VERSLAG Openbare vergadering van de raad van de gemeente Houten, gehouden op 12 mei 2009 om 20.00 uur in de raadzaal van het gemeentehuis van Houten. Inhoudsopgave – RCV09-004 Inhoudsopgave – RCV09-004 ................................................................................................ 1 Tabel aan- en afwezigen ........................................................................................................ 2 1.
Opening. ...................................................................................................................... 3
2.
Vaststelling van de agenda. ........................................................................................ 3
DEBATRAAD .......................................................................................................................... 3 3.
2009-003 Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Houten (tevens aan de orde: amendement GroenLinks 005-2009 en motie PvdA 004-2009) ............ 3
4.
2009-013 Bestemmingsplan Koppeling - De Schaft .................................................... 8
5.
2009-006 Rapport van de rekenkamercommissie “Werkt het?”. Onderzoek naar de Wet Werk en Bijstand ................................................................ 11
6.
2009-024 Procedurevoorstel burgerinitiatief verkeersdrempel Burchtmuur .............. 15
SCHORSING ........................................................................................................................ 19 BESLUITVORMENDE RAAD ............................................................................................... 19 7.
Heropening ................................................................................................................ 19
8.
RCV09-003 Vaststellen van het verslag van de vergadering van de raad van 7 april 2009 ......................................................................................................... 19
9.
2009-003 Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Houten (tevens aan de orde: amendement GroenLinks 005-2009 en motie PvdA 004-2009) .......... 19
10.
2009-013 Bestemmingsplan Koppeling - De Schaft .................................................. 20
11.
2009-016 Voorbereidingsbesluiten Parklandgoed Wulven en Doornkade ................ 20
12.
2009-012 Bestemmingsplan Beusichemseweg 49, 't Goy (gewijzigd) ...................... 20
13.
2009-010 Wijziging gemeenschappelijke regeling BRU............................................ 20
14.
2009-006 Rapport van de rekenkamercommissie "Werkt het?". Onderzoek naar de Wet Werk en Bijstand ................................................................ 21
15.
2009-019 Benoeming commissielid ITH en GroenLinks ........................................... 21
16.
2009-024 Procedurevoorstel burgerinitiatief verkeersdrempel Burchtmuur .............. 21
17.
LIST09.003 Vaststellen van de doorlopende lijst van ingekomen stukken en mededelingen voor de raad van 12 mei 2009 ...................................................... 21
18.
Sluiting. ...................................................................................................................... 21
Bijlage: Toezeggingen .......................................................................................................... 24
2 - 24
Tabel aan- en afwezigen Voorzitter C.H.J. Lamers, burgemeester
Griffier P.M.H. van Ruitenbeek
Leden
Partij
M.A. Alting Siberg A.E. van Loon A. Mouahbi J.C.H. Rensen A.W. van de Ruit T.D. van Pelt L. Verhagen C. van Dalen J. van Delden J.H.A. Goes E.C.F. Timmermans-Venema A.A.J. Uijttewaal F.J. Dekker H.J.C. Geerdes R.Chr. Verbeek Y. Rietveld-Hessing R.H. Lubberdink P. Musters A.M. Groothoff-Bos A.A. van Heuven A.R. van Dijk M. Hofstee G. Zandbergen D.J. van Hoek J. Pleijsier G. van Leeuwen J. van Zijst
PvdA PvdA PvdA PvdA PvdA PvdA PvdA CDA CDA CDA CDA CDA VVD VVD VVD VVD Houtens Belang Houtens Belang GroenLinks GroenLinks GroenLinks ITH ITH ChristenUnie ChristenUnie SGP D66
Wethouders M. van Daalen M.N. Kallen-Morren W.W.M. Wagenmans N.A. Teeuwen J.D. Koudijs
wethouder afwezig wethouder wethouder afwezig tot 20.38 uur. wethouder wethouder
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
Opmerkingen
Afwezig tot 20.46 uur
3 - 24
1.
Opening. De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Hij meldt dat de heer Van Dijk en wethouder Wagenmans iets later komen en dat wethouder Van Daalen afwezig is wegens een vakantie die was geboekt voor zijn aantreden als wethouder en niet meer kon worden verzet. De twee onderwerpen uit diens portefeuille die op de agenda staan worden behartigd door wethouder Teeuwen. Hij meldt verder dat raadslid mevrouw Alting Siberg in het huwelijk is getreden met de heer Vos en feliciteert haar daarmee nogmaals. Mevrouw Alting Siberg was onder de indruk van de attentie die zij uit handen van de griffier namens de raad bij haar huwelijk ontving en trakteert vanavond.
2.
Vaststelling van de agenda. De voorzitter meldt dat aan het eind van de raad kort stilgestaan zal worden bij het afscheid van vertrekkend GroenLinks raadslid Ad van Heuven. De agenda wordt conform vastgesteld. DEBATRAAD
3.
2009-003 Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Houten (tevens aan de orde: amendement GroenLinks 005-2009 en motie PvdA 004-2009) De voorzitter leidt in dat het college naar aanleiding van motie 004-2009 in de vorige debatraad heeft toegezegd te zullen nagaan of er een juridische belemmering is om de Langdurigheidstoeslag naar 120% van de bijstandsnorm te verhogen en zo ja, waar die uit bestaat en in hoeverre de verruiming van de categoriale regeling voor bijzondere bijstand voor 65-plussers die de gemeente Utrecht hanteert toepasbaar is in Houten. De wethouder had gemeld dit in juni te zullen opleveren, maar het college vond dit uitstel onwenselijk en heeft er spoed achter gezet waardoor de notitie vanavond kon worden voorgelegd. Hij verzoekt de raadsleden de discussie tot die notitie te beperken. Aan de orde daarbij zijn tevens motie 004-2009 van PvdA en GroenLinks waarin het college wordt opgeroepen actief op zoek te gaan naar de mensen die voor deze toeslag in aanmerking komen en amendement 005-2009 van PvdA en GroenLinks waarin het percentage van 110 naar 120 wordt verhoogd. De heer Pleijsier (CU) vindt de positie van mensen met een minimum inkomen belangrijk. Zijn fractie wil niet tegen de wet ingaan en koos daarom in de vorige debatraad over dit onderwerp voor de 110%-norm die het college voorstond maar stelde tegelijkertijd voor om mensen met een minimuminkomen tegemoet te komen tot 120% via andere posten. Het college koos een andere lijn maar levert in de nieuwe informatie een argument om toch te compenseren tot 120% door te stellen dat er geen hard bewijs is dat uitbreiding van de doelgroep tot 120% onwettig is, hooguit enig risico met zich meebrengt. De adviezen hierover zijn zo tegenstrijdig dat de fractie bereid is dat risico te nemen; andere gemeenten doen dat ook, de mensen die het betreft krijgen zo financieel een steuntje in de rug. Ook is de ChristenUnie er voorstander van een reserveringstoeslag 65-plus of categoriale bijstand te verstrekken aan mensen die alleen AOW krijgen en verder ook geen pensioen hebben, om hen niet achter te stellen bij mensen die de langdurigheidstoeslag krijgen. De fractie is dus mede ondertekenaar van de motie en de amendementen die ter tafel liggen. De heer Van de Ruit (PvdA) heeft een amendement bij zich dat mede ondertekend is door CDA en GroenLinks en een enigszins gewijzigde motie die mede ondertekend is door GroenLinks en D66; het verschil betreft het proactief benaderen van alle inwoners van Houten met behulp van alle benodigde middelen. Verder dient hij nog één amendement in dat alleen is rondgezonden aan de fractievoorzitters. Zoals hij in het vorige debat over dit onderwerp aangaf is zijn fractie er voorstander van om de normen van het ministerie te volgen in plaats van de normen die in de huidige Langdurigheidsverordening zijn opgenomen, een kleine wijziging van het voorstel die inhoudt dat er in plaats van 38%, 39% gehanteerd wordt. Ten slotte overhandigt hij de griffier een artikel in Trouw hierover waar ook uit blijkt dat het bepaald niet ruim is voor de betrokken en dat hij treffend vond in dit verband. Verder dankt hij het college en de afdeling Sociale Zaken voor de betrachte spoed om dit besluit nu te kunnen nemen, wat hem betreft heeft het lang genoeg geduurd.
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
4 - 24
De voorzitter constateert dat amendement 005-2009 nu ook door de ChristenUnie is ondertekend en wat verder is toegelicht maar inhoudelijk gelijk blijft. Motie 004-2009 is gewijzigd. Motie 004a-2009 luidt als volgt: Voorstel 2009-003 Onderwerp: Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Houten; De raad van de gemeente Houten in de vergadering bijeen d.d. 7 april 2009; overwegende dat: - de groep inwoners van Houten met het recht op een langdurigheidstoeslag wellicht niet volledig bekend is bij het college; - het college in het rondetafelgesprek heeft aangegeven door middel van een mededeling in het Houtens Nieuws aan deze mensen kenbaar te maken dat er een dergelijke toeslag voor minima bestaat; roept het college op: - om de Houtense inwoners die in aanmerking komen voor de langdurigheidstoeslag proactief te benaderen met behulp van alle benodigde middelen; en gaat over tot de orde van de dag. Ondertekend door Arjan van de Ruit (PvdA), Aleid Groothoff-Bos (GroenLinks) en Hans van Zijst (D66).
Amendement 006-2009 van de PvdA luidt als volgt: Voorstel Nr. 2009-003 Onderwerp: Verordening Langdurigheidstoeslag De raad van de gemeente Houten in de vergadering bijeen d.d. 12 mei 2009; - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; - gehoord de besprekingen in het rondetafelgesprek van 24 maart 2009; - gelet op de vrijheid om als gemeente te bespreken hoe de hoogte van de Langdurigheidstoeslag wordt bepaald; - gelet op het feit dat het ministerie van SZW een percentage van de bijstandsnorm aangeeft van 39; besluit: de onder beslispunt 1 genoemde verordening als volgt aan te passen: - bij artikel 5 lid 1: het getal 38 te wijzigen in 39; - bij artikel 5 lid 2: het getal 19 te wijzigen in 19,5. Ondertekend door Arjan van de Ruit (PvdA).
De heer Van Delden (CDA) is het college erkentelijk voor de snelle informatievoorziening en is blij met de inhoud daarvan. De fractie steunt de eerder ingediende motie en het eerder ingediende amendement nog steeds en staat sympathiek tegenover amendement 006-2009. Wel vindt hij de kosten van de aanvullende voorziening voor 65-plussers erg begrotelijk, hij vraagt de wethouder of de raming een maximum betreft of een reële verwachting en hoe de wethouder deze ziet in verhouding tot de overige bij de perspectiefnota te bekostigen zaken. Mevrouw Groothoff (GL) verwijst voor haar inhoudelijke bijdrage aan het debat naar de vorige raadsvergadering. Ze is er content mee dat zich een collegepartij bij de ondertekenaars voor het 120% amendement heeft gevoegd en dat ook de Cliëntenraad inhoudelijk goed met dat amendement kan leven. Men durft te gaan voor de extra 10%, net als andere gemeentes. Ze nodigt de overige fracties uit ook met dit amendement in te stemmen zodat armlastige medeburgers van Houten, waaronder 300 ouderen met AOW, uitzicht krijgen op enige inkomensverbetering. Motie 006-2009 lijkt een detail maar natuurlijk stemt GroenLinks ook daar mee in. De motie spreekt voor zich. Men kan trots zijn op dit minimabeleid, daar hoort bij dat het proactief uitgevent wordt. De heer Van Leeuwen (SGP) memoreert dat de SGP eenzelfde beweging heeft doorgemaakt als de ChristenUnie. Voordat deze met vakantie ging sprak hij met de wethouder over diens zorgen over het percentage en anderzijds de wens om een ruimhartig beleid te voeren. De
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
5 - 24
SGP wil de Langdurigheidstoeslag ruimhartiger gestalte geven, komt uit op 130% van de bijstandnorm en dient daartoe een amendement in. De SGP heeft echter ook oog voor het feit dat het een open einde regeling betreft die enorme bedragen kan gaan vergen. Daarom doet de fractie de suggestie om uit te gaan van een uitkering van maximaal 130% aan de huidige deelnemers, maar bij een overschrijding van dat budget te komen tot een nieuw ijkmoment om te bezien of de verordening moet worden aangepast. De heer Rensen (PvdA) vraagt of het ijkmoment ook kan inhouden dat mensen moeten gaan terugbetalen. De heer Van Leeuwen (SGP) antwoordt hij dat dit absoluut niet de bedoeling is. De SGP wil een gelegenheid creëren om het nu benoemde percentage te heroverwegen. Amendement 007-2009 luidt als volgt: Voorstel Nr.: 2009-003 Onderwerp: Langdurigheidsverordening De raad van de gemeente Houten in de vergadering bijeen d.d. 12 mei 2009; - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; - gehoord de besprekingen in het rondetafelgesprek van 24 maart 2009; - gelet op de vrijheid om als gemeente te bepalen wat men onder ‘laag inkomen’ verstaat; - gelet op de informatie die na de raad van 7 april 2009 aan de raad ter beschikking is gesteld; besluit: in de onder beslispunt 1 genoemde verordening - bij artikel 4 lid 1 het getal 110% te wijzigen in 130% en - bij artikel 5 lid 2 het getal 110% te wijzigen in 130%. Ondertekend door G. van Leeuwen (SGP)
Motie 008-2009 luidt als volgt: Voorstel: 2009-003 Onderwerp: Verordening Langdurigheidstoeslag De raad: - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; - gelezen de aanvullende informatie die na de raadsvergadering van 7 april 2009 is verstrekt; - gehoord de besprekingen; overwegende dat: - in een amendement van de SGP wordt voorgesteld de doelgroep die in aanmerking kan komen voor een langdurigheidstoeslag te vergroten; - hierdoor meer mensen in aanmerking komen voor een toeslag; - de langdurigheidstoeslag een open einde regeling is; - de raad derhalve de besteding van het budget dient te monitoren om zodoende jaarlijks te kunnen beoordelen of de verordening dient te worden aangepast om zodoende grip te houden op de open einde regeling en derhalve extreme budget overschrijdingen te voorkomen; verzoekt het college: 1. de raad jaarlijks begin november te rapporteren over de besteding; 2. aan de raad, indien noodzakelijk, voorstellen te doen voor aanpassing van de verordening met ingang van het nieuwe kalenderjaar; en gaat over tot de orde van de dag. Ondertekend door G. van Leeuwen (SGP).
