Poort, school voor Havo en Mavo
Planners leerjaar 1
Periode 4
Schooljaar 2013-2014
Beeldende Vormgeving
Leerjaar 1
Periode 4
Kunst & Strip: Cartoon tekenen Manga of stripfiguur / superheld Huiswerkopdrachten Pop-art Leerdoelen KENNISDOELEN:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Begrippen: illustratie, beeldverhaal, Klare Lijn, slagschaduw, hoger plaatsen Kennismaken met werk kunstenaar Joost Swarte Geschiedenis van het beeldverhaal tot strips door de eeuwen heen Verschil manga en cartoon / stripfiguren, kenmerken benoemen Leert informatie op te zoeken via internet Pop-art: stroming, kenmerken en kunstenaars bijv. Roy Lichtenstein Je leert wat: vervreemding is bij kunstwerken
VAARDIGHEIDSDOELEN:
11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
X
Kleuren mengen met kleurpotlood, egaal kleuren met kleurpotlood Toepassen van een voorgrond en achtergrond Hoger plaatsen van figuren die verder weg zijn Werken met slagschaduw Zelf een manga of stripfiguur ontwerpen, gebruik maken van effecten / bewegingslijnen Werken met aquarelpotlood Werken met Oost-Indische inkt (of fineliner) Zelfstandig nakijken van huiswerkopdr 1 Een Blow-Up tekenen (huiswerkopdr 2) Huiswerk op tijd inleveren
X
LES 1
WEEK 16 Donderdag deels paasviering Vrijdag vrij
2
19
VAKINHOUD Uitleg Cartoon tekenen Techniek uitleg kleuren kleurpotlood
IN DE LES Starten met opdracht cartoon tekenen
,, ,,
Verder werken of starten aan opdracht cartoon tekenen Laatste les opdracht cartoon tekenen Al klaar? Dan kun je vast aan hw.opdr 2 beginnen (kies een voorwerp uit je etui) Schetsen manga of stripfiguur – denk ook aan de achtergrond Inleveren huiswerkopdrachten 1 en 2.
Maandag vrij
3
20
Uitleg Huiswerkopdracht Pop-Art
4
21
Uitleg opdr Kunst & Strips = manga of stripfiguur
5
22
Geen les: project ma-woe, do+vrij vrij
6
23
Herhaling belangrijkste punten opdr manga of stripfiguur
7
24
Verder werken aan manga of stripfiguur
Verder werken aan manga of stripfiguur
Maandag vrij
8
25
Als er les is: Uitleg plusopdracht
Laatste les Manga of stripfiguur tekenen Maken plusopdracht
Laatste lesweek
Uitlooples manga of stripfiguur Maken plusopdracht
toetsweek
9
26
TOETS OF OPDRACHT Cartoontekening Inleveren: huiswerkopdracht 1 en 2 Kunst & Strips Plusopdracht
DATUM Week 20 Week 21 Week 25 of 26 26
WEGING 1 1 2 Evt. 1
M-CIJFER
H-CIJFER
Year 1 English Chapter 7 Chapter 8
Periode 4 Superhero action Be a good sport
Leerdoelen JE KENT/WEET.. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.
X
..woorden om iemands karakter te beschrijven. ..woorden om iemands uiterlijk en kleding te beschrijven. ..het verschil tussen de eej-klank en de aaj-klank. ..welke echte helden er zijn. ..welke woorden in het Nederlands enkelvoud zijn, maar in het Engels meervoud. ..wanneer en hoe je de past simple gebruikt. ..wanneer en hoe je to be going to gebruikt. ..de namen van sporten. ..de woorden om sportregels te beschrijven. ..woorden om sportbenodigdheden te beschrijven. ..het verschil tussen de oe-klank en de au/ou-klank ..iets over sport in verschillende landen. ..op welke plek in een zin tijd en plaats staan. ..hoe je rangtelwoorden maakt.
JE KUNT.. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.
..vragen hoe iemand is of eruit ziet. ..iemand beschrijven. ..praten over het verleden. ..praten over plannen. ..vragen stelen en vertellen over sport. ..vertellen over sportregels. ..vertellen over sportfeiten.
