BESLUITENLIJST RAADSVERGADERING VAN 25 OKTOBER 2010
Besluitenlijst
van de openbare vergadering van de raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul, gehouden in het gemeentehuis op 25 oktober 2010 om 19.00 uur.
Aanwezig
H.J.M. Aussems, H.M.J.G. Cobben, R.P.G.M. Schurgers, C.M.J. Fulmer-Bouwens, L.A.N. Duijzings, W.H.M.E. Weerts, M.M.N. Knubben, J.H.A. Simons, P.M.G. Visser, W.C. Westerhof, G.G.J.M. Silverentand-Nelissen, J.I.M. Kleijnen, K. Rouwette, H.W.P. Bemelmans, J.H. Römling en M.P.G. Verheggen-Penders
Afwezig met kennisgeving
J.E.J. Blom
Voorzitter
drs. M.J.A. Eurlings
Griffier
A.M. Hoeberigs
Tevens uitgenodigd en aanwezig
wethouder drs. H.M.L. Dauven wethouder W.J.M. Thijssen wethouder drs. J.H.J. Hendrikx wethouder C.M.H. van Melsen algemeen directeur / gemeentesecretaris L.T.J.M. Bongarts
De besluitenlijst van deze vergadering, in totaal omvattende agendapunten 1 t/m 15, is aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Valkenburg aan de Geul in zijn openbare vergadering van 13 december 2010.
De raad voornoemd.
A.M. Hoeberigs Griffier
drs. M.J.A. Eurlings, Voorzitter
1
Nummer Onderwerp 1.
Opening en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering met het gebed. Hij heet alle aanwezigen van harte welkom. Bericht van verhindering is ontvangen van de heer Blom. Vanwege werkzaamheden buitenshuis zal wethouder later aanschuiven. Aangaande de samenstelling van de raadsadviescommissies zijn er twee wijzigingen. De heer J.M.H. Smeets is voor de fractie PPGV burgerlid in de raadsadviescommissie EFT. De heer Smeets wordt door de fractie PPGV eveneens voorgedragen als tweede burgerlid in de raadsadviescommissie CSWO. Verder heeft de heer N.L.N. Bock zich teruggetrokken als burgerlid van de fractie CDA in de raadsadviescommissie EFT. Door de fractie CDA wordt voor de ontstane vacature de heer J. Bastings, geboren op 19 april 1992, woonachtig aan de Kleinstraat 8 A, 6325 CW te Berg en Terblijt voorgedragen als burgerlid in de raadsadviescommissie EFT. In verband met de agenda wordt verwezen naar de motie aangaande de eventuele bouw van een 2e kerncentrale te Borssele welke door de fractie SP is ingebracht in de raadsvergadering van 27 september jl. In genoemde raadsvergadering is deze motie aangehouden en vervolgens besproken in de raadsadviescommissie ABA van 7 oktober 2010. In deze commissie heeft de motie geen ondersteuning of bijval gekregen, maar formeel staat de motie nog op de raadsagenda. De voorzitter vraagt hoe de heer Visser deze motie verder behandeld wil zien. De heer Visser zegt dat de fractie SP de motie in stemming wil brengen. De fractie heeft de motie ietwat aangepast, maar de strekking is ongeveer hetzelfde gebleven. Verder wijst hij de voorzitter erop, dat de fractie SP voornemens is een tweetal moties vreemd aan de orde van de dag in te dienen. De voorzitter antwoordt dat deze moties bij het vaststellen van de agenda aan de agenda toegevoegd kunnen worden. De heer Rouwette wordt middels loting aangewezen als primus bij stemming.
2.
Vaststellen van de agenda. De heer Aussems zegt dat de fractie PvdA/D66 een motie zal indienen over de mogelijke bouw van een 2e kerncentrale te Borssele. De heer Visser zegt dat de fractie SP een tweetal moties vreemd aan de orde van de dag zal indienen, een motie aangaande de Geulpoort en een motie aangaande de basaltbestrating. Beslissing: De agenda wordt vastgesteld in overeenstemming met de door het presidium toegezonden voorlopige agenda, met dien verstande dat de motie van de fractie SP betreffende de mogelijke bouw van een 2e kerncentrale te Borssele wordt behandeld als agendapunt 11, dat de motie van de fractie PvdA/D66 aangaande de mogelijke bouw van een 2e kerncentrale te Borssele wordt behandeld als agendapunt 12, dat de motie van de fractie SP aangaande de Geulpoort wordt behandeld als agendapunt 13 en dat de motie van de fractie SP aangaande de basaltbestrating wordt behandeld als agendapunt 14.
2
3.
Vaststellen van de besluitenlijst van de vergadering van 27 september 2009. Binnen de afgesproken spelregels zijn geen schriftelijke op- of aanmerkingen ontvangen naar aanleiding van het opgestelde concept van de besluitenlijst. Beslissing: De besluitenlijst wordt vastgesteld in overeenstemming met het aangeboden concept.
4.
Ingekomen stukken en voortgangsrapportage. A. Stukken ter kennisname. Brief onder nummer A12 (brief van de gemeente Brunssum inzake de motie verbranding restafval in Duitsland). Namens de fractie PPGV vraagt de heer Kleijnen deze brief als bespreekpunt te agenderen voor de eerstvolgende raadsadviescommissie SOB. Beslissing: De ingekomen stukken vermeld onder A1 t/m A14 worden voor kennisgeving aangenomen, met dien verstande dat de brief onder nummer A12 als bespreekpunt wordt geagendeerd voor de eerstvolgende raadsadviescommissie SOB. B. Stukken gericht aan de raad, waarvan besluitvorming wordt gevraagd door de raad en welke voor afdoening worden terugverwezen naar het college, maar met het verzoek van tevoren een notitie voor te leggen aan de aangegeven raadsadviescommissie. Voor dit onderdeel zijn geen stukken ontvangen. C. Stukken gericht aan de raad en het college, welke ter afdoening in handen van het college worden gesteld. Indien van tevoren een notitie wordt gevraagd voor een van de raadsadviescommissies is dat bij de betreffende brief aangegeven. Brief onder nummer C2 (brief van Werkgroep Niks aan de Hand inzake aanpassingen aan pand Grote Straat Centrum 12). De heer Knubben zegt dat deze brief dateert van 24 september jl., maar eigenlijk loopt deze zaak al vanaf 18 april 2010. Hij vraagt zich af waarom deze brief nog niet beantwoord is. Brief onder nummer C4 (brief van de heer/mevrouw W.L.M. Bastiaens inzake de nachtelijke veiligheid achter gemeenschapshuis De Holle Eik te Houthem St. Gerlach. Namens de fractie PPGV vraagt de heer Kleijnen het college deze brief te betrekken bij het opstellen van het integrale uitvoeringsprogramma Veiligheid en Leefbaarheid. Dit programma dient nog binnen de raadsadviescommissie ABA aan de orde te komen. Beslissing: De ingekomen stukken vermeld onder C1 t/m C4 worden ter afdoening in handen gesteld van het college. D. Stukken ingekomen na verzending van de agenda van de vergadering, waarvan van de ontvangst vooralsnog mededeling wordt gedaan aan de raad ter voldoening aan het bepaalde in artikel 74, lid 2 van de Gemeentewet. Beslissing: Lijst D is aan de leden van de raad verstrekt en wordt voor kennisgeving aangenomen.
3
Voortgangscontrolelijst. De heer Knubben vindt het vreemd dat op pagina 4 een schrijven staat van diverse verenigingen betreffende de tijdelijke Geulpoort. Het is immers een zaak die al lang afgehandeld is. Bovendien staat boven aan pagina 4 een schrijven van de heer Kennis d.d. 16 juni 2010. Het lijkt hem vreemd als daar nog geen antwoord op gegeven is. Verder wijst hij naar het schrijven van mevrouw Smeets over het verkeersstructuurplan Reinaldstraat. De voorzitter neemt kennis van deze opmerkingen. Er is reeds eerder toegezegd dat het college deze voortgangscontrolelijst zal opschonen en dat de termijnen van beantwoording in acht genomen worden. Indien er redenen zijn om langer over een schrijven te doen, dan zal het college dit procedureel met de indiener van de brief moeten kortsluiten. Er worden vorderingen gemaakt, maar het college is wat dat punt betreft nog niet op de finish. Hij nodigt de raad uit de vinger aan de pols te houden. Beslissing: Er zijn geen opmerkingen over de voortgangscontrolelijst. 5.
Voorstel aan de raad betreffende het vaststellen van de kadernota en de verordening Wet inburgering. Beslissing: Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
6.
Voorstel aan de raad betreffende het vaststellen van de afvalstoffenverordening Valkenburg aan de Geul 2010. Beslissing: Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
7.
Voorstel aan de raad betreffende het vaststellen van het bestemmingsplan Centrum. Voordat de voorzitter de raad uitnodigt aan de beraadslaging te beginnen, zou hij graag twee opmerkingen in dat kader willen maken. Hetgeen op pagina 31 staat kan aanleiding geven tot verschillende interpretaties. Bij zienswijze Q staat dat ten aanzien van de locaties Villa Via Nova en Geulhal bezwaar wordt gemaakt tegen de afbakening en beperking van de mogelijkheden, waarbij het met name gaat om de Geulhal. Daaruit zou men kunnen concluderen dat daar vanaf geweken zou kunnen worden indien 3W kan aantonen dat realisering niet mogelijk is, maar dan heeft dit enkel betrekking op het Martha Flora huis. Zoals de raad weet is er sprake van acht gebouwen, drie et ages, drie appart ement en en er zij n drie t orent j es samen geplakt om het Mart ha Flora huis te realiseren. Mocht dat om de een of andere reden niet kunnen, dan worden het weer drie torentjes of een andere zorgvoorziening. Op die wijze moet men de tekst op pagina 31 lezen, niet meer en niet minder. Hij zegt dit omdat dit ook gebruikt kan worden in andere gremia of andere doeleinden. Er dient volstrekte helderheid te zijn over hetgeen men hier moet lezen. Verder heeft de raad vanuit de griffie en het college een nadere toelichting gekregen op de afhandeling van de zienswijze K betreffende het perceel aan de Polfermolen. Hij wil de raad er nadrukkelijk op wijzen dat deze zaak onder de rechter is. Het past bestuurders en politici om er dan het zwijgen toe te doen. Op het moment dat een rechter gesproken heeft kan men - indien gewenst - de beraadslagingen op dat punt heropenen. Het is volstrekt ongepast te interveniëren in de rechtsgang, dat is een kwestie van goed bestuur. De raad zal zien dat men zich aan die gedragslijn in den lande conformeert. Hij roept de raad daar dan ook toe op, want alles wat de raad zegt kan in de rechtszaak een rol spelen. Meestal is dat ten nadele van de gemeente. De bal ligt daar voor doel, de rechtbank in Maastricht heeft een uitspraak gedaan en de desbetreffende partij is bij de Raad van State in hoger beroep gegaan. Hij roept de raad dan ook op om af te wachten wat die rechter zegt, daarna is de gemeente Valkenburg aan de Geul weer aan de bal. Met andere woorden, niet nu bij voorbaat al die discussie
4
voeren. De heer Simons vraagt of dit een oproep aan de raad is of dat er sprake is van een gebod. Daarnaast merkt hij op dat de raad over dit punt al zeer uitgebreid gediscussieerd heeft in de commissievergadering. Het ligt volgens hem dan ook voor de hand dat als de raad dit op de een of andere wijze vanavond wil afronden, dat dit in deze besprekingen kan. Er is immers al uitgebreid over gesproken. Ook na de commissievergadering zijn er allerlei berichten over en weer gegaan, dus de raad is daar volop mee bezig. De burgemeester antwoordt dat als de raad dit doet, men daarin de eigen verantwoordelijkheid neemt. De raad gaat dan dwars in tegen de procedures en de beleidslijnen die in bestuurlijk Nederland te dien aanzien gelden. Het is inderdaad bij de inspraak aan de orde gekomen maar toen was het niet voor iedereen duidelijk dat dit onder de rechter was. Het is iets heel anders dan dat de discussie op dit moment gewoon vrijelijk gevoerd kan worden alsof het niet onder de rechter is. Dat is het grote verschil. De heer Simons wijst de voorzitter erop dat de vertegenwoordiger vanuit het college tijdens de commissiebehandeling aan de discussie heeft meegedaan. De burgemeester antwoordt dat dit een terechte opmerking is. Maar van de andere kant roept hij de raad desondanks op om het vandaag niet te doen. De heer Visser kan dat verzoek respecteren, maar dat betekent wel dat mocht de hogere rechter een uitspraak doen die niet gunstig is voor de gemeente Valkenburg aan de Geul dit terugkomt bij de raad. De burgemeester antwoordt dat de raad - op het moment dat de rechter gesproken heeft indien gewenst aan zet kan zijn. Als de rechter een uitspraak doet die tegenvalt of waarbij de gemeente in het ongelijk wordt gesteld, dan zal de gemeente het een en ander moeten doen. Dus dan komt het vanzelf op het bordje terug. Hij is het met de heer Simons eens dat de raad c.q. de desbetreffende commissie keurig geïnformeerd had moeten worden over het feit dat dit onder de rechter was. Dan was dit ordedebat vanavond niet nodig geweest. Volgens de heer Simons stond ergens in de stukken vermeld dat de Raad van State dit in behandeling heeft. Hij heeft zelfs ergens gelezen dat de Raad van State daar wellicht vandaag een uitspraak over zou doen. Of misschien volgende week, dat weet hij niet precies. Met andere woorden, men had het kunnen weten want het was al bekend bij de commissievergadering van vorige week. Desondanks heeft de commissie over dit punt gedebatteerd en niemand heeft die opmerking gemaakt. Dat is op zijn minst heel opmerkelijk. Hij zal hier dan ook even over denken. De burgemeester vindt dat het presidium hier nog eens op terug moet komen. Bovendien dient het presidium te spreken over de tijdslimiet die aan de insprekers wordt toegekend en in welke situaties dit al dan niet aan de orde is. De raad schept immers gigantische precedenten als men een inspreker die met de gemeente voor de rechter staat een heel uur de tijd geeft om aan de raad bepaalde uitspraken te ontlokken. Volgens de heer Römling begrijpt de voorzitter beter dan de raad dat het college hier de schoonheidsprijs niet mee verdient. Het college roept de raad op tot, maar de raad hoort links en rechts geluiden. Zelf proeft hij dat de raad en ook binnen de commissie SOB over dit punt in mening verschilt. Het college heeft immers ook gehoord dat hier een geweldige reactie op los zou komen. Nu fluit het college de raad terug en is het aan de Raad van State om een oordeel te vellen. Als de Raad van State zegt dat de gemeente gelijk heeft kan de raad dan nog terugkomen op dat stukje groenstrook? De burgemeester antwoordt dat de raad ten alle tijden een initiatief kan nemen om bestemmingen te herzien. Maar dan zal de raad ook hij verwijst naar de informatie die is verstrekt nat uurlij k niet t wee keer j a t egen iet s moet en zeggen. Ja t egen ont wikkeling die contrair staat op bouwen, dat heeft de raad ook gezegd. Hij wil dit debat vandaag niet voeren en gaat daar dan ook verder niet op in. De heer Römling stelt de vraag of de raad ooit
5
terug kan komen op bepaalde zaken. Deze vraag is beantwoord, als de raad vindt dat er redenen zijn om op zaken terug te komen al dan niet naar aanleiding van de uitspraak van een rechter dan is dat de raad daar vrij in. Maar dan is het ook niet meer onder de rechter. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat de voorzitter kan zien welke discussie zijn uitleg oproept. Als zij het zich goed herinnert heeft de wethouder in de commissievergadering wel degelijk aangedragen dat dit bij de Raad van State ligt. De verschillende fracties hebben zich hier dan op kunnen voorbereiden en men heeft zaken kunnen doorkijken. Zo heeft de fractie PPGV telefonisch contact opgenomen met de betreffende afdeling om een en ander na te vragen. De fractie PPGV heeft zich hier terdege op voorbereid en wil graag de eerste termijn ingaan. De burgemeester antwoordt dat de raad weet dat men dan dingen doet die in bestuurlijk Nederland als volst rekt not done worden gekwalificeerd. Volgens mevrouw Fulmer-Bouwens kan de voorzitter beter eerst haar eerste termijn afwachten, want dat is niet zo. De burgemeester heeft duidelijk een appel gedaan. Het is de verantwoordelijkheid van de raad om te kijken wat men daarmee doet. Hij vraagt wie in eerste termijn het woord wil voeren. Mevrouw Verheggen-Penders zegt dat de raad vandaag zeer belangrijke besluiten zal nemen over de toekomst van Valkenburg. Aan het voorliggende raadsvoorst el best emmingsplan Cent rum is j aren van onder andere ambtelijk werk en overleg met belanghebbenden en betrokken groepen bij het centrum aan voorafgegaan. De meeste mensen zijn het erover eens dat het huidige winkelcentrum niet meer voldoet aan de gewenste en broodnodige uitstraling voor een toeristenstadje met een florissante toekomst. Als men eerlijk is dan ziet men momenteel een beeld van veroudering en verwaarlozing, wat het ergste doet vermoeden voor de toekomst van heel Valkenburg aan de Geul als er niet drastisch ingegrepen gaat worden. Het is een teken aan de wand dat de gemeente in 2009 met 27% de hoogste stijging had van het aantal werklozen in de provincie Limburg. De tijd dringt om dit tij nog te kunnen keren. De fractie CDA is van mening dat het voorliggende ambitieuze bestemmingsplan inhoudt dat het winkelcentrum sterk verbeterd zal gaan worden en gaat voldoen aan de eisen en de behoeften van de mensen van de 21e eeuw. Daarbij hoort ook dat de mooie en unieke historische kenmerken van Valkenburg behouden en versterkt gaan worden. Hierdoor zal de werkloosheid verminderen, zal de welvaart van de inwoners behouden kunnen blijven en mogelijk vergroot worden door deze positieve investering. De fractie zal deze investering dus zeker ook willen doen ten behoeve van beter rendement van de toeristische bedrijfstak op de lange termijn. De fractie heeft er vertrouwen in dat deze wensen door het uitvoeren van het bestemmingsplan Centrum zullen worden waargemaakt. Daarbij is een goede communicatie met alle belanghebbenden en betrokken mensen van cruciaal belang. Op dit vlak zijn gelukkig een aantal goede initiatieven genomen, waarbij denkt de fractie aan de website centrumplanvalkenburg.nl, de start met de maandelijkse nieuwsbrieven genaamd Nieuwsflits en het wekelijkse inloopspreekuur in het gemeentehuis. De fractie acht het eveneens onontbeerlijk voor een goede inspraak en overleg dat er met de bekende georganiseerde belanghebbende groepen persoonlijke en mondelinge overleg wordt gepleegd en dat zij adviezen kunnen geven. Al met al heeft de fractie maar liefst 16 belangengroeperingen geteld, daarbij moet men denken aan Centrum Promotion, Koninklijke horeca Nederland, de VVV, maar ook aan de LLTB, de Wmo-raad, de Seniorenraad en natuurlijk de carnavalsvereniging. Al deze mensen doen ieder op hun wijze hun best om de kwaliteit van het centrumplan Hart voor Valkenburg t e verhogen. Zij zal één voorbeeld geven: de zorg voor een mooie en veilige route voor de carnavalsoptocht is in ieders belang. De fractie wenst dat de adviezen van genoemde belangengroepen ter harte worden genomen en zoveel als mogelijk opgenomen zullen worden in de plannen. Op dit punt heeft de fractie vertrouwen gekregen bij de onlangs voor raads- en commissieleden georganiseerde informatieavond, onder andere door de mondelinge toelichting van een afvaardiging van begin dit jaar ingestelde adviescommissie Hart voor valkenburg. Wethouder, kunt u deze wensen t en aanzien van de communicatie toezeggen?
