OVERZICHT De Raad Aanvang: Tijd
12-04-2016 19:00
Collegekamer 1.25
17:30 Presidium 18:30 Tijd
Raadzaal 1.02
19:00 De Ronde: Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst vrz: Smulders 19:30 pfh: Buijtelaar secr: Vooren
Molendijkzaal 0.01 Rekenkamer: Groepsgesprek Rekenkameronderzoek naar doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein secr: Van den Nieuwendijk
20:00 20:15 20:30 Tijd
Raadzaal 1.02
20:30 Actualiteitenraad 20:45
1
Het Plein
Vereniging Hof van Amersfoort Stichting Marathon Amersfoort
Tijd
Raadzaal 1.02 HB
20:45 01. Vaststelling agenda 1a. *Interpellatieverzoek SP, Amersfoort2014 en CDA: Verzending van privacygevoelige informatie
pfh: Imming
Besluit zonder debat 02. Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017
pfh: Tigelaar
03. (Her)benoeming lid Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort (stembriefje) pfh: Houwing 04. Bestemmingsplan Schothorst Zielhorst
pfh: Kemmerling
05. Wijziging Legesverordening 2016
pfh: Buijtelaar
Moties 06. Motie 2016-036M (GroenLinks, SP, BPA) Meld je op Donorregistratie 07. Motie 2016-048M (VVD) Da’s logisch hè
pfh: Tigelaar pfh: Bolsius
08. Motie 2016-049M (PvdA, D66 en CU) Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg 09. *Motie 2016-050M (SP) Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren! 10. *Motie 2016-051M (CDA) Dataveiligheid is onze zorg
pfh: Imming pfh: Imming pfh: Imming
Concept besluitenlijst en (video)verslag Het Besluit 12 april 2016
2
Het Besluit Voorzitter: L. Bolsius Wnd griffier: M. Bongers Datum: Aanvang:
dinsdag 12 april 2016 20:45
01. Vaststelling agenda 1a. *Interpellatieverzoek SP, Amersfoort2014 en CDA: Verzending van privacygevoelige informatie
Besluit zonder debat 02. Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 03. (Her)benoeming lid Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort (stembriefje) 04. Bestemmingsplan Schothorst Zielhorst 05. Wijziging Legesverordening 2016
Moties 06. Motie 2016-036M (GroenLinks, SP, BPA) Meld je op Donorregistratie 07. Motie 2016-048M (VVD) Da’s logisch hè 08. Motie 2016-049M (PvdA, D66 en CU) Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg 09. *Motie 2016-050M (SP) Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren! 10. *Motie 2016-051M (CDA) Dataveiligheid is onze zorg Concept besluitenlijst en (video)verslag Het Besluit 12 april 2016
01. Vaststelling agenda
1a. *Interpellatieverzoek SP, Amersfoort2014 en CDA: Verzending van privacygevoelige informatie Art. 48, lid 2, Reglement van orde van de raad 2013: De raad beslist over het verzoek en wanneer de interpellatie zal worden gehouden. Bijlage - Interpellatieverzoek SP, Amersfoort2014 en CDA: Verzending van privacygevoelige informatie (pdf)
02. Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 Op grond van artikel 35 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen en artikel 34 van de gemeenschappelijke regeling AVU wordt de raad in de gelegenheid gesteld een zienswijze in te dienen op de Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017. Voorgesteld wordt om geen zienswijze in te dienen. Uit deze begroting blijkt namelijk dat de AVU ook het komende jaar het huishoudelijk afval afkomstig uit Amersfoort op een doelmatige en milieuhygiënische verantwoorde wijze zal overslaan, transporteren en verwerken. Raadsbesluit - Raadsvoorstel en- besluit Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 (pdf) Bijlage - Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 (pdf) Bijlage - Raadsnotitie AVU begroting 2017 (pdf)
03. (Her)benoeming lid Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort (stembriefje) Op grond van de statuten van de stichting is de raad bevoegd om leden te benoemen in de Raad van Toezicht. Voor het aandachtsgebied financiën en bedrijfsvoering wordt de raad nu gevraagd om de heer M. Heller met ingang van 1 april 2016 te benoemen. Tevens wordt gevraagd om de heer M.A.J.A. de Pinth te herbenoemen per 1 augustus 2016 voor een periode van vier jaar. Raadsbesluit - Raadsvoorstel en- besluit (Her)benoeming lid Raad van Toezicht (RvT) van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort (pdf) Bijlage - Uitslag stemming (her) benoeming (pdf)
04. Bestemmingsplan Schothorst Zielhorst De raad wordt gevraagd het bestemmingsplan Schothorst Zielhorst en de bijbehorende zienswijzennota vast te stellen. Het voorliggende bestemmingsplan is één van de bestemmingsplannen die worden opgesteld in het kader van de actualisering van bestemmingsplannen in Amersfoort. Op het ontwerpbestemmingsplan zijn achttien zienswijzen ingediend. De zienswijzen geven aanleiding tot een aantal geringe aanpassing van het bestemmingsplan. Verder wordt een aantal ambtelijke wijzigingen voorgesteld. Raadsbesluit - Raadsvoorstel en- besluit Vaststellen bestemmingsplan Schothorst Zielhorst (pdf) Bijlage - Ontwerpbestemmingsplan Schothorst Zielhorst Bijlage - Zienswijzennota Schothorst Zielhorst (pdf) Bijlage - *Feitelijke vragen en beantwoording GroenLinks (pdf)
05. Wijziging Legesverordening 2016 De raad wordt gevraagd de Verordening leges 2016-1 vast te stellen. Hierin zijn vier onderdelen gewijzigd ten opzichte van de vorige versie: 1. een vrijstelling voor het bouwen in afwijking van het bestemmingsplan bij Nul-Op-de Meter-renovaties; 2. het specifiek opnemen van leges voor tijdelijk gebruik van openbare plaatsen; 3. een verhoging van het tarief van het rijbewijs met € 0,16 naar het landelijk maximumtarief van € 38,99; 4. het tarief voor het kappen van bomen is verwijderd uit de tarieventabel, omdat de raad eerder besloten heeft niet te gaan werken met een bomenlijst is dit een ‘dode letter’. Raadsbesluit - Raadsvoorstel en- besluit Voorstel tot wijziging Verordening leges 2016 (pdf) Verordening leges 2016-1 (pdf) Bijlage - Tarieventabel behorende bij de Verordening leges 2016-1 (pdf) Bijlage - Onderbouwing leges tijdelijk gebruik (pdf) Bijlage - Onderbouwing leges NOM-renovaties (pdf)
06. Motie 2016-036M (GroenLinks, SP, BPA) Meld je op Donorregistratie Deze motie is verdaagd tijdens Het Besluit van 29 maart 2016. Motie - 2016-036M GroenLinks, SP en BPA Meld je op Donorregistratie (AANGENOMEN) (pdf)
07. Motie 2016-048M (VVD) Da’s logisch hè Motie - 2016-048M VVD Da’s logisch hè (AANGENOMEN) (pdf)
08. Motie 2016-049M (PvdA, D66 en CU) Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg 2016-049M PvdA, D66 en CU Motie Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg (AANGENOMEN) (pdf)
09. *Motie 2016-050M (SP) Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren! Motie - 2016-050M SP Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren! (VERWORPEN) (pdf)
10. *Motie 2016-051M (CDA) Dataveiligheid is onze zorg Niet tijdig aangeleverd, presidium adviseert over actualiteit en urgentie. Motie - 2016-051M CDA Dataveiligheid is onze zorg (AANGENOMEN) (pdf)
Concept besluitenlijst en (video)verslag Het Besluit 12 april 2016 Conceptbesluitenlijst Het Besluit 12 april 2016 (pdf) (Video) verslag Het Besluit 12 april 2016 Conceptverslag Het Besluit 12 april 2016 (pdf)
INTERPELLATIE
Amersfoort, 12 april 2016
Onderwerp: Verzending van privacygevoelige informatie
Aan de voorzitter van de raad. De volgende vragen zijn onderwerp van interpellatie: Namens SP: 1. Exact op welke datum is de fout gemaakt en welke stappen zijn er sindsdien gezet? 2. Van hoeveel personen/cliënten zijn de NAW gegevens verkeerd geadresseerd? 3. Hoe specifiek is de zorginformatie die aan de personen gelieerd is/kan worden (maw mw. Jansen krijgt jeugdzorg, mw. Pietersen dagbesteding, mw. Klaasen Bescherm Wonen enz)? 4. Bevat de betreffende informatie ook gegevens uit de sfeer van de Spciale Zekerheid als schuldhulpverlening, uitkeringsinformatie enz.? 5. In welke mate is hier sprake van een fout die het gevolg is van het bestuurlijk niet op orde zijn van de organisatie waardoor noodzakelijke controles en checks niet worden toegepast? Wat is de invloed van de uitvoering van de transities en de vorming van de onafhankelijke stichting voor de wijkteams hierop geweest? 6. Klaarblijkelijk is er sprake van een menselijke fout. Hoe is het mogelijk dat een individuele vergissing deze gevolgen kan hebben? Is er geen enkele procedurechecklist die op dat moment een extra controle inbouwt? 7. Heeft u inmiddels al een risico-overzicht samengesteld en - zo ja - wanneer en op welke wijze deelt u dat met de raad? Zo nee, waarom niet? 8. Hoe gaat u de getroffen cliënten/patiënten informeren en wanneer? 9. De abusievelijk geadresseerde reageert kennelijk niet naar wens. Waarom niet? Welke achtergrond kan dit hebben? 10. Welke deelbare informatie heeft u over de abusievelijk geadresseerde? 11. Is de abusievelijk geadresseerde een bekende van de gemeente? Is er, voor zover bekend, sprake van een persoonlijke dan wel zakelijke relatie met één of meer ambtenaren? Namens Amersfoort2014: 12. Hoe is het mogelijk dat, zoals de wethouder eerder stelde, "een waterdicht systeem" omzeild kon worden waardoor per ongeluk zorggegevens werden doorgestuurd naar een derde? Oftewel: Hoe kan het gebeuren dat een waterdicht systeem niet werkt? 13. Kan het College aangeven om welke vorm van datalekken het hoogstwaarschijnlijk gaat? 14. Van hoeveel personen zijn de gegevens per ongeluk verstuurd en van hoeveel wijkteams zijn de gegevens per ongeluk verstuurd? Oftewel: moet de hele stad zich zorgen maken of maar een deel? 15. Is het College bereid om de resultaten van het toegezegde onderzoek z.s.m. met de gemeenteraad te delen? 16. Hoe verloopt de communicatie naar de personen, waarvan de gegevens per ongeluk zijn doorgestuurd?
Namens CDA: 17. Wat is de reden dat er geen beveiligde mail is gebruikt in de keten rondom privacy gevoelige data? 18. Waarom heeft de gemeente rondom dit gebied van data veiligheid geen ISO27001 certificering? 19. Welke reden is er dat de gedupeerde nog niet geïnformeerd zijn? Zeker in het licht dat de abusievelijk geadresseerde (nog) niet wil meewerken. 20. Is er een kans op schadeclaims door gedupeerden? 21. Heeft het college de coalitiepartijen meer informatie gegeven dan de oppositiepartijen in dit dossier?
Het college wordt verzocht deze vragen tijdens de interpellatie te beantwoorden.
Toelichting: Met collegebericht 2016-059 d.d. 8 april heeft het college melding gemaakt van de verzending van privacygevoelige informatie naar een geadresseerde waarvoor die informatie niet bedoeld was. Inmiddels is deze informatie aangevuld met berichtgeving in de media. Zo zou het gaan om de gegevens van tussen de 1000 en 1500 Omdat genoemd collegebericht beperkt inzicht geeft in omvang, toedracht en inhoudelijke gevolgen van deze ernstige fout in het risico op grote onrust onder cliënten groot. Andere instrumenten waarover de Raad beschikt laten onvoldoende ruimte voor adequate informatieverstrekking.
Ad Meijer SP
Ben Stoelinga Amersfoort2014
Ben van Koningsveld CDA
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder M. Tigelaar
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: : : :
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 5179627 : 29 maart 2016 :
29-03-2016 12-04-2016 12-04-2016
TITEL Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017.
BESLISPUNTEN Het advies over te nemen geen zienswijzen in te dienen tegen de Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017.
KERNBOODSCHAP Afval Verwijdering Utrecht (AVU) verzorgt de afvalverwijdering van huishoudelijk afval onder meer voor gemeente Amersfoort. Ieder jaar biedt AVU de ontwerpbegroting aan de gemeente aan. Daar staat in op welke wijze zij de overslag, het transport en de verwerking van huishoudelijke afvalstoffen verzorgen. De gemeenteraad kan een zienswijze indienen tegen de ontwerp begroting. Ons college adviseert uw raad om dit niet te doen omdat uit deze begroting blijkt dat de AVU ook het komende jaar het huishoudelijk afval uit Amersfoort op een doelmatige en milieuhygiënisch verantwoorde wijze zal laten overslaan, transporteren en verwerken.
AANLEIDING Jaarlijks biedt de Gemeenschappelijke Regeling AVU de ontwerpbegroting aan de gemeenten aan. De gemeenten hebben hun taken en bevoegdheden op het gebied van afvalverwijdering overgedragen aan de AVU, een publiekrechtelijke organisatie met een wettelijke geregelde basis: de gemeenschappelijke Regeling. De gemeenschappelijke regeling AVU heeft tot doel een doelmatige en uit een oogpunt van milieuhygiëne verantwoorde wijze van overslag, transport en verwerking van huishoudelijke en andere categorieën van afvalstoffen. Op grond van artikel 35 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen en artikel 34 van de gemeenschappelijke regeling AVU wordt uw raad in de gelegenheid gesteld tot 1 mei 2016 zienswijzen in te dienen tegen de Concept-programma en productbegroting AVU 2017.
BEOOGD EFFECT Als verlengstuk van de gemeenten organiseert de AVU al sinds 1984 de afvalverwijdering voor 26 deelnemende gemeenten. Uit deze begroting blijkt dat de AVU ook het komende jaar het huishoudelijk afval afkomstig uit Amersfoort op een doelmatige en milieuhygiënische verantwoorde wijze zal overslaan, transporteren en verwerken.
ARGUMENTEN 1.1 Geraamde bedragen passen binnen de gemeentelijke meerjarenbegroting. Ons college adviseert uw raad om geen zienswijzen in te dienen tegen de Concept-programma en productbegroting 2017 van AVU omdat het gaat om voortzetting van bestaande uitvoeringswerkzaamheden en omdat de geraamde bedragen passen binnen de gemeentelijke Meerjarenbegroting 2016-2019.
Inlichtingen bij :
mw. S. Bakker, DIR/WW, (033) 469 42 87
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 5179627 pagina 2
1.2 De geraamde uitgaven zijn vastgelegd in meerjarige contracten. De overslag het transport en de verwerking van het restafval, het grof huishoudelijk restafval en het GFT-afval afkomstig uit de AVU-gemeenten zijn met uitzondering van de overslag en het transport vanaf de overslaglocatie te Utrecht, tot 2020 contractueel vastgelegd. De overslag en het transport vanaf de overslaglocatie te Utrecht ligt vast in een contract tot en met 2018.
Aflopende contracten (glas : 2016 en papier : 2017) worden tijdig aanbesteed, waardoor de meerjarige dienstverlening met betrekking tot de inzameling en de afzet contractueel zijn gewaarborgd. De overslag, het transport, de sortering en de vermarkting van kunststofverpakkingsafval, drankenkartons en blik zijn met ingang van 1 januari 2015 voor meerdere jaren contractueel gewaarborgd. Het huishoudelijk restafval van de regio Amersfoort wordt op basis van een contract verbrand in de installatie van de AVR Afvalverwerking BV in Duiven. Het contract is ingegaan op 1 januari 2011 met een looptijd van acht jaar. AVU kan dit contract tweemaal met een jaar verlengen. (zie blz 7)
Voor het verwerken van GFT-afval heeft de AVU een contract met de VAR (Veluwse Afval Recycling) in Wilp gesloten. In 2014 is de VAR overgenomen door Attero. Het contract loopt van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2016 en kan door de AVU tweemaal worden verlengd met 2 jaar.
DUURZAAMHEID De grondstofstromen papier, glas en kunststof verpakkingen (en ook metalen verpakkingen en drankenpakken) leveren baten op. Het loont daarom om meer grondstoffen in te zamelen en aan te bieden voor recycling. Deze begroting maakt dat inzichtelijk.
FINANCIËN De totale verwerkingskosten voor het Amersfoortse afval worden door de AVU geraamd op € 3.505.780,en de totale opbrengsten voor het ingezamelde glas en oud papier worden geraamd op € 622.200,-. Deze kosten en opbrengsten passen in de meerjarenbegroting 2016-2019 van de gemeente. Via de kadernota worden de kosten en opbrengsten van de kunststofinzameling nog verwerkt. Die zitten nog niet in de gemeentebegroting 2016-2019 maar wel in de AVU begroting 2017, de financiële consequenties zijn budgettair neutraal. De AVU begroting 2017 heeft geen gevolgen voor de Afvalstoffenheffing.
Kosten of opbrengsten in €
Dekking kosten in €
Dekking vastgelegd in
3.505780 (kosten) 622.200 (opbrengsten)
3.505780 (kosten)
Meerjarenbegroting, programma 3 stedelijk beheer en milieu
622.200 (opbrengsten)
RISICOPARAGRAAF De belangrijkste risico’s (meerjarig) zijn de aflopende contracten voor de verwerking van restafval en GFT, die eind 2020 aflopen. Het is een risico omdat het de vraag is of in de toekomst dezelfde gunstige
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 5179627 pagina 3
verwerkingstarieven voor GFT en restafval kunnen worden afgesproken. Gemeenten zullen worden geconsulteerd bij een geplande verlenging, evenals bij een nieuwe aanbesteding. De verlenging en aanbesteding van huishoudelijke afvalstromen zoals GFT en restafval en kunststof is een overgedragen taak aan AVU. De gemeenteraad wordt geïnformeerd. Het groente-fruit-tuinafval (GFT) contract loopt van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2016 en kan door de AVU tweemaal worden verlengd met 2 jaar. In het DB AVU is reeds besloten dat het contract voor GFT voor de eerste keer een contractperiode wordt verlengd. Voor de tweede verlenging worden gemeenten geconsulteerd, evenals bij een nieuwe aanbesteding van de verwerking van het GFT-afval. De gemeenteraad wordt daarover geïnformeerd. In 2017wordt begonnen met een inventarisatie ten behoeve van de aanbesteding van de overslag en de verwerking van het GFT-afval.
COMMUNICATIEBOODSCHAP EN BETROKKEN PARTIJEN Voor de inwoners zal er verder niets veranderen in 2017. Er vindt daarom geen communicatie plaats. De gemeenteraad wordt geïnformeerd over eventuele verlengingen en aanbestedingen wat betreft de verwerking van huishoudelijk afval.
VERVOLGSTAPPEN Op grond van artikel 34 van de gemeenschappelijke regeling AVU heeft uw raad tot 1 mei 2016 de gelegenheid eventuele zienswijzen tegen deze ontwerpbegroting in te dienen bij van het Algemeen Bestuur van de AVU, Postbus 3250, 3760 DG te Soest of per mail naar
[email protected] . Op 15 juni 2015 wordt de Concept-programma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 door het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke regeling AVU vastgesteld.
Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Bijlagen
- Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 - raadsnotitie AVU begroting 2017
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr .5179627
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 maart 2016, sector DIR/WW (nr.5179627); b e s l u i t: geen zienswijzen in te dienen tegen de Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 12 april 2016 de griffier
de voorzitter
PROGRAMMA– EN PRODUCTBEGROTING 2017
Vastgesteld, .. …… …..
AVU Afval Verwijdering Utrecht
Inhoudsopgave Voorwoord Leeswijzer
4 6
Deel 1 Programmabegroting Hoofdstuk 1: Programma’s Programma 1: Afvoer, hergebruik en be- en verwerking afval Programma 2: Vereveningsregeling Programma 3: Sorteeranalyses restafval Programma 4: Advies en ondersteuning gemeenten Hoofdstuk 2: Financieel beleid Inflatiecorrectie/Meerjarenbegroting Begroting van uitgaven en inkomsten Meerjarenbegroting 2018 - 2020 Hoofdstuk 3: Overige informatie 1. Inleiding 2. Weerstandsvermogen 3. Bedrijfsvoering 4. Verbonden Partijen 5. Treasury c.q. financiering
7 7 7 13 14 15 17 18 19 20 21 21 21 22 22 23
Grafiek 1 Verwerkte en begrote hoeveelheden afval 2006 t/m 2017
27
Deel 2 Productbegroting
28
1 2
3.
4
Uitgangspunten Tonnages voor AVU-deelnemers Uitgangspunten a. Tarieven voor AVU-deelnemers b. Kosten voor overslag, transport en verwerking restafval en grof huishoudelijk afval c. Kosten voor overslag, transport en verwerking van GFT-afval Uitgangspunten Injectienaalden/oude medicijnen Infrastructurele kosten Uitvoering sorteeranalyses Uitgangspunten Specificatie AVU-beheerskosten
Deel 3 Activiteiten die voorheen door de N.V. AVU werden uitgevoerd en nu door de gemeenschappelijke regeling
29 30 32 33 34 34 34 35
36
2
Bijlage 1.1 Raming ingezameld brandbaar en G.F.T. afval 2017 en bijbehorende kosten 38 Bijlage 1.2 Begroting 2017, berekening verevening van de transportkosten naar overslagstations per gemeente 40 Bijlage 1.3 Uitgangspunten voor de vereveningsregeling 42 Bijlage 1.4 Raming ingezameld glas in 2017 en bijbehorende kosten 43 Bijlage 1.5 Raming ingezameld papier in 2017 en bijbehorende kosten en opbrengsten 44 Bijlage 1.6 Raming ingezameld kunststof in 2017 en bijbehorende kosten en opbrengsten 45 Bijlage 1.7 Raming huur kleding- en kunststofbakken 2017 46 Bijlage 1.8 Totale raming kosten 2017 per deelnemer 47
3
Voorwoord Als verlengstuk van de gemeenten organiseert de AVU al sinds 1984 de afvalverwijdering voor 26 deelnemende gemeenten. De gemeenten hebben hun taken en bevoegdheden op het gebied van afvalverwijdering overgedragen aan de AVU, een publiekrechtelijke organisatie met een wettelijk geregelde bestuurlijke basis: de Gemeenschappelijke Regeling. Kort samengevat voert de AVU de volgende activiteiten uit: inkopen van afvalverwerkingscapaciteit voor restafval, grof huishoudelijk restafval, GFT-afval, glas, papier en kunststof verpakkingsafval; het coördineren van het proces van inzameling, transport en verwerking; het sluiten van overeenkomsten voor de exploitatie van overlaadstations en transport; het uitvoeren van sorteeranalyses; het monitoren van afvalstromen; het initiëren en laten uitvoeren van onderzoek; het adviseren van gemeenten; ondersteunen van beleidsvorming op gemeentelijk en provinciaal niveau door het ter beschikking stellen van kennis en informatie; behartigen (strategische) belangen deelnemende gemeenten bij het ministerie van Innovatie en Milieu, VNG en andere ter zake doende organisaties. De AVU heeft een klein bureau met 4 medewerkers en is gevestigd in Soest. Sinds 2006 zijn de AVU-begrotingen ingericht in de geest van de Wet Dualisering Gemeentebesturen. Formeel zou de Programmabegroting moeten worden vastgesteld door het Algemeen Bestuur, welke daarna als basis dient voor een Productbegroting die door het Dagelijks Bestuur moet worden vastgesteld. Op basis van een aantal praktische argumenten is er de afgelopen jaren voor gekozen de programma- en productbegroting in één boekwerk op te nemen en niet in afzonderlijke zoals in de gemeenten gebeurt. De Minister van Binnenlandse Zaken, aan wie de begroting tot 1 januari 2014, in verband met de voormalige deelname van de Provincie in de AVU, ter goedkeuring moest worden voorgelegd, heeft in 2006 met deze opzet ingestemd. Krachtens de Wet gemeenschappelijke regelingen dient de begroting uiterlijk 1 augustus voorafgaande aan het jaar waarvoor deze geldt te zijn vastgesteld en ingezonden aan Gedeputeerde Staten van Utrecht.
4
Hieraan gevolg gevend hebben wij het tijdschema voor de begroting vastgesteld op grond van de volgende uitgangspunten:
op grond van de gemeenschappelijke regeling dient het Dagelijks Bestuur de begroting jaarlijks vóór 1 maart in ontwerp op te stellen en aan de deelnemers voor inspraak te zenden; de deelnemers hebben twee maanden de tijd om hun eventuele bezwaren en/of opmerkingen ter kennis te brengen van het Algemeen Bestuur; het vergaderschema voor de vergaderingen van het Dagelijks- en Algemeen Bestuur.
Voor het vaststellen van de begroting 2017 hanteren wij het volgende tijdschema: 18 november 2015 1 december 2015
Vaststellen ontwerpbegroting 2017 door het Dagelijks Bestuur Toezenden ontwerpbegroting aan gemeenten voor inspraak
1 mei 2016
Uiterste termijn waarop gemeenten hun reactie aan het Algemeen bestuur kenbaar kunnen maken
18 mei 2016
Behandeling begroting 2017 in Dagelijks Bestuur naar aanleiding van eventuele reacties van de gemeenten
15 juni 2016
Vaststellen begroting 2017 door het Algemeen Bestuur
1 augustus 2016
Vastgestelde begroting ter goedkeuring toezenden aan Gedeputeerde Staten van Utrecht
Voor de opstelling van de begroting is uitgegaan van de afvalhoeveelheden die zijn opgegeven door de gemeenten. Daarnaast wijzen wij erop dat de rekeningcijfers over 2014, die ter vergelijking zijn bijgevoegd, een voorlopig karakter hebben. Voorts moet in oktober 2015 al een inschatting worden gemaakt van mogelijke kostenstijgingen, terwijl hierover nog geen gegevens (die aan die raming ten grondslag kunnen liggen) voorhanden zijn van onze contractanten. Deze gegevens komen voor 2017 eind 2016 beschikbaar. Mocht er vóór 7 juni 2016, op het moment dat (na de inspraakronde) het definitieve voorstel aan het Algemeen Bestuur wordt voorgelegd, er meer duidelijkheid zijn over de gegevens die voor een verantwoorde begroting nodig zijn, dan zal hiermee alsnog rekening worden gehouden.
5
Leeswijzer Deel I omvat de Programmabegroting 2017. Daarin wordt achtereenvolgens ingegaan op: a. b. c. d. e.
een omschrijving van de activiteit (de “wat” vraag); de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan de activiteit (de “hoe” vraag); toekomstvisie; kosten en baten; een aantal paragrafen, welke op basis van comptabiliteitsvoorschriften verplicht moeten worden opgenomen.
Deel II omvat de Productbegroting 2017, waarin onder meer zijn opgenomen kerngegevens en specificaties van de door de gemeenten (individueel) te betalen vergoedingen. Deel III betreft activiteiten die niet voor alle gemeenten worden uitgevoerd (inzameling, transport en verwerking oud papier en glas) en dus geen onderdeel uitmaken van de kostenverevening voor de activiteiten die voor alle gemeenten plaatsvindt.
6
Deel 1 Programmabegroting 2017 Hoofdstuk 1: Programma’s Programma 1: Afvoer, hergebruik en be- en verwerking afval Wat te doen Op grond van de statuten van de gemeenschappelijke regeling afvalverwijdering Utrecht zorgdragen voor een goede, reguliere en milieuverantwoorde verwijdering van door de gemeenten ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen (restafval, grof huishoudelijk afval, GFTafval, textiel, injectienaalden, oude medicijnen, glas, papier/karton, kunststof verpakkingsafval, vlakglas) en de inzameling van glas en papier/karton.
Realisatie (hoe) AVU heeft de volgende contracten voor overslag, transport en verwerking:
Verwerken van restafval Het huishoudelijk restafval van de regio Utrecht wordt in 2017 verbrand in de installatie van AVR Afvalverwerking B.V. in Rozenburg. Hiervoor is een contract gesloten met AVR Afvalverwerking B.V., dat is ingegaan op 1 januari 2011 met een looptijd van acht jaar. AVU kan dit contract tweemaal met een jaar verlengen. Het huishoudelijk restafval van de regio’s Amersfoort en Veenendaal wordt op basis van contracten, die eveneens zijn ingegaan op 1 januari 2011, verbrand in de installatie van AVR Afvalverwerking B.V. in Duiven. Deze contracten zijn nagenoeg gelijk aan bovenvermeld contract. De installaties in Rozenburg en Duiven produceren energie en warmte. Stadswarmte wordt via een pijpleiding in Rotterdam-Zuid geleverd aan ca. 50.000 huishoudens en aan het Maasstad-ziekenhuis en vanaf halverwege 2015 aan 95.000 huishoudens in Vlaardingen, Schiedam en Rotterdam-noord. Ook wordt processtoom geleverd aan diverse bedrijven in de Botlek. Dit warmte netwerk levert jaarlijks een CO2-besparing op van 500.000 ton. In Duiven en Westervoort wordt samen met Nuon de stadsverwarming verzorgd voor 10.000 huishoudens met de warmte die vrijkomt bij het verbrandingsproces in Duiven. Daarnaast is een aansluiting op het stadsverwarmingsnet van het centrum van Arnhem gerealiseerd, zodat alle restwarmte optimaal kan worden ingezet. Met de tot stand koming van deze energieprojecten verdubbelt AVR Rozenburg haar energetisch rendement. AVR mag zich dan met recht de grootste en meest duurzame stadswarmteproducent van Nederland noemen. In 2014 leverde AVR in totaal circa 663 GWh elektriciteit aan het net en 3.673 TJ aan warmte. De netto elektriciteitsproductie van de AVR-centrales komt overeen met het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van ongeveer 250.000 huishoudens.
7
Het grof huishoudelijk restafval van de regio’s Amersfoort, Utrecht en Veenendaal wordt in 2017 op basis van voormelde contracten verwerkt in de scheidingsinstallatie van Van Gansewinkel in Utrecht op basis van het contract met AVR Afvalverwerking B.V. Hier wordt het grof huishoudelijk afval gescheiden in grondstoffen en brandstof.
8
Verwerken van GFT-afval Voor het verwerken van GFT-afval heeft de AVU een contract met de VAR (Veluwse Afval Recycling) in Wilp gesloten. In 2014 is de VAR overgenomen door Attero. Het GFT-afval wordt in Wilp vergist en daarna verder gecomposteerd. Bij de vergisting komt gas vrij, waarmee elektriciteit wordt opgewekt. De elektriciteit wordt in de eigen installatie gebruikt; het overschot wordt aan het elektriciteitsnet geleverd. Het contract loopt van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2016 en kan door de AVU tweemaal worden verlengd met 2 jaar. Voordat wordt overgegaan tot verlenging van het contract, zullen de deelnemende gemeenten worden geconsulteerd. In 2017 zal worden begonnen met een inventarisatie ten behoeve van de aanbesteding van de overslag en de verwerking van het GFT-afval. Overslag en transport restafval regio Utrecht Het huishoudelijk restafval uit de regio Utrecht wordt overgeslagen op het overlaadstation Lage Weide van AVR en gaat per schip naar de afvalverbrandingsinstallatie in Rozenburg. Het contract hiervoor met AVR Afvalverwerking B.V. is eveneens ingegaan op 1 januari 2011 en heeft een looptijd van acht jaar en het kan niet worden verlengd. Tijdig voor afloop van het contract zal AVU de mogelijkheden onderzoeken voor overslag en aftransport in de periode 2019-2020. Het grof huishoudelijk restafval wordt door de inzamelaars rechtstreeks naar de scheidingsinstallatie van Van Gansewinkel in Utrecht gebracht. Overslag en transport huishoudelijk en grof huishoudelijk restafval regio Amersfoort De overslag en het transport voor de regio Amersfoort wordt verzorgd door de N.V. ROVA op en vanaf de overslaglocatie van ROVA te Amersfoort.. De gemeenschappelijke regeling AVU is aandeelhouder van ROVA. Doordat ROVA een overheidsbedrijf is, is het niet nodig om deze activiteit aan te besteden. Per 1 januari 2011 wordt het restafval verbrand in de afvalverbrandingsinstallatie van AVR Afvalverwerking in Duiven. Het grof huishoudelijk restafval wordt verwerkt in de scheidingsinstallatie van Van Gansewinkel in Utrecht. Het transport door ROVA van het restafval naar Duiven vindt evenals het transport van het grof huishoudelijk restafval naar Utrecht plaats over de weg. Overslag en transport huishoudelijk en grof huishoudelijk restafval regio Veenendaal De overslag en het transport van restafval en grof huishoudelijk afval van de regio Veenendaal wordt met ingang van 1 januari 2013 verzorgd door de BV Afvaloverslag in Ede. Hier is met ingang van 1 januari 2013 een nieuw overlaadstation in Ede in gebruik genomen, gebouwd door de BV Afvaloverslag. De AVU neemt tezamen met ACV (het inzamelbedrijf van de gemeenten Veenendaal, Ede, Renkum en Wageningen) deel aan deze BV. Het transport van het huishoudelijk restafval naar Duiven en het grof huishoudelijk restafval naar Utrecht vindt plaats over de weg en wordt door de BV Afvaloverslag verzorgd.
9
Overslag en transport GFT-afval regio Utrecht Voor de overslag vanuit de gemeenten in de regio Utrecht op het overlaadstation Lage Weide te Utrecht en de afvoer naar de VAR te Wilp, geldt vanaf 1 januari 2011 een nieuw contract met AVR Afvalverwerking B.V. Dit contract loopt tot en met 2018 en kan niet worden verlengd. Het transport vindt plaats over de weg. Tijdig voor afloop van het contract zal AVU de mogelijkheden onderzoeken voor overslag en aftransport in de periode 2019-2020. Overslag en transport regio GFT-afval Amersfoort Het GFT-afval uit de gemeenten in de regio Amersfoort wordt net als het restafval en het grof huishoudelijk afval op het overlaadstation van ROVA te Amersfoort overgeslagen en wordt door ROVA over de weg getransporteerd naar de VAR te Wilp. Overslag en transport GFT-afval regio Veenendaal Voor de overslag en transport van het GFT-afval van de regio Veenendaal naar de VAR te Wilp wordt gebruik gemaakt van het overlaadstation van de BV Afvaloverslag in Ede. Inzamelen injectienaalden en oude medicijnen Voor de inzameling en verwerking van gebruikte injectienaalden en oude medicijnen hebben wij overeenkomsten met Remondis en de Dienst Stadswerken Utrecht. Deze contracten worden van jaar tot jaar verlengd. Glas Het ledigen van de glasbakken in de Utrechtse gemeenten wordt uitgevoerd door de afdeling Inzameling, Markten en Havens (IMH) van de dienst Stadswerken van de gemeente Utrecht, behalve voor de gemeenten Amersfoort en Bunschoten, daar wordt de lediging verzorgd door ROVA, de gemeente Veenendaal waar ACV de inzameling verzorgt en de gemeenten Baarn, Soest, Zeist, Nieuwegein en IJsselstein waar dit werk wordt uitgevoerd door RMN. Met Maltha is een contract gesloten tot 31 maart 2016 voor de overslag in Utrecht, de afvoer per schip vanuit Utrecht naar Heijningen en de verwerking van het glas tot grondstof voor de glasindustrie. Papier en karton Voor de inzameling, transport en verwerking van oud papier en karton geldt met ingang van 1 januari 2010 een contract met Sita Papier en Kunststof Recycling BV tot en met 31 december 2014. Dit contract kan tweemaal met één jaar worden verlengd. In december 2014 is door het Dagelijks Bestuur besloten gebruik te maken van de tweede mogelijkheid tot verlenging met 1 jaar tot 1 januari 2017. In 2016 zal worden begonnen met de voorbereiding van de aanbesteding van dit werk voor 2017 e.v. Kunststof verpakkingsafval, drankenkartons en blik Voor de overslag, het transport, de sortering en de vermarkting van kunststof verpakkingsafval, drankenkartons en blik geldt met ingang van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2022 een contract met Sita Recycling Services BV. Dit contract biedt de gemeenten de mogelijkheid tot het aanbieden van kunststof verpakkingsafval, al dan niet gecombineerd
10
met drankenkartons en blik. Tussentijdse opzegging van het contract is mogelijk wanneer onderhandelingen over de hoogte per 1 januari 2019 van in de Raamovereenkomst overeengekomen vergoedingen hiertoe aanleiding geven. Het contractonderdeel “vermarkting” is gezien de invloed van de markt op de opbrengsten van het gesorteerde materiaal, op meerdere momenten eenzijdig opzegbaar door de opdrachtgever. Voor het eerst na 2 jaar, waarna telkens eenzijdig door de opdrachtgever met een jaar kan worden verlengd tot 31 december 2022. De contracten zijn gebaseerd op de op 20 december 2012 door de voorzitter van de VNG ondertekende Raamovereenkomst Verpakkingen 2013-2022. Hiermee zijn afspraken over verpakkingen voor de komende 10 jaar tot stand gekomen. De vergoeding die de gemeenten ontvangen in 2017 bedraagt € 821,00 per ton hergebruikt kunststof verpakkingsmateriaal en is vastgesteld op basis van kostenonderzoek in 2013. De vergoeding wordt in 2018 geëvalueerd, waarna deze per 1 januari 2019 opnieuw wordt vastgesteld. Daarnaast heeft het Afvalfonds een vergoeding van € 398,00 per ton drankenkartons vastgesteld, hoewel hierover zij met de VNG op het moment van samenstelling van deze begroting, nog geen overeenstemming heeft bereikt over de onderbouwing ervan. Blik kent geen vergoeding vanuit het Afvalfonds, maar kosten voor de sortering en de opbrengsten van het blik op de markt worden verrekend door de sorteerder.
Toekomst De overslag het transport en de verwerking van het restafval, het grof huishoudelijk restafval en het GFT-afval afkomstig uit de AVU-gemeenten zijn met uitzondering van de overslag en het transport vanaf de overslaglocatie te Utrecht, tot 2020 contractueel vastgelegd. De overslag en het transport vanaf de overslaglocatie te Utrecht ligt vast in een contract tot en met 2018. De inzameling van het glas wordt door meerdere deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling in eigen beheer uitgevoerd en is daardoor gewaarborgd. Aflopende contracten (glas : 2016 en papier : 2017) worden tijdig aanbesteed, waardoor de meerjarige dienstverlening met betrekking tot de inzameling en de afzet contractueel zijn gewaarborgd. De overslag, het transport, de sortering en de vermarkting van kunststofverpakkingsafval, drankenkartons en blik zijn met ingang van 1 januari 2015 voor meerdere jaren contractueel gewaarborgd.
Kosten en baten De aan overslag, verwerking en transport van restafval, grof huishoudelijk restafval en GFTafval verbonden kosten en baten zijn vermeld in hoofdstuk 2: Financieel beleid en in deel 2: de Productbegroting en in bijlage 1.1. De aan de inzameling, transport en verwerking van glas en oud papier en karton verbonden kosten en baten zijn vermeld in de bijlagen 1.4 en 1.5. De aan de overslag, het transport, de sortering en de vermarkting van kunststof verpakkingsafval verbonden kosten zijn vermeld in bijlage 1.6.
11
De kosten van de huur van kledingcontainers zijn vermeld in bijlage 1.7.
12
Programma 2: Vereveningsregeling Wat De vereveningsregeling betreft een verevening van de transportkosten tussen het centrum van de inzamelgemeenten en het overlaadstation. De vereveningsregeling heeft uitsluitend betrekking op het restafval, grof huishoudelijk restafval en GFT-afval. De vereveningsregeling leidt ertoe dat gemeenten, met een meer dan gemiddelde rijtijd naar een overlaadstation, een vergoeding ontvangen terwijl gemeenten met een korte rijtijd hiervoor betalen. Afhankelijk van de afstand van de gemeente naar het overlaadstation wordt een bedrag per kilometer betaald of in rekening gebracht. Dit bedrag varieert momenteel tussen € 5,53 (positief) en € 9,10 (negatief).
Realisatie De regeling is gebaseerd op een aantal door het Algemeen Bestuur vastgestelde parameters voor de kosten (beladingsgraad van de huisvuilauto’s, materiaal- en personeelskosten) en de met een routeplanner bepaalde rijtijd tussen de centra van de gemeenten en het overlaadstation. De berekende kosten worden jaarlijks geïndexeerd.
Toekomst De parameters van de vereveningsregeling zijn in 2009 geëvalueerd en aangepast. De eerstvolgende evaluatie van de parameters zal in de zittingsperiode van 2014-2018 van het Algemeen Bestuur plaatsvinden. Het is de bedoeling dit halverwege de zittingsperiode van het bestuur, in 2016, te doen, waarna de resultaten in de begroting voor 2018 kunnen worden verwerkt.
Kosten en baten De uitwerking van de vereveningsregeling staat in bijlage 1.2 De grondslagen zijn vermeld in bijlage 1.3
13
Programma 3: Sorteeranalyses restafval Wat Het jaarlijks laten uitvoeren van sorteeranalyses. In het najaar van 2016 worden 54 sorteeranalyses van het ingezamelde huishoudelijk restafval in de provincie uitgevoerd, per gemeente minimaal één. De gemeenten ontvangen een overzicht van de resultaten in de betreffende gemeente en daarnaast krijgen zij een totaaloverzicht van de resultaten in het AVU-gebied. Beide overzichten zijn voorzien van een toelichting.
Realisatie Voor de uitvoering van de sorteeranalyses is per 1 januari 2015 een contract afgesloten met het bureau Eureco. Dit contract loopt tot en met 31 december 2018 en kan 2 keer met een jaar door de opdrachtgever worden verlengd. De kosten van de sorteeranalyses en voor de uitwerking ervan worden verrekend op basis van het aantal sorteeranalyses per gemeente. Met een adviesbureau zijn afspraken gemaakt over het opstellen van een jaarlijkse toelichting op de uitgevoerde sorteeranalyses en de monitoring van het huishoudelijk afval over meerdere jaren.
Toekomst Ongewijzigd beleid.
Kosten en baten De aan de uitvoering van sorteeranalyses in 2017 verbonden kosten en baten zijn vermeld in Deel II Productbegroting onder 3. Uitgangspunten bladzijde 33.
14
Programma 4: Advies en ondersteuning gemeenten Wat Advisering en beleidsmatige ondersteuning gemeenten.
