan bij het risicoprofiel dat is opgenomen in de jaarstukken 2012. De aandachtspunten voor het risicoprofiel vormen de projecten, algemene uitkering, decentralisaties, knelpunten wegbeheer, verbonden partijen en vastgoed. Organisatierisico’s De gemeentelijke organisatie verandert. Gemeenten komen steeds meer in de rol van regisseur, met nieuwe taken die door het Rijk worden gedecentraliseerd. Dit vraagt om andere competenties. Het risico is aanwezig dat de organisatie deze slag niet binnen de huidige budgettaire kaders kan maken. Daarnaast is een risico aanwezig ten aanzien van de dekking van de capaciteit. Iedere medewerker in de organisatie heeft een vast aantal productieve uren. De uren worden besteed aan diverse reguliere producten en naar producten waar een tarief voor in rekening wordt gebracht (afvalstoffenheffing, rioolrecht e.d.). Daarnaast worden ook uren naar projecten en investeringswerken geschreven waarvan de kosten voor een deel kunnen worden doorbelast naar derde partijen. Door de financiële crisis, bezuinigingen e.d. neemt het aantal investeringswerken en projecten af, waardoor een risico aanwezig is dat interne uren van medewerkers niet meer in dezelfde mate kunnen worden gedekt. Het maximaal risico dat verband houdt met de dekking op productieve uren, wordt ingeschat op ongeveer 3%, wat neerkomt op ongeveer € 350.000. Renterisico’s De rentestand is op dit moment erg gunstig. Bij stijgende rente is een risico aanwezig dat er te weinig rente wordt berekend in onze kostprijzen. Een stijging van de kortlopende rente (de langlopende rente staat vast) met 1% leidt tot een extra kostenpost van ongeveer € 70.000. Meer informatie treft u aan in de paragraaf Financiering. Onzekerheden algemene uitkering De systematiek “trap op, trap af” leidt ertoe dat extra bezuinigingen van het Rijk direct doorwerken in de algemene uitkering in het gemeentefonds. Bij de jaarstukken 2012 hebben we voor de dreigende extra rijksbezuinigingen als gevolg van het zogenaamde “Mondriaanakkoord” geen beheersmaatregelen getroffen, maar is een risico berekend van € 300.000 structureel. Bij het opstellen van de Kadernota 2014 is, op basis van aanvullende informatie (€ 6 miljard extra rijksbezuiniging) een stelpost opgenomen in de begroting van € 375.000 structureel. Met het treffen van deze maatregel is het risico gereduceerd. Echter dit is gebaseerd op verschillende aannames. Er resteert een risico dat er bovenop deze € 6 miljard nog meer moet worden bezuinigd. Verder kan het zijn dat de Programmabegroting 2014
- 76 -
inschatting van het bedrag van € 375.000 in de praktijk anders uitpakt (doordat een groter deel van de € 6 miljard neerslaat in het gemeentefonds). Decentralisaties De financiële vertrekpunten zijn op dit punt helder: kortingen worden doorvertaald binnen het betreffende beleidsveld. Met name de omvang van kortingen op de huishoudelijke hulp, de jeugdzorg en AWBZ brengen het risico met zich mee dat Sliedrecht wat betreft het sociaal voorzieningenniveau onder het minimum belandt. Als beheersmaatregel heeft Sliedrecht een jaarlijkse stelpost opgenomen van € 300.000. Het resterend risico bestaat uit de kans dat de voorbereiding en uitvoering niet kan plaatsvinden binnen de beschikbare budgetten. Regionaal is de afspraak gemaakt dat alle deelnemende gemeenten uitgaan van een uniforme risicoomschrijving en inschatting voor het aspect voorbereidingskosten. Deze tekst luidt als volgt: “Vanaf 1 januari 2015 zullen de decentralisaties Jeugd en AWBZ naar de gemeenten worden overgeheveld. Om in 2015 direct van start te kunnen gaan, zal in 2014 een uitvoeringsorganisatie moeten worden opgezet en inkoopcontracten moeten worden afgesloten. Het is nog niet duidelijk of, en zo ja, hoeveel, middelen het Rijk ter beschikking stelt voor het opzetten van deze uitvoeringsorganisatie. Het risico bestaat dat de eventuele Rijksmiddelen onvoldoende zijn om een uitvoeringsorganisatie op te zetten. Beheersmaatregel: Gestreefd zal worden naar een zo doelmatig mogelijke voorbereiding. De komende circulaires van het Rijk zullen duidelijk maken hoeveel middelen het Rijk ter beschikking stelt. Uitgegaan wordt van een bedrag tussen € 250.000 en € 750.000 voor de gehele regio Drechtsteden met een kans van 50% dat het risico zich voordoet”. Voor Sliedrecht komt dit neer op een maximaal risico van € 75.000. Dit laat onverlet dat er een risico blijft bestaan waar het gaat om de reguliere uitvoeringskosten. Dit risico is regionaal nog niet verder gekwantificeerd. In het risicoprofiel van Sliedrecht bij de jaarstukken 2012 is dit wel opgenomen voor een bedrag van € 600.000. Resumerend kan het risicoprofiel en afdekking op het onderdeel decentralisaties als volgt worden geschetst: Risico
Inschatting risico
maximaal
Beheersmaatregel ter reductie
Voorzieningen (uitkeringskosten)
€ 300.000
Opgenomen als stelpost in de begroting (structureel)
Voorbereidingskosten
€
Doelmatige voorbereiding; afdekking via AR
Reguliere uitvoeringskosten
€ 600.000
75.000
Idem
Knelpunten wegenbeheer Ten tijde van de begrotingsvoorbereiding heeft het college een voorstel opgesteld om, vanuit de AR, een bedrag van € 1.000.000 toe te voegen aan de voorziening onderhoud wegen. Met deze beheersmaatregel wordt een groot deel van het risico inzake het wegbeheer gereduceerd. Uitgaande van een positieve besluitvorming in de raad van 8 oktober 2013 kan het risico met dit bedrag worden verlaagd. Wat resteert is het risico van de opritten Sportlaan naar het viaduct Betuweroute en de verlengde afschrijvingstermijnen. Dit laatste verhoogt het risico van achterstalligheid. Verbonden partijen In het opgestelde risicoprofiel in de jaarstukken 2012 zijn voor de verbonden partijen de volgende risico’s opgenomen. Dit zijn structureel doorwerkende risico’s:
Toename van aantal uitkeringsgerechtigden en hogere exploitatietekorten bij Drechtwerk; Niet af te bouwen overhead omdat een aantal verbonden partijen mogelijk geen diensten meer afnemen van het SCD; Structurele meerkosten als gevolg van de upgrade ICT. - 77 -
Programmabegroting 2014
Naast deze structurele doorwerkende risico’s lag er een risico dat Sliedrecht moet bijdragen aan de afwikkeling van het mogelijk tekort inzake Noordoevers. Ten aanzien van de ICT upgrade en de afwikkeling Noordoevers is een actualisatie noodzakelijk. De ICT kosten zijn inmiddels opgenomen in deze meerjarenbegroting (conform de Kadernota 2014) en voor de afwikkeling van Noordoevers heeft de raad middelen beschikbaar gesteld (vanuit het jaarrekeningresultaat 2012). Wat resteert is het algemene risico door deelname aan een Gemeenschappelijke Regeling. Negatieve exploitatieresultaten worden doorgelegd naar de deelnemende gemeenten. De totale bijdrage aan verbonden partijen bedraagt € 18,3 miljoen (zie paragraaf “verbonden partijen”). Uitgaande van een maximaal risico van 5% overschrijding van de begroting van de gemeenschappelijke regelingen, betekent dit een maximaal risico van € 800.000. Garantstellingen De gemeente Sliedrecht staat garant voor diverse instellingen. De staat van gegarandeerde leningen bedraagt ongeveer € 91,5 miljoen. In dit bedrag zijn ook leningen meegenomen van de woningcorporatie. De gemeente is hier niet de eerste garantsteller, maar slechts achtervang (Waarborgfonds Woningcorporaties). Hiermee komt het bedrag waarvoor de gemeente Sliedrecht eerste garantsteller is op ongeveer € 23 miljoen. De huidige beleidslijn is dat hiervan 2,5% wordt aangemerkt als risico. Het maximale risico bedraagt op basis van bovenstaande uitgangspunten € 575.000. Mede gezien de toenemende financiële problematiek bij de instellingen en corporaties zal in de Nota Risicomanagement de nodige aandacht worden besteed aan beheersmaatregelen, o.a. door jaarlijkse toets van de jaarrekeningen op aspecten als solvabiliteit en liquiditeit. Naast instellingen en woningcorporaties staat de gemeente Sliedrecht ook garant voor de HVC te Alkmaar. Het maximale risico van Sliedrecht is herberekend naar rato van het percentage garantstellingprovisie en bedraagt nu (jaarrekening HVC 2012) ongeveer € 7,5 miljoen. Indien hier tevens het percentage van 2,5% wordt gehanteerd, bedraagt het maximaal risico € 187.500. Projectrisico’s De risico’s in de projecten zijn ten opzichte van het risicoprofiel bij de jaarstukken 2012 ongewijzigd. Het maximale risico is berekend op € 1,1 miljoen en heeft betrekking op de samenwerkingsovereenkomst Merwede Linge Lijn. De financiële afwikkeling van het project is nog niet gereed. Verder is hier de besluitvorming ten aanzien van de afwikkeling Noordoevers opgenomen. De raad heeft besloten een bedrag van € 77.000 op te nemen in het risicoprofiel. Waardering vastgoed De economische waarde van vastgoed (grond en gebouwen) blijft een dalende lijn vertonen. Daarmee lopen gemeenten risico. De waarde in het economisch verkeer kan dalen beneden de boekwaarde in de gemeentelijke administratie. In de jaarrekening 2012 is reeds een aantal belangrijke beheersmaatregelen getroffen in de vorm van het nemen van verlies ten laste van de exploitatie. Dit voor een bedrag van ruim € 0,6 miljoen (Rivierdijk 769, Watertorenterrein). Bij het opstellen van de jaarstukken 2013 dient de boekwaarde voor deze plannen naast de waarde in het economisch verkeer worden gelegd. Na het treffen van beheersmaatregelen blijft er altijd een restrisico bestaan bij de waardering van vastgoed. Dat is inherent aan het karakter van deze balansposten. De risico’s bestaan uit:
Risico’s die verband houden met de aard van het plan, bijvoorbeeld omdat er woningen zijn geprogrammeerd die niet goed in de markt liggen; Risico’s die verband houden met het tijdstip van realisatie van het plan; veel plannen schuiven door in tijd, in afwachting van betere tijden. Dit kan leiden tot aanzienlijke rentekosten en werken door in de waarde van het plan. Op het moment dat de waarde in het economisch verkeer lager wordt dan de boekwaarde, kunnen ook de plankosten niet meer worden geactiveerd op het betreffende project. Voor de te verwachten plankosten 20142017 is nog geen voorziening getroffen. Dit zal worden betrokken bij het opstellen van de
Programmabegroting 2014
- 78 -
jaarstukken 2013. Wel is dit risico in deze risicoanalyse meegenomen. Dit verklaart de verhoging ten opzichte van de risicoanalyse 2012, waarbij met deze situatie nog geen rekening was gehouden. Zie paragraaf grondbeleid onderdeel NIEGG; Risico’s die verband houden met gehanteerde parameters, bijvoorbeeld indexering van prijzen en rentestanden ; Overige risico’s, bijvoorbeeld wanneer er sprake is van onzekere subsidies, bodemverontreiniging, planschades e.d.
Recapitulatie In onderstaande tabel zijn de risicogebieden samengevat. Bedragen luiden in €. Risicogebied
Maximaal gevolg risico
Structureel/ indicenteel
Kansklasse
Organisatierisico’s Renterisico
€ 350.000
S
II
€ 328.125
€
70.000
S
II
€
€ 250.000
S
III
€ 390.625
€ 75.000
I
II
€ 28.125
Decentralisatie uitvoeringskosten
€ 600.000
I
II
€ 225.000
Knelpunten wegenbeheer
€ 500.000
I
III
€ 312.500
Knelpunten wegenbeheer
€ 100.000
S
III
€ 156.250
Verbonden Partijen
€ 800.000
S
II
€ 750.000
Garantstellingen
€ 762.500
I
II
€ 285.938
Projectrisico’s
€ 1.200.000
I
IV
€ 1.050.000
Waardering vastgoed
€ 1.285.000
I
III
€ 803.125
Onzekerheden algemene uitkering Decentralisatie voorbereidingskosten
Totaal
Risicobedrag
65.625
€ 4.395.313
Toelichting Bij de risicocalculatie zijn structureel doorwerkende risico’s vermenigvuldigd met de factor 2,5. De gedachte hierachter is dat een dergelijk risico na 2,5 jaar kan worden afgebouwd middels het treffen van maatregelen. Verder is gewerkt met een viertal kansklassen. Conclusies over het weerstandsvermogen De risico-inventarisatie is bepaald door alle netto risico’s bij elkaar op te tellen. Door de raad is besloten het minimumniveau van de Algemene Reserve te bepalen op een bedrag van € 5.000.000. De omvang van de Algemene Reserve bedraagt, rekening houdend met de verplichtingen en claims, € 5.900.000 (exclusief de Bestuursrapportage 2013). Dat is voldoende om de risico’s af te dekken.
- 79 -
Programmabegroting 2014
3.3. Onderhoud kapitaalgoederen De gemeente beheert de openbare ruimte waarin een groot aantal activiteiten plaatsvindt zoals wonen, werken en recreëren. Voor deze activiteiten zijn kapitaalgoederen nodig: wegen, riolering, kunstwerken, groen, verlichting en gebouwen. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan is bepalend voor het voorzieningenniveau en de jaarlijkse lasten. In dit onderdeel van de begroting wordt aangegeven voor welk ambitieniveau de gemeente heeft gekozen, inclusief de financiële consequenties hiervan. Het door de raad gewenste onderhoudsniveau is van invloed op de lasten. Het beleid betreffende de kapitaalgoederen wordt door middel van beleidsnota's vastgesteld. Dergelijke nota’s bieden de mogelijkheid om algemene beleidslijnen met betrekking tot de inhoudelijke kaders (de visie van de raad op de kwaliteit van de kapitaalgoederen) en procedurele kaders (afspraken tussen raad en college over besluitvorming en informatievoorziening) vast te stellen. Het beleid van de gemeente voor het onderhoud van kapitaalgoederen is onder andere opgenomen in: - de Nota Groenstructuurplan (vastgesteld september 2003); - de Nota onderhoud gebouwen (vastgesteld in 2006); - het Gemeentelijk Rioleringsplan 2012-2018 (vastgesteld in 2011); - het Verkeersbeleidsplan (vastgesteld in 2010) met het uitvoeringsprogramma (vastgesteld in 2011); - het Beleidsplan onderhoud wegen 2010-2014 (vastgesteld in 2011). Als uitgangspunt geldt dat op basis van beheerplannen jaarlijks budgetten worden geraamd voor het onderhoud dat in het begrotingsjaar moet worden uitgevoerd en dat voldoende wordt gereserveerd (stortingen in onderhoudsvoorzieningen) voor het uitvoeren van toekomstig onderhoud. Hierna gaan we nader in op de specifieke beleidsvelden. 3.3.1. Openbaar groen en speelvoorzieningen De gemeenteraad heeft in september 2003 een groenstructuurplan vastgesteld waarin op hoofdlijnen de uitgangspunten zijn vastgelegd voor onderhoud van het openbaar groen. De beheersaspecten zijn uitgewerkt in het Groenbeheerplan 2004. In het Groenbeheerplan zijn voor iedere beheergroep de kwaliteitsbeelden vastgelegd. Op basis van een inventarisatie van het aanwezige groen en de werkpakketten die nodig zijn om het gewenste kwaliteitsbeeld te realiseren, is de totaal benodigde arbeidscapaciteit en zijn de benodigde budgetten vastgesteld. Eind 2013 wordt een startnotitie voor het opstellen van een geactualiseerd groenstructuurplan voorgelegd aan de gemeenteraad. In 2014 zal het nieuwe groenstructuurplan ter vaststelling worden aangeboden. 3.3.2. Riolering De gemeentelijke taken op het gebied van de riolering zijn gebaseerd op de Waterwet. Voor de uitvoering van deze wettelijke verplichting is gemeentelijke beleidsruimte aanwezig. Voldaan moet worden aan de richtlijnen van de waterkwaliteitsbeheerders (Waterschap Rivierenland en Rijkswaterstaat). Onvoldoende zorg voor het gangbaar houden van het rioolstelsel kan leiden tot schadeclaims. Sliedrecht voldoet sinds 2003 aan de basisinspanning riolering. In het najaar van 2011 is door de raad het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2012-2018 vastgesteld. Voor de komende jaren zijn onder andere de volgende projecten in het GRP opgenomen. - Joost van den Vondelstraat en omgeving (Dichtersbuurt); - Prof. Lorentzlaan en omgeving (Wetenschappersbuurt); - Talmastraat en omgeving (Staatsliedenbuurt); - Afkoppelen in combinatie met herstraten, reconstructies etc.