Mevrouw Rietveld (VVD) vraagt waarom de SGP niet voor 135% of 140% heeft gekozen. De heer Van Leeuwen (SGP) antwoordt dat hij heeft aangehaakt bij wat hij in den lande heeft ontmoet op dit punt en verwijst voor een verder begrip naar de toelichting op de motie. Mevrouw Rietveld (VVD) vindt het jammer dat de nu geboden informatie niet reeds bij het vorige debat ter tafel lag. Er blijken openingen te zijn die de vorige keer nog niet door het college werden geboden. Evenals mevrouw Groothoff is zij trots op het armoedebeleid van de
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
6 - 24
gemeente Houten. Ze is het eens met de voorstellen van het college en vindt dat de 110% bijstandsnorm prima gehandhaafd kan worden, ook vanuit de angst die de VVD nog steeds heeft voor de armoedeval. De VVD vindt inkomensbeleid, zeker waar het AOW’ers betreft, een kwestie van landelijk beleid. Het kan niet zo zijn dat een AOW’er in Houten beter uit is dan een AOW’er in Culemborg. De fractie wordt hierin ook gesteund door de cijfers die mevrouw Groothoff noemt: slechts 10% van de gemeenten kiest voor 120%, 90% houdt het op 110%. De VVD is er vooral op tegen om de voorgestelde verhoging van het percentage te dekken uit de algemene middelen, afspraak was om die zoveel mogelijk buiten schot te houden en beslissingen over de algemene middelen alleen te nemen bij de perspectiefnota en de begroting. De VVD zal de amendementen en moties dus niet steunen. De heer Van Zijst (D66) dankt het college voor het memo met een nader standpunt over de wettelijke status van de Langdurigheidstoeslag maar is er ook na lezing van dat betoog niet van overtuigd dat hier een weg wordt begaan die wettelijk niet mogelijk is. De vergelijking met 65-plussers gaat niet op omdat 65-plussers in de vorm van de AOW een forfaitair bedrag krijgen en de gelegenheid hebben bij te verdienen en op andere wijzen aan inkomen te komen, terwijl alles wat een bijstandsgerechtigde bijverdient op zijn uitkering wordt ingehouden. Dit advies uit juridisch kring vertrouwt hij en brengt hij daarom in in deze discussie. Hij zal dus meegaan met die moties en amendementen die aansturen op een 120% dekking en een grensgeval van 39%. Ook heeft hij motie 004a-2009 mede ondertekend als indiener nadat daarin het woord “huisbezoek”, waar hij echt bezwaar tegen had gelet op de schaamtefactor die in dit dossier speelt, geschrapt was. De heer Lubberdink (HB) legt uit dat Houtens Belang zich in het vorige rondetafelgesprek voorzichtig heeft uitgesproken voor 110% omdat zowel in het stuk als uit de uitleg van de wethouder bleek dat een hoger percentage problemen zou geven. Ook zijn fractie is blij dat er nu wat meer opening komt en zal het amendement voor 120% zeker steunen, in tegenstelling tot de VVD. Veel mensen in Houten hebben het goed, ook deze doelgroep verdient het. Als het in Houten kan moet het zeker niet nagelaten worden en de investering van € 13.000,- is verantwoord. Wel worstelt hij nog met de consequenties, volgens de stukken zouden de kosten kunnen oplopen tot € 114.000,- extra kosten. Houtens Belang vindt dat volledig disproportioneel tot de € 13.000,- voor de andere maatregel en wil daar helderheid over alvorens te kunnen overgaan tot besluitvorming hierover. Wethouder Teeuwen vraagt of de ChristenUnie door medeondertekening van amendement 005-2009 denkt niet alleen de 120% te ondersteunen maar ook een regeling voor 65-plussers te hebben gecreëerd. Daar hangt een totaal ander prijskaartje aan, zo waarschuwt zij. Opplussen naar 120% vergt, zoals werd aangegeven in de collegebrief, een bedrag tot € 71.644,maar als daar nog een regeling bij komt voor 65-plussers, een doelgroep die, zoals D66 al opmerkte, zelf mogelijkheden heeft om inkomsten te verwerven die niet hoeven te worden ingeleverd, kost dat flink wat meer. Als de keuze beperkt blijft tot de 120% is het financiële risico gering. Inderdaad moet de dekking komen uit de algemene middelen; het kan niet uit het i-deel, waarvan het tekort nul is maar komende tijd alleen maar zal oplopen door nieuwe bijstandsuitkeringen. Kiest de raad voor een riante regeling voor 65-plussers dan vergt dat in totaal ruim € 150.000,-. Voor de benodigde extra € 75.000,- is er geen dekking behalve uit de algemene middelen. In de toelichting op amendement 005-2009 staat wel een opmerking over een categoriale regeling, maar uitgaande van de beslispunten in het amendement gaat het alleen om 120% c.q. een benodigde extra € 13.000,-. Constaterend dat er een meerderheid voor dit amendement is neemt ze aan dat die meerderheid de financiële consequenties ook aanvaardt. Inderdaad zijn de juridische adviezen om 120% bijstandsnorm te hanteren voor de toeslag tegenstrijdig, overwegingen dienaangaande zijn geheel aan de raad. Amendement 006-2009 gaat om een dermate gering bedrag dat zij zich niet kan voorstellen dat het college daar bezwaar tegen zou maken. Wat motie 003-2009 betreft zal het college uiteraard alle mogelijke middelen benutten om de doelgroep te bereiken. Wel moet worden opgemerkt dat het een heel gecompliceerde doelgroep betreft, deze mensen die net boven de armoedegrens leven zijn niet bekend bij de gemeente en zijn ook vrij moeilijk op te sporen. 120% is nog rationeel omdat bij de meeste toeslagen ook dat percentage gehanteerd wordt, maar bij de 130% die de SGP vraagt kan ze geen goede reden bedenken om dat te doen, ze ontraadt daarom dat amendement evenals motie 008-2009. Het monitoren van het budget wat in motie 008-2009 wordt bepleit kan wat haar betreft beter in de gewone cyclus van verantwoording
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
7 - 24
worden meegenomen. Die cyclus brengt sowieso al een veelheid aan cijfers en tabellen met zich mee, iets waar het CDA kanttekeningen bij heeft geplaatst. Het totaalbedrag voor de langdurigheidstoeslag van 120% en de categoriale regeling is een maximaal bedrag, geen reële inschatting. De voorzitter meldt dat de wethouder van financiën zich inmiddels bij de aanwezigen heeft gevoegd en neemt aan dat deze de conclusie van het college kan delen dat als het amendement rond de 120% in de smalle variant die € 13.000,- vergt wordt aanvaard, het college dat netjes denkt te kunnen afdekken bij de bestuursrapportage. Een dergelijk bedrag komt niet al te zeer in het vaarwater van de grote investeringen die bij de Perspectiefnota aan de orde zijn. De heer Van Delden (CDA) heeft een aanvullende vraag. Als amendement 005-2009 wordt aanvaard, gaat het college er dan ook van uit dat er voor 120% categoriale regeling bijstand moet worden verleend en dat daar een regeling voor in het leven moet worden geroepen, of laat men met elkaar na om zo’n regeling te treffen en wacht men de juridische consequenties maar gewoon af? Wethouder Teeuwen antwoordt dat het college die optie onder ogen heeft gezien en heeft geconcludeerd dat dergelijke gevolgen onvoorspelbaar zijn. Als amendement 005-2009 wordt aangenomen adviseert zij om de doelgroep van de categoriale bijstand daar uit weg te laten, de evaluatie op te schuiven naar 2010 en eerst goed te kijken hoe alle beleidsinstrumenten op elkaar inwerken; de VVD noemt in dat verband ook vaak het argument dat economische zelfstandigheid en toegeleiding naar werk het allerbelangrijkste is. De heer Lubberdink (HB) steunt de suggestie van de wethouder in haar laatste antwoord maar stelt voor de laatste 4 regels van de toelichting dan te schrappen, hij vindt die verwarrend omdat daar gesproken wordt over die leeftijdsdiscriminatie en categoriale bijstand. Mevrouw Groothoff (GL) licht de zinnen waar de heer Lubberdink op doelt verder toe. Zij heeft daarmee bedoeld dat indien 65-plussers tekort komen, je hen categoriale bijstand kunt verlenen maar alleen ter compensatie van wat ze tekort komen en niet voor het bedrag dat wordt toegekend in de langdurigheidstoeslag. De voorzitter memoreert dat wethouder Van Daalen in de vorige debatraad heeft aangegeven de categoriale bijstand juist te willen benutten voor individueel maatwerk maar niet zoals het aanvankelijk gelezen werd door de heer Van Delden. Die toezegging staat, hij neemt aan dat die kwestie voldoende is verduidelijkt. De heer Van de Ruit (PvdA) hecht eraan om een vergelijkend inzicht te krijgen in het effect van niet alleen de langdurigheidstoeslag maar alle instrumenten binnen het minimabeleid of zo men wil de armoedebestrijding, om te kijken wat het meest effectief is. Dat komt ook tegemoet aan de vraag van de VVD hoe dat zich verhoudt tot bestedingen aan bijv. een fietspad. Mevrouw Rietveld (VVD) roept op om de evaluatie dan echt dit najaar nog te houden, liefst in het derde kwartaal, omdat die evaluatie is toegezegd en om zo het gehele beeld te krijgen, liefst nog voor de verkiezingen. Wethouder Teeuwen denkt dat als de in amendement 0052009 bepleite maatregel nu wordt ingevoerd, er een langere tijdsspanne nodig is om te kijken hoe de instrumenten op elkaar inwerken. De voorzitter roept de raadsleden op de discussie over dit onderwerp af te sluiten en enige daadkracht te tonen, hij heeft in het veld ongerustheid opgemerkt over het feit dat de raad in de vorige debatraad geen besluit heeft kunnen nemen over de langdurigheidstoeslag. De opvattingen zijn gewisseld, er liggen voldoende varianten ter tafel. De wethouder geeft aan dat het bij een keuze voor 120% raadzaam is om de evaluatie iets later te laten plaatsvinden om de effecten van de 120% te kunnen monitoren. De heer Van Hoek (CU) vindt het te snel om te zeggen dat de hele evaluatie moet worden opgeschoven omdat hij graag ziet dat het hele brede pakket bekeken wordt, dat moet niet in een bijzin van dit debat even geregeld worden. De voorzitter wil vermijden dat er een discussie wordt geopend over de evaluatie. Die is toegezegd en de wethouder wijst erop dat als er een nieuwe maatregel van kracht wordt met het verhoogde percentage, er extra tijd nodig is om de werking daarvan na te gaan alvorens er geëvalueerd kan worden. De raad acht dit onderwerp rijp voor besluitvorming in de besluitvormende raad van heden avond.