Realisatie Wij zullen de gemeenten (blijven) ondersteunen door middel van het geven van voorlichting, het ondersteunen en adviseren van gemeenten bij het opstellen van afvalstoffenplannen, het doen van aanbestedingen voor inzamelmiddelen en -systemen, het houden van inleidingen, het verstrekken van informatie betreffende het vakgebied. Daarnaast zullen wij ons bezig houden met het opstellen van contracten en contractbeheer. Eind 2013 is de provinciebrede communicatiecampagne Doemeermetafval geëindigd. Van diverse kanten is tijdens de campagne aangegeven dat het te betreuren zou zijn wanneer met het eindigen van de campagne ook de website zou verdwijnen. De website wordt o.a. door scholen gebruikt in combinatie met het lesboekje en de DVD. Daarnaast staan er voor gemeenten o.a. teksten op die gebruikt kunnen worden bij gemeentelijke persberichten. Wij hebben gemeend dat de website ook in 2017 nog operationeel zou moeten blijven. In de post Voorlichting /communicatie is derhalve een bedrag opgenomen voor het onderhoud van de website Doemeermetafval. Ook zal AVU in samenspraak met de deelnemende gemeenten periodiek afstemmen of gerichte communicatie over de diverse afvalstromen desgewenst provinciebreed dient te worden ondersteund en zal indien nodig daartoe bestuursvoorstellen formuleren. In 2016 en 2017 zullen de mogelijkheden worden verkend ten aanzien van de overslag en het natransport van het huishoudelijk afval en het gft-afval uit de AVU-regio 1. Het huidige contract loopt op 31 december 2018 af. Daarnaast zal AVU desgevraagd, een adviserende en coördinerende rol spelen wanneer een aantal gemeenten besluit om de inzamelingsactiviteiten in één bestek op de markt te zetten. De monitoring van de overslag, transport, sortering en vermarkting van het kunststofverpakkingsmateriaal zal ook in 2016 de nodige inspanningen vergen (zie programma 1). Met name vraagt het administratieve proces veel aandacht. Darnaast vindt regelmatig overleg plaats met de samenwerkende partners, maar ook met beleidsontwikkelende en uitvoerende instanties zoals het ministerie van I&M, VNG en Nedvang. Tenslotte behartigen wij de strategische belangen van de deelnemende gemeenten. In dat kader monitoren wij wetgeving en beleidsmaatregelen inzake afvalverwijdering en reageren wij waar nodig. Steeds vaker zijn wij, als representant van een groot aantal gemeenten (als ware de AVU een brancheorganisatie), in een ontwerpstadium hierbij betrokken. Een voorbeeld hiervan zijn de adviezen die de AVU de afgelopen jaren heeft gegeven aan de gemeenten met betrekking tot het Raamovereenkomst Verpakkingen 2013-
15
2022. Door het Algemeen Bestuur is in haar vergadering van 19 december 2012 aangegeven dat ook voor de toekomst dit soort adviezen van de AVU op prijs wordt gesteld. Wij onderhouden inmiddels dan ook een uitgebreid relatienetwerk met overheden en andere organisaties om te kunnen participeren in en anticiperen op bepaalde ontwikkelingen. Zie verder Hoofdstuk 3 onder 3. Bedrijfsvoering.
Kosten en baten De hieraan verbonden kosten en baten zijn vermeld in hoofdstuk 2.
16
Hoofdstuk 2: Financieel beleid Uitgangspunt bij het financieel beleid zijn de bepalingen in de gemeenschappelijke regeling. Tegenover de uitgaven staan de bijdragen van de deelnemende gemeenten. Zowel de uitgaven als de inkomsten worden geraamd op basis van de door de deelnemende gemeenten ingeschatte tonnages. Deze inkomsten en uitgaven betreffen meer dan 95% van de AVUbegroting. Overige en enige andere inkomsten bestaan uit rente op banktegoeden en mogelijke dividenduitkeringen. De AVU kan dus als een volbloed not for profit organisatie worden aangemerkt. De begroting van de AVU kent – behoudens een reservering voor onderhoud en risico voor de glas-, papier- en kledingbakken – geen reserves of voorzieningen. Alle in enig jaar gemaakte kosten worden in datzelfde jaar verrekend met de deelnemende gemeenten. Beheerskosten. Bij de begroting 2011 is als gevolg van een bezuinigingstaakstelling van het Rijk een daling van de beheerskosten ingezet. Als vertrekpunt hierbij gold de begroting 2010. De post beheerskosten bedroeg in de begroting 2010 € 621.470 en in de begroting 2016 € 568.600. Hiermee zijn in de periode 2010 t/m 2016 de beheerskosten, ondanks een jaarlijkse kostenstijging voor o.a. personeel en huisvesting, ten opzichte van 2010 met bijna 9% verlaagd. Volgens de voorlopige jaarrekening 2014 zijn de uitgaven € 577.193 terwijl er € 592.550 was begroot. In de begroting 2017 zijn de beheerskosten vastgesteld op € 564.800 , dat is ongeveer 1% lager dan in 2016, waarvoor de beheerskosten op € 568.600 zijn begroot. De verlaging zit hem voornamelijk in de post bureaukosten. Personeelslasten. Met betrekking tot de personeelslasten als onderdeel van de beheerskosten geldt dat voor de AVU de rechtspositieregeling van de gemeente Utrecht van toepassing is. De raming salarissen inclusief vakantiegelden en overige personele lasten is aan de AVU door de afdeling Personeelszaken van de gemeente Utrecht verstrekt voor 2017. In de raming personeelskosten zit een formatieplaats financieel-economisch medewerk(st)er onder de noemer financiële administratie. Deze formatieplaats is niet ingevuld. Hiervoor wordt financiële ondersteuning ingehuurd. Zie ook hoofdstuk 3, §3 Bedrijfsvoering. Kosten voor overslag, transport en verwerking. De kosten van de AVU betreffende de overslag, transport en verwerking van de afvalstoffen worden bepaald door met derden gesloten overeenkomsten. Het is gebruikelijk dat in dit soort overeenkomsten bepalingen zijn opgenomen voor een jaarlijkse aanpassing van de tarieven aan de hand van een indexcijfer. In het contract met AVR Afvalverwerking voor het verwerken van het restafval en grof restafval geldt geen indexering. In het contract met AVR Afvalverwerking voor overslag in Utrecht en transport naar Rozenburg en Wilp geldt eveneens geen indexering. Als gevolg hiervan geldt slechts voor 30 % van de begroting een indexering. De indexcijfers voor 2017 zijn op dit moment nog niet bekend. Daar waar sprake is van een indexcijfer is voorlopig uitgegaan van 2%.
17
Inkomsten : dividend ROVA. Dividendinkomsten van ROVA worden niet in de begroting opgenomen. Het uitkeren van dividend is geen vast beleid bij dit bedrijf, zodat onzekerheid bestaat over de vraag of er in enig jaar een uitkering zal plaatsvinden en zo ja wat de omvang daarvan zal zijn. Er is dus geen sprake van zekere inkomsten. Tot slot wordt nog opgemerkt, dat als er in 2017 sprake zal blijken te zijn van extra baten, deze één op één worden doorgegeven aan de deelnemende gemeenten. Vergelijking begroting 2017 met voorgaande jaren. Bij de opgave van de hoeveelheden voor de begroting van 2016, - welke reeds eind 2014 diende te worden gedaan -, is een aantal gemeenten uitgegaan van een stevig dalende trend. Er was en is wel sprake van teruglopende hoeveelheden echter niet in alle gevallen in de begrote mate. Een bijstelling is er de oorzaak van dat de hoeveelheden voor 2017 in vergelijking met 2016 iets toenemen, brandbaar afval +1,8% en GFT-afval +1,7%. Ten opzichte van de begroting voor 2015 laat de hoeveelheid brandbaar afval wel een daling zien van -6,3%, terwijl de hoeveelheid GFT toeneemt met +2,8%. Dit laatste kan betekenen dat meer GFT-afval uit het brandbaar afval wordt gescheiden. Aan de hand van de uitkomsten van de sorteeranalyses kan deze veronderstelling worden getoetst. De totale begroting voor 2017 voor de overslag, transport en verwerking van restafval, grof huishoudelijk afval en GFT-afval komt ongeveer € 465.000 hoger uit t.o.v. de begroting 2016, ongeveer 2%. Of de jaarrekening 2017 uiteindelijk de kostenstijging bevestigt, zal nog moeten blijken. De beheerskosten vertoonden in de AVU-begrotingen al jaren een daling. Dit beeld wordt feitelijk in de voorlopige jaarrekening 2014 t.o.v. de begroting 2014 weer bevestigd. Een samenvatting van de uitgaven en inkomsten voor 2017 is te vinden op pagina 18.
Inflatiecorrectie / Meerjarenbegroting Voor de begrotingen 2018, 2019 en 2020 gaan wij uit van ongewijzigde kerngegevens zoals opgenomen in Hoofdstuk II en de Productbegroting, en houden wij uitsluitend rekening met een voorlopige indexering van 2% (de met derden gesloten overeenkomsten - behalve de overeenkomst voor de verwerking van restafval en grof huishoudelijk restafval en overslag en transport restafval, grof huishoudelijk restafval en GFT-afval van de regio Utrecht - kennen alle een jaarlijkse indexering). Wel hebben wij in de meerjarenbegroting voor het eerst de hoeveelheden conform de meerjarenopgave van de gemeenten verwerkt. Voor transport hebben wij tevens gerekend met een voorlopige indexering van 2%. De meerjarenbegroting 2018-2020 is weergegeven op pagina 19.
18
Begroting van uitgaven en inkomsten Alle bedragen zijn exclusief omzetbelasting
Voorlopige rekening 2014 in €
Begroting 2016 in €
Begroting 2017 in €
20.744.362
23.861.785
24.311.166
203.831
191.000
195.000
67.170
69.540
70.235
Sorteeranalyses
133.390
125.000
125.000
Bestuurskosten
347
500
500
432.571
416.400
416.400
Huisvestingskosten
29.905
30.500
31.200
Bureaukosten
32.887
32.500
28.000
Overige kosten
81.481
88.700
88.700
21.725.944
24.815.925
*25.266.201
21.672.763
24.755.125
25.203.801
53.181
60.800
62.400
21.725.944
24.815.925
*25.266.201
UITGAVEN
Kosten van overslag, transport en verwerking van restafval, grof huishoudelijk afval en GFT-afval Kosten van afvoer medicijnen en injectienaalden Infrastructurele kosten
Personeelskosten
INKOMSTEN Bijdrage deelnemer Rente opbrengsten en overige baten
* € 1.118 afrondingsverschil met het saldo volgens blz. 38.
19
Meerjarenbegroting 2018-2020 Alle bedragen zijn exclusief omzetbelasting
UITGAVEN 2018 in €
2019 in €
2020 in €
24.393.500
24.504.000
24.697.000
198.800
202.700
206.700
71.600
73.000
74.400
Sorteeranalyses
127.500
130.000
132.600
Beheer uitgaven
575.500
587.000
598.700
25.366.900
25.496.700
25.709.400
25.366.900
25.496.700
25.709.400
Kosten van afvoer en verwerking afval (bij gelijkblijvende hoeveelheden afval) Kosten van afvoer medicijnen en injectienaalden Infrastructurele kosten
INKOMSTEN Bijdrage deelnemers
20
Hoofdstuk 3: Overige informatie 1. Inleiding Op grond van de comptabiliteitsvoorschriften en het Besluit Begroting en Verantwoording dienen in de begroting en de rekening een aantal verplichte paragrafen te worden opgenomen. Dit betreft: a. weerstandsvermogen; b. bedrijfsvoering; c. verbonden partijen; d. treasury c.q. financiering; e. onderhoud kapitaalgoederen; f. grondbeleid; g. lokale heffingen. De verplichte paragrafen onder e. (onderhoud kapitaalgoederen), f. (grondbeleid) en g. (lokale heffingen) zijn niet van toepassing op de gemeenschappelijke regeling AVU. Onderstaand wordt ingegaan op de resterende verplichte paragrafen. 2. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen kan worden gedefinieerd als het vermogen van de AVU om eventuele risico’s op te kunnen vangen. Met andere woorden: kunnen eventuele tegenvallers worden opgevangen? Zoals al eerder aangegeven kent de gemeenschappelijke regeling AVU - behoudens een reservering voor onderhoud en risico voor de glas-, papier- en kledingbakken - geen reserves of voorzieningen. Dit betekent dat eventuele tegenvallers direct worden verrekend met de deelnemende gemeenten. Zie verder Hoofdstuk 2 Financieel Beleid. De vraag is of er tegenvallers te verwachten zijn. De overslag, transport en afvalverwerking is tot en met 2018 zeker gesteld. Ook de tarieven kunnen geen onverwachte tegenvallers opleveren. Deze staan vast tot eind 2018 en kunnen uitsluitend worden aangepast door middel van een jaarlijkse indexering, terwijl er voor de verwerking van het restafval en grof huishoudelijk afval een overeenkomst is gesloten die geen indexering kent. Voorts worden bij het sluiten van de overeenkomsten de risico’s contractueel bij de opdrachtnemer neergelegd. Als er al een tegenvaller kan ontstaan is dit veelal het gevolg van nieuw Rijksbeleid met name op het belastinggebied. De nota Weerstandsvermogen en Risicobeheersing is in 2015 door het Algemeen Bestuur vastgesteld. De belangrijkste conclusie die uit deze nota kan worden getrokken is dat een discontinuïteit in de afvoer en de verwerking van met name het huishoudelijk en het grof huishoudelijk restafval en het GFT-afval kan leiden tot de kortdurende inzet van extra financiële middelen . De kans hierop wordt echter zeer klein ingeschat, daarom wordt bij de AVU geen weerstandsvermogen aangehouden. De nota wordt eens per 5 jaar geactualiseerd en opnieuw vastgesteld. Volgens de BBV moeten in deze paragraaf Weerstandsvermogen de kengetallen netto schuldquote (gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen), solvabiliteitsratio en de structurele
21
exploitatieruimte zijn benoemd. Omdat de AVU geen winstoogmerk heeft zijn deze op 0 vast te stellen. 3. Bedrijfsvoering In 1996 is de personeelsbezetting van de AVU vastgesteld op vijf formatieplaatsen, zijnde 1 directeur/secretaris, 1 adviseur beleidsontwikkeling/bestuursondersteuning, 1 projectmanager/ operationeel manager, 1 financieel-economisch medewerk(st)er en 1 administratief (secretarieel) medewerk(st)er. Feitelijk heeft de organisatie steeds uit 4 medewerkers bestaan. De formatieplaats financieel-economische medewerk(st)er wordt al jaren, omdat er voor een volledige werkweek onvoldoende werk is en dit werk zich niet in regelmaat voordoet, niet vervuld. Gekozen is voor de inhuur van externe financiële ondersteuning. Naast goede kwaliteit is het voordeel hiervan ook dat er bij ziekte of vertrek direct vervanging is. De lasten van deze inhuur worden wel ten laste van de post personeelskosten gebracht en komen in de begroting onder die post tot uitdrukking. Uit financiële en organisatorische overwegingen is er vanaf het begin (1993) ook voor gekozen om voor een aantal andere zaken incidenteel personeel van derden in te huren. Momenteel geldt dit alleen nog voor het archief (slechts een paar dagen per jaar). Deze kosten worden ten laste van de post personeelskosten gebracht. We voeren een groot deel van de werkzaamheden zelf uit. Er is echter op onderdelen ook specifieke deskundigheid vereist die incidenteel ingehuurd zal moeten worden. Zo leert de ervaring de laatste jaren dat, naar aanleiding van de conceptbegroting en jaarrekening, een toenemend aantal vragen wordt gesteld die betrekking hebben op duurzaamheid en CO2reductie. De organisatie houdt zich verder bezig met het aanbesteden en uitvoeren van de contracten, het beheren van de contracten en inzamelsystemen, het geven van voorlichting aan de gemeenten, het onderhoud van een website, het ondersteunen en adviseren van gemeenten bij het opstellen van afvalstoffenplannen, het doen van aanbestedingen etc. Daarnaast participeren de medewerkers in activiteiten van landelijk opererende organisaties (NVRD, BKN, Agentschap.nl) en zijn zij aanspreekpunt voor organisaties als CBS, VNG, Innovatie en Milieu. Dit “netwerken” stelt de medewerkers in staat te participeren in en te anticiperen op bepaalde ontwikkelingen en invloed te hebben op die ontwikkelingen. De organisatie is sinds 6 oktober 2008 gehuisvest in Soest. 4.Verbonden Partijen De AVU heeft bestuurlijke en financiële belangen bij een aantal verbonden partijen. Ten eerste zijn dat uiteraard alle in de provincie Utrecht gelegen gemeenten, die in 1983/1984 besloten hebben tot de oprichting van en toetreding tot de gemeenschappelijke regeling afvalverwijdering Utrecht. Bij het toetredingsbesluit hebben de gemeenten gelijktijdig hun bevoegdheden (zorgplicht) op het gebied van de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen overgedragen aan dit openbaar lichaam.
22
De deelnemende gemeenten hebben als oprichters vanzelfsprekend een grote inbreng in het door AVU te voeren beleid. Zo hebben zij inspraak in de begroting en de rekening alvorens deze door het Algemeen Bestuur worden vastgesteld. Daarnaast is elke gemeente vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur, het orgaan dat de besluiten neemt over onder meer het aangaan van contracten en het beleid. Uit dit Algemeen Bestuur wordt vervolgens een Dagelijks Bestuur gevormd dat onder meer als taak heeft de aansturing van de ambtelijke organisatie. Voorts heeft de AVU een belang bij de ROVA en bij de BV Afvaloverslag. Van beide organisaties is AVU aandeelhouder. ROVA verzorgt voor AVU in de regio Amersfoort het overladen en transporteren van het restafval, het grof huishoudelijk afval, het GFT-afval en het kunststof verpakkingsafval gecombineerd met drankenkartons en blik. De BV Afvaloverslag verzorgt in Ede het overladen en transport van het restafval, het grof huishoudelijk restafval, het GFT-afval en het kunststof verpakkingsafval gecombineerd met drankenkartons en blik voor de gemeenten Veenendaal, Rhenen, Renswoude en Utrechtse Heuvelrug (Amerongen, Doorn, Leersum). Het aandeelhouderschap van de AVU in ROVA en de BV Afvaloverslag versterkt de AVU in haar inkooppositie (gelijke kansen voor iedereen en stimulering marktwerking) bij de verwerking van afval. Beide partijen vinden de betrokkenheid van AVU van belang en voor AVU zijn er geen financiële en bestuurlijke nadelen aan verbonden. In tegendeel: AVU profiteert bij goede resultaten mee van dividenduitkeringen. Verder wordt verwezen naar Programma 4. De voorzitter van de AVU is commissaris bij de BV Afvaloverslag en de aandeelhoudersvergaderingen van de ROVA worden bijgewoond door de directeur van de AVU. Verbonden partij Vestigingsplaats Eigen vermogen 01-01-2014 Eigen vermogen 31-12-2014 Vreemd vermogen 01-01-2014 Vreemd vermogen 31-12-2014 Resultaat 2014
ROVA Amersfoort € 26.239.000 € 27.857.000 € 20.505.000 € 29.607.000 € 5.700.000
BV Afvaloverslag Ede € 18.000 € 18.000 € 616.000 € 212.000 0
5. Treasury c.q. financiering In deze treasuryparagraaf bij de begroting 2017 worden de beleidsplannen voor de treasuryfunctie voor het komende jaar weergegeven. 1.Algemene ontwikkelingen In deze paragraaf worden de belangrijkste ontwikkelingen geschetst binnen de gemeenschappelijke regeling Afvalverwijdering Utrecht die invloed kunnen hebben op de treasuryfunctie, de financiële posities en de geldstromen.
23
Externe ontwikkelingen: internationale economische indicatoren en de ontwikkeling op de Europese geld- en kapitaalmarkt. De gemeenschappelijke regeling Afvalverwijdering Utrecht is ongevoelig voor externe ontwikkelingen omdat kosten één op één aan deelnemers worden doorberekend.
Verwachte wijzigingen in wet- en regelgeving: de gemeenschappelijke regeling Afvalverwijdering Utrecht is ongevoelig voor wijzigingen in wet- en regelgeving. Kostenverhogingen hieruit voortvloeiend worden één op één doorberekend aan de deelnemers.
Debiteurenrisico: de gemeenschappelijke regeling Afvalverwijdering Utrecht is gevoelig voor dit risico. Aangezien de debiteuren alleen de deelnemende gemeenten zijn, is dit risico praktisch verwaarloosbaar.
2.Treasurybeheer 2.1 Risicobeheer Conform de “Verordening Financieel beleid c.a.” : Zullen slechts leningen uit hoofde van de publieke taak worden verstrekt aan door het Algemeen of Dagelijks Bestuur goedgekeurde derde partijen; Zal de uitzetting van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie niet gericht zijn op het genereren van inkomsten door het lopen van overmatig risico; Is het gebruik van derivaten niet toegestaan. Bij de gemeenschappelijke regeling Afvalverwijdering Utrecht zijn de volgende risico’s actueel: Renterisico van de vlottende schuld Kredietrisico van de verstrekte gelden Debiteurenrisico met betrekking tot de achtergestelde lening aan de N.V. ROVA Holding Investeringsrisico inzake de deelnemingen in de N.V. ROVA Holding en de BV Afvaloverslag Het renterisico van de vlottende schuld wordt in de navolgende tabel weergegeven: Kasgeldlimiet Omvang begroting 2017 1. Toegestane kasgeldlimiet - in bedrag 2. Omvang vlottende schuld - kredietinstellingen 3. Vlottende middelen - kredietinstellingen Toets kasgeldlimiet 4. Totaal netto vlottende schuld (2-3) Toegestane kasgeldlimiet (1) Ruimte (+)/Overschrijding (-); (1-4)
Bedragen in € per jaar 25.266.201 2.268.901 2.268.901 2.268.901
24
Het kredietrisico van de verstrekte gelden wordt in de navolgende tabel weergegeven: Risicogroep
Hypothecaire zekerheid
Restant schuld in x %
Gemeenten Overheidsinstellingen
Nee Nee
-
Totaal
-
-
-
-
2.2 Financiering In het begrotingsjaar 2017 zullen geen nieuwe leningen worden opgenomen. Met de huisbankier, - de Bank Nederlandsche Gemeenten -, is een overeenkomst aangegaan voor onbepaalde tijd voor een rekening-courantkrediet van € 2.268.901. Het rentetarief tot een bedrag van € 2.268.901 bedraagt het interbancaire daggeldtarief verhoogd met 0,125%. Het rentetarief voor bedragen hoger dan € 2.268.901 bedraagt het debetrentetarief van 5%. Indien de deelnemende gemeenten zich aan de betaaltermijn van 30 dagen houden, zal van het krediet geen gebruik behoeven te worden gemaakt. Bij overschrijding van de betaaltermijn wordt aan de betreffende gemeente de wettelijke rente in rekening gebracht. In het begrotingsjaar 2017 zal financiering uit hoofde van crediteuren op hetzelfde niveau zijn als in voorgaande jaren. 2.3 Uitzetting Op 21 februari 2001 heeft het bestuur een achtergestelde lening van € 69.882 met een looptijd van 10 jaar verstrekt aan N.V. ROVA Holding met een mogelijkheid van een éénzijdige verlenging met 10 jaar door ROVA. De rente bedraagt op jaarbasis 8%. ROVA heeft inmiddels van de verlengingsmogelijkheid gebruik gemaakt. 2.4 Relatiebeheer In het begrotingsjaar 2017 zullen naar verwachting geen belangrijke wijzigingen in de relatie met de huisbankier optreden. 3.Kasbeheer Het kasbeheer wordt voortgezet in lijn met voorgaande jaren. De totale kosten volgens de begroting 2017 ad € 25.709.400 worden doorberekend aan deelnemende gemeenten door facturering van voorschotnota’s per kwartaal. Verschillen tussen het totaal van de voorschotnota’s en het totaal af te rekenen bedrag worden met de betreffende gemeenten afgewikkeld na de vaststelling van de jaarrekening door het Algemeen Bestuur. 4 Organisatie Naar verwachting zullen in 2017 geen aanpassingen plaatsvinden in de administratieve organisatie en interne controle, zoals vastgelegd in de “ Verordening Financieel Beleid c.a.”.
25
5.Informatievoorziening Naar verwachting zullen in 2017 geen aanpassingen plaatsvinden in de informatie en systemen voor het beheer van de treasuryfunctie.
Het Dagelijks Bestuur van de AVU, de secretaris,
de voorzitter,
F.A. van Dijk (wnd.)
G.J. Spelt
Soest, .. ………. 2015
26
Grafiek 1
kton
Begrote en werkelijke hoeveelheden restafval en gft-afval
400 350 300 250 200 150 100 50 0 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 Restafval Begroting
Restafval Rekening
Gft-afval Begroting
Gft-afval Rekening
27
DEEL II
PRODUCTBEGROTING Ter onderbouwing van de geraamde uitgaven in de Programmabegroting treft u hierbij de gegevens aan per product, zoals de geraamde hoeveelheden te verwerken afval, de tarieven per eenheid, specificatie van de beheerskosten, de toerekening aan de gemeenten en de vereveningsregeling.
28
1. UITGANGSPUNTEN Tonnages voor AVU-deelnemers Deelnemer
Overslagstation
Brandbaar afval
G.F.T. afval
Regio I: Utrecht Bunnik De Bilt De Ronde Venen Driebergen (Utr. Heuvelrug) Houten IJsselstein Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Stichtse Vecht Utrecht Vianen Wijk bij Duurstede Woerden
Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht
3.100 9.300 9.200 4.000 10.100 8.400 2.900 2.800 15.200 2.200 16.100 96.800 4.600 6.200 10.900
1.800 5.400 4.500 2.400 4.200 1.900 1.500 1.800 4.000 1.300 5.600 12.900 1.900 2.300 3.900
4.900 14.700 13.700 6.400 14.300 10.300 4.400 4.600 19.200 3.500 21.700 109.700 6.500 8.500 14.800
Regio II: Amersfoort Amersfoort Baarn Bunschoten Eemnes Leusden Maarn (Utr. Heuvelrug) Soest Woudenberg Zeist
Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort Amersfoort
38.100 5.300 2.050 2.100 5.200 1.100 9.600 2.800 14.800
10.300 2.400 2.200 1.200 2.400 1.100 5.600 1.600 5.800
48.400 7.700 4.250 3.300 7.600 2.200 15.200 4.400 20.600
Regio III: Veenendaal Amerongen (Utr. Heuvelrug) Doorn (Utr. Heuvelrug) Leersum (Utr. Heuvelrug) Renswoude Rhenen Veenendaal
Veenendaal Veenendaal Veenendaal Veenendaal Veenendaal Veenendaal
1.200 1.500 1.500 1.300 2.800 10.300
1.100 1.500 1.300 500 2.100 6.100
2.300 3.000 2.800 1.800 4.900 16.400
100.600
402.050
55.400 32.600 12.600
257.200 113.650 31.200
Totaal-generaal Totaal Regio I: Utrecht Totaal Regio II: Amersfoort Totaal regio III: Veenendaal
301.450 201.800 81.050 18.600
Totaal
Aandeel grof restafval in brandbaar afval 11,50%
Amerongen, Doorn, Driebergen, Leersum en Maarn vormen sinds 1 januari 2006 de gemeente Utrechtse Heuvelrug. In de begroting wordt apart rekening gehouden met deze voormalige gemeenten omdat het afval via verschillende overlaadstations wordt afgevoerd.
29
2. UITGANGSPUNTEN a. Tarieven voor AVU-deelnemers Onderstaand worden per regio, op basis van de gesloten overeenkomsten, verschillende tarieven weergegeven voor overslag, transport en verwerken. Op grond van artikel 32 van de gemeenschappelijke regeling AVU zijn de tarieven voor overslag, transport en verwerken per afvalstoom voor alle gemeenten hetzelfde en gelijk aan het gewogen gemiddelde, zie de berekening op de bladzijden 32 en 33. In 2014 is een stortbelasting van € 17,00 per te storten ton afval ingevoerd. Na verbranding van het brandbaar afval (ook afkomstig uit het grof huishoudelijk afval na sortering) wordt slechts een zeer kleine hoeveelheid afval of restanten gestort waarover deze stortbelasting dient te worden betaald. Het te betalen bedrag is omgerekend naar een ton te verbranden afval en komt zodoende uit op € 0,40 per ton. In 2015 is de verbrandingsbelasting een feit geworden. Deze bedraagt € 13,00 per te verbranden ton afval. Uitgaande van het feit dat op basis van de sorteerresultaten 50% van het grof huishoudelijk afval wordt verbrand, - waarbij ook de geproduceerde brandstofkorrels meetellen -, bedraagt de per ton aangeleverde hoeveelheid huishoudelijk restafval of grof huishoudelijk restafval berekende opslag op basis van de in 2017 geschatte hoeveelheden € 12,25. Ten aanzien van het GFT-afval geldt dat er per aangeleverde ton ongeveer 2% restanten worden verbrand, hetgeen een tariefverhoging van € 0,27 per aangeleverde ton tot gevolg heeft. AVU-tarieven voor het verwerken van restafval en grof huishoudelijk afval Er is geen verschil in verwerkingstarief voor huishoudelijk restafval of grof huishoudelijk afval. Het tarief per perceel (regio) is wel verschillend. De tarieven worden niet geïndexeerd. Zie verder Programma 1. Tarieven voor het verwerken van restafval en grof huishoudelijk afval € per ton Regio Utrecht 51,90 Regio Amersfoort 52,65 Regio Veenendaal 55,65 De tarieven zijn inclusief de stortbelasting van € 0,40 per ton brandbaar afval en de verbrandingsbelasting van € 12,25 per ton. AVU-tarieven voor het verwerken van GFT-afval Het tarief is verschillend per perceel en wordt elk jaar geïndexeerd. Als indexering voor 2017 is voorlopig 2% aangehouden. De werkelijke indexering wordt medio 2016 bekend. Tarieven voor het verwerken van GFT-afval GFT Utrecht GFT Amersfoort GFT Veenendaal Indexering
€ per ton 43,73 37,69 37,69 Aanname 2%
De tarieven zijn inclusief de verbrandingsbelasting van € 0,27 per ton. 30
Overslag en transport regio Utrecht De tarieven voor overslag en transport vanuit Utrecht zijn niet geïndexeerd. Tarieven voor overslag en transport vanuit Utrecht GFT-afval naar de VAR Huishoudelijk restafval naar AVR Rozenburg Grof huishoudelijk afval naar ASI Utrecht
€ per ton 8,95 7,01 7,01
Overslag en transport regio Amersfoort Het brandbaar afval en gft-afval wordt in Amersfoort overgeslagen door ROVA. De tarieven zijn geïndexeerd. Voor 2017 is zoals gebruikelijk voorlopig een indexering van 2% aangehouden. Tarieven voor overslag en transport vanuit Amersfoort Huishoudelijk restafval naar AVR Duiven Grof huishoudelijk afval naar ASI Utrecht Gft-afval naar de VAR
€ per ton 19,49 13,55 14,69
Overslag en transport regio Veenendaal Het brandbaar afval en GFT-afval van de regio Veenendaal wordt overgeslagen op het overslagstation in Ede. Het overslagstation wordt in een gezamenlijke BV geëxploiteerd door AVU en ACV. De vergoeding voor de diensten door de gezamenlijke overslag is gebaseerd op de werkelijke kosten van 2014. De werkelijke tarieven zullen achteraf worden bepaald op basis van nacalculatie en de feitelijke kosten en hoeveelheden afval. Voor de AVU begroting 2017 wordt uitgegaan van de voorlopige tarieven voor 2014 plus een indexering van 2% (drie keer 2%). Tarieven voor overslag en transport vanuit Ede GFT-afval naar de VAR Huishoudelijk restafval naar AVR Duiven Grof huishoudelijk afval naar ASI Utrecht
€ per ton 15,61 15,61 15,61
31
b. Kosten voor overslag, transport en verwerking van restafval en grof huishoudelijk afval (excl. BTW ) Uitgaande van de door de gemeenten opgegeven hoeveelheden restafval en de verschillende AVU-tarieven per regio voor overladen, vervoer en verwerking is het gewogen gemiddelde tarief berekend (artikel 32 Gemeenschappelijke Regeling AVU). Het gewogen gemiddelde tarief wordt aan de gemeenten in rekening gebracht en is voor alle gemeenten gelijk. Restafval Kostenpost
Hoeveelheid
Tarief 2017
Kosten 2017
tonnen
€ per ton
€
Regio I: Utrecht Restafval O en T
178.764
7,01
1.253.137
Restafval verwerken
178.764
51,90
9.277.859
Grof ha O en T
23.036
7,01
161.481
Grof ha verwerken
23.036
51,90
1.195.561
Restafval O en T
73.167
19,49
1.425.843
Restafval verwerken
73.167
52,65
3.852.243
Grof ha O en T
7.883
13,55
106.807
Grof ha verwerken
7.883
52,65
415.039
Restafval O en T
15.976
15,61
249.316
Restafval verwerken
15.976
55,65
889.046
Grof ha O en T
2.624
15,61
40.955
Grof ha verwerken
2.624
55,65
146.044
Regio II: Amersfoort
Regio III: Veenendaal
Totaal
301.450
19.013.332
Gemiddeld tarief (gewogen) restafval en grof huishoudelijk afval
63,07
32
c. Kosten voor overslag, transport en verwerking van GFT-afval (excl. BTW ) Uitgaande van de door de gemeenten opgegeven hoeveelheden en de verschillende AVUtarieven per regio voor overladen, vervoer en verwerking is het gewogen gemiddelde tarief berekend. Het gewogen gemiddelde tarief wordt aan de gemeenten in rekening gebracht en is voor alle gemeenten gelijk.
GFT Kostenpost
Hoeveelheid
Tarief 2017
Kosten 2017
tonnen
€ per ton
€
Regio I: Utrecht GFT O en T
55.400
8,95
495.830
GFT verwerken
55.400
43,73
2.422.764
GFT O en T
32.600
14,69
478.846
GFT verwerken
32.600
37,69
1.228.818
GFT O en T
12.600
15,61
196.636
GFT verwerken
12.600
37,69
474.942
Totaal
100.600
Regio II: Amersfoort
Regio III: Veenendaal
Gemiddeld tarief (gewogen) restafval
5.297.835 52,66
33
3. UITGANGSPUNTEN Kosten (per jaar, excl. BTW ) Injectienaalden/oude medicijnen: Inzamelings- en verwerkingskosten
€ 195.000 (excl. BTW )
Voor de begroting 2017 is uitgegaan van de werkelijke kosten in 2014 en een indexering van driemaal 2% voor 2015, 2016 en 2017. Er worden geen wijzigingen in de contracten en de regeling verwacht. Verrekening: op basis van aantal tonnen (restafval + GFT-afval) Zie overigens Programma 1: Afvoer, hergebruik en be- en verwerking afval onder het kopje “Inzamelen injectienaalden en medicijnen”.
Infrastructurele kosten
€ 70.235 (excl. BTW )
Deze vergoeding is bestemd voor het gebruik van de wegen en infrastructuur rond het overlaadstation Utrecht. De vergoeding bestaat uit een vast bedrag dat ieder jaar wordt geïndexeerd voor inflatie. De werkelijke vergoeding voor de infrastructuur is € 67.170 in 2014. Rekening houdend met een inflatie van 1,5% per jaar wordt de vergoeding in 2017 € 70.235.
Uitvoering sorteeranalyses
€ 125.000 (excl. BTW )
Verrekening geschied op basis van aantal sorteeranalyses per gemeente.
34
4. Uitgangspunten Specificatie AVU-beheerskosten (excl. BTW) UITGAVEN 1. Bestuurskosten
€
€ 416.400
2. Personeelskosten Salarissen incl. vakantiegelden, werkgeverslasten, e.d.1 Financiële administratie Mobiliteit Representatie
€ 306.000 € 71.400 € 35.000 € 4.000
3. Huisvestingskosten Huur Servicekosten
€ 18.000 € 13.200
4. Bureaukosten Druk- en bindwerk Bureaubenodigdheden/kantoorartikelen Kopieerapparatuur Telefoonkosten Porti kosten
€ 3.000 € 14.000 € 5.500 € 4.000 € 1.500
5. Overige kosten Studie, symposia, e.d. Onderzoek en adviezen (uit te voeren c.q. in te winnen bij derden)2 Voorlichting Accountant Excursie deelnemers Contributies TOTAAL BEHEERSUITGAVEN
500
€ 31.200
€ 28.000
€ 88.700 €
5.800
€ 50.000 € 5.000 € 16.200 € 5.700 € 6.000 € 564.800
INKOMSTEN 7. Rente3
€
8. Aandeel in de beheerskosten voor papier en glasactiviteiten
€ 57.400
NETTO BEHEERSKOSTEN
5.000
€ 502.400
1
Zie Hoofdstuk 2: Financieel beleid (bladzijde 17) Zie Hoofdstuk 3: Paragrafen, 3 Bedrijfsvoering (bladzijde 22) en Programma 4: Onderzoek realisatie overlaadstation t.b.v. de regio Utrecht (bladzijde 13) 3 Per juli 2012 wordt er geen rente meer ontvangen. De creditrente is gebaseerd op Eonia met een afslag van 0,125% en is sinds juli 2012 negatief. De verwachting is dat op korte termijn de rentestand niet verandert. 2
35
DEEL III Overige Activiteiten die door de gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd. Glas In bijlage 1.4 treft u per gemeente een overzicht aan van de voor 2017 geraamde hoeveelheden en bijbehorende kosten en opbrengsten. Papier In bijlage 1.5 treft u per gemeente een overzicht aan van de voor 2017 geraamde hoeveelheden en bijbehorende kosten en opbrengsten. Kunststof In bijlage 1.6 treft u per gemeente een overzicht aan van de voor 2017 geraamde hoeveelheden en bijbehorende kosten. Op het moment van samenstellen van de begroting 2017 is nog niet duidelijk of de vergoedingen uit het afvalfonds via de AVU zullen worden verrekend, of dat deze gelijk aan de vergoedingen uit het afvalfonds voor glas en papier direct door Nedvang aan de gemeenten worden uitbetaald. Verhuur kledingcontainers In bijlage 1.7 treft u per gemeente (en overige deelnemers) een totaaloverzicht aan van de kosten van huur kledingcontainers in 2017, inclusief risico- en onderhoudsdekking. Totale raming kosten 2017 per deelnemer In bijlage 1.8 treft u per gemeente een totaaloverzicht aan van de kosten in 2017 van inzameling, overslag, transport en verwerking van alle afvalstoffen.
Groenafval, oude metalen, puin, bouw- en sloopafval (puin, afvalhout e.d.) Tenslotte zijn er nog contracten met regionale afvalverwerkers: - Smink Afvalverwerking BV (stortplaats voor puin, afvalhout, asbest e.a.) in Amersfoort. Dit contract loopt na verlenging af op 31 december 2016. Deze afvalstroom zal in 2016 worden aanbesteed. - Remondis (klein chemisch afval) in Amersfoort; dit contract wordt jaarlijks verlengd. Bij de hierboven genoemde verwerkers wordt door een beperkt aantal gemeenten (Eemlandgemeenten exclusief Amersfoort) afval aangeleverd. De hiermee gepaard gaande kosten worden rechtstreeks afgerekend tussen het verwerkingsbedrijf en de desbetreffende gemeenten.
36
Bijlagen
37
Bijlage 1.1 Raming ingezameld brandbaar en G.F.T. afval 2017 en bijbehorende kosten Kolom Deelnemer
Kostprijs per ton Bunnik De Bilt De Ronde Venen Driebergen Houten IJsselstein Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Stichtse Vecht Utrecht Vianen Wijk bij Duurstede Woerden Totaal
A Brandbaar afval (ton)
B Brandbaar afval (€)
€ 63,07
C G.F.T. afval (ton)
D G.F.T. afval (€)
E = A+C Totale afvoer (ton)
F = B+D Subtotaal brandbaaren G.F.T. -afval (€)
€ 52,66
3.100 9.300
195.517 586.551
1.800 5.400
94.788 284.364
4.900 14.700
290.305 870.915
9.200 4.000 10.100 8.400 2.900 2.800 15.200 2.200 16.100 96.800 4.600
580.244 252.280 637.007 529.788 182.903 176.596 958.664 138.754 1.015.427 6.105.176 290.122
4.500 2.400 4.200 1.900 1.500 1.800 4.000 1.300 5.600 12.900 1.900
236.970 126.384 221.172 100.054 78.990 94.788 210.640 68.458 294.896 679.314 100.054
13.700 6.400 14.300 10.300 4.400 4.600 19.200 3.500 21.700 109.700 6.500
817.214 378.664 858.179 629.842 261.893 271.384 1.169.304 207.212 1.310.323 6.784.490 390.176
6.200 10.900 201.800
391.034 687.463 12.727.526
2.300 3.900 55.400
121.118 205.374 2.917.364
8.500 14.800 257.200
512.152 892.837 15.644.890
Amersfoort Baarn Bunschoten Eemnes Leusden Maarn Soest Woudenberg Zeist Totaal
38.100 5.300 2.050 2.100 5.200 1.100 9.600 2.800 14.800 81.050
2.402.967 334.271 129.294 132.447 327.964 69.377 605.472 176.596 933.436 5.111.824
10.300 2.400 2.200 1.200 2.400 1.100 5.600 1.600 5.800 32.600
542.398 126.384 115.852 63.192 126.384 57.926 294.896 84.256 305.428 1.716.716
48.400 7.700 4.250 3.300 7.600 2.200 15.200 4.400 20.600 113.650
2.945.365 460.655 245.146 195.639 454.348 127.303 900.368 260.852 1.238.864 6.828.540
Amerongen Doorn Leersum Renswoude Rhenen Veenendaal Totaal
1.200 1.500 1.500 1.300 2.800 10.300 18.600
75.684 94.605 94.605 81.991 176.596 649.621 1.173.102
1.100 1.500 1.300 500 2.100 6.100 12.600
57.926 78.990 68.458 26.330 110.586 321.226 663.516
2.300 3.000 2.800 1.800 4.900 16.400 31.200
133.610 173.595 163.063 108.321 287.182 970.847 1.836.618
301.450
19.012.452
100.600
5.297.596
402.050
24.310.048
Totaal-generaal
In dit overzicht kunnen afrondingsverschillen voorkomen.