Programmabegroting 2014
- 80 -
Het GRP houdt rekening met de zogenoemde verbrede rioolheffing. Er wordt expliciet aandacht besteed aan de zorgplichten voor hemel- en grondwater. Het verbrede GRP bevat ook een overzicht van de in de gemeente aanwezige voorzieningen voor de inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater en de gevolgen van de klimaatveranderingen. Ook zijn maatregelen ter voorkoming of beperking van nadelige gevolgen van de grondwaterstand opgenomen.
3.3.3. Waterbeheer In januari 2005 is het Stedelijk Water Plan (SWP) vastgesteld. Dit plan had een looptijd tot 2009, maar is, na de evaluatie met het waterschap, in 2011 verlengd. Met de uitvoering van de maatregelen werd in 2004 begonnen. Het Gemeentelijk Afkoppel Plan (GAP) sluit aan op de uitgangspunten van het SWP. Het afkoppelen van verhardingen heeft voor zowel de waterkwaliteit als de waterkwantiteit geen nadelige gevolgen. Voor de vereiste waterberging moet de gemeente binnen de bebouwde kom nog 1 ha open water realiseren (1,2 ha is gerealiseerd). In de polder moet nog 8,2 ha waterberging worden aangelegd. De aanleg van de waterberging wordt in samenwerking met het waterschap uitgewerkt en wordt betrokken bij de gebiedsontwikkeling ten noorden van de Betuweroute.
3.3.4. Wegen Met het raadsbesluit van 29 maart 2011 is het Beleidsplan Onderhoud Wegen 2010-2014 vastgesteld. Met dit besluit zijn de bezuinigingen in het kader van de Brede doorlichting op het onderhoudsprogramma van de wegen doorgevoerd. De raad heeft ingestemd met het verleggen van het CROW onderhoudscriterium (niveau B) naar drie andere criteria, namelijk het voorkomen van kapitaalvernietiging, het voorkomen van schadeclaims en het voldoen aan de toegankelijkheid (bij zettingen). Het hoofdwegennet krijgt daarbij de prioriteit boven de woongebieden. Bij de vaststelling van de onderhoudsbudgetten is rekening gehouden met een areaaluitbreiding als gevolg van de aanleg van de woonwijk Baanhoek-West.
3.3.5. Bruggen Voor de bruggen is in 2010 een onderhoudsrapport opgesteld. Op basis hiervan worden jaarlijks prioriteiten gesteld welke binnen het beschikbare budget kunnen worden opgelost. In Drechtstedenverband wordt gewerkt aan een gezamenlijk beleidsplan. Op basis daarvan zal het beheerplan in 2014 geactualiseerd worden.
3.3.6. Openbare verlichting De gemeente Sliedrecht heeft het beheer en onderhoud van de openbare verlichting ondergebracht bij Stadsbeheer Dordrecht (SBD). Op basis van metingen heeft Stadsbeheer Dordrecht een vervangingsplan opgesteld. In 2014 wordt een nieuw beheerplan opgesteld.
3.3.7. Gebouwen De “Nota onderhoud gebouwen” is vastgesteld in de raad van 18 december 2006. Door middel van deze nota is een onderbouwing gegeven van de onderhoudsbudgetten voor gebouwen in de begroting van Sliedrecht.
3.3.8. Binnenhaven Hieronder valt het op diepte houden van de gemeentehaven en het daarvoor periodiek peilen, het onderhouden van de steigers en de walstroomvoorziening. Eind 2008 is het beheerplan vastgesteld. Eens per 10 jaar dient rekening te worden gehouden met een hoge piek aan kosten voor baggerwerkzaamheden. De onderhoudsmaatregelen zijn verwerkt in de voorziening onderhoud haven.
- 81 -
Programmabegroting 2014
3.3.9. Aanlegsteiger waterbus Het vervoer door de Waterbus is geregeld in het contract tussen de Provincie en Aquabus BV. De gemeente Sliedrecht betaalt hiervoor jaarlijks een bijdrage aan bureau Drechtsteden. Het (groot-) onderhoud van de aanmeerplaats (ponton) verloopt volgens een overeenkomst met het Havenbedrijf Dordrecht. De onderhoudsmaatregelen zijn verwerkt in de voorziening onderhoud ponton Waterbus.
3.3.10. Reserveringen voor onderhoud In het kader van de begroting is het van belang dat kan worden aangegeven dat voldoende wordt gereserveerd voor toekomstig onderhoud. De omvang van de verschillende voorzieningen op 1 januari 2014 wordt aangegeven in de paragraaf Weerstandsvermogen. In 2014 zullen de volgende stortingen (zie tabel 1) worden gedaan in de diverse onderhoudsvoorzieningen (zie tabel 2). Tabel 1: Omschrijving
Noot
Vlaggen
Categorie BBV
Overig
Program ma
1
Subtotaal Programma 1 Brandweerkazerne (incl. dienstwoningen)
Gebouwen
2
Subtotaal Programma 2 Algemeen onderwijsbeleid
1
Gebouwen
3
Subtotaal Programma 3
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
277
265
265
277
265
265
5.245
5.002
5.002
5.245
5.002
5.002
486.816
531.324
325.114
486.816
531.324
325.114
Begraafplaats (gebouw)
Gebouwen
4
925
882
882
Begraafplaats (plantsoen)
Groen
4
2.260
2.283
2.283
Begraafplaats (afkoop onderhoud)
Groen
4
148.097
160.000
160.000
Kinderboerderij (gebouw)
Gebouwen
4
3.937
3.753
3.753
Kinderboerderij (plantsoen)
Groen
4
1.900
1.919
1.919
Watergangen en sloten
Water
4
43.972
43.972
43.972
Speelvoorzieningen
Groen
4
69.112
69.803
69.803
Recreatie voorzieningen
Groen
4
4.599
4.384
4.384
Openbaar groen
Groen
4
18.065
19.519
19.519
Wijkonderkomens plantsoenen
Groen
4
1.450
1.382
1.382
294.317
307.897
307.897
Subtotaal Programma 4 Zalencentrum De Lockhorst
Gebouwen
5
22.870
21.804
21.804
Diverse multifunctionele accommodaties
Gebouwen
5
17.887
17.055
17.056
Verenigingsaccommodatiegebouw
Gebouwen
5
5.100
4.862
4.862
Binnensportaccommodaties
Gebouwen
5
31.810
30.327
30.660
Buitensportaccommodaties
Gebouwen
5
11.600
11.716
11.716
Zwemaccommodatie De Lockhorst
Gebouwen
5
31.376
29.909
29.909
120.643
115.673
116.007
Subtotaal Programma 5 Onderhoud riolering
Riolering
7
513.268
537.368
1.518.364
Onderhoud wegen
Wegen
7
862.971
838.374
874.481
Bruggen
Wegen
7
26.596
26.862
26.862
Openbare verlichting
Wegen
7
31.917
32.236
32.236
Programmabegroting 2014
2
- 82 -
Omschrijving
Noot
Categorie BBV
Program ma
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Binnenhaven
Water
7
5.745
5.802
5.802
Ponton waterbus
Water
7
14.149
14.290
14.290
1.454.646
1.454.932
2.472.035
Subtotaal Programma 7 Toren NH-kerk met uurwerk
Gebouwen
8
1.927
1.837
1.837
Klok en carillon raadhuis
Gebouwen
8
1.534
1.462
1.462
3.461
3.299
3.299
Subtotaal Programma 8 Gemeentewoningen
Gebouwen
9
7.680
7.752
7.752
Standplaatsen woonwagens
Gebouwen
9
5.208
5.260
5.260
Woonwagens
Gebouwen
9
1.315
1.328
1.328
14.203
14.340
14.340
Subtotaal Programma 9 Raadhuis
Gebouwen
10
10.837
10.331
10.331
Gemeentekantoor
Gebouwen
10
21.930
20.909
22.576
Gemeentewerf
Gebouwen
10
4.788
4.565
4.565
37.555
35.805
37.472
2.417.163
2.468.537
3.281.431
Subtotaal Programma 10 Totaal generaal
Noten: 1. Betreft de stortingen in de voorziening huisvesting en calamiteiten onderwijs. Deze voorziening is niet alleen bedoeld voor onderhoud buitenkant schoolgebouwen, maar ook voor investeringen ten behoeve van uitbreiding, nieuwbouw en eerste inrichting. 2. Als gevolg van de gewijzigde financieringsmethode van vervangingsinvesteringen in riolering is de storting in de voorziening onderhoud riolering verhoogd. De verhoging van de storting wordt gecompenseerd door het vervallen van kapitaallasten van rioolinvesteringen. Deze gewijzigde methode houdt in dat de gerealiseerde vervangingsinvesteringen in mindering worden gebracht op de opgebouwde spaarvoorziening.
Tabel 2: Omschrijving
Boekwaarde 11-2014
Vermeerderingen 2014
Verminderingen 2014
Boekwaarde 31-12-2014
158.072
160.730
205.704
113.098
26.744
14.340
22.492
18.592
Voorziening onderhoud speelvoorzieningen
77.366
69.803
73.500
73.669
Voorziening buitengewoon onderhoud PR
14.111
35.437
4.000
45.548
Voorziening afkoop onderhoud graven
984.607
160.000
290.778
853.830
Voorziening huisvesting en calamiteiten onderwijs
618.638
325.114
562.103
381.649
Voorziening onderhoud haven
47.699
5.802
0
53.501
Voorziening onderhoud wegen
1.518.715
874.481
2.228.000
165.196
Voorziening onderhoud/egal. prod. riolering
64.863
1.562.336
503.972
1.123.227
Voorziening onderhoud ponton waterbus
73.567
14.290
0
87.857
Voorziening onderhoud bruggen
86.483
26.862
17.900
95.445
846
32.236
0
33.082
3.671.711
3.281.431
3.908.449
3.044.694
Voorziening buitengewoon onderhoud gebouwen Voorziening onderhoud woningen en woonwagens
Voorziening onderhoud openbare verlichting Totaal
- 83 -
Programmabegroting 2014
3.4. Financiering In deze paragraaf komen de onderwerpen aan de orde die behoren tot het geldstromenbeleid van de gemeente. Dit zijn onder andere risicobeheer (met name rente- en kredietrisico), de financieringsen schuldpositie, het kasbeheer en de informatievoorziening. Algemeen De uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie dient plaats te vinden binnen de kaders zoals gesteld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). In deze wetgeving staan vooral transparantie en risicobeheersing centraal. De transparantie komt daarbij tot uitdrukking in voorschriften voor een verplicht Financieringsstatuut alsmede een financieringsparagraaf in begroting en rekening. De laatste geactualiseerde versie van het gemeentelijke financieringsstatuut is per begin 2011 in werking getreden. De risicobeheersing heeft bij overheden met name betrekking op renterisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s. Het begrip treasury kan worden gedefinieerd als het besturen en beheersen, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Concreet komt dit neer op o het financieren van het beleid tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden; o het te allen tijde zorgen voor voldoende liquide middelen en o het daarbij afdekken van met name rente- en kredietrisico’s. Dit laatste uit hoofde van uitgeleende gelden en afgegeven borgstellingen/garanties. Binnen de financiële functie van de gemeente is het van belang het onderscheid te herkennen tussen de treasury- en de controlfunctie. Treasury zorgt voor de beschikbaarheid van geldmiddelen; de controlfunctie is belast met het toezicht en de bewaking van de aanwending ervan. Vanuit deze rollen is de focus bij treasury gericht op feitelijke in- en uitgaande kasstromen, terwijl de controlfunctie veelal redeneert in termen van baten en lasten. In deze paragraaf staan voornamelijk de feitelijke kas- en financieringsstromen centraal. Benadrukt wordt dat de doelstelling van de treasuryfunctie van de gemeente Sliedrecht is dat deze uitsluitend de publieke taak dient en dat een prudent beleid gevoerd wordt binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet fido. De gemeente Sliedrecht heeft de advisering over en de uitvoering van haar treasurybeleid opgedragen aan het Servicecentrum Drechtsteden. Ontwikkelingen De huidige schuldenproblematiek in Europees verband heeft er toe geleid dat ook op nationaal niveau er meer focus is gekomen op begrotingsdiscipline en schuldposities. Op dit moment zijn er in Nederland twee relevante wetgevingstrajecten actief, te weten de Wet Houdbare Overheidsfinancien en het Schatkistbankieren. Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet hof). Dit wetsvoorstel, dat op 23 april 2013 is aangenomen door de Tweede Kamer en na het zomerreces aan de Eerste Kamer zal worden aangeboden, betreft een doorvertaling van EUbegrotingsrichtlijnen naar nationale wetgeving. In de EU-richtlijnen is vastgelegd dat het maximale begrotingstekort van de overheid 3% van het BBP mag bedragen. Becijferingen hebben uitgewezen dat 0,38% van dit tekort voor rekening komt van gemeenten. Via de Wet hof zal deze tekortlimiet worden verankerd. Daarbij zal per gemeente vooraf een toegestaan portie tekort worden bepaald, de zogenoemde individuele referentiewaarde. Vervolgens zal een berekening worden gemaakt van het gemeentelijke EMU-saldo. Dit is een benadering op kasbasis, dit in tegenstelling tot het gebruikelijke baten/lastenstelsel. Als gevolg van deze benadering komen onder andere grote investeringen ineens ten laste van het saldo. Het Rijk heeft aangegeven om op termijn overschrijdingen van de norm met gemeenten te gaan verrekenen, mogelijk via de Algemene Uitkering. In discussies met Programmabegroting 2014
- 84 -
het Rijk over deze Wet heeft onder andere de VNG gewezen op het gevaar dat hierdoor het realiseren van al dan niet noodzakelijke gemeentelijke investeringen in de knel kan komen. Schatkistbankieren Dit is een initiatief dat is voorgekomen uit het Begrotingsakkoord 2013. Het betekent dat decentrale overheden al hun overschotten aan liquide middelen, rekening houdend met een bepaald drempelbedrag (voor Sliedrecht circa € 350.000), in ’s Rijks Schatkist zullen moeten stallen. Het oogmerk van Schatkistbankieren is tweeledig. Ten eerste heeft het een voordelig effect geeft op de staatsschuld (EMU-schuld) doordat de Nederlandse Staat minder geld hoeft te lenen op de financiële markten. Ten tweede vermindert Schatkistbankieren het kredietrisico van uitzettingen. Keerzijde daarentegen is dat de rendementen bij de Schatkist belangrijk lager zullen zijn. Om in dit nadeel tegemoet te komen zal onderling lenen tussen decentrale overheden toegestaan zijn. Dit draagt bij aan de eerstgenoemde doelstelling omdat de middelen dan binnen de EMU-sector blijven. Het Schatkistbankieren zal wettelijk worden verankerd middels een aanpassing van de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). Ten tijde van het opstellen van deze paragraaf was het wetsvoorstel in behandeling bij de Tweede Kamer. Gezien het feit dat gemeente Sliedrecht met name aan de opnemende kant van het financieringsspectrum zit, zullen de gevolgen voor de gemeente naar verwachting beperkt zijn. Zodra de hier geschetste ontwikkelingen in wetgeving verankerd zijn zal worden bezien in hoeverre het gemeentelijke Financieringsstatuut moet worden aangepast. Het afgelopen jaar heeft de renteontwikkeling het volgende beeld laten zien: Tabel 1
Renteverloop medio 2012 t/m medio 2013 Verloop rentetarieven 1 juli 2012 - 1 juli 2013 3,00%
10-jaars IRS
Percentage
2,50%
3-maands Euribor
2,00%
1,50%
1,00%
0,50%
1-jul-13
1-jun-13
1-mei-13
1-apr-13
1-mrt-13
1-feb-13
1-jan-13
1-dec-12
1-nov-12
1-okt-12
1-sep-12
1-aug-12
1-jul-12
0,00%
Datum
Renteverloop in absolute cijfers: Vorig jaar (begin juli 2012)
Actueel ten tijde van opstelling begroting 2014 (begin juli 2013)
Toe-/afname
Korte rente (3-maands Euribor), ca.