WEEK 15
DATUM 7/4
11/4
16
14/4 18/4
17 18
X
VOOR DE LES Start chapter 7 Listening Pronunciation & Spelling Spreekvaardigheid Reading C Listening en and writing D Oefenen Taaldorp Oefenen Taaldorp Toets bespreken GOOD FRIDAY (goede vrijdag) vrij MEIVAKANTIE MEIVAKANTIE
IN DE LES Opdracht A + B Ex. 1 t/m 7 Oefenen I-clips Voca A en B leren Oefenen Taaldorp Opdracht C Ex. 8 t/m 11 Stone 25+26 ex. 12 Voca C en D en stones 25/26 leren
19
5/5 9/5
20
12/5
16/5 21 19/5 23/5
22
26/5
vrij Spreekvaardigheid
TAALDORP
Reading Countries & Culture Listening E Reading F Toets Leesvaardigheid Speaking Writing G
Exercise 16 + 17 Ex. 19 t/m 23 Ex. 25+26 27+28+29 Voca C&C en E + F leren
Grammar : Engels meervoud Past simple To be going to SO Voca A t/m G en Stones ch. 7 Start chapter 8
Stone 27 en 28 Ex. 30 t/m 33 Voca G leren en stones 27/28 Ex. 1 t/ m 3 Leren voca A t/m G + stones 25 t/m 28 Alles af chapter 7 (nakijkvel op Peppels) Opdracht A B Ex. 1 t/m 6 Leren voca AB
PROJECT VRIJ
23
30/5 2/6
6/6
9/6 24
25 26 27
13/6 19/6 20/6 26/6 27/6 3/7 4/7
Reading Speaking & Writing CD Grammar: Bijw. bep. van tijd Rangtelwoorden Grammar survey Reading D F Grammar survey 2E Whitsuntide (2e Pinksterdag) vrij Start toetsweek Woensdag 11/6 Toetsweek Toetsweek Extra exercises
Ex. 7 t/m 11 Ex. 1 t/m 5 p. 99 WB Oefenen schoolwise/grammar exercises Leren voca ABCD Ex. 26 t/m 29 Leren voca ABCD Oefenen schoolwise Leren woorden en grammatica Chapter 7 en 8
Extra exercises SLOTWEEK
TOETS OF OPDRACHT Spreekvaardigheid Taaldorp Leestoets SO Voca A t/m G en Stones ch. 7 Periodetoets: Chapter 7 + 8
WEEK
19 20 21 24/25
WEGING 2 2 1 4
M-CIJFER
H-CIJFER
Frans
Periode4
Chapitre 6: La France, ça bouge ! (afmaken) Chapitre 7 : Bienvenue à l’île de beauté Chapitre 8 : c’est fini Leerdoelen (chapitre 7et 8) JE KENT/WEET: 22. De passé composé 23. De plaats van het bijvoeglijk naamwoord 24. De uitspraak van de klanken f en v in het Frans 25. De namen van de maanden 26. Verschillende werkwoorden vervoegen in de présent en de passé composé 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. JE KUNT: 34. Je kunt een gesprek voeren in het Frans 35. Je kunt naar een gesprek luisteren 36. Je kunt een enquête lezen en beantwoorden 37. Een beschrijving van iemand lezen 38. Beschrijven hoe iemand eruit ziet 39. Een internetpagina lezen 40. Een strip lezen 41. Vertellen wat je gedaan hebt 42. Vertellen wat je hobby’s zijn 43. Vertellen welke sport je doet 44. 45. 46.
