MEDISCH CONTACT OFFtCIEEL O R G A A N V A N DE K O N I N K L I J K E NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ T O T BEVORDERING DER GENEESKUNST
MISLEIDEND EN ERGERLIJK Wij hebben lange tijd geaarzeld het onderstaande op papier te zetten, omdat w i j ons afvroegen of eigenlijk het sop de kool wel waard zou zijn. Anderzijds werden wij toch dermate geprikkeld door het misleidende karakter van het onderwerp van dit artikel, dat onze pen weigerde over iets anders te schrijven voordat het onderstaande er was uitgevloeid. Enkele weken geleden verscheen in vrijwel de gehele dagbladpers een bericht dat een verzekeringsmaatschappij het initiatief heeft genomen het mogelijk te maken een verzekering tegen longkanker af te sluiten — w i j ctteren in dit artikel, hier en daar woordelijk, hetgeen w i j vonden in het plaatselijk blad van de stad, waar de betreffende maatschappij zich bevindt, en van welk blad w i j de meest objectieve en zorgvuldige informatie mogen veronderstellen. ,,ledereen kan zich tegen longkanker verzeker e n " , staat er letterlijk onder een ondertitel ver-
INHOUD 206 JAARGANG
— 30 APRIL 1965 — No. 17
Misleidend en ergerlijk 323 Kritische vragen van Kamercommissie over Noors medisch centrum te Rotterdam 324 Beroepsgeheim 325 Opening Nederlands Huisartsen Instituut ... 326 Rotterdam pleit voor een universiteit 327 Universitaire berichten 327 Van het hoofdbestuur: Kort verslag H.G.-vergadering 328 Aanvulling Beschrijvingsbrief voor de Algemene Vergadering der Maatschappij ... 328 Van de L.H.V.: Aanvulling jaarverslag 1964 van de secretaris 345 Van de L.S.V.: Ledenvergadering 7 mel 1965 345 Uit de afdellngen 345 Personalia 328en345 Varia 346 Hoofdredacteur: C. L. van Woelderen. Redactie-secretaris: J. J. van Mechelen. Colofoon op biadzijde 346.
meld. Tegen betaling van een premie van f 15,— per jaar wordt het risico gedekt en ,,de maatschappij stelt geen beperkende voorwaarden omtrent rookgewoonten, beroep, werkzaamheden in vervuilde lucht, etc. Alleen wordt een doktersverklaring geelst, maar dat is normaal ook bij andere soorten verzekering zoals levens-, invaliditeits- en ziekteverzekeringen." Als dat eens waar was, dat men zich tegen betaling van vijftien gulden 's jaars kon vrijwaren voor het krijgen van een maligne longaandoening! Dan kon de verzekeraar zijn schamele uitkering van f 5.000,— in twee etappes, w a t o n s betreft, in zijn zak houdeni En nu wij toch getallen noemen, moet ons van het hart, dat wij de uit t e keren bedragen van f 3.000,— bij het constateren v a n de betreffende ziekte en f 2.000,— bij overlijden aan deze ziekte, eerder toepasselijk achten voor een regenverzekering bij een buitenlandse vakantiereis, dan ter leniging van de lichamelijke, geestelijke en materiele nood van deze longpatienten en hun nabestaanden. Het w o o r d douceurtje is er nog te groot voor! Weike arts zai er zteti toe laten verleiden bij het constateren van longkanker, een verklaring voor een dergelijke verzekering af te geven en daarmede de diagnose open voor iedereen op tafel te deponeren? W i j vragen ons trouwens af of de artsen moeten medewerken aan deze charlatanerie — een duidelijke speculatie op de w e l haast panische angst van het publiek voor de ,,gevreesde ziekte" — door het invullen van een keuringsformulier voor deze verzekering - w i j nemen tenminste aan dat dit zaI worden vereist bij aanmelding, al staat het niet expliciet vermeld in de publikatie. Nader doordenkend zouden w i j zelfs t o t de suggestie willen komen dat de artsenwereld van Nederland het kloeke besluit neemt categorisch oribcn te weigeren aan deze in hoge mate misleidende en ergerlijke zaak medewerklng te verlenen, in weIke vorm dan ook.
i
323
Kritische vragen van Kamercommissie over Noors medisch Centrum te Rotterddam Verschenen is het Voorlopig Verslag van de Vaste Commissie voor de Volksgezondheid der Tweede Kamer inzake het ontwerp van wet tot goedkeuring van de op 17 november 1964 te 's-Gravenhage bij notawisseling tussen de Nederlandse en de Noorse Regering tot stand gekomen Overeenkomst inzake de vestiging van sen gezondheidscentrum voor zeelieden in Rotterdam. (Zie M.C. no. 13/1965, bladzijde 240). Daarin leest men onder meer: In hoeverre heeft c.q. is in verband met het Noorse voornemen overleg plaatsgevonden met (c.q. advies gevraagd aan) landelijke en Rotterdamse medische instanties, die deskundig zijn op het gebied van de gezondheldszorg voor zeelieden? Wanneer werden eventuele ter zake ontvangen adviezen ingewonnen en welke was de strekking ervan? Hoe luidt het oordeel van het gemeentebestuur van Rotterdam? Weike is de zienswijze van de regering ten aanzien van de opvatting van het dagelijks bestuur van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot Bevordering des Geneeskunst, inhoudende, dat althans aan enkele in die kring gevoeide bezwaren tegemoet gekomen zou kunnen worden, indien de werkzaamheden van het Noorse centrum beperkt zouden blijven tot de werkzaamheden van de bedrijfsgeneeskundige diensten? Kunnen de werkzaamheden van het centrum, zo het tot stand zou komen, beperkt worden tot de wettelijk omschreven werkzaamheden van de bedrijfsgeneeskundige diensten? Is het in elk geval o.m. een vorm van een bedrijfsgeneeskundige dienst en valt het als zodanig onder de wettelijke regelen, weIke ten onzent voor bedrijfsgeneeskundige diensten gelden? Of zou dit centrum zoveel eigen kenmerken bezitten, dat men zou kunnen spreken van een geheel nieuwe vorm van een combinatie van verschillende vormen van geneeskundige hulpverleningen? Waarop berust de mening van de regering, dat de uitvoering van de onderhavige overeenkomst de gezondheidstoestand van de betrokken zeelieden in het algemeen ten goede zai komen? Bestaat bij de bewindslieden de overtuiging, dat de zeer vele niet-Noorse (vooral Spaanse en Portugese) schepelingen op Noorse schepen door het Noorse centrum beter geneeskundig verzorgd zullen worden dan thans het geval is? Zullen de Noorse artsen voldoende ervaring hebben in de diagnostiek en de behandeling van tropische ziekten? ZaI het met name ook wat betreft de gesiachtsziekten niet de voorkeur verdienen, dat deze aandoeningen niet worden behandeld in een algemeen ge324
zondheidscentrum, waar men toch zekere niet mag verwachten specialisten voor deze ziekten aan te treffen, doch dat de zeeman verwezen wordt naar het daartoe door bemiddeling van de Nederlandse Regering overeenkomstig de regeis van de Conventie van Brussel ingerichte centrum voor behandeling van aan geslachtsziekten lijdende zeelieden? Acht de regering gewaarborgd, dat de belangen van de volksgezondheid in Nederland, bijvoorbeeld ten aanzien van de geslachtsziekten, voldoende kunnen worden behartigd bij vestiging van het Noorse gezondheidscentrum en eventueel bij uitbreiding van het aantal nationale gezondheidscentra? Hebben instanties van de Wereldgezondheidsorganisatie, die zich bezighouden met de gezondheidszorg voor zeelieden, een standpunt ten aanzien van de wenselijkheid van het vestigen van nationale gezondheidscentra voor zeelieden in andere landen ten behoeve van zeelieden van de eigen nationallteit resp. zeelieden, varend op eigen schepen? Zo ja, hoe luidt dit standpunt? Is men in de W.H.O. niet van mening, dat decentralisatie, die ontstaat als iedere nationaliteit het recht heeft om in een vreemde haven gezondheidszorg te gaan bedrijven, slechts ten nadele kan zijn van de algemeen medisch-hygienische verzorging van de zeelieden in de betreffende haven? Dreigt immers op deze wijze het overzicht niet verloren te gaan? Gaat oprichting van een dergelijk centrum niet lijnrecht in tegen de tendens, die men hier en daar zlch ziet aftekenen en waarbij men neiging heeft over te gaan tot het instellen in een havengebied van een havengezondheidsdienst, waar zoveel mogelijk de preventieve en acuut te verlenen geneeskundige hulp wordt verleend en waar tevens bekend is waarheen de zeeman in bepaalde omstandigheden nog dient te worden verwezen? Verdient om onderscheidene redenen van volksgezondheidsbelangen — als daar zijn de algemene medische verzorging van degenen, die in een haven vertoeven, de hygienische toestand in een haven, epidemologische overwegingen — zodanige coordinatie geen sterke aanbeveling, of kiezen de bewindslieden, die het onderhavige ontwerp verdedigen, voor het systeem, dat iedere nationaliteit zijn eigen medische diennst in een Nederlands havengebied kan openen? Staat het vast, dat het verlenen van vergunningen tot het uitoefenen van geneeskunst en tandheelkunst voor Noorse artsen en tandartsen, weIke de overeenkomst veronderstelt, volledig in overeenstemming zaI zijn met de bepalingen van de wet van 27 September 1962? Behouden de Nederlandse autoriteiten, die met de
toepassing van deze wet zullen worden belast, voldoende vrijheid van oordeel wanneer deze overeenkomst in werking treedt? Is nagegaan in hoeverre de bepalingen van de Noorse wetgeving, die van toepassing zouden zijn op het te vestigen centrum, afwijken van de bepalingen van de Nederlandse wetgeving en in hoeverre dit bezwaar kan opieveren met het oog op de samenwerking tussen het centrum en de overige medische instanties in Rotterdam? Bij het inmiddels naar 1969 verschoven vrije verkeer van arisen in E.E.G.-verband stelt men zich voor, dat artsen een half tot heel jaar aanpassingswerkzaamheden moeten verrichten in het nieuwe land van hun keuze, alvorens daar vrij de praktijk te mogen uitoefenen. ZaI dit ook voor de Noorse artsen gelden? Vallen de Noorse artsen en tandartsen onder de Nederlandse medische tuchtwetregelen? Weike betekenis menen de bewindslieden te kunnen hechten aan de bepaling, dat aan het Noorse centrum te verbinden artsen en tandartsen geen hulp zullen mogen verlenen aan in Rotterdam (is trouwens niet bedoeld: Nederland?) woonachtige Noren? Verwachten zij enerzijds, dat een aan het centrum verbonden medicus inderdaad zaI weigeren een hier te lande woonachtige landgenoot, die zijn hulp inroept, te behandelen? Achten zij anderzijds bedoeld verbod strokend — voor wat betreft in Nederland woonachtige Noren — met het principe van de vrije artsenkeuze? WeIke betekenis moet gehecht worden aan punt 3 van de overeenkomst, waarin een veelvuldige wisseling van functionarissen wordt aangekondigd? Heeft dit niet tot gevolg, dat telkens opnieuw een contact wordt verbroken en weer moet worden opgebouwd,
zodat de continuTteit geheel verloren gaat? Zou juist continuTteit niet hard nodig zijn om de bekendheid met Nederlandse voorschriften, mogelijkheden en medische autoriteiten zo goed mogelijk te doen zijn, om kortsluitingen te voorkomen en de behandeling optimaal te houden? Is het bekend of de Noorse Regering ook In andere landen eigen gezondheidscentra voor zeelleden heeft gevestigd, dan wel voornemens is dit te doen? Kan de regering lets mededelen over de ervaring met een Noors gezondheidscentrum voor zeelleden te Antwerpen, weIke ervaring volgens het dagelijks bestuur van de Koninklijke Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst niet gunstig zou zijn? WeIke zijn. de ervaringen met eventuele soortgelijke centra in andere landen? Is er reden om aan te nemen, dat het vestigen van een Noors gezondheidscentrum te Rotterdam een precedent zaI vormen, waarop andere landen zich zullen beroepen? Zou de Regering uitbreiding van het aantal gezondheidscentra van andere landen in Nederlandse havensteden wenselijk achten, aangenomen dat zeker na vestiging van dit centrum met die mogelijkheid rekening moet worden gehouden? Zou het ook aan onze eigen grote rederijen, die nu veelal een bedrijfsgeneeskundige dienst en een erkend geneeskundige dienst hebben, kunnen worden toegestaan een dergelijk centrum als het Noorse te vestigen in ons eigen land? Zijn de bewindslieden er zich van bewust, dat enkele havenartsen, die zich toegelegd hebben op het behandelen van zeelleden aanzienlijk financiele schade zullen ondervinden van het oprichten van dit centrum? ZaI hieraan tegemoet worden gekomen?