0,65%
0,22%
-0,43%
Lange rente (10-jaars IRS), ca.
1,96%
2,10%
0,14%
Spread
1,31%
1,88%
0,57%
Omschrijving
- 85 -
Programmabegroting 2014
De korte rente, welke vooral onder invloed staat van het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank (ECB), heeft zich gedurende het eerste halfjaar 2013 consequent op een niveau van rond de 0,20% bewogen. Ook de kapitaalmarktrente is gedurende het afgelopen jaar vrij stabiel geweest: deze heeft in overwegende mate zijwaarts bewogen in de bandbreedte van 1,5% tot 2%. De beweging ten tijde van opstelling van deze paragraaf was opwaarts gericht. Oorzaak hiervan is de vrees dat de centrale banken wereldwijd over willen gaan tot afbouw van steun- en verruimende maatregelen. Voor het komende jaar wordt door een aantal sector- en grootbanken gemiddeld de volgende renteontwikkeling voorzien, waarbij benadrukt moet worden dat dit een momentopname is die dagelijks wijzigt. Tabel 2
Rentevisie
Renteverwachting komend jaar (rentevisie) Actueel ten tijde van opstelling begroting 2014
Gemiddelde verwachting grootbanken van stand over 1 jaar
Toe-/afname
Korte rente (3-maands Euribor), ca.
0,22%
0,33%
0,11%
Lange rente (10-jaars IRS), ca.
2,10%
2,07%
-0,03%
Spread
1,88%
1,74%
-0,14%
Omschrijving
Hoewel voorgaande tabel voor het komende jaar redelijk stabiele rentetarieven suggereert dient wel opgemerkt te worden dat banken bij het verstrekken van langjarige financiering nog wel liquiditeitsopslagen berekenen bovenop de in voorgaande tabellen genoemde IRS-niveaus. Voor bijvoorbeeld een 10-jaars lening bedraagt deze opslag thans circa 0,65% (65 basispunten). Deze opslagen zijn hoger naarmate de leninglooptijd verder toeneemt. Door ontwikkelingen als de schuldencrisis en strengere vermogensvereisten voor banken, de zogenoemde Basel III-richtlijnen, kunnen deze opslagen wel verder oplopen. Financieringspositie Financiering activa De activa van de gemeente Sliedrecht zullen per begin 2014 naar verwachting als volgt gefinancierd zijn: Tabel 3
Financieringspositie per 1-1-2014 Bedragen x € 1 miljoen Omschrijving
Bedragen per 1-1-2014
Totale boekwaarde investeringen
€
59,8
€
45,6
€
14,2
Vaste financieringsmiddelen: Reserves
€
Voorzieningen
€
5,3
Langlopende leningen
€
14,6
Financieringstekort
Programmabegroting 2014
- 86 -
25,7
Interne rente Voor de interne doorberekening van de rentekosten naar de investeringen hanteert de gemeente Sliedrecht een percentage van 4 %. De gemeente hanteert hierbij geen (egalisatie)reserve. De rentekosten kunnen als volgt worden gespecificeerd: Overzicht rentekosten
2014
Rente langlopende geldleningen
€ 644.862
Rente financiëringstekort (1% kort en 3% lang)
€ 342.688
Rente eigen vermogen en voorzieningen
€ 1.083.506
Provisie en bankkosten (IP001)
€ 10.000
Totaal geraamde rentekosten
€ 2.081.056
Doorberekende rentekosten in exploitatie o.b.v. 4%
€ 2.426.327
Bruto rente-ruimte in exploitatie
€ 345.271
Door te berekenen naar sluitende exploitaties
€ 214.068
Netto marge in exploitatie voor renteschommeling
€ 131.203
Leningenportefeuilles Opgenomen leningen De navolgende tabel geeft inzicht in het verwachte verloop van de portefeuille aan opgenomen langlopende leningen in 2014: Tabel 4
Mutaties leningenportefeuille OG 2014 Bedragen x € 1.000 Omschrijving
Gemiddeld percentage
Bedrag
Restantschuld per 1 januari 2014
€
14.581
Nieuwe leningen
€
-
Reguliere aflossingen
€
Vervroegde aflossingen
€
-
Rente-aanpassing (oud percentage)
€
-
Rente-aanpassing (nieuw percentage)
€
-
Restantschuld per 31 december 2014
€
13.527
4,68%
1.054-
4,67%
Dit betreft 3 leningen. Uitzettingen Uitzettingen is de term die de Wet fido bezigt voor verstrekte langlopende geldleningen en beleggingen. Voor een overzicht van de gemeentelijke uitzettingen wordt verwezen naar tabel 8. Schuldpositie De afgelopen jaren is de bewustwording rond schuldposities, juist ook van overheden, sterk toegenomen. Een schuldpositie ontstaat indien de eigen middelen van een gemeente ontoereikend zijn om bijvoorbeeld activiteiten of investeringen te bekostigen. In dat geval dient externe financiering te worden aangetrokken. Een goed zicht op de schuldpositie draagt bij aan het besef dat de aan financiering verbonden rente en aflossingen andere noodzakelijke uitgaven van de gemeente verdringen. De (ontwikkeling van de) schuldpositie kan vanuit meerdere invalshoeken worden benaderd. Eén van de meest geijkte is de Debt Ratio. Deze ratio wordt ontleend aan de balans, waarbij wordt bezien welk percentage van het totaal vermogen/balanstotaal met vreemd vermogen gefinancierd is. Ook kan een verhouding worden bepaald tussen de schuldpositie (balans) ten opzichte van de totale exploitatiebaten. - 87 -
Programmabegroting 2014
In de navolgende tabel wordt de (ontwikkeling van) de schuldpositie van de gemeente Sliedrecht zowel in historisch perspectief als richting de toekomst in beeld gebracht. Een complicerende factor daarbij is dat een kengetal als de Debt Ratio wordt uitgedrukt in het balanstotaal. Dat hindert een doorkijk naar de toekomst, omdat in begrotingen doorgaans geen volledige balans is opgenomen, maar slechts op onderdelen. In onderstaande tabel is het balanstotaal vanaf 2013 dan ook geschat. Tabel 5
Schuldpositie
Verloop schuldpositie 2011-2017
Bedragen x € 1.000
Werkelijk
Werkelijk
Voorlopig
Raming
Raming
Raming
Raming
2011
2012
2013
2014
2015
2016
2017
Debt ratio Totale schuld (1)
€
30.696
€
27.807
€
24.581
€
20.027
€
17.521
€
16.506
€
15.481
Balanstotaal (2)
€
69.093
€
69.162
€
69.200
€
69.200
€
69.200
€
69.200
€
69.200
Debt Ratio %
44%
40%
36%
29%
25%
24%
22%
Nettoschuld per inwoner Netto schuld (3)
€
Aantal inwoners
20.011
€
24.232
Bedrag x € 1,-
16.616
€
13.731
24.250
€
24.250
9.177
€
24.250
6.671
€
24.250
5.656
€
24.250
4.631 24.250
€ 826
€ 685
€ 566
€ 378
€ 275
€ 233
€ 191
-
-€ 141
-€ 119
-€ 188
-€ 103
-€ 42
-€ 42
Schuldevolutie (4) Bedrag x € 1,Schuldquote Netto Schuld
€
20.011
€
16.616
€
13.731
€
9.177
€
6.671
€
5.656
€
4.631
Exploitatiebaten (5)
€
53.874
€
53.056
€
44.708
€
44.767
€
43.914
€
44.684
€
44.684
Schuldquote %
37%
31%
31%
20%
15%
13%
10%
(1) Som van opgenomen leningen, kortlopende schulden en overlopende passiva. Zie balans. (2) Vanaf 2013 geschat. (3) Totale schuld minus som van uitgezette langlopende leningen, kortlopende vorderingen, liquide middelen en overlopende activa. Zie balans. (4) Toe/afname nettoschuld per inwoner t.o.v. voorgaand jaar. (5) Vóór bestemming.
Voor 2014 wordt een Debt Ratio verwacht van 29%. Dit betekent dat 29% van de gemeentelijke bezittingen met externe schuld gefinancierd is (en dus 71% met eigen middelen). De schuldquote van de gemeente zal in 2014 naar verwachting 20% bedragen. Voor beide gemeentelijke scores geldt dat deze ruim onder de landelijke gemiddelden liggen (respectievelijk circa 55% en 60%). De schuldpositie van Sliedrecht mag dus relatief gunstig genoemd worden. Risicobeheersing Zoals eerder benoemd vormt risicobeheersing één van de pijlers van de Wet fido. In de navolgende onderdelen wordt ingegaan de risicoaspecten die verbonden zijn aan de uitvoering van de gemeentelijke treasuryfunctie. In beginsel kunnen deze worden onderscheiden in renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Voor gemeente Sliedrecht zijn de twee laatstgenoemde risico’s niet van toepassing. Daarnaast kan een informatierisico worden benoemd, te weten het risico dat relevante informatie niet tijdig of volledig bij de treasuryafdeling onder aandacht wordt gebracht.
Programmabegroting 2014
- 88 -
Renterisico’s Renterisico’s kunnen vanuit Wet fido-optiek worden bezien op de korte en op de langere termijn. Renterisico op korte schuld: de kasgeldlimiet Met de kasgeldlimiet is in de Wet fido een norm gesteld voor het maximum bedrag waarop de gemeente haar financiële bedrijfsvoering met kortlopende middelen (looptijd < 1 jaar) mag financieren. Deze norm bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal aan lasten. Indien de kasgeldlimiet bij herhaling wordt overschreden dient er geconsolideerd te worden ofwel moet één en ander worden omgezet in langlopende financiering. Voor 2014 kan de kasgeldlimiet voor de gemeente Sliedrecht als volgt worden bepaald: Tabel 6
Berekening kasgeldlimiet 2014 Begrotingstotaal
€
Relevant percentage
46,865 miljoen 8,5%
Kasgeldlimiet
€
3,984 miljoen
De gemeente Sliedrecht verwacht in 2014 binnen de kasgeldlimiet te opereren. Bij beoordeling van een eventuele financieringsbehoefte zal de kasgeldlimiet optimaal worden benut. Renterisico op langlopende schuld: de renterisiconorm De gemeente loopt renterisico op het moment dat nieuwe leningen moeten worden aangetrokken (herfinanciering) of als een renteherziening van toepassing is. Om het renterisico te beheersen is in de Wet fido de renterisiconorm geformuleerd. Het doel van deze norm is om overmatige afhankelijkheid van het renteniveau in één bepaald jaar te voorkomen, één en ander ter bescherming van de gemeentelijke financiële positie. Met deze norm bevordert de Wet fido een solide financieringswijze bij openbare lichamen. Conform voorschrift van de geactualiseerde Wet fido wordt het renterisico in onderstaande tabel voor de komende vier jaren bepaald, terwijl de renterisiconorm alleen betrekking heeft op het totaal van de begroting van het komende jaar. Tabel 7
Berekening renterisiconorm Renterisiconorm
(bedragen x € 1.000)
Renterisico's
2014
2015
2016
2017
Renteherzieningen
€
-
€
-
€
-
€
-
Aflossingen
€
1.054
€
1.006
€
1.015
€
1.025
Renterisico
€
1.054
€
1.006
€
1.015
€
1.025
€
46.865
€
9.373
Berekening renterisiconorm Begrotingstotaal 2014 Percentage cf. regeling Renterisiconorm 2014
20%
Toetsing renterisico aan norm: Renterisico
€
1.054
Renterisiconorm
€
9.373
Ruimte onder de norm
€
8.319-
Uit deze opstelling blijkt dat de gemeente Sliedrecht binnen de grenzen van de renterisiconorm opereert.
- 89 -
Programmabegroting 2014
Kredietrisico’s Kredietrisicobeheersing richt zich op de kredietwaardigheid (en dus risicoprofiel) van de tegenpartijen bij financiële transacties. Kredietrisico’s kunnen worden gelopen vanuit uitzettingen (verstrekte geldleningen, beleggingen) of uit verleende garanties. Verstrekte geldleningen Ingedeeld naar risicocategorie kan voor 2014 het volgende verloop worden verwacht: Tabel 8
Specificatie verstrekte geldleningen naar risicocategorie Bedragen x € 1.000 Verwachte stand per
Categorie
1-1-2014
31-12-2014
% verdeling per eind 2014
Gemeenten / Provincies
€
-
€
-
0,0%
Overheidsbanken
€
-
€
-
0,0%
Woningcorporaties met garantie WSW
€
-
€
-
0,0%
Semi-overheidsinstellingen
€
980
€
980
49,7%
Financiële instellingen (A en hoger) Overige toegestane instellingen volgens Treasurystatuut Niet-toegestane instellingen volgens Treasurystatuut
€
-
€
-
0,0%
€
997
€
991
50,3%
€
-
€
-
0,0%
€
1.977
€
1.971
100,0%
Totaal
Het hierboven bij semi-overheidsinstellingen vermelde bedrag betreft de deelneming in dan wel leningen verstrekt uit hoofde van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn). Verleende garanties De borgstellingen kunnen als volgt worden gespecificeerd naar risicogroep:
Tabel 9
Specificatie borgstellingen naar risicocategorie Bedragen x € 1.000 Verwachte stand per
Categorie
Risico profiel
Directe borstellingen (m.b.t. lokale instellingen, verenigingen e.d.)
Middel/ hoger
€
41.518
€
38.927
45,7%
Laag
€
46.737
€
46.264
54,3%
€
88.255
€
85.191
100,0%
Achtervangpositie in waarborgfondsen (bijv. Waarborgfonds Sociale Woningbouw) Totaal
1-1-2014
31-12-2014
% verdeling per eind 2014
Kasbeheer De inrichting van het betalingsverkeer (het beheer van het gemeentelijke rekeningstelsel, het coördineren van bevoegdheden en het verrichten van feitelijke betalingen) alsmede de saldoregulatie wordt verzorgd vanuit Servicecentrum Drechtsteden. De gemeente was, is en blijft daarbij overigens eigenaar van de betreffende bank- en girorekeningen. Gemeente Sliedrecht onderhoudt bankrelaties met Bank Nederlandse Gemeenten en Rabobank. Een hulpmiddel bij de saldoregulatie en voor het eventueel opnemen van langjarige financiering is de meerjarige liquiditeitenplanning, welke door het SCD in nauw overleg met de gemeente is opgezet. Deze planning wordt periodiek geactualiseerd op grond van nieuwe informatie of inzichten. Uit
Programmabegroting 2014
- 90 -
de meest recente planning blijkt dat aanvullende financiering voor de lange termijn vooralsnog niet noodzakelijk is.