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
8 - 24
4.
2009-013 Bestemmingsplan Koppeling - De Schaft De voorzitter nodigt de raadsleden uit zich te concentreren op de beleidsvragen, aangezien de fracties hadden aangegeven dat alle technische vragen voldoende waren beantwoord door het college. De heer Van Dijk (GL) constateert dat er geen lawaaimakende bedrijven tussen de woningen komen en vindt het een goed punt dat een geluidszonering daardoor ook niet meer nodig is en afgeschaft wordt. De consequenties daarvan voor de bedrijven en bedrijfswoningen zijn goed onderzocht en onderbouwd in het bestemmingsplan, GroenLinks gaat daarmee akkoord. Meer moeite heeft zijn fractie met de geluidshinder bij de woningen aan het Tolgaarderserf. Zijn fractie vindt dat er geen extra geluidsmaatregelen nodig moeten zijn als alle maatregelen getroffen worden, vindt het lastig het bestemmingsplan te moeten vaststellen zonder dat de hoge geluidswaarden beteugeld zijn en vraagt in een motie die tevens nog door de VVD zal worden ondertekend om de geluidswaarden terug te brengen tot de wettelijke streefwaarde van 48 dB. Motie 009-2009 luidt als volgt: Naar aanleiding van agendapunt nr. 2009-013 Onderwerp: Bestemmingsplan Koppeling - De Schaft te Houten De raad van de gemeente Houten in de vergadering bijeen d.d. 12 mei 2009; gelezen: - het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 maart 2009; - de collegebrief van 29 april 2009; en gehoord de besprekingen tijdens het rondetafelgesprek op 14 april 2009; - ervan uitgaande dat het college overgaat tot het treffen van geluidsmaatregelen, zoals verwoord in het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 maart 2009 en in de collegebrief van 29 april 2009, zoals het waar nodig aanbrengen van de verhoging van de geluidswal en waar dat niet kan een beperkt scherm met beplanting ter hoogte van het Tolgaarderserf rekening houdend met de inbreng en wensen van de bewoners aldaar; - van mening zijnde dat bovengenoemde te treffen maatregelen voldoende effect zullen hebben en dat het vaststellen van een hogere geluidswaarde van 56 dB (na aftrek van 5 dB) niet nodig is; - overwegende dat voor het vaststellen van het bestemmingsplan Koppeling – De Schaft de noodzakelijke geluidsberekeningen zijn uitgevoerd, waarbij bovengenoemde geluidsmaatregelen nog niet (volledig) zijn meegenomen; - zich realiserend dat de voorgestelde vast te stellen hogere geluidswaarde van 56 dB (na aftrek van 5 dB) voortvloeit uit de voor het bestemmingsplan uitgevoerde geluidsberekeningen; - wetende dat de vast te stellen hogere geluidswaarde van 56 dB (na aftrek van 5 dB) past binnen de wet- en regelgeving en de kaders van de raad; - spreekt als nadrukkelijke wens uit dat indien het college overgaat tot de vaststelling van de hogere geluidswaarde van 56 dB (na aftrek van 5 dB), het college zijn uiterste best zal doen om te zorgen dat deze waarde nooit bereikt wordt, door het treffen van adequate geluidsmaatregelen; - verzoekt het college om naast de wettelijke geluidsberekeningen ook geluidsmetingen uit te voeren en de resultaten hiervan op gebruikelijke wijze te communiceren naar de bewoners en de raad; - geeft het college de opdracht mee om bij een volgende wijziging van het bestemmingsplan een lagere waarde vast te stellen, waarbij gestreefd zal worden naar de wettelijke streefwaarde van 48 dB. Ondertekend door A.R. van Dijk (namens GroenLinks) en H.J.C. Geerdes (namens de VVD)
De heer Geerdes (VVD) verzucht dat de fractie, terugkijkend op het besluit van 6 jaar geleden, wenste dat de andere variant was gekozen. De VVD heeft op dezelfde manier als GroenLinks gekeken naar de geluidswaarden van het Tolgaarderserf. Tijdens het rondetafelgesprek was er nogal wat gehakketak over de beleving van geluid in relatie tot de berekening ervan. De VVD is blij met de toezegging die de wethouder inmiddels gedaan heeft via de collegebrief, maar zit wat in haar maag met de constructie dat de raad het bestemmingsplan wel wil goedkeuren terwijl er binnen dat plan nog steeds hogere geluidswaarden gelden die men als raad eigenlijk niet wil. Hij hoopt dat de wethouder haar toezegging in deze raad wil bekrachtigen. De motie die samen met GroenLinks is opgesteld dient vooral als bijstelling van wat er technisch al binnen het bestemmingsplan is geregeld. Mevrouw Timmermans (CDA) vindt het evenals de heer Geerdes een hele geschiedenis,
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
9 - 24
wellicht had het anders had gemoeten maar het staat er, je kunt het mooi vinden of lelijk, er hard rijden, verkeerd rijden, er kiezen, het is een heel circus op die locatie en het geeft overlast. Het CDA gaat akkoord met de beslispunten mits het college concreet met de bewoners gaat kijken wat er overlast geeft, daar niet normatief in is, en al die kwesties zo mogelijk tot een oplossing brengt. Ze dient daartoe een motie in. Of het geld kost kan ze nog niet zeggen, misschien zijn sommige zaken niet zo goed geregeld maar hebben bewoners er geen last van, van andere zaken hebben ze al aangegeven dat ze daar wel last van hebben. Het gaat niet om een stappenplan of onderzoek maar een plan met concrete acties. Motie 010-2009 luidt als volgt:
Voorstel 2009-013 Bestemmingsplan Koppeling – De Schaft Onderwerp: Overlast Koppeling – De Schaft De raad van de gemeente Houten in de vergadering bijeen d.d. 12 mei 2009; - gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; - gehoord de besprekingen in de rondetafelgesprekken en de geluiden van omwonenden; overwegende dat: - het raadsvoorstel dat betrekking heeft op het bestemmingsplan een tekenend beeld geeft voor het verloop van de procedure tot nu toe; - uit het voorstel blijkt dat de belangen van de bewoners enerzijds in beeld zijn bij het college, maar dat anderzijds om verschillende redenen geen bevredigende oplossingen zijn gevonden die de aanwezige en te verwachten overlast in voldoende mate beperken en voorkomen; - uit het voorstel blijkt dat het college overweegt de regelgeving (geluidswaarden) aan te passen; is van oordeel dat: - het in het belang van de gemeente, de omwonenden en de bedrijven is om te komen tot oplossingen van de overlast; - de acceptatie van eventueel resterende overlast groter zal zijn indien de gemeente in samenspraak met betrokkenen naar oplossingen zoekt, bij voorkeur in concrete maatregelen; roept het college op: - om binnen één jaar na de vaststelling van het bestemmingsplan concrete maatregelen te treffen ter vermindering van de overlast voor de aanwonende inwoners en hen te betrekken bij de soort maatregelen en de uitvoering; en gaat over tot de orde van de dag. Ondertekend door E. Timmermans-Venema (CDA)
De heer Hofstee (ITH) is van mening dat het aanpassen van de geluidsnormen achter de feiten aanlopen is. Het had nooit zo ver mogen komen met de overschrijding van die normen. Ook is ITH ontevreden met de aangeboden maatregelen. Je kunt wel zeggen dat de auto’s hun snelheid moeten matigen maar als ze nog steeds met 70 km/h voorbij scheuren is dat een papieren maatregel. Verder was hij uitermate verbaasd dat er geen geld was voor een geluidsscherm waar mensen dag en nacht plezier van hebben terwijl de raadzaal, waar maar voor enkele uren per maand gebruik van wordt gemaakt, verbouwd is voor € 6,5 ton. Hoe ITH gaat stemmen moet nog intern in de fractie worden overlegd. De heer Van Loon (PvdA) heeft ook uit de discussie gedestilleerd dat het geluid voor de bewoners het grootste punt is en vindt de motie van VVD en GroenLinks wat dat betreft sympathiek maar mist daarin een duiding van de consequenties die deze fracties verbinden aan de bepleite geluidsmetingen en begrijpt ook niet welke harde toezegging er van de wethouder wordt gevraagd op het punt van de reductie van het geluid tot 48 dB. Wat dat betreft heeft hij meer affiniteit met de motie van het CDA. De heer Geerdes (VVD) licht toe dat zijn fractie met motie 009-2009 beoogt wellicht het bestemmingsplan goed te keuren maar wel in de techniek iets te repareren. Het CDA bepleit weliswaar maatregelen binnen één jaar, maar daarvan kan men zich evengoed afvragen waar die maatregelen toe moeten leiden. Misschien kan de PvdA zich vinden in een combinatie van de moties. De heer Van Loon (PvdA) blijft bij zijn standpunt dat de VVD de wethouder niet de pin op de neus zet om concrete actie te vragen terwijl het CDA dat in principe wel doet. Zelf vindt hij datgene wat ter tafel ligt, eventueel aangevuld met een toezegging van de wethouder,
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
10 - 24
toereikend. Onder adequate maatregelen zou men ook een 30 km/h zone op de Schaft kunnen verstaan en dat zal toch niet de bedoeling zijn. Wat hem betreft wordt daar concreet iets aan gedaan en zeker ook met de bewoners die op het punt van concrete actie in het verleden te weinig hebben gezien. Wat dat betreft moet het hem van het hart dat de memo waarin gesuggereerd werd dat de bewoners maar stukken moesten opvragen met een beroep op de Wet Openbaarheid Bestuur niet de houding is die de PvdA van het college zou vragen. De heer Lubberdink (HB) heeft in het rondetafelgesprek begrepen dat de huidige stand van zaken anders is dan een paar jaar geleden berekend was. Hij las ook dat het college erkent dat het terecht is dat de bewoners zorgen hebben en dat er gekeken moet worden naar maatregelen. In lijn met wat de heer Van Loon zegt steunt hij ook de motie van het CDA om snel tot actie over te gaan. De fractie verwacht dat het ophogen van de wal met zand, dan wel een scherm, wellicht het meest soulaas biedt en roept op dat als een van de eerste maatregelen bij de hoorns te vatten. Ook hij vindt de andere motie minder stellig, geluidsmetingen hebben ook weinig zin als het verkeer nog ontbreekt. Houtens Belang zal de motie van GroenLinks en de VVD dus niet steunen maar de motie van het CDA wel van harte ondersteunen. De heer Van Dijk (GL) denkt in reactie op de heer Lubberdink dat de beide moties in elkaars verlengde liggen. In de overwegingen bij motie 009-2009 wordt ervan uitgegaan dat het college overgaat tot het treffen van de geluidsmaatregelen zoals verwoord in het voorstel en de memo en daarbij uitgaat van een beperkt scherm, maar dat is dus nog niet voldoende. Daarna moet nog gekeken worden of de maatregelen ook effect hebben, of de geluidswaarde ook naar beneden kan. Dit is dus een aanvulling op wat de PvdA bepleit. Mevrouw Timmermans (CDA) pleit ervoor om terug te gaan naar de bewoners, hen te vragen waar ze last van hebben en welke suggesties zij hebben om dat te verhelpen, te kijken welke daarvan meegenomen kunnen worden en om daarnaast de geluidshinder te bestrijden volgens de normen. Ze pleit ervoor om niet op dit moment te ver de techniek in te duiken. De voorzitter constateert dat de moties in elkaars verlengde liggen, die van GroenLinks en de VVD gaat iets verder. Hoe de sympathie voor de moties ligt zal blijken bij de stemming. De heer Van Leeuwen (SGP) vindt de motie van GroenLinks en VVD qua bewoording doen denken aan het CDA terwijl hem opvalt dat in de motie van het CDA plotseling heel heldhaftig staat geformuleerd dat er concreet iets moet gebeuren. Hij steunt de motie van het CDA. De heer Van Hoek (CU) vindt het prettig om te constateren dat het bestemmingsplan, op de kwestie van het geluid na, in orde is. Over het algemeen heeft Houten haar zaakjes goed voor elkaar, mensen wonen er ook graag, maar in dit geval is minder goed met de burgers omgegaan. Technisch klopt het allemaal met het geluid, toch geven de burgers aan dat het daar niet helemaal goed mee zit. De fractie kan zich vinden in beide moties, is er voorstander van om terug te gaan naar het gebruikelijke aantal dB’s en te kijken