38
G H Injectie Infrastructurele naalden (€) kosten (€)
€ 0,49
€
0,17
I Beheerskosten (€)
€
1,40
J = G+H+I K L Totale Sorteeranalyses Vereveningsomslag- en (€) regeling (€) beheerkosten (€) €
2,06
€
M = F+K+L Totale kosten (€)
2.314,81
2.377 7.130 6.645 3.104 6.936 4.996 2.134 2.231 9.312 1.698 10.525 53.206 3.153 4.123 7.178 124.746
856 2.568 2.393 1.118 2.498 1.799 769 804 3.354 611 3.791 19.164 1.136 1.485 2.585 44.931
6.884 20.651 19.246 8.991 20.089 14.469 6.181 6.462 26.972 4.917 30.484 154.107 9.131 11.941 20.791 361.315
10.116 30.348 28.284 13.213 29.522 21.264 9.084 9.497 39.639 7.226 44.800 226.477 13.419 17.548 30.555 530.991
2.315 4.630 4.630 926 4.630 4.630 2.315 2.315 6.944 2.315 6.944 13.889 2.315 4.630 6.944 70.370
-7.189 -45.466 -84.219 -25.785 -54.796 -8.515 -25.965 -9.015 -19.656 -23.068 21.617 33.617 -10.177 -77.379 -33.380 -369.374
295.547 860.427 765.908 367.017 837.535 647.221 247.327 274.181 1.196.231 193.685 1.383.684 7.058.473 395.733 456.951 896.956 15.876.877
23.475 3.735 2.061 1.601 3.686 1.067 7.372 2.134 9.991 55.122
8.455 1.345 742 576 1.328 384 2.655 769 3.599 19.854
67.992 10.817 5.970 4.636 10.676 3.091 21.353 6.181 28.939 159.656
99.922 15.897 8.774 6.813 15.690 4.542 31.381 9.084 42.529 234.631
9.259 4.630 4.630 2.315 4.630 926 4.630 2.315 6.944 40.278
267.586 8.429 3.606 1.662 14.310 -952 63.817 -3.854 -12.970 341.634
3.322.133 489.611 262.155 206.428 488.978 131.819 1.000.195 268.397 1.275.367 7.445.083
1.116 1.455 1.358 873 2.377 7.954 15.132
402 524 489 314 856 2.865 5.450
3.231 4.214 3.933 2.529 6.884 23.039 43.830
4.748 6.194 5.781 3.716 10.116 33.858 64.413
926 926 926 2.315 2.315 6.944 14.352
-4.281 -12.235 -3.694 8.444 -1.878 41.384 27.740
135.003 168.480 166.075 122.796 297.735 1.053.033 1.943.123
195.000
70.235
564.800
830.035
125.000
0
25.265.083
39
Bijlage 1.2 Berekening van de verevening van de transportkosten naar de overslagstations per gemeente Deelnemer
Afval totaal tonnen
Regio I: Utrecht Bunnik De Bilt De Ronde Venen Driebergen (Utr. Heuvelrug) Houten IJsselstein Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Stichtse Vecht Utrecht Vianen Wijk bij Duurstede Woerden
Rijtijd enkele Verevenings- Vereveningsreis kosten regeling minuten € per ton € per jaar
4.900 14.700 13.700 6.400 14.300 10.300 4.400 4.600 19.200 3.500 21.700 109.700 6.500 8.500 14.900
21,6 24,9 31,1 26,8 26,4 20,3 30,6 22,6 20,7 32,0 16,6 18,0 21,8 37,1 23,2
-1,47 -3,09 -6,15 -4,03 -3,83 -0,83 -5,90 -1,96 -1,02 -6,59 1,00 0,31 -1,57 -9,10 -2,26
-7.189 -45.466 -84.219 -25.785 -54.796 -8.515 -25.965 -9.015 -19.656 -23.068 21.617 33.617 -10.177 -77.379 -33.380
Regio II: Amersfoort Amersfoort Baarn Bunschoten Eemnes Leusden Maarn (Utr. Heuvelrug) Soest Woudenberg Zeist
48.400 7.700 4.250 3.300 7.600 2.200 15.200 4.400 20.600
7,4 16,4 16,9 17,6 14,8 19,5 10,1 20,4 19,9
5,53 1,09 0,85 0,50 1,88 -0,43 4,20 -0,88 -0,63
267.586 8.429 3.606 1.662 14.310 -952 63.817 -3.854 -12.970
Regio III: Veenendaal Amerongen (Utr. Heuvelrug) Doorn (Utr. Heuvelrug) Leersum (Utr. Heuvelrug) Renswoude Rhenen Veenendaal
2.300 3.000 2.800 1.800 4.900 16.400
22,4 26,9 21,3 9,1 19,4 13,5
-1,86 -4,08 -1,32 4,69 -0,38 2,52
-4.281 -12.235 -3.694 8.444 -1.878 41.384
Gewogen gemiddelde: Gemiddeld:
€ 18,62 € 2,26 per ton betalen of ontvangen
40
Voorbeeldberekening Voor Bunnik: extra rijtijd t.o.v. gemiddelde: 21,6 – 18,6 = 3 minuten enkele reis. Retour 6 minuten of 0,1 uur. Vergoeding verevening = 0,1 uur x € 14,49 = € 1,449 per ton. Verevening totaal: € 1,449/ton x 5.000 ton = € 7.245. P.m. door afrondingen in de tabel zijn er kleine verschillen.
41
Bijlage 1.3 Uitgangspunten voor de vereveningsregeling De transportkosten van de gemeenten naar de overslagstations worden verevend. De gemeenten met een meer dan (gewogen) gemiddelde rijtijd ontvangen een vergoeding terwijl de andere gemeenten betalen. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten van toepassing. -
De rijtijden zijn bepaald door Grontmij met de routeplanner Easy Travel. Kosten zijn op basis van tarieven 2011 (worden herzien in 2016).
De transportkosten zijn voor 2011 als volgt gestandaardiseerd: - belading per vuilniswagen: 7,97 ton - bemensing per auto: 1 chauffeur en gemiddeld 1,59 beladers - kosten per uur: € 70 voor een auto + chauffeur en € 22,50 voor een belader. De standaardtransportkosten zijn dan € 13,27 per ton en per uur in 2011. Rekening houdend met een indexering van 2% in 2012, 1,6% in 2013, 1,2% in 2014 en een voorlopige indexering van 2% voor 2015, 2016 en 2017 zijn de standaardtransportkosten in 2017 € 14,78 per ton en per uur.
42
Bijlage 1.4 Raming ingezameld glas in 2017 en bijbehorende kosten en opbrengsten Deelnemer
Totale hoeveelheid glas (ton)
Totale vergoeding glas
Kosten lediging en transport
(€)
2.800 600 300 400 1.200 1.000 300 1.200 600 900 200 300 1.100 200 100 350 1.100 1.400 7.200 1.000 1.000 400 500 1.000 400 1.400 26.950 In dit overzicht kunnen afrondingsverschillen voorkomen.
Amersfoort, via ROVA Baarn Bunnik Bunschoten De Bilt De Ronde Venen Eemnes Houten IJsselstein Leusden Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Renswoude Rhenen Soest Stichtste Vecht Utrecht Utrechtse Heuvelrug Veenendaal Vianen Wijk bij Duurstede Woerden Woudenberg Zeist Totaal-generaal
60.261 13.002 6.631 8.841 25.593 21.843 6.194 27.137 13.140 19.538 4.720 6.755 23.877 4.380 2.232 7.583 23.691 30.295 126.485 21.885 22.123 8.774 10.750 22.206 8.785 30.116 556.839
(€)
0 5.828 19.326 3.885 58.410 50.965 18.483 82.441 5.828 51.698 14.387 16.003 10.684 14.078 3.789 24.062 10.684 71.958 296.721 48.507 9.713 26.147 24.573 49.762 21.947 13.598 953.476
Bijdrage beheerskosten tarief/ton € 0,66 (€)
1.848 396 198 264 792 660 198 792 396 594 132 198 726 132 66 231 726 924 4.752 660 660 264 330 660 264 924 17.787
Kosten huur bakken incl. risico- en onderhoudsdekking (€) 0
3.212 4.032 7.800 13.061 21.491 4.828 41.254 10.046 4.924 8.591 9.792 431 1.286 7.037 2.462 11.560 5.389 7.796 20.372 6.759 10.573 2.588 10.993 216.279
Totale kosten glasinzameling minus opbrengsten Per saldo kosten (€)
58.4133.56616.925 3.108 46.669 51.273 17.315 97.350 3.130 37.677 18.390 19.239 12.46710.261 2.909 23.747 9.81954.146 180.377 35.079 8.622 17.637 20.912 38.789 16.014 4.600630.704
43
Bijlage 1.5 Raming ingezameld papier in 2017 en bijbehorende kosten en opbrengsten Deelnemer
Totale hoeveelheid papier In tonnen
Totale kosten inzameling Sita
Totale kosten garantieregeling
(€)
(€)
Amersfoort 7.300 36.809 1.600 1.428 Baarn 1.000 43.376 Bunnik Bunschoten 1.200 77.415 De Bilt 2.800 114.495 2.400 117.526 De Ronde Venen 600 44.548 Eemnes Houten 3.000 115.477 IJsselstein 1.700 0 2.000 104.170 Leusden 1.000 4.807 Lopik Nieuwegein 3.300 0 Renswoude 300 13.230 1.050 46.316 Rhenen 3.000 16.076 Soest Stichtse Vecht 2.900 101.600 Utrecht 10.950 0 3.200 134.427 Utrechtse Heuvelrug 2.000 0 Veenendaal Vianen 1.200 5.879 Wijk bij Duurstede 1.100 67.220 2.200 6.158 Woerden 800 35.283 Woudenberg Zeist 3.400 31.548 60.000 1.117.786 Totaal-generaal In dit overzicht kunnen afrondingsverschillen voorkomen.
46.804 972 38.563 5.074 136.957 46.666 586 110.952 47.124 14.838 0 40.561 26.004 60.556 63.272 256 0 143.256 0 36.728 11.831 5.702 34.572 44.405 915.680
Administratie kosten SITA € 0,87
6.382 1.399 874 1.049 2.448 2.098 525 2.623 1.486 1.749 0 2.885 262 918 2.623 2.535 9.573 2.798 1.749 1.049 962 1.923 699 2.972 51.582
Bijdrage in de beheerskosten tarief/ton € 0,66
Huur papierbakken incl.risico- en onderhoudsdekking
(€)
(€)
4.818 1.056 660 792 1.848 1.584 396 1.980 1.122 1.320 660 2.178 198 693 1.980 1.914 7.227 2.112 1.320 792 726 1.452 528 2.244 39.600
1.144
1.144
Bonus Sita alleen over HHP
78.727 19.065 11.910 12.971 33.825 26.474 7.866 34.267 18.040 20.396 11.314 37.070 3.933 13.137 36.644 34.762 112.762 39.328 17.866 14.358 12.550 25.516 9.993 36.922 669.697
Opbrengst HHP en HHK tarief/ton
(€)
Totale opbrengsten papier minus kosten papierinzameling Per saldo opbrengsten (€)
579.873 123.645 77.288 95.265 215.498 189.516 45.000 234.655 135.599 161.105 78.424 259.309 22.500 79.948 230.123 223.711 879.969 245.003 165.930 92.620 86.068 171.342 60.944 269.591 4.722.928
563.787 137.854 5.725 23.906 -6.425 48.116 6.812 37.890 103.907 59.425 84.272 250.755 -13.261 -16.541 182.816 152.168 975.931 1.739 180.728 62.530 17.879 181.623 -145 225.343 3.266.833
44
Bijlage 1.6 Raming ingezamelde kunststof in 2017 en bijbehorende kosten Deelnemer
(€)
(€)
(€)
Huur kunststofbakken incl.risico- en onderhoud dekking (€)
700 38.599 250 13.785 100 5.514 600 33.085 300 16.542 500 27.571 100 5.514 400 22.056 200 11.028 200 11.028 200 11.028 100 5.514 450 24.814 100 5.514 100 5.514 200 11.028 500 27.571 400 22.056 1.300 71.684 700 38.599 1.000 55.141 200 11.028 100 5.514 600 33.085 200 11.028 400 22.056 9.900 545.898 In dit overzicht kunnen afrondingsverschillen voorkomen.
98.434 35.155 14.062 84.372 42.186 70.310 14.062 56.248 28.124 28.124 28.124 14.062 63.279 14.062 14.062 28.124 70.310 56.248 182.806 98.434 140.620 28.124 14.062 84.372 28.124 56.248 1.392.136
46.615 16.648 6.659 39.956 19.978 33.296 6.659 26.637 13.319 13.319 13.319 6.659 29.967 6.659 6.659 13.319 33.296 26.637 86.570 46.615 66.593 13.319 6.659 39.956 13.319 26.637 659.266
0 0 0 0 0 0 4.859 0 0 374 0 5.981 0 2.990 0 0 748 0 0 10.143 0 0 8.971 0 0 6.728 40.794
Amersfoort Baarn Bunnik Bunschoten De Bilt De Ronde Venen Eemnes Houten IJsselstein Leusden Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Renswoude Rhenen Soest Stichtse Vecht Utrecht Utrechtse Heuvelrug Veenendaal Vianen Wijk bij Duurstede Woerden Woudenberg Zeist Totaal-generaal
Totale hoeveelheid kunststof in tonnen
Kosten Overslag en Transport
Sorteerkosten
Post- sorteer kosten
Totale kosten kunststofinzameling
183.647 65.588 26.235 157.412 78.706 131.177 31.095 104.941 52.471 52.844 52.471 32.216 118.059 29.226 26.235 52.471 131.924 104.941 341.059 193.790 262.353 52.471 35.207 157.412 52.471 111.670 2.638.093
(€)
45
Bijlage 1.7 Raming huur kledingbakken (inclusief risico- en onderhoudsdekking)
Deelnemers
Huur kledingbakken, incl. risico- en onderhoudsdekking (€)
Amersfoort Baarn Bunnik Bunschoten De Bilt De Ronde Venen Eemnes Houten IJsselstein Leusden Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Renswoude Rhenen Soest Stichtse Vecht Utrecht Utrechtse Heuvelrug Veenendaal Vianen Wijk Bij Duurstede Woerden Woudenberg Zeist
0 0 0 0 0 7.036 859 7.162 0 0 0 0 0 0 0 0 392 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Totaal
15.449
Overige deelnemers Emmaus Haarzuilens Kringloopcentrum Baarn Kringloopcentrum Leusden ACV (Kringloopcentrum Veenendaal) KICI (KMH) Kringloopcentrum Breukelen
2.118 7.319 4.470 0 7.374 3.338
Totaal
24.620
Totaal-generaal
40.069
In dit overzicht kunnen afrondingsverschillen voorkomen.
46
Bijlage 1.8 Totale raming kosten 2017 per deelnemer Deelnemer
Amersfoort Baarn Bunnik Bunschoten De Bilt De Ronde Venen Eemnes Houten IJsselstein Leusden Lopik Montfoort Nieuwegein Oudewater Renswoude Rhenen Soest Stichtse Vecht Utrecht
Totale kosten overslag, transport, en verwerking brandbaar afval, G.F.T. afval, en overige kosten (zie bijlage 1.1) Per saldo kosten (€)
Totale kosten glasinzameling minus opbrengsten
Totale opbrengsten papier minus kosten papierinzameling
Totale kosten kunststofinzameling
Totaal alle kosten minus opbrengsten per deelnemer
(zie bijlage 1.6) Per saldo kosten (€)
Huur kledingbakken, incl. risico- en onderhoudsdekking (zie bijlage 1.7) Per saldo kosten (€)
(zie bijlage 1.4) Per saldo kosten (€)
(zie bijlage 1.5) Per saldo opbrengsten (€)
3.322.133 489.611 295.547 262.155 860.427 765.908 206.428 837.535 647.221 488.978 247.327 274.181 1.196.231 193.685 122.796 297.735 1.000.195 1.383.684 7.058.473
-58.413 -3.566 16.925 3.108 46.669 51.273 17.315 97.350 3.130 37.677 18.390 19.239 -12.467 10.261 2.909 23.747 -9.819 54.146 180.377
563.787 137.854 5.725 23.906 -6.425 48.116 6.812 37.890 103.907 59.425 84.272 0 250.755 0 -13.261 -16.541 182.816 152.168 975.931
183.647 65.588 26.235 157.412 78.706 131.177 31.095 104.941 52.471 52.844 52.471 32.216 118.059 29.226 26.235 52.471 131.924 104.941 341.059
0 0 0 0 0 7.036 859 7.162 0 0 0 0 0 0 0 0 392 0 0
2.883.580 413.779 332.983 398.769 992.227 907.277 248.885 1.009.098 598.915 520.075 233.916 325.635 1.051.069 233.172 165.201 390.494 939.876 1.390.604 6.603.978
Per saldo kosten (€)
47
968.395 1.053.033 395.733 456.951 896.956 268.397 1.275.367
35.079 8.622 17.637 20.912 38.789 16.014 -4.600
1.739 180.728 62.530 17.879 181.623 -145 225.343
193.790 262.353 52.471 35.207 157.412 52.471 111.670
0 0 0 0 0 0 0
1.195.525 1.143.281 403.310 495.190 911.535 337.027 1.157.094
25.265.083
630.704
3.266.833
2.638.093
15.449
25.282.497
Emmaus Haarzuilens Kringloopcentrum Baarn Kringloopcentrum Leusden ACV KICI Kringloopcentrum Breukelen
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
2.118 7.319 4.470 0 7.374 3.338
2.118 7.319 4.470 0 7.374 3.338
Totaal
0
0
0
0
24.620
24.620
25.265.083
630.704
3.266.833
2.638.093
40.069
25.307.117
Utrechtse Heuvelrug Veenendaal Vianen Wijk bij Duurstede Woerden Woudenberg Zeist Totaal Overige deelnemers
Totaal-generaal
In dit overzicht kunnen afrondingsverschillen voorkomen. Utrechtse Heuvelrug bestaat uit: Driebergen, Maarn, Amerongen, Doorn en Leersum.
48
AVU Lange Brinkweg 81 Postbus 3250 3760 DG Soest telefoon 035-6032303 fax 035-6035544
Notitie bij de AVU-begroting 2017 Door : Frans van Dijk, secretaris AVU (wnd) Datum : 2 december 2015
Geachte leden van de Raad, Uitvoering gevend aan artikel 34 van de statuten van de gemeenschappelijke regeling Afval Verwijdering Utrecht, bieden wij u de concept-begroting 2017 aan. Deze wordt door het Dagelijks Bestuur voorlopig vastgesteld en vervolgens aangeboden aan de raden van de deelnemende gemeenten die in de gelegenheid worden gesteld om zienswijzen kenbaar te maken. Wij verzoeken u uw zienswijzen voor 1 mei 2016 schriftelijk en ter attentie van het Algemeen Bestuur van de AVU in te dienen. In de concept-begroting 2017 is uitgegaan van de door de deelnemende gemeenten voor 2017 opgegeven hoeveelheden huishoudelijk afval. Omdat de concept-begroting al in oktober 2015 is opgesteld, kan het voorkomen dat gegevens die door derden moeten worden verstrekt, nog niet voorhanden zijn. De ervaring leert dat deze gegevens meestal voor de behandeling van de begroting in het Dagelijks Bestuur, voorafgaand aan de definitieve vaststelling door het Algemeen Bestuur bekend zijn. Waar dit niet het geval is, wordt op basis van jarenlange ervaring een inschatting gemaakt, of wordt indexering van de bekende gegevens toegepast. Gezien het feit dat de AVU-begroting voor het grootste deel wordt bepaald door tonnages welke de deelnemende gemeenten opgeven en de AVU zelf geen beleid ontwikkeld, zijn de financiële kaders beperkt en afgebakend. Er is daarom gekozen om deze kaders niet in een aparte kadernota te beschrijven, maar om deze in de begroting op te nemen. In hoofdstuk 2 van deze concept-begroting 2017 worden de financiële kaders beschreven. Dit zijn de uitgangspunten waarop de productbegroting is gebaseerd. In de Wet Gemeenschappelijke Regelingen is vastgelegd dat deze financiële kaders voor 15 april van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar aan de raden van de deelnemende gemeenten moeten worden toegezonden. Daaraan wordt door het toezenden van deze conceptbegroting voldaan. Met deze concept-begroting 2017 gaan wij ervan uit u een reëel zicht te geven op de te verwachten financiële ontwikkelingen binnen de AVU. Hoogachtend, Namens het Dagelijks Bestuur,
F.A. van Dijk, Secretaris (wnd)
1
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder A. Houwing
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: : : :
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 5199114 : 22 maart 2016 :
22-03-2016 12-04-2016 12-04-2016
TITEL (Her)benoeming lid Raad van Toezicht (RvT) van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort
BESLISPUNTEN 1. De heer M.A.J.A. de Pinth te Rosmalen met ingang van 1 augustus 2016 te herbenoemen tot lid van de Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort. 2. De heer M. Heller te De Meern per 1 april 2016 te benoemen tot lid van de onder 1 genoemde Raad van Toezicht.
AANLEIDING Sinds 1 januari 2012 kent de stichting Meerkring een Raad van Toezicht, bestaande uit (statutair maximaal) 7 leden. De Raad telt nu 6 leden. Conform het rooster van aftreden loopt de benoemingstermijn van de heer M.A.T.A. de Pinth per 1 augustus 2016 af. De RvT stelt voor de heer de Pinth per die datum voor een tweede periode van 4 jaar te herbenoemen. Meerkring wil de Rad van Toezicht weer op volledige sterkte hebben door de benoeming van een zevende lid, met specifieke expertise op het gebied van financiën, bedrijfsvoering en het voorzitterschap van een auditcommissie. Na een zorgvuldige en openbare procedure, met inachtneming van het handboek Governance voor de Raad van Toezicht Meerkring 2016, stelt de RvT, op unanieme voordracht van de benoemingsadviescommissie, voor de heer M. Heller uit De Meern met ingang van 1 april 2016 te benoemen tot lid van Raad van Toezicht.
BEOOGD EFFECT De Raad van Toezicht van Meerkring op sterkte te houden en specifieke expertise in huis te halen voor het aandachtsgebied financiën en bedrijfsvoering. De voorgestelde kandidaat voldoet aan het opgestelde profiel en beschikt over de gevraagde capaciteiten volgens de Raad van Toezicht.
ARGUMENTEN De benoeming van leden van de Raad van Toezicht vloeit voort uit het besluit van de raad van 30 augustus 2011, registratienummer 3747734. Op grond van de statuten is uitsluitend de raad bevoegd tot benoeming van de leden van de Raad van Toezicht van de stichting.
KANTTEKENINGEN Volgens de statuten heeft de oudergeleding van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) de mogelijkheid om voor twee zetels een bindende voordracht te doen aan de Raad van Toezicht. Bij de benoeming van de meest recent benoemde leden van de Raad van Toezicht heeft de GMR van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. Om die reden heeft de GMR bij deze benoeming geen (bindende) voordracht hoeven te doen, maar is wel vertegenwoordigd in de benoemingsadviescommissie.
Inlichtingen bij :
P. Dijkema, DIR/SL/OW, (033) 469 4283
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 5099114 pagina 2
Hierin hadden de volgende vertegenwoordigers zitting: twee leden van de Raad van Toezicht, een lid namens de oudergeleding en een lid namens de personeelsgeleding van de GMR. Een lid van het College van Bestuur was als adviseur aan de commissie toegevoegd.
FINANCIËN Niet van toepassing BETROKKEN PARTIJEN
De benoemingsadviescommissie heeft een unanieme voordracht aan de Raad van Toezicht gedaan.
VERVOLG Niet van toepassing Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
Bijlagen
- geen
de burgemeester,
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr .
5199114
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 maart 2016, DIR/SL/OW (nr.5198081); b e s l u i t: 1. de heer M.A.T.A. de Pinth uit Rosmalen met ingang van 1 augustus 2016 te herbenoemen tot lid van de Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort. 2. de heer M. Heller uit De Meern per 1 april 2016 te benoemen tot lid van de onder 1 genoemde Raad van Toezicht.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 12 april 2016 de griffier
de voorzitter
Raadsgriffie 5223510
Raadsvergadering d.d.: 12 april 2016. U I T S L A G S C H R I F T E L IJ K E S T E M M I N G:
Agendapunt : HB-3 Raadsvoorstel nr. : 5199114 Onderwerp : (Her)benoeming lid Raad van Toezicht (RvT) van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort
Aantal bij de stemming aanwezige raadsleden
36
Aantal ingeleverde stembriefjes
36
Naam kandidaat:
Aantal stemmen voor
Aantal stemmen tegen
Aantal stemmen van onwaarde
- de heer M.A.J.A. de Pinth
35
0
1
- de heer M. Heller
35
0
1
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder Y. Kemmerling
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: : : :
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 5199359 : 22 maart 2016 :
22-03-2016 12-04-2016 12-04-2016
TITEL Vaststellen bestemmingsplan Schothorst Zielhorst
BESLISPUNTEN 1. De zienswijzennota Schothorst Zielhorst vast te stellen; 2. In het ontwerpbestemmingsplan Schothorst Zielhorst de wijzigingen aan te brengen zoals deze zijn opgenomen in hoofdstuk 3 van de zienswijzennota Schothorst Zielhorst; 3. Het bestemmingsplan Schothorst Zielhorst (met identificatienummer NL.IMRO.0307.BP00100-0301, getekend op de ondergrond met de bestandsnaam ‘Grootschalige basiskaart’) digitaal en analoog gewijzigd vast te stellen; 4. Voor het plangebied geen exploitatieplan als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening vast te stellen.
AANLEIDING Op 10 mei 2005 heeft uw raad het bestemmingsplan ‘Schothorst Zielhorst 2005’ vastgesteld, goedgekeurd op 29 november 2005 en met ingang van 31 augustus 2006 onherroepelijk geworden. Om aan de wettelijke verplichting te voldoen ten aanzien van actuele bestemmingsplannen (jonger dan 10 jaar gerekend vanaf de datum van onherroepelijkheid) moet dit plan worden herzien. Bij het opstellen van het plan is de feitelijke situatie, de geldende planologische situatie en het geldende beleid als uitgangspunt genomen. Verleende vrijstellingen, ontheffingen en of afwijkingen van het bestemmingsplan zijn overgenomen. Ook zijn de nieuwe ontwikkelingen aan de Emiclaerseweg 13, de Hamseweg 83 en Laan naar Emiclaer opgenomen als ook de nieuwe bestemming van de voormalige NS kaartverkoopruimte bij station Schothorst.
BEOOGD EFFECT Zodra voorliggend bestemmingsplan de procedure heeft doorlopen beschikt de gemeente over een geactualiseerd, gestandaardiseerd en digitaal bestemmingsplan voor het gebied Schothorst Zielhorst.
BESLUITVORMINGSHISTORIE • Op 24 juni 2014 heeft de raad de startnotitie ‘bestemmingsplan Schothorst Zielhorst’ vastgesteld. In de startnotitie is tevens vastgelegd dat voor dit bestemmingsplan de procedure behorende bij model 2 wordt gevolgd. • Op 2 december 2014 is het conceptontwerp bestemmingsplan in het kader van het wettelijk vooroverleg naar de betrokken instanties gestuurd. Zij konden tot 20 februari 2015 reageren op het plan. De ontvangen reacties zijn verwerkt in het ontwerpbestemmingsplan. • Vervolgens heeft het college op 11 maart 2015 ingestemd met het ter inzage leggen van het ontwerpbestemmingsplan. • De raad heeft hierover een RIB ontvangen (nr. 2015-028, d.d. 11 maart 2015). Geen van de raadsleden heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om het ontwerp te agenderen voor bespreking in De Ronde. Inlichtingen bij :
W.R.H. van Santen-Buma, DIR/SO, (033) 469 50 93
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 5199359 pagina 2
• Het ontwerpbestemmingsplan heeft ter inzage gelegen van donderdag 11 juni tot en met woensdag 22 juli 2015. Er zijn 18 zienswijzen ingediend.
ARGUMENTEN 1.2 Zienswijzen geven aanleiding tot een geringe aanpassing van het bestemmingsplan Het ontwerpbestemmingsplan heeft van 11 juni tot en met woensdag 22 juli 2015 ter inzage gelegen. In deze periode zijn 18 zienswijzen ingediend over het ontwerpbestemmingsplan. De zienswijzen zijn divers en gaan onder meer over individuele bouwmogelijkheden, aankoop van openbaar groen, verkeersoverlast en de ontwikkelingen aan de Laan naar Emiclaer en Emiclaerseweg 13. In bijgevoegde zienswijzennota Schothorst Zielhorst zijn de zienswijzen samengevat en van een gemeentelijke reactie voorzien. De zienswijzen geven aanleiding tot een aantal geringe aanpassing van het bestemmingsplan. Daarnaast wordt een aantal ambtshalve wijzigingen voorgesteld. Alle wijzigingen staan weergegeven in hoofdstuk 3 van de zienswijzennota waarna uw kortheidshalve wordt verwezen.
2.1 Het is noodzakelijk om een actueel bestemmingsplan te hebben Op dit moment geldt het bestemmingsplan ‘Schothorst Zielhorst 2005’ in het plangebied. Zoals hiervoor in de aanleiding al is aangegeven, is het noodzakelijk dat een actueel bestemmingsplan wordt vastgesteld. Het voorliggende bestemmingsplan is één van de bestemmingsplannen die worden opgesteld in het kader van de actualisering van bestemmingsplannen in Amersfoort. Over de actualisering van bestemmingsplannen bent u geïnformeerd met raadsinformatiebrief 2012, nr. 152.
3.1 Vaststellen van een exploitatieplan is niet nodig Op grond van de Wro moet de gemeenteraad een exploitatieplan vaststellen als het bestemmingsplan zogenaamde ‘aangewezen bouwplannen’ mogelijk maakt. Hiermee worden de bouwplannen bedoeld, die zijn omschreven in het Besluit ruimtelijke ordening. Voor de aangewezen bouwplannen waarin bestemmingsplan voorziet, zijn de kosten anderszins verzekerd via een overeenkomst of verrekening met de grondverkoop.
DUURZAAMHEID In een bestemmingsplan kunnen geen eisen worden gesteld ten aanzien van duurzaamheid. Wanneer een aanvraag omgevingsvergunning wordt ingediend die kan worden verleend op basis van het bestemmingsplan Schothorst Zielhorst, moet de aanvraag voor het bouwen wel voldoen aan de minimum eisen voor duurzaamheid vanuit het Bouwbesluit.
FINANCIËN De actualisering van bestemmingsplannen is een wettelijke taak. De kosten die hieraan verbonden zijn worden betaald uit de gemeentelijke begroting. Dit geldt ook voor het bestemmingsplan Schothorst Zielhorst. Over de aanpak, planning en financiën van de actualisering van bestemmingsplannen bent u geïnformeerd met raadsinformatiebrief 2012, nr. 152.Voor het overige zijn er voor de gemeente geen kosten aan het nieuwe bestemmingsplan Schothorst Zielhorst verbonden. Een exploitatieplan kan achterwege blijven, zie argument 3.1.
COMMUNICATIEBOODSCHAP EN BETROKKEN PARTIJEN In het voortraject heeft overleg plaatsgevonden met vooroverlegpartners en zijn er inloopbijeenkomsten georganiseerd voor de bewoners van Schothorst en Zielhorst. De communicatie over het bestemmingsplan vindt plaats via de wettelijk voorgeschreven procedure. Naast een publicatie in de stadsberichten en de Staatscourant (wettelijk voorgeschreven) is huis aan huis een brief verspreid over de ter inzage legging van het ontwerpbestemmingsplan. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan zijn de indieners van zienswijzen als belanghebbenden betrokken. Zij krijgen voorafgaand aan de vaststelling, de zienswijzennota en een brief met daarin de datum waarop het bestemmingsplan in voor besluitvorming aan uw raad wordt aangeboden.
VERVOLGSTAPPEN Na vaststelling wordt het bestemmingsplan gedurende zes weken ter inzage gelegd. Tijdens deze termijn kunnen uitsluitend degenen die een zienswijze hebben ingediend en degenen die kunnen
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 5199359 pagina 3
aantonen dat zij redelijkerwijze geen zienswijze kenbaar hebben kunnen maken over het ontwerpbestemmingsplan, een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het besluit van de gemeenteraad van Amersfoort treedt in werking na afloop van de beroepstermijn. Een eventueel beroep schorst de werking van het plan niet. Daarvoor moet een afzonderlijk verzoek om voorlopige voorziening worden gericht aan de Voorzitter van de Raad van State. Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
Bijlagen
- Raadsbesluit - Ontwerpbestemmingsplan Schothorst Zielhorst - Zienswijzennota Schothorst Zielhorst
de burgemeester,
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr .5199359
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 maart 2016, sector DIR/SO (nr.5199359); b e s l u i t: 1. de zienswijzennota Schothorst Zielhorst vast te stellen; 2. in het ontwerpbestemmingsplan Schothorst Zielhorst de wijzigingen aan te brengen zoals deze zijn opgenomen in hoofdstuk 3 van de zienswijzennota Schothorst Zielhorst; 3. het bestemmingsplan Schothorst Zielhorst (met identificatienummer NL.IMRO.0307.BP001000301, getekend op de ondergrond met de bestandsnaam ‘Grootschalige basiskaart’) digitaal en analoog gewijzigd vast te stellen; 4. voor het plangebied geen exploitatieplan als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening vast te stellen.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 12 april 2016. de griffier
de voorzitter
Zienswijzennota Schothorst Zielhorst # 5201582
Zienswijzennota Schothorst – Zielhorst Behorend bij het collegevoorstel en –besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan Schothorst – Zielhorst Maart 2016
Inhoudsopgave 1.
INLEIDING ................................................................................................................................................ 1 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6.
2.
ZIENSWIJZEN............................................................................................................................................ 2 2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5. 2.6. 2.7. 2.8. 2.9. 2.10. 2.11. 2.12. 2.13. 2.14. 2.15. 2.16. 2.17. 2.18.
3.
STATUS ZIENSWIJZENNOTA ........................................................................................................................... 1 PROCEDURE BESTEMMINGSPLAN ................................................................................................................... 1 ZIENSWIJZENRONDE .................................................................................................................................... 1 VASTSTELLING ............................................................................................................................................ 1 BEROEP .................................................................................................................................................... 1 INGEKOMEN ZIENSWIJZEN ............................................................................................................................ 1
ZIENSWIJZE VAN DE HEER R.B. ...................................................................................................................... 2 ZIENSWIJZE VAN FAM. H. ............................................................................................................................. 2 ZIENSWIJZE VAN DE KERKRENTMEESTER VAN DE PROTESTANTSE GEMEENTE, WIJKGEMEENTE DE HOEKSTEEN ............... 3 ZIENSWIJZE VAN J.F.M. ............................................................................................................................... 3 ZIENSWIJZE VAN DE HEER R.C.B. ................................................................................................................... 4 ZIENSWIJZE VAN G.J.M. DE R. ...................................................................................................................... 5 ZIENSWIJZE VAN M. D. ................................................................................................................................ 6 ZIENSWIJZE VAN R.G.J. DE R. ....................................................................................................................... 6 ZIENSWIJZE VAN J.P. B. ............................................................................................................................... 7 ZIENSWIJZE VAN S. VAN B. EN C. VAN B. –N.................................................................................................... 8 ZIENSWIJZE VAN FAM. S. .............................................................................................................................. 9 ZIENSWIJZE VAN H. VAN H. ........................................................................................................................ 10 ZIENSWIJZE VAN DHR. A.M. K..................................................................................................................... 10 ZIENSWIJZE VAN D. T. ............................................................................................................................... 11 ZIENSWIJZE VAN L.J. B............................................................................................................................... 12 ZIENSWIJZE VAN FAM. R. K. ........................................................................................................................ 13 ZIENSWIJZE VAN G. EN E. VAN DE V-C. ......................................................................................................... 14 ZIENSWIJZE VAN G. B. ............................................................................................................................... 15
WIJZIGINGEN IN HET BESTEMMINGSPLAN ............................................................................................. 17 3.1. 3.2.
WIJZIGINGEN NAAR AANLEIDING VAN ZIENSWIJZEN.......................................................................................... 17 AMBTSHALVE WIJZIGINGEN......................................................................................................................... 19
1.
Inleiding 1.1. Status zienswijzennota De zienswijzennota behoort bij het besluit over de vaststelling van het bestemmingsplan “Schothorst-Zielhorst”. De zienswijzennota bestaat uit drie hoofdstukken. Hoofdstuk 1 bevat een overzicht van de ingekomen zienswijzen en de verdere procedure van het besluit. In hoofdstuk 2 is iedere zienswijze samengevat en van een gemeentelijke reactie voorzien. Per zienswijze is daarbij aangegeven of deze ontvankelijk is en of de zienswijze aanleiding geeft tot aanpassing van het ontwerpbestemmingsplan. Hoofdstuk 3 bevat een overzicht van de wijzigingen die bij de vaststelling van het bestemmingsplan worden doorgevoerd. Dit kunnen wijzigingen zijn naar aanleiding van de ingekomen zienswijzen, maar ook ambtshalve wijzigingen. 1.2. Procedure bestemmingsplan De procedure voor vaststelling van een bestemmingsplan is geregeld 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening. Bovendien is de afdeling 3.4. van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing verklaard (zienswijzenprocedure). 1.3. Zienswijzenronde Het ontwerpbestemmingsplan “Schothorst-Zielhorst” heeft na publicatie in de Amersfoort Nu en de Staatscourant met ingang van 11 juni tot en met 22 juli 2015 ter inzage gelegen. Gedurende deze termijn kon iedereen schriftelijk of mondeling een zienswijze indienen. 1.4. Vaststelling Na de zienswijzenronde beslist de gemeenteraad over de vaststelling van het bestemmingsplan. De gemeenteraad weegt hierbij de ontvangen zienswijzen mee. Na vaststelling heeft het besluit rechtskracht na afloop van de beroepstermijn van 6 weken. 1.5. Beroep Tegen het besluit tot vaststelling kan beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. 1.6. Ingekomen zienswijzen Tijdens de periode van terinzagelegging zijn er 18 zienswijzen ingediend. Deze zijn zowel per post als digitaal ingediend. Er zijn geen mondelinge zienswijzen ingediend. In verband met de bescherming van de persoonsgegevens zijn de zienswijzen in deze nota geanonimiseerd. De zienswijzen met de volledige namen van de indieners van de zienswijzen zijn voor de raad ter inzage gelegd.
1
2.
Zienswijzen In dit hoofdstuk is iedere zienswijze samengevat en van een beoordeling voorzien. Daarbij wordt ook vastgesteld of de zienswijze al dan niet ontvankelijk is. In de conclusie is aangegeven of, en zo ja, welke wijzigingen in het besluit worden doorgevoerd naar aanleiding van de zienswijze. 2.1.
Zienswijze van de heer R.B.
2.1.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 11 juni 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.1.2.
Samenvatting
Is er over de fietsroutes in de wijk Schothorst nog een aanpassing te verwachten? 2.1.3.
Beoordeling
In het bestemmingsplan blijven de verkeersbestemmingen gelijk aan de bestaande situatie. Binnen de bestaande verkeersbestemming is het mogelijk om fietspaden aan te leggen. Als er fietspaden moeten worden aangelegd buiten de juiste bestemming, dan is hiervoor een afwijking van het bestemmingsplan noodzakelijk. Op dit moment zijn dergelijke afwijkingen niet voorzien. 2.1.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.2.
Zienswijze van fam. H.
2.2.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 12 juni 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.2.2.
Samenvatting
Reclamanten wonen met plezier bij het park en het evenemententerrein aan de Hamseweg. Enige overlast dat zij ervaren zijn de aangewezen hondenuitlaat terreinen. Direct voor het huis, is er één, direct in het zicht en de reuk van de keuken. De kinderen kunnen geen drie stappen buiten de deur doen voordat ze met hun schoenen in de poep staan. Ook nemen sommige hondenbezitters de afbakening van dit gebied niet zo nauw , zodat de poep op de stoep of in de voortuintjes terecht komt. Er wordt dan ook dringend verzocht hier nog eens goed naar te kijken. Bezoekers van het evenemententerrein aan de Hamseweg moeten vaak ook naar het toilet. Er staan echter geen (mobile) toiletten op of bij het terrein. Gevolg is dat ook deze mensen hun behoeften doen in de bosschages aan de Beereveld (binnen bestemmingsplan). Dit is ontoelaatbaar en een groot gezondheidsrisico voor bewoners. Reclamant vraagt zich af of opgenomen kan worden dat er bij een evenement voldoende toiletten beschikbaar zijn. 2.2.3.
Beoordeling
Omdat hondenpoep gemeentebreed in de ergernis-top-10 staat, hebben wij hierover heldere regels op onze website staan. Wij verwijzen u graag naar https://www.amersfoort.nl/wonen-enverhuizen/to/honden.htm. Het gedrag van hondenbezitters is aanleiding tot overlast. Gedrag kunnen wij helaas niet beïnvloeden.
2
Voor evenementen nemen wij altijd in de vergunning op dat er voldoende toiletten aanwezig zijn. De richtlijn daarbij is 1 toilet per 150 gelijktijdig aanwezige bezoekers. Per evenement wordt maatwerk geleverd om het precieze aantal te bepalen. Daarbij zijn bijvoorbeeld de duur van het evenement, aanwezigheid van veel kinderen en het wel of niet schenken van alcohol van invloed op dit aantal. Aangezien u aangeeft toch overlast te ervaren, is dit kennelijk niet voldoende. Wij vragen u om contact op te nemen met mevrouw Caroline Groothuis, via telefoonnummer 14 033 of e-mail adres
[email protected] om aan te geven tijdens welke evenementen u overlast heeft ervaren. Misschien kunnen wij dan voor toekomstige evenementen betere afspraken met de betreffende organisatoren maken. 2.2.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.3.
Zienswijze van de kerkrentmeester van de Protestantse Gemeente, wijkgemeente De Hoeksteen
2.3.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 15 juni 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.3.2.
Samenvatting
In het ontwerpbestemmingsplan worden de bouwmogelijkheden binnen de bouwvlek beperkt ten opzichte van het geldende bestemmingsplan. Er zijn afbeeldingen bijgevoegd waaruit blijkt dat nieuwe plan exact de (hoogte-)contouren van de huidige bebouwing volgt, met een onderscheid tussen max. bouwhoogte van 3 rep. 8 m. Volgens het geldende bestemmingsplan mag het gebouwdeel dat nu 3 meter hoog is, verhoogd worden naar 8 meter. Verzocht wordt om deze bouwmogelijkheid binnen de bouwvlek te handhaven en het ontwerpplan op dit onderdeel aan te passen. Dit ook omdat er gewerkt wordt aan plannen voor revitalisering van het gebouw. 2.3.3.
Beoordeling
In het voorgaande bestemmingsplan “Schothorst-Zielhorst 2005” was de bouwhoogte voor het gehele gebouw inderdaad 8 meter. In de startnotitie ‘bestemmingsplan Schothorst-Zielhorst’ zijn de kaders en uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan “Schothorst-Zielhorst” vastgelegd. Eén van de uitgangspunten is dat de bestaande planologische rechten worden gerespecteerd. Voor het perceel Klaartje Donzepad 59 is per abuis uitgegaan van de feitelijke situatie, en niet van de bestaande planologische rechten. Dit zal in het bestemmingsplan worden gewijzigd. 2.3.4.
Conclusie
De zienswijze geeft aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. De geldende bouwhoogten worden overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. 2.4.
Zienswijze van J.F.M.
2.4.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 15 juni 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.4.2.
Samenvatting
Reclamant is zeer verrast door artikel 17.6.2 Kamerverhuur. De wijk Het Gein was toch vooral voor gezinnen geschikt gemaakt? Kamerverhuur is vooral goed voor pandjes bazen. Woningen worden 3
ook verkocht aan dergelijke personen, die dan netjes melden dat de woning bewoond gaat worden door studenten. Bij navraag bij het vergunningen loket, blijkt dat voor dergelijke woningen geen vergunningen zijn aangevraagd. Dus kan er ook geen bezwaar gemaakt worden door omwonenden. Naast overlast is er vooral een waarde vermindering van de woningen ontstaan. Voorbeeld daarvan is o.a. Louis Armstrongstraat 23. Een WOZ waarde van 204K, maar verkocht voor 150K. Ook deze woning is inmiddels verhuurd en bewoond door studenten. Met alle ongemakken en gevaren van dien (parkeergelegenheid etc.) Een ander voorbeeld van kamerverhuur zonder vergunning is Theo Uden Masman straat 16 . Reclamant wil dit onder de aandacht brengen en alsnog bezwaar tegen aantekenen. Via een andere weg was dit niet mogelijk. 2.4.3.
Beoordeling
Wij willen ook voor jongeren en studenten een passend aanbod kunnen bieden op de woningmarkt. Daarom willen wij kamerverhuur onder voorwaarden in de hele stad mogelijk maken. Het verruimen van de mogelijkheden voor kamerbewoning past bij de ambitie ‘Amersfoort studentenstad’ en voorziet ook in een behoefte bij niet-studerende jongeren. Aan het verhuren van kamers zijn wel voorwaarden verbonden op het gebied van (brand)veiligheid en parkeernormen. Verder is in de meeste gevallen een omgevingsvergunning nodig voor het afwijken van het bestemmingsplan, zoals ook opgenomen in het ontwerpbestemmingsplan Schothorst-Zielhorst. Tegen het verlenen/weigeren van een omgevingsvergunning bestaat de mogelijkheid om bezwaar te maken. Als een woning zonder vergunning is omgezet, terwijl hier wel een vergunning voor nodig zou zijn en u bent het hier niet mee eens, dan kunt u een verzoek om handhaving doen. Dit kunt u schriftelijk doen, gericht aan onze afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving, Postbus 4000, 3800 EA Amersfoort. 2.4.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.5.
Zienswijze van de heer R.C.B.
2.5.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 19 juni 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.5.2.
