Jaarverslag 2011 Onderzoeksplan 2012 Rekenkamercommissie Dordrecht
Gemeente Dordrecht Spuiboulevard 300 Postbus 8 3300 AA Dordrecht www.dordrecht.nl
Jaarverslag 2011 Onderzoeksplan 2012
Rekenkamercommissie Dordrecht
Foto 1: vlnr. J. Kerseboom, K. Meijer en C. Cransveld
Leden RKC Dordrecht: Jeroen Kerseboom
voorzitter
Karin Meijer
lid
Coen Cransveld
lid
Medewerkers RKC Dordrecht: Daan Massie
Senior onderzoeker
Willem Schneider
Onderzoeker
Minca Verboom
Adviseur/onderzoeker
Sylvia Khadjé
Bestuurs- en managementassistente
Secretariaat RKC Dordrecht: Postadres
Postbus 8 3300 AA Dordrecht
Telefoon
078 7704998
E-mail
[email protected]
Internet
www.dordrecht.nl/rekenkamercommissie
Publicatie Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012: maart 2012
2
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
Voorwoord Bij deze bieden wij de gemeenteraad van Dordrecht ons Jaarverslag 2011 en ons Onderzoeksplan 2012 aan. Het jaar waarop wij terugblikken was een overgangsjaar, 2012 wordt het eerste volledige jaar voor de rekenkamercommissie. De foto op de voorpagina staat hier symbool voor; we bieden niet alleen een terugblik, maar ook een doorkijk naar het jaar 2012.
Eind 2010 heeft de raad gediscussieerd over de toekomstige inrichting van de rekenkamerfunctie. Dat heeft in maart 2011 geleid tot het besluit om per september een rekenkamercommissie, bestaande uit drie externe leden, in te stellen. Deze leden zijn 30 augustus 2011 beëdigd. Wij willen Daan Massie, tot september 2011 waarnemend directeur van de Rekenkamer Dordrecht, bedanken voor zijn inzet in de overgangsperiode. We zijn verheugd dat de medewerkers van het onderzoeksbureau van (voorheen) de Rekenkamer Dordrecht nu het bureau van de Rekenkamercommissie Dordrecht vormen. Langs deze weg bedanken wij ook de griffiers van de gemeente Dordrecht, Alblasserdam en Drimmelen voor de constructieve samenwerking in 2011 en zien uit naar een continuering hiervan in 2012. De Rekenkamercommissie Dordrecht Jeroen Kerseboom, voorzitter Coen Cransveld, lid Karin Meijer, lid
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
3
Inhoudsopgave Voorwoord
3
1.
Over de Rekenkamercommissie Dordrecht
5
1.1
Oprichting
5
1.2
Positie
5
1.3
Onderzoek
5
1.4
Publicaties
5
2.
Jaarverslag 2011
6
2.1
Afgeronde publicaties
6
2.2
Lopende onderzoeken
7
2.3
Financieel resultaat
9
3.
Onderzoeksplan 2012
11
3.1
Totstandkoming onderzoeksprogramma
11
3.2
Grondbedrijf
12
3.3
Binnenstad/Voorstraat Noord
13
3.4
Regionale samenwerking
15
Bijlage Groslijst onderwerpen 2012
16
4
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
1
Over de Rekenkamercommissie Dordrecht
1.1. Oprichting In 2011 besloot de raad van de gemeente Dordrecht om met ingang van september van dat jaar een rekenkamercommissie in te stellen. Deze commissie is met ingang van 1 september de opvolger van de Rekenkamer Dordrecht. De rekenkamercommissie doet onderzoek naar de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Met de instelling van de rekenkamercommissie beoogt de gemeente de transparantie van het gemeentelijk handelen te vergroten en de publieke verantwoording daarover te versterken. In september 2011 zijn de heren Jeroen Kerseboom, Coen Cransveld en mevrouw Karin Meijer benoemd tot lid van deze rekenkamercommissie.