waar de burgers last van hebben, om daar dan maatregelen voor te treffen zodat ook in dit bestemmingsplan kan worden gesproken van een goede leefomgeving met een voor Houten gebruikelijke kwaliteit. Zijn fractie zal in lijn hiermee stemmen. Wethouder Kallen benadrukt dat het college de mening deelt dat er maatregelen moeten worden getroffen om de overlast door geluid, en met name de beleving daarvan, voor de omwonenden te beperken. Het college wil hard werken aan de snelheidsbeperking van 50 km/h en daarna een concreet aantal acties ondernemen zoals het ophogen van de geluidswal, als eerste daar waar die ingeklonken is. Daarnaast zal de geluidswal extra verhoogd worden door het aanbrengen van een scherm, overigens niet het oude scherm uit de vorige voorstellen waar de heer Hofstee op duidde, maar een beperkt scherm, beperkt tot wat er nodig is en goed passend bij de weg waar het langs staat. Je kunt niet allemaal beplanting aanbrengen, dat is al onderzocht. De grond staat dat niet toe, de beplanting zou na een half jaar dood of verdwenen zijn. Het college vindt het van zeer groot belang dat de bewoners van Houten zo min mogelijk overlast wordt bezorgd, niet alleen in het buitengebied, ook elders en in het centrum niet. Het college zal daarom een aantal concrete maatregelen nemen, dat kan dit jaar al beginnen. Natuurlijk zal het college de bewoners daar ook bij betrekken, wellicht hebben die ook nog andere, misschien ook minder kostbare suggesties. Voor de nu gemelde maatregelen zal het college gaan staan. Dit is tegelijkertijd een antwoord op de motie van het CDA. Wellicht had dit een aantal jaren geleden al moeten worden gedaan. Dat is niet gebeurd. Het college vindt het wel zo netjes om aan te geven dat het dit wil repareren. De berekende geluidswaarde per 2020 van 56 dB is nodig om het bestemmingsplan vast te kunnen stellen, maar
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
11 - 24
het college streeft naar een verdere verlaging van deze geluidswaarde in de toekomst en verricht daartoe genoemde extra inspanningen. De extra maatregelen zullen zorgen voor lagere geluidswaarden dan nu staan aangegeven in het bestemmingsplan maar in hoeverre de ambitieuze waarden die in motie 009-2009 worden gevraagd gehaald worden valt pas naderhand te zeggen, immers, het effect van maatregelen is pas meetbaar nadat ze getroffen zijn. Ze wil daarmee ook tegemoetkomen aan de indieners van motie 009-2009 dat je na het treffen van de maatregelen moet meten of ze effect hebben. Het college zal zijn uiterste best doen te blijven streven naar lagere geluidswaarden ook in het toekomstige bestemmingsplan, maar dat gaat dan wel over de komende 10 jaar en is dus niet nu maar in de toekomst. De heer Van Hoek vraagt of de moties door het antwoord van de wethouder overbodig zijn geworden. Wethouder Kallen denkt dat wat zij in het memo heeft aangegeven nog verscherpt en verhelderd is. Het college gaat aan datgene wat het CDA bij motie vraagt, sowieso voldoen en zal wat de andere motie betreft zich inspannen om ook voor de toekomst te zorgen voor lagere geluidswaarden op de Koppeling. De heer Geerdes (VVD) heeft sinds het rondetafelgesprek enige hekel gekregen aan rekenmodellen en tabellen. Het lijkt hem daarom zinvol om voorafgaand aan het nemen van maatregelen geluidsmetingen te doen om helder te krijgen om wat voor geluidsniveaus het werkelijk gaat, zodat je naderhand kunt kijken wat het effect van maatregelen is op basis van metingen in plaats van tabellen en grafieken. Wethouder Kallen beaamt dat er eerst gemeten moeten worden of de waarden daadwerkelijk naar beneden gaan. Meten is weten. De heer Geerdes (VVD) wil diegenen die kritisch waren over motie 009-2009 nog iets meegeven ter overweging. De VVD is blij met de bereidheid van de wethouder om de acties die het CDA vraagt uit te voeren. Ook de VVD is daarvan voorstander, maar de fractie wil nog iets extra’s aangeven: dat daar ook een taakstelling aan vast zit, dat het ook iets op moet leveren. De heer Verhagen (PvdA) vraagt of de VVD in verband met de taakstelling van het terugdringen van het geluidsniveau tot 48 dB akkoord zou kunnen gaan met een 30 km/h zone op de Koppeling. De heer Geerdes (VVD) antwoordt dat de VVD daar zeker niet mee akkoord gaat, maar denkt ook dat de raad niet zelf de maatregelen moet gaan bedenken maar alleen moet kijken of de gevraagde acties en normen ook daadwerkelijk gehaald worden. De heer Verhagen (PvdA) denkt dat het getal van 48 dB boterzacht is. De heer Geerdes (VVD) denkt dat dat getal even goed ambitieus genoemd kan worden. De heer Van Dijk (GL) voegt daar aan toe dat 48 dB de wettelijke streefwaarde is. Het laatste bericht van overheidswege is dat er in het kader van een nieuwe wet geluidhinder lagere plafonds vastgesteld zullen worden voor wegen. Iedereen zal dus uiteindelijk naar die waarden toe moeten. Via de motie wordt er van het college een inspanningsverplichting gevraagd om de waarden verder in die richting te brengen. De heer Verhagen (PvdA) vraagt of GroenLinks zich kan scharen achter een 30 km/h zone op de Koppeling. De heer Van Dijk (GL) antwoordt dat het uiteindelijk om het effect gaat. De raad acht dit onderwerp rijp voor besluitvorming in de besluitvormende raad van heden avond. 5.
2009-006 Rapport van de rekenkamercommissie “Werkt het?”. Onderzoek naar de Wet Werk en Bijstand De heer Musters (HB) is content met de opheldering van een misverstand ten aanzien van aantallen voor wat betreft uitstroom, waar Houtens Belang een vraag over had gesteld bij het rondetafelgesprek over dit onderwerp. Wel vindt hij het jammer dat het blijkbaar niet lukt om in het overleg met de ambtenaren helder te krijgen hoe zo’n verschil kan ontstaan, terwijl het uiteindelijk duidelijk te verklaren valt. Dat valt hem ook op ten aanzien van de aanbevelingen. Hij begrijpt niet goed waarom het college zo defensief heeft gereageerd op de aanbevelingen van de rekenkamer terwijl een aantal daarvan in zijn ogen zeer waardevol zijn. Zo onderschrijft het college de noodzaak van het aanschaffen van een nieuw monitoringsysteem maar spreekt dit in eerste instantie tegen; en zo zijn er meer voorbeelden. Hij nodigt het college uit om in generieke zin opener en enthousiaster om te gaan met onderzoeken, conclusies en aanbevelingen van de rekenkamer. De heer Van Delden (CDA) vindt het rapport helder, het geeft duidelijke informatie hoe deze materie er nu voorstaat. Zo moet de rol van de rekenkamer ook zijn: informatie geven, een
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
12 - 24
reactie van het college erbij, zodat de raad daar wat mee kan. Wel vindt hij het jammer dat het hier en daar gedateerd is. Het CDA kan zich vinden in het voorstel maar wacht nog op antwoord van de wethouder op zijn vraag wat het haar waard is om mensen aan het werk te krijgen. Het CDA vindt het tijd voor een extra impuls aan het bestand van uitkeringsgerechtigden, er moeten meer mensen aan het werk, dat is het CDA ook wat waard. Hij gaat ervan uit dat die informatie bij de perspectiefnota wel ter tafel ligt zodat de raad er dan concreet iets mee kan doen en is ook benieuwd hoe de andere fracties daar tegenoverstaan. De heer Van de Ruit (PvdA) betuigt zijn steun aan de oproep van het CDA. Hij vindt het ook ontzettend belangrijk om mensen zo snel mogelijk weer hun economische zelfstandigheid te laten herwinnen. Dat mag wat kosten, wel is van belang daar inzicht in te hebben om de kosten tegen die van andere doelen af te kunnen wegen. Hij vindt het onderwerp lastig. Er staan veel goede ingrediënten in het rapport waar je iets mee kunt en al veel mee gedaan wordt. Het college heeft al veel dingen in gang gezet die tot uitstroom kunnen leiden. De PvdA deelt, net als het college, sommige van de conclusies en aanbevelingen en plaatst kanttekeningen bij andere. Dat klopt met de opzet van zo’n rapport dat ook bedoeld is als discussiestuk. Hij wil graag met de andere fracties van gedachten wisselen over de vraag of het rapport, gelet op de onafhankelijke rol van de rekenkamercommissie, alleen voor kennisgeving moet worden aangenomen of dat er conclusies en aanbevelingen uit overgenomen moeten worden. Wel wil hij benadrukken dat de ingrediënten van het rapport en de aanpak die sociale zaken nu voorstaat de PvdA erg waardevol zijn, daar kan verder op gebouwd worden en ook al gaat het nu richting verkiezingen, de PvdA hoopt dat er een aantal punten op de i kunnen worden gezet en de uitstroom kan worden vergroot. De heer Van Leeuwen (SGP) vraagt de heer Van de Ruit naar diens argumenten waarom de raad het rapport voor kennisgeving zou moeten aannemen. De heer Van de Ruit (PvdA) verduidelijkt dat hij niet voorstelt om het rapport voor kennisgeving aan te nemen, hij geeft in overweging om in plaats van alle aanbevelingen en conclusies in al hun nuances bij langs te gaan lopen, deze voor kennisgeving aan te nemen en in handen van het college te stellen om daarmee goed aan de slag te gaan. De heer Geerdes (VVD) is het in grote lijnen eens met de bijdragen van Houtens Belang en het CDA. Voor de VVD zijn sociale voorziening en werk synoniem. Gelet op de bijstandsscan die verscheen en de inspanning die wordt gedaan om de afdeling te verbeteren vindt hij dat het college goed bezig is maar evenals Houtens Belang constateert hij dat het college wel erg stevig op het rapport reageert. Dat de afdeling Sociale Zaken haar bestand goed denkt te kennen begrijpt hij wel, tegelijkertijd zit de raad wel te wachten op de monitoring om de verschillende groepen goed in beeld te krijgen waardoor er beleid gemaakt kan worden om zoveel mogelijk mensen aan het werk te krijgen, zoals ook de heer Van Delden bepleitte. Het college is dus op een goede manier bezig, maar de aanbevelingen en conclusies van de rekenkamer zijn op hun plaats. De heer Van Zijst (D66) vindt het evenals de heer Van Leeuwen onwenselijk om, zoals de heer Van de Ruit aangeeft, categorisch de conclusies en aanbevelingen aan te nemen voor kennisgeving. Dat holt het doel van de rekenkamercommissie uit, die de raad adviseert over de wijze waarop verbeteringen tot stand te brengen zijn. Wethouder Teeuwen merkt op dat het rapport van de rekenkamercommissie aanvankelijk gericht was op de periode 2004-2006 waarin Vakwerk nog niet actief was. Gaandeweg is 2007 aan de onderzoeksperiode toegevoegd waardoor de eerste ervaringen met Vakwerk konden worden toegevoegd. Daar was het college aanvankelijk heel positief over. Najaar 2008 heeft de raad de ontwikkeling van Vakwerk Houten besproken en besloten Vakwerk voor 5 jaar te continueren op basis van een aantal succesfactoren van Vakwerk. Zo was gaan doen een uitgangspunt. Iedereen vond het een slagvaardige manier van werken en was daar positief over. Levensvreugde en welbevinden over een goed passende baan waar klanten duurzaam in terecht kunnen, was een uitgangspunt. Korte lijnen, no escape: de casemanager, de loopbaancoach, de trainer en de jobhunter werken intensief samen bij de begeleiding van iedere klant, met goed resultaat. De locatie en infrastructuur: het was belangrijk dat Vakwerk Houten in Houten zat, bij de hand was, goed samen kon werken met alle andere afdelingen. Er zijn delegaties komen kijken uit andere landen, Tsjechië, Zweden dat een heel goed sociaal systeem heeft; ook de Tweede Kamer heeft Vakwerk bezocht; het staat ook in vakbladen. Het is dus echt een uniek concept, zozeer zelfs dat het Werkbedrijf het Houten gaat toevertrouwen
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
13 - 24