6
De fractie beseft dat dit bestemmingsplan verstrekkende gevolgen heeft die niet voor iedereen alleen maar positief zijn. Zo moeten men eerst door het zuur - of misschien is door de zure appel heen bij t en een bet ere t ypering - voordat men van het zoet kan gaan genieten. Er moet tijdelijke vervangende huisvesting komen voor een aantal bedrijven en bewoners. Voor aleer de spreekwoordelijke schop de grond in kan gaan, zal eerst de slopershamer gehanteerd moeten worden. De gemeente krijgt een periode van een lelijke bouwput, noodwinkels op andere plekken, parkeerproblemen, etc. Het realiseren van de ondergrondse parkeergarage heeft veel impact voor de bewoners aan de St. Pieterstraat. In een democratie is het zo dat de meeste besluiten wel iemand pijn doen en in dit geval in het bijzonder de mensen van de St. Pieterstraat, dat beseft de fractie terdege. Maar de taak van de politiek is om keuzes te maken en het is maar al te vaak zo dat als men als volksvertegenwoordiger vóór iets kiest, men dan ook tegelijkertijd tégen iets kiest. Bij de keuze voor de parkeergarage volgens het onderhavige bestemmingsplan acht de fractie het van het grootste belang dat de bewoners van de St. Pieterstraat goed geïnformeerd zullen worden over de diverse bouwfasen en dat er serieus wordt omgegaan met de legitieme verzoeken tot planschade. Wethouder, kunt u ons dit toezeggen? Tijdens de commissievergadering heeft de familie Cordewener-Lemmens gebruik gemaakt van het recht om in te spreken naar aanleiding van hun zienswijze, in de nota genoemd onder K. Het college heeft aan een grondstrook langs de Polfermolenweg de bestemming woondoeleinden gewijzigd in de bestemming groen . Na de bespreking in de raadsadviescommissie heeft het college meer informatie aan de raad verstrekt over de achtergronden en motiveringen. Tevens is het zo dat deze zaak momenteel onder de rechter ligt. In het verleden heeft het college geweigerd medewerking te verlenen aan een noodzakelijke ontheffing van het bestemmingsplan. Tegen deze weigering loopt een procedure bij de Raad van State, nadat de Rechtbank in Maastricht de gemeente in het gelijk heeft gesteld. Over een termijn waarop hierover een uitspraak komt kan nog niets gezegd worden. De weigering van een ontheffing is gebaseerd op de visie zoals die voortvloeit uit de totaalvisie over de groene vleugels van Valkenburg die de relatie met het Geuldal vormgeven. Dit komt overeen met de door de raad op 11 mei 2009 vastgestelde visie Gebiedsontwikkeling Maastricht\ Meerssen\ Valkenburg: Een groene weldadige stad . Hierin is het belang van het gebied tussen Maastricht en Valkenburg nadrukkelijk aan de orde gekomen. In de visie voor het gehele Polfermolengebied is het uitgangspunt dat er een overgangsgebied moet worden geschapen naar de westelijke groene vleugel richting Houthem. Dit wordt concreet vertaald door na het Polfermolencentrum eerst een meer open bebouwing in drie lagen te realiseren op de plaats waar nu de Geulhal ligt. Een en ander conform de door de raad in juni 2009 vastgestelde uitgangspunten. Dit is de overgang naar de groene binnentuinen van de woningen langs de Plenkertstraat. De door de familie Lemmens gewenste 6 á 8 bouwblokken langs de Polfermolenweg zou de vastgestelde visie en het beeld van de groene uitlopers naar de westzijde richting buitengebied verstoren. Ook bij de invulling van het terrein De Leeuw zal rekening gehouden worden met het openhouden, dus de bestemming groen van de oost - west relatie. De fractie heeft de tekeningen en de bijbehorende stukken bekeken en is van mening dat de behandeling bij de Raad van State in deze heel belangrijk zal zijn. Het is ongewis wanneer de Raad van State uitspraak zal doen. Wethouder, kunt u toezeggen dat u - na het bekend worden van de uitspraak van de Raad van State de raad in de daarop volgende commissievergadering zult informeren? Dan wenst de fractie de eventuele gevolgen voor de gemeente te kunnen bespreken en gekend te worden in de eventueel verdere besluiten in dezen, waarbij de risico s op planschade vermeden dienen te worden. Tot slot wil de fractie de aandacht van het college vragen voor de deplorabele toestand van dat deel van de Plenkertstraat waar de karkassen van hotel Corona en de Geulhal jammer genoeg nog steeds overeind staan. Wie had indertijd kunnen vermoeden dat men zo dadelijk 2011 schrijft en dat er aldaar nog niets ten goede is veranderd? 3W heeft ten aanzien van het slopen van genoemde gebouwen toch zeker wel de nodige verwachtingen gewekt naar de
7
inwoners van Valkenburg. De fractie roept het college hierbij op om zich maximaal te gaan inspannen om 3W aan hun beloften te houden en er alles aan te doen dat er zo spoedig mogelijk gesloopt kan gaan worden. Graag uw reactie in dezen. Tot zover in deze eerste t ermijn. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat de fractie PPGV tijdens de commissievergadering reeds heeft aangegeven in principe akkoord te kunnen gaan met het voorliggende raadsvoorstel. De fractie heeft alle zienswijzen goed doorgenomen en gesproken over het probleem dat kan ontstaan indien op de locatie Geulhal het Martha Flora huis niet zal worden gerealiseerd. De fractie is blij met de toelichting die de voorzitter zojuist heeft gegeven. Er is de fractie verzekerd dat niet zal worden overgegaan tot het verlenen van een ruimere bestemming waar 3W in haar zienswijze op aandringt. Tevens heeft de fractie in de commissievergadering aan de orde gesteld dat het college er werk van moet maken dat 3W haar afspraak c.q. belofte aan de raad nakomt: dat is overgaan tot sloop van de Geulhal direct nadat het bestemmingsplan is vastgesteld. Verder dient het college alles op alles te zetten dat bebouwing op deze locatie - waar ook de omwonenden zich in kunnen vinden - binnen afzienbare tijd plaats zal vinden. Alle fracties zijn intussen door verschillende indieners van zienswijzen benaderd met de vraag of men er nog eens goed naar kon kijken. Dat heeft de fractie PPGV uiteraard gedaan. Aangaande zienswijze J - waarin onder andere gesproken wordt over het eventueel uitstellen van de invoering van bijvoorbeeld reclamebelasting - zal de fractie terugkomen tijdens de begrotingsvergadering. Aangaande zienswijze K kan de fractie zich in het collegestandpunt vinden. Bovendien heeft de Raad van State nog geen uitspraak gedaan in deze kwestie. Afhankelijk van deze uitspraak kan dit wellicht nog terugkomen bij de raad. Zoals al gezegd kan de fractie akkoord gaan met de vaststelling van bestemmingsplan Centrum, wat overigens niet betekent dat de fractie tijdens de begrotingsvergadering niet zal terugkomen op bepaalde onderdelen van het centrumplan, zeker gezien de laatste ont wikkelingen en de financiële risico s die deze met zich meebrengen. De heer Visser zegt dat de fractie SP tegen de centrumplannen heeft gestemd, niet vanwege het feit dat de fractie het centrumplan volledig fout vindt maar de fractie had voldoende aanknopingspunten om een signaal af te geven dat men zich hier niet in kan vinden. Dit bestemmingsplan Centrum is een voortvloeisel uit die centrumplannen, naast het feit dat er nog andere zaken aan de orde komen. Mevrouw Fulmer-Bouwens weet dat de heer Visser het vervelend zal vinden, maar hij moet in gedachten houden dat hij nog niet zo heel lang lid is van deze raad en dat de fractie SP destijds wél voor het centrumplan heeft gestemd. De heer Visser zegt dat mevrouw Fulmer-Bouwens gezien de historie weet dat er nu weer een echte SP fractie is. Als hij dit bestemmingsplan bekijkt in het kader van het centrumplan, dan heeft de fractie nog steeds dezelfde problemen. Want in dit bestemmingsplan worden de voorwaarden geschept om dit centrumplan uit te voeren. Hij wil graag kort aanhalen wat het grote probleem van de fractie was. Het eerste probleem betreft enkele inhoudelijke plannen, daar komt hij zo meteen apart op terug. De fractie kon zich zeker niet vinden in de financiële onderbouwing. Er is een aantal aannames gedaan die op drijfzand zijn gebouwd. Hij heeft de indruk dat gezien de gegevens die binnendruppelen de fractie daar steeds meer bekrachtigd in wordt. En dan natuurlijk het punt van de communicatie, de fractie is daar zeer ongelukkig over. Ook mevrouw Verheggen-Penders heeft daar uitspraken over gedaan waarbij zij aangaf, dat er nu een aantal zaken op poten gezet is. De heer Knubben hoort de heer Visser praten over de financiële onderbouwing, maar dat is een wel heel vage kreet. Zou de heer Visser kunnen aangeven wat hij daarmee bedoelt? De heer Visser wil best een paar concrete voorbeelden noemen zodat de heer Knubben weet waar de fractie naartoe wil gaan. Als men spreekt over de verkoop van de kop Cauberg wordt daarbij uitgegaan van een bepaald bedrag. Als men dan omstreeks augustus een artikel in
8
Trouw leest waarin wordt aangegeven, dat in andere steden - waar men al een stap verder is met hun plannen - de opbrengst van dit soort onroerend goed gekelderd is en in sommige gevallen nog slechts 30% van de waarde overeind staat, dan is dat een nieuw gegeven waar de gemeente zeker rekening mee moet houden. Hij kan best meer voorbeelden aanhalen, er zijn zeker meer zaken te benoemen. De voorzitter merkt op dat de raad vanavond bij elkaar is voor het formele juridische kader. Hij vraagt dan ook de discipline van de raad om zich daarop te focussen en zich daartoe te beperken. Iedereen weet dat de heer Visser op een bepaald moment afstand heeft genomen van de ideeën die ten grondslag liggen aan de centrumplannen, dat is zijn vrijheid. Maar dat hoeft hij niet in extenso te herhalen. Daar heeft de heer Visser begrip voor, maar de fractie SP wil graag aangeven wat de achtergrond is van hun probleem met dit bestemmingsplan. Dan kan de fractie alleen verwijzen naar de inhoudelijke aspecten die in het centrumplan zijn vastgelegd en die nu eigenlijk verankerd worden in een bestemmingsplan. Daar moet hij op de een of andere wijze een beroep op doen, anders kan hij zijn houding ten aanzien van de stemming zodadelijk niet verantwoorden. Hij had zojuist al aangegeven dat hij dit heel kort zou doen. Dit is wat hem betreft dan ook kort genoeg. De voorzitter merkt op dat het in feite een terugkomen is op besluitvorming die in de raad heeft plaatsgevonden. Als men vooruit wil gaan moet men niet altijd stil blijven staan. De heer Visser zegt dat de fractie desondanks wil stilstaan bij het centrumplan om als argument te dienen waarom men een probleem heeft met dit bestemmingsplan. Gezien de ontwikkelingen zal de fractie proberen om vanuit hun eigen standpunt een positieve bijdrage te leveren. Die positieve bijdrage heeft de fractie al afgegeven door het voornemen een motie vreemd aan de orde van de dag in te dienen, om bijvoorbeeld nu in dit bestemmingsplan al duidelijk te maken om de Geulpoort een zware kostenpost die niet direct iets oplevert te parkeren en in een later stadium eventueel terug te laten komen. Mevrouw Fulmer-Bouwens heeft het idee dat de heer Visser niet echt inziet wat in een bestemmingsplan wordt vastgelegd. Volgens de heer Visser worden bepaalde zaken middels een bestemmingsplan verankerd. Nee, het maakt bepaalde ontwikkelingen mogelijk. In hoeverre de raad daarin staat de fractie SP niet alleen de plannen straks verder ont wikkelt , dat is hierna aan de orde. Dit schept alleen de mogelij kheid om event ueel zo n Geulpoort te realiseren. Ook al komt hij er niet, maar zou hij er wel komen dan ligt er in ieder geval de mogelijkheid. Of hij er komt, daar gaat het vanavond niet over. Dat is de reden waarom de heer Visser een motie vreemd aan de orde van de dag zal indienen. Het is de bedoeling om de plannen haalbaar te maken, niet alleen haalbaar maar ook om draagkracht te bevorderen. Datzelfde geldt ook voor hetgeen is aangegeven over de basaltbestrating - de fractie zal ook hierover een motie vreemd aan de orde van de dag indienen om hier zoveel mogelijk vanaf te zien. Mevrouw Fulmer-Bouwens vindt dat de fractie SP deze moties niet op het juiste tijdstip wil indienen. Daar is immers straks de begrotingsvergadering voor, dan wordt gekeken aan welke knoppen de raad wil draaien. Het is voorbarig als de fractie SP nu van te voren al zegt tegen te zullen stemmen. Wellicht wordt de discussie in de begrotingsvergadering gevoerd en zou het een heel ander verhaal kunnen worden. Het is jammer dat de heer Visser deze moties nu inbrengt. De heer Visser zegt dat de fractie SP zelf het moment bepaalt waarop moties worden ingebracht. De heer Knubben heeft nog geen kennis kunnen nemen van de moties. Is het zo dat de moties wel invloed hebben op het ontwerpbestemmingsplan? De heer Visser zegt dat deze moties daar invloed op kunnen hebben.
9
Nogmaals, de heer Knubben heeft de inhoud niet gezien maar hij veronderstelt dat - gezien de bijdrage van de heer Visser over dit onderwerp - het daar wél mee te maken heeft. En dat de motie dus ook gericht is op een wijziging in het ontwerpbestemmingsplan zoals dat voorligt. De heer Visser vindt dat men daar in het bestemmingsplan inderdaad rekening mee moet houden. De heer Simons wil zijn collega raadsleden vragen om de heer Visser even te laten uitspreken, want hij heeft toegezegd om het kort te houden. Door de heer Visser steeds te interrumperen wordt het een lange kwestie. De heer Visser heeft nog een andere motie. Deze motie is niet vreemd aan de orde van de dag maar gaat over het bestemmingsplan Villa Via Nova. Op dit ogenblik is daarover in het best emmingsplan vast gelegd dat daar villa s gebouw worden. Gezien de ont wikkelingen die bij 3W plaatsvinden denk aan de zienswijzen van 3W waarin gevraagd wordt naar een verruiming van hun mogelijkheden op het terrein van Villa Via Nova en ook bij de Plenkert dient de gemeente voorzichtig te zijn om dat zomaar toe te staan. Toch zou men om het centrumpan in het bestemmingsplan te verbeteren de mogelijkheid moeten creëren om op het terrein van Villa Via Nova andere mogelijkheden te creëren. Dan komt hij even terug op de eerste plannen die er waren - dat was een parkeerplaats en de Albert Heijn en opnieuw te bekijken of die mogelijkheden gestand gedaan kunnen worden. Hij brengt de navolgende motie in: De gemeenteraad van Valkenburg aan de Geul, bijeen op 25 oktober 2010, Overwegende dat: 3W in een sterfhuisconstructie is beland, verschillende werknemers inmiddels zijn ontslagen en de restanten van dit imperium binnenkort ter overname worden aangeboden. 3W pogingen doet om de bestemmingen van bezittingen Plenkertstraat en Villa Via Nova van het bestemmingsplan Centrum te verruimen om zodoende de waarde van dit onroerend goed ter verhogen of om meer geld te kunnen verdienen bij verkoop hiervan. 3W twijfelt of het rendabel is om op het t errein Villa Via Nova villa s t e bouwen, dit gezien het feit dat de woningmarkt voor deze woningen is ingestort. Tevens overwegende dat: Er twijfels zijn over de juiste situering van de ondergrondse parkeergarage op de huidige plek en dat mogelijk een ondergrondse parkeerplaats op het terrein Villa Via Nova (al of niet met AH en/of sociale woningbouw op die plaats) grote voordelen biedt op ruimtelijk gebied, op het gebied van afvloeiing van het verkeer en voor minder hinder voor bewoners. In een eerder stadium al sprake geweest is van situering van de parkeerplaats op het terrein van Villa Via Nova vanwege de grote voordelen. Constaterende dat: Valkenburg gebaat is bij een alerte reactie op maatschappelijke ontwikkelingen en hier, ruimtelijk gezien, voordeel uit kan halen. Een ruime ondergrondse parkeerplaats (al of niet met supermarkt en/of mogelijkheid sociale woningbouw) op het terrein van Villa Via Nova opnieuw tot de mogelijkheden behoort. Besluit: B&W op te dragen om op korte termijn met 3W onderhandelingen aan te gaan om te bezien of er op enigerlei wijze mogelijkheden zijn alsnog de parkeergarage op het terrein Villa Via Nova te plaatsen, in samenhang met een supermarkt en/of sociale huurwoningen. B&W aan de gemeenteraad uiterlijk op 1 mei verslag te doen van deze onderhandelingen en resultaten.
10
En gaat over t ot de orde van de dag . Voor de goede orde merkt de voorzitter op dat deze motie nummer 5 wordt toegekend. De heer Weerts wil niet inhoudelijk op deze motie ingaan, maar hij mist een belangrijk aspect. Als de heer Visser al wenst het college die opdracht te geven, waar haalt hij dan de middelen van 750.000,00 t ot 1 milj oen vandaan om die planont wikkeling van de grond t e krijgen? Dat had hij graag in de motie gelezen. Dat kan de heer Visser niet in deze motie plaatsen. Dan zou hij immers vooruitlopen op zaken die het college moet opzetten. Het gaat hem te ver om het college precies aan te geven wat men wel en niet moet doen. De fractie SP geeft een intentie aan een heel duidelijke intentie over wat men wel en wat men niet wil. Het is aan de fracties om deze motie al dan niet te ondersteunen. De heer Knubben vraagt of het de bedoeling is om op dit moment te reageren op deze motie. Of komt men daar straks op terug? De voorzitter antwoordt dat deze motie wordt meegenomen in de tweede termijn. In tweede termijn wordt bepaald of deze motie voor of na besluitvorming in stemming wordt gebracht. De heer Visser heeft nog een tweetal vragen. Hij heeft al eerder aangegeven niet te zullen ingaan op het probleem Cordewener-Lemmens . Mensen die willen weten wat de fractie SP heeft aangegeven, kunnen dit vinden in de notulen van de commissievergadering. Zij het niet dat er een klein probleempje was met het opnameapparaat. In een vorige commissievergadering had de fractie vragen gesteld over de bescherming van de natuur, met name de vleermuizen in de grotten. In het bestemmingsplan Kernen wordt daar al rekening mee gehouden. De fractie had gevraagd of het mogelijk is dat dit ook voor de grotten in het centrum plaatsvindt. Deze vraag is nog niet beantwoord. Er is een aantal zeer waardevolle vleermuispopulaties die de fractie graag beschermd wil zien. Tot zover in deze eerste termijn. De heer Simons zegt dat voor de fractie PvdA/D66 na de behandeling in de commissievergadering nog slechts een beperkt aantal vragen en opmerkingen over blijft. Na het raadsbesluit van 30 juni 2009 is dit bestemmingsplan voor een groot gedeelte het logische gevolg van deze beslissing. Toch wil hij een enkel punt even aanraken omdat daar meer facetten aanzitten dan men zo op het eerste oog zou zeggen. De situering van de in- en uitrit van de parkeergarage blijft een punt dat in de toekomst veel zorg en aandacht van het gemeentebestuur blijft vragen. In tegenstelling tot de optimistische toon van het verslag van een vergadering in september met bewoners van de St. Pieterstraat is de fractie uit gesprekken gebleken dat er nog veel weerstand is bij die bewoners. Maar ook veel zorgen over bijvoorbeeld de veiligheid, de geluidsoverlast en de luchtkwaliteit. In de commissievergadering is aangegeven dat aan de wettelijke normen zal worden voldaan. Maar het is de vraag of het beleid van de gemeente niet meer moet inhouden dan die wettelijke normen. In de commissievergadering heeft de fractie zich ook afgevraagd of de gemeente er niet naar zou moeten streven de panden die het meeste overlast zullen ondervinden aan te kopen. Het is de fractie in elk geval duidelijk dat de wettelijke schaderegeling door de bewoners niet gezien wordt als een reële erkenning van hun probleem. Van de zijde van de gemeente wordt dus meer verwacht dan alleen die wettelijke kaders. Om elk misverstand te voorkomen, de commissie heeft niet gesproken over onteigenen. Graag verneemt de fractie hierop een reactie van de wethouder. Ten aanzien van het terrein aan de Polfermolen sectie A nr. 2463 geeft de fractie gehoor aan het verzoek van de voorzitter om hierover niet te spreken. De fractie wil de rechterlijke macht niet voor de voeten lopen. Zoals bekend heeft de fractie PvdA/D66 grote moeite met de herbouw van de Geulpoort. In het coalitieakkoord is hierover een passage opgenomen die te zijner tijd geconcretiseerd zal moeten worden. Dat het in Valkenburg aan voldoende draagvlak schort blijkt wel uit de
11
reacties van de VOR, Centrum Promotion, Handel en Nijverheid en Recron zoals die zijn opgenomen in een raadsnota voor 9 november a.s. De fractie zal daar tijdens de begrotingsvergadering nader op ingaan. De heer Westerhof zegt dat vanavond het langverwachte raadsvoorstel betreffende het bestemmingsplan Centrum voorligt, met als bijlage de zienswijzennota, het overzicht van de indieners van een zienswijze, de aanvulling van de wijzigingsnota en de uitgangspuntennotitie voor centrum Valkenburg. Plannen waar de raad al meer dan twee jaar op wacht en waar het college en de medewerkers al meer dan twee jaar aan het werk zijn. Voor het college en de ambtenaren is het gesneden koek. Echter, de raadsleden moeten op verzoek van het college binnen 14 dagen beslissen of het college haar werk goed heeft gedaan en of het raadsvoorstel de goedkeuring al dan niet kan dragen. Het college kan zich voorstellen dat dit voor de raad een bijna onmogelijke opgave is. Zoals het college weet heeft de fractie VVD bij het goedkeuren van de centrumplannen met de welbekende 28 beslispunten 5 punten uitgesloten. Een van die uitgesloten punten was de inrit van de parkeergarage in de St. Pieterstraat. Voor de fractie is dit nog steeds een twistpunt en nog steeds niet bevredigend beantwoord. Tijdens de afgelopen commissievergadering heeft de fractie onder andere gevraagd of er daadwerkelijk onderzoek is gedaan naar andere mogelijkheden om de parkeergarage te ontsluiten. Tijdens de inloopsessie bij Botterweck heeft de fractie bijvoorbeeld ook gevraagd of het pand Hardy in de St. Pieterstraat meegenomen kan worden en er eventueel bij betrokken kan worden. Tijdens de commissievergadering gaf de wethouder als antwoord dat de heer Van der Pol hierop zou antwoorden, zie pagina 12 van de notulen. Maar de heer Van der Pol was zo wijs om daar niet op in te gaan. Wethouder, is er daadwerkelijk iets gedaan met deze en andere suggesties voor de inrit van de parkeergarage in de St. Pieterstraat? Graag antwoord. Tijdens de informatieavond voor de bewoners van de St. Pieterstraat op 20 september jl. zijn er verschillende vragen gesteld en de meeste vragen zijn beantwoord. Maar op de vraag of al bekend is welke panden er voor een eventuele planschade in aanmerking komen kregen de bewoners als antwoord dat er twee mogelijkheden zijn. Namelijk, de formele procedure met legeskosten of de minnelijke weg zonder legeskosten. Met andere woorden, willen de eventuele vijf gegadigden de formele procedure volgen dan worden ze nog op kosten gejaagd door de gemeente ook omdat ze de legeskosten moeten betalen. Wethouder, klopt dit of is dit een kronkel van de pen? Bij deze bijeenkomst is door de burgemeester toegezegd dat er in november een presentatie zou komen van de motieven van het keuzeproces dat heeft geleid tot de variant van de in- en uitrit in de St. Pieterstraat. De fractie VVD is zeer benieuwd naar deze uitleg. Tijdens de commissievergadering SOB stelde de fractie PvdA/D66 voor om de panden die in de St. Pieterstraat voor planschade in aanmerking zouden kunnen komen door de gemeente te laten kopen om zodoende de te verwachten schadeclaims uit te sluiten, zie pagina 10 van het commissieverslag. De fractie VVD voelt daarin mee en wil graag een antwoord van het college op deze vraag. Wat gaat het college doen met de emotionele schade berokkend door een eventuele inrit in de St. Pieterstraat? Wel is de fractie blij met de beantwoording van de vraag aangaande de gevel van de HEMA. De fractie is blij met het feit dat de volledige gevel van de HEMA met de beeldenpartij in zicht blijft. Voor wat betreft zienswijze J over de Plenkertstraat kan hij natuurlijk niet zwijgen. Er wordt onder andere gesproken over het terrein van De Leeuw, waarvan de gebouwen zijn dichtgespijkerd en waarbij van een groene uitstraling wordt uitgegaan. Het ziet er niet uit. Maar aan de andere kant tegenover de Emmalaan ligt een pleintje met een onbekende bestemming. Dat ziet er ook niet uit. Wat moet daarmee? Ook de plaats waar het veelbesproken Martha Flora huis zou moeten verrijzen ziet er niet uit. De bestemming lijkt ook op niets en de ontsluiting van het terrein baart de fractie zorgen. In de intertijd opgestelde plannen door Architect Van Reeth in opdracht van 3W werd het plan ontsloten door een brug over de Geul. Ook bij de plannen van de brede school op datzelfde grondgebied werd gesproken over een ontsluiting over de Geul richting parkeerplaats. De fractie is van
12
mening dat hier een aanpassing van het bestemmingsplan op zijn plaats zou zijn, door toch de aanleg van de brug in het plan op te nemen. Graag een antwoord. Als laatste zienswijze K, het hoofdpijndossier van wethouder Van Melsen. Bij de Polfermolen staat al jaren de bestemming wonen en ineens is hij groen gekleurd. Weg bouwbestemming, weg bouwblok, kan dit zomaar, is dit toegestaan? Tijdens de commissievergadering heeft de wethouder bij de beantwoording van de vragen gezegd er hoofdpijn van te krijgen en zich er volledig voor te willen inzetten. De wethouder wil zich volledig inzetten om daar een oplossing voor te zoeken en dat er uitzicht komt op een snelle oplossing. Mag de raad van de wethouder vernemen waar hij aan denkt met de woorden over een snelle oplossing? Is het mogelijk dat de wethouder een tijdslimiet aangeeft? Zoals men weet wordt deze zaak op dit moment behandeld bij de Raad van State. Is het op dit moment verstandig om die bestemming te veranderen? Men zegt immers wel eens dat het onder de rechter is. Moet de raad dat nu bespreken? Hier wil hij het even bij laten. Wel heeft hij nog een vraag aan de heer Visser. Aangaande de woningen die door 3W gepland zijn op het terrein Villa Via Nova geeft de heer Visser in zijn betoog aan dat er geen behoefte is aan dure woningen. Hij zou graag van de heer Visser willen horen waar hij de wijsheid vandaan heeft gehaald dat de woningmarkt voor duurdere woningen verzadigd is. Tot zover in deze eerste termijn. Namens de fractie AB spreekt de heer Rouwette de waardering uit over het tot stand komen van een adequaat bestemmingsplan Centrum Valkenburg. Een bestemmingsplan dat een herziening een up date - is van het bestemmingsplan Kern Valkenburg, aangevuld met de in 2007 gemaakte afspraken die door de raad zijn vastgesteld in een uitgangspuntennotitie. Het bestemmingsplan Centrum Valkenburg is een belangrijke stap naar uitvoering van het centrumplan. De fractie is verheugd en kijkt dan ook met veel verwachting uit naar het eindresultaat van dit centrumplan. Een centrumplan dat voor een mooie toekomst voor de gemeente Valkenburg aan de Geul zal zorgdragen met als eindresultaat meer economische ontwikkeling, toerisme en werkgelegenheid. Een centrumplan dat de ingezette ontgroening mogelijk kan vertragen en een social return zal verwezenlijken. Deze positieve woorden zullen voor een aantal bewoners van de St. Pieterstraat waarschijnlijk anders klinken. Zij zullen geconfronteerd worden met een in- en uitrit van de parkeergarage, gesitueerd voor hun voordeur. Een situatie die een negatieve impact heeft op het welzijn van deze bewoners. Maar zoals het vaak gaat in het realiseren van grote projecten, zit er naast de businesscase van het realiseren van het project vaak ook een keerzijde. In dit geval dient het welzijn van bepaalde omwonenden te wijken voor het grotere belang. De negatieve impact op het welzijn van deze bewoners het moeten wijken voor het grotere belang wil natuurlijk niet zeggen dat dit zomaar geaccepteerd dient te worden. Een marktconforme planschaderegeling is hier uiteraard van toepassing. De fractie wil dan ook graag op de hoogte gehouden worden over deze afspraken / ontwikkelingen. Kan het college dit toezeggen? Alvorens de fractie dit bestemmingsplan Centrum Valkenburg formeel goedkeurt, wil men nog ingaan op het Polfergebied. Het Polfergebied dat momenteel een mooie uitstraling heeft, denk daarbij aan de huidige situatie van de Geulhal en het voormalige hotel Corona. Uiteraard is hier sprake van cynisme. Met deze uitspraak wil de fractie er bij de ontwikkelingsmaatschappij 3W op aandringen de diverse ontwikkelingen zoals het Martha Flora huis in een stroomversnelling te plaatsen na het vaststellen van dit bestemmingsplan. Indien het bestemmingsplan vanavond door de raad wordt goedgekeurd verwacht de fractie dat de wethouder zo spoedig mogelijk contact opneemt met 3W en vervolgens de raad aan het einde van dit jaar via een infobulletin te informeren over de stand van zaken Polfergebied, en natuurlijk niet te vergeten het terrein Villa Via Nova. Als laatste wil de fractie ingaan op de mogelijke totaalontwikkeling van het terrein De Leeuw. Een ontwikkeling die het upgraden van de Plenkertstraat dient te bevorderen. In het kader van deze mogelijke totaalontwikkeling wil de fractie de uitspraak van de Raad van State inzake zienswijze K afwachten. Tot zover. De voorzitter stelt voor dat het college 10 minuten de tijd neemt om de klokken gelijk te zetten en dat daarna de beantwoording in eerste termijn zal plaatsvinden.