X
X
WEEK 16
VOOR DE LES Taaldorpgeprekken maken en oefenen Au restaurant/ à la douane
Meivakantie
17/18
19
IN DE LES Taaldorp Taaldorpoefenen
Leren voor Taaldorp maandag
Taaldorp
Taaldorp
Taaldorp
Inleiding: 1, 2
20 Leren voca 7.1
bron A: 3 (), 4 (),bron B: 5 (), 6 (),7 bron C: 8, 9,10 Nakijken 1 t/m 10
Leren voca 7.2
bron D: 11, 12 (), 13,14
Herhalen voca 7.1
bron E: 15 (), 16, 17 La chanson: 31, 32 bron F: 18, 19 () Nakijken 11 t/m 19
21
LerenGrammaire D
bron G: 20 ()
Herhalen vervoeging avoir
bron H: 21, 22 ()
Leren Phrases-clés E
Francofolies: 33, 34
Lerenvoca 7.3 en 7.4
bron J: 24, 25, 26,27
Herhalenvoca 7.1 en 7.2
bron K: 28 (), 29, 30
LerenGrammaire J
Nakijken 20 t/m 30
Herhalen vorm van bijvoeglijknaamwoord
SO chapitre 7
Lerenvoor de SO
22
23
Chapitre 7 afmaken
Chapitre 7 afmaken/ nakijken
Alles leren
D-toets maken en bespreken
Werkwoorden stencil invullen
Werkwoorden invullen
Kijk-luistertoets X2 24
25
Oefenenvoor de periodetoets
Oefenen voor de periodetoets
Oefenenvoor de periodetoets
Alles herhalen voor de periodetoets
Hoofdstuk 1 t/m 7herhalen
Toetsweek
Toetsweek bron B: 5 (), 6 bron C: 7 bron C: 8, 9 bron D: 10, 11 bron E: 12, 13 ()
26
Hoofdstuk 1 t/m 7 herhalen
bron F: 14, 15, 16 bron G: 17 bron H: 18 Nakijken: 1 t/m 19
Bespreken toets Activiteit: film
TOETS OF OPDRACHT Mondeling Taaldorp
Activiteit: film
DATUM Week 19
WEGING 2
kijkluistertoets
Week 23
2
SO chapitre 7 Toets (toetsweek) (1/2/3/4/5/6/7)
Week 21 Week 25
1 4
M-CIJFER
H-CIJFER
K&C
lj 1
Periode 4
Deel 2 Les 6 Ruimtesuggestie in schilderijen Les 7 Schilderijen beschouwen Les 8 Van Realistisch naar Abstract Les 9 Grafische Vormgeving Leerdoelen KENNISDOELEN:
47. 48. 49. 50. 51. 52. 53. 54. 55. 56. 57. 58. 59.
X
Welke soorten 2D kunstwerken er zijn Trucjes om diepte te suggereren in een schilderij Verschillende vormen van perspectief Verschillende composities Begrippen toepassen in een Beeldanalyse Wat realistisch, half-abstract en abstracte kunst is Wat figuratieve en non-figuratieve kunst is Wat een huisstijl is en waar men op let bij het ontwerpen van een huisstijl Namen van diverse bekende kunstenaars Begrippen toepassen op afbeeldingen
VAARDIGHEIDSDOELEN:
60. Zelfstandig werken: opdrachten niet af of een les gemist: uitleg vragen en opdrachten thuis afmaken, in de les de opdrachten laten beoordelen. 61. Gemaakte opdrachten zelfstandig nakijken en aanvullen / verbeteren waar nodig 62. Dieptesuggestie zelf toepassen in een tekening 63. Zelf variëren met composities in een tekening 64. Zelfstandig beeldende begrippen opzoeken en opschrijven in eigen woorden 65. Zelf een serie tekeningetjes maken van realistisch naar abstract 66. Een monogram tekenen 67. 68. 69. 70. 71. 72.
