Handelingen van de raad der gemeente Emmen jaar ____ 2011
bijlagenr. _________ RA11.0055
categorie/agendanr. ________________ A
Onderwerp ________________________________________________________________________ Openbare vergadering van de raad der gemeente Emmen, gehouden op donderdag 31 maart 2011 te 19.30 uur in de raadzaal ▬▬▬▬▬▬▬▬▬ Voorzitter: Waarnemend voorzitter: Griffier:
de heer C. Bijl de heer G.J. Horstman de heer H.D. Werkman
Aanwezig bij de aanvang 36 leden, te weten mevrouw F.A. Aldershof, de heren H. Boers, J. Dijkgraaf, K.P. Eggen, T.H. Gerth, J.M.L.G. van Goethem, A.J. Goudriaan en W.W.W. Halm, mevrouw T.C. Hoogeveen, de heren G.J. Horstman, H.J. Hulsegge, H. Huttinga, R.J.N.A. Kochheim. H. Leutscher en G.H.H. Linnemann, de dames A.G. Louwes-Linnemann en M.J. Meulenbelt-Schepers, de heren W.O. Meijer en W.L.H. Moinat, mevrouw A.C.M. Nijhof-Huizinga, de heren A.H. Oldenbeuving, S. Özkan en L.T. Pekelsma, mevrouw S. Rougoor-Mahalbasic, de heren C.J.M. Ruhé, J.C. Scheltens, A.W.J. Schoo, H. Smit, G.T. Sulmann, H. Thole en H. Velzing, mevrouw M.W.M. Vrolijk-Lenting, de heer R. Wanders, mevrouw F.I. van Wieren-Bolt en de heren B.D. Wilms en J.H. Wittendorp. Afwezig 3 leden, te weten de heer G.J. Bijlsma, mevrouw H.H. Plas-Kerperin en de heer R. van der Weide. Aanwezig zijn de wethouders: de heer B.R. Arends, mevrouw T. Houwing-Haisma, de heren H.G. Jumelet, J. Kuper en A.J. Sleeking en mevrouw M.H. Thalens-Kolker. Voorts aanwezig is de heer A.J. Mewe, gemeentesecretaris. A1.
instellen naar de fouten die zijn gemaakt in de Berap en de jaarrekening 2010. De fractie stelt voor een onafhankelijke derde dit onderzoek te laten doen.
Opening en vaststelling agenda
De voorzitter opent de vergadering en heet de raads- en collegeleden, de aanwezigen op de publieke tribune, de luisteraars naar Radio Emmen en degenen die de vergadering volgen op internet van harte welkom. Uit recent onderzoek is gebleken dat de vergaderingen van de raad van Emmen de laatste tijd langer duren dan vroeger. Men heeft evenwel beloofd ze toch blijmoedig te blijven volgen. Hopelijk is dit voor de raad een inspiratie om er vanavond iets moois van te maken! Er zijn berichten van verhindering van mevrouw Plas en de heren Bijlsma en Van der Weide.
De voorzitter constateert dat een motie vreemd aan de orde van de dag volgens de regels aan de agenda kan worden toegevoegd. De motie zou onder punt B9a kunnen worden opgenomen als de raad kan instemmen met toevoeging aan de agenda. De raad stemt ermee in dat de motie hedenavond behandeld wordt. De heer Van Goethem heeft nog een verzoek met betrekking tot de agenda. De fractie zou agendapunt B5 graag willen verschuiven naar een later tijdstip, en wel om de volgende redenen.
De heer Van Goethem dient namens de fractie van Wakker Emmen een motie vreemd aan de orde van de dag in. Deze betreft het voornemen van het college een intern onderzoek te laten
1
1.
De grondexploitatie en de parkeerexploitatie Willinkplein-Zuid zijn verbonden met het Atalanta-project en de verplaatsing van het dierenpark. Derhalve zou de fractie willen wachten op de besluitvorming over businessplan 7.0. Daarnaast hebben de plannen gevolgen voor het gemeentelijk vervoerplan, dat binnenkort door de raad dient te worden behandeld. Ook zijn de plannen onlosmakelijk verbonden met de Structuurvisie Werklocaties, die binnenkort eveneens door de raad zal worden besproken. Kortom, er ontbreekt nog veel informatie die in de context van het raadsvoorstel onder B5 positieve of negatieve invloed kan uitoefenen. Derhalve verzoekt de fractie van Wakker Emmen de besluitvorming over dit voorstel tot na de behandeling van de genoemde zaken uit te stellen.
2. 3. 4. 5.
Wethouder Arends antwoordt dat er twee ambtenaren meegaan ter ondersteuning van de bestuurlijke delegatie, alsmede een internationale tolk. Ook de heer Hiddink van het dierenpark gaat mee, maar diens kosten worden gedragen door het dierenpark. De kosten van reis en verblijf zullen voor vijf personen (twee bestuurders, twee ambtenaren en een tolk) circa € 12.500,- bedragen. De raad heeft de overeenkomst met Shangluo reeds gezien, want heeft deze in januari 2011 vastgesteld. Het is verder denkbaar dat er eind dit jaar met meerdere bestuurders nog een reis naar China zal worden gemaakt.
De heer Wanders deelt mee dat dit punt wat de PvdA-fractie betreft op de agenda wordt gehandhaafd. De heer Van Goethem haalde aan dat het met Atalanta te maken heeft, maar volgens spreker betreft het ook de economische ontwikkeling van Emmen-Centrum. De heer Wilms zegt dat ook de CDA-fractie er voor is dit agendapunt vanavond te behandelen.
De heer Schoo vraagt of het bij de overeenkomst gaat om die welke op 27 januari in de raad is geweest. Is daarin wel of niet iets gewijzigd?
De heer Dijkgraaf stelt dit eveneens voor. De heer Scheltens doet dit ook. Volgens hem is ruim voldoende tijd geweest om een en ander in de commissie aan te geven. Wat nu wordt voorgesteld, komt wat laat.
Wethouder Arends antwoordt dat het dezelfde overeenkomst betreft.
De heer Schoo laat weten dat de DOP-fractie wel was voor het schrappen van dit punt op de agenda. Echter, de koppen tellende, ziet het er naar uit dat dit niet doorgaat.
Evaluatie schuldhulp De heer Schoo merkt op dat in september 2010 in diverse vergaderingen door het college een evaluatie schuldhulp is toegezegd, welke toezegging ook nog eens per brief is gedaan. Aangegeven werd dat de betrokken afdeling druk bezig was met de evaluatie. Hieromtrent drie vragen. 1. Heeft de evaluatie plaatsgevonden? 2. Zo ja, kan de raad die evaluatie nog vóór de commissievergadering van 12 april 2011 krijgen? 3. Zo nee, waarom wordt er nog steeds over een evaluatie gesproken, zonder dat deze heeft plaatsgevonden?
Met meerderheid van stemmen wordt besloten punt B5 op de agenda te handhaven. Met toevoeging van agendapunt B9a wordt de opgestelde agenda vervolgens vastgesteld. A2.
Gaan er ambtenaren ter ondersteuning mee? Gaan er nog anderen op kosten van de gemeente Emmen mee? Wat zijn de totale kosten van de reis en het verblijf van de delegatie? Krijgt de raad vooraf of achteraf de inhoud van de overeenkomst te zien? Staan er voor dit jaar nog maar bezoeken van leden van het college aan China gepland en, zo ja, hoeveel?
Vragenhalfuur
China-reis van wethouder Arends en de burgemeester De heer Schoo constateert dat genoemde wethouder en de burgemeester van 2 april tot en met 8 april aanstaande een bezoek brengen aan China, waarbij onder meer de zusterrelatie met Shangluo zal worden geformaliseerd. Hierover de volgende vragen.
Wethouder Jumelet zegt dat de vragen van de heer Schoo hem de gelegenheid geven om een misverstand uit de weg te ruimen. Voormalig wethouder Evenhuis heeft in het voorjaar van 2009 bij de behandeling van het
2
kader Meerjarenbeleidsvisie Schuldhulpverlening 2009-2013 een tussentijdse evaluatie toegezegd, welke evaluatie volgens de ex-wethouder per direct kon beginnen, zoals ook in de notulen is opgetekend. De heer Van Goethem heeft het college er op enig moment op gewezen dat er geen evaluatie was opgeleverd. Omstreeks augustus 2010 is bij aangereikte individuele gevallen stilgestaan en is eveneens gevraagd waar de evaluatie bleef en hoe snel die wél aan de orde kon komen. Aangegeven is toen dat er inderdaad een evaluatie moest komen, doch de gemeente is ingehaald door de actualiteit. Uiteindelijk heeft het college mede naar aanleiding van contacten met MVVK besloten tot een quick scan. Deze is uitgevoerd door mevrouw Jungman en de heer Sterk van de afdeling schuldhulpverlening en op 30 november is er een presentatie gegeven over de quick scan. 14 dagen later is het rapport over die scan aan de raad toegestuurd. Op de vraag of de evaluatie heeft plaatsgevonden, is het antwoord dus ja. In de stukken die laatstelijk aan de raad zijn toegestuurd over een overgang van schuldhulpverlening naar schuldhulpdienstverlening staat te lezen dat in de quick scan de uitvoering van schuldhulp is geëvalueerd. In de commissievergadering op 12 april zullen drie zaken aan de orde zijn: de rapportage inzake de quick scan, het masterplan c.q. een verbeterplan volgend uit de quick scan en de aanscherping van het beleidskader. Kortom, wat het college betreft, is de evaluatie vervat in de quick scan en hoopt het daarover op 12 april met de commissie te spreken.
door een aantal politieke partijen zijn aangedragen. Er is toen gesproken over de vraag hoe een en ander is te verbeteren. Zoals al gezegd, is de toezegging betreffende een evaluatie ingehaald door de actualiteit. Daarom is er een quick scan uitgevoerd, bedoeld als een doorlichting van de schuldhulporganisatie. Hem dunkt dat de quick scan heel duidelijk laat zien waar het aan heeft geschort. Verbeterpunten zijn geconstateerd, wat moet leiden tot een verbeterplan. Hij heeft begrepen dat de gedachte leeft dat er nog een evaluatie zou worden gehouden, maar dat is niet zo. Toen voormalig wethouder Evenhuis in mei 2009 een evaluatie toegezegde, was de gedachte dat er allerlei stukken zouden komen, maar dat ís niet zo. Als daarover een misverstand is ontstaan, is dat heel vervelend, maar hopelijk is dat dan nu opgehelderd. De voorzitter merkt op dat deze discussie in de commissie eventueel nog verder kan worden gevoerd. Wethouder Jumelet vindt dat prima, maar heeft het liever over de inhoud. Financiële fouten De heer Van Goethem vraagt of de wethouder van financiën ten tijde van de kadernota op de hoogte was van de verdubbeling van het uitkeringsbedrag ten opzichte van Berap-2. Zo ja, heeft de wethouder toen gecheckt of het bedrag correct was? Het gaat immers om € 5 miljoen in plaats van circa € 3 miljoen. Heeft de wethouder bijvoorbeeld signalen vanuit ‘Den Haag’ gehad waaruit zou blijken dat de rijksuitkering werd verdubbeld? Kortom, op basis van welke informatie heeft de wethouder geconcludeerd dat de verdubbeling van de rijksuitkering correct was?
De heer Schoo is het fundamenteel oneens met de wethouder. Er is steeds gezegd dat er een interne evaluatie zou komen. De quick scan is later geïnitieerd omdat er vele klachten binnenkwamen. Er is echter altijd volgehouden dat tot een interne evaluatie zou worden overgegaan; deze zou tegelijkertijd met de quick scan worden gepresenteerd. Nu maakt de wethouder van een evaluatie een quick scan en dat is prima, maar deze moet dan ook gewoon zeggen dat de interne evaluatie eenvoudigweg niet heeft plaatsgevonden. Dan is de wethouder eerlijk. Al ver voordat werd gesproken over een quick scan werd er gesproken over een evaluatie. De wethouder heeft de raad dus gewoon op het verkeerde been gezet. Spreker neemt hem dat kwalijk.
Wethouder Jumelet is wat verbaasd over de vraag, aangezien het gaat om een dubbeltelling en niet over een uitkering die de gemeente twee maal zou hebben ontvangen. Hij kan zich de vraag overigens wel voorstellen. Zoals bekend, is er in het college een portefeuilleverdeling afgesproken, waarmee de raad akkoord is gegaan. Die verdeling houdt in dat de wethouder sociale zaken zich met die zaken bezighoudt en de wethouder van financiën met alle financiële zaken. Spreker weet uiteraard wat er in komt en wat er uit gaat, maar het optellen en aftrekken gebeurt ergens anders; dat geschiedt in een ander overleg dan in dat over sociale zaken. Dit heeft te maken met de verdeling die in het college is afgesproken.
Wethouder Jumelet betreurt dit. De heer Schoo weet dat er regelmatig is gesproken over de opmerking van de heer Van Goethem over de nog niet plaatsgevonden hebbende evaluatie en diens vraag hoe verder wordt gegaan met de zaken die
3
De heer Van Goethem begrijpt dat de wethouder de cijfers eenvoudig binnenkrijgt, echter: het gaat hier over een uitkering betreffende de Wet werk en bijstand van circa € 3 miljoen. Op enig moment gedurende het jaar is dit bedrag € 6,5 miljoen geworden. Het moet in de rapportages toch zijn opvallen dat er werd gesproken over € 6,5 miljoen en niet over € 3 miljoen!
aangepakt en dat, naar het er nu naar uit ziet, ook niet zal zullen worden aangepakt, althans de eerste tijd niet; dit zit niet in de planning en er is geen geld voor. De heer Halm zegt dat het wel gaat om een centrum met één toegangsweg zonder strepen. De andere kant is zeer slecht toegankelijk; daar kan met een motor haast niet gereden worden. De TomTom geeft aan dat men van die weg gebruik moet maken. Het is dan ook een omissie dat dit gedeelte niet wordt aangesloten.
Wethouder Jumelet meent dat in juni aan de raad kenbaar is gemaakt dat voor 2010 € 3 miljoen voor de WWB beschikbaar was. Uiteindelijk is het € 6,5 miljoen geworden. Vervolgens heeft er intern blijkbaar een dubbeltelling plaatsgevonden. Dat heeft het probleem opgeleverd waarop de heer van Goethem duidt. Natuurlijk was het college er alleen maar blij mee dat de gemeente meer geld zou krijgen, maar het moge duidelijk zijn dat de dubbeltelling op een andere plek heeft plaatsgevonden.
Wethouder Kuper kan alleen nog zeggen dat het college te maken heeft met een prioriteitsplanning. Informatievoorziening FC Emmen De heer Velzing refereert aan de brief van 3 maart 2011 aan de raad, waarin uitstel is gegeven tot 15 maart voor het verstrekken van de door het college gevraagde informatie en het antwoord van de wethouder op de vraag van de heer Dijkgraaf in de commissievergadering van 17 maart 2011. De fractie van Wakker Emmen is benieuwd wanneer de uitkomsten van het door de wethouder aangekondigde gesprek met de raad van commissarissen met de raad worden gedeeld. Kan de wethouder dat nu zeggen? En is de gevraagde informatie inmiddels beschikbaar voor het college? Zo nee, wanneer verwacht het college de informatie te krijgen? En welke gevolgen hebben de vertraging?
De voorzitter stelt voor het hierbij op dit moment te laten. Er zal straks immers over dit onderwerp ook nog een motie in behandeling komen. Infrastructuur Pottendijk De heer Halm heeft in de commissie wonen en ruimte in de afgelopen tijd drie keer vragen gesteld over de slechte toestand van de infrastructuur bij de toegang tot de Pottendijk. Helaas heeft hij op die vraag tot nu toe geen antwoord gekregen. Daarom probeert hij het vandaag voor de vierde keer. Er wordt ter plaatse een Olympische schietbaan aangelegd. Het wegdek is 800 m van Veenakkers richting Vegterswijk erg slecht, terwijl het niet ondenkbaar is dat daar Olympische wedstrijden worden gehouden. Nu nogmaals de volgende vragen. Waarom is bij de ontsluiting van het geluidsportcentrum de weg Veenakkers/Vegterswijk niet meegenomen? Komt dit stuk weg binnenkort in aanmerking voor onderhoud? Zo ja, wanneer? Zo nee, waarom niet?
Wethouder Arends antwoordt dat het college ongeveer 14 dagen geleden de informatie van FC Emmen heeft ontvangen. Daarover heeft verleden week donderdag een uitvoerig gesprek plaatsgevonden met de raad van commissarissen. Dat gaf voor de raad van commissarissen aanleiding tot actualisering van de aan de gemeente beschikbaar gestelde informatie. Het college verwacht dat de herziene versie, zoals is afgesproken, rond 1 april wordt aangeleverd. Hij kan zich evenwel voorstellen dat, gelet op de betreurenswaardige omstandigheden binnen de raad van commissarissen, de termijn iets wordt overschreden, maar verwacht dat op zeer korte termijn de definitieve informatie voor het college beschikbaar zal zijn. Zodra deze informatie er is, zal deze met de raad worden gedeeld.
Wethouder Kuper bevestigt dat de heer Halm nu voor de vierde keer deze vragen stelt. Als het goed is, heeft de raad een brief ontvangen waarin wordt aangegeven dat het Pottendijk-project inmiddels is afgerond en dat de stuurgroep zichzelf intussen heeft opgeheven. In diezelfde brief is er ook melding gemaakt van het feit dat de toegangswegen van Emmen naar Ter Apel zijn aangepast in het kader van het hele Pottendijkproject. Over het weggedeelte waarop de heer Halm doelt, is in een brief gemeld dat dit niet is
Onregelmatigheden in het centrum van EmmenCompascuum De heer Thole stelt vast dat zich de laatste tijd brandjes, vernielingen en dergelijke voordoen.
4
Even een intro. Een paar jaar terug zou in het oude klooster in Emmer-Compascuum een centrum voor ex-drugs- en alcoholverslaafden worden gevestigd. De omgeving was het daarmee niet eens en protesteerde middels pamfletten, waarvan hij de teksten mocht opstellen. Twee ervan meldden; ‘Na de nonnen geen drugsbaronnen’ en ‘Veilig wonen aan de grens is onze grootste wens’. De eerste wens is vervuld; er komen nu andere mensen te wonen in de appartementen in het klooster. Dat is prima. Wat het tweede betreft: het is nog niet veilig in Emmer-Compascuum. Afgelopen weekeinde zijn weer vernielingen aangericht in het oude Aldi-gebouw en brandjes gesticht. Mensen durven ’s avonds niet meer te pinnen in de Rabobank in het centrum. De directie van de Rabobank heeft de politie gevraagd om extra surveillances. Van de burgers heeft spreker intussen een mailtje gekregen waarin staat dat er wellicht camera’s ingezet gaan worden. Is er al een plannetje?
teneinde te proberen de openbare orde en veiligheid in Emmer-Compascuum op een goede manier te bevorderen. De heer Thole herinnert aan zijn vraag of er een plannetje is. Het voornemen was hem al wel bekend. Burgemeester Bijl merkt op dat de camera’s nog moeten worden gekocht, maar dat hij daar wel de nodige spoed achter zet. Hij heeft de politie ook gevraagd op welke wijze die camera’s het beste kunnen worden ingezet. Hij begrijpt de urgentie en denkt dat binnen een week zal kunnen worden gereageerd op een situatie zoals die in het afgelopen weekeinde heeft voorgedaan. Hem dunkt dat iedereen hiermee voortvarend bezig is. Anders gezegd: als het binnen drie weken kan, zal het geen vier weken duren. Zwerfvuil De heer Eggen brengt naar voren dat de D66fractie steeds vaker vragen, opmerkingen of klachten bereiken over zwerfvuil in deze mooie gemeente. Hij heeft zelf twee maal een kleine, zij het geen representatieve steekproef gedaan. Op zondagmorgen is hij om 09.45 uur op de mountainbike gestapt en door het centrum van Emmen gefietst. Hij schrok behoorlijk van wat hij daar aantrof. De reacties van mensen bleken correct. Ook als hij vanaf zijn woonhuis aan de Walstraat langs de Weerdingerstraat naar het centrum fietst, ziet hij in de bosschages behoorlijk wat zwerfvuil. Geluiden over zwerfvuil zouden trouwens van allerlei kanten van Emmen te horen zijn. Heeft het college ook dit reacties over zwerfvuil gekregen en wat wil het daartegen gaan doen?
Burgemeester Bijl denkt dat het één los staat van het ánder. De laatste tijd hebben er in Emmer-Compascuum naar zijn zin te veel onregelmatigheden en brandstichtingen voorgedaan. Aan de ene kant wordt geprobeerd brandstichting tegen te gaan door leegstaande panden die voor de sloop bestemd zijn zo snel mogelijk te slopen. In samenspraak met wethouder Sleeking is er nog deze week werk van gemaakt om daar vaart achter te krijgen. In geval leegstaande panden niet voor de sloop bestemd zijn, wordt met de eigenaar getracht deze tijdelijk te laten gebruiken. Dat is toch de beste manier, hoe treurig ook, om niet het idee te laten postvatten dat er brand kan worden gesticht. Er is nogal wat geïnvesteerd in extra uren van politie en de Stichting Veiligheidszorg om toezicht te houden, maar het is heel simpel: als er extra toezicht is, gebeurt er niets en als het toezicht weg is, gebeurt er weer wat. Spreker heeft het voornemen de drie camera’s voor het centrum van Emmen, waarover de raadscommissie positief heeft geadviseerd, in elk geval deels in te zetten in Emmer-Compascuum, om zodoende te proberen door middel van elektronische ogen enige rust te brengen in het betrokken deel van het kwetsbare gebied. Dat laat onverlet dat natuurlijk moet worden ingezet op herstructurering van dit gebied. Daaraan wordt veel aandacht besteed. Er mag al met al van worden uitgegaan dat in de prioriteitstelling van de politie het gebied in Emmer-Compascuum een streepje voor heeft en dat het de bedoeling is deels via cameratoezicht aandacht aan de situatie ter plaatse te besteden,
Wethouder Kuper had graag meldingen gekregen over de wegen die nu zijn genoemd, want heeft alleen het signaal ontvangen dat het zich met name in het centrum van Emmen voordoet. In het centrum wordt door AREA vanaf juni tot september op zondagmorgen schoongemaakt en vanzelfsprekend ook op de koopzondagen en met Pasen. Er is momenteel geen aanleiding tot schoonmaken in de maanden maart, april en mei. De door de heer Eggen aangeduide straten heeft spreker niet op zijn netvlies. Het lijkt hem goed dat die even op de mail worden doorgegeven. Dan kan hij eens bekijken wanneer AREA er wel of niet is. De heer Eggen kan alleen constateren dat de fractie steeds vaker opmerkingen krijgt over zwerfvuil, en dan niet alleen op de plaatsen die
5
hij zonet genoemd heeft. In elk geval is hij blij dat er op de zondagen in de door de wethouder genoemde maanden wordt schoongemaakt. Ook in kader van citymarketing is het belangrijk dat, als mensen naar de dierentuin lopen, het centrum schoon is.
meente heeft echter geconcludeerd dat het aanleggen van rotondes op de Zanddijk te duur is. Het goede nieuws is dat de 60 km-belijning dit voorjaar wordt aangebracht. Spreker zal persoonlijk in de gaten houden dat de belijning daadwerkelijk wordt aangebracht. Wat de handhaving betreft: de politie heeft een aantal keren gecontroleerd en geconstateerd dat het rijgedrag op de Zanddijk niet afwijkt van dat op vergelijkbare wegen in Drenthe. Zij acht daarom handhaving niet aan de orde.