BEROEPSGEHEIM
verstrekt, aansprakelijk wegens de schade, weIke het dier heeft veroorzaakt, het zij hetzelve onder zijn toezigt en bewaring, dan wel verdwaald of ontsnapt zij." Het betrof hier dus informatie van een gelaedeerde in een zuiver civielrechtelijke aangelegenheid. De betrokken dierenarts heeft het juiste antwoord gegeven. Immers, indien hij de betreffende hond in behandeling heeft gehad, was hij, gelet op zijn beroepsgeheim jegens de eigenaar van het dier die hem de behandeling had toevertrouwd, niet gerechtigd aan een derde daarvan mededeling te doen. waar de toestemming van de eigenaar wiens privebelangen in het geding waren, ontbrak. Indien hij het dier niet in behandeling heeft gehad handelde de betrokken dierenarts evenzeer juist door bij het door hem gegeven antwoord in het midden te laten of hij het dier al dan niet had behandeld; bij een ontkenning daarvan zou hij onderzoek van de automobilist bij collegae hebben bevorderd en aldus de mogelijkheid hebben doen ontstaan, dat indien een collega het dier had behandeld, deze met dezelfde vraag van de automobilist zou worden geconfronteerd. Van het doen ontstaan van deze mogelijkheid opzichzelf had de betrokken dierenarts zich jegens die eventuele collega en diens client te onthouden.
Uit de vraag- en antwoordrubriek van het Tijdschrift voor Diergeneeskunde van 15 april jl. nemen wij het volgende over: Vraag: Na afloop van mijn spreekuur kwam er bij mij een automobilist vragen of ik een Boxer met een wond had behandeld. De man had een aanrijding gehad, veroorzaakt door een Boxer, en nu zat de voorkant van zijn auto „in elkaar". Ik heb gezegd dat hij dan maar daar, waar hij de aanrijding had gehad, moest gaan vragen wie er een Boxer bezit, daarbij in het midden latend of ik de Boxer had behandeld of niet. Voor mij is het een vraag, of ik gerechtigd ben dit de man te vertellen. Antwoord: De bedoeling van de betreffende automobilist was kennelijk te weten te komen wie de eigenaar van de Boxer was om deze dan eventueel voor de door hem geleden schade aansprakelijk te stellen ingevolge artikel 1404 van het Burgerlijk Wetboek, hetwelk luidt: „De eigenaar van een dier, of degene die zich van hetzelve bedient is zo lang hetzelve tot zijn gebruik
325
Opening van het Nederlands Huisartsen Instituut Te Utrecht is donderdag 22 april het Nederlands Huisartsen Instituut officieel geopend door Prinses Beatrix. Aan deze opening van het aan de Mariahoek 4 gevestigde instituut ging een samenkomst vooraf in het jaarbeursgebouw, waarin het woord hebben gevoerd de voorzitter van het Nederlands Huisartsen Genootschap Dr. F. J. A. Huygen, de directeur van het instituut Dr. J. C. van Es en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid Dr. A. J. H. Bartels. De staatssecretaris lichtte toe waarom de overheid met veel belangstelling de totstandkoming van dit instituut had gevolgd en die tevens door financiele bijstand mogelljk had gemaakt. Ook voor de toekomst verzekerde hij het instituut alle steun, want, zo zeide hij, talloos zijn immers de aan het huisartsenberoep verbonden kwesties, die bestudering behoeven; te denken Is ook aan de efficiente praktijkvoering, de uniforme reglstratie, het epidemiologisch onderzoek, de wijkgezondheidszorg, de groepspraktijken, financiering, honorering, recreatie, enz. Toch zou Ik als niet-medlcus, aldus de staatssecretaris, als ex-patlent en als potentleel patient, bij de veelheld van problemen die zich aanbieden, uw bijzondere aandacht nog voor het volgende wlllen vragen. Ik meen dat wij van de huisarts en zijn geneeskunde allereerst mogen vragen een directe gerlchtheid op de patient, en pas op grond daarvan de Instelling om de wetenschap verder te brengen. En als dit zo is, betekent dat een persoonlijke toewending tot de hulpbehoevende mens; een medische grondhouding die bepalend is voor iedere arts-patient verhouding. Mljnentwege spreken wij hier opnieuw van het oeroude ethos van de geneesheer, dat de grootheid en de nobelheld van zijn beroep bepaald, maar dan toch een ethos dat zlch richt op de veranderde noden en de veranderde eisen van de zleke en de bedrelgde mens. Gabriel Marcel, die een diepzinnige studle aan dit onderwerp wijdde, sprak van een ontmoeting tussen twee vrlje mensem ,,un confiance et une conscience": het vertrouwen van de zieke, die in zijn zorg en In zijn angst hulpt zoekt, en het geweten van de arts, die hem altljd zijn kennis (die voortreffelijk moet zijn) en vooral zijn toewijding schenkt, die hem vaak zijn sympathie betuigt en die hem soms zijn hart geeft. Waarom deze ultweidlng? zo vroeg de staatssecretaris en beantwoordde daarop deze vraag als volgt: Zij werd mij ingegeven door een zekere vrees, dat de huisartsengeneeskunde — alweer een nieuw speciallsme — zich zai moeten hoeden voor enige schaduwzijden, die de speclalisatie kenmerken. Zij werd mij ook ingegeven door de hoop dat het nieuwe instituut zich niet primair en ultsluitend richt op de ontwikke326
ling van de wetenschap maar vooral zaI ultgaan van een grondige bestudering van de patient, met zljn veranderde noden en veranderde eisen. De arts hoeft zich niet verpllcht te voelen om zljn habitueel beroepsmatige onzekerheid weg te werken met een grotere aanhang naar het sclentlsme dat in de huldlge wereld zo'n groot prestige genlet. Hij mag nu eenmaal in zljn verhouding tot de patient niet de allure van de ingenleur of technlcus aannemen. De oorlogsjaren, zo schreef Buytendijk, hebben ons hiervan op onvergetelijke wijze overtulgd. Zij leerden ons, dat ook In het meest onpersoonlijke verblijf, in een schullplaats of in een concentratiekamp, de arts door het medemenselijke van zijn relatie met de zieke, de genezing bevordert en de nood lenigt, omdat het verloop van een ziekte nooit ultsluitend door organische processen en de Invloed van de somatische theraple wordt bepaald. De herinnering aan deze ervaring brengt ons holder tot bewuszljn, van weike grote betekenls het persoonlljk optreden van de arts wel Is. Daarom moet dit optreden thans worden bepaald door een zo grondig mogelijk begrip van de geesteshoudlng en de levensomstandigheden van de moderne mens. Iedere arts, in het bijzonder de huisarts, moet gezinsarts zijn, of anders gezegd; zljn relatie tot de patient moet een persoonlijke verhouding zljn, een medelevende deelneming aan het bestaan van de zieke, zljn bestaansontwerp, zijn wereld en het verleden en heden van zijn betrekkingen met zljn medemens. Slechts zo gezien kan In het huidlge en komende beleld op het gebied van de gezondheldszorg, de huisarts zljn spllfunctle blljven behouden, niet omwille van hem maar om wllle van een hoogwaardlge gezondheldszorg. Ik hoop, zo beelndigde Dr. Bartels zljn rede, dat dit instituut daar veel toe zaI bijdragen In het voile besef dat de arts zijn taken niet alleen kan volbrengen. Hij heeft de steun nodig van andere deskundigen; hij behoeft daartoe de inlichtingen vanult het Instituut en de samenwerking die hij hIer kan vinden. Het is naar mljn mening een grote en veel omvattende taak ten dienste van onze Nederlandse, maar ook van de Internationale volksgezondheid. Tenslotte: een taak ter inspiratie van het door de overheid te voeren toekomstige gezondheidszorgbeleld, waaraan grote behoefte bestaat, maar dat met des temeer vrucht kan worden ter hand genomen als daarbij mag worden gerekend op de onmisbare medewerking van het te openen instituut. Ik hecht eraan dit zo te stellen, omdat Ik ervan overtulgd ben dat van overheidswege geen perspectief kan worden geboden als dit niet geschiedt In samenspel met de zo waardevolle krachten ult ons vrije maatschappelijk leven, i.e. de huisartsen zelf.
Rotterdam pleit voor een universiteit Burgemeester en wethouders van Rotterdam hebben, zo berichtte de N.R.C., een ,,Nota inzake voorbereiding universiteit Rotterdam" gepubliceerd, die is gesciireven door mr. A. LiJlnrs, hat hoofd van de secretarieafdeling Sociale Zaken en Volksgezondheid ten stadhuize. In de nota wordt eraan herinnerd dat in de Maasstad reeds in een vroeg stadium de wens heeft geleefd het Klinisch Hoger Onderwijs te laten uitgroeien tot een eigen Rotterdamse instelling voor volwaardig medisch wetenscliappelijk onderwijs. Het streven naar een Rotterdamse universiteit dat ult deze wens is voortgekomen, mag niet worden gezien als een middel tot verkrijging van een medische faculteit. Toen de unlversiteitsgedachte eenmaal was gerezen, Is langzamerhand het besef levend geworden dat een universiteit wegens haar waarden nIet kon worden gemist. De nota zegt dat uit een rapport van het Rotterdams economisch instituut is gebleken, dat in Rotterdam een alleszins levensvatbare en grote universiteit tot stand kan worden gebracht. Het is wel duidelljk geworden dat zo'n instelling voor Rotterdam en het gehele Waterweggebied zeer veel kan betekenen. Zlj kan in de eerste plaats In groter wetenschappelijkeducatlef verband coordineren, uitbouwen dan wel afslulten wat hier ter stede reeds aan wetenschappelljk en hoger vormend onderwijs tot stand is gebracht.
BORSTVOEDINGSPREMIEDERVINGSTOESLAG In de rubriek ,,Kort commentaar" schrijft „De Onderneming", orgaan van het Centraal Sociaai Werkgevers-Verbond, onder de titel „Borstvoedingspremledervingstoeslag": ,,Sinds kort kunnen diegenen, die zich wel eens zorgen hebben gemaakt over de toekomst van de E.E.G., gerust zijn. ,,KenneiiJk geinspireerd door de Nederlandse slagzin: ,,wle de jeugd heeft, heeft de toekomst", hebbsn de Europese autorlteiten een ontwerp gemaakt voor een aanbeveling tot besche/ming van aanstaande jonge moeders. Daarin worden de lidstaten opgewekt onder meer te bevorderen dat aan moeders, die hun kind zeif voeden, een speciale premie wordt gegeven, Een soort prestatiebeloning dus Maar omdat discriminatie ook in E.E.G.verband een gevreesd begrip is, hebben de autorlteiten zich gehaast aan deze bepaling toe te voegen dat moeders, van wie medisch Is vastgesteld dat zij tot die prestatie niet in staat zijn, ook een uitkering ontvangen en wel voor de voeding van hun kind. ,,WiJ verheugen ons er over dat de Europese Commissie eindeiijk het juiste uitgangspunt voor haar harmonisatiewerkzaamheden heeft gevonden."
In het kader hiervan Is het van bijzonder belang dat door de primaire stichting van een medische faculteit de stagnatie zai kunnen worden overwonnen die zich al gerulme tijd In de ontplooiing van het Klinisch Hoger Onderwijs voordoet. De vraag wordt opgeworpen met welk onderdeel begonnen zou moeten worden indien Rotterdam van het rijk de toezegging zou ontvangen, dat het in de toekomst redelijkerwijs op de vestlging van een universiteit mag rekenen. Mr. Luhrs bepieit hier ultbouw van de bestaande medische nevenfacultelt tot een volledlge medische faculteit, zulks onder gelljktijdige reorganlsatie van de bestaande structuur. De faculteit zaI immers te zijner tijd In het grote verband van de universiteit moeten worden opgenomen. Ter motlvering van deze gedachten w o r d t In de nota gewezen op het zeer omvangrijke „patientenmateriaal" waarover Rotterdam en omstreken beschlkken. Aangezien zich met name in de sector van het medisch onderwijs een veelheid van nieuwe stromingen aandlent, moet In deze tijd de vestlging juist van een nieuwe medische faculteit van bijzondere betekenis worden geacht. Bovendien ligt het in de rede dat men de opbouw van een nieuwe instelling zaI beginnen in die sector waar te Rotterdam reeds een aantal hoogleraren is benoemd en waar reeds een belangrijk stuk outillage aanwezig is.