1.2 Positie De rekenkamercommissie is een onafhankelijk orgaan binnen de gemeente Dordrecht. Haar taken en bevoegdheden zijn beschreven in de Gemeentewet en de door de gemeenteraad vastgestelde Verordening rekenkamercommissie Dordrecht (2011). De gemeenteraad, het college van B en W en inwoners van de gemeente Dordrecht kunnen de commissie om een onderzoek verzoeken, waarbij de rekenkamercommissie onafhankelijk is in haar uiteindelijke onderwerpkeuze. Jaarlijks stelt de rekenkamercommissie een onderzoeksplan (december) en jaarverslag (april) op.
1.3 Onderzoek De rekenkamercommissie Dordrecht voert jaarlijks onderzoeken uit. Hierbij wordt zij ondersteund door een onderzoeksbureau. De rekenkamercommissie is bevoegd om bij leden van het gemeentebestuur en ambtenaren inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor haar onderzoek.
1.4 Publicaties De onderzoeksresultaten, conclusies en aanbevelingen worden vastgelegd in een concept rapport. Dit concept rapport wordt vervolgens voorgelegd aan de bij het onderzoek betrokken bestuurders en ambtenaren. Zij worden in de gelegenheid gesteld om hier op te reageren. Nadat de reacties zijn verwerkt biedt de rekenkamercommissie het rapport aan de gemeenteraad aan.
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
5
2
Jaarverslag 2011
In dit hoofdstuk geven wij een toelichting op de in 2011 afgeronde en lopende onderzoeken. Daarbij geven we aan wat de doorwerking van de in 2010 verrichte onderzoeken is geweest. Dit hoofdstuk bevat ook de financiële verantwoording.
2.1
Afgeronde publicaties
2.1.1
Spiegel van de Begroting – publicatie januari 2011
In 2010 is onderzoek verricht naar de kwaliteit en bruikbaarheid van het gemeentelijk jaarverslag. De resultaten van dit onderzoek zijn januari 2011 aan de raad aangeboden. Maart 2011 is het rapport in de adviescommissie besproken. Deze commissie heeft haar waardering voor het stuk uitgesproken en de raad geadviseerd de aan haar gerichte aanbevelingen over te nemen. Eind maart heeft de raad het rapport, overeenkomstig het advies van de adviescommissie, vastgesteld. 2.1.2
Doorwerking
De rekenkamer Dordrecht heeft in 2010 onderzoek verricht naar de kwaliteit en bruikbaarheid van het gemeentelijk jaarverslag.1 Aan de hand van gesprekken met de betrokken ambtenaren is nagegaan wat de doorwerking van het rapport Spiegel van de Begroting is geweest.
Foto 2: omslag rapport Spiegel van de Begroting Aanbeveling
Overgenomen door college en raad
1
Jaarverslag moet zelfstandig leesbaar zijn: Doelstellingen die in de be-
√
groting worden genoemd, komen in het jaarverslag terug. 2
Afwijkingen tussen de begroting en de realisatie moeten beter worden
√
toegelicht. 3
Neem in het jaarverslag een totaaloverzicht van alle reserves op.
√
4
Hanteer een minder verhalende schrijfstijl en maak gebruik van tabel-
√
len, grafieken en kleuraanduidingen.
1
6
Dit onderzoek is januari 2011 gepubliceerd.