Informatievoorziening. Minimaal twee maal per jaar vindt een overleg plaats met het Servicecentrum Drechtsteden over de voortgang en uitvoering van de treasuryzaken. Indien daartoe vanuit gemeente of vanuit SCD behoefte dan wel noodzaak wordt gevoeld vindt daarnaast ook contact op incidentele basis plaats. Voor zover relevant zullen door het SCD rapportages worden opgeleverd voor in- of extern gebruik.
- 91 -
Programmabegroting 2014
3.5.
Bedrijfsvoering
Inleiding Een goede bedrijfsvoering is noodzakelijk om efficiënt de doelstellingen te realiseren. De organisatie moet nu en in de toekomst klaar zijn om flexibel te kunnen inspelen op veranderingen in de maatschappij. Met deze paragraaf geeft het college inzicht in de wijze waarop belangrijke bedrijfsvoeringselementen worden ingezet. Rechtmatigheid is een integraal onderdeel van de uitvoering van onze bedrijfsprocessen. Dit draagt bij aan de kwaliteit van onze bedrijfsvoering en het realiseren van onze doelstellingen. Organisatieontwikkeling De nieuwe organisatiestructuur is klaar voor een betere aansluiting bij de samenwerking in de Drechtsteden. Daarmee is het verbeteren van de prestaties van de ambtelijke organisatie nog niet klaar. Als gevolg van de nieuwe organisatiestructuur is de wijze waarop de kosten van de ambtelijke organisatie (apparaatskosten) worden doorbelast naar de programma’s gewijzigd. Daarbij is de doorberekeningssystematiek vereenvoudigd. Dit heeft, zoals ook verwacht, wel geleid tot verschillen in bedragen, zoals die ten opzichte van de begroting 2013 zijn doorbelast. Met name bij de gemeentelijke taken waarvoor een heffing in rekening wordt gebracht, zoals afvalstoffen en riolering. Voor deze onderdelen hebben we in de Begroting 2014 de apparaatskosten gelijk gehouden aan 2013. Hierdoor leidt de gewijzigde doorberekening van de kosten in 2014 niet tot een tariefsaanpassing. Aangezien er in het licht van de noodzakelijke bezuinigingen vanaf 2015 een Thema Kostendekking, Tarieven, Belastingen en Heffingen is benoemd, waarin onder andere de wijze van kostentoerekening aan de orde zal komen, zullen we de gevolgen van deze nieuwe systematiek daarin meenemen. Herijking sturingscyclus In 2013 zijn de volgende documenten opgeleverd: Jaarrekening 2012, Kadernota 2014, de Afwijkingenrapportage en de Bestuursrapportage 2013. De Afwijkingenrapportage is nieuw en komt tegemoet aan de wens van de raad om reeds in het 1e halfjaar zicht te hebben op de grote verschillen in de exploitatie en projecten. Ook deze programmabegroting is verder verbeterd. Er is meer scherpte aangebracht in de doelstellingen en de maatregelen in de programma's. Door regelmatig te evalueren (intern, maar ook met de auditcommissie) ontstaat er een proces van continue verbetering in de planning en controlcyclus. Hiermee verbetert de sturing op organisatie en processen, waardoor vervolgens het bestuur in een betere positie wordt gebracht. Beheersing projecten Eind 2013 zal een regionale businesscase gereed zijn waarbij uitgangspunt is dat de betrokken medewerkers een nieuwe afdeling Projecten vormen in de Drechtsteden. Het college zal kort na de begrotingsbehandeling hierover een besluit nemen. Verder heeft het college op 3 september 2013 een verbeterplan vastgesteld waarbij een aantal belangrijke aspecten ten aanzien van het projectmatig werken moeten worden geïmplementeerd. Het betreft hier het opstellen van een visiedocument, risicomanagement, verplichtingenadministratie, projectbeheersing en de procesgang. Kerntakendiscussie en operatie STOER Met het vaststellen van de bezuinigingen is besloten tot een structurele formatiereductie van ongeveer 3,5 fte, waarmee een structurele bezuiniging van € 220.000 wordt doorgevoerd. In de Kadernota is deze formatiereductie als gevolg van het doorschuiven van een deel van de bezuinigingen voor 2014 uitgekomen op ongeveer 1,5 fte (€ 108.000 structureel).
Programmabegroting 2014
- 92 -
Drechtsteden 3.5.5.1. Service Centrum Drechtsteden (SCD) In 2014 gaat het SCD verder met de effectuering van haar in 2013 ingezette speerpunten: -
Organiseren van efficiënte en effectieve werkprocessen Verdere verbetering van de adviesdiensten Het vereenvoudigen van de financieringsstructuur voor meer transparantie Een proactieve organisatiecultuur bewerkstelligen Uitvoering geven aan de ICT impuls indien de Drechtraad eind 2013 het gevraagde budget ervoor beschikbaar stelt.
De bestuurlijke structuur van het Service Centrum Drechtsteden (SCD) wordt vereenvoudigd. De GR'en Publieke Gezondheid & Jeugd, Omgevingsdienst en Veiligheidsregio waren (als opvolgers van de GR Zuid-Holland Zuid) mede-eigenaar van het SCD. Het eigendom ligt nu geheel bij de zes Drechtsteden-gemeenten (via de GRD), de andere GR'en worden slechts afnemers van de diensten van het SCD. Daarnaast staat het Service Centrum open voor uitbreiding van het aantal klantorganisaties. Samenwerkingsinitiatieven Er wordt uitgegaan van zes zelfstandige gemeentebesturen die ieder verantwoordelijk blijven voor hun eigen opdrachten en de besluitvorming over de realisatie daarvan. De eenduidige ambtelijke sturingslijnen worden daarbij gecombineerd met de decentrale beschikbaarheid van capaciteit en lokale kennis waardoor een werkwijze ontstaat van één netwerkorganisatie. In 2014 zullen de colleges van de Drechtsteden gemeenten over een 17-tal samenwerkingsprojecten vanaf het najaar 2013 besluiten kunnen nemen. Met deze besluitvorming kunnen we verder invulling geven aan het kunnen doorgroeien naar een regiegemeente. HRM Strategisch personeelsbeleid. Met de nota Strategisch Personeelsbeleid is een aanzet gegeven voor verdere uitwerking van het personeelsbeleid. Hierbij wordt aangesloten bij de nieuwe organisatie en de regionale samenwerking. In 2013 zijn organisatiebrede cursussen gestart die doorlopen tot in 2014. Daarbij wordt gewerkt aan de gewenste organisatiecultuur. Integriteit Het integriteitsthema heeft in het afgelopen jaar veel aandacht gekregen. Met kennissessies is het onderlinge gesprek op gang gebracht. Voortdurende aandacht voor dit thema is en blijft gewenst; door rondom voorbeelden (zoals uit de dagbladen te lezen is) het gesprek te blijven voeren, zal dit thema levend gehouden worden. Nieuwe en tijdelijke medewerkers leggen de eed of belofte af en tekenen een integriteitsverklaring. Verder is er een volledige opgave van de nevenfuncties van de medewerkers opgesteld. Follow up rekenkameronderzoeken, 213a onderzoeken en andere relevante onderzoeken Inleiding In het rekenkamerrapport “Sturingskracht” heeft de rekenkamer de volgende aanbeveling gedaan aan de raad: “Draag het college op zich via een nieuw te introduceren paragraaf in alle reguliere P&C producten te verantwoorden over de uitvoering van de aanbevelingen uit rekenkameronderzoek , 213a onderzoek en overige relevante onderzoek- en adviesrapporten”. Hierop heeft de raad het college opgedragen om deze aanbeveling uit te voeren. In januari 2012 heeft het college aan de raad een eerste rapportage ter kennisname aangeboden over deze aanbevelingen. Een follow up van de aanbevelingen uit het Rekenkamerrapport ”Doeltreffend Subsidiëren” werd opgenomen in de paragraaf Bedrijfsvoering van de Jaarstukken 2013. - 93 -
Programmabegroting 2014
Voor deze programmabegroting zijn de volgende speerpunten te benoemen. Uit de 213a onderzoeken De raad heeft begin 2013 een eindrapportage ontvangen van het College Onderzoeks Plan (COP) 2012. Daarin is uitgebreid gerapporteerd over de conclusies, de aanbevelingen en de verbeteracties. Voor 2013 is, i.v.m. de drukte rondom STOER en de reorganisatie, geen COP opgesteld. Dit zal voor 2014 weer worden opgepakt. Aanbevelingen uit het rekenkamerrapport “Sturingskracht” Alle aanbevelingen zijn opgepakt. In 2013 is een aanvang gemaakt met de wens een werkconferentie te organiseren voor het creëren van meer synergie tussen raad – college – management en organisatie. Rolinvulling en het afstemmen van wederzijdse wensen en verwachtingen staat hierin centraal. Dit zal in 2014 worden gecontinueerd. In het rekenkamerrapport “Sturingskracht” is de collegereactie op de aanbevelingen op het rapport opgenomen. In het hierna volgend schema is op een aantal punten aangegeven hoe het college verder uitwerking geeft, in samenhang met de maatregelen als gevolg van het rapport ‘Lees maar er staat wat er staat’. 1. Het college opdracht te geven, een lange termijn planning op te stellen, aan de hand van het raadsprogramma en het (geactualiseerde) uitvoeringsprogramma voor de huidige raadsperiode, ter vaststelling van de raad, uiterlijk eind januari 2012. Stand van zaken: Verwerkt onder 14 bij uitwerking aanbevelingen “Lees maar er staat wat er staat”. 2. Het college na te laten denken over de gewenste positie van Sliedrecht in de regio over twintig jaar en de uitkomsten daarvan aan de raad voor te leggen in een (geactualiseerde) structuurvisie, uiterlijk medio 2012. De inhoud van de lange termijn planning en structuurvisie als ijkpunt voor het politieke debat in het algemeen en jaarlijkse P&C-producten in het bijzonder te gebruiken. Stand van zaken: Op basis van artikel 2.1 Wet ruimtelijke ordening wordt de nieuwe Structuurvisie Sliedrecht 2020 voorbereid, opgesteld en vastgesteld. Om bestuurlijke en budgettaire redenen is gekozen voor een actualisering van de bestaande structuurvisie 'De wèreld tusse Wengerde en 't waoter' op basis van bestaande beleidsdocumenten en inzichten. Deze ‘technische’ operatie heeft geresulteerd in de Ontwerp Structuurvisie Sliedrecht 2020. De gemeenteraad heeft op 13 november 2012 besloten het ontwerp vrij te geven voor inspraak en vooroverleg. De Ontwerp Structuurvisie Sliedrecht 2020 lag met ingang van vrijdag 14 december 2012 op grond van de gemeentelijke inspraakverordening gedurende zes weken ter inzage. Gedurende deze periode van zes weken, dus tot vrijdag 25 januari 2013, kon een ieder een zienswijze over de Ontwerp Structuurvisie Sliedrecht schriftelijk en mondeling kenbaar maken aan de gemeenteraad. De planning is de Structuuurvisie Sliedrecht 2020 ter bespreking en vaststelling aan de gemeenteraad aan te bieden op respectievelijk 26 maart 2013 en 9 april 2013. 3. Zorg ervoor dat de jaarlijkse P&C-producten raadsvoorstellen SMART zijn geformuleerd. Stand van zaken: Maakt deel uit van het lopende traject verbetering begroting waarbij de auditcommissie namens de raad nadrukkelijk is betrokken. Overigens voldoende geborgd door acties onder 3 (afgerond). 4. Dring er bij het college op aan dat het management in de organisatieontwikkeling permanente en consequente aandacht heeft voor het ontwikkelen van politieke sensitiviteit en een strategisch adviesfunctie bij de organisatie. Dit door als management het goede voorbeeld te geven en uit te dragen en hieraan consequent functionering- en beoordelingsgesprekken en tijdens de dagelijkse uitvoering expliciete aandacht te besteden, maar ook door medewerkers te trainen in het politiek adviseren van college en raad en het schrijven van goede raadsvoorstellen. Draag het college op zich via de paragraaf bedrijfsvoering van de verschillende P&C-producten te verantwoorden over de ontwikkelingen op dit gebied. Programmabegroting 2014
- 94 -
Stand van zaken: College neemt deze aanbeveling over. Trainingen in het kader van schrijven van college- en raadsvoorstellen door de ambtelijke organisatie zijn gevolgd in het eerste en tweede kwartaal van 2012. In de functionerings- en beoordelingsgesprekken wordt expliciet aandacht besteed aan politieke sensitiviteit. Zie verder bij uitwerking aanbevelingen “Lees maar er staat wat er staat” onder punt 13 en 17. 5. Verzoekt het college het management opdracht te geven dat het format wordt vertaald naar werkafspraken voor de organisatie en toe te zien op de naleving van het format. Stand van zaken: College is bereid dat te doen. Nieuwe formats zijn ontwikkeld en geïmplementeerd (afgerond). 6. Het college te suggereren de breed gedragen wens tot verbetering te markeren en gebruiken door met de raad en het management een werkconferentie te organiseren waarin de basis gelegd kan worden voor het creëren van synergie. Begin daar met het zoeken naar helderheid over de wederzijdse wensen en verwachtingen over de rolinvulling van de verschillende actoren. Stand van zaken: College is daartoe bereid. De actie is opgenomen in de verzamelagenda van de raad/agendacommissie. 7. Draag het college op zich via een nieuw te introduceren paragraaf in alle reguliere P&Cproducten te verantwoorden over de uitvoering van de aanbevelingen uit rekenkameronderzoek, 213a onderzoek en overige relevante onderzoek- en advies rapporten Stand van zaken: College neemt deze aanbeveling over. Deze nieuwe paragraaf is voor het eerst opgenomen in de paragraaf bedrijfsvoering van de jaarrekening 2011 (afgerond). Aanbevelingen uit rekenkamerrapport “Doeltreffendheid subsidies” In 2012 heeft de rekenkamer een onderzoek uitgevoerd naar de doeltreffendheid van de subsidies. Reden hiervoor is dat raadsleden meer inzicht willen hebben in de bijdrage die subsidies leveren aan de geformuleerde doelstellingen. De gemeenteraad heeft de volgende aanbevelingen uit het rekenkameronderzoek overgenomen: 1. Verzoek het college het subsidieproces en alle daarbij gemaakte afspraken en besluiten transparant te maken door op een voor alle betrokken medewerkers toegankelijke wijze de feiten vast te leggen en te archiveren. Stand van zaken: Het subsidieproces is doorgelicht en er wordt momenteel een advies aan het college voorbereid om dit efficiënter in te richten. Naar alle waarschijnlijkheid zal dit ook leiden tot een kleine aanpassing van het systeem ‘zaakgericht werken’ waarin de subsidieaanvragen worden afgehandeld. Dit systeem zal echter wel in gebruik blijven omdat dit voor een eenduidige werkwijze zorgt. Alle betrokken medewerkers houden toegang tot het systeem. De doorlichting van het subsidieproces is onderdeel van het 213a onderzoek dat is uitgevoerd naar de doelmatigheid van subsidieverleningen. 2. De raad stelt het beleidskader van het subsidiebeleid (subsidieverordening) vast. De vastgestelde kaderstellende punten zijn zo geformuleerd dat deze herkenbaar kunnen terugkomen in ieder beleidsvoorstel en besluit van het college betreffende het subsidiebeleid. 3. Verzoek het college beleidsvoorstellen zoveel mogelijk te onderbouwen met een kwantitatieve analyse van de problematiek, de beleidsdoelstellingen SMART te formuleren en een evaluatiemoment vast te stellen. 4. Verzoek het college beleidsvoorstellen altijd te laten vergezellen van een uitwerkingsplan. Het uitwerkingsplan omvat in ieder geval: 1. de van toepassing zijnde beleidskaders van het subsidiebeleid; 2. een uitwerking van de beleidsdoelstellingen in operationele doelstellingen; 3. een vertaling van operationele doelstellingen naar activiteiten en prestaties; 4. een onderbouwde keuze voor het uitvoeringsinstrumentarium; - 95 -
Programmabegroting 2014
5. een uitsplitsing per instrument naar geld, personeel, huurgebouwen en natura; 6. als voor het instrument subsidies wordt gekozen, ook een onderbouwing van de keuze van de activiteiten. 5. Verzoek het college periodiek inzicht te geven aan de raad in de resultaten van de verleende subsidies. Dit kan in de jaarrekening en in de afzonderlijke bestuurs(rapportages). Het accent kan hierbij liggen om substantiële afwijkingen van de geplande resultaten. 6. Verzoek het college de uitbreiding en verbetering van het gebruik van indicatoren in de programmabegroting, ten behoeve van de kaderstellende en controlerende rol van de raad, met kracht voort te zetten. 7. Zie als raad consequent toe op de uitvoering door het college van de genoemde aanbevelingen Stand van zaken aanbevelingen 2 tot en met 7: De raad heeft in september hierover een rapportage ontvangen. Voor een tweetal subsidies (betreffende Stichting Welzijnswerk Sliedrecht en Rivas Zorggroep) zijn smart resultaten beschreven. Deze maken onderdeel uit van de beleidsbegroting en zijn opgenomen in programma 6. In 2014 en verder volgt de uitwerking van nog een drietal subsidies. 8. Verzoek het college in alle P&C documenten een aparte paragraaf op te nemen waarin over de voortgang van de implementatie van de door de raad besloten aanbevelingen wordt gerapporteerd. Stand van zaken: Zoals gebruikelijk wordt in de jaarrekening verantwoording aan de gemeenteraad afgelegd over de stand van zaken omtrent onderzoeken. Indien noodzakelijk (bij grote afwijkingen) wordt tussentijds aan de gemeenteraad gerapporteerd. Verbetertraject Per thema zijn de verbetermaatregelen genoemd en is aangegeven wat de stand van zaken is. wanneer
t/m 1 april 2012
x
x
x
x
Cultuur (aanspreken op gedrag)
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
proces
Raad
x
t/m eind 2012
B&W
Integriteit
cultuur
Ambt. org.