13
Om 20:10 uur schorst de voorzitter de vergadering voor een kort beraad. Om 20:32 uur heropent de voorzitter de vergadering. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Van Melsen voor zijn beantwoording in eerste termijn. Wethouder Van Melsen wil zijn beantwoording in eerste termijn beginnen met de vragen van de eerste spreker, mevrouw Verheggen-Penders. Mevrouw Verheggen-Penders heeft heel duidelijk aangehaald wat het belang van het centrumplan was. Zo heeft zij gesproken over de economische impuls, dit is overigens door meer fracties aangehaald. Verder heeft zij gesproken over de belangrijkheid van de communicatie en gevraagd of het college dit onderstreept en voornemens is dit zo te blijven doen. Het college wil dit zeker zo blijven doen. De wijze waarop het college op dit moment communiceert wordt door de fractie CDA als positief gezien. Daar is hij heel blij mee. Het college maakt steeds verdere stappen, een voorbeeld is het instellen van een dag waarop de mensen kunnen binnenlopen en in de gelegenheid zijn direct vragen te stellen. Het college vindt het belangrijk om de vragen en belangen van deze mensen mee te nemen. Het college is voornemens deze weg te blijven volgen en staat open voor nieuwe ideeën om nog beter te kunnen communiceren. Mevrouw Verheggen-Penders heeft verder gesproken over het zuur en het zoet. Dat is een goede benaming van de wijze waarop tegen zaken wordt aangekeken. Het grotere belang van het centrumplan dit hebben meerdere fracties naar voren gebracht is het realiseren van, ervoor zorgen dat de ontgroening tot stilstand komt, dat er meer mensen in de gemeente komen wonen en de economische impulsen. Bij het realiseren van zaken die het grotere belang dienen zal men altijd mensen treffen voor wie dit minder goed uitpakt. Dat minder goed uitpakken hoeft niet slecht te zijn, maar zij proeven niet zo zoet als voor andere mensen. Mevrouw heeft hier terecht een punt aangehaald. Aangaande de afhandeling van de zienswijzen van de bewoners van de St. Pieterstraat de planschade etc. is het zo, dat met het vaststellen van het bestemmingsplan een eerst stap wordt gezet. De gesprekken met die mensen gaan natuurlijk verder in de toekomst. Mevrouw Verheggen-Penders heeft uitgebreid gesproken over de groene vleugels. Daar zal hij nu niet verder op ingaan, dat was immers zo afgesproken. Daarnaast heeft mevrouw Verheggen-Penders gesproken over de karkassen van de Geulhal. Deze opmerking is overigens door meer mensen gemaakt. De fracties hebben het college opgeroepen om met 3W met de afgegeven belofte c.q. het destijds afgegeven signaal aan de slag te gaan en met de mensen om tafel te gaan zitten en te proberen een en ander zo spoedig mogelijk van de grond te krijgen. Aan het college zal het zeker niet liggen en 3W is ook regelmatig in gesprek. Het college onderkent niet zoals de heer Visser zegt dat 3W op dit moment zaken wil stopzetten of afzeggen. Mevrouw Fulmer-Bouwens gaf aan dat het om het bestemmingplan gaat en niets anders. Zij t reft de spijker op zijn kop. Mevrouw heeft goed aangegeven, dat het om ruimtelijke plannen gaat - om ruimtelijke indelingen - en dat er geen sprake is van uitvoering van plannen zoals her realiseren van gebouwen etc. Het gaat erom dit soort zaken ruimtelijk mogelijk te maken. Verder heeft mevrouw Fulmer-Bouwens gezegd dat de fractie tijdens de begrotingsbehandeling op bepaalde zaken zal terugkomen. Dan gaat het over de realisatie van plannen, dat is het juiste tijdstip. De heer Visser heeft met name gesproken over zijn standpunt ten aanzien van het centrumplan. Zoals zojuist aangegeven wordt dit vandaag eigenlijk niet besproken, maar meer over de ruimtelijke invulling. Derhalve zal hij op deze punten nu niet verder ingaan. Voorts heeft de heer Visser gesproken over allerlei zaken rondom 3W. Hierop komt de wethouder bij de behandeling van de motie terug. De heer Visser heeft verder gesproken over het grottenverhaal en dat de vleermuizen
14
beschermd moeten worden. Hierover is inderdaad in het bestemmingsplan Kernen gesproken. Bij het bestemmingsplan Centrum wordt dezelfde werkwijze gehanteerd en het is dus wel opgepakt. De heer Simons heeft gesproken over de wettelijke normen waaraan de gemeente in bepaalde onderzoeken moet voldoen. De bestemmingsplanprocedure beschrijft dit en de wettelijke normen zijn dusdanig dat het college daar heel ver vanaf zit. Onderzoeken is mogelijk maar waarschijnlijk heeft het college dan geen handvaten om er nog iets mee te doen. Het college houdt zich aan de wettelijke normen, die zijn belangrijk. Maar het college zit daar nog heel ver vanaf. Verder sprak de heer Simons over de wijze waarop gezocht moet worden naar oplossingen voor de St. Pieterstraaat. Er hebben gesprekken plaatsgevonden met de bewoners terplekke en er heeft een voorlichtingsavond plaatsgevonden waar voornamelijk de technische zaken zijn uitgelegd. Het was een voorlichting aan de bewoners. Er is met name uitgelegd wat planschade betekent, wat de formele regelingen inhouden en hoe de gemeente daar straks wellicht in verder wil gaan. Maar de raad zal eerst het bestemmingsplan moeten vaststellen alvorens het college de gesprekken met de bewoners kan voortzetten. De heer Simons is benieuwd naar de beantwoording van de wethouder van de suggestie van de heer Rouwette, die sprak over marktconforme schadevergoedingen. Hij wacht even af, maar misschien kan de wethouder daar nu al op reageren en aangeven wat het college daar onder verstaat. Zelf heeft hij daar wel een opvatting over, maar dat houdt hij nog even vast. Misschien dat de wethouder zegt dat het college daar nog over moet spreken. In welke richting denkt de wethouder dan? Wethouder Van Melsen antwoordt dat planschaderegelingen strikte regelingen zijn. Deze regelingen zijn zeer nauwkeurig vastgesteld. Indien de planschaderegeling strikt gevolgd wordt, komt men ook op strikte regelingen uit. Wat dan marktconform is, dat kan hij zich niet zo maar voorstellen. Het college heeft wel gezegd met de bewoners in gesprek te zullen gaan. Er zit wellicht iets meer ruimte dan de precieze planschadeafhandeling. Daar wil hij het op dit moment bij laten, hij kan daar nu niet meer op zeggen omdat de gesprekken nog moeten volgen. De burgemeester vult aan dat planschade pas aan de orde kan zijn op het moment dat een bestemming onherroepelijk is. Dat ligt nog in het verschiet. Planschade is een wettelijke regeling waar een gemeente niet zomaar vanaf kan wijken. Zoals de wethouder heeft aangegeven, zal het college de raad op de hoogte houden als die fase wordt ingegaan. Wethouder Van Melsen hervat zijn beantwoording. De heer Simons heeft gesproken over de herbouw van de Geulpoort, waarbij hij aangaf dat de fractie daar tijdens de begrotingsbehandeling op terug zal komen. De heer Westerhof had enkele opmerkingen over de inrit van de parkeergarage. De heer Van der Pol zou destijds niet gereageerd hebben op de vragen. Dat is misschien een misser die is blijven liggen, maar de wethouder kan antwoorden dat er wel degelijk naar alternatieven is gekeken. Over die alternatieven is zowel met de bewoners als met de raad herhaaldelijk gesproken. De huidige inrit is de meest gunstige plek. Volgens de heer Westerhof heeft de wethouder maar voor de helft gelijk. Tijdens de inloopsessie bij Botterweck zijn er voorbeelden aangedragen. Maar is nagedacht over die voorbeelden, dus niet over hetgeen daarvoor heeft gespeeld? Wethouder Van Melsen heeft dit zojuist aan de heer Van der Pol gevraagd. Daar is wel degelijk naar gekeken. De alternatieven waren altijd minder goed dan het huidige. De heer Westerhof heeft een heel ander antwoord gekregen: Dat doen we niet want dat is te duur, dan moet men bij Hurks zijn . Wie heeft er nu gelijk, hij of de wethouder? Wethouder Van Melsen stelt dat de heer Westerhof dus al een antwoord op zijn vraag had.
15
De heer Westerhof zegt dat dit toch niet het antwoord is wat men graag wil horen. Wethouder Van Melsen geeft nu zijn antwoord en daar moet men het mee doen. Hij kan dit niet anders zeggen. Hij kan best reageren op hetgeen de heer Westerhof heeft gehoord, maar hij kan eigenlijk alleen verwoorden wat hij kan zeggen. Volgens de heer Westerhof gaat het niet om wat hij heeft gehoord, het gaat over wat de fractie VVD heeft voorgesteld om te gaan onderzoeken. Wethouder Van Melsen kan daarop antwoorden dat die alternatieven geen haalbare alternatieven waren. Voorts sprak de heer Westerhof over de ontsluiting van het terrein nabij de Polfermolen. Momenteel zijn daar heel andere functies als destijds. De ontsluiting is nu wel op orde. Destijds werd gesproken over een brug etc, maar toen waren er ook andere uitgangspunten. Ook de heer Westerhof heeft gesproken over planschade van panden etc. Deze vragen zijn zojuist beantwoord en de burgemeester heeft een nadere toelichting gegeven. Omdat een en ander voldoende duidelijk is gaat hij daar nu niet verder op in. De heer Westerhof vraagt wat het college doet met de emotionele schade. Wethouder Van Melsen antwoordt dat emotionele schade niet valt onder de planschade. Dat begrijpt de heer Westerhof. Daar gaat het nu juist om. Wil het college daar een plus op geven of wil men het zo min mogelijk doen? Wethouder Van Melsen antwoordt dat het college een reëel aanbod zal doen. Er wordt immers omgegaan met gemeenschapsgeld en in dat opzicht moet het college reëel blijven. De heer Westerhof vraagt of de mensen daar blij mee zullen zijn. Wethouder Van Melsen heeft zojuist al aangegeven dat er binnen het hele plan een groter belang is. Er is zojuist gesproken over het zuur en het zoet. Sommige mensen zullen dit niet als zoet ervaren. De heer Westerhof sprak voorts over een hoofdpijndossier, maar hij heeft de notulen verkeerd gelezen. Dit onderwerp hoort bij de Kernen en niet bij het Centrum. Volgens de heer Westerhof ging het wél over hetzelfde onderwerp. Als de wethouder aangeeft waar hij het heeft uitgehaald en praat over de plannen van de Kernen - dat ging over ditzelfde stukje daarbij zegt de wethouder dat het een hoofdpijndossier is. Mag de raad van de wet houder wet en wat hij bedoelt met een snelle oplossing . Dat is wat de raad graag wil weten. Kan de wethouder daar een tijdslimiet aan vastknopen? Wethouder Van Melsen stelt dat de heer Westerhof het verkeerd geïnterpreteerd heeft in die vergadering. Het ging niet over het stukje wat hier zienswijze K is. De heer Westerhof was niet aanwijzig bij de commissievergadering. Hij heeft de informatie louter en alleen uit de notulen gehaald. Wethouder Van Melsen antwoordt dat het ging over het rode contourenbeleid in het bestemmingsplan Kernen. De heer Westerhof ziet t wee mensen j a knikken en de rest niet. Hij trekt toch zijn twijfels. Wethouder Van Melsen antwoordt dat de heer Westerhof zijn twijfels mag hebben, maar hij vraag een verklaring en daarop is een antwoord gegeven.
16
Ten aanzien van 3W merkt de voorzitter op dat de wethouder duidelijk heeft aangegeven, dat 3W in de gesprekken in de voorbije week geen enkele afstand van hun toezeggingen heeft gedaan. Wat dat betreft is het college in een positief verhaal verwikkeld. Maar het is pas zeker als het gebeurt. Er is geen reden om 3W nu al in een hoek te zetten waar zij zelf wellicht niet eens in willen zitten. De heer Westerhof vindt de opmerking van de wethouder vriendelijk klinken. Nu kent hij hem al jaren en de wethouder is vriendelijk, maar dit gaat over de Polfermolenstraat. Wellicht dat de wethouder met een snelle oplossing kan komen door het aanbieden van een grondruil tussen de eigenaar van de grond aan de Polfermolenstraat en de gemeentegrond. Wethouder Van Melsen kan alleen aangeven dat de heer Westerhof een en ander verkeerd interpreteert. Het ging over het rode contourenbeleid, het staat in de notulen van de vergadering over het bestemmingsplan Kernen. De aangedragen suggestie is wellicht een oplossing van de heer Westerhof zelf, maar die is niet aan de orde. Hiermee zijn alle vragen van de heer Westerhof beantwoord. De heer Rouwette heeft gesproken over de economische belangen en de negatieve effecten voor de mensen in de St. Pieterstraat. De wethouder kan dit alleen beamen. Verder sprak de heer Rouwette over de marktconforme prijs voor de planschade. Dat is iets waar het college met de mensen over in gesprek zal gaan na de vaststelling van het bestemmingsplan. Wat marktgericht is, dat is een opmerking van de heer Rouwette. Maar planschaderegelingen zijn strikt wat dat betreft. Het college wil het strikte zelfs nog iets losser zien. De heer Rouwette heeft gesproken over het Polfermolengebied en dat de Geulhal er slecht bijligt. Daarnaast roept hij het college op om met 3W in gesprek te gaan. Die toezegging is er en men heeft de burgemeester zojuist horen zeggen dat er gesprekken gevoerd zijn met 3W. Bij het college is nog niet het signaal binnengekomen dat 3W daar iets doet wat niet zou kunnen lukken. Het college is nog altijd hoopvol gestemd en heeft vertrouwen in die gesprekken. Tot zover de beantwoording in deze eerste termijn. De voorzitter vraagt of wethouder Van Melsen nog wil ingaan op de motie van de fractie SP. Deze motie kan dan onderdeel uitmaken van de behandeling in tweede termijn. Hij roept de fracties op om daar zo meteen op te reageren. Wethouder Van Melsen antwoordt dat in deze motie verondersteld wordt dat het college met 3W de onderhandelingen dient aan te gaan. Op dit punt zit men in een fase dat de onderhandelingen zijn afgerond met een redelijk goed resultaat. Het college wil deze onderhandelingen niet opnieuw ingaan. Bovendien zijn de plannen een stapje terug in de tijd. Deze plannen waren destijds immers niet realiseerbaar. Nu zit men in een andere fase met plannen die wel realiseerbaar zijn. Het college adviseert de raad deze motie niet te ondersteunen. De burgemeester zegt dat men zich ook moet afvragen wat dit voor de overeenkomst met Hurks zou bet ekenen. Over financiële escapades en risico s gesproken, waar de heer Visser zelf over sprak. Hij dankt wethouder Van Melsen voor zijn beantwoording in eerste termijn. In 2 e termijn zegt de heer Rouwette dat hij zojuist de toezegging van wethouder Van Melsen heeft gehoord, dat het college om tafel gaat zitten met 3W nadat dit bestemmingsplan is vastgesteld. In eerste termijn had hij gevraagd of de wethouder de raad nog dit jaar via een infobulletin kan informeren over de laatste ontwikkelingen. Dat heeft de wethouder nog niet toegezegd. Tot zover. De heer Westerhof zegt dat het er volgens de wethouder niet bij hoort en dat het er niet bij staat. Maar hij verwijst naar pagina 13 van de notulen van 12 oktober jl. Daar staat dat wethouder Van Melsen zelf ook hoofdpijn gehad heeft van het hoofdpijndossier en dat men zich zeker zal inzetten voor een oplossing. Verder staat er dat er een uitzicht is en dat dit zal lukken. Een rode contour of niet, hij vindt hem niet.