X
LES 1 2
WEEK 15 16
VAKINHOUD Uitleg les 6 dieptesuggestie Uitleg les 6 perspectief en compositie
IN DE LES Opdracht 1 tekening ruimtesuggestie Opdracht 2 en 3 tekening compositie
,, ,,
,, ,,
Uitleg les 7 schilderijen beschouwen, uitleg pointillisme Bespreken analyse schema Seurat Uitleg les 8 van realistisch naar abstract X
Maken analyse schema Seurat Nakijken analyse schema Seurat
23
Uitleg les 9 grafische vormgeving
Afmaken opdracht 2 les 8, Maken opdr 1 les 9
24
Toetsvoorbereiding
Maken van oefentoets Maken opdr. 2 les 9
Vrijdag vrij
3
19 maandag vrij
4
20
5
21
6
22
Maken opdracht 1 en start opdr 2 les 8
projectweek
7
8
Maandag vrij
9 10
25 26
Toetsweek Laatste lesweek, toets bespreken
TOETS OF OPDRACHT Opdrachten uit de lesstencils, steeds per les laten beoordelen of uiterlijk in week 26 Toets Leren les 6, 7, 8 en 9 Huiswerk: Als je de opdrachten tijdens de les niet hebt afgekregen, maak je ze thuis verder af. Leer elke week de begrippen van de les die we in de klas hebben behandeld. Vergeet niet om de begrippen steeds te herhalen zodat je in ieder geval de begrippen al kent voor het leren van de periodetoets.
Maken opdr .4 les 9
DATUM Week 26 Toetsweek 25
WEGING 2 4
M-CIJFER
H-CIJFER
Leerjaar 1
Periode 4
Levensbeschouwing Materiaal:
werkboek en tekstboek wijs worden Schrift / map Stencils die uitgereikt zijn tijdens de les bewaar je
Leerdoelen JE KENT/WEET: Hoofdstuk 4 Hoofdwaarden in onze Maatschappij 73. Je kent de begrippen op blz. 61 74. Je weet wat normen en waarden zijn 75. Je kent de 4 hoofdwaarden van onze maatschappij 76. Je weet wat vrijheid is 77. Je weet wat vrijheid van meningsuiting is grondwet artikel 7 78. Je weet het vrijheid tot en vrijheid van inhoud 79. Je weet wat de grenzen van vrijheid is 80. Je weet dat bij vrijheid, verantwoordelijkheid hoort en kunt dit uitleggen 81. Je weet wat gelijkheid en gelijkwaardigheid is 82. Je weet wat discriminatie is 83. Je kent grondwet artikel 1 84. Je weet wat een democratie is en hoe onze democratie werkt 85. Je weet wat macht is 86. Je weet wat tolerantie is 87. Je weet wat berusten en onverschillig is JE KUNT: 88. Je kunt jou mening geven en beargumenteren 89. Je kunt voorbeelden bij de begrippen geven 90. Je staat open voor de mening van de ander
X
X
Planner Week 15 (7-4) 16 (14-4)
Vak inhoud Paragraaf 1 : vrijheid
Paragraaf 2 : gelijkheid
In de les Bespreken vragen bij aflevering Aantekeningen Vragen maken Aantekeningen Vragen maken Donderdag paasviering
17 18 19 (5-5) 20 (12-5) 21 (19-5) 22 (26-5) 23 (2-6)
24 (9-6) 25 (16-6)
Vakantie Maandag Bevrijdingsdag/ taaldorp
Paragraaf 3: democratie Paragraaf 4: tolerantie
Aantekeningen Vragen maken Aantekeningen Vragen maken
Projectweek Donderdag hemelvaart
SO H4
Maandag Pinksteren
Toetsweek
M&M Leerjaar 1 Periode 4
Altijd nodig: Werkboek en Informatie boek geschiedenis werkplaats JE KENT/WEET:
X
1. 2. 3. 4. 5.