type
product
actoren houdbaarheid ambt.org.
rolduidelijkheid
Thema's
kwaliteit proces/produkt
doelen
t/m eind raadsperiode
Schema Verbetertraject Sliedrecht
Functioneren
Rolduidelijkheid
x
Rolverdeling m.b.t. Drechtsteden (+ZHZ)
x
x
x
Politiek debat
x
x
x
Versterken interne controle
x
Aansturing grote projecten Herijking raadsprogramma
Programmabegroting 2014
x x
x
x
x x
- 96 -
x
x
x
x x
x
x
x
x
x
x
x
Toekomstnotitie
x
x
Organisatieontwikkeling Herdefiniëren taken en taakinvulling
x
Proces vergunningverlening
x x
x
x
x
x
x
x
Strategische kwaliteitsontwikkeling
x
x
x
x x
x
x
x x
x x
x
x
x
x x
x
Instrumenten Lange termijn agenda
x
x
x
x
Planning van werkzaamheden
x
x
x
Informatievoorziening raad
x
x
x
Kwaliteit stukken
x
x
x
x
Uitvoering besluiten/toezeggingen
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x x
x
x x
Rapport “Lees maar er staat wat er staat” Nr.
Omschrijving
Afgerond
1.
Integriteit Bijeenkomsten per geleding (evt. samen), training ambtelijke organisatie
1.1.
Het bureau BING heeft een integriteitprogramma uitgevoerd waaraan zowel het college als de ambtelijke organisatie hebben deelgenomen. Het programma omvatte ook elementen van cultuurverandering. In de tweede helft van 2012 zijn de hieruit naar voren gekomen aandachtspunten en acties samengevoegd met de uitkomsten van het uitgevoerde medewerkerstevredenheidsonderzoek gebundeld tot een actieplan. Dit plan is tevens gericht op de permanente borging van integriteit en de aanpak van de gesignaleerde knelpunten in de organisatie.
√
2.
Cultuur (aanspreken op gedrag) Permanent aanspreken, reflectie-momenten organiseren, personeelsbeleid
2.1.
Integriteit zal als onderdeel van personeelsbeleid en functioneringsgesprekken in het reguliere beleid worden geïmplementeerd. Proces loopt tot einde raadsperiode. Eind 2012 is een actieplan opgesteld (zie 1.1).
2.2.
Het College van B&W heeft in november 2011 een meerdaagse bijeenkomst gehad waarin enerzijds de toekomst van Sliedrecht voor wat betreft strategie en organisatieontwikkeling besproken is. Anderzijds was het bespreken van gewenst gedrag onderling, richting raad en richting ambtelijke organisatie aan de orde, onder externe begeleiding. Een vervolgbijeenkomst heeft plaatsgevonden in het laatste kwartaal 2012.
√
2.3.
Het college heeft in 2012 twee bijeenkomsten gehouden gericht op cultuur, houding en gedrag.
√
2.4.
Het college organiseert tweemaandelijkse bijeenkomsten tussen college en managementteam, met als doel de strategische ontwikkeling en de cultuurverandering te bespreken. Looptijd tot einde raadsperiode.
√
2.5.
Het college heeft besproken op welke wijze persoonlijke coaching van collegeleden vorm kan krijgen en hier opvolging aan gegeven.
√
3.
Rolduidelijkheid Themabijeenkomsten per geleding (evt. samen)
3.1.
Het college heeft de notitie ‘Toekomst van Sliedrecht’ aan de raad aangeboden. Daarin wordt ingegaan op de ontwikkeling van een regie organisatie. De raad heeft de notitie op 21 februari 2012 vastgesteld.
- 97 -
Op schema
√
√
Programmabegroting 2014
Nr.
Omschrijving
3.2.
Opdrachtgeverschap en opdrachtnemerschap zijn onderdeel van het lopende organisatieontwikkelingsprogramma, evenals nadere besluitvorming over het uitvoeren van taken in regionaal verband dan wel via private partijen. Uitwerking en implementatie zijn aan de orde voor zowel de politiek-bestuurlijke als ambtelijke organisatie, en loopt tot einde raadsperiode.
3.3.
Het college vindt het wenselijk het proces m.b.t. de ontwikkeling van een regie organisatie extern te laten ondersteunen. Een kredietvoorstel heeft de raad op 22 februari 2012 goedgekeurd. Externe ondersteuning is eind 2012 afgerond.
3.4.
Het scherp formuleren van toetsbare prestaties is in ontwikkeling. Met de Begroting 2014 is weer een verdere verbeterslag doorgevoerd.De audit-commissie wordt hier doorlopend bij betrokken. Looptijd tot einde raadsperiode.
3.5.
M.b.t. de informatievoorziening aan de raad wordt onderscheid gemaakt tussen informatie die relevant is voor de sturing en controle van de raad, en datgene wat nodig is voor de uitvoeringssturing en controle van het college. Daartoe is in het presidium besloten. Dat betekent dat er gedifferentieerd wordt in de informatievoorziening, toegesneden op de respectievelijke rollen. In het presidium van september en november van 2012 is over de vernieuwde werkwijze en afhandeling van technische vragen gesproken. Deze nieuwe werkwijze bevalt
3.6.
Het proces ‘op weg naar rolduidelijkheid’ is gestart, maar zal nog de nodige aandacht blijven vragen in de komende tijd. Niet alleen documenten moeten worden verbeterd, ook gedrag moet passen bij de rol. Elkaar blijven aanspreken moet vanzelfsprekend worden. Looptijd tot einde raadsperiode.
√
3.7.
Op 18 december 2012 heeft een gesprek plaatsgevonden met raad en college over cultuur en integriteit. Dat zal een vervolg krijgen in het nieuwe jaar
√
4.
Rolverdeling m.b.t. Drechtsteden (+ZHZ) Notitie maken, bespreken en vaststellen, implementeren in organisatie
4.1
De notitie ‘Toekomst van Sliedrecht’ raakt zowel aan de lokale als de regionale ontwikkeling (zie ook boven). M.b.t. de regio wordt benoemd welke positie Sliedrecht kiest bij samenwerking. Besluitvorming heeft plaatsgevonden op 21 februari 2012.
5.
Politiek debat Randvoorwaarde formuleren en training per geleding (evt. samen)
5.1
Alle betrokken medewerkers hebben in 2012 training gevolgd voor het schrijven van college- en raadsvoorstellen. In overleg met het trainingsbureau zijn de formats voor college- en raadsvoorstellen verder verbeterd. Startnotities en raadsvoorstellen die beter zijn toegesneden op de rol van de raad, moeten bijdragen aan het uitlokken van het politieke debat. In ambtelijke organisatie en college wordt permanent extra aandacht besteed aan de implementatie van deze verbeteringen (zie ook 5.1).
6.
Versterken interne controle Afronding lopend proces
6.1
Met de versterking van de interne controle is het afgelopen jaar veel voortgang geboekt. Per 1 augustus 2012 is de nieuwe, vaste controller gestart. Deze functie zal zelfstandig en onafhankelijk worden gepositioneerd in de organisatie. De control functie heeft betrekking op zowel concerncontrol als projectcontrol.
√
6.2
De afdeling P&C had in 2012 nog te kampen met onderbezetting. Dit is grotendeels opgevangen door het treffen van tijdelijke maatregelen. Hiertoe is begin 2012 een krediet gevoteerd door de raad. In het vierde kwartaal 2012 is de werving van een drietal vacatures voortvarend opgepakt. Medio november is de coördinator Financiën, Planning en Control (FPC) gestart. Met ingang van 2 januari 2013 zijn de overige vacatures (financieel ondersteuner en projectcontroller) ingevuld. Hiermee is de afdeling weer vrijwel volledig bezet, met vaste krachten.
√
7.
Aansturing grote projecten Procesbeschrijving grote projecten, rapportagesysteem, implementatie
Programmabegroting 2014
Afgerond
- 98 -
Op schema
√
√ √ √
√
√
Nr.
Omschrijving
Afgerond
7.1.
De Projectcontrol functie is ondergebracht bij P&C. Organisatie aanpassing is per 1 juli 2012 gerealiseerd. Bij onderdeel 6.2. is reeds aangegeven dat inmiddels de functie van projectcontroller vast is ingevuld.
√
7.2.
De actualisatie van de stand van zaken m.b.t. de grote projecten is opgenomen in de Kadernota 2014. De informatie rondom de projecten is geactualiseerd bij het opstellen van de Bestuursrapportage 2013.
√
7.3.
Een verdere verfijning van de rapportages (projectrapportages en bestuursrapportage) zal in overleg met de auditcommissie plaatsvinden.
√
7.4.
Door taakverschuivingen in de ambtelijke organisatie is meer ruimte gemaakt voor aansturing en uitvoering van grote projecten. Het bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgeverschap wordt nader vormgegeven. Sliedrecht onderzoekt samen met Dordrecht naar mogelijkheden voor verregaande samenwerking op het gebied van projectmanagement.
8.
Herijking raadsprogramma Aanbieden voorstel aan raad in 2012
8.1
Herijking van het raadsprogramma is opgenomen in de kadernota 2013 en is verwerkt in de Programmabegroting 2013.
9.
Toekomstnotitie Notitie bespreken en vaststellen, implementeren in organisatie
9.1.
De raad heeft op 21 februari 2012 de notitie vastgesteld.
9.2.
Implementatie via de uit te voeren stappen in de ontwikkeling van de organisatie en via de stappen benoemd bij rolduidelijkheid. Looptijd tot einde raadsperiode.
10.
Organisatieontwikkeling Notitie maken, bespreken en vaststellen, implementeren in organisatie
10.1
De notitie ‘Toekomst van Sliedrecht’ geeft richting aan de ontwikkeling van de organisatie. Deze notitie is op 21 februari 2012 door de raad vastgesteld.
10.2
In het verlengde van de notitie ‘Toekomst van Sliedrecht’ werkt het college de ontwikkeling van de regie organisatie uit. Looptijd tot einde raadsperiode.
10.3
Er loopt een aantal onderzoeken naar mogelijkheid en wenselijkheid van onderbrenging van werkzaamheden elders, zoals die m.b.t. de GEO-informatie en de milieutaken. Afronding van en besluitvorming over deze onderzoeken worden voorzien in de eerste helft van 2013. Ten aanzien van de reinigingstaak is in juni 2012 door de raad besloten deze in eigen beheer te blijven uitvoeren.
√
10.4
Er zijn diverse kleinere verbetertrajecten geïmplementeerd, variërend van digitalisering bestuursprocessen en versnelde actie op toezeggingen raad tot een training kwaliteitsverbetering besluitvormingsdocumenten. Er is meegedaan aan de zgn. ‘proeftuinen’ beleid en dienstverlening. Deze zijn gericht op kwaliteitsbundeling en vergroting van efficiency van samenwerkende gemeenten.
√
11.
Herdefiniëren taken en taakinvulling Kerntakendiscussie (relatie brede doorlichting) en implementeren keuzes
11.1.
In januari 2012 is informatie over de voortgang van de brede doorlichting aan de raad aangeboden. In maart 2012 is deze mondeling toegelicht. Bij de Kadernota 2013 is de exacte stand van zaken rondom de Brede Doorlichting en is de verbinding gemaakt naar de operatie STOER (Sliedrecht Toekomstbestendig en financieel Robuust.
√
11.2.
In de Kadernota 2013 is een aanzet opgenomen voor het voeren van een kerntakendiscussie door de raad. Op basis van de besluitvorming door de raad eind juni 2012 is de voorbereiding van de takendiscussie in samenwerking met de griffie, het college en de ambtelijke organisatie opgepakt. Op 14 en 30 januari 2013 heeft de raad een tweetal werkbijeenkomsten gehouden om een eerste richting voor de keuzes (denklijnen) te bepalen. Dit heeft geleid tot een aantal uitgangspunten, die door de raad op 12 maart 2013 zijn vastgesteld en zijn meegenomen in het opstellen van de Kadernota 2014.
√
- 99 -
Op schema
√
√
√ √
√ √
Programmabegroting 2014
Nr.
Omschrijving
11.3.
De ambtelijke voorbereiding heeft geleid tot een honderdtal extensiveringsvoorstellen die worden gehanteerd bij het maken van de uiteindelijke keuzes voor de bezuinigingen.
12.
Proces vergunningverlening Implementatie van aanpassingen en handhaving
12.1
Vergunningen worden verleend conform de daarvoor geldende kaders, wet- en regelgeving. In de eerste helft van 2013 wordt een nieuw evenementenbeleid opgesteld waardoor de vergunningverlening op dit gebied verder wordt geoptimaliseerd.
√
12.2
Er is inmiddels een strakker handhavingsregime ingezet. Betrokkenen worden eerder gewaarschuwd als in strijd met vergunningen wordt gehandeld en er wordt bijvoorbeeld bestuursdwang opgelegd en boetes geïncasseerd als horeca- of brandveiligheidsvoorschriften niet worden nageleefd. Blijvend aandachtspunt. Looptijd tot einde raadsperiode. In de eerste helft van 2013 wordt het integraal handhavingsbeleid opgesteld.
√
13.
Strategische kwaliteitsontwikkeling Formatieruimte beschikbaar maken voor nieuwe mensen, scholing zittende mensen
13.1
Er is vacatureruimte vrijgemaakt voor het aanstellen van een strategisch beleidsmedewerker economie en bestuurlijke en regionale zaken. De vacature is per medio 2012 ingevuld.
√
13.2
De gevraagde externe ondersteuning voor de ontwikkeling van de regie organisatie en kerntakendiscussie heeft ook tot doel en als effect dat eigen mensen meegenomen kunnen worden in een proces van kwaliteitsverbetering op de strategische advisering. Externe ondersteuning in 2012, blijvend aandachtspunt tot einde raadsperiode.
√
14.
Lange termijn agenda Korte termijn lopend, langere termijn (koppelen aan zomernota 2012) tbv Agendacommissie
14.1.