Verkeersituatie Zanddijk Mevrouw Vrolijk-Lenting brengt naar voren dat uit een wél representatief onderzoek blijkt dat er op de Zanddijk al jaren sprake is van een verkeersonveilige situatie. Uit het onderzoek blijkt dat er in de periode van 2008 tot 2010 een toename van verkeer heeft plaatsgevonden van bijna 40%. Er wordt nu door gemiddeld 80% te hard gereden. Het bewonerscomité probeert er al jaren wat aan te doen, maar dit draagt tot nu toe niet bij aan verbetering, terwijl de situatie door de gemeente erkend wordt. Het aanbrengen van wat witgele, slecht leesbare A5-borden en het instellen van een 60 km-zone helpt niet. De N3exit van de zone aan de oostkant wordt pas aangegeven vóór het viaduct aan de kant van Ter Apel. Kennelijk is iedereen dan het signalering voor de Zanddijk alweer vergeten. Het vanaf de woning in- en uitrijden op de weg is elke keer weer Russische roulette. Jongens en meisjes die tussen de dorpen heen en weer fietsen naar school lopen ondanks het fietspad op verschillende oversteekmomenten ernstig gevaar door de hoge snelheden die er gereden worden. De SP-fractie wil van de wethouder weten wanneer de bewoners snelheidsbeperkende maatregelen tegemoet kunnen zien. Er is vast wel wat te bedenken waar het landbouwverkeer geen last van heeft. Wanneer wordt er in dit gebied op snelheid gehandhaafd? En wanneer wordt de beloofde 60 km-belijning aangebracht? Op de Pottendijk had men daar kennelijk wel haast mee, want daar is de belijning er al. Graag zien de bewoners het antwoord van het college met spoed tegemoet.
Mevrouw Vrolijk-Lenting vraagt of de wethouder er behoefte aan heeft het opgestelde rapport in te zien. Daaruit blijkt dat het te hard rijden niet misselijk is. Zij rijdt hier bijna elke dag en wordt steeds opnieuw voorbij gesjeesd. Wethouder Kuper zegt dat mevrouw Vrolijk hem gerust het rapport mag doen toekomen. Hij kan dit dan in zijn werkoverleg meenemen. Het vragenhalfuur wordt vervolgens gesloten. A3a.
Notulen raadsvergadering van 27 januari 2011 [Stuknr. RA11.0030]
Mevrouw Hoogeveen wijst erop dat zij blijkens pagina 13 zou hebben gezegd: “Als voor 2011 de doelstelling is ‘minder oud papier in de grijze container’, is dat volgens haar redelijk concreet.” Zij heeft evenwel aangegeven dat haar dit niet concreet genoeg is en heeft daarvoor verwezen naar het rapport van AREA. De aangehaalde zin moet dan ook worden aangepast. Met inachtneming van deze correctie worden de onder nr. A3a. vermelde notulen zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. A3b.
De voorzitter constateert dat er blijkbaar toch positieve berichten zijn over de Pottendijk!
Notulen raadsvergadering van 17 februari 2010 [Stuknr. RA11.0011]
De heer Thole merkt op dat op pagina 3 staat vermeld: “De visvijver is trouwens een recreatievijver; vissen mag er niet meer.” Het laatste moet echter zijn: het woord ‘visvijver’ mag eigenlijk niet meer gebruikt worden.
Wethouder Kuper zegt dat er volgens zijn informatie drie keer een bewonersbijeenkomst is geweest, waarbij gemeenteambtenaren en een verkeerskundige aanwezig waren. Na die drie bijeenkomsten is gezamenlijk de conclusie getrokken dat er geen drempels op de Zanddijk moeten worden gelegd, omdat dit voor het landbouwverkeer niet wenselijk is. Wil je de snelheid toch gaan dempen, dan kom je bij de hobbels terecht waarmee niemand blij is, maar je zou ook aan rotondes kunnen denken. De ge-
Wethouder Arends vermeldt dat op pagina 25 het woordje ‘niet’ is weggevallen, en wel in de zin: “Hij zou het ook niet begrijpen als de gastheer tegen hem zou zeggen (…).
6
Met inachtneming van deze correcties worden de onder nr. A3b. vermelde notulen zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. A5.
wel grote moeite heeft met het onderdeel ‘innovatie platform tuinbouw’. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het onder nr. A10 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de aantekening dat de leden van de DOP-fractie geacht willen worden tegen te hebben gestemd.
Voorbereidingsbesluit ‘Emmen-locatie Hoofdstraat' [Stuknr. RA11.0021]
De heer Van Goethem geeft de volgende stemverklaring. De fractie van Wakker Emmen is, zoals bekend, tegen verplaatsing van het dierenpark en zal derhalve ook tegen dit voorbereidingsbesluit stemmen.
Bestemmingsplan ‘Erica, Ensingwijk z.z. 41’ + bijlagen 4834, 4835 en 4836 [Stuknr. RA11.0023]
A8.
Bestemmingsplan ‘Nieuw-Dordrecht, woning Oosterwijk w.z.’+ bijlagen RIS.4831, RIS.4832 en RIS.4833 [Stuknr. RA11.0022]
A9.
Vaststellen wijziging statuten Esdal College in verband met wetswijziging en goedkeuring begroting 2011 + bijlagen 10.131675 en 10.128098 [Stuknr. RA11.0015]
Grondexploitatie Hof van Erica [Stuknr. RA11.0007]
Beeldkwaliteitplan Recreatieve ontwikkeling Amsterdamscheveld + bijlagen RIS.4803 en RIS.4804 [Stuknr. RA11.0019]
Mevrouw Vrolijk-Lenting brengt naar voren dat, daar het beeldkwaliteitplan met een bepaald doel is opgesteld en de SP-fractie het niet eens is met dit doel, de fractie niet kan instemmen met dit plan. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het onder nr. A13 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de aantekening dat de leden van de SP-fractie geacht willen worden tegen te hebben gestemd. A14.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform de onder de nrs. A6 tot en met A9 vermelde voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. A10.
A12.
A13.
Bestemmingsplan ‘Weiteveen, woning Kerkenweg+ bijlagen RIS.4837, RIS.4838 en RIS.4839 [Stuknr. RA11.0024]
A7.
Zie B2a
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het onder nr. A12 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform het onder nr. A5 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de aantekening dat de aanwezige leden van de fractie van Wakker Emmen geacht wil worden tegen te hebben gestemd. A6.
A11.
Vaststelling kaders Integraal veiligheidsbeleid 2011-2014 gemeente Emmen + bijlage RIS.4827 [Stuknr. RA11.0028]
Mevrouw Vrolijk-Lenting zegt dat de SPfractie is voor méér agenten op straat, in plaats van camera’s. Bij gebrek aan agenten is veiligheid belangrijk. Hoewel de fractie denkt dat het ophangen van camera’s een verplaatsing van de problemen zal veroorzaken, gaat zij schoorvoetend mee met dit voorstel, omdat de gemeente door landelijk beleid en bezuinigingen geen andere oplossing voor handen heeft.
Verzamelbesluit begrotingswijzigingen 2011-3 + bijlagen RIS.4816 en RIS.4817 [Stuknr. RA11.0029]
De heer Schoo verzoekt om de aantekening dat de DOP-fractie tegen dit voorstel is.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het onder nr. A14 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten. B1. Vervallen
De heer Dijkgraaf merkt op dat de GroenLinksfractie niet tegen dit verzamelbesluit is, maar
7
B2a.
Het aanbod van de wethouder in gesprek te gaan en te blijven met de bewoners ter plaatse is voor de PvdA-fractie reden om aan te nemen dat de vinger aan de pols wordt gehouden en dat eventuele kleine veranderingen kunnen worden aangebracht. Wel wil de fractie van de wethouder de toezegging dat een jaar na de ingebruikstelling van het park een evaluatie wordt gehouden om te zien hoe een en ander zich heeft ontwikkeld. Spreker neemt aan dat de wethouder met die toezegging geen enkele moeite heeft.
(Her-)benoeming twee leden commissie van advies voor de bezwaarschriften [Stuknr. RA11.0012]
De voorzitter verzoekt de heer Eggen en mevrouw Vrolijk de stemcommissie te vormen en de raadsleden hun stembriefje in te vullen. Na de inlevering van de stembriefjes schorst hij de vergadering voor het bepalen van de stemmingsuitslag.
De heer Pekelsma merkt op dat in het bestuursakkoord 2010-2014 onder andere staat dat de ontwikkelingen rond Wildlife Parkresort Griendtsveen en de aanleg van de vaarverbinding Erica-Ter Apel kansrijke stimulansen zijn voor het verblijftoerisme in de regio. Met het voorliggende bestemmingsplan wordt een flinke stap naar de realisering van deze doelstelling gezet. De CDA-fractie onderschrijft van harte het voornemen van de Griendtsveen Holding om op de betrokken locatie een wildpark te realiseren met verblijfsvoorzieningen, met daarnaast andere recreatieve mogelijkheden als een golfbaan en voorzieningen voor de paardensport. Ook in de Structuurvisie wordt het Wildlife Park als een van de uitvoerende onderdelen genoemd. Dat een en ander in de omgeving van het park enige onrust heeft veroorzaakt, is niet vreemd, gezien de behoorlijke impact op de omgeving. Velen waren op de commissievergadering aanwezig en spraken hun zorg uit over met name de verkeerstechnische kant van de beoogde ontwikkeling. Ook ten aanzien van enkele andere onderdelen zijn diverse zienswijzen ingediend. Naar de mening van de CDA-fractie is op veel ingebrachte punten rekening gehouden met onderwerpen die door burgers zijn ingebracht. Met aanpassing van de beplanting, beperking van evenementen en aangepaste verkeersmaatregelen is grotendeels tegemoetgekomen aan de ingediende zienswijzen. Ten aanzien van de geluidsnormen dient handhavend te worden opgetreden. Het onderdeel verkeer is nog niet tot volle tevredenheid geregeld, dit vanwege de verwachte grote toename van het aantal verkeerbewegingen, met name via de Noordersloot en de Strengdijk. De fractie heeft in de commissie gesteld dat de toegang naar het park via Erica zou moeten worden geleid, om zo de route via de Strengdijk te omzeilen. Dat de route wellicht door middel van de TomTom via het oosten wordt geleid, is wat de fractie betreft via een duidelijke routing op de ANWB-borden in goede banen te leiden. Voor de verwachte grote bezoekersaantallen is de ANWB vast wel bereid de
Schorsing. De voorzitter heropent de vergadering en verzoekt de stemcommissie de uitslag van de gehouden stemmingen bekend te maken. De heer Eggen deelt mee dat 36 biljetten zijn ingeleverd, waarop alle stemmen zijn uitgebracht op de voorgestelden. De voorzitter concludeert dat derhalve de heren B.H. Abbing en P.J. de Groot met algemene stemmen zijn herbenoemd als leden van de commissie van advies voor de bezwaarschriften voor de raadsperiode 2010-2014. B3.
Beeldkwaliteitplan Recreatieve ontwikkeling Amsterdamscheveld + bijlagen RIS.4808 en RIS.4809 [Stuknr. RA11.0020]
De heer Goudriaan memoreert dat in de commissie al is gezegd dat het goed is dat dit plan in deze fase is beland. Het geeft een belangrijke impuls aan het toerisme en de werkgelegenheid in de gemeente. Dat verklaart ook de positieve benadering van dit bestemmingsplan door de PvdA-fractie. Zij heeft tevens goed gekeken naar de ingediende zienswijzen en ook goed geluisterd naar de insprekers. De belangrijkste punten die dat naar voren kwamen, waren de verkeersveiligheid en de eventueel te verwachte druk op de toegangswegen, op zich punten waar zorgvuldig mee moet worden omgegaan. Volgens de fractie is er gedegen onderzoek gedaan naar de effecten van de ontwikkeling van het park op de omgeving. De uitkomsten van het onderzoek en de verkeersmaatregelen die worden genomen, zijn voor haar in eerste aanleg voldoende om beperking van de snelheid en dus ook de veiligheid te waarborgen. De fractie vindt dan ook niet dat op voorhand extra, verregaande maatregelen moeten worden genomen.
8
borden met een parkeerverwijzing naar het park in te passen. Het snelheidregime op de omliggende wegen wordt aangepast en neemt een deel van de zorgen van de omgeving weg. Over maatregelen op de Noordersloot wordt nog nader overlegd, maar de uitgangspunten zoals die nu zijn geformuleerd, het aanbrengen van verkeersremmende maatregelen en de belijning op circa 1 m uit de zijkant van de weg, voldoen aan de wettelijke normen. Na de vaststelling van dit bestemmingsplan kan officieel worden begonnen met de aanleg van dit prachtige Wildlife Park, dat in de komende jaren voor versterking van het toerisme en daarmee verbonden werkgelegenheid kan zorgen. Met het attractiepark Plopsaland, de vernieuwde dierentuin en het Veenpark zijn er in Zuidoost-Drenthe grote toeristische attracties die de aantrekkingskracht van dit gebied zullen versterken. Des te meer reden om goed te kijken naar de mogelijkheden voor verblijfrecreatie. Met het naar alle waarschijnlijkheid verdwijnen van een stadscamping in Emmen en een andere invulling van camping De Zandpol heeft de gemeente behoefte aan andere vormen van verblijfrecreatie. De CDA-fractie roept het college op alternatieve locaties voor een grote camping in kaart te brengen. Bijvoorbeeld is ook voor betaalde camperovernachtingsmogelijkheden met goede voorzieningen nog niets in beeld gebracht. Het toerisme is een belangrijke pijler voor de werkgelegenheid. Als de gemeente er voor wil zorgen dat men hier langer blijft, zullen er op dit gebied goede voorzieningen moeten zijn. Dit zal dan leiden tot een hoger percentage aan overnachtingen dan waarvan nu sprake is. Naast grote voorzieningen zijn er in de gemeente vele pareltjes te ontdekken die een bezoek aan Zuidoost-Drenthe de moeite waard maken. De CDA-fractie kan zich vinden in het vaststellen van het voorliggende bestemmingsplan.
Linnemann op voorhand aanneemt dat de route niet veilig is. De heer Linnemann zegt dat het volgens de fractie van Wakker Emmen en insprekers verstandiger is de weg voor het landbouwverkeer, de toestroom van verkeer naar het park en de fietsers aan te pakken voordat het park wordt geopend. Waarom zou je wachten tot het park open is? Als je er dan achter komt dat de veiligheid te wensen overlaat, moet je alsnog aan de weg gaan breken. Naar de mening van de fractie kan dit beter daarvóór worden gedaan. De heer Goudriaan merkt op dat het plan heel wat duurder en ingewikkelder wordt als op voorhand allerlei bezwaren worden bedacht waarvoor maatregelen moeten worden genomen. De heer Linnemann wijst erop dat de maatregelen worden gefinancierd door het park. Op zich kost het de gemeente dus niets. Maar waarom niet de goede wil van de gemeente tonen en de weg meteen goed aanpakken. Dan ben je in één keer klaar. Mevrouw Aldershof wil allereerst zeggen dat de VVD-fractie het zeer op prijs stelt dat burgers de weg naar de gemeente weten te vinden om van hun inspreekrecht gebruik te maken. De fractie heeft zich in de commissie al zeer positief uitgelaten over het plan en is blij met de opmerkingen van inwoners. Het is verheugend dat ook zij heel positief tegenover het plan staan en dat het plan breed gedragen wordt door de bevolking. De bezorgdheid van insprekers over de verkeersveiligheid dient door de gemeente niet uit het oog te worden verloren. De fractie zal daarop dan ook kritisch toezien. De heer Dijkgraaf is heel benieuwd hoe de VVD-fractie kritisch gaat toezien op de vervolgstappen. Hoe had zij dit gedacht? Gaat zij op het moment waarop dingen niet lopen maatregelen aankaarten, bijvoorbeeld via een motie?
De heer Linnemann kan zeggen dat de fractie van Wakker Emmen dit een prima initiatief vindt. In grote lijnen kan zij zich aansluiten bij de woorden van de heer Goudriaan, met uitzondering van het punt betreffende de aanrijroute. De heer Goudriaan stelde dat eerst het park moet worden geopend en dat daarna moet worden geëvalueerd of de route al dan niet voldoende is. Sprekers fractie zou liever zien dat die voortijdig wordt aangepakt, opdat bij de opening van het park de weg direct veilig is voor alle verkeer. Al met al kan het bestemmingsplan op de steun van de fractie rekenen. De heer Goudriaan informeert of de heer
Mevrouw Aldershof zal een en ander sowieso zelf kritisch volgen, omdat zij er haast dagelijks langs komt, want dat deze ontwikkeling plaatsvindt dicht bij haar eigen omgeving. Zijzelf gaat natuurlijk niets doen, maar de fractie zal op allerlei zaken zeker toezien en zo nodig kritische vragen stellen. Mocht er aanleiding toe zijn, dan zal er zeker in de commissie op zaken worden teruggekomen. Het is ook een prachtige manier om met de burgers in contact te blijven.
9
De heer Dijkgraaf zegt dat zijn vraag wat verder ging, namelijk: wat gaat de VVD-fractie doen op het moment waarop er niet naar tevredenheid van de burgers wordt gehandeld? Welke stappen zullen dan worden genomen?
Mevrouw Vrolijk-Lenting merkt op dat de natuur in dit voorstel ernstig te kort wordt gedaan. De organisaties die er verstand van hebben, hebben zienswijzen ingediend en naar de mening van de SP-fractie worden die slechts ten dele overgenomen. Er wordt gewaarschuwd voor de ontwatering van het Bargerveen. Zowel aan de Duitse als de Nederlandse kant wordt ontwaterd, dus het is wachten op problemen in het natuurgebied Bargerveen.
Mevrouw Aldershof kan daarop niet vooruitlopen, omdat zij niet weet waar eventueel tegenaan zal worden gelopen. De heer Dijkgraaf mag evenwel van haar aannemen dat een en ander kritisch zal worden gevolgd en dat zo nodig zal worden aangedrongen op passende maatregelen. Daar mag de heer Dijkgraaf haar aan houden. Hem kennende, zal hij dat ook zeker doen!
De heer Dijkgraaf vindt dat de gemeente heel adequaat moet reageren als een plan als dit wordt voorbereid. Voorop gesteld zij dat de fractie van GroenLinks absoluut is voor de recreatieve ontwikkeling van het Amsterdamsche Veld. Waar zij echter grote moeite mee heeft, zijn de reacties van het college, met name waar het gaat om de verkeertechnische zaken die in de commissie aan de orde zijn gesteld en waaromtrent signalen van bewoners zijn gekomen. De gedachte route is namelijk erg gevaarlijk. De fractie vindt het raar en eigenlijk niet kunnen dat de wethouder zegt: we gaan eerst aan het plan uitvoering geven en daarna gaan we in gesprek met de bewoners om te bezien of er eventueel wat moet worden aangepast. De raad heeft een e-mail van bewoners gekregen, waarin staat dat er al werkzaamheden worden verricht. Vanuit de organisatie is beaamd dat er eigenlijk sprake is van een grensgeval. De vraag is dan ook: hoe serieus kan de opmerking van de wethouder worden genomen dat aan grote bezwaren van mensen tegen verkeerstechnische zaken terdege aandacht wordt besteed? Over de zienswijzen van de milieuorganisaties heeft de wethouder gezegd dat de gemeente daar sympathie voor heeft, maar daar geheel anders over denkt. De vragen over het OV, in de commissie gesteld door de GroenLinks-fractie, zijn eigenlijk ook niet deugdelijk beantwoord. Er wordt gezegd dat later weleens zal worden bekeken of daarmee iets moet worden gedaan. Wat de fractie betreft wordt daarmee het paard achter de wagen gespannen. Als men allerlei paarden met wagens laat rondrijden, is dat misschien wel beter dan de manier waarop dit voorstel verder vorm moet worden gegeven.