om hier de WW uit te gaan voeren in een pilot. Het college is daar blij om want op die manier kunnen de WW-klanten gewoon in Houten blijven. Dat is echt winst. Het college krijgt steeds bevestigd dat de keuze voor vakwerk een heel goede is geweest en blijft van mening dat een aantal conclusies en aanbevelingen van de rekenkamercommissie wat minder relevant en bruikbaar is. De onderzoeksperiode, maar ook het feit dat Vakwerk geen recht gedaan wordt in het onderzoek is daaraan debet. De heer Geerdes (VVD) vindt de resultaten van Vakwerk positief maar ziet graag dat de wethouder ingaat op het feit dat Vakwerk een duur middel is. Wethouder Teeuwen vindt het verbazingwekkend dat de conclusies van de rekenkamer over de bestandsanalyse zo sterk afwijken van de bijstandsscan die het college heeft laten opstellen. Die was heel degelijk, heeft een stevige bestandsanalyse opgeleverd met allerlei inputs voor de reïntegratienota waar de raad op zit te wachten. Het bestand is op 24 april nog eens beoordeeld op de arbeidsplicht. Daarbij bleek dat 70% van de klanten een arbeidsplicht heeft, wat toch een ander beeld geeft dan de 56,2% die de rekenkamer noemt. Zij merkt steeds dat de rekenkamer een wat andere interpretatie geeft niet alleen aan de cijfers maar ook aan de definities. “Vrijstelling” of “ontheffing van arbeidsplicht” worden tegen elkaar aan gelegd terwijl dat heel verschillende begrippen zijn. Op het gebied van kostentoerekening roept het rapport van de rekenkamercommissie ook vragen op. Zowel in het ambtelijk als bestuurlijk wederhoor is aangegeven waarom de conclusies van de rekenkamercommissie discutabel zijn. Helaas heeft de reactie van het college eigenlijk geen effect gehad op de rapportage van de rekenkamercommissie. De bestuurlijke reactie heeft zich beperkt tot de conclusies en aanbevelingen uit het rapport, ingaan op alle waarnemingen zou veel te ver hebben gevoerd maar ook die riepen op meerdere plekken vragen op. Het college zal de bruikbare aanbevelingen van de rekenkamercommissie zeker meenemen en vertalen naar 2009, maar de doorontwikkeling van Vakwerk en de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand als geheel vooral baseren op de analyses die APE heeft gemaakt. Voor het monitorsysteem wordt een deel daarvan als ijkpunt gebruikt. Er is feitelijk ook al een monitorsysteem aangeschaft, vóór dit hele onderzoek was al bekend dat Sociale Zaken dat wilde en nodig had. Terecht heeft het CDA gevraagd om informatie maar het antwoord op die vraag komt bij de behandeling van de reïntegratienota, waar het volgens haar thuishoort. Ze gaat nu in op de aanbevelingen, waar het college echt iets mee zal moeten en laat de conclusies voor wat ze zijn omdat dat te ingewikkeld zou worden. Aanbeveling 1 is voor de raad. Het college heeft in zijn antwoord op aanbeveling 2 uitgelegd dat het daar al op een goede manier mee bezig is, men zou kunnen denken aan sociaal aanbesteden maar daar was indertijd bij de bespreking van de Nota Aanbestedingsbeleid geen meerderheid voor. Met het laten aansluiten van de doelstellingen op het uitvoeringsproces is het college al heel erg bezig en de verantwoording van Sociale Zaken wordt gewoon meegenomen in de cyclus van beleidsverantwoording. De heer Musters (HB) merkt op dat het college in zijn wederhoor reageerde dat het aannam dat de rekenkamer dit net andersom heeft bedoeld: het uitvoeringsproces laten aansluiten bij de doelstellingen. Wethouder Teeuwen antwoordt dat de doelen en het verantwoordingsproces in het hele beleidsinstrumentarium gebruikt worden. Wat daarbij het eerst komt, de doelen of de verantwoording, is niet zo relevant, bijna een taalkwestie, een kip-of-ei kwestie. Het voegt weinig toe om dat verder uit te diepen. Ze had die reactie uit de wederhoor van het college kunnen weglaten, zo beaamt ze, dan wel had de rekenkamercommissie de aanbeveling anders kunnen formuleren. Wat betreft de vierde aanbeveling wordt het advies van accountant Ernst & Young gevolgd om het niet op die manier te doen. Volgens de laatste aanbeveling moet het college c.q. de afdeling Sociale Zaken twee extra instrumenten produceren: een begroting en een beleidsplan. Het college vindt het niet noodzakelijk die aanbeveling te volgen, de afdeling Sociale Zaken is niet zodanig anders dat dat zou moeten. De heer Van Zijst (D66) ziet in het antwoord van de wethouder geen aanleiding om aanbeveling 2 en 3 niet op te volgen maar zal aanbeveling 4 en 5 niet steunen als de wethouder eigenlijk zegt dat die aanbevelingen haar belemmeren om door te gaan met Vakwerk. Hij ziet graag dat doorgegaan wordt met Vakwerk. Wethouder Teeuwen wil daarover opmerken dat als de afdeling Sociale Zaken met ingewikkelde kostensystematieken en voor de afdeling specifieke beleidsinstrumenten wordt opgezadeld, dat ten koste gaat van de doorontwikkeling van allerlei andere zaken, of het moest zijn dat daar formatie bij wordt gefourneerd. De heer Zandbergen (ITH) heeft al vaker gemerkt dat de standpunten van rekenkamercommissie en college niet altijd met elkaar sporen. Aanbevelingen van de rekenkamercommissie hoeven ook niet blindelings door college en raad overgenomen te worden, maar duidelijk is
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
14 - 24
dat de raad worstelt met de vraag welke kant het op moet. De rekenkamer is bedoeld ter ondersteuning van de controlefunctie van de raad. Er zitten ook raadsleden in die commissie, dat maakt het wat ingewikkelder. Hoe moet je met dit rapport omgaan? Hij heeft daar moeite mee. De voorzitter kan zich dat indenken. Hij wijst erop dat het college alleen een weerwoord heeft gegeven op de aanbevelingen en conclusies van de rekenkamercommissie maar niet de hand heeft in de wijze waarop die in het besluit worden verwoord, dat doet de griffier. De raad is er zelf bij of hij dat besluit wil nemen, al dan niet geamendeerd. De heer Van de Ruit (PvdA) dankt de nestor van deze raad voor diens wijze woorden. Evenals de heer Van Zijst vindt hij het lastig om de beide laatste aanbevelingen te interpreteren. Wat hem betreft gaat aanbeveling 4 meer over de kosten om iemand direct te laten instromen in de arbeidsmarkt waar het CDA naar vroeg en minder over de, ook veel minder interessante, kwestie van interne kostenverrekeningen. Ten aanzien van aanbeveling 5 speelt iets vergelijkbaars. Moet je nou weer meer documenten verzamelen of kan er aangesloten worden bij de logische verantwoordingscyclus die er toch al is? Dit zijn de redenen waarom instemmen met deze twee aanbevelingen niet goed voelde voor de PvdA. Voor kennisgeving aannemen van deze twee aanbevelingen zou voor de hand liggen. Ook de PvdA worstelt daar wat mee. Wel wil hij de wethouder vragen in hoeverre het mogelijk is invulling te geven aan de vraag van het CDA en rond de perspectiefnota helder te hebben hoeveel het kost om iemand direct te laten instromen in de arbeidsmarkt, om daarover te kunnen besluiten. Mevrouw Groothoff (GL) weet dat de rekenkamer heeft aangegeven over de jaarstukken weinig informatie te hebben. De vraag is of de raad überhaupt wel kan beoordelen of het allemaal effectief en doelmatig is en of de cijfers consistent zijn. De cliëntenraad worstelt er ook mee of het wel klopt, weet ze. Wethouder Teeuwen denkt dat het er alleen maar helderder op wordt als Sociale Zaken rapporteert in bijlagen bij de gewone verantwoordingscyclus. Je ziet nu al dat er door de veelheid aan rapporten verwarring ontstaat omdat die allemaal op verschillende meetmomenten zijn opgesteld. Het is beter één consistente lijn te volgen rondom de cyclus. De toezegging is gedaan bij het rondetafelgesprek. Het betreft een kwestie die nog uitgezocht moet worden en dat is ook de reden dat de reïntegratienota vanavond niet wordt behandeld. De voorzitter concludeert dat de vraag om nadere informatie over het instrumentarium in het sociale domein bij de behandeling van de reïntegratienota en dus vóór de perspectiefnota aan de orde kan komen in de raad, waar de heer Van Delden in het rondetafelgesprek ook op aandrong. Hij begrijpt dat de raad zoekt naar handvaten om een kaderstellende discussie te kunnen voeren over het sociale beleid. Je gaat dan op zoek naar kengetallen en materiaal, maar de gemeentebegroting staat vol van beleidsdomeinen en het sociale beleid is daar, hoe belangrijk ook, maar één van. Voor het integrale pakket van beleidsterreinen wordt bij de bestuursrapportages, de perspectiefnota, de jaarrekening en de begroting al gerapporteerd. Extra aandacht kan geleverd worden maar laat men dat niet inrichten als een structureel extra monitoringsysteem. Dat is de reden dat het college die ene aanbeveling kritisch bekijkt. Cijfers zijn makkelijker gevraagd dan geleverd. Als de organisatie zich daarvoor moet gaan inspannen komt zij niet goed toe aan de toegeleiding naar werk van bijstandsgerechtigden. In aanvulling op de suggestie van de heer Zandbergen verzoekt hij de raad om de balans tussen de informatiebehoefte en het praktische werk te zoeken. De heer Geerdes (VVD) merkt op dat de raad zich aanbeveling 1 sterk aantrekt. Wat men nu meemaakt is alleen maar dat de raad zijn kaderstellende rol pakt, en daar is gewoon informatie voor nodig. Via welke rapportage dat precies gaat maakt hem niet zoveel uit, daar is iedereen het ook wel over eens en misschien moet aanbeveling 4 ook niet zo gelezen worden. Doordat er in het proces van wederhoor tussen rekenkamer en college of ambtelijk iets mis gaat is er dit gedoe over de tekst van de aanbevelingen van het rapport terwijl men het volgens hem wel redelijk met elkaar eens is. Rekenkamer en college moeten dat proces misschien nog eens goed onder de loep nemen. De voorzitter verwacht dat aan dit punt in de evaluatie van de rekenkamer die in gang is gezet en die in concept ook al beschikbaar is, zeker aandacht zal worden besteed. Wethouder Teeuwen heeft gezien dat de bereidheid er over en weer tussen rekenkamercommissie en ambtelijke organisatie wel degelijk is maar zij moet opmerken dat het ook gaat om weerbarstige materie. De cijfers zijn niet altijd even makkelijk te interpreteren, zeker niet wanneer die in verschillende periodes worden geleverd. Je schrijft er niet makkelijk een onderzoeksrapport mee. Het is een gegeven dat het lastig communiceren is over deze materie. De heer Van Delden (CDA) heeft niet het idee dat men als raad weet aan welke knoppen men moet draaien om de kaders te stellen. De grip op de materie ontbreekt. De discussie is zich daaromheen nu aan het vormgeven.
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
15 - 24
De voorzitter stelt aan de orde of men voldoende geïnformeerd is voor een oordeelsvorming over het te nemen besluit. De heer Van Hoek (CU) voelt zichzelf onvoldoende in staat om al een besluit te nemen. Waar neemt men een besluit over? Het rapport voor kennisgeving aannemen is nog wel een helder element in de besluitvorming maar bij de aanbevelingen is er al een probleem met de formuleingen onder nr. 4 en 5. Dat gedeelte kun je zo niet overnemen terwijl hij aanbeveling 1 juist wel graag over wil nemen. De heer Van de Ruit (PvdA) wil absoluut niet tegen de conclusies van dit rapport stemmen maar hikt aan tegen de aanbevelingen en conclusies waar het wat wrikt. Hij vraagt de voorzitter om een suggestie ten aanzien van het te nemen besluit. De heer Van Leeuwen (SGP) reageert dat de raad altijd de mogelijkheid heeft een besluit bij te stellen door middel van een amendement. Zo concretiseer je hoe je het wil hebben. De voorzitter is wel bereid een voorstel te doen. Hij kan zich voorstellen dat men, gelet op de discussie, de periode van 3 weken die men kan hebben om het besluit uit te stellen, benut om te kijken wat er wel of niet mis is met de aanbevelingen en over 3 weken een besluit neemt. De raad zal direct na de schorsing aangeven of dit agendapunt al of niet rijp is voor besluitvorming in de besluitvormende raad van heden avond. 6.