De oorzaken van het verval van het Romeinse rijk. Het ontstaan van het rijk van Karel de Grote. Hoe het rijk van Karel de Grote bestuurd werd. De opbouw van het leenstelsel. De manieren waarop de verspreiding van het Christendom plaatsvond in middeleeuws Europa. 6. Wat het hofstelsel inhoud. 7. De 3 groepen (standen) in de samenleving en hun functies en taken. 8. De gevolgen van de opkomst van de Islam in middeleeuws Europa. 9. De oorzaken en gevolgen van de spanningen tussen Moslims en Christenen in het Spanje van de middeleeuwen. 10. Het ontstaan van steden na het jaar 1000. 11. De oorzaken van de groei van de Hanze steden en de verschillende ambachten. 12. Opkomst van de burgers in de steden. 13. De rol van de kerk in de middeleeuwen. 14. De rol van de koningen tussen 1000 en 1500. 15. Oorzaken en gevolgen van de kruistochten. JE KUNT:
X
Een klein historisch onderzoek doen aan de hand van bronnen. Onderzoeks vragen bedenken en gebruiken. Historische informatie kritisch beoordelen op feiten of verzinsels. (objectief en subjectief) Gebruik maken van de tijdbalk. Op kaarten kunnen aanwijzen waar het rijk van Karel de Grote zich bevond en waar die van Islamitisch Europa. Oorzaak en gevolg scheiden. De relaties tussen de verschillende middeleeuwse standen verklaren en omschrijven. De opkomst van de steden omschrijven en de economie van die steden. De opkomst van de burgerij in de steden verklaren. De rol van de kerk verklaren en de verhouding met de konigen. (investituurstrijd) Directe en indirecte oorzaken van de kruistochten benoemen alsmede ook de gevolgen op korte en lange termijn.
WEEK 15
VAKINHOUD Intro Karel de grote leenheren en leenmannen Verspreiding Christendom
IN DE LES 5.1
16
Landbouwsamenleving Arabische beschaving in Europa
5.3 Machtige heren. 5.4 opkomst van de Islam
17 en 18
Meivakantie
Meivakantie
19
Invloed oosterse culturen op Europa en de landbouwstedelijke samenleving
5.5 Spanje tussen kruis en halve maan. Test jezelf
20
Leren H5 P1 t/m 5
21
H6 tijd van steden en staten. Stadsrechten en burgerrechten. De macht van de geestelijkheid Project week
Toets H5 H6 intro en 6.1 woonplaats en werkplaats Opdracht H6 uitleg 6.2 Zelfstandige burgers. 6.3 De machtige kerk Projectweek
22 23
Strijd om de macht tussen burgers, adel en geestelijkheid. Oorzaken en gevolgen van de kruistochten.
24
25
5.2 Christelijk Europa
6.4 de macht van de koningen 6.5 De kruistochten
Inleveren opdracht H6 Test jezelf H6
toetsweek
TOETS OF OPDRACHT Toets H5 Werkstuk H6 Eindtoets H5 en H6
toetsweek
DATUM Week 20 Week 24 Week 25
WEGING 2 1 4
H-CIJFER
Mens en Natuur Periode 4 Module 5 De dierentuin Module 6 Vakantie Leerdoelen Module 5 De dierentuin Kennisdoelen 91. Je weet wat een organisme is en dat deze aangepast is aan de invloeden in een gebied. 92. Je kent het verschil tussen biotische en abiotische invloeden. 93. Je weet wat een biotoop is. 94. Je kunt verschillende situaties benoemen wanneer organismen concurrenten van elkaar zijn. 95. Je weet wat determineren is. 96. Je kunt simpele determinatie stappen volgen om een plant te determineren. 97. Je weet wat een soort is en je kan daar enkele voorbeelden van geven. 98. Je weet wat het systeem van Carl Linnaeus is en hoe het in elkaar zit. 99. Je kent de organisatieniveaus van biologie van cel tot organisme. 100. Je kent de organen van een plant met zijn bouw en functies. 101. Je kent de basis onderdelen van een plantencellen met hun functies. 102. Je weet het verschil tussen kruidachtige en houtachtige planten. 103. Je weet wanneer planten rechtop blijven staan of juist slap gaan hangen. 104. Je kent de functies van wortelharen en vaatbundels. 105. Je weet hoe het water vanuit de bodem in de bladeren van de plant komt. 106. Je weet wat opwaartse sapstroom is en kent het verschil tussen houtvaten en bastvaten. 107. Je kent de functie en werking van huidmondjes. 108. Je weet waarom het in de kas vochtig moet zijn. 109. Je weet waarom in de herfst de blaadjes van de bomen vallen. 110. Je kent de onderdelen van de bloem met de functies. 111. Je kent het verschil tussen insectenbloemen en windbloemen. 112. Je weet wat bestuiving is en je kan aantal voorbeelden noemen. 113. Je kent het verschil tussen bestuiving en bevruchting in planten. 114. Je weet wat kruisbestuiving is en je kan enkele voordelen/nadelen noemen. 115. Je weet hoe vruchten met zaden ontstaan (bevruchting). 116. Je kent verschillende manieren van zaadverspreiding. 117. Je kent de levenscycli van eenjarige, tweejarige en meerjarige planten. 118. Je weet dat organismen zuurstof nodig hebben voor de verbranding en wat verbranding is. 119. Je weet wat fotosynthese is. 120. Je weet hoe insecten ademhalen. 121. Je weet hoe vissen ademhalen. Je kunt: A. Een herbarium samenstellen volgens gegeven opdracht B. Determineren met behulp van zoekkaarten C. Schematische tekening maken volgens voorschriften D. Een microscoop gebruiken volgens de juiste voorschriften E. Grafieken maken met de juiste assenstelsels F. De organen van de plant benoemen in een afbeelding G. De onderdelen van een plantencel benoemen in een afbeelding