Mevrouw Hoogeveen deelt mee dat de D66fractie blij is met dit initiatief, alsook met de verwachte bezoekersaantallen, al lijken die wel wat hoog voor het begin. 400.000 is ongeveer twee keer zoveel als in 75 jaar dierenpark en is dus erg uitdagend. Een vraag is of al concreet is gemaakt dat er nog eens met de insprekers wordt gesproken, iets wat wethouder Kuper in de commissie heeft toegezegd. Een andere vraag is of de nogal summiere opmerking dat na de opening allerlei maatregelen zullen worden beoordeeld concreter kan worden gemaakt. Kan dit worden toegespitst op een jaarlijkse evaluatie? De fractie lijkt dit verstandig, aangezien het gaat om iets wat nog naambekendheid moet krijgen. De heer Schoo stelt vast dat de DOP-fractie goed heeft geluisterd naar de bezwaren tegen dit bestemmingsplan van de buurtvereniging De Kommerhoek. Voor alle duidelijkheid: de buurt is blij met de komst van het wildpark, maar heeft bezwaar tegen de wijze waarop het verkeer wordt geregeld. Spreker is eens ter plaatse gaan kijken en deelt de zorg van de buurtvereniging volledig. De Noordersloot is veel te smal voor al het toekomstige verkeer. Er zouden juist nú, aan de voorkant van de plannen in dit gebied, maatregelen moeten worden genomen. Al er slechts de helft van het verkeer zou komen als wat nu wordt voorspeld/verwacht, dan is de Noordersloot veel te smal en kunnen fietsers en voetgangers geen kant op. De heer Oost maakte tijdens de inspraak in de vergadering van de commissie wonen en ruimte van 14 maart een heel goede en juiste opmerking. Hopelijk wil het college daarnaar nog eens goed kijken. Maak alstublieft slingers in de weg in plaats van drempels en strepen langs de kant! Pas dan zal echt de snelheid uit het (vracht-)verkeer worden gehaald. De vraag aan het college is: wordt met de opmerkingen en de petitie van de buurtvereniging iets gedaan?
De heer Halm laat weten dat de BGE-fractie blij is dat het plan in de raad breed gedragen wordt. Zij vindt het een goed en ook een mooi plan en hoopt dat de initiatieven een groot succes zullen worden. Er blijft één punt van zorg: de verkeerssituatie in het gebied. Deze zal voor de bewoners ingrijpend veranderen. De fractie deelt de zorgen die
10
insprekers in de commissie hierover hebben geuit. Het college heeft aangegeven met de insprekers en de mensen die zij vertegenwoordigen nog eens in gesprek te gaan om te bezien wat er eventueel nog mogelijk is. Het college heeft ook gezegd niet met een blanco cheque te werken bij het zoeken naar een oplossing. De BGE-fractie wil het college meegeven ook niet te kiezen voor domme zuinigheid. Ten aanzien van de verkeersproblemen heeft het college aangegeven voorkeur te hebben voor een groeimodel, onder het motto: laten we eerst eens kijken hoe deze opzet uitpakt! De fractie verzoekt het college echt naar de argumenten van de gesprekspartners te luisteren, want het is beter en goedkoper problemen vooraf te voorkomen dan achteraf op te lossen. Ten slotte de vraag aan het college of het de uitkomst van de te voeren gesprekken met de insprekers, de bewoners en andere partijen over de verkeerssituatie wil terugkoppelen naar de raad, het liefst schriftelijk.
zien dat ten aanzien van deze beide aspecten in het algemeen geen sprake is van een situatie die tot ingrijpende maatregelen aanleiding geeft. Zoals gezegd, zal wethouder Kuper nog ingaan op de verkeersveiligheid. Wat de wateraspecten betreft, is in de samenwerking met de waterleidingmaatschappij en het waterschap vastgesteld dat de effecten die in het gebied zouden kunnen optreden goed worden gemonitord en dat er zodanige maatregelen worden genomen dat de gevreesde gevolgen voor Bargerveen zich niet zullen voordoen, althans niet volgens deskundigenonderzoeken die door de leden van de onafhankelijke MER-commissie zijn gedaan. De raad heeft het rapport kunnen lezen en heeft kunnen zien hoe dit in het bestemmingsplan vertaald is. Vervolgens een enkele opmerking over de verblijfrecreatie. Er hebben onderzoeken gelopen naar de vraag op welke plekken in de gemeente campings zouden kunnen worden gerealiseerd. Daar is één plek uitgekomen en daarover is de gemeente nu in gesprek met de eigenaar van de huidige stadscamping. Het onderzoek naar camperparkeerplaatsen loopt nog. En waar het gaat om Zandpol: daar betreft het slechts een gedeelte van het gebied. In het algemeen moet je misschien ook kijken naar de omstandigheid dat de markt op dit soort terreinen aan het veranderen is, zodat daarnaar met andere ogen zou kunnen worden gekeken. De heer Dijkgraaf heeft gevraagd hoe serieus iedereen zal worden genomen. Wat spreker betreft zal dat heel serieus zijn. In de commissie heeft hij reeds nadrukkelijk aangegeven dat, als het gaat om activiteiten die nu reeds op het gedeelte dat als golfterrein bestemd is plaatsvinden, deze in nauw overleg met de gemeente worden uitgevoerd en dat daarop elke week toezicht wordt gehouden, teneinde een overzicht te hebben van de voorgenomen werkzaamheden voor de betrokken week. Er wordt dus exact bijgehouden wat er gebeurt. Dat is geen kwestie van een grensgeval, maar van een bestuurlijke beslissing die erop gericht is te voorkomen dat bij de realisering van dit belangrijke plan opnieuw < het zou voor de derde achtereenvolgende keer zijn > een planseizoen verloren gaat. Als de raad zou besluiten het bestemmingsplan niet vast te stellen, zouden alle werkzaamheden weer teniet moeten worden gedaan en zou het terrein moeten worden hersteld in de oude situatie. Een en ander geschiedt volledig op risico van Griendtsveen zelf; zo is dit ook gecommuniceerd.
Wethouder Sleeking wil beginnen met enige algemene opmerkingen. Wethouder Kuper zal nader ingaan op de verkeersveiligheidsaspecten. Nu allereerst de constatering dat hij blij is met de brede steun van de raad voor dit initiatief. Het gaat om een erg belangrijke ontwikkeling in het zuidelijk gebied van de gemeente, ten aanzien van zowel toerisme en recreatie als de werkgelegenheid die daarmee in de toekomst zal worden gegenereerd. Het is een ambitieus plan en het betreft een ambitieuze organisatie die kwaliteit aan het onderhavige gebied wil toevoegen. Degenen die er de laatste tijd eens zijn geweest en de Green Meet*s Golf hebben gezien, hebben kunnen constateren dat het niet alleen maar woorden zijn, maar dat een en ander wordt waargemaakt. Spreker heeft grote verwachtingen van de uiteindelijke invulling van het Wildlife Park en het moment waarop het initiatief in z’n geheel zal functioneren. De omvang en de aantrekkingskracht hebben een grote impact op de omgeving, iets waarop de heer Pekelsma terecht heeft gewezen. Dat is ook de reden geweest om de raad voor deze procedure een stuk te laten vaststellen waarin de richtlijnen voor de milieueffectrapportage (MER) zijn neergelegd. Op die wijze heeft de raad de gelegenheid gehad zich uit te spreken over de aspecten die in het kader van de MER danig onderzocht moesten worden om dit initiatief inhoudelijk goed te onderbouwen. Daar zitten aspecten bij die nu in de discussie terugkomen, namelijk de verkeersveiligheid en de invloed die dit initiatief kan hebben op Bargerveen en op de waterhuishouding in dit gebied. De MER heeft laten
Wethouder Kuper heeft in de commissie naar aanleiding van de inbreng van de insprekers van de Kommerhoek en de heer Kolthof al het nodi-
11
ge gezegd. Het is jammer dat een beetje de indruk wordt gewekt dat de insprekers niet serieus worden genomen, want dat wordt beslist wél gedaan. Naar aanleiding van de commissievergadering heeft hij meteen aan ambtenaren gevraagd op een zo kort mogelijke termijn de betrokken partijen om de tafel te krijgen. Naar het er nu naar uit ziet, zal dit in mei gaan plaatsvinden; voor de maand april staan er nogal wat avonden gepland voor de behandeling van het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan. Niettemin moet snel met de mensen om de tafel. Als er niet al te veel bezwaren komen, kan in september/oktober worden begonnen met de activiteiten, zo heeft hij zich laten vertellen door collega Sleeking. Spreker laat opmerkingen als ‘blanco cheque’ en ‘domme zuinigheid’ voor rekening van de heer Halm. Zoals gezegd, zal serieus met opmerkingen worden omgegaan. Op de vraag of vervolgens schriftelijk zal worden gerapporteerd, kan hij zeggen dat hij dit best wil doen als er aanleiding toe is.
Mevrouw Vrolijk-Lenting zegt dat, mocht worden besloten tot lussen in de weg, haars inziens de Zanddijk voorrang moet krijgen op dit nieuwe plan. Wethouder Kuper bedoelde dat met een ‘blanco cheque’. De voorzitter stelt de raad in de gelegenheid in tweede termijn het woord te voeren. De heer Goudriaan heeft het idee dat de wethouder een belangrijk punt vergeten is. Hij heeft gevraagd om een toezegging aangaande een evaluatie een jaar na de inbedrijfstelling van het park, omdat dan kan worden bekeken wat de eventuele consequenties voor het verkeer zijn. Mevrouw Hoogeveen is blij dat er meteen na de commissievergadering afspraken zijn gemaakt. Zij hoopt dat er wat zinnigs mee kan worden gedaan. Wat de D66-fractie betreft, betekent de opmerking over een blanco cheque eenvoudig dat de gemeente niet alle middelen heeft om alles op te lossen. Echter, mensen die in het gebied wonen of daar hun werk hebben, hebben naar de mening van de fractie goede ideeën die wellicht uitvoerbaar zijn. De fractie zal nadat het Wildlife Park is geopend, beoordelen of de getroffen maatregelen voldoende zijn. Zij verzoekt dit iets strenger vast te leggen, in de zin van een jaarlijkse evaluatie, ook al omdat de verkeerintensiteit zal gaan groeien.
De heer Dijkgraaf vindt het aardig dat allerlei mensen bij elkaar worden geroepen, maar wil weten wat er dan precies wordt gedaan. Dáár gaat het tenslotte om. Wethouder Kuper gaat naar de mensen luisteren. De heer Dijkgraaf vraagt: en dan? Wethouder Kuper zal dan bekijken wat de consequenties van de wensen zijn.
De heer Schoo deelt mee dat de DOP-fractie, gehoord de beraadslaging in de raad en de commissievergadering van 14 maart, het voorliggende raadsvoorstel niet zal steunen. In haar visie wordt de verkeersonveiligheid op met name de Noordersloot bij voorbaat niet voldoende aangepakt.
De voorzitter begrijpt dat de raad daarover vervolgens wordt geïnformeerd. De heer Halm merkt op dat wethouder Kuper in de commissie zelf heeft gezegd dat er geen blanco cheque kan worden uitgeschreven. De wethouder moet nu dus niet net doen alsof deze dit niet gezegd heeft.
De heer Halm heeft nog een vraag over het terugkoppelen. Mag hij begrijpen dat het met een schriftelijke terugkoppeling wel goed zal komen?
Wethouder Kuper heeft dit inderdaad gezegd. Echter, de heer Halm koppelde er nu een paar woorden aan die hijzelf wat minder plezierig vindt.
De heer Dijkgraaf constateert dat wethouder Sleeking het had over bestuurlijke overwegingen. Deze heeft gezegd dat, als nu alles teniet wordt gedaan, weer allerlei stappen moeten worden genomen en opnieuw moet worden begonnen. Volgens spreker is dit een beetje de omgekeerde wereld, want in de regel is het zó dat eerst een besluit wordt genomen en dat daarna stappen worden gezet.
De heer Halm vraagt of de wethouder dan hetgeen deze wél heeft gezegd nog eens kan aangeven. Wethouder Kuper legt de term ‘blanco cheque’ bij de raad neer.
12
Hij was ook vrij ongelukkig met de opmerking van wethouder Kuper. Deze geeft nu juist aan waar hij zo bang voor is, namelijk dat er wel naar mensen wordt geluisterd en dat er verder niets wordt gedaan, terwijl mensen weleens erg gelijk kunnen hebben en er dingen structureel moeten worden veranderd. Volgens hem is dat de eerste stap. Het gaat niet alleen om een erg mooi project, maar ook om het feit dat de mensen die in het gebied wonen daar op een goede manier moeten kunnen blijven wonen. Daar moet een aantal maatregelen voor worden genomen, en die ziet hij absoluut niet terug in het voorstel. Om die reden heeft de GroenLinksfractie grote moeite met het nu voorliggende voorstel.
door deskundigen een aantal inhoudelijke argumenten aangegeven. Spreker heeft de heer Dijkgraaf geen enkel inhoudelijk argument horen noemen. Deze kan nu wel minzaam lachen, maar moet niet zeggen dat de gemeente niet in gesprek gaat om serieus naar de mensen te luisteren en dat de gemeente op het moment waarop er reële situaties worden voorgehouden niet bereid is daaraan wat te doen. De heer Dijkgraaf steekt alleen in op de procedure uit de behoefte de bewoners ter wille te zijn. De heer Dijkgraaf beveelt de wethouder aan het verslag van de commissievergadering nog eens na te lezen om te zien hoe de GroenLinks-fractie toen op bepaalde zaken heeft gereageerd. Hij vindt het nogal aanmatigend zomaar te concluderen dat hij de stukken niet heeft gelezen.
Wethouder Kuper doet graag de toezegging waar de heer Goudriaan om heeft gevraagd. Het gaat inderdaad om een groeimodel. Als er snel heel veel bezoekers komen, heb je misschien ook heel snel een probleem. Volgens de huidige MER-regels is het geheel op verkeersgebied goed bevonden, maar vanzelfsprekend zal hier de vinger aan de pols worden gehouden middels periodieke evaluatie. Het zou zelfs kunnen zijn dat je eerder dan na een jaar moet evalueren, afhankelijk van de vraag hoe succesvol het initiatief is. Als er meer bezoekers komen dan nu wordt voorzien, doen zich wellicht eerder vraagstukken voor. Aan de heer Halm kan worden meegedeeld dat de gewenste terugkoppeling zal plaatsvinden. De heer Dijkgraaf geeft ongeveer aan dat spreker alleen maar luistert en daarna zijn eigen gang gaat. Volgens hem luistert hij naar een heleboel mensen en geeft hij daarna voldoende ruimte voor het doorvoeren van goed onderbouwde wijzigingen. Zo is zijn insteek ook richting de Kommerhoek en de familie Kolthof.
Wethouder Sleeking heeft gezegd: als u de stukken had gelezen, had u een inhoudelijk verhaal kunnen houden! De heer Dijkgraaf concludeert dat hij de stukken volgens de wethouder niet heeft gelezen. Dat heeft hij wél en hij heeft een aantal argumenten gegeven. Dat de wethouder ze niet wil horen, zij zo, maar hij heeft wel degelijk een inhoudelijk verhaal gehouden, zoals hij meestal doet. Daar wil hij het maar bij houden, want aan ja/nee-spelletjes heeft men niets. Spreker heeft al gezegd dat de GroenLinksfractie grote moeite heeft met dit voorstel, alsook met de wijze waarop vanuit het college is gereageerd. Hij zal derhalve tegenstemmen. Mevrouw Vrolijk-Lenting zegt dat de argumenten van de SP-fractie gewoon blijven staan. De fractie zal dus eveneens tegenstemmen. De heer Goudriaan vraagt of de voor- of tegenstem van de heer Dijkgraaf afhangt van de reactie van het college. Als dat zo is, is dat een vreemde gang van zaken.
De heer Dijkgraaf merkt op dat de wethouder geen dingen moet zeggen die hij niet gezegd heeft. Hij heeft opgemerkt dat de wethouder weliswaar gaat luisteren, maar dat deze niet de goede route neemt. Hij vreest dat op die manier niets wordt gedaan aan datgene waarvoor de betrokken mensen erg bezorgd over zijn.
De heer Dijkgraaf denkt dat de heer Goudriaan het ook niet helemaal snapt, want had het over luisteren. Als wordt geluisterd naar wat hij heeft gezegd, kan de heer Goudriaan bedenken om welke redenen de GroenLinks-fractie tegen is. Die hebben alles te maken met de dingen die gaan gebeuren als het voorstel wordt aangenomen zoals het nu voorligt. Die redenen zijn inhoudelijk van aard.
Wethouder Sleeking verbaast de opstelling van de heer Dijkgraaf een beetje. Als deze het dossier in z’n geheel gelezen had, had deze inhoudelijke argumenten vanuit de MER gevonden die gaan over de verkeersveiligheid, ook kunnen zien dat in de afgelopen jaren regelmatig overleg met alle omwonenden heeft plaatsgevonden en dat uiteindelijk door de raad richtlijnen voor de MER zijn vastgesteld. In het rapport daarover is
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het onder nr. B3 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de
13
aantekening dat de leden van de fracties van DOP, SP en GroenLinks geacht willen worden tegen te hebben gestemd. B4.
varkenshouderijen, niet over kippenhouderijen. Er mag ongeveer 34 kg aan vleeskippen op één m2 leven. Hij weet niet of iedereen zich kan verbeelden hoe groot één m² is voor ongeveer 15 kippen, maar in elk geval kan hij zich niet voorstellen dat je dan over dierenwelzijn kunt spreken. In de commissie is verder aangegeven dat het eveneens gaat over het toedienen van antibiotica en hormonen. Er is een grote toename van antibiotica in de intensieve veehouderij te zien. Ook kan worden geconcludeerd dat dit zeer slecht voor de volksgezondheid is. Als er meer antibiotica in de kringloop terechtkomt, komen er ook meer ziekten. Het blijkt dat veel mensen door al die antibiotica in vlees resistent worden voor bepaalde medicijnen, waardoor weer allerlei ziekten gaan ontstaan. Men heeft het kunnen zien bij de geiten, de varkens, enzovoort. De fractie van GroenLinks is van mening dat niets steeds maar moet worden gezegd: door schaalvergroting wordt het welzijn van dieren die worden gehouden beter. Zij vindt dat dit sterk aan banden moet worden gelegd, omdat er op deze wijze niet alleen voor wordt gezorgd dat de vervuiler niet betaalt, maar dat er ook steeds meer aantasting komt van het landelijk gebied. Vervolgens nog enkele vragen aan het college. De eerste is of het college bereid is een eigen geurbeleid te gaan ontwikkelen. Een andere vraag is hoe het college gaat handhaven wanneer dit bestemmingsplan wordt aangenomen. Gaat dat op aanvraag, gebeurt het onaangekondigd, hoe vaak gaat het gebeuren en op welke wijze?
Bestemmingsplan ‘Pluimveehouderij aan de Vledders te Nieuw-Weerdinge + bijlagen RIS.4840 en RIS.4841 [Stuknr. RA11.0025]
De heer Halm memoreert dat de BGE-fractie in de commissie reeds heeft aangegeven tegen megastallen in Nieuw-Weerdinge te zijn. Daarin is geen verandering gekomen. De fractie is ter plaatse geweest en heeft enkele bewoners gesproken. Velen blijken voor de aantasting van hun woongenot te vrezen. De fractie moet de mensen gelijk geven wat hun vrees betreft. Ook aan de Ericasestraat is met raadsleden gesproken over de stankoverlast van een pluimveehouderij. Daar gaat het om stank en fijnstof van een nieuwe pluimveestal voor circa 35.000 vleeskuikens. In dit voorstel gaat het om een uitbreiding naar 150.000 kippen. Het college wekt de indruk dat er alleen maar voordelen zijn: economisch gewin, vermindering overlast en verbetering dierenwelzijn. De BGE-fractie denkt dat dit wel érg kort door de bocht is, want dat er maar weinig plannen zijn die alleen maar voordelen kennen. Iets eerder communiceren zou dan ook op z’n plaats zijn. De fractie zou graag zien dat de gemeente een eigen geurbeleid en –verordening opstelt. Dat zij daartoe niet zelf met een initiatief komt, heeft te maken met de artikel 38-vragen van 5 februari van de PvdA-fractie. De BGE-fractie heeft daar kennis van genomen en kan zich niet anders voorstellen dan dat er een initiatief van de PvdAfractie komt tot het opstellen van een gemeentelijk geurbeleid en –verordening.
Mevrouw Vrolijk-Lenting brengt naar voren dat, ondanks de mooie mededelingen van de adviseur van de heer Haan, de werkgelegenheid per kip volgens de SP-fractie afneemt. Geld verdienen en bedrijfsbelang gaan vóór het belang van kippen en de omwonenden, ruim 30 in dit geval. Het aantal fte’s waarover de heer Haan het heeft, is 17,5. Volgens de wethouder stinkt het als de hel. Dat is dan pech als je er vlak naast woont, want een en ander valt binnen de regels. Die blijken niet afdoende te zijn, maar er blijkt dus niets te doen aan stankoverlast. In dit geval zijn er op z’n minst wat onfrisheden. De heer Haan houdt zich niet aan de gemeentebesluiten. De eerste stal had allang verdwenen moeten zijn. De bedreigingen richting de omwonenden neemt de fractie serieus. Het argument dat de enorme stallen binnen de lintbebouwing passen, vindt de fractie helemáál onbegrijpelijk. Als omwonende mag je als het aan de gemeente ligt in de kippenmest zakken. Men vraagt zich continu af waarom mensen niet staan te trappe-
De heer Dijkgraaf wil allereerst even reageren op de inbreng van de heer Halm. Als de GroenLinks-fractie iets veranderd wil hebben, komt zij zelf met een initiatief. In het geval van een geurbeleid mag ervan worden uitgegaan dat de fractie te dien aanzien stappen zal nemen. De fractie is mordicus tegen dit voorstel, zoals zij tegen alle voorstellen is die betrekking hebben op intensieve veehouderij. Dat mag bekend zijn. Er is een aantal redenen voor, waarvan spreker er een paar de revue zal laten passeren. De eerste betreft het welzijn van dieren, waarover in de commissie uitgebreid is gesproken. Spreker heeft onder anderen de vertegenwoordiger van de maatschap horen zeggen dat het bedrijf voldoet aan de welzijnsnormen die voor 2013 worden afgesproken. Hij heeft dit eens nagekeken en meent dat het hierbij gaat over
14
len om hierheen te verhuizen. Dat is niet gek als inwoners stelselmatig worden genegeerd en opzij gezet. Als er nog eens een onderzoek komt naar de mate waarin de bewoners zich betrokken voelen bij het gemeentebestuur, moet maar eens worden teruggedacht aan dit soort besluiten. De fractie hoopt dat er vanavond anders besloten wordt, maar zij heeft al eerder bepaalde besluiten voorbij zien komen. Hoe dan ook: aan deze zaak zit een behoorlijk naar luchtje.
is de beleidsnota inzake de bestaande intensieve veehouderijen vastgesteld. Daardoor voelt zij zich in een spagaat. Zij ziet, gelet op de genoemde beleidsnota, eigenlijk geen aanleiding om tegen dit voorstel te zijn. Wel is zij het eens met voorgaande sprekers wat betreft de totstandkoming. De vraag is dan ook of de raad goed en volledig is geïnformeerd over alle lopende kwesties, gelet op de correspondentie voor, tijdens en na de commissievergadering tot aan deze raadsvergadering. De fractie weet dat de beleidsnota van 2007 is vastgesteld, maar de vraag is wel of daarmee dit soort uitbreidingen is beoogd.