2009-024 Procedurevoorstel burgerinitiatief verkeersdrempel Burchtmuur De voorzitter stipuleert dat het niet de bedoeling is inhoudelijk in te gaan op de kwestie van de verkeersdrempel Burchtmuur. Aan de orde is het besluit of dit initiatief überhaupt in behandeling zal worden genomen. Als het initiatief in behandeling wordt genomen wordt het voor de rondetafelgesprekken geagendeerd, worden de initiatiefnemers uitgenodigd, die kunnen bevraagd worden, de raad kan er zijn mening over vormen en dan komt het in debat en besluitvorming. De agendacommissie heeft dit burgerinitiatief getoetst aan de verordening en stelt voor het niet in behandeling te nemen. Als de raad dat voorstel volgt komt het niet in de raad maar kan het wel ter afhandeling in handen van het college worden gesteld. De heer Dekker (VVD) merkt op dat bij beslispunt 2 ook om een opvatting van de raad wordt gevraagd. Er is dus meer aan de orde dan alleen de procedure. De voorzitter beaamt dat, de raad kan daar gebruik van maken maar hoeft dat niet. Hij wil vermijden dat er een inhoudelijk debat ontstaat. Een burgerinitiatief heeft, los van de vraag of het een goed of slecht initiatief is, de charme dat burgers een initiatief nemen en hun mening kenbaar maken. Om die mening te kunnen polsen heb je een rondetafelgesprek nodig. Primaire vraag is nu echter of de raad in dezen wel of niet bevoegd is. De heer Zandbergen (ITH) noemt het voorliggende burgerinitiatief een ultieme poging om een einde te maken aan de verkeersonveilige situatie op de Burchtmuur. Vijftig initiatiefgerechtigden ondertekenden het voorstel; dubbel zoveel handtekeningen werden gezet als vereist is. De zorg is breed in de wijk, ook de Fietsersbond vindt dat er iets moet gebeuren. Maar helaas moet ook ITH toegeven dat dit burgerinitiatief niet in de raad kan worden behandeld omdat het hier inderdaad gaat om een collegebevoegdheid. ITH vindt dat zeer spijtig. De raad kan dit burgerinitiatief wel in handen stellen van het college, voorzien van de opvatting van de raad. Het geven van een gefundeerde opvatting kan naar de mening van ITH alleen plaatsvinden indien de raad over voldoende inhoudelijke informatie beschikt. Daarvoor is het noodzakelijk om de indieners rechtstreeks te horen in een rondetafelgesprek. Dat zou ITH toejuichen en doet ook recht aan de inspraakgedachte. In de eerstvolgende raadsvergadering kan vervolgens via een motie worden bepaald wat de opvatting van de raad is in dit dossier. Het college kan met die opvatting dan rekening houden bij de afdoening van het burgerinitiatief. ITH heeft dit vastgelegd in een motie en hoopt ten zeerste dat de raad die motie zal aannemen. Het is een goede zaak om in een rondetafelgesprek rechtstreeks contact te hebben met de indieners van dit prachtige initiatief. Motie 011-2009 luidt als volgt: Voorstel 2009-024 Onderwerp: Burgerinitiatief drempel Burchtmuur De raad van de gemeente Houten in de vergadering bijeen d.d. 12 mei 2009;
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
16 - 24
overwegende dat: - er door mevrouw Van Oort op 21 april 2009 een burgerinitiatief is ingediend bij de voorzitter van de raad, hetgeen dient te worden afgewezen omdat gevraagd wordt om een besluit dat niet valt binnen de bevoegdheid van de raad; - de raad conform de verordening in de gelegenheid wordt gesteld zijn opvatting kenbaar te maken aan het college op het moment dat het burgerinitiatief in handen wordt gesteld van het college; - het geven van een gefundeerde opvatting alleen kan plaatsvinden indien de raad beschikt over voldoende inhoudelijke informatie; - het daarom noodzakelijk is indieners te horen in een rondetafelgesprek; - in de eerstvolgende raad via een motie kan worden bepaald wat de opvatting is van de raad; - het college met deze opvatting rekening kan houden bij de afdoening van het burgerinitiatief; spreekt als zijn wens uit dat initiatiefnemers worden uitgenodigd voor een rondetafelgesprek om daar hun initiatief toe te lichten; en gaat over tot de orde van de dag. Ondertekend door Gerard Zandbergen (ITH).
De heer Van Hoek (CU) heeft de situatie op de Burchtmuur bekeken. Het enige waar het de buurtbewoners om gaat is dat er een paar snelheidsremmende maatregelen worden getroffen. Als de gemeente dat serieus oppakt, naar de burgers luistert en kijkt hoe dit opgelost kan worden, heb je helemaal geen rondetafelgesprek of burgerinitiatief nodig. Met een drempeltje van 30 cm. of een paar plantenbakken is het geregeld. Als de portefeuillehouder daarin iets kan toezeggen is het rond. De heer Van Dalen (CDA) ontmoet weinig charme in dit dossier. Tussen indieners en de ambtelijke organisatie is irritatie ontstaan, men heeft elkaar niet begrepen, de inhoud van de kwestie is ondergesneeuwd geraakt onder formele procedures terwijl het gaat om een grote groep die het goede voorheeft met de buurt en omgeving, wat nu juist aansluit bij de doelstelling van het burgerinitiatief: dat burgers een bijdrage kunnen leveren aan kwaliteit en inrichting van hun leefomgeving. Hoewel het nu niet gaat om de inhoud moet hij vaststellen dat het college kennelijk heeft besloten de drempel niet aan te leggen. In het verlengde van de motie van ITH vindt hij wel dat de indieners van het initiatief gelegenheid moeten krijgen hun standpunten toe te lichten; dat kan goed in een rondetafelgesprek. Hij constateert op basis van deze casus dat het burgerinitiatief niet optimaal werkt; het is nu beperkt tot onderwerpen waarover de raad beslist, wat het CDA betreft mag het uitgebreid worden tot onderwerpen zoals dit onderwerp dat nu aan de orde is. Tot een chaos zal dat niet snel leiden, het nu ingediende burgerinitiatief is nog maar het vierde sinds het instrument bestaat. Gelet op de mogelijkheid dat het nog in een rondetafelgesprek aan de orde gaat komen vraagt hij of het college bereid is het besluit om de drempel niet aan te leggen nog te heroverwegen. De voorzitter geeft een procedurele reactie. Namens de agendacommissie is hij verantwoordelijk voor het voorstel dat ter tafel ligt. Over de vraag of het burgerinitiatief optimaal is of niet kun je verschillend denken. De initiatiefnemers verwijzen een paar keer naar de Utrechtse verordening, maar dat is een monistische verordening, die stamt uit de tijd dat de raad in principe nog over het hele gemeentelijke beleid besliste. Sinds de invoering van het dualisme liggen de verhoudingen in gemeenteland ietsje anders. De Utrechtse verordening moet nog worden gedualiseerd. Dat zal een verordening opleveren ongeveer zoals Houten die al hanteert. Dus aan de verordening valt niet zo veel te veranderen. Als de reikwijdte van het burgerinitiatief wordt verbreed tot zaken waar de raad niet over gaat ontstaat er bestuurlijke onduidelijkheid. Dat is ook de reden dat in de verordening staat dat als een burgerinitiatief toevallig gaat over een kwestie waar de raad niet over gaat, de raad een doorzendingsmogelijkheid heeft en zijn gevoelen kenbaar kan maken. De heer Zandbergen heeft naast de motie die hij nu indient ook het middel van schriftelijke vragen aangewend, wat een prima middel is inzake kwesties waar het college voor verantwoordelijk is. De beantwoording van schriftelijke vragen kan in de raad geagendeerd worden of leiden tot nadere vragen in een rondetafelgesprek. Als ITH daar om vraagt kan de beantwoording rechtstreeks voor een volgend rondetafelgesprek geagendeerd worden en komt men linksom of rechtsom op hetzelfde resultaat uit. Het lijkt hem goed om niet te snel te zeggen dat de verordening niet deugt. In dit geval wordt er helaas van een verkeerd middel gebruik gemaakt maar er zijn legio andere middelen. De heer Van Dalen (CDA) geeft aan niet gezegd te hebben dat de verordening niet deugt, zijn punt is dat het college op deze
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
17 - 24
manier niet door de burger kan worden bereikt. De voorzitter kan, zonder op de inhoud in te willen gaan, melden dat er velerlei contacten tussen initiatiefnemers en college zijn geweest over dit onderwerp, er is zelfs een bezwaarschriftenprocedure geweest. Dat kan blijken uit de schriftelijke beantwoording die eraan komt. Hij verzoekt de raad te focussen op de procedure. De heer Rensen (PvdA) denkt dat er wel iets goed is gegaan, het is onder de politieke aandacht van de raad gekomen, een raadsfractie heeft zelfs schriftelijke vragen gesteld, vervolgens is het op de agenda gekomen en gaat men als raad zijn taak uitvoeren richting het college. De gehanteerde instrumenten zijn de juiste weg geweest. Hij heeft een beetje het gevoel dat er twee kwesties tegelijkertijd aan de orde zijn. De voorzitter resumeert dat de raad formeel geen besluit kan nemen over dit burgerinitiatief maar twee kansen heeft om dit te agenderen voor een rondetafelgesprek en de betrokkenen hun zegje te laten doen, namelijk via de motie van ITH dan wel na de beantwoording van de schriftelijke vragen van ITH. De raadsleden kunnen ook in de raadsvergadering via nadere vragen hun gevoelen kenbaar maken, precies waar de heren Dekker en Zandbergen naar vroegen. De heer Van Leeuwen (SGP) zit met dezelfde worsteling als de heer Van Dalen. Het is prachtig als burgers participeren, maar als raad ben je niet bevoegd en er ontstaat veel gedoe over regels. Via een omweg komt men er wel maar net als de heer Van Dalen pleit hij ervoor om te kijken of de route wat rechter te krijgen is en hoe in een goede verordening te markeren valt dat dit goed gaat. De voorzitter wijst erop dat het minder ingewikkeld kan. De bewoners kunnen iedere drie weken gewoon van het spreekrecht bij rondetafelgesprekken gebruikmaken. De heer Van Dalen (CDA) vindt het middel waar de voorzitter op wijst en ook de mogelijkheid van het stellen van schriftelijke vragen appels met peren vergelijken ten opzichte van het instrument burgerinitiatief. Als burgers er tegenaan lopen dat hun initiatief niet ontvankelijk wordt verklaard zijn ze met al deze verwijzingen naar andere middelen niet echt geholpen. De heer Van Zijst (D66) stelt voor om terug te keren naar de twee beslispunten, omdat de verordening zelf niet ter tafel ligt. De voorzitter beaamt deze conclusie. Het burgerinitiatief moet getoetst worden aan de thans geldende verordening. Er zijn wat meningen over de reikwijdte van de verordening gegeven, maar aan de orde is een procedurebesluit. De motie van ITH helpt voor het bepalen van een richting in die kwestie. De heer Dekker (VVD) deelt de mening van de heer Zandbergen en het college dat de raad niet, c.q. het college wel bevoegd is inzake dit burgerinitiatief. De griffier heeft de betrokken burgers oprecht geïnformeerd. Onder punt 2 worden de opvattingen van de raad over dit burgerinitiatief gevraagd. Wat hem betreft is de raad uitvoerig geïnformeerd over de situatie ter plekke. Het college is al een aantal keren verzocht daar verandering in te brengen, heeft daar goed naar gekeken en een goed besluit over genomen, rekening houdend met vergelijkbare plekken in Houten. Hij vindt het onnodig dit over te doen en er nog een rondetafelgesprek aan te wijden. De heer Musters (HB) stelt vast dat in dit dossier geen sprake is van “minder regels, meer service” wat de titel van een workshop was op 21 april j.l. Wat de initiatiefneemster betreft is dit een zeer serieus onderwerp, daar kon iedereen uitgebreid kennis van nemen. Als op de website van de gemeente Houten onder burgerinitiatief de volgende beknopte omschrijving: staat: “Vindt u bijvoorbeeld dat de gemeente meer aandacht zou moeten besteden aan iets wat u en uw omgeving bezighoudt, dan kunt u dit kenbaar maken.” dan snapt hij dat inwoners veronderstellen dat het onderhavige onderwerp zich leent voor een burgerinitiatief. Hij snapt dat helemaal na de acceptatie van het burgerinitiatief 2 maanden geleden voor een fietspad. Het argument om het burgerinitiatief dat nu voorligt niet te accepteren is dat het een feitelijke handeling betreft, terwijl het aanleggen van een fietspad ook een feitelijke handeling is. Een inwoner kan dit niet meer begrijpen, zelf begrijpt hij dat ook niet. In `Hoofdzaken van het bestuursrecht` noemt prof. mr. drs. Michiels een fietspad expliciet een feitelijke handeling. Er wordt dus met twee maten gemeten, naar zijn idee heeft het college het burgerinitiatief voor het fietspad aanvaard omdat dit het college fantastisch uitkwam, het college was daar zelf al mee bezig. Dat initiatief werd met veel trompetgeschal door het gemeentebestuur aanvaard. Hij stelt voor om dit burgerinitiatief voor een verkeersdrempel niet te dwarsbomen, waar het nu alle schijn van heeft. Hij begrijpt dat ook wel omdat er aanvankelijk ambtelijk negatief op is gereageerd, kennelijk gaat het een bepaalde molen in en houdt het dat stempel van iets waar