UNIVERSITAIRE BERICHTEN Benoemingen: Dr. P. E. Boeke, wetenschappelljk hoofdambtenaar aan de rijksuniversiteit te Groningen, is, met ingang van de dag waarop hij zijn ambt zaI aanvaarden, benoemd tot gewoon lector In de facultelten der sociale wetenschappen en der geneeskunde aan deze universiteit om onderwijs te geven In de klinische psychologle. Dr. P. G. Smelik, wetenschappelljk hoofdambtenaar aan de rijksuniversiteit te Utrecht, Is — alsnog gerekend vanaf 1 januari 1965 — benoemd tot gewoon lector In de faculteit der geneeskunde aan deze universiteit om onderwijs te geven In de farmacologie. Dr. M. C. Verloop, wetenschappelljk hoofdambtenaar aan de rijksuniversiteit te Utrecht, is — alsnog gerekend vanaf 1 januari 1 9 6 5 — benoemd tot gewoon lector in de faculteit der geneeskunde aan deze universiteit om onderwijs te geven in de hematologie. Promoties: C. Lameer, arts, promoveerde op 13 april I.I. aan de rijksuniversiteit te Utrecht tot doctor In de geneeskunde op een proefschrift, getiteld: Retroperitoneale Lymfografle. 327
MC
V A N NET HOOFDBESTUUR
Kort verslag H.B.-vergadering Kort verslag van de vergadering van het hoofdbestuur, gehouden op zaterdag 20 maart 1965, in het gebouw van de MaatschappiJ, Keizersgracht 327, Amsterdam-C. Voorzitter: P. J. Kaiser De voorzitter opent te 13.30 uur de vergadering en herdenkt het overleden erelid van de Maatschappij Dr. Mr. H. de Boer. De notulen van de vergadering van 13 februari 1965 worden vervolgens met enkele wijzlgingen goedgekeurd. Besloten wordt aan de Stichting Diaconessenarbeid te Suriname een bijdrage van f 1.000,— te qeven uit het Fonds voor bijzondere doeleinden. Als leden van de door de minister van Sociale Za-
MC
PERSONALIA
Nieuwe leden: Mevr. L. Abraham-lnpijn, van Breestraat 31 hs., Amsterdam-Zd. E. C. van Assen, Laan van Meerdervoort 410, Den Haag. H. A. C. Boelman, Bessestraat 13, Goes. Mej. H. Degen, p.a. Diaconessenhuis, Voorburg. Mej. G. J. Dreckmeier, Christ, de Wetlaan 1, Hilversum. J. Til. Moving, Kloosterstraat 8, Ruinen (Groningen). J. J. Hubregtse, Naclitelgaalplein 7, Den Haag. A. W. L. Hut, van Houtenstraat 52, Apeldoorn. G. de Kogel, C. de Wittstraat 123, Den Haag. H. J. Ivlaarleveld, Medisch Centrum der Evang. Broedergemeente, Brownsweg (Suriname). G. L. Engel, Pr. Margrietplantsoen 20, Bussum. M. P. Leemliuis, Kol. Palmkazerne, Annersfoortsestraatweg, Bussum. S. Ivleljer, Boarnsterdijk 76, Oldeboorn. F. Pellikaan, Sclioterlandse Weg 92, Nieuwehorne. A. J. de Rijk, Mediscli Centrum der Evang. Broedergemeente, Brownsweg (Suriname). Mej. H. J. Seldenratli, Bas Baokerlaan 12, Apeldoorn. Mr. A. A. van Soestbergen, M.D., Shoreham, New York 11786. U.S.A. Mevr. I. Sloothaak-Notosoetarso, Nw. Achtergracht 27, Amsterdam. F. W. O. Waterreus, Rijnstraat 62, 's-Hertogenbosch. L. Wildschut, Steenkruisstraat 32, Den Haag.
Over/ecfen; F. Glesbers, Chassesingel 19a, Breda. Dr. D. J. van Bruggen, Achterweg 20, Dordrecht. J. J. F. M. Houben, Robijnstraat 23, Nijmegen. Dr. J. C. Mom, Gebouw „Vredenbergh", flat No 61, Lovensdijkstraat 7, Breda. Dr. P. M. E. Ph. Nijst, v. Maudricstraat 10, Den Haag. T. P. Onkiehong, Willem de Zwijgerlaan 5, 's-Gravenhage. Dr. W. J. Roberts, Jachthavenstraat 22, Sneek. Mevr. J. N. de Vries-Schmldt, Hoofdkade 21, Ter Apel, Gem. Vlagtwedde.
328
ken en Volksgezondheid in te stellen commissie ter bestudering van het vraagstuk van de onbevoegde uitoefening der geneeskunst zullen namens de Maatschappij worden voorgedragen: Dr. H. Fasten, Prof. Dr. L H. Jansen, Dr. J. W. Wagenaar en Mr. W. B. van der Mijn. Een ultvoerige bespreking vindt plaats van het advies van de commissie medische ethiek inzake de „anticonceptiepil". Besloten wordt het stuk ter prae-advies voor te leggen aan de centrale besturen der L.H.V. en de L.S.V. De jaarverslagen van het Centraal College en van de St.O.S.G. worden voor kennisgeving aangenomen. Aan het schrijven van de St.O.S.G. inzake de kosten voor de erkenning en registratie van sociaal-geneeskundlgen wordt goedkeuring gehecht. Een uitvoerlge bespreking vindt plaats van het rapport van de studiecommissie inzake een reorganisatie van de regeling betreffende de erkenning en registratie van sociaal-geneeskundigen. Besloten wordt alvorens in overleg te treden met het hoofdbestuur van de Algemene Nederlandse Vereniging voor Sociale Geneeskunde, het advies van het centraal bestuur van de L.A.D. in te winnen. Besproken wordt het advies van de commissie beroepsgeheim inzake inlichtingen aan de politie. Besloten wordt het advies te publlceren in M.C.*. Naar aanleiding van een schrijven van de Permanente Congrescommissie inzake te houden ledencongressen wordt besloten een rondschrijven te doen uitgaan aan de afdelingen met het verzoek mede te delen of de wens bestaat in een der komende jaren een congres te organiseren. Het hoofdbestuurslid G.A.C. Bosch zai de Maatschappij vertegenwoordigen op de Deutsche Arztetag op 21-26 mei 1965 te Berlijn. Besproken wordt de concept-beschrijvingsbrief voor de Algemene Vergadering van 3 juli 1965. Het concept-advies van de Ziekenfondsraad inzake zware geneeskundige risico's, wordt ultvoerig besproken. Aan de vertegenwoordigers der Maatschappij in de Ziekenfondsraad wordt verzocht met het besprokene rekening te houden. Nieuwe mededelingen worden gedaan over de gang van zaken in de A.I.M.O. De voorzitter sluit te 17.30 uur de vergadering. *
Zie M.C. no. 15 van 1965 bladzijde 293.
Vervolg beschrijvingsbrief voor de Algemene Vergadering van 3 juli 1965 (zie voor het eerste gedeelte van de beschrijvingsbrief M.C. no. 16/1965, bladzijde 309). Punt V. Verkiezingen a. Van drie leden van het hoofdbestuur. De afdeling Dordrecht en Omstreken heeft kandidaat gesteld Jacq. B, van Leeuwen, huisarts, Dordrecht.
Punt VIII. FINANCieiE STUKKEN. PuntVIIIA.
VAN MEDISCH CONTACT
Financieel verslag over 1964 van het bestuur van Medisch Contact De verwachting, dat in 1964 zou kunnen worden volstaan met een bijdrage van de Maatschappij in de kosten van „Medisch Contact" ad /" 103.450,— is, blijkens de resultaten over dat boekjaar, te optimistisch geweest. Het genoemde bedrag werd met f 28.700,32 overschreden. De bij de aanvang van 1964 toegepaste drukprijsverlioging van 10 procent is van deze gang van zaken de voornaamste oorzaak. Uiteraard speelt deze verhoging op een drukorder, die de f 200.000,— ruim te boven gaat, een invloedrijke rol op de exploitatie-uitkomsten. Van de overschrijding van de Maatschappij-bijdrage met f 28.700,— moet een bedrag van f 20.000,— alleen reeds aan deze drukprijsverhoging worden toegeschreven. Daarnaast zijn de in 1964 verhoogde P.T.T.-tarieven en de stijging van het opiagecijfer er oorzaak van geworden, dat de porti de daarvoor geraamde post met ruim f 2.500,— te boven zijn gegaan. Hoger dan de ramingen waren ook de uitgaven voor de redactie, doelbewust gedaan voor de verdere ontplooiing van de redactionele inlioud, en voor de honoraria, waarop de algemene stijging haar invloed uiteraard niet heeft gemist. Ook in enkele andere posten, zoals de verhoging van de huurprijs van de lokaliteiten met bijna ^4.000,— is mede de verklaring te vinden voor de overschrijding van de geraamde Maatschappij-bijdrage. Tegenover deze onbevredigende ontwikkeling kan worden gewezen op een enkele gunstige uitkomst, zoals hogere inkomsten uit abonnementen. De inkomsten uit advertenties geven weliswaar een stijging te zien, doch deze stijging kon tengevolge van de op de drukprijzen toegepaste verhoging niet in gelijke verhouding blijven tot de ontwikkeling der drukkosten. Dat de uitgaven voor sociale lasten lager zijn dan geraamd, is een incldenteel verschijnsel in verband met de wisseling in de hoofdredactie. Bruto exploitatiecijfers en drukkosten over de laatste vijf jaar geven het volgende beeld: 1960
1962 1963 1964 (in guldens) Exploltatlecijfer . 230.856 240.881 291.960 336.075 378.540 Drukkosten .... 146.414 158.211 188.003 207.363 247.209
Van 1960 tot 1964 steeg de opiage met 2.000 exemplaren. De kostprijs van M.C. per lid van de Maatschappij per jaar was over de jaren 1960 tot en met 1964 respectievelijk f7,91, f7^7, f 6 , 4 1 , fS.IO en f 11,09. In het verslagjaar steeg het aantal tekstpagina's — 862 in 1963 — naar 878. Voor publikaties van het hoofdbestuur en belangenverenigingen werden opgeeist (tussen haakjes de cijfers over 1963): 127 17 24 20
hoofdbestuur LH.V LS.V LA.D
(134) ( 16) ( 17) ( 23)
Het Centraal College voor de erkenning en registratie van specialisten, de Specialisten Registratie Commissie en de Sociaal Geneeskundigen Registratie Commissle behoefden voor hun mededelingen tezamen ruim dertig bladzijden. Toelichting begroting voor 7966 De loon- en prijsontwikkeling — de papierprijs werd juist met ingang van januari 1965 verhoogd — maakt het buitengewoon moeilijk thans te ramen, welk bedrag men aan drukkosten aan het eind van 1966 zai hebben ultgegeven. Een raming van f 260.000,— voor drukkosten in de begroting voor 1966 is daarom niet vrij van enige willekeur. Niet willekeurig is — de drukkosten eenmaal op dit bedrag geraamd zijnde — de correlatie daarmee van de raming van inkomsten uit reclames. Verwacht mag worden dat de in 1964 verstoorde verhouding tussen deze uitgave- en inkomstenpost — verstoord door drukprijsverhoging, overgang naar een andere drukker alsook naar een uitgever, die conform de voor periodieken in acht te nemen regelen voor ons naar buiten optreedt — zich in 1966 enigermate zaI hebben hersteld. Ten aanzien van de andere uitgaveposten, waarbij te denken is bijvoorbeeld aan de reeds aangekondigde verhoging der P.T.T.-tarieven, moet het reeel worden geacht tot hogere ramingen over te gaan. Dientengevolge zaI de Maatschappij-bijdrage voor 1966 op f 135.000,— moeten worden begroot.
1961
Voorschoten, 27 februari 1965. DR. M. V A N DER STOEL, penningmeester
329
Rekening en verantwoording over 1964 en begroting voor 1366 van Medisch Contact
Omschrijving
Begroting 1964
Resultaat 1964
Begroting 1965
Begroting 1966
f 103.450,— „ 200.000,— „ 5.000,— 800,— „ 5.000,— „ 9.000,—
f 132.150,32 „ 222.576,93 „ 6.855,48 1.176,10 „ 5.000,— ,, 10.732,—
f 116.000,— „ 230.000,— „ 4.000,— „ 1.000,— „ 6.000,— „ 10.000,—
f 135.000,— „ 250.000,— „ 7.000,— „ 1.00O,— „ 6.000,— „ 12.000,—
f 323.250,—
f 378.540,83
f 357.000,—
f 411.000,—
f 200.000,— , 19.000,— 750,— , 1.500,— , 5.000,— , 62.000,— , 12.000,— , 7.000,— , 7.000,— , 5.0OO,— „ 1.000,— 1.500,— , 1.500,—
)p 247.209,44 , 21.637,89 1.838,50 1.684,67 , 8.284,68 , 68.488,81 , 9.209,90 , 6.342,50 , 2.250,— , 8.800,— 141,82 599,82 , 2.052,80
/' 230.000,— , 22.000,— 800,— , 1.500,— , 6.000,— , 75.000,— , 14.000,— , 8.000,—
f 260.000 24.000, , 1.000, 1.500, , 9.000 , 80.000 , 15.000 , 8.000
f 323.250,—
f 378.540,83
f 367.000,-
Ontvangsten: Kon. Ned. Mij. t.b.d, Geneeskunst Advertenties Abonnementen Banden, losse nrs M.C. aan semi-artsen Diensten red.-seer, aan derden ...
Uitgaven: Drukkosten Porti Banden, losse nrs Onkosten bestuur Onkosten redactie Hon. red. en secretaresse Sociale lasten idem Honor, medewerkers Advertentie-exploitatie Huur lokaliteiten Aansch. en onderh. inventaris Kantoorbehoeften Div. en onvoorziene uitgaven
—,—
, ,
5.000,— 1.200,— 2.000,— 1.500,—
, , , ,
—
8.800 1.000 1.000 1.700
f 411.000,—
Op grond van onze controle verklaren wij dat de jaarstukken 1964 door ons akkoord bevonden zijn. Amsterdam, 1 februari 1965.
330
Nederlandse Accountants-Maatschap (w.g.) W. I. Bosschaart Lid van Piet Ned. Instituut van Accountants
Punt VIIIB.