De heer Schoo zegt dat de DOP-fractie heeft gekeken naar alle stukken en goed heeft geluisterd naar de insprekers, onder anderen de heer Van der Molen en ook de heer Star, zijnde de adviseur van de heer Haan, in de commissievergadering van 14 maart. Het verhaal van de heer Star was duidelijk en ook de nagezonden mail over de zeer positieve economische belangen van de heer Haan. Over de bijdrage van de heer Van der Molen heeft de fractie nadere vragen aan het college, c.q. de wethouder. 1. Was/is het het college bekend dat een aantal bewoners is bedreigd door de bouwer? 2. Is het het college bekend dat meerdere buurtbewoners in december 2010 de rechter in Assen hebben ingeschakeld? 3. Deelt het college de mening van de heer Van der Molen dat de gemeente niet open en eerlijk heeft gehandeld in dit dossier? Waarom worden de klachten niet of slecht behandeld? Raakt de post nog steeds kwijt op het gemeentehuis? 4. Klopt de bewering dat het voorliggende bestemmingsplan niet in het open Drentse landschap past? Spreker heeft nog veel meer vragen, maar hij laat het hier nu even bij. De fractie is geschrokken van de manier waarop een en ander tot stand is gekomen. Zij zou het liefst zien dat dit raadsvoorstel van tafel gaat en dat alle partijen nog eens om de tafel gaan om te proberen er uit te komen, maar gezien de hele gang van zaken zal dit wel een utopie zijn. Het voorstel verdient zeker geen schoonheidsprijs en heeft de fractie tot nadenken gezet. Zij wacht de eerste termijn af en zal daarna een definitief besluit over dit raadsvoorstel nemen.
De heer Schoo zegt dat het klopt dat in 2007 een beleidsnota is vastgesteld. Echter, als politieke fractie hoef je, als je ooit ergens voor bent geweest, toch niet altijd voorstellen die aan de orde komen te volgen! Het is toch geen automatisme! Er kan morgen of overmorgen wel een voorstel voorbij komen waar men voor kan zijn, maar als, zoals in dit geval zijn, door diverse partijen en insprekers zo veel zaken zijn genoemd, moet er een fractieafweging worden gemaakt en moet kunnen worden gezegd: dit gaat ons te ver! Dat heeft niets met het besluit uit 2007 te maken. Je gaat toch niet altijd zomaar achter een vastgesteld beleid staan! Hij snapt dat de D66fractieleden democraten zijn, maar zij kunnen desalniettemin een andere positie innemen! Mevrouw Hoogeveen dankt voor deze politieke les, hoewel zij ‘slechts’ 21 jaar lid van D66 is. Zij begrijpt dat de heer Schoo vindt dat de fractie van de beleidsnota kan afwijken. Dit is in de fractie serieus besproken, net als over allerlei andere zaken. D66 is een partij die ook de werkgelegenheid wil versterken. Indertijd vond D66 het beleid al redelijk sympathiek, erop neerkomend dat intensieve veehouderij niet hierheen moest worden getrokken, maar zij vindt ook dat de bestaande bedrijven een bepaald toekomstperspectief moeten hebben. Dat is de motivatie voor het standpunt van de fractie. De suggestie dit voorstel van de agenda te halen en het nog eens te bekijken, zou spreekster persoonlijk wel kunnen delen, al weet zij niet of dit tot een ander resultaat zou leiden. Maar dat er een luchtje aan zit, oftewel dat de zaak stinkt, lijkt eigenlijk wel zo te zijn. De heer Scheltens merkt op dat de VVD-fractie in de commissie duidelijk heeft aangegeven met dit raadsvoorstel te kunnen instemmen, gezien de mail over de werkgelegenheidscijfers: naast de ondernemers 16 structurele arbeidsplaatsen. De fractie blijft dus bij haar standpunt.
Mevrouw Hoogeveen vermeldt dat de D66fractie in de commissie heeft gezegd voor een behoorlijk dilemma te staan. De fractie is in principe geen voorstandster van intensieve veehouderij, maar de fractieleden zijn ook democraten. In de raadsvergadering van september 2007
15
Mevrouw Vrolijk-Lenting vindt het heel storend dat voorbij wordt gegaan aan de 30 bewoners die allemaal bezwaren tegen deze uitbreiding hebben. Voor de VVD-fractie gaat kennelijk de werkgelegenheid vóór het belang van de omwonenden.
vergunning onder het coördinatiebesluit te brengen. Nadat de raad het bestemmingsplan met de bijbehorende nota van beantwoording heeft vastgesteld, kan worden overgegaan tot het nemen van de andere noodzakelijke besluiten. Tegen die besluiten staat voor eenieder rechtstreeks beroep open. De CDA-fractie kan instemmen met het voorliggende ontwerpbesluit. Daarvoor heeft zij de volgende overwegingen. Na uitbreiding is er sprake van een toekomstbestendig bedrijf dat voldoet aan de dierenwelzijneisen van 2013. Het pluimveebedrijf ligt in het deelgebied De Monden. In dit deelgebied wordt de landbouw volgens de Structuurvisie zoveel mogelijk gefaciliteerd en mag deze zich dus optimaal ontwikkelen. Diverse zienswijzen geven aan dat men vindt dat het uitzicht zal worden belemmerd. Maar er bestaat niet zoiets als recht op behoud van vrij uitzicht. Dit neemt niet weg dat de gemeente zich inzet om mogelijke belemmeringen voor omwonenden zo beperkt mogelijk te houden. Het bedrijf kan toch niet ondergronds worden gebouwd!
De heer Scheltens zegt dat mevrouw Vrolijk hem zojuist blijkbaar niet goed heeft gehoord. Hij heeft duidelijk aangegeven dat er in de commissie reeds over dit voorstel is gesproken en dat de fractie toen al heeft aangegeven waarom zij hier voor is. Hij heeft nu slechts als aanvulling gemeld dat de fractie ook blij is met de aanvullende informatie van de heer Star over de werkgelegenheid. Mevrouw Vrolijk-Lenting merkt op de heer Scheltens nog niets te hebben horen zeggen over de bewoners. De heer Scheltens gaat over hen ook niets zeggen. Mevrouw Vrolijk-Lenting hoopt dan dat de kiezers dit een volgende keer ook zullen zeggen!
De heer Van Goethem vraagt of er onderzoek is gedaan naar ondergrondse stallen.
De heer Scheltens wil nog één keer proberen mevrouw Vrolijk uit de droom te helpen. De VVD-fractie heeft een heel brede afweging gemaakt en heeft daarin de omwonenden uiteraard meegenomen.
De heer Wittendorp heeft daar onderzoek naar gedaan. Het lijkt hem niet goed kippen onder de grond te houden.
De heer Halm heeft nog een vraag over de stankoverlast. Is de VVD-fractie voor het instellen van een geurbeleid nu er zo veel klachten over stank zijn binnengekomen van omwonenden, niet alleen hier, maar ook in Erica en andere plaatsen.
De heer Van Goethem informeert of dit wetenschappelijk is onderbouwd of dat dit een aanname is. De heer Wittendorp antwoordt dat daar echt over is nagedacht. Als er een slimme vraag wordt gesteld, gaat hij slim antwoorden! Op 4 februari 2009 is in het kader van de MERprocedure voor de omwonenden een informatieavond op het gemeentehuis gehouden. Voorafgaande aan de start van de terinzagelegging van alle ontwerpbesluiten die via de coördinatieregeling worden voorbereid en de MER is er ook op 26 augustus 2010 voor de omwonenden een informatiebijeenkomst op het gemeentehuis gehouden. Ten behoeve van de MER is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. In aanvulling hierop is voor de milieuvergunning aanvullend onderzoek gedaan. De onderzoeken zijn door een ter zake deskundig bedrijf uitgevoerd. Uit die onderzoeken blijkt dat het bedrijf straks kan voldoen aan de te stellen geluidsnormen. Ter voorkoming van de verspreiding van mestdeeltjes tijdens het transport is aan het milieuvoorschrift nog eens 1.6 toegevoegd. Hierin wordt bepaald
De heer Scheltens beantwoordt de vraag met nee. De heer Van Goethem sluit zich namens de fractie van Wakker Emmen aan bij de inbreng van de fracties van DOP en SP. De heer Wittendorp brengt naar voren dat de heer Haan, pluimveehouder en akkerbouwer te Nieuw-Weerdinge, plannen heeft voor uitbreiding van diens pluimveehouderij. Deze heeft een verzoek ingediend voor de bouw van drie pluimveestallen tegenover de huidige stallen aan de Vledders. De huidige pluimveeactiviteiten aan het Weerdingerkanaal n.z. worden beëindigd en verplaatst naar de Vledders zodra de voorzieningen daar gerealiseerd zijn. Op 29 april 2009 heeft de raad ermee ingestemd de gehele bouw-
16
dat de afvoer van vaste kippenmest uit de inrichting dient plaats te vinden in gesloten transportmiddelen. De mogelijkheid van mestopslag in de open lucht komt te vervallen. Aan de zienswijzen daaromtrent is dus tegemoet gekomen. De uitbreiding van het pluimveebedrijf is eveneens in overeenstemming met de door de gemeenteraad in september 2007 vastgestelde beleidsnotitie Verruiming agrarische bouwpercelen. Bij brief van 21 september 2010 heeft de provincie aangegeven dat het provinciaal belang in het ontwerpbestemmingsplan in voldoende mate is meegenomen. De provincie geeft daarmee dus zelf aan dat het ontwerpbestemmingsplan niet in strijd is met de provinciale omgevingsvisie. Kortom, de uitbreiding van dit bestaande bedrijf is in overeenstemming met het provinciale en gemeentelijke beleid voor het landelijk gebied. De CDA-fractie heeft dan ook geen bedenkingen tegen dit initiatief.
De heer Smit stelt vast dat de raad bij dit voorstel te maken heeft met een drietal ontwerpbesluiten, waarvan het bestemmingsplan natuurlijk het belangrijkste onderdeel is. De heer Haan wil diens pluimveebedrijf uitbreiden en heeft een verzoek bij de gemeente ingediend om die uitbreiding te mogen realiseren. De belangrijkste reden voor de uitbreiding is het creëren van een bedrijf van voldoende grootte, opdat de beoogde opvolger een levensvatbaar bedrijf kan voortzetten. Zoals in het voorstel vermeld, heeft de raad in 2009 de Structuurvisie 2010 vastgesteld. In deze visie wordt bestaande bedrijven, de zogenaamde blijvers, de gelegenheid geboden via schaalvergroting perspectief te behouden om hun brood te kunnen blijven verdienen in de agrarische sector. Voordien is in 2007 al de beleidsnotitie Verruiming agrarische bouwpercelen intensieve veehouderij vastgesteld. De PvdA-fractie zal graag zien dat de bestaande agrarische bedrijven kunnen doorgaan. Dat zal niet altijd kunnen zonder schaalvergroting en ook niet zonder extra hinder voor de omgeving. De gemeente zet zich in om middels regels de hinder voor omwonenden zoveel mogelijk te perken. Door die regels te hanteren is er sprake van een aanvaardbare ruimtelijke en milieuhygiënische inpassing. Deze uitbreiding is dan ook niet strijdig met de kaders die de raad in het verleden heeft vastgesteld. De PvdA-fractie ziet geen reden om tegen dit plan te stemmen.
De heer Van Goethem brengt onder de aandacht dat de research van de Wageningse Universiteit heeft geconcludeerd dat alleen als voldoende en regelmatig onderhoud wordt verricht aan de filterinstallaties, dergelijke grootschalige veehouderijen uiteindelijk binnen de marges van de wet kunnen blijven. Hoe kijkt de CDA-fractie daartegenaan? De heer Wittendorp vraagt of aan de conclusies zou moeten worden getwijfeld.
De heer Halm merkt op dat er naar aanleiding van de situatie in Erica door de PvdA-fractie vragen zijn gesteld. Zij gaf daarin aan reden te zien voor het vaststellen van een geurbeleid. Hoe staat genoemde fractie daartegenover?
De heer Van Goethem informeert hoe de CDAfractie aan kijkt tegen handhaving op dit gebied. Als er onderhoud moet worden gedaan, moet er ook worden gehandhaafd om vast te stellen dat het onderhoud inderdaad wordt gepleegd.
De heer Smit wil de beantwoording van deze vraag graag overlaten aan de heer Goudriaan.
De heer Wittendorp vraagt of er volgens de heer Van Goethem niet zal worden gehandhaafd. Hij begrijpt diens vraagt niet. Als er gehandhaafd moet worden, wórdt er gehandhaafd.
De heer Goudriaan zegt dat aan het college is gevraagd de discussie op gang te brengen om te bezien of Emmen een lokaal geurbeleid zou moeten hebben. De veehouderij moet nu op slot, maar omwonenden en recreatieve ontwikkelingen moeten niet worden tegengehouden. In maart 2009 is bij de nota van uitgangspunten voor het bestemmingsplan Buitengebied door de CDA-fractie de vraag opgeworpen of er een gemeentelijk geurbeleid zou moeten worden vastgesteld en zou moeten worden meegenomen in het beleid. In november 2009 heeft het college in reactie daarop een korte notitie gestuurd. Die is op de lijst van ingekomen stukken van de commissie geplaatst en toen is er eigenlijk door niemand op gereageerd, met andere woorden: de
De heer Halm informeert of de CDA-fractie ook in Erica is geweest. De heer Wittendorp vindt dat die situatie niets te maken heeft met dit voorstel. De heer Halm gaat het om de klachtenprocedure die daar gevolgd is. Hem dunkt dat het één wel degelijk met het ánder te maken heeft. De heer Wittendorp vindt dat dit voorstel niets te maken heeft met de hele klachtenprocedure in Erica.
17
notitie is voor kennisgeving aangenomen. De PvdA-fractie denkt dat het heel goed zou zijn als eens met elkaar wordt gesproken over een geurbeleid, eventueel door een notitie op de agenda te zetten, om te bekijken of het zin heeft een lokaal geurbeleid vast te stellen. Het college geeft weliswaar aan dat dit op zich geen meerwaarde heeft, maar het zou ten minste kunnen worden besproken. Een aantal gemeenten heeft zo’n beleid reeds vastgesteld en dat in negen van de tien gemeenten is overgegaan tot een verruiming: een verkleining van de afstanden < naar spreker meent van 100 naar 50 m en van 50 naar 25 m binnen en buiten de bebouwde kom >, wat ten gunste van de boeren is. Je kunt het als gemeente ook omgekeerd doen, en sommige gemeenten doen dat; zij zeggen: er moet kunnen worden gewoond en de recreatie moet niet op slot worden gezet! Dat is een afweging die moet worden gemaakt. Alles moet dan in het geheel van al datgene wat genoemd is worden gezien < bestemmingsplan Buitengebied, Structuurvisie en verruiming intensieve veeteelt > om vervolgens te bezien of een eigen geurbeleid iets toevoegt. Dat is de bedoeling achter de gedachte van de fractie. De fractie van GroenLinks heeft al aangekondigd met een voorstel te zullen komen, doch er kan in de commissie best eens over een geurbeleid worden gesproken.
de intensieve veehouderij. Was bij al die onderwerpen op het oog wat vanavond wordt besproken? Ja! De schaalvergroting was op het oog op het moment waarop het college met onderwerpen als deze bezig was en geprobeerd heeft een richting van beleid te formuleren waarin de gemeentelijke overheid in de richting van de landbouwsector als een betrouwbare overheid kan worden gezien. Het voorgaande neemt niet weg dat in de samenleving en in de politiek heel verschillend tegen dit onderwerp aan gekeken wordt. Hij respecteert hetgeen de heer Dijkgraaf te berde heeft gebracht en constateert met blijdschap dat deze diens standpunt inhoudelijk heeft beargumenteerd. Dat is winst. Zou de gemeente een eigen geurbeleid willen formuleren? Spreker wil even terugkomen op wat hij daarover in de commissie heeft gezegd. Hij heeft toen geconstateerd dat er in Nederland voor de geurbelasting wetgeving is. Die wetgeving moet de gemeente toepassen als zij geen eigen geurbeleid heeft. Volgens die wetgeving wordt de geurbelasting aangegeven in de hoeveelheid odour. Zolang een bedrijf binnen de acht odour blijft, voldoet het aan de wettelijke normen. Dan kan het college niet tegen een bedrijf zeggen: wij weigeren een vergunning! Een milieuvergunning die wordt aangevraagd en die aan deze norm voldoet, moet worden afgegeven. Zo simpel is de wet in dit geval. Voorts heeft hij in de commissie gezegd dat het in bepaalde omstandigheden zelfs met een geurbelasting onder twee of drie odour stinkt als de hel. Hij heeft níét gezegd dat je pech hebt als je ernaast woont. Dat is een conclusie die mevrouw Vrolijk er zelfs aan verbindt; zij moet hem geen woorden in de mond leggen. Als je de pech hebt ernaast te wonen, is dat heel erg vervelend, maar als alles past in de beleidsuitgangspunten die door de gemeente zijn vastgesteld, moet daaraan ook worden vastgehouden, tenzij de wetgeving wordt veranderd. Is dat zo, dan geldt dit alleen voor toekomstige gevallen en niet voor een bedrijf dat op basis van het bestaande beleid een aanvraag doet. Kortom, dit is het kader waarbinnen de gemeente heeft te handelen, met alle respect en begrip voor de mensen die zienswijzen hebben ingebracht. Is bekend dat een aantal bewoners bedreigd zijn? Dat is niet het geval. Is het bekend dat diverse bewoners zich tot de rechtbank in Assen hebben gewend? Dat is wél bekend. Gezegd is dat de gemeente niet open en eerlijk is en dat de post nog steeds kwijtraakt. Als je wordt geconfronteerd met iemand die bijna elke
De heer Halm vraagt of de heer Goudriaan voor een geurbeleid is. De heer Goudriaan heeft tamelijk uitgebreid aangegeven dat met elkaar moet worden vastgesteld of een geurbeleid zin heeft en of grenzen moeten worden verruimd of verengd. Als een geurbeleid iets kan toevoegen, moet dat worden bekeken. Als het iets toevoegt, zou de PvdAfractie er best eens voor kunnen zijn. De heer Halm heeft gevraagd of de heer Goudriaan zelf voorstander is van een geurbeleid. Als deze nu nog twijfelt, valt het niet te snappen waarom de PvdA-fractie haar vragen heeft ingediend. De heer Goudriaan wil er met de heer Halm best eens praten om uit te leggen wat is bedoeld. Nu lukt het blijkbaar niet. Wethouder Sleeking constateert dat dit onderwerp de gemoederen aardig bezighoudt en tot emotionaliteit leidt. Het is goed eens aan te geven dat het onderhavige voorstel past in de door de raad vastgestelde Structuurvisie, de nota van uitgangspunten voor het bestemmingsplan Buitengebied en de notitie over schaalvergroting in
18
dag een brief naar de gemeente stuurt, die haar dan twee dagen de tijd geeft om de brieven te beantwoorden en die al op de tweede dag een ingebrekestelling stuurt omdat de brief nog niet is beantwoord, kan men zich misschien voorstellen dat het voor de ambtelijke organisatie niet eenvoudig is daarmee adequaat om te gaan. Er zijn fouten gemaakt, er zijn ten aanzien van een paar van die brieven verkeerde stempels gehanteerd waardoor ze op verkeerde afdelingen terecht zijn gekomen en dat is te betreuren, maar dit betekent niet dat de gemeente niet inhoudelijk aandacht aan die brieven heeft besteed. Er zijn verschillende handhavingverzoeken ingediend. Ten aanzien van die verzoeken is tot op dit moment door gerechtelijke instanties, nog steeds onafhankelijk in Nederland, uitgesproken dat ze geen grond hebben. Eén handhavingverzoek loopt op dit moment nog en de afhandeling wacht het college met vertrouwen af. Dit is de feitelijke situatie waarmee de gemeente in dit gebied en rond dit plan te maken heeft. Alles bijeen denkt spreker dat de argumenten die door raadsleden zijn genoemd, ook de argumenten zijn die het college heeft gehanteerd. Hij heeft geprobeerd ze in een kader te plaatsen en aan te geven hoe tot nu toe met de omgeving is omgegaan.
De voorzitter geeft voor de tweede termijn het woord aan de raad. De heer Dijkgraaf is van mening dat wat het geurbeleid betreft in het vervolg beter kan worden gesproken over ‘odour lokaal’. Het moge duidelijk zijn dat de gemeente zich heeft te houden aan besluiten en wettelijke regelingen die zijn vastgelegd. Dat zo zijnde, hoeft er ook geen discussie te worden gevoerd. En richting mevrouw Hoogeveen: volgens hem is iedereen hier democraat in hart en nieren. Het is echter de taak van de raad om, op het moment waarop je vanuit politiek-inhoudelijke motieven vindt dat er een slecht besluit is genomen, te proberen dat besluit bij te stellen. Dat is de reden waarom de fractie van GroenLinks tegen het ontwerpbesluit is dat nu voorligt. Dat heeft met politiek-inhoudelijke motieven te maken. Wellicht kan mevrouw Hoogeveen het daar in haar fractie nog eens over hebben. Mevrouw Hoogeveen zegt dat dit beslist al is gedaan. Nogmaals: D66 is niet voor intensieve veehouderij, maar je kunt altijd nog op persoonlijke titel iets doen. Zij wil de bal maar eens terugspelen met de vraag: bent u, mijnheer Dijkgraaf, al vegetariër?