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
18 - 24
negatief op gereageerd moet worden. Hij noemt dat meten met twee maten en wat hem al helemaal niet aanspreekt is de wijze waarop hier via de mail over gecommuniceerd wordt. De voorzitter vindt dat de heer Musters met een wat persoonlijke inkleuring bezig is en verzoekt hem om een oordeel te geven over het procedurevoorstel en het kort te houden omdat men al wat aan het eind van de spreektijd aan het komen is en er meerdere sprekers hebben aangegeven te willen reageren. De heer Musters vindt dat het hele tot nu toe gelopen proces een bijna Kafka-achtige voorstelling van zaken begint te worden. De voorzitter constateert dat de heer Musters geen gehoor geeft aan zijn verzoek, ten derde male, om een conclusie te formuleren en ontneemt de heer Musters het woord. De heer Van Dijk (GL) stelt voor om dit burgerinitiatief aan te houden zodat GroenLinks kan komen met een initiatiefvoorstel om de verordening behorende bij het burgerinitiatief tegen het licht te houden en waar nodig aan te passen om de onduidelijkheid waar de heer Musters ook aan refereerde te kunnen wegnemen en te zorgen dat burgerinitiatieven zoals het onderhavige toegelaten kunnen worden. De voorzitter moet dit de raad als raadsvoorzitter echt ontraden. Hij geeft de heer Musters in die zin gelijk dat het maar om een kleine kwestie gaat terwijl de heer Van Dijk er nu een geweldige zaak van maakt. Men beoordele aan de ronde tafel, dan wel bij de beantwoording van de schriftelijke vragen, of het college het verzoek om de verkeersdrempel terecht heeft afgewezen. Als raadsleden vinden dat de verordening moet worden aangepast moet daarvoor een ander moment worden gecreëerd, maar dit verzoek moet beoordeeld worden op basis van de huidige, door de raad zelf vastgestelde verordening. De bewoners willen geen verordening, maar een drempel. Men kan altijd nog een initiatiefvoorstel indienen om de verordening zelf aan te passen. Nog in reactie op de heer Musters die hij scherp vond opereren nog afgezien van de lengte van diens betoog, merkt hij op dat het geval van het fietspad aan de Beusichemse weg een krediet betreft, iets waar de raad over gaat; en wellicht moet daar ook een bestemmingsplan voor worden gewijzigd; ook daar gaat de raad over; in het nu voorliggende verzoek gaat het om een feitelijke handeling waar geen krediet of wijziging van een bestemmingsplan voor nodig is, dat is het bestuursrechtelijke verschil. De heer Musters (HB) merkt op dat de beslissing om te komen tot een feitelijke handeling ook geen besluit is. De voorzitter denkt dat de opvattingen in het bestuursrecht daarover verschillen. De heer Van Dijk (GL) vraagt of de beslispunten zoals die voorliggen kunnen worden geamendeerd, zodat het initiatief wel in behandeling genomen kan worden. Zoals die nu zijn geformuleerd moet GroenLinks tegenstemmen en kan de kwestie niet aangepakt worden. De voorzitter merkt nogmaals op dat de raad zelf de verordening heeft vastgesteld. Dat volgens die verordening dit initiatief niet geaccepteerd kan worden is vervelend voor betrokkenen. De griffier heeft hen dat proberen uit te leggen, dat heeft tot een hele discussie geleid, dat is jammer en vervelend. De betrokkenen willen alleen maar een drempel aangelegd zien. De redenen van het college om daar wel of geen gevolg aan te geven zullen uiteengezet worden bij de beantwoording van de vragen van ITH. Die beantwoording kan volgende keer voor een rondetafelgesprek of de raad geagendeerd worden. Hij roept de heer Van Dijk dringend op om dat eerst te doen zodat de kwestie de aandacht heeft gekregen die zij verdient. Een incidentenbesluit zou hij echt onvoorzichtig en ondoordacht vinden. Hij stelt voor dat de raad in de besluitvormende raad een standpunt inneemt over dit procedurevoorstel. De motie van ITH maakt een verbinding met een vrijwillige behandeling in een rondetafelgesprek met respect voor de collegebevoegdheid. Langs die weg kunnen de bewoners hun zegje doen, dat lijkt hem voor hen het belangrijkst. Later, bijvoorbeeld in het seniorenconvent, kan nog eens aan de orde komen of de verordening te eng is of op een bepaalde manier wat opgerekt moet worden. Hij verzoekt de raad dringend daar nu niet verder in extenso op in te gaan, een evaluatie van de verordening staat nu niet op de agenda. Hij geeft de indiener van de motie nog gelegenheid voor een laatste reactie. De heer Zandbergen (ITH) vindt het voldoende als het ITH vrijstaat om, ook indien de motie verworpen wordt, de beantwoording van de schriftelijke vragen te laten agenderen voor een rondetafelgesprek. Hij begrijpt dat de heer Dekker zich tegen zo’n rondetafelgesprek zou verzetten, ITH vindt wel dat dat gesprek plaats moet vinden gelet op de 50 handtekeningen waar het om gaat, de breed aanwezige zorg onder de bewoners. Dat kan niet worden afgedaan als flauwekul. Er moet iets gebeuren aan de situatie ter plekke, de Fietsersbond vindt dat ook. Hij acht het rechtstreeks overleg met de bewoners heel hoog. De voorzitter merkt op dat het handiger is de beantwoording van de vragen voor een rondetafelgesprek te agenderen, dan voor een raadsvergadering. Immers, men kan in een rondetafelgesprek met de bewoners in gesprek gaan en dan eventueel alsnog in een volgende raadsvergadering nadere vragen
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
19 - 24
stellen. Dat kan met de motie, maar zonder de motie gebeurt dat ook. De raad zal bij de besluitvormende raad van heden avond verzocht worden een standpunt in te nemen over het procedurevoorstel en motie 011-2009. SCHORSING De voorzitter schorst de vergadering tot 22.30 uur. BESLUITVORMENDE RAAD 7.
Heropening De voorzitter heropent de vergadering en stelt de besluitvorming aan de orde. Hij vraagt of de raad vanavond of over 3 weken over het rapport van de rekenkamercommissie wil besluiten. De heer Van Zijst (D66) heeft in de schorsing geconstateerd dat er een ruime meerderheid is om agendapunt 14 van de agenda af te voeren en over 3 weken opnieuw op de agenda op te voeren, hetgeen ruimte biedt voor reflectie over met name aanbevelingen 4 en 5. De voorzitter constateert dat dit gevoelen wordt gedeeld. Agendapunt 14 wordt van de agenda geschrapt en over 3 weken opnieuw geagendeerd.
8.
RCV09-003 Vaststellen van het verslag van de vergadering van de raad van 7 april 2009 Het verslag wordt ongewijzigd zonder (hoofdelijke) stemming vastgesteld.
9.
2009-003 Verordening Langdurigheidstoeslag gemeente Houten (tevens aan de orde: amendement GroenLinks 005-2009 en motie PvdA 004-2009) Stemverklaringen over alle ter tafel liggende amendementen en moties: De heer Van Delden (CDA) geeft aan dat het CDA amendement 007-2009 niet steunt. Het CDA vindt de 120% een goed voorstel en zal het eigen amendement 005-2009 dus wel steunen. Het CDA zal ook amendement 006-2009 steunen, vindt die reparatie noodzakelijk zodat het aansluit bij de normale regelgeving. Het CDA zal motie 004a-2009 niet steunen, vindt dat dit een werkzaamheid is die het college normaal al toepast. Het is niet nodig daar als raad nog extra aandacht aan te besteden. Motie 005-2009 vindt het CDA niet nodig, het college rapporteert al voldoende via de normale verantwoordingscycli. Mevrouw Groothoff (GL) geeft aan dat GroenLinks amendement 007-2009 dermate verrassend vindt dat de fractie daarvóór zal stemmen. Den Haag past dat percentage toe, Houten moet dat dus ook doen. Stemming: amendement 007-2009 wordt verworpen met 23 stemmen tegen en 4 voor. Voor: SGP (1), GroenLinks (3). Tegen: de overige leden van de raad (23). Stemming: amendement 005-2009 wordt aanvaard met 23 stemmen voor en 4 tegen. Voor: alle fracties behalve de VVD (23). Tegen: VVD (4). Stemming: amendement 006-2009 wordt aanvaard met 23 stemmen voor en 4 tegen. Voor: alle fracties behalve de VVD (23). Tegen: VVD (4). Stemming: motie 004a-2009 wordt aanvaard met 15 stemmen voor en 12 tegen. Voor: GroenLinks (3), PvdA (7), Houtens Belang (2), D66 (1), ChristenUnie (2). Tegen: CDA (5), VVD (4), ITH (2), SGP (1). De heer Van Leeuwen (SGP) geeft aan dat hij motie 008-2009 intrekt. De voorzitter constateert dat dat zeer correct is vanwege de koppeling met amendement 007-2009. Voorstel 2009-003 met de aldus ingelaste amendementen 005-2009 en 006-2009 wordt unaniem zonder (hoofdelijke) stemming aanvaard.
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
20 - 24
10.
2009-013 Bestemmingsplan Koppeling - De Schaft De heer Van Dijk (GL) geeft aan dat GroenLinks en de VVD het dictum van motie 0092009 gehoord de beraadslagingen hebben gewijzigd. De tekst na het tweede gedachtestreepje is plaatselijk gewijzigd, die na het derde gedachtestreepje is geheel vervangen. De betreffende tekst onder gedachtestreepje 2 en 3 luidt aldus: (wijzigingen onderstreept): - verzoekt het college om naast de wettelijke geluidsberekeningen ook geluidsmetingen uit te voeren te beginnen met een 0-meting en de resultaten hiervan op gebruikelijke wijze te communiceren naar de bewoners en de raad; - verzoekt het college om de resultaten voortkomende uit de genomen maatregelen mee te nemen in toekomstige bestemmingsplannen;
Stemverklaring over motie 009-2009 en motie 010-2009: De heer Van Loon (PvdA) geeft aan dat de PvdA voor motie 010-2009 zal stemmen maar tegen motie 009-2009. De fractie vindt die motie na de aangebrachte wijzigingen niet concreet genoeg meer. Stemming: motie 009-2009 wordt aangenomen met 15 stemmen voor en 12 tegen. Voor: GroenLinks (3), CDA (5), VVD (4), ChristenUnie (2) , D66 (1). Tegen: PvdA (7), ITH (2), Houtens Belang (2), SGP (1). Stemming: motie 010-2009 wordt aangenomen met 25 stemmen voor en 2 tegen. Voor: alle fracties behalve de ChristenUnie (25). Tegen: ChristenUnie (2). Stemverklaring over voorstel 2009-013: De heer Hofstee (ITH) geeft aan dat ITH er erg veel moeite mee heeft dat de geluidsnorm verhoogd wordt maar aanneemt dat de wethouder haar toezegging gestand zal doen en dat dat goed zal uitpakken, ITH zal daarom voor het voorstel stemmen. De heer Geerdes (VVD) geeft aan dat de VVD de stemverklaring van ITH deelt. De voorzitter wijst erop dat de versie van het besluit die nu in stemming komt met name op het punt van de zienswijzennummering onder punt 3 van het besluit is gewijzigd ten opzichte van de eerdere versie. Stemming: voorstel 2009-013 wordt met de kanttekeningen van ITH en VVD erbij, zonder (hoofdelijke) stemming unaniem aanvaard. 11.
2009-016 Voorbereidingsbesluiten Parklandgoed Wulven en Doornkade Zonder (hoofdelijke) stemming wordt conform het voorstel besloten.
12.
2009-012 Bestemmingsplan Beusichemseweg 49, 't Goy (gewijzigd) De voorzitter wijst erop dat er ten aanzien van beslispunt 2 een klein errratum is geleverd. Zonder (hoofdelijke) stemming wordt conform het voorstel besloten.
13.