VAN HET ONDERSTEUNINGSFONDS Balans per 31 december 1964 van het Ondersteuningsfonds voor Weduwen en Wezen
Active Inschrijving 3% Grootboek Effecten Kapitaal in bloot eigendom Kon. Ned. Mij t.b.d. Geneeskunst Postcheque-en girodienst Ned. Middenstandsbank N.V. ... J. Stroeve Bzn Te vorderen bijdragen Te vorderen intrest Uitkeringen
31.12.64
31.12.63
f
f
36.853,06 265.361,88
37.831,50 248.384,88 P.M. 31.955,64 8.047,89 45.177,61 1.015,— 8.014,63 4.097,08
54.517,94 4.486,05 18.112,09 2.934,75 5.232,34 668,40 388.166,51
Passive
31.12.64
Kapitaal Voordelig saldo vorige boekjaren Diverse kosten
385.324,23
31.12.63
f
f
223.872,06
219.128,81
163.844,45 450,—
165.795,42 400,—
388.166,51
385.324,23
Rekening en verantwoording over het jaar 1964 en begroting van inkomsten en uitgaven voor het jaar 1966 van het Ondersteuningsfonds voor Weduwen en Wezen Omschrijving
Resultatenrekg. 1963
Resultatenrekg. 1964
Begroting 1964
Begroting 1965
Begroting 1966
219.828,93 6.970,88 2.314,50 12.973,19
208.530,— 2.535,75 7.272,54 17.608,51 1.695,25
180.000,— 2.500,— 11.000,— 2.500,—
215.000,— 2.000,— 12.000,— 19.500,—
170.000, 3.000, 18.000, 40.500,
242.087,50
237.642,05
196.000,-
248.500,-
231.500,-
202.049,25
236.132,70
195.000,
247.000,-
230.000,-
652,98 442,50 500,— 38-442,77
356,41 677,94 475,—
1.000,
1.000,-
1.000,-
500,-
500,-
242.087,50
237.642,05
Ontvangsten Bijdragen (reeds ontvangen) Bijdragen (nog te ontvangen) Vrijwillige bijdragen Intrest beleggingen Nadelig saldo (te dekken uit voordelige saldi van vorige boekjaren)
Uitgaven Uitkeringen Reis- en verblijfkosten commissie Administratiekosten van beheer Accountant Voordelig saldo 1963
}
196.000,
248.500,—
231.500,-
Op grond van onze werkzaamheden verklaren wij, dat wij de Jaarstukken over 1964 akkoord hebben bevonden.
Amsterdam, 8 februari 1965.
Nederlandse Accountants-Maatschap (w.g.) W. I. Bosschaart Lid van het Nederlands Instituut van Accountants
331
Toelichting bij de balans en cte rekening en verantwoording over 1964 en de begroting voor 1966 van het Ondersteuningsfonds voor weduwen en wezen.
door het nadelig koersverschil. In totaal steeg het kapitaal met ruim f 4.000,—. Voordelig
Activa Beleggingen Inschrijving
REKENING 3%
Grootboek
Door vrijgekomen kapitaal in bloot eigendom is deze inschrijving met nominaal f 1.500,— (beurswaarde f 1.271,—) vermeerderd. Door lagere koers van de bedragen der overige insclirijvingen, waardoor een verlies geieden werd van f 2.250,—, is deze inschrijving dus voor f 1.000,— minder op de balans vermeld. Effecten in 1964 w e r d een bedrag van f 3.000,— verkregen uit bovengenoemd kapitaal in bloot eigendom. Tevens w e r d een bedrag van f 29.000,— belegd. Het totaal bedrag werd verminderd met f 6.000,— door uitloting en f 8.900,— door koersverlies. Kon. Ned. MiJ t.b.d.
Geneeskunst
Deze vordering in Rekenlng-Courant w o r d t voor de betaling der kwartaaluitkerlngen verrekend. Geldmiddelen Hiervan werd in de loop van 1964 een gedeelte belegd. Te vorderen
bijdragen
Het bedrag is door de snelle ontvangst der bijdragen veel lager dan per 31 december 1963. Uitkeringen Dit betreft een voorschot op de uitkeringen. Passiva Kapitaal Het kapitaal is vermeerderd door toevoeging van het kapitaal in bloot eigendom, ten bedrage van /'4.300,— en een legaat van jT 10.000,—. Het werd verminderd
332
saldo vorige
boekjaren
Door het nadelig saldo 1964 ad f 1.695,— is het bedrag gedaald tot ruim f 163.000,—.
BALANS
EN VERANTWOORDING
1964
Ontvangsten Bijdragen Door verlaging van de grondslag van f 14,— tot f 12,— is de opbrengst der bijdragen bijna f 16.000,— lager dan in 1963; evenwel belangrijk boven de begroting 1964 namelijk f 31.000,—. Door belegging van gelden is de rente-opbrengst bijna f 5.000,— hoger. Uitgaven Uitkeringen Door verhoging van de limiet van /'4.800,— tot f 5.400,— en van f 1.400,— tot f 1.600,— was het bedrag der uitkeringen belangrijk hoger dan in 1963 namelijk f 34.000,—. BEGROTING
1966
Voorgesteld wordt de grondslag voor de bijdrage te verlagen van f 12,— tot f 8,—. Het nadelig saldo voor 1966 wordt dan geschat op ongeveer f 40.000,— hetgeen alleszlns verantwoord is, gezien het grote saldo. Ter informatie wil de commissie van beheer van het Ondersteuningsfonds het volgende opmerken. Voor 1965 is de limiet gesteld op f 5.800,— voor een weduwe en f 1.800,— voor een kind. Met de Kerstgave 1965 zai het totaal bedrag, naar het zich laat aanzien, groter zijn dan f 6.000,—. Bij de begroting v o o r 1966 is eveneens uitgegaan van de bedragen f 5.800,— en f 1.800,— plus een Kerstgave. Het totaal bedrag der uitkeringen is gebaseerd o p dat van 1964, rekening houdende met het kleiner worden van het aantal ondersteunden. Het geschatte nadelig saldo van f 40.000,— kan dan worden gedekt door het voordelig saldo van voorgaande jaren.
PuntVIIIC. VAN HET FONDS OORLOGSSLACHTOFFERS Balans per 31 decetnber 1964 van het fonds tot steun aan Oorlogsslachtoffers Active
31.12.1964
f
f
Beleggingen Deposito Geldmiddelen J. Stroeve Bzn Kon. Ned. Mij t.b.d. Geneeskunst Fonds voor Bijzondere Doeleinden en Noden Te vorderen bijdragen Te vorderen en vooruitbetaalde posten Vorderingen uit hoofde van borgstellingen f 11.500,— ....
350.532,50 50.000,— 44.849,30
326.095,38
31.12.1963
95.140,66 4.071,79 7.171,92
939,25
71,54 2.248,75
4.362,57
6.045,69
P.M.
P.M.
450.683,62
440.845,73
Passiva
31.12.1964
31.12.1963
f
f
Kapitaal Te betalen uitkeringen Te betalen kosten Kon. Ned. Mij t.b.d. Geneeskunst Borgstellingen f 11.500,—
439.719,72 1.500,— 450,— 9.013,90 P.M.
439.445,73 1.000,— 400,— —,— P.M.
450.683,62
440.845,73
Rekening en verantwoording over het jaar 1964 en begroting van Inkomsten en uitgaven voor het jaar 1966 van het fonds tot steun aan Oorlogsslachtoffers Omschrijving
Resultatenrekg. 1963
Resultatenrekg. 1964
Begroting 1964
Begroting 1965
Begroting 1966
63.406,25 1.980,75 P.M. 168,83 14.952,99 8.268,49
70.049,50 832,25 P.M. 889,82 13.519,37 20,— 4.890,39
63.000,— P.M. P.M. 13.000,— P.M. 13.000,—
69.000,— P.M. P.M. 14.000,— P.M. 8.000,—
72.000,— P.M. P.M. 14.000,— P.M. 5.000,—
88.777,31
90.201,33
89.000,—
91.000,—
91.000,—
44.919,86
47.054,93
48.000,—
50.000,—
50.000,—
43.268,61 588,84
42.577,09 569,31
40.000,— 1.000,—
40.000,— 1.000,—
40.000,— 1.000,—
88.777,31
90.201,33
89.000,—
91.000,—
91.000,—
Ontvangsten: Bijdragen (reeds ontvangen) . Bijdragen (nog te ontvangen) Bijdragen (diversen) Intrest Bank Intrest Beleggingen Diverse Baten Bijdrage uit Kapitaal
—,—
Uitgaven: Uitkeringen aan slachtoffers van oorlog in Europa Uitkeringen aan slachtoffers van oorlog in Indonesie Diverse kosten
Op grond van onze controle verklaren wij dat de jaarstukken over 1964 door ons akkoord bevonden zijn.
Amsterdam, 1 februari 1965.
Nederlandse Accountants-Maatschap (w.g.) W. I. Bosschaart Lid van het Nederlands Instituut van Accountants
333
Toelichting bij de balans en rekening en verantwoording over 1964 en de begroting voor 1966 van het fonds tot steun aan Oorlogsslachtoffers.
aftrek van het nadelig saldo 1964 w e r d gecompenseerd door een voordelig koersverschil, bleef het kapitaal ongeveer gelijk.
BALANS
Te betalen uitkeringen
Activa
Dit bedrag was per 31 december 1964 nog verschuldigd over dat jaar. Te betalen posten f 450,— Dit betreft accountantskosten over het jaar 1964.
Beleggingen
f 350.532,—
Voor dit jaar is er weer een bedrag van ruim f 34.000,— uitgeloot, maar vervolgens is er ruim f 53.000,— opnieuw belegd (in aandelen). Als resultaat hiervan, en na verrekening van een voordelig koersverschil van ruim f 5.000,—, is de waarde van de beleggingen gestegen van ruim f 326.000,— tot ruim f 350.000,—. Deposito
f 50.000,—
Na ingevs/onnen advies w/erd besloten dit deel van de liquide middelen te plaatsen in deposito, gezien de hoge rentestandaard. Geldmiddelen Lager dan verleden jaar doordat een gedeelte van de middelen gebruikt is voor nieuwe beleggingen. Kon. Ned. MiJ. t.b.d.
Geneeskunst
In tegenstelling met verleden jaar had het niets te vorderen van de Maatschappij. Te vorderen
bijdragen
fonds
Verleden jaar was dit bedrag reeds lager dan in het voorafgaande jaar. Thans is het weer veel lager, dank zij de snelle ontvangst van de contributies. Te vorderen
en vooruitbetaalde
posten
f 4.362,57
Deze bestaan voornamelijk uit te vorderen intrest van beleggingen. Vorderingen
uit hoofde van
Passiva
Ontvangsten Bijdragen ruim f 70.000,—, dit is ongeveer f 7.000,— hoger dan begroot. Voor 1966 zijn de inkomsten begroot op f 72.000,—, waarbij is uitgegaan van een gelijkblijvende grondslag voor dit fonds van f 4 , — . Inkomsten
uit
beleggingen
Doordat eind 1964 het belegde vermogen verhoogd is zou men voor 1966 hogere opbrengst kunnen verwachten, maar daar er in het jaar 1965 en 1966 ook weer stukken zullen uitloten, is de opbrengst der beleggingen voor 1966 begroot op f 14.000,— gelijk aan de begroting voor 1965. uit
kapitaal
Dit betreft de bijdrage voor de uitkeringen uit het kapitaal, weike bijdrage begroot was op f 13.000,—. Voor 1966 is begroot f 5.000,—. Uitgaven De uitgaven in 1964 hebben de begroting met ruim f 1.000,— overschreden door de hogere lasten die ontstonden ten gevolge van de verhoogde uitkeringen. Uitkeringen Hoswel het aantal gevallen waarin uitkering wordt verleend geleidelijk, zij het langzaam, blijft afnemen is het uitgekeerde bedrag vergeleken met 1963 gestegen door de hogere uitkeringen, die nodig waren in verband met de gestegen lonen en prijzen. De begroting voor 1966 wordt daarom gehouden op dezelfde hoogte als die van 1965.
ruim f 439.000,—
Doordat de vermindering van he't kapitaal door de
334
OVER 1964 EN
borgstellingen
Verleden jaar was de mogelijke vordering uit hoofde van borgstellingen f 13.000,—. Thans is dit f 11.500,—. Het betreft borgstellingen voor leningen, indertijd verstrekt aan door de oorlog gedupeerde collegae (thans nog een lening).
Kapitaal
REKENING EN VERANTWOORDING BEGROTING VOOR 1966
Bijdrage
f 939,25
f 1.500,—
G. DEKKER, pennlngmeester
Punt VIII D.