De heer Dijkgraaf herinnert aan zijn vraag hoe en hoe vaak er wordt gehandhaafd.
De heer Dijkgraaf is dat niet, maar koopt wel biologisch vlees. Als het dan ook nog dynamisch is, is hij helemáál blij! Hij heeft nog een vraag aan de VVD-fractie. Door de heer Scheltens werd heel resoluut gezegd geen geurbeleid te willen. Spreker zou graag willen weten waarom dat zo is. Over de handhaving heeft de wethouder antwoorden gegeven. Gezien allerlei praktijkvoorbeelden, is hij het daar misschien niet mee eens, maar de wijze waarop er wordt gehandhaafd, is duidelijk. Naar aanleiding van hetgeen in de raad is gesteld over het al dan voor dit voorstel zijn, zij opgemerkt dat hij zeer inhoudelijke argumenten heeft gegeven om niet voor dit voorstel te zijn. De fractie zal dat blijven als er dit soort voorstellen naar de raad komen.
Wethouder Sleeking antwoordt dat de handhaving geschiedt door het team milieu, dat belast is met het toezicht op dit soort ‘instellingen’. Dat gebeurt volgens de vastgestelde prioriteiten binnen het jaarplan. Daarnaast leidt een klacht altijd tot een onderzoek. Of er dan ook gehandhaafd moet worden, hangt af van de vraag of er al dan niet een overtreding wordt geconstateerd. De heer Schoo stelt vast dat door de klagers wordt gesteld dat het voorliggende bestemmingsplan niet in het open Drentse landschap past. Klopt deze bewering? Wethouder Sleeking zegt dat als er een verzoek binnenkomt, altijd eerst wordt bekeken of dit past in het desbetreffende bestemmingsplan en beleid. In dit geval moet worden geconstateerd dat er een aantal vragen was over de inpassing in het landschap. Naar aanleiding daarvan is een aantal nadere voorwaarden gesteld. Dit betekent niet dat de gemeente van oordeel is dat het uiteindelijke plan niet in het landschap past. Dat blijkt na alle aanpassingen en gesprekken wel het geval. Dat is ook neergelegd in het nu voorliggende bestemmingsplan.
Mevrouw Vrolijk-Lenting houdt haar hart vast voor wat er in de toekomst nog komt, gezien de het beleid ten faveure van de intensieve veehouderij. De heer Schoo deelt mede dat de DOP-fractie, gehoord de opmerkingen en de reactie van de wethouder, tot de conclusie is gekomen dat er te veel dingen zijn die in haar ogen niet goed zijn. Op haar inbreng heeft de wethouder een korte
19
reactie gegeven, maar dit is haar onvoldoende. De heer Van der Molen en diens medeklagers wil de fractie bedanken voor hun informatie. Ook de heer Star heeft haar namens de firma Haan voorzien van duidelijke informatie. Zij heeft natuurlijk alles gewogen voordat zij hier binnenstapte en kan dit raadsvoorstel niet steunen.
heeft de CDA-fractie gedaan. Zij kan volmondig voor dit voorstel stemmen.
Mevrouw Hoogeveen stelt vast dat de vragen van de D66-fractie zijn beantwoord. Opgemerkt is dat niet te veel waarde moet worden gehecht aan eerder genomen raadsbesluiten. In 2007 was D66 niet in de raad vertegenwoordigd, dus de fractie had van het toen genomen besluit gemakkelijk kunnen afwijken, maar zij vindt dat er voldoende argumenten voor het genomen besluit zijn. Overigens een pluim aan de fracties van GroenLinks en SP, want zij waren in 2007 ook al tegen. Wat hen betreft dus consequent beleid. Het standpunt van de fractie is niet gewijzigd. Zij heeft onvoldoende argumenten gevonden om inhoudelijk tegen te zijn en zal dus schoorvoetend, ondanks de spagaat, met het voorstel instemmen.
De heer Smit kan het niet mooier zeggen dan de heer Huttinga!
De heer Huttinga is blij met wat de heer Wittendorp zojuist zei, want het is ook de reden waarom de ChristenUnie-fractie voor zal stemmen, en wel om de rechtszekerheid voor deze ondernemer niet aan te tasten.
De heer Leutscher heeft dezelfde overweging als de heer Huttinga: de rechtszekerheid voor de ondernemer. Wethouder Sleeking constateert dat daar waar een eigen geurbeleid in Nederland is toegepast dit in bijna elk geval geleid heeft tot een verhoging van de acht odour, dus geen verlaging. Verder kan worden opgemerkt dat het gebied Erica en het Monden-gebied twee totaal verschillende gebieden zijn. Tot nieuwvestiging in een gebied als waarover nu wordt gesproken (Erica), zou volgens spreker in nieuw beleid niet meer worden overgegaan. Een element dat misschien in een geurdiscussie zou kunnen worden betrokken, is dat veel meer zou moeten worden gekeken naar de leefbaarheid van het gebied rondom het betrokken bedrijf. Als moet worden geconstateerd dat het in feite gaat om de hoofdfunctie woongebied, betreft het natuurlijk een heel andere situatie dan wanneer het gaat om landbouwgebied (De Monden). Daar moet je bepaalde ontwikkelingen stimuleren en mogelijk maken. Ten slotte: ook het college is uiteraard gehouden aan het voeren van consequent en consistent beleid.
De heer Scheltens wil graag een aanvulling geven op zijn korte antwoord ‘nee’ op de vraag over een geurbeleid. De VVD-fractie is tegen extra lokale regelgeving. Het past haars inziens ook niet een apart geurbeleid toe te passen op een groot landelijke gebied als dat van de gemeente Emmen. De discussie zoals is voorgesteld door de heer Goudriaan gaat de fractie in elk geval niet uit de weg. Dat zou een heel goede discussie zijn. De voorzitter merkt op dat dit wellicht een noemer is waarop iedereen zich kan vinden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het onder nr. B4 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de aantekening dat de leden van de fracties van GroenLinks, SP, DOP en BGE en de aanwezige leden van de fractie van Wakker Emmen geacht willen worden tegen te hebben gestemd.
De heer Van Goethem deelt mee dat de fractie van Wakker Emmen tegen dit voorstel is, want tegen intensieve veehouderij is. Met name van de gezondheidsrisico’s is nog onvoldoende bekend. Voorbeelden zijn er genoeg: SARS, allerlei andere uitbraken van ziekten en het gebruik van antibiotica. Het zijn allemaal redenen voor de fractie om niet akkoord te gaan met dit voorstel.
De voorzitter schorst de vergadering voor een pauze alvorens het volgende agendapunt, dat waarschijnlijk ook wel wat tijd zal vergen, aan de orde te stellen.
De heer Wittendorp stelt vast dat dit plan is getoetst aan alle betrokken beleidskaders van de gemeente Emmen. Het voldoet ook aan de regels die door de provincie zijn gesteld. Als je beleid hebt vastgesteld, moet je daaraan toetsen en dat
Schorsing. De voorzitter heropent de vergadering en stelt aan de orde:
20
B5.
Voor rekening van de gemeente komt er een nieuwe parkeerkelder met 900 parkeerplekken. Deze moet medio 2013 gereed zijn opdat Ahold daarboven kan bouwen, op straffe van een verlaging van de grondprijs met € 1 miljoen, ten nadele van Emmen. De totale ondergrondse parkeercapaciteit wordt globaal 300 à 1.000 plaatsen. Hiervoor is berekend dat hiervan van zo’n 56% bezetting rendabel is. Gezien de huidige bezetting van de parkeerplekken in het centrum is dit percentage volgens de CDA-fractie zeker haalbaar. Het kan natuurlijk vóórkomen dat mensen kelderschuw zijn, maar gezien de cijfers van de oude kelder en die in Klazienaveen is ongeveer 70% haalbaar. Belangrijk is dat er een goed parkeerverwijssysteem komt. Al op de Hondsrugweg moet goed duidelijk zijn waar kan worden geparkeerd, alsook op de Rondweg, althans als dat kan. De fractie vraagt zich af of de geplande jaarlijkse stijging van de tarieven met 3% gehandhaafd moet blijven als de inflatie heel laag blijft. Thans wordt uitgegaan van 2% inflatie, maar het kan zijn dat het 1% wordt. Worden dan de tarieven naar beneden bijgesteld? Voor de CDA-fractie wegen de positieve punten zwaarder dan de negatieve, met name het feit dat het centrum wordt versterkt. De fractie sluit zich overigens aan bij opmerking die deze week te lezen was van de bewoners van de Myriadeflats, en wel dat moet worden voorkomen dat de toegangswegen zeer lang gestremd zullen zijn. Kortom: zo weinig en zo kort mogelijk bouwoverlast!
Grondexploitatie en parkeerexploitatie Willinkplein-Zuid + bijlagen RIS.4840 en RIS.4841 [Stuknr. RA11.0026]
De heer Özkan merkt op dat in de commissievergadering op 14 maart al veel gezegd over het wel of niet aanleggen van een parkeergarage. Het gaat hier eigenlijk om een uitbreiding met 500 parkeerplaatsen, bedoeld om bovengrondse parkeerplaatsen te vervangen. De PvdA-fractie kan zich in dit voorstel vinden. Enerzijds zullen auto’s onder de grond verdwijnen en anderzijds zal Albert Heijn zich bovengronds vestigen. Dit levert 250 banen op en geeft dus een grote impuls aan het gebied. De parkeergarage is een onderdeel van het masterplan Emmen-Centrum en sluit goed aan bij het project Atalanta. Gezien de grote impuls, kun je spreken over een flinke upgrading van Emmen-Centrum. Het is dan ook erg belangrijk dat de bereikbaarheid goed wordt gehouden. Dat wil zeggen dat je een goede toegangspoort nodig hebt, en de komst van de uitgebreide parkeergarage zal daaraan bijdragen. De parkeergarage zal worden gebouwd binnen de gestelde termijn. Beton, cement en asfalt zullen plaats maken voor groen, wat ook erg positief is. Het adviesbureau Spark is tot de conclusie gekomen dat de parkeergarage vanaf de opening in 2013 kostendekkend kan worden geëxploiteerd. De PvdA-fractie vindt dit plan dan ook een goede zaak. De heer Thole constateert dat in de commissievergadering de reacties varieerden van gematigd posities tot mild/kritisch. De CDA-fractie is er positief over dat een bedrijf zich wil vestigen en wil investeren in het centrum van Emmen, te weten Ahold Vastgoed. Er komt een grote XLsupermarkt van Albert Heijn met daarbij ruimte voor kantoren en woonruimte aan de zuidzijde van het Willinkplein, het toekomstige Atalantaplein. Onder de winkel komt een uitbreiding van de parkeergarage, met als bouwer en exploitant de gemeente Emmen. De CDA-fractie vraagt zich wel af of er niet te veel bedrijfsruimte bij komt: zo’n 6.000 m² vloeroppervlak op de begane grond en daarboven 4.000 m² extra. De markt is nu niet zo gunstig. Het on line winkelen neemt hand over hand toe. Mogelijk ontstaat er elders in het centrum meer leegstand. Toch vindt de fractie dat de raad positief moet denken en akkoord moet gaan met de plannen. Deze geven namelijk ook invulling aan de ontwikkeling van het Atalanta-plein, de verbinding tussen het belevenpark en het centrum van Emmen.
De heer Van Goethem zegt dat de fractie van Wakker Emmen uitvoerig en bovengemiddeld over dit onderwerp heeft gediscussieerd. Voor haar is namelijk het dilemma dat zij voorstandster is van ondergronds parkeren en ook de komst van Albert Heijn XL verwelkomt. In dit raadsvoorstel wordt echter enkele keren verwezen naar het Atalanta-project en de samenhang tussen Atalanta en het voorliggende voorstel. Dat is waar de schoen voor de fractie wringt. Even een citaat: “Een van de onderdelen van Atalanta is de realisatie van de verbinding tussen het belevenpark en het bestaande centrum. Onderdeel daarvan is de realisatie van een nieuw plein dat beide centrumdelen met elkaar verbindt. Doelstelling is een levendig en fraai vormgegeven ontmoetingsplein, multifunctioneel te benutten voor bijvoorbeeld evenementen, concerten en markten. De mogelijkheid hiertoe ontstaat zodra de Hondsrugweg verdiept wordt aangelegd en de parkeerplaatsen gesitueerd worden in ondergrondse parkeergarages. De ontwik-
21
keling samen met Ahold Vastgoed draagt bij aan deze doelstelling.” (Argumentatie op pagina 2). Wat nu als Atalanta niet doorgaat, of niet doorgaat volgens de plannen die nu op tafel liggen? Zit de gemeente dan met een project dat in het kader van Atalanta is geschreven en waarin wordt uitgegaan van subsidies uit ‘Den Haag’? Zoals wethouder Arends in de klankbordgroep Atalanta te kennen heeft gegeven, worden zoveel mogelijk onderdelen aan het project Atalanta gekoppeld, om daarmee een zo hoog mogelijke bijdrage van zowel de landelijke als de provinciale overheid te krijgen. Een belangrijke vraag voor de fractie van Wakker Emmen is: indien Atalanta niet doorgaat, op welke wijze sluit het voorliggende voorstel dan aan op de inrichting van het centrum en De Weiert? Wordt dan niet de situatie gecreëerd dat dit winkelgebied een op zichzelf staand gebied wordt en de aansluiting op De Weiert wordt gemist? Met andere woorden: hoe gaat het college er zorg voor dragen dat, indien Atalanta niet doorgaat, het project wel goed aansluit op het centrum en niet opnieuw een eiland in het winkelgebied wordt gecreëerd? De fractie denkt hierbij ook aan de discussie over het plaatsen van de MediaMarkt op het Noorderplein. Daarbij was het uitgangspunt dat er iets moest gebeuren om te bereiken dat er een betere aansluiting werd gevonden bij het centrum. Verder zijn er geluiden dat het college bij het komende gemeentelijke vervoerplan wil gaan inzetten op méér gebruik van het openbaar vervoer in de gemeente. De fractie van Wakker Emmen juicht dit toe, maar denkt dat dit gevolgen zal hebben voor de bezettingsgraad van parkeerkelders. Het gros bestaat uit dagbezoekers en als er een aantrekkelijk openbaar vervoer is, zal dit naar alle waarschijnlijkheid tot gevolg hebben dat er minder mensen met de auto naar Emmen komen, met een aantasting van de bezettingsgraad als gevolg. De fractie denkt dat het succes van de doelstelling ten aanzien van het openbaar vervoer ten koste zal gaan van de voorliggende parkeerexploitatie. Tot slot: de fractie herhaalt haar standpunt over de context waarin het besluit genomen wordt. Het plan is onlosmakelijk verbonden met het Atalanta-project en de verplaatsing van het dierenpark. Derhalve zou zij met besluitvorming willen wachten tot bekend is wat het businessplan 7.0 oplevert. Het gepresenteerde plan is eveneens onlosmakelijk verbonden met het gemeentelijk vervoerplan, dat binnenkort dient te worden behandeld door de raad. Tevens is het plan onlosmakelijk verbonden met de beleidsbepaling Werklocatievisies die binnenkort door de
raad zal worden besproken, dit onder andere om antwoord te krijgen op de vraag hoe met de leegstand moet worden omgegaan. Kortom, er ontbreekt nog veel informatie die in de context van dit raadsvoorstel zowel positieve als negatieve invloed kan uitoefenen. Het plan dient niet afhankelijk te zijn van de uitvoering van het Atalanta-project. Mocht het plan zoals het nu voorligt onvoldoende eigen kracht hebben om een versterking van het huidige centrum te bewerkstelligen, dan kan de fractie van Wakker Emmen niet voor het voorstel stemmen. De heer Oldenbeuving probeert de heer Van Goethem te begrijpen. Deze vraagt aan het college hoe het met dit plan zit als Atalanta niet door zou gaan, en stelt tegelijkertijd dat het een en het ander onlosmakelijk verbonden is. Wil de heer Van Goethem nu weten of het plan zelfstandig kan functioneren, of is deze daarin helemaal niet geïnteresseerd omdat alles toch onlosmakelijk met elkaar verbonden is? De heer Van Goethem antwoordt dat het één in het voorstel onlosmakelijk met het ánder is verbonden, maar dat de fractie wel wil weten of dit plan een eigen leven kan leiden, dus dat het zelfstandig bestaansrecht heeft. De heer Oldenbeuving vraagt of de heer Van Goethem kan aanwijzen waar het woord ‘onlosmakelijk’ staat. Hijzelf kan dit nergens vinden. De heer Van Goethem zegt dat dit woord ook niet in dit voorstel wordt gebruikt, doch dat daarin wél onder ‘relatie met bestaand beleid/eerder genomen besluiten’ staat: “Daarnaast sluit de invulling aan op de besluiten in het kader van Atalanta (raadsbesluiten december 2008 en december 2010).” Als de heer Oldenbeuving de stukken beter had bestudeerd, had deze dit ook gezien. De heer Oldenbeuving merkt op dat het simpele feit dat dit plan aansluit bij besluiten die eerder zijn genomen, hem nog niets zegt over onlosmakelijkheid. Er zijn wel meer dingen die aansluiten bij besluiten die zijn genomen en die op zichzelf kunnen functioneren. De vraag is dus: wil de heer Van Goethem van het college weten of het project als zodanig zelfstandig kan functioneren? Zo ja, beïnvloedt dit ook het uiteindelijke stemgedrag van de fractie van Wakker Emmen? Of die de fractie niet geïnteresseerd in het antwoord op haar vraag en blijft een en ander voor haar toch onlosmakelijk met elkaar verbonden, zodat zij tegen is?
22
De heer Van Goethem stelt vast dat de heer Oldenbeuving de boodschap begrijpt. De fractie van Wakker Emmen wil inderdaad weten of het plan zelfstandig bestaansrecht heeft en zal, afhankelijk van het antwoord, haar stemgedrag bepalen.
heel veel bezwaarschriften en mogelijke planschadeclaims. Mevrouw Vrolijk-Lenting zegt dat iedereen er misschien een beetje flauw van wordt dat de SPfractie steeds ‘tegen’ zegt. Zij is evenwel voor transferia en openbaar vervoer naar het centrum, in plaats van meer blik in het centrum. Haar idee is toekomstbestendiger, er is minder fijnstof en CO2- in het centrum en transferia sluiten meer aan bij Emmen klimaatneutraal. Bovendien wordt er nogal scheutig gedaan met aannames. Dat deze niet altijd zijn gebaseerd op de werkelijkheid bewijzen meerdere plannen waarbij recent op andere conclusies is gestuit
Mevrouw Aldershof merkt op dat in de commissie wonen en ruimte door commissielid Naber al is gezegd dat de VVD-fractie heel positief tegenover het plan staat. Het is erg goed dat Emmen zich verder ontwikkelt, profileert en stadse allure krijgt. Met de komst van de MediaMarkt is daartoe al de eerste stap gezet. Met de vestiging van Albert Heijn wordt verder in de goede richting gegaan. De fractie heeft begrepen dat de gemeente met Ahold en een andere initiatiefnemer gesprekken voert. Tijdens de commissievergadering gaf wethouder Sleeking aan dat er drie partijen samenwerken bij het invullen van de ruimte boven AH XL, doch de wethouder gaf geen antwoord op de vraag welke partijen dit betreft. Wellicht is hij daartoe vanavond wél genegen. Het is misschien wat prematuur, doch spreekster probeert het toch nog maar een keer. Moet zij denken aan een woningcorporatie? Zo ja, wordt het dan sociale verhuur of koop? Of betreft het wellicht een investeerder? Over de parkeerexploitatie heeft de fractie een duidelijk antwoord gekregen van wethouder Kuper, dus daarover heeft zij verder geen vragen. Enige bezorgdheid heeft de fractie wel over de bereikbaarheid van Emmen-Centrum, maar het verheugt haar dat de parkeerproblemen voor de bewoners van onder andere de Monetpassage binnenkort tot het verleden gaan behoren, dat ondernemers gehoord worden en dat Emmen straks z’n bezoekers faciliteert met voldoende parkeergelegenheid in een zich rap ontwikkelende stad.