x
x
H. I. J. K. L.
De onderdelen van de bloem benoemen in een afbeelding Een isometrische projectie tekenen van de broeikas Een compleet verslag schrijven volgens de juiste stappen Een onderzoek opzetten Een logboek bijhouden van Eindopdracht de broeikas
Leerdoelen Module 6 Vakantie Kennisdoelen 1. Je kent verschillende veiligheidsmaatregelen in de auto 2. Je weet wat apk is en je weet wat er gekeurd wordt 3. Je weet waarom banden een bepaald profieldikte moeten hebben en een bepaalde bandenspanning 4. Je weet wat er verplicht is om in de auto te hebben voor bij pech 5. Je weet wat navigeren is en je kent verschillende hulpmiddelen om te navigeren 6. Je weet hoe een navigatiesysteem werkt en kunt dit uitleggen 7. Je kent het begrip telecommunicatie en kent verschillende manieren 8. Je weet uit welke stappen een communicatiesysteem uit bestaat: invoer, verwerking en uitvoer 9. Je kent het verschil tussen analoog en digitaal signaal 10. Je weet wat binaire code is 11. Je kent de drie huidlagen met bijbehorende onderdelen en functies 12. Je weet wat pigment is en hoe pigment je huid beschermt tegen Uv-straling 13. Je weet hoe je huid wordt beschermd tegen bacteriën door genezing van wondjes 14. Je weet hoe je lichaam op de juiste lichaamstemperatuur kan blijven 15. Je weet wat ziekteverwekkers zijn en hoe verschillende ziekteverwekkers een infectie kunnen veroorzaken 16. Je kent twee verschillende witte bloedcellen en weet hoe ze te werk gaan 17. Je kent het verschil tussen antigeen en antistof. 18. Je weet hoe je lichaam immuun kan worden voor een bepaalde ziekteverwekker 19. Je weet waar inenten of vaccineren voor dient 20. Je weet hoe je voedselinfectie kunt krijgen, waar je last van krijgt en waarom, hoe je het voorkomt 21. Je weet wat de twee tropische ziekten Malaria en Bilharzia zijn, hoe je ze krijgt en behandelt
x
LES
1
WEEK 15
VAKINHOUD Module 5 De dierentuin 5.1
2 5.1 3
5.5
4
5.6
5
16
5.6
6
5.7
7
5.7
8
Toets 5.1, 5.5, 5.6
9
17 18
Vakantie Vakantie
19
Introductie Herbarium Planten determineren Eindopdracht Broeikas 5.2 Een kas ontwerpen Eindopdracht Broeikas 5.3 Warmte binnen houden Eindopdracht Broeikas
10 11 12