V A N DE MAATSCHAPPIJ
Balans per 31 december 1964 der Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Activa
31.12.1934
f
f
Gebouwen Inventaris der gebouwen Bibliotheek Effecten Inschrijving Schuldregister Hypotheken en leningen Rekening-courant met maatschappelijke verenigingen en fondsen Deposito's Geldmiddelen Te vorderen contributies Vooruitbetaalde en te vorderen posten
289.520 — 1,—
298.270,— 1,— 1,— 213.980,— 77.913,75 26.074,78
253.510,31 61.936 — 28.301,01
31.12.1963
2.424,92 250.000,— 5.700,51 11.371,76
120.779,01 28.297,47 25.678,90
142.173,48
112.001,35
1.044.939,99
902.997,26
Passiva
31.12.1934
f
f
Kapitaal Voordelig saldo 1964 resp. '63 . Spaarfonds Rekening-courant met maatschappelijke verenigingen en fondsen Te betalen en gereserveerde posten
804.606,96 111.864,46 50.297,59
666.481,32 22.792,95 47.296,68
31.12.1983
88.726,19 78.170,98
77.700,14
1.044.939,99
902.997,26
335
Toelichting bij de balans per 31 december 1964 van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst.
Vooruitbetaalde en te vorderen posten rulm f 142.000,— De posten zijn o.a.
Activa Gabouwen De boekwaarde per 1 januari 1964 bedroeg In 1964 ward afgeschreven
f 298.270 — „ 8.750 — f 289.520 —
De gebouwen zijn tegen brand verzekerd voor f 1.100.000,—. De inventaris voor f 220.000,—. De bibliotheek voor f 1.000.000,—. Eflecten f 253.510,31 Vermeerderd door de effecten van het fonds voor Bijzondere Doeleinden en Noden f 55.045,30. Verminderd door uitloting van f 14.164,50 en door sen nadelig koersverschil. Inschrijving 3% Schuldregister f 61.936,— Verminderd door aflossing (f 15.800,—) en nadelig koersverschil. Hypotheken en leningen Hoger door overname van de leningen van het fonds voor Bijzondere Doeleinden en Noden (f 4.953,12), verminderd doordat op de hypotheken werd afgelost ± f 2.725,—. Rekening-Courant met maatschappelijke verenigingen en fondsen De aan maatschappelijke verenigingen en fondsen verschuldigde bedragen en van deze te vorderen posten waren per 31 december 1964 bijna gelljk. Deposito's De depositorekening w/erd verhoogd van f 120.000,— tot f 250.000,—; zie ook de toelichting bij de ,,rekening en verantwoording" over bankrente. Geldmiddelen Deze waren aan het einde van het jaar niet rulm, doch over de depositorekening kon per 6 januari 1965 worden beschikt. te vorderen contributie Bedroeg deze eind 1963 f 25.678,— of 3,4% van de totale contributie-opbrengst, per 31 december 1964 Is dit resp. f 11.371,— of 1,3%. Dit werd verkregen dank zij de zeer gewaardeerde medewerking van de afdelingspenningmeesters, de snellere betaling door de
336
leden en de viotte verwerking van de gegevens door onze afdeling boekhoudlng.
Te vorderen: ,,Huisarts en Wetenschap" Voor advertenties Medisch Contact Ministerle O., K. en W ,,Spreekuur Thuis" Kosten vergaderingen Comite Permanent Rente Sociaal-Economisch Bureau Vooruitbetaalde pensioenpremie
4.573,52.250,15.680,12.765,19.038,5.097,4.853,23.026,-
en verder een aantal kleinere posten. Passiva Kapitaal f 804.606,96 Toegevoegd werd het kapitaal van het fonds voor Bijzondere Doeleinden en Noden ad f 115.819,30, het voordelig saldo 1963 ad f 22.792,95 en de hogere opbrengst van achterstallige contributies 1960/1963 ad f 3.841,83. In mindering werd gebracht het nadelig koersverschil f 4.328,44. Spaarfonds Toegevoegd werden de jaarlijkse storting van f 6.000,— en de bijdragen van het personeel voor latere pensioeninkoop tot een bedrag van f 3.474,—. Betaald werden uit het fonds enkele toelagen ad f 3.343,—, een pensioeninkoop van f 1.876,— en enkele terugbetalingen van gespaarde gelden wegens beeindiging dienstverband tot een bedrag van f 1.254,—. Te betalen en gereserveerde posten f 78.171,— Dit bedrag bestond o.a. uit: Te betalen contributies afdelingen (deze werden in begin 1965 betaald) Loonbelasting etc Centraal College Kosten H.B Bureaukosten Accountant Diverse commissies Bibliotheek Vooruitontvangen contributie 1965 Reserve voor nieuwe catalogus bibliotheek ...
f ,, „ ,,
,, ,,
16.854,— 13.370,— 4.190,— 8.213,— 5.884,— 4.50O,— 3.865,— 1.120,— 1.635,— 15.522,—
G. DEKKER, secretaris-penningmeester
Rekening en verantwoording over het jaar 1964 en begroting van inkomsten en uitgaven voor het jaar 1966 van de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst Omschrijving
Resultatenrekg. 1963
Resultatenrekg. 1964
Begroting 1964
Begroting 1965
Begroting 1966
f 738.567,79 ,, 22.767,40
f 887.353,22 „ 10.211,76
f 785.000,—
f 1.090.000,—
f 1.165.000,—
f 785.000,—
f 1.090.000,-
n . 165.000,-
f „
11.500,— 5.000,—
f
11.000,— 5.000,—
f
,, 13.000,—
„
15.000,—
„
f 814.500,-
n-121.000,-
f 1.200.000,-
f 10.000,— „ 8.000,— „ 4.500,— ,, 10.000,—
f
10.000,— 8.000,— 4.500,— 20.000,—
f
10.000,— 10.000,— 4.500,— 25.000,—
f
32.500,—
f
42.500,—
f
49.500,—
f 40.000,— „ 14.000,—
f
45.000,— 14.000,—
f
45.000,— 14.000,—
f 54.000,-
f
59.000,—
f 225.000,— „ 48.000,— „ 18.000,— „ 9.000,— „ 14.000,— „ 10.000,— „ 14.000,—
f ,, ,,
,, ,, "
265.000,— 70.000,— 20.000,— 9.000,— 14.000,— 10.000,— 16.000,—
8.000,— 6.000,—
"
f 352.000,—
Ontvangsten 1 Contributies: a Ontvangen contributies b Nog te ontv. contr
/^ 897.564,98 2 Opbrengst beleggingen: 1 Met vaste rentebaten 2 Met wisselende renteb 3 Bankrente 4 Uit onroerend goed
f
10.883,40 5.768,50 ,, —,— 10.221,51
f „ „ „
10.550,15 8.094,90 9.217,85 22.831,45 f
50.694,35
f 948.259,33
f 788.208,60
10.000,6.000,4.000,15.000,-
Uitgaven Hoofdstuk: I Vergaderingen: 1 Alg. vergaderingen 2 Ledencongres 3 Aig. verg. World Med. Ass. 4 Verg. Com. Perm. (E.E.G.) ..
f
6.360,37 8.000,— 5.105,98 48.643,04
f 5.372,75 „ 8.020,97 „ 3.140,99 „ 35.043,40 f
Hoofdbestuur: 1 Reis- en verblijfkosten en verg. voor waarneming 2 Overige kosten
f
38.091,58 11.222,18
f „
39.368,16 8.030,18 f
Ill Secretariaat en Bureau: 1 Salarissen 2 Soc. voorz. w.o. spaarfonds .. 3 Reis- en verbl.kosten 4 Kantoorbehoeften 5 Gewone drukw/. en Doc 6 Aansch. en onderh. Inventaris 7 Porti, Telefoon, Telegr 8 Notuleringskosten H.B. en D.B. verg 9 Diversen
IV Organen met eigen bestuur: 1 Medisch Contact 2 Soc.-Econ, Bureau
f 215.615,71 „ 55.824,37 „ 16.013,12 „ 5.296,86 „ 12.426,74 „ 8.331,17 „ 14.472,35
f „ ,, „ „ „ „
233.397,06 76.240,91 15.416,56 12.840,80 10.682,63 10.955,— 13.881,37
,, „
„ „
6.406,15 6.592,25
f „
4.351,80 4.747,84
94.398,52 22.101,22
51.578,11
47.398,34
/• 159.911,38 V Adviseurs: 1 Rechtskundige adviseurs 2 Accountant en bel.adv. ... 3 Journ. adviseurs
6.180,— 4.600,— 6.374,35
9.500,— 4.700,— 8.124,80 f
Transporteren
f 588.157,20
22.324,80
f 667.625,36
f ,, ,, ,,
,, "
280.000,— 82.000,— 20.000,— 10.000,— 14.000,— 10.000,— 16.000,—
8.000,— 6.000,—
"
8.000,— 8.000,—
f
418.000,—
f
448.000,—
n 03.450,— „ 20.000,—
f "
116.000,— 28.000,—
f "
135.000,— 30.000,—
/• 123.450,—
f
144.000,—
f
165.000,-
f „ „
12.000,— 3.000,— 7.000,—
f „ „
12.000,— 5.500,— 7.500,—
f „ „
12.000,5.500,8.500,-
f
22.000,-
f
25.000,—
f 583.950,—
f
„ „
f 132.150,32 „ 27.761,06
59.000,-
„
688.500,-
„
26.000,f
747.500,-
337
Omschrijving Transport VI Erkenning en registratie van Med. Specialisten en van sociaal-geneeskundigen: 1 Specialisten registratie .... 2 Sociaal-geneesk. reg. ....
Resultatenrekg. 1964
Resultatenrekg. 1963 f 588.157,20
f 11.368,23 ,, 2.320,54
Begroting 1964 f 667.625,36
27.660,47 2.727,75 100,— 2.500,—
f
688.500,—
f
747.500,-
f „
10.000,— 3.000,—
f „
15.000,— 3.000,—
f „
20.000,2.000,-
f
13.000,—
f
18.000,—
f
22.000,-
f 25.674,28 „ 2.562,73 156,45
f 28.000,— „ 3.000,— ,, 10.000,—
f
30.000,3.0OO,10.000,-
f
30.000,— 3.0O0,— 20.000,—
„
„
3.000,—
f
44.000,—
f
48.000,—
f
59.700,-
f „
15.000,5.000,-
f
15.000,5.000,-
f
15.000,8.000,-
f
20.000,—
f
20.000,—
f
23.000,-
f „
7.000,— 2.000,—
f ,,
8.000,— 1.000,—
f „
8.000,— 1.00O,—
f
9.000,—
f
9.000,—
f
9.000,—
f „
15.680,81 1.073,79
f „
11.898,07 3.344,50
f „
f „
6.867,68 2.000,—
f „
13.740,82 10.667,08 14.400,— 21.711,66 19.108,28 5.000,—
1.000,— 20.843,37
22.792,95
10.440,68
13.819,37 8.130,07 19.200,— 11.008,58 1.273,57 5.000,— 3.302,17 475,—
f
27.103,99 f
Voordelig saldo
18.168,02
8.440,68 2.00O,— f
Overige uitgaven: 1 Bijdrage aan Ver. etc 2 Verteganw. en repr Huur gebouwen Huishoudelijke dienst Bijzondere drukwerken Toez. M.C. aan semi-artsen Uitgaven v. Bijz. Noden 8 Uitg. v. Bijz. Doeleinden 9 St. Mij. fonds v. Med. Wetensch. Werk 10 Onvoorziene Uitg
34.093,46
12.641,— 5.527,02 f
IX Bibliotheek: 1 Aankoop boekvi^erken, onderhoud banden verz 2 Reserve voor nieuwe catalogue
16.754,60
5.700,— f
VIII Rechtspraak: 1 Raad van Beroep 2 Juridische bijst. Afdelingsraden
89.312,75
15.000,12.000,32.000,-
„
„
5.000,-
f
20.000,5.000,5.000,3.000,-
18.000,14.000,19.200,12.800,20.000,5.000,5.000,3.000,-
32.550,-
2.000,38.500,-
6.700,—
f
18.000,14.000,19.200,12.800,20.000,6.000,5.000,3.000,4.000,36.800,-
n 24.550,—
f
137.500,—
f
138.800,—
f
f
2OO.O0O,—
f
20O.00O,—
,, 111.864,46
Te verwachten batig saldo f 788.208,60
Begroting 1966
f 583.950,—
f VII Commissies: 1 Diverse commissies 2 Kadercursus 3 L.A.C.C 4 Stichting OpI. Soc. Geneeskundigen . ..
Begroting 1965
f 948.259,33
20.000,—
f 814.500,-
f 1.121.000,-
f 1.200.000,-
Op grond van onze werkzaamheden verklaren wjj, dat wij de jaarstukken 1964 akkoord hebben bevonden.
Amsterdam, 9 februari 1965.
338
Nederlandse Accountants-Maatschap (w.g.) W. I. Bosschaart Lid van het Nederlands Instituut van Accountants
Toelichting bij de rekening en verantwoording over het jaar 1964 en begroting van inkotnsten en uitgaven voor het jaar 1966. Ter vergelijking van een aantal cijfers van de rekening en verantwoording van liet jaar 1964, met de cljfers van vorlge jaren, volgt hieronder een bijgewerkte staat van gegevens:
Jaar
1952 1953 1954 1955 1956 1957 1958 1959 1960 1961 1962 1963 1964 1965
Aantal leden eind van het Jaar
Gemiddeld
7725 8105 8100 8759 9237 9532 10175 10429 10969 11122 11436 11666 11918
31 — 33,50 39,56 46,46 48,— 47,53 43,56 44,50 49,50 56,— 61,20 65,20 75,31
ontvangen contributie Maatschappij
Contributie grondslagen
Maatsch.