17
De burgemeester heeft alle gesprekken met wethouder Van Melsen en de provincie gevoerd. Hij kan zich de uitlatingen van de wethouder dan ook goed voorstellen. De heer Westerhof zegt dat het gaat over de zeven woningen in de Polfermolenstraat, daar wil hij nog even op terugkomen. Hij wil graag dat er een vaststelling komt dat dit punt K ten alle tijden terugkomt in de raad. Het moet een voorgeslepen punt zijn - wat de uitslag van de Raad van State ook is dat dit dossier in deze raad terugkomt. Tot zover. De burgemeester heeft al aangegeven dat dit altijd aan de raad is. Met voldoening hoorde de heer Simons de heer Rouwette vragen naar een voorziening voor de mensen in de St. Pieterstraat noord. Hij heeft goed gehoord dat de heer Rouwette sprak over een marktconforme schadevergoeding. Nu volgt hij de voorzitter helemaal als deze aangeeft dat dit nu niet aan de orde is. Maar hij stelt wel vast dat de fractie AB in die richting met de fractie PvdA/D66 wil meedenken. De fractie PvdA/D66 denkt daar al geruime tijd over. Straks moet maar eens goed bekeken worden wat onder marktconform verstaan wordt. Op een gegeven moment is het zover dat de raad daarover moet spreken, wellicht is het toch ook goed om die mensen niet al te lang in onzekerheid te laten en dat de gemeente zich niet moet blij ven verschuilen acht er de wet t elij ke normen . Want die wet t elij ke normen zij n prima, daar moet de gemeente zich zeker aan houden, maar hij kan zich niet voorstellen dat iemand de gemeente zal terugfluiten, als de gemeente iets doet wat eigenlijk zo voor de hand ligt en wat heel veel burgers een fatsoenlijke afwikkeling van die vervelende situatie vinden. Het kan niet zo zijn dat er over zuur en zoet gesproken wordt en dat daarmee wordt bedoeld dat die mensen gewoon het zuur moeten hebben en dat anderen het zoet zullen smaken. Dat kan niet de bedoeling zijn. Hij heeft nog een concrete vraag over ditzelfde punt. In eerste termijn heeft hij namens de fractie gesproken over het eventueel aankopen van panden. De wethouder heeft deze vraag niet beantwoord. Mevrouw Verheggen-Penders wil kort reageren op de opmerking aangaande het zuur en zoet. Dit is niet zoals zij het heeft bedoeld, dat de St. Pieterstraat het zuur krijgt en dat de schadevergoeding niet goed zou zijn. Al is de schadevergoeding heel goed waar ook de fractie CDA zeker voor pleit dan is het nóg moeilijk voor die mensen dat zij misschien weg moeten, zich bij de feiten neer moeten leggen of wat dan ook. Dus dat blijft toch. De heer Simons vindt het fijn dat mevrouw Verheggen-Penders dat op deze manier zegt. Eerlijk gezegd had hij haar ook niet in gedachten toen hij het woord zuur en zoet noemde hoewel zij dat voor het eerst noemde - maar het is ook genoemd door de wethouder. Als hij het zich goed herinnert had de wethouder het toen wél over de St. Pieterstraat Noord. Het is in ieder geval zo dat zijn vraag over een eventuele aankoop van panden niet beantwoord is. Aanvullend heeft hij nog een opmerking over de inbreng van de heer Rouwette. De heer Rouwette heeft gevraagd naar een infobulletin. Als het college niets weet dan schrijft men in dat bulletin dat er geen informatie is en is men ook klaar. Maar de raad heeft er al vaker op aangedrongen dat er wel iets substantieels in zo n infobullet in moet st aan. Heeft hij het goed gehoord dat de heer Rouwette ook sprak over het terrein Villa Via Nova? Als dat zo is, dan verzoekt hij de wethouder eveneens een antwoord te geven op de vraag hoe het staat met de ontwikkelingen op het terrein Villa Via Nova. Tot zover. De heer Visser is blij met het feit dat ook andere collega raadsleden bij dit bestemmingsplan steeds teruggrijpen naar het Centrumplan. Beiden staan immers duidelijk met elkaar in verbinding. Zuur, zoet, de fractie SP blijft deze gang van zaken bitter vinden. Dat is uit zijn eerste termijn ook gebleken. De heer Westerhof had gevraagd waar de fractie SP het vandaan heeft gehaald dat de markt voor zeer dure woningen tanende is. De fractie gaat uit van de vele krantenartikels die daarover gaan. Daarbij gaat hij natuurlijk ook uit van het feit, dat 3W er alles aan probeert te
18
doen om de bestemming op de plek Villa Via Nova te verruimen. Dat doet 3W zeker niet voor niets. De fractie koppelt dit alles natuurlijk ook aan de nieuwe mogelijkheden die de fractie ziet om het bestemmingsplan en de Centrumplannen te verbeteren. Volgens de heer Westerhof neemt de heer Visser het voor zijn verantwoording dat er gesteld wordt dat dure woningen niet verkocht worden in Valkenburg aan de Geul. Zo heeft de heer Visser het niet gezegd. Maar hij denkt dat op die plaat s zeer dure villa s bijna niet verkoopbaar zijn, tenzij ze in een dusdanig lage prijs komen dat 3W zo iets heeft van: Daar doen wij het niet voor . De heer Westerhof zegt dat de raad expliciet aan 3W heeft gevraagd om daar exclusieve villa s t e bouwen. Dat was wellicht voor de t ij d van de heer Visser. De heer Visser zegt dat de raad dit al in 2009 gevraagd heeft. De tijd haalt de feiten heel snel in. De fractie SP verschilt hierin van mening en ziet dat anders. De heer Westerhof vraagt of de heer Visser concrete bewijzen heeft voor zijn beweringen. De heer Visser heeft geen concrete bewijzen. Hij verwijst naar krantenartikelen en naar zaken in andere gemeenten in de provincie Limburg waarin dit soort projecten in de ijskast gestopt worden. Hij kan nu geen voorbeelden noemen maar hij zal deze zeker aanreiken. Er is gesproken over marktconforme schadevergoedingen. Hoe dan ook, het is heel moeilijk in te schatten hoe hoog die post gaat worden. Het zou wel eens heel hoog kunnen worden. Het is altijd jammer als een gemeente dit soort zaken moet gebruiken. In de eerste termijn heeft hij nog niet gesproken over de oude Geulhal en het hele Plenkertgebeuren. Iedereen vindt het een trieste zaak en hij is ervan overtuigd dat het college echt hard werkt om dit probleem op te lossen. Maar is het op te lossen? Het college zou de bewoners natuurlijk een handreiking kunnen doen door te zeggen dat het probleem binnen een x-aantal jaren opgelost zal zijn - bijvoorbeeld binnen twee jaar - en als het probleem dan niet is opgelost, dat de gemeente dan in ieder geval de afbraak van de Geulhal voor haar rekening zal nemen. Dan is in ieder geval iets neergezet, dat kost wat dat klopt. De heer Weerts vraagt zich dan misschien af wie dat moet betalen, maar dat is iets dat door de raad en het college besloten wordt. Met andere woorden, wat men ervoor over heeft. Dat is een keuze De heer Weerts gaat niet in op de vraag wie voor de kosten moet opkomen, het zal inderdaad betaald moeten worden. Ook de heer Visser weet dat er afspraken liggen met 3W en de buurt. Wel heeft hij een vraag richting de heer Visser, met name richting zijn motie. Is de fractie SP van plan om de komende raadsperiode op ieder onderdeel waarbij men in het verleden als raadsfractie heeft ingestemd, nu een andere mening te vormen? Vanavond heeft de fractie immers bij drie onderdelen een andere mening naar voren gebracht dan twee jaar geleden. De heer Visser vindt het fijn dat de heer Weerts aangeeft dat er een fractie is met een andere mening. Het klopt inderdaad dat de huidige fractie SP bepaalde zaken wil heroverwegen gezien de ontwikkelingen. Als de heer Weerts aangeeft dat de fractie op alle punten een andere mening heeft, dat is flauwe kul dat is niet zo. Namens de fractie heeft hij al eerder aangegeven, dat het Centrumplan maar ook dit bestemmingsplan veel goede zaken in zich heeft. Dat wij hij hier nog eens duidelijk herhalen. De heer Weerts wil dan graag via de voorzitter met de heer Visser afspreken dat de heer Visser voor de Algemene Beschouwingen op 9 november a.s. een lijstje maakt waarin de afwijkingen ten opzichte van eerder genomen standpunten helder worden weergegeven. Dan is dat voor iedereen duidelijk en kan men zich daarop instellen. De heer Visser was al van plan om dat bij de begrotingsbehandeling aan te dragen, waarbij hij zal ingaan op de hoofdpunten en niet op de kleine onderdelen. Hij vraagt nogmaals of de wethouder bereid is om - op het moment dat het niet goed loopt met 3W vanuit het college
19
het initiatief te nemen, om binnen een bepaalde termijn stappen te ondernemen. Verder is door de wethouder aangegeven dat het college niet terug in de tijd wil, maar de ont wikkelingen gaan snel en het kan gebeuren dat t erug in de t ij d daarbij spreekt hij over Villa Via Nova wel eens een stap vooruit kan zijn. Tot zover. De burgemeester zegt dat de heer Visser een aantal zaken naar voren heeft gebracht waarover de raad in het verleden al uitvoerig gediscussieerd heeft, waarover standpunten zijn ingenomen en waarop 3W heeft gereageerd. Hij stelt dan ook voor dit pad consequent te volgen. De heer Kleijnen wil graag op een aantal zaken terugkomen. Op het moment dat er in dit huis gesproken is over de samenwerkingsovereenkomst met Hurks, heeft de fractie PPGV aangaande de uitgang van de parkeergarage heel nadrukkelijk aangegeven, dat men wil dat er gesproken over een reële schadevergoeding en geen aalmoes. Iedereen erkent dat er een bepaalde vorm van overlast zal ontstaan. De mensen moeten dan ook op een fatsoenlijke manier gecompenseerd worden en zij mogen niet het slachtoffer worden van. Hij zal nog kort iets zeggen over zienswijze K. Deze zienswijze is in behandeling bij de Raad van State. Het is de normale gang van zaken dat daarover niet uitgebreid gediscussieerd wordt. Maar stel dat de Raad van State het college ongelijk geeft in dezen, dan is het aan de raad om aan te geven hoe daarmee omgegaan moet worden. Dan is het ook aan de raad te kijken of daar eventueel gebouwd kan worden of niet. Dat is een nadrukkelijke functie van de raad. Tot dusver heeft geen enkele fractie gereageerd op de motie van de fractie SP. De fractie PPGV wil dat wel doen. In het kader van onder andere het Polfermolen debacle iedereen weet dat hij zich daar in het verre verleden als raadslid nogal van gedistantieerd heeft, hij dat heeft dit ooit de molensteen om de nek van de gemeente genoemd is er een overeenkomst met 3W gesloten aangaande de Geuhall en het terrein Villa Via Nova. Dit alles is door de raad bekrachtigd op 30 juni 2009 toen uitgebreid gesproken is over het Centrumplan. De gemeente dient zich aan deze overeenkomst met 3W te houden, deze is bindend. Maar ook 3W moet zich daaraan houden. Dus ook aan de afspraak over de sloop van de Geulhal, men moet immers sportief met elkaar omgaan. En in die zin heeft 3W aangegeven dat heeft hij op meerdere plaatsen gelezen dat als de raad vandaag het bestemmingsplan Centrum vaststelt, de grote hamer dan in de Geulhal gezet zou worden. Dus met de grond gelijk maken. Hij hoopt dat 3W die belofte nakomt. Hij heeft van de wethouder vernomen dat hij in contact zal treden met 3W. De fractie verzoekt de wethouder deze boodschap nadrukkelijk mee te nemen. Indien de raad nu wil overgaan tot hetgeen in de motie staat, dan gaat dit de gemeente handen vol geld kosten. Er is immers een contract getekend waar beide partijen aan gehouden worden. Hij is het dan ook met de heer Weerts eens als hij zegt dat de heer Visser de motie moet onderbouwen. De fractie SP dient aan te geven waar men het geld vandaan wil halen, zeker gezien het feit dat de gemeente nu reeds moet bezuinigen. Tijdens de begrotingsvergadering komt de fractie PPGV daar zeker op terug. Op 25 juni 2005 heeft de raad gesproken over de Retailstructuurvisie, waarbij het ook ging over de invulling van Villa Via Nova. Destijds was hij raadslid. Hij kan zich herinneren destijds als echte SP-er gesproken te hebben. Nu is hij inderdaad van een andere partij met een andere kleur, maar hij weet waarom hij daarvoor gekozen heeft. Tot op de dag van vandaag heeft hij geen spijt van die keuze. Destijds heeft de fractie SP aangegeven dat men het niet zag zitten dat de Albert Heijn gevestigd zou worden op het terrein van Villa Via Nova en dat daar ook nog parkeergelegenheid zou worden aangebracht. Daarna is hij wethouder geworden en het college heeft destijds meteen onderzoek laten doen en zelfs 3W kwam toen tot de conclusie dat die plannen absoluut niet uitgevoerd moesten worden, want dat zou aangaande de verkeerscirculatie chaotische toestanden veroorzaken in Valkenburg aan de Geul. Tevens is hij van mening dat deze motie in feite mosterd na de maaltijd is, want dan wordt het hele Centrumplan weer op zijn kop gezet. Er is al eens gesproken over een plan Bob van Reeth. Dat plan zou parkeren mogelijk maken onder Villa Via Nova en onder de huidige Albert
20
Heijn, maar dat was onhaalbaar omdat er 47 milj oen bij moest . Hij weet niet waar de heer Visser dit bedrag vandaan wil halen, bovendien heeft hij er als fractie SP toe bijgedragen dat de raad op 30 juni 2009 andere plannen heeft aangenomen. Dus dan is de gemeente weer terug bij af. Hij heeft veel fracties horen praten vandaag en men kan best op onderdelen tegen het Centrumplan zijn maar één ding is zeker, iedereen is het erover eens dat het Centrumplan er moet komen. Zo snel mogelijk. De gemeente praat al veel te lang over deze plannen, al ruim 25 jaar wordt gesproken over het realiseren van een Centrumplan. Als men zo doorgaat, is hij bang dat er over 25 jaar nog over gesproken wordt. Dan heeft hij zijn tijd wel gehad maar daar past hij voor. Laat men nu eindelijk eens aan de slag gaan en ervoor zorgen dat het woord bij de daad gevoegd wordt. En niet andersom. Aangaande de opmerking van enige echte SP-er kan de heer Visser meedelen dat een echt SP-lid nooit verslapt. Een tweede punt is de chaotische toestanden. Daarover zijn ook andere berichten dus daar verschilt men van mening in. Volgens de heer Kleijnen zegt de heer Visser altijd dat hij van mening verschilt. Wat hij in zijn leven geleerd heeft is dat men zaken moet kunnen onderbouwen. En niet alleen iets lukraak roepen, want daar komt men geen stap mee vooruit. Hij zit nu ongeveer 20 jaar in de politiek, in al die jaren heeft hij geleerd dat als men iets wil bereiken dat men dan zaken moet beargumenteren. Wat de heer Visser doet is gewoon ergens iets lezen en dit dan als feit uitbrengen. Maar daar komt men geen stap verder mee. De heer Visser maakt zijn verhalen niet zelf, hij leest ze ergens en wil vervolgens de populist uithangen door het inbrengen van hetgeen hij gelezen heeft. Dat scoort misschien op korte termijn. De heer Visser vindt de uitspraken van de heer Kleijnen iets populistischer dan zijn eigen uitspraken. De heer Kleijnen zegt dat de heer Visser de zaken niet kan aangeven. Waar wil de heer Visser het geld vandaan halen om hetgeen in de motie staat te realiseren? Deze vraag is al diverse malen gesteld. Als de fractie PPGV met een dergelijk voorstel zou komen, zou men daarbij aangeven waar men bijvoorbeeld 800.000,00 vandaan zou halen, et c. Dat moet de fract ie SP kunnen aangeven en vervolgens het college een opdracht geven. Als de fractie een en ander goed beargumenteerd kan hij misschien rekenen op steun vanuit de raad. Maar de fractie PPGV zal deze motie niet steunen. De heer Visser laat de heer Kleijnen in ieder geval altijd uitspreken en hij hen niet. Dat is ook al een verschil. Het punt is natuurlijk dat de fractie SP een visie heeft en de heer Kleijnen heeft een andere visie. De heer Visser respecteert de visie van de heer Kleijnen maar hij doet zijn visie af met populisme en dergelijke. De fractie SP vreest chaotische toestanden als de parkeerplaats op die plek komt. De fractie beschikt over informatie dat een parkeerplaats op de locatie Villa Via Nova met een uitgang aan de buitenkant van de halve ring Reinaldstraat enz. minder verkeersoverlast zal bieden. Er is in ieder geval sprake van een visieverschil. De voorzitter dankt beide heren voor dit ordedebat. Mevrouw Verheggen-Penders is blij dat de wethouder de wensen van de fractie CDA ten aanzien van de communicatie toezegt. Mochten er toch problemen zijn of dat de organisaties vinden dat ze niet of niet voldoende gehoord worden, dient de wethouder dit kenbaar te maken. Met name richting die organisaties. De leden van de fractie willen daar als volksvertegenwoordigers zeker een positieve bijdrage in leveren. Ten aanzien van haar vragen over de St. Pieterstraat is het goed dat de wethouder heeft toegezegd dat het college daar voldoende aandacht aan zal geven en dat de mensen een eerlijke met de woorden van de fracties AB en PvdA/D66 marktconforme - planschade zullen ontvangen. De fractie wacht in dezen op verdere informatie als dat aan de orde zal zijn. Het zou goed zijn als de raad daarover zou praten, maar het blijft moeilijk voor deze mensen want geld zal zeker niet alles kunnen oplossen. Geld is meestal allen een doekje voor het bloeden. Wel een noodzakelijk en meestal welkom doekje voor het bloeden.
21
Aangaande de sloop van de Geulhal, hotel Corona en de ontwikkelingen met 3W sluit de fractie van harte aan bij de vragen van de fractie AB, om de ontwikkelingen aan het einde van dit jaar middels een infobulletin kenbaar te maken. Dit hebben ook andere fracties gevraagd. Zij wil graag een toezegging van de wethouder in dezen. Ook de fractie CDA had zich voorbereid op een reactie ten aanzien van de motie van de fractie SP. Deze reactie is als volgt. Op 30 juni 2009 zijn besluiten genomen door de oude raad, inclusief de fractie SP. Deze besluiten zijn onderschreven door de nieuwe/huidige raad in juni jl. maar met een tegenstemmende fractie SP daarin. Indien de raad zou instemmen met deze motie dan wordt de klok met zeker 2 jaar teruggedraaid. Dit staat nog los van de vele onbeantwoorde vragen die deze motie oproept, daar heeft de heer Weerts ook al iets over gezegd. De fractie CDA neemt zichzelf zeker serieus, zeker in dit grote ambitieuze plan dat erg belangrij k is voor Valkenburg. De fract ie zegt dan ook j a is j a en nee blij ft nee . Dat zegt de fractie niet halsstarrig maar gewoon met gezond verstand. Het zal duidelijk zijn dat de fractie CDA tegen de onderhavige motie zal stemmen. Daarbij heeft de fractie geen onderbouwing van deze motie of delen daarvan nodig. Dat is een afgehandelde zaak. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Van Melsen voor zijn beantwoording in tweede termijn. Ten aanzien van de fractie AB zegt wethouder Van Melsen toe dat het college aan het einde van dit jaar het gevraagde infobulletin zal opstellen. De fractie PvdA/D66 heeft aangegeven dat er dan wel iets substantieels in moet komen. Wat het college zegt is altijd substantieel. Het college kan niet meer zeggen dan wat men weet, anders zou men liegen. De heer Westerhof heeft nogmaals gesproken over de passage in het verslag. Hij spreekt over 12 oktober jl. Op deze dag heeft de vergadering over de Kernen plaatsgevonden en in dat verslag is de passage opgenomen. Verder sprak de heer Westerhof over zienswijze K en gaf aan dat deze zienswijze na behandeling bij de Raad van State terug moet in de raad. De raad bepaalt zijn eigen agenda. De heer Simons sprak over het aankopen van panden en het spreken met bewoners. De heer Van der Pol heeft aangegeven dat dit soort zaken mogelijk zijn nadat het bestemmingsplan onherroepelijk door de raad is vastgesteld. Pas dan kunnen de gesprekken over de afhandeling van die zaken verder gaan. Niet eerder, want dan zou de gemeente de mensen beïnvloeden in het standpunt dat deze mensen straks eventueel moeten innemen naar de Raad van State toe. Dus dat mag niet. De burgemeester merkt op dat de gemeente over jurisprudentie beschikt dat dit niet aan de orde kan zijn, omdat het uitgelegd kan worden als de stem wegkopen. Het moet fair play zijn want het gaat om serieuze zaken. Eerst moeten de plannen onherroepelijk zijn en dan wordt gekeken of er al dan niet planschade is. Namens de fractie PvdA/D66 zegt de heer Simons blij te zijn met de toezeggingen van de burgemeester en de wethouder wat dit punt betreft. Richting de fractie SP zegt wethouder Van Melsen dat er gevraagd is naar toezegging door het college betreffende het afbreken van de Geulhal. In het verleden is daar vaker op geantwoord dus de heer Visser zal het standpunt van het college in dezen kennen. Wat het college wel wil doen is met 3W uitdrukkelijk het gesprek aangaan om een en ander zo vlug mogelijk te bespoedigen. 3W is eigenaar en bepaalt wat er gebeurt. Ook de heer Kleijnen heeft gevraagd om de boodschap richting 3W te verkondigen. Natuurlijk doet het college dat. Zoals toegezegd zal het college de reactie terugkoppelen middels een infobulletin. Het is ook mogelijk een en ander te bespreken in de commissie SOB. Mevrouw Verheggen-Penders heeft een paar puntjes aangehaald maar verder geen vragen gesteld. Wel wees zij op het belang van de Geulhal en de afhandeling met de inwoners van de St. Pieterstraat.
22
De heer Westerhof heeft nog geen antwoord gekregen op zijn vraag aangaande de procedurekosten / legeskosten die gemaakt worden door de bewoners van de St. Pieterstraat indien de formele procedure wordt gevolgd. Wethouder Van Melsen antwoordt dat de heer Westerhof naar iets vraagt wat formeel geregeld is. Als dat de formele regeling is zal deze ook wel zo zijn dus volgt er ook een formele afhandeling. De heer Westerhof vraagt of de kosten dan inderdaad voor de bewoners zijn. Wethouder Van Melsen antwoordt dat als de heer Westerhof dat zo heeft opgezocht het zo zal zijn. Zelf kan hij het niet zo direct voor zijn geest halen, maar als dit zo is in de formele regeling dan zal die formele regeling aangehouden worden en zal het college deze vervolgens formeel afhandelen. De burgemeester zegt dat als de mensen die een planschadeclaim formeel indienen gelijk krijgen, krijgen zij de legeskosten weer terug. Dat was hetgeen waar de heer Westerhof naar op zoek was. Dank daarvoor. Wethouder Van Melsen is blij dat een en ander duidelijk is. Tot zover zijn beantwoording. De voorzitter stelt voor om eerst de motie van de fractie SP in stemming te brengen, omdat deze motie bij aanvaarding eigenlijk consequenties zal hebben voor het vaststellen van het voorliggende voorstel bestemmingsplan Centrum. Hij vraagt wie een korte stemverklaring wil afleggen. Namens de fractie PPGV legt de heer Kleijnen een stemverklaring af. Hetgeen hij zojuist heeft aangegeven ten aanzien van deze motie kan gezien worden als stemverklaring. De voorzitter vraagt of de fractie SP de motie in stemming wil brengen. De heer Visser zegt dat er geen hoofdelijke stemming hoeft plaats te vinden. De heer Weerts vindt dat de motie wel in stemming moet worden gebracht. De voorzitter brengt de motie in stemming. Voor de motie stemt het lid: Visser. Tegen de motie stemmen de leden: Rouwette, Bemelmans, Römling, Verheggen-Penders, Aussems, Cobben, Schurgers, Fulmer-Bouwens, Duijzings, Weerts, Knubben, Simons, Westerhof, Silverentand-Nelissen en Kleijnen. Beslissing: De motie wordt met 1 stem voor en 15 stemmen tegen verworpen.