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
5
Zie er op toe dat het college de relatie tussen middelen en prestaties inzichtelijk maakt. Bijvoorbeeld door meer gebruik te maken van doel-
Overgenomen in aangepaste vorm2
matigheidsindicatoren. 6
Maak zoveel mogelijk gebruik gemaakt van indicatoren die jaarlijks
√
worden gemeten. 7
Neem in het jaarverslag een overzicht op van de oorspronkelijke begro-
√
ting, de doorgevoerde wijzigingen daarop en de uiteindelijke gewijzigde begroting. 8
Zie er op toe dat de onderwerpen uit het burgerjaarverslag worden
√
opgenomen in het jaarverslag. Tabel 1: aanbevelingen rapport Spiegel van de Begroting
De rekenkamercommissie heeft gesproken met de adviseur SBC die verantwoordelijk is voor de P&C-cyclus binnen de gemeente Dordrecht. Uit dit gesprek komt naar voren dat de aanbevelingen 3, 6, 7 en 8 reeds zijn opgevolgd. Dit is zichtbaar in het jaarverslag 2010. Ook wordt duidelijk dat het gemeentelijk jaarverslag 2011 anders zal worden vormgegeven. De teksten zullen in zogenaamde programmakaarten worden gevat. Niet alleen zal de omvang van het jaarverslag hierdoor afnemen, het jaarverslag wordt ook overzichtelijker. Daarnaast heeft het SBC dit jaar programma- en financiële regisseurs aangesteld. Beleidsambtenaren en controllers die aangeleverde teksten samenvoegen tot één consistent geheel en nagaan of afwijkingen voldoende worden toegelicht. Hiermee zal invulling worden gegeven aan aanbeveling 1, 2 en 4. Aanbeveling 5 wordt in verband met de hieraan verbonden kosten en inspanning in relatie tot de beperkte verwachte toegevoegde waarde niet uitgevoerd. Samengevat, 7 van de 8 aanbevelingen zijn uitgevoerd of worden dit jaar uitgevoerd. Het rapport Spiegel van de Begroting heeft duidelijke doorwerking gehad. Verzoek aan het college Tijdens de behandeling van het rapport in de adviescommissie hebben de aanwezige raadsleden het college verzocht de gemeentelijke jaarverslagen jaarlijks in te sturen voor de F.G.Kordes-Trofee (een prijs voor het beste jaarverslag in Nederland). Dit is tot op heden niet gebeurd, zo blijk uit het gesprek met het SBC.
2.2
Lopende onderzoeken
November 2010 heeft de Rekenkamer Dordrecht een onderzoeksplan gepubliceerd. Dit is besproken in de auditcommissie. De aanwezige raadsleden spreken hun voorkeur uit voor drie onderwerpen: het acquisitiebeleid, de effectiviteit van het re-integratiebeleid en de bijzondere
2 Maart 2011 zijn de aanbevelingen in de adviescommissie besproken. De commissie stelt de raad voor het rapport als hamerstuk vast te stellen op basis van een gewijzigd conceptbesluit. Hierin wordt de wens om jaarlijks deel te nemen aan de Kordes-Trofee toegevoegd en wordt aan aanbeveling 5 toegevoegd dat dit gebeurt door aan te sluiten bij landelijke benchmarken.
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
7
bijstand. In 2011 is met deze onderzoeken aangevangen. Hieronder wordt kort aangegeven wat de stand van zaken is. 2.2.1
Acquisitiebeleid
In 2011 heeft de rekenkamercommissie een verkenning uitgevoerd naar het Acquisitiebeleid. Zij is hierin nagegaan of door college en raad vastgestelde doelen zijn gerealiseerd. De commissie is voornemens het rapport in april 2012 te publiceren. 2.2.2
Re-integratiebeleid
Na de oriëntatiefase is de startnotitie in maart naar de raad gestuurd. Mei 2011 is een aanvang gemaakt met het daadwerkelijke onderzoek. De rekenkamercommissie is onder meer nagegaan hoe het re-integratiebeleid zich tussen 2007 en 2010 heeft ontwikkeld, welke doelen zijn geformuleerd en of deze doelen zijn gerealiseerd. Daarnaast zijn 64 cliëntendossiers bestudeerd om meer inzicht te krijgen in het re-integratieproces. Naar verwachting zal de rekenkamercommissie de nota van bevindingen maart 2012 vaststellen. Hierna zal de nota van bevindingen voor ambtelijk wederhoor aan de Sociale Dienst Drechtsteden worden aangeboden. Vervolgens zal bestuurlijk wederhoor plaatsvinden. De rekenkamercommissie verwacht het rapport voor het zomerreces aan de raad aan te kunnen bieden. 2.2.3
Bijzondere bijstand
In de maand oktober is een vooronderzoek (oriëntatie) naar het onderwerp bijzondere bijstand uitgevoerd. Eind november heeft de rekenkamercommissie kennis van de startnotitie genomen. Afhankelijk van de nieuw op te starten projecten, is de publicatie voorzien in het begin van de tweede helft van 2012.