De heer Leutscher hoeft over dit voorstel niet zo veel meer te zeggen, omdat er toch wel overeenstemming aanwezig is bij veel partijen. Ook de fractie van LEF! kijkt heel positief tegen dit voorstel aan, zeker gelet op het feit dat er gelegenheid wordt geboden voor meer parkeren door bezoekers aan Emmen. Het is al jarenlang een grote wens van ondernemers. De fractie sluit zich aan bij de kritische noot van de CDA-fractie over het bedrag van € 1 miljoen. Er moet worden gezorgd dat de gemeente dat niet kwijt raakt en dat vraagt om een strikte aansturen. De fractie heeft wat twijfel gehad over het indienen van een motie over het parkeren voor particulieren. Zij heeft veelvuldig met bewoners van het centrum gesproken en is situaties tegengekomen waarin mensen al acht jaar lang op een wachtlijst staan voor een parkeerplaats. Om er zorg voor te dragen dat het belang van de burger niet uit het oog wordt verloren, heeft de fractie besloten hierover voor een motie in te dienen. Deze luidt als volgt: De gemeenteraad van Emmen, in vergadering bijeen op 31 maart 2011,
De heer Schoo zegt dat de DOP-fractie in de commissievergadering heeft begrepen dat dit de tweede geplande parkeergarage in het Atalantaproject is. Wat zij niet kan begrijpen, is dat door de gemeente veel wordt geschermd met de opmerking dat bewoners mee mogen praten en ideeën mogen inbrengen en dat mogelijk geluisterd zal worden naar de opmerkingen. De vraag aan het college is: is het bekend dat omwonenden grote bezwaren hebben tegen het plan zoals dat nu voorligt? Zij hebben een oplossing en vragen het parkeerterrein 100 m richting zuid op te schuiven. De vraag van de fractie is: is dit bespreekbaar? De gemeente voorkomt hiermee
kennisgenomen hebbende van het raadsvoorstel grondexploitatie en parkeerexploitatie Willinkplein-Zuid; constateert: • dat in het centrum van Emmen in casu het woongebied nabij het Willinkplein diverse (particuliere) bewoners niet beschikken over een parkeerplaats in een parkeergarage; • dat deze bewoners reeds meerdere jaren ingeschreven staan om een dergelijke parkeerplaats te verkrijgen;
23
parkeerplekken opgeheven zullen worden. Dat zal wellicht kloppen. Aan de andere kant zijn de parkeertarieven in parkeergarages erg laag, zeker als ze worden vergeleken met de OV-tarieven. De insteek van de GroenLinks-fractie is dat ook de keuze kan worden gemaakt voor het verhogen van de parkeertarieven. In plaats van deze op € 1,75 te zetten, jaarlijks met 3% te verhogen, zou eens moeten worden begonnen met € 3,50. Wat de GroenLinks-fractie betreft zou er dus moeten worden gekozen voor een geheel andere insteek voor parkeren. Een extra parkeergarage heeft in elk geval niet haar voorkeur. Graag wil spreker een reactie van de wethouder over hogere parkeertarieven.
overweegt: • dat de parkeergarage Willinkplein-Zuid wellicht de laatste zal zijn in dit gebied; verzoekt het college: • te onderzoeken op welke wijze de hiervóór bedoelde bewoners de beschikking kunnen krijgen over een parkeerplaats in een parkeergarage nabij het Willinkplein en, indien bestaand beleid daarvoor een belemmering zou zijn, te komen met een voorstel tot beleidswijziging, en gaat over tot de orde van de dag. Mevrouw Aldershof zegt dat de VVD-fractie in principe positief tegenover de motie staat. Er is echter nog wel een vraag. In de motie wordt aan het college verzocht, indien bestaand beleid een belemmering zou zijn, te komen met een voorstel tot beleidswijziging. De heer Leutscher kennende, heeft hij zich daarin vast verdiept. Wellicht kan hij antwoord geven op de vraag wat voor wijziging dit dan zou moeten zijn. Betreft het een administratieve hobbel zodat er incidenteel iets kan worden aangepast om te voorkomen dat het hele beleid op de kop moet worden gezet? En heeft hij nagedacht over precedentwerking ten opzichte van andere locaties?
De heer Halm heeft begrepen dat de onderhavige parkeerkelder onderdeel is van het Atalantaproject. In het eerste advies van Twynstra Gudde over dit project is aan de raad voorgesteld een onderscheid te maken tussen noodzakelijke onderdelen van het project en de wenselijke. Helaas is dit nog steeds niet gebeurd. Volgens de BGE-fractie gaat het bij parkeerkelders, de tunnel en het evenementenplein om wenselijke onderdelen van het Atalanta-project, niet om de noodzakelijke onderdelen. Wat haar betreft, zijn de nieuwe dierentuin en het nieuwe theater de noodzakelijke onderdelen. Graag zou zij duidelijkheid willen hebben over deze noodzakelijke onderdelen alvorens besluiten te nemen over de wenselijke. De fractie vreest dat Emmen straks wél parkeerkelders, een tunnel en een evenementenplein heeft, maar geen nieuw theater en geen nieuwe dierentuin. Zij zal dan ook tegen dit voorstel stemmen. Verder betreurt zij het dat bij dit raadsvoorstel geen advies ligt van de raadsadviseur Twynstra Gudde. De BGE-fractie is geen tegenstandster van het Atalanta-project en steeds heeft tegengestemd vanwege de gebrekkige financiële onderbouwing. De fractie is wel voorstandster van ondergronds parkeren, maar omdat ook Emmen een euro slechts één keer kan uitgeven, vindt zij dat er eerst duidelijkheid moet komen over de haalbaarheid van het nieuwe dierenpark en het nieuwe theater. Het bestemmingsplan dat het project mogelijk maakt, waarvan de parkeerkelder onderdeel is, wordt later vastgesteld. De BGE-fractie had liever gezien dat dit tegelijkertijd was gebeurd. Als nu met dit raadsvoorstel wordt ingestemd, wordt inspraak over het bestemmingsplan niets anders dan een fopspeen.
De heer Leutscher antwoordt dat er onduidelijkheid bestaat. In het verleden zouden er afspraken worden gemaakt over percentages voor toebedeling aan ondernemers en particulieren. Die kunnen belemmerend werken voor het toewijzen van parkeerplaatsen aan particulieren. Als dat zo is, verwacht de fractie resultaatgerichte politiek in dezen. Het verzoek aan het college is een en ander voor particulieren te realiseren. Mocht blijken dat er enorme belemmeringen zijn, dan moeten die worden opgeheven. Daarvoor zou dan een beleidswijziging moeten plaatsvinden. Dat is de insteek. De heer Dijkgraaf merkt op dat, als je ergens tegen bent, dit niet wil zeggen dat je niet positief denkt. Hij heeft de heer Thole eerder horen zeggen: als je met iets akkoord gaat, denk je positief en negatief als je niet akkoord gaat. Hij vindt dat een wat rare opmerking, die overigens weleens vaker in deze zaal is te horen als iemand andere politieke motieven heeft om tegen te zijn. Hij vindt dat jammer. Het voorgaande geldt ook voor dit voorstel. Daarin wordt gekozen voor meer auto’s. Door de wethouder is in de commissie gezegd dat door de ondergrondse parkeergarages bovengrondse
24
De heer Huttinga constateert dat het voorstel aansluit bij wensen van de raad en ondernemers die zowel in het verleden als het heden zijn geuit. De opzet is goed, de exploitatie is in orde, het bedrag van € 1 miljoen is een krachtige uitdaging en met een opschuiving van 100 m wordt het plein lelijk gemaakt. De fractie van de ChristenUnie steunt de motie.
Als andere onderdelen van Atalanta niet door gaan, is er geen enkele reden om te veronderstellen dat bepaalde ontwikkelingen ook niet door kunnen gaan. De levensvatbaar van AH XL wordt door Albert Heijn beoordeeld op grond van de huidige situatie in het centrum. Natuurlijk is het voor het bedrijf een argument als er een mooi plein voor de deur komt te liggen dat wellicht extra bezoekers aantrekt, maar ook los van de verdere ontwikkeling zal Albert Heijn met deze vestiging doorgaan en zal ook de gemeente doorgaan met het vergroten van de parkeergarage. De raad zal in de verstrekte stukken vast hebben gezien dat de financiële opbrengst van deze parkeergarage gegarandeerd is. Komt er bij de plannen te veel bedrijfsruimte in Emmen? Het college kan op dit moment natuurlijk geen garantie geven ten aanzien van de invulling van de oude plek van Albert Heijn, maar met het bedrijf is wel de afspraak gemaakt dat het zich met de invulling van die plek bezig zal houden. Met betrekking tot de invulling boven de nieuwe Albert Heijn moet spreker mevrouw Aldershof teleurstellen: de derde partij is een interessante. Daarmee worden de gesprekken rustig voortgezet. Daarin speelt onder andere het verhaal van de € 1 miljoen boete die eventueel verschuldigd is op het moment waarop het dak van de parkeergarage niet op tijd klaar is. Zoals gezegd, gaan de gesprekken door, zodat hij op dit moment nog geen definitieve uitkomst kan melden, maar in elk geval is het bedrag van € 1 miljoen niet het eindplaatje. Het plan is gericht op versterking van het huidige winkelcentrum. Het levert geen enkele strijd op met de Detailhandelvisie die op dit moment in de bestemmingsplannen is opgenomen en ook niet met de Detailhandelvisie die op 14 april met elkaar zal worden besproken. Dit plan kan dus volledig een eigen leven leiden in geval Atalanta niet gerealiseerd zou worden. Het 100 m opschuiven van het bouwblok richting het zuiden is niet aan de orde. Dat zou in feite betekenen dat de samenhang die de gemeente in dit gebied wil bereiken door de prima afronding met dit bouwblok aan de zuidkant van het plein geen doorgang kan vinden; het plein zou daarmee 100 m groter worden gemaakt, zodat een andere afronding van het plein zou moeten worden gezocht. Als men voor ogen heeft hoe groot het plein al gaat worden, kan 100 m opschuiven niet aan de orde zijn, ervan uitgaande dat er voor moet worden gezorgd dat het een levendig plein gaat worden. Luisteren is wat anders dan: u vraagt en wij draaien! De raad heeft immers in het masterplan Emmen-Centrum een aantal uitgangspunten voor het ruimtelijk
Wethouder Sleeking zal pogen de gestelde vragen van een antwoord te voorzien voor zover ze op het terrein van zijn portefeuille liggen. Wethouder Kuper zal nog het een en ander zeggen over het specifieke onderdeel parkeren. Wat beoogt het voorstel? Daarin gaat het er om uitvoering te geven aan een beleidsonderdeel dat in het masterplan Emmen-Centrum al is vastgelegd, vér voordat de naam Atalanta was bedacht en ook vér voordat werd gedacht over de verplaatsing van de dierentuin en het combineren daarvan met een nieuw theater. Het gaat nu om de bereikbaarheid van de economische motor, Emmen-Centrum. Een van de hoofddoelstellingen in het masterplan is deze economische motor via de bereikbaarheid en het aanbieden van nieuwe winkelformules zodanig te versterken dat het centrum een goede toekomst gewaarborgd krijgt. Het betekent kwaliteitsverbetering als het gaat om de bereikbaarheid zelf en de wijze waarop de bereikbaarheid vorm wordt gegeven, zoals Ashok Bhalotra gezegd heeft: auto’s, zand erover! Met andere woorden: niet meer bovenop het plein of het Iristerrein, maar ander de grond. Aan de andere kant staat de feitelijke bereikbaarheid van het centrum. Albert Heijn heeft al in de periode waarin de gemeente bezig was met het opstellen van het masterplan signalen afgegeven dat de situatie waarin het bedrijf verkeert een heel slechte is. Daarbij ging het om de bereikbaarheid, de parkeervoorzieningen voor de deur en ook de grootte van de locatie, want vanuit de gemeente is al heel lang met het bedrijf gesproken over de mogelijkheid van een XL-vestiging op de bedoelde plek. Allerlei ontwikkelingen hebben vorm gekregen en krijgen nog vorm, onafhankelijk van het Atalanta-project. Het woord ‘onlosmakelijk’ is geen synoniem voor: het project sluit aan. Om een ander voorbeeld te geven: de gemeente is momenteel bezig met de herinrichting van het Holdert-terrein en de woningen van Domesta die rondom de Holdert staan. Ook dat heeft niets te maken met het Atalanta-project, maar datgene wat er wordt gerealiseerd, moet uiteraard wel aansluiten op ontwikkelingen die verder in het centrum aan de orde zijn. In die zin moet ‘aansluiten op de Atalanta-plannen’ gelezen worden.
25
beleid vastgelegd en die zijn natuurlijk niet zomaar op papier gezet.
gen van GroenLinks is met elkaar al de informatie uitgewisseld dat een van de uitgangspunten van het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan is dat er, als straks de kelder onder de MediaMarkt en Albert Heijn gereed is, in totaal zo’n 1.300 plaatsen zijn en dat het voornemen is daarna even te stoppen met ondergrondse parkeerkelders. Dan komen ook transferia openbaar vervoer in beeld. De gesprekken over een en ander met de erkende overlegpartners en de ondernemersvereniging gaan trouwens door. Spreker denkt dat de raad het er ook mee eens zal zijn dat men de mensen in dit landelijk gebied nooit uit de auto zal krijgen. In de commissie heeft hij ook gezegd dat de kilometers die met het openbaar vervoer gemaakt worden ongeveer 11% bedragen hier een stuk lager liggen dan elders in Nederland. Hem dunkt dat men er hier ook nooit in zal slagen het percentage te halen dat landelijk worden gehaald, of het openbaar vervoer zou helemaal gratis moeten worden gemaakt. Dit laat onverlet dat de inzet in het gemeentelijk verkeeren vervoerplan is daar wel naartoe te groeien. De bereikbaarheid is voor het college een groot aandachtsgebied. Velen zeggen dat je je moet beperken tot Atalanta, en hun kan hij zeggen: dat zal ten aanzien van de bereikbaarheid niet worden gedaan. Atalanta heeft z’n eigen dynamiek, maar ook MediaMarkt en Ahold hebben hun dynamiek. Daarom zul je dergelijke projecten in de totale bereikbaarheid van het centrum van Emmen goed moeten betrekken. Dat is het college zeker voornemens. In de commissie heeft spreker gezegd dat het eigenlijk een beetje raar is dat mensen die in een appartement in het centrum wonen geen parkeervergunning hebben. Hij spreekt bewust over een vergunning, want dat is wat anders dan een parkeerplaats. Nu is het zo dat bedrijven hun werknemers een vergunning geven. De lijst is nu compleet; precies bekend is wie welke vergunning heeft. Het uitgangspunt van de gemeente is dat een inwoner die een appartement in het centrum heeft het eerste in aanmerking komt voor een vergunning en dat voor de werkenden in het centrum een andere locatie wordt gezocht. Er wordt aan twee plekken gedacht: de Kerkhoflaan en P-Noord bij de bioscoop. Daarover is inmiddels met ondernemers gecommuniceerd en zij hebben daaraan in feite reeds hun medewerking verleend. Als de strekking van de LEF!-motie is: pas op, pas je vergunningenbeleid aan, opdat de bewoners zo dicht mogelijk bij hun appartement van een vergunning kunnen worden voorzien, neemt spreker de motie 1 op 1 over. Hem spreekt natuurlijk aan dat de heer Leutscher zegt te houden
Wethouder Kuper zegt dat zijn reactie voor een deel een herhaling zal zijn van hetgeen hij reeds in de commissie heeft gezegd. Hij is blij met wat wethouder Sleeking zei, namelijk dat dit traject is gebaseerd op het masterplan Emmen-Centrum. Anders gezegd: ook al zou er geen Atalanta en geen gemeentelijk verkeer- en vervoerplan komen, dan nog zou de raad hem de opdracht hebben gegeven deze parkeergarage te vergroten. Daaraan geeft hij gewoon uitvoering. Hij deelt de mening van de CDA-fractie dat de verwijzing naar de parkeerkelders aanmerkelijk kan worden verbeterd. Daaraan wordt momenteel gewerkt. Misschien moet wel worden begonnen met verwijzingen op de Rondweg en wellicht ook op de N34, maar dat is iets wat thans wordt uitgewerkt. Hij zegt toe dat hij de raad vóór de zomervakantie een beeld zal geven van alle uitwerkingszaken op het gebied van parkeren. Daarbij komt onder meer ook het parkeerverwijzigingsysteem aan de orde, alsmede de vergunningen waarover de LEF!-fractie heeft gesproken. Spreker komt daar zo dadelijk op terug. Een aantal sprekers heeft gevraagd of, als de inflatie de komende jaren lager is dan wat nu is geraamd, de tariefverhoging lager zal zijn. De fractie van GroenLinks stelde voor de tarieven naar € 3,50 te brengen. Daarop kan simpel worden gezegd dat de raad verleden jaar de tarieven voor 2011 heeft vastgesteld en mag verwachten dat er vóór het einde van het jaar weer een tariefvoorstel komt. Het is de raad die gaat over de hoogte van de tarieven. Als de raad zegt dat die moeten worden verhoogd tot € 3,50, wordt het dat bedrag; zegt de raad € 1,40 genoeg te vinden, dan wordt het € 1,40. Spreker wil dus maar gewoon afwachten hoe de raad gaat reageren. Hij wil maar gewoon afwachten hoe de raad gaat reageren op de voorgestelde parkeertarieven. Overigens heeft de huidige tariefverhoging die is doorgevoerd tot geen enkele klacht geleid, behalve van één werknemer die vindt dat deze het wat veel van het goede vindt dat nu per dag, in plaats van vroeger € 5,- of € 6,-, € 9,-moet worden betaald. De fractie van Wakker Emmen legt een relatie met het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan. Al gezegd is dat, ook al zou er geen plan met uitgangspunten voor het parkeren zijn, het plan voor deze parkeerkelder in opdracht van de raad zou worden uitgevoerd. Spreker voert namelijk gewoon het masterplan Emmen-Centrum uit. In de commissie en naar aanleiding van opmerkin-
26
van resultaatgerichte politiek, want hijzelf houdt van resultaatgericht werken. De heer Halm heeft aangegeven tegen dit voorstel te zijn. Daarnaast is spreker heel blij met de opmerking van de ChristenUnie-fractie voor dit voorstel te zijn.
alvorens het voorgestelde besluit wordt genomen. Wellicht kan de wethouder daarover nog wat zeggen. Voor het overige zal de fractie zich nog even kort beraden. Mevrouw Aldershof zegt dat de vragen van de VVD-fractie in voldoende mate zijn beantwoord. Helaas heeft zij wethouder Sleeking niet kunnen verleiden tot een uitspraak over de andere partij!
De voorzitter geeft in tweede termijn het woord aan de raad. De heer Thole deelt mee dat de CDA-fractie van mening is dat dit project geheel zelfverstandig is, maar ook mooi past in het Atalantaproject. Wat het positief denken betreft, waarover de heer Dijkgraaf het had: spreker denkt positief in het belang van de gemeente Emmen; daarvoor zit hij hier. In de meeste gevallen stemt hij voor, maar het kan ook gebeuren dat hij eens tegenstemt, wederom in het belang van de gemeente Emmen. Over het parkeerverwijssysteem de volgende opmerking. Toevallig heeft hij onlangs een mevrouw uit Duitsland geholpen. Zij liep bij het Qparkeerterrein en zocht naar het winkelcentrum van Emmen. Hij heeft haar de weg gewezen. Niet iedereen weet dus goed waar kan worden geparkeerd en waar men moet zijn. Het is een voorbeeld van hoe het niet moet.
Mevrouw Hoogeveen laat weten dat de D66fractie zich kan vinden in dit voorstel. In de commissievergadering is al toegezegd dat er heel snel een oplossing voor de bewoners van het centrum zal worden gevonden, al dan niet in relatie met het Atalanta-verhaal. Haar dunkt dat dit een beter beeld van en een betere doorkijk naar het centrum geeft en dat Duitsers niet meer geholpen hoeven te worden, omdat zij de weg zelfstandig kunnen vinden. De heer Schoo vindt het jammer dat een opschuiving niet bespreekbaar is. Bewoners hebben hem gemaild met de vraag of daarover nog eens kan worden gesproken. Een paar maanden geleden is hij een keer bij een bijeenkomst van de EOP in het centrum geweest. Toen zat de zaak barstensvol, zo’n 250 mensen. Er was ook een groep van deskundigen van de gemeente en de politie, maar op dat moment wist niemand wat te vertellen. Kortom, tijdens de pauze vloog iedereen naar huis, een beetje gefrustreerd over het feit dat nergens over gesproken was. Men wil over dit punt toch graag een keer praten, maar spreker begrijpt van de wethouder dat dit niet kan. Er hoeft geen kwestie te zijn van: u vraagt en wij draaien!, want de mensen komen met argumenten. De bouw wordt zeven lagen hoog, waardoor hun uitzicht weg is. De mensen zijn van plan allemaal een bezwaarschrift in te dienen en dit zou kunnen worden voorkomen door op hun wens in te spelen. Als een verschuiving met 100 m echter niet in de plannen past, zal spreker zich daarbij moeten neerleggen, maar hij vindt dit wel jammer.
De heer Dijkgraaf vindt de actie van de heer Thole heel positief. Prima opgelost! De heer Thole helpt iedereen, vooral Duitsers! Hij heeft deze week de suggestie aan de wethouder gedaan in de parkeerkelder ook winkeltjes te vestigen, omdat deze de opbrengst kunnen verhogen, maar dat blijkt niet te kunnen. Ten aanzien van de motie van de LEF!-fractie zal de wethouder nog een toelichting geven. Echter, als mensen gewoon een parkeerplek wordt gegeven, gaat dat ten koste van de exploitatie. Hoe dit precies in elkaar zit, hoort de CDA-fractie graag nog even. De heer Van Goethem heeft kennisgenomen van de antwoorden van de wethouders. Een vraag is echter nog onbeantwoord gebleven. De fractie van Wakker Emmen heeft verleden jaar gestemd voor de MediaMarkt aan het Noorderplein. Nu wordt gekeken naar een Albert Heijn aan de andere kant van het centrum. Haars inziens wordt het centrum hierdoor langer gerekt, waardoor het straks moeilijker wordt de samenhang binnen het centrum te creëren zoals voor ogen staat. De fractie vindt een en ander een onderdeel van de beleidsbepaling Werklocaties. Daarom dient een afweging te worden gemaakt
Mevrouw Vrolijk-Lenting zegt dat gratis openbaar vervoer de SP-fractie natuurlijk als muziek in de oren klinkt, maar dat dit wellicht een stap te ver is. Het zou wel heel fijn zijn als er in de dorpen in plaats van een belbus een gewone bus rijdt, zodat de mensen inderdaad uit de auto kunnen stappen en met de bus naar EmmenCentrum kunnen gaan. Zoiets zou wellicht ook helpen.
27
De heer Leutscher merkt op dat het naar het idee van de LEF!-fractie gaat om aanpassing van het vergunningenbeleid. Hij gaat ervan uit dat er voor een vergunning betaald moet worden en niet om een vergunning om niet. De wethouder heeft gezegd er resultaatgericht mee aan de slag te gaan en dat geeft vertrouwen. Daarmee toont de wethouder ook lef! Wellicht is het goed op het moment waarop er zicht is op het realiseren van de parkeerplaatsen eens te evalueren om te zien of het inderdaad gelukt is elke centrumbewoner een parkeervergunning te geven.
eens is, nu het al dan niet passen binnen Atalanta in feite een gepasseerd station is.