De voorzitter brengt het voorstel in stemming. De heer Visser legt een stemverklaring af. De fractie SP stemt tegen het voorstel. Beslissing: Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met dien verstande dat de fractie SP tegen het voorstel stemt.
23
8.
Voorstel aan de raad betreffende het vaststellen van het verzoek aan de Kroon de administratieve onteigening te entameren. De heer Simons zegt dat zoals reeds door alle fracties in de commissievergadering is benadrukt, ook de fractie PvdA/D66 vindt dat het middel van onteigening pas daadwerkelijk moet worden ingezet als uiterste middel. Het heeft de fractie in die vergadering verbaasd dat er toch verschil van mening bestaat tussen verkopers en het college, onder andere door de opmerkingen van de heer Nicoll van Ahold over de vraag hoever de onderhandelingen gevorderd zijn. Uit een infobulletin van het college van 6 oktober jl. heeft de raad kunnen lezen dat er op 28 september 2008 en op 7 mei 2010 gesprekken zijn geweest en daarnaast frequent mailverkeer. Toch zou de fractie het college willen aansporen de onderhandelingen ook na dit besluit - te intensiveren en niet overwegend schriftelijk te voeren. De fractie is verder akkoord met het voorstel. De heer Westerhof zegt dat vanavond gesproken wordt over de administratieve onteigening en entameren. Dit is werkelijk het laatste middels dat een gemeente zou moeten gebruiken. Het is niet sjiek en het is niet aan te bevelen. De fractie VVD ziet het als een stok achter de deur. Hij weet dat de wethouder of de burgemeester straks zal zeggen dat het zo niet bedoeld is. Toch voelt de fractie mee met degenen die eventueel onteigend kunnen worden. Op aandringen van de fractie heeft het college een e-mail verzonden waarin wordt aangetoond dat met Blokker en de Albert Heijn minimaal vier keer is gesproken en dat over en weer e-mails zijn verzonden. De fractie wil daar graag bij zeggen dat het college met deze mensen in gesprek moet blijven, niet alleen met Blokker en met Albert Heijn maar praat ook met de andere belanghebbenden. Dit is noodzaak want dan praat het college met echte Valkenburgers. College, blijf alstublieft in gesprek met hen en laat het niet op zijn beloop. Tot zover in deze eerste termijn. De heer Rouwette zegt dat de heer Cobben tijdens de commissievergadering SOB van 5 oktober 2010 namens de fractie AB het woord genomen heeft. In dit woord heeft de heer Cobben aangeven, dat het onteigeningsmiddel helaas in gereedheid gebracht dient te worden, maar niet het gewenste middel is om tot een oplossing te komen. Een tussentijdse goede communicatie van beide partijen zal uiteindelijk leiden tot een constructief overleg met de eigenaren van de benodigde panden. Een constructief overleg dat dient te resulteren in een marktconforme oplossing naar ieders tevredenheid. De fractie verwacht van het college hierin een positieve en accurate opstelling jegens de eigenaren, teneinde het Centrumplan volgens de recentelijk gepresenteerde planning - medio 2011- te kunnen opstarten. Bij toepassing van het middel van onteigening zal de gemeente - volgens de inschatting van de fractie - deze raadsperiode niet meer aan de uitvoering toekomen. Dit zou toch een scenario zijn dat voor alle partijen als nadelig beschouwd mag worden en als zodanig door de AB fractie dan ook niet wenselijk wordt geacht. De fractie is verder akkoord met het voorliggende raadsvoorstel. Tot zover. In de commissievergadering heeft mevrouw Verheggen-Penders namens de fractie CDA al aangegeven, dat de fractie dit voorstel als een logisch en noodzakelijk vervolg ziet op de wens dat er voort varend kan worden doorgewerkt aan de realisat ie van het cent rumplan Hart voor Valkenburg . Een logisch gevolg van de eigen raadsbesluiten in dezen. De fractie heeft het vertrouwen dat het college zodanig met dit instrument zal omgaan, dat het de samenwerking tussen enerzijds de inwoners en de ondernemers en anderzijds de gemeente en Hurks positief zal beïnvloeden, om tot een voor alle partijen goede oplossing te kunnen komen. De fractie CDA is dus voor dit voorstel. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat - ofschoon er in de notulen van de commissievergadering SOB niets van is opgenomen de fractie PPGV deze zeer gevoelige zaak zeker besproken heeft. Zij zal echter niet in herhaling vallen en in het kort aangeven wat de fractie hierover heeft gezegd. Voorliggend raadsvoorstel ligt geheel in de lijn van de besluitvorming van 30 juni 2009 aangaande het Centrumplan. De raad is akkoord gegaan met het - als uiterste middel inzetten van publiekrechtelijke middelen als WVG en onteigening. Tevens heeft de fractie er tijdens deze commissievergadering op aangedrongen dat het college door moet blijven gaan
24
met de onderhandelingen, zodat uiteindelijk het onsympathieke middel van onteigening niet ingezet hoeft te worden. Het college heeft dit toegezegd. Daarom kan de fractie akkoord gaan met dit raadsvoorstel. De heer Visser zegt dat onteigening voor veel mensen een emotionele zaak is als men daarmee te maken krijgt terwijl men volledig is ingeburgerd in een centrum met een bedrijf of op een andere wijze. Desondanks heeft de fractie begrip voor het feit dat er zich situaties voordoen waarin het moet plaatsvinden. Maar het inzetten van administratieve onteigening dient pas dan plaats te vinden, als echt volledig en volwaardig met de betrokkenen gesproken is. Nu heeft de fractie SP het probleem dat de gemeente aangeeft dat er uitvoerig met betrokkenen gesproken is en dat er kwalitatief gecommuniceerd is, terwijl de betrokken mensen zeggen men heeft immers de insprekers gezien het daar niet mee eens te zijn. Dan staat hij als raadslid voor een dilemma en het is een groot probleem wat men dan moet doen. Eigenlijk weet hij nog steeds niet of hij nu vóór deze onteigening moet zijn of dat hij er nu tegen moet stemmen. Hij vindt dit een moeilijk probleem. Wat voor de fractie eveneens cruciaal is, zijn de twee onteigeningsvormen. De gemeente begint nu met een administratieve onteigening, daar kan hij zich iets bij voorstellen. Want de gemeente moet dit nu inzetten omdat er een hoop tijd mee gemoeid gaat. Maar er is ook een gerechtelijke onteigening. Wat hij niet weet is of de raad - voordat de gerechtelijke onteigening gaat plaatsvinden nog aan zet komt of dat dit niet meer het geval is. Op deze vraag had hij graag een antwoord ontvangen. De burgemeester antwoordt dat de raad ten gevolge van de crisis- en herstelwet na vanavond als het besluit positief genomen is uitgespeeld is. De raad heeft dat besluit genomen, het verzoek gaat naar de Kroon en de Kroon handelt de verdere procedure af. Eerst het administratieve traject, dan komt men tot een besluit en komt uiteindelijk de juridische fase aan de orde. Dan is het mogelijk om via de rechter via het besluit van de Kroon te vorderen dat de panden tegen een bepaalde prijs worden geleverd c.q. kunnen de huurcontracten ontbonden worden. Dat is het traject wat in een termijn van 6 maanden te belopen is. Indien de heer Visser zegt niet overtuigd te zijn dat het college er alles aan zal doen en gedaan heeft om op minnelijke weg tot elkaar te komen, dan zou het college wel heel dom zijn. Want dan zal de Kroon de gemeente gelijk terug fluiten. Het is immers één van de vereisten - dat als de gemeent e zo n zwaar middel inzet - dat alle andere middelen gehanteerd zijn om op een redelijke manier tot elkaar te komen. Redelijke manier, want de bomen groeien niet tot aan de wolken en ook de heer Visser zal de zaken toetsen. Want hij heeft ook gesproken over het financiële kader waarin het college opereert. Het college kan niet met voorstellen komen waarvan de raad vervolgens zegt dat de zaak op die manier wel erg gemakkelijk afgekocht kan worden, waardoor niet tot onteigening overgegaan hoeft te worden. Met andere woorden, de wil moet er van twee kanten zijn om tot een faire deal te komen. De meeste partijen hebben daar langere tijd voor nodig, zij wachten af of het bestemmingsplan wel rond komt. Het is een beetje rekken en erbij blijven. Maar hij is ervan overtuigd dat de gemeente de weg die nu zuiver formeel wordt ingeslagen zeker niet in alle gevallen bewandeld hoeft te worden. Hij hoopt dat deze weg helemaal niet bewandeld hoeft te worden. Maar van de andere kant verhoogt het natuurlijk wel de druk om nu zaken te doen. De raad snijd zich in de eigen vingers, iedere maand tijdverlies is renteverlies, stijgen de kosten voor de inwoners en raad en college hebben met elkaar de opdracht om de kosten voor de inwoners te minimaliseren. Vanuit dat kader probeert het college te opereren. Als de heer Visser zegt dat het college wat minder e-mails moet sturen en dat er meer persoonlijke contacten moeten zijn zoals met de vertegenwoordigers van Blokker dan is het zo, dat er nog meer contact heeft plaatsgevonden dan als hier staat vermeld. Het college heeft eigenlijk een en ander dan ook van voor en naar achter toegelicht, ook de investering in de publieke sector, in de openbare ruimte die de gemeente als overheid zal doen, waarbij zij eigenlijk voor de voordeur een prachtige omgeving krijgen waarin zij hun ondernemerschap kunnen ontplooien, dan had het college ook graag gehad dat niet van het voorkeursrecht dat Blokker had gebruik zou zijn gemaakt. Maar ze hebben dat toch gedaan, zonder het college daarover te informeren. Dus als men met elkaar tot zaken wil komen geldt het van twee
25
kanten, maar dat zijn natuurlijk strategische tactische operaties - ook voor grootwinkelbedrijven - om op de beste locaties voor de laagste prijs te komen. Dus wat dat betreft is daar niets mis mee. Het college heeft er alle vertrouwen in dat waar de ratio zegeviert men elkaar daarin zal vinden. Mevrouw Verheggen-Penders drukte het ook goed uit, het is een logische en noodzakelijke stap. Want anders is het net als bij een voetbalwedstrijd, dan pakt een speler de bal, rent naar huis, gaat daar koffiedrinken en de anderen moeten wachten tot hij ooit besluit het speelveld nogmaals te betreden. Daar kiest het college nadrukkelijk niet voor. Ook de heer Simons bepleit dat het college zo goed mogelijk moet communiceren, resultaatgericht. Het college hoopt na het besluit van hedenavond op korte termijn echt zaken te kunnen doen. Want het beste is dat is het college helemaal met de heer Simons eens als partijen elkaar ook naderhand recht in de ogen kunnen kijken en men er samen toch goed is uitgekomen. Dat is altijd beter dan dat de rechter het werk moet doen. Dat is dan ook de insteek van het college. Maar zoals gezegd, daar zijn twee partijen voor nodig. In tweede termijn zegt de heer Visser dat men zijn tweede termijn eveneens kan zien als stemverklaring. De fractie SP blijft van mening dat de druk van de administratieve onteigening mede gebruikt wordt om tot afspraken te komen. Hij gaat er zeker vanuit dat het college haar best doet om tot goede conclusies te komen, daar gaat het niet om. Maar de fractie betreurt het dat die nu pas nadat het raadsbesluit genomen wordt is opgezet. Hij kan zich voorstellen dat er veel mensen zijn die dat teleurstellend vinden. Dus, men weet de stem van deze fractie. De heer Simons hoorde de heer Visser enkele minuten geleden nog ernstig twijfelen of hij voor of tegen dit voorstel zou stemmen. Misschien dat hij te rade kan gaan bij de overige raadsleden, zodat ook hij hem advies kan geven. De heer Visser gaf aan dat het voor hem een hele principiële afweging was. Nu vraagt de heer Simons zich af wat de heer Visser op dit moment doet besluiten om tegen het voorstel te stemmen. Is dat de mededeling van de burgemeester over het weer aan zet komen van de raad? Of welke andere overweging heeft de heer Visser in de afgelopen drie minuten de doorslag doen geven naar tegen. De heer Visser zegt dat de heer Simons eigenlijk zelf al een gedeelte van het antwoord gegeven heeft. Hij proeft namelijk dat de druk van de administratieve onteigening een rol speelt om tot conclusies te komen. Dat is erg gevaarlijk. Volgens de heer Simons is dat nu net de hele opzet waarom het gedaan wordt. Het gaat er nu net om om de druk te verhogen, dat was de heer Visser toch ook al opgevallen? Dat was de heer Visser inderdaad al opgevallen. Wellicht was hij te idealistisch in zijn idee, dat een gemeente probeert om niet tegen haar burgers in te zijn, maar dat de gemeente probeert om eerst mét de burgers tot conclusies te komen. Hij ziet dat nu niet, hij haalt dat niet uit het voorstel. Dat is zijn overweging. De heer Knubben hoort de heer Visser zeggen dat het college pas aan de slag gaat nadat dit voorstel is aangenomen. Maar dan heeft de heer Visser in de afgelopen maanden en weken iets gemist over alle informatie die verstrekt is over de communicatie op dat gebied. Heel wat mensen die daarin een functie vervullen wordt tekortgedaan op de wijze waarop de heer Visser dat formuleerde. De heer Visser vindt van niet. De heer Knubben geeft inderdaad aan dat de gemeente communicatie heeft gepleegd. Zelf luistert hij ook naar de andere kant. Hij hoort van veel mensen zie de zienswijze van deze mensen dat zij daar helemaal niet gelukkig mee zijn. Had de raad maar een goed verslag gekregen natuurlijk zonder namen - van wat de mensen hebben gevonden van die communicatie en waar het precies over gegaan is. Hij mist dat. De burgemeester zou wel eens willen weten wat de reactie van deze raad zou zijn als het college het wettelijke instrument tot onteigening niet zou inzetten. Dat zou zondermeer tot spectaculaire prijsopdrijvingen leiden waardoor het hele plan volstrekt onbetaalbaar zou zijn.
26
Het is een instrument dat door de Tweede Kamer in werking is gesteld om het publieke belang het algemene belang voldoende doorzettingskracht te geven om als de samenleving bepaalde ontwikkelingen wil, dat dit dan ook kan binnen de kaders van de redelijkheid. En daar eist ook de rechter van dat zal hij ook toetsen dat de gemeente er alles aan gedaan heeft om redelijke voorstellen te doen. Het college heeft ook op het einde van de rit naar de betrokkenen toe van de gemeente de panden nog moet verwerven niet een formeel voorstel gedaan. Hurks zal dat zeer binnenkort ook aan de huurders doen. Dan zal het college dat verzoek indienen bij de Kroon. Maar het college blijft natuurlijk in gesprek. De gemeente zou immers wel gek zijn om afstand te doen van de formele positie. Dat gebiedt het publieke belang, daar staat het college voor. Want anders constateert de raad straks dat er een Centrumplan is dat financieel volstrekt niet uitvoerbaar is. Hij zou wel willen weten of de raad het applaus dat men nu in petto heeft, dan straks ook nog zou laten weerklinken. Volgens hem volstrekt niet. De heer Visser hoopt op een goede afloop. Hij wil duidelijk stellen dat de fractie SP niet tegen onteigening is. De reden waarom de fractie tegen deze onteigening is heeft hij duidelijk uitgelegd. De burgemeester antwoordt dat als de heer Visser zegt dat het college daar niet mee bezig geweest is, dan moet hij zich maar eens afvragen hoelang het geleden is dat de gemeente het pand Albert Heijn gekocht heeft. Hij zal de heer Visser maar niet vermoeien met hoeveel gesprekken dat met zich mee heeft gebracht. Met Philips - Willems hetzelfde, ook dat zijn zeer intensieve gesprekken en emotionele trajecten geweest. Dat moet de heer Visser niet onderschatten. Dat doet het college niet alleen technisch maar ook persoonlijk als dat aan de orde is. Ook de mensen die al lang in appartementen wonen, dat gaat niet zonder slag of stoot. Ook daar zitten veel emoties aan vast. Dat is nog vele malen belangrijker en ook vele malen uitdagender om daar met de mensen tot een goede deal te komen. Een goede deal zowel in hun ogen als ook een deal waarin het college de raad straks kan voorstellen om die deal te verzilveren. De voorzitter vraagt wie stemming wenst over dit voorstel. Beslissing: Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met dien verstande dat de fractie SP tegen het voorstel stemt. 9.
Voorstel aan de raad betreffende het vaststellen van het bestemmingsplan Kernen. De voorzitter zegt dat de raad van geheime informatie kennis heeft kunnen nemen. Deze informatie is niet zozeer geheim, maar er hangt wel een boeteclausule voor de gemeente aan vast als de gemeente dat sein van de mensen die dat niet willen openbaar maakt. Als de raad daarover met elkaar wil praten dan kan dat, maar dan verzoekt hij de raad die discussie achter gesloten deuren te voeren om de deuren daarna weer te openen en tot formele besluitvorming over te gaan. Hij vraagt of de leden van de raad behoefte hebben om in de beschouwingen c.q. de bijdragen al dan niet gebruik te willen maken van de gegevens waarvan men onder geheimhouding kennis heeft kunnen nemen. Hij wijst de raad op het boetebeding dat daaraan vast hangt. Het lijkt de heer Simons goed om de vraag andersom te stellen. Dat schiet beter op. De voorzitter stelt voor dat het college de raad kort achter gesloten deuren nog wat toelichting geeft, zodat de raad echt van de hoed en de rand op de hoogte is. Want het college wil absoluut transparant zijn, maar dan dient dit in beslotenheid te gebeuren. Als de raad formeel achter gesloten deuren bij elkaar is, beslist de raad of men achter gesloten deuren wil vergaderen. Hij verzoekt het publiek om buiten of beneden in de hal onder het genot van een kopie koffie de discussie voort te zetten. Ook van ambtelijke zijde wil hij de delegatie beperken tot degenen die rechtstreeks betrokken zijn bij dit verhaal.
27
Om 21:45 uur schorst de voorzitter de openbare vergadering. Om 22:35 uur heropent de voorzitter de openbare vergadering. Mevrouw Silverentand-Nelissen zegt dat vandaag het voorstel betreffende het bestemmingsplan Kernen 2010 ter behandeling voorligt. Evenals de heer Westerhof wil zij haar ongenoegen namens de fractie VVD kenbaar maken over de korte tijd die de raad ter beschikking is gesteld zich ter verdiepen in deze ingewikkelde materie. Een uitgebreide voorlichting aan de raad en ook de inwoners van Valkenburg aan de Geul zou zeker op zijn plaats geweest zijn. Dan pas kan er sprake zijn van maatwerk. De fractie kan het helemaal eens zijn met de door de heer Van Dijk tijdens de commissievergadering SOB van 12 oktober 2010 ingebrachte stelling, dat het een gemiste kans is om de nodige feedback te krijgen van de inwoners van de kernen door géén voorlichtingsbijeenkomst te organiseren. Jammer, zeker iets om in de toekomst wel rekening mee te houden. Er resten voor de fractie diverse niet beantwoorde vragen. Punt 6: het pand Karwij. Veel misverstanden ontstaan doordat de digitale versie niet overeenkomt met de analoge versie. Hoe lang blijft er sprake van deze overgangssituatie? Hoe verloopt de voorlichting hierover? Is de wethouder bereid hierover één of meerdere inloopavonden te organiseren? Zienswijze nummer 8: Op de Bies. De fractie is zich op de hoogte gaan stellen van de bestaande situatie buurtschap Op de Bies. De fractie is blij dat de bestaande bestemming die een-op-een is overgenomen gehandhaafd blijft en dat de mogelijkheid blijft bestaan om vijf woon-zorg-eenheden te realiseren. Er kunnen geen planschadeclaims verwacht worden. De argumentatie van buurtschap Op de Bies tijdens de commissievergadering SOB van 12 oktober jl. wordt niet relevant gevonden. Tot zover de reactie in eerste termijn. De heer Visser zegt dat het digitaliseren van bestemmingspanen een geweldige inspanning vergt van de medewerkers. Mevrouw Silverentand-Nelissen heeft zojuist aangegeven. dat het ook voor de raad een inspanning kost zich daarin in te leven. De fractie SP heeft zich daar uitvoerig in verdiept. Er moet gezegd worden dat de fractie goed te woord is gestaan in deze zware tijden, om zoveel mogelijk helderheid te krijgen bij deze bestemmingsplannen. Mevrouw Silverentand-Nelissen heeft ook al gesproken over de communicatie. Er zal wellicht een geweldige tijdsdruk achter gezeten hebben, daar is ook tijdens de commissievergadering reeds over gesproken. De communicatie moet beter. Het was goed geweest als de mensen die een zienswijze hebben ingediend nog vóór de commissie gehoord hadden hunnen worden, zodat zij hadden kunnen inspreken omdat er natuurlijk een zienswijze is ingediend en zij een antwoord gekregen hebben. Het zou voor de raad een goede zaak geweest zijn als men naar aanleiding daarvan de mensen gehoord had om te kijken hoe zij dat zouden vinden. Dit is uiteindelijk wel nog in gang gezet door de voorzitter. Maar hij vraagt zich af in hoeverre de mensen die een zienswijze hebben ingediend op tijd hebben gehoord dat zij bij de commissie nog hadden kunnen inspreken. Graag een antwoord van de wethouder in dezen. Het bestemmingsplan Kernen draagt voor het overgrote deel de goedkeuring van de fractie. Uiteindelijk is er een vrij goed product gekomen. Hij heeft nog enkele vragen. Deze vragen zal de fractie eventueel aanvullen met een motie om wat helderheid te krijgen. Dat betreft het uitvoeringsprogramma handhaving in geval van strijdig gebruik. Dat is blijven liggen en de fractie heeft er geen duidelijk zicht op gekregen hoe dit nu wordt opgepakt. Er ligt een door het college in 2008 behandelde nota naar aanleiding van opmerkingen van VROM in 2006. De fractie heeft deze nota bestudeerd op het gebied van het beleidsplan handhaving. Het is een sterke nota, maar deze nota moet ook tot uitvoering komen. Die uitvoering vindt nog niet plaats. De fractie vraagt de wethouder of aan de uitvoering van deze nota - bij plekken die illegaal zij n of die op dit moment nog gedoogd worden een tijdslijn verbonden is om daarvoor nog maatregelen te nemen. Als dit antwoord duidelijk is zal de fractie de motie niet indienen. Mevrouw Silverentand-Nelissen heeft zojuist gesproken over het plan Op de Bies. Stel dat de raad het plan Op de Bies nu benoemt als niet wat de mensen daar wilden . Kan dit
28
consequenties hebben voor planschade? Indien dat niet het geval is, ziet de fractie eigenlijk een betere mogelijkheid om dit gewoon terug te trekken - het is nu Wro-wijzigings-zone en mocht het plan zich alsnog aandienen er dan een post zegelplan van t e maken. Op dit ogenblik is er immers geen concreet, realistisch, haalbaar plan voorhanden. Een Wro-zone is eigenlijk bedoeld voor plannen die wel realistisch zijn. Wellicht is het beter om gezien het feit dat de gronden daarvoor niet juist zijn - dit gewoon niet meer als Wro-zone te nemen en mocht zich iets voordoen dan kan het als postzegelpan worden ingediend. De fractie vindt dit een juistere mogelijkheid om hier nog iets mee te doen. Graag een antwoord van de wethouder. Als laatste punt de rode contouren. Er zijn gebieden die op dit ogenblik binnen het bestemmingsplan Kernen liggen, maar buiten de rode contouren. Aangaande de erfafscheidingen heeft de fractie heeft gelezen dat voor de gebieden die binnen het bestemmingsplan Kernen maar buiten de rode contouren liggen erfafscheidingen van 2 meter mogelijk zijn. In een landschap is dat zeer schadelijk en dat zou voorkomen moeten worden. De fractie vraagt zich af of dit zo is. Als dat zo is dan zal de fractie een motie indienen waarin is opgenomen dat de gebieden die binnen het bestemmingsplan Kernen maar buiten de rode contouren liggen, maximaal een erfafscheiding mogen hebben van 1.50 meter waardoor in ieder geval een betere landschapsinpassing van deze erfafscheidingen wordt verkregen. Tot zover. Mevrouw Verheggen-Penders zegt dat over deze materie in een apart hiervoor belegde commissievergadering al enige uren gesproken is. Zij zal het nu dan ook zo kort mogelijk houden. Naast de vragen over het algemeen en in het bijzonder over enige heikele zienswijzen die verder buiten de openbaarheid dus vertrouwelijk zijn behandeld - heeft zij in de commissievergadering concrete vragen over een tweetal zienswijzen gesteld, waar zij nu nog even op zal terugkomen. Zienswijze nummer 8: Op de Bies. Alles overziend meende de fractie in eerste instantie te kunnen concluderen dat het politiek gezien niet haalbaar is om de aanduiding Wro-zone-wij zigingsgebied 5 t e lat en vervallen. Zij wil de verantwoordelijke wethouder dan ook verzoeken om - zodra de indiener van het bouwplan zich bij de gemeente meldt om een en ander concreet te maken, met de wil om binnen een afzienbare tijd daadwerkelijk te kunnen gaan bouwen dit meteen in de eerstvolgende commissievergadering terug te koppelen ter bespreking. Maar nu zij hoort wat de andere fracties zeggen is het misschien politiek wél haalbaar, om het Wro-zonewijzigingsgebied 5 er gewoon vanaf te halen. Het heeft verder geen enkele consequenties voor planschade, dat heeft zij in de commissievergadering ook al gevraagd. Het zou het meest duidelijk zijn om dat op die wijze te doen. Dus misschien is het wel haalbaar. Zienswijze nummer 10: Herkenbroekerweg. De CDA fractie blijft met het gevoel zitten dat het toch een gemiste kans is om dat bedrijf zo spoedig mogelijk uit de woonwijk te halen Dat zou een win-win-situatie voor alle betrokkenen opleveren. Maar goed, de wethouder heeft wel al zijn medewerking toegezegd aan verwezenlijking in de toekomst. En dat zal dan dienen te gebeuren via het zogenaamd post zegelplan . Een postzegelplan is een plan om een individuele uitzondering te kunnen krijgen op het geldende bestemmingsplan dat aan allerlei voorwaanden is verbonden. Dat plan zal in dit geval de betreffende indiener naar schatting toch 15.000,00 gaan kosten en dat is niet niks. De fractie verzoekt de wethouder om - voor zover het mogelijk is een en ander zo goedkoop mogelijk voor de indiener te laten verlopen. Bijvoorbeeld door rapporten van een paar jaar oud ook te accepteren en niet te gaan eisen dat alles actueel moet zijn. Deze rapporten maakt het namelijk zo duur. Wethouder, kunt u dit toezeggen? Tot zover in deze eerste termijn. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat de fractie PPGV tijdens de extra ingelaste commissievergadering SOB een aantal vragen en bedenkingen naar voren heeft gebracht. Inmiddels zijn de vragen keurig beantwoord en zijn de voorgestelde wijzigingen overgenomen. Dank hiervoor.