2009-010 Wijziging gemeenschappelijke regeling BRU Stemverklaring ten aanzien van voorstel 2009-010: Mevrouw Timmermans (CDA) zal tegen de naamsverandering stemmen. Zij kon geen enkel argument vinden om de naam te veranderen maar las wel tegenargumenten zoals: er is een identiteit, er is een herkenbaarheid, het is een begrip. Niet het CDA, maar wel zijzelf zal tegen het voorstel zijn om de naam te veranderen. Zonder (hoofdelijke) stemming wordt conform het voorstel besloten met de kanttekening
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
21 - 24
dat mevrouw Timmermans geacht wenst te worden tegen onderdeel 2 van het besluit te hebben gestemd. 14.
2009-006 Rapport van de rekenkamercommissie "Werkt het?". Onderzoek naar de Wet Werk en Bijstand Dit agendapunt is doorgeschoven naar de volgende besluitvormende raad.
15.
2009-019 Benoeming commissielid ITH en GroenLinks De nieuwe commissieleden worden bij acclamatie verkozen. De voorzitter bedankt de heer Leurdijk voor zijn werkzaamheden als commissielid voor de fractie van ITH en verwelkomt de heer Verkade als nieuw commissielid voor de fractie van ITH en mevrouw Veldhuis als commissielid voor de fractie van GroenLinks.
16.
2009-024 Procedurevoorstel burgerinitiatief verkeersdrempel Burchtmuur Stemverklaring over voorstel 2009-024: De heer Van de Ruit (PvdA) geeft aan dat zijn fractie kan instemmen met punt 1 van de beslispunten maar daarnaast tegen de motie zal stemmen. De PvdA wil wel degelijk ook dat er aandacht voor deze kwestie komt en neemt ITH serieus maar denkt dat eerst de schriftelijke vragen moeten worden behandeld en dat daarna vanzelf agendering kan plaatsvinden. De heer Van Dijk (GL) geeft aan dat zijn fractie constateert dat de raad en de inwoners verschillende instrumenten hebben om iets te agenderen maar dat de stroomlijning daarvan nog niet optimaal is. De fractie zou dat graag een keer geagendeerd willen zien in het seniorenconvent, zal voor alles stemmen wat de bewoners recht doet en dus ook voor de motie van ITH. De heer Van Dalen (CDA) kan melden dat de fractie zich wil beraden op een voorstel om de verordening voor burgerinitiatieven aan te passen. De heer Musters (HB) geeft aan dat zijn fractie het initiatiefvoorstel wel had willen behandelen conform een eerder burgerinitiatief, Houtens Belang steunt deze beslispunten niet. De heer Geerdes (VVD) geeft aan zich wegens zijn persoonlijke betrokkenheid op dit dossier te zullen onthouden van stemming. Stemming: motie 011-2009 wordt aanvaard met 16 stemmen voor en 10 tegen. Voor: GroenLinks (3), ITH (2), CDA (5), D66 (1), Houtens Belang (2), ChristenUnie (2), SGP (1). Tegen: PvdA (7), VVD (3). Procedurevoorstel 2009-024 wordt unaniem zonder (hoofdelijke) stemming aanvaard met de kanttekening dat de fractie van Houtens Belang geacht wenst te worden daar tegen gestemd te hebben. De heer Geerdes (VVD) heeft zich bij dit voorstel onthouden van stemming wegens zijn persoonlijke betrokkenheid op dit dossier.
17.
LIST09.003 Vaststellen van de doorlopende lijst van ingekomen stukken en mededelingen voor de raad van 12 mei 2009 Zonder (hoofdelijke) stemming wordt conform het voorstel besloten.
18.
Sluiting. Alvorens tot sluiting van de vergadering over te gaan staat de voorzitter stil bij het afscheid van Ad van Heuven van de gemeenteraad van Houten. Ad van Heuven werd op 14 maart 2002 geïnstalleerd als lid van de nieuwe fractie van GroenLinks die toen bij de verkiezingen verrassenderwijs was verdubbeld van twee naar vier. Bij die verkiezingen vergaarde Ad van Heuven 81 van de 2641 stemmen. In 2006 vergaarde Ad als lijsttrekker 917 van de 2115 stemmen. Hoewel een lijsttrekker automatisch altijd veel stemmen trekt zat er dus progressie in. Bijzonder in dit verband vond hij vooral dat Ad van Heuven bij de installatievergadering in
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
22 - 24
maart 2006 het vasthouden van de helft van de verdubbeling van GroenLinks van vier jaar eerder kenschetste als ‘een belangrijk winstpunt voor een ideologiepartij”, die filosofische ondertoon waarmee GroenLinks werd gekenschetst als een ideologiepartij terwijl het toch gewoon een partij is die net als ander doelstellingen nastreeft voor burgers. De eerste bijdrage van Van Heuven ging over de aanleg van de nieuwe zuidelijke rondwegtunnel. Als oppositie in de raad kun je bepaalde standpunten wat makkelijker of minder makkelijk innemen. Bij dit eerste optreden hanteerde Van Heuven meteen al een term die eigenlijk niet in de notulen terecht had mogen komen, hij vond het maar zo-zo dat er een investering werd gepleegd van € 6 mln. waar geen dekking tegenover stond. Eigenlijk werd die wijze van optreden een patroon in zijn hele zittingsperiode maar daar kwam nog een term bij. In de oppositie verbaasde Van Heuven zich vaak over het gemak waarmee bepaalde dingen wel of niet gefinancierd konden worden en hanteerde hij de term “the sky is the limit”, daarmee aangevend dat het raadsleden vrijstaat via een amendement iets te willen veranderen zonder daarbij een dekking aan te geven, het college is daar toch creatief genoeg in? – dit terwijl het in politiek bestuurlijk Nederland toch heel gebruikelijk is om bij een wijzigingsvoorstel dat geld kost ook de dekking aan te geven. Toen kwam een markante omslag. In 2006 verloor GroenLinks met Van Heuven als lijsttrekker een zetel, ging van 4 naar 3 zetels, maar won de deelname aan het huidige college met Jan Koudijs als wethouder. Opvallend genoeg bleef Van Heuven de term ´the sky is the limit` gebruiken maar nu wilde het zoveel zeggen als: ik heb vertrouwen in het college en mijn eigen wethouder, en daarbij kan the sky alleen maar the limit zijn, de lat kan niet hoog genoeg liggen. Dat demonstreert de fractie van GroenLinks nog steeds met grote regelmaat, of het nu gaat om de Wmo, het sociale beleid, milieuzaken of kwesties waarbij duurzaamheid aan de orde is. Ad van Heuven is zichzelf gebleven, hij bleef de term “the sky is the limit” gewoon gebruiken of hij nu in de oppositie of in het college zat, maar natuurlijk wel met een ander effect gelet op de ongeschreven regel dat de woorden van de fractie bij collegedeelname van invloed zijn op het te voeren beleid. Als Ad van Heuven het woord nam was niet te missen om welke spreker het ging. Die eigen karakteristiek heeft Van Heuven ook een eigen, unieke plek bezorgd, als mens, als lid van de raad. Het gemeentebestuur schrok enorm toen Ad in de zomer van 2007 zo ernstig ziek werd na met nog een aantal bestuurders waaronder Nicole Teeuwen te hebben meegedaan aan de loop door Houten. Nicole liep er een hernia door op, Ad kwam in ernstige gezondheidsproblemen en belandde zelfs een aantal weken in het ziekenhuis. Het ging als een schok door de raad, dit kon toch niet, Van Heuven met zijn aparte houding over gezondheidskwesties, natuur en voeding, lag plotseling in het ziekenhuis. In de tussentijd nam Andor van Dijk het fractievoorzitterschap waar, aan het eind kwam Ad van Heuven terug en nam het fractievoorzitterschap weer over maar droeg dat in de zomer van 2008 toch definitief aan Van Dijk over. Dat was toch een beetje de voorbode van de brief van 22 april j.l. waarin Van Heuven schreef dat zijn gezondheid hem helaas niet meer de energie gaf om de grote inzet te leveren zoals hij dat zou willen voor de komende periode en dat zijn ziekte van vorig jaar meer sporen heeft nagelaten dan hij na zijn herstel aanvankelijk verwacht had. Het gemeentebestuur betreurt dat zeer, neemt liever om andere redenen afscheid van politieke medestanders dan om deze persoonlijke gezondheidsredenen, die een mens alleen maar overkomen, waar een mens niets aan kan doen en die het gemeentebestuur alleen te respecteren heeft. Van Heuven schrijft daar overigens bij zich gelukkig te prijzen met een goede fractie die ook een goed nieuw raadslid kan leveren, waardoor hij de raad met een gerust hart kan verlaten. Dat is niet niks als je lijsttrekker bent geweest voor je partij en dat toch eigenlijk ook moet uitdragen. Hij denkt dat Van Heuven gelijk heeft met de constatering dat hij de fractie op een goede manier achterlaat. Hij weet zeker dat Ad van Heuven als voorzitter van de milieuwerkgroep Houten maatschappelijk actief blijft. Hij hoopt dat Ad de energie en spirit houdt om te blijven bewegen, wat hem in het bloed lijkt te zitten, of misschien meer langs de zijlijn als publiek. In stijl groet hij ten afscheid Ad van Heuven met de woorden “ciao” en bedankt hem voor de vele jaren, voor het goede contact en overhandigt hem heel graag het traditionele raadscadeau “Together we are the source of inspiration”. De raad op zich is niets, maar de raadsleden samen vormen de kracht die nodig is om Houten mooi te maken. Ad van Heuven (GL) noemt zijn geweldige vrouw Dicky de belangrijkste reden dat hij ruim 7 jaar lid van deze raad kon zijn. Zij gaf hem de kans om dit 7 jaar bijna fulltime te doen. Zijn gebrek aan inzet in het huishouden – een carrière als huisman maakte eigenlijk deel uit van zijn afspraak met haar - heeft zij altijd met de mantel der liefde bedekt. Maar haar belangrijkste bijdrage was toch haar nuchterheid, die voorkwam dat hij al te vaak hoogdravend werd, maar een nuchterheid die hem ook altijd heeft gesteund. Zijn tijd als volksvertegenwoordiger in de gemeente Houten kende hoogte- en dieptepunten. Van al die punten heeft hij maar van één
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
23 - 24
ding spijt: zijn steun aan A12 SALTO. Hij heeft niet kunnen voorzien dat men in Den Haag ging denken: GroenLinks in Houten is nu ook voor het aanleggen van asfalt; laten we dat belonen met een ringweg door bos Nieuw Wulven. Hoogtepunt, waar de raadsvoorzitter ook al aan refereerde vond hij zijn bijdrage aan de totstandkoming van het huidige college. GroenLinks heeft, ook in Houten, bewezen een stabiele bestuurder te kunnen leveren. Of dit een goed college is, mag de kiezer over een jaartje bepalen. Eén ding is zeker: als gevolg van de vorming van dit college is er een fantastisch mens in de gemeente Houten komen wonen. Tot slot wil hij een aantal mensen bedanken; als eerste zijn fractieleden en de leden van het afdelingsbestuur, die zijn stemmingswisselingen altijd weer wisten op te vangen; ten tweede de mensen van de organisatie in dit huis, met velen van wie hij in de loop der tijd op prettige wijze heeft kennisgemaakt en samengewerkt; en ten slotte de collega’s in de raad voor de prettige samenwerking die men over het algemeen met elkaar steeds had. De voorzitter nam hem de woorden uit de mond: zelf had hij ook kunnen zeggen “Ciao”. De voorzitter wijst tot slot op de mogelijkheid om in de foyer van de heer Van Heuven en diens echtgenote afscheid te nemen en sluit de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 juni 2009. De raad voornoemd, De griffier,
de voorzitter,
P.M.H. van Ruitenbeek
C.H.J. Lamers
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
24 - 24
Bijlage: Toezeggingen Datum raad
Voorstelnummer Agendapunt
Toezegging
Portefeuillehouder
12 mei 2009
4. 2009-013 Bestemmingsplan Koppeling – De Schaft
Het college zal de volgende extra inspanningen leveren om de geluidsoverlast te beperken: een snelheidsbeperking tot 50 km/h; ophoging van de geluidswal, als eerste daar waar die ingeklonken is; verdere ophoging van de geluidswal door het aanbrengen van een beperkt scherm, beperkt tot wat er nodig is en goed passend bij de weg waar het langs staat.
M.N. Kallen
12 mei 2009
4. 2009-013 Bestemmingsplan Koppeling – De Schaft
Het college streeft naar een verdere verlaging van de geluidswaarde van 56 dB in de toekomst. De effecten van die inspanningen zullen worden gemeten.
M.N. Kallen
Verslag raadsvergadering gemeente Houten d.d. 12 mei 2009
Stand van zaken / Planning