Er is gewerkt aan de verbetering van de lange termijnagenda door de invoering van de dynamische jaaragenda voor de raad en de strategische agenda van het college.
√
14.2.
In 2012 is de P&C cyclus op een aantal punten verbeterd. Het proces loopt in overleg met de auditcommissie. Vanuit het project STOER wordt de kerntakendiscussie met de raad gevoerd om de kadernota 2014 de uitgangspunten voor een gezonde begroting voor de komende jaren op te stellen.
√
14.3.
Het college heeft in het eerste kwartaal 2013 op basis van de afdelingswerkplannen- een concernwerkplan vastgesteld, wat ook moet bijdragen aan een goede planning van werkzaamheden.
√
15.
Planning van werkzaamheden Afdelingswerkplannen en uitwerkingen per kwartaal
15.1
Alle afdelingswerkplannen 2013 zijn gereed. Concernwerkplan is eerste kwartaal 2013 vastgesteld. Op basis daarvan kan bijstelling/ prioritering van planning werkzaamheden plaatsvinden. Indien noodzakelijk biedt college voorstel tot wijziging lange termijnagenda aan de raad aan.
16.
Informatievoorziening raad Themabijeenkomst 'handvest AIP' per geleding (evt. B&W en Raad samen)
16.1
Zie blokje 3: rolduidelijkheid.
√
16.2
In ambtelijke organisatie en college is de vastgestelde startnotitie nu de basis voor aanbieding daarvan aan uw raad.
√
16.3
De college informatiebrief is gestandaardiseerd.
√
16.4
Op 18 december 2012 heeft een gesprek plaatsgevonden met raad en college over cultuur en integriteit. Dat zal een vervolg krijgen in 2013.
√
Programmabegroting 2014
Afgerond
- 100 -
√
√
Op schema
Nr.
Omschrijving
Afgerond
16.5
De afspraken tussen secretaris en griffier over de routing van documenten van en voor de raad zijn voor zover het gebruik van de huidige techniek geoptimaliseerd.
17.
Kwaliteit stukken Training stukken schrijven, smart maken, P&C cyclus, formats en procedures, startnotities
17.1.
Training is uitgevoerd in eerste en tweede kwartaal 2012 (zie 5.1.).
√
17.2.
Er is inmiddels een aantal bijeenkomsten geweest waarin secretaris en griffier met beleidsambtenaren hebben gesproken over belang en nut van het volgen van formats en procedures, en over het belang van op de rol van de raad toegesneden stukken.
√
17.3.
P&C-cyclus wordt verder uitgewerkt conform afspraken met de auditcommissie. Looptijd tot einde raadsperiode.
√
18.
Uitvoering besluiten/toezeggingen Overzicht maken, bijhouden, bewaken
18.1
De toezeggingen worden bijgehouden op de actielijst en afgehandeld via de collegeinformatiebrief. In overleg met de griffier is gewerkt aan verdere optimalisatie van het proces.
18.2
In het kader van de digitalisering van de bestuursprocessen zijn er voorzieningen getroffen om e.e.a. beter te kunnen bewaken en nakomen. Dit proces is voor het college in het 3e kwartaal 2012 tot stand gekomen. De invoering van de digitale vergadermodule voor de gemeenteraad zal in 2013 worden ontwikkeld.
- 101 -
Op schema
√
√ √
Programmabegroting 2014
3.5. Verbonden partijen Overzicht verbonden partijen De uitvoering van een aantal gemeentelijke taken is overgedragen aan verbonden partijen. De gemeente blijft verantwoordelijk, maar voert de taken zelf niet meer uit. Voorbeelden zijn het onderbrengen van taken in de gemeenschappelijke regelingen (hierna: GR) Drechtsteden en ZuidHolland Zuid. Andere verbonden partijen van de gemeente zijn vennootschappen waarin Sliedrecht ook aandeelhouder is. Vaak hebben deze deelnemingen een historische achtergrond. Het betreft hier vooral de voormalige gemeentelijke nutsbedrijven. Daarnaast participeert Sliedrecht in private partijen die vanuit hun aard en werkgebeid een zeer nauwe relatie hebben met de gemeentelijke bedrijfsvoering; ook dit zijn verbonden partijen. Het college bestuurt en beheert de Verbonden Partijen conform de kaders die de raad in 2013 in de Nota Verbonden Partijen heeft vastgelegd. Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen deelnemingen door de gemeente in publiekrechtelijke samenwerkingsorganisaties (gemeenschappelijke regelingen), privaatrechtelijke samenwerkingsorganisaties (N.V.’s, B.V.’s, stichtingen, verenigingen etc.) en publiekprivate samenwerkingsorganisaties (PPS-constructies). In onderstaand overzicht is voor de verbonden partijen aangegeven wat de relatie is met de doelstellingen die in onze begroting zijn opgenomen en (indien van toepassing) majeure beleidsvoornemens betreffende de verbonden partijen. Naam
Relatie met programma
Relatie met doelstellingen
Beleidsvoornemens / ontwikkelingen
GR Drechtsteden, Dordrecht
1, 3, 4, 6, 7, 9, 10
Het Bureau Drechtsteden en het Onderzoekscentrum Drechtsteden (OCD) dragen bij aan de doelstellingen van Programma 1. Op het gebied van Educatie (Programma 3) en de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand c.a. (Programma 6) is de Sociale Dienst Drechtsteden (SDD) een belangrijke uitvoeringsorganisatie. Het Servicecentrum Drechtsteden (SCD) voert ondersteunende taken uit (Programma 10).
De vernieuwing van de Drechtstedensamenwerking krijgt in 2014 vorm. O.a. herijking taken, kleiner DSB met meer politiek program.
GR Publieke Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid, Dordrecht
3, 6
De GGD is een uitvoeringsorganisatie op het gebied van de Wet Publieke Gezondheid (WPG) en heeft van daaruit een belangrijke taak bij de realisatie van de doelstellingen in programma 3 en 6. Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten (BLVS) levert een bijdrage aan programma 3.
GR Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid, Dordrecht
2
De Veiligheidsregio voert taken uit op het gebied van de rampenbestrijding, crisisbeheersing, brandweerzorg en de Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen (GHOR)
GR Omgevingsdienst ZuidHolland Zuid, Dordrecht
8
De Omgevingsdienst is een uitvoeringsorganisatie op het gebied van de wettelijke milieu- en omgevingstaken en waarbinnen milieuadvies in ruimtelijke ontwikkeling wordt uitgevoerd t.b.v. de deelnemende gemeenten en de Provincie Zuid-Holland.
Programmabegroting 2014
- 102 -
Naam
Relatie met programma
Relatie met doelstellingen
Beleidsvoornemens / ontwikkelingen
GR Sociale Werkvoorziening Drechtwerk, Dordrecht
6
Uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw). Doelstelling hiervan is om zoveel mogelijk Wswgeïndiceerde inwoners aan passende arbeid te helpen. Daarmee wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan programma 6.
In 2014 wordt de overgang van deze GR naar de GR Drechtsteden voorbereid.
GR Logopedische Dienst, Papendrecht
3
Bevorderen dat de leerlingen van de aangewezen scholen voor primair onderwijs voldoen aan de eisen die worden gesteld op logopedisch gebied. Dit omvat het horen, de primaire mondfunctie, de ademhaling en stemgeving, het spreken en de taalhantering.
De GR wordt per 1 januari 2014 opgeheven.
GR Parkschap Nationaal Park De Biesbosch, Dordrecht
5
Vanuit het schap worden belangen behartigd t.a.v. de openluchtrecreatie, natuurbescherming en het bewaren en bevorderen van het landschapsschoon binnen het gebied. Vanuit deze invalshoek heeft het schap een relatie met de realisatie van de doelstellingen van programma 5.
Bank Nederlandse Gemeenten N.V., Den Haag
10
De BNG draagt bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. De gemeente Sliedrecht bezit 31.200 aandelen die dividendopbrengsten genereren in programma 10.
Oasen N.V., Gouda
10
Oasen heeft als doel een duurzame en doelmatige drinkwatervoorziening binnen het verzorgingsgebied. De gemeente Sliedrecht bezit 24 van de 748 aandelen die dividendinkomsten genereren in programma 10.
Eneco N.V., Rotterdam
10
ENECO is een energiebedrijf in de vrije energiemarkt. De gemeente Sliedrecht is voor 0,57% aandeelhouder wat jaarlijks dividendinkomsten genereert in programma 10.
10
Het doel van de ROM-D is het versterken en uitbouwen van de regionale economie van de Drechtsteden. Het ontwikkelen van Het Plaatje door ROM-D draagt bij aan programma 6. De relatie met programma 10 is dividenduitkering die uit het aandeelhouderschap voortvloeit.
Stichting Bedrijvencentrum Sliedrecht
6
Doel van deze stichting is het geven van ondersteuning aan startende ondernemers; daarmee is het lokale ondernemersklimaat gediend.
GR Gevudo, Dordrecht / N.V. Huisvuilcentrale NH (HVC), Alkmaar
4, 10
Doel van deze verbonden partij is om vanuit milieuverantwoord afvalbeheer een bijdrage te leveren aan een duurzame leefomgeving. De GR Gevudo is aandeelhouder in HVC. Hieruit vloeien onder meer dividendinkomsten voort die worden uitgekeerd aan de deelnemende gemeenten.
7
Deze B.V. heeft tot doel om in samenwerking te komen tot een verbetering van de MerwedeLingelijn, onder meer door het realiseren van nieuwe stations c.a.
ROM-D N.V., Dordrecht
MerwedeLingelijn B.V.
- 103 -
Met de overige eigenaren wordt onderzocht wat de rol en functie van deze N.V. in de toekomst kan zijn.
Programmabegroting 2014
Bijdragen aan verbonden partijen De programmabudgetten voor 2014 zijn gebaseerd op de ingediende begrotingen 2014 van de desbetreffende GR-en, waarmee in de Kadernota reeds rekening is gehouden. De bedragen luiden in €. Bijdrage aan
Begroting 2013
Begroting 2014
2.000.000
2.625.000
Gemeentebelastingen Drechtsteden (GBD)
431.000
432.000
Onderzoekscentrum Drechtsteden (OCD)
115.000
73.000
Algemene bijdrage GR Drechtsteden
435.000
427.000
9.041.000
11.814.000
12.022.000
15.371.000
522.000
821.000
2.908.000
353.000
GR Veiligheidsrisico Zuid-Holland Zuid
243.000
1.232.000
GR Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid
389.000
388.000
GR Parkschap Nationaal Park de Biesbosch
145.000
147.000
4.207.000
2.941.000
16.229.000
18.312.000
Servicecentrum Drechtsteden (SCD)
Sociale Dienst Drechtsteden (SDD) Subtotaal GR Drechtsteden
GR Publieke Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid GR Drechtwerk
Subtotaal GR Drechtsteden
Totaal GR Drechtsteden
Korte toelichting op grote afwijkingen ten opzichte van 2013. Servicecentrum Drechtsteden (SCD) In de raming voor 2014 is rekening gehouden met de ICT-transitie en het nieuwe verrekensysteem, zoals ook in de Kadernota 2014 is opgenomen. Sociale Dienst Drechtsteden (SDD) in relatie met Drechtwerk In de bijdrage aan de SDD is rekening gehouden met de doorbetaling van de rijksbijdrage ten behoeve van Drechtwerk. In dat onderdeel is de raming verlaagd. Publieke Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid In 2013 was hierin de bijdrage voor CJG niet opgenomen. Toelichting verdeelsleutel GR Drechtsteden In de begroting van de GRD zijn de volgende verdeelsleutels gehanteerd bij de toerekening van kosten aan de deelnemers. Daarbij dient te worden aangetekend dat deze nog niet zijn aangepast aan de nieuwe systematiek. Omschrijving
Verdeelsleutel
Bureau Drechtsteden, Bestuur en Staf
Inwoneraantal
Waterbus
Uitkering gemeentefonds
Bureau Leerplicht
Leerlingaantallen
Educatie (WEB-taken)
Inwoneraantal
Regionale Projectgroep Verkeersveiligheid
Inwoneraantal
Apparaatskosten SDD
WWB-klantaantallen
Programmabegroting 2014
- 104 -
Omschrijving
Verdeelsleutel
Bijdrage t.b.v. Wonen
Inwoneraantal
Klachtencommissie Drechtsteden
Inwoneraantal
Voorrangscommissie Drechtsteden
Inwoneraantal
Servicecentrum Drechtsteden (SCD), basispakket
Aantal formatieplaatsen
Servicecentrum Drechtsteden (SCD), deelprogramma 1B van het IP&A-plan
Aantal werkplekken
Onderzoekcentrum Drechtsteden (OCD)
Inwoneraantal
Gemeentebelastingen Drechtsteden (GBD)
Aantal aanslagregels
- 105 -
Programmabegroting 2014
3.6. Grondbeleid Inleiding Het grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie van de programma’s zoals Openbare Ruimte, Verkeer en Vervoer, Ruimtelijke Ordening en Milieu, en Wonen. Het grondbeleid is opgenomen in de nota Grondbeleid Gemeente Sliedrecht uit 2004, maar dient geactualiseerd te worden. Hiermee wordt eind 2013 gestart en in de loop van 2014 aan de gemeenteraad aangeboden. Op de kaders en uitgangspunten van het grondbeleid wordt daarom nu niet verder in gegaan. In 2012 zijn de richtlijnen voor het opstellen van begroting en jaarrekening (BBV) aangescherpt. Van de commissie BBV is hierover een notitie verschenen. Deze notitie grondexploitatie is een bijgestelde versie van de notitie grondexploitatie van januari 2008. Een reden voor een aangepaste notitie zijn de gevolgen van de financieel-economische crisis voor de grondexploitaties. De commissie wil door middel van deze aangepaste notitie een nadere verduidelijking geven op het verwerken van de financiële consequenties in begroting en jaarrekening. Met deze notitie wordt rekening gehouden. Verder is het van belang dat voor het activeren van kosten bij NIEGG’s (nog niet in exploitatie genomen gronden) er een reëel en stellig voornemen moet bestaan dat deze in de nabije toekomst zullen worden bebouwd. Deze verwachting moet zijn gebaseerd op een raadsbesluit, waarin inhoud wordt gegeven aan ambitie en planperiode. Wanneer hier niet aan voldaan wordt, dan vallen deze gronden onder “Overige gronden”. Hieruit volgt dat de kosten die ten behoeve van die plannen worden gemaakt niet meer kunnen worden geactiveerd en dus als jaarlast in de exploitatie moeten worden opgenomen. Jaarlijks worden met het opstellen van de jaarrekening de grondexploitaties geactualiseerd en wordt de marktwaarde van de NIEGG’s en overige gronden opnieuw bepaald. Dit resulteert in een nieuwe prognose van het resultaat voor de grondexploitaties en eventueel een afwaardering bij de NIEGG’s en overige gronden wanneer de boekwaarde hoger is dan de marktwaarde. De raming van de jaarlijkse lasten en baten wordt vervolgens verwerkt in de begroting van het daarop volgende jaar.
Programmabegroting 2014
- 106 -
In exploitatie genomen gronden De tabel geeft per project het verloop van de lasten en baten aan in de jaren dat het plan in exploitatie is. In de kolom stand per 1 januari 2014 staan de totale lasten en baten tot dat moment. Het jaarlijkse verschil tussen de lasten en baten wordt geactiveerd totdat het plan is gerealiseerd en het resultaat kan worden bepaald. Het geprognosticeerde resultaat staat in de tabel opgenomen evenals het jaar waarin we verwachten dit te realiseren. Het bedrag is berekend op netto contante waarde (NCW). Dit is het verwachte resultaat bij het einde van het project omgerekend naar de waarde per 31 december 2012.
Stand per 1-1-2014
2014
2015 - e.v.