2012 1e kwartaal
2e kwartaal
3e kwartaal
Onderzoeken Acquisitiebeleid Re-integratiebeleid Bijzondere bijstand Legenda: vooronderzoek/ oriëntatie uitvoering onderzoek wederhoor publicatie Tabel 2: Onderzoeksplanning
8
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
4e kwartaal
2.3
Financieel resultaat 2012
2.3.1
Geraamde baten en lasten 2011
Voor 2011 doet de rekenkamercommissie een begrotingsaanvraag van € 320.000. Naast dit bedrag dragen de regionale rekenkamercommissies (waaronder Alblasserdam en Drimmelen) € 40.000 bij aan de begroting van de Rekenkamercommissie Dordrecht. Tenslotte werd er bij het opstellen van de begroting 2011 vanuit gegaan dat een eventuele regionale samenwerking € 20.000 zou opleveren. De totale geraamde baten zijn € 380.000. Dit bedrag is gelijk aan de geraamde lasten 2011. Geraamde baten 2011 Begroting Dordrecht
Geraamde lasten 2011 320.000
Alblasserdam
20.000
Drimmelen
20.000
Regionale samenwerking
20.000
balanstotaal
380.000
Lasten rekenkamer
380.000
Balanstotaal
380.000
3
Tabel 3: oorspronkelijke begroting 2011 in euro’s (€).
De personeelskosten zijn opgebouwd uit salariskosten, werkgeverslasten en levensloop, eindejaarsuitkering en vakantietoelage. De geraamde materiële kosten bestaan onder meer uit huur, kantoorbehoeften, drukkosten (van de rapporten) en een doorberekening van het Service Centrum Drechtsteden (SCD). Voor de inhuur van externe onderzoeksbureaus is een bedrag van plusminus € 57.000 gereserveerd. Geraamde lasten 2011 Personeelskosten
216.000
Materiële kosten
107.000
Externe onderzoekskosten
57.000
Totaal geraamde lasten
380.000
Tabel 4: opbouw geraamde lasten 2011 in euro’s (€).4
2.3.2
Werkelijke baten en lasten 2011
Analyse baten De werkelijke baten van de rekenkamercommissie zijn € 31.000 lager dan geraamd. Dit wordt veroorzaakt door lagere bijdragen van de gemeenten Alblasserdam en Drimmelen. De gemeente Alblasserdam heeft juni 2010 besloten het budget van de rekenkamercommissie vanaf
3 4
Bron programmabegroting Dordrecht 2011. Bron programmabegroting Dordrecht 2011.
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
9
2011 te halveren.5 Daarnaast is de rekenkamercommissie in 2011 geen verdere regionale samenwerkingen aangegaan. Geraamde baten
Werkelijke baten
2011
2011
Verschil
Alblasserdam
20.000
10.000
-10.000
Drimmelen
20.000
19.000
-1.000
Regionale samenwerking
20.000
0
-20.000
Totaal baten
60.000
29.000
-31.000
Tabel 5: geraamde baten afgezet tegen werkelijke baten in euro’s (€).
Analyse lasten De werkelijke lasten van de rekenkamercommissie zijn € 55.000 lager dan geraamd. Dit wordt onder meer veroorzaakt door lagere externe onderzoekskosten. In 2011 heeft de rekenkamercommissie slechts één klein onderzoek uitbesteed. En hoewel de bijdrage van de rekenkamercommissie aan het SCD in 2011 hoger was dan geraamd, zijn de totale materiële kosten lager. Onder meer omdat de commissie heeft gelet op de drukkosten. Doch, de personeelskosten zijn hoger dan geraamd. Dit zijn kosten gemaakt ten behoeve van de voormalig directeur. Geraamde lasten
werkelijke lasten
20116
Verschil
2011
Personeelskosten
216.000
233.000
-17.000
Materiële kosten
107.000
90.000
17.000
57.000
2.000
55.000
380.000
325.000
55.000
Externe onderzoekskosten Totaal lasten
Tabel 6: vergelijk geraamde en werkelijke lasten in euro’s (€).