35,— 37,— 46,— 44,— 44,— 40,— 36,— 36,— 40,— 44,— 46,— 46,— 50,— 60,—
OorlogsOnderslachtoffers- steuningsfonds fonds 12,— 12,— 10,— 10,— 14,— 10,— 6,— 6,— 4,— 4,— 4,— 4,— 4,— 4,—
Het ledental is in 1964 gestegen met 252 tot 11.918. De contributiegrondslag was in 1964 f 50,—. De begroting voor het jaar 1964 werd opgemaakt op basis van een grondslag van f 48,—, maar de Algemene Vergadering besloot deze te stellen op f50,—, in het vooruitzlcht van een nieuw bestuursgebouw op het Kanalen-eiland te Utrecht. De uitgaven w/aren in 1964 ruim f 836.000,—. De begroting der uitgaven was f 794.500,—. Een stijging dus van bijna f 42.000,—, weike stijging gezien de verhoglng van lonen en onkosten bij het begin van het jaar 1964 nog gering is te noemen. De inkomsten daarentegen gingen vergeleken met de begroting omhoog met ruim f 133.000,—, zodat het overschot, boven de reeds begrote f 20.000,—, ongeveer f 91.000,— bedroeg. Volgens de op een grondslag van /'48,— opgestelde begroting werd een batig saldo van f 20.000,— verwacht. Doordat de grondslag door de Algemene Vergadering werd verhoogd tot f 50,— mocht een verder overschot worden verwacht van f 30.000,—. In totaal mocht dus een batig saldo worden verwacht van ± f 50.000,—, terwiji dit heeft bedragen ruim f 111.000,—. De exploitatie was dus in feite f 61.000,— voordeliger dan op grond van de begrotingscijfers werd verwacht, hetgeen een zeer gunstig resultaat is. Het totale overschot van het jaar 1964, groot ± f 111.000,— zai met de begrote voordelige saldi over 1965 en 1966, indien deze inderdaad worden verkregen, een zeer welkome en ook een vrijwel onmisbare aanvulling zijn van het kapitaal der Maatschappij, gezien de voorgenomen nieuwbouw. Gelet op bovengenoemde ontwikkeling wordt voorgesteld de contributiegrondslag voor 1966 te handhaven op f 60.—.
18,— 18,— 18,— 18,— 18,— 18,— 18,— 18,— 18,— 18,— 14,— 14,— 12,— 12,—
uitgaven
Overschot ( + ) of tekort (—)
322.237,— 374.909,— 414.553,— 398.227,— 459.478,— 563.397,— 602.109,— 606.458,— 597.098,— 681.993,— 765.415,— 836.394,—
33.777,— 6.446,— 33.287,— + 8.644,— + 51.000,— + 48.000,— — 59.000,— — 79.023,— — 7.872,— + 47.398,— + 34.637,— + 22.793,— + 111.864,—
Totals
Totaal
65,— 67,— 74,— 72,— 76,— 68,— 60,— 60,— 62,— 66,— 64,— 64,— 66,— 76,—
— —
OmVANGSTEN: Contributie: Totale opbrengst ruim f 897.000,— Ruim n36.000,— hoger dan in het jaar 1963. Te danken aan een verhoging van de grondslag van f 46,— in 1963 tot f 50,— in 1964, aan een beduidende verhoging van de inkomens der leden en aan een vermeerdering van het ledental. Opvallend en verheugend is het feit dat bijna 99% van de contributie reeds voor de afloop van het jaar ontvangen is. Met een, vergeleken met 1965, gelijkblijvende grondslag wordt de contributie-opbrengst voor 1966 begroot op f 1.165.000,—. Opbrengst beleggingen Over dit jaar werd een bankrente verkregen van ruim f 9.000,— voor tijdelijke belegging, mogelijk geworden door de verhoogde liquiditeit als gevolg van het voordelig saldo, en mede beinvloed door de hoge rente-standaard. Opbrengst uit onroerend goed De opbrengst uit onroerend goed is dit jaar voor het eerst een reeel cijfer. Door de in de vorlge jaren aangebrachte veranderingen In de exploitatierekening van onze panden, door de dit jaar voor het eerst op basis van de realiteit berekende huren en onkosten, zowel van onze huurders als ook van onze eigen bureaus, is dit jaar een opbrengst uit onroerend goed ontstaan die bevredigend genoemd mag worden, zij het dat men daarvoor moet uitgaan van de boekwaarde der panden, terwiji de reele waarde ongetwijfeld aanzienlijk hoger ligt.
339
7. Porti, telefoon en telegraaf Geen opmerkingen.
UITGAVEN: Hoofdstuk: I Vergaderingen 1. Algemene vergaderingen De begroting is gebaseerd op 3 a 4 Algemene Vergaderingen per jaar. In 1964 werden er slechts 2 gehouden (die van december 1964 werd ultgesteld tot januari 1965). 2. Ledencongres Een gunstig resultaat ofschoon er nog een kleine navordering te verwachten Is. De begroting voor 1966 is verhoogd tot f 10.000,—. 3. Alg. vergadering World Medical Association De algemene vergadering in Finland v\/erd bijgewoond door twee vertegenwoordigers en niet door drie zoals oorspronkelijk de bedoeling was. 4. Vergadering Com. Permanent (E.E.G.) De uitgaven gingen ook dit jaar de begroting ver te boven. Bij het opmaken der begroting 1964 was er op gerekend dat het presidiaat in 1964 reeds naar een ander land zou gaan. Het is echter nog een jaar langer gebleven en dat bracht extra kosten mee. Vergeleken met het vorige jaar zijn de uitgaven duidelijk lager, hetgeen een gevolg is van de doorvoering van een verdeling van de algemene onkosten over de deelnemende landen. II.
Hoofdbestuur Geen opmerkingen.
III. Secretariaat en bureau: 1. De salarissen Deze post is vergeleken met 1963 slechts gestegen met ongeveer 8%, terwiji de salarissen in het begin van 1964 zijn verhoogd met 10 tot 15%. Dit is mede een gevolg van het felt dat in een paar vacatures nog niet is voorzien. Getracht zai worden de hierdoor ontstane onderbezetting zo spoedig mogelijk op te heffen. De begroting voor het jaar 1966 is daarom hoger gesteld. 2. Sociale voorzieningen waaronder spaarfonds De uitgaven zijn veel hoger dan de begroting en ook veel hoger dan die van het jaar 1963. Behalve de algemene verhoging van de sociale lasten is het ook een gevolg van het feit dat de pensioenregeling voor enkele personeelsleden die reeds lang bij de Maatschappij werkzaam zijn onvoldoende bleek te zijn. 3. Reis- en verblijfkosten Binnen de begroting gebleven. 4. Kantoorbehoeften De uitgaven gingen de begroting te boven door aankoop van een flinke partij stencilpapier in een van de laatste maanden van het jaar. 5. Gewone drukwerken en documentatie Binnen de begroting gebleven. 6. Aanschaffing en onderhoud inventaris Zoals begroot. 340
8. Notuleringskosten H.B. en D.B. vergaderingen Geen opmerkingen. 9. Diverse kosten Geen opmerkingen. IV. Organen met eigen bestuur: 1. Medisch Contact Zie het verslag van het bestuur van Medisch Contact en de financiele verantwoording. 2. Sociaal-Economisch Bureau Salarissen Sociale lasten Reis-, verbiijf- en repr.kosten Huur, verwarming, verllchting Aanschaffing en onderPioud inventaris Porti, telefoon en telegraaf Documentatie Kantoorbehoeften
f 55.899,51 13.441,94 4.569,50 7.700,— 49,15 660,99 935,92 470,31
Totaie kosten Doorberekend aan maatschappelijke verenigingen
f 83.727,32 „ 56.022,12 f 27.705,20
Hogere uitgaven dan in 1963 onder meer door de verhoging der salarissen. V.
Adviseurs: Geen bijzonderheden.
VI. Er4^enning en registratie medische specialisten 1. De specialisten registratie De reeds vorig jaar gesignaleerde toenemende activiteiten van het Centraal College en van de Specialisten Registratie Commissie heeft geleid tot een verhoging van de uitgaven, die in de begroting 1964 nog niet was voorzien maar in de begrotingen van 1965 en 1966 mede tot uitdrukking komt. 2. De Sociaal-geneeskundigen registratie Beneden de begroting, dus voor 1965 lets lager begroot. VII. Commissies 1. Diverse commissies Uitgaven bleven vrij constant. 2. Kadercursus Uitgaven bleven vrij constant. 3. L.A.C.C. Ook dit jaar zijn de uitgaven voor de L.A.C.C. nog zeer gering gebleven. Indien de plannen die thans aanhangig zijn, kunnen worden uitgevoerd zullen de uitgaven in 1965 belangrljk gaan stijgen, hetgeen in de begroting tot uitdrukking is gebracht. 4. Stichting tot Opieiding van Sociaal-Geneeskundigen Deze stichting begint tot ontwikkeling te komen, hetgeen begrijpelijkerwijze verhoging van onkosten met zich meebrengt.
VIII. Rechtspraak Geen opmerklngen. IX. Bibliotheek Geen opmerklngen. X. Overige uitgaven 1. Bijdragen aan vereniglngen etc. Deze waren In 1964 ongeveer gelijk aan 1963; zij zullen echter In de komende jaren toenemen waarop bij de begroting Is gerekend. Het betreft hier hoofdzakelijk bijdragen aan de F.O.I.B. (Federatle Organlsatles Intellectuele Beroepen) en aan de W.M.A. (World Medical Association). 3. Huur gebouwen en 4. Huishoudelljke dienst Evenals verleden jaar moet de begrotingspost van f 32.000,— worden gesplitst in een post voor huur gebouwen en een post voor huishoudelljke dienst. De post huur gebouwen wordt vooruit vastgesteld en is dus voor de begroting 1965 en 1966 behoudens wijzlglngen reeds bekend, maar de post huishoudelljke dienst die dit jaar voor het eerst op reele basis te berekenen was (men zle de toelichting opbrengst onroerende goederen) zaj steeds enige variatie vertonen. 5. Bijzondere drukwerken De uitgaven zijn dit jaar klein maar de begroting moet toch hoger worden gehouden, omdat wij niet weten weike grote uitgaven in dit verband In 1966 nodig zullen zljn. (Indlen een herdruk van ,,Beslult en Rapport inzake Geneeskundige Verklarlngen", van de Statuten
en van het Hulshoudelijk Reglement of van het boekje Medische Ethiek en Gedragsleer nodig Is, brengt dit vrij hoge kosten mede). Besloten werd voor de toekomstige uitgaven geen aparte reserve te vormen gezien het felt dat de niet opgenomen bedragen van de begroting aan het kapitaal ten goede komen en dat toekomstige grote uitgaven eventueel over enige jaren kunnen worden gespreid zoals dit ook in het verleden Is geschied. 6. Toezending ,,Medisch Contact" aan semi-artsen In verband met de verhoogde druk- en verzendkosten is dit bedrag voor het jaar 1966 gebracht op f 6.000,—. 7. Uitgaven voor Bijzondere Noden Beneden de begroting gebleven. 8. Uitgaven voor Bijzondere Doelelnden Dit jaar werd slechts een klein bedrag uitgegeven als bijzondere bijdrage aan het Verbond van Medische Studenten Faculteiten. 9. Stichting pelljk Werk Voorgesteld tot f 4.000,—. enige actlvlteit
Mlj. Ponds voor Medisch Wetenschapwordt dit bedrag in 1966 te verhogen Dit fonds kan in 1965 voor het eerst gaan vertonen.
10. Onvoorzlene uitgaven Beneden de begroting gebleven. De belangrijkste posten waren: kosten assistentie leden E.E.G. delegatie, juridische boekwerken, enz. enz. G. DEKKER, secretaris-penningmeester
341
Punt VIII E. DE GECOMBINEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 1964 VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST (IN RUIMERE ZIN)
Passiva
Activa
f Gebouwen Inventaris
Mij Mij. LH.V. L.S.V. L.A.D.
Beleggingen
Mij. 315.446,31 LH.V. 98.597,75 L.S.V. 461.170,— L.A.D. 64.561,— F.v.O. 350.532,50
f 289.520,—
Kapitaal
Mij. LH.V. L.S.V. L.A.D. F.v.O.
804.606,96 215.121,98 266.838,56 71.138,32 439.719,72
Algemene reserve
Mij. L.H.V. LS.V. LA.D.
—,— —,— 67.214,91 22.915,79
Voordelig saldo 1964
Mij. 111.864,46 L.H.V. 4.043,07 L.S.V. 3.520,69 LA.D. 13.866,49
1,— 2.800 — 1,— 1,—
1.797.425.54
2.803 —
Bibliotheek Hypotheken en leningen Nederlands Huisartsengenootschap Te vorderen contributies
Mij Mij Mij Mij. LH.V. LS.V. LA.D. F.v.O.