Totaal
Baanhoekwest Lasten
€ 10.951.000
€ 242.000
€ 1.550.000
€ 12.743.000
Baten
€ 10.446.000
€ 285.000
€ 2.012.000
€ 12.743.000
-€ 505.000
€ 43.000
€ 462.000
€0
Ontwikkeling boekwaarde Verwacht resultaat einde plan 2022
€0
Stationspark Lasten
€ 506.000
€ 53.000
€ 774.000
€ 1.333.000
Baten
€ 854.000
€0
€ 1.481.000
€ 2.335.000
Ontwikkeling boekwaarde
€ 348.000
-€ 53.000
€ 707.000
€ 1.002.000
Verwacht resultaat einde plan 2017
€ 1.002.000
Kerkbuurt 16-18 Lasten Baten Ontwikkeling boekwaarde
€ 70.000
€ 25.000
€ 2.000
€ 97.000
€0
€ 172.000
€0
€ 172.000
-€ 70.000
€ 147.000
-€ 2.000
€ 75.000
Verwacht resultaat einde plan 2015
€ 75.000
TOTAAL Lasten
€ 11.527.000
€ 320.000
€ 2.326.000
€ 14.173.000
Baten
€ 11.300.000
€ 457.000
€ 3.493.000
€ 15.250.000
-€ 227.000
€ 137.000
€ 1.167.000
€ 1.077.000
Ontwikkeling boekwaarde Verwacht resultaat
€ 1.077.000
Baanhoek-West De gemeentelijke grondexploitatie betreft de ambtelijke voorbereidingskosten en de storting in de reserve infra. Deze kosten worden in rekening gebracht bij de ontwikkelaar. Uitgangspunt is dat de exploitatie budgettair neutraal verloopt. Door de aanhoudende crisis op de woningmarkt is het uitgiftetempo van de woningen echter verder gestagneerd, waardoor het project een langere doorlooptijd heeft en zowel de gemeentelijke voorbereidingskosten als de kosten van Bouwfonds toenemen. Deze extra kosten van de gemeente kunnen uiteindelijk alleen verrekend worden als het resultaat van de grondexploitatie van de ontwikkelaar hiervoor ruimte biedt. In de Stuurgroep BaanhoekWest waar Bouwfonds en de gemeente Sliedrecht in zijn vertegenwoordigd wordt onderzocht op welke wijze hiervoor binnen de grondexploitatie ruimte kan worden gevonden. - 107 -
Programmabegroting 2014
Stationspark II Door de verkopen in 2013 ontwikkelt de boekwaarde zich positief. De planning is erop gericht dat in 2016 de resterende verkopen plaatsvinden, waardoor het plan met een positief resultaat in 2017 kan worden afgesloten.
Kerkbuurt 16-18 De verwachting is dat de grondverkoop in 2014 gerealiseerd zal worden. Na afrondende werkzaamheden in 2015 verwachten we dit plan in ditzelfde jaar af te sluiten met een positief resultaat.
Nog niet in exploitatie genomen gronden Van de niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) moet jaarlijks beoordeeld worden of de boekwaarde niet hoger is dan de marktwaarde op basis van de huidige bestemming. Is er een raadsbesluit waarin inhoud wordt gegeven aan ambitie en planperiode, dan mag de marktwaarde bepaald worden op basis van toekomstige bestemming. Als de boekwaarde hoger is dan de marktwaarde dan moet er een afwaardering plaatsvinden of een voorziening worden getroffen. In de paragraaf weerstandsvermogen is rekening gehouden met dit risico voor met name de projecten Watertorenterrein, ZieZo en Rivierdijk tot een totaalbedrag van € 500.000 (periode 2014 t/m 2017). Verwachte stand per 1/1/2014
2014
2015
2016
2017
Watertorenterrein Rente
€ 18.349
€ 19.083
€ 19.846
€ 20.640
€0
€0
€0
€0
Totaal lasten
€ 18.000
€ 19.000
€ 20.000
€ 21.000
Voorziening
pm
pm
pm
pm
€ 289.000
€ 308.000
€ 328.000
€ 349.000
€ 18.335
€ 19.364
€ 20.274
€ 21.221
€ 7.388
€ 3.388
€ 3.388
€ 3.388
Totaal lasten
€ 26.000
€ 23.000
€ 24.000
€ 25.000
Voorziening
pm
pm
pm
pm
€ 484.000
€ 507.000
€ 531.000
€ 556.000
Rente
€ 34.777
€ 37.874
€ 41.094
€ 44.443
Overige lasten
€ 42.637
€ 42.637
€ 42.637
€ 42.637
Totaal lasten
€ 77.000
€ 81.000
€ 84.000
€ 87.000
Voorziening
pm
pm
pm
pm
€ 487.000
€ 568.000
€ 652.000
€ 739.000
Overige lasten
Ontwikkeling boekwaarde
€ 271.000
ZieZo Rente Overige lasten
Ontwikkeling boekwaarde
€ 458.000
Rivierdijk 737-769
Ontwikkeling boekwaarde
Programmabegroting 2014
€ 410.000
- 108 -
De Driehoek Rente
€ 63.052
€ 66.252
€ 69.580
€ 73.040
Overige lasten
€ 16.942
€ 16.942
€ 16.942
€ 16.942
Totaal lasten
€ 80.000
€ 83.000
€ 87.000
€ 90.000
€ 1.656.000
€ 1.739.000
€ 1.826.000
€ 1.916.000
€ 201.000
€ 206.000
€ 215.000
€ 223.000
€ 1.340.000
€ 1.546.000
€ 1.761.000
€ 1.984.000
Ontwikkeling boekwaarde
€ 1.576.000
Totaal NIEGG Totaal lasten Ontwikkeling boekwaarde
€ 1.139.000
Watertorenterrein Voor het Watertorenterrein is een voorontwerp bestemmingsplan in procedure gebracht. De inspraakresultaten zijn verwerkt. Voor de vaststelling van het bestemmingsplan is de voorwaarde dat aangetoond kan worden dat er behoefte is aan de bouw van woningen in het beoogde segment en dat de woningen in een planperiode van tien jaar kunnen worden afgezet. De ontwikkelaar is verzocht dit aan te tonen door middel van een woningbehoefte onderzoek. Afhankelijk daarvan zal de bestemmingsgplanprocedure al dan niet worden vervolgd. De lasten betreffen uitsluitend rentekosten. De voorbereidingskosten worden conform de overeenkomst in rekening gebracht bij de ontwikkelaar. Ziezo Voor de locatie geldt een onherroepelijk bestemmingsplan. In de aankooponderhandelingen die er in het verleden met de projectontwikkelaar zijn geweest is aanvankelijk uitgegaan van een hoger bebouwingspercentage en aantal appartementen. Om die reden heeft de ontwikkelaar aangegeven van de aankoop van de locatie af te willen zien. Door het Juridisch Kenniscentrum wordt onderzocht in hoeverre partijen aan elkaar gebonden zijn. Dat onderzoek is nog niet afgerond, maar e.e.a. kan financiële consequenties hebben. Rivierdijk 737 - 769 Deze locatie maakt onderdeel uit van het gebied “Gat van Vogel”. Eind 2013 wordt de raad geïnformeerd over de stedenbouwkundige randvoorwaarden. De eigenaar/ontwikkelaar van de voormalige locaties Lanser heeft de gemeente verzocht mee te werken aan een herontwikkeling van de locaties Lanser binnen-en buitendijks. De Driehoek De locatie De Driehoek ligt voor een belangrijk deel direct aan de A15 en biedt potentie voor bedrijfsontwikkelingen. Vanwege de genoemde wijzigingen wordt een actuele marktanalyse opgesteld. Van daaruit zal een grondexploitatie worden opgesteld en zal inzichtelijk worden gemaakt in welk tijdsbestek de locatie ontwikkeld en uitgegeven kan worden voor bedrijfsdoeleinden. Hiervoor is inmiddels een bestuursopdracht vastgesteld en de raad zal gevraagd worden hiertoe het benodigde krediet beschikbaar te stellen.
- 109 -
Programmabegroting 2014
Overige gronden Onder de overige gronden vallen de gronden die een vaste bestemming hebben en waar geen transformatieproces op de middellange termijn zal plaatsvinden. Dit is gebaseerd op de afwezigheid van een raadsbesluit, waarbij inhoud wordt gegeven aan ambitie in de planperiode. Hierdoor kunnen de jaarlijkse lasten niet worden geactiveerd en dienen deze te worden opgevangen binnen het gemeentelijke budget. Bij de Bestuursrapportage 2013 bent u geïnformeerd, dat hiermee in de Begroting 2014 rekening wordt gehouden. 2014
2015
2016
2017
€ 40.000
€ 40.000
€ 40.000
€ 40.000
€ 9.000
€ 9.000
€ 9.000
€ 9.000
€ 23.000
€ 23.000
€ 23.000
€ 23.000
€ 72.000
€ 72.000
€ 72.000
€ 72.000
Gronden Middelblok Totaal lasten
Weilanden nabij Wijngaarden Totaal lasten
Benedenveer Totaal lasten
Totaal overige gronden Totaal lasten
Gronden Middelblok In 2012 zijn er conform het raadsbesluit van 21 juni 2011 gronden aangekocht in het landelijk gebied (Middelblok). Deze gronden kunnen mogelijk gebruikt worden als ruilgronden voor het Recreatief Knooppunt of als grond ten behoeve van onze wateropgave. Weilanden nabij Wijngaarden Deze gronden vallen onder de ruilgronden. Benedenveer Benedenveer valt niet meer onder de NIEGG omdat de raad in 2012 besloten heeft hier geen actief grondbeleid meer te voeren. Daarmee vervalt het “reëel en stellig voornemen om deze in de nabije toekomst te bebouwen” en is het op basis van de bijgestelde criteria geen NIEGG meer.
Programmabegroting 2014
- 110 -
4. Financiële begroting 4.1. Overzicht van baten en lasten In het eerste hoofdstuk van de begroting is al het overzicht van de baten en lasten opgenomen. Hieronder wordt het herhaald. Nr.
Programma
Begroting 2014
Saldi meerjarenbegroting
Lasten
Baten
Saldo
2014
2015
2016
1.
Bestuur en dienstverlening
-4.766
328
-4.438
-4.369
-4.286
-4.291
2.
Openbare Orde en Veiligheid
-2.209
36
-2.173
-2.101
-2.101
-2.100
3.
Jeugd en Onderwijs
-4.032
394
-3.639
-3.470
-3.477
-3.450
4.
Openbare Ruimte
-5.239
2.810
-2.429
-2.439
-2.434
-2.426
5.
Cultuur, sport en recreatie
-3.944
1.486
-2.459
-2.322
-2.305
-2.238
6.
Werk, inkomen, zorg en welzijn
-14.950
7.859
-7.091
-7.388
-7.003
-7.069
7.
Verkeer en vervoer
-5.190
2.616
-2.574
-2.512
-2.632
-2.634
8.
Ruimtelijke ordening en milieu
-2.125
501
-1.624
-1.579
-1.567
-1.566
9.
Wonen
-707
799
92
90
95
99
10.
Financiën en Organisatie
-2.435
28.844
26.409
26.142
25.923
25.868
-45.597
45.672
75
53
213
195
28
28
104
104
104
103
103
Subtotalen voor resultaatbestemming
1.
Bestuur en dienstverlening
2.
Openbare Orde en Veiligheid
3.
Jeugd en Onderwijs
4.
Openbare Ruimte
-389
351
-38
57
52
45
5.
Cultuur, sport en recreatie
-102
172
70
66
61
56
6.
Werk, inkomen, zorg en welzijn
6
6
5
-62
5
7.
Verkeer en vervoer
8.
Ruimtelijke ordening en milieu
17
17
16
16
15
9.
Wonen
-185
-185
-184
-190
-195
10.
Financiën en Organisatie
-851
776
-75
-116
-193
-224
Subtotalen resultaatbestemming
-1.527
1.453
-75
-53
-213
-195
TOTALEN NA RESULTAATBESTEMMING
-47.124
47.124
In deze begroting zijn de volgende algemene dekkingsmiddelen opgenomen evenals de post onvoorzien (ca. € 2,50 per inwoner). De bedragen luiden in € 1.000.
- 111 -
Programmabegroting 2014
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
2014
2014
2014
2014
Lokale heffingen
3.570
3.696
3.696
3.696
23.503
21.805
21.815
21.644
432
432
432
432
Saldo financieringsfunctie
0
0
0
0
Compensabele BTW en uitkering uit het BCF
0
0
0
0
-61
-61
-61
-61
27.444
25.872
25.882
25.711
Algemene uitkering Dividend
Post onvoorzien Totaal
De gronden waarop de ramingen zijn gebaseerd, zijn opgenomen in hoofdstuk 2 van deze begroting. Als toelichting wordt ook de vergelijking met de realisatie van het voorvorig begrotingsjaar en het begrote bedrag van het vorig begrotingsjaar vermeld. Nr.
Programma
Rekening 2012
Begroting 2013
Begroting 2014
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
Lasten
Baten
Saldo
1.
Bestuur en dienstverlening
-5.094
376
-4.718
-4.926
328
-4.598
-4.766
328
-4.438
2.
Openbare Orde en Veiligheid
-2.174
25
-2.150
-2.291
21
-2.270
-2.209
36
-2.173
3.
Jeugd en Onderwijs
-4.539
398
-4.141
-4.354
365
-3.989
-4.032
394
-3.639
4.
Openbare Ruimte
-5.182
2.962
-2.221
-5.143
2.834
-2.309
-5.239
2.810
-2.429
5.
Cultuur, sport en recreatie
-3.823
1.423
-2.401
-3.920
1.470
-2.450
-3.944
1.486
-2.459
6.
Werk, inkomen, zorg en welzijn
-19.331
9.819
-9.512
-15.082
7.763
-7.319
-14.950
7.859
-7.091
7.
Verkeer en vervoer
-14.805
10.544
-4.261
-5.258
2.610
-2.648
-5.190
2.616
-2.574
8.
Ruimtelijke ordening en milieu
-2.603
611
-1.992
-2.036
488
-1.548
-2.125
501
-1.624
9.
Wonen
-3.674
4.002
328
-737
544
-193
-707
799
92
10.
Financiën en Organisatie
-2.423
28.996
26.573
-2.445
29.469
27.024
-2.435
28.844
26.409
Subtotalen voor resultaatbestemming
-63.649
59.155
-4.494
-46.192
45.893
-299
-45.597
45.672
75
28
28
104
104
1.
Bestuur en dienstverlening
453
453
28
28
2.
Openbare Orde en Veiligheid
43
43
46
46
3.
Jeugd en Onderwijs
313
313
106
106
4.
Openbare Ruimte
-323
306
-17
-321
255
-65
-389
351
-38
5.
Cultuur, sport en recreatie
-124
283
160
-2.342
2.412
70
-102
172
70
6.
Werk, inkomen, zorg en welzijn
-385
2.433
2.049
-5
5
1
6
6
7.
Verkeer en vervoer
-16
1.777
1.761
14
88
102
8.
Ruimtelijke ordening en milieu
509
509
18
18
17
17
9.
Wonen
-1.733
1.250
-483
2
145
147
-185
10.