Het uiteindelijke resultaat van de rekenkamercommissie is € 31.000 minder baten en € 55.000 minder lasten. Saldo € 24.000 positief. Vorig jaar heeft de rekenkamercommissie € 34.000 gereserveerd (technische bestemmingsreserve) voor de kosten van de WW-uitkering van de voormalig directeur van de rekenkamer (afdracht UWV). Tot op heden is het nog niet nodig geweest om deze bestemmingsreserve aan te spreken. Deze wordt gehandhaafd vanwege de tot en met 1 oktober 20137 toegekende WWuitkering.
5 Zie perspectiefnota 2011 gemeente Alblasserdam. Deze is 17 juni 2010 door het college vastgesteld en dinsdag 29 juni 2010 in de raad van Alblasserdam behandeld. 6 Bron programmabegroting Dordrecht 2011. 7 Beslissing UWV, 3 november 2010.
10
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
3
Onderzoeksplan 2012
Een deel van onze onderzoekscapaciteit in 2012 besteden we aan de afronding van de drie onderzoeken die in 2011 zijn gestart. Daarnaast starten we drie nieuwe projecten. Een deel daarvan willen we ook in 2012 publiceren.
3.1
Totstandkoming onderzoeksprogramma
Met de auditcommissie hebben we op 15 november 2011 een concept van ons onderzoeksplan besproken. Dit concept bevatte vier voorstellen voor onderzoek in 2012. We hebben deze geselecteerd uit een groslijst van door de fracties aangeleverde onderzoeksonderwerpen (zie bijlage). Deze groslijst is tot stand gekomen na gesprekken met de fracties van de PvdA, Christen Unie/SGP en CDA (door de waarnemend directeur van de Rekenkamer Dordrecht) en de fracties van BVD, D66, Groen Links en VVD (door de rekenkamercommissie).
3.1.1 Selectiecriteria Om van de groslijst tot een shortlist te komen, hebben we ten eerste gekeken waar we de meeste toegevoegde waarde zouden kunnen leveren in het versterken van de controlerende en taakstellende rol van de raad. We hebben verkend welke onderwerpen zouden kunnen worden gecombineerd. Daarnaast willen we onze aandacht verdelen over verschillende beleidsterreinen. We zijn nagegaan of onderwerpen zich leenden voor samenwerking met andere rekenkamers. En ten slotte hebben we rekening gehouden met de actualiteit van de onderwerpen en het tijdstip waarop resultaten beschikbaar zouden moeten zijn. Dat leidde tot een shortlist van vier onderwerpen: Grondbedrijf, Kaderstellende rol raad, Binnenstad/Voorstraat-Noord, Zuid-Holland Zuid/GGD. 3.1.2. Selecteren In de ‘Evaluatie Rekenkamer Dordrecht’, een discussienota uit december 2010, was de raad van mening dat de [voormalige] rekenkamer in haar onderzoek beter had kunnen aansluiten bij de actualiteit en de (onderzoeks)behoefte van de gemeenteraad. Daarnaast werd opgemerkt dat de rekenkamer de raad moet ondersteunen bij zijn controlerende taak. De Rekenkamercommissie Dordrecht ziet het als een uitdaging om aan deze wensen van de raad tegemoet te komen. We hebben daarom het advies van de auditcommissie gevolgd en in onze commissievergadering van 19 december 2011 ervoor gekozen om komend jaar onderzoeken uit te voeren naar het grondbeleid van de gemeente en naar de binnenstad. Daarnaast zetten we een project op waarin we de regionale samenwerking met de ons omringende rekenkamer(commissie)s zoeken.