Samenvatting
De omschrijving van artikel 25.2.2 onder b (Waarde – Archeologie) stelt nu dat wanneer er gebouwd wordt kleiner dan 100 m² en dieper dan 30 cm er geen archeologisch onderzoek hoeft plaats te vinden. Het woord 'en' in dit artikel zou vervangen moeten worden door het woord 'of' zodat de tekst strookt met het landelijk beleid, waarbij verbouwingen kleiner dan 100 m² of niet dieper dan 30 cm zonder archeologisch onderzoek mogelijk worden gemaakt. 2.5.3.
Beoordeling
Om misverstanden te voorkomen worden de regels in de artikelen 24.2.2, 25.2.2, 26.2.2 en 27.2.2 als volgt aangepast: Het bepaalde onder (respectievelijk) 24.2.1 / 25.2.1 / 26.2.1 / 27.2.1 met betrekking tot het overleggen van een archeologisch onderzoeksrapport is niet van toepassing indien de aanvraag betrekking heeft op:
4
a. Vervanging, vernieuwing of verandering van de bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering; b. De oprichting van een bouwwerk waarbij de hiermee samenhangende bodemingrepen niet dieper zijn dan 30 cm; c. De oprichting va een bouwwerken waarbij de hiermee samenhangende bodemingrepen wel dieper zijn dan 30 cm, maar de oppervlakte van deze bodemingrepen niet meer dan 100m2 bedraagt; d. Indien op voorhand is vastgesteld dat het belang van de archeologie niet onevenredig wordt geschaad. 2.5.4.
Conclusie
De zienswijze geeft aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. De artikelen 24.2.2, 25.2.2, 26.2.2 en 27.2.2 worden gewijzigd. 2.6.
Zienswijze van G.J.M. de R.
2.6.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 22 juni 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.6.2.
Samenvatting
In de wijk Zielhorst ligt de Springerstraat. Deze loopt uit via een voetgangersdeel met paaltjes tot aan de kerk de Lichtkring in Kattenbroek. De huizen met nrs. 153 t/m 167 liggen aan een doodlopend stukje van deze straat achter de voornoemde kerk en is vanaf deze kerk met de auto bereikbaar. Reclamant woont in dit doodlopende stukje straat wat destijds later aan de bestaande Springerstraat is ‘gebreid’. Deze keuze levert veel problemen op. Bezorgers van pakketten komen via hun navigatiesysteem vaak binnenrijden in dit doodlopende stuk en moeten dan met een steekwagentje verderop te voet hun bestellingen bezorgen. Anderzijds zijn er mensen die via hun navigatie aan de Zielhorst kant van de Springerstraat binnenkomen, en in feite in het doodlopende deel moeten zijn. Deze situatie zorgt voor groeiende ongewenste taferelen van stokkende auto’s en vrachtwagens aan het einde van het doodlopende gedeelte en het weer achteruitrijden van deze vehikels in een te nauw straatje. Geregeld wordt darbij op particulier terrein gekeerd. Voorstel: Omdat op kortere termijn de boerderij Groot Emiclaer wordt ontwikkeld stelt reclamant voor om het gedeelte Springerstraat 153-167 dezelfde naam te geven als de straat binnen het project Hof Emiclaer. Mogelijk is Hof Emiclaer dan ook de nieuwe naam van dit leuke blokje. 2.6.3.
Beoordeling
In het bestemmingsplan worden bestemmingen van gronden vastgelegd. Straatnamen worden niet in het bestemmingsplan geregeld. De zienswijze is daarom niet relevant voor dit bestemmingsplan. De vraag van reclamant is doorgestuurd naar de straatnamencommissie. Daar zal worden gekeken naar de mogelijkheden voor het wijzigen van de straatnaam. 2.6.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.
5
2.7.
Zienswijze van M. D.
2.7.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 7 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.7.2.
Samenvatting
Reclamanten willen naast de woning (Kameelvlinder 15) graag een open carport plaatsen, maar dit is vanwege de rooilijn in voorliggend bestemmingsplan niet mogelijk. Een carport kan een meter achter de voorkant van het huis geplaatst worden. Technisch gezien is het echter lastig de carport een meter achter de voorkant van het huis te plaatsen. De aanbouw aan de woning heeft en stalen steunconstructie die er voor zorgt dat een carport inrijden, indien deze moet voldoen aan het bestemmingsplan, niet mogelijk is. De Kameelvlinder is een breed uitlopende (doodlopende) straat met aan het eind een hofje. Het huis van reclamant is het laatste huis van de straat, wat maakt dat een carport niet zichtbaar is vanaf het begin van de straat en ook niet vanaf de groenstrook. De overburen hebben op dezelfde wijze een carport aangebracht ( in de tijd dat het nog planologisch gezien mocht). Een eventuele aanpassing van het bestemmingsplan leidt daarmee niet tot een precedent. Naast de technische onmogelijkheden om een carport te plaatsten binnen het voorgestelde bestemmingsplan zou een verschuiving van de rooilijn naar de voorste perceelsgrens ook een positief effect hebben op de veiligheid. Nu kunnen ongewenste personen vanuit de groenstrook ongezien in de tuin komen. Dit wordt voorkomen door het plaatsen van een carport. Kortom onze vraag is of rooilijn verschoven kan worden naar de perceelsgrens aan de voorzijde. 2.7.3.
Beoordeling
Aan de overzijde van het betreffende perceel is reeds een carport gebouwd. Door op het perceel Kameelvlinder 15 een vergelijkbare carport te bouwen ontstaat er (weer) een symmetrische beëindiging van het hofje. Door de ligging op het eind van het straatje is de carport maar beperkt zichtbaar. Het straatbeeld wordt bovendien al in sterke mate bepaald door enkele voor de woning geplaatste bergingen. In deze “atypische” verkaveling is een afwijking van de standaardregeling voor bijbehorende bouwwerken, ten gunste van een maatwerkregeling, stedenbouwkundig aanvaardbaar. Daarom wordt voor dit perceel, in afwijking van de standaard regels, de mogelijkheid opgenomen om een carport te realiseren voor (het verlengde van) de voorgevel. 2.7.4.
Conclusie
De zienswijze geeft aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. Op de verbeelding wordt een deel van de bestemming ‘Tuin’ vervangen door de bestemming ‘Wonen-2’, waardoor de bouw van een carport mogelijk wordt gemaakt. 2.8.
Zienswijze van R.G.J. de R.
2.8.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 6 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.8.2.
Samenvatting
1. Reclamant heeft verzocht om de wijzigingsbevoegdheid uit het oude bestemmingsplan in het nieuwe bestemmingsplan te wijzigen in een direct bouwblok. Dit is in het BGO besproken met als conclusie dat er extra gegevens (geluidsrapport en bomeninventarisatie) moesten worden aangeleverd en er nog enkele vragen moesten worden verduidelijkt. Deze aanvullingen zijn aangeleverd en er mocht op vertrouwd worden dat het verzoek in het ontwerpbestemmingsplan zou worden verwerkt (geen tegenbericht ontvangen). 6
2. Reclamant heeft in de krant moeten lezen dat het ontwerp bestemmingsplan ter inzage ligt. Met verbazing is geconstateerd dat er nog steeds een wijzigingsprocedure nodig is om op het perceel een woning toe te staan, ondanks het verzoek om een bouwblok. 3. Op deze manier is er geen sprake van een directe bouwprocedure van 8 weken, maar is nog steeds een procedure noodzakelijk. Ook zullen voor deze procedure extra kosten van toepassing zijn. Verzocht wordt dan ook alsnog een bouwblok met een direct bouwrecht op het perceel van reclamant (Hamseweg 83) op te nemen. 2.8.3.
Beoordeling
1. Reclamant heeft inderdaad verzocht om in het bestemmingsplan de wijzigingsbevoegdheid om te zetten naar een rechtstreekse bouwmogelijkheid. Hiervoor zijn de benodigde onderzoeken aangeleverd en akkoord bevonden. In de raadsinformatiebrief die over het ontwerpbestemmingsplan aan de raad is verzonden, staat de Hamseweg 83 ook als één van de ontwikkelingen binnen het plangebied genoemd. De wijziging had in het ontwerpbestemmingsplan moeten worden opgenomen. In het bestemmingsplan zal dit alsnog worden opgenomen. 2. Dat het ontwerpbestemmingsplan ter inzage is gelegd, is binnen het plangebied huis aan huis per brief kenbaar gemaakt. In het ontwerpbestemmingsplan zijn inderdaad dezelfde mogelijkheden opgenomen als in het voorgaande bestemmingsplan. 3. Zoals onder punt 1 benoemd, zullen wij de gewenste wijziging alsnog opnemen. 2.8.4.
Conclusie
De zienswijze geeft aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. De toelichting, de regels en de verbeelding zullen zo worden aangepast, dat het bij recht mogelijk wordt om een tweede vrijstaande woning te realiseren op het perceel Hamseweg 83. 2.9.
Zienswijze van J.P. B.
2.9.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 10 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.9.2.
Samenvatting
1. De woning van reclamant is indertijd met een wijziging van het bestemmingsplan gebouwd. Hierdoor kon langs het water worden gebouwd. Wanneer er nu, bij eventuele uitbreidingen 5 meter uit de zijdelingse perceelsgrens gebleven moet worden, dan ontstaat een vreemde situatie. 2. Daarnaast is afgesproken dat de voorgevelrooilijn bij de woning geen uitgangspunt voor bepaling van de rooilijn voorgevel is. Hierbij is afgesproken dat de muur ter plaatse van het voetpad naar de voordeur leidend is (evenwijdig aan de voorgevel.) Deze muur staat in de lijn van de voorgevels van belendende percelen. 3. Voorgesteld wordt dat de brief zoals indertijd door de gemeente is opgesteld, voor zover daar twijfel over bestond, van toepassing blijft op de nieuwe situatie. 2.9.3.
Beoordeling
Het bouwvlak van reclamant wordt in overeenstemming gebracht met de gemaakte afspraken waaraan wordt gerefereerd. De binnenplanse afwijking zoals die voor het zogenaamde ‘etalage project’ is opgenomen, komt daarmee voor dit perceel te vervallen.
7
2.9.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. Op de verbeelding wordt het bouwvlak vergroot zodat het in overeenstemming is met de gemaakte afspraken. 2.10.
Zienswijze van S. van B. en C. van B. –N.
2.10.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 15 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.10.2.
Samenvatting
Sinds een maand wonen reclamanten op het huidige adres (Springerstraat 163, 3822 TB), na jaren woonachtig te zijn geweest aan de Aristotelesstraat. De kinderen van het gezin hebben hierdoor al veel vriendjes in de wijk. Reclamanten hebben kennis genomen van de plannen dat er tussen de Springerstraat (vanaf nr. 153 tot 167) en het JP Oudpad woningen worden gebouwd met een doorgang voor auto’s aan zowel de Laan naar Emiclaer als de Springerstraat. Reclamanten hebben bezwaar tegen de doorgang aan de zijde van de Springerstraat, omdat zij zich zorgen maken over de veiligheid van de kinderen. Er zijn meerdere omwonenden met dit bezwaar. Argumenten zijn o.a.: 1. Meer verkeer door de straat waardoor meer kans op ongelukken; 2. Het ontbreken van stoepen in de Springerstraat waardoor kinderen geen veilige plek hebben om te lopen; 3. Geen tuinhekken waardoor kleine kinderen zo de weg op kunnen rennen; 4. Hoge hagen waardoor het overzicht van kinderen ontbreekt en zij auto’s pas zien ( en andersom dus ook ) als ze op de rijweg zelf staan. Reclamanten gaan er vanuit dat veiligheid bij plannen die gemaakt worden altijd voorop staat en verzoeken serieus rekening te houden met genoemde bezwaren. 2.10.3.
Beoordeling
1. De exacte invulling van het perceel is nog niet bekend, maar door de mogelijkheid voor het realiseren van enkele woningen zal er inderdaad sprake zijn van een toename van het aantal verkeersbewegingen. Het is begrijpelijk dat omwonenden dit als een negatief effect beschouwen. De toename van het aantal verkeersbewegingen zal echter wel ruim binnen de gangbare normen voor dit type weg blijven. De toegang vanaf de Springerstraat dient in beginsel alleen ter ontsluiting van het terrein met daarop de oorspronkelijke boerderij. Voor de nieuwbouw aan de zijde van de JJP Oudstraat wordt een parkeervoorziening gerealiseerd die bereikbaar is vanaf de Emiclaerseweg (de oude ingang). Uitgaande van een viertal woningen die worden ontsloten via de Springerstraat, zal het aantal autobewegingen per dag met ca 20 a 24 toenemen. Daarmee blijft er nog steeds sprake van een (zeer) verkeersluwe woonstraat. 2. De ontwerper van de wijk Kattenbroek heeft het concept ‘Shared Space’ toegepast. Belangrijk uitgangspunt is dat als verkeersruimtes zijn ingericht als verblijfsruimte, ze niet in de eerste plaats geïnterpreteerd zullen worden als verkeersruimte. Daartoe zijn richtinggevende kenmerken als verkeersborden, verkeerslichten en stoepranden zoveel als mogelijk afwezig. De verschillende verkeersdeelnemers maken allemaal gebruik van dezelfde straat en voorschriften over het gebruik van die straat ontbreken. Doordat het gevoel van onveiligheid hierdoor toeneemt voelt de automobilist zich uitgenodigd voorzichtig te rijden. Hierdoor neemt de objectieve veiligheid juist toe. 3. Het bestemmingsplan maakt het plaatsen van erfafscheidingen tot 1 meter hoogte mogelijk. Het staat u vrij om ervoor te kiezen een erfafscheiding te plaatsen. 8
4. Het is juridisch niet mogelijk om eisen te stellen aan de hoogte van hagen, struiken, bomen, etc. Beplanting in eigendom van particulieren hebben wij als gemeente geen invloed op. 2.10.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.11.
Zienswijze van fam. S.
2.11.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 19 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.11.2.
Samenvatting
Springerstraat 167-153, een smal, eenrichtingsverkeer straatje met onoverzichtelijke hagen, parkeerplekken op straat en in de voortuintjes van de bewoners, geparkeerde auto's van buitenstaanders voortdurend de parkeervakken geplaatst. Bovendien: stoepen, voetpaden en tuinhekken ontbreken. Kleine kinderen kunnen zo de weg oplopen, missen overzicht en lopen ernstig risico op verkeersongevallen. Ontsluiting Springerstraat 167-153 levert extra overlast op en is zeer gevaarlijk voor jonge kinderen, voor de (hoog)bejaarden, die er wonen en hun kleinkinderen die op bezoek komen. Ontsluiting Springerstraat levert extra veel overlast op. Er is al sprake van veel geluidshinder, o.a. vanwege de kerk op de hoek, de vele snelle brommers en luidruchtige voetgangers aan de achterzijde (Poortmanpad), en vooral de herrie die de recentelijk aangelegde hang- en speelplekken voor jongeren uit de omringende wijken oplevert. Bebouwing van het betreffende terrein levert naast extra verkeer ook extra bewonersdrukte op in de woonomgeving, en gaat bovendien ten koste van het kostbaar groen (de oude bomen en laan), wat van groot belang is voor welzijn en welbevinden van bewoners (wetenschappelijk aangetoond). Dit draagt bij aan ondergraving van het imago "Amersfoort Groene stad" en ondermijnt ook de lust van de huidige bewoners om te investeren in onderhoud en schoonhouden van hun straatje. Overlast zoals genoemd kan tot gevolg hebben dat de huidige bewoners uit zelfbescherming hoge muren gaan optrekken, ten nadele van de welstand in de wijk, een treurige noodzakelijkheid. Van harte wordt gehoopt dat wordt afgezien van ontsluiting van Springerstraat 167-153, bomenkap en grootschalige bebouwing op het betreffende terrein (voormalige boerderijwoningen Laan naar Emiclaer - Springerstraat). 2.11.3.
Beoordeling
Voor wat betreft de verkeerssituatie wordt verwezen naar de beoordeling van zienswijze 2.10. Bij het opstellen van het stedenbouwkundig plan voor dit initiatief is rekening gehouden met de inpassing van de bestaande bomenlaan. De bouwblokken zijn aan weerszijden van de huidige laanbeplanting gesitueerd, waardoor de bomen behouden kunnen blijven. Van grootschalige bomenkap is dan ook geen sprake. Van grootschalige bebouwing is geen sprake op dit terrein. De nieuwe bebouwing blijft beperkt tot twee bouwblokken waar woningen gerealiseerd mogen worden in maximaal twee bouwlagen met een kap. Daarnaast gaat het bestemmingsplan uit van behoud van de reeds op het perceel aanwezige bebouwing. 2.11.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.
9
2.12.
Zienswijze van H. van H.
2.12.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 14 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.12.2.
Samenvatting
Op 28 november 2014 heeft reclamant gehoord, dat er aan de achterkant van de tuin mag worden uitgebouwd (13m²). Reclamant maakt graag gebruik van de gelegenheid om dat stuk grond te kopen. De vraag is wel of er een garage van gemaakt mag worden. (net als de achterburen) zodat de straat een symmetrisch aanzicht krijgt? Ook wordt afgevraagd of er ook een subsidie/korting gegeven kan worden. Argumenten hiervoor zijn: o De steeg achter het huis wordt weer symmetrisch; o Aanzicht van de straat wordt weer gelijk getrokken; o De plek wordt nu vaak gebruik als afval hoek door andere mensen; o De “dode hoek” in de steeg is nu vies en wordt niet onderhouden; o De buren klagen over de afval die er nu telkens wordt neergezet; o Aangezien het tegen de tuin van reclamant tuin grenst, word reclamant er door de wijk op aangekeken en voelt zich maatschappelijk verantwoord om de hoek schoon te houden. Het belang voor een garage in de uitbouw en het wijkbelang voor het genoemde kan elkaar mooi tegemoet komen in een subsidie of korting. 2.12.3.
Beoordeling
In het ontwerpbestemmingsplan heeft het betreffende stuk grond nog de bestemming ‘Verkeerverblijfsgebied’. Dit is overeenkomstig het nu nog geldende bestemmingsplan “Schothorst-Zielhorst 2005”. Deze grond kwam eerder niet in aanmerking voor verkoop, omdat hier de opstelplaats voor containers was. Nu deze opstelplaats niet meer nodig is, kan het worden verkocht. Om die reden zal dit stuk grond in het bestemmingsplan de bestemming ‘Wonen-1’ krijgen, gelijk aan de bestemming van het perceel van I.K. Brunelerf 2. Met deze bestemming komt het stuk grond in aanmerking voor bebouwing met bijbehorende bouwwerken. Het perceel I.K. Brunelerf 2 zal na de aankoop van de grond in totaal 284 m² groot zijn. Dat betekent dat er met een omgevingsvergunning in totaal maximaal 45,76 m² aan bijhorende bouwwerken op het perceel gebouwd mag worden. Er zijn geen subsidiemogelijkheden/kortingsmogelijkheden voor de aankoop van de grond. 2.12.4.
Conclusie
De zienswijze geeft aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. Op de verbeelding zal het stukje te verkopen grond de bestemming ‘Wonen-1’ krijgen. 2.13.
Zienswijze van dhr. A.M. K.
2.13.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 21 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk.
10
2.13.2.
Samenvatting
Bij Triangelstraat 1 zijn de kadastrale percelen N 2280 en N 2281 groen gekleurd als zijnde structureel groen. Deze beide percelen zijn verkocht aan de aangrenzende bewoners (nrs. 1 en 23). Deze ruimte is bij de woning en patio getrokken en is gedeeltelijk bebouwd en als tuin ingericht. 2.13.3.
Beoordeling
De verkochte percelen hebben in het ontwerpbestemmingsplan inderdaad onterecht de bestemming “Groen” gekregen. De motivatie voor verkoop van de percelen destijds luidde: Eens maakte dit perceel deel uit van een doorlopende groenstrook tussen de Triangelstraat en het Paukenpad. Door de verkoop en bebouwing van het gedeelte naast Triangelstraat 23 is dit perceel geïsoleerd komen te liggen van de rest van de groenstrook. Er is hier dus geen sprake meer van doorlopend structureel groen, maar van een verrommeld perk. Gezien deze motivatie zullen de bedoelde percelen de bestemming ‘Wonen-1’ krijgen, gelijk aan de bestemming van de percelen Triangelstraat 1 en 23. 2.13.4.
Conclusie
De zienswijze geeft aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. Op de verbeelding zullen de betreffende percelen de bestemming ‘Wonen-1’ krijgen. 2.14.
Zienswijze van D. T.
2.14.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 21 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.14.2.
Samenvatting
Reclamanten zijn het niet eens met de bestemming Wonen-3 en de bijbehorende regels die in het ontwerp bestemmingsplan Schothorst-Zielhorst aan hun perceel (Jerolimodreef 4) is toegewezen. Graag de mogelijkheid (via wijzigingsbevoegdheid of een andere passende regel) toevoegen tot splitsing van de kavel, met daarbij de mogelijkheid tot het realiseren van een woning op het afgesplitste deel. Het huis waarin reclamanten wonen is nu de kinderen de deur uit zijn veel te groot: ook onderhoud van het bijna 1.000 m2 grote perceel vraagt steeds meer energie. Om die reden wordt het voor reclamanten tijd om te verhuizen. Omdat dit écht het allermooiste stukje van Amersfoort is, willen ze het allerliefst op deze plek blijven wonen: het is hier mooi, groen, landelijk, veilig en centraal gelegen. Bovendien is het een heel ruim perceel, zodat splitsen geen probleem hoeft te zijn. De buren maken geen bezwaar en splitsing zou een geweldige oplossing zijn! Het huidige huis met de grond daaromheen kan verkocht worden om met de opbrengst de sloop van de huidige bijgebouwen en de bouw van een nieuw huis te kunnen financieren. Dit verzoek meenemen in de voorliggende herziening bespaart de gemeente en de inwoners een langdurige en ingewikkelde procedure met bijbehorende kosten en wordt er een goede ruimtelijke inpassing geborgd. 2.14.3.
Beoordeling
Het splitsen van de kavel is ruimtelijk gezien niet gewenst en wordt dan ook niet mogelijk gemaakt. De woningen aan de Jerolimodreef 1 t/m 4a zijn allemaal vrijstaand op grote percelen. Een karakteristiek stukje van de wijk dat wij niet willen verdichten. Voor een woonwijk vinden wij het ook belangrijk dat er een variatie blijft bestaan in woningtypes en kavelgroottes. Ook om deze reden is splitsing niet mogelijk. Wanneer wij reclamant de mogelijkheid zouden geven om de kavel te splitsen, geldt dat ook voor overige vrijstaande woningen in deze straat. Dit ter voorkoming van 11
precedentwerking. Gelet op de gewenste variatie in de wijk en dit karakteristieke stukje van de wijk, betekent dit een ongewenste verdichting. 2.14.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.15.
Zienswijze van L.J. B.
2.15.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 23 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.15.2.
Samenvatting
1. Anderhalf jaar geleden op naastgelegen perceel (van Emiclaerseweg) komen wonen, juist vanwege de beslotenheid en privacy van de tuin. De overgang van een authentieke boerderij met schuur naar 4 woonhuizen is te groot. 2. Twee-onder-een-kap woningen passen niet in huidige beeld. 3. Vooral bezwaar tegen bijgebouwen (tot 3 meter goothoogte) die buiten bouwvlak gerealiseerd mogen worden, dus direct aan perceelgrens van reclamant. 4. Beeldbepalende bomenrij van hoge eiken dienen opgenomen te worden in bestemmingsplan: geen toestemming om bomen te kappen. Bomenrij is zeer beeldbepalend en van groot belang voor diversiteit aan fauna. 5. Door toegestane hoge kapconstructie met eventueel dakkapellen van de nieuw te bouwen woningen mogelijkheid van inkijk op het perceel van reclamant en daardoor schending van privacy. Opnemen van bepaling ter voorkoming van inkijk op naastgelegen, bestaande percelen. 2.15.3.
Beoordeling
1. In de huidige situatie is er 1 woonhuis en een grote schuur. Het ontwerpbestemmingsplan ‘Schothorst-Zielhorst’ maakt het mogelijk om hier maximaal 4 woningen (inclusief de bestaande woning) te bouwen. Dit is echter alleen mogelijk als de grote schuur wordt gesloopt. Als de huidige bebouwing blijft staan, kunnen er maximaal 2 nieuwe woningen worden gerealiseerd. Bij sloop van de schuur kunnen 3 nieuwe woningen worden gebouwd, en alleen als ook het bestaande woonhuis wordt gesloopt, kunnen 4 nieuwe woningen worden gebouwd. Voor het perceel Emiclaerseweg 13 is het bestemmingsplan ‘Schothorst-Zielhorst 2005’ vernietigd. Dit betekent dat voor dit perceel nog het bestemmingsplan “Amersfoort-Noord, uitwerkingsplan Zielhorst, deelplan K” van toepassing is. De bestaande woning is opgenomen in een bouwvlak voor een vrijstaande woning in 2 lagen. Het perceel rond de woning heeft de bestemming “tuin”. Het zuidelijke deel van het perceel heeft de bestemming woongebied. Dit is het deel waar destijds de stallen stonden. Hier mogen vrijstaande woningen worden gerealiseerd waarbij voldaan dient te worden aan een aantal regels. Op basis van het geldende plan kunnen op dit perceel al een à twee extra woningen worden gebouwd. Op basis van de nu al bestaande planologische mogelijkheden, vinden wij de overgang van de bestaande naar de nieuwe situatie verantwoord. 2. In geval van geschakelde woningen (twee-onder-een-kap) wordt de bebouwing meer geconcentreerd, met grotere aaneengesloten stukken tuin. In bouwvorm en massa wordt overigens bewust afgeweken van de typologie van omliggende villa’s, om hiermee de karakteristiek van het voormalig agrarische perceel in enige mate te laten voortbestaan. 3. In artikel 21.2.2 onder a van de regels van het ontwerpbestemmingsplan ‘Schothorst-Zielhorst’ staat, dat bijbehorende bouwwerken uitsluitend binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd. Het bebouwingsgebied, zoals genoemd in artikel 21.2.2 onder e is niet gelijk aan het bouwvlak. De term ‘bebouwingsgebied’ komt voort uit het Besluit omgevingsrecht, waarin regels zijn 12
opgenomen voor het vergunningsvrij bouwen (zie http://wetten.overheid.nl/BWBR0027464/BijlageII/geldigheidsdatum_04-01-2016). 4. In het bestemmingsplan is de bomenrij bewust buiten het bouwvlak gelaten, juist om deze te beschermen. Voor het kappen van bomen (en overige houtopstanden) is op grond van de APV een kapvergunning (omgevingsvergunning voor de activiteit kappen) nodig. In het bestemmingsplan worden bomen niet aanvullend beschermd. Of de kapvergunning wel of niet verleend kan worden, wordt beoordeeld door de wijkopzichter. Deze kijkt naar de volgende aspecten: a. de natuurwaarde van de houtopstand; b. de landschappelijke waarde van de houtopstand; c. de waarde van de houtopstand voor stads- en dorpsschoon; d. de beeldbepalende waarde van de houtopstand; e. de cultuurhistorische waarde van de houtopstand; f. de waarde van de houtopstand voor de leefbaarheid; g. de boomwaarde van de houtopstand. 5. De afstand tussen het bouwvlak en de perceelsgrens met reclamant bedraagt meer dan 8 meter. De nieuwe woningen inclusief bijbehorende bouwwerken, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gerealiseerd. Daarmee achten wij de privacy voor reclamant voldoende gewaarborgd. 2.15.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.16.
Zienswijze van fam. R. K.
2.16.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is niet binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 28 juli 2015). De zienswijze is daarom niet ontvankelijk. Voor de volledigheid wordt nog wel inhoudelijk gereageerd op deze zienswijze. 2.16.2.
Samenvatting
Ontwikkeling aan Laan naar Emiclaer:. Reclamant betreurt het dat het cultureel-historisch erfgoed niet als zodanig behouden blijft. (Officiële bronnen, brengen deze locatie in verband met de bekende Amersfoorter Johan van Oldenbarnevelt, als eigenaar die zich ter plaatse had willen vestigen na zijn pensionering). 1. De visie van reclamant vanuit de invalshoeken Natuur/Leefbaarheid en Veiligheid: Als boominspecteur regio Amersfoort, verbonden aan de Bomenstichting te Amsterdam, vraagt reclamant aandacht voor het belang van kwaliteitsgroen voor de leefbaarheid van een wijk en stad. Dit draagt vooral bij aan een gezonder en prettiger bestaan van mensen. Gegeven dit belang hoopt reclamant dat groen daadwerkelijk en duurzaam een bouwsteen van het gemeentelijk collegeprogramma blijft. Van harte wordt gehoopt dat het groen op dit terrein, in het bijzonder de karakteristieke bomenlaan in openbaar bezit blijft en dat blijvend wordt toegezien op behoud van vitaliteit van dit kostbaar bezit. 2. Als omwonende in het betreffend gebied wil reclamant bezorgdheid uiten over de verkeersveiligheid in de regio, met name het deel van de Springerstraat, de nummers 153 -167. De jongste vaste bewoner in deze smalle eenrichtingsstraat is 3 jaar oud, en de oudste 91. Stoepen en voetpaden ontbreken in de straat, evenals tuinhekken. Toch is het redelijk veilig voor de bewoners, hun bezoekers en speelkameraadjes. Echter met de voorgenomen ontsluiting van de Springerstraat ter hoogte van voornoemde nummers, lopen vooral de oudste en jongste bewoners en bezoekers risico op gevaarlijke verkeerssituaties. De kleintjes kunnen zo de weg oplopen, missen overzicht (haagjes, uitritten, geparkeerde auto’s, e.d.) en lopen ernstig risico op 13
verkeersongevallen. Reclamant geeft daarom in overweging om een alternatief te bedenken voor de voorgenomen ontsluiting aan de Springerstraat. 3. Tenslotte wordt opgemerkt dat het verzoek van reclamant om in aanmerking te komen voor aankoop van grond, een deel van het terrein (tegenover onze uitrit), nog niet is beantwoord. 2.16.3.
Beoordeling
1. In het stedenbouwkundig plan is nadrukkelijk rekening gehouden met de bestaande beplanting, met name met de waardevolle bomenlaan in het midden van het terrein. Deze bomenlaan blijft ook eigendom van de gemeente, en wordt niet uitgegeven aan particulieren. Hiermee blijven wij regie houden op het behoud van deze bomen. Ook het deel van het perceel met de verkeersbestemming blijft gemeentelijk eigendom. Hier zullen enkele bomen gekapt worden, maar voor het grootste gedeelte zullen ook hier de bomen behouden blijven. 2. Zie de reactie op zienswijze 2.10 3. Het stedenbouwkundig plan is gebaseerd op de ontwikkeling van het gehele terrein (in twee delen: de bestaande bebouwing en de nieuwbouw). Op dit moment is het niet gewenst om een deel van het perceel los te koppelen van de totale ontwikkeling. 2.16.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.17.
Zienswijze van G. en E. van de V-C.
2.17.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 23 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.17.2.
Samenvatting
In het ontwerp bestemmingsplan Schothorst Zielhorst wordt bebouwing mogelijk gemaakt op het perceel gelegen aan de Emiclaerseweg 13. Reclamanten dienen hier hun zienswijze over in. 1. Het betreft een boerderij met erf die er al stond ver voor de huidige bebouwing van dit gebied. De locatie vormt een groene long in de wijk Zielhorst. De oude boerderij ligt verscholen in het groen omzoomd door een vroegere erfbeplanting, zoals dat bij veel boerenerven gebruikelijk was. In de historie van het vroegere Hoogland is deze boerderij een van de laatste restanten van de boerenerven die aan de vroegere Emiclaerseweg lagen. Het is een verbinding tussen historie en de nieuwe tijd in de wijk. 2. Het groene gebiedje is een eldorado voor vele soorten vogels. In het gebied worden 22 verschillende vogelsoorten gespot, waaronder de Grote Bonte Specht, het Goudhaantje, de Staartmees, de Vlaamse Gaai, de Groenling, en de Sijs. 3. Bij de keuze van plek voor een woning heeft de ligging, tegen een groengebied aan, een belangrijke afweging gevormd voor reclamanten. In het toen geldende bestemmingsplan was geen bebouwing naast de oude boerderij zelf gepland. Dit prachtige gebied dreigt nu te worden opgeofferd aan de bouw van 4 woningen, al of niet vrijstaand. Reclamanten pleiten er daarom voor dit groengebied in de huidige staat in stand te houden. 4. Als er al gebouwd gaat worden zou dat naar de mening van reclamanten in bescheidener vorm kunnen. Het aantal van vier woningen op deze bijzondere locatie is te veel. Het heeft de voorkeur de oude boerderij in stand te houden met hoogstens een nieuwe woning op het vroegere erf. Het huidige voorstel van maximaal 4 woningen doet geen recht aan de extensieve bebouwing van de achterliggende nieuwe wijk Zielhorst Park, waar de oude boerderij een onlosmakelijk deel van vormde. Een minder intensieve bebouwing zou daar beter bij passen en bovendien de mogelijkheid bieden een deel van het groen te behouden. 14
5. Tot slot vinden reclamanten de mogelijkheid 2, twee-onder-een-kap woningen te bouwen niet passen in de huidige bebouwing aan de Emiclaerseweg. Als er gebouwd wordt dan vinden zij dat het beter past om hier vrijstaande woningen op royale percelen te bouwen. 2.17.3.
Beoordeling
1. De boerderij is niet aangemerkt als monument, noch als waardevol pand. Ook is het groen rondom het perceel in het nu geldende bestemmingsplan niet bestemd als groen, maar als tuin. 2. De bomen rondom het perceel worden gehandhaafd. 3. Er is in dit geval, planologisch gezien, geen sprake van een ‘groengebied’. Zie voor een meer uitgebreide beschrijving van de huidige bestemming ook de beoordeling op zienswijze 2.15, onder 1. In dit bestemmingsplan waren direct naast het huidige woning inderdaad geen extra woningen toegestaan, maar in het zuidelijke deel van het perceel wel. 4. Het totale perceel heeft een oppervlakte van 3470 m². Bij splitsing in 4 kavels betekent dat een gemiddelde oppervlakte van bijna 870 m². Dit past bij de oppervlakten van de omliggende percelen (gemiddelde oppervlakte van Haussmannstraat 14, 16, 18, 20, 22 en Emiclaerseweg 11 is bijna 735 m²). Om het groen op het perceel te behouden, is het bouwvlak zo getekend dat rondom ruimte open blijft voor het bestaande groen. Bovendien is de oppervlakte per woning beperkt tot 100 m². Dat is aanzienlijk minder dan de ‘footprint’ van de omliggende villa’s. 5. Zie de beoordeling op zienswijze 2.15, onder 2. 2.17.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan. 2.18.
Zienswijze van G. B.
2.18.1.
Ontvankelijkheid
De zienswijze is binnen de termijn binnengekomen (ontvangen 16 juli 2015) en van een ondertekening voorzien. De zienswijze is ontvankelijk. 2.18.2.
Samenvatting
Reclamanten zijn eigenaar en bewoner van perceel Emiclaerseweg 11 te Amersfoort. Volgens het ontwerpbestemmingsplan wijzigt de bestemming van het naastgelegen perceel, Emiclaerseweg 13. De zienswijze heeft betrekking op het vaststellen van de breedte van de groenstrook tussen ons perceel en perceel Emiclaerseweg 13. Reclamanten gunnen de huidige eigenaren van perceel Emiclaerseweg 13 van harte de wijziging van de bestemming zodanig dat zij het perceel naar hun wensen kunnen splitsen. Wat echter opvalt, is dat de breedte van de groenstrook - in afwachting van de uitkomst van een kruinmeting - is gesteld op 9 meter, te rekenen vanaf de grens tussen perceel Emiclaerseweg 11 en perceel Emiclaerseweg 13. In het ontwerpbestemmingsplan is die breedte gesteld op ca. 8 meter. Die verandering vraagt om een verklaring en roept de volgende vragen op: 1. Is bij de vaststelling van de breedte van de groenstrook voldoende aandacht geschonken aan het veiligheidsaspect? Wanneer bij het bouwen de boomwortels worden beschadigd, levert dat gevaar op voor ons en onze woning. 2. Wat is de uitkomst geweest van de kruinmeting? Uit eigen waarneming kan reclamant melden dat de kruinen van de bomen reiken tot voorbij negen meter vanaf de grens tussen perceel Emiclaerseweg 11 en perceel Emiclaerseweg 13. 3. Is de kruinmeting wel correct uitgevoerd? Kunnen de meetresultaten toegezonden worden? 2.18.3.
Beoordeling
1. De breedte van de groenstrook is gebaseerd op het uitgangspunt dat de huidige bomen in deze strook behouden blijven. Het (langdurig) behouden van de bomen is alleen mogelijk, als de 15
wortels niet worden aangetast. Toen ter plaatse is gekeken is een inschatting gemaakt dat een strook van 7 meter voldoende zou kunnen zijn. Dit bleek bij het nameten op de luchtfoto niet voldoende, daarom is een afstand van 8 meter aangehouden. Er mag van uit worden gegaan, dat de breedte van de takken overeenkomt met de breedte van de wortels. 2. Op de onderstaande luchtfoto is de ruimte tussen de perceelsgrens met Emiclaerseweg 11 en het bouwvlak van Emiclaerseweg 13 te zien. Daarin is te zien dat de takken van de bomen die in deze strook staan, de grens van het bouwvlak niet overschrijden.
3. Zie hiervoor. 2.18.4.
Conclusie
De zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het bestemmingsplan.
16
3.
Wijzigingen in het bestemmingsplan 3.1.
Wijzigingen naar aanleiding van zienswijzen
3.1.1.
Toelichting bestemmingsplan
1. Waar in paragraaf 4.4.3 in het ontwerpbestemmingsplan PM staat, wordt een beschrijving van de ontwikkeling aan de Hamseweg 83 opgenomen. 3.1.2.
Regels bestemmingsplan
1. Artikel 19.7.2 wordt geschrapt. 2. De artikelen 24.2.2, 25.2.2, 26.2.2 en 27.2.2 worden gewijzigd in: Het bepaalde onder (respectievelijk) 24.2.1 / 25.2.1 / 26.2.1 / 27.2.1 met betrekking tot het overleggen van een archeologisch onderzoeksrapport is niet van toepassing indien de aanvraag betrekking heeft op: a. Vervanging, vernieuwing of verandering van de bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering; b. De oprichting van een bouwwerk waarbij de hiermee samenhangende bodemingrepen niet dieper zijn dan 30 cm; c. De oprichting va een bouwwerken waarbij de hiermee samenhangende bodemingrepen wel dieper zijn dan 30 cm, maar de oppervlakte van deze bodemingrepen niet meer dan 100m2 bedraagt; Indien op voorhand is vastgesteld dat het belang van de archeologie niet onevenredig wordt geschaad. 3.1.3.
Verbeelding
1. Achter het perceel I.K. Brunelerf 2 wordt een deel dat in het ontwerpbestemmingsplan de bestemming ‘Verkeer-verblijfsgebied’ had gewijzigd in ‘Wonen-1’, in verband met de verkoop van dit stukje grond aan de eigenaren van het perceel I.K. Brunelerf 2.
17
2. De verkochte percelen naast de woningen Triangelstraat 1 en 23 krijgen de bestemming ‘Wonen-1’.
3. Voor het perceel Kameelvlinder 15 wordt de mogelijkheid opgenomen om een carport te realiseren voor (het verlengde van) de voorgevel.
4. De wijzigingsbevoegdheid op het perceel Hamseweg 83 wordt geschrapt. Daarvoor in de plaats wordt een bouwvlak opgenomen die de bouw van 1 extra vrijstaande woning op het perceel mogelijk maakt.
5. De verbeelding voor het perceel Le Corbusierstraat 34 wordt aangepast in de zin dat het bouwvlak wordt aangepast aan de gemaakte afspraken over de uitbreidingsmogelijkheden. De ‘Wetgevingszone – afwijkingsgebied’ vervalt voor dit perceel.
18
6. De bouwhoogtes op het perceel Klaartje Donzepad 59 worden gewijzigd, naar overal 8 meter.
3.2.
Ambtshalve wijzigingen
3.2.1.
Toelichting
In de toelichting wordt ten aanzien van plasbrandaandachtsgebieden het volgende opgenomen: “Rond de spoorlijn Amersfoort - Zwolle en rond de snelweg A1 geldt een plasbrandaandachtsgebied (van 30 meter rondom het spoor / de weg). Aangezien er geen nieuwe ontwikkelingen zijn binnen deze zone levert dit geen belemmeringen op.” 3.2.2.
Regels
1. Aan artikel 17.1 wordt toegevoegd: d. Ter plaatse van de aanduiding ‘gemengd', mede voor maatschappelijke voorzieningen en bedrijfsmatige voorzieningen, mits het geen milieuvergunningplichtige of meldingsplichtige bedrijven in het kader van de Wet milieubeheer betreft, zoals deze luidt op het tijdstip van het verkrijgen van rechtskracht van dit plan, met dien verstande dat in ieder geval zijn toegestaan de activiteiten die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging zijn aangemerkt als categorie A, dan wel daarmee gelijk kunnen worden gesteld voor wat betreft hun ruimtelijke uitwerking voor de omgeving; Het bestaande lid d wordt lid e. 2. Aan artikel 1 worden de volgende begrippen toegevoegd: o Achtererfgebied: erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 meter achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen; o Bebouwingsgebied: achtererfgebied alsmede de grond onder het hoofdgebouw, uitgezonderd de grond onder het oorspronkelijk hoofdgebouw; o Te bebouwen erven: bebouwingsgebied alsmede het daarbuiten gelegen gedeelte van het perceel dat op grond van het bestemmingsplan met bijbehorende bouwwerken mag worden bebouwd; o Hoofdgebouw: gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is; o Oorspronkelijk hoofdgebouw: hoofdgebouw zoals dat ten tijde van de afronding van de bouwwerkzaamheden, overeenkomstig de voor het hoofdgebouw verleende vergunning, is opgeleverd, inclusief bijbehorende bouwwerken die als functioneel onderdeel van het hoofdgebouw op basis van de vergunning tegelijkertijd met het hoofdgebouw zijn 19
o
3.2.3.
meegebouwd, maar exclusief bijbehorende bouwwerken die tegelijkertijd met het hoofdgebouw zijn meegebouwd en geen deel uitmaken van die vergunning; Erf: al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
Verbeelding:
1. Een deel van de bestemming ‘Tuin’ op het perceel Kameelvlinder 16 wordt gewijzigd in ‘Wonen2’, in verband met de aanwezigheid van een carport.
2. De bestemming van de woningen aan de Elkerlijkpad 2 t/m 24 (even) en Mariken van Nimwegenpad 1 t/m 23 (oneven) hadden per abuis de bestemming ‘Wonen’ gekregen. Deze wordt gewijzigd in ‘Wonen-1’.
3. Op het perceel Erasmusstraat 78A wordt de aanduiding ‘Gemengd’ opgenomen.
20
Vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van Amersfoort d.d. ……, nr……..
21
Feitelijke vragen en beantwoording ten behoeve van Het Besluit 12 april 2016 Bestemmingsplan Schothorst/Zielhorst Afdeling: Reg.nr.:
DIR.SO.RO.PJZ
Vragensteller (fractie) A. Janssen (GroenLinks)
nr.
Vraag
Antwoord
1.
Waarom is er zoveel tijd verstreken tussen de RIB en de terinzagelegging?
A. Janssen (GroenLinks)
2.
Hoeveel leges zijn er niet inbaar geweest doordat het bestemmingsplan op 10 mei 2015 verlopen is?