IN DE LES Opdrachten: 2,4,6,7,10,12,14,15,17,18 t/m 23 Leerdoelen uitwerken Extra opdrachten: Docent Schoolwise: Minicursus Dierentuin Leerdoelen uitwerken 5.1 Een leerling determineren Opdrachten: 2, 4 t/m 10, 12,14 t/m 23 Leerdoelen uitwerken Extra: opdrachten 24 t/m 26 Schoolwise: Oefentoets Dierentuin Leerdoelen uitwerken Practicum: Cellen onder de microscoop Opdrachten: 2 t/m 5 Demopracticum: Zuurstofproductie bij waterpest Opdrachten: 6 t/m 10, 12,14 t/m 16, 18 Leerdoelen uitwerken PO: Bloemen Bekijken Opdrachten: 2,4,5,7,8 Schoolwise: Cursus Leven in de dierentuin Leerdoelen uitwerken Opdrachten: 9, 12 t/m 15 Schoolwise: Oefentoets Leven in de dierentuin Leerdoelen uitwerken
Planten om je heen Planten Kiezen Schets maken Bouwtekening
Eindopdracht Broeikas
Bouwtekening af Begin bouw Bouwen
14
Eindopdracht Broeikas
Bouwen
15
Eindopdracht Broeikas
Bouwen
16
Eindopdracht Broeikas
Bouwen
13
20
17
Eindopdracht Broeikas
Bouwen+planten
18 19
Eindopdracht Broeikas Eindopdracht Broeikas
Bouwen+planten Bouwen+planten
20
22
Eventueel Begin M6 Project week Start Module 6 6.2 6.3
23
6.4
24
6.7
21
25
21
22 23
24
26 27 28 25
Eindopdracht Broeikas Gegevens verwerking Uitloop , Verdieping Uitloop, Verdieping Uitloop, Verdieping Toetsweek Inleveren Herbarium
Leerdoelen uitwerken Opd. 3 t/m 13 Leerdoelen uitwerken Opd. 5, 7t/m 11 Opd. 14 t/m 17 Leerdoelen uitwerken Opd. 2,3,5,6, 7 t/m 13 Leerdoelen uitwerken Opd. 3, 4, 6 t/m 13 Opd.16 t/m 18 Afronding
TOETSEN
DATUM
WEGING
Toets Module 5: 5.1, 5.5 en 5.6
1
Herbarium
1
Periodetoets Module 5 Toets 5.1, 5.5 t/m 5.7
4
M-CIJFER
H-CIJFER
o
o
Periodetoets Module 6 6.2 t/m 6.4 en 6.7 Eindopdracht de Broeikas
3
PO bloemen en planten
1
Werkboeken + Opdrachten module 5 + module 6
-
v
g
v
g
Nederlands
Klas 1
Periode 4
Hfst. 6 “Boos” WEEK INHOUD 16 Lezen ‘Het doel ve tekst’
IN DE LES H6 opdr. 1, 2, 4 (verdieping) Taak: ‘Laat je stem horen!’
17/18 vakantie 19
Deeltoets Lezen H6 Spreken/Kijken/Luisteren H6 opdr. 1, 2 ‘Discussie’ Taak ‘Ik ben het er niet mee eens! ‘ Kijkfragment (portfolio)
20
Schrijven ‘Ingezonden brief’ en ‘Woordkeus’
H6 opdr. 1, 2, 3, 4, 5 (portfolio) Taak ‘Niet leuk!’
21
Grammatica ‘Meewerkend voorwerp’ en ‘Bijw. bepaling’
H6 opdr. 3, 5, 6, 7*
Spelling ‘Werkwoordsspelling’
H6 opdr. 5, 6*, 7
22
Ma, di, woe project Do, vr vrij
23
Grammatica/Spelling
Afronden
Taal en woordenschat ‘Samenstellingen en afl.’
H6 opdr. 1, 2, 3, 5, 6
24
Deeltoets TW, Gramm., Spelling Studievaardigheid ‘Tabel, grafiek, diagram’
25
26
H6 opdr. 1, 2, 3, 4
Toetsweek H6 Fictie ‘Personen’
H6 opdr. 1, 2, 3, 4 (keuzeopdracht)
reserve
Schoolwise/Activiteitenboek H6 afronden Fictiedossier afronden Portfolio in orde?
Nederlands
klas 1
Periode 4
Hfst. 6 “Boos” Leerdoelen JE KENT/WEET: 122. 123. 124. 125. 126.