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
11
3.2
Grondbedrijf
3.2.1
Inleiding
In de media wordt veel aandacht besteed aan het gemeentelijk grondbeleid.8 3.2.2
Financieel belang
De totale boekwaarde (per 31 december 2010) van de voorraad gronden is in Dordrecht zonder aftrek van voorzieningen € 172,7 miljoen.9 De strategische grondvoorraad vertegenwoordigt een boekwaarde van € 59,1 miljoen en is 110 hectare.10 De gemeente heeft deze grond aangekocht om te (her)ontwikkelen. 3.2.3
Politiek belang
De rekenkamercommissie is nagegaan hoe de raad van Dordrecht over het grondbeleid wordt geïnformeerd. Zij heeft een aantal stukken doorgenomen:
de nota grondbeleid 200911;
het Jaarverslag 201012;
de prognose grondbedrijf 201113 én ;
de bestuursrapportage 2011.14
Hoewel de raad regelmatig wordt geïnformeerd over het grondbeleid, constateert de rekenkamercommissie ook dat de stukken veel technische informatie bevatten.15 Er zijn klachten over de doorgrondelijkheid van deze informatie. 3.2.4
Accountant
De rekenkamercommissie heeft het accountantsverslag, dat gelijktijdig met het jaarverslag 2010 is verschenen, doorgenomen. Op verzoek van de auditcommissie besteedt Deloitte in zijn verslag aandacht aan de grondexploitaties. De accountant maakt hierbij een onderscheid tussen geplande projecten (Maasterras, Blekersdijk en Reeweg-Oost) en projecten die in uitvoering zijn (Stadswerven, Gezondheidspark en het Leerpark). De accountant stelt vast dat de boekwaarden van de gronden hoog is en wijst de raad erop dat het risico op verliezen hierdoor (bij twee projecten) aanzienlijk is. De raad moet regelmatig over de ontwikkeling van projecten worden geïnformeerd en kan indien nodig de onderbouwing hiervan door een derde laten toetsen, aldus Deloitte. De rekenkamercommissie heeft ook het auditplan 2011 van de accountant doorgenomen.16 In dit plan worden grondexploitaties als speerpunt genoemd. 8
Rapport financiële effecten crisis bij gemeentelijke grondbedrijven, Deloitte real estate advisory, september 2011. 9 Accountantsverslag Deloitte, pagina 21. 10 Zie mail 16 november 2010 en mail 12 oktober 2011. 11 Vastgesteld in de gemeenteraad van 19 januari 2010. 12 Vastgesteld in de gemeenteraad van 31 mei 2011. 13 Vastgesteld in de gemeenteraad van 28 juni 2011. Gelijktijdig heeft de raad een motie aangenomen waarin het college wordt opgedragen frequenter (2 maal per jaar) een prognose op te stellen. 14 Behandeld in de adviescommissie bestuur en middelen van 11 oktober 2011. 15 De in het jaarverslag (paragraaf 3.7) genoemde getallen komen niet overeen. Uit de tabel op pagina 126 bijvoorbeeld kan worden afgeleid dat de weerstandscapaciteit eind 2010 € 6,85 miljoen bedraagt. Op pagina 128 wordt een ander getal genoemd, € 7,84 miljoen.