90.130,70 1.290.307,56 1,— 28.301,01 15.328,30
11.371,76 4.313,75 1.417,38 1.075,25 939,25 19.117,39
Deposito's
Mij. 250.000,— F.v.O. 50.000,— Mij. 5.700,51 LH.V. 130.314,43 LS.V. 63.677,45 L.A.D. 43.967,73 F.v.O. 44.849,30
Te betalen en vooruitontvangen posten
Mij. L.H.V. LS.V. L.A.D. F.v.O.
288.509,42 Vooruitbetaalde en te vorderen posten
133.294,71 50.297,59 54.517,94
173.088,74 300.000,—
Geldmiddelen
Spaarfonds Mij Ondersteuningsfonds voor Weduwen en Wezen Mij Voorzlening voor economische en statistische onderzoekingen en adviezen L.S.V. 167.082,84 L.H.V. 6.005,90
Borgstelling - f 11.500,—
F.v.O.
78.370,98 11.096,72 22.317,63 1.900,87 1.950,— 115.636,20 P.M.
Mij. 142.173,48 LH.V. 12.505,28 LS.V. 20.124,87 L.A.D 1.337,54 F.v.O. 4.362,57 180.503,74
Vordering uit hoofde van borgstelling - f l 1.500,— ...
F.v.O.
P.M. 2.414.391,42
Punt Vlllf Verslag van de commissie voor de geldmiddelen ingevolge het bepaalde in artikel 457 van het huishoudelijk reglement der Maatschappij heeft de commissie voor de geldmiddelen (de G.C.) de eer u hierblj haar verslag te doen toekomen over de hieronder vermelde jaarstukken. De vergadering waarin deze stukken warden besproken, w/erd bijgewoond door de secretarls-penningmeester, de accountant en de boekhouder der Maatschappij. A. De rekening en verantwoording over 1964 en de begroting voor 1966 van Medisch Contact. De post drukkosten op de rekening en verantwoording die voor 342
2.414.391,42
1964 f 247.209,44 bedroeg, zai de G.C. in de volgende verantwoordingen gaarne nader toegelicht zien. De G.C. verklaart zich met deze stukken akkoord. B. De balans per 31 december 1964 en resultatenrekening over 1964 met de begroting voor 1966 van het ondersteuningsfonds voor Weduwen en Wezen. De G.C. verklaart zich met deze stukken akkoord. C. De balans per 31 december 1964 en de resultatenrekening over 1964 met de begroting voor 1966 van het fonds tot steun aan oorlogsslachtoffers. Bij informatie bleek dat dit fonds nog jarenlang een nuttige functie zaI kunnen verrlchten. De G.C. verklaart zich met deze stukken akkoord. D. De balans per 31 december 1964 en de reke-
ning en verantwoording over 1964 met de begroting over 1966 van de Maatschappij. De Geldcommissie verzocht de secretaris-penningmeester in zijn toelichting op de balans ook de verzekerde waarde van de bibliotheek te vermelden, hetgeen de S.P. toezegde. Een nadere toelichting op de kosten van de Vergadering Commissie Permanent (E.E.G.) zou de G.C. welkom zijn. Om een beter inzicht te krijgen in de kosten ten behoeve van het Sociaal Economisch Bureau zou een jaarverslag van dit bureau de G.C. zeer van pas komen. De G.C. verklaart zich met deze stukken akkoord. Namens de commissie voor de Geldmiddelen, J. W. V A N CALCAR, secretaris-penningmeester
Rotterdam, 29 maart 1965.
Punt IX Voorstel tot aanvulling en wijziging van het besiuit en rapport inzake geneeskundige verklaringen (twaalfde lijst) a. § 9 sub 5 a (pag. 29) vervangen door: a. De e.g. vrage aan de b.g. slechts inlichtingen, indien en voorzover hij die nodig heeft voor het vormen van zijn (aan de opdrachtgever mede te delen) oordeel. De e.g. mag deze inlichtingen pas vragen, nadat hij de patient heeft gezien. Daarbij dient het doel van de door hem gevraagde inlichtingen in overeenstemmlng te zijn met het doel van zijn onderzoek; 20 zai bijvoorbeeld de e.g., die aan de b.g. inlichtingen wil vragen over een ziektegeval, zich niet mogen beroepen op het feit, dat hij de betreffende patient toevailig kort tevoren voor een levensverzekering heeft gekeurd. Voorts mag er tussen het onderzoek door de e.g. en het verzoek om inlichtingen niet teveel tijd zijn verstreken; welk tijdsverloop in deze nog als toelaatbaar kan worden beschouwd, is uiteraard afhankelijk van de concrete situatie, doch In het algemeen zaI dit iiggen tussen enkeie weken en enkele maanden. b. Nieuw punt toevoegen: B-lla. VRUSTELLING VAN LEERPLICHT. — Volgens art. 7 sub 7 van de Leerplichtwet Is de vader vrijgesteid van de verpllchting om zorg te dragen, dat aan zijn kind voldoende onderwijs wordt verstrekt, zolang het kind volgens schrifteHjke verklaring van een geneeskundige ongeschlkt is voor het bezoeken van een binnen redelljke afstand van de woning gelegen school. De b.g. mag de hiertoe vereiste verklaring niet afgeven. Verreweg het beste kan dit geschieden door de S.A. (die Immers vaak ook het beste In staat Is te beoordelen, In hoeverre een lichamelljk of geestelijk gehandleapt kind nog in aanmerking komt voor het volgen van enige vorm van bultengewoon onderwijs). Mocht deze werkwijze niet mogelljk zijn, dan kan de G.G.D. worden ingeschakeld of desnoods de A.V.A.
Voor de ingevolge de kleuteronderwijswet verlangde verklaring, dat een zevenjarig kind nog de kleuterschool mag bezoeken, omdat het niet rljp Is voor het bezoeken van de lagere school geldt dezelfde regellng. c. Punt C-2 wordt in zijn geheel vervangen door: C-2. BETALING VAN ZIEKENHUISOPNAME. ( + ) Het Is de b.g. toegestaan aan de betalende instelllng een verklaring af te geven omtrent de noodzakelijkheid van ziekenhulsopname. Aan de e.g. of med. adviseur mag de b.g. bovendien — ook zonder dat tevoren een controle heeft plaats gevonden — de opname-diagnose of opname-indicatle opgeven. Aanvullende inlichtingen omtrent verloop of resultaat van de opname mag de b.g. echter pas verstrekken, nadat controle heeft plaats qevonden. Voor mededelingen omtrent het tijdstip van aanvang der ziekte, zie E-22. Verklaringen omtrent de data van opname en ontslag zijn van zuiver administratieve aard en behoren dus (zie § 8 sub 2) In principe niet tot de taak van de arts (b.g. noch e.g.). Formulleren, waarop alleen naar deze data wordt gevraagd, dienen derhalve aan de ziekenhulsadministratie te worden gericht. d. Punt C-3 wordt in zijn geheel vervangen door: C-3. BETALING VAN OPNAME IN SANATORIA EN ANDERE SPECIFIEKE INRICHTINGEN. ( + ) a. De oorspronkelijke b.g. (huisarts of specialist) heeft met de betaling van deze opname meestal geen bemoelenls. Is zulks wel het geval dan gelden hiervoor de regels als bij de ziekenhulsopname (C-2). (-I-) b. De tijdelijke b.g., dus de geneesheer-dlrecteur (of andere behandelende arts) van de inrlchting, wordt veelal wel Ingeschakeld bij het aanvragen van de betaling der opname; met name geschledt dit vaak bij aanvragen voor verlenging der verpleglngstermijn. Voor een aantal soorten van inriehtingen is het — in afwijking van de algemene riehtlljnen van dit rapport — toegestaan, dat deze tijdelijke b.g. een rapport ultbrengt aan de med. adviseur van de betalende instelllng, zonder dat de patient eerst wordt gecontroleerd. Onder deze regel vallen uitsluitend de volgende inriehtingen: tuberculose-sanatoria; psychiatrlsehe Inriehtingen, van welke aard ook; verpleegtehulzen; Inriehtingen voor bllnden en doofstommen; revalidatiecentra; astmaeentra. e. In punt C-9 (Specificatie van de doktersrekening) de zesde allnea (bovenaan pag. 56) vervangen door: Voorop meet dus staan, dat de arts zijn specificatie nooit rechtstreeks aan de particuliere verzekeringsInstelllng verstrekt, doch uitsluitend aan de patient. Over de wljze van speciflceren kunnen de volgende richtlijnen worden gegeven. Zuiver administratieve gegevens kan de medlcus 343
zonder bezwaar op zijn nota vermelden. Als zodanig kunnen worden beschouwd: a. aantal verrichtingen (meestal gesplitst naar soort: consult, visite, laboratorium, etc.); b. tarief per verrichting; c. namen der behandelde gezinsleden; d. aantal verrichtingen per gezinslid; e. data der verrichtingen. Hiervan vormen a en b de gebruikelijke standaardspecificatie. Voor sommige verzekeringsvormen is ook de opgave van c en/of d nodig. De tijdrovende specificatie volgens e moet de arts alleen verstrekken, wanneer hem is duidelijk gemaakt, dat deze gegevens voor de verzekeraar onmisbaar zijn. Naast deze administratieve specificatie worden soms ook gegevens van medische aard gevraagd. Dit betreft dan meestal: f. aard der verrichting (naam of nummer van operatie, behandeling of onderzoek); g. aard der ziekte (diagnose). In deze sector bestaan er wel degelijk problemen. Weliswaar kan er in theorie geen gevaar voor schending van het beroepsgeheim bestaan, omdat de arts deze gegevens niet aan derden verstrekt, doch aan de patient zelf, maar in de praktijk zai men ervan moeten uitgaan, dat de patient de hem door zijn arts verstrekte specificatie vermoedelijk klakkeloos aan zijn verzekeringsmaatschappij zai doorsturen. Bovendien zaI de arts ook aan zijn patient niet altijd alles willen mededelen. Daarom gelden hiervoor de volgende richtlijnen: Bij het vermelden van de aard der verrichting (f) dient de medicus de uiterste terughoudendheid te betrachten en zich te beperken tot algemene termen als observatie, operatieve behandeling, bevalling, e.d. Zonodig kan de e.g. of de med. adviseur — nadat er een controle heeft plaats gevonden — aan de b.g. nadere inlichtingen vragen. De diagnose (g) behoort de arts in het geheel niet op de nota (noch op andere wijze) te vermelden. De patienten kan de diagnose zelf naar beste weten opgeven en zonodig kan de verzekeringsinstelling een controle laten verrichten (vgl. C-10). Soms wordt echter niet naar de diagnose gevraagd, doch wordt alleen verzocht op de nota aan te tekenen, weike van de gedeciareerde verrrichtingen betrekking hadden op een met name genoemde ziekte (of z'iektengroep), waarvoor in de polls een uitsiuiting is opgenomen. Het is de b.g. toegestaan, mits op nadrukkelijk verzoek van de patient, deze aantekening aan zijn declaratie toe te voegen. Wanneer echter de med. adviseur, ter beoordeling van een aanvrage om hulp, zelf de patient zai zien, mag de b.g. hem tevoren inlichtingen sturen, resp. aan de patient meegeven (vgl. § 9 sub 4, zoals gewijzigd in de Elfde lijst van 1963). g. Nieuw punt C-17 toevoegen: C-17. LEVEND OF LEVENLOOS GEBOREN KIND. ( + ) Wanneer een levend geboren kind overlijdt, voordat er geboorteaangifte heeft plaats gevonden. 344
wordt het bij de Burgerlijke Stand niet in het bevolkingsregister opgenomen, doch (als ware het levenlooa geboren) uitsluitend in het overlijdensregister ingeschreven. De Burgerlijke Stand zai derhalve nooit in staat zijn antwoord te geven op de vraag, of een als doodgeboren ingeschreven kind al of niet geleefd heeft. Toch zai soms aan een antwoord op deze vraag behoefte kunnen bestaan (bv. in verband met erfrechtkwesties, kinderbijslag of kinderaftrek). In zuike gevallen mag daarom de b.g., indien hij zelf geconstateerd heeft, of het kind geleefd heeft, hieromtrent een verklaring afgeven. h. Nieuw punt D-n
toevoegen:
D-11. GRATIE — De b.g. mag geen verklaring afgeven ter ondersteuning van een gratieverzoek. Wel mag hij uiteraard inlichtingen verstrekken aan de Geneeskundig Inspecteur van het ministerie van Justitie, nadat deze de patient heeft onderzocht of heeft laten onderzoeken. Toelichting. Ad a (§ 9 sub 5 a). De voorwaarden, waaronder een e.g. inlichtingen mag vragen aan de b.g., vereisten verduidelijking. Ad b (B-11 a). Voor de vrijstelling van leerplicht blijken vaak briefjes door huisartsen te worden afgegeven, weIke bovendien niet altijd voldoende gefundeerd zijn. Ongetwijfeld is de schoolarts hiervoor de meest aangewezen instantie. Dit geldt eveneens voor de „niet-schoolrijp"-verklaringen. Ad c (C-2). De bestaande tekst bleek verduidelijking van node te hebben. Ad d (C-3). Het leek de Commissie gewenst een limitatieve opsomming te geven van die inrichtingen, waar de artsen mogen afwijken van de gebruikelijke regels. Ad e. (C-9). De specificatie van verrichtingen en ziekten heeft de laatste tijd veel problemen opgeworpen. De Commissie achtte het nuttig aan de artsen hiervoor duidelijke richtlijnen te verstrekken. Ad f (0-11). Aanvulling was vereist teneinde niet in tegenspraak te komen met de algemene regel uit § 9 sub 4. Ad g (0-17). De wettelijke voorschriften leiden er toe, dat de b.g. de enige is, die de in sommige gevallen noodzakelijke verklaring kan afgeven. Ofschoon deze situatie zich niet vaak zai voordoen, kwam het de Commissie toch gewenst voor hiervoor een regeling vast te leggen. Ad h (D-11). Reeds jaren geleden heeft de Commissie er op aangedrongen dat het ministerie van Justitie bij gratieverzoeken op (o.m.) medische gronden niet meer zou (laten) vragen naar het oordeel van de b.g. Nu ons streven onlangs met succes is bekroond, kunnen wij eindelijk uitvoering geven aan ons voornemen een algemene verbodsbepaling voor dergelijke verklaringen voor te stellen.