29
Een vraag met betrekking tot het feit dat in voorliggend bestemmingsplan de aangepaste beleidsnotitie Bed & Breakfast 2009 niet is overgenomen is weliswaar beantwoord, maar een beetje onduidelijk. De fractie neemt echter aan dat de beleidsnotitie goed in het bestemmingsplan zal worden opgenomen. De fractie heeft nog slechts één vraag. Wat is het huidige collegestandpunt aangaande de plannen voor zorgwoningen op de locatie Op de Bies te Berg en Terblijt? De fractie is altijd van mening geweest dat de gemeente hier in het verleden positief tegenover stond. Reden van deze vraag is dat de fractie inmiddels van de initiatiefnemer vernomen heeft dat de voorwaarden zoals opgenomen in voorliggend bestemmingsplan, hem geen ruimte en mogelijkheid biedt om deze plannen te kunnen realiseren. Het feit dat het aantal m2 per woonunit verhoogd is van 65 m2 naar 95 m2 en het feit dat alles inpandig - dus in de bestaande bouw - gerealiseerd moet worden is hier debet aan. Graag uw standpunt en uitleg in dezen. De heer Simons zegt dat de fractie PvdA/D66 tijdens de aparte commissievergadering op vrijwel alle vragen een helder antwoord gekregen heeft. Het lezen van zo n plan vergt veel tijd, het is een complex gebeuren en het is dan ook niet eenvoudig hier vragen uit te halen. Enige zorgen heeft de fractie over de vraag of er geen rechtsongelijkheid kan ontstaan in de volgende situatie. Bij twee onder één kap woningen - maar ook bij vrijstaande panden - is het volgens het plan mogelijk een aanbouw te realiseren onder voorwaarde dat deze minstens 3 meter verwijderd is van het aangrenzende pand. Dat betekent dat als buurman A bijvoorbeeld een garage realiseert, buurman B daardoor in een later stadium niet meer aan de voorwaarde van 3 meter afstand kan voldoen. Dit doet zich voor als de gezamenlijke oprit minder breed is dan 6 meter. Geldt die regel van 3 meter ten opzicht van de bouw c.q. de hoofdbouw of van het aangrenzende pand? Het zal zeker niet zo moeten zijn dat de rechtsgelijkheid in het gedrang kan komen doordat bepaalde bouwregels zijn aangepast. Hij heeft begrepen dat dit in het vorige bestemmingsplan anders geregeld was dan in het huidige bestemmingsplan. Verder wil de fractie weten of men zich ervan vergewist heeft dat alle wijzigingen nu ook in de digitale versie van het plan zijn doorgevoerd of op korte termijn worden doorgevoerd. Allereerst complimenteert de heer Rouwette de ambtelijke organisatie. Een door de fractie AB ondersteund bestemmingsplan Kernen 2010 is een feit. Hoofdpijndossiers uit het verleden het digitaliseren van de bestemmingsplankaarten en de correcte afhandeling van het zienswijzenproces - is zeer zeker een vermelding waard. De fractie gaat er vanuit dat het bestemmingsplan nu volledig is - conform de afspraken die met de burgers en de provincie zijn gemaakt - maar ook volgens de door de raad goedgekeurde uitgangspuntennotitie. Wel bevreemdt het de fractie dat de m2 eis voor permanente bewoning wordt verlaagd van 92 m2 naar 83 m2 gebruiksoppervlakte. Op deze eis zijn in het verleden namelijk bouwplannen de prullenbak in verwezen. Wellicht dat de wethouder een en ander kan onderbouwen. Daarnaast heeft de fractie nog een opmerking over de wijze van communicatie. Het komt te vaak voor dat inwoners niet of te laat reageren op de mogelijkheid tot indienen van zienswijzen, kortom ze hebben het niet gelezen in de krant. In tijden van moderne communicatie is de manier waarop de gemeente communiceert en informeert veelal geënt op een traditionele wijze. De fractie zal in kader van het verbeteren en de wijze waarop gecommuniceerd wordt later dit jaar een voorstel lanceren. Dan nog even kort over de zienswijze ten aanzien van Op de Bies 8. De fractie sluit zich aan op het betoog van de fractie VVD. Tot zover. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Van Melsen voor zijn reactie in eerste termijn. Wethouder Van Melsen antwoordt dat mevrouw Silverentand-Nelissen haar ongenoegen kenbaar heeft gemaakt ten aanzien van de korte tijd van voorbereiding. Echter, in zijn beleving is er - met name over het inzicht krijgen in de ruimtelijke plannen en daar mee te leren werken - een uitnodiging aan de raad verzonden. Dit is het soort voorbereiding die het college heeft willen doen.
30
Mevrouw Silverentand-Nelissen zegt dat zij daar gebruik van gemaakt heeft. Wethouder Van Melsen beaamt dat. Hij is het met mevrouw Silverentand-Nelissen eens dat het een moeilijke materie is. Om die reden zijn er voorbereidingsbijeenkomsten georganiseerd. Er is gevraagd naar voorlichtingsbijeenkomsten in de kernen. De raad heeft destijds een uitgangspuntennotitie vastgesteld waarin is afgesproken welke weg de gemeente zou bewandelen. Daar is dit niet in meegenomen. Het was inderdaad mogelijk geweest dat het college de ruimtelijke plannen had kunnen uitleggen tijdens een voorlichtingsbijeenkomst in de kernen, maar dat is niet gebeurd. Hij betwijfelt overigens of de inwoners daar op dat moment veel lering uit hadden getrokken. Maar dat is iets anders. Verder is gevraagd naar de overgangstermijn tussen het digitale en het analoge systeem. In feite is die er niet. Alle nieuwe plannen zoals die nu worden vastgesteld worden digitaal weergegeven. Het bestemmingsplan buitengebied zal naar alle waarschijnlijkheid vanuit het digitale systeem vertrekken, maar dat durft hij nu niet met zekerheid te zeggen. Maar alles wat een bepaalde datum voorbij is moet digitaal worden behandeld. Mevrouw Silverentand-Nelissen zegt dat de fractie VVD deze uitleg via de vakafdeling heeft geregen. Het was inderdaad best moeilijk. Vandaar haar vraag of de wethouder bereid is over dit onderwerp hoorzittingen c.q. informatiebijeenkomsten te organiseren. Wethouder Van Melsen antwoordt dat inwoners die vragen hebben over een specifieke situatie altijd bij de balie van de vakafdeling terechtkomen. Op de vakafdeling is altijd ruimte en tijd om deze mensen te helpen en uit te leggen hoe een situatie voor hen persoonlijk zit. Het college kan wel het hele plan uitleggen maar waarschijnlijk hebben de mensen toch specifieke vragen over hun eigen situatie. Deze uitnodiging aan de bewoners is er en de mensen mogen daar zeker gebruik van maken. Mevrouw Silverentand-Nelissen neemt aan dat het college deze mogelijkheid via diverse wegen - zoals TV Valkenburg en de krant uitgebreid aan de inwoners kenbaar maakt. Wethouder Van Melsen antwoordt dat de gemeente altijd gebruik maakt van de media om bekendheid te geven aan zaken. Maar de raad zelf kan dat natuurlijk ook doen. Voorts heeft mevrouw Silverentand-Nelissen en diverse andere fracties - gesproken over Op de Bies. Daar komt hij later nog op terug. De heer Visser sprak over hoorzittingen en het inspreken in de commissie. De inwoners zijn in de gelegenheid geweest om in een hoorzitting hun zaken toe te lichten. In die hoorzitting was een ambtenaar namens de gemeente aanwezig. Deze ambtenaar heeft het standpunt ten aanzien van die zienswijzen van het college in concept weergegeven en de vragen beantwoord. Dus er is een overlegmoment geweest, maar het college moet constateren dat niet iedereen daar gebruik van heeft gemaakt maar wel had kunnen maken. Aangaande de vragen over het inspreken in de commissievergadering heeft hij in de notulen van de hoorzitting gelezen dat de mensen op deze mogelijkheid gewezen zijn. Het kan best zijn dat niet iedereen dit geweten heeft maar er is nadrukkelijk over gesproken en op gewezen, buiten het feit dat voor iedere commissievergadering SOB een spreekrecht burgers is voorzien. Voorts sprak de heer Visser over de handhaving. In de commissievergadering is hier reeds over gesproken. De heer Visser heeft terecht opgemerkt dat er in 2008 een nota is vastgesteld en ergens heeft VROM ook nog een aanmerking gemaakt ten aanzien van deze nota. Op dit moment is er geen nieuwe informatie. De vraag over het aangeven van een tijdslijn kan de wethouder nu niet beantwoorden, maar hij zal zich in deze materie verdiepen. Dat is iets waar het college de komende tijd naar zal moeten kijken.
31
De heer Visser is misschien niet duidelijk genoeg geweest, maar ook in de raad is aangegeven dat bekeken zou worden welke zaken niet binnen de bestemmingsplannen zouden passen. Het college is gevraagd deze zaken op een rij te zetten en er iets mee te doen in de praktijk, een soort uitvoeringsplan naar aanleiding van de nota die door het college is aangenomen. Wethouder Van Melsen antwoordt dat deze nota destijds door het college is aangenomen, maar daar is geen uitvoeringsplan aan gekoppeld. Dat is waar het college nu op steekt en waar de heer Visser op wijst. Het college zal dit opnieuw ter hand moeten nemen. Indien dit consequenties heeft in financiële zin of anders, komt het college bij de raad terug. Er is gesproken over de rode contouren en de afrastering. Volgens de wethouder is hierover gesproken in de commissievergadering en zijn de vragen beantwoord. Dit ging met name om het feit dat er op een bepaald moment erfafscheidingen, borden, etc. nodig zijn om bij een st uk grond iet s neer t e zet t en en in het huidige agrarisch met waarde was ook al een m2 grens van toepassing. Dit antwoord is door de afdeling eveneens schriftelijk aan de heer Visser verzonden en aan de notulen toegevoegd. Mevrouw Verheggen-Penders heeft eveneens gesproken over het postzegelplan en met name over de Herkenbroekerweg. Daarbij is gevraagd dit te veranderen omdat het de mensen 15.000,00 kost indien dit nu niet wordt aangepast . Iedereen met een post zegelplan die iet s wil wijzigen moet dat doen, mits er anders een wijzigingsbevoegdheid in het bestemmingsplan is aangegeven. Dan hoeft het uitgebreide pan niet en zijn er andere wegen. Maar de kosten van onderzoeken etc. die moeten gebeuren zijn altijd voor de aanvrager. Indien de gemeente dit soort kosten iedere keer voor haar rekening zou nemen dan dient de raad het budget binnen de afdeling dermate hoog maken dat deze kosten betaald kunnen worden. Want dan zegt de raad in feite dat de kosten zoals die worden doorberekend op burgers gesplitst zullen worden over alle inwoners. Dit heeft mevrouw Verheggen-Penders zo niet gezegd. Het is duidelijk dat de kosten voor de particulieren zijn en dat de gemeente daar niets van overneemt. Maar het gaat erom de particulieren niet op onnodig hoge kosten te jagen. Zo kan men bijvoorbeeld zeggen dat de rapporten die er al een paar jaar liggen nog goed zijn, in plaats van te zeggen dat alles actueel moet zijn en dat er nieuwe plannen moeten komen. In die richting dacht de fractie. Wethouder Van Melsen antwoordt dat de gemeente dit volgens de wet moet afhandelen. Als die rapporten volgens de wet nog juist zijn, mogen deze zeker gebruikt worden. Echter, als de rapporten volgens de wet niet meer juist zijn dan moeten ze bijgesteld worden. Iets anders kan hij niet toezeggen. Diverse fracties hebben gesproken over Op de Bies. Mevrouw Verheggen-Penders vroeg of de Wro-zone eraf gehaald kan worden of niet. Dat kan. Verder is gevraagd of er al dan niet planschade van toepassing is. Zoals destijds door de ambtenaar is aangegeven is dit niet van toepassing. Dus dat antwoord is duidelijk. Kijkende naar de wijzigingsbevoegdheid kan men zien, dat er al een aanscherping van de wijzigingsbevoegdheid is zoals deze nu in het nieuwe bestemmingsplan komt. Door mevrouw Fulmer-Bouwens is erop gewezen dat dit nu binnen de bestaande bouwmassa moet. Er staat nog extra bij dat het binnen het woningbouwprogramma moet. Daarop wordt al een ext ra beperking gelegd. Tevens wordt er gesproken over maximaal 10 woon-zorgeenheden. Het kan best zo zijn dat de indiener 2 of 3 woon-zorg-eenheden aanvraagt. Indien dit er uitgenomen wordt dan wordt de indiener ertoe verplicht om een langduriger proces aan te gaan omdat het plan aanvaard te krijgen. Want dan moet het veel breder. Het college heeft deze beperkingen erin gezet met name vanwege de lopende afspraken uit het verleden. Ten aanzien van de m2 kan hij zeggen dat tegenwoordig een andere berekening wordt gehanteerd ten opzichte van de vorige m2, maar het blijft te allen tijde aan de raad wat men daarmee doet. Er is gevraagd naar het standpunt van het huidige college. Dit standpunt is niet veranderd ten opzichte van het vorige college. In dat opzicht heeft het college geen ander standpunt ingenomen.
32
Mevrouw Fulmer-Bouwens vraagt of het college nog steeds voorstander is om daar zorgwoningen te realiseren. Wethouder Van Melsen beaamt dit. Echter, de beperkingen zoals die 4 of 5 jaar geleden zijn bedacht liggen nog steeds binnen de huidige bouwmassa en men dient deze in acht te nemen. Het vorige college heeft dit ook al aangegeven, omdat er toen met de buurt gesproken is over uitbreiding van de panden of net niet. Destijds is consensus met de buurt gekomen, of juist niet. Maar de plannen voor die 10 zorgwoningen zijn destijds niet doorgezet. Een van de bezwaren van de buurt destijds betrof met name de vergroting van de bouwmassa, daarnaast de drukte in de straat en alles wat daarbij werd gehaald. Mevrouw Fulmer-Bouwens vraagt of er inderdaad gereageerd is op de omwonenden en de bezwaren. Wethouder Van Melsen antwoordt dat dit ongeveer 2 jaar geleden uitgebreid aan de orde is geweest in de commissie SOB. De buurt was destijds in grote getalen aanwezig. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat als een initiatiefnemer zegt dat hij nu niets meer kan dan zegt de wethouder dat dit niet klopt. Wethouder Van Melsen antwoordt dat er binnen de beperkingen mogelijkheden zijn voor de initiatiefnemer, maar als hij daarbuiten wil gaan zal hij dat via het postzegelplan moeten doen. De initiatiefnemer kan het altijd aanvragen en dan komt het bij de raad terecht. Het college heeft de bevoegdheid om binnen de kaders van het bestemmingsplan te werken. Indien een aanvraag daarbuiten valt dan is dat een andere situatie, dan komt het bij de raad. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat het dan aan de raad is om te kijken wat men daar verder mee wil. Wethouder Van Melsen beaamt dit. Uit de woorden van de wethouder begrijpt mevrouw Verheggen-Penders dat het nu binnen de bestaande bouwmassa moet, want de tekeningen die er lagen gaven eigenlijk aan dat er nog nieuwbouw bij zou komen. Nu zegt het college dat het binnen de bestaande bouwmassa moet. Bovendien zijn er nog geen concrete plannen. Wethouder Van Melsen antwoordt dat de raad dit zegt als het bestemmingsplan zo wordt aangenomen. In de zienswijzen die door de raad zo meteen worden vastgesteld staat dat de woningen moeten passen in het gemeentelijke woningbouwprogramma. Bovendien staat er dat er geen veranderingen optreden ten aanzien van de bestaande bouwmassa. Dat is één van de wijzigingsbevoegdheden waarbinnen het college moet werken. Indien het buiten dit kader valt is er een andere route van toepassing. Die gaat dan via de raad. Mevrouw Verheggen-Penders vraagt of het college de raad via de commissie op de hoogte zal brengen op het moment dat er concrete plannen zijn. Wethouder Van Melsen antwoordt dat het college de raad best op de hoogte wil brengen, maar het betreft een wijzigingsbevoegdheid. Echter de wijzigingsbevoegdheid is een bevoegdheid die door de raad aan het college wordt verstrekt. Maar hij zal het zeker melden en hij is ervan overtuigd dat zodra er een aanvraag binnenkomt de aanvragers zeker in een vergadering van de raad aanwezig zullen zijn. Mevrouw Fulmer-Bouwens had gevraagd of de Bed & Breakfastvoorziening was opgenomen in deze nota. Dit is opgenomen. De heer Simons heeft een zeer technische vraag gesteld. Over deze vraag heeft de fractie ook al nadrukkelijk gesproken met een ambtenaar. De vraag was: Kan door toestaan van gebouwen op de oprit geen rechtsongelijkheid ontstaan als de buurman aan de opritzijde later ook wil uitbreiden, maar in het geding komt vanwege de minimale afstand van 3 meter? De zojuist genoemde ambtenaar heeft het volgende antwoord geformuleerd: Deze eis geldt
33
voor het hoofdgebouw en voor zover er geen sprake is van vergunningvrij bouwen. Ingeval een bouwwerk onder de vergunningvrijheid valt is het bestemmingsplan niet van toepassing en hebben beide buren gelijke rechten. Op het moment dat een bouwwerk wel degelijk vergunningsplichtig is, dan is het inderdaad zo dat wie het eerste komt, die het eerste maalt. De achterliggende gedacht daarbij is, dat bij het oprichten van woningen zij het genoemde twee onder een kapwoningen, zij het vrijstaande woningen ernaar gestreefd is blijvend open c.q. halfopen straatbeeld te realiseren. Door de bestemmingsplaneis van 3 meter tot de dichtstbijzijnde gevel te introduceren, wordt dit gewaarborgd voor zover het geen vergunningvrij bouwen is. Het voorkomen van die rechtsongelijkheid is met name geregeld via het vergunningvrije systeem. Er is overwogen om een afstandmaat ten opzichte van de perceelgrens te introduceren. Voor genoemde twee onder een kap woningen betekent dit dat er dan in principe niets bruikbaars meer gebouwd kan worden op de oprit. Dit is bewust niet gedaan, aangezien daar de mogelijkheid in de toekomst onmogelijk wordt gemaakt. Verder heeft de heer Simons gevraagd naar het doorvoeren van nieuwe regels. De wethouder verwijst in dezen naar hoofdstuk 2 onder punt 10 van de uitgangspuntennotitie, daar zijn een aantal veranderingen opgenomen. De heer Aussems heeft nog een vraag over het zijwaarts bouwen vanaf de hoofdwoning. Nu is het zo dat wie het eerst komt het eerst maalt. Voorheen was het zo dat men er niet mocht bouwen, de buurman had er dus geen last van. Nu mag iemand daar bouwen, de buurman heeft er eventueel last van maar hij mag zelf niet bouwen. Dit noemt de fractie de rechtsongelijkheid die daarin zit. De fractie heeft hier moeite mee. De gemeente past de bouwregels aan maar het gevolg is dat het voor bewoners met dit soort woningen en dat zijn er nogal wat binnen de gemeente zulke consequenties heeft. Wat moet de gemeente daarmee? Dit roept men op zich af bij net nemen van dit soort maatregelen. Natuurlijk bestaat rechtsongelijkheid overal. Maar op een plek waar twee woningen zo dicht op elkaar staan, moet de gemeente dit niet willen hebben. De wethouder gaf overigens terecht aan dat de fractie technische vragen had gesteld. Maar men kan van een gemeenteraadslid niet verlangen dat hij/zij van al dit soort zaken op de hoogte is, dat is bijna onmogelijk. Alleen personen die echt in deze materie zitten kunnen dit soort zaken uit de nota halen. De rest zal daar zeker moeite mee hebben. Maar er komen consequenties op de gemeente af. De raad stelt de kaders. De vraag is alleen dat als de raad de kaders heeft gesteld en het betreft een dergelijk technisch verhaal, dan wordt een en afgehandeld door de ambtenaren. Deze ambtenaren gaan dan in feite op de stoel zitten van de raad en voeren een en ander uit. De raad kan daar dan alleen maar naar kijken en hopen dat die ambtenaren met zoveel verantwoordelijkheidsgevoel hun werk doen dat alle ins and outs daarvan worden meegenomen. Het einde van het liedje in dit geval is, dat er een resultaat ontstaat waarbij men vraagtekens moet zetten als het gaat over de rechten van eenieder. In voorkomende vallen - bij een dergelijk technisch verhaal - stelt hij dan ook voor, dat het college een bijlage aan het dossier toevoegt waarin de consequenties worden weergegeven die zulke nieuwe regels tot gevolg hebben. Nu was het een vreselijk uitzoekwerk en dat is zeker niet de bedoeling, daar is de raad niet voor. Iemand is wel raadslid maar men moet geen rechercheur zijn om dit soort zaken proberen te achterhalen. Dat gaat te ver. Kan het college in de toekomst de dossiers in voorkomende gevallen voorzien van een lijst waarop de resultaten van de bestemmingswijzigingen worden weergegeven, met het toepassen van andere bouwregels dan dat de gemeente daarvoor had? Er zullen best mensen zijn die daar straks problemen mee hebben. Kunnen ook die mensen terugvallen op de hardheidsclausule zoals deze genoemd is op pagina 13a punt 11 van de uitgangspuntennotitie? Daar staat een hardheidsclausule en de vraag is of de mensen die daar een probleem mee hebben daarop kunnen terugvallen. Wethouder Van Melsen kan deze wél heel technische vragen op dit moment niet beantwoorden. Als de heer Aussems deze vragen nu beantwoord wil hebben dan zal de wethouder moeten overleggen met de ambtenaren. Hiertoe zou de voorzitter de vergadering kort moeten schorsen. Het is jammer dat dit soort vragen niet in de commissievergadering aan de orde zijn gesteld.