Lezen: Spreken/Kijken/Luisteren: Schrijven: Studievaardigheid: Taal en woordenschat:
127. Grammatica: 128. Spelling: 129. Fictie:
X
doel tekst (H6) discussie (H6) ingezonden brief (H6) tabel, grafiek, diagram (H6) samenstellingen, afleidingen, trappen van vergelijking (H6) meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling (H6) werkwoordspelling (H6) personen (H6)
JE KUNT: 130. Lezen:
131. Spreken/Kijken/Luisteren: argumenten
X
je weet wat de schrijver wil: amuseren, informeren, overhalen, overtuigen je kunt je mening, standpunt en gebruiken
132. Schrijven:
je geeft je mening over een onderwerp (argumenten, positief/negatief)
133. Studievaardigheid:
je kunt een tabel, cirkel-/staafdiagram en grafiek lezen
134. Taal en woordenschat: (voor-
je kunt een samenstelling en afleiding /achtervoegsel) herkennen
135. Grammatica:
je kunt het meewerkend voorwerp herkennen: aan wie + gez + ow + lv
136. Spelling:
je kunt de verschillende spelvormen gebruiken
137. Fictie:
hoofd-/bijpersonen herkennen
TOETS OF OPDRACHT
PERIODE 4
DATUM
WEGING
Toets Lezen H6
Wk. 19
1
Taken Lezen, SKL, Schrijven H6
Wk. 25
o/v/g
Toets TW, Gramm., Spelling H6
Wk. 24
1
Fictiedossier
Wk. 25
1
Portfolio (incl. schoolwise/act.boek)
Wk. 25
o/v/g
Hoofdstuktoets 6 (toetsweek)
Wk. 25
4
M-
H-
CIJFER
CIJFER
Studeerplanner
Wiskunde
Baken Poort
H11 Formules H13 Vlakke figuren LES
klas1
Periode 4
H12 Hoeken H14 formules en vergelijkingen VAKINHOUD
DATUM
IN DE LES
3
Oefenen voor een extra oefening Besperken rekentoets deel 1 Bespreken rekentoets deel 2 Extra eofening Rekenen met de rekenregels
Bord opdrachten
4
Rekenen met breuken
Bord opdrachten
5
REKENEN:
1 2
*breuken: delen met breuken *verhoudingen: handige percentages *metriek stelsel: inhoudsmaten 6
Mei vakantie
7
Alles voor de rekentoets herhalen
8
Rekentoets
9
§12-3 Koersen en graden
opdr 22 t/m 25
10
§12-4 §12-5
opdr 26t/m 32
11
Afronden en herhalen mavo-stof hst 12
Gemengde opdrachten G1 t/m G8
PLUS-opgaven P1 t/m P6
Herhalen Hst 11
12
Bordopdrachten
Havo-stof
Extra oefening hst 11 en 12
13
Toets hoofdstuk 11 en 12
14
§13-1 Spiegelsymmetrie §13-2 Bijzondere drie- en vierhoeken
opdr 1 t/m 8 opdr 9 t/m 15
15
§13-3 Draaisymmetrie §13-4 Samen 180 graden
opdr 16 t/m 23 opdr 24 t/m 31
16
§13-5 Samen 360 graden
opdr 32 t/m 38
17
Afronden en herhalen mavo-stof
Havo-stof
Gemengde opdrachten G1 t/m G6
PLUS-opgaven P1 t/m P6
18
Toets hoofdstuk 13
19
§14-1 Formule en pijlenketting §14-2 Pijlenkettingen omkeren
opdr 1 t/m 6 opdr 7 t/m 13
20
§14-3 Vergelijkingen
opdr 14 t/m 18
21
§14-4 Vergelijkingen oplossen
opdr 19 t/m 25
22
+ Formules korter maken + Bordjes leggen + Oplossingen afronden
Havo-stof
PLUS-opgaven P1 t/m P20
PLUS-opgaven P1 t/m P20
Havo-stof
23
Toetsweek Week
TOETS OF OPDRACHT Extra oefening Rekentoets
DATUM
WEGING 1
Toets H11 en H12
2
Toets H13
1
Periodetoets H11 t/m H14
4
M-CIJFER
H-CIJFER