MC
V A N HET CENTRAAL BESTUUR L.H.V.
„Oude IJssel": Dr. H. C. Zanen, bacterioloog te Arnhem, ,,Aspecten van desinfectie".
Aanvulling jaarverslag
,,Oldambt" Prof. Dr. L. A. Joosse te Groningen over ,,Perinatale sterfte".
Onder verwijzing naar het jaarverslag-1964 van de secretaris der Landelijke Huisartsen Vereniging, als gepubliceerd in Medisch Contact d.d. 23 april 1964, No. 16, pagina 318 e.v. wordt medegedeeld, dat hieruit per abuis een volzin ontbreekt, luidende als volgt:
Emmeloord en Omstreken: Dr. K. K. Bossina, kindercardioloog en lector aan de Rijksuniversiteit te Groningen, over ,,De tegenwoordige mogelijkheden van diagnostiek en therapie bij hartafwijkingen van kinderen".
In verband met de premiecompensatie A.O.W./ A.W.W. kwamen deze bedragen per 1 januarl van het jaar 1965 definitief te luiden op f 18,16 onderscheidenlijk f 13,44 onder en boven de 2000 zielen, die voor farmaoeutische hulp over alle zielen f 7,96 (abonnementssysteem) en f 6,16 (verrichtingssysteem).
Den Helder: Dr. J. Beks, neuro-chirurg te Groningen over ,,Schedelletsel".
Men wordt verzocht deze zin in te voegen achter de punt in de 22e regel van boven op pagina 320, eerste kolom.
Assen en Omstreken: Dr. F. Hiddema over ,,Schuldgevoelens bij depressieve patienten", J. Knol „Psychische stoornissen bij een patient met een afwijkend chromosomenpatroon", H. L. Zwaneveld ,,Enkele problemen rond de geriatrische patient".
L J. DEGENAAR, secretaris L.H.V.
MC
V A N HET CENTRAAL BESTUUR L.S.V.
Ledenvergadering 8 mei 1965 Voor een der te vervullen vacatures, ontstaan door het aftreden van de collegae H. G. van Balen, G. A. M. Hunfeld, P. J. van Kuyk, S. B. Walma v. d. Molen en het tussentljds aftreden van Dr. W. den Boer, wordt door District VIM als kandidaat gesteld: Dr. J. P. M. Leikens, anaesthesist, Drievogelstraat 120, Kerkrade.
Breda en Omstreken: Prof. Dr. K. A. Joosse te Groningen over ,,Langdurige baring". Groningen en Omstreken: Prof. Dr. M. Gruber te Haren over ,,Enzymen".
Aikmaar en Omstreken: Prof. Dr. A. Hagedoorn, oogarts te Amsterdam, over ,,Moderne ontwikkeling van de oogheelkunde, in het bijzonder de diagnostiek en therapie van de netvliesloslating". Heerenveen: Prof. Dr. H. O. Nieweg, Interne kliniek te Groningen, over „Nieuwe aspecten van de perniciosa".
MC
PERSONALIA
G. A. M. HUNFELD, secretaris L.S.V.
Zuid- en Noord-Beveland: M. P. A. M. de Grood, neurochirurg te Tilburg, over ,,Neurochirurgische mogelijkheden bij het zware schedeltrauma".
Nieuwe leden: B. G. ten Gate, Min. Loudonlaan 89, Enscliede. J. Elshove, Groenesteinlaan 22, Groningen (zie semi-artsen). Dr. J. E. Ivl. Evers, Vossenlaan 11, Nijmegen. W. IVl. Gerrits, Molukkenstraat 16, Nijmegen (zie semi-artsen). F. A. M. Hoefsloot, Giimwormstraat 9, Nijmegen. IVl. F. M. F. Hollands, Molenweg 60, Nijmegen. A. A. W. Jaspers, Hatertseweg 566, Nijmegen. J. W. M. Masseiing, Einsteinstraat 85, Nijmegen (zie semi-artsen). B. J. J. Mulders, H. J. van Heekplein 23, Ensohede. R. P. E. Pauwels, Neptunusstraat 20, Nijmegen (zie semi-artsen). J. L. J. M. Peelers, Wisentstraat 16, Nijmegen. A. G. de Roos, J. v. Lennepiaan 363, Groningen. IVlej. J. F. C. Rosberger, Plataanstraat 29, Beek bij Nijmegen. A. J. Schoemaker, Kattenburg 37, Druten. F. Sturmans, Vossenlaan 339, Nijmegen. J. Stutterheim, Paterswoldseweg 590, Groningen. H. B. Ivl. Verhoeven, Pr. Ivlarijkestraat 8, Gennep. A. B. Visschedijk, Panhieelderweg 4, Gianerbrug (Gem. Enschede). L. H. G. J. Vullings, Giorieux 82, Dongen. Mevr, M. G. de Wit-Wortei, p.a. C.E.R.N., N.P. Division, Geneve, Switzerland.
Nijmegen en Omstreken: J. J. M. Michels, wetenschappelijk ambtenaar biJ Prof. Mertens, over ,,Het verpleegtehuis".
Overleden: Ivlevr T. A. Feitkamp-lvleijer, van Boshiuizenstraat 515, Amsterdam.
MC
U I T DE AFDELINGEN
Voordrachten Op de agenda's voor de afdelingsvergaderingen werden de volgende voordrachten vermeld: Leiden en Omstreken: Prof. Dr. E. L. Noach, ,,Far;macologie van retort tot ziekbed". Walcheren: T. F. Visser te Middelburg over ,,Schimmelziekten van de huid". Meppel en Omstreken: Prof. Dr. W. R. O. Goslings te Leiden, over ,,Factoren, die de frequentie van infecties bevorderen". West-Friesland: Dr. F. Dekking ,,Pokken en pokkenvaccinatie".
345
MC
VARIA
De Belgische Federatie van Syndicale Kamers der Geneesheren heeft, zo meldde de Brusselse correspondent van het Handelsblad, een proces aangespannen tegen de Federatie van Syndicale Kamers der Geneesheren en van haar een schadevergoeding van 22 miljoen frank geeist. Dat klinkt wat vreemd en is het ook. Tijdens de onderhandelingen van vorig jaar met de regering en de ziekenfondsen bleek, dat de Kamers van Brussel, Waals-Brabant, Namen en Henegouv/en het geenszins eens waren met het beleid van voorzitter Dr. Van Steenberghe, die werd gesteund door Luik, Antwerpen en ,,beide Vlaanderen". Na de onderhandelingen kwam het tot een breuk. De opposanten vormden een eigen Federatie onder voorzitterschap van Dr. Wijnen, die niet alleen dezelfde naam droeg, maar ook het in circulaires deed voorkomen alsof zij de enige echte was. Dr. Wijnen beweert thans ook, dat de oorspronkelijke Federatie nooit officieel heeft bestaan. In regeringskringen beperkt men zich er toe te doen opmerken, dat men weer niet over een gesprekspartner beschikt. Dat was ook a! het geval na de scheuring in het Algemeen Geneesherenver-
bond, die tot oprichting van de eerste Federatie leidde. De rest van dat verbond deed vorig jaar niet mee aan de staking. • MC • De Vereniging tegen Kwakzalverij, onder deze naam reeds ruim vier en tachtig jaar oud geworden, gaat een vrij ingrijpende reorganisatie tegemoet. Een concept van de nieuwe statuten alsmede van een nieuw huishoudelijk reglement is gereed. Dit zai tijdens de Algemene Ledenvergadering op 8 mei a.s. aan de leden ter goedkeuring worden voorgelegd. Voorgesteld wordt om de naam van de vereniging te veranderen in ,,Vereniging tot bescherming van de wetenschappelijk verantwoorde gezondheidszorg" en de naam van het huidige Maandblad tegen de Kwakzalverij in ,,Pro Sanitate". Het bestuur van de vereniging zaI in de nieuwe opzet behalve hoogstens tien uit en door de leden gekozen personen eveneens vertegenwoordigers bevatten van de Kon, Ned. Mij ter bevordering der Pharmacie, de Kon. Ned. Mij tot bevordering der Geneeskunst, de Kon. Ned. Mij voor Diergeneeskunde, de Nederlandse Juristenvereniging, de Ned. Mij tot bevordering der Tandheelkunde. Als motivering voor de reorganisatieplannen wordt aangevoerd dat aanpassing aan de eisen van deze tijd noodzakelijk is en dat reorganisatie het enige middel is om het aanzien van de Vereniging tegenover de buitenwereld te verhogen. •
MC
•
Het aantal bezoekers op de voorlichtingsdagen voor adspirant-studenten en hun ouders, die op 3 en 10 april jl. aan de Rijksuniversiteit te Groningen werden gehouden is uiteindelijk 180O (waaronder 1225 adspirant-studenten) geworden. Vorig jaar bezochten 1250 personen de voorlichtingsdagen, waaronder 800 adspirant-studenten. De tweede geboortegolf heeft derhalve voor een fenomenaal record gezorgd. • MC • Het Reglonale Bureau voor Europa van de Wereldgezondheidsorganisatie heeft dezer dagen in hotel Berg & Dal te Nijmegen een conferentie gehouden met als onderwerp ,,Het onderwijs in de kindergeneeskunde". Nederland werd in Nijmegen officieel vertegenwoordigd door Prof. Dr. W. H. H. Tegelaers, hoogleraar in de kindergeneeskunde te Amsterdam, en door Dr. H. J. P. M. Dijkhuis, geneeskundig inspecteur van de volksgezondheid in Gelderland. Adviseur van W.G.O. voor de bijeenkomst was Prof. Dr. G. M. H. Veeneklaas uit Leiden. Vier hoogleraren in de
346
M E D I S C H COHTACT Verschijnt wekelijks Abonnementen niet-leden f 20,—. Losse nummers f 0,50. Bestuur; K. Vaandrager, Deventer, voorzitter; Prof. Dr. A. Kummer, Amsterdam, vice-voorzitter; Dr. C. de Groot, Kon. Wilhelminalaan 22 a, Gorinchem, secretaris; Dr. M. van der Stoel, Voorschoten, penningmeester; A. Taminiau, Tilburg. Redactie: Keizersgracht 327, Amsterdam-C. Telefoon 020-24 25 35. Adressen van de Maatschappij en haar organen: Keizersgracht 327, Amsterdam-C, telefoon 02024 25 35: hoofdbestuur, dagelijks bestuur, boekhouding, bureau voor Waarneming en Vestiging 8.30-17 uur (na 18 uur en zondags tel.: 79 89 84) - Landelijke Huisartsen Vereniging - Landelijke Specialisten Vereniging - Landelijke Vereniging van Artsen In Dlenstverband - Specialisten Registratie Commissie. Raad van Beroep: secretaris Dr. H. Navis, Sonsbeekweg 6, Arnhem. Ondersteuningsfonds weduwen en wezen: postgiro 111950, Keizersgracht 327, Amsterdam-C. Secretaris F. Weijnen, Vijverweg 14, Sittard, telefoon 04490-33 63. Advertenties en abonnementen: Uitgeversmij. J. H. Kruyt, Groot Hertoginnelaan 28, Bussum, telefoon 02959-1 61 55. Advertenties behoeven de goedkeuring der redactie en kunnen zonder opgaaf van redenen worden geweigerd. Druk: Verweij - Mijdrecht.
Op/age; 13.730.
kindergeneeskunde, met name Prof. Dr. J. H. P. Jonxis uit Groningen, Prof. Dr. H. A. Weijers uit Utrecht, Prof. Dr. J. Slooff uit Nijmegen en Prof. Dr. D. Stahlie uit Amsterdam woonden als waarnemers de conferentie bij. De directeurgeneraal van de Volksgezondheid, Dr. P. L. Stal, heeft de bijeenkomst officieel geopend. • MC • De universiteit van Glasgow heeft Prof. Dr. I. Boerema, hoogleraar in de heelkunde te Amsterdam, het eredoctoraat in de chirurgie verleend. De promotie zaI plaats vinden tijdens de Listerherdenking aldaar, van 27-29 September.