De voorzitter heeft de wethouder horen zeggen de motie 1 op 1 over te nemen. Hij begrijpt uit de reactie van de heer Leutscher dat deze het zo ook ervaart.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het onder nr. B5 vermelde voorstel van burgemeester en wethouders besloten, met de aantekening dat de leden van de fracties van DOP, BGE, SP, GroenLinks en de aanwezige leden van de fractie van Wakker Emmen geacht willen worden tegen te hebben gestemd.
Wethouder Kuper heeft al gezegd dat de raad sowieso een rapportage krijgt over de uitwerkingszaken die rond parkeren spelen. Hij zegt bij dezen ook toe dat aan de raad zal worden teruggerapporteerd over de vraag of het college er in slaagt voor 100% van de inwoners die in het centrum een appartement of een woning hebben een parkeervergunning te regelen, overigens wel tegen betaling.
De heer Leutscher is inhoudelijk tevreden. De heer Dijkgraaf zal tegen dit voorstel stemmen. Dat heeft alles te maken met een andere inzet van verkeersstromen naar de mooie kern van Emmen.
De voorzitter brengt de motie niet in stemming, aangezien de strekking ervan door het college is overgenomen. Hij legt de raad vervolgens de vraag voor of de vergadering nu, gelet op het tijdstip, moet worden gestaakt om deze morgen voort te zetten, dan wel of de raad de agenda vanavond wil afwerken. Hij stelt vast dat voor het laatste wordt gekozen.
De heer Halm heeft in eerste termijn al aangegeven tegen te zijn. Daarin is geen verandering gekomen. Wethouder Sleeking wil nog een enkele opmerking maken in de richting van de fractie van Wakker Emmen, en wel over de werklocaties. Kijkt men naar het huidige winkelgebied in het centrum van Emmen, dan ziet men dat zich dit eigenlijk uitstrekt vanaf het gebied boven Autorama tot aan de Noordbargerstraat. Dat is het gebied waar detailhandelsbedrijven zich kunnen vestigen. Wat in de detailhandelsvisie geprobeerd wordt aan te geven, is dat het gebied zou moeten worden beperkt van het Noorderplein tot aan de zuidkant van De Weiert. Het blok waar het nu om gaat, komt aan de zuidkant te staan en vergroot in die zin niet de afstand. De opgave is juist te proberen zowel aan de noordkant van het binnenstadsgebied als aan de zuidkant op termijn detailhandelsvestigingen te vervangen door andere functies en invullingen; dat zal dan met name wonen kunnen zijn als de markt wat meer aantrekt. Dat is in feite de kern van het concentratiebeleid zoals dat het college in het centrum van Emmen voor ogen staat, wat ook in het masterplan Emmen-Centrum voor een deel al is beschreven. Het is dan ook niet noodzakelijk te wachten op de vaststelling van de detailhandelsvisie, tenzij de raad daarop een totaal andere kijk heeft, maar geschetst langs de aangegeven lijn denkt hij dat iedereen het daarmee volledig mee
De voorzitter draagt het voorzitterschap hierna over aan de waarnemend voorzitter. B8.
Motie GroenLinks met betrekking tot milieuvriendelijke manier van strooien [Stuknr. RIS11.4829]
(Zie voor de tekst van de motie pagina 12 van de raadsnotulen van 17 februari 2011) De heer Dijkgraaf geeft de volgende toelichting op de motie. Allereerst wil hij voor de mensen die niet bij de commissievergadering aanwezig waren, zeggen dat in de motie aan het college wordt verzocht te onderzoeken of andere manieren van strooien, met name milieuvriendelijker, ook in Emmen hanteerbaar zijn, de gemeenteraad hierover vóór de zomer te informeren en in het verlengde hiervan met een voorstel te komen. In de commissie heeft hij begrepen dat de motie unaniem wordt overgenomen. De wethouder heeft zelfs eveneens gezegd de motie over te nemen. Spreker gaat er derhalve van uit dat er niet al te veel discussie meer over hoeft plaats te
28
vinden. Vooruitstrevend als GroenLinks is, heeft de fractie besloten morgen rond de klok van 19.00 uur op het parkeerterrein in Parc Sandur een proefopstelling te tonen. Zij heeft iemand bereid gevonden die een en ander perfect kan nabootsen om te laten zien hoe het allemaal werkt.
opportuun over dit onderwerp nu al te gaan discussiëren of een beslissing te nemen. De fractie vindt dat moet worden afgewacht waar de minister mee komt. Als dat consequenties heeft voor de regelgeving op decentraal niveau, moet de raad het daarover maar eens inhoudelijk hebben. De heer Schoo laat weten dat de DOP-fractie geen behoefte heeft aan deze motie. Zij is het eens met het beleid dat ter zake in deze gemeente wordt gevoerd en met de wijze waarop de burgemeester op dit gebied opereert. De fractie wacht ook liever op landelijk beleid. Wellicht zal eens de situatie ontstaan dat wiet wordt bestempeld als harddrug, waar het zo langzamerhand wel op begint te lijken.
Wethouder Kuper neemt, zoals hij reeds in de commissie heeft gezegd, de motie over. Overgenomen zijnde, maakt de onder nr. B8 vermelde motie geen onderdeel van besluitvorming uit. B9.
Motie GroenLinks met betrekking tot invoering van de wietpas [Stuknr. RIS.4830]
Mevrouw Hoogeveen zegt dat de D66-fractie de gedachte achter de motie kan steunen. Hoe opportuun het is, is een andere discussie. In elk geval is zij in principe evenmin voor de invoering van een wietpas.
(Zie voor de tekst van de motie pagina 13 van de raadsnotulen van 17 februari 2011) De heer Dijkgraaf meent dat ook over deze motie geen lange discussie hoeft te worden gevoerd, want dat de strekking wel duidelijk is. Met de motie wordt voorgesteld als raad van Emmen uit te spreken geen voorstander te zijn van de invoering van een wietpas, het college te verzoeken geen onomkeerbare stappen te nemen tot het rijk de invoering aan de gemeenten gaat opleggen, de minister onder de aandacht te brengen dat de invoering niet kan zonder het beschikbaar stellen van extra politiecapaciteit voor het aanpakken van de verwachte toename van de handelskanalen buiten de coffeeshops om, en de minister onder de aandacht te brengen dat voor de bestrijding van de zogenoemde achterdeurproblematiek andere maatregelen dan de invoering van een wietpas noodzakelijk zijn, waaronder bijvoorbeeld extra opsporingscapaciteit.
De heer Kochheim deelt mee dat de VVDfractie geen voorstandster is van de invoering van enige vorm van een gedoogpas. Wellicht is het volgende een 'hasselbraamgedoogpas' voor het plukbos! Dat ziet zij niet echt zitten. De fractie wacht graag het landelijk beleid af; pas dan is het tijd om hierover een besluit te nemen. Zij zal dan ook tegen de motie stemmen. De heer Oldenbeuving kan hierover kort zijn. In de commissie is al gezegd dat voor de CDAfractie het dilemma zit in de bereikbaarheid van softdrugs, die langzamerhand geen softdrugs meer blijken te zijn, en de mate van controle die de politie kan uitvoeren. In de commissie heeft de districtspolitiechef van Zuidoost-Drenthe aangegeven dat de politie op dit moment redelijk controle kan houden op de uitlevering van harddrugs en softdrugs aan mensen aan wie dit is toegestaan. Dat wil de fractie graag zo houden. Zij heeft op dit moment eigenlijk helemaal geen behoefte aan een wietpas. Dat is wat anders dan zeggen dat er nu actie moet worden ondernomen richting de rijksoverheid. Zij heeft gewoon geen behoefte aan deze motie en aan een wietpas eigenlijk ook niet.
De heer Leutscher vindt dat nu niet het momentum aanwezig is om een besluit te nemen over de wietpas en alles daaromheen. Al eerder is aangegeven dat de LEF!-fractie wel positief staat tegenover de invoering van een wietpas. Gelet echter op het feit dat in het regeerakkoord is opgenomen dat er vanuit de landelijke overheid wordt gewerkt aan de invoering en dat er nog duidelijke afspraken moeten worden gemaakt met de gemeenten < dit vraagt natuurlijk om maatwerk >, is het op dit moment politiek niet
Mevrouw Rougoor-Mahalbasic constateert dat in de motie aan het college wordt gevraagd geen onomkeerbare stappen te nemen met betrekking tot invoering van een wietpas en aan de minister de overwegingen in de motie over te brengen. Het is een motie die op de steun van de PvdAfractie kan rekenen. Zij deelt de overwegingen en denkt ook dat het invoeren van een wietpas
29
eerder overlast in de hand werkt dan voorkómt. Het gaat hierbij om een schijnoplossing. Er zou een verplaatsing naar de straat of naar privéadressen plaatsvinden. Als je geen wietpas hebt, bel je toch gewoon de 06-wiettaxi!, zo is op de site van wietgebruikers te lezen. Soft- en harddrugs zijn op straat niet gescheiden, zodat er moeilijk valt te controleren. Controle vergt extra politiecapaciteit. Volgens de fractie kan de politie beter tijd besteden aan de oplossing van andere problemen. Terecht is gesteld dat in Emmen de situatie rond cannabis beheersbaar is. Dit zijn allemaal redenen voor het niet invoeren van een wietpas. Vanzelfsprekend zal de burgemeester de wietpas moeten invoeren als hij daartoe de opdracht van het rijk krijgt. De voorliggende motie probeert evenwel de invoering en de randvoorwaarden te beïnvloeden. De PvdAfractie staat daar achter. Wat spreeksters inbreng betreft: zij heeft deze avond haar medicijnen ingenomen, waardoor zij een beetje suf is geworden en het erop lijkt dat zij zelf wiet heeft gebruikt!
de CDA-fractie en de leden van de fracties van DOP, LEF!, BGE en VVD stemmen tegen). B9a.
Motie van de fractie van Wakker Emmen betreffende het tekort op jaarrekening 2010
De motie luidt als volgt: De raad van de gemeente Emmen, in vergadering bijeen op 31 maart 2011, aan de orde zijnde raadsvoorstel RA10.0066; constaterende dat: bij het opstellen van de jaarrekening over 2010 van de gemeente Emmen een aantal zaken aan het licht is gekomen dat het eindresultaat van de jaarrekening beïnvloedt; een uitkering Wet, werk en bijstand van € 3 miljoen ten onrechte tweemaal is opgevoerd; ditzelfde heeft plaatsgevonden met een post bespaarde rente van € 816.000,reserves voor gymlokalen à € 300.000,tweemaal als voordeel is ingeboekt; een belastingcontrole over de periode 2006-2009 heeft geleid tot een aantal correcties dat naar verwachting zal leiden tot een negatief resultaat van circa € 1,6 miljoen; hierdoor bij tussenliggende rapportages aan college en gemeenteraad gunstiger prognoses werden gegeven dan de feitelijke situatie, waardoor er voor het college geen noodzaak leek te bestaan de begroting tussentijds bij te stellen;
De heer Linnemann deelt mee dat de fractie van Wakker Emmen tegen invoering van een wietpas is en daarom de motie kan steunen. Burgemeester Bijl memoreert in de commissie te hebben gezegd dat hij de wietpas zal invoeren als het wettelijk moet of als het nodig is. Het een noch het ander is thans aan de orde. Wat hem betreft, is er helemaal geen situatie in Emmen die vraagt om een wietpas. De vraag is dan: moet je deze motie wel of niet aannemen? Als de raad tegen het college zegt dat er een brief naar de minister moet worden gestuurd, wil het dat best doen, maar spreker moet er eerlijk bij zeggen dat extra capaciteit niet wordt gekoppeld aan incidentele zaken. De minister heeft zopas aangegeven hoe de sterkte van de politie wordt verdeeld over Nederland en die zal niet anders worden als er een wietpas komt. Hij had deze motie zelf niet bedacht, maar in zijn beleving is een wietpas een onzinnige zaak in Emmen. Wat de sterkte van de politie betreft: die ligt vast. Hij heeft begrepen dat in de pers aanvankelijk werd aangenomen dat de politiesterkte in Drenthe achteruit zou gaan, maar gelukkig is uit een doorrekening van de cijfers in de afgelopen weken gebleken dat de sterkte in Drenthe per saldo zal toenemen, zodat er meer capaciteit vrij zal komen voor dit belangrijke onderwerp. Spreker zal zeker niet schromen om hiervoor capaciteit in te zetten. Bij handopsteken wordt de onder nr. B9 vermelde motie aangenomen (de aanwezige leden van
overwegende dat: het college van B&W in zijn persbericht schrijft: “De gemeenteraad is vandaag, 10 maart 2011, over de meest opvallende feiten geïnformeerd”; voornoemd citaat tot de vraag bij de gemeenteraad leidt over welke feiten hij nog niet is ingelicht; de voornoemde feiten door zowel de gemeentesecretaris als de portefeuille houdende wethouder(s) als de politiek verantwoordelijke wethouder van financiën onopgemerkt zijn gebleven; de politiek verantwoordelijke wethouder van financiën via de media laat weten geen verantwoordelijkheid te erkennen voor zijn rol, ondanks het feit dat hij de facto de raad onjuist heeft geïnformeerd;
30
-
-
-
-
-
De waarnemend voorzitter voldoet vervolgens aan het verzoek van de PvdA-fractie om een schorsing.
het college als geheel zijn rol ziet als benadeelde partij die ook onjuist is geinformeerd, daar waar het college de taak heeft gecontroleerde en juiste gegevens aan de raad te verstrekken; het college voornemens is een intern onderzoek te laten verrichten naar voornoemde onjuistheden in de financiële verslaglegging; de uitvoering van het onderzoek wordt gedaan door ambtenaren die in een afhankelijkheidsrelatie verkeren ten opzichte van het college en de gemeentesecretaris; de ambtenaren die ter zake kundig zijn wellicht ook betrokken zijn geweest bij het foutief opstellen van de financiële verslaglegging en nu onderzoek naar eigen handelen zouden moeten verrichten; het vanwege de twee voorgaande argumenten een ongewenste situatie is een intern onderzoek naar voornoemde feiten te laten doen;
Schorsing. De waarnemend voorzitter heropent de vergadering en geeft het woord aan degene die om een schorsing heeft gevraagd. De heer Wanders zegt dat de PvdA-fractie natuurlijk ook is geschrokken van de tijding van het college die de raad heeft bereikt. Zij neemt aan dat dit ook de motivatie van de fractie van Wakker Emmen is voor het indienen van deze motie. Toch komt het verzoek zoals verwoord in de motie vreemd over. De fractie zal het college zeker niet verzoeken niet kritisch te kijken naar de eigen werkprocessen om die waar mogelijk te verbeteren. Het hoort als vanzelfsprekend bij een volwassen organisatie te leren van eigen handelen. In de motie wordt gevraagd een extern onderzoek te laten instellen. Volgens de PvdA-fractie is dit al geregeld. Immers, de raad heeft een auditcommissie die als gesprekspartner voor de door de raad aangestelde externe controleur, i.c. de accountant, functioneert. De fractie vertrouwt erop dat de voorzitter van de auditcommissie actie heeft ondernomen om zich ervan te vergewissen dat de accountant bij de controle van de jaarrekening ook dit proces onder de loep neemt en de genomen verbetermaatregelen beoordeelt. Kortom, de PvdA-fractie zal deze motie niet steunen.
verzoekt het college: geen interne analyse naar de juistheid van de financiële verantwoording van de jaarrekening 2010 te laten uitvoeren; een extern onafhankelijk onderzoek door een derde partij te laten uitvoeren naar de vraag hoe de forse afwijkingen in de geprognosticeerde jaarrekening 2010 hebben kunnen plaatsvinden. De heer Wanders heeft na de toelichting van de heer Van Goethem behoefte aan een schorsing, alvorens een reactie te geven.
De heer Van Goethem moet zeggen dat hij als voorzitter van de auditcommissie nog niet is toegekomen aan wat de heer Wanders aanneemt. Dat heeft met name met zijn persoonlijke situatie te maken. Hij weet niet of de vicevoorzitter van de auditcommissie te dien aanzien al actie heeft ondernomen, want daarover is nog geen contact geweest. Zoals de heer Wanders wellicht weet, is spreker bij de laatste auditcommissievergadering niet aanwezig geweest; hij is hier vanavond uiteindelijk toch maar gekomen omdat zijn collega Van der Weide ziek is.
De heer Van Goethem zegt dat de fractie van Wakker Emmen heeft gemeend deze motie te moeten indienen, met daarin het verzoek aan het college een onafhankelijk onderzoek te laten instellen naar de genoemde feiten. Als ambtenaren daarnaar onderzoek moeten doen, komen zij in de situatie terecht dat zij over hun leidinggevenden dan wel over wethouders en de gemeentesecretaris een oordeel moeten vellen dat wellicht negatief is. De fractie vindt dat ambtenaren niet in zo’n situatie moeten worden gebracht. Wanneer er een intern onderzoek wordt ingesteld, zal het in de beleving van burgers snel zo zijn dat een slager diens eigen vlees keurt. Ook dat is iets dat het gemeentebestuur niet moet willen.
De waarnemend voorzitter stelt vast dat de heer Van Goethem zojuist reageerde als voorzitter van de auditcommissie en geeft vervolgens het woord aan de vicevoorzitter van de auditcommissie, zijnde mevrouw Rougoor. Mevrouw Rougoor-Mahalbasic vindt het opmerkelijk dat de vraag is gesteld of zij een bepaalde actie heeft ondernomen. Kennelijk leest
31
de heer Van Goethem geen e-mails die door de secretaris van de auditcommissie rondgestuurd zijn, naar zij aanneemt ook aan hem.
Dat ambtenaren vanwege hun positie of relatie niet in staat zouden zijn te onderzoeken hoe processen kunnen worden verbeterd, opdat dit soort dubbeltellingen in de toekomst niet meer kan vóórkomen, wordt door de fractie niet gedeeld. Sterker nog: het leereffect is vele malen groter als je zaken zelf uitzoekt.
De waarnemend voorzitter wil de heer Van Goethem nog een keer de gelegenheid geven om te reageren, want vindt dat de verdere discussie over deze kwestie moet worden gevoerd in de auditcommissie. Die hoort niet in de raad thuis.
De heer Van Goethem wijst erop dat in de motie niet wordt gesproken over ‘niet in staat zijn’. Er wordt uitgegaan van een situatie die niet wenselijk geacht wordt, doordat je mensen die in een afhankelijkheidsrelatie zitten wellicht in een moeilijke positie brengt. Dat is de reden.
De heer Van Goethem begrijpt sowieso de opmerking niet. De waarnemend voorzitter lijkt het daarom ook goed dat hierop in de auditcommissie wordt teruggekomen.
De heer Oldenbeuving constateert dat de positie waarin ambtenaren verkeren een belemmering voor het doen van onderzoek zou vormen. Als dat zo zou zijn, zou bijvoorbeeld een controller in de ambtelijke organisatie ook niet kunnen functioneren. Over het controlbestel in brede zin hebben raad, college en ambtelijke organisatie een aantal zaken met elkaar afgesproken. Er worden interne onderzoeken uitgevoerd, ook nu. De accountant, benoemd door de raad en niet door het college, heeft diens eigen rol. En er functioneert een rekenkamercommissie. Dat alles is niet waterdicht, zo blijkt. Om alles op elkaar af te stemmen, heeft de raad een auditcommissie ingesteld. Zij voert onder andere overleg met de accountant over onderwerpen waarop haars inziens moet worden ingegaan tijdens de reguliere controles, de controle in het najaar en de controle van de jaarrekening. Dit overleg met de accountant vindt plaats op 13 april aanstaande. Dat daarin de zaken zoals die op 10 maart door het college aan de raad zijn gerapporteerd een prominente rol zullen spelen, is helder, en dan meer vanuit de vraag: deugt de analyse van de afdeling controle die tegen die tijd zal zijn gemaakt, zijn er verbeteringen geïmplementeerd en geborgd? Op basis van de uitkomsten kan worden bepaald of er mogelijk nog verder vervolgonderzoek nodig is. Hoe vindt die bepaling dan plaats? Doordat de auditcommissie, zoals dat hoort, rapporteert aan de raad, opdat het op basis van die bevindingen aan de raad zal zijn te beoordelen of er nog nader onderzoek nodig is. En hoewel de rekenkamercommissie zelf haar agenda bepaalt, zal zij vast niet ongevoelig zijn voor signalen uit de raad. De CDA-fractie heeft op dit moment absoluut geen behoefte aan deze motie. Zij vindt dat de zaken zoals die met elkaar zijn afgesproken gewoon hun loop moeten hebben.
De heer Oldenbeuving wil voor alle duidelijkheid zeggen dat hij niet spreekt als lid van de auditcommissie, maar als lid van de CDAfractie. De fractie heeft natuurlijk eveneens zorgen over de financiën en het financieel perspectief. Zij gaat ervan uit dat de motie van de fractie van Wakker Emmen vanuit die zorgen is opgesteld. In dat licht bezien, is de eerste constatering wat verwarrend. Die zou een verkeerde suggestie kunnen wekken, wat ook al enigszins blijkt uit perspublicaties. De constateringen beïnvloeden niet het eindresultaat; de gemeente wordt van de constateringen niet armer. Wel is het zo dat, als de loonheffing vóór de opstelling van de begroting 2010 bekend waren geweest, dit had kunnen leiden tot andere afwegingen in de raad. De constatering dat een aantal posten fout of dubbel is geboekt, waardoor in Berap-2I een rooskleuriger prognose ten aanzien van de jaarrekening werd gegeven, is juist. De constatering dat er voor het college, wat had moeten zijn: voor de raad, geen aanleiding leek de begroting tussentijds bij te stellen, is onjuist. Die aanleiding was er wel degelijk, maar hoogstens in iets mindere mate. Bij de vaststelling van Berap-2 was er evenwel niet zo veel meer aan te passen. Dat was, voor zover mogelijk, al gebeurd in de eerste Berap, en daar heeft iedereen bij gezeten. Toen speelde de procedurefouten nog niet. Voor het overige bevat de motie feitelijke constateringen die op dit moment geen onderwerp van de discussie zijn. Met de overwegingen ligt het wat anders. De wethouder financiën is en blijft verantwoordelijk voor de totstandkoming van de planning- en controldocumenten: de begroting, de Berap, begrotingswijzigingen en jaarrekeningen. Daarover geen misverstand, en de fractie neemt aan dat de wethouder dit ook niet ontkent.