Financiën en Organisatie
-2.012
1.719
-293
-1.084
930
-154
-851
Programmabegroting 2014
- 112 -
-185 776
-75
Subtotalen resultaatbestemming
-4.592
9.086
TOTALEN NA RESULTAATBESTEMMING
-68.241
68.241
4.494
-3.735
4.034
-49.928
49.928
299
-1.527
1.453
-47.124
47.124
-75
4.2. Staat incidentele baten en lasten Ten slotte wordt hieronder een overzicht gegeven van de in de begroting opgenomen incidentele baten en lasten (bedragen x €1.000): Omschrijving
2014
2015
2016
2017
Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Programma 1: Onttrekking reserve IT i.v.m. deelprogramma II van het IP&A-plan Drechtsteden
-
28
-
-
-
-
-
-
Uitgaven baggerfestival
-
-
10
-
-
-
-
-
Verkiezingen
80
-
40
-
-
-
-
-
Programma 2:
-
-
-
-
-
-
-
-
Financiële regeling n.a.v. verzelfstandiging openbaar onderwijs
100
-
-
-
-
-
-
-
Schoolzwemmen openbaar onderwijs
2
-
-
-
-
-
-
-
Schoolzwemmen bijzonder onder wijs
13
-
-
-
-
-
-
-
Schoolzwemmen speciaal onderwijs
-
-
-
-
-
-
-
-
Programma 4:
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Programma 3:
Programma 5: Toevoeging aan reserve kapitaallasten investeringen inz. nieuwbouw bibliotheek Onttrekking van reserve egalisatie grondkosten woningbouw betreffende nieuwbouw bibliotheek
Programma 6: Hulp bij thuisadministratie en begeleiding pakketmaatregel (WMO)
-
-
-
-
-
-
-
-
Makelaar maatschappelijke stages
-
-
-
-
-
-
-
-
Cleaning waterdoorlaatbare bestrating
-
-
-
-
46
-
0
-
Regeling duurzaam veilig
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Programma 7:
Programma 8: Energieprogramma Drechtsteden
- 113 -
Programmabegroting 2014
-
-
-
-
-
-
-
-
Aanschaf materieel t.b.v. begraafplaats
-
-
-
-
-
-
-
-
Onttrekking reserve vervanging materieel afdeling Plantsoenen & Reiniging
-
-
-
-
-
-
-
-
Totaal
195
28
50
0
46
0
0
0
Programma 9:
Programma 10:
Programmabegroting 2014
- 114 -
5. Bijlagen 5.1. Berekening EMU-saldo Gemeente Sliedrecht Berekening EMU-saldo
2013 x € 1000,-
2014 x € 1000,-
2015 x € 1000,-
Volgens realisatie tm sept 2013 aangevuld met raming resterende periode
Volgens begroting 2014
Volgens meerjarenraming in begroting 2014
(=act. B2013) 1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)
3.915-
2
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie
2.272
2.585
2.250
3
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie
2.810
3.287
3.248
4
Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd
2.798
883
1.663
5
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4
240
-
-
6
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord
-
-
-
-
-
-
-
-
-
3.430
2.013
1.442
-
-
-
7
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
8
Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord
9
Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen
10
Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
ja
11 Verkoop van effecten: a Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) b Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?
ja
nee
-
Berekend EMU-saldo
4.820-
- 115 -
226
nee
948-
ja
nee
-
-
3.203
1.445
Programmabegroting 2014
Overzicht geraamde subsidies
Programmabegroting 2014
- 116 -
- 117 -
Programmabegroting 2014
5.2. Overzicht prognoses van bouwgrondexploitaties Exploitatie-opzet Baanhoek West
Totalen (nominaal)
Boekwaarde per 1-1-2013
Nog te realiseren (nominaal)
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
Investeringen Rente en exploitatielasten Plankosten Verwervingen Sloop Bodemsanering BRM/WRM Bijdrage reserve infra Onvoorzien Te verrekenen exploitatiesaldi
€ 2.388.176 € 1.845.906 € 4.830.006
€ 2.388.176 € 1.213.873 € 4.830.006
€ 3.515 € 1.426.174 € 2.654.704
€ 632.033
€ 78.000
€ 79.560
€ 81.151
€ 82.774
€ 84.430
€ 86.118
€ 60.000
€ 30.000
€ 30.000
€ 20.000
€ 3.515 € 1.373.274 € 844.919
€ 52.900 € 1.809.785
€ 52.900 € 173.683
€ 178.893
€ 184.260
€ 189.788
€ 195.482
€ 201.346
€ 207.386
€ 213.608
€ 220.016
€ 45.323
€ 13.148.482
€ 10.653.763
€ 2.494.719
€ 304.583
€ 258.453
€ 265.411
€ 272.562
€ 279.911
€ 287.464
€ 267.386
€ 243.608
€ 250.016
€ 65.323
Woningbouw Bedrijventerreinen Kantoren Winkels en horeca Voorzieningen
€ 4.138.719
€ 4.138.719
Bijdragen Rente en exploitatiebaten Te verrekenen exploitatiesaldi
€ 9.119.787
€ 5.966.154
€ 3.153.634
€ 295.293
€ 304.152
€ 313.276
€ 322.674
€ 332.355
€ 342.325
€ 316.293
€ 213.608
€ 220.016
€ 493.642
€ 52.900
€ 52.900
€ 13.311.407
€ 10.157.773
€ 3.153.634
€ 295.293
€ 304.152
€ 313.276
€ 322.674
€ 332.355
€ 342.325
€ 316.293
€ 213.608
€ 220.016
€ 493.642
Saldo nominaal
€ 162.924
-€ 495.990
€ 658.915
-€ 9.290
€ 45.698
€ 47.865
€ 50.112
€ 52.443
€ 54.861
€ 48.906
-€ 30.000
-€ 30.000
€ 428.319
Kasstroom
€ 658.915
€ 658.915
-€ 9.290
€ 45.698
€ 47.865
€ 50.112
€ 52.443
€ 54.861
€ 48.906
-€ 30.000
-€ 30.000
€ 428.319
-€ 263.323
-€ 263.323
-€ 20.069
-€ 19.885
-€ 18.799
-€ 17.581
-€ 16.223
-€ 34.554
-€ 33.888
-€ 35.236
-€ 37.846
-€ 29.241
Totaal investeringen Opbrengsten
Totaal opbrengsten
Rente toerekening Eindwaarde
€0
Contante waarde
€0
Programmabegroting 2014
-€ 495.990
-€ 525.350 -€ 499.537 -€ 470.472 -€ 437.941 -€ 401.720 -€ 381.413 -€ 366.394 -€ 431.631 -€ 499.476 -€ 100.399 -€ 9.066
€ 42.882
- 118 -
€ 43.187
€ 43.476
€ 43.748
€ 44.005
€ 37.720
-€ 22.248
-€ 21.392
€ 293.679
Exploitatie-opzet Stationspark Totalen (nominaal)
Boekwaarde per 1-1-2013
Nog te realiseren (nominaal)
2013
2014
2015
2016
2017
Investeringen Rente en exploitatielasten Plankosten Verwervingen Sloop Bodemsanering BRM/WRM Bijdrage reserve infra Onvoorzien Te verrekenen exploitatiesaldi
€ 114.077 € 34.253
€ 114.077 € 9.253
€ 1.154.771 € 96.418
€ 25.000
€ 5.000
€ 5.000
€ 5.000
€ 5.000
€ 5.000
€ 299.171
€ 855.600 € 96.418
€ 50.000 € 29.276
€ 50.000
€ 50.000
€ 352.800 € 67.142
€ 352.800
€ 1.399.520
€ 422.502
€ 977.018
€ 84.276
€ 55.000
€ 55.000
€ 424.942
€ 357.800
€ 2.579.558
€ 99.815
€ 2.479.743
€ 772.743
€ 1.707.000
Totaal opbrengsten
€ 2.579.558
€ 99.815
€ 2.479.743
€ 772.743
€ 1.707.000
Saldo nominaal
€ 1.180.038
-€ 322.687
€ 1.502.725
€ 688.467
-€ 55.000
-€ 55.000
€ 1.282.058
-€ 357.800
-€ 69.133
-€ 69.133
-€ 839
-€ 1.658
-€ 2.791
-€ 30.497
-€ 33.348
€ 1.433.592
€ 1.433.592
€ 687.629
-€ 56.658
-€ 57.791
€ 1.251.561
-€ 391.148
€ 124.393
€ 124.393
€ 4.074
€ 13.361
€ 11.602
€ 42.089
€ 53.268
€ 369.015
€ 325.718
€ 279.528
€ 1.573.178
€ 1.235.297
€ 671.057
-€ 53.166
-€ 52.144
€ 1.085.819
-€ 326.297
Totaal investeringen
Opbrengsten Woningbouw Bedrijventerreinen Kantoren Winkels en horeca Voorzieningen Bijdragen Rente en exploitatiebaten Te verrekenen exploitatiesaldi
Inflatie correctie en bepaling kasstroom Kostenstijging Opbrengstenstijging
Kasstroom
Rente toerekening
Eindwaarde
€ 1.219.794
Contante waarde
€ 1.002.581
-€ 322.687
- 119 -
Programmabegroting 2014
Exploitatie-opzet Kerkbuurt 16-18 Totalen (nominaal)
Boekwaarde per 1-1-2013
Nog te realiseren (nominaal)
2013
2014
2015
€ 1.499 € 5.556
€ 1.700
Investeringen Rente en exploitatielasten Plankosten Verwervingen Sloop Bodemsanering BRM/WRM Bijdrage reserve infra Planschade Te verrekenen exploitatiesaldi Totaal investeringen
€ 2.999 € 11.487
€ 2.999 € 11.487
€ 1.499 € 4.230
€ 28.356
€ 28.356
€ 28.356
€ 6.254 € 13.000
€ 6.254 € 13.000
€ 62.095
€ 36.287
€ 62.095
€ 6.254 € 13.000
€ 34.086
€ 26.310
€ 1.700
Opbrengsten Woningbouw Bedrijventerreinen Kantoren Winkels en horeca Voorzieningen
€ 170.000
€ 170.000
€ 170.000
€ 13.000
€ 13.000
€ 13.000
Totaal opbrengsten
€ 183.000
€ 183.000
€ 183.000
Saldo nominaal
€ 120.905
€ 120.905
-€ 34.086 € 156.690
Door te berekenen planschade Rente en exploitatiebaten Te verrekenen exploitatiesaldi
Inflatie correctie en bepaling kasstroom Kostenstijging Opbrengstenstijging
Kasstroom
Rente toerekening
-€ 1.219
-€ 1.219
€ 119.686
€ 119.686
€ 1.936
€ 1.936
Eindwaarde
€ 84.134
Contante waarde
€ 74.795
Programmabegroting 2014
-€ 36.287
-€ 36.287
- 120 -
-€ 339
-€ 1.700
-€ 793
-€ 86
-€ 34.425 € 155.897
-€ 1.786
-€ 2.302
€ 929
€ 3.308
-€ 73.013
€ 83.813
€ 85.335
-€ 33.595 € 146.288
-€ 1.612
5.3. Productenraming
- 121 -
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
- 122 -
- 123 -
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
- 124 -
- 125 -
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
- 126 -
- 127 -
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
- 128 -
- 129 -
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
- 130 -
Meerjarenoverzicht reserves en voorzieningen
- 131 -
Programmabegroting 2014
Programmabegroting 2014
- 132 -
5.4. Lijst met afkortingen APV AR ASVZ
AU B&W BAG BBZ BCF BDU BGT BIBOB
BLS BLVS BNG BOR BPR BTW BV BW-Plein BZK CAO CBS CJG CO2 COELO
CPB CROW
CVTM dB DVO EGW EHBO EKD EMU FPC
Algemene Plaatselijke Verordening Algemene Reserve Organisatie voor zorg- en dienstverlening aan mensen met een verstandelijke handicap Algemene Uitkering Burgemeester en Wethouders Basisregistraties Adressen en Gebouwen Besluit Bijstand Zelfstandigen BTW-compensatiefonds Brede Doel Uitkering Basisregistratie Grootschalige Topografie Wet Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur Besluit Locatiegebonden Subsidies Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Bank Nederlandse Gemeenten Besluit omgevingsrecht Basisregistratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten Belasting Toegevoegde Waarde Bestuur en Veiligheid Burgemeester Winklerplein Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Collectieve Arbeids Overeenkomst Centraal bureau voor de Statistiek Centrum voor Jeugd en Gezin Kooldioxide Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden Centraal Plan Bureau Een nationaal kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte Coördinatie van Vrijwillige Thuiszorg en Mantelzorg decibel Dienstverleningsovereenkomst Reserve Egalisatie Grondkosten Woningbouw Eerste Hulp Bij Ongevallen Elektronisch Kind Dossier Europese Monetaire Unie Financiën Planning & Control
fido, Wet Fte FZ GBA GBD GGD ggz GHOR GR GRD Grex GRP GSB HOVD HVC IenM IOAW
IOAZ
IP&A ISV IRS IT JGZ JSO LOC lvg MLL MIP MOP MZHZ
MT NHG NME - 133 -
Wet financiering decentrale overheden Fulltime eenheid Facilitaire Zaken Gemeentelijke Basis Administratie Gemeentelijke Belastingdienst Drechtsteden Gemeenschappelijke Gezondheids Dienst Geestelijke Gezondheids Zorg Geneeskundige Hulp bij Ongevallen en Rampen Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden Grondexploitatie Gemeentelijk rioleringsplan Grote Steden beleid Hoogwaardig Openbaar Vervoer Drechtsteden HuisVuilCentrale Ministerie van Infrastructuur en Milieu Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werkloze werknemers Wet Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen Informatievoorziening, Processen & Automatisering Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing Interest Rate Swap (lange marktrente) Informatie Technologie Jeugdgezondheidszorg Jeugd, samenleving en opvoeding Lokaal Onderwijs Centrum Licht verstandelijk gehandicapt MerwedeLingelijn Meerjaren Investeringsprogramma (voorheen PVVO) Meerjarig Onderhouds Plan Milieudienst Zuid-Holland Zuid (inmiddels opgegaan in Omgevingsdienst ZHZ) Management Team Nationale Hypotheek Garantie Natuur Milieu Educatiecentrum Programmabegroting 2014
NVMP NVRD
OCD OCW OKE, Wet OPOPS OR OZB OZHZ P&C P&O PALT PDV PGO PPS PR PROAV PVA PVE PVVO
REO RIEC RO ROC ROBM ROM-D RPV SAD SCD SDD SLOK SOK SWOT
Stichting Nederlandse Verwijdering Metalektro Producten Koninklijke Vereniging voor Afval- en Reinigingsmanagement Onderzoekscentrum Drechtsteden Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie Openbaar Primair Onderwijs Papendrecht-Sliedrecht Ondernemingsraad Onroerend Zaak Belasting Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid Planning & Control Personeel & Organisatie Prestatie Afspraken Lange Termijn Perifere Detailhandel Voorzieningen Programma Groot Onderhoud Publiek Private Samenwerking Plantsoenen en Reiniging Provinciaal Afvalverwijderingsbedrijf Plan van Aanpak Programma van Eisen Programma Vervangingsinvesteringen en Verbetering Outillage (vanaf 2013: MIP) Regionaal Economisch Overleg Regionaal Informatie en Expertise Centrum Ruimtelijke Ordening Regionaal Onderwijs Centrum Ruimtelijke Ordening, Bouwen en Milieu Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden Regionale Projectgroep Verkeersveiligheid Samenwerkingsverband Aangepast Sporten Drechtsteden Service Centrum Drechtsteden Sociale Dienst Drechtsteden Stimulering Lokale Klimaatinitiatieven Samenwerkingsovereenkomst Strengths, Weaknesses, Opportunities & Threats (sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen)
Programmabegroting 2014
SWP SZW UP DECOR
VAOP VNG VR ZHZ VRI VWS WABO WEW WEZ Wij Wmo WOPT
WOZ Wpg Wro WSW Wsw WW Wwb Wwnv ZHZ
- 134 -
Stedelijk Waterplan Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Uitvoeringsprogramma Duurzame Herstructurering Bedrijventerreinen Vereniging Afvalverwerkers Oud Papier Vereniging van Nederlandse Gemeenten Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid Verkeersregelinstallatie (verkeerslichten) Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Waarborgfonds Eigen Woningen Welzijn Educatie & Zorg Wet investeren in jongeren Wet Maatschappelijke Ondersteuning Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens Wet Waardering Onroerende Zaken Wet publieke gezondheid Wet ruimtelijke ordening Waarborgfonds Sociale Woningbouw Wet sociale werkvoorziening Werkloosheidswet / Afdeling Weg en Waterbouw Wet werk en bijstand. Wet werken naar vermogen Zuid-Holland Zuid