Na het versturen van de RIB bleken er technische problemen te zijn ontstaan met de software om het bestemmingsplan op RO-online te kunnen publiceren. Het heeft even geduurd voor de oplossing er was, maar daarna hebben we het plan gelijk gepubliceerd. Na het verstrijken van de termijn diende zich een aantal projecten aan die meer prioriteit verdiende dan de vaststelling van dit bestemmingsplan. De geldigheid van dit plan kwam hiermee niet in het geding (zie vraag 3) en het geldende bestemmingsplan voldeed nog voldoende om lopende aanvragen af te kunnen doen.
A. Janssen (GroenLinks)
3.
In de startnotitie voor dit plan staat de doelstelling: "Om te komen tot een actueel planologisch-juridisch kader wordt voor de herziening van Schothorst/Zielhorst de bestaande situatie als uitgangspunt genomen. Daarbij is het feitelijke gebruik, de bestaande bebouwing, de geldende rechten en het vastgestelde beleid van belang voor de op te nemen bestemmingen. Aanvullend wordt onderzocht of het voor dit plangebied wenselijk en mogelijk is om het bestemmingsplan globaler en/of flexibeler op te zetten, zodat er meer mogelijkheden ontstaan. Tot slot worden nieuwe ontwikkelingen binnen het plan bestemd, mits deze voldoende
Alle leges van dit plan zijn inbaar tot en met 31 augustus 2016. Voor dit plan geldt de wettelijke verplichting om het 10 jaar na het onherroepelijk worden opnieuw vastgesteld te hebben.
#5223067 V2 - FEITELIJKE VRAGEN GROENLINKS TEN BEHOEVE VAN HET BESLUIT 12 APRIL 2016 BESTEMMINGSPLAN SCHOTHORST/ZIELHORST
zijn afgekaderd." Welke nieuwe ontwikkelingen zijn binnen dit plan bestemd? A. Janssen (GroenLinks)
4.
In hoeverre is dit bestemmingsplan globaler en/of flexibeler?
A. Janssen (GroenLinks)
5.
Welke nieuwe ontwikkelingen zijn binnen dit plan bestemd?
A. Janssen
6.
Welke nieuwe ontwikkelingen binnen dit plan zijn afkomstig uit de inloopbijeenkomsten?
A. Janssen (GroenLinks)
7.
A. Janssen (GroenLinks)
8.
Welke nieuwe ontwikkelingen binnen dit plan zijn afkomstig van de stakeholders met wie gesproken is? (zie blz 8 startnotitie) Hoe verklaart u dat er zoveel zienswijzen aanleiding geven tot wijziging van het bestemmingsplan?
(GroenLinks)
In plaats van de hoogtematen voor woningen expliciet vast te leggen, is gekozen voor de systematiek voor het toelaten van bouwlagen al dan niet voorzien van een kap (globaler). Er is een mogelijkheid opgenomen om garageboxen in te zetten voor kleine bedrijfsactiviteiten (flexibeler). Er is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor kamerbewoning (flexibeler). Voor het overige bleken er geen zaken in het plan die flexibeler dan wel globaler konden zonder de rechtszekerheid aan te tasten. de nieuwe ontwikkelingen aan de Emiclaerseweg 13 (maximaal 4 nieuwe woningen); de Hamseweg 83 (1 nieuwe woning); Laan naar Emiclaer (circa 10 nieuwe woningen en een nieuwe bestemming voor de bestaande boerderij); de nieuwe bestemming van de voormalige NS kaartverkoopruimte bij station Schothorst. De inloopbijeenkomsten hebben niet geleid tot nieuwe ontwikkelingen. De belangstellenden kwamen met name met verbeterpunten en ideeën over de inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte en de verkeersveiligheid. De stakeholders hebben geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om plannen bij ons kenbaar te maken. Zeven van de 18 zienswijzen geven aanleiding tot een geringe aanpassing van het bestemmingsplan. Hier zijn diverse redenen voor. Zo gaat het om wijziging van een aantal groenbestemmingen naar wonen na afronding van een aankoop tijdens de procedure, een verkeerd opgenomen bouwhoogte, het toelaten van een carport, het overnemen
#5223067 V2 - FEITELIJKE VRAGEN GROENLINKS TEN BEHOEVE VAN HET BESLUIT 12 APRIL 2016 BESTEMMINGSPLAN SCHOTHORST/ZIELHORST
A. Janssen (GroenLinks)
9.
In paragraaf 3.1.2.8 van het bestemmingsplan wordt duidelijk dat is uitgegaan van de detailhandelsnota uit 2011. Waarom niet die uit 2015, deze is toch voor het uitkomen van de RIB en de terinzagelegging van dit bestemmingsplan vastgesteld?
A. Janssen (GroenLinks)
10.
In paragraaf 3.2.1.9 van het bestemmingsplan wordt duidelijk dat is uitgegaan van de horecanota 2006-2010. Waarom niet van de horecanota die in 2013 is vastgesteld?
A. Janssen (GroenLinks)
11.
In paragraaf 5.8 van het bestemmingsplan staat een opsomming van zaken die met duurzaamheid te maken hebben. Hoe zijn die geëffectueerd in het bestemmingsplan?
van een suggestie ter verduidelijking van de regels voor archeologie, het vergroten van een bouwvlak naar aanleiding van afspraken uit het verleden, het opnemen van een definitieve bouwmogelijkheid in plaats van de opgenomen wijzigingsbevoegdheid. Voor zowel de detailhandelsnota als de horecanota geldt inderdaad dat er is uitgegaan van oudere versies. Dit had geactualiseerd kunnen worden, maar is abusievelijk niet gedaan. De toelichting van het bestemmingsplan is juridisch niet bindend en het beleid is voor zover het betrekking heeft op het plangebied niet substantieel gewijzigd. Dit maakt dat hier geen nadelige consequenties uit voortvloeien. Ook voor dit gebied is het nu geldende beleid van toepassing. Voor zowel de detailhandelsnota als de horecanota geldt inderdaad dat er is uitgegaan van oudere versies. Dit had geactualiseerd kunnen worden, maar is abusievelijk niet gedaan. De toelichting van het bestemmingsplan is juridisch niet bindend en het beleid is voor zover het betrekking heeft op het plangebied niet substantieel gewijzigd. Dit maakt dat hier geen nadelige consequenties uit voortvloeien. Ook voor dit gebied is het nu geldende beleid van toepassing. Door deze opsomming in de toelichting op te nemen maken we mensen bewust van de mogelijkheden die er zijn op het gebied van duurzaamheid. Ze zijn niet expliciet geëffectueerd in het bestemmingsplan, maar het plan maakt deze zaken ook niet onmogelijk. In het Bouwbesluit zijn minimum eisen voor duurzaamheid opgenomen waar aan voldaan moet worden.
#5223067 V2 - FEITELIJKE VRAGEN GROENLINKS TEN BEHOEVE VAN HET BESLUIT 12 APRIL 2016 BESTEMMINGSPLAN SCHOTHORST/ZIELHORST
#5223067 V2 - FEITELIJKE VRAGEN GROENLINKS TEN BEHOEVE VAN HET BESLUIT 12 APRIL 2016 BESTEMMINGSPLAN SCHOTHORST/ZIELHORST
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder J.C. Buijtelaar
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: : : :
Van Aan
Reg.nr. Datum
: 5207032 : 29 maart 2016
29-03-2016 12-04-2016 12-04-2016
TITEL Voorstel tot wijziging Verordening leges 2016.
BESLISPUNTEN De Verordening leges 2016 te wijzigen en vast te stellen de Verordening leges 2016-1.
AANLEIDING Vanuit diverse vakafdelingen is het verzoek gekomen de verordening leges 2016 aan te passen. Allereerst is er het voorstel om bij aanvragen voor een zogenaamde NOM-renovatie (Nul-Op-de Meter) een vrijstelling op te nemen voor leges voor het bouwen in afwijking van het bestemmingsplan. Tweede wijziging is het specifiek opnemen in de verordening van leges voor tijdelijk gebruik van openbare plaatsen. Derde wijziging is verhoging van het tarief van het rijbewijs met € 0,16 naar het landelijk maximumtarief van € 38,99. Als laatste is het tarief voor het kappen van bomen verwijderd uit de tarieventabel.
BEOOGD EFFECT Het zo veel mogelijk kostendekkend kunnen heffen van leges.
ARGUMENTEN Voor de argumenten en onderbouwing van de leges voor NOM-renovaties (artikel 9 onder g Verordening leges) en tijdelijk gebruik (artikel 3.9.1 tarieventabel) verwijzen wij u naar de bijlagen bij dit voorstel. Voor de leges rijbewijzen (artikel 1.3.1 tarieventabel) geldt vanaf 1 mei 2016 het landelijk maximumtarief. Voor de leges voor kapvergunningen geldt dat raad eind 2013 heeft besloten de kapvergunning niet af te schaffen en niet te werken met een bomenlijst. In het huidige regime van kapvergunningen worden geen leges geheven. Het nog opgenomen tarief is een ‘dode letter’.
KANTTEKENINGEN Geen.
FINANCIËN De vrijstelling voor NOM-renovaties wordt gedekt uit ISVIII. Overige maatregelen zijn al verwerkt in de begroting.
VERVOLG Publicatie op de wettelijk voorgeschreven wijze.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 5207032 pagina 2
BETROKKEN PARTIJEN Burgers en bedrijven van Amersfoort.
Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Bijlagen
-
- de concept ‘Verordening leges 2016-1’ - de tarieventabel behorende bij de concept ‘Verordening leges 2016-1’ - onderbouwing leges tijdelijk gebruik - onderbouwing leges NOM-renovaties
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr .5199359
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 maart 2016, sector DIR/BEL (nr.5199359); b e s l u i t: de Verordening leges 2016 te wijzigen en vast te stellen de Verordening leges 2016-1.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 12 april 2016 de griffier
de voorzitter
Verordening
Reg.nr. 5206666
De raad van de gemeente Amersfoort; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 maart 2016, DIR/BEL (nr. 5207032); gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid aanhef en onder h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, alsmede gelet op de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet; b e s l u i t: de Verordening leges 2016 als volgt te wijzigen:
Verordening leges 2016-1 Artikel 1 Aard van de heffing en belastbaar feit Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor: a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten; b. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel. Artikel 2 Begripsomschrijvingen Deze verordening verstaat onder: a. 'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt; b. 'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen; c. 'maand': het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalendermaand tot de 1e dag in de volgende kalendermaand; d. 'jaar': het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot de 1e dag in het volgende kalenderjaar; e. 'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december. Artikel 3 Belastingplicht Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend. Artikel 4 Tarieven 1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel. 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 5 Wijze van heffing De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Artikel 6 Tijdstip van betaling De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5: a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving; b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving. Artikel 7 Teruggaaf Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling. Artikel 8 Vrijstellingen Leges worden niet geheven voor: a. stukken, in hun persoonlijk belang benodigd door personen die door een verklaring, afgegeven door de burgemeester van hun woon- of verblijfplaats, of op andere wijze van hun onvermogen doen blijken; b. attestaties de vita, strekkende tot betaling van pensioenen opgebouwd in Nederland, de Nederlandse Antillen, Aruba en Suriname, lijfrenten en andere periodieke uitkeringen ten laste van een publiekrechtelijk lichaam; c. vergunningen tot het houden van collecten; d. vergunningen als bedoeld onder 5.13 van de Apv, indien het een spandoek betreft, aangebracht voor een charitatief of daarmee gelijk te stellen doel; e. diensten waarvan de kosten zijn of worden verhaald op grond van afdeling 6.4 van de Wet op de ruimtelijke ordening (wet van 20 oktober 2006, Stb. 2006, 566, met alle nadien vastgestelde wijzingen); f. het in behandeling nemen van een aanvraag voor een aanlegvergunning voor het kappen van bomen in beschermd stadsgebied; g. afwijking van het bestemmingsplan bij gecertificeerde NOM-renovaties, indien het certificaat is afgegeven door een gecertificeerde energielabeladviseur. Artikel 9 Kwijtschelding Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend. Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het redactioneel wijzigen van de verordening en de bijbehorende tarieventabel, alsmede tot het wijzigen van tarieven die voortvloeien uit een hogere regeling. Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders. Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van leges.
Artikel 12 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel 1. De Verordening leges 2016 van 10 november 2015 wordt gewijzigd met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing. 2. Deze verordening treedt in werking op de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing. 3. De datum van ingang van de heffing is 1 mei 2016. 4. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening leges 2016-1".
Vastgesteld in de openbare vergadering van 12 april 2016, de griffier,
PUBLICATIEDATUM:
de voorzitter,
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666
Titel 1 Algemene leges Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk c.q. registratie partnerschap 1.1.1 in het stadhuis op: 1.1.1.1 maandag tussen 16.00 en 17.00 uur, conform art. 4 Wet rechten burgerlijke stand, zonder ceremonie en uitsluitend in aanwezigheid van getuigen 1.1.1.2 maandag op tijden en voorwaarden anders dan genoemd onder 1.1.1.1 1.1.1.3 dinsdag tot en met vrijdag 1.1.1.4 op zaterdag tussen 10.00 en16.00 uur 1.1.1.5 Het tarief bedraagt ter zake van een eenvoudige huwelijksplechtigheid op de daarvoor bestemde tijdstippen 1.1.1.6 Het tarief bedraagt ter zake van een huwelijk c.q. registratie partnerschap of omzetting met plechtigheid op een andere locatie dan in het stadhuis, indien die locatie ingevolge titel 4, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek en het Besluit burgerlijke stand reeds als huis der gemeente is aangewezen 1.1.1.6.1 op werkdagen van 18.00-7.00 uur en op zaterdag, zon- en feestdagen 1.1.1.6.2 op werkdagen tussen 7.00 en 18.00 uur 1.1.1.7 Het tarief bedraagt ter zake van een huwelijk c.q. registratie partnerschap of omzetting met plechtigheid op een andere locatie dan in het stadhuis, indien die locatie nog niet ingevolge titel 4, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek en het Besluit burgerlijke stand voor bepaalde tijd als huis der gemeente is aangewezen 1.1.1.7.1 op werkdagen van 18.00-7.00 uur en op zaterdag, zon- en feestdagen 1.1.1.7.2 op werkdagen tussen 7.00 en 18.00 uur 1.1.2 Het tarief bedraagt ter zake van het standaard omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk 1.1.3 Het tarief voor het gebruik maken van een gemeentelijke bode als getuige bij een huwelijk 1.1.4 Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van: 1.1.4.1 een trouwboekje 1.1.4.2 een trouwboekje luxe 1.1.4.2.1 kalligraferen trouwboekje 1.1.5 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement van een jaar op het verstrekken van lijsten waarop zijn vermeld: 1.1.5.1 Alle op één dag, in één week of in één maand geborenen en overledenen, ondertrouwde en getrouwde paren, voor een periode van een jaar 1.1.6 Het tarief bedraagt ter zake van het op aanvraag doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor elk daaraan besteed kwartier Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart 1.2.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: 1.2.1.1 tot het verstrekken van een nationaal paspoort: 1.2.1.1.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 1.2.1.1.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt 1.2.1.2 tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort): 1.2.1.2.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 1.2.1.2.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt 1.2.1.3 tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): 1.2.1.3.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 1.2.1.3.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt 1.2.1.4 tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen 1.2.1.5 tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart: 1.2.1.5.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 1.2.1.5.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt 1.2.1.6 voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van Hoofdstuk 3 Rijbewijzen 1.3.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs 1.3.2 bij een spoedlevering wordt het tarief onder 1.3.1 verhoogd met 1.3.3 Indien bij het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vernieuwen, omwisselen, wijzigen of vervangen van een in het verleden verstrekt rijbewijs, het rijbewijs niet door de aanvrager wordt ingeleverd, worden de verschuldigde leges als bedoeld onder 1.3.1 verhoogd met
€ € € €
0,00 410,00 410,00 512,50
€
150,00
€ €
512,50 410,00
€ €
615,00 512,50
€ €
50,00 26,00
€ € €
18,00 28,00 12,00
€
300,00
€
26,00
€ €
64,44 51,20
€ €
64,44 51,20
€ € €
64,44 51,20 51,20
€ €
50,40 28,48
€
47,31
€ €
38,99 34,10
€
37,00
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666 Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen 1.4.1 Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. 1.4.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: 1.4.2.1 tot het verstrekken van gegevens aan de balie, per verstrekking 1.4.2.2 tot het verstrekken van gegevens via een overschijving en/of via het e-loket, per verstrekking 1.4.2.3 tot het schriftelijk verstrekken gegevens, per verstrekking 1.4.3 Vervallen 1.4.4 Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier 1.4.5 Voor de aanvraag tot het op geautomatiseerde wijze verkrijgen van een selectie, bestaat het tarief uit: 1.4.5.1 Controleren van de aanvraag 1.4.5.2 Maken van een standaardselectie (1 uur) De onder 1.4.5.1 en 1.4.5.2 genoemde tarieven worden vermeerderd met de daadwerkelijke kosten voor: 1.4.5.3 printkosten, drukwerk en/of verzendkosten, en 1.4.5.4 benadering van de geselecteerde personen door de afd. burgerzaken, per geselecteerde, en 1.4.5.5 de verwerking van het antwoord van de geselecteerde, door de afd. burgerzaken
€ € €
12,80 12,80 13,80
€
26,00
€ €
250,00 104,00
€
9,50
€ € € €
0,24 4,91 24,45 4,91
€ €
1,28 24,94
€
4,91
€ € € €
13,50 13,50 13,50 13,50
€ €
0,20 280,00
€
0,16
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie 1.8.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 1.8.1.1 een kadastraal uittreksel, per inlichting 1.8.1.2 een uittreksel kadastrale kaart, per pagina A3 of A4 formaat 1.8.1.3 een kopie van het WKPB-besluit
€ € €
32,50 32,50 16,50
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken 1.9.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: 1.9.1.1 tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag 1.9.1.2 tot het verkrijgen van een attestatie de vita
€ €
41,35 12,80
1.9.1.3 1.9.1.3.1 1.9.1.3.2 1.9.1.3.3 1.9.1.4 1.9.1.5
€ € € € €
12,80 12,80 13,80 12,80 22,80
Hoofdstuk 5 Kiezersregister 1.5.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer, bedoeld in artikel D4 van de Kieswet Hoofdstuk 6 Wet bescherming persoonsgegevens 1.6.1 Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens: 1.6.1.1 bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: 1.6.1.1.1 ten hoogste 100 pagina's, per pagina met een maximum per bericht van 1.6.1.1.2 meer dan 100 pagina's 1.6.1.1.3 bij verstrekking anders dan op papier 1.6.2 dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking, voor elke daaraan bestede minuut, gedeelten van een minuut voor een geheel berekend tot een maximum van 1.6.4 Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1 en 1.6.2 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. 1.6.5 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens Hoofdstuk 7 Bestuursstukken 1.7.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 1.7.1.1 een afschrift van de gemeentebegroting 1.7.1.2 een afschrift van de begroting van een sector 1.7.1.3 een afschrift van de gemeenterekening 1.7.1.4 een afschrift van de rekening van een sector 1.7.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: 1.7.2.1 tot het verstrekken van: 1.7.2.1.1 een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina 1.7.2.1.2 op de raadsbundel 1.7.3 Het tarief bedraagt ter zake het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 1.7.3.1 Een afschrift van een verordening, per pagina
tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn: aan de balie, per verstrekking via een overschrijving en/of via het e-loket, per verstrekking schriftelijk, per verstrekking tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening tot het verkrijgen van een verklaring van huwelijksbevoegdheid
2
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666 Hoofdstuk 10 Archief Eemland 1.10.1 Het tarief bedraagt ter zake van het op aanvraag doen van nasporingen in de in het archief Eemland berustende stukken, ongeacht het resultaat, voor ieder daaraan besteed kwartier, gedeelten van een kwartier voor een geheel berekend 1.10.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van: 1.10.2.1 een (foto)kopie of print van een in het archief Eemland berustend stuk, op A3 of A4 formaat in zwart/wit 1.10.2.1.1 een (foto)kopie of print van een in het archief Eemland berustend stuk, op A3 of A4 formaat in kleur 1.10.2.1.2 een scan van een microfiche bij zelfbediening 1.10.2.1.3 branden van bestanden op CD-ROM, per cd-rom 1.10.2.1.4 portokosten bij verzending bij standaard poststukken, per poststuk 1.10.2.1.5 bij verzending van afwijkende poststukken gelden de landelijke tarieven 1.10.2.1.6 een gewaarmerkt afschrift uit een in het archief Eemland berustend stuk 1.10.3 Indien aanvragen via de Repro moeten worden uitgevoerd gelden in afwijking van 1.10.2 de volgende tarieven: 1.10.3.1 voor een bouwtekening of bouwdossier: 1.10.3.1.1 in A3 formaat in zwart/wit, per stuk 1.10.3.1.2 in A3 formaat in kleur, per stuk 1.10.3.1.3 in A2 formaat in zwart/wit, per stuk 1.10.3.1.4 in A2 formaat in kleur, per stuk 1.10.3.1.5 in A1 formaat in zwart/wit, per stuk 1.10.3.1.6 in A1 formaat in kleur, per stuk 1.10.3.1.7 in A0 formaat in zwart/wit, per stuk 1.10.3.1.8 in A0 formaat in kleur, per stuk 1.10.3.1.9 een gewaarmerkt afschrift uit een in het archief Eemland berustend stuk 1.10.4 de bedragen genoemd onder 1.10.3 worden verhoogd met administratiekosten: 1.10.4.1 bij een aanvraag met een maximum van vier stuks 1.10.4.2 bij een aanvraag vanaf vijf stuks
€
17,50
€ € € € €
0,30 0,40 0,30 12,50 2,50
€
17,50
€ € € € € € € € €
2,50 6,50 2,60 7,80 3,20 9,70 4,30 13,20 17,50
€ €
5,00 10,00
€
208,00
€ € €
110,00 220,00 50,00
€
850,00
€ €
335,00 530,00
€
99,00
€
177,00
Hoofdstuk 11 Gereserveerd Hoofdstuk 12 Leegstandswet 1.12.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: 1.12.1.1 tot het verkrijgen van een vergunning vor tijdelijke verhuur als bedoeld in de Leegstandswet Hoofdstuk 13 Gereserveerd Hoofdstuk 14 Gereserveerd Hoofdstuk 15 Gereserveerd Hoofdstuk 16 Wet op de kansspelen 1.16.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning voor een periode van vier jaar ingevolge artikel 30b van de Wet op de kansspelen: 1.16.1.1 voor één speelautomaat 1.16.1.2 voor twee speelautomaten 1.16.1.3 voor iedere extra speelautomaat 1.16.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een speelautomatenhalvergunning 1.16.3 Voor de in 1.16.1 en 1.16.2 genoemde legesbedragen wordt in geval van het niet-gebruik maken of in geval van het tussentijds beeindigen van het gebruik van de (aanwezigheids-)vergunning geen restitutie verleend Hoofdstuk 17 Gereserveerd Hoofdstuk 18 Telecommunicatie en overige kabels en leidingen 1.18.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid van de Telecommunicatiewet, dan wel een aanvraag voor een vergunning voor het aanleggen van overige kabels en/of leidingen, voor tracés: 1.18.1.1 tot 20 meter 1.18.1.2 van 20 tot 100 meter 1.18.2 Voor tracés van 100 meter of meer wordt het in 1.18.1.2 genoemde tarief voor elke 100 meter of gedeelte daarvan verhoogd met 1.18.3 Het onder 1.18.1 genoemde tarief wordt voor elke te plaatsen handhole, kast of daarmee gelijk te stellen (ander) distributiepunt verhoogd met 1.18.4 Het onder 1.18.1 genoemde tarief wordt verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld 1.18.4.1 indien onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt; 1.18.4.2 indien, gezien de omvang van de werkzaamheden, wijk- en/of stadsbrede communicatie plaatsvindt. 1.18.5 Indien een begroting als bedoeld in 1.18.4 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
3
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666 Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer 1.19.1 Het tarief bedraagt ter zake van: 1.19.1.1 Gehandicaptenparkeerkaart (GPK): 1.19.1.1.1 aanvraag GPK als bedoeld in art. 26 BABW 1.19.1.1.2 uitgifte GPK 1.19.1.1.3 uitgifte van een duplicaat GPK, als bedoeld in art. 26 BABW, ingeval van vermissing, diefstal of onleesbaar raken 1.19.1.2 Gehandicaptenparkeerplaats (GPP) als bedoeld in art. 26 RVV 1990: 1.19.1.2.1 aanvraag en aanleg nieuwe GPP (inclusief medische keuring indien nodig) 1.19.1.2.2 aanvraag verlenging GPP 1.19.1.2.3 wijzigen kenteken GPP 1.19.1.2.4 verhuizing GPP binnen één jaar na aanleg: 1.19.1.2.5 aanvraag GPP inclusief parkeeronderzoek 1.19.1.3 Overig 1.19.1.3.1 wijzigen kenteken op vergunning 1.19.1.3.2 uitgifte duplicaat parkeervergunning of flexpas ingeval van vermissing of diefstal 1.19.1.3.3 uitgifte (langdurige) ontheffing als bedoeld in RVV 1990, artikel 87 1.19.1.3.4 uitgifte van een hulpmiddel als bedoeld in art. 4, lid 3 van de Verordening ontheffingen kernwinkelgebied 2012 Hoofdstuk 20 Diversen 1.20.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 1.20.1.1 gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina 1.20.1.2 afschriften, scans, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: 1.20.1.2.1 per pagina 1.20.1.3 kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.1.1 en 1.20.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk: voor elke dm² waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk de 100 dm² te boven gaat: 1.20.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens omtrent de bodemkwaliteit van een locatie, voor zover het niet een aanvraag in het kader van een bouwvergunning dan wel een omgevingsvergunning betreft 1.20.3 Het tarief bedraagt voor een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen
4
€ €
23,95 23,95
€
23,95
€ € €
299,00 23,95 59,80
€
478,40
€ € €
3,95 8,75 57,40
€
20,60
€
4,40
€
0,25
€
5,47
€
0,05
€
75,00
€
75,00
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666
Titel 2
Dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijving Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: 2.1.1 Aanlegkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de 2.1.1.1 Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die door een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betreking heeft. Bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de 2.1.1.2 Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die door een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betreking heeft. Onder Wabo wordt verstaan: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 2.1.1.3 2.1.2 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. 2.1.3 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. Hoofdstuk 2 Voorlopig ontwerpplan (vop) 2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 2.2.1 om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is 0,15 % over de bouwkosten, zoals die bij een daadwerkelijke aanvraag zouden zijn vastgesteld, met een minimum van en een maximum van
€ €
220,00 1.500,00
€
220,00
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning 2.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. 2.3.1 2.3.1.1 2.3.1.1.1 2.3.1.1.2 2.3.1.1.3 2.3.1.1.4 2.3.1.1.5 2.3.1.1.6 2.3.2 2.3.2.1
2.3.3 2.3.3.1
Bouwactiviteiten Indien de aanvraag om omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: 2,95% over de bouwkosten tot € 25.000,00, vermeerderd met 2,85% over de bouwkosten van € 25.000 tot € 50.000,00, vermeerderd met 2,75% over de bouwkosten van € 50.000,00 tot € 200.000,00, vermeerderd met 2,70% over de bouwkosten van € 200.000,00 tot € 2.500.000,00, vermeerderd met 2,60% over de bouwkosten van € 2.500.000,00 tot € 10.000.000,00, vermeerderd met 2,30% over de bouwsom vanaf € 10.000.000,00 met een minimum van: Na start bouw of ten behoeve van legalisatie van een bouwwerk ingediende aanvraag Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. Aanlegactiviteiten of veranderen van wegen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
150%
€
220,00
€
220,00
Niet verder in behandeling nemen Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning niet volledig is en niet verder in behandeling wordt genomen, bedraagt het tarief
€
220,00
2.3.3.4 2.3.3.4.1
Vergunningvrij bouwen Indien na het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning of een voorlopig ontwerpplan blijkt dat deze valt binnen de categorie vergunningvrij bouwen, wordt dit schriftelijk bevestigd en bedraagt het tarief
€
220,00
2.3.3.4.2
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de beoordeling of een voorgenomen project vergunningsvrij is en de schriftelijke bevestiging hiervan bedraagt Het tarief als genoemd in 2.3.3.4.2 wordt in mindering gebracht op de leges voor het betreffende project, indien na de beoordeling vergunningsvrij bouwen een definitieve aanvraag omgevingsvergunning wordt ingediend.
€
220,00
2.3.3.2
2.3.3.3 2.3.3.3.1
2.3.3.4.3
5
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666 2.3.4
Planologisch strijdig gebruik waarbij al dan niet sprake is van een bouwactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en al dan niet sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:
2.3.4.1 2.3.4.2
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
€
370,00
2.3.4.2.1 2.3.4.2.2 2.3.4.2.3 2.3.4.2.4 2.3.4.2.5
voor bouwen met een bouwsom van niet meer dan € 50.000 voor bouwen met een bouwsom van meer dan € 50.000, maar niet meer dan € 2.500.000 voor bouwen met een bouwsom van meer dan € 2.500.000 voor het wijzigen van gebruik (m.u.v. gebruik naar wonen) tot 250 m2 bvo voor het wijzigen van gebruik (m.u.v. gebruik naar wonen) van 250 bvo of meer, maar niet meer dan 1.500 m2 bvo voor het wijzigen van gebruik naar wonen, het toevoegen van woning(en) binnen een bestaand pand en/of voor het wijzigen van gebruik boven 1.500 m2 bvo indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
€ € € €
710,00 1.250,00 2.500,00 710,00
€
1.250,00
€ €
5.040,00 1.250,00
€ € €
4.030,00 1.270,00 3.920,00
€ €
3.570,00 3.670,00
€ €
2.420,00 3.670,00
€ €
1.270,00 2.420,00
€ €
1.390,00 1.270,00
€ € €
3.670,00 12.210,00 6.220,00
€
220,00
€ €
185,00 385,00
€
585,00
2.3.4.2.6 2.3.4.4 2.3.5
2.3.5.1 2.3.5.1.1 2.3.5.1.2 2.3.5.1.3 2.3.5.2. 2.3.5.2.1 2.3.5.2.2 2.3.5.2.3 2.3.5.2.4 2.3.5.2.5 2.3.5.2.6 2.3.5.2.7 2.3.5.2.8 2.3.5.2.9 2.3.5.3 2.3.5.3.1 2.3.5.3.2 2.3.5.4 2.3.5.4.1 2.3.5.4.2 2.3.5.4.3
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: Gebouwen of inrichtingen met een woonfunctie Gevangenissen Woningen niet-zelfstandige en niet-zelfredzame bewoners Bejaardenoorden Gebouwen of inrichtingen met een logiesfunctie Hotel met een oppervlakte tot en met 600 m² van meer dan 600 m² Pension/nachtverblijf met een oppervlakte tot en met 600 m² van meer dan 600 m² Dagverblijf met een oppervlakte tot en met 600 m² van meer dan 600 m² Gebouwen of inrichtingen met een onderwijsfunctie Onderwijsinstellingen (leerlingen jonger dan 12 jaar) Kinderdagverblijf en peuterspeelzaal Gezondheidszorg-gebouwen/inrichtingen Klinieken (poli-, psychiatrische.), met nachtverblijf Ziekenhuizen Verpleeghuizen
2.3.6 2.3.6.1
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening van de gemeente Amersfoort aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
2.3.6.2 2.3.6.2.1
voor het wijzigen van een monument: 0,75% van het met inachtneming van het bepaalde onder 2.1.1 vastgestelde bedrag aan bouwkosten en dergelijke, met een minimum van: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening van de gemeente Amersfoort aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:voor het slopen van een bouwwerk in een bescherm stads- of dorpsgezicht:
2.3.6.3
2.3.6.3.1 2.3.6.3.2 2.3.6.3.3
tot en met 25 m3 sloopafval van 26 m3 tot en met 100 m3 sloopafval meer dan 100 m3 sloopafval
2.3.7
Vervallen
2.3.8
Vervallen
2.3.9 2.3.9.1
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1988 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1988 bedraagt het tarief:
€
220,00
2.3.9.2
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitat en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998, bedraagt het tarief:
€
220,00
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:
€
220,00
2.3.10
6
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666
2.3.11
Andere activiteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
2.3.11.1
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.11.2
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
2.3.11.3
2.3.11.4
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
2.3.12
Omgevingsvergunning in twee fasen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.12.1
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
2.3.12.2
2.3.13 2.3.13.1 2.3.13.2
2.3.13.3
Beoordeling bodemrapport Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: ter verkrijging van historische onderzoeksgegevens in het kader van een aanvrage om een omgevingsvergunning ter uitvoering van een onderzoek conform de norm NEN 5740, uitgave 2009 om beoordeling respectievelijk goedkeuring van de onderzoeksopzet conform de norm NEN 5740, uitgave 2009, in het kader van een bouwvergunning € 1,50 per m² bebouwingsoppervlak, tot een maximum van ter verkrijging van een beoordeling respectievelijk goed- of afkeuring van het bodemonderzoeksrapport conform de norm NEN 5740, uitgave 2009, in het kader van een bouwvergunning € 3,00 per m² bebouwingsoppervlak tot een maximum van
2.3.14 2.3.14.1
Advies Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
2.3.14.2
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.14.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
2.3.15 2.3.15.1
Verklaring van geen bedenkingen Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet en/of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
2.3.15.2 2.3.15.3
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld
2.3.15.4
indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
€
220,00
€
220,00
€
220,00
€
250,00
€
500,00
€
680,00
Hoofdstuk 4 Vermindering Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om voorlopig ontwerpplan als 2.4.1 bedoeld in 2.2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het voorlopig ontwerpplan geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning als bedoeld in 2.3. 2.4.2
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op vijf of meer activiteiten waarvoor leges verschuldigd zijn, bestaat aanspraak op vermindering van die leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.13 en 2.3.14 5%
De vermindering bedraagt bij 5 of meer activiteiten
7
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666
Hoofdstuk 5 Teruggaaf 2.5.1 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 2.5.1.1
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.3 en 2.3.9, intrekt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
2.5.1.1.1
indien de aanvraag wordt ingetrokken
75%
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; met dien verstande dat minimaal verschuldigd blijft: 2.5.2
2.5.3 2.5.3.1
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten: als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.3 en 2.3.9 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges met dien verstande dat minimaal verschuldigd blijft: Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten: als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges met dien verstande dat minimaal verschuldigd blijft: Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
€
220,00
50% €
220,00
50% €
220,00
Hoofdstuk 6 Ondergeschikte wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project 2.6.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project (zonder toetsing welstand, constructie en bestemmingsplan):
€
220,00
Hoofdstuk 7 Overig Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van 2.7.1 een vergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk een tarief is opgenomen
€
210,00
Ontheffingen Wet geluidhinder 2.7.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om ontheffing hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder, los van het onder 2.3.1 verschuldigde bedrag: 2.7.2.1 voor een bouwplan verhoogd met per woning of ander geluidsgevoelig object met een maximum van 2.7.2.2 voor reconstructies van wegen verhoogd met met een maximum van
€ € € € € €
2.5.3.2 2.5.4
Geen teruggaaf van leges advies of verklaring van geen bezwaar: Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend.
8
2.675,00 27,00 12.600,00 2.465,00 27,00 4.765,00
TARIEVENTABEL VERORDENING LEGES 2016-1 docs reg.nr. 5206668 Behoort bij verordening leges 2016-1, reg.nr. 5206666
Titel 3 Dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn Hoofdstuk 1 Drank- en Horecawet 3.1.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van: 3.1.1.1 een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, van de Drank- en Horecawet 3.1.1.2 een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoel in artikel 35, eerste lid, van de Drank- en Horecawet 3.1.1.3 een melding als bedoeld in art. 30 van de Drank- en Horecawet welke leidt tot het verstrekken van een gewijzigde vergunning 3.1.1.4 een wijziging van de leidinggevende in de vergunning Drank- en Horecawet, per leidinggevende met een maximum van
€
850,00
€
210,00
€ € €
210,00 210,00 420,00
€ €
425,00 850,00
€
210,00
€
150,00
€ € €
210,00 25,00 75,00
€
75,00
€ €
200,00 500,00
€ € €
850,00 425,00 210,00
€ €
850,00 210,00
Hoofdstuk 5 Brandveiliheid Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning 3.5.1 met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting die niet bedoeld is voor gebruik langer dan 30 dagen, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening
€
210,00
Hoofdstuk 6 Ontheffing stookverbod 3.6.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 5.34 lid 3 van de Apv
€
35,00
Hoofdstuk 7 Overige vergunningen 3.7.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
€
75,00
Hoofdstuk 8 Kinderopvang 3.8.1 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot registratie van 3.8.1.1 gastouderopvang 3.8.1.2 kindcentra
€ €
154,62 515,41
Hoofdstuk 9 Tijdelijk gebruik van een openbare plaats 3.9.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning op grond van artikel 2:10A APV 3.9.1.1 voor gebruik van ten hoogste een week en een gebruiksoppervlakte van maximaal 10 m2 3.9.1.2 overige aanvragen
€ €
50,00 210,00
Hoofdstuk 2 Horeca-exploitatievergunning 3.2.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een horeca-exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene plaatselijke verordening: 3.2.1.1 voor inrichtingen waarvoor tevens ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet vergunning is verleend 3.2.1.2 voor inrichtingen die niet vallen onder de Drank- en Horecawet 3.2.2 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een horeca-exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene plaatselijke verordening, al dan niet in combinatie met een aanvraag voor de uitoefening van een horecabedrijf/slijtersbedrijf als bedoeld in art. 3 van de Drank- en Horecawet, voor een bestaande inrichting, waarbij alleen de leidinggevende wijzigt 3.2.3 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een terrasvergunning als bedoel in art. 2.10 D van de Apv Hoofdstuk 3 Organiseren van evenementen, markten of standplaatsen 3.3.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in hoofdstuk 5 afdeling 4 van de Algemene Plaatselijke Verordening, 3.3.1.1 indien voor onbepaalde tijd, voor zover het niet-gemeentegrond betreft 3.3.1.2 indien incidenteel en ideeel 3.3.1.3 indien incidenteel en promotioneel 3.3.2 Voor een administratieve wijziging van de vergunning als bedoeld onder 3.3.1.1, 3.3.1.3, 3.3.3.1 en 3.3.3.2 bedraagt het tarief 3.3.3 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2.25 van de APV voor een evenement: 3.3.3.1 met een laag risico 3.3.3.2 met een verhoogd of hoog risico Hoofdstuk 4 Prostitutiebedrijven en coffeeshops 3.4.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: 3.4.1.1 het exploiteren van een seksinrichting (art. 3.4 Apv) 3.4.1.2 het exploiteren van een escortbedrijf (art. 3.4 Apv) 3.4.1.3 het wijzigen van de leidinggevende van de seksinrichting of het escortbedrijf (art. 3.15 Apv) 3.4.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor: 3.4.2.1 een gedoogverklaring op grond van het gemeentelijk Coffeeshopbeleid 3.4.2.2 het wijzigen van de leidinggevende van de Coffeeshop, per leidinggevende
Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 12 april 2016 de gemeentesecretaris,
de voorzitter,
PUBLICATIEDATUM
9
Programma: 13
2016-036M (versie 6 april 2016) AANGENOMEN 12 april 2016
Motie Meld je op donorregistratie.nl Amersfoort, 12 april 2016
De raad van de gemeente Amersfoort overwegende dat: a. het Nederlandse systeem van donorschap gebaseerd is op “nee, tenzij...”; b. uit onderzoek (oktober 2015) blijkt dat meer dan de helft (57%) van de Nederlanders van 18 jaar en ouder bereid is na zijn dood organen of weefsel te doneren; c. je op www.donorregistratie.nl je mening ten aanzien donatie aan kunt geven en daarbij vier mogelijkheden hebt: 1. ik ben donor, 2. ik wil geen donor zijn, 3. ik ben donor wat betreft een aantal organen/weefsels en 4. ik laat de beslissing aan mijn naasten; d. slechts van eenderde van de Nederlanders van 18 jaar en ouder bij donorregistratie bekend is wat hun keuze is; e. dat dit gegeven leidt tot zware gesprekken in ziekenhuizen op het moment dat niemand daar behoefte aan heeft en uiteindelijk minder orgaan- en weefseldonaties oplevert dan potentieel mogelijk is; f. op 11 februari 2016 in de Tweede Kamer een debat is gevoerd over een actief donorregistratiesysteem dat uitgaat van “ja, mits.....”; g. uit het debat bleek dat er geen wetswijziging op korte termijn te verwachten valt, terwijl de zorg om het geringe aantal donoren gedeeld wordt; h. tijdens deze beraadslagingen de mogelijkheid werd geopperd om de lokale overheden een rol te geven bij de vraag aan burgers over het doneren van organen;
is van mening dat: i. de lokale overheid hierin inderdaad een taak heeft; j. wij onze inwoners willen betrekken bij de donorproblematiek door actief voorlichting te verstrekken om hun standpunt te melden op www.donorregistratie.nl; verzoekt het college: 1. gedurende een jaar een folderstandaard te plaatsen op de balies van burgerzaken waarin folders over donorschap en donorregistratie een plek krijgen; 2. de raad binnen twee maanden te informeren over de acties die de gemeente gedurende dat jaar verder gaat nemen om bewoners actiever over donorregistratie te informeren; zoals regelmatige aandacht in de Stadsberichten, posters over donorregistratie in de hal van het stadhuis, een informatiestand in het stadhuis tijdens donorweek en bijvoorbeeld een informatiefilm over donorregistratie op het tvscherm in de hal van het stadhuis; 3. na afloop van het jaar de effectiviteit van deze acties te meten in overleg met stichting donorregistratie en het resultaat voor te leggen aan de raad. Hiske Land Fractie GroenLinks
Ad Meijer Fractie SP
Hans van Wegen Fractie BPA
Programma: 6
2016-048M AAGENOMEN 12 april 2016
Motie Da’s logisch hè
Amersfoort, 12 april 2016
De raad van de gemeente Amersfoort overwegende dat: a. Amersfoort zich steeds meer als sportstad wil profileren; b. er hiervoor ook geïnvesteerd wordt in goede sportaccommodaties maar ook in trapveldjes zoals het Cruyff Court; c. deze sportieve inslag nog niet tot uitdrukking is gebracht in de naamgeving van straten in Amersfoort; d. dit een mooie manier zou zijn om de sporthelden uit Nederland te eren. verzoekt het college: in overleg te treden met de straatnamencommissie om te komen tot een set van straatnamen als eerbetoon aan de grote sporthelden van Nederland, zoals Johan Cruijff, Bep van Klaveren, Anton Geesink, Abe Lenstra, Gerrie Knetemann, Marie Vierdag, etc.