32
De heer Scheltens constateert dat over de feiten zoals die tot de raad zijn gekomen in de commissievergadering van 17 maart door de VVDfractie reeds vragen zijn gesteld. In de overwegingen van de motie geeft de fractie van Wakker Emmen aan dat de wethouder de raad onjuist heeft voorgelicht. Als de informatie technisch gezien onjuist is, wordt met de strekking van ‘onjuist voorlichten’ meestal aangegeven dat er opzet in het spel is. De fractie is op basis van de huidige situatie niet overtuigd van opzet, maar zoals al eerder gezegd: zij is hierover wel bezorgd. Verder wordt in de motie verwezen naar de ambtenaren die eventueel betrokken zijn en eigen handelen moeten controleren. Juist deze ambtenaren hebben de fouten geconstateerd voordat de externe controleur diens controle heeft gedaan. Afhankelijkheid blijkt dus geen belemmering te zijn. In de motie wordt gevraagd of college zelf een onderzoek wil instellen. De VVD-fractie zal het college nimmer vragen zelf geen controles meer uit te voeren, zeker niet als het doel ervan is eventuele fouten te analyseren en de eigen organisatie te verbeteren. Voorts wordt gevraagd een extern onderzoek in te stellen. De externe accountant heeft het reguliere onderzoek niet afgerond of een goedkeurende verklaring gegeven. De fractie is ervan overtuigd dat zowel de auditcommissie als de accountant hierop terug zal komen en ziet dus geen toegevoegde waarde van een onderzoek als bedoeld. Zonder de opinie van de externe accountant en de auditcommissie hoeft haars inziens geen extra extern onderzoek te worden verricht. Al met al zal de fractie tegen deze motie stemmen.
worden geschonken en moet een onafhankelijk extern onderzoek worden uitgevoerd naar de vraag hoe een en ander heeft kunnen plaatsvinden. De heer Eggen wijst erop dat ook de DOPfractie heeft ingestemd met het formeren van een auditcommissie. Heeft zij daarin dan geen vertrouwen en vindt zij dat ook een externe moet worden ingeschakeld? De heer Schoo denkt dat een intern onderzoek te lang gaat duren. Hij vindt dat alles direct moet worden uitgezocht. De fractie is voor een onafhankelijke rekenkamer en wil eigenlijk alle raadsleden uit de auditcommissie en de rekenkamercommissie hebben. Daarvoor is reeds gepleit in het verleden, maar de fractie heeft thans met de realiteit te maken. Wat nu is voorgevallen, moet haars inziens extern worden onderzocht en niet door de auditcommissie. De heer Eggen constateert dat de heer Schoo geen vertrouwen heeft in de auditcommissie, waar deze volgens hem voorgestemd heeft. Blijkbaar vindt de heer Schoo dat de auditcommissie niet echt onafhankelijk. De heer Schoo zegt dat het daar helemaal niet om gaat. Er ligt een motie voor waarin wordt gevraagd om een extern onderzoek naar wat er gebeurd is. Hij heeft het nu helemaal niet over de auditcommissie of over de rekenkamercommissie. Hij wil gewoon een extern onderzoek, niet meer en niet minder. De heer Wanders merkt op dat het aardig zou zijn als de heer Schoo bij diens afwegingen de juiste feiten hanteert. De auditcommissie is door de raad ingesteld en geeft opdracht aan de externe, door de raad benoemde accountant. Met andere woorden: van een extern onderzoek is al sprake. Hij zou als hij de heer Schoo was eerst kijken naar de feiten en daarna bezien of deze motie wel of niet kan worden gesteund.
De heer Eggen zegt dat ook de D66-fractie onaangenaam verrast was over de cijfers die naar buiten zijn gekomen. Het moge eveneens duidelijk zijn dat zij een onderzoek wil; wat haar betreft, zal dat in eerste aanleg best intern kunnen; de argumenten zijn door de beide voorgaande sprekers al aangedragen. Er moet een belangrijke rol zijn voor de auditcommissie. Spreker is het volledig met de heer Oldenbeuving eens, met uitzondering diens verhaal over de rekenkamercommissie; daar distantieert hij zich van. Overigens spreekt ook hij nu als lid van de raad en niet als lid van de auditcommissie.
De heer Schoo geeft aan dat het hem niet kan schelen wat er uit komt – hij wil deze motie gewoon aangenomen zien. Daar gaat hij voor. De heer Moinat deelt mee dat de SP-fractie een onderzoek absoluut noodzakelijk vindt, zij het dat zij nog zit met de vraag wat voor soort onderzoek dat moet zijn. Daarom een vraag aan de heer Van Goethem. Gelet op het feit dat deze zelf betrokken is bij de auditcommissie, waarom dan toch het verzoek om een extern onderzoek?
De heer Schoo zegt dat de DOP-fractie de ingediende motie volledig steunt. Hij wordt wekelijks geconfronteerd met het feit dat Emmen zo langzamerhand een in zichzelf gekeerde organisatie wordt. Juist in dit geval moet klare wijn
33
De heer Van Goethem zegt dat dit met name te maken heeft met het gegeven dat er een diepgravend en snel onderzoek moet worden gedaan. Daarbij zou gebruik moeten worden gemaakt van een forensisch accountant die heel goed in de cijfers kan duiken. Dat is een expertise die niet aanwezig is in de auditcommissie en die zij ook niet direct kan aanspreken. Het gaat overigens ook om belangenverstrengeling, dus een onderzoek moet echt extern. Vastgesteld is dat er fouten zijn gemaakt en het lijkt de fractie van Wakker Emmen niet zinvol zelf onderzoek te doen, omdat iedereen, of je raadslid bent, auditcommissielid of wethouder, onderdeel is van het bestuur, zodat de burger niet het idee krijgt dat er extern naar wordt gekeken.
ook om de jaren daarvóór, omdat dan heel breed wordt gekeken hoe zaken zich hebben ontwikkeld. Aan het college wordt gevraagd snel een onafhankelijk extern te laten instellen, doch hem dunkt dat dit niet echt snel gaat. Waarom zou dan de auditcommissie niet de opdracht worden gegeven morgen aan de slag te gaan om er voor te zorgen dat er een onafhankelijk onderzoek komt? Naar de reactie van het college is hij wel benieuwd. De heer Halm zegt dat de BGE-fractie sowieso voor een onderzoek is en wat haar betreft kan dat extern zijn. De vraag is evenwel: wat levert een intern of een extern onderzoek qua snelheid op? De heer Huttinga merkt op dat ook de ChristenUnie-fractie zorgen heeft over de geconstateerde fouten, maar deelt de inhoudelijke argumentatie van de heer Oldenbeuving volledig. De fractie wil dan ook graag het interne onderzoek afwachten. Zij vindt het ook heel logisch dat het college dit laat instellen. Dat is goed voor een organisatie, omdat zij daarvan kan leren. Tevens heeft de raad de instrumenten van de auditcommissie en de externe accountant. Zij zullen de raad terzijde staan. Als moet worden geconcludeerd dat de raad onvoldoende weet, kan altijd nog worden besloten tot een extern onderzoek, maar zover is het op dit moment naar sprekers mening niet.
De heer Wanders hoort de heer Van Goethem spreken over een forensisch accountant, maar meent dat er geen misdrijf is geconstateerd en dat het ook niet gaat om een faillissement van de gemeente Emmen. Volgens hem is de heer Van Goethem als voorzitter van de auditcommissie zelf aan zet ten aanzien van een opdracht aan een door de raad ingehuurde externe controleur. De heer Van Goethem heeft daar invloed op en het zou mooi zijn als deze diens rol namens de raad oppakt. De waarnemend voorzitter heeft er al eens op gewezen dat men met bewoordingen op moet passen en doet dat nu nogmaals.
Wethouder Arends zegt dat helder mag zijn dat datgene waarover het college de raad bij brief van 9 maart jongsleden heeft geïnformeerd ook door het college ten zeerste wordt betreurd. Helder mag ook zijn dat hij hecht aan de ongeschreven regels van het politieke en staatsrechtelijke systeem, dus wat dat betreft moet hij stellen dat hem in de overwegingen iets wordt toegedicht wat hij op geen enkele wijze heeft gedaan, namelijk dat hij in de media iets zou hebben meegedeeld. Hij heeft zich hierover nimmer uitgelaten op een wijze die hem in de motie wordt toegedicht. Bij een onderzoek dat het college laat uitvoeren, is het in dit huis gebruikelijk dat, als er zich bepaalde zaken voordoen, die zelf worden onderzocht. Als dat wordt begrepen als ‘de slager keurt zijn eigen vlees’, stelt hij daartegenover dat van het interne kwaliteitssysteem en de borging een uitvloeisel is dat ook wordt gekeken naar de vraag: waar maken we fouten, hoe zijn die ontstaan en wat is de uitkomst van onderzoek? Daarvan wordt dan mededeling gedaan aan de gemeenteraad dan wel aan de auditcommissie.
De heer Leutscher constateert dat het hier in feite draait, los van de motie, om feiten, omstandigheden en gevolgen. Het is essentieel dat de raad inzicht krijgt in het zelfcorrigerend vermogen van de organisatie en ook in de politieke verantwoordelijkheid. De fractie van LEF! heeft er geen bezwaar tegen dat de organisatie zelf onderzoek doet. Daarvan kan worden geleerd en daardoor kan borging ontstaan. De externe accountant zal diens taak ook moeten vervullen. Essentieel is de vraag of wordt gepraat over een incident of over een systeemfout. Pas als dat op papier staat, volgt de politieke discussie. De heer Dijkgraaf acht het probleem duidelijk, zodat daarover niet hoeft te worden gediscussieerd. De fractie van Wakker Emmen verzoekt het college geen interne analyse uit te voeren, maar volgens de fractie van GroenLinks heeft het college zelf de verantwoordelijkheid; het kan zelf besluiten dat wel of niet te doen. Zij vindt dat de raad daar buiten moet blijven. Bij een onafhankelijk extern onderzoek moet het trouwens niet alleen gaan over het jaar 2010, maar
34
Wat een extern onderzoek betreft: spreker stelt zich voor dat de auditcommissie als eerste aan zet is om met een en ander wat te doen. De auditcommissie vormt de ogen en de oren van de gemeenteraad ten aanzien van het houden van toezicht op het financieel bestuur van de gemeente, zoals dat door B&W en de ambtelijke organisatie wordt uitgevoerd. De auditcommissie houdt ook toezicht op de integriteit van de financiële informatie en de kwaliteit van het interne besturingssysteem. Een onderzoek past dus perfect in datgene wat de auditcommissie moet doen. Deze commissie heeft eveneens de specifieke taak de bijzondere onderzoeken voor de gemeenteraad af te stemmen op de accountantscontrole en de onderzoeken ex artikel 213a. De commissie heeft verder een specifieke taak betreffende de adviesfunctie ten aanzien van de planning- en controlinstrumentaria. Het is dan ook logisch te bezien of de auditcommissie in dezen niet in eerste aanleg een rol heeft. Spreker wijst erop dat hij ook zelf actie heeft ondernomen richting de auditcommissie. De vicevoorzitter van de commissie heeft hij gevraagd hierover nadrukkelijk met elkaar te spreken. Dat overleg zal op 13 april aanstaande plaatsvinden. Het lijkt hem goed dit overleg af te wachten. Daarna zou de auditcommissie op basis van de uitkomsten kunnen concluderen wat er verder nog moet plaatsvinden, mede in samenspraak met de door de raad aangestelde externe accountant. Diens taakopdracht is door de raad gemandateerd aan de auditcommissie. Kortom, spreker dunkt dat de raad met alles wat beschikking staat alle mogelijkheden heeft om datgene boven tafel te halen wat de raad boven tafel wil krijgen. Mocht dat niet tot het gewenste resultaat leiden en nader onderzoek worden gewenst, dan zou hij zich kunnen voorstellen dat wordt overgegaan tot een extern onderzoek, maar vooralsnog lijkt hem datgene wat intern wordt gedaan voldoende moet zijn om alle informatie te krijgen die de raad nodig heeft om een afweging te kunnen maken bij de behandeling van de jaarrekening 2010, eind mei 2011.
Vervolgens een reactie namens de fractie van Wakker Emmen. Uit de constatering van ernstige fouten blijkt dat er een bedrag dubbel is opgenomen en dat het met een aantal andere zaken niet goed is gegaan. Dat een ambtenaar die direct betrokken vervolgens van de zaak af wordt gehaald, geeft de afhankelijkheidsrelatie aan waar de fractie zo bang voor is. Zij vindt dat ambtenaren niet in een situatie moeten worden gebracht waarin zij zelf een oordeel over hun handelen moeten gaan vellen. De argumentatie in de motie is haars inziens dan ook niet veranderd. Zij staat daar nog steeds achter. De heer Wanders meent dat intussen de argumenten voldoende zijn gegeven. Het is wel een beetje lastig dat de heer Van Goethem tweeledig reageert, enerzijds als voorzitter van de auditcommissie en anderzijds als indiener van de motie. Heeft de heer Van Goethem er geen vertrouwen in dat deze straks als voorzitter van de auditcommissie de juiste vragen stelt en daarom nu om een extern onderzoek verzoekt, of heeft de heer Van Goethem geen vertrouwen in de uitkomst van het onderzoek van de externe accountant en dus maar alvast dit verzoek hier neerlegt? De heer Oldenbeuving vindt het jammer dat de fractie van Wakker Emmen de motie handhaaft en helemáál dat daarin de suggestie wordt gewekt dat zelfs de raad niet objectief is, dit omdat het publiek er kennelijk bepaalde gedachten op na houdt. Op deze manier voedt de fractie van Wakker Emmen dat alleen maar. Dat is buitengewoon spijtig. De heer Moinat vindt het jammer dat de motie niet wordt aangehouden totdat het overleg op 13 april heeft plaatsgevonden. De SP-fractie heeft het volste vertrouwen in de auditcommissie en de verder te volgen procedure, dus zij zal deze motie niet steunen. De heer Dijkgraaf wil nog zeggen dat ook hij hier heeft gesproken als raadslid en niet als lid van de auditcommissie. Hij vindt het jammer dat de fractie van Wakker Emmen niet is ingegaan op de opmerkingen die hij heeft gemaakt, ook over de jaren 2009 en 2008 en over de eigen verantwoordelijkheid van het college ten aanzien van onderzoeken. Als genoemde fractie verstandig is, houdt zij de motie aan tot er een bijeenkomst is geweest met de auditcommissie. Spreker dunkt dat met de uitkomst daarvan beslist aan de slag zal worden gegaan. In elk geval raadt hij de fractie van Wakker Emmen aan de motie nu niet in stem-
De waarnemend voorzitter stelt de raad in de gelegenheid in tweede termijn het woord te voeren. De heer Van Goethem zal een tweeledige reactie geven. Allereerst: als voorzitter van de auditcommissie wacht hij 13 april af, op welke dag de auditcommissie met de wethouder en overige betrokkenen in gesprek zal gaan. Dan zal worden bezien welke stappen er door de auditcommissie kunnen worden genomen.
35
ming te laten brengen. Mocht zij dat wél doen, dan zal hij op basis van de door hem genoemde motieven tegenstemmen.
accommodatie. Alle partijen die daarin gehuisvest worden, hebben een samenwerkingsovereenkomst getekend. Dat betekent dat van voorlopig ontwerp naar definitief ontwerp kan worden gegaan en dat deze zomer de spa de grond in kan. Morgen wordt er een persbericht over uitgebracht, maar het leek haar goed de raad hierover vanavond alvast te informeren.
De heer Halm wil graag van de heer Van Goethem weten waarom niet kan worden gewacht tot de volgende raadsvergadering, gelet op de bespreking die op 13 april zal plaatsvinden. De heer Van Goethem antwoordt dat op dit moment onderling overleg heeft geleid tot het aanhouden van de motie in afwachting van het overleg op 13 april.
Deze mededeling wordt voor kennisgeving aangenomen.
De heer Wanders vraagt zich af of een ingediende motie plotseling kan worden aangehouden. De motie is nu uitgebreid besproken en er is een rol bij de auditcommissie neergelegd, zodat hij voorstelt de motie nu gewoon in stemming te brengen. Het is wat vreemd dat, nu de voorbarigheid van de motie in beeld is gekomen, deze plotsklaps wordt aangehouden. Hij stelt voor nu over de motie te gaan stemmen.
1.
Handhaving horeca-activiteiten Sportlandgoed Swartemeer (Volgnr. 10.137233)
2.
Verzoek om handhaving illegale horecaactiviteiten op het Sportlandgoed Swartemeer (Volgnr. 10.137381)
3.
Jaarverslag 2010 Voorlichting en advies commissie wonen (Volgnr. RIS.4800)
4.
Brief van mevrouw Appeldorn-Sligter over ontwerpbestemmingsplan ‘Bargermeer, Grond en Milieuservice Emmen’ (Volgnr. 10.132358)
5.
Brief de heer Bryan inzake Hinderwetvergunning (Volgnr. 11.014265)
6.
Brief seniorenraad inzake gladheidbestrijding (Volgnr. 11.009715)
7.
Brief Stichting Milieu Rondomme inzake kastanjeboom tegenover Noorderstraat 31 (Volgnr. 11.011456)
8.
Diverse bezwaarschriften inzake ontwerpbestemmingsplan ‘Emmerschans’ + bijlage 11.011447) (Volgnr. 11.009337)
9.
Brief C.G. de Münnik inzake zienswijze ontwerpbestemmingsplan ‘NieuwDordrecht’ (Volgnr. 11.0200642)
10.
Brief Vereniging Hartveilig Drenthe (Volgnr. 11.003565)
Ingekomen zijn de volgende stukken:
De heer Van Goethem houdt de motie aan. De waarnemend voorzitter meent dat het Reglement van orde niet uitsluit dat een fractie een ingediende motie kan aanhouden. De heer Oldenbeuving begrijpt dat aanhouding kan, het zij zo. Wel verzoekt hij de voorzitter om, als de motie in een later stadium opnieuw wordt ingediend, daarover geen debat meer toe te staan en de motie alleen in stemming te brengen. De waarnemend voorzitter neemt dit mee. De heer Wanders neemt nu aan dat de heer Van Goethem diens rol als voorzitter van de auditcommissie vol verve voor de raad gaat oppakken. De heer Van Goethem zegt dat de heer Wanders daar zeker van kan zijn. Aangehouden zijnde, maakt de motie thans geen onderwerp van besluitvorming uit. B10.
Mededelingen en ingekomen stukken [Stuknr. RA11.0035]
Wethouder Thalens-Kolker doet een mededeling over het realiseren van een multifunctionele accommodatie in Emmer-Compascuum. Vandaag zijn in overleg met Lefier de laatste hobbels weggenomen om te komen tot deze
36
11.
Brief mevrouw G. van Ommen-Reuvers (Volgnr. 11.003630)
B11.
Sluiting
De waarnemend voorzitter sluit de vergadering te 23.39 uur.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de stukken onder de nrs. 1 t/m 11 ter behandeling overgedragen aan het college van burgemeester en wethouders.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 28 april 2011. De voorzitter, De griffier,
37
AGENDA Categorie nummer
Agenda nummer
Stuk nummer
Onderwerp
A
1
--
Opening en vaststelling agenda
A
2
--
Vragenhalfuur
A
3a
RA11.0030
Notulen raadsvergadering van 27 januari 2011
A
3b
RA11.0011
Notulen raadsvergadering van 17 februari 2010
A
4
--
Ingetrokken
A
5
RA11.0021
Voorbereidingsbesluit ‘Emmen-locatie Hoofdstraat'
A
6
RA11.0024
Bestemmingsplan ‘Weiteveen, woning Kerkenweg + bijlagen RIS.4837, RIS.4838 en RIS.4839
A
7
RA11.0023
Bestemmingsplan ‘Erica, Ensingwijk z.z. 41’ + bijlagen 4834, 4835 en 4836
A
8
RA11.0022
Bestemmingsplan ‘Nieuw-Dordrecht, woning Oosterwijk w.z.’+ bijlagen RIS.4831, RIS.4832 en RIS.4833
A
9
RA11.0015
Vaststellen wijziging statuten Esdal College in verband met wetswijziging en goedkeuring begroting 2011 + bijlagen 10.131675 en 10.128098
A
10
RA11.0029
Verzamelbesluit begrotingswijzigingen 2011-3 + bijlagen RIS.4816 en RIS.4817
A
11
A
12
RA11.0007
Grondexploitatie Hof van Erica
A
13
RA11.0019
Beeldkwaliteitsplan Recreatieve ontwikkeling Amsterdamscheveld + bijlagen RIS.4803 en RIS.4804
A
14
RA11.0028
Vaststelling kaders Integraal veiligheidsbeleid 20112014 gemeente Emmen + bijlage RIS.4827
B
1
--
Vervallen
B
2
RA11.0019
Zie A13
B
2a
B
3
RA11.0020
Beeldkwaliteitsplan Recreatieve ontwikkeling Amsterdamscheveld + bijlagen RIS.4808 en RIS.4809
B
4
RA11.0025
Bestemmingsplan ‘Pluimveehouderij aan de Vledders te Nieuw-Weerdinge + bijlagen RIS.4840 en RIS.4841
Zie B2a
(Her-)benoeming twee leden commissie van advies voor de bezwaarschriften
38
B
5
RA11.0026
Grondexploitatie en parkeerexploitatie WillinkpleinZuid + bijlagen RIS.4840 en RIS.4841
B
8
RIS11.4829
Motie GroenLinks met betrekking tot milieuvriendelijke manier van strooien
B
9
RIS.4830
Motie GroenLinks met betrekking tot invoering van de wietpas
B
9a
--
Motie Wakker Emmen met betrekking tot extern on derzoek tekort jaarrekening 2010 (aangehouden)
B
10
RA11.0035
Mededelingen en ingekomen stukken
B
11
--
Sluiting
39