12
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
3.2.5
Onderzoeksvraag
De rekenkamercommissie heeft een aantal stukken doorgenomen en de accountant benaderd.17 Hieruit komt naar voren dat de raad regelmatig wordt geïnformeerd, bijvoorbeeld middels het jaarverslag, de bestuursrapportage en prognoses van het grondbedrijf. Daarnaast is vast komen te staan dat de accountant in zijn verslag aandacht besteedt aan grondexploitaties. De gemeenteraad zou de onderbouwing van projecten door een derde kunnen laten toetsen, zo suggereert Deloitte. Indien de rekenkamercommissie in 2012 een onderzoek aanvangt naar het grondbedrijf zullen twee vragen centraal staan. Ten eerste, welke (financiële) aannames liggen ten grondslag aan de geplande en lopende omvangrijke projecten?18 En ten tweede, wordt de raad over deze projecten en de positie van het grondbedrijf voldoende geïnformeerd?19,20
3.3
Binnenstad/Voorstraat-Noord
3.3.1
Inleiding
Het centrum van Dordrecht kent steeds meer leegstand van winkelpanden. Bepaalde gebieden in de binnenstad doen het beter dan andere. Bepaalde gebieden krijgen extra gelden voor verbetering (zoals Voorstraat-Noord), terwijl andere deelgebieden niet vanuit de gemeente gesteund worden. De vraag rijst hoe doeltreffend het beleid van de gemeente is en welke rol de ondernemers bij de beleidsontwikkeling en -uitvoering hebben en welke rol de Dordrechtse Ondernemersvereniging (DOV) en het platform binnenstad daarin spelen en/of kunnen spelen. 3.3.2
Financieel belang
In een raadsinformatiebrief van 30 augustus 2011 geeft het college van B en W aan dat de gemeente jaarlijks € 3.317.000 bijdraagt aan het in de markt zetten van de binnenstad.21 In dezelfde brief meldt het college dat de ondernemers via het actieprogramma horeca en de winkeliersverenigingen € 90.000 bijdragen (exclusief sponsoring door de ondernemers). Voor de ontwikkeling van deelgebieden in de binnenstad worden aparte middelen beschikbaar gesteld. Zo ook voor het project Voorstraat-Noord. Voor de ontwikkeling van dit gebied is in het verleden een apart budget gevoteerd van € 995.000, waarvan inmiddels € 739.939 is besteed.
16
19 september 2011. 5 oktober 2011. 18 Hiervoor overweegt de rekenkamercommissie een gespecialiseerd bureau in te huren. 19 De rekenkamercommissie zou bij de beantwoording van deze vraag gebruik kunnen maken van het onderzoek ‘grondbeleid onder constructie’ van de rekenkamer Breda. Zij heeft in 2008 onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de informatievoorziening aan de raad. 20 Daar informatie veelal vertrouwelijk is, zal, bij aanvang van een onderzoek, afstemming moeten worden gezocht met het college. 21 Brief met kenmerk SO/625023. 17
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
13
3.3.3
Politiek belang
De binnenstad is binnen de Drechtsteden aangewezen als een van de pieken.22 Deze pieken hebben tot doel om sterker te maken wat sterk en karakteristiek voor de regio is. Er zou volgens de Drechtsteden gewerkt moeten worden aan de verhoging van het niveau van voorzieningen en hoogstaand woon-, werk- en leefklimaat in de binnenstad. Hiertoe heeft Dordrecht geïnvesteerd in het kernwinkelgebied en in de aanloopstraten naar de binnenstad zoals Voorstraat-Noord. Het college en de raad constateren dat er ondanks de investeringen een groeiende leegstand is. Al in het voorjaar van 2009 is op verzoek van Beter voor Dordt in de gemeenteraad uitgebreid gesproken over leegstand en verloedering in de binnenstad. Dit heeft geleid tot een motie die met algemene stemmen is aangenomen en waarin het college is gevraagd te onderzoeken hoeveel panden er in de binnenstand langer dan een jaar leegstonden (winkels, kantoren en woningen).23 De resultaten van dit onderzoek zijn in het najaar 2009 gepresenteerd door het college en in de adviescommissie besproken. In allerlei plannen over deelgebieden van de binnenstad (Visstraat e.o. en Achterom/Bagijnhof,) en de aanloopstraten (Spuiweg en VoorstraatNoord), die na die tijd zijn behandeld in raad en commissie, is op de leegstand ingegaan. Verder zijn er onder andere raadsinformatiebrieven verschenen over branchering in de binnenstad, over imago-onderzoek en over beleidsregels met betrekking tot evenementen. Op 30 augustus 2011 is de laatste raadsinformatiebrief over de situatie van de binnenstad verschenen. Hierin geeft het college aan wat het college van plan is te gaan doen om de binnenstad aantrekkelijker te maken en de leegstand aan te pakken. Deze brief en de eerder genoemde brieven leveren de informatie voor de ‘Werkconferentie Binnenstad’ met het motto ‘Samen aan de slag met het imago en de aantrekkelijkheid van ons Dordtse centrum’ op 26 oktober 2011.24 3.3.4
Onderzoeksvraag
De rekenkamercommissie constateert dat er zowel een groot financieel belang als een politiek belang aan te wijzen is. Zij vindt dan ook dat het onderwerp ‘Binnenstad’ onderzoekswaardig is. Zij wil zich in het onderzoek richten op de doeltreffendheid van het gevoerde beleid voor het aantrekkelijk maken van de binnenstad en het tegengaan van leegstand. Hiervoor wordt gekeken naar de opzet en uitvoering (maatregelen, bestedingen) van het beleid voor heel de binnenstad en naar twee cases in het bijzonder: Voorstraat-Noord en Vriesestraat. Hierbij zal ook gekeken worden hoe de door de raad ter beschikking gestelde middelen zijn ingezet. In het onderzoek zal daarnaast speciale aandacht worden besteed aan de samenwerking tussen de gemeente en de ondernemers in het gebied.