Kees Kraanen Fractie VVD
Programma: 4
2016-049M AANGENOMEN 12 april 2016
Motie Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg
Amersfoort, 12 april 2016
De raad van de gemeente Amersfoort overwegende dat: a. de Amersfoortse Courant op 29 maart j.l. meldde dat “..vijf op de zes gemeenten van cliënten een onvoldoende krijgen voor de manier waarop de gemeente hun noodzakelijke hulp en hulpmiddelen biedt. Dat blijkt uit de ervaringen van mensen in de 55 grootste gemeenten van het land, die gemiddeld een 5,1 scoren. Amersfoort krijgt een 4,9.” b. deze berichtgeving werd gebaseerd op een publicatie van Patiëntenfederatie NPCF (in samenwerking met Mezzo, Per Saldo, Zorgbelang Nederland, PCOB en NOOM) over een landelijk initiatief “Mijnkwaliteitvanleven.nl” c. de procedure hierbij is dat zelf aangemelde deelnemers wordt gevraagd twee keer per jaar een online vragenlijst in te vullen over zijn/haar persoonlijke situatie, mogelijkheden en beperkingen, alsmede hoe hij/zij de gezondheid ervaart en de leefomgeving waardeert; d. meedoen aan de gegevensuitvraag mogelijk is indien de invuller van de vragenlijst (1) een chronische ziekte of beperking heeft, (2) merkt dat zijn/haar leven verandert nu hij/zij ouder wordt, (3) als mantelzorger zorgt voor zijn/haar kind, partner, een ander familielid of bekende e. uit de voorlopige uitkomsten van de gegevensverzameling (op basis van 11.689 deelnemers uit geheel Nederland, waarvan 115 in Amersfoort) blijkt (zie bijlage) dat Amersfoort over de gehele linie bovengemiddeld scoort, met uitzondering van het antwoord op de stelling “Ik ben positief over het contact met mijn gemeente als ik hulp(middelen) nodig heb” f. de Amersfoortse Monitor Sociaal Domein 2015 als uitkomst opleverde dat van de 376 bevraagde cliënten bijna tweederde (64%) (zeer) tevreden is over de ondersteuning van het wijkteam en het wijkteam aan anderen zou aanraden als zij vragen of problemen hebben; g. zij vooral tevreden zijn over het prettige contact met de wijkteammedewerker en de uiteindelijk gekozen oplossing voor de zorgvraag; h. men het wijkteam gemiddeld een 7,3 als rapportcijfer geeft; i. veel cliënten over het contact met de medewerker van het wijkteam (zeer) tevreden zijn; verzoekt het college: 1. te onderzoeken waardoor het verschil kan worden verklaard tussen de uitkomsten van het NPCF en die van de Monitor Sociaal Domein 2015, toegespitst op de contacten tussen zorgvragers en gemeente; 2. de raad zo spoedig mogelijk over de uitkomsten van dit onderzoek schriftelijk te informeren; 3. indien en voorzover daartoe aanleiding is: de raad nadere voorstellen te doen over verbetering van de contacten tussen zorgvragers en gemeente.
Louis de la Combé Fractie PvdA
Jacques Happe Fractie D66
Ron van der Spoel fractie CU
Programma: 4
2016-049M AANGENOMEN 12 april 2016
Bijlage: uitkomsten inventarisatie Patiëntenfederatie NPCF Kwaliteit van leven in Nederland (11.689 deelnemers) en Amersfoort (115 deelnemers) Score Score Amersfoort Nederland Dagelijks leven totaal 6,7 6,4 Ik ben positief over mijn leven 72/100 70/100 Ik voel me gelukkig 66/100 63/100 Ik geniet van mijn leven 67/100 64/100 Ik ben tevreden met mijn leven zoals het is 59/100 59/100 Ik vind dat mijn leven zin of richting heeft 66/100 65/100 Ik heb vertrouwen in de toekomst als ik nadenk over mijn leven 69/100 64/100 Gezondheid totaal Ik ben positief over mijn gezondheid Ik voel me lichamelijk gezond Ik voel me psychisch gezond Ik voel me fit genoeg om te doen wat ik wil Ik kan met verandering en tegenslag omgaan Ik leef op een manier die bij mij past
6,5 65/100 55/100 73/100 55/100 71/100 70/100
6,2 63/100 52/100 72/100 54/100 67/100 66/100
Omgeving totaal Ik heb passende hulpmiddelen Ik krijg de hulp die ik wil van mensen uit mijn eigen kring of buurt Ik ben tevreden over mijn buurt/omgeving Ik voel me geaccepteerd in mijn buurt/omgeving Ik voel me veilig in mijn buurt/omgeving
7,0 68/100 69/100 63/100 74/100 78/100
6,7 62/100 64/100 61/100 72/100 76/100
Zorg totaal Ik krijg professionele hulp die bij me past Ik ben positief over het contact met mijn gemeente als ik hulp(middelen) nodig heb Ik ben positief over het contact met mijn zorgverzekeraar als ik hulp(middelen) nodig heb Ik vertrouw erop dat zorg voor iedereen betaalbaar en goed blijft
5,7 65/100 49/100
5,4 58/100 51/100
68/100
63/100
47/100
42/100
Programma: 4
2016-050M VERWORPEN 12-4-2016
Motie Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!
Amersfoort, 12 april 2016
De raad van de gemeente Amersfoort overwegende dat: a. de Monitor Sociaal Domein van november 2015 melding maakt van het feit dat 35% van alle aanvragen in het Sociaal Domein wordt terugverwezen naar de zelfredzaamheid; b. deze Monitor tevens aangeeft dat 40% van de cliënten ontevreden is over urenkortingen, de helft van cliënten die Huishoudelijke Hulp ontvangt laat weten zich soms wel en soms niet te redden en 4 op de 10 niet weet waar ze terecht kunnen als ze extra hulp willen aanvragen; c. Amersfoort in het o.a. door de NPCF uitgevoerde onderzoek "Mijn Kwaliteit Van Leven" (maart 2016) een 4,9 scoort waar de 55 grootste gemeenten gemiddeld een 5,1 scoren; d. de NPCF noch andere bij dit onderzoek betrokken organisaties ook maar enige intentie hebben de Amersfoortse PvdA-wethouder in het bijzonder dwars te zitten; e. in de rondebehandelingen van de Monitor Sociaal Domein 2015 naar voren kwam dat het waarderingscijfer veeleer betrekking heeft op de persoon van de hulpverlener dan op de gemeente; f. cliënten zich in een afhankelijke relatie weten t.o.v. de gemeente en dat die afhankelijkheid minder aan de orde is in hun relatie met de NPCF; g. de uitkomsten van het onderzoek "Mijn Kwaliteit Van Leven" (maart 2016) in het licht van de resultaten van de Monitor Sociaal Domein van november 2015 goed te verklaren zijn; h. bagatelliseren niet helpt; zorg wel; verzoekt het college: 1. de uitkomsten van het onderzoek "Mijn Kwaliteit Van Leven" van maart 2016 als een serieus signaal op te vatten; 2. te inventariseren welke achterliggende oorzaken hebben geleid tot het cijfer 4,9. 3. binnen een maand aan de raad schriftelijk aan te geven op welke wijze de oorzaken, die tot deze 4,9 geleid hebben, worden weggenomen.
Ad Meijer Fractie SP
Programma: 4
2016-051M AANGENOMEN 12-04-2016
MOTIE: Dataveiligheid is onze Zorg Amersfoort, 12 april 2016
De Raad van Amersfoort, Overwegende dat: a. De gemeente persoonsgegevens gedeeld heeft met niet daartoe bevoegde persoon / personen. b. De gemeente deze fout gemeld heeft bij Autoriteit Persoonsgegevens (voorheen College Bescherming Persoonsgegevens). c. De omvang en aard op dit moment niet duidelijk zijn en onderzocht worden door Autoriteit Persoonsgegevens. d. De gedupeerden momenteel niet geïnformeerd zijn. e. De gemeente een boete riskeert die kan oplopen tot 820.000,- euro. Draagt het College op om: Deze ernstige situatie spoedig en adequaat op te lossen door: 1. De uitkomsten van het onderzoek door Autoriteit Persoonsgegevens direct te delen met de Raad. 2. Daarnaast de Raad te informeren wat de reden is om de gedupeerden niet te informeren, het betreft uiterst gevoelige data. 3. De Raad te informeren wat de reden is om geen beveiligde mail te gebruiken in de keten rondom privacy gevoelige data. 4. De Raad te informeren welke procesverbeteringen aangebracht worden om dergelijke missers te voorkomen. 5. Direct te starten om als gemeente gecertificeerd te geraken op gebied van data veiligheid (ISO27001) en de Raad hierover periodiek te informeren.
Ben van Koningsveld CDA
Conceptbesluitenlijst Het Besluit Datum:
12 april 2016
van
Raadzaal
(1.02)
aantal bezoekers:
21.27
tot 22.45
Reg.nr.:
5224002
uur
45
Aanwezig zijn Voorzitter raad Griffier Leden raad
Wethouders Afwezig (mk)
drs. L.M.M. Bolsius (burgemeester) drs. M. Bongers (waarnemend) Aghina (CDA), Ballast-Tatarian (CDA), Bijlholt (D66), Van Bruggen (PvdA), De la Combé (PvdA), Van Daalen (SP), Dassen (D66), Dijksterhuis (CU), El-Messaoudi (PvdA), Flikkema (VVD), Van Hamersveld (D66), Happe (D66), Huijdts (D66), Hunink (CU), Janssen (GL), Jongerman (SP), Kennedy-Doornbos (CU), Keskin (PvdA), Van de Kolk (CU), Van Koningsveld (CDA), Kraanen (VVD), Land (GL), Meijer (SP), Molenkamp SP), Mulder (Actief), Paffen-Zeenni (CDA), Pijper (D66), Prins (GL), Sanders (D66), Smulders (PvdA), Sondorp (D66), Van der Spoel (CU), Steenbeek-Los (Actief), Stoelinga (Amersfoort2014), Voogt (VVD), Van Wegen (BPA) Buijtelaar, Houwing, Imming, Kemmerling, Tigelaar Blaauw (D66), Noortman-Nieuwendijk (CDA), Van Wijngaarden (VVD)
Besluitvorming Titel
1. Vaststelling agenda
Besluit Toezeggingen Stemming
Titel Besluit
Verzoek van SP, Amersfoort2014 en CDA om vanavond een interpellatie te houden over ‘Verzending van privacygevoelige informatie’ is verworpen met 15 stemmen voor en 21 tegen. voor: CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 tegen: D66, ChristenUnie, PvdA, VVD De interpellatie wordt op 19 april 2016 gehouden. Ordevoorstel om motie 2016-051M van CDA aan de agenda toe te voegen is zonder hoofdelijke stemming aangenomen, PvdA en VVD worden geacht tegen te hebben gestemd. Reg.nr. 2. Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering 5179627 Utrecht (AVU) 2017 geen zienswijzen in te dienen tegen de Concept programma en product begroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017.
Toezeggingen Stemming Titel
Besluit
Raadsvoorstel is zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Reg.nr. 3. (Her)benoeming lid Raad van Toezicht van de stichting 5199114 Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort (stembriefje) 1. de heer M.A.T.A. de Pinth uit Rosmalen met ingang van 1 augustus 2016 te herbenoemen tot lid van de Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort; 2. de heer M. Heller uit De Meern per 1 april 2016 te benoemen tot lid van de onder 1 genoemde Raad van Toezicht.
Toezeggingen Stemming Titel Besluit
De heren De Pinth en Heller zijn benoemd. 4. Bestemmingsplan Schothorst/Zielhorst 1. de zienswijzennota Schothorst Zielhorst vast te stellen;
#5224002 v1 - BESLUITENLIJST HET BESLUIT 12 APRIL 2016
Reg.nr.
5199359
Besluit (vervolg)
2. in het ontwerpbestemmingsplan Schothorst Zielhorst de wijzigingen aan te brengen zoals deze zijn opgenomen in hoofdstuk 3 van de zienswijzennota Schothorst Zielhorst; 3. het bestemmingsplan Schothorst Zielhorst (met identificatienummer NL.IMRO.0307.BP00100-0301, getekend op de ondergrond met de bestandsnaam ‘Grootschalige basiskaart’) digitaal en analoog gewijzigd vast te stellen; 4. voor het plangebied geen exploitatieplan als bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening vast te stellen.
Toezeggingen Stemming Titel
Raadsvoorstel is zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 5. Wijziging legesverordening 2016
Reg.nr.
5207032 de Verordening leges 2016 te wijzigen en vast te stellen de Verordening leges 2016-1.
Besluit Toezeggingen Stemming Titel
Raadsvoorstel is zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 6. Motie 2016-036M (GroenLinks, SP, BPA) Meld je op donorregistratie.nl
Besluit Toezeggingen Stemming
Titel
Motie 2016-036M (GroenLinks, SP, BPA) is aangenomen met 32 stemmen voor en 4 stemmen tegen. voor: D66 (Bijlholt, Dassen, Van Hamersveld, Happe, Huijdts, Pijper, Sondorp), ChristenUnie, PvdA, CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 tegen: D66 (Sanders), VVD Mevrouw Sanders laat aantekenen per abuis tegen te hebben gestemd. 7. Motie 2016-048M (VVD) Da’s logisch hè
Besluit Toezeggingen Stemming
Titel
Motie 2016-048M (VVD) is aangenomen met 32 stemmen voor en 4 stemmen tegen. voor: D66, ChristenUnie, PvdA, VVD, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 tegen: CDA 8. Motie 2016-049M (PvdA, ChristenUnie, D66) Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg
Besluit Toezeggingen Stemming
Titel
Motie 2019-049M (PvdA, ChristenUnie, D66) is aangenomen met 32 stemmen voor en 4 stemmen tegen. voor: D66, ChristenUnie, PvdA, CDA, VVD, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 tegen: SP 9. Motie 2016-050M (SP) Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!
Besluit Toezeggingen Stemming
Titel
Motie 2016-050M (SP) is verworpen met 16 stemmen voor en 20 stemmen tegen. voor: D66 (Sanders), CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 tegen: D66 (Bijlholt, Dassen, Van Hamersveld, Happe, Huijdts, Pijper, Sondorp), ChristenUnie, PvdA, VVD Mevrouw Sanders laat aantekenen per abuis voor te hebben gestemd. 10. Motie 2016-051M (CDA) Dataveiligheid is onze Zorg
Besluit Toezeggingen Stemming
Motie 2015-051M (CDA) is aangenomen met 33 stemmen voor en 3 stemmen tegen. voor: D66, ChristenUnie, PvdA, CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 tegen: VVD
#5224002 v1 - BESLUITENLIJST HET BESLUIT 12 APRIL 2016
Verslag raadsvergadering Het Besluit
12 april 2016 om 21.27 uur (nr. 5226750)
1
12 april 2016 pag.
Agenda 1.
Vaststelling agenda
3
Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017
6
Besluiten zonder debat 2.
5179627
4.
5199359
Bestemmingsplan Schothorst Zielhorst
6
5.
5207032
Wijziging Legesverordening 2016
6
6.
Motie 2016-036M: Meld je op Donorregistratie
7
7.
Motie 2016-048M: Da's logisch hè
9
8.
Motie 2016-049M: Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg
9.
Motie 2016-050M: Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!13
10.
Motie 2016-051M: Dataveiligheid is onze zorg
13
(Her)benoeming lid Raad van Toezicht van de stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort
15
Moties
10
Besluit zonder debat 3.
5199114
2
NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE RAAD DER GEMEENTE AMERSFOORT, GEHOUDEN OP DINSDAG 12 APRIL 2016 OM 20.45 UUR Voorzitter: drs. L.M.M. Bolsius Wnd. griffier: drs. M. Bongers Voorts zijn aanwezig: de leden: S.J.L. Aghina, mevrouw M. Ballast-Tatarian, T.L.W. Bijlholt, mevrouw ir. S. van Bruggen, drs. L. de la Combé, S.J. van Daalen, ir. W.H. Dassen, mr. R.K. Dijksterhuis, Y. El-Messaoudi, ir. M.B. Flikkema, T.J.T. van Hamersveld, J.F.P.M. Happe, drs. L.A.M.G. Huijdts, G.H. Hunink, mevrouw ir. A.P.A.M. Janssen, mevrouw M.J. Jongerman, H. Keskin, mevrouw drs. S.J. KennedyDoornbos, mevrouw F. van de Kolk, drs. B. van Koningsveld, C.W. Kraanen, mevrouw A.H. Land, A.M. Meijer, drs. R.W. Molenkamp, R. Mulder, mevrouw ir. M. Paffen-Zeenni, ir. H. Pijper, dr. F.J. Prins, mevrouw drs. N.P.C. Sanders, R.A.P. Smulders, mevrouw M.N.E. Sondorp, drs. P.L.R. van der Spoel, mevrouw D.S.C. Steenbeek-Los, B.H.A. Stoelinga, mr. J.F.H. Voogt en ing. J.J.W. van Wegen de wethouders: J.C. Buijtelaar, mevrouw A. Houwing, mevrouw F.G. Imming, mevrouw Y.C. Kemmerling en drs. M. Tigelaar Afwezig zijn: de leden: ir. E.R. Blaauw, mevrouw A.E.M. Noortman-Nieuwendijk en mevrouw drs. D. van Wijngaarden de griffier: mevrouw W.M. van der Vlies De VOORZITTER opent de vergadering en heet allen welkom. De ontvangen berichten van verhindering worden gemeld. Tot leden van het stembureau zijn benoemd mevrouw Jongerman, de heer Kraanen en de heer Pijper. 1.
Vaststellen agenda De VOORZITTER: - Er is een interpellatieverzoek ingediend door SP, Amersfoort2014 en CDA. De heer MEIJER (SP): - Het is de vraag wat het effect van de Actualiteitenraad is geweest op de behoefte van de interpellatie. De fracties van SP, Amersfoort2014, CDA en GroenLinks zien het verloop van de Actualiteitenraad als extra motivatie om de interpellatie doorgang te laten vinden. Deze fracties denken wel dat de totale behandeling korter kan zijn dankzij de Actualiteitenraad, omdat helder is wat de informatiebehoefte is en waar nog informatie moet worden geleverd om het vervolgtraject al dan niet in te kunnen. De heer KRAANEN (VVD): - Volgens de wethouder moet een aantal feiten nog worden onderzocht. De heer Meijer wil zijn vragen herhalen. Heeft daaraan geen behoefte. - VVD was in eerste instantie voor de interpellatie, maar het heeft geen nut om de Actualiteitenraad hier te herhalen. De heer MEIJER (SP): - Gaat niet de vragen van de Actualiteitenraad overdoen, maar concentreert zich op een aantal restelementen. De heer STOELINGA (Amersfoort2014): - Zelfs de informatie die vandaag is ontvangen, is mede aanleiding om 3
de interpellatie door te zetten, omdat deze informatie ook vragen oproept. Wil deze vragen vandaag stellen. De heer VAN KONINGSVELD (CDA): - Wil de Actualiteitenraad niet herhalen. Het betoog van wethouder Imming geeft losse eindjes waarop wel antwoord kan worden gegeven. Dit is het ideale moment om daarover vragen te stellen. De heer EL-MESSAOUDI (PvdA): - Heeft geen bezwaar tegen een interpellatie, maar wil deze niet vandaag. De wethouder kan de losse eindjes op dit moment niet aan elkaar knopen vanwege ontbrekende feiten. Daarnaast ligt er nog een motie van het CDA die moet worden afgewacht. Wil eerst alle feiten afwachten en daarna bekijken of een interpellatie dan nog wenselijk is. De heer VAN WEGEN (BPA): - Steunt het interpellatieverzoek. Er zijn losse eindjes, maar er is een tijdslijn van de afgelopen tien weken. Is dramatisch geschrokken. Wat heeft het stadhuis de afgelopen tien weken gedaan? Wil daarover extra vragen stellen. De heer HUIJDTS (D66): - Is voor de interpellatie, maar niet op dit moment, omdat de feiten van de wethouder op dit moment niet kunnen worden aangevuld. De heer MULDER (Actief): - Is voorstander van deze interpellatie. De Actualiteitenraad heeft veel informatie gegeven, maar ook nieuwe vragen opgeroepen. Heeft geen problemen als de interpellatie niet vanavond wordt gehouden, maar wel als wordt gewacht tot alle feiten duidelijk zijn. Wil dat de interpellatie uiterlijk binnen veertien dagen wordt gehouden. De heer DIJKSTERHUIS (ChristenUnie): - Sluit zich in grote lijnen aan bij het betoog van de heer Huijdts. Alle feiten die bekend zijn, zijn gedeeld. Een interpellatie heeft op dit moment geen zin. Gaat er vanuit dat de wethouder het door haar toegezegde onderzoek zal starten en voldoende informatie zal geven om de discussie voort te zetten. Wellicht kan motie 2016-051M: "Dataveiligheid is onze zorg" daaraan nog iets toevoegen. De heer PRINS (GroenLinks): - Kan zich niet vinden in de redenering dat een interpellatie niets zal toevoegen. Vraagt met klem de interpellatie toe te staan. De VOORZITTER: - Wil het interpellatieverzoek in stemming brengen, zodat de scenario's duidelijk zijn. - Er zijn twee mogelijkheden: de interpellatie wordt vanavond gehouden; de interpellatie wordt uitgesteld en wordt - in het eerstvolgende Besluit (over vier weken) gehouden; - eerder gehouden in een extra Besluit. De heer MEIJER (SP): - Naar het oordeel van een substantieel aantal gemeenteraadsleden zijn ook vanavond aanvullende vragen te stellen, waarop aanvullende informatie noodzakelijk is. 4
-
-
De wethouder heeft geen termijn genoemd voor het van betekenis zijnde feitenrelaas. De eerstvolgende gemeenteraadsvergadering is over lange tijd, terwijl er wel publicaties zijn geweest aangaande 1900 cliënten. Er is grote onrust. Deze mensen moeten maximaal en zo goed mogelijk worden geïnformeerd. Een extra Besluit kan worden overwogen, maar dan moet nu duidelijk zijn wanneer deze is. De coalitiefracties doen zichzelf te kort als ze deze interpellatie blokkeren. Het is in feite: "tijd kopen" en "informatie nu achterwege laten". Het zal de souplesse van het proces bevorderen als de interpellatie wordt toegelaten.
De heer KRAANEN (VVD): - Vindt het kwalijk dat de heer Meijer dit politiek gaat maken door te zeggen dat de coalitie op deze manier tijd wil kopen en tijd wil rekken. - VVD is en was voor deze interpellatie, maar wil nu wachten op antwoorden op de gestelde vragen. De heer EL-MESSAOUDI (PvdA): - Een interpellatie is een zwaar politiek instrument. Bij voorgaande interpellaties lagen alle feiten op tafel. - Hier zijn nog veel losse eindjes. Heeft geen bezwaar tegen een interpellatie op basis van feiten en niet op basis van suggestieve opvattingen. De heer STOELINGA (Amersfoort2014): - De stad blijft nu met nog meer vragen achter na het betoog van wethouder Imming. Doet een beroep op de raad om de interpellatie toe te staan. Op dit moment moet een aantal vragen worden beantwoord. De heer VAN KONINGSVELD (CDA): - Een interpellatie is een zwaar middel. Wat is gebeurd is ook een zwaar gegeven. - Het eerstvolgende Besluit (10 mei a.s.) ligt erg ver weg. Als de interpellatie wordt uitgesteld, zou op 19 april a.s. een extra Besluit moeten worden belegd. De heer KRAANEN (VVD): - Kan de wethouder op 19 april a.s. met antwoorden komen? Mevrouw HOUWING (wethouder): - Is bereid om 19 april a.s. zoveel mogelijk antwoorden te geven op de gestelde vragen en zal aangeven waar dat niet mogelijk is. Zal de komende week zo goed mogelijk gebruiken om zoveel mogelijk informatie te vergaren om daarover het interpellatiedebat te kunnen voeren. De VOORZITTER: - Brengt het interpellatieverzoek in stemming. Voor het interpellatieverzoek stemmen de leden van de fracties van CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA en Amersfoort2014. Tegen het interpellatieverzoek stemmen de leden van de fracties van D66, ChristenUnie, PvdA en VVD. Het interpellatieverzoek wordt verworpen met 15 stemmen voor en 21 stemmen tegen. De VOORZITTER: 5
-
Het college is bereid op 19 april a.s. zoveel mogelijk het feitenrelaas beschikbaar te hebben. In overleg met het presidium moet worden gekeken naar de agendering.
De heer MEIJER (SP): - Exact dezelfde interpellatie staat in beginsel dan op de agenda. De VOORZITTER: - Bevestigt dit. Er is brede steun om op 19 april a.s. een interpellatie te houden waarvoor aanvullende vragen kunnen worden ingediend. - Motie 2016-051M: "Dataveiligheid is onze zorg" is te laat aangeleverd, maar is wel actueel. De heer KRAANEN (VVD), de heer EL-MESSAOUDI (PvdA): - Willen de motie na de interpellatie behandelen. De heer HUIJDTS (D66): - De motie kan vanavond worden behandeld. De VOORZITTER: - Stelt vast dat er een meerderheid is voor behandeling van de motie in deze vergadering. De agenda wordt hiermee gewijzigd vastgesteld. 1a.
Interpellatieverzoek SP, Amersfoort2014 en CDA: Verzending van privacygevoelige informatie Dit agendapunt is verdaagd.
2.
Conceptprogramma en productbegroting Afval Verwijdering Utrecht (AVU) 2017 (5179627) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel.
4.
Bestemmingsplan Schothorst Zielhorst (5199359) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel.
5.
Wijziging Legesverordening 2016 (5207032) De heer VOOGT (VVD): - Er is geen Bomenlijst meer. Er is nog wel een ontheffing van kapverbod. Er is ook een procedure tijdelijk verblijf geïntroduceerd waarbij allerlei praktische gedachten een rol spelen. Opvallend is dat een tarief wordt gehanteerd dat bijna driemaal zo hoog is als voorheen. - In een Rondetafelgesprek kunnen deze punten worden meegenomen. - Stemt voor het voorstel. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besluit de raad conform het voorstel.
6
6.
Motie 2016-036M: Meld je op Donorregistratie Mevrouw LAND (GroenLinks): - Negen van de tien mensen wil in aanmerking komen voor een donororgaan terwijl maar drie van de tien zich heeft gemeld op Donorregistratie. Mensen denken niet graag na over hun dood en zijn voldoende mens om aan struisvogelpolitiek te doen en de beslissing bij hun naasten neerleggen. - Donorregistratie betekent niet: "ja, ik wil donor zijn". Bij Donorregistratie geeft men aan: "ja, nee ik wil geen donor zijn, ik wil voor een deel donor zijn of ik laat de beslissing aan nabestaanden over". Het gaat niet over overtuigen, discussie of meningen. - Het gaat over informatie verschaffen. De VVD-minister achtervolgt achttienjarigen al jaren met dezelfde vraag. De overheid is er voor het algemeen belang, waarbinnen de motie valt. - Wil het gevraagde na een jaar evalueren. - Dient, mede namens SP en BPA, motie 2016-036M: "Meld je op Donorregistratie" in. De heer TIGELAAR (wethouder): - De gemeente richt zich alleen op haar eigen producten en niet op een eventuele folder die verkrijgbaar is. Dat neemt niet weg dat mensen deze folders kunnen meenemen. - Het college ziet wel mogelijkheden om punt 2 van de motie uit te voeren, maar zal daarbij de eigen rol van de gemeente tegenover de rol van de landelijke overheid benadrukken. - Zou punt 3 van de motie willen uitvoeren, maar moet daarover met de stichting Donorregistratie in contact treden. Hij kan zich voorstellen dat niet alle gegevens kunnen worden verstrekt in het kader van privacy. De heer HAPPE (D66): - Zoals in het AD van een aantal weken geleden stond was D66 niet voor de oorspronkelijke motie. - D66 is voorstander van Donorregistratie, waarvoor het D66 Tweede Kamerlid, mevrouw Dijkstra, zich hard maakt. Heeft gekeken wat de mogelijkheden zijn om de motie wel acceptabel te maken. - Wil dat de landelijke politiek akkoord gaat met het voorstel van Dijkstra. Tot die tijd kan D66 zich goed vinden in de voorliggende motie. De heer HUNINK (ChristenUnie): - ChristenUnie is voorstander van het huidige registratiesysteem met vier keuzes. - Het aantal registraties blijft enorm achter. Het is niet voldoende dat achttienjarigen een folder krijgen. Vindt het prima om dat op lokaal niveau te versterken. Vindt dit een goed voorstel om te kijken of het rappel kan worden vergroot. Wil voorkomen dat allerlei folders aan de balie worden verstrekt, omdat dit geen taak is van de gemeente. - Het zou mooi zijn als de hele gemeenteraad hierin een keuze durft te maken. De heer MULDER (Actief): - Had bezwaar tegen de oorspronkelijke motie. - Begrijpt de bezwaren tegen wat er mogelijk nog meer kan worden verspreid aan folders. 7
-
-
Irene Moors gaat persoonlijk een brief over orgaandonatie bezorgen bij achttienjarigen. Dat zal meer invloed hebben dan een folder op de balie van de gemeente. Heeft geen bezwaar tegen de motie.
De heer VOOGT (VVD): - De motie is inmiddels behoorlijk afgezwakt. - Landelijk blijkt dat de bereidheid om als donor beschikbaar te zijn veel sociaal wenselijke antwoorden oplevert. De registratie daarentegen valt tegen. De urgentie is hoog. Politiek is er nog veel geharrewar op landelijk niveau. Er zijn verschillende donorsystemen. - De overheid moet zich beperken tot haar eigen taken. Het is prima als er aandacht aan wordt besteed via Stadsberichten. Wil geen discussies aan het loket. - Stemt tegen de motie. De heer VAN WEGEN (BPA): - De motie had verder mogen gaan. - Het is de rol van de overheid om te informeren. Is geen tegenstander van actief uitdelen. Stelt voor ook nieuwe informatie in een blanco enveloppe met de op dat moment interessante folders en actuele onderwerpen. Mevrouw VAN BRUGGEN (PvdA): - Is blij met de aangepaste motie. Had problemen met het feit dat ambtenaren er een taak bij zouden krijgen, waarvoor zij niet zijn aangesteld. De overheid heeft een taak om te laten zien dat landelijke oproepen worden gesteund. Er zijn nog meer initiatieven die de gemeente zou kunnen uitdragen. Stemt voor de motie. Mevrouw PAFFEN-ZEENNI (CDA): - Had moeite met de oorspronkelijke motie. Kan leven met deze oplossing. Stemt voor de motie. Mevrouw LAND (GroenLinks): - Vindt het opmerkelijk dat wordt gezegd dat de gemeente alleen in eigen producten doet. Bestrijdt dat dit een loos gebaar is. Heeft als uitdaging: Kom met een beter plan! - Het college wordt gevraagd om met concrete uitwerkingsvoorstellen te komen. Dit is het begin. Is benieuwd naar het collegevoorstel. De VOORZITTER: - Gaat over tot de stemming. Motie 2016-036M, ingediend door GroenLinks, SP, BPA: Meld je op Donorregistratie Voor de motie stemmen de leden van de fracties van ChristenUnie, PvdA, CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014, de heer Bijlholt (D66), de heer Dassen (D66), de heer Van Hamersveld (D66), de heer Happe (D66), de heer Huijdts (D66), de heer Pijper (D66) en mevrouw Sondorp (D66). Tegen de motie stemmen de leden van de fractie van VVD en mevrouw Sanders (D66). Motie 2016-036M wordt aangenomen met 32 stemmen voor en 4 stemmen tegen. Mevrouw Sanders geeft aan foutief te hebben gestemd en wordt geacht te hebben voorgestemd. 8
De voorzitter geeft het voorzitterschap over aan mevrouw Kennedy-Doornbos. 7.
Motie 2016-048M: Da's logisch hè De heer KRAANEN (VVD): - Werd getriggerd door het tragische overlijden van Johan Cruijff bij het tot stand brengen van deze motie, maar kreeg uit zijn fractie al snel opmerkingen over de hyperigheid rondom dit overlijden. Er zijn meer sporthelden die vernoeming verdienen in de vorm van een boulevard, straat of plein. Werd via de mail benaderd door Amersfoorters die het voorstel in de media hadden gelezen en spontaan namen van Amersfoortse sporthelden aandroegen, als Jan Zwartkruis, Henk Wery, Klaas Boot, Fenny Heemskerk en dr. Wim Mosterd. Stelt voor dat het college aan de slag gaat en een brede mix van sporters te bedenken die het waard zijn om voor vernoeming in aanmerking te komen. - Dient motie 2016-048M: "Da's logisch hè" in. De heer BOLSIUS (burgemeester): - Is bereid het verzoek van de motie neer te leggen bij de Straatnamencommissie. De toelichting is niet hetzelfde als het dictum. Vat de motie zo op dat bij de Straatnamencommissie het verzoek wordt neergelegd of er een sportdorpachtige setting kan zijn, waarbij sporthelden kunnen worden vernoemd. De heer VAN HAMERSVELD (D66): - Werd enige weken geleden beticht van het zoeken naar publiciteit door een motie om een naam aan een zwembad toe te kennen. De heer Kraanen doet hetzelfde. - Vindt het een fantastisch idee om in Amersfoort de sport in de zon te zetten door middel van straatnamen. - Stemt voor de motie. De heer AGHINA (CDA): - Is prettig geprikkeld door dit idee. Gaat met de gedachte mee, maar ondersteunt de uitwerking niet. Er zijn meer helden en heldinnen dan sporthelden en –heldinnen. Is het niet iets van de stad samen om de namen te bedenken van een plek waar je gaat wonen? - Wil de wethouder vragen of met de Straatnamencommissie kan worden onderzocht of toekomstige bewoners kunnen bijdragen aan het bedenken van straatnamen? - Stemt tegen de motie. De heer STOELINGA (Amersfoort2014): - Vindt het een goed idee. Vraagt de indiener en de burgemeester het accent te leggen op lokale en niet op landelijke sporthelden. Denkt daarbij ook aan Dick Vervloet en Bennie Marcus. De heer KRAANEN (VVD): - De motie heeft zich in de loop van de weken gevormd. Vandaar dat het woordje "brede" erbij is gekomen. Mevrouw STEENBEEK-LOS (Actief): - Begrijpt dat de motie breder wordt getrokken. Denkt vooral aan Amersfoortse sporthelden. Mist grote namen en de vrouwen. - Stemt voor de motie. De heer VAN DAALEN (SP): 9
-
Is voor sporten in de wijk. Dit is een hele bijzondere manier om dat voor elkaar te krijgen. Kan niet tegen dit idee zijn, maar wil graag de lokale sporthelden erbij betrekken.
De heer DIJKSTERHUIS (ChristenUnie): - Is niet voor menselijke helden. Het nadeel van sporthelden is dat ze nogal eens van hun voetstuk vallen door bijvoorbeeld het gebruik van doping. Topsporters zouden een voorbeeldfunctie moeten hebben. - Vindt het prima als dit idee wordt voorgelegd aan de Straatnamencommissie. De heer VAN WEGEN (BPA): - Wijst erop dat Gerrie Knetemann doping gebruikte en Johan Cruijff rookte, in het kader van de opmerking over voorbeeldfuncties. - Wil de Straatnamencommissie meegeven dat het niet de bedoeling is dat mensen bij leven worden vernoemd. De heer KESKIN (PvdA): - Vindt het een leuke motie. Stemt voor. De VOORZITTER: - Gaat over tot de stemming. Motie 2016-048M, ingediend door VVD: Da's logisch hè De heer AGHINA (CDA): - Vindt de motie sympathiek, maar vindt het een taak van de Straatnamencommissie. Stemt tegen. Voor de motie stemmen de leden van de fracties van D66, ChristenUnie, PvdA, VVD, SP, GroenLinks, Actief, BPA en Amersfoort2014. Tegen de motie stemmen de leden van de fractie van CDA. Motie 2016-048M wordt aangenomen met 32 stemmen voor en 4 stemmen tegen. De voorzitter geeft het voorzitterschap over aan burgemeester Bolsius. 8.
Motie 2016-049M: Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg De heer DE LA COMBÉ (PvdA): - De raad krijgt veel informatie aangereikt over de Zorg en probeert een beeld te krijgen van wat er gebeurt en wat het effect daarvan is. Is verbaasd over het aantal elkaar tegensprekende berichten en de kwaliteit van de berichtgeving. - De gemeente heeft een goede monitor vormgegeven, waarvoor 376 Amersfoorters zijn bevraagd. Tegelijkertijd is een ander onderzoek gepubliceerd op basis van 115 deelnemers dat tot afwijkende uitkomsten komt. Hoe kan het dat vanuit twee verschillende onderzoeken niet gelijkluidende informatie komt? Vraagt het college te onderzoeken waardoor het verschil kan worden verklaard tussen het NPCFonderzoek en de monitor Sociaal Domein, toegespitst op de contacten tussen zorgvragers en de gemeente. Vraagt het college de raad zo spoedig mogelijk te informeren over de resultaten van dit onderzoek en als het onderzoek hiertoe aanleiding geeft tot nadere voorstellen voor verbetering van de contactlegging te komen. - Dient, mede namens D66 en ChristenUnie, motie 2016-049M: "Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg" in. 10
Mevrouw IMMING (wethouder): - Aan het onderzoek van NPCF hebben 115 Amersfoorters meegedaan. De gemeente weet niet wie dit zijn. Heeft het NPCF gevraagd de gemeente in contact te brengen met de deelnemers aan dit onderzoek, om met hen te kunnen spreken over het verbeteren van het contact tussen cliënten en de gemeente en om dit te koppelen aan de monitor Sociaal Domein. De heer MEIJER (SP): - De motie lijkt sympathiek maar is dat niet. - De fractievoorzitter van de PvdA is een traditioneel man. Zodra iemand enige inhoudelijke en materiële kritiek heeft op de PvdAwethouder, komt daar de grote sneeuwruimer die de stoep schoonveegt. Verwijst naar diverse agenderingen over mensen die ervaring hebben in het Sociaal Domein. De heer De la Combé stelt dan: "onvoldoende voorbeelden", "niet relevant". Als aan de orde wordt gesteld dat de ondersteuningsformulieren bij de overgang in de huishoudelijke hulp niet kloppen, zegt de heer De la Combé: "De SP verzint maar wat". - De Patiëntenfederatie probeert gemeenten te ondersteunen met een onderzoek naar de gaten en waar wellicht extra zorg kan worden geboden. Ze bieden zelfs een toolkit aan. Uit hun onderzoek komt de indruk naar voren dat er kennelijk te weinig goed gevoel is over de communicatie met de gemeente. Dan suggereert de heer De la Combé dat het onderzoek niet representatief is en dat de monitor Sociaal Domein op veel gedegener feiten is gebaseerd. - In Amsterdam hebben ongeveer driehonderd mensen meegedaan, net als in Rotterdam. In die context bezien is 115 best een behoorlijk aantal. Het gaat om mensen die zijn gelieerd aan die organisaties die met de Patiëntenfederatie dit hele project hebben opgezet. - In plaats van dat de sociaal democratische PvdA deze gelegenheid aangrijpt om iets te doen aan het probleem dat cliënten de communicatie met de gemeente blijkbaar onvoldoende vinden, moet een heel ingewikkeld verhaal worden opgezet waaruit gaat blijken dat die monitor uiteindelijk betere informatie geeft. Maar die monitor geeft ook aan dat 35% van alle hulpvragen wordt terugverwezen naar de zelfredzaamheid. In bijlage 4, paragraaf 6.3. staat: dat de helft van de cliënten zich soms wel en soms niet kan redden. In dezelfde paragraaf staat dat vier op de tien niet weet waar ze terecht kunnen als ze extra hulp willen aanvragen. Veertig procent van de cliënten is ontevreden over de korting op uren huishoudelijke hulp. Dan is het niet vreemd als gericht wordt gezocht bij een gericht publiek dat de uitkomst is zoals de Patiëntenfederatie die heeft aangedragen. Dat moet serieus worden genomen en er moet niet worden verwezen naar het waarderingscijfer bij de monitor Sociaal Domein dat hoger is. Bij de behandeling van die monitor is duidelijk naar voren gekomen dat dat waarderingscijfer vooral een behoordeling is van de directe hulpverlener en niet van het totale gemeentelijk beleid. De klachten moeten serieus worden genomen. - Stemt tegen de motie die uitsluitend tot doel heeft de problemen onder het tapijt te vegen en niet om de problemen op te lossen. De heer VAN KONINGSVELD (CDA): - De heer De la Combé sprak enig eufemistisch over de monitor. Is de monitor wel zo goed of bevat deze veel sociaal wenselijke antwoorden? Wie stelt de vraag en hoe gaat dat? Stemt voor de motie die 11
-
scherper had gekund. Stemt ook voor motie 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!".
De heer VOOGT (VVD): - Het is goed om specifiek te kijken waar de verschillen in zitten, wat interessante informatie kan opleveren. Er komt een analyse. Wil geen kostbaar onderzoek. Met een aantal gegevens kan dit vrij snel op tafel worden gebracht. Stemt voor de motie. - Stemt tegen motie 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!". De heer MULDER (Actief): - Stemt voor de moties 2016-049M: "Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg" en 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!". - Natuurlijk zijn er verschillen tussen de verschillende onderzoeken. Dit is een marginale benadering. Maakt zich serieus zorgen over de gevolgen van de bezuinigingen, de transitie en de transformaties. Deze worden vanaf de zomer zichtbaar en kunnen niet in de monitor of het onderzoek van NPCF worden gevangen. Ondertussen moet de vinger aan de pols worden gehouden. De heer PRINS (GroenLinks): - Hoe komt het dat de metingen verschillen? Het is de vraag of het antwoord kan worden verkregen door de respondenten te benaderen. Wellicht moet ook worden gekeken hoe de vragen zijn gesteld. De heer STOELINGA (Amersfoort2014): - Het had de heer Meijer en De la Combé gesierd als zij samen een motie hadden gemaakt. Is het met beide moties eens. De twee onderzoeken moeten serieus worden genomen. Het moet goed worden onderzocht. De heer VAN WEGEN (BPA): - Stemt voor de moties 2016-049M: "Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg" en 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!". - Wil voorkomen dat het college tevreden achterover gaat hangen. De cijfers zijn wellicht vergelijkbaar met de rest van Nederland, maar in de rest van Nederland is het ook niet goed geregeld op het gebied van thuiszorg, de WMO en andere zaken. Een mooi voorbeeld hiervan is het keukentafelgesprek. De heer HAPPE (D66): - Stemt voor motie 2016-049M: "Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg" en tegen motie 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!". Mevrouw IMMING (wethouder): - Motie 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!": Het onderzoek van de NPCF is niet van de gemeente. Weet niet wie de deelnemers waren en kent de context van de vragenlijst niet. Wil daar navraag naar doen om in contact te kunnen komen met de mensen die met het onderzoek hebben meegedaan om te kunnen vragen waar het ongemak of de onvrede zitten over de communicatie. - Neemt dit altijd serieus. Heeft met de raad gesproken over hoe de ei12
-
gen monitor zo goed mogelijk kan worden vormgegeven. Neemt de suggesties vanuit de raad hiervoor over. Heeft de toolkit van de NPCF nog niet kunnen vinden.
De heer PRINS (GroenLinks): - Stemt voor motie 2016-050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!". De heer DE LA COMBÉ (PvdA): - Heeft nooit geloofd in parallelle werkelijkheden, maar concludeert na het betoog van de heer Meijer dat zoiets wel bestaat. - Betreurt het dat de heer Meijer geen contact heeft gezocht om de motie samen vorm te geven. De heer MEIJER (SP): - Zelden heeft iemand zo voortreffelijk aangetoond dat wat hij heeft gezegd klopt. Geeft die boodschap ook mee aan andere coalitiefracties die helaas hebben verzuimd aan te geven waarom ze motie 2016050M: "Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!" niet steunen. De VOORZITTER: - Gaat over tot de stemming. Motie 2016-049M, ingediend door PvdA, D66, ChristenUnie: Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg Voor de motie stemmen de leden van de fracties van D66, ChristenUnie, PvdA, CDA, VVD, GroenLinks, Actief, BPA en Amersfoort2014. Tegen de motie stemmen de leden van de fractie van SP. Motie 2016-049M wordt aangenomen met 32 stemmen voor en 4 stemmen tegen. 9.