34
Als punt van orde zegt de voorzitter dat het al 23:00 uur is. Hij moet de raad derhalve de vraag voorleggen of men de vergadering vanavond wil continueren of dat men wil uitwijken naar morgenavond. Uit de reacties maakt hij op dat de raad deze vergadering wil voortzetten. Aangaande de opmerking van de wethouder dat de fractie dit soort vragen in de commissie SOB aan de orde had kunnen stellen, zegt de heer Aussems dat de fractie haar best heeft gedaan om tijdens de commissievergadering vragen te stellen. Deze vragen zijn beantwoord maar waren dusdanig dat de fractie bij de ambtenaar op bezoek is geweest inmiddels 3 keer maar het antwoord op de laatste vragen die de fractie vandaag heeft gekregen zat daar niet bij. Dus op het moment dat de fractie dit antwoord eerder had kunnen krijgen had men ook eerder gereageerd. De voorzitter vraagt of hij de vergadering moet schorsen of dat de ambtenaar de vragen kan beantwoorden. Hij kan zich voorstellen dat de wethouder dit soort gedetailleerde vragen niet kan beantwoorden. Wethouder Van Melsen stelt voor dat hij nu de resterende vragen zal beantwoorden en dat de ambtenaar naar de vragen van de heer Aussems kijkt. De voorzitter gaat akkoord met dit voorstel. De antwoorden op de vragen van de heer Aussems worden meegenomen naar de 2e termijn. Wethouder Van Melsen hervat zijn beantwoording. De heer Simons had gevraagd of het digitale plan nu af is. Het moet nu af zijn. De wijzigingen die nu nog in de wijzigingsnotitie zitten moeten worden ingebracht in het uiteindelijke digitale plan. Dat wordt hét plan waarmee men moet werken in de komende jaren. De heer Rouwette heef gevraagd naar de m2 bij Op de Bies. Dat betreft de wijze van berekenen die is veranderd. De fractie heeft haar standpunt ten aanzien van Op de Bies kenbaar gemaakt. Verder heeft de heer Rouwette gesproken over de communicatie. De gemeente heeft met name bij bestemmingsplannen te maken met wettelijke richtlijnen, communiceren moet dan ook volgens deze richtlijnen. Allerlei zaken die daarbij bedacht worden kunnen best mooi zijn maar de gemeente dient zich te houden aan de minimale wettelijke richtlijnen. Tot zover de beantwoording in deze eerste termijn. In 2 e termijn zegt de heer Weerts dat hij graag kort twee onderwerpen naar voren wil brengen. Enerzijds de m2, waarbij de wethouder aangeeft dat op dit moment een andere berekening wordt gehanteerd. Dat kan zo zijn maar hij had graag geweten waarom een andere berekeningsmethodiek wordt toegepast. Waarin zit het verschil? De wethouder hoeft deze vragen vandaag niet te beantwoorden, dat mag best schriftelijk. Een ander punt is het door de fractie PvdA/D66 ingebrachte over de garage en het bouwen van 3 meter uit de erfafscheiding. De fractie AB kan hierin meegaan, zeker gezien het gegeven dat de acht erblij vers nu een en ander in het best emmingsplan geregeld zien. Een mogelijkheid van een planschadeclaim of iets dergelijks wordt tenietgedaan. Hij verzoekt het college dan ook hier nogmaals terdege naar te kijken. Tot zover. De heer Visser zegt dat de heer Aussems een punt heeft aangeroerd dat de fractie SP niet gezien had. Dit punt omvat inderdaad zaken die geregeld moeten worden. Ten aanzien van de rode contouren heeft de wethouder aangegeven dat er geen wijzigingen hebben plaatsgevonden. Met die woorden gaat de fractie akkoord. Aangaande Op de Bies is de fractie van mening dat er voldoende regels zijn. Bovendien zijn er voldoende mogelijkheden voor mensen die een tweede probleem hebben om er alsnog op terug te komen via de geëigende procedures. Hij heeft begrepen dat mocht dit anders lopen ook terug in de raad of de commissie komt. Dus dit punt is ook voldoende ingedekt.
35
Alleen over het punt van het uitvoeren van de handhaving is de wethouder niet concreet geweest. Daar had de fractie graag een concreter antwoord op ontvangen. Tot zover. Richting de heer Weerts antwoord wethouder Van Melsen dat hij de berekeningsmethodiek aan hem zal doen toekomen. Het betreft de oppervlaktematen zoals die worden gehanteerd bij de appartementen, maar daar komt het college nog op terug. Op de vragen over de inrit zal de heer De Groot een toelichting geven. De heer Visser heeft gevraagd naar het uitvoeren van handhaving en het niet concreet zijn van het antwoord. De heer Visser heeft in zijn betoog constateringen gedaan waarop de wethouder heeft geantwoord dat hij daar nogmaals nadrukkelijk naar zal kijken. Hij zal dat zeker doen. Voorts heeft de heer Visser gevraagd naar een tijdsschema. Alvorens de wethouder hier een tijdschema aan kan verbinden moet hij een en ander eerst nader bekijken. Er wordt eerst onderzocht wat de heer Visser precies bedoelt en daarna zal dit punt in de commissie SOB aan de orde worden gesteld. De afgelopen periode is het college nadrukkelijk bezig geweest om het bestemmingsplan inhoudelijk goed te krijgen. Hij hoopt dat er nu iets meer tijd vrijkomt om nader in te gaan op deze materie. De heer Visser zegt dat de fractie de zaak niet op wil houden, maar hij zal erop toezien dat er een voortgang zal plaatsvinden. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat de heer Visser doelt op toezicht en handhaving. De fractie heeft dit al twee jaar geleden aangekaart . Het is dan ook vreemd dat de wethouder zal bekijken waar het precies over gaat en dat het college zal kijken waar het nu precies aan schort. Zij heeft destijds al begrepen dat het eraan lag dat er te weinig capaciteit op de afdeling was. De wethouder kan nu dan ook niet zeggen dat het om nieuwe zaken gaat. Wethouder Van Melsen antwoordt dat het college er zeker naar zal kijken. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat het bij het vaststellen van een bestemmingsplan fijn is te weten dat de regels die daarin gesteld worden ook gehandhaafd worden. Wethouder Van Melsen beaamt dit, maar volgens hem heeft het vorige college hier ook al naar gekeken en zijn er destijds ook al maatregelen vastgesteld. Vandaar dat hij wil kijken naar de huidige stand van zaken in dezen. De voorzitter geeft het woord aan de heer De Groot voor zijn toelichting op de vragen over de inrit. De heer De Groot zegt dat in het oude bestemmingsplan ook altijd een bepaalde mate van rechtsongelijkheid zat. Want als iemand via een ontheffing een bouwwerk mocht oprichten, mocht de buurman dat vervolgens niet, want dan voldeed deze niet meer aan de regels. Ergens heeft er dus altijd al zoiets in gezeten. Nu zit de rechtsongelijkheid er in die zin in, dat degene die het eerste komt het meeste mag. Dat is wat dat betreft dan ook niet veranderd. Waarom zijn de bouwmogelijkheden op de oprit uitgebreid? Daartoe is besloten omdat hiervoor in het verleden heel veel aanvragen zijn ontvangen. Iedere keer moesten deze aanvragen afgewezen worden. Mensen wilden een keuken of garage uitbreiden en dat mocht niet. De gemeente is nu wat soepeler geworden, alleen degene die het eerst komt die mag het in ieder geval. Nu is het wel zo dat inmiddels de vergunningvrije bouwwerken zo toegenomen zijn dat die hele rechtsongelijkheid daardoor bijna vervallen is. Dus als iemand een garage op de oprit heeft staan en de buurman wil het op zijn terrein op dezelfde wijze doen, dan is dit in de meeste gevallen omgeving vergunningsvrij. Met andere woorden, men heeft er feitelijk geen nadeel van. Er kan best een situatie zijn waarin iemand net iets hoger of net wat ruimer mag bouwen, maar het grootste deel van de rechtsongelijkheid in het kader van de bijgebouwen wordt ondervangen door de vergunningvrije bouwwerken.
36
De heer Simons vraagt of in dat geval de regel van 3 meter niet geldt. De heer De Groot antwoordt dat men dit niet meer hoeft te toetsen. De gemeente heeft niets meer te toetsen en mag zelfs niets meer toetsen. Maar de gemeente krijgt wel extra werk omdat bekeken moet worden of het wel bouwvergunningvrij is. Maar de gemeente mag niet afwijzen als het binnen de regels valt. De heer Weerts vraagt of iemand mag bouwen als het niet binnen het bestemmingsplan past. De heer De Groot antwoordt dat dit inderdaad mag. De heer Weerts noemt het voorbeeld van een carport. De heer De Groot antwoordt dat dit mag, maar dat is afhankelijk van de plaats waar men deze zet. Indien de carport 1.25 meter achter de voorgevelrooilijn blijft is deze vergunningsvrij, tot een bepaalde hoogte etc. Deze mogelijkheden zijn inderdaad behoorlijk uitgebreid. De heer Weerts vraagt of men toch vergunningsvrij mag bouwen indien het bestemmingplan dat verbiedt. De heer De Groot antwoordt dat dit inderdaad mag. Niet in beschermde stads- en dorpsgezichten etc, maar wel in de meeste situaties binnen de gemeente Valkenburg aan de Geul. De heer Aussems heeft begrepen dat de eerste die een aanvraag doet mag bouwen, zelfs t wee et age s als men dat wil. De heer De Groot antwoordt dat iemand niet zomaar mag bouwen wat men wil. In het bestemmingsplan is opgenomen dat het college nadere eisen mag stellen. Het is niet zo dat alles zomaar mag. Volgens de heer Aussems schept het college de kaders en de mogelijkheid dat iets kan. Het gevolg is dat iemand iets kan bouwen met bijvoorbeeld een badkamer daar bovenop. De buurman denkt vervolgens dat hij dat ook wel wil, maar hij mag het niet. De heer De Groot beaamt dat dit mogelijk is. De heer Aussems vraagt zich af of het college niet beter een regel had kunnen bedenken zodat de buurman ook mogelijkheden heeft. Want waarom mag de ene wel bouwen en de ander niet? Dit mag omdat de gemeente deze regel heeft ingesteld. Echter, regels zijn er om te helpen, dat moet een middel zijn en niets anders. De heer De Groot antwoordt dat dit een afweging is die de gemeente maakt. Het is een afweging om mogelijkheden te laten voor de meeste mensen, maar de gemeente zal om bepaalde dingen te voorkomen zoals aaneengesloten bebouwing - alt ij d ergens nee moet en verkopen. De gemeente wil bijvoorbeeld niet alle twee onder een kap woningen aan elkaar laten groeien. Dat klinkt misschien willekeurig, maar dat is wel zo. Of de gemeente moet het gewoon weer verbieden. De afgelopen jaren hebben zoveel inwoners aanvragen gedaan waaraan de gemeente toch wel medewerking wilde verlenen maar waar dat niet kon. De heer Aussems vindt dat als de mensen toch alles aan elkaar bouwen door een carport en garagepoorten, dan maakt het ook niet meer of er één of twee etages gebouwd worden. De heer De Groot antwoordt dat het toch wel een verschil maakt of het gekoppeld is met een garage, een garagepoort of met twee lagen. De heer Aussems vindt het toch moeilijk uit te leggen aan de mensen.
37
De heer De Groot beaamt dit. Maar dat was het in het verleden ook. Op het moment dat er een ontheffing verleend was en de volgende kwam een paar jaar later, dan had de gemeente hetzelfde probleem. De heer Aussems vraagt of het college daar nog iets aan kan doen. De heer De Groot antwoordt dat de gemeente alleen voorlichting kan geven en de mensen wijzen op de mogelijkheden die er zijn. Iedereen die bouwplannen heeft wordt geadviseerd om eerst eens langs te komen zodat men er samen naar kan kijken. De heer Simons vraagt om dit voorbeeld eens expliciet bij de inwoners onder de aandacht te brengen en niet te wachten tot iemand bouwplannen heeft. Daarnaast zou de gemeente de regel moeten hanteren dat als iemand bouwplannen heeft een en ander goed uit te leggen en zelfs de buurman te waarschuwen over wat er is aangevraagd. Dit is overigens geheel in lijn met hetgeen in het coalitieakkoord is vastgelegd, dat als iemand een vergunning aanvraagt de ander - die daar eventueel door benadeeld zou kunnen worden - daarvan op de hoogte gesteld wordt. Dit is toch een soort van benadeling. Dus als het college nu toezegt dat het standaard zo wordt , dat als iemand in zo n geval komt om een aanvraag in te dienen, dan wordt de buurman hiervan op de hoogte gesteld omdat hun rechten eventueel beperkt zullen gaan worden. Dat lijkt hem een niet onlogische consequentie van het besluit om dit bestemmingsplan zo vast te stellen. De heer De Groot heeft daar geen moeite mee, maar er kunnen situaties ontstaan waardoor de gemeente iedere keer goed moet nagaan wie er schade kan hebben. Als dat de direct omwonenden van een oprit zijn dan kost dit niet veel moeite, maar er doen zich honderden verschillende situaties voor die zeer complex kunnen zijn. Als het heel triviaal is kan hij het zich voorstellen en zou hij er geen moeite mee hebben om de buren in te lichten. Uit de woorden van de heer Simons maakt de voorzitter op dat de fractie PvdA/D66 het een moeilijk punt vindt en dat de fractie vraagt om de burgers in ieder geval goed voor te lichten, want de gemeente komt daarmee in aanraking. De heer De Groot wijst op het feit dat hetgeen de Rijksoverheid nu doet om de mensen voor te lichten over vergunningvrij bouwen zeer ingewikkeld is. Dat speelt ook nog een rol. De heer Simons zegt dat de gemeente het niet nodeloos ingewikkeld moet maken. De fractie vraagt nu naar een concreet voorbeeld. Kan het college diegenen waarvan na te gaan is dat men betrokken is zoals de directe buren daarvan op de hoogte stellen? De heer De Groot heeft er geen moeite mee om die mensen op de hoogte te stellen. De heer Simons gaat ervan uit dat de wethouder dit zal toezeggen. De voorzitter wijst erop dat het gevolg hiervan kan zijn dat beide buren ruzie krijgen. Er kan immers sprake zijn van een belangenstrijd. De heer Simons zegt dat dit voorkomen kan worden als de gemeente in het bestemmingsplan daartoe een andere regeling kan. Of dat de bestaande regelgeving gehandhaafd blijft. Wethouder Van Melsen zegt dat de heer Simons refereert aan het coalitieakkoord, daar staat inderdaad een passage in. In het verleden is dit punt in een commissievergadering SOB besproken en dat gekeken zou worden wat daarvan überhaupt gerealiseerd kan worden omdat er ook wettelijke beschermingen liggen, met de beperking van de aanvragers. De gemeente kan niet iedere aanvraag zomaar aan de buren duursturen. Hij zegt toe dat het college hier nadrukkelijk naar zal kijken. Als het kan dan is het bespreekbaar, maar als het wettelijk niet mag dan is het de wet die dit tegenhoudt. De heer Römling heeft nog een aanvullende vraag. Stel dat twee mensen die naast elkaar wonen tegelijk een vergunning aanvragen, is daar dan een termijn aan verbonden waarbinnen men moet bouwen? Want één van de buren wordt bevoorrecht.
38
De heer De Groot antwoordt dat het college in een dergelijk geval zal proberen om te kijken in hoeverre dat binnen de regels inpasbaar is, door een kleine wijziging wellicht deels bouw vergunningsvrij. Dat kan omdat die mogelijkheden ruim zijn. In het uiterste geval kan de gemeente altijd nog een vrijstelling verlenen via een bepaalde procedure. Dus als men met zijn allen van mening is dat, dan kan in het uiterste geval vrijstelling verleend worden. Zo zijn er gemeenten die na één jaar een soort veegplan hanteren om alle weeffouten die erin zitten eruit te halen. Dus als men echt tot de conclusie komt dat ergens een weeffout gemaakt is, dan moet de gemeente ook durven toe te zeggen dat dit aangepast wordt. Het is de heer Simons niet duidelijk of het college voornemens is de buren wél of niet op de hoogte te stellen. De voorzitter stelt voor om dit punt terug te laten komen in de commissie. Het college is gelet op het tijdstip en de voorbereiding die dit vergt niet in staat daar nu veel zinnigs op te zeggen. De fractie PvdA/D66 heeft een punt gemaakt en het is goed dat daar naar gekeken wordt. Vanavond loopt men tegen dat punt aan, zelf had hij het overigens niet gezien. Voordat er tot stemming overgegaan kan worden wijst de voorzitter de raad op het feit dat aan het besluit een zevende beslispunt is toegevoegd. Het betreft het beslispunt: De geldelijke middelen voor een bedrag van 350.000,00 in het kader van de economische uitvoerbaarheid ter beschikking te stellen en deze af te dekken uit de algemene reserve. De voorzitter brengt het voorstel in stemming. Beslissing: Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 10.
Vragen ex artikel 41 Reglement van Orde. Vragen ingediend voor de vergadering van 27 september 2010. 24. Brief fractie SP inzake georganiseerde toertochten vanuit Valkenburg. Beantwoording heeft op 6 oktober 2010 schriftelijk plaatsgevonden. Er wordt geen nadere informatie gevraagd. 32. Brief fractie PPGV inzake subsidiebijdragen evenementen. Beantwoording heeft op 1 oktober 2010 schriftelijk plaatsgevonden. De heer Kleijnen zegt dat de fractie PPGV het niet eens is met de beantwoording. De fractie komt hier nog op terug tijdens de raadsadviescommissie EFT van 3 november 2010 met betrekking tot de programmabegroting 2011-2014. Vragen ingediend voor de vergadering van 25 oktober 2010. 34. Brief fractie AB inzake knelpunten in Broekhem. Beantwoording heeft nog niet plaatsgevonden. 35. Brief fractie PvdA/D66 inzake voornemen verkopen kasteel Oost. Beantwoording heeft nog niet plaatsgevonden. 36. Brief fractie PvdA/D66 inzake eventuele 2e kerncentrale te Borssele. Beantwoording heeft op 21 oktober 2010 schriftelijk plaatsgevonden. Er wordt geen nadere informatie gevraagd. 37. Brief fractie PPGV inzake veiligheid, leefbaarheid en toezicht en handhaving. Beantwoording heeft nog niet plaatsgevonden. 38. Brief fractie PPGV inzake overlast parkeren tijdens Bokkemèrt. Beantwoording heeft nog niet plaatsgevonden.
39
11.