22 23 24
Zie Website van de Drechtsteden over Pieken in de Drechtsteden. Motie Verzoek nader onderzoek leegstand en verwaarlozing van panden binnenstad, 7 april 2009. Besloten bijeenkomst voor raad – en commissieleden.
14
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
Foto 3: Voorstraat Noord
3.4
Regionale samenwerking
Wij zien twee aanleidingen en mogelijkheden om onderzoek in regionaal verband en in samenwerking met andere rekenkamer(commissie)s te doen. Ten eerste opereert de gemeente Dordrecht in verschillende regionale verbanden. De Drechtsteden, de gemeenschappelijke regeling Zuid-Holland Zuid en de veiligheidsregio zijn hier voorbeelden van. Geïnspireerd door een bijeenkomst met leden van rekenkamercommissies in de Drechtsteden, medio december 2011, willen we komend jaar verkennen welke terreinen binnen de samenwerkingsverbanden van de gemeente Dordrecht aandacht verdienen van de bij deze verbanden betrokken rekenkamers, gelet op het versterken van de controlerende taak van de raad. Ten tweede staat de gemeente Dordrecht voor uitdagingen die bijna volledig vallen binnen de eigen invloedssfeer, maar die tegelijkertijd ook in andere gemeenten spelen. In het verlengde daarvan levert dit voor de Rekenkamercommissie Dordrecht mogelijke onderzoeksonderwerpen op waar ook andere rekenkamer(commissie)s zich over willen buigen in 2012 en 2013. Dat maakt het voor de hand liggend om te verkennen op welke onderwerpen we van elkaar kunnen leren, versterken en met elkaar optrekken. Een samenwerking met de Algemene Rekenkamer behoort ook tot de mogelijkheden.
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
15
Bijlage Groslijst onderwerpen 2012
Acquisitiebeleid Subsidiestroom Voorstraat Noord (investeringen in deelgebieden) Grondbedrijf Betere kaderstelling door de gemeenteraad Informatievoorziening en automatisering (ICT IP&A) Dagbesteding van ouderen en begeleiding jongeren Duurzaamheid Schuldhulpverlening Bestuurlijke vernieuwing Burgerinitiatieven ROM-D (Regionale Ontwikkelings Maatschappij–Dordrecht) Effect van sociale programma’s op veiligheid in de wijken Eenduidige dienstverlening naar burger en maatschappelijke partners Inburgeringstrajecten Schuldhulpverlening Burgers aan zet – burgerparticipatie Drechtstedenverband – effectiviteit Ondernemers in de binnenstad City Marketing Social Return investment bij aanbestedingsbeleid Hoe functioneert de raad? Projectmanagement van de gemeente Drechtsteden samenwerking Subsidies
16
Jaarverslag 2011, Onderzoeksplan 2012
Jaarverslag 2011 Onderzoeksplan 2012 Rekenkamercommissie Dordrecht
Gemeente Dordrecht Spuiboulevard 300 Postbus 8 3300 AA Dordrecht www.dordrecht.nl