Motie 2016-050M: Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren! De VOORZITTER: - Gaat over tot de stemming. Motie 2016-050M, ingediend door SP: Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren! Voor de motie stemmen de leden van de fracties van CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA, Amersfoort2014 en mevrouw Sanders (D66). Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van ChristenUnie, PvdA, VVD, de heer Bijlholt (D66), de heer Dassen (D66), de heer Van Hamersveld (D66), de heer Happe (D66), de heer Huijdts (D66), de heer Pijper (D66) en mevrouw Sondorp (D66). Motie 2016-050M wordt verworpen met 16 stemmen voor en 20 stemmen tegen. Mevrouw Sanders geeft aan foutief te hebben gestemd en wordt geacht te hebben tegengestemd.
10.
Motie 2016-051M: Dataveiligheid is onze Zorg De heer VAN KONINGSVELD (CDA): - Dient motie 2016-051M: "Dataveiligheid is onze Zorg" in. Mevrouw IMMING (wethouder): - Heeft contact met de Autoriteit Persoonsgegevens om hen om advies 13
te vragen. Zij zoeken zelf nog naar wat hun rol daarin is. Ze moeten op basis van nieuwe wetgeving en weinig precedent kijken wat zij voor de gemeente kunnen betekenen. Zij zijn niet degenen die het onderzoek doen. Er is een intern traject uitgezet om de feiten boven tafel te krijgen. De geest van de motie is helder. Is bezig om, op basis van het dictum, helderheid te geven. De heer MEIJER (SP): - Het is van groot belang dat de motie wordt aangenomen. Er is nog veel aanvullende informatie nodig, vandaar de interpellatie op 19 april a.s. De heer VOOGT (VVD): - Er is ontzaglijk veel gesproken over wat er is gebeurd en dan is er nog een soort hyperigheid om deze motie in te dienen om een extra verklaring te krijgen dat er iets gebeurt. De inhoud van de motie is terecht, maar het gaat te ver om nu al een dergelijke motie aan te nemen. Wil afwachten tot er meer bekend is. Stemt tegen de motie. De heer EL-MESSAOUDI (PvdA): - Had liever eerst de interpellatie gehad. Steunt de motie, gezien de woorden van de wethouder. De heer VAN WEGEN (BPA): - Stemt voor de motie. Het moet worden vastgelegd. Er komt onder andere weer € 820.000,00 bij. De stad mag weten wat hier aan de hand is. De heer STOELINGA (Amersfoort2014): - Stemt voor de motie. Hier moet snel wat aan worden gedaan. De heer PRINS (GroenLinks): - Stemt voor de motie. De onderste steen moet zo snel mogelijk boven komen. De heer HAPPE (D66): - Stemt voor de motie. Vindt het belangrijk dat de gemeente aan de normering voldoet. De heer DIJKSTERHUIS (ChristenUnie): - Hoopt over veel heldere informatie te kunnen beschikken. Stemt voor de motie. De heer MULDER (Actief): - Stemt voor de motie. De zaak is dusdanig ernstig dat een extra uitspraak mag worden gedaan. De heer VAN KONINGSVELD (CDA): - Neemt afstand van "hyperigheid". De interpellatie is weggestemd. De Actualiteitenraad zou slechts een kwartier duren. Is blij met de brede steun. De VOORZITTER: - Gaat over tot de stemming. Motie 2016-051M, ingediend door CDA: Dataveiligheid is onze Zorg Voor de motie stemmen de leden van de fracties van D66, ChristenUnie, PvdA, CDA, SP, GroenLinks, Actief, BPA en Amersfoort2014. Tegen de motie 14
stemmen de leden van de fractie van VVD. Motie 2016-051M wordt aangenomen met 33 stemmen voor en 3 stemmen tegen. Schorsing van 22.37 uur tot 22.41 uur. 3.
(Her)benoeming lid Raad van Toezicht van de Stichting Meerkring Openbaar Primair Onderwijs Amersfoort (5199114) De VOORZITTER: - Het aantal aanwezige stemgerechtigde raadsleden is 36. - De heer De Pinth wordt benoemd met 35 stemmen voor en 1 stem van onwaarde. - De heer Heller wordt benoemd met 35 stemmen voor en 1 stem van onwaarde.
De VOORZITTER sluit de vergadering (22.45 uur) en dankt de aanwezigen voor hun inbreng. Vastgesteld door de raad der gemeente Amersfoort in de openbare vergadering van d.d. *** de griffier,
de voorzitter,
15
Conceptverslag Het Besluit 12 april 2016
De Ronde Datum: Aanvang:
dinsdag 12 april 2016 19:00
De Ronde: Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst Voorbereiding besluit
Conceptverslag Het Besluit 12 april 2016
De Ronde: Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst Voorbereiding besluit Inhoud agendapunt Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst (pdf) Raadsvoorstel Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst (pdf) Bijlage - Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst bestand te groot voor inclusie Agenda De Ronde 25 augustus 2015 Bijlage - *Feitelijke vragen inclusief beantwoording n.a.v. De Ronde 12 april 2016 Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst (pdf) Concept besluitenlijst De Ronde 12-4-2016 Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst (pdf) audioverslag
Agendapunt De Ronde Titel Datum Van Portefeuillehouder Programma Soort bijeenkomst Reden van aanbieding
Inhoud
Van de raadsleden wordt gevraagd
Vervolg
Advies presidium Bijbehorende documenten
Achtergronddocumenten
Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst 22 maart 2016 College van B&W Ambtelijk contact Buijtelaar
Reg.nr.
5213097
Van der Stelt (033-469 4437)
9. Mobiliteit Voorbereiding besluit Bij de evaluatie en herijking van VERDER heeft de raad aangegeven te willen laten onderzoeken hoe budgetten optimaal kunnen worden ingezet voor de verbetering van de bereikbaarheid van Vathorst. Met het bereikbaarheidsonderzoek Vathorst is in beeld gebracht hoe Vathorst, ook in de toekomst, aantrekkelijk en bereikbaar gehouden kan worden voor inwoners en ondernemers. Voor het bereikbaarheidsonderzoek van Vathorst heeft de volgende vraagstelling centraal gestaan: 'Op welke manier kan de bereikbaarheid van de wijk Vathorst in brede zin worden gewaarborgd voor de lange termijn.' Van september 2015 tot februari 2016 is gewerkt aan het ontwikkelen van een maatregelenpakket om de bereikbaarheid van Vathorst en Hooglanderveen te verbeteren. Op grond van het bereikbaarheidsonderzoek is het noodzakelijk de maatregel ‘Ontsluiten Vathorst-West op de A1’ door te laten gaan. Ook zonder de ontwikkeling van Vathorst West is de ontsluitingsweg nodig om Vathorst bereikbaar te houden. De maatregel ‘Aansluiten Heideweg op Rondweg Oost’ komt te vervallen, en wordt geruild met een aantal nieuwe maatregelen. Door de voorgestelde maatregelen uit te voeren, samen met de eerder geplande maatregelen uit de evaluatie en herijking van het VERDER pakket, wordt ervoor een samenhangend geheel gezorgd dat er op gericht is om Vathorst op lange termijn bereikbaar te houden. Niet alleen met fysieke maatregelen, maar ook door inzet op veiligheid en gedragsbeïnvloeding. Zijn mening te geven over het voorliggende raadsvoorstel en zich voor te bereiden op besluitvorming over: 1. aanleg ontsluiting Vathorst West op de A1 bij Amersfoort / Bunschoten; 2. aansluiting van de Danzigtunnel op de Hanzeboulevard; 3. verbeteren doorstroming Bergenboulevard door aanleg van een fietstunnel onder Rotonde 2; 4. inzet op veiligheid in de projecten Vrouwenpolder, CaraïbenHeideweg en Rotonde 6; 5. gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg; En voorts vast te stellen: 6. de maatregel Snelfietsroute Amersfoort Centrum – Nijkerk; 7. de maatregel P+R terrein bij station Amersfoort-Vathorst. Na besluitvorming in de raad en onder voorbehoud van goedkeuring door het UVVB is er een nieuw vastgesteld VERDER-pakket voor de verbetering van de bereikbaarheid van Vathorst. De projecten worden vervolgens op projectniveau uitgewerkt. In deze De Ronde wordt gestart met een 1-minuutronde. Raadsvoorstel Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst De Ronde 25 augustus 2015 Evaluatie en herijking VERDER
#5213097 v1 - AGENDAPUNT DR 12-04-2016 BEREIKBAARHEIDSONDERZOEK VATHORST
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder J.C. Buijtelaar
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: 22-03-2016 : 12-04-2016 : :
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 5173002 : 22 maart 2016 :
TITEL Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst
BESLISPUNTEN In te stemmen met de maatregelen uit het bereikbaarheidsonderzoek Vathorst: 1. aanleg ontsluiting Vathorst West op de A1 bij Amersfoort / Bunschoten; 2. aansluiting van de Danzigtunnel op de Hanzeboulevard; 3. verbeteren doorstroming Bergenboulevard door aanleg van een fietstunnel onder Rotonde 2; 4. inzet op veiligheid in de projecten Vrouwenpolder, Caraïben-Heideweg en Rotonde 6; 5. gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg; Voorts: 6. De maatregel Snelfietsroute Amersfoort Centrum – Nijkerk vast te stellen; 7. De maatregel P+R terrein bij station Amersfoort-Vathorst vast te stellen.
AANLEIDING Bij het vaststellen van het regionale VERDER pakket in 2009 is een samenhangend pakket van maatregelen overeengekomen waarmee de bereikbaarheid van de regio tot en met 2020 op peil kan worden gehouden. Uw raad was destijds akkoord met de Amersfoortse basis en no-regret maatregelen uit het regionale VERDER pakket, evenals met de verdere uitwerking van de aanvullende maatregelen uit dit VERDER pakket. Op 8 oktober 2013 hebben uw raadsleden tijdens de peiling aangegeven voor de VERDER-maatregel ‘Aansluiten Heideweg op Rondweg Oost’ en de maatregel ‘Ontsluiten Vathorst-West op de A1’ te willen onderzoeken hoe dit budget optimaal kan worden ingezet voor de verbetering van de bereikbaarheid van Vathorst. Op 15 september 2015 heeft u besloten over de evaluatie en herijking van het VERDER pakket. Ook heeft u op 15 september 2015 ingestemd met de Amersfoortse maatregelen van het totale pakket Beter Benutten Vervolg Midden-Nederland, waarbij een relatief klein deel van de maatregel ‘Aansluiten Heideweg op Rondweg Oost’ (€ 368.000) is ingezet voor de Beter Benutten Vervolg – projecten. Voor het bereikbaarheidsonderzoek van Vathorst heeft de volgende vraagstelling centraal gestaan: “Op welke manier kan de bereikbaarheid van de wijk Vathorst in brede zin worden gewaarborgd voor de lange termijn”. Met collegebericht 2015-121 bent u geïnformeerd over de start van het onderzoek.
Gemeente Amersfoort
TOELICHTING Het bereikbaarheidsonderzoek Vathorst is uitgevoerd in twee fasen. De eerste fase heeft zich gericht op de vraag: wat is toekomstbestendige bereikbaarheid van VathorstHooglanderveen? Wanneer vindt een bewoner, bedrijf of bezoeker dat Vathorst-Hooglanderveen bereikbaar is? Hierbij is onderscheid gemaakt tussen bereikbaarheid intern in Vathorst, intern in Amersfoort met een focus op de binnenstad en de externe bereikbaarheid. Betrokken stakeholders zijn naast de gemeente het Ontwikkelingsbedrijf Vathorst, de bewoners van Hooglanderveen (belangenvereniging), de bewoners van Vathorst, bedrijventerrein Vathorst, ondernemers in het winkelcentrum Vathorst, scholen en uw raad. In acht verschillende focusgroepen hebben we inzicht gekregen in de beleving van de huidige situatie en het gewenste toekomstbeeld. In de tweede fase zijn concrete maatregelen benoemd die bijdragen aan deze bereikbaarheid, nu en in de toekomst. Deze projecten zijn getoetst aan de hand van de uitkomsten van fase 1, de spelregels van VERDER en met een financiële dekking vanuit de VERDER projecten.
RESULTAAT BEREIKBAARHEIDSONDERZOEK Van september 2015 tot februari 2016 is gewerkt aan het ontwikkelen van een maatregelenpakket om de bereikbaarheid van Vathorst en Hooglanderveen te verbeteren. Dit is een vervolg op de reeds uitgevoerde bereikbaarheidsstudie uitgevoerd in 2014 door adviesbureau RHDHV. Op grond van het bereikbaarheidsonderzoek (bijlage 1) is het noodzakelijk de maatregel ‘Ontsluiten Vathorst-West op de A1’ door te laten gaan. Ook zonder de ontwikkeling van Vathorst West is de ontsluitingsweg nodig om Vathorst bereikbaar te houden. De maatregel ‘Aansluiten Heideweg op Rondweg Oost’ komt te vervallen, en wordt geruild met een aantal nieuwe maatregelen. Ruilen Door de instemming met de evaluatie en herijking van het VERDER pakket zijn de spelregels van VERDER gewijzigd en is het mogelijk om maatregelen te ruilen. Uitgangspunt is en blijft dat wel moet worden voldaan aan de overeengekomen financiële bijdrage aan VERDER. Bij het niet uitvoeren van een maatregel of het niet omruilen voor een nieuwe maatregel blijven restbudgetten binnen VERDER. Ruilen is alleen mogelijk na instemming van het Utrecht Verkeer en Vervoer Beraad (UVVB) en mits wordt voldaan aan een positieve kosteneffectiviteit. Indien er sprake is van een verschuiving van modaliteit (dus bijvoorbeeld van fiets naar auto), is daarbij een aanvullend uitgangspunt van kracht dat er meer effect moet worden gerealiseerd. 1. Aanleg ontsluiting Vathorst West op A1 bij Amersfoort/Bunschoten Het doel van deze maatregel is een adequate aansluiting op de A1 te realiseren voor Vathorst als geheel en op termijn Vathorst West in het bijzonder. Deze maatregel betreft het realiseren van een aparte ontsluitingsweg van 1,5 tot 2 km lengte parallel aan de A1 die aansluit bij de afslag Bunschoten, voorzien van een vrijliggend (brom)fietspad.
Gemeente Amersfoort
De aansluiting Heideweg op Rondweg Oost komt te vervallen en wordt geruild met een aantal nieuwe maatregelen: 2. Aansluiting Danzigtunnel Binnen de ombouw van knooppunt Hoevelaken wordt een tunnelbuis aangelegd onder de A1, waarmee Vathorst en bedrijventerrein de Hoef met elkaar verbonden worden. Deze tunnel wordt robuust aangelegd, met ruimte voor auto en fiets. De aansluitingen aan weerszijden op het bestaande wegennet zijn niet opgenomen in knooppunt Hoevelaken. Voor deze onderdelen wordt daarom binnen VERDER een financiële bijdrage gevraagd. Door de aanleg van de Danzigtunnel neemt de verkeersdruk op de Heideweg, en daarmee Rotonde 14, af. De auto-ontsluiting via de Heideweg tussen de Valutaboulevard en de Laan naar Emiclaer blijft behouden. Conform amendement 2015-162A kan het fietspad langs de Heideweg in het kader van Beter Benutten dus verbreed worden, waarbij ook het aspect van veiligheid wordt meegenomen. 3. Verbeteren doorstroming Bergenboulevard door aanleg van een fietstunnel onder Rotonde 2 Aan de westkant van Vathorst is de verkeersdruk op de Boulevard groot, met name in de ochtendspits wanneer veel inwoners de wijk verlaten. Daarnaast steken veel fietsers in de voorrang over bij Rotonde 2. Dat leidt in de huidige situatie tot wachtrijen bij Rotonde 2. Deze verkeersdruk wordt groter wanneer de nieuwe woningen aan deze kant van de wijk in gebruik worden genomen en verkeer gaan genereren.
Gemeente Amersfoort
Het voorstel is om de bestaande rotondes aan de Westkant van Vathorst zo om te bouwen dat ze het toekomstige verkeer goed kunnen verwerken, door aanleg van een fietstunnel onder Rotonde 2 en het ombouwen van Rotonde 1 tot een turborotonde. 4. Inzet op veiligheid op die locaties die als onoverzichtelijk worden ervaren: Vrouwenpolder De Vrouwenpolder is een erftoegangsweg die door het winkelcentrum van Vathorst loopt. De Vrouwenpolder vormt samen met de Straat van Messina en de Straat van Gibraltar een route door de Bron. Bij het kruispunt Vrouwenpolder – Straat van Messina moeten de fietsers (o.a. richting de scholen in de Bron) voorrang verlenen aan verkeer van rechts. Het plan is om de oversteekbaarheid voor zowel de voetgangers in het winkelcentrum als de fietsers hier te verbeteren. Caraïben-Heideweg Het kruispunt Caraïben - Heideweg wordt als onoverzichtelijk beschouwd. Onderzocht wordt wat de meest effectieve en gewenste aanpassing is van dit kruispunt. Rotonde 6 Het voorstel is om te starten met een pilot om zo het effect van een doseerlicht te kunnen ervaren. Deze doseerlichten worden geplaatst vanwege de aansluiting op het fietspad op de Vollenhovekade en toekomstige aansluiting van ‘Waterdorp’. De start van de pilot wordt gecombineerd met het verwijderen van de fietsoversteek bij de Baak van Bruinisse. 5. Gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg In het Verkeer- en Vervoerplan 2030 (VVP) liggen onze ambities vast. Het VVP is eind 2013 vastgesteld door uw raad. In het VVP hebben we aangegeven dat de componenten gedrag en communicatie steeds belangrijker worden. Dit heeft te maken met de beschikbare middelen, maar ook met het feit dat we de bestaande infrastructuur (wegen, parkeerplaatsen, openbaar vervoer, etc.) nog onvoldoende benutten. Als gemeente richten we ons daarom op het faciliteren en stimuleren van gedragsmaatregelen en innovaties op het gebied van mobiliteit. Ook de programma’s ‘Beter Benutten’ en ‘Beter Benutten Vervolg’ richten zich op het faciliteren en stimuleren van gedragsmaatregelen. Er is een restbudget beschikbaar vanuit het programma Beter Benutten. Gemeente Utrecht heeft een nieuw programma rond gedragsverandering opgesteld, een vervolg op hun afgeronde programma ‘De Gebruiker Centraal’. Voor Vathorst willen wij, naast de inzet op fysieke maatregelen, als pilot mee doen met het programma van Utrecht. Overige maatregelen in Vathorst Naast deze maatregelen uit het bereikbaarheidsonderzoek Vathorst, stellen wij voor uitvoering te geven aan de fietsverbinding Amersfoort – Nijkerk, en de ontwikkeling van station Vathorst tot regionale OV-knoop door aanleg van het P+R terrein: 6. Fietsverbinding Amersfoort Centrum - Nijkerk Deze maatregel betreft het realiseren van een snelfietsroute tussen Amersfoort Centrum en Nijkerk. Op deze fietsroute wordt een goede aansluiting gemaakt met het fietspad tussen Nijkerk, station Vathorst en Amersfoort Centrum. De fietsverbinding kan worden aangelegd als tunnelvariant (Sterrebostunnel) of als opwaardeervariant van drie (snel)fietsroutes door Vathorst en Hooglanderveen (zie onderstaand figuur). Onderzocht wordt wat de meest effectieve en gewenste variant is voor het beschikbare budget.
Gemeente Amersfoort
7. Ontwikkeling station Amersfoort Vathorst tot regionale OV-knoop Doel van deze maatregel is om de overstapvoorzieningen bij station Amersfoort-Vathorst te verbeteren door een goede P+R-functie te realiseren. Gelijktijdig wordt de combinatie met Park & Bike onderzocht. Door deze regionale OV-functie wordt station Amersfoort-Vathorst vanuit de regio een aantrekkelijk knooppunt om de overstap op het OV te maken. Andersom geldt dat de bedrijven in Amersfoort Noord een betere OV-verbinding krijgen.
Gemeente Amersfoort
BEOOGD EFFECT Met het bereikbaarheidsonderzoek Vathorst is in beeld gebracht hoe Vathorst, ook in de toekomst, aantrekkelijk en bereikbaar gehouden kan worden voor inwoners en ondernemers. Door de voorgestelde maatregelen uit te voeren, samen met de eerder geplande maatregelen uit de evaluatie en herijking van het VERDER pakket, zorgen we voor een samenhangend geheel dat er op gericht is om Vathorst op lange termijn bereikbaar te houden, niet alleen met fysieke maatregelen, maar ook door inzet op veiligheid en gedragsbeïnvloeding.
ARGUMENTEN 1.1 De aansluiting Vathorst West op de A1 is nodig om de bereikbaarheid van Vathorst te waarborgen Met een nieuwe verbinding van de bestaande Boulevard op de N199 bij de afslag van de A1 bij Bunschoten ontlast deze verbindingsweg de westelijke Boulevard en de Bergpas. Ook zonder de ontwikkeling van de wijk Vathorst West is deze maatregel namelijk nodig om de bereikbaarheid van Vathorst te borgen. 1.2 De verbetering van de bereikbaarheid vergroot de aantrekkelijkheid van bedrijvenpark Vathorst, De Hoef en Wieken Vinkenhoef Door de aansluiting van de Danzigtunnel wordt de toegankelijkheid van de bedrijventerreinen Vathorst, De Hoef en Wieken Vinkenhoef aantrekkelijker. Door aanleg van deze laatste schakel op het onderliggend wegennet ontstaat een kortsluiting tussen de afzonderlijke bedrijventerreinen. We voorkomen hiermee dat dit verkeer over Knooppunt Hoevelaken moet rijden. Hierdoor wordt het vestigingsklimaat voor nieuwe bedrijven verbeterd, aangezien bereikbaarheid hierin een belangrijke factor is.
1.3 De maatregelen leveren een effectieve bijdrage aan het verbeteren van de bereikbaarheid van Vathorst, Amersfoort en de regio Het VERDER-pakket is een samengesteld pakket van maatregelen om de bereikbaarheid van de Utrechtse regio te verbeteren. De aanpassingen aan de rotondes in de Bergenboulevard en de aansluiting van de Danzigtunnel dragen daar aan bij en doen dat op een effectieve manier. Ook verbetert de doorstroming op de Boulevard en wordt Rotonde 14 en de Heideweg ontlast. 1.4 Met de inzet op veiligheid op de Vrouwenpolder, Caraïben-Heideweg en Rotonde 6 worden veelgenoemde knelpunten opgelost Belanghebbenden in de wijk hebben in focusgroepen een belangrijke rol gekregen in het zoeken naar maatregelen om de bereikbaarheid van Vathorst en Hooglanderveen te verbeteren. Naast de verbeteringsmaatregelen voor de doorstroming op de Boulevard, zijn locaties benoemd die als onoverzichtelijk worden ervaren. Verkeersveiligheid is ook een doelstelling binnen VERDER, daar draagt het oplossen van deze knelpunten aan bij. 1.5 Door deelname aan het project voor gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg wordt niet alleen geïnvesteerd in fysieke projecten, maar ook in gedragsbeïnvloeding In het programma Beter Benutten Vervolg (BBV) ligt de focus meer op gedragsmaatregelen om het gebruik van de infrastructurele netwerken (auto én OV) beter te spreiden over de dag. Het programma moet eind 2017 zijn afgerond. Amersfoort Noord is bovendien een van de vier kerngebieden waar BBV zich op richt. Door een budget uit VERDER te bestemmen als cofinanciering voor het restbudget BBV kan 45% extra (rijks)subsidie worden gevonden. 2.1 De verbetering van de fietsroutes past binnen het VERDER-pakket en beantwoordt aan de doelstellingen van het Verkeer- en Vervoerplan Amersfoort Met de uitvoering van de voorgestelde verbetermaatregelen voldoen de fietsroutes binnen Vathorst en Hooglanderveen aan de criteria van VERDER. Ook geven we daarmee invulling aan de doelstellingen uit het Verkeer- en Vervoerplan voor de fiets, zoals het verbeteren van veiligheid en comfort op het hoofdfietsnetwerk, en het stimuleren van het gebruik van de fiets als alternatief voor de groei van het autoverkeer.
Gemeente Amersfoort
3.1 Aanleg van het P+R terrein draagt bij aan de ontwikkeling van Amersfoort Vathorst tot regionale OVknoop Door deze regionale OV functie wordt station Vathorst vanuit de regio een aantrekkelijk knooppunt om de overstap op het OV te maken. Andersom geldt dat de bedrijven in Amersfoort Noord een betere OV verbinding krijgen. Met een goede P+R functie worden auto’s uit de spits rondom knooppunt Hoevelaken gehaald. Door de combinatie met Park & Bike neemt ook de aantrekkelijkheid voor de fiets toe. 3.2 Door de aanleg van het P+R terrein bij station Amersfoort – Vathorst wordt efficiënt grond gebruikt In Laak 3 worden GymXL en een kerk gerealiseerd. In dat kader wordt voor het noodzakelijk parkeren van de beoogde nieuwe functies ingezet op oplossingen die leiden tot dubbelgebruik van (een deel van) het P+R-terrein. De piek van het gebruik van GymXL en de kerk verschilt van het gebruik van het P+R-terrein. Vooral in het weekend en tijdens het begin van de avond is dubbelgebruik mogelijk, omdat dan het P+Rterrein door reizigers veel minder zal worden gebruikt.
KANTTEKENINGEN 1.1 Wanneer de snelwegen niet goed doorstromen ontstaat een bypass via de nieuwe verbindingsweg Vathorst West De verbindingsweg kan als een bypass fungeren tussen de A1 en de A28 als het verkeer op de snelwegen stil staat. Met de aanpassing van knooppunt Hoevelaken wordt dit opgelost. De timing van de opening van deze verbinding is daarmee een aandachtspunt.
1.2 Wanneer de snelwegen niet goed doorstromen ontstaat een bypass via de Danzigtunnel om Amersfoort in te rijden Met modelanalyses is aangetoond dat na de aanpassing van knooppunt Hoevelaken hier geen sprake meer van is. Bovendien ontlast de Danzigtunnel de Heideweg, Rotonde 14 en de route door de Bron over de Straat van Gibraltar, de Straat van Messina en de Vrouwenpolder. De timing van de opening van deze verbinding is een aandachtspunt en hangt samen met de aanpassing van knooppunt Hoevelaken.
1.3 Een fietstunnel onder de Bergenboulevard is lastig inpasbaar De aanleg van de fietstunnel gaat ten koste van 9 bomen maar is de beste oplossing voor de fiets en de doorstroming van de Bergenboulevard. Aanpassing van de rotonde met verkeerslichten of een andere routering van het fietsverkeer zet de fiets in de vertraging, en lost het probleem niet op. Een andere routering van fietsers verplaatst enkel het probleem. 1.4 De route door de Bron wordt niet geknipt De route door de Bron wordt door aanwonenden ervaren als knelpunt. Bewoners van Vathorst gebruiken deze route om zich lokaal te verplaatsen. De route wordt niet gebruikt door sluipverkeer van de Verbindingsweg naar Rotonde 14. Een knip gaat ten koste van de gewenste bereikbaarheid van het winkelcentrum vanuit de verschillende kanten van Vathorst, de bereikbaarheid voor hulpdiensten, en de school in de Bron. Zowel voor fietsers als voetgangers worden verbeteringen aangebracht. 1.5 De opbrengst van het project voor gedragsmaatregelen is vooraf niet duidelijk Het plan dat wordt ingediend voor het restbudget Beter Benutten zal worden getoetst op het aantal spitsmijdingen. Van gedragsbeïnvloeding kunnen we nu nog niet zeggen wat het oplevert. In Amersfoort Noord kunnen we de maatregelen als een ‘pilot’ opvatten. Als blijkt dat het voldoende oplevert voor Vathorst, kunnen we zo mogelijk later opschalen naar de rest van de stad. 2.1 Aanleg van de Sterrebostunnel in de snelfietsroute Nijkerk – Amersfoort staat niet bij voorbaat vast Om de kwaliteit van de fietsroute tussen Nijkerk en Amersfoort te verbeteren, en de omrijdfactor voor fietsers tussen Vathorst en Hooglanderveen te verkleinen, zijn verschillende oplossingsrichtingen mogelijk. Naast de tunnelvariant zijn er ook alternatieve routes door Vathorst en Hooglanderveen mogelijk. Deze oplossingen zijn taakstellend kostenneutraal ten opzichte van de Sterrebostunnelvariant.
Gemeente Amersfoort
DUURZAAMHEID Met het voorgestelde pakket aan maatregelen wordt ingezet op een toekomstbestendige bereikbaarheid van Vathorst voor auto, fiets en OV. Het gebruik van de fiets wordt bij alle maatregelen aantrekkelijker door de aanleg van kwalitatief hoogwaardige fietsroutes. Hierdoor biedt de fiets een aantrekkelijk alternatief voor de auto in het lokale verkeer. Dit leidt tot minder CO2 uitstoot en draagt daarmee bij aan een duurzame stad.
FINANCIËN In onderstaand overzicht worden de projecten in Vathorst weergegeven met financiële bijdrage vanuit VERDER. Voor de uitvoering van de werkzaamheden is een bedrag gereserveerd van € 19.982.000,-. Kosten die worden gemaakt in de voorbereidingsfase komen ten laste van ditzelfde budget en zijn niet meer beschikbaar voor de uitvoering van de maatregelen. Bedragen moeten voor eind 2020 definitief zijn belegd. De aanleg van de aansluiting Danzigtunnel vindt na 2020 plaats. Met het Tracébesluit voor Knooppunt Hoevelaken wordt de financiële bijdrage definitief belegd. In het project ‘Ontwikkeling station Amersfoort-Vathorst tot regionale OV-knoop’ is € 3.750.000,- bestemd voor een gebouwde P+R voorziening. Omdat de P+R voorziening op maaiveld wordt aangelegd, blijft € 1.500.000,- beschikbaar voor andere maatregelen uit het bereikbaarheidsonderzoek. Het project ‘versnelling OV Amersfoort Centrum – Amersfoort Vathorst’ is inmiddels nagenoeg afgerond. Voor de aanpassing van de Bergpas resteert een budget van € 500.000,- voor andere maatregelen uit het bereikbaarheidsonderzoek. Door € 100.000,- cofinanciering vanuit VERDER in te zetten voor gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg, is in totaal € 181.000,- beschikbaar. In de tabel is aangegeven de totale investering (inclusief overige subsidies), welke bedragen uit projecten worden geruild of overblijven, en de dekking van de kosten van het maatregelenpakket. Dekking vastgelegd in evaluatie en herijking van het VERDER pakket d.d. 15 september 2015.
Gemeente Amersfoort
Vathorst
Totale investering
Budget derden
Investering vanuit VERDER
Te ruilen budget
€ 2.000.000,BOK2 € 1.850.000,BDU fietsfilevrij
€ 7.500.000,-
-
€ 7.500.000,-
€ 2.600.000,-
-
€ 2.600.000,-
€ 6.000.000,-
-
-
€ 368.000,-
-
-
-
€ 2.250.000,-
Welke projecten wijzigen niet a184 ontsluiting Vathorst€ 9.500.000,West op A1 bij Bunschoten b112 fietsverbinding € 4.450.000,A’frt Centrum – Nijkerk
Welk project gaat niet door a115 aansluiting Heideweg – Rondweg-Oost Af Beter Benutten Vervolg:
Dekking kosten VERDER
€ 5.632.000,-
Welke bedragen uit projecten blijven over a116 P&R station Vathorst € 3.750.000,a123a versnelling OV A’frt € 500.000,centrum - Vathorst (restant)
€ 2.250.000,-
€ 7.632.000,-
Totaal Welke projecten worden hier voor ingeruild aansluiting Danzigtunnel € 3.202.500,doorstroming € 3.687.500,Bergenboulevard overige projecten € 642.000,gedragsmaatregelen binnen € 181.000,Beter Benutten Vervolg
€ 1.500.000,€ 500.000,-
-
€ 81.000,BBV
€ 3.202.500,€ 3.687.500,-
-
€ 3.202.500,€ 3.687.500,-
€ 642.000,€ 100.000,-
-
€ €
Totaal € 7.632.000,Per project worden de kosten en financiële dekking ter besluitvorming aan u voorgelegd.
642.000,100.000,-
€ 19.982.000,-
RISICOPARAGRAAF Voor de uitvoering van deze VERDER maatregelen moeten de regiopartners in het Utrecht Verkeer en Vervoer Beraad (UVVB) instemming verlenen. Het niet verkrijgen van instemming van onze VERDER partners is een risico. Aangezien de projecten voldoen aan de voorwaarden en effecten en passen binnen de beschikbare budgetten wordt dit risico klein ingeschat. Bunschoten De aansluiting Vathorst West op de A1 bij Bunschoten loopt over grondgebied van Bunschoten. Met de gemeente Bunschoten wordt afstemming gezocht over de te kiezen oplossingen en inpassing van het tracé. De financiële haalbaarheid wordt pas duidelijk bij de aanbesteding Uiteindelijk is bij de aanbesteding pas duidelijk of de projecten ook echt realiseerbaar zijn voor het genoemde budget. Het door de VERDER partners beschikbaar gestelde budget is het maximale budget. Onvoorziene financiële tegenvallers komen voor rekening van de gemeente Amersfoort. Binnen de ramingen is er op verschillende manieren rekening gehouden met onzekerheden. Hierdoor is de verwachting dat de projecten binnen de beschikbare middelen kunnen worden gerealiseerd.
Gemeente Amersfoort
COMMUNICATIEBOODSCHAP EN BETROKKEN PARTIJEN Om Vathorst en Hooglanderveen nu en in de toekomst bereikbaar te houden zijn extra maatregelen nodig voor een betere ontsluiting en verkeersdoorstroming. Eind vorig jaar heeft bureau Goudappel Coffeng onderzoek gedaan onder bewoners, bedrijven en bezoekers. Belanghebbenden in de wijk hebben een belangrijke rol gekregen in het zoeken naar maatregelen om de bereikbaarheid van Vathorst en Hooglanderveen te verbeteren. Zij zijn immers de dagelijkse gebruikers van het verkeersnetwerk die de wijk door en door kennen. De participatie heeft in drie stappen plaatsgevonden: 1. Focusgroepen met de verschillende belanghebbenden. 2. Eerste brede sessie: grootste knelpunten bepalen en maatregelen bedenken. 3. Tweede brede sessie: maatregelen prioriteren. Op basis van dit onderzoek zijn maatregelen geformuleerd: een betere ontsluiting van Vathorst West op de A1, aansluiting van de geplande Danzigtunnel op het bestaande wegennet, aanpassing van de rotondes 1 en 2 op de Bergenboulevard, het verbeteren van de fietsroute tussen Amersfoort Centrum en Nijkerk, en het aanleggen van Park+Ride-plaatsen bij station Vathorst. Voor de financiële bijdrage is een aanvraag ingediend bij de regiopartners van VERDER. Als voor de voorgestelde maatregelen de benodigde goedkeuring en financiële bijdrage rond is, worden hiervoor de plannen nader uitgewerkt.
VERVOLGSTAPPEN Voor de uitvoering van deze VERDER maatregelen moeten de regiopartners in het Utrecht Verkeer en Vervoer Beraad (UVVB) instemming verlenen. De projecten voldoen aan de voorwaarden en effecten waardoor de verwachting is dat de partners akkoord gaan met de uitvoering. Van de projecten wordt een verdere uitwerking en detaillering gemaakt. Hierin wordt onder andere naar de technische haalbaarheid van de oplossingen gekeken. Ook worden de niet verkeerskundige effecten in beeld gebracht. Als projecten tot uitvoering komen, worden deze afzonderlijk ter besluitvorming aan u voorgelegd. Mocht blijken dat projecten onmogelijk zijn of leiden tot onoverkomelijk nadelige effecten, dan wordt dit aan u voorgelegd ter besluitvorming. De uitwerking en uitvoering van de maatregelen vindt plaats in de periode 2016-2020, afhankelijk van de samenhang met de aanleg van Knooppunt Hoevelaken.
Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Bijlagen
1 2
Herijkingoverzicht bijdragen VERDER Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst - Goudappel Coffeng (#5207074)
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr.5173002
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 maart 2016, sector DIR/SO (nr.5173002); b e s l u i t: in te stemmen met de maatregelen uit het bereikbaarheidsonderzoek Vathorst: 1. aanleg ontsluiting Vathorst West op de A1 bij Amersfoort / Bunschoten; 2. aansluiting van de Danzigtunnel op de Hanzeboulevard; 3. verbeteren doorstroming Bergenboulevard door aanleg van een fietstunnel onder Rotonde 2; 4. inzet op veiligheid in de projecten Vrouwenpolder, Caraïben-Heideweg en Rotonde 6; 5. gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg; voorts: 6. de maatregel Snelfietsroute Amersfoort Centrum – Nijkerk vast te stellen; 7. de maatregel P+R terrein bij station Amersfoort-Vathorst vast te stellen. Vastgesteld in de openbare vergadering van … de griffier
de voorzitter
Feitelijke vragen n.a.v. De Ronde 12 april 2016 Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst Onderwerp
: Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst
Beh. afdeling
: DIR- SO-VV
Nr.
Reg.nr.: 5222887
Naam fractie
Vraag
Antwoord
1.
SP
Het raadsvoorstel spreekt over een restbudget Beter Benutten. Om hoeveel geld gaat het?
2.
SP
3.
SP
4.
SP
Wordt met het restbudget Beter Benutten een restant bedoelt dat overblijft uit Beter Benutten 1? Waar is in de tabel over de financiering dit restbudget Beter Benutten terug te vinden? De dekking voor de gedragsmaatregelen lijkt te komen uit Beter Benutten Vervolg en VERDER, niet vanuit het restbudget Beter Benutten 1? Er is 3.202.500 Euro nodig aan meerwerk bovenop het wensenpakket Knooppunt Hoevelaken terwijl in RIB 2015-067 nog wordt gesproken over de verbinding Dantzigweg - Terminalweg, niet over alleen maar een tunnelbuis. Is over dit benodigde meerwerk en de bijbehorende kosten eerder gesproken in de raad in relatie tot de aanbesteding Knooppunt Hoevelaken en kunt u aangeven wanneer?
Voor de regio Midden-Nederland is ca. € 10 mln rijksbijdrage overgebleven uit Beter Benutten 1. Met onze regiopartners is afgesproken om dit bedrag aan te wenden voor maatregelen die aansluiten bij de evaluatie Beter Benutten 1 en bij de probleemanalyse Beter Benutten Vervolg. Dit betekent bijvoorbeeld dat in Amersfoort gekeken is naar kansen voor spitsmijdingen in Amersfoort Noord. Een andere afspraak is dat wordt aangesloten bij wat al loopt in de regio, dat het eind 2017 gerealiseerd is en dat er ca. 55% cofinanciering beschikbaar is. De maatregelen zijn toegevoegd aan het Beter Benutten Vervolg programma. Ja.
5.
SP
In bijlage 5 van het bereikbaarheidsonderzoek (onderzochte maatregelen) worden de kosten voor de aansluiting op de Dantzigtunnel nog geraamd op 2.000.000 Euro. Hoe ontstaat het verschil met de uiteindelijke geraamde 3.202.500 Euro en is dit uiteindelijke plan ook doorgerekend?
Het genoemde bedrag van € 81.000 rijksgeld komt uit Beter Benutten 1. De cofinanciering van € 100.000 komt uit VERDER. Er is niet eerder over gesproken in de raad. De verbinding is aangeboden als een 2x2 autoverbinding. Op grond van het bereikbaarheidsonderzoek is een 2x1 auto- met fietsverbinding wenselijk. Deze aanpassing levert meerwerk op. De aanpassing van het onderliggend wegennet zit niet in de scope van knooppunt Hoevelaken, en betreft: o aanpassing van rotonde 11 tot kruispunt; o aanpassing van de kruisingen met de Koningsbergenweg; o aanpassing van het kruispunt met de Terminalweg; o aanpassing van de snelfietsroute op de Hoef; o de aanpassingen op bedrijvenpark Vathorst resulteren in een lagere grondopbrengst. In de fase van de focusgroepen en de eerste brede bijeenkomst is een globale kosteninschatting gemaakt van de maatregelen. Genoemde getallen waren op dat moment indicatief waarbij nog geen rekening werd gehouden met verbreding van de scope en fietsbereikbaarheid. In later stadium is een nauwkeuriger berekening gemaakt, rekening houdend met de aanpassingen genoemd onder antwoord 4.
Nr.
Naam fractie
Vraag
6.
SP
7
SP
In bijlage 5 van het bereikbaarheidsonderzoek, pagina 162 (Overige maatregelen), punt 9 staat: "Binnen project 'VERDER project 106: OV knoop Vathorst' wordt gekeken naar mogelijkheden voor het verbeteren van de stallingsmogelijkheden in Vathorst". Naar wij aannemen moet dit 'VERDER project 116: Ontwikkeling station Amersfoort-Vathorst tot regionale OV-knoop' zijn, niet 106? Project 106 is een project in Leusden. Kunt u aangeven welke fietsparkeermaatregelen er in VERDER project 116 zitten? Of wordt project 116 (zie ook vorige vraag) verward met 'VERDER project 88: Uitbreiding fietsparkeervoorzieningen bij stations'?
8
SP
9
SP
10
SP
11
SP
In raadsvoorstel 5202325 Fietsplan 'Amersfoort Fietst' dat op 19 april in de ronde wordt besproken wordt verwezen naar VERDER deelmaatregel 116 (gebouwde fietsparkeervoorziening station Vathorst, € 1 miljoen). Is dit hetzelfde project als genoemd in het bereikbaarheidsonderzoek, pagina 162 (Overige maatregelen), punt 9? Of wordt ook hier project 116 verward met project 88? Volgens het raadsvoorstel wordt het restant uit project 116 (€ 1.5 miljoen) ingezet voor andere projecten binnen Vathorst. Kunt u aangeven hoe zich dit verhoudt tot de opmerking in bijlage 5 van het bereikbaarheidsonderzoek, pagina 162 (Overige maatregelen), punt 9, dat binnen dit project gezocht wordt naar het verbeteren van stallingsmogelijkheden in Vathorst en de opmerking in in raadsvoorstel 5202325 Fietsplan 'Amersfoort Fietst' dat mogelijk € 1 miljoen vanuit project 166 ingezet kan worden voor fietsmaatregelen? Krijgt de aansluiting Vathorst-West op de A1 ook een aansluiting op de Oude Zevenhuizerstraat en wat zijn hiervan de mogelijke voor- nadelen? Of wordt dit pas bij de uitwerking van het project bepaald? Klopt het dat door de realisatie van de fietstunnel fietsers niet meer vanaf de Bergboulevard de Calveenseweg op kunnen fietsen (en andersom)?
Antwoord (vult behandelende afdeling in) Dat is correct, dit moet VERDER project 116 zijn.
Nee, project 116 wordt niet verward met project 88. Project 116 is oorspronkelijk opgebouwd uit de volgende onderdelen: - € 3.750.000,- voor een gebouwde P+R voorziening, - € 1.000.000,- voor een gebouwde fietsenstalling, - € 200.000,- voor extra haltevoorzieningen. Van de eerder geraamde € 3.750.000,- is € 2.250.000,- benodigd voor aanleg van de P+R voorziening op maaiveld. De overblijvende € 1.500.000,- wordt ingezet voor maatregel 2 t/m 7 in Vathorst. De € 1.000.000,- van de fietsenstalling wordt ingezet voor het Fietsplan. Alleen het bedrag voor de extra haltevoorzieningen (2 ton) blijft nu nog staan, mogelijk in de toekomst in te zetten voor verbetering van de stallingsmogelijkheden en haltevoorzieningen bij station Vathorst. Zie het antwoord op vraag 7.