Motie fractie SP 2e kerncentrale bij Borssele. De voorzitter zegt dat de fractie SP tijdens de vorige raadsvergadering een motie heeft ingebracht aangaande de eventuele bouw van een 2e kerncentrale bij Borssele. Tijdens die raadsvergadering is de motie aangehouden en als bespreekpunt opgevoerd voor de raadsadviescommissie ABA. In de laatste commissievergadering ABA is over deze motie gediscussieerd. Hij vraagt of iemand hier nog iets aan toe te voegen heeft. De heer Visser brengt de navolgende aangepaste motie in. De gemeenteraad van Valkenburg aan de Geul, in vergadering bijeen op 25 oktober 2010, Overwegende dat: Energy Resources Holding BV (ERH) voornemens is om een tweede kerncentrale nabij Borssele te bouwen. ERH is de voortzetting van een bedrijfsonderdeel van Essent; De levering van de aandelen ERH aan RWE is geblokkeerd, waardoor Valkenburg formeel in het bezit is van aandelen van ERH. Van mening dat: Kerncentrales nog steeds onvoldoende veilig zijn voor de mens; Kerncentrales grote milieuproblemen kunnen veroorzaken, getuige de nog steeds ernstige vergiftigde bodem door het ongeluk in Tsjernobyl zoals in Beieren; De wetenschappelijke en maatschappelijke discussies omtrent noodzaak en risico s niet zijn afgerond; Is aangetoond dat werkelijk duurzame energie, mits de politiek bereid is tot meer inzet hiertoe, in de energiebehoefte kan voorzien. Spreekt als zienswijze uit: Haar ongenoegen over de voornemens van ERH om een tweede kerncentrale nabij Borssele te bouwen en roept ERH op om zich in te zetten voor de opwekking van werkelijk duurzame energie; Draagt burgemeester en wethouders op om ERH en de Minister van Milieu, die toestemming dient te verlenen, deze zienswijze kenbaar te maken. En gaat over t ot de orde van de dag . De heer Kleijnen verwijst naar de notulen van de commissievergadering ABA van 7 oktober 2010. In deze notulen is weergegeven waarom de fractie PPGV tegen deze motie is. Hij verzoekt de verslaglegger de passage uit het commissieverslag ABA over te nemen in deze besluitenlijst. De passage in het verslag van de commissievergadering ABA van 7 oktober jl. is als volgt: De heer Kleijnen zegt dat de SP in de motie spreekt over gevoelens, ze doet geen enkele opdrachtgevende opdracht in de motie naar een partij toe. Niemand heeft graag te maken met kernenergie, laat dat heel helder zijn, maar wat hij de heer Visser wil vragen, en dat komt vanuit de linkse kerk, wat zijn de alternatieven? De PPGV wil volstrekt niet dat er windmolens in ons vijf sterrenlandschap geplaatst worden. Dat kun je ergens op de Noordzee doen, maar niet hier. Maar daar bent u ook geen voorstander van. De waterkrachtcentrale bij Borgharen is opwekken van witte stroom. Dat mogen ze ook in Valkenburg aan de Geul doen, want hier hebben wij vijf watermolens. Dus doe dat maar want dat is een alternatief. Hij wil een discussie voeren op basis van argumenten, want uiteindelijk zal de kachel moeten blijven branden. Ook in het kader van de toekomst van kernfusie wil hij kernenergie niet zo maar uitsluiten. Het is hem te simpel om daar zo maar een motie over in te dienen, zonder dat daar een verdergaande discussie over heeft plaatsgevonden. En daar wil hij mensen bij hebben die verstand van zaken hebben op dat gebied. De heer Knubben zegt dat de fractie CDA haar ongenoegen niet kenbaar wenst te maken. De fractie vindt deze motie dan ook niet nodig en men zal deze motie niet ondersteunen.
40
Voor de heer Visser hoeft de voorzitter de motie niet in stemming te brengen, omdat hij als enige vóór deze motie is. De voorzitter concludeert dat deze motie met 1 stem vóór en 15 stemmen tegen verworpen is. De heer Weerts zegt bij deze motie een stemming wordt genoteerd. Hij vraagt of de heer Visser het hierbij wil laten of dat hij voornemens is verdere stappen te ondernemen. Dat kan immers behoorlijke consequenties hebben. De heer Visser stelt dat de motie duidelijk is. Er is slechts een stem vóór en de rest is tegen. De fractie SP is van mening dat ook in een gemeenteraad best wel eens een statement gemaakt mag worden hoe men staat tegenover ontwikkelingen rond kernenergie, maar vooral als het gaat over een instelling waarvan men als gemeente onderdeel is en dat men daar een mening over mag hebben. Hij weet dat de college s van andere gemeent en expliciet een zienswijze vragen van de gemeenteraad. Dat gebeurt hier niet, dat hoeft ook niet. Want hij heeft ervoor gezorgd dat er toch een duidelijk standpunt is. Beslissing: De motie is met 1 stem vóór en 15 stemmen tegen verworpen. 12.
Motie fracties PvdA/D66 bouw 2e kerncentrale bij Borssele. De heer Aussems brengt de navolgende motie in. De gemeenteraad van Valkenburg aan de Geul, in vergadering bijeen op 25 oktober 2010, Overwegende dat: De gemeente Valkenburg aan de Geul aandelen heeft in het Publiek Belang Elektriciteitsproductie BV (PBE); PBE aandeelhouder is van de Energie Resources Holding BV (ERH); ERH aandeelhouder is van de NV Elektriciteitsproductiemaatschappij Zuid-Nederland (EPZ); EPZ ondermeer eigenaar is van de huidige centrale Borssele 1 (de kerncentrale). Constaterende dat: ERH een aanvraag heeft gedaan voor de bouw van een tweede kerncentrale bij Borssele; Het belang in PBE en uiteindelijk de kerncentrale in Borssele een niet beoogd overblijfsel is van de eerdere verkoop van Essent (waarin de gemeenteraad van Valkenburg heeft besloten); Energiepolitiek een zaak is van nationaal belang en is zeker geen zaak van provincies, laat staan van gemeenten. Een initiatief als de bouw van een kerncentrale past niet binnen de taken van de gemeente Valkenburg aan de Geul. Verzoekt het college van burgemeester en wethouders om: Dit standpunt te verkondigen bij de Directies en Raden van Commissarissen van alle hierboven genoemde bedrijven en het Ministerie van Economische Zaken; Dit standpunt met kracht naar voren te brengen op de eerstvolgende Vergadering van Aandeelhouders van PBE dan wel via de VEGAL; Om op zo kort mogelijke termijn alsnog te proberen de aandelen van de hand te doen aan bij voorkeur het Ministerie van Economische Zaken, of wie deze laatste daartoe aanwijst; Voor dit voornemen meer dan de gebruikelijke publiciteit te zoeken. En gaat over t ot de orde van de dag . Als toelichting bij deze motie zegt hij dat de gemeenteraad zich in 2009 uitgesproken heeft voor de verkoop van het belang in Essent. In dat belang van Essent zat destijds een kerncentrale waarvan de gedachte was dat deze op termijn gesloten zou worden. Dat zou normaliter betekenen dat ook de bestaande kerncentrale dan meegenomen was in de verkoop
41
van RWE. De recht er heeft echt er bepaald dat , cit aat : Essent haar 50% in de EPZ niet mocht mee verkopen aan RWE. Dat houdt in dat de verkopende aandeelhouders waaronder Valkenburg aan de Geul zowel juridisch als economisch eigendom van 50% belang in EPZ hebben verkregen en daarmee ook de rechten om de publieke belangen te borgen. De kerncentrale waar de gemeente Valkenburg aan de Geul dus mede eigenaar van is, is dus een ongewild overblijfsel na verkoop van de Essent aandelen. Het verkopen van de aandelen nu ligt dan ook volstrekt in lijn met het besluit tot verkoop van ERH. Als de centrale wel in handen blijft van Valkenburg aan de Geul, dan betekent dit dat de gemeente gedwongen wordt - in het kader van het borgen van de publieke belangen - op gemeenteraadsniveau te discussiëren over de mogelijke bouw van een 2e kerncentrale. Hiervoor is in de gemeente nooit beleid ontwikkeld en ook op lokaal politiek niveau is dit vraagstuk nooit aan de orde geweest in bij voorbeeld de verkiezingsprogramma s. Zoals in de motie reeds aangegeven, is energiepolitiek en zeker waar het gaat over kernenergie een taak van de centrale overheid en niet van de gemeente. Met de verkoop aan bij voorkeur EPZ ligt de bal dan weer waar hij hoort te liggen. Tot zover. De voorzitter zegt dat de fracties AB en VVD deze motie mede ondersteunen. De heer Knubben zegt dat de fractie PvdA/D66 oorspronkelijk een motie wilde inbrengen die een iets andere strekking had, tenminste die motie is de fractie kort geleden er kennis gebracht. Uit de motie die de fractie nu heeft ingebracht is in ieder geval het element gehaald waar de fractie CDA problemen mee had. Dat punt ging over de voortgang van de realisering van een nieuwe kerncentrale. Maar nu heeft de fractie nog een ander probleem met de motie. Er is destijds een onderhandelingstraject geweest bij de verkoop van de Essent aandelen. Zit men bij het voornemen om de aandelen te verkopen aan wie dan ook juridisch wel goed gezien de afspraken die in het onderhandelingstraject zijn gemaakt? Een andere vraag is het volgende. Hier wordt wel gezegd alles in het werk te stellen om de aandelen van de hand te doen, bijvoorkeur enz. maar daarbij vraagt hij zich af voor welke prijs. Tegen iedere prijs? Want dat is niet in de motie vermeld. In de motie zou minstens een toevoeging moeten zijn, dat verkopen mag aan minimaal de prijs die destijds in het onderhandelingstraject van de verkoop aandelen Essent bepaald is. Dit zou er minimaal in opgenomen moeten zijn wil men zich financieel geen buil vallen. De heer Aussems vindt het inderdaad onhandig dat de omschrij ving van de hand t e doen' is gebruikt . Dat had eigenlij k moet en zij n aan een markt conforme prij s . Er zal zeker een prij s voor zijn. Bij de waarde van het totale verhaal van 950.000.000,00 is voor de gemeent e Valkenburg aan de Geul een bedrag aan de orde van 1,97 milj oen. Daaromtrent zou dit moeten liggen en dat lijkt hem een redelijk vertrekpunt. De heer Knubben zegt dat dit niet in de tekst van de motie is opgenomen. Dat vindt hij dan ook te beperkt. De heer Aussems zegt dat de fractie de motie op dit punt zal aanpassen en dat men explicieter zal aangeven, dat de aandelen aan de hand gedaan worden tegen een marktconforme prijs. De heer Knubben stelt voor om in de motie op te nemen dat verkopen mogelijk is tegen minimaal de prijs die destijds in het onderhandelingstraject van de verkoop van de aandelen Essent is bepaald. De heer Aussems stemt hiermee in. De heer Knubben zegt dat als de fractie dit zo in de motie opneemt en tegelijkertijd enige zekerheid kan bestaan over het juridische verhaal. Misschien kan hij daartoe beter in de richting van de ambtelijke organisatie of het college kijken of dat juridisch goed zit gezien het hele verloop van het onderhandelingstraject en de daarin gemaakte afspraken. Mevrouw Fulmer-Bouwens zegt dat het Rijk politiek verantwoordelijk is voor keuzes op het gebied van kernenergie, de locatie veiligheid en vergunningen. De aandeelhouders komen pas in beeld als er sprake is van een eventuele investering in een nieuwe kerncentrale. Zij
42
beslissen uiteindelijk over de bouwinvesteringen. Indien de indieners van de motie daadwerkelijk willen trachten de ontwikkeling van een 2e kerncentrale tegen te houden, zou men toch mogen verwachten dat in de motie expliciet wordt verzocht dat bij een voorstel aan de aandeelhouders om te investeren in een 2e kerncentrale, de gemeente Valkenburg aan de Geul niet zal instemmen. Dat is dus een omissie in deze motie. Verder is in de motie het volgende opgenomen: Verzoekt het college om op zo korts mogelijke termijn alsnog te proberen de aandelen van de hand te doen aan bij voorkeur het Ministerie van Economische Zaken of aan wie deze laatste daartoe aanwijst. Met RWE is contractueel afgesproken dat bij een positieve uitspraak in de bodemprocedure het economische eigendom alsnog geleverd moet worden aan RWE tegen een vastgestelde prijs van 950 milj oen. Volgens het antwoord op de artikel 41 brief van de fractie PvdA/D66 betekent dit voor de gemeente een bedrag van 1.979.000,00. Los van het feit of de gemeente überhaupt haar aandelen thans van de hand kan doen gezien de contractuele afspraken met RWE vraagt de fractie PPGV zich af tegen welk minimaal bedrag de indieners van deze motie het college verzoekt de aandelen te koop aan te bieden. De fractie concludeert dan ook zij hoopt overigens dat de andere fracties hierin kunnen meegaan dat men hier te maken heeft met een wel zeer ingewikkelde materie met verstrekkende financiële gevolgen. De fractie adviseert dan ook om deze motie als bespreekpunt op te voeren op de agenda van de raadsadviescommissie EFT vooraleer de raad hier akkoord gaat met deze motie. Tot zover. De voorzitter concludeert dat wordt voorgesteld deze motie vanavond aan te houden, een en ander te bespreken in de commissie EFT en dat de motie vervolgens in de raad terugkomt. De heer Aussems vraagt of dat dan ook betekent dat er de ambtelijke organisatie zal reageren op de vragen die zijn gesteld. De voorzitter antwoordt dat het belangrijk is dat hetgeen er besloten wordt precies is wát men wil besluiten. Dit dient immers de realiteit af te dekken. De heer Aussems is het daar volledig mee eens. Door het stellen van de artikel 41 vragen waarop het college heeft geantwoord is duidelijk te zien wat de financiële gevolgen zijn. De voorzitter antwoordt dat het college zeker met de fractie wil meedenken. Hij stelt derhalve voor om deze motie het zojuist voorgestelde traject te laten doorlopen. Uit de reactie van de heer Aussems begrijpt hij dat de fractie PvdA/D66 bereid is deze motie aan te houden en dat de beraadslaging in de commissie EFT zal plaatsvinden. Of behandeling reeds in de eerstvolgende commissie EFT zal plaatsvinden is afhankelijk van de tijd die het college nodig heeft om de raad goed te kunnen informeren aangaande de punten die terecht naar voren zijn gebracht. Na behandeling in de commissie EFT kan de raad tot finale besluitvorming aangaande deze motie overgaan. De heer Aussems stemt hiermee in. Beslissing: De motie wordt aangehouden en geagendeerd voor de raadsadviescommissie EFT. 13.
Motie fractie SP inzake de Geulpoort. De heer Visser brengt de navolgende motie in. De gemeenteraad van Valkenburg aan de Geul, bijeen op 25 oktober 2010, Overwegende dat: Delen van de kadernota centrum niet voldoende onderbouwd zijn wat betreft nut en noodzaak en mogelijk schadelijk zijn voor andere aspecten; Nieuwe informatie naar aanleiding van maatschappelijke en financiële ontwikkelingen aantoont dat de realisatie van het totaalplan, kadernota centrum, steeds meer in het geding is;
43
Er grote onzekerheden zijn wat betreft inkomsten uit bijvoorbeeld verkoop terwijl de uitvoering van het centrumplan binnen de gestelde financiële kaders dient te blijven. Constaterende dat: De bouw van de Geulpoort veel geld kost maar rendement niet aangetoond kan worden; Veel ondernemers van o.a. Theodoor Dorrenplein gegronde bezwaren hebben tegen de Geulpoort o.a. vanwege zichtlijnen richting ruïne en historisch centrum. Besluit: De bouw van de Geulpoort uit de kadernota te schrappen en te beschouwen als een plan dat in een later stadium mogelijk weer opgepakt kan worden. En gaat over tot de orde van de dag . Aanvullend zegt hij dat de bedoeling van deze motie is om de Geulpoort voorlopig te parkeren. Volgens de heer Weerts was de heer Visser aanwezig in de vergadering van 28 juni 2010 toen het Centrumplan besproken is, met de mogelijkheid voor het draaien aan de knoppen als de financiële vertaling boven water zou zijn. Wil de heer Visser met deze motie voor de muziek uitlopen? Of is hij ook bereid te wachten totdat die financiële resultaten inzichtelijk zijn om alsdan gefundeerde keuzes te kunnen maken? Gezien de opstelling van de fractie PvdA/D66 in het verleden zou men volgens de heer Simons wellicht kunnen vermoeden dat deze motie de fractie als muziek in de oren klinkt. Hij verwijst wederom naar het coalitieakkoord, waarin het een en ander is opgenomen. Het zou nu toch wel heel vreemd zijn als de raad op een toevallige maandagavond om 23:55 uur hetgeen in het coalitieakkoord staat loslaat en van de Geulpoort af zou zien. Zo doet de fractie dat niet. De fractie zal deze motie dan ook niet steunen. Al is het wel zo dat de fractie over het onderwerp Geulpoort natuurlijk graag eens een balletje wil opgooien, het liefst al op 9 november a.s. De heer Kleijnen zegt dat de fractie PPGV deze motie te prematuur vindt. De financiële gevolgen van het Centrumplan zijn op dit moment niet exact bekend. Bovendien krijgt de raad nog voldoende ruimte en tijd om daarover te spreken en aan de knoppen te draaien. De begrotingsvergadering is het moment waarop dit dient te gebeuren. Op het moment dat de financiële situatie duidelijk is weet de raad aan welke knoppen men kan draaien. De heer Knubben zegt dat de raad in juni 2009 en in juni 2010 heel zorgvuldige afwegingen heeft gemaakt en besluiten genomen. Hij is het volledig met de heer Weerts eens, dat zolang de raad geen berichten ontvangt waaruit zou blijken dat de financiële onderbouwing minder optimistisch is dan dat deze nu is dus dat er problemen zouden ontstaan de fractie zich houdt aan de afspraken die gezamenlijk gemaakt zijn. Pas dan overweegt de fractie of er maatregelen noodzakelijk zijn die afwijken van de afspraken tot nu toe. Tot slot merkt hij op dat de overwegingen die in deze motie worden genoemd zijn beslist niet de overwegingen van de fractie CDA zijn en niet corresponderen met datgene wat uit de discussies in deze raad naar voren zijn gekomen. Mevrouw Silverentand-Nelissen zegt dat de fractie VVD vanaf het begin altijd al tegen de bouw van de Geulpoort is geweest. Niet alleen vanuit financieel oogpunt, maar ook vanwege de zichtlijnen richting de ruïne en het historische centrum. De fractie VVD zal dan ook voor deze motie stemmen. De heer Knubben vraagt of dit voor de fractie VVD betekent dat men het eens is met de overwegingen die in deze motie worden genoemd. Want hij begrijpt niet goed waarom de fractie VVD deze overweging niet gehanteerd heeft bij de behandeling in de twee raadsvergaderingen waarnaar zojuist verwezen is. En nu is de fractie VVD het daar plots wel mee eens?
44
Mevrouw Silverentand-Nelissen zegt dat dit één van de vijf punten is waarvan de fractie VVD vanaf het begin gezegd heeft dat men daar faliekant op tegen is. Dat blijft zo. De heer Knubben zegt dat de fractie VVD dan maar eens goed moet lezen wat in de overwegingen van deze motie staat. De heer Visser is blij dat de fractie VVD in ieder geval het besluit in deze motie wil ondersteunen. Dat de fractie VVD één van de overwegingen wellicht niet volledig kan ondersteunen, dat begrijpt hij. De heer Weerts sprak over het voor de muziek uitlopen. De fractie SP vond het tijd om dit liedje nu te zingen. De voorzitter concludeert dat 3 leden vóór de motie stemmen en 13 leden tegen Beslissing: De motie wordt met 3 stemmen vóór en 13 stemmen tegen verworpen. 14.
Motie fractie SP inzake de basaltbestrating. De heer Visser brengt de navolgende motie in. De gemeenteraad van Valkenburg aan de Geul, bijeen op 25 oktober 2010, Overwegende dat: Delen van de kadernota centrum niet voldoende onderbouwd zijn wat betreft nut en noodzaak en mogelijk schadelijk zijn voor andere aspecten; Nieuwe informatie naar aanleiding van maatschappelijke en financiële ontwikkelingen aantoont dat de realisatie van het totaalplan, kadernota centrum, steeds meer in het geding is; Er grote onzekerheden zijn wat betreft inkomsten uit bijvoorbeeld verkoop terwijl de uitvoering van het centrumplan binnen de gestelde financiële kaders dient te blijven. Constaterende dat: Basalt een dure bestrating is en er goedkopere en toch zeer sfeervolle alternatieven zijn; Basalt als bestrating veel onderhoud vraagt en dat dit jaarlijks extra financiële lasten met zich mee zal brengen. Besluit: De hoeveelheid basalt in de openbare ruimte tot een minimum te beperken en over te gaan op goedkopere en onderhoudsvriendelijkere sfeervolle bestratingen. En gaat over t ot de orde van de dag . Deze motie behoeft geen verdere toelichting. De heer Weerts zegt dat dit een standpunt van de fractie SP is. De fractie AB staat geheel niet achter dit standpunt. De heer Simons zegt dat de fractie PvdA/D66 deze motie niet zal steunen, omdat men vindt dit een zaak is waarvan besloten is dat het een uitvoeringszaak is. De raad moet zich daar op dit moment niet mee bemoeien. Los van deze motie is hij overigens wel benieuwd wat de berichten betekenen dat de gemeente de basalt niet krijgt. De heer Kleijnen zegt dat de fractie PPGV zich in het verleden ook al heeft afgevraagd of het nodig is dat de gemeente alleen basalt gebruikt. Maar de fractie vindt deze motie te prematuur. Zoals bij de vorige motie is aangegeven krijgt de raad nog voldoende ruimte en tijd om daarover te spreken en aan de knoppen te draaien. De begrotingsvergadering is het moment waarop dit dient te gebeuren. Op het moment dat de financiële situatie duidelijk is weet de raad aan welke knoppen men kan draaien.
45
De heer Knubben verwijst naar zijn inbreng bij de vorige motie. Mevrouw Silverentand-Nelissen zegt dat de fractie VVD tegen deze motie zal stemmen. De heer Visser zegt dat in deze motie duidelijk is vermeld dat de fractie SP niet helemaal tegen basalt is, maar dat er nu al gezocht wordt naar mogelijkheden om zo min mogelijk basalt te gebruiken. De fractie ziet geen enkele reden waarom men niet nu al zou proberen plannen door te voeren die geld besparen. De voorzitter concludeert dat er 1 stem vóór de motie is en 15 stemmen tegen. Beslissing: De motie wordt met 1 stem vóór en 15 stemmen tegen verworpen. 15.
Sluiting. Om 00:05 uur sluit de voorzitter de vergadering met het gebed.
46