Bijlage 5 is een optelsom van de opbrengst van focusgroepen en de eerste brede sessie. Daarbij hebben bewoners meer projecten aangedragen om de leefbaarheid en bereikbaarheid van Vathorst te verbeteren. De wens is geuit om de stallingsmogelijkheden bij station Vathorst te verbeteren. Binnen project 116 blijft nog € 200.000,- voor aanpassingen rond station Vathorst (zie het antwoord op vraag 7). Dit wordt pas bij de uitwerking van het project bepaald.
Dat klopt. In de toekomst kan dat via rotonde 1 en de Drieberg.
Nr.
Naam fractie
Vraag
12
SP
13
SP
Bij de herijking van het VERDER pakket waar de raad op 15 september 2015 mee heeft ingestemd is het budget voor de fietsverbindingen Amersfoort Noord - Nijkerk verhoogd met € 1.1 miljoen omdat het project niet haalbaar leek vanwege de hoge kosten voor de fietstunnel Sterrebos. Nu blijkt dat de aanleg van deze tunnel niet bij voorbaat vastligt en mogelijk voor een alternatieve route gekozen wordt die kostenneutraal is ten opzichte van de Sterrebostunnelvariant. Kostenneutraal betekent in dit geval dat de geraamde kosten voor de alternatieve route even hoog zijn als voor de Sterrebostunnelvariant, of houdt dit in dat het alternatief mogelijk goedkoper uitvalt? Het viaduct over de Heideweg blijft opengesteld voor autoverkeer in de voorliggende plannen, maar de verbreding van het fietspad gaat ook door. Is hier wel voldoende ruimte voor en kunt u aangeven waar de verbreding van het fietspad exact begint en eindigt? Wordt het fietspad op het viaduct zelf ook verbreed?
14
SP
15
SP
Wordt 'VERDER project 116 Ontwikkeling station Amersfoort-Vathorst tot regionale OV-knoop' exact zo uitgevoerd als oorspronkelijk afgesproken binnen VERDER, of zijn er veranderingen aangebracht in dit project? Zo ja, graag aangeven welke veranderingen. Wordt 'VERDER project 123a Versnelling OV Amersfoort Centrum Amersfoort Vathorst ' exact zo uitgevoerd als oorspronkelijk afgesproken binnen VERDER, of zijn er veranderingen aangebracht in dit project? Zo ja, graag aangeven welke veranderingen.
Antwoord (vult behandelende afdeling in) De geraamde kosten voor de alternatieve routes zijn maximaal even hoog als voor de Sterrebostunnelvariant. De alternatieven kunnen dus goedkoper uitvallen.
De verbreding van het fietspad Heideweg betreft het gedeelte vanaf het viaduct over de A1 tot aan de Laan naar Emiclaer en wordt uitgevoerd binnen het programma Beter Benutten Vervolg. Er is ruimte voor verbreding van het fietspad. Daarvoor loopt nu een ontwerpstudie en dit voorjaar worden belanghebbenden betrokken bij de verdere uitwerking. De oversteekbaarheid en verkeersveiligheid van de Heideweg wordt als ontwerpopgave meegenomen in dit project. Verbreding van het fietspad op het viaduct zit niet in de scope van dit project. Nee, zie het antwoord op vraag 7.
Project 123a is afgerond. Uit dit project is € 500.000,- overgebleven.
#5222887
Conceptbesluitenlijst De Ronde datum:
12 april 2016
vergaderruimte: Raadzaal (1.02) Onderwerp Van Soort bijeenkomst Van de raadsleden werd gevraagd
Voorzitter Secretaris Fractiewoordvoerders
Inspreker(s)/ genodigden Samenvatting en afspraken
van
19.00 tot
aantal bezoekers:
20.00 uur 22
Reg.nr. 5223756 Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst College van B&W Voorbereiding besluit Zijn mening te geven over het voorliggende raadsvoorstel en zich voor te bereiden op besluitvorming over: 1. aanleg ontsluiting Vathorst West op de A1 bij Amersfoort / Bunschoten; 2. aansluiting van de Danzigtunnel op de Hanzeboulevard; 3. verbeteren doorstroming Bergenboulevard door aanleg van een fietstunnel onder Rotonde 2; 4. inzet op veiligheid in de projecten Vrouwenpolder, Caraïben-Heideweg en Rotonde 6; 5. gedragsmaatregelen binnen Beter Benutten Vervolg; En voorts vast te stellen: 6. de maatregel Snelfietsroute Amersfoort Centrum – Nijkerk; de maatregel P+R terrein bij station Amersfoort-Vathorst Collegelid Smulders Buijtelaar Ambtenaren Vooren Van der Stelt en Richters Van Bruggen (PvdA), Fousert (Amersfoort2014), Van Hamersveld (D66), Hos (GL), Hunink (CU), Jongerman (SP), Langendam (BPA), Paffen-Zeenni (CDA), Voogt (VVD) Geen insprekers
De woordvoerders staan positief tegenover het raadsvoorstel en het participatietraject dat daar aan vooraf ging. De SP en BPA geven aan enige discrepantie te ervaren tussen de uitkomsten van het participatietraject en de tekst die uiteindelijk in het stuk is terug te vinden. Op enkele punten wordt verheldering gevraagd (onder meer over de druk op rotonde 14, de aansluiting van de Danzigtunnel op de Hanzeboulevard, en de situatie in de Vlinderbuurt).
Toezeggingen Advies aan het presidium
De wethouder beantwoordt de vragen en geeft onder meer aan graag nader in gesprek te gaan met de bewoners uit de Vlinderbuurt over het fietspad langs de Heideweg. Hij geeft daarbij aan dat in het totale pakket van maatregelen gezocht wordt naar de meest efficiënte inzet van het beschikbare budget (dat taakstellend is). Via Beter Benutten wordt ook via de gedragsbeïnvloeding gezocht naar verbetering van de bereikbaarheid. Fasering is nog niet in detail bekend, maar uiteraard wordt de raad geïnformeerd zodra daar meer helderheid over bestaat. De genoemde projecten komen sowieso terug bij de raad in separate voorstellen zodra ze besluitrijp zijn. Er zal bij de Heideweg een telling plaatsvinden om als nulmeting te dienen, op basis waarvan ook de effecten van maatregelen zijn af te lezen. Naar Het Besluit, zonder debat
Concept besluitenlijst De Ronde 12-4-2016 Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst
Actualiteitenraad Voorzitter: L. Bolsius Secretaris: M. Bongers Datum: Aanvang:
dinsdag 12 april 2016 20:30
Actualiteitenraad Informatie
Concept besluitenlijst De Ronde 12-4-2016 Bereikbaarheidsonderzoek Vathorst
Actualiteitenraad Informatie Tijdens de Actualiteitenraad kunnen raadsleden vragen over actuele zaken stellen aan het college van burgemeester en wethouders. De onderwerpen kunnen tot op de dag van de vergadering om 12 uur aangeleverd worden bij de griffie, die plaatst deze vervolgens bij het agendapunt op de website. De Actualiteitenraad is een experiment van de gemeenteraad en duurt tot en met juni. Bijlage - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016 (pdf) Audioverslag
Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016 Raadslid Hiske Land (GroenLinks)
Roel Mulder (Actief) Marijke Jongerman (SP) Ben Stoelinga (Amersfoort2014)
Onderwerp
Toelichting
Portefeuillehou der RIB 2016-034 Verkoop 1. De geest van motie 'criteria maatschappelijk vastgoed' (van Grl, PvdA, D66, CU, CDA) Buijtelaar Warner Jenkinson en het ontbrekende criterium 'draagvlak'; 2. De verdere uitwerking van de onderdelen (bod/visie/risicobenadering) waarop potentiële bieders kunnen scoren; 3. De afhandeling van het bod van € 560.000 dat Molenbeek Makelaars namens De War op 10 april 2015 (!) heeft gedaan. Gevolgen brand op terrein Verwerking van de gevolgen van de brand op het terrein van De War, voor wat betreft de Buijtelaar De War verzekeringsuitkering, het repareren van het dak van de rode loods, etc. Essay 'Geef wonen de Hoe wordt de visie uit dit essay toegepast in Amersfoort en hoe wordt de raad en de stad Imming/ ruimte!' betrokken bij verdere besluitvorming. Kemmerling Zorggegevens van N.a.v. Collegebericht 2016-059 Privacy gevoelige gegevens Imming Amersfoorters 4. Hoe is het mogelijk dat, zoals de wethouder eerder stelde, "een waterdicht systeem" omzeild kon worden waardoor per ongeluk zorggegevens werden doorgestuurd naar een derde? oftewel: Hoe kan het gebeuren dat een waterdicht systeem niet werkt? 5. Kan het College aangeven om welke vorm van datalekken het hoogstwaarschijnlijk gaat? 6. Van hoeveel personen zijn de gegevens per ongeluk verstuurd en van hoeveel wijkteams zijn de gegevens per ongeluk verstuurd? Oftewel: moet de hele stad zich zorgen maken of maar een deel? 7. Is het College bereid om de resultaten van het toegezegde onderzoek z.s.m. met de gemeenteraad te delen? 8. Hoe verloopt de communicatie naar de personen, waarvan de gegevens per ongeluk zijn doorgestuurd?
#5219699 v1 - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016
Ad Meijer (SP)
Privacy gevoelige gegevens
Louis de la Combé (Pvda)
Thuiszorg
N.a.v. Collegebericht 2016-059 Privacy gevoelige gegevens 1. Welke zorgonderwerpen komen er in het betreffende, per ongeluk verstuurde, bestand aan de orde (Wmo, Jeugdzorg)? 2. Is er enig relatie met de overgangsfase waarin de wijkteams zich bevinden, nl. de vorming van de nieuwe stichting, de hoge werkdruk en de niet altijd even heldere afbakening van taken tussen verschillende functionarissen?
#5219699 v1 - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016
Imming
1. Is het college bekend met het artikel ‘Leven op brood en cup a soup’ dat op 9/4/2016 Imming in de Amersfoortse Courant werd gepubliceerd ? Hierin wordt beschreven hoe de Amersfoortse Mw van Es na afloop van behandeling in het Meander ziekenhuis terugkeert naar huis zonder (naar haar opvatting) voldoende thuiszorg (bedoeld is waarschijnlijk: verpleegkundige zorg) ; 2. In het artikel wordt voorts gesteld dat “.. niet helemaal duidelijk is waarom Mw van Es niet bij het wijkteam terechtkomt. Huisartsen en thuiszorg-organisaties behoren op de hoogte te zijn van de juiste routing en moeten voor niet-verpleegkundige zorg doorverwijzen naar de wijkteams.” Kan het college inzicht bieden in de verdeling van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden waar het gaat om een complex proces zoals in dit geval: de overdracht van ziekenhuiszorg naar thuiszorg ? 3. Geeft deze casus wellicht aanleiding tot aanscherping van de geldende afspraken met/tussen betrokken zorgleveranciers en gemeente ?
Youssef El-Messaoudi (PvdA)
'Het lekken' van zorggegevens
N.a.v. Collegebericht 2016-059 Privacy gevoelige gegevens Imming 1. Betreft het hier een organisatie of individu die de gegevens heeft ontvangen? 2. Wanneer zijn deze gegevens aan de onbevoegde gemaild? (Datum en tijdstip) 3. Wanneer is de Autoriteit Persoonsgegevens geïnformeerd over deze datalek? (datum en tijdstip) 4. Wanneer is er voor het eerst contact gelegd met de onbevoegde ontvanger? 5. Op welke manieren is er geprobeerd contact te leggen? 6. Wat voor juridische stappen zijn er inmiddels genomen? Artikel 13 van de Wbp verplicht de Autoriteit Persoonsgegevens om passende technische en organisatorische maatregelen te nemen om het verlies van persoonsgegevens of onrechtmatige verwerking tegen te gaan. Zo moeten de (persoons)gegevens tijdens verzending versleuteld worden. En vindt de verzending van (persoons)gegevens via een beveiligde verbinding plaats. Waarom heeft dit in dit geval niet plaatsgevonden? 7. Voldoet de manier van communiceren over de zorg aan de normen voor informatiebeveiliging NEN7510 en ISO27002? 8. Op pagina 6 van de beleidsregels voor toepassing van artikel 34a van de Wbp staat dat de wet aangeeft aan dat u een melding moet doen aan de betrokkene als het datalek. Er is weliswaar geen termijn aan gekoppeld maar de dienst Autoriteit Persoonsgegevens geeft aan dat hoe eerder de betrokkene informeert, hoe eerder deze in actie kan komen. 9. Wanneer worden de betrokkenen geïnformeerd? 10. In beantwoording op de schriftelijke vragen van november 2015 geeft u op vraag 8 het volgende antwoord Antwoord 8: In Amersfoort wordt o.a. gewerkt met Mens Centraal. In het beveiligingsplan Mens Centraal dat hoort bij het convenant Mens Centraal is geregeld dat de toegang tot Mens Centraal is voorbehouden aan geautoriseerde medewerkers die slechts toegang tot informatie krijgen die zij op grond van hun functie nodig hebben. De beschikkingen worden in een document management systeem geplaatst. Ook daarin hebben alleen de geautoriseerde medewerkers toegang. Daarnaast zal er ook voor de administratieve afwikkeling een registratie plaatsvinden. Hiervoor worden de bestaande WMO-administratiesystemen gebruikt. In deze systemen zal geen inhoudelijke dossiervorming plaatsvinden. Hoe kan het dat er zoveel gegevens/ überhaupt over de email zijn verzonden? (ook al is er per abuis een verkeerde geadresseerde aangeklikt in Outlook)
#5219699 v1 - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016
1.
#5219699 v1 - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016
Bijlage - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016
Intern Datum: Aanvang:
dinsdag 12 april 2016 19:00
Rekenkamer: Groepsgesprek Rekenkameronderzoek naar doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein Intern
Bijlage - Aangemelde onderwerpen Actualiteitenraad 12 april 2016
Rekenkamer: Groepsgesprek Rekenkameronderzoek naar doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein Intern Inhoud agendapunt Rekenkamer: groepsgesprek raadsleden rekenkameronderzoek doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein (pdf) Bijlage - Plan van aanpak (pdf)
Agendapunt Titel
Datum Van Portefeuillehouder
Programma Soort bijeenkomst Reden van aanbieding Inhoud
Reg.nr. 5192902 Rekenkamer: groepsgesprek raadsleden rekenkameronderzoek doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein 12 april 2016 Rekenkamer Ambtelijk contact Geen aanwezigheid Van den Nieuwendijk gezien setting van het (033-469 4312) gesprek 4. Sociaal domein Gesprek De gemeenteraad conform het plan van aanpak betrekken bij het onderzoek. Momenteel wordt een rekenkameronderzoek uitgevoerd naar doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein. De uitvoering van het onderzoek is ondergebracht bij het bureau Regioplan.
Het onderzoek is een beleidsanalyse aangevuld met een SWOT-analyse: het biedt inzicht in de doelstellingen die gelden voor het sociaal domein, in de instrumenten/activiteiten door middel waarvan de gemeente die doelen beoogt te bereiken en in de logische samenhang daartussen. Tevens beoogt het onderzoek een overzicht te bieden in de belangrijkste sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen in het sociaal domein en manieren waarop de gemeente daarmee kan omgaan. Voor het onderzoek worden diverse onderzoeksinstrumenten toegepast om de analyses te kunnen maken. Zo zijn er naast documentenstudie een 6-tal groepsgesprekken gehouden met [1] professionals met directe cliëntcontacten en [2] ambtenaren en uitvoerders/aanbieders op managementniveau. Ook zijn interviews afgenomen bij een aantal ambtenaren. Ter afronding van de onderzoeksfase worden twee gesprekken gevoerd: een gesprek met gemeenteraadsleden en een gesprek met collegeleden. Het gesprek met gemeenteraadsleden is bedoeld om zicht te krijgen op de informatiepositie. Het gesprek met collegeleden dient als toets en aanvulling. Dit zal binnenkort plaatsvinden. Gekozen is het groepsgesprek met de raadsleden intern te houden om de vertrouwelijkheid van hetgeen besproken zal worden te garanderen. Het uiteindelijke rapport waarin het rekenkameronderzoek binnenkort uit zal monden wordt uiteraard wel openbaar aangeboden en behandeld in De Ronde.
Van de raadsleden wordt gevraagd Vervolg Advies presidium Bijbehorende documenten
Het doel van het gesprek is om te spreken over de vraag hoe raadsleden hun rol in het sociaal domein invullen. Vinden zij dat zij voldoende invloed uit kunnen oefenen op de ontwikkelingen? Ontvangen zij daarvoor de juiste informatie? Het gesprek zal aan de hand van een aantal thema’s gevoerd worden en er zal in ieder geval gesproken worden over de integraliteit in het sociaal domein. In gesprek te gaan met de onderzoekers van Regioplan. Afronding van het rekenkameronderzoek door de rekenkamer met vervolgens het traject tot aanbieding aan de raad. Plan van aanpak
Plan van aanpak: Rekenkameronderzoek naar doelstellingen, risico’s en kansen in het sociaal domein, oktober 2015 I Inleiding en achtergrond Met de drie decentralisaties en de invoering van de Wet passend onderwijs is het lokale sociaal domein in één keer een grote post op de gemeentebegroting geworden. De transities hebben geleid tot nieuwe taken en verantwoordelijkheden van de gemeente en hebben in zekere zin ook geleid tot een herdefiniëring en herpositionering van de gemeente als beleidsmaker. Waar voorheen de gemeente het primaat van beleidsontwikkeling had en opdrachtgever was voor de uitvoerders, is na de decentralisaties en de invoering van de Wet passend onderwijs een situatie ontstaan waarin de gemeente veel meer, samen met de uitvoerders, in co-creatie, beleid ontwikkelt en ook zelf uitvoert. Daarmee is niet alleen sprake van een organisatorische, inhoudelijke en budgettaire uitdaging als gevolg van de nieuwe taken; er is ook sprake van een ‘transitie achter de transities’ die vraagt om een andere manier van sturen in het nieuwe lokale sociaal domein. Grote veranderingen dus, die voor de burgers die het betreft grote gevolgen kunnen hebben. De rekenkamercommissie wil inzicht in de actuele stand van zaken ten aanzien van de doelstellingen, kansen en risico’s in het sociaal domein. II Overwegingen rekenkamercommissie Het onderzoek past binnen de taakopdracht en de bevoegdheden van de rekenkamercommissie en dient een duidelijk belang. III Opzet A Onderzoeksvragen Het rekenkameronderzoek heeft tot doel de gemeenteraad te informeren over de doelstellingen die leidend zijn in het sociaal domein en daarnaast de kansen en de risico’s die van invloed zijn op het bereiken daarvan. Het onderzoek inventariseert niet alleen de doelstellingen, de kansen en de risico’s, maar wijst ook uit hoe ze kunnen worden aangewend om de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het beleid te optimaliseren. Het rekenkameronderzoek moet antwoord geven op de volgende onderzoeksvragen: 1. Welke doelstellingen in het sociale domein zijn door de gemeenteraad vastgesteld? 2. Is er een goede weg aangelegd om deze doelstellingen te realiseren, zijn de doelstellingen bruikbaar en meetbaar en hoe ver staan we? 3. Wat zijn de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen van het huidige beleid en de uitvoering daarvan? 4. Welke strategieën kunnen ingezet worden om sterktes en kansen optimaal te benutten, rekening houdend met de zwaktes en bedreigingen? B Analysekader Voor dit rekenkameronderzoek wordt gebruik gemaakt van een analysekader dat voor een aantal belangrijke thema’s binnen het sociaal domein de belangrijkste randvoorwaarden voor doelbereik bevat. Het doel dat daarbij voor ogen staat is passende, integrale en zo licht en preventief mogelijke ondersteuning voor alle doelgroepen binnen het sociaal domein. De naam ‘analysekader’ (en dus niet normenkader) is bewust gekozen. De reden daarvoor is dat het sociaal domein nog sterk in ontwikkeling is. Hoewel er inmiddels veel ervaringen zijn en die ervaringen ook deels zijn opgetekend in onderzoek, kunnen nog geen absolute uitspraken gedaan worden over wat in het sociaal domein ‘werkt’ en wat ‘niet werkt’. Normen impliceren een dergelijke zekerheid wel en dat is reden om deze term te vermijden. Pagina 1 van 4
Thema Toegang
Bevorderen zelfredzaamheid Kwaliteit c.q. expertise uitvoerders
Effectiviteit1
Integraliteit
Financiën: doelmatigheid, financiële risico’s Rol gemeenteraad
Randvoorwaarden voor doelbereik Alle doelgroepen die onder de Wmo, Jeugdwet, Wet Passend Onderwijs en Participatiewet vallen, zijn bij de gemeente in beeld. De gemeente heeft inzicht in de ondersteuningsvraag, wat leidt tot een passende koppeling tussen doelgroepen en instrumenten en meetbare doelstellingen, ook voor de nieuwe doelgroepen. Alle doelgroepen hebben toegang tot het gemeentelijk ondersteuningsaanbod. (Een gebrek aan) financiële draagkracht of het niet hebben van een uitkering vormen geen beperking voor het ontvangen van ondersteuning. Er is een maat voor zelfredzaamheid. Er zijn reële verwachtingen van wat haalbaar is in termen van zelfredzaamheid, versterking en inzet van sociale netwerken, mantelzorg en vrijwilligers. Organisatie en uitvoering zijn ingericht op het optimaal benutten van deze mogelijkheden. In de uitvoering zijn de juiste vaardigheden en expertise voorhanden voor a) signaleren van problematiek, b) integrale vraagverkenning en -verheldering bij alle doelgroepen, c) het vinden van een balans tussen juridische kaders en het vereiste van maatwerk, d) (ondersteunen van) regievoering, e) samenwerking met informele zorg en netwerken van scholen en zorginstellingen, f) de re-integratie van nieuwe doelgroepen zoals jonggehandicapten, g) de dienstverlening aan werkgevers met het oog op het plaatsen van mensen met ernstige arbeidsbeperkingen. Ondersteuning draagt bij aan re-integratie, participatie en zelfredzaamheid van cliënten c.q. voorkomt een verdere beperking daarvan. Dit blijkt onder andere uit: Verschuiving van zware naar lichtere vormen van ondersteuning: Afname doorverwijzingen naar specialistische (tweedelijns) zorg; Afname langdurige interventies; Toename inzet netwerk en algemene/basisvoorzieningen. Afname herhaald cliëntelisme en recidive. De (gemeten) cliëntervaring. De effectiviteit van geboden ondersteuning wordt gemeten en aan de raad gerapporteerd. De gemeente en partnerorganisaties in het sociaal domein werken samen aan een integrale ondersteuning van inwoners op alle leefgebieden waarop zij problemen ervaren. Dit betekent samenwerking binnen het lokale sociaal domein, maar ook tussen de gemeente en de verzekerde zorg, de gemeente en het onderwijs, de gemeente en werkgevers etc. Beleid en organisatie faciliteren een integrale uitvoering onder andere op de volgende manieren: Er is een analyse van het gebied waarop de integrale aanpak zich richt gemaakt (bijv. van de wijk in het geval van wijkteams): onder andere populatie, doelgroepen, zorgvragen. De integrale aanpak start bij een vraagverkenning die de problematiek en de kracht van mensen op alle relevante leefgebieden in kaart brengt; De gemeente voert regie en faciliteert de samenwerking tussen de gemeentelijke, integrale aanpak in het sociaal domein en de basiszorg die daarbuiten valt (zoals huisartsen, wijkverpleegkundigen en basis-ggz); en daarnaast met de specialistische (tweedelijns) zorg. De organisatiestructuur gaat in tegen de natuurlijke neiging van doorverwijzen naar de eigen moederorganisatie door professionals die werkzaam zijn in de toegang. Alle relevante ketenpartners nemen deel of zijn betrokken. Ondersteuning wordt verleend binnen de beschikbare financiële kaders. Er is zicht op financiële risico’s en hierop wordt effectief gestuurd. De gemeenteraad beschikt over de juiste informatie om grip te houden op de ontwikkelingen in het sociaal domein. Dit houdt in dat de raad inzicht heeft in de financiën, de maatschappelijke effecten en het bereik van de toegang. De raad is in staat om invloed uit te oefenen op regionaal niveau.
1
De onderwerpen in het analysekader zijn deels van invloed op elkaar. De effectiviteit van het beleid wordt onder andere bepaald door de randvoorwaarden die in het analysekader op de andere thema’s zijn opgenomen. Bij effectiviteit wordt niet alleen naar randvoorwaarden gekeken, maar ook naar de mate waarin de gemeente inzicht heeft in effectiviteit, op de punten die hier genoemd worden en zoals kan worden vastgesteld op basis van de voor het gemeentebestuur beschikbare verantwoordingsinformatie.
Pagina 2 van 4
C Scope, afgrenzing en tijdvak Het rekenkameronderzoek richt zich op de stand van zaken in 2015 en het beleidskader dat op dit moment actueel is. Het onderzoek is een beleidsanalyse aangevuld met een SWOT-analyse: het biedt inzicht in de doelstellingen die gelden voor het sociaal domein, in de instrumenten/activiteiten door middel waarvan de gemeente die doelen beoogt te bereiken en in de logische samenhang daartussen. Tevens beoogt het onderzoek een overzicht te bieden in de belangrijkste sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen in het sociaal domein en manieren waarop de gemeente daarmee kan omgaan. D Aanpak (fasen van het onderzoek) In vogelvlucht ziet de aanpak er als volgt uit: Activiteit Categoriseren (landelijke) kennis Documentstudie Groepsgesprekken SWOT-analyse Gesprek met gemeenteraadsleden Gesprek met college Analyse & rapportage
Doel Opstellen landelijk beeld van SWOT in sociaal domein.
Planning November
Analyse van beleidsstukken en verantwoordingsinformatie. Voorbereiding op de groepsgesprekken Eerste analyse aanvullen met informatie over SWOT-punten vanuit de uitvoeringspraktijk en beleid/management. Invullen confrontatiematrix Toetsen van inzicht dat de gemeenteraad op basis van beschikbare informatie heeft. Inzicht college in belangrijkste uitkomsten SWOT toetsen en uitkomsten onderzoek in context van lopende ontwikkelingen plaatsen. Kernachtig rapporteren van de onderzoeksbevindingen
November/december December/januari Januari Februari Februari Februari
Fase 1: Landelijk beeld SWOT sociaal domein De afgelopen jaren is in het land al veel ervaring opgedaan met het soort vernieuwing in het sociaal domein dat ook de gemeente Amersfoort nastreeft. Sinds 1-1-2015 werken alle gemeenten met de nieuwe wetten en dat heeft geleid tot allerlei signalen over hoe bepaalde keuzes in de praktijk uitwerken. Deze ervaringen en signalen vormen samen een belangrijke basis voor het onderzoek. Immers, ze bieden inzicht in welke risico’s en kansen zich in de praktijk kunnen voordoen. De eerste stap in het rekenkameronderzoek is dan ook het in kaart brengen van deze kennis. De kennis zelf is grotendeels al bij de voor dit onderzoek ingehuurde experts aanwezig. Voor het onderzoek structureren zij deze kennis aan de hand van de SWOT-structuur. Dat gebeurt per subdomein, maar daarbij wordt ook aandacht besteed aan de samenhang tussen de domeinen. De thema’s in het analysekader vormen de kapstok voor deze structurering. Er zal worden nagegaan welke kansen en bedreigingen zich op de verschillende thema’s in de praktijk voordoen. Op die manier zal tot een landelijk beeld worden gekomen, dat richting geeft in het verdere onderzoek. Fase 2: documentstudie Vervolgens wordt per subdomein de Amersfoortse situatie onderzocht om te komen tot een eerste antwoord op de onderzoeksvragen. Dat gebeurt allereerst op basis van de hieronder genoemde beleidsdocumenten: Het meerjarig beleidskader sociaal domein 2015-2018, verordeningen en beleidsregels op de verschillende subdomeinen, het actuele begrotingsprogramma sociaal domein. Actuele uitvoeringsplannen op de betreffende subdomeinen of algemeen, die inzicht bieden in de wijze waarop het sociaal domein is georganiseerd. documenten die inzicht bieden in de resultaten die in 2015 zijn behaald, zoals gerapporteerd aan college en/of gemeenteraad. Raadsinformatiebrieven, om (aanvullend) inzicht te krijgen in de wijze waarop de gemeenteraad wordt geïnformeerd over de voortgang in het sociaal domein.
Pagina 3 van 4
Fase 3: groepsgesprekken Aanvullend op de beleidsanalyse vinden zes groepsgesprekken plaats, conform de volgende indeling: Groep 1 Burgers en professionals met directe cliëntcontacten
Groep 2 Ambtenaren en uitvoerders/aanbieders op managementniveau
Focusgroep 1: Wmo
Focusgroep 4: Wmo
Focusgroep 2: Participatiewet
Focusgroep 5: Participatiewet
Focusgroep 3: Jeugd & passend onderwijs
Focusgroep 6: Jeugd & passend onderwijs
De gesprekken zijn in eerste instantie bedoeld om met de aanwezigen zelf een SWOT-analyse uit te voeren. Dat proces wordt mede gevoed door de analyse die in de vorige fase is uitgevoerd. Fase 4: SWOT-analyse De analyse bestaat uit het invullen van de ‘confrontatiematrix’. Daarin wordt elke sterkte en elke zwakte in verband met elke kans en elke bedreiging gebracht. Zo ontstaat een duidelijk beeld van waar de gemeente al heel sterk staat en waar juist extra inspanningen nodig zijn met het oog op doelbereik. Fase 5: gesprekken met gemeenteraads- en collegeleden Ter afronding van het onderzoek worden twee gesprekken gevoerd: een gesprek met gemeenteraadsleden en een gesprek met collegeleden. Het gesprek met gemeenteraadsleden is bedoeld om zicht te krijgen op hun informatiepositie. Het gesprek met collegeleden dient als toets en aanvulling op de uitkomsten van de SWOT-analyse en de confrontatiematrix. Fase 6: rapportage In deze fase worden de onderzoeksbevindingen gerelateerd aan het analysekader en samenhangend opgeschreven. Het conceptrapport (excl. conclusies en aanbevelingen) wordt voor een controle op de feiten voor technisch wederhoor aangeboden bij de betrokkenen. Vervolgens worden de conclusies en aanbevelingen opgesteld. Het eindrapport (incl. conclusies en aanbevelingen) wordt dan tegelijkertijd aangeboden aan de gemeenteraad en het college. Dit gebeurt middels fysiek aanbieden door de voorzitter van de rekenkamercommissie aan de voorzitter van de gemeenteraad tijdens Het Besluit. Vervolgens wordt het college verzocht om een bestuurlijke reactie op het rekenkamerrapport te geven. Het rapport zal door de gemeenteraad behandeld worden tijdens De Ronde en vervolgens zullen de aanbevelingen het besluitvormingsproces in gaan. E Organisatie en planning De lidrapporteur van het onderzoek is mevrouw drs. I.N. Hento, extern lid van de rekenkamercommissie. De secretaris van de rekenkamercommissie, mevrouw drs. M.P. van Nieuwendijk RA, zal het onderzoek (bege)leiden. Voor de uitvoering van het onderzoek van het onderzoek heeft de rekenkamercommissie Regioplan Beleidsonderzoek in de arm genomen. De projectleider vanuit het onderzoeksbureau is mevrouw K.B.M. de Vaan. Het onderzoek start in november 2015 en het rapport is naar verwachting afgerond in maart 2016.
Pagina 4 van 4
Bijlage - Plan van aanpak
Presidium Datum: Aanvang: Presidium
dinsdag 12 april 2016 17:30
Bijlage - Plan van aanpak
Presidium Agenda Presidium (pdf) Conceptbesluitenlijst Presidium 12 april 2016 (pdf)
Gemeente Amersfoort
Agenda Presidium Hierbij nodig ik u namens de voorzitter uit voor de volgende vergadering van het presidium: Datum vergadering: Tijd: Plaats:
12 april 2016 17.30-18.30 uur Collegekamer (1.25)
Secretariaat Griffie (033) 469 4379
[email protected]
nr. Onderwerp 1.
Opening, mededelingen en post
AGENDAPUNTEN ZONDER UITGEBREIDE BESPREKING
2.
Ter vastlegging tussentijdse consultatie over agenda De Raad
3.
Besluitenlijst 15 maart 2016 Besluitenlijst 29 maart 2016
AGENDAPUNTEN MET BESPREKING
4.
Agendering De Raad
a.
12 april 2016
b.
19 april 2016
c.
26 april 2016
5.
Termijnagenda
a.
Raadsacademie
6.
Evaluatie nieuwe werkwijze publicatie inspreekteksten/LIS-brieven
7.
Terugblik De Raad
a.
29 maart 2016
b.
5 april 2016
8.
Actiepuntenlijst
9.
Rondvraag en sluiting
Met vriendelijke groet, Marlies Bongers, Wnd. griffier
#5222468 v1 - Agenda Presidium 12-4-2016
1
Gemeente Amersfoort
Besluitenlijst (concept) Presidium Datum vergadering: Tijd: Plaats: Aanwezig: Afwezig:
12 april 2016 17.30-18.30 uur Collegekamer (1.25)
Secretariaat Griffie (033) 469 4379
[email protected]
Lucas Bolsius, Marlies Bongers, Matthijs van Kan, Rob Molenkamp, Rob Smulders, Simone Kennedy-Doornbos, Micheline Paffen-Zeenni, Noëlle Sanders Kees Kraanen, Hiske Land
nr. Onderwerp 1.
Opening, mededelingen en post
a.
Ingekomen brief SGLA over gemeentelijke website Voor kennisgeving aangenomen
b.
Regionale Raadsledenbijeenkomst 2016 Akkoord met voorstel voor organisatie regionale raadsledenbijeenkomst
c.
Terugblik fractievoorzittersoverleg Er is een terugkoppeling gegeven van het fractievoorzittersoverleg
AGENDAPUNTEN ZONDER UITGEBREIDE BESPREKING
2.
Ter vastlegging tussentijdse consultatie over agenda De Raad Akkoord
3.
Besluitenlijsten 15 maart 2016 en 29 maart 2016 Akkoord
AGENDAPUNTEN MET BESPREKING
4.
Agendering De Raad
a.
12 april 2016 -
-
-
b.
Behandelvoorstel ten aanzien van onderwerp dat zowel voor Actualiteitenraad als het interpellatie is aangemeld: datalek: eerst alle onderwerpen tijdens de Actualiteitenraad behandelen, vervolgens bij aanvang van Het Besluit stemming over het interpellatieverzoek. Indien de interpellatie wordt toegestaan mogen ook de mede-interpellanten twee maal spreken; tevens is dan het advies om motie 2016-050M (CDA: Dataveiligheid in onze zorg) direct na de interpellatie te behandelen. Indien er te weinig tijd is om alle agendapunten te behandelen, zouden de volgende moties uitgesteld kunnen worden: o Motie 2016-048M (VVD) Da’s logisch hè o Motie 2016-049M (PvdA, D66 en ChristenUnie) Ervaren contactlegging inzake hulpmiddelen Zorg o Motie 2016-050M (SP) Cliënten serieus nemen en klachten niet bagatelliseren!
19 april 2016 Geen opmerkingen
c.
26 april 2016 Akkoord met agenda De Ronde:
#5222575 v1 - BESLUITENLIJST PRESIDIUM 12 APRIL 2016
1
Gemeente Amersfoort
nr. Onderwerp - GroenLinks en VVD: Samen werken aan een Leusderweg die veiliger, toegankelijker en beter bereikbaar is; - ChristenUnie: Stand van zaken toekomstgerichte media-agenda; - Dekking extra loonkosten bij contracteren Eemfors voor wijkonderhoud; - Strategie sociale woningbouw; - PvdA, D66 en GroenLinks: Verbeteringen en aanpassingen milieubrengstation. 5.
Termijnagenda Akkoord
6.
Evaluatie nieuwe werkwijze publicatie inspreekteksten/LIS-brieven Akkoord met voorgestelde werkwijze
7.
Terugblik De Raad
a.
29 maart 2016 Geen opmerkingen
b.
05 april 2016 -
8.
Beleidsevaluatie Mobiliteit: inhoudelijk vrij algemeen gebleven, weinig terugblik en aandacht voor stand van zaken; Omwonenden en betrokkenen locaties vluchtelingenopvang aan het woord: werden zeer veel vragen gesteld door woordvoerders aan insprekers; Arbeidsmarkt Regio Amersfoort: hoe kom je er (weer) op?: jammer dat twee uitgenodigde gasten niet aanwezig waren. D66: Participatie en kaderstelling raad in ruimtelijke ordening: naar aanleiding van deze Ronde, zal SP binnenkort komen met agendering in De Ronde van het onderwerp ‘Samen bouwen we de stad’.
Actiepuntenlijst Geen opmerkingen
9.
Rondvraag en sluiting
Vastgesteld in vergadering griffier
voorzitter
#5222575 v1 - BESLUITENLIJST PRESIDIUM 12 APRIL 2016
2
Conceptbesluitenlijst Presidium 12 april 2016
De Ronde en Het Plein Datum: Aanvang:
dinsdag 12 april 2016 19:30
Vereniging Hof van Amersfoort Informatie Stichting Marathon Amersfoort Informatie
Conceptbesluitenlijst Presidium 12 april 2016
Vereniging Hof van Amersfoort Informatie Inhoud agendapunt Het Plein Vereniging Hof van Amersfoort (pdf) Bijlage - *Factsheet De Ronde 12 april 2016 Verenging Hof van Amersfoort (pdf)
Conceptbesluitenlijst Presidium 12 april 2016
Stichting Marathon Amersfoort Informatie Inhoud agendapunt Het Plein Stichting Marathon Amersfoort (pdf)
Het Plein Datum
12 april 2016
Indiener voorstel
L. Wildekamp, vereniging Hof van Amersfoort Vereniging Hof van Amersfoort Het hof van Amersfoort is een vereniging met als doel om samen met de doelgroep van 55 jaar en ouder een hof in Amersfoort in eigen beheer te bouwen gericht op het zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. De bewoners van het hof hebben oog voor elkaar en steunen elkaar daar waar nodig (goede buur). Het hof van Amersfoort is een initiatief van de landelijke stichting Knarrenhof. Zie: www.knarrenhof.nl De gemeenteraad van Amersfoort op de hoogte stellen van het initiatief van onze vereniging van inmiddels 65 leden. Om een hof te kunnen realiseren hebben we als vereniging bouwgrond nodig. We willen de leden van de raad opmerkzaam maken op het feit dat over zo’n 20 jaar 50% van alle huishoudens 60 jaar of ouder zijn. Het is van belang dat hierop beleid ontwikkeld wordt samen met en door deze doelgroep.
Titel Inhoud
Doel
19.30 - 20.30 uur
NB: Het Plein dient voor informatie-uitwisseling. Er vindt geen besluitvorming plaats.
Reg.nr.
Hof van Amersfoort
‘Factsheet’ t.b.v. Gemeente Amersfoort In dit document worden in het kort de uitgangspunten en doelstellingen van de (CPO) vereniging Hof van Amersfoort uiteengezet. De vereniging telt op dit moment ca. 65 leden en is aangesloten bij de landelijke stichting Knarrenhof waar meer dan 1300 geïnteresseerden aangesloten zijn. De stichting heeft inmiddels al in de Volkskrant, trouw en in het VEH-Magazine gestaan als voorbeeld van moderne ouderenhuisvesting, ook zijn we al 2 keer hiermee op landelijke tv geweest. Desalniettemin lukt het in Amersfoort nog niet om voet aan de grond te krijgen. Uitgangspunten Het overgrote deel van de bevolking is over een aantal jaren ouder dan 60 jaar Amersfoort vormt hierop geen uitzondering Op langere termijn een budgettair probleem voor de gemeente (WMO, zorgkosten) Ouderen van nu zijn in de regel langer vitaal en maatschappelijk actief Doelstellingen Zorgkosten terugdringen; in elk geval niet laten stijgen Vereenzaming van ouderen (en gerelateerde eerstelijnszorg) voorkomen Participatie van senioren bevorderen Langer zelfstandig blijven wonen Sociale cohesie bevorderen (‘noaberschap’ d.w.z goed nabuurschap) Hierbij geldt een oud adagium uit de zorg: ‘’een schep welbevinden bespaart een berg zorgkosten’’. Wij voegen daar aan toe; ‘’een theelepel prettig wonen levert een schep welbevinden op’’. Huisvesting als instrument Huisvesting kan en zal de doelstellingen faciliteren; is een cruciale succesfactor: Wij kiezen voor de meest klassieke Nederlandse woonvorm: de Hof (zie b.v. De Armen de Poth). Maar dan niet meer volgens de oorspronkelijke ontsluiting maar met de entree aan de buitenkant om de privacy te waarborgen. De binnentuin is voor een deel gemeenschappelijk. In het moderne ontwerp zijn leeftijdsbestendigheid en duurzaamheid belangrijke uitgangspunten. Onderdeel van het concept is voorts een gemeenschappelijke activiteitenruimte. Wij gaan in de planvorming het liefst uit van een mix van koopwoningen (groot deel) en sociale huur (kleiner deel), maar per locatie is dat maatwerk. Eisen aan de locatie Zo mogelijk niet verder dan 1500m van winkelvoorzieningen in verband met de beoogde zelfredzaamheid op de langere termijn. In Amersfoort zouden b.v. in aanmerking komen:
Hof van Amersfoort is aangesloten bij de landelijke stichting Knarrenhof
Hof van Amersfoort Het Eemfors-terrein in Schothorst Het terrein van de huidige Bilalschool in het Leusderkwartier Een deel van het terrein van de sportclub Amsvorde Let wel; de vereniging is al bijna 3 jaar zoekende naar een locatie. In een marktaanbesteding is door een financier voor ons een locatie verworven (de Scheltemalaan) maar in de uitwerking ook met de buurt blijkt een Hof-concept daar niet mogelijk. We zijn dus blijvend op zoek naar een geschikte locatie tegen een normale prijs. Eerder gaf de CPO-aanjager Anne Greet aan dat we uitgenodigd zouden worden voor de Lichtenberg als CPO-locatie. Ook dat is tot heden niet door gegaan. Ruimtebehoefte Voor een hof bestaande uit ca. 24 woningen denken wij ca. 4.000 m2 nodig te hebben. Eventueel zouden we ook een gestapelde hof kunnen proberen indien er in Amersfoort blijvend onvoldoende begane grond locaties voorradig zijn. Belangrijk aan bestuurlijk en ambtelijke zijde Integrale en toekomstgerichte visie op het vraagstuk. Samenwerking tussen de sectoren cq afdelingen: Wonen WMO Vastgoed en grondzaken Wijk- en buurtbeheer Financiën (De instroom in de WMO is terug te dringen. Daarom werkt de stichting Knarrenhof ook samen met het KCWZ (Kennis Centrum Wonen & Zorg) en nu de vakgroep Geriatrie van het Academisch Ziekenhuis te Groningen.) 8 maart 2016
Bestuur ‘Hof van Amersfoort’ Voorzitter: Penningmeester: Secretaris: Algemeen:
Lammert Wildekamp Herman Huisteden Jürgen Trein Sjoeke Bonda
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Informatie over de landelijke stichting: www.knarrenhof.nl
Hof van Amersfoort is aangesloten bij de landelijke stichting Knarrenhof
Het Plein Datum
12 april 2016
Indiener voorstel
Stichting Marathon Amersfoort Presentatie Marathon Amersfoort 5 juni 2016 Overzicht van de activiteiten (scholen, loopclinics en trainingen) voorafgaande aan zondag 5 juni en vooruitblik naar de zondag van de marathon Raadsleden, stadsbestuur, sponsors en partners informeren
Titel Inhoud Doel
19.30 - 20.30 uur
NB: Het Plein dient voor informatie-uitwisseling. Er vindt geen besluitvorming plaats.
Reg.nr.